Notulen van de openbare vergadering van de Commissie Ruimte, gehouden op 15 januari 2014. Voorzitter Commissieleden
: de heer R. Wallenburg (Christen Unie) : de heer A. Fokker (BussumsBloei), de heer P. Hoekstra (PvdA), de heer K. Kingma (D66), de heer M.C.A. Klein (ChristenUnie), de heer J.A.I. de Lange (CDA), de heer H. Lansink (GroenLinks), de heer J.R. Mulder (PvdA), mevrouw F.M. Clijsen (D66), de heer C.E. Rasch (VVD), de heer P. Rijpstra (VVD)
Commissieleden, niet zijnde raadsleden : mevrouw W. Griffioen (GroenLinks), de heer P. Petiet (BussumsBloei) Portefeuillehouder : de heer P.C. Barneveld, de heer H.W.M. Heijman (bij agendapunt 1), mevrouw G.N. van Ramshorst Commissiegriffier : mevrouw J.C. van Diest Voorts aanwezig : mevrouw E. Feller, mevrouw P. Rusman, mevrouw A. de Soede, de heer B. Stolk Insprekers : mevrouw P. Olgers, de heer M. Plas Gasten : Notulist : mevrouw M. Prinsen (Het Notuleercentrum) Opening De voorzitter opent de vergadering om 20.00 uur en heet iedereen welkom. Hij deelt mee dat de presentatie Flora- en Faunawet voor het vaststellen van de Nota Bomen wordt gegeven. 1. Rondvraag • De heer Klein heeft begrepen dat de glasvezel op slechts 20 tot 40 cm onder de stoeptegels wordt aangelegd, waardoor de kans op beschadiging groot is. Zijn hierover afspraken met Reggefiber gemaakt? Gelden er normen voor en wordt gecontroleerd op de naleving? De ambtenaar legt uit dat dit met Reggefiber is besproken. Gezien de reeds aanwezige Nutsvoorzieningen, is 20 cm de optimale diepte. Als de kabels verder de bodem in gaan, loopt men het risico de bestaande voorzieningen te beschadigen. De gemeente controleert dagelijks of Reggefiber zich houdt aan de gemaakte afspraken. • De heren Rijpstra en Lansink vragen zich af waarom achter Nettorama een installatie is geplaatst die drie parkeerplaatsen kost terwijl daar al onvoldoende parkeergelegenheid is. Mevrouw Griffioen vult aan dat dit ook geldt voor de Dr. Schaepmanlaan. De wethouder mevrouw Van Ramshorst verklaart dat de installaties nodig zijn voor de glasvezel. Ze moesten op gemeentegrond worden geplaatst zonder bij woningen het uitzicht te belemmeren of geluidsoverlast te veroorzaken. Na een zorgvuldige belangenafweging zijn de huidige locaties gekozen. De gemeente beseft dat er soms parkeerplaatsen opgeofferd moesten worden en dat er sprake is van een inbreuk op de omgeving. De installaties worden echter zo goed mogelijk ingepast en waar mogelijk voorzien van klimop. • De heer Fokker vraagt een update van Scapino De Nieuwe Brink. Hij verzoekt om dit plan tegelijk met het nieuwe verkeerscirculatieplan ter behandeling aan de raad voor te leggen. Tot slot pleit hij ervoor om de panden die leegkomen door de verhuizing van supermarkten niet in te vullen met nieuwe supermarkten. De wethouder de heer Barneveld kan nog geen inhoudelijke update geven. Er wordt druk onderhandeld en de overeenstemming is in aantocht. In de anterieure overeenkomst zal ingegaan worden op supermarkten. De wethouder vindt dat de ontwikkeling van Scapino De Nieuwe Brink en het gemeentelijk vervoersplan los van elkaar staan. De verkeersroutes voor Scapino De Nieuwe Brink zijn getoetst op basis van het huidige gemeentelijk vervoerplan. Mogelijk bestaat er al meer duidelijkheid over de planning voor het gemeentelijk vervoerplan wanneer het definitieve ontwerp voor Scapino De nieuwe Brink in de raad wordt behandeld. • De heer Fokker vernam van insprekers in de vorige vergadering dat de gemeente het proces rond Scapino De Nieuwe Brink niet juist heeft gevolgd. De wethouder de heer Barneveld verklaart dat het proces volgens de wettelijke vereisten is verlopen. Er was afgesproken om volgens Gebiedsontwikkeling 2.0 te werken en klantgericht te ontwerpen. Het document op de website was een leidraad, maar het college kon daarvan afwijken mits het binnen de wettelijke kaders zou blijven. Dat is gebeurd. • De heer Kingma verwijst naar de discussie van 30 oktober 2013 over het leasen van LEDverlichting, wat mogelijk duurzamer en financieel aantrekkelijker is dan zelf kopen. Hij heeft een aantal bedrijven gevonden en zou het college een aantal vragen willen stellen. Om tot een berekening te kunnen komen, heeft hij immers informatie van de gemeente nodig. 1
•
•
•
Afhankelijk van de antwoorden, kan er in een volgende commissievergadering verder over worden gesproken. Desgevraagd stelt hij dat ook het verwijderen van de oude – nog niet afgeschreven armaturen – in zijn berekening worden meegenomen. De heer Kingma zal de informatie doorsturen naar de commissieleden, zodat die waar nodig kunnen aanvullen, alvorens een en ander voor te leggen aan het college. Hij neemt zelf actie om het onderwerp te agenderen voor de commissievergadering als daar aanleiding toe is. De heer Kingma verneemt, naar aanleiding van de inspraak op 30 oktober 2013, graag wat de status is rond de horecavergunning van Vernissage. De wethouder de heer Barneveld stelt dat het college nota heeft genomen van de inspraak en komende week beslist. Gezien de omvang van het terrein had Vernissage destijds een vergunning categorie 3 moeten krijgen in plaats van categorie 1. Hij wil echter nog niet vooruitlopen op de besluitvorming door het college en verwijst naar de mogelijkheden tot bezwaar die de commissie en de omwonenden daarna nog kunnen maken. De heer Lansink brengt in herinnering dat wethouder Gouka in het verleden geen commerciële activiteiten in Vernissage wilde toestaan. Een categorie 3 vergunning zou daarmee in strijd zijn. De heer Kingma informeert of er overeenstemming is bereikt tijdens het overleg tussen Vernissage en omwonenden. De wethouder was niet bij dit overleg aanwezig. De heer Mulder vraagt hoe het staat met de liften op Bussum Zuid en Naarden-Bussum. De wethouder mevrouw Van Ramshorst verklaart dat de lekkages in de liftschachten bij Naarden-Bussum onder