Tijdschrift voor
Verloskundigen
maart 2011 Uitgave van de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen
36e jaargang
financieel adviseurs voor verloskundigen Sibbing & Wateler is een onafhankelijk financieel adviesbureau, gespecialiseerd in de praktijkbegeleiding van vrije medische beroepsbeoefenaren, waaronder verlos kundigen. Wij bieden u een gevarieerd dienstenpakket voor al uw financiële zaken, nu en in de toekomst.
Telefoon: (0318) 544 044 - www.sibbing.nl
MEDISCH SPECIALISTISCH CLUSTER Zo druk en kleurrijk als het beeld van Lucebert voor de ingang van ons ziekenhuis oogt, zo hectische en veelzijdig is de functie van verloskundige bij het Rode Kruis Ziekenhuis Beverwijk. We combineren de charme van kleinschaligheid met het gebruik van moderne medische technologieën. Van de circa 1250 bevallingen per jaar die er binnen het RKZ plaats vinden, is er geen één hetzelfde. Dat vraagt om een vakman of vakvrouw die onder alle omstandigheden adequaat weet te reageren. Wij zijn op zoek naar een collega die ons team per 1 juli 2011 komt versterken.
Klinisch verloskundige (m / v) 24 uur per week
Ons aanbod Een inspirerende baan waarin je de kans krijgt jezelf professioneel te ontwikkelen in goede samenwerking en onderling overleg met de gynaecologen, je collega verlosku verloskundigen, de co-assistenten, de (O&G) verpleegkundigen en de kraamverzorgenden op de afdeling. Een maatschap gynaecologie en een afdeling die prima samenwerken met de eerstelijns verloskundigen. Werktijden volgens een wisselend rooster. Een salaris dat is ingedeeld in functiegroep 60 van de CAO – ziekenhuizen. Interesse gewekt? in Kijk voor meer informatie op www.rkz.nl
INHOUD
TijdschrifT Mattheus 25:31-46
ONdErWijs
5
Wil van Veen
Nic van Son
coachdag Verloskundig samenwerkingsverband Nijmegen e.o.
KNOV Bestuurlijke zaken
6
Jos Becker Hoff
Een EVA voor elke zwangere vrouw
7
Geert Gerats, Arna Ponds, Mieke Aitink
Vraag van de maand Belangrijke mededeling
12 12
12 18 21
Suze Jans
Gebruik, misbruik, afhaken of meedoen?
25
Suze Jans
Kennispoort Verloskunde
Zwangeren verdienen een vrije keus
39
Eric Weijers
41
Ruth Evers
Vijf minuten interview met claudia Kap
Simone Buitendijk, Joris van der Post
hiding and seeking
iNNOVATiE
Oliebollen
Jeroen van Dillen et al
Audit, essentieel maar beperkt meetinstrument
38
prAKTijK
WETENschAp Audit ernstige maternale morbiditeit in Nederland
36
Marjolein Mensink
scholingsbijeenkomsten psiE en hielprik
8
35
A. Leenders et al
hét codewoord: ongestoord
Angela Verbeeten
slagkracht van KNOV-kringen
33
Werken aan samenwerken
29
42
iNTErNATiONAAl Eerste en tweede lijn samen in Ethiopië
43
Roos Ament
BErichTEN Next
45
congres en cursus
48
Marikenloop
49
personalia
50
in memoriam laura de ruijter – de Graaf
51
TvV februari 2011 • KNOV
3
TIJDSCHRIFT Redactie Relinde van der Stouwe, Suze Jans, Wil van Veen (hoofd- en eindredactie), Kristel Zeeman Medewerkers maart 2011 Mieke Aitink, Roos Ament, Barbara Bekker, Kitty Bloemenkamp, Simone Buitendijk, Ton van de Coevering, Jeroen van Dillen, Ruth Evers, Geert Gerats, Paul Heere, Jos Becker Hoff, Claudia Kap, Marjolein Mensink, Jeannette Mesman, Erna Ponds, Joris van der Post, Jos van Roosmalen, Nic van Son, Angela Verbeeten, Stans Verschuren, Eric Weijers, Jolanda Zocchi, Joost Zwart Redactieadres Tijdschrift voor Verloskundigen Wielingenweg 318, 1826 BX Alkmaar E:
[email protected] E: grote bestanden:
[email protected] Abonnementen, personalia en adreswijzigingen KNOV, Jolanda Zocchi Postbus 2001, 3500 GA Utrecht T: 030 282 3115, F: 030 282 3101 E:
[email protected] Personeelsannonces Wil van Veen T: 072 5624400 / 06 53359153 E:
[email protected] Advertentie-exploitatie Ovimex bv, Frank Dijkman T: 0570 674240 E:
[email protected] Vormgeving Annemiek Voogd, Ovimex bv Druk Ovimex bv, Deventer Abonnementsprijzen Abonnementsprijs voor niet-leden van de KNOV: 3 130,- per jaar (11 nummers), Europa 3 156,-, buiten Europa 3 182,-. Voor studenten aan buitenlandse opleidingen: 3 104,-. Los nummer 3 17,- aan te vragen bij de KNOV. Alle prijzen zijn incl. BTW en verzendkosten. Voorzitter KNOV Angela Verbeeten Foto’s Henny van Nieuwpoort, Den Haag Nationale Beeldbank ‘t Duikertje Bionda Heeringa, Delft © 2011 Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen Mercatorlaan 1200, 3528 BL Utrecht T: 030 282 3100 Oplage: 3850 ISSN 0378-1925
Cover foto Beste redactie, Een aantal jaar geleden heb ik een beeld gemaakt van klei, van drie stoere vrouwen rond een bevalling. Voor mij straalt het beeld vrouwelijkheid, intimiteit, moederschap, maar vooral (zelf) vertrouwen uit. Vertrouwen dat vrouwen hebben in hun eigen kracht en in hun eigen lichaam om te kunnen bevallen, vertrouwen in zichzelf om een kind veilig op te laten groeien. Het idee komt ongetwijfeld voort uit heel veel liefde voor mijn prachtige vak als eerstelijns verloskundige. Met vriendelijke groet, Renate Hokkeling, verloskundige van praktijk Clair de Lune, Eindhoven Het Tijdschrift voor Verloskundigen wordt uitgegeven door de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV), opgericht op 22 september 1975. De vereniging is tot stand gekomen uit een fusie van de Bond van Nederlandse vroedvrouwen (opgericht 8 juni 1926) en de Nederlandse R.K. Vereniging van Vroedvrouwen (opgericht 8 juli 1921). De KNOV stelt zich ten doel de bevordering van de verloskundige zorg in zijn geheel in Nederland, de versterking van de positie die de verloskundige daarin inneemt, alsmede de belangenbehartiging van alle verloskundigen in Nederland. Een van de manieren om dit doel te bereiken, is het uitgeven van het Tijdschrift voor Verloskundigen. Het Tijdschrift voor Verloskundigen is in de eerste plaats een vakblad op het gebied van de verloskunde en verwante wetenschappen. Het beoogt verloskundigen op de hoogte te stellen van relevante feiten en ontwikkelingen. Daarnaast is het een forum voor discussie over de verloskunde en verwante disciplines. In het redactionele beleid wordt ernaar gestreefd een zo ruim mogelijke reeks aan onderwerpen te behandelen. In de tweede plaats is het Tijdschrift voor Verloskundigen een verenigingsorgaan en als zodanig een middel voor het hoofdbestuur van de KNOV om in contact te treden met de leden. In dit kader dient het Tijdschrift voor bestuur en leden als forum om van gedachten te wisselen. Inzenden kopij en advertenties De redactie nodigt de lezers uit om reacties, artikelen en opiniebijdragen in te zenden. Bij voorkeur speciaal voor het Tijdschrift voor Verloskundigen geschreven kopij, maar ook elders aangeboden of gepubliceerde bijdragen zijn welkom; onder vermelding van bladtitel, jaargang en nummer. Kopij aanleveren als platte tekst, dus zonder speciale bekopping, voetnoten, paginacijfers, tabs, tabellen en ontdaan van hyperlinks, in Word via e-mail: tvv@ knov.nl. Van tabellen of grafieken daarom alleen de onderzoeksgegevens aanleveren; deze worden door de vormgever opgemaakt. Referenties in de tekst tussen vierkante haakjes (geen superscript). Beeld apart aanleveren, bij voorkeur digitaal en in hoge resolutie. Bij tekstwijziging pleegt de redactie overleg. Ingezonden brieven worden zo nodig bekort. De KNOV en de redactie zijn niet verantwoordelijk voor de inhoud van geplaatste reacties en opiniebijdragen. Het auteursrecht van artikelen berust bij de individuele auteur. Citeren met bronvermelding is toegestaan, mits binnen de wettelijke regels. Overname van (langere delen van) artikelen is uitsluitend toegestaan na toestemming van de redactie en de auteur. Personeelsadvertenties van leden voor het volgende nummer tot 29 maart. Gelieve bij de plaatsingsopdracht het gewenste formaat en het factuuradres te vermelden. Voor commerciële advertenties: zie colofon. Het aprilnummer verschijnt op 12 april 2011.
4
TvV maart 2011 • KNOV
REDACTIONEEL
Mattheus 25:31-46 Jaren terug leerde ik op school dat ik in een christelijke samenleving woonde, product van een beschaving die in twintig eeuwen was opgebouwd. Ik ben katholiek opgevoed, leerde ‘bemin uw naasten gelijk u zelf’ en ‘wat gij aan de minsten (niet) hebt gedaan, hebt gij Mij (niet) gedaan’, leerde over zaken die ons buiten ons zelf doen treden, ons groter (in overdrachtelijke zin) zouden moeten maken, maar in ieder geval milder en beminnelijker. Jaren later is alles anders. Christenen stemmen voor ‘vrijheid’ en tegen hoofddoekjes omdat die niet voor vrijheid zouden zijn. Mensen, die nooit de bijbel hebben gelezen, laat staan de koran, verdoemen de laatste op gezag van de eerste. Aan onze naasten denken wij tijdens grote acties – liefst na een-rampver-weg – en halen dan zoveel geld bij elkaar dat dit ter plekke in jaren niet te verspijkeren valt, zodat het in zakken van de lokale ikken verdwijnt. Heel dicht bij huis, om de hoek of net in die andere wijk, laten wij nare dingen toe. Het proefschrift van Marianne Schoevers Hiding and Seeking, zie in dit
Agenda
tijdschrift op pag. 21e.v., laat zien dat de zorg aan onze ongedocumenteerde medemens heel veel te wensen over laat. Vooral vrouwen, met of zonder
21 maart 2011 Overleg Kringvoorzitters
hoofddoekje, zijn de klos. Zij zijn extra kwetsbaar, vooral als ze zwanger zijn.
19 april 2011 Cursus Kringbestuurders, dag III
oliebollen en vooral veel ellende.
12 mei 2011 Dag 1 training kringbestuurders 13 mei 2011 Dag 2 training kringbestuurders 15 mei 2011 Marikenloop Nijmegen 16 mei 2011 Overleg Kringvoorzitters 23 mei 2011 Klankbordgroep Prenatale Screening
Lees ook de column van Ruth Evers, een van de opvolgers van Nyx, over twee
Onze nieuwe regering haalt niet alleen minder begaafden (IQ 70 of hoger!) uit de AWBZ, maar vanuit dezelfde wijsheid tracht men illegaal verblijf en hulp aan illegalen strafbaar te stellen. Zoals blijkt uit het proefschrift van Marianne Schoevers komen ongedocumenteerde zwangeren vaak laat in zorg, simpelweg omdat zij niet durven komen. Ze zijn bang dat het veel geld kost, ze zijn bang dat ze worden aangegeven, bang dat ze worden uitgezet. Dat deze angst niet irreëel is, blijkt maar uit het nieuwsbericht van uw tijdschrift van vorige maand: een vader zonder BurgerServiceNummer wilde zijn pasgeborene aangeven en werd dankzij een ‘alerte’ ambtenaar in Winterswijk door de vreemdelingenpolitie opgepakt. De asielaanvraag van de man was tot dan toe afgewezen; er liep nog een wel
26 mei 2011 Raymond de Vries houdt zijn oratie
procedure. Hij voelde zich daarom veilig genoeg om zelf de aangifte van zijn kind
27 mei 2011 Algemene Ledenvergadering
Waarom is het zo belangrijk dat de geboorteakte van een kind wordt opgemaakt?
31 mei 2011 Platform Klinisch Verloskundigen
nergens rechten aan ontlenen. Kinderen hebben namelijk speciale rechten. Zo
19-23 juni 2011 ICM congres – Durban
en hebben zij ook recht op onderwijs (zie www.defenceforchildren.nl). Ook
1 augustus 2011 Begin Ramadan
andere de hielprik verricht wordt en de vaccinaties kunnen worden gegeven.
30 augustus 2011 Einde Ramandan Ied al-fitr - Suikerfeest
aanwezig was. De persoon die aangifte doet heeft de volgende gegevens nodig:
Kijk voor meer informatie in de rubriek Congres en Cursus achter in dit tijdschrift of op www.kennispoort-verloskunde.nl
te doen. De ambtenaar van de burgerlijke stand lichtte de vreemdelingenpolitie in en deze pakte de man op. Als er geen aangifte wordt gedaan, bestaat het kind niet voor de wet en kan het mag de overheid kinderen van uitgeprocedeerde asielzoekers niet op straat zetten wordt de GGD via de gemeente geïnformeerd over de geboorte waardoor onder De aangifte kan ook door een persoon worden gedaan die bij de bevalling naam van de moeder, haar geboortedatum en het land waar zij is geboren. Het opgeven van een woonadres is niet noodzakelijk. Bij de meeste gemeenten wordt aan degene die de aangifte doet, gevraagd om een identiteitsbewijs. U bent nog niet strafbaar en God verhoede dat u het wordt! Wil van Veen TvV maart 2011 • KNOV
5
KNOV
Bestuurlijke zaken Verloskundige zorg in 2015 Jos Becker Hoff De vraag die ons nadrukkelijk bezig houdt: hoe is de
op te schalen, (minister Schippers tijdens debat met de
verloskundige zorg in Nederland georganiseerd in 2015?
Tweede Kamer op 17 februari jl) blijft centraal staan.
De maatschappelijke aandacht voor zwangerschap en
Kwaliteit, kosteneffectiviteit en keuzevrijheid vormen
geboorte is ongekend groot. Aandacht, omdat we een
hierin de rode draad. De vernieuwing moet leiden tot
relatief slechte positie hebben met de babysterfte, en
verbeterde samenwerking tussen de verschillende
omdat het een onderwerp is waarbij iedereen zich
ketenpartners, maar vooral tussen gynaecologen en
betrokken voelt.
verloskundigen. Zij ondersteunen en versterken elkaar
Ons zorgstelsel is en wordt veranderd. De partners in
constructief in hun rol in de keten en vallen elkaar niet af.
de verloskundige keten herpositioneren zich. Voorop
Om ook de komende jaren zwangeren goede en gepaste
natuurlijk de zwangere zelf, onze cliënte. Zij staat veel
zorg te kunnen garanderen, moeten de verloskundigen
meer centraal, heeft gemiddeld een andere fysieke
samen met een kleiner aantal gynaecologen zoeken naar
gesteldheid en is in het algemeen beter geïnformeerd.
een goede organisatie. Een hierop toegespitst beroeps-
De vraag naar maatwerk groeit en de beeldvorming over
profiel voor de verloskundige, in de buurt en in het
veiligheid en risico’s heeft zijn effecten op meningen en
ziekenhuis, een (academische) opleiding die is afgestemd
opvattingen over geboortezorg. Ook de aanbieders
op dit beroepsprofiel en intensievere samenwerking
reageren op de veranderingen in het stelsel. Bijvoorbeeld,
tussen de verloskundige in de buurt en in het ziekenhuis
de verandering in de medisch specialistische sfeer, waarbij
en tussen verloskundigen en gynaecologen zijn de
de afhankelijkheid van geleverde productie voor een
uitdagingen in de komende maanden. n
gezonde bedrijfsvoering opnieuw is geïntroduceerd. Behalve de focus op meer volume zien we dat ziekenhuizen zich oriënteren op een nieuwe marktverdeling met concentratie als gevolg. De oplopende tekorten aan medisch specialisten spelen hier ook een rol. Als resultaat van een voortdurend proces van vernieuwing
Inauguratie Eileen Hutton
en innovatie ontstaan nieuwe inzichten en mogelijkheden om de zorg te leveren. Bovenpraktijkse organisatie van
De inauguratie van professor dr. Eileen Hutton als eerste
verloskundigen in de buurt met een nieuwe taakverdeling
hoogleraar Midwifery Science aan de Vrije Universiteit van
en taakspecialisaties, maar ook met een krachtiger
Amsterdam komt uitgebreid aan de orde in het volgende
positie, zijn effecten hiervan.
nummer. n
De georganiseerde beeldvorming over risico’s en uitsluiting hiervan, heeft geleid tot terugloop van het aantal thuis-, poliklinische- en geboortecentrumbevallingen en dus een oploop van de bevalling in het ziekenhuis. Een groei in het aantal klinisch werkzame verloskundigen is hiervan het gevolg, een ontwikkeling die mede samenhangt met een oplopend tekort aan gynaecologen. In deze te kort samengevatte context moeten wij een concrete KNOVvisie op de organisatie van de verloskundige zorg formuleren. Uitgangspunt blijft de zwangere en haar (ongeboren) kind. De algemene ordening van onze zorg, waarbij vanuit de zorg in de buurt moet worden vastgesteld of er medische of sociale redenen zijn om de zorg Jos Becker Hoff is directeur van de KNOV en secretaris van het bestuur 6
TvV maart 2011 • KNOV
KNOV
Een EVA voor elke zwangere vrouw Krijgt u ook zo’n jeuk van het woord ‘casemanager’? De verloskundige wordt met deze term tot een manager die cases behandelt. Ziet u een zwangere of barende vrouw als een case? En uw werk als caseload? Ik niet! Ik steun wél het pleidooi van de stuurgroep Zwangerschap en Geboorte voor een duidelijk aanspreekpunt voor elke zwangere. Van zwangerschap tot kraambed is een vrouw er bij gebaat als ze weet wie ze wanneer kan aanspreken. Dat geldt ook voor collega-zorgverleners die bij de zorg betrokken zijn. En dat dit vanuit de vrouw en haar partner gezien het liefst één persoon is die het hele traject met hen ingaat, spreekt ook voor zich. Voor de acute zorg zal je altijd diensten met meer collega’s moeten delen en vaak geldt dat ook voor het doen van spreekuur. Maar het uitgangspunt moet daarbij zijn: zo min mogelijk verschillende gezichten en één persoon die verantwoordelijk is voor de coördinatie en die daar ook op aan te spreken is. Want we kennen allemaal de verhalen van vrouwen die tussen wal-en-schip vielen of alleen gelaten werden. Natuurlijk niet bij u in de praktijk, maar wel bij de buurpraktijk of in het ziekenhuis. Maar om nu de persoon die dit belangrijke werk doet nu een casemanager te Ik stuurde een bericht aan Prof.
noemen? Ik krijg daar bultjes van en dat geldt ook voor velen van u. In het
Dr. Koos van der Velden, de
decembernummer van dit tijdschrift stond een artikel over het casemanagement
voorzitter van de stuurgroep
van het 2MoVe))-project in Amsterdam die dat zelf een ‘vreselijke term’ vinden.
Zwangerschap en Geboorte en
Het tijdschrift deed daarom een oproep om een betere naam te vinden. Wil van
vroeg hem wat hij vindt van de
Veen schreef: “U moet het zoeken, ergens tussen zaakwaarnemer en mevrouw
term EVA? Zijn reactie luidt als
ooievaar” en verbond er een prijsvraag aan. Inmiddels is de winnaar van de prijsvraag
volgt:
bekend: collega Marjolein Mensink kwam met de naam EVA. Deze letters staan voor
“Beste Angela, ik ben buiten-
Eerst Verloskundig Aanspreekpunt met een knipoog naar de eerste moeder Eva.
gewoon blij met de voorspoedige
Namens het tijdschrift en STBN mag ik Marjolein een cadeaubon uitreiken.
geboorte van EVA, het Eerst
Ik vind het een prachtige term, maar hij gaat pas leven als wij (ook u dus!) deze
Verloskundig Aanspreekpunt,
daadwerkelijk gaan gebruiken. Natuurlijk is het even wennen om de eerste keer
een prachtbaby met een mooiere
tegen een zwangere te zeggen: “Ik ben de komende maanden uw EVA”, maar
naam dan haar (voorlopige)
probeer het eens. Behalve dat u bij het eerste bezoek een brede lach tevoorschijn
ambtelijke voorganger en met
tovert bij die vaak wat nerveuze zwangere, schept het meteen een band.
een belangrijke opdracht. Namelijk, de garantie geven dat
Ik weet dat er ook collega’s zijn die de figuur van de casemanager niet zien
ze staat voor wel en wee van
zitten, zelfs niet als ze EVA heet. Tegen deze collega’s wil ik zeggen: wordt
moeder en kind, alles overziet,
wakker, we leven anno 2011, de adviezen van de stuurgroep worden, behalve
alles regelt of ingrijpt als dat
door de KNOV ook door patiëntenverenigingen, de minister, Tweede Kamerle-
nodig is en voor alles de goede
den, zorgverleners en verzekeraars omarmd. Een EVA, het zorgplan, het huisbe-
aandacht schenkt.
zoek en de continue begeleiding tijdens de baring: als u het niet gaat doen, doet
De bijbelse EVA wordt als moeder
een ander het voor u. Doe het op een wijze die past bij uw visie op verloskunde
van alle leven gezien, dus
en bij uw praktijkvoering. Doe dit het liefst samen met uw collega’s, slagvaardig
mooiere symboliek is nauwelijks
verenigd in een bovenpraktijkse alliantie. Op de komende themabijeenkomsten
denkbaar. Blijf evenwel nuchter,
bespreken we samen hoe dat kan. Komt u ook?
blijf praktisch, en laat EVA zich vooral niet verleiden door
Angela Verbeeten, voorzitter KNOV
verboden vruchten. Met EVA
Reageren op dit verhaal?
heeft verloskundig Nederland
Discussieer mee op het KNOV Forum: een EVA voor elke vrouw is een goed plan.
er een mooi en krachtig symbool
http://leden.knov.nl/forum n
bij. Ik wens haar een gouden toekomst toe.” w.g. Koos van der Velden
TvV maart 2011 • KNOV
7
KNOV
Slagkracht van KNOV-kringen KNOV zet met project Slagkracht toekomst van de kring op de agenda Geert Gerats, Erna Ponds en Mieke Aitink
de KNOV heeft het thema ‘slagkracht van verloskundigen’ in 2009 op de agenda gezet met als doel verloskundigen te stimuleren meer en beter voor zichzelf op te komen. in het kader hiervan zijn enkele mini-symposia georganiseerd en is ook een reeks themabijeenkomsten aan dit onderwerp gewijd. Uit de evaluaties van de managementtrainingen voor kringbestuurders blijkt dat deze in dit verband meer effect hadden. Toch blijft het moeilijk om ‘de toekomst van de kring’ binnen de kringen goed op de agenda te krijgen. Onlangs is de KNOV gestart met het project “slagkracht van KNOV-kringen”. hiermee wil de KNOV aan kringen een steuntje in de rug geven bij het richting geven aan de eigen toekomst.
lijk en individueel gaat het daarbij ook om de vraag hoe verloskundigen omgaan met hun ambities en met hun verschillende rollen en dilemma’s in de combinatie werk en privé. Slagkracht van verloskundigen kan worden opgevat als ‘energiek en doelgericht handelen dat resulteert in het behoud en versterking van de positie van verloskundigen in de geboortezorg’. Slagkracht draagt er aan bij dat verloskundigen zich als relevante partij aan de markt kunnen presenteren, dat wil zeggen aan (potentiele) cliënten, aan ketenpartners en (dus) ook aan mogelijke concurrenten. Als eenpitter of maatschap heb je de kring nodig om de toekomst naar je toe te halen! Wil je dat jouw kring daarmee aan de slag gaat? Meld je dan bij je kringbestuur en zorg dat je kring zich aanmeldt!
slagkracht Het woord ‘slagkracht’ wordt in eerste aanleg geassocieerd
relevante partij op de markt
wordt met begrippen zoals ‘daadkracht’ en ‘energie’.
