SEIZOENER Schoolkrant van Vrije School Amersfoort
Zoek de goedheid, de schoonheid en de waarheid niet buiten jezelf, want deze woont in je hart. Luister naar je hart!
Deze inspirerende woorden gaven de kleuterjuffen dit jaar mee aan alle ouders op de eerste ouderavond. Vol nieuwe energie, liefde en kracht vertelden de juffies hoe zij weer aan de slag zijn gegaan. Om onze kinderen samen met ons als ouders te begeleiden. Wat een fijn begin... Met die insteek hebben we ook weer met liefde de schoolkrant gemaakt. De redactie is voor jullie op pad gegaan. Op zoek naar mooie verhalen, spetterende zomerfoto’s en gezellige herfstknutsels. DE REDACTIE
SEIZOENER
25
Welke baby hoort bij welke juf of meester? it jaar hebben we een ware babyboom op school. Drie juffen en een meester hebben een kleintje gekregen. Maar welke baby hoort nu bij wie? Kan jij aan de neus of de oogjes van de baby’s zien van wie het kindje is?
D
Inhoud 26 Babyquiz 27 Forum antroposofie Voorgespeeld 28 De eerste week van juffie Aletta 29 Harry Deutekom 30 Loek Dullaart 32 De hobby van Rein Jas 34 Wie is wie... Kees Warmerdam 35 Filmmakers van ‘Het land van Kok’ 36 Natuur in de klas
Juffie Chris
Baby a
Juffie Sarah
Baby b
Juffie Debora
Baby c
Meester Joris
Baby d
38 Dokter Cost Budde 40 Herfstbeeld 42 Zomerzotheid
Colofon hoofdredactie
Piet Lekkerkerk & Dana Ploeger vanuit het college Mirte Lohmann redactie
Maria Hartog, Noor Hellmann, José van Lieshout, Nico van Splunder, Astrid van Wijck fotografie
Petra Wiering advertenties
astrid van Wijck & Marjolein Bras`
Vrije School Amersfoort Redactie Schoolkrant Romeostraat 74 3816 SE Amersfoort 033 - 4727622
[email protected]
Uitslag babyquiz: pagina 44
26
SEIZOENER
Antroposofie en het Kind Opvoeden is keuzes maken. Maar het is fijn als je je keuzes aan die van anderen kunt spiegelen. Of opvoedtips kunt uitwisselen met gelijkgestemden. Redacteur Astrid van Wijck is vrijwel dagelijks te vinden op de website www.antroposofie kind.nl. Een site waarachter een hele wereld schuilgaat. De website Antroposofie en het Kind heeft als doel mensen over de opvoeding van kinderen van gedachten te laten wisselen. De forumleden zijn ouders, leerkrachten van vrije scholen, grootouders en mensen zonder kinderen. De gemeenschap telt nu ruim 1100 leden! Het forum is een mooie, warme plek, waar vriendschappen ontstaan, een schat aan informatie te vinden is en waar mensen het leven met elkaar delen. Zes jaar geleden richtte Martine Chandon Janssens ‘het forum’ op. Ik merk dat ik het vaak over ‘het forum’ heb. Het is zo’n belangrijk deel van mijn leven, dat ik er domweg vanuit ga dat iedereen weet wat ik bedoel. Wanneer je lid wordt, kun je deelnemen aan vele gesprekken over ritme in de opvoeding, kinderkleding, vaccineren, het vrijeschoolonderwijs, de puberteit, grenzen stellen en speelgoed. Bijna vijf jaar geleden werd ik lid van het forum. Al snel werd ik gevraagd moderator van het subforum Zwangerschap en Baby te worden. Een moderator is een soort gastvrouw op het forum. Zij kijkt of alles goed en netjes verloopt en stuurt reacties als iemand iets post. Toen ons tweede kind lang op zich liet wachten, ontstond
Voorgespeeld Manimals, een beestachtig goed kaartspel
Trivial Pursuit was jarenlang een bestseller. Zelf houd ik niet zo van spellen waarbij het puur om kennis gaat. Bij Manimals, een dierenkaartspelletje, gaat het meer om het maken van een goede inschatting. Wanneer moet je op safe spelen of juist een gokje wagen? De spelregels houden rekening met eventuele niveauverschillen tussen spelers. Aan het begin van het spel komen de 40 prachtig getekende dierenkaarten open op tafel te liggen. Vervolgens draait een van de spelers een zogenoemd symboolkaartje om. Dat geeft aan naar welke dieren de spelers op zoek gaan. Het is de bedoeling bijvoorbeeld zoogdieren te verzamelen, of giftige dieren, of vleeseters. Dat zijn nog vrij eenvoudige vragen. Maar wat dacht je van: Gezocht: dieren die bedreigd worden? Of: dieren die kunnen zwemmen? Of nog moeilijker: dieren die hun kinderen verzorgen? Het spel kent 46 verschillende groepen waarin dieren onderverdeeld worden. In
