Alle Hens
Maandblad van de Koninklijke Marine mei 2009
Boys in de Balkan Op jacht naar piraten
Colofon: Uitgave: Alle Hens is een uitgave van de Koninklijke Marine. Aan de inhoud kunnen geen rechten worden ontleend.
Inhoud
Cover
Hr.Ms. Rotterdam vertrekt uit Constanta , terwijl de bemanning van Hr.Ms. Johan de Witt wacht op de komst van de Roemeense president Basescu. (foto: Barry Wijnandts) (
Hoofdredacteur: LTZSD 2OC KV V.J.G. Strijbosch
Alle Hens
4 This is the Balkan Roemeense infanteristen oefenen met mariniers in een crisisbeheersoperatie in de Donau. De pacing-drills langszij de landingsvaartuigen zijn volkomen nieuw voor ze.
Redacteurs: LTZSD 2 KV B. Wijnandts LTZ 2OC M. F. van der Maas Aan dit nummer werkten verder mee: KPLODVB N. Schenk Hr.Ms. De Zeven Provinciën LTZ 2OC E. Ruizeveld de Winter
6 Hoog bezoek Naast de militaire oefeningen van Cooperative Lion komen veel hoogwaardigheidsbekleders langs om de betrekkingen tussen Nederland en Roemenië te bespreken.
Lay-out & druk: OBT B.V., Den Haag Adreswijzigingen KM-personeel: Doorgeven aan Bureau Administratie of via DCHR Telnr.: 0800 225 57 33 DSN *06-733
8 Leven in de goot
Redactieadres: (niet voor adreswijzigingen en vragen over verzending) Alle Hens Het Nieuwe Diep 5 Het Paleis, kamer 213 MPC 10A / Postbus 10.000 1780 CA Den Helder Telnr.: 0 223 657 620 / 657 660 DSN 209 57620 / 57660 E-mail:
[email protected] E-mail redactieraad:
[email protected]
De rioolbuizen van Constanta , zijn de onderkomens van vele straatkinderen. Voor hen heeft een Nederlander een inloophuis opgericht, waar ze kunnen eten en zich verzorgen. Hr.Ms. Johan de Witt zorgde voor een ‘extreme home make-over.’
4
Adreswijzigingen veteranen: Stichting Veteraneninstituut Postbus 125 3940 AC Doorn Telnr.: 0343 474 150 Adreswijzigingen betalende abonnees: Abonnementenland Postbus 20 1910 AA Uitgeest Telnr.: 0900 226 52 63 (s 0,10 per minuut) www.aboland.nl Opzegtermijn zes weken
10 Wat brengt de toekomst?
8
In een glazen bol kijken en de toekomst voorspellen komt alleen in sprookjes voor. Maar de Maritieme Visie 2030 is alles behalve een verzonnen verhaal. Drie medewerkers reageren op deze visie, die de taakuitvoering van de Koninklijke Marine in 2030 en de daarvoor benodigde capaciteiten beschrijft.
16 Op jacht naar piraten De Operatie Allied Protector ging voor Hr.Ms. De Zeven Provinciën spectaculair van start. Het Nederlandse fregat kon er mede voor zorgen dat Jemenitische vissers werden bevrijd en een kaping kon worden voorkomen. Niet lang daarna wist de bemanning weer een groep vissers te bevrijden.
26 De West in de POTOM Een beetje vreemde eend in de bijt zijn ze wel. Korporaal Paollo Regales en sergeant Alexander Leal van de Antilliaanse Militie kwamen over uit Curaçao voor de Praktische Opleiding tot Officier der Marinier, POTOM. Het komende jaar zullen zij zich moeten bewijzen tussen de adelborsten.
16
Internet: www.defensie.nl
28 Eyes in the sky Sergeant der mariniers Menks van den Broek geeft instructie op een verkenningsvliegtuigje van amper twee kilo. Het kleine vliegtuigje geeft de militair groot inzicht.
Kopijdatum: De deadline voor het volgende nummer van Alle Hens valt op 22 mei 2009. Abonnementsprijs: € 17,02 (buitenland € 21,55 per jaar) Aanhaling uit en overname van artikelen uit dit blad is toegestaan met bronvermelding.
ISSN 0024-0389
Maandblad van de Koninklijke Marine
En verder:
26
22 30 31 39
Mens & Werk Sport Logboek Mensen & Mutaties
Vrijheid nooit vanzelfsprekend Op 4 mei heeft de Commandant der Strijdkrachten samen met de commandanten van de operationele commando’s net als elk jaar weer een krans gelegd op de Dam ter gelegenheid van de nationale dodenherdenking. Ook dit jaar weer een indrukwekkende gebeurtenis. Een bijeenkomst die bijzondere aandacht schenkt aan al diegenen die omkwamen, aan de stranden van Normandië en Walcheren, in de Java Zee, op de konvooiroutes naar Moermansk, in de concentratiekampen en vele andere plaatsen waar mensen hun leven hebben gegeven voor vrede en vrijheid. Wij vieren onze vrijheid al 64 jaar, iets wat nooit als vanzelfsprekend mag worden beschouwd. Wij herdenken omdat we ons bewust zijn van wat er in het verleden is gebeurd. Maar daarbij gaat ook door ons hoofd wat er nog steeds dagelijks speelt en wat er kan gebeuren. In Afghanistan bijvoorbeeld, waar onze militairen bijdragen aan de veiligheid en ervoor zorgen dat de basis wordt gelegd waarop de Afghaanse bevolking weer aan haar toekomst kan werken zonder daarbij te worden gehinderd door geweld. Ook bij deze inzet, net als in het verleden, brengen mensen het grootste offer dat er bestaat: hun leven. Onlangs werden we daar weer mee geconfronteerd door het sneuvelen op 6 april van soldaat der eerste klasse Adzin Chadli door een raketaanval op Kamp Holland. Daarom is het goed dat we ieder jaar op 4 mei bijeenkomen om degenen te herdenken die het leven hebben verloren tijdens hun inzet voor de vrijheid. En daaraan uiting te geven met de kranslegging en twee minuten stilte. Uit diep respect. Lange termijn De wereld heeft na de Tweede Wereldoorlog nog geen dag zonder oorlog gekend. Conflicten zijn van alle tijden. Dat betekent dat we ook in de toekomst gereed moeten zijn om onze nationale belangen te behartigen en onze vrijheid en veiligheid te verdedigen. Met het oog op die toekomst staat defensie, inclusief de Koninklijke Marine, telkens weer voor keuzes bij de vraag welke operationele capaciteiten noodzakelijk en betaalbaar zijn. Daarom wordt nu door de projectdirectie Verkenningen naar de lange termijn gekeken. In maart heb ik onze Maritieme Visie 2030 als CZSK-bijdrage aan de Verkenningen aangeboden aan zowel de Commandant der Strijdkrachten (CDS) als de projectdirecteur Verkenningen. Als maritiem adviseur van de CDS onderstreep ik met deze Maritieme Visie het toenemend belang van de zee en van zeestrijdkrachten voor Nederland. Het is mijn overtuiging dat de maritieme dimensie in de toekomst belangrijker wordt voor het Nederlandse buitenlands- en veiligheidsbeleid. De Koninklijke Marine dient daarom in staat te zijn continu in te spelen op de eisen die dit stelt. Als doorontwikkeling van de Marinestudie uit 2005, waarvan de implementatie loopt tot 2015, schetst de Maritieme Visie een koers naar 2030. Een koers die we moeten volgen om te blijven garanderen waar we voor staan: veiligheid op en vanuit zee. De Maritieme Visie 2030 is via het defensie-intranet beschikbaar. CZSK in actie
Vanuit de toekomst terug naar het heden. De vraag naar de maritieme producten uit onze operationele winkel is onverminderd groot. In Uruzgan zijn mariniers en vlootpersoneel actief als vuursteuncoördinator/forward aircontroller in het MJEOG-team, als mijnenopruimer met een team van de Duik- en Demonteergroep, en in een Weapons Intelligence Team. Naast de ingezette schepen en eenheden zijn zo’n zeventig mannen en vrouwen van het CZSK op diverse plaatsen in de wereld actief op basis van individuele uitzending. Hr.Ms. De Zeven Provinciën is op pad met de Standing Nato Maritime Group (SNMG1) en houdt zich bezig met piraterijbestrijding in de wateren rond Somalië, Hr.Ms. Makkum is in SNMCMG 1 bezig met ‘ordnance disposal’ in Franse wateren, en ook Hr.Ms. Dolfijn is op pad. Onze mijnenjagers zijn actief met explosievenopruiming op de Noordzee en ook de hydrografische opnemingsactiviteiten gaan gestaag door. De missie in Tsjaad is inmiddels ten einde. De redeployment is perfect verlopen en al het personeel en materieel is veilig teruggekeerd in Nederland. Het Nederlands optreden heeft internationaal grote indruk gemaakt. Er zijn veel nuttige ervaringen opgedaan die kunnen worden gebruikt voor volgende missies. De voorbereidingen voor de deelname van de marinierseenheden aan de ISAF-missie in Afghanistan zijn in volle gang en liggen op schema. De integratie met de eenheden van het CLAS verloopt prima en in goede harmonie. Verder heeft NLMARFOR het grote voorjaarsdeployment in de Middellandse Zee en de Zwarte Zee afgerond en gaat zich voorbereiden op het commando over de maritieme EU-missie Atalanta voor de kust van Somalië in de tweede helft van het jaar.
Wij herdenken omdat we ons bewust zijn van wat er in het verleden is gebeurd
Net als in het verleden en het heden zullen we ongetwijfeld ook in de toekomst missies en operaties uitvoeren, die weliswaar risico’s met zich meebrengen en offers zullen vragen, maar die bijdragen aan het scheppen van veilige omstandigheden, aan een veiligere wereld. Dat is onze bestaansrecht als defensie. De toenmalige minister-president Wim Kok verwoordde het in 2002 als volgt: “Dat het soms niet mogelijk is om – ondanks onze inzet – die vrijheid voor mensen altijd en overal te waarborgen, ontslaat ons niet van de plicht ons telkens opnieuw tot het uiterste voor de vrijheid in te spannen.” Ware woorden waar ik mij graag bij aansluit. n
De Commandant Zeestrijdkrachten R.L. Zuiderwijk, luitenant-generaal der mariniers
3
Mariniers helpen Roemeense overheid bij crisisoefening
“This is the Balkan, you know!”
(
De klep komt los van de boothelling in het dok. Het landingsvaartuig (LCVP) maakt langzaam vaart achteruit en verlaat het donkere dok van Hr.Ms. Rotterdam. Het felle zonlicht doet even pijn aan de ogen. Vijftien soldaten zitten binnen op de bankjes met hun wapens tussen de knieën. De camouflagepakken zijn net een andere tint groen dan van de Nederlandse mariniers, maar nog meer vallen de houten kolven en handgrepen van hun ‘Pasca Automata md. 86’ op. Tekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Peter van der Ree (AVDD) Een van de soldaten is Constantin Recu. Hij zegt erg blij te zijn met de training die door de Nederlandse mariniers wordt gegeven: “Het is een compleet nieuwe ervaring voor ons omdat wij zelf niet van dit soort boten hebben.” Met ‘dit soort boot’ bedoelt hij de gloednieuwe LCVP Mk V (c), die nog volop in de evaluatieperiode proef draait. De Roemeense infanteristen beoefenen in de Roemeense haven Constanta , hun ‘beaching-skills’ met de Nederlandse mariniers. Majoor der mariniers Peter de Vreng staat buiten in de volle zon naar een tweede LCVP te kijken, waarmee een andere groep infanteristen naar een landtong in de haven wordt vervoerd. “In totaal zijn er 75 Roemenen aan boord. Een deel is geplaatst bij de mariniers die in Rasova naar terroristen zoeken, met de anderen oefenen we vandaag hier de amfibische landingen.” De Vreng is te spreken over de soldaten. “Het zijn goede en professionele mariniers. Ze pakken de drills snel op en willen erg graag leren.” Pacing-drills In het zog van de LCVP is intussen een Zodiac komen hangen. Een ogenblik later geeft de bestuurder gas en plakt hij de rubberboot tegen de zijkant van de LCVP. Vier mariniers springen overeind, klimmen via het kleine trapje uit het ruim en stappen over in de boot. Met de wapens paraat liggen ze op het drijflichaam van de Zodiac. Vol gas scheert de boot weg, om na enkele honderden meters gevaren te hebben weer tegen de LCVP aan te plakken. De opdracht om weer aan boord te stappen van een van de Nederlanders komt niet over. Het duurt even voordat de eerste man vertwijfeld zijn evenwicht probeert te behouden als hij het ‘moederschip’ weer inklimt. “De pacing-drills hebben ze nog nooit eerder gedaan, maar ze vinden het heel mooi”, zegt De Vreng. En inderdaad, na een tweede en derde keer stappen de Roemenen steeds zekerder en sneller over.
“Wij zijn meer gericht op opereren op rivieren”, zegt luitenant Claudiu Visan. Een rivierendelta is de belangrijkste kustvorm, waarop de Roemeense strijdkrachten het beste thuis zijn. “Wij hebben grote rubberboten voor twaalf manschappen, waarmee we goed door moerassen en tussen bomen door kunnen varen”, aldus Visan. “Dit soort trainingen is helemaal nieuw voor ons.” De luitenant stuurt een van zijn soldaten naar buiten om het strand waarop de LCVP binnen enkele minuten zal landen, te bewaken. Als de boot vast is gelopen en de klep daalt, stormen zijn collega’s langs hem heen het strand op. De oefening loopt erg goed en de soldaten weten precies waar ze hun positie in moeten nemen. Eerst worden de flanken afgedekt met machinegeweren, dan wordt de formatie verder van buiten naar binnen opgebouwd. Meten met andere mariniers Wederom duurt het even voordat er gereageerd wordt op het fluitsignaal van de marinier op de klep. De luitenant ‘vertaalt’ het naar zijn mannen en dan komen ze weer op gang. Van binnen naar buiten rennen de mannen het ruim van de LCVP in. Deze geeft vol gas en verdwijnt weer de rustige haven in. De Roemenen oefenen met de Nederlandse mariniers in het kader van Cooperative Lion. Het is volgens Visan niet de eerste keer dat ze met West-Europese landen samen trainen. De Roemenen zijn bijvoorbeeld ook geregeld in Noorwegen te vinden. “Voor ons is het erg belangrijk om met Nederland te trainen om ons te kunnen meten met andere marinierseenheden. Hiermee kunnen we onze vaardigheden verbeteren en bouwen we een band op met andere eenheden, zodat we onszelf verder kunnen ontwikkelen.” Mislukte aanslag Terwijl in de haven van Constanta , druk geoefend wordt, is een 4
ander peloton toegevoegd aan mariniers die een scenario afspelen in het tachtig kilometer verderop gelegen Rasova. Dit landelijke dorpje aan de oever van de Donau is de uitvalsbasis van een groep die de autoriteiten moet ondersteunen bij de aanpak van een ernstig incident. Eerder die week heeft een groepering getracht een raket af te schieten op een nabijgelegen kerncentrale. Na de mislukte aanval zijn de rebellen gevlucht en hebben een olieschip gekaapt. Hiermee zijn ze aan de grond gelopen, waarop een olielekkage is ontstaan in het kwetsbare natuurgebied dat deel uitmaakt van het Unesco-werelderfgoed. De vlek stroomt met enkele kilometers per uur richting een drinkwaterwinningsgebied en de koelwatervoorziening van de kerncentrale. De Roemenen beoefenen dit scenario en roepen daarbij de hulp in van de mariniers. Zij kunnen met een LCU helpen een scherm op te zetten om de olievervuiling tegen te houden. Ook kunnen ze, samen met hun Roemeense tegenhangers, enkele eilanden in de rivier veiligstellen en jacht maken op de activisten die zich schuilhouden in de bossen en moerassen op de eilandjes. De inwoners van Rasova staan nieuwsgierig te kijken wat er allemaal gaande is in hun dorp. Langs de weg staan menners met paard en wagen stil bij het hoofdkwartier. Boven op de bergrug die langs de oever van de Donau loopt, hebben herders hun positie ingenomen om de hele dag de activiteiten van de mariniers te kunnen volgen. Vanuit het oosten komen twee LCU’s en twee LCVP’s de stroom opvaren. De LCU’s zetten eerst mens en materieel van de 23e infanteriecompagnie af, dan volgen uit de LCVP’s de Roemeense ‘mariniers’, of eigenlijk ‘gemariniseerde infanteristen’ van de landstrijdkrachten. Dertien uur lang hebben ze gebivakkeerd op de LCVP’s. Sergeant der mariniers Erik de Boer van de 1e Bootcompagnie zegt goed in de gaten te zijn gehouden door de lokale gendarme: “We hadden niet veel bewegingsruimte. Een patrouilleboot en de Roemeense politie zorgden ervoor dat we niet buiten de afgesproken paden kwamen.” Als alles aan land staat, vertrekken de troepen naar een plek anderhalve kilometer verder stroomopwaarts dan het hoofdkwartier. Oefening voor Uruzgan Daar hebben de milieu-inspecteur, burgemeester, politie en enkele andere autoriteiten zich verzameld voor een vergadering. Kolonel der mariniers Marco Hekkens opent de bijeenkomst door de burgemeester te bedanken voor de steun van zijn gemeente. Dan geeft hij duidelijk te kennen dat de mariniers geheel ter beschikking staan van de lokale autoriteiten en dat zij moeten aangeven wat ze nodig hebben. De nationale autoriteiten nemen het script over en de burgemeester vertrekt weer. “Het is belangrijk om de lokale autoriteiten erbij te betrekken”, zegt Hekkens. “Het is zijn dorp en daarom kunnen we hem niet negeren.” De omgang met de dorpelingen vormt een onderdeel van de training van de eigen mariniers, waarvan enkele binnenkort naar Uruzgan zullen worden uitgezonden. “Hier leren ze hoe ze tijdens operaties met lokale autoriteiten om moeten gaan. Roemenië is dan nog enigszins dicht bij huis, daar zijn de verschillen nog groter.” Overheidsbureaucratie Roemenië zit sinds 2007 in de Europese Unie en in 2004 trad het land tot de NAVO toe. De oefening aan de kust van de Zwarte Zee
is uniek. Voor het eerst ondersteunen Nederlandse eenheden de Roemeense civiele autoriteiten in een zogenoemd ‘consequence management’ oefening. Milieu-inspecteur Adrian Chiriac staat versteld van hoe de Nederlanders werken. “Jullie werken erg accuraat en effectief. Voor ons is het de eerste keer dat militairen betrokken worden in een crisismanagementoefening. In Roemenië is er een strikte scheiding tussen civiele en militaire taken.” Hij geeft ook te kennen dat het voormalige Oostblokland nog niet zo ver is en dat overheidsbureaucratie nog een zeer grote rem zet op de actieve en initiatiefrijke houding van de jongere generatie uitvoerders en beleidsmakers: “Hey, this is the Balkan, you know!” Hekkens merkt in het verloop van de oefening dat de scheiding tussen civiel en militair aanwezig is: “De Roemenen hebben moeite om vanuit militair oogpunt te kijken en rekening
KOLMARNS Hekkens brieft de civiele autoriteiten.
