Alle Hens
Marathonmissie Bewegende bodem
Maandblad van de Koninklijke Marine september 2009
Colofon:
Alle Hens
Maandblad van de Koninklijke Marine
Uitgave: Alle Hens is een uitgave van de Koninklijke Marine. Aan de inhoud kunnen geen rechten worden ontleend. Hoofdredacteur: LTZSD 2OC KV V.J.G. Strijbosch Redacteurs: LTZSD 2 KV B. Wijnandts LTZ 2OC M. F. van der Maas
Cover Hr.Ms. De Zeven Provinciën liet zich gelden in de Golf van Aden. Naast escorteren van schepen, speelde het fregat een grote rol in de bestrijding van piraterij. (foto: Peter van Bastelaar, AVDD)
Aan dit nummer werkten verder mee: MAJMARNS Mien Heymann Bert van Elk Lay-out & druk: OBT B.V., Den Haag Adreswijzigingen KM-personeel: Zie Intranet: Portaal >
Geen toegang tot Intranet? Vraag naar formulier Dfe 073b bij DC HR: 0800 22 55 733/
[email protected] Adreswijzigingen veteranen: Stichting Veteraneninstituut Postbus 125 3940 AC Doorn Telnr.: 0343 474 150
Internet: www.defensie.nl
4 Europa’s eerste maritieme missie Na de terugkeer van Hr.Ms. De Zeven Provinciën van de marathonmissie Allied Protector, heeft NLMARFOR het commando op zich genomen van Europa’s eerste maritieme missie ter bestrijding van piraterij. CDR Pieter Bindt is trots: “We zijn nu in een volgende fase.”
9 0800-MARINE1
4 10
De marine is vanaf nu altijd bereikbaar voor het thuisfront. In plaats van twee lokale nummers is er nu een gratis en herkenbaar 0800-nummer.
10 Terug in de tijd van VSQ 7 Vliegsquadron 7 bestaat zestig jaar. Boegbeeld luitenant-ter-zee 1 b.d. Ferry Gonggrijp maakte de invoer van de Lynx mee en mocht als eerste vlieger de helikopter besturen. “Ik heb me nog nooit zo veilig gevoeld in een toestel.”
12 Zeestrijders op de rivieren
Adreswijzigingen betalende abonnees: Abonnementenland Postbus 20 1910 AA Uitgeest Telnr.: 0900 226 52 63 (10ct p/m) www.aboland.nl Redactieadres: (niet voor adreswijzigingen en vragen over verzending) Alle Hens Postbus 10.000 1780 CA Den Helder Telnr.: 0223 657 620 / 657 660 DSN 209 57620 / 57660 E-mail:
[email protected] E-mail redactieraad:
[email protected]
Inhoud
Waarom stroomt het rivierwater niet door de Nederlandse militaire aderen? Dat vroegen kolonel b.d. Van Straten en professor Julian Lindley-French zich af en begonnen aan een studie naar ‘Riverine Operations’, opereren in en vanuit riviergebieden.
18 Marinedagen 2009 De Marinedagen stonden dit jaar in het teken van goed werkgeverschap. Wat voor beeld hebben de bezoekers eigenlijk van de marine?
22 Beweging in kaart
12
Kopijdatum: De deadline voor het volgende nummer van Alle Hens valt op 14 september 2009.
De Dienst der Hydrografie zorgt er al 135 jaar voor dat scheepvaart in de koninkrijkswateren niet onaangenaam verrast worden door de beweging van de zeebodem. Hoe vaak moet dit gebeuren?
24 Monstertocht Voor de zieke kinderen uit het Emma Kinderziekenhuis peddelden zes mariniers van Maastricht naar Den Helder en legden in totaal vierhonderd kilometer af. “De spierpijn komt later.”
Abonnementsprijs: 17,02 (buitenland 21,55 per jaar)
En verder: Aanhaling uit en overname van artikelen uit dit blad is toegestaan met bronvermelding.
ISSN 0024-0389
24
26 Sport 27 Logboek 35 Mensen & Mutaties
De broekriem aangetrokken Het is u ongetwijfeld niet ontgaan dat Nederland economisch in zwaar weer is beland. De Vereniging voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren verwacht zeker tien procent toename van het aantal verzoeken voor financiële hulp aan gezinnen. De economische ontwikkelingen duwen het begrotingstekort volgend jaar naar een recordomvang van 6,7 procent van het nationaal inkomen, en de werkloosheid zal de komende maanden naar verwachting sterk oplopen. De stroom van negatieve berichten over onze economie die ons via de media bereikt, stemt zeker tot zorg. De financieel-economische crisis treft de hele BV Nederland. Elk ministerie zal daarom zijn steentje moeten bijdragen aan het verminderen van de tekorten die door deze crisis bij de overheid zijn ontstaan. Dat geldt dus ook voor het ministerie van Defensie. Los van de gevolgen van de financieel-economische crisis waren er ook nog eens extra onvoorziene financiële tegenvallers bij Defensie. Dat alles zal moeten worden opgevangen. De voorgenomen bezuinigingen zijn in grote lijnen al aangekondigd, maar op Prinsjesdag zal de regering bekend maken hoe die verder worden ingevuld en zal duidelijk worden wat de gevolgen voor Defensie zijn. Onze minister heeft al laten weten dat de bedrijfsvoering de komende jaren in elk geval zal moeten worden versoberd. Dat zal gevolgen hebben voor de wijze waarop wij ons werk kunnen doen. Enkele lopende projecten zullen waarschijnlijk worden gekort of vertraagd. De bewindslieden houden vast aan het voornemen om de operationele capaciteit zoveel mogelijk te handhaven, maar de bezuinigingen zullen ongetwijfeld ook op de operationele werkvloer gevoeld worden. Want versobering brengt het risico met zich mee dat die ook zijn weerslag krijgt op het gebied van opleidingen, geoefendheid, en de materiële staat van de onze schepen en eenheden. De uitdaging is om de gevolgen daarvan zoveel mogelijk te beperken. De afgelopen maanden is door de staf van het CZSK in nauw overleg met onze Haagse collega’s bezien hoe we deze nieuwe uitdaging het hoofd kunnen bieden, zodat onze maritieme expertise en inzet voor de veiligheid op en vanuit zee voor de toekomst op een verantwoorde wijze geborgd blijft. Dat is temeer belangrijk omdat, los van alle andere ontwikkelingen, de vraag naar onze wereldwijde bijdrage groot blijft. Hr. Ms. De Zeven Provinciën is in juli teruggekeerd van haar NATOmissie Allied Protector ter bestrijding van piraterij langs de kust van Somalië en in de Golf van Aden. Dit in navolging van de eerdere nationale inzet van Hr. Ms. Evertsen en Hr. Ms. De Ruyter. Voor de De Zeven Provinciën zaten er ook nieuwe aspecten aan deze missie. Naast het escorteren van schepen van het Wereldvoedselprogramma van de VN, bestreed het schip ook actief de piraterij in het gebied. Daarbij werd de bemanning zo nu en dan geconfronteerd met zeer uitdagende situaties, maar kreeg soms ook flinke teleurstellingen te verwerken. De herinneringsmedailles die de Commandant der Strijdkrachten, de voorzitter van de Vaste Kamer Commissie Defensie, mevrouw van Miltenburg, en ikzelf hebben uitgereikt, staan symbool voor de waardering van de Nederlandse samenleving voor de bemanning en hun thuisfront. Hr. Ms. Evertsen is inmiddels als deelnemer aan de EU-operatie Atalanta ook alweer vier weken actief in het operatiegebied, en COMNLMARFOR, commandeur Bindt, heeft de leiding over deze anti-piraterij operatie op zich genomen. De 22e Infanteriecompagnie is aangekomen in Uruzgan en heeft daar het stokje van de voorgaande landmachtcompagnie inmiddels overgenomen. Zij zijn al intensief ingezet in de periode van
de verkiezingen in Afghanistan. De komende tijd zal voor hen uitdagend zijn en veel van hun professionaliteit vragen. De intensieve voorbereidingsperiode samen met hun landmachtcollega’s van TFU-7 zal daarbij zijn vruchten afwerpen. De mariniers leveren vanuit hun achtergrond met hun specifieke expertise en materieel ongetwijfeld een waardevolle bijdrage aan de joint inzet voor de veiligheid in Uruzgan. Nederland is in de eerste plaats een handelsland. Om de BV Nederland effectief te ondersteunen moeten we als Koninklijke Marine de regering en onze maritieme partners soms snel en adequaat ondersteunen, om in te spelen op verzoeken uit de internationale omgeving. Dat vertaalt zich ook naar het vaarprogramma van onze schepen. Hr. Ms. Johan de Witt heeft eind juni Rusland bezocht en meegedaan aan de “International Maritime Defence Show” in Sint Petersburg, waar het platform internationaal veel bewondering heeft geoogst. En momenteel is het schip al weer onderweg naar de Golf van Guinea / Westkust van Afrika in het kader van het African Partnership Station van onze Amerikaanse bondgenoten. Daarnaast zullen Hr. Ms. Tromp, Van Speijk en Urk binnenkort aanwezig zijn in New York voor de viering van vierhonderd jaar NL-VS handelsbetrekkingen. Vooral voor de mijnenjager Urk, die momenteel vaart in de Standing NAVO Mine Countermeasure Group 1, is de oversteek over de oceaan een bijzondere reis, die zelden wordt gemaakt door schepen van de Mijnendienst. Het doet mij genoegen daarbij te kunnen vermelden dat de ondersteuning van de Urk volledig door de Belgische materieelorganisatie wordt verzorgd in het kader van BelgischNederlandse samenwerking (BENESAM). Tegen de achtergrond van de economische malaise en de groeiende groep mensen die daardoor werkeloos thuis zit, zijn de problemen van Defensie natuurlijk te relativeren. Maar ik besef dat het beroep dat door de versoberingsmaatregelen wederom op ons wordt gedaan, toch ten koste van uw werkbeleving kan gaan. Desalniettemin reken ik er op dat u niet het hoofd in de schoot legt, en dat ik kan blijven steunen op uw inzet en loyaliteit. Ik zal er van mijn kant alles aan doen om het CZSK vitaal te houden en uw belangen in Den Haag blijven behartigen. Gezamenlijk zullen we er weer de schouders onder moeten zetten. N
De Commandant Zeestrijdkrachten R.L. Zuiderwijk, luitenant-generaal der mariniers
3
(foto: Sjoerd Hilckmann, AVDD)
Een Japans patrouillevliegtuig ontdekt een verdachte skiff en seint het naburige Noors fregat Fridtjof Nansen in. Hr.Ms. Evertsen vaart vijftig mijl verder als escorte van een koopvaarder en zendt direct haar helikopter op pad. De helikopter brengt met waarschuwingsschoten de skiff tot stilstand, zodat de Noren kunnen boarden. De internationale gemeenschap slaat de handen Tekst: Barry Wijnandts ineen in piraterijbestrijding bij Somalië.
Commandeur Pieter Bindt
Commandeur Bindt: ‘Arresteren van piraten expliciet in missie’
Internationale coördinatie ontwikkelt verder In vergelijking met 2008 is het percentage succesvolle kapingen afgenomen van veertig procent naar 23 procent. Het slechte nieuws is dat het aantal pogingen drastisch is toegenomen. Het operatiegebied van piraten enorm is uitgebreid met als uitschieter een aanval op ms Shanghai op 1403 kilometer uit de Somalische kust op 9 april, meldt een rapport van onderzoeksinstelling UNOSAT. Het lijkt er ook op dat de piraten hun aandacht uitbreiden naar de Indische Oceaan. Op 13 augustus nam commandant van NLMARFOR commandeur Pieter Bindt het commando van de missie Atalanta over van de Spaanse kolonel Juan Garat Caramé. In dit interview legt commandeur Bindt het verschil met Allied Protector uit. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen Allied Protector en Atalanta? Beide operaties lopen naast elkaar door en hoe gaat dat samen? De overeenkomst is dat beide operaties zijn gericht op piraterijbestrijding in de Golf van Aden en de Indische Oceaan. Allied Protector was de voorlopige NAVO-missie. Op 21 augustus is deze overgegaan in ‘Ocean Shield’ met een ruimer mandaat. Atalanta is de eerste maritieme missie van de Europese Unie. Het grootste verschil is dat Atalanta piraten arresteren expliciet in haar missie heeft staan. De EU heeft, ter verruiming van de mogelijkheden van berechting, ook een overeenkomst met Kenia die het mogelijk maakt om in de regio gearresteerde piraten over te dragen aan Kenia. Verder heeft Atalanta een kleinere, kortere commandostructuur dan Allied Protector. Nog een verschil is dat de EU een
ruimer instrumentarium heeft voor hulpverlening, (economische) opbouw en ontwikkelingsprogramma’s. Voor Somalië en de regio eromheen worden in die kaders nu ook activiteiten uitgevoerd en ontwikkeld. Hoewel Atalanta daar los van staat, zullen we die activiteiten wel, waar mogelijk, ondersteunen. De operationele hoofdkwartieren van de EU (EUNAVFOR OHQ) en NAVO (CC MAR HQ Northwood) staan op korte afstand van elkaar in Northwood (Londen). Dat komt de samenwerking op operationeel niveau ten goede. De NAVO neemt ook deel aan de maandelijkse ‘SHared Awareness and DEconfliction’ (SHADE) meeting in Bahrein die worden voorgezeten door het EU OHQ en de ‘Combined Maritime Forces’ (CMF, een US geleide coalitie). Daar wordt door deze organisaties en een groot aantal op zee actieve landen, praktische zaken over piraterijbestrijding besproken. Op tactisch niveau op zee wordt voortdurend informatie uitgewisseld en onderling overlegd hoe de eenheden het beste kunnen worden ingezet. Het totale effect is het resultaat van de gecombineerde inspanning van de EU, NAVO, CMF en de individuele landen. Er is inmiddels ook een gezamenlijk communicatiesysteem tussen vrijwel al de eenheden en taakgroepen (waaronder ook de Chinese en Russische). Hoe heeft de staf zich op deze missie voorbereid? Afgelopen grote NLMARFOR-oefeningen gingen vooral over amfibische militaire operaties, hier gaat het om een maritieme politietaak. Vanaf november 2008 zijn wij bij de missie betrokken. Het ope4
rationele hoofdkwartier in Northwood bestond toen eigenlijk alleen uit een beperkt aantal officieren van UKMARFOR en er was vanuit Brussel enige druk om de operatie nog voor medio december te beginnen. Zij vroegen ons te assisteren bij het schrijven van het operationeel plan. Daarna hebben we de ontwikkelingen actief gevolgd, ook toen we in de Middellandse en Zwarte Zee opereerden. Daarnaast hebben in totaal vier man van NLMARFOR gewerkt in de voorgaande stafrotaties. Hun ervaringen hebben we gebruikt in onze voorbereidingen. Naast het NLMARFORpersoneel werken er overigens ook officieren en onderofficieren uit België, Spanje, Frankrijk, Zweden, Noorwegen, Roemenië, Portugal en Duitsland in de staf. De staf (met zo veel als mogelijk van de buitenlandse officieren en vertegenwoordiging van de eenheden) heeft in juni een missie gerichte training op het OHQ uitgevoerd. Met de Evertsen hebben we grotendeels gezamenlijk de nationale voorbereiding doorlopen. Daarnaast waren we uitgenodigd op hun sportdag, feestavond en de voorlichtingsdag voor het thuisfront. Dat is zeer gewaardeerd en vormt een perfecte basis voor de samenwerking en prettige samenleving aan boord.
Escortes, vooral van schepen van het Wereldvoedselprogramma, hebben de grootste prioriteit, maar doet het eskader ook aan actief opsporen van piraten op zee? Verdachte vaartuigen in beeld brengen gebeurt voortdurend. Dat is overigens niet eenvoudig want de bootjes die piraten gebruiken zien er hetzelfde uit als die van vissers en smokkelaars. De moederschepen (dhows maar ook grote skiffs en eerder gekaapte schepen) zijn ook niet met één oogopslag als zodanig te onderkennen. Vooral tijdens ‘Focused Operations’, waarbij meerdere eenheden gedurende enige tijd in één of meerdere interessegebieden worden ingezet, zullen piraten nu actief worden opgespoord. Dit gebeurt met patrouillevliegtuigen waarvan er gelukkig steeds meer beschikbaar komen, helikopters en uiteraard de schepen zelf. Als er verdenking is dat het vaartuig betrokken is bij piraterij, dan wordt het in principe geboard en doorzocht.
