Alle Hens Uit Baghlan, naar Uruzgan
Maandblad van de Koninklijke Marine oktober 2006
Colofon:
Alle Hens
Uitgave: Alle Hens is een uitgave van de Koninklijke Marine. Aan de inhoud kunnen geen rechten worden ontleend.
Cover
Hoofdredacteur: LTZSD 2OC KV V.J.G. Strijbosch Eindredacteur: LTZSD 2 KV W.F. Borgsteede Stagiair: B. Wijnandts Vormgeving en lithografie: Grafisch ontwerpburo Engelbracht
Medio november zullen Special Forces van het Korps Mariniers samen met het Korps Commandotroepen van de Koninklijke Landmacht naar Uruzgan vertrekken ter ondersteuning van de missie ISAF 3. (foto: Ruud Mol, AVDD)
5
Druk:
Na twee jaar wederopbouwwerkzaamheden vertrokken de Nederlandse militairen op 15 september definitief uit Pol-e-Khomri.
10 Albatros formeel in dienst
Gebouw de Albatros is weer in dienst gesteld na een grondige renovatie. Het dient niet meer als legeringsgebouw voor de officieren, maar is nu het kantoor voor de Admiraliteit.
14 Voorbereiding voor Uruzgan
De Special Forces van het Korps Mariniers en het Korps Commandotroepen bereiden zich op het bosachtige terrein van de Leusderheide samen voor op hun missie in Uruzgan.
19 Zorg dat je erbij komt!
Internet: www.marine.nl
Adreswijzigingen veteranen: Stichting Veteraneninstituut Postbus 125 3940 AC Doorn Tel.: 0343-474150
5 Nederland vertrekt uit Baghlan
De ‘groen-blauwe’ samenwerking binnen de Koninklijke Marine komt tot absolute uiting binnen de ‘Netherlands Maritime Force’. In september vond de eerste ceremoniële commandooverdracht plaats. Een bijzonder moment.
Redactieadres: (niet voor adreswijzigingen en vragen over verzending) Alle Hens Gebouw Aalscholver, kamer 8 MPC 10A Postbus 10.000, 1780 CA Den Helder Tel.: 0223-651281 / 651055 Mdtn: *06-209-51281 / 51055 E-mail:
[email protected]
Adreswijzigingen KM-personeel: Doorgeven aan Bureau Administratie of via DCHR Mdtn: *06-733
Inhoud
12 Historische stap voor NLMARFOR
Boom Planeta Graphics
Kopijdatum: De deadline voor het volgende nummer van Alle Hens valt op maandag 16 oktober.
Maandblad van de Koninklijke Marine
Het promotieteam van de Koninklijke Marine heeft het druk en trekt regelmatig door het land. Maar wat houdt hun werk in?
20 Communicatie
Om de informatiestroom binnen CZSK te kanaliseren, bestaat de stafafdeling Communicatie. Na eerder Marinevoorlichting en Personeelsvoorlichting te hebben geportretteerd, besluiten we dit drieluik met onze eigen afdeling.
14 32
32 Harde landing
België houdt de grootste militaire oefening op haar eigen grondgebied. Het amfibisch ondersteuningsbataljon van het Korps Mariniers zet de zuidercollega’s aan land. De Belgen ontdekken dat er veel komt kijken bij een amfibische operatie.
35 Marine als publiekstrekker
Adreswijzigingen betalende abonnees: Abonnementenland Postbus 20 1910 AA Uitgeest of via www.aboland.nl Tel.: 0251-313939 Opzegtermijn zes weken.
De marinestands hadden het geen moment rustig tijdens de Wereldhavendagen in Rotterdam.
36 Op missie in Congo
Majoor der mariniers Charles zit sinds juli in hartje Afrika. Speciaal voor Alle Hens deed hij zijn verslag vanuit Congo.
Abonnementsprijs: € 17,02 (buitenland € 21,55 per jaar)
38 Orkaangeweld
Wat doe je als met een oorverdovend oergeweld een orkaan over Sint Maarten raast en de schade haast niet te overzien is?
Aanhaling uit en overname van artikelen uit dit blad is toegestaan met bronvermelding.
En verder:
ISSN 0024-0389
38
18 22 31 43
Mens & Werk Logboek De Juiste Koers Mensen & Mutaties
‘We mogen onze ogen hier niet voor sluiten’ Op vrijdag 29 september j.l. is het Rapport van de Commissie Onderzoek Ongewenst Gedrag bij de Krijgsmacht gepresenteerd aan de Staatssecretaris van Defensie. Tegelijkertijd heb ik een alle hens gehouden voor mijn commandanten, afdelingshoofden, eerste officieren en chefs der equipage om de resultaten van het onderzoek toe te lichten. In deze column richt ik mij rechtstreeks tot u, mannen en vrouwen van het Commando Zeestrijdkrachten. De hoofdconclusie van de commissie is dat bij de Krijgsmacht te veel ongewenst gedrag voorkomt en dat men er bovendien niet altijd goed mee omgaat. Een op de zes vrouwen heeft last van ongewenst seksueel gedrag, een op de tien mannen wordt gepest. Daarbij constateert de Commissie dat zeevarende mannen en vrouwen, vanwege de bijzondere omstandigheden en een gebrek aan privacy, meer kwetsbaar zijn voor ongewenst gedrag. Pesten en ongewenst gedrag komen bij zeevarenden 1,5 keer meer voor dan bij de rest van de Krijgsmacht. De slachtoffers zijn vaak relatief jonge mannen en vrouwen, die net in dienst zijn. Bij de opvang van het slachtoffer en de afhandeling van ongewenst gedrag wordt weliswaar procedureel veelal juist gehandeld, maar de menselijke kant wordt nogal eens vergeten door leidinggevenden, van hoog tot laag. Daarnaast is gebleken dat onze tolerantiegrens ten aanzien van ongewenst gedrag hoger ligt dan bij de andere krijgsmachtdelen. Bij het zien van deze cijfers schrik ik, net als u waarschijnlijk. Te meer omdat ik weet dat in onze organisatie grotendeels sprake is van toegewijde en gemotiveerde medewerkers, die zich dagelijks inzetten voor de Koninklijke Marine. U en ik weten echter dat we trots kunnen zijn op onze marine en met opgeheven hoofd over straat moeten kunnen gaan. Want ons PRT heeft in NoordAfghanistan uitstekend werk verricht, CTF 150 onder onze leiding voor veiligheid op en rond de Arabische en Rode Zee gezorgd en binnenkort wordt een marineschip ingezet voor de Libanese kust. Onderwijl gaan de operaties in de Caraïbische wateren en op de Noordzee gewoon door. Dit alles met de uitstekende ondersteuning van onze burgers en militairen van de walinstellingen. Maar bij dit alles hoort ook die veilige en goede werksfeer. Al onze medewerkers, mannen en vrouwen, hebben recht op een veilige
werkomgeving, waarin geen ruimte is voor ongewenst gedrag. En daar waar ongewenst gedrag voorkomt, dient dit te worden aangepakt. U dient elkaar hier op aan te spreken. Ik onderschrijf dan ook de conclusies en aanbevelingen van de Commissie. Reeds tijdens de alle hens van 20 april en mijn column van de Alle Hens van mei 2006 heb ik u aangegeven dat onaangepast en ongewenst gedrag niet passen in onze Marine en dat ik geen al dan niet alcoholgerelateerde excessen accepteer, zoals seksuele of andere intimidatie, machtsmisbruik, drugsgebruik en al helemaal geen begrip heb voor een gedoogbeleid door commandanten, overige leidinggevenden of collega’s. Toch moet ik in het rapport van de Commissie lezen dat nog steeds ontgroeningrituelen plaatsvinden en dat porno in sommige gevallen nog steeds oogluikend wordt toegestaan. Ook de relatie tussen overmatig alcoholgebruik en ongewenst gedrag wordt in het rapport genoemd. Onze eigen medewerkers geven in de enquêtes van de Commissie aan dat bij ongewenst gedrag in tachtig procent van de gevallen alcohol en/of drugs in het spel is/zijn. Dit gegeven vind ik moeilijk te verteren. Ik acht dit onacceptabel! Het doet afbreuk aan het goede werk van velen en hoort niet bij een veilige en goede werksfeer bij de Koninklijke Marine, die ik voorsta. Vóór het Hiddes-incident bekend werd, waren we als KM reeds bezig met het nemen van maatregelen ten aanzien van ongewenst gedrag. Middels het Project De Juiste Koers zijn wij binnen de KM begonnen met het ontwikkelen, implementeren en borgen van verbeterpunten ten aanzien van ongewenst gedrag. De ervaringen en bevindingen van de projectgroep worden uitgewisseld met de stuurgroep die de Commandant der Strijdkrachten voor de hele Krijgsmacht zal gaan instellen en die de aanbevelingen van de Commissie gaat uitwerken. De aanbevelingen van de Commissie luiden als volgt: Ten eerste zullen de gedragsnormen binnen de gehele Krijgsmacht duidelijk en scherp worden geformuleerd, gecommuniceerd, toegepast en gehandhaafd. Daaronder vallen ook de regels omtrent alcoholgebruik bij de Krijgsmacht. De regel op zee “maximaal drie biertjes per dag” wordt vooralsnog gehandhaafd, maar is mogelijk aan een herijking toe, waarbij ik nadrukkelijk zal laten kijken naar het alcoholgebruik in het buitenland. Ook tijdens de bezoeken van de projectgroep De Juiste Koers aan eenheden en kazernes blijkt
3
‘We mogen onze ogen hier niet voor sluiten’
dat bij het personeel een duidelijke behoefte is aan duidelijke, controleerbare regels. Voor elke marineman of –vrouw moet duidelijk zijn wat gewenst en ongewenst gedrag is. Ten tweede zal aandacht worden besteed aan de rol die leidinggevenden spelen ten aanzien van integriteit in brede zin. De verantwoordelijkheid en de zorg voor integriteit liggen primair bij de lijn, bij leidinggevenden op alle niveaus. Het beeld dat de Commissie schetst over de omgang van leidinggevenden met
aanleiding vormde tot het onderzoek stond niet op zich. Er lijkt op de Tjerk Hiddes sprake van een omgangscultuur die tot op zekere hoogte ‘geseksualiseerd’ genoemd kan worden, hetgeen (te)veel seksueel getinte interactie met zich meebracht. De Commissie is van mening dat de leidinggevenden op de Tjerk Hiddes in een eerder stadium, voordat er sprake was van een feitelijke melding, hadden moeten signaleren en handelen. De Commissie is echter ook van mening dat de leidinggevenden op de Tjerk Hiddes procedureel juist hebben gehandeld bij de feitelijke melding van het
Al onze medewerkers hebben recht op een veilige werkomgeving ongewenst gedrag is niet positief. Procedureel worden meldingen, zodra bekend, veelal correct afgehandeld, maar de interpersoonlijke dimensie wordt schromelijk onderschat. Teneinde het sociale leiderschap te verbeteren op alle niveaus, zal een inhaalslag worden gemaakt, zodat leidinggevenden beter toegerust zijn om ongewenst gedrag te signaleren en daar tegen op te treden. In basis- en vervolgopleidingen, coaching, loopbaanbegeleiding en beoordeling zal de integriteitzorg een specifiek aandachtsgebied worden. Ten derde zal de organisatie van integriteitzorg worden omgevormd tot een georganiseerd vangnet van onafhankelijke professionals. Ten vierde adviseert de Commissie op de middellange termijn over aanpassingen in de management- en organisatiesfeer. Suggesties daarbij zijn onder andere het herinrichten van werk- en leefruimten, herinvoeren van toezichthoudende functies en het afschaffen van het systeem van gescheiden verblijven. Het herinrichten van werk- en leefruimten is ook door de projectgroep De Juiste Koers als aanbeveling gedaan en binnenkort worden de eerste resultaten verwacht ten aanzien van internet en de inrichting van standaardkamers. Inmiddels zijn nieuwe provoosten aangetreden op de MKWD en is het begrip ‘baksmeester’ nadrukkelijk geherintroduceerd aan boord van het merendeel van de schepen, ter vergroting van het toezicht. Naast de algemene bevindingen van de Commissie wil ik toch ook iets zeggen over Hr.Ms. Tjerk Hiddes. De Commissie geeft daarover het volgende aan in het rapport: “Het gemelde incident dat
incident ‘Anja’. Ook na de melding vindt de Commissie dat leidinggevenden meer aandacht hadden moeten besteden aan de sociaal emotionele kant. Nu hoor ik velen van u denken, “dat gebeurde op de Hiddes, maar bij mij aan boord, binnen de eenheid of op de kazerne gebeurt dit niet”. Onzin. Het rapport geeft duidelijk aan waar we als Krijgsmacht staan ten aanzien van ongewenst gedrag; we mogen onze ogen hier niet voor sluiten! Het rapport is helder en stemt tot nadenken. Het rapport biedt echter ook een kans omdat de zwakke kanten van onze organisatie heel nadrukkelijk benoemd worden. De problemen zijn nu inzichtelijker dan ze ooit geweest zijn. Het is nu aan ons om deze structureel aan te pakken. Er is werk aan de winkel. Ik reken op u.
Vice-admiraal Jan Willem Kelder, Commandant Zeestrijdkrachten
4
Nederlands Provinciaal Reconstructie Team klaar in Pol-e-Khomri
Van Baghlan naar Uruzgan Na een periode van twee jaar is de Nederlandse wederopbouwmissie in het noorden van Afghanistan voorbij. Op 14 september werd het Nederlandse Kamp bij Pol-e-Khomri, ceremonieel overgedragen aan NAVO-partner Hongarije. De drie missieteamcommandanten luitenants-ter-zee 1 Peter, Idzerd en Rob maakten zowel deel uit van Provinciaal Reconstructie Team (PRT) 5 als 6. Zij blikken terug op hun lange en intensieve periode van hulp aan wederopbouw en ondersteuning aan de overheid in de NoordAfghaanse provincie Baghlan. Tekst: Wiedeke Borgsteede/Foto’s: archief PRT
(foto: Ruud Mol, AVDD)
De mannen brachten maar liefst zeven en een halve maand door in het noorden van Afhanistan. Ze maakten de kou van de grillige winter mee. Maar ook het voorjaar, waarin de de temperatuur dusdanig steeg dat het smeltwater uit de bergen de rivieren buiten hun oevers deed treden. De pasgebouwde bruggen kwamen toen meer dan goed van pas. Echter, de temperaturen liepen in de zomer dusdanig hoog op waardoor ze getuige waren van de schade die deze hitte met zich mee bracht. Met lede ogen zagen de militairen hoe de zon al het groen in rap tempo deed verdorren.
“Ik stopte bij een dorpje en er kwamen kinderen aan met kruiwagens vol anti-personeelsmijnen en anti-tankmijnen” Contact met de bevolking Het werk van de missieteamcommandanten gebeurde uitsluitend buiten het kamp. Om de dag reden zij door de woestijn, over besneeuwde bergtoppen van de Hindu Kush en de groene valleien om in contact te komen met de lokale autoriteiten en bevolking om te zien en te luisteren waar er geholpen kon worden. Volgens de missieteamcommandanten zijn het vooral de contacten met de mensen die deze missie bijzonder hebben gemaakt.“We spraken met mensen uit alle lagen van de bevolking. Van arme papaverboer tot ‘warlord’, van teruggekeerde vluchteling tot gouverneur”, vertelt luitenant-ter-zee 1 Rob. “Negentig, misschien wel vijfennegentig procent van de mensen is blij met onze aanwezigheid en ze laten dit merken ook. Het was dan ook iedere keer een uitdaging een speciaal voor jou geslacht schaap of een kopje thee bij iemand thuis af te wijzen.” Gedurende de missie zijn er veel projecten uitgevoerd en afgerond in Baghlan. Zo zijn er diverse scholen en nieuwe overheidsgebouwen gerenoveerd of gebouwd. Nieuwe bruggen ontsluiten nu moeilijk bereikbare gebieden. Ook hebben verschillende dorpen beschikking over elektriciteit dankzij de door het PRT aangelegde waterkrachtcentrales. Bovendien hebben er
nu op tal van plaatsen nu mensen de beschikking over drinkwater door nieuwe waterputten, zonder dat ze er kilometers voor hoeven af te leggen. Wapens en warlords Een onderbelicht, maar minstens zo belangrijk punt in deze projectenlijst is de inzameling van wapens en munitie. In de provincie Baghlan is de afgelopen 25 jaar zwaar gevochten. Eerst tegen de Russen tijdens de burgeroorlog en daarna tegen de Taliban. Overal in de bergen van Baghlan staan nog tanks verspreid, de scherpe granaten zitten er vaak nog in. “Als je goed rondkijkt, dan zie je overal in het land nog delen en restanten van munitie liggen”, vertelt luitenant-ter-zee 1 Idzerd, “Ik stopte eens nabij een dorpje en er kwamen kinderen aan met kruiwagens vol anti-personeelsmijnen en anti-tankmijnen. Even later kwamen er nog meer kinderen met enkele mortieren en RPG’s (een door de Sovjet-Unie ontworpen draagbare raketwerper die bedoeld is tegen tanks – red.) onder hun armen. Maar ja, onze veiligheidsregels staan het niet toe om deze lading aan te nemen. Dus daar sta je dan, ‘Tom Poes verzin een list’. Want wat moet je in zo’n geval doen?” Toch is er de afgelopen zeven en een halve maand relatief veel gedaan aan het inzamelen van rondslingerend wapentuig. In samenwerking met het hierin gespecialiseerde bedrijf Halotrust zijn de best begaanbare wegen en paden plus hun directe omgeving opgeruimd. Wat hier vaak mee samenging, was het door warlords laten inleveren van wapens. Vaak waren de initiële contacten van de missieteamcommandanten met deze warlords de aanzet voor een grootschalige inleveractie. Luitenant-ter-zee 1 Peter zag zulke gesprekken als een uitdaging. “Je zit dan namelijk tegenover een gelouterde vechtersbaas die zelf heel wat mensen in het verleden heeft gedood. En vertel hem maar eens dat hij zijn wapens moet inleveren. Dat moet je wel op een juiste manier aan de man brengen.” Een lange weg… Wat de missieteamcommandanten betreft, zit het werk in NoordAfghanistan er nog lang niet op. De situatie is namelijk niet zo stabiel dat de militairen er weg kunnen. Er is nog altijd een kleine, doch groeiende, groep mensen die baat heeft bij een instabiele omgeving. Deze groep bestaat uit Taliban-aanhangers en aanhangers van een schaduwgroepering. Zij maken gebruik van onvrede
Deze 68 meter lange brug is een van de gebouwde bruggen (zie foto links, brug in aanbouw) in Baghlan.
6
Het woeste terrein vormt een aanslag op de voertuigen.
onder de mensen over de huidige Afghaanse regering en van criminelen die zich voornamelijk met papaverteelt en transport bezighouden. Zij hebben dan ook baat bij een falende rechtsstaat. De Afghaanse veiligheidsdiensten zijn nog niet in staat om hier afdoende tegen op te treden. “Corruptie heeft in Afghanistan de overhand. In dit land tellen slechts twee zaken: macht en geld”, licht missieteamcommandant Peter toe. Trainen van overheidsinstanties en beter uitrusten van de veiligheidsdiensten is dan ook een doorlopend project. Een ander punt is dat de Afghaanse overheid weliswaar gewend is aan de nieuwe structuur, maar het gebruik ervan verdient nog veel aandacht. Met name het leiding geven door de overheid en het op de bevolking overbrengen voor welke zaken ze bij de overheid terecht kunnen. “Het blijft dan ook noodzakelijk om lokale overheden te controleren en te monitoren”, vervolgt missieteamcommandant Idzerd. “Zo stelde ik wat vragen over het rampenplan aan de districtsgouverneur. Hij zei dat hij een rampenplan had, maar toen ik doorvroeg, bleek dat het enige wat op papier stond het telefoonnummer van zijn baas was, de provinciale gouverneur. Zulke zaken vereisen absoluut nog de nodige aandacht.” School voor $6500,Voor wat betreft de infrastructurele ontwikkeling van de provincie, is een aantal belangrijke stappen gezet. Er is een overlegorgaan in het leven geroepen dat bestaat uit lokale overheden, ‘non governmental organisations’ (NGO’s) en ‘international organisations’ (IO’s). Zij kunnen nu districtsoverstijgende problemen aanpakken, zoals wateroverlast, elektriciteitsvoorziening en drinkwatervoorziening. Echter, veel buitengebieden zijn nog lang niet aan de beurt om betrokken te worden bij deze projecten. Het zijn slechts de gebieden waar het PRT nog steeds goede mogelijkheden heeft om de bevolking te steunen door kleinere projecten. “In het district Jelga zijn in de laatste maand drie scholen van twaalf klaslokalen neergezet voor het luttele bedrag van vijfenzestighonderd dollar per stuk”, vertelt missieteamcommandant Rob. “Het zijn de bewoners zelf die de school bouwen. Dat doen ze op traditioneel Afghaanse wijze: heel veel klei, modder en hout. Maar het resultaat mag er zijn! Zeker als je het vergelijkt met het alternatief: in de schaduw onder een boom in de verzengende hitte.” Hongarije De missieteamcommandanten hadden twee weken de tijd gehad om hun werk over te dragen aan de Hongaren. “De Hongaarse missieteamcommandanten zijn gelukkig zeer enthousiast. Zij zijn zich bewust van de vele mogelijkheden en noodzakelijkheden die er zijn om de Afghanen te helpen”, vertelt Peter. “Helaas hebben zij niet
Deze rivieroever (boven) moest aangepast worden over een lengte van honderd meter. Als dit niet gebeurd was, zou de doorgaande ‘weg ‘zijn weggeslagen door het snel stromende smeltwater. Hierdoor zouden twee districten niet meer bereikbaar zijn geweest over de weg.
Taak PRT zit erop Het PRT was sinds 1 oktober 2004 actief in de provincie Baghlan. De afgelopen twee jaar heeft het Nederlandse PRT de Afghaanse regering ondersteund bij het handhaven van de veiligheid en stabiliteit en de bevordering van de wederopbouw. Naast opleiden en trainen van de lokale politie en het Afghaanse leger voerde het vele honderden projecten uit. Die varieerden van opzetten van scholen en installeren van waterkrachtcentrales voor stroomvoorziening tot verbouwen van ziekenhuizen en bevorderen van de landbouw. Het hoofddeel van het PRT bestond uit ongeveer honderdvijftig militairen van de Koninklijke Marine, aangevuld met militairen van de andere krijgsmachtdelen. Hoewel Nederlandse patrouilles meerdere aanslagen te verduren kregen, is slechts één militair gewond geraakt. Uiteindelijk zijn zij begin oktober teruggekeerd in Nederland. Daarmee is de aanwezigheid van Nederlandse militairen in de provincie Baghlan afgesloten. In het zuiden van Afghanistan, in de provincie Uruzgan, is inmiddels een nieuw Nederlandse PRT aan de slag. Ook deze missie is gepland voor twee jaar, maar is vergeleken met die in het noorden riskanter en daarom zwaarder beschermd door gevechtseenheden.
