gemeente Eindhoven
Raadsnummer o8. Rz g8z. oor Inboeknummer o8BSToo848 Dossiernummer Brz.zor zz april zoo8
Raads Inforrnatiebrief Betreft aanpak straatprostitutie.
Inleiding Vanaf 1 november 2003 is in Eindhoven een tippelzone met flankerende voorzieningen en maatregelen aan de Achtseweg Zuid gerealiseerd. Bij de bespreking in de raad van het voorstel tot het instellen van de tippelzone, hebben wij besloten tot een evaluatie na een periode van 4 jaar. Wij hebben de resultaten van de evaluatie op 30 oktober 2007 besproken. Daarbij zijn nieuwe gezichtspunten naar voren gekomen voor eerste lezing. De opzet van de evaluatie was achteraf te beperkt, omdat de evaluatie enkel plaatsvond op grond van de oorspronkelijk geformuleerde doelstellingen van een tippelzone, die gericht waren op het opheffen van de nadelige bijverschijnselen/neveneffecten van straatprostitutie. De evaluatie bood geen antwoord op de vraag of een tippelzone het meest effectieve instrument is voor de aanpak van straatprostitutie. Deze constatering vormde voor ons reden om extra tijd te nemen, zodat wij op basis van aanvullende informatie en analyses van alternatieven die via een of meerdere expertmeetings werden verkregen, een besluit konden nemen over de aanpak van straatprostitutie. En dat ligt nu voor. Op 23 januari 2008 hebben wij u geinformeerd over de stand van zaken en de bovengenoemde vervolgstappen die wij wilden nemen inzake de evaluatie van de aanpak van straatprostitutie. Hierbij hebben wij ook aangegeven dat wij ernaar streven deze analyse, voor de Voorjaarsnota 2009-2012 af te ronden. Eerder, op 7 november 2007, hebben wij aan u toegezegd om de evaluatie voor de Voorjaarsnota 2009-2012 aan u toe te zenden.
Het evaluatierapport en de rapportage van de uitkomsten van de quick sean en twee landelijke expertsessies over straatprostitutie liggen voor u ter inzage. Deze twee onderzoeken en analyses samen vormden voor ons de basis voor het besluit over de aanpak van straatprostitutie zoals wij dat op 22 april 2008 hebben genomen. Wij zijn gestart met de verdere ontwikkeling van maatregelen en interventies voor een alternatieve aanpak van straatprostitutie. Wij streven ernaar
Raadsnummer O8.RZg8X.OOX
om deze aanpak in september 2008, voor de begrotingsbehandeling 2009, gereed te hebben.
Besluit van college van burgemeester en wethouders Wij hebben besloten: 1 de tippelzone op te heffen binnen een termijn van maximaal drie jaar en zoveel eerder als haalbaar en realistisch is door een alternatieve aanpak van straatprostitutie; 2 voor de begrotingsbehandeling 2009-2012 een alternatieve aanpak van straatprostitutie te ontwikkelen, die zowel een zorgcomponent als een handhavingsc.q. overlastbestrijdingscomponent omvat met interventies en maatregelen die waarborgen dat geen overlast van straatprostitutie terugkeert in Woensel-West en gericht zijn op: het wegnemen van het economische belang van de belangrijkste stakeholders - de straatprostituees van de tippelzone, de pooiers en/of dealers, de prostituanten en buurtbewoners/omwonenden ÃćâĆňâĂİ in het netwerk
van afhankelijkheden rondom straatprostitutie; het veranderen van de focus van de hulpverlening; de inzet van repressie (dwang en drang) ten dienste van en in combinatie met zorg en andersom; het voorkomen van nieuwe instroom; 3 ÃćâĆňâĂİ een incidentele bijdrage ad maximaal 6 35.000,ÃćâĆňâĂİ te verlenen aan de Design
Academy Eindhoven (DA/E) voor het verwerven van inzicht in de wensen/behoeften van de straatprostituees en een vernieuwende visie op straatprostitutie in het bijzonder; dit bedrag te dekken uit het programma E-plus in het kader van de Convenant tussen de gemeente en de DA/E, onder de voorwaarde dat de stuurgroep hierover eind april positief oordeelt; een incidentele subsidie ad maximaal 6 20.000,ÃćâĆňâĂİ aan de Koln International
School of Design (KISD) te verlenen voor het verwerven van inzicht in de
beinvloedingsmogelijkheden van het afhankelijkheidsnetwerk rondom straatprostitutie; een incidentele subsidie ad 6 5.000,ÃćâĆňâĂİ te verlenen aan het T+Huis voor de be-
geleiding van de DA/E en KISD en de inbreng van expertise en ervaring met het ontwikkelen van vraaggerichte diensten en activiteiten; hiervoor dekking te vinden binnen de programmabegroting 2008 waarin middelen beschikbaar zijn gesteld voor de tippelzone.
Argumenten 1.1 Een ti ppelzoneis niet noodzakelijk en wenselijk maar zelfs contraproducti ef voor het verbeteren van de /eefomstandigheden van de straatprosti tuees en voor de zorg voor en ondersteuning van de ti ppelprosti tuees
Raadsnummer O8.RZg8X.OOX
Omdat een tippelzone de wederzijdse afhankelijkheden en de economische belangen waarvan sprake is bij straatprostitutie, faciliteert en in stand houdt is ze contraproductief als het gaat om de daadwerkelijke aanpak van het probleem van straatprostitutie. Op zijn minst kan worden gezegd dat een tippelzone in elk geval niet ontmoedigend werkt voor alle betrokken stakeholders. De belangrijkste belanghebbenden zijn: de straatprostituees die een pasje hebben voor de tippelzone aan de Achtsweg Zuid. Hun economisch belang bij straatprostitutie betreft het vergaren van de geldelijke middelen die ze nodig hebben voor drugsverslaving. Ook kunnen ze juist op de tippelzone aan de drugs komen; de pooiers en/of dealers teren op de prostitutieactiviteiten van de straatprostituees doordat ze als dealers (een deel van de) inkomsten opstrijken in ruil voor drugs en als pooiers een deel in de wacht slepen door op allerlei manieren druk uit te oefenen (o.a. via drugs, emotioneel, sociaal, veiligheidsgevoelens); op de prostituanten is nu maar beperkt zicht. Zij hebben een (vermoedelijk) belang bij een laagdrempelige (dat wil zeggen goedkope, relatief anonieme en snelle) manier om aan hun gerief te komen. Die behoefte is divers van aard en kan zelfs extreme vormen van machtsuitoefening en extreme seksuele wensen tot een soort van kick inhouden, waarvoor de reguliere raamprostitutie geen alternatief biedt; de hulpverlening is per definitie sterk gericht op het bieden van hulp (zorg en ondersteuning), dikwijls met het bestaande aanbod dat het tippelgedrag als zodanig niet aanpakt. De eigen inzet wordt niet of nauwelijks overbodig gemaakt, de aandacht gaat uit naar bijkomstige problemen. Zo maakt de hulpverlening onderdeel uit van het netwerk van afhankelijkheden rondom straatprostitutie: om ondersteuning te kunnen bieden is er steeds iemand nodig die ondersteund moet worden. Het teruggeven van verantwoordelijkheid aan de straatprostituees voor de eigen oplossingen doet dit wel. 1.2 De huidige aanpak van straatprosti tutie via een ti ppeizoneis niet effectief Van de 37 vrouwen die over een pasje beschikken, komen circa 15-20 vrouwen nog steeds met enige regelmaat op de tippelzone. Vrouwen die een tijdje niet meer op de tippelzone zijn geweest, komen hier niet (meer) omdat zij bijvoorbeeld in detentie zijn, in een crisis verkeren waarvoor opname noodzakelijk is, of (tijdelijk) uit de scene zijn omdat zij een partner hebben ontmoet. Deze tijdelijke uitstroom is het gevolg van buiten de persoon gelegen en lastig te beinvloeden factoren en van externe invloeden. In die gevallen is uitstroom niet het resultaat van planmatige interventies van de hulpverlening, maar van externe omstandigheden waarop door de hulpverlening kan worden geanticipeerd. Terugval in het oude gedrag van tippelen is nagenoeg bij alle straatprostituees na verloop van tijd aan de orde.
De leefomstandigheden zijn niet zichtbaar verbeterd. Wel is de veiligheid op de zone als gevolg van het beheer en toezicht op de zone verbeterd ten opzichte van
Raadsnummer O8.RZg8X.OOX
de situatie zonder de tippelzone. De gezondheid van de vrouwen is in het algemeen vooruitgegaan doordat regelmatig controles door een arts plaatsvinden en de vrouwen over een ziektekostenverzekering beschikken. Het zicht van de hulpverlening op de echte leefomstandigheden van de straatprostituees is beperkt. De eigenlijke leefomstandigheden en de netwerken waarin zij zich bevinden, blijven buiten het vizier van de hulpverlening, evenals zingeving. In de huidige aanpak en opzet wegen de kosten niet op tegen de baten. Ook niet in maatschappelijk opzicht. 2.1 De huidige zorg en ondersteuning aan de vrouwen leidt niet tot de beoogde verbetering van de /eefomstandi gheden, zoda t een nieuwe aanpak nodig i s. De hulpverlening biedt met name laagdrempelige zorg en ondersteuning (care), maar laat de fatale afhankelijkheidsrelaties van straatprostitutie in stand. Het is wenselijk hierop interventies te plegen zodat het economisch belang voor de betrokken stakeholders vermindert. Hiervoor is een alternatieve aanpak nodig, die het fundamentele probleem van straatprostitutie en het echte probleem van de straatprostituees aanpakt. Deze analyse leidt ertoe dat een viertal hoofdgroepen kan worden onderscheiden waarop acties en maatregelen nodig zijn met een mix
van de zorg- en veiligheidscomponent: het wegnemen van het economisch belang van de belangrijkste stakeholdersÃćâĆňâĂİ
de straatprostituees van de tippelzone, de pooiers en/of dealers, de prostituanten en buurtbewoners/omwonenden ÃćâĆňâĂİ in het netwerk rondom
straatprostitutie; de focus van de hulpverlening te richten op: o cure (op verbetering/therapie en genezing gericht) op een aantal nader gedefinieerde leefgebieden in plaats van care (zorgen in geval van een ziekte/beperking); o doorbreken van de levensstijl/’het normale’ van de straatprostituees door een andere norm voor te houden; o als start van een traject accepteren van tippelgedrag en verslaving van waaruit verder kan worden gewerkt aan concrete doelen/zingeving; o toepassen van positieve discriminatie; o starten met degene die het gemakkelijkst kan worden geholpen en kan worden geisoleerd van de groep (het zogenaamde ’groepen pellen’ ); o de oplossing voor het individuele probleem hanteren als uitgangspunt en niet het bestaande aanbod; o bewerkstelligen dat de straatprostituees bij terugval iets te verliezen hebben (in plaats van beloningen die pas aan het eind van langdurige trajecten verdiend kunnen worden); de inzet van repressie (dwang en drang) ten dienste van en in combinatie met zorg en andersom; het voorkomen van nieuwe instroom in de straatprostitutie.
Raadsnummer O8.RZg8X.OOX
22 De ontwikkeling van de nieuwe aanpak kost meer tij d omdat direct toepasbare alternatieven voor een ti ppelzone niet beschi kbaar zij n
Voor onderdelen kan gebruik worden gemaakt van landelijke ervaringen (o.a. openbare orde-aanpak Rotterdam en zorgaanpak van Utrecht en Den Haag), maar voor een groot deel dient de nadere uitwerking van de hoofdgroepen in concrete acties en maatregelen nog gestalte te krijgen. Aan de inhoudelijke uitwerking van de aanpak kan ook een begroting worden gekoppeld, zodat de jaarlijkse kosten van de aanpak inzichtelijk worden. Voor de begrotingsbehandeling 2009 is de nader uitgewerkte aanpak gereed. 3.1 Hetis voor de bestaande zorgaanbieders lastig gebleken om een omslag te maken naar een alternatiefeninnovatiefaanbodzonder ti ppelzone. Di tis de reden dat vi a meerder parallelle trajecten (o.a. de toepassing van een service designbenadering) wordt gezocht naar vernieuwende benaderingen en concepten Via meerdere trajecten wordt de alternatieve aanpak verder uitgewerkt. Uitgangspunt is dat in plaats van over de straatprostituees, ook met de straatprostituees en andere stakeholders over een nieuwe aanpak wordt nagedacht. Dit heeft tot doel innovatieve diensten en maatregelen voor straatprostituees te ontwerpen. Het gaat om oplossingen die meer verantwoordelijkheid teruggeven aan de straatprostituees zelf. De uitkomsten zijn nog onbekend vanwege het experimentele karakter, maar de moeite waard om uit te proberen. De Design Academy Eindhoven (DA/E) is gevraagd om samen te werken met de gemeente Eindhoven en de andere twee partners omdat dit goed past in de samenwerkingsconvenant van de gemeente met de DA/E. Dekking van de kosten is voorzien via het programma E-plus. Vanwege de advisering door de stuurgroep die niet voorafgaand aan dit voorstel voor de aanpak van straatprostitutie plaats kon vinden, is de gangbare procedure nog niet afgehandeld. De verwachting en inschatting is dat het project goed past in het programma E-plus. Dekking vanuit het programma E-plus vindt daarom plaats onder de voorwaarde dat de stuurgroep hierover eind april 2008 positief oordeelt.
Ook met het oog op de uitwisseling van kennis met de andere samenwerkingspartners in de toepassing van het service designconcept, de Koln International School of Design (KISD) en het T+Huis, is samenwerking met de DA/E van belang.
4.1 Eerder heeft de Koln International School of Design (KISD) het concept van ’service design’toegepast op het realiseren van diensten voor dak- en thuislozeni n Keulen; di t levert met name procesmati g vernieuwendeinzi chten op Naast de samenwerking met de DA/E is het voorstel om aan de KISD opdracht te ge-
ven om via ’service design’, dat wil zeggen het ontwikkelen van services en diensten voor de doelgroep, te komen tot nadere invulling van de zorgcomponent.
Raadsnummer O8.RZg8X.OOX
Onderdeel van het project vormt een stakeholder-analyse die relevant is voor het verwerven van inzicht in de afhankelijkheidsrelaties in het netwerk rondom straatprostitutie en de beinvloedingsmogelijkheden en mogelijke interventies. Bovendien worden de wensen en mogelijkheden van de straatprostituees door de KISD onderzocht.
De betrokkenheid van het T+Huis is van belang vanwege hun ervaring met het ontwikkelen van vraaggerichte activiteiten en diensten en hun kennis van de Eindhovense situatie. Het T+huis kan ook een rol vervullen in de begeleiding van zowel de DA/E als de KISD.
De meerwaarde is dat de benadering van het probleem plaatsvindt door niet belanghebbende zorgaanbieders. Deze organisaties maken immers geen onderdeel uit van het afhankelijkheidsnetwerk rondom straatprostitutie.
Ter inzage gelegde stukken 1 ’Overlast en OverLeven’, Evaluatie Tippelzone Achtseweg Zuid Eindhoven, april 2007.
2 ’Straatprostitutie in Eindhoven’ Quick sean Nederlandse tippelzones en twee landelijke expertsessies, 25 februari 2008’; Burgemeester en wethouders van Eindhoven,
A. Brunninkhuis, secretaris
Raadsnummer O8.RZg8X.OOX
wz08006182
APRIL 2007 1 A
Inhoudsopgave I. INLEIDING: DOEL- EN KADERSTELLING...,.....,.................................................,...,..................,......,....3 2. TIPPELZONES IN NEDERLAND ....................................................,..âĂđ.âĂđ......................................................5 INLEIDING . 2. 1 GESCHIEDENIS TIPPELZONES IN NEDERLAND ..., ...,...,. 2.2 TIPPELZOHES IN NEDERLAND, EEN TOUR D’HORIZOH, .
.....5 .....5
...,6
3. HET ONDERZOEK: METHODOLOGISCHE VERANTWOORDING. INLEIDING 3.1 OvERzicriT REsPGNDENTEH.
.10
ll
Ad (i) Het politiek bestuurlj ik circuit. Ad (2) Het ambteljik apparaat..............,......âĂđ..âĂđâĂđ,.âĂđâĂđâĂđ,.âĂđ.
âĂđâĂđâĂđ, II
Ad (3) De Hulpverlening. Ad (4) De bedrijven aan de Achtseweg
..âĂđ., il
. l2
Ad (5) De omwonendenâĂđ
.12
Ad (6) De tippelaarsters, Ad (7) De klanten tenslotte. Overzicht van respondenten, verdeeld naar "geleding ";
. l3 .âĂđ..., l3
, l3 ,16
3.2 %ERKWUZE
4. BESCHRIJVING VAN DE TIPPELZONE EN HAAR PROSTITUEES... INLEIDING 4.1 DE VROUWEH ’NADER IN BEELD .. 4.2 DE PROSTITUTIE: TUSSEN DRANG EH DWANG ..
18
23
5. RESPONDENTEN AAN HET WOORD..
25
INLEIDING .. 5.1 TIPPELEN: "HET MEEST VERSCHRKKELIJKE WERK... DE MINST SLECHTE OPLOSSING" âĂđ..
25 ......25
5.2 LocATIE ACHTsEwm ZUID .. 5.2. i Algemene oordeel huidige locatie
.âĂđ...26
5.3 BEHEERSBAARHEID
5.3, l Overlastt de cjifers, 5.3.2 Overlast: subj ectieve beleving., 5.3.3 Veiligheid op de tippeizoneâĂđâĂđ,.âĂđ,.âĂđ,.âĂđâĂđâĂđ.....,.......,.
27 29 30 33 35
5.4 VOORZIEHIHGEN EN MAATREGELEN; ZORGAAHBOD, ...,.....
5.4. l De kosten van het zorgaanbod.
38
5,4.2 De voorzieningen binnen het zorgaanbod.âĂđâĂđâĂđâĂđâĂđ
âĂđâĂđ,40
5,4.3 De egecttviteit van het zorgaanbod.
âĂđâĂđ,42
5. 5 ONDERLINGE SA%/IENWERKING BETROKKENEN.
6. DE TOEKOMST: HOE NU VERDER? ...................,.... UITLEIDENDE OPMERKINGEH.
GERAADPLEEGDE LITERATUUR.
..45
+ +eÂń++ +eeoes so w+eo 47 ..49 totttttt+tttÂżttt+ttttttt+50
1. Inleiding: doel- en kaderstelling "(,.) ze staat op hoge hakken in een plas regen, Met haar handen beschermt ze haar mascara tegen de druppels die onafgebroken uit de hemel vallen. Alleen als een auto vaart mindert, verplaatst ze haar handen naar haar zj len laat ze haar lange jas openvallen. Ze toont haar ’waar’, verpaktin zwarte lingerie en jarretelkousen, maar eris weinig animo op regenachtige avonden als deze" [NRC Handelsblad]
Sinds november 2003 kent Eindhoven een tippelzone aan de Achtseweg Zuid. Nog dit voorjaar zal de gemeenteraad, conform de planning, een standpunt bepalen omtrent de toekomst van de zone. De standpunten bij diegenen die bij het project betrokken zijn ÃćâĆňâĂİ politiek bestuur-
lijk, binnen het ambtelijk uitvoerend apparaat, de hulpverlening, de omwonenden in met name Woensel West en, last hut not least, de vrouwen die werkzaam zijn aan de zoneÃćâĆňâĂİ
lopen ver uiteen, net als de gevoeligheden die met de problematiek samenhangen. Tegen die achtergrond hebben de verantwoordelijke wethouders, drs. H.M. Oon en mevrouw drs. G.M. Mitlendorff, besloten de discussie in de raad te schragen door extern onderzoek. De doelstelling voor dat onderzoek is als volgt gedefinieerd: op basis van een zo breed mogelijke inventarisatie empirische, beleidsrelevante argumenten aanreiken die leiden tot c.q. bijdragen aan een overwogen oordeel over het (voort)bestaan van een van overheidswege gefaciliteerde tippelzone en flankerende voorzieningen (prostitutie vertrouwenspersonen en slaap- en verblj ifsvoorzieningen) in Eindhoven, in het bjizonder waar het gaat om de locatie aan de Achtseweg. Dit onderzoek vindt plaats in het kader van de beleidsevaluatie waarin telkens twee richtinggevende punten centraal staan; enerzijds de bestrijding van overlast en anderzijds de verbetering van de positie van de prostituees. In het verlengde van bovenstaande doelstelling en beoogde benadering formuleerden wij als centrale vraagstelling: welke posities nemen betrokken actoren (professioneel en anderszins betrokkenen) in: welke ervaringen hebben zji, wat is hun oordeel over de huidige situatie (aan de Achtseweg), welke slaag- en faalfactoren wjizen zij aan in de aanpak tot dusver welke inschattingen maken ze voor de toekomst en aan welke voorwaarden moet worden voldaan voor het laten (voort)bestaan van een tippelzone in Eindhoven c.q. in hoeverre kan aan die voorwaarden worden voldaan, al dan niet vanuit de huidige locatie.