te houden met de dreiging die in het gebied heerst.” Hoewel de actie om de olievervuiling te bergen snel wordt opgepakt, staan de civiele autoriteiten wat hem betreft nog te weinig stil bij de terroristen die zich in hetzelfde gebied schuilhouden. Majoor der mariniers Harold Klooster is de coördinator van de ‘oposing forces’, een gemixte groep van Albanese studenten en Albanese Special Forces, die als waarnemer naar Rasova zijn gekomen. Aan de westkant heeft een Roemeens peloton zich ingegraven, terwijl aan de oostkant van de eilandengroep twee Nederlandse pelotons zitten, aangevuld met Roemeense militairen. “Zij krijgen het erg moeilijk om de tegenstander te vinden, die heeft zich heel goed verstopt op de eilandjes”, zegt Klooster. Hij heeft de eilandjes verkend, die zich kenmerken door diepe moerassen, graslanden en bos. In de oefening bleek dat enige regie noodzakelijk was om de partijen bij elkaar te krijgen. Albanië is het volgende land dat in de deployment Loyal Engagement wordt aangedaan. Het amfibisch transportschip Hr.Ms. Rotterdam diende een week lang als sea base voor de eerste gezamenlijke en gecombineerde militaire training van de Nederlandse krijgsmacht met de kersverse NATO-partner Albanië. n
5
Ideation: maritieme missie in Roemenië Het Ideation-concept van NLMARFOR is met het bezoek van Hr.Ms. Johan de Witt en Hr.Ms. Rotterdam met een deel van het Tweede Mariniersbataljon een volgende fase ingegaan. Tijdens het havenbezoek in Constanta , werden verschillende programma’s afgewerkt die meer dan alleen een militair karakter droegen. Buitenlands vlagvertoon en civiele en economische samenwerking vormden de andere grote doelen van het deployment. Zoals Nederland is gevormd door de delta’s van de Rijn en de Maas, is Roemenië het eindpunt van de Donau. Deze overeenkomst is een van de gedachten achter Ideation waarin de rivieren tussen Rotterdam en Constanta , een economische corridor voor Europa vormen van de Atlantische Oceaan naar de Zwarte Zee. “Het is de hoogste tijd om toekomstige mogelijkheden te verkennen”, opende ambassadeur Jaap Werner de persconferentie over de Nederlandse missie in Roemenië.
6
(
De Roemeense president Traian Basescu bezoekt een seminar aan boord van Hr.Ms. Johan de Witt. Hij inspecteert de Roemeense troepen alvorens aan boord te gaan.
Het seminar is gericht op de havenontwikkeling van Constanta. , Dit wordt ook bijgewoond door staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat Tineke Huizinga en de Roemeense minister van Transport en Infrastructuur, Radu Berceanu. Huizinga kwam naar Roemenië om de samenwerking op het gebied van watermanagement, logistiek en infrastructuur te promoten.
In de cruiseterminal op de steiger tussen beide LPD’s presenteerden enkele Nederlandse bedrijven zich voor de Roemeense markt op het Naval and Maritime Exhibition, die geopend werd door minister Van Middelkoop. Een vertegenwoordiger van Damen Naval Shipbuilding vertelt adelborsten van de Roemeense marine over de Sigma-klasse fregatten, die zij ondermeer hebben gebouwd voor Indonesië en Marokko. 7
(
(
Voor beiden was het een eerste ontmoeting die door hun voorgangers al in de agenda was gezet. De ministers van Defensie Mihai Stanisoara en Eimert van Middelkoop bezochten de operatie in Rasova. Het bezoek viel tegelijk met het sneuvelen van militairen in Afghanistan aan beide zijden, waardoor de ministers een statement maakten voor de pers. Zij spraken over recente ontwikkelingen in de NAVO en over het Europese beleid voor veiligheid en defensie en de deelname aan internationale missies. De Roemeense krijgsmacht wil snel binnen de structuren van de NAVO en de Europese Unie passen en er zijn voornemens gemaakt om in de toekomst vaker gezamenlijk te trainen en oefenen.
Hr.Ms. Johan de Witt schenkt nieuw huis
Gered uit het riool De straatkinderen van Roemenië hebben geleerd dat uniformen problemen betekenen. In Constanta , is de mening van enkele kinderen iets veranderd. Zij zijn bijzonder gesteld geraakt op de Nederlandse marine-uniformen die een week lang op twee locaties in de stad prominent aanwezig waren. Tekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Peter van der Ree (AVDD) Veel marineschepen kiezen voor een grote reis een goed doel uit om geld in te zamelen. “Het is niet alleen feesten in de buitenlandse havens, maar het geeft ook het gevoel om iets te doen voor de landen die we aandoen”, zegt sergeant der mariniers Etiënne Spalburg, die het doel van Hr.Ms. Johan de Witt heeft uitgezocht. Hij vond op internet de stichting S.O.S. Straatkinderen van Theo van Hoof. De stichting beheert twee huizen in de Roemeense havenstad waar straatkinderen opgevangen worden. Beide huizen zijn flink onder handen genomen door de bemanning. Casa Sami heet het inloophuis dat midden in een nette buurt van Constanta , staat. “Het was in een hele slechte staat”, zegt kapitein-luitenantter-zee Ton Tas, eerste officier van Hr.Ms. Johan de Witt. “Al het geld dat ze krijgen, gaat naar het eten voor de veertig tot zestig kinderen die hier dagelijks komen. Het achterstallige onderhoud dat er al was, lopen ze zelf niet meer in.” Bijna doodgevroren Tussen de zandkleurige flats en huisjes springt ineens een fel geel hoekhuisje uit de soberheid van de Balkanstad. Behalve de Roemeense Daciaatjes staat er een ‘Walibi’, (een vrachtwagen voor troepentransport), geparkeerd in de hoofdstraat. Enkele korporaals en matrozen bouwen een steiger op voor het huis, terwijl een andere groep op het binnenplein de vaste medewerkers van het huis begroet en de potten verf en rollers tevoorschijn haalt. Gaby, een geestelijk gehandicapte jongen deelt koffie uit aan de klussers. “We hebben hem enkele jaren geleden van de straat gehaald toen het zeer hard vroor”, zegt Van Hoof. “Kinderen zijn onderling ook hard. ‘Waarom zit jij niet bij de andere kinderen in het riool?’ vroegen we hem. Hij zei dat hij eruit geschopt was. Toen we hem vonden was hij bijna dood.” De jongen zou slechts een paar dagen blijven, maar behoort nu tot de permanente bewoners van het inloophuis. “Hij kan heel goed gedichten reciteren. Hij hoeft ze maar een keer te horen, want lezen en schrijven kan hij niet.” Gepoetste schoenen Het schip heeft met verschillende ludieke acties ruim drieduizend euro ingezameld. “De een heeft zijn hoofd kaal laten scheren en we hebben een nacht in een éénpersoonshut geveild”, zegt Tas. “Met ’s morgens een ontbijt op bed en ’s nachts werden ook je schoenen gepoetst!” Van dit geld is het grootste gedeelte gebruikt voor inkopen op de bouwmarkt. Spalburg: “We vroegen welke keuken deze mensen mooi vonden, maar ze waren heel bescheiden.” Toen de pleegmoeder van het tweede huis in Corbu schoorvoetend een keuken aanwees, rekenden de klussers deze zonder wikken en wegen contant af. “De keuken kostte driehonderd euro. Voor ons is dat niets, maar voor hen is dat een halfjaarinkomen”, lacht de marinier. Hij is zelf net vader en trekt het leed van de straatkinderen zich daarom aan. “Het is heel triest als je ziet hoe die kinderen hier leven.” Van Hoof is acht jaar geleden, na het zien van een documentaire over de rioolkinderen, in de auto gestapt om zelf te zien hoe de kinderen leven en wat hij daaraan zou kunnen doen. Hij heeft zijn leven gewerkt in de verslavingszorg, maar zegt het werken
SGTMARNS Spalburg: “Het geeft een goed gevoel om iets voor het land te doen dat je bezoekt.”
met kinderen veel dankbaarder te vinden. “Het werk met drugsverslaafden is tamelijk uitzichtloos. Deze kinderen hebben nog hoop.” Moeilijk is het wel, want de Roemenen zien de kinderen vooral als criminelen. “Wij willen dat beeld veranderen. Het zijn namelijk in eerste plaats gewoon kinderen.” Omdat ze vaak geen identiteitsbewijs hebben, komen ze niet uit hun benarde positie. Ze hebben geen recht op scholing, op werk of op medische zorg. “We zijn ooit met een jongen met een gebroken arm naar het ziekenhuis geweest. Zijn arm stond er gewoon haaks op. Hij werd weer weggestuurd zonder enige zorg”, vertelt Johan van Middelkamp, één van de grote sponsors en vrijwilligers van S.O.S. Straatkinderen. 8
Het laminaat in de woonkamer was een van de laatste klussen in de Sallandse Casa.
Tanden poetsen De Johan de Witt heeft voor het goede doel ook aangeklopt bij ‘010’, oftewel Hr.Ms. Rotterdam. De tandarts aan boord, luitenant-ter-zee 2OC Ronald van den Burgh heeft negen kinderen op
zien. Terwijl twee sergeanten het laminaat in de woonkamer leggen, trekt een ander de telefoonlijnen door. In het huis woont een echtpaar met hun dochter, die drie zusjes en een broertje onder hun hoede hebben genomen. Op de zolder komen daar straks nog
“Het is heel triest als je ziet hoe de kinderen hier leven” zijn stoel gehad. “De kinderen hebben dezelfde gebitten als die ik heb gezien bij junkies”, zegt hij. “Ze zijn niet grootgebracht met tandverzorging.” Zijn hulp bestond voornamelijk uit preventieve zorg. Hij gaf ze tandenborstels en poetsles. “De jongsten die pijn hadden, heb ik ook geholpen.” Waren de kinderen bang voor de tandarts? “Ze vonden het wel heel spannend. Sommigen hadden nog nooit een tandartsstoel gezien. Maar met hun lerares als tolk en soort vertrouwenspersoon lukte het allemaal.” Corbu Even buiten de stad ligt het plaatsje Corbu. Op een heuvel ligt een nieuw huisje, Sallandse Casa, dat nog geheel moest worden ingericht. “Het was eigenlijk niet meer dan een leeg casco”, zegt Tas. Na de week dat het LPD in de haven lag, is daar niets meer van te
KLTZ Tas overhandigt nog enkele donaties aan Theo van Hoof voor een sportmiddag die ook nog georganiseerd werd voor de kinderen.
vijf kinderen bij van wie de vader spoorloos is en de moeder terminale kanker heeft. Ook Gaby, de geestelijk gehandicapte jongen, zal hier komen wonen. Matroos 1 ODVB Charlotte Kras speelt met Juliana, een van de voormalige straatkinderen. “Er zit wel een enorm verschil tussen de twee locaties. Casa Sami is alleen een inloophuis waar de kinderen ’s avonds weer de straat op moeten. Hier kunnen de kinderen echt wonen in een landelijke, rustige omgeving.” Kras was een van de vele vrijwilligers die zich aanmeldde om klussen te doen voor het goede doel, net als circa 120 andere collega’s van het schip. Hoewel de actie een eigen initiatief is van de Johan de Witt zegt ze dat dit haar idee was van ‘werken bij de Koninklijke Marine.’ Korporaal Duco Camphuijsen is in Casa Sami raampjes in een deur aan het afkitten. “Ik ben met de laatste klussen bezig. De badkamer moet nog en het laminaat moet er in”, vat hij de resterende werkzaamheden samen. “Dit is beter dan alleen maar geld inzamelen. Nu kunnen we zelf wat doen en zijn we betrokken bij het doel.” Camphuijsen is blij dat hij heeft kunnen bijdragen aan het welzijn van deze arme kinderen van Roemenië. “De verschillen zijn in dit land zo groot. De een heeft amper geld voor brood en de ander rijdt hier rond in een Aston Martin.” De commandant van Hr.Ms. Johan de Witt, kapitein-ter-zee Ben Bekkering, rijdt het erf van Sallandse Casa op en kijkt tevreden hoe zijn bemanning ‘tekeer gaat’ in het huis. “De bemanning kan, terwijl we zo lang binnen liggen, hier goed haar ei in kwijt”, zegt hij. “We hebben een hoop hoogwaardigheidsbekleders aan boord gehad. De bemanning heeft een goede wacht gelopen en recepties verzorgd. Ze geven een prima invulling aan wat anderen van ons verlangen. Maar de lach op de gezichten van die kinderen zullen ze altijd onthouden!” n 9
De langetermijnvisie van het CZSK Recentelijk is de Maritieme Visie 2030 aan de Commandant der Strijdkrachten aangeboden. Deze visie vormt de marinebijdrage aan het interdepartementale project Verkenningen. Als logisch vervolg op de Marinestudie 2005 kijkt de Maritieme Visie verder en beschrijft de taakuitvoering van de Koninklijke Marine in 2030 en de daarvoor benodigde capaciteiten. Hoe wordt dit docuTekst: Vanessa Strijbosch/Foto’s: archief ment op de werkvloer ontvangen?
10
Luitenant-ter-zee 2OC Suzanne van Opstal
Sergeant-majoor der mariniers John Jansen
“Ik vind het een net stuk. Vooral het tweede hoofdstuk waarin de veranderingen in de wereld worden beschreven, sprak mij aan. Ik ben blij dat deze visie meer op het personeel gericht is. Vanuit mijn functie let ik daar speciaal op. Na het lezen van deze visie heb ik meer het gevoel dat het interessant is om voor de marine te werken. Ik denk ook dat het steeds aantrekkelijker wordt om in dienst te gaan bij de marine, kijkend naar de toekomstige missies. Ik voel me na het lezen van de maritieme visie nog meer geroepen om onderdeel uit maken van de missies van de KM. Ik ben te spreken over de milieudoelstellingen in het stuk. Dat onderwerp komt vrijwel nooit aan bod. Het is goed dat de marine zich verantwoordelijk voelt voor het milieu, bijvoorbeeld bij de bouw van schepen.”
“Ik vind het een goed en leesbaar verhaal. Er staat duidelijke taal in. Ik vond de opening alleen niet zo spectaculair. Ik had zelf voor een ander begin gekozen met wat voorbeelden uit de hedendaagse operaties, zoals Afghanistan en Somalië. In het verhaal komt duidelijk naar voren dat de marine een zeer belangrijke taak zal blijven vervullen in de veiligheid van het koninkrijk en wereldwijd. Dit vind ik goed opgesteld. Maar wat in deze visie staat, is eigenlijk niets nieuws voor mij. Het zijn meer bestaande feiten. Waar ik wel door werd verrast, was het stuk over inzet van de marine na 2015. Gezien de geschetste veranderingen kun je na bestuderen van dit stuk op verantwoorde wijze het nut van de marine uitdragen.”
Senior medewerker Bureau Bijzondere Personele Zorg
“Toch heeft de Maritieme Visie 2030 mij niet echt de ogen doen openen. Waar wij mee bezig zijn, staat nu op papier en dat is goed. Maar nadat ik het had uitgelezen, was ik toch wat teleurgesteld. Het doel van de marine staat duidelijk verwoord, alleen de weg er naartoe niet. Het stuk geeft de lezer het idee dat we andere tijden ingaan, maar ik zie weinig verschil met wat we nu al doen. Het staat er nu alleen wat duidelijker en meer omlijnd. Wat ik graag had willen weten, is hoe de organisatie denkt om te gaan met de ontwikkelingen tot 2030. Er worden veel situaties geschetst, maar niet echt concreet gesteld hoe de marine hierop gaat inspelen. Er staat wel in hoe onze organisatie anders ingericht gaat worden, maar ik kon hier moeilijk een beeld bij krijgen. En dat terwijl het hier wel om een visie gaat.”
