Notulen van de openbare vergadering van de Commissie Ruimte, gehouden op 25 maart 2015. Voorzitter (interim) Commissieleden
: mevrouw W. Griffioen (GroenLinks) : mevrouw F.M.W.C. Clijsen (Gooi Duursaam), de heer P. Hoekstra (PvdA), de heer J.C. Krabbendam (Fractie Krabbendam), de heer J.A. Kwekkeboom (GOP), de heer P. Rijpstra (VVD) (vanaf 21.15 uur), de heer A.J.M. Schmidt (D66), de heer R.M.M. Sweijen (Hart voor Bussum) Commissieleden, niet : de heer M.E.A. Hendriks (Hart voor Bussum), de heer M.R. Koren (D66), zijnde raadsleden de heer H.J.B. Lansink (GroenLinks), de heer J.A.I. de Lange (CDA), de heer M.J.R. Marshall (VVD), de heer W.M.M. Masseus (CDA), mevrouw M-M. Meijer (PvdA), Portefeuillehouder : mevrouw G.N. van Ramshorst, mevrouw A.J.M. de Ridder Commissiegriffier : mevrouw. I. van Woudenberg Voorts aanwezig : mevrouw K. Steenbakkers, de heer L. Wieringa Gast : de heer A. Snijders (Tonnaer – bij agendapunt 6c) Notulist : mevrouw M. Prinsen (Het Notuleercentrum) Afwezig Commissieleden
: de heer B. Henzen (Partij voor Bussum), de heer M.P.J. Schouten (GOP), mevrouw M.M. Sluiter (D66), de heer H.A.M. Visser (GOP)
Opening De voorzitter opent de vergadering om 21.00 uur en heet iedereen welkom. Vaststelling agenda De agenda wordt vastgesteld. 1. Rondvraag • De heer De Lange constateert dat op een aantal plaatsen nog herstelwerkzaamheden nodig zijn aan gevels en trottoirs in verband met de aanleg van glasvezel. Ook steken er op sommige plaatsen nog oranje draden uit de grond. De leverancier is inmiddels vertrokken. Waar kan men zulke zaken melden en kan daarover gecommuniceerd worden via de lokale media? De wethouder mevrouw Van Ramshorst verzoekt om daarover contact op te nemen met de servicelijn van de gemeente. Er is één jaar garantie en het werk wordt binnenkort samen met de leverancier nagelopen. De oranje draden worden pas over een aantal maanden verwijderd omdat men zich nog enige tijd kan aanmelden voor aansluiting. Zij zegt toe dat dit via de lokale media zal worden gecommuniceerd. • De heer Hoekstra begreep dat er in de Gewestgarage 54 bewonersplaatsen bij komen, waardoor de garage niet meer openbaar is. Hoe verhoudt zich dat tot de parkeerdruk en parkeerbehoefte in de omgeving? Wordt naar Noordersluis toe vastgehouden aan de bepaling uit de parkeernota dat bij ontwikkeling wordt gezocht naar invulling van de parkeerbehoefte op eigen terrein? De wethouder mevrouw De Ridder verduidelijkt dat van de 123 plaatsen in de garage er 69 voor abonnementhouders zijn en 54 voor de appartementen worden bestemd. De parkeernorm van 1,8 blijft staan en er wordt onderzocht of de omgeving en de parkeergarage anders kunnen worden ingericht om meer parkeergelegenheid te creëren. De uitkomsten van dat onderzoek zijn nog niet beschikbaar. Bij ontwikkelen moet worden voldaan aan de parkeernorm, maar daarbij wordt niet bepaald op wiens terrein dat moet gebeuren. De heer Kwekkeboom voorziet problemen als bezoekers niet meer in de garage kunnen parkeren. De wethouder mevrouw De Ridder wacht de uitkomsten van het onderzoek af. De heer Hoekstra kan zich voorstellen dat de gemeente meedenkt, maar stelt dat het aan de ontwikkelaar is om zorgen dat daadwerkelijk wordt voldaan aan de parkeernorm. 2. Notulen van de vergadering van 18 februari 2015 Tekstueel: de heer Sweijen mist op pagina 5 de toezegging van de wethouder dat ze het differentiëren dan wel verhogen van de tarieven zou meenemen in de lijst van maatregelen. Met deze toevoeging worden de notulen vastgesteld. Naar aanleiding van: de heer Kwekkeboom had verzocht de cijfers van de parkeergarages voor deze vergadering toe te sturen maar heeft ze, ook na rappelleren, nog niet ontvangen. De wethouder mevrouw Van Ramshorst legt uit dat het de bedoeling was om ze vandaag te 1
