Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bloemendaal. Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal

1

Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bloemendaal Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal

Colofon Auteur: WZNH - Willy Meekes Met bijdragen van: Jef Mühren, Jacob Ouderkerken en Nico Zimmermann Uitgave: WZNH Alkmaar, april 2014

2

Basisontwerp DesignArbeid Implementatie Flores Automatisering

Voor u ligt het jaarverslag 2014 van de Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal.

In het jaarverslag wordt in het eerste hoofdstuk aandacht besteed aan een aantal algemene ontwikkelingen op het terrein van ruimtelijke kwaliteit. In hoofdstuk twee worden voorbeelden getoond van plannen waaraan een bijdrage is geleverd om zo zicht te bieden op het effect van het gemeentelijk beleid en op de ambities van de inwoners van de gemeente. Niet alleen bouwplannen die zich door hun omvang of publieke betekenis onderscheiden, maar ook minder prominente bouwplannen kunnen rekenen op de aandacht van de commissie. In de voorbeelden die in dit jaarverslag voorbij komen wordt vooral aandacht besteed aan die plannen waarbij de commissie in staat is gebleken een constructieve bijdrage te leveren aan de kwaliteit van het plan. In het jaarverslag is verder de samenstelling en werkwijze van de commissie beschreven. Tot slot zijn enkele conclusies en aanbevelingen geformuleerd. In de bijlagen is een overzicht met statistische gegevens opgenomen en een verslag van het jaarlijkse evaluatiegesprek met de portefeuillehouder.

Mocht de gemeenteraad hieraan behoefte hebben dan is de commissie bereid het jaarverslag mondeling toe te lichten. De commissie heeft dit jaarverslag met plezier geschreven en hoopt dat u het met interesse zult lezen, ondertussen verheugen wij ons op voortzetting van onze adviestaak in 2015. drs. ing. Jef Mühren, directeur WZNH mr. Jacob Ouderkerken, voorzitter Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal

3

Voorwoord

Naast dit jaarverslag bestaat er de mogelijkheid om de openbare vergadering van de commissie bij te wonen. Dit is wellicht de beste manier om inzicht te krijgen in het advieswerk. Met aanvragers aan tafel worden plannen in alle openheid besproken en niet zelden gaan bezoekers tevreden en met een beter plan naar huis.


Deze commissie heeft opdracht gekregen van het gemeentebestuur van de gemeente Bloemendaal om mee te werken en bij te dragen aan de ruimtelijke kwaliteit van de leefomgeving. Ieder jaar doet de commissie verslag van de uitvoering van deze opdracht. Niet alleen omdat dit op grond van de woningwet wordt verlangd, maar ook en vooral omdat het de kans biedt deze culturele opdracht in een jaaroverzicht nog eens nader te belichten. De gemeenteraad en andere betrokkenen kunnen zo kennis nemen van de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan het ruimtelijk- en cultuurhistorisch kwaliteitsbeleid van de gemeente.

Is 2014 het jaar van economisch herstel, zij het broos? Afgemeten aan het aantal en type nieuwe bouwaanvragen in het westelijk deel van het land in elk geval wel. Na een jarenlange daling van de aantallen verleende bouwvergunningen is er nu in veel gemeenten weer sprake van een toename. Zo ook in Bloemendaal. De commissie vindt het verheugend te merken dat dat samen gaat met een op veel plekken weer toenemende belangstelling voor de kwaliteit van de opgave. Juist in een periode waarin groei niet meer vanzelfsprekend is, de economie en de waarde van vastgoed onder druk staan kan ruimtelijke kwaliteit de doorslag geven. Door ruimtelijke kwaliteit in een vroeg stadium agendapunt te maken kan het veel eenvoudiger bij de planontwikkeling worden meegenomen.

Economisch belang Ruimtelijke- en cultuurhistorische kwaliteit is van groot economisch belang: de waarde van bouwwerken wordt bepaald door de kwaliteit van het gebouw en door de omgeving ervan; bedrijven vestigen zich niet alleen op basis van logistieke voorkeuren, maar ook waar het personeel graag wil wonen. Een aantrekkelijke en goed verzorgde leefomgeving is van belang voor het welbevinden van de inwoners. De kwaliteitsstandaard in de kernen en het landschap is hoog. Dit is niet vanzelf zo gekomen maar is de resultante van langjarig zorgvuldig bouwen en inrichten. Daar krijgt de Nederlandse stedenbouwkundige en architectonische traditie internationale erkenning voor en daar kunnen we best trots op zijn. De gemeenten hebben in de afgelopen decennia hierbij steeds het voortouw genomen. De komende tijd ligt het accent naar alle waarschijnlijkheid meer bij de initiatiefnemer zelf en dat is een goede zaak. Ruimtelijke kwaliteit ontstaat vanzelf en is niet slechts de optelsom van individuele belangen. Bij het organiseren van het publieke belang kan de lokale overheid niet om haar regierol heen. Die regierol zal echter minder sturend en toetsend en meer begeleidend en faciliterend zijn.

Deregulering is hierbij geen doel op zich maar een middel om processen vlotter te laten verlopen zonder alle zicht op zekerheden onnodig te verliezen. De wet biedt sinds 2003 de mogelijkheid van het aanwijzen van welstandsvrije gebieden. In het begin werd hier niet of slechts mondjesmaat gebruik van gemaakt. De laatste jaren zijn er verschillende gemeenten die een of meer welstandsvrije gebieden binnen de gemeentegrenzen hebben aangewezen. In Noord Holland is alleen de gemeente Beverwijk geheel welstandsvrij. Gemeenten als Castricum en Hollands Kroon hebben delen van de naoorlogse woningvoorraad en bedrijventerreinen welstandsvrij gemaakt. In Zaanstad is een proef met vier wijken. Bij deze gemeente worden de effecten hiervan de komende jaren heel nauwkeurig gevolgd. In Bloemendaal is het Bloemendaalse strand aangewezen als welstandsvrij gebied. Het laatste jaar lijkt er sprake te zijn van een ommekeer. Er zijn gemeenten die experimenteren met andere vormen van welstandsbeleid (bijvoorbeeld bewonerswelstand in Eindhoven) er zijn ook gemeenten die op hun schreden terugkeren en welstandsbeleid weer invoeren (bijvoorbeeld Vlissingen). Veel gemeenteraden in Noord- Holland hebben de afgelopen periode brede discussies gevoerd over de noodzaak om beleid te voeren op het terrein van ruimtelijke kwaliteit. Geruststellend is dat de meeste gemeenten veel belang blijken te hechten aan goede ruimtelijke kwaliteit en heel bewust en zelfbewust beleid hierover vaststellen. Begin november 2014 heeft de rijksoverheid de mogelijkheden voor vergunning vrij bouwen verruimd. Meer dan de helft van de kleinere bouwinitiatieven als dakkapellen, aanbouwen en bijgebouwen naast en

4

1. Inleiding

Deregulering

achter de woning zijn inmiddels zonder vergunning van de gemeente te realiseren. Kanttekening is dat het zowel voor burgers als voor de gemeente niet eenvoudiger is geworden om te achterhalen wanneer er nog wel vergunning nodig is.

