Verslag van de openbare vergadering van de gemeenteraad van Leiderdorp op maandag 15 november 2004 om 20.00 uur in het gemeentehuis. Aanwezig: Voorzitter:
M. Zonnevylle
Griffier:
mevrouw J.C. Zantingh
Wethouders:
D.L. MacGillavry V.J.H. Molkenboer W.J. Laman G. van der Does
De leden:
H.K. Langenberg mw. K. van Beelen-Balak H.H. Dorlandt mw. C.H. Honnef mw. C.W. Vons-de Jong mw. M.A.C. Manshanden A.P. van Gurp H.H.H. Weller S. Weeda mw. J.E. van Steijn-van Reijn R.F. Thunnissen B.M.R.F. Hollands J.G. de Vries J.M. Stevers N.H.M. van Jaarsveld J.M.M. Kocken
Afwezig :
O.C. McDaniel
(m.k.)
J.J.F.M. Gardeniers R. van der Horst P.W. Kanters A.J.E. Staal
2004
- 627 -
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
AGENDA: 1.
Opening.
2.
Vaststellen agenda.
3.
Vragenronde.
4.
Notulen van de op 11 oktober 2004 gehouden vergadering.
5.
Ingekomen stukken en mededelingen (regio)
190
6.
Voorstel tot het benoemen van een nieuw lid in commissie 1 en een nieuw lid in commissie 2.
191 – 192
7.
Voorstel tot het vaststellen van het vergaderschema 2005.
193 – 194
8.
Voorstel tot het afgeven van een verklaring van geen bezwaar voor de instelling van bestuurscommissies bij het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland.
195 – 196 197 – 198
9.
Voorstel tot het vaststellen van de boeteverordening Wet Inburgering Nieuwkomers 2005 met ingang van 1 januari 2005.
199 – 200
10.
Voorstel tot het vaststellen van de verordening Voorzieningen Gehandicapten 2004.
201 – 202
11.
Voorstel tot het vaststellen van de nota Risicomanagementbeleid.
203 – 204
12.
Voorstel tot het geven van een richting aan de discussie over toekomst van Sport- recreatiecentrum De Does.
205 – 206
13.
Voorstel tot het instemmen met de afkoop van de erfpacht van het pand Sjelter aan de stichting Sociaal-cultureel werk Leiderdorp (SCw).
207 – 208
14.
Voorstel tot het ongegrond verklaren van het ingediende bezwaarschrift Zijloordkade 6.
209 – 210
15.
Voorstel tot het instemmen met de herhuisvesting Sjelter en voorstel buurthuis Buitenhof.
211 – 212
16.
Besluit tot het instemmen met de opdrachtbevestiging accountantscontrole 2004.
17.
Sluiting.
-0-0-0-01.
Opening.
De Voorzitter: Ik open de vergadering; allemaal van harte welkom. Er is bericht van verhindering binnengekomen van de heren McDaniel, Van der Horst en Kanters. De heer De Vries komt later. De heren Staal en Gardeniers zijn in het gebouw en zullen eventueel later ter vergadering komen. 2.
Vaststellen agenda.
De Voorzitter: We hebben een nieuwe agenda gekregen. Vergeleken met de eerdere agenda is er een punt 16 toegevoegd: besluit tot het instemmen met de opdrachtbevestiging accountantscontrole 2004. Er ligt een conceptbesluit. Als het goed is, is dat in de fractievergaderingen teruggekoppeld. De agenda is vastgesteld. Er is een verzoek ingediend om in te spreken inzake agendapunt 15.
De heer Van Beek: Dames en heren, mijn naam is Michael van Beek, ik ben bestuurslid van peuterspeelzaal Ienie Mienie; namens haar wil u graag iets toelichten. Het doek valt voor lenie Mienie, zoals wij konden lezen in het lokale krantje. U zult begrijpen, dat dit bericht de nodige onrust veroorzaakt heeft bij de ouders van onze peuters. Zoals wij al gewend zijn, is dit bericht gepubliceerd zonder eerst ons standpunt hierin te vragen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 628 -
Ook de gemeente heeft hierin enkele sterke staaltjes laten zien, vandaar o.a. mijn aanwezigheid bij de vergadering van raadscommissie 3 dd. 03 november, om de brief van het college dd. 8 oktober te weerleggen. Mijn betoog hebt u, als het goed is, mogen ontvangen via de griffier. Het gegeven is eenvoudig: de gemeente heeft beloften/verplichtingen/toezeggingen gedaan, waardoor zij een ruimteprobleem heeft. Dat ontkennen wij ook niet. Dit omvat niet alleen de tijdelijke herhuisvesting van Sjelter, maar ook het politiek correcte initiatief van burgers. Het verdwijnen van Ienie Mienie lijkt voor de gemeente langzamerhand de enige oplossing cq. voorwaarde. Mocht aan de datum van 1 januari vastgehouden worden, dan zullen 40 peuters en hun drie leidsters op straat staan en zal voor de drie leidsters ontslag aangevraagd moeten worden. Sinds de personele verandering op onderwijs, halverwege dit jaar, is de gemeente een duidelijk andere koers gaan varen. In plaats van het constructieve overleg, is men de confrontatie aangegaan. Wethouder Laman gaf al kort na het opzeggen van het huurcontract aan, dat verder overleg met Ienie Mienie niet gewenst was. Onze communicatie met de Elckerlyc verloopt echter (nog steeds) uitstekend. Wij weten ook dat er fysiek geen lokaal beschikbaar is aan de Klimopzoom, zodat er geen sprake kan zijn van een verhuizing per 1 januari. De intentie van alle partijen - ook van de gemeente - is altijd geweest, dat wij konden blijven zitten totdat er verhuisd kon worden, daar doet het huurcontract geen afbreuk aan. De heer Vroom heeft nota bene het contract nog aangepast om dit te bevestigen. Dat er morgen een gesprek tussen gemeente, Elckerlyc en Ienie Mienie plaatsvindt, heeft niets te maken met een spontaan initiatief van het college, zoals het dit stelt in de brief aan onze rechtsbijstandsverzekering, maar met zijn toezegging in antwoord op uw raadsvragen. Tijdens de vergadering van commissie 3 gaf wethouder MacGillavry aan, dat de gemeente constructief het overleg in zou gaan. Wij zijn benieuwd wat de vergadering van morgen ons gaat brengen. Ik hoop niet op een voortzetting van het welles/nietes-spelletje tussen gemeente en Elckerlyc, over lokalen en vierkante meters, maar op een positief overleg, dat uiteindelijk zal leiden tot een voor alle partijen bevredigende oplossing. De aanwezigheid van wethouder Laman, gezien zijn belang in deze kwestie, zou hierbij wenselijk zijn. Wij hopen dat u vanavond geen besluiten neemt die de mogelijkheden tijdens het overleg van morgen beperken. Namens het bestuur, de ouders, maar vooral de leidsters en hun 40 peuters, dank voor uw tijd. De Voorzitter: Als ik het voorstel doe agendapunt 15 naar voren te halen, gezien de belangstelling voor dit punt, kan dat uw instemming hebben? Ja.
2004 3.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 629 -
Vragenronde.
De Voorzitter: De VVD-fractie heeft vragen ingediend; ze zijn inmiddels van een antwoord voorzien. Is het een goed voorstel die te betrekken bij het desbetreffende agendapunt? Ja. Vragen van de heer Langenberg namens de VVD-fractie voor de raad van 15 november as. betreffende het rapport ‘Risicomanagementbeleid gemeente Leiderdorp’ en de nota Weerstandsvermogen Gemeente Leiderdorp.
1.
P.13/p.14. Er staat dat ‘kan worden bepaald wie verantwoordelijk is voor een risico’. Wij
begrijpen de bedoeling, maar moet het niet zo zijn dat het gaat om de bevoegdheid te mogen tekenen voor besluiten waar een risico, uitgedrukt in een geldbedrag van een bepaalde hoogte aan is verbonden? Voor een risico dat een kans op voorkomen van een gebeurtenis inhoudt kun je immers niemand verantwoordelijk stellen. Antwoord Een risico (zie p.4) kan worden ervaren als een fenomeen dat latent aanwezig is en dat met een bepaalde kans tot (negatieve) gevolgen voor ons dagelijks functioneren kan leiden en de continuïteit van de organisatie in gevaar kan brengen. De strekking van het verhaal is dat een risico zich voor kan doen voor een functionaris die voor een bepaald bedrag tekeningsbevoegd is. Dit risico kan, indien het zich voordoet en kwantificeerbaar is, het bedrag waarvoor hij tekeningsbevoegd is overstijgen. De betreffende functionaris kan dit niet goedkeuren en schuift derhalve qua tekeningsbevoegdheid door naar een hoger niveau.
2.
P.20. De VVD-fractie onderschrijft van harte de terugkeer naar het beleid ingezet in het jaar
2002, toen in de begroting 2003 de Algemene Reserve als risicoreserve werd beschreven (punt 5.3.3. van het rapport). Maar zal het college dan ook de consequenties daarvan aanvaarden en derhalve deze reserve niet meer systematisch uitputten ten behoeve van het dekkend maken van de begroting en het besteden om dekking van financiering van projecten die niet door de lopende begroting worden gedekt?
Antwoord De provincie is hier ook helder in: er mag geen geld worden ingezet van de Algemene Reserve voor structurele dekking. Tot op heden is het toegestaan om jaarlijks 1/30ste uit de Algemene Reserve als algemeen dekkingsmiddel in te zetten. De grote projecten zijn minimaal resultaatsneutraal, hiervoor vindt geen onttrekkingen plaats ten laste van de Algemene Reserve.
2004 3.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 630 -
P.24, ad.1 Reserves. Is het de bedoeling dat vanaf het behandelen van de begroting 2006 er
een bestemmingsreserve ‘Risicoreserve‘ zal verschijnen? Antwoord Nee. Een risicoreserve valt onder de bestemmingsreserves (zie p.24). Op het moment dat concreet wordt dat een risico zich daadwerkelijk voordoet zal deze worden opgenomen in de begroting. Indien per jaareinde bekend is dat een risico zich gaat voordoen in het volgende boekjaar kan worden besloten hiervoor een bestemmingsreserve te vormen. Voorts zijn wij het er van harte mee eens spaarreserves voor planmatig onderhoud en dergelijke buiten beschouwing te laten bij het vaststellen van de weerstandscapaciteit. Maar de consequentie daarvan is dan wel dat de voorzieningen daartoe, anders dan op p.9 van de weerstandsnota is gedaan, niet worden meegenomen in de berekening van de weerstandscapaciteit. Bestemmingsplanreserves en voorzieningen kunnen worden ingezet indien zich een situatie voordoet dat alle beschikbare middelen aangewend moeten worden. In die situatie kan dus de bestemming van de reserves en voorzieningen, voorzover daar geen harde betalingsverplichting aan vast zit, worden aangewend ter afdekking of financiering van de opgetreden financiële gevolgen. Het spreekt echter voor zich dat een wijziging in de bestemming van reserves en/of voorzieningen pas kan worden geëffectueerd nadat de raad daar een besluit over heeft genomen.
4.
Notulen van de op 11 oktober 2004 gehouden vergadering.
De Voorzitter: Zijn er opmerkingen over de tekst? Nee. Naar aanleiding van?
De heer Langenberg: Naar aanleiding van p.469, agendapunt 5. De heer Kocken had een vraag gesteld over het integriteitsbeleid. U had toen toegezegd dat wanneer er iets op papier stond, de raad dat zou krijgen. Ik heb niks gekregen. Betekent dat dat er geen integriteitsbeleid op papier staat? De Voorzitter: Ik zal zorgen dat u krijgt wat er is. Het staat niet op de lijst van toezeggingen; het is er blijkbaar doorheen geglipt.
De heer Langenberg: Het kan wel een maandje wachten, als het maar komt.
De heer Van Gurp: De lijst van toezeggingen, punt 10 over Casema. Er zijn ontwikkelingen in Leiden die wellicht consequenties voor ons hebben. We zouden bovendien in juni geïnformeerd worden - dat was althans de streefdatum. Heeft de wethouder hieromtrent iets te melden? De Voorzitter: Heeft de wethouder iets te melden, of gaat hij na ‘hoe en wat’?
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 631 -
Wethouder Laman: Dat laatste, Voorzitter.
De Voorzitter: Kunnen we afspreken dat er voor de volgende raadsvergadering een mededeling aanwezig is? De heer Langenberg: Naar aanleiding van de lijst van toezeggingen. Punt 37, hebben we die evaluatie inmiddels gehad? Wethouder Van der Does: Die is vandaag naar de griffie gezonden met het verzoek die ter inzage te leggen.
De heer Langenberg: Bij punt 16 staat geen streefdatum.
Wethouder Van der Does: U hebt daar voor de volgende vergadering antwoord op.
De Voorzitter: Het verslag is vastgesteld.
5. 141.
Ingekomen stukken en mededelingen (regio). Een brief van Bomenbond Rijnland dd. 5 oktober 2004, inzake zienswijze kapaanvraag 1.250 bomen Vierzicht.
142.