Oudste onderofficier ‘future ops’
“Ik ben na het lezen van de Maritieme Visie wel anders naar onze organisatie gaan kijken. De taken die in het verschiet liggen, zijn goed doordacht en geven veel ruimte voor verbetering in het materiaal. Wat mij opviel, is dat de onderzeedienst veel aandacht krijgt, maar dat juist het tekort aan helikopters niet genoemd wordt. Daarnaast lees ik dat er meer capaciteit op het gebied van inlichtingen moet komen. Naar mijn idee geeft dit wederom aan dat de opheffing van het vliegkamp Valkenburg en zijn Orions een verkeerde keuze is geweest. Dit waren de beste ogen en oren van de marine.” “Deze visie is het bestaansrecht voor de marine. Toch mis ik hierin het bestaansrecht voor het Korps Mariniers. Ik vind dat een gemis in het ‘support’ naar het korps.” n
“Ik ben blij dat ik de Maritieme Visie heb gelezen. Ik vind het belangrijk de visie van mijn organisatie te kennen. Wil je een goede werknemer zijn, is dat onontbeerlijk.” n
11
Korporaal Jan Poortema NLBEOPS
“De visie die de Koninklijke Marine heeft tot 2030 is mij duidelijk. Ik vind het een zeer ambitieus stuk. Wat mij opviel is dat we heel veel willen doen, maar dat onze organisatie wel steeds kleiner wordt. Wat mij ook aan het denken heeft gezet, is de paragraaf over de bescherming van onze welvaart. Dat we in de toekomst misschien militaire middelen moeten gebruiken om drinkwater, grondstoffen en energiebronnen veilig te stellen, is toch wel iets opmerkelijks.” “De visie stelt dat het personeel hooggekwalificeerd moet zijn. Ondertussen worden de opleidingstijden wel verkort. En dit
mag niet ten koste gaan van de kwaliteit. Ik vind dit erg kort door de bocht. We zullen in de toekomst juist veel meer ‘effort’ in de opleidingen moeten steken, vooral omdat er steeds meer van het personeel gevraagd wordt. Voor de onderzeeboten is een belangrijke taak weggelegd volgens de visie. In het verleden is er nog wel eens door de politiek gesproken over opheffing van de onderzeedienst. Dit hoofdstuk liet bij mij nog onbeantwoorde vragen achter: komt er nog vervanging en/of uitbreiding van de onderzeedienst?” “Ik vind de Maritieme Visie in zekere zin gewaagd. Als de KM deze visie wil uitvoeren, heeft de marine hoogwaardig gekwalificeerd personeel nodig en zal veel moeten samenwerken met andere landen maar ook binnen de eigen krijgsmacht.” n
“Verheugd met positieve toon” “Als Plaatsvervangend Commandant Zeestrijdkrachten en maritiem adviseur van de Commandant der Strijdkrachten onderstreep ik met de Maritieme Visie 2030 het belang van de zee en van maritieme veiligheid voor Nederland en voor het Nederlandse buitenlands- en veiligheidsbeleid. De boodschap is helder: het strategische belang van de zee voor veiligheid, welvaart en welzijn neemt toe. De zee en de aangrenzende kuststrook wordt steeds intensiever bevaren, bebouwd en bewoond en op allerlei manieren boven en onder water benut. Wereldwijde maritieme veiligheid is van cruciaal belang om deze ontwikkelingen in goede banen te leiden. Zonder maritieme veiligheid geen veilig zeetransport, geen solide maritieme buitengrenzen en geen mogelijkheid om vanuit zee situaties op het land te beïnvloeden. Het fundament van de visie vormt de Marinestudie 2005. Daarin worden de huidige positie en koers van het Commando Zeestrijdkrachten eenduidig omschreven. Die koers brengt ons in 2015 bij een marine met vlooteenheden en mariniers, ingericht voor het initiëren en ondersteunen van operaties vanuit zee. Met diezelfde capaciteiten voert het CZSK op zee maritieme taken in het volledige geweldsspectrum uit, waarbij de veiligheidstaken met een laag escalatieniveau aan gespecialiseerde eenheden (bijvoorbeeld patrouilleschepen) zijn toegewezen. In de Maritieme Visie 2030 wordt op basis van belangrijke ontwikkelingen in het maritieme domein en de belangrijkste defensiebrede bedrijfsvoeringaspecten, de verwachte taakuitvoering in 2030 en de daarvoor benodigde capaciteit beschreven. Het ‘wat’ en ‘waarom’ Toch is dit nog maar een deel van het verhaal: uiteindelijk zal de interdepartementale projectgroep Verkenningen, aan de hand van een veelheid aan onderzoeken, rapportages en visies, in haar eindrapportage adviseren over de toekomst van defensie. Na besluitvorming door de regering, en dat duurt nog even, zal er dan meer duidelijkheid zijn over het vervolgtraject van defensie en als onderdeel daarvan de Koninklijke Marine. Het is dus begrijpelijk dat de visie niet alle antwoorden op uw vragen of zekerheid voor de toekomst biedt. De Maritieme Visie 2030 schetst vooral het wat en waarom. Ik begrijp dan ook heel goed dat Suzanne van Opstal mist hoé de marine concreet op alle veranderingen zal gaan inspelen. In de tijd zal dat duidelijker worden wanneer de strategische richting van de marine verder wordt uitgewerkt in bijvoorbeeld operationele concepten, plannen en behoeftestellingen. De vragen die John Jansen heeft, zijn hoofdzakelijk gestoeld op de huidige situatie. Bedenk echter dat de
Maritieme Visie verder gaat waar de Marinestudie in 2015 eindigt: het uitgangspunt van deze visie is dus bijvoorbeeld, naast onderzeeboten, een volledig binnen het CZSK geïntegreerd en versterkt Korps Mariniers en operationele NH-90 helikopters, patrouilleschepen en Joint Support Ship. De zorgen van Jan Poortema over de kwaliteit van onze opleidingen deel ik volledig met hem. Essentieel is dat we voortdurend blijven investeren om voldoende professionele en gemotiveerde mensen langdurig aan ons te binden. De kern van de marine Ik ben zeer verheugd met de positieve toon in de bovenstaande reacties en zal ervoor zorgen dat de geschetste observaties, ideeën en suggesties in vervolgtrajecten zullen worden meegenomen. Ik ben ervan overtuigd dat ook in de toekomst de zeestrijdkrachten essentieel zijn bij het weerstaan van bedreigingen tegen het Koninkrijk der Nederlanden en haar bondgenoten. Moderne, capabele onderzeeboten, multifunctionele oppervlakte combattanten en patrouilleschepen met organieke boordhelikopters, ondersteund door snelle logistiek, special operations capable marinierseenheden, LPD’s en onbemande varende en vliegende platformen, vormen in 2030 de kern van een relevante marine. Tot slot vind ik het belangrijk het marinepersoneel - u dus - te blijven betrekken bij de grondslag van het bestaan van onze Koninklijke Marine, namelijk het nu en in de toekomst wereldwijd actief bijdragen aan veiligheid op en vanuit zee. Ik reik u (via intranet) de Maritieme Visie aan om als onze leidraad te hanteren bij het verder vormgeven van onze ‘Marine van de Toekomst’. En ook die marine bouwen we samen, een dagelijkse uitdaging voor ons allen!” n 12
Diemaco nieuwe stijl Ook het persoonlijke wapen van een moderne militair moet met zijn tijd mee. Alle Diemaco’s van defensie worden daarom voorzien van de nieuwste accessoires, zoals een voorste handgreep, een snelrichtmiddel en verstelbare kolf. Sinds de jaren negentig is de Diemaco het persoonlijk wapen voor militairen van de krijgsmacht. Bij de vloot heeft dit wapen de afgelopen jaren de FAL vervangen. Het Canadese wapen is gebruikt in Irak en fungeert nu ook, naar algemene tevredenheid, als standaardwapen van de militairen in Afghanistan. Die missies hebben echter wel wijze lessen geleerd. Het optreden in bedekt terrein, in verstedelijkt gebied, in de nabijheid van eigen troepen en te midden van bevolkingsgroepen, stelt andere eisen aan militairen en dus aan hun wapen. Militairen voeren vaker het gevecht op korte afstand en in onoverzichtelijke situaties. De lessons learned maakten het noodzakelijk de Diemaco aan te passen aan de veranderde operationele omstandigheden. Dit leidde tot de projecten SRIM (Snelrichtmiddelen) en OAD (Operationele Aanpassingen Diemaco), die elkaar gaandeweg zo overlapten dat zij zijn samengevoegd tot één project. De gevechtseenheden moeten dankzij het project SRIM-OAD beter bruikbare wapens krijgen die het optreden van militairen onder diverse omstandigheden veiliger en makkelijker maken.
worden verricht en het wapen moet worden ingeschoten. Pas dan mag het wapen de deur weer uit. Per jaar kan het Marinebedrijf tussen de acht- en negenduizend wapens ombouwen. Uruzgan Ook aan de militairen van de lopende Task Force Uruzgan is gedacht. Voor hen wordt zo snelmogelijk een tussenoplossing uitgevoerd. Een aantal spullen is alvast aangeschaft. Die worden de komende maanden naar Afghanistan gestuurd. Railsystemen, kijkers, snelrichtmiddelen, vergroters, lasers en wit licht worden daar afhankelijk van de functie op de wapens gemonteerd. Voor vragen kunt u terecht bij de contactpersoon CZSK: ELNTMARNS M.P.P. Stout, Hoofd Wapengroep Mariniers Opleidingscentrum, *06-213-562 / 010 - 45 39 562.
Ombouwen De opdracht voor het project OAD-SRIM zal worden gegund aan de firma Colt Canada, voorheen Diemaco. Defensie stuurt niet alle Diemaco’s naar Canada - ruim 25.000 stuks. De uiteindelijke assemblage wordt door Nederlandse vakmensen verricht bij de Unit Klein Kaliber Wapens van het Marinebedrijf te Den Helder. De fabrikant is verantwoordelijk voor de ombouw en voor alle middelen waarvan in het project sprake is. In Den Helder wordt het wapen omgebouwd. Dat kan de gebruiker niet zelf: het wapen moet uit elkaar, weer in elkaar, wordt geheel gereviseerd, er moeten metingen
Een Diemaco nieuwe stijl met alles erop en eraan komt er zo uit te zien: 1. Rail Interface systeem – Basis voor toevoegingen aan het wapen. 2. Laserdoelaanwijzer – Straalt zichtbaar of onzichtbaar laserlicht aan voor exacte doelaanwijzing. 3. Snelrichtmiddel met vergrotingsoptiek – maakt het mogelijk doelen op grote afstand waar te nemen, te detecteren en herkennen. 4. Kolf met verstelbare lengte – Speelt in op de uitrusting en persoonlijke voorkeur van de schutter, vergroot de beweeglijkheid en verbetert de schiethouding. 5. Lichtmodule – Bestemd voor optreden in slecht verlichte of bebouwde omgeving. 6. Voorste handgreep met tweepoot – Vergemakkelijkt de draag- en schiethouding.
13
Klein schooltje, grote plannen Binnen de krijgsmachtdelen worden opleidingen aangeboden die onderling veel overlap kennen. In een studie in 2004 is er onderzoek gedaan naar welke opleidingen eventueel gezamenlijk gegeven kunnen Tekst: Barry Wijnandts worden. De vaaropleidingen van defensie waren daar een van. In gebouw Zeearend zit de Defensie Vaarschool. Het is waarschijnlijk het laatste jaar in het verouderde betonnen pand op het terrein van de Operationele School, want de voormalige onderafdeling Nautica krijgt een geheel nieuw gebouw op de oude rijkswerf achter het Marinemuseum in Den Helder. In de klaslokalen zal niet alleen het blauwe boordtenue en het camouflagegroen van de marine worden gedragen. In de blauwe tenues kunnen evengoed marechaussees verpakt zitten en in de groene pakken landmachtcollega’s. In de gangen zullen zelfs civiele scholieren lopen, want ook de Maritieme Academie van het Regionaal Opleidingscentrum Kop van Noord-Holland wordt in dit nieuwe gebouw gehuisvest en gaat nauw samenwerken met de Defensie Vaarschool. Gescheiden eilandjes “Bijna alle vaaropleidingen binnen defensie zitten in deze school”, zegt hoofd van de Defensie Vaarschool, luitenant-ter-zee 1 Jasper Bol. “De school is hoofdzakelijk een voortzetting van de bestaande onderafdeling Nautica van de Operationele School, waaraan elementen van andere krijgsmachtonderdelen zijn toegevoegd.” Deze zijn afkomstig van de marechaussee en de Opleidings- en trainingseenheid Pontonniers van de landmacht. Verder zijn er intensieve samenwerkingsverbanden met de Nederlandse Defensie Academie (maritieme vorming), het OC Amphib (Texel), de Belgische marine, de kustwacht en dus het ROC Kop van Noord-Holland. De nieuwe locatie is gekozen om
alle nautische opleidingen in de regio te bundelen. “Vroeger waren dit gescheiden eilandjes. Straks zitten het ROC, Defensie Vaarschool en de NLDA binnen honderd meter van elkaar”, aldus Bol. De verwachte oplevering van de nieuwbouw is augustus 2010. Behalve de nieuwe school is er ook een nieuwe brugsimulator gepland voor de NLDA. Deze Ship Handling Simulator zal intensief worden gebruikt door de Defensie Vaarschool en naar verwachting het ROC. Deze simulator zal de huidige navigatietrainer op de Operationele School vervangen. Volgens Bol wordt dit een zeer uitgebreide ‘state of the art’ simulator en moet deze in 2011 operationeel zijn. Vaarbewijs Evenals veel andere militaire opleiders wil ook de Defensie Vaarschool haar opleidingen erkend zien in de burgermaatschappij. De opleiding voor navigatieofficier, de hoogste opleiding van de school, levert de student bijvoorbeeld het STCW-certificaat ‘radar navigator’ op. Voor wachtsofficieren is er de opleiding ‘radar observer’. Afgelopen maand is ook de opleiding voor het gebruik van het digitale zeekaartensysteem (Ecdis) civiel erkend. “Uiterlijk vanaf juli zal het Militair Vaarbewijs 1 en 2 gelijkwaardig zijn aan Klein Vaarbewijs 1 en 2 en geven we dus ook hier erkende certificaten af. Dit is vanaf medio 2009 vastgelegd in de wet”, zegt Bol. Militair Vaarbewijs 1 en 2 zijn basisopleidingen waarmee men in lichte vaartuigen mag varen. Hij vindt het niet alleen van grote waarde voor de individuele militair, die met zijn
14
De school draagt bij tot verdere professionalisering van het nautische vak binnen defensie behaalde papiertje ook daarbuiten aan de slag kan. “Militairen kennen allerlei uitzonderingen op wetgeving, maar we willen qua vaarbevoegdheden in de pas blijven lopen. Als we ons beroepen op uitzonderingen levert dat geen goed verhaal op bij Van Vollenhoven”, uit hij zijn bezorgdheid over aansprakelijkheid bij potentiële ongelukken waar militaire bestuurders bij betrokken zijn. Behalve het opleiden en afgeven van deze certificaten leidt de school op tot Zeewachtstandaard K, LC2, navigatiemodule LC3 en in de nabije toekomst de vaaropleiding voor de nieuwe Frisc (Fast Raiding Interceptor and Special Forces Craft). Ook de Eerste Vakopleiding en Voortgezette Vakopleiding ODND worden hier uitgevoerd. Ambitieus project De afdeling Nautica is onderverdeeld in een theorie- en een praktijklocatie. Deze laatste is gevestigd op de dependance op Harssens. Hier krijgen de matrozen van de operationele dienst lessen militair vaarbewijs, rubberboot, Rhib, schilderen, knopen en splitsen. Volgens Bol functioneert het gebouw wel maar is het verouderd. “Een ambitieus project dat hier ontwikkeld wordt, is de realisatie van de zeemanschaptrainer: een ‘simulator’ voor bevoorraden op zee [BOZ, red.] en algemene scheepstaken”, zegt hij. Op de daken van drie lage gebouwen (eilanden) worden BOZ-posities (afgevend en ontvangend) opgetuigd en komen bolders, kaapstanders en lieren om trossen te kunnen zetten. De bouw van de zeemanschaptrainer moet gaan starten vanaf medio 2010 en hij moet uiterlijk medio 2011 operationeel zijn. Met deze zeemanschaptrainer kunnen nauten onder geconditioneerde veilige omstandigheden het bevoorraden oefenen. Volgens het hoofd van de school: “Een uitkomst voor individuele cursisten maar ook voor opwerkende scheepsteams.”
Spil in nautische loopbaan Bol heeft de ambitie om naast school ook kenniscentrum op het gebied van navigatie en zeemanschap te zijn. “Wij klikken al aan bij SEATRAIN om bemanningen te toetsen en te ondersteunen op het gebied van navigatie en zeemanschap. Maar we ondersteunen ook de beleidsmakers in Den Haag, denken mee over nieuwbouwprojecten en we zijn penvoerders van een aantal nautische voorschriften.” Door de sterkere samenwerking met de NLDA en het ROC weet Bol dat het voor iedereen duidelijk is waar ze met vragen over nautische zaken terecht kunnen. Dat biedt niet alleen een voordeel voor de zeeofficieren, ook kan de nautische dienst hier van profiteren. Opperschipper Jan Beens, chef Defensie Vaarschool vindt dat de school kan bijdragen tot verdere professionalisering van het nautische vak doordat de school een spil gaat vormen in de loopbaan van de ODND‘er. “Als matroos begin je hier, maar je komt je hele loopbaan hier ook weer terug. Zij het voor vervolgcursussen of als plaatsing. Zo houden we de kennis en ervaring in ons bedrijf vast.” Op 1 april heeft C-ZSK luitenant-generaal der mariniers Rob Zuiderwijk het convenant tot samenwerking met ROC Kop van Noord-Holland ondertekend waarmee de start kan worden gemaakt van de Maritieme Academie. Het ROC en de Defensie Vaarschool, maar ook de NLDA zullen in de toekomst nog nauwer gaan samenwerken. Het ROC leidt straks niet alleen op voor de commerciële vaart. De school biedt leerlingen ook een opleidingstraject met typische militaire vakken (het loopbaanlint) waarmee scholieren warm worden gemaakt voor een baan bij de Koninklijke Marine. De Defensie Vaarschool gaat ook hier een belangrijke rol spelen in de beroepspraktijkvorming. n 15
Hr.Ms. De Zeven Provinciën tegen piraterij
Meteen al spannend Nog maar net aangekomen in de Golf van Aden, werd Hr.Ms. De Zeven Provinciën meteen met de neus op de feiten gedrukt: opereren in een gebied met het grootste zeeroofrisico ter wereld betekent veel in actie komen. Het Luchtverdediging -en Commandofregat kon vrijwel direct na aankomst in het gebied met maximaal aantal knopen richting een Duitse marinetanker varen, die op dat moment werd aangevallen door piraten. De Operatie Allied Protector is voor de De Zeven Provinciën spectaculair van start Tekst: Vanessa Strijbosch/Foto’s: Hr.Ms. De Zeven Provinciën gegaan.