Het wetsvoorstel Omgevingswet is eind 2014 door de Tweede Kamer behandeld. Niet minder dan een revolutie in de ruimtelijke ordening is op handen. Hoewel invoering van de wet pas wordt verwacht in 2018 wekt het wetsvoorstel nu al de nodige beroering. WZNH draagt actief bij aan de nieuwe ontwikkeling, zowel door beïnvloeding bij de totstandkoming van de wet, als door actieve informatievoorziening naar de gemeenten die bij ons zijn aangesloten. De nieuwe omgevingswet is erop gericht al het omgeving gerelateerde recht te bundelen in één wet. De Omgevingswet integreert de gebiedsgerichte onderdelen van de huidige wetten in één wet met één samenhangend stelsel van planning, besluitvorming en procedures. Dit moet leiden tot betere mogelijkheden voor integraal beleid, tot een betere bruikbaarheid en substantiële vereenvoudiging van het omgevingsrecht. De welstandsnota en de bestemmingsplannen zullen als aparte instrumenten (en weigeringsgronden) verdwijnen. Daarvoor in de plaats komt het ‘Omgevingsplan’ waarin de bestaande instrumenten op een moderne manier worden ondergebracht. De nieuwe instrumenten voor ruimtelijke kwaliteit moeten bijdragen aan een goede inrichting van onze leefomgeving. Niet door deze met regels dicht te timmeren, maar door initiatieven vanuit de samenleving actief en constructief te faciliteren. Uitnodigingsplanologie wordt dat genoemd. Het nieuwe kernbegrip in de omgevingswet luidt ‘goede omgevingskwaliteit’. De nieuwe regels zullen niet meer in allerlei plannen, beleidsnota’s en regels worden vastgelegd in papieren documenten, maar zullen in een digitale kaartstructuur op kadastraal perceel niveau raadpleegbaar worden gemaakt. Gemeenten zullen, hiertoe ondersteund door de rijksoverheid, voorbereidingen moeten treffen om voor digitaliseringsoperatie klaar te zijn. De wetswijziging betekent ook een cultuurverandering van een regelende en gebiedende overheid, naar een servicegerichte en kader scheppende overheid die initiatiefnemers ondersteunt waar het kan. WZNH onderschrijft de noodzaak van flexibiliteit en meer bestuurlijke afwegingsruimte. Het wetsvoorstel voor de Omgevingswet lijkt die ruimte voor maatwerk te bieden, hoewel er bij de implementatie nog flink gezocht moet worden naar de juiste balans tussen vrijheid en rechtsbescherming. Gemeenten krijgen meer afwegingsruimte om maatwerk te faciliteren. Meer lokale afwegingsruimte betekent echter ook een grotere onzekerheid voor burgers. Een overheid die aan de ene burger ruimte biedt zal ook aan de andere burger moeten uitleggen dat diezelfde vrijheid niet altijd ook voor hem of haar is weggelegd. Grotere vrijheid voor de een, geringere rechtszekerheid voor de ander, dat kan bijna niet anders. In dat speelveld zal het (ook voor burgers) steeds belangrijker worden dat besluiten deugdelijk en belangeloos worden gemotiveerd, en publieke en private belangen zorgvuldig op elkaar worden afgestemd. Voor die toekomstige taak staan onze commissieleden klaar.

Planologie en stedenbouw

5

Uitnodigingsplanologie betekent niet dat de overheid geen rol meer heeft. Bij uitnodigingsplanologie komt het accent meer te liggen op vooroverleg en vroegtijdige begeleiding van particuliere initiatiefnemers. Bij uitnodigingsplanologie is begeleiding en beoordeling van een initiatief door een neutraal (dat wil zeggen niet eenzijdig aan initiatiefnemer of bestuurslichaam gebonden) en multidisciplinair team van deskundigen (uw


De nieuwe Omgevingswet

commissie!), een onmisbaar element. Deze schakel van ‘deskundig gezond verstand’ kan de planvorming efficiënter en samenhangender maken en kan soms eenvoudige en betere oplossingen opleveren waar de partijen zelf niet aan denken. Begeleiding en beoordeling is met name van belang bij afwijkingsactiviteiten, maatwerkconstructies en plannen met grote betekenis voor de omgevingskwaliteit (en dat kunnen soms ook kleine ingrepen zijn). De multidisciplinaire advisering verhoogt de kwaliteit van de besluitvorming en schept draagvlak, doordat het de basis legt voor bestuurlijke afweging en de motivering van besluiten. Het ministerie propageert dat, vooruitlopend op de nieuwe wet, gemeenten nu al ‘eenvoudig beter’ kunnen gaan werken onder andere door gemeentelijke instrumenten als structuurvisie, beleidsplannen, bestemmingsplannen, welstandsnota’s en het monumenten- of erfgoedbeleid meer op elkaar af te stemmen.

Ambtelijke afhandeling kleine plannen Sinds begin 2013 is in het Besluit omgevingsrecht (Bor) opgenomen dat het College van B&W mag bepalen voor welke advisering de door de raad benoemde onafhankelijke adviescommissie wordt ingeschakeld. In de meeste gemeenten worden de minder omstreden, kleine bouwplannen voor zover ze geen twijfel oproepen afgehandeld door een daartoe aangewezen ambtenaar.

Gemeentelijk Erfgoedbeleid In de welstandsnota van Bloemendaal is een beoordelingskader voor advisering omtrent bouwplannen voor monumenten opgenomen. Uitgangspunt voor de beoordeling is het behoud van het karakter van het huidige monument als optelsom van ontwerp, hoofdvorm, gebruik, materiaal, uitvoering en details. Daarbij is ook de verhouding van het plan in relatie tot zijn omgeving van belang.

Gemeentelijk Ruimtelijk beleid

6

Bloemendaal staat bekend om zijn goede ruimtelijke kwaliteit. Bij alle ontwikkelingen en veranderingen zal kritisch gekeken moeten worden of deze een verbetering zijn van de ruimtelijke kwaliteit. De structuurvisie Bloemendaal geeft, tot en met 2023 richting aan de ruimtelijke ontwikkeling.

