COMMISSIE WELZIJN Notulen van de openbare vergadering van de Commissie Welzijn, gehouden op 10 juni 2014. Voorzitter Commissieleden
: mevrouw H.B. Boudewijnse (GroenLinks) : de heer E. Bezoen (VVD), mevrouw F.M.W.C. Clijsen (D66), mevrouw B. van der Ham (Hart voor Bussum), de heer J.A. Kwekkeboom (GOP), mevrouw B. Plat (D66), mevrouw M.H.J. Potjer-Scholten (VVD), de heer R.W.B. Riksen (Hart voor Bussum), de heer G. Struik (GroenLinks), mevrouw N.J.C. van Tilburg, mevrouw M. de Wit (PvdA), de heer L.F.J. Zweers (CDA) Commissieleden, niet : mevrouw E.J. Laurenssen (GOP), de heer W. van der Schaaf (PvdA), de zijnde raadsleden heer F. Vos (GroenLinks) Portefeuillehouder : wethouder de heer G.H.F. Boekhoff, wethouder mevrouw A.C. van den Berg-Van Bart, wethouder de heer P. Barneveld, wethouder mevrouw G.N. van Ramshorst Commissiegriffier : mevrouw I. van Woudenberg Voorts aanwezig : mevrouw J. Agricola, de heer L.A. Wieringa Inspreker : de heer H. Roelofsen Notulist : mevrouw M. Prinsen (Het Notuleercentrum)
Opening De voorzitter heet iedereen welkom om 19.30 uur en wijst op de bijeenkomst van de Fusieraad over het sociaal domein die om 20.30 uur start. Zij verzoekt om technische vragen over de agendapunten schriftelijk af te laten handelen. Verder stelt zij voor om per programma de drie stukken samen te behandelen. De heer Zweers verzoekt de griffier om de andere commissies te informeren over deze behandelwijze zodat zij daar morgenavond rekening mee kunnen houden. Conceptagenda raad d.d. 26 juni 2014 1. Vaststellen Jaarstukken 2013 (onderdeel van het drieluik 2014) (RV2014-030) Programma 5 – Onderwijs • De heer Van der Schaaf informeert naar aanleiding van de perspectiefnota hoeveel middelen Bussum nog heeft voor onderwijsachterstandsbeleid en wat de middelen en het beleid zijn na de afwikkeling van de reserve in 2015. • Mevrouw Plat vraagt waarom er in de perspectiefnota bij onderwijs geen kosten zijn opgenomen voor de ontwikkeling van Breeduit. Is er afgezien van onderwijsmogelijkheden omdat het gebouw er zich niet voor zou lenen? De wethouder mevrouw Van den Berg verklaart dat het onderzoek naar Breeduit nog loopt. Daarvan worden de kosten gedekt via de perspectiefnota. Afhankelijk van de uitkomsten van het onderzoek zal de richting voor Breeduit worden bepaald. Mevrouw Agricola legt uit dat voor onderwijsachterstanden telkens een beleidsplan voor 4 jaar wordt gemaakt. Aan het einde van die 4 jaar wordt de reserve afgerekend. De financiering in de begroting gaat via het gemeentefonds. Zij zal uitzoeken hoeveel er nu nog beschikbaar is voor achterstandsbeleid. Bij een nieuw plan kan een nieuwe reserve worden gemaakt. Het is de vraag of dit nog gebeurt omdat de reserves zo hard groeien. In antwoord op een vraag van de heer Van der Schaaf verklaart ze dat het nieuwe beleidsplan volgend jaar moet worden gemaakt. Programma 6 – Kunst en Cultuur De heer Roelofsen (inspreker namens de Tindalstichting) las in het raadsvoorstel van 26 september 2013 dat € 90.000 door de overheid ter beschikking is gesteld voor culturele participatie van kinderen uit minimagezinnen. Hij begrijpt nu dat daarvan slechts € 6.000 is besteed en dat de rest in de algemene middelen is gevloeid. Hij had verwacht dat de rest terug zou gaan naar de overheid die het bedrag had verstrekt of, nog beter, alsnog zou worden besteed. Als de wethouder dat toestaat, kan de heer Roelofsen met een delegatie komen om het geld alsnog op de juiste bestemming te brengen. Vanuit de commissie zijn er de volgende vragen en opmerkingen: 1
•
•
Mevrouw Plat leest in de perspectiefnota dat veiligheidsmaatregelen bij evenementen voor rekening van organisatoren kunnen komen. Zij vreest dat bepaalde evenementen, die van belang zijn voor sociale samenhang en de ontwikkeling van cultuur, onder druk komen door veiligheidseisen die niet toegerekend kunnen worden aan de organisatoren, doch aan de Veiligheidsregio. Verder is niet duidelijk waarom de stichting Feest- en Gedenkdagen een andere opzet moet krijgen. Door de fusie komt er één stichting voor de 3 gemeenten, maar het gaat hier om emotionele zaken die echt bij de afzonderlijke kernen horen. Mevrouw De Wit sluit zich aan bij deze vragen. De heer Van der Schaaf is verontrust door de cijfers die de inspreker noemde. Er is dus € 84.000 voor een goede bestemming niet uitgegeven. Hoe kan dit geld alsnog worden besteed zoals bedoeld?