daaruit het subforum (Nog) een Kindje – voor iedereen met een kinderwens. Daar ben ik nog altijd aan verbonden. Verder houd ik me bezig met Buitenleven, waar het nu druk is met herfstverhalen, met Kleuters en met Swaps, waar we lootjes trekken en dan sturen we ons swapmaatje onze, veelal zelfgemaakte, cadeautjes toe. Wat het forum ook zo mooi maakt, is dat we elkaar ook in het echte leven ontmoeten. Er zijn twee keer per jaar Ontmoetingsdagen, voor alle leden van het forum, of je nu net lid bent, of al jaren alleen maar meeleest, je bent altijd welkom. De ontmoetingsdagen worden in het voor- en najaar gehouden in de buurt van Hilversum, voor ons Amersfoorters goed te doen dus. In de weken voor de ontmoetingsdag gonst het altijd op het forum. Er worden afspraken gemaakt om met elkaar mee te reizen, er wordt besproken wie wat gaat maken voor de gezamenlijke lunch, er wordt gehandeld op het prikbord om spulletjes een nieuw thuis te geven. We kijken altijd vol verwachting uit naar die dag. Komt Pinto, de kindertroubadour, weer of Lin met het kindertheater? Is er weer een Gratis Tafel waar we kunnen neuzen, of een waardevol kringgesprek onder de bezielende leiding van Jet Nijhuis? Wordt er weer geschminkt? Er is in elk geval altijd een markt met prachtige, antroposofische spullen – je vindt daar seizoentafelpakketjes, maar ook wollen ondergoed en mooi houten speelgoed. Kortom, voor iedereen die geïnteresseerd is in een antroposofische opvoeding, zijn er redenen te over om lid te worden van www.antroposofiekind.nl! Ik hoop je daar te treffen!! ASTRID VAN WIJCK
de eenvoudige versie voor kinderen vanaf 6 jaar pakken de spelers één voor één een kaart waarvan zij denken dat het dier dat er op staat in de gezochte categorie valt. Dit gaat net zo lang door tot alle spelers hebben gepast, omdat ze denken dat er niet meer van dat soort dieren liggen. Daarna draaien de spelers hun kaarten om. Voor elke foutief opgeraapte kaart moet je dan de foute kaart plus voor straf een goede kaart wegleggen. (Volwassenen moeten drie goede kaartjes per fout kaartje inleveren!). Wie de meeste goede kaartjes over heeft, heeft gewonnen. Er zijn nog vier variaties op de regels, waarvan één niet ongenoemd mag blijven: je speelt het als hier boven beschreven, maar na het bekend worden van de gezochte groep dieren gaat iedereen tegelijk aan het rapen (met één hand!). Kortom complete chaos! Manimals (2-6 spelers) is uitgegeven door Adlung Spiele en te koop bij Speelboek (€ 6,95). NICO VAN SPLUNDER
27
Ze popelen om alles te leren De week van... Aletta de la Court
kom je er altijd samen uit. ’s Middags vind ik in de gang dozen speelgoed van eerste klassen van vorig jaar. We hebben nu een kast vol spelletjes!
Dinsdag 25 augustus Een hele spannende dag voor de eersteklassers. Ze worden door de kleuterjuffen de grote zaal binnengebracht. Daarna gaan ze voor het eerst naar hun nieuwe klas. Ze mogen zelf een plekje zoeken. Het is belangrijk dat ze steun kunnen vinden bij de kinderen die ze al kennen. Voor alle kinderen heb ik een hoofdband gemaakt met hun naam erop. Voor mij een handige manier om hun namen te leren. Ze zitten allemaal te popelen om te beginnen. Ze denken dat ze vandaag alles al leren. Ze mogen om te beginnen een rechte lijn op het bord tekenen.
Woensdag 26 augustus
Juffie Aletta (52) is al 21 jaar lang aan de school verbonden. Eerst als klassenouder, vervolgens als handwerkjuf en de laatste negen jaar als juf. Dit jaar begint ze weer met een eerste klas. Haar eerste schoolweek.
Ik sta op het schoolplein en er is geen kind te bekennen: Wat blijkt? De ouders staan met hun kinderen in de hal, omdat ik niet heb gezegd hoe dat bij de onderbouw gaat. Via de gang zijn we toen maar met zijn allen naar het plein gegaan.
Donderdag 27 augustus Na afloop van de les zoek ik mijn ‘oude’ klas even op bij Het Scala. Vorig jaar hebben we lapjes beschilderd voor juf Sara en in de zomer heb ik daar een kleed van gemaakt. Dat wil ik ze laten zien. Nu ik ze vergelijk met de eersteklassers, complimenteer ik ze met het feit dat ze al zo veel hebben geleerd. Ik mis de kinderen natuurlijk wel, maar ze hebben het nu fijn bij Robert.
Vrijdag 28 augustus Vrijdag 21 augustus. Het schooljaar begin ik met het op orde brengen van de klas. Dit jaar heb ik 32 kinderen. Met de kleuterjuffen Hetty en Trudy, van wie respectievelijk tien en vijf leerlingen afkomstig zijn, heb ik de kinderen nog eens doorgenomen.
