Verslag van de openbare vergadering van de gemeenteraad van Leiderdorp op maandag 30 juni 2003 om uur in het gemeentehuis

Verslag van de openbare vergadering van de gemeenteraad van Leiderdorp op maandag 30 juni 2003 om 19.30 uur in het gemeentehuis.

Aanwezig: Voorzitter: Griffier:

R.F. Thunnissen (plv.) mevrouw J.C. Zantingh

Wethouders:

D.L. MacGillavry V.J.H. Molkenboer A. Roest

De leden:

H.K. Langenberg P.W. Kanters mw. K. van Beelen-Balak H.H. Dorlandt mw. C.,H. Honnef mw. C.W. Vons-de Jong mw. M.A.C. Manshanden A.P. van Gurp H.H.H. Weller S. Weeda A.J.E. Staal O.C. McDaniel mw. J.E. van Steijn-van Reijn R.F. Thunnissen J.J.F.M. Gardeniers J.G. de Vries W.J. Laman J.M. Stevers N.H.M. van Jaarsveld

Afwezig : (m.k.)

B.M.R.F. Hollands R. van der Horst M. Zonnevylle (burgemeester)

2003

- 324 -

NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP

AGENDA: 1.

Opening.

2.

Vaststellen agenda.

3.

Vragenronde.

4.

Notulen van de op 2 juni 2003 gehouden vergadering.

5.

Ingekomen stukken en mededelingen (regio).

103

6.

Voorstel tot het benoemen van een lid in de commissie voor de Bezwaarschriften voor de termijn die eindigt per 1 juli 2007.

104-105

7.

Uitgaanscentrum Baanderij: Vaststellen procedure met betrekking tot het voorstel van de VVD-fractie om vestigingsmogelijkheid in W4-gebied te onderzoeken.

8.

VERVALLEN.

106-107

9.

Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het perceel op de hoek Ericalaan/Hoogmadeseweg te Leiderdorp.

108-109

10.

Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het adres Achthovenerweg 29.

110-111

11.

Voorstel tot het vaststellen van de richtprijzen voor de berekening van grondexploitaties en grondtransacties voor het jaar 2003 overeenkomstig de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte (vertrouwelijke) bijlage.

112-113

12.

Voorstel tot het instemmen met het advies van de Commissie Bezwaarschriften over het raadsbesluit van 9 december 2002 met betrekking tot de verzoeken om vergoeding tot planschade van de heer Van Hecke en mevrouw Hogervorst.

114-115

13.

Voorstel tot het instemmen met het beschikbaar stellen van een bedrag voor het aanpassen van de openbare ruimte nieuwbouw Godfried Bomansstraat en de herinrichting Oranjegalerij.

116-117

14.

Voorstel tot het vaststellen van comptabiliteitsbesluiten nrs. 101, 102, 103 en 104.

118

15.

Bestemming resultaat.

16.

Voorstel tot het vaststellen van de Voorjaarsnota 2003 en comptabiliteitsbesluit nr. 105.

119-120

17.

Voorstel tot het instemmen met de Perspectiefnota 2004 als richtinggevend document ten behoeve van de begrotingsvoorbereiding 2004.

121-122

18.

Voorstel tot het kennis nemen van het concept duale begroting 2004.

123-124

19.

Voorstel tot het instemmen met de tijdelijke huisvesting RTV-Leiderdorp.

125-126

20.

Voorstel tot het vaststellen van de nota lokaal gezondheidsbeleid ‘Morgen gezond weer op’.

127-128

21.

Voorstel tot het instemmen met een subsidieaanvraag 2003 Pluspunt ten behoeve van Tafeltje Dek je en uitbreiding ouderenadviseur.

129-130

22.

Sluiting.

2003 1.


- 325 -

Opening. De Voorzitter: Ik open de vergadering. Het is de laatste raadsvergadering voor het reces; in september gaan we in dit theater weer door. Wat betekent dat voor een publicatie in ons Leiderdorps Weekblad? Daarin staat dat onze fracties deze week nog allemaal braaf gaan vergaderen. Ik voorspel u dat ze dat niet doen. Dat komt doordat er aanvankelijk een andere agenda stond, maar het is de raad van vandaag geworden, dus hierna valt er niets meer voor de fracties te vergaderen. Na de vakantie doen we dat beslist weer.

2.

Vaststellen agenda. De Voorzitter: Er heeft zich een inspreker gemeld voor agendapunt 21. Dat komt zo aan de orde. Ik wil het eerst over de agenda als zodanig hebben. Er ligt een voorstel van het college de punten 9 en 15 voor deze vergadering te laten vervallen en deze op een nader tijdstip – denkelijk september - te behandelen. Wat is de reden dat het voorbereidingsbesluit ook van tafel gaat? Het gaat daar ondermeer om de bouw van een Brede School mogelijk te maken. Dat is iets anders dan een besluit een Brede School te bouwen, het is alleen het Ruimtelijke Ordeningstechnische besluit. Dat is gebeurd omdat - nadat er door het college nadere informatie was verstrekt aan verontruste ouders die naar aanleiding daarvan nog een groot aantal vragen hebben gesteld - die niet allemaal op tijd beantwoord konden worden. Daarnaast zit er een rapport van DHV in de pijplijn, die nog een geluidsonderzoek in opdracht van Rijkswaterstaat met betrekking tot de A4 heeft gedaan. Dat moet bij de besluitvorming betrokken worden. Dat bij elkaar is reden genoeg om niet haastig vandaag dat voorbereidingsbesluit te nemen, maar dat beter gefundeerd op een ander tijdstip doen. We zien dat de communicatie hierover vrij goed is geweest, want er hebben zich verder voor het punt Brede School geen insprekers gemeld. Dat is goed doorgedrongen. Het andere punt wat er af gaat is punt 15, de bestemming van het resultaat 2002. Ook dat komt op een later tijdstip terug en ten laatste vanzelfsprekend bij de begrotingsraad, maar vermoedelijk al eerder. Zijn er mensen die daarover nog wat te vragen hebben? Zo niet, dan geef ik de inspreker het woord met het voorstel om punt 21 naar voren te halen en als eerste te behandelen. De heer Pool hoeft dan niet tot het bittere einde van de avond te blijven zitten. Is iedereen het eens met dit voorstel.

De heer Langenberg: U spreekt over het feit dat de communicatie zo goed is geweest. Ik kan dat helaas niet beamen. Wel in die zin dat het bericht mij bereikt heeft, maar communicatie kenmerkt zich door tweerichtingsverkeer.

2003


- 326 -

We waren verbaasd, zeker toen ik hier vanavond aan tafel schoof, deze gewijzigde expeditie aan te treffen waar punt 8 sowieso vervallen blijkt te zijn en punt 9 en 15 ook zullen vervallen. U heeft daar wel argumenten voor aangevoerd, maar het is nog niet zo dat die punten van de agenda afgevoerd zijn voordat de raad daar vanavond een besluit over genomen heeft. De Voorzitter: Het gaat bij de punten 9 en 15 om een verzoek van het college; zo heb ik het ook aangekondigd. De heer Langenberg: Dat klopt, maar het staat op de agenda van deze raad en het is deze raad die bepaalt wat er wel of niet op de agenda komt. Ik kan er best inkomen bepaalde punten uit te stellen, maar over agendapunt 9 - het nemen van een voorbereidingsbesluit - zouden wij graag wat willen zeggen. Ik heb begrepen dat ook D66 daar iets over zou willen zeggen. Dat neemt overigens niet weg dat wij het ermee eens zouden kunnen zijn dat na de zomer verder te behandelen. Het wijzigen van de agenda en overgaan tot de orde van de dag vinden wij wat kort door de bocht.

De Voorzitter: Als een meerderheid van de raad dit door wil schuiven naar de raad van september, gaan we hier niet inhoudelijk over dat onderwerp debatteren; dat wordt van tweeën een: òf we behandelen het punt, òf we doen het niet.

De heer Langenberg: Ik kan dat wel met u eens zijn, maar ik weet niet waar die besluitvorming dan plaatsgevonden heeft. In ieder geval niet vanavond in deze vergadering. De Voorzitter: U luistert niet. Het is een voorstel van het college. Alle partijen mogen zich vandaag uitlaten over het feit of ze het wenselijk vinden dit punt op de agenda te laten staan.

De heer Langenberg: Dan heb ik goed begrepen dat het nog steeds op de agenda staat.

De Voorzitter: U ziet het toch ook staan. Laat ik het zo vertalen dat de VVD-fractie graag wil dat dit punt erop blijft staan.

De heer Langenberg: We zouden graag bij punt 9 enkele opmerkingen willen maken. Dat punt 8 en punt 15 na de zomer komen, vinden wij prima, maar we willen de komende tijd graag benutten; daar hebben we enkele opmerkingen over.

De Voorzitter: Ik ga de fracties langs.

2003


- 327 -

De heer Van Gurp: Ik heb ook met enige verbazing kennisgenomen van het voorstel van het college. Mijn gevoelens betreffen punt 9. Ik roep graag in herinnering dat we een kleine 14 dagen geleden een uitvoerige discussie met de commissie, buiten aanwezigheid van het college, hebben gevoerd, waar naar mijn een idee een aantal belangrijke punten over tafel is gekomen. Ik wil er niet inhoudelijk maar procedureel over spreken. Ik heb er begrip voor dat we vanavond geen besluit nemen, maar ik wil voor mezelf graag duidelijk krijgen waar we het over hebben en wat het college de komende maanden gaat doen, ervan uitgaande dat we dit in september of oktober opnieuw op de agenda krijgen. Ik wil er in procedurele zin een aantal verduidelijkende opmerkingen bij maken. De heer McDaniel: Op zichzelf hebben wij geen enkele behoefte aan uitstel over de besluitvorming. Ik ben het met de heer Van Gurp eens - de heer Langenberg denkt daar misschien net zo over - dat we een helder en duidelijk gesprek hebben gehad, al was dit weliswaar zonder het college. Nu voltrekt zich iets bijzonders. Lange tijd is het college verweten dat het op inadequate wijze communiceert met de groep kritische ouders. Iedereen heeft er zijn opvattingen over of dat wel of niet goed is. Het argument van het college om dat niet behandelen is dat er nog een aantal vragen van die ouders ligt. De heer Laman: En van het CDA.

De heer McDaniel: Daar heeft u gelijk in, die was ik vergeten. Als het niet strikt noodzakelijk is het nu te behandelen, hebben we ook geen bezwaar tegen uitstel. Het is een beetje van tweeën, een: òf het college neemt de ouders buitengewoon serieus en doet er nog een aparte slag overheen daar kan je nooit tegen zijn en dan wordt het naar september verschoven; òf je behandelt het nu. We zijn in voor beiden. We zijn niet in voor een of andere vage ronde met opmerkingen voor de zomervakantie. Daar hebben we commissievergaderingen voor gehad. Ons standpunt is: òf we behandelen het nu, òf we schuiven het door naar september. De heer Langenberg: Dat kan ik me wel indenken, meneer McDaniel, maar u slaat een boek dicht voordat u het gelezen hebt. We willen net als D66 een aantal opmerkingen maken over de procedure van de behandeling. Dat is vrij kort. Het eigenlijke stuk kunnen we na de zomer behandelen. Met de argumenten zoals u die noemt, zijn we het eens. De heer Weeda: Wij zijn gecharmeerd van het voorstel het naar een later moment te schuiven. Ten eerste vanwege het punt wat de heer McDaniel zojuist noemde. Daarnaast liggen er ook nog twee rapportages die mogelijk ingebracht kunnen worden.

2003


- 328 -

Mevrouw Honnef: Wij gaan mee met het voorstel van het college. Er zijn nog vragen die beantwoord moeten worden en er zitten nog rapporten in de pijplijn. We wensen onze eindafweging te maken op basis van zoveel mogelijk informatie. Ik wil later niet het verwijt krijgen dat er eigenlijk ook nog een bepaald rapport bij betrokken had moeten worden. Het lijkt me niet handig de discussie twee keer te voeren. Wij zijn voor uitstel tot na de vakantie.

De heer Stevers: Zeker gezien het feit dat onze vragen nog niet beantwoord konden worden - ik denk dat die voor een deel sporen met de vragen van de ouders - lijkt het ons verstandig het onderwerp uit te stellen. Ik heb er geen bezwaar tegen dat bij wijze van procedurebespreking de opmerkingen van de heer Van Gurp door het college beantwoord worden.

De Voorzitter: Ik merk daarbij op dat de communicatie met de ouders ertoe heeft geleid dat die hier ook niet zijn en ook geen inspraak meer hebben gevraagd. We zouden ze tekort doen als we het geheel nu gaan behandelen. Als het puur om een procedurele opmerking gaat, wil ik daar bij dit punt 2 wel even de ruimte voor geven. 9 Kan er dan af als die opmerkingen gemaakt zijn.

De heer Dorlandt: De VVD betreurt het dat agendapunt 9 van de agenda afgevoerd wordt. Ten eerste vinden wij de wijze waarop niet in orde, maar wij vragen ons ook af waarom een plan dat volgens de portefeuillehouder zoveel haast heeft opeens twee maanden kan worden uitgesteld. Uitgesteld, omdat de wethouder opeens geen antwoord heeft op vragen. Wij vragen ons af welke vragen hem tot dit uitstel nopen. Immers de zaak is al twee maal in de commissie geweest. Wellicht dat hij de volgende keer wel bij een commissievergadering kan zijn, dan kan hij veel vragen ter plekke beantwoorden. De VVD steunt uitstel van dit agendapunt alleen wanneer het college hier toezegt dat in de komende twee maanden hard zal worden gestudeerd op alternatieve locaties voor de school. De heer McDaniel: Wat is dit nou?! We zouden procedurele opmerkingen maken. We gaan toch geen voorwaarden stellen.

De Voorzitter: Dit is geen procedurele opmerking.

De heer Dorlandt: Ik ben nog niet klaar. Zo niet, dan wil onze fractie duidelijk stellen dat ze deze wijze van handelen van het college sterk afkeurt. We willen de wethouder er dan nu al op wijzen dat we in september argumenten als ‘geen tijd meer voor het zoeken van alternatieven’ zullen afwijzen desnoods met een motie.

2003


- 329 -

De heer Van Gurp: Ik heb een mailtje naar iedereen gestuurd waarin ik een aantal punten heb opgesomd dat in de exercitie die het college de komende tijd gaat doen, meegenomen moet worden. Ik wil even checken of ik dat goed zie. Ik lees ze even voor. De uitkomsten van het DHVonderzoek naar het geluid van de rijksweg. In het voorstel van het college is dat ook met zoveel woorden genoemd. De door de werkgroep en de politiek gestelde vragen. Ik wil daar in het bijzonder de inspraak bij de laatste commissievergadering memoreren, met name de vragen die betrekking hebben op het punt van het ultrafijne stof en het zoeken naar alternatieven. Afgelopen week vond ik in mijn bakje een schriftelijk advies van de GGD en de RMD. Ik heb u een notitie van professor Louw laten toekomen over het ultrafijne stof en de Brede School. Hij heeft een conferentie in Zweden bezocht; daar zijn naar mijn idee uitermate belangrijke zaken naar voren gekomen. Ik ga ervan uit dat het college dat erbij betrekt. Dat is overigens ook een punt dat door de ouders is genoemd. Het laatste punt is het zoeken naar alternatieven. Ook dat is bij de vragen van de ouders naar voren gekomen. Als ik van het college de bevestiging krijg dat dit de punten zijn die men meeneemt, ben ik op dit moment gerustgesteld.

[De heer De Vries komt ter vergadering.] De Voorzitter: Het is tijd om dat aan de wethouder te vragen. De standpunten van beide fracties die procedurele en deels inhoudelijke opmerkingen hebben gemaakt zijn nu bij het college bekend. Als het ware loopt het daarom vanzelf al mee. De punten van de heer Van Gurp staan inderdaad in een mail: de wethouder heeft die ook. Dat gaat mee in het verhaal en dan kunnen we in september de knoop wel doorhakken. Wethouder Molkenboer: Ik wil vanuit het college benadrukken dat er nooit gezegd is dat hier haast bij is. Het is al de tweede keer dat we een voorbereidingsbesluit gaan nemen. Het is al weer een jaar geleden dat we voornemens waren iets te gaan doen. Die periode is verlopen. Daarnaast was het al lang bekend dat de artikel 19WRO-procedure na de vakantie zou komen. Dat is aan u voorbehouden en dat is uw zaak. Wat dat betreft is het handig die zaken te combineren; dat heeft niks te maken met het niet kunnen geven van antwoorden. Integendeel, we hadden die antwoorden heel snel kunnen geven, maar dat zou ten koste gegaan zijn van de zorgvuldigheid. De vragen van het CDA zijn inmiddels klaar, maar de 35 opmerkingen van de ouders van de werkgroep lenen zich ertoe die richting TNO en Goudappel Coffeng te sturen. We doen dat nog een keer voor de zorgvuldigheid. Het DHV-geluidsonderzoek - dat is niet het geluidsonderzoek van Rijkswaterstaat - is het geluidsonderzoek van de gemeente Leiderdorp die moet meten wat het geluid van de rijksweg op de voorgestelde bebouwing van W4 doet ten opzichte van de uitkomsten van Rijkswaterstaat. We doen het beter dat Rijkswaterstaat. Het is nog een concept, maar we willen u tegen die tijd het volledige rapport geven omdat daar ook op de Brede School gemeten wordt.

2003


- 330 -

De brief over de RMD moet u al lang hebben. Andere raadsleden hebben die brief al lang; waarom zou u die niet in uw vakje hebben? De brief van de GGD is net uit, het kan zijn dat die nog niet verstuurd is. Ik snap niet dat u die niet heeft. Ik denk dat u de enige bent. Die kunnen in de beschouwing betrokken worden op het moment dat het moment daar is. Zelfs de interessante bijdrage van uw burgerlid de heer Louw laten we voorzien van een wetenschappelijk commentaar van TNO. Het is een buitengewoon technisch verhaal, politici kunnen daar niets mee. De vragen in commissie 2 en de discussie daar zullen we analyseren op wat daar meer gevraagd is dan nu aan de orde geweest is. We zullen dat voor de volledigheid checken. De vraag naar alternatieven heb ik niet van de raad in meerderheid vernomen. Daar zitten verschillende kanten aan en ik weet niet of dat debat hier gevoerd moet worden. Die opdracht heb ik niet van u meegekregen. Zoals u weet ben ik in uw dienst, dus ik wacht dat getrouw af.

[De heer Kanters komt ter vergadering.] De Voorzitter: Dat zou betekenen dat we nog een rondje langs de velden moeten maken. Het is duidelijk dat de VVD en D66 dat graag willen. Zijn er andere fracties die die behoefte ook gevoelen? De heer Weeda: Wij hebben dat ook in commissievergadering geventileerd.

De Voorzitter: U kunt uitrekenen hoe het met het verzoek is gesteld. U weet ook welke waarschuwing er gegeven is als u het niet doet. De heer Van Gurp: Mag ik even iets corrigeren? Het valt me wel eens meer op dat mensen slecht luisteren. Ik heb gezegd dat ik beide stukken, zowel van de RMD als van de GGD heb ontvangen, maar pas een paar dagen geleden. Ik beschik over beide, maar ik heb ze pas donderdag gezien. De Voorzitter: Gelukkig. We beschikken dus allemaal over dezelfde stukken. We kunnen de agenda vaststellen waarbij de punten 9 en 15 eraf zijn en punt 8 er al af was.

3.

Vragenronde. Er zijn geen punten voor de vragenronde binnen gekomen.

4.

Notulen van de op 2 juni 2003 gehouden vergadering. De heer Langenberg: Op p.284 op ongeveer eenderde heb ik het over een krulpunt op de Persant Snoepweg; waarschijnlijk is dat een kruispunt.

2003


- 331 -

De Voorzitter: We gaan er een kruispunt van maken.

De heer Langenberg: p.316. Daar spraken wij met elkaar over de steigers. Hier vraagt de Voorzitter nadat ik aan het woord ben geweest: wethouder, komt er een eenvoudige notitie, of een watersportbeleid? Vervolgens komt er een antwoord van wethouder Molkenboer, maar ik heb begrepen dat er een eenvoudige notitie zou komen van de wethouder.

Wethouder Molkenboer: Dat was de wens van de raad; daar voldoe ik aan; een eenvoudige notitie.

De Voorzitter: Dat betekent dat we dat antwoord van de wethouder enigszins moeten wijzigen, of bij de Voorzitter moeten zeggen: dan hebben we vastgesteld dat er een korte notitie komt. Het laatste is het gemakkelijkst. De notulen worden vastgesteld met inachtneming van de opmerkingen. De lijst van toezeggingen. Daar staan punten op waar een nieuwe streefdatum bij moet, want voorjaar 2003 hebben gehad.

De heer Van Jaarsveld: Dat geldt ook voor punt 3 waar staat: na de zomer van 2002. We zijn bijna na de zomer van 2003. Dat behoeft wel enige aanpassing.

