Oan de proot mè…… REGINA MARIA OTTENS CORNELISSEN
Door Ria Boley
Ze werd geboren op 4 mei 1926. Een ongelooflijk ambitieuze vrouw van 85. Vol energie neemt ze deel aan het maatschappelijk leven. Ze is betrokken en een prachtig voorbeeld van hoe het kan zijn om, ondanks verdriet en teleurstellingen, de moed te hebben om de draad weer op te pakken en tot op hoge leeftijd midden in het leven te staan. Vandaag het verhaal over het leven van Gien Ottens Cornelissen. EEN MEISJE VAN HET UIVENTJE Hoewel ze kan terugzien op een fijne en gelukkige jeugd, hing er toch een stil verdriet over het gezin van Arnoldus en Johanna Cornelissen. Oorzaak hiervan was het trieste feit dat vijf van de Regina Maria Ottens – Cornelissen, twaalf kinderen die uit hun huwelijk geboren geb. 04-05-1926 werden overleden. De eerstgeboren zoon Piet(je), een hoogbegaafd jongetje, stierf op zesjarige leeftijd aan difterie, een kindje leefde veertien dagen, eentje slechts één dag. Toen de buurvrouwen na de doop met de dopeling thuis kwamen bleek dat deze onderweg was overleden. In die tijd was melken vrouwenwerk. Tijdens het melken gaf een koe een schop tegen de buik van haar moeder. Deze viel achterover, krabbelde overeind, zette de omgevallen emmer recht, schudde de melk uit haar klompen en molk verder. De gevolgen waren echter rampzalig. Het kindje dat ze in zich droeg overleed op dat moment en werd pas 6 weken daarna geboren. Ongelooflijk tragisch was het overlijden van zoon Thé. Hij was midden dertig, pas getrouwd en zijn vrouw was Gien melkt het auw Rooike in de Beemd, drie maanden in verwachting. circa 1950. -- Thé was --
Thé was opzichter bij een afgravingproject voor de Heide Maatschappij. Op een dag in 1947 werd hij bedolven onder een berg zand en was op slag dood. Onbegrijpelijk: hij werd krijgsgevangene, moest voor de Duitsers op lopen door mijnenvelden als levend proefkonijn, zelfs een concentratiekamp had hij overleefd en nu kwam hij op deze manier om het leven. Vanzelfsprekend hadden deze trieste gebeurtenissen grote impact op het gezin. "Toch had ik een goede jeugd" vertelt Gien. "Ik werd 1933: bij 25-jarig huwelijk van Nöl en Hanne Cornelissen. Vlnr: Nelleke, geboren op de dag dat mijn Gien, Kees, vader Arnoldus Cornelissen, (Nöl Görts), Jan, Dien, Theo, lievelingsbroer Kees twaalf moeder Hanne en Grad. jaar werd. Ik was het op een na jongste kind, na mij kwam nog mijn zus Dien. We woonden tegenover de school, dat had als voordeel dat we zo lang mogelijk thuis konden blijven. Als de lessen begonnen klapte de meester twee keer in zijn handen (een bel was er nog niet) en dan renden we de straat over. De school bestond uit twee lokalen en twee leerkrachten. Je zat dus minstens drie jaar bij dezelfde leerkracht. In mijn tijd waren dat meester Van der Loop en juffrouw Van der Loop (geen familie). Om de school, het middelpunt van het Oventje, te behouden is er veel water door de zee gevloeid. Mijn broer Jan heeft zich daar o.a. sterk voor gemaakt. Ik was nog geen tien jaar oud toen ik begon te beseffen dat mijn moeder geen gemakkelijk leven had. Ze moest hard werken en het verlies van de kinderen droeg ze in stilte maar ik wist dat ze er erg onder leed. Ik besloot om moeder een beetje te verwennen en begon met haar ‘s-morgens een kopje koffie op bed te brengen. Dat vond ze fijn en ik heb dat haar leven lang gedaan. Na het verlaten van de lagere school was het mijn droom om onderwijzeres te worden maar dat ging niet door. Ik was voorbestemd om moeder te helpen en de overige tijd mee te werken op de boerderij die in 1787 gebouwd was. Terwijl de boerderij ook daarvoor in handen van onze familie was. Desondanks waren er ook leuke dingen. Mijn zus Nelleke die later in het klooster ging, maakte kleren voor andere mensen. Als ze de maat moest gaan nemen mocht ik altijd met Opa en oma Cornelissen in den hof. haar mee. Dat deed ik erg graag. -- Toen ik --
