Tijdschrift voor
Verloskundigen
juni 2011 Uitgave van de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen
36e jaargang
financieel adviseurs voor verloskundigen Sibbing & Wateler is een onafhankelijk financieel adviesbureau, gespecialiseerd in de praktijkbegeleiding van vrije medische beroepsbeoefenaren, waaronder verlos kundigen. Wij bieden u een gevarieerd dienstenpakket voor al uw financiële zaken, nu en in de toekomst.
Telefoon: (0318) 544 044 - www.sibbing.nl
Ben jij ook zo
MOE? Laag HB gehalte?
Al vele generaties wordt Floradix geadviseerd aan vrouwen die moe zijn o.a rond de zwangerschap. Tijdens deze periode is het namelijk belangrijk om het lichaam van extra ijzer te voorzien. IJzer is onmisbaar en houdt je energiek, actief en fit tijdens de zwangerschap en geeft een goede ondersteuning aan de ontwikkeling van de baby. Maar ook om snel te herstellen na een bevalling met veel bloedverlies of bij borstvoeding, wordt vaak geadviseerd om Floradix te gebruiken. Een baby consumeert immers veel ijzer voor een goede ontwikkeling van het lichaam. De kruiden in Floradix ondersteunen een regelmatige stoelgang wat prettig is bij inname van een ijzersupplement. Floradix bevat geen alcohol, geen conserveringsmiddelen, geen kunstmatige toevoegingen. Glutenallergie? Vraag dan naar Floravital
www.floradix.nl adv floradix-floravital. KNOV.indd 1
- voor, tijdens en na de zwangerschap - herstellenden na ziekte of ingreep - tijdens de menstruatieperiode - voor iedereen die de hele dag energie wil behouden
ar Ook verkrijgba t me in tabletvorm , FOLIUMZUUR ideaal bij SAP CH RS ZWANGE WENS!
GRATIS PROEFJES +
FOLDERS VOOR IN DE PRAKTIJK vraag ze aan via www.floradix.nl 29/04/2011 11:27:13
INHOUD
TijdschrifT Trends en balans op 30 september
praKTijK
5
Wil van Veen
KNOV Een nieuwe balans in verloskundige zorg
7
Angela Verbeeten
Bestuurlijke zaken
8
Bestuur KNOV
Vraag van de maandag
43
de geboorte van een vroedvrouw Ruth Evers
10
Vijf minuteninterview met maaike Vogels-Broeke
44
Suze Jans
de gezondheid van uw pensioenfonds
45
Margreeth van der Kwast
47
slagkracht ii Wil van Veen
Helpdesk
iNTErNaTiONaal
ThEma Nederlandse sprekers op het icm congres in durban
moedernacht en tienjarig lustrum Groningen
11
Suze Jans
23
Blijf ons kritisch volgen, val ons lastig en trek op tijd aan de bel!
24
Monique Haak et al
Kennispoort Verloskunde
29
Redactie Kennispoort
ONdErWijs Verloskundigen en gynaecologen moeten samen onderzoek doen
51
de marikenloop, wat een succes!
Wieteke M. Ploegstra en Carla M van Ede
E-learning in Echoscopieonderwijs
50
17
Anita CJ Ravelli et al
harlekijn fenomeen
The World needs midwives, now more than ever! Myrte de Geus
WETENschap perinatale sterfteverschillen in amsterdam
49
Stefanie Hendriks en Sanne Frieling
33
Lieke Jansen
52
Annet Niemeijer
BErichTEN media
55
Next
56
congres en cursus
58
personalia
59
Raymond de Vries en Marianne Nieuwenhuize
meer betrokkenheid patiënt door applicaties op telefoon en tablet
36
Erik Weijers
meer investeren in relatie met stagebiedende praktijk
38
Nic van Son en Hanneke Tory
Wat vrouwen willen?
40
aVaG bestaat 150 jaar en viert feest!
40
derde nationale preconceptiecongres
41
Suze Jans TvV juni 2011 • KNOV
3
TIJDSCHRIFT Redactie Relinde van der Stouwe, Suze Jans, Wil van Veen (hoofd- en eindredactie), Kristel Zeeman Medewerkers juni 2011 Jos Becker Hoff, Barbara Bekker, Peter Bloemendaal, Simone Buitendijk, Franka Cadee, Ton van de Coevering, Carla van Ede, Sylvia Eggermont, Martine Eskes, Ruth Evers, Sanne Frieling, Myrte de Geus, Monique Haak, Ameen Abu-Hanna, Paul Heere, Stephanie Hendriks, Lieke Jansen, Erna Kerkhof, Bernadette Kroon, Margreeth van der Kwast, Marianne Nieuwenhuize, Wieteke Ploegstra, Joris van der Post, Anita Ravelli, Linda Rentes, Greta Rijninks, Henk van Ruitenbeek, Nic van Son, Eric Steegers, Karien Stronks, Hanneke Tory, Angela Verbeeten, Arnoud P. Verhoeff, Rachel Verweij, Maaike Vogels/Broeke, Raymond de Vries, Erik Weijers, Marianne Wigbers, Jolanda Zocchi Redactieadres Tijdschrift voor Verloskundigen Wielingenweg 318, 1826 BX Alkmaar E:
[email protected] E: grote bestanden:
[email protected] Abonnementen, personalia en adreswijzigingen KNOV, Jolanda Zocchi Postbus 2001, 3500 GA Utrecht T: 030 282 3115, F: 030 282 3101 E:
[email protected] Personeelsannonces Wil van Veen T: 072 5624400 / 06 53359153 E:
[email protected] Advertentie-exploitatie Ovimex bv, Frank Dijkman T: 0570 674240 E:
[email protected] Vormgeving Annemiek Voogd, Ovimex bv Druk Ovimex bv, Deventer Abonnementsprijzen Abonnementsprijs voor niet-leden van de KNOV: 3 130,- per jaar (11 nummers), Europa 3 156,-, buiten Europa 3 182,-. Voor studenten aan buitenlandse opleidingen: 3 104,-. Los nummer 3 17,- aan te vragen bij de KNOV. Alle prijzen zijn incl. BTW en verzendkosten. Voorzitter KNOV Angela Verbeeten Foto’s Beata Bosma, Alkmaar Carien van Leeuwen, Amsterdam Erik Weijers, Utrecht Henny van Nieuwpoort, Den Haag Nationale Beeldbank © 2011 Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen Mercatorlaan 1200, 3528 BL Utrecht T: 030 282 3100 Oplage: 3850 ISSN 0378-1925
4
TvV juni 2011 • KNOV
Cover foto Jean Dubuffet schilderde het origineel. Mijn vader, Pieter Hokkeling (inmiddels 80 jaar), heeft destijds het werk heel knap nageschilderd. Mijn man, Andries Mulder, bracht het jaren geleden als ansichtkaart mee uit het ‘museum of modern art (MoMA)’ in New York. Hij wilde een poster kopen maar die was uitverkocht. Ik vond het werk indrukwekkend, omdat ervan afstraalt dat er iets “niet lekker gaat”. Moeder kijkt niet echt vrolijk met haar gifgroene ogen en het kind wordt ook niet echt met liefde aangepakt, niet door de moeder, niet door de personen (vroedvrouw en dokter?? nieuwe grootouders??) die naast het bed staan, maar het ligt daar maar wat hulpeloos in z’n eentje.Ik ben er nooit achtergekomen wat hier loos is, maar misschien houdt dat dit werk zo spannend: er zit een geheim in…. Renate Hokkeling, eerstelijns verloskundige in Nuenen.
Het Tijdschrift voor Verloskundigen wordt uitgegeven door de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV), opgericht op 22 september 1975. De vereniging is tot stand gekomen uit een fusie van de Bond van Nederlandse vroedvrouwen (opgericht 8 juni 1926) en de Nederlandse R.K. Vereniging van Vroedvrouwen (opgericht 8 juli 1921). De KNOV stelt zich ten doel de bevordering van de verloskundige zorg in zijn geheel in Nederland, de versterking van de positie die de verloskundige daarin inneemt, alsmede de belangenbehartiging van alle verloskundigen in Nederland. Een van de manieren om dit doel te bereiken, is het uitgeven van het Tijdschrift voor Verloskundigen. Het Tijdschrift voor Verloskundigen is in de eerste plaats een vakblad op het gebied van de verloskunde en verwante wetenschappen. Het beoogt verloskundigen op de hoogte te stellen van relevante feiten en ontwikkelingen. Daarnaast is het een forum voor discussie over de verloskunde en verwante disciplines. In het redactionele beleid wordt ernaar gestreefd een zo ruim mogelijke reeks aan onderwerpen te behandelen. In de tweede plaats is het Tijdschrift voor Verloskundigen een verenigingsorgaan en als zodanig een middel voor het hoofdbestuur van de KNOV om in contact te treden met de leden. In dit kader dient het Tijdschrift voor bestuur en leden als forum om van gedachten te wisselen. Inzenden kopij en advertenties De redactie nodigt de lezers uit om reacties, artikelen en opiniebijdragen in te zenden. Bij voorkeur speciaal voor het Tijdschrift voor Verloskundigen geschreven kopij, maar ook elders aangeboden of gepubliceerde bijdragen zijn welkom; onder vermelding van bladtitel, jaargang en nummer. Kopij aanleveren als platte tekst, dus zonder speciale bekopping, voetnoten, paginacijfers, tabs, tabellen en ontdaan van hyperlinks, in Word via e-mail: tvv@ knov.nl. Van tabellen of grafieken daarom alleen de onderzoeksgegevens aanleveren; deze worden door de vormgever opgemaakt. Referenties in de tekst tussen vierkante haakjes (geen superscript). Beeld apart aanleveren, bij voorkeur digitaal en in hoge resolutie. Bij tekstwijziging pleegt de redactie overleg. Ingezonden brieven worden zo nodig bekort. De KNOV en de redactie zijn niet verantwoordelijk voor de inhoud van geplaatste reacties en opiniebijdragen. Het auteursrecht van artikelen berust bij de individuele auteur. Citeren met bronvermelding is toegestaan, mits binnen de wettelijke regels. Overname van (langere delen van) artikelen is uitsluitend toegestaan na toestemming van de redactie en de auteur. Personeelsadvertenties van leden voor het volgende nummer tot 28 juni. Gelieve bij de plaatsingsopdracht het gewenste formaat en het factuuradres te vermelden. Voor commerciële advertenties: zie colofon. Het juli/augustusnummer verschijnt op 12 juli 2011.
REDACTIONEEL
Trends en balans op 30 september Als fervent bezoeker van de website van de KNOV weet u het al: op 30 september a.s. is het tweejaarlijks ledencongres KNOV, deze keer met als thema ‘Trends en balans’. De subtitel van het congres luidt: ‘hoe zet je ontwikkelingen naar je hand?’ Daar wil ik het met u over hebben. Ruim een jaar geleden sprak ik een verloskundige, een oudere, sjieke dame, Nederlandse met de geweldige titulatuur FRCOG, PhD, MPH, MTD… Deze Dr-dame heeft bijna heel haar leven in de derde wereld gewerkt -“ik sta nog steeds graag met mijn laarzen in de modder van Afrika”- en kan geweldig verhalen vertellen. Samen met Relinde van der Stouwe van de redactie zat ik een middag lang op het puntje van mijn stoel en lieten we ons verwennen met heerlijke rode wijn en hapjes. En zij, ze vertelde verhalen, over vroeger. Zo vertelde zij dat er in het Afrikaanse gebied waar zij werkte een groot gebrek was aan gynaecologen. Dat veroorzaakte natuurlijk levensgevaarlijke situaties, daar weten we alles van. Onze gastvrouw vertelde dat zij een aantal keren bij een ceasarea goed had opgelet en een volgende keer had gezegd: ‘mag ik ook
agenda 19-23 juni 2011 ICM congres – Durban 1 augustus 2011 Begin Ramadan 30 augustus 2011 Einde Ramadan Ied al-fitr - Suikerfeest
eens?’ En toen deed zij daar haar eerste keizersnede en in de loop van haar lange leven deed zij nog vele andere gynaecologische ingrepen… Zij bleef de fysiologie levenslang trouw, maar deed dat wat nodig was. Waarom dit verhaal? Om de verborgen contrasten en de trends. Zij werd bekwaam, moest wel, maar was toen niet bevoegd; zij was daar en wij zijn hier; zij is ‘oud’,- lang geleden gebeurd – en jullie zijn merendeels jong, levend in de actualiteit. Zij is de meer dan wijze vrouw geworden waarnaar allen streven. De gynaecoloog van morgen heeft de verloskundige capaciteit en bekwaamheid
8 september 2011-02 Platform Actuele Zaken
meer dan nodig, en bekwaamheid leidt tot bevoegdheid, vroeg of laat; vroeg is
12 september 2011 Extra Algemene Ledenvergadering
counselor en coach -, maar ook is zij medisch bekwaam, public health professional,
20 september 2011 Platform Klinisch Verloskundigen 25 september 2011 Symposium perinatale sterfte en audit 30 september 2011 KNOV Ledencongres 2011
beter! De verloskundige is méér dan op haar plaats, want zij is niet alleen EVA innovator, wetenschapper, opleider, netwerkspeler en organisator[1]. De rol van de verloskundige verbreedt zich; de verloskundige beweegt zich op het terrein van de public health. Van seksuele voorlichting op scholen via anticonceptie naar preconceptie, van zwangerschap en bevalling naar voorlichting over de overgang. Er ligt een wereld voor haar open met ongekende kansen en mogelijkheden. ‘Pakken en gaan’ zei mijn zakelijk ingestelde vader. In de wereld van morgen zijn verloskundige en gynaecoloog niet meer de zelfstandige opererende professional in de keten, maar de ‘autonome partners’ (autonoom = onafhankelijk in oorsprong en functie) in de zorg rond de vrouw en haar kind. Om een goede partner en toch autonoom te zijn, moet er sprake zijn
van een zodanige mate van gelijkwaardigheid dat een ieder zich daarin kan welbevinden. Gelijkwaardigheid wordt niet alleen verkregen door ervaring, maar vooral ook door academisering. Tijdens het ledencongres leren we tevens van alles over onze cliënt. Hoe kan je contact hebben en houden met de hedendaagse zwangere met haar blackberry, haar angst, haar behoefte aan pijnstilling en haar gerichtheid op snelle oplossingen? Hoe breng je haar jouw fysiologische boodschap over, hoe maak je haar sterk? Nu niets meer over trends. Hoe zit het met de balans, het tweede aspect van het ledencongres? Voor de balans wacht u die middag een verrassing. Dr. Geert Gerats kent u als hoofd belangenbehartiging en als hoofd kwaliteit a.i. Hij is die middag voor het laatst aanwezig, neemt afscheid. Wat u niet weet is dat Geert ook een begenadigd Zen-meester is. Hij zorgt die middag voor de balans. Hoe? Ha, nu moet u zich inschrijven…. n Wil van Veen [1] Visie KNOV 2011
TvV juni 2011 • KNOV
5
ET H R A A N M KO
S E R G N O C KNOV EPT 2011
S VRIJDAG 30 ICA DOMUS MED UTRECHT!
Wat zijn trends in de maatschappij en wat betekent dit voor ons vak: nu en in de toekomst? Hoe ziet de maatschappij en de cliënt van de toekomst eruit en wat verwacht zij van jou als verloskundige? Welke innovaties en ontwikkelingen komen op ons af en hoe kan je daar als verloskundige gebruik van maken? Kom naar het KNOV-congres en ontdek hoe je nieuwe ontwikkelingen en innovaties naar je hand kunt zetten! Naast inspirerende presentaties krijg je praktische handvatten aangereikt die je kunt gebruiken in je dagelijkse praktijk. Ga naar www.congrespagina.nl/knovcongres voor meer informatie en om je aan te melden. Er geldt een vroegboekkorting, dus schrijf je snel in. Graag tot 30 september!
KNOV010 AD trents en balans.indd 1
30-05-11 16:47
KNOV
Een nieuwe balans in verloskundige zorg De ALV op 27 mei jl. was ouderwets tumultueus met helaas weinig tijd voor het debat dat verloskundigen met het KNOV-bestuur wilden voeren over de nieuwe visie. Inmiddels kunnen jullie de visie en het onderliggende onderzoek van IVA lezen in dit tijdschrift en op de website[1]. Op de extra ledenvergadering van 12 september a.s. is er alle ruimte voor het debat over de toekomst van de verloskunde. Met de nieuwe visie zet de KNOV stevig in op vernieuwing van de organisatie van de verloskunde, in lijn met de aanbevelingen in het advies van de Stuurgroep Zwangerschap en Geboorte, maar met een aantal belangrijke voorwaarden: 1. Garanties voor bereikbaarheid en toegankelijkheid van ziekenhuizen zijn nodig voor veilige zorg en voor het behoud van keuzevrijheid van vrouwen om thuis te kunnen bevallen. 2. Risicoselectie door verloskundigen, om onnodige en dus onveilige ingrepen te voorkomen. 3. Continue zorg voor zwangere en barende vrouwen, gerealiseerd door een verloskundige voor elke vrouw van begin zwangerschap tot einde van het kraam-
Vervolg agenda 8 november 2011 Dag 3 training kringbestuurders 18 november 2011 Algemene Ledenvergadering 21 november 2011 Klankbordgroep Prenatale Screening
bed, de E.V.A. 4. Het onderscheid tussen eerstelijns en tweedelijns verloskundigen zal verdwijnen, om te beginnen in de opleiding. 5. Erkend wordt dat verloskundigen en gynaecologen complementair zijn aan elkaar in plaats van elkaars concurrenten. Als aan deze voorwaarden is voldaan is het mogelijk samen op te gaan in één integrale organisatie. De verloskundige bekleedt daarin een autonome positie. Voor al deze taken, die tot uitbreiding van bevoegdheden leidt en gelijkwaardig-
21 november 2011 Platform Internationaal
heid van zorgverleners vereist is het noodzakelijk dat toekomstige verloskundigen
6 december 2011 Platform Klinisch Verloskundigen
en invulling zijn voor de zittende verloskundigen.
Kijk voor meer informatie in de rubriek Congres en Cursus achter in dit tijdschrift of op www.kennispoort-verloskunde.nl
in de basis academisch worden opgeleid. Er moet een adequate overgangsperiode
De nieuwe visie brengt de balans terug en geeft aan dat het afgelopen is met de eenzijdige focus op het uitsluiten van zoveel mogelijk risico’s (met het creëren van angst en nieuwe risico’s als gevolg). We wensen elke moeder een veilige bevalling en een gezond kind. Maar we gunnen óók elke moeder dat zij tevreden kan terugkijken op haar zwangerschap en de geboorte van haar kind. Met goede begeleiding, informatie en veilige zorg bereiken we dat. Een grote rol voor de
12 september, 14:00 uur Extra Algemene Ledenvergadering schrijf u nu in: 30 september ledencongres; ga naar www.knov.nl
verloskundige, naast de zwangere vrouw en haar partner, is daarvoor essentieel. Dat dit aantoonbaar kostenbesparend werkt [2] is mooi meegenomen. Ook betekent een grotere rol voor de verloskundige dat de gynaecoloog zich kan concentreren op zijn belangrijke taak bij complicaties. Daarmee kan de verloskundige bijdragen aan het verzachten van het probleem van het oplopend tekort aan gynaecologen in de komende jaren. Ik zie veel overlap tussen ons visiedocument en de visie van de NVOG. Dat we de verschillen gaan oplossen is het uitgangspunt van beide beroepsorganisaties en het
[1]Roman B et al. Naar een nieuwe balans in de geboortezorg.
vaste voornemen van beide besturen. Ook voor de samenwerking met andere
IVA beleidsonderzoek en advies, 2011
zorgverleners van nulde tot derde lijn legt ons visiedocument een goede basis.
[2]Cebeon (2011). Academisering opleiding verloskunde.
Ik zie dan ook met vertrouwen de start van het College Perinatale Zorg (CPZ) op
Kwantitatieve onderbouwing betekenis voor optimalisering
16 juni tegemoet. Dat de nieuwe visie niet al morgen ingevoerd kan worden is
van zorg. Amsterdam: Cebeon.
zo klaar als een klontje. Maar het is ook duidelijk dat de KNOV stevig inzet op
Reageren op dit verhaal? Discussieer mee op het KNOV Forum: De nieuwe visie geeft nieuwe balans. http://leden.knov.nl/forum
uitvoering van de voorgestelde organisatie. We laten zien dat verloskundigen het vertrouwen van onze cliënten waard zijn. n Angela Verbeeten TvV juni 2011 • KNOV
16:47
7
KNOV
Bestuurlijke zaken Linda Rentes, vicevoorzitter KNOV “Keuzevrijheid over de plaats waar vrouwen willen
We voegen meer dan voorheen het beste van elkaars keuken samen. Dat wordt smullen!”
op basis van een van eenduidige informatie over de voor
Marianne Wigbers, bestuurslid KNOV
en nadelen van de verschillende keuzes een afgewogen
“Wij, verloskundigen weten wel wat we willen! Verlos-
beslissing maken. Een gezamenlijke visie van obstetrici
kundig is wat we zijn, waarbij het verlossen het meest tot
ontdaan van financiële prikkels zijn essentieel om dit te
de verbeelding spreekt. Maar ons prachtige vak is veel
bereiken. Daar wil ik mij op bestuurniveau voor inzetten.”
complexer. Kundig zijn we als we vrouwen bijstaan in die
bevallen is een grote verworvenheid in ons land. Dat moeten we in stand houden. Belangrijk is dat vrouwen
bijzondere periode van het leven. Het begint met passende
Erna Kerkhof, bestuurslid KNOV
voorlichting bij kinderwens. Begeleiding tijdens de zwanger-
“Wat de visie mooi en sterk maakt, is dat we o.a. een
verloskundigen, aan de zijde van iedere zwangere, barende
accent leggen op het leren en het lerend vermogen van
en kramende vrouw. Dat is de verloskundige die ik wil zijn.
schap. Bewakers rond de geboorte van een kind. Steun en toeverlaat, ook voor de partner. Vraagbaak in de kraamtijd. In de visie lees ik die onmisbaarheid van ons,
het systeem. Elke verandering begint met kennis. Kennis van hoe het nu is, kennis van hoe het moet worden en kennis over hoe we dat met zijn allen gaan doen. Met de verloskundige die academisch is opgeleid, gaan we veel leren van elkaar en daar gaan onze cliënten van profiteren.
Jolijn Betlem, bestuurslid KNOV Kwaliteit, dat is wat alle zwangeren en barenden van verloskundigen kunnen verwachten. Kwaliteit is een academische opleiding voor verloskundigen. Kwaliteit is gelijkwaardigheid tussen verloskundigen en gynaecologen. Kwaliteit is een veel bredere inzet van verloskundigen binnen het verloskundig team. Kwaliteit is dat verloskundigen onafhankelijke zorgverleners zijn en blijven!
© Henk van Ruitenbeek
We gaan veel leren van
8
TvV juni 2011 • KNOV
elkaar en daar gaan onze cliënten van profiteren.
KNOV Onafhankelijk in psychosociale begeleiding, medische
Verder is de keuzevrijheid van de vrouw in Nederland een
begeleiding en ook waar nodig geen (onafhankelijke)
groot goed. Voor alle leden van de KNOV de taak om
medische begeleiding omdat cliënte soms beter af is met
vrouwen zo goed mogelijk voor te lichten zodat ze die keuze
begeleiding van een gynaecoloog.
ook op een medisch gefundeerde manier kunnen maken.”
Kwaliteit is ook dat we zeer intensief samenwerken maar bijvoorbeeld niet allemaal in 1 gebouw.
Kwaliteit is dat de cliënte een keuze vrijheid heeft in waar
Jos Becker Hoff, directeur KNOV
ze wil bevallen.
Onze KNOV visie over de verloskundige zorg, onze KNOV
Kwaliteit is een pas op de plaats van het bestuur voor de
missie en het IVA rapport over de organisatie van de
mening van de leden m.b.t. de visie.
verloskundige zorg zetten de verloskundige weer op de
Kwaliteit is dat leden meedenken en zodoende de visie
kaart. Door meer zwangeren langer onder meer persoon-
ondersteunen.
lijke begeleiding te houden, krijgt de verloskundige ook
Kwaliteit is dat tekst niet te lang mag worden, dus
meer mogelijkheden zorg te leveren volgens onze eigen
daarom eindig ik met:
kernwaarden. De KNOV en haar leden zijn helder over de
kwaliteit is een verloskundig integraal zorgmodel!
keuze voor het organiseren van de verloskundige zorg, te
Kwaliteit is dat de begeleiding dicht bij zwangeren in de buurt moet blijven.
weten een integraal model. Waar ook geen misverstand
Anke Blokhuis, Penningmeester
over kan bestaan zijn de hiervoor geldende randvoorwaar-
“De totstandkoming van de nieuwe missie en visie is een
in het laten vervagen van het bestaande onderscheid
intensief proces geweest waar het bestuur goed over na
tussen verloskundigen in de buurt en in het ziekenhuis. n
den, de mits. De sleutel is hierbij borging van de zelfstandige, autonome en ook gelijkwaardige positie met meer bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Kracht zien we
heeft gedacht, onderzoek naar heeft laten doen én met de achterban over heeft gesproken. De nadere praktische invulling van missie en visie zal de komende jaren tot stand komen in nauw overleg met de leden. Het is heel erg krachtig dat wij als KNOV het voortouw nemen bij het proces van samenwerking met gynaecologen!
college perinatale Zorg Op 16 juni geeft minister Schippers het start schot voor het College Perinatale Zorg (CPZ). Het CPZ was een van de kernaanbevelingen van de stuurgroep zwangerschap en geboorte
(Aankomend) Docent Verloskunde
en moet de motor zijn voor de noodzakelijke
(20 tot 36 uur)
verbeteringen in de verloskundige zorg. Met gezag en autoriteit moet het CPZ op een aantal benoemde onderwerpen doorbraken bereiken. Dit betreft o.a. de verdere ontwik keling en implementatie van een Perinataal Webbased Dossier (PWD), een sjabloon voor een verplicht VSV, ontwikkeling, onderhoud en implementatie van richtlijnen en normen. Chiel Bos zal voorlopig voor een jaar voor zitter zijn van het CPZ. Verder zitten de KNOV de NVOG, de NVK, Actiz, de NVZ, ZN en de consumenten in het bestuur van het CPZ. Voor de verloskundigen zit Margreeth van der Meijde in het CPZ.
De Academie Verloskunde Amsterdam en Groningen heeft op beide locaties vacature ruimte voor verloskundig docent(en) (24 tot 36 uur). AVAG biedt de mogelijkheid te starten in een combinatiebaan waarbij je naast het werken in de praktijk de functie vervult van (junior) docent. Uitgebreide informatie over deze vacature is te vinden op onze website www.verloskunde-academie.nl. Met belangstelling zien we uw reactie tegemoet.
TvV juni 2011 • KNOV
9
KNOV
Vraag van de maand De LVR code en de AGB code
[email protected]
Gemiddeld worden er zo’n 200 vragen per maand gesteld aan de helpdesk. in deze rubriek wordt iedere keer een interessante, veelgestelde, opmerkelijke of ingewikkelde vraag behandeld. deze maand: de lVr code en de aGB code
Rectificatie locatie RIVM folders Vraag van de vorige maand
lVr code
In het TvV van april jl. staat helaas verkeerd vermeld waar
De Landelijke Verloskunde Registratie 1 (LVR-1) is een
de RIVM folders zijn te vinden. Hierbij de juiste locaties:
registratie waarin de eerstelijns verloskundigen gegevens vastleggen over de zorg aan zwangere/barende vrouwen,
Zwanger!
kraamvrouwen en hun geboren kind(eren).
Papieren versie via http://www.rivm.nl/pns/folders-bestellen/
Een LVR-code is aan te vragen bij Tieto Netherlands Healthcare B.V door te bellen met de servicedesk
Pregnant!
0900 - 2333920 (10 cent per minuut) of per email:
Ook digitaal op http://www.rivm.nl/pns/bloedonderzoek/
[email protected]. Meer informatie kunt
publieksinfo/
u vinden op de website http://www.tieto.nl. Ook als u werkt als waarnemer of als verloskundige in loondienst moet u een LVR code aanvragen.
informatie over het structureel Echoscopisch Onderzoek (sEO) Papieren versie via http://www.rivm.nl/pns/folders-bestellen/
aGB code
Ook digitaal beschikbaar in het Engels, Duits, Frans,
Het Algemeen GegevensBeheer Zorgverleners (AGB-
Arabisch, Chinees, Spaans, Portugees, Papiamento en Turks.
