Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Onderwijsinspectie
Referentienummer 0809/5/001 Schooljaar 2008-2009
VERSLAG SCHOOLDOORLICHTING Ziekenhuisschool Antwerpen Lindendreef 1 2020 Antwerpen Instellingsnummer: 25486
Directie
:
Nicole Verryken
Schoolbestuur
:
Lerende Stad Frank Noten (Algemeen Directeur Stedelijk Onderwijs) Lange Gasthuisstraat 15 2000 Antwerpen
Periode
:
september 2008
Inspectieteam
:
Ilse De Volder (inspecteur-verslaggever) Erik Verhoeven Arthur De Vrij Jean-Louis Leroy
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
−2−
Leeswijzer bij het verslag van een schooldoorlichting Conform aan de bepalingen van art. 10 van het Besluit van de Vlaamse regering1 bevat het verslag van een schooldoorlichting een beschrijvend en een concluderend gedeelte met advies. De 3 ziekenhuisscholen, verbonden aan een universitaire instelling, hebben voor de kleuter-, lagere en secundaire afdeling één directie. Ze zijn elk eveneens erkend onder één instellingsnummer. Rekening houden met dit contextgegeven heeft de onderwijsinspectie deze scholen met een team van inspecteurs basis en secundair doorgelicht. Deze doorlichtingen worden gefinaliseerd in één verslag waarin de verschillende onderwijsniveaus, waar relevant, hun plaats krijgen in het beschrijvend en concluderend gedeelte. In het buitengewoon onderwijs is het proces van handelingsplanning in zijn verschillende fasen het uitgangspunt voor de beschrijving en de beoordeling van het onderwijskundig functioneren. Rekening houdend met relevante context- en inputkenmerken geeft het inspectieteam aan hoe kwaliteitsvol de school voor elk kind een optimale en harmonische persoonlijkheidsontwikkeling en integratie nastreeft en hoe dit beleidsmatig wordt ondersteund. De inspectie beschrijft in het buitengewoon onderwijs het onderwijskundig functioneren volgens de fasen van het proces van handelingsplanning: ♦ beginsituatie ♦ doelenfase ♦ voorbereidingsfase ♦ uitvoeringsfase ♦ evaluatiefase. Afkortingen
– CLB ---------------------------------------------------------------------------------- centrum voor leerlingenbegeleiding – ICT -----------------------------------------------------------------------------informatie- en communicatietechnologie
1
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de wijze waarop sommige bevoegdheden van de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap worden uitgevoerd (02.02.1999).
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
−3−
Inhoudsopgave
1
Relevante context- en inputgegevens .......................................................................................................4
2
Onderwijskundig en onderwijsondersteunend functioneren ....................................................................5
3
4
5
6
2.1
Onderwijskundig functioneren.......................................................................................................5
2.2
Onderwijsondersteunend functioneren ........................................................................................10
Beoordeling van de onderwijskwaliteit..................................................................................................12 3.1
Relevante aspecten waarin de school goed is ..............................................................................12
3.2
Relevante aspecten die de school kan verbeteren: aanbevelingen ...............................................12
3.3
Relevante aspecten die de school moet verbeteren: tekorten.......................................................13
Risicobeheersingsbeleid .........................................................................................................................14 4.1
Toelichting ...................................................................................................................................14
4.2
Aanbevelingen en tekorten risicobeheersingsbeleid ....................................................................14
Andere wettelijke bepalingen.................................................................................................................15 5.1
Onderwijsleermiddelen en schooluitrusting.................................................................................15
5.2
Wettelijke bepalingen ..................................................................................................................15
5.3
Aanbevelingen en tekorten naleving andere wettelijke bepalingen .............................................15
Conclusies en advies ..............................................................................................................................16 6.1
Conclusies ....................................................................................................................................16
6.2
Advies ..........................................................................................................................................16
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
1
−4−
Relevante context- en inputgegevens
– De ziekenhuisschool Antwerpen is een stedelijke school voor buitengewoon onderwijs voor type 5 (on-
–
–
–
–
–
– –
–
derwijs aan zieke kinderen) met een basis- en een secundaire afdeling. De school heeft vier vestigingen die verbonden zijn aan de afdelingen pediatrie en psychiatrie van verschillende ziekenhuizen van het Ziekenhuis Netwerk Antwerpen (ZNA). De ontwikkelingen binnen de geneeskunde en het medische beleid maken dat de gemiddelde opnameduur binnen de afdeling pediatrie sterk afneemt. De ziekenhuisschool onderscheidt twee doelgroepen: de kortverblijvers (zieke kinderen die om medische redenen, slechts enkele dagen opgenomen zijn) en de langverblijvers (zieke kinderen die om medische redenen langdurig of regelmatig opgenomen zijn in het ziekenhuis). Het aantal teamleden dat werkt binnen de pediatrie is de voorbije jaren afgenomen. De werking van de ziekenhuisschool beperkt zich voor beide afdelingen tot het universitair ziekenhuis te Edegem en de campus Middelheim. Het aantal kinderen en jongeren in de afdeling psychiatrie stijgt. De toename van het aantal jongeren is het grootst binnen de secundaire afdeling. Het aantal teamleden binnen de secundaire afdeling is daardoor eveneens sterk gegroeid. De opvang binnen de afdeling kinderpsychiatrie gebeurt zowel residentieel als via dagbehandeling. De kleuterafdeling en een afdeling secundair van de psychiatrie situeren zich op de campus Middelheim. Reorganisatie binnen het ziekenhuis leidde tot de verhuis van