De tijd dat zorgverleners ‘als vanzelf’ aan hun klanten
Slagkracht wordt omschreven als ‘energiek en doelgericht
kwamen, lijkt voor veel zorgverleners voorbij. Cliënten
Energiek en doelgericht handelen dat resulteert in het behoud en versterking van de positie van verloskundigen in de geboortezorg’. handelen, dat is gericht op het realiseren van een
worden kritischer, het aantal zorgverleners groeit, voor
concreet resultaat’. Slagkracht moet dus gezien worden
de verloskunde is ook van belang, dat het aantal baby’s
in relatie tot het beoogde resultaat. Zo kan ‘commerciële
afneemt. In de verloskundige markt heeft het fenomeen
slagkracht’ omschreven worden als ‘energiek en doel-
van de concurrentie haar intrede gedaan, voor veel verlos-
gericht handelen teneinde markten/klanten te binden’.
kundigen een revolutionaire verandering. Omgaan met
Om gestelde doelen te bereiken is het niet genoeg om
concurrentie betekent ondernemen en vraagt om een
vakinhoudelijk sterk te zijn. Het gaat er ook om hoe
strategische aanpak. Deze aanpak moet in een visie
betrokkenen hun boodschap brengen en hoe zij zichzelf
ingebed zijn, waarin de verloskundige helder aangeeft
daarbij presenteren. Hoe zorgen verloskundigen er (bij
hoe zij haar zorg in deze tijd en onder de huidige omstan-
voorbeeld) voor, dat zij gezien en gehoord worden in de
digheden en voorwaarden vorm geeft en aanbiedt. Deze
hele keten rond geboortezorg? Hoe krijgen zij meer
visie is mede gebaseerd op een helder inzicht in de
invloed op de gang van zaken in de keten? Meer persoon-
kansen en bedreigingen waarmee de verloskundige zich geconfronteerd ziet. Op basis hiervan wordt een strategie
Dr. G.E. Gerats is hoofd Kwaliteit a.i., E. Ponds is trainer en
geformuleerd waarmee zij haar positie in de keten van
M. Aitink is beleidsmedewerker bij- en nascholing.
geboortezorg zeker stelt. Deze strategie gaat niet alleen
Meer informatie:
[email protected]
over de zorg en over de zorgproducten, maar ook over
8
TvV maart 2011 • KNOV
KNOV de realisatie daarvan en over de samenwerking met
beter te kunnen voorzien in de behoefte van cliënten
relevante partijen in de markt.
aan complexe zorg, bijvoorbeeld als er sprake is van comorbiditeit (obesitas, depressieve klachten);
samenwerking
• met zorgverleners in de tweede lijn, bijvoorbeeld om de
Samenwerking is een essentieel element in het verder
kwaliteit van de risicoselectie te optimaliseren, om
ontwikkelen van de slagkracht van verloskundigen. Alleen
zorgplannen inhoudelijk af te stemmen, om afspraken
met een duurzame samenwerking zullen verloskundigen
over overdracht te maken, om de kwaliteit van de zorg
zich in de markt kunnen handhaven. Deze samenwerking
af te stemmen en gezamenlijk protocollen te ontwikke-
moet op verschillende niveaus gestalte krijgen:
len en ten slotte ook om gezamenlijk op te trekken bij
• met andere verloskundigen binnen de praktijk, bijvoor-
de perinatale audits.
beeld om een goede verdeling van taken te realiseren, rekening houdend met individuele kwaliteiten, privé-
In het overzicht worden de posities en gedragingen op de
omstandigheden en belastbaarheid;
verschillende werkniveaus weergegeven, te beginnen bij
• met andere praktijken binnen de kring, bijvoorbeeld om
de individuele verloskundige.
gezamenlijk nieuwe zorgproducten te ontwikkelen, zoals
individuele competenties
centra voor screening en versies, geboortecentra e.d.; • met en binnen de kring als één geheel, bijvoorbeeld om
Verloskundigen, praktijken en kringen met veel slagkracht
gezamenlijk een sterkere positie te ontwikkelen in
zijn beter in staat om tijdig en op de juiste wijze te
strategisch belangrijke overleggen met andere partijen,
anticiperen op veranderingen, die continu plaatsvinden
zoals de verloskundige samenwerkingsverbanden (VSV),
binnen het eigen speelveld. Zij zijn daardoor ook beter in
de Centra voor Jeugd en Gezin (CJG), de commissies
staat om hun eigen ambities en doelstellingen te
van overleg met zorgverzekeraars (CVO) en gezamenlijk
realiseren. Het realiseren van succesvolle samenwerking is
overleg met kraamzorgorganisaties;
noodzakelijk om de toekomst ‘naar binnen’ te halen,
• met andere zorgverleners in de eerste lijn teneinde
maar vereist slagkracht van alle betrokken verloskundigen. Slagkracht begint altijd bij de individuele verloskundige. Slagkracht lijkt op de door Steven Covey[2010] gebruikte term ‘effectief leidinggeven’. Slagkracht en ook effectief leiderschap hebben tenminste drie kenmerken: • een onafhankelijke opstelling, waarbij het stellen van doelen niet aan anderen wordt overgelaten: onafhankelijke mensen handelen vanuit hun eigen kern en laten zich niet beïnvloeden door wat anderen doen. Zij nemen het initiatief, koersen doelbewust op eigen doelen af en stellen prioriteiten. Onafhankelijke mensen houden zaken bij zichzelf en geven geen andere factoren de schuld. Onafhankelijke mensen kenmerken zich door hun proactiviteit, hun doelgerichtheid (“begin met het eind voor ogen”) en door hun vermogen om prioriteiten te stellen; • effectief samenwerken: door te denken in termen van win-win, door wederzijds begrip en inlevingsvermogen (“eerst begrijpen, dan pas begrepen worden”) kiezen deze mensen steeds voor de ‘beste’ manier van samenwerken. • In staat en bereid zijn om permanent te leren en anderen te inspireren. Naast analytische vaardigheden, nodig voor onderzoek
© Nationale beeldbank
van kansen en bedreigingen, zijn derhalve ook persoonlijke competenties en vaardigheden noodzakelijk om slagkracht te ontwikkelen.
project slagkracht KNOV-kringen Met het project ‘Slagkracht’ wil de KNOV kringen een TvV maart 2011 • KNOV
9
KNOV Niveau
Gewenste positie of gedrag
Bezinning op / Wat is er nodig
7 (Inter)nationaal …
… wordt de unieke organisatie van de
Sluit de huidige organisatie in zorg nog
Nederlandse geboorteketen gekend en
aan op maatschappelijke ontwikkeling
erkend.
en uitkomsten van onderzoek?
… is landelijk branchepartner in de
Visie ontwikkelen op integrale geboorte-
verloskundige keten en wordt als
zorg. Waar staat de verloskundige voor,
volwaardige gesprekspartner erkend,
wat is de positie in de verloskundige
betrokken en gehoord. Wordt gevoed
keten. Bezinning op strategie naar de
en gedragen door de kringen.
toekomst; opbouw organisatie landelijk
6 Landelijke initiatieven: de KNOV
en in het werkveld. Verhouding en samenwerking landelijk bureau en de kringen en maatschappen herijken. Afstemming met achterban: kringen en praktijken.
5 Samenwerking tussen 1e en 2e lijn(s verloskundigen)…..
….. blijkt uit professionele samen-
Onderzoeken gezamenlijke belangen
werking binnen en buiten VSV-verband.
van 1e en 2e lijn: strategie richten op
De ‘natuurlijke/fysiologische verlos-
gezondheid, veiligheid én verantwoor-
kunde’ is in 1e en 2e lijn helder
delijkheid (autonomie) van de klant.
gepositioneerd.
Inzicht in en bezinning op goede initiatieven (best practices). (ROOS, In Zwang).
4 Lokale/regionales amenwerkingsverbanden
3 De KNOV-kring ...
… (verloskundigen onderling en met
Wat is al gerealiseerd. Echocentrum,
andere zorgverleners in de eerste lijn)
VSV, Geboortecentra? Waar liggen
weten zich helder te positioneren in de
kansen en is nog meer samenwerking
geboorteketen.
mogelijk, ook met andere disciplines.
… is slagvaardig en in staat zich te
Hoe slagkracht vergroten? Belang van
positioneren in de regionale verlos-
de kring is hoog, inzet van de leden is
kundige keten. Speelt in op actuele
vaak matig. Ondersteuning kringen door
ontwikkelingen in de zorg en behartigt
project slagkracht.
de belangen van haar leden.
Kringen meer onderdeel maken van de KNOV, verlengstuk van het landelijk bureau: benutten voor ontwikkelen en uitvoeren van beleid.
2 De verloskundige praktijk/ maatschap ...
… is competent en ontwikkelt strate-
Vastleggen visie/missie praktijk. Onder-
gieën (alleen, met andere praktijken
zoeken welke onderneming hierbij past.
of in de kring) om op nieuwe ontwikke-
Welke ontwikkelingen, hoe sterk zijn
lingen in de zorg te anticiperen. Weet
we? Welke strategie, welke organisatie
als onderneming een duidelijke positie
is nodig en hoe vullen we dan de zorg
te kiezen, zowel intern als extern.
in. Maatschapstaken verdelen en onderzoeken welke kwaliteit past bij welke taak. Waar is samenwerking noodzakelijk?
1 Verloskundige … 10
TvV maart 2011 • KNOV
…. heeft een positie die zoveel mogelijk
Werken aan persoonlijke effectiviteit:
aansluit bij haar wensen en persoonlijke
Wie ben ik? Wat wil ik? Wat kan ik?
competenties.
Wat motiveert mij, hoe positioneer ik mij?
KNOV steuntje in de rug geven bij het gezamenlijk vorm geven
traject geëvalueerd door middel van een evaluatie-
aan hun toekomst. Nadrukkelijk sluit het project aan bij
formulier en een groepsbespreking.
de actuele stand van zaken: kringen die al wat verder zijn, worden op een andere manier geholpen dan kringen die
Uiteraard zijn aan deze stappen kosten verbonden. De
nog in de beginfase van deze belangwekkende verande-
KNOV wil een deel hiervan als stimulans voor haar rekening
ring zitten. In het kort omvat het project vier stappen:
nemen. Bovendien is bij het Kwaliteitsregister een aanvraag
1. Met het kringbestuur vindt een intake van twee uur
ingediend voor accreditatie van de besteedde uren.
plaats, waarbij wordt geïnventariseerd waar de kring nu staat en wat er intern en extern speelt. 2. Vervolgens wordt er een brainstorm met de gehele
Tenslotte Deze aanpak sluit heel nauw aan bij de sinds 2007 door
kring georganiseerd van één dagdeel, waarbij een
de KNOV verzorgde managementtraining voor kring-
gezamenlijke ‘diagnose’ van de stand van zaken wordt
bestuurders. In eerste instantie worden dan ook kringen
gemaakt en een gezamenlijk beeld wordt ontwikkeld
geworven, waarvan de bestuursleden aan deze training
van wat de kring wil en hoe dat gerealiseerd moet
deelnamen. Het project “Slagkracht” is dan op te vatten
worden. Ook wordt op deze dag een agenda voor de
als een tweede impuls om de kring tot volledige wasdom
strategiesessie vastgesteld.
te brengen. Deelname aan dit project levert een aantal
3. Tijdens een strategiesessie met de hele kring van een
voordelen op. Er ontstaat een duidelijk beeld van wat de
hele dag bepaalt de kring de gewenste toekomst en
leden van de kring verwachten, c.q. wat de missie van de
wat er nodig is om deze toekomst te realiseren.
kring is. Ook is duidelijk welke knelpunten de kringleden
Onderwerpen die hierin behandeld worden zijn onder
in het functioneren van de kring ervaren en hoe deze
meer: de persoonlijke drijfveren van verloskundigen en
opgelost moeten worden. Voor de eerstkomende periode
de belangen van praktijken; de gezamenlijke kring-
zijn een aantal concrete acties benoemd en zijn ook de
ideologie of missie; visie op ontwikkelingen waarmee
eerste besluiten genomen over de uitvoering daarvan.
de kring heeft te maken; positie van de kring over drie
Tenslotte wordt ook duidelijk wat u van de deelnemende
jaar en strategieën hoe daar te komen; samenwerking
verloskundigen kunt verwachten, op welke wijze zij zich
om deze strategieën te realiseren; bijdrage van elk
verbinden aan het realiseren van de verwachte resultaten.
kringlid en bezielend participeren. 4. Tijdens een korte terugkomdag wordt met de kring bekeken hoe de afgesproken strategieën werken en
Steven R. Covey (2010) “De zeven eigenschappen van effectief leidinggeven”. Amsterdam, Amstel Uitgevers n
© Nationale Beeldbank
waar bijsturing gewenst is. Ook wordt dan het hele
TvV maart 2011 • KNOV
11
KNOV
Vraag van de maand De 30 weken echo Gemiddeld worden er zo’n 200 vragen per maand gesteld aan de helpdesk. in deze rubriek wordt iedere keer een interessante, veelgestelde, opmerkelijke of ingewikkelde vraag behandeld. Komt er nu wel of niet een standaard 30 weken echo? Op 14 december 2010 stuurde minister Schippers van VWS een brief naar de Tweede Kamer over de te nemen maatregelen rond de hogere babysterfte. In deze brief staat over de 30 weken echo het volgende: ‘Aan het verbeteren van de risicoselectie draagt mogelijk ook een extra echo in het derde trimester van de zwangerschap bij. Binnen het ZonMw programma zwangerschap en geboorte zal verder onderzoek in de vorm van zorgexperimenten gedaan worden om de effectiviteit en noodzaak van een extra echo te bezien.’ De volledige brief van de Minister is te lezen op de ledensite door te klikken op de banner ‘Aanbeveling Stuurgroep: Een goed begin’(aan de rechterkant) op de homepage. De KNOV is betrokken bij multidisciplinaire initiatieven naar de effectiviteit van de 30 weken echo. Een standaard 30 weken echo is echter op dit moment zeker nog geen aanbevolen zorg.
Update Groeivertraging. Een belangrijk onderdeel van deze richtlijn zijn de diagnostische mogelijkheden om groeivertraging in de eerste lijn op te sporen. Naar verwachting zal de richtlijn in 2012 uitkomen. n
© Bionda Heeringa
De KNOV is bezig met het ontwikkelen van de Richtlijn
Belangrijke mededeling De Europese Commissie heeft nieuwe regels opgesteld met betrekking tot medische gassen. De belangrijkste wijziging is dat zuurstofcilinders die voor vulling worden aangeboden en geen restdrukafsluiter hebben apart behandeld moeten worden. Van deze cilinders moet de afsluiter verwijderd worden en de cilinder inwendig worden geïnspecteerd en speciaal gereinigd. Gezien de kosten hiervan hebben de zuurstofleveranciers besloten alle cilinders, zowel ruil als nieuw, van een afsluiter te voorzien die ervoor zorgt dat er restdruk achterblijft in de cilinder. De kosten hiervan worden gedragen door de leverancier. Helaas zijn de Weinmann reduceerventielen, die nog in omloop zijn, niet geschikt voor deze nieuwe afsluiter en bestaat er een reële kans dat het systeem gaat lekken. Indien u een Weinmann reduceerventiel heeft en u bestelt een nieuwe zuurstof(ruil)cilinder dan wordt het u dringend aangeraden ook het reduceerventiel te vervangen. doet u dit niet dan gaat u met een onveilige set op pad! Gebruikt u een Weinmann reduceerventiel? Neemt u dan contact op met uw leverancier! n 12
TvV maart 2011 • KNOV
WETENSCHAP
Audit ernstige maternale morbiditeit in Nederland Jeroen van Dillen,Jeanette A.J.M. Mesman, Joost J. Zwart, Kitty W.M. Bloemenkamp, Jos van Roosmalen
doel
patiëntendossier kon worden verkregen. Substandaard
Het beschrijven van audit van ernstige maternale morbidi-
zorg werd geïdentificeerd naar het oordeel van de
teit in Nederland, waarbij zowel het proces van audit, als
meerderheid van de panelleden.
enkele mogelijke verbeterpunten worden geïllustreerd.
resultaten Opzet
Substandaard zorg werd geïdentificeerd bij bijna 80%
Descriptief auditonderzoek.
van de besproken casuïstiek. Specifieke aanbevelingen werden geformuleerd betreffende het proces van audit,
Methoden
alswel betreffende implementatie van lokale en nationale
Acht auditbijeenkomsten werden gehouden over casussen
richtlijnen.
van ernstige maternale morbiditeit, geselecteerd uit een prospectief, populatiegebaseerd cohortonderzoek onder
conclusie
alle 98 verloskundeafdelingen in Nederland. Voor aanvang
Audit verdient zowel nationaal als lokaal een belangrijke
van iedere bijeenkomst werden details van de casuïstiek
plaats in de Nederlandse verloskunde. Kwaliteitsverbete-
verstuurd naar panelleden voor individuele analyse.
ring is veelal mogelijk zonder grote veranderingen in het
Tijdens de plenaire bijeenkomst werden de bevindingen
systeem, met name door optimaliseren van bestaande
besproken, waarbij meer gedetailleerde informatie uit het
richtlijnen en de implementatie daarvan.
Moedersterfte – het overlijden van een vrouw tijdens
eerst geïntroduceerd in dit Tijdschrift[8]. In een landelijke
zwangerschap, bevalling of kraambed – is in Nederland
studie werd gevonden dat minstens 0,71% van alle
tegenwoordig zeldzaam, hoewel de incidentie het
zwangerschappen in Nederland wordt gecompliceerd
afgelopen decennium licht is gestegen . Aangezien
door SAMM[8,9]. Naast moedersterfte, zou SAMM dan ook
moedersterfte vaak wordt gezien als het topje van de
als indicator van de kwaliteit van obstetrische zorg moeten
ijsberg, wordt internationaal ook steeds meer gekeken
worden gebruikt, zeker in die landen waar moedersterfte
naar ernstige maternale morbiditeit (‘severe acute
weinig voorkomt.
[1]
maternal morbidity’; SAMM)
. In 2009 is dit voor het
[2-7]
Het nader analyseren van SAMM door middel van audit van de geleverde zorg is een geschikte manier om
Dr. J. van Dillen, gynaecoloog, UMC St Radboud, afd. Verloskunde
substandaard zorg te identificeren, en waar mogelijk te
en Gynaecologie, Nijmegen;
verbeteren[10]. Obstetrische audit staat momenteel in de
Mw. J.A.J.M. Mesman, klinisch verloskundige; dr. J.J. Zwart,
belangstelling in het kader van de relatief hoge perinatale
arts-assistent in opleiding tot gynaecoloog; dr. K.W.M. Bloemen-
sterfte in Nederland en de adviezen van de stuurgroep
kamp, gynaecoloog-perinatoloog; prof. dr. J. van Roosmalen,
‘Zwangerschap en geboorte’. Het betreft echter tot op
gynaecoloog-perinatoloog (tevens: VU Medisch Centrum, afd.
heden met name perinatale audit, die gericht is op
Metamedica, Amsterdam), Leids Universitair Medisch Centrum,
neonatale in plaats van maternale uitkomsten[11,12].
afd. Verloskunde en Gynaecologie, Leiden.
In deze studie beschrijven we de introductie van SAMM-
Contactpersoon: dr J. van Dillen (
[email protected]).
audit in Nederland, waarbij zowel het proces van audit als enkele mogelijke verbeterpunten in de obstetrische zorg
Dit onderzoek werd eerder gepubliceerd in British Journal of Ob-
in de eerste lijn aan de orde komen.
stetrics and Gynaecology(2010;117:416-21) met de titel ‘Introducing maternal morbidity audit in the Netherlands.
patiënten en methoden Deze studie was onderdeel van een grote nationale
Het Nederlandstalige artikel stond eerder in het NTvG van 2011;
cohortstudie naar ernstige maternale morbiditeit genaamd
155:A2541
‘Landelijke studie naar etnische determinanten van TvV maart 2011 • KNOV
13
WETENSCHAP maternale morbiditeit in Nederland’ (LEMMoN). Het doel
de ernstige casussen geselecteerd (gedefinieerd als:
van de LEMMoN-studie was inzicht te krijgen in de mater-
≥ 8 eenheden bloedtransfusie nodig en IC-opname,
nale morbiditeit, in de risicofactoren voor ernstige maternale
hysterectomie of embolisatie).
morbiditeit en de frequentie daarvan in Nederland. Ook factoren die wezen op tekortschietende zorg – zogenoemde
Auditbijeenkomsten
‘substandaard zorgfactoren’ – die een rol speelden bij de
Het panel bestond voor elke audit uit: de betrokken
morbiditeit en mortaliteit, werden onderzocht. De
clinici, leden van het LEMMoN-adviesteam en – vanwege
methoden die bij de studie gebruikt werden, zijn reeds
hun uitgebreide ervaring met audit – leden van de
uitvoerig beschreven[8,9].
commissie ‘Maternale sterfte’ van de Nederlandse
Vanaf 2005 werden door heel Nederland acht audit-
Vereniging van Obstetrie en Gynaecologie (NVOG).
bijeenkomsten georganiseerd. De bijeenkomsten
Het aantal panelleden varieerde per audit van 8-23 (zie
betroffen regionaal of nationaal geselecteerde casussen
tabel 1) en zij werden zodanig geselecteerd dat tijdens
van SAMM en specifieke onderwerpen zoals eclampsie,
elke audit verschillende disciplines, zowel uit universitaire
haemorrhagia post partum (HPP) en SAMM na bevalling
als niet-universitaire ziekenhuizen, aanwezig waren, waar-
onder verantwoordelijkheid van de eerste lijn (verloskun-
onder: gynaecologen, arts-assistenten, verloskundigen, een
dige of huisarts) (zie tabel 1).
internist, een kinderarts-epidemioloog en een medisch
Tabel 1 Karakteristieken van 8 auditbijeenkomsten waarin voor verschillende locaties casussen van ‘severe acute maternal morbidity’ (SAMM) werden getoetst op vóórkomen van tekortschietende zorg, zogenaamde ‘substandaard zorg’
Uit een pilot-audit in 2005 werd geconcludeerd dat de
antropoloog. In elke bijeenkomst hadden minstens enkele
gegevens uit de LEMMoN-studie een goede indruk geven
panelleden ervaring met obstetrische audit.
van het vóórkomen van ernstige maternale morbiditeit in
Tijdens een auditbijeenkomst werden 8-14 casussen
Nederland.
14
[13]
Tevens bleek aangeleverde informatie
besproken. Geanonimiseerde data van de LEMMoN-
betreffende de casuïstiek over het algemeen voldoende
studie werden naar de individuele panelleden verstuurd;
voor een adequate beoordeling en voor identificatie van
zij bevatten onder andere een samenvatting van het
substandaard zorgfactoren[13].
dossier, een uitdraai van de bevalling, met laboratorium-
Tijdens een audit van casussen van eclampsie in Delft,
resultaten en eventueel een operatieverslag, en een
werd in eerste instantie nationaal geselecteerde casuïstiek
ontslagbrief. Elk panellid werd gevraagd de casussen
besproken, zonder dat de clinici (de verloskundige of
individueel te analyseren op substandaard zorg middels
gynaecoloog die betrokken waren geweest bij de
een gestandaardiseerd auditformulier, ontworpen door
casussen) hierbij aanwezig waren. Omdat bleek dat veel
de NVOG-commissie ‘Maternale sterfte’.
vragen onbeantwoord bleven, werden twee extra audit-
Substandaard zorg kon op drie niveaus aangegeven
bijeenkomsten georganiseerd in Zwolle en Amsterdam,
worden: gerelateerd aan de patiënt, de hulpverlener en
met aanwezigheid van de betrokken clinici. Van deze
de organisatie van de zorg. De casuïstiek werd vervolgens
drie bijeenkomsten worden de resultaten hier bij elkaar
plenair besproken in een gezamenlijke auditbijeenkomst,
genomen.
waarbij discussie mogelijk was over substandaard zorg.
Met betrekking tot de HPP-audit na bevalling onder
Tijdens deze auditbijeenkomsten was het mogelijk extra
verantwoordelijkheid van de eerste lijn, werden alleen
informatie te krijgen van de aanwezige direct betrokkenen
TvV maart 2011 • KNOV
WETENSCHAP of uit de medische status. Na evaluatie van elke casus
aanbevelingen die vanuit de verschillende auditbijeen-
werd getracht consensus te bereiken onder de aanwezige
komsten werden aangereikt, staan vermeld in tabel 2.
panelleden voor wat betreft substandaard zorg. Aan- of afwezigheid van substandaard zorg werd vastgesteld bij
Van vijf auditbijeenkomsten (53 casussen) was een
een meerderheid van stemmen.
ingevuld auditformulier aanwezig. Het merendeel van de substandaard zorgitems (933/1223; 76,3%) werd op het
Substandaard zorg
niveau van de hulpverleners geïdentificeerd (zie tabel 3).
Voor de beoordeling van substandaard zorg werd zo veel mogelijk gebruik gemaakt van NVOG-richtlijnen. Daar-
Van de 358.874 partussen beviel de vrouw in 59,4% in
naast werden de protocollen van de betreffende zieken-
het ziekenhuis onder verantwoordelijkheid van de tweede
huizen gebruikt. Wanneer zowel een richtlijn als een
lijn (gynaecoloog of klinisch verloskundige) en 40,6%
ziekenhuisprotocol ontbrak, werd het ‘best practice’-
onder verantwoordelijkheid van de eerste lijn (verloskun-
criterium gehanteerd. Hierbij werd de zorg vergeleken
dige of huisarts), waarvan 75% thuis. Van de 2552
met de zorg zoals gebruikelijk binnen de beroepsgroep,
SAMM-casussen, waren 227 (1,6/1000) geïncludeerd na
bij voorkeur gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek of
bevalling onder verantwoordelijkheid van de eerste lijn,
op basis van de mening van een hulpverlener met ruime
154 (1,4/1000) na thuisbevalling en 73 na poliklinische
ervaring op het specifieke gebied (‘expert opinion’).
partus (2,3/1000). In twee auditbijeenkomsten werden 17
Substandaard zorg werd gedefinieerd als zorg, die in
casussen besproken na bevalling onder verantwoordelijk-
ongunstige zin afweek van bovengenoemde criteria.
heid van de eerste lijn (7,5%).
Tijdens elke auditbijeenkomst werd expliciet benadrukt dat de discussie in een veilige omgeving plaatsvond,
Audit eerstelijns zorg
waarbij het primaire doel kwaliteitsverbetering was en dat
SAMM door HPP
het identificeren van substandaard zorg geen medische of
Van de 1606 casussen van SAMM ten gevolge van HPP
juridische consequenties kon hebben. Ten slotte werd na
waren er 140 (8,7%) na een thuisbevalling. Negen
elke audit de informatie van elke casus ingenomen en
casussen (6,4%) van HPP waren ernstig en werden door
vernietigd.
24 panelleden geanalyseerd (zie tabel 1)[15]. Substandaard zorg werd door het merendeel van de panelleden
resultaten
geïdentificeerd bij 8 casussen (8/9; 88,9%) en inadequate
De LEMMoN-studie representeert 358.874 bevallingen en 2552 casussen van SAMM (7,1/1000 partussen)
.
[8,9]
risicoselectie bij vier casussen (4/9; 44,4%). Substandaard zorgitems werden bij 34,6% geïdentificeerd op het
Tijdens de acht auditbijeenkomsten werden 67 SAMM-
niveau van de eerstelijns zorgverlener. Bij 18,6% werd
casussen beoordeeld (2,6%), waarbij substandaard zorg
substandaard zorg geïdentificeerd met betrekking tot
werd geïdentificeerd bij 53 casussen (79,1%). De
de behandeling van HPP in de eerste of tweede lijn.