controle zijn. Naar verwachting kan de lift komende zomer in gebruik worden genomen. De bouw in Bussum Zuid is gegund en zou in het najaar moeten starten om volgend jaar in de zomer klaar te zijn. De heer Lansink stelt dat Giesbers in de commissievergadering van 4 december 2013 een prijs vanaf € 350.000 noemde voor de goedkoopste woningen op het MOB-terrein. Een week later werd opeens gesproken over € 375.000. Hij vraagt de portefeuillehouder om Giesbers te verzoeken zich te houden aan de met de commissie gemaakte afspraak. De burgemeester de heer Heijman stelt dat men in de communicatie rond het plan nooit een vaste prijs heeft willen geven. Er is altijd gesproken over een indicatie en een bandbreedte. Het gaat om circa € 350.000 en niet om een minimumprijs van € 350.000. De heer Lansink verwijst naar de notulen van 4 december. Daaruit blijkt dat de heer Kingma nogmaals heeft geverifieerd of de genoemde ondergrens klopte. Een sprong van € 350.000 naar € 375.000 in één week tijd valt naar de mening van de heer Lansink niet onder circa. De burgemeester de heer Heijman stelt dat het niet zo kan zijn dat de commissie een vaste minimumprijs bepaalt. De commissie geeft kaders aan bandbreedtes. Het zijn indicatieve prijzen. Vastgestelde prijzen zijn er niet zolang de exploitatie nog moet worden uitgewerkt. De heer Hoekstra merkt, onder verwijzing naar de notulen, op dat veel fracties moeite hadden met het beslag van de woningbouw op het terrein. Weliswaar blijft de optelsom van vierkante meters binnen de beoogde 2 hectare. Maar doordat de bebouwing niet is geclusterd, lijkt het halve gebied beschikbaar te zijn voor woningbouw. Meerdere fracties hebben uitgesproken dat de bouw compacter moest gebeuren. Het wekte verbazing dat het college tijdens de informatieavond van 18 december verklaarde al een positief advies van de commissie te hebben. De heer Hoekstra had op 4 december niet de intentie positief te adviseren. Blijkens de notulen was dat ook bij de heren Lansink en Kingma niet het geval. De heer Kingma sluit zich aan bij de heer Hoekstra. De heer Lansink stelt dat ook hij een kleinere vlek woningen had verwacht. De heer Rasch is eveneens van mening dat de commissie op 4 december niet positief heeft geadviseerd. De heer Klein sluit zich aan bij de heer Hoekstra. De interpretatie door het college wijkt af van de werkelijk door de commissie aangegeven kaders. De heer Fokker stelt zich neutraal op in deze discussie. De heer De Lange vindt de voorgestelde bebouwing niet massaal of versteend, en minder opvallend dan de huidige bebouwing. Bovendien verdwijnt er een aantal grote loodsen. De burgemeester de heer Heijman heeft het dossier overgenomen van wethouder Barneveld en daarbij begrepen dat de commissie positief stond tegenover het ambitiedocument. Binnen de kaders van dat document is het plan uitgewerkt en is op 18 december een informatieavond gehouden. De heer Klein verduidelijkt dat het ambitiedocument met de kaders al eerder was vastgesteld. Op 4 december is de uitwerking gepresenteerd. De burgemeester de heer Heijman is ervan uitgegaan dat men binnen de kaders van de commissie werkte. Hij wil nu afstemmen met de commissie hoe verder te gaan. Daarbij benadrukt hij dat het situeren van de woningen op een kleinere vlek waarschijnlijk niet mogelijk zal zijn gezien de beschikbare capaciteit. Men wil zoveel mogelijk terrein teruggeven aan de natuur zonder de Bussumse inwoners daarvoor belasting te laten 2
betalen. Het moet dus budgettair neutraal gebeuren, hetgeen neerkomt op de bouw van 50 woningen die door de huidige markt opgenomen kunnen worden. Een eerdere aanbesteding met een kleiner aantal duurdere woningen is immers mislukt. Compacter bouwen, betekent dat men meer de lucht in moet gaan en dat er op een kleiner stuk grond een heel massieve bebouwing ontstaat. Bovendien is het heel vervelend om in dit stadium nog wat te wijzigen. De workshops zijn gestart en mensen hebben zich al opgegeven op basis van de reeds verspreide schetsen en beelden. Binnen het nu voorliggende plan wordt slechts 2 van de 11 hectare bebouwd. Er worden kwaliteitseisen gesteld zodat het gebied z’n natuurlijke karakter behoudt en de woningen te gast zijn in de natuur. Binnenkort wordt hierover gesproken met het Goois Natuurreservaat dat het gebied tussen de woningen zal beheren. De voorzitter concludeert dat de commissieleden wilden benadrukken nog geen positief advies te hebben gegeven. Op het terrein wordt veel gebouwd, maar er is nog niet gezegd dat kaders zijn overschreden. Hij informeert of de commissie de nu door het college ingeslagen weg bij voorbaat afkeurt, dan wel een waarschuwing wil afgeven om de grenzen niet verder op te rekken. Aangezien dit onderwerp niet is geagendeerd voor deze vergadering, zal er snel een datum geprikt moeten worden voor verder overleg. De heer Hoekstra heeft gewezen op het ontbreken van een positief advies zonder gelijk een negatief advies te willen geven. Hij is echter geschrokken van de uitspraak tijdens de informatieavond. Over de verdere invulling van het plan moet nog gesproken worden en hij gaat ervan uit dat het college de opmerkingen van de fracties meeneemt bij de uitwerking zodat de bebouwing goed wordt ingepast. Over de mededeling van het college (95), betreffende de gefaseerde afkoop, heeft hij geen opmerkingen. De heer Lansink hoopt dat de gemeente nog van partijen af kan als niet wordt gerealiseerd wat is afgesproken. De heer Rasch constateert dat noch op 4 december, noch op 30 oktober een positief advies door de commissie is gegeven. Uit de notulen blijkt dat beide keren kritische vragen zijn gesteld en onduidelijkheden zijn benoemd. Hij wil voorkomen dat de plannen nu doorgaan zonder beantwoording van de vragen en zonder rekening te houden met wat toen is gezegd. De burgemeester de heer Heijman stelt dat het proces naar de omgeving