De Voorzitter: De vraag is of dat er niet af kan, omdat de directeur van de RMD inmiddels een verhaal in de commissie gehouden heeft. Ik denk eerlijk gezegd dat dit een achterhaald punt is en het er geheel af kan. De heer Stevers: Een punt van orde. We zijn nu bezig deze lijst door te vlooien, die wordt iedere vergadering langer. Als we dat zo gaan doen, wordt ook dat onderdeel van de vergadering langer. Het lijkt me ook voor het publiek niet het meest boeiend. Als het goed is, maar ik heb het nog niet kunnen verifiëren, heb ik de wijze van behandeling hiervan aangemeld voor het presidium van morgenavond. Ik stel voor die besluitvorming af te wachten.

De Voorzitter: De raad is het daarmee eens.

5.

Ingekomen stukken en mededelingen (regio).] De Voorzitter: Ik heb al medegedeeld dat de fractievergaderingen niet doorgaan. Is er nog iets uit de SLR-vergadering te melden waar de wethouder met een aantal raadsleden van kwam binnenhollen om 19.30h.

2003


- 332 -

De heer Stevers: Er is gesproken over een aantal punten, ondermeer een vooruitblik over de fusie met de Duin- en Bollenstreek waar we straks bij de ingekomen stukken nog over komen te spreken. Tevens is er over de begrotingswijziging van dit jaar en de begroting van volgend jaar gesproken. Daarvan was een belangrijke uitspraak dat het bestuur zich uitgesproken heeft voor een nullijn. Er waren wat overleggen van wethouders die er iets overheen gegaan waren, maar dat is toch teruggeschroefd met de mogelijkheid dat een kleine afwijking daarvan onderzocht zou worden. Er is tenslotte gesproken over het meerjarenplan van de SLR. Daarbij heb ik opgemerkt - dat kreeg brede steun - dat we er zeker mee door moeten gaan, maar dat het toch een zekere mate van vrijblijvendheid had omdat de SLR volgend jaar waarschijnlijk niet mee bestaat. Ik denk dat dat de hoofdpunten waren van die vergadering van vanmiddag.

Mevrouw Honnef: Ik heb veel raadsleden op deze belangrijke vergadering van afgelopen maandag gemist. De Voorzitter: Dat was een ander gremium.

Mevrouw Honnef: Ja. Daar heb ik veel partijen niet gezien.

De Voorzitter: Bliksem, ik mag het me aantrekken, want ik was er ook niet.

De heer Dorlandt: Vanmiddag hebben we een regiovergadering Verkeer en Vervoer gehad. Daar zijn besluiten genomen over de begrotingen voor regionale Verkeer- en Vervoerplannen. We hebben daar een presentatie gekregen over de stedenband, waar de Rijn-Gouwelijn van uitmaakt. Wat betekent dat? Dat is een intensivering van spoorgebruik in het westen. Het werd gedaan door een ambtenaar van een provincie, dat een leuk document heeft opgeleverd. Volgens de plannen die er nu liggen, zou dat moeten gaan starten in 2007. Dat is eigenlijk al erg dichtbij. De Voorzitter: Toch niet zo dichtbij dat dit voorbij deze raad is, want die zit er maar tot 2006. De ingekomen stukken.

108.

Brief van Martin Frank International BV, namens de heer H.J. Postma inzake het uitgaanscentrum Baanderij, dd. 21 mei 2003 ons nummer 2217.

109.

Aanbieding ontwerpvoorstel Integratie SDB/SLR (schietstuk) van samenwerkingsorgaan Duin- en Bollenstreek en samenwerkingsorgaan Leidse Regio, dd. 21 mei 2003 ons nummer 2215.

2003


- 333 -

Mevrouw Manshanden: Mijn collega zei al wat over de vergadering van vorige week waar zes raadsleden waren die slechts twee partijen vertegenwoordigden. Er wordt ons gevraagd als raad op dat schietstuk te reageren. Dat zou voor 1 oktober 2003 moeten. Ik zou de Agendacommissie willen verzoeken het dit keer op tijd te agenderen. Misschien moet het ook in commissie als we het als hele raad willen voorbereiden. Ik zou dat willen voorstellen.

De Voorzitter: Dat is anders. Hier staat: afdoening door of namens het presidium. U stelt voor: afdoening via de commissie door de raad.

[Wethouder Roest komt ter vergadering.]

De heer Stevers: Dit lijkt mij typisch een onderwerp waar een preadvies van het college wel handig zou zijn. Mevrouw Manshanden: Ik vind dit bij uitstek iets waar de raad iets over moet zeggen.

De heer Stevers: Dat is niet met elkaar in strijd, mevrouw Manshanden.

De heer Kanters: Waarom zou u daar eerst een preadvies van het college willen hebben. Waarom zou je niet zeggen: college, u heeft daar straks ongetwijfeld een eigen idee over. In dat opzicht ben ik het met mevrouw Manshanden eens; laten wij zelf maar eens een idee ontwikkelen. Dat is nou dualisme, meneer Stevers. De heer Stevers: Het prettige is wel dat het college daar een uitgebreid ambtelijke apparaat voor heeft; wij moeten het doen met onze waardevolle griffier die meer aan haar hoofd heeft. De heer Kanters: Als ik om me heen kijk, hebben we dat schietstuk met zijn allen te pakken. Ik denk dat we daar in fracties uitgebreid over kunnen praten. De griffier ontlasten we in dat opzicht ook.

De Voorzitter: Proef ik een meerderheid van de raad die zegt: agendeer maar voor een commissie en als het college daar opmerkingen bij wil maken, horen we die graag? Ja, dat gaan we doen. Als ik kijk naar de mogelijkheden hebben we: voor kennisgeving aannemen, voor afdoening naar b&w, voor afdoening door of namens het presidium, of ter afdoening door of namens het presidium, de commissie gehoord. We maken er nu van: afdoening door de raad en de commissie gehoord. Het hoort niet bij de standaard, maar zo doen we het.

2003 110.


- 334 -

‘Overzicht 2002, Leden aan bod’ van de regionale commissie Gezondheidszorg ZuidHolland Noord dd. 23 mei 2003 ons nummer 2219.

111.

Conceptbegroting 2004 van de Gemeenschappelijke Vuilverwerking Leiden e.o. (GEVULEI) dd. 26 mei 2003 ons nummer 2274.

112.

Een brief van Milieuplatform Leiderdorp dd. 28 mei 2003 ons nummer 2296, over de slechte uitvoering van het groenbeheer.

De heer Laman: Hier staat: voor kennisgeving aannemen. Dat lijkt me te weinig aandacht voor dit probleem. Misschien is het goed om in de commissie het groenbeheer als zodanig na de vakantie te behandelen. De Voorzitter: Los van het beantwoorden van deze brief: het is ook een zaak die bij de begrotingsraad aan de orde kan komen. De keuze is aan ons of er meer geld naar groen moet. Ik denk dat dit op de financiering hangt. Willen we groenonderhoud intensiveren, dan moeten we er geld voor vinden. De heer Weller: Het gaat niet zozeer om groenonderhoud en gelden, maar om de manier waarop het groen gedecimeerd wordt. Dat was het uitgangspunt van het milieuplatform.

Mevrouw Honnef: We steken er steeds meer geld in, maar krijgen we ook waar voor ons geld? Daar gaat het ook over. Het gaat er ook om hoe het toezicht op het groenbeheer gedaan wordt. Als we het blijven doen zoals nu, moet er meer toezicht op zijn. In onze fractie is dit ook al meermalen aan de orde geweest, want in verschillende gebieden in Leiderdorp is het echt naadje. Ik zou graag het hele probleem aan de orde hebben. De Voorzitter: Ik zal de griffier laten opschrijven dat dit een agendapunt is voor een van de komende commissie 2-vergaderingen. We moeten het een beetje laten afhangen van de overige punten die erop komen, maar dan is het niet weggeschoffeld.

Wethouder Molkenboer: De suggestie die ik de raad doe is het hoofd van de afdeling voor een commissievergadering uit te nodigen en met de raad in gesprek te laten gaan, alvorens allerlei notities te maken. U kan dan aan hem vragen hoe dat wordt gedaan, hoe wordt het weggezet en hoe de controle is enzovoorts. De heer Laman: Dat is een uitstekend idee.

2003


- 335 -

Mevrouw Honnef: Ik vind dat een prima voorstel.

De Voorzitter: U hoort dat dat wordt gesteund.

De heer Langenberg: Ik stel voor dat diegenen die daar behoefte aan hebben een keer met deze ambtenaar gaan praten. Dat hoeft toch niet tijdens een commissie- of raadsvergadering. Als daarna blijkt dat het nodig is, kan dat alsnog gebeuren. De Voorzitter: Ik denk dat er een verschil is tussen een openbare commissiebehandeling waar alle fracties aan deelnemen, waar ook publiek bij kan zitten, en gesprekken onderling. Dat kan ook waardevol zijn op zijn tijd. Het is ook een visitekaartje; we kijken er allemaal naar. Als de commissieagenda daarvoor voldoen ruimte biedt, zetten we het erop, of anders verschaffen we ons die ruimte. Desnoods wijden we hier een aparte vergadering aan. De heer Laman: Als we dan meteen de problematiek van het maaibootje meenemen, is alles in een keer behandeld.

113.

Een bezwaarschrift van belangengroep Bouwlocatie Visser ’t Hooft woonachtig in de Leyhof dd. 28 mei 2003 ons nummer 2297, tegen de plannen met betrekking tot de groenvoorziening bij de nieuwbouw Godfried Bomansstraat.

De heer Van Gurp: De brief wordt aangeduid als een bezwaarschrift. Ik vraag me af of het een officieel bezwaarschrift kan zijn. De inhoud van de brief is van dusdanig belang dat ik voorstel een antwoord aan deze belangengroep te sturen. We spreken bij agendapunt 13 nog over de Godfried Bomansstraat; ik wilde het daarbij betrekken.

De Voorzitter: Het voorstel het daarbij te betrekken, is het meest zinnig. Overigens kan het geen bezwaarschrift zijn, omdat het gaat over feitelijk handelen. Je kan er een mening over ventileren, maar er geen bezwaar tegen maken.

De heer Van Gurp: Ik had ook het gevoel dat het geen officieel bezwaarschrift was.

114.

Een bezwaarschrift tegen de steigerbouw in de Dwarswatering, van de Algemene Leidse Studenten Zeilvereniging dd. 28 mei 2003 ons nummer 2298.

De heer Weller: 114 En 125, het gaat over de steigertjes in de Dwarswatering. We zouden graag willen weten wat het beleid is ten aanzien van de steigers.

2003


- 336 -

De heer Langenberg: We hebben een keer in een commissie- of in een raadsvergadering afgesproken elkaar op dit soort onderwerpen aan te spreken. Als je een keer niet komt, vind ik het prima, maar lees dan wel de notulen. We gaan hier als het mij ligt die hele discussie niet opnieuw voeren. De Voorzitter: In deze notulen staat er wat over. Er is een raadsbesluit over die steigers genomen.

De heer Weller: Ten aanzien van die steigers heb ik toch weer enkele vragen.

De heer Langenberg: Dan bent u te laat.

De heer Weller: Beter laat dan nooit.

De heer Langenberg: U hebt de boot gemist.

De Voorzitter: De gezegdes vliegen door de zaal.

De heer Weller: De vragen die bij ons gerezen zijn, zijn de volgende. Er wordt een steiger aangelegd. Wie is de eigenaar van die steiger? Wat zijn de precariorechten die zo’n steiger voor de gemeente oplevert. Welke waarde moet er ten aanzien van de OZB aan een woning gehecht worden die een steiger in de Dwarswatering heeft? Wat is het uitsluitingsbeleid dat hier gehandhaafd wordt? Zo zijn er meerdere vragen die wij graag door de wethouder beantwoord zouden willen zien. De Voorzitter: Voorlopig is het raadsbesluit dat we niet zomaar nieuwe steigers toestaan.

De heer Weller: Ik dacht dat er al steigers liggen.

De Voorzitter: Dat klopt. Natuurlijk heeft dat waarde. Wie is de eigenaar?

De heer Weller: Voor die steigers zou ik die vragen beantwoord willen hebben.

De Voorzitter: Of de gemeente, of het hoogheemraadschap, want als die uit de nagel vast verbonden is met de bodem van de Dwarswatering wordt het nagetrokken.

De heer Weller: Mijn fractievoorzitter is een zeer belezen man. Ik zal ze schriftelijk indienen.

2003


- 337 -

De Voorzitter: Prima.

Wethouder Molkenboer: Ik zou dat zonde vinden van de ambtelijke capaciteit. In de commissie hebben we hier uitgebreid over gedebatteerd. Er is een voorbereidingsbesluit genomen. In het debat heeft het college aangegeven wat we allemaal gaan regelen. Dat rolt nu weer over tafel. Ik denk dat het nu goed is af te wachten wat er komt en dan vragen te stellen. Dit lijkt me de wereld op zijn kop. Als het de mening van de raad is, neem ik het over, want u weet … De Voorzitter: Het staat een fractie vrij om vragen te stellen, maar de fractie heeft ook gehoord dat ze wellicht al wat kan plukken uit besluitvorming die er geweest is. Ik zou eerst daarnaar kijken alvorens vragen te stellen die weer tijd in de afdoening kosten. De heer Kanters: Overigens zou ik graag het betoog van wethouder Molkenboer willen steunen. Ik schrik ook een beetje van het feit dat dit type vragen in dit gremium gesteld kunnen worden, want ik denk dat ze aan de verkeerde kant van de steiger terechtkomen.

De heer Weller: U moet niet zo snel schrikken, meneer Kanters.

115.

Een brief van de gemeente Medemblik dd. 27 mei 2003 ons nummer 2299, met daarbij een motie van de gemeenteraad inzake inzet extra politiezorg, de lastenverzwaring daarvan en met het verzoek deze motie te steunen.

116.

Een 14-tal reacties op het ontwerpbestemmingsplan Zuid-West van: A. Waterschap de Oude Rijnstromen dd. 28 mei 2003 ons nummer 2300. B. H.W. Fortuin dd. 1 juni 2003 ons nummer 2356. C. Das Rechtsbijstand, namens J.L. Arnoldus, dd. 4 juni 2003 ons nummer 2415. D. W. de Waard dd. 4 juni 2003 ons nummer 2451. E. Fam. W.W. Dekkers dd. 9 juni 2003 ons nummer 2483. F. Stichting Rechtsbijstand, namens M.H.T. de Jong, dd. 6 juni 2003 ons nummer 2484. G. La Gro Advocaten, namens MEAS Holding BV te Noordwijk en MEAS BV te Leiderdorp, dd. 6 juni 2003 ons nummer 2485. H. Stichting Wijkteam Ockenrode/Nijenrode e.o. dd. 9 juni 2003 ons nummer 2486. I.

A.C.M. van der Drift, B. van der Linden en A.L. van Ast dd. 10 juni 2003 ons nummer 2526.

J. Familie D. van Noort dd. 10 juni 2003 ons nummer 2527. K. A. van Muijen dd. 9 juni 2003 ons nummer 2528.

2003

NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP L.

A.C.M. van der Drift (+ 12 andere bewoners Haaghuishof en Kleigaarde) dd. 10 juni 2003 ons nummer 2529.

M. P. Smits en Z. Bos dd. 9 juni 2003 ons nummer 2560. N. Parfumerie Drogisterij Maasdam dd. 11 juni 2003 ons nummer 2561.

117.

Een 39-tal petities met betrekking tot de Boterhuispolder van: A. D.M. Talma ons nummer 2352 B. C.J. van den Berg ons nummer 2353. C. Dhr. of Mevr. Plag ons nummer 2354. D. A.L. Korteweg ons nummer 2355. E. M.W.J. Menken ons nummer 2664. F. M. van Teijlingen ons nummer 2416. G. H.J. Reitsma ons nummer 2417. H. H. Waanders ons nummer 2418. I.

P. van Roozendaal en D. Otten ons nummer 2419.

J. R.J. van Alphen de Veer ons nummer 2420. K. E.S. Smidt ons nummer 2421. L. J.W. Jukema ons nummer 2422. M. Tj. Jansen ons nummer 2423. N. M. Engels ons nummer 2424. O. A.H.C. van Oosterhout ons nummer 2425. P.

K. van der Molen ons nummer 2426.

Q. J.P.N.M. Kroes ons nummer 2450. R. C. Doorn ons nummer 2470. S. B. van der Weerd ons nummer 2471. T. H. Boks ons nummer 2472. U. P. Tirion ons nummer 2473. V. W. Ploeg ons nummer 2474. W. H. Noort ons nummer 2475. X. E. Nijhuis ons nummer 2476. IJ. E. Takken ons nummer 2477. Z.

- 338 -

S.M. Pinkster ons nummer 2478.

Aa. J. van der Wal ons nummer 2479 Ab. M. Henneveld ons nummer 2480. Ac. R. Moesman ons nummer 2481. Ad. M. Bisschop ons nummer 2482. Ae. C. Landwier ons nummer 2519.

2003

NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP Af.

- 339 -

F . Gonggrijp ons nummer 2520.

Ag. J. Dechering ons nummer 2521. Ah. J.W. Siebenga ons nummer 2522. Ai.

M. Geenen ons nummer 2523.

Aj.

T. van Santen ons nummer 2524.

Ak. I. van Bochove-Bonda ons nummer 2525. Al.

M. Henneveld ons nummer 2557.

Am. C. Doorn ons nummer 2558.

118.

Een e-mail van het RLOV, Randy Koo dd. 2 juni 2003 ons nummer 2427, betreffende Connexxion ‘wijzigingen buslijnen VOC-Leiden per 14 december 2003’.

De heer Weeda: ik vind dat opmerking ‘voor kennisgeving aannemen’ hier wat kort door de bocht. Ik stel voor dit - de wethouder heeft het ook in een van de commissievergaderingen gezegd - in regionaal verband mee te nemen en ons daarover op een later moment te informeren. We weten van de wethouder dat er in september of oktober regionaal overleg met Connexxion is. Het lijkt me handig dat dit erbij betrokken wordt. De Voorzitter: Met andere woorden, u stelt voor: voor afdoening naar het college van b&w, met dien verstande dat wij geen uitgebreide nota terugverwachten, maar dat het college het meeneemt in een breder regionaal overleg. De heer Laman: Ik wil even memoreren dat de heer Koo namens de Reizigersadviesraad eerder in de commissie heeft ingesproken; toen is afgesproken dat er jaarlijks een gelegenheid zou zijn voor de Reizigersadviesraad om in de commissie verslag uit te brengen van de stand van zaken in de regio. Dat is er kennelijk bij ingeschoten. Toen ik dit ingekomen stuk zag, nam ik mij voor raad en college eraan te herinneren. Is het niet wenselijk, conform de eerder gemaakte afspraken, de heer Koo in een van de volgende commissievergaderingen dat verslag uit te laten brengen en met ons van gedachten te wisselen over het regionaal vervoersbeleid?

De Voorzitter: Ik kan me dat niet helder meer herinneren. Laten we de griffier vragen of zij dat even wil uitzoeken. Als dat inderdaad zo is afgesproken, zal dat inderdaad in een commissievergadering als agendapunt worden geagendeerd waarbij de heer Koo wordt uitgenodigd.

Wethouder MacGillavry: In mijn agenda staat inderdaad dat we een overleg hebben met VOCLeiden over de routes van Connexxion. Ik heb ook toegezegd dat ik de opmerkingen van de heer Koo daarin mee zal nemen.

2003


- 340 -

Overigens is de heer Koo lid van de Reizigersadviesraad. Hij heeft deze opmerkingen daar al ingebracht. Hij zit bij wijze van spreken nog dichter bij het vuur dan ik. Mochten er nog nieuwe inzichten van de heer Koo zijn bijgekomen, dan zal ik die uiteraard meenemen. Het lijkt me een goede zaak de heer Koo hier een keer uit te nodigen en hem zijn verhaal te laten doen. Wat dat betreft is het een kundig man.

Mevrouw Vons: Het is fijn dat de heer Koo steeds voor de Leiderdorpse belangen opkomt, maar het lijkt net of we afhankelijk zijn van zijn inbreng in die Adviesraad. We komen altijd te laat als we weer andere dingen zouden willen met het openbaar vervoer. Wanneer is nu het moment dat wij eventueel ideeën in kunnen brengen. Wij hebben bijvoorbeeld het idee om te kijken of er bij De Bloemerd, die steeds meer gebruikt gaat worden voor sportfestiviteiten en dergelijke, ook openbaar vervoer kan komen. Waar kunnen wij dit soort ideeën ventileren? Wethouder MacGillavry: Het lijkt me verstandig dat zodra iemand een idee heeft dat het anders moet, dat niet te laten liggen, maar direct bij VOC-Leiden neer te leggen. VOC-Leiden gaat overigens per 1 januari 2004 over naar de provincie. Ik zal het juiste adres opzoeken. Als dat bij Connexxion geplaatst wordt, heb ik er geen zicht op waar het blijft. Ik kan het sturen naar een organisatie als VOC-Leiden of de provincie en dan weet ik waar het zit. Als ik het naar Connexxion stuur, heb ik er geen zicht meer op. Uiteindelijk komen de ideeën in het overleg met de Reizigersadviesraad en dergelijke. Ik denk dat dat het meeste effect heeft om je ideeën ingevoerd te krijgen. De heer Laman: Wij zijn geen van allen grote deskundigen op het gebied van vervoer. Dat was de reden waarom we destijds, toen de heer Koo in de commissie is geweest, hebben afgesproken dat dat jaarlijks zou terugkomen. Dat is in de benen gezakt. Ik blijf dus bij mijn voorstel. Of dat nu wel of niet is overgenomen, weet ik niet zo goed. Mijn voorstel aan de raad is om in de eerstvolgende commissie gewoon de heer Koo uit te nodigen en hem een toelichting op de stukken te laten geven. Eventuele wensen die we zelf hebben, kunnen we dan bespreken in het licht van de overigens vervelende omstandigheid - we lezen dat in de brief - dat er bezuinigd moet worden en derhalve lijnen geschrapt zullen worden. Dat is een zaak waar we even bij stil moeten staan. Mijn voorstel is dat in de eerstvolgende commissie 2-vergadering te doen. De Voorzitter: Dan verstaat u de wethouder verkeerd. Ik denk dat we langs elkaar heen praten. De wethouder heeft ook al gezegd dat het een goed idee is om de heer Koo weer uit te nodigen in een commissie. Het is al genoteerd. Het gaat gebeuren. Of dat de eerst komende vergadering is, zal van de totale agendering afhangen. We weten dat te volle agenda’s niet lekker werken.

