Verslag van de openbare vergadering van de gemeenteraad van Leiderdorp op maandag 6 september 2004 om 20.00 uur in het gemeentehuis. Aanwezig: Voorzitter:
M. Zonnevylle
Griffier:
mevrouw J.C. Zantingh
Wethouders:
D.L. MacGillavry V.J.H. Molkenboer W.J. Laman G. van der Does
De leden:
H.K. Langenberg mw. K. van Beelen-Balak R. van der Horst H.H. Dorlandt mw. C.H. Honnef mw. C.W. Vons-de Jong mw. M.A.C. Manshanden A.P. van Gurp S. Weeda A.J.E. Staal O.C. McDaniel mw. J.E. van Steijn-van Reijn R.F. Thunnissen B.M.R.F. Hollands J.J.F.M. Gardeniers J.G. de Vries J.M. Stevers N.H.M. van Jaarsveld J.M.M. Kocken
Afwezig :
P.W. Kanters
(m.k.)
H.H.H. Weller
2004
- 428 -
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
AGENDA: 1.
Opening.
2.
Vaststellen agenda.
3.
Vragenronde.
4.
Notulen van de op 28 juni 2004 gehouden vergadering en de notulen van de op 29 juni 2004 gehouden extra vergadering.
5.
Ingekomen stukken en mededelingen (regio)
138
6.
Voorstel tot het benoemen van nieuwe leden gemeentelijke rekenkamer.
139 – 140
7.
Voorstel tot het benoemen van een nieuw lid in commissie 3.
141 – 142
8.
Voorstel tot het ongegrond verklaren van de bezwaarschriften tegen het voorbereidingsbesluit voor de aanleg van een parallelweg nabij de A4 te Leiderdorp.
143 – 144
9.
Voorstel tot het niet-ontvankelijk verklaren van een bezwaarschrift tegen het voorbereidingsbesluit woonwagencentrum de Bloemerd in verband met termijnoverschrijding.
145 – 146
10.
Voor tot het handhaven van het raadsbesluit van 2 februari 2004 om het voorkeursrecht, gevestigd op diverse percelen in het W4-gebied, met een jaar te verlengen en het derhalve ongegrond verklaren van een tweetal dagen dit raadsbesluit ingediende bezwaarschriften.
147 – 148
11.
Voorstel tot het vaststellen van de WWB-Verordeningen 2004: Verordening Toeslagen en Verlagingen WWB-2004 Handhavingsverordening WWB 2004 Verordening Reïntegratie 2004 Afstemmingsverordening 2004 Arbeidsmarktplan gemeente Leiderdorp 2004 – 2005
149 150 151 152 153 – 154 155 – 156
12.
Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het perceel Vlasbaan 3 ten behoeve van de vestiging van een Ballorig speelparadijs.
13.
Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit Integraal Verkeers- en Vervoersplan (IVVP) om de 157 – 158 aanpassing van de N445 en ontsluiting Rietschans mogelijk te maken.
14.
Voorstel tot het instemmen met het voorontwerp bestemmingsplan voor de Driegatenbrug en het nemen van een voorbereidingsbesluit voor de Driegatenbrug.
159 – 160
15.
Voorstel tot het vaststellen van de Nota vrijstellingenbeleid bestemmingsplannen.
161 – 162
16.
Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor de Oude Rijn, de Zijl en de Does.
163 – 164
17.
Voorstel tot het instemmen met de vertrouwelijk ter inzage liggende exploitatieopzet voor de bouw van de Brede School Oude Dorp.
165 – 166
18.
Voorstel tot het instemmen met de financiële ontvlechting bestuurscommissie openbaar onderwijs Leiderdorp ten behoeve van de verdere verzelfstandiging.
167 – 168
19.
Sluiting.
-0-0-0-0-01.
Opening.
De Voorzitter: Ik open de vergadering, allemaal van harte welkom. Er is bericht van verhindering van de heren Kanters en Weller. We hebben zojuist afscheid genomen van de aftredende leden van de Rekenkamer. Als we dat begrip noemen, is het goed tegelijkertijd de naam Peter Kanters te noemen. Het gaat niet goed met hem. Onze gedachten zijn bij hem, juist op een avond met zulke onderwerpen. We denken aan hem. Mocht u naast postverkeer anderszins iets willen doen, dan wil de heer Langenberg contactpersoon zijn. Ik wilde dat aan het begin van de vergadering bij zijn afwezigheid vermelden.
2004 2.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 429 -
Vaststellen agenda.
De Voorzitter: Kunt u met de agenda instemmen? Ja. Net werd mij de suggestie gedaan - ik vind dat een goede - de punten 6 en 7 naar voren te halen. 6.
Voorstel tot het benoemen van nieuwe leden gemeentelijke Rekenkamer.
De Voorzitter: U hebt allemaal een gewijzigd voorstel gekregen. Het is namelijk van belang dat de raad een voorzitter benoemt. De Rekenkamer zal het op prijs stellen als dat de heer Kradolfer wordt. Kunt u met mondelinge afhandeling van dit voorstel instemmen? Ja. Kunt u instemmen met de benoeming van drie nieuwe leden, de heer Van Heyst, de heer Kradolfer en mevrouw Visser, het herbenoemen van de mevrouw Epker en de heer Bogerd en tot voorzitter te benoemen de heer Kradolfer?
Zonder beraadslaging en hoofdelijke stemming wordt besloten conform het gewijzigde voorstel van burgemeester en wethouders.
Ik wens eenieder veel succes. [De heer De Vries komt ter vergadering.]
7.
Voorstel tot het benoemen van een nieuw lid in commissie 3.
De Voorzitter: Door de fractie van de PvdA wordt mevrouw Dekker voorgesteld. Zij is ook aanwezig; welkom. Kunt u instemmen met mondelinge afdoening. Ja.
Zonder beraadslaging en hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 3.
Vragenronde.
Vraag van de heer Langenberg namens de VVD-fractie inzake het burgerjaarverslag.
In het nawoord van de burgemeester in het burgerjaarverslag 2003 lezen wij het volgende: In het vorige burgerjaarverslag heb ik er al iets over gezegd. Er is echter nog niet veel veranderd, dus ik zeg het hier weer: de raad zou zijn volksvertegenwoordigende rol naar mijn idee nog wat meer cachet kunnen geven. Duidelijk moet zijn wat de impact is van wat de gemeentepolitiek doet. Als het aan mij ligt, mogen de emoties in de samenleving ook best wat meer terugkomen in het raadsdebat. Daardoor worden de dilemma’s en keuzes beter zichtbaar. De discussies hoeven heus niet per se op consensus gericht te zijn, ze kunnen ook de verschillen duidelijk maken. Uiteindelijk is het de meerderheid die beslist.
2004 1.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 430 -
Is de burgemeester van mening dat het burgerjaarverslag het juiste medium is om kritiek op het functioneren van de raad te uiten?
2.
Zo ja, waar is die mening op gebaseerd?
3.
Waarom denkt de burgemeester dat het uiten van emoties in het raadsdebat de kwaliteit van de besluitvorming zal bevorderen?
P.30 van het burgerjaarverslag 2003, het kader ‘de burgemeester aan het woord’ roept bij de VVD de volgende vraag op:
4.
De raad van Leiderdorp heeft meermalen uitgesproken dat Leiderdorp een zelfstandige gemeente moet blijven. Heeft de burgemeester redenen om dit standpunt in twijfel te trekken? Intensieve regionale samenwerking is toch reeds een feit?
De heer Langenberg: Ik wilde graag kort een vraag verduidelijken of verruimen. Het gaat om vraag 3; Waarom denkt de burgemeester dat het uiten van emoties in het raadsdebat de kwaliteit van de besluitvorming zal bevorderen? Ik vraag u ook wat u met emoties bedoelt. De Voorzitter: Ik wil deze vragen graag beantwoorden. Ik vind het jammer dat de heer Langenberg mijn opmerkingen in het burgerjaarverslag als kritiek opvat, integendeel, want ik bepleit juist het democratisch proces en de legitimatie van de raad bij de bevolking als de instantie die uiteindelijk beslist, te versterken. Dat is mijn bedoeling met deze zin geweest. Vraag 2 is daarmee niet meer aan de orde. De emoties. Het is goed dat u het zegt, want emoties kunnen tot een helderdere standpuntbepaling in een discussie leiden. Mijn bedoeling is juist dat we hier een politieke discussie over de hoofdlijnen voeren, zodat ook de bevolking kan zien wat de raad beslist; meerderheid, minderheid ed. Het vertalen van emoties in discussies: ik hoop dat we dat veel meer doen, minder administratief vergaderen en dat laatste meer in de commissies doen. Vraag 4 over Leiderdorp als zelfstandige gemeente. Ik heb geen enkele reden voor mezelf of voor de gemeente het standpunt van een onafhankelijk Leiderdorp in twijfel te trekken, maar juist voor een zelfstandige gemeente is intensieve regionale samenwerking op nog veel meer terreinen van belang. We moeten juist de burger op die vele terreinen van dienst zijn. Intensieve regionale samenwerking is reeds een feit. Ik constateer - dat staat nog niet in het burgerjaarverslag, maar ik hoop dat we daar nog in de commissie over gaan praten - dat we een langdurig proces hebben gehad om tot Holland Rijnland te komen. Ik hoop dat de onderwerpen die daar op de vele beleidsterreinen geagendeerd zijn tot uitvoerbare afspraken leiden. We zijn er nog lang niet. Ik wil dat proces, juist in het kader van een zelfstandig Leiderdorp dat veel voor zijn burgers kan betekenen, alleen maar versterken.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 431 -
De heer Langenberg: Ik dank u voor uw antwoorden. Ik ben blij met het laatste antwoord over de zelfstandigheid van Leiderdorp. Ik kom - als het goed is - even terug op de beantwoording van vraag 1 en daaraan gekoppeld vraag 2. Ik heb het woord kritiek gebruikt - ik had ook een ander woord kunnen gebruiken. Ik twijfel er niet aan dat u wilt dat de raad zo goed mogelijk functioneert en dat u er alles aan zult doen dat te bevorderen. Mijn vraag is en blijft echter: vindt u dat dat in het burgerjaarverslag aan de orde moet worden gesteld? Zo kom ik dan weer op vraag 2.
De Voorzitter: Ik vind het burgerjaarverslag een uitstekend medium om het onderwerp aan de orde te stellen. Het is namelijk moeilijk dit soort onderwerpen, juist in onze gereglementeerde raadssamenleving, op de agenda te krijgen. Ik hoop ook dat het burgerjaarverslag in een van de commissies verder besproken zal worden. Dan kunnen we daar eens over praten. De heer Langenberg: Prima.
Vraag van de heer Van Gurp namens D66 inzake beëindiging huurcontract peuterspeelzaal Ienie Mienie.
1. Is het juist dat het college voornemens is het huurcontract met peuterspeelzaal lenie Mienie per 1 januari as. te beëindigen? 2. Hoe verhoudt dit voornemen zich tot de uitspraak van wethouder MacGillavry in de commissievergadering van 16 juni j.l dat ‘lenie Mienie niet uit het gebouw zal vertrekken. Dat is echter groot genoeg om ook andere organisaties te huisvesten.‘ (citaat notulen 16/6/2004 p.2). 3. Is het college bereid de raad te informeren over de plannen met betrekking tot de invulling met andere organisaties van de locatie Buitenhoflaan waar lenie Mienie momenteel is gevestigd. 4. Ziet het college geschikte alternatieve locaties voor vestiging van lenie Mienie bijv. aan de Klimopzoom of de Touwbaan.
Toelichting. Het bestuur van Peuterspeelzaal lenie Mienie reageert bij brief aan het college van b&w van 1 september jl. op een mededeling van ambtelijke zijde dat b&w voornemens is per 1 januari 2005 het huurcontract met lenie Mienie te beëindigen om de locatie Buitenhoflaan beschikbaar te stellen voor de realisatie van het eerste Leiderdorpse burgerinitiatief. Bestuur en ouders maken zich zorgen over de gevolgen voor personeel en kinderen nu van gemeentewege er vooralsnog ook geen alternatieven zijn aangeboden. De Voorzitter: Wil de heer Van Gurp nog iets toelichten, of kan ik het woord aan wethouder MacGillavry geven.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 432 -
De heer Van Gurp: U kunt het woord aan wethouder MacGillavry geven.