bespreken, maar dat schuift door omdat het college ze nog niet heeft behandeld. De cijfers worden toegestuurd op de geijkte datum voor de volgende vergadering en indien mogelijk eerder. Notulen gecombineerde vergadering met de commissie Welzijn van 18 februari 2015 De behandeling schuift door naar de volgende vergadering omdat nog niet iedereen kennis heeft kunnen nemen van deze notulen. 3. Mededelingen MC2015-013 Beantwoording vragen aankoop Mariënburg: geen vragen of opmerkingen. 4. Dynamische jaaragenda • De heer Hoekstra stelt voor om de evaluatie van het duurzaamheidsbeleid van juni te verschuiven naar april of mei. De heer Lansink koppelt dat aan het jaarverslag Milieu en Duurzaamheid. Volgens de wethouder mevrouw De Ridder ligt het jaarverslag momenteel ter inzage. Daarna gaat het ter vaststelling naar de commissie. De evaluatie is echter nog niet gereed. Versnelling van de evaluatie is niet mogelijk vanwege de personeelscapaciteit. 5. Ingekomen brieven Er zijn geen ingekomen brieven. 6. Conceptagenda raad d.d. 9 april 2015 6a. Benoemen van twee leden in de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit en drie zittende leden eervol ontslaan (RV 2015-015) Er zijn de volgende vragen en opmerkingen over het raadsvoorstel: • De heer Lansink informeert hoe de voorgedragen commissieleden staan ten opzichte van het zichtbaar plaatsen van zonnepanelen in beschermd dorpsgezicht. Is dit punt meegenomen in de keuze van commissieleden? De wethouder mevrouw De Ridder zal navragen wat hun standpunt is. Het was niet van invloed op de keuze. • De heer Kwekkeboom zou graag via een CV of testimonial wat meer achtergrondinformatie ontvangen over de voorgedragen leden. De wethouder mevrouw De Ridder verwijst naar de persoonsomschrijvingen die in het raadsvoorstel staan. De heer Hoekstra stelt in dat verband voor om de nieuwe leden uit te nodigen voor een kennismakingsgesprek in een commissievergadering. De vergadering stemt daarmee in. Dit punt kan als hamerstuk worden behandeld in de raadsvergadering. 6b. Vaststellen Definitief Ontwerp Herinrichting Westereng deelplan 5 (RV 2015-004) Vanuit de commissie worden complimenten geuit over het ontwerp en de wijze waarop het tot stand is gekomen. Verder zijn er de volgende vragen en opmerkingen: • De heer Marshall constateert dat de paaltjes in de bocht bij de supermarkt handig zijn voor het oversteken met een rollator of scootmobiel. In vorige deelplannen zijn ze niet geplaatst. Daar wordt wel geparkeerd in bochten, hetgeen oversteken voor sommige mensen lastig maakt. Verder informeert hij naar de afwegingen ten aanzien van het parkeren aan het Prinses Margrietplantsoen en het onderzoek dat daar is gedaan. In hoeverre is daarbij ook rekening gehouden met eventuele uitbreiding van de Deen? • De heer Kwekkeboom leest in de stukken dat er geen parkeerplaatsen komen aan de zuidoostzijde omdat één bewoner aan de noordzijde dat niet wil. Het is niet correct dat de besluitvorming wordt gebaseerd op die ene mening. De bewoners aan de zuidoostzijde willen die parkeerplaatsen wel en daarvan overlegt de heer Kwekkeboom een lijst met 13 handtekeningen. Hij vraagt de wethouder om uitleg. Ook heeft hij vernomen dat het parkeerbehoefteonderzoek in de vakantie is gehouden en dus geen goed beeld geeft. • De heer Koren spreekt een voorkeur uit voor groen boven