In dit hoofdstuk gaan wij in op  Het effect van welstand  Monumentenadvisering  Adviezen kwaliteitsteams

Het toetsen van een aanvraag voor een Omgevingsvergunning vindt plaats op basis van een beperkt aantal in de Woningwet genoemde toetsingsgrondslagen. Toetsing aan redelijke eisen van welstand door een onafhankelijke adviescommissie is daar één van. Het advies hierover heeft betrekking op de passendheid van een bouwwerk in zijn omgeving. Aan dit advies wordt de wettelijke eis gesteld dat het gebaseerd moet zijn op de gemeentelijke welstandsnota waarin de beoordelingscriteria voor bouwplannen gebiedsgericht zijn vastgelegd. Deze criteria hebben een algemeen generiek karakter, vaak is (deskundige) interpretatie nodig, gelet op de specifieke situatie ter plaatse. Daarbij speelt zichtbaarheid vanuit de openbare ruimte een doorslaggevende rol. Hoe minder de zichtbaarheid vanuit de publieke openbare ruimte, hoe terughoudender de commissie zich opstelt. De ervaring leert bovendien dat vroege inzet in het kader van vooroverleg veel betere resultaten oplevert omdat initiatiefnemers de inbreng van de commissie dan nog goed kunnen gebruiken. Een paar plannen worden kort toegelicht.

Er is collegiaal overleg geweest over de herontwikkeling van de Vijverwegkerk, aanwezig waren de stedenbouwkundige van de gemeente, de architect en de project ontwikkelaars. De kerk, een vierkant, gesloten volume zal vanwege afnemende aantallen gemeenteleden en inkomsten worden gesloopt. Na een uitgebreid vooronderzoek, in samenspraak met de omwonenden (door middel van een enquête) en de gemeente zelf is er gekozen voor een appartementencomplex van drie bouwlagen. Het ontwerp zal een sterke relatie krijgen met het naastgelegen landgoed Hartenlust en omringd worden door groenvoorzieningen. Tevens zal het nieuwe volume parallel aan de karakteristieke oprijlaan van villa Hartenlust worden gelegd. De commissie is in afwachting van het definitieve ontwerp.

Impressie project Vijverweg

Bijweglaan te Bennebroek Bij een twee-onder-een-kapwoning aan de Bijweglaan te Bennebroek, gelegen op de hoek met de Herenweg, wordt, onder andere het vergroten van de dakkapel aan de voorzijde aangevraagd: van een twee- naar een vierdelige dakkapel. De huidige dakkapel ligt tegen de dakkapel van de belendende woning aan. Door de aanpassing (vergroting ) zal de eenheid van het bouwblokje verloren gaan maar na enig overleg is er voor een passende oplossing gekozen. In het voordakvlak wordt een extra dakkapel geplaatst die qua grootte aansluit op de bestaande dakkapellen in het dakvlak.

7

2. Beleid en adviezen

Vijverwegkerk te Bloemendaal


 Het effect van welstand

Bestaande bouwblokje

De linker woning voorzien van twee dakkapellen

Invulling hoeklocatie Vogelenzangseweg / Graaf Willemlaan De commissie wordt om advies gevraagd over een klein stedenbouwkundig plan In Vogelenzang. Het betreft een hoeklocatie bij de noordelijke entree van Vogelenzang waar drie woningen worden gerealiseerd, ieder met een eigen signatuur. De woningen aan de Vogelenzangseweg worden waarschijnlijk uitgevoerd met een zadeldak en de woning aan de Graaf Willemlaan zal in de cottage stijl worden uitgevoerd met een samengesteld en getoogd dak. Na het bespreken van een aantal schetsen is de commissie van mening dat het ontwerp voor de hoekkavel een meer markante uitstraling mag krijgen, en alzijdig, georiënteerd op beide straten. Het ontwerp dat voor de woning aan de Graaf Willemlaan in een later stadium aan de commissie is voorgelegd bestaat inderdaad uit een woning met een samengestelde plattegrond en een hoge, getoogde dakvorm. Het ontwerp voor de hoekkavel is nog niet aan de commissie voorgelegd.

Stedenbouwkundig ontwerp hoeklocatie Vogelenzangseweg / Graaf Willemlaan

 Monumentenadviezen De Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal heeft 47 geïntegreerde adviezen gegeven, dat wil zeggen adviezen voor beschermde monumenten waarbij tegelijkertijd zowel een monumentenadvies als een welstandsadvies wordt gegeven. De monumentenbeoordeling richt zich op de zorgvuldigheid van de ingreep op drie niveaus. In de eerste plaats de inpassing van een object of structuur in de landschappelijke of stedenbouwkundige omgeving. Vervolgens het ontwerp, de structuur en de historische karakteristieken van het bestaande gebouw en tenslotte de toepassingen van materialen en constructies en de uitwerking van de details. Exemplarisch voor de advisering omtrent monumenten zijn de volgende aanvragen.

Ned. Hervormde Kerk in Bennebroek

8

De commissie is betrokken geweest bij het funderingsherstel van de Ned. Hervormde Kerk aan de Binnenweg, een Rijksmonument, gebouwd ca. 1679. Tijdens het plegen van onderhoud aan het kerk werd geconstateerd dat de

Ned. Hervormde Kerk te Bennebruik

St. Luciaklooster in Bennebroek In het hart van de dorpskern Bennebroek ligt het vm. St. Luciaklooster uitgevoerd in een fraai ingetogen variant op de neogotiek. Kenmerkend voor het gebouw is het daklandschap met de verspreid liggende topgevels en karakteristieke dakkapellen voorzien van leien zadeldaken, zinken pirons, beschot, windveren en tweeruits ramen met vierruits bovenlichten. In dit gemeentelijk monument worden zeven grondgebonden herenhuizen en tien appartementen gerealiseerd. Door het aanpassen van een aantal raampartijen op maaiveldniveau kunnen de herenhuizen worden voorzien van een eigen entree. Ten behoeve van terrassen en loggia’s voor de appartementen worden enkele ingrepen in het dakvlak voorgesteld. Dit wordt het aandachtspunt van de commissie aangezien deze het karakteristieke dakvlak aantasten. Na overleg met de architect en de opdrachtgever wordt de ligging en de uitvoering van de loggia’s aangepast. De commissie geeft een positief advies af en spreekt haar waardering uit voor het feit dat het klooster op deze manier behouden kan blijven.

Daklandschap van het vm. St. Luciaklooster

Ter Hoffsteedeweg te Overveen

9

Voor de monumentale villa uit 1903 wordt een plan voorgelegd waarbij de villa zal worden verdeeld in drie appartementen. Het gemeentelijk monument, gebouwd in het begin van de twintigste eeuw heeft de laatste jaren dienst gedaan als kantoor. De villa is opgetrokken in een streng symmetrisch en traditionalistische stijl met sterk Duitse invloeden. Kenmerkend is het gebruik van de grijzig witte pleisterlaag en de zware loggia aan de voorgevel met gekoppelde, vierkante zuilen. De loggia heeft drie rondboogopeningen, met in het midden de entree bestaande uit openslaande rondboogdeuren geflankeerd door zesruits vensters. In verband met de functiewijziging wordt een extra toegang gecreëerd door een van de zesruits venster naast de hoofdentree te vervangen door een toegangsdeur. De commissie is echter van mening dat hierdoor de bestaande symmetrie en dus ook de ordening van de gevel ernstig wordt verstoord. Gelukkig wordt er een andere oplossing gevonden. De entree voor de tweede woning blijft in de bestaande hoofdentree en een derde entree wordt gevonden in de bestaande entree naar de kelder.


consistoriekamer, gelegen aan de achterzijde van de kerk ernstig aan het verzakken is. De commissie is positief over de voorgestelde aanpak, het herstel zal aan de buitenkant van de kerk plaats vinden . In verband met de aanwezige graftombe onder de consistoriekamer vraagt de commissie om meer detail- en doorsnede tekeningen te tonen.