De wethouder mevrouw Van Ramshorst verklaart dat evenementen tot de portefeuille van de burgemeester behoren. Het is zeer uitzonderlijk dat gemeenten zelf de veiligheid bij kleine evenementen betalen. Ook Bussum wil naar het systeem waarbij aanvragen voor eigen rekening van de aanvrager komen. Het gebeurt niet zo vaak dat Bussum grote evenementen heeft waar de Veiligheidsregio eisen aan stelt. Als dat in de toekomst het geval is, zal de stichting Pro Bussum daarin, met een eigen budget, een rol in spelen. Dat kan dus verzachting bieden. De feest- en gedenkdagen zullen inderdaad zorgvuldig besproken moeten worden. Mevrouw Agricola gaat in op het punt van de inspreker over het Jeugdcultuurfonds en het Jeugdsportfonds. Er is eenmalig € 90.000 verstrekt: de € 45.000 van het Rijk zijn door Bussum verdubbeld tot € 90.000. Dat is onder andere ingezet voor de Kunst- en Sportcarrousel waar bekendheid aan moest worden gegeven. Na drie jaar bleken de carrousels succesvol te zijn en leek € 6.000 te volstaan. Het incidentele bedrag van € 90.000 is dus vervangen door structureel € 6.000. In 15 jaar tijd wordt zo alsnog € 90.000 uitgegeven. De wethouder mevrouw Van den Berg vult aan dat de Kunstcarrousel minder snel op gang kwam, maar nu heel goed draait. De kans is reëel dat het budget dit jaar niet volstaat en dat zij de raad aanvulling zal verzoeken. De heer Kwekkeboom begrijpt van de inspreker dat de genoemde bedragen anders zijn dan wat op schrift staat. Hij zal het document van de inspreker verspreiden onder de commissieleden. De wethouder mevrouw Van den Berg gaat ervan uit dat de in deze vergadering genoemde cijfers kloppen. Zij wijst erop dat het geld niet alleen is gebruikt voor cultuur, maar ook voor sport. De voorzitter concludeert dat er nog een schriftelijke toelichting vanuit de gemeente volgt. De heer Vos verwijst in dit verband naar het ingediende amendement over dit onderwerp (zie pagina 16 van de notulen van 26 september 2013). Programma 7 – Sport en recreatie • Mevrouw Van der Ham vraagt of het, met het oog op risico’s, verstandig is om voor het onderhoud van speelplaatsen burgerparticipatie en buurtpreventie in te schakelen. De heer Vos vindt het in dit verband niet juist om bij voorbaat al uit te gaan van vereenvoudiging van speelplaatsen om kosten te besparen. De eerste stap is informeren wat de betrokken bewoners en verenigingen willen en in hoeverre zij bereid zijn het beheer en onderhoud op zich te nemen. Voor wat, hoort wat. Mevrouw De Wit is bezorgd of de balans tussen veiligheid voor kleine kinderen en burgerparticipatie voldoende wordt bewaakt. Mevrouw Laurenssen heeft eveneens vraagtekens bij de versobering van het onderhoud van speelplaatsen. Voorts is zij benieuwd hoe de overdracht gaat verlopen en waar de verantwoordelijkheid van de gemeente blijft. Worden afspraken schriftelijk vastgelegd? De wethouder mevrouw Van Ramshorst stelt dat de gemeente altijd verantwoordelijk blijft voor de veiligheid van speelplaatsen en dus ook blijft controleren op deugdelijkheid. Vereenvoudiging duidt op de keuze van onderhoudsarme speelobjecten. Die keuze gebeurt altijd in overleg met omwonenden, en vooral met de kinderen zelf. Recente ervaringen wijzen uit dat ook de kinderen ook kiezen voor toestellen die eenvoudiger zijn qua materialen. Tegelijkertijd zijn die duurzamer en onderhoudsarmer. Er zijn al projecten waar omwonenden de speeltuinen zelf helemaal onderhouden, maar dan nog blijft de gemeente toezien op de deugdelijkheid van de toestellen. Bij incidentele initiatieven worden afspraken meestal mondeling gemaakt. Als inwoners langer verantwoordelijk zijn, wordt wel getracht om de afspraken vast te leggen. De gemeente stelt zich daarin niet te formeel op want buurten wijzigen en mensen verhuizen. De ervaring leert dat er makkelijk gemeenschappelijkheid ontstaat bij speelplaatsen. De heer Riksen kan zich voorstellen dat buurtpreventieverenigingen hier ook een rol bij spelen. De wethouder mevrouw Van Ramshorst heeft de ervaring dat vooral ouders met 2