parkeerplaatsen. • Mevrouw Clijsen sluit zich aan bij de heer Kwekkeboom. • De heer Krabbendam deelt eveneens de mening van de heer Kwekkeboom, temeer omdat vanwege de Lidl de parkeerdruk aan de zuidoostzijde van het plantsoen het grootst zal zijn. Hij roept de gemeente op om ook te luisteren naar de bewoners aan de zuidoostzijde. Verder vindt hij het vreemd dat de gemeente zelf eerst die parkeerplaatsen heeft ingetekend en ze nu op deze manier verwijdert. • De heer Hoekstra vindt de argumentatie in de nota van beantwoording steekhoudend. Tellingen wijzen uit dat er geen extra parkeerplaatsen nodig zijn aan het plantsoen, maar voor mensen is het even wennen dat ze hun auto een stukje verderop moeten parkeren. Het definitief vaststellen van het plan impliceert echter niet dat bij uitbreiding van de Deen en functieverandering van de Brede School ruimte wordt gegeven om groen in te wisselen voor 2
•
• •
parkeerplaatsen of de openbare ruimte te herinrichten. Daarover zou dan eerst een nieuw raadsbesluit genomen moeten worden. De heer Sweijen heeft moeite met het feit dat bij inwoners in eerste instantie verwachtingen zijn gewekt die naderhand niet zijn waargemaakt. Zij gingen ervan uit dat de parkeerplaatsen die in de eerste versie van het definitief ontwerp stonden, daadwerkelijk zouden worden gerealiseerd. De persoon aan de noordzijde, die geen extra parkeerplaatsen wilde, heeft zijn uitspraken over de zuidoostzijde naderhand teruggenomen. Doordat er 30 parkeerplaatsen aan het plantsoen verdwijnen, wordt het plantsoen 1,5 meter breder. Er komt dus aanzienlijk meer groen en de bewoners vragen daar slechts vier parkeerplaatsen voor terug. Er is geen reden om niet tegemoet te komen aan die wens. De heer Lansink sluit zich aan bij de heer Koren. De heer De Lange heeft zelf geconstateerd dat er overdag veel parkeerplaatsen leeg zijn op deze locatie. Hij begrijpt de zorg van de bewoners en stelt voor om het oude plan opnieuw op te pakken als in de toekomst mocht blijken dat er door nieuwe ontwikkelingen toch te weinig parkeerruimte is in de omgeving van het Prinses Margrietplantsoen.
De wethouder mevrouw Van Ramshorst reageert als volgt op de vragen en opmerkingen: • Van de vorige deelplannen heeft de gemeente geleerd bewoners op het hart te drukken dat plannen nog kunnen wijzigen zolang ze niet door de raad zijn bekrachtigd. • De paaltjes in bochten veroorzaken meer ongelukken en worden alleen geplaatst wanneer dat echt nodig is (dus bij supermarkten). Wanneer er in individuele situaties behoefte is aan het plaatsen van paaltjes, kunnen bewoners dat melden bij de gemeente. • Als ontwikkelingen bij de Deen of de Brede School herinrichting noodzakelijk maken, zal het college een voorstel tot aanpassing voorleggen aan de raad. • Het klopt niet dat de vier extra parkeerplaatsen aan het Prinses Margrietplantsoen nodig zijn en dat de bewoners daar geen bezwaar tegen zouden hebben. Er is twee keer, buiten de vakantieperiodes, geteld. De afwegingen zijn zorgvuldig gemaakt. Meerdere bewoners hebben de wethouder benaderd omdat ze tegen de extra parkeerplaatsen zijn. Niet iedereen is echter assertief genoeg om dat tijdens een inspraakavond te doen. Het college heeft geconstateerd dat de extra parkeerplaatsen niet echt nodig zijn, dat een deel van de bewoners ze niet wil, en dat ze een inbreuk zouden maken op groene architectuur van deze wijk. Daarom is het college tot dit plan gekomen. In tweede termijn heeft de commissie de volgende vragen en opmerkingen: • De heer Kwekkeboom baseert zijn standpunt op de beschikbare informatie