Wethouder Laman: Ik denk dat het op zijn plaats is dat ik antwoord geef. Zoals u weet, heb ik in mijn portefeuille Onderwijs en Kinderopvang. Wethouder MacGillavry: Mag ik even opmerken dat de heer Van Gurp in eerste instantie aan mij gevraagd heeft wat het antwoord is. Er wordt in vraag 2 ook duidelijk ingegaan op een opmerking die ik gemaakt heb. Wethouder Laman: Gaat u vooral uw gang.
De heer Langenberg: Dit zijn de emoties die de burgemeester bedoelde.
Wethouder MacGillavry: Wethouder Laman kan vervolgens nog dingen aanvullen, voor zover hij dat nodig acht. Er ligt een schriftelijk antwoord te wachten om naar raad en commissie gestuurd te worden. Voor de vragen 1, 3 en 4 zou ik willen verwijzen naar het schriftelijk antwoord, omdat daarin precies wordt uitgelegd hoe de vork in de steel zit. Vraag 2. Ik heb dat ook in de notulen gelezen. In de hectiek van de maand juni, waarin ontzettend veel gebeurd is, heb ik me vergist. Ik heb het Bolwerk bedoeld in plaats van Ienie Mienie. Op grond daarvan bied ik mijn excuses aan voor het feit dat ik deze verwarring heb gesticht. Het Bolwerk blijft in dat gebouw en zal daar voorlopig ook niet vertrekken. Ienie Mienie is van mijn kant in ieder geval helemaal verkeerd. Voor het overige krijgt u een schriftelijk antwoord.
Wethouder Laman: Is het juist dat het college voornemens is het huurcontract met peuterspeelzaal Ienie Mienie per 1 januari as. te beëindigen? Ik citeer het antwoord, want dat is beschikbaar, ook op schrift. Het is juist dat wij de huur van de Buitenhoflaan per 1 januari 2005 willen opzeggen. Ingevolge het Burgerlijk Wetboek geldt in dit soort situaties een opzegtermijn van een maand. Wij hebben echter gemeend Ienie Mienie eerder te informeren. Het antwoord op vraag 2 hebt u gehad van mijn collega MacGillavry. Vraag 3 luidt: Is het college bereid de raad te informeren over de plannen met betrekking tot de invulling met andere organisaties van de locatie Buitenhoflaan waar lenie Mienie momenteel in is gevestigd? Uiteraard zullen wij u op korte termijn volledig informeren over de invulling van de Buitenhoflaan. Dat geldt natuurlijk ook voor mijn collega MacGillavry. In grote lijnen betreft de invulling de herhuisvesting van de gebruikers cq. huurders van het gebouw Sjelter en ruimte voor een burgerinitiatief.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 433 -
Hierbij vul ik aan dat dat alleen kan voor zover er vanuit het onderwijsveld geen beslag op die ruimte wordt gelegd. Wij menen begrepen te hebben dat dat niet het geval is, anders dan de bestaande vier groepen van het Bolwerk. Vraag 4. Ziet het college geschikte alternatieve locaties voor vestiging van lenie Mienie bijv. aan de Klimopzoom of de Touwbaan? Het meest geschikte alternatief voor Ienie Mienie is haar integratie binnen Elckerlyc. Dit is ook vanaf 2000 de wens van Ienie Mienie. Ook het bestuur van Elckerlyc heeft aangegeven voorstander te zijn van deze integratie. In het overleg met Ienie Mienie over de huur van de Buitenhoflaan is hiervan ook steeds uitgegaan. De schriftelijk vastgelegde afspraak met het bestuur van Ienie Mienie is dan ook per 1 maart 2005, de vermoedelijke datum van verhuizing naar het nieuwe pand. Met dat ‘nieuwe pand’ wordt Elckerlyc bedoeld. Dat is het antwoord dat het ambtelijk apparaat heeft gewrocht. Wij kunnen ons daar geheel in vinden. Mevrouw van Steijn: Betekent dat ook dat er plek binnen Elckerlyc is?
Wethouder Laman: Mijn informatie is dat er ruimte voor Ienie Mienie moet zijn - aannemende dat men daar wil zitten. Dat is een zaak van Ienie Mienie. De heer Langenberg: Ik ben een beetje geschrokken van de tekst zoals de heer Van Gurp die bij de toelichting heeft gegeven. Die schrik wordt bevestigd door de reactie van het college. Ik doel op ‘het eerste Leiderdorpse burgerinitiatief’. Voorzover ik goed geïnformeerd ben - dat ben ik - moet dat eerste burgerinitiatief nog komen. Toen het eerste verzoek voor een burgerinitiatief bij ons binnen kwam, heeft de raad zich laten adviseren door de griffie. Toen is gebleken dat - hoewel de raad van mening is dat het een goed burgerinitiatief zou kunnen zijn - dit geen burgerinitiatief in de zin van de Wet is omdat het de bevoegdheid van het college is. Wij hebben toen geconcludeerd ik meen in het presidium - dat er een brief naar betrokkenen zou worden gestuurd, dat is ook gebeurd, waarin duidelijk wordt gemaakt dat dit geen burgerinitiatief is, maar wel een idee dat door de raad wordt overgenomen. Dit is geen burgerinitiatief. Waarom zeg ik dat zo uitdrukkelijk? Niet omdat ik wil zeuren over termen, maar bij het burgerinitiatief horen bepaalde rechten en plichten. We moeten geen verwachtingen wekken bij burgers die wij niet waar kunnen maken, omdat dat wettelijk niet mogelijk is. In een vraag wordt nu gesteld - dat wordt ook door de wethouder gezegd: het burgerinitiatief. We moeten hier vaststellen dat dit geen burgerinitiatief is, hoe graag we het ook zouden willen. Ik verzoek de griffie betrokkenen nogmaals te informeren over dit feit.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 434 -
Wethouder Laman: Bij mijn weten is het in zoverre een burgerinitiatief, dat er een regeling voor het burgerinitiatief gemaakt is. Voor dat verzoek is gebruikgemaakt van het formulier dat daarvoor aanwezig is. De Voorzitter: U hebt helemaal gelijk, maar omdat het om een onderwerp ging dat formeel niet via een burgerinitiatief geregeld kon worden, is het daarmee formeel afgekaart. De raad heeft echter aan het college gevraagd hoe er met dit onderwerp omgegaan kan worden en welke mogelijkheden er zijn hier invulling aan te geven. Laten we het begrip burgerinitiatief - ik geef de heer Langenberg in die zin gelijk - tussen aanhalingstekens zetten. Het voldoet formeel niet aan de eisen, maar we gaan er materieel wel zo mee om.
De heer Langenberg: Ik wil nog even kort reageren op de woorden van wethouder Laman die kennelijk tot mij waren gericht. Een burgerinitiatief wordt gericht aan de raad, niet aan het college. De raad heeft daar inderdaad een verordening voor vastgesteld. In die Verordening worden bepaalde eisen aan een burgerinitiatief gesteld. De raad heeft na advies van de griffie geconcludeerd dat dit verzoek niet voldoet aan de vereisten. Het is dus geen burgerinitiatief. Verder sluit ik me geheel aan bij de laatste woorden van de burgemeester. Vraag van de heer Kocken namens het CDA inzake de Rijn-Gouwe Lijn.
In de afgelopen week verschenen er in de pers berichten dat door de minister een toezegging zou zijn gedaan voor een bijdrage van maximaal € 140 miljoen voor de aanleg van de Rijn-Gouwe Lijn van Gouda naar Leiden. Volgens die berichten zouden de totale kosten begroot zijn op € 230 miljoen. Terzijde: het is een notoir feit dat dergelijke kosten uiteindelijk aanzienlijk hoger blijken te zijn, zoals bij de Betuwelijn circa 4 keer en bij de HSL tot nu toe circa 2 keer zo hoog als begroot. Volgens die berichten zou de provincie € 40 miljoen bijdragen en zouden de ‘gemeenten’ circa € 50 miljoen dienen bij te dragen.
De vragen zijn als volgt: Wie zijn die gemeenten en hoort Leiderdorp daar ook bij. Zo ja: hoe groot is dan het aandeel van Leiderdorp? Zo neen: heeft Leiderdorp dan geen belang bij die Rijn-Gouwe Lijn? Een lid van uw college heeft zich in het verleden toch nogal sterk gemaakt voor een Leiderdorpse aftakking? Wat is zijn standpunt dienaangaande?
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 435 -
De heer Kocken: Ik denk dat de vragen geen nadere toelichting behoeven. Ik vind het alleen jammer dat wethouder Molkenboer niet aanwezig is, want dat is het lid van het college op wie de laatste vraag duidt. Hij heeft zich ook altijd sterk gemaakt voor een aftakking in Leiderdorp. Het is jammer dat hij zijn mening niet kan geven. De Voorzitter: We gaan uit van collegiaal bestuur, dus geef ik het woord aan de wethouder van Verkeer. Wethouder MacGillavry: Zoals het er nu voorstaat, is Leiderdorp niet een van de gemeenten die bijdraagt aan de Rijn-Gouwe Lijn, want het gaat om de verbinding van Gouda, Alphen, Leiden, Katwijk en Noordwijk. Uiteindelijk zal ook de verbinding West worden aangelegd, althans dat zit in de planning, en komen Katwijk en Noordwijk ook aan de beurt. Wat dat betreft is Leiderdorp daar nog niet bij betrokken. Het eventuele belang voor de gemeente Leiderdorp is op dit moment ook moeilijk in te schatten. Als de Rijn-Gouwe Lijn er tot Leiden, dan wel vanaf Leiden naar Noordwijk ligt, zal het rendement daarvan eerst worden bekeken, voordat Leiderdorp daar iets in gaat doen. In het verleden is wel eens gezegd, u hebt er zelf aan gerefereerd: zou het niet mooi zijn als ook Leiderdorp zou worden aangesloten? Er is toen gekeken in het LARGAS-principe de Engelendaal in zoverre vrij te houden, dat het altijd mogelijk blijft de Rijn-Gouwe Lijn daarover heen te laten gaan naar het ziekenhuis. Ook gezien de kosten, zal het nog toekomstmuziek zijn. We blijven als gemeente geïnteresseerd en volgen de zaak op afstand. Wellicht dat het in de verre toekomst ooit nog zo ver komt dat er een Rijn-Gouwe Lijn door Leiderdorp gaat en men daar ook het ziekenhuis mee kan bereiken. De heer Kocken: Als lid van commissie 1 heb ik indertijd tegen de wethouder gezegd dat het heerlijk is een wethouder te hebben die met illusies leeft. Kennelijk leven die illusies nog in het college. Ik constateer dat Leiderdorp niet zal bijdragen aan de kosten van de Rijn-Gouwe Lijn. Wethouder MacGillavry: Dat klopt. De kosten voor de Rijn-Gouwe Lijn zullen opgebracht moeten worden, zeker wat het oostelijk deel betreft, uit de ontwikkeling van de Oude Rijn Zone. Wij liggen niet aan de Oude Rijn Zone, althans aan de verkeerde kant van de Oude Rijn Zone. Daar wordt de investering gedaan om de Rijn-Gouwe Lijn betaalbaar te krijgen. Daar doen wij niet aan mee en dus hoeven we daar ook niet aan bij te dragen.
De heer Kocken: Om een oude term uit mijn beroep te gebruiken: waarvan akte.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 436 -
De heer Langenberg: Ik heb met belangstelling geluisterd naar het antwoord op deze belangrijke vraag. Ik ben blij met het antwoord dat wij niet gaan meebetalen aan deze vorm van de RijnGouwe Lijn. Het antwoord op de laatste vraag van de heer Kocken is mij nog niet duidelijk. Er staat namelijk dat een lid van uw college zich nogal sterk heeft gemaakt voor een Leiderdorpse aftakking. Samen met de heer Kocken zou ik willen weten wat het standpunt van dit college aangaande zo’n aftakking is. Mij is het niet duidelijk.