7
het geluk dat ze het werk van een eigen PRT kunnen overnemen. Ongetwijfeld zal er heel wat veranderen in de aanpak, maar het zijn professionele jongens en ze weten waarmee ze bezig zijn.” De meeste projecten waar Nederland in Baghlan aan is begonnen, zijn afgerond. Slechts drie grote projecten worden overgedragen aan de Hongaren. De missieteamcommandanten gaan dan ook met een goed gevoel weg uit het gebied. “Af is het niet. Maar wat wij konden doen, dat hebben we gedaan”, meent Idzerd. “Van anderen hoorden we dat er nu veel meer vrouwen over straat lopen dan een jaar geleden. En we zien steeds meer vrouwen ‘smokkelen’ met hun boerka. Ook zie je dat het aantal winkels is toegenomen en het assortiment is uitgebreid. Veel kinderen schreeuwen ons in het Engels toe. Dat zijn allemaal kleine signalen die aangeven dat onze aanwezigheid heeft bijgedragen aan een betere samenleving.” Zijn collega Peter vult aan: “Het blijft natuurlijk een druppel op de gloeiende plaat. Aan de andere kant is het ook zo dat de Afghanen gewend zijn om onder – voor het Westen uiterst primitieve omstandigheden – te leven. Je moet je dan ook afvragen of er wel verandering moet komen. En zo ja, in welke vorm en omvang. En als het Westen dit land verder wil opbouwen en zorg wil dragen voor stabiliteit in de regio, dan is een langdurig verblijf in dit land absoluut noodzakelijk! En met langdurig bedoel ik langer dan tien jaar. De vraag is of de NAVO, onze regering en de bevolking van Nederland de offers
Kinderen op weg naar school. Deze meisjesschool was door de Taliban vernietigd en is herbouwd door het PRT.
aanvaardt die dit met zich mee zal brengen.” De Hongaren zullen de komende periode heel wat uitdagingen krijgen, zoals ook de Nederlanders ze hadden in Baghlan. Het geloof gaat bij de Afghanen boven alles en daarna komt de familie. Deze prioriteitsstelling merkten de missieteamcommandanten ook binnen de Afghaanse veiligheidsorganisaties. “Niet de opdrachten van het Hoofd van Politie staan bovenaan, maar geloof en familie komen eerst. Dat uit zich vaak weer in corruptie en machtsmisbruik. En dat is niet alleen frustrerend voor de Afghanen, maar ook voor ons”, aldus Peter.
Als het Westen dit land verder op wil bouwen is een langdurig verblijf absoluut noodzakelijk Veiligheid voorop De missieteamcommandanten zijn onverdeeld enthousiast over het werk buiten de poort. Zij maakten de extreme sneeuwval in de winter mee en de droogte en de hitte in de zomer. De helft van de tijd zijn ze buiten de poort geweest, waarbij ze steeds keer op keer risico liepen en te maken kregen met de dreiging van ‘improvised explosive devices’ langs de kant van de weg. Maar ook waren er diverse raketaanvallen op konvooien en liepen ze tegen bewapende criminelen aan. Tel daarbij op dat het kamp gedurende hun aanwezigheid meerdere malen vanaf de omliggende heuvels met raketten is beschoten. Gelukkig heeft slechts één missieteam daadwerkelijk een schietincident meegemaakt. Voordat een missieteam op pad ging, was er iedere keer een tactische voorbereiding. Het ‘wie doet wat bij welke gebeurtenis’ moet vooraf glashelder zijn. Maandenlang reden de missieteams door een fantastisch mooi, maar voor de voertuigen waanzinnig slecht terrein. Onbegaanbare wegen, die amper wegen waren, rivieren en rivierbeddingen, steile bergen en diepe afdalingen, door fijn woestijnzand en de Salangtunnel, boordevol haarspeldbochten, die ‘s winters soms spekglad konden zijn. Altijd moesten ze klaar zijn voor het onverwachte. Gelukkig zijn uiteindelijk alle missieteamleden inclusief ‘force protection’ altijd weer veilig teruggekeerd op het kamp. Missieteamcommandant Peter: “Een missie was voor mij dan ook pas geslaagd als het volledige missieteam weer veilig op de basis was teruggekeerd. Al het andere was hieraan ondergeschikt. We De schoolbanken worden door de Afghanen zelf gemaakt.
De drie missieteamcommandanten van links naar rechts: Rob, Idzerd en Peter.
Een waterzuiveringsapparaat naar Nederlands ontwerp. Het kan tweeduizend liter water per dag reinigen en voorkomt sterfte van kinderen.
mogen blij zijn dat het allemaal goed is afgelopen Ik kijk met een goed gevoel terug naar deze missie. Weg achter het bureau en in een land als Afghanistan volkomen autonoom aan het werk kunnen gaan is een uitdaging die ik iedereen aanbeveel. Na mijn uitzending in Irak was dit dan ook weer een groot avontuur. Op naar de volgende missie!”. Collega Idzerd deelt deze mening absoluut. “Het is een intensieve periode geweest en het werk
Een missie om niet te vergeten Kapitein-ter-zee Peter de Harder, commandant van PRT 5 en 6, blikt terug op zijn tijd in de Noord-Afghaanse provincie Baghlan. “Eenieder zal deze uitzending op zijn eigen wijze ervaren en zich zaken herinneren. In de afgelopen periode dat ik hier in Baghlan werkzaam was, deden zich voor mij vele bijzondere momenten voor, die mij nog lange tijd zullen heugen. Te veel om op te noemen, maar om er toch een paar uit te lichten. Allereerst de ervaring met de blije kinderen, die ons tijdens het rondrijden enthousiast blijven begroeten, zwaaien en toelachen. Als je zou twijfelen aan het nut van onze aanwezigheid en waarvoor je het doet, is dat beeld telkens weer een motivator. Daarnaast was het bezoek van de president van Afghanistan, Hamid Karzai aan de provincie Baghlan, waarin wij als PRT een grote betrokkenheid hadden, een heel bijzondere gebeurtenis. Tijdens de korte momenten dat ik hem ontmoette en ook sprak, kwam hij over als een vriendelijk en innemend persoon die het beste met zijn mensen voor heeft. Een andere goede herinnering die ik zal overhouden, is het feit dat er dagelijks veel missies uit konden gaan om ons werk onder de bevolking en in de provincie uit te voeren. Het was elke dag weer opmerkelijk het grote aantal mensen en middelen dat weer gereed stond hun opdrachten uit te voeren buiten het kamp en voldaan weer terugkeerde. Natuurlijk is de bijzondere en indrukwekkende natuur van het land vermeldenswaardig. Afghanistan is en blijft een land met uitersten. En wat ons allen zeker zal bijblijven, is de vriendelijkheid van de Afghaanse bevolking en vooral hun grenzeloze gastvrijheid. Altijd weer uit-
heeft veel voldoening gegeven. Vooral de dankbare reacties van de Afghanen zullen mij bijblijven. Ook ik kan het iedereen aanbevelen om eens een missie te doen. En als zij niet willen, dan ga ik wel!” *In verband met veiligheidsvoorschriften worden de achternamen van de missieteamcommandanten niet genoemd.
genodigd worden voor thee of voor het eten, waarbij in sommige gevallen zelfs werd aangeboden een schaap voor ons te slachten. Een laatste bijzondere, maar in dit geval een negatieve gebeurtenis, die ik graag wil noemen, is de dag waarop een van onze voertuigen door een explosie werd getroffen middels een geïmproviseerd explosief. Gelukkig vielen daarbij geen slachtoffers, maar enkele inzittenden liepen wel licht letsel op. Het voertuig raakte bij deze aanslag behoorlijk beschadigd. Een dag om niet snel te vergeten.” Gemengde gevoelens “De overname door Hongaren is natuurlijk een lastig traject. Allereerst is elke overname al een duidelijke onderbreking van de missie. Het is altijd de vraag of je aflossers jouw werk op dezelfde (uiteraard) beste manier voortzetten. Bij het overgeven aan de Hongaren kwamen niet alleen deze facetten aan de orde, maar daarnaast ook de enorme logistiek die op gang moest komen. Veel Nederlandse spullen moesten weg en heel veel Hongaarse spullen moesten binnenkomen. Uiteraard zullen Hongaren bepaalde zaken altijd anders doen, dat werd bij de overgave al duidelijk. We gaan er vanuit dat de Hongaren ons werk in grote lijnen voortzetten, maar ik moet benadrukken dat velen van ons het erg jammer vinden dat we als Nederland weggaan uit Baghlan. We waren op de goede weg en hadden dat heel graag willen voortzetten. De provincie Baghlan is zich heel langzaam aan het ontwikkelen. Je ziet meer activiteit op straat, er wordt veel gehandeld, veel gebouwd en de lokale bevolking ervaart een redelijk gevoel van veiligheid. Dit moet voor de toekomst een gunstig effect hebben. Mensen die in een veilige toekomst geloven, zijn eerder geneigd te investeren in hun omgeving. Daarom hoop ik dat de ingeslagen weg en de positieve ontwikkeling in Baghlan zich langzaam, maar zeker voortzet en dat we over een groot aantal jaren de provincie nauwelijks nog zullen herkennen.”
9
Admiraliteit in nieuwe huisvesting
De Albatros herleeft Het Hilton van de Nieuwe Haven werd dinsdag 5 september officieel heropend. Gebouw de Albatros, de markante flat met brugvleugels en radarbol op het dak is letterlijk in een nieuw jasje gestoken. Met moderne middelen probeerden de architecten het gebouw op duurzame wijze te restylen. De hotelfunctie is verleden tijd. Met een paar aanpassingen aan het interieur is er een milieuvriendelijk en gezond kantorenpand ontstaan voor de Admiraliteitsraad. Tekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Peter Bijpost (AVDD) dreigend onweer, en de nieuwe bewoners en gasten keken af en toe verontrust omhoog, terwijl ze wachtten op de ceremonie. “Het was een flinke klus om alles op tijd af te krijgen voor de opening”, herinnert luitenant-ter-zee 2 René van Deutekom zich de weken voor de opening. “De bestelorders van de meubels waren zoek, de stenen waren op, we hadden nog een hele hoop te doen in de afgelopen weken. Maar het geeft een kick om dan toch te zien dat op deze geplande dag de officiële verhuizing door kan gaan.” Het heeft de huismeester van Het Paleis enkele slapeloze nachten bezorgd en, zo zei de admiraal, het heeft hem een jaartje ouder gemaakt.
Honderdtachtig jaar geleden werd Het Paleis opgeleverd aan de admiraal zonder verf en behang
De dag van de overgang was hectisch. Het weer wilde niet echt meewerken. In de paleistuin stond op lange tafels het buffet klaar, dat voor het afscheid van het gebouw was neergezet voor de ‘bewoners’ en hun gasten. Afscheid van Het Paleis na honderdtachtig jaar was moeilijk voor te stellen. Vice-admiraal Jan Willem Kelder verhuist zijn werkzaamheden samen met de Admiraliteitsraad naar de Albatros. “Honderdtachtig jaar geleden werd dit gebouw opgeleverd aan de admiraal zonder verf en behang. Wat dat betreft is er in al die jaren nog niet veel veranderd”, merkte hij op over de huidige verhuizing. Want ook de Albatros is, ondanks de ingebruikname nog niet geheel af. Een jaartje ouder ’s Middags vond een kleine ceremonie plaats op het plein voor de Albatros. De zwarte banden om het gebouw, afgewisseld door het witte inwendige lichaam dat zich bescheiden achter de buitenste laag glas opstelt, geven het gebouw een Mondriaan-achtig uiterlijk. Strak, modern, maar nog altijd herkenbaar als een van de karakteristieke gebouwen op het haventerrein. De wind in de microfoons klonk als
IJspaleis De Albatros heeft inmiddels ook al een bijnaam: het ‘IJspaleis’. Wat opvalt aan het interieur is het royale gebruik van wit. Vloeren, wanden, kozijnen en plafond, alles is wit. Van Deutekom: “De architect heeft ook binnen alles ontworpen. De tafels, stoelen en kastjes op de bovenste twee verdiepingen horen bij het architectonisch goed.” De tafels zijn wit, de stoelen zwartleer op een frame van chroom. Tegen de wanden zijn hier en daar houten kastjes te vinden met daarboven een schilderij. Schilderijen die bij menig bezoeker voor verwarring zorgden: spelende kinderen op het strand. De kunstschilder Wouter van Riessen associeerde de marine met veiligheid op en vooral aan zee en kwam op die manier op dit onverwachte onderwerp. De vierkante platen vallen op door hun eenvoudige kleurgebruik en vlakverdeling, waardoor het de sfeermakers in de ruimtes zijn. Speelgoed In de vergaderzaal van de Admiraliteit staat een lange witte tafel met enkele zwarte stoelen. In de hoek een kastje met wat apparatuur. Een trendy LCD schermpje staat er bovenop. Van Deutekom presenteert met trots de geheel in de ruimte geïntegreerde multimediafaciliteiten. Op het touchscreen kan men kiezen voor televisie-, video-, dvd- of laptoppresentaties. Vervolgens begint het hele hok te leven. Een klein spiegeltje zakt uit het plafond, lamellen zakken naar beneden, evenals een videoscherm aan de muur. In het plafond staat een beamer. “We wilden niet zo’n kast
10
naar beneden laten zakken, dus de beamer staat vast opgesteld en straalt een spiegel aan, die de projectie doorzet naar het scherm”, licht Van Deutekom toe. Moet je voor de beamer ten minste nog iets met een touchscreen doen, de klimaatbeheersing in het gebouw is geheel automatisch. Rond de oude Albatros is een 'huid' gebouwd van anodisch aluminium en glas. Daarin zitten kleppen die de geventileerde lucht in de tussenruimtes voeren. Uiteindelijk komt de lucht via het plafond, dat hoofdzakelijk uit wit metalen gaas bestaat, in de vertrekken terecht. Het gebouw regelt zelf de stand van de kleppen naargelang de temperatuur buiten. De lamellen, die in de meterbrede tussenruimte tussen de oude gevel en de nieuwe jas hangen, reageren zelf op zonlicht.
REVIVAL De Albatros is onderdeel van een belangrijk architectonisch project, genaamd ‘REVIVAL’. Naast het Helderse kantoor worden nog vijf andere gebouwen in Europa volgens dezelfde principes gerenoveerd. Doelstelling is om aan te tonen dat renovatie van gebouwen een even duurzaam pand kan opleveren als nieuwbouw. De kosten moesten lager uitvallen dan vervanging van eenzelfde soort gebouw. Daarnaast is er gekeken naar het energieverbruik, dat dertig procent lager zal liggen dan bij vervangende nieuwbouw. De CO2-uitstoot is een stuk lager en uiteraard is er minder afval, want het pand hoefde niet te worden gesloopt. De belangrijkste wijziging in het gebouw bestaat uit niet meer dan het ‘trekken’ van een wind- en waterdichte jas om het gebouw. De oude gevel was slecht geïsoleerd, maar in feite is de nieuwe buitengevel dat ook niet. Omdat deze wel winddicht is, bleken de isolerende eigenschappen net zo goed te zijn als bij een vergelijkbare conventionele nieuwbouwmethode. Met de nieuwe jas die alleen uit glas en aluminium bestaat, zijn de vele hoeken en gaten in de oude gevel weggewerkt en krijgt het kantoor zijn strakke moderne uitstraling. Na een tijd als onopvallende grijze massa in de architectonische schaduw van het Marinehoofdkwartier te hebben gestaan, is de Albatros weer de centrale blikvanger van de haven. De marine heeft bewust gekozen voor een duurzame en milieuvriendelijke oplossing en heeft het pand weten te behoeden voor de sloop. Hopelijk wordt de redding van de Albatros door de zeemacht beloond door de hogere machten met gunstige wind en behouden vaart.
11
Eerste ceremoniële functieoverdracht binnen NLMARFOR
Succesvolle integratie groen Het was een bijzondere dag voor de ‘Netherlands Maritime Force’ (NLMARFOR) op donderdag 7 september. Kolonel der mariniers Karel van Gijtenbeek droeg zijn functie als plaatsvervangend commandant en ‘Commander Landing Force’ over aan kolonel der mariniers, Marco Hekkens. “Voor NLMARFOR is dit een bijzonder moment”, sprak commandeur Ort, “Het is de eerste officiële en ceremoniële functieoverdracht van de Deputy Commander en de Commander Landing Force binnen onze staf.” Tekst: Wiedeke Borgsteede/Foto’s Albert Vermeulen Kolonel der mariniers Marco Hekkens is de nieuwe 'deputy commander' van NLMARFOR.
dient door het gebruik maken van alle ter beschikking staande informatiebronnen en sensoren - zowel ‘joint’ als ‘combined’- een ‘informatievoorsprong’ te worden bereikt, meent de kolonel. “Dat is noodzakelijk om de schaarse middelen bij voorkeur verrassend in te zetten: met precies de juiste uitwerking op het juiste moment op het juiste doel. Lastig? Nee. Maar het vergt wel de opbouw van een multidimensionaal en ‘real-time common operational picture’, waarbij het zeebeeld niet per se centraal hoeft te staan.” Doorgroeimogelijkheid Ook merkt van Gijtenbeek op dat de naam ‘NLMARFOR’ het vooral goed doet bij andere landen die ook over een ‘Maritime Force’ (MARFOR) beschikken. De mogelijkheid om door te groeien gaat echter verder dan de naam op het eerste gezicht suggereert. “Waar we op termijn naar toe moeten is een ‘seabased littoral manoeuvre formation’. De kern van de operationele marine bestaat namelijk uit amfibische platforms met te embarkeren bataljons en een daarbij behorend commando-element. Zo kan het Commando Zeestrijdkrachten zich vooral onderscheiden door het vermogen
Binnen NLMARFOR is er een volkomen integratie: het is de juiste kleurenmix van groen en blauw Terwijl de Alle Hens pas in de middag zou plaatsvinden, was er om acht uur ’s ochtends al volop bedrijvigheid in de Zilvermeeuw, tevens de ‘thuishaven’ van de staf van NLMARFOR. Immers, alles moest pico bello in orde zijn voor deze unieke eerste keer. De goede voorbereidingen blijken niet voor niets. Als de genodigden – onder wie vice-admiraal Jan Willem Kelder – binnenkomen, staat de trotse ‘groene en blauwe’ bemanning van NLMARFOR keurig opgesteld. Tevreden terugblik Kolonel van Gijtenbeek blikt met tevredenheid terug op zijn tijd als ‘deputy commander’ bij NLMARFOR. “Natuurlijk werkten mariniers en vlootpersoneel al langer samen bij de marine, maar binnen NLMARFOR integreren groen en blauw volkomen. Het afgelopen jaar zijn we veel operationeel bezig geweest en de samenwerking heeft mij regelmatig positief verbaasd en verrast”, vertelt Van Gijtenbeek. Uit de enorme pul van onderwerpen die er binnen NLMARFOR spelen, houden twee zaken hem nog altijd bezig: ‘situational awareness’ en de doorgroeimogelijkheden van NLMARFOR. ‘Situational awareness’ mag wat mij betreft het leidende thema worden bij de verdere ontwikkeling van NLMARFOR, ongeacht de rol of verschijningsvorm die wordt ingevuld. Bij een maritiem, expeditionair optreden worden er extra eisen gesteld aan het opbouwen van deze essentiële ‘situational awareness’ van het volledige operatiegebied. Tijdens de verplaatsing naar het operatiegebied
om de zee als manoeuvreerruimte te kunnen gebruiken bij het initiëren, uitvoeren, beïnvloeden en ondersteunen van landoperaties. Helemaal met oog op joint operaties ideaal: deze littoral manoeuvre brigade zou bijna naadloos inpasbaar zijn naast de air manoeuvre brigade en de overige, zwaardere brigades, zoals de 13de en 43ste brigade”, legt Van Gijtenbeek zijn visie haarscherp uit. Ondanks zijn vertrek bij NLMARFOR, zal kolonel van Gijtenbeek de ontwikkelingen van de staf blijven volgen. “Maar ik heb er alle vertrouwen in dat de taak van ‘deputy commander’ bij kolonel Marco Hekkens in goede handen is. Er wacht hem een druk programma en het zal uiteraard allemaal anders lopen dan gepland!” Even wennen Dat kolonel der mariniers Marco Hekkens erg enthousiast is om zijn nieuwe functie te bekleden, blijkt uit de openingszin van zijn speech.: “Ik zal maar gelijk met de deur in huis vallen, ik heb er enorm veel zin in!” Omdat Hekkens nog maar enkele dagen terug in Nederland is, na een periode van zes jaar in het buitenland te hebben gewerkt, zal het voor hem wel weer wennen zijn. “Vooral het spreken van het Nederlands is een uitdaging voor mij na een lange buitenlandse periode bij het Hoofdkwartier van Strike Force NATO in Napels en direct daarna bij het Hoofdkwartier van de UK Maritime Force in Portsmouth. Een Britse collega merkte bij mijn vertrek op: “I hope you’ll get the chance to really play with the toys”.
12
en blauw Laat ik het zo zeggen, ik ben ervan overtuigd dat er genoeg uitdagende kansen liggen binnen NLMARFOR en ik deel de visie van kolonel Van Gijtenbeek om de doorgroeimogelijkheid van NLMARFOR optimaal uit te buiten in een joint en combined context.” Tijdens Joint Caribbean Lion (JCL) deed kolonel Hekkens zijn eerste echte ervaring met de staf van NLMARFOR op. “Wat mij betreft was JCL overduidelijk een baanbrekend succes waar zowel de joint als combined dimensie van maritiem optreden ter ondersteuning van landoperaties aangetoond werd. Wat we ons wel moeten realiseren, is dat er nog een heleboel werk in het verschiet ligt. Er zijn nooit echt panklare oplossingen voor alle uitdagingen waarmee onze staf in de toekomst geconfronteerd zal gaan worden. Maar door de juiste trainingen en het deelnemen aan oefeningen of operaties zullen we stug voortgang blijven boeken en verdere ervaringen opdoen in het optreden als ‘one star battlestaff’.”
Kolonel der mariniers Karel van Gijtenbeek.