toe lastig is. Hij is bereid om, met alle aandachtspunten en bedenkingen, aan de slag te gaan als er politieke steun voor is. Als die ontbreekt, kan het college niet op weg worden gestuurd. De heer Klein merkt op dat wel positief is geadviseerd op het ambitiedocument. Toen is ook de limiet van 2 hectare gesteld. Vervolgens is gevraagd of het stedenbouwkundig mogelijk is om de bebouwing kleiner te maken. De heer Klein hecht hierbij sterk aan de visie van het Goois Natuurreservaat. Als die het mogelijk acht om met het huidige plan de ruimte een natuurlijke uitstraling te laten behouden, kan hij ermee instemmen. De irritaties nemen nu echter toe. Als er nog meer onverwachte zaken gebeuren waardoor de grenzen van de kaders anders worden benaderd, zal het steeds lastiger worden om instemming te geven. De heer Hoekstra sluit zich daarbij aan. De commissie een presentatie geven, is niet de juiste wijze van agenderen. Er moet op een goede manier invulling worden gegeven aan Gebiedsontwikkeling 2.0. Wat betreft het MOB-complex zou met creativiteit een goede inpassing bedacht moeten worden. De heer De Lange is van mening dat wordt gewerkt binnen de door de commissie gestelde kaders. Als hier nu politiek wordt bedreven, loopt men het risico dat het project tot stilstand komt. Hij wijst op de gevolgen die dat kan hebben voor de koop van de grond. De bebouwing komt uiteindelijk op 1,8 hectare en de heer De Lange kan zich daarin vinden. De heer Kingma merkt op dat bij de eerste presentatie geconcentreerde bebouwing wel mogelijk was. Hij stoorde zich aan het feit dat het ambitiedocument werd gepresenteerd als een soort verkoopbrochure terwijl er nog geen kaders waren vastgesteld. Op dat moment was de gemeente al veel te voortvarend. Hij wil zich graag met zijn fractiegenoten nader beraden op het standpunt dat de commissie nu moet innemen. Er is immers veel veranderd. Overigens is duidelijk dat het Goois Natuurreservaat een belangrijke stem moet hebben in deze zaak. De heer Fokker staat achter het project en wat hem betreft mag het doorgaan. De heer Rasch ziet op zich geen erg grote veranderingen. Hij verzoekt om het Goois Natuurreservaat goed aangehaakt te houden. De heer Lansink heeft moeite met de verspreiding van de bebouwing. Bebouwd gebied is geconcentreerd: woningen in Bussum worden ook niet exclusief de tuinen geteld. Er is geen reden om dat bij het MOB-complex wel te doen. Bij gespreide bebouwing wordt er minder teruggegeven aan de natuur: het wild zal niet tussen de huizen doorlopen. Hij verwijst naar de U-woningen aan de ’s-Gravelandseweg en pleit voor nader onderzoek alvorens 3
workshops te houden. Nu is een grens overschreden. Het college is op een verkeerd been gezet. De heer Lansink neemt het onderwerp mee terug naar zijn fractie en verzoekt om het opnieuw te agenderen voor de volgende commissievergaderingen. Bij de presentatie was er sprake van een voorlopige ontwikkeling en nu blijkt de gemeente er min of meer aan vast te zitten. Dat is niet de invulling die wethouder Barneveld had toegezegd. De burgemeester de heer Heijman beaamt dat de wijze van presenteren anders had gekund. Dat kan nu niet meer worden teruggedraaid. Gebiedsontwikkeling 2.0 is experimenteel en iedereen moet er nog aan wennen. De burgemeester hoopt dat vertraging van het project geen financiële gevolgen heeft. Om het voort te zetten is echter politieke steun nodig. Hij zou graag op korte termijn duidelijkheid hebben over de vraag hoe verder te gaan: is er sprake van uitstel of van afstel? Hij verwacht snel feedback van de commissie. De voorzitter concludeert dat D66 en Groen Links het plan mee terugnemen naar hun fractie. De andere fracties steunen min of meer het voorstel van de heer Klein om onder voorwaarden in te stemmen zodat men geen vertraging hoeft te ondervinden. De heer Rijpstra vult aan dat de crux ligt in de vraag of de 2 hectare aaneengesloten moet zijn. Het zou goed zijn als de commissie voorafgaand aan de volgende raadsvergadering kan spreken met het Goois Natuurreservaat om tot duidelijkheid te komen over de natuurwaarde. Dan kan de commissie bepalen of ze het plan steunt. De heer De Lange begrijpt dat partijen geen instemming verlenen bij een negatief standpunt van het Goois Natuurreservaat. Dan ontstaat er een probleem voor Bussum. De heer Klein geeft de voorkeur aan ten halve te keren dan ten hele te dwalen. De heer Lansink stelt voor om een tussentijdse commissievergadering te beleggen in plaats van vooroverleg bij de raadsvergadering. De burgemeester de heer Heijman zegt toe dat op korte termijn een datum wordt geprikt voor een extra commissievergadering. 2. Notulen van de vorige vergadering • De heer Klein verwijst naar het schriftelijke antwoord op zijn vraag (pagina 2, agendapunt 2) waarin de wethouder aangaf dat er geen vrije aanplakzuil komt vanwege de kosten. Maar de exploitant van de reclameborden heeft destijds in zijn presentatie aangegeven dat hij een wildplakzuil zou plaatsen. De wethouder mevrouw Van Ramshorst zoekt dit uit. • De heer Kingma is raadslid geworden en dient als zodanig bij de aanwezigen te staan. • De heer Rijpstra heeft nog geen antwoord ontvangen op zijn vraag over de verkeerssituatie rond de Action (pagina 2, agendapunt 2). De wethouder mevrouw Van Ramshorst verwacht op korte termijn met concrete voorstellen te kunnen komen. Er is al overleg geweest met de buurt, de eigenaar van het parkeerterrein en de Action. • De heer Rijpstra stelt voor om op pagina 9 bij punt 6D de term doorsluizen te vervangen door de term doorboeken. De commissie stemt daarmee in. • De heer Lansink informeert naar aanleiding van agendapunt 4, pagina 5, waarom de Botweg en Veldheimerlaan niet meer op de dynamische jaaragenda staan. De voorzitter verduidelijkt dat op het RIS een verkorte versie staat van de dynamische jaaragenda. De griffier mevrouw Van Diest geeft aan dat er binnen twee weken een volledige en geüpdatete versie op het RIS geplaatst zal worden. De voorzitter concludeert dat de notulen van 4 december 2013 hiermee worden vastgesteld. 