Loggia aan de voorzijde van de Ter Hoffsteedeweg

 Adviezen Kwaliteitsteams De gemeente Bloemendaal heeft, voor een aantal planontwikkelingen een architectlid uit de Welstands- en Monumentencommissie gevraagd om namens de commissie, als gemandateerd lid mee te denken. De architect vormt als het ware een vooruitgeschoven post vanuit de welstandscommissie, die uiteindelijk de plannen ter beoordeling voorgelegd krijgt. Deze betrokkenheid in een vroeg stadium bij ingrijpende plannen is uit oogpunt van de borging van ruimtelijke kwaliteit van belang. Om de positie van de welstandscommissie als onafhankelijk adviseur van het gemeentebestuur te waarborgen worden er altijd een aantal randvoorwaarden geformuleerd. Als afgevaardigde van de welstandscommissie is Nico Zimmermann aangewezen voor de Beoordelingscommissies Park Brederode, voor het project Haringbuys en voor het kwaliteitsteam Bloemendaal aan Zee. Hij heeft een aantal plannen toegelicht.

Park Brederode Ten opzichte van vorige jaren is een lichte verbetering geconstateerd in de verkoop van de vrije kavels zoals bijvoorbeeld in Duin en Beek, het gebiedsdeel in het plan Park Brederode waar, met name door de veranderde koopvraag indertijd is gekozen voor het uitgeven van vrije kavels. Die landelijke trend en de sterk individuele woonsmaak van kopers mist haar uitwerking niet. De openbare ruimte in nieuwe wijken wordt niet langer gedefinieerd door een sterk architectonische samenhang, waarin de expressie van de individuele woning ondergeschikt is aan het totaalbeeld. In toenemende mate zien we de behoefte van mensen om zich niet alleen in het interieur, maar ook in de stedelijke ruimte, het exterieur van de woning, te onderscheiden van haar buren. Dat voert de druk op om tot een kwalitatief hoger resultaat te komen en een waarachtig bouwwerk te realiseren. Tegelijkertijd is een sterk stedenbouwkundig plan en een robuuste openbare ruimte met effectieve straatprofielen van groot belang om ook minder geslaagde architectuur te faciliteren en ondersteunen, zodat het totaalbeeld niet versnipperd raakt.

Een villa ontworpen door Boparai associates, uitgesproken maar toch niet dominant.

10

Architecten ondervinden sterke concurrentie van aannemers die eigen woningtypes ontwikkelen en deze aanbieden voor aantrekkelijke prijzen. Daarnaast is ook de cataloguswoning in opkomst die fabrieksmatig op grotere schaal in een ruime stijlkeuze in de markt wordt aangeboden. Deze

Het bijzondere beeldkwaliteit plan voor het park dat indertijd door DS architecten werd ontwikkeld en ook nu nog, tijdens de magere jaren in de bouw, in de welstandsnota is geborgd, stelt hoge eisen aan de samenhang van de individuele woningen met het omringende landschap, zonder daarbij een stijldictaat op te leggen aan de ontwerper. Zolang de gekozen architectonische expressie kan worden begrepen als die van een villa die te gast is in het landschap, een villa rustica, verleent dit de bewoner de legitimiteit om hier te zijn en er te wonen, samen met de hier levende dieren en planten. Flora en fauna zorgen hier voor de eerder genoemde samenhang en een soepele overgang tussen de huizen en de natuur. De plannen voor Duin en Beek die de beoordelingscommissie voor ogen kreeg, zijn zonder uitzondering allen ontworpen door architecten. De cataloguswoning is hier niet gewenst maar ook niet hoogwaardig genoeg bevonden en dat stemt positief. Wellicht is de exclusiviteit van de locatie hier de oorzaak van. Desalniettemin zijn er enkele plannen voorgelegd die nog nadere studie behoefden. Een mooie schets leidt niet automatisch tot een goed gebouw. De ambitie kon soms pas na enkele sessies worden bewezen waarbij materiaal, kleur en vooral detaillering de doorslag gaf om in een volgende fase tot een positief welstandsadvies te komen. Maar er zijn ook juweeltjes ontworpen die de individuele smaak en ambitie van opdrachtgever en architect illustreren in de zorgvuldigheid waarmee deze villa's zijn gerealiseerd. Zij zijn bepalend voor de waarde van het deelgebied Duin en Beek en zullen in de opkomende natuur worden opgenomen als welkome gasten.

Een ontwerp van Buro 123DV, met toepassing van natuurlijke materialen en kleuren, passend in het landschap.

Buro Hofman Dujardin Architects, waar de woning te gast is in het landschap.

11

Het als één architectonisch ensemble ontworpen deelplan Duinzicht was voor de crisis al grotendeels verkocht en gebouwd. In de jaren die volgden bleken de grote woningen met getoogde kappen en rietgedekt niet langer te


dynamische ontwikkeling lijkt een karaktervolle bottom-up stedenbouw, waarin de individuele droomwoning op een hoogwaardige manier tot stand komt, in de weg te staan en dat staat in schril contrast met 19e en vroeg 20e eeuwse wijkontwikkeling met een herkenbare, hoogwaardige en sterk samenhangende architectuur. Het is dan ook niet verwonderlijk dat die oudere wijken het in de waardering van kopers, maar ook in de waarde van de woningen zo goed doen.

voldoen aan de vraag van de markt. In overleg met de ontwikkelaar en een nieuwe architect werden plannen aangepast met als doel de verkoop te stimuleren. Daarbij bleef het beeldkwaliteit plan het toetsingskader voor de beoordelingscommissie. Het bleek na veel onderling overleg mogelijk om met name de kapvorm te vereenvoudigen en voor de leien of rieten dakbedekking een passende keramische dakpan te introduceren. De kavels waarom het ging lagen aan de oost- en noordzijde waar zij grenzen aan de rand van het deelplan en minder beeldbepalend zijn. In materiaal, kleur en detaillering bleek het grotendeels mogelijk om vast te houden aan de oorspronkelijke opzet van de woningen zodat de afwijkingen binnen de wijk niet dominant aanwezig zijn. Het nieuw te bouwen appartementengebouw aan de Brederodelaan, Nieuw Valckenburgh is in voorbereiding. De beoordelingscommissie is betrokken geweest in de ontwerpfase om het belang van een juiste positionering en enscenering van het gebouw in het landschap nader te duiden. Hoe het gebouw, dat een sterke architectonische expressie heeft met grote uitstekende balkons, vanuit de verschillende posities in het landschapspark wordt ervaren door de wandelaar, was één van de belangrijkste aspecten bij de opbouw en indeling van de bouwmassa. De manier waarop de parkeerkelder is ontsloten naar de Brederodelaan, zonder onnodig zichtbaar te zijn aan de parkzijde, heeft geleid tot een betere positie van de toegang en integratie in het gebouwontwerp.