S
Welke rol speelt u bij de aanhouding en de tijdelijke detentie aan boord van de eenheden van zeerovers? Over welke middelen beschikt u om een aanhouding goed af te kunnen handelen? De verantwoordelijkheid voor aanhouding en detentie ligt bij het fregat. De commandant die de aanhouding verricht, neemt contact op met het Openbaar Ministerie van zijn land. Dat beslist als eerste of zijzelf willen vervolgen. Als dat niet mogelijk is, wordt overlegd met de EU. De EU kan overdracht met een ander EU-land regelen en heeft ook de overeenkomst met Kenia. Omdat de afstanden in het operatiegebeid enorm zijn (ter grootte van de Verenigde Staten) heeft detentie en overdracht een aanzienlijke invloed op het programma. Uiteraard moet de staf de inzet van de andere eenheden dan wijzigen. De eenheden hebben getraind personeel voor het vergaren van
Na de moesson kan piraterijactiviteit weer flink toenemen
CDR Bindt nam op 13 augustus het commando over van KTZ Juan Garat Caramé. (foto: Eunavfor)
De Evertsen volgt het Spaanse fregat Numancia op als stafschip. (foto: Eunavfor) 5
bewijs, aanhouding en bewaking. De Marechaussee heeft personeel van Hr.Ms. Evertsen voor die taken opgeleid. Is met Atalanta een nieuwe fase ingegaan in de bestrijding van piraterij rond de Hoorn van Afrika? Atalanta startte in december vorig jaar na een periode van individuele nationale bijdragen met een beperkt mandaat, zoals de bijdragen van Hr.Ms. Evertsen en De Ruyter om de schepen van het Wereldvoedselprogramma te beschermen, en een relatief korte en beperkte NAVO-operatie in het najaar 2008. Eind vorig jaar was dus het begin van de eerste fase. Omdat aanwezigheid van Atalanta en de NAVO zijn verlengd, de onderlinge coördinatie nog steeds groeit, de scheepvaart steeds meer de ‘Best Management Practices’ volgt en er nu ook andere, civiele en diplomatieke processen lopen, zijn we nu in een volgende fase. Wordt er internationaal steeds meer gestructureerd nagedacht over piraterijbestrijding en hoe reageren piraten hierop? Raken ze beter georganiseerd en bewapend of werkt een grote maritieme aanwezigheid toch afschrikwekkend? De VN Veiligheidsraad heeft een aantal resoluties aangenomen die oproepen om de piraterij bij Somalië bestrijdt. Naast de EU hebben de NAVO, CMF en individuele landen eenheden naar het gebied gestuurd om deze resoluties uit te voeren. De EU en NAVO hebben voor de zomer besloten hun missies te verlengen. De EU werkt ook op diplomatiek en civiel gebied om de situatie in Somalië en de regio te verbeteren. Het probleem is dus onderkend. De SHADE, de VN ‘Contact Group on piracy off Somalia’ en de coördinatie tussen de taakgroepen op zee zorgen voor een voortdurende verbetering van de aanpak. Het zou mooi zijn als daarmee het probleem in één keer en snel is opgelost. Helaas werkt het zo niet, net als met andere crises en problemen in de wereld. De piraten hebben daarop gereageerd door hun operatiegebied te vergroten. De maritieme aanwezigheid werkt tot nu toe niet echt afschrikwekkend want het aantal pogingen is in het voorjaar toegenomen. De oorzaak daarvan is vooral de situatie op land. De verhouding tussen het aantal geslaagde kapingen en pogingen daartoe is echter afgenomen. Ook zijn er geen WFP-schepen en schepen die aan ‘Group transits’ meededen, gekaapt. Internationale scheepvaartorganisaties vinden de aanwezigheid van militaire eenheden noodzakelijk en zinvol. Door de moesson is de activiteit van de piraten de afgelopen tijd significant afgenomen. Eind augustus, als de wind weer afneemt, verwacht ik een forse toename in zowel bij de Golf van Aden als in de Indische Oceaan.
De dokter van Hr.Ms. De Zeven Provinciën onderzoekt één van de bemanningsleden van mv Yenegoa Ocean.
De wapens zien er oud en versleten uit, de dreiging ervan is er niet minder om.
Over een gestructureerde, samenhangende aanpak wordt door betrokken organisaties en geïnteresseerde landen ook overlegd in de VN ‘Contact group on piracy off Somalia.’ De EU ontplooit naast Atalanta nog diverse, samenhangende diplomatieke-, hulpen ontwikkelprogramma’s om in Somalië enige stabiliteit te creëren. Wat kunt u vertellen over de doelstellingen van de piraten, over de vermeende link tussen grote internationale criminele en terroristische organisaties? Wordt u ook betrokken bij het onderzoek naar de daders en organisaties die hierachter zitten? Het is de Somalische piraten te doen om het losgeld voor de bemanning. Zij hebben geen aandacht voor het schip en de lading. Over een link tussen de piraten en terroristische organisaties wordt in open bronnen geschreven. Die link lijkt aannemelijk, maar is niet eenduidig aangetoond. Per definitie is er een link met criminele organisaties: piraterij is pure criminaliteit. De piraten zijn ook goed georganiseerd en onderdelen werken vanuit het buitenland. Groot is een relatief begrip. De impact van piraterij is in ieder geval groot. Het ondermijnt en bedreigt zeevarenden, de handel- en energiestromen en de regionale en eigen lokale samenleving. 6
De marathonmissie van Hr.Ms. De Zeven Provinciën Waar de fregatten hiervoor ‘slechts’ schepen veilig langs de Somalische kust begeleidden, was Hr.Ms. De Zeven Provinciën het eerste fregat dat actief piraterij bestreed. Geen makkelijke missie, maar wel goed ‘operationeel bezig’, aldus de bemanningsleden. De missie werd gekenmerkt door lange periodes op zee waarbij de logistiek tot aan het uiterste werd gedreven. Met veel onzekerheid, weinig beslissings- en voorbereidingstijd en zo nu en dan een harde confrontatie, voltooide de bemanning haar deelname aan de NAVO-operatie Allied Protector. Dat het heeft bijgedragen is voor generaal Peter van Uhm evident: “Sinds de schepen van het Wereldvoedselprogramma en koopvaarders geëscorteerd worden zijn er niet of nauTekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Martijn Valkier welijks meer aanvallen geweest.” Vanaf de eerste dag in het gebied werd de bemanning geconfronteerd met de beruchte zeeëngte. Op 29 maart werd de Duitse bevoorrader Spessart aangevallen door een skiff. De piraten hadden waarschijnlijk geen idee dat ze een marineschip onder vuur namen. Schutters van de Spessart openden het vuur op de piraten en de jagers werden vanaf dat moment bejaagd. Het LCF heeft op verzoek van de Duitse marine niet ingegrepen maar de piraten in hun skiff onder schot gehouden. “Alle posten waren bezet, wij bleven bij de mannen achter, omdat we nachtkijkers hadden. Het was een hele onvoorspelbare situatie. Een raketwerper is ook voor zo’n schip gevaarlijk”, zegt sergeant-majoor der mariniers Joop van het geëmbarkeerde team van de Unit Interventie Mariniers. Zeven piraten werden uiteindelijk opgepakt door een Duits boardingteam vanaf het stafschip. Er klopt iets niet De piraten zijn over het algemeen arme mensen die zelf niets meer hebben. “Je hebt twee soorten piraten. De milities en de gelegenheidspiraten. Van de mensen die wij hebben opgepakt was de bewapening perfect”, vertelt Joop verder. “Er lagen wapens in de boot waar wij geen stuiver meer voor zouden geven, maar die het nog echt wel doen. Maar ze beschikten ook over modernere wapens.” De arrestatie op een Jemenitische vissersboot zal
Joop zeker bijblijven. Het fregat werd naar een dhow gestuurd, die even daarvoor gebruikt was bij een aanval op een koopvaarder. “Toen we in de buurt kwamen, hadden we het gevoel dat er iets niet klopte. De mensen die we onder schot hielden, bleken geen piraten te zijn en dus moesten die nog ergens anders zijn”, aldus Joop. Die bleken onder in het schip te zitten en hielden de Jemenitische vissers gegijzeld. Warm welkom De sleepboot Yenegoa Ocean met een tienkoppige Nigeriaanse bemanning is in totaal 303 dagen lang gekaapt geweest. Na hun vrijlating begeleidde Hr.Ms. De Zeven Provinciën de sleepboot naar een veilige haven. “De bemanning was zeer geëmotioneerd toen ze eindelijk hulp kregen en vielen het boardingteam in de armen”, aldus humanistisch raadsman Reinier Donker en luitenant-ter-zee 2OC Carolien Ghijssen. Nadat het UIM-team het schip veiliggesteld had, kwamen meer bemanningsleden aan boord om hulp te bieden. “De mensen die aan boord kwamen van de Yenegoa Ocean konden rekenen op een warm welkom. Menigmaal werd iemand van de bemanning van de De Zeven Provinciën in de armen gesloten.” Doodsbedreigingen Tien maanden lang werden de Nigerianen onderworpen aan geweld en intimidatie. Het ontbrak de gijzelnemers aan elk oog voor menselijke waardigheid. Doodsbedreigingen waren aan de orde van de dag. De piraten losten schoten vlak langs het gezicht van de gijzelaars. De eerste maanden van hun gevangenschap werden de bemanningsleden gekneveld opgesloten in een krappe ruimte. Zij zaten daar de hele dag en moesten in deze ruimte ook eten en hun behoeften doen. Naarmate de gijzeling langer duurde, moesten ze hun eigen eten en dat van de zeerovers bereiden op een halve oliedrum, die gebruikt werd als vuurkorf. Het menu bestond voornamelijk uit rijst en tarwe. Af en toe kon dat worden aangevuld met zelf gevangen vis, vertelt het verslag van de twee officieren. De bemanningsleden van Hr.Ms. De Zeven Provinciën waren enorm begaan met het lot van de gijzelaars. Ze stonden zeep en tandpasta uit hun persoonlijke voorraden af om de tien slachtoffers hun menswaardigheid weer een beetje terug te geven.
S
Drinken uit het koelsysteem Een kaping die alom bekend werd in Nederland was die van ms Marathon, een schip van een Nederlandse reder onder NederlandsAntilliaanse vlag met een Oekraïnse bemanning. De bemanning zag uit naar een havenbezoek van Dubai. In het zicht van de Met behulp van de Rhib worden goederen en personen overgebracht naar mv Yenegoa Ocean. 7
Joop verder. Vervolgens keken de mariniers wat er verder nodig was. “Een arts, een werkruimte, er was al een tijd geen water meer aan boord, dus dronken de mannen uit het koelsysteem.” Ondanks dat zijn team uit ervaren mariniers bestaat, schrokken ze van de staat van het schip. “Overal lagen uitwerpselen, potten en pannen, alles was kapot en het stonk er enorm.” Een van de bemanningsleden was vermoord en lag al een tijd in een warm ruim. Een ander had een schotwond in zijn been. Extra schrijnend was dat de vrijgelaten schepen een plaats delict zijn waardoor de opvarenden het schip niet wat leefbaarder konden maken. “Je zag de bemanning elke dag wel wat opleven, maar ze zaten er helemaal doorheen.”
Schepen proberen maatregelen te nemen tegen het aan boord klimmen van piraten. Voor ms Yenegoa Ocean was prikkeldraad niet genoeg.
haven draaide het fregat echter om en stoomde op naar het zojuist gekaapte schip. Nadat uiteindelijk door de reder werd gekozen voor onderhandelen met de kapers, zette Hr.Ms. De Zeven Provinciën haar patrouilletaken voort. Tegen het einde van de missie kreeg ze alsnog opdracht om ms Marathon te assisteren, zodra zij vrij werd gelaten door de piraten. “Wij zijn daar weer het eerst aan boord gegaan, om het schip veilig te stellen. We controleerden of de piraten geen boobytraps hadden aangelegd”, gaat
Puur overleven Voor de geestelijk verzorger was de confrontatie met zoveel menselijk leed indrukwekkend. “Ik hoorde dingen van de slechtste kant van mensen”, vertelt Donker. “Hoe de gijzelaars daarmee omgingen deed me versteld staan van de veerkracht van mensen.” Overigens vertelden de opvarenden van de Marathon nog niet zoveel. “Ze waren nog puur bezig met overleven. De klap komt pas als ze thuis en veilig zijn, denk ik.” Donker had al snel in de gaten dat de slachtoffers nog niet emotioneel beseften dat ze bevrijd waren. “Na tien uur aan boord kwam de man met een schotwond in zijn been naar me toe om te vragen of hij naar buiten mocht. Ja natuurlijk, het is zijn schip.” Hoewel het niet de juiste tijd was om te graven in de ervaringen van de ex-gijzelaars, voelde Donker toch veel te kunnen betekenen voor de slachtoffers. “Wij als geestelijk verzorger zijn er voor de mensen. Hoewel wij in dit geval maar in de marge hulp kunnen bieden aan deze mensen, hebben wij wel onze handen vrij om aandacht te besteden aan de menselijke kant. Dat is heel waardevol.” N
Het schip gold als een plaats delict. De ruimtes weer enigszins leefbaar maken, was er dus niet bij. 8
Thuisfronttelefoon:
0800 – MARINE1
Vlnr: SGTLDA Wonink, LTZ1 Goetzee, AOOMARNALG Terwint.
Vader krijgt op zondag een ernstig ongeval en zijn zoon vaart. Hij is op patrouille ergens in de Caraïbische Zee. Hoe kan hij zo snel mogelijk worden ingelicht? Via een nieuw telefoonnummer dat 24 uur per dag, Tekst: Barry Wijnandts zeven dagen per week wordt bemand. Voor vertrek van een lange reis of missie heeft de marine de goede gewoonte om het thuisfront van de bemanning uitvoerig te informeren over wat te doen bij familieomstandigheden. Aan de informatievoorziening lag het niet, maar aan de eenvoud kon nog wel worden gewerkt. In plaats van twee lokale nummers voor tijdens en buiten kantooruren is er nu een gratis en herkenbaar 0800-nummer. Hierop is ‘de marine’ vanaf nu altijd bereikbaar. Goed gekozen Het thuisfront kan tijdens kantooruren berichten doorgeven aan bureau Operationele Personeelszorg (OPZ) via telefoonnummer 0223-657600. Buiten kantoortijden is op dat nummer een antwoordapparaat te horen dat je verwijst naar de stafofficier van dienst (SOD) op 0223-658220. Deze nummers blijven bestaan, maar er is nu ook een extra nummer. 0800-MARINE1 (08006274631) is sinds 1 september 24 uur per dag bereikbaar.
kelen. Als het medisch is, zal door tussenkomst van een marinearts de situatie beoordeeld worden. Daarna zal de informatie op een zorgvuldige manier aan de militair worden doorgegeven. “In ieder geval zal het direct worden behandeld”, aldus Goetzee. Gerda Bekema, die de nieuwsbrieven voor het thuisfront van de mariniers verzorgt en wiens zoon bij de Tweede Bootgroep op Aruba is geplaatst, ziet het voordeel van het nieuwe nummer ook in: “In de nieuwsbrieven wordt altijd gehamerd op de contactgegevens. Het voordeel is nu dat je meteen de juiste persoon te pakken hebt. Geen antwoordapparaten meer en niet steeds doorverbonden worden, waarbij je elke keer je verhaal opnieuw moet vertellen.” De wens voor een 0800-nummer bestond al langere tijd bij bureau OPZ. Medio 2008 is het formeel aangevraagd. Vlak voor het zomerverlof is het nummer beschikbaar gekomen en sinds 1 september volledig operationeel.
Het nummer is goed gekozen volgens Gerda Beers-Fontijn. Haar zoon escorteert schepen op Hr.Ms. Evertsen en maakt jacht op piraten in de Golf van Aden voor de komende maanden. “In geval van calamiteiten ben je uit je doen en ze komen vaak onverwacht”, is haar ervaring. Toen haar vader overleed, bleek zij de telefoonnummers van OPZ of de stafofficier van dienst niet bij zich te hebben. “Omdat er in korte tijd veel geregeld moet worden, wil je wel zo snel mogelijk je zoon op de hoogte stellen. Een nummer als dit is makkelijk te onthouden.” “De personeels- en thuisfrontzorg staat bij het CZSK hoog in het vaandel en op deze manier willen we deze zorg nog verder verbeteren”, aldus luitenant-ter-zee SD 1 Hans Goetzee, hoofd OPZ. “Als service naar het thuisfront is het een gratis nummer dat vanuit Nederland kan worden gebeld.”
Thuisfrontzorg en familieberichten Het nummer is te gebruiken voor het thuisfront van alle militairen die onder bevel van het Commando Zeestrijdkrachten varen, oefenen of zijn uitgezonden. Dus ook het thuisfront van de landmachtcompagnie die is uitgezonden naar Curaçao, kan gebruik maken van dit telefoonnummer. Anderzijds gebruikt het thuisfront van het marinepersoneel in de Afghanistan-missie het nummer dat bij de landmacht in gebruik is voor familieberichten. 0800-MARINE1 is bedoeld voor thuisfrontzorg of voor het doorgeven van een familiebericht. Het is nadrukkelijk niet bedoeld om doorverbonden te worden met andere afdelingen van de marine of als algemeen informatienummer. Het algemene informatienummer van de telefooncentrale is 0223 653 000.
