gemeente Eindhoven
Raadsnummer 07.R2402.00I Inboeknummer o6bstorSzS Dossiernummer 684.4or Z januari zoo8
Raads inforrnatiebrief Betreft ConsultatieBureau 55+ Eindhoven (voorheen Consultatiebureau voor Ouderen l Senioren Eindhoven);
Plan van aanpak pilot aoo6-aoo8 en resultaten t/m juni 2007
1 Inleiding In de gemeenteraadsvergadering van 21 maart 2005 is via een aangenomen amendement een ’haalbaarheidsstudie voor het realiseren van consultatiebureau(s) voor ouderen’ als onderdeel toegevoegd aan de Programmalijn ’Senioren zelfredzaam’ (58). Hiervoor is binnen de Programmalijn 58 6 30.000,ÃćâĆňâĂİ benoemd.
Op 20 december 2005 hebben wij ingestemd met de ingezette lijn ten aanzien van een haalbaarheidsonderzoek’Consultatiebureau(s) voor ouderen in Eindhoven’ in de vorm van een pilot binnen het samenwerkingsverband Woonservice Eindhoven. Wij hebben besloten om ter uitvoering van het projectplan < 30.000,ÃćâĆňâĂİ beschikbaar
te stellen in het kader van de Sociale Pijler, Programmalijn ’Senioren zelfredzaam’ (58), onder voorwaarde van externe financiering. Wij hebben de directeur van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst opdracht gegeven om, zodra besluitvorming over de aangevraagde subsidie bij Provincie en/of Zorgkantoor bekend was, de opzet in overleg met partners nader uit te werken tot een Plan van aanpak voor een pilotproject ’Consultatiebureau voor ouderen in Eindhoven’ en dit voor te leggen. Aan die voorwaarde en opdracht werd voldaan: de Provincie en CZ hebben subsidie toegekend. De Sterren (nu Vitalis WoonZorgGroep), GGzE, ZuidZorg en GGD hebben een Plan van aanpak uitgewerkt. Wij hebben op 22 augustus 2006 ingestemd met het ’Plan van Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven, pilot 2006-2008’, zodat tot uitvoering kon worden overgegaan. De raad dient te worden geinformeerd over de voortgang.
2 Actuele ontwikkelingen Voortgang sinds 20 december 2005. Keuze om met het haalbaarheidsonderzoeki n de vorm van een pilot aan te sluiten bij hetinitiatiefvan DeSterren (nu Vitalis WaonZorgGroep), GGzEenZuidZorg.
Raadsnummer
Uitgangspunten zijn om aan te sluiten bij initiatieven in de stad en om de pilot in een van de drie woonservicegebieden te realiseren. Onderzocht is welke initiatieven er in Eindhoven zijn, bij welk initiatief het beste kan worden aangesloten en welke woonservicezone nu een Consultatiebureau voor Senioren (C BvS) wi I opsta rte n.
Behalve het initiatief van De Sterren (nu Vitalis WoonZorgGroep), GGzE en ZuidZorg is er een tweede initiatief; SVVE De Archipel ontwikkelt een Consultatiebureau voor Senioren. Uit een gesprek met de voorzitter van de Raad van Bestuur van SVVE De Archipel blijkt echter dat zij een pilot buiten Eindhoven, in de gemeente Best, opsta rten.
De woonservicewerkverbanden Oud-Woensel e.o. en Gestel buiten de ring willen op dit moment zelf geen Consultatiebureau opstarten. Zij zijn wel zeer geinteresseerd in de uitkomsten van de pilot CBvS. In woonservicezone Midden-Woensel willen de partners De Sterren (nu Vitalis WoonZorgGroep), GGzE en ZuidZorg een pilot CBvS starten. Vanwege de uitgangspunten om aan te sluiten bij initiatieven in de stad en om de pilot in een van de huidige woonservicegebieden te realiseren heeft de GGD aansluiting gezocht en gevonden bij het initiatief van De Sterren (nu Vitalis WoonZorgGroep), GGzE en ZuidZorg in de woonservicezone Midden-Woensel. Wat willen we bereiken.
In het Plan van aanpak pilot Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven 2006-2008 zijn de - meetbare - doelstellingen beschreven. De GGD verzorgt het onderzoek en de evaluatie van de pilot. De gegevens voor de evaluatie worden verkregen uit de registratie en door middel van interviews met de diverse betrokkenen.
Het project beoogt leerpunten op te leveren voor de structurele opzet van een dan wel meerdere CBvS’s in Eindhoven en draagt zo mogelijk bij aan de verdere ontwikkeling van landelijke expertise. De resultaten zijn overdraagbaar via eindrapportage, zodat anderen ÃćâĆňâĂİ in Eindhoven, provincie Noord-Brabant, Nederland
- kennis kunnen nemen van afwegingen, conclusies en aanbevelingen en deze desgewenst toe kunnen passen. Wat gaan we daarvoor doen.
In Woonzorgcentrum Brunswijck wordt een tweejarige pilot Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven gestart. Het betreft een breed consultatiebureau met als kernfunctie preventie, waarbij we kijken naar aspecten van de vier domeinen Woning, Woonomgeving, Welbevinden en Zorg, zoals die ook worden gehanteerd binnen het model en de aanpak Woonservice Eindhoven. Het consultatiebureau kijkt vanuit hetzelfde model maar dan op individueel niveau.
Raadsnummer
Bij de keuze van te screenen aspecten op de terreinen gezondheid, zorg, welzijn en wonen, zoals risicofactoren van hart- en vaatziekten, diabetes mellitus en psychosociale problematiek (met focus op depressie en eenzaamheid) wordt ook beschikbare epidemiologische relevante informatie benut. Ook de aandacht voor het sociale systeem om de oudere heen (bijvoorbeeld het signaleren van problemen bij de mantelzorger), de aandacht voor de vraag of de woning -op termijn- geschikt is, en het geven van informatie over de toegang tot de lokale Wmo, maken dat het CBvS een uitgebreid en samenhangend pakket aan adviezen, interventies en verwijzingen kan bieden. Het CBvS biedt senioren vanaf 55 jaar de mogelijkheid om de eigen gezondheid en het eigen functioneren preventief en laagdrempelig met een ervaren verpleegkundige te bespreken en te laten controleren: "Hoe kan en wil ik oud worden?". In een op een gesprekken, op een locatie dichtbij in de eigen wijk of indien nodig via huisbezoek, worden aspecten op de terreinen gezondheid, zorg, welzijn en wonen, die met gezond ouder worden te maken hebben gescreend, waarna een advies of gerichte verwijzing tot eventuele interventie volgen. De screening en vervolgconsulten vinden plaats met behulp van vragenlijsten, testen en adviesformulieren (alle met standaarden). De gespecialiseerde verpleegkundige adviseert mensen en verwijst naar bijvoorbeeld huisarts, ouderenadviseur, maatschappelijke werk, GGZ, cursussen op het gebied van leefstijl, sociale activiteiten, Steunpunt Mantelzorg, gemeentelijke afdeling woningaanpassingen, lokale toegang Wmo, etc. Nadien volgen een of twee followup consulten, waarin o.a. wordt besproken of adviezen zijn opgevolgd en wat de effecten zijn en of er sprake is van veranderingen in de leefsituatie. Zonodig wordt vervolgadvies gegeven of een nieuwe verwijzing. In het rapport: ’Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven; Plan van aanpak pilot 2006-2008’ is de aanpak verder uitgewerkt.
Voortgang sinds 22 augustus 2006. Na het akkoord van ons college op 22 augustus 2006, hebben de vier partners; Vitalis WoonZorgGroep, GGzE, ZuidZorg en GGD Eindhoven, de uitvoering voorbereid. Op 25 januari 2007 is het Consultatiebureau 55+ Eindhoven (CB55+), dat is
gevestigd in Woonzorgcentrum Brunswijck, officieel gestart met een openingshandeling door de wethouder. Inwoners worden steekproefsgewijs uitgenodigd om deel te nemen aan het haalbaarheidsonderzoek in de vorm van een pilot. Zij ontvangen bij de uitnodigingsbrief de brochure ’Vitaal ouder worden in eigen woonomgeving, Consultatiebureau 55+ Eindhoven’
Raadsnummer
Factsheet Consultatiebureau 55+ Eindhoven geeft de resultaten van het eerste halfjaar (januari t/m juni 2007) weer.
3 Besluit van college van burgemeester en wethouders Wij hebben besloten: 1 in te stemmen met het ’Plan van Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven, pilot 2006-2008’; 2 de directeur van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst opdracht te geven om dit Plan van aanpak in samenwerking met partners De Sterren, GGzE en ZuidZorg binnen het samenwerkingsverband Woonservice Eindhoven te realiseren; 3 ter uitvoering van dit projectplan de onder voorwaarde beschikbaar gestelde middelen ad 6 30.000,ÃćâĆňâĂİ in het kader van de Sociale Pijler, Programmalijn ’Senio-
ren zelfredzaam’ (58) daadwerkelijk beschikbaar te stellen; 4 de begrotingswijziging vast te stellen.
4 Ter inzage gelegde stukken Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven, Plan van aanpak pilot 2006-2008. Brochure Vitaal ouder worden in eigen woonomgeving, Consultatiebureau 55+ Eindhoven’. Factsheet Consultatiebureau 55+ Eindhoven ’De resultaten van het eerste halfjaar (januari t/m juni 2007)’.
Burgemeester en wethouders van Eindhoven,
A. Brunninkhuis, secretaris
071221
gemeente Eindhoven
CONSULTATIEBUREAU voor SENIOREN EINDHOVEN Plan van Aanpak pilot zoo6-aoo8
Stuurgroep Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven juh 2006
juli 2006 CONSUETATlEBUREAU voorsENIORENEtNDHOVEN -Plan van Aanpakpilot 2006-2008
Colofon Stuurgroep Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven Mw I.D. Eysma, Locatiedirecteur De Sterren, voorzitter Dhr R.Lammers, Zorgmanager, GGzE jVlw jVj. Engel, Rayonmanager Zorg, ZuidZorg Dhr P. van Nlerop, Hoofd afdeling Gezondheidsbevordering, GGD Dhr E. van Dun, Projectleider Woonservice Eindhoven, GGD
Het Plan van Aanpak is opgesteld met ondersteuning van mw M. Spermon, beleidsmedewerker GGD
Uitgave gemeente Eindhoven Gemeentelijke Gezondheidsdienst Datum juli 2006
jvii 2006 CONSULTATIEBUREAU voor SENIOREN EINDPIOVEN- Plan van Aanpait piiot 2006-2008
inhoudsopgave Inhoudsopgave
1 inleiding, visie ea kaders 4 l,l Initiatief van De Sterren, ZuidZorg en de GGzE 4 12 Gemeentelijke beieidsontwikkeling en besluitvorming 4 18 Samenwerking De Sterren, ZuidZorg, GGzE en GGD 6 1,4 Afspraak De Sterren, ZuidZorg, GGzE en GGD 1.5 Plan van Aanpak Consultatiebureau voor Senioren: een groeimodel 8 1.6 Enkele essentiele uitgangspunten bij het Consultatiebureau voor Senioren
(CBvS) Eindhoven 9
2 Wat wiBen we bereiken? 11 2.1 DoelstelHng van een breed opgezet Consultatiebureau voor Senioren 11 2.2 Doel van de pilot Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven
Doelgroep en gebied tijdens pilotperiode ’l4
4 Vfat gaan we daarvoor doen? 15
4.1 Werkwijze 15 4.2 Vorm en inhoud vanhet consult; wat gaan we screenen? 17
locatie 24 Bereik en wervittg 25
7 Personele inzet 26 7.1 Profiel ConSUltatieverpleegkundige 26 72 Profiel projectleider 27 7.3 Andere personele inzet 28
8 Planning 29 Hoe wordt binnen het project door verschiliettde partijen samengewerkt? 3’I 9.1
9.2
Samenwerkingsstructuur De Sterren, GGzE, ZuidZorg en GGD 3’I Andere partners of relaties t.b.v. de reaiisatie van het project 31
10 Wat kost het? Financi41e begroting voor 2 Jaar. oktdber 2006 - 2008 34 BIJLAGE z
BIJLAGE 2 gemeente Eindhoven
36
juli 2000 COIISVLTATIESVREAV voor SEPIIOREII EINDHOvEN - Plan van Aanpak pilar 2005-2008
inleid.ing, visie en kaders Dit Plan van aanpak betreft een uitwerking van de nota "Consultatiebureau voor Ouderen, Kaders voor samenwerking tussen De Sterren, GGzE en
ZuidZorg " (16 januari 2006) en van de Businessplan "Consultatiebureau voor
Senioren (29 mei 2006) en van Projectopzet pilot’Consultatiebureau voor ouderen Eindhoven’ (december 2005 en eerdere subsid! eaanvragen)
r.r Initiatief van De Sterren, ZuidZorg en de GGzE Het Consultatiebureau voor Senioren betreft een gezamenlijk initiatief van De Sterren, ZuidZorg en de GGzE. Deze drie organisaties werken al op andere
terreinen met elkaar samen en zijn partners in het woonservicegebied Midden-Woensel, Isisn Van de drie pilotgebieden wOOnservice in EindhoVen.