De Financiële Verordening en Controleverordering met betrekking tot de gemeenschappelijke regeling Vuilverwerking voor Leiden en omgeving dd. 6 oktober 2004, ons nummer 4054.
143.
Een brief van P. Dersjant dd. 12 oktober 2004, ons nummer 4134, inzake verzoek om ontslag uit functie van burgerlid in raadscommissie 2 per 31 december 2004.
144.
Een brief van C. Bos dd. 2 november, ons nummer 4524, inzake verzoek om ontslag uit de functie van burgerlid in raadscommissie 1.
145.
Brief van Deloitte Accountants BV dd. 14 oktober 2004, ons nummer 4182, inzake voorbereiding accountantscontrole boekjaar 2004.
146.
Handreiking model collegebesluiten inzake subsidieverstrekking en steunverlening aangeboden door ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties dd. 11 oktober 2004, ons nummer 4230.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 632 -
De heer Kocken: In dit stuk worden handreikingen gedaan voor collegebesluiten inzake Europese Richtlijnen, inkoop en aanbesteding, subsidieverstrekking en steunverlening door overheden, in casu gemeenten. Heeft het college hier kennis van genomen? Wanneer kan het college de raad nader informeren omtrent de door het college ter zake te nemen besluiten? Wordt de raad hier ook van in kennis gesteld?
De Voorzitter: Het college zal u voor de volgende raadsvergadering een antwoord geven. Dat zal opgenomen worden in de lijst van toezeggingen.
147.
Inspraakreactie van C. Wentink inzake het voorbereidingsbesluit Vlasbaan 3, kinderspeelparadijs Bubbel Jungle dd. 19 oktober 2004, ons nummer 4249.
148.
Brief van de stichting tot Behoud van Leiderdorpse Bomen dd. 25 oktober, ons nummer 4319, inzake kapvergunningenoverzicht 2002-2004.
149.
Brief van Clercq Advocaten-Notaris-Belastingsadviseurs dd. 26 oktober 2004, ons nummer 4355, met de mededeling dat de heer Hoiting zijn zienswijzen van 18 augustus 2004, gericht tegen het ontwerpbestemmingsplan W4, intrekt.
Een twaalftal bezwaarschriften/zienswijzen tegen het ontwerpbestemmingsplan ‘Buitengebied’ van:
150.
Stichting De Baanderij dd. 18 oktober 2004, ons nummer 4229.
151.
Tennet BV dd. 14 oktober, ons nummer 4248.
152.
Th. C. Stuivenberg namens veehouderij Achthovenerweg 56, dd. 21 oktober 2004, ons nummer 3418.
153.
Deci Beheer BV dd. 1 november 2004, ons nummer 4480.
154.
Westelijk Land- en Tuinbouw Organisatie, WLTO, dd. 2 november 2004, ons nummer 4481.
155.
J.A.M. Streng-Meijer dd. 2 november 2004, ons nummer 4482.
156.
L. Roest, dd. 2 november 2004, ons nummer 4519.
157.
Melkveehouderij A. Roest, dd. 2 november 2004, ons nummer 4520.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 633 -
158.
Zuid-Hollandse Milieufederatie dd. 3 november 2004, ons 4521.
159.
V.o.f. Ras Autohandel dd. 2 november 2004, ons nummer 4522.
160.
Bancken Advies BV namens de Golfvereniging Leiderdorp, dd. 2 november 2004, ons nummer 4526.
161.
C.W. de Boer, dd. 2 november 2004, ons nummer 4527.
De heer Kocken: Brief 150 t/m 161. Er is een twaalftal bezwaarschriften/zienswijzen ingediend inzake het ontwerpbestemmingsplan ‘Buitengebied’. Het CDA is bezorgd, om niet te zeggen verontrust, door het feit dat zoveel houders van melkveebedrijven naar voren hebben gebracht dat zij door deze wijziging in hun bestaan bedreigd worden. Het kan toch niet de bedoeling zijn dat door een wijziging van een bestemmingsplan, inwoners van de eigen gemeente in hun bestaan bedreigd worden? We zouden het college in ernstige overweging willen geven hier aandacht aan te schenken, hier op te letten en wijzigingen in dit ontwerp aan te brengen, voordat het definitieve ontwerp aan de raad wordt voorgelegd. Wethouder Molkenboer: We zullen hier nog uitgebreid op terugkomen. Ik wil u overigens wel zeggen dat het - als het gaat om de teelt van maïs of van andere ruwvoergewassen - tot ongeveer 20% van het cultuurareaal per bedrijf is toegestaan. Dat is een norm die we in het Land van Wijk en Wouden en in de omliggende bestemmingsplangebieden, waar het de buitengebieden van Rijnwoude betreft ed. zorgvuldig met de provincie hebben afgestemd. Dat is juist om het veenweidelandschap open te houden en beschikbaar te houden voor de melkveehouderij. Het is het een of het ander. We kiezen voor de melkveehouderij en de open veenweidegebieden, of we kiezen voor een andere policy. Tot op heden voeren we deze policy. Wij geloven niet dat dit het bestaan van de boerderij en de melkveehouderij aantast. Integendeel. Dat is met name ook niet gebleken bij de andere buitengebieden die ernaast liggen en onderdeel uitmaken van het Land van Wijk en Wouden. We zullen deze discussie open ingaan. We zullen hier ook verschillende organisaties bij betrekken - zoals de WLTO, die hier ook elders bij betrokken geweest is. We doen niks anders dan elders opgenomen is en ook in overleg met deze organisaties tot stand is gekomen. We zullen ons uiteraard nog eens buigen over deze zaak. We komen er uitgebreid op terug bij de behandeling van de zienswijzen. Dit alvast als voorschot.
De heer Kocken: We zullen dat met belangstelling tegemoet zien. Het zijn voornamelijk melkveehouders die bezwaar hebben gemaakt. Als u zegt dat u die juist wilt beschermen, zou u bijna op hetzelfde spoor moeten kunnen zitten.
2004 162.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 634 -
Een brief van de gemeente Hillegom dd. 2 november 2004, ons nummer 4523, inzake de naam van de nieuwe regio.
De Voorzitter: Er zijn geen mededelingen en mededelingen uit de regio.
6.
Voorstel tot het benoemen van een nieuw lid in commissie 1 en een nieuw lid in commissie 2.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
7.
Voorstel tot het vaststellen van het vergaderschema 2005.
De heer Stevers: In het schema staat eind oktober een B; B staat voor begroting. Toen het concept gemaakt werd, hadden we nog geen kennis van de motie die intussen door de raad aangenomen is - waar ook mijn handtekening onder staat, motie nummer 10 - bij de laatste begrotingsbehandeling. Hierin wordt uitgesproken dat die Algemene Beschouwingen eerder zouden moeten plaatsvinden. Ik heb op het moment geen voorstel voor wijziging van het schema, maar ik stel wel voor de eerstvolgende presidiumvergadering terugblikkend op de begrotingsbehandeling daar nog even bij stil te staan en zo mogelijk met een aanvullend voorstel te komen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders, met inachtneming van de gemaakte opmerking. 8.
Voorstel tot het afgeven van een verklaring van geen bezwaar voor de instelling van bestuurscommissies bij het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 9.
Voorstel tot het vaststellen van de boeteverordening Wet Inburgering Nieuwkomers 2005 met ingang van 1 januari 2005.
De Voorzitter: Er ligt een gewijzigd besluit op tafel.
Mevrouw Manshanden: Wij hebben moeite met dit voorstel. We begrijpen dat er veel vanuit Den Haag komt en daar moet je dan op een gegeven moment iets mee doen. We hebben echter ook begrepen dat de minister momenteel in zijn plannen teruggefloten wordt door de Raad van State. We vragen ons af of wij als gemeente - als het braafste jongetje van de klas - hoge boetes moeten vragen. Ik zou daar graag een reactie van het college op willen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 635 -
De heer Weeda: Een van onze vragen is zojuist verwoord. We hebben er nog een; die is trouwens ook in de commissie aan de orde geweest. Zijn de genoemde percentages netto, of bruto te betalen premies? Daar is nog geen duidelijkheid over verschaft. Vervolgens hebben we nog een vraag met betrekking tot diegenen die niet afhankelijk van een uitkering zijn, maar inkomsten uit arbeid hebben. Wat dan?
Wethouder Molkenboer: In de commissievergadering heb ik aangegeven dat we hier met uitvoering van de Wet te maken hebben. Dat er nu weer van alles vanuit de Raad van State komt, wachten we rustig af. Als het anders moet, gaan we het ook anders doen. Voorlopig zijn er echter nog geen berichten dat het anders mag. In de commissie heb ik ook gezegd dat wat we ervan vinden helaas niet ter zake doet, omdat dat in Den Haag besloten is. Mevrouw Manshanden: U mag de hoogte van de boetes toch wel bepalen?
Wethouder Molkenboer: Over de hoogte van de boetes heb ik in de commissie gezegd dat we die regionaal hebben afgestemd. Die lopen in een bepaalde tranche op. Er is ook nog gevraagd waarom dat in zoveel stappen gebeurt. Dat is in zoveel stappen gedaan om tegemoet te komen aan en dat niet allemaal in een keer te doen. Op die manier is dat al verzacht. Het is niet het meest vrolijke besluit dat we nemen, maar dat heb ik in de commissie ook al aangegeven. Het is goed dat het hier ook nog eens aan de orde is. Het college staat hier niet bij te juichen. De heer Weeda; de bruto/netto-discussie. Ik heb dat nagevraagd. Bijstand is altijd netto en wordt later gebruteerd. Het is maar net hoe je het wilt lezen. Toen ik zei dat het netto was, had ik daar gelijk in, maar het is ook bruto. Waar het om gaat, is dat eerst loonbelasting en ziekenfondspremies worden ingehouden. Wat er dan netto overblijft, is de bijstandsnorm. Bij de bijstandsnorm is het zo dat er later gebruteerd wordt. Alle mensen die in de commissie zeiden dat het netto of bruto was, hadden gelijk. Waar het om gaat, is dat eerst premies en loonbelasting worden afgetrokken. Over het overblijvende bedrag wordt de boete berekend. Hoe gaat het nu bij mensen die een arbeidsverband hebben en geen bijstand? Dan doen we net alsof die mensen wel bijstand hebben, passen dezelfde methodiek toe en korten op basis daarvan. Een man en een vrouw worden dan ook als een man en een vrouw in de bijstand gezien. Op die manier wordt daarmee omgegaan. Tweede termijn Mevrouw Manshanden: Ik wil graag een voorbeeld noemen. Een echtpaar, een man en een vrouw, heeft geen bijstandsuitkering. Meneer werkt en heeft een inkomen van iets boven de bijstandsuitkering.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 636 -
Mevrouw werkt niet, moet een inburgeringscursus volgen en moet daar veel geld voor betalen. Daarnaast heeft ze kinderopvang nodig om die inburgeringscursus te volgen en vraagt een jaar uitstel. De Voorzitter: Is dit nu niet erg technisch?
Mevrouw Manshanden: Ik wil de ernst van de zaak aan de orde stellen. Daar hebben we het over.
De heer Langenberg: De ernst van de zaak is iedereen hier wel duidelijk. Ik ben het helemaal met de wethouder eens. De vragen die u in eerste termijn stelde, hebt u ook in de commissie gesteld. Die zijn allemaal beantwoord. Nu gaat u - zoals u het zegt: om de ernst aan te geven - het commissiewerk overdoen. Het spijt me, maar daar zitten we hier niet voor. Mevrouw Manshanden: In de regeling staat dat boetes opgelegd zullen worden aan de hand van de zwaarte van het vergrijp. Er is ook een hardheidclausule. Ik zou van de wethouder willen horen dat er op een reële manier met dit soort zaken omgegaan wordt. De heer Langenberg: De wethouder heeft dat in eerste termijn al gezegd.
Wethouder Molkenboer: Zowel in de commissie als vanavond heb ik dat helder gemaakt. Dit zijn niet onze keuzes. We zullen er alles aan doen, daar waar er ruimte voor het college is, het op gepaste wijze in te vullen. De Voorzitter: Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het gewijzigde voorstel van burgemeester en wethouders. 10.
Voorstel tot het vaststellen van de verordening Voorzieningen Gehandicapten 2004.
De heer Weeda: Er is dekking gevonden voor de meerkosten van € 66.000,-, waarbij € 39.000,door het rijk wordt bijgedragen en € 17.000,- door Welzorg. Ik mis dan € 10.000,-. Waar haalt u die vandaan? Wethouder Van der Does: Een terechte vraag. Uit ervaring verwachten we dat we niet het hele bedrag in hoeven zetten en we hier voldoende aan hebben.
De heer Weeda: Ik heb het genoteerd.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 637 -
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 11.
Voorstel tot het vaststellen van de nota Risicomanagementbeleid.
De Voorzitter: Bij dit punt betrekken we de vragen die door de VVD zijn gesteld en door het college zijn beantwoord.