de lagere afdeling van de school naar het ziekenhuis Hoge Beuken in Hoboken. De secundaire afdeling psychiatrie heeft nog een bijkomende vestigingsplaats in het ziekenhuis Stuivenberg in Antwerpen Noord. De kinderen en jongeren zijn afkomstig uit scholen van de diverse onderwijskoepels. De jongeren uit het secundair komen uit alle richtingen en leerjaren. De laatste jaren verandert de kind- en jongerenpopulatie grondig door de toename van complexe en soms sterk uiteenlopende problematieken. De populatie is afkomstig uit gezinnen met diverse sociale en etnische achtergronden. De school stelt een verhoogde instroom vast van leerlingen uit het buitengewoon onderwijs. In de secundaire afdeling blijken jongeren in toenemende mate louter administratief ingeschreven te zijn in een secundaire school. Sommigen zijn zelfs geruime tijd in geen enkel school meer ingeschreven. De ziekenhuisschool maakt deel uit van de scholengemeenschap ‘Totale zorg op maat Antwerpen’ (TozomaA), waarvan alle stedelijke basisscholen voor buitengewoon onderwijs deel uitmaken. Voor de secundaire afdeling sloot het schoolbestuur een protocol (de intentieverklaring) af met de secundaire scholengemeenschap ‘Leonardo Lyceum’ om de rechten van het team bij boventalligheid en reaffectatie te garanderen. De huidige regelgeving laat de ziekenhuisschool als basisschool met een secundaire afdeling immers niet toe deel uit te maken van deze scholengemeenschap. De natuurlijke afvloeiing van leraren en de toename van het aantal jongeren in de secundaire afdeling leidt tot een sterke verjonging binnen het team. De toenemende complexiteit van de dagelijkse werking en de verschillende vestigingen leiden tot andere organisatiestructuren. De verschillende afdelingen hebben een schakelleraar of een pedagogische coördinator (in de secundaire afdeling) die de werking van de substructuur opvolgen, coachen en indien nodig bijsturen. Deze schakels hebben een essentiële ondersteunende opdracht in de onderwijskundige en organisatorische aansturing van de school. Het opzetten van deze participatieve structuren gebeurt onder impuls van de directeur, die deze school reeds geruime leidt. De inbedding van de school binnen het ziekenhuis maakt dat zij actief participeert aan de overlegstructuren om de samenwerking tussen het onderwijs en de gezondheidszorg zo vlot mogelijk te laten verlopen De herstructurering van de ziekenhuizen tot ZNA vereenvoudigt de afstemming tussen de verschillende betrokkenen niet. Het zoeken naar een evenwicht tussen de verschillende organisaties met eigen cultuur en belangen is geen sinecure.
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
2
Onderwijskundig en onderwijsondersteunend functioneren
2.1
Onderwijskundig functioneren
−5−
Beginsituatie In welke mate slaagt de school erin om te komen tot een relevant totaalbeeld van de beginsituatie van elk kind?
Relevante aspecten waarin de school goed is
– Er zijn duidelijke afspraken en procedures om de beginsituatie van kinderen en jongeren vast te leggen met aandacht voor de verschillende aspecten van de ontwikkeling.
– Bij het bepalen van de beginsituatie voor het onderwijsaanbod vertrekt de ziekenhuisschool van de infor-
matie die ze krijgt vanuit de thuisschool van de leerlingen. De ziekenhuisschool investeert sterk in de samenwerking met thuisscholen. Op deze wijze krijgt de school informatie over de specifieke beginsituatie van het kind of de leerling en over de gebruikte leerboeken en methoden. – De school beschikt over voldoende informatie bij de beeldvorming van de specifieke medische of psychiatrische problematiek van de kinderen of jongeren. De wijze waarop het team deze informatie verzamelt, verschilt tussen de vestigingen en hangt af van de medische problematiek. – Via mondelinge of schriftelijke informatie slaagt de school erin om een duidelijke beginsituatie vast te leggen. In groeiende mate formuleert het team passende zorgvragen op maat van het kind of de leerling. – Voor jongeren die enkel administratief ingeschreven zijn in een school of zelfs geen thuisschool meer hebben, focust de school meer op een algemene beeldvorming van de jongere met het oog op het opnieuw inschakelen in het onderwijs indien mogelijk. Relevante aspecten die de school kan verbeteren
– De inbedding van de school binnen de medische context maakt het niet steeds eenvoudig om noodzakelij-
ke informatie over de kinderen en leerlingen via structureel overleg te verzamelen. Vooral binnen de afdeling psychiatrie verloopt de doorstroming van de informatie niet steeds even optimaal. De interpretatie van ‘het medische beroepsgeheim’ verschilt van zeer strikt tot meer pragmatisch in het voordeel van de patiënten. In de praktijk stroomt de relevante informatie evenwel meestal op een of andere wijze door naar de school doordat alle betrokken partijen op proactieve wijze zoeken naar mogelijkheden. De doorstroming hangt grotendeels samen met het opgebouwde vertrouwen tussen school en ziekenhuis en het creëren van formele en informele overlegstructuren. Toch ontbreken vooralsnog duidelijke afspraken tussen de school en de medische instelling om de doorstroming van relevante gegevens uit het medische dossier te garanderen en tegelijk de vertrouwelijke informatie te beschermen. Het zoeken naar een gepaste convenant tussen onderwijs en het ziekenhuis met een duidelijke medische deontologische code zou de huidige constructieve samenwerking structureel kunnen ondersteunen en versterken. – Binnen pediatrie voor de kortverblijvers bevraagt de ziekenhuisschool de ouders, het kind of de leerling naar specifieke aspecten van de schoolachtergrond. De relevantie van een onderwijsaanbod voor deze kinderen kan in vraag gesteld worden. Daarenboven focust de zorgvraag bij zieke jongeren uit het secundair onderwijs vooral op leergebieden waarin zij reeds zwak presteren. – Sommige teamleden zoeken nog naar het formuleren van gepaste zorgvragen. De veelheid aan geformuleerde zorgvragen is soms weinig realistisch en onhaalbaar binnen de beperkte beschikbare onderwijstijd. Het team stemt in toenemende mate aandacht aan de afstemming tussen de opdracht van het ziekenhuis (via de leefgroep en de therapieën) en de opdracht van onderwijs. Relevante aspecten die de school moet verbeteren
– Niet van toepassing
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
−6−
Doelenfase In welke mate slaagt de school erin om doelen op maat van het kind in overleg te selecteren waarbij er aandacht is voor een harmonische ontwikkeling en een optimale integratie?