Hun initiatief betreft een breed opgezet consultatiebureau . De meerwaarde van het initiatief en de samenwerking ligt in het beschikbaar
stellen van ieders expertise en het gezamenlijk een bijdrage leveren aan de
vermaatschappelijking van de zorg.
z.z Gemeentelijke beleidsontwikkehng en besluitvorming
Naast bovenstaand initiatief deed zich in Eindhoven de volgende
ontwikkeling voor. In de gemeenteraadsvergadering van 21 maart 2005 werd
via een aangenomen amendement een ’haalbaarheidsstudie voor het realiseren van consultatiebureau(s) voor ouderen’ als onderdeel toegevoegd aan de Prograrnmaiijn ’Senioren zelfredzaam’ (58).
Vervolgens bleek uit voorbereidend onderzoek door de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) en de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling (DMO)
dat het consultatiebureau voor ouderen in opmars is in Nederland. In
toenemende mate zijn initiatieven in ontwikkeling en een enkele is operationeel. liet Kenniscentrum Ouderen (KCO) van het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW Zorg) inventariseert de beschikbare expertise,
stelt deze beschikbaar en draagt zorg voor de uitwisseling van kennis tussen initiatiefnemers. O.a. in de vorm van een landelijke conferentie.
gemeente Eindhoven
juli 2006 COI45UkTATIEBUREAU voor 5ENIOREjl EIHOHOVEhl - Plan van Aanpak pilot 2006-2008
Financiering blijkt gezocht en soms gevonden te worden bij zorg kantoor,
provincie, zorgvernieuwingsgelden, zorgverzekeraar en gemeenten. De volgende argumenten bleken te pleiten voor een Consultatiebureau voor ouderen in Eindhoven: De toenemende vergrijzing, de toename van het aantal chronisch zieken
en mensen met een functiebeperking, de vermaatschappeiijking van de zorg en de vraag van senioren naar iaagdrernpelige voorzieningen,
Vroegtijdige signalering en preventie bij ouderen spelen een belangrijke rol met het oog op uitstel van ziekte en daarmee uitstel van beperkingen. Dit is van groot belang voor de kwaliteit van leven en voor het langer
zelfstandig kunnen functioneren van ouderen en voor het behalen van
gezondheldswinst. De ProgralTimalijn ’Senioren ZelfredZaam’ en het ProjeCt WOonServtCe
Eindhoven werken aan het scheppen van voorwaarden die senioren in staat stellen om zo lang mogelijk zelfstandig het eigen leven te kunnen
inrichten en aan het vergroten van zelfredzaamheid en maatschappelijke
participatie waaronder het zelf kunnen bijdragen aan de Eindhovense samenleving. In het model Woonservice E!ndhoven staat de mens met zijn
of haar service- en zorgbehoefte centraal. Vanuit dit perspectief worden
vier domeinen gehanteerd; zorg, welbevinden, woning en woonomgeving. Een CbO, met een aanpak op individueel niveau vanuit
deze brede invalshoek, draagt bij aan de realisatie van de doelstellingen van ’Senioren Zelfredzaam’en ’Woonservice Eindhoven’. Een CbO (CbO’s) in Eindhoven sluit tevens aan bij de invoering van de Wet
ap de Maatschappelijke Ondersteuning, omdat de WMO stimuleert dat de
burger eigen verantwoordelijkheid neemt en zo lang mogelijk zelfstandig blijft deelnemen aan de maatschappij.
ln Eindhoven werken de beoogde participanten van een Consultatiebureau voor ouderen al samen in het Project Woonservice Eindhoven, zowel op
bestuurdersniveau als in drie uitvoerende pilotwerkverbanden. Gelet op de beschikbare landelijke expertise, op de redenen die pleiten voor een CbO in Eindhoven en op de aanwezigheid van de vereiste
samenwerkingsstructuur in Eindhoven is het zinvol om de middelen van de Programmalijn 58 in te zetten voor een stap verder dan een inventariserend gemeente Eindhoven
juli 2006 CON5ULTATiEBUREAU voor 5EhltOREN EtNDHOYEN - Plan van Aanpakpijot 20062008
haalbaarheidsonderzoek. Het idee is om een haalbaarheidsonderzoek CbO in
de vorm van een pilot gestalte te geven binnen het salnenwerkingsverband ’Woonservice Eindhoven’, daarbij aansluitend bij lokale initiatieven op dit
gebied.
Bestuurlijke kaders gemeente Eindhoven Het projectvoorstel pilot CbO past in de Stadsvisie 2050, Samen Stad 2002-
2006, Programmalijn ’Senioren zelfredzaam’ (58), Programmalijn Sociale
agenda (S’l) en de nota ’Samen werken aan een gezond Eindhoven’, Nota
lokaal gezondheidsbeleid 2003-2006. Op 20 december 2005 heeft het cOllege Van Burgemeester etl WethouderS Van
Eindhoven het volgende besloten: i. instemmen met de ingezette lijn t.a.v. een haalbaarheidsonderzoek ’Consultatiebureau(s) voor ouderen in Eindhoven’ ln de vorin van een
pilot binnen het samenwerkingsverband Woonservice Eindhoven (= projectopzet pilot Consultatiebureau voor Ouderen Eindhoven, december 2005)
2. De directeur van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst opdracht geven om, zodra besluitvorming over de aangevraagde subsidie bij Provincie en/of Zorgkantoor bekend is, een Plan van aanpak voor een pilotproject ’Consultatiebureau voor ouderen in Eindhoven’ nader uit te werken in
overleg met partners en voor te leggen aan Burgemeester en Wethouders. 3. Ter uitvoering van dit projectplan de middelen ad 6 30.000,ÃćâĆňâĂİ die hiervoor
zijn benoemd in het kader van de Soc(ale Pijler, Programmalljn ’Senioren
zelfredzaam’ (S8] beschikbaar stellen, onder voorwaarde dat de externe
financiering is toegekend. Nadien hebben de Provincie Noord-Brabant en het CZ-fonds ook financiering
toegekend.
1,3 SarnenvvTrerking De Sterren, ZuidZorg, GG@E en GGD
’Woonservice Eindhoven’ wordt momenteel in drie gebieden in Eindhoven uitgevoerd; in Oud Woense! en omgeving, in Midden-Woensel en ln Gestel buiten de ring.
gemeente Elntjhoven
juli 2006 CONSUl TAEIESUREAU voor sENIOBENEINDHOVEN-Plan van Aanpak pilot 2006-2008
ln de bestaande overlegstructuren is gekeken of er initiatieven/wensen zijn
die aansluiten uitgangspunten van het haalbaarheidsonderzoek ’Consultatiebureau(s) voor ouderen in Eindhoven’ in de vorm van een pilot
binnen het samenwerkingsverband Woonservice Eindhoven o.l.v. van de GGD Eindhoven.
Vanwege het uitgangspunt om de pilot Consultatiebureau voor Ouderen uit te voeren in tstsn van de huidige woonservicezones heeft de GGD Eindhoven
ervoor gekozen besloten om aansluiting te zoeken bij het initiatief van De Sterren, GGzE en ZuidZorg.
De GGD brengt in haar rol als preventiespeciaiist niet alleen expertise in op
het gebied van inhoud en methodiek en op het gebied van onderzoek en evaluatie. De GGD draagt ook management- en procesverantwoordelijkheid voor het ’Haalbaarheidsonderzoek naar Consultatiebureaus in Eindhoven in de vorm van een pilot’ en is verantwoordelijke voor een tijdige
verantwoording naar de verschillende subsidieverstrekkers DMO Programrnalijn Senioren Zelfredzaam (58), de Provincie Noord-Brabant en het CZ-fonds.
Bij preventie speelt informatie en advies een cruciale rol. Adequate aansluiting bij een informatie- en adviespunt van Loket W werd gezocht en is
gevonden.
x.y Afspraak De Sterren, ZuidZorg, GGzZ en GGD De vier organisaties werken gezamenlijk een Plan van aanpak uit, op basis van
de uitwerking van: de nota "Consultatiebureau voor Ouderen, Kaders voor samenwerking tussen De Sterren, GGzE en ZuidZorg (16 januari 2006),
het Businessplan Consultatiebureau voor Ouderen "(29 mei 2006),
gehonoreerd projectvoorstel pilot C10 (december 2005 en eerdere
subsidieaanvragen) en besluitvorming van Gemeente Eindhoven (met Raadsinformatiebrief) Provincie Noord-Brabant CZ-fonds
gemeente Eindhoven
juli 2005 CONSULTATIEBUREAU vaar SENIOIIEII EINDHOVEN - Plan van Aanpak pilot 2006-2008
Hiertoe zijn twee werkg roepen in het leven geroepen; een inhoudelijke
werkgroep en een randvoorwaardelijke werkgroep, beide met vertegenwoordigers van de vier organisaties. Zij hebben voorbereidend werk voor dit Plan van Aanpak verricht.
x.g Plan van Aanpak gonsLtltatiebureau voor Senioren: een groeimodel Het Plan van aanpak is een groeimodel.
De vier partners verfijnen en verdiepen de verdere inhoudelijke voorbereiding van de implementatie in de periode van juli 2006 tot de beoogde startdaturn van het CBv5 per 1 oktober 2006. Ook de Vragenlijst
wordt als gevolg daarvan bijgesteld. Tevens wordt aandacht besteed aan
communicatieplan en de benodigde inventaris voor de inrichting van het Consultatiebureau. Zij maken daarbij in ieder geval gebruik van;
Resuitaten Wijkscan Midden-Woensel en bijbehorende vragenlijsten Preventie @Ouderen Eindrapportage van Stichting Thulszorg Groot Rljnland
Het consultatiebureau voor ouderen, Inventarisatie van vijftien consultatiebureaus voor ouderen (CbO’s) van het Kenniscentrum Ouderen (KCOI van het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW Zorg}
Actuele inzichten landelijk Platform CbQ Ander actueei inzicht zoals van CbO Dongen, Utrecht.
Aangevuld wordt met beschikbare valide testen en standaardlijsten,
aanknopingspunten bestaande projecten zoals Valpreventie Thulszorg en Valpreventieproject GGD, GBV preventie expertise en expertise EpiderniolOgie, etc.