Een impressie, XVW Architecten.

Project Haringbuys

12

Om de plannen voor de nieuw en door de gemeente zelf te ontwikkelen woonwijk Haringbuys is in een vroeg stadium het Q-team aangesteld. Voor dit project bestond de ambitie van de gemeente er vooral in dat aan de strakke randvoorwaarden van het beeldkwaliteit plan, die grotendeels het resultaat waren van een lange en moeizame inspraakprocedure, moest worden voldaan. In een stedenbouwkundig sterk orthogonaal plan met een ingenieus verkaveling principe dat zowel kleinschalige woningbouw als grote individuele villa's mogelijk maakt, werd in het beeldkwaliteit plan vooral de ‘Aerdenhoutse’ villabouw in haar diversiteit als referentie voor de architectuur aanbevolen, met enkele uitzonderingen waar een meer eigentijdse benadering mogelijk was. Hier bleek de catalogusbouwer aanzienlijk succesvoller in de verkoop dan in Park Brederode. Deels doordat de markt vraagt om betaalbaarder woningen, maar vooral ook omdat architecten zich in toenemende mate verdiepen in de mogelijkheden van seriematiger bouwprocessen en beiden zich in toenemende mate lijken te vinden in een gemeenschappelijk doel. Het Q- team waardeerde deze trend soms positief, soms met gepaste terughoudendheid waar het gaat om schrale detaillering en goedkoop materiaalgebruik, maar over het algemeen lijkt de markt zich meer en meer in dienst te stellen van de individuele klant en dat stemt positief. Ondanks het feit dat de kleur wit in het beeldkwaliteit plan slechts als accent in het ontwerp werd toegestaan, werden veel villaontwerpen in de kleur wit voorgelegd. Deze huidige trend is landelijk en verraadt een sterke neiging van mensen om hun woonomgeving ook in ons natte klimaat een mediterrane sfeer mee te geven. Het Q- team kon in veel gevallen in overleg met de aanvragers tot een meer genuanceerd resultaat komen, waarmee is

Organische architectuur, Van Laarhoven Combinatie Architecten en een ontwerp met stijlverwijzing naar de Arts&Craft van Arc+

Kwaliteitsteam Bloemendaal aan Zee Het is in 2014 nog maar weinig geconsulteerd. Aan de hand van het beeldkwaliteit plan dat werd gemaakt door bureau Hosper is één permanent strandpaviljoen beoordeeld. Het betrof een ontwerp bestaande uit een grote boogoverspanning van houten gelamineerde spanten met metalen dak bekleding, die een open indeling van de ruimte mogelijk maakt. Ook hier bleek het concept en de ingezette middelen op gespannen voet te staan. Waar het concept helder verwoord werd, kon in de uitwerking enige inconsequentie worden geconstateerd die na enig overleg met de aanvrager kon worden weggenomen. Ook over de verdere uitwerking van de openbare ruimte door bureau Hosper heeft overleg plaatsgevonden. Hierin verdienden zaken als meubilair, straatverlichting en parkeeroplossingen en ontsluitingen nog enige aandacht, evenals bewegwijzering en reclamevoering. De in het plan aangegeven houten 'strandbalkons' zijn manifest gepositioneerd en dienen in de verdere uitwerking zodanig robuust te worden vormgegeven dat deze de tand des tijds en de getijden kunnen weerstaan.

13

Permanent strandpaviljoen in aanbouw.


voorkomen dat Haringbuys sterk zou doen denken aan een complex van vakantiewoningen. Net als in Park Brederode werden ook enkele bijzondere ontwerpen voorgelegd aan het Q- team. Deze villa's hebben een eigen expressie en een sterke persoonlijkheid waardoor zij de exclusiviteit van de wijk benadrukken. Al met al kan worden teruggezien op een positief resultaat waarbij de plannen soms op een kwalitatief hoger niveau konden worden gebracht en in enkele gevallen de villa's zelfs uitblinken in architectonische expressie. Met ongeduld wordt uitgezien naar de gebouwde resultaten die in 2015 grotendeels zullen worden gerealiseerd.

In dit hoofdstuk gaan wij in op:  Samenstelling van de commissie  Werkwijze  Contact met de gemeente  Openbaarheid

De Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal is een van de ca. 40 commissies die in Noord-Holland werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van WZNH. De leden van de commissie zijn benoemd door de gemeenteraad. De commissie was in 2014 als volgt samengesteld:  mr. Ab van Beelen, oud-burgemeester, voorzitter t/m 30 juni 2014  mr. Jacob Ouderkerken, voorzitter vanaf 1 juli 2014  ing. Pieter van der Klei, architect t/m 31 augustus 2014  Egon Kuchlein, architect vanaf 1 september 2014  ing. Nico Zimmermann, architect  Marloes van Haaren, architect restauratiedeskundige De commissie werd ondersteund door:  drs. Willy Meekes, commissiecoördinator (WZNH)  Rob Perquin, plantoelichter (gemeente)  Robert van Heyst, plantoelichter (gemeente)  ing. Paul Schaapman, plantoelichter monumenten (gemeente)

Werkwijze In verband met de verbouwing van het gemeentehuis vonden de vergaderingen plaatst in het gemeentehuis van Heemstede, op de donderdag in de oneven weken van het jaar. De ‘vaste’ commissie bestaat uit de voorzitter en de twee architecten. De monumenten- en restauratiedeskundige is aanwezig bij de beoordeling van monumentenplannen. De bouwaanvragen worden voordat ze worden voorgelegd door de gemeente getoetst aan het vigerende bestemmingsplan. Daarna beoordeelt de welstandscommissie de aanvragen op grond van vastgestelde welstandscriteria, welke in de gemeentelijke welstandsnota zijn vastgelegd. De monumentenvergunningen worden getoetst aan de waarde van het monument. Hierbij is de inpassing in de omgeving van belang, de historische karakteristiek en de toepassing van details en materialen.

14

3. Organisatie en werkwijze

Samenstelling van de commissie

Ten opzichte van het vorige verslagjaar is er in 2014 sprake geweest van een stijging van het aantal nieuwe aanvragen: van 139 naar 177 aanvragen (waarvan 47 monumentenadviezen. Meer cijfers over soorten bouwaanvragen en de wijze van advisering treft u aan in bijlage 1.