Kleurencocktail Binnen NLMARFOR is er een goede kleurenmix van ‘groen’ (mariniers) en ‘blauw’ (vloot). Om de marinierstak nog meer bij NLMARFOR te betrekken, is de intentie van Hekkens om regelmatig een bezoek te brengen aan Doorn en de andere marinierslocaties. “Op deze manier hoop ik dat er transparantie ontstaat tussen enerzijds de ‘behoeftesteller’ (NLMARFOR) en anderzijds de ‘leverancier’ van onze parate marinierseenheden. Want tweerichtingsverkeer is vereist! Het zou ook heel goed mogelijk zijn dat de staf van NLMARFOR oefenactiviteiten die zijn opgezet door het Mariniers Training Commando, ondersteunt. Omdat we een gemixte staf zijn, zal ik tijdens zo’n bezoek ook ‘blauwe’ stafofficieren meenemen, om het wederzijds begrip te verankeren. En om eventuele misverstanden te voorkomen: ook onze varende eenheden en specialistische bedrijven moeten niet verrast zijn als ik verzoek ‘om eens aan boord te stappen’!” De komende periode voor de staf van NLMARFOR wordt gekenmerkt door deelname aan internationale oefeningen en operaties (waaronder ISAF III) door individuele stafleden, het verder uitwerken van de lessen van de oefening Joint Caribbean Lion, het voorbereiden op de volgende mijlpalen op de weg naar het predikaat 'Full Operational Capable' en het verbreden van de doctrinaire inbedding. Daarnaast zal door middel van een actieve ‘interne – en externe voorlichtingcampagne’ de rol en taken van NLMARFOR aan een zo breed mogelijk publiek uiteengezet worden.
Voor NLMARFOR was JCL een baanbrekend succes waar zowel de joint als combined dimensie van maritiem optreden ter ondersteuning van landoperaties aangetoond werd.
Special Forces Mariniers en Korps Commando Troepen trainen samen
Oefenen voor Uruzgan Het is even wennen voor de Special Forces van het Korps Mariniers. Tijdens hun opwerkperiode op de Leusderheide verplaatsen ze zich veelvuldig per voertuig en niet te voet, zoals de marinier gewend is. Bovendien zijn de voertuigen geen vertrouwde ‘Laro’s’, maar zwaarbewapende Mercedessen. Eind november vertrekken ze naar de Afghaanse provincie Uruzgan ter ondersteuning van de missie ‘ISAF 3’. De mariniers zullen deel uit maken van de ‘Special Forces Taskgroup’ onder leiding van het Korps Commandotroepen van de Koninklijke Landmacht. Tekst: Wiedeke Borgsteede/Foto’s: Louis Meulstee
Al vanaf het zomerverlof oefenen de teams van de Special Forces van het Korps Mariniers en de commando’s, de Special Forces van de Koninklijke Landmacht, samen om goed op elkaar ingespeeld te raken. De samenwerking verloopt positief, vinden beide partijen. Belangrijk, want hoe oefen je voor Uruzgan? Hoe bereid je je voor op onverwachte situaties in een onbekend en zeker niet ongevaarlijk gebied? “Ik zal beslist niet ontkennen dat het een risicovolle missie wordt”, zegt de commandant van de Special Forces Taskgroup (SFTG) van het Korps Commandotroepen (KCT) van de Koninklijke Landmacht*, onder wiens leiding – voor deze missie – de Special Forces van het Korps Mariniers vallen. “Het is duidelijk dat de operationele opdracht centraal staat en dat risico’s niet altijd vermeden kunnen worden. Wat we wel kunnen doen, is om ons in de eerste plaats zo goed mogelijk voor te bereiden. Opleiden en trainen, skills en drills oefenen en in zo reëel mogelijke scenario’s blijven oefenen. Het gaat ook om een stukje ‘mindset’, we volgen nauwgezet de ontwikkelingen in het inzetgebied om daar zo goed mogelijk op in te kunnen spelen. Ten tweede moet je goed plannen. ‘Risk assessment’ inbouwen. Je kunt niets voorkomen, maar overbodige risico’s nemen is nergens voor nodig. Hoe dan ook, het blijft lastig om de situatie in Afghanistan in te schatten.” Be prepared… De taak van de SFTG zal voornamelijk komen te liggen op ‘safe and secure environment’. Dat is nodig is om de wederopbouwwerkzaamheden te kunnen uitvoeren. Het stukje ‘safe and secure’ geldt trouwens voor heel Zuid-Afghanistan. Maar hoe oefen je daarvoor? “Het is belangrijk om de ‘situational awareness’ te verkrijgen, om zo in te kunnen spelen op de mogelijke scenario’s. Onze taak zal dan ook voornamelijk bestaan uit het in beeld brengen van de situatie ter plekke en mogelijke dreigingen weg te nemen”, vervolgt de commandant SFTG. “Kijk, we zijn een samengestelde eenheid van commando’s en mariniers. Zij worden ook in het veld aan elkaar gekoppeld. Om goed samen te werken, doen we nu veel aan scenariotrainingen. Simpel gezegd komt het hierop neer: samengestelde ploegen verplaatsen zich, vervolgens gebeurt er iets en daar moeten zij direct op inspelen. Het is een combinatie van een stukje ‘skills en drills’ en samenwerking. Zo verbeter je niet alleen het individu, maar ook de ploegen en de samenwerking. Ze hebben vuurcontact, moeten luchtsteun oproepen. Er komt ook een stuk operationele training om de hoek kijken.”
ik met de Special Forces van het Korps Mariniers samenwerk. De vorige keren waren in Bosnië en eerder al in Afghanistan. Ook dit keer valt me op dat hun instelling en inzet erg positief is.” Commando’s vs. SF-mariniers En hoe zit het met de verschillen in de manier van werken tussen de commando’s en de mariniers? Vallen die erg op? De commandant SFTG vindt dat dit eigenlijk wel meevalt. “Kleine verschillen zijn er altijd. Voor de mariniers is het grootste verschil dat het een specifieke landoperatie is, waarbij we met onze voertuigen werken. Dat is wennen voor ze. Maar, we zijn een paarse organisatie met één missie. Er is een open houding onderling, er wordt open geëvalueerd en iedereen is leergierig en wil zich inzetten. Deze opwerkperiode is noodzakelijk vanwege de verschillen in werkwijze en inzet. Het zal vast en zeker zijn vruchten afwerpen.” Wat hem ook opvalt, zijn de verschillende achtergronden van de mariniers. “Dan hebben we te maken met mariniers van de Unit Interventie Mariniers, dan weer met mariniers van het mountainleaderverkenningspeloton. En dit keer werken we met mariniers die deel uit maken van het amfibische verkenningspeloton. Onze ploegen zijn algemeen op land opgeleid.” Ook zijn er grote verschillen in de voertuigen en verbindingsmiddelen die bij beide defensieonderdelen worden gebruikt. “Bovendien zijn de mariniers meer Engels georiënteerd. Ze werken immers al lang nauw samen met de Britse ‘Royal Marines’. Wij zijn meer internationaal gericht. Door al dat soort dingen is tijdig opwerken van groot belang”, aldus de commandant van de Special Forces Taakgroep. Mariniers en voertuigen Eén van de teamleiders van de SF mariniers merkt op dat opereren vanuit voertuigen toch wel andere koek is. “Op zo’n voertuig heb je een vuurplatform waarmee je zowel aan de voorkant als achterkant vuur kunt afgeven. Normaal werken wij niet gauw met een .50 mitrailleur of een Minimi. Dit is heel wat zwaarder geschut. Afghanistan is toch een gebied waar we veel met voertuigen werken. “Inzet voor missies en uitzendingen is één van onze belangrijkste taken, dat is ook opgenomen in de studie van de Commandant der Strijdkrachten naar de Special Forces van de krijgsmacht”, licht de kapitein van de Special Forces van het Korps
Goed ingelicht, goed voorbereid en teams die goed op elkaar zijn ingespeeld Prima samenwerking Het is een warme nazomerse septemberdag op de Leusderheide en het programma van de mannen zit redelijk vol. Vandaag staan meerdere onderdelen op de rol: het optreden met voertuigen, scenariotraining, het werken met gecombineerde ploegen en medische training. Oorspronkelijk zou er ook een training met luchtsteun van een Apache-helikopter zijn, maar deze ging helaas niet door. De samenwerking verloopt vloeiend. We maken een snelle inhaalslag en trainen ook erg intensief. ’s Avonds hebben ze regelmatig lessen. Bijvoorbeeld medische lessen, want iedereen wordt geacht een infuus en snelverbanden aan te kunnen leggen. Andere lessen gaan weer over de nieuwe wapensystemen of de nieuwe tactische satellietverbindingsapparatuur. Tot nu toe is de commandant van de speciale taakgroep zeer tevreden over het verloop. Het is voor hem dan ook niet de eerste keer dat hij met mariniers samenwerkt. “Voor mij is het de derde keer dat
Mariniers toe. “Wat wel opmerkelijk is, is dat onze inzet bijna altijd om een landoptreden gaat. De inzetmethode is dan misschien wel maritiem, maar de uitvoering is op het land. We opereren steeds minder te voet en meer met voertuigen. Wat dat betreft zou het erg zinvol zijn, als we zelf ook meer middelen hadden om meer ‘landgericht’ te trainen en ons zo voor te bereiden op amfibische (land) operaties”, meent de kapitein van de SF-mariniers. Overigens zie je die tendens steeds meer bij onze missies.” Uitwisselen van ‘tips and tools’ Uruzgan is overduidelijk een landoperatie. Daar is het Korps Commandotroepen speciaal op gericht. Bij dit optreden zie je redelijk wat ‘mariniers infanterie zaken’ terug komen. “In principe hebben de Special Forces van ons korps hiervoor voldoende basiskennis”, meent de SF kapitein. “Maar toch is zo’n intensieve opwerkperiode als deze absoluut noodzakelijk. Vooral in verband
15
met de wapensystemen en de procedures. Bovendien werken de commando’s met nieuwere communicatieapparatuur. Dat moeten wij ons allemaal eigen maken. Het is erg interessant om bepaalde verschillen op te merken”, vervolgt hij. “Je ziet bijvoorbeeld dat de commando’s over veel meer en uitgebreidere trainingscapaciteiten beschikken dan wij. Neem de monteurs en chauffeurs: de monteurs leren de chauffeurs hoe ze snel kunnen achterhalen wat er met een voertuig aan de hand kan zijn en hoe te handelen. De SF medics lopen op regelmatige basis stage bij ziekenhuizen en of ambulances. En binnen de eenheid heeft men mensen opgeleid die close air support mogen aanvragen. Voor deze zaken zijn een stuk meer mogelijkheden dan bij ons.” Teamwerking Een cluster wordt samengesteld op basis van de analyseopdracht. Tijdens deze oefening werken we met twee teams: één commandoteam en één mariniersteam. Voor de commando’s is het werken in een grotere groep wel weer wennen, want normaal gesproken werken zij in kleine teams. Toch heeft het een groot voordeel. “Bij de Amerikaanse en Britse Special Forces is ook gebleken dat grote teams beter werken in dat gebied. Je hebt meer vuurkracht en betere ‘command and control’”, licht één van de teamleden toe. “Bovendien werken we prima samen. De meeste commando-collega’s zijn al in het gebied geweest en weten er het een en ander over te vertellen. Ook kunnen zij ons specifieke voertuig- en wapenkennis overdragen. Dat scheelt.” Ter plekke in Zuid-Afghanistan En hoe zit het met lessen in de Afghaanse taal? Worden die ook gegeven? De KCT-commandant van de SFTG legt uit dat dat lastig te leren is. “Er zijn zoveel dialecten in de omgeving. Ze krijgen wel een basis mee, maar met name in de vorm van handouts en kaartjes. Veel zullen ze ter plekke moeten leren, ook zaken als waarschuwingsborden en signaleringsborden. In principe gaat er
geen tolk mee, maar als het nodig is, zit er altijd een tolk die we kunnen gebruiken.” De inzet van de Special Forces Taakgroep zal per keer verschillen. “De ene keer zullen we een opdracht van hogerhand krijgen, maar het kan ook zijn dat we zelf – aan de hand van de ‘situational awareness’ mogelijke operaties voorleggen aan het hoger niveau. Straks in Uruzgan zullen we niet alleen met Nederlanders samenwerken, maar ook met andere nationaliteiten, zoals Amerikanen, Australiërs, Britten en Canadezen.” Zowel de commandant van het SFTG als de kapitein van de Special Forces van het Korps Mariniers zien de missie in Uruzgan zeker niet hopeloos tegemoet. “Het is een illusie als je meent dat je de provincie ‘zomaar even’ Taliban-vrij kunt maken. Maar je moet ergens beginnen. Het zal lang duren voor de Taliban is verdreven. Daar gaat vermoedelijk nog wel een hele generatie overheen. As je iets goed wil aanpakken, dan moet je daar ook ruim de tijd voor nemen. Vertrek je na een paar jaar weer uit een gebied, dan heb je grote kans dat het binnen no time weer terug bij af is. Daarnaast moet de Afghaanse bevolking ook het vertrouwen in de hulp van het Westen krijgen, zodat de wederopbouw van het land steeds meer vorm kan krijgen.” In oktober zullen de commando’s en Special Forces van het Korps Mariniers voor een eindoefening naar de Oostenrijkse bergen gaan. “Dat is een logisch vervolg op wat we hier doen. We zullen verder gaan met scenariotrainingen, die we nog realistischer proberen te maken, ook door schieten met scherp en met meerdere soorten wapens. Zo kunnen we ook enigszins wennen aan werken in bergachtig terrein. Bovendien staat ons een Afghaanse winter te wachten, dus ook wat klimaat betreft zal Oostenrijk een goede voorbereiding zijn”, aldus de kapitein van de Special Forces van het Korps Mariniers. *In verband met veiligheidsvoorschriften worden de Special Forces niet bij naam genoemd worden.
Met voertuigen heb je meer mobility
16
Nieuwe commandant voor jongste fregat
Evertsen in 2007 operationeel Het is een redelijk zonnige augustusmiddag als Hr.Ms. Evertsen rustig op haar plek in Den Helder aan de steiger ligt. De bemanning heeft de blauwe werkkleding omgeruild voor tenue zes en staat keurig ceremonieel opgesteld in de hangar. Vandaag is het de laatste dag als commandant voor kapitein-luitenant-ter-zee Jilles Goedknegt. Na een periode van exact 559 dagen draagt hij ‘zijn’ schip officieel over aan kapitein-luitenant-ter-zee Rob Kramer. “We varen een operationele toekomst tegemoet!” Tekst: Wiedeke Borgsteede/Foto: Albert Vermeulen Tot op heden is het jongste Luchtverdedigings- en Commandofregat (LCF) Hr.Ms. Evertsen nog niet operationeel geweest. Maar daar gaat volgend jaar verandering in komen. “In de tweede helft van 2007 zal de Evertsen deel uit maken van de ‘Standing NATO Response Force Maritime Group 1’ (SNMG1)”, vertelt de kersverse commandant Rob Kramer. “Dat is een multinationale zeegaande eenheid, die continu de wereldzeeën bevaart, waardoor de NAVO over de mogelijkheid beschikt om snel en flexibel de belangen van de NAVO-lidstaten over de gehele wereld veilig te stellen.” Maar voor het zover is, moet het schip zich goed voorbereiden, zodat het overal ter wereld multi-inzetbaar is. Bemanning compleet “Het is belangrijk dat we de komende periode een complete bemanning krijgen”, vindt Kramer. “Door de wederopbouwwerkzaamheden in Afghanistan, is er ook op onze bemanning een forse aderlating gepleegd. We streven ernaar om rond de kerst weer een volledige, vaste bemanning te hebben, zodat de twintigweekse opwerkperiode van start kan gaan. “Het is voor het eerst dat de Evertsen een operationeel schip wordt”, vervolgt Kramer. “En mijn doelstelling is hoog”, lacht hij. “We zullen het schip op al haar technische mogelijkheden beproeven. Alles moet tot in de puntjes in orde zijn en volledig functioneren Wat mij betreft worden wij het meest operationele schip van de marine! Dat vraagt veel inspanning
Kapitein-luitenant-ter-zee Jilles Goedknegt.
“Wat mij betreft wordt de Evertsen het meest operationele schip van de marine!” en veel ‘ulteam’ work en iedereen zal ervoor moeten gaan.” De langere termijn waar commandant Kramer op vooruit blikt, is de eerste operationele inzet van het LCF. “We zullen dan onderdeel uitmaken van SNMG1 en binnen tien dagen inzetbaar moeten zijn voor optreden in crisissituaties, zowel in het NAVO-gebied als daarbuiten. Dat kunnen ‘search & rescue’ operaties zijn, maar ook humanitaire hulpverlening bij grote rampen, inzet bij piraterij of verzamelen van inlichtingen en contra-terreuroperaties. Kortom, we moeten met de Evertsen klaar kunnen staan voor iedere situatie!” Dubbelrol Voormalig commandant Goedknegt zal zijn collega in de toekomst zeker nog eens opzoeken als de Evertsen operationeel is. Hij heeft het schip immers nooit operationeel kunnen beproeven. “Van mijn welgeteld 559 dagen dat ik aan het roer stond, was het schip slechts zestig dagen op zee, zonder enige operationele actie”, vertelt Goedknegt. Bovendien was zijn periode als commandant een roerige tijd voor hem, waarbij hij een deel afwezig was doordat hij een dubbele functie vervulde. “Vier dagen nadat ik Hr.Ms. Witte de With als commandant uit dienst had gesteld,
kreeg ik het commando van de Evertsen. Een unieke ervaring om van het oudste naar het nieuwste fregat te gaan. Ik realiseer me dat ik de bemanning de laatste maanden tekort heb gedaan. Ruim twee maanden als chef staf van CTF150 in de Perzische Golf en na terugkomst, naast commandant, de functie van Hoofd Afdeling Communicatie van CZSK, betekende dat ik te weinig aan boord aanwezig was. Het was best een hectische periode. Gelukkig heb ik veel steun gehad van de bemanning.” “Als commandant kun je het niet alleen. Aan boord van ieder schip geldt dat je op elkaar bent aangewezen. Je zit letterlijk en figuurlijk in hetzelfde schuitje. Het toverwoord hierbij is respect en het vormen van een eenheid. Dat is de basis waar het schip op drijft.” Om aan zijn woorden een daad toe te voegen, reikte de voormalige commandant nog een aantal beloningen uit aan enkele opmerkelijke bemanningsleden. Trots en blij nemen zij hun beloning en het gesproken dankwoord hierbij in ontvangst. En dan, dan zit het er voor ‘commandant’ Goedknegt écht op. “Het was fantastisch om commandant te zijn van dit schip. Ik ben er trots op. Evertsen, het ga u goed!”
17
Bonden aan boord
Nooit eerder nodigde een medezeggenschapscommissie (MC) van een schip alle vakbonden uit voor een openhartig gesprek. Tot eind juni, toen de nieuwe MC van Hr.Ms. Van Amstel dit initiatief ontplooide. Vertegenwoordigers van alle bonden stapten op haar uitnodiging aan boord van het M-fregat, om zowel met de medezeggenschapscommissie, de commandant, als een groot deel van de bemanning vrij te praten over zaken die de gemoederen bezighouden. De elfkoppige medezeggenschapscommissie van de Van Amstel neemt haar taak als spreekbuis voor de bemanning serieus. Niet alleen volgden alle elf de leden een tweedaagse training, waarin de taken, bevoegdheden en zaken waarop zij invloed kunnen uitoefenen, aan bod kwamen. Ook ontplooiden zij het initiatief om alle vakbonden uit te nodigen aan boord. Hiermee bood de MC de bemanning de mogelijkheid om vragen te stellen aan de bonden en konden de bonden kennis maken met de werk- en leefsituatie aan boord plus de unieke positie van een MC op een varend, operationeel platform.
Het gesprek tussen de MC en de bonden leverde genoeg stof tot nadenken Spreekbuis van de bemanning Het gesprek tussen de MC en de bonden leverde genoeg stof tot nadenken. Want naast een gesprek over zaken die spelen op het schip, bracht de commissie ook enkele punten van zorg onder de aandacht van de vakbonden. Zo ziet de MC van de Van Amstel het gebrek aan onderling contact tussen de diverse medezeggenschapscommissies als een groot gemis. Immers, je kunt veel van elkaar leren en door te communiceren, kan je voorkomen dat elke MC opnieuw het wiel uitvindt. Het voorstel om een overkoepelend overlegorgaan voor scheepsoverstijgende onderwerpen op te zetten, lag dan ook snel op tafel. Ook de commandant sprak met de vertegenwoordigers van de bonden. Hij benadrukte het belang van de MC als spreekbuis van
Waar is de envelop? Van 1985 tot 1993 ben ik in dienst geweest bij de Koninklijke Marine. In mijn opleidingstijd was ik gelegerd bij de SEMMV en de Marinekazerne Willemsoord. Mijn vader is in zijn jonge jaren in de jaren zestig, zes jaar in dienst geweest bij het Vreemdelingen Legioen. Toen ik in 1985/1986 in Den Helder op kamers woonde, heb ik op mijn werk een enveloppe met zwart-wit foto’s uit de diensttijd van mijn vader uitgeleend. Ik meen dat het aan mijn toenmalige baksmeester korporaal der marniers Morrieen was. Echter, de enveloppe heb ik niet meer terug ontvangen. Een aantal jaren geleden is mijn vader op 65jarige leeftijd aan kanker overleden en ik zou de envelop met foto’s heel graag terug willen hebben. Wie kan mij de enveloppe terugbezorgen? Het zou mij erg gelukkig maken. Reacties graag naar de redactie van Alle Hens. De heer V.K. Grabner.
De medezeggenschapscommissie en commandant van Hr.Ms. Van Amstel (foto: Hr.Ms. Van Amstel)
de bemanning. Een belang dat hij persoonlijk onderstreept door de leden van de commissie in een vroeg stadium te informeren over bepaalde onderwerpen. Ook een groot deel van de bemanning kreeg in het manschappenverblijf de kans om te spreken met de opstappers. Vele brandende vragen vuurden de bemanningsleden af. Zeker over de onderhandelingen arbeidsvoorwaarden die werden hervat en over het nieuwe ‘Flexibele Personeelssysteem’. Met dit unieke initiatief toonde de MC van Hr.Ms. van Amstel zich daadwerkelijk dé spreekbuis van de bemanning. De bonden uitten dan ook hun bijzondere waardering voor deze dag en gaven de leden van de commissie aan altijd voor hun met raad en daad klaar te staan.
Sinterklaas Op 25 november vindt in de Witte Raaf het Sinterklaasfeest plaats voor kinderen (vier t/m negen jaar) van burgermedewerkers of militairen werkzaam bij CZSK. Opgave en informatie bij Bureau Operationele personeelszorg, telnr: 0223 657 600.