De Vragen/ijst en de opzet van de verzameling van de benodigde gegevens
voor monltoring en evaluatie door Epidemiologie worden op elkaar
afgestemd, Met professionals met wie wordt samengewerkt en naar wie wordt verwezen vindt nadere afstemming plaats. Onder hen in het bijzonder de huisartsen, zij
worden voorafgaande aan de start per 1 oktober persoonlijk benaderd, om hen te informeren en van hun wensen kennis te nemen. Ook vindt vooraf nadere afstemming Inet Loket W plaats.
gemeente Eindhoven
juli 2006 CoNSUETATtEBUREAU voor SEHIOREtl EIHOHOYEN- Plan van Aanpak pilot 2006-2008
Ook tijdens de projectperiode worden inzichten die worden opgedaan meegenomen ln de projectuitvoering, d.w.z. voor zover passend binnen de gestelde kaders, relevant en mogelijk-. Zo ook de bevindingen van het Landelijk Platform CbO, waarin Eindhoven participeert (GGD en Zuidzorg). Dit Platform hoopt in 2006 het volgende af te
ronden:
visie op preventie praktijkstandaarden voor screening
cornpetentiebeschrijving praktijkstandaarden voor advisering en verwijzing In de vera ntwoordings ra p poltages wordt verslag gedaan va n nieuwe
inzichten die worden meegenomen in de uitvoering.
z.6 Enkele essentiele uitgangspunten bij het Consultatiebureau voor Senioren (CBvS) Eindhoven Het betreft een breed consultatiebureau met ais kernfunctie preventie, waarbij we kijken naar aspecten van de vier domeinen Woning,
Woonomgeving, Weibevinden en Zorg, zoals die ook worden gehanteerd binnen het model en de aanpak Woonservice Eindhoven. Het
consultatiebureau kijkt vanuit hetzelfde model maar dan op individueel niveau. Eindhoven lijkt vooralsnog uniek in Nederland wat betreft deze
benadering van een Consultatiebureau voor ouderen. (Zonodig dient de te hanteren sociale kaart hiertoe uitgebreid te worden.) ket CBv5 test, adviseert of verwijst niet voor de klachten waarvoor de
klant al wordt behandeld, bijvoorbeeld door de huisarts. Het consultatiebureau signaleert, zegt dat er mogelijk iets aan de hand is en verwijst de klant door, bijvoorbeeld naar de huisarts. Het ConSultatiebureau neelnt geen hele anamneSe af, diagnOStiCeert niet en behandelt niet.
De klant krijgt advies; bijvoorbeeld om contact met de huisarts op te
nemen, en krijgt dit advies in eigen dossier mee. De verantwoordelijkheid om het advies al dan niet op te volgen wordt aan de klant gelaten. In de
vervolgconsulten wordt wel besproken of adviezen al dan niet opgevolgd zijn. gemeente Eindhoven
juli 2006 COHSVLTATiEBUREAU voor SEN10REHEihlDHOVEll- Planvan Aanpak pilot 20062008
Er wordt digitaal gewerkt, zo dat alle aspecten waaronder de adviezen makkelijk te verwerken zijn en er wordt sterk geprotocolleerd. Er wordt
gewerkt met een digitaal dossier en met standaardbrieven. Dit gelet op het meegeven van een dossier aan de klant, het kunnen terughalen van de
gegevens bij een vervolgconsuit en met het oog op rnonitoring en evaluatie. Voor het onderzoek worden de gegevens anoniem gemaakt. Bij de standaardadviezen wordt niet gemedicaliseerd. Eerst wordt laag
ingezet met het oog op de zelfredzaamheid. Zo worden bijvoorbeeld bij
eenzaamheid de eigen sociale hulpbronnen aangesproken. Bij
depressieve klachten wordt naar professionals verwezen. Het Cbv5 Eindhoven is een zelfstandig bureau tussen de andere -zorg-
aanbieders en -professionals. Daarbij wordt ervan uitgegaan dat de gerichte en vroegtijdige aanpak hen tijd en geld scheelt. Bij de keuze van de statistische buurten in Woensel-Midden, die plaatsvindt in
fase 1 van het project, zijn uitgangspunten:
Er worden voldoende mensen van de doelgroep senioren van 55 Jaar
bereikt, met aandacht voor evenredige deelname van allochtone mensen en mensen met een iage SES aan de pilot.
Keuze bij start zo dat een behapbaar aantal mensen in aanmerking komt,
uitgaande van:
o Keuze statistisch buurten o Keuze van bijvoorbeeld straten met flatgebouwen met veel bewoners in de categorieÃńn senioren, allochtonen en lage SES in deze statische buurten
o EerSte berekening; ln 1,5 jaar kunnen 700 klanten drie consulten ontvangen(samen 3 uur totaal per persoon). Bij een
uiteindelijke deelname van 70% betekent dit een maximaal instroom van ’l 000 mensen (benaderd en zelf aangemeld).
Dit lijken Viokhovenen Jagershoef of Rapenland tezijn. Een optie zou
kunnen zijn om de beschreven flatgebouwen uit deze drie buurten kiezen. Zonodig worden de te benaderen buurten en straten tijdens het project
uitgebreid om in de projectperiode voldoende mensen van dienst te kunnen zijn.
lo
gemeente Eindhoven
Juli 2006 CoasuLTATlEBUREAU voor 5EtaOREN EtliDHoVEN ÃćâĆňâĂİ Plan van Aanpatt pilot 2006-2008
Wat willen we bereiken? z.r Doelstelling van een breed opgezet Consultatiebureau voor Senioren
De doelstelling van een breed opgezet CBv5 is;
- vroegtijdig gezondheidsproblematiek signaleren / voorkomen dan wel verminderen dat te iaat een beroep op zorg wordt gedaan,
- passend advies geven of verwijzen voor behandeling, ÃćâĆňâĂİ toenalne van inzicht in de eigen gezondheid stimuleren van gezonde
ieefstijl, - behoud en/of toename van mobiliteit en zelfredzaamheid van de cfffnt, - wegwijs maken in de lokale mogelijkheden, - zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven, -deelname aan activiteiten en - maatschappelijk actief blijven. (Het bovenstaande draagt bij aan het behoud en/of verbeteren van de kwaliteit van leven.)
Doel van de pilot Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven De hooMdoelen en -vragen van de pilot van twee jaar zijn; ÃćâĆňâĂİ Heeft het zin en is het mogelijk om de pilot CbvS voort te zetten als
structurele activiteit en de werkwijze uit te breiden in Eindhoven? - Zo ja, in welke vorm, door wie, op welke focatie(s) en hoe -visie, doelen,
aanpak- kan dat het beste gebeuren? ÃćâĆňâĂİ Hoe wordt dit gefinancierd?
- Heeft de brede aanpak meerwaarde? Zo ja, welke?
- Welke mogelijkheden biedt het C8v5 t.a.v. aspecten zoals woonsftuatie, Mantefzorg, maatschappelijke particfpatie, lokale toegang WMO?
De gegevens voor de evaluatie van bovenstaande hoofddoelen en -vragen door Epidemiologie van de GGD worden deels verkregen uit de registratie van
gegevens. Voornamelijk worden deze gegevens verkregen dm.v. interviews met de diverse betrokkenen door Epidemiofogie van de GGD. Deze gemeente Eindhoven
jus 2000 COHSULTATIEBUHEAU Voer SBIIOBEH EiHOHOVEH - Plan Van Aanpak pilOt Z000-2008
interviewronden vinden plaats op een tijdstip dat het project draait en er voidoende ervaringen zijn. Het tijdstip wordt bij voorkeur zo gekozen dat de
analyse van deze gegevens v66r het einde van het project bekend kan zijn,
Sttbdaelen en -vragen betreffen; ÃćâĆňâĂİ (yjfaar zinvol worden gegevens gespecificeerd naar autochtorie en aiiochtone
ouderen.) - Percentage en aantal aangeschreven ouderen dat zich aanmeldt (nader te bepalen bij de opzet van de pilot).
- Percentage en aantal ouderen dat zich aanmeldde en aan screening deelneemt; doel 70 9k - Percentage en aantal ouderen dat advies opvolgt; doel 40-60% (percentage hangt af van aard advies, bv. leefstijiadvies of verwijzing voor
woningaanpassfngl. - Draagt het CBv5 bij aan inzicht van de clitsnt in de eigen gezon4held, in de
eigen mogelijkheden en in de lokale lnogelijkheden op de terreinen wonen, welzijn en zorg? - informatie over de screening en advisering, zoals;
- Aantal en soortvragen, - Aantal en soort geconstateerde afwijkingen I verbeterpunten en de vraag
of behandeling mogelijk is, - Aantal en soort verwijzingen en naar wie,
- Motieven voor deelname, - Motieven voor opvolgen advies, - Welke adviezen worden opgevolgd? En met welk resultaat? - Oe mate waarin mensen, blij zijn met ’check-up’, tevreden zijn over advies,
vinden dat zij geholpen zijn, - Zijn mensen wel of niet bereid een eigen bijdrage te betalen en zo ja; hoeveel?
De gegevens voor de eva iuatie van bovenstaande subdoelen en -vragen door Epidemiologie van de 66D worden verkregen d.m.v, registratie, Het project beoogt leerpunten op te ieveren voor de opzet van een dan wel meerder CBv5’s in Eindhoven en draagt zo mogelijk bij aan de verdere
ontwikkeling van landelijke expertise. De resultaten zijn overdraagbaar via 12
gemeente Eindhoven
juli 2006 CONSULTATIEBUREAU voer SENIOREhl EIIIOHOVEN - Plan van Aanpak pilot 2006-2008
eindrapportage, zodat anderen -in Eindhoven, provincie Noord-Brabant,
Nederland- kennis kunnen nemen van afwegingen, conclusies en aanbevelingen en deze desgewenst toe kunnen passen, Een optie is om aan de hand van de ervaringen in deze pilot een handboek te maken.
gemeente Eindhoven
juli 2006 CON5ULTATIEauitEAU voor SENIOREN EINDHOVEN- Plan van Aanpak paot 2006-2008
Doelgroep en gebied tijdens pilotperiode De doelgroep betreft zelfstandig wonende senioren vanaf 55 jaar. Dat wil
zeggen iedere inwoner, autochtoon en allochtoon. Belangrijk is om ook inwoners met een lage 5ES (sociaal-economische status) te bereiken,
In de eerste fase van het project worden de meest relevante buurten in Woonservicegebied Woensei-Midden gekozen. Dit op basis van o.a. de
volgende criteria; aantal senioren van 55 jaar en ouder; onder wie mensen die
minder draagkrachtig zijn; de eigen gezondheid slechter beoordelen en allochtone inwoners. Een eerste indruk op basis van de Wijkscan Woonservice Eindhoven is dat op basis van deze criteria ten eerste de statische buurten
Vlokhoven en Jagershoef of Rapenland en in aanmerking komen.
Een eerste globale berekening leert dat we maximaal 1000 mensen kunnen benaderen dan wel laten instromen in 1,5 jaar bij een opkomst en deelname van 70 96 en een inzet van 3 uur per klant. D.wz. 700 mensen van dienst
kunnen zijn. In de loop van de pilot kan duidelijk worden of er sprake is van nog nader te
benoemen risico- en doelgroepen {zoals eventuele jongere leeftijdscategorie voor mensen met een verstandelijke beperking en allochtonen.)
gemeente Eindheren
juli 2006 CONSULTATIEBUREAU voor SENiOREN EINDHOVEN - Plan van Aanpakpilot 2006-2098
Wat gaan we r3aarvoor doen? De tweejarige pilot CBvS wordt breed opgezet qua te screenen aspecten op
de terreinen gezondheid, zorg, welzijn en wonen, Bij de keuze van te screenen aspecten, zoals risicofactoren van hart- en vaatziekten, diabetes rnellitus en
psychosociale problematiek (met focus op depressie en eenzaamheid) wordt
ook reeds beschikbare epidemiologische relevante informatie benut. Ook de aandacht voor het socia ie systeem om de oudere heen (bijvoorbeeld
het signaleren van problemen bij de mantelzorger), de vraag of de woningop termijn- geschikt is, en het geven van informatie over de toegang tot de lokale WMO, maakt dat het CBvS een uitgebreid en samenhangend pakket
aan adviezen, interventies en verwijzingen kan bieden. Het CBvS biedt senioren vanaf 55 jaar de mogelijkheid om de eigen
gezondheid en functioneren preventief en laagdrempelig met een ervaren verpieegkundige te bespreken en te laten controleren: "Hoe kan en wil ik oud worden? . In 66n op een gesprekken, op een locatie dichtbij fn de eigen wijk of indien
nodig via huisbezoek, worden aspecten op de terreinen gezondheid, zorg, welzijn en wonen, die met gezond ouder worden te maken hebben
gescreend, waarna een advies of gerichte verwijzing tot eventuele interventie
volgen. De screening en vervolgconsulten vinden plaats met behulp van vragenlijsten, testen en adviesformulieren (alle met standaarden). De
verpleegkundige adviseert mensen en verwijst naar bijvoorbeeld huisarts, ouderenadviseur, maatschappelijke werk, GGZ, cursussen op het gebied van
leefstijl, sociale activiteiten, Steunpunt Mantelzorg, gemeentelijke afdeling woningaanpassingen, lokale toegang WMO, etc. Nadien volgen khn of twee
follow-up consulten, waarin o.a. wordt besproken of adviezen zijn opgevolgd en wat de effecten zijn en of er sprake is van veranderingen ln de leefsituatie.