3. Mededelingen Over de schriftelijke mededelingen zijn de volgende vragen en opmerkingen: • De heer Rasch merkt op dat bij mededeling 95, aan- en verkoopovereenkomst MOBcomplex, niet meer wordt verwezen naar de vertrouwelijkheid. De voorzitter verduidelijkt dat die is opgeheven. De mededeling is verder aan de orde gekomen bij de rondvraag. 4. Dynamische jaaragenda • De voorzitter zegt toe de weggevallen onderwerpen weer op de agenda te plaatsen. Het gaat onder andere over het Jaarverslag Milieu en Duurzaamheid, de presentatie van het Project Regionale Energiebesparing, en de plannen voor de Botweg/Veldheimerweg. • De heer Mulder verzoekt om voor de volgende commissievergadering, eventueel in de vorm van een presentatie, het punt adviseren over ondergrondse infrastructuur te agenderen. Dit ook gezien de inhoud van de brief van PWN aan de raad hierover. De wethouder mevrouw Van Ramshorst zal nagaan of dit mogelijk is nu de afdelingsleiding afwezig is door ziekte. Zij zal de commissie binnen twee weken laten weten of het punt dan kan worden behandeld. 4
5. Ingekomen brieven De voorzitter stelt vast dat er geen ingekomen brieven zijn. 6. Conceptagenda raad d.d. 30 januari 2014 6a. Vaststellen Structuurvisie Naarden en Bussum 2040 (RV2013-115) De commissieleden spreken zich unaniem positief uit over de structuurvisie. De heer Kingma zou echter nog een aantal zaken toegevoegd willen zien aan de structuurvisie. Hij wil de verkaveling van weilanden beperken aangezien dat een rommelige indruk maakt. In de visie zou ook aandacht moeten zijn voor onderwijs en de bereikbaarheid van scholen, alsmede voor een steunpunt gezondheidszorg nu het ziekenhuis aan de rand van Naarden en Bussum gaat fuseren met Hilversum. Ook zou stelliger geformuleerd moeten worden dat verbouw van woningen en gebouwen voor nieuwbouw gaat. Bij de teksten over fietsen en wandelen ligt de nadruk vooral op het recreatieve terwijl er ook fietspaden moeten zijn naar de concentraties waar mensen werken. De heer Kingma is verbaasd dat Bussum ontbreekt op de kaart van regionale winkelcentra (pagina 65). Door Naarden neer te zetten als chic toeristisch dorp en Bussum veel algemener te typeren, ontstaat een tweedeling waar hij niet gelukkig mee is. Hij pleit ervoor om de mogelijkheid tot zonneakkers open te houden en ook voor bodemenergie de leasekosten af te wegen. Bij de tabellen B1 en N1 zouden prioriteiten aangegeven moeten worden. De heer Lansink is van mening dat de door de heer Kingma genoemde onderwerpen te zeer in detail gaan voor een structuurvisie. De heer Rijpstra merkt op dat partijen de afgelopen anderhalf jaar input hebben geleverd voor de visie. Alle fracties waren uitgenodigd om mee te doen. Nu komen de opmerkingen als mosterd na de maaltijd. De heer Kingma heeft deelgenomen aan een aantal bijeenkomsten over de structuurvisie en ziet zijn kanttekeningen als voortschrijdend inzicht. De heer De Lange merkt op dat de visie van onderaf tot stand is gekomen. Daarom zouden toekomstige besluiten ten grondslag moeten liggen aan de structuurvisie. Ook wijst hij op de noodzaak tot flexibiliteit omdat de wereld blijft veranderen. De heer Hoekstra informeert of er afspraken zijn gemaakt over bovenplanse verevening. Wellicht kan die van toepassing worden verklaard op de gehele structuurvisie. Wat betreft de in de uitvoeringsparagraaf genoemde jaarlijkse herziening zou hij meer accent willen leggen op het vooruitkijken dan op herijking en analyses van het verleden. De heer Klein stelt voor om de luchtfoto’s, die bij de start zijn gemaakt, in hoge resolutie via de website beschikbaar te stellen aan de inwoners van Naarden en Bussum. Verder heeft hij zich verbaasd over het enthousiasme van de brandweer om een zienswijze in te dienen. Wellicht kan naar de bandweer het signaal worden afgegeven dat die zich beperkt tot haar wettelijke rol. De wethouder de heer Barneveld reageert als volgt op de vragen en opmerkingen: • Hij zal de complimenten overbrengen aan de ambtelijke organisatie. • Het signaal naar de brandweer laat de wethouder over aan de portefeuillehouder. • Het beschikbaar stellen van de foto’s is een goed voorstel. De wethouder zal nagaan of dit, wat de rechten betreft, mogelijk is. • Het is de bedoeling het stuk van onderaf te hanteren. • Bij de totstandkoming van de visie zijn resultaattechnisch alle zaken al voorgelegd. De discussie zou zich nu moeten beperken tot de uitvoeringspagina. De visie is samen met Naarden opgezet en men is tot een consensus gekomen die aansluit bij beide filosofieën. De meeste punten die de heer Kingma noemt zijn op voorzieningenniveau, terwijl de structuurvisie overkoepelend is en op een hoger niveau ligt. De wethouder begrijpt de opmerkingen van de heer Kingma, maar inmiddels is men al twee stappen verder. Om de visie aan te passen, is hernieuwd overleg met Naarden nodig. Hij vraagt zich af wat de beste manier is om daarmee om te gaan. • Voorstellen over leasen ziet de wethouder graag tegemoet. Uitgangspunt is dat de gemeente liever koopt dan least, omdat dit uiteindelijk minder duur is. • Bovenplanse verevening kan niet zomaar. Bussum zou dan veel geld moeten betalen en er is voor gekozen om dat niet te doen. Bovendien is men over enkele jaren één vanwege de fusie. Muiden heeft al een structuurvisie klaar en die kan ingevoegd worden in de structuurvisie Naarden – Bussum. De heer Kingma vindt het jammer dat er in het proces wat is misgegaan. De structuurvisie is goed, maar hij zou willen voorkomen dat de mogelijkheid van zonneakkers al bij voorbaat wordt geblokkeerd. Als daarvoor opnieuw overleg met Naarden nodig is, zou hij de andere punten willen laten rusten. De heer De Lange verduidelijkt dat er, volgens de visie, naar energiemaatregelen zal worden gekeken. Op dat moment kan men de juiste besluiten nemen. 5