Maandag 24 augustus Het college komt voor het eerst bij elkaar na de vakantie en het is heerlijk om elkaar weer te zien. We luisteren naar de lezing van kinderarts Edmond Schoorel. Hij vertelt over de vele raakvlakken met het onderwijs. Je mag er altijd van uitgaan dat ouders het beste willen voor hun kind. Dat wil je als arts of leerkracht ook. Wanneer je het langs die weg zoekt,
28
SEIZOENER
Tegen mijn eigen klas zeg ook trots dat ze al veel geleerd hebben. Over de gewoontes en hoe we met elkaar omgaan. Dingen gaan nu eenmaal anders dan in de kleuterklas. Daar mogen ze met de stroom mee, nu moeten ze bewuster dingen doen. Dat gaat niet vanzelf, je moet ze ervoor wakker maken. Het is heerlijk om zoiets weer op te bouwen. In het weekend maak ik allerlei lijsten. En ik plan de huisbezoeken, met zo’n grote klas ben ik daar tot aan de kerstvakantie mee bezig. Ondertussen kijk ik naar een blad met sommen dat een van de kinderen voor me heeft gemaakt. Met gespiegelde cijfers en al. Ze wilde laten zien dat ze al kan rekenen. TEKST: PIET LEKKERKERK. FOTO’S: PETRA WIERING
Nieuwsbrief Die heerlijke zomervakantie, met rust, zon, warmte en voor mij veel sportieve activiteiten, ligt alweer enige tijd achter ons. Het nieuwe schooljaar is goed van start gegaan. Met een inspirerende studiedag voor het lerarenteam en een hartelijk welkom voor de leerlingen een dag later. Iedereen heeft weer enige tijd nodig gehad om het ritme van het schoolleven eigen te maken, maar vrij snel voelde alles weer vertrouwd en eigen aan.
n dit nieuwe schooljaar komt van alles op ons af. Hoewel de economische crisis van buitenaf de school en het onderwijs nog redelijk met rust leek te laten, moeten wij nu toch met de gevolgen van de crisis rekening houden. Het is nog onduidelijk wat de precieze gevolgen zullen zijn, maar de eerste signalen (bijvoorbeeld vanuit de gemeente) zijn er. Een andere grote dreiging waar wij als school mee te maken hebben, is de Mexicaanse griep. Vanaf de start van het schooljaar werd ik overvallen met vragen en informatie over wat te doen als . . . Rond zo’n thema wordt duidelijk in wat voor informatiemaatschappij wij leven en hoe lastig het is goed te handelen bij zoveel tegengestelde informatiebronnen. Je moet als mens, maar ook als school voortdurend keuzes maken en deze verantwoorden naar je omgeving. Wanneer jullie dit lezen, is er een grote kans dat veel leerlingen en leerkrachten ziek zijn. Maar misschien vliegt alles gewoon voorbij, zoals een weeralarm dat soms - en eigenlijk gelukkig - niet uitkomt, en hebben we alleen te maken met de jaarlijkse griep. Het maken van keuzes, hoe je je als mens laat leiden door kennis, nieuwe feiten, gevoel, intuïtie, etc. kwam op de eerste algemene ouderavond ter sprake. Geïnspireerd vertelden verschillende leerkrachten over het ontstaan van de getuigschriftspreuken. Tijdens deze avond realiseerde ik mij weer, op welke wijze onze leerkrachten zich met de leerlingen verbinden en vanuit welke bronnen zij werken. De start van dit schooljaar, de regelmatige bijzondere ontmoetingen met leraren, leerlingen en ouders geven mij de energie om elke dag met plezier naar mijn werk te gaan. Ik hoop dat velen van jullie - en vooral de leerlingen- dagelijks met plezier de reis naar school maken.
I
HARRY DEUTEKOM
SEIZOENER
29
Als vrijeschool moet je ergens voor staan De kennismaking met de antroposofie was voor Loek Dullaart van bepalende invloed op zijn leven. Hij werd leerkracht op de Vrije School Amersfoort en maakte er roerige jaren mee. Hoewel hij inmiddels geen les meer geeft, houdt hij zich in woord en geschrift nog altijd bezig met de antroposofie en het vrijeschoolonderwijs. Vrijescholen, vindt hij, zouden zich meer moeten onder-
Loek Dullaart anno 2009
scheiden van het regulier onderwijs.