De heer Weller: Het bureau NAR heeft onderzoek gedaan naar het weerstandsvermogen van de gemeente. Uit dit onderzoek is gebleken dat de score, uitgaande van een dekkingspercentage van 90%, 1.6 is. Ons werd uitgelegd dat dit betekent dat de financiële weerstand van onze gemeente meer dan voldoende is. Wij zijn daar bijzonder tevreden over. Ik denk dat ook de jarenlange inzet van oud-wethouder Roest mede debet is aan dit gunstige cijfer. Hij was het die als goed rentmeester er mede voor gezorgd heeft dat de gemeente een voldoende groot weerstandsvermogen heeft opgebouwd. De affaire Touwbaan doet daar niks aan af. Leiderdorp heeft dus een prima weerstandsvermogen. Zaak is nu dat de gemeente een voldoende groot weerstandsvermogen behoudt. Wanneer er echter projecten met grote financiële risico’s worden gerealiseerd, zullen de reserves aangesproken moeten worden. Dit zal ongetwijfeld leiden tot een vermindering van het weerstandsvermogen. Hierbij denk ik ondermeer aan de molensteen die het HSL-informatiegebouw in de naaste toekomst voor onze gemeente kan betekenen. De exploitatie van dit gebouw zal de komende 10 jaar op de begroting blijven drukken, zonder dat daar substantiële inkomsten tegenover staan. Wij zouden graag van de wethouder willen vernemen hoe de financiële dekking van de exploitatie van dit gebouw is geregeld. Andere risicovolle projecten zijn het SCC, het zwembad, het IVVP en mogelijk zijn er nog andere projecten. Waakzaamheid op dit terrein is geboden. De raad zal daarom frequent aandacht aan dit punt moeten besteden. Wij verwachten van het college dat het de raad tijdig inlicht indien het weerstandsvermogen onder druk komt te staan omdat de opgebouwde reserves aangesproken moeten worden voor risicovolle projecten. Belangrijk is dat instrumenten ingezet worden om het weerstandsvermogen op peil te houden. De organisatie en vooral de leiding moet zich ervan bewust zijn dat er een risicomanagement bestaat waarop gestuurd kan worden. Jaarlijkse actualisering van het beleid moet aangegeven of bijgestuurd worden om het weerstandsvermogen op peil te houden. Een rapportage in de verschillende nog te ontvangen financiële nota’s zou onderdeel moeten uitmaken van de verantwoording door het college naar de raad toe. Met betrekking tot het voorstel een coördinator aan te stellen ten behoeve van de bewaking van het risicomanagement zijn wij beslist geen voorstander van het aantrekken van nieuw personeel. Met 36% overhead heeft de gemeente al een waterhoofd.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 638 -
Wij zijn van mening dat een coördinator uit de bestaande organisatie dient te komen. Wij vernemen graag van het college hoe dit is geregeld, of geregeld gaat worden. De heer Stevers: Het onderwerp van de agenda ziet er vrij technisch uit, maar het is toch een belangrijk onderwerp. Belangrijk voor de gemeente en ook voor deze gemeenteraad. Ik denk dat het het belangrijkste instrument is om de financiële risico’s - voor zover nodig - onder controle te krijgen en onder controle te houden. Als zodanig vormt dit stuk de basis voor het opstellen van het weerstandsvermogen. Een eerste indicatieve berekening die wij vertrouwelijk ontvangen hebben, wijst uit dat dat er positief uitziet - de heer Weller heeft daar al op gewezen. Ik kan dus in grote lijnen instemmen met de aanbevelingen van deze nota en deze overnemen. Ik denk dat daar wel aan vastzit - het college is dat ongetwijfeld van plan - dat er periodiek in de verschillende stukken hierover aan de raad gerapporteerd dient te worden. Ik heb nog een kanttekening en een vraag aan het college. Het gehele karakter van de nota is betrekkelijk abstract, terwijl het wel de bedoeling is - ik heb dat ook ergens gelezen - dat het tussen de oren van de medewerkers en de afdelingshoofden komt te zitten. Ik zou daar graag de komende termijn de nodige aandacht voor willen hebben om te zorgen dat dat ook gebeurt. De vraag is concreter. In de nota wordt aangekondigd dat de reserves op betrekkelijk korte termijn doorgelicht zullen worden, in 2004. Ik vraag me af of dat haalbaar is en of dat de bedoeling is.
De heer Langenberg: We hebben een aantal vragen gesteld; die zijn beantwoord. Het antwoord op vraag 2 vraagt om enige verduidelijking, in ieder geval voor mij. Het antwoord van het college begint met de provincie en eindigt met de grote projecten. Nu was onze vraag niet gericht op de grote projecten, maar op projecten die - zoals er ook staat - niet door de lopende begroting worden gedekt. Dat is dus iets anders. Ik lees dat de grote projecten minimaal resultaatsneutraal zijn. Ik vind het fijn dat te lezen. Ik hoop dat we dat tot in de lengte van jaren kunnen blijven zeggen. Met de woorden van de heer Stevers dat het een vrij algemeen verhaal is, zijn wij het ook wel eens. Wij hebben echter nog een aantal vragen van meer technische aard. Alvorens wij die beantwoord hebben gekregen, onthouden wij ons van het geven van een oordeel over deze nota. Het is op zich goed dat er een onderzoek is geweest, maar - zoals ik al zei - er zijn nog onduidelijkheden die wij graag verhelderd willen hebben; dat zal de komende tijd gebeuren. De heer Van Gurp: Wij zijn blij met de nota en de presentatie die in commissie 1 gegeven is. Ik heb nog een opmerking; ik heb hem ook in de commissie gemaakt, maar ik vind hem belangrijk. Het gaat om het punt van de coördinator. Iemand moet die 70 posten monitoren. We hebben het bij de begrotingsbehandeling over personeel gehad. Ik denk dat iemand dit coördinatorschap op zich zal moeten nemen. Of dat een extra persoon moet zijn? Ik denk het niet.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 639 -
Mijn suggestie is het onder te brengen bij de afdeling Financiën, misschien zelfs bij het hoofd van de afdeling Financiën. Ik hoor daar graag de reactie van de wethouder op. Verder kunnen wij ons er goed in vinden. De heer Thunnissen: Er is een onderzoek gedaan naar het weerstandsvermogen; dat heeft de gemeente Leiderdorp een ruime voldoende opgeleverd; dat doet goed. Aan de ene kant is door BBL gezegd: dankzij wethouder Roest, want hij heeft de afgelopen jaren een goed financieel beleid gevoerd. Aan de andere kant logenstraft dat de zorgen van diezelfde wethouder - inmiddels oud-wethouder - die van de daken heeft geschreeuwd dat het met alles wat er nu loopt, hartstikke mis gaat. Dat is dus niet zo, want alle risico’s - ook de risico’s die de heer Weller net heeft genoemd - zijn netjes meegenomen in het onderzoek. Nochtans komen we uit op een nog ruime voldoende. Daarnet is door de heer Langenberg nog een keer uit een antwoord geciteerd: de grote projecten, zoals W4, lopen minimaal budgettair neutraal. Met andere woorden, we zitten op een goede weg. Heel belangrijk is - daarvoor strekt de nota Risicomanagementbeleid - dat we op die goede weg blijven. Het uitgangspunt is dan ook het zo te houden. Dan komt het erop aan - de heer Stevers heeft daarop gewezen - dat we het hier in het gemeentehuis ook implementeren. Dat betekent inderdaad dat het tussen ieders oren moet gaan zitten en dat we in deze gemeente op risico’s sturen. Daar is de politiek, in de eerste plaats het college en in het bijzonder de wethouder van Financiën voor verantwoordelijk. Het kan een goede zaak zijn ergens in het apparaat hier iemand aan te wijzen die daar in het bijzonder op let. Daar kan het echter niet bij blijven, want iedereen moet er altijd aan blijven denken. Als dat gebeurt en dat de neerslag zal zijn van deze beleidsnota, houden we tot in de lengte van jaren een financieel gezonde gemeente. Mevrouw Honnef: We hebben inderdaad een heldere uiteenzetting gehad in het besloten gedeelte van commissie 1 over hoe dit precies in elkaar zat. GroenLinks is tevreden met het feit dat we een ruime voldoende halen. Met u allen zou ik willen benadrukken dat die voldoende, een voldoende moet blijven. In de organisatie moet hier dus aandacht voor blijven, zodat alles op orde blijft. Achteroverleunen is er niet bij.
Wethouder Van der Does: De nota Weerstandsvermogen en Risicomanagement is een goed instrument voor de gemeentelijke organisatie en voor u als raad om u continu te kunnen blijven informeren. Ik kom op een van de punten die door de heer Weller naar voren is gebracht: tijdige informatie. Zoals u weet, heb ik in de commissie toegezegd dat het een keer of vier per jaar zal gebeuren; in de buraps, de voorjaarsnota en de najaarsnota. Daarnaast zal het ook zeer zeker in de jaarrekening tot uitdrukking komen. Ik ben zelf ook blij dat we een goed beeld hebben van de financiën, de risico’s en de afdekking daarvan. Ik ben met u allemaal eens dat we daar continu waakzaam op moeten zijn en dat de organisatie daarvan doordrongen moet zijn.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 640 -
De organisatie heeft bij de start van dit project ook ontzettend positief gereageerd. Ik hoor van afdelingshoofden dat ze blij zijn dat ze dit beeld hebben en dat ze dat willen vasthouden. Het wordt dus ook goed geïmplementeerd. Daarvoor hebben we met name de coördinator. De coördinator heeft een opleiding met een aantal andere mensen gevolgd om dat regelmatig te kunnen actualiseren. Die coördinator hebben we gevonden binnen ons gemeentelijk apparaat. Een van de mensen van Financiën was daar voldoende capabel voor. Hij coördineert dat en stemt dat regelmatig af met de betrokken afdelingshoofden of andere medewerkers. Het weerstandsvermogen ziet er dus gewoon goed uit. Er is een vraag gesteld over het HSL-gebouw dat te zijner tijd in de exploitatie komt. Het komt pas in 2011 in de exploitatie, want we hopen dat dan de hele zaak rond de W4 en de A4 gereed is. Op dat moment gaat de exploitatie pas naar ons over. Er wordt op het ogenblik nagedacht hoe we dat qua exploitatie moeten dekken, maar dat hebben we nog niet rond. De grote projecten, budgettair neutraal. We hebben hier meermalen in beslotenheid in commissie 1 over gesproken. We hebben aangegeven dat die neutraliteit daar in zat. Dat willen wij bewaken en trachten neutraal te houden.
De Voorzitter: Er is geen behoefte aan een tweede termijn. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
12.
Voorstel tot het geven van een richting aan de discussie over toekomst van Sport- en recreatiecentrum De Does.
De Voorzitter: Ik wijs erop dat er een gewijzigd voorstel op uw tafel ligt.
De heer Thunnissen: Op zich een voorstel waar de PvdA vol achter staat. Dat hoeft niet te verbazen na de begrotingsvergadering en de motie die daar, mede namens ons, is ingediend, want dat verzekert de toekomst van het Sport- en recreatiecentrum De Does. Wat hier niet bij zit dat was ook niet verwacht - is de financiële paragraaf. Er zijn wel cijfers bekend, maar er is kennelijk nog geen dekking voor gevonden. De enige vraag die aan de deze zijde leeft, is wanneer wij die in 2005 tegemoet kunnen zien. Heeft de wethouder daar al enig zicht op? We kunnen een richtinggevende discussie met elkaar zijn gestart en zeggen dat dit de weg is die we ingaan, maar er moet tenslotte wel geld gevonden worden. De vraag is: waar in de tijd kunnen we daaromtrent een voorstel verwachten?
De heer Dorlandt: Zoals u weet is de VVD-fractie altijd voor het openhouden van De Does geweest, laat dat duidelijk zijn. In dat licht gaan wij ook akkoord met optie 2, maar niet meer en niet minder. Wij gaan er dus ook van uit dat de uitvoering van optie 2 gegarandeerd binnen de financiële kaders van optie 2 zal blijven.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 641 -
Wij zouden daar graag een toezegging van de wethouder over krijgen. Voor wat betreft de rest van de financiële zaken, sluiten we ons aan bij de opmerkingen van de heer Thunnissen. [De heer De Vries komt te vergadering.]