Wethouder MacGillavry: Wij houden niks voor onmogelijk, laat dat helder zijn. Het is een moeilijke zaak, gezien ook het proces dat we nu gevolgd hebben met de Rijn-Gouwe Lijn, zoiets ook in Leiderdorp te hebben. Ik heb proberen uit te leggen dat het - wanneer de rendementen heel goed zijn - te overwegen is dat in Leiderdorp ook te doen. Vele gemeenten moeten daar dan aan meewerken, bijvoorbeeld Leiden, want daar zal hij vandaan moeten komen. In het LARGASsysteem voor de Engelendaal hebben we de groenstrook opengehouden. Mocht hij ooit komen, dan is het niet onmogelijk gemaakt. Voor het overige is het een kwestie van lange termijn - ik praat dan misschien wel over 10 à 15 jaar - voordat er überhaupt zicht op komt of dat een verstandige zaak is. Het gaat niet aan nu al te zeggen dat we dat nooit zullen doen. De bestuurders die tegen die tijd deze raadzaal bevolken, moeten dat maar bepalen. De heer Langenberg: Je hoeft vandaag de TV maar aan te zetten om te leren dat rendementen bepaald geen doorslaggevende factor in de besluitvorming van dit soort projecten zijn. Ik begrijp nu dat dit college geen standpunt heeft over de wenselijkheid van een aftakking hier in Leiderdorp. De Voorzitter: De raad heeft een jaar of vier, vijf geleden uitgesproken dat we er in ruimtelijke zin rekening mee houden, zonder dat er een besluit in welke zin dan ook genomen is. Wat dat betreft heeft de raad bij de structuurvisie gezegd: ‘we sluiten het niet uit en het zou aardig zijn, maar… maar… maar… als… als… als…’. Ik sluit hierbij de discussie af. Ik wil graag de heer Van Dalen het woord geven die in wil spreken. U hebt ons al vele malen toegesproken. Ik kan me voorstellen dat u het vanavond ook compact kunt doen.
De heer Van Dalen (namens volkstuinvereniging De Buitenkant): Dames en heren, u hoort het, ik heb hier al vele malen gestaan. Ik sta hier nu dus weer. Het haalt overigens weinig uit, want je krijgt geen antwoord. Als je half mei een brief aan b&w stuurt om een mediator aan te stellen, krijg je begin juli antwoord dat de brief ontvangen is en dat er na de vakantie op gereageerd zal worden. Nu is het september en is er nog geen antwoord. Zo gaat dat in de gemeente Leiderdorp. Vandaar dat ik deze gelegenheid aangrijp u nogmaals de zaak onder de aandacht te brengen. Dat is kennelijk de enige manier, want alle andere manieren falen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 437 -
Bezwaarschriften worden afgewezen, brieven worden niet beantwoord, ga zo maar door. U houdt trouwens ook uw mond, maar misschien dat dat vanavond gaat veranderen. Het gaat over de aanleg van de parallelweg. Deze aanleg gaat ten koste van een groot deel van de grond, behorend aan de leden van de volkstuinvereniging De Buitenkant. De volkstuinen vallen binnen het gebied dat in het streekplan Zuid-Holland-West aangemerkt is als een openlucht recreatiegebied of stedelijk groen. Ruimtelijk beleid spitst zich toe op 14 structurerende elementen. Deze zijn elk afzonderlijk en in onderlinge samenhang zo wezenlijk voor het beleid, dat wijziging ervan de structuur van het ruimtelijk beleid zou verbreken. Ik ga ze niet alle 14 met u doornemen, ik richt uw aandacht op structurerend element nummer 13. Daar gaat het ook over volkstuinen - dat zint me wel. Afwijkingen van dat structuurplan zijn dan ook alleen maar mogelijk via een herziening van het streekplan. De structurerende elementen vormen een bindend toetsingskader voor gemeentelijke en intergemeentelijke plannen. Wat staat er nu in het structurerende element 13 waar ik u over sprak? Daar staat dat binnen de rode contouren per saldo uitgegaan wordt van behoud van functies. Wij vallen binnen de rode contour. Dit is gedaan om te voorkomen dat al te gemakkelijk functies als bedrijventerreinen, sportvelden en volkstuinen uit het stedelijk gebied verdwijnen. Als dergelijke transformaties onvermijdelijk zijn, zal de handelende gemeente moeten aangeven hoe deze functies worden gecompenseerd. In deel 3 van de Vijfde Nota worden sportcomplexen, volkstuinen, begraafplaatsen etc. als stedelijke functies beschouwd. Er staat dat erop zal worden toegezien, dan wel worden bevorderd dat deze gebieden d.m.v. structuur- en bestemmingsplannen als zodanig worden beschermd. Beschermd! Nu is mij ten aanzien van De Buitenkant heel weinig bescherming gebleken van de kant van de gemeente Leiderdorp. Trouwens, van compensatie evenmin. Er wordt geen meter gecompenseerd. ‘Ausradiert’ - dat is het goede woord. Aanbieding van een tuintje in De Bloemerd als doekje voor het bloeden, valt daar niet onder. Ten eerste omdat dit geen eigendom meer is, ten tweede in oppervlakte zeer tekort schiet en ten derde al een bestaande situatie is en er dus per saldo een aanzienlijke oppervlakte voor de functie volkstuinen verloren gaat. Met name het derde punt strookt niet met het gewenste beleid ten aanzien van dit soort functies. Er wordt namelijk gesteld dat dit soort functies zo belangrijk is dat het door middel van bestemmingsplannen beschermd moet worden. Ik wijs u er nog even op dat de volkstuinen van De Buitenkant binnen de rode contour gevestigd zijn, waar de functie Volkstuin volgens het streekplan thuis hoort. Verplaatsing naar De Bloemerd houdt in dat ze buiten de rode contour wordt gezet, wat in wezen contrair is aan de intentie van het streekplan. In de praktijk komt het namelijk neer op een volledig verwijderen van de functie Volkstuin binnen de rode contour, zonder dat er ook maar een meter grond gecompenseerd wordt. Ook in De Bloemerd komt er geen meter grond bij.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 438 -
Het wijzigen van een functie als genoemd in structuurelement 13, kan alleen door middel van een partiële herziening van het streekplan. Door een eventuele vroegtijdige onteigening voordat deze procedure is opgestart en volledig is doorlopen, worden onze belangen en rechten zeer ernstig geschaad. In het Leiderdorps Weekblad staat dat de aanleg van de parallelweg niet past binnen de van kracht zijnde bestemmingsplannen Centrum- en Elisabethhof. Daar had ook moeten staan dat staat er niet, maar dat zeg ik u nu - dat ze strijdig is met het streekplan van Zuid-Holland West. Voordat u daar een besluit over neemt, moet u eens even goed nadenken over wat u dan doet. De belangen van de volkstuinvereniging komen trouwens in een vreemd daglicht te staan, als in ogenschouw wordt genomen hoe de tevens binnen de huidige bestemming passende functie Begraafplaats, een meer dan buitensporige uitbreiding krijgt. Mijns inziens is hier sprake van een onevenredig en onzorgvuldig omgaan met in wezen gelijke belangen van qua bestemming vergelijkbare functies. Het zal u ook niet verbazen dat ik van mening ben dat de belangen van de volkstuinvereniging - die zijn ook onlosmakelijk verbonden met mijn persoonlijke belang, want ik ben lid van die volkstuinvereniging - meer worden gediend wanneer zorgvuldiger dan wel meer conform tekst en intentie van het streekplan zou worden gehandeld, de uitbreiding van de begraafplaats minder groot zou zijn en de aanleg van de parallelweg volgens de eerder bestaande plannen aan de andere zijde van de A4 plaatsvindt. U blijft dan namelijk af van de volkstuinen die binnen de rode contour vallen, u hoeft niets te compenseren en alles gaat gewoon door. Overweegt u dat maar.
4.
Notulen van de 28 juni 2004 gehouden vergadering en de notulen van de op 29 juni 2004 gehouden extra vergadering.
De Voorzitter: Het verslag van de vergadering van 28 juni. Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. Het verslag van de vergadering van 29 juni. Zijn er opmerkingen naar aanleiding van de tekst? Mevrouw Van Beelen: P. 413. De essentie van mijn verhaal komt hier niet goed tot uiting. De VVD is tevreden met het systeem van het integrale kostenoverzicht, maar niet met de daarin opgenomen gegevens. Naar aanleiding hiervan is er mailverkeer geweest tussen de heer Huigen en ambtenaren. De Voorzitter: Heeft u tekstvoorstel?
Mevrouw Van Beelen: Ik heb een tekstvoorstel. Ik zal het voorlezen.
De Voorzitter: Welke woorden van u moeten vervangen worden?
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 439 -
Mevrouw Van Beelen: De tweede keer dat ik spreek op p. 413. ‘De VVD is tevreden met het systeem van het integrale kostenoverzicht, maar niet met de daarin opgenomen gegevens.’ De Voorzitter: Kunnen we instemmen met deze wijziging?
Wethouder MacGillavry: Dit is toch een woordelijk verslag. Dat kun je toch niet zomaar aanpassen. De heer Langenberg: Dat klopt, maar toch behandelen we elke keer weer het verslag. Op zich zouden we daarmee op kunnen houden, begrijp ik?
De Voorzitter: Nee, het gaat erom wat er is gezegd. Het kan zijn dat door een woord dat vervallen is, of een woord dat je niet hebt gezegd maar er wel staat, water (bij wijze van spreken) gaat branden. Ik heb er als zodanig niet zoveel moeite mee, maar ik laat aan de raad over of deze wijziging kan.
De heer Stevers: Als er twijfel is of het inderdaad zo gezegd is, zou ik twee suggesties willen voorleggen. Of het wordt genotuleerd als een opmerking ‘naar aanleiding van’ en zijn we klaar, of we houden het aan.
De Voorzitter: Het tussenvoorstel van de heer Stevers: we notuleren het in het verslag van deze vergadering? Akkoord. Mevrouw Van Beelen: Ik heb ook nog een opmerking naar aanleiding van p.420. De zin ‘We willen wel benadrukken dat we ook een inhoudelijke discussie over het SCC willen’ blijft staan. Naar aanleiding daarvan wil ik nog iets toevoegen, want dat maakt het verhaal compleet. Realisatie van het WoZoCo willen wij onafhankelijk van Muzenhof en bibliotheek. Dat wil ik naar aanleiding hiervan meegeven. De Voorzitter: Dan beschouwen we dat als een opmerking ‘naar aanleiding van’ en wordt het zo in het verslag van deze vergadering opgenomen. Akkoord. Het verslag wordt vastgesteld. 5.
Ingekomen stukken en mededelingen (regio).
85.
Een brief van de gemeentesecretaris drs. A.H. Schouten dd. 17 juni 2004, ons nummer 2597, met daarbij voorstellen ter verbetering van het proces en voorkomen van herhaling zoals bij de kredietoverschrijding van de bouwkosten Touwbaan 40.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 440 -
De heer Langenberg: Bij dit punt staat: afdoening door of namens het presidium. Het lijkt mij dat dit een mededeling is van interne aard; een interne zaak van het ambtenarenapparaat waar wij als raad verder niet zoveel mee hoeven te doen. Misschien wordt dat ook bedoeld met ‘afdoening door of namens het presidium’. In die zin kan ik ermee leven en heb ik geen opmerkingen meer. De Voorzitter: Akkoord, dan leggen we het zo uit.
De heer Van Gurp: Mijn voorstel zou zijn het voor kennisgeving aan te nemen.
De heer Langenberg: Dat heeft hetzelfde effect.
De Voorzitter: Ja, want de raad heeft zijn eigen procedure in dit kader gevolgd. Voor kennisgeving aannemen? Ja.
86.