Tabel 2 Geselecteerde aanbevelingen aangereikt vanuit 8 auditbijeenkomsten die als doel kwaliteitsverbetering van zorg hadden, waarin casussen van ‘severe acute maternal modrbidity’ (SAMM) werden getoetst op vóórkomen van substandaard zorg
TvV maart 2011 • KNOV
15
WETENSCHAP Specifieke aanbevelingen werden geformuleerd betref-
Beschouwing
fende de risicoselectie en het tijdig verwijzen naar het
Audit en substandaard zorg
ziekenhuis (zie tabel 2).
Bij bijna 80% van de casussen van ernstige maternale morbiditeit werd substandaard zorg geïdentificeerd, met
Tabel 3 Uitkomsten van 53 ingevulde auditformulie-
name op het niveau van de hulpverlener. Voor optimale
ren uit 5 auditbijeenkomsten waarin casus-
audit is vaak het complete patiëntendossier nodig, al dan
sen van ‘severe acute maternal morbidity’
niet toegelicht door de direct betrokken hulpverleners.
(SAMM) werden getoetst op vóórkomen van
In principe hoort gedocumenteerde informatie de basis
substandaard zorg, uiteengezet tegen de
te vormen van audit. Gebrek aan goede gedetailleerde
verschillende substandaard zorgitems (1223
informatie uit het patiëntendossier dient dus eveneens
in totaal)
als substandaard zorg te worden gezien. Welke informatiebronnen gebruikt worden is een punt van aandacht voor de organisatie van toekomstige obstetrische audit. Door de plenaire discussie nam de identificatie van substandaard zorg toe. Hoewel dit zichtbaar was in alle audits, was dit met name opvallend tijdens de pilot-audit (een stijging van 43% na audit door individuele panelleden, tot 86% na de panelbijeenkomst) [Dillen Jv et al, 2006]. De toename in identificatie van substandaard zorg kan verklaard worden door de methode van audit (‘open audit’), de aanwezigheid van aanvullende informatie via het patiëntendossier en een leercurve voor audit. Er werd bewust gebruik gemaakt van de zogenaamde ‘open audit’ in plaats van ‘criterion based audit’ (zie uitlegkader). Hoewel ‘open audit’ meer tijd kost en wellicht ook minder objectief is, geeft het ook de mogelijkheid om onvoorziene substandaard zorg te identificeren en om te discussiëren over wat de standaard van zorg is, in afwezigheid van een richtlijn. Voorbeelden hiervan zijn een discussie over medicatiegebruik in de eerste lijn (zoals misoprostol) en de protocollen betreffende ambulancevervoer. De aanbevelingen van een ‘open audit’ kunnen worden gebruikt bij de implementatie van nieuwe of herziene
SAMM door eclampsie of HELLP-syndroom
richtlijnen, die aansluitend kunnen dienen voor toekom-
Van 239 SAMM-casussen ten gevolge van eclampsie
stige ‘criterion based audit’, zoals bijvoorbeeld gebeurde
of ernstig ‘haemolysis, elevated liver enzymes, low
voor het gebruik van magnesiumsulfaat voor de preventie
platelets’(HELLP)-syndroom, waren 8 casussen (3,3%)
van eclampsie[14].
begeleid door de eerste lijn en geanalyseerd door 18 panelleden. Substandaard zorg werd door de meerder-
Eclampsie
heid geïdentificeerd bij vijf casussen (5/8; 62,5%) en
De incidentie van ernstige maternale morbiditeit ten
inadequate risicoselectie werd door een minderheid van
gevolge van hypertensieve aandoeningen in Nederland is
de panelleden geïdentificeerd bij vier casussen (16,7-
hoog in vergelijking met de ons omringende landen[14].
44,4% van de panelleden) [16]. Substandaard zorgitems
Pre-eclampsie is de belangrijkste oorzaak van maternale
werden bij 31,2% geïdentificeerd op het niveau van de
mortaliteit in Nederland. Gedurende de periode 2000-
eerstelijns zorgverlener. Bij 28,1% werd substandaard
2004 werd substandaard zorg bij 96% (26/27) van de
zorg geïdentificeerd, met betrekking tot de behandeling
maternale sterftes ten gevolge van pre-eclampsie
van (pre-)eclampsie in de eerste of tweede lijn. Specifieke
geïdentificeerd[17]. Het verbeteren van de behandeling van
aanbevelingen werden geformuleerd betreffende de
ernstige maternale morbiditeit is in deze subgroep dan
diagnostiek en behandeling van pre-eclampsie (zie tabel 2).
ook van groot belang, onder meer omdat pre-eclampsie dan in een vroeger stadium kan worden behandeld en de zwangerschap eventueel eerder kan worden beëindigd.
16
TvV maart 2011 • KNOV
WETENSCHAP In 2005 is de NVOG-richtlijn ‘Zwangerschapshypertensie’
patiënt al naar de tweede lijn te verwijzen indien de
herzien. Naast de diastolische ondergrens wordt nu ook
placenta binnen 30 minuten nog niet is geboren[19].
een systolische ondergrens voor de behandeling van
Ten slotte is voor de eerste lijn een speciale, op de
hypertensie in de zwangerschap aanbevolen (http://
MOET-cursus gebaseerde calamiteitentraining ontwikkeld.
nvog-documenten.nl/index.php). Tevens is door de
Bijna de helft van de eerstelijns verloskundigen heeft deze
kwaliteitscommissie van de NVOG een standaard
cursus acute verloskunde eerste lijn (CAVE!; www.hotabc.
medische audit ‘Zwangerschapshypertensie’ ontwikkeld.
nl/nl/hoofdpagina/1) reeds gevolgd en momenteel wordt het klinisch effect hiervan onderzocht.
Haemorrhagia post partum De helft van alle casussen van ernstige maternale
conclusie
morbiditeit betreft HPP. Dit is tevens de 4e oorzaak van
Audit van maternale en perinatale morbiditeit en
directe maternale sterfte in Nederland
. Het relatief lage
[1,9]
mortaliteit verdient een belangrijke plaats in de
overlijdensrisico door HPP van 1/201 (vergeleken met
Nederlandse verloskunde. Kwaliteitsverbetering is veelal
1/53 voor alle SAMM-casussen) wordt waarschijnlijk
mogelijk zonder grote veranderingen in het systeem aan
mede verklaard door de goede infrastructuur voor
te brengen, maar met name door het verbeteren van
bloedtransfusies in Nederland. De risico´s van een
bestaande multidisciplinaire richtlijnen en het verbeteren
bloedtransfusie tijdens de reproductieve periode moeten
van de implementatie daarvan.
echter niet worden onderschat.
Audit dient daarom een standaard onderdeel te zijn van
Audit van de HPP-casussen toonde dat er veel ruimte voor
het verloskundig samenwerkingsverband in elke regio.
verbetering bestaat in reductie van vertraging van diagnostiek en behandeling. Het verdient dan ook
Uitleg
aanbeveling dat dit wordt gestimuleerd door middel van
Audit
multidisciplinaire training op obstetrische calamiteiten[7,18].
Audit is een beproefde manier om de kwaliteit van zorg
De internationale ‘Managing obstetric emergencies and
te toetsen en te verbeteren. ‘Open audit’ wil zeggen het
trauma’(MOET)-cursus is in Nederland geïntroduceerd in
bespreken van de gebeurtenissen in specifieke casussen
2003. Deelnemers worden tijdens deze cursus aange-
zonder voorafgestelde criteria, in tegenstelling tot ‘criterion
spoord om lokaal multidisciplinaire trainingen te initiëren.
based audit’ waarbij wordt besproken of voldaan is aan
Een recente enquête gaf aan dat minstens 29% van
voorafgestelde criteria die voor de specifieke casussen
alle ziekenhuizen met een verloskundeafdeling deze
gelden, uit bijvoorbeeld een richtlijn of protocol.
trainingen reeds heeft geïmplementeerd en dat 22% dit binnenkort van plan is (informatie gekregen van A.
leerpunten
Dijkman, gynaecoloog Delft, presentatie Gynaecongres
• Ernstige maternale morbiditeit compliceert 7,1 per
op 12 november 2010). Ook voor HPP heeft de NVOG een standaard auditformulier ontwikkeld voor lokale audit van de geboden zorg.[19]
1000 bevallingen in Nederland. • Audit is een beproefde manier om de kwaliteit van zorg te toetsen en te verbeteren.
Binnenkort starten implementatiestudies ter evaluatie van
• Bij 4 op de 5 geanalyseerde casussen van ernstige
de MOET-cursus en de NVOG-richtlijn ‘Haemorrhagia post
maternale morbiditeit werd substandaard zorg
partum’
[20]
.
geïdentificeerd. • Kwaliteitsverbetering is veelal mogelijk zonder grote
Eerstelijns zorg algemeen
veranderingen in het systeem, met name door het
Het lagere risico op SAMM na begeleiding in de eerste lijn
optimaliseren van bestaande richtlijnen en de imple-
(zowel thuis als poliklinisch) kan gezien worden als een
mentatie daarvan. n
bevestiging van een goed functionerend systeem van risicoselectie. Echter, ook hier is ruimte voor verbetering,
literatuur
onder andere omdat in bijna de helft van de geanalyseerde
1. Schutte JM, Steegers EA, Schuitemaker NW, et al; Netherlands Maternal Mortality
casussen de risicoselectie inadequaat bleek.
Committee. Rise in maternal mortality in the Netherlands. BJOG. 2010;117:399-406
In Nederland wordt pas gesproken van een ‘vastzittende placenta’ indien deze langer dan 60 min na de geboorte
Medline.doi:10.1111/j.1471-0528.2009.02382.x 2. Drife JO. Maternal “near miss” reports? BMJ. 1993;307:1087-8 Medline. doi:10.1136/bmj.307.6912.1087
van het kind nog vast zit aan de baarmoederwand, in
3. Mantel GD, Buchmann E, Rees H, Pattinson RC. Severe acute maternal mor-
afwezigheid van ruim bloedverlies. Bij 90% van de aterme
bidity: a pilot study of a definition for a near-miss. BJOG. 1998;105:985-90.
zwangerschappen wordt de placenta echter binnen
doi:10.1111/j.1471-0528.1998.tb10262.x 4. Saving Mothers’ Lives. Reviewing maternal deaths to make motherhood safer –
15 min geboren[21]. Om de vertraging bij HPP na een
2003-2005. The Seventh report of the Confidential Enquiries into Maternal Deaths in
thuisbevalling te verminderen, adviseren ook wij om de
the United Kingdom. London, CEMACH, 2007.
TvV maart 2011 • KNOV
17
WETENSCHAP 5. Brace V, Penney G, Hall M. Quantifying severe maternal morbidity: a Scottish population study. BJOG. 2004;111:481-4 Medline. doi:10.1111/j.1471-0528.2004.00101.x 6. Waterstone M, Bewley S, Wolfe C. Incidence and predictors of severe obstetric
Audit: essentieel, maar
morbidity: case-control study. BMJ. 2001;322:1089-93 Medline. doi:10.1136/ bmj.322.7294.1089 7. Van Roosmalen J, Zwart J. Severe acute maternal morbidity in high income countries.
Simone E. Buitendijk en Joris A.M. van der Post
Best Prac Res Clin Obstet Gynaecol 2009 Feb 10 8. Zwart JJ, JM (Annemiek) Richters, Ferko Öry, Johanna IP de Vries, Kitty WM Bloemenkamp en Jos van Roosmalen. Ernstige maternale morbiditeit tijdens zwangerschap,
Audit is een instrument om kwaliteitsverbetering van zorg
bevalling en kraambed in Nederland. Ned Tijdschr Geneeskd. 2009;153:691-7 Medline.
te bewerkstelligen. Een audit maakt duidelijk hoe vaak
9. Zwart JJ, Richters JM, Ory F, de Vries JI, Bloemenkamp KW, van Roosmalen
professionals zich houden aan de afspraken die zij zelf
J. Severe maternal morbidity during pregnancy, delivery and puerperium in the
hebben gemaakt. Auditresultaten kunnen zo een prikkel
Netherlands: a nationwide population-based study of 371,000 pregnancies. BJOG. 2008;115:842-50Medline. doi:10.1111/j.1471-0528.2008.01713.x
vormen voor zorgverleners om richtlijnen die de kwaliteit
10. Penney G, Brace V. Near miss audit in obstetrics. Curr Opin Obstet Gynecol.
van de zorg ten goede komen, in de praktijk ook echt na
2007;19:145-50Medline. doi:10.1097/GCO.0b013e328014a860
te leven.
11. Merkus JM. Petinatale sterfte in Nederland: audit dringend nodig. Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:603-5 Medline.
Het toepassen van een auditproces in de perinatale zorg,
12. Stuurgroep zwangerschap en geboorte. Een goed begin: veilige zorg rond zwanger-
betekent het in gang zetten van een kwaliteitscyclus voor
schap en geboorte. Utrecht, december 2009.
de perinatale zorgketen. Dit gebeurt onder andere met
13. van Dillen J, Zwart J, Lim F, Vredevoogd C, van Roosmalen J. LEMMoN audit; een
de uitkomsten van de ‘Landelijke perinatale audit studie’
pilotstudy naar het voorkomen en beoordelen van ernstige maternale morbiditeit in Den Haag. Ned Tijdschr Obstet Gynaecol. 2006;119:29-34.
van het College voor Zorgverzekeringen (www.perinatale-
14. Zwart JJ, Richters JM, Ory F, de Vries JI, Bloemenkamp KW, van Roosmalen J.
audit.nl/onderwerpen/perinataleaudit/). Auditresultaten
Eclampsia in the Netherlands. Obstet Gynecol. 2008;112:820-7 Medline.
vormen echter op zich geen evidence voor het nut van
15. Dietz de Loos DAE, Mesman JAJM, Zwart JJ, van Roosmalen J. Risicoselectie en
nieuwe vormen van zorg.
substandaardzorgfactoren bij ernstige fluxus post partum na thuispartus: LEMMoNaudit. Ned Tijdschr Obstet Gynaecol. 2010;123:11-5. 16. Dietz de Loos DAE, Mesman JAJM, Zwart JJ, van Roosmalen J. Risicoselectie en
Het auditproces
substandaardzorgfactoren bij eclampsie en HELLP in de eerste lijn: LEMMoN-audit. Ned
In het auditproces worden zorgtrajecten met een slechte
Tijdschr Obstet Gynaecol. 2009;122:330-4. 17. Schutte JM, Schuitemaker NW, van Roosmalen J, Steegers EA; Dutch Maternal Mor-
uitkomst zoals een hoge mortaliteit of morbiditeit, of
tality Committee. Substandard care in maternal mortality due to hypertensive disease
bijna-incidenten (‘near misses’) aandachtig onderzocht op
in pregnancy in the Netherlands. BJOG. 2008;115:732-6 Medline. doi:10.1111/j.1471-
de aanwezigheid van zogenaamde ‘substandaard-zorg’.
0528.2008.01702.x
Op basis van auditresultaten kan worden gesignaleerd
18. Baskett TF. Epidemiology of obstetrical critical care. Best Pract Res Clin Obstet Gynaecol. 2008;22:763-74 Medline. doi:10.1016/j.bpobgyn.2008.06.002
waar de zwakke schakels in de keten zitten. De resultaten
19. Lammerink EAG. Franx A en van Oirschot CM. Medical Audit Haemorrhagia Post
kunnen vervolgens worden gebruikt voor het bijstellen
Partum: werken aan de kwaliteit van zorg in de eigen praktijk. Ned Tijdschr Obstet
van lokale protocollen, of kunnen als input dienen voor
Gynaecol. 2009;122:321-6.
factoren die nieuw evaluatieonderzoek vereisen.
20. Woiski MD, Hermens RPMG, Middeldorp JM, et al. Haemorrhagia post partum; an implementation study on the evidence-based guideline of the Dutch Society of Obste-
Zo kan een audit van een haemorrhagia post partum (HPP),
trics and Gynaecology (NVOG) and the MOET (Managing Obstetric Emergencies and
waar in een bepaald ziekenhuis nog geen behandel-
Trauma-course) instructions; the Fluxim study. BMC Pregnancy Childbirth. 2010;10:5
protocol voor bestond, leiden tot het maken van dat
Medline.doi:10.1186/1471-2393-10-5 21. Dombrowski MP, Bottoms SF, Saleh AAA, Hurd WW, Romero R. Third stage of labor:
protocol. Maar na een ernstige transfusiereactie in het
Analysis of duration and clinical practice. Am J Obstet Gynecol. 1995;172:1279-84
kraambed, waarbij een bloedtransfusie moet worden
Medline.doi:10.1016/0002-9378(95)91493-5
gegeven, kan de vraag bij welke hemoglobineconcentratie dit dient te gebeuren, alleen in evaluatieonderzoek goed worden beantwoord (voor lopende studies, zie: www.studies-obsgyn.nl). Nederlandse onderzoeksresultaten perinatale audit Van Dillen et al. rapporteren hiervoor in dit Tijdschrift over Prof.dr. S.E. Buitendijk, arts-epidemioloog TNO Kwaliteit van Leven, Leiden (tevens: Academisch Medisch Centrum, Amsterdam; prof.dr. J.A.M. van der Post, perinatoloog tevens Academisch Medisch Centrum, Amsterdam. Contactpersoon: prof.dr. S.E. Buitendijk (
[email protected]). Dit artikel is eerder verschenen in NTVG 2011;155:A3016
18
TvV maart 2011 • KNOV
WETENSCHAP
beperkt meetinstrument het auditen van eclampsie na eerstelijns zorg en over
lingen te limiteren tot in woonplaatsen met een beperkte
ernstige HPP na bevallingen die thuis in de eerste lijn zijn
aanrijtijd van de ambulance zijn, hoe voor de hand
begonnen, en geven een aantal aanbevelingen voor de
liggend ook, niet evidencebased.
praktijk. Deze gaan verder dan aanbevelingen die uit een
Auditen is het evalueren van een casusserie zonder een
audit zouden kunnen komen.
controlegroep; nieuwe vormen van zorg die hieruit
Het studiecohort bevat 1606 casussen van morbiditeit
voortvloeien, kunnen niet worden geïmplementeerd
ten gevolge van HPP en 239 ten gevolge van eclampsie
zonder nader onderzoek. We weten namelijk niet of de
of ernstig ‘haemolysis, elevated liver enzymes, low
aanbevelingen tot verandering van zorg de kans op
platelets’(HELLP)-syndroom. In het artikel worden daarvan
ernstige morbiditeit kunnen verlagen; we weten niet wat
17 casussen beoordeeld, namelijk de in totaal 9 casussen
de mogelijke bijwerkingen zijn en wat voor extra kosten
van ernstige HPP, specifiek na een thuispartus, en de
nieuwe vormen van zorg wellicht met zich mee gaan
8 casussen van eclampsie of ernstig HELPP-syndroom
brengen; we weten ook niet hoe de veranderingen het
na een eerstelijns partus.
beste te implementeren. Daarvoor ontbreekt de toets op
De belangrijkste bevinding is dat er bij ongeveer 76%
effectiviteit.
(13/17) van de HPP- en eclampsiecasussen na een eerstelijns bevalling, sprake was geweest van substandaard-
conclusie
zorg. Bij een derde van de casussen lag dat volgens de
Perinatale audits zoals beschreven en in de huidige
auteurs aan de eerstelijns zorgverlener alleen, bij 20-30%
praktijk toegepast, zullen de samenwerking verbeteren,
van de casussen aan de eerste en de tweede lijn samen
doordat de beroepsgroepen gezamenlijk de zorg
en bij de overige casussen dus waarschijnlijk aan de
evalueren. Gezamenlijke evaluatie van dit proces en
tweedelijns zorgverlener alleen, of aan de patiënt. Het
implementatieonderzoek is de logische en noodzakelijke
expertpanel concludeerde verder dat er bij 8 casussen
volgende fase. Daar worden nu al stappen toe gezet
sprake was van inadequate risicoselectie.
doordat wordt gewerkt aan het tot stand komen van een
Het onderzoek laat zien dat er bij ernstige HPP na een
gecombineerd eerste en tweedelijns consortium. Het
thuisbevalling en bij eclampsie tijdens een eerstelijns
College Perinatale Zorg zal deze ontwikkeling moeten
bevalling, bij driekwart van de casussen werd afgeweken
bevorderen. Audit is een essentieel, maar beperkt
van de afgesproken standaarden voor handelen. Hoewel
onderdeel van de kwaliteitscyclus. n
de absolute aantallen laag zijn, vragen deze cijfers om een serieuze reflectie op het verloskundig handelen in de
literatuur
keten.
Van Dillen J, Mesman JAJM, Zwart JJ, Bloemenkamp KWM, van Roosmalen J. Audit ernstige maternale morbiditeit in Nederland. Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A2541.
De noodzaak van implementatieonderzoek Richtlijnen worden geschreven om de uitkomsten van zorg voor patiënten te verbeteren. Dat ze bij het merendeel van de casussen van ernstige maternale morbiditeit onvoldoende werden nagevolgd, is zorgelijk. Dit is voor ZonMw al enige tijd aanleiding implementatieonderzoek te bevorderen. De bevindingen zijn van belang omdat zij aangeven in welke lijn een verbetering van zorg het beste kan plaatsvinden en welke factoren nader onderzoek verdienen. De uitkomsten van het onderzoek van Dillen et al. zijn evenwel niet voldoende om te weten hoe nu de zorg moet worden aangepast. Verwijzing naar het ziekenhuis ter voorkóming van HPP als de placenta niet binnen 30 min wordt geboren, is een aanbeveling die nader onderzoek vereist en ook volgens de auteurs afwijkt van de zorg zoals in de huidige richtlijn beschreven. Ook de aanbeveling om misoprostol in de eerste lijn te gebruiken, alsook het advies om thuisbevalTvV maart 2011 • KNOV
19
In het Ikazia Ziekenhuis Rotterdam hebben we warme aandacht voor onze patiënten en voor elkaar. Het protestants-christelijke karakter van ons ziekenhuis is mede bepalend voor onze opvatting over patiëntenzorg: werken met hart en handen. Persoonlijke aandacht staat centraal. In de patiëntenzorg, maar ook in andere diensten. Met elkaar werken we aan kwalitatief hoogwaardige zorg. Wij zijn een middelgroot ziekenhuis met vrijwel alle medisch specialismen in huis. Ook is Ikazia een opleidingsziekenhuis voor de specialismen Inwendige Geneeskunde, Algemene Heelkunde, Gynaecologie, Anesthesiologie en Klinische Psychologie. Voor het Moeder & Kind Centrum zijn wij per direct op zoek naar
TWEEDELIJNS VERLOSKUNDIGEN,
FULLTIME / PART TIME
Wil jij werken in een Moeder & Kind Centrum waarin de visie van gezinsgerichte zorg centraal staat? Dan is ons aanbod te komen werken in ons nieuw te realiseren Moeder & Kind Centrum. Zorg aan moeder, kind en het gezin staan hierin centraal. Het centrum zal gaan bestaan uit geboortesuites, kraamsuites en couveusesuites verdeeld over meerdere afdelingen. Je maakt deel uit van het verpleegkundig en verzorgend team en ontvangt hiërarchisch leiding van de teamleiding. Je werkt nauw samen met de medisch specialist, verpleegkundige (O&G) en kraamverzorgende. Je verleent verloskundige zorg tijdens de zwangerschap, de bevalling en het kraambed, in een tweedelijnssetting onder eindverantwoordelijkheid van de gynaecoloog. Daarnaast verzorg je zowel spreekuren op de polikliniek als consulten binnen het centrum en begeleid je stagiaires en co-assistenten. Je draagt zorg voor een goede samenwerking met eerstelijns verloskundige praktijken binnen de regio en neemt actief deel aan het VSV. Ben jij een gediplomeerd verloskundige met een specialisatie in tweedelijns Verloskunde of bereid om deze te volgen? Dan nodigen wij jou van harte uit om te solliciteren! De arbeidsvoorwaarden zijn conform de CAO Ziekenhuizen.