Begin 2014 heeft AB van Beelen (vz.) informeel contact gehad met de wethouder, de heer Kokke in verband met de ontwikkelingen rondom de invulling van de kavels in Duinzicht / Park Brederode. De huidige bewoners betreuren de aanpassingen in het ontwerp van de woningen. Op 9 september zijn Jef Mühren (directeur WZNH) en de nieuwe voorzitter van de commissie, Jacob Ouderkerken ter introductie aanwezig geweest bij de vergadering van de Raadscommissie Grondgebied. De Juridisch medewerkers zijn in de vergadering aanwezig geweest om nadere toelichting te vragen op binnengekomen zienswijzen. Het bouwplan voor de Dr. J. van Deventerlaan werd opnieuw besproken evenals de dakopbouw aan de Bergweg. In verband met de herontwikkeling van de Vijverwegkerk heeft de stedenbouwkundige overleg gehad met de commissie. In verband met de wisseling van een aantal commissieleden hebben de plantoelichters een kleine excursie georganiseerd. Hierbij werd onder andere een bezoek gebracht aan de verbouw van het gemeentehuis.

Openbaarheid

15

De Welstands- en Monumentencommissie werkt in volle openbaarheid. De agenda van de vergadering is van tevoren in te zien en planindieners kunnen een afspraak maken om tijdens de vergadering een toelichting te geven op hun plan. In sommige gevallen vraagt de commissie daar ook expliciet om. In 2014 heeft de commissie bij 143 planbehandelingen de planindiener en/of de architect aan tafel mogen ontvangen om een plan nader toe te lichten. Dit is bij 43% van het totaal aantal behandelingen. Voor de commissie zijn deze toelichtingen vaak verhelderend en andersom merkt de commissie ook dat het bijwonen van de advisering voor de planindiener informatief is. Op de vergaderlocatie is ruimte aanwezig voor toehoorders en belangstellenden.


Contact met de gemeente

De commissie concludeert dat ze haar grootste meerwaarde heeft in die gevallen waarin publieke en private belangen botsen en het voeren van constructieve gesprekken met initiatiefnemers noodzakelijk is om de belangen bij elkaar te brengen en daarbij de ruimtelijke kwaliteiten te behouden dan wel te versterken. Het grootse rendement ontstaat als niet aan het eind wordt getoetst maar als de commissie in staat wordt gesteld het planproces vanaf een vroeg moment goed te begeleiden, in nauwe samenwerking met lokale ambtelijk specialisten op het terrein van landschap, stedenbouw en erfgoed. De ervaringen en inzichten die in 2014 zijn opgedaan brengt de commissie tot enkele beleidsaanbevelingen.  De commissie wordt steeds vaker ingeschakeld voor de moeilijke situaties. Gevallen waarbij de gemeente maatwerk wil of moet organiseren. De advisering die daarbij gevraagd wordt is over het algemeen meer gericht op integrale afweging, stedenbouw, erfgoed, inrichting openbare ruimte enzovoort. De commissie is in die gevallen dan ook eerder een adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit dan sec een welstandscommissie. De commissie adviseert deze bredere adviestaak te formaliseren en de naam van de commissie te veranderen in adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit (of omgevingskwaliteit).  In het licht van de naderende omgevingswet adviseert de commissie de komende jaren de gemeentelijke beleidsregels in bestemmingsplannen, welstandsnota’s en het monumenten- of erfgoedbeleid op elkaar af te stemmen. Dit vooruitlopend op de integratie van deze beleidsdocumenten in het nieuwe omgevingsplan.

16

4. Conclusies en aanbevelingen

De Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal werkt vanuit de overtuiging dat een constructieve opstelling om te werken aan een mooier Nederland op brede steun kan rekenen, niet alleen van professionals in de ruimtelijke ordening, maar vooral in de samenleving.

Planbehandelingen In 2014 heeft de Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal 199 vergunningaanvragen behandeld, waarvan 22 betrekking hadden op aanvragen van voorgaande jaren. In verband met herhalingen was het totaal aantal planbehandelingen 326.

soort aanvraag

aantal aanvragen

aantal behandelingen

percentage herhalingen t.o.v. de aanvragen

168

286

70 %

Omgevingsvergunning waarvan een monument

24

45

88 %

waarvan nieuwbouw

50

92

84 %

waarvan verbouwing

94

149

59 %

Preadvies*

20

29

45 %

Reclameaanvraag

4

4

0%

Overige vergaderonderwerpen

7

7

0%

199

326

64 %

Totaal

* Dit zijn de preadviezen waarvoor nog geen omgevingsvergunning is ontvangen.

In vergelijking met de voorgaande jaren ontstaat het volgende beeld: soort aanvraag

2014

Nieuwe aanvragen

2012

177

54 %

139

57 %

110

53 %

22

7%

16

7%

19

9%

Herhalingen

127

39 %

91

37 %

77

37 %

Totaal behandelingen

326

100 %

246

100 %

206

100 %

Aanvragen van voorgaande jaren

waarvan reclameaanvraag

4

1%

4

2%

4

2%

Verdeeld over de soorten bouwwerken ontstaat het volgende beeld: soort bouwwerk Individuele woningen

2014

2013

2012

106

53 %

68

44 %

69

53 %

Woningcomplexen

12

6%

5

3%

2

2%

Bedrijfsgebouwen

2

1%

4

3%

5

4%

Openbare en bijzondere bouwwerken

21

11 %

20

13 %

21

16 %

Kleine bouwwerken

51

26 %

47

30 %

23

18 %

Reclameobjecten

3

2%

1

1%

1

1%

Overige plannen

4

2%

8

5%

5

4%

199

100 %

155

100 %

129

100 %

Totaal aanvragen

Bezoek Er hebben dit jaar 143 behandelingen plaatsgevonden in aanwezigheid van architecten en/of de planindieners. Dit is 43% van het totaal aantal behandelingen.

17

Bijlage 1: Cijfers

2013


Deze zijn als volgt verdeeld:

Adviezen De adviezen over het totaal aantal planbehandelingen zijn als volgt verdeeld: adviezen aan B&W Akkoord

2014

2013

2012

159

49 %

120

49 %

110

53 %

Akkoord op hoofdlijnen

31

10 %

31

13 %

25

12 %

Niet akkoord, tenzij

26

8%

16

7%

24

12 %

Niet akkoord, nader overleg

55

17 %

24

10 %

23

11 %

Niet akkoord

1

0%

1

0%

2

1%

Aanhouden

48

15 %

41

17 %

19

9%

Andere adviezen

6

2%

11

4%

3

1%

Beleidsadviezen

0

0%

2

1%

0

0%

326

100 %

246

100 %

206

100 %

Totaal

Akkoord wil zeggen: het plan voldoet op basis van de welstandscriteria aan redelijke eisen van welstand; het wordt met positief advies aan het college van B&W voorgelegd. Bij ‘niet akkoord tenzij‘ wordt een duidelijk omschreven voorwaarde geformuleerd.