Om de centrale vraagstelling goed te kunnen beantwoorden, zijn in ieder geval de volgende aandachtspunten van belang:
de ligging van de zone; de aard, kwaliteit en effecten van de getroffen voorzieningen en maatregelen; de omvang, kwaliteit en het effect van het zorgaanbod; de betekenis en ’werking’ van de zone in bredere zin voor de stad; de omvang, kwaliteit en effecten van het toezicht; de acceptatie in de wijk; de aard en omvang van eventuele overlast; de (feitelijke en potentiele) interferentie met diverse vormen van criminaliteit; de betekenis c.q. het effect op de positie van de prostituees, in het bijzonder waar het gaat om de werkomstandigheden en, in bredere zin, de kwaliteit van hun bestaan, en de uitstroom op termijn;
de onderlinge samenwerking tussen de betrokken partijen.
We beginnen dit rapport met het schetsen van een kader omtrent het onderwerp ’tippelzone’. In hoofdstuk 2 zal daarom worden ingegaan op de geschiedenis van tippelzones en de huidige stand van zaken op de Nederlandse tippelzones. Vanuit een algemeen beeld wordt ingezoomd op de zone in Eindhoven, In hoofdstuk 3 staat de methodologische verantwoording van het onderzoek centraal. Kort wordt ingegaan op diegenen die zijn benaderd, Hoofdstuk 4 staat in het teken van de tippelzone en de daar werkzame vrouwen. wie zij zijn, hun achtergronden, hun motieven om zich te prostitueren en de mogelijkheden om uit ’de wereld’ te stappe , Hoofdstuk 5 is het hoofdstuk waar we ingaan op de uitkomsten van de interviews met de respondenten. We gaan ten eerste in op de vraag: ’Willen we eigenlijk wel een zone’. Daarna gaan we in op de waardering van de huidige situatie op basis van de volgende thema’ s: locatie, beheersbaarheid, voorzieningen en maatregelen, zorgaanbod, onderlinge samenwerking betrokkenen en kosten.
ln hoofdstuk 6 is er aandacht voor de mening van de respondenten over de toekomst en de vraag: ’Woe nu verder7’, We gaan in op de tijdelijkheid van de zone, op de kwestie of de zone op de huidige locatie mag blijven en onder welke voorwaarden dat zou kunnen. Getob mef, verzet tegen een Tippeizone... ... niet alleen in Eindhoven *
as magggeg<" TIPPEkZQNE, NEKT) t OMOH’ &TIHA54%4 AJRIQOllWIOMRIO4%455
04eglaageQIO e IOIAL % ill%
Ave eyrwgse
4+a W&elhf4a84 RC5
2. Tippelzones in Nederland Ik ben er diep van overtuigd dat creativiteit niet gelegen is in het vinden van nieuw materiaal, maar in herschikking van het bestaande tt)mberto Eco)
Inleiding Voor een nadere contextualisering van de problematiek geven we eerst een beknopte schets van de ontwikkelingen rond tippelzones in Nederland (paragraaf 2.1). Vervolgens presenteren we, in paragraaf 2.2, een korte rondgang langs de belangrijkste locaties ÃćâĆňâĂİ zones, waar-
van een deel de afgelopen jaren op gezag van het lokale bestuur is opgeheven. Voor deze analyse konden wij profiteren van diverse beleids- en onderzoeksverslagen, waarvan de titels in de iiteratuurlijst zijn opgesomd. Uiteindelijk zoomen we in op de locatie aan de Achtseweg in Eindhoven. Voorts hebben we geput uit (een overigens omvangrijke reeks) beleidsnotities en publicaties in met name het Eindhovens Dagblad (ED).
2.1 Tippeizones in Nederlancf Tippelen, het spreekwoordelijk oudste beroep ter wereld, kenmerkt zich door het werven van klanten in de openbare ruimte, Aanvankelijk gebeurde dat vooral in de ’rosse buurten’, maar toenemende (auto)mobiliteit heeft ook zijn invloed op de prostitutie: de vrouwen benaderen hun klanten langs de openbare weg en de "diensten" worden in de auto verleend. Dat gebeurt eerst ongecontroleerd, concentreert zich in buurten als Woensel West ÃćâĆňâĂİ wijken, die in
de beeldvorming sterk met prostitutie verweven zijn. De overlast, in de vorm van lawaai, verkeersdrukte, ’tastbare overblijfselen van werkzaamheden’, openlijk dealen en gebruik van drugs en allerlei vormen van criminaliteit en onveiligheid, leidt tot steeds meer protesten vanuit de bewoners en druk op de politiek om paal en perk te stellen aan dit soort praktijken.
Vanaf begin jaren tachtig wordt in verschillende grote steden gekozen voor een pragmatische benadering van straatprostitutie. Amsterdam was In 1982 de eerste stad met een speciaal aangewezen locatie, waar straatprostitutie wordt gedoogd. ln 1985 worden de eerste ofhci5le tippelzones in Utrecht en Den Haag geopend. In de jaren daarna volgen Amsterdam, Rotterdam, Arnhem, Nijmegen, Groningen, Heerlen en uiteindelijk Eindhoven. Al deze zones hebben een baan waar klanten de prostituees kunnen oppikken, een afwerkpiek en een huiskamer. Uit de evaluaties naar het functioneren van de zones blijkt dat na instelling van een zone de overlast afneemt, de veiligheid en de gezondheid van de vrouwen die werkzaam zijn aan de zone (aanzienlijk) verbetert. Sinds de formalisering van prostitutie in 2000 zijn rond het fenomeen straatprostitutie ruwweg drie, elkaar versterkende ontwikkelingen te onderscheiden. Ten eerste verandert de populatie op de zone: in de jaren negentig komen er bijvoorbeeld veel Zuid Amerikaanse transseksuelen en travestieten naar de zones. Rond 2000 groeit het aantal "migrantenprostituees" uit centraal- en Oost Europa mede als gevolg van mensenhandel. Ten tweede zijn blijkt het gebruik van drugs en de afhankelijkheid daarvan "trendgevoelig": de verslaving aan hard drugs is inmiddels nagenoeg onlosmakelijk met straatprostitutie verbonden ÃćâĆňâĂİ met grote gevolgen voor de werk- en leefomstandigheden van de tippelaarsters ÃćâĆňâĂİ en de omgeving
waar ze werken. Ten derde verandert de politiek-bestuurlijke en maatschappelijke houding ten aanzien van tippelzones: verminderde tolerantie ten opzichte van de straatprostituees maar ook tegenover alle vormen van overlast en criminaliteit. Voor steeds meer gemeenten is het verval intussen reden om de zones helemaal op te heffen c.q. de straatprostitutie te verbieden.
2.2 Ti ppelzonesin Nederlancf, een tour d’horizon De afgelopen jaren hebben Amsterdam, Den Haag en Rotterdam besloten om hun tippelzones te sluiten. Arnhem, Groningen, Heerlen, Nijmegen en Utrecht zien op dit moment geen aanleiding om het beleid ten aanzien van hun zones aan te passen. Het doel van elke tippelzone is het reguleren van prostitutie en de daarmee samenhangende overlast en daarnaast het bieden van veiligheid, betere gezondheidszorg en hulpverlening aan de prostituees.
Amsterdam Theemswe 1998- 2003 De reden voor sluiting van de zone in Amsterdam was de onbeheersbare situatie die op de zone was ontstaan. Het overgrote deel van de tippelaarsters was illegaal in Nederland en daarnaast was er volgens insiders sprake van infiltratie van de georganiseerde misdaad uit Oost Europa, De extra beheersmaatregelen waarmee de gemeente in 2003 heeft geprobeerd om de situatie weer onder controle te krijgen, bleken niet voldoende te helpen waarop het college besloot de zone te sluiten. De Gemeente Amsterdam wilde niet langer (in)direct haar verantwoordelijkheid nemen voor facilitering van mensenhandel en uitbuiting van prostituees. Omdat de zone vooral door illegale, niet-verslaafde prostituees werd bezocht, heeft Amsterdam geen speciale maatregelen genomen om deze prostituees een alternatief te bieden na de sluiting van de zone. De politie treedt repressief op tegen tippelaarsters overal in de stad. Rotterdam Keilewe 1994 ÃćâĆňâĂİ 2005
De tippelzone van Rotterdam lag op een relatief afgelegen haventerrein en was afgesloten met hekken. In vergelijking met andere steden kent Rotterdam relatief veel verslaafden. Dit heeft tot gevolg dat er ook veel last ls van randverschijnselen als dealers en pooiers. Uiteindelijk ontstond er op de zone een open drugsscene met veel, voornamelijk drugsgerelateerde, criminaliteit, In 2003 werd er een vergunningenstelsei ingevoerd om de toegang van prostituees te reguleren en de overlast op en rondom de zone te kunnen beperken. Rotterdam besluit de zone eind 2005 te sluiten, omdat ze niet wil bijdragen aan de mensonterende omstandigheden waaronder de prostituees moeten werken. Volgens insiders is de mislukking van de Keileweg ook voor een groot deel gelegen in de slechte samenwerking tussen de aanwezige partijen op de zone: er was amper regie en iedereen deed wat hij het beste vond voor de zone. Rotterdam wil de verslaafde prostituees in een zorgtraject opnemen. De prostituees wordt hulp geboden bij het afkicken of stabiliseren van hun verslaving. Vervolgens gaan zij naar een pand voor Intensief Begeleid Wonen van waaruit zij hun ’nieuwe’ leven kunnen gaan opbouwen. De gemeente realiseert zich dat deze begeleiding niet bij iedereen zal gaan lukken, omdat het in de praktijk blijkt dat de prostituees niet eenvoudig aan een zorgtraject te binden zijn. Een deel van deze prostituees is namelijk zwaar verslaafd en zorgmijdend.
Den Haa Waldor straat 1983- 2008 Aanvankelijk werden de doelen van de tippelzone bereikt, maar vanaf 2000 veranderde deze situatie door de legalisering van raamprostitutie en het saneren van de Haagse raamprostitutiestraten. Dit leidde tot een toename van vrouwen uit Oost-Europese landen en de invloed van drugs- en mensenhandelaren nam toe. In 2003 wordt besloten om de tippelzone in de loop van 2005 te sluiten.
Voorwaarde voor sluiting is dat er een goed en humaan alternatief komt. Dit bestaat uit een voortraject om de doelgroep te bereiken in de vorm van maatschappelijk werk en een laagdrempeiige inloop voor de eerste levensbehoeften zoals eten, douche en slaapopvang en een vervolgtraject dat gericht is op zorg en uittreding met behulp van verslavings- en psychische zorg en vormen van activering, dagbesteding en begeleid wonen. Op 1 maart 2006 heeft de Gemeente Den Haag besloten tot de definitieve sluiting van de zone. Uit de evaluatie van de politie blijkt dat in de zes maanden na de sluiting er slechts zeer beperkt sprake is geweest van uitwaaiering van tippelprostitutie door Den Haag. Utrecht ’De Baan’ 1986 - heden ÃćâĆňâĂİ mede op basis van een werkbezoek
’De Baan’ aan de Europalaan in Utrecht is, net als de Achtseweg in Eindhoven, overdag een openbare weg en ’s avonds een tippelzone, Sinds 2004 wordt Utrecht geconfronteerd met een toestroom van prostituees, nadat een aantal andere steden repressieve maatregelen nam of de zone daar ophief. Als reactie hierop is eind 2005 een vergunningensysteem ingevoerd. Daardoor verkeren de Utrechtse tippelaarsters (80 van de inmiddels 150 vrouwen) in een bijzondere positie ten opzichte van nieuwkomers; zij hebben recht op zorg, Deze maatregelen moeten leiden tot een stabilisering van het aantal prostituees, waardoor de situatie beheersbaar blijft. Voor verslaafde dakloze straatprostituees is een apart zorgtraject opgezet: een hostel waar de prostituees in principe onbeperkt kunnen wo en. Ze mogen op de zone blijve werken en blijven gebruiken, Utrecht gaat uit van een structurele voorziening/noodzaak. ln beginsel zijn aile soorten van prostitutie toegestaan - mannen, travestieten, niet verslaafden: dit vanuit het idee dat daarmee de kwaliteit van de hele zone wordt verhoogd. ln de praktijk betreft het vooral vrouwen, maar zeker niet alleen verslaafden.
Ni’me en Nieuwe Marktstraat 2000- heden De tippelzone in Nijmegen bestaat uit een tippelbaan en een afwerkloods die gelegen is aan de rand van het centrum. Nijmegen kent geen vergunningensysteem dus iedereen die meerderjarig en legaal in Nederland is, mag hier in principe werken. Uit een evaluatie in 2005 blijkt dat er relatief weinig overlast voor de omgeving is. De (overdekte!) locatie is uniek in Nederland. De aanpak bevalt hufpverleners en prostituees goed. Volgens diezelfde evaluatie zou de aantrekkingskracht van de zone door sluiting van andere zones tot nu toe beperkt zijn. Dit zou komen door het zeifregulerend vermogen van de zone: de beperkte fysieke ruimte (op de zone en in de loods) zou het aantal prostituees reguleren. Veruit de meeste professionals zijn in 2005 tegen sluiting van de zone en voor het voortzetten van de zone op de huidige locatie.
Arnhem Oude Veerwe 1996 - heden De Amhemse tippelzone (zorgzone genoemd) werd opgericht als onderdeel van de integrale aanpak van de overlast in het Spijkerkwartier. De zorgvoorzieningen op de zone zijn uitsluitend toegankelijk voor verslaafde prostituees uit Arnhem. Wanneer deze prostituees op de zone wliien werken, moeten zij hiervoor een ’contract’ met de hulpverlening afsluiten. Ook krijgen zij een verblijfsontzegging voor de wijken die het meest te maken hebben met overlast als gevolg van tippelen. De zorgzone bleek tot 2002 te voldoen aan de doelstellingen, maar wel was er nog sprake van tippelen buiten openingstijden en op de route van de zone naar de gebruikersruimte. Tussen 2002 en 2003 nam de overlast van tippelprostitutie buiten de zorgzone toe door prostituees die niet afkomstig waren uit Arnhem. ln november 2003 werd daarom een vergunningenstelsel ingevoerd, waarbij er 55 vergunningen werden verleend aan prostituees uit Arnhem. Uit de evaluatie van deze maatregel bleek dat de overlast van het illegaal tippelen is afgenomen.
Gronin en Bornholmstraat 1998-heden De tippelzone van Groningen ligt op een bedrijventerrein zonder woningen. De ondernemers hebben altijd tegen de tippelzone geprotesteerd en zich er nooit bij neergelegd. Sinds de opening van de zone vindt er meerdere malen per jaar een door de gemeente georganiseerd omgevingsoverleg plaats, waar de ondernemers en andere betrokkenen eventuele overlast vroegtijdig signaleren en oplossen. Mede door deze korte lijnen zijn de ondernemers over het algemeen tevreden over het gevoerde omgevingsbeleid van gemeente en politie. Omdat drugsdealers en pooiers zich niet op de zone mochten bevinden, zwierven zij er omheen. Als oplossing voor de overlast die dit gaf op de parkeerplaatsen van het bedrijventerrein heeft de gemeente een speciale parkeerplaats voor deze ’omhangers’ gecre5erd. Hierdoor is de overlast in de omgeving bijna verdwenen, De laatste jaren lijkt de zone, waar geen vergunningensysteem is, nog steeds goed te functioneren. Omdat Groningen geen last heeft van de veranderingen op de andere tippelzones, zien de autoriteiten geen noodzaak tot verplaatsing of sluiting ervan.
Heerlen Imstenrade 2000 - heden In juni 2000 is in Heerlen een zone geopend op een industrieterrein, Men kent een vergunningensysteem waar alleen vrouwen uit de regio Parkstad Limburg voor in aanmerking komen. Aanvankelijk werden 70 vergunningen verleend, waarvan 65 aan verslaafde prostituees. De overlast in het voormalig tippelgebied nam door de zone af en in het gebied rond de zone werd geen toename van de overlast geconstateerd. Op dit moment is het aantal vergunningen teruggebracht tot 35, waarvan 30 voor verslaafden. De prostituees worden door een taxibusje van het centrum naar de zone en weer terug gebracht ÃćâĆňâĂİ op kosten van de gemeente, De klanten die prostituees zoeken buiten
de zone worden in Heerien streng aangepakt,
Eindhoven: de Achtsew Zuid ln $994 kwam prostitutie op verschillende plaatsen in Eindhoven voor. Vaak ging het om ’klassieke’ prostitutie: een vrouw die vanwege armoede of "uit liefde voor haar partner" ’achter het raam’ (van haar eigen woning) gaat zitten. Gaandeweg komen ook pooiers en verslaafden naar deze buurten. ln Woensel West ontstaan zo concentraties van raam-, straat- en junkprostitutie, met alle overlast van dien: rondrijdende klanten, aanklampen van voorbijgangers, toenemende overlast door drugs en drankverslaafden, sociaal verval en allerlei vormen van criminaliteit ÃćâĆňâĂİ tot mensenhandel aan toe.
Vanaf het begin van de jaren negentig groeit het inzicht dat de problemen rond de straatprostitutie aangepakt moeten worden. Als de situatie in de zomer van 2003 in Woensel West uit de hand dreigt te lopen, wordt in november van dat jaar de tippelzone aan de Achtseweg Zuid in gebruik genomen. De doelstelling van de zone is tweeledig: enerzijds het verminderen van overlast en (gevoelens van) onveiNgheid in de wijk, anderzijds het verbeteren van de leef- en werkomstandigheden van de tippelprostituees,
De keuze voor de locatie is welbeschouwd gebaseerd op drie argumenten: (1) men gaat er van uit dat een locatie in de buurt moet worden gevonden: Woensel West en prostitutie heetten onlosmakelijk verbonden en de overlast, zo was de inschatting, kon het best bij de "bron" worden aangepakt; (2) de locatie aan de Achtseweg is, in termen van overlast en veiligheid, acceptabel en (3) er blijken geen goede alternatieven voorhanden ÃćâĆňâĂİ zo blijkt
althans uit een locatiescan. (Argumenten die door veel bewoners van Woensel West overigens volledig van de hand worden gewezen: men voelde zich ÃćâĆňâĂİ sommigen, zo zuNen we zien, voelen zich nog steeds ÃćâĆňâĂİ ’omsingeld’ door de tippelzone, het Baekelandplein en De
Grote Beek),
De tlppelzone maakt deel uit van de integrale aanpak in Woensel West (een bijzondere variant in termen van GSB) die zich richt tegen de handel in en het gebruik van drugs en tegen de overlast van drugsprostitutie en tegen de handel van mensen/vrouwen. De andere maatregelen bestaan uit cameratoezicht in de openbare ruimte in een deel van de wijk, de sluiting van enkele dubieuze cafes en intensivering van het toezicht en de handhaving door politie en gemeente.