2003


- 341 -

Met betrekking tot de vraag van GroenLinks over ‘waar moet ik zijn als ik nou eens een idee heb’, heeft de wethouder de weg gewezen; doe dat direct aan VOC-Leiden met kennisgeving aan het college. We kunnen wel zeggen dat het altijd via de heer Koo moet aangezien hij deskundig is, maar als een fractie een keer een leuk idee heeft, kan dat ook rechtstreeks. Wethouder MacGillavry: De heer Koo is geen bestuurder en hij kan dat naast zich neerleggen. Natuurlijk kan je het tegen hem zeggen, maar ik zou hem juist niet gebruiken om het door te spelen, want u bent er dan niet zeker van dat het op de juiste plek komt. De heer Laman: Dat zeg ik ook niet. Ik herinner u alleen aan een gemaakte afspraak.

Wethouder MacGillavry: Ik heb u al gezegd dat ik het een prima idee vind als hij ieder jaar terugkomt.

De Voorzitter: Zelfs de voorzitter van commissie 2 heeft dat al gedaan en dat is nog veel belangrijker.

119. Een brief van het college voor Arbeidszaken van de VNG dd. 6 juni 2003 ons nummer 2487, met een voordracht van een IZA-bestuurslid.

120. Een brief van de gemeente Lisse dd. 5 juni 2003 ons nummer 2488, met een motie van de gemeenteraad van Lisse inzake scenario 2 RIVM rapport.

121. Een brief van S. Akerboom dd. 10 juni 2003 ons nummer 2530 inzake de verkeerssituatie en kinderspeeltuin Kloosterhof. Mevrouw Vons: Ik wil niet op de details uit deze brief ingaan, maar uit deze brief blijkt wel dat het buurtoverleg in de wijk Buitenhof nog niet zo goed functioneert. Ik heb begrepen dat er in het Zijlkwartier een goed forum is waar mensen ook terecht kunnen met hun ideeën en klachten. Ik begrijp dat het buurtoverleg in Buitenhof nog niet zo goed is. Hoe zit dat precies en zit daar al een beetje schot in?

Wethouder MacGillavry: Het klopt dat het in Buitenhof nog niet zo goed werkt. We hebben daar als college over nagedacht. Bij de Perspectiefnota komt het waarschijnlijk verder aan de orde hoe wij als college denken de communicatie met de diverse buurten beter op te pakken. Ik hoop dat dit probleem dan ook uit de wereld is. Bij de Perspectiefnota kunnen we verder behandelen hoe wij dat gedacht hebben, want dan wordt er ook gesproken over geld. We kunnen dat dan gelijk afhameren.

2003


- 342 -

122. Een brief van de gemeente Hunsel dd. 2 juni 2003 ons nummer 2559, met een motie betreffende uitzetting gezinnen met kleine kinderen. De heer Weeda: Hier wordt voorgesteld om deze brief voor kennisgeving aan te nemen. Wij zouden het plezierig vinden als er een steunbetuiging uitgaat. Wij steunen deze anti-uitzettingsmotie. Mevrouw Honnef: GroenLinks is het daar uiteraard mee eens.

De Voorzitter: Ik denk dat we hier als fractie onze verantwoordelijkheid kunnen nemen, want als raad komen we toch weer op rijksbeleid.

123. Een brief van 3VO-afdeling Leiderdorp dd. 1 juni 2003 ons nummer 2294, inzake het Integraal Verkeer- en Vervoerplan (IVVP). De heer Van Gurp: Als ik het goed begrepen heb, was dit een brief van de afdeling 3VO die ons meldde dat ze geen tijd had omdat ze de stukken te laat had ontvangen.Het lijkt me dat het college dat af moet handelen en dat raad en presidium daar niet lastig mee moeten worden gevallen.

De Voorzitter: Er staat ook bij: namens het presidium. Dat kan b&w zijn.

Wethouder MacGillavry: ik kan melden dat ik deze week, ik dacht woensdag, een gesprek heb met de betrokken briefschrijver.

124. Een brief van bewonersvereniging Holtlant dd. 13 juni 2003 ons nummer 2620, inzake het Integraal Verkeer- en Vervoerplan (IVVP). De heer Laman: De heer Van der Wekken merkt op dat er in het IVVP geen enkele aandacht besteed zou zijn aan de Persant Snoepweg als centrale verkeersader door Leiderdorp. Dat lijkt me niet helemaal correct. Hij heeft echter wel een punt als hij zegt dat hij de vorige raadsvergadering toen het IVVP aan de orde was, heeft ingesproken en wij daar geen van allen op terug zijn gekomen. Ik heb wel een vermoeden waardoor dat is gekomen, namelijk omdat de heer Van der Wekken insprak op een conceptbesluit dat drastisch is geamendeerd. De partijen hier aan tafel wisten dat allemaal wel, maar de heer Van der Wekken niet. Dat neemt niet weg dat hij wel een punt heeft als hij stelt dat wellicht een bezwaar- en beroepsprocedure wenselijk zou zijn, of zelfs juridisch verplicht is als het gaat om een Verkeer- en Vervoerplan in het licht van de planwet Verkeer en Vervoer. Wat is de reactie van het college daarop? Heeft er al overleg met de bewonersvereniging Holtlant plaatsgevonden?

Wethouder MacGillavry: Het is een moeilijke vraag. We zoeken het op. Ik weet hier niet direct een antwoord op. We zullen onze juristen raadplegen of hier überhaupt bezwaar tegen mogelijk is.

2003


- 343 -

Ten aanzien van amendementen en andere zaken die op het IVVP zijn ingediend: die stukken zijn openbaar. De heer Van der Wekken kan daaruit opmaken hoe de raad daar destijds over besloten heeft. De heer Laman: Is er al overleg geweest met de bewonersvereniging Holtlant?

Wethouder Molkenboer: Dezelfde opmerkingen zijn gemaakt in een procedure bij het bestemmingsplan W4. We zullen daar schriftelijk antwoord op geven. De relatie tussen het IVVP en de maatregelen die we nemen, is daar ook gelegd. De heer Van der Wekken krijgt antwoord op de vraag of dat allemaal voor beroep vatbaar is. Laten we niet twee keer schrijven, maar dat in de beroepsprocedure van het bestemmingsplan meenemen. Het is wel handig af te checken dat wanneer het voor beroep vatbaar is - dat binnen de juiste periode gebeurt. Het lijkt me zorgvuldiger om uit te zoeken of er beroep mogelijk is tegen het beleid dat vastgesteld is. Meestal is het zo dat de uitvoering wordt neergelegd in de vorm van maatregelen. Die maatregelen zijn wel voor beroep vatbaar. In hoeverre er sprake is van beroep tegen beleid, zoeken we op. Ik denk dat dat laatste niet het geval is. De heer Laman: Het lijkt me verstandig dat uit te zoeken en dat aan de heer Van der Wekken te laten weten. Wellicht is dat een goede gelegenheid contact met de bewonersvereniging Holtlant te maken.

Wethouder Molkenboer: Ik vind dat flauw, want er wordt best wel contact gezocht. Er zijn kortelings ook afspraken gemaakt na de bestuursvergadering en die periode is nog niet verlopen. Er wordt veel formeel en informeel gecommuniceerd.

125.

Een brief van P. Sierat dd. 11 juni 2003 ons nummer 2621, inzake een vergunning voor een aanlegsteiger in de Dwarswatering.

De heer Stevers: Ik ben het eens met het voorstel. Ik wil ook niet op de inhoud van de zaak ingaan. Betrokkene heeft een aanvraag ingediend. Of die op tijd is om een vergunning te krijgen, moet het college maar bekijken. Uit de brief heb ik wel begrepen dat het hoogheemraadschap nogal eens zit te hannesen. Ik zou het college willen vragen actie in de richting van het hoogheemraadschap te ondernemen, want zo worden mensen voortdurend op het verkeerde been gezet. De heer Kanters: Ik zou daar voorzichtig mee zijn. Ik heb namelijk met het hoogheemraadschap over deze kwestie gesproken. Het hoogheemraadschap roept dat de gemeente nogal heeft lopen hannesen. Dat is een kwestie die het college kan meenemen. U weet dan alvast wat u te wachten staat.

2003


- 344 -

Wethouder Molkenboer: In de commissie heb ik gezegd dat het hoogheemraadschap in een juridische procedure verwikkeld was. Als het dat had aangegeven, dan hadden wij op de uitkomst daarvan kunnen anticiperen. Dat het daarna traag op gang is gekomen om daarop te reageren is een andere zaak. De essentie is dat wanneer het hoogheemraadschap procedeert, het handig is dat het dat ook laat weten, omdat het ook wist wat de uitkomst zou worden. We hadden dan gelijktijdig op kunnen trekken. Maar tussen het uiteindelijke besluit en het in actie komen van de gemeente is het publiekelijk graaien begonnen.

126.

Een brief van C.D. Varkevisser en M. Hemminga dd. 14 juni 2003 ons nummer 2642 met een klacht over de gemeente inzake klantonvriendelijk optreden na een telefonische melding dat er grofvuil op de straat lag, dat door andere bewoners was buitengezet.

De heer Weller: Al het vuil, zoals koelkasten en televisietoestellen, dat neergedonderd wordt bij die vuilcontainers is een groot probleem. Ik heb begrepen dat nu bekend is wie dat gedaan heeft. Is het niet goed dat iemand van het college, de wethouder of een belanghebbende organisatie binnen dit huis eens een gesprek heeft met deze meneer die daar al zijn vuil dumpt?

Wethouder MacGillavry: Ik vind het bijzonder dat u weet wie het doet. Overigens gebeurt het in heel Leiderdorp en ik kan me niet voorstellen dat dat dezelfde persoon is. Ik hoor graag van u wie u denkt dat het is.

De Voorzitter: Niet nu, buiten de raad om.

Wethouder MacGillavry: We gaan hier geen namen noemen.

De heer Weller: In de brief van de bewoners wordt een naam genoemd.

Wethouder MacGillavry: Laten we vooropstellen dat het wordt uitgezocht, maar het is een probleem waar wij voorlopig nog moeilijk een vinger achter krijgen, want het gebeurt in het hele dorp. We proberen dat soort situaties met ondergrondse containers zoveel mogelijk te vermijden. We werken eraan en het heeft de aandacht. De heer Laman: Ik kan de heer Weller uit de droom helpen, want ik weet van de betrokken briefschrijvers dat zij inmiddels een uitnodiging van de gemeente hebben ontvangen om hun klacht toe te lichten. Er wordt dus aan gewerkt. De heer Weller: Het gaat niet om de onvriendelijkheid waarmee zij behandeld zijn, maar meer om het vuil wat er gestort wordt.

2003

127.


- 345 -

Uitnodiging voor een bezoek aan het Gemeentearchief van Leiderdorp, gevestigd op het adres Boisotkade 2a te Leiden.

128. Een brief van Milieufederatie Noord-Holland dd. 16 juni 2003 ons nummer 2666, met het verzoek om biologisch geteelde bloembollen (EKO-bollen) te gaan bestellen.

129.

Een brief van Vliko b.v. Leiderdorp dd. 16 juni 2003 ons nummer 2667, betreffende enkele gevaarlijke situaties die ontstaan zijn na de herinrichting van het traject Ericalaan – Mauritssingel – Achthovenerweg.

130. Een brief van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dd. 16 juni 2003 ons nummer 2685 met informatie over enkele relevante ontwikkelingen op het gebied van werk en inkomen.

131.

Voortgangsrapportage inzake het Uitgaanscentrum Baanderij (UGC).

132. Een brief van het college van burgemeester en wethouders van Leiderdorp dd. 13 juni 2003 ons nummer 2693, betreffende ARHI-procedure Warmond.

133.

Een brief van de belangenvereniging Volkstuinders Kalkpolder dd. 18 juni 2003 ons nummer 2694, inzake de verplaatsing van het volkstuincomplex Kalkpolder.

De Voorzitter: De lijst van ingekomen stukken is aldus behandeld.

6.

Voorstel tot het benoemen van een lid in de commissie voor de Bezwaarschriften voor de termijn die eindigt per 1 juli 2007. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.

7.

Uitgaanscentrum Baanderij: Vaststellen procedure met betrekking tot het voorstel van de VVD-fractie om vestigingsmogelijkheid in W4-gebied te onderzoeken.

2003


- 346 -

Motie

De raad der gemeente Leiderdorp, in vergadering bijeen op 2 juni 2003

Overwegende dat

Er grote behoefte bestaat aan een uitgaanscentrum in Leiderdorp; De vestiging van een uitgaanscentrum in het belang is van de burger van Leiderdorp en burgers uit de regio; Er door bewoners uit de wijk Zijlkwartier bezwaren tegen een uitgaanscentrum zijn geuit; Enkele bedrijven in de nabije omgeving van de beoogde locatie op De Baanderij bezorgd zijn over de nadelige effecten van een uitgaanscentrum op De Baanderij; Aan deze bezwaren tegemoet kan worden gekomen door de plaats van vestiging te bepalen in het W4-gebied, bij reeds bestaande horecagelegenheden zoals het ACrestaurant, McDonald’s en Pannenkoekenboerderij; Deze locatie door de nabijheid van uitvalswegen goed bereikbaar is; Eventuele overlast op deze locatie door de grote afstand tot de woonkernen van Leiderdorp tot een minimum kan worden beperkt

Besluit

Het college te verzoeken de mogelijkheid te onderzoeken tot vestiging van een uitgaanscentrum in het W4-gebied; Het college te verzoeken met de ondernemers overleg te voeren over deze locatie; Het college te verzoeken de raad op zo kort mogelijke termijn te informeren over de resultaten van het onderzoek en het overleg

En gaat over tot de orde van de dag. De Voorzitter: Hier zijn twee onderwerpen aan de orde. Het verslag van het college - waar het is met het uitvoeren van de bestuursopdracht die verkregen is van de raad. Aan de andere kant hebben we een idee van de VVD-fractie: zouden we niet kunnen kijken of de uitgaansgelegenheid in het W4-gebied zou kunnen worden gevestigd.

2003


- 347 -

De ondernemer heeft hiervan al laten weten dat hij daar wel oren naar heeft. Een deel van de bestuursopdracht geldt mutatis mutandis ook voor alternatieve lokaties. Werk dat al gedaan is en gedaan wordt, is dus niet voor niks. De heer Laman: De tussenrapportage hebben we tot ons genomen en die roept bij ons geen grote vragen op. In de projectopdracht zien we wel dat er 260 uur aan dat onderzoek wordt besteed. Dat is behoorlijk wat, maar we hebben als raad ook veel aan het college gevraagd. Dat kost natuurlijk tijd. 1 Januari 2004 is nog een eind weg, maar je hebt er tijd voor nodig. Daar hebben wij wel begrip. Wat het lopende onderzoek betreft, hebben wij geen vragen. De vragen komen pas bij de motie die de VVD heeft neergelegd. Die motie wordt nu besproken, maar die was al in mei beschikbaar en is op 2 juni doorgeschoven. Wij herinneren ons allemaal dat we uitvoerig hebben gediscussieerd over de problematiek van het uitgaanscentrum Baanderij en dat we hebben afgesproken dat daar een onderzoek naar zou plaatsvinden. Nu stelt de VVD voor daar een andere onderzoekslocatie bij te betrekken. In de commissie is daar uitvoerig over van gedachten gewisseld. Als het nu alleen zou gaan om die andere onderzoekslocatie, zouden wij het college kunnen uitnodigen aan te geven wat het daar van vindt en of het dat mee kan nemen in de lopende opdracht. Dat is dan tot daar aan toe. Dat kan al dan niet gebeuren; we horen dat wel. De zaak die voorligt, is dat er een motie op tafel ligt. In die motie wordt een aantal overwegingen gegeven waarna een besluit wordt geformuleerd. Daar zit voor ons een probleem. De situatie is zoals die is: er ligt een voorstel van de betrokken ondernemers van De Baanderij dat uitgaanscentrum te realiseren; daar wordt onderzoek naar gedaan; je zou toch zeggen dat we dat eerst rustig gaan uitvoeren. Zonder dat er omstandigheden zijn gewijzigd, wordt daar nu wat aan toegevoegd. Eigenlijk wordt de verwachting gewekt, tenminste als we de motie van de VVD zouden overnemen, dat de ondernemers van De Baanderij misschien ook wel terecht zouden kunnen in W4, vlak naast de A4. Wij hebben daar moeite mee, omdat we dat gebied hebben bestemd om het geld bijeen te brengen dat we nodig hebben voor de financiering van de verdiepte ligging van de A4. Eigenlijk zou de raad bij steun aan de VVD-motie uitspreken om de betrokken ondernemers - inmiddels heb ik begrepen dat de betrokken ondernemers dat graag willen - de gelegenheid te geven daar een terrein voor een uitgaanscentrum in gebruik te nemen. Dat lijkt ons op dit moment zeker een stap te ver. In eerste instantie is de situatie dat er een uitgewerkt plan voor De Baanderij ligt en dat daar een onderzoek naar loopt. Dat plan is nog niet ingetrokken. Er is ook geen nieuw plan voor W4. Wij zouden eerst willen afmaken wat we met elkaar hebben afgesproken en bekijken wat daar uitkomt. Als dat aan de orde is, gaan we aan de hand van een nieuw voorstel - zo dat er zou zijn - pas bezien wat er moet gebeuren. Wij hebben op dit moment geen behoefte de motie van de VVD te steunen, wel aan beantwoording van de vragen aan het college.

2003


- 348 -

De heer McDaniel: We hebben er in de laatste commissievergadering uitvoerig over gesproken. Het was het enige agendapunt. De burgemeester was aanwezig. Hij had bijna de motie meegenomen en bijna was het betrokken bij het onderzoek. Hadden we dat maar gedaan, want dan hadden we nu geen complex debat gehad. De heer Laman maakt er een erg complex debat van. Dit is de eerste keer in de gedualiseerde raad dat we met een motie behandelen die niet direct past bij een agendapunt dat geagendeerd is. De VVD heeft dat al aardig opgebroken, want de vorige keer kon het niet besproken worden; dat zou in de commissie gebeuren. We hebben dat ook gedaan en nu ligt de motie voor. Je kan altijd zeggen dat dat ook in mei bedacht had kunnen worden, of misschien bij de vorige behandeling, maar toen lag dat idee niet op tafel. Ik vind dat goede ideeën, ook al worden ze op een laat moment bedacht, serieus moet meewegen. Ik wil me minder bezig houden met de formele kant der dingen en gewoon constateren dat er een interessante gedachtegang ligt die wel eens een antwoord zou kunnen vormen op een probleem dat we nu al zien aankomen. Stel je voor dat het college - we zullen daar binnenkort een uitvoerige rapportage over krijgen - tot de conclusie komt dat het niet op De Baanderij kan, of het alleen kan indien … en dan komt er een grote set van bindende voorwaarden. Tevens zijn er veel bewoners die daar grote problemen mee hebben. Het is dan passend als je meteen een voor de hand liggende andere locatie in het onderzoek hebt betrokken. Dat was ook de conclusie van collega Van Aernsbergen in commissie 2. Het aardige van het accepteren van deze motie is - ik heb het dan niet over de details of over de formulering, maar het idee om te kijken of het in W4 past - dat je dan drie mogelijkheden hebt: het is òf De Baanderij, òf W4, òf niet. Dat is een aantrekkelijk perspectief. ‘Niet’ is het, wanneer er niet voldaan kan worden aan de wensen die we zelf als raad scherp hebben geformuleerd. Die wensen gelden voor 90% zowel voor De Baanderij als voor een eventuele W4-locatie. Zij komen sterk overeen. Het onderzoek dat nu gedaan wordt, is al dienstig voor die beoordeling. De ondernemers moeten wel bereid zijn te betalen, meneer Laman. W4 wordt ontwikkeld om daar geld mee te verdienen om voor ons bekende redenen. Daar gaan we hier geen uitzondering op maken. Het is geen sympathieke financiële geste in de richting van de ondernemers. Helaas, maar zo werkt het. Op het moment dat men bereid is dat te betalen, is men serieus in gesprek. Resumerend: wij zijn voor deze motie. We vragen het college haar toe te voegen aan het onderzoekspakket. Gelet op de ruime hoeveelheid uren die men daarvoor gereserveerd heeft - met de heer Laman spreek ik daar dank voor uit en daaruit blijk dat men het serieus neemt - moet dat ingevoegd kunnen worden. Veel complicaties geeft dat niet. Een laatste opmerking over de rapportage, hoewel ik vind dat dat vooral onderwerpen zijn voor de commissie. Wij hadden ook graag gezien dat het nu al klaar was, maar dat was een onrealistische gedachtegang. Het college heeft dat van het begin af aan ook aangegeven. Laten we elkaar nu niet onnodig opjagen.