Relevante aspecten waarin de school goed is
– De ziekenhuisschool investeert in een doelmatige werking maar de wijze waarop dit gebeurt verschilt. De – – –
–
–
invulling van de doelen loopt sterk uiteen en is afhankelijk van zowel de afdeling, het onderwijsniveau als van de teamleden. Sommige teamleden selecteren doelen op maat van de kinderen of jongeren en concretiseren deze doelen verder op kind- of leerlingniveau. Deze voorbeelden van goede onderwijspraktijk krijgen groeikansen door de openheid binnen het team door te leren van en met elkaar. De heterogeniteit van de schoolpopulatie en de beperkte onderwijstijd per leerling noodzaakt het team om keuzes te maken in de concretisering van het onderwijsaanbod voor de verschillende vakken en leergebieden. De instroom van jongeren uit verschillende onderwijskoepels, verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs en verschillende types en opleidingsvormen van het buitengewoon onderwijs noodzaakt het raadplegen van een ruime waaier aan eindtermen en ontwikkelingsdoelen, leerplannen en onderwijsleerpakketten. Deze diversiteit is zeker voor beginnende teamleden maar ook voor de meer ervaren leraren geen eenvoudige opdracht. In de lagere afdeling focust het team vooral op de leergebieden Nederlands en wiskunde. Het vastleggen van het onderwijsaanbod gebeurt in overleg met de thuisschool. De ziekenhuisschool beschikt over verschillende methoden of baseert zich op de leerboeken van de leerlingen. Voor de andere leergebieden investeert het team in een gefaseerde verkenning van de leerplannen, eindtermen en ontwikkelingsdoelen om tot een gerichte doelenselectie te komen. De meeste teamleden baseren hun onderwijsaanbod op leerboeken en handleidingen van de gebruikte onderwijsleerpakketten van de thuisscholen. De wijze waarop zij bepaalde leerinhouden selecteren verschilt. Overwegend bepaalt de thuisschool van de jongere welke leerinhouden aan bod komen. De relevantie en de haalbaarheid van deze weerhouden leerinhouden stelt het team nog weinig in vraag.
Relevante aspecten die de school kan verbeteren
– Sommige teamleden selecteren doelen enkel vanuit verantwoordingsperspectief waarbij de samenhang
met de beginsituatie, de uitvoering of de evaluatie grotendeels ontbreekt. Anderen maken een doelgerichte doelenselectie die aansluit op de beginsituatie. De veelheid aan geselecteerde doelen maakt de haalbaarheid soms weinig realistisch binnen de beperkte onderwijstijd. – Vooral in de kleuterafdeling van de psychiatrie ontbreekt een duidelijke samenhang tussen de doelenselectie en de vastgelegde beginsituatie en het onderwijsaanbod van de kinderen. – De specifieke onderwijscontext van de ziekenhuisschool met de diversiteit in de populatie noodzaakt de leraren om het onderwijsaanbod gericht af te bakenen. Voor het ogenblik stellen zij zich soms nog weinig proactief op. Overwegend bepaalt de thuisschool vrij exclusief het onderwijsaanbod van de opgenomen leerlingen zowel voor wat betreft het aantal als de inhoud van de leergebieden/vakken. Vaak ligt de focus sterk eenzijdig op het verwerven van leerinhouden. Tevens stelt de ziekenhuisschool de mate waarin het onderwijsaanbod haalbaar en relevant is voor desbetreffende leerling nog weinig in vraag. Voor sommige leerlingen kan, rekening houdend met hun specifieke zorgvraag en de uitgebreidheid van leerplannen of gebruikte leerboeken, het reduceren van het onderwijsaanbod tot de eindtermen noodzakelijk zijn.
Relevante aspecten die de school moet verbeteren
– Niet van toepassing
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
−7−
Voorbereidingsfase In welke mate slaagt de school erin haar onderwijsaanbod op maat van het kind voor te bereiden?
Relevante aspecten waarin de school goed is
– De school beschikt over een sterke planmatige en organisatorische aanpak. De specifieke inbedding bin– – –
– –
– –
nen de ziekenhuiscontext vraagt veel flexibiliteit van de school om haar werking te operationaliseren. Alle afdelingen investeren in een constructieve samenwerking met de verschillende medische afdelingen. De school kiest doelbewust voor participatieve structuren met duidelijke mandaten voor de ‘schakels’ van de verschillende afdelingen die de organisatorische werking ondersteunen en voorbereiden. Dat heeft een gunstig effect op de schoolwerking. De onderwijstijd wordt zo effectief mogelijk aangewend en ingevuld rekening houdend met de specifieke situatie en met de zorgvragen van de kinderen of jongeren. De school speelt soepel in op de onverwachte instroom of uitstroom van leerlingen en wendt haar lestijdenpakket zo optimaal mogelijk aan. De school gaat uit van de diversiteit aan input- en contextgegevens om haar onderwijsaanbod te organiseren. Bij groepsindeling speelt de school in zowel op de diversiteit in het cognitieve aanbod als de verschillen aan interpersoonlijke relaties tussen de kinderen of jongeren. Tevens houdt de school rekening met de verschillen in lerarenstijl binnen het team die kunnen interfereren met de eigenheid van bepaalde kinderen of jongeren. Op schoolniveau verwacht het interne beleid dat de leraren het onderwijsaanbod voorbereiden aan de hand van een aantal functionele planningsdocumenten. De digitalisering van documenten moet de planlast zoveel mogelijk beperken. De meeste teamleden beschikken over functionele planningsdocumenten. Binnen de pediatrie investeert de basisschool in een grondige voorbereiding van het onderwijsaanbod. Deze afdeling heeft een projectmatige werking grondig uitgebouwd vanuit ontwikkelingsdoelen en eindtermen die gerelateerd zijn aan gepaste activiteiten. De leraar selecteert de activiteiten rekening houdend met de beginsituatie van het kind na contact met het medische team. De mate waarin een onderwijsaanbod ook effectief aangewezen is voor kortverblijvers uit de pediatrie, staat los van deze grondige voorbereiding en dient op beleidsniveau geëvalueerd te worden. Voor de langverblijvers uit de pediatrie organiseert de basisschool een gepast aanbod op kindniveau waarbij ze nauw samenwerkt met de thuisschool. Indien mogelijk schakelt de ziekenhuisschool Bed-net1 in, zodat het kind het contact met de thuisschool niet verliest. Binnen de lagere afdeling van de psychiatrie streeft het team naar een sterk geïndividualiseerd leertraject op maat van elke leerling. De diversiteit in het ontwikkelingsniveau en de uiteenlopendheid in cognitieve mogelijkheden bij de verschillende leerlingen maakt deze opdracht niet eenvoudig. Binnen de secundaire afdeling psychiatrie volgt elke leraar een aantal jongeren op, wat de opbouw van een vertrouwensrelatie tussen de verschillende partners bevordert en ondersteunt.