Meteen aan de lijn Als je 0800-MARINE1 belt krijg je altijd een medewerker van OPZ of de SOD aan de telefoon. Als er bijvoorbeeld in de thuissituatie iets aan de hand is, waarbij men wat steun kan gebruiken, kan OPZ het bedrijfsmaatschappelijk werk van defensie inscha-
Het kan natuurlijk ook dat men belt om informatie over een thuisfrontdag die bij OPZ wordt georganiseerd of over een postsluiting. Goetzee: “Ik nodig ons thuisfront van harte uit om vanaf nu gebruik te maken van 0800-6274631 (0800-MARINE1)” N 9
Eerste Lynx vlieger: “Het was te leuk”
60 jaar Vliegsquadron 7 Hij wordt het boegbeeld van 7 genoemd. Luitenant-ter-zee 1 b.d. Ferry Gonggrijp geniet al vijftien jaar van zijn pensioen, maar is op Maritiem Vliegkamp De Kooy nog lang niet vergeten. Begonnen als geschutsmaker, klom hij op naar onderofficier vlieger, maakte hij de emancipatieslag voor vliegers mee en bleef bij de marine als officier. Hij verliet de dienst drie jaar later dan zijn eigenlijke ontslagdatum, door bij te tekenen voor de functie hoofd opleidingen.Tekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Archief Gonggrijp heeft ruim elfduizend vlieguren op zijn naam, waarvan 6700 in helikopters. “Ik vermoed dat ik nog steeds het hoogste aantal vlieguren op de Lynx heb”, zegt hij als hij het overzicht van zijn staat van dienst bekijkt. Hoewel de vlieger niet stil is blijven staan in de tijd en de noodzaak van de ontwikkelingen binnen de maritieme luchtvaart zeker onderschrijft, heeft hij gevlogen in een periode dat er nog ‘van alles’ kon. Gonggrijp kan putten uit een schat aan mooie verhalen uit zijn marinetijd. Revolutionair toestel Zoals thans de NH90 wordt ingevoerd, heeft Gonggrijp de introductie van de Lynx meegemaakt. Deze snelle helikopter volgde de Agusta Bell op, waarmee de marine vloog sinds de derde oprichting van VSQ 7 in 1962. “Ik hoor de fabrikant nog zeggen: ‘The Lynx is easy to maintain’. We hebben wat uren onderhoud gehad aan dat ding. Maar ik heb me nooit zo veilig gevoeld in een toestel”, vertelt de oud-vlieger. “In de Agusta Bell was het echt werken. De Lynx was een revolutionair toestel. Het was de eerste helikopter met een semi-fixed rotor.” Waar de rotor bij andere types helikopters uit een ingewikkeld stangen- en scharnierensysteem bestaat om de bladen in alle standen te kunnen bewegen, zitten de bladen van de Lynx vast op titanium punten die kunnen bewegen. “Als je voor de eerste keer in een Lynx stil hangt, zie je hem heel regelmatig heen en weer zwenken”, zegt Gonggrijp. “Dat is je polsslag. Zo gevoelig is die helikopter.” Maar het is ook een heel simpel toestel, want menigmaal heeft Gonggrijp een passagier even achter het stuur gezet. “Binnen tien minuten kan iemand leren vliegen.”
wikkelen voor oppervlakte en onderwater oorlogvoering met de nieuwe apparatuur. Over de sonar was geen documentatie, over de Magnetic Anomaly Detector (waarmee contacten onder water kunnen worden opgespoord) evenmin. “Torepedo’s afwerpen vanuit stilstand, of voorwaartse snelheid. Een of twee tegelijk. Het was allemaal nieuw.” Nachtmerrie Met al zijn self-made ervaring was hij de aangewezen persoon in de opleidingswereld van de Marine Luchtvaartdienst. Die rol heeft hij met verve vervuld, waardoor zijn naam ook nu nog kleeft aan
Eerste vlieger Misschien maar goed ook, want Gonggrijp stond er in de beginperiode van de Engelse helikopter alleen voor. In Nederland werd hij als eerste vlieger op de Lynx gezet, waar tot dan toe nog erg weinig kennis over was. Hij hield zich bezig met procedures ont10
goede herinneringen bij de Marine Luchtvaartdienst, zegt hijzelf. Vanuit onder opgeklommen (met maar twee jaar ambachtsschool) wist hij als geen ander hoe moeilijk het was voor leerlingen. “De nachtmerrie van elke leerling: het gezicht van de instructeur weerspiegelde in elk klokje voor hem”, lacht hij. Omdat hij niet alleen de vlieger beoordeelde, maar eigenlijk iedereen die betrokken was bij de inzet van een helikopter, schreef hij aan een stuk door. “Dat maakte de leerling naast me behoorlijk zenuwachtig, natuurlijk.” Gonggrijp hechte waarde aan het sociale aspect in zijn instructie, een mentaliteit die hij onlosmakelijk verbindt met 7 SQ. In plaats van de officier van de wacht een uitbrander te geven als hij een manoeuvre ging maken terwijl de boordvliegploeg net de staart van de helikopter klapte, nodigde hij de wachtsofficieren uit om deze klus zelf een keer te klaren als het schip ‘bakboord aan boord’ ging. Gonggrijp begreep dat de scheepsbemanning met enige argus keek naar de luxepositie die een vliegploeg aan boord lijkt te bekleden. “Je moet dus niet te beroerd zijn om je na twee nachtvluchten aan te bieden om de bootsman naar de wal te brengen, omdat hij net te horen heeft gekregen dat er thuis iets aan de hand is.” Zijn leerlingen schoten daar misschien iets in door. “Na een motorbrand stond ik erop dat de leerling de brandweer ging bedanken na afloop. Ook groet je ze gewoon als je ze tegenkomt. Dat respect wilde ik ze bijbrengen.” Totdat Gonggrijp commentaar kreeg van de brandweer: “ ‘Wat heb je gedaan’, zeiden ze, ‘Ik heb al drie keer een noodstop moeten maken omdat er iemand op de vliegbaan naar me stond te zwaaien’.” Stunten Op de helikopter voerde Gonggrijp zijn eigen commando. Hij maakte vele vlieguren in zijn eentje in de kist, of vloog samen met een andere collega door Europa voor allerhande vliegdemonstraties. “Daarmee haalden we zoveel succes, zelfs bladen in Engeland schreven het Double Dutch team, zoals we genoemd werden.” Op een goede dag wilde de commandant ook wel eens weten wat wij dan zoal deden en gaven we hier een demonstratie.” Hoewel onder de indruk, was hij er niet blij mee. “Mannen, volgende keer huren jullie maar twee stuntvliegtuigjes, maar dat doen we niet meer met onze helikopters”, zou hij hebben gezegd. Vinca Gorton Een reddingsoperatie die Gonggrijp altijd zal bijblijven ging om de Vinca Gorton, dat nu een populair wrak is om op te duiken. Deze roll-on-roll-off voer met grote rollen papier naar Antwerpen en werd overvallen door een storm voor de kust van Petten.
Het is een verhaal van oprichten, opheffen, heroprichten en herinrichten, maar dit jaar wordt gevierd dat Vliegtuigsquadron 7 (of 7 Squadron, zoals het sinds vorig jaar heet) zestig jaar bestaat. Begonnen als lijndienst voor Nieuw Guinea met Catalina vliegboten is 7 SQ nu al 47 jaar het opleidings- en Search-and-Rescue helikoptersquadron van de De Kooy. Om het zestigjarig bestaan van 7 SQN te vieren wordt dit jaar een reünie georganiseerd op 19 september. Deze dag is gelijk met de open dag van Den Helder Airport en er zullen airshows gehouden op de De Kooy. Een mooie gelegenheid om oud-collega’s weer eens te spreken en met vliegdemonstraties op de achtergrond. Voor meer informatie over de reünie of aanmelden voor deelname aan de reünie zie www.60jaar7.nl.
Enkele rollen papier waren door de scheepshuid geslagen en het schip kapseisde. Ook dreigde het langzaam op een boorplatform af te stevenen. Twee helikopters van 7 rukten uit. “Van de een sloeg de kabel rond de reling en het schip dreigde de helikopter mee naar beneden te trekken,” herinnert Gonggrijp zich. “De kabel brak en sloeg terug door de voorruit van de helikopter en daarna kwam hij in de rotor terecht.” De heliredder, matroos Cor Bakelaar bleef daarom achter op het schip en kon de opvarenden begeleiden. Gonggrijp vertelt hoe de gehavende helikopter het ternauwernood redde naar het boorplatform. Hijzelf moest continu blijven manoeuvreren om 17 bemanningsleden één voor één van het kapseisende schip af te halen. “Het schip sloeg bij elke golf om en kwam weer overeind. Ik kon er niet stil boven blijven hangen. Mijn collega SGT WDV Gijs Velthuizen achterin gidste mij op het juiste moment naar het schip toe. We pikten iemand op en maakten weer afstand. Dat deden we tot iedereen gered was.” Gonggrijp zegt twee keer met gemengde gevoelens naar zijn werk te zijn gegaan. “Een keer regende het enorm en zat ik op mijn fiets. Mijn eigen auto kwam luid tuterend voorbij met mijn dochter achter het stuur. Dat mijn dochter al zo oud was dat ze mijn auto mee nam, was wel confronterend.” De tweede keer ging Gonggrijp met een euforisch gevoel naar zijn laatste werkdag en kwam hij terug met een contract voor nog eens drie jaar. Hij praat voor de oude garde onderofficier vliegers als hij zegt: “We hadden misschien vroeger de dienst uit moeten gaan, maar het was te leuk.” N
11
NLDA: “Al het benodigde voor rivieroperaties is er al”
Stroomopwaarts het land in Het lijkt het ‘eurekamoment’ van de faculteit krijgswetenschappen van de Nederlandse Defensie Academie. “Draai de handel negentig graden om”, zegt kapitein-ter-zee b.d. Wouter van Straten, “en een rivier is Tekst: Barry Wijnandts geen obstakel meer, maar een springplank om het land in te gaan.” Met het Nederlandse koloniale verleden in Indonesië, Nieuw Guinea en Suriname in het achterhoofd kun je je bijna afvragen waarom men het al niet jaren eerder heeft bedacht. Sterker nog, de Hollander is gevormd door rivieren en water. Het is de oorsprong van zijn economische succes in de wereld. Waarom stroomt het rivierwater dan niet door de Nederlandse militaire aderen? Dat moeten kolonel b.d. Van Straten en professor Julian Lindley-French zich hebben afgevraagd toen zij in 2007 begonnen aan een studie naar ‘Riverine Operations’, opereren in en vanuit riviergebieden. Hun eindrapport is in juli gepresenteerd aan de Commandant Zeestrijdkrachten. Geworteld in de industrie Om de mogelijkheden van rivierdelta’s en estuariums (enkelvoudige brede monding van een rivier in zee) als uitgangspunt voor een militaire operatie te verkennen, begon Van Straten zijn onderzoek daar waar de expertise al jaren aanwezig is: in de Nederlandse industrie. “Onder de Euromast heb je alles binnen anderhalve kilometer zitten.” In gesprekken met bedrijven als Mammoet, Smit en het Scheepvaart- en Transportcollege Rotterdam werd duidelijk hoe diep de Nederlandse industrie geworteld is in het gebruiken van de rivieren. De onderzoekers herontdekten dat “Nederland een maritieme handelsnatie is, gebonden aan de zee en rivieren en afhankelijk van de vrije beweging van mensen, goederen en diensten over water.”
Diep het land in De riviermonding als operatiegebied is eigenlijk een verlengstuk van het amfibische optreden, waarin het Commando Zeestrijdkrachten zich de laatste jaren heeft gespecialiseerd. De onlangs gepubliceerde Maritieme Visie 2030 geeft aan de trend door te willen zetten: “In 2030 beschikt de Koninklijke Marine over de capaciteit om maximaal gebruik van rivieren te maken om volledig in kustgebieden te kunnen doordringen.” Het daarvoor gebruikte Amerikaanse concept STOM (ship to objective manoeuvre) blijkt nog beperkt te zijn door een harde scheiding tussen maritiem optreden en landoptreden. “STOM houdt zich bezig met hoe je vanaf zee bij een doel komt dat maximaal op een bepaalde afstand landinwaarts ligt”, zegt Van Straten. “Dat gebeurt met kleine bootjes en helikopters en die komen niet veel verder vanaf de ‘sea base’.” Van Straten en Lindley-French wilden een antwoord vinden op dat gat. In de toekomst verschuift wereldwijd de militaire aandacht waarschijnlijk naar Afrika, een continent van grote landen met een onduidelijke infrastructuur maar met grote binnenwateren. “Dat is rustig water, waar je weinig afhankelijk bent van sterke stormen en zeegang. De oevers en het land zijn onveilig. Er heersen krijgsheren, er zijn ebolavirussen en andere ongein.” Van Straten trok de conclusie dat een brede riviermonding een relatief veilige omgeving is voor een basis, van waaruit strijdkrachten eenvoudig diep het land in kunnen komen.
De Zweedse CB90 is ideaal voor rivieroperaties. 12
Draai de handel negentig graden om en de rivier is geen obstakel meer.
Zweedse eilanden De kracht van het onderzoek moet worden gezocht in de relatief lage investeringskosten. “Al het materieel dat er voor nodig is, is er in feite al bij ons of bij onze bondgenoten”, zegt Van Straten. Naast de grote platformen haalt hij bijvoorbeeld veel inspiratie uit de Zweedse CB90, bij de vloot een veel geziene tegenstander bij FIAC-oefeningen (Fast Incoming Attack Craft) in de Scandinavische wateren. Een kleine, zeer snelle en goed gecamoufleerde boot (veertig knopen), die thuis is tussen de fjorden en de duizenden eilandjes van de Zweedse kustlijn. “Hun marine is van oudsher ingericht om een Sovjetaanval snel op te merken en in korte tijd af te slaan in dat grillige Zweedse kustgebied”, legt Van Straten uit. “Zij missen echter de expeditionaire component, waar wij ons op hebben toegelegd. Als we die dingen bij elkaar kunnen brengen, dan zijn we in staat om ver van huis een land in te trekken over de rivieren.”
genoeg is, leggen gespecialiseerde bedrijven pontons neer, waarop een basis kan worden gebouwd. Deze pontons zijn in de commerciële wereld al voorhanden. Drijvende containers of drijflichamen kunnen worden geschakeld tot enorme platformen, waarop ruimtes voor leven, werken, helikopterdekken of andere functies kunnen worden gecreëerd. Containers kunnen worden gevuld met schuim, zodat het drijfvermogen intact blijft als ze worden doorboord door kogels of scherven van granaten. Met gebruik van rubberen rollers zijn dit soort platformen zelfs te verplaatsen over land, om ondieptes, watervallen of dammen te passeren. Maar ook kunnen de drijflichamen of containers uitgerust zijn met aandrijving, zodat de rivierbasis zichzelf kan verplaatsen. Aken en kustvaarders zorgen voor een continue bevoorrading. Zij pendelen heen en weer tussen grote containerschepen en de rivierba-
Made in Holland Terug naar de industrie. Lopende het onderzoek kreeg Van Straten een tip om eens in Latijns-Amerika te kijken. De marines van de Zuid-Amerikaanse landen zijn bij uitstek gericht op
Zonder investeren verder het operatiegebied inkomen patrouilleren op grote rivieren als de Amazone, de Orinoco en de Rio Grande. “In Colombia varen ze met bootjes die door hun constructie met schuine wanden heel goed bestand zijn tegen handgranaten. Weet je waar die ontworpen zijn? Bij Damen Shipyards in Gorinchem!” Het rapport beschrijft verder hoe het nieuwe hoofdkantoor van Mammoet gebouwd is op een andere locatie dan waar het nu staat in Schiedam. Het bedrijf heeft het gebouw met behulp van varende kranen ‘opgepakt’ en over de Nieuwe Maas verplaatst met een sleepboot van Smit. “Wij hebben nu een manier gevonden om zonder investeren toch veel verder in het operatiegebied te komen met defensie. Dus als je samen met de land- en luchtmacht, enkele buitenlandse marines en de Nederlandse maritieme sector wat bestaande middelen bij elkaar legt, kun je nu al veel verder gaan met expeditionair optreden.” Concept van opereren Het rapport beschrijft de riverine operatie als volgt. In de eerste fase wordt al het materieel van de thuishaven met grote transportschepen uit de militaire en wilde vaart verscheept naar het STOMgebied. Vervolgens zorgen aanvalshelikopters en -boten voor een veilige omgeving in het estuarium. Als de riviermonding veilig
“Op het land heersen krijgsheren, er zijn ebolavirussen en andere ongein.”
sis. Bevoorraden wordt daarmee veel goedkoper en regelmatiger dan bij een landbasis mogelijk is. Dat gaat per vliegtuig of over land, over of door vijandelijk gebied met een relatief kleine laadcapaciteit. Hovercrafts, transporthelikopters en landingsvaartuigen brengen mensen en middelen naar de wal, terwijl de aanvalsboten en -helikopters de omgeving veilig houden. De onderzoekers menen een antwoord te hebben gevonden op een probleem waarmee tot dusverre alle bondgenoten mee kampten. “Inmiddels is dit rapport al door veel marinestaven gelezen. Het zal interessant zijn om te zien waar men dit soort werk gaat doen.” Door het samenvoegen van commerciële en internationale militaire kennis en materieel kan er goedkoper expeditionair worden opgetreden. Van Straten: “De hoeveelheid geld voor defensie zal nooit toenemen. Hier is een methode gevonden om effectiever te zijn zonder mega-investeringen.” N 13
Directeur commandeur De Waard ziet industrie als strategische partner
De meerwaarde van het Marinebedrijf De verandering heeft jaren in beslag genomen, maar langzaam maar zeker is het gelukt. Van een hele serie onderhoudsbedrijven werd uiteindelijk in Den Helder een goed geoutilleerd onderhoudsbedrijf geformeerd. In naam is het Marinebedrijf nog altijd sterk verwant aan de Koninklijke Marine, maar in de praktijk werkzaam voor Tekst: Bert van Elk/Foto’s: archief alle krijgsmachtdelen. Het Marinebedrijf heeft momenteel een kleine tweeduizend mensen in dienst. “De Defensie Materieel Organisatie (DMO), waaronder het Marinebedrijf valt, telt in totaal zesduizend man. Dan lijkt het Marinebedrijf groot, maar het zit ‘m vooral in de organisatiewijze waarbij de Koninklijke Marine al in de jaren negentig er voor heeft gekozen om vrijwel de hele materieellogistieke keten onder te brengen in dit onderhoudsbedrijf. Ons personeel doet het groot onderhoud en de tussentijdse onderhoudsbeurten. Bij de lucht- en de landketen zit een aanzienlijk deel van de onderhoudscapaciteit bij die operationele commando’s. De omvang van de zeeketen lijkt in eerste instantie dus groot, maar hij is gewoon anders ingericht”, aldus de algemeen directeur van het Marinebedrijf, commandeur dr. ir. Arie Jan de Waard. Kenniscentrum voor instandhouding “Het Marinebedrijf wordt in de lokale pers wel eens de garage van de vloot genoemd, maar die naam doet ons echt te kort. Het Marinebedrijf is veel meer een kenniscentrum voor instandhouding. Daarbij werken we niet alleen voor de marine, maar ook voor land- en luchtmacht. Bijvoorbeeld het voormalige Marine Elektronisch en Optisch Bedrijf had al een afdeling Optronica die is opgegaan in het Marinebedrijf. Een productunit met een specialistisch en hoogwaardig werkpakket. Zij zijn de mensen die nu bijvoorbeeld voor land- en luchtmacht de nachtzichtkijkers op de voertuigen en de ‘night vision goggles’ van de vliegers onderhouden. Ook wordt het onderhoud steeds internationaler. Wij doen bijvoorbeeld het onderhoud aan de M-fregatten van de Belgische marine en zij het onderhoud aan een deel van onze mijnenjagers.” Meer verscheidenheid De onderhoudscapaciteit van het bedrijf is in de afgelopen jaren gereduceerd. “Niet verwonderlijk, want de vloot is ook kleiner geworden”, zegt hij. “We zijn van relatief grote series gelijke schepen - zoals tien Standaardfregatten, acht Multipurposefregatten en vijftien mijnenjagers - terug gegaan naar schepen waarvan we er maar één of twee van hebben. Dat heeft consequenties. De verscheidenheid aan systemen en installaties is vele malen groter.