Zorgverleners) is een register waarin gegevens van zorgverleners in Nederland worden vastgelegd. Aan de
informatie over de screening op downsyndroom
zorgverlener en/of praktijk/instelling wordt een unieke
Papieren versie via http://www.rivm.nl/pns/folders-bestellen/
code toegekend, de AGB-code. Met deze code kan
Ook digitaal beschikbaar in het Engels, Duits, Frans,
de zorgaanbieder en de praktijk/instelling worden
Arabisch, Chinees, Spaans, Portugees, Papiamento en Turks.
Gehoorscreening bij pasgeborenen Papieren versie via http://www.rivm.nl/pns/folders-bestellen/ Ook digitaal beschikbaar in het Engels, Duits, Frans, Arabisch, Chinees, Spaans, Portugees, Papiamento en Turks. geïdentificeerd. Deze code wordt landelijk gebruikt
hielprik bij pasgeborenen
binnen het (elektronische) communicatie- en declaratie-
Papieren versie via http://www.rivm.nl/pns/folders-bestellen/
proces tussen zorgverlener en zorgverzekeraar.
Ook digitaal beschikbaar in het Engels, Duits, Frans,
Elke zorgverlener heeft een AGB-zorgverlenerscode en
Arabisch, Chinees, Spaans, Portugees, Papiamento en Turks.
een koppeling met een AGB-praktijkcode of AGBinstellingscode. Als waarnemer moet u dus ook een AGB code aanvragen. Ook als loondienstmedewerker kunt u een AGB-code aanvragen. Dit is alleen mogelijk als de praktijk / instelling waar u werkzaam bent al een AGB-code heeft. Meer informatie kunt u vinden op www.agbcode.nl. Via deze site kunt u ook de AGB-code aanvragen. n 10
TvV juni 2011 • KNOV
THEMA ICM 2011 DURBAN
Nederlandse sprekers op het ICM congres in Durban Suze Jans
Inger Aalhuizen
deze maand is het zo ver. Van 19 tot en met 23 juni zal het 29e congres van de international confederation of midwives (icm) plaatsvinden. Voor de eerste keer in haar geschiedenis houdt de icm haar congres in een afrikaans land, te weten Zuid-afrika.
Verloskundigen geven voorlichting over preconceptie aan laag opgeleide vrouwen. Medeauteurs: Simone Buitendijk, Marcel van der Wal, Anne Annegarn. Amsterdamse verloskundigen
Zuid-Afrika is synoniem met safari’s en de uitgebreide natuurparken waarin de zogenaamde ’The Big 5‘ leven:
verlaten de praktijk om voorlichting te geven aan lager
de leeuw, de Afrikaanse olifant, de buffel, de neushoorn
opgeleide vrouwen en meiden over onder andere
en het luipaard. ICM heeft er voor gekozen om de ’The
anticonceptie, SOA’s, ontwikkeling van de foetus en over
Big 5‘ ook terug te laten komen in het thema van dit
hoe je zo gezond mogelijk zwanger kan worden. Door
congres. Verloskundigen hebben namelijk te maken met
deze werkwijze zijn ruim 450 meiden en vrouwen in de
hun eigen ‘Big 5’. Vijf uitdagingen die wereldwijd
leeftijd van 15-65 jaar met een laag opleidingsniveau
centraal staan voor vijf thema’s in de verloskunde, maar
bereikt bij welzijnsorganisaties en ROC’s (niveau 1 en 2).
die ook in verbinding staan met de millenniumdoelen die
Hierdoor is het kennisniveau bij de doelgroep over deze
over vier jaar (2015) gehaald zouden moeten zijn.
onderwerpen verhoogd, waardoor zij beter in staat zijn
De vijf thema’s, die als een rode draad door het congres
zelf maatregelen te nemen als zij in de toekomst zwanger
zullen lopen, zijn: globalisering; luisteren naar vrouwen
willen worden. Doordat lager opgeleiden hun informatie
en hun partners; continuïteit van zorg; consolidering van
veelal doorgeven aan hun sociale omgeving is op deze
de verloskundige praktijk en cultuur, maatschappij en
wijze een veel grote groep bereikt die op de hoogte is
tradities.
van het bestaan en de voordelen van preconceptie.
The Big 5: globalisering; luisteren naar vrouwen en hun partners; continuïteit van zorg; consolidering van de verloskundige praktijk en cultuur, maatschappij en tradities Ook een flink aantal Nederlandse verloskundigen zal aan deze thema’s een bijdrage leveren. Op het moment dat
Linda Aten
dit tijdschrift bij u op de mat valt zijn zij bezig met het pakken van hun koffer en wellicht met de laatste
Betere kwaliteit van zorg door
voorbereidingen voor hun presentatie op het congres.
het verbeteren van de vaardighe-
Meer dan ooit zullen Nederlandse verloskundigen
den en kennis van verloskundi-
aanwezig zijn om hun onderzoek te presenteren aan een
gen in Georgië.
internationaal publiek. Het verloskundig onderzoek in
In 2009 en 2010 is Linda Aten
Nederland wordt volwassen. De redactie van het Tijd-
met twee collega’s van de Verlos-
schrift voor Verloskundigen stelt een aantal deelnemers
kunde Academie Rotterdam driemaal een week in
daarom graag aan u voor met een korte toelichting over
Georgië geweest. Zij hebben daar trainingen verzorgd
het onderzoek dat zij op het congres zullen presenteren.
voor vijftien verloskundigen met als doel hun verloskundige en didactische kennis en vaardigheden te verbeteren. Na het afnemen van een assessment zijn vijf
Suze Jans is redactielid en coördineert de activiteiten van
verloskundigen geselecteerd. Zij hebben een parttime
Tijdschrift voor Verloskundigen in Durban
baan aangeboden gekregen bij de Tbilisi State Medical TvV juni 2011 • KNOV
11
THEMA ICM 2011 DURBAN University. Zij worden als tutor betrokken bij de nieuwe
Esther Feijen-de Jong
driejarige opleiding voor verloskundigen in Georgië. De opleiding is in oktober 2010 van start is gegaan met
Systematisch literatuuronderzoek naar
twaalf studenten.
determinanten van late of inadequate prenatale zorg. Medeauteurs: D.E.M.C. Jansen, F. Baarveld, C. van der Schans,
Jannet Bakker
S.A. Reijneveld, F. Schellevis. Op het ICM congres worden de
Het gebruik van een intra-
resultaten gepresenteerd van dit systematische
uterine druklijn (IUPC) ten op
literatuuronderzoek. Er is onderzocht welke karakteristie-
zichte van uitwendige
ken vrouwen hebben die inadequaat gebruikmaken van
registratie (TOCO) tijdens de
prenatale zorg. Inadequaat zorggebruik is het laat starten
baring om minder goede
van prenatale zorg en/of weinig tot geen prenatale
uitkomsten te verminderen. Een
controles gebruiken. Voor de verloskundige is het
(Cochrane) sytematisch literatuur onderzoek.
belangrijk dit te weten omdat zij specifieke zorg gericht
Medeauteurs: Karlijn van Halem, Petra Janssen,
op deze vrouwen kan aanbieden.
Ben Willem Mol, Dimitri Papatsonis, Joris van der Post. De review geeft op systematische wijze een samenvatting van alle beschikbare literatuur op dit gebied en conclu-
Myrte de Geus
deert dat er geen betere baringsuitkomsten zijn voor moeder of kind bij het gebruik van een intra-uteriene
Verloskunde in Nederland.
druklijn voor registratie van de weeën bij inleiding of
De Nederlandse verloskunde heeft in het buitenland een reputatie
bijstimulatie van de baring met intraveneus oxytocine.
van thuis bevallen, lage interventiecijfers en weinig pijnbehande-
Antje Beuckens
ling. Maar weten onze collega’s elders hoe de zorg echt in elkaar steekt? Tijdens deze
Uitkomsten na implementatie
presentatie wordt uitleg gegeven over
van de uitwendige versie in de eerstelijns verloskundige
hoe het Nederlandse systeem van verloskunde werkt en
praktijk in Nederland.
hoe het verloskundigen kan inspireren om hun eigen
Mede-auteur: Marlies Rijnders
positie te versterken. Daarbij wordt aandacht besteed aan de uitdagingen waar de Nederlandse verloskundigen momenteel mee te maken hebben. Discussie is onderdeel
Darie Daemers De invloed van Body Mass
van de presentatie.
Suze Jans
Index op de perinatale
12
uitkomsten van vrouwen
Attitude van verloskundigen
met een laag risico.
en huisartsen met betrekking
Medeauteurs: Hennie
tot hemoglobinopathie-
Wijnen, Evelien van Limbeek
dragerschapscreening op
Er is nog weinig kennis over de
basis van etniciteit: onder-
invloed van Body Mass Index (BMI) en gewichtstoename
zoek naar gedrag en intenties.
op perinatale uitkomsten van laagrisicovrouwen en
Medeauteurs: Ank de Jonge, Lidewij Henneman,
cliëntkenmerken die daarbij een rol spelen. Dit bemoei-
Anne Marie Plass, Toine Lagro-Janssen, Martina Cornel.
lijkt een adequate risicoselectie door verloskundigen en
Nederland kent momenteel ongeveer 180.000 dragers
kan leiden tot onnodige medicalisering en beperking van
van hemoglobinopathieën (HbP). Indien in Nederland een
keuzes door obese vrouwen rondom de geboorte. In
screeningsprogramma voor HbP wordt geïntroduceerd, is
Durban zullen de definitieve resultaten gepresenteerd
het van belang op de hoogte te zijn van de attitude
worden van onze studie over BMI en gewichtstoename in
inzake de registratie van etniciteit bij eerstelijns hulp-
een laag risicopopulatie.
verleners zoals verloskundigen en huisartsen. Vragenlijst-
TvV juni 2011 • KNOV
THEMA ICM 2011 DURBAN onderzoek onder verloskundigen en huisartsen liet zien
plaatsen in Nederland, “Improving midwife training by
dat het aanbieden van een test op (dragerschap van) HbP
measuring internship placement quality”. Graag wil ik
gebaseerd op etniciteit, afhankelijk is van de indruk die
aandacht besteden aan het belang van kwalitatief goede
eerstelijns hulpverleners hebben van de mening van hun
stageplaatsen voor onze studenten op de VAR. Dingena
collega’s hierover. Alhoewel het merendeel van de
Epker heeft een meetinstrument ontwikkeld dat de
hulpverleners positief staat tegenover een landelijk
kwaliteit van stageplaatsen kan meten. Met behulp van
screeningsbeleid op HbP, zijn zij niet per se bereid dit
de uitkomsten van deze metingen, kunnen wij, als
programma te implementeren. Indien in de toekomst een
opleiding, samen met de stageplaats werken aan
landelijk programma wordt ontwikkeld, is het van belang
kwaliteitsverhoging van de stageplaats en daarmee de
hulpverleners die gewend zijn screening of dragerschaps-
kwaliteit van de opleiding tot verloskundige. Het
diagnostiek aan te bieden, in te zetten bij de implementa-
meetinstrument geeft daarnaast ook inzicht in hoe
tie van een dergelijk programma.
opleiding en stagepraktijk op elkaar aansluiten.
Ank de Jonge
Irene Korstjens
Perinatale uitkomsten in
Verloskundigen en studenten
eerstelijns verloskundige zorg
verloskunde willen internationale
vergeleken met verloskundige
competenties ontwikkelen in
zorg in de tweede lijn;
haalbare European Midwifery
resultaten van een landelijke
Master of Science.
cohort studie onder laag risico
Mede-auteur: Marianne
vrouwen. Medeauteurs: Birgit Van der Goes, Anita
Nieuwenhuijze.
Ravelli, Ben Willem Mol, Simone Buitendijk, Jan Nijhuis.
De Academie Verloskunde Maastricht (AVM) vroeg in een enquête in 2009 aan alle
Trudy Klomp
studenten en recent afgestudeerden bij de AVM in hoeverre zij belangstelling hadden voor competentieontwikkeling in de European Master of Science en hoe zij
Verwachtingen en ervaringen
dachten over haalbaarheid. De scores op 7-puntschalen
van pijn tijdens de baring.
(helemaal niet tot zeer geïnteresseerd) liepen van 4.9 tot
Medeauteurs: Ank de Jonge,
5.5 (studenten) en 4.1 tot 5.4 (verloskundigen) voor
Judith Mannien, Toine
competentieontwikkeling in: wetenschap, overstijgende
Lagro-Janssen.
oriëntatie in verloskunde, Engelse taal, internationale
De onderzoeksvraag die werd
gezondheidszorg oriëntatie, en internationale samenwer-
beantwoord in deze kwalitatieve
king. De scores voor haalbaarheid liepen van 5.1 tot 5.2
studie was als volgt: Welke verwachtingen hebben
(studenten) en 4.0 tot 5.6 (verloskundigen) voor: parttime
vrouwen over pijn en pijnbeheersing tijdens de baring, en
studie, afstandonderwijs en kleine onderwijsgroepen.
wat zijn de ervaringen van bevallen vrouwen met deze pijn en pijnbeheersing? De onderzoekers hebben veertien vrouwen geïnterviewd in de laatste maand van hun
Lucie Martijn
zwangerschap en nog eens veertien vrouwen twee tot zes weken na hun bevalling. Tijdens de ICM-presentatie
Patiëntveiligheid in de
worden de resultaten van de studie gepresenteerd.
eerstelijns verloskundige zorg. Medeauteurs: Annelies
Willemijn Bos
Jacobs, Michel Wensing In 2009 heeft een inventarisatie van patiëntveiligheid in de
Improving midwife training by
eerstelijns verloskundige zorg
measuring internship placement
plaatsgevonden door systematisch onderzoek in 1000
quality.
verloskundige dossiers en door het melden van inciden-
Op het ICM congres geef ik
ten door verloskundigen. Ondanks het lage aantal
een presentatie over het meten
gevonden incidenten kunnen toch aanbevelingen ter
van de kwaliteit van de stage-
verbetering van de patiëntveiligheid worden gegeven. TvV juni 2011 • KNOV
13
THEMA ICM 2011 DURBAN Een analyse van de oorzaken, (mogelijke) gevolgen van
Marianne Prins
deze incidenten en aanbevelingen zal worden gepresenteerd tijdens het ICM congres.
Systematisch literatuur onderzoek naar het effect van
Marianne Nieuwenhuijze
verschillende stijlen bij persen tijdens de uitdrijvingsfase van de baring bij moeder en kind.
Keuzen van vrouwen in hun
Medeauteurs: Jolanda Boxem,
baringshouding: weten wat je
Cees Lucas, Eileen Hutton.
wilt, is essentieel.
Bij het literatuuronderzoek zijn drie van de elf gevonden
Medeauturs: Ank de Jonge,
RCT’s van voldoende kwaliteit bevonden. De voornaam-
Irene Korstjens, Toine Lagro-
ste uitkomst was: er is geen wetenschappelijk bewijs om
Janssen
routinematig het geïnstrueerde persen met gesloten
De resultaten uit onderzoek
glottis (Valsalva methode) toe te passen. Er kunnen geen
naar baringshoudingen van
betrouwbare uitspraken gedaan worden over zeldzame
vrouwen in Nederlandse verlos-
uitkomstmaten; de onderzoeksgroep was daarvoor te
kundige praktijken zullen in Durban worden gepresen-
klein (N=425). Tot meer onderzoek is verricht is het best
teerd. Vrouwen gebruiken hun voorkeur in baringshou-
practice spontaan persen te ondersteunen en de vrouw
ding vaker als zij uitgesprokener zijn in hun voorkeur;
te stimuleren in haar eigen manier van persen.
hoger opgeleid zijn; een langere uitdrijving hebben en thuis bevallen. Ook blijkt dat vrouwen meer ‘controle’
Ageeth Rosman
ervaren als zij zelf invloed hebben gehad op de gebruikte baringshouding. Diverse onderzoeken hebben laten zien dat ‘controle’ een belangrijke factor is voor een positieve
Systematisch literatuur
beleving van de baring. Dit onderzoek hoopt verloskundi-
onderzoek naar de contra-indi contra-indi-
gen te inspireren om vrouwen meer te ondersteunen in
caties voor aterme uitwendige
hun keuze voor baringshoudingen.
versie. Medeauteurs: Aline Guijt, Floortje Vlemmix, Ben Willem
Pien Offerhaus
Mol, Marjolein Kok De uitwendige versie is een veilige en relatief simpele
Uitkomsten van verwijzingen
behandeling om het aantal kinderen dat in een stuitlig-
durante partu in de Neder Neder-
ging ligt te reduceren. Ondanks een positief advies in de
landse eerstelijns verloskun-
richtlijnen van de KNOV en NVOG zien we het aantal
dige zorg.
kinderen dat in een stuitligging ligt bij aanvang van de
Medeauteurs: Ank de Jonge,
partus niet afnemen. Eén van de oorzaken daarvoor is
Toine Lagro-Janssen, Simone
het grote aantal contra-indicaties dat wordt gebruikt.
Buitendijk.
Over deze contra-indicaties is zowel nationaal als
Het onderzoek richt zich op eerstelijns baringen, de
internationaal nauwelijks overeenstemming en de
verwijzingen duante partu en de bijbehorende perinatale
onderbouwing voor de meeste contra-indicaties is gering
en maternale resultaten aan de hand van gegevens uit de
of afwezig. Tijdens de presentatie zal worden ingaan op
Landelijke Verloskunde Registratie (LVR). Worden
de beschikbare evidence en wordt er een advies gegeven
maternale resultaten zoals ‘normal birth’ beïnvloedt door
om het aantal contra-indicaties te limiteren tot vijf
het stijgende percentage verwijzingen? En in welke
groepen.
maten dragen dreigende serotiniteit of een onverwacht laag geboortegewicht bij aan ongunstige perinatale uitkomsten bij eerstelijns baringen? Het uiteindelijke doel
Hanneke Torij
is om bij te dragen aan verbeteringen van de kwaliteit van de verloskundige zorg. Op het ICM congres worden
Stagekwaliteit voor studenten: Een meet instrument om
de voorlopige resultaten gepresenteerd en worden
de kwaliteit van de uitoefening van de praktijk bij
verdere plannen voor het onderzoek toegelicht.
studenten te verbeteren op de Verloskundige Academie Rotterdam. Mede-auteur: Willemijn Bos
14
TvV juni 2011 • KNOV
THEMA ICM 2011 DURBAN
Mieke van Veen
SLMA (Sierra Leone Midwives Association). Deze workshop heeft als doel ondersteuning te bieden aan zowel de
De Rotterdamse voorspellende
huidige als toekomstige leiders in de verloskunde en het
reproductieve risicokaart: Een
stimuleren van een bewustwordingsproces rondom de
kaart om de social-economische
kwaliteiten die nodig zijn voor een succesvol leiderschap.
en medische risicofactoren in
Voorzitter: Rafael van Krimpen
kaart te brengen tijdens de vroege zwangerschap.
Geboorteplan
Medeauteurs: Jashvant Poeran,
Hoe kan de verloskundige vrouwen ondersteunen bij het
Hanneke Torij, Gouke Bonsel
maken van een geboorteplan.
In opdracht van de gemeente Rotterdam hebben de GGD
De workshop is interactief. Na een korte inventarisatie
Rotterdam-Rijnmond en het Erasmus MC samen met de
naar de achtergronden van de deelnemers en een
Verloskunde Academie Rotterdam, de zorgverleners in de
brainstorm over ideeën van een geboorteplan, zal een
stad en anderen een stadsbreed zorg innovatieplan
korte presentatie worden geven over de historie en
opgezet: het Programma: ”Klaar voor een Kind”. In dit
achtergrond van het geboorteplan. Vervolgens zal er in
programma worden verschillende schakels van de zorgke-
groepjes uiteengegaan worden. Afhankelijk van een
ten onderverdeeld, waaronder de schakel zwangerschap.
ieders achtergrond wordt een concept geboorteplan met
In deze schakel valt de R4U studie; Rotterdam Reproduc-
elkaar besproken en wordt er gekeken welke suggesties
tive Risk Reduction.
gedaan kunnen worden om er een realistisch geboorte-
Het doel van de R4U is het ontwikkelen van een prena-
plan te maken. De workshop wordt plenair afgesloten.
tale risico score kaart; het detecteren van zowel medi-
Voorzitter: Mieke Beentjes
sche, obstetrische, sociale, economische en psycho-sociale risico’s en het inzetten van zorgpaden op indicatie van
digitaal onderwijs
de gedetecteerde risicofactoren.
In deze workshop worden de diverse mogelijkheden van computerondersteunend onderwijs en afstand leren gepresenteert en besproken. Deze workshop vindt plaats
Workshops
binnen het symposium van de ICM Education Standing
Ook zullen er drie Nederlandse workshops worden
Committee
gehouden.
Voorzitters: Marianne Nieuwenhuijze en Kim Campbell (Canada). n
Twinning project Twinning. Leadership and gender: Why should anyone be led by you? Gezamelijke workshop van de KNOV en de
Voorbereiding medisch (vrijwilligers) werk in ontwikkelingslanden Op vrijdag 8 juli a.s. zal KIT voor het eerst een nieuwe
en Internationale Gezondheidszorg (NVTG). Doel is om
eendaagse cursus geven. Deze cursus Voorbereiding
Nederlandse gezondheidswerkers die in lage inkomens-
medisch (vrijwilligers)werk in ontwikkelingslanden
landen willen werken zodanig voor te bereiden dat zij
is bedoeld voor Nederlandse verpleegkundigen, verlos-
effectiever kunnen zijn in hun ontwikkelingswerk.
kundigen en artsen die van plan zijn om medisch
In deze eendaagse stoomcursus wordt ingegaan op
ontwikkelingswerk te verrichten.
gezondheidssystemen, de mondiale architectuur van
De cursus is opgezet in lijn met de ‘Gedragscode
ontwikkelingssamenwerking, determinanten van
Internationale Samenwerking Gezondheidszorg’ (ISG) van
gezondheid en interculturele communicatie.
de Nederlandse Vereniging voor Tropische Geneeskunde
Meer informatie: www.kit.nl n TvV juni 2011 • KNOV
15
Hoe geeft u ze een goede start?
>
Orthica ontwikkelt uiteenlopende voedingssupplementen voor iedereen die, in welke fase van het leven dan ook, wel een steuntje kan gebruiken. Het leven van een vrouw bevat een aantal duidelijk te onderscheiden fases, zoals ook de zwangerschapsfase. Extra aandacht voor goede, uitgebalanceerde voeding is dan belangrijk. Veel moeders weten niet dat ze al tijdens de zwangerschap iets kunnen doen aan de weerstand van hun kind. U kunt moeder en kind een goede start geven door een probioticum speciaal voor moeder en kind te adviseren. Meer weten over advies tijdens zwangerschap en bij zuigelingen? Bij Orthica delen we onze kennis hierover graag met u. Daarvoor kunt u bellen met onze informatielijn: Er is nOg zOVEEl MOgElijk 036 - 546 09 09. En natuurlijk leren we ook graag van u.
?
WETENSCHAP
Perinatale sterfteverschillen in Amsterdam Anita C.J. Ravelli, Eric A.P. Steegers, Greta C. Rijninks-van Driel, Ameen Abu-Hanna, Martine Eskes, Arnoud P. Verhoeff, Simone E. Buitendijk, Karien Stronks, Joris A.M. van der Post Uit de internationale literatuur is bekend dat wonen in
dOEl
bepaalde wijken, etnische herkomst en sociaal-economi-
In Amsterdam werd onderzocht of er per
sche status (SES) van invloed zijn op zwangerschapsuit-
stadsdeel verschillen waren in perinatale
komsten, waaronder perinatale sterfte [Luo ZC et al,
sterfte en of deze verklaard konden worden
2006; Ravelli ACJ et al, 2010; Agyemang C et al, 2009].
door risicofactoren zoals etniciteit en sociaal
In Nederland zijn er regionale verschillen in perinatale
economische status (SES).
sterfte. Recent is aangetoond dat zowel zwangere vrouwen woonachtig in de vier grote steden, in het
OpZET
bijzonder in de achterstandswijken, als vrouwen in de
Cohortonderzoek.
provincies Friesland en Groningen, een verhoogde kans hebben op perinatale sterfte [De Graaf JP et al, 2008;
mEThOdE
Tromp M et al, 2009; Poeran J et al, 2011;.Ravelli ACJ et
Het onderzoek had betrekking op 73.661
al, 2011]
eenlinggeboorten in Amsterdam, Diemen en
Nederland heeft een hoge perinatale sterfte ten opzichte
OuderAmstel, vastgelegd in de Perinatale
van andere landen in Europa [Mohangoo AD, 2008]. In
Registratie Nederland over de jaren 2000
het rapport van de stuurgroep Zwangerschap en Geboor-
2006. Met logistische regressieanalyse werd
te wordt derhalve aandacht gevraagd voor vrouwen
bepaald of perinatale sterfte verschilde per
woonachtig in achterstandswijken, vrouwen met
stadsdeel, waarbij rekening werd gehouden
niet-westerse etniciteit en/of een lage SES [Van der
met risicofactoren.
Velden J, 2009]. In Rotterdam is sinds 2008 stadsbreed beleid (‘Aanvalsplan Perinatale Sterfte’) ingezet ter
rEsUlTaTEN
verbetering van de grootstedelijke perinatale gezond-
Per jaar werden gemiddeld in Amsterdam
heidsuitkomsten met als doel in tien jaar de perinatale
10.525 kinderen geboren en overleden er 114
sterfte in Rotterdam van 11,6 per 1000 terug te brengen
(10,8 per 1000 (‰)). Het landelijk gemiddelde
tot tenminste het landelijk gemiddelde (10 per 1000)
perinatale sterftecijfer was 9,9‰. In 3 stads
[Denktas S, 2009].
delen was de perinatale sterfte 1,52 maal zo
Wij onderzochten of er per stadsdeel in groot Amsterdam
hoog als het landelijk gemiddelde: Zuidoost
(inclusief de gemeenten Diemen en Ouder-Amstel)
(21‰), Slotervaart (14‰) en Zeeburg (14‰). Maar de sterfte in de stadsdelen ZuiderAmstel
Academisch Medisch Centrum, Amsterdam. Afd. Klinische Informatie-
(5‰), OudZuid (7‰), Centrum en Osdorp
kunde: dr. Anita C.J. Ravelli, epidemioloog; prof.dr. A. Abu-Hanna,
(8‰) was 2050% lager. De hoge kans op
informaticus; dr. M. Eskes, gynaecoloog n.p; Afd. Obstetrie en
perinatale sterfte in stadsdeel Zuidoost (od
Gynaecologie: prof.dr. S.E. Buitendijk, arts-epidemioloog; prof.dr.
dsratio: 2,1; 95%BI: 1,92,6) hing samen met
J.A.M. van der Post, gynaecoloog; Afd. Sociale Geneeskunde: prof.
een oververtegenwoordiging van vrouwen
dr. K. Stronks, epidemioloog. Erasmus Medisch Centrum, afd.
met verhoogde risico’s; Creools/Hindoestaanse
Verloskunde en Vrouwenziekten, Rotterdam: Prof.dr. E.A.P. Steegers,
etniciteit, lage SES en vroeggeboorte. De
gynaecoloog. Drs. G.C. Rijninks-van Driel, eerstelijns verloskundige,
effecten van pariteit en etniciteit op peri
Almere. GGD, afd. Epidemiologie, Documentatie en Gezondheids-
natale sterfte verschilden per stadsdeel. Een
bevordering, Amsterdam: Prof.dr. A.P. Verhoeff, epidemioloog.
verhoogd effect werd gezien in Zeeburg
Contactpersoon: dr. A.C.J. Ravelli (
[email protected]).
voor hoge pariteit en bij Turkse/Marokkaanse vrouwen. In Slotervaart was het sterfterisico
Dit artikel is met toestemming van auteurs en redactie over-
verhoogd (oddsratio: 1,8; 95%BI: 1,32,5),
genomen uit het NTvG 2011;155:A3130 TvV juni 2011 • KNOV
17
WETENSCHAP maar dit werd niet verklaard door de bestu
dit onderzoek werden de eenlinggeboorten van de jaren
deerde factoren.