2003


- 349 -

Liever een goed en gedegen onderzoek en nog een paar maanden wachten, dan een gehaast onderzoek waar we als raad weer veel commentaar op hebben en het college terug moeten sturen met allerlei vragen. Met andere woorden: de motie kan wat ons betreft worden aangenomen en worden toegevoegd aan het pakket. Wij wachten met spanning af wanneer het college in het najaar gaat rapporteren.

Mevrouw Honnef: Er is al veel gezegd. Ik kan voor een heel eind meegaan met de heer Laman. We hebben gevraagd de locatie op De Baanderij te bekijken. Voor die locatie hebben we allerlei voorstellen gedaan en wordt de mogelijkheid onderzocht. Ik vind het geen slechte gedachte naar een andere mogelijkheid te kijken. We vinden het wel aardig dat daar ook naar gekeken wordt. Veel van de dingen die we voor De Baanderij gevraagd hebben, gelden natuurlijk ook voor die andere locatie. Openbare orde en veiligheid en dat soort zaken gelden daar ook. Politiesterkte wordt natuurlijk niet anders als het niet op De Baanderij komt. Op de W4-locatie zijn er wellicht meer mogelijkheden. We moeten wel bedenken dat het misschien alleen maar het verleggen van het probleem is, want ook op die locatie zijn op niet al te grote afstand woonwijken. Om Holtlant nog een keer op te zadelen met iets engs, lijkt me niet handig. Uit de brief van de ondernemer begreep ik dat hij naar die grote disco toewil, omdat hij denkt dat die daar wel mogelijk is. Kortom, veel voorwaarden die bij De Baanderij gelden, gelden voor ons ook voor die nieuwe locatie. Ik denk dat overlegd moet worden met de ondernemer wat het beste zou zijn - als het al mogelijk is.

De Voorzitter: Het gaat om een onderzoeksvraag in de motie en vooralsnog niet om meer.

Mevrouw Honnef: Bij deze motie lijkt het erop dat het vestigen van een disco gemeentelijk beleid zou zijn; dat is het niet. Er ligt een verzoek van een ondernemer of het eventueel mogelijk zou zijn; dat is wat anders. Wij willen het verzoek meenemen met het onderzoek, want ook dit verzoek van de ondernemers moet je serieus nemen. De Voorzitter: Het gaat er misschien meer om de idee uit de motie mee te geven aan het college, dan het volledig eens te zijn met de motie.

De heer Van Gurp: Ik kan me volledig aansluiten bij de woorden van de heer McDaniel. Ik vind het aantrekkelijk alternatief. Ik ben dus ook voor de motie.

De heer Weeda: Wij zijn ook voor de motie, aansluitende op hetgeen de heer McDaniel heeft gezegd. Buiten dat zijn we ook bijzonder tevreden over de manier zoals nu die beknopte opdrachtformulering voor ons is neergelegd; dat is een unicum.

2003


- 350 -

De Voorzitter: Dat kan het college in zijn zak steken.

De heer Langenberg: Ik ben blij met de steun van de diverse partijen. Zoals de heer McDaniel al heeft verwoord: de argumenten voor dit onderzoek zouden gezien kunnen worden als antwoorden op de vragen van de CDA-fractie. U heeft gelijk dat we er niet te veel woorden aan moeten besteden. We zijn het er in meerderheid in de raad eens; daar zijn we blij mee. De Voorzitter: Het college heeft bij monde van een wethouder al gezegd: als de raad het vraagt …

Wethouder Molkenboer: U zegt het. Daarom zullen we het ook meenemen. Bij afwezigheid van de burgemeester hadden we even het debat wie dit op zou pakken, want we hadden het niet afgesproken. Het is ook handig het meteen mee te nemen, want dan kun je namelijk in een keer de totale afweging maken. Ik wil op voorhand het optimisme temperen. Waarom zouden er bij Vierzicht andere criteria gelden dan bij De Baanderij? Als het bij de ondernemers daar niet zou kunnen, zou het dan wel bij de ondernemers in Vierzicht kunnen? Daarnaast zijn er al opmerkingen gemaakt over de grondprijzen. Die zijn door u zelf bepaald en dus bekend. Informele contacten hebben er overigens op gewezen dat het niet de bedoeling was het in Vierzicht te doen, maar in Bospoort. We zullen dat nog eens een keer formeler vragen, want wat is het precies? Zoals u weet, liggen er ook voor Bospoort verschillende concepten. Daarvan heeft de raad nog niet aangegeven welk concept het gaat worden; dat kan een aantal concepten zijn. Het ligt ook verder in het verschiet. Het optimisme wil ik temperen, maar we zullen dat allemaal meenemen in de onderzoeksopzet. Die zullen we op dit punt uitbreiden en er dieper op ingaan wanneer we dat allemaal zullen beantwoorden.

Wethouder Roest: Ik wil me helemaal aansluiten bij de woorden van collega Molkenboer, want we hebben hier in de raad het BRO-rapport vastgesteld. Dat geeft duidelijk aan dat we datgene wat we hebben zitten - bijvoorbeeld bij Vierzicht en Elisabethhof - willen versterken om te zorgen dat je weer 20 jaar vooruit kunt. Nu is dat voor Bospoort een iets andere zaak. We moeten voorzichtig zijn, want het gaat er in de eerste plaats om dat wij € 18 miljoen voor W4 binnenhalen. In de tweede plaats wil ik wijzen op het feit dat er nog al wat bedrijven - op De Baanderij maar ook in Vierzicht - bezwaren maken tegen een megadisco van 2.000 mensen. Het zou dus bedrijven kunnen afstoten. Daar moeten we ook voorzichtig mee zijn, want anders krijgen we die € 18 miljoen niet binnen. Dus inderdaad een beetje temperen.

De heer Kanters: Ik onderschrijf wat wethouder Molkenboer zegt over het feit dat we niet al te optimistisch moeten zijn. Als je iets gaat onderzoeken, ga je van een soort nulfase uit; je bent niet positief gestemd, maar ook niet negatief.

2003


- 351 -

Als ik deze geluiden hoor, hoor ik vooral negatieve geluiden. Als dat ter compensatie is van al te positieve verwachtingen die er zouden zijn, kan ik ermee leven, maar laten we met een frank en vrije geest dat onderzoek tegemoetgaan. De Voorzitter: Optimisme was plus, wat voorzichtige opmerkingen was min, wellicht dat dat samen op nul eindigt.

De heer Laman: Ik constateer dat het college zegt dat het W4 mee kan nemen in het al lopende onderzoek. Als dat niet tot extra kosten en extra tijd leidt, heeft dat ook onze zegen. Wij hebben moeite, ik zeg het nogmaals, met steun aan de VVD-motie omdat die meer suggereert, zeker gezien de brief die we als raadsleden van de betrokken ondernemer ontvangen hebben, waarin hij expliciet zegt dat hij wel voor die W4-locatie is omdat hij dan een groter uitgaanscentrum kan realiseren. Dit, terwijl hij de plannen voor De Baanderij voluit overeindhoudt. Dat is het wedden op twee paarden. Hij mag dat doen. Als de VVD-motie echter die strekking heeft, hebben wij gezien de toezeggingen van het college, geen behoefte aan die motie.

De Voorzitter: Ik heb al geformuleerd dat de idee van de VVD die uit de motie spreekt inderdaad door een meerderheid van de raad, misschien nu ook zelfs door de CDA-fractie, wordt gedragen. Het college heeft de toezegging gedaan de idee van een vestiging in het W4-gebied - er zijn er twee genoemd: Vierzicht en Bospoort - in het onderzoek te betrekken, waarbij veel onderzoek gelijkluidend kan blijven. Wethouder Molkenboer: Het is geen geheel vrijblijvende vrije discussie. Uw raad heeft wel een aantal randvoorwaarden bepaald. Wethouder Roest gaf het BRO-rapport al aan en aan W4 zijn allemaal invullingen gegeven. Helemaal frank en vrij is het natuurlijk niet. Naar aanleiding van de opmerkingen van de heer Kanters zou ik dat van tevoren wat willen temperen. De heer Kanters: Dat frank en vrij ligt binnen al het hetgeen is bepaald, zoals wettelijke bepalingen enzovoorts. Vanzelfsprekend.

Wethouder Molkenboer: Ik heb de geest waarin u dat gezegd heeft, goed begrepen. Ik had dat kunnen verwachten.

De Voorzitter: Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. Ik schors de vergadering. De Voorzitter: Ik heropen de vergadering.

2003


- 352 -

8.

Vervallen.

9.

Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het perceel op de hoek Ericalaan/Hoogmadeseweg te Leiderdorp. Dit agendapunt zal op een later tijdstip behandeld worden.

10.

Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het adres Achthovenerweg 29. De heer Stevers: Dit voorstel levert voor ons geen problemen op. Er zit een individueel en een algemeen aspect aan. Het individuele aspect: de raad heeft al eerder een voorbereidingsbesluit genomen dat beoogde dit mogelijk te maken. De provincie kon daar niet mee akkoord gaan, maar is nu met een wijziging in de plannen wel akkoord - zo ziet het ernaar uit. We moeten als raad consequent zijn en dit besluit opnieuw nemen. Het algemene aspect dat hieraan zit, is in Leiderdorp niet zo actueel, namelijk het bouwen in het buitengebied. Dat levert in een aantal andere gemeenten soms nog wel eens discussies op. Mijn fractie denkt dat het goed zou zijn als de gemeente daar een bepaald beleid over formuleert. Een begin zou kunnen zijn om dit onderwerp in zijn algemeenheid een keer in commissie 2 te bespreken. Het hoeft niet de eerstvolgende vergadering te zijn.

De Voorzitter: Die geruststelling neem ik mee.

Mevrouw Vons: In tegenstelling tot het CDA is het voor ons wel een probleem. Wij worden nu voor het feit gezet dat een bedrijf gescheiden van een huis verkocht is en nu wordt verzocht daar een dienstwoning te mogen bouwen. Op zichzelf vinden we dat daar een goede bedrijfsvoering mogelijk moet zijn en de agrarische functie in stand gehouden moet worden. Ik begrijp ook best dat daar iemand bij zou moeten wonen om dat bedrijf goed te kunnen runnen. We worden nu echter wel voor een probleem gesteld. We hebben het voorbereidingsbesluit al een keer gehad en toen werd het niet door de provincie goedgekeurd. Het voorbereidingsbesluit wordt nu weer in behandeling genomen. Als enige argument wordt nu gegeven dat de provincie waarschijnlijk nu wel toestemming zal verlenen. Dat is niet onderbouwd. Waar is dat ‘waarschijnlijk’ op gebaseerd? Het rapport dat er ligt, heb ik wel gelezen, maar waarom denkt het college dat de provincie nu wel medewerking zal verlenen? Stel dat het wel zal gebeuren, wat heeft het voor precedentwerking? Er zijn daar namelijk nog meer bedrijven die op deze manier te werk kunnen gaan. Is het ook mogelijk aan dit bijzondere geval, als dit niet anders zou kunnen, voorwaarden te verbinden, zodat we andere gevallen uit kunnen sluiten?

2003


- 353 -

De heer Weeda: Ook wij hebben onze bedenkingen. Hetgeen eerder gezegd is, onderschrijven we. Daarnaast wordt er in het stuk ook nog gezegd dat er onherroepelijk een lange beroepsprocedure op ons af zal komen. Hoe moeten we dat plaatsen? Krijgen we het over anderhalf jaar weer opnieuw te beoordelen? Ik denk dat dat geen goede zaak is. De heer Van Gurp: De strekking van mijn opmerkingen is gelijk aan die van mevrouw Vons. Ik heb gezien dat er op die locatie al twee woningen staan. Daar komt nu een derde bij. Er wordt weliswaar wat gesloopt, maar er lijkt een klein Patrimoniumparkje te worden bijgebouwd. Ik heb ook moeite met de precedentwerking. Ik dacht dat de provincie in oktober de verklaring van geen bezwaar geweigerd heeft. Het is mij uit de stukken niet helder geworden waarom de provincie een half jaar later opeens een andere mening zou zijn toegedaan. Misschien is het wishful thinking. Wethouder Molkenboer: Het is misschien goed een stukje historie aan te halen. Het merendeel van het college is al sinds ’98 met deze kwestie bezig. Het lijkt erop dat het eindelijk tot een einde kan komen. Laten we goed een aantal dingen neerzetten. Ik ben de laatste die zal zeggen dat we hier met een gelukkige omstandigheid te maken hebben. Ik ben dat met eenieder eens. De heer Van Gurp doet wat luchtigjes over die drie woningen, terwijl hij anders altijd zo zorgvuldig is. Het gaat hier om een monumentaal pand met een zomerhuis. Daar zat vroeger grond bij en dat is inderdaad los verkocht. Als gemeente hebben we ook een discussie gevoerd waarom dat niet aan elkaar gekoppeld is. Dat was het mooiste geweest, maar dat is niet gebeurd. Later hebben we laten onderzoeken in hoeverre - die kennis is al eens eerder aan u verstrekt - het monumentale pand de bedrijfsvoering van betrokkene zou aantasten wanneer dat wel aan elkaar gekoppeld was. Er is objectief vastgesteld dat het voor de bedrijfsvoering niet doenlijk was: te boeren en een monument op die wijze te onderhouden. Daarnaast hebben we te maken met het feit dat de Achthovenerpolder deel uitmaakt van het land van Wijk en Wouden en een agrarische bestemming heeft. Nu hebben we eindelijk een boer die wil boeren, daar zijn toekomst op wil bouwen en dan zouden we het de man onmogelijk maken zijn koeien tijdig te melken aangezien hij van Hoogmade naar de Achthovenerpolder moet komen. Een boer hoort onder zijn koeien te zitten en bij zijn koeien te zijn. Een beetje boer is er 24 uur mee bezig. Laten we er ook de voordelen van zien. We hebben veel discussie met de provincie gehad. Zij had er ook moeite mee monumentale bedrijfspanden, burgerwoningen te laten zijn. Men wil terughoudend zijn met burgerwoningen in het Groene Hart. Ik ben het daar volstrekt mee eens, maar we hebben toch gevraagd dit mogelijk te maken. Inmiddels is het provinciebestuur qua samenstelling veranderd; daar heeft deze wisseling ook mee te maken. Het heeft niet alleen te maken met de provinciale wisseling, maar we hebben daar ook opnieuw met de provincie over gepraat. Ze heeft gezegd dat dat in de toekomstige nota van planbeoordeling gewijzigd moet worden.

2003


- 354 -

Ze heeft dus gezegd dat de provincie in de toekomst dit soort uitzonderingen moet kunnen maken, maar dat was niet geregeld in de nota planbeoordeling. Door de betrokken gedeputeerde is toen gezegd: we gaan dat in gang zetten. Ook het vorige college van GS was voornemens dat te gaan regelen, maar dat was een lange procedure. Met het nieuwe college hebben we gekeken of we de ellenlange procedure niet konden verkorten. Die oplossing is gevonden door bepaalde voorwaarden te verwoorden in de ruimtelijke onderbouwing. Die zijn als bijlage bij het raadsstuk gevoegd.

Een

van

die

voorwaarden

is

dat

de

gemeente

Leiderdorp

opnieuw

een

voorbereidingsbesluit zou nemen, want we moeten het opnieuw aankaarten. Wat dit betreft maakt dit deel uit van de afspraken die we met de provincie hebben gemaakt. Samenvattend geef ik toe dat het absoluut niet de schoonheidsprijs verdient. Als je echter naar de situatie ter plekke gaat kijken, is een uitzondering gerechtvaardigd. Het land van Wijk en Wouden wordt met een groot aantal hectaren weer bediend door een boer. Daar zijn we allemaal voorstander van. We willen die polder allemaal groen houden en we willen dat er geboerd wordt in die polder. Het monumentenpand wordt een burgerwoning en het kan ook onderhouden worden. Wat hebben we aan mensen die in een monumentaal pand wonen, maar het niet kunnen onderhouden? Onze monumenten gaan dan nog verder achteruit. Het beleid formuleren: we hebben het beleid geformuleerd in het bestemmingsplan Buitengebied voor de Achthovenerpolder. We hebben deze situatie daarin willen regelen. We hebben het in het bestemmingsplan voor de rest uitgesloten. Ook die restrictie is er. Voor andere situaties is het niet of nauwelijks mogelijk, omdat we dat hebben afgedicht in het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied. Dat was een van de zaken die ook voor het comité Doesbrug van groot belang was. Die voorwaarde als zodanig is destijds opgenomen in het bestemmingsplan. Er is geen sprake van precedentwerking, omdat het hier een uitzonderlijk iets betreft. Het is iets dat al heel lang loopt. In het verleden is het allemaal verkeerd gegaan, maar op een gegeven moment moet je ook een keer een streep kunnen trekken. Er is hier sprake van een nieuwe situatie en een nieuw bestemmingsplan. De oude zaken moeten worden afgerond, zodat we daar een keer van afkomen. Er liggen dus wel degelijk inhoudelijke argumenten aan ten grondslag. Het klopt dat er twee bedenkingen binnen zijn. Dat geeft aan dat niet iedereen daar zo over denkt. Dat maken wij meer mee. Wat ik hier vanavond heb gezegd, is een intentie van de provincie. Het is niet zo dat de provincie nog een keer ‘nee’ zal zeggen, want het nemen van het voorbereidingsbesluit past in die voorwaarden. In dit geval vinden zowel provincie als college dat we dit op deze manier moeten regelen. Er is geen sprake van dat we er zomaar een soort Patrimoniumpark bijkomt, want het is een monument met zomerhuis. Achter het monument komt een bedrijfswoning. Ik hoop dat u overtuigd bent.

2003


- 355 -

Mevrouw Vons: De wethouder heeft nu goed uit kunnen leggen hoe de situatie is. Als hij ons echt kan overtuigen dat dit een uitzondering is en wanneer mensen hetzelfde trucje uithalen door land apart van woningen te verkopen, dat niet meer op deze manier kan gebeuren, willen we met dit geval wel akkoord gaan. De heer Weeda: De wethouder heeft ons ook overtuigd. Wij gaan mee.

De heer Kanters: De stelling van de fractie van GroenLinks is interessant. Zij zegt namelijk: als de wethouder ons kan overtuigen. De vraag is eigenlijk: bent u overtuigd.

Mevrouw Vons: Als hetgeen de wethouder nu zegt, echt gegarandeerd wordt, kunnen wij akkoord gaan. Mevrouw Honnef: Ik wil op een opmerking van de wethouder een aanvulling. Op een bepaald moment zei hij: het is niet of nauwelijks mogelijk dat dit nogmaals gebeurt. Met dat ‘nauwelijks’ zitten wij, want wij zitten erg met die precedentwerking. Wethouder Molkenboer: In dat gebied van ’98 zaten vier probleemgevallen. We hebben er drie opgelost; er loopt er nog een. Dat is ‘niet of nauwelijks’. In hoeverre we uit die vierde komen, weten we nog niet. Ook de provincie stoeit daarmee. Er ligt nog een situatie waar we ook al vijf jaar lang over in discussie zijn. Dit is het laatste geval dat speelt. Als er nieuwe gevallen komen buiten die vier problematische gevallen - wij zijn er vanaf ’98 mee bezig, maar voorgaande slepen dat ook al jaren mee - wijzen we die pertinent af. We zullen dat ook gewoon doen. U mag ons erop aanspreken dat we bij u als raad niet met nieuwe gevallen buiten die vier moeten aankomen. Mevrouw Honnef: Ik ben overtuigd.

Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 11.

Voorstel tot het vaststellen van de richtprijzen voor de berekening van grondexploitaties en grondtransacties voor het jaar 2003 overeenkomstig de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte (vertrouwelijke) bijlage. De heer Dorlandt: Wat waren de vorige prijzen en wat is de reden van de nu voorliggende mutatie.

2003


- 356 -

De Voorzitter: De wethouder zou dat moeten beantwoorden, maar een reden om te muteren is dat de tijd voortgaat en de prijzen van x jaar geleden minimaal aan de inflatie worden aangepast. Wethouder Molkenboer: Dat is precies de reden. De raad heeft namelijk gevraagd om een jaarlijkse indexatie van de prijs.

Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.

12.

Voorstel tot het instemmen met het advies van de commissie Bezwaarschriften over het raadsbesluit van 9 december 2002 met betrekking tot de verzoeken om vergoeding tot planschade van de heer Van Hecke en mevrouw Hogervorst. De Voorzitter: Er ligt hier een gewijzigd voorstel met een ietwat gewijzigde formulering. Het komt erop neer dat we ons oude raadsbesluit intrekken, dat een besluit was op een verzoek er niet was. We zullen de brief normaal beantwoorden en het misschien daarop volgende verzoek afwachten.

Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het gewijzigde voorstel van burgemeester en wethouders. 13.

Voorstel tot het instemmen met het beschikbaar stellen van een bedrag voor het aanpassen van de openbare ruimte nieuwbouw Godfried Bomansstraat en de herinrichting Oranjegalerij. De Voorzitter: In commissie 2 was er geen tijd meer de vragen die er lagen te beantwoorden. Het college zou die voorbereiden. Ik weet niet of daar nu antwoord op kan worden gegeven, of dat de fracties die vragen moeten herhalen. Het college kijkt schimmig en was ook niet bij die vergadering. Het verslag is er wel; daar staan die vragen ook in. Ik moet het dan toch in bespreking geven en de partijen die die vragen hadden daar de kans voor geven. Ik heb die vergadering niet voorgezeten, dus: wie waren dat? De heer Dorlandt: Ik zal herhalen wat ik in commissie 2 gevraagd heb. Wat moet ik denken bij een pinbox? Is dit de Rabobank-geldautomaat? Zo kom ik automatisch op een merkwaardige statement: buurtoverleg met de buurt. Ik mis bijlage 1 in het kader van de Oranjegalerij.

2003


- 357 -

Ik kan me voorstellen dat de bouwer van de nieuwbouw aan de Godfried Bomansstraat zelf de ontwikkeling van de openbare ruimte op zich kan nemen, of zijn er andere afspraken gemaakt? Kan het college mij op weg helpen met de inhoud van het overschot Oranjegalerij? De heer Gardeniers: Wij hadden een vraag ten aanzien van de financiering. Een overschot Oranjegalerij van € 85.000,- wordt gebruikt bij een herinrichting Oranjegalerij. Dat begrepen wij niet helemaal. Kunnen er eventueel extra prullenbakken komen in verband met zwerfvuil vlak bij een school. De heer Weeda: Wij hadden een vraag aansluitende op het Godfried Bomansplan. Er wordt namelijk gesteld dat de opbrengsten die over waren van Op Dreef daarvoor te gebruiken. Naar mijn beleving waren die al een keer uitgegeven. Is dat inderdaad zo? De heer Van Gurp: Bij de ingekomen stukken zat een brief van bewoners van Leyhof/Brugwacht. Ik ben daarvan geschrokken, want het ging over groenvoorzieningen en bomen die daar gekapt zouden worden. Er is een overleg geweest. Ik begrijp het niet helemaal. Er is een hoorzitting geweest en er zijn toezeggingen gedaan. Ik zou graag van de wethouder willen horen hoe het zit. Strikt genomen gaat het niet over kredieten, maar het gaat wel over het herinrichten van de openbare ruimte nieuwbouw Godfried Bomansstraat.

Wethouder Molkenboer: Het onderwerp is verdeeld over twee wethouders; over het ene gebied ga ik, wethouder Roest zal de Oranjegalerij doen. De Godfried Bomansstraat. Het betreft hier, meneer Dorlandt, de openbare ruimte, het gebied rond het gebouw. De binnentuin wordt wel door de ontwikkelaar meegenomen, in dit geval de AWS. Die buitenruimte is verder van ons en valt onder het openbaar groen. De bomenstructuur is zodanig dat daar de afgelopen jaren wildgroei heeft plaatsgevonden. Het is slecht onderhouden en uitgegroeid tot een wildernis. Aangezien we de woon- en de groenkwaliteit willen verbeteren, hebben we met de toekomstige bewoners en de direct-omwonenden een groenplan ontwikkeld, waarbij we extern zijn geadviseerd. Dat is een buitengewoon zorgvuldig proces geweest. Met de direct-omwonenden en de mensen van de groenvoorziening is door het gebied heen gelopen. Er is gezegd: die boom kan wel weg, die boom kan verplaatst worden, daar komt een andere boom voor terug, hier komt groen enzovoorts. Het is een compleet groenplan. Ik zou de heer Van Gurp willen vragen of hij kennis heeft genomen van het groenplan, want dan kan hij namelijk zien hoe zorgvuldig dat tot stand is gekomen. De relatie met het bezwaarschrift. Er is al opgemerkt dat het hier gaat om feitelijk handelen. Het zou hooguit een bezwaarschrift kunnen zijn op het moment dat we een kapvergunning gaan verlenen. In die zin kan het wel een bezwaarschrift zijn van de bewoners woonachtig in Leyhof.

2003


- 358 -

Het gaat met name om de bewoners van de rieten kap-woningen. Die zitten op zo’n ruime afstand dat we die niet als direct-omwonenden hebben beschouwd. We hebben hen wel uitgenodigd kennis te nemen van het plan, want dan zullen ze zien dat er wel gekapt wordt, maar niet zodanig dat alles vrijkomt. Er blijven vele bomen staan en er worden nieuwe bomen geplant. Wie de afstand van Visser ’t Hooft naar de rieten kap-woningen bewondert, moet pertinent een scheve nek krijgen. Als je recht in de achtertuin kijkt, kijk je op een volledig groene omgeving. Wat dat betreft vinden we de reactie voorbarig. We hebben hen uitgenodigd kennis te nemen van het complete groenplan dat buitengewoon zorgvuldig ontwikkeld is met alle direct-omwonenden, de belangengroep Visser ’t Hooft en de toekomstige bewoners. Dat was het wat mij betreft. Wethouder Roest zal de financiën meenemen.

Wethouder Roest: Ik ben blij dat de Oranjegalerij hier vanavond aan de orde komt. Het is een project dat al vijf jaar loopt. Er wordt door de heer Dorlandt gerefereerd aan de pinbox. U weet dat alle banken onderhand uit het Oude Dorp vertrokken zijn. We zijn blij dat we die pinbox hebben kunnen plaatsen. Weliswaar betaalt de bank huur voor de grond aan de gemeente, maar in ieder geval hebben we een locatie in het Oude Dorp waar geld uit de muur getrokken kan worden. U moet dat lezen als iets om de leefbaarheid van het Oude Dorp en de Oranjewijk gestalte te geven. U leest ook dat er een groot aantal jaren, 25 of 30 jaar, niets aan gebeurd is. Het is goed dat er nu iets aan gebeurt. In het financiële stuk is een paar dingen misgegaan. De heer Dorlandt en de heer Gardeniers vragen naar het overschot van de Oranjegalerij. Daar wordt bedoeld: overschot Op Dreef. Als u erboven kijkt, ziet u dat de opbrengsten van Op Dreef € 200.000,- bedragen en er € 115.000,nodig is. Er blijft dus € 85.000,- over die voor de Oranjegalerij wordt ingezet. Daarnaast klopt ook de telling niet. De voorziening riolering moet € 65.500,- zijn. Excuses voor die onzorgvuldigheid. De opmerking over de extra prullenbakken zal ik meegeven aan de betrokken mensen. Zij zullen ervoor zorgen dat er voldoende prullenbakken zijn bij de herinrichting van dat gebied. De heer Gardeniers: Ik zou ze ook graag bij de Godfried Bomansschool hebben. Dit in het kader van de bestrijding van het vele zwerfvuil in dit dorp.

Wethouder Molkenboer: Dat maakt er ook deel van uit. Neemt u de locatie voor u. Het was de bedoeling een omloopje te creëren langs het bankje dat in het parkje staat. We hebben met de direct-omwonenden afgesproken dat we daar de stoep zouden doortrekken. Misschien is het een idee, omdat het toch de route is waar langs gewandeld wordt, daar extra bakken neer te zetten, zodat de volle boterhamzakjes niet in een tuin belanden, maar op een andere plek. Het is dan minder werk ze op te ruimen, maar het is natuurlijk niet goed te praten.

2003


- 359 -

De heer Kanters: Het is misschien een goed idee niet alleen dit initiatief te nemen, maar ook in de richting van de leiding van de school nog een keer te vertellen hoe noodzakelijk het is dat het vuilnis in de prullenbakken verdwijnt en niet ergens anders. Ik weet zeker dat die school daar positief op zal reageren. Wethouder Molkenboer: Daar ben ik ook van overtuigd, want we hebben het daar vaak over gehad. We weten dat ze het daar vaak met de leerlingen over hebben. Wethouder Roest: Ik heb nog een vraag te beantwoorden. De heer Weeda vraagt naar de opbrengsten van Op Dreef. De netto-opbrengsten worden geschat op € 1,9 miljoen. Daarvan heeft u als raad € 0,8 miljoen bestemd voor een nieuwe sporthal in De Bloemerd. Vervolgens is voor kunstgras € 0,3 miljoen bestemd en voor Visser ’t Hooft € 0,2 miljoen. Dan resteert nog een bedrag van € 0,6 miljoen voor met name sociale woningbouw. We denken daarbij onder andere aan de 30 flatwoningen bij de Hoogmadeseweg.

De Voorzitter: Is de raad met deze antwoorden overtuigd? Ja.


14.

Voorstel tot het vaststellen van comptabiliteitsbesluiten nrs. 101, 102, 103 en 104. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.

15.

Bestemming resultaat 2002. Dit agendapunt zal op een later tijdstip behandeld worden.

16.

Voorstel tot het vaststellen van de Voorjaarsnota 2003 en comptabiliteitsbesluit nr. 105. De heer Gardeniers: De voorliggende Voorjaarsnota stemt het CDA somber. De vooruitzichten voor het lopende jaar zijn ten negatieve gekeerd en de verwachtingen hebben tot nu toe weinig positiefs in petto. In het kader van de komende BWV zouden wij van de wethouder nog uitleg willen hebben over de negatieve kredieten en voorzieningen. Wat wordt hiermee in het lopende jaar gedaan, of wordt alles naar 2004 doorgeschoven? De plaatsvervangend portefeuillehouder wethouder Molkenboer, heeft in de commissie volgens de notulen een halve toezegging gedaan om ons de meerjarenramingen van de grote projecten voortaan vertrouwelijk te doen toekomen.

2003


- 360 -

We zouden graag zien dat dit een concrete afspraak wordt. De toezegging van de wethouder in de commissie een aparte sessie te houden over het BTW-compensatiefonds wachten wij af. Tevens zijn we nog in afwachting van enige antwoorden uit deze commissievergadering. Ik kan de vragen hier eventueel stellen. Tevens verzoeken we de wethouder grotere verschuivingen in de lopende begroting zo snel mogelijk aan commissie en raad mede te delen, zodat zij vroegtijdig kunnen meedenken over oplossingen en niet zoals bij sommige omliggende gemeenten voor een fait accompli gesteld worden. Mevrouw Van Steijn: Ook wij zijn minder optimistisch dan in de afgelopen jaren, dat mag duidelijk zijn, al zijn de tekorten die we hier zien op de lange termijn bezien in het licht van de totale begroting nog alleszins redelijk. In de commissie hebben we ook al gezegd dat de nota er goed uitziet; we blij zijn dat de grote projecten er ook in opgenomen zijn. Er zou alleen nog verduidelijking komen naar aanleiding van vragen van de VVD, maar die hebben wij nog niet gezien. Ik wil hier vier punten noemen die we ook al tijdens de commissievergadering onder de aandacht gebracht hebben. Allereerst hoe het dividend van de NUON op lange termijn opgenomen is. We vragen ons af of dat goed is geraamd, of is dat niet wat te optimistisch? De situatie van de VSOZMOK-school. We willen hier de aandacht voor blijven vragen om te kijken wat het rijk hier kan doen. Het gaat hier om veel geld, los van de goede zaak zoals we toen ook opgemerkt hebben. De ontwikkeling van het RIAN vraagt om veel geld. Ik zal daar bij de Perspectiefnota op terugkomen. We moeten proberen de voortgang in de ontwikkeling van het WoZoCo te houden. Als we naar de situatie op dit moment kijken baart ons dat de nodige zorgen. We willen de wethouder vragen daar zoveel mogelijk vaart achter te zetten. In de commissie hebben we ook opgemerkt dat op een drietal afdelingen het ziekteverzuim erg hoog is. Dat baart ons zorgen.

De heer Staal: Tijdens de commissievergadering heeft wethouder Molkenboer - hij typeerde dat zelf mooi als ‘tweedehandsje’ - de honneurs voor wethouder Roest waargenomen. Hij heeft die avond in principe al onze vragen beantwoord. De vragen die door het CDA en de PvdA waren gesteld, moeten nog voor een deel beantwoord worden. De Voorjaarsnota geeft helaas maar een zeer beperkt deel van 2003 weer, waarin de economie, de werkloosheid en veel andere onzekere factoren in een razend tempo in een negatieve spiraal naar beneden gaan. We moeten wel een beetje positief zijn, maar het ziet er op dit moment niet goed uit. We vragen u daarom ook de komende maanden zeer kritisch te zijn bij de uitgaven vanuit de huishoudportemonnee van de gemeente Leiderdorp. Anders kan het beperkte negatieve effect dat op dit moment uit de Voorjaarsnota blijkt, mogelijk wel eens niet zo beperkt meer zijn. Verder kunnen wij akkoord gaan met de hier voorliggende nota.

2003


- 361 -

De heer Langenberg: De VVD is blij dat het college verzocht heeft een beslissing over de bestemming van het resultaat uit te stellen tot na de zomer. We denken dat het college de opmerkingen over dit onderwerp serieus heeft genomen, zodat we daar na de zomer beter met elkaar over van gedachten kunnen wisselen. Over de Voorjaarsnota hebben wij de volgende opmerkingen. Het IVVP. Hierbij wordt gesproken over een substantiële bijdrage van de provincie. Graag vernemen wij van de wethouder hoe groot deze bijdrage is. Over het WoZoCo maken we ons ook zorgen. We zouden graag van de wethouder willen weten wat vandaag de stand van zaken is. Zijn er ook alternatieven in beeld? De VVD heeft altijd gezegd dat realisatie van het WoZoCo niet gepaard mag gaan met kapitaalvernietiging. We lezen nu in de Voorjaarsnota dat juist de boekwaarden een probleem zijn. Is dat juist? Is het college nu met de VVD van mening dat afbraak van Muzenhof en bibliotheek leidt tot kapitaalvernietiging en dat dat ongewenst is? De W4-rapportage. Ook de PvdA heeft daar al naar gevraagd. De rapportage zoals die nu in de Voorjaarsnota is opgenomen is voor ons van geen enkele waarde. Wij kunnen daar niet zoveel mee. Ongeveer een jaar geleden is gevraagd naar een rapportage waaruit blijkt of we op schema liggen met geplande en gerealiseerde inkomsten en uitgaven. Deze is toen ook toegezegd. De nu opgenomen opgave geeft slechts een beeld van inkomsten en uitgaven. Of we hiermee op schema zitten, blijft voor ons onduidelijk. Kan de wethouder ons toezeggen dat de raad binnen enkele weken, of na de zomer, de beschikking krijgt over de rapportage zoals we die met elkaar hadden afgesproken? De heer Van Gurp: Er is al veel gezegd. We hebben er ook uitgebreid in de commissie over gesproken. Er is een paar dingen dat ik nog even kwijt wil. Er is afgesproken dat we de Voorjaarsnota in het vervolg eerder krijgen, namelijk in april. Het is nu juni. Ik vind het een helder en overzichtelijk stuk. De heer Kanters: Bij wijze van interruptie: dat is nog niet afgesproken. In de commissie is afgesproken dat ernaar gekeken zou worden. Daarbij ging de wens van de commissie uit naar een eerdere behandeling in april. Daar zou vervolgens overleg met het college over plaatsvinden. De heer Van Gurp: U heeft gelijk. Bedankt. U ziet dat ik ook aan wishful thinking doe. Ik vind het een helder stuk. De traditie die we dit jaar ingezet hebben met een goede jaarrekening en een goed jaarverslag, krijgt ongetwijfeld na deze prachtige voorjaarnota straks een vervolg door het voorleggen van een mooie duale begroting. Detailvragen zouden beantwoord worden, maar daar heb ik niets van gezien. Er is toegezegd dat er een aparte bijeenkomst zou komen over het BTWcompensatiefonds.

2003


- 362 -

Ik zou erop aan willen dringen dat op niet al te lange termijn te doen. Ik stel de eerstvolgende vergadering na de vakantie voor. Straks bij de begrotingsbehandeling 2004 zal dat zeker een rol spelen. Er is over de grote projecten al het nodige gezegd. Ik maak me daar ook zorgen over. Die informatie is onvolledig. Ik heb twee zorgpuntjes. Door mevrouw Van Steijn is het ziekteverzuim genoemd. Ik heb daar ook naar gekeken. Je kunt zeggen: we doen het hier nog zo slecht niet, maar toch was in het eerste kwartaal het kortdurend verzuim 2% hoger dan het gemiddelde van vorig jaar. Vorig jaar zaten we op iets van 4,5% en nu op 6,5%. Ik vind dat relatief hoog. Een laatste punt dat me van het hart moet, komt straks ook bij de Perspectiefnota terug. Het is al verschillende keren naar voren gebracht, maar ook nu komt het weer naar voren - het gaat nu met name om het RIO en de GGD: extra begrotingsoverschrijdingen voor 2004 van ongeveer € 100.000,-. Bij het volgende agendapunt zullen we zien dat er naast indexeringen meerkosten zijn van € 115.000,-. De toezegging die wethouder Roest een aantal maanden geleden gedaan heeft om te praten over die financiën, wil ik opnieuw naar voren brengen. Ik vind dat we, voordat we over de begroting 2004 praten, over dit onderwerp gesproken moet hebben.

Mevrouw Honnef: Financiën komt met heldere stukken. Dat geldt voor de Perspectiefnota en de Voorjaarsnota. Het is vreugdevol dat te kunnen constateren. Er zijn hier al veel vragen gesteld. Van mij hoeft de discussie van de commissie niet overgedaan te worden. Voor mij blijft er nog een vraag over, want ik heb in de notulen gezien dat die niet beantwoord is. Wat ons zorgen baarde, waren de kosten voor het leerlingenvervoer. Al een hele tijd geleden is daar een nota over toegezegd en die toezegging wordt elke keer herhaald. Ik zou graag van de wethouder willen horen wanneer dat nu op tafel komt te liggen, want het loopt langzamerhand uit de hand. Er moet goed beleid op gezet worden.

De Voorzitter: Het college is met vragen gebombardeerd. Veel naar aanleiding van, in plaats van over de Voorjaarsnota. Wethouder Roest: Ik wil graag beginnen met de laatste spreekster over het leerlingenvervoer. We hebben het er deze week juist over gehad. Ik heb inderdaad eerder toegezegd mogelijkerwijs per 1 september van dit jaar de regeling aan te passen. Dat halen we niet. We mikken erop dat we volgend jaar per 1 september de regeling zullen aanpassen. Het is gelukkig wel zo dat we voor 2003 een vergoeding van het GAK krijgen voor leerlingenvervoer. Dat betekent voor de begroting van volgend jaar dat we een meevaller hebben. Daarnaast is ook gebleken dat op het leerlingenvervoer, tenzij we heel drastisch gaan snijden, niet echt veel te bezuinigen is. We hebben nu een nieuw contract voor twee jaar afgesloten. Daarmee hebben we 5% extra korting bedongen. Op € 240.000,- is dat € 10.000,- à € 12.000,-. Ik heb het idee dat er nauwkeurig en zorgvuldig beoordeeld wordt.