Geen garage van de vloot
De onderhouds- en beheersbehoefte is dus niet lineair afgenomen met de afname van het aantal eenheden.” Driehoek “Tegenwoordig besteden we veel werkzaamheden uit. Bij de afweging wat we zelf doen en wat we uitbesteden is het uitgangspunt dat we altijd de kennis in huis moeten houden om te beoordelen hoe we het werk moeten uitvoeren en wie we eventueel de klus voor ons moeten laten uitvoeren.”, stelt De Waard. “Het Marinebedrijf behoudt de uitvoerende capaciteit voor de invulling van deze rollen. Daarnaast hebben we engineers (de kennisregiefunctie) en materieellogistieke planners (de bevoorradingsfunctie) om de instandhouding van wieg tot graf te ondersteunen. De meerwaarde van het Marinebedrijf zit in de driehoek uitvoering, engineering en materieellogistiek. Het Marinebedrijf staat voor maximale gereedheid tegen minimale kosten en minimale voorraden op de plank.” Voor de uitvoering van deze taak heeft het Marinebedrijf behoefte aan strategische partners uit de industrie. De Waard voorziet dat het een kwestie van tijd is totdat bedrijven op het terrein van het Marinebedrijf een dependance openen om gezamenlijk te voorzien in de materiële gereedheid van de eenheden. Vooruitgeschoven posten “Kijk”, zegt commandeur De Waard, terwijl hij vanuit zijn kamer op de zesde etage naar buiten wijst. “Zie je die portocabins op het terrein van het Marinebedrijf staan? Dat zijn vooruitgeschoven posten van externe bedrijven. Het Marinebedrijf heeft veel potentie en werkt graag met de industrie samen. Bij de vroegere onderhoudsbedrijven van de marine heeft lang de wij-zij-mentaliteit geheerst: deze bedrijven wilden alles zelf doen, dus waar hadden we de industrie voor nodig? Met de gewijzigde samenstelling van het bedrijf en de nieuwe ambitie doen we bewust niet alles meer zelf. We hebben kritisch naar het eigen takenpakket en de mogelijkheden van de industrie gekeken. De conclusie is dat we complementair aan elkaar moeten zijn. Dat biedt voor alle partijen kansen. We willen het samen doen met de industrie, omdat we niet in alle gevallen zelf de volledige capaciteit in huis hebben. Het Marinebedrijf kan, als het handiger is dat de industrie het onderhoud uitvoert, de regie voeren en erop toezien én garanderen dat defensie waar voor zijn geld krijgt. “Dat zijn kernkwaliteiten van het Marinebedrijf. Ook voor omvangrijke en ingewikkelde opdrach-
14
ten zoals het onderhoud en de modernisering van de onderzeeboten van de Walrusklasse hebben we elkaar nodig.” Einde levensduur Een belangrijke taak van het Marinebedrijf is zeker te stellen dat systemen tot het einde van hun levensduur onderhouden kunnen worden. De Waard vindt dit vooral gelden op het gebied van de sensor-, wapen en commandosystemen zoals de Goalkeeper. “De maker ervan, Thales, is vooral georiënteerd op nieuwbouw. Zij zijn erg trots als ze ons kunnen laten zien dat hun nieuwste versie van een apparaat dat bij ons nog in een grote kist staat, bij hen in een lucifersdoosje past. En terecht. Maar zij zijn minder gericht op onderhoud van dat grote apparaat. Het Marinebedrijf heeft de specialisten die verknocht zijn aan de in gebruik zijnde systemen en willen zeker stellen dat die hun beoogde levensduur zullen halen. Zelfs systemen voor buitenlandse partners worden onderhouden door het Marinebedrijf, zoals de Goalkeepers voor de Britse marine. Tele-maintenance Daarnaast heeft het bedrijf een brandweerfunctie. Op het moment dat een eenheid waar ook ter wereld een technisch probleem heeft, kan het Marinebedrijf á la minute een crew uitsturen. Een voorbeeld is de recente assistentie aan boord van Hr.Ms. De Zeven Provinciën die voor de kust van Somalië een antipiraterijmissie uitvoerde. Voor het ondersteunen van een operatie is het belangrijk dat defensie zelf over deze capaciteit beschikt. Volgens directeur De Waard is het zogenoemde ‘tele-maintenance’, waarbij het Marinebedrijf de schepen op afstand gaat ondersteunen, een belangrijke ontwikkeling voor de toekomst. “De tijd dat je een schip met tientallen techneuten bemant, ligt achter ons. Dankzij moderne technieken kan je op afstand meekijken in de systemen aan boord, zoals in de vliegwereld nu al gebruikelijk is.” Volledig uitbesteed De Waard benadrukt dat de samenwerking met de industrie gebaseerd moet zijn met wederzijds respect voor elkaars rol. De Duitse
en Engelse marine hebben het hele onderhoudspakket aan de vloot uitbesteed aan bedrijven, maar daarmee maak je je als overheid in zijn optiek te afhankelijk. Het Marinebedrijf heeft bijvoorbeeld op verzoek van de Duitse marine en proefofferte uitgebracht voor het onderhoud aan een Duits fregat. Daaruit bleek dat de prijs van het Marinebedrijf aanzienlijk lager lag. Kortom, samenwerking met de industrie is belangrijk maar defensie moet wel de capaciteit in huis houden om smart buyer en smart specifier te zijn. “Als je dit niet meer kan, kun je niet meer gefundeerd zeggen: we willen dit en dat is een redelijk bedrag ervoor.” PPS De toekomst van het Marinebedrijf ziet er volgens De Waard goed uit. “De driehoek uitvoering, engineering en materieellogistiek blijft het fundament van ons bedrijf. We leggen in de toekomst nog meer de nadruk op onze kennis- en regiefunctie. We houden bewust uitvoerende capaciteit in huis waarbij ruimte bestaat voor vergaande samenwerking met de industrie.” Door de intensieve samenwerking ontstaat volgens de directeur een voordeel voor beide partijen. “De som is meer dan de afzonderlijke delen.” Hij denkt dat daarbij vormen van publiek-private samenwerking in de onderhoudssector alleen maar vaker gaan voorkomen. Bijvoorbeeld één van de onderdelen van het Marinebedrijf, de Centrale Oppervlakte Behandelingsinstallatie (COBI/NEUTRA) wordt naar verwachting op korte termijn in exploitatie gegeven bij een private partij met een concessieverlening voor tien jaar. “Deze vorm van publiek-private samenwerking (PPS) kan in de toekomst worden uitgebreid. Dit biedt kansen voor het Marinebedrijf en het bedrijfsleven.” Het zou ook goed aansluiten bij de wens van de regionale overheid om de economie rond Den Helder te versterken met meer offshore-industrie en een groot maritiem kenniscentrum. “Dat zou ook weer aansluiten op de Havenvisie voor Den Helder. Daarin wordt gedacht om ten oosten van de Nieuwe Haven op het wad een onderhoudspark voor windmolens, de aanlegfaciliteit voor de veerboot naar Texel en een mogelijkheid voor het dokken van grote schepen te maken. Voor dit dok is een PPS-constructie nadrukkelijk een optie. De industrie voert dan de regie over dit dok waarbij defensie voor een aantal dokkingen per jaar van de grote schepen zoals de Landing Platform Docks trekkingsrechten heeft. Kortom, de Waard ziet een rooskleurige toekomst voor een strategische en langdurige samenwerking tussen het Marinebedrijf in Den Helder en de industrie. N Naschrift: Het volledige interview met CDR De Waard heeft eerder in het NIDVmagazine gestaan.
15
Als reservist naar Curaçao Reservisten Jose Marte en Hans Buschman legden hun eigen werkzaamheden Re tijdelijk neer, trokken het uniform weer uit de kast en vertrokken voor vier weken ti naar Curaçao om te assisteren bij het onderhoud van Hr.Ms. Pelikaan. Tekstbewerking: Barry Wijnandts en Vanessa Strijbosch “Er blijft iets knagen van het wereldje waarin je een aantal jaren hebt geleefd”, zegt Buschman. Zijn privésituatie liet het toe om voor dit soort dingen meer tijd uit te trekken. En de keuze om zich weer in te zetten voor de marine, was snel gemaakt. Marte en Buschman gaven zich op voor de Jungle Warfare Course in Suriname. “Ze waren kennelijk erg tevreden over ons, want we waren nog maar drie weken terug en we werden gebeld of we ook nog naar Curaçao wilden.” Vertrouwd De mannen waren onder de indruk van de ontwikkelingen sinds zij tien jaar geleden als matroos 1 TD de dienst verlieten. “Het viel ons op dat de schepen flink veranderd zijn. Veel ruimer en heel anders afgewerkt.” De werkzaamheden van de reservisten verschilden van terugleggen van de vloerplaten tot het schoonmaken en testen van diverse sensoren. “Gevarieerd en leuk werk”, vinden ze. “Ook de samenwerking met de vaste bemanning was super!” Het wachten was nog op hun eerste ‘vaart’ na hun uitdiensttreding. Toen de Pelikaan het dok verliet om naar haar vaste aanlegplaats te varen, waren ze meteen enthousiast. “Het voelde weer vertrouwd om te varen en het smaakte naar meer.” Meer ervaring Wat is de toegevoegde waarde van een reservist? “Onze instelling is in de burgermaatschappij veranderd”, vinden de beide exmatrozen. “Dat merk je als je terug bent. We brengen meer ervaring mee, sommige dingen gebeuren nu eenmaal anders in de burgermaatschappij.” De marine moet nog wennen aan werken met reservisten, vinden Buschman en Marte. Maar daar hopen ze een eerste zet aan te geven. “De mensen met wie we gewerkt hebben, waren zeer enthousiast. Het personeel staat open om weer reservisten in te huren.” N
De reservistenorganisatie Tot 2005 werd iedereen die de dienst verliet automatisch KMR (Koninklijke Marine Reserve). Voor manschappen tot de leeftijd van 35 jaar en voor onderofficieren tot 40 jaar en officieren tot 45 jaar. In 2005 is dit veranderd en word je alleen nog reservist op eigen verzoek. Degene die in 2005 de status van reservist hadden (15.000 bij de KM), zijn allemaal aangeschreven. Uit het bestand van 1150 overgebleven actieve reservisten KM is in 2007 een aantal pilotprojecten gestart: reservisten werden ingezet bij de Veteranendag, Marinedagen, de Nijmeegse Vierdaagse en de Wereldhavendagen. Een werkgroep werd in het leven geroepen om de reservistenorganisatie CZSK meer gestructureerd op de kaart te zetten. Het CZSK beschikt nu over 840 arbeidsplaatsen voor reservisten. Er zijn drie detachementen RMT (Reservisten Militaire Taken) van elk 129 arbeidsplaatsen sterk. In deze detachementen zitten zowel vloot als mariniers met als opkomstplaats Den Helder, Doorn en Rotterdam. Zij worden ingezet bij de eerdergenoemde evenementen en daar waar binnen de organisatie behoefte aan is. Daartoe worden de reservisten binnen de detachementen opgeleid. Lessen zoals omscholing C-7, militaire basisvaardigheden en exercitie staan op het programma. Naast deze drie detachementen RMT zijn er ook 228 arbeidplaatsen RSD (Reservist Specifieke Deskundigheid). Dit zijn veelal officieren, die voor ‘speciale’ opdrachten worden ingezet, zoals scheidsrechter of stafofficier bij internationale oefeningen. Ze kunnen ook voor kortere of langere tijd mee op uitzending, waar ze voornamelijk worden ingezet in hun specifieke deskundigheid, zoals arts, ingenieur, CIMIC. Tot slot is er de Zeeverkeersorganisatie (225 arbeidsplaatsen). Dit zijn oud-marine (onder)officieren die in tijden van crisis ondersteuning verlenen, waarbij NCAGS ( Naval Co-operation And Guidance for Shipping) wordt geactiveerd. (Met dank aan MAJMARNS Mien Heymann) Meer informatie over reservist worden bij het CZSK kunt u vinden op www.defensie.nl of u kunt contact opnemen met bureau reservisten, telefoonnummer: 0223 657202.
Voordat Marte en Buschman naar Curaçao vertrokken, werkten ze voor de jungletrainning in Suriname. 16
Internationale Taptoe 2009
Van 1 t/m 4 oktober presenteert De Nationale Taptoe een wervelend topspektakel in Ahoy Rotterdam. Naast de Nederlandse militaire orkesten treden dit jaar ook bands op uit Finland, Duitsland, Oostenrijk, en zelfs uit Korea. Ook staat er een spectaculaire acrobatische act op het programma. De Marinierskapel speelt ‘The Great Russian’, onder leiding van de nieuwe dirigent majoor Harmen Cnossen. Het bevat klassieke composities van een aantal Russische componisten verwerkt in een verrassend arrangement. Defensiemedewerkers en postactieven kunnen kaarten bestellen tegen gereduceerd tarief. Als medewerker van Defensie of als postactieve kunt u de Nationale Taptoe bezoeken en ontvangt u 5,00 korting op rang 1, rang 2, rolstoel/rolstoelbegeleiders plaats. De middagvoorstellingen beginnen om 14.30 uur en de avondvoorstelling begint om 20.00 uur en zijn in Ahoy Rotterdam. Voor meer informatie kunt u kijken op www.nationaletaptoe.nl. Kaarten kunt u bestellen met de bestelbon. Bij vragen over uw bestelling belt u met de Stichting Nationale Taptoe 0736 882 313. Het is helaas niet mogelijk om uw bestelling telefonisch, per e-mail of internet door te geven. Deze korting is niet geldig in combinatie met andere kortingsacties en/of aanbiedingen. Geldig zolang de voorraad strekt.
Met de slogan ‘ontdek de kracht van ons team’ stonden de Marinedagen dit jaar in het teken van goed werkgeverschap. De 130.000 bezoekers konden dit zelf ervaren door onder meer de demonstraties, het tentenkamp van het Korps Mariniers en de vele activiteiten en informatiestands. Maar wat voor beeld hebben de bezoekers eigenlijk van de marine? Vinden zij defensie een goede werkgever? Alle Hens hield een Tekst: Vanessa Strijbosch/Foto’s: Ruud Mol (AVDD) mini-steekproef. Niet helemaal duidelijk Tijdens de demonstratie staan Els en Felix Huitema aandachtig te kijken naar het spektakel op het water en in de lucht. Ze bezoeken voor het eerst de Marinedagen en genieten zichtbaar van deze open dag. Wat weten zij van de marine? “Eerlijk gezegd niet zo heel veel. We waren zojuist in een van de tenten en zijn daar iets meer te weten gekomen over de taken”, aldus Felix. “Van de reclamespotjes herinner ik mij de leus ‘veiligheid op en vanuit zee’ en uit de kranten en op het journaal zie ik regelmatig berichten terugkomen over piraterij. Maar waarmee de marine allemaal exact bezig is, is mij niet helemaal duidelijk.”
Een prachtige werkgever Remco Vliegenhorst is een ouwe rot als het gaat om de Marinedagen. Aan zijn leeftijd is het niet te zien, de Limburger is eind dertig. Maar als het om de open dagen van defensie gaat, staat hij altijd vooraan. Dus ook tijdens de demonstraties van de Marinedagen. Met zijn professioneel uitziende camera en indrukwekkende zoomlens erop, legt hij alle spectaculaire plaatjes vast. Maar dat niet alleen, zegt hij. “Ik fotografeer ook bezoekers, want hier loopt werkelijk van alles rond.” Graag was hij op zijn achttiende ook in dienst gegaan, maar werd afgekeurd bij de landmacht. Zijn teleurstelling was destijds zo groot dat hij niet meer probeerde om bij de andere krijgsmachtdelen binnen te komen. “Maar ik koester geen wrok hoor”, lacht hij. “Als ik tien jaar jonger was geweest, had ik wellicht nog eens overwogen om te solliciteren. Ik vind defensie een prachtige werkgever die veel te bieden heeft.”
Goed werkgeverschap op Marinedagen Moeilijk inschatten
Het wordt mijn dood
De zesjarige Bram Schilder durft eigenlijk niet met het touw over de waterbak van het Korps Mariniers en kijkt zijn moeder Eva Schilder met bange vragende ogen aan. “Je kunt het Bram, toe maar”, roept ze vanaf de kant. Bram wil later ook dolgraag marinier worden, vertelt ze. Vindt zij, als moeder van een marineliefhebber, de Koninklijke Marine een goede werkgever? “Wij komen hier elk jaar en elke keer heb ik een positief beeld van de marine. Maar het is zo’n ontzettend grote organisatie. Ik vind het moeilijk in te schatten in hoeverre dat ook werkelijk zo is. Wie weet zullen we dat over een jaar of vijftien kunnen weten via Bram”, lacht ze.
Een groepje jonge meiden staat tegen het hek nabij het tentenkamp van het Korps Mariniers aangeleund. Ze giechelen een tikje uitdagend wanneer een paar mariniers voorbijlopen. De meiden lijken meer geïnteresseerd in het marinepersoneel dan in het materieel. Is dat ook zo? “We vinden ze wel stoer”, roept een van de meisjes boven het gelach uit. Maar zelf bij de marine werken, zien ze kennelijk niet zo zitten. “Ik zou echt niet aan boord willen zitten van zo’n boot. Dan word ik helemaal gek”, antwoordt een ander. Ze wordt aangevuld door haar vriendin die dat nog eens theateraal onderstreept: “Met z’n allen in zo’n kleine ruimte? Dat wordt mijn dood!”
18
De Marinedagen in beeld Zoals elk jaar pronkten ook de mariniers met hun materieel. Al is deze BV niet meer de nieuwste in zijn soort en wordt zijn opvolger de Viking momenteel operationeel ingezet in Afghanistan.
Twee primeurs op de Marinedagen: Souschef PERSLOG CDR Henk Itzig Heine opende de nieuwe PVKM-stand en voor het eerst werkten KM en KMAR samen in de meldkamer en commandopost.
De demonstraties trokken veel publiek. De bezoekers aan boord van Hr.Ms. Johan de Witt en Hr.Ms. Haarlem zorgden er zelfs voor dat de beide schepen overhevelden.
Er waren veel jonge Jantjes op het terrein.