2000-2006 betrokken (n = 1.242.725). Hieruit selecteerden wij de vrouwen die in de postcodegebieden van
cONclUsiE
groot Amsterdam (inclusief Diemen en Ouder-Amstel)
Amsterdam had stadsdelen met sterk ver
woonachtig waren. Bevallingen in het industriegebied
hoogde en sterk verlaagde perinatale sterfte.
stadsdeel Westpoort (n = 33) werden buiten beschouwing
De prevalentie van risicofactoren verschilde
gelaten. Het onderzoeksbestand omvatte gedetailleerde
per stadsdeel en de effecten van etniciteit
gegevens op persoonsniveau van 73.661 zwangerschap-
en pariteit waren niet homogeen. Gedifferen
pen, bevallingen en eventuele opnames van de kinderen
tieerd beleid en onderzoek is daarom nood
direct na de geboorte.
zakelijk.
Uitkomstmaat ‘perinatale sterfte’ De uitkomstmaat was de perinatale sterfte vanaf 22,0 verschillen waren in perinatale sterfte. Daarnaast was de
weken zwangerschapsduur tot en met de eerste week na
vraag of deze mogelijke verschillen per stadsdeel samen-
de geboorte, totaal en onderverdeeld in foetale (doodge-
hingen met bepaalde risico- en zorgfactoren voor perinatale
boorte) en vroeg-neonatale sterfte. De stadsdelen zijn de
sterfte, met speciale aandacht voor de complexe relatie
bestuurlijke eenheden van de gemeente Amsterdam; tot
tussen etniciteit, SES en stadsdeel. Deze kennis kan
mei 2010 waren er vijftien stadsdelen, daarna zeven
gebruikt worden om specifiek stedelijk beleid en onder-
(tabel 1). In de tekst worden de namen van de stadsdelen
zoek te ontwikkelen.
gebruikt die tijdens de studieperiode de bestuurlijk eenheden waren (met vermelding van de nieuwe namen).
data en metode
In Amsterdam zijn 5 van de 40 achterstandswijken gelegen
Voor deze studie maakten wij gebruik van het gekoppelde
die in 2007 voor Nederland zijn gedefinieerd (http://
bestand van de Perinatale Registratie Nederland van de
www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/aandachtswijken).
verloskundigen, gynaecologen en kinderartsen in
Stadsdeel en achterstandswijk van de woonplaats van de
Nederland [Méray N et al, 2007; Tromp M et al, 2008]. In
vrouw werd bepaald op basis van de postcodetabellen.
Tabel 1. Perinatale sterfte in Amsterdam, Diemen en Ouder-Amstel en Nederland bij eenlingen vanaf 22,0 weken; 2000-2006
18
TvV juni 2011 • KNOV
WETENSCHAP
Tabel 2. Perinatale sterfte in Amsterdam,: procentuele verdeling van risico- en zorgfactoren naar stadsdeel en in vergelijking met Amsterdam totaal en Nederland
risicofactoren
de stadsdelen met de hoogste sterftekansen. De stads-
De gebruikte risicofactoren voor perinatale sterfte, zoals
delen werden vergeleken ten opzichte van het totaal van
geregistreerd in de Perinatale Registratie Nederland,
Amsterdam. Op basis van deze analyse werd de keuze
waren lage (P0) en hoge pariteit (P2+), lage (< 20 jaar)
van relevante risicofactoren voor de navolgende model-
en hoge (≥ 35 jaar) leeftijd van de vrouw, niet-westerse
lering bepaald.
etniciteit (Turks/Marokkaans, Creools-Surinaams, Hindoe-
Modellering In het eerste model (model 0) werd
staans-Surinaams, Aziatisch en overig niet-westers), lage
ongecorrigeerd gekeken naar de invloed van stadsdeel op
SES (P25) en laag inkomen (P25). De SES-informatie was
perinatale sterfte. In model 1 werd alleen gecorrigeerd
afkomstig van het Sociaal en Cultureel Planbureau en
voor de verschillende etnische groepen. In model 2 werd
het inkomen afkomstig van het Centraal Bureau voor de
alleen gecorrigeerd voor SES, in model 3 alleen voor vroeg-
Statistiek (www.cbs.nl). Beide werden bepaald op basis
geboorte. In model 4 werd gecorrigeerd voor etniciteit,
van de viercijferige postcode van de woonplaats van
leeftijd, pariteit, SES, ‘op tijd in zorg’ en type zorgverlening
de vrouw met als afkappunten de percentielen 25 en
bij de geboorte van het kind. Hierbij werden de oddsratio’s
75 voor de Amsterdamse populatie. De gebruikte
(OR’s) en 95%-betrouwbaarheidsintervallen (BI) bepaald.
zorgkenmerken waren: vrouw laat in prenatale zorg
Ten slotte werd voor de stadsdelen met verhoogde
(≥ 18 weken), lijn/type zorgverlener bij start van de baring
perinatale sterfte de invloed van de relevante risico-
(eerste lijn/tweede lijn) en lijn/type zorgverlener bij de
factoren ‘pariteit’, ‘etniciteit’ en ‘SES’ en de relatie met
geboorte van het kind (eerste lijn/tweede lijn).
perinatale sterfte weergegeven in OR in vergelijking met het totaal van Amsterdam en van Nederland. Data
statistische analyse
werden geanalyseerd met het statistische pakket SAS
Eerst werd een beschrijvende analyse uitgevoerd per stadsdeel
versie 9.2.
met de uitkomstmaat ‘perinatale sterfte’. Deze verschillen werden per stadsdeel beoordeeld ten opzichte van het totaal
resultaten
van Amsterdam met een χ2-toetst en vergeleken met de
Per jaar werden er in de periode 2000-2006 in groot
landelijke cijfers. Vervolgens keken wij naar de verdeling van
Amsterdam (Amsterdam, Diemen en Ouder-Amstel)
verschillende risico- en zorgfactoren per stadsdeel.
gemiddeld 10.525 eenlingkinderen geboren. Van deze
Met multivariate logistische regressieanalyse werd de
kinderen overleden 10,8 per 1000, dat wil zeggen
samenhang in kaart gebracht van de afzonderlijke en
gemiddeld 114 kinderen per jaar (zie tabel 1). Landelijk
gecombineerde risicofactoren met perinatale sterfte voor
was de perinatale sterfte voor eenlingen in deze periode TvV juni 2011 • KNOV
19
WETENSCHAP lager, namelijk 9,9 per 1000.
van de Amsterdamse kinderen geboren werden. De
In Amsterdam was de perinatale sterfte per stadsdeel/
sterfterisico’s in de achterstandswijken waren significant
gemeente sterk verschillend (zie tabel 1). In drie stads-
verhoogd ten opzichte van de andere wijken: 14,5‰
delen was de sterfte 1,5-2 maal zo hoog als het landelijk
versus 8,5‰. Binnen het stadsdeel Zuidoost was de
gemiddelde: Zuidoost: 21‰; Slotervaart (naam sinds
perinatale sterfte in de achterstandswijk Bijlmer Oost het
1 mei 2010: Nieuw-West): 14‰; Zeeburg (nu: Oost):
hoogst met 25 per 1000 geboorten. In bijvoorbeeld de
ook 14‰. Tevens waren er stadsdelen en een gemeente
achterstandswijk Volewijck Noord binnen het stadsdeel
met 1,5-2 maal zo lage sterfte: Zuideramstel (Zuid): 5‰;
Noord was de sterfte ook verhoogd (19‰).
Oud-Zuid (Zuid): 7‰; Centrum: 8‰; Osdorp (Nieuw-
Risico- en zorgfactoren In tabel 2 zijn de risico- en
West): 8‰; gemeente Ouder-Amstel: 6‰.
zorgfactoren per stadsdeel/gemeente weergegeven ten opzichte van heel Amsterdam en Nederland. In Amsterdam
achterstandswijken
woonden driemaal zo veel vrouwen met een niet-westerse
Er waren 5 achterstandswijken in Amsterdam, waar 38%
etniciteit en de verdeling van de belangrijkste niet-westerse
Tabel 3. Kans op perinatale sterfte in Amsterdamse stadsdelen met sterftekansen boven het Nederlands gemiddelde; ten opzichte van Amsterdam totaal; ongecorrigeerde en gecorrigeerde cijfers *†
Tabel 4. Risico op perinatale sterfte in Nederland, Amsterdam en in de 3 Amsterdamse stadsdelen met verhoogde perinatale sterfte, uitgedrukt als oddsratio en uitgesplitst naar de risicofactoren ‘pariteit’, ‘etniciteit’ en sociaaleconomische status (SES)
20
TvV juni 2011 • KNOV
WETENSCHAP groepen was zeer ongelijk over de stadsdelen, variërend
Creoolse vrouwen in Amsterdam hadden onafhankelijk
van 3-56% voor de Creoolse/Hindoestaanse vrouwen en
van het stadsdeel een sterk verhoogd risico op perinatale
van 4-58% voor de Turkse/Marokkaanse vrouwen. Tevens
sterfte (OR: 3,3; 95%-BI: 2,7-4,0). Ook vrouwen van
was het percentage vrouwen die hun derde of latere kind
Hindoestaanse (OR: 2,5; 95%-BI: 1,8-3,5) en overige
verwachtten en het aantal tienerzwangerschappen
niet-westerse herkomst hadden verhoogde risico’s.
verschillend. Het vóórkomen van vroeggeboorte was
Turkse/Marokkaanse vrouwen hadden matig verhoogde
duidelijk verhoogd in Zuidoost (10% ten opzichte van
risico’s en deze werden sterker indien deze vrouwen
gemiddeld 6%).
woonachtig waren in Zeeburg (OR: 1,7; 95%-BI: 1,0-2,8). De samenhang van lage SES en perinatale sterfte in
De SES was ongelijk verdeeld over de stad: er waren
Amsterdam was onafhankelijk van het stadsdeel (OR: 1,7;
stadsdelen met voornamelijk hoge-SES-groepen en
95%-BI: 1,4-1,9) (zie tabel 4).
stadsdelen met veel lage-SES-groepen. Vrouwen in Amsterdam kwamen vaker laat in zorg: 18% versus
Beschouwing
13% landelijk; voor vrouwen in Bos en Lommer en
Amsterdam had een verhoogde perinatale sterfte in
Zuidoost was dit percentage nog hoger (24%).
vergelijking met het Nederlands gemiddelde. Wij vonden
Stadsbreed startten veel vrouwen (53%) en 37% beviel
grote verschillen per stadsdeel: drie stadsdelen hadden
onder leiding van de 1e lijn. In sommige stadsdelen, zoals
een zeer hoge perinatale sterfte: Zuid-Oost (thans:
Osdorp en Slotervaart, was zelfs 46% 1e-lijnsgeboorte
Zuidoost), Slotervaart (thans: Nieuw-West) en Zeeburg
(zie tabel 2). In twee stadsdelen (Geuzenveld/Slotermeer,
(thans: Oost). Vier stadsdelen (ZuiderAmstel, Oud-Zuid,
Bos en Lommer) met bijna 60% Turkse/Marokkaanse
Centrum en Osdorp) en een gemeente (Ouder-Amstel)
vrouwen was de perinatale sterfte gelijk aan het landelijk
hadden een zeer lage perinatale sterfte.
gemiddelde (zie tabel 1 en 2).
Deels waren de effecten van een hoge perinatale sterfte
In tabel 3 staat de kans op perinatale sterfte in
in een bepaald stadsdeel te verklaren doordat groepen
Amsterdamse stadsdelen met sterftekansen boven het
met een hoog risico in hoge mate vertegenwoordig
Nederlands gemiddelde ten opzichte van het totaal van
waren, bijvoorbeeld een hoog percentage Creoolse,
Amsterdam. De perinatale sterfte was in de stadsdelen
Hindoestaanse en overige niet-westerse vrouwen,
Zuidoost (OR: 2,1; 95%-BI: 1,9-2,6) en in Zeeburg (OR:
vrouwen met een lage SES en veel vroeggeboortes in
1,3; 95%-BI: 1,04-1,7) significant verhoogd en in
stadsdeel Zuidoost.
Slotervaart verhoogd, maar niet significant. Dit ‘stads-
De effecten van pariteit en etniciteit verschilden per
deeleffect’ in Zuidoost verdween na correctie voor alle
stadsdeel en waren niet homogeen verdeeld over de
risicofactoren (zie tabel 3). De belangrijkste verklarende
stadsdelen. Dit was zichtbaar bij vrouwen die in
factor in Zuidoost was etniciteit; daarnaast waren SES en
verwachting waren van een tweede of later kind en
vroeggeboorte ook van belang.
voor Turkse/Marokkaanse vrouwen in Zeeburg.
Het stadsdeeleffect in Zeeburg en Slotervaart werd
Daarnaast was het opvallend dat in twee stadsdelen
duidelijker indien er rekening werd gehouden met de
(Geuzenveld/Slotermeer, Bos en Lommer) met achter-
verdeling van risicofactoren van een gemiddelde Amster-
standswijken en een hoog percentage niet-westerse
damse zwangere vrouw: na correctie voor alle factoren
vrouwen de perinatale sterfte gelijk was aan het landelijk
werd een verhoogd risico op perinatale sterfte zichtbaar
gemiddelde. Mogelijk was hierbij de prevalentie van de
voor Slotervaart (OR: 1,8; 95%-BI: 1,3-2,5) en in mindere
etnische subgroepen sterker van belang dan de SES-
mate voor Zeeburg (OR: 1,4; 95%-BI: 1,1-1,9).
verdeling. In deze stadsdelen wonen meer dan 55% Turkse/Marokkaanse vrouwen die een lager risico op
In tabel 4 staat een beschrijving van de uitwerking van de
perinataal sterfte risico’s hebben (9,8 ‰) dan Creoolse
risicofactoren ‘pariteit’, ‘etniciteit’ en ‘SES’ op perinatale
(13,9‰) en Hindoestaanse (12,5‰) vrouwen.
sterfte voor vrouwen woonachtig in Nederland, in Amsterdam als totaal en in de 3 stadsdelen met de
Vergelijking met andere studies
hoogste perinatale sterfte. Vrouwen woonachtig in
Er is reeds beschreven dat er meer perinatale sterfte
stadsdeel Zeeburg hadden indien ze zwanger waren van
voorkomt in de vier grote steden Amsterdam, Rotterdam,
een derde of later kind een duidelijk verhoogd risico op
Den Haag en Utrecht, en in de achterstandswijken in
perinatale sterfte (OR: 3,3; 95%-BI: 1,8-6,1) in vergelijking
Nederland [Agyemang C et al, 2009; De Graaf JP et al,
tot Amsterdam en Nederland. Daarnaast hadden vrouwen
2008]. Ook is bekend dat er verhoogde risico’s op
die hun eerste kind verwachtten in Zuidoost extra
perinatale sterfte zijn bij de Creoolse, Hindoestaanse en
verhoogde risico’s (OR: 1,8; 95%-BI: 1,2-2,7).
overige niet-westerse vrouwen in Nederland [Ravelli ACJ et al, 2010; Van Enk A et al, 2008]. TvV juni 2011 • KNOV
21
WETENSCHAP Nieuw in deze studie was de bevinding dat de effecten
Ons onderzoek toonde dat de risico’s geclusterd waren in
van sommige risicofactoren zoals ‘etniciteit’, ‘SES’ en
specifieke etnische groepen in de stadsdelen Zuidoost en
‘pariteit’ in bepaalde stadsdelen sterker of juist minder of
Zeeburg. Voor het stadsdeel Zuidoost was de hoge
niet samenhingen met perinatale sterfte dan in andere
perinatale sterfte geconcentreerd bij de Creoolse,
stadsdelen. De samenhang met perinatale sterfte had
Hindoestaanse en overige niet-westerse vrouwen. Dit is
zodoende waarschijnlijk deels te maken met de verschil-
vooral verbonden met een verhoogde kans op prematuri-
len van de verdeling van risicofactoren binnen een
teit en dysmaturiteit [Ravelli ACJ, 2010]. Intensivering van
stadsdeel en met het feit dat de effecten van de risico-
het zorgtraject in het bijzonder voor vrouwen die het eerste
factoren ‘pariteit’, ‘etniciteit’ en ‘SES’ op perinatale sterfte
kind verwachten en voor vrouwen met een lage SES, en
niet homogeen was binnen de verschillende stadsdelen.
onderzoek naar optimale diagnostiek en behandelingsstrategieën voor prematuriteit zijn van belang voor
Kracht en beperkingen van de gebruikte data
Zuidoost. Voor Zeeburg is onderzoek bij hoge pariteit en
Voor laagfrequente uitkomsten zoals perinatale sterfte
bij Turkse/Marokkaanse vrouwen, mede in relatie tot
zijn data nodig uit meerdere jaren van registratie om
kenmerken van het zorgsysteem van belang.
onderzoek naar risicofactoren binnen stadsdelen mogelijk
In Slotervaart was een duidelijk verhoogd risico op
te maken. De landelijke dekkingsgraad van 96% voor de
perinatale sterfte zichtbaar, met name na correctie voor
perinatale registratie is hoog. Het is niet aannemelijk dat
de risico- en zorgfactoren ‘lage SES’ en ‘zorgverlening
deze dekkingsgraad voor Amsterdam anders is.
tijdens de geboorte van het kind (eerste/tweede lijn)’.
Een beperking van deze studie is dat de SES en de
Mogelijk hing dit samen met risicoselectie en zorgorgani-
inkomensgegevens niet op persoonsniveau werden
satie. In dit verband was het hoge percentage vrouwen
gemeten maar op niveau van de viercijferige postcode.
dat bij het begin van de baring onder begeleiding was
Detailinformatie over leefstijlfactoren (obesitas, roken),
van de eerste lijn een punt van aandacht.
opleiding en over de uitvoering van het zorgproces wordt vastgelegd in het zorgdossier maar niet in de perinatale
conclusie
registratie. Gegevens over de voeding, stress, inkomen en
Amsterdam heeft stadsdelen met sterk verhoogde en
woonsituatie zijn geen onderdeel van de Perinatale
sterk verlaagde perinatale sterfte. De prevalentie van de
Registratie Nederland [Vrijkotte TG et al, 2009; Van
risicofactoren voor perinatale sterfte verschilden per
Eijsden M et al, 2009].
stadsdeel. Daarnaast waren de effecten van de risicofactoren ‘etniciteit’, ‘sociaal-economische status’ en
implicaties voor beleid en verder onderzoek
‘pariteit’ op perinatale sterfte niet homogeen binnen de
In Amsterdam kan op basis van dit onderzoek specifiek
stadsdelen. Gedifferentieerd beleid en onderzoek per
beleid worden geformuleerd voor een beperkt aantal
stadsdeel en gemeente is hierdoor noodzakelijk.
stadsdelen met verhoogde perinatale sterfte, namelijk de stadsdelen Zuidoost, Slotervaart en Zeeburg. Dit verschilt
leerpunten
van Rotterdam waar gekozen is voor een stadsbrede
• Zwangere vrouwen woonachtig in de vier grote steden
aanpak van de perinatale sterfte. Dit beleid kan mede
en in het bijzonder in de achterstandswijken hebben
gebaseerd worden op het advies voor prenatale zorg in
een verhoogde kans op de perinatale sterfte.
achterstandssituaties (inclusief het belang van preconceptiezorg en het tijdig in prenatale zorg te komen) zoals beschreven in het rapport van de Stuurgroep Zwanger-
met sterk verlaagde perinatale sterfte. • De hoge perinatale sterfte in stadsdeel Zuidoost hing
schap en Geboorte [Van der Velden J, 2009; Alderliesten
samen met een oververtegenwoordiging van vrouwen
ME et al, 2007].
met verhoogde risico’s: Creoolse, Hindoestaanse en
Dit onderzoek laat zien dat in de twee stadsdelen Zeeburg
overige niet-westerse etniciteit, lage sociaaleconomische
en Slotervaart de verhoogde sterfte niet eenduidig te verklaren was door de prevalentie van bekende risicofactoren. Deze discrepantie vergt verder onderzoek waarbij het zorgproces wordt meegenomen. Een audit van de
status (SES) en vroeggeboorte. • De verhoogde perinatale sterfte in stadsdeel Slotervaart kon niet verklaard worden door de bekende risicofactoren. • De effecten van bepaalde risicofactoren zoals ‘pariteit’
perinatale sterftes in de stadsdelen Slotervaart, Zeeburg
en ‘etniciteit van de vrouw’ op perinatale sterfte
en Zuidoost, gebruikmakend van de systematiek van de
kunnen per stadsdeel verschillen en vereisen daarom
landelijke Perinatale Audit Nederland, lijkt zinvol om meer
22
• Amsterdam heeft stadsdelen met sterk verhoogde en
een eigen aanpak.
inzicht te krijgen in de mogelijke clustering van risicofactoren
Dit onderzoek was niet mogelijk zonder de registratie van
in combinatie met zorgfactoren [Waelput AJM et al, 2008;
de perinatale gegevens door Nederlandse perinatale
Merkus JMWM et al, 2008; Alderliesten ME et al, 2008].
zorgverleners: verloskundigen, gynaecologen, kinder-
TvV juni 2011 • KNOV
WETENSCHAP artsen/neonatologen en anderen. De Stichting Perinatale Registratie Nederland verleende toestemming voor het gebruik van de registratiedata. n
literatuur
Harlekijn fenomeen Casus
Agyemang C, Vrijkotte TG, Droomers M, van der Wal MF, Bonsel GJ, Stronks K. The effect of neighbourhood income and deprivation on pregnancy outcomes in Amsterdam, The Netherlands. J Epidemiol Community Health. 2009;63:755-60 Medline. doi:10.1136/jech.2008.08040
Wieteke M. Ploegstra, Carla M. van Ede
Alderliesten ME, Vrijkotte TG, van der Wal MF, Bonsel GJ. Late start of antenatal care
Een dysmatuur, aterm geboren meisje werd post partum
among ethnic minorities in a large cohort of pregnant women. BJOG. 2007;114:1232-9
opgenomen in verband met een milde persisterende
Medline.doi:10.1111/j.1471-0528.2007.01438.
pulmonale hypertensie, waarvoor behandeling met 100%
Alderliesten ME, Stronks K, van Lith JM, et al. Ethnic differences in perinatal mortality. A perinatal audit on the role of substandard care. Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol.
zuurstof middels ‘continuous positive airway pressure’ en
2008;138:164-70 Medline. doi:10.1016/j.ejogrb.2007.08.022
éénmalig vaatvulling. Daarnaast kreeg zij antibiotica in
De Graaf JP, Ravelli AC, Wildschut HI, et al. Perinatale uitkomsten in de vier grote steden
verband met een mogelijke perinatale infectie. Binnen
en de prachtwijken in Nederland. Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:2734-40 Medline
48 uur werd gezien de goede kliniek, de respiratoire
Denktas S, Voorham AJ, Bonsel GJ, et al. Grootstedelijke perianatale gezondheid. Programmatische aanpak van perinatale sterfte in Rotterdam. Tijdschr Sociale Gezondeheidszorg. 2009;87:199-202. doi:10.1007/BF03082237
ondersteuning afgebouwd en de antibiotica bij negatieve bloedkweek gestaakt.
Luo ZC, Wilkins R, Kramer MS. Effect of neighbourhood income and maternal education on birth outcomes: a population-based study. CMAJ. 2006;174:1415-20 Medline. doi:10.1503/cmaj.05109 Méray N, Reitsma JB, Ravelli AC, Bonsel GJ. Probabilistic record linkage is a valid and transparent tool to combine databases without a patient identification number. J Clin Epidemiol. 2007;60:883-91 Medline. doi:10.1016/j.jclinepi.2006.11.021 Merkus JMWM. Perinatale sterfte in Nederland: audit dringend nodig. Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:603-5 Medline. Mohangoo AD, Buitendijk SE, Hukkelhoven CW, et al. Hoge perinatale sterfte in Nederland vergeleken met andere Europese landen: de Peristat-II studie. Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:2718-27 Medline. Poeran J, Denktas S, Birnie E, Bonsel GJ, Steegers EA. Urban perinatal health inequalities. J Matern Fetal Neonatal Med. 2011;24:643-6 Medline. doi:10.3109/14767058.2 010.511341
Op de tweede dag post partum ontwikkelde zij een
Ravelli ACJ, Tromp M, Eskes M, Droog JC, van der Post JA, Jager KJ, et al. Ethnic
verkleuring van één lichaamshelft. Er was sprake van een
differences in stillbirth and early neonatal mortality in The Netherlands. J Epidemiol
goed afgrensbare enkelzijdige roodheid, ontstaan na
Community Health 2010 (epub) Medline. Ravelli ACJ, Eskes M, Tromp M, Huis AM van, Steegers EA, Tamminga P, et al. Perinatale
draaien op de zij. De verkleuring verdween spontaan na
sterfte in Nederland gedurende 2000-2006; risicofactoren en risicoselectie. Ned Tijdschr
vjftien minuten. Dit verschijnsel werd herkend als het
Geneeskd. 2008;152:2728-33 Medline.
‘harlekijn fenomeen’. Het wordt gekenmerkt door
Ravelli ACJ, Rijninks-van Driel GC, Erwich JJ, Mol BWJ, Brouwers HAA, Abu Hanna A,
plotseling optreden van een scherpafgrensbare roodheid
et al. Provinciale verschillen in perinatale sterfte en reistijd tot ziekenhuis. Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A2689 Medline.
van één gelaats- of lichaamshelft. Het ontstaat meestal
Tromp M, Ravelli AC, Meray N, Reitsma JB, Bonsel GJ. An efficient validation method
tussen de tweede en vijfde levensdag en duurt dertig
of probabilistic record linkage including readmissions and twins. Methods Inf Med.
seconden tot twintig minuten of meer. Het komt voor bij
2008;47:356-363 Medline. Tromp M, Eskes M, Reitsma JB, et al. Regional perinatal mortality differences in
tien procent van alle neonaten, maar wordt vaker bij
the Netherlands; care is the question. BMC Public Health. 2009;9:102 Medline.
pre- en dysmaturen beschreven. Men neemt aan dat het
doi:10.1186/1471-2458-9-102
veroorzaakt wordt door een tijdelijke disbalans van de
Van der Velden J. Een goed begin. Veilige zorg rond zwangerschap en geboorte.
autonome regulatie van cutane bloedvaten. Vitale
Utrecht: Stuurgroep Zwangerschap en Geboorte; 2009. Van Enk A, Buitendijk SE, van der Pal KM, van Enk WJ, Schulpen TW. Perinatal death in
functies veranderen niet. Onderscheid van cyanose is
ethnic minorities in The Netherlands. J Epidemiol Community Health. 1998;52:735-9
essentieel. Behandeling is niet nodig, aangezien het een
Medline.doi:10.1136/jech.52.11.735
onschuldig fenomeen is. Het harlekijn fenomeen moet
Van Eijsden M, Hornstra G, van der Wal MF, Vrijkotte TG, Bonsel GJ. Maternal n-3, n-6,
niet worden verward met een harlekijnfoetus, wat een
and trans fatty acid profile early in pregnancy and term birth weight: a prospective cohort study. Am J Clin Nutr. 2008;87:887-95 Medline.
ernstige variant van congenitale ichthyosis betreft. n
Vrijkotte TG, van der Wal MF. van EM, Bonsel GJ. First-trimester working conditions and birthweight: a prospective cohort study. Am J Public Health. 2009;99:1409-16 Medline. doi:10.2105/AJPH.2008.138412 Waelput AJM. Overbeeke van H, Eskes M, Achterberg PW. Landelijke perinatale audit: werk in uitvoering. Eindrapportage en bedrijfsplan van de opstartcommissie voor de
W.M.Ploegstra, arts-assistent, Medisch Centrum Leeuwarden, afd. kindergeneeskunde; thans: Universitair Medisch Centrum Groningen, Beatrix Kinderkliniek en drs. C.M. van Ede, kinderarts
landelijke invoering van perinatale audit. Rapportnr. 270212001. Bilthoven: RIVM; 2008.