18
Op pad met de Vloot-roadshow
Zorg dat je erbij komt Het is zaterdag 26 augustus, 10.00 uur 's ochtends. Ondanks de zomerse bewolking, is de temperatuur in Vlissingen aangenaam. Een aantal mariniers is al bezig om de klimtoren gereed te maken. Ieder moment kan een groepje van de scouting komen om die populaire toren te beklimmen Een uur later is het zover: het evenement ‘Small Sail’ is officieel geopend. Gepoetst, geknipt en geschoren staat de Vloot-roadshow klaar om alle vragen van de bezoekers over de Koninklijke Marine vol enthousiasme te beantwoorden. Tekst en foto: Shanna Berendsen Het team van de Vloot-roadshow bestaat twaalf jaar en bestaat zowel uit vlootpersoneel als mariniers. Het is ondergebracht bij het Bureau Publieksvoorlichting en Evenementen. Zij zorgen voor alle randvoorwaarden omtrent de uitvoering, zoals voorbesprekingen, brieven schrijven etc. Om de Koninklijke Marine meer bekendheid te geven, trekt het promotieteam door heel Nederland. Vlootshow “Naamsbekendheid en een positieve indruk achterlaten bij de burgers is onze hoofdtaak”, vertelt matroos 1 Bernadette Barendse. “Maar er hoort ook een stukje werving bij.” Enthousiast vertelt zij hoe haar week eruit ziet: “Dinsdag en woensdag is voor ons meestal ‘weekend’. Bij een meerdaags evenement, zoals hier in Vlissingen, waar we drie dagen staan, laden we op donderdag de vrachtwagen in en zorgen dat alles gereed is voor vertrek. Vervolgens rijden we naar de plaats van bestemming en bouwen de promotietent op. Aan het eind van de dag staat alles gereed, zodat we de volgende dag de bezoekers kunnen ontvangen.” Voorlichting Tijdens de evenementen beschikt de Vlootshow over een tent en een trailer met een brugsimulator. Met de brugsimulator kunnen de bezoekers een stukje varen. Hebben ze de route goed en veilig afgelegd, dan krijgen zij na afloop een vaarbewijs. In de trailer bevindt zich ook een LCD-scherm met de dvd ‘Tussen water en vuur’. In de tent staat een grote fotowand. Daarop zijn diverse foto’s van de marine afgebeeld. In de tent worden niet alleen ‘goodies’, zoals pennen en stickers en posters uitgedeeld, maar
Actieve leden gezocht! Binnen bureau Operationele personeelszorg (OPZ) heeft het activiteitencomité een belangrijke rol als het gaat om initiëren en organiseren van algemene thuisfrontactiviteiten, met name voor kinderen van marinemilitairen. De vrijwilligers binnen dit comité - allen relaties van marinemilitairen - gebruiken hun individuele ervaringen en kennis voor tal van activiteiten, zoals paaseieren zoeken, de sport- en speldag, de peutermiddag, de outdoor-dag en het sinterklaasfeest. Het werk dat door het activiteitencomité wordt verzet is zeer waardevol en onmisbaar voor een goede zorg voor het thuisfront en de militairen. Binnen het activiteitencomité is ruimte voor nieuwe leden. Liefhebbers voor het lidmaatschap voor dit comité kunnen zich vóór 15 oktober per gemotiveerde sollicitatiebrief aanmelden bij bureau OPZ, o.v.v. Sollicitatie activiteitencomité, Antwoordnummer 300, 1780 VB Den Helder. Informatie kan worden verkregen bij LTZ V. Griensven van bureau OPZ op telnr: 0223 657 600 of per e-mail:
[email protected]
ook komen mensen informatie vragen over bijvoorbeeld werken bij de Koninklijke Marine. Deze specifieke vragen worden vooral beantwoord door de wervingsvoorlichters uit Amsterdam, die altijd mee gaan met de evenementen. Roadshow Naast de Vlootshow is de Roadshow een onderdeel van het promotieteam. De opzet is hetzelfde, alleen zij nemen een klimtoren mee, die keer op keer weer zeer geliefd is bij het publiek. En waar water is, zijn er ‘Landing Craft Rubber Motors’: rubberboten waar vooral het jongere publiek maar wat graag een tochtje op maakt. “Afwisseling, het uitdragen van de Koninklijke Marine en Korps Mariniers en de reactie van de mensen maakt dit werk leuk”, vertelt kapitein der mariniers Simon Den Hollander, Hoofd Vloot-roadshow. “Je bent het visitekaartje van de marine en het is daarom te allen tijde van belang dat je er correct bij staat. Niet alleen op het evenement, maar ook ’s avonds als we ergens verblijven, dienen wij ons netjes te gedragen. We moeten ons er van bewust blijven dat we in de naam van de Koninklijke Marine ergens zijn.” Volgend jaar staan er een aantal belangrijke onderwerpen op de agenda. Zo zal 23 maart 2007 het ‘Michiel de Ruyter-jaar’ van start gaan, dus er zullen genoeg evenementen zijn waar het promotieteam aanwezig zal zijn. Ook zal er het komende jaar voor het ‘Vloot-promotieteam’ veel veranderen. Zij zullen verhuizen van Den Helder naar Doorn. “Zo zitten we op één plek en dat maakt de voorbereidingen en uitvoeringen makkelijker”, aldus het hoofd Vloot-roadshow. Werken in het promotieteam is uitdagend, afwisselend en vindt plaats in een klein team. Heb je interesse en wil jij volgend jaar ook het land door om de KM te promoten? Neem dan contact op met luitenant-ter-zee Anouk van Dijk- van Roon, telnr: 0223 657 065 of met kapitein der mariniers Simon den Hollander, telnr: 06 513 843 68.
19
De taak van Stafafdeling Communicatie van het CZSK
Omgaan met de media De rol van communicatie is in onze maatschappij steeds groter geworden. Het aanbod aan informatie is zo groot, dat een bedrijf als de Koninklijke Marine niet ontkomt aan specialistische bureaus die de stroom kunnen beheren. Marinepersoneel wil graag op de hoogte gehouden worden, maar is zelf ook een onderdeel van de informatiestroom. Zowel binnen de organisatie als naar buiten toe. De stafafdeling Communicatie van het CZSK informeert, adviseert en assisteert dit operationele krijgsmachtonderdeel. Tekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Ruud Mol (AVDD) Op het huidige wereldtoneel draait alles om informatie. De toegankelijkheid van steeds interactiever wordende media is enorm. Zo bepaalt niet meer alleen de informatie op zich zelf die naar buiten gaat de publieke opinie, maar ook de manier waarop die informatie naar buiten gaat. Elke instantie moet goed nadenken over wie hij welke informatie geeft, hoe deze eruit ziet en wanneer dit gebeurt. PIO's Tot nog toe werden tijdens oefeningen en operaties willekeurige officieren aangewezen die als ‘Public Information Officer’ (PIO) in voorkomend geval de media begeleidden. Een taak die ze naast
Majoor der mariniers Frank Boots, senior persvoorlichter, geeft tijdens Joint Caribbean Lion een radio-interview op locatie per telefoon.
hun eigenlijke functie moesten uitvoeren. Door het huidige niveau waarop met informatie wordt omgegaan, is dit eigenlijk niet meer wenselijk en vraagt deze functie om een specialist, die een goed inzicht heeft in de manier waarop een bijdrage geleverd kan worden aan een evenwichtige en genuanceerde beeldvorming. Dat is een van de taken van de stafafdeling Communicatie. Bijvoorbeeld tijdens de oefening Joint Carribean Lion is er aan boord van Hr.Ms. Rotterdam een persvoorlichter meegevaren, die als taak had informatie omtrent de oefening op een juiste manier naar buiten te brengen. Draagvlak Omdat er niet voor elke eenheid een specialist in te zetten is, richt de afdeling zich ook op mediatraining. De afdeling kan haar expertise aanwenden om het marinepersoneel meer bewust te maken van en voor te bereiden op het omgaan met de media. “Niet omgaan met de media is geen optie”, vertelt majoor der mariniers Frank Boots, senior persvoorlichter bij de stafafdeling Communicatie. “Mensen kunnen hun bronnen nu veel makkelijker zelf kiezen en eenzijdige informatie kan de opinie sterk kleuren.Eén van onze taken is het bieden van tegenwicht aan het nieuwsaanbod waarover de lokale bevolking in een missiegebied beschikt. Als wij
Tijdens Joint Caribbean Lion was er ook een team van de stafafdeling Communicatie aanwezig. Zijn werden zowel voor de persbegeleiding als voor mediaplay ingezet. Immers, ook voor mediatraining geldt: ‘train as you fight’.
daar gaan zitten, onze dingen doen en niemand hoort van ons, dan kunnen ‘vijandig’ gezinde groeperingen negatieve berichten gaan verspreiden over de buitenlandse aanwezigheid. Zo zullen wij bij de bevolking nooit draagvlak krijgen.” Door de lokale media te betrekken en berichten uit te geven over bijvoorbeeld de wederopbouw door de PRT’s in Afghanistan, kun je beter de ‘hearts and minds’ winnen van de Afghanen. Advies De marine kent legio projecten, bureautjes, instellingen, kazernes en eenheden die allemaal hun steentje bijdragen aan het functioneren van de hele organisatie. Allemaal produceren ze informatie die bij de medewerker en soms ook buiten de marine bekend moet worden gemaakt, of die aanleiding geeft tot vragen die moeten worden beantwoord. Verandert er wat in de arbeidsvoorwaarden, loopt er een onderzoek naar vrouwen op onderzeeboten, begint de inschrijving voor een opleiding of wordt een nieuw project geïntroduceerd en ondersteund, dan moet dat bekend worden gemaakt. Hoe deze informatie bij de medewerker komt, wordt mede bepaald door Bureau Interne Communicatie. Dit bureau is ervoor verantwoordelijk dat het materiaal van al die eenheden afgestemd naar de norm van defensie wordt verspreid. Met het opstellen van duidelijke communicatieplannen streeft het bureau naar goed geïnformeerde medewerkers om daarmee de betrokkenheid van het personeel te vergroten. Ook is het belangrijk dat de gehele KM één boodschap naar buiten uitstraalt en dat tegenstrijdige berichten van verschillende projecten en eenheden worden voorkomen.
Dit bureau is verantwoordelijk voor de promotie van de Koninklijke Marine. Zij ondersteunt de Vloot-roadshow die door het land langs evenementen trekt. Groepen van buitenaf kunnen bij het Peperhuisje excursies regelen op de Nieuwe Haven. Het Peperhuisje is er niet alleen voor het publiek. Medewerkers kunnen hier terecht voor representatie artikelen en visitekaartjes. Ook de bekende posters en folders over de marine die worden uitgedeeld tijdens havenbezoeken zijn hier aan te vragen. De stafafdeling Communicatie is een nieuwe afdeling, die vorm heeft gekregen met de oprichting van het CZSK. Het bureau heeft als doel de communicatie binnen de marine te stroomlijnen. Medewerkers van het CZSK wordt hiermee de mogelijkheid gegeven om hun omgang met de media te verbeteren, maar ook om beter hun doelen te kunnen bereiken.
Nieuwe media De stafafdeling Communicatie heeft daartoe de beschikking over verschillende media, die voor de marinemedewerker direct herkenbaar zijn als een product van de stafafdeling Communicatie. Bureau Nieuwe Media beheert het internet en intranet. In nauwe samenspraak met de andere defensiewebsites beheert het bureau de omgeving waarin de berichten worden gepresenteerd aan de medewerker en de buitenwereld. Het ministerie wil één duidelijk herkenbare stijl hebben, wat de samensmelting van de krijgsmachtonderdelen nog maar eens benadrukt. Diegene die toegang heeft tot intranet kon dit jaar de geleidelijke overgang zien van de oude naar de nieuwe omgeving, waarvan de site van de Directie Operationele Ondersteuning als laatste is overgegaan. Daarnaast zijn vier contentbeheerders dag en nacht beschikbaar om berichten te publiceren en zowel internet als intranet geactualiseerd te houden. Leesvoer Al bijna zestig jaar lang verschijnt iedere maand de Alle Hens, een ander medium waar de afdeling Communicatie over beschikt. Omdat actualiteit bij een maandblad minder speelt, kunnen de medewerkers in dit blad reportages lezen over oefeningen, maar ook achtergrondreportages, interviews of een artikel over nieuwe technieken. “We proberen over zoveel mogelijk verschillende en afwisselende onderwerpen te schrijven”, vertelt luitenant-ter-zee 2 Wiedeke Borgsteede, eindredacteur van de Alle Hens. “En zijn er suggesties, dan staan we daar altijd voor open.” Ook verschijnt er vanuit de afdeling ander gedrukt materiaal, zoals folders, flyers en herinneringsboeken, waarvoor ook de redactie regelmatig wordt ingezet. Naast de Alle Hens geeft de afdeling ook het tijdschrift Van Boord uit dat, voor al het marinepersoneel dat een volledige loopbaan heeft gediend, gratis verschijnt. Het Peperhuisje Het bureau Publieksvoorlichting en Evenementen, beter bekend als ‘het Peperhuisje’, werkt ook onder de stafafdeling Communicatie.
Deze folder is geproduceerd door de stafafdeling Communicatie.
21
UNIFORM UIT DE KAST Onder defensiepersoneel is een brede acceptatie (negentig procent) van homoseksuelen in algemene zin. Dat is de positieve uitkomst van het rapport ‘Uniform uit de kast. Homoseksualiteit binnen de krijgsmacht’. Staatssecretaris Cees van der Knaap kreeg het rapport op 8 september uit handen van Anna Adolfsen, onderzoekster van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Defensie gaf het SCP in 2005 opdracht een tweede vervolgonderzoek uit te voeren naar homoseksualiteit in de krijgsmacht. De vergelijking met het eerste onderzoek in 1999 geeft aan dat de acceptatie van homoseksualiteit door de jaren heen gelijk is gebleven of zelfs iets is toegenomen, hoewel de onderzoeksmethode anders was. Wel zal er een vervolgonderzoek komen naar de houding van jong defensiepersoneel tegenover homoseksualiteit, kondigde staatssecretaris Cees van der Knaap aan. Het blijkt namelijk dat vooral jonge militairen en hun collega’s in operationele functies problemen hebben met homoseksualiteit. In het algemeen verschilt het beeld bij defensie niet meer dan dat van andere bedrijfssectoren in de Nederlandse samenleving. Staatssecretaris Van der Knaap is tevreden met de uitkomsten van het onderzoek. “Dat betekent echter niet dat we nu klaar zijn en achterover kunnen leunen in de luie stoel. Op een aantal terreinen is er meer duidelijkheid nodig. De toename van het aantal jongeren van buitenlandse komaf, waar vaak anders tegen homoseksualiteit wordt aangekeken, vraagt om een deelonderzoek. Ik streef naar volledige acceptatie van homoseksualiteit. Defensie moet ook voor homoseksuelen een goede en aantrekkelijke werkgever zijn.”
NIEUWE COMMANDANT VOOR BRUINVIS Op woensdag 30 augustus is een kersverse commandant geïnstalleerd bij de Groep Onderzeeboten. Luitenant-ter-zee 1 Pim Hol volgt luitenant-ter-zee 1 Jeroen van Zanten op als commandant van Hr.Ms. Bruinvis. Hol heeft nog niet eerder het commando over een onderzeeboot gehad, wel heeft hij altijd gediend op de onderwaterschepen. Van Zanten sloot met de overdracht een drukke periode voor de Bruinvis af. Tijdens zijn commando heeft de boot kleine missies gehad, zoals een bezoek aan de Wereld Havendagen in 2003 in Rotterdam. “Dat was de kortste en misschien ook de leukste reis”, aldus Van Zanten. Het hoogtepunt was de reis naar de Perzische Golf voor deelname aan de Taskforce 150, een reis die ongekend lang was voor dit type boot.
BELGISCHE TOEKOMST VOOR HR.MS. WILLEM VAN DER ZAAN Op vrijdag 25 augustus werd er tijdens een officiële ceremonie afscheid genomen van Hr.Ms. Willem van der Zaan. Tevens werd het commando overgedragen door kapitein-luitenant-ter-zee Jeroen van Zaalen aan kapitein-luitenant-ter-zee Jan Wijbrands. Hr.Ms. Willem van der Zaan zal medio 2008 aan de Belgische marine worden verkocht. Het was de bedoeling om de ceremonie te laten plaatsvinden op steiger 20Z, maar dit werd door het weer helaas onmogelijk gemaakt. Waar er, tijdens de indienststelling van Hr.Ms. Willem van der Zaan in 1991, een dichte mist hing en het ijzig waaide, onweerde het ditmaal minstens zo hevig, dat het slechtweer plan zelfs niet volstond. Noodgedwongen vond de ceremonie daarom met beperkte bemanning plaats in de
hangar van Hr.Ms. Willem van der Zaan. Naast de bemanning waren vice-admiraal Kelder en enkele bijzondere genodigden aanwezig, onder wie mevrouw van Foreest, de doopster van Hr.Ms. Willem van der Zaan, en vice-admiraal b.d. van Foreest, de oud-commandanten, mevrouw Teeuwisse, de oud chef d’equipage van Erp en kapitein-ter-zee Wijbrands. Traditiegetrouw ontvingen de doopster en oud-commandanten een letter van het naambord. De resterende delen van het naambord waren, in opdracht van kapitein-luitenant-ter-zee van Zaalen, in gelijke delen verzaagd zodat ieder lid van de laatste bemanning een deel met inscriptie ter herinnering mee kon krijgen. Een mooi einde van het laatste Nederlandse hoofdstuk van Hr.Ms. Willem van der Zaan.
MILITAIR CEREMONIEEL BIJ KONINKLIJKE RIJTOUR Koningin Beatrix opende op dinsdag 19 september, Prinsjesdag, de Staten-Generaal. Op weg naar de Ridderzaal, in de door acht paarden getrokken Gouden Koets, werd zij begeleid door prins Willem-Alexander en prinses Máxima. De kroonprins droeg het bijzondere ceremoniële tenue van brigadegeneraal van de infanterie (Koninklijke Landmacht).Voor de koetsen met de koninklijke familie reden nog twee rijtuigen met daarin onder anderen de ceremoniemeester, de grootmeesteres en de grootmeester. Een ere-escorte van onder meer
ALLE HENS ONLINE ALLE HENS IS OOK TE VINDEN OP ALLEHENS.MINDEF.NL
de cavalerie, de marechaussee en een erecompagnie van het Garderegiment Grenadiers en Jagers begeleidden de rijtuigen. Honderden militairen van alle krijgsmachtdelen stonden opgesteld langs de route. Er speelden diverse militaire kapellen. Vanaf het vertrek van de koningin vanaf Paleis Noordeinde tot aan haar terugkeer gaf een batterij van de Gele Rijders minuutschoten af vanaf het Malieveld. De rijtoer vond plaats onder een helder oranje zonnetje en werd gadegeslagen door duizenden belangstellenden. Na afloop vond de gebruikelijke balkonscène plaats, waarbij de koningin en haar familie zich onder groot enthousiasme aan de toegestroomde menigte vertoonden.
22
OUDE PELIKAAN GOOIT DE TROSSEN LOS Voor een laatste maal vaart de oude Pelikaan weg van Marinebasis Parera. (Foto: Roderick Gouverneur, Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba)
De oude Pelikaan, het voormalig logistiek ondersteuningsvaartuig van de Koninklijke Marine in het Caraïbisch Gebied dat vorige maand werd verkocht, gooide 21 augustus de trossen los. Voor de laatste maal voer het schip weg van Marinebasis Parera. De oude Pelikaan gaat onder de naam ‘Oceanix Orion’ als ondersteuningsvaartuig voor de offshore opereren in de kustwateren van Nigeria. Het Helderse offshore bedrijf ‘Oceanix Offshore BV’ kocht op 17 juli het oude ondersteuningsvaartuig van de Koninklijke Marine. In een maand tijd maakte de
nieuwe eigenaar het schip gereed voor vertrek, waarbij de afdeling Materieellogistiek van de Commandant der Zeemacht in het Caraïbisch Gebied de nodige ondersteuning leverde. In deze periode kreeg de nieuwe bemanning ook instructies van de marine over hoe om te gaan met de diverse technische systemen aan boord. Na vertrek van Marinebasis Parera meerde de ‘Oceanix Orion’ af aan de Mothetwerf om olie te laden. Na een laatste inspectie, vertrok het schip spoedig naar het nieuwe werkgebied in Nigeria. De overtocht duurt 28 dagen.
LUCHTVAARTKALENDER 2007 De negentiende uitgave van de serie luchtvaartkalenders is vers van de pers en heeft als thema ‘Vliegende Nederlandse Militaire Historische Luchtvaart’. De huidige kalender, die menigeen vast ergens heeft hangen, heeft het thema ‘Poortwachters & museumvliegtuigen’ en kent schitterende afbeeldingen van toestellen die als blikvangers dienen op vliegvelden en musea. Als opvolger van dit historische erfgoed is nu gekozen voor de ‘vliegende’, niet-operationele luchtvloot. De Stichting Luchtmacht Historische Vlucht (SKHV) is de grootste organisatie in Nederland en uitgegroeid tot een toonaangevend vliegend museum met unieke historische militaire propellervliegtuigen. Zij genieten gastvrijheid van de Koninklijke Luchtmacht op de Vliegbasis Gilze-Rijen. Daarnaast is er de Stichting Catalina PH-PBY met haar Catalina vliegboot, die is ondergebracht bij het Themapark Aviodrome op de Luchthaven Lelystad. Verder zijn er enkele kleine organisaties die met een historisch toestel vliegen. De afgebeelde toestellen zijn in dienst geweest bij de Koninklijke Luchtmacht- en/of bij de Marineluchtvaartdienst. De kalender is voorzien van zevenentwintig fraaie kleurenfoto’s van professionele (lucht)fotografen. Het kalenderformaat is 25 x 36 cm en is o.a. verkrijgbaar bij Luchtvaart Hobby Shop, Flash Aviation, Aviodrome Museum, Militaire
Luchtvaart Museum, Marinevliegkamp De Kooy en Defensie Voorlichtingscentrum te Den Haag. De kalender is ook te bestellen door het bedrag van € 16,- (inclusief verzending), over te maken op postgironummer 2567434 t.n.v. korbee-promotie - MLD te Rijnsburg, onder vermelding van ‘Kalender 2007’ en uw postadres.
GO-FAST ONDERSCHEPT OP ARUBA
De Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba heeft zaterdagochtend 10 september een go-fast aangehouden die illegalen aan land heeft gebracht op Aruba. Omstreeks 08.30 uur kreeg de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba een melding van een aanlanding van illegalen in de buurt van de Natural Bridge, Aruba. Volgens de melding zat de go-fast die ze aan land heeft gebracht – de Mari-Mar – vast en de kapitein probeerde water uit de boot te scheppen om los te komen. Bij aankomst van de SuperRhib van de Kustwacht, was de Mari-Mar al los en probeerde weg te komen. Na een achtervolging wist de Kustwacht de go-fast te stoppen en hield de kapitein hierop aan. De kapitein was van Venezolaanse nationaliteit. De illegalen, zeven in totaal, zijn door de Warda Nos Costa aangehouden. De zaak wordt verder onderzocht.
