Beknopt verslag van de openbare vergadering van de commissie Ruimte gehouden op donderdag 12 april 2012
Voorzitter: Griffier:
de heer J.M. van Baardwijk de heer G.H. Kocken
Commissieleden
de heer G. Damen de heer J. van Dinther de heer A.A. van Hamond de heer C. Kuijten de heer S. Waarts de heer J.J.A. Broekmans de heer A. Hooijmaijers de heer F. Simon mevrouw R. Odabasi-Seker de heer J.F. Broeders de heer L. van Helden de heer C. Klop
LokaalBelang LokaalBelang LokaalBelang VVD VVD CDA CDA PvdA GroenLinksaf Werknemersbelang ChristenUnie SGP
Afwezig m.k.
de heer mr. M. van Dongen, wethouder de heer L.F. den Hollander
D66
Portefeuillehouder:
de heer drs. J. van Groos
Notulen:
notulistenbureau Leeuwenburgh Vendrig
1. Opening en mededelingen De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen van harte welkom. Hij meldt het bericht van verhindering van wethouder Van Dongen. Hij wordt vervangen door wethouder Van Groos. Hij meldt tevens het bericht van de heer Den Hollander. 2. Vaststelling agenda De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Vaststelling verslag van de commissie Ruimte op 15 maart 2012 Het verslag van 15 maart 2012 wordt zonder wijzigingen goedgekeurd en vastgesteld. 4.
Bespreking van de lijst van ingekomen stukken van de raad d.d. 29 maart 2012: - nrs. 17, 24 en 27 en nagekomen brief 36 met bijlage (deze brief zal op de lijst van ingekomen stukken van de raad van 26 april 2012 worden geplaatst): brieven inwoners Waalwijk betreffende zienswijze bouw crematorium aan Bloemendaalweg te Waalwijk
De heer Van Eckeveld spreekt in (zie bijlage). De voorzitter biedt gelegenheid tot het stellen van vragen aan inspreker. Van Helden
informeert wat nu precies het probleem is; de plaats van het crematorium of de toegangsweg.
Verslag commissie Ruimte, 12 april 2012
1
Van Eckeveld antwoordt beiden. In zijn straat wonen mensen die principieel tegen een crematorium zijn. Ook anderen mensen in de gemeente en mogelijk leden van de commissie en raad hebben principiële bezwaren. Van Helden
heeft voornamelijk bezwaren aangaande de toegangsweg gehoord.
Van Eckeveld vervolgt dat ook de mensen die geen principiële bezwaren hebben daar elke dag mee geconfronteerd zullen worden. De verkeersproblematiek zal waarschijnlijk al grootste bezwaar genoemd worden. Mensen met principiële bezwaren zullen dat als eerste naar voren brengen. Hij spreekt namens nagenoeg alle bewoners en wil niemand tekort doen. Van Helden
informeert of er nog steeds bezwaren zijn als de problematiek van de toegangsweg opgelost wordt.
Van Eckeveld zou eerst graag zien hoe één en ander opgelost wordt. De weg is 3,20 meter breed. Aan het begin van de weg, komend vanaf de Akkerlaan, hebben mensen hun tuin bestraat. Daar worden auto’s geparkeerd om tegemoetkomend verkeer door te laten. De volgende vluchtheuvel ligt 10 meter verder. Hij weet niet of deze bewoners nog steeds bereid zullen zijn de parkeerruimte die nu wordt gebruikt voor bezoekers van begrafenissen beschikbaar te stellen voor de bezoeker van het crematorium. Er zijn al signalen dat dit niet zal gebeuren. Van Helden
wijst op de standaardnormen waaraan een weg dient te voldoen, zeker bij een bepaalde verkeersintensiteit. Hij neemt aan dat de genoemde gegevens bij het ambtelijk apparaat bekend zijn, dus daar komt automatisch een bepaald wegtype uit.