Werken aan de Achtseweg is uitsluitend voorbehouden aan vrouwen die over een pasje beschikken, Om in aanmerking te komen dienen de aanvraagsters (1) afkomstig te zijn uit Eindhoven, (2) bij politie en andere maatschappelijke instellingen bekend te zijn als straatprostituee in de wijk Woensel West en als zodanig overiast in de wijk veroorzaken, en (3) aantoonbaar verslaafd te zijn. In eerste instantie hebben 34 vrouwen een pasje toegewezen gekregen. Eind 2006 zijn nog vier pasjes uitgereikt. De toewijzing van die nieuwe pasjes bleek een nieuwe bron van onrust in de wijk en de aanzet tot flinke discussie op bestuurlijk en ambteHjk uitvoerend niveau. Opnieuw kwam de vraag over de tijdelijkheid van de zone c.q. de voornemens van het bestuur over de toekomst van het tippelgebied, Voormalipe tippeizonein Amsterdam... (Bron: Tussenpauze.web-log.nl)
.. en de huidige fippelzone in Eindhoven
3. Het onderzoek: methodologische verantwoording De wetenschappelijk onderzoeker ploetert, al dan niet vrolijk, voort onder zjin mede tea/gebruikers, waarvan hij zich slechts onderscheidt doordat hij de taak heelt en de middelen om wat langer en wat beter over problemen na te denken en er empirisch materiaal voor te verzamelen [Harry Coenen]
Inleiding AI eerder, in het najaar van 2005, is door KCH een aanzet gedaan tot een nadere analyse van de situatie rond de Achtseweg. De aanleiding was de (inmiddeis geÃńffectueerde) opheffing van het Aphrodite-team en de behoefte om de beschikbare informatie te vertalen in een overdrachtsdossier’. Toen al was duidelijk dat de beoordeling van de situatie allesbehalve eenduidig is: het Qberhaupt bestaan van een tippelzone, de locatie, de omvang, de noodzaak en de effecten van de getroffen maatregelen, het draagvlak in de directe omgeving. In dit rapport worden die verschillende posities nader in kaart gebracht. In eerste instantie is In overleg met de opdrachtgever een seiectie gemaakt van instanties, functionarissen en anderszins betrokkenen, die in ieder geval benaderd zouden moeten worden: (vertegenwoordigers van) het lokale bestuurlijk politieke circuit (1) en van het ambtelijk-uitvoerend gemeentelijk apparaat (2); hulpverleners (3); bedrijven in de directe omgeving van de Achtseweg (4); de omwonenden, met name in Woensel West (5) en, last but not least, de tippelaarsters zelf (6). Weliswaar is overwogen ook klanten (7) te benaderen ÃćâĆňâĂİ dat zou, zo was de inschatting, uiterst interessante informatie opleveren ÃćâĆňâĂİ maar uiteindelijk is daar toch, om
praktische redenen, van afgezien, Aanvankelijk werd, gezien de beschikbare tijd en middelen, een lijst van rond de 30 personen samengesteld; uiteindelijk is met ruim 100 mensen (soms kort, soms langer, soms meermalen) gesproken ÃćâĆňâĂİ omdat ze ons tijdens interviews werden aanbevolen, of eenvoudig
omdat wij hen op onze weg vonden (paragraaf 3.1)’. In paragraaf 3,2 wordt tenslotte een aantal aanvullende opmerkingen gemaakt over werkwijze en aanpak. De Achtseweg Zuid in Eindhoven
’ ln opdracht van het Veiligheidshuis is die analyse inmiddels afgerond. De gegevens zijn uiteraard verlrouweiijk, maar voor zover ze de privacy niet schenden en relevant zijn, zijn ze in dit verslag rnee-
enomen.
Met name met mensen van de poiitie, Bemoeizorg en het Leger zijn talloze gesprekken gevoerd, 10
3.1 Overzicht respondenten Ad (1) Het politiek bestuurlijk circuit
Het College van Burgemeester en Wethouders en alle fracties van de Gemeenteraad zijn benaderd: de prostitutieproblematiek raakt aan eigenlijk alle bestuurlijke portefeuilles: openbare orde en veiligheid, planologie, verkeer, huisvesting, gezondheid, verslavingszorg, welzijn; de evaluatie van de tippelzone in de Gemeenteraad medio dit jaar vormt de concrete aanleiding van dit onderzoek. Weliswaar zullen daar de argumenten worden gewisseld, maar dit onderzoek is vooral bedoeld als mogelijkheid om argumenten te inventariseren en systematisch op elkaar te betrekken ÃćâĆňâĂİ een initiatief dat overigens door
alle partijen uiterst positief werd ontvangen. Ad (2) Het ambtelijk apparaat
Op ambtelijk-uitvoerend niveau zijn tal van diensten bij de ontwikkeling en het beheer van de tippelzone betrokken ÃćâĆňâĂİ in juridisch en planologisch opzicht, in termen van toezicht, beheer,
veiligheid en gezondheid, beleid en (verslavings)zorg. De rol van de politie met betrekking tot de tippeizone verdient bijzondere aandachtÃćâĆňâĂİ
enerzijds als de instantie die q.q. verantwoordelijk is voor het toezicht op de tippelzone en de omgeving, maar ook waar het gaat om het onderhouden van contacten met de tippelaarsters. Die verschillende verantwoordelijkheden krijgen vorm in de volgende activiteiten (diensten): inzet van noodhulp ÃćâĆňâĂİ vanuit de reguliere c.q. de gebiedsgebonden politiedienst;
gerichte inzet vanuit het Project Overlast Verslaafden (POV); controle door het Prostitutie Controle Team (PCT) ; gerichte bemoeienis vanuit het (inmiddels ontbonden) Aphroditeteem;
algemene bemoeienis door de buurtbrigadier en de netwerkinspecteur voor Woensel, Ad (3) De Hulpverlening
Het is algemeen bekend dat de tippelproblematiek een complexe en veelkoppige materie betreft, waar verschillende hulpverleningsinstanties bij betrokken zijn. ln Eindhoven zijn datÃćâĆňâĂİ
in alfabetische volgorde:
Bemoeizorg Eindhoven een samenwerkingsverband van gemeente, GGzE, GGD, Politie, Novadic-Kentron en Welzijn Eindhoven. Bemoeizorg richt zich op mensen die acuut hulp nodig hebben maar die niet willen, niet kunnen of niet durven vragen ÃćâĆňâĂİ tippelaarsters bij voorbeeld.
Sinds de introductie van de vertrouwenspersonen is bemoeizorg als organisatie nagenoeg teruggetrokken; alleen de politieco5rdinator is nog direct betrokken.
Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) heeft een arts en een verpleegkundige aangewezen die regelmatig (minimaal een keer per twee maanden) de locatie bezoeken en de vrouwen onderzoeken op SOA’s, Deze controles kunnen ook worden aangegrepen voor andere consulten, met name wanneer de vrouwen in kwestie geen huisarts hebben. Er is inmiddels een ’straatdokter’ betrokken, die wekelijks spreekuur houdt in de opvang vanuit ...
Het Leger des Heils beheert zeven dagen per week een avond/nachtopvang: ook wel de huiskamer of de kantine. Deze unit vervult letterlijk en figuurlijk een spilfunctie: voor de vrouwen die er even kunnen ontspannen, ’hun verhaal’ kwijt kunnen, douchen, koffie drinken, snoepgoed of soep kopen, maar ook schone spuiten en condooms krijgen. Tegelijkertijd vormt de unit het ontmoetingspunt en de uitvalsbasis voor veel andere professionals, zoals de vertrouwenspersonen (daarover zo direct).
Neos biedt momenteel ÃćâĆňâĂİ kennelijk op experimentele basis ÃćâĆňâĂİ een time-out bed" aan vrou-
wen van de tippelzone. Het doel van deze voorziening is duidelijk therapeutisch: de kans bieden om het gebruik van drugs te leren beheersen c.q, over te stappen op vervangende middelen. Novadic-Kentron houdt zich bezig met verslavingsproblematiek. Voor de tippelaarsters stellen zij vijf bedden beschikbaar in de nachtopvang voor verslaafden. Daarnaast kan NovadicKentron vrouwen die eventueel willen afkicken een traject aanbieden.
Portaal 040 is crisisopvang door NEOS, Novadic Kentron en GGzE voor clii;.nten met een meervoudige en complexe problematiek. Portaal 040 biedt 24-uursopvang, bad-bedbrood en zo nodig steun en een luisterend oor van groepswerkers. De time-out opnames zijn voor maximaal zeven dagen, Er mogen tijdens de opname middelen gebruikt worden, maar niet in het huis zelf. Portaal 040 kan maximaal twee prostituees tegelijk plaatsen.
De vertrouwenspersonen vormen de schakel in de ketenaanpak tussen de straatprostituees en de somatische en psychosociale voorzieningen, maatschappelijke opvang, verslavingszorg, woonvoorzieningen en werk- en inkomensvooizieningen. Een functionaris is in dienst van/ gedetacheerd vanuit het Leger des Heils, de andere door/vanuit Novadic-Kentron. Hun aanstelling is mede gebaseerd op het inzicht dat exclusieve zorg voor de vrouwen aan de zone noodzakeHjk was. Ad (4) De bedrijven aan de Achtseweg
De ondernemingen in de directe omgeving van de tippelzone zijn op verzoek van de vertegenwoordiger van Bedrj ivenvereniging "De Beuk" (zelf werkzaam bij Arcadis Aqumen Facility Managerrrent) benaderd met een enquÃłte, in de vorm van een half open vragenlijst. De Nederlandse Spoorwegen vormen een uitzondering op haar verzoek is met de perronmanager van (ook) de Beukenlaan een mondeling interview afgenomen. Ad (5) De omwonenden De tippelzone is mede ingericht om de overlast en de veiligheid in hun wijk aan te pakken. ln overleg met een aantal professionals hebben we ervoor gekozen om bewoners te interviewen op locaties die in het verleden belast zijn (geweest) met overlast door tippelprostitutie, Daarnaast is gesproken met het Dagehjks Bestuur van de 8tichting Woensel West, die van begin af aan intensief betrokken is geweest bij de totstandkoming van de zone, of beter gezegd: bij het verzet tegen de komst ervan. 12
Ad (6) De tippelaarsters Misschien wel de belangrijkste partij ÃćâĆňâĂİ enerzijds omdat de discussie goeddeels om hen
draait, anderzijds omdat zij als geen ander weten hoe het er op de zone aan toe gaat en wat dat betekent voor hun eigen leven. Aanvankelijk werd ingeschat dat ze moeilijk bereikbaar zouden zijn, en nog minder toeschietelijk om hun kennis en inschattingen met derden te delen ÃćâĆňâĂİ en al helemaal niet met onderzoekers, waarbij ze doorgaans groot wantrouwen
tonen waar het gaat om de vraag of de informatie die ze geven wel goed gebruikt wordt of, erger, tegen hen wordt gebruikt.
Niettemin hebben alle vrouwen die zijn benaderd direct belangstelling en hun medewerking getoond, sterker: ze hebben alle tijd genomen om de onderzoeker te woord te staan. Overigens is, om redenen die niet verder hoeven worden toegelicht, expliciet gekozen voor een vrouwelijke onderzoeker. Dht de vrouwen bereid waren tot een interview is goeddeels te danken aan de bemiddeling van de politie/bemoeizorg die de afspraken maakte en zo nodig bij het gesprek aanwezig was, Uiteindelijk zijn met tien vrouwen gesprekken gevoerd: negen waren het afgelopen jaar daadwerkelijk op de tippelzone actief, een van hen is al geruime tijd woonachtig (en staat onder behandeling) in De Grote Beek. Ad P) De k(enten tenslotte
Een interessante partij natuuriijk in het kader van dit onderzoek, heeft in het navolgende toch geen stem. Niet omdat wij dat niet zouden willen ÃćâĆňâĂİ integendeel ÃćâĆňâĂİ maar omdat wij eenvoudig
geen mogelijkheid, zagen hen te benaderen, laat staan een representatieve vertegenwoordiging, Overigens stuit criminoloog Frank Sovenkerk in zijn onderzoek naar loverboy-praktijken (2007) op het zelfde probleem. Hij zoekt ÃćâĆňâĂİ met succes! ÃćâĆňâĂİ zijn heii bij ’Hookers,nj’, een site
waar ’hoerenlopers’ openhartig ervaringen uitwisselen, en die sinds de openbaring van een voormalig wethouder in Amsterdam alleen maar drukker wordt bezocht. Binnen het (tijds)bestek van dit onderzoek zagen wij het als niet opportuun om Bovenkerks voorbeeld te volgen. Tippelzone in Eindhoven: design hejnverk
Overzicht van respondenten, verdeeld naar ’geleding :
Lokaal bestuur kans Martin Don Mary Fiers
Wethouder o,a. maatschappelijke zorg (SP) Wethouder o.a. ruimte en wonen PvdA)
Paul Leenders Ko Jansen Jan Vleeshouwers Mary-Ann Schreurs Jacqueline Kuppens Renate Richters Marcel van Bussel
Raadsfractie CDA Raadsfractie Christen Unie Raadsfractie De Stadspartij Raadsfractie D’66 Raadsfractie Groen Links (voorm. portefeuillehouder) Raadsfractie Leefbaar Eindhoven (i.a.v. de voomitter van de afdeling) Raadsfractie LPF Raadsfractie Ouderen App&l Raadsfractie PvdA Raadsfractie SP Raadsfractie VVD
Betty Habets
Rudy Reker Drb Rennenberg Gaby van den Biggelaar Bernard Gerard Hanny Jacobs van Nisselrooy Aline Zwierstra
Gemeentelijke Diensten Gert Jan Arts Peter Beijer
Veronique Beurskens Frans Dielissen Francb van Gils Pim Lamers Marieke Poos Peter Jan Prinsen Martijn Schavemaker Piet Tondeur Rob Woltinge
Polltle Peter van Dalen Piet Heijnen
Dienst/fune8e DAJZ voormalig coÃűrdinator overlastaanpak Woensel West DSOB projectleider wijkvernieuwing Woensel West
DMO beleidsmedewerker DMO beleidsmedewerker Veiligheidshuis DAJZ wijkcoordinator Woensel West GGD beleid smedewerker DMO accountmedewerker DMO beleidsmedewerker Veilig heidshuis DAJZ beleidsmedewerker juridische zaken DMO beleidsmedewerker Veiligheidshuis DMO gebiedsprogrammeur Woensel West 1-voege Afdelingschef Strijp Co5rdinator Prostitutie Controle Team
Geert Jansen Opsporingsambtenaar politie Eindhoven Pieter van der Linden Districtschef Eindhoven Cor Louwers Netwerkinspecteur Woensel Zuid Johan van Rhijn Wijkbrigadier Woensel West Hans Schalkwijk Voormalig netwerkinspecteur Woensel Zuid Frans Smeelen Contact/vertrouwenspersoon prostituees vanuit Bemoeizorg Geert Veroude Afdelingschef Woensel Zuid Henk Wernson Nationaal leider Expertisecentrum Mensenhandel, vroeger agent in de wijk Woensel West
Hulpverlening
Edsel Albertus Elly Balster Jan van Corven Rob den Dekker Doryanne van Gemert Corine Govers Esmeralda Hagenaars Thea van Kempen Rini Hoogmoet Renee Keetelaar Henk Schreurs Bertine Spooren Wies Weekers
Bedrijven Jan Blom
Ger Pagters Leslie van Zomeren
Functie Portaal 040: assistent zorgmanager Leger des Heils: vertrouwenspersoon GGD: beleidsmedewerker OGGZ Portaal 040: zorgrnanager Neos: manager zorg Ritahuis Novadic-Kentron/Bemoeizorg: procesrnanager N/0 Novadic-Kentron: vertrouwenspersoon Neos: manager markt- en productontwikkeling Leger des Heils: medewerker huiskamervoorziening Leger des Heils: medewerker huiskamervoorziening Novadic-Kentron: o.a. projectleider vertrouwenspersonen GGD: huisarts Leger des Heils: afdeiingshoofd
Functie NS; locatiebeheerder NS: locatiemanager Arcadis Aqurnen Facility Management: contactpersoon bewonerscommissie bedrijventerrein ’De Beuk’ namens gebouw T en Lips Capital Group (eigenaar gebouw TQ)
Bewoners Baekelandplein Jan v d, Biltstraat Brugmanstraat
Celsiusplein Drebbelstraat Edison plein Edison straat Franklinplein 2’ Franklinstraat Galileistraat G roe newoudseweg Juliusstraat Musschenbroekstraat Stephenson straat Volta straat
Wattstraat
Wenckenbachstraat Pieter Zeemanstraat Bestuur ’Woede( Vleet Leden van het Dagelijks Bestuur Woensel West
Aantal berzoehte
adressen
1 1 1 1
1
2 1
1 1
4 1 1
2 1
1
2 1
5
’ Met het oog op de privacy zijn nadere gegevens (huisnummers, achtergronden en dergelijke) achterwege gelaten 15
3.2 Werkwijze Met alle respondenten ÃćâĆňâĂİ behalve, als gezegd, de bedrijven - zijn individuele gesprekken
gevoerd aan de hand van een topiclijst; de thema’s die in de vraagstelling zijn aangestipt. Met een aantal respondenten zijn meerdere gesprekken gevoerd; mensen van het Leger, de politie, DMO (Veiligheidshuis). Waar gewenst of waar in de ogen van de onderzoekers van belang, is het verslag eerst aan de respondenten ten controle voorgelegd,
Bijzondere aandacht verdient de inzet naar de bewoners in Woensel West. In nauw overleg met de netwerkinspecteur en de coÃűrdinator (smaldeel politie) van Bemoeizorg is een lijst opgesteld van bewoners die in elk geval benaderd zouden moeten worden. Gaandeweg kwamen de onderzoekers tot het inzicht dat het om inhoudelijke en wetenschappolitieke redenen raadzaam zou zijn meerdere bewoners te spreken, Inhoudelijk omdat de reacties sterk uiteenliepen; strategisch omdat bewoners, zeker rond dit gevoelige dossier, niet de indruk mogen krijgen dat hun kennis en inbreng niet voldoende is meegenomen, Een uitputtende, schriftelijke enquete is overwogen, maar van de hand gewezen: buitenproportioneel en wellicht onbedoeld aanleiding voor veel onrust en valse verwachtingen. Uiteindelijk is besloten van elke straat in de directe omgeving van de Groenewoudsweg het huis met het laagste huisnummer te bezoeken of, bij geen reactie, de woning direct daarnaastltegenover. Naast interviews in Eindhoven is ook een aantal deskundigen buiten de stad benaderd om hun kennis en visie te geven. In veel gevallen is hun inbreng gebruikt als achtergrondinformatie; waar relevant wordt die in het navolgende expliciet gemaakt.
Voor het onderzoek stonden ook twee excursies gepland. Een aantal steden is de revue gepasseerd en uiteindehjk is gekozen voor Utrecht (waar net als in Eindhoven nog een zone bestaat) en RotterdamÃćâĆňâĂİ
waar de zone vorig jaar is opgeheven en waar onlangs onderzoek is gedaan naar de gevolgen daarvan.
De excursie naar Utrecht heeft de professionals die vanuit Eindhoven zijn mee gegaan niet alleen interessante inzichten geboden, maar ook de kans om nader met elkaar kennis te maken. De excursie naar Rotterdam laat nog even op zich wachten ÃćâĆňâĂİ wordt in dit onderzoek
niet meegenomen. Indien daarover belangrijke uitkomsten te melden zijn, zullen die worden meegenomen in het collegevoorstel.
Het empirisch materiaal is verzameld in de maanden december 2006 en februari 2007.
4. Beschrijving van de tippelzone en haar prostituees (,.) Het besluit om over te gaan tot hetinrichten van een afwerklocatie is ingegeven door de signalen van overlast uit de omgeving van de tippelzone in de afgelopen maanden. Deze tijdeljike maatregel, tot 1 mei 2004, is aanvullend op twee eerder genomen maatregelen ter vermindering van overlast in Woensei West: de genoemde tippelzone en een opvangvoorziening voor verslaafde straatprostituees" [uit Persbericht 181203/249]
tn]eiding Als hhn ding duidelijk is geworden uit de interviews, dan is het wel dat bij relatieve buitenstaanders allerlei beelden leven ÃćâĆňâĂİ en vooroordelen ÃćâĆňâĂİ maar dat feitelijke kennis over wat zich
precies op de tippelzone afspeelt en wie de vrouwen in kwestie eigenlijk zijn niet altijd even accuraat is. Op een aantal dominante beelden/vooroordelen zuilen we in dit hoofdstuk nader ingaan en toetsen aan feitelijke gegevens over de vrouwen. Op deze manier geven we (in 4.1) een beschrijving van de vrouwen, hun achtergronden en huidige omstandigheden. Daarna gaan we in op de stap naar de straatprostitutie en de mogeiijkheden en (individuele en structurele) belemmeringen om daar weer uit te ontsnappen (4,2). Voor deze schets hebben wij voornamelijk gebruik gemaakt van de kennis bij de coÃűrdinator Bemoeizorg vanuit de politie, bij twee agentes van het voormalige aphroditetearn, rnedewerkers van het l eger des Heils en ÃćâĆňâĂİ voor algemene beelden ÃćâĆňâĂİ de vertrouwenspersonen.