2003


- 363 -

Dat heeft ertoe geleid dat we vorig en dit jaar aan de veilige kant blijven. Dat is fijn. Bovendien hebben we nu een meevaller van het GAK. Wat het leerlingenvervoer betreft gaat het bij ons net zoals bij de regio. U weet dat een van de criteria 60 of 90 minuten is. De VNG gaat uit van 90 minuten. Als we dat zouden toepassen, gaan we terug van 138 deelnemers naar ongeveer 20 à 25 deelnemers. Dan schiet de regeling door. Daar hebben we van gezegd dat we dat niet moeten doen. We komen daarop terug. Ik verwacht het in de loop van de tweede helft van dit jaar, maar dan pas met ingang van 1 september 2004. De heer Gardeniers. Het klopt dat er negatieve kredieten zijn. Anderzijds mag je sommige posten bij onder andere wegen is er een positief en een negatief - samennemen. De negatieve - er zijn er drie of vier - zijn geen groot punt van zorg. Wel zullen we - zeker op het punt van wegen aangezien we achterstand hebben met betrekking tot het asfaltonderhoud - de komende jaren extra bezien in hoeverre het nodig is extra stortingen te doen cq. zaken te temporiseren. Het gaat hier om grote bedragen, uit mijn hoofd € 1,6 miljoen/jaar voor straatwerk inclusief asfalt. Als er meer gebeurt, loopt het gelijk in de papieren. Ten aanzien van die negatieve posten, die op zich in het totaal niet dramatisch zijn, zullen we kijken in hoeverre er bijgeplust moet worden. Grote projecten. Voor een deel staan de zaken nu goed op papier. Ik kom daar straks op terug bij de VVD. Ik dacht dat we vorig jaar aangegeven hadden dat de herziene berekening van PRC Verschoor liet zien dat datgene wat wij van oorsprong qua inkomsten en uitgaven hadden becijferd, vorig jaar nauwelijks afweek. Ik hoor net van wethouder Molkenboer dat de nieuwe versie van PRC Verschoor er weer is. We zullen dat de komende maanden aan u voorleggen als nieuwe update van te verwachten inkomsten en te verwachten uitgaven. Voor wat betreft W4 - ik ben met u eens dat dat het grootste risico is - krijgen wij dan een goed beeld van de stand van zaken. Het BTW-compensatiefonds is een moeilijke materie. Met ingang van 1 juli worden er nieuwe wettelijke bepalingen van kracht m.b.t. gemeenschappelijke regelingen. Het departement slaat qua subsidies een beetje in het rond, waar wel of niet BTW vanuit het departement richting gemeenten gaat. Nu de uitvoering op tafel komt, wordt het een beetje chaotisch. Dat betekent dat je vandaag denkt dat je het lek boven hebt, maar morgen komen er andere oekazes uit Den Haag waardoor het weer niet klopt. De VNG heeft als standpunt - daar ben ik het mee eens: maak je niet al te druk over het BTW-compensatiefonds, want er is een vangnetregeling afgesproken van een paar ton per jaar. Kom je daaraan tekort, dan wordt dat via het Gemeentefonds bijgeplust. Dat is voor drie jaar afgesproken. Dat betekent dat wij voor die drie jaar geen groot probleem hebben. We moeten nu kijken hoe de uitvoering uitpakt en kijken of die regeling in stand blijft. Bij dat laatste gaan we onderhand een vraagteken zetten. Op dat punt zijn we afhankelijk van Den Haag. We zullen daar samen met de VNG en de departementen het beste ervan moeten maken nu we in de uitvoeringsfase zitten. We zullen daar een notitie over opstellen. Het is goed om daar in september in augustus of september met elkaar over te spreken. Ook dan zullen er onzekerheden blijven.

2003


- 364 -

Mutaties eerder naar de raad. U heeft daar gelijk in. In een collegevoorstel dat morgen aan de orde komt stond: meenemen bij de Najaarnota. Het ging om een bedrag van € 40.000,-. Ik heb daarvan gezegd dat ik dat liever direct naar de raad wil hebben, zodat u direct geconfronteerd wordt met de zaken die spelen. Ik wil niet alles maar in de Najaarsnota stoppen, want dan is het te laat. We moeten dat vooraf doen, om te zorgen dat we daar uw toestemming voor krijgen. Mevrouw Van Steijn is minder optimistisch. De heer Staal heeft het over: in een razend tempo negatief. Ik ben dat op zich met u eens. Aan de andere kant moeten we ons niet al te snel laten meevoeren. Tegenover alle negatieve toestanden staat dat de rijksoverheid dit jaar last heeft gehad van de vogelpest.

De heer Staal: Daar help je maandelijks geen 11.000 werklozen mee. Wethouder Roest: Dat klopt. Het rijk heeft aan de vogelspest € 400 miljoen uitgegeven. De huidige systematiek van het Gemeentefonds is zo dat Leiderdorp daar ongeveer 1/1000ste deel van krijgt. Dat is € 400.000,-. Misschien is dat een beetje aan de hoge kant, maar er komt wel € 200.000,- à € 300.000,- zolang de regeling blijft zoals die is. Dat is wel de premisse. Aan de andere kant zijn er afspraken tussen VNG en kabinet gemaakt op dat punt. Die kunnen ze niet in een handomdraai naar beneden bijstellen, want op een gegeven moment moet je wel ergens van uit kunnen gaan. We moeten elkaar niet in de put praten. We moeten wel voorzichtig en alert zijn om te zorgen dat we niet aan de verkeerde kant terechtkomen. Gezien het bedrag wat volgend jaar in de maartcirculaire nog voor 2003 beschikbaar komt, moeten we niet te snel meedoen aan doemdenken. Ik ben voor zorgvuldig zijn, voorzichtig zijn en het kwartje twee keer omdraaien. We moeten er ook voor zorgen dat we - als er vanuit Den Haag een oekaze komt dat er bezuinigd moet worden - weten waar we op moeten gaan bezuinigen. Ik ben dat met u eens. We zijn daar ook via de hei-sessie in Oudewater mee bezig. Morgenochtend gaan we daar ook mee verder. Het dividend van NUON. Alle narigheid die NUON boven tafel gekregen heeft, heeft ze op tafel gelegd; dat heeft geresulteerd in een zeer laag dividend voor 2002. In september krijgen we de halfjaarcijfers van NUON. De verwachting is dat de eenmalige negatieve dingen die in 2002 een rol speelden, in 2003 een mindere rol zullen spelen. Er wordt voor dit jaar verwacht dat het NUONdividend omhoog zal kunnen gaan. Daarnaast speelt een rol dat de overeenkomst die de NUONgemeenten hebben officieel op 1 januari 2004 afloopt. Er moet dan een nieuwe dividendpolitiek opgesteld worden. Via het grootaandeelhoudersoverleg, waar ik namens de 25 oud EWRgemeenten voor mag meedoen, zijn we bezig welk percentage dividend of welke bedragen we in de toekomst met elkaar gaan afspreken. NUON zit vast aan de gemeenten en de provincie. Wij zitten vast aan NUON. Met andere woorden mag in dat contract een behoorlijk dividend afgezonderd worden voor de gemeenten om te zorgen dat wij goed bediend worden. Uiteindelijk kunnen we onze aandelen niet verkopen; ik denk dat daar wat tegenover moet staan.

2003


- 365 -

De heer Staal: Bij wijze van interruptie. Ik welk licht ziet u dat als je kijkt naar het vrijgeven van de markt. NUON heeft een bepaald aantal klanten, bedrijven en particulieren, maar het vrijgeven van de markt houdt in dat je moet gaan concurreren. Je kan wel mooie afspraken maken over de hoogte van het dividend er elk jaar moet worden gegeven, maar als de klanten weglopen en de winst onder druk komt te staan, zal het uitbetaalde dividend omlaag gaan. Ik begrijp die afspraken niet helemaal.

Wethouder Roest: Je moet alle ins en outs van de energiewereld in Nederland kennen om dat goed te kunnen beoordelen. Ik kan dat ook niet helemaal. NUON heeft wel twee sterke punten. Ten eerste wekt zij de elektriciteit voor 63% op. Op dat punt is zij niet afhankelijk van derden, terwijl andere bedrijven voor een groot deel afhankelijk zijn van de commerciële markt; die prijzen liggen gewoon hoger. Daarnaast is ze goed in groene energie. Die markt groeit nog steeds. Ze is wel minder goed in het administratieve gebeuren. Dat ben ik met u eens. NUON zegt dat men met haar administratieve ICT-systemen klaar zijn voor het vrijgeven van markt; dat vrijgeven is overigens een half jaar opgeschoven. Ik ga daar ook van uit. Ik vertel na wat ik te horen krijg, al ben ik wel kritisch. Ik wil gewoon aangeven dat NUON in het Nederlandse wereldje een vrij sterke positie heeft. Als het dividend naar beneden gaat, zitten we voor het blok. Vandaar dat er nu ook gezegd wordt: kun je niet met elkaar afspreken dat bij een winst van € 100 miljoen alles aan dividend uitgekeerd wordt, tussen € 100 miljoen en € 200 miljoen, 50% en tussen de € 300 miljoen en € 400 miljoen, 25%, een soort van cascadesysteem om te zorgen dat er enige winsten naar de gemeenten en provincies provincie Gelderland heeft namelijk 45% van NUON in handen - toevloeien. Ik wijd een beetje te ver uit. De Voorzitter: Ik zit al streng te kijken, want we zouden zo graag voor 23.00h stoppen; dan moeten we haast maken. Wethouder Roest: VSO-ZMOK. We hebben vorige week donderdag met een aantal regiogemeenten partijbreed - PvdA, VVD en CDA - bij de Tweede Kamerfracties gezeten om te pleiten voor een directere financiering vanuit het rijk naar de VSO-ZMOK. Er is nu een precedent in Eindhoven waar we over beschikken. We gaan nu via de departementale ambtenaar die daarover gaat een afspraak maken en aangeven: in Eindhoven heb je dat gedaan, dat zou je voor ons ook moeten kunnen doen. We zijn daar als regio heel actief in. Met name Voorschoten heeft dat opgepakt. We zijn er druk mee bezig om te zorgen dat dat van ons bordje af komt, niet nadat ik gezegd heb dat die toko aan de Touwbaan in september gaat draaien. Er zitten nu kinderen thuis; dat moeten we niet hebben. RIO. Dat is een vervelende ontwikkeling. Het liefst zou ik die WVG-indicatie aan de gemeente houden, maar daar kunnen we niet alleen over beslissen.

2003


- 366 -

Er lopen fusiebesprekingen en het departement pusht. In hoeverre dat onder het nieuwe kabinet blijft, weten we niet. We letten er wel op, want het is een grote zorg. WoZoCo. Die bal ligt op dit moment bij ons. We hebben daar voor mijn vakantie intern afspraken over gemaakt. Ik heb vanmiddag van het hoofd van ROM begrepen dat daar inmiddels van onze adviseur PRC Verschoor nieuwe voorstellen voor gedaan zijn. Ik geloof dat we voor de vakantie een overleg hebben met de AWL. We zullen kijken of we voor de zomer knopen kunnen doorhakken. De hoge boekwaarden blijven, zowel voor de AWL als voor ons, een probleem. We hebben hoop dat daar bij het departement iets van overgenomen wordt. Gezien het feit dat het daar alleen maar slechter wordt, wordt de kans dat dat gaat gebeuren alleen maar kleiner. Als je het echter niet probeert, weet je het niet. De bal ligt nu bij ons. We verwachten dat we er hier in twee à drie weken uit zijn, hebben daarna overleg met de AWL en dan kunnen we weer door. Mevrouw Van Steijn, maar ook anderen, spraken over het hoge ziekteverzuim. Ik lig daar niet echt wakker van. In toto slaan we geen slecht figuur. Bij die drie afdelingen waar dat het geval is gaan we wel kijken - ook met behulp van de arbo en de arbo-arts - hoe we daar iets aan kunnen doen. Het heeft veel aandacht van de directie. Sommige dingen gebeuren nu eenmaal; daar heb je weinig invloed op. We hebben dat opgemerkt en opgepakt. We zullen kijken wat we eraan kunnen doen om te zorgen dat dat percentage omlaaggaat, want ik was wel een beetje trots op onze lage percentages. Het is voor het normale werk goed wanneer dat gebeurt door mensen die van de hoed en de rand weten. Op die manier blijft de voortgang erin en worden zaken tijdig afgedaan. De heer Staal had het over het tweedehandsje. Ik had begrepen, ook uit de notulen, dat het allemaal goed gelopen is. Ik kan dus wel met vakantie gaan. Ik ben het wel met u eens dat ik er had behoren te zijn. Aan de andere kant was er geschoven met die datum. Ik had nog met de griffier overlegd of we de commissievergadering moesten verzetten, maar dat geeft ook weer problemen. De collegeleden gaan in de zomermaanden op vakantie en ik moet dan op de winkel passen. Het is een beetje ongelukkig verlopen en ik probeer het volgend jaar op dat punt te verbeteren. De heer Staal heeft gelijk dat we voorzichtig en alert moeten reageren op wat ons uit Den Haag overkomt. De heer Langenberg. Resultaat 2002. Gezien het feit wat ik net over die € 400 miljoen gezegd heb, vraag ik me af of we nog echt lang over die resultaten van 2002 moeten discussiëren, of dat we het overschot 2002 moeten inzetten voor de begroting 2004. Ik zit daar op dit moment zelf aan te denken om te zorgen dat we voor 2004 geen OZB-verhoging hoeven door te voeren. We moeten wel zorgen dat het gat gedicht wordt. We moeten kijken welke eenmalige posten in de begroting 2004 zitten, die daarmee gefinancierd kunnen worden. Daar wordt op dit moment naar gekeken, maar dat komt straks ook bij de Perspectiefnota aan de orde. Het IVVP. We gaan nu alles in stelling brengen en ook zelf berekeningen maken voor wat betreft de bijdrage die de provincie zou moeten kunnen leveren. Het is gebruikelijk eerst te kijken wat er aan een rotonde mankeert, bijvoorbeeld bij de N445/N446.

2003


- 367 -

Vervolgens kijk je wat daaraan is gebeurd en wie daar wat aan heeft bijgedragen. Tenslotte kijken we wat in onze optiek een redelijk bedrag is wat de provincie daaraan bij zou moeten dragen. Dan gaan we de boer op om te zorgen dat dat bij de nodige potjes naar voren gebracht wordt. Ik hoor net dat we op dat punt in verband met het verlengde van de Willem de Zwijgerlaan daar samen met Leiden naar kijken. Dat versterkt de boel alleen maar. Wij kunnen het wel oplossen, maar als Leiden het niet oplost of omgekeerd, hebben we een probleem. De heer Van Gurp heeft met betrekking tot het tijdstip van behandeling van de Voorjaarsnota van de heer Kanters antwoord gehad. Er komt een notitie over het BTW- compensatiefonds. We moeten nog even kijken of dat een aparte of reguliere vergadering moet zijn. De GGD. De GGD-begroting was continu een probleem, namelijk net wel of net niet binnen de normale inflatiepercentages. We hebben vorig jaar met de directie van de GGD afspraken gemaakt over bepaalde percentages die we hanteerden. Ik zou graag willen dat we dat eens voor vier jaar proberen. Ze komt dan niet apart met zaken als extra geld voor ICT of andere zaken. We maken lumpsumafspraken. Laten we die nu vier jaar hanteren en kijken hoe het werkt. Anders zitten we de iedere keer met details: huisvesting, dan weer over ICT en dan weer over meubilair. Gelukkig hebben ze qua huisvesting een goede locatie die op termijn € 5 miljoen aan besparingen op zal leveren. De GGD wil ik even zijn gang laten gaan en over drie jaar kijken hoe we daarmee staan. Over de gemeenschappelijk regeling moeten we nog een keer apart in de commissie spreken. Dat zou al een keer eerder gebeurd zijn, maar dat is nog niet gebeurd. U heeft dat nog te goed.

De Voorzitter: De vragen zijn hiermee in feite beantwoord. De Voorjaarsnota is zoals die is. Vragen naar aanleiding daarvan - want de meeste vragen waren niet technisch, maar naar aanleiding daarvan - zijn beantwoord. Voor een deel is er al een voorschot genomen op vragen die ook bij punt 17 gesteld zouden kunnen worden. Ik zou ervoor willen waken dat we die zaken niet overdoen. Mag ik constateren dat we de Voorjaarsnota vaststellen? De heer Langenberg: Ik zou graag nog een vraag met betrekking tot het WoZoCo aan de wethouder willen stellen. Heb ik uit uw antwoorden begrepen dat het probleem in de hoge boekwaarden zit? Heb ik ook goed begrepen dat u daar binnenkort met de AWL over gaat praten? Hoe denkt u dat op te lossen? Wethouder Roest: Het gaat om rond de 100 appartementen die toegevoegd zouden worden aan de huidige 60 plaatsen van de Dillenburg. Die worden gebouwd op gemeentegrond en dus moet er een prijs bepaald worden voor de gemeentegrond die daarvoor nodig is. In de tweede plaats zitten we met een boekwaarde van Muzenhof die er niet om liegt. Dat geldt ook voor de Dillenburg. Bovendien had zij ongelukkigerwijs een klimlening, waarbij de rente de eerste jaren wordt opgeboekt.

2003


- 368 -

Daar schrik je van. Weliswaar heeft ze met die operatie Heerma een aantal miljoen gehad om dat af te boeken, maar dat is nog niet helemaal duidelijk. Zowel voor de Dillenburg als voor ons zit er een probleem bij de boekwaarden. Het college Bouw-Zorg wil graag in den lande een aantal experimenten opzetten, WoZoCo, en is bereid te kijken naar mogelijkheden een stukje van die boekwaarden over te nemen. Het gaat er ons om dat we een goed verhaal hebben, dat goed op papier staat. Daarmee kunnen we naar het college voor zorg en het departement om te kijken of we een premie, waarmee we die boekwaarden omlaag kunnen brengen, binnen kunnen slepen. De heer Langenberg: U houdt ons op de hoogte, begrijp ik.

De Voorzitter: Ik sluit de discussie. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders met in achtneming van de gemaakte opmerkingen.

17.

Voorstel tot het instemmen met de Perspectiefnota 2004 als richtinggevend document ten behoeve van de begrotingsvoorbereiding 2004. De Voorzitter: Dit is een richtinggevend document voor de begrotingsvoorbereiding. Hieruit blijkt dat wij wat te bezuinigen hebben als wij alles willen realiseren.

De heer Langenberg: We kunnen deze Perspectiefnota op dit moment eigenlijk alleen voor kennisgeving aannemen, nu we ook nog over dat resultaat moeten gaan spreken. In het Leidsch Dagblad van 24 juni stond dat Leiderdorp volgend jaar een tekort zou hebben van € 1,2 miljoen en daarnaast € 700.000,- voor nieuwe plannen wil uitgeven. We lezen in die krant dat het college niet alleen op de winkel wil passen, maar een stempel op het gemeentelijk beleid wil zetten. Er stond in het bewuste artikel geen naam van degene die dat gezegd zou hebben, vandaar mijn vraag: is dat juist? Die € 700.000,- zou onder andere gaan naar een promotiecampagne, opleidingen voor personeel en naar culturele en welzijnsactiviteiten. Er zijn alle vele tonnen aan opleidingen voor het personeel besteed. Ook de stichting Sociaal-Cultureel Werk heeft voor vele duizenden euro’s extra subsidie gekregen, zonder dat daar tot nu toe meetbare resultaten tegenover staan. We lezen ook dat de muziekschool structureel € 90.000,- meer zou krijgen, maar waarom is ons niet duidelijk. De wethouder van Financiën laat geen moment voorbijgaan zonder te waarschuwen voor een kleinere bijdrage uit Den Haag. Dat zijn verstandige woorden van de wethouder. Waarom wil u dan toch zoveel geld vragen voor nieuw beleid? Wie zit daarop te wachten? Dat is ons niet helemaal duidelijk. Ik verwijs even naar de plannen die er zijn om een magazine te gaan uitgeven.

2003


- 369 -

Is het wel raadzaam dat in deze financiële tijden te doen. Het personeel gaat weer op cursus, maar het personeel heeft naar wij begrepen ook de handen vol aan alle plannen van dit college. Hoe moet dat samengaan? U weet dat de VVD tegen lastenverzwaring voor de burger is. Wat de wethouder bij het vorige agendapunt zei over zijn bedoeling de OZB niet te verhogen - hij heeft daar al een potje voor in gedachten - juichen wij toe. Wij vragen ons af of het niet raadzamer is de hand op de knip te houden en niet allerlei grootse plannen te introduceren als wij nu al weten dat we daar geen geld voor hebben. De Voorzitter: Dat is de krant; het zal duidelijk zijn dat het college een sluitende begroting moet aanbieden.

De heer Langenberg: Ik heb ook gevraagd of het juist is wat in de krant staat.

De heer Staal: Er is een nieuwe instrument in het dualisme geïntroduceerd; dat is wel een beetje wennen. We hebben dat ook bij de behandeling in commissie 1 gemerkt. Het was in mijn beleving voor iedereen echt even zoeken. De Perspectiefnota is een richtinggevend document. Dat betekent dat de raad een bepaalde richting aan het college meegeeft, waarvan hij vindt waar tijdens het maken van begroting rekening moet worden gehouden. Ik wil even terugkomen op het krantenartikel. Er stond vorige week inderdaad een artikel in de krant met de kop: wij willen niet alleen op de winkel passen. Dat is een goed bestuurlijk streven; stilstand is achteruitgang. Toch wil ik bij deze metafoor een paar opmerkingen maken. Natuurlijk zal een ondernemer altijd bezig zijn met de winkel door bijvoorbeeld verder te innoveren, nieuwe filialen te openen of de zaak te verbouwen. Zolang het bedrijfsresultaat goed is, zal de bank die dat moet financieren daaraan mee willen werken, mits de plannen goed onderbouwd zijn. Als het bedrijfsresultaat niet goed is, zal de bank niet zo geneigd zijn de ondernemer te helpen bij zijn plannen. Ondernemers weten dat het soms ook niet zo erg is een jaartje alleen op de winkel te passen en wanneer het bedrijfsresultaat weer wat beter is de plannen in volle vaart te gaan uitoefenen. De metafoor is ook van toepassing op de Perspectiefnota. Het bedrijfsresultaat ziet er niet goed uit. Niet alleen voor volgend jaar, ook voor de komende jaren niet. De economische omstandigheden en de onzekerheden die gemeenten hebben over zaken waar het kabinet nog allemaal mee komt, maken het niet eenvoudig een goed beeld te krijgen van de situatie van volgend jaar. Zeggen wij dan dat alles moet worden stilgezet? Nee, maar je moet plannen nog eens goed tegen het licht houden en in ieder geval behoorlijk temporiseren. De BBL kan voor een groot deel meegaan met de richting van de voorstellen in de Perspectiefnota. Wel hebben we een aantal opmerkingen die we mee willen geven voor het maken van de begroting. In onze optiek zal de personele lastenstijging volledig uit de huidige personele begroting gehaald moeten worden.