Overgenomen van Medisch Contact, 22 september 2010, nr. 38 met toestemming van auteur en redactie TvV juni 2011 • KNOV
23
WETENSCHAP
E-learning in Echoscopieonderwijs Monique Haak, Sylvia Eggermont, Peter Bloemendaal
inleiding
omdat het docentextensief is. E-learning is op afroep
Op dit moment bieden de hogeschool InHolland, Haarlem
beschikbaar op de plaats waar de cursist daar behoefte
en de hogeschool Fontys, Eindhoven opleidingen aan tot
aan heeft. Om docenten de mogelijkheid te bieden de
verloskundig echoscopist. Deze echoscopisten werken
verrichtingen en leerstrategieën van de cursisten te
zowel in de eerste als tweede lijn. Deze opleidingen zijn
volgen, werden deze ondergebracht in MedischOnder-
praktijkgericht. De stages, waarin studenten motorische
wijs.nl (http://medischonderwijs.nl), een portaal voor de
vaardigheden aanleren, zijn ingebed in een gedegen
distributie en registratie van medisch e-learning modules.
theoretisch kader. Reeds werkzame verloskundigen en echoscopisten kunnen door middel van vele, doorgaans ééndaagse, cursussen
Figuur 1. Grafiek met staafdiagrammen waarin het
en symposia op de hoogte gehouden worden van
aantal sessies per maand zichtbaar is.
ontwikkelingen in hun vakgebied.
Echoscopie en e-learning In 2007 werd een onderwijsvernieuwingsproject gestart met als doel het echoscopieonderwijs voor arts-assistenten (AIOS) in opleiding tot gynaecoloog te verbeteren en uniform te maken. Er werd een set van achttien e-learning modules ontwikkeld door verschillende auteurs, met gebruik van het programma MasterPRO (http://masterpro.nl). Deze e- learning modules waren oorspronkelijk bedoeld om verdieping en verlevendiging te geven aan de zelfstudie opdrachten met het Nederlands leerboek echoscopie in de Verloskunde en Gynaecologie. Daarnaast dient binnen dit projectmatige echo-onderwijs de arts-assistent
Belangstelling uit de eerste lijn
praktijkervaring op te doen in zijn of haar opleidings-
In het voorjaar van 2009 ging de website ‘www.echocur-
kliniek, wat getoetst wordt door portfolio beoordeling.
sus.net’ live. Deze website is bedoeld als gids, die de
Deze moderne vorm van onderwijs kent niet de nadelen
arts-assistenten door de cursusopdrachten leidt, en als
van klassieke onderwijsvormen, doorgaans lessen voor
portaal naar de e-learning modules in MedischOnderwijs.
een groep cursisten [Dunkin, 1983]. Hoe didactisch
nl. Vanaf het moment dat de website in de lucht was,
vaardig en enthousiast de docent die een college geeft
kwamen er veel belangstellende vragen uit de eerste lijn.
ook is, de onderwijsvorm brengt met zich mee dat de
We ontvingen tientallen mails van verloskundigen die de
kennis passief aangeboden wordt, de aandacht verslapt
cursus wilden volgen. Steeds antwoordden wij dat het
en de stof onvoldoende herhaald wordt. Hierdoor kunnen
een project voor AIOS gynaecologie is en dat dit project
studenten nadien maar een fractie van de inhoud
niet als doel had om echoscopisten voor de eerste en tweede
reproduceren (Long en Lock, 2010). Vernieuwde inzichten
lijn op te leiden. Voor een dergelijke echoscopische
op onderwijsgebied laten zien dat het op de juiste tijd
opleiding verwezen wij naar de hogescholen. Wel wezen
aanbieden van de leerstof en de interactie ermee, een
wij deze belangstellenden erop dat de e-learning modules
voorwaarde is voor een efficiënte en effectieve kennis-
vrij toegankelijk zijn voor iedereen.
verwerving (Teunissen, 2008; Long en Lock, 2010).
Wat opviel uit de registratie van MedischOnderwijs.nl, was
E-learning voldoet in grote mate aan deze inzichten,
dat behalve de primaire doelgroep (AIOS gynaecologie) er vele anderen de e-learning modules opstartten. Het totaal
Dr. M.C. Haak, perinatoloog; Initiator en coördinator ‘Basiscursus
aantal verschillende bezoekers van de modules is met 683
echoscopie in verloskunde en gynaecologie voor gynaecologen in
(dec 2010) namelijk veel groter dan het aantal geregistreer-
opleiding’, LUMC.; S. Eggermont, e-learning ontwikkelaar, LUMC;
de AIOS (thans 109). Voor zover de auteurs de namen
P.M. Bloemendaal, universitair hoofddocent LUMC
herkenden, zijn dit verloskundigen, echoscopisten en een
[email protected]
enkele gynaecoloog. Alle belangstellenden hadden in
24
TvV juni 2011 • KNOV
WETENSCHAP december 2010 bij elkaar al meer dan 3600 sessies gestart.
of gynaecoloog (i.o.). Ook dit is een teken van efficiënt
Figuur 1 toont een gestage groei in het aantal bezoeken.
onderwijs. Er wordt ’s avonds of in het weekend opge-
De conclusie moet zijn dat deze e-learningmodules
zocht wat er overdag aan kennis is gemist. Op die manier
voorzien in een behoefte die wij vantevoren niet als
kennis verwerven draagt bij aan het beklijven van de stof.
zodanig herkend hadden. Figuur 3 toont het gebruik van de verschillende modules.
Figuur 2. Grafiek met staafdiagrammen waarin het
Dat het gebruik niet evenredig over de modules verdeeld
gemiddeld aantal sessies verdeeld over de uren van de
is, zou verklaard kunnen worden uit het feit dat nog relatief
dag zichtbaar is.
weinig AIOS de cursus compleet hebben afgerond. Ongeveer 85% van de bezoekers is echter geen AIOS en deze bezoekers hebben niet de verplichting om alle modules te doorlopen. Het verschil in gebruiksfrequentie van de verschillende modules vloeit daarom waarschijnlijk voort uit de verschillende behoefte aan onderwijs per onderwerp. Hierbij is het opvallend dat een onderwerp als‘basisprincipes, beeldoptimalisatie en artefacten’, wat een droog, fysisch theoretisch onderwerp is, toch een hoog aantal onderwijsmomenten kent. Dit suggereert dat de manier waarop de leerstof aangeboden wordt, verschil maakt voor het daadwerkelijk volgen van dit onderwijs. Wie sloeg immers niet dat eerste hoofdstuk
Efficiënte nascholing
in het leerboek echoscopie over waarin dit behandeld werd?
E-learning biedt de mogelijkheid interactief theoretische
De gemiddelde tijdsduur van elk onderwijsmoment met
kennis op te doen en dit ook te toetsen. Verder is het een
e-learning was 13 minuten. Gemiddeld werd het cijfer
ideaal medium voor training van beeldherkenning. Het
6,7 (op een schaal van 0-10) gescoord. Bij evaluatie van
geeft de gelegenheid tot herhaling en gemakkelijk
cursisten die in aanmerking willen komen voor afronding
terugkijken van beelden of leerstof. Ten slotte biedt het
van de cursus, valt op dat zij verschillend studiegedrag
de docenten de mogelijkheid de verrichtingen en
vertonen. Sommige cursisten volgen de modules meer-
leerstrategieën van de cursisten te volgen en voor de
dere keren, soms net zo vaak tot een perfecte score is
eindbeoordeling na te gaan of alle onderdelen met een
behaald. Anderen volgen de e-learningmodules precies
voldoende zijn afgesloten.
vaak genoeg om een voldoende te halen, waarmee het
Figuur 2 toont het bezoek van de e-learningmodules in relatie tot het uur van de dag. Bijzonder daarbij is de (kleine)
Figuur 4. Voorbeeld van een pagina uit de module
piek in het gebruik tussen vijf en zeven uur ’s ochtends,
‘basisprincipes, beeldoptimalisatie en artefacten’. Links
die bij andere cursussen in MedischOnderwijs.nl niet
wordt een onderwerp behandeld, rechts staat een
wordt waargenomen. Dit heeft ongetwijfeld te maken
verdiepende opdracht waarbij door het verwerken van
met het nuttig besteden van tijd aan het einde van een
de kennis die links aangeboden is, het juiste antwoord
nachtdienst en is inherent aan het vak van verloskundige
gevonden kan worden.
Figuur 3. Grafiek met staafdiagrammen waarin het aantal sessies per module zichtbaar is.
TvV juni 2011 • KNOV
25
WETENSCHAP onderdeel van de cursus is behaald. De meerderheid van
gemeten konden worden. Van alle genoemde opties
de cursisten doorloopt elke individuele module minstens
zijn voorbeelden te vinden binnen de echocursus
twee tot drie keer. De tijdspanne waarin de complete set
(www.echocursus.net ).
modules doorlopen wordt, varieert sterk.
KNOV-accreditatie de mogelijkheden van e-learning
Gezien de grote belangstelling van verloskundigen en
Figuur 4 en 5 tonen twee voorbeelden van een pagina
eerste- en tweedelijnsechoscopisten voor deze e-learnings-
van de e-learningmodules. In figuur 4 wordt eerst de
modules, werd accreditatie aangevraagd bij de KNOV en
theorie behandeld, waarna de cursist in een meerkeuze-
de beroepsvereniging van echoscopisten (BEN), zodat hun
vraag de informatie moet deduceren om tot een ant-
studie-inspanningen gehonoreerd worden. Wanneer
woord te komen. Bij het antwoord wordt uitleg gegeven
consequent onder hetzelfde emailadres gewerkt wordt, is
waarom het (on)juist is. De docent kan kiezen of alle
het mogelijk om ook inspanningen in het verleden mee te
uitleg zichtbaar is, of alleen de uitleg bij het door de
nemen.
cursist gegeven antwoord. Figuur 5 is technisch meer
Om de cursist meer inzicht te geven in welke modules
uitdagend. Hier is een echoafbeelding zichtbaar, waarover
met een voldoende zijn afgerond, is een overzicht van
in de voorgaande pagina uitleg over deze doorsnede
de echocursus opgenomen in MedischLeren.nl (http://
(het vier kamer beeld) werd gegeven. In deze interactieve
medischleren.nl). MedischLeren.nl is een onderdeel van
pagina wordt de cursist gevraagd de anatomie te
MedischOnderwijs.nl, waar volledige e-learning cursussen
benoemen, door de labels met de anatomische benamin-
beschikbaar zijn.
gen naar de juiste plaats op de afbeelding te slepen (sleepvraag op afbeelding). Andere mogelijkheden zijn
conclusie
onder andere aanwijsvragen, waarbij gebieden op een
Cursussen met een volledige college-achtige opzet passen
afbeelding met de cursor aangewezen moeten worden
niet meer in modern onderwijs. Het frequente bezoek, de
en aanvulvragen, waarbij zich in een doorlopende tekst
herhaalfactor hierin en de rol van de e-learningmodules
lege plaatsen bevinden die de cursist in moet vullen. Ook
op de werkvloer, voldoen aan de eisen die modern
een volledig open vraag is mogelijk, waarbij het systeem
onderwijs aan ons stelt. De e-learningmodules van de
in staat is veel antwoorden te herkennen en de bijpas-
basiscursus [cursief] echoscopie in de verloskunde en
sende feedback te geven. De echocursus was aanleiding
gynaecologie [cursief] voor AIOS gynaecologie worden
voor het ontwikkelen van extra functionaliteit, zodat in
zeer frequent bezocht, met name door niet-AIOS. Dit
echoafbeeldingen daadwerkelijk een afstand en hoeken
effect was onbedoeld, maar het is zeer waardevol dat een
Figuur 5. Voorbeeld van een pagina uit de module ‘hart’. Een echoafbeelding waarbij de labels naar de juiste positie gesleept moeten worden. Na een druk op de knop rechts onder (‘toon het juiste antwoord’) worden de juiste labels groen, de onjuiste rood (met antwoordsleutel ernaast)
26
TvV juni 2011 • KNOV
WETENSCHAP veel groter publiek wordt bereikt dan oorspronkelijk werd
Echoscopisten en verloskundigen kunnen de
nagestreefd. Concluderend zijn deze moderne en
elearningmodules ook gebruiken als op zichzelf
aantrekkelijke mogelijkheden van onderwijs een onmis-
staande nascholing. Wanneer u alle elearning
baar onderdeel in nascholing in deze tijd.
modules heeft gemaakt (gebruik steeds dezelfde inlognaam!) stuurt u een mail met de door u
referenties
gebruikte inlognaam naar
[email protected].
Dunkin MJ. A review of research on lecturing. Higher Education Research and Develop-
Wanneer alle modules met een voldoende zijn
ment. 1983;2: 63-78
afgesloten ontvangt u tegen betaling van € 35, uw
Kekkonen-Moneta S, Moneta G. E-Learning in Hong Kong: Comparing learning outcomes in online multimedia and lecture versions of an introductory computing course.
certificaat. De elders op de site genoemde € 350, is
British Journal of Educational Technology 2002: 33; 423 -433.
voor de totale AIOS cursus, inclusief terugkomdag. De
Long A, Lock B. Lectures and large groups. In: Swanwick T (Ed). Understanding medical
cursus is geaccrediteerd voor vier uur in het KNOV
education, evidence, theory and practice 2010. Oxford: Wiley-Blackwell.
kwaliteitsregister. Op www.echocursus.net (tab
Teunissen PW, Dornan T. Lifelong learning at work. British Medical Journal 2008;336:667–669.
KNOV/BEN) kunt u de accreditatiepunten aanvragen. Deze cursus is niet geschikt als opleiding tot echo
dank
scopist of echoscopisch actieve verloskundige. Met
Dank is verschuldigd aan dr. P.W. Teunissen voor hulp bij
het certificaat komt u niet in aanmerking voor het
het vinden van geschikte literatuur. n
KNOVechoregister of de SEO of NTcertificering. Hiervoor bestaan opleidingen op HBOinstellingen.
Op de bres voor de thuisbevalling Steun gevraagd van verloskundigen voor handtekeningenactie het aandeel thuisbevallingen daalt, in één generatie van 60 naar 22%. samen met andere ontwikkelingen is dit voor Vereniging Het OuderSchap aanleiding om een handtekeningenactie te beginnen. de stem van de zwangere en haar partner wordt te weinig gehoord; de discussie over de oplossingen voor babysterfte wordt teveel gevoerd zonder hen hierbij te betrekken. Met een mooi vormgegeven ansichtkaart kan iedere zwangere haar steun betuigen vóór de thuisbevalling, vóór eigen regie, vóór behoud van spoedzorg in streekziekenhuizen en vóór meer onderzoek en voorlichting over babysterfte. Begin juni krijgen alle verloskundigenpraktijken een brief in de bus met een setje van vijftien ansichtkaarten, plus een toelichtende brief. Vereniging Het OuderSchap vraagt aan de praktijken mee te werken
cliënten. Praktijken kunnen meer kaarten bijbestellen. Naast deze tastbare kaarten komt er ook een online petitie. Het is de bedoeling om deze kaarten in het najaar met een ludieke actie aan de minister aan te bieden. Verschillende organisaties steunen de actie met een bijdrage: STBN, BTN, NBvD, en ActiZ, mogelijk komen er hier nog meer bij. n er, Beste minist
boortezorg st van de ge er de toekom t aandeel ov en rg zo Ik maak mij . In één generatie is he naar nog maar 22%. in Nederland n afgenomen van 60% rs de keuze al niet ge thuisbevallin r plekken hebben oude g thuis kunnen ee no Op steeds m n mijn kinderen straks meer. Zulle n? bevalle aken voor u hard te m u vragen om nog één Graag wil ik ere zorg. Nederland is n kunnen deze bijzond e landen waar vrouwe ig van de wein en hóe ze bevallen. kiezen wáár
ing n bevall e ig e r e Baas ov : or te zorgen
ervo Ik vraag u om blijft en dat lling mogelijk ijn kind va be uis th nm va - dat de te or bo nd de ge ik de regie ro blijft in en. kan behoud ge spoedzorg behouden van undi and is - dat verlosk uizen. Een veilige afst kenh de streekzie . de oorzaken levensbelang onderzoek komt naar wordt gen k de rlij ge ee er er t arov - da en dat ik da fte er st by ba van n t afwegen va n stem in he voorgelicht. t op een eige ch re ijn m t - da t erkend. risico’s word
door de kaarten te verspreiden onder TvV juni 2011 • KNOV er, Beste minist
27
tezorg n de geboor toekomst va rgen over de tie is het aandeel ra aar 22%. naar nog m . In één gene
zo Ik maak mij
• • • • •
• •
Nieuwsbrief / juni 2011 / Jaargang 7
Vrouwen beslissen anders over verloskundige zorg dan hun partners Hendrix M, Pavlova M, Nieuwenhuijze MJ et al. Differences in preferences for obstetric care between nulliparae and their partners in the Netherlands: a discrete-choice experiment. J Psychosom Obstet & Gynecol 2010;31:243-251
Bij laag-risicozwangerschappen in Nederland wordt de plaats van bevalling vooral gekozen vanuit het perspectief van zwangeren en hun partners op de kenmerken van de verloskundige zorg. Deze prospectieve cohortstudie onderzocht verschillen tussen laagrisico nulliparae en hun partners bij het wegen van deze kenmerken. De onderzoekers selecteerden at random 150 Nederlandse praktijken, waarvan er honderd deelnamen. Tijdens de 32ste zwangerschapsweek vulden 321 van de 449 uitgenodigde vrouwen (respons 72%) en 212 van de 290 uitgenodigde partners (respons 73%) een vragenlijst in. Daarin koos iedere deelnemer de beschrijving van verloskundige zorg van haar of zijn voorkeur uit acht scenario’s. Ieder scenario was samengesteld uit
thuis), mogelijkheid tot invloed op besluitvorming (ja of nee), mogelijkheid tot pijnbestrijding (ja of nee), mogelijkheid tot vervoer tijdens baring (ja of nee), en eigen bijdrage (250 euro of geen). De vrouwen en de partners vonden de mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de besluitvorming tijdens de bevalling het belangrijkst. Voor vrouwen kwam huiselijke omgeving op de tweede plaats. Voor de partners kwam de mogelijkheid tot pijnbestrijding op de tweede plaats, terwijl dat voor vrouwen veel minder belangrijk was.
zeven kenmerken van de zorg tijdens de bevalling: hulpverlener (gynaecoloog of verloskundige), omgeving (klinisch of huiselijk), plaats (ziekenhuis of
De deelnemers hadden duidelijk omlijnde voorkeuren voor kenmerken van zorg en er waren wezenlijke verschillen tussen de voorkeuren van mannen en vrouwen. Beleidsmakers en zorgverleners dienen deze voorkeuren serieus te nemen en zwangeren en hun partners te betrekken in besluitvormingsprocessen.
Waarom Nederlandse vrouwen minder pijnbestrijding gebruiken dan Belgische vrouwen Christiaens W, Verhaeghe M, Bracke P. Pain acceptance and personal control in pain relief in two maternity care models: a cross-national comparison of Belgium and the Netherlands. BMC Health Services Research 2010;10:268
De onderzoekers vergeleken het belang van de acceptatie van baringspijn en persoonlijke controle bij medische bestrijding van baringpijn in twee verloskundige zorgsystemen. Het Belgische verloskundige systeem benadrukt medische risico’s, terwijl het Nederlandse systeem het normale fysiologische proces benadrukt. In 2004 en 2005 vulden vrouwen tweemaal een vragenlijst in: bij dertig weken zwangerschap (zoals acceptatie van pijn) en binnen twee weken na de baring (persoonlijke controle en pijnbestrijding). De onderzoekers analyseerden data van 157 Belgische en 170 Nederlandse vrouwen na een
ziekenhuisbevalling zonder medische ingreep. Acceptatie van baringspijn en persoonlijke controle verminderden de kans op pijnbestrijding, temeer als vrouwen op beide factoren hoog scoorden. Nederlandse vrouwen gebruikten zesmaal minder pijnbestrijding dan Belgische vrouwen. Dit kon niet verklaard worden door verschillen in de acceptatie van pijn, want die waren er niet. Persoonlijke controle vormde een deel van de verklaring. Nederlandse vrouwen die acceptatie van baringspijn combineerden met veel persoonlijke controle, gebruikten het minst vaak
pijnbestrijding. Bij Belgische vrouwen leidde geringe acceptatie van pijn tot meer pijnbestrijding, maar speelde persoonlijke controle geen rol. Naast individuele verschillen, speelden de verschillende zorgsystemen een belangrijke rol. In België leken zorgverleners zeer gevoelig voor geringe acceptatie van pijn en kwamen zij mogelijk overmatig tegemoet aan wensen tot pijnbestrijding. Andersom werd in Nederland weinig pijnbestrijding gegeven en mogelijk te weinig tegemoet gekomen aan behoeften van vrouwen die geringe acceptatie van pijn combineerden met weinig persoonlijke controle.
29
www.kennispoortverloskunde.nl
Let ook op postpartum angst en obsessief-compulsieve symptomen Abramowitz JS, Meltzer-Brody S, Leserman J. Obsessional thoughts and compulsive behaviors in a sample of women with postpartum mood symptoms. Arch Womens Ment Health 2010;13:523-350
Hulpverleners en wetenschappers geven ruim aandacht aan vrouwen met postnatale depressie, maar besteden veel minder aandacht aan angstige en obsessief-compulsieve symptomen bij deze groep. Daarom onderzocht deze cross-sectionele vragenlijststudie de relaties tussen angstige, obsessiefcompulsieve en depressieve symptomen bij zestig vrouwen die binnen twaalf maanden postpartum hulp zochten bij een Amerikaanse kliniek voor perinatale stemmingsstoornissen. De meerderheid
rapporteerde obsessieve symptomen en compulsieve strategieën of rituelen om deze obsessieve angsten en gedachten te neutraliseren, maar de ernst van deze symptomen varieerde sterk. De meest voorkomende gedachten waren de vrees voor wiegendood of verstikking en de meest voorkomende neutraliserende strategieën waren: jezelf geruststellen, regelmatig checken en afleiding zoeken. Depressieve en angstige symptomen waren significant geassocieerd met obsessieve en compulsieve symptomen.
Voor de praktijk lijkt het zinvol om te onderkennen dat angst en depressie deel uitmaken van een breder spectrum van psychiatrische klachten in de perinatale periode. De onderzoekers concluderen dan ook dat hulpverleners tijdens de perinatale periode net zoveel aandacht moeten geven aan het vaststellen en zo nodig behandelen van angstige en obsessief-compulsieve symptomen als aan depressieve symptomen.
Voorlichting over alcohol: extra aandacht voor autochtone, oudere, hoogopgeleide vrouwen Cheng D, Kettinger L, Uduhiri K et al. Alcohol consumption during pregnancy: prevalence and provider assessment. Obstet Gynecol 2011;117:212-217
Amerikaanse onderzoekers onderzochten de prevalentie van prenataal alcoholgebruik en de mate van screening en voorlichting over alcoholgebruik tijdens de zwangerschap. Zij gebruikten in deze retrospectieve studie data van 12.611 moeders van levendgeborenen gedurende de jaren 2001-2008. Bijna acht procent van de moeders rapporteerde alcoholgebruik tijdens de laatste drie maanden van de zwangerschap. Alcoholgebruik werd
het meest gemeld door blanke vrouwen die niet van Latijns-Amerikaanse afkomst waren (10.9%), vrouwen van 35 jaar en ouder (13.4%) en vrouwen met een universitaire opleiding (11.4%). Volgens negentien procent van de vrouwen vroegen verloskundige hulverleners niet naar hun alcoholgebruik en dertig procent van de vrouwen meldde dat zij geen voorlichting ontvingen over de gevolgen van alcoholgebruik voor het kind. Screening en voorlichting
kwamen het minst voor bij de bovengenoemde groepen blanke, oudere en hoogopgeleide vrouwen. De onderzoekers concludeerden dat screening en voorlichting over alcoholgebruik ondanks de richtlijnen nog geen routine was in de verloskundige zorg. Opvallend was dat juist de groepen vrouwen die het meeste risicogedrag vertoonden, het minst voorlichting kregen.
Bevallingen door verloskundigen in China Cheung NF, Mander R, Wang X et al. Clinical outcomes of the first midwife-led normal birth unit in China: a retrospective cohort study. Midwifery 2011;Epub;PMID:21236528
Deze retrospectieve studie beschrijft de klinische uitkomsten van de eerste zes maanden van een innovatieve ‘midwife-led normal birth unit (MNBU)’ in China in 2008. De MNBU lag naast een standaard verloskundige afdeling in een stadsziekenhuis met 2.000 tot 3.000 bevallingen per jaar. Het primaire doel van de MNBU was om normale bevallingen onder begeleiding van een verloskundige te bevorderen, en daarmee het aantal keizersnedes te verminderen. De onderzoekers vergeleken de klinische uitkomsten van de eerste 226 vrouwen
30
in de MNBU met 226 vergelijkbare vrouwen op de standaard verloskunde afdeling. Daarnaast vulden 103 vrouwen na de bevalling in de MNBU een tevredenheidsvragenlijst in. Het percentage vaginale bevallingen was 88% in the MNBU en 59% op de standaard afdeling. Alle vrouwen in de MNBU ontvingen naast de zorg van een verloskundige steun van een ‘buddy’, meestal de man. Geen van de vrouwen op de standaard afdeling had een ‘buddy’. Dit concept van twee-op-een zorg bleek fundamenteel te zijn voor de positieve ervaring van vrouwen en het verminderen
van het aantal keizersnedes. De populariteit van mannelijke buddy’s was onverwacht, omdat volgens traditioneel geloof in China, vrouwen en hun lichaamsvloeistoffen worden gezien als gevaarlijk en verontreinigend voor mannen. Augmentatie en episiotomieën waren routine op de standaardafdeling, maar kwamen in de MNBU veel minder vaak voor. De MNBU bleek voor gezonde zwangeren een veilig en acceptabel alternatief voor de standaard verloskunde afdeling, met lagere kosten door minder interventies en keizersnedes en een hogere mate van tevredenheid.
www.kennispoortverloskunde.nl
Hoe vaders de bevalling en de verloskundige beleven Hildingsson I, Cederlöf L, Widén S. Father’s birth experience in relation to midwifery care. Women and Birth 2011; Epub;PMID:21216684
De persoonlijke beleving van vaders van de bevalling is nog weinig onderzocht. Deze Zweedse studie onderzocht hoeveel vaders de bevalling positief hadden ervaren en welke aspecten van de verloskundige zorg daaraan hadden bijgedragen. Binnen twee maanden na een normale vaginale bevalling vulden 595 vaders een vragenlijst in. Van hen werd 43% voor het eerst vader. Gevraagd werd in hoeverre de vaders het met bepaalde stellingen over zorgaspecten eens waren en hoeveel waarde ze aan elk aspect van zorg hechtten. Het merendeel van de vaders (82%) had de bevalling als positief ervaren. Voor mannen die voor het eerst vader werden,
had alleen steun van de verloskundige positief effect op een bevallingservaring. Voor de andere vaders was informatie over de voortgang van de baring de sterkste factor voor een positieve bevallingservaring, gevolgd door steun van de verloskundige en voldoende aanwezigheid van de verloskundige. Vaders kregen minder informatie over de voortgang van de bevalling dan ze zouden willen en hadden ook meer betrokken willen worden bij de zorg. Ze ervoeren meer steun, interesse en betrokkenheid van de verloskundige dan ze verwacht hadden en ook de mogelijkheid tot participatie in de besluitvorming was groter dan verwacht.
Voor aanstaande vaders is de verloskundige belangrijk tijdens de bevalling. Zij moet rekening houden met individuele behoeften, hoewel het lastig is om te weten welke steun elke individuele vader wenst en nodig heeft.
Behandeling diabetes vermindert kans op complicaties Leeuwen M van, Prins SM, Valk HW de et al. Diabetes gravidarum. Behandeling vermindert kans op complicaties. Ned Tijdschr Geneesk 2011;155:A2291
Diabetes gravidarum verhoogt de kans op perinatale en maternale complicaties zoals preeclampsie en ‘grote’ baby’s (> 4.000 gram of > 90e percentiel). De prevalentie van diabetes gravidarum in Nederland wordt geschat op twee tot vijf procent. Omdat diabetes gravidarum zelden leidt tot symptomen of klachten is screening de enige manier om deze aandoening tijdig te diagnosticeren en te behandelen. Drie grote onderzoeken hebben aangetoond dat hogere glucosewaarden in de zwangerschap samenhangen met een aantal belangrijke perinatale en maternale uitkomsten en dat detectie en behandeling van diabetes gravidarum effectief zijn.