Meer weten? Bel met: Sietske van der Ent, teamleider, tel. 010 – 2975272 of Arja Scholten-Eykelenboom, teamleider, tel. 010 – 2975282. Sollicitaties kun je per e-mail richten aan de dienst P&O,
[email protected], onder vermelding van het vacaturenummer. Vacaturenummer 03/2011 Acquisitie aan de hand van deze advertentie wordt niet op prijs gesteld.
www.ikazia.nl
Zorg uit overtuiging
WETENSCHAP
Hiding and Seeking (Verstoppertje spelen) Een bewogen promotieonderzoek Suze Jans
Op 8 februari jl. promoveerde huisarts Marianne schoevers aan de radboud Universiteit op het proefschrift met de titel “hiding and seeking”, de Engelse benaming voor verstoppertje spelen. haar proefschrift gaat over de gezondheidsproblemen van ongedocumenteerde vrouwelijke immigranten (de zogenaamde illegalen) en de problemen die zij ervaren in de toegang tot de gezondheidszorg. in Nederland leven naar schatting 75.000 tot 185.000 mensen zonder geldige verblijfsvergunning en ongeveer een derde van deze groep is vrouw (van der heijden et al 2005). deze vrouwen vormen een uiterst kwetsbare groep in onze samenleving. Er is echter maar weinig bekend over hun gezondheidstatus en de daarbij behorende zorgbehoeftes.
kort buikpijn en vaginale afscheiding. De enige ervaring die zij met een huisarts heeft, is met de huisarts van haar ex-man die haar vanwege haar illegale status (sinds ze van haar man is gevlucht) om geld vroeg voor het consult. Ze is nooit meer terug gegaan. Via een vrijwillige hulporganisatie komt ze nu voor het eerst bij een andere huisarts. Uit de casus blijkt verder hoe lastig het is een goede anamnese af te nemen. Communicatie is niet gemakkelijk en de huisarts voelt zich onzeker over de informatie die hij/ zij krijgt te horen van Saida. Veel verloskundigen, met name de collega’s die werkzaam zijn in de grote steden, zullen zich in deze casus herkennen. Ook zij ervaren de zorg aan deze vrouwen als complex. Verloskundigen geven aan zich vaak machteloos te voelen bij het signaleren van problemen rond de illegaliteit, psychosociale problemen en taal- of cultuur-
“Ik had het zo druk met overleven, met het vinden van eten en onderdak dat ik er gewoon niet bij stil stond dat ik ook prenatale zorg nodig had (…)” Het is niet vaak dat een proefschrift emotie oproept maar dat doet het proefschrift van Schoevers wel degelijk. Zij schrijft haar probleemstelling, de inleiding van het proefschrift, op basis van een casus: het verhaal van Saida L. Saida is 30 jaar oud en is voor een huwelijk met een Nederlandse man naar Nederland gekomen; legaal. Zij sprak geen Engels of Nederlands en mocht van haar man niet naar buiten. Al snel werd zij gedwongen in de prostitutie te werken. Na twee jaar werd er een dochter geboren. Saida wist te ontsnappen maar dit gebeurde echter net een maand voordat zij een permanente verblijfsvergunning zou krijgen. Sindsdien woont Saida een onzeker bestaan. Haar grootste zorg is het welzijn van haar dochtertje, dat ze heeft weten mee te nemen. Zij ervaart haar eigen gezondheid als slecht en heeft sinds Suze Jans is lid van de redactie
© Nationale Beeldbank
zonder geldige verblijfspapieren in Nederland en leidt ze
21
WETENSCHAP barrières (van der Stouwe en Annegarn 2007). Financieel
vrijwilligers organisaties, huisartsen en verloskundigen.
gezien kan een verloskundige een beroep doen op de
Het onderzoek werd uitgevoerd aan de hand van
Zorgverzekeringswet indien een zwangere vrouw zonder
vragenlijsten, semigestructureerde interviews, een
verblijfsvergunning niet bij machte is om haar zorg te
systematische literatuurstudie en focusgroepen.
betalen (zie kader).
conclusie Vraagstelling
Schoevers concludeert dat het hebben van een ongedo-
Met behulp van de beschreven casus leidt Schoevers de
cumenteerde status in Nederland een ziekmakende factor
lezer moeiteloos naar haar vraagstelling:
is voor vrouwen. Ongedocumenteerde vrouwen maken
1. Hoe zien ongedocumenteerde vrouwen hun eigen
weinig gebruik van de gezondheidzorg. De kwaliteit en
gezondheid en welke gezondheidsproblemen rappor-
toegankelijkheid ervan is voor hen wisselend en onvoor-
teren zij?
spelbaar, afhankelijk van de zorgverlener die ze treffen.
2. Welke reproductieve gezondheidsproblemen en
Ze zijn bang voor uitzetting. Velen hebben negatieve
behoeftes ervaren ongedocumenteerde vrouwen en
ervaringen met instanties en personen in Nederland die
welke obstakels komen zij tegen wanneer zij deze
hen, terecht zo blijkt, voorzichtig maken.
behoeftes willen vervullen?
De vrouwen rapporteerden een groot aantal gezond-
3. Hoe ziet het gebruik van de gezondheidszorg eruit bij
heidsproblemen die ze zeker niet allemaal spontaan naar
ongedocumenteerde vrouwen en welke barrières komen
voren brengen wanneer zij zich melden bij een hulpverle-
zij tegen met betrekking tot de toegang tot de zorg?
ner. Vooral seksuele en gynaecologische problemen worden
4. Hoe wordt een eventueel “Patient-held record” (PHR)
vaak verzwegen. Dit kan leiden tot serieuze gezondheids-
gebruikt en is dat een acceptabele ondersteuning voor
risico’s bij vrouwen en hun ongeboren kinderen.
zowel de ongedocumenteerde vrouwen als voor de
De hypothese dat de implementatie van een PHR een goede
huisartsen?
manier zou zijn om on-gedocumenteerde vrouwen te em-
“Mijn advocaat zei tegen mij dat ik tot de 37e week moest wachten voordat ik prenatale zorg kon krijgen (…)” lampion Lampion is het Landelijk informatie- en adviespunt voor zorg aan illegalen en is een samenbundeling van kennis over knelpunten en oplossingen in de (gezondheids)zorg aan illegaal in Nederland verblijvende personen. Op de website van Lampion vindt u informatie, antwoorden op vragen en verwijzingen naar andere instanties: www.lampion.info
lastige methodologie Methodologisch gezien is dit geen gemakkelijk onderwerp. Vanwege voor de hand liggende redenen, was het moeilijk en zeer tijdrovend om voldoende vrouwen te vinden die wilden meedoen aan het onderzoek. Vervolgens was het winnen en het behouden van het vertrouwen van deze vrouwen lastig. Daarbij was het belangrijk dat er garanderen van de veiligheid van de vrouwen. Schoevers koos uiteindelijk voor een doelgerichte steekproef en wist 100 vrouwen te includeren in haar onderzoek, 27 van hen waren zwanger. De vrouwen werden geworven met hulp van kerkelijke instellingen, 22
TvV maart 2011 • KNOV
© Nationale Beeldbank
tijdens het onderzoek voldoende aandacht was voor het
WETENSCHAP poweren, de toegang tot en de continuïteit van de gezond-
praten. Extra training of een specifieke bijscholing zou
heidzorg te verbeteren, kon Schoevers niet bevestigen. Het
hen daarin ondersteunen.
gebruik van het aangeboden PHR is laag en vrouwen lieten
Vrouwen die uiteindelijk erin slagen om toegang tot de
het nauwelijks zien aan de huisarts. Huisartsen benadrukten
hulpverlening te krijgen, lukt dit vaak met behulp van
dat de tijd hen ontbrak om het boekje bij te houden.
iemand die ze vertrouwen. Vaak is dat een vrijwilliger van een hulporganisatie. Deze hulporganisaties zouden beter
Aanbevelingen voor de praktijk
gefaciliteerd moeten worden om deze vrouwen te
Wat betekent dit voor eerstelijns hulpverleners zoals
ondersteunen en te kunnen bemiddelen.
huisartsen en verloskundigen? Volgens Schoevers zouden
Hoewel ongedocumenteer de vrouwen recht hebben op
hulpverleners actief moeten informeren naar seksuele,
medisch noodzakelijke zorg, is de toegang tot die zorg
gynaecologische en psychische problemen wanneer deze
in de praktijk onvoldoende gegarandeerd en vaak sterk
vrouwen op hun spreekuur komen. Het is belangrijk dat
afhankelijk van de attitude van de betreffende hulpverlener.
huisartsen en verloskundigen zich bewust zijn het feit dat
Zowel beleidsmakers als hulpverleners dienen er voor te
ongedocumenteerde vrouwen moeilijk over hun problemen
zorgen dat deze vrouwen kunnen worden opgespoord en
speciale regeling voor medische zorg voor personen zonder legale verblijfspapieren Het recht op gezondheidszorg is vastgelegd in de
Verloskundigen
Nederlandse grondwet en geldt voor alle personen op
Alle zorg die samenhangt met zwangerschap en
Nederlands grondgebied. In juli 1998 is de Koppe-
bevalling wordt volledig vergoed, indien de zwan-
lingswet ingevoerd. Deze wet is een aanscherping
gere niet bij machte is om de rekening te betalen.
van het vreemdelingenbeleid en ontzegt mensen die
De zorg die de verloskundige gewoonlijk geeft aan
niet op rechtmatige gronden in Nederland verblij-
haar zwangere cliënte, is ook beschikbaar voor de
ven, de aanspraak op sociale voorzieningen. Maar
ongedocumenteerde zwangeren in haar praktijk.
vanwege de bestaande grondwet is in de Koppe-
Deze zwangeren hebben recht op het totale pakket,
lingswet een clausule opgenomen die de aanspraak
dat wil zeggen inclusief het bloedonderzoek, prena-
op medisch noodzakelijke zorg waarborgt, onge-
tale screening, echoscopie, uitwendige versie, etcetera.
acht of degene die hier aanspraak op maakt ervoor
Verwijst de verloskundige de cliënte door naar de
kan betalen. Een speciale regeling zorgt ervoor dat
huisarts voor zwangerschapsgerelateerdeklachten,
de medisch noodzakelijke zorg ook daadwerkelijk
dan kan ook de huisarts deze kosten volledig
gegeven wordt. Het CVZ is verantwoordelijk voor de
vergoed krijgen. Dit geldt ook voor de apotheker
uitvoering van de regeling.
die medicatie aan de zwangere verstrekt.
Voorwaarden voor een tegemoetkoming in de kosten
Ziekenhuizen
Als een zorgaanbieder in aanmerking wil komen
CVZ kosten declareren voor zorg die doorgaans wordt
voor een tegemoetkoming in de oninbare kosten
geleverd zonder verwijzing, recept of indicatie (zo-
moet aan vier voorwaarden zijn voldaan:
genaamde direct toegankelijke zorg). Zorg op door-
1. Er moet sprake zijn van een (gedeeltelijk) onbetaal-
verwijzing kan alleen gedeclareerd worden door
Ook alle ziekenhuizen in Nederland kunnen bij het
de rekening. Als de verschuldigde kosten door of
gecontracteerde ziekenhuizen. Het CVZ beschouwd
namens de patiënt kunnen worden betaald, kan een
echter alle zorg die gerelateerd is aan zwangerschap
zorgaanbieder geen beroep doen op de regeling.
en bevalling als direct toegankelijke zorg. U kunt een
2. De patiënt is onverzekerd én onverzekerbaar als gevolg van de Koppelingswet.
zwangere daarom doorverwijzen naar ieder ziekenhuis. De zorgaanbieder heeft geen controle- of verifi-
3. Het moet gaan om medisch noodzakelijke zorg.
catieplicht met betrekking tot de verblijfsstatus of
De zorgaanbieder bepaalt of de verleende zorg
identiteit van de patiënt. De zorgaanbieder wordt
medisch noodzakelijk is.
wel geacht bij de patiënt zelf te informeren waarom
4. De zorg moet onderdeel zijn van het pakket basiszorg of de AWBZ.
deze niet verzekerd is. Declaratieformulieren zijn te vinden op de website van het CVZ: www.cvz.nl onder ‘financiering’. Voor vragen kunt u ook terecht bij het CVZ: tel 020-7978555 of via email:
[email protected] TvV maart 2011 • KNOV
23
WETENSCHAP dat adequate zorg voor hen bereikbaar is. “Hun gezond-
Een casus
heidsproblemen zijn net zo verborgen als zijzelf.”, zo zegt Schoevers in de laatste alinea van haar proefschrift. “De
recht op verloskundige zorg
Nederlandse samenleving is verantwoordelijk voor het
Waarnemend verloskundige, anoniem*
garanderen van adequate gezondheidszorg voor deze groep vrouwen.”
de ‘regeling financiering zorg illegalen’
Kortom een prachtig proefschrift dat de aandacht en
maakt onderscheid tussen acute en planbare
felicitaties zeker waard is. n
zorg. Voor de planbare zorg heeft het cVZ contracten afgesloten met bepaalde zieken-
referenties
huizen en zorginstellingen. dit geldt echter
Van der Heijden PGM, van Gils G, Cruijff M, Hessen D. een schatting van het aantal
niet voor de zorg rond zwangerschap en
in Nederland verblijvende illgeale vreemdelingen in 2005. 2005 Utrecht, Onderzoeks-
bevalling. Verloskundigen kunnen zwangeren
centrum IOPS. Universiteit Utrecht. Van der Stouwe R, Annegarn A. Verloskundige zorg aan onverzekerde vrouwen. Tijdschrift voor Verloskundigen. 2007; 32 (1) 38-42.
naar ieder ziekenhuis verwijzen. in de praktijk blijkt dit helaas niet vanzelfsprekend.
hoe is onze verloskundige zorg aan ongedocumenteerde vrouwen?
Bij een vrouw zonder verblijfsvergunning werd een missed abortion geconstateerd tijdens echoscopisch onderzoek. Na enige tijd af-
Verloskundige en onderzoeker Ank de Jonge
wachten verwees mijn collega haar voor een
presenteerde op het Safe Motherhood sym-
curettage.
posium in juni 2010 de gegevens uit een
De assistente aan de balie van de polikliniek
onderzoek naar de verloskundige zorg in
vertelde haar dat een curettage valt onder
Nederland. Het gaat om een cohortstudie van
‘niet direct toegankelijke zorg’ en dat zij daar-
141 ongedocumenteerde vrouwen die in elf
om naar een gecontracteerd ziekenhuis in een
verloskundige praktijken in Amsterdam en
andere stad zou moeten gaan. Haar vriendin
Rotterdam onder zorg waren tussen januari
belde overstuur naar ons spoednummer.
2005 en augustus 2006. Elke ongedocumen-
Ik had dienst die dag en belde de polikliniek
teerde vrouw werd gematcht met een vrouw
om het misverstand recht te zetten en uit te
(met geldige verblijfstatus) van vergelijkbare
leggen dat het CVZ voor zorg rond zwanger-
etnische achtergrond. Studenten van de ver-
schap en bevalling een uitzondering heeft
loskunde academies onderzochten de dossiers
gemaakt. Hiervoor kunnen vrouwen terecht
van deze vrouwen. Ze keken ondermeer naar
in alle ziekenhuizen, spoed of geen spoed.
aantal zwangerschapscontroles en aan de
Even later belde de gynaecoloog mij terug.
hand van de VIL beoordeelden zij of vrouwen
Als ik dacht dat mevrouw recht had op zorg
adequaat werden verwezen.
moest ik dat zelf maar uitleggen aan de raad
Ongedocumenteerde vrouwen komen later in
van bestuur van het ziekenhuis.
zorg dan de controlegroep: gemiddeld bij 18
Ook de bestuursvoorzitter was er van over-
weken versus 13 weken. Eenmaal in zorg wor-
tuigd dat onze cliënte geen recht had op
den ze evenzo vaak of vaker gezien door de
zorg in zijn ziekenhuis. Na enige discussie en
verloskundige als vrouwen met een geldige
toezending van documentatie van het CVZ is
verblijfsstatus. Ongedocumenteerde vrouwen
het goed gekomen en heeft onze cliënte alle
hebben vaker psychosociale problemen en
reguliere zorg ontvangen. De bestuursvoor-
bevallen vaker prematuur. Ze worden even
zitter was sportief genoeg om mij terug te
zo adequaat volgens de richtlijnen verwezen
bellen en zijn ongelijk toe te geven.
naar de tweede lijn als de controlegroep.
Recht hebben en recht krijgen is niet het-
Indien aterme, dan bevallen ze vaker thuis dan
zelfde.
de vrouwen in de controlegroep. Bij 56% van
*naam en adres bekend bij de redactie
de ongedocumenteerde vrouwen werd kraamzorg verleend, bij 31% ontbraken gegevens hierover in het dossier en bij 12% was het duidelijk dat er geen kraamzorg aanwezig was.
24
TvV maart 2011 • KNOV
WETENSCHAP
Gebruik, misbruik, afhaken of meedoen? Onderzoek in de praktijk; portret van een onderzoeker Suze Jans
Birgit van der Goes, 48 jaar, is sinds 2007 werkzaam voor het consortium for women’s health and reproductivity studies. dit is het samenwerkingsverband van de tien perinatologische centra in Nederland op het gebied van onderzoek binnen de verloskunde en gynaecologie. Birgit heeft in het consortium de functie van researchmedewerker. Zij is in de regio Amsterdam verantwoordelijk voor de implementatie, de rekrutering en de counseling van patiënten voor de diverse studies van het consortium in drie ziekenhuizen uit de regio. daarnaast is ze implementatiemedewerker voor de landelijke perinatale audit. last but not least is ze zelf ook nog als onderzoeker betrokken bij een onderzoek naar de risicoselectie van zwangeren in Nederland.
KNOV standaard Hygiëne en Infectiepreventie ontwikkelde. Ze deed enkele jaren klinische ervaring op in het AMC, waarna ze vertrok naar de opleiding in Rotterdam om daar bij te dragen aan de oprichting van het Kenniscentrum. Toen enkele jaren geleden een wetenschappelijke Masteropleiding werd ontwikkeld, speciaal voor verloskundigen, greep zij haar kans: In 2007 studeerde Birgit af op het onderwerp ‘Meconiumhoudend vruchtwater en etniciteit’. Met behulp van data uit de Amsterdamse ABCD-studie voerde zij een analyse uit naar de relatie tussen etniciteit en meconiumhoudend vruchtwater.
Goochelen Hoe komt het dat iemand met zo’n praktisch vak als verloskunde zich interesseert in onderzoek; in het gegoochel met cijfers dat toch eigenlijk veel achter de computer plaats vindt? “Nou” zegt ze, “eigenlijk is dat geleidelijk gegaan. Het was misschien niet zo zeer een bewuste keuze. Maar wat voor mij erg belangrijk is in het gene wat ik nu doe, is dat ik het gevoel heb iets wezenlijks bij te dragen aan de verbetering van de kwaliteit van zorg rondom de zwangere.” Sinds 2007 is Birgit van der Goes werkzaam bij het Consortium for women’s health and reproductivity studies. Daar is zij vooral betrokken bij de studies op het gebied van de verloskunde. Op dit moment zijn dat onder andere de Hypitat II studie (inleiden van de baring versus afwachten bij zwangeren tussen 34-37 weken zwangerschap met hypertensie of pre-eclampsie); de Triple P studie (cervix-
Birgit studeerde in 1985 af aan de opleiding voor verlos-
lengte screening) en de Pro Twin studie (cervicaal pessarium
kunde in Rotterdam. Na een tijdje als waarneemster
versus standaard behandeling bij vrouwen die zwanger
gewerkt te hebben, vestigde zij zich als eerstelijns
zijn van een meerling).
verloskundige in Hillegom. In die jaren groeide het besef
“Sinds kort houd ik mij ook bezig met een nieuw
bij verloskundigen dat evidence based werken belangrijk
onderzoek”, vertelt ze; “het zogenaamde Amsterdam
is. De WOS-cursus werd geboren (een van de eerste
onderzoek dat gaat over intrapartum en vroeg neonatale
cursussen in Wetenschappelijk Onderzoek en Statistiek
sterfte in de eerste en tweede lijn in de regio Amsterdam.
voor verloskundigen, gegeven door TNO in Leiden, red.)
Dit onderzoek vindt plaats in samenwerking met het
en Birgit was een van de eersten die de cursus volgde.
Amsterdams Medisch Centrum (AMC), de afdeling
Het was het begin van haar carrière als onderzoeker. Na
Midwifery Science van het VUmc en het Maastricht
elf jaar in de eerste lijn te hebben gewerkt, volgden enige
Universitair Medisch Centrum (MUMC). Aanleiding tot dit
jaren als onderzoeker bij TNO waarin zij onder andere de
onderzoek waren de recente discussies ontstaan naar aanleiding van het spraakmakende onderzoek uit Utrecht
Suze Jans is lid van de redactie
naar de perinatale sterfte en morbiditeit” (Evers et al, 2010). TvV maart 2011 • KNOV
25
WETENSCHAP doelstelling
alleen gekeken naar de cijfers van de tweede lijn: ook de
Het doel van deze studie is om te onderzoeken of er
PRN cijfers, de gegevens van het Centraal bureau voor de
verschil is in perinatale sterfte tussen vrouwen die bij
Statistiek (CBS) en gegevens uit de eerstelijns praktijken
aanvang van de baring in de eerste lijn onder zorg zijn
uit dezelfde regio zullen worden gebruikt om er voor te
in vergelijking met vrouwen die in de tweede lijn starten
zorgen dat alle bestaande casussen uit de jaren 2005 tot
met hun baring. “Het gaat dus om de sterfte tijdens en
en met 2007 worden gevonden en worden geïncludeerd.
kort na de baring”, benadrukt ze. “We denken dat dit
Om deze gegevens te kunnen achterhalen wordt eerst
onderzoek ons aanknopingspunten geeft om met alle
toestemming gevraagd aan ziekenhuizen en eerstelijns
betrokken beroepsgroepen de zorg rondom de barende
praktijken.
kritisch te evalueren en zo het risico op perinatale sterfte
Kritische eerste lijn
te verminderen.”
“Al bij de start van het onderzoek was het ons duidelijk
Onderzoeksregio
dat er vooral door de eerste lijn kritisch gekeken zou
De gegevens, die zullen worden verzameld, komen uit de
worden naar de opzet ervan. De kring Amsterdam had
regio Noord-Holland. Het is van belang om te weten dat
gehoord over het onderzoek en wilde hier graag meer
de gegevens worden verzameld op postcodeniveau en
over weten. Ben Willem Mol, hoogleraar perinatologie in
niet op praktijkniveau.
het AMC en als onderzoeker ook betrokken bij dit
Om te beginnen hebben de onderzoekers, waar Birgit er
onderzoek, is daarop gaan praten met de kring en heeft
dus een van is, gekeken naar de perinatale sterftecijfers
uitgelegd wat het onderzoek inhoudt.
van 18 ziekenhuizen behorende tot de onderzoeksregio.
Een belangrijk aspect van het onderzoek betreft de
Met behulp van de partusboeken en jaarverslagen
definitie van de start van de baring. Het blijkt nog steeds
verzamelden zij de benodigde cijfers. Maar er wordt niet
lastig om uit PRN gegevens betrouwbaar te kunnen
Sikking Advies is gespecialiseerd in financiële en juridische dienstverlening voor verloskundigen, fysiotherapeuten en andere (para)medische beroepsbeoefenaars. Deskundige adviezen en begeleiding tijdens uw waarneemperiode, dienstverband en praktijkvestiging.
Financieringen Hypotheken Verzekeringen Contracten Pensioenen
Maatwerk voor al uw verzekeringen, zowel zakelijk als privé. In 1 pakket met aantrekkelijke kortingen. Geen lidmaatschapsbijdrage en lage aov premies. 030 252 66 55
26
TvV maart
[email protected] • KNOV
www.sikkingadvies.nl
WETENSCHAP vaststellen in welke lijn (eerste of tweede lijn) de baring is
PRN hecht veel waarde aan het bewaken van de anonimi-
gestart..Hiervoor moeten de onderzoekers terug naar de
teit van hulpverleners die de cijfers aanleveren. Zij geven
oorspronkelijke casus. Om nauwkeurig te werk te kunnen
die anonimiteit daarom niet zomaar op. De betreffende
gaan en discussie hierover na het verschijnen van de
praktijk zal hiervoor eerst toestemming moeten verlenen.
resultaten te vermijden, heeft de onderzoeksgroep er
Pas daarna krijgen wij als onderzoekers de mogelijkheid
heel nadrukkelijk voor gekozen om de eerste lijn te
om de praktijken te benaderen”.
betrekken bij het onderzoek. Er is door de onderzoekers een auditgroep samengesteld met daarin zowel eerste
resultaten
lijns als tweedelijns verloskundigen, gynaecologen en
Birgit blijft een beetje vaag over wanneer de eerste
onderzoekers die de casus hebben gescoord op items
resultaten van het onderzoek te verwachten zijn. Het is
zoals start van de baring en moment van sterfte.
natuurlijk ook moeilijk om van te voren te zeggen
De verloskundigen in Amsterdam wilden graag mee
wanneer de analyses zijn afgerond en de conclusies zijn
doen. Ze zijn het inmiddels wel gewend en bovendien
getrokken. “We hopen uiteraard zo snel mogelijk de
zijn ze kritisch. Ze willen niet alleen betrokken worden bij
resultaten bekend te kunnen maken, maar het is belang-
het onderzoek, maar ook afspreken dat vóór publicatie
rijk om daarbij de zorgvuldigheid niet uit het oog te
de uitkomsten met de betrokken kringen besproken
verliezen. Wij denken dat het hele land, maar ook de
zullen worden. Bovendien willen ze dat niet alleen de kale
landen om ons heen, op de uitkomsten van dit onderzoek
cijfers gepubliceerd worden maar dat ook kort wordt
zitten te wachten. En dan is er natuurlijk de media! Zij
uitgelegd wat er in de casus van perinatale sterfte is
lijken zich als aasgieren op de perinatale sterfte te storten
gebeurd. Dit om te voorkomen dat overhaaste conclusies
en ze zullen dus ook interesse hebben in de resultaten
worden getrokken zonder informatie over het verloop
van deze studie. De conclusies die uit ons onderzoek
van bevallingen.
komen zullen dus zeer gefundeerd naar buiten gebracht
“Bij een dergelijk onderzoek is het van belang dat je
moeten worden.”
kritisch bent en blijft”, stelt Birgit. “Als je als praktijk of als individuele verloskundige besluit je medewerking toe
Iedereen is er zich inmiddels wel van bewust hoeveel
te zeggen, dan is het goed om uitgebreid naar het
belangen er soms zijn gemoeid met het doen van onder-
onderzoeksprotocol te kijken: Hoe is het onderzoek
zoek. “Maar”, zo zegt Birgit met haar onderzoekershart,
opgezet, wie doen er precies mee, wat zijn de uitkomst-
“dat betekent niet dat we niet moeten mee doen met
maten enzovoort.” Ze realiseert zich dat dit niet altijd
onderzoek. ‘Opbouwend kritisch zijn maar wel betrokken
makkelijk is. “Je kunt wel een kritische houding hebben
blijven’ is haar motto. We hebben onderzoek immers veel
maar het hebben van inzicht in onderzoek en onder-
te hard nodig: juist nu!”
zoeksmethoden moet je ontwikkelen. Als je als verloskundige of als praktijk niet zeker bent, dan is het goed
Naschrift
om expertise elders in te winnen. We weten inmiddels
Indien verloskundigen vragen hebben over het al dan niet
dat de belangen bij de uitkomsten van onderzoek groot
meedoen aan een bepaald onderzoek, dan kunnen zij
kunnen zijn. Gelukkig groeit de onderzoeksexpertise bij
daarvoor altijd terecht bij het team richtlijnen van de KNOV
de beroepsgroep. Verloskundigen moeten bedenken dat
(vraag naar Pien Offerhaus); het team heeft genoeg
alleen door middel van het doen van onderzoek de
expertise in huis om vragen hierover te beantwoorden.
kwaliteit van de geleverde zorg zichtbaar wordt. Het
Maar ook de afdelingen Midwifery Science van Amsterdam
meedoen aan goed opgezet onderzoek is daarom dus
en Maastricht en instituten als TNO en het NIVEL kunnen
ook heel erg nodig”.
hierin ondersteuning bieden.