Zonodig wordt vervolgadvles gegeven of een nieuwe verwijzing.
+.r W’erkwijze Hierbij wordt enerzijds uitgegaan van een systematische benaciering vanuit het bureau ’van de doelgroep voor onderzoek, consultatie en advisering.
gemeente Eindhoven
juli 2006 coNSULTATIEBUREAU voor SENIOREN EINDNQVEN-Plan van Aanpak pilot 2006-2008
Anderzijds kunnen senioren zich ook zelf aanmelden. Dit laatste is vooralsnog
beperkt gezien de openingstijden van het bureau.
De consulten vinden plaats door ervaren gespecialiseerde verpleegkundigen. Er wordt gewerkt met gestandaardiseerde vragenlijsten en met testen.
A. Voorbereiding voor Consult Door middel van een vragenlijst die tevoren wordt opgestuurd voor de
basisgegevens van deelnemers en over de verwachtingen ten aanzien van de
eigen gezondheid en de organisatie van het project Meer wordt in deze fase niet gevraagd in verband met het laagdrernpelig houden van het bureau. Deze lijst wordt tijdens het consult besproken.
8. Consult (tluur ca 60 -75 2runuten) Hiervoor wordt een gestandaardiseerde vragenlijst gebruikt en worden face-
to-face interviews gehouden met de senior. Het richt zich op:
lichamelijke gesteldheid psychisch welbevfnden maatschappelijk functioneren woonsituatie contact met anderen aandacht en zorg voor zichzelf beweging en risico om te vallen
Vervolgens worden enkele testen gedaan: pois- en bloeddruk
choiesterolgehaite gewicht/lengte verhouding mogelijke diabetes ais daar aanleiding voor is. visus en gehoor,
Er wordt gewerkt met gestandaardiseerde vragenlijsten en met testen.
De adviezen worden ook in een gestandaardiseerde vorm gegoten, dit mede om vergelijkingen beter mogelijk te maken worden. De senior krijgt op basis van de resultaten een advies. Gewerkt wordt met een persoonlijk
notitieboekje voor de client (gestandaardiseerde adviezenlljst).
gemeente Einrjhoven
juli 2006 CoNSVLTATIEBUREA V voor SENiOREN ElNONOVEN ÃćâĆňâĂİ Plan van Aanpak pilot 2006200$
C. FoHow-np Na het eerste gesprek volgen nog twee follow-up gesprekken die ieder 30-45 minuten duren. Daarnaast is ca 15 minuten per gesprek nodig voor
(administratieve) afhandeling. De frequentie van de follow-up gesprekken is eenmaal per half jaar. De follow-up gesprekken zijn een vervolg op het eerste consult. Er wordt
gekeken naar de effecten van de gegeven adviezen en de actuele situatie van de senior.
Zo nodig warden testen herhaald, nieuwe adviezen gegeven, informatie
gegeven of doorverwezen, In de loop van de pilot wordt duidelijk of het gewenst, noodzakelijk en zinvol is om aparte producten voor de doelgroep te ontwikkelen, bv. voor
doelgroepen met een bijzondere vraag. Alsook of de senior bereid is een eigen bijdrage te betalen dan wel om geheel zelf te betalen, al dan niet vanuit
een aanvullende verzekering.
Vorm en inhoud van het consult; wat gaan we screenen? Screcnin criteria De te screenen aandoeningen of risicofactoren en screenlngstesten dienen te voldoen aan de screeningscriteria van Wilson en Jungner (1968). (Bron: Het
consultatiebureau voor ouderen, Inventarisatie van vijftien consultatiebureaus voor ouderen -CbO’s, NIZW). De screeningslijsten die gebruikt worden zijn geva tideerd. Daar waar ze niet beschikbaar zijn, wordt
via interview (het contact tijdens het consult) de benodigde informatie verkregen. Er wordt gescreend op een aantal hoofditems. Dit betekent niet
dat met andere kenmerken van (dreigend) disfunctioneren niets wordt
gedaan. De consultatieverpleegkundige geeft hierop ook een passend advies,
1. Lichamelijk weibevintien Wat w81en wc weten?
Is de bloedsuiker verhoogd als gevolg van diabetes mellitus 2? Is er een verhoogde kans op hartfalen? gemeente Eilndhoven
17
juli 2006 CONSULTATIEBVREAU voor SENIOREN EINDHOVEN - Plan van Aanpak p!Ioi 2006-2008
Is de visus verminderd?
ls het gehoor verminderd? Is er een verhoogd risico op valincidenten?
Testen/lijsten Bloedsuiker waarden uit NHG standaard diabetes Bloeddruk waarden, cholesterol waarden Body Mass Index (BMI) in
combinatie met roken, uit de NHG standaard M84 Cardiovasculair risico management.
Analyselijst uit NHG standaard oogheelkundige diagnostiek Analyseiijst uit NHG standaard slechthorendheid Checklist, "vat niet thuis", van consument en veiligheid
Adviezen Verhoogde waarden volgens de NHG standaard. verwijzing naar de huisarts Verhoogde waarden op bloeddruk, cholesterol of BMl of een combinatie ervan (in combinatie met roken) volgens de NHG standaard: verwijzing naar de huisarts
5toppen met roken: verwijzen naar cursus gezondheid sservice of programma MMC-Veldhoven. Verhoogd maar onder de NHG standaard, adviezen op: voeding, bewegen,
gezonde leefstijl, gewichtsreductie en of matig alcohol gebruik en een nieuwe afspraak voor consult maken. Doorverwijzing naar de opticien of huisarts Doorverwijzing naar de audicien of huisarts
Doorverwijzing naar een ergonomie verpleegkundige of ergotherapeute voor een woning screening. Zij kan adviezen geven over veilige materialen in huis, goede verlichting, waar deze materialen te verkrijgen zijn, schoenen speciaalzaken etc. Waar nodig verder doorverwijzen naar de huisarts (ergotherapeut), thuiszorg winkel of apotheek (medicatie
screening).
juli 2006 CONSULTATIEBUREAU voor SENIOIIEN EINDHOYEN- Plan van Aanpalr pilot 2006-2008
2. Sociaal welbevmden Definitie van de WHOQOL Group 1995: gezondheid is een toestand van volledig lichamelijk, psychisch of geestelijk, en sociaal (zie maatschappelijk)
welbevinden, Het concept integreert zo de fysieke gezondheid van een persoon, zijn psychologische toesta nd, zijn graad van onafhankelijkheid, zijn
sociale relaties, zijn persoonlijke overtuigingen en zijn relaties met
gebeurtenissen en zijn omgeving; Welzijn: objeCtief (bepaaide criteria Voor een goed leven) en SubjeCtief (hee
mensen zichzelf voelen bij hun welzijn). Volgens het Model voor welzijn (uit Hortlulanus, Liern & Sprinkhuizen 1993)
zij drie lagen te onderscheiden:
Zingeving en weerbaarheid (sociale en psychologische)
Contacten, interesses en gezondheid Positie en Leefkiimaat.
Wat wiHen we weten? Wat zijn de yroblemen?
0 het ebiedvanwelbevlnden kwaliteitvan ev n 0 het ebied van de afhankeli kheid: - Kijkend naar de ADL/ BDL
- Kijkend naar het vervoer
0 het ebied van desocialeom evin - kijkend naar de sociale relaties
- kijkend naar de veiligheid
0 het ebi dva eb urten’ssenindedire eom evin - kijkend naar verlies/ rOuwvelwerking
- kijkend naar mantelzorg/ overbelasting - kijken naar pensioen/ dagstructuur
Testen/lijsten WHOQOL vragenlijst: kwaliteit van leven/ gezondheid en andere
levensgebieden. (verwerken in de grote vragenlijst) Eenzaamheidsschaal door De Jong en Gierveld (1999) (tijdens eerste ’ consult)
gerneenre Eindhoven
juli 2006 CON5ULTATIESUREAU voor SEMIOREHElNDHovEH - Plan van Aanpak pilot 2006-2008
Evt. Onveiligheidsparadox (o.a. elchardus 5 Smits 2003) {tijdens eerste
consult bij noodzaak)
Welbevindingsschaal door Stichting de Voickaert in Dongen inventarislijst, gebruikt door het CIZ
Aanpak van het sociale welbevinden
0 het e ie vanweib vinden/kw it itv n ven Welbevinden/ kwaliteit van leven: vanuit de algemene vragenlijst wordt duidelijk of er problemen zijn op dit gebied,
Advieze op het gebied woonomgeving: deze kunnen ondermeer gegeven worden door wonlngbouwcorporatles, Loket-W, woonzorgadviseurs van De Sterren.
0 het ebied van de afhankell’kheid ADUBDL: vanuit de algemene vragenlijst wordt duidelijk of er problemen ervaren worden.
indien er problemen zijn, middels het afnemen van de inventarislijst CiZ
duidelijkheid verkrijgen in het interview. Adviezen: onder meer eventueel terugvallen op de mantelzorg, vrijwillige thuiszorg of doorverwijzen naar de huisarts, op gebied vaan maaltijden zijn er maaltijdvoorzieningen (eetpunt, tafeltje dekje via Zuidzorg =
Tympaan maaltijddienst en alarmering ), en voor hulpmiddelen verwijzen naar huisarts. Punt-Extra (leden service ZuidZorg), thulszorgwinkel,
gespecialiseerde verzorging, WMO Vervoer: vanuit de algemene vragenlijst karnt naar voren of er problemen zijn op het gebied van het vervoer.
Advies: onder meer verwijzen naar Loket-W, over eventuele regelingen vervoer. WVG (taxxbus), De Witte Raaf
0 het ebied van socialer lati Sociale relaties: vanuit de algemene vragenlijst komt naar voren of er
problemen zijn op het gebied van sociale relaties.
Indien er probiernen zijn, middels het afnemen van de vragenlijsten:
eenzaamheidsschaal, en welbevindingsschaal, duidelijkheid verkrijgen. -. Adviezen: deelname aan groepsactiviteiten {Loket-W, zorgcentra,
wijkcentra), activiteiten binnen buurtverenigingen, deelname aan sportverenigingen, sociaie activiteiten zoals vrijwilligerswerk, etc. Buurtwerk, MEE, maatschappelijk werk. Bij een vermoeden van
juli 2006 CONSULTATlEBUREAU voor SENlOREN EINDHOVEN - Plan van Aanpak pilot 2006-2000
pathologie (veelvuldig gebruik huipverleners, slecht contact met naasten, met iedereen ruzie): huisarts voor verwijzing naar Algemeen maatschappelijk werk of GGzE.
Veiligheid: vanuit de algemene vragenlijst wordt duidelijk of er problemen zijn op het gebied van veHigheid (sociale onveiligheid).