Relevante aspecten die de school kan verbeteren
– Niet alle leraren stellen zich even flexibel op in de overgang naar de digitalisering van de planningsdocumenten.
– In enkele gevallen is een grondige opvolging van de planningsdocumenten noodzakelijk om na te gaan of alle activiteiten in voldoende mate voorbereid zijn of om de haalbaarheid en de functionaliteit van de plannen te bespreken en daar waar nodig bij te sturen.
Relevante aspecten die de school moet verbeteren
– Niet van toepassing
1
Bed-net zorgt ervoor dat landurig en chronisch zieke kinderen of jongeren vanop afstand (thuis of in de ziekenhuisschool) toch naar de eigen school kunnen gaan via internet. Meer informatie via http://www.bednet.be/
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
−8−
Uitvoeringsfase In welke mate slaagt de school erin haar onderwijsaanbod op maat van het kind als een coherent geheel te realiseren?
Relevante aspecten waarin de school goed is
– De meeste teamleden stemmen het onderwijsaanbod zo optimaal mogelijk af op de noden, het leer- en – –
–
–
–
–
–
–
ontwikkelingsniveau van de lerenden en realiseren een sterk geïndividualiseerd onderwijsaanbod. De kwaliteit is hoog waar de teamleden de vooropgestelde doelen operationaliseren. In de uitvoering variëren de meeste teamleden diverse werkvormen binnen de lessen. De leraren integreren ICT vaak als een ondersteunend leermiddel. De school beschikt over een veelheid aan materialen die de meeste leraren gebruiken en gepast inschakelen. Deze materialen circuleren binnen de verschillende afdelingen. De transparantie in uitwisseling kan nog groeien en is nog niet voor alle teamleden even duidelijk. De aanwezigheid van vele nieuwe teamleden maakt deze doorstroming ook niet eenvoudig. De basisschool investeert in projectwerking die zij zowel op klas- als afdelingsniveau concretiseert. Op deze wijze investeert de school doelgericht in de vakoverschrijdende leer- en vakgebieden. Vooral aspecten van de sociaal-emotionele ontwikkeling krijgen binnen de projecten expliciete aandacht. Tevens bevordert de projectwerking op schoolniveau de samenwerking binnen het team. Op klasniveau realiseert de lagere afdeling van de psychiatrie een sterk geïndividualiseerd onderwijsaanbod dat rekening houdt met de specifieke zorgvragen van de kinderen. Vanuit het visualiseren van de structuren, het verhelderen van de activiteiten en het expliciteren van het dagverloop creëren de leraren randvoorwaarden die de kinderen een veilige leeromgeving aanreiken. Het team zoekt naar een evenwichtig aanbod rekening houdend met de beschikbare onderwijstijd. Naast een individueel leertraject voor de cognitieve leergebieden Nederlands en wiskunde zoekt het team naar een passend en haalbaar aanbod wereldoriëntatie, muzische vorming, sociale vaardigheden en leren leren. In de mate van het mogelijke hebben de teamleden aandacht voor de samenhang tussen en binnen de leergebieden. In de afdeling psychiatrie van de secundaire afdeling krijgen de jongeren eveneens een sterk geïndividualiseerd onderwijsaanbod dat meestal voldoende uitgaat van de zorgvragen van de jongeren. Op het cognitieve vlak vertrekt men in de mate van het mogelijke van de vragen van de ' thuisschool'waarbij men zich indien mogelijk niet beperkt tot de vakken van de basisvorming. Ook de vakoverschrijdende eindtermen en ontwikkelingsdoelen komen, hoewel niet altijd op systematische wijze, aan bod. Indien nodig worden structuurbiedende instrumenten ingeschakeld. Klassenraden en andere overlegstructuren bieden reële kansen op overleg tussen teamleden en betrokkenen van het ziekenhuis om de handelingsplanning voortdurend af te stemmen op de noden van de jongere. In de secundaire afdeling van de psychiatrie investeert de school in een projectmatig aanbod voor jongeren zonder buitenschool die schoolmoe zijn of die vanuit de klassenraad daarvoor in aanmerking komen. Deze projectwerking onderbouwt de school vanuit een doordachte visie. De projectwerking vertrekt vanuit geëxpliciteerde doelstellingen waarbij de jongere als actieve participant zijn leerproces opneemt, aanstuurt en evalueert. De uitvoering steunt op een groeiende samenwerking met de therapeutische eenheden van de jongeren. Deze werking optimaliseert het rendement van het onderwijsaanbod binnen de medische setting. Tevens bevordert deze aanpak de samenwerking met de leefgroepen en het leren van en met elkaar een dubbele benaderingscontext van het onderwijs met de gezondheidszorg. De afdeling Middelheim realiseert sinds vorig schooljaar een tuinproject waaraan de basis- en de secundaire afdeling deelnemen. Vanuit een geëxpliciteerde visie en doelstellingen realiseert de school het project wat het actief ervaren en beleven van de natuur voor de kinderen en jongeren mogelijk maakt. De school relateert dit initiatief aan leergebied- en vakoverschrijdend doelen en besteedt op deze wijze eveneens expliciete aandacht aan gezondheid op school. Ondanks de verschillen in de cultuur tussen onderwijs en de gezondheidszorg, is er een sterke samenwerking waarbij het welbevinden van het kind of de jongere centraal staat.