Overigens bleek het, zelfs voor professionals, lastig om een eenduidig beeld van de tippelaarsters te schetsen. Daarvoor worden ruwweg twee redenen aangevoerd. Ten eerste tonen de vrouwen zich, zelfs tegenover relatieve insiders, terughoudend om hun gevoelens en de omstandigheden waarin ze leven te delen, Ten tweede blijkt informatie snel verouderd, omdat de situatie waarin de vrouwen verkeren snel verandert ÃćâĆňâĂİ en aldus hun oordeel kan
beinvloeden. Graag hadden we met dit hoofdstuk meer recht gedaan aan het binnenperspectief van de vrouwen; hun zorgen, mogelijkheden, ideeen en wensen. We beperken ons hier echter voornamelijk tot een beschrijving op basis van meer feitelijke gegevens, allereerst omdat de vrouwen ons ÃćâĆňâĂİ als buitenstaanders ÃćâĆňâĂİ uiteraard ook niet alles verteld hebben en we ze
bovendien voornamelijk gevraagd hebben naar hun ideeen over de tippelzone; in hoofdstuk 5 komen ze ook als respondent aan het woord.
De zone aan de Achtseweg Zuid De tippelzone in Eindhoven wordt doorgaans omschreven als een ’open variant’. Dit wil zeggen dat het overdag een reguliere openbare weg is, die ’s avonds (20:OIM2;00) wordt gecombineerd met een tippelzone. Op de tippelzone zijn twee ’bushokjes’ aanwezig waar de prostituees kunnen staan om hun klanten te werven en/of te schuilen voor slecht weer. Uiteindelijk vindt het "werk’ plaats in de vijf afwerkplekken: aluminium schotten waarbinnen de auto uit het zicht staat. Daarnaast is er een huiskamervootziening (ook wel ’keet’ of ’kantine’ genoemd) die wordt beheerd door het Leger des Heils. Een particulier beveiligingsbureau is verantwoordelijk voor de veiligheid in de huiskamervoorziening en de politie voor de veiligheid op de zone. 17
Het aantal tippelaarsters dat op de tippelzone aanwezig is, wisselt per week, per avond en zelfs per uur, Soms staat er een enkeling, soms zijn er acht vrouwen aan het werk, maar zelden staan er meer dan tien vrouwen. Anders dan in bijvoorbeeld Utrecht waar per avond ongeveer vijftig vrouwen staan, ligt de tippelzone in Eindhoven er regelmatig wat verlaten en stil bij. Er is op dit moment een vaste kern van ongeveer tien vrouwen die elke week in ieder geval een aantal avonden op de zone aanwezig zijn, De overige vrouwen zijn minder vaak en onregelmatig op de zone aan het werk.
4.1 De vrouwen naderin beeld Zoals reeds gezegd doen we in dit onderzoek uitspraken over de vrouwen die beschikken over een speciale pas en dus die formeel geregistreerd zijn en daarmee toestemming hebben om op de tippelzone actief te zijn. In onderstaand schema de situatie van die activiteit in het afgelopen jaar:
Aldus de situatie in 2006’. Hieronder gaan we in op de persoonsgegevens van de vrouwen die actief zijn aan de Achtseweg. Daarbij richten we ons op feitelijke gegevens als: afkomst, leeftijd, aantal jaren actief als prostituee, woonsituatie, uitkering, drugsgebruik, gezinssituatie en achtergrond. Door deze gegevens te presenteren laten we zien welke beelden en vooroordelen overeenkomen met de werkelijkheid en welke niet.
De tweedeiing tussen regelmatig en minder regelmatig op de zone is gemaakt omdat het hier gaat om vrouwen die zich in een ander traject bevinden. Het zijn dusdanig verschillende groepen dat ze door professionals anders benaderd worden en op een andere manier belangrijk zijn. 18
Vooroordeel 0: straatprostituees zijn met name ’buitenlandse" vrouwen Klopt nietl In onderstaande tabel wordt zichtbaar dat vrijwel alle vrouwen op de tippelzone van Nederlands/autochtone afkomst zijn:
Afkomst Nederlands
Aantal 20
Marokkaans Antilliaans Belgisch Duits
Pools
Vooroordeel 2: straatprostltuees zijn vooral jonge meiden Klopt niet! Vaak denken we bij straatprostituees aan jonge meiden, kinderen zelfs. In onderstaande tabel wordt de huidige leeftijd van de vrouwen weergegeven (meetdatum 1.1.2007), alsmede de leeftijd waarop ze in de prostitutie zijn begonnen en daaruit volgend het aantal jaar dat ze in de prostitutie actief zijn.
13
Uit deze tabel blijkt dat de gemiddelde leeftijd van de vrouwen 36 jaar is en dat de helft van de vrouwen in de leeftijd tussen de dertig en veertig jaar is. Gemiddeld zijn de vrouwen op een leeftijd van 26 jaar in de (straat)prostitutie terecht gekomen - en ongeveer 10 jaar "actief" als prostituee.
Overigens geraken de vrouwen meestal niet ’uit het niets’ in de straatprostitutie; de helft is in eerste instantie actief geweest in een andere vorm van prostitutie (een club, de escort of raamprostitutie). Er bestaan verschillende ’routes’ via welke de vrouwen in de straatprostitutie kunnen terechtkomen; waarbij altijd sprake lijkt te zijn van een neerwaartse ontwikkeling. Als het gaat om dit "verval in de carriÃĺre in de prostitutie" dan staat de club het hoogst in de ranglijst en is de straatprostitutie het dieptepunt.
Het verschil tussen ’escort’ en de raamprostitutie heet klein, maar werken bij een escortbureau heeft ÃćâĆňâĂİ althans naar de inschatting van de vrouwen zelf ÃćâĆňâĂİ toch wei "net iets meer’
status. Hoe het proces naar de straatprostitutie precies verloopt, is onduidelijk, maar hieronder worden de verschillende wegen geschetst. Schema: verval naar ti i rostitutie
Vooroordeel 3: straatprostituees zijn thuis en/of dakloos Klopt (meestal) niet. Het algemene beeld is dat de vrouwen een zwervend bestaan leiden, dat wil zeggen: geen gegarandeerd onderkomen hebben, hooguit marginaal gehuisvest zijn in tijdelijke opvang en/cf in noodvoorzieningen, afgesneden leven van famiTie en/of gezin (thuisloos zijn) of in het geheel geen dak boven het hoofd hebben en hun toevlucht (moeten) zoeken in de openbare ruimte (dakloos zijn):. Die analyse blijkt althans voor de vrouwen uit Eindhoven maar tot op zekere hoogte te kloppen, zoals uit onderstaande tabel blijkt: De actuele situatie (peildatuin begin /bbruarr’ 2007):
Ook het beeld dat de vrouwen alleenstaand zijn, strookt in Eindhoven niet met de werkelijkheid.
De meesten hebben een vriend of een partner’ en van in elk geval 12 twaalf vrouwen is bekend dat ze een of meerdere kinderen hebben:
Vanwege het regelmatige wisselen van partner zijn op dit punt geen cijfers te noemen, 2G
In schema (peildatum februari 2007):
Overigens wonen kinderen slechts bij hoge uitzondering bij hun moeder; voor zover bekend in Eindhoven bij slechts hbn vrouw. Kinderen van de andere vrouwen wonen bij een familielid of kennis of zijn door de hulpverlening opgevangen, Op dit moment verblijft een van de vrouwen met haar baby en vriend in een gezinsvervangend tehuis.
Vooroordeel 4: straatprostftuees zijn drugsverslaafd Klopt! Op basis van de verkregen informatie kunnen we concluderen dat een grote meerderheid van de vrouwen meervoudig verslaafd is. Daarbij moet worden aangetekend dat (0) vrouwen niet altijd eenduidig of eerlijk over zijn over wat ze gebruiken en hoe vaak (met name als het gaat om herolnegebruik of cocaine) en dat (2) het gebruik ook feitelijk sterk wisselt, de gebruikte middelen, de mate waarin en de hoeveelheid. In onderstaande tabel een indruk van het soort drugs dat wordt gebruikt, dat wil zeggen: voor zover professionals dat op dit moment inschatten.
Heraine Caasine Orsnk Onbekend
Een dergelijke indeling is echter volgens professionals in de praktijk nauwelijks houdbaar omdat het rniddelengebruik vaak ook afhangt van wat concreet voorhanden is. Veel vrouwen gebruiken alles dat ze op hun weg vinden, dus ook soft drugs en medicijnen, n(..) Als een klant met een handvol Ceresta’s aankomt, dan wordt dat door vrijwel alle vrouwen als betaalmiddel geaccepteerd. En vaak ter plekke gebruikt." Het gebruik heelt vergaande consequenties voor hoe hun leven er uit ziet. Zo zijn er (naar schatting ongeveer vijf) vrouwen op de zone die dermate zwaar verslaafd zijn dat het drugsgebruik overheersend is aan al het andere in het leven en het hele bestaan draait om de drugs. Voor deze vrouwen staat de verslaving "normaal functioneren in de maatschappij volledig in de weg". Aan de andere kant van het spectrum zien we vrouwen (naar schatting drie) die hun verslaving min of meer onder controle lijken te hebben en behoorlijk kunnen functioneren in het dagelijks leven. Ze tippelen "erbij" voor vrat extra inkomsten, bij voorbeeld als er schulden zijn ontstaan.
’ Van deze vrouwen is geen precies zicht op het middelengebruik, maar in ieder geval drie van hen gebruiken harddrugs. 21
Vooroordeel 5: straatprostituees verdienen bakken met geld Klopt (meestal) niet! Geld verdienen is, begrijpelijk, de belangrijkste reden om te gaan tippelen. Wat niet wil niet zeggen dat de vrouwen geld overhouden, laat staan rijk worden,al was het maar omdat de inkomsten vrijwel in zijn geheel en direct aan drugs opgaan. OverigensÃćâĆňâĂİ zo blijkt ook uit eigen observatie ÃćâĆňâĂİ is het aantal klanten dat de vrouwen per avond ’afhande-
len’, niet zo groot als kennelijk vaak wordt aangenomen. Professionals bevestigen dit beeld; de drukte op de zone is niet vergelijkbaar met bijvoorbeeld de situatie in Utrecht.
Een enkele keer ontvangen vrouwen wel een aanzienlijk geldbedrag van een klant en af en toe worden ook minder voor de hand liggende betaalmiddelen aangeboden: "(..) ben vrouw heeft eens 500 euro van een man gekregen en er zijn wel eens klanten geweest die aan kwamen zetten met een Perzisch tapijt of een taart in ruil voor de diensten, maar dat zijn hoge uitzonderingen"...
Volgensinsiders hanteren de vrouwen een bodemprijs van 20 euro. Maar soms, zeker als de ’nood hoog is’ (de behoefte aan drugs groot), werken vrouwen voor een habbekrats. De prijzen zijn in ieder geval aanzienlijk lager dan in de raamprostitutie, zeker als in ogenschouw wordt genomen welke diensten er soms voor het geld geleverd moeten worden. Het is onbekend of en welke vrouwen een uitkering ontvangen. Het I eger is dat op dit moment aan het uitzoeken.’ Als vrouwen een uitkering hebben, is dat waarschijnlijk via de Dienst Werk, Zorg en inkomen (DWZl). Het al dan niet ontvangen van een uitkering heeft (ook hier) vergaande gevolgen, bijvoorbeeld waar het gaat om een ziektekostenverzekering. Op dit moment gaat de meerderheid van de vrouwen onverzekerd door het leven; met de nodige gezondheidsrisico’s voor henzelf en hun omgeving,’ De kwestie rond de uitkering is in feite een complexe problematiek. Aan de ene kant werken de vrouwen voor hun inkomsten en verliezen zij daarmee het recht op een uitkering. Door geen uitkering te verschaffen worden de vrouwen echter in feite gedwongen om zich blijvend te prostitueren. Aan de andere kant zouden de inkomsten bij het wel ontvangen van een uitkering waarschijnlijk grotendeels worden uitgegeven aan drugs. Met een uitkering zou dus waarschijnlijk de drugsverslaving in stand gehouden worden. Beide scenario’s worden door betrokkenen als onwensehjke situatie gezien. Vast staat dat ze, zodra ze een uitkering hebben, verzekerd zijn voor ziektekosten.
Wanneer vrouwen eenmaal in de straatprostitutie werkzaam zijn, is geldgebrek het belangrijkste motief om te tippelen. De inkomsten uit het tippelen zijn nodig om de verslaving te bekostigen, Daarnaast wordt het geld uitgegeven aan overige kosten, zoals huur, voeding en kleding.
Vooroordeel 6: straatprostituees komen uit probleemgezinnen Kloptl ket merendeel van de prostituees komt uit probleemgezinnen; dat vooroordeel klopt dus. Daarbij gaat het om gezinnen waarvan bijvoorbeeld de ouders zijn gescheiden, een of beide ouders zijn overleden, de moeder of zus actief was/is in de prostitutie, een of beide ouders alcohol- of drugsverslaafd zijn en / of waar de ouder(s) geen controle heeft over het gezin.
’ De omschreven complexiteit rond de uitkeringen is voor professionals reden terughoudend te zijn in het verschaffen van kennis over de vrouwen aan de sociale dienst waardoor het voor hen moeilijk is om informatie over uitkeringen te verkrijgen.
Per 01 mei zijh alle vrouwen vermoedelijk verzekerd tegen ziektekosten.
Van tien vrouwen is bij professionals bekend dat zij vroeger van huis zijn weggelopen en (al dan niet tijdelijk) ergens anders zijn gaan wonen. Professionals weten van ongeveer tien vrouwen dat ze op dit moment nog contact hebben roet een of meer familieleden.
Vooroordeel 7: straatpros5tuees zijn laag opgeleid Klopt. Over het algemeen bevestigen onze gegevens het beeld dat de vrouwen lage scholing hebben genoten. Op het gebied van onderwijs hebben professionals echter slechts zicht op de situatie van ongeveer vijftien vrouwen. Van hen zouden elf op het VMBO hebben gezeten en zouden er vier vrouwen HAVO of een hoger niveau onderwijs hebben gedaan. Overigens is niet bekend of deze opleiding alleen (gedurende enkele tijd) gevolgd is, of dat deze afgerond is en met een diploma bekroond.
4.2 Oe prostitut/e: tussen drang en dwang Bovenstaande informatie van de vrouwen is in feite een beschrijving van feitelijke gegevens; ook wel buitenperspectief genoemd. Nu maken we de overgang naar het "binnenperspectief’ van de vrouwen, Daarbij gaan we in op de weg nMr de prostitutie (met aandacht voor drang en dwang) en de weg uit de prostitutie (met onder andere aandacht voor afkickpogingen).
De prostitutiein... De stap naar de straatprostitutie is voor veel vrouwen - vanuit hun eigen perspectief - een onvermijdbare stap; ze zien op een bepaald moment eenvoudig geen andere uitweg meer. Een veelgenoemde oorzaak voor deze uitzichtloze situatie is financiÃńle nood, maar ook kan een toenemende verslavingsproblernatiek spelen alsmede het verval in de prostitutie dat zoals eerder geschetst onvermijdelijk ieidt tot de straatprostitutie. Wanneer de vrouwen zwaar verslaafd zijn worden ze vanuit een innerlijke drang naar drugs naar de tippelzone gedreven.
Voor andere vrouwen is de stap naar de straatprostitutie een bijna logische stap, bijvoorbeeld als er sprake is van een /overboy. ln zo’n geval spreken we van externe dwang. We onderscheiden verschillende vormen van - meer of minder subtiele - externe dwang om te tippelen en geld af te staan. Professionals noemen dit "afhankelijkheidsrelaties" en zien deze dwang als een vorm van mensenhandel. Waarschijnlijk de meest voorkomende afhankelijkheidsconstructie is wanneer een vrouw gebruik mag maken van de woning en/of drugs van een man, maar daar wel voor moet betalen. Wanneer deze man zijn geld opeist, is er voor de vrouwen geen andere optie dan dit te verdienen door te tippelen. Daarnaast zijn er dealers die gebruik maken van de afhankelijkheid van een vrouw, door geld te eisen in ruil voor (eerder) drugsgebruik. ln de meest uiterste vorm van een afhankelijkheidsrelatie is er een pooier die de vrouw letterlijk dwingt om te tippelen en haar geld aan hem af te staan, zonder dat hier iets als een slaapplek of drugs tegenover staat. Van minstens twee vrouwen is zeker dat ze onder directe dwang van een loverboy/pooier zijn aangezet tot prostitutie. Waarschijnlijk geldt voor ongeveer zeven vrouwen dat ze nu of in het verleden in een van boven omschreven afhankelijkheidsconstructies gevangen hebben gezeten. Vrouwen praten echter uit angst niet makkelijk over mogelijke dwangsituaties en bovendien kan het zijn dat ze de dwang niet bewust als zodanig beschouwen. De prostitutie uit...
Veel respondenten hebben aangegeven dat "(...) het prachtig zou zijn om de vrouwen in een ander leven te krijgen. Dit blijkt echter ÃćâĆňâĂİ om verschillende redenen ÃćâĆňâĂİ niet zo makkelijk.
Zo blijkt allereerst dat ondanks de vele afkickpogingen, het moeilijk is blijvend van de drugsverslaving af te komen. 23
Van een ruime meerderheid van de 26 actieve vrouwen is bekend dat zij b&n, maar in de meeste gevallen, meerdere afkickpogingen hebben ondernomen.
Wei eerder afkicktraject(en)
Niet eerder afkicktraject(en) Afkickve ried en
onbekend
Voor zover de vrouwen afkicktrajecten hebben gevolgd, was dat voornamelijk bij NovadicKentron, maar er zijn ook andere instanties genoemd, zoals Portaal 040, het Ritahuis, het Anna Klooster of opvang in een andere stad. Volgens de professionais is het succes van deze afkickpogingen wisselend, maar zelden blijvend van aard. Een deel van de vrouwen heeft vaak geprobeerd af te kicken, maar houdt het niet vol en loopt tijdens de behandeling weg. Anderen maken het traject af, maar vailen daarna al snel weer terug in hun oude patroon van drugsgebruik en (dus) tippelen. Er is een klein aantal relatief succesvolle pogingen geweest, waarbij een vrouw een "lange periode clean b’lijft en pas na een tijd een terugval knjgt en weer op de zone verschijnt". Overigens hebben de meeste vrouwen wel eens in detentie gezeten (meestal na opeenhoping van boetes). Een verblijf in detentie betekent in feite een vorm van verplicht afkicken en dat biedt de vrouwen de mogelijkheid om bij te komen en weer op te laden. ln de gevangenis hebben de vrouwen rust, een zeker ritme en ze krijgen verzorging. Structureel verandert dat allemaal niets aan hun situatie en de vrouwen beleven de detentie zeif toch vooral als een onwenselijke beperking van de eigen vrijheid. Naast de moeilijkheid om af te kicken zijn er andere redenen voor het feit dat het slechts sporadisch voor komt dat een van de vrouwen daadwerkelijk en blijvend de stap maakt naar een ’teven zonder drugs en prostitutie. Hier stippen we aan wat vrouwen zelf zeggen over motieven en mogeiijkheden om uit de straatprostitutie te komen. De wens om te stoppen met de straatprostitutie lijkt samen te hangen met de beleving van het werken op de tippelzone en ook op dit vlak bestaan nuances tussen de verschillende vrouwen. Een aantal vrouwen vinden het vreselijk om op de zone te moeten werken en lijden er erg aan. Deze vrouwen zouden graag stoppen maar zien geen andere mogelijkheid om aan geld te komen. Daarnaast zijn er enkele vrouwen die zich er mee verzoend lijken te hebben dat zij (op dit moment) via de straatprostitutie aan hun geld komen. Een enkeling voelt zich zelfs thuis in dit leven, Bij deze vrouwen leeft de wens om te stoppen met tippelen beduidend minder sterk dan bij de eerder genoemde vrouwen.