2003


- 370 -

De opleidingskosten moeten niet verhoogd worden van 1% naar 2%, maar bijvoorbeeld maximaal met 0,5%. Er moet geprobeerd worden de inhuur van derden zeer te beperken. Het temporiseren van speerpunten en overig beleid lijkt me een ding dat zeker is. Waar mogelijk moet de kaasschaafmethode toegepast worden, hoewel dat geen methode is waar we echt voorstander van zijn. Met betrekking tot de speerpunten kunnen wij het volgende meegeven. BBL kan zich vinden in het opzetten van een gemeentewinkel. Wel moet dan helder zijn op welke punten de dienstverlening zal verbeteren. Met andere woorden, maak je verwacht resultaten ‘smart’. Het uitbrengen van een gemeentemagazine is onzinnig in een tijd van bezuinigingen. Wethouder Molkenboer heeft in de commissie al aangegeven dat het is geschrapt. Van het organisatieontwikkelingtraject willen wij eerst weten wat dit precies inhoudt. Waar gaat het om? Speerpunt 4 met betrekking promotie van Leiderdorp als poort van het Groene Hart. Hiervan zeggen wij: laten we dat een jaar uitstellen. Met betrekking tot het opleidingstraject heb ik al wat gezegd. Met betrekking tot de opleiding resultaat en competentiemanagement vinden wij dat dit ook in een lager tempo kan. De effecten van dit soort opleidingen zijn in de praktijk vaak pas over enige jaren zichtbaar. Ook het ordentelijk vastleggen van het vastgoed vinden wij overdreven. Ik kan me niet voorstellen, dat heb ik tijdens de commissievergadering ook al gezegd, dat het een puinhoop is. Volgens mij kan je dat temporiseren. BBL zal een verhoging van de OZB, behalve dan een stijging op basis van het inflatiecorrectiecijfer, afwijzen. De burger wordt straks al te veel door het kabinet in de portemonnee beknot. Afgelopen vrijdag en vanmorgen werden er weer zwaardere lasten voor de burger door het huidige kabinet aangekondigd. We houden ons hart sowieso vast voor de burger, want wethouder Molkenboer heeft tijdens de commissievergadering gezegd dat het college iedere bezuiniging die het kabinet de gemeenten zal opleggen, zal doorsluizen naar de burger. Dit betekent dat de burger te maken krijgt met zwaardere gemeentelijke lasten, tenzij de raad daar een stokje voor steekt. Wij willen het college vragen bij de begroting een oplegnotitie toe te voegen, waarin staat waar de bezuinigingen die gehaald moeten worden, vandaan komen. Dit gewoon om een helder inzicht te krijgen. We wensen het college veel sterkte met deze moeilijke opgave die het de komende maanden te wachten staat.

Mevrouw Van Steijn: Voorgangers hebben al veel gezegd, tijdens de commissievergadering hebben we het en ander ingebracht, maar toch willen we hier nog een aantal punten noemen. Deze Perspectiefnota legt voor ons de keuzes die we moeten maken, bloot. Als we alles willen doen en ook al het nieuwe beleid willen maken, komen we een kleine € 2 miljoen tekort. Dat lijkt ons geen goed uitgangspunt. Dat betekent dat je keuzes moet maken. In de nota is op p.18 onder ‘conclusies en aanbevelingen’ een aantal punten aangegeven dat wij van harte onderschrijven. We hebben daar ook nog een toevoeging op gemaakt; welke efficiency zal er te behalen zijn als je samenwerkt met eventueel private partijen op bepaalde onderdelen.

2003

- 371 -


Tijdens de commissievergadering hebben we ook aangegeven dat de raad vroegtijdig betrokken moet worden bij - dat hoeft niet in de vorm van uitgebreide nota’s en dergelijke - de planvorming, zodat wij ook met bepaalde zaken om kunnen gaan en in een vroegtijdig stadium keuzes kunnen maken, zodat er niet weer allerlei extra onderzoekskosten er dergelijke bijkomen. Als we kijken naar een aantal uitgangspunten, onderschrijven we het standpunt van college inzake de OZB; ook wij zijn niet voor een stijging van de OZB. Op p.16 wordt aangegeven dat de eenmalige kosten van nieuw beleid, eventueel gedekt moeten worden uit incidentele verkoop van gemeentelijk gronden en gebouwen. Tijdens de commissievergadering hebben we gezegd dat we daar niet voor zijn. Het is tafelzilver dat je weggeeft; wellicht hebben we dat met de huidige economische situatie in de toekomst veel harder nodig. De speerpunten. Ik zal er niet nogmaals doorheenlopen, maar ook hier willen wij temporiseren op bepaalde onderdelen. We zijn er voorstander van een start te maken met de klantgerichte overheid, maar willen daar nu niet het volledige bedrag aan uitgeven. Datzelfde geldt bij punt 4, het Groene Hart, en het IBO-traject voor het Oude Dorp. Ook de ontwikkeling van de medewerkers zullen we moeten

temporiseren

en

op

een

andere

manier

vorm

moeten

geven.

Tijdens

de

commissievergadering heb ik gevraagd naar de vastlegging van het vastgoed in de gemeente. Daar kwamen we in de commissie niet helemaal uit. Mevrouw Honnef: Het is al vaak gezegd: de vooruitzichten zijn niet echt vrolijk. Aan de andere kant moeten we niet te somber zijn, want ik heb in al mijn jaren nog nooit een kadernota - nu heet het een Perspectiefnota - gezien die een overschot van miljoenen liet zien. Er was altijd een tekort en altijd werd dat op een of andere manier opgelost. Laten we met elkaar niet te veel aan doemdenken doen, hoewel het economisch klimaat niet goed is. Het ziet er ook steeds slechter uit. We moeten alleen niet doen aan een ‘self fulfilling prophecy’. In de commissie heb ik al bepaalde dingen aangedragen, zoals ook bij p.18 de conclusies en aanbevelingen. We ontkomen er niet aan dat we keuzes moeten maken. De uitvoering van de speerpunten moet getemporiseerd worden. Ik denk dat alles überhaupt goed tegen het licht gehouden moet worden. We ontkomen er niet aan dat er bepaalde dingen moeten blijven liggen.Van onze kant wil ik meegeven dat wij zeer hechten aan het speerpunt wijken buurtgericht werken. Zoals mijn college Manshanden zegt: je moet niet alleen in beton, maar ook in mensen investeren. We zijn daar altijd voor geweest. Zeker in een dorp waar zoveel moet gaan gebeuren, betaalt zich dat op den duur vanzelf terug. Zeker in de wijken die op de schop gaan. We pleiten voor het overeind houden van het wijken buurtgericht werken. Wij zien niet zoveel in de kaasschaafmethode. Dat blijkt niet altijd goed te werken. Wij kijken liever naar de uitgaven. Ook op de afdelingen moet voortdurend begrotingsdiscipline heersen.

2003


- 372 -

Er moet bijvoorbeeld gekeken worden of bepaalde uitgaven wel echt nodig zijn, of bepaalde zaken wel echt uitbesteed moeten worden. In dat soort zaken moet gedisciplineerd gewerkt worden, anders komen we in de problemen. Zoals ik ook in de commissievergadering al heb gezegd, schrikt GroenLinks er niet voor terug de OZB iets boven de 2,5% inflatiecorrectie te verhogen. Ik kon even niet op het woord ‘inflatiecorrectie’ komen, maar het is al laat op de avond en bovendien moeten we allemaal nodig met vakantie. De heer Kanters: Ik ben blij dat u dat er even bij zegt, dan hoeft de burger zich misschien over die OZB-verhoging ook niet zo’n zorgen te maken. Mevrouw Honnef: Kom nou, de VVD heeft ooit in haar verkiezingsprogramma gezegd dat er geen lastenverhogingen zouden plaatsvinden en toen ging de OZB met 30% omhoog. De heer Langenberg: Ik vind het leuk dat u ons verkiezingsprogramma heeft gelezen, want dat van u laat u liever in de kast liggen - heb ik begrepen. Ik heb nu een heel verhaal van u gehoord. Aan de ene kant moeten we niet bang worden van alle berichten dat het slechter zou gaan; ik help het u hopen. U geeft aan dat het buurtgericht werken niet verminderd moet worden. Ik kan me indenken dat u dat wil. Waar moeten we dan wel op gaan bezuinigen? Dat heb ik u nog niet horen zeggen. Sterker nog, u heeft het over het verhogen van de OZB. Wat zijn uw plannen voor bezuinigingen ten aanzien van het beleid. Mevrouw Honnef: Dat is hier al genoemd.

De heer Langenberg: U noemt niets.

Mevrouw Honnef: We moeten de luxe dingen laten.

De heer Langenberg: Wat is dat dan? Mevrouw Honnef: Bijvoorbeeld het speerpunt Groene Hart. Dat is al weer € 25.000,-. U heeft het zelf ook genoemd. Misschien kunnen we bezuinigen op de klantgerichte overheid, het personeel, opleidingen enzovoorts.

De heer Langenberg: Dat is al een langer rijtje dan u net noemde.

2003


- 373 -

Mevrouw Honnef: In de commissie heb ik daar al allerlei dingen over gezegd. Ik wil de discussie van de commissie niet overdoen, daar worden mensen zo moe van. Hopelijk is het niet nodig, maar als het niet anders kan, zijn wij er niet tegen de OZB een paar procenten te verhogen. Die keuze durven wij wel te maken en die keuze kunnen we onze kiezers prima uitleggen.

De heer Langenberg: Ik zou er maar een avondje voor reserveren.

De Voorzitter: Wilt u afronden mevrouw Honnef.

Mevrouw Honnef: Dat wil ik zeker. Wat ik hier in de raad wilde zeggen, heb ik nu wel gezegd.

De heer Van Gurp: Kort. We gaan de discussie uit de commissie niet herhalen. Een paar algemene dingen. Het is al eerder gezegd, maar het lijkt me goed volgend jaar eerder met elkaar over dit richtinggevende stuk te spreken en ook zonder het college. Dat was al bijna het geval, maar we hadden wethouder Molkenboer nog in ons midden. Ik heb gemerkt dat er, wanneer je de kranten en de stukken van de besluiten van het college leest, bepaalde dingen geschrapt zijn. Ik heb begrepen dat het gemeentemagazine en het verhaal over de promotie van het Groene Hart zijn geschrapt. We zullen met nog meer punten terughoudend moeten zijn. Ik ga ze niet allemaal herhalen, maar voorbeelden zijn opleidingsbudgetten en organisatieontwikkeling. Ik heb bijvoorbeeld gezien dat we vorig jaar € 341.000,- hebben uitgetrokken voor de klantgerichte overheid. Ik wil niet zeggen dat we op dat gebied dit jaar helemaal niks moeten doen, maar ik denk dat we daar terughoudend in moeten zijn. Twee punten waar we rekening mee moeten houden, omdat de consequenties in volle hevigheid op ons afkomen, zijn de WVG en Sociale Zaken. Er zijn daar ook bedragen ingeboekt; € 130.000,voor de WVG en € 275.000,- voor de Sociale Dienst. Dat zijn dingen die naar mijn idee hoe dan ook komend jaar gerealiseerd moeten worden. Een alternatieve begroting hoef ik nu nog niet in te dienen. De lasten van de burgers zullen door maatregelen vanuit Den Haag flink omhoog gaan en zijn ook al omhoog gegaan. We moeten als gemeente terughoudend zijn wanneer het gaat om heffingen als de OZB en de afvalstoffenheffing en deze niet meer verhogen dan met de inflatiecorrectie. Ik weet niet of de inflatiecorrectie nog steeds 2,5% bedraagt, maar misschien weet wethouder Roest dat wel. Wethouder Roest heeft het vorige agendapunt iets met pluimvee naar voren gebracht; dat was een meevaller. Ik heb begrepen - in de commissie hebben we het daar ook kort over gehad - dat we volgend jaar rekening moeten houden met een lagere algemene uitkering dan die nu in de nota genoemd wordt. In de nota wordt nog uitgegaan van 2,5% en 1% reële groei.

2003


- 374 -

Ik heb uitgerekend dat wanneer het 1% minder is, dat toch € 160.000,- is. Wanneer het 2% minder is, is dat zelfs ruim € 300.000,-. Kan de wethouder daar nog iets over zeggen? De heer Gardeniers: Het CDA heeft moeten constateren dat de structurele kosten van de in het verleden genomen besluiten, op de huidige manier niet meer op te brengen zijn. Moeten wij beleid ombuiten, of moeten we tarieven verhogen. Dat zijn lastige vragen, temeer daar het college naast het gepresenteerde tekort van ruim € 1,2 miljoen ook nog voorstellen doet voor € 700.000,-, waarvan € 340.000,- structureel. Gaat Leiderdorp op deze manier niet boven haar stand leven? Leggen wij zo misschien niet een te grote claim op de toekomst? In uw voorstellen voor volgend jaar vraagt u voor het speerpunt klantgerichte overheid en in het kader van regulier beleid voor personeel, nogmaals extra geld. Zou in deze een evaluatie van tot nu bereikte en ook niet bereikte resultaten niet eerst op zijn plaats zijn? Ook ten aanzien van het speerpunt Groene Hart zien wij vooralsnog geen aanleiding € 25.000,- structureel uit te trekken voor promotie. Ten aanzien van de voorgestelde maatregelen om het tekort weg te werken, zijn wij tegen het voorstel het voorzieningenniveau terug te schroeven en tegen het voorstel de staat van onderhoud van openbare ruimte te verlagen. Dat er zoveel mogelijk kostendekkend gewerkt moet worden, lijkt ons vanzelfsprekend. Misschien moet ook de raad in zijn uitgaven bijdragen aan de bezuinigingen en de fractiebijdrage en de uitbreiding griffie opnieuw bezien. Het CDA zal zich voor 2004 zeer terughoudend opstellen tegen structurele meeruitgaven, zolang daar geen duidelijke structurele dekking tegenoverstaat. De Voorzitter: Ik denk niet dat de wethouder een uitgebreid antwoord hoeft te geven. Waarom niet? Hij heeft keurig opgeschreven wat wij allemaal gezegd hebben. Hij kan de suggestie meenemen. Wat heeft hij gehoord? Veel suggesties, vooral ten aanzien van het temporiseren van uitgaven. Ook moet er, hoezeer het ons ook ter harte gaat, gekeken worden of het personeel weer naar een opleiding moet. Misschien kunnen ze al genoeg en competente mensen zijn er veel in huis. Dat blijkt uit de vele stukken. Gelukkig kunnen we dat constateren. Anderszins is er geen brede steun voor het verhogen van lasten. Als we het zo aan elkaar knopen denk ik dat we aardig hebben samengevat waar het om gaat. Het college moet met deze informatie doen wat het wil. Als we er echt duaal mee omgaan, gaat u nu geen antwoord geven. Ik zie de heer Staal knikken. Wethouder Roest: Ik vind het prima.

De Voorzitter: De Perspectiefnota is voor u de basis van de begroting, met de opmerkingen die in de commissie en vandaag in de raad zijn gemaakt. Wij gaan allemaal nog verder nadenken, net zo goed als u gaat proberen ons straks een sluitende begroting aan te bieden. Het kan niet zo zijn dat dat niet zou kunnen.

2003


- 375 -

De heer Staal: Het is goed als raad na te denken hoe we volgend jaar met deze Perspectiefnota om moeten gaan. Deze Perspectiefnota is gemaakt door het college. Het college geeft hierin aan wat de beleidsruimte is en geeft het het wensenlijstje weer waar het op wil inzetten. In feite zullen wij dat als raad ook moeten doen. Wat we vanavond gezien hebben, is dat we wel een aantal zaken hebben opgenoemd waar het college rekening mee moet houden. Misschien moeten we ons eigen lijstje gaan maken waarvan wij vinden waarop bezuinigd moet worden en waarvan wij vinden dat ons geld - als er beleidsruimte is of gemaakt kan worden - moet worden ingezet. Ik zou willen voorstellen om volgend jaar een raad te organiseren waar alleen die Perspectiefnota in behandeld wordt. Het is een ongelooflijk belangrijk document, waarin de raad richting geeft en aangeeft waar volgend jaar of het jaar erop het geld aan moet worden uitgegeven. De Voorzitter: Ik denk dat de heer Staal iets zegt wat waar is. Hij is nu verschenen. Misschien is de aandacht die we eraan geven te gering en zijn we zelf te weinig pro-actief geweest.


18.

Voorstel tot het kennis nemen van het concept duale begroting 2004. De heer Gardeniers: We wilden de raad erop wijzen dat wij als raad indicatoren vast moeten stellen waaraan deze begroting moet voldoen. Ik denk dat we als raad een aparte sessie moeten houden om dit vast te stellen, of dit aan een commissie of het presidium moeten delegeren.

De heer Kanters: Wij zaten op een soortgelijke toer, alleen wij zouden het in het kader van het concept van het dualisme, raad en verantwoordelijkheden enzovoorts dit juist een keer niet aan het presidium willen endosseren, maar er zelf invulling aan geven. Ik denk dat dat een belangrijke vingeroefening is. U weet dat de etudes van Chopin de moeilijkste zijn, maar als je er goed naar luistert, komt er wel iets moois uit. Mevrouw Honnef: Er was in de commissie gevraagd het stuk even goed te editen en de fouten eruit te halen. Ik neem aan dat dat uit de definitieve versie is.

De Voorzitter: U weet waar u die fouten kunt adresseren. Als dat bij mevrouw Zantingh gebeurt, komt dat goed.

2003


- 376 -

Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 19. Voorstel tot het instemmen met de tijdelijke huisvesting RTV-Leiderdorp. De heer Van Jaarsveld: Noch in het raadsvoorstel, noch in het raadsbesluit worden de financiële consequenties voor RTV Leiderdorp zelf aangegeven. Ik vind het interessant op dat punt van het college helderheid te verkrijgen. De heer Weeda: Aanvullend daarop meen ik - dat heb ik ook in de Algemene Beschouwingen van dit begrotingsjaar aangegeven - dat ook nu geen permanente vestigingslocatie in beeld komt. Een financieel plaatje straks kan derhalve niet worden ingevuld. Verder heb ik begrepen dat RTV Leiderdorp gisteren is omgedoopt in ‘Unity FM en nog wat’; mijn vraag is of die naamswijziging mogelijk te maken heeft met commerciële bronnen die deze omroep heeft aangeboord, en zo ja: is deze naamswijziging bij het verstrekken van financiële middelen voor een permanente locatie voor de gemeente voordelig of niet? Tenslotte: met betrekking tot die permanente locatie ontbreekt ook een termijn waarop die huisvesting - waar dan ook - gevonden zal worden. De Voorzitter: Ik constateer dat in het besluit wel dekking wordt gegeven voor de tijdelijke huisvesting; separaat komt er een dekkingsvoorstel voor de permanente huisvesting die uiteraard zal worden voorzien van een financiële onderbouwing. Of de naamswijziging te maken heeft met andere inkomensbronnen zou interessant kunnen zijn. Wethouder Roest: Of dat laatste het geval is, is mij niet bekend; dat zal ik nagaan. Het college heeft overigens wel met dit voorstel geworsteld, het gaat tenslotte om een groot bedrag voor een beperkte periode. Het college heeft ook naar alternatieve lokaties gekeken, maar het liep steeds opnieuw tegen aanpassingen van de lokaties aan zodat je zowel met huur en aanpassingen zit waardoor de financiële kosten alleen maar hoger worden dan thans in het voorstel voorliggen. De huur die RTV nu betaalt, wil het college min of meer doortrekken naar de bedrijfshal van de firma Vliegenthart; wanneer de permanente huisvesting door verbouwing van het sportcomplex aan de Hoogmadese weg - die overigens wel in het voorstel wordt genoemd - aan de orde komt, zullen wij over een nieuwe huurprijs overleggen. Bedacht moet worden dat RTV goed werk levert, dat kost gewoon veel geld. Ook maakt de gemeente regelmatig gebruik van RTV Leiderdorp. Daarnaast vermoed ik dat RTV Leiderdorp in de toekomst belangrijker zal worden.

2003


- 377 -

Mevrouw Manshanden: De heer Weeda was wat betreft de naamswijziging van RTV Leiderdorp kennelijk beter ingelicht dat de overige leden van de raad; kennelijk kijken wij niet vaak genoeg. Gezien het bedrag dat met dit voorstel is gemoeid, benadruk ik dat ik als voorwaarde voor de instemming met dit voorstel de connectie met en de journalistieke gerichtheid op Leiderdorp gehandhaafd moeten blijven. Ik weet niet wat deze naamswijziging inhoudt, maar de nieuwe naam klinkt wel heel erg ver van RTV Leiderdorp af. De Voorzitter: Meegegeven kan worden dat wij - wanneer het om zo’n groot bedrag gaat vinden dat de identiteit van Leiderdorp gewaarborgd blijft; Leiderdorp heeft geen behoefte aan een omroep ‘waar dan ook vandaan’. Dat zo zijnde is hiermede de tijdelijke huisvesting aldus geregeld.