Advies van de commissie voor de Bezwaarschriften dd. 23 juni 2004, ons nummer 2666, betreffende het bezwaarschrift van DAS rechtsbijstand namens de volkstuinvereniging De Buitenkant gericht tegen de verlenging met een jaar van de vestiging het voorkeursrecht op diverse percelen gelegen in de inpassingsgebieden A4/HSL.
87.
Advies van de commissie voor de Bezwaarschriften dd. 23 juni 2004, ons nummer 2667, betreffende het bezwaarschrift van de Leiderdorpse tennisclub De Munnik gericht tegen de verlenging met een jaar van de vestiging het voorkeursrecht op diverse percelen gelegen in de inpassingsgebieden A4/HSL.
88.
Zienswijze, namens diverse bewoners van de Winterkade, dd. 22 juni 2004, ons nummer 2668, inzake het ontwerpbestemmingsplan voor de Dwarswatering.
89.
Een brief van M.J.M. van Meurs dd. 28 juni 2004, ons nummer 2803, met een klacht over de afhandeling van zijn verzoek om de mogelijkheid van planschade te bekijken in verband met de wijziging van het bestemmingsplan die de bouw van een extra etage op de woningen aan het Jonkerhof heeft mogelijk gemaakt.
90.
Vastgestelde begroting 2005 van het GHOR Hollands Midden, toegezonden dd. 29 juni 2004, ons nummer 2774.
91.
Vastgestelde jaarrekening 2003 van GHOR Hollands Midden, toegezonden dd. 28 juni 2004, ons nummer 2775.
2004 92.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 441 -
Fax van de heer K.C. van Diepeningen dd. 3 juli 2004, ons nummer 2853, met betrekking tot het ontbreken van, zijns inziens, een aantal essentiële punten van beleid in de beschrijving van de ontstaansgeschiedenis van Leiderdorp.
93.
Een bezwaarschrift van Bomenbond Rijnland dd. 7 juli 2004, ons nummer 2892, tegen de kapvergunning van 106 bomen op het perceel Elisabethhof 2.
De heer Thunnissen: Een bezwaarschrift voor kennisgeving aannemen, kan niet. Dat moet naar de commissie voor de Bezwaarschriften en zo zijn weg vervolgen - lijkt mij. De Voorzitter: Hoe formuleren we dat, want dat zullen we ongetwijfeld meer krijgen. Het is een feitelijke constatering dat we het hier voor kennisgeving aannemen, maar het wordt doorgestuurd naar de commissie voor de Bezwaarschriften. Bij dit bezwaarschrift komt te staan: in handen stellen van de commissie voor de Bezwaarschriften.
94.
Een brief van het samenwerkingsorgaan Duin- en Bollenstreek en samenwerkingsorgaan Leidse Regio dd. 7 juli 2004, ons nummer 2930, betreffende Ontwerpbeleidskader ‘ Regionaal Sociale Agenda’ Hollands Midden.
De heer Van Jaarsveld: In de agendacommissie is men wel wat voortvarend te werk gegaan. We hebben hier regelmatig de discussie dat we meer zicht en grip moeten hebben op gemeenschappelijke regelingen. Dat wordt door iedereen onderschreven. Tot onze verbazing zien we hier staan: afdoening door of namens het presidium. Als je het stuk bekijkt, wordt er gevraagd als gemeente voor 15 november as. te reageren. Als wij vinden dat we alerter moeten zijn ten aanzien van gemeenschappelijke regelingen, moeten we dit soort zaken bij de voorbereiding wat zorgvuldiger onder de loep nemen en in de commissie bespreken. De Voorzitter: U wilt het onderwerp ‘Regionale Sociale Agenda’ van de regio Holland Rijnland - zo had het hier althans moeten staan - in commissie 1 aan de orde stellen? Ja. Zullen we dat afspreken?
De heer Langenberg: Ik voel me aangesproken door de woorden van de heer Van Jaarsveld als hij zich richt tot de Agendacommissie. Dit is geen kwestie van de Agendacommissie. Ongetwijfeld zal uw eigen vertegenwoordiger in de Agendacommissie u dat nog een keer kunnen uitleggen.
Mevrouw Manshanden: Er moet wel even naar de onderwerpen gekeken worden voordat het aan commissie 1 of 3 wordt toegevoegd, want er zitten veel welzijnsaspecten in. Dat wil ik de Agendacommissie meegeven.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 442 -
De Voorzitter: Dank voor deze suggestie.
95.
Aanbieding van het rapport Samenloopsignalen van het Inlichtingenbureau, door IWI (Inspectie Werk en Inkomen), dd. 8 juli 2004, ons nummer 2931.
96.
Een e-mail van de gemeente Baarn dd. 9 juli 2004, ons nummer 2937, betreffende maximering tarieven onroerendezaakbelasting.
De heer Stevers: Ik ben het eens met het voorstel, het gaat over de maximering van de OZB, een onderwerp dat nog wel eens terug zal komen. We zijn het van harte eens met de e-mail van de gemeente Baarn, maar het lijkt ons niet verstandig elkaar als gemeenteraden met dit soort dingen te gaan bestoken. De heer Weeda: Ik heb een opmerking over stuk 96 en 99, de eerste gaat voor afdoening naar het presidium en de tweede wordt voor kennisgeving aangenomen. Dat is vreemd, want de insteek is nagenoeg dezelfde. De Voorzitter: Ik stel voor dezelfde conclusie neer te zetten.
97.
Jaarrapport 2003 van de gemeenschappelijke regeling Vuilverwerking voor Leiden en Omgeving en Kringloopbedrijf ‘Het Warenhuis’ te Leiden, dd. 12 juli 2004, ons nummer 2984.
98.
Een brief van GGD Zuid-Holland-Noord dd.15 juli 2004, ons nummer 3422, inzake een verbeterde expeditie resultaten begrotingsbehandeling.
99.
Een brief van de gemeente Beemster dd. 19 juli 2004, ons nummer 3032 met daarbij een motie inzake alternatief voor OZB.
100.
Twee brieven van de Raad van State dd. 23 juli 2004, onze nummers 3070 en 3071, betreffen een ingekomen beroepschrift van J. Maasdam tegen het besluit van het college van GS van Zuid-Holland inzake het bestemmingsplan ‘Zuid West’ .
100A. Een melding van de Raad van State dd. 9 augustus 2004, ons nummer 3219, dat er een beroepschrift is binnengekomen van D. van den Noort e.a. tegen het besluit van het college van GS van Zuid-Holland inzake het bestemmingsplan ‘Zuid West’ .
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 443 -
100B. Een melding van de Raad van State dd. 11 augustus 2004, ons nummer 3244, dat er een beroepschrift is binnengekomen van C.T.M. Nijssen e.a. tegen het besluit van het college van GS van Zuid-Holland, inzake het bestemmingsplan ‘Zuid West’.
101.
Besluiten van de 16 gemeenten over regio Holland Rijnland inzake het nieuwe samenwerkingsorgaan Holland Rijnland dd. 23 juli 2004, ons nummer 3072.
102.
Brief van de regionale programmaraad Leiden e.o. dd. 19 juli 2004, ons nummer 3085, inzake samenvoegen programmaraden.
103.
Brief van gemeente Oss dd. 27 juli 2004, ons nummer 3118, inzake notitie met betrekking tot no claimkorting Ziekenfonds.
104.
E-mail van de gemeente Roerdalen, ons nummer 3138, inzake een motie lastenstijging gemeente Roerdalen.
105.
Een brief van Milieuplatform Leiderdorp dd. 28 juli 2004, ons nummer 3119, inzake beëindiging activiteiten Milieuplatform.
Mevrouw Vons: Wij betreuren het dat het Milieuplatform opgeheven is. Wij vonden het een platform dat zijn nut heeft bewezen. Wij hebben ook altijd achter zijn acties gestaan. Ik wil graag van anderen horen of zij vinden dat het Milieuplatform niet zomaar mag verdwijnen of dat daar iets anders voor in de plaats kan komen. Wij vinden het een orgaan dat belangrijk is in het kader van bewustwording van milieuvriendelijke gedrag ed. Wij als GroenLinks laten het er niet bij zitten en gaan in ieder geval initiatieven nemen om een mogelijke doorstart van een stichting Duurzaam Leiderdorp te bevorderen. De heer Van Gurp: Ik deel de mening van mevrouw Vons. Ik vind het ook jammer. Het is me opgevallen dat de wethouder in mijn lijfblad, het Leidsch Dagblad, zegt: het is gebeurd, het is niet mijn verantwoordelijkheid, het is opgeheven. Ik heb dat geïnterpreteerd als: ik zie het verder wel. Ik denk dat dat iets te gemakkelijk is. We hebben op andere terreinen wel meer van dit soort voorbeelden gehad. Met de Sportraad liep het op een gegeven moment ook niet. Ik weet dat wethouder Molkenboer toen het initiatief heeft genomen en er iets anders tot stand is gekomen. Het is nog niet helemaal zo ver, maar toch. In de brief lees ik dat men al pogingen gedaan heeft om een soort stichting op te starten. Ik vind dat we het college moeten vragen daarin zelf enige activiteit te ontplooien. D66 steunt GroenLinks in het steunen van dit doorstarten. Ik denk dat dat misschien iets te magertjes is.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 444 -
De Voorzitter: Mag ik het voorstel doen deze brief in commissie 2 te bespreken? De commissie kan zich dan beraden, al of niet in een discussie met de leden van het Milieuplatform, en eventueel dan het college aanspreken. De heer Van Jaarsveld: We hebben 19 april afgesproken dat de groenstructuur in de commissie zou komen. Nu loop ik nog niet zo lang mee in die commissie. Ik kijk even naar de voorzitter van commissie 2: is het daar ruimschoots aan de orde geweest? We kunnen wel praten over een brief, dat is aardig. We moeten de mensen die zich ingezet hebben ook bedanken. De raad heeft het Milieuplatform destijds opgericht. Wie de brief goed leest ziet ook een kritisch geluid richting raad; men heeft aangeklopt bij de raad. Je kunt dan wel alleen die brief behandelen, maar ik denk dat het veel zinvoller is zaken die het Milieuplatform heeft aangekaart - dat heeft het bij herhaling gedaan - daadwerkelijk op te pakken. Daar hebben we veel meer belang bij. De Voorzitter: Is het dan niet goed het onderwerp in den brede in de commissie aan de orde te stellen? Waar is het blijven liggen, wie had iets moeten doen etc.? De discussie in deze raad kunnen we dan kort houden; de commissie kan zich daar dan over buigen. Mevrouw Vons: Ik ben het ermee eens. We kunnen naar de wethouder wijzen, maar we hebben als raad ook niet erg meegeleefd met het Milieuplatform. Elke keer als er oproepen waren, hebben velen van ons het laten afweten. Ik denk dat we in de commissie goed kunnen spreken over nut en noodzaak van zo’n instantie, of we daar iets in zien en of we daar misschien zelf nog iets aan kunnen doen. De heer Langenberg: Met ‘we’ bedoelt u de GroenLinks-fractie, neem ik aan.
Mevrouw Manshanden: Dat is wel de enige fractie die steeds bij dat Milieuplatform betrokken is geweest. De heer Langenberg: Dat is uw mening. Als u zegt: wij als raad hebben dit en dat gedaan …
Mevrouw Vons: Nee, we hebben het laten liggen. Er zijn vaak dingen door het Milieuplatform georganiseerd en wij als raad hebben dat veelal laten liggen en het niet gesteund.
De Voorzitter: Dit zijn de emoties die verder tot uiting gebracht kunnen worden in de discussie in de commissie. Ik ga ervan uit dat de Agendacommissie ook kijkt wie er uitgenodigd moeten worden bij de discussie. Dan komen we een eind verder. Kunnen we afspreken dat het in commissie 2 besproken wordt? Ja.
2004 106.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 445 -
Een brief van stichting Seniorenraad Leiderdorp dd. 28 juli 2004, ons nummer 3139, inzake de bouw van een Sociaal Cultureel Centrum (SCC).
107.