Mevrouw Vons: Met dit besluit besluiten we het zwembad in stand te houden. Dat is een goede zaak, want het is een basisvoorziening voor Leiderdorp. We hebben commissiebreed gekozen voor optie 2 omdat dat het minimale is dat nodig is om het zwembad voor de komende 15 jaar goed bruikbaar te houden. In het voorstel staan de kapitaallasten nog naar 25 jaar berekend, maar wij besluiten nu het in 15 jaar te doen. Wat worden de kapitaallasten als we het op een andere manier gaan doen? De heer Van Jaarsveld: Het Leiderdorps Weekblad had de afgelopen periode een keer de kop: groen licht voor opknapbeurt zwembad. Ik denk dat dat een terechte kop is. De Does blijft open, het bad vol, de stop gaat er niet uit, maar het zwembad ondergaat wel een noodzakelijke verbouwing, een opknapbeurt. De entree wordt omgeklapt, er zijn onderhoudswerkzaamheden en er wordt een sportservicepunt aan toegevoegd. Er is al gezegd dat we de basis gelegd hebben tijdens de Algemene Beschouwingen. Toch is het goed terug te kijken naar de historie. Tijdens de commissiebehandeling heb ik al gezegd dat we in Leiderdorp - maar ook in de regio - al 20 jaar discussie hebben over zwembaden. Iedere keer duikt die discussie weer op en iedere keer beslist elke gemeenteraad - dat is op zich goed - dat de zwemvoorziening een voorziening is waar we trots op zijn en die we in stand willen houden. Bestuurlijke slagvaardigheid en de keuze om ons zwembad De Does als voorziening overeind te houden, zal velen goeddoen in Leiderdorp, zeker in een periode dat we moeten bezuinigen. Optie 2 biedt, gelet op het financiële verhaal, dan ook de beste mogelijkheden. Dat van de zijde van het zwembadbestuur een andere variant in beeld wordt gebracht, is goed. Het klinkt misschien een beetje raar, maar in de sport leg je de lat altijd iets hoger. Je gaat voor goud, maar als je uiteindelijk zilver binnenhaalt, ben je hartstikke trots. In het raadsvoorstel staat bij ‘standpunt commissie’ een merkwaardige constatering. Er staat: ‘Wanneer dat in de toekomst financieel mogelijk is, kan alsnog voor optie 3 worden gekozen.’ Van de zijde van de VVD is daar al een opmerking over gemaakt. Wie het verslag van de commissie goed naleest, ziet dat het geen uitspraak van de commissie, maar van de wethouder is. Ik denk dat het goed is dat te constateren, want anders zouden we - kijkend naar de toekomst - wel eens een andersoortige discussie kunnen hebben. De wethouder heeft volstrekt gelijk als hij zegt: als het mogelijk is. De raad en de commissie hebben zich daar echter niet over uitgesproken. Mocht het zo zijn dat het wel in beeld is, zal het op de gebruikelijke manier hier terug moeten komen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 642 -
De heer Van Gurp: Binnen onze fractie is er een heftige discussie geweest over sportcentrum De Does. Ik heb natuurlijk alle stukken gelezen. Helaas was ik wegens ziekte niet op 30 september in De Does, maar ik heb wel een reactie van het bestuur ontvangen. Ook daar heb ik goed kennis van genomen. Ik zal maar niet met meneer Van Jaarsveld gaan discussiëren over het feit of het goud of zilver is. Zilver is prachtig, dat ben ik met de heer Van Jaarsveld eens, maar je streeft altijd naar goud.
De heer Van Jaarsveld: Spreken is zilver, zwijgen is goud.
De heer Van Gurp: Ik heb gelezen dat het bestuur wel teleurgesteld is. Het kan zich wel vinden in de sobere variant waartoe wij op dit moment neigen, maar ik kan me voorstellen dat het zegt dat er misschien wel meer mogelijk is. Als er meer geld is, is er meer mogelijk. Ik speel de bal maar even terug, via het college wellicht naar het bestuur. Als u met middelen over de brug komt, kunnen we ook over variant 3 of 4 gaan praten. Wellicht zijn ook andere lieden geïnteresseerd. Ik heb begrepen dat de bowlingbaaneigenaren van de baan in de 5 mei-hal in Leiden, naar een alternatief zoeken. Misschien is het mogelijk dat naar Leiderdorp te halen. De Voorzitter: Ik vraag me af of die discussie op dit moment nog zinvol is. Er ligt nu een besluit voor dat uit de commissie komt. Ik denk dat het niet juist is - ook niet voor de mensen op de publieke tribune - nu weer een discussie te starten. De heer Van Gurp: Voorzitter, neemt u mij niet kwalijk, maar dan had u het iets anders moeten agenderen. De agenda zegt namelijk dat we een strategische discussie over de toekomst van het Sport- en recreatiecentrum De Does gaan voeren. Vervolgens trechtert u het op de ene variant voor het zwembad. Ik neem toch maar de vrijheid een aantal kanttekeningen te plaatsen en een aantal mogelijkheden te noemen. Wellicht moeten we in de toekomst verder kijken dan alleen naar deze variant. Tenminste, als we het zwemgebeuren in Leiderdorp willen handhaven, waar ik overigens wel voor ben.
De heer Van Jaarsveld: Komt dat door die tweespalt in de discussie in uw fractie?
De heer Van Gurp: Ja, daar komt het door.
Wethouder Molkenboer: Het college is buitengewoon blij met de algemene instemming om het zwemmen in de toekomst veilig te stellen. Ik denk dat dat een belangrijke basisvoorziening is.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 643 -
Zo is die discussie ook al die jaren gevoerd, meneer Van Jaarsveld, hoewel de invulling van wat die basisvoorziening is, altijd een interessante is geweest; toeters en bellen, of alleen baantjes zwemmen voor een aantal doelgroepen. De wijze waarop het zwemmen zich nu voordoet, is het midden tussen de toeters en bellen en eenvoud. Ik denk ook dat dat het juiste concept is. Dat blijkt ook wel uit de presentatie die gehouden is door de Raad van Beheer in het kader van de exploitatie. Dan zie je toch dat het concept dat we hebben, een goed concept is met voldoende waarborgen. De ellende is echter - ik heb dat in de commissievergadering ook gezegd - dat we in het verleden niet gereserveerd hebben. Die fout moeten we nooit meer maken, want een zwembad is om de 15 jaar toe aan een renovatie. Het zou dus buitengewoon onverstandig zijn als toekomstige opvolgers ooit nog zouden willen besluiten dit soort zaken in een keer af te schrijven. Dat moeten we nooit meer doen, want dan kom je na 15 jaar wederom in zo’n discussie. Ik denk dat we niet alleen voor de komende 15 jaar de toekomst verzekerd hebben, maar door het feit dat we afschrijven en reserveren, over 15 jaar weer een nieuwe slag kunnen maken, zonder dat er een groot beroep op de middelen gedaan hoeft te worden. Naast het resultaat dat het zwembad weer opgeknapt kan worden, is het ook een belangrijk resultaat dat we het voor langer hebben veiliggesteld. Juist om te komen tot een verantwoorde afschrijving, is besloten om van een afschrijvingstermijn van 25 jaar naar 15 jaar te gaan - in de commissie is dat ook naar voren gekomen. Dat betekent dat de kapitaallasten op € 275.000,- per jaar gesteld kunnen worden. De volgende raadsvergadering geven we u een onderbouwing van de investeringslasten en laten we u zien hoe we aan deze kapitaallasten komen. De heer Thunnissen heeft gevraagd wanneer het college met de dekking komt. De dekking komt met de Voorjaarsnota van 2006. Het drukt namelijk nog niet op de begroting van 2005, maar op de begroting van 2006. Tegen die tijd zullen we een adequate dekking hebben. Tijdens de Algemene Beschouwingen is met betrekking tot de invulling van de motie ook gezegd - daar maakte dit onderwerp deel van uit - dat we voor meerdere projecten met elkaar de inspanningsverplichting hebben om tot die dekking te komen. We blijven binnen de aangegeven financiële kaders zoals die vastgesteld zijn tijdens de Algemene Beschouwingen. U krijgt de volgende raadsvergadering alle onderbouwingen. Vandaag moet alleen gekozen worden uit de strategische opties. Er is enige discussie geweest over dat er in de toekomst wellicht nog wat meer zou kunnen gebeuren. Dat was naar aanleiding van opmerkingen van een aantal commissieleden. Als het financieel beter gaat, staat het de raad altijd vrij om … Niet het college, maar de raad. U weet dat ik de laatste ben om dat altijd te benadrukken. Ik zou u zeker niet via een omweg of een trucje voor het blok willen zetten, want dan loop het slecht met me af. Ik wil anderen niet de gelegenheid geven … De heer Van Jaarsveld: U blijft wel drijven.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 644 -
Wethouder Molkenboer: Anders heb ik altijd nog wel collega’s die mij daar opmerkzaam op zullen maken, want we zijn een team wat dat betreft. Dat nog even in de richting van de heer Langenberg. De heer Langenberg: Ik dank u voor al deze aandacht.
Wethouder Molkenboer: De heer Van Gurp slaagt er altijd in weer enig drama te scheppen. Ik denk echter dat dat gekscherend bedoeld is. Ik denk dat ook hij tevreden is. Ik heb vandaag informeel overleg met de Raad van Beheer gehad. Hij is buitengewoon tevreden over het resultaat dat hier ligt, want de toekomst van het zwembad is verzekerd.
De Voorzitter: Er is geen behoefte aan een tweede termijn. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het gewijzigde voorstel van burgemeester en wethouders. 13.
Voorstel tot het instemmen met de afkoop van de erfpacht van het pand Sjelter van de stichting Sociaal-cultureel werk Leiderdorp (SCw).
De heer Dorlandt: Ik heb een vraag aan de wethouder, maar die is inmiddels vertrokken, heb ik gezien. Deze wethouder heeft namelijk in commissie 3 toegezegd navraag te doen naar de kosten uit beslispunt 2. Mijn vraag aan de wethouder: kan de wethouder nu aangeven wat deze kosten zijn? De Voorzitter: Misschien had ik het moeten melden, maar wethouder MacGillavry is - omdat hij ziek is - na het andere Sjelter-punt naar huis gegaan.
De heer Langenberg: Maar de woorden van de wethouder Molkenboer zijn nog niet uitgeklonken: het college is een team. Een van de andere teamleden gaat meteen zijn plaats overnemen. Wethouder Van der Does: Ik heb niet paraat wat de kosten zijn voor het aflossen van de hypotheek, dus de boete die er eventueel op zit, en de notariskosten. Wij zijn bereid u dat zo snel mogelijk kenbaar te maken. Het gaat niet om grote bedragen. De Voorzitter: Het uitgangspunt is natuurlijk dat het binnen het krediet van € 75.000,- moet blijven.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
2004 14.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 645 -
Voorstel tot het ongegrond verklaren van het ingediende bezwaarschrift Zijloordkade 6.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 15.
Voorstel tot het instemmen met de herhuisvesting Sjelter en voorstel Buurthuis Buitenhof.