ee, veel collega’s uit zijn tijd komt hij op de Vrije School Amersfoort niet meer tegen. “Toch”, zegt Loek Dullaart (62), “voelt dit nog wel als ‘mijn’ school, of laat ik zeggen: een plek waarmee ik me verbonden voel.” Loek Dullaart is ter gelegenheid van het interview met de Seizoener even terug in het gebouw aan de Romeostraat waar hij twaalf en een half jaar voor de klas heeft gestaan. Les geeft hij tegenwoordig niet meer. Sinds hij in 2001 uit Amersfoort vertrok en aan het Meer van Genève ging wonen, is hij gaan schrijven. Hij publiceerde onder meer over kunst en antroposofie, de twaalf karakters van de dierenriem en over de twee Jezuskinderen van Lucas en Mattheüs. Daarnaast bezoekt hij Nederland geregeld om op scholen en studiecentra lezingen te houden, onder meer over ‘spiritualiteit en actualiteit’. “Spiritualiteit is een onderwerp, merk ik, waar veel mensen op het ogenblik open voor staan. In Elsevier stond een tijdje geleden een artikel over ‘de ongebonden spirituelen’: mensen die zich niet meer thuis voelen bij een kerk maar wel spiritueel zijn. De teneur van het stuk was een beetje dat het zwevers zijn. Ik probeer juist aan te tonen dat je spiritueel kunt zijn en toch met beide benen op de grond staat. Dat zie ik als de kern van de antroposofie. Anders dan alle andere spirituele stromingen wil de antropo-
N
30
SEIZOENER
sofie echt - concreet - op, zelfs in de aarde werken, volgens een spirituele visie. Denk aan de biologisch-dynamische landbouw. Heel hoog verbindt zich met heel diep.” Loek Dullaart noemt de antroposofie ‘breed en veelomvattend’. Steiners filosofie kan naar zijn mening een antwoord bieden op de problemen van deze tijd. “De kredietcrisis, internationaal terrorisme: je kunt het allemaal terugvoeren op een gebrek aan spiritualiteit. Aan een te beperkte, eenzijdige, materialistische visie. De antroposofie heeft een verruimende blik op de zintuiglijke en niet waarneembare wereld. “Ik ben niet met het vrijeschoolonderwijs opgegroeid. Ik was een tijd links-radicaal georiënteerd. Maar de materialistische opvattingen van het marxisme begonnen me steeds meer te benauwen. De antroposofie, waar ik midden in mijn leven mee in aanraking kwam, was een eye opener. Naarmate ik er meer over ben gaan lezen, heeft de liefde zich alleen maar verdiept.” Loek Dullaart begon zijn loopbaan als sociaal werker. In 1976 hielp hij Arta oprichten, een drugshulpverleningscentrum op antroposofische basis in Driebergen. Nadat hij zeven jaar als therapeut en coördinator aan het afkickcentrum verbonden was geweest besloot hij, in het spoor van zijn ouders, leerkracht te worden en volgde hij een (verkorte) opleiding aan
de Vrije Pedagogische Academie in Zeist. Na zijn studie koos hij voor de Vrije School Amersfoort die hij tijdens zijn stage in de klas bij Laurens Bruning - had leren kennen. “De school was jong en nieuw, dat sprak me aan. Het was een snel groeiende, dynamische maar ook een moeilijke school waar men lang in de pioniersfase bleef hangen. Dat had te maken met het leidinggevende groepje mensen dat de school had opgezet en de verantwoordelijkheden niet wilde delen met de nieuwkomers. Over bepaalde onderwerpen, zoals een democratische schoolorganisatie en onderwijsvernieuwing vanuit de antroposofie, viel niet te praten. De overgang naar een nieuwe fase is vaak een lastig proces. Ik heb het, vanaf de andere kant, ook meegemaakt bij Arta. Maar die eigenzinnige houding had ook iets typisch Amersfoorts.” Bemiddelingspogingen van buitenaf om nader tot elkaar te komen liepen op niets uit. Lange tijd waren de onderlinge verhoudingen gespannen. Een lichtpunt in deze fase, aldus Loek Dullaart, was de grondsteenlegging. “Veel vrijescholen hebben een grondsteen. Dat is een speciale vorm, bij ons een koperen pentagondodekaëder (een ruimtelijk figuur in de vorm van twaalf aaneengesloten vijfhoeken), met een spreuk waarin je als college samenvat wat je doelstellingen en intenties ten aanzien van de school zijn. Het gaat daarbij niet om praktische, maar om ideële zaken. Ik vond het bijzonder te merken dat we daarover wel in goede harmonie met elkaar konden praten. Overigens ben ik moeilijke situaties nooit uit de weg gegaan. Ik zag het altijd als een uitdaging naar een oplossing of verandering te zoeken. Bovendien had ik veel plezier in het lesgeven.” Een van de meest waardevolle periodes, herinnert hij zich, was die over graan en landbouw in de derde klas. “De kinderen ervaren in de praktijk hoe de cyclus van het graan ver-
loopt. Eerst gaan ze zaaien op een stukje grond, daarna volgt het oogsten, dorsen, koren malen en brood bakken. De toewijding waarmee ze zaaiden – zo ernstig en stil – was mooi om te zien. Voor mij was het een haast religieus moment. Ik dacht: hier gaat het om, nu beleven zij ten diepste het wezen van de schepping.” Op vergelijkbare wijze wilde hij proberen ‘de hele wereldontwikkeling in een notendop’ beleefbaar te maken. “Ik had de behoefte kunstzinnige vakken te integreren in het periodeonderwijs. Waarom? Omdat je dan ervaart dat kunst er toe doet. Kunst is geen sausje of extraatje maar, net als eten en drinken, essentieel in ons bestaan. Ga vormtekenen in de rekenperiode: geometrie en cijfers hebben toch alles met vorm te maken? Of verbind schilderen met aardrijkskunde en geschiedenis. Nu lijkt het periodeonderwijs op vrijescholen nog te veel op regulier onderwijs, waarin de verschillende vakken apart behandeld worden. “Het integratieproces tussen wetenschap, kunst en religie heeft een nieuwe impuls nodig, vind ik. De driegeleding van de mens en de ziel - denken, voelen en willen - kun je ook terugvinden in de schoolorganisatie (ideeën, afspraken/regels, financiën) en in de maatschappij (geestesleven, rechtsleven/politiek en economie). Er moet hard aan worden gewerkt om die gebieden apart te houden en de grondeigenschappen ervan te herkennen en te ontwikkelen (vrijheid, gelijkheid en broederschap). Het is van belang dat je als vrijeschool ergens voor staat en op deze wijze meewerkt aan de verandering en verbetering van de maatschappij en van de wereld.” INTERVIEW: NOOR HELLMANN FOTO’S : UIT PRIVÉCOLLECTIE DULLAART
Meester Loek op kamp met zijn klas
31
De hobby van Rein
Spelen in een eigen band Rein Jas (9) uit klas 4 van meester Robert is pianist in een bandje. Hij heeft zijn haar laten groeien en draagt een donkere zonnebril als hij optreedt. Dat hoort zo als je bandlid bent, zegt hij. Verder maakt hij korte animatiefilmpjes op het platte vlak. Drie keer heeft hij inmiddels meegedaan aan een wedstrijd van het Fantastisch Kinderfilmfestival in Amsterdam. En, o ja, buitenspelen met zijn broer Daan doet hij ook graag.