Van Eckeveld merkt op dat ook de waterafvoer zeer te wensen overlaat. De meerderheid van de bewoners heeft bezwaren aangaande de toegangsweg. Hooijmaijers geeft aan dat de problemen met de waterafvoer bij het Waterschap aan de orde gesteld moeten worden. Principiële bezwaren zijn altijd lastig voor de commissie. Hij vraagt of de bewoners bereid zijn om te overleggen met het college over het probleem van de verkeerssituatie. Van Eckeveld antwoordt dat men altijd bereid is om gemeenschappelijk naar oplossingen te zoeken. Helaas is er nog geen overleg geweest. De bewoners hebben een nietszeggende niet gedateerde en niet ondertekende brief van Monuta ontvangen. Daarin werd gesproken over een verbouwing. De bewoners hebben vervolgens brieven gestuurd naar het college. Aangegeven werd dat de bewoners bij elkaar geroepen zouden worden, de bewoners zijn echt zelf bij elkaar gekomen. Hooijmaijers vraagt wie er verantwoordelijk is, Monuta of de gemeente. Hij betreurt het dat Monuta een brief met deze informatie heeft gestuurd. Van Eckeveld reageert aangaande de wateroverlast dat de weg 3,5 meter breed is. Hij acht het niet goed voor het imago van de gemeente Waalwijk als bezoekers die met de nodige emoties naar een crematie gaan om tegenliggers te moeten passeren door een grote plas met water moeten rijden. Hij wijst op de bijgevoegde foto’s. Het algemeen belang van Waalwijk wordt hiermee niet gediend.
Verslag commissie Ruimte, 12 april 2012
2
Mevrouw Van Tuyl spreekt in (zie bijlage). De voorzitter constateert dat er geen vragen zijn aan inspreker. Hij biedt vervolgens gelegenheid tot het stellen van vragen aan de portefeuillehouder over de brieven die op verzoek van de fractie van de SGP besproken worden. Klop
geeft aan dat zijn fractie een verzoek tot agendering van deze brieven heeft gedaan omdat er nogal wat commotie is ontstaan over een verbouwing; het blijkt een crematorium te worden. Hij wijst op de zienswijzen die zijn ingediend. Gesproken wordt over een kleinschalig crematorium, maar het gaat om een groot aantal crematies. In de inspraak kwam al naar voren dat dit op problemen in de omgeving stuit. Het verbaast zijn fractie dat er geen bestemmingsplanwijziging noodzakelijk zou zijn. Hij roept de portefeuillehouder op dit voorstel met zorg te bekijken en toelichting te geven hoe één en ander ontstaan is. Een gesprek met de bewoners mag niet uit de weggegaan worden.
Odabasi
verwijst naar de brief van de gemeente aangaande de verbouwing waarin opgemerkt wordt dat de plannen nog niet concreet zijn. zij verzoekt de portefeuillehouder aan te geven in welk stadium de plannen zich bevinden en of de commissie zich nu al heel erg druk moet maken over dit soort zaken.
Kuijten
sluit zich aan bij de woorden van mevrouw Odabasi.
Van Dinther
sluit zich eveneens aan bij de woorden van mevrouw Odabasi. Daarnaast merkt hij op dat zijn fractie de brieven van de bewoners ter harte zal nemen. Vandaag is niet het juiste moment om inhoudelijk uitvoerig op deze brieven in te gaan omdat er van de kant van de gemeente nog onderzocht wordt welke mogelijkheden er zijn om wel of niet tegemoet te komen aan de wensen. Hij verzoekt de portefeuillehouder de ervaringen te delen met de commissie alvorens er officiële stappen gezet worden. Hij gaat er vanuit dat er op dit moment geen beslistermijn is, maar dat het nog steeds gaat om een principeverzoek. Hij vindt het jammer dat de betreffende portefeuillehouder vanavond niet aanwezig is om inhoudelijke afspraak maken, maar heeft vertrouwen in de beantwoording door de vervangende portefeuillehouder.