•
•
kleine kinderen betrokken zijn bij speelplaatsen. Die zitten niet altijd in de buurtpreventieverenigingen. Mevrouw Plat informeert naar de in het coalitieprogramma genoemde LED-verlichting bij sportvelden. Zij vindt daar niets over terug in de perspectiefnota. De wethouder de heer Barneveld verduidelijkt dat de perspectiefnota er eerder was dan het coalitieprogramma. Duurzame verlichting betekent dat eerst de huidige palen afgeschreven moeten worden. Naar die afschrijving wordt nog onderzoek gedaan. De heer Kwekkeboom zou het op prijs stellen als de sportverenigingen en de buurtbewoners worden geïnformeerd over het tijdspad. Hem bereiken vooral vragen vanuit BFC. De wethouder de heer Barneveld verklaart dat er continu wordt gesproken met de verenigingen over hun wensen. Het maakt verschil uit of ze zelf eigenaar zijn of dat de gemeente eigenaar is. LED-verlichting kwam het eerst naar voren bij S.D.O. maar daar komt de haalbaarheid onder druk door afschrijvingen. Het onderzoek naar de afschrijvingstermijnen moet nog worden gestart en heeft niet de hoogste prioriteit. Zaken worden aangepakt aan de hand van de sportnota en in het meerjarenonderhoudsplan wordt de verlichting meegenomen. De gemeente zal de projecten in volgordelijkheid aanpakken. Particuliere sportverenigingen zijn vrij om dat zelf te doen. De voorzitter concludeert dat er vanuit de commissie behoefte is aan informatie, maar dat de wethouder voorlopig nog geen planning kan geven. De heer Bezoen begrijpt dat er nog geen duidelijkheid gegeven kan worden. Dat antwoord is duidelijk en hij pleit ervoor om het ook zo te communiceren naar de doelgroepen. De wethouder de heer Barneveld heeft daarover nog geen vragen ontvangen. Hij staat verenigingen daarover graag te woord als zij zich melden. Mevrouw Van der Ham vraagt om verduidelijking rond de Zandzee: wat was de looptijd van de lening toen die werd overgenomen, waarom is gekozen voor annuïteiten en is de lening vervolgens omgezet naar lineair, wanneer komt het meerjarenonderhoudsplan, en waarom is de levensduur op 25 jaar gezet waar die normaal 40 jaar is. De wethouder de heer Barneveld legt uit dat de lening een looptijd had van 5 jaar en dan stilzwijgend zou worden verlengd. Dat was voor 25 jaar zo geregeld en het Sportfonds zou in die periode exploiteren. Omdat was gekozen voor de risicodragende variant, is de looptijd naar het einde van de periode gegaan. In het verleden werkte de gemeente altijd met annuïteiten, maar nu wordt met alle leningen overgegaan naar lineair omdat dat een beter beeld geeft van de afschrijvingen. Vanwege de splitsing wordt nog gewerkt aan de ontvlechting, die zou op korte termijn moeten plaatsvinden en dan wordt verder gegaan met het meerjarenonderhoudsplan. Het gebouw wordt in het verlengde van het accommodatiebeleid van de gemeente meegenomen. Er is in beginsel gekozen voor 25 jaar omdat de gemeente over die periode een gebouw en faciliteiten wilde van een dusdanig niveau dat geen enorme herinvesteringen nodig zouden zijn. Na 25 jaar zal opnieuw worden gekeken naar de wensen en de eventueel nodige herinvesteringen. In het accommodatiebeleid wordt voorzien dat het geld daarvoor dan beschikbaar is.