Anonimiteit
De onderzoeksgroep betrokken bij het Amsterdam
Inmiddels heeft Birgit alle kringvoorzitters in de regio
onderzoek bestaat uit: Birgit van der Goes, Ank de Jonge,
Noord Holland een mail gestuurd met het verzoek om
Ben Willem Mol, Simone Buitendijk, Anita Ravelli,
hun achterban in te lichten over het onderzoek en over
Jan Nijhuis, Maurice Wouters en Joris van der Post. n
het feit dat ze benaderd kunnen worden door de PRN. “Alleen op basis van de data van de PRN komen we er
referenties
niet. We zullen de individuele casus goed moeten
Evers AC, Brouwers HA, Hukkelhoven CW, Nikkels PG, Boon J, van Egmond-Linden A,
bekijken omdat het erg belangrijk is voor de uitkomsten
Hillegersberg J, Snuif YS, Sterken-Hooisma S, Bruinse HW, Kwee A. Perinatal mortality
van het onderzoek om te bepalen wanneer de sterfte precies heeft plaats gevonden en hoe de bevalling is
and severe morbidity in low and high risk term pregnancies in the Netherlands: prospective cohort study. BMJ. 2010 Nov 2;341
verlopen; daarom hebben we de praktijken nodig. De TvV maart 2011 • KNOV
27
Seminar: Gezond zwanger met voedingssuppletie
Winst voor moeder en kind > Wat de voeding betreft is de aanstaande moeder zich vooral bewust van wat ze moet weglaten, zoals rauw vlees en alcohol. Dat ze van een aantal voedingsstoffen, tijdens de zwangerschap en de borstvoeding, juist meer nodig heeft is niet altijd bekend. Dat is jammer, want met voedingsadviezen en waar nodig voedingssuppletie valt veel winst te behalen, zowel voor moeder als kind.
>
Orthica; een verantwoord en des-
kundig advies Orthica is een merk voedingssupplementen dat zich richt op het bevorderen van de gezondheid en de kwaliteit van leven van mensen. Wij
ontwikkelen
formules
die
goed
doordachte
gebaseerd
zijn
op
wetenschappelijk onderzoek. Daarbij
>
Op dinsdag 19 april vindt in Amersfoort het Orthica seminar “Gezond Zwanger” plaats. Tijdens dit seminar wordt duidelijk dat eenvoudige adviezen over voeding en voedingssuppletie een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan een gezonde zwangerschap, zwangerschapsuitkomst en de gezondheidsvooruitzichten van het jonge kind. Op het Orthica seminar zullen experts op het gebied van verloskunde, voeding en voedingssuppletie hun kennis met u delen. Voor meer informatie: www.orthica.nl/seminar
er is nOG ZOVeel mOGelijk
ondersteunen we beroepsbeoefenaars in de gezondheidszorg met een keur aan informatiematerialen en bijeenkomsten waarbij niet alleen voedingssupplementen maar ook voeding en leefstijladviezen een belangrijke rol spelen.
Nieuwsbrief - maart 2011, jaargang 7
Screening hiv, HB en syfilis effectief
Zwangeren met aangeboren hartziekten
Op de Coul E, van Weert J, Oomen P et al. Prenatale screening op
Pieper P. Aangeboren hartziekten bij de zwangere vrouw.
hiv, hepatitis B en syfilis in Nederland effectief.
NTOG 2010;123:344-349
Ned Tijdschrift Geneeskunde 2010;154:A2175 Ongeveer 1% van alle zwangerschappen wordt gecompliceerd door een hartafwijking bij de moeder. Aangeboren hartziekten vormen een belangrijke oorzaak van maternale morbiditeit en leiden tevens tot morbiditeit en mortaliteit bij de foetus. De auteur (een cardioloog) geeft een overzicht van resultaten van eerdere onderzoeken, waarvan de grootste studies zijn: ZAHARA uit Nederland (n=1.302) en CARPREG uit Canada (n=599). Cardiale complicaties traden op bij 8 tot 20% van de zwangerschappen. In de ZAHARA-studie was een mechanische kunstklep de belangrijkste voorspeller voor maternale complicaties: voornamelijk kleptrombose, hartfalen en ritmestoornissen. Ook complicaties bij het nageslacht kwamen vaker voor en waren geassocieerd met maternale cardiale complicaties. Een eerdere review liet zien dat de meest voorkomende neonatale complicaties zijn: prematuriteit, ‘small for gestational age’, perinatale sterfte en aangeboren afwijkingen. In het algemeen hangt het risico op cardiale complicaties tijdens de zwangerschap af van het onderliggend lijden en de aanwezigheid van voorspellers. Globaal kan worden gezegd dat meer complexe hartaandoeningen ook gepaard gaan met meer cardiale complicaties. Het RIVM heeft de effectiviteit geëvalueerd van prenatale screening op hiv, hepatitis B en syfilis ter voorkoming van moeder-opkindtransmissie. Hiervoor zijn uitslagen van 2006-2008 van de prenatale screening vergeleken met gegevens van zwangeren en pasgeborenen uit andere gegevensbronnen. Ieder jaar worden ruim 185.000 zwangere vrouwen gescreend op deze infectieziekten. Deelname in Nederland is zeer hoog (99,8%) in vergelijking met andere EU-landen, mede door het opting-outprincipe. De hiv-test werd door 0,2% van de vrouwen geweigerd. Het aantal kinderen dat jaarlijks met hiv wordt geboren daalde sterk van 5-10 per jaar vóór invoering van de screening in 2004 tot gemiddeld 1 per jaar na invoering van de screening. Bij 40% van de hiv-geïnfecteerde zwangeren werd de diagnose voor het eerst tijdens de zwangerschap gesteld. Volgens een schatting door de auteurs worden door de screening in Nederland jaarlijks 5-10 hiv-, 50-75 hepatitis B- en circa 10 syfilisinfecties bij pasgeborenen voorkomen.
Voor de meeste vrouwen met een aangeboren hartafwijking is zwangerschap mogelijk. Een zorgvuldige risico-inschatting voor de
Het Nederlandse screeningsprogramma is dus effectief in het
zwangerschap kan leiden tot een betere planning van de medische
opsporen van zwangeren met hiv, hepatitis B of syfilis en in het
begeleiding en daarmee kan het aantal complicaties worden beperkt.
voorkomen van overdracht van deze infecties naar het kind. Op basis
Een belangrijk voorbeeld is de planning van het antistollingsbeleid bij
van kosteneffectiviteitsanalyses in Nederland en andere Europese
een zwangere met een mechanische klepprothese. Preconceptionele
landen concluderen de auteurs dat de zwangerenscreening tevens
counselling is in eerste instantie de taak van de cardioloog, bij wie de
kosteneffectief is.
vrouw onder controle is.
www.kennispoort-verloskunde.nl
29
Proefschrift Baby’s halen opgelucht adem na rookverbod
Sinds 1990 mag er niet meer gerookt worden op plekken die bedoeld zijn voor gemeenschappelijk gebruik of die voor het publiek toegankelijk zijn. Op 1 januari 2004 is dat uitgebreid naar het recht op een rookvrije werkplek, iets waar werkgevers voor moeten zorgen. Op 1 juli 2008 is ook de horeca onderdeel geworden van de strenge nieuwe wetgeving. Logischerwijs protesteren de onderzoekers van het
Paediatric lung function testing:
UMC Utrecht daarom tegen een versoepeling van de huidige
Determinants and reference values
tabakswetgeving, omdat dit schadelijke effecten zal hebben voor
Marije Koopman
toekomstige generaties. (bron: UMC Utrecht)
Universiteit Utrecht, 13 januari 2011 Baby’s van moeders met de minste blootstelling aan sigarettenrook hebben de beste longfunctie en het hoogste geboortegewicht. Dat blijkt uit het Whistler-onderzoek van het UMC Utrecht, waarop Marije Koopman op 13 januari in Utrecht is gepromoveerd. In het Whistler-onderzoek analyseerden wetenschappers van het UMC Utrecht de gezondheid van ruim 1.600 gezonde, vijf weken oude kinderen geboren tussen 2001 en 2010. De gezondheid van de kinderen werd vergeleken met het rookgedrag van de moeders tijdens de zwangerschap. Via vragenlijsten gaven de moeders aan hoe vaak ze tijdens de zwangerschap aan sigarettenrook waren blootgesteld. De onderzoekers verdeelden de kinderen in drie groepen: kinderen geboren tussen 2001-2004, tussen 2005-2007 en tussen 2008-2010. De onderzoekers vonden een duidelijk verband met de invoering van de strengere Tabakswet in Nederland. Moeders uit de eerste (‘oudste’) groep bleken het meest blootgesteld te zijn geweest aan meeroken; moeders uit de laatste (‘jongste’) groep het minst. De longelasticiteit van de baby’s is hoger, de longweerstand is juist lager en het geboortegewicht is hoger. Een betere longfunctie vermindert de kans op luchtwegaandoeningen bij het kind.
Groeiretardatie: inleiden niet altijd noodzakelijk
bloeddrukmeting en het bloed werd onderzocht op ondermeer lever- en nierfunctie; de urine op albuminurie. De primaire uitkomstmaat was sterfte vóór ontslag uit het ziekenhuis, AS < 7, navelstreng-pH < 7.05 of opname op een NICU. In de
Boers E, Vijgen SMC, Bijlenga D et al. Induction versus expectant
afwachtende groep werden 166 zwangeren toch ingeleid onder andere
monitoring for intrauterinegrowth restriction at term: randomised
om de volgende redenen: foetale stress, hypertensie, verzoek ouders,
equivalence trial (DIGITAT). BMJ 2010;341:c7087
breken van de vliezen, serotiniteit. Er was geen sterfte antepartum of perinataal. De primaire uitkomst kwam zeventien keer voor in de groep
Het Verloskundig Consortium heeft in de DIGITAT-studie (the
die werd ingeleid en twintig keer in de groep waar werd afgewacht
Disproportionate Intrauterine Growth Intervention Trial At Term;
(risico verschil: -0.8%;-4.3-2.8%). Hoewel er geen verschil was tussen
2004-2008), gekeken naar vermeende groeiretardatie bij een
opnames op de NICU, werden er 155 kinderen uit de groep ‘inleiden’
zwangerschapsduur van 36-41 weken. Een beleid van inleiden werd
opgenomen op een kinderafdeling waar speciale zorg werd gegeven,
vergeleken met een afwachtend beleid. Er is sprake van groeiretardatie
versus 118 kinderen uit de groep ‘afwachten’ (risicoverschil 12.1%;
bij een abdominale omtrek of geschat gewicht kind < p10 of een
p < 0.05). De conclusie luidt dat er geen belangrijke verschillen werden
afbuigende groeicurve in het derde zwangerschapstrimester.
gevonden in neonatale uitkomsten tussen inleiden of afwachten bij een verwachte groeiretardatie.
Er werden 321 zwangeren ingeleid < 48 uur na randomisatie. Bij 329 zwangeren werd afgewacht, waarbij monitoring plaatsvond: dagelijks tellen foetale beweging, twee keer per week CTG, echo, maternale
30
www.kennispoort-verloskunde.nl
Misbruik beïnvloedt angst over baby’s gezondheid
Belangrijke aspecten bij samenwerking tussen eerste en tweede lijn in de verloskunde zijn: bereidheid tot samenwerking, respect en vertrouwen (gelijkwaardigheid), het hebben van een gezamenlijke toekomstvisie op de verloskunde, het willen investeren van tijd,
Eide J, Hovengen R, Nordhagen R. Childhood abuse and later
geld en energie, en het willen opgeven van een deel van de autonomie.
worries about the baby’s health in pregnancy.
De auteur concludeert dat er in de praktijk nog weinig sprake is van
Acta Obstet Gynecol Scand 2010;89:1523-1531
interdisciplinaire samenwerking, met als grootste hindernissen autonomie en bereidheid tot samenwerking. Met spreekt over
Er is al veel onderzoek gedaan naar angst voor de bevalling.
samenwerking, maar deze is zelden interdisciplinair. Een verschil in
Angst tijdens de zwangerschap, waaronder zorgen over de baby’s
focus (verloskundige doet alleen verloskunde, voor gynaecoloog is
gezondheid, is nog maar zelden onderzocht en vaak alleen als
verloskunde een onderdeel van z’n werk) kan gevolgen hebben voor
nevenuitkomst.
de energie die de verschillende disciplines in een mogelijke
In een Noorse studie is onderzocht wat de relatie is tussen seksueel
samenwerking stoppen. Veelal is wel sprake van afstemming rondom
misbruik en/of of fysiek geweld tijdens de jeugd en zorgen over de
de zorg voor de cliënt, zodat duidelijk is wie wanneer verantwoordelijk
gezondheid van de baby tijdens de zwangerschap. Er werd gebruik
is. Betrokkenen zouden meer op de langere termijn moeten denken en
gemaakt van een prospectief cohort van zwangeren van 1999-2006,
interdisciplinair spreken over de ideale verloskunde. Het is belangrijk
waarin 43% van alle zwangeren waren opgenomen. De deelnemers
dat de betrokken professionals zelf de noodzaak zien en bereid zijn
vulden bij 17 weken en bij 30 weken zwangerschap een vragenlijst in.
om te investeren.
Van de 58.139 deelnemende vrouwen had 7,5% te maken gehad
Predictiemodel op risico bij (pre)eclampsie
met seksueel misbruik en/of of fysiek geweld tijdens de jeugd: 3,2% seksueel misbruik, 2,1% fysiek geweld, 2,2% beide. Vrouwen die te maken hadden gehad met seksueel misbruik en/of of fysiek geweld tijdens de jeugd hadden een grotere kans op ernstige zorgen over de gezondheid van de baby in vergelijking met vrouwen die er niet mee
Von Dadelszen P, Payne B, Li J et al. for the PIERS Study Group.
te maken hadden gehad (gecorrigeerde OR fysiek geweld: 1.62;
Prediction of adverse maternal outcomes in pre-eclampsia:
1.26-2.08; gecorrigeerde OR seksueel misbruik: 1.30; 1.03-1.64;
development and validation of the fullPIERS model
gecorrigeerde OR beide: 2.10; 1.68-2.62).
Lancet 2011;377:219–27
Factoren die gerelateerd waren aan zorgen over de baby’s gezondheid waren: burgerlijke staat, misbruik als volwassene, bekkenpijn, kwaliteit
Dit onderzoek sluit aan bij Milleniumdoel 4 en 5: een gezond kind
van de prenatale zorg, zelfredzaamheid en ervaringen van eerdere
en moeder. Tien tot vijftien procent van de maternale sterfte wordt
bevallingen.
veroorzaakt door hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap,
Een bijzonder aspect van deze studie is dat er naar seksueel misbruik
waarvan vijf tot tien procent geassocieerd is met (pre)-eclampsie.
en fysiek geweld apart is gekeken. Concluderend kan gezegd worden
Pre-eclampsie heeft als oorzaak een endothele disfunctie van de
dat zorgen over de gezondheid van baby’s tijdens de zwangerschap
placenta, en het doel zou moeten zijn om deze dysfunctie vroeg op
complex zijn en gerelateerd aan vele risicofactoren.
te sporen en obstetrisch te behandelen. De PIERS Study Group (Pre-eclampsia intergrated Estimate of Risk) heeft geprobeerd om
Van samen werken naar samenwerken
een klinisch beslismodel te ontwikkelen voor het beleid bij een pre-eclampsie. Het onderzoek vond plaats in Canada, Nieuw Zeeland, Australië en Engeland in tertiaire centra. Geïncludeerd werden vrouwen die verwezen werden met pre-eclampsie of die tijdens de opname dit ontwikkelden. Om een predictiemodel vorm te geven werden
Morssinkhof J. Van samen werken naar samenwerken.
variabelen verzameld met betrekking tot: demografie, obstetrische
(Afstudeerscriptie Master Zorgmanagement; Instituut Beleid en
anamnese, medische anamnese, hematologie, functie onderzoek van
Management Gezondheidszorg)
hart, nieren en lever en foetale conditie. Geïncludeerd werden 2023
Erasmus Universiteit Rotterdam, juli 2010
zwangeren tussen 2003-2010. Er waren 261 maternale complicaties (13%). Er werd een model met variabelen geconstrueerd waarvan
Van alle kanten wordt beweerd dat een goede of betere samenwerking
gedacht werd dat ze invloed hadden op het risico op pathologie. Het
tussen verloskundigen en gynaecologen nodig is om de verloskundige
model werd telkens opnieuw bekeken met weglating van één van de
zorg te optimaliseren. Er wordt gestreefd naar een vorm van
variabelen. Op deze manier bleven zes voorspellende variabelen over:
verloskunde waarbij de verschillen tussen eerste en tweede lijn
zwangerschapsduur, pijn op de borst of dyspnoe, asparaataminotrans-
overbrugd worden en de zwangere centraal komt te staan. Een student
ferase, trombocyten, serumcreatinine en zuurstofsaturatie. Het model
‘Zorgmanagement’ heeft onderzocht hoe een interdisciplinaire
voorspelde het risico binnen 48 uur na opname (AUC ROC 0.88) en
samenwerking tussen eerste- en tweedelijns zorg voor moeder en
bleek tot 7 dagen na opname goed te voldoen (AUC ROC > 0.7).
kind vorm krijgt. Er heeft literatuuronderzoek plaatsgevonden en er
kennispoort-verloskunde.nl
zijn interviews gehouden in praktijken waar samenwerking bestaat
hypitat
tussen gynaecologen en verloskundigen: Gouda, Nieuwegein,
Voetnoot:
Roosendaal en Tilburg.
Dit onderzoek sluit goed aan op de de twee HYPITAT-onderzoeken (HYPITAT-I is afgerond en II loopt nog) van het Verloskundig Consortium (www.studies-obsgyn.nl).
www.kennispoort-verloskunde.nl
31
Stelling
Proefschrift
De stelling in de afgelopen periode luidde:
Acupunctuur blijft gevoelig punt
De verloskundige van de toekomst is academisch opgeleid. Uit de reacties blijkt dat de meningen van verloskundigen over deze stelling behoorlijk verdeeld zijn: 48.1% is het
The Contribution of acupuncture and moxibustion to
eens met de stelling, en 46.8% oneens en ruim 5% heeft geen mening.
healthcare, an evidence-based approach
We vroegen om een reactie aan Corine Verhoeven, klinisch
Ineke van den Berg
verloskundige verbonden aan het Maxíma Medisch Centrum en
Erasmus MC, 9 december 2010
verloskundig onderzoeker binnen het verloskundig consortium.
Wetenschappelijke studies die het effect van alternatieve genees-
“Ik ben verbaasd over deze uitslag, en eerlijk gezegd ook teleurgesteld
wijzen proberen aan te tonen kunnen op een kritische ontvangst
dat het belang van academisering door bijna de helft van onze eigen
rekenen. In 2008 nog werd professor Bouter, rector magnificus van
beroepsgroep niet gezien wordt.
de Vrije Universiteit, vereerd met de nominatie voor de Kackadoris-
Academisering is van het grootste belang voor het behoud van de
prijs voor de bevordering van kwakzalverij. Hij had deze twijfelachtige
verloskundige als zelfstandige medisch professional. We hebben
eer te danken aan zijn co-auteurschap van een publicatie in het BMJ
behoefte aan verwetenschappelijking en alleen academisering kan dit
over de verhoogde slagingskansen van IVF, na acupunctuur.
bewerkstelligen. Als beroepsgroep moeten we laten zien waarom onze
Dit keer is de reden voor het tumult het proefschrift van Ineke van
zorg meerwaarde heeft en moeten we ook onderzoeken waar de
den Berg, die 9 december in Rotterdam promoveerde. Zij deed
zorg beter kan. Als zelfstandige beroepsgroep behoren we ons eigen wetenschappelijk onderzoek te doen. Bovendien moeten we samenwerken met de andere beroepsgroep, de gynaecologen, in het opzetten en uitvoeren van (landelijke) onderzoeken in de Nederlandse verloskunde. Om goed in gesprek te kunnen gaan met de andere professionals is het wenselijk dat we op een gelijk niveau staan, een gelijke positie innemen en daar ook voor staan. Natuurlijk zijn de verloskundigen als HBO-ers op voldoende niveau, maar om een goede gesprekspartner te kunnen zijn voor de andere academisch opgeleiden in de verloskundige keten is academisering noodzakelijk! Daarom mijn pleidooi voor academisering van onze beroepsgroep.
ondermeer onderzoek naar de effectiviteit en kosten van een
Het biedt de mogelijkheid om ons te profileren naar andere
Moxa-behandeling, om een spontane draaiing van de stuitligging te
zorgverleners in de keten en naar onze cliënten. Maar het zal vooral
bewerkstelligen. Ze concludeert dat Moxa-therapie bij 33 weken
een positieve bijdrage hebben op de optimalisering van de zorg voor
zwangerschapsduur leidt tot beduidend meer hoofdliggingen (66%)
zwangeren in Nederland.”
tijdens de bevalling dan bij de afwachtende houding (34%). Voor deze specifieke therapie wordt een gloeiende Moxa-staaf gebruikt, die
De nieuwe stelling luidt: De eigen bijdrage voor een poliklinische
ongeveer een duimbreedte van de kleine teen wordt gehouden.
bevalling voor vrouwen met een laag risico op complicaties, zou
Naast de belangrijke gezondheidsvoordelen, wijst de onderzoeker
moeten worden geschrapt. Lees de toelichting en breng uw stem
erop dat de therapie kan leiden tot een besparing van 10 miljoen euro
uit op de Kennispoortwebsite.
in de gezondheidszorg. Van den Berg raadt aan deze therapie alleen toe te passen in overleg met de behandelend arts of verloskundige en met uitleg van een gediplomeerde acupuncturist. Ze komt tot haar conclusies na een systematic review en meta-analyse van onderzoekscijfers uit Japan, Hongarije, Italië en China. De critici, onder aanvoering van secretaris Frits van Dam van de Vereniging tegen de Kwakzalverij, serveren het het proefschrift af als “kwakzalverij van de hoogste orde”. Als belangrijkste kritiekpunt wordt de gebrekkige kwaliteit van de geselecteerde onderzoeken uit de
Colofon: Kennispoort Verloskunde is een initiatief van de Samenwerkende Opleidingen Verloskunde (SOV). Deze maandelijkse nieuwsbrief verschijnt ook als emailversie. Aanmelden kan gratis op www.kennispoort-verloskunde.nl, het grootste kennisplatform voor Nederlands verloskundig onderzoek.
review genoemd. Daarnaast is er geen onderzoek gedaan naar het werkingsmechanisme van de behandeling, een doodzonde in de geneeskunde. In een reactie op de kritiek pleiten Van den Berg, Hunink en Duvekot ervoor om eerst te onderzoeken of een behandeling werkt, voor deze direct te bestempelen als kwakzalverij. Wie zelf een oordeel wil vellen, treft het volledige proefschrift aan in
Postbus 2040 3000 CA ROTTERDAM e-mail:
[email protected] telefoon: 020 - 89 434 11 Hoofdredactie: Paul Heere (Limetree Business Refreshment)
de bibliotheek van Kennispoort Verloskunde.
kennispoort-verloskunde.nl acupunctuur
32
www.kennispoort-verloskunde.nl
Redactieraad: Elies de Geus (AVAG), Judith Manniën (AVAG/EMGO), Irene Korstjens (AVM), Stans Verschuren (VAR), Bernadette Kroon (AVAG).
ONDERWIJS
‘Werken aan samenwerken’ Multidisciplinaire zorgvernieuwing in het veld Nic van Son
de Opleidingen Verloskunde nemen graag kennis van allerlei belangwekkende vernieuwingen die in de praktijk plaatsvinden. Zij incorporeren die nieuwe kennis en inzichten in hun curriculum, faciliteren andere praktijken die ook met zorgvernieuwing aan de slag willen en kunnen bijdragen aan het onderzoek naar de effecten van de zorgvernieuwing. Multidisciplinaire samenwerking is één van de manieren om zorg te verbeteren en klanttevredenheid te verhogen.
“Pas na de zomer wordt het 2MoVe))-model geëvalueerd,” zegt Annegarn, “maar een van de verwachtingen is dat de zwangere met dit zorgmodel beter is voorbereid op haar bevalling. En dat zou bijvoorbeeld kunnen zorgen voor minder verwijzingen naar het ziekenhuis.”
Eén verloskundig centrum Ook in Roosendaal is sprake van een intensieve multidisciplinaire samenwerking. Begin 2010 is daar het Centrum voor Verloskunde ROOS geopend, een groot centrum waar verloskundigen en gynaecologen gezamenlijk zetelen en
In het werkveld van de eerstelijns verloskunde vinden
waar ook een echocentrum aanwezig is. Marlies Bartels is
nieuwe ontwikkelingen plaats en ontstaan nieuwe
al vanaf het prille begin betrokken bij het centrum. “Al
samenwerkingsverbanden. De Opleidingen Verloskunde
zo’n acht, negen jaar geleden ontstond het idee, toen
nemen daar met graagte kennis van. Joyce Kors, beleids-
gynaecologen en verloskundigen in de wandelgang met
adviseur marketing en werkveldontwikkeling van de
elkaar concludeerden dat ‘het allemaal best wat efficiën-
Academie Verloskunde Amsterdam-Groningen, geeft aan
ter en effectiever kon’. Na een brainstormavond waren we
hoe dat gebeurt: “Heel direct verloopt dat via stages:
het al gauw eens: de zwangere moet centraal staan met
studenten maken kennis met het nieuwe zorgaanbod en
haar wensen, niet de procedures van de praktijk of het
praten daarover met hun docenten en medestudenten.
ziekenhuis.” Nu komt iedere zwangere in en om Roosen-
Soms participeert een docent in een vernieuwingsproject.
daal terecht bij ROOS. Bartels is trots op wat er bereikt is:
Ook stellen wij ons via werkbezoeken op de hoogte van
“De voordelen zijn duidelijk: de cliënt staat centraal,
vernieuwende initiatieven. En ten slotte kunnen de
dankzij een voor iedereen toegankelijk en inzichtelijk
opleidingen bijdragen aan het meten van effecten van
elektronisch verloskundig dossier wordt er geen dubbel
de vernieuwde aanpak.” Als voorbeeld van wat er zoal
werk gedaan en de lijnen tussen de professionals zijn
gebeurt aan zorgvernieuwing volgen hieronder vier
kort: overleg en afstemming gebeurt snel en effectief.”
initiatieven waarbij verloskundigen de handen ineen sloegen met deskundigen uit andere disciplines.