Het nieuwste pronkstuk van de marinevliegers.
19
(foto: Peter Wiezoreck)
Duizenden veteranen op de been De vijfde editie van de Nederlandse Veteranendag heeft meer dan zeventigduizend bezoekers getrokken naar Den Haag. Op deze dag gaven onder anderen kroonprins Willem-Alexander en premier Jan Peter Balkenende blijk van hun waardering voor veteranen. (foto: Peter Wiezoreck)
Het thema dit jaar was ‘Veteranen met een missie’. “Wees militair, maar blijf mens”, zo omschreef ridder Militaire Willemsorde Marco Kroon het succes van Nederlandse uitgezonden militairen. Het blijkt dat veel militairen na hun missie nog een speciale band houden met het gebied waar ze uitgezonden zijn geweest. Een groeiende groep blijft zich na diensttijd inzetten voor die gebieden. Generale voor de Marinedagen Met een speciale eerste dag voor de veteranen hebben de Marinedagen een goede generale repetitie beleefd. Tussen de 12.000 en 15.000 veteranen, begeleiders en oud-marinepersoneelsleden bekeken de binnenliggende schepen, eenheden van het Korps Mariniers en de spectaculaire demonstraties. In zijn welkomstwoord aan de veteranen benadrukte de commandant Zeestrijdkrachten luitenant-generaal Rob Zuiderwijk dat we vooral niet mogen vergeten dat vrede en veiligheid geen vanzelfsprekendheid zijn, maar zijn bevochten door onze jonge en oude veteranen. Ook het thuisfront werd uitvoerig bedankt voor het brengen van de nodige offers en hun cruciale steun aan de militairen. Bijzonder moment tijdens deze dag was de binnenkomst
van het marinefregat Hr.Ms. Van Amstel na een reis van zes maanden. De Van Amstel heeft als stationsschip in het Caraïbisch Gebied gevaren in het kader van drugsbestrijding. N
Vooraf gaand aan de Marinedagen vindt in Den Helder ook een Veteranendag plaats. (foto: Albert Vermeulen)
20
Gedragscode in beeld
Aanspreken op gedrag ligt nog lastig Krijgsmachtdeeladjudant AOOTDW Jules de Bree over samenwerken en aanspreken: “De bereidwilligheid om tot elkaar te komen is er zeker en is merkbaar. Toch blijft eigen haard goud waard, bij de krijgsmachtdelen onderling maar ook binnen het CZSK. We hebben duidelijke gemeenschappelijke doelen, maar wat we zelf als individu nastreven, speelt nog altijd mee. Men blijft de ‘ik’ belangrijk vinden zonder de ander tekort te doen. Dat is goed, maar het moet wel in balans zijn met het organisatiebelang. Iedereen is absoluut verantwoordelijk voor zijn eigen gedrag, maar hierin kan en moet een ander ook een begeleidende rol hebben en daar waar nodig verantwoording nemen naar de ander toe. Ik merk dat dit bewustwordingsproces van eigen verantwoordelijkheid de goede vorm heeft aangenomen in onze organisatie. Mensen praten er meer over en spreken elkaar vaker aan. Elkaar durven aanspreken op de kwaliteit van het werk is naar mijn mening nooit echt een probleem geweest. Aanspreken op gedrag ligt lastiger. Leiding durven nemen gaat samen met de ruimte die je krijgt van je leidinggevende. Je maakt zelf het verschil. Ik ben van mening dat we nog meer op de goede weg zitten en dat de equipage hier goed mee om kan gaan. Het zijn tenslotte allemaal goede mannen en vrouwen.
Ik werk samen met collega’s en ben mede verantwoordelijk voor hen en het team. Ik spreek anderen aan op hun gedrag en accepteer dat anderen mij op mijn gedrag aanspreken.
Promotieonderzoek brengt bewegende bodem in kaart
Golvend zand De zeebodem is continu in beweging. Op de ene plaats meer dan op de andere. De hydrografische opnemingsvaartuigen Hr.Ms. Snellius en Luymes moeten zeker stellen dat de schepen die laatste decimeter die er volgens de kaart nog onder de kiel moet zijn, er daadwerkelijk nog is. Maar hoe frequent moet een hydrograaf meten om zeker te zijn dat de diepte op de kaart nog steeds klopt? Tekst: Barry Wijnandts/Beeld: Barry Wijnandts, Dienst der Hydrografie
Dorst: “Zandgolfpatronen van enkele honderden meters lang en enkele meters hoog groeien en schuiven op in de tijd. Op zee is dit hooguit zo’n tien meter per jaar, maar nabij de zeegaten kan het wel honderd meter per jaar zijn.”
“Sommige schepen steken zo diep, dat ze alleen op de hoogwatergolf door het Kanaal, de Straat van Dover en de Eurogeul moeten. Als ze dan blijven steken, wordt de situatie gevaarlijk.” Kapiteinluitenant-ter-zee Jan Appelman en zijn collega’s zijn zich sterk bewust van de verantwoordelijke taak die zij bij de Dienst der Hydrografie hebben. “Als het water vier meter daalt, breekt zo’n schip, waarna je een ramp van enige omvang kunt verwachten.” Een onderzoekscommissie zal de maker van de onbetrouwbare zeekaart eenvoudig vinden. Onder elke Nederlandse zeekaart wordt vermeld: ‘published by the Hydrographer of the Royal Netherlands Navy at Den Haag.’ Natuurlijke beweging Het Commando Zeestrijdkrachten gebruikt de kreet ‘veiligheid op en vanuit zee’ om de capaciteit tot wereldwijd maritiem ingrijpen tegen ongewenste menselijke activiteit te onderbouwen. Je zou makkelijk vergeten dat twee opnemingsvaartuigen en een achterliggende organisatie optreden tegen de bedreiging door natuurlijke activiteit van de scheepvaart op het Nederlands Continentaal Plat en in de wateren rond de Nederlandse Antillen. De Dienst der Hydrografie zorgt er al 135 jaar voor dat scheepvaart in de koninkrijkswateren niet onaangenaam verrast worden door de beweging van de zeebodem. Onder invloed van stroming verplaatsen golven van zand zich onder het wateroppervlak. Soms maar een paar decimeters hoog en breed, soms ook van het formaat duin. Voor de Dienst der Hydrografie betekent dit dat er regelmatig moet worden gemeten om te weten wat de actuele diepte van onze zeebodem is.
gebruiken en regelmatig bij te werken”, legt Appelman uit. “Van oudsher voeren veel marines de hydrografische opnemingstaak uit.” Op basis van eigen ervaring en van haar partners heeft de dienst een opnamecyclus ontwikkeld van vijftien jaar, waarin het hele Nederlands Continentale Plat moet zijn gemeten. Zo is bepaald dat de aanlopen van bijvoorbeeld Rotterdam en IJmuiden een keer in de twee jaar, de verkeersscheidingstelsels voor de kust eens per vier jaar en de relatief stille hoek van de Doggersbank in het uiterste noordwesten eens in de hele cyclus moet worden bemeten. Maar voor de onderbouwing van die cyclus is ervaring alleen aan de magere kant. “Als deze cyclus wordt gehanteerd, dan leert de ervaring dat de scheepvaart veilig kan varen op onze kaarten”, aldus Appelman, “maar we hebben behoefte aan meer efficiëntie zonder op veiligheid in te moeten boeten.” De werkdruk van de hydrografische opnemingsvaartuigen is hoog en er is al een achterstand. Naast de vele vaar- en opnemingsdagen moeten onderhoudsperiodes worden ingepland en er is ook een militaire klant, die hun capaciteit nodig heeft om eenheden veilig te laten varen en landen op kusten in den vreemde. “Hoe ver kunnen we het aantal meetdagen terugbrengen?” Moeilijk meten Op de afdeling geodesie en getijden werkt ir. Leendert Dorst aan een project dat verlichting kan brengen in het aantal opnemingen op de Noordzee. Op 4 september promoveert hij aan de universiteit Twente op een methode om dieptemetingen in de tijd met elkaar te vergelijken. “Is de zeebodem op een bepaalde plek in beton gegoten of is het juist bewegelijk?” vraagt hij zich dagelijks af. Het lijkt een eenvoudige vraag, maar het opnemen is een behoorlijk moeilijke klus. Er is een tiental factoren die moet worden geëlimineerd. Een schip op zee ligt niet stil. Ver uit de kust, uit het zicht van vaste peilpunten op de golven en met wisselende waterstanden is een exacte geografische bepaling in een driedi-
Eens per zoveel jaar “Volgens internationaal recht is de nationale overheid verantwoordelijk voor de productie van betrouwbare kaarten van hun zeegebied. Schepen zijn verplicht om deze officiële kaarten te 22
KLTZ Appelman: “Er zit spanning tussen de opnemingsvraag en opnemingscapaciteit.”
mensionaal vlak op zijn best een nauwkeurige schatting. Om erachter te komen of de bodem in de loop der jaren significant verandert, is een analyse tussen twee meetbeurten niet genoeg. “Ons systeem kan zeven of acht metingen tegelijk aan”, zegt Dorst, “en daarmee pik je ook een mogelijke meetfout er uit.” Stilstand Om deze nieuwe methodiek te ontwikkelen, heeft de Dienst der Hydrografie in 2003 contact gezocht met de Universiteit Twente, vanwege hun expertise op het gebied van modellen van golfbewegingen. “Voor ons was het ideaal om aan de hand van onze unieke statistische dieptegegevens een methodiek te maken waarmee we de bodembeweging kunnen voorspellen”, aldus Dorst. “De universiteit was meteen enthousiast omdat hun theoretische model-
len nu een nieuwe praktische, maatschappelijke toepassing hebben.” Dorst begon zijn onderzoek met een gebiedje ten zuiden van de Maas Aanloop, dat normaal een keer per jaar bemeten moest worden. “Daar zie je hele nette en regelmatige zandgolven. We hadden al het vermoeden dat daar niet zoveel beweging in zat. Dat kwam overeen met ons model. Het gebied staat daar al sinds de jaren negentig stil.” Dichter bij de kust beweegt het zand wel, waardoor de aanloop continu dicht dreigt te slibben. “Door die gebieden te vergelijken, proberen we een uitspraak te doen over het tussenliggende gebied, waar we nog niets van weten.” Een week winst Wat levert dat uiteindelijk op? “Het is nog te vroeg om daar een voorspelling over te doen, maar,” zegt Dorst terwijl hij op de kaart zoekt naar een rode vlek boven Terschelling, “op micro-niveau hebben we hier een postzegel die eigenlijk minder frequent hoeft worden ingemeten, van een keer per jaar naar eens per twee jaar. Dit vlekje kost, inclusief transit en gereedmaken, een week varen. Dus dat is al een week per twee jaar winst.” Ook in het zuidelijke aanloopgebied naar de Rotterdamse haven lijkt hiermee een forse efficiencyslag mogelijk te zijn. Het terugbrengen van de reguliere opnemingscyclus houdt overigens niet in dat de opnemingsvaartuigen minder te doen zullen hebben. Grote infrastructurele projecten als de aanleg van de Tweede Maasvlakte en windmolenparken in de Noordzee, brengen weer hun eigen effecten teweeg op de zeebodem. Eerder onderzoek heeft bijvoorbeeld aangetoond dat windmolens zand vangen, dat ergens anders vandaan moet komen. Ook beïnvloedt overboord geslagen lading of zandwinning het gedrag van het sediment. Voordat de methodiek daar uitspraken over kan doen, moet de bestaande database voortdurend aangevuld worden met meervoudige metingen in deze nieuwe gebieden.
De vlekkenkaart van de opnemingscyclus kan met de nieuwe methodiek opnieuw worden ingericht.
Hoewel de Dienst der Hydrografie het model voornamelijk gebruikt om hun opnemingscyclus beter af te stemmen, zijn de gegevens voor analysedoeleinden ook nuttig. Onderzoeksinstituten kunnen hiermee bijvoorbeeld voorspellingen doen over de impact van infrastructurele werken in zee. En terugkomend op het militaire ingrijpen tegen ongewenst menselijk gedrag: “Een gemeld explosief verdwijnt soms weer onder het zand tegen de tijd dat een mijnenjager in de buurt is. Met het model zouden we misschien kunnen voorspellen wanneer hij weer tevoorschijn komt”, aldus de promovendus. N 23
Mariniers varen van Maastricht naar Den Helder
Vierhonderd kilometer peddelen “Ik heb nooit meer dan vijf kilometer in een kajak gevaren”, vertelt sergeant-majoor Ron Denum terwijl hij zijn blauwe hap gulzig naar binnen werkt. De zes mariniers van het Opleidingscentrum Amfibisch zijn in Amsterdam aangekomen en hebben er na hun zesde etappe van hun monstertocht door Nederland zo’n 350 kilometer op zitten. Een team van dertig personen, bestaande uit twee Landing Craft Vehicle Personnel’s (LCVP), een Landing Craft Utility (LCU) en zelfs een logistieke dienst met een kok, begon Tekst: Vanessa Strijbosch vanuit Maastricht op vrijdag 3 juli aan de reis naar Den Helder.
Een hele organisatie: er voer zelfs een LCU met de kajakkers mee.
Kajakken van Maastricht naar Den Helder. Het idee voor deze opmerkelijke tocht door Nederland, ontstond bij luitenant-kolonel der mariniers Michiel Posthumus. De commandant van het Opleidingscentrum Amfibisch (OCAMFIB) op Texel bedacht het plan hiervoor tijdens een tochtje in zijn eigen kajak. “Toen ik het eenmaal in mijn hoofd haalde, wilde ik het uitvoeren ook”, aldus
de enthousiaste commandant die meerdere redenen heeft voor het organiseren van de lange vaartocht. Het Vrolijk-Op-Fonds van het Emma Kinderziekenhuis is daar een van. Jaarlijks organiseren de mariniers op Texel een vaardag voor de zieke kinderen van het kinderziekenhuis. Dit jaar wilde Posthumus het geld voor hen op een andere manier inzamelen en overhandigen. Een tweede motivatie voor de marathontocht, ligt dichter bij huis. “Ik wil het Opleidingscentrum Amfibisch weer goed op de kaart zetten”, aldus Posthumus. “Er is een knip gemaakt tussen opleiden en opereren, waardoor het nu minder duidelijk is wat wij doen. Ik wil de naam OCAMFIB meer bekendheid geven en laten zien dat ook deze mannen een opmerkelijke prestatie neer kunnen zetten.” Ook noemt hij de term Riverine Ops, opereren in riviergebieden. “Wij hebben het kenniscentrum Riverine Ops toegewezen gekregen. Dat kun je volgens mij het beste promoten door een bijzondere actie op de rivieren”, lacht hij. Van tropisch warm tot regen “Wie a zegt, moet ook b zeggen”, meent Posthumus en hij ging op zoek naar kandidaten. Korporaal der mariniers Chris Koopmans is eerste bestuurder van de LCVP en had weinig ervaring met varen in een kajak. Des mariniers zag hij direct al een uitdaging liggen. “Het was af en toe doorzetten, maar na vier dagen wist ik dat we het zouden redden.” En de spierpijn? “Het lichaam went eraan”, zegt hij nonchalant. “Ik denk dat mijn spieren pas beginnen te protesteren nadat we in Den Helder zijn aangekomen.”
“Ik heb het geen moment benauwd gehad in de boot”
Ook de commandant vindt de tocht tot nu toe meevallen: “We hebben alle typen weer meegemaakt: van tropisch warm tot regen, harde wind en onweer, maar ik heb het geen moment benauwd gehad in de boot.” Stroming en golfslag Naast Koopmans en Posthumus, varen ook sergeant Iwan Poel, eerste luitenant Johan Bleker, sergeant-majoor Ron Denum en kapitein der mariniers Bart de Groot mee. Laatstgenoemde maakte nog een spannend moment mee toen hij na een golfslag, veroorzaakt door een van de eigen rubberboten, omsloeg. Op de grote rivieren had het kajakteam het af en toe zwaar. Vooral de stroming en de golfslag veroorzaakt door de binnenvaart, waren obstakels. “Er zaten aardig lastige stukken tussen. Het was
Staatssecretaris Jack de Vries, ontvangt de kajakkers met lovende woorden. (Ruud Mol)
soms echt hard werken”, vertelt Koopmans. Per dag legde het team tussen de 38 en 58 kilometer af. “We hebben een etappe van 58 kilometer in elf uur gevaren inclusief de pauzes”, vertelt Denum trots. Een beetje eng “Ik vind het belangrijk dat wij als militairen laten zien dat wij met beide benen in de maatschappij staan”, benadrukt Posthumus. Dat bewijzen de mariniers door hun inzameling voor het Vrolijkop-Fonds. Op de zesde dag mogen acht patiënten van het Emma Kinderziekenhuis meevaren. Ze staan zichtbaar zenuwachtig te wachten voordat ze aan boord mogen en het laatste stukje van deze etappe naar het Marine Etablissement Amsterdam meevaren. Zennani Herkul slikt nog snel een van haar medicijnen weg voordat het boottochtje begint. Een van de moeders vertelt op de kade dat de kinderen er zo’n zin in hadden en zij de dagen aan het aftellen waren. Voor Zennani is het niet de eerste keer dat ze mee mag met het korps. “Ik ben al een paar keer op Texel geweest en heb daar ook meegevaren.” Maar echt onder de indruk van de mannen is ze niet bepaald: “Ik vind ze er een beetje eng uit zien.”