uit de nota en de petitie die bewoners hebben getekend. Brieven en telefoontjes van bewoners aan de wethouder zijn niet controleerbaar voor de raadsleden. De wethouder mevrouw Van Ramshorst beaamt dat. Men heeft vaak de neiging om af te gaan op degenen die het hardst roepen en vol blijven houden. Maar de wethouder spreekt ook andere bewoners. • De heer Rijpstra begrijpt dat de petitie is opgesteld door bewoners die aan de kant van de Huurmanlaan wonen, terwijl het gaat om de kant van de Laarderweg. Op de lijst van de heer Kwekkeboom ontbeken ook een aantal handtekeningen van bewoners aan de kant van de Laarderweg. De wethouder mevrouw Van Ramshorst bevestigt dat. De voorzitter stelt vast dat dit voorstel in de raad zal worden besproken en dat de VVD, D66, PvdA en GroenLinks positief staan ten opzichte van het voorstel. Dat geldt niet voor GOP en Gooi Duursaam. De andere fracties nemen het voorstel mee terug voor intern beraad en wachten de discussie in de raad af. 6c. Presentatie over Nota van Bestemmingsplan naar Omgevingsplan De heer Snijders geeft een presentatie over de nota. Zoals op 1 oktober 2014 al is toegelicht, wordt het Bestemmingsplan vervangen door een Omgevingsplan om een dereguleringsslag te kunnen maken. Daarmee loopt Bussum vooruit op de nieuwe Omgevingswet. Een Omgevingsplan heeft een brede reikwijdte en bevat alle regels rond de fysieke leefomgeving. In oktober 2014 heeft de commissie aandacht gevraagd voor de zorgvuldigheid van het proces, de integraliteit van herzieningen, het spanningsveld tussen flexibiliteit en rechtszekerheid, alsmede de communicatie en burgerparticipatie. Deze punten worden opgepakt. In het afgelopen halfjaar is vooral gewerkt aan de digitale ontsluiting van het Omgevingsplan, workshops met Naarden en Muiden over beleidsharmonisatie, en het opstellen van de nota. Belangrijk is dat de nota fusieproof wordt. Het Omgevingsplan maakt immers deel uit van de regelgeving van de nieuwe fusiegemeente. De uitgangspunten van de fusie zijn: toegankelijkheid 3
van de dienstverlening door standaardiseren, digitalisering, maatwerk en vermindering van regels. Die vier uitgangspunten stemmen overeen met doel van het Omgevingsplan. De heer Snijders neemt de vervolgplanning door. Hij verwacht dat de nota op 29 april kan worden behandeld in de commissie en op 21 mei kan worden vastgesteld door de raad. Dan zou de fusieraad in juni het voorstel tot beleidsharmonisatie kunnen bespreken. Vervolgens komt eind 2015 het voorontwerp van het Omgevingsplan in de commissie, kunnen per 1 januari 2016 de geharmoniseerde verordeningen en het beleid worden vastgesteld, en kan medio 2016 het Omgevingsplan worden vastgesteld. Tot slot noemt de heer Snijders de hoofdpunten uit de nota zoals het doel en de reikwijdte van het Omgevingsplan, de stappen tot flexibilisering en vermindering van regels, en de processen na vaststelling van het Omgevingsplan. De commissie heeft de volgende vragen en opmerkingen over de presentatie: • Mevrouw Meijer informeert of Bussum bij deze pilot kan leren van andere gemeenten dan wel hulp krijgt van het ministerie. • De heer Hoekstra merkt op dat het Omgevingsplan op de fusiedatum nog maar een voorontwerp is en geen kracht van wet heeft. Ook zal er voor Naarden en Muiden nog een Omgevingsplan opgesteld moeten worden. Hoe gaat dat verder? • De heer Lansink is bezorgd dat de gemeente, door het verdwijnen van regels, de regie kwijtraakt. Andere partijen krijgen zo veel ruimte dat er zaken kunnen gebeuren die de gemeente liever niet wil. Ingrijpen is dan niet meer