Hoe vaak behandeld? In 2014 werden 177 nieuwe aanvragen* beoordeeld. Het aantal keren dat deze aanvragen behandeld werden tot een eindadvies is als volgt: adviezen aan B&W Bij eerste behandeling akkoord (geen interventie van de commissie)

2014

2013

2012

81

46 %

64

46 %

60

55 %

Bij eerste behandeling niet akkoord tenzij (kleine aanpassing nodig)

6

3%

6

4%

8

7%

Bij tweede behandeling akkoord (of niet akkoord tenzij)

23

13 %

17

12 %

16

15 %

Bij derde behandeling akkoord (of niet akkoord tenzij)

14

8%

10

7%

9

8%

9

5%

7

5%

2

2%

Nog in behandeling of definitief niet akkoord of aanvraag ingetrokken

31

18 %

25

18 %

9

8%

Plan wel akkoord op hoofdlijnen maar nog geen aanvraag voor vergunning

13

7%

10

7%

6

5%

177

100 %

139

100 %

110

100 %

Totaal nieuwe aanvragen*

* Dit zijn alle nieuwe aanvragen exclusief beleidsadviesaanvragen en handhaving aanvragen.

Het aantal keren dat een nieuwe aanvraag ´terug´ komt bij de welstandscommissie geeft een indicatie van het effect van het gemeentelijke welstandsbeleid op de bouwproductie. Het is een indicatie; de preventieve werking (het anticiperen op het beleid vóór de aanvraag wordt ingediend) wordt hiermee bijvoorbeeld niet zichtbaar gemaakt.

18

Bij een vierde of verdere behandeling akkoord (of niet akkoord tenzij)

Monumentenadviezen De gemeente Bloemendaal werkt met een geïntegreerde commissie voor monumentenadviezen. In 2014 werden 47 monumentenadviezen gegeven. Deze zijn als volgt verdeeld: 2014

Aantal monumentenaanvragen

33

2013

100 %

33

2012

100 %

14

100 %

rijksmonumenten

14

42 %

17

52 %

5

36 %

gemeentelijke monumenten

12

36 %

12

36 %

8

57 %

panden in beschermd stadsgezicht

5

15 %

1

3%

1

7%

provinciale monumenten

2

6%

3

9%

0

0%

Totaal aantal behandelingen

47

100 %

46

100 %

33

100 %

Gebruik welstandscriteria De aanvragen worden steeds beoordeeld op grond van vastgestelde welstandscriteria, welke in een welstandsnota of in aanvullingen in de vorm van beeldkwaliteitplannen zijn opgenomen. Voor de gemeente Bloemendaal is het gebruik van de verschillende soorten criteria als volgt: welstandscriteria

2014

Gebiedsgerichte criteria Sneltoetscriteria / Criteria voor kleine bouwwerken Algemene welstandscriteria Beeldkwaliteitplan en andere bouwregels Totaal

261

79 %

16

6%

1

0%

48

15 %

326

100 %

Bestemmingsplannen De aanvragen worden meestal voorafgaande aan de welstandsvergadering getoetst aan het vigerende bestemmingsplan. Indien de aanvraag niet voldoet aan de bestemmingsplanbepalingen wordt vaak een afwijking (ontheffing) verleend. Soms is de afwijking mede afhankelijk van een positief welstandsadvies. Dit is het geval indien de ruimtelijke kwaliteit als argument voor het verlenen van een ontheffing in het bestemmingsplan genoemd wordt. De plannen voorgelegd aan de commissie hadden wat betreft bestemmingsplan de volgende status: bestemmingsplannen

2014

Voldoet aan bestemmingsplan

154

77 %

Voldoet niet aan bestemmingsplan, maar gemeente werkt mee aan binnenplanse afwijking

25

13 %

Voldoet niet aan bestemmingsplan, maar gemeente werkt mee aan buitenplanse afwijking

3

2%

Voldoet niet aan bestemmingsplan, maar gemeente werkt mee aan een afwijking op basis van een uitgebreide procedure of partiële herziening van het bestemmingsplan

5

3%

Voldoet niet aan bestemmingsplan, over afwijking wordt beslist na advies van de welstandscommissie

3

2%

Voldoet niet aan bestemmingsplan aan commissie wordt advies gevraagd over ruimtelijke onderbouwing om van bestemmingsplan af te wijken

1

1%

Anders

8

4%

199

100 %

19

Totaal


adviezen aan B&W

Aanwezig:  Namens de gemeente: de heer R. Kruijswijk (wethouder), de heer R. Perquin (team Bouw- en Woningtoezicht) en de heer V. Portanger (hoofd Bouwen en Wonen)  Namens de commissie: mr. Jacob Ouderkerken (voorzitter)  Namens de organisatie WZNH: drs. ing. Jef Mühren (directeur WZNH) en drs. W. Meekes (commissie coördinator)

Opening De heer Kruijswijk heet de aanwezigen welkom. Hij geeft aan dat het welstandsadvieswerk altijd zijn interesse heeft gehad en zich, nu hij wethouder is sterk maakt voor het belang van ruimtelijke kwaliteit in zijn gemeente. Alvorens op het concept jaarverslag 2014 in te gaan wil de heer Kruijswijk graag met de aanwezigen van gedachte wisselen over de impasse die is ontstaan binnen het Kwaliteitsteam Marine Hospitaal. Hij licht het ontstaan van het Kwaliteitsteam toe en de samenwerking tussen de project ontwikkelaar, de belanghebbende bewoners en de heer Soeters, die samen aan de wieg van het plan hebben gestaan. De professionaliteit en de constructieve taak van de teamleden wordt benadrukt, hierbij is het aanscherpen van de ontwerpen van belang. De heer Ouderkerken geeft aan dat de heer Soeters en mevrouw Schoenmakers (lid kwaliteitsteam MHT) ter kennismaking aanwezig zijn geweest bij de Monumenten- en Welstandscommissie Bloemendaal. Naar aanleiding van een gesprek tussen de heer Soeters en de heer Muhren gaan de teamleden onderling in gesprek waarbij de werkwijze van het Kwaliteitsteam in combinatie met de Welstandscommissie besproken zal worden.