JAARBOEK VERSCHIJNT LATER Dit jaar zal het Jaarboek van de Koninklijke Marine later verschijnen dan voorgaande jaren in verband met een aantal veranderingen. Dit omdat er veel viel ‘uit te puzzelen’ en bovendien vergde de definitieve omslag extra tijd. Het boek zal waarschijnlijk half december uitkomen en wordt toegezonden aan alle afdelingen, diensten en eenheden. Het is de bedoeling dat dit naslagwerk op een voor iedereen toegankelijke plek wordt neergezet en door iedereen geraadpleegd kan worden. Zij die het privé willen aanschaffen, kunnen dat op de gebruikelijke manier doen bij het Nederlands Instituut voor Militaire Historie. (uitsluitend schriftelijk of per e-mail). Prijs € 15,-. Postadres NIMH: MPC: 58A, Postbus 90701, 2509 LS Den Haag. E-mail:
[email protected]
23
VAN GALEN WEER OPERATIONEEL Hr.Ms. Van Galen is maandag 18 september weer operationeel naar zee vertrokken, nadat de averij aan haar dome is gerepareerd. Het fregat liep in Aalborg kort aan de grond, waarna in Frederikshaven de schade is opgenomen. Tijdens het incident kwam de bemanning direct op post en is er goed gehandeld bij de averijrol en de blanket search. Na inspectie bleek alleen de scheepshuid van de dome ernstig beschadigd. Het marinebedrijf heeft hier direct op gereageerd door dok zes voor te bereiden op de komst van het fregat. In hoog tempo werd het onderhoud aan Hr.Ms. Tjerk Hiddes afgerond, om het dok op tijd vrij te krijgen voor de Van Galen. Zo’n veertig man personeel werkte vierentwintig uur per dag aan het herstellen van de boeg van het fregat. De dome kon door de zware beschadiging niet op de reguliere methode worden gedemonteerd. Maandag 18 september is het schip weer uitgevaren om verder deel te nemen aan Standing NATO Response Force Maritime Group 2 (SNMG2).
NIEUWE MTC COMMANDANT
MARINE RUIMT OUDE MUNITIE De granaat van Europese makelij uit de negentiende eeuw. Duikassistent sergeant-majoor Van Gool laat een van de granaten afzinken. (Foto’s: Koninklijke Marine)
Twee medewerkers van de Duik- en Demonteerunit (DDU) van de Koninklijke Marine uit Den Helder lieten op 30 augustus voor de kust van Curaçao twee oude granaten tot veilige diepte afzinken. Een lokale visser ontdekte de objecten een week eerder in de baai van Boca Sami. Hierop kreeg de Koninklijke Marine in het Caraïbisch Gebied officieel een verzoek tot militaire bijstand. Na toestemming voor het verlenen van militaire bijstand, onderzochten marineduikers de locatie waar de explosieven waren gesignaleerd. De foto’s van de objecten werden vervolgens ter analyse naar de Duik- en Demonteerunit in Nederland gestuurd. Op basis van de foto’s konden zij echter geen advies voor ruiming geven.
Hierop reisden een duikmeester en duikassistent af naar Curaçao om de situatie nader te beoordelen. Nadat zij de munitie op veilige wijze hadden schoongemaakt en onderzocht, bleek het om twee projectielen van Europese makelij uit de negentiende eeuw te gaan. Omdat ze onder het wateroppervlakte lagen, besloten de twee duikexperts dat de twee granaten verwijderd moesten worden. Nadat zij de projectielen uiterst voorzichtig hadden losgemaakt van het rif, konden deze in een net achter een varende eenheid van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba de baai worden uitgesleept. Op volle zee zijn de explosieven vervolgens tot een veilige diepte van duizend meter afgezonken.
NAAMSONTHULLING Kolonel der mariniers Dirk Swijgman was, voorafgaand aan zijn commando over het MTC, werkzaam bij Strike Force NATO te Napels. (Foto’s: Koninklijke Marine)
Op 22 augustus vond bij de Van Braam Houckgeest Kazerne te Doorn de commando-overdracht van het Mariniers Trainings Commando plaats. Kolonel der mariniers Ruud Hardenbol gaf tijdens een Alle Hens het commando over het MTC over aan kolonel der mariniers Dirk Swijgman. Kolonel der mariniers Ruud Hardenbol was commandant van het MTC van 20 mei 2005 tot en met 22 augustus 2006. Inmiddels is hij geplaatst bij de Bestuursstaf waar hij werkzaam is als Hoofd Joint Special Operations.
In aanwezigheid van een peloton leerlingen van het Instituut Defensie Geneeskundige Opleidingen (IDGO, voorheen OCMGD) en enkele genodigden onthulden de commandant van de Bedrijfsgroep Gezondheidszorg, brigade-generaal arts Rob van der Meer, samen met de voorzitter van de Stichting Dr. G.F. Pop, kapitein-ter-zee arts Cees de Koning op maandag 28 augustus het naambord van gebouw vier, dat is vernoemd naar Dr. G.F. Pop. Dr. Pop was voor de geneeskundige dienst van de zeemacht en voor het geneeskundig onderwijs in het bijzonder, een belangrijke man. Dr. G.F. Pop was niet alleen de eerste Inspecteur van de Geneeskundige Dienst der Zeemacht, maar ook de grondlegger van de visie over de nood-
24
zaak van een eigen Geneeskundige Dienst voor de Zeemacht. Daarom mag gebouw vier van de Korporaal van Oudheusden kazerne voortaan zijn naam dragen gekozen. De Stichting Dr. G.F. Pop is in de jaren negentig opgericht om de identiteit van de Geneeskundige Dienst der Zeemacht en de saamhorigheid te verstevigen. De Stichting probeert in tijden van grote reorganisaties en veranderingen binnen de krijgsmacht de ‘esprit de corps’ en het maritieme karakter van de dienst te bewaren. “We willen doorgaan in de geest van Pop met een eigen identiteit voor de GDZ en ik denk dat onze stichting daar een nuttige rol in kan blijven spelen”, aldus de voorzitter van de stichting.
DE LAATSTE LASSERS In de afgelopen maanden zijn de laatste twee onderwaterlassers afgeleverd door het Duiktechnisch Centrum (DTC) van de Duik- en Demonteerunit (DDG). Dit was de laatste keer dat de opleiding gegeven werd door personeel van het DTC. De opleiding is overgenomen door de Duiken Demonteerschool. Korporaal Otto Berswerda en kwartiermeester Richard Lemstra zijn nu in het bezit van het fel begeerde civiel gecertificeerde brevet. Beide lassers zullen direct operationeel geplaatst worden, Berswerda bij het DTC en Lemstra bij de mijnenjagers en beoogd als toekomstig instructeur bij de DDS. Momenteel zijn er bij het CZSK veertien onderwaterlassers, waarvan er op dit
NIEUWE COMMANDANT VOOR SAVANETA
Commandant Duik- en Demonteerschool LTZ1 Marcel Fiévez reikt brevet uit
moment vier bij de DDU zijn geplaatst, twee bij de DDS en de rest verspreid over de diverse operationele eenheden.
FREGAT VIST VERMISTE VISSERS OP De RHIB van Hr.Ms. Van Amstel langszij de Deep Six met technisch personeel, kustwachters en eten en drinken.
Op Marinierskazerne Savaneta te Aruba vond donderdagavond 29 augustus een commando-overdracht plaats. Tijdens een Alle Hens droeg de kazernecommandant, luitenant kolonel der mariniers Gertjan Eerenberg, het bevel over aan luitenant kolonel der mariniers Jeff Mac Mootry. De scheidend commandant gaat tot zijn functioneel leeftijdsontslag de functie van ‘projectofficier walradar Aruba’ vervullen. Mac Mootry werkte voor deze functie bij de Bestuursstaf van het Ministerie van Defensie te Den Haag.
DIPLOMA-UITREIKING
Het Nederlandse fregat Hr.Ms. Van Amstel redde op 22 augustus een vissersboot. De vissersboot was sinds maandagmorgen vermist. Het personeel op de brug van Hr.Ms. Van Amstel zag in de ochtend van 22 augustus een vissersbootje van zo’n zes meter lang met de naam ‘Deep Six’ op zo’n veertig mijl ten noordwesten van Antigua. De bemanning van het vissersbootje wist de aandacht van het personeel op de brug te trekken door met vlaggen te zwaaien. Omdat radiocontact met het bootje niet mogelijk was, werd besloten langszij te varen. Na onderzoek van het kustwachtboardingteam aan boord van het vissersbootje, bleek dat zij al sinds gisteren onderweg waren. De vissersboot was met zes opvarenden, waaronder één jongetje van veertien jaar, maandagmorgen vertrokken vanaf Antigua. De
motor van het bootje was uitgevallen en daardoor dreven zij zonder voortstuwing rond. Terstond zijn de kustwachters en technisch personeel aan boord gestapt om eten en drinken af te geven en te onderzoeken of het motorprobleem kon worden verholpen. Toen bleek dat de motorstoring niet eenvoudig was te verhelpen, heeft de commandant van Hr.Ms. Van Amstel, Pim Croiset van Uchelen, besloten de opvarenden aan boord te nemen en het bootje op sleeptouw te nemen. “Het is een gelukkig toeval dat we het bootje zijn tegengekomen. Ze hadden geen eten en drinken aan boord. Ze zijn nu nog in een goede conditie, maar onder deze omstandigheden zouden ze het niet veel langer hebben kunnen uithouden” De kustwacht van Antigua nam vervolgens de geredde vissers van de Van Amstel over.
25
In de Zoutwaterhoek van het KEK-complex op het terrein van de Korporaal van Oudheusden Kazerne in Hilversum vond op donderdag 31 augustus een gedenkwaardige diploma-uitreiking Verpleegkundige niveau vier plaats. Naast de uitreiking van een rood koord voor de geboden hulpverlening bij een ernstig verkeersongeval, was er namelijk een uitreiking van een zilveren en een bronzen medaille én een bevordering. Speciaal voor de uitreiking van het rode koord was Brigade-generaal-arts Rob van der Meer naar Hilversum gekomen. Iets wat de commandant van de Korporaal van Oudheusden kazerne, kapiteinter-zee arts Elmer van den Berghaage, zeer op prijs stelde: “Generaal, uw aanwezigheid als commandant van de Bedrijfsgroep Gezondheidszorg en als Regimentsoudste van het Regiment Geneeskundige Troepen onderstreept voor ons het belang dat u hecht aan ons instituut in het algemeen, en in het bijzonder aan de militairen die hier staan aangetreden om vandaag hun diploma in ontvangst te mogen nemen.” De gelauwerde militair, adjudant-onderofficier Verhoeven, kreeg naast zijn rode koord ook een zilveren medaille voor 24 jaar eerlijke en trouwe dienst.
MINISTER KAMP BEZOEKT BAGDAD Op dinsdag 12 september bracht Minister Kamp een bezoek aan de NATO ‘Trainings Mission Iraq (NTM-I) in Bagdad. Sinds februari 2005 bevinden zich vijftien Nederlandse militairen, waaronder marinepersoneel, in de Irakese hoofdstad Bagdad. Zij leiden daar Irakese militairen en veiligheidsfunctionarissen op in het kader van de NAVO-trainingsmissie NTM-I. Ook was er een cameraploeg van NOVA mee om een reportage te maken. De minister was zeer geïnteresseerd in de werk- en leefomstandigheden in de buitenposten van de NTM-I, ten westen van Al Rustamiyah en vijftien kilometer ten zuidoosten van Bagdad) en Baghdad International AirPort (BIAP). Met name de veiligheid van de Nederlandse militairen stond hoog op de agenda van de minister. Kamp kwam per helikopter vanuit BIAP en werd door de Nederlandse delegatie welkom geheten bij het hoofdkwartier in Bagdad. Na het kortstondige bezoek aan Bagdad gingen Minister Kamp en zijn gevolg door naar Uruzgan om daar de het Nederlandse troepenmacht te bezoeken.
Minister voorstellen bij HQ NTM-I
COMMANDO OVERDRACHT HR.MS. VAN NES
OD-LANDDAG Op donderdag 30 november wordt er een OD-landdag voor onderofficieren door de NLBEOPS georganiseerd in gebouw de Witte Raaf te Den Helder. Er is op deze dag ruimte voor 250 deelnemers. Bijzonderheden en het programma worden begin november bekend gemaakt. Opgave kan gedaan worden via de Chefs der Equipage of Chefs Algemene Dienst van de diverse eenheden. Deze kunnen een verzamelopgave sturen per e-mail aan sergeant Caroline Verschoor van der Salm (CP.
[email protected]) onder vermelding van naam-voorletters-rang-functieeenheid. De sluitingsdatum is 1 november.
Op 11 september droeg kapitein-luitenant-terzee R.Blok het commando van Hr.Ms. Van Nes over aan kapitein-luitenant-ter-zee W. Sillevis Smitt. In zijn afscheidsspeech blikte overste Blok terug op zijn anderhalf jaar
durende commando waarin het schip met een gereduceerde bemanning het volledige opwerktraject van de varende materieelsbeproevingen, SEATRAIN en NOST doorliep, met aansluitend een bijna zes maanden durende inzet in het Caraïbische gebied. Ter afsluiting zette hij een aantal bemanningsleden met de uitreiking van beloningen en gratificaties in het zonnetje. Traditiegetrouw ontving de scheidende commandant de oorlogswimpel van de jongste matroos. De nieuwe commandant blikte vooruit naar het programma voor de korte en lange termijn, waarbij Hr.Ms. Van Nes gepland staat om in juli 2007 weer als stationsschip naar de West te gaan. Tot slot reikte de nieuwe commandant Sillevis Smitt nog de herinneringsmedaille multinationale vredesoperaties uit aan zijn voorganger.
VICE-ADMIRAAL KIKKERT VEREEUWIGD IN BRONS Ter nagedachtenis aan de voormalig gouverneur-generaal van Curaçao, vice-admiraal Albert Kikkert (1762-1819), werd zaterdagmiddag 9 september op het ‘Spanish Water Resort’ te Curaçao een bronzen borstbeeld onthuld van deze markante man. De voor Curaçao typerende uitstraling van pastelkleurige huizen aan de handelskade te Willemstad, is te danken aan deze oud-gouverneur-generaal. In 1817 zorgde
hij namelijk bij decreet voor de pastelkleuren. Hij kreeg immers hoofdpijn van al die witte, in de zon blakende, huizen. De Gouverneur van de Nederlandse Antillen, mr. Frits Goedgedrag, de Commandant der Zeemacht in het Caraïbisch Gebied, commandeur Frank Sijtsma én de Commandant Vrijwilligers Korps Curaçao, luitenant-kolonel Ronald de Jesus Ferero onthulden het borstbeeld, gemaakt door de Amsterdamse kunstenares Elly Baltus. De Tamboers en Pijpers van het Korps Mariniers, mariniers van de 31ste infanteriecompagnie en personeel van het Vrijwilligers Korps Curaçao gaven de ceremonie een militair tintje. De Politie Harmonie luisterde het geheel muzikaal op.
26
Het bronzen borstbeeld van vice-admiraal buiten dienst Albert Kikkert.
BOEKEN
Afbeelding uit het boek Curaçao geschiedenissen: Curaçaose marktvrouw, prentbriefkaart, ca. 1950 collectie Stichting S.A.L. (Mongui) Maduro
Het verhaal van Curaçao Menig marinemedewerker heeft wel enige tijd op De Nederlandse Antillen gezeten. Voor hen is het prachtige boek ‘Curaçao, geschiedenissen’ zeker de moeite waard. Auteur Ilse Marrevee neemt de lezer in haar rijk geïllustreerde boek mee in de wereld van opmerkelijke bewoners van Curaçao uit alle lagen van de bevolking. Zo vertellen bijvoorbeeld oud-gouverneur Jaime Saleh, hoogleraar Valdemar Marcha, pianist en oud-NAVO topman Wim Statius Muller en antropologe Rose Mary Allen over hun familiegeschiedenis, leven en ideeën. Via hun verhalen wordt het verhaal van het eiland verteld en komen belangrijke thema’s voor het eiland aan de orde. Daarnaast zijn fragmenten uit het werk van schrijver en oud-secretaris van het eiland Boeli van Leeuwen opgenomen. Het boek bevat veel uniek beeldmateriaal uit familiecollecties, musea en bibliotheken en is schitterend vormgegeven. Meer info: www.elisabethpublishing.com Momenteel is de prijs van het boek verlaagd van € 70,- naar € 59,95. Het boek is te bestellen via www.elisabethpublishing.com,
[email protected] of telnr: 071 514 37 56 Voor verkoopadressen op Curaçao zie www.elisabethpublishing.com
TIP VOOR DE REDACTIE? MAIL ‘M NAAR:
[email protected]
Geschiedenis van mariniersuniformen Kapitein-ter-zee b.d. dr. Jan Willem van Borselen en luitenant-kolonel der mariniers b.d. drs. Karel Nicolas schreven in opdracht van het Mariniersmuseum in Rotterdam een geschiedenis van de uniformen van het Korps Mariniers. In het boek gaan de auteurs voornamelijk chronologisch te werk, waarbij gebeurtenissen in de vaderlandse geschiedenis de aanleiding geven tot de diverse stijlen die het tenue heeft gekend. Interessant is te lezen hoe in de vroegste jaren van het Korps de gedachten waren over de verstrekking van kleding door ‘de baas’. Het boek is uitgegeven op A4 formaat en bevat naast de toegankelijke tekst veel beeldmateriaal in 256 pagina’s. Het boek kost normaal € 27,95. Marinepersoneel krijgt € 5,- korting. Het is te verkrijgen bij het Mariniersmuseum, Wijnhaven 13, 3011WH, Rotterdam, telefoonnummer 010 412 96 00. Naar aanleiding van het verschijnen van dit boek loopt er tot 29 april 2007 de tentoonstelling ‘Mariniersmode van 1665-2012’ in het Mariniersmuseum. Borsen, J.W. en Nicolas, K., De Marinier en zijn Uniform, Geschiedenis van kleding en tenues bij het Korps Mariniers, Rotterdam 2006. ISBN 90-802825-4-5
Mysteries van de oorlog In de trilogie ‘Voor Koningin en Vaderland’ van Thomas Ross is onlangs het derde deel verschenen: King Kong. De derde thril-
27
ler over vredespogingen en verraad in de Tweede Wereldoorlog gaat over twee tragedies in Nederland die nooit zijn opgelost. Als de hoofdpersoon geheim agent Daan Kist op spectaculaire wijze wordt bevrijd uit gevangenschap, begrijpt hij wat er in Nederland achter het smerige Englandspiel steekt, dat aan tientallen agenten het leven heeft gekost. Terwijl in Engeland in het diepste geheim de invasie wordt voorbereid, komt Kist terug in bezet gebied. Met gevaar voor eigen leven komt hij op het spoor van een complot tegen Prins Bernhard dat vele malen groter blijkt dan hij ooit had kunnen denken en dat uiteindelijk leidt naar het verraad van Arnhem in september 1944. Ross, T., King Kong, Het verraad van Arnhem, Amsterdam 2006. ISBN 90-2341793-3, prijs € 18,50 – 462 pagina’s
Zwerven in oorlog Op 14 september zal het boek ‘Varen rond de wereld in oorlogstijd. De reizen van Jop Dutilh (1919-1944)’ verschijnen bij Walburg Pers. De auteur, Frans Luidinga, stelde het boek samen aan de hand van correspondentie, dagboeken, film- en fotomateriaal van de zeezeiler. Dutilh reisde vanuit Amerika rond de wereld als betalend bemanningslid op het zeilschip Yankee rond het begin van de Tweede Wereldoorlog. Omdat hij niet terug kon komen naar Nederland, monsterde hij aan op diverse schepen, waarna hij terecht kwam in NederlandsIndië. Ook daar kon hij niet blijven, toen
BOEKEN
de oorlog zich ook naar dit gebied uitbreidde. In 1944 werd zijn schip getorpedeerd door een Duitse onderzeeboot nabij de Seychellen. Hierbij is Dutilh waarschijnlijk omgekomen. Met het boek is er tot 23 oktober een tentoonstelling over Job Dutilh in het OorlogsVerzetsMuseum in Rotterdam. Luidinga, F., Varen rond de wereld in oorlogstijd. De reizen van Jop Dutilh (19191944), Zutphen 2006. ISBN 90-5730-4287, prijs € 49,95 – 464 pagina’s.
Militair transport in woord en beeld Met paarden of met trekker-opleggers, met schepen of met vliegtuigen. Op de NoordDuitse laagvlakte of in Irak. Onder vijandelijk vuur of in het achterland. Transport bij de krijgsmacht is een uitdaging zonder einde. Op 6 september verscheen deze rijk geïllustreerde kleurenuitgave, waarin het militair transport van de Nederlandse krijgsmacht van de afgelopen eeuw tot op heden centraal staat. Per krijgsmachtdeel komen uiteenlopende transportmiddelen aan de orde. Bekende transportmiddelen, zoals de ‘dikke DAF’(de YA 328) van de landmacht, de Fokker F-27 van de luchtmacht, maar ook het huidige transportschip van de marine, Hr.Ms. Rotterdam. Ook wordt er stilgestaan bij uitzonderlijk vormen van militair vervoer, zoals het gewondentransport. Van der Peet, Anselm, Militair Vervoer Verbeeld. Transport bij de krijgsmacht 19002006. Uitgeverij Boom (Amsterdam). ISBN 90-8506-355-8, prijs € 19,50 – 162 pagina’s.
Het Tweede Schot
Appelmoes zonder kers
De advocaat van Eric O. beschrijft in dit boek het rumoerige proces rondom de marinier die vanuit de warzone in Irak in een Nederlandse rechtszaal belandde. Eric, een ervaren marinier met een goede staat van dienst, weet niet wat hem overkomt als hij in de nieuwjaarsnacht van 2003 door de militaire politie vanuit ZuidIrak wordt teruggevlogen naar Nederland. Hij wordt verdacht van moord, dan wel dood door schuld. In het vliegtuig wordt feestgevierd, maar zijn gedachten zijn bij zijn mannen waar hij geen afscheid van heeft kunnen nemen en bij zijn vrouw die hij het verschrikkelijke nieuws nog niet heeft durven vertellen. Wat er na zijn terugkomst in Nederland gebeurt, tart alle wetten van de redelijkheid. Het Openbaar Ministerie blijkt alles op alles te zetten om hem veroordeeld te krijgen. Er is geen lijk, getuigen worden in de rechtszaal door de Officier van Justitie onder druk gezet en ontlastend bewijsmateriaal blijkt op raadselachtige wijze onvindbaar.