De wethouder de heer Barneveld stelt dat initiatieven als zonneakkers altijd ingebracht kunnen worden bij de organisatie, het college of de raad. Ze worden dan op hun merites getoetst. De structuurvisie is een bovenliggend geheel en wil geen zaken op slot zetten. De voorzitter concludeert dat dit agendapunt een hamerstuk wordt in de raadsvergadering. 6b. Vaststellen Postzegelbestemmingsplan Het Spiegel-Meentweg 23-25 (RV2013-117) De commissieleden zijn allemaal tevreden dat er nu iets gebeurt op deze locatie. De heer Rasch informeert hoe de gemeente omgaat met de wens tot versterking van de woonfunctie in dit gebied: wordt proactief getracht het woongenot te verbeteren? Verder is hij benieuwd of de gemeente tegemoet kon komen aan de indiener van een zienswijze. De heer Kingma heeft telefonisch navraag gedaan bij de indiener en begrepen dat die gerustgesteld is met de nulmeting voor de kelder. Het probleem rond de bezonning blijft: daarom wil de indiener graag een wat lager dak. Dat past ook beter in de schaal van de straat. De heer Klein begreep dat de indiener overleg heeft met de bouwer over verbeteringen. Volgens de heer Kingma heeft de bouwer echter geen toezeggingen gedaan. Wat betreft de invulling van de bestemming, vraagt de heer Kingma zich af of hier nu seniorenwoningen worden gebouwd. De wethouder de heer Barneveld reageert als volgt op de vragen en opmerkingen. • Over de bouw van seniorenwoningen is hem niets bekend. De heer Kingma verwijst naar document 3.1, waar staat dat nieuwe woningen in het gebied voor specifieke doelgroepen worden gebouwd. In dit gebied is behoefte aan seniorenwoningen. De heer Klein noemt ter aanvulling ook punt 3.3.2 met betrekking tot de algemene visies en ambities in 2025. • Gisteren is ambtelijk gesproken met de indiener en uiteindelijk was hij redelijk content. Ten opzichte van het oude bestemmingsplan verandert er eigenlijk weinig. • De gemeente gaat niet proactief aan de slag om het woongenot te verbeteren, maar als er initiatieven vanuit de bevolking komen, worden die begeleid. Er wordt niet actief getracht bedrijven hier weg te krijgen. 6c. Vaststellen Definitieve Nota Bomen 2014 (RV2013-122) Mevrouw Olgers (inspreker namens de Milieuraad Bussum) stelt dat de flora en fauna bijdraagt aan de gezondheid en de geluksbeleving van de Bussumse inwoners. Bussum moet groen blijven en daarover dienen afspraken te worden gemaakt. Zij staat achter de gemeentelijke visie, het beleid en de aanzet tot deregulering. De nota draagt bij aan bescherming, behoud en versterking van het ecosysteem. De uitwerking moet echter nog inzichtelijk worden gemaakt. Het wettelijk kader is niet benoemd. Daardoor boet de nota aan kracht in. De deregulering is onvoldoende onderbouwd en daarom zorgwekkend. Met de huidige formulering is 80% van het openbaar groen vogelvrij. Mevrouw Olgers pleit voor een alomvattende nota met een heldere uitwerking van het instrumentarium. De best practices van Soest zouden daarin meegenomen moeten worden en de Boomstichting zou om een beoordeling moeten worden gevraagd. De heer Rijpstra informeert of de nota van Soest zowel over openbaar als over particulier groen gaat. Volgens mevrouw Olgers is dat inderdaad het geval. Mevrouw Clijsen vraagt wat er nog moet gebeuren om de nota compleet te krijgen. Mevrouw Olgers noemt het gebruik van krachtige taal, de uitwerking van de gereedschapskist en van de toetsingscriteria voor de bomenlijst, een bomenkaart, een lijst met beschermwaardige bomen die mogen uitgroeien tot waardevolle bomen, een beschrijving van het wettelijk kader, de omgevingsvergunning, burenrecht, een beschrijving van de zorgplicht van de gemeente, een uitgewerkte bomentoets bij ruimtelijke ingrepen, een nadere definiëring van boomrijke woongebieden, een beschrijving van de compensatieregeling en de rol van het gemeentelijk bomenfonds, en het handhavingsbeleid. Zij zal deze punten op schrift naar de commissie sturen. De heer Plas (inspreker) pleit ervoor om het belang en de eigen verantwoordelijkheid van de burger niet uit het oog te verliezen. Het is heel zuur als een burger een boom aanplant en die niet meer mag kappen zodra de boom te groot wordt en als hinderlijk wordt ervaren. De gemeente kapt zelf ook vrij makkelijk bomen voor rioleringswerkzaamheden en in dat opzicht is er sprake van een onbalans. Voorts wijst hij erop dat openbare bomen tot onredelijke hinder kunnen leiden als de gemeente op enig moment geen geld meer heeft om ze te onderhouden. Voor onenigheid tussen bewoners en de gemeente over bomen zou er een toetsingskader en een onafhankelijke beroepsmogelijkheid moeten zijn, zodat burgers hiervoor niet naar de rechter hoeven. De heer Mulder is benieuwd of de onbalans blijkt uit de nota. Volgens de heer Plas blijkt die niet uit de nota, maar zag hij die in het verleden om zich heen. Bij riool- en wegwerkzaamheden worden bomen gekapt en vindt nieuwe aanplant plaats op kosten van de burger. 6