De richtlijn adviseert om bij vrouwen met risicofactoren voor diabetes gravidarum in het tweede trimester een 75 gram orale glucosetolerantietest te verrichten. Een inventarisatie van het screeningsbeleid in Nederland (voorafgaand aan de nieuwe richtlijn in 2010), liet zien dat 68% van de 68 deelnemende gynaecologen en 82% van de 92 verloskundigen screent in het eerste
trimester en 53% en 65% in het tweede semester. Dat gebeurde meestal bij zwangeren met risicofactoren. Door een actiever screenings- en behandelbeleid, met de juiste screeningsmethoden, zou het mogelijk moeten zijn om de perinatale en maternale complicaties als gevolg van diabetes gravidarum te verminderen.
Wereldwijd zijn er geen uniforme criteria voor diabetes gravidarum. De NVOGrichtlijn ‘Diabetes en zwangerschap’ uit 2006 adviseerde alleen screening in het eerste trimester van de zwangerschap, terwijl de nieuwe richtlijn uit 2010 ook screening adviseert in het tweede trimester. De nieuwe richtlijn adviseert screening in het eerste trimester door bepaling van de nuchtere glucosewaarde of door een random glucosetest.
31
www.kennispoortverloskunde.nl
Stelling
De stelling in de afgelopen periode luidde: De eigen bijdrage voor een poliklinische bevalling voor vrouwen met een laag risico op complicaties, zou moeten worden geschrapt. Aanleiding was de publicatie van het artikel ‘Provinciale verschillen in perinatale sterfte en reistijd tot ziekenhuis’ in het NTvG 2011;155:A2689. 50% is het eens met de stelling, 47% oneens en 3% weet het niet. We vroegen om een reactie aan epidemioloog
Anita Ravelli, hoofdauteur van het artikel en werkzaam bij de afdeling Klinische Informatiekunde van het AMC. “De uitslag is de mening van 62 personen die op Kennispoort hebben gestemd, dus een beperkte groep met een diverse achtergrond. De uitslag is duidelijk, 50% is voor en 50% tegen, dus geen consensus. De stelling is overigens niet geheel in overeenstemming met de zinsnede in het genoemde NTVG-artikel over provinciale verschillen. Wij hebben aanbevolen de eigen bijdrage voor een poliklinische bevalling te laten vervallen voor laag risico vrouwen, indien er sprake is van een reistijd naar het ziekenhuis van twintig minuten of meer. Ons onderzoek blijkt een reistijd van twintig minuten of meer in Nederland een risicofactor voor à terme perinatale sterfte en slechte uitkomst en (BJOG 2011). Lange reistijd is een
belangrijke factor in de verklaring van provinciale verschillen in perinatale sterfte in Nederland. Mijn persoonlijke mening is dat een eigen bijdrage voor een poliklinische bevalling ook voor andere vrouwen met verhoogde risico’s op perinatale sterfte heroverwogen zou moeten worden. Denk aan vrouwen woonachtig in achterstandswijken en vrouwen met een niet-Westerse achtergrond. Gelukkig lijkt deze discussie ingehaald door de uitspraak van de minister van VWS die op 17 maart 2011 stelde dat de poliklinische bevallingen worden opgenomen in het integrale tarief voor de verloskundige zorg. De stelling voor de komende periode luidt: De latente fase bestaat niet. Ga naar de Kennispoort-website voor de toelichting en om uw stem uit te brengen.
Waarom is er thuis minder vaak perineumletsel? Lindgren HE, Brink A, Klinberg-Allvin M. Fear causes tears – Perineal injuries in home birth settings. A Swedish interview study. BMC Pregnancy and Childbirth 2011;11:6
Perineumletsel is een ernstige complicatie van een vaginale bevalling met grote impact op de kwaliteit van leven van gezonde vrouwen. De prevalentie van perineumletsel is bij ziekenhuisbevallingen vele malen hoger dan bij thuisbevallingen. Deze Zweedse kwalitatieve studie onderzocht de werkwijze van verloskundigen bij thuisbevallingen en richtte zich vooral op het optreden van perineumletsel. De onderzoekers hielden individuele interviews met twintig verloskundigen die ervaring hadden met zowel thuisbevallingen als ziekenhuisbevallingen. Het overkoepelende thema dat uit de interviews naar voren kwam was “geen haast en geen getrek”. De verloskundigen vonden het belangrijk om het natuurlijke proces te bevorderen. Volgens hen speelden gevoelens van haast minder thuis dan in het ziekenhuis. Bovendien is bij
32
thuisbevallingen de verloskundige maar voor één vrouw tegelijk verantwoordelijk. De onderliggende thema’s waren: voorbereiding op de bevalling (de vrouw leren kennen, haar obstetrische geschiedenis doornemen, omgeving veraangenamen); meegaan met het fysiologische proces (geen haast, naar de vrouw luisteren, signalen van angst of stress opvangen); een gevoel van veiligheid genereren (huiselijke omgeving, goede communicatie); het kritieke moment (baringshouding, de vrouw aanmoedigen en begeleiden); en verloskundige vaardigheden (warme doek tegen perineum houden, perineum niet aanraken). Goede communicatie en vertrouwen tussen de verloskundige en de vrouw bleken zeer belangrijk, maar waren voor verloskundigen in het ziekenhuis soms lastig omdat ze de vrouw nog niet eerder ontmoet hadden. Deze ervaringen kunnen verloskundigen thuis en in het ziekenhuis helpen om perineumletsel te verminderen.
Colofon: Kennispoort Verloskunde is een initiatief van de Samenwerkende Opleidingen Verloskunde (SOV). Deze maandelijkse nieuwsbrief verschijnt ook als emailversie. Aanmelden kan gratis op www.kennispoort-verloskunde.nl, het grootste kennisplatform voor Nederlands verloskundig onderzoek. Postbus 2040, 3000 CA ROTTERDAM e-mail:
[email protected] telefoon: 020 - 89 434 11 Hoofdredactie: Paul Heere (Limetree Business Refreshment) Redactieraad: Elies de Geus (AVAG), Judith Manniën (AVAG/EMGO), Irene Korstjens (AVM), Mirjam van Lohuizen (AVAG), Stans Verschuren (VAR), Bernadette Kroon (AVAG).
ONDERWIJS
Verloskundigen en gynaecologen moeten sámen onderzoek doen Commotie over babysterfte Raymond de Vries en Marianne Nieuwenhuize
Wat is veiliger? Thuis bevallen of in het ziekenhuis? al ruim dertig jaar voeren verloskundigen en gynaecologen strijd over dit vraagstuk. Ook in november 2010 was het weer raak. het wordt tijd om de handen ineen te slaan.
samenvatting • De recente commotie over babysterfte in Nederland is deel van een jarenlange strijd over de beste begeleiding bij bevallingen: thuis door de verloskundige of in het zie kenhuis door de gynaecoloog.
Het is donderdag 4 november 2010. Mijn toestel is zojuist
• Deze strijd wordt gestreden met weten
geland op Schiphol. Ik ben op weg naar Maastricht, klaar
schappelijke wapens: een van de partijen
om te beginnen als splinternieuwe buitengewoon
levert wetenschappelijk bewijs dat ‘waar’ is,
hoogleraar Midwifery Science. Voor ik vertrok uit Ann
terwijl de andere partij stelt dat dit bewijs
Arbor – waar ik als socioloog werkzaam ben binnen verschillende afdelingen (Bio-ethiek, Obstetrie en
niet betrouwbaar is. • Het is voor alle partijen nu tijd om de strijd
Gynaecologie, Medisch onderwijs) van de universiteit van
bijl te begraven en om als ‘frenemies’ (‘vrij
Michigan – was ik geattendeerd op een publicatie die op
anden’) samen onderzoek te doen. Alleen
het punt stond te verschijnen in British Medical Journal.
dan zullen de vooroordelen verdwijnen.
In deze publicatie zou het Nederlandse verloskundig systeem onder de loep genomen worden, vooral voor verloskundigen en voor de thuisbevalling. Ik was echter niet
onverwacht, dit is ongekend [Croonen H, 2010]. Maar
voorbereid op de krantenkoppen die mij ‘verwelkomden’
hoe interpreteer je een dergelijke onverwachte uitkomst?
in de boekwinkel van de luchthaven: ‘Babysterfte te wijten aan verloskundig systeem’, ‘Als er een dokter bij is,
Verkeerde focus
gaan er minder kinderen dood’ en ‘Kindersterfte twee
Atypische data vragen om grote voorzichtigheid bij de
keer hoger bij verloskundigen’. Berustten deze koppen
interpretatie. Helaas klonk die voorzichtigheid niet door in
op waarheid? Gaven journalisten de juiste onderzoeks-
de conclusies van de onderzoekers, en dus ook niet in de
resultaten weer? Ik was teleurgesteld toen ik de volgende
nieuwsberichten. Bij de interpretatie van hun data kozen
dag het bewuste artikel in British Medical Journal las:
de onderzoekers ervoor het verhaal te vertellen van een
teleurgesteld over de resultaten, over de interpretatie van
falend verloskundig systeem: ’The Dutch obstetrics system
de data door de onderzoekers én over de manier waarop
itself possibly contributes to the high perinatal mortality
de pers de resultaten presenteerde. Ik moet toegeven dat
compared with most European countries’ [Evers A et al,
het schokkend was om te ontdekken dat de perinatale
2010]. Met hun statistische kennis moeten de onderzoekers
sterfte bij vrouwen met een laag risico hoger was dan bij
hebben geweten dat deze bewering onjuist was. In hun
vrouwen met een verhoogd risico. Dat is niet alleen
reactie in november 2010 berekenden Mol c.s. het effect wanneer alle thuisbevallingen worden vervangen door
prof. dr. Raymond de Vries, buitengewoon hoogleraar Midwifery
ziekenhuisbevallingen, en daardoor de perinatale sterfte
Science, Academie Verloskunde Maastricht/Universiteit Maastricht;
in die groep tot 0 wordt teruggebracht. In dat geval zou
Marianne Nieuwenhuize, voorzitter vakgroep Midwifery Science
er een daling in de landelijke perinatale sterfte optreden
Verloskunde Maastricht/Hogeschool Zuyd
van 0,2 promille (van 9,9 naar 9,7) [Mol BWJ et al, 2010].
Correspondentieadres:
En daarmee zou Nederland nog steeds hoog scoren
[email protected];
binnen de Europese ranglijst. Dit werpt de vraag op waarom de focus van het onderzoek niet gelegd is bij de
Met toestemming van auteurs en redactie overgenomen uit
factoren die de belangrijkste oorzaken zijn van perinatale
Medisch Contact, van 6 mei 2011, nr.18 pag. 1126-1129
sterfte, zoals gedrag (roken en obesitas), demografische TvV juni 2011 • KNOV
33
ONDERWIJS factoren (leeftijd en sociaaleconomische status van de
het Utrechtse onderzoek en van de reacties op dat
moeder) en beleidskeuzes (terughoudendheid in de
onderzoek zou moeten zijn dat het tijd is om te stoppen
behandeling van extreem vroege prematuren). Er werd
met het gebruik van wetenschap als wapen in de strijd
zelfs niet naar verwezen. In plaats daarvan lag de focus
tussen beroepen.
van de onderzoekers bij de organisatie van de zorg. Dit is inderdaad de oorzaak van een klein deel van de perinatale
Verhit debat
sterfte, maar niet het gebied waar de meeste winst te
Met hun publicatie in British Medical Journal sluiten Evers
halen is voor de oplossing van het probleem.
c.s. zich aan bij anderen die wetenschap gebruikt hebben in de strijd tussen verloskundigen en gynaecologen. In 1978 gebruikte Hoogendoorn landelijke data om te laten zien dat de provincies met hogere aantallen ziekenhuisbevallingen ook een lagere perinatale sterfte hebben [Hoogendoorn D, 1978]. Kloosterman, pleitbezorger voor verloskundigen, wees op het vanzelfsprekende probleem van oneigenlijke verbanden. Hij zag een verband tussen toegenomen aantallen ziekenhuisbevallingen en dalende perinatale sterfte, maar ook een sterke relatie met een dalende kindersterfte [Kloosterman, GJ, 1978]. Als vervolgens gekeken werd naar de correlatie tussen een stijgend aantal ziekenhuisbevallingen en de perinatale sterfte in de dertien grootste steden van Nederland, vond Kloosterman een inconsistent beeld: de perinatale sterfte was gedaald in steden met een stijgend én met een dalend percentage ziekenhuisbevallingen. In 1986 publiceerde Hoogendoorn een andere studie waarin hij de daling van de perinatale sterfte vergeleek in verschillende Europese landen tussen 1970 en 1984 [Hoogendoorn D, 1986]. Hij stelde vast dat in vrijwel alle Europese landen de perinatale sterfte meer daalde dan in Nederland. Volgens hem zou een heroverweging van de problemen © Hans Oostrum, Den Haag
van de verloskundige zorg en vooral de wenselijkheid van thuis- versus ziekenhuisgeboorte noodzakelijk zijn. Hoogendoorns publicatie veroorzaakte destijds een verhit debat in de media en in medische tijdschriften. Veel critici wezen - net als bij zijn eerste artikel - op het feit dat correlatie nog geen causaliteit betekent. Vergelijkbaar met het huidige debat over perinatale sterfte, suggereerden Door deze focus op de factoren in het systeem ontstond
andere critici dat Hoogendoorns vergelijking niet opging.
er grote commotie onder verloskundigen, gynaecologen
Ze vonden dat de vergelijking geen rekening hield met de
en in de politiek: nieuwsbrieven en websites leverden
verschillende definities van perinatale sterfte in Europa en
commentaar op het onderzoek, verloskundigen moesten
geen aandacht besteedde aan de invloed van hogere
veel uitleggen aan hun cliënten, en een lid van de Tweede
sterfte onder etnische minderheden. Bovendien bleef de
Kamer, Khadija Arib, organiseerde een rondetafelgesprek
analyse in hun ogen niet overeind als gekeken werd naar
over vermijdbare sterfte. Wat kunnen we leren van deze
landen met honderd procent ziekenhuisbevallingen en
commotie? In sommige opzichten zeggen de reacties op
een langzame daling in perinatale sterfte.
het artikel meer dan het artikel zelf. Vanuit een sociaal-
34
historisch perspectief bekeken, is het artikel van
superieur
Evers c.s. niet nieuw [Evers A et al, 2010]. Het is namelijk
In een poging tot een meer wetenschappelijke beschou-
het meest recente salvo in het wetenschappelijk worstelen
wing van de Nederlandse manier van bevallen, werden
over het Nederlandse verloskundig systeem. Een gevecht
studies uitgevoerd met andere uitkomstmaten. De
dat ruim dertig jaar geleden begon en dat onder meer
onderzoekers kwamen met een serie publicaties waarin
uitgevochten wordt op de pagina’s van wetenschappelijke
zij het gebruik voorstelden, testten en verdedigden van
tijdschriften [De Vries R, 2005]. De echte boodschap van
pH-metingen van navelstrengbloed en van neurologische
TvV juni 2011 • KNOV
ONDERWIJS scoringslijsten als een valide manier om de effecten van
was [Wax JR et al, 2010].
thuis- en ziekenhuisbevallingen met elkaar te vergelijken
Wat zou het verfrissend zijn om eens een onderzoek
[Stolte L et al, 1979; Vander Berg-Helder AF, zj]. In de
tegen te komen, waarin een gynaecoloog (die sceptisch is
jaren tachtig van de vorige eeuw werden verschillende
over thuisbevalling) vaststelt dat de verloskundige een
studies uitgevoerd met deze metingen. De meeste studies
betere optie voor zorg is of waarin een verloskundige (die
lieten zien dat een ziekenhuisbevalling met specialistische
denkt dat ziekenhuisbevalling gevaarlijk is) ontdekt dat de
hulp superieur was aan een thuisbevalling met een
tweede lijn een veiliger keuze is.
verloskundige: gemiddeld was de pH bij thuisbevallingen
‘frenemies’
scores [Eskes TKAB et al, 1981; Lievaart M et al, 1982].
Het unieke van het Nederlandse systeem lijkt een soort
Deze uitkomsten werden in twijfel getrokken toen twee
controverse op te roepen zoals te zien is bij de publicatie
doctoraalstudenten in het project geen verschillen in
van Evers e.a. In alle andere landen met moderne
neurologische scores vonden bij baby’s die thuis dan wel
gezondheidssystemen zijn autonome verloskundigen die
in het ziekenhuis geboren waren [Berghs G et al, 1988].
thuisbevallingen doen al jaren geleden verdwenen. Daar
De twijfel nam toe toen andere onderzoekers de pH-
is geen reden meer om wetenschap als wapen te gebruiken,
studie opnieuw uitvoerden en moesten concluderen dat
om verloskundigen aan te vallen of te verdedigen.
kinderen die thuis geboren waren een gunstiger pH
Interessant is dat, terwijl in Nederland geprobeerd wordt
hadden [Pel M et al, 1983].
de thuisbevalling door verloskundigen te minimaliseren,
En het gevecht gaat door. In 2009 publiceerden verlos-
elders in de wereld – in Groot-Brittannië, Nieuw-Zeeland,
kundige De Jonge en haar collega’s een studie die de
de VS en België – geprobeerd wordt deze praktijk weer in
uitkomsten vergeleek van ruim 500.000 eerstelijnsbeval-
te voeren. Waarom?
lingen thuis en in het ziekenhuis; zij vonden geen verschil-
Niet alleen omdat vrouwen in deze landen een zelfde
len in intrapartum en neonatale sterfte en concludeerden
keuzemogelijkheid willen als Nederlandse vrouwen. Maar
dat het Nederlandse systeem veilig was [De Jonge A et al,
ook omdat onderzoekers, zorgverleners en moeders daar
2009]. Nog geen jaar later publiceerde een Amerikaanse
onderkennen dat het verplaatsen van alle bevallingen
gynaecoloog een meta-analyse over de veiligheid van de
naar het ziekenhuis niet de manier is om de geboorte van
thuisbevalling. Hij concludeerde dat de kans op neonatale
een kind veiliger te maken. Onderzoek heeft bij herhaling
sterfte bij een thuisbevalling twee tot drie keer zo hoog
laten zien dat ziekenhuisbevallingen leiden tot meer
© Hans Oostrum, Den Haag
lager en hadden de kinderen ongunstiger neurologische
TvV juni 2011 • KNOV
35
ONDERWIJS interventies, waarvan sommige schadelijk blijken te zijn voor moeders en baby’s. In de VS, waar bijna 100 procent van de bevallingen in het ziekenhuis plaatsvindt, gaat dit samen met een hoog percentage keizersneden,
Meer betrokkenheid pa ti Verslag seminar: Apps, revolutie in de
een hoge perinatale sterfte én een stijgende maternale sterfte. Dit wil niet zeggen dat we tevreden moeten zijn met de huidige situatie in Nederland. We moeten een
Erik Weijers
manier vinden om de perinatale sterfte te verlagen. Het veelgehoorde antwoord is samenwerking, maar bijna altijd betekent dit samenwerken in de zorg. Uiteraard, deze manier van samenwerken is nodig. Maar als we willen voorkomen dat we wetenschap als wapen blijven gebruiken, moeten we ook samenwerken op het gebied van onderzoek. Het toekomstig onderzoek over het Nederlandse verloskundig systeem moet gedaan worden door zogenoemde ‘frenemies’ (‘vrijanden’). Dat houdt in
Op 13 april organiseerde medicalphit het seminar: apps, revolutie in de Zorg? medische applicaties op de smartphone en/of tablet zijn de derde grootste groeier op de markt. steeds meer mensen kijken niet raar op als een mobiele telefoon hun hartslag blijkt te kunnen meten. maar kunnen apps een nog wezenlijker rol gaan spelen in de gezondheidszorg?
dat in onderzoeksgroepen beide beroepsgroepen (gynaecologen en verloskundigen) en cliënten (zieken-
De sprekers op het congres komen van onder andere
huisbevallers en thuisbevallers) vertegenwoordigd zijn;
ziekenhuizen, IT-ontwikkelaars en patiëntenverenigingen.
zodanig dat hun verschillende kijk op de verloskunde
Rode draad in veel verhalen is dat patiënten empowered
meegenomen wordt in de opzet, de uitvoering, de
worden als ze aan hun eigen genezing kunnen bijdragen
analyses en de conclusie. n
met een app. Robert Houtenbos, IT-manager bij verzekeraar VGZ: ‘Het businessmodel van een zorgverzekeraar is
referenties
een gezonde Nederlander. Het maakt niet uit of die zorg
Berghs G, Spanjaards E. De Normale Zwangerschap: Bevalling en Beleid. Nijmegen.
in de tweede, eerste of nulde lijn – de patiënt zelf – wordt
Radboud University, 1988.
verleend.’ Patiënten betrekken is zinvol, benadrukt
Croonen H. Minder babysterfte bij gynaecoloog. Medisch Contact 2010; 47: 2504-7. De Jonge A, Van der Goes BY, Ravelli ACJ, c.s. Perinatal mortality and morbidity in a
ook Marcel Heldoorn van de Nederlandse Patiënten
nationwide cohort of 529.688 low-risk planned home and hospital births. BJOG: An
Consumenten Federatie. Een voorbeeld: als patiënten
International Journal of Obstetrics & Gynaecology 2009; 116: 1177-84.
via een app afspraken kunnen plannen, komen ze die
De Vries R. A Pleasing Birth: Midwifery and Maternity Care in the Netherlands. Amster-
trouwer na.
dam: Amsterdam University Press. 2005. Eskes TKAB, Jongsma W, Houx PCW. Umbilical cord cases in home deliveries versus hospital-based deliveries. Journal of Reproductive Medicine 1981; 26: 405-8.
Zuster, mag ik uw tabletje even vasthouden?
Evers A, Brouwers H, Hukkelhoven C, c.s. Perinatal mortality and severe morbidity in
Olaf van der Tier werkt als IT-consultant in het Admiraal
low and high risk term pregnancies in the Netherlands: prospective cohort study. BMJ
de Ruyterziekenhuis te Goes. ‘Specialisten en verpleeg-
2010; 341: c5639. Hoogendoorn D. De relatie tussen de hoogte van de perinatale sterfte en de plaats van
kundigen vochten om de iPads die wij ter beschikking
bevalling: thuis, dan wel in het ziekenhuis. NTvG 1978; 32: 1171-8.
stelden tijdens het pilotproject op onze operatiekamers en
Hoogendoorn D. Indrukwekkende en tegelijk teleurstellende daling van de perinatale
Intensive Care. De iPad2 is een mobiele terminal: heel
sterfte in Nederland. NTvG 1986; 130: 1436-40. Kloosterman GJ. De Nederlandse verloskunde op de tweesprong. NTvG 1978; 32:
handzaam en praktisch om mee te nemen. Ideaal om
1161-71.
elkaar dingen op te laten zien. De iPad2 heeft ook een
Lievaart M, De Jong PA. Neonatal morbidity in deliveries conducted by midwives and
camera. Dit bleek bijvoorbeeld handig bij het elkaar laten
gynecologists: a study of the system of obstetric care prevailing in the Netherlands.
zien van röntgenfoto’s. Een tablet als de iPad is ook nuttig
American Journal of Obstetrics and Gynecology 1982; 144: 376-86. Mol BWJ, De Jonge A, Nijhuis JG, Buitendijk SE. Hoge babysterfte niet door thuisbeval-
voor naslag van een agenda of het invoeren van simpele
ling. Medisch Contact 2010; 45: 2390-3.
gegevens als bloeddruk of gewicht. Daar hadden we
Pel M, Treffers PE. The reliability of the result of the umbilical cord pH. Journal of
grote knoppen voor gemaakt. Maar je kunt er geen
Perinatal Medicine 1983; 11: 169-74.
compleet medisch dossier op bijhouden.’
Stolte L, Van den Berg-Helder AF De Jong PA, Van Kessel H, Kurver PHJ, Njiokiktjien CJ, Voorhorst FJ. Perinatale morbiditeit als maatstaf voor de verloskundige zorg. NTvG 1979; 7: 228-31.
anesthesioloog op de helikopter
Van den Berg-Helder AF. Neurological investigation and acid-base equilibrium in
Guido de Rooij is anesthesioloog en arts op de trauma-
umbilical cord blood. Presented at the Symposium on Optimalization of Obstetrics in the Netherlands, Free University, Amsterdam.
helikopter. Daarnaast ontwikkelt hij apps met zijn bedrijf
Wax JR, Lucas FL, Lamont M, c.s. Maternal and newborn outcomes in planned home
AirMedApp. CS Anesthesia is een van de meest gedown-
birth vs planned hospital births: a meta analysis. American Journal of Obstetrics &
loade en gewaardeerde professionele medische app.
Gynecology, 2010; 203: 243.e1-8.
Erik Weijers is freelance tekstschrijver 36
TvV juni 2011 • KNOV
Z
ONDERWIJS
a tiënt door applicaties op telefoon en tablet
e
Zorg? ‘Als ik in een helikopter naar een kind moet, berekent CS Anesthesia het gewicht op basis van de leeftijd van het
Enkele toepassingen van apps in de medische wereld
kind. Natuurlijk kan ik het gewicht ook zelf aanpassen, als ik het weet. De juiste dosering van de medicatie is op het
Een huisarts neemt op zijn tabletpc een foto
gewicht gebaseerd. Deze kun je ook uit je hoofd uitrekenen,
van een huidaandoening. De dermatoloog
maar dat is natuurlijk niet altijd even makkelijk in de
krijgt een berichtje op zijn tablet of smart
hectiek van de noodsituatie. Er zit ook een reanimatie-
phone en kan de foto meteen bekijken.
functie op. Die maakt het juiste tempo met een metro-
De traumaarts rekent op zijn tablet snel uit
noom hoorbaar.
wat de juiste medicatie is voor de patiënt Een diabetespatiënt logt thuis in op de digi poli. Hij typt zijn glucose en insulinewaardes in die hij bij zichzelf gemeten heeft.
de dichtstbijzijnde aEd Engelen: ‘We vonden het vreemd dat er wel apps op de markt zijn om het dichtstbijzijnde tankstation of McDonalds te vinden, maar niet de AED (Automatisch Externe Defibrilator) om de hoek. We hebben toen alle leveranciers gevraagd of ze ons de locaties van de AED’s in het land wilden leveren. We kregen twee antwoorden. Een: die hebben we niet. Twee: als we die hadden, dan kregen jullie ze niet: het is concurrentiegevoelige informatie. Als De Rooij geeft zijn visie op het proces van het onwikkelen
oplossing hebben we toen een website gemaakt waar
van een app: ‘Denk steeds aan de specialist die hem gaat
burgers een AED kunnen aanvinken als ze er een
gebruiken. Stop er niet zo veel mogelijk functies in, maar
tegenkomen. Wat denk je: inmiddels zijn meer dan 11
kies voor de functies die ook echt gebruikt gaan worden.
duizend AEDs aangemeld. Een enkele grapjas maakt wel
Laat de specialisten de app testen en commentaar leveren
eens misbruik door een foute locatie op te geven. We
voordat je hem in productie neemt.’
hebben daarom aan het Rode Kruis en EHBO-verenigingen gevraagd om de locaties even na te lopen tijdens hun
spel en sociale controle
ledenwervingsactes en dergelijke. Op onze app AED4.EU
Lucien Engelen is onder andere oprichter van het
kun je ze aanmelden en terugvinden bij noodsituaties. Sta
Radboud Reshape @ Innovation Center. ‘Door apps kan
je op de Kalverstraat
de patiënt onderdeel worden van het behandelteam.
en iemand zakt voor je
Een burger kan zelf werken aan zijn gezondheid. Neem
neus in elkaar, dan kun
bijvoorbeeld de patiënt die zijn gewicht bijhoudt in
je met de app meteen
Google Health. Zijn huisarts kan met een druk op de
zien waar de dichts-
knop het gewichtsverloop inzien. Apps hebben een
bijzijnde AED hangt.‘ n
spelelement. Als de resultaten gekoppeld aan social media als Twitter hebben ze ook een element van sociale controle: mensen houden elkaar bij de les. Dat kan helpen bij het behandeltraject. Een ander voorbeeld is Facetalk. Een video-conferencing applicatie waarbij de patiënt, mits toegestaan en gewenst, op afstand kan aanschuiven bij zijn patiëntoverleg.