Wie denkt er bij appelmoes aan moord? Voormalig politiewoordvoerder Anne Geelof van Rotterdam schreef een boek over ontvoeringen en moordzaken, gebaseerd op de praktijk. Het boek, dat hij schreef, kondigde hij al aan in talloze afscheidsinterviews op televisie, radio en in een groot aantal kranten. Hoewel fictief heeft hij veel elementen van zaken, die hij heeft ‘gedraaid’, in dit boek verwerkt. Het schrijven is voor Geelof geen onbekende bezigheid. Hij begon zijn carrière in de journalistiek. Hij schreef voor het Algemeen Dagblad, de Volkskrant en De Telegraaf. Vanaf 1980 was hij in dienst van het Korps Rijkspolitie. Na de reorganisatie van Rijks- en Gemeentepolitie tot Regionale politie startte hij in 1992 als woordvoerder van de Politie RotterdamRijnmond. In zijn loopbaan, die hij in april 2005 afsloot, omdat hij met pensioen ging, maakte hij talloze spraakmakende zaken mee. Hij werd tijdens en na de ontvoering van Gerrit Jan Heijn (1987-1988) als woordvoerder de eerste ‘Bekende Nederlander’ in politieland. In ‘Appelmoes zonder kers’ neemt hij de lezer mee naar een wereld vol spanning en sensatie. Doordat hij de ontwikkelingen grondig beschrijft, ben je getuige van het ontrafelen van een intrigerend mysterie, waarin de Koninklijke Marine zelfs een kleine rol speelt… Anne Geelof, Appelmoes zonder kers, € 14,95, ISBN: 90-75352-66-2 via Francis Productions B.V.
Geschreven door Geert-Jan Alexander Knoops, topadvocaat en hoogleraar internationaal- en militair strafrecht. Het tweede schot is zijn eerste, niet-wetenschappelijke boek. Advocaat Knoops heeft zich uiterst minutieus op deze belangrijke taak toegelegd en daarmee is Het Tweede Schot eerder een dossier in boekvorm van het proces Eric O . Geert-Jan Alexander Knoops - Het Tweede Schot A.W. Bruna Uitgevers, € 17,95
28
SPORT Mariniers behalen Goud en Zilver én Brons Op 30 augustus vond in Dronten het Nederlands Militair Kampioenschap triathlon plaats. Ondanks het slechte weer was er een opkomst van ongeveer honderd atleten, waaronder een aantal medewerkers van de Koninklijke Marine. Vooral het Korps Mariniers was goed vertegenwoordigd. Er werd gestreden over drie afstanden: de Olympische afstand, de éénachtste afstand en de ‘tri-together’ over de Olympische afstand. Bij de Olympische afstand finishte sergeant majoor der mariniers Wim Korving op een derde plek. Een opvallende prestatie, omdat het vier dagen na het behalen van de Europese titel triathlon lange afstand in Almere was. Aanstormend talent marinier 1 Noel Brand wist te finishen op de zesde plek. Op de éénachtste afstand wist de sergeant majoor der mariniers Adri van Rooij zilver te veroveren, zowel in het ‘overall’ klassement als bij de categorie veteranen 1. Ook hij stond het weekend daarvoor aan de start in Almere. Een derde plaats was er voor de heer Huisman van de afdeling Arbo bij de categorie V1. Tot slot was er nog een topprestatie van sergeant majoor der mariniers Heijkoop: hij behaalde goud in de S-categorie op de éénachtste afstand.
Korving Kampioen
Marine golft naar Brons
Tijdens de EK Triathlon op 26 augustus in Almere is sergeant der mariniers Wim Korving Europees Kampioen geworden bij de lange afstand in de categorie Heren 30-34. De wedstrijd over de afstanden vier kilometer zwemmen, honderdtwintig kilometer fietsen en dertig kilometer lopen legde hij af in een strakke tijd van zes uur en twaalf minuten. Na vier kilometer zwemmen, kwam hij als derde uit het Gooimeer. Tijdens het evenement verloor hij na vijftien kilometer kostbare minuten door een lekke band. “Rustig blijven is dan het belangrijkste”, vertelt Korving. “Snel een nieuw bandje erop en weer gaan. Op de lange afstand is er tijd genoeg om terug te komen in de wedstrijd”, aldus de sportieve marinier. Hij vond weer aansluiting bij een groepje dat jaagde op de koplopers en met slechts een kleine achterstand op de kop van de wedstrijd wisselde hij voor het laatste onderdeel. Tijdens de afsluitende dertig kilometer lopen, wist hij het tempo hoog te houden. Hij finishte als zesde en dat was goed voor de Europese titel. Sergeant der mariniers Wim Korving is geplaatst bij het Eerste Mariniersbataljon en tijdens zijn sergeantcursus kreeg hij veel medewerking van zijn commandant en zijn mentor. “Het bedrijven van topsport is niet mogelijk zonder medewerking. Ik ben hier dan ook hartstikke blij mee!”, aldus de trotse Korving.
Van 14 tot en met 18 augustus vond in het Ierse Galway het derde Militaire Wereldkampioenschap Golf plaats. Nederland was goed vertegenwoordigd en nam dit jaar voor de tweede keer deel met de volgende golftalenten: luitenantter-zee 1 Job Sicking, luitenant-ter-zee 1 Ilona Moorrees, luitenant-ter-zee 2OC Nanda van Klink , majoor Jan Marree (KL), majoor Hein Faber (KL), eerste luitenant Theo Budel (KL), wachtmeester Marnix van Damme (KL) en korporaal Idde Quik (KL). De begeleiding bestond uit Chef d’equipe luitenant-kolonel Henk Wendrich en Chef de mission brigade-generaal Erik Oliemans.De wedstrijd werd gespeeld op Ballingrobe Golfclub. Over drie rondes (drie keer achttien holes) werden de scores zowel individueel als in teamverband meegeteld. De concurrentie bestond uit ‘No mercy’ - USA, ‘Black and white’ - South Africa, ‘French’ - Canada, ‘Die immer gefährliche Mannschaft’ – uit Duitsland, ‘Free Drop’ - Uganda, ‘Where is my caddy’ Pakistan en het kleinste team was afkomstig uit Namibië. In totaal streden 54 mannen en twaalf vrouwen voor hun land. Alle Nederlandse deelnemers zijn in de middenmoot geëindigd, maar marinevrouwen Ilona Morrees en Nanda van Klink wisten als team toch nog de bronzen medaille binnen te slepen.
Slagregens, onweer en gezelligheid Ondanks dat het Vliegtuigsquadron 320 vorig jaar uit dienst is gesteld, werd eind augustus toch de negende editie van de 320 Open Golfdag georganiseerd. Maar liefst zestig deelnemers hadden zich ingeschreven voor de E&D wedstrijd. De eerste spelers meldden al hevige regenval in de omstreken van Spaarnwoude. Tijdens de inschrijving waren de eerste donderslagen te horen, al snel
Sportman Wim Korving komt blij over de finish.
29
SPORT
gevolgd door massa’s water. In overleg met de officemanager werd de wedstrijd een uur stilgelegd. Tijdens het wachten op beter weer, werd er volop bijgepraat. Voor veel spelers is het evenement namelijk ook een soort jaarlijkse reünie. Door ex-MLD-er Bas van Dam werden de weerradar en de wolken nauwkeurig bekeken en het was de verwachting dat de buien zouden verplaatsen. Daarom werd besloten om de wedstrijd te halveren. De eerste flights hadden nog last van regen, maar in de middag klaarde het op en de laatste flight kwam met een zonnetje binnen. Het totaalklassement ging wel over de beide banen. Klaas Dekker eindigde op de eerste plaats van het totaalklassenment bij de heren en beste dame was Jo Bottelier. De ‘neary’s’ heren: Ton Zurcher en Herman Pennings en ‘neary’s’ dames: Lydia de Vries. Met een etentje werd de dag goed en voldaan afgesloten.
Prestaties ‘Som’men zich op Sergeant Bram Som, werkzaam als communicatiemedewerker bij 11 Luchtmobiele brigade, heeft de afgelopen maanden goed gepresteerd. Op zondag 13 augustus werd hij in Göteborg Europees atletiekkampioen op de 800 meter. In een zinderende finale drukte hij als eerste zijn borst over de finish. Zijn tijd bedroeg 1.46.56 min. Vijf dagen na het behalen van zijn Europese titel is zijn nieuw gevestigde reputatie met verve eer aan gedaan. Tijdens de Golden League wedstrijd in Zürich verbeterde hij het 21 jaar oude Nederlandse record van Rob Druppers met 0.11 sec. De landmachtsergeant kwam tot een nieuwe Nederlandse toptijd van 1.43.45 min. “Tijdens het inlopen voelde ik me al beresterk en had het gevoel dat het lopen van een toptijd er in zat. Dat ik de tijd van Druppers verbeterd heb is helemaal te gek”, jubelde de Arnhemmer na afloop. Dat Som als tweede achter de ZuidAfrikaan Mulaudzi eindigde (1.43.38 min) bewees dat hij nu helemaal bij de wereldtop
hoort. De wedstrijd in Zürich geldt als de sterkst bezette wedstrijd van het jaar. Bij de IAAF Grand Prix in Riëti (Italië) liet hij weer van zich doen spreken middels een voortreffelijke tijd op de 800 meter. Hij werd zondag 27 augustus derde in een tijd van 1.43.52 min. Op zondag 3 september, bij de laatste van zes Golden League-ontmoetingen in Berlijn, werd Som derde op de 800 meter. Hij legde beslag op brons in een tijd van 1.45.10 min. De ZuidAfrikaan Mbulaeni Mulaudzi won in 1.44,37, de Keniaan William Yiampoy veroverde zilver, hij haalde Som in de laatste 50 meter nog in. “Ik heb heel aanvallend gelopen, maar kwam op de laatste 80 meter net tekort”, zei de landmachtsergeant na afloop. Dat Som bleef scoren, bleek bij de World Athletics Final in Stuttgart, waarvoor hij een wildcard ontving. De landmachtsergeant behaalde op zondag 9 september de zilveren plak op de 800 meter. In een tactische race liet hij 1.47.10 min noteren, waarmee hij slechts de Zuid-Afrikaan Mbualeni Mulaudzi (1.46.99 min) voor zich moest dulden. De Europees kampioen kan met al deze prestaties spreken van een uiterst succesvol seizoen. “Een machtig gevoel!”, sprak Som na afloop euforisch.
Yuri van Gelder weer helemaal terug In Heerenveen is op zaterdag 2 september een begin gemaakt met de kwalificatie van zowel de turners als turnsters voor het WK dat van 14 tot en met 22 oktober in het Deense Aarhus gehouden wordt. Ringenspecialist Yuri van Gelder maakte een geslaagde rentree met de internationaal aansprekende score van 16.200 punten. Voor de landmachtsergeant was het zijn eerste wedstrijd sinds vijf maanden. Na
30
de breuk met zijn oude trainer/coach Remi Lens had de Waalwijker enkele maanden het wedstrijdcircuit gemeden i.v.m. mentale oververmoeidheid. Met uitzondering van zijn afsprong, die nu ook een schroefelement bevat, turnde hij een sterke oefening. “Ik ben gelukkig weer helemaal terug. Nu nog wat verdere sleutelen aan mijn afsprong en dan ben ik klaar voor het WK”, aldus van Gelder.
Sportopleiding Mariniers volledig civiel gecertificeerd De Koninklijke Marine leidt uit het bestand mariniers zelfstandig sportinstructeurs (SPI’s) op. De opleiding wordt verzorgd door de sectie fysieke training & sport van het mariniers opleidingscentrum (MOC) te Rotterdam. De opleiding is marine specifiek, maar kent een grote overlap met de civiele opleiding Sport & Bewegen. In het kader van employability vonden i.s.m. OKM afgelopen jaar onderhandelingen plaats met het Landstede College uit Zwolle om in dezelfde moeite door de opleiding civiel te certificeren. Als resultaat ontvingen op woensdag 13 september de ‘jaarcursisten’ naast de reguliere diploma’s het diploma ‘Sport- en bewegingscoordinator niveau vier trainer/coach buitensport’. Voor bestaande SPI’s zijn vervolgonderhandelingen in gang gezet.
(foto onder) Uitreiking ‘best man’ d.z.v. directeur Sport & Bewegen Landstede College. v.l.n.r. Majoor der mariniers Van de Ham, korporaal der marniers Caspers, directeur S&B Landstede Bert Teitsma, Bert Hamhuis dn adjudant-onderoffcier der marniers Wisman.
Projectgroep vaart vooruit
De Juiste Koers in de juiste richting Ook tijdens het zomerverlof stonden de activiteiten rondom De Juiste Koers niet stil. Tijdens diverse bezoeken van de projectgroep aan verschillende eenheden en schepen werd interactief gesproken met de bemanning. Zaken als gedragingen en misdragingen plus werk- en leefomstandigheden kwamen uitvoerig aan de orde. Het credo hierbij was: ‘Wij komen halen, niet brengen!’ Tekst: Wiedeke Borgsteede Eind november zal het officiële rapport uitkomen en zal de projectgroep een terugkoppeling geven over de uitkomsten. Om de ‘juiste koers’ optimaal te varen, is het immers belangrijk ervoor te zorgen dat de ‘coördinaten’ zorgvuldig worden bepaald en dat de randvoorwaarden om deze koers aan te houden in orde zijn. Belangrijke doelstellingen hierbij zijn concrete maatregelen en activiteiten met betrekking tot het stimuleren van gewenst gedrag en deze te bestendigen in de bedrijfsvoering. Als eindverantwoordelijke voor de dagelijkse bedrijfsvoering laat de Plaatsvervangend Commandant Zeestrijdkrachten, generaal majoor der mariniers Rob Zuiderwijk zich hierbij adviseren door de Projectgroep. De juiste regels “Hiervoor bekijken we een aantal zaken”, vertelt luitenant-ter-zee 2OC Remon Roelofs, lid van de projectgroep. “Neem bijvoorbeeld de regels die er zijn over ongewenst gedrag. Ze zijn er absoluut, maar zijn onvoldoende bekend. We hebben gekeken wat de oorzaak hiervoor kon zijn en het blijkt dat deze regelgeving versnipperd staat over diverse boekwerken en op sommige punten is gedateerd. Daarom is het de bedoeling om alle regelgeving over dit onderwerp te bundelen, aan te passen aan de tijd en zonodig aan te scherpen en te verbeteren.” Een punt dat hiermee onlosmakelijk verbonden is, is de gedragscode. “De huidige gedragscode is gedateerd en onbekend”, vervolgt Roelofs. “Het doel van de projectgroep is om te komen tot een eigentijdse gedragscode. Daarom vragen we iedereen bij de koersbezoeken om actief mee te denken. De uitkomst hiervan zal een belangrijke input zijn voor de uiteindelijke aanpassing van de gedragscode.” De juiste slaapkamer Momenteel loopt onder leiding van het Hoofd Stafbureau Infrastructuur een project voor het ontwikkelen van een modelslaapkamer, die voldoet aan de eisen van deze tijd. De kamer moet de standaard worden binnen geheel CZSK. Daarnaast loopt momenteel een pilotproject voor de uiteindelijke aanleg van draadloos Internet in alle leefaccommodaties binnen CZSK. Het juiste leiderschap Het leiderschap werd de komende periode ook nadrukkelijk onder de loep genomen. Hiervoor is een extern adviesbureau ingeschakeld. “Allereerst is er een nulmeting uitgevoerd”, legt Roelofs uit. “Hiervoor zijn enquêtes uitgezet en zijn interviews gehouden met rolmodellen. Vervolgens is er een benchmark vastgesteld en zijn schriftelijke bronnen geraadpleegd. Eind september waren de constateringen en aanbevelingen gereed.” De aanbevelingen zullen de bouwstenen vormen voor een leiderschapsfilosofie KM. Werkbeleving In de periode juni tot september zijn bij een tiental eenheden werkbelevingsonderzoeken (PICTURE) uitgevoerd. Deze onderzoeken
Kolonel Lenselink in actie tijdens een werkbezoek. (foto: archief De Juiste Koers)
maken voor de eenheid inzichtelijk hoe de medewerkers hun werk beleven en hoe tevreden zij zijn over hun werkomstandigheden. De commandanten van deze eenheden zullen afzonderlijk van de uitkomsten op de hoogte worden gebracht. De projectgroep onderzoekt momenteel ook de instroom, doorstroom en uitstroom van het personeel, de zogeheten ‘personeelslogistieke keten’. Krijgt CZSK de juiste mensen binnen? Is er voldoende aandacht voor gewenst en ongewenst gedrag en leiderschap in de opleidingen? En hoe verlopen ‘exit-gesprekken’ eigenlijk? Om dit goed in kaart te brengen, worden gesprekken gevoerd met onder andere de afdeling opleidingen KM en het Interkrijgsmachtelijk Keuring en Selectie centrum. Ook zullen er de komende maand nog werkbezoeken van de projectgroep De Juiste Koers aan diverse eenheden plaatsvinden.
Bereikbaarheid U kunt de projectgroep op onderstaande manieren bereiken: • Telefoonnummer: 06 307 221 15 • Bezoekadres: gebouw Albatros, kamer A.1.04, Nieuwe Haven in Den Helder • E-mail:
[email protected] • Website: te benaderen via KM intranet portaal
31
Amfibisch bataljon actief in ‘Quick Response 2006’
Mariniers ondersteunen Vlaamse D-Day België stond eind september in het teken van de grootste militaire actie op haar grondgebied sinds de Tweede Wereldoorlog, de oefening Quick Response 2006. Achtduizend militairen moesten in tien dagen vanuit zee het land bezetten. Voor de amfibische landing à la D-Day maakten de Belgen gebruik van het Nederlandse amfibische ondersteuningsbataljon. Daarnaast werkten ‘very shallow water’ teams van beide landen voor het eerst samen met de Remus, voor de verkenning van de zeebodem. Vanuit een landingsvaartuig het strand oplopen, bleek voor onze zuiderburen toch moeilijker dan ze dachten. Tekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Hennie Keeris Het is vier uur ’s nachts. Een groepje mariniers gaat met rubberboten richting het strand, ten zuiden van de haven die later de dag ingenomen moet worden. Langzaam naderen ze, op hun hoede voor eventuele vijandige troepen en obstakels in het ondiepe water. Hun taak is het verkennen van het strand, waar over enkele uren honderden infanteristen zullen landen. Lastig strand De verkenners komen tot de conclusie dat het een moeilijke opgave wordt. De kust kenmerkt zich door de aanwezigheid van vele zandbanken, gaten en muien, met sterke stroming. De landingsvaartuigen zullen niet dicht bij het strand kunnen komen en de infanteristen moeten nog een eind door zee voor ze op het droge zand staan. Het levert het amfibische ondersteuningsbataljon grote kopzorgen. Luitenant-kolonel Jac van Baarsel, commandant van de eenheid, moet de Belgische infanteristen veilig aan land zien te krijgen, maar hij ziet het somber in. “Men denkt vaak licht over amfibische operaties, maar er komt heel wat bij kijken. Dit strand is lastig omdat we het niet goed kunnen naderen. Deze infanteristen hebben dit nog maar één keer eerder geoefend en dan onder ideale omstandigheden. Op de zandbanken sta je tot aan je enkels in het water, maar een paar passen verder komt het tot je keel.” Voor de veiligheid mogen de soldaten geen rugzakken dragen
en alleen met de belangrijkste zaken zoals radio’s en wapens het strand gaan bezetten. Hoofd boven water Kwart voor acht ’s morgens. Vier landingsvaartuigen met elk zo’n dertig soldaten naderen het strand. Achthonderd meter voor de kust lopen de boten vast en de klep gaat omlaag. Er staat een straffe wind en in de blauwe schemer die aan het wijken is voor het daglicht dat diffuus door de dikke wolkenlaag straalt, springen de soldaten de koude Noordzee in. Tot hun middel staan ze in het water en dan begint de lange mars naar hun einddoel. De eerste zandbank eindigt en al snel wordt het water dieper. De kleinere soldaten moeten zwemmen, anderen kunnen op hun tenen nog net met het hoofd boven water blijven. Ze hebben moeite om hun apparatuur en wapens droog te houden, een soldaat laat los en zijn wapen zinkt af in de koude zee. Een volgende zandbank, weer een mui. De rubberboten van het korps blijven de infanteristen zo goed als het kan volgen, want geregeld moet er iemand uit het water worden getrokken. Maar door de ondiepten is het voor hen lastig de invasie bij te blijven. “Ze zijn al helemaal doorweekt en toch zie je ze op de ondiepe stukken om de diepere gaten heen lopen om te voorkomen dat ze nog natter zouden worden”, ziet sergeantmajoor van de mariniers Jan Schoonbeek met enig leedvermaak.
32
Internationale samenwerking De Nederlandse deelname aan de belangrijkste Belgische militaire oefening is klein en beperkt zich tot de maritieme component. Toch is de inzet van de Nederlanders onmisbaar in het gehele plaatje van de operatie. In tien dagen tijd willen de Belgische, Franse, Luxemburgse en Oostenrijkse troepen vanuit zee het land bezetten, om vervolgens door te stoten naar het achterland. Volgens het scenario is ongeveer driekwart van België, nu genaamd ‘Coralland’, veilig gesteld, op enkele tegenwerkende enclaves in de kuststreek na. De streek achter Luik en Namen is bezet door het vijandige ‘Woodland’. De operatie begon met de dropping van paratroepen achter vijandelijke linie en mijnenruimoperaties in de Noordzee. De para-commando’s behoren als enigen tot een Belgisch legeronderdeel dat wel amfibisch wordt getraind. Zij leren van het korps op Texel hoe zij een kust moeten benaderen en bezetten. Daartegenover worden de Nederlandse paratroepen getraind in België.