Van Groos
gaat in op de inspraak en de gestelde vragen. Het college heeft in 2009 een verzoek gekregen om mee te denken over een mogelijke vestiging van een crematorium op de begraafplaats Bloemendaal. Het college heeft hier positief op gereageerd mede gezien het feit dat er op de betreffende begraafplaats ook strooivelden en urnenvoorzieningen zijn. In Nederland wordt steeds vaker gekozen voor crematie, ook door inwoners van Waalwijk. Het college heeft op voorhand al gewezen op problemen ten aanzien van de verkeerssituatie. Monuta heeft een conceptaanvraag ingediend die nog steeds in behandeling is. Er wordt gesproken over verkeerskundige zaken. Zolang het college nog geen ja heeft gezegd tegen de conceptaanvraag is er ook geen reden om in gesprek te gaan met bewoners. Als het college niet wil meewerken, waarom zou er dan gesprekken gevoerd moeten worden over iets dat er toch niet komt. Monuta heeft inmiddels een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. Deze aanvraag is te vroeg ingediend. De bouwplannen moeten
Verslag commissie Ruimte, 12 april 2012
3
plaatsvinden op grond van de gemeente en er is nog geen akkoord bereikt over het verkopen van die grond. Van Dinther
begrijpt dat Monuta geen eigenaar is van de grond, maar dit is geen belemmering om een omgevingsvergunning aan te vragen. Hij veronderstelt dat de gemeente dit zelfs geen rol mag laten spelen in het afgeven van de vergunning in het geval er wordt voldaan aan de eisen.
Van Groos
antwoordt dat dit in het verleden het geval was bij bouwvergunningen. In het kader van de Wabo is dit veranderd. Aangaande de verkoop van de grond en de bedrijfsvoering op de begraafplaats moet hier nog over gesproken worden. Hij herhaalt dat het dus nog steeds een conceptaanvraag betreft, de omgevingsvergunning wordt op dit moment als niet ontvankelijk aangemerkt. Pas als de problemen met betrekking tot het verkeer opgelost kunnen worden en ook over andere zaken wordt overeenstemming bereikt met de aanvrager, vindt het gesprek plaats met omwonenden. Op dit moment is er ook sprake van in strijd met het bestemmingsplan. Als alle lichten op groen zouden gaan, moet daarvoor een uitgebreide procedure gevolgd worden. Gezien het belang dat de commissie hecht aan deze ontwikkeling zegt hij toe de commissie op de hoogte te zullen houden van het proces.
Klop
bedankt de portefeuillehouder voor zijn verhelderende antwoord.
Van Dinther
merkt op dat er ook milieutechnische aspecten zijn die een rol spelen waar de gemeente een afweging voor zal moeten maken.
Van Groos
antwoordt dat er voor de milieutechnische aspecten van het crematorium volgens het activiteitenbesluit slechts een melding hoeft plaats te vinden. Als het gaat om het milieuaspect is inmiddels helder dat er op dat punt geen belemmeringen zijn.
Kuijten
geeft aan dat de portefeuillehouder een helder antwoord heeft gegeven. Hij begrijpt dat het nog te vroeg is om met betrokkenen in gesprek te gaan. Daarnaast bespeurt hij een gevoel van onbehagen en onduidelijkheid bij omwonenden. Hij acht het verstandig om deze ongerustheid weg te nemen door over het standpunt van de gemeente en het onderzoek dat plaatsvindt te communiceren.
Van Groos
antwoordt dat het college nog geen standpunt heeft ingenomen.
Kuijten
is van mening dat door hetgeen door insprekers naar voren is gebracht gesproken mag worden van een onplezierige situatie. Het gemeentebestuur kan het initiatief nemen om dit onbehagen weg te nemen door het gesprek aan te gaan.
Simon
zegt dat ieder gesprek op dit moment tussen het college en bewoners leidt tot een bepaald verwachtingspatroon. De portefeuillehouder dient eerst de gebruikelijke procedure te doorlopen voordat er gereageerd kan worden op de zorgen van bewoners. Er mag op dit moment nog geen voorschot genomen worden omdat niet bekend is of de ontwikkeling daadwerkelijk doorgaat.