Ondanks deze diversiteit, ontstaat uit de gesprekken met de vrouwen het beeld dat de meeste vrouwen wel uit de straatprostitutie zouden willen stappen, maar dat dit moeilijk voor ze is met name omdat ze geen andere mogelijkheid zien om geld te verdienen. Ook bestaat het risico dat vrouwen na een stap uit de prostitutie door pooiers of dealers weer terug de sine in worden getrokken. Bovendien geeft een aantal van de vrouwen aan de stap naar een "norrnaal leven" moeilijk te vinden, omdat zij dit - na jaren van verslaving en prostitutie - niet meer gewend zijn. Daarnaast zouden de vrouwen zonder verdovende middelen te gebruiken, hun vaak moeilijke en problematische verleden en levensloop onder ogen moeten zien. Een confrontatie die uiterst ÃćâĆňâĂİ en misschien voor sommigen wel te ÃćâĆňâĂİ pijnlijk zou kunnen zijn.
5. Respondenten aan het woord Inlehfing ln het voorgaande hoofdstuk hebben we een beeld geschetst van de vrouwen die werkzaam zijn aan de tippelzone: hun achtergronden, hun motieven om zich te prostitueren en de omstandigheden waaronder zij leven en werken. In dit hoofdstuk concentreren we ons op de situatie op en rond de zone zelf. Dit voornamelijk op basis van de vele en soms indringende gesprekken die wij voerden met al diegenen die al dan niet professioneel, direct of indirect, formeel of informeel met de problematiek van doen hebben. Een oordeel over de toekomst van de zone hangt natuurlijk nauw samen met de vraag in hoeverre een tippelzone in Eindhoven Qberhaupt (zowel vanuit het oogpunt van zorg voor en verbetering van de leefomstandigheden en de beheersbaarheid van de problematiek) effectief is ÃćâĆňâĂİ mede indachtig het gegeven dat ze in veel andere (grote) gemeenten in hoog tempo
worden, of al zijn, opgeheven. Wij laten zien dat nagenoeg alle partijen het er over eens zijn: ideaal is zo’n zone niet, maar als puntje bij paaltje komt, altijd nog beter dan geen zone (5. 4), Die eensgezindheid over de noodzaak van een zone betekent niet dat de respondenten het over de gang van zaken op en rond de zone evenzeer eens zijn. Discussie bestaat met name waar het gaat om de locatiekeuze (5.2), de beheersbaarheid (5.3), het zorgaanbod (5.4) en de samenhang tussen betrokken professionals (5,5). Vooraf kort enkele woorden over de compositie van dit hoofdstuk. We hebben een stiji gekozen waarin de posities en standpunten van respondenten in een vloeiend essay op elkaar worden betrokken.
5.1 Tippelen: "het meest verschrikkelijke werk... de minst slechte oplossing" Sprekend over de wenselijkheid of noodzakelijkheid van een tippelzone in Eindhoven wijzen nagenoeg alle respondenten spontaan op het dilemma waar ze voor staan: enerzijds het diepe besef dat "een stel vrouwen" op een door de gemeente "georganiseerde en met veel centen betaalde" voorziening op de "meest smerige", "mensonterende" en ziekmakende" manier en in een "uitzichtloze situatie" (,.) "hun vaak zieke lijf moeten verkopen", (..) uitsluitend om hun verslaving te kunnen bekostigen" ÃćâĆňâĂİ en zo "hun lichaam en leven alleen maar
verder kapot (.,) maken’. Bovendien, zo vrezen sommige gesprekspartners, zal het bestaan en toestaan van een dergelijke zone "steeds nieuwe vrouwen aantrekken (..), en zo komen we nooit van dat soort toestanden af". Anderzijds is er de even diepe overtuiging dat, als de gemeente de zone zou opheffen, de vrouwen in kwestie "vast en zeker" onder "nog ergere omstandigheden aan hun geld en drugs moeten zien te komen", en (verwijzend naar mensenhandelpraktijken) "in de Idauwen van de echte onderwereld terecht (..) komen"; "nu is er tenminste nog zorg en verzorging" en "worden de dames nog enigszins in de gaten gehouden", "krijgen ze in elk geval schone spuiten en "is er een kop koffie en een luisterend oor". Bovendien, in de woorden van de vertegenwoordigers van de VVD raadsfractie "(..) laten we deze vrouwen en de samenleving weten, dat we niemand afschrijven, dus ook h&n niet . En, zo benadrukken ook anderen, "(..) dat (die zorg) een paar centen kost, voor andere kwetsbare mensen in de stad geven we toch ook geld uit?".
25
Steeds weer, als de balans wordt opgemaakt, komt het bestaan en het toestaan van een tippelzone uit de bus als ’de minst slechte oplossing: "(..) straatprostltutie... we weten toch: da’s nou een keer het oudste beroep ter wereld en dat kun je (..) met de beste wil van de wereld niet uit de samenleving bannen. Daarom moet je het proberen maximaal te beinvloeden". En dat kan nu ook: de concentratie van tippelprostitutie biedt de kans om passende en samenhangende zorg te bieden.’
5.2 Locatie Achtsew eg Zuid Of er een zone moet zijn is hhn vraag, een heel andere is wat een goede locatie is, c.q. of de Achtseweg Zuid de beste of zelfs enige locatie is, Alom, vanuit de gemeenteraad, DSOB en DMO, wordt benadrukt dat die vraag van meet af aan ÃćâĆňâĂİ al bij het ontwikkelen van de plannen in 2M3 ÃćâĆňâĂİ uitgebreid aan de orde is geweest en object van heftige discussies, intern, maar
evenzeer met bewoners van Woensel West Uiteindelijk is na veel wegen en wikken uiteindelijk voor de Achtseweg gekozen; enerzijds omdat alternatieve locaties gaandeweg toch minder geschikt bleken, anderzijds omdat de inschatting was, dat de tippelzone weliswaar gescheiden, maar toch in de directe omgeving van Woensel West moest blijven.
Inmiddels zijn we drie jaar verder en de vraag lijkt gerechtvaardigd in hoeverre de verplaatsing naar resp. de concentratie van de tippelprostitutie op de Achtseweg Zuid daadwerkelijk/ aantoonbaar heeft bijgedragen aan de verbetering van de woon- en leefsituatie in (met name) Woensel West en de leef- en werkomstandigheden van de vrouwen die in straatprostitutie actief zijn?
AHereerst gaan wij in op de waardering van de respondenten van de huidige locatie. Hier speelt niet alleen de beheersbaarheid van de situatie qua overlast en veiligheid een rol, maar ook het imago van zowel de wijk Woensel West, als de Groenewoudseweg. Groenewoudseweg in Eindhoven
Een aanvullend argument om de tippelzone te behouden kwam overigens naar voren tijdens het werkbezoek aan de tippelbaan in Utrecht. Daar bleek namelijk sprake van een toestroom van vrouwen uit Rotterdam en Amsterdam na het sluiten van de tippelzones in die betreffende steden. Consequentie van het sluiten van een tippelzone is dus in feite een verplaatsing van het probleem binnen de eigen of naar andere gemeentes.
26
5.2.4 Algemene oordeel huidige locatie De meningen van de respondenten over de locatie(keuze) "Achtseweg" zijn niet eensluidend. De scheidslijn loopt ruwweg ÃćâĆňâĂİ begrijpelijk ÃćâĆňâĂİ tussen diegenen die direct in de omgeving verke-
ren (werken, wonen), en diegenen die anderszins, met name professioneel bij de problematiek betrokken zijn, Sommige respondenten waren van meet af aan zonder meer tegen de keuze voor de huidige locatie ÃćâĆňâĂİ en volharden in die positie; anderen waren aanvankelijk
sceptisch, maar hebben gaandeweg hun mening herzien. Weer anderen waren in eerste instantie juist positief, maar hebben inmiddels hun bedenkingen. Het lijkt zinvol de verschillende posities naast elkaar te zetten: De bedrjiven aan de Achtseweg Zuid
... zien de tippelzone aan de Achtseweg het liefst verdwijnen, al was het maar vanwege de verminderde representativiteit van het terrein en de grote(re) kans op inbraken en vernielingen. E&n bedrijf voert
nog steeds een procedure vanwege planschade, Overigens is nergens informatie gevonden die deze zorg schragen. De NS nemen een duidelijk afwijkend standpunt in. Zo was de stationsmanager (onder meer Beukenlaan) die wij spraken onomwonden in zijn oordeel: wat hem betreft prima als de zone op de huidige locatie blijft. NS ondervindt tot dusver geen aantoonbare hinder.
De bewoners uit de (directe) omgeving, met name Woensel West
... kunnen ideaaltypisch in drie "substromingen" worden verdeeld. Een (na alle eerdere signalen daarover) opmerkelijk aantal bewoners uit zich allerminst negatief over de huidige locatie: de vrouwen hebben, benadrukken ze, nu een plek om heen te gaan en ze maken in elk geval minder overlast dan voorheen.
Andere bewoners zijn van oordeel dat de wijk met de ramen" aan het Baekelandplein (raamprostitutie) en de Grote Beek in de directe omgeving al genoeg wordt belast; raamprostitutie oke, maar ook nog een tippelzone is wat hen betreft toch iets "teveel van het slechte". Bovendien zijn er bewoners die niet zozeer overlast ervaren van de tippelzone, maar wel last hebben van de negatieve imago van de wijk, die volgens hen versterkt wordt door de tippelzone. En dan is er een, niet te onderschatten minderheid, die mordicus tegen de aanwezigheid van de zone in de directe omgeving is ÃćâĆňâĂİ en
volhardt in dat verzet. Een aantal bewoners voelt zich in de steek gelaten of niet serieus genomen en ziet in de aanleg van de zone een (nieuw) bewijs dat de gemeente bewoners van Woensel West als puntje bij paaltje komt, toch niet serieus neemt. Tot deze geleding behoort in elk gevai het bestuur van de Stichting Woensel West. Men ziet tippeizone ’met stip’ als de grootste bedreiging voor herstel van leefbaarheid en het imago van de wijk. Kortom; het is lastig om aan te geven wat "de wijk" vindt, In onderstaande plattegrond zien we het beeld van de verdeling van de meningen over de wijk ÃćâĆňâĂİ voorzover uit onze quick sean is op te maken.
Voor zover al conclusies getrokken kunnen worden, zien we een concentratie van bewoners met een negatieve mening over de locatie van de tippelzone in het gebied tussen de Groenewoudseweg, de Wattstraat en de Stephensonstraat.
Het zou evenwel op te veel giswerk berust n als we hier interpretaties aan zouden verbinden.
De politieke partjien tonen nagenoeg dezelfde diversiteit. Een aantal raadsleden zegt zich nadrukkelijk de positie en de klachten van bewoners van Woensel West over de tippelzone aan te trekken, met name waar het gaat om de belasting van de wijk en het voortbestaan van een slecht imago. Maar ook hier klinkt aarzeling door: de zone weghalen betekent namelijk niet automatisch dat de overlast verdwijnt: de illegale prostitutie zou weer in de wijk terug kunnen komen. Enkele respondenten zijn dan ook benieuwd naar het locatieonderzoek met alternatieve plaatsen. Anderen tonen zich (aanzienlijk) minder negatief en sluiten aan bij de mening van de professionals. ln hun ogen is slechts een locatieonderzoek een onnodige en zelfs onnodig verwarrende investering in tijd en geld.
De professionals
(politieagenten, ambtenaren, hulpverleners) laten zich nagenoeg zonder uitzondering positief uit over de huidige locatie. Zij vinden de ligging in tal van opzichten logisch. Logisch, op de eerste plaats een aantal prostituees ÃćâĆňâĂİ overigens een minderheid - in Woensel West
woont. Wetgeen wat hen betreft een adstructie van het feit dat Woensei West en prostitutie misschien niet onlosmakelijk, maar van oudsher toch sterk met elkaar verweven zijn. Mede in dat licht zal een locatie elders, zo bezweren enkele professionals, niet zonder meer een garantie zijn voor het verdwijnen van de straatprostitutie in de wijk, maar de illegale prostitutie en alles
wat daarmee verweven is, aanwakkeren.
2$
Met andere woorden: verplaatsen van de zone naar elders zal er slechts toe leiden dat er twee locaties ontstaan ÃćâĆňâĂİ een legale en een
illegale, met aile negatieve gevolgen van dien." Overigens vinden professionals de locatie mede goed gekozen omdat ze buiten de woonwijk ligt. Daarmee is de overlast, in termen van tippelende/zwervende vrouwen door de wijk, verkeersbewegingen (van klanten en kijkers) maar ook waar het gaat om illegale en criminele praktijken aanzienlijk- en aantoonbaar- teruggedrongen. Daar zo direct meer over. ln reconstructie blijkt overigens dat de discussie over de duur van de locatie van het begin ambigue is geweest. Sommige bestuurders en professionals geven aan dat van meet af aan duidelijk was dat de locatie van de zone definitief zou blijven, maar dat er ÃćâĆňâĂİ voor een deel bewust ÃćâĆňâĂİ soms is gecommuniceerd alsof het tijdelijk zou zijn.
De vrouwen zelf tenslotte
Zijn al even positief over de locatie. Ook zij wijzen er op dat van overlast nauwelijks nog sprake is, en dat zij op een relatief veilige en menswaardige wijze hun vak kunnen uitoefenen. Overigens bezweren de prostituees, die wij spraken, zelf en zonder uitzondering dat de tippelzone wat hen betreft zeker moet blijven: die biedt hen niet alleen veiligheid en toezicht maar ook mogelijkheden onderling contact te onderhouden en elkaar te ondersteunen.
$.3 Beheersbaarheid Eerder, in hoofdstuk 2, hebben we de belangrijkste maatregelen opgesomd die zijn genomen om de beheersbaarheid van het tippelen te garanderen: een pasjessysteem, straffe openingstijden, intensief toezicht op de dagelijkse gang van zaken, zowel van politie als vanuit zorgverleners. Maatregelen, waarvan de meeste ook in Eindhoven zijn getroffen. Een belangrijke overweging om de tippelprostitutie uit Woensel West te bannen was het tegengaan van allerlei vormen van overlast, illegaliteit en criminaliteit, die met straatprostitutie verweven zijn". We presenteren hier verschillende kwantitatieve analyses/gegevens die globaal dezelfde tendens laten zien; namelijk een sterke overlastvermindering na 2003. We laten cijfers zien vanuit de politie zelf (registraties en aanhoudingen) en meldingen vanuit de bewoners. Deze cijfers blijken overigens niet helemaal parallel te lopen met de subjectieve overlastbeleving bij bewoners uit de wijk. Daarover straks meer,
" kierbij moet worden opgemerkt dat het voornamelijk de raarnprostitutie is die van oudsher bij de wijk hoort, Straatprostitutie is van aanzienlijk recenter datum en wordt door de bewoners ook aanzienlijk minder geapprecieerd, al was het maar vanwege de louche, illegale en criminele aantrekkingskracht " Ehn van de respondenten ÃćâĆňâĂİ bestuurlid van een politieke partij ÃćâĆňâĂİ meende op grond van eigen
ervaring te weten dat de de tippelzone voor een belangrijk deel wordt aangestuurd door een kleine kern van harde criminelen uit Woensel West. Desgevraagd liet betrokkene weten er niet alleen geen bezwaar tegen te hebben, maar er zelfs prijs op te steilen deze waarschuwing in dit verslag te betrekken.
29
5.3.C Overlast: de cijfers Een belangrijke bron van informatie is het overzicht dat de politie geeft omtrent de ontwikkeiing van diefstal, beroving, vernieling, geweld en diverse vormen van overlast (waaronder overlast die gerelateerd is aan prostitutie) vanaf 2002 in Woensel West. Onderstaande tabel bevat gegevens over alle activiteiten in het kader van politiebemoeienis in de wijk Woensel West; op basis van eigen politiesurveillance en meldingen van de bewoners. Tabe/: Aantal veniachte situaties in VYoensel West
253 43 28 74
212
293
302
20 50 66
40 35 97 5
11
10
34 33 60 7
22 52
29
39
31
53 35
24 8
16
14
292 305 129 1692
13 57 42
15
205
9 19 113
1
34 24
183 101 1007
48 61
124
47 583
21
24
31
72 57 693
28 725
Overtuigend komt uit de tabel naar voren dat op alle vlakken het aantal verdachte situaties na 2003 spectaculair afneemt ÃćâĆňâĂİ vaak het directe effect van politieel ingrijpen ÃćâĆňâĂİ om vervolgens ÃćâĆňâĂİ even standaard ÃćâĆňâĂİ langzaam maar zeker toch weer te groeien.
De politie wijst op een samenhang tussen prostitutie en andere domeinen waarover hier boven gesproken wordt. Hoe die samenhang er uit ziet en in welke mate deze bestaat, is echter niet vast te stellen, laat staan dat we over een causaal verband kunnen spreken. Het staat vast dat de overlast en criminaliteit na het instellen van de tippelzone significant verminderd zijn, maar onduidelijk is of deze vermindering ook door het instellen van de tippelzone is veroorzaakt. Er zijn namelijk op het zelfde moment ook andere maatregelen getroffen, zoals sterkere politie-inzet, cameratoezicht in de wijk en het sluiten van enkele cafe’s. Neemt niet weg dat de politie vermoedt dat er een verband bestaat tussen het aantal gevallen van diefstal, beroving, vernieling, geweld en overlast, ook die gerelateerd aan prostitutie, Hetgeen niet verwonderlijk is gezien de scene die rond de straatprostitutie hangt. In onderstaande diagram vergelijken we het aantal verdachte situaties die specifiek met prostitutie te maken hebben met het totaal aan verdachte situaties in Woensel West. Hier zien we dat het aantal ’prostitutie gerelateerde’ situaties slechts een klein deel vormen van het totaal.
12
Enkele respondenten vroegen zich af of de overiast in plaats van te zijn verminderd, verplaatst zou kunnen zijn naar andere omliggende gebieden. in de poiitiebestanden is echter geen indicatie zichtbaar die wijst op verplaatsing van de overlast. 3O
Daarbij merken we op dat in 2003 relatief een groter deel van het totaal aantal verdachte situaties met prostitutie te maken had, dan in navolgende jaren het geval was, Dia ram: Prostitutiein verhoudin tot het totaal aantal verdachte situatiesin Woensel West 1800 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200 0
2002 2003 2004 2005 2006
Hieronder presenteren we de ontwikkeling van verschillende vormen van verdachte situaties in Woensel West. Daarbij is voor de overlast die gerelateerd is aan prostitutie ongeveer de zelfde tendens zichtbaar als voor de overige verdachte situaties, zij het dat de toename tot aan 2006 bij prostitutie gerelateerde overlast het grootst is. Grafiek: Prostitutie in vergeljiking met andere verdachte situatiesin Woensef West
Als we het aantal aanhoudingen van verdachten van illegale prostitutie in kaart brengen, dan zien we dezelfde tendens als hierboven, maar met een nog sterkere stijging in 2006. Het is echter moeilijk in te schatten in hoeverre deze ontwikkeling met de tippelzone te maken heeft, De stijging van het aantal aanhoudingen zou het gevolg kunnen zijn van een strikter politieoptreden waar het gaat om illegaal tippelen.
31
Aantal aanhoudlngett vetdachtett proetltulaover last
Een nadere finetuning laat zien dat het aantal illegale tippelaarsters buiten de zone het afgelopen jaar is toegenomen, met name in de zomermaanden. In 2006 zijn in totaal 20 vrouwen aangehouden, verdacht van illegaal tippelen. Het strikte en, zeker in de ogen van de politie zelf, alerte handhavingbeleid heeR er toe bijgedragen dat in elk geval twaalf van die vrouwen inmiddels niet meer actief zijn. Hetgeen overigens niet wegneemt dat ze nog wel kwetsbaar zijn en voor terugval gevreesd moet worden. De overige (acht) vrouwen zijn, alle maatregelen ten spijt, nog wel regelmatig actief in de (illegale) straatprostitutie. Tot zover de overlastgegevens op basis van het totaal aan (politie)registraties. Als we vervolgens uitvergroten op het aantal meldingen vanuit bewoners van overlast door prostitutie, dan zien we een vergelijkbare tendens. Ook hier blijkt dat het aantal meldingen aanzienlijk is afgenomen ten opzichte van de periode van voor de ingebrulkname van de tippelzone", zij het dat in 2093 sprake was van een sterkere groei:
Een oorzaak van de stijging van overlastmeldingen in 2006 (afkomstig van met name de Groenewoudseweg (49) en van de Achtseweg Zuid zelf (11)) is volgens de politie moeilijk aan te geven. Een deel van de stijging zou veroorzaakt kunnen worden door bbn tippelaarster, die regelmatig is aangetroffen in de omgeving rond de Groenewoudseweg en in 2008 uiteindelijk maar liefst 17 keer werd aangehouden ÃćâĆňâĂİ en zo en passant in haar eentje de
statistieken belnvloedt. Juist dat was de reden om haar, net als drie andere overlast gevende vrouwen, alsnog een pasje toe te wijzen. De stijging zou echter even goed kunnen voortkomen uit het consequent(er) melden van overlast door omwonenden, wellicht, zo menen sommige van onze gesprekspartners, juist aangemoedigd door het alerte politieoptreden,
" Het aantal meldingen op/vanuit andere wijken is verwaarloosbaar klein.