Na de succesvolle actie op 29 maart, waarbij het Nederlandse fregat er mede voor kon zorgen dat zestien Jemenitische vissers werden bevrijd en de kaping van een koopvaarder werd voorkomen, werd duidelijk dat de aanwezigheid van de De Zeven Provinciën nodig is. “We merken dat de koopvaardijschepen in de regio de aanwezigheid van marineschepen waarderen”, aldus de commandant, kapitein-ter-zee Ruud Ramaekers. “Onze aanwezigheid draagt bij aan een vrije doorvaart langs de handelsroutes waar de westerse economie sterk afhankelijk van is.”
Derde fregat Hr.Ms. De Zeven Provinciën is het derde fregat dat in deze regio wordt ingezet voor antizeeroof. Bij haar voorgangers Hr.Ms. Evertsen en Hr.Ms. De Ruyter lag de focus meer op het bewaken van voedseltransporten van het Wereldvoedselprogramma. “Deze missie omvat meer”, vindt Ramaekers. “Escorteren van (voedsel) transporten is slechts een van onze taken”, benadrukt hij. Het doel van de NAVO-operatie Allied Protector is vergroten van de veiligheid van de scheepvaart in de wateren rond de Hoorn van
Bij het naderen van een verdacht schip, staat iedereen aan boord op scherp. 16
Er kan besloten worden om een verdacht schip te boarden, ondervragen en onderzoeken.
Afrika. Patrouillegang en ondervragingen van scheepvaart zijn daarvoor de middelen. Ook kan besloten worden om een verdacht schip te boarden. Escorteren van kwetsbare scheepvaart of voedseltransporten is ook een van de taken van Allied Protector.
▲
Mooie kans Het boardingteam is versterkt met een beveiligingsteam van het Korps Mariniers. Korporaal ODOPS Marcel de Vries werkt nauw samen met het team van de Unit Interventie Mariniers (UIM).
Operaties Allied Protector en Pearl Vanaf 14 maart is Hr.Ms. De Zeven Provinciën een van de vijf schepen in het permanente vlootverband van de Standing NATO Maritime Group 1 (SNMG1). De SNMG1 richt zich op Operatie Pearl, dit is een ‘out of area’ deployment waarin een groep schepen buiten het bevelsgebied van de NAVO wordt ingezet. Onderdeel van de Operatie Pearl is de inzet in Operatie Allied Protector. Het was de bedoeling dat tijdens deze operatie gedurende veertig dagen (27 dagen op de heenreis en 13 dagen op de terugreis) antizeeroofoperaties in de wateren rond de Hoorn van Afrika zouden worden uitgevoerd. Op 24 april stemde de minster van Defensie Van middelkoop in met het verzoek van de NAVO tot verlenging van de operatie. Hr.Ms. De Zeven Provinciën zal nog tot 28 juni in de Somalische wateren (Golf van Aden) actief zijn. De Golf van Aden is het gebied met het grootste risico op piraterij ter wereld. Jaarlijks passeren tussen de 20.000 en 30.000 schepen de Golf van Aden. Groepen zeerovers vallen met grote regelmaat koopvaardijschepen aan, gijzelen daarna schip en bemanning en vragen losgeld. Het aantal aanvallen en gijzelingen gaat door.
17
Spectaculaire bevrijdingsactie
Escorteren van kwetsbare scheepvaart of voedseltransporten is ook een van de taken van Allied Protector.
Hij maakt onderdeel uit van de groep die in een tweede Rhib tijdens een boarding met de mariniers meevaart en hen bewaakt en rugdekking geeft. Hij maakte de eerste actie in het operatiegebied van dichtbij mee. “Ik heb het vanaf het begin kunnen volgen in de commandocentrale. Je weet dat er iets gaat gebeuren. Een bondgenoot wordt onder vuur genomen en het was belangrijk om zo snel mogelijk actie te ondernemen.” De korporaal ziet zijn samenwerking met de mariniers als een ‘kans die hij nooit meer zal krijgen’. “Ik kan veel van die mannen leren. Ik heb respect voor hun werk.”
Niet lang na de eerste actie met betrekking tot de Duitse tanker, speelde de De Zeven Provinciën een belangrijke rol bij een bevrijdingsactie van Jemenitische vissers. Het Nederlandse fregat kreeg van de NAVO opdracht om aan boord te gaan van een dhow, een traditioneel Arabisch zeilschip, dat kort daarvoor een koopvaardijschip had aangevallen. Het boardingteam trof naast de piraten ook vissers aan die eerder al gegijzeld waren. De mariniers verzamelden persoonsgegevens en bewijsmateriaal en troffen wapens en andere materialen aan die gebruikt kunnen worden bij zeeroof. Alles is in beslag genomen en vernietigd. In opdracht van de NAVO-eskadercommandant zijn de zeerovers teruggezet in hun skiff. De vissers zijn naar Jemen teruggestuurd. Het LCF kon hierna de escorte van drie schepen, die zij voor deze actie moest onderbreken, hervatten. De minister van Defensie Eimert van Middelkoop, op werkbezoek in Bagdad, liet in een reactie weten dat iedereen heel trots op de marine kan zijn. De Amerikaanse minister Hillary Clinton wil dat piraten die zijn opgepakt altijd voor de rechter komen. In New York wordt in mei een conferentie over piraterij gehouden. Ruim twintig landen praten over het bestrijden van piraten voor de kust van Somalië. Het eerste spannende moment is het LCF uitstekend doorgekomen. En het zal niet het laatste zijn, vindt Hoofd Operationele Dienst, LTZ1 Geert van der Bij. “We maken dagelijks meerdere naderingen op schepen waarbij we nooit van tevoren zeker weten hoe de bemanning van een dergelijk schip zal reageren. We moeten elke keer alle noodzakelijke maatregelen nemen om de veiligheid van onze mensen te garanderen. Een vreedzame situatie kan elk moment plotseling omslaan.” n
Naast een Rhib met mariniers vaart er ook standaard een tweede Rhib mee voor rugdekking. 18
Berging van ‘The Drip’ Op 5 november 1943 vertrokken dertig bommenwerpers vanuit Engeland naar het continent om de rangeerterreinen in Münster even boven het Rührgebied te bombarderen. Het gebied werd zwaar bewaakt door Duitse Flak-kanonnen. De vliegtuigen werden gedurende hun zes en een half uur durende missie (missie nr. 7) continu onder vuur genomen door meer dan veertig vijandelijke jagers. Een van deze ‘LibeTekst: Barry Wijnandts/Foto’s: DDG, archief rators’ dook weer op in de geschiedenis. De kust voor Domburg is een aangename plek voor toeristen. Naast de gebruikelijke strandrecreatie wordt er ook veel gedoken. In augustus 2007 stuitten enkele duikers op wrakdelen van een vliegtuig. Zij maakten daarvan melding bij de gemeente. Het bleek te gaan om de B24-H ‘The Drip’ van het 579e squadron waarvan nog steeds twee crewleden, piloot eerste luitenant Wallace D’Aoust en bommenrichter tweede luitenant Mart Etheridge, werden vermist. Vier van de tien bemanningsleden zijn omgekomen bij de crash en vier zijn door de bezetter gevangen genomen. Omdat er mogelijk explosieven in en rond het vliegtuigwrak konden liggen, werd de Duik- en Demonteergroep (DDG) erbij gehaald. Luitenant-ter-zee 1 Will Meurer voerde dit team aan. “Op basis van verklaringen van sportduikers waren we in de veronderstelling dat het wrak deels in tact op de bodem zou liggen. Het vliegtuig bleek echter in grote stukken uiteen gereten”, zegt hij. Het wrak lag verspreid over een gebied van honderd bij honderd meter. De duikers hebben meerdere dagen langs de vliegtuigdelen gezwommen om deze te identificeren. Ze vonden een wiel, diverse motoronderdelen en twee scherfwerende platen die de piloten hadden moeten beschermen. “Het bakboords cockpitraam is vervaardigd van gepantserd glas met een dikte van vijf centimeter. Het heeft duidelijk een voltreffer te verwerken gehad. We konden ons voorstellen op welke verschrikkelijke wijze de piloot in het vliegtuig moet hebben gezeten.” Volgens Meurer was dit, zelfs na 66 jaar een emotionele confrontatie met het verleden.
Gered in vrije val Volgens de verklaring van boordwerktuigkundige sergeant Thomas Anderson werd het toestel geraakt door gevechtsvliegtuigen en een Flak. Een van de bemanningsleden kwam direct om. Hij twijfelde of D’Aoust en Etheridge nog in staat waren om het vliegtuig te verlaten. Hij zag dat twee anderen een zwaargewonde collega nog het rip cord van zijn parachute in de hand duwden, alvorens hem uit het neerstortende vliegtuig te rollen. Hopelijk had hij nog de tegenwoordigheid van geest op tijd zijn parachute te openen. Dat bleek de redding van de boordschutter te zijn. Hij werd krijgsgevangen genomen, maar wegens zijn verwondingen overgedragen aan de Amerikanen.
Het bom release-mechanisme
De wrakdelen worden geïdentificeerd aan boord van het duikvaartuig Hydra.
De duikers brachten vooral veel munitie naar boven. De patronen kwamen van de .50 kaliber boordwapens. Veel daarvan waren slechts hulzen “wat aangeeft dat het gevecht tijdens de missie intensief is geweest”, aldus Meurer. “Helaas heeft de B24 en haar bemanning deze strijd verloren. De duikers hebben aangetoond dat de bommenwerper zijn last heeft gedropt, want bommen werden er niet gevonden.” Van de dertig bommenwerpers zijn er 26 teruggekeerd van missie nummer 7. De missie was geslaagd. Rond het wrak waarin nog explosieven liggen, is inmiddels een duikverbod ingesteld. Hiermee wordt het gevaar van ongelukken verkleind. Het wrak geldt als zeemansgraf. ‘The Drip’ zal worden afgedekt met een laag zand. n
19
In nevel gehuld Hr.Ms. Rotterdam benutte haar tijd in de Zwarte Zee goed. Na het zomerverlof gaat het Landing Platform Dock in onderhoud en om eventuele euvels in de aanloop daarop alvast te verhelpen, worden alle systemen gecontroleerd op de juiste werking. In de Zwarte Zee op weg naar Roemenië was het deksproeiïnstallatiesysteem aan de beurt. De test zorgde voor een fraai plaatje: midden op zee een huizenhoog gevaarte totaal gehuld in nevel. Alle brandbluspompen werden voor deze test ingezet. De bemanning controleerde of er lekkages waren en of alles correct werkte. Onder ideale omstandigheden wordt er tijdens een dergelijke test 840.000 liter water per uur over het dek gesproeid. Foto’s: KPLODVB Niel Schenk
20
21
Dienstencentrum Bedrijfsmaatschappelijk Werk
“Wij helpen mensen” “Onze inzet voor uw inzetbaarheid.” Een slagvaardige missie die het Dienstencentrum Bedrijfsmaatschappelijkwerk (DC-BMW), de vroegere Maatschappelijke Dienst Defensie, nastreeft. Dat kan de bedrijfsmaatschappelijk werker de LTZ 2OC Seeger beamen: ”Elk probleem kan hier neergelegd worden.” Tekst: Vanessa Strijbosch/Foto’s: Ruud Mol (AVDD) De nieuwe naam “Dienstencentrum Bedrijfsmaatschappelijk Werk (DC-BMW) zal niet bij iedereen bekend in de oren klinken. Velen kennen nog wel de MDD (Maatschappelijke Dienst Defensie). Het DC-BMW lijkt en onbekende, onzichtbare, speler binnen de marine, maar is dat zeker niet, stelt LTZ 2OC Seeger. Het DC-BMW betekent op een aantal gebieden veel voor de KM en haar personeel, in binnen- en buitenland. LTZ 2OC Seeger noemt onder andere het Sociaal Medisch Overleg (SMO). Een overleg waaraan verschillende disciplines deelnemen: de bedrijfs-
maatschappelijk werker, de geestelijk verzorger, een arts, eerste officier of lijnmanager, de P&O adviseur en eventueel een directe chef. “Doel van dit overleg is om de problemen die spelen bij de werknemers vroegtijdig boven water te krijgen en naar een pasklare oplossing te zoeken. Zeker voordat een eenheid gaat varen, is zo’n overleg belangrijk”, vindt de bedrijfsmaatschappelijkwerkster. “Er kunnen opvarenden zijn van wie je kunt verwachten dat er in de toekomst problemen gaan opspelen, bijvoorbeeld als er een familielid ernstig ziek is.” Het DC-BMW werkt discreet: pas
“Er wordt echt naar je geluisterd” Toen het zesjarige zoontje van sergeant LDV Rens Elzinga ziek werd en beide ouders nodig had, was het voor hem duidelijk: hij moest thuis zijn. Op dat moment was hij bemanningslid van Hr.Ms. Van Amstel. Met een verzoek tot walplaatsing stapte de sergeant bij DC-BMW binnen. “Voor mij was de keuze niet moeilijk om zo snel mogelijk een walplaatsing zien te regelen. Dan kan je dan wel via een BRF (belangstellingsregistratieformulier, red.) willen doen, maar dan zit je toch altijd vast aan vrijvaldata. Er was directe actie en reactie gewenst. Ik dacht dat DC-BMW de juiste instantie moest zijn om dit op een goede en nette manier te regelen zonder dat ik hier schade aan over zou houden voor de rest van mijn loopbaan. En dat bleek al heel snel: binnen een week had ik een walplaatsing. Voorop stond mijn situatie en mijn gezin. Er werd echt naar mij geluisterd.” “Vroeger als je het woord MWD in de mond nam, was je carrière bij wijze van spreken al bestempeld. Mensen die bij MWD liepen, werden vaak gezien als de ‘zieltjes’ van de organisatie. Gelukkig is de werkvloer daarin een stuk volwassener geworden. Er is wel een inhaalslag gemaakt, naar de organisatie toe en ook andersom. Je moet naar jezelf durven kijken en toewerken naar een einddoel: weer terugkeren naar de werkvloer.”
22
na toestemming van de cliënt wordt zijn of haar ‘casus’ besproken in dit overleg. Berichtgevingsdienst Een bijzondere taak van het DC-BMW is de berichtgevingsdienst. Een van onze kerntaken net zoals uitzendzorg er dat een is, geeft LTZ 2OC Seeger aan, deze taak komt er in het kort op neer dat we in crisisgevallen, bijvoorbeeld bij het ernstig gewond raken of zelfs overlijden van een militair in het operatie- of missiegebied, hierover het thuisfront informeren. Dit is voor de Bedrijfsmaatschappelijkwerker zeker geen eenvoudige opgave. De LTZ 2OC Seeger:”Ik heb dit gelukkig zelf nog nooit hoeven doen. Mensen kunnen op zo’n moment heel erg emotioneel gaan reageren, als ze mij of een van mijn collega’s zien weten ze vaak al dat het niet goed zit.” Individuele terugkeer gesprekken Het -verplichte- individuele terugkeer gesprek is een andere kerntaak van het DC-BMW. Steeds vaker gaan militairen individueel op uitzending. Deze militairen keren meestal allemaal terug via
Kreta alwaar ze oa een adaptatiegesprek hebben. “Een tweede check up vindt plaats in het ITKG (Individueel Terugkeer Gesprek) . “Hoe hebben de militairen hun uitzending ervaren? Hoe gaat het nu thuis en op het werk? Hoe zit je nu in je vel? Dat soort vragen komen in deze gesprekken aan de orde.” “Wij helpen mensen. Eigenlijk is dat kort samengevat wat we doen bij het DC-BMW. Een cliënt komt bij ons binnen met een (duidelijke) hulpvraag en wij kunnen door middel van gesprekken en onderzoeken dan samen meestal tot een oplossing komen.” De ‘B’ in het DC-BMW maakt wel dat de maatschappelijkwerkers soms op het snijvlak moeten werken. “We kunnen niet altijd honderd procent meegaan in de belangen van de cliënt, maar zullen ook die van de organisatie meewegen. Echter we streven ernaar om iedere cliënt tevreden de deur uit te laten gaan.
Meer informatie over het DC-BMW kunt u vinden intranet / internet pagina van het DC-BMW. Het DC-BMW is 24/7 bereikbaar op de hulpverleningslijn: 0900-4155555 n
“Mensen kunnen erg emotioneel reageren”
“Drempel hoeft niet hoog te zijn” Sergeant WDS Richard Weseman hoefde niet lang na te denken toen zijn vrouw hem vroeg om dit keer niet te gaan varen. Zijn schoonzus en zwager waren binnen korte tijd na elkaar overlijden en lieten drie kinderen achter. De familie zat in een crisis. De chef wapens 2 had geen beste ervaringen met maatschappelijk werk, maar schroomde niet DC-BMW om hulp te vragen. “Het was nodig dat ik bij mijn gezin was. Er moest iets gebeuren, maar ik wilde het wel netjes regelen. Mijn chef en commandant reageerden zeer positief en stonden achter mijn beslissing. Maar ik kwam daarna niet verder. Uiteindelijk kreeg ik contact met DC-BMW en er volgde een gesprek. Mijn eerste ervaring met toen nog het MWD was niet echt positief. Ik ging dus met een dubbel gevoel dat gesprek in. Er werd meteen adequaat gereageerd en binnen no time was ik overgeplaatst. DC-BMW nam veel werk uit handen en wist precies hoe het geregeld moest worden. Dit gaf mij al een beter gevoel. “De voortgangsgesprekken die wij elke maand probeerden te houden, waren ongedwongen en gemoedelijk. Ik kon mezelf een spiegel voorhouden. Daar had ik het toen best moeilijk mee. Ik was tot dan toe altijd operationeel geweest. Ik had toch het gevoel alsof ik mijn collega’s in de steek liet. Toch stond ik helemaal achter mijn beslissing en achteraf gezien was het echt nodig. Het heeft ons allemaal dichter bij elkaar gebracht. Als je echt problemen hebt, hoeft de drempel om binnen te stappen bij DC-BMW niet hoog te zijn. Dat heb ik zelf ondervonden.”