TvV juni 2011 • KNOV
37
ONDERWIJS
Meer investeren in relatie met stagebiedende praktijk Adviesrapport Berenschot: in principe geen tekort aan stageplaatsen Nic van Son en Hanneke Torij
de academie Verloskunde amsterdamGroningen, de academie Verloskunde maastricht en de Verloskunde academie rotterdam houden actuele verloskundige ontwikkelingen bij en integreren nieuwe kennis en inzichten in hun opleidingsactiviteiten. in deze rubriek brengen zij gezamenlijk elke maand een actueel onderwerp onder de aandacht. deze keer: het onderzoek van adviesbureau Berenschot naar het tekort aan stageplaatsen.
Waarom is dan toch het tekort ontstaan, vorig jaar? “Ik denk toch een uitzonderlijk hoge piek in onze vraag en een onverwacht hoog aantal praktijken dat tijdelijk geen begeleiding kon bieden. Maar het aanbod aan stageplaatsen lijkt structureel voldoende te zijn. Gelukkig maar.” “Cliënten hebben geen probleem met stagiaires – een kwestie van uitleg geven!” Verloskundig Centrum Midden Brabant in Boxtel begeleidt al sinds jaar en dag vierde
Voor het begin van het studiejaar 2010-2011 zagen de
jaars studenten. “Wat ons daarin boeit is de
opleidingen verloskunde zich geconfronteerd met een
volwaardige interactie die je met hen hebt,”
zorgelijk tekort aan stageplaatsen. Een groot probleem,
zegt verloskundige Marga de Reu. “Zij kun
want het vak van verloskundige leer je nou eenmaal voor
nen heel goed hun handelen onderbouwen.
een belangrijk deel in de praktijk. De opleidingen namen
En je ziet ze groeien tijdens hun stage, dat
Adviesbureau Berenschot in de arm om uit te zoeken
geeft voldoening. Wij geven onze cliënten
waar dit tekort aan te wijten is en hoe daar verbetering
duidelijk uitleg over wat de stagiaire doet,
in te brengen. Berenschot analyseerde het tekort, trok
het is dan geen enkel probleem. Cliënten
conclusies en formuleerde aanbevelingen ter verbetering
bouwen ook een band op met de stagiaire.
van de situatie. Marion van Harn en Peter Evers,
Als er iemand geslaagd is, zetten wij dat op
opleidingsmanagers van respectievelijk de academies
onze website!” Het contact met de opleiding
in Rotterdam en Maastricht, geven hun kijk op de
is prima: “Bij problemen bellen we, simpel. Zo
aanbevelingen.
kom je altijd tot een oplossing. De behoefte aan een sterkere band met het onderwijs
Voldoende capaciteit
hebben wij niet. Ieder zijn taak: wij zijn de
Voor hun analyse verzamelden de onderzoekers van
verloskundigen, zij de opleiders.”
Berenschot via vragenlijsten de meningen van alle 510 bij de KNOV aangesloten verloskundigenpraktijken over het begeleiden van stagiaires. Een belangrijke en in het oog springende conclusie is dat er in Nederland in principe voldoende stageplaatsen zijn. Weliswaar zijn er pieken in de vraag naar stageplaatsen, maar zelfs dan is er voldoende capaciteit. “Verrassend,” oordeelt Peter Evers. “Ik had echt gedacht dat daar nu juist het knelpunt zat. Maar van gemiddeld 10% tijdelijk geen begeleiding bieden. Dan hou je nog ruim 400 praktijken over, ruim voldoende.” Nic van Son is freelance tekstschrijver 38
TvV juni 2011 • KNOV
© Bionda Heeringa
alle praktijken wil 9% geen stagiaires begeleiden en kan
ONDERWIJS Weg-organiseren
niet echt sprake is van een gelijkwaardige positie. Een
Voldoende stageplaatsen, dus probleem opgelost?
‘haalcultuur’, zo omschrijft het rapport de situatie: de
“Nee,” zegt Marion van Harn. “Berenschot heeft in onze
opleidingen hebben alleen contact met praktijken op het
opdracht verder gekeken dan alleen de capaciteit. Uit het
moment dat ze stageplaatsen zoeken en als het in de
onderzoek zijn vooral ook zaken naar voren gekomen
stage niet helemaal goed loopt. Daarnaast hebben de
waar wij als opleidingen ons voordeel mee moeten doen
opleidingen wel een aanbod aan contactdagen en
in het verbeteren van de contacten met de praktijken.”
cursussen, maar ook dit is gestuurd vanuit de opleidingen.
De redenen waarom praktijken geen stagiaires willen
Toch is het niet de bedoeling van de academies om alleen
begeleiden, hebben vaak te maken met praktische en
maar te ‘halen’. Berenschot stelt dan ook voor dat de
organisatorische zaken. Van Harn somt de belangrijkste
academies veel meer inspanningen in relatiemanagement
op: “Gebrek aan huisvesting, studenten zonder eigen
stoppen: het ‘gericht investeren in relaties die waardevol
vervoer, de hoeveelheid administratie die het begeleiden
zijn, met activiteiten waar je klanten (in dit geval de
en beoordelen van stages met zich meebrengt. Zaken
verloskundigenpraktijken) baat bij hebben’.
waarin wij wel het een en ander kunnen verbeteren.
“Absoluut mee eens, dit is zeer herkenbaar,” vindt Van
Of zoals Berenschot aanbeveelt: die bezwaren moet je
Harn. “Wij zijn inderdaad heel lang alleen gericht geweest
‘weg-organiseren’. Wij hebben een landelijke werkgroep
op het regelen van onze stages. Daar komt verandering
in het leven geroepen om de aanbevelingen te vertalen
in. In Rotterdam hebben wij sinds vorig jaar praktijk-
naar concrete verbeteringen. Met name de administratie,
docenten die tijdens een stage op bezoek gaan bij de
daarin kunnen we wel wat verbeteren.”
stagebiedende praktijken. Het is arbeidsintensief maar het wordt erg gewaardeerd en levert veel informatie op. Ook weten wij nu uit het onderzoek van Berenschot dat 38% van onze stagebegeleiders graag invloed uitoefent op het soort student dat ze krijgen. Dat zou kunnen als wij studenten laten solliciteren. Is meteen een goed leerpunt voor na de studie, als ze een baan
© Bionda Heeringa
moeten zoeken.”
stevige binding Het verstevigen van die relatie ziet Van Harn als een van de hoogste prioriteiten. Evers onder-
Evers is het daarmee eens. “Er zijn veel formulieren om in
schrijft dat. “We bieden wel cursussen en nascholing aan,
te vullen en alle opleidingen hebben hun eigen format.
maar we zouden meer kunnen doen als ‘tegenprestatie’.
Dat kan absoluut beter. In Maastricht hebben we dat al
Tenslotte zit bij ons veel know-how. Ook kunnen we
opgelost: een gedigitaliseerde stageplanning, begeleiding
stagebegeleiders sterker betrekken bij het onderwijs, bij
en beoordeling die online beschikbaar is voor praktijken
de selectie van studenten, bij de toetsing. En we moeten
en studenten. Volgende stap is digitale verwerking van de
meer uitleg geven over hoe ons curriculum in elkaar zit,
declaraties en evaluaties. Het ideaal zou wellicht één
hoe we selecteren en toetsen. Want daarover bestaan
systeem voor alle opleidingen zijn.”
misverstanden, achterhaalde ideeën. Dat moeten we ons aantrekken. Kortom: meer ondersteuning bieden, meer
investeren in relatie
duidelijkheid scheppen, praktische knelpunten oplossen,
De opleidingen zien de stages graag als een gezamenlijke
daar kunnen we aan werken. Als opleidingen hechten wij
verantwoordelijkheid tussen de opleidingen en de
sterk aan een goede relatie, een stevige binding tussen
praktijk. Uit de analyse van Berenschot blijkt echter dat er
opleiding en praktijk; dat is voor alle partijen goed.” n TvV juni 2011 • KNOV
39
ONDERWIJS
Wat vrouwen willen Doe mee aan de lustrumprijsvraag Lancering Nederland Panel Zwangeren
de academie Verloskunde amsterdam Groningen (aVaG) bestaat 150 jaar en viert dat onder andere met de lancering van het Nederlands panel Zwangeren. de academie wil zo een concrete bijdrage leveren aan de ontwikkeling van een betere verloskunde in Nederland waarin de cliënt centraal staat. dit zal gebeuren tijdens de grote lustrumviering op woensdag 14 september a.s. in het muziekgebouw aan het ij.
wordt die aan dit panel van 1.000 zwangere vrouwen
Waarom een cliëntenpanel
De winnaar wordt bekendgemaakt tijdens het lustrum-
In de hele discussie over de toekomst van de Nederlandse
symposium op 14 september.
wordt voorgelegd. Over welk thema zou u zwangeren willen ondervragen, om de verloskundige zorg te kunnen verbeteren? De prijsvraag is toegangelijk voor alle professionals die in Nederland dagelijks zorg verlenen aan zwangeren. De winnende onderzoeksvraag wordt kosteloos uitgevoerd door het nieuwe Panel. Bovendien wint u twee gratis toegangskaarten voor de spetterende voorstelling ‘Cirque Stiletto van Ellen ten Damme.
verloskundige zorg is de (zwangere) vrouw zelf opvallend afwezig. En dat terwijl de roep om ‘client centered care’
meedoen
alleen maar toeneemt. De AVAG en het NIVEL nemen
Inschrijven voor de prijsvraag kan tot 15 juli 2011. U kunt
daarom gezamenlijk het initiatief voor de oprichting van
het inschrijfformulier downloaden op de lustrumwebsite
het Nederlands Panel Zwangeren (NPZ). Door dit (consu-
van de AVAG. Het ingevulde formulier kunt u mailen naar
menten)panel in de verloskundige zorg op te zetten,
[email protected]
ontstaat er een structurele infrastructuur om zwangeren een eigen stem te geven en hun ervaringen met de
meer info: lustrumwebsite
verloskundige zorg in Nederland te meten.
Bezoek de lustrumwebsite van de AVAG op www. verloskunde-academie.nl voor alle aanvullende informatie
prijsvraag ‘Wat vrouwen willen’
over de prijsvraag. Daar vindt u ook alle andere informatie
De AVAG nodigt u uit om te bepalen wat de eerste vraag
over de de lustrumviering van de AVAG. n
AVAG bestaat 150 jaar en viert feest! Op 14 september 2011 bestaat de Academie Verloskunde Amsterdam Groningen 150 jaar. Dat gaan we vieren met een symposium en een feestavond! Kijk op www.verloskunde-academie.nl voor het programma en de wijze waarop je je kunt aanmelden voor de diverse activiteiten.
Uitnodigingen Op 18 juni a.s. ontvangen alle oud-studenten, stagepraktijken en overige relaties van AVAG (voorheen Stichting Kweekschool voor Vroedvrouwen) per post een uitnodiging voor het lustrum. Als u rond 18 juni geen uitnodiging hebt ontvangen, geef dan uw naam en adres door per email:
[email protected]. U ontvangt dan zo spoedig mogelijk alsnog de uitnodiging. 40
TvV juni 2011 • KNOV
ONDERWIJS
Derde nationale preconceptiecongres Suze Jans
afgelopen maand vond het derde nationale preconceptiecongres plaats in Nieuwegein. in het licht van het teleurstellende besluit van de minister om geen tarief toe te kennen aan het preconceptieconsult, verdient de stichting preconceptiezorg een applaus voor de moed om een dergelijk congres toch te organiseren. met maar zo’n 40 deelnemers was het landelijke enthousiasme ook niet zo groot. dat het congres toch uitmondde in een interessante dag is dan ook verassend. In tegenstelling tot de voorgaande jaren was er dit keer dus geen grote opkomst. Ook waren er zeer weinig verloskundigen aanwezig. Het ligt voor de hand dat dit te maken heeft met de teleurstelling onder verloskundigen over het besluit van de Minister van VWS om geen financieringsstructuur op te zetten ten behoeve van preconceptiezorg. Het ochtendprogramma bestond uit een aantal voordrachten, waarbij het even duurde voordat de zaal op gang kwam met het voeren van discussie. De eerste voordracht van professor Steegers-Theunissen over voeding- en leefstijladvisering bracht onvoldoende nieuws om veel vragen of discussie te genereren. Toch moet er iedere keer weer even geslikt worden bij de cijfers, zoals een percentage van 31% van mensen in de reproductieve leeftijd dat rookt, 80% dat drinkt en 45% dat obees is. Het betoog van Lieke de Jong-Potjer, huisarts en auteur van de NHG-standaard Preconceptie die deze maand uitkomt, bracht meer leven in de brouwerij. Zij had het over de levensloopgeneeskunde van de huisarts waarin preconceptiezorg een logische rol zou moeten spelen:
Herhaling kan daarbij geen kwaad. Zo opperde iemand uit het publiek om ook notarissen preconceptiezorg te laten geven: immers veel jonge mensen trouwen niet maar leggen hun zaken vast via de notaris. Ook bracht Van der Pal, die onderzoek heeft gedaan in samenwerking met de verloskundigen in Leiden, naar voren dat het voor verloskundigen belangrijk is om zich buiten de muren van hun praktijk te begeven. Niet alleen om de doelgroep te bereiken, maar ook omdat niet iedereen die nog niet zwanger is, het logisch of prettig vindt om in de wachtkamer van de verloskundige te zitten. In de middag konden deelnemers kiezen tussen twee parallelle sessies. Tijdens een van die sessies werden de abstracten van verschillende onderzoeken gepresenteerd en in de andere sessie werd meer de samenhang van onderzoek, zorg en voorlichting behandeld. In deze sessie kwam onder andere ook het onderzoeksprogramma Zwangerschap en Geboorte van ZonMw aan de orde. De aangegeven onderzoeksthema’s zijn: oorzaken van perinatale en maternale sterfte en morbiditeit, doelmatigheid en effectiviteit van voorlichting, risicoselectie en organisatie van zorg. Rotterdam presenteerde het Stedenplan waarbij experimentele zorgorganisaties zullen worden opgezet en geëvalueerd. De huisartsen presenteerden de nieuwe richtlijn Preconceptiezorg (M97, vanaf juni beschikbaar via www.nhg.artsennet.nl) en de KNOV deed verslag van het project om mensen met een lage SES te bereiken met preconceptiezorg. Het voorlichtingsaanbod van zowel het Erfocentrum als van het RIVM, kwam als laatste aan de orde. De discussie over hoe enige samenhang zou moeten worden gerealiseerd, kwam wel op gang maar leidde niet echt tot een werkbare conclusie.
namelijk dat deze geïntegreerd wordt in alle aspecten van
Het congres werd afgesloten met een plenaire discussie.
de zorg. Dit is ook de rol die de patiënt van de huisarts
Jos Becker Hoff zat namens de KNOV in het panel, naast
verwacht. Onderzoek van het NIVEL uit 2007 liet zien
vertegenwoordigers van twee zorgverzekeraars en een
dat de patiënt naast een goede bereikbaarheid, vooral
verloskundig actieve huisarts. Uitgangspunt was het citaat
aandacht voor preventie van zijn huisarts verwacht.
van Minister Schippers: Ook in de huidige situatie is het
Samen met Karin van der Pal, namens TNO aanwezig,
kinderwensconsult voor elke vrouw (en haar partner)
onderstreepte zij het belang van samenwerking in de
beschikbaar. Uiteraard leverde dit voldoende discussie op
keten rondom preconceptiezorg.
waaraan ook de zaal zijn bijdrage leverde. Het is duidelijk
Uiteindelijk maakt het natuurlijk niet uit wie preconceptie-
dat de solidariteit, waar preventie het toch van moet
zorg geeft. De doelgroep van mensen met een lage SES,
hebben, onder druk staat door de al maar groeiende
allochtonen en jongeren is niet gemakkelijk te bereiken.
kosten in de gezondheidszorg. Mogelijk wijst de weg
Het gezamenlijke belang is dat de boodschap overkomt.
naar adequate preconceptiezorg richting een algemenere aanpak van gezondheidsproblemen zoals obesitas. Maar
Suze Jans is verloskundige MSc en lid van de redactie
ook daar is geld voor nodig… n TvV juni 2011 • KNOV
41
Sikking Advies is gespecialiseerd in financiële en juridische dienstverlening voor verloskundigen, fysiotherapeuten en andere (para)medische beroepsbeoefenaars. Deskundige adviezen en begeleiding tijdens uw waarneemperiode, dienstverband en praktijkvestiging.
Financieringen Hypotheken Verzekeringen Contracten Pensioenen
Maatwerk voor al uw verzekeringen, zowel zakelijk als privé. In 1 pakket met aantrekkelijke kortingen. Geen lidmaatschapsbijdrage en lage aov premies. 030 252 66 55
[email protected]
www.sikkingadvies.nl
PRAKTIJK
De geboorte van een vroedvrouw Toen ik dertien was, werd mijn moeder zwanger. Geschokt was ik en boos. Mam, dóe even normáááál! De schok, waar ik niets van wilde weten, werd toch een bijzonder avontuur. Op de dag dat mijn moeder mij vroeg of ik mee wilde gaan naar de controle bij de vroedvrouw, werd de dertienjarige vroedvrouw in mij wakker. Nooit eerder zag ik een vroedvrouw en nooit eerder hoorde ik harttonen van een baby. Dit werd mijn broer of zus! Mijn moeder beviel thuis en ik mocht erbij zijn. En zo was ik er getuige van, op een koude zondagmiddag in december, dat mijn moeder hem op de wereld zette, naast de kachel, liggend op een kleed in de woonkamer. Van te voren had mijn moeder mij gewaarschuwd: ‘Er komt een moment, dat ik ga roepen, dat ik het niet kan. Geen zorgen over maken, ik kan het wèl. Het hoort erbij dat vrouwen dat roepen.’ En inderdaad, niet lang voor de eigenlijke geboorte beet mijn moeder in een washand en riep steeds tussendoor: ‘Ik kan het niet, deze keer kan ik het niet.’ Ik bleef heel rustig. Hier had ze me voor gewaarschuwd. Ik moest me er niets van aan trekken, want ze kon het wèl, had ze gezegd. Ik mocht helpen. Ik maakte de washandjes nat, ik gaf doeken aan en ik mocht na de geboorte helpen mijn broertje te wassen en aan te kleden. Voor het eerst in mijn leven raakte ik een placenta aan. Samen met de verloskundige heb ik alles beneden opgeruimd, terwijl mijn broertje al in de wieg lag en mijn © Ton van de Coevering
moeder boven onder de douche stond. Voor mij was het meest indrukwekkende van dit hele verhaal de relatie die mijn moeder had met de vroedvrouw. Ze had haar hele zwangerschap alle vertrouwen in de bevalling, want ze was zo blij met haar vroedvrouw. Alles wat de vroedvrouw deed was goed. Alles wat de vroedvrouw zei was waar. En zonder haar had ze het niet gered, zei ze. Toen de vroedvrouw voor de laatste keer langskwam, kreeg ze een plant cadeau van mijn moeder. Het ding was zo enorm dat hij niet in de kleine auto van de vroedvrouw paste. Met veel gewurm zat uiteindelijk het autootje tot zijn nok gevuld met plant en kon de vroedvrouw niet meer in haar spiegels kijken: zo dankbaar was mijn moeder. Tranen met tuiten huilde mijn moeder toen de vroedvrouw voor het laatst bij ons de straat uitreed. Twaalf jaar later nam ik op een mooie zomerdag mijn diploma in ontvangst. n Ruth Evers
TvV juni 2011 • KNOV
43
PRAKTIJK
Vijf minuten interview met Maaike Vogels-Broeke, 33 jaar en klinisch verloskundige in het St. Elisabethziekenhuis in Tilburg Heb je altijd verloskundige willen worden? Ja! Eigenlijk al van af mijn twaalfde of dertiende jaar.
Waar zou je in de praktijk meer aandacht aan willen
Volgens mijn moeder wilde ik het zelfs al eerder: al vanaf
besteden?
dat ik een klein meisje was. Ik ben in Nederland twee
Onderzoek! Ik heb de Master gedaan aan de UvA en ik
keer uitgeloot en heb toen mijn opleiding in België
heb een tijdje als freelancer gewerkt aan de opleiding in
gedaan. Ik heb er voor gezorgd dat ik al mijn stages in
Rotterdam, maar twee werkgevers bleek lastig te combine-
Nederland deed. Na mijn opleiding heb ik drie of vier
ren. Dus nu ben ik aan het zoeken hoe ik het doen van
maanden meegelopen in de eerste lijn totdat ik me zeker
onderzoek een plaats kan geven in mijn eigen ziekenhuis.
genoeg voelde om zelfstandig aan de slag te gaan. Zou je zelf thuis of in het ziekenhuis bevallen? Dienstauto: opgeruimd of een puinzooi?
Bij de eerste wil ik poliklinisch in mijn eigen ziekenhuis
Tja een dienstauto heb ik niet als klinisch verloskundige,
bevallen. Ik zie toch best veel pathologie en de verwijs-
maar we hebben wel een assistenten-kamer en die is echt
cijfers zijn zo hoog. Maar dat is best lastig, want ik woon
een zwijnenstal! Misschien helpt het als mijn collega’s dit
in Den Bosch! Als alles dan goed is gegaan, dan beval ik
straks lezen…
met de rest van mijn kinderen thuis.
Vreemdste bevalling die je hebt meegemaakt?
Als je Minister van Volksgezondheid zou zijn, wat is
Hm, dat is in de tweede lijn toch wat lastiger om te
dan het eerste dat je zou veranderen?
bedenken. Natuurlijk maken wij de nodige pathologie
Ik zou een goede subsidie uitschrijven voor verloskundig
mee, maar echt een bevalling die er uit springt kan ik zo
onderzoek zodat we een keer grondig kunnen uitzoeken
niet 1-2-3 bedenken. We hebben in ons ziekenhuis
hoe het nu zit met de thuisbevalling in vergelijking met
natuurlijk wel te maken met de typisch Tilburgse populatie
de (poli-) klinische bevalling.
en die is toch wel heel apart. Gister deed ik nog een bevalling waarbij ik negen vrouwen op de kamer had en
Wie is jouw grootste inspiratie in je vak?
je moet niet denken dat ik er ook maar één de kamer uit
Dat vind ik een lastige vraag…
kreeg. Tot dat ik moest toucheren. Uiteindelijk vonden de ouders het toch wel erg fijn dat ze heel even tijd met
Hoe denk je dat het vak eruit ziet over tien jaar?
elkaar hadden.
Ik denk dat we echt zullen moeten vechten voor de thuisbevalling. Om ons vak maak ik me geen zorgen;
Grootste overeenkomst tussen jou en je collega’s?
we hebben onze waarde inmiddels echt wel bewezen.
Ik ben als eerste verloskundige begonnen hier in het
Maar de maatschappij is zo veranderd. We leven in een
St. Elisabeth ziekenhuis. “We weten niet wat we aan je
maakbare samenleving en de normale baring lijkt daar
hebben, creëer je eigen baan maar”, zeiden de gynaeco-
niet meer in te passen. Het zou helpen als we niet meer
logen tegen me. Inmiddels zijn we met z’n vijven en
te maken hebben met de twee eilandjes van de eerste en
proberen we een brugfunctie te vervullen tussen de
de tweede lijn, en geen financiële prikkels meer die het
eerste en de tweede lijn en ons vak op de kaart te zetten
beleid beïnvloeden. Financieel maakt het voor de cliënten
in dit ziekenhuis.
ook niet uit wat er gebeurd: dure zorg met veel interventies terwijl die niet nodig zijn. Misschien moet daar juist wel
Waar zijn jij en je collega’s het altijd over oneens?
een financiële prikkel voor zijn.
Onderling hebben we eigenlijk geen meningsverschillen. Wat wel altijd botst, is dat we tussen de gynaecologen en
Heb je nog ambities?
het management in vallen. De arts-assistenten moeten
Ik zou onderzoek willen doen en stiekem wil ik eigenlijk
verantwoording afleggen aan de gynaecologen en de
ooit promoveren. n
verpleegkundigen aan het managementteam. Wij leggen verantwoording af aan beiden en dat botst. 44
TvV juni 2011 • KNOV
PRAKTIJK
De gezondheid van uw Pensioenfonds Margreeth van der Kwast
als er tegenwoordig over pensioenfondsen wordt geschreven of gesproken in de media gaat het vaak over de dekkingsgraad. Wat is dat precies? Eigenlijk is het een graadmeter voor de financiële gezondheid van een pensioenfonds.
Eisen aan dekkingsgraad Als de dekkingsgraad 100% is, heeft een fonds precies genoeg geld in kas om alle huidige en toekomstige verplichtingen te kunnen betalen. Is de dekkingsgraad 90%, dan is er een tekort van 10% en is de dekkingsgraad 110%, dan is er een extra buffer van 10%. De Nederlandsche Bank (DNB), die toezicht houdt op alle pensioenfondsen, stelt een dekkingsgraad van 105% als
bezittingen van een pensioenfonds en haar verplichtingen,
minimumeis voor alle pensioenfondsen. Daarnaast stelt
uitgedrukt in een percentage. Om in de toekomst van uw
DNB voor elk fonds een vereiste dekkingsgraad vast. Die
pensioen te kunnen genieten, betaalt u premies. Stichting
verschilt per fonds omdat die afhankelijk is van het
Pensioenfonds Verloskundigen (SPV) belegt die premies in
gevoerde beleggingsbeleid. Voor SPV is deze 115%.
© Henk van Ruitenbeek
Om precies te zijn is het de verhouding tussen de
bijvoorbeeld obligaties en aandelen om een zo goed mogelijk rendement te halen tegen een verantwoord
herstelplan
risico. Die beleggingen van het fonds zijn de bezittingen.
Eind maart was de dekkingsgraad van SPV 109,9%. Dat
Aan de andere kant van de financiële balans staan de
is dus boven de minimumeis, maar nog niet op het niveau
verplichtingen. Dat zijn de uitkeringen die het fonds aan
van de vereiste dekkingsgraad. De dekkingsgraad kan
huidige en toekomstige gepensioneerden moet betalen.
sterk variëren doordat de waarde van de bezittingen en de verplichtingen verandert. Door de financiële crisis van 2008 is de waarde van de beleggingen van de meeste
Margreeth van de Kwast is bestuurslid Stichting Pensioenfonds
pensioenfondsen toen sterk gedaald, waardoor de
voor Verloskundigen
dekkingsgraad onder de minimumgrens van DNB zakte. TvV juni 2011 • KNOV
45
PRAKTIJK Dat was ook bij SPV het geval. We moesten een herstel-
toeslag – ook wel indexatie genoemd – om te zorgen dat
plan maken met maatregelen om binnen maximaal 5 jaar
uw pensioenaanspraken zo veel mogelijk meestijgen met
weer boven de 105% uit te komen en binnen 15 jaar
de consumentenprijzen zodat uw pensioen welvaartsvast
weer boven 115%.
blijft.
lage rente
Onvoorwaardelijke toeslag van 2%
Aanvankelijk ging het herstel heel goed, vooral doordat
Bij de meeste pensioenfondsen is die toeslag voorwaardelijk.
de aandelenkoersen stegen en de bezittingen dus meer
Dit wil zeggen dat er alleen een toeslag wordt gegeven
waard werden. Eind 2009 hadden we een dekkingsgraad
indien de financiële positie van het fonds dit toelaat. Veel
van net boven 115%, maar in de zomer van 2010 daalde
fondsen hebben in de afgelopen jaren helemaal geen
die weer tot 96%. Dat kwam door twee ontwikkelingen.
toeslag of een onvolledige toeslag kunnen geven. SPV
De eerste was een daling van de rente. Als de rente
heeft een ander toeslagbeleid. SPV kent een jaarlijkse
omlaag gaat, krijgt het fonds minder rente binnen op
onvoorwaardelijke toeslag van 2%. Die krijgt u dus altijd,
haar bezittingen en zal dus meer geld moeten reserveren
tenzij de financiële positie van het fonds heel slecht zou
om in de toekomst alle pensioenen te kunnen uitbetalen.
zijn. Dat is niet het geval. De onvoorwaardelijke toeslag
Daardoor stijgen de verplichtingen en gaat de dekkings-
wordt gefinancierd uit de betaalde premies.
graad omlaag.