In het interview het invullen van de onveiligheidparadox
0 het ebiedvan ebeurtenissenindedirecteom evin ; Verlies/ rouwverwerking
In de algemene vragenlijst wordt duideiijk of er problemen ervaren
worden. Adviezen: bespreken met iemand uit de naaste omgeving,
ondersteunende programma’s gericht op het Ieren hanteren van gevoelens van verlies (cursus verlies en dan verder"), conflict etc,
lotgenotengroepen, geestelijke verzorger, specifieke culturele hulpverlenings- of andere organisaties, etc. Eventuele dagstructuur
oppakken, waarin regelmatig bewegen een gunstig effect heeft op het welbevinden. Als blijkt dat er tekenen zijn van depressieve gevoelens of
gestagneerde rouw, zie psychisch welbevinden. Mantelzorg/ overbelasting
In de algemene vragenlijst wordt duidelijk of er problemen ervaren
worden. inventarisatie EDIZ
Adviezen: rnantelzorg steunpunt, lotgenotengroep, vrijwillige thuiszorg,
eventuele professionele ondersteuning via de huisarts doorverwijzen, mantelzorgdagen, cursussen manteizorg, Alzheimercafe, Breincafe, Zonnebloem, Rode kruis. Video Home Training (VHT), Stichting Mens en
Samenleving voor vakantie, zelfhulpgroepen, ondersteuningsgroep voorpa rtners en familieleden van dementerenden Pensioen/ dagstructuur
In de algemene vragenlijst wordt duidelijk of er problemen ervaren
worden. Adviezen. Prepensionerlngsprogramma’s. voorbereiden op pensioen en ouder worden (evt. gebruik van peer leaders), hobby’s oppakken
(verwijzen naar mternetsites, volgen van workshops, adviezen om gezond te leven, etc.), sociale activiteiten oppakken zoals vrijwilligerswerk, doorverwijzen naar Loket W, Algemeen maatschappelijk werk.
gemeente Eindhoven
juli 2006 coNSUETATIEBVREAU voor sENIOREN EtN0HOYEN - Plan van Aanpetr pilot 2006-2008
3. Psychisch functioneren Wat willen we weten? - Zijn er depressieve kenmerken ÃćâĆňâĂİ Zijn er kenmerken van angststoornissen
- Zijn er kenmerken van dementie
- Zijn er kenmerken van alcohol- en medicatieverslaving - Zijn er kenmerken van vereenzaming
- Zijn er kenmerken van overbelasting door verlenen van mantelzorg
Testen/Bjsten - Depressieve kenmerken: Geriatrische Depressie Schaal(15)
- Kenmerken angststoornissen; via interview, er zijn geen gevalideerde
screeningslijsten beschikbaar - Kenmerken dementie: Via OLD (observatjelijst voor vroege symptomen van
dementie) ls ontwikkeld voor huisartsen. - Kenmerken alcoholverslaving: Cage/Audit. Kenmerken rnedicatieverslavlng; (mogelijk checklist medicatieverslaving, krijg ik nog bericht van) - Kenmerken overbelasting door mantelzorg. EDlZ
Adviezen - Depressieve kenmerken: verwijzing huisarts met het advies een verwijzing te vragen voor de GGzE
- Kenmerken angststoornissen: verwijzing huisarts met advies een verwijzing naar de GGzE te vragen.
- Kenmerken van dementie; verwijzing naar de huisarts met het advies een verwijzing naar de GGzE te vragen.
- Kenmerken alcoholverslaving en medicatieverslaving; verwijzing naar de huisarts met het advies een verwijzing naar de GGzE te vragen. ÃćâĆňâĂİ Kenmerken overbelasting mantelzorg: afhankelijk van problematiek; Loket
%, huisarts, thuiszorg, mantelzorgdagen, cursussen mantelzorg, AlzheiiTiercafh, BreinCafh, St. Labyrint, ZOnnebloem, Rode KruiS
gemeente Eindhoven
luli 2006 Co NSULl’ATIEBUREAU voor SENIOREN EINDHOYEN - Plan van Aanpak pilot 2006.2008
4. Woning en woonomgeving Het onderdeel woning en woonomgeving wordt aangevuld met te screenen risicofactoren, vragen en verwijsmogelij kheden, o.a. aan de hand van de vragerilijSten yi/OonServiCe Eindhoven
Wat willen we weten? Is de woning op termijn geschikt? Etc.
Testen/lijsten Vragenlijsten Wijkscan Woonservice Eindhoven, etc,
A.deviezen
Benaderen van de buurtpreventie, mogeBjkheden voor sociale alarmering (Tympaan), WVG: woning voorziening (opplus pakket), Viedome (domotica),
Buutt Brigadier, schakelfunctienaris, naar Loket W, woningcorporaties, Thuiszorg; etc.
gemeente Eindhoven
iuR 2006 CORSUlTATIEBUREAU voor SBLIOREN EWDHOVEN - Plan van Aanpak pilot 2006-200B
Locatie Het consultatiebureau wordt gehuisvest in zorgcentrum Brunswijck gelegen naast het Evenemententerrein, ln het Woonserviceproject Midden-Woensel is Brunswijck het 24-uurs service- en zorgkruispunt en kent sedert de oprichting
ook een sterke wijkfunctie en samenwerking met derden. Rondom het Evenemententerrein wonen veel senioren. Tevens bevinden zich
in de directe omgeving veel gezondheidszorg- en welzijnsvoorzieningen (zie ook de wijkscan Midden-Woensel, 2006 ) . Bovendien worden hier in twee
fasen tussen 2007 tot 2010 nog 150 appartementen voor senioren gebouwd. Door de bouwplannen op het Evenemententerrein komen daar niet alleen nog meer senioren wonen, maar zal er ook aanloop zijn van senioren en
anderen (mantelzorgers, kinderen van ouderen, etc.) vanwege de eveneens
daar nog te realiseren (serni)openbare voorzieningen (horeca, wellness, cultuur). Dat kan gunstig zijn voor de ontwikkeling en groei van het consultatiebureau. Brunswijck is tevens het 24-uurs service- en zorgkruispunt van de Wol2nServiCeZOne Midden-WOenSel.
Ook het informatie- en adviespunt van loket W zou wordt daar gelokaliseerd, Redenen:
vanuit het oogpunt van gemak en eenvoud voor de cg5nt;
de inhoudelijke en andere samenwerking tussen het consultatiebureau en het informatie- en adviespunt. Op het Evenemententerrein is ook het nieuwe regionale centrum van de GGzE
gepland (2007). Ouderen vormen een van de doelgroepen van dit nieuwe centrum . De samenwerking tussen De Sterren, GGzE en ZuidZorg voor de
omliggende wijken kan daardoor een extra impuls krijgen en zichtbaar worden voor de clienten. De nabijheid van het Catharina-ziekenhuis, in het bijzonder van de Geriatrische Afdeling (GAAZ), kan tevens bijdragen aan het succesvol functioneren van het consultatiebureau.
gemeente Eladhoven
juli 2006 CONSULTATIEBUREAU voor SENiOREN EiNDHOVEN - Plan van Aanpak pilot 2006-2008
6 Bereik en werving Via gerichte uitnodiging. Dit kan mogelijk in samenwerking met gemeente/GGD in verband met adresbestanden vari de doelgroep. Tijdens
de pilot kunnen eventueel ervaringen worden opgedaan om zo nodig criteria te ontwikkelen voor huisbezoek. Via spontane inloop voor aanmelding.
Via bestaande communicatiekanalen en -middelen zoals lokale pers, websites e.d.
Via netwerk ( gemeente, wijkverenigingen, ouderenbonden, ClilantenorganiSatieS, ZorgyerzekeraarS, etc.)
Voor! ichtingsbijeenkomsten in wooncom plexen, buurthuizen e.d.
Eigen folders en links op websites( ten behoeve van huisartsenpraktijken, ziekenhuizen, wachtruimtes, beurzen, markten e.d. ) lViond-tot-mond-reclame
gemeente Eindhoven
25
juli 2006 CON5UUATIEBUREAU voor SENia REN EINDHOVEN - Plan van Aanpak pilot 2006-2008
Personele inzet Er is sprake van een start- en groeimodel. Gestart wordt met bijvoorbeeld drie
dagdelen consulten op afspraak en 0hn dagdeel vrije inloop van senioren ten
behoeve van aanmelding en afspraken maken.
Profiel consu1tatieverpleegkundige Een gespecialiseerde verpleegkundige doet de consulten en follow-up. A, COmrnunicatie en hOUding
- Respect hebben voor de autonomie en eigen regie van de cliÃńnt
- Ciient ais geheel kunnen zien, oog hebbend voor de leefsituatie en het sociale netwerk ÃćâĆňâĂİ Goede gespreksvaardigheden en technieken
- Goede sociale vaardigheden hebben om in korte tijd een vertrouwensband
op te kunnen bouwen zonder onnodig gebruik van medische terminologie - Goed kunnen luisteren B. Kennis van en ervaring met verouderingsvraagstukken en geriatrie
- Kennis van specifieke medische, psychiatrische en sociaal-psychologische
problemen die voorkomen bij ouderen - Kennis hebben van en werkervaring hebben met geriatrie
- Levenservaring - Praktijkervaring
- Kunnen beoardelen van onderzoeken en standaard testen (bloedsuiker, cholesterol etc), C. Kennis van de sociale kaart
- Kennis van aanbad aan zorg- en welzijnsvoorzieningen (sociale kaart) en
wonen (projecten voor ouderen, regelingen voor woningaanpassingen en dergelijke), inclusief cursussen voor ouderen D. Signaleren en vertalen van de zorgvraag
- Goed kinnen signaleren - Kunnen vertalen van de zorgvraag 26
gemeenta Eindhoven
juli 2006 CONSULTATIEBUREAU vaar SENIOREN EINI2NOVEN - Plan van Aanpakpilnt 2006-2008
- In staat zijn tot het nader bepalen van de verpleegkundige diagnose - In staat zijn tot het obsenreren en anticiperen op veel en onvoorspelbare
wisselingen in de zorgsituatie - Signaleren en ondersteunen bij inadequate communicatie van de
zorgvrager E Adviseren, begeleiden, motiveren en doorverwijzen - In staat zijn om zorgvrager begeleiding te bieden bij. verwerven van ziekte-inzicht
bewustwording van de situatie leren accepteren van de situatie leren keuZes te lrlaken - Kunnen geven van advies, instructie en voorlichting ÃćâĆňâĂİ Kunnen bieden van psychosociale begeleiding
- In staat zijn om de zorgvrager te motiveren mee te werken ÃćâĆňâĂİ In staat zijn om mantelzorgers emotioneel ondersteuning te bieden
F. Samenwerken
- Goed kunnen samenwerken met andere disciplines - ln staat zijn om het totale hul pverleningsproces te co6rdineren ÃćâĆňâĂİ Relaties met samenwerkingspartners kunnen opzetten en onderhouden
G. Methodisch en zelfstandig kunnen werken
- Methodisch werken en een zorgplan toepassen ÃćâĆňâĂİ Zelfstandig werken ook bij het maken en uitvoeren van het jaarlijkse
activiteitenplan H. Bijscholing
Mocht de consultatie verpleegkundige op enig gebied kennis of ervaring tekort komen, dan zal deze hierin bijgeschoold moeten worden. Wat betreft
psychische aspecten kan dit deelname aan de tweedaagse bijscholingscursus rOuderenpsychiatrie’ va rl de GGzE en enkele dagdelen stagelopen
betekenen.
Profiel projectleider De dagelijkse leiding van het project is in handen van een projectleider.
juli 2006 CONSULTATIEBUREAU voor SENIOREN EINDHOVEN - PLan van Aanpak pilot 2006.2008
Proflelelisen: - in staat zijn om processen aan te sturen;
- communicatief zeer vaardig; - goede sociale vaardig heden (irl staat zijn om mensen te binden) ;
- beschikken over adequate adviesvaardigheden; - kennis van het aanbod aan zorg-, welzijns- en woonvoorzienlngen in het algemeen en van het aanbod in Eindhoven in het bijzonder; - flexibel in het kader van bereikbaarheid
Andere personele inzet - secretariele ondersteuning; de planning van de spreekuren en consulten en inzet bij het registratie-ciientensysteem en het archiveren van de
vragenlijsten; - zo nodig ondersteuning vanuit automatisering voor het registratie-
clikntensysteem; - personele inzet backoffice; beleidsontwikke{irig en -verantwoording, inzet
deskundige gezondheidsbevordering, etc.; - personele inzet monitoring en voortgangsonderzoek tijdens uitvoering pilot (GGD-deskundige) en evaluatie-onderzoek en zonodlg specifieke externe
deskundigheid.