Progamma 8 – Zorg en welzijn • Mevrouw Van Tilburg geeft een algemene visie op Zorg en Welzijn zoals verwoord in de drie documenten. De perspectiefnota stelt dat de tekorten gaan oplopen van € 198.000 (te onttrekken aan de algemene reserve) in 2015 tot ruim € 900.000 in 2018 (op te vangen via de nog uit te werken procesoptimalisatie). Zij is benieuwd waar het bedrag in 2018 vandaan moet komen als procesoptimalisatie niet oplevert wat ervan wordt verwacht. De nota maakt niet duidelijk hoe dan keuzes worden gemaakt. Tekorten mogen wat haar fractie betreft zeker niet worden gehaald uit de zorg, want er moet een gemeentelijk vangnet blijven voor mensen die het echt nodig hebben. Bij de transities zal de gemeente zich moeten focussen op de geldstromen die vanuit het Rijk komen (want de systemen zijn er al). De geldstromen moeten op de juiste manier worden ingezet. Dat is bijvoorbeeld in de perspectiefnota nog niet terug te zien bij Jeugdzorg. Mevrouw Van Tilburg pleit voor een integrale aanpak. Tot slot kunnen de tekorten ook niet uit de fusie worden gehaald. Elk beleid wordt aan de fusie gekoppeld en er wordt veel vertraagd in de uitvoering. Maar de gemeente zou - weliswaar met het oog op de fusie – moeten blijven vernieuwen en dingen moeten blijven aanpakken. • De heer Kwekkeboom heeft moeite met de bezuiniging op de parkeerkaart voor gehandicapten. Zij moeten de aanvraag nu zelf gaan betalen. Hij zou het aantal onterechte keuringen willen terugdringen door vanuit de gemeente alleen die aanvragen te vergoeden die uiteindelijk worden gehonoreerd. 3
• •
Mevrouw Clijsen leest op pagina 44 van de jaarstukken dat de GGD 15% zou bezuinigen. Daarvan is 10% gehaald. Hoe en wanneer wordt de overige 5% gerealiseerd? De heer Vos informeert naar de reserve sociaal domein: het structureel budget zou oplopen van € 1,5 miljoen in 2015 naar € 1,9 in 2017 zodat de reserve in vier jaar op € 7 miljoen zou komen. In plaats daarvan wordt nu eenmalig € 2 miljoen geboekt. Dat lijkt hem vrij weinig. Hoe hoog was de reserve, welke berekening is gemaakt, waarom zou € 2 miljoen genoeg zijn voor 2015 en 2016, en wat gebeurt er bij onvoorziene zaken in 2017 en 2018?