Zorgstraat Verloskunde In Zuid-Oost Brabant is niet zo lang geleden een vorm van
intensieve samenwerking
multidisciplinaire samenwerking van de grond gekomen
In het Amsterdamse 2MoVe))-project [Veen Wv,2010]
rondom specifieke problemen: de Zorgstraat Verloskunde.
staat de zwangere cliënt centraal. Anne Annegarn, lid van
Initiatiefnemer is de Zorggroep Verloskunde Zuid-Oost
het projectteam en tevens gastdocent bij de Academie
Brabant, een coöperatie van verloskundigenpraktijken in
Verloskunde in Amsterdam, licht dat toe: “De cliënt
en om Eindhoven. Bestuurslid en verloskundige Nicole
centraal betekent dat haar wensen en verwachtingen
Manders vertelt over het hoe en waarom. “In de Zorg-
uitgangspunt voor de zorg zijn, in plaats van dat ze zich
straat Verloskunde richten wij de zorg rondom specifieke
moet inpassen in de bestaande structuur van de verlos-
problemen zodanig in dat we met alle deskundigen efficiënt
kundige zorg. Ze krijgt met hooguit twee verloskundigen
kunnen samenwerken. Voor de cliënt is dat duidelijk en
te maken, waarvan er een de hele begeleiding coördineert.
prettig, voor ons betekent dat goede preventie en zorg
Daardoor bouw je een betere band op.” De kwaliteits-
op maat. We gaan binnenkort van start met twee pilots:
bewaking is in handen van een Verloskundige Regiegroep,
lactatiebevordering en psychosociale ondersteuning. Om
bestaande uit verloskundigen (eerstelijns en klinisch), een
ook echt de benodigde kwaliteit te kunnen bieden,
gynaecoloog en een vertegenwoordiger van de kraamzorg.
hebben we deskundige ondersteuning gezocht van externen. We gebruiken de bestaande zorgstraten in de
Nic van Son is freelance tekstschrijver
huisartsenzorg als voorbeeld. Het kost veel energie, maar TvV maart 2011 • KNOV
33
ONDERWIJS het overleg met ziekenhuizen en andere ketenzorgpart-
werkers van de verslavingszorg en verloskundigen. Irma
ners lijkt te gaan opleveren wat wij voor ogen hebben.
Bax van verloskundigenpraktijk ‘Aiber’ memoreert de
Het initiatief en de facilitering ligt bij ons, dus we zijn
ontstaansgeschiedenis. “Het begon toen wij elkaar beter
actief in plaats van reactief.” De Academie Verloskunde
leerden kennen in een werkgroep rondom vroegsignale-
Maastricht zal in dit project de primaire proces- en
ring van kindermishandeling. Je hebt het dan ook over
effectevaluaties van de innovaties uitvoeren.
diverse andere onderwerpen. Al pratende ontstond het idee om aan onze cliënten leefstijlgesprekken te gaan
leefstijlgesprekken
aanbieden. Dat hebben we als pilot opgezet.” Die pilot
Een heel andere vorm van zorgvernieuwing ontstond in
is inmiddels uitgegroeid tot een regulier aanbod, betaald
Assen. Daar wordt aan iedere zwangere de mogelijkheid
uit een budget Preventie en Voorlichting van de gemeente
voor een leefstijlgesprek aangeboden. Dit aanbod kwam
Assen. Bax is er trots op: “Iedereen in Noord-Nederland is
tot stand door intensieve samenwerking tussen mede-
geïnteresseerd in wat wij hier doen. Perinatale sterfte
heeft nou eenmaal ook veel te maken met leefstijl, hoe gezond of ongezond je leeft. Ons initiatief heeft inmiddels ook in Hoogeveen navolging gekregen. Wat ik persoonlijk ook erg fijn vind, is dat ik nu precies weet wie ik van verslavingszorg, de GGZ of het AMK moet benaderen als ik met een specifiek probleem zit. Dat is echt een winstpunt.”
Meedenken
Zomerwaarneming gezocht Voor de maanden juni t/m september, of een gedeelte daarvan, zoeken wij een verloskundige die ons team wil komen versterken. Slaapplaats aanwezig. Alle opties bespreekbaar. Wie zijn wij? Centrum voor Verloskunde ROOS is een grote verloskundige praktijk in Roosendaal, ingedeeld in 2 teams. Echocentrum aanwezig, evenals 2 assistentes. Ben je geïnteresseerd: bel 0165-555676 of mail:
[email protected] www.centrumvoorverloskundeROOS.nl
34
TvV maart 2011 • KNOV
Vernieuwingen komen niet vanzelf van de grond, weten alle initiatiefnemers. “Je moet vooral veel vertrouwen in elkaar hebben”, zegt Marlies Bartels. “Vertrouwen en respect voor ieders rol, samen daarover goed kunnen praten. Het is ook een kwestie van durf en gaat niet vanzelf: het is echt werken aan samenwerking.” Joyce Kors onderschrijft dat. “Dat werken aan samenwerking zie je in alle vernieuwingsprojecten terug. Het is wennen aan elkaar, aftasten, uitwisselen, geven en nemen… Ook in dit proces kunnen de expertisecentra van de academies verloskunde ondersteunen. Dus of het om ontwikkeling, onderzoek of directe participatie gaat, wij kunnen in alle aspecten meedenken.” n Veen W van. Samen voor de cliënt in een VSV-plus. TvV 2010,12:43-45
ONDERWIJS
Coachdag Verloskundig Samenwerkingsverband Nijmegen e.o. In Nederland is de verloskundige zorg zo georganiseerd
Tijdens de ochtendsessie werden positieve en verbeter-
dat elk ziekenhuis een verloskundig samenwerkings-
punten voor de samenwerking benoemd. De thema’s
verband aangaat met de verwijzende eerstelijns zorg-
waarop werd gebouwd waren onderling vertrouwen en
verleners (de verloskundig actieve huisartsen en de
communicatie. Al snel bleek dat er een gemeenschappe-
eerstelijns verloskundigen). In de regio Nijmegen is dit het
lijke visie is; ‘samen verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit
Verloskundig Samenwerkingsverband Nijmegen en
van de verloskundige zorg in de regio, met respect voor
Omstreken (VSVNO). Deze groep is bijzonder, omdat het
de meerwaarde van de verschillende disciplines’. Deze
de samenwerking tussen twee ziekenhuizen combineert:
visie sluit haarfijn aan bij de aanbevelingen van het Advies
het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis (CWZ, tweede lijn) en
Stuurgroep Zwangerschap en Geboorte ‘Een Goed Begin’
het Universitair Medisch Centrum St Radboud (UMCN,
(december 2009). Om deze reden en het feit dat er in
derde lijn). Naast verloskundigen uit elf regionale eerstelijns
deze regio sprake is van deze bijzondere samenwerking
praktijken komen hier dan ook klinisch verloskundigen,
zou Nijmegen en omstreken een goede proeftuin zijn
gynaecologen en gynaecologen in opleiding uit het CWZ
voor de implementatie van de adviezen van het stuur-
en het UMCN samen. In het VSVNO zijn zodoende alle
groep rapport. Als het hier lukt kan dat een blauwdruk
lijnen uit het verloskundig speelveld gebundeld.
zijn voor heel Nederland.
Het VSVNO is ontstaan op 6 december 2006 met tien leden. In december 2010 is deze groep uitgebreid tot 22 leden en is er een intentieverklaring getekend door alle deelnemers. Doelstelling van het VSVNO is het waarborgen van kwaliteit van de verloskundige zorg, het organiseren van verloskundige zorg op lokaal niveau en het bevorderen van de samenwerking tussen de verschillende verloskundige zorgverleners. Het werken in de verloskundige zorg in Nederland is niet altijd even gemakkelijk in een tijd waarin via de media de kwaliteit van deze zorg wordt bekritiseerd en ook de patiënten met deze onrust worden geconfronteerd. Mede hierdoor verloopt de samenwerking tussen de verschillende beroepsgroepen op landelijk niveau niet altijd even soepel.
Als afsluiting van de innoverende dag hebben wij onze samenwerking ook op ludieke wijze kunnen ervaren door
Om op lokaal niveau de samenwerking tussen de verlos-
het maken van een gezamenlijk kunstwerk. De zes
kundige zorgverleners te bevorderen en de gezamenlijke
schilderen worden als drieluik verdeeld over de 3 verschil-
visie te versterken heeft op 24 januari jl. een coachdag
lende lijnen als aandenken aan deze bijzondere dag. n
voor het VSVNO plaatsgevonden onder leiding van Marijke Hoiting, coach en verloskundige. Dat van alle
A. Leenders, verloskundige praktijk Irene, voorzitter
verloskundige praktijken één vertegenwoordiger en van de
VSVNO; P. Verhoeven, verloskundige praktijk Druten
beide ziekenhuizen twee gynaecologen, één gynaecoloog
en omstreken; M. Hoiting, Andata, coaching & trai-
in opleiding en één klinisch verloskundige de gehele dag
ning, verloskundige; Dr. J. Stoutjesdijk, gynaecoloog
aanwezig waren, geeft al aan hoe belangrijk het VSVNO
CWZ Nijmegen; Dr. J. van Dillen, gynaecoloog UMC
door de deelnemers wordt ervaren.
St Radboud Nijmegen
TvV maart 2011 • KNOV
35
ONDERWIJS
Hét codewoord: ongestoord Marjolein Mensink
‘We leren dat we controle moeten hebben en iets moeten doen. ik probeer zorgverleners te laten begrijpen dat je er gewoon kunt zijn. Elke vrouw zou een ongestoorde bevalling moeten hebben, we mogen het alleen verstoren als het absoluut noodzakelijk is.’
Het water vergroot het vermogen van de moeder om los te laten en de baby zijn ‘werk’ te laten doen. De drijfkracht van het water zorgt voor veranderingen in de hormoonhuishouding (zie afbeelding). Bovendien is de foetus een ‘aquatisch’ zoogdier tot hij met de lucht in aanraking komt. Pas dan begint het proces van aanpassen aan een leven in de zwaartekracht en in de atmosfeer. Baby’s die
Het ‘hands-off’ aanwezig zijn bij een bevalling is wat
in water geboren zijn, zijn meer alert en ‘aanwezig’ en
zorgverleners weer moeten leren en in water bevallen is
huilen minder, door de geleidelijke overgang van
daar bij uitstek geschikt voor vindt Barbara Harper, dé
baarmoeder naar buiten.
specialist op dit gebied. De Amerikaanse is al 27 jaar verloskundige. Na de geboorte van haar tweede zoon (in water), zag Harper het als haar missie om vrouwen te • •
informeren over deze manier om gemakkelijker te bevallen. Ze schreef verschillende boeken en reist de hele wereld voor lezingen en scholing. Veel zorgverleners zijn sceptisch over de badbevalling, waarom is dat? De sceptici verwijzen vooral naar het gebrek aan weten-
• •
schappelijk onderzoek. Het is ethisch niet verantwoord om een randomised controlled trial (RCT) uit te voeren. Retrospectieve studies in bijvoorbeeld Italië, Zwitserland en Duitsland tonen zeer goede uitkomsten voor baby’s en
Zijn er nadelen aan in bad bevallen?
de mate van tevredenheid van moeders. Deze zijn echter
Extra was, het extra werk van het bad opzetten en de
niet voldoende om de algemene medische wereld van de
aanvoer van warm water. Dus eigenlijk het praktische
veiligheid van in water bevallen te overtuigen. In bad
deel. Medisch gezien zijn er geen nadelen.
bevallen is veilig, maar zolang er geen aanvaardbaar medisch onderzoek is, zullen er sceptici blijven. Het kijken
Kan elke vrouw in bad bevallen?
naar honderden waterbevallingen leert dat een geboorte
Nee. Sommige vrouwen met medische problemen niet.
het best verloopt wanneer het proces niet verstoord
Wel denk ik dat artsen te vaak vinden dat de baby een
wordt. Ik doe meestal een Indiase goeroe na als ik
ernstig risico loopt. Als we het hebben over contra-
hierover vertel. (Met een vervormde stem lacht Harper:)
indicaties, zijn er medische, maar ook emotionele
‘We’ve proven it in practice, now let’s prove it in theory.’
contra-indicaties. Die laatste groep is allereerste gebaseerd op angst, niet bij de vrouw maar bij de zorgverlener! Op
Harper deed een survey en onderzocht meer dan
de tweede plaats komt professionele onwetendheid. Hoe
vijfduizend enquêtes. Vrouwen, die in water zijn bevallen,
kan een zorgverlener een goede inschatting maken, als
blijken achteraf erg tevreden daarover. “Van de vijfduizend
hij niet weet dat een badbevalling veilig is, als hij de
reageerde één vrouw met ‘Nee!’ op de vraag of ze ooit
fysiologie van een watergeboorte en de chemie en
weer in water zou bevallen. Daaraan voegde ze wel toe:
neurologie die verandert in het water niet kent? Begrip
‘Dit was nummer zeven, ik ben er nu klaar mee!”
en training zijn nodig om het te kunnen doen. Een barende in het water laten is één stap. De moeder en
Wat zijn de voordelen van in bad bevallen?
baby controle geven over het verloop is stap twee.
Als een vrouw in het water ligt tijdens de bevalling wordt zij beschermd door een ‘cocon’ van warmte en comfort.
Het verloskundig ‘klimaat’ in ons land verandert. Welke betekenis kan de badbevalling hebben in het
Marjolein Mensink is klinisch verloskundige en free lance auteur 36
TvV maart 2011 • KNOV
Nederlandse systeem?
ONDERWIJS Vanuit de hele wereld keken velen tegen jullie op. Jullie
de ‘maar-en’…
staan op het randje van een forse toename in medisch
Is er een grotere kans op een fluxus post partum?
interventies. Nu is de tijd om de waterbevalling te
Nee, juist niet. Vrouwen bloeden meer als je aan de baby
verspreiden. Als vrouwen meer begrijpen over hun keuzes
of navelstreng trekt. Een ongestoord verloop, dat is het
en vaker kiezen voor in bad bevallen zijn er meer soepele
allerbelangrijkst. Als richtlijn voor het bloedverlies is een
bevallingen en is er minder medicalisering. Er moet dan
goede maat dat je de huidskleur van de vrouw nog moet
wel veel meer gedaan worden aan scholing, zowel voor
kunnen zien door het water.
zorgverleners als voor zwangere vrouwen en hun partners. Mijn aanpak is altijd geweest om te concentreren op de
Wat als er sprake is van schouderdystocie?
gezondheid en het welzijn van de baby en het creëren
De neurologie van de baby is zes keer langzamer dan die
van de best mogelijke omgeving voor een ongestoorde
van een volwassene. We moeten de baby zijn eigen tempo
geboorte. De integratie van water is een grote stap op
laten bepalen en de tijd geven, soms is dat één wee, soms
weg naar dat doel. Als we de geboorte zachter maken
zijn het er twee. Het helpt om de moeder van houding te
voor de baby, meer bewust voor de moeder en als we het
laten veranderen, dat kan in bad net zo goed als op bed.
proces meer beschermen is het verloop van de baring beter.’
Zoals het liedje: ‘If you can’t move the baby move the mother. If the shoulder is stuck, get the mother up.’ Hebben baby’s vaker last van ondertemperatuur? Als de baby op de meest natuurlijke plek is, de borst van zijn moeder, dan heeft hij de beste thermostaat van de planeet in de buurt. Is het niet vies? Het is helemaal niet vies. ‘The solution to polution is dilution’ (De oplossing voor vervuiling is verdunning). De moeder vervuilt de baby niet, want de bacteriën verdelen zich sterk over het water. Maar is het niet onhandig? Nee. De barende kan nog steeds elke houding aannemen. Het helpt juist extra om ‘hands off’ te werken. Ervaring
© ‘t Duikertje
Roselyne Rigtering (33) beviel in augustus 2010 van Robin. Thuis en in bad. “Ik had over badbevallingen gelezen en verhalen erover gehoord. Het leek me fijn om te ontspannen en zo minder pijn te voelen.” Toen bleek dat de verloskundige praktijk waar Roselyne Hoe kunnen we de badbevalling integreren in het
onder controle was niet achter badbevallingen stond,
ziekenhuis? Hoe zit het bijvoorbeeld met het CTG en
legde zij zich daar bij neer. Het ontsluiten mocht in bad,
infusen?
het persen liever daarbuiten. “Ik had een baarkruk gehuurd,
Het CTG biedt dezelfde uitkomsten als auscultatie.
een opblaasbare bal, mijn keukentafel kon als ‘noodbed’
Continue monitoring is vaak niet noodzakelijk. Er bestaan
gebruikt worden en de douche was er als back-up.”
wel CTG apparaten die in bad kunnen worden gebruikt.
Toen het zover was had Myrte de Geus dienst.
Een vrouw kan ook met een infuus in bad. In 92 landen
“Van haar mocht ik toch in bad blijven liggen. Mede door
wordt in bad bevallen. Duitsland en Groot-Brittannië zijn
Myrtes zelfverzekerdheid twijfelde ik niet of het de juiste
goede voorbeelden van integratie van waterbevallingen in
plek was. Bovendien had ik genoeg alternatieven voor als
een klinische setting.‘
ik toch uit het bad zou moeten. Het was een erg relaxte bevalling.” De ontsluiting verliep vlot en ondanks dat het
Op Harpers website, www.waterbirth.org is veel te vinden
persen wat meer moeite kostte (Robin was een ruime
over in water bevallen. Kijk op de site voor informatie
achtponder) is Roselyne ‘heel blij’ met het verloop. “Ik
over wetenschappelijk onderzoek, nieuws, ‘FAQ’,
zou de volgende keer zeker weer in bad willen bevallen.”
ervaringsverhalen en de ‘I was born in water’ lijst.
Myrtes reactie: “Het was duidelijk dat Roselyne helemaal TvV maart 2011 • KNOV
37
ONDERWIJS op haar plek was in bad, ze kon zich daar optimaal ontspannen. Ze is er een paar keer uit geweest voor controles en was dan in een paar stappen bij het matras
Scholingsbijeenkomsten PSIE en hielprik
dat op de keukentafel lag (de badkamer was op de begane grond). Daarna wist ze niet hoe snel ze weer
In de periode maart en april 2011 vinden er zes
terug moest komen in bad, dat was echt haar stek. Ze
regionale scholingsbijeenkomsten plaats over de
was nog zo goed mobiel, dat ik er alle vertrouwen in had
wijzigingen in de Neonatale Hielprikscreening
dat ze, mocht het nodig zijn, in een mum van tijd weer
(NHS) en wijzigingen in de Prenatale Screening
op het matras zou liggen. Dat was ook wat we afgespro-
Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie (PSIE).
ken hadden. Het persen nam tijd, maar ik had niet de
Half februari hadden al ruim 450 belangstellen-
indruk dat ze buiten het bad beter had kunnen persen.
den zich aangemeld voor deelname. Er is voor
Het was gewoon een flink kind. Bij de laatste persweeën
alle avonden nog plaats voor meer deelnemers.
tilde ze steeds instinctief haar stuit op, het water onder-
Gezien de grote belangstelling is het advies
steunde haar daar uitstekend in. Robin werd prachtig
echter niet te lang te wachten met aanmelden.
geboren en zweefde zo door het water. Vader tilde haar
Meer informatie over de inhoud, data, locaties
uit het bad en ze deed het meteen super.”
en accreditatie van de scholingsbijeenkomsten
“Wil je in een praktijk toe kunnen zeggen dat vrouwen in
staat op www.rivm.nl/pns/scholing
bad kunnen bevallen, dan moeten alle verloskundigen daartoe bereid zijn. Bij ons is dat niet zo. Voornamelijk
Belangrijk: locatiewijziging voor 1 maart 2011
door praktische overwegingen, zoals een zwakke rug kan
te Amsterdam. De bijeenkomst vindt plaats in
niet iedere verloskundige de geboorte in bad begeleiden.
Aristo, Teleport Boulevard 100 te Amsterdam
Vrouwen, die het per se willen, verwijzen we door naar
(Sloterdijk). n
andere verloskundigen en anders zien we hoe het loopt. Bij Roselyne kwam het allemaal heel mooi samen!” n
Bevallen kunnen we vergelijken met het leveren van een topprestatie. Niemand gaat een marathon onvoorbereid lopen. Niemand zou onvoorbereid moeten bevallen. Goed presteren hangt (ook bij bevallen) voor een groot gedeelte af van zowel de mentale als de fysieke toestand. Het goede nieuws is dat deze fysieke en mentale toestand sterk verbeterd kan worden door degene die moet presteren. Iedereen die bewust leert omgaan met processen in zijn lichaam kan steeds dichter bij zijn topprestatieprofiel komen. En om die reden is een goede voorbereiding op de bevalling zo wenselijk. Wetenschappelijk is eerder aangetoond, dat angst fysiologische processen remt. Oefenen met de geboortetrainer Epi-no geeft zelfvertrouwen en neemt onnodige angsten weg. Vrouwen leren zich bewuster te worden van hun bekkengebied. Door de vergroting van dit bewustzijn krijgt de aanstaande moeder meer zelfvertrouwen. Dit geeft haar de kracht om haar eigen aandeel in de bevalling vol vertrouwen tegemoet te zien en als positief te ervaren. Andere trainingseffecten zijn: • Minder kans op inscheuren van het perineum • Verkorte uitdrijving • Getrainde bekkenbodemspieren • Een spoedig herstel na de bevalling
www.epino.nl 38
TvV maart 2011 • KNOV
Epi-no, voor een betere bevalling en een sneller herstel.
INNOVATIEF
‘Zwangeren verdienen een vrije keus’ Directeur Common Sense Jan-Erik de Wildt over verloskunde en de STBN Eric Weijers
stichting sTBN vroeg mensen in het veld: wat kan sTBN voor jou betekenen in de toekomst? in het antwoord van jan-Erik de Wildt viel zijn passie voor goede gezondheidszorg op. reden voor een nadere kennismaking: het tweede interview in een tiendelige reeks over verloskunde en sTBN. jan-Erik (1961) is directeur van common sense, een bedrijf dat projecten uitvoert voor de herinrichting van eerstelijns zorg. Waar kennen de verloskundigen in Nederland u van? Ik heb veel presentaties in het land gegeven over de organisatie van verloskunde. Wat langer geleden ben ik betrokken geweest bij de oprichting van geboortehotels en verloskundige centra. Ik draag steeds de uitgesproken visie uit dat eerstelijns zorg het fundament is onder ons zorgstelsel, ook in de verloskunde. Als u het voor het zeggen had, wat zou u dan doen voor de verloskunde in Nederland? Ik geloof heilig dat het goed zou zijn als zwangeren een echte, vrije keus hebben tussen thuis bevallen, een verplaatste thuisbevalling en een ziekenhuisbevalling. Patiënten hebben nu niet echt de keuze. Ze zijn niet op de hoogte van de kwaliteit en de veiligheid van de diverse
Hoe ziet u de publicatie van het UMCU van afgelopen
mogelijkheden. Onafhankelijke voorlichting is nu niet aan
najaar over de hogere babysterfte die begon in de
de orde. Het ontbreekt aan transparantie.
eerste lijn? Je hoeft bij zo’n artikel alleen maar te kijken waar de
Wat is uw grootste ergernis?
auteurs zitten. Het ziekenhuis in dit geval. Het is een
Die hangt samen met het bovenstaande. Partijen, die nu
belangenspel, een machtige lobby. De tweede lijn
de informatie verstrekken, zijn niet onafhankelijk. Neem
besteedt veel tijd aan onderzoek. De eerstelijns zorg is
de campagne van de gynaecologen, met als slogan
veel minder sterk georganiseerd en heeft nauwelijks een
‘Iedereen heeft recht op een pijnloze bevalling’. Er staat
lobby. Onderzoeken uit de eerste lijn, die andere effecten
nog net niet achter: …en dat kan alleen in het zieken-
laten zien, worden onvoldoende naar voren gebracht.
huis. Ze zouden erbij moeten vertellen wat de risico’s zijn, de sociaal-emotionele kanten van thuisbevallen en wat
Wat is uw visie op samenwerking in de verlos-
het nut is van ‘beperkte’ pijn bij de bevalling. Bij een
kundige keten?
bevalling hoort volgens mij een bepaalde mate van
Wat ik zou willen is dat de schakels in de keten van
functionele pijn. Op het moment dat het te erg wordt,
bevallingszorg beter op elkaar aan gaan sluiten. Ik
moet je naar het ziekenhuis. Maar niet uit economische
verwacht ook dat dit gaat gebeuren – onder druk van
motieven. Ik zie te veel economy driven zorg.
kindersterfte en onveilige overdrachtsituaties. Willen we de situatie verbeteren, dan brengt dat voor iedereen verplichtingen met zich mee. De verloskundigen moeten TvV maart 2011 • KNOV
39
INNOVATIEF zorgen voor goede overdrachtsinformatie en voorberei-
U praat gepassioneerd over gezondheidszorg.
dende stappen. De gynaecologen en ziekenhuizen
Waar komt dit vandaan?
moeten 24 uur per dag verloskundige bezetting kunnen
Ik ben gepassioneerd, omdat gezondheid voor iedereen
garanderen. Niet slapend, maar beschikbaar. In de
het belangrijkste is in het leven. Als je gezondheidszorg
huidige situatie is er tussen 08.00 en 18.00 uur een
optimaal inricht, kun je voor iedereen betaalbare,
gynaecoloog in het ziekenhuis. Het is een absolute
kwalitatief goede zorg leveren. De zorg in Nederland is
vereiste dat er continu een gynaecoloog aanwezig is. Als
goed, maar er is enorm veel verbrokkeling. We zouden
je organisatie en overdracht van de eerste lijn eist, moet
beter kunnen worden en geld besparen, minstens 25
je dat ook eisen van de tweede lijn.
procent, als we structuur en uitvoering efficiënt maken. Dat levert betere kwaliteit op. Bij verloskunde is dit extra
Speelt de zogenaamde integrale bekostiging hierbij
belangrijk. Er is geen andere sector waar de aansluiting
een rol?
tussen eerste en tweede lijn zo nauw luistert. Als je je
Het voordeel van integrale bekostiging is dat hele pakket
pols breekt en je gaat eerst naar de huisarts in plaats van
bevallingszorg één prijskaartje krijgt. Zorgverleners
meteen naar de spoedpost, kost je dit een uurtje extra
declareren niet langer aparte handelingen. Je mag ervan
voor je pols gezet is. Bij een bevalling kan dat niet. Je
uitgaan dat er dan geen economische prikkels zijn om
loopt echt risico’s als de overdracht niet goed geregeld is.
zorg aan te bieden die zwaarder is dan nodig. Alle betrokken partijen gaan dan steeds op zoek naar de
Hoe ziet u de rol van de STBN in verloskundig
goede kwaliteits- en prijsverhouding. Over ontschotting
Nederland?
gesproken: het trekt als het ware vanzelf de schotten weg
STBN is voor mij een supergespecialiseerde landelijk
tussen de ketenpartners. Er zou dan één aanspreekpunt
werkende organisatie. Hun kracht is dat ze alleen maar
komen voor de zwangere. Of dat aanspreekpunt de
verloskunde doen. Ik hoop dat de STBN veel goede
verloskundige of het ziekenhuis is, is daarbij de vraag.
geboorteketens kan opzetten. Met daarin een gelijkwaardige positie van de verloskundigen. Het zou rampzalig
Komt die integrale bekostiging er ook?
zijn als de verloskundige in dienst komt van het zieken-
Ik denk dat het een goed idee zou zijn, vanwege de
huis. Daar wordt gestuurd naar een medisch model. n
nauwe samenwerking die er dan gevraagd wordt tussen verloskundigen en gynaecologen. Maar het hangt samen met andere bekostigingsvraagstukken. De wijze van bekostiging zal de juiste prikkels moeten geven om de verloskundige zorg te optimaliseren en de kwaliteit te garanderen. En hoe zit het met de concentratie van verloskundige zorg? Verloskundige zorg moet geconcentreerd worden. De hele infrastructuur moet aangepast worden. Concentreer maximaal 40 geboortecentra in specifiek aangewezen locaties. Dus geen zeven locaties in Amsterdam, maar één geboortecentrum, een stadsmaatschap van alle verloskundigen aanpalend aan het ziekenhuis. Geeft dit geen problemen met reistijd?