Moe en doorweekt komen de kajakkers aan in Amsterdam. (Eva Klijn)
“Na vier dagen wist ik dat we het zouden redden”
Dan is het zover: de laatste meters zijn in het zicht als de kajakkers op zaterdag 11 juli het demonstratieterrein van de Marinedagen naderen. De Commandant Zeestrijdkrachten en de staatssecretaris van Defensie staan hen op te wachten. Posthumus had zich voorgenomen om van dat moment te genieten, realiserende dat ze een prestatie hebben neergezet waar ze trots op mogen zijn. In totaal bracht de actie 5.237,85 euro op. N
Het einde is in zicht voor de mariniers die er dan ruim 400 kilometer op hebben zitten. (Ruud Mol)
Uitslagen MK duathlon Senioren: 1 LTZ 2OC A. Timmers, 2 R. Mulder, 3 D. Hajos Veteranen: 1 AOO R.E. de Jong, 2 Huisman, R., 3 Gleijsteen Dames: 1 WMR 1 A. Visscher, 2 LTZSD 2 B Koster Nijmeegse Vierdaagse 1 MOC – EVO 3 o.l.v. ELNTMARNS S. van ‘t Hullenaar 2 MOC – EVO 2 o.l.v. ELNTMARNS P.C.C. Hermans 3 MOC – EVO 1 o.l.v. SMJRMARNALG Jan den Dekker
Sportkalender september-oktober 2009 2-sep OPEN Beachvolleybal 4:4 3-sep MT Mariniersloop 8-9 sep NMK Tennis 11-sep OPEN Klein terrein Veldvoetbal D + V 16-sep NMK Survivalrun ind/koppel 16-sep MK Veldvoetbal 25-sep NMK 1/2 Marathon / P.T.P. loop 30-sep OPEN Sportschieten (Cramer revolver) 7-okt NMK Oriënteren individueel 15-okt NMK Veldvoetbal
KM Scheveningse Strand KM VGKAZ Rotterdam KM Amstelpark Amsterdam KL
LBO ’t Harde
KL P.I. Bankenbosch Assen KM MKWD Den Helder KM MKWD Den Helder Klu Heumensoord Nijmegen
Nijmeegse Vierdaagse 2009 Dit jaar hadden zestien detachementen, waarvan vier van Vrede & Veiligheid, en ruim tachtig individuele deelnemers van de marine zich opgegeven om deze mars der marsen af te leggen. Ook liepen er dit jaar een detachement van het KIM en drie EVO-mariniers detachementen mee. Dat militairen in opleiding gewend zijn aan het geformeerd lopen was goed te zien in de nominatie van beste detachement van de KM. Alle drie de MOC - EVO detachementen waren genomineerd. Uiteindelijk won het derde detachement, net de EVO opleiding afgerondd en klaar om operationeel te gaan. Zij kregen het vaantje en de beker uitgereikt door C-ZSK LTGENMARNS Rob Zuiderwijk. Het winnend detachement gaat in september naar Italië voor een tweedaagse mars van 16 en 18 kilometer.
KL JPK Havelte Klu FC Spakenburg
NMK’s en OMK’s inschrijven via intranet: inschrijvensport.intranet.mindef.nl. Overige evenementen inschrijven bij desbetreffende organisatie.
Zwemmers voor Naval Pentathlon gezocht De marine zoekt goede zwemmers, man of vrouw voor een marineteam Naval Pentathlon. De Naval Pentathlon, ook wel bekend als seaweek, is een tak van sport met diverse technische, nautische en conditionele vaardigheden. Twee zwemonderdelen, een marine hindernisbaan, een seamanshiprace en een cross gecombineerd met schieten en granaatwerpen maken deze vijfkamp uniek en uitdagend. De marine wil een heren- en damesteam starten om deel te nemen aan diverse internationale kampioenschappen met de Militaire Wereldspelen in 2011 in Brazilië als eerste (lange termijn) doel. Interesse? Stuur een mail naar:
[email protected].
Sneekweek Dit jaar heeft een marineteam deelgenomen aan de Sneekweek met een randmeer van de ARZV. Het team, bestaande uit Eric Goedel, Anton van Dijk en Luc Riemers, is het gelukt om een plaats in de goldfleet te bemachtigen. Ze werden uiteindelijk twintigste in een veld van 47 boten. Tijdens de opening van de Sneekweek nam het marineteam deel aan de vlootschouw, als eerste van vijf randmeren. Deze klasse zeilt al 45 jaar mee tijdens de Sneekweek. Dit was het eerste jaar dat er in deze samenstelling namens de marine gevaren is. Volgend jaar wordt het vizier op de top tien gericht, maar ook op een groter deelnemersveld van de marine.
Wervingskaravaan fietst door Friesland Een aantal medewerkers van PVKM deed mee aan de Fiets Elfstedentocht 2009. De route van 240 kilometer werd verreden in twee etappes waarbij de elf steden werden aangedaan. De start en finish waren in Bolsward. Dankzij de toenemende straffe noordoostelijke wind werden de laatste zestig kilometer voor elke deelnemer een ware beproeving. Desondanks haalden alle medewerkers van PVKM de finish. Naast de medewerkers van PVKM namen ook collega’s op individuele basis deel aan deze Fiets Elfstedentocht.
NMK judo Helaas een kleine opkomst van judoka’s van defensie bij het NMK judo in Apeldoorn. Dit jaar was het kampioenschap voor het eerst gecombineerd met het politiekampioenschap. Vijf marinejudoka’s gingen de strijd aan met de overige krijgsmachtdelen en de politie. Namens de marine streden LTZSD 2 Elisabeth Willeboordse, Ronald Roberti, Patrick Zwart, SMJRMARNALG Peter Laurier en LTZ 2OC Mark Heijligers. De eerste vier wisten allemaal een medaille te veroveren. 26
NIEUWE ELEKTRONISCHE ZEEKAARTSYSTEMEN Eind 2009 zullen er twaalf militaire elektronische zeekaartsystemen (W-ECDIS) geleverd worden voor de Nederlandse en Belgische marineschepen. In samenwerking met het Marinebedrijf zullen deze aan boord van de schepen worden geplaatst. KTZ Ludger Brummelaar, hoofd afdeling Verwerving Systemen bij de DMO, heeft daartoe een contract ondertekend met de firma Offshore Systems Ltd. (OSI) uit Canada. Door gebruik te maken van elektronische kaartsystemen is het in de toekomst niet langer noodzakelijk om papieren zeekaarten aan boord te hebben. Niet langer hoeft de officier van de wacht met potlood, kaartpasser en -driehoek zijn positie in de kaart te zetten. De positie wordt continue bijgehouden op beeldschermen die op de brug geplaatst zijn. Daarnaast hebben de systemen van OSI de mogelijkheid om een grote verscheidenheid aan tactische informatie aan de gebruiker te presenteren in combinatie met de
CADETTEN IN AMSTERDAM Een groep van het Naval Cadets Corps van de Royal Navy heeft een bezoek gebracht aan het Marine Etablissement Amsterdam. De 21 cadetten hebben nautische vaardigheden en techniek beoefend en gesport. Verder hebben ze het populair-wetenschappelijk museum Nemo en het VOC-schip Amsterdam bezocht, en een vaartocht gemaakt met de LCA van de stichting Keep Them Landing. Halverwege de week heeft de hele groep een excursie gemaakt naar Den Helder, waar een bezoek aan het Marinemuseum en een rondvaart door de haven op het programma stond. In de ochtend zou het VOC-schip Prins Willem worden bezocht, maar die was de week ervoor afgebrand. De RN NCC commander, D. Moth liet weten dat een ieder zich enorm had vermaakt en het personeel van het Marine Etablissement Amsterdam zeer dankbaar was voor de getoonde inzet.
navigatorische informatie. Gedurende het Instandhoudingsproject Walrusklasse zullen in 2011 ook de onderzeeboten met
een elektronisch zeekaartsysteem worden uitgerust. Het verwervingstraject hiervoor wordt later dit jaar opgestart.
GRIEP BIJ DEFENSIE
DOPS IN LOT-HUIS
Om werknemers van defensie te informeren over de Mexicaanse Griep is er op intranet een speciale site te vinden over dit onderwerp. De site staat onder Portaal> Startpagina Personeel> Startpagina Gezondheidszorg Defensie> Algemene informatie Mexicaanse Griep voor defensiemedewerkers.
Directeur operaties, GENMAJ Lex Oostendorp, heeft een bezoek gebracht aan het Liaison and Observer Team (LOT) huis MrKonjic Grad. Oostendorp bezocht eind juli Bosnië en wilde alle vier Nederlandse LOT-huizen aandoen. Vanwege het korte tijdsbestek en de lange afstanden tussen de huizen, bleef het beperkt tot MrKonjic Grad. In LOT-huis MrKonjic Grad werken militairen van drie krijgsmachtdelen (KMar, KM en KLu) samen om dagelijks de veiligheidssituatie in deze regio te monitoren en door de continue internationale militaire aanwezigheid een gevoel van veiligheid te geven aan de lokale bevolking. De LOT-huizen zijn onderdeel van de EUFOR-missie Althea en zij rapporteren aan de commandant EUFOR, de Italiaanse GENMAJ Stefano Castagnotto.
DE DEADLINE VOOR HET AANLEVEREN VAN ARTIKELEN VOOR HET OKTOBERNUMMER VAN ALLE HENS IS MAANDAG 14 SEPTEMBER 2009
27
MARINIERSGEEST IN MANAGEMENT Het is opmerkelijk dat wat in de genen van de marinier zit en binnen het korps welhaast vanzelfsprekend is, in de buitenwereld als bijzonder wordt ervaren. Dat zei de commandant van het Korps Mariniers, BRIGGENMARNS Rob Verkerk, over het boekje Corporate Commando van LTZ SD 1 KMR Ewold de Bruijne. Het boekje in zakformaat is een handboekje voor managers in het bedrijfsleven en helpt hen bij het stellen en verwezenlijken van doelen. “Het bedrijfsleven kijkt vaak naar militaire krijgheren als Sun Tzu. Waarom zoeken ze de inspiratie niet dichter bij huis in de hedendaagse militaire organisatie?” aldus de auteur die in het dagelijks leven werkt als freelance communicatieadviseur. Hij wordt geregeld door de Koninklijke Marine ingezet als persvoorlichter en is in die hoedanigheid door het Korps Mariniers geïnspireerd geraakt. Volgens De Bruijne is niet zozeer de theorie van de militaire organisatie interessant voor het bedrijfsleven, maar draait het vooral om de mentaliteit, de teamgeest en de prestatiegerichte houding. Het boekje richt zich op de zogenaamde corporate commando’s, specialisten in het
bedrijfsleven, die met een klein team snel resultaten moeten boeken in het strategisch belang van een bedrijf. Zij worden bijvoorbeeld ingezet bij reputatieherstel, verkennen van nieuwe markten of crisisbeheersing. Niet kijken naar de onmogelijkheden, maar creatief gebruik maken van wat er wel kan, initiatief houden en betrokken blijven van begin tot eind, vormen daarin de kernwaarden. Corporate Commando, Ewold de Bruijne, 135 pagina’s, ISBN: 978-1-4092-8908-1, prijs: 15,50, te bestellen via www.lulu.com/ewold.
Twee vrouwen en hun zeilboot zijn door een Rhib van de Defensie Vaarschool gered van het Amstelmeer. Rond zeven uur ’s avonds op 9 juli ontving de havenmeester van de Marinewatersportvereniging een melding dat er een open zeilboot in nood verkeerde en dat er direct hulp noodzakelijk was. Personeel van de Defensie Vaarschool was bij de Haukes aanwezig voor een afsluitende barbecue voor het zomerverlof. Hun Rhib is direct naar de omgeslagen zeilboot gesneld. Aangekomen bleek dat de tweekoppige vrouwelijke bemanning op het midden van het meer door de harde wind omgeslagen was en dat ze de boot niet meer rechtop konden krijgen. Inmiddels lagen zij al 45 minuten in het water en dreven de boot en de vrouwen gevaarlijk snel richting lager wal. De vrouwen zijn aan boord genomen en sleepte de zeilboot terug naar de jachthaven. De vrouwen kwamen met de schrik vrij.
TWEE SAR-VLUCHTEN OP EEN MIDDAG
HR.MS. LUYMES BIJ VLOOTDAGEN ZEEBRUGGE Gelijk met de Helderse Marinedagen werden de nationale Belgische vlootdagen gehouden in Zeebrugge. Hr.Ms. Luymes was daarbij aanwezig. Tijdens dit druk bezochte evenement konden belangstel-
VAARSCHOOL REDT ZEILERS
lenden diverse nationale en internationale schepen bezoeken. Gedurende de dag waren er diverse demonstraties van Belgische eenheden op het gebied van SAR-acties en boardings.
VINDT U ALLE HENS TE ‘GROEN’? MAIL HET AAN REDACTIERAAD.
[email protected]
28
Twee keer op een middag is een Lynxhelikopter vanaf Maritiem Vliegkamp De Kooy uitgevlogen voor een medische evacuatie van een vaartuig. De eerste vlucht op donderdag 9 juli om ongeveer half drie ‘s middags was bedoeld voor een persoon op het eilandje Kreupel voor de kust van Medemblik. De patiënt was daar onwel geworden en had dringend medische hulp nodig. De jachthaven waar het slachtoffer lag was niet bereikbaar vanaf het eiland. Om het slachtoffer snel te bereiken werd een arts en een helikopterredder vanuit de ‘Rescue Pedro 02’ afgezet met behulp van de hoist. Vervolgens is de patiënt aan boord van de helikopter gehesen en overgebracht naar het VU Medisch Centrum te Amsterdam. Het tweede verzoek om assistentie kwam ‘s middags om kwart over vijf binnen bij het Kustwachtcentrum. Ditmaal voor een patiënt met hartklachten op trawler Atlantic Princess die zich op ongeveer negentig kilometer ten westen van Den Helder bevond. De SARhelikopter is in directe lijn naar het schip gevlogen en heeft er een medisch team met een marinearts afgezet. Vervolgens is de helikopter geland op het platform K13A om te wachten tot de patiënt gestabiliseerd en transportgereed was. De patiënt is op een landingsspot bij het AZ stadion in Alkmaar overgedragen aan de gereedstaande ambulance.
BEURSGANG
ERKENDE ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKERS
Hr.Ms. Johan de Witt heeft op uitnodiging van de Russische minister van Defensie in Sint Petersburg deelgenomen aan de International Maritime Defence Show (IMDS). De IMDS behoort tot de drie grootste maritieme beurzen ter wereld. Naast de Johan de Witt waren er ook schepen uit Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk aanwezig. P-CZSK, SBN Wim Nagtegaal was aangewezen als delegatieleider. Onder de vele bezoekers waren de Russische onderminister van Defensie, generaal b.d. Popovkin en de Bevelhebber van de Russische Zeestrijdkrachten, admiraal Vysotskiy.
GRANAAT AAN BOORD De eerste civiel erkende certificaten voor de opleidingen voor elektrische eindgebruikers zijn uitgereikt, sinds de KMTO in februari dit officieel mag doen. Cursisten van deze lichting kregen hun certificaat uit handen van LTZT1 Peter Vader, Hoofd Opleidingsafdeling TD. De noodzaak om een breed scala aan elektrische veiligheidsopleidingen te geven aan militairen was eind jaren negentig evident geworden. Na een aantal ernstige bedrijfsongevallen, waarvan één met noodlottige afloop, kreeg technisch marinepersoneel aanvankelijk een civiele opleiding. Deze sloot echter niet goed aan op de techniek aan boord van schepen. Het uitbesteden van opleidingen bleek ook een aan-
zienlijke kostenpost. Daarom werd besloten om binnen de marine diverse laagspannings- en hoogspanningsopleidingen te ontwikkelen. De certificering van de eindgebruikersopleidingen voor personeel van de wapentechnische dienst liet echter langer op zich wachten. De marine was afhankelijk van het exameninstituut SVPB, die toen weinig affiniteit had met de KM-specifieke materie, zoals de SEWACO-apparatuur. De eerste eindgebruikers-opleidingen werden al eind 2007 aangeboden aan de stichting. Er moest nog flink wat gediscussieerd en aangepast worden voordat ruim een jaar later beide opleidingen volledig gecertificeerd waren.
Een fosforgranaat heeft in de haven van IJmuiden een hoop overlast veroorzaakt. Een binnenliggend vissersschip had een boel schroot opgevist en dit meegenomen naar de haven van IJmuiden. Het projectiel bleek ertussen te zitten maar bleef aanvankelijk onopgemerkt door de bemanning. Rookontwikkeling ontstond doordat de fosfor in de granaat met de buitenlucht in contact kwam. Door de rookontwikkeling werd een tweetal vissers onwel. Daarnaast zorgde de rook voor een hoop aandacht van omstanders. De kade is ontruimd en een EOD-ploeg van de Koninklijke Marine heeft de granaat veiliggesteld en op het strand van IJmuiden onschadelijk gemaakt.
DAGELIJKSE VLUCHTEN NH90 VANAF DE KOOY Vanaf begin juli is het praktijkvliegen met de NH90 vanaf de De Kooy begonnen, waarbij vliegers, tacco’s, sensoroperators en cabineoperators de algemene vaardigheden in de lucht bijgebracht krijgen. Het technisch personeel zet de ‘on the job training’ voort en ondersteunt bij het onderhoud om hiermee de vereiste Certifying Staf Experience (CSE) op te doen. In het najaar werken de technici in Italië verder aan hun CSE met werkzaamheden op en rond de productielijn. In het najaar krijgen de luchtvarenden hun aan de missieprofielen gerelateerde modules onderwezen. Hierbij beperkt het onderwijs zich tot het basale gebruik van de apparatuur. Operationele inzet wordt intern verder uitgewerkt aan de hand van een operationele evaluatie die start zodra Nederland zijn eerste eigen helikopter heeft. De opleidingen die sinds juli op MVKK gegeven worden, vinden plaats op een helikopter die eigendom is van de fabri-
kant Agusta Westland. Met deze helikopter wordt het pakket maatregelen voorbereid voor het overnemen van de maritieme waltaken van de Lynx en de AB 412. Dit
29
vindt naar verwachting plaats vanaf medio 2011. Rond die tijd wordt ook de helikopter in de volledig contractuele configuratie verwacht.
VOLWASSEN RISICOMANAGEMENT De Dienst Centrale Ondersteuning Projectvoering (DCOP) organiseert op 12 oktober het seminar ‘Risicomanagement’ op het Instituut Defensie Leergangen (IDL) te Rijswijk. Tijdens het seminar worden beleidsverantwoordelijken, opdrachtgevers, programma- en projectleiders en iedereen die een functionele relatie heeft met projectmanagement bewust gemaakt van het volwassenheidsniveau van het toepassen van risicomanagement binnen projecten. Voor deelname moet u zich inschrijven tot en met maandag 5 oktober via de algemene mailbox van de Dienst Centrale Ondersteuning Projectvoering #CDC/IVENT/DV/DCOP (
[email protected]). Het volledige programma is te vinden op de intranetsite van DCOP: CDC> INVENT –informatievoorziening> INVENT Dienstverlening> Bedrijfsvoering> Processen> DCOP.