Verslag commissie Ruimte, 12 april 2012
4
De voorzitter geeft aan dat het niet de bedoeling is om vanavond een politieke discussie te voeren. Hij verzoekt de portefeuillehouder aan te geven hoe één en ander verder gaat. Hij vraagt voorts of de raad planologisch aan zet komt en dient te beslissen. Van Groos
antwoordt dat de uitgebreide procedure een bevoegdheid van het college betreft. De raad komt niet aan zet. De raad wordt wel op de hoogte gehouden. Toen bemerkt werd dat er één en ander speelde, mede naar aanleiding van de brief van Monuta, heeft het college de bewoners een brief gestuurd. De aanvraag van Monuta wordt eerst op haalbaarheid getoetst. Het verkeersaspect is hierbij een belangrijk punt. Als de conceptaanvraag wordt afgewezen, wordt dit schriftelijk aan de bewoners gemeld. Als het college positief beslist, worden de bewoners uitgenodigd voor een bijeenkomst.
Klop
begrijpt dat het een bevoegdheid van het college is, maar de commissie verzoekt gezien de zwaarte van het onderwerp om een raadsbrede behandeling.
De voorzitter antwoordt dat deze vraag vanavond niet aan de orde is. Het is bekend welke wegen hiervoor bewandeld kunnen worden; een motie vreemd aan de orde indienen, schriftelijke vragen stellen. Van Groos
vervolgt dat de raad in het bestemmingsplan vastlegt wie waartoe bevoegd is. De raad bepaalt ook welke wijzigingen mogelijk zijn in een bestemmingsplan en wie daarover gaat. Het zou vreemd als de raad van mening is dat daar in dit geval anders mee omgegaan dient te worden. Er is een verdeling van bevoegdheden. Er ontstaan problemen als deze bevoegdheden steeds vermengd worden. Hij zegt toe dat de commissie geïnformeerd wordt over de verdere ontwikkelingen voordat het college een besluit neemt.
Tweede termijn Hooijmaijers merkt op dat ook Monuta de plicht heeft om een bepaalde onrust weg te nemen. De voorzitter constateert dat er bespreking heeft plaatsgevonden in twee termijn. Hij bedankt biedt insprekers gelegenheid om nog kort te reageren op hetgeen naar voren is gebracht. Van Eckveld verwijst naar de brief van de gemeente aan Monuta van 3 februari 2010. Hij citeert van pagina 2 dat het college in beginsel een positieve grondhouding heeft ten aanzien van de ingediende plannen. Voorts wordt er gewezen op een acceptabele oplossing voor de ontsluitingsproblematiek. Hij verwijst voorts naar een brief van de gemeente aan Monuta van 31 augustus 2010 waarin letterlijk wordt vermeld dat een uitbreiding van de Bloemendaalweg niet noodzakelijk is. De bewoners hebben hieruit geconcludeerd dat het college mogelijk zelf met de huidige weg akkoord wil gaan. Hij begrijpt dat milieueisen geen beperking vormen. Gemeenten die hetzelfde vraagstuk van Monuta voorgelegd hebben gekregen, hebben te maken met een grens van 150 meter van het crematorium tot aan de bebouwing. In dit geval ligt het eerste huis op 120 meter afstand. Hij is van mening dat het milieuaspect wel degelijk in de overwegingen meegenomen dient te worden.
Verslag commissie Ruimte, 12 april 2012
5
Van Tuyl
herhaalt dat zij van mening is dat een crematorium niet in een woonstraat thuishoort.
De voorzitter bedankt de insprekers voor hun inbreng en sluit de bespreking over dit onderwerp. 5.
Bespreking van de lijst van ingekomen stukken van de raad d.d. 29 maart 2012: - nrs. 13, 14 en 15: brieven van Stichting Achmea Rechtsbijstand betreffende zienswijze ontwerp bestemmingsplan 't Vaartje De voorzitter geeft voorafgaand aan de bespreking aan dat er in juni een raadsvoorhangbrief is verschenen over dit voornemen. Het college is verder gegaan met het ontwerpbestemmingsplan. De indieners van de zienswijzen krijgen gelegenheid om in te spreken. De raad zal vervolgens een besluit nemen. Waarts
geeft aan dat hij drie vragen heeft. Hij begrijpt dat één en ander nog behandeld wordt en informeert of hij gelegenheid krijgt om zijn vragen te stellen.