Ter lering ende vermaeck
Als de afstand te groot is, kan er gekozen worden voor een verplaatste thuisbevalling in het geboortecentrum. De
de internetgeneratie is nu ook al in de buik actief:
screening moet zo goed worden, dat er minder spoedge-
foetus met smiley.
vallen optreden. Nu eindigt nog vijftig procent van de
Deze foto is niet getruukt. Onder in beeld zie je de baby
thuisbevallingen in het ziekenhuis. Het moet haalbaar zijn
met rechts vaag een hoofd zichtbaar. Bovenin beeld is de
om dit terug te brengen naar twintig procent.
placenta te zien. Daartussen zie je een dwarsdoorsnede van de navelstreng met daarin 3 vaten. Toevallig presenteren deze vaten zich hier als een smiley. Met dank aan Angela Verbeeten
40
TvV maart 2011 • KNOV
PRAKTIJK
Oliebollen Ik ging naar een Afrikaanse in de Bijlmer. Het duurde lang om binnen te komen. Net een gevangenis. Over de stinkende plassen pis, op zoek naar de ingang van de eindeloze, troosteloze galerij. Drie keer bellen, door het hek en ik was binnen. Binnen was niets. Een oud tapijt, een matras met een oude deken, wat doeken, een beschimmelde badkamer met een kapotte kraan. Ik heb zoveel vrouwen zoals zij gezien, ben in zoveel van dit soort onbewoonbare woningen geweest. Elke keer raakt het me weer. En elke keer weer kan ik het niet laten met die vrouwen te praten over hun leven hier en het leven wat ze hadden. Ze is hier illegaal en alleen. Haar ‘vriend’ is verdwenen toen hij hoorde van de zwangerschap. Hij kwam ’s avonds niet thuis en de volgende dag ook niet. Zijn telefoon stond uit en bleef uit. Hij kwam nooit meer terug en ze heeft nooit meer iets van hem gehoord. Zijn kleren staan in een doos. Ze heeft geen recht op een uitkering, geld kreeg ze van hem. Heel soms krijgt ze wat van de kerk en daar koopt ze dan voor € 2,- brood voor en daar doen ze dagen mee, zij en haar dochter. Meer dan brood en water is er dan niet. Hoe was leven in Afrika? Familie, de zon, haar thuis. Dacht ze aan teruggaan? Ja, daar dacht ze aan. Maar ze blijft hier, voor haar kinderen. Zodat ze hier naar school kunnen. Zodat ze kans maken op een toekomst. Dat je dit doorstaat: alleen zijn, illegaal zijn, afhankelijk van de gulle giften van een ander, in armoede leven, in de steek gelaten worden, geen familie om je heen, niemand zijn… Voor de toekomst van je kinderen. Ik dacht: deze vrouw is niet zielig. Deze vrouw is een heldin! We kregen het over de positie van de ‘ontvanger’ en de ‘gever’. Over hoe graag zij zou geven. Haar gezicht klaarde op toen ze zei: toen ik opgenomen lag, heb ik het gewoon gevraagd, voor mezelf. “Wat gevraagd?” “Een oliebol” “Een oliebol???” “Ja! Toen ik opgenomen werd, had ik thuis helemaal geen geld meer en dus had ik in het ziekenhuis ook niets. Ik rook beneden de geur van de oliebollenkraam die op het plein stond en ik werd gek. Ik moest een oliebol! Maar ze waren € 1,- per stuk en ik had geen euro. Toen heb ik de zaalarts bij me geroepen en ik heb gezegd: ‘geef me alsjeblieft een euro. Ik móet een oliebol!’ En weet je wat hij deed? Hij pakte zijn portemonnee en gaf me twee euro. Ik ben naar beneden gerend en heb zó genoten!! Toen ik werd ontslagen, vlak voor Kerst, kreeg ik een envelop met € 50,-. “Van het ziekenhuis, voor kerstboodschappen, zeiden ze. We eten er nog van…” Wat een leven… Ik ga zaterdag weer naar haar toe. Mét oliebollen. n Ruth Evers, verloskundige TvV maart 2011 • KNOV
41
PRAKTIJK
Vijf minuten interview met Claudia Kap, 41 jaar, al 16 jaar eerstelijns verloskundige in Den Helder Heb je altijd verloskundige willen worden? Ja! Op de lagere school had ik al een fascinatie voor bolle buiken en zwangere vrouwen. Ik heb er wel drie keer een spreekbeurt over gehouden. Ik had nog een klein zijspoor in de sport, maar na twee gescheurde enkelbanden kon ik dat wel vergeten. Dienst auto: Opgeruimd of puinzooi? Met drie kinderen is die altijd een puinzooi natuurlijk. Een stagiaire merkte op dat zelfs mijn diensttas een chaos is, maar ze heeft ‘m uitgepakt en uitgebreid bekeken, maar alles is altijd compleet. Claudia Kap te midden van haar collega’s; links:
Vreemdste plek waar je ooit een bevalling deed?
Nienke Dijk, waarneemster en rechts Wendy Auceps, maat.
Hm, daar moet ik even over nadenken; Den Helder is wat dat betreft toch een beetje saai. Eigenlijk is de meest bijzondere plek heel gewoon. Voor mij blijft dat toch het
Zou je zelf in het ziekenhuis of thuisbevallen?
bed waarin mijn neefje geboren is. Vanwege een fluxus
Thuis! Ik roep altijd dat ik het kunstje bij velen heb kunnen
met een manuele placenta verwijdering tijdens de eerste
afkijken en toen wist ik hoe het moest. Ik had geluk: ik ben
baring, mocht mijn zus niet meer thuis bevallen. Toch
bevallen bij mijn beste vriendin; het kon niet meer stuk.
werd hij per ongeluk zeer vlot en geheel ongecompliceerd thuis geboren.
Als je Minister van Volksgezondheid zou zijn wat is het eerste dat je zou veranderen?
Grootste overeenkomst tussen jou en je collega’s?
Ik zou de eerste en tweede lijn echt willen laten zorgen
De Liefde voor ons vak. O, en dat ze net zo graag geld
voor de zwangeren.
verspilt als ik! Geld moet rollen vinden we allebei. We hebben bijvoorbeeld memorysticks met ons logo erop.
Wie is jouw grootste inspiratie in je vak?
We zijn absoluut geen kruideniers!
Dat is de zwangere vrouw zelf.
Waar zijn jij en je collega’s het altijd over oneens?
Hoe denk je dat je vak eruit ziet over tien jaar?
... Uhm… uh… ik weet het echt niet. We hebben vast
Vooralsnog wil ik blijven dromen. We gaan binnen veilige
wel eens ruzie, geloof ik?
marges nog steeds voor de thuisbevalling. Ik denk dat we enorme dikke dossiers zullen krijgen als ik zie wat we
Waar zou je in je praktijk meer aandacht aan willen
allemaal moeten opschrijven tegenwoordig…
besteden? Ik zou graag meer aandacht geven aan de communicatie
Heb je nog ambities?
met onze buitenlandse cliënten. We proberen zo goed
Een eigen praktijk pand; een pand dat van ons zelf is.
mogelijk gebruik te maken van de tolkentelefoon, maar
Dat staat op de nominatie voor 2011. n
doen dat toch te weinig. Ik wil eigenlijk zelf graag met iedereen kunnen communiceren. Afgelopen week zag ik nog een Braziliaanse vrouw op ons spreekuur. Ik heb via haar man met haar gecommuniceerd en dat is toch jammer. Die vrouw heeft het recht om zelf met mij te kunnen spreken.
42
TvV maart 2011 • KNOV
INTERNATIONAAL
Eerste en tweede lijn samen in Ethiopië ‘Adopteer een vroedvrouw’ en ‘Ethiopië bevalt’ werken samen Roos Ament In het voorjaar van 2010 werden de stichtingen ‘Adopteer
Op 20 juni 2010 zijn Hans Doornbos en Roos Ament
een Vroedvrouw’ en `Ethiopië bevalt’ door de Triodos
begonnen in het ziekenhuis in Mota. Ze kregen een warm
bank met elkaar in contact gebracht. Beide stichtingen
onthaal van de bevolking en het ziekenhuis. Ze konden
zetten zich met een heel praktische aanpak in voor het
meteen aan de slag in de verloskamers en al snel werd de
terugdringen van moedersterfte in Ethiopië.
eerste baby gezond en wel geboren. Inmiddels hebben Frits Blacquiere, Marianne Stelwagen, Daphne Leeffers en Arend Roukema hen afgelost. Zij werken met veel enthousiasme op de verloskamers in Mota en geven veel onderwijs. Inmiddels zijn ze allemaal weer gezond veilig thuis. De wacht is voorlopig even overgenomen door Australische gynaecologen. Lang niet al die vrouwen bereiken in Ethiopië een ziekenhuis, vaak ook omdat ze weten dat daar ook geen hulp is. Daar komt nu gelukkig verandering in. In het afgelopen half jaar is de moedersterfte in het gebied met 80% teruggedrongen door de mogelijkheid van b.v. spoed-
‘Adopteer een vroedvrouw’ verschaft studiebeurzen aan
keizersneden en bloedtransfusies.
leerling verloskundigen die na hun opleiding aan het
Voor het ziekenhuis in Mota, en wellicht binnenkort ook
werk gaan op het Ethiopische platteland. ‘Ethiopië bevalt’
voor andere plaatsen, wordt gezocht naar verloskundigen,
werkt aan het opzetten van goede verwijsmogelijkheden
bij voorkeur met tweedelijns ervaring en gynaecologen
voor verloskundige spoedhulp in plattelandsziekenhuizen.
die voor een periode van 2-3 maanden als vrijwilliger
Ethiopië kampt met één van de hoogste cijfers van
uitgezonden willen worden.
moedersterfte wereldwijd. Slechts 6% van de vrouwen heeft bij de bevalling hulp van een deskundige. Per jaar
Kijkt u voor meer info op sites.google.com/site/
sterven er 24.000 vrouwen ten gevolge van zwanger-
ethiopiebevalt/ of www.adopteereenvroedvrouw.org n
schap en bevalling, en ieder jaar komen er 9.000 nieuwe fistelpatiënten bij. ‘Adopteer een vroedvrouw’ is een initiatief van verloskundige Roos Ament die jarenlang voor o.a. Artsen zonder Grenzen en lokale organisaties in Uganda en Ethiopië werkte. Naast het werven van fondsen voor studiebeurzen wordt er hard gewerkt aan een grotere bekendheid over het onderwerp moedersterfte in samenwerking met organisaties als White Ribbon Alliance NL en Moedernacht. ‘Ethiopië bevalt’ is het initiatief van Kirsten Kluivers, gynaecoloog in het Radboud Universitair Medisch Centrum in Nijmegen. Zij werd tijdens een seminar geïnspireerd door Andrew Browning, fistelchirurg in Ethiopië. Roos Ament is verloskundige TvV maart 2011 • KNOV
43
Het Sint Lucas Andreas Ziekenhuis is een groot interconfessioneel ziekenhuis in Amsterdam-West. Wij bieden onze patiënten naast topklinische zorg een zo breed mogelijk aanbod van gespecialiseerde zorg. Veiligheid en vriendelijkheid richting patiënten staan daarbij hoog in ons vaandel. Wetenschappelijk onderzoek en opleiding zijn belangrijke pijlers van ons beleid. Als Teaching Hospital zijn wij aangesloten bij de Samenwerkende Topklinische opleidingsZiekenhuizen (STZ). Voor medewerkers kenmerkt het Sint Lucas Andreas Ziekenhuis zich door een prettige werksfeer, samenwerking en professionaliteit.
In verband met uitbreiding van ons verloskamercomplex zijn wij binnen de afdeling Verloskunde en Gynaecologie per direct op zoek naar diverse enthousiaste (m/v)
Klinisch Verloskundigen Afdeling De Bedrijfseenheid Gynaecologie/Verloskunde is een onderdeel van het Vrouw-Kind centrum binnen het Sint Lucas Andreas Ziekenhuis. Onze afdeling ontwikkelt zich sterk! Wij hebben de ambitie om optimale kwaliteit van zorg en dienstverlening te bieden aan onze patiënten. Tweedelijns bevallingen vinden plaats op onze verloskamers. Ons verloskamercomplex is recent gemoderniseerd en heeft een warme uitstraling. Poliklinische eerstelijns bevallingen vinden plaats in het Beval Centrum West, welke grenst aan onze verloskamers. Onze afdeling participeert in een verloskundig samenwerkingsverband dat de VIL als uitgangspunt heeft. Er wordt gewerkt in een enthousiast, dynamisch, multidisciplinair professioneel team van O&G-verpleegkundigen, doktersassistenten, echoscopisten, klinisch verloskundigen, verloskundigen in opleiding, arts-assistenten in opleiding, arts-assistenten niet in opleiding en gynaecologen, waarin veel ruimte is voor eigen initiatieven en ontplooiing.
Functie-inhoud De Klinisch Verloskundige is een teamspeler, met eigen verantwoordelijkheden. Zij biedt klinische tweedelijns verloskundige zorg conform het functieprofiel van de KNOV/NVOG. De Klinisch Verloskundige is werkzaam op de polikliniek, de kraamafdeling en op de verloskamers. Het geven van onderwijs heeft hierbij een hoge prioriteit. Functie-eisen Wij vragen een geregistreerd verloskundige (BIG register) die zowel zelfstandig als in teamverband kan werken, initiatief neemt, collegiaal is ingesteld en bereid is om onregelmatige diensten te draaien. Ervaring in de eerste lijn is een pre. Enthousiasme voor onderwijs is belangrijk. Echo-ervaring is gewenst, maar geen vereiste. Arbeidsvoorwaarden Het betreft een dienstverband voor 1 jaar voor 27-36 uur per week, met mogelijkheid tot een vast contract. Van toepassing is de CAO Ziekenhuizen. De functie is ingedeeld in FWG 60.
Informatie Nadere inlichtingen worden u gaarne verstrekt door mevrouw C. Wisman, klinische verloskundige, Dr. A.J. van Veelen, gynaecoloog en mevrouw M. van Heugten, manager bedrijfseenheid Gynaecologie/Verloskunde te bereiken via het secretariaat Gynaecologie/ Verloskunde, telefoon (020) 5108 400 of (020) 5108 401, of kijk voor meer informatie op www.slaz.nl. Sollicitatie U kunt uw schriftelijke sollicitatie tot uiterlijk drie weken na het verschijnen van dit blad sturen naar het Sint Lucas Andreas Ziekenhuis, ter attentie van mevrouw K. Klister, personeels functionaris, postbus 9243, 1006 AE Amsterdam of per e-mail aan
[email protected] Acquisitie naar aanleiding van deze advertentie wordt niet op prijs gesteld.
www.slaz.nl
BERICHTEN
Next Huidige zorg zwangere type 1diabeten adequaat
gesteund voelen bij de vaak lastige dilemma’s waarvoor
Kinderen van moeders met diabetes mellitus type 1
De komende maanden wordt in overleg met relevante
(DM1) hebben, wanneer zij 6-8 jaar oud zijn, vergelijk-
partijen uit het veld verdere stappen gezet om zo effectief
bare cardiovasculaire en metabole uitkomsten als hun
mogelijk op te kunnen treden bij het voorkomen,
leeftijdsgenootjes met niet-diabetische moeders. Dit is
signaleren, stoppen en beperken van schade van kinder-
waarschijnlijk het gevolg van de huidige zorg voor
mishandeling.
zwangeren met DM1. Dat concluderen Maarten Rijpert
De volledige reactie van de bewindslieden is te lezen op
(UMC Utrecht) et al in hun onderzoeksartikel dat recent
de website van de overheid.
werd gepubliceerd in Early Human Development
www.rijksoverheid.nl
zij staan. Ter ondersteuning aan de hulpverleners benadrukken zij dat dit kabinet geen agressie en geweld tolereert tegen mensen die een publieke taak uitoefenen.
(2011;87:49-54). De onderzoekers bepaalden diverse cardiovasculaire en metabole parameters bij kinderen van vrouwen met DM1. Ook bestudeerden zij de effecten van bekende complicaties bij DM1-zwangerschappen zoals subopti-
Vaker zwanger met galactosemie dan gedacht
male maternale glykemische controle, vroeggeboorte
Dit is een van de conclusies van het onderzoek dat
en macrosomie. De onderzoekers vergeleken een groep
Cynthia Gubbels uitvoerde aan de Universiteit van
kinderen van DM1-moeders (n = 213) met een controle-
Maastricht. Klassieke galactosemie is een erfelijke
groep kinderen van niet-diabetische moeders (n = 79).
stofwisselingsziekte in de verwerking van de complexe
Van de kinderen bepaalden zij BMI, bloeddruk en diverse
suiker galactose. Vrouwen met dit ziektebeeld hebben
glucoseregulatie- en vetmetabolismemarkers. Uit de
meestal eierstokfalen waardoor er vruchtbaarheids-
vergelijking kwamen geen verschillen in glucoseregulatie,
problemen optreden. Haar onderzoek toonde ondermeer
vetmetabolisme en het aantal componenten van metabool-
aan dat zwangerschap in deze groep minder zeldzaam is
syndroom (overgewicht, hypertensie, dyslipidemie en een
dan gedacht, ondanks eierstokfalen. Inactiviteit van het
gestoorde suikerspiegel) naar voren tussen de twee
eierstok stimulerende hormoon FSH door afwijkende
groepen kinderen.
versuikering als mogelijk onderliggend mechanisme is
www.ntvg.nl
onderzocht en lijkt niet waarschijnlijk, zowel bij basaal laboratoriumonderzoek als bij stimulatietesten in patiënten.
Overheid moet sneller ingrijpen bij kindermishandeling
Ook mannen met galactosemie kunnen vruchtbaarheids-
De overheid moet sneller ingrijpen als ouders niet in staat
bijdraagt aan verminderd vaderschap in deze groep.
zijn de veiligheid van hun kind te waarborgen, vooral als
www.maastrichtuniversity.nl
problemen ondervinden, en zij lijden vaker dan verwacht aan niet-ingedaalde testikels. Verder bleken zij een vertraagde sociale ontwikkeling te hebben, die mogelijk
het om baby’s en jonge kinderen gaat. Dat schrijven staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie en staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten van
Hernieuwde abortusdiscussie
Volksgezondheid, Welzijn en Sport in een reactie op
Een week na de discussieavond in de Rode Hoed – zie ons
onlangs verschenen rapporten van de Inspectie Jeugdzorg
vorige tijdschrift - wordt in de kranten gerapporteerd over
(IJZ) en de Onderzoeksraad voor Veiligheid over gevallen
de hernieuwde abortusdiscussie. Het CDA wil de
van fatale of bijna fatale kindermishandeling die naar de
mogelijkheden tot abortus beperken door het verlagen
Tweede Kamer zijn verstuurd. Zij zien de conclusies en
van de abortusgrens van 24 naar 22 weken zwanger-
aanbevelingen uit de rapporten als een belangrijke
schap. Het CDA wordt hierin gesteund door de Christen
aansporing om knelpunten verder aan te pakken.
Unie die terug wil naar 18 weken en de PVV die zelfs
Daarnaast dient het kabinet ervoor te zorgen dat de
terug wil naar 14 weken, zo berichtte de Volkskrant op
professionals in het veld zodanig toegerust zijn dat zij
25 januari jl. VVD en PvdA zijn tegen dit voorstel.
slagvaardig hun werk kunnen doen en zich optimaal
Zoals ook uit de discussie in de Rode Hoed blijkt, wordt TvV maart 2011 • KNOV
45
Praktijkbegeleiding cursus echografie nodig? Als verloskundig opleider en echografiste bied ik je de mogelijkheid om je stageperiode in eigen praktijk te volgen, voor het 1e lijns gedeelte. Beste collega’s: “Op zoek naar een stageplaats voor mijn cursus echografie aan de Fontys Hogeschool vond ik in Annet een ervaren opleider. In mijn eigen praktijk begeleidde ze mijn echostage, waarbij meteen ook het onderzoek gedeclareerd kon worden. Voor mij was dit een goede en prettige ervaring. Ik kan je haar van harte aanbevelen.” (Verloskundige eerstelijns duopraktijk).
Janke de Vries, Marjanna Veenstra, Sijke Kok, Marrit van Meerlo
Janke de Vries, Marjanna Veenstra, Sijke Kok, Marrit van Meerlo Wij zijn op zoek naar enthousiaste en flexibele
Wij zijn op zoek naar enthousiaste en flexibele
WAARNEMING (M/V)
WAARNEMING (M/V)
voor de zomerperiode (week 30 t/m 41).
Wij zijn een gezellige plattelandspraktijk met ongeveer 330 zorgeenheden per jaar. voor de zomerperiode (week 30 t/m 41). Voor meer informatie over onze praktijk, kijk op www.verloskundigen-dokkum.nl
Je kunt bij mij ook terecht voor: • advisering m.b.t. de aanschaf van apparatuur. • vervanging echospreekuur.
Er zijn is eeneen slaapplaats beschikbaar in de zusterflat het ziekenhuis. Wij gezellige plattelandspraktijk metvan ongeveer 330 zorgeenheden per jaar. De informatie kosten hiervan komen voorkijk onzeoprekening. Voor meer over onzevolledig praktijk, www.verloskundigen-dokkum.nl Ook 4e jaars studenten zijn van harte uitgenodigd om te reageren!
Er is een slaapplaats beschikbaar in de zusterflat van het ziekenhuis. De kosten hiervan komen volledig voor onze rekening.
Wellicht een unieke kans voor jou….? Ook 4e jaars studenten zijn van harte uitgenodigd om te reageren!
Flexibele werktijden mogelijk (ook ’s avonds). Annet Braaksma Nieuwstraat 18 5311 BG Gameren Tel. 0418-639739 / 06-22558361 e-mail:
[email protected]
Wellicht een unieke kans voor jou….?