Toen ik wat ouder was werd ik lid van de KJM en van de Uiventjese korfbalclub. Samen, met mijn vriendin Riek Verbruggen, heb ik er veel plezier gehad. Mijn zus Nelleke had een lied gemaakt dat we zongen als we met de club op de platte kar een concours bezochten. Ook had ze een naam bedacht, MINOR (Mindere). Dit om een beetje spottend aan te geven dat het dorp ons Oventje niet altijd serieus nam. OORLOG EN DAARNA Tijdens de oorlog maakten we spannende momenten mee. Zoals eerder gezegd werd mijn broer Thé krijgsgevangene gemaakt toen hij vocht in het mobilisatieleger. Tijdens zijn krijgsgevangenschap in kamp Lückenwald maakte ons gezin een zware tijd door maar Gien bij het huis in aanbouw, de koeienstal is al klaar, 1952. gelukkig kwam hij na ruim zes weken weliswaar meer dood dan levend terug. Onze Grad moest onderduiken en Jan was zeer fanatiek bij de ondergrondse. Zeer riskant. Het gebeurde bv. regelmatig dat er wapens die op het vliegveld gestolen waren bij ons in de hooiberg werden opgeslagen. In 1944 was er in ons bakhuis een Rode Kruispost gevestigd. Geallieerden die licht gewond waren kwamen daar naar de arts. Ze werden dan ondergebracht bij Oventjese gezinnen en als ze hersteld waren konden ze terug naar hun onderdeel. Voor ons, opgroeiende jeugd, was dat een gezellige tijd. Ook in ons gezin waren soldaten ingekwartierd. Overdag zaten ze in de schuur maar 's-avonds kwamen ze binnen. Dat was reuze gezellig. Ondanks het feit dat ons Dien en ik niet overal bij mochten zijn omdat we nog te jong waren, waren we zeer onder de indruk van die stoere helden van diverse nationaliteiten. Er was zelfs een rasechte Indiaan bij en wij luisterden met rode oortjes naar alle spannende verhalen over de toen voor ons nog onbekende culturen. Om ook een Familie Ottens begin jaren 40. Staand vlnr: Mina, Wim, Door, Bert en Piet. Voor vlnr: Truus, vader Haneske, Jan met ervoor Toos en rechts moeder Net. beetje te kunnen communiceren, volgden we een spoedcursus Engels die door mijn broer Jan gegeven werd in de huiskamer van de familie Van Lanen. Na de oorlog hernam het leven zijn gewone loop. In 1947 kwam ik Bert Ottens tegen. Vanaf het eerste moment wist ik dat ik met deze man mijn leven wilde delen en in 1951 trouwde ik met hem. -- We trokken --
We trokken in bij mijn ouders en Bert, die voor ons huwelijk een opleiding voor metselaar had gevolgd, werd boer en ik dus boerin terwijl dat voordien nooit mijn ambitie was geweest. Al snel was ik in verwachting en op het moment dat ons kindje geboren zou worden was er een hevig onweer. De bliksem sloeg in en onze boerderij brandde tot de grond toe af. Grote paniek natuurlijk. Via Toon van Tiel en Frans Verbruggen kwam ik bij mijn broer Kees terecht. Probleem was dat er een kindje op komst was en dat ik steeds in een gezin kwam met kinderen. Die mochten dat absoluut niet zien of zelfs maar vermoeden. Het waren andere tijden! Op alle drie de plekken moest ik dus zo snel mogelijk weg. Er moest een dokter komen maar telefoon was er niet. Cees de Klijn had een vrachtwagen en hij werd ingeschakeld om naar dokter Langendijk in Schaijk te rijden. Deze zorgde er voor dat ik snel naar het ziekenhuis in Nijmegen werd gebracht. In de auto van de dokter kwam ik nog langs ons huis dat toen inmiddels al één grote vlammenzee was. De volgende dag werd onze kerngezonde dochter Annemarie geboren. Totdat onze noodwoning klaar was vonden we Trouwfoto Bert en Gien, 25-09- 1951. onderdak bij de familie Van der Walle en begonnen Bert en mijn broer Kees aan de bouw van een nieuw huis. Steun en toeverlaat in die dagen, en nog lang daarna, was Harrie van den Boom. Voor wat Harrie voor ons gedaan heeft zal ik mijn leven lang dankbaar blijven. VREUGDE EN VERDRIET Het huis was nog niet helemaal klaar maar toch bewoonbaar toen onze zoon Jan werd geboren. Hij was het tweede kind van de acht die ons geschonken werden. Twee meisjes en zes jongens. We hadden een mooi gezin, druk, veel vrienden over de vloer en ik verkocht eieren en fruit wat ook gezelligheid Arnold 1973, overleden op 13 mei 1974. bracht want er was altijd wel even tijd voor een bakje koffie. We hadden het goed met elkaar en dan sta je er niet bij stil dat het ook heel snel anders kan worden. Bij ons gebeurde dat in 1974. Onze zoon Arnold kwam op 19-jarige leeftijd door een noodlottig ongeval om het leven. Een kind verliezen is een pijn die je levenslang met je meedraagt. De tweede tragische gebeurtenis in ons gezin was het overlijden van ons kleinkind Dyliëtje. Ze stierf op 4-jarige leeftijd aan hersenvliesontsteking. Deze dingen zouden niet mogen Dyliëtje, overleden 4 jaar oud, gebeuren. Toen Bert 65 werd verhuisden we naar een op 7 juli 1990. woning tegenover Café het Oventje. -- Onze zoon --