23
06.00 “Ik heb mijn doelen moeten bijstellen” 07.00
Waarnemer in Sudan
08.00 09.00 10.00 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00
In Sudan woedde tientallen jaren een burgeroorlog. De strijd speelde zich af tussen de inwoners van het islamitische noorden, grotendeels beheerst door de Sudanese overheid en de inwoners van het deels christelijke, animistische zuiden, dat vooral in handen was van de verzetsbeweging Sudanese People’s Liberation Movement (SPLM). Lokale conflicten en de vondst van olie compliceerden de situatie. Op 9 januari 2005 sloten de Sudanese regering en de SPLM een vredesakkoord: het Comprehensive Peace Agreement (CPA). De United Nations Mission in Sudan (UNMIS) is ingesteld op 24 maart 2005 en de belangrijkste taak van UNMIS is toezien op de naleving van het vredesakkoord. Het belangrijkste punt van het vredesakkoord is dat Zuid-Sudan tijdens de interim-periode van 6,5 jaar zelfbeschikkingsrecht krijgt, waarna in 2011 een referendum wordt gehouden over onafhankelijkheid.
18.00 19.00
Luitenant-ter-zee A 2OC Esther Ruizeveld de Winter is momenteel voor zes maanden uitgezonden als militair waarnemer voor de Verenigde Naties in Sudan. In Nederland werkt zij als loopbaanadviseur bij de P&O-afdeling in Den Helder. uitmaakt van Sector IV en een islamitisch gebied is. Dilling ligt iets ten noorden van de 1-1-56 lijn. De 1-1-56 lijn is de lijn waar Noord en Zuid-Sudan zich achter moeten terugtrekken. De Sudanese Armed Forces (SAF) naar het noorden en de Sudanese People Liberation Army (SPLA) naar het zuiden. Als militair waarnemer werken we in kleine teams met vertegenwoordigers van de voormalige strijdende partijen. We voeren gesprekken met
20.00 21.00
Een wereld van verschil Bij aankomst in Khartoum viel mij een aantal dingen op. Allereerst de hitte en al het stof, maar ook het grote contrast in de hoofdstad zelf. Aan de ene kant laat Khartoum de rijkdom van de regering zien met de prachtige paleizen en de nieuwe gebouwen, maar een paar kilometer verderop wonen miljoenen mensen in sloppenwijken. Even buiten Khartoum hebben de mensen niet eens elektriciteit of stromend water. De VN hebben Sudan onderverdeeld in zes sectoren. Ik ben samen met mijn buddy naar teamsite Dilling gestuurd dat deel
22.00 23.00 24.00
24
Op woensdag 4 maart 2009 heeft het Internationaal Gerechtshof in Den Haag een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen de president van Sudan. Dat had als gevolg dat hij een groot aantal ngo’s het land heeft uitgezet. Niet alleen in Darfur maar ook in de rest van Sudan zal de bevolking door deze beslissing de dupe worden, omdat de bevolking afhankelijk is van ngo’s. Voor de ontwikkeling en verandering van de situatie in Sudan is het belangrijk dat de aankomende jaren de bevolking vertrouwen krijgt in hun regering maar ook in elkaar, dat DDR wordt uitgevoerd in heel Sudan en dat de JIU’s effectiever kunnen functioneren voor conflictpreventie en conflictbeheersing in de grensgebieden.
Eigen ervaringen Het mooie van deze uitzending is dat ik continu op pad ben, door het land kan rijden en in contact kan komen met de bevolking. Ik leer hun gewoontes kennen, wat een enorm bijzondere ervaring is. Regelmatig worden we als VN-vertegenwoordigers uitgenodigd om een traditioneel dansfeest bij te wonen waar de vrouwen van verschillende dorpen hun mannen imponeren met hun ‘stampertjesdans’. Als gasten ontkomen we er dan natuurlijk niet aan om ook een poging te wagen. Dat levert weer leuke plaatjes op voor het thuisfront maar ook zeker voor de bevolking! De mensen zijn erg vriendelijk en gastvrij en ondanks hun eigen armoede zullen ze altijd hun gasten iets te eten of te drinken aanbieden. Wat me opvalt is dat naast het gebrek aan medische voorzieningen en onderwijs, de watervoorziening het meest zichtbare tekort in dit land is. Vrouwen, meisjes en jonge jongens lopen kilometers in de brandende zon om hun jerrycans bij de paar werkende waterpompen te vullen. Ondanks dat er een vredesakkoord is ondertekend, lopen militairen, burgers en nomaden met wapens rond. Dat geeft aan dat de mensen zich niet veilig voelen in hun eigen land en dat er een hoop onderhuidse spanningen zijn. Bijna dagelijks zijn er aanvaringen tussen verschillende stammen. Van belang is dat Disarmament, Demobilisation and Reintegration (DDR) in heel Sudan wordt uitgevoerd zodat iedereen, op de JIU’s na, zijn wapens moet inleveren.
De stampertjesdans levert leuke plaatjes op voor het thuisfront
Onbetrouwbaar stroomnet Samen met mijn buddy en een aantal collega’s woon ik niet in een container op de teamsite, maar in een huis in het dorp. Zo kunnen we ons steentje bijdragen aan de ontwikkeling van Dilling en in contact komen met de bevolking. In tegenstelling tot de voorzieningen die er op de teamsite zijn, moeten we zelf ervoor zorgen dat onze waterput dagelijks gevuld is met water dat aangeleverd wordt door de ‘donkeyboys’. Het gemeentelijk stroomnet is hoogst onbetrouwbaar en we zijn eigenlijk altijd overgeleverd aan onze kleine generator. Natuurlijk heeft de generator het ook weleens warm, waardoor die er zo nu en dan mee ophoudt. Op zulke avonden zijn we aangewezen op ons belangrijkste bezit, ons hoofdlampje, want het blijft wel donker Afrika. Dit heeft allemaal iets avontuurlijks en maakt je uitzending onvergetelijk. Toen ik aan deze missie begon, had ik allerlei doelen voor ogen, zeker met betrekking tot het opzetten van vrouwenprojecten. Echter in deze missie heb ik helaas mijn doelen moeten bijstellen. Het land is er gewoon nog niet klaar voor. Mijn aanwezigheid als vrouw, als officier, in een moslimgebied is niet alleen voor mijn buitenlandse collega’s een eyeopener maar ook voor de mannen en vrouwen van Sudan. Hopelijk kan ik door mijn aanwezigheid in deze missie bijdragen aan een stukje ontwikkeling voor Sudan en kan ik de vrouwen van Sudan laten zien dat er ook voor hun, dan wel voor hun dochters, meer mogelijk is dan alleen de traditionele taken. Momenteel is Nederland samen met het Verenigd Koninkrijk een project gestart om de JIU’s in Sudan te voorzien in basisvoorzieningen zoals gebouwen, trainingen en materiaal, zodat zij de veiligheid van Sudan kunnen garanderen. n 25
zondag maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag
stamhoofden, met de legers van het SAF en de SPLA maar ook met de Joint Integrated Units (JIU’s). De JIU’s zijn een belangrijk element van het vredesakkoord en bestaan voor de helft uit SAF-militairen en voor de andere helft uit SPLA-militairen die de veiligheid van de grensgebieden tussen noord en zuid moeten bewaken. Door middel van de gesprekken observeren we hoe de veiligheidssituatie in een dorp of een bepaald gebied is. Aangezien ik in een moslimgebied zit, had ik verwacht dat de mannen in de dorpen en bij de legereenheden mij niet te woord wilden staan, maar ik ondervind helemaal geen problemen en word als volwaardig teamlid gezien. Overigens zijn bij deze bezoeken nooit vrouwen aanwezig. Die zorgen ervoor dat er ‘s avonds in ieder geval iets te eten is, terwijl de mannen de dagen lijken te slijten onder een boom, wachtend op een goed gesprek.
Sergeant Alexander Leal wil niemand teleurstellen.
Korporaal Paollo Regales ziet het als een grote uitdaging.
Antilliaanse Militie in de POTOM
“Er alles aan doen om het te halen” Het wordt beschouwd als een van de zwaarste initiële opleidingen en kent elk jaar weer veel uitvallers: De Praktische Opleiding tot Officier der Marinier, in de marinemond bekend als POTOM. Een ongenadig harde opleiding, die alleen voor de ‘allerbesten der mariniers’ haalbaar is. Tot die elitegroep behoren dit jaar ook korporaal Paollo Regales en sergeant Alexander Leal van de Antilliaanse Militie. Zij zijn op grond van hun vooropleiding (havo) buiten het Koninklijk Instituut voor de Marine om in de POTOM gekomen. Een uitzondering, want de vraag naar officieren bij de Antilliaanse Militie is groot. Tekst: Vanessa Strijbosch Regales en Leal draven in militaire looppas over de Van Ghentkazerne in Rotterdam. De Antillianen zijn net een week in Nederland. Het was even wennen aan het andere ritme, zeggen ze. “Maar we voelen ons hier al wel lekker”, aldus de jonge mariniers van de Antilliaanse Militie. Beseffen ze wat hen te wachten staat? Regales is bloedserieus en vertrekt geen spier als hij daarop antwoordt: “Ik zie het als een grote uitdaging. Ik zal er alles aan doen om het te halen.” Zijn collega beseft heel goed dat de verwachtingen hoog gespannen zijn. “Wij komen helemaal uit Curaçao voor de POTOM naar Nederland. Ik wil niemand op Curaçao teleurstellen.” Concessies doen De Antilliaanse Militie (Antmil) wordt ook wel gezien als een sociaal vangnet. Jongeren kunnen na hun opleiding bij de Antmil makkelijker instromen in de burgermaatschappij. Officieren zijn een schaars goed bij de militie en dat terwijl de vraag wel groot is. Regales en Leal zijn dan ook niet de eerste van de Antilliaanse Militie die een poging doen de keiharde opleiding te volbrengen. “Historisch gezien is de slagingskans bijna nihil”, stelt Hoofd
Opleidingseenheid POTOM, majoor der mariniers Kees Schellens. “Voor Nederlandse adelborsten is deze opleiding al behoorlijk zwaar, dus ook voor hen. Daarom zullen we dit jaar voor het eerst concessies doen aan de eisen die we stellen voor deze jongens.” Niet toeleggen op houding Op een presenteerblaadje krijgen ze het niet voorgeschoteld, wil Schellens benadrukken. “Tot niveau twee (groepsniveau, red.) zullen ze volledig meedraaien en moeten voldoen aan de eisen. Daarna (pelotonsniveau, red.) doorlopen ze het traject en krijgen ze dezelfde lesstof, maar worden minder vaak als leider aangewezen en minder zwaar beoordeeld. We zullen nooit gaan toeleggen op houding en instelling”, voegt hij toe. “Zodra ze er met de pet naar gooien, houdt het op.” Naast Regales en Leal volgen ook twee mariniers van de Antilliaanse Militie de opleiding tot sportinstructeur in Rotterdam. “We gaan het halen”, zeggen Regales en Leal overtuigd. “Daarvoor zijn we hier gekomen. Alles wat wij hier leren, willen wij overdragen aan de Antilliaanse Militie.” n 26
Goed voorbeeld doet goed volgen “Het was bizar”, reageert Lourenço Teixeira als hij terugdenkt aan zijn eerste kennismaking met het Koninklijk Instituut voor de Marine. Als marinier 1 van de Arubaanse Militie kwam hij in 2007 naar Nederland om daar opgeleid te worden tot officier. Twee jaar later schreef hij geschiedenis door sinds 2000 als eerste marinier van Aruba de Praktische Opleiding tot Officier der Marinier succesvol af te ronden. “Ze hebben een goede officier van mij gemaakt.” Toen Lourenço Teixeira in 2005 besloot in dienst te gaan en zich aan te melden bij de Arubaanse Militie (Arumil), was bij hem niet een keer de gedachte opgekomen om ooit officier te worden. “Ik wist niet eens wat de POTOM precies inhield”, geeft hij toe. En de Arubaanse marinier wist zelfs niet van het bestaan van het Koninklijk Instituut voor de Marine (KIM) af. Voor Teixeira was het dan ook een verrassing toen het Hoofd Arumil, eerste luitenant Glen Werleman, naar zijn ambities informeerde. Werleman, bijna tien jaar werkzaam als pelotonscommandant en Hoofd Arumil, wachtte nog altijd op een opvolger: een Arubaanse officier die hem kon aflossen. De organisatie heeft sinds enkele jaren een dringende behoefte aan een tweede Arubaanse officier. Na vijf vergeefse pogingen, werden de pijlen op twee nieuwe gegadigden gericht, onder wie Lourenço Teixeira. De twee Arubaanse mariniers waren in het bezit van een havodiploma, het minimale vereiste voor de Nederlandse officiersopleiding, dus de keuze voor hen was snel gemaakt. “Werleman motiveerde mij om dit te gaan doen. Ik keek tegen hem op en raakte geïnspireerd”, vertelt Teixeira over zijn uiteindelijke keuze zich aan te melden voor het KIM. In tegenstelling tot de Antilliaanse cursisten, volgen Arubaanse militairen de gehele opleiding volgens de Nederlandse norm. Geen onderscheid Teixeira is de eerste Arubaanse militair die naast de POTOM ook op het KIM is toegelaten. Hoe is het dan om als Arubaanse militair tussen officieren in spé rond te lopen? “Ik had er geen verwachtingen van. Ik had mij goed voorbereid op de POTOM, maar niet op het KIM. Het was wel even gek in het begin”, reageert hij. “Maar er werd geen onderscheid gemaakt”, voegt hij direct toe. “Ik kreeg geen speciale aandacht. Misschien dachten ze toch wel: ‘het duurt nu tien jaar, dit moet hem worden!’”, grapt hij. Van de 46 mariniers, bleven er 16 over die officier der marinier worden. Onder wie Teixeira, maar dan wel officier ‘der Arubaanse Militie’. Eenmaal teruggekeerd op Aruba wordt hij pelotonscommandant van het Arubaanse peloton, tot vreugde van eerste luitenant Werleman: “Ik ben trots op alle jongens hier, maar in het bijzonder op Teixeira vanwege het behalen van de POTOM”, reageert de huidige pelotonscommandant enthousiast. “Ik ben blij dat de Arumil er eindelijk weer een officier bij krijgt. Teixeira is zeker een aanwinst voor ons. Hij brengt een hoop nieuwe kennis mee die hij kan overdragen om de Arumil op een hoog niveau te houden.” n
“Ik wist niet eens wat de POTOM precies inhield” 27
UAV in zakformaat Hij weegt slechts twee kilo en bestaat uit acht delen die niet groter zijn dan een halve meter. Het nieuwe onbemande vliegtuig Raven is onmisbaar in het veld voor omgevingsbewustzijn en verkenning. Tekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Sjoerd Hilckmann (AVDD) Van een collega-instructeur van het verkenningsvliegtuig Sperwer krijgt hij een plastic tas van de Intertoys in zijn handen gedrukt. Dat is hoe er gekscherend naar het vliegtuig van sergeant der mariniers Menks van de Broek wordt gekeken. Als enige marinier is hij geplaatst bij het 101 Remotely Piloted Vehicle Batterij van het 103 ISTAR Bataljon op de Luitenant-kolonel Tonnetkazerne in ’t Harde. Hij geeft instructie voor een ‘Unmanned Aerial Vehicle’ (UAV) dat naar zijn mening onmisbaar is in het veld: de Raven. Van den Broek trekt een ronde zak, zo groot als een vuilniston uit een stelling. Hij trekt er een kegel uit die gevuld is met piepschuim en wat elektronica. Verder volgen er nog wat grijze platen en een body met een propellertje erop. “De rode pijl geeft aan waar dit onderdeel komt. Kan niet misgaan”, zegt hij als hij het staartstuk op de body drukt. Binnen enkele tellen ligt er een grijs vliegtuigje op de grond en gaat Van den Broek verder met het missiesysteem. Ook dit blijkt eenvoudig. Op de hub die de besturing, missiecomputer en antenne verbindt, staan met grote opstaande contouren symbolen aangegeven welke kabel waarin
moet. Zo kan de operator ook in het donker voelen hoe de onderdelen moeten worden aangesloten. Vooruitgeschoven verkenner Het vliegbereik van de Raven is ongeveer tien kilometer en hij kan een kleine anderhalve kilometer hoog vliegen. “Elke commandant in het veld zou er een moeten hebben”, vindt Van den Broek. De verschillende missies waar hij de extra ogen bijzonder geschikt voor acht, zijn bijvoorbeeld de beveiliging van een basis, als vooruitgeschoven verkenner voor een patrouille of als extra hulpmiddel bij het aanvragen van vuursteun. De Raven is in staat om een object aan te stralen ter herkenning van grondtroepen of gevechtshelikopters. “De Raven kan geen doel aanwijzen om bommen te geleiden, maar het kan wel goed worden gebruikt om een object aan te stralen, zodat een Apachevlieger met zijn infrarood-kijker ziet welk object zijn doel is.” Met de ‘splash and target’-functie is snel te berekenen wat de afstand tussen de plaats van impact (splash) en het eigenlijke doel is. Het verkenningsvliegtuigje is zelfs te gebruiken vanuit een rijdend voertuig, waardoor de instructeur ook een nuttige toepassing ziet bij konvooibeveiliging. “Je zou het vliegtuigje ook voor een patrouille uit kunnen laten vliegen”, vertelt Van den Broek. “Je ziet dan of bijvoorbeeld groepen mensen ineens uit elkaar vluchten, of dat er achter de huizen verdachte dingen gebeuren, zodat je alvast een idee hebt hoe welkom je in een dorp bent.” Waypoints De bediening van het toestel is, volgens de sergeant, bijzonder eenvoudig. “De besturing is afgeleid van een Nintendospelcomputer. Zeker mensen van een jongere generatie vliegen hier zo mee weg”, zegt hij. Het beeld op de controller komt van de camera in de neus van de Raven. De ‘flight operator’ kan tijdens het vliegtuig foto’s maken of een punt uitkiezen waar het vliegtuigje even moet blijven rondcirkelen voor nadere inspectie. Daarnaast heeft de ‘mission operator’ een notebook waarin de kaarten staan waarop hij punten kan inplotten. Het vliegtuigje vliegt dan automatisch een route van ‘waypoints’ af, of blijft rond een bepaalde positie cirkelen. De software is in staat om te waarschuwen of de hoogteverschillen tussen twee opeenvolgende punten te groot zijn of dat het terrein de gekozen route onmoge-
28
Van den Broek met de hand controller en het missiesysteem op de rugzak.