Geen voorwaardelijke toeslag over 2010 hogere levensverwachting
Daarnaast probeert SPV jaarlijks bovenop de onvoorwaar-
De tweede ontwikkeling was de hogere levensverwachting.
delijke toeslag van 2% een voorwaardelijke toeslag te
Door gezondere leefgewoonten en vooruitgang van de
geven indien de dekkingsgraad van het fonds dat toelaat.
medische wetenschap leven wij in Nederland gemiddeld
Die voorwaardelijke toeslag wordt deels betaald uit de
aanzienlijk langer dan eerst was verwacht. Dit betekent
premies en deels uit het beleggingsrendement. Aan het
De dekkingsgraad is weer verbeterd tot het niveau van bijna 110% eind maart 2011 dat pensioenfondsen langer pensioen moeten uitkeren.
begin van elk jaar besluit het bestuur of er een voorwaar-
Daar moeten ze extra voor reserveren. De verplichtingen
delijke toeslag kan worden verleend. Gezien de eerder in
gaan daardoor omhoog en de dekkingsgraad dus
dit artikel besproken ontwikkelingen en het feit dat de
omlaag. Inmiddels is de rente gelukkig weer wat gaan
dekkingsgraad eind maart 2011 nog onder het vereiste
stijgen en omdat ook onze beleggingen het goed doen, is
niveau van 115% was, heeft het bestuur besloten over
de dekkingsgraad weer verbeterd tot het niveau van bijna
2010, net als in 2009 en 2008, geen voorwaardelijke
110% eind maart 2011.
toeslag toe te kennen. Uw pensioenaanspraken worden dus alleen verhoogd met de onvoorwaardelijke 2%.
Gevolgen voor uw pensioenopbouw
Daarbij moet u bedenken dat u daarmee beter af bent
Misschien denkt u: waarom zo’n uitgebreide uitleg van
dan veel andere werkende Nederlanders die al enkele
die dekkingsgraad? Wat heeft dat voor invloed op mijn
jaren helemaal geen of nauwelijks toeslag hebben
persoonlijke pensioensituatie? Die invloed is er wel degelijk.
ontvangen.
Natuurlijk is het in de eerste plaats voor u belangrijk dat
46
de financiële positie van het pensioenfonds goed is, zodat
Voorzichtig optimistisch
u weet dat SPV voldoende vermogen heeft om straks ook
Het bestuur van het SPV is optimistisch gestemd over de
uw pensioen te kunnen gaan uitkeren als u daaraan toe
mogelijkheden tot verder herstel. Daarbij neemt het
bent. Maar daarnaast heeft het niveau van de dekkings-
bestuur wel de nodige voorzichtigheid in acht. De
graad ook op korte termijn gevolgen voor uw pensioen-
ontwikkelingen in de afgelopen jaren hebben ons geleerd
opbouw. De hoogte van de dekkingsgraad bepaalt
dat er flinke schommelingen kunnen optreden in de
namelijk mede hoeveel indexatie u krijgt. Omdat jaarlijks
dekkingsgraad. Het is echter geruststellend om te mogen
de kosten van het levensonderhoud stijgen, krijgt u een
weten dat SPV in de basis gezond is. n
TvV juni 2011 • KNOV
PRAKTIJK
Slagkracht II Wil van Veen
Erna ponds en jeroen de smet trainen en coachen in een pilot de kring Noord-West Veluwe in het kader van ‘slagkracht’. U las in het tijdschrift van april[1] hoe deze kring haar krachten bundelt, plannen implementeert en door zure appels heen bijt. Noord-West Veluwe verdient navolging om ‘de toekomst zeker en veilig te stellen, want het wordt nooit meer als vroeger.’[2] hoe je dat doet, vertellen stephanie penterman en ineke van Urk, bestuurlijk duo van de kring Noord-West Veluwe
We hebben toen de vraag gesteld om een aangepaste voorzitterscursus op locatie te organiseren. Erna Ponds zei dat het niet mogelijk zou zijn om de hele voorzitterscursus brengen, “maar”, zei ze, “laten we kijken wat nodig en mogelijk is om het door jullie gestelde doel te bereiken.“ Binnen de eigen kring wordt het effect al bemerkt. Zo lagen onze protocollen al geruime tijd bij de tweede lijn. NoordWest Veluwe is een groot gebied. Voor verwijzingen naar de tweede lijn wordt ge bruik gemaakt van Sint Jansdal in Harderwijk wat ongeveer in het hart van het gebied ligt.
De KNOV, dat zijn de leden. Dat is voor bijna iedereen
De uitlopers zijn het Meander Medisch
helder. Dus als er gesteld wordt dat de kringen het
Centrum in Amersfoort, de IJsselmeerzieken
belangrijkste instrument van de KNOV zijn, dan is dat dus
huizen in Lelystad en de Islaklinieken in
het instrument voor de leden. Die logica zit er nog niet bij
Zwolle. De verloskundigenpraktijk Nunspeet,
iedereen in. De kring is eerst eigenbelang, je moet de
waar Ineke, Stephanie en collega’s werken,
kring nodig willen hebben; de kring is vervolgens
ligt in een relatief dunbevolkt gebied, maar
groepsbelang, want samen sta je sterk; maar ze is ook
is 124 km2 groot. “We zijn kilometervreters”,
van maatschappelijk belang: zwangeren en hun partners
zegt Ineke.
varen wel bij een goed functionerende kring. Elke twee jaar rouleren de functies binnen de kring Noord-West Veluwe. Het voorgaande kringbestuur (Elburg) deed een belangrijke stap: ze zetten de kring goed op poten en om dat niet weg te laten zakken, wilden het duo Ineke en Stephanie verder gaan. “Ter voorbereiding gingen we de cursus kringvoorzitter volgen. Dat was een echte eye-opener. Toen ben ik pas goed gaan begrijpen waar de kring eigenlijk voor dient. © Google Earth
Dat klinkt misschien gek, maar ik denk dat veel collega’s mijn houding zullen herkennen. Want tot dan toe was mijn houding ‘ik-zit-hier-voor-mijn-praktijk’, maar dat veranderde in ‘ik-zit-in-de-kring-voor-mijzelf’. Ik zucht nu minder onder kringtaken, omdat ik besef dat het in mijn
En er gebeurde maar niks, wij maar wachten. Nu zijn we
eigen belang is. Die overtuiging deel ik met mijn kringle-
als eerste lijn met die protocollen gaan werken, een besluit
den en dat maakt het, ondanks het feit dat we het nog
van de kring dat aan de tweede lijn is meegedeeld: jullie
steeds allemaal heel druk hebben, gemakkelijker en
reactietijd is om en wij gaan er voor! Kijk, die andere
lichter.” Ineke en Stephanie ontdekten tijdens de
houding, niet meer van dat afwachtende, maar initiatief-
kringvoorzittercursus de betekenis , opdracht en belang
rijk. Dat geeft ons kracht.
van de kring, ontdekten het persoonlijke nut en vonden dat zij dat met de andere kringleden moesten delen. “We
[1] Ponds E, de Smet J. De dapperen van de kring Noord-West Veluwe. TvV 2011;04:8
vonden dat iedereen die voorzitterscursus moest volgen,
[2] citaat Jeroen de Smet tijdens middagprogramma ALV 27 mei 2011
zodat we allemaal weten en begrijpen waarom en hoe de kring moet draaien en dat ook samen onderschrijven.”
TvV juni 2011 • KNOV
47
200612 - TvV sept.qxp:200612
21-08-2009
13:36
Pagina 16
,F6 6"B Verloskundige m/v Verloskunde
In het Leids Universitair Medisch Centrum werken we continu aan de verbetering van de gezondheidszorg. We streven naar de hoogste kwaliteit. Of het nu gaat om patiëntenzorg, onderzoek, onderwijs, opleiding of bij- en nascholing. Wij zoeken gemotiveerde verloskundigen die een spilfunctie kunnen vervullen binnen een team.
n Op Op de de afdeling afdelingVerloskunde Verloskundeisishet hethollen èn stilstaan. Soms wordt geschakeld hollen èn stilstaan. Soms snel wordt snel in een crisissituatie en soms wordt geschakeld in crisissituaties en somsstilgestaan bij de kennis dieontwikkeling het team nodig wordt stilgestaan bij de heeft om goed te kunnen functioneren. De van kennis en onderzoek binnen de afdeling is multi-disciplinair. Vanuit elk verloskunde. De afdeling is multispecialisme wordt de verloskundige visie disciplinair. Vanuit elk specialisme aangevuld en moeten zorg, onderwijs en wordt de gezamenlijke verloskundige onderzoek op elkaar worden afgestemd.
36 uur perinweek. In eersteverloskunde instantie krijgt Ervaring de eerstelijns is ueen eenpre. aanstelling jaar, met van U werkt voor in eeneen dienstverband uitzicht opuur eenper vast dienstverband. Uw 24 tot 36 week. In eerste instantie salaris bedraagt maximaal € 3.261 bruto krijgt u een aanstelling voor een jaar. Uw per maand voor een fulltime salaris is afhankelijk van uw functie opleiding en (schaal 9 CAO-UMC). ervaring en bedraagt maximaal 3.446,of 3.786,- bruto per maand (schaal 9 of n Een uitgebreide beschrijving van deze 10, CAO UMC).
vacature vindt u op onze vacaturesite. Ga naar www.lumc.nl en kies ‘vacatures’. Een uitgebreide beschrijving van deze n Wij zijn op zoek naar een verlosDaar kunt u bovendien lezen wat het vacature vindt u op www.lumc.nl, kies kundige die een spilfunctie binnen een LUMC als werkgever te bieden heeft. bij’. Daar kunt u bovendien Wij zoeken twee gemotiveerde verloskundig team kan vervullen. U bent U‘werken kunt ook telefonisch contact met ons lezen wat het LUMC werkgever te verloskundigen die deze functie willen mede verantwoordelijk voor de prenatale opnemen. Voor vragenals over de functie bieden heeft. U kunt ook telefonisch gaan vervullen binnen het team. U bent en natale zorg. U bent betrokken bij belt u met mevrouw J.C. Droog, hoofdcontact met onstelefoon opnemen. mede verantwoordelijk de prenatale theoretisch en praktischvoor onderwijs. verloskundige, 071Voor 526vragen 91 11, over de8891 functie beltmevrouw u met mevrouw en natale zorg, ookdebetrokken bij het pieper Daarnaast zorgtmaar u voor tweedelijns of met G.J.J. van J.C. Droog, hoofd verloskundige, telefoon theoretische eninclusief praktischechografie. onderwijs en prenatale zorg U de Roosmalen, verloskundige, telefoon 071 526 28 96. Of met mevrouw lopende wetenschappelijke onderzoeken. werkt in een dienstverband van 32 tot 071 526 28 53. visie aangevuld en worden zorg, onderwijs en onderzoek op elkaar afgestemd.
nG.J.J. Wiltvan u solliciteren, dan vóór Roosmalen,stuur verloskundige, 1telefoon juli 2011 uw526 sollicitatiebrief met 071 28 53. motivatie en CV naar: LUMC, mevrouwstuur R. M.dan Boon, Wilt t.a.v. u solliciteren, vóór P&O-adviseur, Bureau Bedrijfsvoering 14 september 2009 uw sollicitatiebrief met divisie 3 (J9-S), Postbus 9600, 2300 RC motivatie en CV naar: LUMC, t.a.v. de Leiden. heer mr. P. Smelt, P&O-adviseur, Bureau Vermeld zowel op de envelop als op de Bedrijfsvoering divisie 3 (J9-S), Postbus brief duidelijk het vacaturenummer van 9600, 2300 RC Leiden. Vermeld zowel op de functie C.06.EK.16/TvVXX. U kunt de envelop als op de brief duidelijk het ook direct solliciteren via www.lumc.nl, vacaturenummer van de functie: C.09. kies ‘vacatures’. PS.23/TvV36. U kunt ook direct solliciteren via www.lumc.nl, kies ‘werken bij’. LUMC
Postbus 9600 LUMC 2300 RC Leiden Postbus 9600, Telefoon 071 526 91 11 2300 RC Leiden Telefoon 071 526 91 11
W W W. L U M C . N L
INTERNATIONAAL
Moedernacht en tienjarig lustrum in Groningen Stefanie Hendriks en Sanne Frieling Tijdens de Moedernacht op de AVAG, locatie Groningen,
stadsdichter Stefan Nieuwenhuis, die een gedicht voorlas
op 7 mei 2011 werd tevens het tienjarig lustrum van de
over moedersterfte.
opleiding in Groningen gevierd.
Na de opening sprak Olga de Haan over zwangerenzorg
Het thema van de Moedernacht was dit jaar ‘de verbinding
in Oost-Europa. De Haan is van het NSPOH project
aangaan’, waarbij werd stilgestaan bij het vijfde millennium-
‘Services to the People’. Zij wil de sterftecijfers van
doel, het terugdringen van de moedersterfte wereldwijd.
moeder en kind omlaag brengen en heeft projecten
Sanne Frieling, verloskundige uit Roden, had een tandem-
opgezet in onder andere Kazachstan, Kirgizië en Georgië.
tocht georganiseerd om geld in te zamelen voor het
Na de presentatie van Olga de Haan konden de aanwezigen
Twinningproject Sierra Leone van de KNOV. De aftrap in
twee workshops volgen met uiteenlopende onderwerpen
Roden werd gegeven door begeleiding van een percussie
zoals Internationalisering, het Twinningproject Sierra
band bij verloskundigen praktijk Ma Lune. Om het project
Leone en ‘Skills and Drills’-training in Kenia.
een gezicht te geven zat er op iedere tandem één verlos-
Tijdens de avond was er een heerlijk Oost-Europees
kundige en één Afrikaanse vrouw, waaronder ook één uit
buffet en mooie muziek. Er waren stands van White
Sierra Leone. De actie symboliseerde het Twinning project
Ribbon Alliantie Nederland en het Twinningproject.
waarbij we samen naar één doel werken. Dit project is n.l. niet bedoelt als transfuseur-transfusee tweeling, maar
lustrum Groningen
als gelijkwaardig. We kunnen van elkaar leren.
Er is deze avond ook aandacht besteed aan het tienjarig
In dit geval echter zaten alle Afrikaanse vrouwen achterop,
bestaan van de opleiding in Groningen. Yvonne Beishuizen,
maar eigenlijk zou dat afgewisseld moeten worden. Dat
gastvrouw van de avond, vertelde over de oprichting van
het stuur nu toch in handen bleef van de Nederlanders
de opleiding in Groningen, wat eraan voorafging en hoe
zegt meer over het feit dat verloskundigen van een beetje
de opleiding tot stand is gekomen. Aan het einde van de
controle houden dan van het gegeven dat een aantal
avond werd aan iedere aanwezige een lustrumcadeau
Afrikaanse vrouwen niet goed kon fietsen. Bij aankomst
uitgedeeld, het boek over Catharina Schrader: ‘Vroed-
in Groningen werden ze ontvangen door de collega’s van
vrouw tegen wil en dank’.
de VAG, waar een viering was van het tienjarig bestaan van de Groninger opleiding.
In het kader van Moedernacht heeft er een Tandem for
De opening van de Moedernacht werd verzorgd door de
Twinning actie plaatsgevonden in Roden. Zaterdag 7 mei fietsten 7 tandems met verloskundigen en Afrikaanse
Stefanie Hendriks is verbonden aan de communicatie-afdeling AVAG.
vrouwen achterop van Roden naar Groningen. n
© Sanne Frieling
Sanne Frieling is eerstelijns verloskundige
TvV juni 2011 • KNOV
49
INTERNATIONAAL
“The world needs midwives, now more than ever!” De eerste kilometers naar Durban Myrte de Geus
Waar in Nederland 5 mei wordt geassocieerd met vrijheid vieren en festivals bezoeken, is het óók de internationale dag van de Verloskundige. in heel veel landen laten verloskundigen die dag zien hoe belangrijk hun rol is in het terugdringen van moeder- en babysterfte. dit jaar werd dat in 31 landen gedaan met een zogenaamde ‘Walk to durban’.
Verbeeten, de lopers toe. Jaarlijks bevallen 48 miljoen
Er werd dit jaar onder meer gelopen in Pakistan, Liberia,
Vervolgens wenste de ambassadeur van Zuid-Afrika, Peter
Noorwegen, Haiti en Ethiopië en voor het eerst ook in
Goosen, de aanwezigen een hele goede reis naar Durban
Nederland. Verloskundigen, medewerkers van ICM en
en een succesvol congres toe. Er werd afgesloten met een
belangstellenden verzamelden zich op het Prins Hendrik
minuut stilte in herinnering aan alle vrouwen die gestor-
Plein in Den Haag, waar alle deelnemers een bos tulpen
ven zijn bij hun bevalling en met het zingen van het lied
kregen uitgereikt om onderweg uit te delen. De bood-
“May all the children”, dat ook tijdens het ICM-congres
schap, die aan elke witte tulp was bevestigd, luidde:
in Durban gezongen zal worden door de Nederlandse
“the world needs midwives, now more than ever!”.
delegatie met hun Sierra Leonese Twins. n
vrouwen zonder de ondersteuning van een geschoolde gezondheidswerker. De WHO schat dat er ruim 3,5 miljoen extra gezondheidswerkers nodig zijn zoals verloskundigen, verpleegkundigen en artsen. Verloskundigen vormen de ruggengraat van de gezondheidszorg voor vrouwen, beide sprekers benadrukten dan ook hun onmisbare rol, in Nederland en daarbuiten.
Onder heuse politiebegeleiding, wat meteen weer mooie persoonlijke verhalen opleverde: “het is het mooist als je
Elke drie jaar organiseert ICM een internationaal
dat bevallen gewoon met z’n tweetjes kan doen, behalve
congres voor verloskundigen, voor alle congres
dat laatste moment hoor!” voerde de wandeling onder
gangers een onvergetelijke ervaring. Vanuit Papoea
meer langs de ambassade van Zuid Afrika. Bij de Hofvijver
Nieuw Guinea tot Groenland verzamelen ruim
werd iedereen verrast met de vlaggen van ICM en KNOV
2.500 verloskundigen zich om de nieuwste verlos
die daar strak in het gelid stonden te wapperen, een mooie
kundige inzichten uit te wisselen en vooral heel
plek voor een groepsfoto.
veel contacten en inspiratie op te doen. Van 19 tot
Op Het Plein spraken de secretaris-generaal van ICM,
en met 23 juni 2011 is het ICMcongres in Durban,
Agneta Bridges en de voorzitter van de KNOV, Angela
ZuidAfrika. Hier zullen ongeveer zeventig Nederlandse verloskundigen aan deelnemen.
Myrte de Geus is eerstelijns verloskundige en voorzitter van de
In 2014 is het congres dichter bij huis, in Praag.
White Ribbon Alliantie voor Veilig Moederschap
www.internationalmidwives.org
50
TvV juni 2011 • KNOV
INTERNATIONAAL
De Marikenloop, wat een succes! Lieke Jansen
Zondag 15 mei jl. heeft de Nijmeegse marikenloop plaatsgevonden en ook wij waren weer van de partij! Tachtig sportieve vrouwen hebben voor het Twinningproject meegelopen en een enorm bedrag aan sponsorgeld binnen gehaald. de teller staat nu op € 6.000,- en de machtigingen stromen nog steeds binnen!
Als iedereen voorzien is van een shirt en buikband worden groepsfoto’s gemaakt. Daarna vertrekken we met z’n allen naar het sportveld, waar de loop start. Een warming up, onder leiding van Annemarie Thomas, weet vijfduizend vrouw op te zwepen.
Kom op, zet ‘m op En dan klinkt het startschot! De poort opent en alle
Zondag ochtend 10 uur arriveren de eerste renners op de
opgewarmde kuiten veren op. De fuik voor de start
Hortus Arcadië in Nijmegen. De lucht is nog vochtig, maar
dwingt iedereen achter elkaar te lopen zodat de chip
de zon laat zich af en toe al zien. De tuin van de hortus
aan je schoenveter goed door de ‘ startmat’ wordt
ruikt heerlijk. Het belooft een mooie dag te worden.
geactiveerd. Bliep… bliep… bliep… duizenden voeten
T-shirts worden uitgedeeld, mensen stellen zich aan elkaar
zetten zich af voor de sprint.
voor en kletsen een beetje bij. Het zijn verloskundigen,
De route is prachtig en de sfeer fantastisch. Een enorme
studenten, maar ook buurvrouwen, vriendinnen en zelfs
massa mensen staat langs de kant om aan te moedigen.
cliënten die 5 of 10 kilometer hard gaan lopen voor de
“Kom op Lieke, zet hem op!” hoor ik meerdere malen.
vrouwen uit Sierra Leone. Langzamerhand druppelt
“Goh wat leuk, ze weten wie ik ben!” … Of komt het soms
iedereen binnen. Voor sommigen is het de eerste keer en
omdat mijn naam onder het nummer op mijn buik staat?
er is een lichte prestatiespanning te proeven. Zelfs de
Tijdens het laatste stukje, berg op, merk ik dat mijn benen
doorgewinterde loopsters bespreken of ze hun streeftijd
vermoeid raken. Maar de finish komt in zicht met vlak
deze keer zullen halen.
daarvoor de grote groep collega’s die ons aanmoedigt.
Groningen, Amsterdam, Maastricht, Rotterdam; behoorlijke
Dat geeft energie voor de laatste sprint. Man! Wat een
afstanden zijn afgelegd om hier te komen. Met dertig
kick. Ik besluit op dat moment: dit gaan we vaker doen!
verloskundigen is kring Nijmegen e.o. dik vertegenwoordigd.
Iedereen haalt de finish en er worden indrukwekkende
De Marikenloop is tevens de start voor de Nijmeegse
tijden gescoord. Na afloop staat er een heerlijk buffet
geboorteweek.
klaar, met broodjes, soep en fruit. De sfeer is uitgelaten, het doel is bereikt. Wat geweldig om zoveel gemotiveerde
Lieke Jansen, mede namens Anneke van der Heijden en Hanneke
vrouwen bij elkaar te hebben! n
van Meerten, organisatoren KNOV-bijdrage aan Marikenloop 2011 TvV juni 2011 • KNOV
51
INTERNATIONAAL
“Blijf ons kritisch volgen, val ons lastig en trek op tijd aan de bel!” Succesvolle afsluiting Moedernachtcampagne Annet Neijmeijer
maandag 16 mei jl.was het zover: de afsluiting van moedernacht 2011. Op het plein in den haag lagen 35 silhouetten van zwangere vrouwen met blauwe zwaailichten ernaast. Elk silhouet stond voor 10.000 vrouwen die elk jaar overlijden aan complicaties tijdens de zwangerschap en bevalling. jaarlijks zijn dit 350.000 veelal onnodige sterfgevallen wereldwijd.
(het terugdringen van moedersterfte) en dat ze vinden dat de Nederlandse politiek dit thema hoog op de agenda moet houden. Er werden flashmobs georganiseerd, tandem fietstochten met Afrikaanse verloskundigen achterop, informatie avonden, en nog veel meer. Dianda Veldman, directeur van Rutgers WPF richtte zich als eerste tot de aanwezigen en benadrukte het persoonlijk leed als gevolg van moedersterfte. Naast deze emotionele impact heeft moedersterfte echter ook economische gevolgen. Gezonde vrouwen met minder kinderen zijn beter in staat te werken, zo vertelde zij. Het terugdringen van moedersterfte en de bevordering van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten vergroot duurzame sociaal economische ontwikkeling. Vrouwen en meisjes die ongeplande zwangerschappen
© Beata Bosma
kunnen voorkomen, dragen in grotere mate bij aan de arbeidsmarkt en de economie. Goede zorg en toegang tot anticonceptie spelen een grote rol in het voorkomen van moedersterfte. Er moet bijvoorbeeld ingespeeld worden op de ‘unmet need’ van 215 miljoen vrouwen De campagne is begonnen met de opening van een
wereldwijd. Zij willen graag anticonceptie gebruiken maar
foto-expositie over moedersterfte en seksuele en repro-
hebben hiertoe geen toegang.
ductieve rechten van vrouwen in ontwikkelingslanden.
Ten slotte deed mevrouw Veldman zeven aanbevelingen
Dit gebeurde op 28 april in de Staten Passage van de
die Ben Knapen mee kan nemen in het opzetten van zijn
Tweede Kamer, waarbij Kamervoorzitter Gerdi Verbeet de
beleid waaronder de vraag om SRGR (seksuele en
openingshandeling verrichtte. Hierna volgden zo’n vijftien
reproductieve gezondheidszorg en rechten) weer
acties verspreid over heel Nederland, zoals een moeder-
internationaal een topprioriteit te maken door de link te
wandeling in Koudum, een flashmob in Amsterdam en de
leggen met bevolkingsgroei en economische groei vanuit
ICM ‘Walk to Durban’ in Den Haag.
een mensenrechtenperspectief. Ook vroeg zij om de ondergefinancierde thema’s binnen SRGR extra aandacht
Op 16 mei werd aan staatssecretaris van Buitenlandse
te geven in de eigen financiering en in internationale
Zaken Ben Knapen een standpuntenbrief inzake terug-
fora in aanloop naar een nieuwe internationale SRGR
dringing van moedersterfte aangeboden door het
conferentie in 2014.
Moedernachtconsortium. Het evenement startte met een compilatie filmpje van alle
De laatste vraag van Dianda Veldman aan Ben Knapen
activiteiten uit het land. Hiermee hebben vele mensen in
luidde: “wat gaat u nou precies doen, en wat gaan wij
Nederland laten zien dat zij aandacht eisen voor MDG5
daarvan merken?” Daarop stapte Staatssecretaris Knapen het podium op en
Annet Neijmeijer is vanuit Rutgers WPF de coördinator van de
benadrukte dat moedersterfte onacceptabel is, of er nu
Moedernachtcampagne
economische gevolgen zijn of niet. Hij gaf toe dat het
www.moedernacht.nl
kabinet wel erg op economische gevolgen gespitst is,
52
TvV juni 2011 • KNOV
INTERNATIONAAL maar dat moedersterfte ook moreel gezien onaanvaard-
de als het gaat om onderwerpen omtrent reproductieve
baar is. Volgens Knapen heeft Nederland een meerwaar-
en seksuele gezondheid en rechten. Zo heeft Nederland het belang van emancipatie al vroeg onderstreept -ook al
KNOV-vraag voor Ben Knapen
zie je dit niet terug in de samenstelling van het huidige kabinet-, zo grapte hij. Daarnaast zou Nederland door de open en directe manier van communiceren taboeonder-
Al vanaf de start van de ‘Moedernacht’ in
werpen makkelijker kunnen aankaarten. De staatssecreta-
Nederland is de KNOV medeorganisator van
ris benadrukte de economische impact van gezonde
deze succesvolle campagne tegen moeder
werkende moeders. Moeders zouden namelijk 70% van
sterfte. Bij de afsluiting in Den Haag op
hun inkomsten in het gezin steken, waar vaders slechts
16 mei stelde Erna Kerkhof, bestuurslid
30% van hun inkomsten in hun gezin investeren. Hij sloot
van de KNOV, een prikkelende vraag aan
af door vastbesloten te zeggen dat Nederland zich stevig
staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Ben
zal gaan inzetten op SRGR, met de visie dat Nederland,
Knapen:
mede dankzij Rutgers WPF en het moedernachtconsor-
“De KNOV is succesvol bezig met het onder
tium, iets bijzonders te bieden heeft op dit vlak. Zijn
steunen van verloskundigen in andere
advies: “blijf ons kritisch volgen, val ons lastig en trek op
landen, wat gaat de staatssecretaris doen om
tijd aan de bel”. De heer Knapen zegde toe dat de
dit soort projecten in de toekomst te onder
ambitie is om over enkele jaren meer dan de helft van het
steunen?”
huidige budget van 400 miljoen voor gezondheid te gaan
De staatssecretaris bleek duidelijk kennis te
besteden aan SRGR, inclusief aan Nederlandse en
hebben van ons Sierra Leone Twinning Project
internationale ngo’s die werkzaam zijn op dit onderwerp.
waar hij bovendien erg complimenteus over was. Hij gaf aan dat dit soort projecten in de
Verschillende partnerorganisaties (KNOV, Cordaid, KIT en
toekomst meer prioriteit zullen krijgen. De
AMREF) stelden vervolgens aanvullende vragen aan de
expertise van de KNOV achtte hij van groot
heer Knapen, waarbij hij nogmaals het belang van ngo’s
belang voor Buitenlandse Zaken om haar
benadrukte en samenwerkingsverbanden prees. n
ontwikkelingsdoelen te bereiken. Millennium Doel 5, het terugdringen van moedersterfte met 75%, staat prominent op de politieke agenda en hij zei zijn best te doen om ons daar in de toekomst in te ondersteunen. In juni is er een debat in de Tweede Kamer waar © Beata Bosma
de staatssecretaris met zijn voorstellen zal komen. Dan zullen we ook daadwerkelijk zien of hij de Kamer kan overtuigen, en zijn woorden zal omzetten tot daden.