Onze zoon Jan kwam in de boerderij wonen. Helaas was het ons niet gegund om samen echt oud te mogen worden want Bert overleed in 1998. De kinderen drukten me toen op het hart om niet bij de pakken neer te gaan zitten en ik heb die raad ter harte genomen. Ik ben o.a. bij yoga waar ik al 23 jaar naar toe ga. Ik was ruim 20 jaar leesoma bij Gien als voorleesoma bij de crèche. peuterspeelzaal het Pinkeltje. Iets wat ik met ongelooflijk veel plezier gedaan heb. Ik voelde dat als een kleine compensatie voor het feit dat ik geen onderwijzeres heb kunnen worden. Ik ben bij de alleenstaande vrouwen, bij de Bond van Ouderen, bij onze Uiventjese buurtschap waar ook regelmatig iets wordt georganiseerd en bij de leesclub in de bibliotheek. Bijna 60 jaar was ik lid van de KVO. Heel speciaal wil ik benadrukken hoe waardevol deze is geweest voor ons plattelandsvrouwen. Qua ontwikkeling en qua ontspanning want jarenlang was dit voor velen het enige uitje. Vooral in de beginjaren toen we nog niet via media en computer geïnformeerd werden, waren de voorlichtingsbijeenkomsten van groot belang. Ik heb ook enkele prachtige reizen gemaakt o.a. naar Canada waar familie van Bert woonde en ook de reis naar Lourdes samen met mijn broer Kees heeft grote indruk op me gemaakt. Maar het allermeeste heb ik genoten van een bezoek aan Barcelona. Onze kleindochter Hanneke heeft daar enige tijd gewoond en zij heeft ons deze prachtige stad tot in details laten zien. HOE VERDER Aanvankelijk had ik totaal geen boerenbloed maar toen we stopten met het bedrijf mistte ik het erg. Op een van mijn verjaardagen kreeg ik van de kinderen vijf biggetjes die hun onderkomen vonden in de boerderij van Jan. Dagelijks ging ik daar naar toe om ze te verzorgen en daarna een kopje koffie te drinken. Ten gevolge van de varkenspest kwam er een eind aan deze hobby maar het dagelijkse kopje koffie in onze oude boerderij is gebleven. Tot mijn blijdschap heb ik een hele goede vriendin, Riek.
Gien met haar laatste varkens die preventief geruimd moesten vanwege de pest in 1997.
-- Ze staat --
Ze staat altijd voor me klaar en samen gaan we regelmatig fietsen en hebben vaak veel plezier. Ik heb mijn bezigheden. Achter het huis ligt nog een behoorlijk stuk grond waarop ik groenten teel. Die zorgen er voor dat ik de hele zomer bezig ben met het vullen van m'n diepvriezers. Ik ben een gelovig mens. Echter voor veel dingen die ons vroeger als waarheid werden verkondigd heb ik geen begrip. Toch geloof ik want als je niet meer geloofd ben je een arm mens. In 1984 was ik bij het overlijden van mijn lieve zus Dien. Op het moment dat ze stierf riep ze tegen mij dat ze een prachtig groot licht zag. Mensen met een bijna dood ervaring vertellen dat ook vaak. Het is omstreden maar sedert dat moment met mijn zus heb ik dat beeld voor ogen: opgaan naar het licht. Ik weet dat mijn verhaal niet erg optimistisch is. Té veel trieste gebeurtenissen die in mijn leven zijn gepasseerd. Desondanks kan ik zeggen dat ik een gelukkig en tevreden mens ben. Er zijn namelijk nog zo veel dingen waar ik dankbaar voor ben. Allereerst voor mijn gezin. Alle kinderen hebben een goed plekje in de maatschappij gevonden. Ik heb 21 prachtige kleinkinderen en 3 achterkleinkinderen die allemaal gezond zijn.
Gien en Bert 40 jaar getrouwd, met kinderen en kleinkinderen 1991.
Ondanks mijn toch al respectabele leeftijd ben ik nog kerngezond, zowel geestelijk als lichamelijk. Ik ben nog steeds in staat om de dingen te doen die ik graag doe. Heel trots ben ik ook op het feit dat ik ben opgegroeid en nog steeds mag wonen op het Uiventje. Dat alles bij elkaar is rede genoeg om dankbaar te zijn. Mevrouw Ottens, wij wensen U nog vele goede jaren op Uw geliefde Uiventje toe. Blijft U bezig met alle activiteiten waaraan U deelneemt want ongetwijfeld is dit het geheim van Uw eeuwige jeugd!
HARTELIJK DANK VOOR HET GESPREK.
Bert met paard circa 1960. Gien eind jaren 70.
Gien met kleinzoon Roy en achterkleinzoon Siem, 2011.
Gien met haar broers en zus. Ter gelegenheid van het 50-jarig kloosterfeest van Nelleke 1994. Vlnr: Grad, Gien, Nelleke, Kees en Jan.
40 jaar getrouwd 1991. Bert Ottens rond 1950.
Gien eind jaren 70.
Vier generaties vrouwen: Gien met dochter Anne-Marie, kleindochter Hanneke en achterkleindochters Noor (rechts) en Amber (links).
Gezinsfoto bij 40-jarig huwelijk van Bert en Gien in 1991. Vlnr. Anne-Marie, Frits, Bert en Gien, René, Theo, Marius, Hedwig en Jan.