Relevante aspecten die de school kan verbeteren
– De kleuterafdeling van de psychiatrie biedt waardevolle activiteiten die de ontwikkeling van de kinderen
bevorderen maar de uitvoering mist vooralsnog een duidelijke gestructureerde aanpak met een transparan-
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
–
–
–
–
−9−
te operationalisering van ontwikkelingsdoelen op kind- en groepsniveau. Binnen de klasgroepen heerst een aangenaam leef- en leerklimaat dat afgestemd is op de zorgvragen van de kinderen. In de lagere afdeling van de psychiatrie zijn de materiële omstandigheden niet optimaal om een ruimtelijk krachtige leeromgeving te kunnen realiseren. De lokalen zijn te klein rekening houdend met het aantal leerlingen. Het leergebied lichamelijke opvoeding kan binnen de bestaande infrastructuur niet aan bod komen. De constructieve samenwerking met de leefgroepen vangt deze lacune grotendeels op. De afwisseling van cognitieve activiteiten met bewegingsactiviteiten zou het rendement van het onderwijsaanbod bij een aantal kinderen nog kunnen optimaliseren. Voor de secundaire afdeling van de psychiatrie bestaat er voor sommige vakken een discrepantie tussen de verwachtingen van de thuisschool, het gerealiseerde onderwijsaanbod van de ziekenhuisschool en de verwachtingen van de overheid inzake het bereiken of nastreven van eindtermen en ontwikkelingsdoelen. Op vraag van de thuisschool legt een aantal vakleraren de focus sterk eenzijdig op de verwerving van bepaalde leerinhouden terwijl de aandacht voor het verwerven van essentiële vaardigheden en attitudes geen expliciete aandacht krijgen. Er bestaat soms nog enige schroom om het gevraagde onderwijsaanbod van de thuisschool kritisch af te wegen aan de mogelijkheden van de leerling, de leefgroep en de ziekenhuisschool. De wil om leerachterstanden zoveel mogelijk te vermijden en de integratie in de thuisschool zoveel mogelijk kansen op te slagen bieden speelt hierin mee. Het zoeken naar een realistisch en haalbaar evenwicht tussen de vraag van de thuisschool en de mogelijkheden van de lerenden kan het onderwijsaanbod binnen de secundaire afdeling optimaliseren. De secundaire afdeling van de psychiatrie kan structureel geen gepast aanbod aan praktijkvakken realiseren. Vooralsnog exploreert de school de mogelijkheden niet met nabijgelegen secundaire afdelingen met het oog op het realiseren van een beperkt aanbod. De projectwerking biedt voor een aantal jongeren wel mogelijkheden om algemene vaardigheden te ontwikkelen. Binnen het onderwijsaanbod van de school in de pediatrie stelt de inspectie het nut van onderwijs aan de kortverblijvers in vraag. De evolutie van de medische wetenschappen maakt dat veel ziekenhuisopnames tot een minimum beperkt blijven zowel voor de diagnosestelling als voor de meeste medische interventies. Onderwijs aan deze doelgroep van zieke kinderen is weinig relevant ondanks de waardevolle inspanningen die de leraren van de basisschool leveren. De invulling van de onderwijstijd in de secundaire afdeling van de pediatrie gaat te exclusief naar leerinhouden uit vakken waarin de zieke kortverblijvers zwak zijn. Hoewel goedbedoeld, is deze invulling te eenzijdig en misschien niet steeds aangewezen om het genezingsproces te bevorderen.
Relevante aspecten die de school moet verbeteren
– Niet van toepassing Evaluatiefase In welke mate slaagt de school erin om de vorderingen op maat van elk kind te evalueren?
Relevante aspecten waarin de school goed is
– De school organiseert gestructureerd overleg met kindbesprekingen en klassenraden om de ontwikkeling
en de vorderingen van de lerenden te evalueren. – De schoolse vorderingen evalueert de basisschool overwegend met methodegebonden of genormeerde toetsen. Voor de overige aspecten doen de meeste teamleden gerichte klasobservaties die ze tijdens informeel en formeel overleg uitwisselen met de verschillende kindbetrokkenen. Tijdens de kindbesprekingen zijn teamleden vanuit het ziekenhuis aanwezig. Op deze wijze verfijnt het team de specifieke zorgvragen van de kinderen of jongeren en operationaliseert zij deze in doelen en afspraken die leiden tot een handelingsgerichte aanpak. – De secundaire afdeling investeert sterk in de evaluatie van het onderwijsaanbod in overleg met de thuisschool. De verbetering en de toekenning van scores gebeurt door de thuisschool met het oog op een gelijkgerichte evaluatie. – De beoordeling van de projectwerking in de secundaire afdeling gebeurt via permanente evaluatie waarbij de jongeren zelf in toenemende mate de verantwoordelijkheid krijgen van hun leerproces.
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
−10−
Relevante aspecten die de school kan verbeteren
– De ziekenhuisschool heeft geen duidelijke visie op de wijze waarop zij haar onderwijs evalueert. De invulling verschilt afhankelijk van de doelgroep of de afdeling en varieert zelfs op teamniveau.
– De secundaire afdeling stelt zich voor de evaluatie grotendeels als vragende partij op naar de thuisschool.