Wereldverloskundigendag Wereldwijd werd op 5 mei aandacht besteed aan Wereldverloskundigendag. Zo ook in Sierra Leone waar een bijeenkomst ter gelegenheid van de viering druk werd bezocht. n
TvV juni 2011 • KNOV
53
Wij zoeken een enthousiaste, betrokken collega die ons gezellige team wil komen versterken! Het gaat om waarneming voor vakanties en een zwangerschapsverlof, met mogelijkheid tot een vaste aanstelling! Naar wie zijn wij op zoek? • Een nieuwe collega per 1 juli • Werken naar overeengekomen rooster, 3 tot 4 dagen per week • Met hart voor de eerste lijn • Met voldoende tijd, warmte en persoonlijke aandacht voor de zwangeren • Enthousiast voor praktijkinnovatie Onze praktijk: • Ongeveer 350 zorgeenheden per jaar • 50% tot 60% thuisbevallingen • Gemêleerd cliënteel stad/platteland • Praktijk gevestigd in pand met andere disciplines van de geboortezorg: echopraktijk, kraamzorg, yoga, mensendieck, lactatiekundige • Geautomatiseerd met Micronatal; in de toekomst Onatal • Slaapplaats op de praktijk aanwezig Interesse? Kijk ook eens op onze website:www.verloskundigenpraktijkgoes.nl En bel, mail of schrijf ons. Verloskundigenpraktijk Goes Naereboutstraat 23 4461GR Goes Tel: Matty Stroo 06-50695525 of Maud De Winter:06-23090944 Email:
[email protected]
Vacature tweedelijns verloskundige (27-36 uur)
Als tweedelijns verloskundige werk je binnen het verloskamercomplex, de verlos- en kraamafdeling en de polikliniek verloskunde. Hier vinden ongeveer 2700 bevallingen per jaar plaats. Gastvrijheid, respect en klantgerichtheid staan bij ons hoog in het vaandel. Ook kwaliteit en veiligheid zijn onlosmakelijk verbonden met onze afdeling. Functie • Onder eindverantwoordelijkheid van de gynaecoloog in samenwerking met de teamleider bied je tweedelijns verloskundige zorg • Binnen de grenzen van je eigen vakbekwaamheid begeleid je tweedelijns partus, verricht je prenatale controles en loop je visite op de kraamafdeling • Daarnaast begeleid je studentverloskundigen van de Verloskunde Academie Rotterdam tijdens hun tweedelijns stages Profiel • HBO diploma verloskunde behaald in Nederland • BIG geregistreerd • Werkervaring als verloskundige in een ziekenhuis • Je kunt je inleven in de patiënt • Stressbestendig en tactvol • Echo-ervaring is gewenst, maar niet noodzakelijk Arbeidsvoorwaarden • Maximaal € 3.984 bruto per maand (FWG 60) bij een 36-urige werkweek • Standplaats Delft Meer informatie Bel teamleider Linda van der Marel, telefoonnummer (015) 260 31 58 Solliciteren Stuur je e-mail met motivatie en cv naar
[email protected] t.a.v. mot Koen Pilon, recruiter. Vermeld als onderwerp het vacaturenummer 505.
uiten de zwangerschap te beëindigen.
manier. Yvonne door dagboeken bij te
Media Misschien was je vandaag wel geboren…
Wereldwijd Zwanger In Zuid-Afrika geven vrouwen geen kik tijdens de bevalling. Amerikaanse vrouwen plannen de keizersnee
Een verhaal rond de twintigwekenecho
met het rooster van hun favoriete gynaecoloog in de
‘Misschien was je vandaag wel geboren...’ vertelt het
hand. En in Vietnam is het oppassen geblazen voor
aangrijpende verhaal van een jong stel – Yvonne Gebbe
jaloerse, kinderloze oudtantes.
en David Rozemeyer – dat er bij de 20 wekenecho achter komt dat hun kindje een ernstige afwijking heeft. Ze besluiten de zwangerschap te beëindigen. Samen ervaren ze dit ieder op hun eigen manier. Yvonne door dagboeken bij te houden en David als fotograaf, beeldend. Later werd dat dit boek. Een prachtig document over het rouw- en verwerkingsproces. Yvonne en David laten zien hoe zo iets heftigs tegelijkertijd zo mooi kan zijn. Wat het met je doet als je zwangerschap opeens anders verloopt. Als je voor een keuze komt te staan. Wat het met je doet als je je kind verliest. Misschien was je vandaag wel geboren... gaat over verdriet, onzekerheid, vastberadenheid, schuldgevoel, angst, woede en frustratie. Maar vooral over liefde. Liefde voor het doodgeboren kindje dat nooit vergeten zal worden. n Titel:
Misschien was je vandaag geboren…
Auteurs:
Yvonne Gebbe en David Rozemeyer
Uitvoering:
gebonden
Deze weetjes en nog veel meer lees je in het boek
Formaat:
22 x 22 cm
Wereldwijd Zwanger, geschreven door journaliste Hetty
Omvang:
140 pagina’s
Dekkers. Ruim dertig landen komen aan bod, van Bosnië
Illustraties:
circa 80
tot de Filippijnen en van Irak tot Zwitserland. Ook ontdek
ISBN:
978 90 89102 18 8
je waar het Nederlandse woord kraamkamer vandaan
Prijs:
€ 24,95
komt, of de uitdrukking heetgebakerd. Wereldwijd Zwanger is een aanrader voor iedereen die meer wil weten over mondiale bakerpraatjes, bijgeloven en culturele gebruiken rond de zwangerschap. Het
Misschien was je vandaag wel geboren…
en… vertelt het aangrijpende verhaal
ekenecho achter komt dat hun kindje
BERICHTEN
originele cadeauboekje is eenvoudig te bestellen via de website van de auteur: www.hettydekkers.nl. n
een verhaal rond de 20 wekenecho
end.
w- en verwerkingsproces van een van
n afwijkende uitslag de zwangerschap
adenheid, schuldgevoel, angst, woede
Titel:
Wereldwijd Zwanger
Auteur:
Hetty Dekkers
ISBN
978-90-817125-1-4.
Prijs
€ 12,95 (excl. verzendkosten).
Bestellen:
www.hettydekkers.nl
e. Liefde voor het doodgeboren kindje
Yvonne Gebbe en David Rozemeyer
11-01-11 15:42
TvV juni 2011 • KNOV
55
BERICHTEN
Next Zwangerschap en Geboorte
echo. Alle praktijken hebben een pakket ontvangen met alle praktische informatie. Mochten er nog vragen zijn
In juni 2011 staat de eerste subsidieronde van het
tijdens de meetperiode (6 t/m 24 juni), neem dan contact
programma Zwangerschap en Geboorte gepland. Doel
op met de uitvoerders van dit onderzoek via e-mail: h.
van dit onderzoeksprogramma is het verkrijgen van
[email protected] of telefonisch 010-704 37 32.
kennis die helpt de perinatale en maternale sterfte en
www.rivm.nl/pns/down-seo
morbiditeit in Nederland terug te dringen. De eerste ronde richt zich op: • het opzetten van regionale samenwerkingsverbanden (consortia) en het hierbinnen uitvoeren van een onderzoeksproject; • het doen van landelijk onderzoek naar 1) het opsporen van groeivertraging via echoscopie in het derde trimester en 2) geboortecentra.
Misoprostol toegevoegd aan de WHO-lijst van essentiële medicijnen Op 5 mei jl. publiceerde de WHO de laatste herziening van de zogenaamde lijst van essentiële medicatie (the
De verwachte deadline is in september 2011.
WHO Model Lists of Essential Medicines (EML)).
Op vrijdag 1 juli van 10.00 tot 13.00 uur vindt bij ZonMw
Een van de medicijnen die is goedgekeurd en toegevoegd
een startbijeenkomst van het programma Zwangerschap
aan de lijst is misoprostol, tabletten á 200 microgram ter
en Geboorte plaats.
preventie van een fluxus postpartum indien oxytocine niet
www.zonmw.nl/zwangerschapengeboorte
beschikbaar is of niet op een veilige manier kan worden gebruikt. Volgens het rapport is er voldoende weten-
Landelijke monitor geïnformeerde besluitvorming prenatale screening
schappelijk bewijs dat misoprostol veilig kan worden gebruikt
Dit jaar vindt de eerste landelijke monitor naar geïnfor-
postpartum.
meerde besluitvorming bij prenatale screening op
De samenvatting van het rapport van de 18e bijeenkomst
Downsyndroom en de twintigwekenecho plaats. Gedu-
van de expertcommissie ‘Selectie en gebruik van essenti-
rende drie meetweken van maandag 6 juni t/m vrijdag
ele medicatie’ is in het Engels te lezen op de website van
24 juni 2011 wordt van alle verloskundig hulpverleners
de WHO. Ook is daar de volledige lijst van goedgekeurde
gevraagd een vragenlijst in digitale vorm via Peridos aan
medicijnen te vinden.
te bieden aan iedere zwangere. In de regio Maastricht zal
www.who.int en www.womendeliver.org
om een fluxus post partum bij vrouwen te voorkomen. Van belang is dat misoprostol wordt voorgeschreven door hulpverleners die voldoende zijn opgeleid in het gebruik hiervan tijdens het nageboortetijdperk. Misoprostol is niet goedgekeurd voor gebruik ter behandeling van een fluxus
deze monitor in september plaatsvinden, omdat zij net gestart zijn met het gebruik van Peridos. De afdeling
voor Bevolkingsonderzoek van het RIVM, houdt u als
Zelftest spoort baarmoederhalskanker op
verloskundig hulpverlener op de hoogte van de voorberei-
Een nieuwe zelftest voorspelt baarmoederhalskanker.
dingen en uitvoer van de monitor.
De DNA-methylatietest herkent 95 procent van de
Gegevens over de zwangere worden door u als verlos-
baarmoederhalskankers en ongeveer 65 procent van de
kundig hulpverlener ingevuld in Peridos. Het invullen kost
ernstige voorstadia.
ongeveer een minuut tijd, zo bleek in de testfase.
Promovendus Jasper Eijsink ontwikkelde de moleculaire
Zwangeren vullen de vragenlijst digitaal of op papier in.
test, die de vroege opsporing van baarmoederhalskanker
Uiteindelijk worden deze twee gegevensbronnen
moet bevorderen. Met de zelftest kunnen vrouwen thuis
gekoppeld en wordt een beeld verkregen van de mate
lichaamsmateriaal afnemen. Hij promoveerde in mei jl.
van geïnformeerde besluitvorming van zwangeren over
aan de universiteit van Groningen op dit onderwerp.
prenatale screening op Downsyndroom en de 20-weken
De nieuwe test verschilt met het huidige bevolkings-
Maatschappelijke Gezondheidszorg van het Erasmus MC, die deze monitor uitvoert in opdracht van het Centrum
56
TvV juni 2011 • KNOV
BERICHTEN onderzoek omdat deze epi-genetische veranderingen
ontwerpers, politiek en pers aandacht vragen voor het
opspoort die voorkomen bij baarmoederhalskanker of
gebrek aan geschikte kolfruimtes en met goede
voorstadia van de ziekte. Het huidige bevolkingsonder-
voorbeelden laten zien hoe het wél kan.
zoek onderzoekt de aanwezigheid van afwijkende cellen.
Minstens zo belangrijk is dat het initiatief ‘Ruimte om te
www.artsennet.nl
kolven’, waarvan de site een onderdeel is, wetenschappelijk onderzoek initieert naar kolfruimtes in bestaande
Men is wat moeder eet
architectuur en, waar mogelijk, ludieke acties organiseert.
Het eetpatroon van een moeder tijdens de zwangerschap
dikkere kinderen.
Verloskundigen willen opleiding op universitair
Uit onderzoek bij dieren bleek al eerder dat het eetpatroon
81% van de verloskundigen steunt de ontwikkeling van
de functie van genen kan veranderen. Nu hebben
een verloskunde opleiding op universitair niveau. Dat
onderzoekers van de University of Southampton aange-
blijkt uit een peiling onder alle 503 verloskundige
toond dat ook de genen van het ongeboren kind zich
praktijken in Nederland, uitgevoerd door de afdeling
kunnen aanpassen onder invloed van de voeding die de
Midwifery Science van het VUmc. De resultaten uit dit
moeder tot zich neemt. Ze onderzochten navelstreng-
onderzoek ondersteunen het voorstel die de beroepsver-
bloed op de aanwezigheid van zogenaamde epigenetische
eniging KNOV en de huidige opleidingen in Maastricht en
markers. Hieruit kwam naar voren dat vooral bij moeders
Amsterdam/Groningen in januari gezamenlijk indienden
met een koolhydraatrijk dieet tijdens de zwangerschap,
bij het ministerie van OC&W. Daarin adviseren ze om de
de kinderen deze markers hadden. Vervolgens toonden
huidige hbo bacheloropleiding om te vormen tot een
de onderzoekers een link aan tussen de markers en
volledige universitaire bachelor- en masteropleiding van
obesitas bij het kind op zes- en negenjarige leeftijd. De
4,5 jaar.
aanwezigheid van deze epigenetische markers zou een
De nieuwe opleiding levert verloskundigen die gekwalifi-
kwart van het verschil verklaren in dikheid bij de kinderen
ceerd zijn om zowel in de eerste lijn te werken als in de
zes tot negen jaar. Deze invloed is aanzienlijk groter dan
kliniek. Dit bevordert continuïteit van zorg voor moeder
de invloed van het geboortegewicht en is ook niet
en kind, vermindert overdrachtsmomenten en verbetert
afhankelijk van het gewicht van de moeder.
de samenwerking in de verloskundige keten. Het nieuwe
BBC News
profiel maakt de verloskundige tot een gelijkwaardige
kan het DNA van het kind veranderen en daardoor de kans op obesitas vergroten. Veel koolhydraten leidt tot
www.borstvoeding.com en www.ruimteomtekolven.nl
partner in een integraal werkend team van verlos-
Ruimte om te kolven
kundigen en gynaecologen. Bijna 89% van de verloskundigen vindt dat de universitaire opleiding nodig is om de wetenschappelijke onderbouwing
Hoe komt het dat werkende moeders anno 2011 nog
van de verloskunde te versterken. Daarnaast denkt 59%
steeds wegduiken in een toilet, een serverruimte of
van de verloskundigen dat de nieuwe opleiding goed is
bezemkast om te kolven? Deze blinde vlek in onze
voor de zorg aan moeder en kind. Uit de peiling blijkt
samenleving is het onderwerp van een nieuwe informatieve
tenslotte dat 57,9% van de verloskundigen verwacht dat
website van drie enthousiaste vrouwelijke ontwerpers,
hun beroepsperspectief zal verbeteren als de opleiding
waarvan twee jonge moeders: www.ruimteomtekolven.nl.
academisch wordt. Een groot aantal verloskunde
Met hun initiatief ‘Ruimte om te kolven’ willen zij moeders
studenten weet tijdens de studie al dat ze in het zieken-
die borstvoeding (gaan) geven, wijzen op hun rechten en
huis willen gaan werken. In de huidige opzet kan dat
hen tips geven hoe zij kolfruimtes op hun werkplek
alleen door, na het behalen van hun basisdiploma, een
kunnen afdwingen. De informatie is ook gericht op
vervolgopleiding te doen.
gebouweigenaren en werkgevers, die zich onvoldoende
De opleidingen hopen in het studiejaar 2012-2013 met
bewust zijn van de barre omstandigheden waarin
de nieuwe opleiding te mogen starten. Het Ministerie van
moeders moeten kolven.
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap reageert naar
De initiatiefnemers zijn na een heilloze tocht langs
verwachting in juni op het voorstel.
stoffige en onhygiënische ruimtes vastbesloten om de
VUmc, afdeling Midwifery Science n
kolfruimte op de kaart te zetten. Zo laten ze onder het motto ‘de stand van kolvend Nederland’ zien waar vrouwen kolven. Ze willen hiermee bij werkgevers, TvV juni 2011 • KNOV
57
58
TvV juni 2011 • KNOV Maastricht Eindhoven Eindhoven Rotterdam Eindhoven Rotterdam
Nog niet bekend www.stichtingkoel.nl/ Rotterdam www.va-r.nl St. Antonius Ziekenhuis locatie Oudenrijn Utrecht
06-10-2011 06-10-2011 / 13-10-2011 11-10-2011
The International Primary Care Research Training Curriculum Medsim-CAVE basiscursus Medsim-CAVE basiscursus Reanimatie Neonaat, Schouderdystocie & Stuitgeboorte Patiëntveiligheid: ook in uw praktijk! Kracht van begeleiding - Bevallen doe je niet alleen cliëntgerichte begeleiding van baring- en baringspijn KOEL-symposium 2011 Prenatale screening Basiscursus begeleiding bij borstvoeding
Amersfoort
www.medsim.nl www.medsim.nl www.va-r.nl www.fasteerstelijn.nl www.va-r.nl
www.medsim.nl www.medsim.nl www.knov.nl/leden www.amethistdevelopingpeople.nl
05-09-2011 06-09-2011 12-09-2011 start 12-09-2011 tot 20-02-2012 12/17-09-2011 19-09-2011 20-09-2011 27-09-2011 28-09-2011 30-09-2011 / 07-10-2011
335,335,380,- / 360,gratis 500,- / 475,-
1800,-
325,325,-
Nog niet bekend 7 uur 395,- / 197,50 525,A 11-011 score 8 uur 150,-
16 uur
KNOV 10,5 uur KNOV 10,5 uur 6 uur
KNOV 10,5 uur KNOV 10,5 uur
KNOV 7 uur 675,KNOV: A 10-070 105,- excl. BTW B 10-031, score 8,5 uur 325,- excl. BTW 5 uur 260,10,5 uur 335,10,5 uur 335,10,5 uur 335,10,5 uur 335,90,-
www.medsim.nl www.peterkluiterstrainingen.nl www.medsim.nl www.va-r.nl www.acuteverloskunde.nl www.acuteverloskunde.nl www.acuteverloskunde.nl www.acuteverloskunde.nl www.kit.nl
kosten (€) 1300,- / 1700,1300,- / 1700,1300,- / 1700,900,-/ 1300,30,270 | 250,140,-
accreditatie 8-12 uur 8-12 uur 8-10 uur 4-8 uur Aangevraagd Aangevraagd www.nspoh.nl/
info www.talmor.nl www.talmor.nl www.talmor.nl www.talmor.nl www.dockwerk.nl www.av-m.nl Regardz Eenhoorn
Medsim-CAVE basiscursus Medsim-CAVE basiscursus Extra Algemene Ledenvergadering KNOV Coaching Class voor Verloskundigen
plaats Op locatie Op locatie Op locatie Op locatie Ons dock in Zwolle Eindhoven Amersfoort Durban, South Africa Eindhoven Nijkerk Eindhoven Rotterdam Eindhoven Eindhoven Eindhoven Eindhoven Koninklijk Instituut voor de Tropen, Amsterdam Eindhoven Eindhoven
datum tussen 01-06 /31-12-2011 tussen 01-06 /31-12-2011 tussen 01-06 /31-12-2011 tussen 01-06 /31-12-2011 17-06-2011 17-06-2011 17-06-2011 19/23 juni 2011 21-06-2011 21-06-2011 22-06-2011 23-06-2011 27-06-2011 28-06-2011 04-07-2011 05-07-2011 08-07-2011
congres/cursus Traject transculturele zorg; prijs van 4-12 pers, datum op aanvraag Traject moeder en kind in de hoofdrol; prijs van 4-12 pers, datum op aanvraag Omgaan met complementaire zorg binnen de praktijk; prijs van 4-12 pers, datum op aanvraag Visie en kwaliteitsdag voor de praktijk; prijs van 4-12 pers, datum op aanvraag Over naar Online Kindermishandeling: Hoe zorgvuldig te bespreken? Congres: Social media, tijdelijk of onvermijdelijk? ICM 29th Triennial Congress Save’r Acute Verloskunde Efficiënt administratie voeren Een goed begin, een goed vervolg Infectieziekten in de zwangerschap: algemeen beeld, consequenties & beleid Medsim-CAVE! vervolgcursus acute verloskunde Medsim-CAVE! vervolgcursus acute verloskunde Medsim-CAVE! vervolgcursus acute verloskunde Medsim-CAVE! vervolgcursus acute verloskunde ‘Voorbereiding medisch (vrijwilligers)werk in ontwikkelingslanden’
Uitgebreide informatie over de in dit overzicht opgenomen cursussen, congressen en symposia vindt u op de website van Kennispoort Verloskunde: www.kennispoort-verloskunde.nl of op de in de tekst aangegeven websites.
Congres en Cursus BERICHTEN
260,-
285,- / 270,-
585,-
380,- / 360,260,525,500,-
1650,-
geen 380,- / 360,1060,-
BERICHTEN
Personalia
3,5 uur 6 uur
16 uur
6,5 uur 7,5 uur 6 uur 16 uur
16 uur
www.va-r.nl www.va-r.nl oerbronworkshops.webklik.nl
www.va-r.nl www.stbn.nl; www.talmor.nl
www.va-r.nl www.va-r.nl www.stichtingkoel.nl www.va-r.nl
www.stichtingiton.nl www.perinataleaudit.nl www.va-r.nl www.va-r.nl www.va-r.nl www.vrouwenzorg.nl www.escrh.eu/events
Rotterdam Omgeving Utrecht
Rotterdam Rotterdam Zwijndrecht (KOEL) Rotterdam
Haarlem Nog niet bekend Rotterdam Rotterdam Rotterdam Amsterdam Athene, Griekenland
Evidence based Medicine voor toetsgroepbegeleiders Reanimatie Volwassene (incl. zwagere) Eclampsie & Fluxus Gentle Birth Guardian Holistic Training Barbara Harper Uitwendige versie
12-10-2011 14-10-2011 26 tot 30 -10-2011 31-10-2011 29-11-2011 / 20-12-2011 Spiegelsymposium voor 1ste en 2de lijn verloskundige zorg 31-10-2011 alleen toegankelijk middels koppelinschrijving: als 1ste lijn zorgverlener met 2de lijn zorgverlener en v.v.) Hygiëne en infectiepreventie & Reanimatie volwassene (incl. zwangere) 03-11-2011 Geneesmiddelen & Congenitale afwijkingen tgv schadelijke stoffen 15-11-2010 Medisch ondernemen: verzuimbeheer 15-11-2011 Preconceptiezorg 17-11-2011 / 24-11-2011 Baringspijn vanuit een neurowetenschappelijk perspectief 19-11-2011 02-12-2011 / 12-12-2011 Landelijk symposium over perinatale sterfte en audit 25-11-2011 Hechten 07-12-2011 Assisteren bij verloskundige complicaties bij de partus 09-12-2011 Infectieziekten in de zwangerschap: algemeen beeld, consequenties & beleid 13-12-2011 Scholing CTG & beoordeling Interpretatie 16-12-2011 12th ESC Congress - Myths and misconceptions versus evidence on contraception 20/23-06-2012
Rotterdam Rotterdam Bussum
4 uur 131,50 5 uur 125,-
Geboren Lydianne, dochter van Annemieke en Jos van de Goor-Hendriks, Eisenhowerdreef 2, 6716 DB Ede Jelte, zoon van Maartje de Blok en Marvin Hars, de Kroon 49, 7904 KB Hoogeveen Lieve, dochter van Sanne en Marnix Hezemans, 931 West Carmel Valley Road, 93924 Carmel Valley CA, USA Yanique, zoon van Mirjam en Nard Kreber, Hornetstraat 14, 3077 ZA Rotterdam Finn, zoon van Monique Schers en Spencer Schols, De Savornin Lohmanweg 14, 3732 BT De Bilt Abel, zoon van Hanneke en Rinke Zoetekouw-Blootens, Burgemeester Gaarlandtstraat 34, 4205 CC Gorinchem SECTOR NOORDOOST NEDERLAND Nieuwe leden (m.i.v. 01-04-2011) Mw. J. van Dam, Laan van Nieuw Meerten 33, 4033 DC Lienden – Asp Mw. G. Gunnink, Plattenborgstraat 34, 8043 TS Zwolle – Asp Mw. H. Molenaar, De Grip 31, 6671 GE Zetten - Asp Beëindiging lidmaatschap (per 01-07-2011) Mw. E.J.M. Blanke, Langenhorsterweg 20, 7495 RD Ambt-Delden – WN Mw. A. Moerman, Forstmanstraat 2, 3551 VL Utrecht – Asp SECTOR NOORDWEST NEDERLAND Nieuw lid (m.i.v. 01-04-2011) Mw. T. Aaftink, S. van Houtenweg 165, 1314 TP Almere – VID-zhs Nieuw lid (m.i.v. 01-07-2011) Mw. Z. Koylu, Jan van Rodestraat 102, 2531 XV Den Haag – Asp Mw. D. de Leon Sanchez, Bergwijkdreef 208, 1112 XX Diemen – Asp Mw. M. Piksen, Teding van Berkhoutstraat 101, 2032 LK Haarlem - Asp Beëindiging lidmaatschap (per 01-07-2011) Mw. S. Bouchahrouf, Ketelmakerij 137, 1021 PA Amsterdam – Asp Mw. S. Spijkers, Gazellestraat 22, 1216 EG Hilversum – Asp Mw. A.F.Wijk-Terpstra, Koggemeer 2, 1652 PC Zuidermeer – VV-m SECTOR ZUID NEDERLAND Nieuw lid (m.i.v. 01-04-2011) Mw. J.M. Kattenberg, Nachtegaalstraat 16a, 3082 NN Rotterdam – VID-ep Nieuwe leden (m.i.v. 01-07-2011) Mw. B. Dictus, Laarpark 18, 4881 EC Zundert – Asp Mw. N.D.M.O. Pluym, Mergelweg 14b, 6212 XH Maastricht – Asp Mw. A.Y.W. van der Velden, Kockerseweg 176, 5927 PH Venlo - Asp Art. 1 Leden, die bezwaar hebben tegen de toelating van een kandidaat (aspirant-)lid, moeten hun bezwaar met redenen omkleed schriftelijk binnen één maand na het verschijnen van het officiële verenigingsorgaan bij het Bestuur kenbaar maken. Afkortingen VID – verloskundige in dienstverband; VID-ep – verloskundige in dienstverband in eigen praktijk; VID-g – verloskundige in dienstverband in gezondheidscentrum; VID-zhs – verloskundige in dienstverband in ziekenhuis; VV – vrijgevestigde verloskundige; VV-m – vrijgevestigde verloskundige in maatschap; WN – waarneemster; Asp – Aspirant lid; BL – buitengewoon lid; BTL – buitenlands lid; SL – senior lid; L – erelid
TvV juni 2011 • KNOV
59
Moeders voor Moeders bestaat dit jaar maar liefst 80 jaar. 80 jaar waarin talloze (vroeg)zwangere vrouwen deelnamen aan Moeders voor Moeders om andere vrouwen met een kinderwens te helpen. Wij zijn trots dat we samen deze mijlpaal bereikt hebben. En dat was ons zeker niet gelukt zonder u. Als eerste aanspreekpunt voor zwangere vrouwen vervult u een sleutelrol voor Moeders voor Moeders. U wijst uw zwangere cliënten op het belang van ons werk. Want zij kunnen helpen andere vrouwen zwanger te maken. En zo hun geluk delen. Meer weten? Ga dan naar www.moedersvoormoeders.nl
MSD1009 Adv. professionele jubileum.indd 1
17-02-11 15:58