32
Ook vanuit andere hoek is geprobeerd zicht te krijgen op de ontwikkeling van overlast en veiligheid in de wijk. Bijvoorbeeld in de EnquÃłte LeeSaarheid en Veiligheid die de gemeente Eindhoven elke twee jaar stadsbreed afneemt. Hieruit komt een minder gunstig beeld naar voren dan uit de politiegegevens en meldingen vanuit bewoners waar het gaat om de ontwikkeling van illegale prostitutie in de wijk en de gevoelens van veiligheid in de omgeving sinds 2003. In hoeverre deze toename van overlast concreet samenhangt met de inrichting van de tippelzone moeten de onderzoekers ons echter schuldig blijven: er kan met de beschikbare gegevens geen causaai verband gelegd worden tussen beide. Bovendien geven deze gegevens geen duidelijk beeld van de manier waarop de overlast door bewoners beleefd wordt, Over de subjectieve beleving van overlast door bewoners laten we hieronder de professionals en de bewoners zelf aan het woord.
5.3.2 Overlast: subjectiieve beleving Tijdens de interviews met professionals is de vrijwel unanieme conclusie, dat de woon- en leefsituatie in de omgeving, mede ÃćâĆňâĂİ volgens sommigen juist ÃćâĆňâĂİ door de inrichting van de tip-
pelzone aantoonbaar is verbeterd: rustiger en veiliger geworden. Er is beduidend minder overlast, minder lawaai en minder verkeer, "Rondhangende pooiers en dealers" maken nog slechts zelden deel uit van het straatbeeid. Onder bewoners zien we meer diversiteit in de overiastbeleving. Ideaal is de huidige situatie namelijk volgens in elk geval een deel van de respondenten nog (lang) niet. Zo wijzen ze er op, vooral in de zomer nog steeds last te hebben van autoverkeer, als klanten voor de tippelzone via de Groenewoudseweg, niet zelden met hoge sne/heid, rondjes gaan rijden: ook wel aangeduid als de carrousel d’ amour."’ Volgens anderen valt deze verkeersoverlast nogal mee; "(..) we kunnen overal wel moeilijk over gaan doen, maar auto’s horen nou eenmaal bij het leven in de stad."
Overigens worden spontaan en van diverse kanten alternatieven aangedragen om de situatie te verbeteren. Zo pleiten veel respondenten voor de aanleg van een rotonde of keerlus op de Achtseweg Zuid zodat de zone tweerichtingsverkeer krijgt. Hierdoor wordt het voor de klant mogelijk om rondjes te rijden, zonder daarmee overlast op de Groenewoudseweg te veroorzaken. Sommige hulpverleners vrezen dat daarmee een gevaarlijke situatie ontstaat voor de vrouwen die moeten oversteken of midden op de weg gaan lopen. Anderen zien meer heil in het vergroten van het rondje dat de klant rijdt, bijvoorbeeld via de Boschdijk. Dat zou gerealiseerd kunnen worden door bijvoorbeeld een "knip" in de Groenewoudseweg. De mogelijkheid van een dergelijke knip in deze straat hangt echter samen met de wijkvernieuwingsplannen voor de hele wijk Woensel West. Weer anderen, met name bewoners in Woensei West, pleiten er voor om de auto’s ’de andere kant langs’, dat wil zeggen, door Strljp te laten rijden. Op die manier is er minder overlast voor de buurt, omdat er aan de andere kant minder woningen staan. Dit zou het ook minder aantrekkelijk maken illegaal te tippelen op de aan- en afvoerroute van de zone. Andere respondenten verwachten echter met deze optie geen verbetering van de situatie Hoe het zij, de huidige verkeersstroom draagt er volgens bewoners en professionals toe bij dat ook vrouwen hun werk- en werfgebied sluipenderwijs weer naar de Groenewoudseweg verleggen en in de wijk zelf hun klanten werven. Ook vrouwen die niet over een pasje beschikken zoeken hier steeds vaker en openlijker hun kansen. Ehn respondent/bewoner wees op een parkeerplaats die steeds vaker en openlijker als rendez-vous zou worden gebruikt.
14
Concrete cijfers, die deze waarnemingen kunnen staven of weerspreken zijn niet beschikbaar. 33
Illegale prostitutie wordt overigens vaak wel, maar (lang) niet altijd bij de politie gemeld. Sommige bewoners die wij spraken zeggen geen moeite meer te doen, al was het maar omdat ze intussen weten hoe lastig het (voor de politie) is om vrouwen die illegaal tippelen aan te pakken, wanneer zij die niet op heterdaad kunnen betrappen. En hoewel de situatie volgens politiemensen niet moet worden overdreven:
"(..) moet nu eenmaal daadwerkelijk geconstateerd worden dat er prostitutie - klant contact is voor strafrechtelijke bewjisbaarheid ÃćâĆňâĂİ en dat is niet eenvoudig. Voorbeeld:
als een illegale prostituee langs de straat loopt en vermoedt dat er een politieauto (in burger) rondrjidt kan ze een boodschappentas onder haarjas uithalen en dan kan zij niet aangehouden worden." Wat de situatie ÃćâĆňâĂİ en dus de bewijslast ÃćâĆňâĂİ extra ingewikkeld maakt is, zo wordt zowel door
bewoners als professionals opgemerkt, is dat een aantal tippelaarsters onderdak heeft gezocht, en gevonden, bij een aantal doorgaans weinig zelfredzame bewoners, opnieuw vooral aan de Groenewoudseweg; een ontwikkeHng die ÃćâĆňâĂİ zo wordt benadrukt ÃćâĆňâĂİ intussen de
volle aandacht van de politie en hufpverleners heeft.
Verschillende respondenten noemen voorbeelden, of hebben zelf meegemaakt, dat vrouwen die zich in de buurt van de Groenewoudseweg begeven, door automobilisten op suggestieve wijze worden aangesproken of ronduit lastig gevailen. Niet direct een onveilige situatie maar evenmin een prettige ervaring. Er zijn ook bewoners die weinig tot geen overlast ervaren van de tippeizone, maar toch niet blij zijn met het bestaan van de tippelzone in de omgeving. Het gaat dan om een algemeen onprettig idee: "(.,) dat mijn vrouw ’s avonds vanaf het station (Beukenlaan) naar huis (..), laat ik het zo zeggen: op onprettige manier vanuit auto’s wordt aangesproken. Da’s geen leuke sfeer om in te wonen.
Ook hebben enkele bewoners het idee dat het ze met een tippelzone in de achtertuin vrijwel onmogelijk wordt gemaakt om de beeldvorming van de wijk een positieve impuls te geven. Met name het bestuur van de stichting Woensel West toont zich in dat opzicht buitengewoon bezorgd. Bewoners hebben last van het negatieve imago dat Woensel West in Eindhoven en daarbuiten heeft; zo zeggen bewoners bijvoorbeeld negatieve gevolgen te ondervinden: "(âĂđ) bij sollicitaties kan je beter maar niet zeggen. Woensel Westl Dan weet je dat je d’r niet komt!" Anderen bezweren dat kinderen uit andere buurten niet mogen komen spelen, of op hun afkomst worden gepest. Van dat negatieve imago willen deze bewoners graag af, en in die context helpt de tippelzone aan de Achtseweg Zuid niet.
Niet alleen bewoners klagen over gevoelens van onveiligheid. Medewerkers van bedrijventerrein ’De Beuk’, die in ploegendienst werken en ’s avonds noodzakelijkerwijs de Achtseweg Zuid aandoen, zouden zich, zo wordt ons door een vertegenwoordiger van de bedrijven gemeld, nogal eens ongemakkelijk voelen, maar het fijne weten we er niet van: we hebben zelf niet met werknemers gesproken.
Eenzelfde onaangename sfeer zou volgens sommige respondenten rond station Beukenlaan gedurende de avonduren bestaan, omdat daar regelmatig ’ongure’ types (dealers) rondhangen en/of hun zaken doen. Die suggestie is ovengens ook naar voren gekomen tijdens een klant tevredenheidonderzoek, die regelmatig door de NS worden uitgezet. Volgens de woordvoerder van NS bestaat er echter geen causaal verband tussen de aanwezigheid van ’ongure personen’ en de tippelzone. Zelf hebben wij deze locatie veelvuldig en ook later op de avond aangedaan, en in al die keren hebben wij van een unheimische sfeer weinig mee gekregen. 34
En dan zijn er nog allerlei signalen/klachten over zwerfvuil in de bermen en het struikgewas vernielingen die regelmatig worden aangericht. Zo zijn er sinds de opening van de tippelzone diverse inbraken geweest in gebouw TAM (direct grenzend aan de Achtseweg Zuid) en er is meerdere malen het hekwerk vernield.
Tot zover de overlast en beheersbaarheid rond de zone. In de volgende paragraaf richten we ons op de beheersbaarheid op de tippelzone zelf. Daarmee verschuift onze aandacht van de consequenties van de zone voor bewoners, naar de situatie van de vrouwen die op de zone werken.
5.3.3 Veiligheid op de tlppelzone Vragen over de intensiteit en de kwaliteit van het toezicht op de zone worden over het algemeen positief beantwoord. Het pasjessysteem wordt in dat verband als een belangrijke slaagfactor aangewezen - ook door de vrouwen zelf, en dan wat hen betreft niet in de laatste plaats omdat het de instroom van (steeds) nieuwe collega’s tegengaat, met alle onrust en onzekerheid van dien. (Mede tegen die achtergrond hebben zij veel moeite met de uitgifte
van vier nieuwe pasjes onlangs.)" Ook de (strikte handhaving van) de openingsfjiden wordt door de professionals als een belangrijke voorwaarde voor het succes van de zone ÃćâĆňâĂİ de rust in de omgeving en de veiligheid van de vrouwen ÃćâĆňâĂİ geduid. De vrouwen zelf zijn over met name de sluitingstijd minder te
spreken: die zou wat hen betreft wel later mogen. Nochtans, het feit dat ze strak in de gaten gehouden worden heeft volgens de vrouwen zelf natuurlijk zo zijn negatieve kanten, maar biedt ook voor hen uiteindelijk vooral meer veiligheid en zekerheid.
Laat onverlet dat ze, althans in de ogen van direct betrokken professionals, zelf niet altijd even verantwoordelijk te opereren, bijvoorbeeld door, in strijd met de afspraken/regels, toch klanten buiten de zone ’op te pikken’ of de zone met een klant te verlaten, met alle risico’8 van dien. Intussen hebben zich inderdaad verschillende incidenten voorgedaan, Ze bevestigen het beeld ÃćâĆňâĂİ de vrees ÃćâĆňâĂİ van veel betrokkenen dat met de inrichting van de zone weliswaar flinke
vooruitgang is geboekt in het tegengaan van wantoestanden, ze zijn nog lang niet uitgeroeid: mishandeling, verkrachting, afpersing en/of diefstal zijn bijna onvermijdbare elementen in de wereld van pooiers, dealers en verslaafden; mensenhandel: waarbij met name vanuit de politie wordt benadrukt dat er vrouwen op de zone werken die het slachtoffer zijn (geweest) van een gedwongen gang naar en verblijf in de prostitutie" . Het is voor professionals bijzonder lastig om concreet zicht te krijgen op het voorkomen van mishandeling en mensenhandel.
Over de criteria voor een pasje wordt echter door enkele respondenten kritisch gedacht, Zo worden vraagtekens geplaatst bij het criterium dat vrouwen drugsafhankelijk moeten zijn om in aanmerking te komen voor een pas. Hierdoor is er geen sprake van vrije marktwerking voor prostituees (denk aan vrouwen die niet verslaafd zijn maar wel op de zone willen tippelen) en de vraag is of dit een eerlijke en goede situatie is. Gezien de focus op de doelgroep echter is dit criterium noodzakelijk. "’ Er blijken verschillende beelden en definities te bestaan waar het gaat om het begrip mensenhandel. E@n variant is dat vrouwen worden gedwongen tot prostitutie ÃćâĆňâĂİ en dus een vorm van ’modems
slavernij’. Voor een aantal respondenten is echter al sprake van mensen/vrouwenhandel als vrouwen uit genegenheid of liefde voor hun (eveneens verslaafde) partner zorgen. Vaak hebben de vrouwen in kwestie, zo ervaren sommige professionals, niet eens door dat zij worden misbruikt, 35
Weliswaar toonden de vrouwen aan de Achtseweg zich tijdens de interviews openhartig om in algemene termen het bestaan van die praktijken te erkennen, tot daadwerkelijke meldingen of aangiftes van hun kant komt het zelden. Begrijpelijk, want vaak risicovol en soms ronduit ’gevaarlijk’, zo benadrukken betrokken professionals: soms is er de ÃćâĆňâĂİ terechteÃćâĆňâĂİ
vrees voor straf van hun pooiers ÃćâĆňâĂİ en die straffen liegen er doorgaans niet om. En ook dat is
niet uniek: "(..) het is inderdaad niet eenvoudig (om mensenhandel) te bestrjiden, want het speelt zich afin het verborgene en slachtoffers zjin niet snel bereid aangifte te doen. Ze zijn
a&ankelijk van mensen voor wie ze werken en bang voor represailles (De Volkskrant ibid.)
Bovendien (b)lijkt voor in elk geval een aantal vrouwe de kans nog bedreigender om als verrader te worden uitgemaakt en daardoor uitgesloten te worden uit het wereldje waar ze zich paradoxaal genoeg existentieel afhankelijk van voelen/weten. De onderlinge omgang wordt door insiders getypeerd als ’(âĂđ) complex, dynamisch, maar ook explosief". Er bestaat een zeker saamhorigheidsgevoel, Zo wordt informatie over gevaarlijke klanten gewisseld en houden de vrouwen elkaar een beetje ln de gaten. Op deze manier dragen de vrouwen onderling bij aan hun eigen veiligheid, Er is echter ook regelmatig sprake van wrijving en onderlinge spanning, bij voorbeeld als geleend geld niet wordt terugbetaald, als vrouwen zich niet aan de onderlinge (prijs)afspraken houden of wanneer vrouwen elkaar gaan beconcurreren. Dergelijke conflicten kunnen tot heftige conflicten leiden, maar zijn over het algemeen van snel voorbijgaande aard, De onderlinge contacten zijn doorgaans strikt professioneel; van langdurige Iaat staan structurele contacten tussen de vrouwen bulten de zone ls doorgaans geen sprake.
Ondanks aHe inzet in middelen en menskracht, zo wordt allerwegen benadrukt, is het een illusie te denken dat alle wantoestanden kunnen worden voorkomen. Dat heeft deels te maken met de mate waarin de vrouwen in beeld zijn bij de professionals; zowel bij de politie als bij de hulpverlening. Daarbij lijken drie aspecten het vermelden waard: ten eerste concentreert de aandacht zich op de tijden dat de zone geopend is: van 20.00 tot 02.00 uur. Professionals erkennen, soms tot hun eigen verbazing, weliswaar een idee, maar op de keper beschouwd slechts beperkt zicht te hebben op waar de vrouwen buiten de openingstijden verkeren c.q. hoe zij tussen 02.00 tot 20.00 uur hun tijd besteden. Men vermoedt (..) dat die besteding zich beperkt tot slapen, soms huishoudelijke werkzaamheden, maar ook reguliere arbeid en/of alsnog ÃćâĆňâĂİ illegaal tip-
pelen. Mede vanuit dit perspectief zouden professionals het goed vinden als er ook iets werd gedaan rond de dagbesteding van vrouwen, bijvoorbeeld door het aanbieden van creatieve dagprogramma’s in de keet, waarvoor de vrouwen zelf overigens ook hun interesse hebben uitgesproken; de tweede waarneming hangt nauw met het eerste punt samen: professionals beschouwen weliswaar aHe (geregistreerde) vrouwen tot hun ’doelgroep’, maar in de alledaagse praktijk richt de aandacht zich vooral op de vrouwen die de zone daadwerkelijk/regelmatig ’aandoen’- en dat is, zo zagen wij hiervoor, slechts een deelverzameling/ minderheid van de totale populatie. Op de keper beschouwd is er nauwelijks zicht ÃćâĆňâĂİ en dan nog maar bij een beperkt aantal professionals (de vertrouwenspersonen en ÃćâĆňâĂİ bij excessen: de politie) ÃćâĆňâĂİ op de woon- en leefsituatie van de andere
vl ouwen;
en dan gaat het, ten derde, om de legale tippelaarsters. Want met het invoeren van het pasjessysteem, zo (b)lijkt uit onze gesprekken ÃćâĆňâĂİ lijkt de aandacht voor (het wel en wee van) illegaal werkende vrouwen ÃćâĆňâĂİ vorig jaar 20- minimaal, zelfs tot een margi-
naal verschijnsel te zijn gereduceerd. 36
De beide eerste aandachtspunten bleken tijdens de gesprekken bij veel respondenten prikkelend te werken. De laatste constatering wordt veelal grif toegegeven, maar daarbij wordt gewezen op een heel concreet probleem: om daadwerkelijk iets voor deze vrouwen te kunnen betekenen ÃćâĆňâĂİ ailerlei repressieve maatregelen daargelaten ÃćâĆňâĂİ is het van belang op zijn
minst enig vertrouwen of zelfs contact met ze te hebben, En dan blijkt vaak een kwestie van geduld en langdurig investeren ÃćâĆňâĂİ voorwaarden die bij legale prostitutie al lastig te realiseren
is, maar bij illegale ’passanten’ al helemaal ’een gotspe’.
in schema:
"’ " iA’„’".’
gebr, ”a-’
ken van nachtopvang
(n 53)
Concreet komt deze gang van zaken er op neer dat professionals naar eigen inschatting (zie onderstaande tabel) van de 37 vrouwen die een pas hebben redelijk tot goed zicht hebben op 22 vrouwen en hun leefomstandigheden. Onder redelijk tot goed zicht op de vrouwen verstaan professionals: het regelmatig spreken en hebben van behoorlijk vertrouwelijk contact, waarbij de vrouwen (naar inschatting) redelijk open hun ideeÃńn, behoeftes en zorgen met de professionals delen. Hierbij moet opgemerkt worden dat het voor professionals extra moeilijk is om een goed beeld te krijgen van de achtergrond en de geschiedenis van de vrouwen; de kennis gaat voornamelijk over de huidige leefomstandigheden. De prostituees komen namelijk pas in zicht bij professionals op het moment dat zij overlast veroorzaken. Het contact is vervolgens vooral toekomstgericht, omdat geprobeerd wordt "ze op de goede weg en richting hulpverlening te helpen". Bovendien lijken de vrouwen over het algemeen niet graag te praten overÃćâĆňâĂİ mogelijk traumatiserende ÃćâĆňâĂİ gebeurtenissen uit het verleden. Daarnaast is de situatie er vaak
niet naar om over het verleden te spreken: er is voornamelijk kortdurend contact in de huiskamervoorziening of wanneer vrouwen in detentie verblijven".
" De vertrouwenspersonen hebben ook buiten deze piaatsen contact met de vrouwen, omdat zij hen ook thuis of in ieder geval overdag bezoeken. 37
!n schema.