Besloten wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 20. Voorstel tot het vaststellen van de nota lokaal gezondheidsbeleid ‘Morgen gezond weer op’. De heer Van Jaarsveld: De titel van deze nota is een toepasselijke - Morgen gezond weer op. Ik kom zodadelijk met een aanvulling daarop. Gemeenten zijn verplicht deze lokale nota rond te hebben voor 1 juli as. Wij hebben dat gehaald ondanks dat wij behandeling een keer hebben uitgesteld. Elke vier jaar moet de raad opnieuw kaders vaststellen. Het ambitieniveau van deze nota is laag; dat kan ook niet anders mede omdat er geen rijksgeld voor beschikbaar komt. Het CDA is het eens met het uitgangspunt dat de gemeente vooral een regierol heeft. Voorts is aangegeven dat er in het najaar van 2003 een Plan van Aanpak verschijnt; het CDA ziet deze met belangstelling tegemoet. Overigens heb ik in de b&w-besluiten gezien dat het sportservicepunt ter kennisname naar een van de commissies komt; ik denk dat het een aandachtspunt moet zijn dat ook in de raad te behandelen - het ter kennisneming aan een commissie sturen, acht ik onvoldoende. De nota gaat uit van een integrale aanpak van zorg, welzijn, milieu en vervoer. Actiepunten zijn nader uitgewerkt, als ook de knelpunten. Dan kom ik op de integrale aanpak. Aan de titel ‘Morgen gezond weer op’ willen wij graag toevoegen ‘maar ook vandaag veilig naar huis, school en werk’. We gaan nu de vakantieperiode in; na die periode zien we overal van die schitterende spandoeken ‘We gaan weer naar school’. Wat ons op dit moment erg stoort, zijn de gaten in het wegdek, de slechte belijning van de fietspaden en de weggesleten oversteekplaatsen.

2003


- 378 -

Het zal toch niet waar zijn dat wij naar een integrale aanpak toegaan en vervolgens het budget van het wijken buurtgericht werken moeten inzetten om het achterstallig onderhoud weg te werken? Veilig over de weg naar huis, school en werk! De weggebruiker wordt geattendeerd op zijn gedrag, wij als CDA menen dat de wegbeheerder - de gemeente - erop geattendeerd moet worden dat hij op zijn minst zijn verplichtingen nakomt als het gaat om een preventief veiligheidsbeleid - gezondheidsbeleid. Wat gaat het college op korte termijn eraan doen dat te realiseren? De heer Langenberg: Bij wijze van interruptie: het begrip ‘integraal’ interpreteert u wel erg vrij; het gaat hier om gezondheidsbeleid; de helft van uw tijd besteedt u aan kuilen in de weg!

De heer Van Jaarsveld; Dat vind ik een interessante opmerking. Ook ik heb in de commissie de opmerking gemaakt dat ik de nota erg breed vond. Toen kreeg ik van collega-commissieleden te horen dat ik de nota goed moest lezen: daar staat met name ‘integraal’. Ik heb de nota gelezen, ik neem aan dat u hem ook gelezen hebt.

Mevrouw Manshanden: Juist daarom is het zo vreemd dat u dat nu wel zegt; hebt u de nota dan nu pas gelezen? Mevrouw Van Beelen: De nota is uitgebreid in de commissie 3-vergadering van 16 april jl. besproken. In die vergadering heeft de VVD een aantal opmerkingen gemaakt die meegenomen zouden worden in de voorliggende nota; dat is niet gebeurd. Ik herhaal de discussie hier niet, maar wil wijzen op een tweetal belangrijke punten: de rol van de gemeente wordt in de nota beschreven als zijnde een regierol; wij vinden hiernaast dat de gemeente ook verantwoordelijk is voor de bescherming en bevordering van de gezondheid van de burgers. Dat wil ik graag bij de uitgangspunten toegevoegd zien. Voorts is in de commissievergadering uitgebreid gesproken over het cijfermateriaal waarop de analyse is gebaseerd; nog steeds is dat materiaal niet up to date; ik verzoek u daarnaar te willen kijken. Als de opmerkingen van de VVD die in commissie 3 zijn gemaakt, in de nota worden meegenomen, kan de VVD instemmen. De VVD kijkt uit naar het Plan van Aanpak dat eveneens in commissie 3 besproken zal worden. De heer Van Gurp: Ik ben blij met deze nota die waardevol is omdat het een integrale nota is die onze gezondheid behelst - een primaire levensbehoefte. Als Leiderdorp mogen wij trots zijn dat wij erin geslaagd zijn deze nota voor 1 juli 2003 te produceren en vast te stellen. De Voorzitter: Dan moet u wel opschieten: het is zo 24.00h!

2003


- 379 -

De heer Van Gurp: Ik ken de voorkeur van de Voorzitter; ik houd het kort. Afgezien van details, waaronder cijfertjes die altijd verbeterd kunnen worden, vind ik dat het een goed overzicht is van alles wat er op dit gebied gebeurt. Ik zal het niet hebben over veiligheid - dat valt ook onder deze nota, meneer Langenberg! Ik complimenteer de wethouder en de ambtelijke staf met deze nota; deze nota is niet voor de eeuwigheid geschreven; de nota moet van tijd tot tijd worden geactualiseerd - ingevolge de Wet: iedere vier jaar. Daarnaast moeten de ontwikkelingen gemonitored worden. De gemeente doet het werk niet allemaal zelf, doch heeft een regisserende, coördinerende en ‘bruggenbouwende’ functie op tal van gebieden. Op p.1 van de nota staat - de heer Van Jaarsveld heeft er ook al over gehad - dat er geen geld van het rijk komt; daarom vind ik dat het ambitieniveau wel meevalt. Met deze opmerkingen ga ik graag met de nota akkoord. De Voorzitter: De toevoeging van de VVD gaat erg ver; verantwoordelijkheid voor de gezondheid van onze inwoners draagt de gemeente niet, behalve wanneer onderdelen daarvan behoren tot de taak en de invloedsfeer van de gemeente.

Mevrouw Van Beelen: Dat wordt bedoeld. Iedereen is verantwoordelijk voor zijn eigen gezondheid.

De Voorzitter: Dat denk ik ook. Dat is opgehelderd. Overigens hebt u instemming gehoord. Op detailniveau zal de nota worden aangepast; de heer Van Jaarsveld heeft met name aandacht gevraagd voor de staat van het wegenonderhoud. Wethouder Roest; Om met het laatste punt te beginnen: morgen of volgende week dinsdag komt een stuk over de asfaltproblematiek in het college; dan komt ook het probleem waarvoor de heer Van Jaarsveld aandacht vraagt, volop aan de orde. We zullen dit jaar ‘pleisters plakken’, vervolgens wil het college vanaf 2004 in vijf jaar een inhaalslag maken. Ik hoop dat we als wegbeheerder daarmee ons werk weer doen, want het is een feit dat de wegen er hier en daar slecht uitzien. Mevrouw Van Beelen antwoord ik dat deze nota nu niet meer veranderd wordt; het cijfermateriaal is geüpdatet, wij worden echter gehinderd door het feit dat allerlei instanties met grote vertraging cijfers aanleveren. Wat we aan cijfermateriaal hebben gekregen, is in de nota verwerkt. Daarmee zullen we het moeten doen. Bij het opstellen van het Plan van Aanpak zullen we bezien wat we nog aan wijzigingen kunnen meenemen. Ik ben met de heer Van Gurp - die al in een vroeg stadium aandacht voor deze problematiek heeft gevraagd – blij dat we de nota tijdig kunnen vaststellen alsmede met het feit dat hij van mening is dat de ambitieniveau best redelijk vindt.

2003


- 380 -

We moeten onze best blijven doen om waar mogelijk samenwerking tot stand te brengen, contacten te leggen etcetera – denk aan de behoefte aan een soort platform voor degenen die het veld vormen die in het Oude Dorp ontstond; het is goed dat de gemeente de regiefunctie op zich nam. De Voorzitter: De VVD heeft gehoord dat haar opmerkingen niet verdwijnen, maar dat de nota nu niet herschreven wordt. De heer Van Jaarsveld: Het raadsbesluit heeft een onjuiste datum.

De Voorzitter: Dat wordt gecorrigeerd: 2 juli moet 30 juni zijn.

Besloten wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en wethouders.

21.

Voorstel tot het instemmen met een subsidieaanvraag 2003 Pluspunt ten behoeve van Tafeltje Dek Je en uitbreiding ouderenadviseur. De Voorzitter: De heer Pool heeft gevraagd te mogen inspreken.

De heer Pool: In de eerste plaats dank dat u mij de mogelijkheid geeft in te spreken en dat u dit agendapunt naar voren heeft gehaald, zodat ik niet tot het einde hoef te blijven. Ik hoop niet dat het einde bitter is, zoals u zelf zei, maar een vrolijk einde is. We zijn het college dankbaar dat het dit punt op deze manier heeft geagendeerd en ons in een belangrijk deel tegemoet gekomen is in de nood waarin we zitten. In de eerste plaats de uitbreiding voor Tafeltje Dek Je. Het is overigens een verzoek van de gemeente geweest dat te doen, maar de uitvoering daarvan vraagt nogal wat extra menskracht. Daarnaast hangt de niet voorziene aanzienlijk uitbreiding van de ouderenadviseur daarmee samen. Daar is op een plezierige manier aan tegemoetgekomen. Ik wil nog wel zeggen dat het niet alles is wat wij gevraagd hebben. Dat betekent dat wij iets aan de werkzaamheden van die ouderenadviseur moeten doen, met name aan de reguliere werkzaamheden. Zij is destijds aangetrokken om het activerend huisbezoek te begeleiden en dat schiet er de rest van dit jaar bij in. Het zij zo. Ik wil de raad vragen daar de nodige aandacht aan te besteden wanneer wij de begroting voor 2004-2005 indienen, want dat is voor ons een principieel punt. De heer Kanters: In zijn algemeenheid kan de VVD instemmen met een extra subsidieverlening. We maken daar graag een kanttekening bij.

2003


- 381 -

Het werk van Pluspunt is de laatste tijd meermalen in commissie 3 ter sprake gekomen. Daar is door de verantwoordelijk wethouder aangegeven dat er een evaluatierapport op komst zou zijn; dat moesten we afwachten. In maart blijkt dat stuk al bij de gemeente aanwezig te zijn. Het is jammer dat we er zo lang op moeten wachten, ook in de richting van Pluspunt, voordat we dat hier uitgebreid ter sprake kunnen brengen, zeker nu het seniorenbeleid uitgebreid aandacht heeft en een speerpunt in ons beleid is. De inspreker heeft aangegeven dat het activerend huisbezoek erbij inschiet. ‘Het zij zo’, hoorde ik hem daarbij zeggen. Of ‘het zij zo’ ook zo door deze raad zou moeten worden aanvaard, wil ik met uitroeptekens en vraagtekens besluiten. Als samenleving hebben we een nadrukkelijke verantwoordelijkheid inzake de problematiek van de vereenzaming en alles wat daarmee samenhangt, zoals mensen die in de vereenzaming vervuilen en in andere mensonterende toestanden terechtkomen. Juist ook vanwege het feit dat het seniorenbeleid een speerpunt van ons denken en doen is in deze raad, moet hier secuur de aandacht op gericht worden. Ik wil met name in de richting van het college zeggen: houd daar de komende tijd rekening mee. Het betoog van de inspreker kan ik verder van harte steunen.

De heer Weeda: Ik heb een vraag die betrekking heeft op de ontstane lacune sinds 1 april bij de component binnen de AWBZ-zorg. Er zouden onlangs al gesprekken zijn gestart. Is daar vanuit het college al iets over te zeggen?

De heer Van Gurp: Ik ben blij met wat de heer Pool naar voren heeft gebracht. Ik denk dat het terecht is dat men een extra subsidie vraagt. Het is jammer dat het college toch weer wat aan het beknibbelen is. Men had voor de tweede helft van het jaar 12 uur gevraagd en het college maakt er 8 uur van. Desalniettemin ben ik blij met de opmerking van de heer Pool dat we vooruit moeten kijken en niet over uurtjes moeten gaan zeuren. In de begroting voor 2004 komt deze ouderenadviseur weer terug. Ik heb zelfs begrepen dat men iemand voor 12 uur wil aanstellen voor een heel jaar. Wij steunen het voorstel. De heer Stevers: Ik sluit me aan bij het betoog van de heer Kanters. Dat wil overigens niet zeggen dat de activiteiten die in de toekomst verricht moeten worden, volledig door Pluspunt gedaan moeten worden. Daar krijgen we bij de begroting van volgend jaar nog wel een discussie over. Verder hebben we sympathie voor het voorstel zoals dat er nu ligt. De heer Van Gurp heeft er terecht op gewezen dat het niet het volledige is dat de stichting gevraagd heeft. Wij kunnen er wel mee leven, omdat er een paar maanden overheengaan voordat de vacature die hiermee wordt opengesteld, ingevuld kan worden. Uit de inspraak heb ik begrepen dat de stichting daar zelf ook mee kan leven. Een bijkomende overweging zou kunnen zijn dat er met dit besluit nog niet vaststaat wat er in de begroting 2004 gaat gebeuren. Ik kan alvast zeggen dat mijn fractie wel sympathie heeft voor de subsidieaanvraag voor 2004; daar kan de stichting enig vertrouwen aan ontlenen.

2003


- 382 -

Mevrouw Van Steijn: Wij sluiten ons aan bij het betoog van de heer Kanters en we voelen mee met het betoog van stichting Pluspunt. Er wordt nu begonnen met 8 uur en bij de begroting komen we erop terug hoe we hier verder mee omgaan. Het is toch een kwetsbare groep die de komende jaren alleen maar zal groeien. We zijn ook benieuwd naar de resultaten van de gesprekken met het zorgkantoor.

Mevrouw Manshanden: We zijn voor dit voorstel. We realiseren ons dat we nu alleen het besluit voor 2003 nemen en het meeste bij de begroting van 2004 moet gebeuren. Wat we ons moeten realiseren, is dat we het kader waarin dit gebeurt, missen. Bij gelegenheid van dit voorstel heb ik de seniorennota opgezocht die al een paar jaar oud was. Ik vond toen al dat daar weinig in stond dat echt sturing gaf. Zoals ik het las, was de teneur een beetje: er zijn ook gezonde ouderen en ouderen die zich uitstekend redden. We hebben toen gezegd dat er opgelet moest worden dat de middelen aan de meest kwetsbare ouderen besteed worden. Als ik die seniorennota nu lees - in een tijd waarin de komende jaren de vergrijzing versterkt en de welzijnscomponent weggehaald wordt - moeten we daarnaar kijken en aanpassen aan dingen die nu spelen. Ik kan me voorstellen dat er niet zomaar een nieuwe seniorennota uit de grond gestampt kan worden, zeker niet voor deze begroting. Ik denk dat we wel een keer, al is het gewoon in de commissie, over de ouderen moeten praten en kijken wat daaraan bijgesteld en veranderd moet worden. Alleen dan kunnen we verantwoorde besluiten nemen.

De heer Kanters: Dan echter wel in termen van dat er een evenwichtig beleid gevoerd moet worden, tot zover ga ik met u mee. Het uitgangspunt bij het formuleren van de seniorennota zoals die in die tijd is opgesteld, was juist om te voorkomen dat de ouderen getraumatiseerd worden als die zielige kreupele mens die in een rolstoel wordt voortgeduwd en waarvoor je alleen maar moet zorgen. Dat is ook niet het beeld dat zou moeten gaan ontstaan. Mevrouw Manshanden: Dat was precies wat er in die ouderennota stond. Ik vind dat er een kader gemist wordt waarin wij dit soort besluiten kunnen nemen, een kader waarin de gemeente zelf de regie voert over het ouderenbeleid. Wat er nu gebeurt, is het volgende: Pluspunt vraagt geld; de gemeente sputtert tegen. Vervolgens vraagt Pluspunt aan alle fracties bijval en dan gebeurt het toch. Ik vraag me af wat wij doen. Wat voor beleid stellen we vast? Wat is richtinggevend voor ons? Dat mis ik.

De Voorzitter: Het college weet al dat het voorstel door alle fracties wordt gesteund. In zoverre hebben we het beslispunt gehad, maar iedereen heeft het breder getrokken en feitelijk al lijnen uitgezet waarop u mag rekenen bij de begrotingsraad. Er is een concrete vraag gesteld.

2003


- 383 -

Daarmee wil ik niks afdoen aan het waardevolle van datgene wat gezegd is, maar dat debat moeten we niet nu voeren. Daar is het op dit moment de tijd niet voor. Het gaat nu om het voorliggende besluit. Dat het breder zou kunnen, is duidelijk. De vraag was concreet van twee kanten: hoe zit het met het overleg met het zorgkantoor. Kunt u daar wat over zeggen? Wethouder MacGillavry: Voorzitter, u zegt een vraag, ik heb er drie genoteerd. Ik zal navragen of het evaluatierapport waar de heer Kanters naar vroeg in de leeskamer is beland. Als u dat onvoldoende vindt, moet het in de commissie behandeld worden. Ik zal het nagaan. De heer Weeda heeft iets over de AWBZ gevraagd. U weet wellicht dat per 1 januari de welzijnscomponent uit de AWBZ is gehaald. Ik heb begrepen dat - dat is weer een bijzonder traject dat gelopen moet worden - wil je in aanmerking komen voor de welzijnscomponent, je geïndiceerd moet worden. Dat maakt het voor de betrokkenen altijd weer een stuk ingewikkelder. Ik zal nagaan hoe dat precies zit met het geïndiceerd worden voor deze welzijnscomponent. Dat we hier als gemeente verder op kosten worden gejaagd, mag helder zijn. Het rijk geeft daar geen cent voor terug. Ik ga achter die indicatie aan, waar men aan moet voldoen, of wij dat als gemeente een terechte wijze van handelen vinden en of wij daar nog iets tegen kunnen doen. U weet dat de AWBZ uitgevoerd wordt door het zorgkantoor. Die vraag komt daar ook bij te liggen. De heer Weeda: In het stuk stelde het college dat er onderhandelingen zouden starten, of gestart zijn. Daar vroeg ik naar. Wethouder MacGillavry: Voor zover ik weet zijn die onderhandelingen nog niet gestart.

Mevrouw Van Steijn: Wanneer worden die wel gestart?

Wethouder MacGillavry: Ik heb nog geen datum in mijn hoofd. Ik hoor nu weer van mijn collega dat die welzijnscomponent er tot 2004 in zit, maar voor zover ik weet is die 1 januari 2003 geschrapt.

Wethouder Roest: Het staat inderdaad in het stuk, maar volgens mij is dat niet juist.

De Voorzitter: Het lijkt me handig dat u bij het ministerie vraagt wat de juiste datum is.

Wethouder MacGillavry: Als het anders is, laat ik het u weten en hebben we nog een jaar respijt. Dit is even de gang van zaken. Wanneer de onderhandelingen met het zorgkantoor beginnen, kan ik op dit moment niet zeggen, maar zodra ik dat weet, krijgt u dat van mij te horen.

2003


- 384 -

De heer Kanters: Een punt van orde. Ik vind het een merkwaardige exercitie dat wij hier een serieus punt aan de orde hebben en de verantwoordelijk wethouder kennelijk over andere informatie beschikt dat zijn collega van Financiën, die op dat punt niet slecht geïnformeerd is. Wat is het nou? Ik nodig het college uit om in volgende vergaderingen hier met een gedegen stuk binnen te komen zeilen, zodat wij van deze kant niet allerlei welles/niettes-discussies achter de tafel moeten aanschouwen.

De Voorzitter: Kortom, de oppositie wil eenheid van beleid, heren. De heer Staal: Voorzitter, wilt u ‘oppositie’ niet generaliseren?

De Voorzitter: Pardon.

De heer Langenberg: Wat voor beleid staat u dan voor ogen?

De heer Staal: Ik vind het wel een gedegen stuk. Ik vind de opmerking niet juist. Dat er een misverstand is over de ingangsdatum … Ach met het huidige kabinet weet je sowieso niet of het vandaag ingaat, volgend jaar ingaat, of met terugwerkende kracht. Ik kan me dat misverstand best voorstellen.

De heer Kanters: Gelukkig hebben wij het hier niet over het kabinetsbeleid, maar over het gemeenteraadsbeleid. Het lijkt me voldoende dat wij over de juiste gegevens beschikken op het moment dat hier punten neergezet moeten worden, meneer Staal. Dat lijkt me aan de orde.

De Voorzitter: Dat laatste kunnen we allemaal bevestigen; we behoren over de juiste informatie te beschikken. Die komt nog. Mag ik concluderen dat we het voorstel omarmen, derhalve positief besluiten en het debat over de subsidie voor 2004 op een ander moment in een breder kader gevoerd gaat worden? Ja.


22.

Sluiting De Voorzitter: Ik sluit de vergadering; het is 23.01h.

2003


Aldus vastgesteld tijdens de openbare vergadering van de raad der gemeente Leiderdorp op 1 september 2003,

de Voorzitter,

M. Zonnevylle

de Griffier,

mw. J.C. Zantingh

- 385 -

Verslag van de openbare vergadering van de gemeenteraad van Leiderdorp op maandag 30 juni 2003 om uur in het gemeentehuis

Recommend Documents