Over welke hobby wil je het hebben? “Over de band. Filmpjes maken vind ik leuk, maar als je eenmaal weet hoe het moet doe je het gewoon. Ze duren één minuut. Je moet tien beeldjes per seconde maken. En papa zet er muziek onder. De laatste keer won ik de prijs van het hardste applaus. Toch vind ik de band nog leuker. Je leert er door samenspelen.”
Hoe kwam je op het idee een bandje op te richten? “Al een tijdje dacht ik: stel nou dat ik een bandje begin met Tycho en Max, twee vrienden uit mijn klas. We hadden samen al een clubje. Vorig jaar in de zomervakantie was ik bij een optreden van Moke in het Vondelpark in Amsterdam. De muziek was heel hard, de grond trilde ervan. Toen wist ik zeker dat ik ook een band wilde beginnen. Ik heb er nog een paar klasgenoten bijgevraagd. Een jaar geleden tijdens de muziekavond op school traden we voor het eerst op.”
viseer ik. Bestaande liedjes verander ik bijvoorbeeld in mineur of majeur. Ik vind bluesachtige liedjes mooi. Blues is treurig, vooral met een trompet. Met z’n zessen hebben we nu een mini-bigband. Mijn doel is een echte bigband maken met een heleboel trompetten. Ik garandeer niet dat het lukt. Ik denk eigenlijk dat we geen band worden waarvan wereldwijd cd’s in de winkels zullen liggen. Dan moet je heel veel avonden vrijhouden om te repeteren. Over een paar jaar wordt dat moeilijk met al het huiswerk.”
Bespeel je nog andere instrumenten?
Rein Jas oefent op de piano voor zijn band De Trillers
“Ik heb weleens op een gitaar geoefend, maar ik had geen zin om al die akkoorden te leren. Mijn vader speelt wel gitaar, maar hij kan niet goed noten lezen. Mijn moeder speelt piano, maar heeft geen maatgevoel en mijn broer kan geen noten lezen en hij heeft ook geen maatgevoel. Dat is diep triest. Hij kan wel dichten. Ik heb een keer gevraagd of hij een liedje voor onze band wilde schrijven.”
Hoe heten jullie? “De Trillers. Die naam heb ik bedacht omdat het huis af en toe trilt als Max op de djembé speelt.”
Van welke muziek hou je? “Ik wil alles kunnen spelen, klassiek, pop, rock. Soms impro-
32
SEIZOENER
Wil je later iets met muziek gaan doen? “Nee, ik wil cameraman worden en speelfilms maken.” INTERVIEW: NOOR HELLMANN FOTO: PETRA WIERING
Kees Warmerdam: ‘Ik vind het prettig dat ouders, bestuur en leerkrachten zo open met elkaar omgaan
‘De vrije school zit diep in mij’ Kees Warmerdam (56) heeft vijf kinderen en sinds kort een kleindochter. Ook houdt hij van zeilen, zingen en tuinieren. Hij staat voor de vijfde klassen. adat hij 27 jaar gewerkt had als meester op de Vrije School in Zeist, vond Kees het tijd worden voor iets nieuws. Zo kwam hij in Amersfoort terecht, waar hij nu het lesgeven combineert met leidinggeven en coachen. Dat is hem op het lijf geschreven. Toen Kees nog op de Pedagogische Academie zat maakte hij kennis met het fenomeen vrije school. “De antroposofie sprak me erg aan. Ik heb drie jaar in de heilpedagogische instelling Het Zonnehuis gewerkt. Ik zag dat sommige kinderen eigenlijk meer een gezinssituatie nodig hadden en heb toen samen met mijn vrouw een ‘antroposofisch pleeggezin’ gesticht. Soms hadden we wel zestien kinderen in huis. Onze vijf eigen kinderen hebben daar nooit moeite mee gehad. Ik denk dat ze er eerder socialer door zijn geworden.” “Na het Zonnehuis begon ik met een zevende klas van de vrije school in Zeist. In die jaren waren er wel eens crises, maar dan dacht ik: ‘overal is wel wat’. Ik wilde gewoon blij-
N
34
SEIZOENER
ven knokken voor de vrije school, ik vond dat zoiets moois moest blijven bestaan. Die vrije school zit diep bij mij. Het heeft zo’n enorme rijkdom van binnenuit.” Het eerste jaar in Amersfoort had Kees twee duobanen: de ene vierde klas deelde hij met juf Martine, de andere met juf Clara, de vervanger voor juf Chris. “Dat was steeds schakelen en afstemmen, het zijn twee heel verschillende klassen. Toch was het een leuke uitdaging. Tussendoor heb ik gewerkt aan het communicatieplan.” Naast het lesgeven in de twee vijfde klassen richt hij zich nu ook op leidinggevende en coachende taken. Als lid van de dagelijkse leiding gaat hij de onderbouw coördineren. Dat houdt in: vergaderen, zorgen voor praktische zaken als roosters, maar ook zorgen dat onderwijskundige zaken op orde zijn. “In de vergaderingen gaan we gezamenlijk werken aan de leerlijnen. Dan kan ieder een bijdrage leveren en krijgen we toch meer gemeenschappelijkheid in onze kerndoelen.” Kees geniet van het relatief jonge onderbouwteam, waardoor de sfeer dynamisch, beweeglijk en open is. Leerkrachten gaven zelf aan dat ze behoefte hebben aan meer uitwisseling en samenwerking. “Dat probeer ik nu te stimuleren. Ook naar buiten toe heeft dat effect. Uit ervaring weet ik dat de beste pr van de school een goede uitstraling van het team is.” TEKST: MARIA HARTOG FOTO: PETRA WIERING
RUBRIEK
‘Onze kinderen groeien op met boer Kok’ Deze maand is de spraakmakende documentaire ‘Het land van Kok’ op verschillende filmfestivals te zien. Veertien jaar lang filmde het cineastenechtpaar Huib Schoonhoven en Karen Kuiper het leven van biologisch-dynamische boer Herman Kok uit Hoogland.