Mevrouw Van Steijn: Allereerst wil ik mijn verbazing uitspreken over het feit dat dit punt na de commissievergadering op de agenda beland is; daarin hebben wij duidelijk aangegeven dat we de discussie van morgen af wilden wachten en daarna een besluit wilden nemen. Inmiddels hebben we aanvullende informatie van het college en ambtenaren ontvangen. Dat heeft een en ander duidelijker gemaakt; het was echter prettig geweest als we dat ten tijde van de commissievergadering hadden gekregen, dan wel in de beantwoording van de vragen was meegenomen. Nu we het hier toch behandelen, roepen deze stukken bij ons een aantal vragen op. Wat zijn de recente leerlingenaantallen op de Elckerlyc? De besluiten zoals die voorliggen zijn gebaseerd op 1 september 2003. Wij zouden graag de stand van zaken per 1 september 2004 weten, zodat we kunnen beoordelen of er recht is op dat lokaal dat tot enig moment voor de zomer nog vrij was in de Elckerlyc, maar inmiddels bezet is. Wat zijn de kosten van het langer huisvesten van de instellingen in Sjelter - als daar nog een en ander moet gebeuren - op het moment dat we zouden besluiten dat Ienie Mienie daar tot de zomervakantie kan blijven? Is het een optie alleen de instellingen vanuit Sjelter naar de Buitenhoflaan te verhuizen en het burgerinitiatief uit te stellen, zodat dat lokaal beschikbaar blijft voor Ienie Mienie? Het gesprek van morgen. Wij weten niet of er inmiddels contact geweest is. Ik wil me ook niet mengen in het welles/nietes-spelletje over wie de vergadering wel of niet gepland heeft. We willen wel opmerken dat de afspraak vrij laat gepland is, zeker gezien de aanvullende info. Bij ons is helder dat het college er veel aan gelegen is dat wij hier een positief besluit over nemen. Ik heb voor de zomervakantie al een keer in deze raad opgemerkt dat het lokaal dat wellicht vrij zou moeten zijn, feitelijk niet vrij was in de Elckerlyc. De wethouder heeft toen geantwoord dat er plaats was voor Ienie Mienie en dat ze naar de Elckerlyc kon. Als gemeente praten we nu pas op 16 november met Elckerlyc en Ienie Mienie. Daarnaast zou ik graag willen weten wat er in het contract staat over het al dan niet huisvesten van Ienie Mienie binnen de muren van Elckerlyc. Welke toezeggingen zijn er gedaan door Elckerlyc? Welke toezeggingen heeft de gemeente gedaan ten aanzien van het huisvesten van Ienie Mienie, totdat de situatie zo zou zijn dat zij binnen Elckerlyc een plek zou kunnen krijgen? De heer Van Jaarsveld: Ik had ook een vraag over de juiste leerlingenaantallen. Ik had die ook in de commissie gesteld, dus ik vind niet dat ik die moet herhalen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 646 -
Het CDA heeft uitgesproken dat ze kon instemmen met het besluit dat destijds en ook nu voorligt. We hebben wel nadrukkelijk de kanttekening geplaatst dat wij ervan uitgaan dat het gesprek dat voor morgen op de rol staat een constructief gesprek wordt en men eruit komt. Ik vind het jammer dat door de inspreker de zaak, naar mijn gevoel, een beetje op scherp wordt gezet. Men veronderstelt dat er op korte termijn 40 peuters en enkele leidsters op straat staan. Ik vind het jammer dat dat gebeurt; het zij zo. Ik hoop dat we met elkaar dat gesprek dat op hele korte termijn plaatsvindt, goed ingaan en er goed uitkomen. Ik ga ervan uit dat wanneer dat niet mocht lukken, er zo snel mogelijk wordt teruggekoppeld naar de raad. De heer Weeda: Ik sluit me aan bij de vragen die mevrouw Van Steijn heeft gesteld. Daaraan voorafgaand wil ik mijn bezorgdheid uiten over het feit dat we dit agendapunt nu bespreken, terwijl in de commissie is gezegd dat er zoveel open einden en onbeantwoorde vragen waren dat het eigenlijk niet besproken kon worden. Het verbaasde ons dat we dit punt op de agenda terugvonden. Naast de vragen die al gesteld zijn, heb ik er nog een die ik nog niet gehoord heb. Bij de commissie 3-vergadering is er ingesproken door de Volksuniversiteit die klaarblijkelijk niet mee wil verhuizen. Is er wat dat betreft nadere berichtgeving? De heer Van Gurp: Ik sluit me aan bij degenen die zich verbaasd hebben over het feit dat dit onderwerp toch geagendeerd is, terwijl in commissie 3 was geadviseerd het niet te agenderen voor vandaag. Ik begrijp wel dat het geagendeerd is, althans dat het voorstel gedaan is er vandaag over te spreken, omdat als je er van uitgaat dat er voor 1 januari - de verhuiscarrousel die in beweging moet komen - iets moet gebeuren, we vandaag een besluit moeten nemen. We kunnen dat niet op 20 december doen; dat is te laat. De agendering. Ik heb goed geluisterd naar de inspreker, de heer Van Beek. Strikt genomen hebben we het vandaag niet over Ienie Mienie. We hebben het over de herhuisvesting van Sjelter en de ‘gebruikers’ van Sjelter. We hebben het niet over het Ienie Mienie-verhaal. Terwijl in mijn ogen de Ienie Mienie-problematiek - een overgang naar de Elckerlyc of een andere plek - juist het cruciale punt is in het verhaal. Stel dat wij vanavond besluiten akkoord te gaan en men er morgen of op korte termijn niet uitkomt, dan komt het besluit het per 1 januari te effectueren op losse schroeven te staan. Ik hoop - om het Ienie Mienie/Elckerlyc-verhaal meteen af te handelen - dat er linksom of rechtsom een oplossing komt en het overleg van morgen er niet toe leidt - de heer Van Jaarsveld heeft er ook al op gewezen - dat datgene werkelijkheid wordt waar de heer Van Beek bang voor is, namelijk dat 40 peuters en een aantal leidsters op straat komen te staan. Ik denk dat dat absoluut niet kan. Er moet in ieder geval een oplossing gevonden worden. Ik zei al ‘linksom of rechtsom’. Als het niet in de Elckerlyc aan de Klimopzoom is, is er wellicht iets mogelijk in een ander gebouw in Leiderdorp. Misschien kan er iets uit de Elckerlyc naar dat andere gebouw, zodat de ruimte in de Elckerlyc voor Ienie Mienie toch vrijkomt.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 647 -
Wat betreft de LVU - ik heb toevallig vanmiddag de voorzitter nog gesproken - heb ik begrepen dat er recent een overleg met de gebruikers is geweest. De problematiek die in commissie 3 aan de orde is geweest (overlast en ruimtegebrek) lijkt opgelost te zijn. Ik hoor de wethouder dat graag bevestigen. Het buurtinitiatief. Uit de krant en anderen hoofde heb ik begrepen dat er mensen uit de buurt zijn er wordt gekscherend gezegd dat het geen mensen uit de directe buurt zijn, maar mensen van over de brug, uit De Leyhof die problemen maken - die daar niet blij mee zijn. In de stukken die wij de afgelopen dagen ontvangen hebben, heb ik daar niks over teruggevonden. Ik vind dat toch een serieus verhaal. Het moet niet zo zijn dat we straks iets in de buurt creëren, waar een aantal mensen in de buurt grote problemen mee heeft. Het voorstel gaat uit van tijdelijke herhuisvesting van de Sjelter-gebruikers aan de Buitenhoflaan. Voor sommigen zal dat een tijdelijke huisvesting van een jaar à anderhalf jaar zijn. Ik heb namelijk gelezen dat een aantal gaat verhuizen naar de Brede School Acacialaan. Als ik het goed heb, zal dat - in een optimistisch scenario - begin 2006 plaatsvinden. 2006 Komt steeds dichterbij. Stel dat we op 1 januari niet naar de Buitenhoflaan gaan verhuizen, maar bijvoorbeeld pas op 1 juli, dan is de tijd tussen 1 juli en 1 januari 2006 nog maar een half jaar; die tijd is wellicht te overbruggen. De heer Langenberg: Ik deel de verbazing van voorgaande sprekers die zeiden dat de agendering van dit onderwerp voor deze raadsvergadering een vreemde zaak is. Als we kijken naar het voorliggende stuk, zien we bij standpunt commissies - een niet onbelangrijk onderdeel van een raadsbesluit - dat de commissie zich niet in dat voorstel kan vinden en er nog vijf zorgpunten zijn ze worden ook opgenoemd; er staan er vijf, maar misschien zijn het er meer. Het bevreemdt mij, net als mevrouw Van Steijn die daarover begon, dat het nu dan toch op de agenda staat. De commissie heeft zich hier diepgaand over gebogen en is tot de conclusie gekomen - hoe jammer je dat ook mag vinden - dat dit stuk niet rijp is voor behandeling vandaag. We spreken er nu over, maar over hoe dit allemaal gegaan is, kom ik graag in het presidium terug. Ik denk niet dat dit een schoonheidsprijs verdient en zeker geen recht doet aan de waarde van het werk van commissie 3. Inhoudelijk kan ik niet - nadat ik de woorden net uitgesproken heb - veel meer zeggen dan te herhalen wat u allemaal al weet, het staat hier namelijk: de commissie kan zich niet vinden in het voorstel, vanwege de zorgpunten die ze noemt. Een ding heeft me verbaasd en dat is dat ik het CDA - zeker nadat ik dit weekend nog gelezen heb dat het landelijk congres van het CDA zich in meerderheid uitgesproken heeft voor een meer sociaal beleid van het CDA - hoor zeggen: als er 40 peuters op straat staan, moet dat maar. Dat lijkt me met elkaar in tegenspraak. De heer Van Jaarsveld: Ten eerste heb ik aan die CDA-bijdrage ‘een fors staartje’ geleverd in Utrecht; dit ter geruststelling.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 648 -
Ten tweede, wat ik juist vanuit het CDA gezegd heb, is dat ik het jammer vind dat er - nog voordat we met elkaar het gesprek ingaan - gesuggereerd wordt dat er 40 peuters en enkele leidsters op straat staan. Ik vind dat juist jammer, want dat zet het gesprek juist weer scherper dan het al staat. Dat vind ik niet de manier waarop we het gesprek met elkaar in moeten gaan. U gebruikt mijn woorden dus verkeerd.
De heer Langenberg: Nee hoor, uw woorden waren heel duidelijk. Als op 1 januari - dat is waar het vanavond over gaat, de huur is inmiddels door de gemeente opgezegd - 40 kinderen op straat staan, is dat zo. U zult dat later in de notulen terugvinden. Dat hebt u gezegd. Wat u in Utrecht zegt, laat ik aan u over. Ik maak me helemaal geen zorgen over uw inzet voor het sociale gedrag van het CDA, maar ik vond deze opmerking vreemd. De VVD kan vanavond niet akkoord gaan met dit voorstel. Sommigen zeggen dat het niet gaat over Ienie Mienie, maar Ienie Mienie staat straks wel op staat als dit allemaal doorgaat, met die 40 kinderen en het personeel. Laten we niet vergeten dat er inmiddels een rechtszaak dreigt; in ieder geval zijn we zo ver dat partijen met advocaten hun belangen behartigen. Of die verhuizing per 1 januari door kan gaan, is nog maar de vraag. De rechter zal zich daar waarschijnlijk over moeten uitspreken. Het gaat dan wel niet over Ienie Mienie - zoals wordt gezegd - maar als Ienie Mienie daar straks mag blijven zitten, zullen de andere plannen vanwege Ienie Mienie niet door kunnen gaan. De VVD maakt zich daar grote zorgen over. Het lijkt ons dan ook verstandig hier vanavond geen besluit over te nemen. Dat kan namelijk ook nog, ondanks het feit dat D66 suggereert dat het dan allemaal in de soep loopt. Het loopt dan misschien wel in de soep, maar die wordt nooit zo heet gegeten als hij wordt opgediend, is mij wel eens verteld. Als wij als raad het werk van commissie 3 serieus nemen, met in ons achterhoofd de belangrijke argumenten die commissie 3 naar voren heeft gebracht en het juridische conflict dat dreigt of wellicht al realiteit is, kunnen we hier vandaag geen verstandig besluit over nemen. De VVD stelt voor besluitvorming op dit punt uit te stellen tot het moment waarop dat wel kan. Mevrouw Manshanden: Ik ben begonnen met het besluit dat we vandaag nemen, eens goed te bekijken. Ik denk dan dat we vanavond een makkie hebben, want er staat namelijk helemaal geen datum in. We besluiten alleen om geld beschikbaar te stellen voor het geschikt maken van het pand en om de subsidies van enkele instellingen te verhogen om die verhuizing mogelijk te maken. Ik begrijp dat ook wel. Want wanneer en hoe het precies gebeurt, is de uitvoeringstaak van het college. Ik wil er wel iets over zeggen; ik vind het verstandig dat de commissie er iets over gezegd heeft. Vanavond zullen we - ik kan de inspreker daarmee geruststellen - geen besluit nemen, waardoor Ienie Mienie op straat zal komen te staan. We kunnen hiermee nog alle kanten op. We kunnen het ook mogelijk maken dat ze per 1 januari verhuist en dan sparen we veel geld uit. We nemen de commissie serieus.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 649 -
Ik zal de zorgpunten die bij punt 6 van het voorstel staan, doornemen. Met name het eerste punt, beperkte ruimte en tijd van de Volksuniversiteit. Ik ben buitengewoon blij dat de instellingen in goed overleg met elkaar tot een oplossing gekomen zijn. Eerlijk gezegd heb ik groot respect voor de manier waarop die instellingen dat gedaan hebben. Tijdens een verbouwing gaat de verkoop natuurlijk gewoon door, maar het is wel even passen en meten. Ik vind het fantastisch dat ze er op zo’n korte termijn uitgekomen zijn. Wat betreft het buurthuis bestaat er een groot misverstand. Uit de memo van de afdeling blijkt dat het niet echt om een speciale ruimte gaat. In dat geval zou ik inderdaad zeggen: laat dat buurthuis even zitten totdat we zeker weten dat we die ruimte hebben. Het gaat om het aanwezig zijn van een buurthuisvoorziening in de gebouwen van het Sociaal-cultureel werk.
De heer Langenberg: Voorzitter, zou ik een paar korte vragen mogen stellen.
De Voorzitter: Bij interruptie een korte vraag.
De heer Langenberg: Ik wil wel twee keer interrumperen, maar dat schiet niet op.
Mevrouw Manshanden: Ik onthoud wel waar ik ben.
De heer Langenberg: Ik wil het ook wel aan het einde van uw betoog doen als u dat gemakkelijker vindt. Mevrouw Manshanden: Nee hoor, vraagt u maar.
De heer Langenberg: U begon uw verhaal met: er is geen probleem, want er staat geen datum in het raadsbesluit. Als ik in die lijn met u meega, ben ik blij dat u dat zegt: laten we het volgend jaar behandelen, want de datum is dus niet zo relevant. Mevrouw Manshanden: Nee, dat lijkt me niet. Ik denk dat het wel belangrijk is … De heer Langenberg: Ja, het is zeker belangrijk …
De Voorzitter: U was met een interruptie bezig, stelt u dus twee korte vragen; daarna gaat mevrouw Manshanden met haar betoog verder.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 650 -
De heer Langenberg: U gaat voorbij aan alles wat voorafgaat aan het voorstel. Er worden allerlei motivaties genoemd. 1 Januari moet het gebeurd zijn, anders heeft het grote consequenties voor allerlei zaken. Het moet dus wel degelijk voor 1 januari gerealiseerd worden. Mevrouw Manshanden: Daarom wil ik het besluit wel nemen, omdat ik van het college verwacht dat het er alles aan zal doen het per 1 januari rond te krijgen. Dat kan het niet zonder dit besluit. De inspreker zei: neemt u vanavond a.u.b. geen besluiten die schadelijk zijn voor Ienie Mienie. Dat doen we niet, ook niet als we het college gewoon nu aan het werk zetten met wat we vanavond afspreken. Dat was wat ik bedoelde. Ik denk dat we dat ook moeten doen, want er moeten ook nog andere zaken gebeuren, aannemers enz.; allerlei praktische zaken.