Mevrouw Clijsen informeert of de heer Plas een duidelijk toetsingskader aantrof in de nota. De heer Plas verklaart dat dit niet het geval is. Maar een gemeente die zelf toetst, is als een slager die z’n eigen vlees keurt. De voorzitter gaat over tot de behandeling van de nota door de commissie. De heer Klein hoopt dat de ambities worden vastgehouden als de uitvoering wordt getemporiseeerd. Het open laten van de deregulering is lastig en hij verzoekt het college om de raad daarbij te betrekken. Het idee om een deel van de kosten voor het vervangen van bomen op te nemen in de rioolheffing is sympathiek, mits dit naar redelijkheid gebeurt en niet meer wordt toegerekend dan enkel de kosten voor het vervroegd kappen van bomen. Op het kaartje met de hoofd- en substructuren ontbreekt de Vlietlaan, die beeldbepalend is. De heer Mulder is van mening dat kostenverrekening via de rioolheffing zeker geen blanco cheque mag worden. Wat betreft de bomenstructuur zou er nog wat beter gekeken mogen worden naar de Ooster- en Westereng. Tot slot wenst hij nadere aandacht voor de afstemming van gereedschapskist. Die moet voldoende kaders meegeven. De heer De Lange sluit zich aan bij vorige sprekers. Hij vraagt zich af wat de gemeente wil doen aan de door de inspreekster genoemde 80% niet beschermd buitengebied en zou graag zien dat de door de Milieuraad gedane suggesties op korte termijn worden vastgelegd. Mevrouw Clijsen verzoekt, onder verwijzing naar een gedicht van Hans Andreus, om het woord straatboom te vervangen vanwege de negatieve connotatie die het heeft. Verder leest zij op pagina 9 van de nota dat het vergunningstelsel voor het beschermd dorpsgezicht wordt versoepeld omdat het de gemeente te veel werk kost. Dit wekt verbazing omdat in het kader van de Wabo het werk zou moeten afnemen. Bovendien gaat het uiteindelijk om behoud en bescherming van bomen en niet om de hoeveelheid werk voor de gemeente. De nota refereert naar de Flora- en Faunawet alsmede naar de Verkeerswet. Mevrouw Clijsen vraagt zich af hoe die wetten concreet worden toegepast in de nota. Ook informeert ze hoe de deregulering via de omgevingswet, waar de VNG niet enthousiast over is, zo kan worden toegepast dat voor de bomen het beste resultaat kan worden behaald. Een zorg kan zijn dat mensen heel soepel een kapvergunning kunnen krijgen omdat de criteria in de Gemeentelijke Boomverordening 2012 nogal open zijn gesteld. Hoe wordt in dit verband de cultuurhistorische waarde van een boom bepaald? Tot slot informeert mevrouw Clijsen welk bedrag de gemeente per jaar vrijmaakt voor het beheer van de bomen en hoe daarmee de doelstellingen uit de nota worden gerealiseerd. De heer Rijpstra vraagt hoe men de gereedschapskist kan instellen zonder te weten wat ermee te doen. Ook hij verneemt graag hoe het staat met de deregulering en de keuzes. Het vogelvrij verklaren van 80% van de bomen in het openbaar groen zal zeker niet de bedoeling zijn. De heer Rijpstra kan zich voorstellen dat er een noodplan is voor het geval door een ziekte in categorie 1 het geld voor boombeheer op is. Hij verzoekt om het onderscheid tussen particuliere en openbare bomen op te heffen. De marters, die zich ophouden in oudere bomen, ziet hij liever niet en lijken hem niet beschermingswaardig. Tot slot ontvangt hij graag informatie over de beslisboom. Mevrouw Griffioen constateert dat het uitvoeringsinstrumentarium lastig is vanwege de versoepeling van regels en de nog in te richten gereedschapskist. Men moet alert blijven op verruiming van regels. Wat betreft de gereedschapskist, verneemt zij graag wanneer die klaar is en wanneer de aanvulling voor een groen centrum wordt uitgewerkt. De wethouder mevrouw Van Ramshorst reageert als volgt op de vragen en opmerkingen: • De enorme diversiteit van soorten, doordat Bussum wordt ingeklemd tussen verschillende soorten natuurgebieden, is uniek. Ambtenaren hebben veel kennis van zaken over bomen en over de Flora- en Faunawet. In overleg moeten soms keuzes worden gemaakt. Het is niet juist om op voorhand alles dicht te timmeren, aangezien er integraal gewerkt moet worden binnen de gemeente. Integraliteit moet tussen de oren zitten en valt niet in een nota vast te leggen. Daarom zal de wethouder het advies van de Milieuraad, om alles vast te leggen, niet opvolgen. Zij hecht aan overleg waarin men naar elkaar luistert en bijstelt. • Wat nu voorligt is een kadernota. De uitwerking, via de gereedschapskist, is een taak van het college. Bij het vaststellen van de gereedschapskist, wat nog dit jaar gebeurt, zal het college zorgvuldigheid betrachten en kijken naar best practices uit andere gemeenten. De nota van Soest is bekend bij het college. • De deregulering ligt niet helemaal open. De bepalingen over doorgeschoten groen in beschermd dorpsgezicht wordt echter wel gedereguleerd. • Er komt geen blanco cheque om kosten voor bomen op de rioolheffing te verhalen. De wethouder verwacht dat hierover nog wel wat discussies zullen worden gevoerd. • Straatbomen is een vakterm. Hiervoor wordt in de nota een ander woord gezocht. 7
•
• • • •
•
Voor beheer is circa € 111.000 per jaar beschikbaar. De gemeente heeft geen noodplan voor de uitbraak van ziektes. Als zo’n situatie zich voordoet, vindt er opnieuw overleg plaats met de raad. De bestrijding van de kastanjeziekte is al wel gecalculeerd. De wethouder steunt de marter. Het plan voor groen in het centrum hangt samen met de ontwikkeling van dit gebied. Bij de uitwerking daarvan worden bewoners betrokken. Of de Vlietlaan aan de hoofd- of substructuur moet worden toegevoegd, zal worden gekeken. Dit is inderdaad een historische laan met veel groen. De heer De Lange wijst op het lange-termijnkarakter van nota. Bij bomen gaat het om 50 tot 80 jaar. Om het beeldbepalend karakter van Bussum te behouden, zou een aantal zaken vastgelegd moeten worden. Volgende wethouders zijn misschien wat minder bevlogen met dit onderwerp. Mevrouw Griffioen sluit zich daarbij aan. De wethouder mevrouw Van Ramshorst is van mening dat al veel zaken zijn vastgelegd. Bovendien zal bij alle projecten de beslisboom gehanteerd moeten worden. Die geeft aan welke punten per project gecontroleerd moeten worden. De beslisboom komt niet terug in de commissie, maar de wethouder zal als de uitwerking, met de beslisboom, klaar is deze via een mededeling van het college naar de raadscommissie zenden. Mevrouw Clijsen informeert wat er kan worden gerealiseerd met de genoemde € 111.000 per jaar. De wethouder mevrouw Van Ramshorst legt uit dat dit bedrag voldoende is om het huidige beleid en het onderhoud voort te zetten, maar niet voor uitbreiding.