28
gemeente Eindhoven
juli 2006 CONSULTATIEBV%AV voor sENIOREN EiNDHOVEH- Plan van Aanpak pilrrt 2006-2008
8 Planrung In de periode van twee jaar vinden voorbereiding, opzet, uitvoering, monitorlng en evaluatie van de pilot CBvS plaats, t.a.v. een beperkte groep
senioren in een Woonservice gebied in Eindhoven. Bij de keuze van de
pilotgroep wordt rekening gehouden met de beschikbare financiele middelen ’ en capaciteit. Een screeningsconsult en b.v. twee vervolgconsulten (een half jaar en een jaar na het screen! ngsconsult), inclusief voorbereiding en
verslag legging van gegevens, nemen volgens een eerste schatting ongeveer drie uur in beslag van een ervaren verpleegkundige. Fase 1. VOOrbereiding en Opzet (aHe punten in overleg Enet partners) - Kiezen welke rlsicofactoren worden gescreend, op basis van
screeningscriterla zoals epidemiologische informatie en op basis van de
beschikbare en erkende testen, behandelings- en verwijzingsmogelijkh ede n
- Vaststellen van de groep die wordt uitgenodigd voor de pilot (gebied, leeftijdscategorie, aantal, etc,)
- Voeren gesprekken met beoogde partners en belanghebbende partijen - Kiezen pilotgebied, vaststellen potentiÃńle doelgroep - Zoeken locatie en inrichten locatie (bij voorkeur bestaande toegankelijk wijklocatles)
- Inrichting locatie - Opzet lijst met gestandaardiseerde en erkende adviezen en
ver wijzlngsmogelijkheden - Maken van vragenlijsten screening, overzichten van bijbehorende te
hanteren algemeen erkende tests, adviezen, verwijzingsmogelijkheden, adviesformuiieren ÃćâĆňâĂİ Opzet monitor
- Nader bepalen van de meetbare doelstellingen - Kiezen adequate afstemmingsvormen voor de verschillende fasen en aspecten zoals opzet uitvoering en onderzoek.
- Afspraken maken met professionals naar wie wordt verwezen. Fase 2. Werven en PR ÃćâĆňâĂİ Ontwikkeling PR-materiaal en uitnodigingen
gemeente Eindhoven
juli 2006 CONSULTATIEBUREAU voor 5ENIOREN EtNDHOVEN - Plan van Aanpak pilot 2006-2008
- Uitnodigen doelgroep d.m.v. persoonlijke aanschrijving met vragenlijst, PR vla partners en pers
Fase 3. Uitvoering en onderzoek -Uitvoeren screeningen, advisering verwijzingen en vervoigcontacten
-Monitoring gegevens
Fase 4. Evaluatie en onderzoek -Opstellen tussenrapportage en eindrapportage met afwegingen, conclusies
enaanbevelingen Start, einddatum en evaluatie resultaten Na verdere voorbereiding en opzet van uitvoering en onderzoek en besluitvorming start de pilot van twee jaar medio 1 oktober 2006. ln 2007
komt een tussentijdse evaluatie beschikbaar met daarin de eerste zichtbare resultaten van het eerste projectjaar. In 2008 volgt de eindevaluatie met
daarin de zichtbare resultaten van de hele projectperiode met conclusies en aanbevelingen. Tijdens de pro}ectperiode worden de mogeiljkheden van een structurele basis en van structurele financiering verder onderzocht; waaronder financiering door Zorgkantoor, WMO, AWBZ, zorgverzekeraar en
eigen bijdrage clienten. Landelijke ontwikkelingen, o.a. over de bekostig ing van de preventiefunctie in de diverse sectoren spelen hierbij een belangrijke rol.
30
gemeente Eindhoven
juli 2000 CottsVETATIEBuREAU voor SEtttOREH EtPlDilOVEH - Plan van Aanpait pilot 2005-2005
ci Hoe wordt binnen het project door verschillende partijen samengewerkt? g.x Samenwerkingsstructuur De Sterren, GGzE, Zei@Zorg en GGD De inltiatiefgroep van de pilot, de opdrachtgever, bestaat uit de leden van de Raden van bestuur van GGzE, Zuidzorg en De Sterren en waarnemend
directeur van de GGD namens de Gemeente Eindhoven. Zij ondertekenen de
samenwerkingsovereenkomst en ontvangen de voortgangsrapportages. Het project wordt aangestuurd door een stuurgroep, bestaande uit een vertegenwoordigers van de GGzE, Zuidzorg, De Sterren, GGD en GGDWoonservice. Zij komen periodiek bij elkaar. De Stuurgroep stuurt de
projectleider aan. De projectleider is geen lid is van de Stuurgroep.
De gemeentelijke dienst MO is eindverantwoordelijk voor wat betreft de financiering en sturing vanuit Programmalijn ’Senioren Zelfredzaam’(S8). IVlet
de uitvoering van Nota lokaal gezondheidsbeleid 2003-2006, heeft het
college de ambitie te investeren toereikende en ook voor kwetsbare groepen toegankelijke basisvoorzieningen. In dit kader heeft de 66D als taak preventie activiteiten te ontwikkelen en te organiseren. Daarom is, conform overleg tussen DMO- GGD, de projectleiding wat betreft dit onderdeel ondergebracht bij de GGD Eindhoven.
De GGD draagt in samenwerking met De Sterren, GGzE en ZuidZorg mede
proces- en managementverantwoordelljkheid voor de realisatie van het
project en haalbaarheidsonderzoek, De 66D legt inhoudelijke en financi8e verantwoording af aan DMO in het kader van de financiering uit Programmalijn ’Senioren Zelfredzaam’(SS), aan
de andere -beoogde- subsidiegevers, onder wie subsidieverstrekkers Provincie en CZ, en aan het College van B en W.
. g. Andere partners of relaties t.b.v. de realisatie van het project Andere partners of relaties zijn gemeente Eindhoven
jriti 2006 CON5VLTATlEBVREAU voor SENiOREN EtNONOVEN - Plan van Aanpak pilot 2OO6-20%
ÃćâĆňâĂİ OVO (Federatie Overleg van Ouderenorganisatles),
- Loket W (Welzijnsorganisatie).
- Gemeentelijke diensten ln Eindhoven in relatie tot zorg, welzijn en wonen. - Provincie Noord-Brabant - Zorgkantoor Zuidoost Brabant en CZ
Deze organisaties zijn tevens partner in het project Woonservice Eindhoven,
Overige relaties t.b.v. de realisatie van het project iijn Overige relaties zijn. ÃćâĆňâĂİ Kenniscentrum Ouderen (KCO) van het Nederlands instituut voor Zorg en
Welzijn (NiZW Zorg) en
- Samenwerking wordt gezocht met de Zorgverzekeraa r VGZ.
Samenwerking in Lie mtvoering Samenwerking vindt plaats tussen, dan wel wordt beoogd met: GGD, Loket W, Gemeente/stadsdeel, Huisartsen/eerstelljn/SGE, Catharlna-
ziekenhuis/GAAZ, Zorgprogramma Psychogeriatrie (ZPG), Ouderenbonden,
Ciientenorganisaties, Mantelzorgorganisatles, Audiologisch Centrum, Sint Marie, Meare, Triocen, etc.
Dooorerwi’zeo
Na een consult kan het nodig zijn om door te verwijzen. Hierover worden in
fase 1 goede afspraken gemaakt worden, met name met huisartsen, eerste lijn en GAAZ. GGzE, De Sterren en ZuldZorg hebben een goed inzicht en overzicht
van elkaar’s mogelijkheden en producten. Naar aanleiding van een consult kan het nodig zijn te verwijzen naar andere organisaties en instanties. Loket W kan hierin een rol spelen. Ook kan worden doorverwezen naar.
- vrijwilligers organisaties en hulpdiensten, met name Mantelzorg Verlicht - Pastoraie medewerkers, humanisten etc bij levensvragen (dit naast maatschappelijk werk) - Rode Kruis, Zonnebloem, LOT etc. voor vakanties en ontspanning - Cursusaa nbod in Eindhoven - MEE Zuidoost Brabant
- Schakelfunctionaris (een voorgenomen functie in pilotvorm) - Etc. 32
gemeente Eindhoven
ju0 2006 CONSULTATiEBUREAU voorsENlOREN EiNDHOVEN -Plan van Aanpakpiiot 2006-2008
Met de diverse betrokken en beoogde partijen wordt nauw samengewerkt. Oe vorm kan verschillen per fase ert aspect zoals opzet, uitvoering en onderzoek
In de eerste fase van de pilot worden adequate samenwerkingsvormen
gekozen.
gemeente Eindhoven
33
jos 2006 CONSUCTATIEauatsu voor SENIOREN EINDHOVEN- Plan vm arnpskprhrt 2006 200S
ro VEat kost het? Financiele begroting voor 2 j aar: oktober zoo6 - zoo8
Kosten in 0
Totaaltwee jaar 35.000
Projectleiding (0 uur per week)
Dntwikkelkosten ( ersonele kosten backoffice, ine). deskundi e ezondheidsbevordedjn ) Verpleegkundige 1 fte
’IO.OOO
100,000 15.000
5ecretadiale ondersteuning verpleegkundige 0,25 fte
10.000
Huisvesting
5.000
Communicatie / PN
Materiaalkosten (screenin, testen, standaardjserin adviezen, info t.b.v. cljant. handboek) Esonitoring en voortgangsonderzoektijdens uitvoering pilot (GGD-deskundige)
20.000 20.000 10.000
Evaluatie-onderzoek enzonodig specifiekeextemedeskundigheid Bureaukosten (kosten administratie, data/telefoon, automatiserjn e.d.) Totaal kosten
25.000
250.000
250.000
Baten in E
Financiering gemeente Eindhoven Programmaiijn ’Senioren Zelfredzaam’
30.000
Subsidie Provincie Noord-Brabant
15.000
5ubsidie CZ
30.000
Cofinanciering GGD Eindhoven: inzet reguliere uren
30.000 105.000
Cofinancierin De Sterren GGzE
ZujdZor 1 05.000
Totaal baten
210.000
Tekort; te dekken uit meer subsidies en/of p roductieafspr a ken
De artners ondernemen sta en hiertoe
gemeente Eindhoven
juli 2006 CONSULTATIEBUREAU voor SENIOIIEN EINDHOVEN - Plen ven Aenpek pilot 2006-2008
Bronvermelding Bij de voorbereiding van de pilot Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven
en subsidieaanvragen is gebruik gemaakt van het inventarisatiernateriaal van het Kenniscentrurn Ouderen (KCO) van het Nederlands instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW Zorg)
gemeente Eindhoven
35
juli 2006 CONSULTATIEBUREAU voor SENIOREN EINDHOVEN - Plan van Aanpak pilot 2000-2000
BIJLAGE z
Onderbouwing testen/lijsten somatisch functioneren Bloedsuikerwaarde ln het kader van een spreekuurbezoek driejaarlijks de bloedglucosewaarde bepalen bij personen ouder dan 45 jaar. met diabetes mellitus type 2 bij ouders, broers of zussen; met hypertensie; met manifeste hart- en vaatziekten; met vetstofwisselingsstoornissen; met TurkSe, Marokkaanse of Surinaamse afkOmst; bij personen Van Hindoestaanse afkomst wordt een leeftijdsgrens van 35 jaar aangehouden; met een BMI > 27.
waarden voor het stellen van de diagnose diabetes mellitus re glucoses (rnrnol/I)
Capillairvolbloed glucose nuchter glucose niet nuchter glucose nuchter glucose nuchter glucose niet nuchter
Venues plasma
<5,6
<6,1
< 7,8
< 7,8
> 5,6en < > 6,0
>6,1 en <6,9 >e,g
> 1 1,0
> ’I1,0
6,0
Cardiovasculaire risico’s De Europese richtlijn geeft geen g renswaarden (van leeftijd, bloeddruk, cholesterol) waarboven risicoschatting wordt geadviseerd (Third Joint Task Force 2003). Wel is duidelijk dat het kosteneffectiever is om alleen bij patienten die al bekend zijn met rshn of meerdere rlsicofactoren het risico te bepalen dan bij iedereen.