Concept jaarverslag 2014 







Het economisch herstel wordt gesproken. Uit de cijferbijlage valt op te merken dat het aantal Omgevingsvergunning aanvragen in Bloemendaal sowieso de laatste jaren al gestaag stijgt. Een voorbeeld is het goed lopende project Haringbuys. De heer Kruijswijk maakt zich zorgen over de deregulering en met name over de verruiming van het vergunning vrij bouwen. De gemeente hanteert een welstandsbeleid waar met name behoud van de bestaande kwaliteit voorop staat. In beschermde gebieden kan de gemeente het vergunning vrij bouwen beperken aldus de heer Mühren waarbij bijvoorbeeld het aanscherpen van het begrip erf een mogelijkheid is. Voor wat betreft de nieuwe Omgevingswet vraagt de heer Kruijswijk wat precies de betekenis van de verantwoordelijkheid is die aan de gemeente wordt voorgelegd. Is het mogelijk om samen met andere gemeenten een soort plan van aanpak bij Den Haag neer te leggen? Vooralsnog is de gemeente niet echt bezig met het implementeren van de Omgevingswet, aldus de heer Portanger. Misschien kan WZNH ondersteuning bieden bij de complexe beleidsmatige opgave waar de gemeente voor staat. Te denken valt aan het herzien van bestemmingsplannen of implementatie in het handboek Bestemmingsplannen. Uit de cijferbijlage blijkt dat bij 43% van het totaal aantal planbehandelingen een bezoeker aanwezig is geweest en dat het aantal keren dat een nieuwe aanvraag bij de commissie ‘terug’ komt

20

Bijlage 2: Verslag evaluatiegesprek

Verslag evaluatiegesprek van de Welstands-en Monumentencommissie Bloemendaal met de wethouder ruimtelijke ordening, de heer Kruijswijk, gehouden op 14-4-2015 in het gemeentehuis van Bloemendaal

hoog is. Voor zowel de leden van de commissie als de planindieners is een toelichting van een bouwaanvraag erg verhelderend en informatief. Tevens is het aantal herhalingsplannen het gevolg van het zogenaamde collegiaal overleg waarbij aanvragen in een vroeg stadium aan de commissie worden voorgelegd.

21

Als laatste wordt de formatie van de commissie besproken. Gezien het hoge ambitie niveau in ruimtelijke kwaliteit wordt de aanwezigheid van de monumentendeskundige als volwaardig lid van de commissie op prijs gesteld. Omdat het tarievenstelsel is aangepast zal WZNH de kosten van een toegevoegd lid in vergelijking tot 2014 inzichtelijk maken.


De heer Kruijswijk heeft nog enkele vragen naar aanleiding van het welstandsadvieswerk:  Het betreft de aanpassingen die zijn gedaan bij de nieuw te bouwen woningen in het Park Brederode  Voldoet de dakopbouw aan de Hendrik van der Graaflaan aan het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit.  Het advies dat is afgegeven betreffende het monument waardig zijn van Oldenhove dient misschien aangescherpt te worden.

Ab van Beelen, voorzitter Afgestudeerd Nederlands recht aan de Vrije Universiteit, van 1973 tot 1987 vervulde hij diverse ambtelijke functies bij de gemeenten Velsen en Haarlem en de provincie Zuid-Holland. Van 1987 tot 1997 wethouder van de gemeente Velsen en tot slot van 1998 tot 2007 burgemeester van de gemeente Obdam. Zijn nevenfuncties zijn: bestuurslid afdeling NoordHolland van de Koninklijke Nederlandse Heidemaatschappij en voorzitter van de klachtencommissie Stichting Sint Jacob, Zorgcontact en de zorggroep Reinalda. Ab van Beelen is sinds 2001 verbonden aan WZNH, en vanaf 2009 vervult hij de functie van voorzitter voor de Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal.

Pieter van der Klei, architect

opdrachtportefeuille. Pieter van der Klei is sinds 2003 verbonden aan WZNH, en vanaf 2009 vervult hij de functie van architect voor de Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal.

Nico Zimmermann, architect Afgestudeerd aan de Academie van Bouwkunst Amsterdam, afdeling architectuur en sinds 1993 directeur/eigenaar van ITZ-Architecten b.v. te Amsterdam. Was tot maart 2011 voorzitter van de BNA Kring Amsterdam Kennemerland, is bestuurslid van KIVI-NIRIA afdeling bouw, redactielid Jellema Hogere Bouwkunde en blad Forum. Daarnaast is hij als adviseur Vormgeving werkzaam voor de Provincie Noord-Holland inzake infrastructurele projecten. Nico Zimmermann is sinds 2007 verbonden aan WZNH, en vanaf 2009 vervult hij de functie van architect voor de Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal. Marloes van Haaren, architect

Marloes van Haaren, architect Marloes van Haaren heeft sedert 1972 haar eigen bureau in Amsterdam. Opdrachten betreffen in hoofdzaak restauratie en renovatie van monumentale woningblokken en stadsvernieuwing- en herstructureringsgebieden. Nevenwerkzaamheden: adviseur ten behoeve van restauratie/renovatieprojecten. Zij is sinds 2003 lid van de WZNH Monumentenadviescommissie, en vanaf 2009 vervult zij de functie van monumentendeskundige voor de Welstandsen Monumentencommissie Bloemendaal.

22

Bijlage 3: Curricula

Opleiding: 1982 - 1986 HTS, afdeling Bouwkunde Amsterdam. 1987-1994, Academie van Bouwkunst Amsterdam. Werkzaamheden: Sinds 1996 directeur/eigenaar van Pieter van der Klei architecten bna te Amsterdam. Dit bureau is actief in nieuwbouw en verbouw en restauratie/renovatie. Bedrijfsgebouwen, kantoren, villa’s, woonhuizen en interieurs behoren tot de

Jacob Ouderkerken, voozitter

Egon Kuchlein, architect

23

Opleiding: Academie voor Bouwkunst Amsterdam, architectuur (1999) voorafgegaan door de Academie voor Beeldende Kunsten Arnhem afd. Architectonisch/omgevingsontwerp(1984). Werkzaamheden: Is sinds 2003 werkzaam als architect onder de naam Egeon Architecten te Amsterdam in nieuwbouw en restauratie. Daarnaast treedt hij op als ontwikkelend architect. Van 1984-2004 werkzaam geweest als monumentaal werkend beeldend kunstenaar. Hij heeft, naast tentoonstellingen, kunstopdrachten en omgevingsontwerpen, deel uitgemaakt van ontwerpteams op stedenbouwkundig niveau. Tevens als cultureel entrepreneur verantwoordelijk voor de organisatie van een reeks van culturele projecten en manifestaties en als adviseur beeldende kunst voor diverse gemeenten en provinciale overheden van advies gediend. Als supervisor van “De Draai” adviseert hij de gemeente Heerhugowaard. Voor die gemeente is hij ook (gemandateerd) architectlid. Egon Kuchlein is sinds 2007 aan WZNH verbonden, en vanaf september 2014 vervult hij de functie van architect voor de Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal.


Opleiding HBO werktuigbouwkunde en afgestudeerd Nederlands recht aan de universiteit van Amsterdam. Als bestuurder ruime ervaring bij bedrijven en instellingen in de semi overheidssector en bij de gemeentelijke overheid. Van 2006 tot 2014 wethouder in de gemeente Heiloo, belast met de portefeuilles RO, Verkeer en vervoer, Onderwijs, Welzijn en Cultuur, Zorg en projectwethouder van de decentralisatie van de Jeugdzorg ZWBZ begeleiding en de Participatiewet. Jacob Ouderkerken is sinds 2014 verbonden aan WZNH en vervult de functie van voorzitter voor de Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal.

Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bloemendaal. Welstands- en Monumentencommissie Bloemendaal

Recommend Documents