p school zijn Huib en Karen vooral bekend als de ouders van Toon uit de klas van juf Chris. Hun dochters Doke en Emma zitten op de Stichtse Vrije School. Doke is vorige week vijftien jaar geworden. Zij was een half jaar oud toen haar vader de eerste filmopnames maakte op het erf van de biologische boer uit Hoogland. Toen konden de filmmakers niet bevroeden dat de documentaire pas in 2009 te zien zou zijn. Net zomin als boer Kok had gedacht dat hij zolang zou strijden tegen de kafkaëske landbouwbureaucratie. In de documentaire zien we het grimmige gevecht van de boerenfamilie Kok tegen de overheid. Eerst weigert Kok te wijken voor de nieuwbouw. Later maakt een nieuwe mestwet een einde aan het harmonieuze boeren bestaan. Boeren mogen hun drijfmest niet meer over het land uitrijden om zo de uitstoot van ammoniak tegen te gaan. Boer Kok weigert, omdat zijn biologische mest maar dertig procent van de ammoniak bevat die gemiddeld gangbaar is. Maar regels zijn regels; ook voor boer Kok.
O
De kinderen van de filmmakers zijn met boer Kok opgegroeid. “Ik weet nog goed dat we Emma’s verjaardagsfeestje vierden”, vertelt Karen. “Vlak voor de kinderen binnenkwamen, belde boer Kok. Hij was op het stadhuis en er ontstond tumult omdat de burgemeester niet met hem wilde praten. Huib is erheen gegaan met de fietskar met daarin een camera en de vierjarige Toon.” Op het filmfragment zie je een woedende boer Kok, een sussende gemeentesecretaris, beveiligers en een
kleuter in korte broek met onder zijn arm een videoband. “Toon weet dat nog steeds. Dat was ook wel wat, al die ruziënde mensen rond dat kleine mannetje.” Nu de film af is, zijn de kinderen ook trots. Net als de makers. Huib: “Het geeft een goed gevoel dat we iets hebben bereikt met de film. Na de uitzending op tv zijn kamervragen gesteld. En boer Kok heeft gelijk gekregen. Na jarenlang onderzoek blijkt zijn mest inderdaad weinig ammoniak te bevatten. Toch is ‘t nog niet afgelopen. Nu volgt weer een onderzoek over het uitrijden van die mest. We zijn alweer opnieuw aan het filmen. Deze slag heeft hij gewonnen, maar de strijd is nog niet voorbij.” Huib en Karen zetten zich als filmmakers in voor mensen die in de knel zitten. “We hebben in Noord-Irak, voormalig Joegoslavië en Palestijnse vluchtelingenkampen gefilmd. Maar ook in ons land. Nederland is soms net ‘Absurdistan”, vertelt Huib. “Neem de effecten van de immigratiewet bijvoorbeeld. Onschuldige mensen zitten gevangen in Kamp Zeist omdat ze politiek vluchteling zijn.” Karen weet dat nog goed. “Die dag had Emma een blokfluituitvoering in Driebergen. Gingen we eerst met z’n allen naar Kamp Zeist om te filmen en daarna zaten we in de zaal naar Emma’s muziekspel te luisteren. Dat hoort bij ons leven”, zegt Karen lachend. De documentaire ‘Het land van Kok’ is te zien op diverse filmfestivals en de dvd is te koop in de boerderijwinkel Heerlijkheid Groot Weede van boer Kok.