Op grond van haalbaarheidsoverwegingen heeft de werkgroep gekozen voor grenswaarden voor bloeddruk (SBD 2 140 mmHg, DBD > 90 mmGg), cholesterol (TC 2 6,5 mmoi/l) en de combinatie van leeftijd (mannen 2 50 jaar, vrouwen 2 55 jaar) en roken, die boven het landelijk gemiddelde in Nederland liggen. PatiÃńnten met risicofactoren hoger dan deze grenswaarden zullen gemiddeld een hoger risico van HVZ hebben dan de rest van de bevolking en
in aanmerking komen voor preventieve behandegng. 36
gemeente Eindhoven
V’ - .2.:..k: nSS.’ - Âń ae ;.:,:r.:r, "S - -.:.:.":,’: -". a S,"’..’ –i. Er "":"’iz i" Ci-vSSS+i’ ia+k akSiiSis’"2SSir
lus 2006 CGNSUE TATiESUREAU vox’ SENiOREN EiNOHOYEN - Pian van Aanpak paot 2006-2000
Body mass index en middelomtrek De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) beveelt de body mass index (BMI) aan voor ciassificatie van overgewicht (BMI 25,0 - 29,9 kg/m’ en obesitas (BMI > 30,0 kg/m’) (WHO 2000). Daarentegen lijkt bij mensen ouder dan 55 jaar de rniddelomtrek een betere voorspeller van het sterfterisico (Visscher 200’I). Deze is een maat voor de hoeveelheid abdominaal (visceraai plus subcutaan) vet, die naast de BMI een additioneel gezondheidsrisico weergeeft (Depres 2001). Bij vrouwen spreekt men van een toegenomen middelomtrek indien deze > 80 cm is, bij mannen > 94 cm. Bij een middelorntrek > 88 cm bij vrouwen en > 102 cm bij mannen is het risico van morbiditeit duidelijk verhoogd (Lean 1995). Bij de identificatie van cardiovasculaire risicofactoren hebben zowei de BMI als de middelomtrek een plaats (Banga 2005).
Met relatieve risico van obesitas op de optreden van rnyocardinfarct en herseninfarct wordt bij vrouwen geschat op 3,2 respectievelijk 1,3 en bij mannen op 1,5 respectievelijk ’l,3 (National Audit Office 2001). Obesitas draagt vooral bij aan het ontstaan van DM,: het relatieve risico bij vrouwen is I 2,7 en bij obese mannen 5,2.
Bepalen van de bloeddruk In vorige hypertensie-richtlijnen werd veel nadruk gelegd op een nauwkeurige vaststelling van de bloeddruk om overbehandeling zoveel mogelijk te voorkomen. Om die reden werd geadviseerd de bloeddrukrneting diverse maien te herhalen. Herhaald meten van de bloeddruk geeft een nauwkeurig beeld van de werkelijke bloeddruk dan eenmalig meten. Een eenmalige meting van de bloeddruk zonder correctie van "wlthing person variabiiity" geeft een gemiddelde overschatting van 29% van het aantal patienten met hypertensie (Klungel 2000). Stoppen met roken Van de Nederlandse bevolking rookt 31% (Stivoro 2003). Ook van de patienten met HVZ rookt een aanzienlijk deel; uit diverse onderzoeken blijkt dat 28 tot 40% van de patiÃńnten met een coronalre hartziekte rookt (Euroaspire 2001). Roken verhoogt het risico van coronaire hartziekten, herseninfarcten, aneurysma aortae en perifeer arterieel vaatlijden in belangrijke mate. Het risico voor rokers is, afhankelijk van het geslacht en het type HVZ, twee- tot viermaa! hoger dan dat van niet rokers (Doll 1994, Surgeon General Report 1989).
Het risico neemt toe naarmate men meer sigaretten rookt en over een langere periode rookt (Doll 1994), De voordelen van stoppen met roken lijken groter in jongere ieeftijdsgroepen. In de oudere leeftijdsgroepen is het relatieve risico van roken weliswaar kleiner dan in de jongere g roepen maar is de absolute kans op HVZ beduidend groter, zodat het ook voor ouderen zin heeft om te stoppen met roken. gemeente Eindhoven
37
juli 2006 CONSVETATIEBVI%AV voer SENIOREii EIHDHOVEH - Plan van Aanpak pBnt 2006-2008
Methoden om te stoppen met roken staan beschreven in de CBO-richtlijn Behandeling van tabaksversiaving (Kwaiiteftsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO 2004). Deze richtfijn sluit aan bfj de Minimale interventie Strategie Stoppen-met-roken van het Nederlands Huisartsen Genootschap en Stivoro, die al geruime tijd beschikbaar is voor de Nederfa ndse huisartsenpra ktijk.
Lichaamsbeweging Meer dan de helft van de Nederlandse bevolking is onvoldoende lichamelijk actief. In een meta-anafyse van 23 cohorten (1.325.004 persoonsjaren) werd aangetoond dat regelmatige lichamelijke activiteit het risico van HVZ kan verlagen (Wil(jams 2001). Het RIVMheeft op basis van gegevens van cohorten geschat dat het attributieve risico van een inactieve fevensstijl voor de kans op HVZ in de leefdjdscategorie van 20 tot 59 jaar op 239’ ligt, en vanaf het zestigste jaar op 31% bij mannen en op 40% bij vrouwen (Ruwaard 1997). Regelmatige lichamelijke activiteit be1nvfoedt de kans op HVZ niet alleen rechtstreeks maar mogelijk ook indirect, onder andere door een daling van de bloeddruk en het totale cholesterolgehalte en door een verhoging van het HDL-cholesterolgehalte (Pate f 995, Hafvert 1997, Ebrahim 1998, Cooper 2000).
Het gezondheidsbevorderende effect van bewegen kan al behaald worden door ten minste 200 kilocalorieen per dag te verbruiken met middelzware licharnefijke activiteit (Pate 1995). Dit bereikt men door bijvoorbeeld dertig minuten te fietsen, stevig te wandelen of te tuinieren. Activiteiten die gemakkelijk ingebouwd kunnen worden in het dageiljks leven bfijken het meest effectief te zijn (Hilisdon 1996). Bij voorkeur zou iedereen elke dag ten minste dertfg minuten lichamelijk actief moeten zijn. Aangezien dit niet altijd haalbaar is, wordt in overeenstemming met de Europese richtlijn Cardiovasculair risicomanagement (Thlrd Jonit Task Force 2003) en de in 1998 opgestelde Nederlandse norm voor gezond bewegen (Kemper 2000) geadviseerd om minimaal vijf dagen per week dertig minuten per dag matig intensief te bewegen.
Gezonde voeding De aanbevelingen over gezonde voeding zijn conform de richtlijnen van het Voedingscentrum www.voedin scentrum.nl en de Gezondheidsraad (Gezondheidsraad 2001), en de Richtlijn Hartrevalidatie van de Nederlandse Hartstichting en de Nederlandse Verenig fng voor Cardiofogie (Revalidatiecommissie NHS/NVVC, 2004). Er bestaat een verband tussen voeding en HVZ. Zo verhoogt een teveel aan verzadfgd en transvet het I DLchofesterofgehafte en verlaagt transvet het HDL-cholesteroigehafte (Mensink 2003, Ascherio 1992). De belangrijkste bronnen van verzadigd en transvet zijn roomboter, harde margarines, vet vlees en vette vleeswaren, vetrijke kaas en volle meik producten, koffiecreamer, snacks, gebak en koekjes. Te veel zout
38
gemeente Eindheven
lu!i 2006 CON5ULTATIEBUREAU veor SENIOREN EINDHOVBII - Plan van Aanpak pilot 2006-2008
verhoogt de bloeddruk, vermindering van zout verlaagt de bloeddruk (Intersait 1998, Sacks 2001),
Voeding kan echter ook beschermend werken. Onverzadigd vet heeft, mits het verzadigd vet vervangt, de eigenschap het cholesterolgehalte te verlagen (Mensink 1992). Meta-analyses van de resultaten van cohortonderzoeken hebben laten zien dat vis het risico van coronaire hartziekten en cerebrovasculaire accidenten veriaagt (He 2004a, He 2004b). Vis bevat n-3- of omega-3-vetzuren, hoe vetter. de vis hoe meer omega-3-vetzuren. Voorbeelden van vette vis die veel onverzadigde vetzuren bevat zijn zaim, heiibot, sprot, makreel en haring. In een tweetal trials zijn gunstige effecten van vis en visolie aangetoond bij hartpatiÃńnten (DART ’l989, G155I 1999). Daarnaast is ui meerdere
gerandorniseerde trials gebleken dat voedingsmiddelen met piaterlsterolen en -stanolen het LDL-choiesteroigehalte verlagen (Law 2000). Groente en fruit zijn rijk aan voedingsvezels en kurtnen de bloeddruk reduceren (Johan 2002, Appel 1997). Als iedereen in Nederland elke dag twee ons groente en twee stuks fruit zou eten, zou dat per jaar 7.000 (groente) respectievelijk 12.000 (fruit) gevallen van HVZ kunnen voork(}men (Kreijl 2004).
Hartpatienten die een gevarieerde voeding gebruiken met een adequate vetzuursamenstelling en die veel groenten en fruit gebruiken, reduceren hun sterftekans (iestra 2005). Een voorbeeld van een aanbevolen voedingspatroon is de mediterrane voeding (De Lorgeril 1999).
Akohoigebruik Matig alcoholgebruik kan het WDL-cholesterolgehalte verhogen (Rimm 1999) en daarmee het risico van HVZ verlagen. Matig akoholgebruik is bij hartpatienten geassocieerd met een lagere sterfte vergeleken met geen alcoholgebruik (lestra 2005). Meer dan twee (vrouwen) dan wel drie (mannen) consumpties per dag daarentegen is schade! ijk en verhoogt de kans op een verhoogde bloeddruk, evenals het risico van een aantal vormen van kanker, leveraandoeningen, hersenbeschadigingen en diabetes (Hulshof 1999, MacDonald l 999, Cleophas 1999, KWF 1999, N(GZ 2004).
Gewichts reductie Gewlchtsreductie heeft effect op diverse risicofactoren van HVZ. Zo werd in een meta-analyse van zeventig onderzoeken aangetoond dat iedere kilogram afname in lichaamsgewicht is geassocieerd met een toename van 0,009 m!T!ol/I in MDL-cholesterol (p<0,01) (Dattilo 1992).
Of gewichtsreductie ook daadwerkelijk zorgt voor een afname van het risico Van HVZ iS neg niet aangetOond in klinisChe trials De aSSoClatie tuSSen
gewichtsverlies en een verlaging van de totale sterfte (28% reductie, RR=0,72; 95%-BI 0,63-0,82) werd wel waargenomen bij 4970 patienten met overgewicht en diabetes (Wiliiamson 2000).
gemeente Eindhoven
39
juli 2006 CONSULTATIESVREAV voor SEN!OREN E!NDHOVEN - Plan van Aanpak pilot 2006-2008
Volgens internationale richtlijnen (National Institute of Health 1998) en zoals beschreven in het rapport Overgewicht en obesitas van de Gezondheidsraad (Gezondheidsraad 2003) wordt vanuit het oogpunt van gezondheidswinst een blijvend gewichtsverlies van 10-15% als een succesvolle behandeling beschouwd voor patienten met obesitas. Het risico van DM, is al verminderd bij 5% gewkhtsverlies. Dieetmaatregelen zijn onmisbaar bij het bereiken van gewichtsreductie. Hier is vermindering van het aantal kilojoules de belang rijkste determinant voor gewichtsverlies en niet, zoals in diverse populaire dieten wordt geadviseerd, het aanpassen van de samenstelling van de macronutriknten (Bravata 2003, Freedman 2001). Er zijn aanwijzingen dat het combineren van dieetmaatregelen met lichaamsbeweging en gedragstherapie effectiever is dan dieetmaatregelen of lichaamsbeweging alleen (Miller 1997, Jakicic 1999).