Onwennig dalen de eerste soldaten af, voorzichtig zoekend naar vaste ondergrond Mijnenvrij Voordat de landingen konden beginnen, moest de kust veilig zijn en vrij van mijnen. Voor het eerst werkten de Belgen met de Nederlanders samen in de ondiepe wateren met hun Remus-teams. Sinds twee jaar werken duikers van het ‘Very Shallow Water’ team met de Remus, die hun werk aanzienlijk vereenvoudigt. Een gebied van anderhalf bij één kilometer is in acht uur afgezocht. Zou je handmatig de bodem af moeten zoeken met duikers, dan kost dat dagen. “Het is een project dat zich nog steeds verder ontwikkelt”, vertelt schipper Cees Trommel. “Met de oorspronkelijke sonar konden we met de bundel een gebied van dertig meter afzoeken. Nu kunnen we de Remus iets hoger laten varen en pakken we vijftig meter zonder verlies aan detail. Inzet van Remus De Remus is een ‘autonomous underwater vehicle’ (AUV), dat geprogrammeerd kan worden om zelfstandig tracks te varen in een bepaald gebied. Het torpedovormige onderzeeërtje kan vanuit een rubberboot worden inzet bij het in kaart brengen van de zeebodem. De AUV is getest bij het ‘NATO Undersea Research Centrum’ en blijkt zelf nauwelijks detecteerbaar voor de huidige generatie mijnen. Voor de ondiepe kustwateren waar de landingsvaartuigen door moeten varen is het een onmisbaar toestel. Voor het eerst zijn vanuit één rubberboot twee Nederlandse sonars en een Belgische sonar gelanceerd, om de bodem te onderzoeken. Nadat het grote gebied was gejaagd en op contacten gedoken was, werd de Remus ingezet op de koers die de landingsvaartuigen moeten ondernemen. “We gaan de bodem bij hoogwater in kaart brengen, dan kun je het grootste gebied pakken ten aanzien van je bundelbreedte en je kunt het dichtst onder de kust komen”, legt de schipper uit. Twee duikers gaan de gevonden contacten bij laagwater af, gewapend met een handheld sonar en een GPS. Stuiteren Ondertussen is een ‘Landing Craft Vehicle Personnel’ (LCVP) bij stationsschip BNS Godetia aangeland. Het Belgische fregat vervult bij deze de functie van Landing Platform Dock, waar een peloton infanteristen wacht om de kust te kunnen bestormen. De zon is inmiddels doorgebroken en de temperatuur loopt aardig op. Maar er staat een stevige wind en de golven zijn hoog. Het vierkante bootje ligt langszij
het geankerde fregat en stuitert vervaarlijk langs de fenders op en neer. Een klimnet wordt uitgerold en onwennig dalen de eerste soldaten af, voorzichtig met één been zoekende naar vaste ondergrond. Stukje bij beetje gaat het personeel aan boord en worden wapens en apparatuur overgegeven. De Belgische commandant van de Landstrijdkrachten, luitenant-generaal Oger Pochet, ziet het gestuntel van de onervaren soldaten met enig vermaak aan. Hij zou graag zien dat zijn mannen meer getraind worden in dit soort operaties. “Onze para-commando’s trainen geregeld in Texel met de mariniers. Hoe meer troepen dit kunnen, hoe beter. Maar dat hangt natuurlijk sterk af van trainingscapaciteit en geld.” Het is best duur om de hele infanterie amfibisch te scholen. Daarbij beschikt België niet over eigen amfibische middelen en zijn ze afhankelijk van buitenlands materiaal. Andere omstandigheden De zeegang en de wind zijn inmiddels zo sterk, dat besloten wordt om niet meer op het strand te landen. Er wordt naar de haven uitgeweken. Pelotonscommandant kapitein der mariniers Clemens Buter is blij dat de boodschap bij de Belgische collega’s is doorgedrongen: “We hebben de amfibische operatie één keer in Den Helder geoefend. Dat was op de rede met spiegelgladde zee en een stralend zonnetje. Nu zien ze in dat het onder andere omstandigheden heel pittig kan zijn.” Op de Belgische stranden moet je bij laagwater landen, wat inhoudt dat je maar in een beperkte tijd kan opereren. Het in kaart brengen van de zeebodem om daarmee de beste landingsplaats uit te zoeken is een onbegonnen klus. Door de stroming verplaatsen de zandbanken zich voortdurend en de situatie is elk moment anders. “De Belgen snappen nu dat de amfibische ondersteuning meer doet dan alleen watertaxi spelen”, aldus Buter. Het maritieme component vormde in de oefening ‘Quick Response 2006’ slechts een klein onderdeel. Het echte strijdtoneel bevond zich voornamelijk in het binnenland. De landing van de troepen had in principe vele andere vormen aan kunnen nemen. “Ze hadden een stille landing kunnen doen, geheel met camouflage of meer zoals te zien is tijdens de Vlootdagen. We hadden ook allerlei formaties kunnen doen. In elk geval was dit een goede introductie waarbij duidelijk is geworden, dat een goede basisopleiding noodzakelijk is”, besluit de pelotonscommandant.
33
Een duik in het ‘nieuwe diepe’
Vernieuwde duikopleiding Duiken binnen de Koninklijke Marine kent sinds de Tweede Wereldoorlog een geschiedenis vol ontwikkelingen. Richtten de taken van de duikers zich toen voornamelijk op ruimen van explosieven in en op zee, beschermen van schepen havens en inspecteren van onderwaterschepen, inmiddels is het takenpakket enorm uitgebreid. De bekwaamheden van de duikers veranderden mee en zijn tot op heden altijd gebaseerd op de gedachte dat zij alles moeten beheersen. Inmiddels is deze gedachte passé en is het tijd voor een nieuwe, historische ontwikkeling binnen duiken: over de hele linie zullen de taken en bevoegdheden van de duikers en duikleiders veranderen. Tekst: Wiedeke Borgsteede/Foto’s:Peter Bijpost zowel de grote vlooteenheden, onderzeeërs, mijnenbestrijdingsvaartuigen, de Duik- en Demonteerunit, het Korps Mariniers (Amfibisch Verkenningspeloton en Unit Interventie Mariniers) plus de Marine Brandweer over ‘eigen duikers en duikleiders’ gaan beschikken”, vervolgt Jolink.
“In de huidige tijd met de snelle politieke en maatschappelijke veranderingen, blijkt het niet meer haalbaar om alle bekwaamheden te blijven onderhouden”, vertelt luitenant-ter-zee Eddy Jolink, hoofd kwaliteitsborging, innovatie en kennismanagement van de Duik- en Demonteerschool. “Er zijn de afgelopen jaren steeds meer taken bijgekomen, die wereldwijd worden uitgevoerd. Denk bijvoorbeeld aan duikoperaties met betrekking tot ‘Maritime Counter Terrorisme’ of ‘Counter Drugs’ operaties. Maar ook het ruimen van geïmproviseerde explosieven is één van de onderdelen. Wil je in alles gespecialiseerd blijven, ben je meer bezig met bijscholing dan met de uitvoering.” Hervormingen Ook vanuit de politiek kwam het verzoek om te komen tot één explosievenopruimingsdienst voor defensie en de vorming van de Defensie Duikschool. Dit alles deed de Admiraliteitsraad besluiten om een werkgroep kritisch te laten kijken naar de behoeften en opleidingen. Al gauw kwam deze werkgroep tot de conclusie dat er een nieuw systeem moest komen, dat werkt volgens het ‘modulair opleiden’. Hierdoor is het mogelijk afstemming te houden tussen de duikers, duikleiders en explosievenopruimers.
Nieuwe opleiding Het veranderen van de duikopleidingen is in volle gang. Schoolleerplannen zijn of worden herschreven, voorschriften worden geactualiseerd en de eerste nieuwe opleidingen zijn gestart rondom het zomerverlof van dit jaar. “Om er voor te zorgen dat een duiker en duikleider ook bekwaam blijft, wordt er een systeem van een ‘afoefenboek’ in combinatie met hercertificeren opgezet”, vertelt Jolink. In dit systeem is de duikleider verantwoordelijk voor de bekwaamheid van hem/haarzelf en de onder hem/haar gestelde duikers. Hiervoor zijn er een aantal af te werken taken beschreven. Deze taken dienen binnen een bepaalde periode te worden uitgevoerd. Periodiek wordt de bekwaamheid van de operationele duikers en duikleiders gemeten en iedere twee jaar moeten de operationele duikers en duikleiders zich hercertificeren. Hiervoor is het bureau opwerken en trainen van de Duik- en Demonteerschool verantwoordelijk Op vrijdag 15 september ‘slaagden’ de eerste twee personen voor de nieuwe module ‘Duikleider Vloot’. Zij gaan straks naar de Grote Vloot Eenheden om daar als duikleider aan de slag te gaan. De begeleiding van de ‘historische verandering binnen het duiken’ ligt bij het kenniscentrum van de Duik- en Demonteerschool. Voor vragen en advies kunt u hier terecht. Telnrs: 0223 654 643 /*06-209-54643 / 06-12996915.
Specialisatie De EOD-opleiding en de Duikopleiding worden nu aparte modulen. “Zo voorkom je dat je mensen ‘over’ opleidt”, legt Jolink uit. “Elke eenheid moet kunnen beschikken over de juiste duiker en duikleider, op de juiste plek op het juiste tijdstip.” Door specialisatie worden bepaalde opleidingstrajecten korter en zijn de duikers en duikleiders eerder beschikbaar. Ook is het nu mogelijk voor iedere duikercategorie om duikleider te worden. “Dit betekent dat
34
Spectaculaire demonstraties en bivakkeren bij de mariniers
Marine als publiekstrekker Als twee Lynx helikopters van de Koninklijke Marine laag over de Wilhelminapier vliegen, spoedt het publiek zich naar de Holland Amerikakade om een goed plekje te bemachtigen voor de spectaculaire demonstratie. De Koninklijke Marine pakte dit jaar weer flink uit op de Rotterdamse Wereldhavendagen met tal van demonstraties en materieel en kon daarmee rekenen op forse belangstelling. Tekst: Wiedeke Borgsteede/Foto’s: Louis Meulstee zijn allen als een trosje onder aan de helikopter hangen. Het publiek begint hard te klappen en een jonge toeschouwer roept enthousiast: “Vet cool zeg! Als een trosje omhoog!”. Vervolgens is er een ‘search and rescue’ actie, waarbij de Lynx helikopter twee drenkelingen uit het water halen, die op minstens zo’n enthousiast applaus van het publiek kan rekenen.
Het Rotterdamse evenement is nog maar nét voor het publiek open, of de eersten van vele duizenden bezoekers meldden zich al, te voet of via het water, op en bij het festivalterrein vlakbij de Erasmusbrug. Er viel namelijk genoeg te zien en te beleven voor het publiek, dat uit alle hoeken van het land naar de Maasstad kwam. De activiteiten van de Koninklijke Marine concentreerden zich op de Parkkade, waar ook de deelnemende KM-schepen afgemeerd lagen. Het Luchtverdedigings- en Commandofregat Hr.Ms. Tromp, het hydrografisch vaartuig Hr.Ms. Snellius, de onderzeeboot Hr.Ms. Walrus en het duikvaartuig Hr.Ms. Cerberus waren opengesteld voor het publiek. De schepen trokken zoveel belangstelling, dat de wachttijden behoorlijk opliepen. Geen straf, vonden de meeste bezoekers, want er viel al wachtend genoeg te zien en te beleven. Later op de dag vond de ceremoniële opening plaats, waar Commandant der Zeestrijdkrachten, vice-admiraal Jan Willem Kelder ook bij aanwezig was. Terroristen en drenkelingen Als op zaterdag 2 september om half twaalf de publiekstribune aan de Wilhelminakade volzit, kan de demonstratie van de Koninklijke Marine beginnen. Twee helikopters vliegen laag langs de kade: de eer om de demonstratie te openen is aan de Marineluchtvaartdienst. Zij laten de manoeuvreerbaarheid van de Lynx helikopter en de behendigheid van de vliegers zien aan de hand van een aantal reddingsacties op zee. De Unit Interventie Mariniers (UIM), voorheen de Bijzondere Bijstandseenheid, van het Korps Mariniers laat zien hoe een bevrijdingsoperatie van een gekaapt schip in z’n werk gaat. ‘Slachtofferschip’ is het duikvaartuig Cerberus, dat is gekaapt door terroristen. De mariniers van de UIM komen middels een ‘fast rope’, een dertig meter lang touw uit een helikopter, aan boord van het schip. Vervolgens gaan ze direct naar de brug van het schip, die moet namelijk als eerste worden veilig gesteld. Als ze ‘de terroristen’ overmeesterd hebben, zit hun taak erop. Vervolgens komt de helikopter de mannen weer van boord halen via een ‘spy rip’, waarbij ze met
In de rij In de expositietent op de Parkkade waren diverse fotopanelen en samen met het uitgestalde materieel kreeg het publiek een beeld over het werken bij de marine. Ook de Duik- en Demonteer Unit was een ware publiekstrekker. “Wij noemen onszelf wel de vuilnismannen van de zee”, legt luitenant-ter-zee 2OC Cees Mol de belangstellenden uit, aan de hand van een Engelse contactmijn en een Duitse invloedsmijn, “we ruimen oude bommen en andere explosieven uit de Eerste en Tweede Wereldoorlog, die nog in de zee liggen, op.” Even verderop, in de promotietrailer, kan het publiek ervaren hoe het is om op de brug van een fregat te staan. “Best gaaf pap!”, roept een jonge bezoeker. “Dit wil ik later ook gaan doen!” Bivak Op de Parkkade bij de schepen was er een bivak ingericht door het Korps Mariniers. Daar konden de bezoekers zien hoe de zeesoldaten tijdens vredesoperaties, zoals bijvoorbeeld in Irak en Afghanistan, hun werkzaamheden verrichten. Ook kon het publiek een hapje mee eten met de mariniers, die ter plekke een maaltijd voor de hongerige bezoeker bereidden uit het overlevingspakket. De reacties waren uiteenlopend en varieerden van ‘best binnen te houden’ tot ‘beter dan de lasagne van mijn vader’. Vooral de jeugdige bezoekers vonden het prachtig om mee te doen aan de vele activiteiten die het Korps Mariniers in diverse tenten had opgezet. Zo was er een ware hindernisbaan, waar flink overheen gebanjerd werd en ook de klimtoren trok veel belangstelling, al vonden sommige kinderen dat best eng. Aan de hand van de groene camouflagestrepen op menig kindergezicht, kon je precies zien wie er al een bezoek hadden gebracht aan de mariniers. Zondag, de laatste dag, was het een stuk minder druk, dit vooral door het slechte weer. De Wereldhavendagen hadden dit jaar een voor het Korps Mariniers zeer toepasselijk thema, namelijk ‘grenzen verleggen’. “En grenzen, die kennen wij niet!”, lacht een marinier.
06.00 07.00
Les avontures de major 08.00
Majoor der mariniers Charles (rechts).
Het is woensdag 6 september, rond 05.00 uur als ik mij gereed maak voor vertrek naar Kisangani in het Oosten van Congo. Op uitnodiging van generaal majoor der mariniers Patrick Cammaert breng ik samen met Jorge, een Portugese Special Forces-collega, namens ons hoofdkwartier een liaisonbezoek aan het hoofdkwartier van de Eastern-division van de VN-missie in Congo .
09.00
Inmiddels zit ik al weer zeven weken in Congo, geplaatst op het hoofdkwartier van de Europese troepenmacht in Kinshasa. Deze troepenmacht is op verzoek van de Verenigde Naties sinds medio juli ontplooid in Congo. De voornaamste taak is het verlenen van steun tijdens de verkiezingsperiode. Op 30 juli hebben in Congo voor het eerst in veertig jaar democratische verkiezingen plaatsgevonden. Toen op 20 augustus de uitslag bekend werd gemaakt, raakten troepen van de twee voornaamste kandidaten, president Joseph Kabila en vice-president Jean-Pierre Bemba, met elkaar in gevecht. Door tussenkomst van de VN en EU troepen werd op 23 augustus een staakt-het-vuren afgesloten. Sindsdien vinden er in Kinshasa zogenaamde ‘Joint Verification Patrols’ plaats waarbij EUFOR en de ‘Garde Republique’ (de troepen van Kabila) plus de ‘Mouvement de Libération du Congo’ (de troepen van Bemba) samen patrouilles uitvoeren. Na een vlucht van ongeveer twee uur arriveren we vanuit Kinshasa in Kisangani. Luitenant-ter-zee 1 Han Polet haalt ons op. De groene jungleachtige aanblik is een verademing vergeleken met de cityjungle van Kinshasa met zijn ruim zeven miljoen inwoners en bijna dagelijkse smog. Na kennismaking met diverse stafofficieren verplaatsen we ons naar het hotel met de veelbelovende naam, ‘Palm Beach Hotel’. Ook hier in Kisangani blijkt het Congolese gezegde ‘Europeanen hebben horloges, wij hebben de tijd’ weer te gelden. En na ongeveer twee uur wachten kunnen we eindelijk van ons avondeten genieten.
10.00 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00
Op het hoofdkwartier ben ik geplaatst bij het ‘joint operational center’, waar ik me voornamelijk bezighoud met het produceren van ‘Reports en Orders’ en daarnaast ben ik betrokken bij diverse projecten, die vaak ad hoc zijn. Tevens ben ik de liaisonofficier voor de ‘Western’ brigade van de VN-troepen in het westen van Congo, in en rondom Kinshasa.
17.00
Hard werken… Op 7 september melden we ons ’s ochtends bij de staf van het hoofdkwartier van de Eastern-division in Kisangani. Er worden
18.00
diverse briefings gegeven over de situatie in het operatiegebied van de divisie. Jorge en ik geven uitleg over de huidige stand van zaken van de EUFOR missie. Na de lunch maken we kennis met de officieren van een SF-eenheid uit Guatemala. Maar goed dat Jorge vloeiend Spaans spreekt! ’s Avonds eten we in een lokaal restaurant met een van de collega’s uit Guatemala een heerlijke pizza. Het hoofdkwartier van EUFOR is gelegerd op N’Dolo Camp, een Congolese luchtmachtbasis, bijna in het centrum van de stad. Er zijn ruim elfhonderd EU-militairen uit negentien landen gelegerd. Aanvankelijk werden alle voorzieningen door de Fransen verzorgd, maar inmiddels heeft een Spaans bedrijf alle faciliteiten overgenomen. Er zijn diverse verblijven, zoals een Franse foyer, een Duits Hardrock café en de Safariclub. Internet is nu nog nationaal geregeld, maar moet ook op korte termijn door het Spaanse bedrijf worden geleverd. De fitness laat nog even op zich wachten, maar je kunt wel rond het vliegveld lopen. Ook is er onlangs nog een EUFOR-cross van negen kilometer georganiseerd, waar ik uiteraard aan meedeed! Verkenning Vrijdag 8 september, we moeten ons al vroeg melden op het vliegveld in Kisangani. We vliegen met een UN Antonov-24 naar Bukavu in het oosten, dichtbij de grens met Rwanda, waar we worden opgevangen door de ‘Uruguayan Riverine Patrol Company ‘(URPAC). Na een uitstekende Zuid-Amerikaanse lunch worden we gebrieft over de taakstelling van URPAC. Jorge en ik geven tekst en uitleg over EUFOR. Na het avondeten genieten we van de ondergaande zon en de aangename temperatuur aan het Kivu meer. Gelukkig hebben we de afgelopen weken ook een aantal verkenningspatrouilles kunnen houden, waardoor we het land iets beter leren kennen. Zo zijn we naar Mbanza Ngungu geweest, ongeveer honderdzestig kilometer ten zuidwesten van Kinshasa, voor een routeverkenning, gericht op het in kaart brengen van zogenaamde ‘choke-points’. Deze route is de belangrijkste verbinding, zowel over de weg als per spoor tussen Kinshasa en de havenstad Matadi. In het hectische Kinshasa leven de meeste mensen van dag tot dag. Men probeert alles te verkopen, variërend van infuuszakje tot dode ‘bush-rats’, van papieren zakdoekjes tot wieldoppen. Verkeersregels zijn er nauwelijks en APK-keuringen zouden vrijwel alle verkeer doen verdwijnen. Het meest bizarre verschijnsel is toch wel het taxibusje, waarin vaak zo’n twintig mensen in zitten en en zelfs aan hangen! En route Zaterdagochtend, 9 september maken we om zes uur ’s ochtends samen met twee collega’s uit Guatemala en Uruguay een verkenning te voet door de bergen. Na ongeveer een half uur stevig klimmen komen we in een dorpje en zijn we binnen no-time omringd
Op 30 juli werden de eerste verkiezingen sinds veertig jaar in Congo gehouden onder toezicht van de Verenigde Naties. Majoor der mariniers Charles werkt daar vanuit het hoofdkwartier van de Europese eenheid (‘European Force’ – EUFOR), die de VN tijdens de verkiezingsstrijd ondersteunt. Speciaal voor Alle Hens een verslag vanuit hartje Afrika.
36
door kleine kinderen. Een ventje van een jaar of tien trekt al gauw onze aandacht. Hij heet Manuel en noemt zich ‘chef de la montagne’. Rond half acht zijn we weer terug en brengen Manuel en zijn vriendjes, die niet meer van onze zijde geweken zijn, nog wat pakken koekjes. Aansluitend gaan we naar Bukavu voor de retourvlucht naar Kisangani. Generaal Patrick Cammaert blijkt op dezelfde vlucht te zitten. Terug op het hoofdkwartier volgt een korte debrief bij de Chief of Staf en krijgen we een voertuig te leen om de rest van het weekend de omgeving te verkennen. Daar maken we graag gebruik van en ‘s middags verkennen we de stad. In Kisangani rijden bijna geen auto’s rond. Deze zijn vrijwel allemaal gestolen tijdens de oorlog van 1998-2004. Het gros van de bevolking verplaatst zich nu met fietsen en brommers door de stad. ’s Avonds zijn we uitgenodigd in de ‘Riverside Inn’, de UN Welfare club. Daar ontmoeten we naast de generaal nog een aantal andere VN-officieren.
De komende weken staan geheel in het teken van de tweede verkiezingsronde op 29 oktober. Zal het rustig verlopen of grijpen de aanhangers van Kabila dan wel Bemba voortijdig weer naar de wapens om hun politieke agenda kracht bij te zetten? Het beheersen van de incidenten van 20 tot en met 23 augustus hebben in ieder geval het imago van EUFOR positief versterkt. EUFOR blijkt, al is het vooral een politieke missie, toch redelijk snel en onpartijdig te kunnen reageren op de situatie in de stad. *In verband met veiligheidsvoorschriften wordt marinepersoneel op missie niet bij achternaam genoemd.
Terug naar Kinshasa Op zondag 10 september hebben we een vrije dag en gaan Jorge en ik met de auto op pad. Een aantal Canadezen gaan ook mee. We gaan naar de Stanley Falls, de watervallen waar de ontdekkingsreizigers Stanley en Livingstone elkaar ergens in de negentiende eeuw schijnbaar ontmoet hebben. Op maandag 11 september weer aan het werk. We hebben enkele gesprekken en werken alvast aan ons verkenningsrapport. ’s Middags vliegen we terug naar Kinshasa. Deze trip was een geweldige ervaring. Enerzijds nuttig voor EUFOR, maar anderzijds ook interessant om iets meer van Congo te zien dan alleen maar Kinshasa.
37
zondag maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag
Charles au Congo
‘Hurricane Exercise’ in realistische setting
Oergeweld teistert Sint-Maarten Met oorverdovend oergeweld raast orkaan Alex over Sint Maarten. De bevolking van het Caraïbische eiland zoekt beschutting in de shelters, die beveiligd worden door mariniers van de 32ste infanteriecompagnie plus personeel van het Rode Kruis en het Vrijwilligers Korps Sint Maarten. De volgende ochtend, als de cycloon is gaan liggen, maken de diverse hulpinstanties de balans van de schade op. Met dit scenario begonnen marine-eenheden en lokale autoriteiten begin september aan de grootschalige ‘Hurricane Exercise’ op Sint Maarten. Tekst: Karen Gelijns/Foto’s: Marijke Middag In Mulletbay – een gebied dat in 1995 zwaar werd getroffen door orkaan Luis – moest de ‘Quick Reaction Force’ (QRF) ingrijpen om de rust te herstellen.