NEEM JE ZWEMBROEK TOCH MAAR MEE De gehandicapte gasten van ruiterkamp De Grensakkers in het Brabantse dorpje Strijbeek konden dit jaar toch genieten van een verkoelend zwembad, ondanks dat het eigen zwembad defect was. Op initiatief van SMJRTDW Dik van Doorn, medewerker Arbo&Milieu bij CCO, is het mobiele zwembad, dat vorig jaar tijdens de Marinedagen gebruikt werd voor de demonstratie ‘olie in de
haven opruimen’ beschikbaar gesteld om het defecte bad van de Grensrakkers tijdelijk te vervangen. Op het ruiterkamp genieten verstandelijk en/of lichamelijk gehandicapte gasten van een korte vakantie. Het wordt al ruim dertig jaar georganiseerd door familie De Bakker. De kampen worden begeleid met hulp van vrijwilligers uit heel Nederland.
WAPENSCHILD EN FILM MARINEBEDRIJF “Een rond schild, los omzoomd door een lauwerkrans van sinopel, beladen met een ketting met 24 schakels van goud, getopt met een steekhelm van goud, gevoerd van keel.” Dat is de omschrijving van het nieuwe wapenschild van het Marinebedrijf. Het Marinebedrijf had nog geen eigen wapenschild. Wel hadden de Rijkswerf, Bewapeningswerkplaatsen en MEOB een eigen schild. Nu is er dus een wapenschild voor het hele bedrijf. De bijbehorende wapenspreuk luidt: “Omnes labores exanclare” (Alle inspanningen verdragen) in hoofdletters van sabel op een lint van goud. Op dinsdag 7 juli is deze onthuld, tegelijk met de presentatie van de nieuwe bedrijfsfilm. De nieuwe film vervangt de film The one stop shop. In de film staat naast de techniek de medewerker centraal.
HEEFT U EEN ADRESWIJZIGING? KIJK HIERVOOR IN HET COLOFON
LANDDAG ONDEROFFICIEREN OD EN MARINIERS Op 30 oktober wordt door de NLBEOPS een landdag onderofficieren OD en mariniers georganiseerd in gebouw de Dukdalf op de Oude Rijkswerf. Deze dag is bestemd voor alle onderofficieren Operationele Dienst en mariniers die geplaatst zijn bij
de operationele vloot en in ondersteunende functies. Opgave voor deelname voor 6 november per e-mail aan de tgv. HOAOPS AOOODOPS R.M.C. Kellner:
[email protected] onder vermelding van rang, naam, eenheid.
GEBOUW ZEEDUIKER GEOPEND
Een kikvorsman komt stilletjes omhoog en verkent de omgeving. Als hij de kust veilig acht, seint hij een MCM-duiker die een enorme sleutel bij zich draagt om op te komen. De MCM-duiker overhandigt deze aan directeur Ondersteuning, CDR Cees Boelema Robertus. Dit was de ceremoniële opening van gebouw Zeeduiker van de Defensie Duikschool (DDS) in Den Helder. Volgens Boelema Robertus groeit het duikbedrijf de laatste jaren enorm en lijkt het aantal duikvaartuigen
30
inmiddels het aantal fregatten te ontstijgen. “Ook de ondersteunende schepen als Hr.Ms. Pelikaan worden vaak meer als duikplatform gebruikt”, voegt hij er schertsend aan toe. Het geeft volgens hem wel aan dat duikwerkzaamheden een steeds belangrijkere rol krijgen voor defensie en in de Nederlandse samenleving. “Duikers zijn rare mensen, maar als je er mee omringd bent, dan weet je dat het standvastige lui zijn die kunnen handelen in de meest moeilijke omstandigheden. Mensen die we hard nodig hebben bij de marine.” LTZ1 Marco Lieverse, hoofd kwaliteitborging, innovatie kennismanagement van de DDS, gaf aan dat het nieuwe lesgebouw, dat Hr.Ms. Thetis zal vervangen een van de projecten is van de school. Binnenkort zal worden gestart met de bouw van een duikbassin van twintig meter diep en er komt nog een duikponton dat aansluit op de nieuwbouw.
reis Atlantic Enterprise ‘09 van bijna drie maanden voor de Amerikaanse oostkust en in het Caraïbisch Gebied. Gedurende deze reis zal de Van Speijk verschillende missiles gaan lanceren. * KTZ Rik Jansen heeft op 10 juli de leeftijd van vijftig jaar bereikt en LTZT 2OC Rien van Zijl bereikte die leeftijd op 13 juli. Naar traditie ontvingen zij een Abraham. Om hun conditie te ‘testen’ ontvingen zij bij hun Abraham een oorkonde waarvan de regels steeds kleiner worden.
* LKOLMARNS Edwin Hofma heeft het commando van Marinekazerne Savaneta op Aruba overgenomen van LKOLMARNS Jeff MacMootry. * LTZ 1 Andre Roskam is het nieuwe hoofd van steunpunt Hato van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba op Curaçao. Hij lost daarmee LTZ 1 Roelant Paarlberg af.
* KLTZ Sebo Hofkamp heeft op 25 juni het commando overgenomen over Hr.Ms. De Ruyter van KLTZ Peter Reesink. Hofkamp was voorheen werkzaam bij de afdeling Marinebehoeften van de DOBBP. Overste Reesink werd vervolgens commandant van Hr.Ms. Van Speijk en lostte daarmee KLTZ Peter Kwant af. Hr.Ms. De Ruyter ligt op dit moment voor Benoemd Onderhoud aan steiger 62. Begin 2010 zal het schip het opwerktraject ingaan, waarna het vanaf medio 2010 operationeel inzetbaar zal zijn. Na het zomerverlof zal de Van Speijk vertrekken voor de
* De minister van Defensie heeft de Amerikaanse SBN Joseph Nimmich een hoge onderscheiding toegekend. Nimmich (US Coast Guard) ontving het Ereteken voor Verdienste in goud uit handen van CDR Peter Lenselink. Nimmich is sinds 2007 directeur van de Joint Inter Agency Task Force South (JIATFS) Onder aansturing van Nimmich onderschepten varende en vliegende eenheden 400.000 kilo cocaïne, heroïne en marihuana en werden 578 mensen gearresteerd. Inmiddels is hij afgelost door SBN Daniel Lloyd.
* Op 26 juni heeft KLTZ Jaco de Bruijn het commando van 860 Squadron op Martiem Vliegkamp De Kooy overgenomen van KLTZ René Tolsma. KLTZ Tolsma was de laatste commandant van het Vliegtuig Squadron 860 (VGSQ 860) en de eerste commandant van het 860 Squadron (860SQ), een naamsverandering die door de fusering van de MARHELI in het Defensie Helikopter Commando tot stand kwam. Tolsma gaat voor de MIVD het bureau Midden Oosten en Afrika leiden. * Ter gelegenheid van zijn afscheid als directeur van de Stichting het Veteraneninstituut (SVi) in Doorn, ontving KOL Loek Habraken het ‘Ereteken
31
voor Verdienste’ in zilver voor zijn rol bij de ontwikkeling van erkenning, waardering en zorg voor de veteraan en het Veteraneninstituut in het bijzonder. * Op het Wereld Muziek Concours in Kerkrade heeft Gert Buitenhuis de Nederlandse Blaasmuziek Prijs ontvangen. Buitenhuis was bij de Marinierskapel der Koninklijke Marine achtereenvolgens als klarinettist, concertmeester, arrangeur en dirigent. Daarnaast is hij een veelgevraagd internationaal dirigent, gastdocent, jurylid, adviseur van het WMC en verzorgt publicaties van bewerkingen voor harmonieorkest.
* Aan boord van de Panter droeg LTZ 2OC Frank Oudhuis het gezag van de cutter over aan LTZ 2OC Bas Snijdelaar. Onder Oudhuis was de Panter onder andere verantwoordelijk voor een vangst van duizend kilo cocaïne en redde de cutter een dokter en twee zonen nadat zij twintig uur tussen Curaçao en Bonaire in het water hadden gelegen. De oud-commandant werd bij zijn afscheid bevorderd naar LTZ 1 en is inmiddels commandant van Marinebasis Parera. * De Nederlandse officieren van MCC Northwood hebben in stijl afscheid genomen van VADM Pim S. Bedet, die zijn functie als Plaatsvervangend Commandant van MCC Northwood in het Verenigd Koninkrijk per 30 juli heeft overgedragen aan zijn Duitse aflosser. Met een blik naar de 400 jaar oude traditie van het ‘uitroeien’ van de Commandant der Zeestrijdkrachten, is de admiraal een dagje punteren aangeboden in Oxford. VADM Bedet werd ‘uitgepunterd’ en aan wal ontvangen met een ere-haag. Na meer dan 35 jaar als officier bij de Koninklijke Marine te hebben gediend, zal VADM Bedet bij terugkomst uit het Verenigd Koninkrijk, de marine vaarwel zeggen op 1 oktober dit jaar.
BARETUITREIKING
IN DIENSTSTELLING LANDMACHT OP CURAÇAO
Vijfenzestig dienstplichtigen van de Antilliaanse Militie ontvingen hun baret met het embleem van de Antilliaanse Militie na het succesvol afronden van de Elementaire Vakopleiding. Nu staan de dienstplichtigen aan de vooravond van een nieuwe uitdaging: de Civiele Vakopleiding. Tijdens deze fase van de dienstplicht leren zij een beroep naar keuze. Milicien Nyrion Ticiano Maria eindigde als ‘Best Man’ van de Elementaire Vakopleiding.
De Koninklijke Landmacht heeft gisteren op Curaçao de taken overgenomen van de voormalige 31e infanteriecompagnie van het Korps Mariniers. Landmachteenheden zullen in een viermaandelijks roulatieschema de hoofdtaken van defensie in de West ondersteunen. De commandant van 43 Gemechaniseerde Brigade uit Havelte, brigadegeneraal Kees van den Heuvel, heeft op de marinebasis Parera één van zijn infanteriecompagnieen overdragen aan de Commandant Zeemacht Caribisch Gebied CDR Peter Lenselink. Met de gemengde eenheid zal defensie haar lopende koninkrijkstaken in de West verder invullen. De ceremonie werd bijgewoond door de gouverneur van de Nederlandse Antillen,
diverse lokale autoriteiten en defensiepersoneel geplaatst op Curaçao en Aruba. De landmachteenheden zorgen samen met de collega’s van de marine voor de uitvoering van de Nederlandse defensietaken als territoriale verdediging, handhaving van de internationale rechtsorde, verlenen van bijstand aan lokale autoriteiten en ondersteuning en training van Antilliaanse milities. Het overnemen van de taken door de landmacht vloeit voort uit een defensiemaatregel uit 2007. Met deze maatregel worden de kosten voor een permanent in de West geplaatste infanterie-eenheid gereduceerd en gelijktijdig bredere inzetopties en oefenmogelijkheden voor beide defensieonderdelen gerealiseerd.
CEREMONIËLE BINNENKOMST STATIONSSCHIP Hr.Ms. Amsterdam, het nieuwe stationsschip van de Koninklijke Marine in het Caraïbisch Gebied, is met de
gebruikelijke ceremoniële saluutschoten aan de koninkrijksvlag en de Gouverneur van de Nederlandse Antillen ont-
32
vangen tussen de havenhoofden van Willemstad. (foto: K. Gelijns)
HR.MS URANIA WINT FRIENDSHIP TROPHY Hr.Ms. Urania is na een maandenlange reis sinds eind augustus weer thuis, en niet met lege handen. Studenten van de Nederlandse Defensie Academie die met het zeilschip van de marine deelnamen aan de Tall Ships Atlantic Challenge 2009, sleepten de zogenoemde Friendship Trophy in de wacht. De Urania begon op 14 april aan haar reis rond de Atlantische Oceaan. Doel van de wedstrijd is jongeren te leren omgaan met de elementen op zee zonder enige afleiding zoals mobiele telefoons of media. De dag draait hoofdzakelijk om zeilen en navigeren. Voor de bijdrage die de toekomstige officieren van marine, land- en luchtmacht
3 oktober: lichting 1989 adelborsten Koninklijk Instituut voor de Marine. Locatie: KIM te Den Helder. De reünie is bedoeld voor hen die in 1989 op het KIM zijn geïnstalleerd als adelborst. Informatie over het programma, opgave, kosten en overige zaken: http://lichting89.wordpress.com of email:
[email protected]. Telefonisch contact is ook mogelijk: 06 220 239 04 (Anne-Marie Schuurman-Kleijberg). 9 oktober: FERTH1973. Locatie: WSOV op de Oude Rijkswerf te Den Helder. Ex-opvarende van Hr.Ms. Limburg en Hr. Ms. van Galen in de periode van juni tot december 1973. Niet-leden kunnen zich aanmelden bij K. IJzendoorn 06 511 209 40 of
[email protected]. Kosten: niet-leden 25,- p.p. Er kan een DVD worden besteld van deze reis voor 15.-. Kosten kunnen worden gestort op rekeningnummer ABNAMRO 461752492 t.n.v. FERTH 1973, Onder vermelding van ‘reünie 2009’. Betalen voor 15 september. Zie ook www.ferth1973.nl 14 oktober: Voormalig dienstvak Geschutmaker. Locatie: Marinekazerne Erfprins te Den Helder. Opgave (nieuwe) deelnemers bij: R.J. Jongman, 0223 641 664 of J.G.A. Schintz, 0223 636 201. Opgave dient te geschieden voor 22 september. * 31 oktober: Voor mariniers en vlootpersoneel, gediend hebbend in Fakfak, voormalig Nederlands Nieuw-Guinea. locatie: Handboogschutterij ‘Houts Welvaren’ te Helmond. Ook zij die zich hierbij betrokken voelen zijn welkom. Gelieve vóór 1 oktober aanmelding door te geven aan
leverden aan de samenwerking en de onderlinge vriendschap, viel hen de STI Friendship Trophy ten deel. Zo werd het
[email protected] tel. 0492 534 102 (18.00 uur) of
[email protected] tel. 026 361 28 14. * 7 november: Reünie EOD/Munitietechnici. De reüniecommissie van de Stichting Geschiedkundige Verzameling EOD roept het personeel van de KM, KL en KLu op, die dienen of gediend hebben als vuurwerker, munitietechnicus dan wel als explosievenopruimer, voor de jaarlijkse reünie. Deze reünie wordt gehouden op 7 november in de SM. Scheickkazerne, Gutenbergweg 10, 4104 BA te Culemborg. Zij die geen uitnodiging hebben ontvangen kunnen zich opgeven via telnr: 0345 543 335. * 12 november: oudduikers van de marine. Locatie: Voormalig Mijnendienstcomplex. Bassinggrachtzaal. Aanvang 13.30 uur. Verzoek opgave voor 30 oktober bij onderstaande personen. AOOODND Andre Holman, email:
[email protected], telnr: 0223 653 791 of AOOODND Peter de Langen, email: phc.d.langen@ mindef.nl, telnr: 0223 654 634. * 26 november: Oud-opvarenden van Hr.Ms. Evertsen, Hr.Ms. Snellius, Hr.Ms. Luymes en Hr.Ms. Hoogeveen. Locatie: Dukdalf op de oude Rijkswerf in Den Helder. De reünie wordt georganiseerd door de stichting Vrienden van de Koninklijke Marine. Deze beheert de oudmijnenveger Hr.Ms. Hoogeveen. Aanmelden: reüniecomité W. Giezen, Kelvinstraat 3, 5223 GD Den Bosch. Kosten: 15,- op giro 134775678 t.n.v. Stichting VVKM onder vermelding van ‘reunie 26-11-2009’.
33
volgens commandant LTZ1 Ferry van Schoonhoven, erg gewaardeerd dat de bemanning kleine bijeenkomsten met de deelnemers organiseerden, om de ervaringen op een ontspannen manier met elkaar te delen. Ook stelde het Nederlandse marineschip radioapparatuur beschikbaar. De race-controller kon daardoor dagelijks de posities van de schepen en meeste actuele klassering bepalen. “Een groot compliment”, noemt Van Schoonhoven de prijs, “want het is de keuze van alle zeilers die de afgelopen maanden mét en tégen ons hebben geracet.” Aan de Tall Ships Atlantic Challenge 2009 deden 25 Amerikaanse en Europese zeilschepen mee.
* Te organiseren bij voldoende belangstelling: Hr.Ms.Tjerk Hiddes F830, periode ‘96-’97 (de Golf en/of de West reis). Voor interesse kunt u contact opnemen met Sabrina Reijs: sabrina_reijs@msn. com, telnr.: 06 490 398 77 * Datum onbekend: Guppy Hr. Ms. Zeeleeuw 1962. Onderstaande personen worden gezocht voor een reünie: Adam, Boxtart, Buitelaar, Burer, De Graauw, Deimveld, Haak, Jansen, Klein Wolthuis, Landvreugd, Oonk, Quitz, Timmerman, Van Os, Van Raaij, VanVeen, Van Wijk, Van de Ahé, Van de Berg, Van de Bosch, Van de Graaf, Van de Hof, Van de Putten, Verbruggen en Voornemen. Reacties: Ad van Ieperen, Krommezijl 124, 8939 AX Leeuwarden. (
[email protected]) 65 jaar Vrouw in de Marine Op 8 oktober 1970 werd de Vereniging van ex- en actief dienende, vrouwelijke militairen opgericht op voorstel van de toenmalige Chef Marinevrouwenafdeling, hoofdofficier MARVA II P. Cortenraad. Deze vereniging onderhoudt en versterkt de contacten tussen ex- en actief dienende, vrouwelijke militairen op landelijk- en regionaal niveau door allerlei evenementen te organiseren en een contactblad uit te geven. Momenteel telt de vereniging ca. 800 leden. ‘65 jaar Vrouw in de Marine’ wordt op 30 oktober op grootse wijze gevierd door middel van de vijfjaarlijkse reünie in de ‘Witte Raaf’ op het Nieuwe Haven te Den Helder. Nadere informatie: www.reunie.ex-actkm.nl,
[email protected]. Reüniecommissie Ex-act KM, Goudsbloemstraat 28, 1782 AW Den Helder.