Mevrouw Van Steijn: Hoe stelt u zich dat dan voor? De huur is opgezegd. In de stukken staat duidelijk dat de verbouwing in de kerstvakantie afgerond moet zijn. Hoe ziet u dat? Als het college besluit dat het er niet uitkomt …
De Voorzitter: Wilt u uw interruptie kort houden, zoals afgesproken.
Mevrouw Manshanden: Ik was bezig met het bespreken van de zorgpunten en dit was het laatste punt dat ik aan de orde wilde stellen. Ik was bij het punt van het buurthuis, daar wil ik even mee doorgaan. Ik heb begrepen - ik heb dat ook niet eerder gemerkt, maar dat is op de een of andere manier anders naar ons toe gecommuniceerd dan ik nu in het memo vind - dat het niet de bedoeling is dat er een speciaal buurthuis komt, maar dat er een buurthuisvoorziening in het gebouw van het Sociaal-cultureel werk komt, in ieder geval in eerste instantie - een groeimodel. Dat kan gewoon gebeuren op het moment dat die instellingen er onderling uit zijn. Als het wel een speciale ruimte is, moet die er eerst zijn. Ik zou dan geneigd zijn dat uit te stellen. De locatie Buitenhof als wissellocatie voor scholen. In het stuk wordt ervan uitgegaan dat er in 2007 nieuwe scholen gebouwd zullen worden - de Brede School West. Volgens mij zijn we nog lang niet zo ver. We zijn alleen nog maar bezig met een onderzoek naar het nut van een brede school, verder hebben we er nog niet over nagedacht. Ik ga er ook niet van uit dat op het moment dat die wissellocatie nodig is, Sjelter ed. nog op de locatie Buitenhof zitten. Ienie Mienie. Het lijkt wel of het daarover gaat vanavond, in plaats van over dit voorstel. Wij vinden ook dat er geen kinderen per 1 januari op straat gezet kunnen worden. Het is wel zo dat als er op 1 januari geen ruimte is - stel dat dat de uitkomst van het gesprek van morgen zou zijn - die er op 1 juli waarschijnlijk ook niet zal zijn. Er moet dan toch naar andere oplossingen gezocht worden.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 651 -
Als raad - volgens mij zijn we het daar allemaal over eens - moeten we de wethouder met een belangrijke opdracht wegsturen, namelijk: neem de regie en zorg dat er uit het overleg dat morgen plaatsvindt (naar mijn mening had dat al veel eerder plaats moeten vinden) creatieve oplossingen komen. Van tweeën een: als er geen plaats in de Elckerlyc is, moeten er andere oplossingen gezocht worden. Ik vraag me af of dat in de Buitenhoflaan moet, maar dat hebben we gewoon echt nodig. Als er wel plaats is, kan het volgens mij best per 1 januari; daar moet naar gestreefd worden. De Voorzitter: Ik geef het woord aan de heer Stevers, voorzitter van commissie 3.
De heer Stevers: Verschillende raadsleden hebben hun verbazing uitgesproken over het feit dat dit onderwerp toch op de agenda staat, gezien het advies van de commissie. Misschien mag ik dat toelichten. Het staat inderdaad op de conceptagenda die intussen door de raad is vastgesteld. In de commissievergadering twee weken geleden is door de commissieleden een aantal vragen gesteld. Die hadden niet alleen betrekking op de kosten van het voorstel, maar ondermeer ook op het ruimtegebruik, het ruimtebeslag, de samenwerking van de toekomstige gebruikers ed. Die zijn voor een deel door de wethouder in de vergadering beantwoord en voor een deel niet. Vandaar dat het advies van de commissie was het onderdeel aan te houden. Daags daarna kwam het verzoek binnen om het toch op de agenda van de raad te plaatsen. Een meerderheid van de agendacommissie heeft dat verzoek om twee redenen ingewilligd. Ten eerste, de raad kan altijd besluiten een onderwerp van de agenda af te halen. Ten tweede, de inhoud van het besluit. Dat heeft namelijk betrekking op het beschikbaar stellen van een krediet en het aanpassen van de subsidies. Dat gaat als zodanig niet over het al of niet verhuizen van een aantal gebruikers. Vandaar het standpunt van de agendacommissie.
De heer Langenberg: Mag ik kort iets ter verduidelijking zeggen, ik denk dat dat wel belangrijk is. Er wordt hier gesuggereerd - ik noem dat woord met opzet - dat er overleg is gepleegd in de agendacommissie. Ik zal u vertellen hoe dat overleg is gegaan. Op vrijdagochtend rond 11.00h las ik mijn e-mail. Daar zat er een tussen die was verzonden op donderdag 17.00h, met het betreffende verzoek aan de leden van de agendacommissie in te stemmen met of zich uit te laten over … Er stond ook bij: als ik niks van u hoor, ga ik ervan uit dat u akkoord gaat. We moesten reageren voor vrijdagochtend 9.00h. Het spijt me wel, maar dat noem ik geen overleg.
De heer Thunnissen: Ik was niet eens in Nederland. Ik heb die hele mail niet gezien. Als ik die gezien had, was ik waarschijnlijk ook te laat geweest.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 652 -
De heer Langenberg: Dan vraag ik me af hoe de heer Stevers aan een meerderheid in de agendacommissie komt. De heer Stevers: Op basis van de procedure zoals die nu eenmaal heeft plaatsgevonden.
De Voorzitter: De raad heeft de agenda aan het begin van de avond vastgesteld.
De heer Langenberg: Dat klopt, maar mijn vraag is daarmee nog niet beantwoord. Er wordt net gezegd dat er een meerderheid in de agendacommissie was, maar twee leden wisten van niks. Hoe ziet u dat?
De Voorzitter: Ik stel voor dat we dat in de eerstvolgende presidium- of agendacommissievergadering nog eens nagaan. De heer Langenberg: Ik wil daar graag nu antwoord op.
De Voorzitter: Dat kan dan in tweede termijn. Ik stel voor dat we dit nog uitzoeken. De raad heeft vanavond in ieder geval de agenda vastgesteld.
Wethouder MacGillavry: Een van de hoofdvragen die gesteld is met betrekking tot de Buitenhoflaan - alle zaken van Ienie Mienie laat ik over aan collega Laman - is: wat gebeurt er als er niet per 1 januari zou worden verhuisd. In eerste instantie is het zo dat de gemeente eigenaar is van het pand Sjelter. Dat pand behoeft, indien men daar nog langer in blijft, verregaand onderhoud. Er is een memo naar commissie 3 gestuurd op 5 november. Daar staat een aantal zaken in. Daar staat onder andere in dat aan gas, water, elektra, verzekering en onderhoud, zeker € 20.000,- voor rekening komt van de gemeente Leiderdorp en dat dat niet in de begroting is meegenomen. Het jammer als we nu nog allerlei zaken aan Sjelter gaan verbouwen, want dat is maar voor een korte tijd. Dat zou toch wel een soort kapitaalvernietiging zijn.
Mevrouw Van Steijn: Mag ik even opmerken dat het een memo van 14 november?
Wethouder MacGillavry: Ik heb hier een andere datum op staan.
Mevrouw Van Steijn: Op de memo staat 14 november.
De heer Stevers: Ik denk dat dit het gevolg is van het feit dat de memo een zogenaamd variabel datumveld heeft, dat wil zeggen dat de datum van het moment van afdrukken erop komt te staan.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 653 -
De Voorzitter: We gaan terug naar de hoofdlijnen; de wethouder vervolgt.
Wethouder MacGillavry: Met andere woorden: er staan behoorlijke kosten op stapel indien we langer in het gebouw van Sjelter moeten blijven. De vraag is gesteld: wat als er geen initiatief van burgers is, niet zijnde een burgerinitiatie, levert dat extra ruimte op? Dat is niet het geval, want de bedoeling was dat dit initiatief van burgers zeer kleinschalig zou aanvangen. Al naar gelang in de toekomst organisaties het pand verlaten, zal er ruimte ontstaan en zal het initiatief van burgers daardoor vervolgens in volle omvang kunnen plaatsvinden. Daar kunnen dus enige jaren overheen gaan. Op dit moment levert het initiatief van burgers, niet zijnde een burgerinitiatief, geen mogelijkheden op. Er is gerefereerd aan een overleg dat er is geweest met de LVU en diverse andere instellingen, waar we het ook tijdens de commissievergadering over gehad hebben. Dat overleg heeft reeds plaatsgevonden. Ik geef u een paar citaten van de heer Groen als voorzitter van de LVU: ‘Dit was een zeer constructief overleg.’ Het overleg heeft overigens op 10 november plaatsgevonden. Er wordt vervolgens van alles en nog wat beschreven over wat er allemaal gebeurd is. Ik zal u dat allemaal besparen; u kunt de memo zelf lezen. Aan het eind schrijft hij: ‘Naar de mening van het Sociaal-cultureel werk en de LVU is dit de oplossing.’ Ik destilleer hieruit dat er een fantastische oplossing is gerold uit het overleg tussen de LVU en de diverse andere instellingen. Wat dat betreft is er aan de toezegging voldaan een constructief gesprek te laten plaatsvinden tussen deze instellingen. Dat het constructief is geweest, kunnen we in deze memo lezen. Er is gezegd dat er wellicht een juridische strijd ontstaat. U weet wellicht dat er van onze kant geantwoord is op de brief van de advocaat, waarin wij een aantal zaken hebben weerlegd; naar onze mening zijn duidelijk de verkeerde wetsartikelen gebruikt. Enfin, dat neemt niet weg dat daar alsnog een rechtszaak over kan ontstaan. Mevrouw Manshanden heeft gesproken over de wissellocatie en de Brede School West. Ik geef toe dat dat nog wel even op zich kan laten wachten. Ik geloof dat ik nu alle punten met betrekking tot de verhuizing beantwoord heb. Zo niet, dan hoor ik dat graag in tweede termijn. Ik geef graag het woord aan mijn collega Laman met betrekking tot Ienie Mienie. De Voorzitter: Via de Voorzitter krijgt wethouder Laman het woord.
Wethouder Laman: Ik heb gezien dat er kennelijk nogal een turbulente commissievergadering over dit onderwerp heeft plaatsgevonden. Het is bijzonder dat dat ertoe heeft geleid dat commissie 3 zich tegen het voorstel heeft verklaard; ik lees dat in het voorstel dat nu op de agenda staat.
De heer Weeda: Bij wijze van interruptie: de commissie heeft zich niet tegen het voorstel gekeerd, maar had te weinig informatie om de besluitvorming in gang te zetten.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 654 -
Mevrouw Van Steijn: Het was ook geen turbulente vergadering. Er is een aantal vragen gesteld waar de commissie geen antwoord op kreeg. Wethouder Laman: De letterlijke formulering is: de commissie kan zich niet vinden in het voorstel. Ik vertaal dat als ‘tegen’, but what’s in a name. Het is gegaan zoals het is gegaan. Ik ben er niet bij geweest. Dat is jammer. We hebben de discussie nu. Ik heb wel de inspraakreactie van Ienie Mienie van de heer Van Beek gekregen. Ik vind die opmerkelijk, temeer omdat hij vanavond herhaalt dat de gemeente in deze kennelijk de oorzaak is van de problemen die Ienie Mienie heeft, zelfs zodanig dat gemeente schuld gaat dragen aan het verdwijnen van Ienie Mienie. Dat lijkt me rijkelijk overdreven. U hebt uit de brief die u op 8 oktober ontvangen hebt, kunnen afleiden wat de situatie op dat moment was. U hebt kunnen lezen dat het bepaald geen discussie van gisteren op vandaag was om Ienie Mienie te verhuizen naar een andere locatie. Ik formuleer dat zo, omdat de koppeling met Elckerlyc automatisch - overigens best begrijpelijk - gelegd wordt. Ienie Mienie is echter een zelfstandige organisatie met een eigen verantwoordelijkheid naar de ouders toe. Van een zelfstandige organisatie zou je mogen verwachten dat - als men aan ziet komen dat er een ruimteprobleem moet worden opgelost - daar actie op wordt ondernomen. Ik heb wat dat betreft niets vernomen van enige activiteit van Ienie Mienie. Ik vind dat jammer. Kennelijk heeft men gedacht: we zitten hier goed. De gemeente brengt ons een schappelijke huur in rekening en we wachten wel af wat er gebeurt. Op het moment dat er na een lange tijd van herhaalde contacten over en weer over verhuizing, een zeer tijdige opzegging van de huur komt, blijkt ineens dat Ienie Mienie moet verdwijnen en er mensen op straat komen te staan. Ik heb het gevoel dat hier sprake is van overdrijving en dat men wil profiteren van het feit dat de gemeente gemakkelijk iets kan worden verweten in deze zaak. Dat laatste is naar mijn gevoel absoluut niet het geval. Integendeel, er is geruime tijd - in ieder geval meer dan een jaar - duidelijk gecommuniceerd over verhuizing. Dat dat tot op heden nog niet heeft plaatsgevonden, is spijtig. Ik onderstreep nog eens dat Ienie Mienie daar als zelfstandige organisatie een eigen verantwoordelijkheid in heeft, een verantwoordelijkheid die men naar mijn idee wat al te gemakkelijk bij de gemeente neerlegt. Dat geeft te denken, want dat getuigt van een manier van denken die niet de onze zou moeten zijn.