De heren De Lange en Lansink nemen, voor de behandeling in de raad, het onderwerp mee terug naar hun fractie. 7. Kennis nemen stand van zaken Fietsbeleid Bussum (CN2013-051) De commissie staat unaniem achter de nota. Wel zijn er enkele vragen en opmerkingen. De heer Fokker heeft geen beeld bij de paaltjes op de fietspaden. De heer Rijpstra informeert naar de fietsveiligheid bij 30 en bij 50 kilometer. Bij 30 kilometer per uur is er sprake van menging terwijl er bij 50 kilometer gescheiden fietspaden liggen. Hij verzoekt de meetgegevens op te nemen in het rapport om zaken te onderbouwen. Verder zou er aandacht gegeven moeten worden aan het stallen van fietsen en aan diefstalpreventie. Hij mist voorts de aandacht voor het stallen van fietsen, met name bij evenementen, en diefstalpreventie. De heer Kingma zou in de samenvatting willen lezen dat er meer – in plaats van veel – wordt gefietst. Het aantal verplaatsingen per fiets moet voor 2020 van 40% naar 45% zijn gegroeid. Hij zou graag zien dat een nieuwe fietsbalans wordt opgesteld en dat er wordt gezorgd voor veilige fietsroutes van en naar scholen. Het verzoek aan de commissie om het fietsbeleid op te nemen in het gemeentelijk verkeer- en vervoerplan vindt hij geen goed idee. De fiets is zo belangrijk dat hij een aparte nota nodig heeft. De heer De Lange doet de suggestie om op het maaiveld een aantal parkeerplaatsen in te richten voor fietsparkeren zodat het minder rommelig oogt in het dorp. De heer Mulder zou het aantal verplaatsingen per fiets willen laten groeien naar 50% of meer. Ook het gemeentelijk vervoerplan zou zeker voor de helft aan fietsen gewijd moeten zijn. De heer Klein brengt de actie 8 voor 1 van de Fietsersbond in herinnering (op 1 autoplek kunnen 8 fietsen staan). Hij vraagt aandacht voor verbetering van bestaande fietspaden, uitbreiding en verbetering van fietsrekken, het verwijderen van weesfietsen en het weghalen van paaltjes. Het is een goed idee om het fietsplan mee te nemen in het gemeentelijk verkeer- en vervoerplan. Wel vraagt hij zich af wat dan de afstemming is met het regionale verkeer- en vervoerplan. De wethouder mevrouw Van Ramshorst reageert als volgt op de vragen en opmerkingen: • De paaltjes op fietspaden zijn gevaarlijk en moeten weggehaald worden. • Op 30-kilometer-wegen is fietsen veiliger. Weliswaar zijn er geen gescheiden paden, maar de verkeersbewegingen zijn er minder snel. • Op de metingen wordt teruggekomen. • Er wordt getracht de stallingen uit te breiden; zeker met de toename van het aantal elektrische fietsen. De gemeente zoekt geschikte locaties en mensen. • Fietsendieven probeert men te weren met bewaakte stallingen en fietsklemmen waar een ketting omheen kan. • Het is een goede tip om het fietsparkeren bij evenementen te regelen. • De wethouder neemt het streven naar 50% verplaatsingen per fiets over, maar kan op dat punt geen concrete toezeggingen doen. Naarmate het fietsers makkelijker wordt gemaakt, zal het percentage echter toenemen. 8
Zodra de mogelijkheid tot een fietsbalans zich weer voordoet, zal Bussum er gebruik van maken. Het is niet bekend wanneer de Fietsersbond daar weer mee gaat komen. • Het rommelige parkeren wordt, in overleg met de BOV en de dorpsmanager, aangepakt. Indien mogelijk wordt daartoe gebruik gemaakt van beschikbare autoparkeerplaatsen. • De wethouder wil het fietsplan graag integreren in het gemeentelijk verkeer- en vervoerplan, hoewel het minder dan de helft van dit plan in beslag zal gaan nemen. • De tweede zin van de samenvatting zal worden aangepast. De wethouder zal nog terugkomen bij de commissie met concrete voorstellen. •
De heer Kingma noemt nog het interregionaal fietsverkeer en het fietsen van en naar scholen. De wethouder mevrouw Van Ramshorst verklaart dat de scholen beperkte terreinen hebben voor de hoeveelheid fietsen. Het lukt allemaal nog net. De gemeente blijft dit volgen. De heer Rijpstra merkt op dat brommers ook op fietspaden rijden. Volgens de wethouder mevrouw Van Ramshorst mogen brommers op de rijbaan, maar scooters niet. 8. Presentatie over Flora- en Faunawet Mevrouw Feller informeert de commissie over bijzondere planten en dieren die in Bussum voorkomen en over de natuurwaarden. Er leven enkele door de Flora- en Faunawet zwaar beschermde soorten en in hun nabijheid mogen werkzaamheden alleen worden uitgevoerd met een ontheffing van de provincie of aan de hand van een door het rijk goedgekeurde gedragscode. In het kader daarvan heeft het college nu de Leidraad Flora en Faunawet vastgesteld. Bussum ligt als het ware ingepakt tussen natuurgebieden: het Naardermeer, Cruysbergen, de Franse Kampheide, de Bussumer Westerheide, en het Crailose bos. Het Naardermeer, waar de ringslang voorkomt, en de Westerheide waar reeën, konijnen en heikikkers leven, vallen onder de Natuurbeschermingswet. Bij Cruysbergen wordt gewerkt aan een verbinding met het Naardermeer. Er komen zonnedauw, ijsvogels, witsnuitlibellen, ooievaars, klokjesgentiaan, rietorchus en heikikkers voor. Hier en op de Franse kampheide zijn zandverstuivingen op gang gebracht voor de zandhagedissen. Er leven verder eekhoorns, heideblauwtjes en vleermuizen. Ook