De voorzitter verduidelijkt dat wanneer er vragen gesteld worden en het college heeft nog geen standpunt ingenomen dat het wellicht moeilijk is voor de portefeuillehouder om te antwoorden. Waarts
wijst op de ontsluiting die op zeer korte afstand van de rotonde ligt. Hij vraagt voorts of de geschakelde patiowoningen passen in het dorpsgezicht. Afsluitend vraagt hij of het welstandsbeleid ten aanzien van lintbebouwing wordt meegenomen.
Van Hamond merkt op dat fracties destijds 14 dagen de tijd hebben gekregen hebben om te reageren en merkt de vragen die nu gesteld worden aan als overbodig. De voorzitter antwoordt dat fracties inderdaad gelegenheid hebben gehad om te reageren. Hij biedt de portefeuillehouder gelegenheid om te reageren, maar is het eens dat zaken niet dubbel gedaan dienen te worden. Van Groos
antwoordt dat de voorzitter de procedure juist heeft geschetst. Het voornemen tot een voorontwerpbestemmingsplan wordt altijd via een raadsvoorhangbrief wordt voorgelegd. Als er niet gereageerd wordt, gaat één en ander in procedure. Naar aanleiding van het voorontwerp zijn zienswijzen ingediend. Op basis daarvan het college een ontwerpbestemmingsplan vastgesteld. Dat is ter inzage gelegd en daar is nu op gereageerd. Hierover wordt nagedacht en één en ander wordt vastgelegd in een bestemmingsplan dat ter goedkeuring aan de raad wordt voorgelegd. In antwoord op de gestelde vragen geeft hij aan dat hij aangaande de eerste vraag niet weet of dit is aangedragen. In eerste instantie wilde de ontwikkelaar vrijstaande woningen realiseren. Deze zouden echter concurrerend zijn met de Rugt en Waesgeerd en daarom is verzocht om andere woningen toe te passen kijkend naar de woonvisie. De patiowoningen zijn levensloopbestendig een aantrekkelijk voor senioren omdat zij dicht bij het centrum van Waspik gelegen zijn. Er is qua welstand rekening gehouden met de lintbebouwing als het gaat om ‘t Vaartje, niet zo zeer in de Schoutstraat zelf.
Verslag commissie Ruimte, 12 april 2012
6
Tweede termijn Waarts geeft aan dat de uitweg van de plan op ’t Vaartje is. Van Groos
antwoordt dat er meer uitwegen zijn op ’t Vaartje, bijvoorbeeld ook op de ` Winterdijk. Als het verkeerskundig aspect in de zienswijzen wordt genoemd, zal dit meegenomen worden. Als dit niet het geval is, kan het bij de gewone bestemmingsplanprocedure aangekaart worden.
De voorzitter constateert dat de raad nog aan zet komt en sluit de bespreking over dit onderwerp. Bespreking concept raadsvoorstellen 6. (CR1) Vaststelling 14e serie wijzigingen van de Model Bouwverordening 1992 De voorzitter biedt gelegenheid om te reageren in eerste termijn. Van Hamond geeft aan dat zijn fractie uiteraard gaat met deze wijzigingen en vraagt of het mogelijk is om de nieuwe bouwverordeningen in totaliteit digitaal aan te leveren via het raadsnet. Van Groos
antwoordt dat er heel veel voorschriften zijn vervallen waardoor er nog weinig van de bouwverordening overblijft. Hij schat in dat de bouwverordening op de site van de gemeente is te vinden, maar begrijpt dat de griffier bereid is om één en ander op het raadsnet te plaatsen.