Mevrouw Van Steijn: Bij interruptie: tegen hetgeen u nu zegt, maak ik bezwaar, want dat is echt niet de situatie zoals die drie jaar geleden was toen die problematiek speelde en dat contract rond Ienie Mienie en de Elckerlyc opgesteld is. Daarom heb ik ook gevraagd: wat staat er in het contract en wat is daar verder over afgesproken. In de commissievergadering heb ik ook opgemerkt dat het verwijt richting de gemeente niet terecht is, want we hebben er destijds hard aan gewerkt om te zorgen dat Ienie Mienie goede huisvesting kreeg. Er is wel een bepaald commitment neergelegd om te zorgen dat Ienie Mienie zou kunnen blijven bestaan. Daarbinnen was alles eraan gelegen dat op termijn binnen de Elckerlyc te huisvesten.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 655 -
Dat is toch een iets ander uitgangspunt dan ‘profiteren van’. Ik maak me ook zorgen over het constructieve overleg morgen als ik dit allemaal hoor. Wethouder Laman: Ik probeer duidelijk uit te leggen wat de andere kant van het verhaal is, omdat er kennelijk nogal verregaande consequenties zullen zijn. Consequenties die volgens mij niet behoeven te worden getrokken op het moment dat beide partijen - Elckerlyc en Ienie Mienie bereid zijn elkaar een beetje te helpen. Daar zit het probleem. Het probleem is dat Elckerlyc niet erkent dat ze ruimte heeft. Daar gaan we morgen over praten. Als dat wel zo is, is de volgende vraag of Ienie Mienie daar terecht zou kunnen. Op die vraag weet ik het antwoord nog steeds niet, maar dat horen we morgen. Ik wilde verder reageren op hetgeen in de samenvatting van de heer Van Beek wordt gezegd. Er staat bijvoorbeeld in dat verder direct overleg met Ienie Mienie niet gewenst zou zijn. We hebben dat gesprek - ik ben daar verder duidelijk in geweest - gevoerd vanuit de idee dat er per 1 januari verhuisd is. Op een bepaald moment is in dat gesprek de vraag aan de orde geweest wat er zou gebeuren als dat op een datum kort na 1 januari 2005 zou gebeuren. Ik heb toen gezegd - dat staat niet in de inspraakreactie - dat we om tafel zouden gaan zitten om te kijken of we die overgangsproblemen op zouden kunnen lossen. Maar, het uitgangspunt is om voor 1 januari te verhuizen. We gaan daar morgen over praten. We zullen zien hoe dat gaat. Mevrouw Van Steijn heeft gevraagd naar de leerlingaantallen bij Elckerlyc op dit moment, of kortgeleden. Dat antwoord moet ik u schuldig blijven. Ik weet wel dat op basis van de Huisvestingsverordening die deze raad heeft vastgesteld en op basis van de laatste leerlingenprognose, overduidelijk is komen vast te staan dat er vier lokalen extra ruimte zou zijn voor Elckerlyc. Dat betekent naar mijn gevoel dat er gemakkelijk een lokaal beschikbaar moet zijn. Dat lokaal is overigens al ingericht voor Ienie Mienie, want het was altijd de bedoeling dat Ienie Mienie daar gehuisvest zou worden. Het kan zijn dat we daar een denkfout bij maken. Dat horen we dan morgen in het gesprek. Wij denken dat dat niet het geval is. Maar goed, daar gaan we morgen over praten. Blijkt dat er wel ruimte is, conform de regels die we hier in de raad hebben vastgesteld, dan lijkt me de conclusie helder: er is ruimte beschikbaar die mogelijk ingenomen kan worden door Ienie Mienie. De volgende vraag is dan of men dat wil. Ik kan die vraag op dit moment niet beantwoorden. Ik ga ervan uit - gezien de contacten die er in het verleden tussen Elckerlyc en Ienie Mienie zijn geweest, de organisaties staan elkaar zeer na heb ik begrepen - dat men elkaar wil helpen. De eisen die zijn gesteld. Zoals tijdens de inspraak in commissie 3 is aangegeven, is daar netjes ontheffing voor gevraagd en die ontheffing is ook ontvangen. U hebt in de brief van 8 oktober kunnen zien op welke wijze dat gegaan is. Er wordt daar een datum van beoogde verhuizing genoemd van januari 2004. Op basis van die verwachting is die ontheffing gegeven. We leven nu in november 2004.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 656 -
We zijn wat dat betreft nog weinig verder, terwijl al die tijd bekend was dat er verhuisd zou moeten worden. Ik heb niks vernomen over de inspanningen die Ienie Mienie zich heeft getroost te verhuizen naar - als het niet bij Elckerlyc zou kunnen - een andere plek. Dat is niet gebeurd. Mevrouw Van Steijn: U hebt toch ook zelf op die informatie gestuurd. Als u op een vraag van mij in de raad van juni antwoordt dat er ruimte is bij Elckerlyc en dat we ons daar geen zorgen over hoeven maken, begrijp ik niet dat we zo laat met dit verhaal geconfronteerd worden. Wethouder Laman: Ik weet niet of ik die uitspraak heb gedaan; ik denk van niet. Dat terzijde. De contacten zijn er steeds geweest. Het moet voor iedereen volmaakt duidelijk zijn geweest dat deze zaak zo speelde. In het huurcontract dat in februari is afgesloten, schuift de datum op; het was eerst januari, daarvoor nog eerder, en nu is het 1 maart geworden. Wanneer het niet per 1 maart zou lukken, misschien nog een beetje later. We zitten nu in november en er gebeurt nog niks. Er komt dan een moment dat we die ruimte voor andere doeleinden nodig hebben. Daar kun je op wachten: als je maar lang genoeg wacht en niets doet. Ik vind dat spijtig. Daarom hoop ik dat we morgen langs de ene of andere kant - met als uitgangspunt: 1 januari is het einde oefening - een oplossing kunnen vinden. Los daarvan ligt er een voorstel op tafel waar een besluit over genomen moet worden; het ter beschikking stellen van geld voor de overige activiteiten. Ik denk dat dat besluit rustig kan worden genomen.
Tweede termijn Mevrouw Manshanden: Ik zou er nogmaals voor willen pleiten de besluitvorming over dit voorstel en de zaak Ienie Mienie als gescheiden grootheden te zien. Wat dat besluit betreft moet er volgens mij nog een woordje weg. Er staat: ‘subsidieprogramma 2005.huisvestingsplan’. Dat laatste woord is een tekstverwerkingsfout. Daar zijn wij gewoon voor. Ienie Mienie. Ik heb expres het overleg tussen de Volksuniversiteit, Sociaal-cultureel werk en de Kinderkring als voorbeeld genomen van een constructief gesprek. In de commissie zag dat er ook niet zo naar uit. Ik hoop wel dat wat er morgen gebeurt, niet het zwarte pieten is wat ik hier om de tafel hoor gebeuren, maar dat daar een voorbeeld aan genomen wordt. De Voorzitter: Bij punt 3 moet ‘huisvestingsplan’ eruit. Dank voor deze opmerking.
Mevrouw Van Steijn: De antwoorden van de wethouder hebben ons niet helemaal gerustgesteld. Het onderlinge ‘gezwartepiet’ geeft te denken over de uitkomst van morgen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 657 -
Alles op een rijtje zettende, met in het achterhoofd de zaken die in het verleden gespeeld hebben en de toezeggingen van alle kanten die nu wat vaag blijken in acht genomen, kunnen wij wel zeggen dat dit voorstel gescheiden is van datgene dat consequenties heeft - dat kan an sich een goed idee zijn - maar daar zijn wij niet voor, als de consequentie is dat Ienie Mienie 1 januari op straat staat. Wij vinden ook dat - ik heb dat ook in de commissievergadering gezegd - Ienie Mienie en Elckerlyc eruit moeten komen. Dat is ook altijd de intentie geweest. Om dat nu op de helft van het jaar uit spelen, vinden wij geen goede zaak. Doe dat dan aan het einde van een schooljaar. Als dan inderdaad blijkt dat het allemaal niet haalbaar is, zaken niet goed lopen en ook Elckerlyc niet de bereidheid heeft - daar heb ik ook mijn scepsis over uitgesproken - daar op een goede manier aan mee te werken, dan zou dat op dat moment het einde van Ienie Mienie kunnen betekenen. Dat kan echter niet op de helft van een schooljaar. De heer Van Gurp: Ik heb goed naar andere sprekers en naar de wethouder geluisterd. Ik ben net zo min als mevrouw Van Steijn gerustgesteld over de uitkomst van het gesprek van morgen. Ik heb de wethouder een aantal dingen horen zeggen die ik hem al vaker heb horen zeggen. Ik probeer het altijd zo respectvol mogelijk te zeggen, maar de wethouder probeert weer zijn gelijk te krijgen. Als dat het vertrekpunt is van het gesprek van morgen, zijn we niet op een goede manier met elkaar bezig. Ik denk dat de wethouder gelijk heeft maar Ienie Mienie ook. Het gaat er volgens mij niet om wie er gelijk heeft, het gaat erom dat er een oplossing voor Ienie Mienie komt. Ik heb begrepen dat Ienie Mienie het liefst naar de Elckerlyc gaat en dat ze daar ook thuishoort. De discussie gaat nu over het feit of Elckerlyc bereid is ruimte voor Ienie Mienie vrij te maken. Ik begrijp dat ook dat weer verschillend wordt geïnterpreteerd. De wethouder zegt dat er, gelet op de vierkante meters en de normen die er zijn, ruimte is. Het bestuur van Elckerlyc - waarvan ik overigens heb begrepen dat daar de afgelopen jaren nogal wat mutaties hebben plaatsgevonden zegt dat er geen ruimte is. We hebben echter ook nog een onderwijsgebouw aan de Touwbaan. Dat zou een oplossingen kunnen bieden. In de stukken is gezegd dat dat te duur is. Het kost € 130,-/m2. We weten echter dat dat gebouw nog steeds voor een derde leeg staat. Het zou een oplossing kunnen zijn. Mijn conclusie is dat men eruit moet komen. Als dat niet lukt voor 1 januari, wordt het wat mij betreft gewoon wat later. Het is het belang van eenieder dat Ienie Mienie blijft voortbestaan en dat dat op een goede manier met elkaar wordt gecommuniceerd. Ik denk dat we vandaag geen besluit kunnen nemen over Ienie Mienie. Van herhuisvesting van Sjelter ben ik voorstander. Dat gebouw zonder dat ik zeg dat het in elkaar stort - is niet best meer.