staat er een bijzonder huis van de rode bosmier. Deze twee gebieden hebben geen juridische status, maar vallen onder de ecologische hoofdstructuur. Het beheer van de meeste Bussumse natuurgebieden gebeurt door het Goois Natuurreservaat. In de gemeente ligt de Groene Long met steenanjers, grasklokjes, en kaardebollen met de bijbehorende vlinders en wilde bijen. Ook zitten hier vaak puttertjes. Bij de poelen komen de pad, de groene kikker, de bruine kikker en de kleine watersalamander voor. Zij worden beschermd door de Flora- en Faunawet. Bij het Willem Bilderdijkpark en in ’t Mouwtje ziet men de zwaar beschermde bittervoorn en waterkruiper. Het Brediuskwartier en Het Spiegel zijn het leefgebied van eekhoorns, boombewonende vleermuizen, egels en amfibieën. Westereng heeft mussen onder dakpannen en gebouwbewonende vleermuizen in spouwmuren. Ook is er elk jaar de gierzwaluw. Voor alle wettelijk beschermde diersoorten geldt dat men, alvorens werkzaamheden te verrichten, moet weten welke soorten aanwezig zijn, welke gevolgen de werkzaamheden voor hen hebben, en hoe de schade voor de soorten voorkomen of beperkt kan worden. De Flora- en Faunawet heeft, al naar gelang de zwaarte van de bescherming, drie lijsten opgesteld. De Leidraad Flora en Faunawet is door Bussum en Naarden samen opgesteld en bestaat uit drie delen. Het eerste deel regelt de taken en verantwoordelijkheden van gemeenten en aannemers, het tweede regelt het borgen daarvan bij het afgeven van vergunningen en bestemmingsplannen, en het derde deel verwoordt de gedragsregels voor de eigen buitendienst en aannemers. Tot slot is er een kaart met alle natuurwaarden, meldingen en waarnemingen. Die geeft een beeld van de risico’s rond beschermde plant- of diersoorten. Deze kaart zal ook op de website worden geplaatst. De gemeente zal de komende tijd een communicatietraject ingaan om de inwoners te informeren over wat ze zelf kunnen doen en wat de gemeente doet in het kader van de natuurwaarden. De heer Hensen (publieke tribune) vraagt of de leidraad al beschikbaar is. Mevrouw Feller bevestigt dat. Hij wordt het komende jaar verder geïmplementeerd. Verder heeft de heer Hensen begrepen dat de Bittervoorn een hier ingeburgerde schadelijke parasiet uit Azië is. De ijsvogel zou niet meer op de beschermde-diersoortenlijst staan. Mevrouw Feller bevestigt dat de ijsvoorn niet beschermd is. Bussum gaat er echter zorgvuldig mee om. De bittervoorn staat wel op de lijst van zwaar beschermde soorten en daar kan de gemeente niets aan veranderen. Mevrouw Clijsen informeert hoe de gemeente handen en voeten wil geven aan de in artikel 2 van de wet genoemde zorgplicht en in hoeverre er een toetsingskader is voor de gedragscodes. Zij vraagt of de zorgplicht ook geldt voor de medewerkers die werken in het groen. Mevrouw Feller 9
verduidelijkt dat de zorgplicht voor elke Nederlander geldt. Het bevoegd gezag is niet de gemeente, maar het rijk. Via publicaties en bij vergunningsaanvragen wil Bussum de inwoners bewust maken van de aanwezigheid van soorten zodat ze er rekening mee kunnen houden. Voor de medewerkers in het groen, verwijst ze naar deel 3 van de leidraad. De betrokken medewerkers worden opgeleid zodat ze kunnen omgaan met de gedragsregels. De gedragscode is getoetst door het rijk en wordt nu geïmplementeerd op de diverse afdelingen. De heer De Lange concludeert dat er sprake is van een bestaande wet die nu handen en voeten krijgt. Mevrouw Feller bevestigt dat. De heer Klein is benieuwd of de zwaar beschermde soorten alleen in Bussum voorkomen. Mevrouw Feller verklaart dat ze op veel meer plaatsen leven, maar het is bijzonder dat ze in zo’n verstedelijkt gebied wonen. Meerdere steden zijn er echter mee bezig en grote steden hebben op dit punt al meer geregeld. De heer Klein begrijpt dat burgers die zorgvuldig willen handelen eigenlijk een ecoloog moeten inhuren. Mevrouw Feller beaamt dat. Mevrouw Griffioen heeft de indruk dat tot nu toe nog nergens aan werd getoetst. Zij hoopt dat in de Groene Long nu geen werkmachines meer worden geplaatst. Volgens mevrouw Feller was er sinds 2005 een gedragscode Bestendig Beheer. Met de huidige leidraad kan echter veel beter worden getoetst. Voor de Ceintuurbaan gelden twee beheerregimes. Op het natuurdeel kunnen geen machines meer worden geplaatst, op het cultuurdeel wel. De heer Rijpstra zou het waarderen als bezoekers van de natuurgebieden worden geattendeerd op de daar voorkomende soorten. Verder is het niet duidelijk wat het verschil is tussen gebieden met en zonder juridische status. Mevrouw Feller legt uit dat het Naardermeer een Natura 2000 gebied is dat het behouden moet blijven zoals het is. Voor werkzaamheden zijn vooraf ontheffingen nodig. Ze zijn alleen toegestaan bij zeer zwaarwegende belangen. Via publicaties worden inwoners geïnformeerd over de soorten die in de gebieden voorkomen. In de gebieden zelf gaat men niet pinpointen. Veel aandacht ter plekke zou het leven van de soorten verstoren. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om 23.20 uur. Aldus vastgesteld tijdens de openbare vergadering van de commissie Ruimte op de commissiegriffier,
de voorzitter,
10