lijk maakt. Er kan bijvoorbeeld een berg tussen twee punten zitten, of tussen de antenne en het toestel. Als het signaal weg valt, dan kan het vliegtuigje zelf terugkeren naar het laatste waypoint van de originele route, vanwaar het de landing inzet in de richting van de operators. Stijgen en dalen doet de Raven hoofdzakelijk met zijn motorvermogen, ondersteund met zijn staart. Enige oefening om operationeel alles uit het toestel te halen wat er in zit, is wel nodig. De grootste zwakte van de Raven is namelijk zijn geluidsniveau. “Een geoefende vlieger zou hoog in kunnen vliegen, de motor uitzetten en dan rond een object cirkelen. Dan zweeft hij weer stil uit het gebied en geeft weer vermogen om terug te komen”, demonstreert Van den Broek. Gebouwd om te crashen In die training zit nog wel een uitdaging, merkt de sergeant. Omdat het vliegtuigje buiten het zicht van de operators vliegt en in het luchtruim van andere vliegtuigen kan komen, gelden er dezelfde eisen, als die aan een regulier vliegtuig worden gesteld. “Operators moeten een lange opleiding volgen waarbij ze ook vakken krijgen als ‘crew resource management’ en luchtvaartwetgeving.” Daarnaast moeten ze hun vlieguren bijhouden door minimaal één keer per maand te vliegen. Jaarlijks worden de vaardigheden getoetst door een onafhankelijke examinator. Crashes met het toestel moeten zorgvuldig worden gerapporteerd en onderzocht door de Militaire Luchtvaartautoriteit, hoewel het toestel gebouwd is om te crashen en uit elkaar te vallen. De Raven landt op een stootkussen, waarbij de afzonderlijke onderdelen snel los laten, zodat er geen daadwerkelijke schade ontstaat. Eventuele kunststof verbindingsstukjes die wat kwetsbaarder zijn, zitten reserve in de rugzak en kunnen eenvoudig worden vervangen.
De mission operator zet de route uit op zijn notebook en markeert interessante punten in het veld.
Binnen twee minuten is het vliegtuigje weer gereed om airborne te gaan. “Maar een echt geoefende vlieger – en ik heb er filmpjes van gezien op Youtube – vangt het vliegtuigje uit de lucht op”, beweert Van den Broek. Als een van de redenen waarom het werk met de Raven streng wordt gereguleerd, noemt Van den Broek de civiele toepassing er van. De Raven wordt niet alleen gebruikt in het expeditionaire optreden van de krijgsmacht. Ook de politie heeft belangstelling voor het toestel om in te zetten bij belangrijke evenementen als risicovoetbalwedstrijden of topconferenties. Voorlopig is de instructiecapaciteit in ’t Harde nog aan de kleine kant, waardoor de Raven nog niet direct beschikbaar is voor de eerste shift mariniers die naar Uruzgan gaat. “Het is de bedoeling dat de tweede shift in december de Raven meekrijgt”, aldus Van den Broek. Dan zal de waarde van de extra ogen in de praktijk moeten blijken. n
Gemaakt om te crashen.
29
Uitslagen NMK schermen Heren 1 WMR Bas Verwijlen, KMar 2 KLTZ Michael van der Klip, KM 3 CDTSGT Pelle Castenmiller, KL Dames 1 ELNT Titia Mannessen, KL 2 KPLADB Amanda Kipp, KM 3 SM1 Anne-Marieke van Hulst, KL
Sportkalender mei - juni 2009 12-mei NMK Judo Kmar Politie-academie Apeldoorn 13-mei NMK Mountainbike KLu AOCS Nw. Millingen 19-mei NMK Zwemmen KLu KMA / NLDA Breda 20-mei OPEN Sportschieten Klu Schietbaan Rotterdam 20-mei MT Veteranen Futsal KM Nieuwe Haven Toernooi Den Helder 27-mei OPEN Atletiek KLu Atletiekveld Uden 28-mei OPEN Oriëntering KL Vredepeel De Peel ODL teams 28-30 mei OPEN Zeilen-Centaur KM Amstelmeer De Haukes 3-juni NMK Triathlon OD - KL Flevonice Biddinghuizen 1/8 - Tri togehter 8-12 juni OPEN Zweefvliegen KLu Vliegveld Malden 10-juni MT Havenloop KM Nieuwe Haven Den Helder 12-juni OPEN Speedmars KL KMA / NLDA Breda 15-17 juni OPEN Aanmoedigings wedstr. Sloepzeilen KM Amstelmeer De Haukes 16-17 juni MT Tennis KM KIM / NLDA Den Helder 17-jun OPEN ODL schieten geweer + pistool KL ISK Harskamp 18-juni NMK Geweer/Pistool KL ISK Harskamp 19-juni MT Darten KM Dukdalf Den Helder 24-juni MK Duathlon KM MKWD Den Helder Inschrijven NMK’s/MK’s/OMK’s via intranet: Inschrijvensport.intranet.mindef.nl Inschrijven MT’s via desbetreffende organisatie/sportbureau
OMK indoor klimmen
Tijdens het OMK indoor klimmen waren maar liefst twintig van de 51 deelnemers van de marine. Dit was zichtbaar bij de verdeling van de prijzen. MARN 1 Auke Wiegel en MARN 1 Mike Vos wisten goud en zilver te behalen bij de seniorencategorie, SMJRMARNALG Bob Ouwerkerk wist het zilver binnen te slepen bij de V1 categorie en het marineteam bestaande uit MARN 1 Auke Wiegel, MARN 1 Mike Vos en MARN 1 Koen van de Ven waren het snelst bij het speedklimmen en kregen daarvoor een gouden medaille.
NMK volleybal Afgelopen twee jaar verrasten de marinedames de overige krijgsmachtdelen door zich in de finale te plaatsen. Tweemaal werden ze tweede. Dit jaar werd ondanks de redelijk goede voorbereiding geen finaleplaats behaald en moesten de dames het doen met een derde plaats. Enkele dames hebben zich in de picture van de defensieequipe weten te spelen en zijn uitgenodigd voor de centrale trainingen. De heren hadden slechts eenmaal samen getraind met een incompleet team, de dag voor het NMK. De verwachtingen
OMK indoor klimmen Senioren 1 MARN 1 Auke Wiegel, KM 2 MARN 1 Mike Vos, KM 3 KAP Vincent Lauffer, KL Dames 1 SGT1 Fiona Lust, KL 2 SGT Henny Boonstra, KL V1 1 AOO Kuipers, Klu 2 SMJRMARNALG Bob Ouwerkerk, KM 3 SM1 Heiko Meijer, KL V2 1 SM Hubertus Liebregts, KL 2 SM Arnold de Jonge, Klu 3 AOO R. Dekkers, KL Speed- 1 Vos/Wiegel/van de Ven, KM klimmen 2 Voorn/Weijmans/Lauffer, Klu 3 Mossing/Laurijssen/de Jonge, Klu NMK basketbal Heren 1 Koninklijke Marine 2 Koninklijke Luchtmacht 3 Koninklijke Landmacht 4 Koninklijke Marechaussee NMK volleybal Heren 1 Koninklijke Luchtmacht 2 Koninklijke Marechaussee 3 Koninklijke Landmacht 4 Koninklijke Marine Dames 1 Koninklijke Marechaussee 2 Koninklijke Landmacht 3 Koninklijke Marine 4 Koninklijke Luchtmacht MK schieten Geweer 1 MATR 1 Jan van Slooten 2 SMJRMARNALG Anne van der Meulen 3 SGTWDS Erik Otten Pistool 1 SGTMBK Michael Löbbers 2 Peter Elkerbout 3 KLTZ John Kleywegt waren daarom niet erg hoog. Ze werden vierde, desondanks was er duidelijk veel competentie binnen het team. De heren gingen elke wedstrijd beter spelen en wellicht met een betere voorbereiding had er meer ingezeten. Om volgend jaar serieus mee te dingen naar de prijzen is het team nog steeds op zoek naar een trainer/coach en spelers voor het herenteam.
NMK basketbal De herenteams tijdens het NMK Basketbal waren behoorlijk aan elkaar gewaagd. De wedstrijden werden met slechts drie punten verschil gewonnen. Nadat alle teams twee wedstrijden hadden gespeeld, was het al duidelijk dat de marine en de luchtmacht tegenover elkaar stonden in de finale. De marineheren wisten wederom kampioen te worden. Wedstrijdleider op deze dag was de voormalige trainer en coach van de Bluestream Seals: Peter van Noord. Helaas geen NMK damesbasketbal dit jaar. De marechaussee en de luchtmacht wisten geen team bij elkaar te krijgen. 30
Franse ‘invasie’ onderstreept sterke band “De volgende keer proberen we MN Charles de Gaulle naar Den Helder te krijgen”, zei kolonel Philippe Delarc grappend. De Franse defensieattaché in Nederland was er echter al zeer trots op dat onlangs drie opleidingsschepen van de Franse marine in de haven van Den Helder lagen afgemeerd. De aanwezigheid van de sous-chef Internationale Militaire Samenwerking (SCIMS), commandeur Michiel Hijmans, aan boord van de Panthère stemde hem tot nog meer tevredenheid. De circa 25 opvarenden van de Eglantine (A771), Tigre (A754) en Panthère (A749) waren naast de vaste bemanning over het algemeen vierdejaars studenten van de Franse Marine Academie, van wie enkelen ook ervaring hebben opgedaan op de helikopter-carrier Jeanne d’Arc. Commandant van het gastschip, lieutenant de vaisseau Benjamin Rico liet er geen twijfel over bestaan trots te zijn op het hoge bezoek tijdens de periode in Den Helder. “We hebben elke week wel havenbezoeken, ook vaak van de Franse marine, maar dit is toch wel bijzonder”, erkende chef-staf marinekazerne Willemsoord,
Gedenkteken UIM ‘Ter herinnering aan hen die ons ontvielen’ is de stemmige tekst op het nieuwe gedenkteken van de Unit Interventie Mariniers (UIM). Op 2 maart onthulde de commandant in Doorn het schild waarop de namen staan van de gestorven Special Force mariniers vanaf 1999.
kapitein-luitenant-ter-zee Adriaan Leeuw. “Den Helder is een populaire haven, omdat je zo gemakkelijk in- en uitvaart en de beveiliging toch optimaal is.” De wederzijdse departementen werken steeds nauwer met elkaar samen. “Bij operatie Atalanta (bescherming koopvaardijschepen langs de Somalische kust, red.) bestaat al een intensieve coöperatie, net als bij de drugsbestrijding in het Caraïbische Gebied”, wist Hijmans. De volledige terugkeer van Frankrijk in de militaire structuur van de NAVO leidt tot nog veel meer samenwerking, verwacht hij. (Tekst: Evert Brouwer, foto’s: Simone van Es)
C-TFU bezoekt integratieoefening Commandant van de Task Force Uruzgan (C-TFU), brigadegeneraal Marc van Uhm, bracht op 30 maart een bezoek aan de lopende integratieoefening ‘Uruzgan Integration’. Daarin werkt de 22e infanteriecompagnie gezamenlijk op met de landmacht. De mariniers zullen vanaf medio dit jaar een onderdeel vormen van de taakgroep. Als onderdeel van het opwerktraject zijn zij met hun landmachtcollega’s bezig met het trainen van pelotonsgewijze scenario-oefeningen. De hele compagnie traint op zaken zoals konvooibegeleiding, infiltratie en optreden als ‘Quick Reaction Force’. De integratie-oefening vindt plaats op diverse locaties op de Veluwe. De eerste week trainden de mariniers op het Stroesche Zand.
31
Universitaire erkenning De Faculteit Militaire Wetenschappen van de Nederlandse Defensie Academie (NLDA) heeft een eerste stap gezet op de lange weg naar erkenning als universiteit. Een onafhankelijke commissie oordeelde dat de faculteit voldoet aan de eisen die aan een instelling voor hoger onderwijs worden gesteld. Aan de Faculteit Militaire Wetenschappen, met vestigingen in Breda en Den Helder, volgen toekomstige officieren van de Koninklijke Marine, Landmacht, Luchtmacht en Marechaussee een wetenschappelijk opleiding op bachelorniveau. Daarnaast verricht de faculteit militairwetenschappelijk onderzoek. Het positieve oordeel in het visitatierapport is de eerst stap op weg naar accreditatie. Hiermee kan de faculteit de vervolgstappen nemen die leiden tot een verzoek aan het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen om de faculteit te erkennen als aangewezen instelling voor hoger onderwijs. Wanneer de instelling die accreditatie ontvangt, zijn de diploma’s van de faculteit ook in de burgermaatschappij erkende wetenschappelijke bachelors.
Tall Ships Challenge
Jaarlijkse CZSK herdenking Op 28 mei vindt voor de tweede keer een herdenkingsbijeenkomst van de Koninklijke Marine plaats bij het brugcomplex van ex-Hr.Ms. De Ruyter. Bij de herdenking wordt respect en waardering aan de overleden medewerkers en medeleven betuigd aan de nabestaanden. Tijdens de herdenkingsdag worden de in het voorgaande jaar in actieve dienst overleden militairen en burgermedewerkers van het CZSK herdacht. Het voorgaande jaar betreft het tijdvak van 1 mei 2008 tot 1 mei 2009. De nabestaanden, commandanten/diensthoofden en Chefs der Equipage van de overleden medewerkers zullen een uitnodiging ontvangen voor de herdenkingsdag. De herdenking begint met een ont-
vangst in gebouw Dukdalf om 09:00 uur. De herdenking vindt plaats van 10:00 tot 10:30 uur. Tijdens de herdenking wordt er door de C-ZSK en door vertegenwoordigers van de nabestaanden een krans gelegd. Aansluitend bestaat voor nabestaanden de gelegenheid bloemen te leggen waarna hen een lunch wordt aangeboden in gebouw Dukdalf. Ook voor belangstellenden bestaat de mogelijkheid om bloemen te leggen en deel te nemen aan de lunch. Mocht u als belangstellende aanwezig willen zijn tijdens de herdenking, dan wordt u verzocht vooraf contact op te nemen met LTZ 2OC Anneguus Dirkzwager, telnr.: 0223 657 462.
Met havens als Vigo, Boston en Halifax op het programma begon Hr.Ms. Urania op dinsdag 14 april aan een trans-Atlantische reis. Het opleidingszeilschip van het KIM neemt deel aan de ‘Tall Ships Atlantic Challenge 2009’. Een internationaal zeilevenement waaraan 25 Amerikaanse en Europese zeilschepen deelnemen. Civiel en militair, variërend van machtige windjammers en schitterende klassieke zeilschepen tot moderne jachten. Na een lange reis langs de Canarische eilanden, Bermuda, Boston en Halifax, keert de Urania weer terug via Schotland naar Den Helder waar zij op 24 augustus zal afmeren. Meer informatie over de ‘Tall Ships Atlantic Challenge 2009’ op: www.tallshipsraces.com/atlanticchallenge. Om op de hoogte te blijven van het reilen en zeilen aan boord, zie de weblog op www.nlda.nl.
C-ZSK bezoekt KMTO De Commandant Zeestrijdkrachten, LTGENMARNS Zuiderwijk, bracht op 2 april een vervolgbezoek aan de Koninklijke Marine Technische Opleidingen (KMTO). Deze keer ging de belangstelling van de generaal uit naar de praktijkfaciliteiten van de technische opleidingen. De generaal keek mee bij de training van een deel van de Portugese bemanning in de M-fregattentrainer en in de voorlopige
trainingsfaciliteit voor de LCF. Aangehaalde onderwerpen waren het onderhoud van de huidige trainer, de in aanbouw zijnde LCF-trainer, maar ook de behoefte aan generieke trainers voor de toekomst. Zuiderwijk inspecteerde verder het legeringsgebouw Nassau. De C-ZSK wilde kennis nemen van de dringende behoefte aan modernisering van de legeringfaciliteiten.
32
Viersterrengeneraal op bezoek Op dinsdag 7 april heeft de oud-chefstaf, GENMARNS b.d. Henk van den Breemen een bezoek gebracht aan de Marinierskapel der Koninklijke Marine. Begeleid door kolonel der mariniers Carlo van den Berg, scheidend commandant van de Van Ghentkazerne, maakte de viersterrengeneraal kennis met de nieuwe dirigent van de kapel, majoor Harmen Cnossen. Van den Breemen, zelf groot muziekliefhebber en begenadigd organist, is voor veel muzikanten geen onbekende. De oud-generaal bracht een koraalmelodie van Bach mee met het verzoek of de kapel deze wilde spelen. Volgens hem kan men de kwaliteit van een militaire kapel altijd herkennen aan de vertolking van zo’n koraal. In zijn functie als chef defensiestaf had hij altijd bijzonder genoten van de Marinierskapel.