Deze aanpak is ingegeven vanuit een gegronde bezorgdheid dat de betrokken leerling weer binnen de school van oorsprong opgenomen wordt. Sommige thuisscholen stellen zich weinig flexibel op. Deze houding creëert een spanningsveld voor de ziekenhuisschool die de kans op integratie van de leerling binnen de gewone school zo optimaal mogelijk wil garanderen. – De evaluatiepraktijk op kind- en leerlingniveau verschilt sterk binnen het team. – De ziekenhuisschool heeft geen traditie om op basis van de klassenraad zelf leerlingen te evalueren. Occasioneel neemt een leraar uit de ziekenhuisschool deel aan een klassenraad van de thuisschool. Voor de beoordeling van de leerlingen baseert de thuisschool zich grotendeels op de productevaluatie van de examens. Overwegend informeert de schakel of de pedagogische coördinator tijdens diverse overlegmomenten de thuisschool over het leervorderingen van het kind of de jongere. Toch beperkt op dit moment de evaluatie op leerlingniveau zich grotendeels exclusief tot een productevaluatie die gebeurt op basis van de deelname aan de examens van de thuisschool. Relevante aspecten die de school moet verbeteren
– Niet van toepassing
2.2
Onderwijsondersteunend functioneren
In welke mate ondersteunen de gezamenlijke doelgerichtheid, het interne leiderschap, de communicatie- en overlegmogelijkheden en de professionele ontwikkeling van de teamleden het realiseren van het onderwijskundige doel?
Relevante aspecten waarin de school goed is
– De ziekenhuisschool beschikt over een sterk beleidsvoerend vermogen. Vanuit een duidelijke visie vult –
– –
– –
zij haar maatschappelijke en onderwijskundige opdracht in om kwaliteitsvol onderwijs aan te reiken aan de kinderen en de jongeren. Het intern beleid evolueerde vanuit een sterk sturend leiderschap naar een participatief beleid met gedeelde verantwoordelijkheden, duidelijke taakafspraken en geregeld overleg. De schakels nemen het gedeeld leiderschap op binnen een afdeling of entiteit. Zij hebben een duidelijke coördinerende functie tussen de verschillende participanten die zeker voor beginnende leraren drempelverlagend is. De ervaring en het beschikken over sterke communicatieve en coachende vaardigheden zijn essentieel voor de uitvoering van de schakelopdracht. Binnen de verschillende entiteiten participeren de leraren om het onderwijsaanbod te concretiseren vanuit de eigenheid van de verschillende doelgroepen. De ziekenhuisschool expliciteerde haar visie zowel voor haar onderwijsopdracht binnen de psychiatrie als de pediatrie en concretiseert die in haar werking. Binnen het team heerst samenhorigheid en gelijkgerichtheid met een sterke betrokkenheid op de kinderen en de jongeren. De grote instroom van nieuwe teamleden, vaak beginnende leraren leidt tot de ontwikkeling van systematische coaching en opvolging van deze nieuwkomers. Tevens beschikt de school over een overzichtelijk naslagwerk dat de essentiële informatie rond de organisatorische en onderwijskundige werking van de school bevat. De school heeft een intensieve samenwerking met een ervaren CLB-anker. De CLB-medewerker coacht en verheldert handelingsgericht de zorgvragen op kind- en leerlingniveau wat de nieuwe leraren als ondersteunend ervaren. Deze inbreng verhoogt de handelingsbekwaamheid van beginnende leraren. Het intern beleid ondersteunt nieuwe initiatieven binnen het team. Het innovatief vermogen krijgt bottomup kansen om dingen te laten groeien vanuit de basis. Tevens krijgen de leraren stimulansen om te reflecteren over de schoolwerking en het eigen functioneren op school. Via functionerings- en coachingsgesprekken optimaliseert de ziekenhuisschool haar professionaliteit. Tevens stimuleert zij teamleden in hun professionele ontwikkeling door het volgen van voortgezette opleidingen of specifieke nascholingen.
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
−11−
– Rekening houdend met de beschikbaarheid werft de ziekenhuisschool leraren aan die aansluiten bij de
specifieke schoolcultuur. Tevens investeert zij proactief in het ontwikkelen van de specifieke competenties van leraren voor het werken in de psychiatrie. – De inbedding van de school binnen een medische omgeving met een eigen benaderingswijze en werking is niet steeds eenvoudig. Op proactieve wijze investeert het team in netwerking om via overleg te zoeken naar mogelijkheden. Op het operationeel niveau slagen de leraren overwegend in een positieve samenwerking met de diverse betrokkenen uit de medische setting. De samenwerking blijft vooralsnog een sterke persoonsgebonden aangelegenheid, die soms staat of valt met de compatibiliteit en de flexibiliteit van de verschillende betrokkenen. – Het team levert inspanningen om in de communicatie met externen de integratie van kinderen en jongeren te ondersteunen. Met de ouders van kinderen en jongeren uit de pediatrie heeft de school meestal een rechtstreeks contact. – De ziekenhuisschool neemt overwegend zelf contact op met verschillende onderwijsverstrekkers om haar werking te verduidelijken en om de samenwerking te optimaliseren. Overleg over het onderwijsaanbod en de vorderingen van individuele kinderen en jongeren met de thuisscholen gebeurt op initiatief van de ziekenhuisschool. De samenwerking en het doorgeven van informatie verloopt vlot maar is grotendeels afhankelijk van de bereidheid van de thuisschool. De school werkt samen met het begeleidend CLB in een brugfunctie voor de ondersteuning van zieke kinderen en jongeren buiten en zelfs binnen de ziekenhuissetting onder meer bij het opstarten van tijdelijk onderwijs aan huis (TOAH) en Bed-net. Relevante aspecten die de school kan verbeteren
– De ziekenhuisschool informeert de ouders van de kinderen en de jongeren uit de psychiatrie overwegend
indirect via de begeleiders vanuit het ziekenhuis omdat het ziekenhuis rechtstreeks contact met de ouders niet apprecieert. Toch zijn er in de praktijk grote verschillen. De diversiteit hangt grotendeels samen met het wederzijds vertrouwen en het respecteren van de inhoudelijke afspraken. De verschillen situeren zich vooral in de andere cultuur binnen beide organisaties (school versus ziekenhuis). – De moeilijkheden in de doorstroming van informatie stellen zich eveneens voor aspecten die de medische cultuur onder de noemer van ‘medisch beroepsgeheim’ plaatst. In de praktijk slagen de verschillende betrokkenen er evenwel in om essentiële informatie te laten doorstromen zodat de leraren meestal over voldoende informatie beschikken over de vaak complexe zorgvragen van de kinderen en jongeren waarmee ze bij de invulling van het onderwijsaanbod rekening houden. – De strikte toepassing van de regelgeving van onderwijs en de gezondheidszorg leidt op beleidsniveau sporadisch tot kortsluitingen. Een passend evenwicht op beleidsniveau, waarbij de school en het ziekenhuis op constructieve wijze zoeken naar passende oplossingen, is noodzakelijk. De specifieke werkcontext en de specifieke zorgvragen van de kinderen en leerlingen vragen om een flexibele toepassing van de regelgeving. Het vastleggen van afspraken en procedures in een convenant of afsprakennota die voor beide partijen geldt, kan de samenwerking bevorderen. Tevens biedt het geregeld structureel beleidsoverleg mogelijkheden om gezamenlijke denkpistes te verkennen, afspraken te verhelderen en de samenwerking toekomstgericht te bevorderen.