Een brief van stichting Wijkteam Ockenrode/Nijenrode e.o. dd. 30 juli 2004, inzake herplant bomen cq. herinrichting Ockenrode.
108.
Begroting 2005 van de gemeenschappelijke regeling Vuilverwerking Leiden en omgeving en kringloopbedrijf ‘ Het Warenhuis’ te Leiden, dd. 30 juli 2004.
109.
Eindrapport ‘Effectiviteit Subsidieverstrekking gemeente Leiderdorp’ aangeboden namens de Rekenkamer Leiderdorp dd. 2 augustus 2004, ons nummer 3179.
110.
Een brief van J. de Waard dd. 6 augustus 2004, ons nummer 3204, met een klacht over de slechte bezorging van Leiderdorps Weekblad en het dus niet geïnformeerd worden over allerlei zaken de gemeente betreffende in de rubriek ‘ Gemeente-aan-huis’ in het Leiderdorps Weekblad.
111.
Jaarplan 2005 van de Inspectie Werk en Inkomen, ons nummer 3242.
112.
Een brief van L. Nassy-van den Berg dd. 11 augustus 2004, ons nummer 3243, met een opmerking dat het onderdeel over de recreatiemogelijkheden met honden niet voldoende naar voren komt in het ontwerpbestemmingsplan W4.
113.
Een brief van Bomenbond Rijnland dd.17 augustus 2004, ons nummer 3327 inzake zienswijze kapvergunningsaanvraag Kleine Zandput en Landje van Spek.
De heer Thunnissen: Een zienswijze zou je voor kennisgeving kunnen aannemen, maar ik denk dat daar moet staat: betrekken bij besluitvorming.
114.
Een brief van de Clercq advocaten namens de heer J.F. Hoiting, dd. 18 augustus 2004, ons nummer 3349, met een zienswijze tegen het ontwerpbestemmingsplan W4.
115.
Een brief van de N.V. Nederlandse Gasunie dd. 19 augustus 2004, ons nummer 3350, met een zienswijze tegen het ontwerpbestemmingsplan W4.
116.
Een brief van de Leiderdorpse Kanovereniging ‘Rijnland’ dd. 25 augustus 2004, ons nummer 3421, inzake bedenkingen tegen het bestemmingsplan W4.
2004 117.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 446 -
Een brief van de Leiderdorpse Kanovereniging ‘Rijnland’ dd. 25 augustus 2004, ons nummer 3420, inzake een zienswijze op de vestiging van voorkeursrecht op het perceel van de Kanovereniging.
118.
Een motie van de gemeenteraad van Stadskanaal dd. 28 juni 2004, ons nummer 3371, inzake bezuinigingen versus decentralisatie.
De heer Langenberg: Ik kan me voorstellen dat de heer Stevers - die ik altijd graag help, dat weet u - bij dit stuk, dat geldt eigenlijk ook voor 104 waar ik het zelf vergeten had, dezelfde opmerking zou willen maken als bij stukken 96 en 99.
De heer Stevers: Ik wil het presidium niet nog meer werk bezorgen dan het al heeft.
De Voorzitter: Ik stel voor dat we in de eerstvolgende Agendacommissie, waar we de lijsten altijd doornemen, nog eens goed kijken naar de advisering met betrekking tot de procedure.
8.
Voorstel tot het ongegrond verklaren van de bezwaarschriften tegen het voorbereidingsbesluit voor de aanleg van een parallelweg nabij de A4 te Leiderdorp.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
9.
Voorstel tot het niet-ontvankelijk verklaren van een bezwaarschrift tegen het voorbereidingsbesluit woonwagencentrum de Bloemerd in verband met termijnoverschrijding.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
10.
Voorstel tot het handhaven van het raadsbesluit van 2 februari 2004 om het voorkeursrecht, gevestigd op diverse percelen in het W4-gebied, met een jaar te verlengen en het derhalve ongegrond verklaren van een tweetal tegen dit raadsbesluit ingediende bezwaarschriften.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
2004 11.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 447 -
Voorstel tot het vaststellen van de WWB-Verordeningen 2004: Verordening Toeslagen en Verlagingen WWB-2004 Handhavingsverordening WWB 2004 Verordening Reïntegratie 2004 Afstemmingsverordening 2004 Arbeidsmarktplan gemeente Leiderdorp 2004-2005
De heer Van Gurp: Ik wilde twee opmerkingen maken. De eerste opmerking heeft betrekking op de consequenties van het Arbeidsmarktplan. We stellen dat vanavond vast. Daar hangt een prijskaartje aan. We gaan binnenkort in deze raad over de begroting 2005 praten. We hebben heel wat te bezuinigen. Ik wil in ieder geval hier al een pleidooi houden om de gelden die voor de banen die hier aan de orde zijn, voor 2005 veilig gesteld worden. Dat we straks dus niet zeggen dat we het arbeidsmarktplan weliswaar hebben vastgesteld, maar dat de bezuinigingsbehoefte sterker is dan het in stand houden van die banen. Ik heb ook nog een andere opmerking, ik zal niet alle opmerkingen herhalen die ik in de commissie heb gemaakt.
De Voorzitter: U mag helemaal geen opmerkingen herhalen, want dat is een afspraak die we indringend met elkaar gemaakt hebben. Het liefst dus nieuwe punten.
De heer Van Gurp: Tenzij ze politiek zeer relevant zijn, dan moet ik ze vanavond wel maken.
De Voorzitter: Als ze relevant zijn in de commissie, zijn ze dat hier natuurlijk ook. Laten we nu binnen de afspraken blijven.
De heer Van Gurp: Ik wil nog een opmerking maken die betrekking heeft op de Handhavingsverordening, je kunt ook zeggen: de Fraudeverordening. Er staat in die Handhavingsverordening een heel pakket aan maatregelen. Een moderne vorm van fraudebestrijding, waar we gaan werken met preventieve en repressieve maatregelen. We gaan werken met risicoprofielen. Ik zet er tussen haakjes achter: daderprofielen. Dat betekent dat wij alle potentiële bijstandstrekkers in kaart gaan brengen en dat we van hen een soort dna-profiel gaan formuleren. De heer Staal: Ik maak ernstig bezwaar tegen de opmerkingen die de heer Van Gurp maakt. Ik vind het in de moderne maatschappij normaal dat je risicoprofielen gaat maken om fraude uit te kunnen sluiten. Als je zegt dat iedereen die een uitkering heeft, een daderprofiel krijgt, vind ik dat erg ver gaan. Het spijt me dat ik het moet zeggen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 448 -
De heer Van Gurp: Ik zal proberen het in iets andere bewoordingen dan de heer Staal nu interpreteert, naar voren te brengen. Ik was overigens ook nog niet klaar. Het is zo jammer dat je verhaal halverwege onderbroken wordt. De heer Staal: Dan moet u de juiste woorden gebruiken meneer Van Gurp, want u gebruikt heel zware woorden.
De heer Van Gurp: Over de juiste woorden kunnen we van mening verschillen. Ik zal mijn bijdrage vervolgen. Waarmee ik wilde eindigen is dat er - als wij op deze manier aan de gang gaan (hetgeen overigens mijn volledige instemming heeft) - allerlei privacyzaken om de hoek komen kijken. Ik weet dat er nog uitvoeringsregels komen, dat is iets dat het college gaat opstellen. Ik zou het op prijs stellen als wij kennis kunnen nemen van die uitvoeringsregels. We zullen ongetwijfeld nog voor het einde van het jaar over de WWB en andere zaken komen te spreken. De heer Staal: Ik begrijp de opmerking van de heer Van Gurp over de uitvoeringsregels niet. Volgens mij hebben we nu te maken met het dualisme, waarin wij sturen op hoofdlijnen en de uitvoering binnen het gemeentehuis is neergelegd. De kaders zijn gesteld. De kaders staan in deze Verordeningen. Wij hebben als raad in principe niks met de uitvoeringsregels te maken.
De heer Van Gurp: Ik zeg dat ik erg belangstellend ben naar die uitvoeringsregels en dat ik het prettig zou vinden daarover te beschikken. Ik wil ze niet vaststellen of corrigeren, ik wil er alleen kennis van nemen. De Voorzitter: Het is mogelijk de raad daarover te informeren.
De heer Kocken: Mijn complimenten aan de afdeling dat er gehoor is gegeven aan de opmerkingen die in het overleg met de commissie naar voren zijn gekomen. We zijn daar verheugd over. Het zijn belangrijke Verordeningen die we hier vanavond vaststellen. Dit is een start - ik hoop dat van harte - voor een nieuw en goed sociaal beleid, ook van de gemeente Leiderdorp, met deze nieuwe Wet. Als Leiderdorp hebben we altijd op sociaal beleid vooruitgelopen, ik hoop dat we dat ook onder deze nieuwe Wet zullen kunnen blijven doen. De heer Langenberg: Ik hecht eraan te stellen - nu we het over emoties hebben - dat wij als VVD de heer Staal steunen in zijn opmerkingen ten aanzien van de woorden zoals door D66 gebezigd, als zij het heeft over de wet Werk en Bijstand, waarin wij geen uitkeringstrekkers meer kennen, maar uitkeringsgerechtigden.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 449 -
Wethouder Molkenboer: Over fraude heeft de raad voldoende gezegd. Ik deel die opvatting. We komen overigens later nog in de commissie te spreken over de opschaling van de sociale recherche. Ik schrik wel van de wijze waarop u dat benadert. De financiën. Ik ga geen garantie geven dat we die banen veiligstellen. Zoals ik in de commissie al heb gezegd, zijn de kosten voor deze banen - o.a. bij de DZB - zo hoog, dat we ons af moeten vragen of we dat niet op een andere manier moeten doen. De banen gaan er dan uit en er wordt op een andere wijze voorzien in de opvulling daarvan, maar dan binnen de nieuwe systematiek. Ik heb u al eerder aangegeven dat de oude systematiek wettelijk is komen te vervallen. Dat kunnen we nooit lang volhouden. Afhankelijk van de kosten die we doorgedeclareerd krijgen, zullen we kijken of we dat binnen het budget kunnen financieren. Ik heb u al eerder aangegeven - ik heb het er de vorige week met de afdeling over gehad - dat we bezig zijn het allemaal financieel voor u in kaart te brengen. We zullen het dan over dit soort dingen hebben. Op een ander moment kunnen we daar inhoudelijk over discussiëren. Ik geef u geen garantie. Dat kan ik niet doen. Dat zou met name betekenen dat ik buiten de budgetten kom te vallen. Ik geloof dat de heer Van Gurp daar iets over zei, namelijk dat we binnen die budgetten moeten blijven.
De Voorzitter: We gaan vaststellen: verordening Toeslagen en Verlagingen WWB-2004; Handhavingsverordening WWB 2004; verordening Reïntegratie 2004; Afstemmingsverordening 2004; arbeidsmarktplan gemeente Leiderdorp 2004-2005. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
12.
Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het perceel Vlasbaan 3 ten behoeve van de vestiging van een Ballorig speelparadijs.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
13.
Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit Integraal Verkeer- en Vervoersplan (IVVP) om de aanpassing van de N445 en ontsluiting Rietschans mogelijk te maken.
De Voorzitter: U hebt een nieuw besluit op uw tafel aangetroffen.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het gewijzigde voorstel van burgemeester en wethouders.
2004 14.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 450 -
Voorstel tot het instemmen met het voorontwerp bestemmingsplan voor de Driegatenbrug en het nemen van een voorbereidingsbesluit voor de Driegatenbrug.
De Voorzitter: Ik wijs erop dat u - dat hoort bij het stuk - bij de stukken een memo van de afdeling hebt aangetroffen; het voorontwerpbestemmingsplan heeft een aantal ondergeschikte wijzigingen ondergaan. Ik moet dat volledigheidshalve hier wel melden, want dan maakt het deel uit van het stuk dat verder de procedure in gaat.
De heer Langenberg: We hebben dat stuk via de e-mail gekregen. Misschien is het handig als we de volgende raadsvergadering die stukken hier op papier hebben liggen. Ik heb de bewuste e-mail gelezen, daarom weet ik van het bestaan af.