Crash Martin Mariner Op 10 juni is herdacht dat vijftig jaar daarvoor, een Martin Mariner van VSQ 321 nabij Goa in India is verongelukt vanwege een motorstoring. Het MLD-vliegtuig was onderweg van Nederlands Nieuw-Guinea naar Nederland. Bij dit tragische ongeval zijn alle acht bemanningsleden om het leven gekomen. Naar aanleiding van dit ongeval werden de ferry-vluchten op en neer naar Nederland ten behoeve van groot onderhoud gestaakt. Deze bijzondere herdenking vond plaats bij het Nationaal Indië-monument in Roermond, en is namens de marine bijgewoond door KTZ Rik Janssen en Chef der Equipage AOODOPS Richard Kuipers. Na toespra-
ken van CDR b.d. Leebeek, voormalig VOMLD, en vertegenwoordigers van familie en van marine, zijn kransen en bloemen bij het monument gelegd ter nagedachtenis aan de omgekomen militairen. De jaarlijkse herdenking werd, mede door het vijftigjarige karakter en een recente reis van familieleden naar Goa, door veel nabestaanden en collega’s bijgewoond. Na de plechtigheid was er voor de aanwezigen gelegenheid om samen stil te staan bij het leven en werken van de omgekomen militairen aan de hand van verslagen en foto’s uit de periode dat de Marine Luchtvaartdienst gestationeerd was in Nieuw Guinea Kikvorsmannenreünie De specialisatie Kikvorsman maakt vijftig jaar deel uit van het Korps Mariniers. Dat was reden voor een reünie op de oprichtingsdatum 8 juli. KAPTMARNS Ties Rudolphie en ELNTMANRS Peters stapten destijds als eerste mariniers het duikbedrijf van de Koninklijke Marine binnen. Naar de oud-korpscommandant Rudolphie die in 2000 overleed, is een prijs vernoemd
Hartelijke groet, Sieger
die jaarlijks wordt toegekend aan een persoon of instelling die zich verdienstelijk heeft gemaakt bij het onderzoek naar hersentumoren. De reünisten sloten zich aan bij dat doel en zamelden 3000,- in voor de stichting, waarmee de prijs van 2009 volledig gefinancierd is. De werkgroepleider gaf de Commandant Korps Mariniers BRIGGENMARNS Rob Verkerk het eerste exemplaar van het herinneringsboek 50 jaar kikvorsmanherinneringen, met het kompas op de horizon. Het boek is een verzameling herinneringen, geschreven door oud commandanten en hoofden van de kikvorsmanopleiding.
Beste redactie,
In de Alle Hens van juli/augustus 2009 een stukje over de mast van de OPV, een wondertje van elektronische techniek. Naar mijn beste weten zijn de LCF fregatten ook met zo’n zelfde mast uitgerust al is de configuratie wellicht niet geheel hetzelfde. Bovenop de LCF mast, waarin o.a. de APAR is geïntegreerd, zitten dan nog de Sabre en de Sirius sensoren. Er zit inderdaad geen fysiek ronddraaiende antenne meer op zoals de Smart-L op de fregatten als dat wordt bedoeld.
9 In Alle Hens van april 200 tel Ams Van Ms. Hr. dat u dt mel voor onlangs diende als decor ijk nel Ken e. tag een moderepor rd boo aan dat end bek t is u nie deze met gat fre ig vor een van naam (de F806) in 1964/1965 tage ook al eens een moderepor t. is gemaak
Ab Woudstra Naschrift redactie: Het Geïntegreerde Sensor en Communicatie Suite is een heel ander concept dan de mast van de LCF’en. Alle onderdelen voor communicatie en sensoren zitten in de mast verwerkt en deze wordt als onafhankelijke eenheid op het schip gezet en aangekoppeld (plug-andplay-principe). Het vervangt daarmee alle antennes voor VF, UHF, Link 16, UMTS, GSM, Satcom, etc., maar dus ook alle sensoren voor detectie. Doel van dit systeem is dat een scheepsbouwer in zijn ontwerp geen rekening meer hoeft te houden met hoe en waar hij al deze apparatuur gaat plaatsen, maar dat hij met het plaatsen van een enkele mast klaar is.
34
Alle Hens is benieuwd naar de mening van haar lezers. Daarom wil de redactie u graag de ruimte geven om te reageren op de artikelen in Alle Hens. De redactie behoudt zich het recht voor om ingezonden stukken te selecteren, te redigeren en in te korten voor publicatie. Reacties op Alle Hens kunt u sturen naar:
[email protected] of per post: Alle Hens, Het Paleis, postbus 10.000, 1780 CA Den Helder (MPC10 A).
OFFICIEREN Bevorderingen KTZ G.J.H. Welmer, KLTZ Drs. A. van der Kamp, KLTZT Ing. B.L. Kersting, KLTZ H. Suurveld, KLTZ W.A. Hansen, LTKOLMARNS E. Hofma, KLTZ Ing. J.P. Louwerse, LTZT 1 Ing. P.J. Collé, LTZE 1 J.N.H. van den Nieuwenhuijzen, LTZSD 1 S.B. van Opstal, LTZT 1 J. Polak, LTZE 1 Ing. E.H.T. de Poorter, LTZ 1 D.H.J. Smit, LTZ 1 W.H. Talma, LTZ 1 A.J. Timmers, LTZA 1 M. Venema, LTZ 1 F.H. Vink, MAJMARNS J.D. Holwerda, LTZ 1 F.J. Oudhuis, LTZT 1 M.J. Versluis, LTZE 2 OC Ing. J.P. Blokland, LTZ 2 OC F.E. van Dam, KAPTMARNS M. Haasdijk, LTZT 2 OC Ir. O.J. Waal, LTZT 2 OC M.J. van Zijl, LTZ 2 OC A. van den Brom, KAPTMARNS J.G. Buwalda, KAPTMARNS A.A.J.M. Craane, LTZW 2 OC M. Hartman, LTZE 2 OC A. Kortenoever, KAPTMARNS D.C.A. Littel, LTZ 2 OC M.F. Mertens, LTZ 2 OC O.P. Middelkoop, LTZA 2 OC J.M. Riep, LTZE 2 OC Ir. M.P. Rol, LTZE 2 OC E. Sikkema, LTZE 2 A.T.M.J. van Dillen, LTZSD 2 C.F.M. Hazelhoff Heeres, LTZE 2 J. Klappe, ELNTMARNS H. van der Meer, ELNTMARNS C.C. Steeneveld, LTZ 2 A.H. Stoffels, LTZA 2 M. Verhoef. LTZSD 2 T.L. Besselink, ELNTMARNS R. van Goethem, ELNTMARNS G. Heijkoop, LTZ 2 R.J. Hoeboer, ELNTMARNS H. Ju, LTZA 2 R. Neuhof, LTZA 2 A.J. van Orden, LTZ 2 J.M.O. Ruers, ELNTMARNS T.G. de Smidt, LTZT 2 P.H.A. Waltman, LTZA 2 M.E. van Wingerde. Dienstverlaters KTZ S. van der Sluijs, LTZAR 1 T. Breek, LTZ 1 M.H.W. van Ierland, LTZA 1 Mr. A.J.A.M. Maas LTZT 1 A. van Veelen, LTZE 2 OC O. Boerstra, LTZT 2 OC Ing. R. van Kruisbergen, LTZ 2 OC M.M.M. Antonisse, LTZ 2 OC P.L. Meijer, LTZT 2 N. Otten, LTZSD 2 M. Kappetein.
ONDEROFFICIEREN Bevorderingen AOOLDA P.J.A. van Bethraij, AOOLDA R. van Dijk, AOOMARNALG G.J. den Engelsman, AOOBDSD E. Groen, AOOODVB J. Kuijt,
AOOBDAV L.J. Meijer, AOOTDW J. Mosterd, AOOTDV G. Mulder, AOOTDW R. Nieuwold, AOOWDW A.J.H. van Nimwegen, AOOWDV J.J.H.P. Quist, AOOMARNALG R. Rijff, AOOWDE R.F. Romijn, AOOLDA R. de Roos, AOOMARNALG R.P. Schrage, SMJRMARNALG G.E. Altena, SMJRMARNVB L. Bauer, SMJRMARNALG G.L.M. Bentvelzen, SMJRLDGD C. Braber, SMJRMARNALG J.K. van den Burg, SMJRLDV J. van Buuren, SMJRWDE R.S. Cairo, SMJRMARNALG R.T.J. Cornelissen, SMJRODVB F.W. van Dijk, SMJRMARNALG W.L. Hof, SMJRMARNALG R. Huisman, SMJRMARNALG H. Koster, SMJRODND T.J. Kuipers, SMJRMARNALG J.R. Noordhuis, SMJRMARNALG J.A.G. de Rouw, SMJRTDW D.C. de Rover, SMJRMARNALG R. Schenk, SMJRMARNALG J. Snaauw, SMJRTDW G.J. de Vries, SGTMARNALG H.E. Boelsma, SGTODND A.F. de Boer, SGTLDGB M. Brinks, SGTLDGD M.L. Deutekom, SGTMARNALG R.M.E.H. Gerrits, SGTMARNALG J. Heijnen, SGTWDS S.E. van Houten Y Sánchez, SGTMARNALG E. Kapper, SGTLDV B. Kooijman, SGTMARNALG M. Kukler, SGTODVB B. Meester, SGTMARNALG A.V. Meijboom, SGTLDGB H.G. van Nieuwamerongen, SGTMARNALG P. Rietveld, SGTMARNALG G.L. Timmer, KPLMARNALG M. Neelen, AOOLDA H.M.A. Aben, AOOMARNALG A.J. Doosjen, AOOLDV C.J.M. Kos, AOOODOPS O. Leeuwen, AOOLDA F.J. van Loon, AOOWDE E.A. Rebel, AOOMARNALG M.J.M. Romijn, AOOTDW R. van Sint Truijen, AOOODOPS H.E.M.J. Vliegen, AOOLDV J.J.C. Derks, AOOWDE E.A.M. van Hout, AOOMARNALG H.D. Hulsinga, AOOTDW J.W. Nijdeken, AOOODND R.P. Plaatzer, AOOODVB J.M. op de Weegh, SMJRMARNALG T.W. Berendsen, SMJRTDW G.A.M. van Berlo, SMJRMARNALG G.C.T. Engelbarts, SMJRMARNALG H.P.G. Groenendaal, SMJRLDV R.K. van der Heijde, SMJRODVB P.H.W. Holierhoek, SMJRTDE M. Kossen, SMJRTDW H. Postma, SMJRMARNALG J.A. Roelse, SMJRMARNALG R.T.N. Beckers, SMJRODVB E. Colle, SMJRMARNVB C. Engel, SMJRLDV H. Fijn, SMJRTDE M.G. Franssen, SMJRTDE H.M.H. Keijzer, SMJRODVB M. Klok, SMJRODND R. van Lingen, SMJRMARNALG L. Oost, SMJRTDW E. Theis,
SMJRMARNVB B.H.L. van Zanten, SGTTDW P.H.A. Alma, SGTLDA S. Berendsen, SGTLDA H.J. de Beurs, SGTLDA M.I. de Beurs, SGTMARNALG R.A. Boeij, SGTLDA N. Boonstra-Rahimi, SGTLDA G. Bouma, SGTMARNALG P. den Broeder, SGTTDE R.J.J Buisman, SGTLDV R. Dekker, SGTMARNALG N.O. Doeser, SGTODVB G.L. Griffioen, SGTTDW J. de Haan, SGTTDE G.F. Hart, SGTTDW T.J. Hoogeveen, SGTWDS R. van der Kam, SGTBDMZKT M. van der Kooi, SGTTDE G.G.H.W. Nix, SGTLDA B.O. Reinold, SGTMARNVB R.J.J. Simon, SGTTDW R. Vos, SGTMARNALG L.J.C. Weijs, SGTODVB G.J. Hubers, KPLMARNALG J. Bogaarts, KPLMARNALG M.S. Duinkerken, KPLWDS K. Dinée, KPLWDS C.D.A. Harinck. KPLLDA M. Boelmans, KPLLDA A.L.C. van Boxtel, KPLLDA K. G. Cathalina, KPLLDA J.J. van der Salm, KPLLDA L.H. Cornelissen, KPLLDA L. van Dijk, KPLLDA E.M. Stroes, KPLLDA K.A. Felton, KPLLDA W. Heidstra, KPLLDA D. Rademaker-Spitsbaard. Dienstverlaters AOOBDVMEL L.W.M.V. van Avermaete, AOOTDV J. Jellema, AOOBDVGVL C. Korstanje, AOOWDE P.W. Meijers, AOOMARNALG W.T.G.M. Tittse, SMJRMARNALG H.C.F. Boon, SMJRTDW R.B. Jochems, SMJRWDW M. van Muijden, SMJRLDV F.J. van Schaik, SMJRWDE C.B. Soeters, SGTLDV D.J. Dijkerman SGTTDE W. Douwstra, SGTTDW E.F. Girigori, KPLLDGB D. Bothof, KPLWDV S. Doornewaard, KPLODVB J.L. Meijvogel, KPLTDW J.L. Poelstra, KPLWDS O.H.A. van Riel, KPLMARNALG M. Veenis.
MANSCHAPPEN Bevorderingen MATR 1 BDMTD S.J.C. Simons, MATR 1 OD M.C.G. van Willigen, MATR 1 OD D. Willmes, MARN 1 ALG R. de Wit, MATR 1 OD M.B.J. Cremer, MATR 1 ODOPS Y. Dirix, MATR 1 OD L. van der Kolk, MATR 1 OD M.M.J. Nijland, MATR 1 LDV P. Pomp, MARN 1 ALG M. Reurings, MATR 1 BDWSR B.W.G. Roufs, MATR 1 TD B.A.M. de Widt.
MARN 1 ALG R.D. Krabbenbos, MATR 1 TD J.D.W. Lobs, MATR 1 TDE W.T.M. Slingerland, MATR 1 OD B.A. Versteeg, MATR 1 LDV R.I. Voorn, MATR 1 BDWSR R.G. Wolsink, MATR 2 TD C.J. Salverda, MATR 3 ODVB G.C.G. Bouwmans, MATR 3 LDV M. Zandhuis, MATR 1 WDS D.G.M. Coolen, MATR 1 LDA W.W.J.A. van Fessem, MATR 1 LDA M.L. van ‘t Geloof, MATR 1 LDV S.R.A. Gouverneur, MATR 1 LDV E. Klaassens, MATR 1 OD A. de Landmeter, MARN 1 ALG A.J. Lieftink, MARN 1 ALG W.C.J. Lobbezoo, MARN 1 ALG A.H. van der Meer, MARN 1 ALG E.A. van Oeveren, MARN 1 ALG S. Schmidt, MARN 1 ALG J.P. Snooij, MATR 1 BDMTD P.X. Tijsterman, MARN 1 VB A. Wiegel, MATR 1 OD G.G. van der Zwaag, MATR 2 OD B.G.A. Korf, MATR 2 OD L.F.W. Notermans, MARN 3 ALG C. van deN Berg, MARN 3 ALG K.J. Blom, MARN 3 ALG K. de Bruijn, MARN 3 ALG T. Buitenhuis, MARN 3 ALG J.W.A. van Dorenmalen, MARN 3 ALG K.B. Eybergen, MARN 3 ALG M. Freriks, MATR 3 OD T.T. Freriks, MARN 3 ALG K. Gillebaard, MARN 3 ALG S.L. Goede, MARN 3 ALG M. de Haan, MARN 3 ALG K.P.L. Heijne, MARN 3 ALG D.J. Horsman, MARN 3 ALG C.A.M.D.F. van den Hurk, MARN 3 ALG R.A. de Koster, MARN 3 ALG A.E.E. Matta, MARN 3 ALG F.A.P. Meijer, MARN 3 ALG W. Poot, MARN 3 ALG M. Schutrups, MARN 3 ALG R.D. Siahaya, MARN 3 ALG T. Staman, MARN 3 ALG R. van de Vegte, MARN 3 ALG Y. Zahraoui.
BURGERS Bevorderingen Drs. A.J. van der Meer-de Pater, 13, Z. Rosales, 11 Ing. N.J. Brouwer, 10, H.J. Hoorn, 9, R.J. Pluymen, 9, R.F. Tuynman, 9, S.C. Breure, 8, J. Visser, 6, C.W. Bas, 5, F. Hillebrand, 5, C.J.M. Buisman, 6, P.H. Stuger-van der Schaaf, 6, N.F. Witvoet, 6, B. den Harder-Boers, 5, J. Molleman, 5, D. de Boer, 4. Dienstverlaters B.H. Jellema, F. Bakker, P. Bijl, D.Y. van Eis, Y.P.A. Halfhide.
Dienstverlaters MATR 1 ODND J.M.M. van der Klugt,
Deze gegevens zijn afkomstig uit PeopleSoft en beschikbaar gesteld door Bureau Rapportages DC HR Enschede. Indien de getoonde informatie onjuist is, dient u contact op te nemen met DC HR: *06 733-3/ 0800 2255733 of P&O van uw defensieonderdeel.
35
STRAAT VAN GIBRALTAR, 03 MEI
De Middellandse Zee zal ik niet snel vergeten! Vandaag heb ik meegedaan aan een NAVO oefening. Met het heli team ging ik op verkenning. Heel anders dan mijn dagelijkse werk aan boord, kan ik je vertellen. En mooi dat wij als eerste de vijand gespot hebben! Echt een kick, als je met z’n allen zo’n oefening tot een goed eind brengt! Terug aan boord stond ons een heerlijke BBQ te wachten... en mijn eigen bedje. Kijk wat jij allemaal bij ons kunt op werkenbijdemarine.nl
DE MARINE VERGROOT JE WERELD