38
Jaarlijks vindt in het Caraïbisch Gebied de ‘Hurricane Exercise’ plaats. Eén van de belangrijkste oefeningen van het jaar, omdat hulpverlening voor, tijdens en na een orkaanpassage één van de hoofdtaken van de marine in de regio betreft. Zo verleende het stationsschip Hr.Ms. Van Amstel vorig jaar nog hulp nabij de stad Biloxi, ten oosten van New Orleans, na passage van de verwoestende orkaan Katrina. Ook werden mariniers in het Caraïbisch Gebied in het verleden al vele malen ingezet voor hulptaken. Het Atlantische Orkaanseizoen 2005 – dat de geschiedenis inging als het actiefste seizoen ooit – bevestigde het belang van dergelijke oefeningen. Het seizoen telde 29 tropische en twee subtropische cyclonen. Hiervan bereikten vijftien de orkaanstatus. Zeven orkanen groeide uit tot ‘majeure’ orkanen, wat wil zeggen ‘categorie 3’ of meer. De vier orkanen Emily, Katrina, Rita en Wilma bereikten de vijfde categorie. Het record dat tweeënzeventig jaar lang in handen was van seizoen 1933 werd ruim gebroken.
Het Atlantische Orkaanseizoen 2005 – dat de geschiedenis inging als het actiefste seizoen ooit – bevestigde het belang van de ‘Hurricane Exercise’ Ontheemd In het realistische scenario van de orkaanoefening kregen de mariniers van de 32ste infanteriecompagnie uit Aruba diverse realistische scenario’s voor de kiezen. Niet alleen moesten zij in de nacht van de ‘orkaanpassage’ de diverse shelters op het eiland beveiligen, waar vrijwilligers van Sint Maarten daadwerkelijk de nacht doorbrachten. Ook onderhielden zij contact met de lokale autoriteiten en maakten zij de volgende ochtend de balans op van de schade en benodigde hulpverlening. In Mullet Bay – in de oefening een zwaar getroffen gebied – werden de mariniers geconfronteerd met opstandige burgers die water, voedsel en medische hulp eisten. Kalmerende gesprekken mochten niet baten en de situatie liep snel uit de hand. De ‘Quick Reaction Force’ moest ingrijpen om de verwarde en ontheemde opstandelingen tot rust te manen. Een dag na passage van orkaan ‘Alex’ was een belangrijke rol weggelegd voor het stationsschip Hr.Ms. Van Amstel. Op zowel humanitair, medisch als technisch gebied zette de bemanning van het Multipurpose fregat zich in om de getroffen bevolking van Sint Maarten zo goed mogelijk te helpen. Tijdens een ‘disaster exercise’ in Mullet Bay werd de bemanning van de Van Amstel dan ook geconfronteerd met diverse aspecten van hulpverlening na een orkaanpassage. Zo trof het medisch personeel van het stationsschip gewonden aan die nog geen enkele zorg hadden gehad, probeerde een technisch team de telefoonverbinding op het eiland zo spoedig mogelijk te herstellen en trokken verkenningsteams van het schip door het getroffen gebied om waar nodig hulp te verlenen. Tijdens één van deze patrouilles stuitten zij op een groep plunderaars. Hierop werd de ‘Quick Reaction Force’ van het Korps Mariniers ingeroepen om de orde te herstellen.
De ‘Quick Reaction Force’ herstelt de rust als het verkenningsteam van Hr.Ms. Van Amstel een groep plunderaars in een huis aantreft.
(boven) Het medische team van de Van Amstel verpleegt een gewonde. (onder) De Poema, de cutter van de Kustwacht, assisteerde het stationsschip bij de verplaatsing van materieel en personeel van het fregat naar de wal.
Nieuw ondersteuningsvaartuig voor Caraïbische wateren
Paradepaardje Pelikaan pronkt Vol verwachting verzamelen familieleden en toeschouwers zich op de fortmuren en kades van Willemstad. Dan tekenen de contouren van het nieuwe ondersteuningsvaartuig zich eindelijk af tegen de Caraïbische horizon. Onder een boog van waterspuiten, begeleid door Boston Whalers van het Korps Mariniers en onder het afgeven van het ceremoniële saluut, loopt het schip statig de Annabaai binnen. Hr.Ms. Pelikaan is thuis! Tekst en foto’s: Karen Gelijns Het nieuwe ondersteuningsvaartuig van de Koninklijke Marine in het Caraïbisch Gebied, Hr.Ms. Pelikaan (A804), liep op maandag 11 september voor de eerste maal Willemstad binnen. Een feestelijke binnenkomst, waarbij de bevolking van Curaçao het nieuwe schip welkom heette. Twee havensleepboten van de ‘Kompania di Tou Korsow’ gaven een watersaluut en Boston Whalers plus rubberbootjes van het Korps Mariniers begeleidden het schip de Annabaai binnen. Uiteraard gaf het schip saluut af aan de koninkrijksvlag en de Gouverneur van de Nederlandse Antillen, dat vanaf Fort Krommelijn werd beantwoord.
De Commandant der Zeemacht in het Caraïbisch Gebied, commandeur Sijtsma, heet de bemanning en het schip welkom op de Nederlandse Antillen.
Indrukwekkend Niet alleen in Willemstad, maar ook bij de Rima steiger op Marinebasis Parera verwelkomden talloze familieleden, vrienden en collegae het nieuwe ondersteuningsvaartuig. Ook de ministerpresident van de Nederlandse Antillen, mevrouw Emily de JongElhage, woonde de binnenkomst bij. Eenmaal afgemeerd, heette de Commandant der Zeemacht in het Caraïbisch Gebied, commandeur
40
bij binnenkomst Frank Sijtsma, het schip welkom op de Nederlandse Antillen. “Voor ons ligt een prachtig schip, speciaal ontworpen voor zijn taken in het Caraïbisch Gebied. Ik ben blij dat u er bent.” Terwijl de vrolijke klanken van een steelband over het haventerrein weerklonken, konden de familieleden en genodigden zich laten rondleiden over het spiksplinternieuwe schip. Dat de scheepsbouwer bij het ontwerp de hoofdtaak van het schip – het verplaatsen van mariniers, inclusief uitrusting en materieel binnen het Caraïbisch Gebied – goed voor ogen heeft gehouden, blijkt uit elke ruimte. De ruime trappenhuizen, moderne slaapverblijven, het efficiënt uitgeruste kombuis, de kleine fitnessruimte en de ruime brug, voorzien van moderne navigatiemiddelen, maakten dan ook diepe indruk op de bezoekers. Net als de indrukwekkende laadcapaciteit, om maar liefst vier viertonners, vier landrovers, een
Vol verwachting wachten de kinderen tot de Pelikaan is afgemeerd aan de Rima steiger.
“Voor ons ligt een prachtig schip, speciaal ontworpen voor zijn taken in het Caraïbisch Gebied” wateraanhangwagen, een generator, een vorkheftruck, een shovel, twee containers en zes ‘Rigid Raiding Crafts’ te vervoeren. Laden en lossen vindt plaats middels een grote kraan op het dek.
Statig vaart Hr.Ms. Pelikaan de Annabaai binnen (Foto: Sergeant R.J. Botbijl)
Bouw van een nieuw ondersteuningsvaartuig In de zomer van 2004 besloot de Koninklijke Marine om de toenmalige Pelikaan (A801) – die oorspronkelijk tot 2009 in de vaart zou blijven – te vervangen door een nieuw exemplaar. De oude Pelikaan was oorspronkelijk gebouwd als bevoorradingsschip voor de offshore en bleek niet optimaal geschikt voor operaties in de Caraïbische wateren. Op 29 december 2004 kreeg Damen Shipyards uit Gorinchem de opdracht om het nieuwe ondersteuningsvaartuig te bouwen. Het casco van de Pelikaan werd gebouwd op de Scheepswerf Galatz te Roemenië, om vervolgens op de scheepswerf in Gorinchem te worden afgebouwd. Hr.Ms. Pelikaan gaat in het Caraïbisch Gebied verschillende taken vervullen, zoals het ondersteunen van operaties en oefeningen van het Korps Mariniers en de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba. Verder levert het schip bijstand aan operaties van het stationsschip van de marine dat permanent in het gebied aanwezig is gestationeerd voor rechtshandhaving, kustwachtoperaties en drugsbestrijding. Bij natuurrampen – zoals na een orkaanpassage – kan de Pelikaan bovendien snel te hulp schieten met noodzakelijk materieel, personeel en humanitaire hulpgoederen. Technische Gegevens Lengte: Breedte: Diepgang: Voortstuwing: Max. Snelheid: Accommodatie voor: Bewapening:
Hr.Ms. Pelikaan 65,4 meter 13,2 meter 3,25 meter 2 x Caterpillar 3516B TA. 1491 kW 16 knopen 14 man vaste bemanning 63 opstappers 2 mitrailleurs .50 op het achterschip 2 mitrailleurposities op het voorschip
Mariniers beteugelen woelingen
Ongeregeldheden in Grote Berg Even lijkt de wijk Grote Berg te Curaçao het strijdtoneel van een opstand te zijn geworden. Tientallen demonstranten begeven zich door de normaal rustige straten, op de voet gevolgd door mariniers uitgerust met wapenstokken, schermen en helmen. Als de situatie uit de hand dreigt te lopen, treden de mariniers echter kordaat op. De eindoefening van de opleiding ‘Beteugelen van Woelingen’ is in volle gang. Tekst en foto’s: Karen Gelijns Jaarlijks wordt een peloton van de 31ste infanteriecompagnie, gestationeerd op Curaçao, opgeleid in het ‘Beteugelen van Woelingen’. Deze opleiding – verzorgd door personeel van de Koninklijke Marechaussee en kaderleden van de 31ste infanteriecompagnie – stelt de mariniers in staat om een menigte demonstranten op een ordelijke wijze tot rust te manen. Op donderdag 7 september vond te Grote Berg de eindoefening van de opleiding plaats. Molotov cocktails In het scenario van de eindoefening was Curaçao getroffen door een orkaan. In de wijk Grote Berg braken steeds meer ongeregeldheden uit en de situatie verslechterde per dag. Als de wijk een vreedzame demonstratie wil houden, vraagt de gouverneur van Curaçao om militaire bijstand van een peloton mariniers die voor ‘Beteugelen van Woelingen’ zijn opgeleid. In tal van subscenario’s liepen de gemoederen steeds hoger op en kregen de mariniers met een steeds hoger geweldsspectrum te maken. De vreedzame demonstratie ontaardde uiteindelijk in
opstand, waarbij de demonstranten vernielingen aanbrachten aan auto’s, met Molotov cocktails gooiden en zelfs onschuldige omstanders mishandelden. Aan de mariniers de taak om de opstand de kop in te drukken en de demonstranten uit de wijk te verwijderen. De kustwachthelikopter AS355 van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba verschafte de mariniers extra informatie door hoog vanuit de lucht de situatie op de grond in ogenschouw te nemen. Uitgerust in ‘riot control’ tenue bekijkt deze marinier de situatie.
Mariniers staan klaar om de opstand te kop in te drukken.
42
OFFICIEREN Bevorderingen: KTZ A.A. Minderhoud, KOLMARNS D.A. Swijgman, KLTZ O. Atema, KLTZE P.A. de Haan, KLTZ S.P. Hofkamp, KLTZT P. Knipping, KLTZT T.S. van Tongeren, LTKOLMARNS A.C.J. Verbaan, LTZ 1 D.H. van Gorkum, MAJMARNS Ing. G.C.Lieftink, MAJMARNS Ing. I.D.L. Moerman, LTZ 1 B.K. Saal, MAJMARNS M.R.M. Verheul, MAJMARNS P.H.J. de Vreng, KAPTMARNS M.R. Isselt, KAPTMARNS S.M. Mastenbroek, LTZ 2OC G.M. Wolters, LTZT 2 W. Buitenhuis.
Dienstverlaters: LTZT 1 M.W.P. van Lier, LTZ 1 Ing. J.M. Vader, LTZ 2OC I.A. Bocken, LTZ 2OC Ing. P.C. Luke, LTZ 2OC G.J.K. van Putten, LTZA 2OC Y.E. Spoelstra, LTZW 2OC D.J. Vink, LTZT 2OC Ing. J.J.M. de Weerd, ELNTMARNS Drs. S.G.M. Verstijnen.
ONDEROFFICIEREN Bevorderingen: AOOLDV R.A. Adelaar, AOOTDE A.J.M. Bakker, AOOTDV F.C.C. Breet, AOOMARNALG H. Ju, AOOODOPS D.C.M. Lawalata, AOOMARNALG E.J. Overvoorde, AOOLDGD J.B.M. van de Rijdt, AOOMARNALG E. de Ruyter, AOOTDW R. Smit, AOOLDA C.P.J. Veenendaal, AOOMARNALG W.C.M. Zoetemelk, SMJRODVB F.J.G. Baars, SMJRODVB E. Berendrecht, SMJRWDW J. van Bergen, SMJRMARNALG T. van Golde, SMJRLDA E.D.P. de Groot, SMJRMARNALG F.A.J.M. Klein, SMJRMARNALG E. de Lange, SMJRMARNVB R.A. Masurel, SMJRMARNVB M.C.T.M. Mooren, SMJRMARNVB R.E. Nels, SMJRODOPS P.L.X. Ordelmans, SMJRLDA J.A. Ringma, SMJRMARNALG J.A.C.M de Rooij, SMJRMARNALG J. van der Sluis, SMJRODOPS R. Ubels, SMJRLDGB F.M.A. van Veen, SMJRODOPS H.G.J.A. Verberk, SMJRODVB W. Verwoert, SMJRLDV A.J.A. Vries, SMJRLDA D. Werkman, SMJRMARNALG L.J. Zegers, SMJRMARNALG L. Zijlstra,
SMJRLDA R.M. Zuiderduin, SGTMARNALG R.T.N. Beckers, SGTLDA M.W.E. van Brederode, SGTWDS A.E.W. Brouwers, SGTMARNALG R. Duijnstee, SGTMARNVB W.D. Duit, SGTODOPS J. Eenling, SGTLDA E. van den Esker, SGTODOPS M. van Gellekom, SGTODOPS K. Hennevanger, SGTLDGD M.M. Knappstein, SGTLDGD M. de Kok, SGTMARNALG J.A. Kühr, SGTMARNALG R.J. van Langen, SGTMARNALG T. Manneken, SGTODOPS F. Middel, SGTMARNALG J.A. Oosterlee, SGTTDW M.J. Rebergen, SGTLDA P.B. Schilder, SGTLDV E.C. Sheridan-Jansen, SGTMARNVB D.E. Spalburg, SGTMARNALG V.J. Straks, SGTWDS A.M. van Viersen, SGTMARNALG E. Wenzel, SGTLDA J. Wonink, KPLLDGB D. Bothof.
Dienstverlaters: AOOWDE P. Giezen, AOOLDGB H. Holtrop, AOOTDV J.R. Marcks, AOOMARNALG J. Oostra, AOOLDGD C.A.L.J.G. Snoeren, SMJRODOPS M. Bouwman, SMJRLDV L.W. Cozijnsen, SMJRMARNALG G.C. Denkers, SMJRODVB B.G. Eilander, SMJRODOPS R. Hoekstra, SMJRWDW A.F. Hulsman, SMJRTDW N.G. Kriek, SMJRTDW P. van Leeuwen, SMJRMARNVB G. Maree, SMJRMARNALG J.M.C.M. Meijs, SMJRBDGSK J.C. Staak, SMJRLDV M.J. van Stee, SMJRMARNALG T. van Zanten, SGTMARNALG J. Daniëls, SGTTDW H. Eerens, SGTMARNALG A. Giateli, SGTODOPS M.L.J. Hitz, SGTODOPS F.P. Kreuger, SGTWDS S.A. Oosterbeek, SGTWDV W.H.E. Polak, SGTMARNALG M.I. van de Veen, SGTMARNALG N.H.H. van der Zwaag, KPLWDS J.J. van Akkeren, KPLLDGB C.S. Bouma, KPLWDS D. Hoveling, KPLTDW P. Hulzebosch, KPLBDKA M.J.S. Luciano, KPLWDV G. Meter, KPLTDV M. Rensema, KPLODVB J.J. Röfekamp, KPLTDV M.A. Schenk, KPLWDS A.J. Stierman, KPLTDV L.A.P. Vedder, KPLODND M.F. van Veen.
MANSCHAPPEN Bevorderingen:
MATR 1 ODVB J. Brocx, MATR 1 TD R. Eerkens, MATR 1 ODVB F. Groenewoud, MATR 1 ODVB N. Riemeijer, MATR 1 OD K. Sestig, MATR 1 TDW R.P.J. Visser, MATR 1 TDE D.G.B. Weijn.
Dienstverlaters: MATR 1 LDA E. Ahmic, MARN 1 ALG S.A Baggerman, MATR 1 LDGB D. Bakker, MARN 1 ALG S.W.M. van Beek, MATR 1 OD R.M. Boekweg, MATR 1 OD R.P. de Boer, MARNVBD 1 B.J.A. Bontekoe, MATR 1 OD W. Boomkamp, MATR 1 OD R.M. Bouwman, MATR 1 LDGB D. Breen, MARN 1 ALG A.G. Brouwer, MARN 1 ALG S. Brouwer, MARN 1 ALG J. de Bruijn, MARN 1 ALG I. Conradi, MARN 1 ALG A.E. Daniels, MARN 1 ALG P. Danklof, MATR 1 ODND E.L. Dijkstra, MATR 1 TDE M.J. Dittmer, MATR 1 OD J. Druijff, MATR 1 LDV K. Duijndam, MARN 1 ALG J.C. Echter, MATR 1 ODOPS O.B. Elias, MARN 1 ALG C. Fiedler, MARN 1 ALG R. de Gans, MATR 1 LDV B. Gasseling, MATR 1 ODVB M. van Geel, MATR 1 WDS J. Geers, MARN 1 ALG R.P. van Gelderen, MATR 1 OD O.L.M. Gelens, MATR 1 OD A.A. Gijsbertha, MARN 1 VB A.N. Goossen, MATR 1 LDGD A. Griffioen, MATR 1 TDW R. Groenendaal, MARN 1 ALG R. Haitsma, MARN 1 ALG P. Hardenbol, MARN 1 ALG T.L. van Hemmen, MATR 1 LDV R.C. den Herder, MATR 1 LDV M. Hoogendoorn, MARN 1 ALG J.C.J. Huijsmans, MARN 1 ALG J. Hulleman, MATR 1 LDV S. van Iperen, MATR 1 LDV R. Jansen, MARN 1 ALG A.F. Keus, MARN 1 ALG T.L. Knaapen, MATR 1 ODVB L.W. de Knegt, MARN 1 ALG D.W. Koman, MATR 1 LDV H.G. Kooij, MATR 1 ODND J. Korver, MATR 1 OD S. Kriek, MATR 1 LDA N.H.C. Levering, MATR 1 LDV B.J.C. Maes, MARN 1 ALG A.J. Mandemakers, MATR 1 ODND M.G.J.P. van Melsen, MATR 1 LDV M.K. van der Meulen, MATR 1 LDGB R. Nagessar, MARN 1 ALG R.B. Niemeijer, MARN 1 ALG P. Nieuwenhuijse, MATR 1 LDV L. Noordhuis, MATR 1 TDE C.C.P. van Oorschot, MARN 1 ALG G.A. den Ouden, MARN 1 VB M. van der Plas, MATR 1 ODVB J.K. Poot,
43
MARN 1 ALG C.W.J. Prudon, MARN 1 ALG T. Rijsemus, MARN 1 ALG P.C. van Rikxoort, MATR 1 LDV M.J. Roeloffzen, MARN 1 ALG J.A. Rombouts, MATR 1 ODOPS R.A. Roos, MATR 1 WDS A.P. Rozema, MARN 1 ALG D. Samar, MARN 1 ALG M. Sanchez Jeuring, MATR 1 BDWSR W.L.D. Schippers, MARN 1 ALG F. van der Sluis, MARN 1 ALG A.J. Sollie, MARN 1 ALG J. Spies, MATR 1 LDV R. Sprick, MARN 1 ALG J.W. Spronk, MARN 1 ALG P.J.A.M. Sterken, MATR 1 OD S.G. Tesink, MARN 1 ALG W.P. van Tienhoven, MATR 1 LDV M.R.M. Tillemans, MATR 1 ODVB A.J. Top, MARN 1 ALG H.J. van den Top, MARN 1 ALG F. Verhaar, MARN 1 TAMB D.W. de Visser, MARN 1 ALG R. Visser, MARN 1 ALG L.M. Vitalis, MATR 1 TDE M.T.A. van der Vleuten, MATR 1 LDV P.J. van Vliet, MATR 1 OD B. Vos, MARN 1 VB A. Vredenbregt, niet gevonden Weekenstroo, MATR 1 OD L.W.N. Weimer, MARN 1 ALG D.R. van der Welle, MARN 1 ALG J. van der Werf, MATR 1 ODVB D. Wijngaard, MARN 1 ALG R. Woerts, niet gevonden Hulshoff, MATR 2 LDA J. Lammers, MATR 2 ODVB M. Scholes, MATR 2 TD J van den Tooren, MATR 3 LDV R.J. Beemster, MATR 3 OD W.A. van den Berg, MARN 3 ALG J.J. de Bonte, MARN 3 ALG H. Brouwer, MARN 3 ALG B.C.A. de Bruijn, MATR 3 ODVB L. van Bulken, MARN 3 ALG R.G. van Dijk, MATR 3 TDE E.J. IJsselstein, MARN 3 ALG L.T. Ikking, MARN 3 ALG J.R. de Jager, MARN 3 ALG M.A.J. Kadmaerubun, MATR 3 TD M.X.N. Kroon, MARN 3 ALG L. Lommerse, MATR 3 OD N.G.H. Mulder, MATR 3 LDV G.J. Polman, MARN 3 ALG P.M.A. Reurink, MATR 3 LDGB S.T. Smouter, MARN 3 ALG G.J. Speldekamp, MARN 3 ALG M. van der Veen, MATR 3 ODVB T. Visser.
BURGERS Dienstverlaters: J. Veldman, Drs. M.W. Urban, E.A. Keukenmeester.
IN MEMORIAM Willem P. van Lien
Kom je 8 of 9 november naar de Infodag Mariniers? Kletsnat door de branding of flink zweten in de jungle. Wij mariniers kunnen overal uit de voeten. Niemand komt tussen ons team! Of je moet naar de Infodag Mariniers komen. Op woensdag 8 en donderdag 9 november vertellen we je alles over het Korps Mariniers. Meld je op de site aan voor een Infodag!
werkenbijdemarine.nl