Say cheese Als afsluiting van de oefening Egemen ’09, vond er vlak voor de Bosporus een foto-oefening plaats. Afgebeeld zijn Hr.
Ms. Johan de Witt, RFA Mounts Bay, op de voorgrond een Nederlandse LCVP, Turkse patrouillevaartuigen, een Engelse tanker
en een Turks fregat. Meer dan twintig eenheden namen deel aan deze foto-oefening en het leverde een uniek plaatje op.
Foto: Niel Schenk
De strijd tegen piraten Op de dag dat Hr.Ms. De Zeven Provinciën de Golf van Aden binnenvoer voor deelname aan de piraterijbestrijdingsoperaties van de internationale gemeenschap, treffen zes Nederlandse marinemensen elkaar in Bahrein bij het hoofdkwartier van de Combined Maritime Forces (CMF). KLTZ Michiel van Ginkel en SMJR Hans
Ringelberg zijn beiden geplaatst bij CMF. LTZ1 Robert Wesdorp is geplaatst bij CTF 151 (Counter Piracy) en is hun liaisonofficier bij CMF. Ook KLTZ Jan Kees van Dalsen fungeert tijdelijk als liaisonofficier in Bahrein gedurende de NAVOoperatie Allied Protector voor SNMG1 waar de De Zeven Provinciën deel van uit maakt. LTZ 1 Don Eppingbroek is geplaatst bij de nieuwe Franse staf van CTF 150. Deze staf bereidt zich momenteel voor op haar toekomstige taak in de Indische Oceaan en de Golf van Aden. KTZ Ad van der Linde vertegenwoordigde MCC Northwood op de Shared Awareness and Deconfliction vergadering. Op deze maandelijkse vergadering bespreken alle naties (inclusief Rusland en China) en maritieme organisaties die eenheden in de Golf van Aden hebben, hoe zij optimaal kunnen samenwerken en een gezamenlijk maritiem beeld kunnen opbouwen in hun strijd tegen de piraten.
Brandoefening “Brand, brand, brand!” klonk er op Marinekazerne Vlissingen. In samenwerking met de stadsgewestelijke Brandweer Middelburg/Vlissingen hield de kazerne een brandoefening. Het legeringsgebouw Steendiep stond in brand waarbij een aantal gewonden viel. De brandweer rukte met drie wagens uit en was snel ter plaatse. Een deel van het legeringsgebouw was onder rook gezet om de oefening zo realistisch mogelijk te laten verlopen. Uit de ramen kwam flink wat rook van waaruit een gewonde om hulp riep voor zijn bewusteloze collega. Deze laatste is met
behulp van de ladder van de brandweerwagen uit het gebouw gehaald. Nadat ‘brand meester’ en einde oefening was bepaald, is de oefening met alle betrokkenen uitgebreid nabesproken. Hoewel de leidinggevenden niet ontevreden waren over het verloop van de oefening, hebben nog enkele zaken aandacht of verbetering nodig. Brandweer en marine willen dit soort oefeningen vaker houden om zo goed mogelijk voorbereid te zijn op calamiteiten en ter bevordering van de onderlinge samenwerking en verstandhouding.
33
Militaire tehuizen onder één dak Vanaf 1 januari 2010 is één organisatie verantwoordelijk voor alle militaire tehuizen. De besturen van Home-Base Support en de Stichting Algemene Militaire Tehuizen hebben daartoe op 8 april een intentieverklaring getekend. Vanaf 2010 zijn alle militaire tehuizen ‘ECHOS Homes’. ECHOS Homes zijn ‘all ranks’ voorzieningen waar iedere militair, ongeacht rang, stand, levensbeschouwing of nationaliteit hartelijk welkom is. De bekende en gewaardeerde gastvrije sfeer wordt in belangrijke mate gemaakt door gemotiveerde medewerkers, die van een ECHOS Home een echte ‘huiskamer’ maken. Defensie heeft twaalf locaties benoemd, waar deze bijzondere personeelszorg gewenst is. Voor de marine zijn dit onder andere het AMT in Rotterdam en het PMT De Duif in Den Helder. In Doorn worden voorbereidingen getroffen voor een ECHOS Home.
CDS bezoekt Steiger 19 Commandant der Strijdkrachten, generaal Peter van Uhm, onderstreepte het belang van de onderzeeboten, maar vroeg wel aandacht voor de structurele personele vulling van de boten. Dit bracht hij naar voren tijdens een werkbezoek aan de Groep Onderzeeboten op 25 maart. In gezelschap van LTGENMARNS Rob Zuiderwijk, liet hij zich voorlichten over de diverse taken en de staat van de onderzeeboten en het personeel bij deze eenheid. De Onderzeedienst is internationaal een belangrijke speler en dat komt niet in de laatste plaats door de aanwezige kennis. KLTZ Jouke Spoelstra haakte aan op ruim een eeuw onderzeebootervaring: “Wij doen dit al meer dan honderd jaar en dat is te merken. De Nederlandse kennis wordt ook in het buitenland zeer gerespecteerd.” Van Uhm had veel oog voor het personeelsbestand. “Er is een opwaartse lijn.
De instroom neemt weer toe en de uitstroom neemt af, maar het gat dat geslagen is, neemt tijd in beslag om te dichten. Het kost tijd en capaciteit om nieuwe mensen op te leiden en hun ervaring op te bouwen.” Veel personeel is de afgelopen jaren weggekocht door commerciële bedrijven. LTZ 1 Pim Hol beweerde: “Wij kunnen nu weer financieel concurreren met de offshore.” Dat merkt de onderzeebootgemeenschap onder andere doordat oud-collega’s toch weer terug willen komen. Maar salaris was volgens de CDS niet het enige wat telt: “Je moet het werk ook op de lange duur boeiend houden, om tot een structurele verbetering van personeelsbehoud te komen.” Van Uhm kreeg de gelegenheid om zelf achter het roer van een ‘onderzeeboot’ te kruipen in de technische trainer van de Onderzeedienst. Daarna sprak hij nog met personeel op Hr.Ms. Walrus en Hr.Ms. Mercuur.
Hydra-concept in de Arctis Tijdens Cold Response ’09 werd een relatief nieuw concept van militair opereren beproefd. Conventionele eenheden en eenheden van Special Forces leerden er samenwerken in het zogenaamde Hydraconcept. Voor de operatie van de conven tionele hoofdmacht vormde een vliegveld in handen van de vijand een te grote dreiging. Daarom werd een taakgroep van ‘combined’ Special Forces (mariniers en Belgische paracommando’s) ingeschakeld om dit terug te veroveren. De taakgroep moest inlichtingen inwinnen en precisieaanvallen uitvoeren, zonder dat de landingsbaan beschadigd mocht raken. Door de ligging van het vliegveld met de weinige beschutting was dit een uit dagende opgave. De vijand patrouilleerde er veel en de bevolking meldde verdachte bewegingen op het eiland direct aan de tegenstander.
Gezien de geografische beperkingen en klimatologische omstandigheden konden de teams het beste inzwemmen, ingezet worden met een static-line-square parachutesprong of zich op ski’s verplaatsen. Door de sterke wind met uitschieters kon de parasprong niet doorgaan. De aanval op een Command and Control faciliteit vormde de belangrijkste opdracht. De mariniers van de Vikings en de 13e INFCIE rolden een vijandelijke controlepost voor voertuigen en een mogelijk trainingskamp op. Deze operatie ondersteunde de opdracht van SF-eenheden. Tegelijkertijd vlogen de Belgische paracommando’s met een MC-130 vliegtuig van Amerikaanse luchtmacht heimelijk in en namen het vliegveld in om het over te dragen aan de hoofdmacht.
34
Nieuwe snelle boten voor CZSK Ze heten ‘Fast Raiding Interception and Special Forces Craft’ (FRISC) en moeten het hebben van hun kleine omvang en snelheid. Het zijn de nieuwste vaartuigen waarmee het CZSK vanaf 2010 gaat werken. KTZ Ludger Brummelaar, hoofd afdeling Verwerving Systemen bij de DMO, ondertekende een contract voor 48 vaartuigen. De eerste vaartuigen uit de serie zullen in het derde kwartaal van 2010 beschikbaar zijn. Veertien vaartuigen zullen in 2010 worden geleverd, de resterende 34 in 2011. De vaartuigen zijn in staat om onder andere landingen en boardings uit te voeren en zijn onder te verdelen in een vijftal (sub)typen. Elf vaartuigen zijn bestemd voor speciale operaties met een amfibisch karakter, en 29 vaartuigen vervangen de bestaande kleine landingsvaartuigen zowel in Nederland als in het Caraïbische Gebied en zullen voor amfibische operaties (uitgevoerd door marinierseenheden) ingezet worden. Zes vaartuigen worden aan boord van de nieuw te bouwen patrouilleschepen geplaatst. Twee vaartuigen zijn bestemd voor de veiligheid in havengebieden.
Medische evacuatie Hr.Ms. Van Speijk Terwijl Hr.Ms. Van Speijk zich op 16 april voor de kust van Petten gereedmaakte voor een helikopteroefening, kreeg een van de opvarenden acute problemen met zijn gezondheid. Hierop is het Kustwacht centrum geïnformeerd en geadviseerd om
het SAR-alarm te activeren. De opstapper werd met de ‘Rescue Pedro 02’ van boord gehaald. De patiënt is door de helikopter naar het AMC in Amsterdam gebracht en overgedragen aan het medisch personeel.
Hr.Ms. Makkum ploft bij Italië Hr.Ms. Makkum heeft op maandag 16 maart een explosief geruimd voor de kust van Sardinië. Het schip maakt deel uit van de Standing NATO Mine-CounterMeasures Group 1 (SNMCMG1) en nam deel aan de oefening Loyal Mariner ‘09. Behalve de vele oefenmijnen werd er ook een oude vliegtuigbom gevonden. De Italiaanse autoriteiten verleenden aanvankelijk geen toestemming om zogenaamde ‘live ordnance’ te ruimen. Nadat alsnog toestemming werd verkregen, bleek de Makkum over de beste middelen te beschikken om de 500 pond zware Amerikaanse MK83 vliegtuigbom te ruimen.
Engelse mijnenjagers op deze manier brandstof laden. Hr.Ms. Makkum zal tot eind juni deel uit maken van SNMCMG1. Begin juli wordt ze afgelost door Hr.Ms. Urk.
Een Lynx heeft assistentie verleend aan een in nood verkerende sleepboot. Op zaterdagavond 4 april brak er brand uit in de machinekamer van de sleepboot Englishman. Deze bevond zich op dat moment 50 mijl ten noordwesten van Den Helder. Mogelijk zouden de dertien opvarenden geëvacueerd moeten worden naar booreilanden en of schepen in de directe omgeving van de sleepboot. De Lynx en de kustwacht dirigeerden een aantal KNRM-boten naar de positie van de Englishman. De bemanning van de sleepboot was op dat moment druk bezig met het bestrijden van de brand. In afwachting daarvan stond de Lynx standby op het gasproductieplatform de K-12B in de buurt van de sleepboot. Na enige tijd bleek dat de sleepbootbemanning het vuur onder controle had en dat de inzet van de Lynx niet meer benodigd was. Door de snel opkomende mist verslechterde de weersomstandigheden, waardoor de bemanning van de helikopter genoodzaakt was om op het boorplatform te overnachten. Nadat de mist langzaam optrok, kon de Lynx met haar bemanning op zondagmorgen terugkeren naar Maritiem Vliegkamp De Kooy.
Canadese opperbevelhebber bezoekt CZSK
Op donderdag 2 april mocht de mijnenjager iets anders beoefenen, namelijk een alternatieve methode om op zee olie te laden. De gebruikte Replenishment At Sea-methode is afkomstig uit Denemarken en wordt door de Scandinavische marines gebruikt om hun patrouillevaartuigen te bevoorraden. Bij deze methode wordt het te bevoorraden schip gesleept door de bevoorrader en wordt de brandstoflaadslang via de sleeptros overgegeven. Behalve de Nederlandse mijnenjagers mogen nu ook de Belgische, Franse en
de deadline voor In het maartnummer 2009 stond op pagina 27 het e-mailadres van Bureau Casecoördinatie verkeerd vermeld. Dit moet zijn:
[email protected].
Lynx standby bij machinekamerbrand
het aanleveren van artikelen voor het juninummer van Alle hens is maandag 25 Mei 2009
35
Op dinsdag 7 april heeft de Chief of the Defence Staff van Canada, GEN Walt Natynczyk, een bezoek gebracht aan het CDS. Tijdens het bezoek werd hij vergezeld door de Commandant der Strijdkrachten, GEN Peter Van Uhm. Na aankomst op Marinekazerne Willemsoord werden beiden begroet door de P-CZSK, SBN Wim Nagtegaal. Vervolgens ging het gezelschap richting Hr.Ms. Evertsen. Er werd gesproken over de CanadeseNederlandse samenwerking op maritiem gebied. Canada heeft bijna elk jaar een kandidaat in de Nederlandse Submarine Command Course en momenteel werken er twee Canadese operators op een Nederlandse onderzeeboot. Ook op materieelsgebied werkt de onderzeedienst samen met Canada. Canada opereert regelmatig onder CTG 4.4 (CZMCARIB) in het Caraïbisch Gebied en recent hebben fregatten van beide landen samengewerkt tegen piraterij bij de Hoorn van Afrika. Het bezoek werd afgesloten met een rondleiding aan boord van Hr.Ms. Evertsen onder leiding van de commandant KLTZ Vooijs. De Canadese chef defensiestaf gaf aan onder de indruk te zijn van de capaciteiten en professionaliteit van de Koninklijke Marine.
Eerste exemplaar KM-Jaarboek aangeboden De directeur van het Nederlands Instituut voor Militaire Historie, drs. Piet Kamphuis, heeft 19 maart het eerste exemplaar van het Jaarboek van de Koninklijke Marine 2006 aangeboden aan de plaatsvervangend Commandant Zeestrijdkrachten, SBN Wim Nagtegaal. Dat gebeurde tijdens een kort bezoek van de P-CZSK aan het instituut in Den Haag. Door bezuinigingsmaatregelen was in 2006 besloten in het vervolg van de uitgave van jaarboeken af te zien. Vorig jaar heeft de staatssecretaris besloten de traditie van de uitgave van de jaarboeken weer op te pakken. Met het Jaarboek 2006, is het NIMH met de inhaalslag begonnen, want zij streven aan het eind van het jaar ook de jaarboeken van 2007 en 2008 te laten verschijnen. Exemplaren kunnen in een later stadium in Den Helder worden besteld.
Kustwacht houdt acht illegalen aan Tijdens een patrouille bij Mullet Bay, Sint Maarten trof de kustwacht op de sleepboot Dalmazia acht illegalen aan. De sleepboot was afkomstig uit de Dominicaanse Republiek en vervoerde onder andere betonnen blokken. Hier zaten de illegalen tussen verscholen. Alle acht werden meteen aangehouden en met behulp van de Superrhib overgebracht naar het Kustwachtsteunpunt te Simpson Bay. Bij aankomst bij het steunpunt zijn de illegale immigranten overgedragen aan de immigratiedienst.
Geschiedenisles van Jack Staller Van 9 mei tot en met 10 januari 2010 brengt het Marinemuseum de verkooptentoonstelling Historie van Nederland in illustratie. Geschiedenisles van Jack Staller. Aan de hand van de illustraties van Jack Staller wordt de geschiedenis van het vaderland, met de canon in het achterhoofd, thematisch ingedeeld. Staller komt op jeugdige leeftijd in aanraking met het beeldverhaal. Een voorliefde die hij vertaalt in het tekenen van strips en illustraties. Historie van Nederland in illustratie. Geschiedenisles van Jack Staller bestaat uit zes thema’s: keizers, koningen en regenten, oranje, soldaten. vrouwen, geloof en zeevaart. Alle illustraties zijn afkomstig uit De geschiedenis van de Lage Landen (4 delen) door Jaap ter Haar (1922-1998). Openingstijden: Ma t/m vrij 10:00-17:00 uur, zaterdag, zon- en feestdagen 12:00-
Boordhelikopter dertig jaar 17:00 uur. Gesloten: Van november t/m april op maandag en op 25 en 26 december. Kassa sluit om 16:30 uur. De illustraties van Jack Staller zijn te koop. Informatie via
[email protected], www.jackstaller.nl www.marinemuseum.nl.
350 Kilo cocaïne onderschept
Een drugsbestrijdingoperatie in het Caraïbisch Gebied resulteerde in een drugsvangst van 350 kilo cocaïne. De harddrugs werd aangetroffen aan boord van een verdachte go-fast in de centraal Caraïbische Zee. Een Amerikaans maritiem patrouillevliegtuig nam een
verdachte go-fast waar in de centraal Caraïbische Zee. Hierop kreeg Hr.Ms. Van Amstel opdracht om het vaartuig te onderscheppen en onderzoeken. De afstand van 75 mijl werd snel overbrugd, waarna de boordhelikopter de go-fast tot stoppen maande. Toen het multipurposefregat angszij het verdachte vaartuig kwam, werd duidelijk dat zich aan boord vier personen bevonden en een grote hoeveelheid brandstof. Het ‘Law Enforcement Detachement’ ging hierop aan boord. In een ruimte onder het dek trof het team veertien balen van circa 25 kilo per stuk aan. Een drugstest wees uit dat het om cocaïne ging. De bemanning is overgedragen aan de autoriteiten voor verder onderzoek.