De Voorzitter: We zullen de volgende keer zorgen dat dit soort dingen bij de stukken op tafel ligt.
De heer Dorlandt: Ik zou graag nog een opmerking willen maken, die ik ook tijdens de behandeling in de commissie gemaakt heb.
De Voorzitter: Hebt u daar geen antwoord op gekregen?
De heer Dorlandt: Dat heb ik gekregen, maar het staat nog steeds niet in de stukken. Ik mis het woord ‘afgegeven’, bij verklaring van geen bezwaar. Eigenlijk is het stuk ongewijzigd in vergelijking met het stuk dat wij als commissie voorgeschoteld hebben gekregen. Ik ging ervan uit dat dat bij de finale stukken gecorrigeerd zou worden. Dat is niet gebeurd. Het staat op p. 159: De provincie heeft in februari 2004 een Bijzondere Verklaring van Geen Bezwaar afgegeven.
De Voorzitter: Onder vrijstellingsprocedure moet een zin worden afgemaakt, het wordt: De provincie heeft in februari 2004 een Bijzondere Verklaring van Geen Bezwaar afgegeven.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het gewijzigde voorstel van burgemeester en wethouders.
15.
Voorstel tot het vaststellen van de nota Vrijstellingenbeleid Bestemmingsplannen.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
2004 16.
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 451 -
Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor de Oude Rijn, de Zijl en de Does.
De heer Dorlandt: Bij dit onderwerp is de VVD van mening dat de door het college aangevoerde argumentatie de conclusie dat aanlegsteigers in de Oude Rijn, de Zijl en de Does verboden moeten worden, niet rechtvaardigt. Krachtens de provinciale Vaarwegenverordening en het vigerende bestemmingsplan kunnen de provincie resp. de gemeente een eventuele aangevraagde vergunning niet weigeren, alsmede een ‘keurvergunning’ door het hoogheemraadschap. De gemeente is van mening dat het gevaar van een ongelimiteerde bouw van aanlegsteigers aanwezig is. Nu de veiligheid blijkbaar niet in het geding is en de VVD de situatie van de Dwarswatering een andere vindt dan de vaarwegen Oude Rijn en de Zijl, vinden wij het gevaar van ongelimiteerde bouw geen overtuigend argument om in zijn algemeenheid steigers te weigeren in deze vaarwegen. Als de gemeente die angst heeft, kan ook aan regelgeving worden gedacht op grond waarvan een gelimiteerde bouw van steigers mogelijk wordt gemaakt, zeker waar een vergunningaanvrager zelf aan het water zou wonen. De conclusie van de VVD is dat ze aan de hand van de overgelegde stukken, met name op basis van de aangevoerde argumentatie, geen medewerking aan het voorstel tot het nemen van het voorgestelde voorbereidingsbesluit voor een totaalverbod voor de bouw van aanlegsteigers in genoemde wateren kan geven. De heer Van Gurp: Ik heb geen problemen met het voorbereidingsbesluit, maar ik herinner mij dat we vorig jaar - ik dacht in mei of juni - spraken over iets dergelijks; toen ging het over de Dwarswatering. We moesten dit voorbereidingsbesluit nemen omdat we het bestemmingsplan moesten wijzigen. Nu begrijp ik dat er inmiddels een ontwerpbestemmingsplan voor de Dwarswatering is, maar een bestemmingsplan is er nog niet. Het voorstel dat hier gedaan wordt, betekent dat er weer een aantal procedures in gang moet worden gezet. Er schijnt iemand aan de Oude Rijn - ik kijk een beetje in de richting van de VVD - te zijn die een steigertje wil aanleggen. Nu wordt er een hele machinerie in gang gezet, er worden allerlei ambtelijke procedures gestart en misschien gaat het maar om een of twee gevalletjes. Als wij nu toch iets voor de wateren van Leiderdorp gaan doen, misschien moeten we dan kijken of we hiermee wel alle wateren hebben. Misschien moeten we dan niet alleen naar aanlegsteigertjes kijken, maar misschien zijn er nog wel andere zaken die ook van belang zijn, bijvoorbeeld ligplaatsen. Het gaat hier om privé-steigers, maar er zijn ook openbare steigers, waar soms nog wel eens sprake is van achterstallig onderhoud. Er is hier volgens mij veel meer aan de hand. Om dan maar een moderne term te gebruiken, een soort integraal watermanagement voor Leiderdorp, zou misschien wel op zijn plaats zijn. Nu wil ik de ambtenaren in dit gemeentehuis niet met werk opzadelen. Ik wil bij deze aanbieden een korte notitie te maken, waarin ik aan deze aspecten aandacht zal besteden.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 452 -
Wellicht kunnen we dat - nadat we er hier over gesproken hebben - verder uitwerken. Ik maak dan misschien ook gebruik van die 60 uur ambtelijke bijstand die ik in het kader van dualisering jaarlijks mag benutten. De Voorzitter: De discussie over de prioriteiten en de financiering daarvan zal een boeiende zijn.
De heer Langenberg: Mag ik de heer Van Gurp vragen wat hij de VVD wilde vragen. Hij noemde de VVD net in zijn verhaal, maar ik heb niet begrepen wat de vraag aan ons is. De heer Van Gurp: De VVD verbaasde zich erover dat er nu een beleid wordt opgezet dat gemotiveerd wordt met ‘ongewenste ontwikkelingen’, terwijl het misschien maar om een of twee steigertjes gaat. Ik zie dat niet als een ongewenste ontwikkeling. Het is naar mijn idee te reguleren als het slechts om twee gevallen gaat. De heer Hollands: Het is in de Dwarswatering ook begonnen met twee steigers.
De heer Langenberg: Ik zal niet herhalen wat ik net heb gezegd, dat komt in de notulen. Ik hoop dat de heer Van Gurp die leest, dan weet hij dat wij wat anders gezegd hebben.
Wethouder Molkenboer: Er is geen sprake van dat het college voornemens is een totaalverbod van aanlegsteigers te introduceren. Daar gaat een voorbereidingsbesluit ook niet over, dat hebben we uitgebreid in de commissie besproken. Het enige wat we nu gaan doen, is dat we dat gaan reguleren. Op plekken waar we het willen hebben, gaan we het planologisch mogelijk maken. Op plekken waar het planologisch niet wenselijk is uit het oogpunt van natuur - aan de Does is daar een groot aantal gebieden voor aan te geven - gaan we dat niet toestaan. Waar mensen een steiger hebben liggen, wordt dat gereguleerd. Daar hebben we het over. Er is geen sprake van een totaalverbod. We gaan net als in de Dwarswatering exact aangeven, waar wel en waar niet. De reikwijdte van wat we in gang gaan zetten, daar gaat u als raad over. Als u het te veel vindt, zegt u het maar. Als u het te weinig vindt, kunt u dat ook zeggen. Dan passen we dat aan. Zo gaat het. Meer dan dit zit er niet in het voorbereidingsbesluit. Er is geen sprake van een totaalverbod. Dat zou waanzinnig zijn. Zoals u weet gaan we bij Kalkhaven een waterrijk gebied met aanlegsteigers maken. Hoezo zouden we daar van alles verbieden? Daar is geen sprake van. We gaan het wel reguleren. Nu moeten we bij elke aanvraag toestemming verlenen. Dat lijkt ons een ongewenste ontwikkeling. Ik heb ook al uw reacties voorheen gehoord en daar begonnen we ook met een à twee. Gelukkig is het allemaal nog beheersbaar gebleven. Het zou niet fijn zijn als de Dwarswatering aan beide zijden helemaal met steigers vol had gelegen. Dat had niet uw instemming gehad.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 453 -
We zijn er nu tijdig bij, juist omdat het hoogheemraadschap aangegeven heeft dat we erop moeten letten. We kunnen het nu tijdig regelen. De mate waarin bepaalt u, maar daar gaat dit voorbereidingsbesluit niet over. U begrijpt dat ik er niks voor voel, waar we onze ambtelijke capaciteit heel goed in moeten zetten binnen financieel geringe marges, om aan integraal watermanagement te beginnen.
De Voorzitter: Hebt u al eens de vraag gekregen een steigerbalans te gaan maken?
Wethouder Molkenboer: Nog niet en ik hoop niet dat die vraag komt.
De Voorzitter: Wenst iemand een stemverklaring af te leggen?
De heer Dorlandt: We hebben aangegeven dat we tot nu toe tegen zijn. Wij wachten de voorstellen af.
De Voorzitter: Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouder met aantekening voor de fractie van de VVD dat zij geacht wenst te worden tegen te hebben gestemd.
17.
Voorstel tot het instemmen met de vertrouwelijk ter inzage liggende exploitatieopzet voor de bouw van de Brede School Oude Dorp.
De heer Van der Horst: Waar het in dit voorstel gaat om de ophoging van het bouwkrediet, voortkomend uit wettelijke verplichtingen, is de VVD niet tegen het voorstel. De VVD is echter wel tegen het feit dat - dat is ook in de commissie al behandeld - inventaris voor het kindercentrum van SKL voor 50% wordt vergoed en in het bouwkrediet wordt ondergebracht. Het is genoegzaam bekend dat de VVD voor een Brede School is, maar tegen de huidige locatie. De VVD vindt het dan ook onjuist om SKL of welke andere instelling dan ook te moeten overhalen naar juist deze locatie te verhuizen, gezien de milieuvraagstukken en in het algemeen het afnemen van de vraag naar kinderopvangplaatsen. We stellen dan ook voor het bedrag van inventaris voor SKL uit het gevraagde krediet te halen. De heer Van Gurp: Het is genoegzaam bekend dat wij groot voorstander zijn van een Brede School, maar niet op de locatie aan de Ericalaan. We waren dan ook verbaasd dat er nu weer een extra krediet wordt gevraagd voor een aantal zaken. Enerzijds waren we niet verbaasd, want het is de consequentie van de keuze die je maakt. Als ik het bijv. heb over geluidwerende voorzieningen, lijkt het me logisch dat die er moeten komen als je daar een school neerzet.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 454 -
Wat wij niet begrijpen - de heer Van der Horst heeft het ook al gezegd - is dat SKL, die op dit moment geen capaciteitsuitbreiding of misschien wel capaciteitsinkrimping wenst, in de zomer van 2002 al over de streep getrokken moest worden mee te gaan doen in de Brede School. In de stukken heb ik gelezen dat die overeenkomst toen gesloten is. Ik verbaas me erover dat we nu, ruim twee jaar later, pas horen dat er zo’n deal is gemaakt. U zult begrijpen dat ik daar niet mee kan instemmen. In de commissie is gevraagd of we er zijn met dit krediet - er komt ongeveer € 1 miljoen bij. Ik twijfel eraan. Het bouwkrediet zal in ieder geval verder geïndexeerd worden. Het is nu geïndexeerd op het niveau van 2004. Ik heb begrepen dat volgens de planning de Brede School er in 2006 zou kunnen zijn. We zijn dan weer twee jaar verder. Betekent dat, dat het bedrag dat nu ongeveer € 6 miljoen is, hoger zal worden? De heer Van der Horst: Voor de goede orde, we hebben het hier over kapitaallasten van € 48.000,-. U zei net € 1 miljoen. De heer De Vries: In de commissievergadering is die discussie ook gevoerd. Het heen en weer praten over alle berekeningen, leidde tot een cumulatie oplopend tot € 1 miljoen. Er zijn mensen voor minder afgetreden in Leiderdorp. Dat is de optelsom en de € 48.000,- is slechts per jaar. De heer van Gurp: Het onderwerp van de raadsagenda is: ophoging bouwkrediet Brede School. Ik spreek dan indirect over de kapitaallasten (beslispunt 2). Ik heb het over bouwkrediet. Uit de stukken en uit de commissiediscussie is dat bedrag te destilleren. Ik heb nog een opmerking over het tweede speellokaal. Ik heb begrepen dat op grond van leerlingprognoses uit het jaar 2002 is geconcludeerd - we hebben dat ook in de raad gefiatteerd - dat er een uitbreiding van 12 naar 14 klassen zou gaan plaatsvinden. We zijn nu een aantal jaren verder. We zitten nu al in de voorlopige realisatie van 2004/2005. Wellicht dat die prognoses inmiddels zouden kunnen worden bijgesteld. Ik hoef u niet te vertellen: prognoses zijn prognoses zolang ze prognoses zijn en niet gerealiseerd of bijgesteld worden. Ik heb begrepen dat er in de commissie gesproken is over verontruste ouders die hun kinderen van de huidige Kastanjelaanschool gehaald zouden hebben. Ik heb mij laten informeren. Het klopt dat er drie ouders zijn die hun kinderen dit schooljaar niet meer opgegeven hebben. Er zijn aan de andere kant ook ouders van kleuters - ik kan dat niet hard maken - die hun kinderen niet hebben opgegeven bij de Kastanjelaanschool, maar bij de Koningin Julianaschool. Ik weet ook - misschien vertel ik dan een geheim - dat er ouders zijn die voornemens zijn, wanneer de plannen doorgaan, in de toekomst alsnog hun kinderen van school te halen.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 455 -
De heer De Vries: Meneer Van Gurp, met alle respect, ten eerste gaat het niet over het besluit van een Brede School op die locatie, daar hebben we genoegzaam over gediscussieerd in deze raad. Inderdaad, het enige harde feit dat u hebt, is de drie ouders. Dat is ook door het college aangegeven, het viel de D66-fractie in de commissie ook zichtbaar tegen dat het er zo weinig waren. Vervolgens komt u met veel speculaties: ik sluit niet uit dat er ouders zijn die kleuters hebben thuisgehouden. Graag rugnummers en feiten en niet dit soort speculaties.