De voorzitter constateert dat het stuk unaniem als A-stuk wordt aangemerkt. 7. (CR2) Uitwerken extern veiligheidsbeleid verminderd zelfredzamen De voorzitter biedt gelegenheid om te reageren in eerste termijn. Van Helden
geeft aan dat er in 2008 ook over dit onderwerp is gesproken. Eén van de fractieleden van destijds is bezig geweest met een motie om aandacht te vragen voor mensen die moeilijk zelfredzaam zijn, bijvoorbeeld door een handicap. Er heeft een briefwisseling plaatsgevonden vanuit de gemeente richting de veiligheidsregio waardoor deze motie niet doorgegaan is. De veiligheidsregio zou met dit onderwerp aan het werk gaan. In 2009 zou het risicoprofiel aangepast worden. Hij roept in herinnering dat deze zaak is gaan spelen in 2008 vanwege een calamiteit in de omgeving van Bloemenoord. Een gehandicapte op een bovenverdieping moest tijdens een brand gebruik maken van een traplift. Omdat de stroom was uitgevallen, werkte deze traplift niet meer. Hij vraagt of één en ander een hogere prioriteit heeft gekregen bij de brandweer en de veiligheidsregio.
Van Groos
antwoordt dat hij zich de situatie en de motie nog kan herinneren. Vanavond gaat het om het beleid. Het nu genoemde aspect inzake veiligheid heeft betrekking op de portefeuillehouder van de burgemeester. Sinds 2008 is er tweemaal een raadsinformatiebrief over dit onderwerp gestuurd. Hij is niet bekend met de laatste stand van zaken. Dit voorstel is juist bedoeld om als er sprake is van bouwplannen in het invloedsgebied van risicovolle zaken dat er wordt gekeken wat dit betekent voor de minderzelfredzamen en welke voorzieningen kunnen er getroffen worden om hen bij gevaar zo snel mogelijk in veiligheid te kunnen brengen. Of welke maatregelen kunnen getroffen worden, zodat deze mensen zo veilig
Verslag commissie Ruimte, 12 april 2012
7
mogelijk blijven. Als het gaat om een giftig gas is het sluiten van ramen en deuren vaak al een goede tegenmaatregel. Dat kan wellicht met een druk op de knop geregeld worden. Hij stelt voor de burgemeester te vragen of er meer nieuws te melden valt. Van Helden
geeft aan dat er inderdaad wordt gesproken over bouwplannen en ontwikkelingen. Als iemand zijn woning aanpast omdat hij mindervalide is, is dat ook een bouwplan. Zo her en der kunnen er best situaties ontstaan die met goede bedoelingen ontstaan, maar de vraag is of deze wel in beeld blijven. Is de brandweer op de hoogte probleem situaties in het geval van calamiteiten. Hij begrijpt dat dit op gespannen voet staat met privacy, maar vraagt toch te bezien of hier oplossingen voor te vinden zijn.
Van Groos
antwoordt dat deze vragen begrijpelijk zijn, maar dit valt niet onder dit beleid. Het beleid gaat over kwetsbare objecten voor meerdere personen en niet over gehandicapten in een woonhuis.
De voorzitter geeft aan dat de brandweer de mogelijkheden heeft bekeken om de gevraagde verruiming toe te passen. De vragen die gesteld worden hebben geen betrekking op dit voorstel. Van Groos
herhaalt dat aan de burgemeester gevraagd kan worden of er nieuws is ten aanzien van het aspect dat de heer Van Helden naar voren brengt.
Van Helden
kan zich vinden in deze suggestie. De agendering van dit voorstel was voor hem aanleiding om dit onderwerp wederom onder de aandacht te brengen.
De voorzitter geeft aan dat deze suggestie wordt opgenomen in de notulen en veronderstelt dat de burgemeester hier aandacht aan zal schenken. Hij constateert dat het stuk unaniem als A-stuk wordt aangemerkt. 8. Sluiting De voorzitter bedankt de aanwezigen voor hun inbreng en sluit de vergadering om 20.45 uur.
Verslag commissie Ruimte, 12 april 2012
8