36
Op vrijdag 27 maart is ‘Bunny’ dertig jaar geworden. Bunny is de Westland Lynx SH14-D boordhelikopter van Hr.Ms. Van Amstel. Deze Lynx is de eerste volledig gecertificeerde SH14-D van de vloot. Dit type komt voort uit een standaardisatie van drie typen Lynxen die vanaf 1979 is uitgevoerd op de marinehelikopters. ‘Bunny’ werd de afgelopen tijd onder andere ingezet bij patrouilles rond St. Maarten, Saba en St. Eustatius. In de stralende zon voor de kust van het eiland St. Croix ontving ‘Bunny’, in het bijzijn van de boordvliegtuigploeg, een verjaardagstaart.
Lof voor marine en kustwacht Amerika is vol lof over het werk van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba en de Koninklijke Marine. Dat blijkt uit het Amerikaanse ‘International Narcotics Control Strategy Report’ waarin staat dat de kustwacht over zeer goede drugsbestrijdingsinformatie beschikt. Volgens het rapport heeft de organisatie zich ontwikkeld tot een waardevolle internationale partner voor de Drugs Enforcement Administration (DEA). Het rapport van de State Department noemt de vangst van circa 900 kilo cocaïne aan boord van een go-fast ‘het meest indrukwekkende resultaat’. Ook lof voor de marine, die deel uitmaakt van de Component Task Group 4.4 (CTG 4.4) dat in de internationale wateren actief is onder aanvoering van de Joint Inter Agency Task Force (JIATF) South. Deze CTG 4.4 is in 2007 en 2008 uitgegroeid tot een belangrijke partner van de DEA en andere Amerikaanse opsporingsorganisaties. De inspanningen zijn niet onopgemerkt gebleven en genieten grote waardering ‘in de hoogste regionen’ van de DEA en de regering van de Verenigde Staten. Het voornaamste succes van de Koninklijke Marine was de achtervolging van een vrachtschip uit Colombia dat voorbij de ABC-eilanden richting Puerto Rico werd onderschept met een drugsvangst van 4.200 kilo cocaïne. De grootste vangst van de Nederlandse marine ooit.
• KOLMARNS Carlo van den Berg heeft het commando over de Van Ghentkazerne van Rotterdam en tevens de functie van Plaatsvervangend Commandant Korps Mariniers, overgedragen aan KOLMARNS Ruud Hardenbol. Bij dit ceremonieel waren onder meer de burgermeester van Rotterdam en CKMarns BRIGGENMARNS Rob Verkerk aanwezig.
• KADBM Rik van Goethem is verkozen tot ‘best man’ van de POTOM. Als beloning voor zijn prestaties gedurende de opleiding en in de hoop en verwachting dat hij een voorbeeld zal blijven voor zijn collega officieren en de mariniers die aan zijn leiderschap zullen worden toevertrouwd, reikte de korpscommandant de sabel aan hem uit. Op 5 maart is aan zestien adelborsten der mariniers het getuigschrift uitgereikt voor het behalen van de POTOM.
Schoonmaakactie kustwacht Grote schoonmaak op de A.E. Goiloschool op Curaçao. Medewerkers van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba staken op zaterdag 4 april de handen uit de mouwen en zorgden voor de schoonmaak op de school, die de kustwacht benaderde om mankrachten te leveren. De school kent een budgettekort en was niet meer in staat het gebouw goed te onderhouden. Een groot aantal medewerkers van Steunpunt Hato en Steunpunt Curaçao op Parera was bereid om mee te helpen voor een schonere omgeving voor de leerlingen.
• KLTZ Rob Hunnego heeft uit handen van de Force Com mander EUFOR Chad/RCA, BRIGGEN Jean-Phillipe Ganascia, een ‘Letter of Com mendation’ ontvangen. Deze onderscheiding kreeg hij onder andere voor “het moeiteloos kunnen bewegen in een internationale omgeving, zijn gedegen stafwerk, zijn goede ver houdingen met de Senior National Representatives en zijn professionele instelling, waardoor hij een ambassadeur is gebleken voor Ned erland, de Koninklijke Marine en EUFOR”. Hunnego vormt met drie andere Neder
37
landse stafofficieren van het CLAS de laatste afvaardiging in de Nederlandse bijdrage aan de Europese missie EUFOR Chad/RCA. • KTZ Iemke Kuijper sprak op vrijdag 3 april op het KIM voor de laatste keer ‘zijn’ mensen toe. Afsluitend droeg hij het commando over aan KTZ Peter de Boer. De functie van commandant Opleidingen KIM bestond wel, maar is lange tijd niet actief geweest. Kuijper heeft als eerste commandant de functie nieuw leven ingeblazen en de eerste bouwstenen neergezet voor zijn opvolger. Kuijper gaat niet weg bij de NLDA. Hij zal fulltime aan de slag gaan met het project Diagnose Bedrijfsmodel.
• Het bevel over het 1(NLD) Con tingentscommando (ContCo) is in handen van CDR Jelle Snoeks. Commodore Geert Bergsma droeg het op Kandahar Airfield in Zuid-Afghanistan aan hem over. Na drie luchtmachtmilitairen levert nu de marine een contingentscommandant. • De Belgische divisie-admiraal Jean-Paul Robyns (plaatsvervangend admiraal BeNeLux) heeft de hoogste Bulgaarse nationale militaire onderscheiding gekregen voor het werk dat de Belgische marine heeft verricht voor de overdracht van drie fregatten en een mijnenjager. Robyns werd op 1 juni 2008 benoemd tot Vleugeladjudant van de Koning van België.
• Ten gevolgde van een ongeval is KPLMARNALG Alexander Nijboer overleden. Nijboer diende bij het AMFGEVBAT/1BTCIE.
• Zeven onderofficieren WDS van de vloot behaalden eind maart hun diploma tot schietinstructeur. Voorheen werden alleen onderofficieren van het Korps Mariniers schietinstructeur. Door de komst van de Diemaco en nieuwe schieteisen bij de marine was er een behoefde aan instructeurs van de vloot. De cursisten zijn nu gerechtigd om op te treden als instructeur op de C7A1, C8, Glock en als bedienaar/ instructeur op de klein-kaliber-wapensi-
Herdenking slachtoffers Georgische Opstand
Op de Joost Dourleinkazerne op Texel werden maandag 6 april de tien Texelse slachtoffers van de Georgische Opstand herdacht. Dit gebeurde bij een monument dat bij het kazerneterrein is geplaatst. Het was 63 jaar geleden dat de Georgiërs in opstand kwamen tegen de Duitse bezetters. De Duitsers hadden de indruk dat Texel de zijde van de Georgiërs koos. Zij pakten uit wraak op de eerste dag van de opstand veertien willekeurige Texelaars op. De Texelaars werden afgevoerd naar de Joost Dourleinkazerne. Vier mannen wisten onderweg te ontsnappen, tien Texelaars werden doodgeschoten en begraven aan de vloedlijn. Nabestaanden legden kransen bij het monument dat bestaat uit een Russisch-orthodox kruis. Er werd twee minuten stilte in acht genomen. De herdenking werd bijgewoond door manschappen van de Joost Dourleinkazerne, oud-mariniers en het Texelse 4/5-Meicomité. Eén van de vier mannen die 63 jaar geleden ontsnapten, was ook aanwezig. LTKOLMARNS Michiel Posthumus, commandant van de Joost Dourleinkazerne, zei tijdens de herdenking dat de tien het verlies van hun vrijheid met de hoogste prijs moesten bekopen. Hij noemde het een groot goed dat mensen tegenwoordig in vrijheid kunnen leven. Volgens hem is het goed om dit te beseffen, door de mensen aan wie die vrijheid is ontnomen te blijven herdenken. De Mok is vijf jaar geleden, op initiatief
maco een sleutelrol gaan spelen in het omscholen naar dit wapensysteem.
mulator. Deze instructeurs zullen ook in het project operationele aanpassingen die-
van oud-commandant Aad van Gils, begonnen met de jaarlijkse herdenking. Het Russisch-orthodox kruis, dat tientallen jaren op het kazerneterrein stond, kreeg daarvoor een speciale plek bij de poort van de kazerne. Hierdoor is het voor iedereen toegankelijk. Naast het kruis staan plaquettes met uitleg over de Georgische Opstand en de namen van de tien slachtoffers. Indië herdenking De Stichting Indië-Monument Groningen en het Overlegorgaan Veteranen Groningen houden op 2 juni haar jaarlijkse herdenking bij het Provinciaal Indië-Monument, ter nagedachtenis van personen uit de provincie Groningen die in Nederlands Indië en Nieuw Guinea in de periode 1945-1962 zijn omgekomen. Locatie: Begraafplaats Selwerderhof, Iepenlaan 204 te Groningen. Aanvang: 14:30 uur. Inlichtingen: G. Tigchelaar, telnr.: 0505 775 818, Siersteenlaan 468-41, 9743 ES Groningen. E.K. Hansen, telnr.: 0508 503 837, Van Loghemstraat 18, 9731 BM Groningen. Reünies: • 9 en 10 mei: Charlie Compagnie Dutchbat-3. Locatie: Van Braam Houckgeestkazerne, Doorn. Aanmelden: bestuur van Reünieverband Dutchbat-3 (kring 07 van de Bond van OudStoottroepers en Stoottroepers). E-mail:
[email protected], voor meer informatie: www.dutchbat3.nl. Kosten: € 7,50 p.p. exclusief consumpties. Bijzonderheden: geen partners. • 13 en 14 juni: Bravo Compagnie Dutchbat-3. Locatie: Van Braam Houckgeestkazerne, Doorn. Aanmelden: bestuur van Reünieverband Dutchbat-3 (kring 07 van de Bond van OudStoottroepers en Stoottroepers). E-mail:
[email protected], voor meer informatie: www.dutchbat3.nl. Kosten: € 7,50 pp exclusief consumpties. Bijzonderheden: Partners zijn welkom. Het programma begint om 10:00 uur op het ereveld in Loenen.
38
• De klassen van de voortgezette vakopleiding TDE (18 pax) , TDW (22 pax) en WDS (6 pax) hebben op 3 april uit handen van C-KMTO KLTZT Peter Knipping hun diploma ontvangen. Een aantal leerlingen van deze klassen komt nog in aanmerking voor een herkansing. De leerlingen zullen bevorderd worden tot korporaal.
• 19 september: 7 SQN 60 jaar. Locatie: Maritiem Vliegkamp De Kooy. Deze dag wordt tevens een airshow gehouden op de Kooy in samenwerking met Den Helder Airport. Voor meer informatie of aanmelden: www.60jaar7.nl.
• 20 november: Noordzee opnemers Hr.Ms. Buyskes en Blommendal. Locatie: Den Helder. Opgave tot 23 oktober via e-mail
[email protected] en storting van inschrijfgeld (€ 20) op 84.58.40.304 t.n.v. A. van Wijngaarden, te Den Helder. Als u hier aan voldaan heeft, krijgt u verdere informatie.
• 26 november: Hr.Ms. Evertsen F815, Snellius, Luymes en Hoogeveen. Locatie: de Dukdalf, Den Helder. Kosten: € 15,00 p.p. Aanmelden voor 1 oktober door overmaking van € 15,00 op rekeningnummer 1347.75.678 t.n.v. Stichting V.V.K.M. o.v.v. ‘reünie 26-11-2009’. Willem Giezen, Kelvinstraat 3, 5223 GD ’s Hertogenbosch, e-mail:
[email protected].
AOOLDA H.P. Kemper,
AOOTDW W.J.A. Severins,
MATR 1 LDV K.O. van Steenveldt,
AOOODOPS P. Kramer,
SMJRMARNALG H.C. van Beek-
MATR 1 OD E. Stolk,
Bevorderingen
AOOLDA R. van Lith,
hoven,
MARN 1 ALG B. Venema,
KTZ Ir. M.M. van den Akker,
AOOTDW F.J. Mosch,
SMJRLDV G.J. van de Biezen,
MATR 1 TDW J.B. Vermeulen,
KTZAR Drs. M.T.M. van den Baar,
AOOMARNALG M.M.J. Satijn,
SMJRLDGB J. den Outer,
MATR 3 LDA A.M. Brattinga,
KTZT Ir. J.P. Gemen,
AOOTDE D.A. Schouten de Jel,
SMJRODVB A.A. van Walsem,
MARN 3 ALG G.C.J. Clauwers,
MAJMARNS E.J.M. Dingenouts,
AOOWDV P.G.J. Sebel,
SGTODND C.L.A. Behr,
MARN 3 ALG Y.E. Dorff,
LTZA 1 B. Kuiper,
AOOTDW J.J. Wicherson,
SGTWDS C.C.A. Bogaers,
MARN 3 ALG R.X. van Glansbeek,
LTZ 1 D.A. Polman,
AOOWDV E. Wolters,
SGTODND J.T. Daudeij,
MATR 3 LDA G. Hoftijzer,
MAJMARNS E.E.R.M. Thomeer,
SMJRODVB J.L.M. Backers,
SGTMARNALG E.J.P. Heuts,
MARN 3 ALG R. Hooft,
LTZE 2 OC B.J. van Asten,
SMJRMARNALG R.H.L.F. de Beer,
SGTMARNALG P.R. Hof,
MARN 3 ALG J.W.H. Houben,
LTZT 2 OC Ir. G. Blok,
SMJRLDV R.H.D. Boom,
SGTMARNALG J.C. van Krimpen,
MATR 3 ODVB M. Huisman,
LTZ 2 OC J.J.A.E. Brouwers,
SMJRMARNALG J.H.W. Hoek,
SGTMARNALG P. Wijnand,
MARN 3 ALG N.P.A. Langedijk,
LTZE 2 OC K.P.A. ten Holter,
SMJRTDV J.A. Krijnders,
KPLMARNALG D. Kusters,
MARN 3 ALG B. Mulder,
KAPTMARNS R. de Jong,
SMJRLDV G.N.H. Laurenssen,
KPLODOPS M.T. Paardekooper,
MARN 3 ALG J.J. Salman,
LTZSD 2 OC Drs. P. Middelberg,
SMJRBDMZKT S.J.A.P. van der Loo,
KPLMARNALG G.G. Pasutto,
MARN 3 ALG M. van de Seijp,
LTZA 2 OC J.L.P. Renting,
SMJRODND R. Merkestein,
KPLTDE W. Wortel.
MARN 3 ALG F.C.Q. Smeltink,
KAPTMARNS G.I. Rieken,
SMJRODND R.L. Siksma,
LTZ 2 OC F.H.R. van Schoote,
SMJRODVB E.J.P.M. Vos,
LTZV 2 W. Haas,
SMJRODVB A.H.J. Worst,
LTZA 2 J.W. de Kaper,
SMJRWDV H.W.A. Zuiderduin,
Bevorderingen
ELNTMARNS P.J.T. Lankreijer,
SGTLDA R. Beekman,
MATR 1 LDGB N. Evers,
LTZE 2 J. Mallee,
SGTWDS R.A. de Beurs,
MATR 1 LDV C. Habiballah,
LTZA 2 B. Timmermans.
SGTLDV A.T.C. Böhmer,
MATR 1 ODVB L. Kokorová,
Bevorderingen
SGTODOPS M.W.F. Clevers,
MATR 1 OD C.C. de Koning,
G. Coester, 10,
Dienstverlaters
SGTLDV R. Heijdra,
MATR 1 TD B. Minneboo,
A.M.F. Eerenstein, 10,
KAPTMARNS B.C.J. Kempers,
SGTLDGD J. van Hijum,
MATR 1 TD N.V. Ots,
B.H. Jellema, 6,
LTZE 2 OC B.J.M. van der Meer.
SGTODND R.W. Klein,
MATR 1 ODVB J. Ravesloot,
J.G. Klarenbeek, 6,
SGTLDV R.E. Kuipers,
MATR 1 TD R. Ruizendaal,
M. van de Rest, 4.
OnderoffIcieren
SGTTDW M. de Ridder,
MATR 1 TD M.A. Schuur,
SGTMARNALG H. Ruizendaal,
MATR 1 LDV P. Veldhuis,
Bevorderingen
SGTLDA M.J.J. Schutter,
MATR 1 LDV P. de Vries.
AOOMARNALG T.R. Braam,
SGTADBM T.J. de Zeeuw,
AOOTDE M.H. de Bueger,
KPLODVB R. van Dijken,
Dienstverlaters
AOOTDV R. David,
KPLTDE C.H. Kager.
MATR 1 TDW A.J.P. van den Berg,
offIcieren
AOOWDE L. Elscot,
MARN 3 ALG T. Spaans,
MANSCHAPPEN
MARN 3 ALG D.N.J. Verbaan, MARN 3 ALG D. Verweij.
Burgers
In memoriam: T. Freke
MARN 1 VB R.A. de Boer,
AOOODOPS L.A.J. van Geel,
Dienstverlaters
MATR 1 TDE D. van Klooster,
AOOTDE E. Groenendijk,
AOOLDGB J.F.M. Palmen,
MATR 1 TDW G.C. van Leeuwen,
AOOMARNALG H.A.T.M. de Groot,
AOOODND L.J. Papavoine,
MATR 1 TD J. van der Linden,
AOOMARNALG M.A. Hendrikse,
AOOMARNALG P. de Ruiter,
MATR 1 OD R. van der Linden,
Deze gegevens zijn afkomstig uit PeopleSoft en beschikbaar gesteld door Bureau Rapportages DC HR Enschede. Indien de getoonde informatie onjuist is, dient u contact op te nemen met DC HR: *06 733-3/ 0800 2255733 of P&O van uw defensieonderdeel.
39
NEDERLANDSE ANTILLEN, 09 SEPTEMBER
De smokkelaars maakten geen kans. Rond de Antillen willen smokkelaars nog wel eens een poging wagen. Helaas voor hen waren wij in de buurt. Onze ) radarsystemen (die ik hoogstpersoonlijk onderhoud hadden ’t ‘vissersbootje’ al op kilometers afstand gespot. Toen hun schipper niet reageerde op onze radio oproepen, heeft een boarding team de lading geïnspecteerd. Heb jij de techniek in huis om te helpen bij dit soort acties? Kijk op werkenbijdemarine.nl