Vertrouwens- LDH: Keet- Politieco5rdinator ln opvangvoor-
ersonen medewerkers Bemoeizor zienin of detentie
6 vrouwen 5 vrouwen 3 vrouwen 2 vrouwen 6 vrouwen
6 vrouwen vri’wel nooit o zone of al eruirne ti’d niet meer o zone eweest 2 vrouwen r elmati o zone, maar moeili’k contact mee te kri’ en
2 vrouwen r elmati o zone, maar een hul nodi dus weini contact mee 5 vrouwen via hul verlenin momenteel in ander leven / ei en wonin Ten slotte: over de veiligheid van de professiona/s zelf
... kunnen we kort zijn, Er is volgens zowel politie als hulpverieners geen reden voor zorg voor de veiligheid van professionals op en rond de zone. ln elk geval hebben zich tot dusver geen voorvaHen voorgedaan.
$A Voorzieningen en maatregelen: zoryaanbod Tot zover de respondenten aan het woord over de beheersbaarheid en veiligheid ofwel de ’harde’ kant van de tippelzone, Nu maken we de overgang naar de zorg die aan de vrouwen geboden wordt vanuit diverse instanties. Achtereenvolgens gaan we in op de kosten die met de tippelzone gemoeid zijn (5.4.1), de verschillende voorzieningen die op het gebied van zorg worden geboden (5,4,2) en het effect van het zorgaanbod op zowel de stap uit de straatprostitutie als op het verbeteren van de levensomstandigheden van de vrouwen (5.4.3).
5.4.1 De kosten van het zorgaanbod In het voorgaande, in hoofdstuk 3, is een uitputtend overzicht gegeven van de instanties en voorzieningen, speciaal gericht op/bedoeld voor de vrouwen aan de tippelzone. Sommige raadsfracties, maar ook sommige professionals kijken, om uiteenlopende redenen, op tegen de financiele consequenties van al die voorzieningen en bemoeienis. De opvang, het "keejte", de kanfine", het kantoorjte" van het Leger aan de Achfseweg
38
Tabel. structurele kosten tippelzone opj aarbasis"’
6 350.000,Opvangunit Leger des Heils 65.000,Vertrouwenspersonen 45.000,Structureel beheer zone c.q. openbare ruimte 26.000,Vervoer van de tippelzone naar de nachtopvang 3.771,Time-out voorziening verslaafde prostituees binnen Neos 6 489.771,Structurele kosten tippelzone op jaarbasis Met name respondenten die wat verder afstaan van de materie, zetten de kosten vooral af tegen het naar hun oordeel toch geringe gebruik en het effect ervan. Een toch al kritisch gemeenteraadslid (althans waar het gaat om de tippelzone) kan zich "(..) toch echt niet aan de indruk (..) onttrekken, dat er in korte tijd steeds meer voorzieningen op en om de tippelzone worden gecreÃńerd, die steeds opnieuw het nodige gekl kosten". Investeringen als taxivervoer van en naar de nachtopvang zijn eenvoudig wat hem betreft al helemaal niet meer ’aan de burger uit te leggen’. Dat vervoer stuit overigens niet alleen deze respondent tegen de borst: ook anderenÃćâĆňâĂİ waaronder professionals, ook vanuit de politie ÃćâĆňâĂİ vinden deze vorm van ’begeleiding’ wel erg
ver gaan. Anderen benadrukken echter dat het positief is dat de gemeente de vrouwen ook dit deel veiligheid biedt,
Sommige respondenten, waaronder enkele bewoners (I), kunnen wel begrip opbrengen voor de uitgaven, maar benadrukken dat het geld vooral niet moet worden besteed aan ’pappen en nathouden’ door ailerlei ’leuke dingen’ op de zone te bedenken ÃćâĆňâĂİ zoals, wat hen betreft, nu te veel gebeurt ÃćâĆňâĂİ maar beter aan "(..) opiossingen, bij voorbeeld opvang waar de vrouwen
echt mee geholpen worden". Sommigen tonen zich ronduit achterdochtig; de gemeente zou geld aan wijkvernieuwing hebben onttrokken om de tippelzone te kunnen bekostigen. ln dit verband is ook de reactie van de raamexploitanten aan het Baekelandplein interessant: die vinden dat de vrouwen aan de tippelzone worden bevoordeeld en zo de concurrentiepositie van de raamprostituees aantasten: (..) voor (..) (de vrouwen aan de tippelzone) wordt van alles geregeld: van alles krjigen ze gedaan en kosten, niks! Wij moeten voor alles betalen (..) en voor ons wordt niks geregeld, Zo gaat dat toch niet?
Enkele hulpverleners geven aan dat ze de kosten soms wat onevenwichtig verdeeld vinden; "er wordt veel geld geÃŕnvesteerd in mooie design afwerkschotten (..) ja, echt waar, desing!, omdat dat mooi er uit zou zien, terwijl er geen extra geld is om de zorg aan de vrouwen te verbeteren Heb je die graffiti al gezien’. Het grootste deel van de respondenten heeft een pragmatische houding waar het gaat om de investering. Een tippelzone kost geld, misschien veel geld, maar dat is volgens hen de bijna logische consequentie van de verantwoordelijkheid die de overheid ten opzichte van deze prostituees nu eenmaal heeft:
" Dit bedrag is exclusief de eenmalige investeringen in herinrichting van zone 4 4115,000,- en de aanpassing van nachtopvang aan de Mathildelaan voor vijf vrouwen, Ook de kosten voor politie-inzet zijn niet in deze berekening opgenomen, omdat "(..) er altijd kosten zullen zijn op het gebied van illegale prostitutie. Dit is maar in zeer beperkte mate afhankelijk van de aanwezigheid van de zone". Overigens hebben we geen informatie kunnen verkrijgen over koslen van (bestrijding van) de tippelproblematiek voor de opening van de Achtseweg.
39
"(..) die kosten zjin misschien niet gering, maar ook niet buitenproportioneel" en "(..) ze wegen in elk geval niet op tegen de kosten die zullen moeten worden gemaakt als we die vrouwen weer gewoon deillegaiiteit injagen".
Sommige respondenten gaan bij het sociaal economische argument voor anker. Ook zonder over concrete getallen te beschikken kan er volgens verschillende respondenten een eenvoudige kosten/batenanalyse worden gemaakt. Politie en hulpverleners bezweren dat de kosten van de tippelzone niet opwegen tegen de uitgaven die gemaakt zouden moeten worden wanneer de zone wordt gesloten. Bovendien worden heel veel problemen en spanningen uit de wijk (Woensel West) weggenomen en die ’immateriÃńle schade’ laat zich nu eenmaal moeilijk in geld uitdrukken,
8.4.2 De voorzieningen binnen het zorgaanbod De politie heeft ÃćâĆňâĂİ als vanouds ÃćâĆňâĂİ een dubbele taak/verantwoordelijkheid: optreden maar ook
zorg en (nood)hulp verlenen. Beide taken komen expliciet tot uitdrukking in de vorm van het POV, primair gericht op het tegengaan van overlast; PCT, met de focus op het tegengaan van vrouwenhandel.
Waar het gaat om directe hulpverlening zijn de volgende partners actief:
Leger des Heils (vanuit de keet); GGD (controlearts en verpleegkundige) Novadic-Kentron (verslavings- en nachtopvang/afkickcentrum) ; Portaal-40 (individuele opvang: bed-bad-brood-opvang); Neos (kortdurende crisisopvang voor vrouwen);
Vertrouwenspersonen. Sommige professionals vinden dat de aandacht gaandeweg en in toenemende mate versnipperd dreigt te raken of al is geraakt, Volgens sommigen zijn er gewoon te veel mensen bij dat toezicht betrokken "(..) waardoor dingen ons gemakkelijk ontglippen". Vanuit het Leger wordt daar ÃćâĆňâĂİ aarzelend ÃćâĆňâĂİ aan toegevoegd dat sommige toezichthouders
niet altijd even voldoende professioneel opereren: belangstelling en begrip tonen voor de vrouwen in kwestie c.q. de situatie waarin ze moeten leven en werken. Een dergelijke attitude is wat hen betreft niet alleen van morele aard: "(..) vrouwen voelen dat natuurlijk perfect aan en daarmee verlies je hun vertrouwen. En wie dan wel iets wil, kan weer van voren af aan beginnen. Die meiden zijn toch al zo ontzettend achterdochtig!" Met name het optreden van de politie (POV en PCT) krijgt kritiek: omdat het toezicht nagenoeg in de normale surveNlance wordt meegenomen" zijn het (..) telkens weer anderen, die de boel in de gaten komen houden, En soms is het net of ze (de politiemensen) ook hier alleen maar komen om aapjes te kijken; vooral die jonge jongens!" Overigens bestaat alom grote waardering voor de inzet van het (eind 2005 opgeheven) afrodithe-team, dat volgens onze gesprekspartners (wel) expliciete tijd en aandacht had voor de vrouwen en over de noodzakelijke ingang, kennis en professionele kwaliteiten beschikte, om de aandacht te richten op en in te grijpen in allerlei praktijken die gemakkelijk aan het zicht onttrekken, zelfs aan dat van relatieve insiders."
Met de respondenten hebben we (de een meer uitgebreid dan de ander) de afzonderlijke voorzieningen uit het zorgaanbod besproken. Hieronder de belangrijkste.
19
Zo wordt er van verschillende kanten dat mede dankzij de inzet van het "A-team een aantal loverboys of anderszins verdachte figuren in hun kraag zijn gepakt,
40
Opvang: "huiskamerv oorziening", "de keet" of "de kantine" De meest zichtbare en aanwezige voorziening op de tippelzone zelf is de huiskamervoorziening van het Leger des Heils. De respondenten hebben duidelijk een positief beeld over deze voorziening. Het is goed dat de keet er is, omdat deze "op het gebied van hygiene en gezondheid veel toevoegt"’, "de keet voor de vrouwen een rustpunt is" en "prostituees er een luisterend oor kunnen vinden".
Voor de vrouwen zelf is de keet een onderdeel van de zone dat niet meer weg te denken is. Ze lopen als ze aan het werk zijn regelmatig naar binnen op een avond om; op te warmen, wat te drinken, condooms of schone spuiten te halen, de telefoon op te laden, voorvallen buiten te melden of een praatje te maken. Vrouwen vinden het contact met de medewerkers van de huiskamer prettig, mede omdat ze zich door hen serieus genomen voelen. Tevens is het voor de veiligheidsbeleving van de vrouwen goed dat er een plek is waar ze altijd terecht kunnen, mocht er op de zone iets gebeuren. Nachtop vang De meeste respondenten vinden het positief dat de gemeente haar verantwoordelijkheid
neemt en voor een aantal slaapplaatsen voor de vrouwen heeft gezorgd, zowel voor het welzijn van de vrouwen als uit het oogpunt van overlastbeperking van nachtelijk zwerven. Van de vijf gerealiseerde slaapplaatsen in de nachtopvang van Novadic-Kentron wordt echter momenteel weinig gebruik gemaakt; tot nu toe brengt slechts een enkeling daar af en toe de nacht door. Dit lage animo leidt bij professionals momenteel tot discussie over de meest adequate invulling van de nachtopvang. Respondenten noemen verschillende redenen voor het beperkte gebruik van de slaapvoorziening:
de vrouwen wiilen zich volgens enkele agenten en hulpverleners niet laten registreren (dit is verplicht bij de nachtopvang), bijvoorbeeld uit angst om bij de belastingdienst in
beeld te komen; professionals denken dat vrouwen het onprettig vinden dat ze al vroeg de nachtopvang moeten veriaten waardoor ze ochtends al weer door de stad lopen; ze verblijven liever ergens waar ze ook overdag kunnen zijn; vrouwen kunnen vanwege mogelijke negatieve associaties die ze hebben bij Novadic Kentron (vanwege de verslavingszorg) een negatief gevoel hebben bij de nachtopvang; de nabijheid van (dakloze) mannen is voor de vrouwen onprettig ondanks dat de slaapplaatsen gescheiden zijn van de mannenopvang.
Overigens denken enkele hulpverleners dat het voor de vrouwen ook wennen is dat de nachtopvang er is en zal het tijd kosten voordat zij het ais deel van hun leven gaan zien. Een andere ÃćâĆňâĂİ wellicht meteen doorslaggevende ÃćâĆňâĂİ reden voor het beperkte animo voor de
nachtopvang is wellicht dat een behoorlijk aantal vrouwen al over een (min of meer vaste en soms eigen) woonruimte beschikt. Deze vrouwen geven aan helemaal geen behoefte te hebben aan een slaapplaats elders. Vanuit deze kennis over de behoefte van de vrouwen is het niet verwonderlijk dat er slechts een klein aantal vrouwen behoefte heeft aan - laat staan (gezien bovengenoemde redenen) gebruik maakt van - een slaapplaats in de nachtopvang.
Dit gebeurt onder andere door het SOA-spreekuur van de GGD-arts, waar de laatste tijd iets meer vrouwen komen; voor professionals een teken dat de belangstelling voorzichtig toeneemt. 41
Vertrouwenspersonen De twee vertrouwenspersonen hebben als functie om de prostituees te helpen bij het oplossen van al hun hulpvragen; die lopen van het regelen van praktische zaken tot het persoonlijk begeleiden en toeleiden naar zorgtrajecten, Er wordt door vrijwel alle prostituees - zij het in varierende mate - gebruik gemaakt van de hulp van de vertrouwenspersonen. Op dit moment begeleiden de vertrouwenspersonen ongeveer 25 vrouwen. De vertrouwenspersonen zelf zijn positief over de bijdrage die ze leveren aan het verbeteren van de situatie van de vrouwen. Het was in eerste instantie moeilijk om het vertrouwen van de vrouwen te winnen, maar uiteindelijk zeggen zij steeds meer vrouwen te bereiken (zie hoofdstuk 4), Hiervoor hebben ze flink moeten investeren in het opbouwen van een vertrouwensrelatie en die investering zal in de toekomst onverminderd nodig blijven. Om deze reden wordt ook gepleit voor een derde vertrouwenspersoon om het bereik te kunnen vergroten. Ook andere hulpverleners zijn positief over de rol die de vertrouwenspersonen spelen in het bieden van hulp. Door hun inzet krijgen vrouwen weer meer vertrouwen in de hulpverlening en bovendien krijgen andere hulpverleners via de vertrouwenspersonen ook meer zicht op de vrouwen en de mogelijkheid om een ingang te vinden voor mogelijke zorg. De vrouwen die contact hebben met een van de vertrouwenspersonen uiten zich hier tevens positief over, Het is voor hen prettig dat er meerdere vertrouwenspersonen zijn, want "de een ligt je nou eenmaal beter dan de ander",
5.4.3 De effectiviteit van het zorgaanbod De professionals zelf tonen zich al met al redelijk tevreden over de omvang en de kwaliteit van het zorgaanbod. Zij staan daarin niet alleen, al was het maar "(..) omdat we er geen negatieve verhalen over horen. Maar eerlijk gezegd heb ik er ook niet zo’n zicht op." Op het gebied van effectiviteit van de zorg wordt overigens door respondenten onderscheid gemaakt tussen effect op de uitstroom uit de straatprostitutie en effect op het verbeteren van de levensomstandigheden; een onderscheid dat nauw samenhangt met de discussie over het ambitieniveau van het zorgaanbod gekoppekl aan de tippelzone. Effectiviteit op het gebied van uitstroom
Enkele respondenten (lokale bestuurders en politieagenten) twijfelen aan de effectiviteit van het zorgaanbod, omdat er weinig vrouwen zijn gestopt met tippelen. Zij hebben het idee dat de gerealiseerde voorzieningen er toe bijdragen dat de vrouwen hun tippelbestaan in stand kunnen houden; terwijl er meer ingezet zou moeten worden op het bieden van alternatieven waarmee deze vrouwen uit de straatprostitutie gehaald kunnen worden. Andere respondenten (voornamelijk professionals) vragen zich echter af of dit bieden van alternatieven wel realistisch is, omdat de mogelijkheden om uit te stromen sowieso buitengewoon klein zijn. De discussie over de effectiviteit van het zorgaanbod op de uitstroom hangt dan ook nauw samen met de inschattingen van respondenten over de mogelijkheden van de vrouwen om daadwerkelijk en duurzaam uit de straatprostitutie te stappen. Het is van belang om stil te staan bij de (on)mogelijkheden tot uitstroom; als alle prostituees uit ’het wereldje’ geholpen zouden kunnen worden, wordt de zone immers overbodig. Uit onderstaande blijkt echter dat de stap uit de straatprostitutie voor de meerderheid vrijwel onmogelijk is. Bovendien zullen er altijd "nieuwe" vrouwen zijn die vanuit een problematische situatie (via dwang en/of drang) de straatprostitutie als enige uitweg zien. Deze stap richting de prostitutie zou in de ogen van nieuwe vrouwen aantrekkelijker kunnen worden, juist door het ’succes van de zone’. Kortom; een scenario waarin de tippelzone langzaam ’leegloopt’ is niet erg waarschijnlijk.
42
Uit de interviews komen zeer uiteenlopende geluiden naar voren als het gaat om deze ’uitstroommogelijkheden’; enkelen gaan er van uit dat uitstromen praktisch onhaalbaar is voor deze vrouwen, terwijl anderen zeggen dat (waar nodig met wat druk) de vrouwen best "uit dit leventje te trekken zijn". Op dit punt aangekomen permitteren wij ons een opmerking van reflexieve aard. Het valt ons op dat de meningen hierover bij de respondenten (met name die wat verder van de zone afstaan) meer gebaseerd zijn op eigen beelden dan op daadwerkelijke kennis over de leefomstandigheden, achtergronden, behoeftes en mogelijkheden van de vrouwen; want die kennis is slechts beperkt bij een selectief aantal professionals aanwezig. Hoe het zij; professionals schetsen wat betreft hun verwachting over de uitstroommoge8jkheden (hoewel ze aangeven dat het uiteraard nooit zeker is wat de vrouwen in de toekomst zullen gaan doen) onderstaand - en vrij pessimistisch - beeld. Mogelijkheid uitstroom
uit ti elbestaan Kans miniem
20
M eh’ke kans Geen zicht o
Deze professionals geven aan dat ze voor de meerderheid van de vrouwen niet in staat zijn om hen uit de prostitutie te halen; allerlei factoren belemmeren deze uitstroom en zijn moeilijk door professionals te beinvloeden. Professionals verdelen de vrouwen met rninirnale uitstroomkansen in twee categorie5n. Enerzijds is er een groep vrouwen die zwaar versiaafd is, mentaal zwak (vaak psychische stoornis) en ai meerdere afkickpogingen hebben ondernomen. Deze vrouwen zijn al zo ver heen dat ÃćâĆňâĂİ zo verwachten professionals - afkicken voor hen uitgesloten is. Dat geldt met name voor vrouwen die aan cccafne zijn verslaafd ÃćâĆňâĂİ anders dan bij heroÃŕne is voor deze
verslaafden volgens deskundigen eigenlijk geen weg meer terug! Anderzijds is er een groep vrouwen die hun verslaving redelijk onder controle hebben, zichzelf behoorlijk kunnen redden en zich misschien zelfs thuis voelen in het wereldje. Deze vrouwen hebben daarom weinig of in ieder geval minder behoefte om af te kicken en uit te stromen. Voor professionals is de mate van verslaving een belangrijke factor die de kans op uitstroom beÃŕnvloedt (in hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de moeilijkheden van afkicken), maar er zijn meerdere factoren. Zo zou de mogelijkheid tot uitstroom bij een aantal vrouwen afhangen van hun partnerkeuze, momenteel zitten zij gevangen in een (afhankelijkheids)relatie met een verslaafde en/of ’verkeerde’ partner, wat hun uitstroomkansen sterk beperkt. Ook het aantal afkickpogingen en/of momenten van terugval is volgens de professionals van belang omdat afkicken met elke poging moeilijker wordt. Jonge vrouwen en vrouwen met een kort prostitutie verleden hebben volgens de professionals nog een grotere kans op een positieve ontwikkeling uit de straatprostitutie. Er is nog een factor die de weg uit de prostitutie bemoeilijkt; de afstand van vrouwen tot de reguliere hulpverlening. Hoe kwetsbaar en afhankelijk de vrouwen ook mogen zijn, het blijkt bepaald niet gemakkelijk om vanuit de hulpverlening contact met ze op te bouwen, Om te
beginnen is er, als eerder opgemerkt, een praktisch probleem: de frequentie waarin vrouwen de zone aandoen.