Filmposter gemaakt door Connie Schot, moeder van Bob, Paula en Kiki Gemert
INTERVIEW: DANA PLOEGER
SEIZOENER
35
Natuur in de klas van Mirte en Sylvia Natuurplaten van Koen, Sarien, Kim, Brendan en Remke
36
SEIZOENER
SEIZOENER
37
‘Bij de deur zie ik al of het een vrijeschoolkind is’ Antroposofisch huisarts Hugo Cost Budde had vorig jaar nog één kind op school. Maar de meeste mensen op de Vrije School Amersfoort kennen hem eerder als schoolarts en huisarts dan als ouder. Hij vertelt over de veranderingen in zijn praktijk en in de kinderen sinds hij 21 jaar geleden begon.
breed georiënteerde mensen, vond ik de universiteit kaal. Je leert dat een longontsteking komt door een bepaalde bacterie en welk antibioticum daartegen helpt. Daarmee is de kous af. Je vraagt je niet af waarom de ene mens de ziekte krijgt en een ander niet. Je leert een aantal vragen niet te stellen omdat er geen direct antwoord op is. In het derde jaar had ik een periode van drie maanden vrije studie. Ik heb me toen verdiept in het antroposofische ziektebegrip, waarvoor ik een heel aantal artsen heb geïnterviewd. Het waren kleurrijke figuren – de een wist veel van planten, de ander van mineralen. Het sprak me aan dat je ziekte niet hoeft te zien als een hinderlijk bedrijfsongeval, maar als een middel om een ontwikkeling op gang te brengen. Ziekte is vaak al een poging om weer gezonder te worden. Toen heb ik besloten antroposofisch arts te worden.”
Beweeglijk e ervaring was even opmerkelijk als veelzeggend. Hugo Cost Budde (56) verwees als beginnend antroposofisch arts een kindje met hersenvliesontsteking door naar het ziekenhuis. Men vond het bijzonder, herinnert hij zich, dat een alternatieve arts de diagnose al in zo’n vroeg stadium had gesteld. “Het gaf aan hoe laag mijn ster stond. Het idee heerste dat alleen artsen die niet zo goed waren, het alternatieve circuit ingingen.” En nog steeds heeft hij het gevoel dat er kritisch naar antroposofische artsen wordt gekeken. Een fout, denkt hij, zou voor hem ernstigere consequenties kunnen hebben dan voor een reguliere collega. Tegenover de sceptici die zeggen niet in ‘sprookjes’ te geloven en de alternatieve geneeskunde afdoen als ‘volksverlakkerij’, heeft Cost Budde ook te maken met collega’s die zich positief uitlaten over wat hij doet. Met veel huisartsen en specialisten heeft hij de afgelopen jaren een vertrouwensrelatie opgebouwd. Hugo Cost Budde werkt inmiddels 21 jaar als antroposofisch huisarts in Amersfoort. De wens om medicijnen te gaan studeren ontstond tijdens een algemeen vormend jaar op de Vrije Hogeschool in Driebergen, vertelt hij in de spreekkamer van het therapeuticum. Erg enthousiast over de studie was hij de eerste tijd echter niet. “Na een fantastisch jaar op de Vrije Hogeschool, waar ik allerlei vaardigheden had opgedaan en college kreeg van
D
38
SEIZOENER
Zo volgde Cost Budde na zijn studie een opleiding antroposofische geneeskunde op de Vrije Hogeschool. Praktijkervaring deed hij op in een antroposofisch-medische instelling en op diverse plaatsen als waarnemend arts. Op 14 december 1987 startte hij in Amersfoort zijn eigen therapeuticum. Hij constateert dat zich veel kinderen bevinden onder de 2500 mensen die in zijn praktijk zitten. “Vrouwen die moeder worden heroverwegen vaak de situatie: wat wil ik voor mijn kind? Veel mensen zien liever dat hun kind antroposofische geneesmiddelen krijgt dan reguliere en daarom komen ze hier voor een kennismakingsgesprek. Je kunt gemakkelijk met niet-chemische middelen het genezingsproces bij kinderen beïnvloeden. Ze zijn nog heel beweeglijk in het beter maken. Oudere mensen daarentegen reageren minder mooi op antroposofische medicijnen. Ze zijn meer verhard en hebben langer een bepaalde therapie nodig voordat je iets in beweging kunt brengen.” Cost Budde, vader van drie kinderen van wie de jongste vorig schooljaar in de zesde klas van de Vrije School Amersfoort zat, krijgt zowel gezinnen van de Vrije School als van daarbuiten op zijn spreekuur. Hoewel hij voorzichtig is met generaliseren, ziet hij ‘bij de deur al bijna’ of hij te maken heeft met een vrijeschoolkind. “Het valt mij op dat kinderen van de Vrije School je meer aankijken dan kinderen van reguliere scholen als je hen
Hugo Cost Budde: ‘Baby’s zijn minder dromerig dan vroeger’
begroet. Misschien komt dat doordat het onderwijs hen aanmoedigt in hun zelfrespect, in de gedachte dat je er mag zijn. Het vrijeschoolonderwijs spreekt niet alleen het hoofd, maar ook het hart en de wil aan. Ik vind het een kunst te voorkomen dat kinderen eenzijdig worden, dat ze te veel één vaardigheid ontwikkelen. Als ze voornamelijk cerebraal bezig zijn, is dat bij wijze van spreken al aan de gestalte te zien. In z’n algemeenheid hebben kinderen uit het reguliere onderwijs iets ‘over-wakkers’. Ik heb ook het idee dat vrijeschoolkinderen wat gezonder zijn. Ze hebben minder eindeloos last van virusinfecties en steeds terugkerende kinderziektes. Er wordt hier minder en ook later ingeënt. Kinderen kunnen daardoor de confrontatie met vreemde virussen beter doorstaan, is mijn indruk.”