Heb je interesse? Of wil je meer weten? Neem dan contact op met Sijke Kok,
[email protected]
Heb je interesse? Of wil je meer weten? Neem dan contact op met Sijke Kok,
[email protected]
rondom de zw an ge
re
Vanaf heden zijn we op zoek naar een collega of waarneemster voor een langere periode
Wij zoeken waarneming vanaf eind mei! Onze praktijk: Verloskundige Praktijk De Nieuwe Vaart is een moderne plattelandspraktijk in de buurt van Zwolle. Wij verlenen verloskundige zorg in de plaatsen Dedemsvaart, Balkbrug, Nieuwleusen en omgeving. • Ongeveer 300 inschrijvingen per jaar • 90% thuisbevallingen • Spreekuur met praktijkassistentes • Grote, moderne praktijkruimte • Termijnecho’s en SEO’s in eigen praktijk • Volledig geautomatiseerd met Orfeus Online Wij zoeken: • Waarneming ivm ziekte vanaf 23 mei • Voor 3-4 dagen per week, gedurende minimaal 2 maanden • Met hart voor de eerste lijn • BIG geregistreerd en ingeschreven in het kwaliteitsregister Geïnteresseerd? Stuur binnen 2 weken na verschijningsdatum van deze advertentie een sollicitatiebrief met CV naar:
[email protected] Verloskundige Praktijk De Nieuwe Vaart Latyrusstraat 12E, 7701 CX Dedemsvaart
Wat bieden wij: • Een dynamische praktijk van ruim 400 zwangeren per jaar vanuit allerlei culturen en achtergronden in het hart van de Betuwe • We zijn een gezellig team van 4 verloskundigen en werken intensief samen met meerdere disciplines in het Eerstelijns Centrum Tiel. • We maken voor onze clienten werk van “zorg op maat” binnen ons innovatieproject: www.rondomdezwangere.nl • Termijn- en diagnose echo’s maken we zelf • We hebben een goede samenwerking met de 1e en 2e lijn en een vooruitstrevend VSV in de regio Wat verwachten wij: • Een positief ingestelde en flexibele collega, gericht op samenwerken • Interesse in innovatie en kwaliteitsverbetering van de verloskundige zorg • Bij voorkeur een afgeronde echo opleiding Ben je geïnteresseerd? www.verloskundigcentrumtiel.nl. Stuur je brief met CV naar:
[email protected] of naar Verloskundig Centrum Tiel t.a.v. Irene Plancius Dodewaardlaan 5-04 4006 EA Tiel 0344-627257 of 06-22237864
BERICHTEN een dergelijk zware beslissing - om de zwangerschap in
prematuriteit. Moeders die jonger dan 20 jaar waren
een dergelijk laat stadium van de zwangerschap af te
hadden de grootste kans op het krijgen van een groei-
breken - weloverwogen door ouders genomen. Door de
vertraagd kind (OR 1,6 95% BI 1,1-2,5). Dit verschil
maximum termijn te verlagen naar 22 weken wordt de
verdween echter nadat gecorrigeerd was voor sociaal
druk waaronder ouders staan alleen maar groter. Een van
demografische en leefstijl gerelateerde determinanten.
de andere mogelijkheden is om het SEO te vervroegen
Moeders die ouder waren (ouder dan een leeftijd van
naar 18 weken.
40 jaar) hadden een niet significant verhoogd risico op
Het verlagen van de abortusgrens naar 18 of zelfs 14
een kind met een geboortegewicht boven de 4500 gram
weken zwangerschap gaat voorbij aan het doel van de
(OR 1,3, 95% BI: 0,8-2,4). Ook hier konden andere
prenatale screening. Deze beoogt namelijk aanstaande
determinanten het verschil niet verklaren. De weten-
ouders in staat te stellen autonome reproductieve keuzes
schappers benadrukken dat niet alleen leeftijd van invloed
te maken.
is op het gewicht van de baby, maar bijvoorbeeld ook
Redactioneel post scriptum
alcoholgebruik, roken en het gewicht van de moeder. De onderzoekers wijzen erop dat Westerse vrouwen op
Relatie visconsumptie versus foetale groei en neonatale complicaties
steeds latere leeftijd kinderen krijgen. Verder onderzoek naar verklarende factoren is dus van groot belang. British Journal of Obstetrics and Gynaecology: BJOG 2011 Mar;118(4):500-9 n
Onderzoekers in Rotterdam onderzochten de relatie tussen visconsumptie in het eerste trimester van de zwangerschap en foetale groei in het tweede en derde trimester, determinanten van groei bij de geboorte en het risico op neonatale complicaties. De onderzoekers keken naar de consumptie van alle soorten vis: zowel vette als magere vis en schelpdieren. Gegevens werden verzameld via de ziekenhuizen en de verloskundige praktijken. Vrouwen met een hogere leeftijd en een hoger opleidingsniveau, vrouwen die foliumzuur gebruikten, alcohol dronken en niet rookten hadden een hogere visconsumptie. De onderzoekers vonden echter geen relatie tot het eten van vis en de uitkomstmaten, ook niet na correctie van confounders. Ook het type vis maakte geen verschil in het risico op neonatale complicaties. Volgens de onderzoekers betekenen de uitkomsten dat in een populatie met een betrekkelijk lage visconsumptie, het eten van welke vis dan ook (al dan niet vet of mager) niet is gerelateerd aan foetale groei of neonatale complicaties. British Journal of Nutrtition 2011 Jan 26: 1-1.
Vroedvrouw tegen wil en dank
Oudere zwangeren krijgen zwaardere baby’s
De roman over het leven van Catharina Schrader,
Onderzoekers van het Erasmus Medisch Centrum
uw naam en adres. Voor KNOV-leden geldt een ledenprijs
betrokken bij de Generation R studie (brede cohort studie
van € 5,-.
naar de groei, ontwikkeling en gezondheid van 10.000
Meer informatie: Thera van Erp, 06 20615919 n
geschreven door Tineke de Jager van der Zee, kunt u bestellen door € 15,- over te maken op rekening nummer 38.44.95.141 t.n.v. CSS te Bussum onder vermelding van
kinderen in Rotterdam) onderzochten de relatie tussen de leeftijd van de moeder en geboorte-uitkomsten. Data werden verzameld door middel van vragenlijsten en statusonderzoek in de tweede lijn. Er werden geen verschillen gevonden met betrekking tot TvV maart 2011 • KNOV
47
48
TvV maart 2011 • KNOV Amsterdam Eindhoven Rotterdam Nijmegen Rotterdam AV Amsterdam Rotterdam Amsterdam Maastricht Drachten Sliedrecht Zeist Groningen AV Amsterdam Utrecht AV Groningen AV Amsterdam AV Rotterdam
22-03-2011 24-03-2011 24-03-2011 24-03-2011 24-03-2011 25-03-2011 / 08-04-2011 29-03-2011 29-03-2011 31-03-2011 31-03-2011 31-03-2011 02-04-2011 04-04-2011 04-04-2011 05-04-2011 05-04-2011 06-04-2011 07-04-2011 / 14-04-2011
Ergomotion Vaardigheid sluiten van een episiotomie of ruptuur Herhaalmodules Prenatale Screening – II Structureel Echoscopisch Onderzoek, softmarkers en beleidScholingsdag voor stagebegeleiders Herhaalmodules Counseling op Prenatale Screening. Module II: SEO, softmarkers en beleid Preconceptiezorg Reanimatie Neonaat, Schouderdystocie & Stuitgeboorte Ergomotion Hechten van een episiotomie of ruptuur Scholing PSIE en Hielprik Koel Symposium Jaarlijkse Studiedag Vereniging Samen Bevallen Calamiteitentraining Cliëntveiligheid Basiscursus begeleiding bij borstvoeding Communicatietraining Praktijkassistenten Oplossingsgericht omgaan met de angstige zwangere Kracht van begeleiding - Bevallen doe je niet alleen - cliëntgerichte begeleiding
plaats Arnhem AV Amsterdam AV Groningen Nijmegen Rotterdam Ede Zwolle AV Amsterdam. Eindhoven AV Groningen Rotterdam Tilburg Maastricht
datum 15-03-2011 15-03-2011 15-03-2011 16-03-2011 16-03-2011 11-03-2011 17-03-2011 18-03-2011 21-03-2011 / 04-04-2011 22-03-2011 22-03-2011 22-03-2011 22-03-2011 t/m 27-09-2011
congres/cursus Scholing PSIE en Hielprik Vaardigheidstoets schouderdystocie en fluxus Triage; prenatale diagnostiek en bloedverlies Praktijkassistentes: pijn en bloedverlies – Scholingsdag II Evidence based Medicine voor toetsgroepbegeleiders Miskraam en herhaalde miskraam Workshop ‘Visie ontwikkelen in plaats van brandjes blussen’ Calamiteitentraining Kinderwensspreekuur: Verloskundigen geven Preconceptiezorg MIO-dagen (Methodisch Intercollegiaal Overleg) Reanimatie Volwassene (incl. zwagere) Eclampsie & Fluxus Scholing PSIE en Hielprik Post HBO Basis opleiding Echoscopie
www.verloskunde-academie.nl www.verloskunde-academie.nl www.va-r.nl
www.av-m.nl www.va-r.nl www.verloskunde-academie.nl www.va-r.nl www.talmor.nl www.av-m.nl www.rivm.nl/pns/scholing www.stichtingkoel.nl aangevraagd www.verloskunde-academie.nl www.verloskunde.amsterdam.nl
www.talmor.nl www.av-m.nl www.va-r.nl
info www.rivm.nl/pns/scholing www.verloskunde-academie.nl www.verloskunde-academie.nl www.av-m.nl www.va-r.nl www.scem.nl www.praktijkondernemer.nl www.verloskunde-academie.nl www.av-m.nl www.verloskunde-academie.nl www.va-r.nl www.rivm.nl/pns/scholing www.av-m.nl/
5,5 uur, A07-100 16 uur
6 uur, B09-038. aangevraagd 8 uur, A 11-011
aangevraagd aangevraagd 11 uur, A08-165 6 uur aangevraagd 5.5 uur, A 07-038 aangevraagd
95,25,- l 50,- l 85,- l 60,225,225,150,155,250,500,- l 475,-
geen 199,- l 100,500,380,- l 360,100,- (excl. BTW) 390,- l 370,-
accreditatie kosten (€) aangevraagd 3,5 uur, B10-014. 100,155,170 l 155 3,5 uur geen 165,- 185,8 uur, A 08-78 235,6 uur, B09-038. 225,16 uur, A10-060 / 5 uur, D06-011 500,265,6 uur 380,-. 360,aangevraagd 16 uur, A07 - 126 2.500,- l 2.375,30 uur, D 07-004 aangevraagd 100,5,5 uur, A 07-038 390,- l 370,aangevraagd 199,- l 100,-
Uitgebreide informatie over de in dit overzicht opgenomen cursussen, congressen en symposia vindt u op de website van Kennispoort Verloskunde: www.kennispoort-verloskunde.nl of op de in de tekst aangegeven websites.
Congres en Cursus BERICHTEN
250,geen 100,500,100,aangevraagd 265,-* l 16 uur, A09-202 / 6 uur, D06-11 3,5 uur, B10-014 16 uur, A09-098 aangevraagd 199,- l
325,-
675,250,165,- l 185,-
7 uur 5,5 uur, A07-100. aangevraagd aangevraagd 8,5 uur, B 10-031 169,- 189,-
245,8,5 uur, A 10-018 235,aangevraagd 265,- l 250,4 uur, A09-117 175,aangevraagd aparte accreditatie voor A en B 265,16 uur, A09-202 / 6 uur, D06-11 geen
BERICHTEN
De lente komt! De Marikenloop komt! Beste collega, Geniet jij ook zo van de eerste tekenen van de lente?
Er is weer daglicht na het spreekuur. Je hoort de vogeltjes
www.av-m.nl www.verloskunde-academie.nl www.verloskunde-academie.nl www.verloskunde-academie.nl www.va-r.nl
www.igoandpractice.nl www.av-m.nl www.av-m.nl www.verloskunde-academie.nl www.rivm.nl/pns/scholing www.av-m.nl www.verloskunde-academie.nl www.verloskunde-academie.nl www.cerc-congres.com www.medsim.nl www.verloskunde-academie.nl www.scem.nl www.av-m.nl www.medsim.nl/ www.scem.nl
met ochtendgloren bij de geboorte van een kind weer fluiten. De ontluikende natuur geurt als bijna vergeten voor je (post)verkouden neus. Het ruikt heerlijk… In gedachte maken wollen kriebeltruien plaats voor stralende, zachte zomerjurken. Wèg met pluizig mutsenhaar, rode loopneuzen (met name bóven een barende vrouw), blaasontsteking, antivries-alertheid en ruiten krabben (grrrr…) We kunnen het missen! De terrassen lonken. Het wordt weer tijd voor visite rijden met de fiets! Kinderen die na het eten weer buiten spelen.
Nijmegen AV Amsterdam AV Groningen AV Amsterdam Rotterdam
waarbij de synto de koelkast in gaat en rosé eruit wordt
28-04-2011 09-05-2011 / 06-06-2011 09-05-2011 10-05-2011 / 24-05-2011 10-05-2011
08-04-2011 12-04-2011 13-04-2011 13-04-2011 14-04-2011 14-04-2011 15-04-2011 18-04-2011 / 23-05-2011 18/19/20-05-2011 20-04-2011 20-04-2011 21-04-2011 21-04-2011 21-04-2011 24-05-2011
Rotterdam Eindhoven Eindhoven AV Amsterdam Rotterdam Nijmegen AV Amsterdam AV Groningen Nantes Eindhoven Zwolle Utrecht Eindhoven Eindhoven De Reehorst, Ede
Overdracht in de tuin onder roodgetinte avondluchten gehaald… Voel je ze borrelen, de lentekriebels? Kun je al een voorstelling van mei maken? Ze is namelijk niet meer zo ver weg, weet je… Dus wat zijn jouw plannen voor de 15e? Op zondag 15 mei is dit jaar de 9e Marikenloop in Nijmegen. 10.000 sportieve vrouwen nemen weer deel om 5 of 10 kilometer hard te lopen en te genieten van de Nijmeegse gezelligheid. De KNOV organiseert hierbij een sponsorloop om geld op te halen voor het Twinning project. Doel van het Twinning project is de kinder- en moeder-
Als pijn een issue is Stage- en werkbegeleiding Vaardigheidstoets schouderdystocie en fluxus De kracht van begeleiding Herhaalmodules Counseling op Prenatale Screening. Module I: Risicoperceptie,
van baring- en baringspijn Congres Infertiliteit, Gynaecologie en Obstetrie Prenatale groepsvoorlichting Stuurgroepadvies: Huisbezoek en continue begeleiding Schildklieraandoeningen Scholing PSIE en Hielprik Verloskundige praktijk: kraambed, het kind centraal MIO-dagen (Methodisch Intercollegiaal Overleg) Stage- en werkbegeleiding ASSISES NATIONALES DES SAGES-FEMMES Save’r Acute Verloskunde Oplossingsgericht omgaan met de angstige zwangere Het perinatale beleid bij vroeggeboorte Scholingsdag voor stagebegeleiders Een goed begin, een goed vervolg Prenatale diagnostiek X
sterfte in Sierra Leone terug te dringen. Eén op de acht vrouwen sterft daar als gevolg van haar zwangerschap. Met de sponsorgelden ondersteunen we onze hardwerkende collega’s daar om hier verandering in te brengen. Góede zaak om voor te gaan trainen… …en niet slecht voor onder die wapperende zomerjurk, toch? De Marikenloop is populair, het aantal inschrijvingen stijgt snel. Dus schrijf je vandaag nog in met zoveel mogelijk vriendinnen en collega’s om mee te lopen via www.marikenloop.nl. Mail ons daarna met je inschrijfnummer op
[email protected] voor ontvangst van verdere gegevens van deelname aan de sponsorloop. Hartelijke groet namens de organisatie Anneke van der Heijden, Hanneke van Meerten & Lieke Jansen n TvV maart 2011 • KNOV
49
BERICHTEN
Personalia Geboren
Mw. M. Langenberg, Koninginnelaan 190, 7315 ED Apeldoorn – BL
Robin, dochter van Linda Bakkum en Martin Otto, Van Houtenkade
Mw. S. Nas-Gauquier, Begijnenhof 10, 6584 CW Molenhoek – BL
46 1814 HM Alkmaar
Mw. J. Skelding, Muntstraat 2, 3961 AL Wijk bij Duurstede – VID-zhs
Daniël, zoon van Rianne en Leendert Keijzer, Willem Alexander-
Mw. M.A.J. Stelwagen, Karel Doormanstraat 43, 8281 DK
straat 13, 6668 CC Randwijk
Genemuiden – VID-zhs
Jinte, dochter van Martine Kokkelmans en Wouter Ernes,
Mw. E. Wesselink, Lindenoord 16, 8172 AL Vaassen – VV-m
Geenstraat 2, 6162 XX Geleen Sarah, dochter van Karin en Rob Nijhof, Teunisbloem 16,
SECTOR NOORDWEST NEDERLAND
5422 ED Gemert
Nieuwe leden (m.i.v. 01-01-2011)
Noa, dochter van Charlotte Peerboom en Roy Abels, Abshoven 50,
Mw. T.M. Beekman, Kikkerstraat 1a, 2515 NB ’s-Gravenhage – VID-zhs
6151 GD Munstergeleen
Mw. R. Blok, Kromme Mijdrechtstraat 21 2hoog, 1079 KN
Feline, dochter van Marjolein en Edwin Petterson-de Kock,
Amsterdam – Asp
Rozenhof 9, 3311 JT Dordrecht
Mw. M. Bor, Veerstraat 2, 4181 AG Waardenburg – Asp
Yade, dochter van Leonie en Orkun Sagur, Klimopstraat 208,
Mw. E. Pronk, Meerwedesingel 87, 2993 PA Barendrecht – Asp
2565 VP Den Haag
Mw. R. Steltenpool, Tjalk 70, 1713 WZ Obdam – Asp
Jules, zoon van Judith Schoenmakers en Stefan Arts,
Mw. R. Tijmensen, Femsstraat 7-1, 1079 TB Amsterdam – Asp
Rembrandtlaan 11, 6814 JL Arnhem
Nieuwe leden (m.i.v. 01-04-2011)
Matthijs, zoon van Ilona en Rick Tiemens-van Putten, Mambo 65,
Mw. F. Hulsebos, Aagje Dekenlaan 16, 1403 HH Bussum – Asp
2152 SX Nieuw Vennep
Mw. B. van Weert, Breedweerlaan 129, 1963 BL Heemskerk – Asp
Ikarios Markos Ermis, zoon van Anna en Kostas Tsiamparlis-
Beëindiging lidmaatschap (per 01-07-2011)
Wildeboer, Middenweg 500, 1704 BM Heerhugowaard
Mw. L.M.L. de Baaij, Jacob Mosselstraat 17 Boven, 2595 RD
Dana, dochter van Linda en Roger van Vroenhoven,
Den Haag – Asp
De Ruyterstraat 17, 5694 SH Son en Breugel
Mw. E. Bakker-van Nieuwkoop, Goudseweg 63, 2821 BD Stolwijk – BL
Pepijn, zoon van Femke Wigger en Niels van Rozen, Mozartlaan 73,
Mw. E. van den Berg-Plug,de Savornin Lohmanlaan 28, 1272 HG
7522 HL Enschede
Huizen – VID-zhs Mw. P. ten Have-Knoop, 224A Rocky Cutting Road, RD5 Tauranga
SECTOR NOORDOOST NEDERLAND
3175 New Zealand – BTL
Nieuwe leden (m.i.v. 01-01-2011)
Mw. E.A.van Kampen-Weekhout, Hoefslag 30, 3151 GM Hoek van
Mw. D. Bakker, Gernierswei 21, 9043 VX Wier – Asp
Holland – VID-zhs
Mw. M. Benthem, Brahmslaan 12, 9603 CB Hoogezand – VID-zhs
Mw. L. Kroon, Waverbancken 30, 3645 VS Vinkeveen – Asp
Mw. J.C. Groen-van den Berg, Laan van Vollenhove 2729,
Mw. E. Verdonk, van Egmondstraat 12 zwart, 2024 XM Haarlem –
3706 HP Zeist
VID-zhs
Mw. F. van Doorn, Boomgaard 84, 3404 BJ IJsselstein – Asp
Mw. A. Vertuin-Gombert, Avenbeeck 103, 2182 RV Hillegom - BL
Mw. I. Kegelaar, Nijlandseweg 14, 4043 KA Opheusden – Asp
Voortzetting lidmaatschap
Mw. J. Oving, Weegbreelaan 8a, 9413 AG Beilen – VV-m
Mw. B.D. van de Lande-Norg, van Hogendorpstraat 17, 2012 MN
Mw. I.J. Peters, Helmerdijk 44, 9765 JE Paterswolde – VID-zhs
Haarlem – VID-zhs
Mw. L. Uuldriks, Friesestraatweg 358, 9718 NV Groningen – Asp Mw. M. Wolters, Lugtigheidstraat 14, 7462 RW Rijssen – Asp
Nieuw lid (m.i.v. 01-01-2011)
Mw. A. Hobelman, Papaverstraat 14, 7021 ZK Zelhem – Asp
Mw. N. Bruens, Grondster 5, 5052 WP Goirle – Asp
Mw. A. Stegenga, de Ikebosker 17, 8567 JK Oudemirdum – BL
Mw. P. Loffeld, Zilversparstraat 47, 6101 LB Echt – Asp
Beëindiging lidmaatschap (per 01-01-2011)
Mw. L. van de Sande, Berkdijksestraat 11, 5025 VC Tilburg – Asp
Mw. V.R.W. Bolder, Dr. Schaepmanstraat 23, 6904 BL Zevenaar - Asp
Nieuw lid (m.i.v. 01-04-2011)
Beëindiging lidmaatschap (per 01-07-2011)
Mw. C.J. Prevoo-Schlechter, Florence Nightingalestraat 22, 5914 WK
Mw. P.A. Alingh Prins, Vossenburcht 50, 9254 AN Hudegaryp – VV-m
Venlo – BL
Mw. J. Blankestijn, Meester Bosweg 12, 3956 XH Leersum – BL
Mw. J. Steenbeek, Vermeerplantsoen 157, 5151 WS Drunen – Asp
Mw. T. de Jong, It Eilan 68, 8621 CT Heeg – VID-zhs
Mw. M. Rongen, Willem Elsschotstraat 6, 6136 TH Sittard – Asp
Mw. J. Koppers-van Ijsselmuiden, M.K. Hoekstraweg 4, 8355 DJ
Mw. S. Stokhuis, Markies de Schenkweg 24, 6118 EG Nieuwstadt – Asp
Giethoorn – VID-zhs 50
SECTOR ZUID NEDERLAND
Nieuwe leden (m.i.v. 01-04-2011)
TvV maart 2011 • KNOV
BERICHTEN
Herinner mij Beëindiging lidmaatschap (per 01-07-2011) Mw. M. Bienefelt, Kloosring 28, 3261 SB Oud–Beijerland – BL Mw. S.C.J.M. Esveldt-Crebolder, Willem van Gentstraat 17, 5666 GA Geldrop – BL
herinner mij, maar niet uit sombere dagen, herinner mij in de stralende zon, omdat ik in dit leven niet verder kon.
Mw. J. Habraken, Goudsbloemhof 5, 5482 PH Schijndel – BL Mw. P.M. Nederhof, Oude Polderstraat 63, 4561 NG Hulst – BL
Geheel onverwacht hebben wij veel te vroeg
Mw. D.E. Opstelten-Sijens, Geberasingel 112, 2651 XZ Berkel en
afscheid moeten nemen van mijn collega
Rodenrijs – BL
Laura de Ruijter- de Graaf
Mw. K. Rutkowski, Hommerterweg 133, 6431 ET Hoensbroek – BL Mw. M.C. Schramkowski, Koningskaars 11, 6418 PR Heerlen – VID-zhs Mw. E.J.A. Steenbakkers-Janssen, Gerstpad 1, 5551 TN
Zij is op 25 januari jl. zelf uit het leven
Valkenswaard – VID-zhs
gestapt, 30 levensjaren jong.
Mw. E. Venema, Schalmstraat 8, 5614 AD Eindhoven – VID-zhs Mw. F.J.H. Verhoeven, J.F. Kennedystraat 23, 5384 GA Heesch – Asp
Laura studeerde af aan de Verloskunde
Mw. C. van der Woude, Zuidhollandsedijk 53, 5171 TK
Academie in 2007. Na een aantal waarne-
Kaatsheuvel – BL
mingen kon zij in haar woonplaats Castricum komen werken en werd per 1 januari 2009 mijn duomaat in de praktijk. Vol enthousi-
Art. 1 Leden, die bezwaar hebben tegen de toelating van een kandidaat (aspirant-)lid, moeten hun bezwaar met redenen omkleed schriftelijk binnen één maand na het verschijnen van het officiële verenigingsorgaan bij het Bestuur kenbaar maken. Afkortingen VID – verloskundige in dienstverband; VID-ep – verloskundige in dienstverband in eigen praktijk; VID-g – verloskundige in dienstverband in gezondheidscentrum; VID-zhs – verloskundige in dienstverband in ziekenhuis; VV – vrijgevestigde verloskundige; VV-m – vrijgevestigde verloskundige in maatschap; WN – waarneemster; Asp – Aspirant lid; BL – buitengewoon lid; BTL – buitenlands lid; SL – senior lid; L – erelid.
asme stortte zij zich in het werk. Haar kracht lag echt bij het cliëntencontact. Ze was er zo goed in om vrouwen en hun partners te begeleiden en te ondersteunen op weg naar het ouderschap. Binnen een mum van tijd had ze het vertrouwen van vele cliënten in de praktijk. Het is dan ook echt overweldigend om te zien hoeveel mensen geraakt zijn door haar plotselinge overlijden. Om achter te blijven in de wetenschap dat het leven voor haar ondraaglijk was, is heel droevig. Maar ik troost me met de gedachten dat Laura nu de rust gevonden zal hebben waar ze zo naar
Geslaagd Verloskunde Academie Amsterdam Desiree Reijnders
heeft verlangd. Ik zal nooit vergeten wat ze voor mij en de praktijk heeft betekend. Machteld Raat- van ’t Hof, Verloskundige Praktijk Castricum
Verloskunde Academie Groningen Ankie Fopma Antje Pije
TvV maart 2011 • KNOV
51
Als vrouw
heb je maar 10 weken de tijd om een ander zwanger te maken. www.moedersvoormoeders.nl
Wij hoeven u vast niet te vertellen hoe cruciaal die tien weken zijn om de kinderwens van een andere vrouw in vervulling te laten gaan. Maar weet u ook hoezeer wij úw hulp nodig hebben om dit aan uw zwangere cliënten te vertellen? Op onze geheel vernieuwde website moedersvoormoeders.nl leest u hoe wij u kunnen helpen andere vrouwen te helpen.