De heer Langenberg: Toen ik in eerste termijn het woord Ienie Mienie in de mond nam, werd ik er door het CDA op geattendeerd dat het niet over Ienie Mienie ging.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 658 -
Het laatste half uur is er niet anders dan gesproken over Ienie Mienie. Ook de wethouder - van CDA-huize overigens - heeft het bij dit punt alleen maar over Ienie Mienie. Laten we het dan ook maar over Ienie Mienie hebben. Zwarte piet is weer in het land, sinterklaas ook, maar zwarte piet is weer de boeman; niemand wil hem hebben en geeft hem snel weer af. De woorden van de wethouder klinken mij ook niet echt oplossingsgericht in de oren. Wat is er gebeurd? Kennelijk is de gemeente al jarenlang in overleg met Ienie Mienie over een huisvestingslocatie. Dat zal allemaal wel zo zijn en de wethouder heeft gelijk dat er tot nu toe niet veel gebeurd is. Ienie Mienie wijst erop dat er 1 januari 40 peuters en drie kleuterleidsters op straat staan en dat ze dat een ramp vindt. Dat kun je ze niet kwalijk nemen. Het enige dat er kennelijk wel gebeurd is, is dat er een brief gestuurd is met daarin een opzegging per 1 januari. Daar komt nu een juridisch getouwtrek over. Daar ga ik verder niet op in, want daar zit ik hier niet voor. Als je als college betrokken bent bij dit onderwerp en je je daar jarenlang voor inzet, zoek je eerst naar alternatieve huisvesting. Als je die hebt gevonden, zeg je de huur op. Dat is een andere manier van benaderen van dit probleem dan de huur opzeggen en vervolgens roepen dat ze zelf voor niks anders zorgen en dat ze het al lang hadden kunnen weten. Wat meer inzet van die kant had mij op zijn plaats geleken. Wat de rest van het voorstel betreft - dat eigenlijk niet over Ienie Mienie zou gaan, maar daar wel over gaat - blijf ik bij hetgeen commissie 3 daarover heeft geconcludeerd, namelijk dat er nog niet genoeg informatie is om hier een weloverwogen besluit over te nemen. Ik hoor dat er morgen een gesprek plaatsvindt, waarvan meerdere mensen nu al zeggen: wat daar het resultaat van zal zijn, moeten we nog maar afwachten. Dat moet je sowieso afwachten … De heer Van Jaarsveld: Daar heb ik juist in de commissie voor gepleit. Ik ben blij dat vele mensen de tekst goed gelezen hebben. Daar staat namelijk dat de CDA-fractie het onverstandig acht zwarte pieten uit te delen en pleit voor constructief overleg. Waar ik in de commissie ook toe opgeroepen heb - daar waren we met elkaar aan het bakkeleien en dat dreigt nu ook weer te gebeuren - is: laten we nu met elkaar op een goede manier iedereen een kans geven. Laten we als raad het goede voorbeeld geven door te zeggen dat het niet eenvoudig is - dat kunnen we erkennen - maar we moeten niet iedere keer alle puntjes aanscherpen zodat iedereen morgen in het overleg op scherp staat. Dan weten we ook weer wat het resultaat is. De heer Langenberg: Ik begrijp uw opmerking in het geheel niet. Natuurlijk is er morgen een gesprek en ik ben de laatste die dat op scherp wil zetten. We moeten hier echter een besluit nemen, of we doen dat niet. Dat is nu de taak van de raad, meneer Van Jaarsveld. De kracht van de raad zou zijn eens naar dit voorstel te kijken en te beslissen dit even uit te stellen. Dat is een betere manier van besluitvorming dan te doen zoals het hier vaak gaat: het staat op de agenda, er is haast, dus moeten we dat doen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 659 -
Mevrouw Manshanden: Als we nu gewoon dit besluit nemen met, naar ik begrepen heb, een unaniem verzoek aan de wethouder dat hij er op een of andere manier voor zorgt dat Ienie Mienie per 1 januari nog plek heeft. De raad heeft dat volgens mij raadsbreed gezegd. Dat is een opdracht voor het college. Die geven we hem mee. Als we tot 20 december wachten, kunnen we helemaal niet door. Als het college terugkomt met de mededeling dat het de opdracht niet heeft waargemaakt, komt het weer met de raad te spreken. Wat vindt u daarvan?
De heer Langenberg: Een opdracht geven aan het college vind ik altijd prima, maar als ik een lid van het college hoor zeggen dat er al lang over dit onderwerp wordt gesproken en er tot nu toe niets is gebeurd, ga ik het college niet de opdracht geven het onmogelijke in anderhalve maand te doen. Dat is volkomen irreëel. Mevrouw Manshanden: Dat is dan jammer, want dan zijn we niet unaniem.
De heer Langenberg: Dat gebeurt in de politiek wel vaker.
Mevrouw Manshanden: Over die opdracht bedoel ik. Ik dacht dat ik dat net gehoord had.
Mevrouw Van Steijn: Ik denk dat die opdracht het probleem niet is. Ik heb het college echter niet positief horen reageren, bijvoorbeeld door te zeggen dat het zich eraan committeert - dat is namelijk het algemene gevoel, van het CDA weet ik niet precies hoe ze ertegenover staat - dat Ienie Mienie gehuisvest moet worden tot, wat ons betreft, volgend jaar zomer. Die feedback heb ik niet gehad. Van mij hoeft dat niet per se op de Buitenhoflaan, maar …
De Voorzitter: In derde termijn kan daar mogelijk verder over gediscussieerd worden.
De heer Weeda: Aanvullend op wat mevrouw Van Steijn net zei, het doorschuiven naar de zomervakantie is ook in de commissie meermalen aan de orde geweest, commissiebreed. Ik begrijp het niet helemaal. We gaan steeds in herhaling vervallen. Iedereen probeert elkaar ervan te overtuigen dat we dat besluit nu moeten nemen. Voor mij hoeft dit besluit nu niet genomen te worden. Er is te veel onduidelijkheid. De heer Langenberg: Voor Ienie Mienie, dat werkt met andere jaren dan de kalender dat doet, is het bijzonder onredelijk per 1 januari op te zeggen. Midden in een schooljaar verhuizen, is geen goede zaak. Als ik het stuk lees, wordt als argument gebruikt Ienie Mienie per 1 januari uit de huidige locatie te laten vertrekken omdat Sjelter erin moet. Als dat namelijk niet gebeurt, dan gebeurt er van alles en nog wat.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 660 -
In datzelfde stuk op p.211, punt 3, staat: sloop is tot medio juli 2005 mogelijk. Ik vraag me dan af: is dat zo? Is dat niet zo? Kortom, het is zo onduidelijk als ik weet niet wat. Ik ben niet tegen de suggestie van mevrouw Manshanden het college een opdracht te geven, maar laten we de opdracht geven om op een zo kort mogelijke termijn, in overleg met wie dan ook, ervoor te zorgen dat Ienie Mienie een andere geschikte locatie krijgt. Zodra dat gebeurd is, kunnen we verder praten over dit voorstel.
Wethouder MacGillavry: Ik zou graag een schorsing aan willen vragen.
De Voorzitter: Het college kan dat vragen. Is de raad genegen te schorsen? Ja. Ik schors de vergadering. De Voorzitter: Ik heropen de vergadering.
Wethouder Laman: Hoewel het gaat over geld ten behoeve van de herhuisvesting van Sjelter dat dus een ander onderwerp is dan Ienie Mienie, denk ik dat het goed is dat ik daar nog iets over zeg, voordat verdere besluitvorming plaatsvindt. In eerste termijn heb ik niet willen ‘zwartepieten’. Ik heb alleen, met als uitgangspunt de inspraakreactie van de heer Van Beek, de andere kant willen laten zien. Ik heb dat zo goed mogelijk proberen te verwoorden. Als dat als zwartepieten is opgevat, spijt mij dat. Dat was niet mijn bedoeling. Natuurlijk is het mijn bedoeling - u mag mij daarop aanspreken en dat doet u ook - morgen in het overleg met Elckerlyc en Ienie Mienie tot een oplossing te komen. Ik hoop dat dat ook de inzet is van zowel Ienie Mienie als Elckerlyc. We gaan kijken of we allemaal vanuit dezelfde informatie praten. Het is altijd goed eerst vast te stellen of je elkaar goed begrijpt. Vervolgens gaan we kijken of we een oplossing kunnen vinden. Dan hoop ik met u allen - ik neem aan ook met de betrokken instellingen - dat we daar uitkomen. Ik zeg u toe dat ik na het gesprek van morgen zo snel mogelijk verslag zal doen van de resultaten van dat overleg, zodat het nog mogelijk is in de komende commissie- en raadsvergadering daar zo nodig op terug te komen. Mijn insteek is dat niet te doen, ervan uitgaande dat we een oplossing vinden. In ieder geval vind ik dat u daar recht op hebt. Mocht het op een of andere manier niet helemaal goed zijn gegaan, dan kunt u daarop reageren; we komen daar dan opnieuw met elkaar over te praten. Ik ga er echter van uit dat we morgen in een rustig gesprek kunnen kijken wat een acceptabele oplossing is. Ik houd u op de hoogte. We komen daar, als het nodig is, met elkaar over te praten. Dat lijkt me de verstandigste afspraak.
Wethouder MacGillavry: Na de wijze woorden van wethouder Laman, wil ik nogmaals benadrukken hoe belangrijk het is dat de procedure voor alles wat op de Buitenhof moet gebeuren, nu ook daadwerkelijk wordt ingezet. Wij kunnen daar dan namelijk alvast mee verder.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 661 -
Er moet van alles en nog wat geregeld worden. Ik wil er de nadruk op leggen dat we - als dat nu stopt - echt in de problemen komen. Nogmaals, ik denk dat na deze woorden van wethouder Laman het best goed komt met Ienie Mienie en het daarom onnodig zou zijn om dit op te houden. De Voorzitter: Is er behoefte aan een derde termijn? Nee. We gaan over tot het geven van stemverklaringen.
De heer Langenberg: Er is zojuist weer overleg geweest tussen het college en de coalitiepartijen. Dat is kennelijk de vorm van dualisme in dit dorp. Een paar weken geleden hebben we het daar ook al over gehad. Het is jammer dat het college niet gewoon tot een standpunt kan komen, dat hier durft voor te leggen aan de raad en dan zal zien wat de raad daarvan vindt. Ik heb de wethouder gehoord en blijkbaar heeft het overleg niet veel meer opgeleverd dan dat het blijft bij het voorstel zoals dat nu ter tafel ligt, met daarbij de inspanningen zoals verwoord door wethouder Laman. Dat is echter niets nieuws, ik heb er namelijk altijd in geloofd dat die inspanning er is. De VVD-fractie blijft dan ook bij hetgeen waar ze mee begonnen is, namelijk dat wij de conclusie van de commissie delen. We kunnen dus niet akkoord gaan met dit voorstel. Wij hadden graag gehoord van het college dat ze garandeert dat Ienie Mienie er niet eerder uit hoeft dan voordat ze iets anders heeft. Dit besluit nemen, afwachten en het eventueel later terugdraaien, die verantwoordelijkheid wil ik niet nemen. Het voorstel op zich kunnen we wel steunen, maar niet voordat er duidelijkheid over Ienie Mienie en een aantal andere zaken is. Helaas is die duidelijkheid vanavond niet gekomen. De heer Weeda: Wij kunnen niet akkoord gaan en zullen ook niet voor stemmen.
De heer Van Gurp: Ik vind het vreselijk jammer. Ik kan niet voor het voorstel stemmen.
Mevrouw Manshanden: Als ik ervan overtuigd zou zijn dat het aannemen van dit voorstel zou kunnen betekenen dat we het gevaar lopen dat Ienie Mienie op straat komt te staan, zou ik daar zeker niet mee instemmen. Daar ben ik echter niet van overtuigd. Ik ben begonnen met te zeggen dat we met dit besluit alleen de verhuizing mogelijk maken. We hoeven zelfs niks terug te draaien als het allemaal niet mocht lukken, waar ik overigens niet in geloof. Ik voel me veilig genoeg om dit besluit gewoon te kunnen nemen.
Mevrouw Van Steijn: Ik ben het eens met de woorden van de heer Langenberg dat dit geen schoonheidsprijs verdient. Daar is wat mij betreft binnen de coalitie nog niet het laatste woord over gesproken. We begrijpen de zorg van het college - het heeft dat inmiddels duidelijk gemaakt. Er moet veel in gang gezet worden.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 662 -
Wij vertrouwen erop dat wethouder Laman er morgen met de Elckerlyc uit gaat komen. Zo niet, dan behouden wij ons alle rechten voor om terug te komen op dit voorstel. De heer Van Jaarsveld: Het CDA heeft in de eerste termijn al aangegeven dat ze achter dit besluit staat. De toelichting die wethouder Laman gegeven heeft, klinkt ons goed in de oren. Ik wijs nogmaals op hetgeen wij in eerste termijn gezegd hebben. Wij hebben aangegeven dat we uitgaan van een constructief gesprek. Mocht dat niet lukken, dan moet er zo snel mogelijk worden teruggekoppeld. Dat is nu toegezegd. In die zin beantwoordt het helemaal aan onze wens. De Voorzitter: We gaan over tot het nemen van een besluit. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders, met aantekening voor de fractie van D66, BBL en VVD dat zij geacht wensen te worden tegen te hebben gestemd. Ik memoreer de toezegging van het college dat het de raad zo snel mogelijk zal informeren. Het is dan aan de raad of dit in de commissie of de raad terugkomt.
[Wethouder MacGillavry verlaat de vergadering.]
16.
Besluit tot het instemmen met de opdrachtbevestiging accountantscontrole 2004.
De heer Kocken: Er wordt verwezen naar een brief, kenmerk nummer zoveel. Ik wil u erop wijzen dat de gewone raadsleden deze brief niet ontvangen hebben. Mijn fractievoorzitter heeft mij verzekerd dat ik hier toch voor kan stemmen. Ik spreek hiermee dan ook mijn volste vertrouwen in mijn fractievoorzitter uit. Ondanks dat ik deze brief niet gelezen heb, zal ik toch voor het voorstel stemmen.
De heer Langenberg: Dat voor een oud-notaris, dan moet dat wel heel veel vertrouwen zijn.
De heer Stevers: Bij sommige fractievoorzitters heb je dat.
De heer Langenberg: Ik weet er alles van.
De Voorzitter: Tegenwoordig kun je gewoon naar een ander stappen. De voorbereiding van dit punt is inderdaad wat anders geweest dan anders. Is er behoefte bij de raad de brief nog een keer officieel in de leeskamer neer te leggen? Ik hoor net dat hij er al ligt. Iedereen had hem dus kunnen lezen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 663 -
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 17.
Sluiting.
De Voorzitter: Ik sluit de vergadering. Het is 22.18h.
Aldus vastgesteld tijdens de openbare vergadering van de raad der gemeente Leiderdorp op 20 december 2004,
de Voorzitter,
M. Zonnevylle
de Griffier,
mw. J.C. Zantingh
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 664 -