De heer Van Gurp: Ik kan u de namen van die ouders niet in het openbaar noemen, maar die ouders zijn wel bekend bij de vereniging Weg van de Snelweg. Mocht u daar behoefte aan hebben, dan kunt u daarover beschikken. Het is in ieder geval bekend bij de Koningin Julianaschool. De heer Hollands: Meneer Van Gurp, ik ken een gezin dat zijn kinderen daar straks op school zal doen. Met naam en toenaam.
De heer Van Gurp: De heer De Vries zei dat we het vanavond niet hebben over het besluit van de Brede School. Nee, we hebben het over een volgende stap in het proces rond de Brede School. De Voorzitter: U zei net al dat u daar tegen was.
De heer Van Gurp: Ik wil u gelijk deelgenoot maken van mijn conclusie, namelijk dat ik niet voor deze ophoging zal stemmen. Mevrouw Manshanden: In de commissie heb ik gezegd dat ik aarzelingen had bij de vergoeding van 50% voor SKL. Ik moest daar nog over overleggen in mijn fractie. We hebben dat gedaan en ervoor gekozen ervoor te zijn. We vinden het namelijk belangrijk dat buitenschoolse opvang in het algemeen bij scholen is en niet op andere plekken. Als we dat als gemeente vinden, is het niet zo gek dat je dat steunt.
De heer Weeda: Wij hebben ook in commissie gezegd dat wij die 50% - het is zojuist ook door de VVD verwoord - niet wenselijk achten. Wij blijven daarbij. De heer De Vries: Het is mooi dat met name dit punt even naar voren komt, omdat dit het wezenlijke politieke punt van deze discussie is. In de commissie bleek ook, het college heeft dat ook ruiterlijk toegegeven, dat dit nodig was om SKL te bewegen daarin te trekken. Overigens, maar die duidelijkheid moet het college straks maar geven, niet zozeer vanwege de locatie, als wel vanwege het feit dat je dan in een Brede School zou zitten.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 456 -
Mijn fractie heeft toen de opmerking gemaakt dat dat wel een interessant gegeven is voor alle mooie verhalen en dromen die wij misschien hebben over hoe enthousiast iedereen over een Brede School is. Daarom de vraag aan het college om ook hier in deze raad op dat punt in te gaan. Heeft het te maken met de locatie zoals een aantal fracties hier suggereert, of met het enkele feit van een Brede School. Is het college bereid bij de notitie en de bespreking die we daar nog over krijgen in commissie 3, deze ervaringsgegevens …
De heer Van der Horst: Ik wil daar alvast op reageren. Als ik het verslag lees, heeft de wethouder daar al een uitspraak over gedaan. U kunt het nalezen in het verslag, ik heb het alleen niet bij me. De wethouder heeft duidelijk gesteld dat ze over de drempel getrokken moest worden.
De heer De Vries: Dat weet ik. Ik heb die vraag zelf in de commissie gesteld. Alleen, het is juist aardig dit punt in de raad terug te laten komen omdat het samenhangt met de koers of we Brede Scholen willen en of iedereen daar wel zo enthousiast over is.
Mevrouw Manshanden: Ik denk dat we - als we het daarover hebben - dat enthousiasme moeten specificeren. Is iedereen enthousiast over de Brede School? Als eerste de ouders. Ik kan me hier een conferentie herinneren die het Vrouwennetwerk had georganiseerd over de erbarmelijke kinderopvang en dat de vrouwen in Nederland, in tegenstelling tot andere landen, kinderen van hot naar her moeten slepen. Dat het zo belangrijk was dat buitenschoolse opvang bij scholen was, kwam vanuit de samenleving. SKL, die rond moet zien te komen met zijn financiën, zegt: als de gemeente, die de belangen van de samenleving vertegenwoordigt, mij op andere plek wil hebben, wil ik een kleine verhuiskostenvergoeding. Dat zegt wat mij betreft niks over het belang van die Brede Scholen. Als we het daarover hebben, moeten we meenemen in wiens belang het is. Kennelijk niet van SKL. Wij gaan ervan uit dat het wel in het belang van de ouders en van de kinderen is. De heer Langenberg: U zegt dat het gaat om het belang van de Brede School. U geeft aan dat ouders dat belangrijk vinden.
Mevrouw Manshanden: Het belang van een goede kinderopvang, waarbij ouders en kinderen niet van hot naar her hoeven rennen.
De heer Langenberg: Dat begrijp ik. Een organisatie als de SKL, die een belangrijke functie in de opvang van kinderen heeft - dat zou dan in een Brede School moeten - zegt zelf dat het van haar niet hoeft, maar dat wel wil als ze een bepaald bedrag krijgt. Waar zegt dat dan wat over? Over de Brede School?
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 457 -
De heer Thunnissen: Dat zegt niks over de Brede School, dat zegt iets over de financiële krapte bij SKL. SKL wil slechts ‘als ze ook een worstje meekrijgt’. De heer Langenberg: Misschien ben ik het wel met u eens dat SKL te weinig geld krijgt, maar dan moeten we dat op een andere manier oplossen. Als ik de zorgen van de heer De Vries goed interpreteer, deel ik die zorgen. Er hangt blijkbaar een prijskaartje aan het meedoen aan de Brede School. De een besteedt het aan nieuw meubilair en een ander aan iets anders. Hoe graag wil SKL dat doel in die Brede School nu dienen? Blijkbaar wil ze dat alleen als ze dat geld ervoor krijgt. Dan denk ik dat een volgende organisatie nog wel wat meer vraagt. De heer De Vries zei iets over de mooie dromen in dit mooie dorp, ik hoef u er niet aan te herinneren dat er nogal wat verhuizingen plaats moeten vinden. Als dit straks besloten mocht worden, kan ik me voorstellen dat veel instellingen zeggen dat ze ook nog wel wat nieuw meubilair willen. De heer De Vries: SKL heeft te maken met een afnemende vraag naar kinderopvang. Ze moet naar een andere locatie, in dit geval de Brede School. Dat betekent dat in de toekomst misschien elders dingen worden opgegeven. Daar richt mijn vraag zich op. Op het moment dat dat de analyse is - het werd niet helemaal helder in de commissie of dat de achterliggende reden is - en we gaan verder in dit concept, moeten we wel weten dat er elders ruimten leegkomen waar ook gemeenschapsgeld in zit. Dat sluit weer helemaal aan bij de discussie die we in deze raad hebben over de wijze waarop we omgaan met onze centjes. Wethouder Molkenboer: Er vindt een discussie plaats die ik me voor kan stellen. Ik denk dat het goed is die in perspectief te zetten. In de commissie is door collega Van der Does aangegeven dat het resultaat een onderhandelingsresultaat was om ze op die plek te krijgen. Dat ‘op zijn plek krijgen’ gaat nu wel een eigen leven leiden. Wat is er gaande geweest? Dat is ook gewoon terug te lezen in de gespreksnotitie. We hebben met SKL discussie gekregen over welke investeringen vast zouden zitten aan de bouw. In kinderdagverblijfland zijn er speciale kastjes voor het opbergen van dingen ed. Dat is anders dan in onderwijsland. Er waren tal van discussies over wat aan een gebouw vastzit bij een kinderdagverblijf t.o.v. onderwijsinstellingen, waar totaal andere regels gelden. Aan die discussie hebben we een eind willen maken, want anders kun je over ieder kastje, bordje, tafeltje of meubelstuk die discussie gaan voeren. We hebben ervoor gekozen het zo te doen. Er speelt ook nog een ander element, nl. dat wat je meeneemt in de gebouwelijke investering en over een langere termijn afschrijft en dus een lagere last met zich meebrengt, dan wanneer je dat geheel voor eigen rekening neemt. Die twee argumenten hebben ertoe geleid dat we gezegd hebben: laten we niet te ingewikkeld doen, we delen het door twee.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 458 -
Dat is tegen de achtergrond van de discussie over afschrijvingstermijnen en de discussie dat in kinderdagverblijfland dingen vastzitten aan het gebouw die afwijken t.o.v. onderwijsvoorzieningen. Dat is een pragmatische keuze, waarbij niet echt aan de orde is geweest dat ze niet mee zouden doen aan de Brede School als dat niet door zou gaan. Er heeft gewoon een zakelijk onderhandeling plaatsgevonden. Die twee elementen hebben ervoor gezorgd dat er voor een praktische oplossing gekozen is. Dat is het kader waarover we het hier hebben - niets meer en niets minder. Ik kan me voorstellen dat u het vanuit verschillende invalshoeken over allemaal andere dingen wilt hebben. Wat ik hier zeg, daar gaat het om. Dat staat centraal. Daar is geen woord Spaans bij.
De heer De Vries: Dit is echter niet de eerste kinderopvanginstelling. De regel dat je niet meebetaalt aan inventaris is ook niet nieuw. Als het altijd al zo zou zijn geweest bij kinderopvanginstellingen dat zaken die vanwege veiligheidsvoorschriften aard- en nagelvast zitten niet onder het kopje inventaris vallen, zouden we dat bij eerdere beslissingen in deze raad ook aan de orde gehad moeten hebben. What’s new?
Wethouder Molkenboer: Dat er niet door u over gesproken is, wil niet zeggen dat het niet aan de orde is geweest. Dezelfde situatie is bij de verbouwing van SKL bij de Willem de Zwijgerschool aan de orde geweest. Daar hebben we exact dezelfde discussies gehad.
De heer De Vries: Maar toen heeft u de raad daar niet over geïnformeerd.