We richten ons hier op de 26 vrouwen die het afgelopen jaar regelmatig op de zone zijn geweest. De overige 11 vrouwen zitten al redelijke tijd in een hulpverieningstraject of zijn al geruime tijd niet op de zone geweest. 43
Daarnaast staan lang niet alle vrouwen open voor contacten met, Iaat staan voor bemoeienis door, derden. Een deel van de vrouwen sluit zich hier helemaal voor af, zijn in feite onbereikbaar - ook voor huipverleners; ze behoren bij uitstek tot de "hulpbehoevende hulpvermijders". In dat opzicht zijn de inzichten van de vertrouwenspersonen over de aansluiting met reguliere hulpverlening representatief:
negatieve verwachtingen (bij voorbaat); negatieve ervaringen met hulpverlening uit het verleden, met name doordat hulp niet aansluit bij het verwachtingspatroon van de vrouwen; ondoorgrondelijkheid van hulpverlening ; lange wachttijden/wachtlijsten; regelgeving/formele barrieres in de hulpverlening; de complexiteit en veelvormigheid van de problematiek; invloed/hindernissen vanuit het eigen netwerk (zoals pooiers/vriendjes die de vrouwen in de scene proberen te houden). Interessant punt in deze discussie is de bereidheid van respondenten om de inzet van drukmiddelen/dwang te overwegen. Door vrijwel alle professionals wordt het initiatief volledig bij de vrouwen gelegd en wordt uit gegaan van een zelfstandige keuze van de vrouwen om de stap naar een ’ander leven’ te maken. Andere professionals (met name politieagenten) en lokale bestuurders vinden echter dat er best drukmiddelen gebruikt mogen worden om een vrouw te stimuleren/overtuigen in een hulptraject te stappen en te blijven, Volgens hen kunnen verslaafde personen niet goed meer overzien wat een hulptraject voor hen kan betekenen en is van een zelfstandige keuze eigenlijk geen sprake en kunnen ze daarom wel een ’steuntje in de rug’ gebruiken. De meerderheid van de respondenten is echter van mening dat een hulptraject alleen kans van slagen heeft wanneer de vrouw er vrijwillig voor heeR gekozen; zij geloven kortom niet in het gebruik van dwang of drukmiddelen, Bovendien wordt door respondenten benadrukt dat de gemeente als overheid de grens van maatschappelijke verantwoordelijkheid niet mag doortrekken tot het verplicht laten afkicken van deze prostituees. Effectiviteit van het zorgaanbod op de levenaomstandigheden van de vrouwen Vanuit de opvatting dat de stap uit de prostitutie voor de meerderheid van de vrouwen toch vrijwel onmogelijk is, vinden professionals dat de effectiviteit van het zorgaanbod bepaald wordt door de invloed ervan op de levensomstandigheden van de vrouwen. De zorg is er wat hen betreft vooral op gericht voor de vrouwen een meer menswaardig bestaan te creÃńren. Wat overigens niet betekent dat de vrouwen opgegeven worden; "ze zijn misschien vaak hulpeloos, maar nooit hopeloos, Hulpverleners benadrukken dat ze altijd blijven in zetten op uitstroom, maar dat het goed is realistische ambities te hebben.
Ondanks de beperkte uitstroom, heeft het zorgaanbod volgens de hulpverleners dan ook wel degelijk een duidelijk positief effect. Over de positieve effecten van de tippelzone op het gebied van veiligheid hebben we eerder al veel gezegd. Hier kan nog aan toegevoegd worden dat de vrouwen door het bestaan van het zorgaanbod gewaarschuwd kunnen worden voor gevaarlijke klanten. Bovendien biedt de keet een plek van rust en veiligheid waardoor er minder sprake is van onveilig en opgejaagd werken. Het zorgaanbod heeft ook duidelijk een positief effect op de gezondheid van de vrouwen. Zo biedt de keet de mogelijkheid aan vrouwen om zich te verzorgen, kunnen vrouwen onderzocht worden op soa’s en krijgen ze direct medicijnen indien nodig. Bovendien biedt de keet naast materiele en hygi5nische voorzieningen voor vrouwen een plek om met hun verhaal terecht te kunnen.
Ondanks dat de keetmedewerkers zichzelf als dienstverlener en niet als hulpverlener zien, zijn ze altijd bereid een luisterend oor te bieden en adviezen te geven. Dat gebeurt misschien ’low profile’, maar het gebeurt wel en het heeft een positief effect op de kwaliteit van het leven van de vrouwen. Eerder gaven we al aan dat de bereikbaarheid van de vrouwen enorm is verbeterd sinds de tippelzone er is. Hierdoor zijn de vrouwen, die tot voor kort als een onbereikbare groep werden gekwalificeerd, steeds beter in beeld. Professionals kunnen hierdoor hun dienst- en hulpverlening meer adequaat op de vrouwen afstemmen. Hierdoor is de kwaliteit van het bestaan van deze vrouwen overtuigend verbeterd: hulpvragen worden eerder opgepikt en vrouwen worden nu vaker naar hulpverleningstrajecten begeleid.
5.5 Onderlinge samenwerking betrokkenen Professionals hechten veel belang aan een goede onderlinge samenwerking rond de tippelzone. Een belangrijk uitgangspunt daarbij is dat iedere partner in de keten expert is op een deelgebied van de complexe problematiek van deze vrouwen. De professionals beseffen zich terdege dat zij eikaar nodig hebben om de vrouwen adequaat te kunnen helpen. Deze samenhang moet uiteraard georganiseerd worden en vaststaat dat door het instellen van de tippelzone deze samenhang het best tot zijn recht komt; al was het maar omdat professionals letterlijk op een plek samenkomen. Uit de interviews ontstaat het beeld dat er in de praktijk een kleine groep is van kern-actoren die veel contact hebben en intensief met elkaar op trekken, terwijl de anderen duidelijk minder frequent contact hebben en informatie uit wisselen." Onder de meest direct betrokken professionals, die elkaar vaak al jaren kennen omdat ze al ruime tijd bij de tippelzone betrokken zijn, zijn door de tijd vertrouwensrelaties ontstaan en wordt informatie gedeeld. Met name naar deze bekenden’ lopen korte onderlinge lijntjes, waardoor deze samenwerking positief gewaardeerd wordt." De betrokkenheid van de politie bij het team van bemoeizorg werkt bevorderend voor deze samenwerking.
Opvallend is echter dat met name de dagelijkse gang van zaken van het werk rond de zone met elkaar gedeeld wordt; er is geen sprake van samenwerking of samenhang op het niveau van een gezamenlijk programma of behandelplan. Deels kan dit verklaard worden vanuit het uitgangspunt van enkele betrokken instanties dat zorg wordt geboden en geen hulpverlening. Dat geldt al helemaal voor de vrouwen die niet ln beeld zijn; vrouwen die niet op de zone komen, komen dus ook nauwelijks in contact met de zorg- en hulpverlening. Blijft staan dat er geen sprake van lijkt te zijn dat de professionals bewust werken vanuit een gezamenlijke visie en aanpak.
Voorzover er kennis bestaat over de vrouwen, is dat over een deel van de vrouwen en deze kennis is bij een deel van de professionals aanwezig. Voor deze professionals (eerder kernactoren genoemd) lijkt de noodzaak van het delen van informatie over het algemeen voor vanzelfsprekend aangenomen te worden,
Dit beeld werd bevestigd tijdens de excursie naar Utrecht waar bleek dat de betrokken gemeente ambtenaren duidelijk minder zicht hebben op de zone, de vrouwen en de professionele aanpak ervan dan de meer direct betrokken professionals. Een dergelijk ’gezamenlijk werkbezoek’ toonde zich daarom uitermate zinnig voor onderlinge informatie-uitwisseling.
Mede hierom vinden professionals het zeer belangdjk dat er een bepaalde mate van stabiliteit bestaat in een niet al te grote groep betrokkenen,
In andere gevallen echter wordt het delen van kennis als problematisch en soms zelfs als bedreigend ervaren, Verklaring hiervoor is dat professionals proberen risico s zo veel mogelijk uit te sluiten waar het gaat om het opgebouwde vertrouwen van de vrouwen; "investeringen van jaren kunnen in secondes kapot gemaakt worden". Professionals geven aan dat de Gemeente Eindhoven zwaar heeft ingezet op het treffen van voorzieningen op en rond de zone, maar dat vanuit de Gemeente niet voiledig de verantwoordelijk gevoeld wordt voor het dagelijkse reilen en zeilen van de zone. Oe professionals voelen dan ook beperkt ruggesteun in hun activiteiten. Kortom; er bestaat samenhang op het niveau van intenties, maar niet voldoende op het niveau van visie en kennis. Er is veel professionele betrokkenheid bij de tippelzone, maar deze is versnipperd. Gezien de terughoudendheid om informatie uit te wisselen is het belangrijk om het delen van visie en kennis te gaan organiseren. Professionals zouden nadrukkelijk begeleid moeten worden bij het leren samenwerken en het ere@ren van samenhang om zo adequaat mogelijk met de vrouwen te kunnen werken en diens afzonderlijke situatie, mogelijkheden en behoeftes als vertrekpunt te nemen. Hierbij kan de informatie over de vrouwen (uit de analyse die we in opdracht van het Veiligheidshuis maakten) dienen als ondersteuning. Aan de hand van deze informatie kan het ’leren samenwerken’ door middel van casu’istiek georganiseerd worden. Station Beukenlaan Eindhoven
46
6. Oe toekomst: hoe nu verder? Laten ee de dingen niet moeilijker maken dan ze zjin... ... maar ook niet meer dan dat! [Einsteirij
In traditioneel onderzoek is het gebruikelijk het ondeizoeksrapport af te sluiten met enkele (beleids)aanbevelingen. Uit onze interviews komt echter, mede door de manier waarop we de uitkomsten in het voorgaande hebben gepresenteerd, een evident verhaal naar voren. Een verhaal dat in feite zichzelf vertelt, maar niettemin een aantal open einden kent. De belangrijkste beslispunten rond de toekomstige invulling van de tippelzone leggen we hier voor. Dit doen we in het kader van de doelstelling van dit onderzoek, die we als volgt definieerden: Op basis van een zo breed mogelijke inventansatle empirische, beleidsrelevante argumenten aanreiken die leiden tot c.q. bijdragen aan een overwogen oordeel over het (voorf)bestaan van een van overheidswege gefaci%teerde tippelzone en flankerende oorzieningen in Eindhoven, in het bijzonder waar het gaat om de locatie aan de Achtseweg.
Een tippeizone in Eindhoven Een meerderheid van de respondenten steunt, los van alle praktische kanten, mitsen en maren, het bestaan van de zone in Eindhoven. Dat betreft in het bijzonder de professionals, zowel diegenen die voor de zorg verantwoordelijk zijn als diegenen die vanuit het beheersperspectief werkzaam zijn, Betrokkenen zijn overtuigd van de noodzaak van de zone voor de overlastbeperking, de veiligheid en het bereiken van de vrouwen in het kader van de hulpverlening. Dat oordeel vinden we begrijpelijk veel minder eenduidig terug bij de bewoners in Woensel West, Daar wegen vooral zorgen over (terugkerende) overlast en onveiligheidÃćâĆňâĂİ
daarover zo direct,
Een aantal van de mitsen en maren staat nog ter discussie. Zo gaan we achtereenvolgens in op de eindigheid van de tippelzone, de locatie en enkele andere voorwaarden of aandachtspunten die kunnen bijdragen aan een betere situatie op en rond de tippelzone in de toekomst,
Eindigheid van de tippelzone Eerste punt van dialoog is hoelang de zone moet blijven bestaan. iedereen is het er over eens dat het uiteindelijke streven is om de tippelzone overbodig te maken doordat alle vrouwen uit de straatprostitutie zijn geraakt. Tegelijkertijd zijn de respondenten van mening dat dit een prachtig vergezicht is, maar ook niet veel meer dan dat. De markt van de straatprostitutie zai volgens hen altijd blijven bestaan. De vraag naar deze vrouwen zal niet verdwijnen en ook het aanbod zal voortduren doordat er altijd vrouwen zullen zijn die door dwang en drang veroordeeld zijn tot een leven in de straatprostitutie; als dat niet deze vrouwen zijn, dan wel een volgende generatie. Zo bezien lijkt de straatprostitutie een onvermijdelijk verschijnsel in Waensel. Toch leggen betrokkenen zich er niet bij neer dat het verbeteren van de huidige levensomstandigheden voor de vrouwen het hoogst haalbare is. Veel respondenten pleiten dan ook voor een hoger ambitieniveau en een stevige inzet op het OntWikkelen van alternatieVe.
47
Hiermee raken we wederom aan de ingewikkelde discussie over de mogelijkheden en moeilijkheden van de stap uit een verslaafd en tippelend bestaan; een discussie waarin, zoals eerder bleek, weinig hoopvolle standpunten lijken te overheersen," ln dit verband is een belangrijk beslispunt voor de Gemeente of zij de tippelzone duurzaam wil blijven faciliteren als permanente voorziening, of op dit vlak een tijdelijk beleid wil voeren. Oftewel, ziet de gemeente de tippelzone als een eindige zaak of als een noodzakelijke eindeloze investering7 Op dit moment lijkt niemand nog antwoord te hebben op deze vraag. Tot op heden bestaat hieromtrent dan ook onduidelijkheid en een veelheid aan verwachtingen voor de toekomst. Het is nu belangrijk op dit punt klare wijn te schenken en over deze beslissing transparant en eenduidig te communiceren naar alle betrokkenen.
De locatie van de tlppehone aan de Achtseweg
Groenewoudseweg.
Overige voorwaarden voortbestaan tippelzone We brengen hier kort nog wat overige voorwaarden naar voren voor het voortbestaan van de tippelzone, zoals de inrichting van de zone, het pasjessysteem, het toezicht, het zorgaanbod en de samenwerking tussen professionals, Als laatste gaan we kort in op het ambitieniveau naar de vrouwen, Inrichting zone ln materiele sfeer kan er nog het een en ander gebeuren om de veiligheid en de werkomstandigheden van de vrouwen te verhogen, zoals het verzorgen van betere veriichting en voorzieningen om hard rijden tegen te gaan ter bevordering van de verkeersveiligheid.
" In feite zou alleen een zware inzet op preventie er toe kunnen leiden dat de straatprosbtutie grotendeels uit Eindhoven zou verdwijnen; maar de mogelijkheden en effecten van een preventieve aanpak zijn moeilijk overtuigend in beeld te krijgen.
48
Pasjessysteem Het pasjessysteem werkt goed; het houdt de zone beheersbaar en beperkt een aanzuigende werking. Het systeem biedt professionals de kans om vanuit een individuele benadering nog verder ln te zoomen op de afzonderlijke vrouwen. Doordat de vrouwen nu persoonlijk geregistreerd wordt het mogelijk ze als afzonderlijke individuen te benaderen en aan te sluiten bij ieders persoonlijke situatie, mogelijkheden en behoeftes, Toezicht op de zone Het toezicht vanuit de politie op de tippelzone zou volgens veel gesprekspartners verbeterd kunnen en ook moeten worden, bij voorbeeld door te werken met een kleiner (en "vast") team van politieagenten. Dit team zou vanwege meer regelmatige contacten beter op de hoogte zijn van wat er op en rond de zone gebeurt wat sneller en meer adequaat optreden mogelijk maakt. Bovendien zouden er voor dit team meer mogelijkheden bestaan om een vertrouwensband op te bouwen met de vrouwen; wat volgens professionals essentieel is als het gaat om het begeleiden naar zorg.
Zorgaanbod Zowel in kwantitatief als kwalitatief opzicht moet er iets gebeuren in het zorgaanbod. Vanuit een deel van de betrokken organisaties wordt met name zorg geboden, maar wordt minder ingezet op een hulpaanbod. De discussie zal moeten gaan over de vraag in hoeverre deze zorg voldoende is of dat de focus meer moet komen te liggen op verdergaande hulpverlening. Dat betekent overigens niet een verzwaring op het niveau van voorzieningen; het gaat bij uitstek om wat Andries Baart met zijn presentie-theorie omschrijft, er voor de vrouwen zijn en een luisterend oor bieden. Als we vanuit het zorgaanbod recht willen doen aan de tijdelijke aard van de tippelzone dan zou een taakverbreding richting hulpverlening wel eens noodzakelijk kunnen zijn. Dat zou betekenen dat er meer ingezoomd moet worden op de afzonderlijke vrouwen, hun positie (letterlijk en figuurlijk) en hun tijdsbesteding (bijvoorbeeld door het aanbieden van een dagprogramma). ln kaart moet worden gebracht waar hun individuele en specifieke huipverleningsvragen liggen en welke motieven en mogelijkheden er zijn om vanuit de hulpverlening eventueel meer te doen dan het bieden van zorg.
Een dergelijke benadering vereist van professionals een flinke investering en een gezamenlijke inzet. Mede vanuit dat perspectief is het belangrijk om uit te zoeken hoe verder vorm gegeven kan worden aan een goede en effectieve samenwerking tussen de professionals, waarin kennis gedeeld wordt en vanuit een gezamenlijke visie met de vrouwen gewerkt wordt.
Uitleidende opmerkingen Onze opdracht was te onderzoeken aan welke voorwaarden moet worden voldaan voor het laten (voort)bestaan van een tippelzone in Eindhoven c.q. in hoeverre aan die voorwaarden kan worden voldaan, al dan niet vanuit de huidige locatie, In dit rapport hebben we geen concreet antwoord gegeven op deze vraag. Wat we hebben gedaan, is een grote groep betrokkenen, welbeschouwd de meest deskundige partijen waar het gaat om de feitelijke situatie het woord te geven. Dat maakt dit verslag tot hun verslag; een verslag over last, en over leven... Houten, maart 2007
Geraadpleegde literatuur Balster, E. en E. Hagenaars. (2006). Visiestuk prosfifutievertrouwenspersonen. Bieieman, B. e.a. (2002). Evaluatie tippelzone Heerlen. Stichting Intravai.
Bovenkerk, F. e,a. (2006). Loverboys of modern pooierschap. Amsterdam: Uitgeverij Augustus.
Don, H.M. en M, Hooseman. (2004). Opvang verslaafde prostituees Eindhoven. Doorn, L. van. (2002). Een tijd op straat. Een volgstudie naar (ex-)daklozen in Ufrecht (19932000), Utrecht: NiZW Uitgeverij.
DSP Groep. (2003) Evaluatie Tippelzone Theemsweg Amsterdam 2M3: effect extra beheersmaatregelen.
Gemeente Amsterdam. (2004). Voorfgangsrapportage sluifing tippelzone, de ontwikkelingen sinds de sluiting van de Theemsweg. Gemeente Eindhoven. (2004). Aansturingsformat. Aanpak overlast WoenselWestfTippelzone Achfseweg Zuid en opvang van sfraatprostituees.
Gemeente Eindhoven. (2006). Adviesnota: Uitbreiding van hef aantal vergunningenlpasjes voor verslaafde prostituees op de tippelzone aan de Achtseweg Zuid. Gemeente Eindhoven. (2004) Locatiescan tippelvoorziening. Analyse van potentieel geschikfe locaties.
Houwing, P.A. (2005), (Zorg)bereik van straatprosfitueesin Den Haag. Een verkennend onderzoek naar de effecten van de beperking van de openingstijden op de Haagse fi ppelzone en de mogehjke sluiting. Korf, D.J. e.a. (2005). Tippelen na de zone. Straafprostitutie en verborgen prostitutie in Amsterdam. Amsterdam: Rozenberg Publishers.
Landelijk Overleg Tippelprostitutie, (2004). Straatprostitutie: bestrjiden, gedogen, reguleren of vrij geven?
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies. (2005). De toekomst van de afwerkloods Nijmegen.
Poiyground (2003). Invenfarisatie en analyse drugsgerelateerde overlast Woensel West e.o. Trirnbos-instituut (2004), Cocaine, de anfwoorden. Trimbos-instituut (2004), Heroine, de antwoorden.
Trimbos-instituut (2005), Wat iedereen over drugs zou moeten weten. Wetering, B.J.M. van de en E.C.J.E. Czyzewski. (2001). Hetis tjid voor een paradigmaverschui ving in de vemfavingszorg, Rotterdam: Bouman Verstavingszorg.