mogelijk. Hij noemt het voorbeeld van het MOB-complex waarin niet was gespecificeerd dat de bebouwing aaneengesloten moest zijn. • De heer De Lange is benieuwd naar het digitaliseringsproces. • De heer Rijpstra begrijpt uit de presentatie dat het college de bevoegdheid krijgt om zelfstandig wijzigingen aan te brengen in het Omgevingsplan zonder de raad daarbij te betrekken. Om wat voor wijzigingen gaat het dan? • Mevrouw Clijsen informeert hoe het bij het Omgevingsplan staat met de rechtszekerheid en de controlemomenten voor raad en burgers. • De heer Krabbendam vraagt in hoeverre het Omgevingsplan bewoners en raad beperkt in de mogelijkheden om inbreng te leveren en bezwaren of zienswijzen in te dienen. Het lijkt erop dat de raad, net als bij het Ontwikkelen 2.0, controle kwijt raakt zonder te weten wat men ervoor terugkrijgt. Verder is hij benieuwd of bij het schrappen van binnenplanse afwijkingen om tot vermindering en flexibilisering van de regels te komen, de bepalingen uit het bestemmingsplan voortaan echt worden gehandhaafd: nu is er nog de mogelijkheid om 6% af te wijken van de maximale bouwhoogte en eigenlijk gebeurt dat altijd standaard. De wethouder mevrouw De Ridder reageert als volgt op de vragen en opmerkingen: • Er is geen voorbeeldgemeente voor het Omgevingsplan. Bussum loopt daarin voorop. De andere pilotgemeenten maken enkel een Omgevingsplan voor een wijk of een deelgemeente terwijl Bussum dat voor de hele gemeente doet. Het ministerie helpt, maar is zelf ook nog aan het ontwikkelen. • Bestemmingsplan en Omgevingsplan kunnen naast elkaar bestaan. Het is de bedoeling dat alle Bestemmingsplannen op termijn Omgevingsplan worden. • De gemeente is er zelf bij om de regie in handen te houden. Dat is in de nota wel een punt van aandacht. Zodra de nota is uitgewerkt, zal het college de raad om instemming vragen. Wanneer er sprake is van een beleidswijziging, zal dat expliciet worden aangegeven. Het proces is erop gericht dat er geen onbewust impliciete besluiten worden genomen. • De wijzigingen die het college zelf mag doorvoeren in het Omgevingsplan, zullen in lijn liggen met hetgeen tot nu toe vanuit de raad is gemandateerd. Het proces verandert wel: in plaats van minimaal één keer per 10 jaar een Bestemmingsplan vast te stellen, zal nu regelmatig een aangepast Omgevingsplan vastgesteld moeten worden. Dat Omgevingsplan is gemeentebreed: voor de hele gemeente gelden dus dezelfde regels. • De rechtszekerheid wordt goed geregeld. Burgers moeten weten wat er wordt gewijzigd en hoe ze daarop in kunnen spreken. De heer Snijders gaat in op de resterende vragen en opmerkingen: • De digitalisering is een vrij technisch verhaal. Er liggen nog geen standaarden voor een Omgevingsplan. Die worden momenteel ontwikkeld en Bussum levert daarvoor de input. Het is een uitdaging om ervoor te zorgen dat de eindgebruiker de informatie kan vinden die hij zoekt. Overigens neemt Tonnaer de ontwikkelkosten van de digitalisering voor zijn rekening omdat het de standaard straks ook aan andere gemeenten kan aanbieden. • Afwijkingen die standaard worden toegepast, zoals bij de bouwhoogte, zullen tot norm worden gemaakt. Uitgangspunt zal zijn wat gewenst en maximaal toelaatbaar is. Van zo´n norm mag dan niet meer van afgeweken worden. 4
•
Voor zover bekend zal de regelgeving rond inspraak niet veranderen met de invoering van de Omgevingswet.
Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om 22.40 uur. Aldus vastgesteld tijdens de openbare vergadering van de commissie Ruimte op
de commissiegriffier,
de voorzitter,
5