De wethouder de heer Boekhoff reageert als volgt op de vragen en opmerkingen: • Hij deelt de visie van mevrouw Van Tilburg op de zorg: daar mag niet op bezuinigd worden. Maar er komt, door alle transities, juist heel veel nieuw beleid per 1 januari 2015. Het college wil daarbij vooral focussen op mensen en hun behoeften: als dat efficiënt en effectief wordt georganiseerd, komen de geldstromen wel goed. Mevrouw Van Tilburg merkt op dat het haar ook gaat om de mensen. Zij doelt vooral op de één-loketgedachte. De wethouder bevestigt dat het sociaal domein volgens die gedachte wordt uitgevoerd. • De gemeente moet bezuinigen en heeft daarbij gekozen voor het aanvragen van een gehandicaptenkaart. Dat is verdedigbaar. Houders van zo’n kaart hebben een auto en hoeven geen losse parkeerkaartjes meer te kopen. Voor degenen die de aanvraag echt niet kunnen bekostigen, biedt de bijzondere bijstand een vangnet. De heer Riksen steunt het voorstel van de heer Kwekkeboom. De wethouder de heer Boekhoff verneemt dan graag op welke wijze het gat kan worden gedicht dat hierdoor ontstaat in de begroting. • De laatste 5% bezuiniging op de GGD moest komen door het samengaan met de GGD Flevoland. Maar die bleek zoveel duurder dat fuseren niet tot bezuiniging zou leiden. In de perspectiefnota (pagina 8) is een PM-post opgenomen voor de Gooi- en Vechtstreek. Die moet vanaf 2016 gaan lopen en daarin zit onder andere de bezuiniging op de GGD. • Voor het sociaal domein was enkele jaren geleden een heel grove berekening gemaakt die uitkwam op € 35 miljoen terwijl € 29 miljoen zou meekomen vanuit het Rijk. Dan zou € 2 miljoen nodig zijn voor de voorbereidingen, € 3 miljoen voor een eventuele dip, en € 2 miljoen structureel voor wat Bussum minder wil bezuinigen. De bedragen blijken nu lager te zijn doordat de regering blokken heeft weggehaald en op andere blokken flink heeft bezuinigd. Er komen dus minder taken en minder geld. De extra taken kosten € 10 tot € 11 miljoen. De ervaring leert dat het lukt om met de gekantelde methode minder uit te geven en mensen toch tevreden te houden. Naar verwachting lukt het nu wel met het geld dat overkomt van het Rijk, mits er een reserve is om de dip op te vangen. Verder is al een bedrag van € 1 miljoen voorzien voor de voorbereidingen. Waarschijnlijk is dat voldoende voor 2015 en 2016. Zodra de financiën zich duidelijker manifesteren en er meer geld nodig blijkt te zijn, komt het college hierop terug bij de raad. Programma 9 – Werk en Inkomen. • Mevrouw De Wit informeert – in navolging van een eerder gesprek over het handhavingsplan sociale zaken – of er extra middelen komen voor een communicatiestrategie gericht op de participatietreden 0, 1 en 2. Kan daar iets worden gedaan om sociaal isolement tegen te gaan? • Mevrouw Clijsen is benieuwd wat de gemeente doet om bezwaar en beroep te voorkomen zodat de kosten gereduceerd kunnen worden. • Mevrouw Van der Ham begrijpt dat er steeds vaker gebruik wordt gemaakt van de Wet werk en bijstand. Is er een visie of een plan om dat terug te dringen’ De wethouder mevrouw Van den Berg reageert als volgt op de vragen en opmerkingen: • Eventuele extra middelen voor het handhavingsplan komen in de participatievisie aan bod. Daarbij wordt steeds meer ingezet op communicatie. • Om bezwaar en beroep terug te dringen wordt steeds vaker, met succes, ingezet op mediation. • Er wordt alles aan gedaan om het gebruik van de WWB te beperken; onder andere via de poortwachter en het plan Opstap naar Werk. De gemeente hanteert de visie dat iedereen begeleid moet worden naar zelfstandigheid. 2. Vaststellen Bestuursrapportage 2014 (onderdeel van het drieluik 2014) (RV2014-028) Zie het vorige agendapunt. 4
3. Vaststellen Persepectiefnota 2015 (onderdeel van het drieluik 2014) waaronder Vaststellen herijken bestemmingsreserves (RV2014-029) Zie het vorige agendapunt. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om 20.35 uur. Aldus vastgesteld tijdens de openbare vergadering van de commissie Welzijn op 9 september 2014.
de commissiegriffier,
de voorzitter,
5