Mensbeeld van patiënt Hoewel hij ‘geen Jehovagetuige is die niet gestelde vragen gaat beantwoorden’, geeft hij graag zijn visie op hoe een kind gezond opgroeit als ouders hem erom verzoeken. In geval van ‘chronisch sudderende klachten’ als hoofdpijn en verkoudheid kan het zinvol zijn te kijken naar ‘het hele mensbeeld’ van de patiënt. Een antroposofische huisarts, beaamt hij, is immers ook een beetje een therapeut die aandacht heeft voor hoe iemand in het leven staat en probeert ‘de te genezen wil’ te stimuleren. Zodoende, zegt hij, kom je soms op onverwachte therapieën als muziektherapie, kunstzinnige therapie of euritmie. Bij een vermoeden van een stoornis als adhd laat Hugo Cost Budde de diagnose over aan een kinderarts of jeugdpsycho-
loog. Het verschijnsel is tegenwoordig duidelijk omschreven en wordt daardoor eerder herkend, zegt hij. Maar ook vroeger kwam het voor en noemde men het ‘minimal brain damage’. “Wat ik als verandering in mijn werkperiode heb gezien is dat baby’s veel alerter uit hun ogen kijken. Ze zijn minder dromerig, alsof ze niets willen missen. Ik weet niet precies hoe je dat moet verklaren, misschien komt het ook doordat ouders anders omgaan met kinderen.” In zijn ‘benadering’ is Cost Budde zelf ook veranderd: “Ik schrijf eerder een allopatisch middeltje voor dan vroeger. Wij mensen zijn ongeduldiger dan twintig jaar geleden. We willen gauw effect zien. In plaats van etherische oliën tegen een schimmelinfectie, geef ik nu een zalf die de infectie van buitenaf onderdrukt en het genezingsproces bespoedigt. Tegelijk merk ik dat ik veel patiënten minder hoef te overtuigen om een antroposofisch middel te nemen. Doordat ik al lang als arts werk, hebben ze sneller vertrouwen in mijn voorstellen. Mijn eigen vertrouwen in die middelen is ook gegroeid. Ik vind de antroposofische geneeskunde als aanvulling op de gewone geneeskunde een verrijking. Het kan troostrijk zijn om ziekte te beschouwen als iets wat niet alleen met dit leven te maken heeft, maar ook met het vorige of het volgende. Niet dat ik daar in een consult op inga, maar voor mijzelf is het waardevol.” INTERVIEW: NOOR HELLMANN FOTO: PETRA WIERING
SEIZOENER
39
Herfstuitje SAMENSTELLING & FOTO’S: ASTRID VAN WIJCK
Stampen door plassen
• Kabouterpad op landgoed Groeneveld in Baarn. Op het landgoed wonen kabouters. Help jij het kabouterpad mooi te maken. Volg de kabouterpaaltjes!
Schoppen door bladeren Knutselen met kastanjes Zoeken naar paddestoelen Welkom herfst Warme truien Wollen slofjes Wortelpompoensoep
Herfstliedje
40
SEIZOENER
• Franciscaans milieuproject op landgoed Stoutenburg. Eeuwenoude bomen, scharrelende kippetjes, sloten, weides en een heuse paddenpoel. • Avonturenpad op stadslandgoed De Kemphaan in Almere. Kruip door de natuurtunnel en volg het bochtige pad van 2,3 km.
Herfstknutsel Voor de herfsttafel kan je dit dennenappelpopje maken. Volg de plaatjes en maak je eigen popje. Benodigdheden: dennenappel stukje vilt gekleurde sprookjeswol houten kraal naald en draad houtlijm
SEIZOENER
41
Zotte & zonnige zomerfoto’s
42
Sofie (Hetty) rijdt pony in Drenthe
Owen (4H) springt in de Friese meren
Noah (Hetty) op de Pasar Malam in Den Haag
Tycho (4R) kijkt uit over de bergen in Polen
Job (Hetty) als kapitein in Friesland
Jaro (Trudy/Elsie) en zijn vader rijden paard in Italië
SEIZOENER
Dank jullie wel voor de superzonnige foto’s die wij kregen. Kijk maar eens goed wat je klasgenootjes deden in de grote vakantie.
Midas (2T) in een beekje in de Spaanse Pyreneeën
Tobias (Yvonne) geniet van Legoland in Denemarken
Auke (5C) en haar vader voeren de vogels in Zwitserland
Max (4R) helemaal in zijn boek gedoken in Spanje
Zoë (1A) plukt bramen op de camping in Frankrijk
SEIZOENER
43
De oplossing van de baby-quiz: Baby a is Jehanne van juffie Debora Baby b is Coen van juffie Chris Baby c is Nuwan van meester Joris Baby d is Tarik van juffie Sarah
Voeding voor je ziel Wie heeft er geen behoefte aan het creëren van rustmomenten in een druk bestaan? Een Artemislezing kan voor zo´n broodnodig rustpunt zorgen, waarin je tijd neemt voor je ziel. Momenteel organiseert Artemis halfjaarlijkse lezingen over het antroposofisch gedachtegoed. Met thema’s als kinderen, zieleroerselen, opvoeden of overgevoeligheid. Het bijwonen van deze lezingen blijkt voor veel mensen een verrijking. Nieuwe actieve commissieleden zijn zeer welkom. Wie interesse heeft kan bellen met Isabella Angelosanto (06-10533025 of via
[email protected]) Houd de Wandelgang in de gaten voor de volgende lezing in november!
SEIZOENER