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
3
Beoordeling van de onderwijskwaliteit
3.1
Relevante aspecten waarin de school goed is
−12−
– De ziekenhuisschool verzamelt op systematische wijze de relevante gegevens om de beginsituatie van de
–
– –
–
–
3.2
kinderen en jongeren in kaart te brengen. Voor leerlingen die geruime tijd binnen de ziekenhuisschool ingeschreven zijn, is er overwegend een constructieve samenwerking met de thuisschool. De school heeft hierbij nog weinig traditie om de haalbaarheid van bepaalde leerinhouden in een constructieve dialoog in vraag te stellen. Het sterke beleidsvoerend vermogen van de school ondersteunt de organisatorische en onderwijskundige werking met duidelijke afspraken en procedures. Systematische opvolging en functioneringsgesprekken zorgen ervoor dat het intern beleid voeling houdt met de onderwijspraktijk. De participatieve structuren opgenomen door de schakels ondersteunen de leraren bij de operationalisering van het onderwijs. Beginnende leraren beschikken over naslagdocumenten die alle aspecten van de school- en klaswerking verduidelijken. Coaching en intervisie bieden het team vele kansen om van en met elkaar te leren. De meeste leraren bereiden het onderwijsaanbod grondig voor met functionele planningsdocumenten. De diversiteit in de beginsituatie van de kinderen en jongeren vraagt een sterk geïndividualiseerde planning en voorbereiding. De veranderende instroom van probleemjongeren binnen de psychiatrie leidt tot een grondige herziening van het onderwijsaanbod binnen de secundaire afdeling. Via een projectmatig onderwijsaanbod doorbreken een groeiend aantal teamleden het vakkengericht onderwijs. Het expliciteren van de doelstellingen in overleg met of door de jongeren stimuleert deze jongeren om de verantwoordelijkheid van het leerproces zelf weer op te nemen. Dit voorbeeld van goede onderwijspraktijk bevordert eveneens de constructieve samenwerking vanuit de medische setting, wat een positieve impact heeft op de totale werking van deze afdeling. Het intern beleid stimuleert innovatieve processen. Zo bevorderen de waardevolle initiatieven zoals de projectwerking en de concretisering van het tuinproject het samen school maken voor alle participanten. Deze innovatieve processen bevorderen het gezamenlijk reflecteren over onderwijzen en het voeren van een bewuster gezondheidsbeleid binnen de schoolse setting. Ondanks de verschillen op beleidsniveau, soms ingegeven door de strikte toepassing van de regelgeving, realiseert de school in overleg met het ziekenhuis een krachtige leeromgeving. Alle betrokkenen gaan respectvol om met de kinderen en jongeren. Vanuit een gelijkgerichte aanpak maar vanuit de verschillende invalshoeken krijgen de kinderen en jongeren kansen om hun leer- en ontwikkelingsproces zo optimaal mogelijk weer op gang te brengen. Relevante aspecten die de school kan verbeteren: aanbevelingen
– Het beroepsgeheim respecteren maar daarnaast voorzien in een voldoende formele doorstroming van –
– –
–
essentiële informatie over de kinderen of jongeren om handelingsgericht te kunnen werken en in een gepast onderwijsaanbod te kunnen voorzien. Rekening houdend met de specifieke noden van kinderen en leerlingen het onderwijsaanbod in de eerste plaats op het decretaal verplichte referentiekader van eindtermen en ontwikkelingsdoelen richten. De selectie van doelen via eindtermen, ontwikkelingsdoelen en leerplannen kan de ziekenhuisschool aangrijpen als een middel om het onderwijsaanbod af te bakenen op maat van de zorgvragen van de kinderen en de leerlingen. Op schoolniveau de effectiviteit van het onderwijsaanbod optimaliseren via het expliciteren van een duidelijke visie omtrent de verwachtingen, de procedure en de inhoudelijke invulling van de evaluatie. De voeling van de thuisschool met de specifieke zorgvragen van de leerlingen verhogen en de thuisscholen ondersteunen om meer inzicht te krijgen op de (on)haalbaarheid van het verwerven van bepaalde leerinhouden, vaardigheden en attitudes via de deelname van leraren aan de klassenraden in de thuisschool van kinderen en leerlingen. Op deze wijze kan de ziekenhuisschool het afgelegde leertraject van de leerlingen als procesevaluatie inbrengen in de thuisschool. Zoeken naar meer evenwicht om de verschillen in cultuur tussen onderwijs en de medische context te optimaliseren. Meer evenwicht leidt tot meer samenwerking en dat komt de ondersteuning van kinderen en jongeren enkel maar ten goede.