Wethouder Molkenboer: Ik had het onderwerp niet in mijn portefeuille, maar dat was ook niet zinvol, want u hebt daar alle ins en outs van gekregen. Daar is open kaart over gespeeld. Hier vindt u echter een gespreksnotitie die nadrukkelijker aangeeft hoe de onderhandelingen zijn gegaan. De onderhandelingen zijn nu inzichtelijk gemaakt. Voorheen is het minder transparant geweest. De heer De Vries: Ik beschuldig u ook nergens van. De vraag is of de regeling dat inventaris niet door de gemeente bekostigd kan worden, onderscheid maakt naar dingen die wel of niet aard- en nagelvast zitten. Wethouder Molkenboer: In principe betaalt de gemeente geen losse inventaris, dat moet het kinderdagverblijf doen. Waar de discussie over ging was dat sommige inventarisstukken aard- en nagelvast zijn in kinderdagverblijfland. Dat was niet helemaal nieuw, dat hebben we al eerder meegemaakt. Bij deze situatie hebben we daar langer bij stilgestaan, omdat het nadrukkelijker aan de orde was.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 459 -
De heer Langenberg: Een punt van orde. Voordat de vergadering aanving, maakte ik een grapje bij de borrel. Ik zei: hoe eerder we beginnen, hoe langer we doorgaan. Dat schijnt hier in de gemeenteraad een traditie te zijn. We kwamen hier vandaag om 19.00h, hoewel we gewoon om 20.00h begonnen. We hebben wel een voorbespreking gehad en dingen met elkaar afgesproken die u wellicht beter weet dan ik. Ik hoor mensen dingen zeggen waarvan ik denk dat zij in de commissie verstandig waren geweest. Dat is het nu ook nog wel, maar moeten we dat nu herhalen. Ik zou willen voorstellen per fractie te zeggen of men voor of tegen is en waarom. That’s it. Dan kunnen we een besluit nemen en verdergaan. De Voorzitter: Ik ben daar, waarschijnlijk velen met mij, helemaal voor. Er is geen behoefte aan een tweede termijn. We gaan over tot stemming. De heer Van der Horst: Nogmaals, we zijn op zich voor het voorstel waar het gaat om de ophoging van het bouwkrediet, maar we willen die 50% van SKL eruit hebben.
De heer De Vries: Nu snap ik het niet meer. De heer Langenberg zegt dat we deze discussie af moeten kappen. Het college doet een goede poging om de raad te overtuigen van zin en noodzaak van deze ondersteuning … De heer Langenberg: We zijn tegen; de reden heeft de heer Van der Horst zojuist gegeven.
De heer Weeda: Wij hebben dezelfde motivering. We hebben dat ook in de commissie uitgesproken.
De Voorzitter: Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders met aantekening voor de fracties van BBL, D66 en VVD die geacht wensen te worden tegen te hebben gestemd.
18.
Voorstel tot het instemmen met de financiële ontvlechting bestuurscommissie openbaar onderwijs Leiderdorp ten behoeve van de verdere verzelfstandiging.
De heer Van der Horst: De VVD is voor een verdere verzelfstandiging van de bestuurscommissie, waardoor de bestuurscommissie een gelijkwaardige positie krijgt - zoals we ook al in de commissie hebben gezegd - t.o.v. het bijzonder onderwijs. We hebben echter nog drie vragen aan de wethouder. Nu de financiële ontvlechting gerealiseerd is, blijft de huidige structuur van de bestuurscommissie dan bestaan of wordt er gedacht aan een lossere structuur? Op welke termijn kunnen we de nieuwe Verordening tegemoetzien? Vloeit uit het geheel nog een extra bezuinigingsopdracht voort?
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 460 -
De heer De Vries: Ik zal niet de discussie uit de commissie overdoen, maar ik wil hier wel een paar punten opnieuw vaststellen. Ten eerste het overdragen van het geld. Aan wie gebeurt dat eigenlijk? Is er al een stichting, of blijft het anders gewoon nog binnen de gemeentelijke organisatie? De heer Langenberg: Dit is toch een commissievraag, meneer De Vries.
De heer De Vries: Bij nadere lezing binnen onze fractie, daar denken we namelijk nog wel eens verder, kwam dit punt aan de orde. We hebben bepaalde kennis in huis die niet altijd aanwezig is in commissie 3. We vroegen ons toen af of die stichting al gerealiseerd was. De heer Langenberg: U had dan tussen voorgaande commissievergadering en vandaag …
De heer De Vries: Dank u wel, meneer Langenberg, fijn dat u er ook bent. Ik wilde graag doorgaan met mijn betoog.
De heer Langenberg: Pardon.
De heer De Vries: Er zijn twee zaken - dat wil ik hier graag herbevestigd zien - die fictief zijn, namelijk ziekteverzuim en leegstand. Graag wil ik ook hier van de wethouder horen dat dat op het moment dat dat daadwerkelijk wordt uitbetaald om de werkelijke kosten zal gaan van leegstand en ziekteverzuim. In het besluit wordt niks gezegd, waar wel in het stuk over gesproken wordt, over de doorvergoedingsregeling en welk bedrag daar precies cumulatief mee gemoeid is. Ik heb begrepen dat dat nog een punt van nader overleg is. Ik mag aannemen dat we daarop terugkomen. Het is prima dat je je kind dat uit huis gaat een bruidschat meegeeft, maar de ander die al uit huis is, mag je niet benadelen. De heer Langenberg: Ik verzoek de heer De Vries zijn woorden die hij net in mijn richting uitsprak terug te nemen. De heer De Vries: Ik zou het jammer vinden dat ik terug moet nemen dat ik het prettig vind dat u hier bent.
De heer Langenberg: U weet donders goed wat ik bedoel.
De heer De Vries: Als u het verkeerd heeft opgevat, spijt me dat.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 461 -
Mevrouw Van Steijn: Ook wij kunnen instemmen met dit voorstel, ondanks dat het veel geld is in deze tijden. We hebben nog een vraag aan het college. Het college zou namelijk aan de VNG vragen hiernaar te kijken; hoe de doorbelasting naar dat bijzonder onderwijs geregeld is en of dat met dit voorstel op een juiste manier afgehandeld wordt. Ik weet niet of dat al gebeurd is. Zo ja, wat is daar het resultaat van?
Wethouder Laman: Het is een goede zaak dat dit gebeurt. Ik wilde maar meteen ingaan op de vragen die zijn gesteld. Is er al een structuurwijziging in zicht, vat ik vrij vertaald de vraag van de VVD maar even samen. Ja, die is in zicht, hoewel het de eigen verantwoordelijkheid van het openbaar onderwijs is die vorm te geven. Wij verwachten dat daar snel vorderingen in zullen worden gemaakt, al was het maar vanwege het feit - dan pak ik meteen een andere vraag mee - dat er een rechtspersoon moet zijn, wil er sprake zijn van overdracht van gelden. Zolang dat niet het geval is, het is duidelijk dat dat op dit moment niet zo is, blijft de zaak zoals die is, nl. openbaar onderwijs als onderdeel van de gemeentelijke administratie. Wij verwachten dat de bestuurscommissie snel actie zal ondernemen. We zullen daar vanuit de gemeente zelf ook aan meewerken door de Verordening daarop aan te passen. Ik heb goede hoop dat dat voor het einde van het jaar zal lukken en misschien nog wel sneller. Dat kunnen we nog niet helemaal overzien, ik kan u alleen toezeggen dat we deze zaak in tempo willen realiseren. De VVD heeft een vraag gesteld met betrekking tot een extra bezuiniging. Zou u dat kunnen toelichten, meneer Van der Horst, want ik begrijp niet helemaal wat u bedoelt. De heer Van der Horst: Er is voor dit jaar een extra tekort van € 76.000,-. Ik zou me kunnen voorstellen dat dat met de bezuinigingen wordt meegenomen.
Wethouder Laman: Het is duidelijk dat wanneer je deze operatie inzet, dat behoorlijk wat geld kost. Dat zal worden meegenomen in de verdere ontwikkelingen. De begrotingsbehandeling is aanstaande. We gaan daar als college binnenkort mee verder. Hoe dat plaatje er precies uitziet, zult u bij de presentatie van de begroting zien. De vraag van de heer De Vries over het overdragen van geld, is bij deze beantwoord. Er is gewerkt met een aanname met betrekking tot leegstand en ziekteverzuim. Gaat dat anders worden? Gaan we achteraf nog afrekenen? Mij lijkt van niet. Dit is een onderhandelingsresultaat, waar het college niks aan wil wijzigen. We moeten dat gewoon zo voortzetten. De laatste vraag van het CDA met betrekking tot de overschrijdingsregeling. Ik heb in de commissie gezegd dat het laatste woord daarover nog niet gezegd is. Ik haak dan meteen aan bij de vraag van de PvdA of er bij de VNG is geïnformeerd. Vooralsnog niet.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 462 -
U weet dat wij gebruik hebben gemaakt van de diensten van een eigen adviseur die het traject met ons af heeft gelopen en goed advies heeft uitgebracht. De betrokken adviseur is gevraagd zijn licht te laten schijnen over de toepassing van die overschrijdingsregeling. Daar heeft hij een reactie op gegeven. Daar zijn vragen over gerezen. De betrokken adviseur is momenteel op vakantie. Zodra hij terug is, gaan we met elkaar om tafel zitten en krijgt u nader bericht. In de commissie heb ik ook gezegd dat er nog wel meer vastzit aan de toepassing van de overschrijdingsregeling. Zoals u wellicht weet is er een vijfjaarlijkse afrekening. Over de periode 1996 tot 2000 is die nog niet afgerond, dat moet nog gebeuren. Daarnaast moet er door u als raad nog een jaarlijkse afrekening worden vastgesteld over 2001, 2002, 2003 en straks ook over het huidige jaar. Er ligt dus nogal wat werk. We zijn ons daarvan bewust. Dat moet aangepakt worden. Dat gaan we ook doen binnen de mogelijkheden die er zijn. Dat verhaal komt in volle omvang bij u terug, want u moet erover beslissen. Mevrouw Manhanden: Het antwoord dat de wethouder geeft op de vraag van de heer Van der Horst, verbaast me toch een beetje. In de commissie heb ik ook gevraagd in hoeverre de bestuurscommissie uitgaven kan doen waar wij verantwoordelijk voor zijn, maar waarover zij de beslissingen neemt. Daarop heeft de wethouder toen geantwoord dat - daar was ik toen tevreden over - omdat er ook reserves worden overgedragen, eventuele tekorten de verantwoordelijkheid van de school zijn. De vraag naar eventuele bezuinigingen ed. en dat dat in de begroting komt, verbaast mij hogelijk. Ik zou daar graag een toelichting op hebben. Wethouder Laman: Wat ik bedoeld heb te zeggen is dat deze operatie wordt voortgezet. Voor zover daar financiële gevolgen voor de gemeente aan zitten, worden die uiteraard bij de begrotingsbehandeling meegenomen. Hierbij is het goed op te merken dat er reserves zijn gekweekt om die operatie mogelijk te maken. Voor zover die niet voorzien in de afwikkeling van deze zaak zullen ze terugkomen bij de begrotingsbehandeling. De vraag is of en zo ja, in hoeverre dat het geval is. Mevrouw Manshanden: Nog even voor de zekerheid, klip en klaar. Nu even niet over de afloop van deze zaak, maar in de toekomst: is de bestuurscommissie verantwoordelijk voor haar eigen daden of gaat de commissie bijpassen als zij grote tekorten kweekt? Nee. Okay. Wethouder Laman: De bestuurscommissie moet zichzelf allereerst, als ze verstandig is, echt verzelfstandigen. Dat betekent: een rechtspersoon aannemen. Dan is zij verantwoordelijk voor haar eigen terrein. De discussie die wij in de commissie hebben gevoerd is wat er zou gebeuren als er onverhoopt in het openbaar onderwijs tekorten zouden ontstaan.
2004
NOTULEN GEMEENTERAAD LEIDERDORP
- 463 -
Ik heb toen gezegd dat men daar wel verantwoordelijk voor is, maar dat ik het nog wel zag gebeuren dat, als die tekorten werkelijk zo in de papieren gaan lopen, de politiek beslist wat de gemeente zou moeten doen. Dan zou het wel eens kunnen zijn dat we daar opnieuw met elkaar over in discussie komen. Verder wil ik er maar het zwijgen toe doen, als u begrijpt wat ik bedoel. De heer Van der Horst: De bestuurscommissie moet haar eigen broek ophouden. Laten we dat even vaststellen. De Voorzitter: Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.
19.
Sluiting.
De Voorzitter: Ik sluit de vergadering. Het is 21.39h.
Aldus vastgesteld tijdens de openbare vergadering van de raad der gemeente Leiderdorp op 11 oktober 2004,
de Voorzitter,
M. Zonnevylle
de Griffier,
mw. J.C. Zantingh