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
3.3
Relevante aspecten die de school moet verbeteren: tekorten
– Niet van toepassing
−13−
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
4
Risicobeheersingsbeleid
4.1
Toelichting
−14−
De inspectie heeft een signaalfunctie voor de scholen in het kader van een dynamisch risicobeheersingsbeleid. Zij steunt hierbij op artikel 7 § 4 van het Besluit van de Vlaamse Regering:1 “De inspectie zal een marginale controle uitoefenen op de voorwaarden inzake hygiëne, veiligheid en bewoonbaarheid. Tevens zal zij onderzoeken of de materieel bevoegde overheden geen tekortkomingen hebben vastgesteld en of alle wettelijk vereiste veiligheidsattesten zijn afgeleverd.” Aan de hand van de dynamische inspectie-index zijn volgende vier indicatoren onderzocht: 1 De organisatie van het veiligheids- en welzijnsbeleid 2 De bewoonbaarheid van de schoolinfrastructuur 3 De veiligheid van de leer- en werkomgeving 4 Hygiëne, gezondheid en milieuzorg Iedere indicator wordt gedekt door een aantal variabelen. In de bijlage van dit verslag wordt elke variabele gewaardeerd op een schaal van 0 tot en met 4. 4.2
Aanbevelingen en tekorten risicobeheersingsbeleid
Om het risicobeheersingsbeleid te optimaliseren kan de school:
– In de vestiging “Het Spoor” in de Lange Beeldekensstraat de kopieermachine verwijderen uit het lokaal waarin de school activiteiten voor de jongeren organiseert.
– In de vestiging “Hoge Beuken” naar een oplossing zoeken voor de te kleine lokalen. – Zoeken naar veilige en gepaste buitenspeelmogelijkheden voor de leerlingen van de lagere afdeling in de vestiging van de Hoge Beuken.
De school dient de volgende maatregelen te integreren in het beleidsplan en verbeteracties op te nemen in het jaaractieplan:
– Zoeken naar een permanente oplossing voor de leslokalen in de vestigingsplaats “Het Spoor” Lange
Beeldekenstraat Antwerpen door het aanreiken van een aangename en attractieve leef- en leeromgeving voor de opvang van de jongeren uit de secundaire afdeling psychiatrie.
De school moet maatregelen nemen om de volgende tekorten weg te werken:
– De leslokalen in de vestigingsplaats “Het Spoor” Lange Beeldekenstraat Antwerpen zijn niet conform aan de vereisten op het gebied van de bewoonbaarheid en leefbaarheid (comforteisen). De lokalen in de kelderverdieping vertonen vochtplekken en op één lokaal na is er geen direct daglicht.
1
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de wijze waarop sommige bevoegdheden van de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap worden uitgevoerd (02.02.1999)
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
5
Andere wettelijke bepalingen
5.1
Onderwijsleermiddelen en schooluitrusting
−15−
– De school beschikt over voldoende onderwijsleermiddelen en over een aangepaste schooluitrusting om de ontwikkelingsdoelen na te streven en de eindtermen te realiseren.
5.2
Wettelijke bepalingen
Voor zover de inspectie bij de controle van een aantal documenten heeft kunnen vaststellen, wordt de schooladministratie op een correcte manier bijgehouden en afgehandeld. De school leeft de wettelijke bepalingen na. 5.3
Aanbevelingen en tekorten naleving andere wettelijke bepalingen
Aanbevelingen
– De rechten van het team van de secundaire afdeling verder garanderen met het protocol met de secundaire scholen ‘Leonardo Lyceum’ aangezien een passende regelgeving voor deze specifieke situatie in de ziekenhuisscholen vooralsnog ontbreekt. – De naleving van de wettelijke bepalingen verbeteren door bij de interpretatie van de regelgeving rekening te houden met de specifieke context binnen het ziekenhuis. Door haar werking hierop af te stemmen en het onderwijsaanbod zo optimaal mogelijk te laten aansluiten bij de specifieke zorgvragen van de kinderen en jongeren, kan de ziekenhuisschool nog betere resultaten boeken. Tekorten
– Niet van toepassing
−16−
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
6
Conclusies en advies
6.1
Conclusies
– Het onderwijskundig en het onderwijsondersteunend functioneren in deze school voldoen. – Het risicobeheersingsbeleid in deze school voldoet niet. De leslokalen in de vestigingsplaats “Het Spoor” Lange Beeldekenstraat Antwerpen zijn niet conform aan de vereisten op het gebied van de bewoonbaarheid en leefbaarheid (comforteisen). De lokalen in de kelderverdieping vertonen vochtplekken en op één lokaal na is er geen direct daglicht. – De naleving van de andere wettelijke bepalingen in deze school voldoet. 6.2
Advies
In uitvoering van het Decreet van 17 juli 1991, inzonderheid het artikel 5, alsmede in uitvoering van het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de wijze waarop sommige bevoegdheden van de onderwijsinspectie van de Vlaamse gemeenschap worden uitgevoerd van 2 februari 1999, artikel 10, wordt een gunstig advies voor het schooljaar 2008-2009 uitgebracht voor verdere erkenning en subsidiëring. Vanaf 1 september 2009 moet de school kunnen aantonen dat het materieel tekort, dat in de conclusie wordt vermeld, is weggewerkt. Het verslag van deze controle maakt integraal deel uit van dit schooldoorlichtingsverslag. De onderwijsinspectie
Ilse De Volder Inspecteur-verslaggever Datum van bespreking van het ontwerpverslag met het schoolbestuur en de directie: 5 november 2008 Datum van verzending aan het schoolbestuur en de directie:
Voor kennisneming: De directie
Het schoolbestuur
Naam: Nicole Verryken Datum:
Naam en functie: Datum:
SDL0809/5/001: Lindendreef 1, 2020 Antwerpen
−17−
Het ondertekende verslag moet binnen de dertig kalenderdagen na ontvangst teruggezonden worden aan de inspecteur-generaal basisonderwijs, H. Consciencegebouw 2B10, Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel. Het schoolbestuur kan op- of aanmerkingen formuleren na kennisneming van dit verslag en als bijlage meezenden.
Vak bestemd voor het secretariaat van de onderwijsinspectie Datum ontvangst