Bevordering gezonde leefstijl In het algemeen geldt dat een eenmalig leefstijladvies reeds effectief is (Ashenden 1997, Silagy 2002). De effectiviteit neemt toe naarmate de interventie intensiever is, langer duurt of meer contacten omvat (Silagy 2003, Fiore 2000). Wat betreft de behandeling van obesitas liet een Zweedse evaluatie van twintig onderzoeken die voldeden aan minima!e kwaliteitscriteria, geen duidelijke conclusie tot over de additionele effectiviteit van behandeling door een gedragstherapeut bovenop dleetmaatregelen en verhoging van de lichamelijke activiteit (Asp 2002). Wel bleek dat cognitieve gedragstherapie de effecten van dieet en beweging op het lichaamsgewicht kan versterken
wanneer de behandeling wordt gecontinueerd gedurende langere tijd, In een meta-analyse van de effecten van gezondheidsvoorlichtingsprogramma’s bij hartpatienten, gecombineerd met stressrnanagernent, werd geconcludeerd dat dergeiijke programma’s de mortaliteit met 34’l6 reduceerden en de kans op een recidief myocardinfarct met 29% deden afnemen (Dusseldorp 1999). De beperkt beschikbare onderzoeksgegevens wijzen erop dat zelfhulpgroepen, waarbij lotgenotencontact en zelfcontroletechnieken werden toegepast, kunnen bijdragen aan het bereiken en handhaven van gewichtsverlies (Latner 2001, Latner 2002, Lowe 2001). In de Europese richtlijn wordt het schema van de 5 A’s aanbevolen, waarmee een patient kan worden ondersteund bij het streven naar een gezonde leefstijl, bijvoorbeeld stoppen met roken (Third Joint Task Force 2003) : Ask: vraag regelmatig en systematisch naar het huidige gedrag; Assess: bepaal de mate van ’verslaving’ en de bereidheid om tot
gedragsverandering te komen; Advise: adviseer krachtig om tot gedragsverandering te komen; Assist: assisteer waar mogelijk d,m.v. verwijzingen, ondersteunende therapie of medicamenteuze interventie; Arrange: tref voorwaarden voor terugvalpreventie en maak followupafspraken. gemeente Eindhoven
’ ’ ’.Âż’.’ ’ ".. p r . " ’ e ’ ua "rt : ’ ’ Âż><’>Âż’<ar}e: e.’ . e n ceilpap [p e ’ e’->-’]’e.+lpg&’(tgIg itg4+gl
JvII 2006 CQNSULTATIEBUREAU voon SENIDREN EINDHOYEN - PIan van Aanpak piiot 2006-2008
Visus De standaard beperkt zich tot geleidelijk ontstane visusklachten.
Anamnese Informeer bij geleidelijk ontstane visusklachten naar de volgende aspecten: aard klachten; minder, wazig of dubbel zien, bewegen beeld,
leesproblemen andere klachten; roodheid, pijn, branderigheid of tranen, vermoeidheid van het oog, hoofdpijn ILtsn OOg Of beide ogen
snelheid van ontstaan bril of contactlenzen, positieve of negatieve glazen, glassterkte, alleen voor lezen af ook voor verzien, controles andere aandoeningen of medicatie die de visus kan beinvloeden. Doorverwijzen naar opticien of huisarts.
Slechthorendheid Anamnese Vraag naar:
duur, ernst en beloop van de klachten;
een- of tweezijdigheid; omstandigheden waarin het verminderde gehoor problemen geeft (in rustige of rumoerige omgeving zoals tijdens feestjes, maaitijden of vergaderingen, bij telefoneren of tv kijken); gevolgen van klachten voor het persoonlijke en sociale leven (vermoeidheid, ergernis, acceptatieprobiemen, problemen bij sociale contacten of terugtrekken uit rumoerige omgeving); frequent verblijf In lawaaierige omgeving (door werk of hobby), gebruik van oorteiefoons of gehoorbescherming; traumata (manipulatie in gehoorgang, klap op oor); erfelijke of familiaire aandoeningen. Vraag bij ouderen naar de motivatie voor het gebruik van een hoortoestel. Doorverwijzen naar huisarts.
gemeente EIndhoven
juli 2006 CoitsVLTATIEauAEAU voor SENIOREit BHDHOVEH ÃćâĆňâĂİ plan van Aanpak piiot zggs-2008
Vragenlijst Consultatiebureau voor Senioren Eindhoven -juli 2006-
Consulent.
Bezoek 1 2 3 Komt u met een specifieke vraagstelling?
Naam clidnt
m/v
Woonplaats
Postcode en huisnummer.. Geboortedatum ...,-....-19....
Leeftijd.âĂđ,
....jaar
Geboorteplaats:.............
Burgerlijke staat a gehuwd a samenwonend a ongehuwd a gescheiden (of gescheiden levend)
ci weduwe/weduwnaar Uit hoeveel personen bestaat uw huishouden ..
....(aantal)
Heeft u kinderen ja/nee Huisarts.
Wat is uw hoogst voltooide opleiding? 1. Voelt u zich over het algemeen gezond
n ja nee, want......,.....,............... 2. Voelt u zich gezond in vergelijking met leeftijdsgenoten? 42
gemeente Einrihoven
..au
.
- nnr .
aary..
P(p’ y r)a<’ ’.”.’. "’!’ ’!y ’ ’ "-"’ ’ ”’ " "’0!ii"’ -nzylfh!2!r..,’!pij 0’2’ a jiyairi yra
joli 2006 CQNSULTATIEBVl!EAU voor sENKKEN EINDHQYEN - Plan van Aanpak plint 2006-2008
aJa
a Nee,want 3, Doet u iets om uw gezondheid te bevorderen of in stand te houden?
a niets a gezond eten a dieetl’afva(len a veel bewegen a stoppen met roken a meer contacten aangaan a beter met spanningen omgaan a werkomstandigheden verbeteren a anders . 4. Welke aandoeningen heeft u in de afgelopeyt 10 jaar gehad of heeft u nog? ahart- en vaatziekten
a longziekte a maag- darrnaandoening a galblaas- of leveraandoening a nier- blaasaandoening
a huidziekte a schildklleraandoening a aandoening van het zenuwstelsel c!psychische aandoening
a suikerziekte a gewrichtsaandoening a botontkalking
a kanker a anders 5. Bent u het afgeiopen jaar ziek geweest?
a la,nl. Heeft u hiervoor de huisarts bezocht? Ja f Nee
a Nee Niet
gemeente Eindhoven
43
vv
..I tvy nlm ..
. Ivlpvaev
Is
vlIIL’.viola’.v’ v.pjnfgJJvv/vpvjl!Jl’%+ I Ijgg
juli 2006 CONSULTAEIEBUREAU voor SENIOREN EINDHOVEN- Plan van Aanpak pilot 2006-2M0
"Zicht op ADUBDL; inventarislijst CIZ
7. Gebruikt u hulpmiddelen i.v.m. zorg en activiteiten voor uzelf? (b.v. huishoudelijke hulp, rollator, scootmobiei) ci Ja, nl,
a Nee "Valanalyse 8. Bent u het afgelopenhalf Jaar een of meerdere keren gevallen?
a Ja,...................keer
Nee "Valanalyse 9. Gebruikt u medicijnen? t2Ja, nl.
E2 Nee
"Checklist medicatieverslaving, valanalyse 10. Rookt u?
zJa, ....
...Sigaretten per dag
o Nee 11. Drinkt u alcohol? clJa, ...,...âĂđâĂđ,
âĂđ,glazen per dag
cI Nee " Cage/ audit
12. Heeft u over het algemeen een goede eetlust? C2Ja
a Nee, want.... 13. Volgt u een dieet? EI Ja, nl
o Nee 14. is uw gewicht de laatste 6 maanden veranderd?
clJa, toegenomen/afgenomen met ......... E2 Nee
15. Hoeveel drinkt u gemiddeld per dag? ... glazen per dag (norm = circa 8) 16. Heeft u problemen met slikken? c2Ja, nl,
o Nee 44
gemeente Eindhoven
Jvli 2005 CONSVLTATIEBVREAV voor SEIVIOREN EitiDHOVEhi - Pian van Aanpak piiot 2006-2008
17. Heeft u problemen met kauwen? a Ja, nl.
a Nee 18. Heeft u een gebitsprothese? n Ja, heeft u hier problemen mee?
Ja/Nee
o Nee 19. Heeft u vaak last van terugkerende pijnklachten? aJa, nl.
ci Nee 20. Heeft u last van slecht genezende wondjes? c2Ja, nl...
o Nee 21, Heeft u problemen met piasseri? E2Ja, nl.
o Nee 22. Verliest u urine als u niest, hoest, lacht of hardloopt? ciJa, nl.
ci Nee 23. Moet u vaak ’s nachts plassen?
a Ja, nl..
a Nee 24. Heeft u problemen met ontlasting? a Ja, diarree/ verstopping / anders.
a Nee 25. Transpireert u veel naar uw idee? a Ja, nl...
o Nee 26. Heeft u problemen met zien7 a Ja, nl
c Nee 27 Heeft u problemen met horen? E2Ja, nl.
Nee 28. Gebruikt u hulpmiddelen bij horen en/of zien7 gemeente Eindhoven
45
y- r -n’ i Ie’i
epg 07:-J4I’nir’Ai>)rv" g I ’ ++
Joa 2006 CONSUlTATIEBVREAU voor SEN10REN EJNUHOVEN- Plan van Aanpak pilot 2006-2008
a Ja, nl.
a Nee 29, Slaapt u over het algemeen goed? aJa
a Nee,want 30, Gebruikt u hulpmiddelen om in slaap te komen? a Ja, nl.
a Nee 3’l. Heeft u voldoende energie voor uw dagelijkse bezigheden? a Ja
a Nee,want. 32. Heeft u een vrije tijdsbesteding? aJa, nl..
a Nee,want " Eenzaa mheidsschaal 33. Komt u dagelijks buiten? aJa, ni.
a Nee ’ Eenzaa mheidsschaal 34. Voelt u zich de laatste tijd onzeker over uw geheugen?
a niet a soms a vaak a altijd ’ OLD
35. Voelt u zich in staat om problemen in uw leven zelf op te lossen?
a meestalwela soms a meestalniet 36. Heeft u moeite met veranderingen in uw dagelijkÂż leven? a Ja, want
a Nee % QQ5
37, Sent u meestal tevreden over uw huidige! even?
aJa a Nee, want 38. Kunt u nog genieten van dingen in uw leven?
aJa Nee, want 4 GDS
gerneenre Eindhoven
juli 0006 COieSUi:iAEIEBUREAU voor S&liOREN EINDHOVEN - plan van Aanpak pilot 2006-2008
39. Voelt uw zich wel eens: Nooit
Moedeloos j somber
Alt r d
Prikkelbaar Eenzaam " Eenzaamheidsschaal "GDS " Onveilig heidsanaiyse
40.Heeft u veel moeite met veranderingen die samenhangen met het ouder worden? n Ja, met name moeite met
o Nee 41. Vindt u dat u voldoende contact heeft met vrienden en kennissen?
ci Ja
ci Nee,want "GDS, eenzaamheidsschaa l 42. Heeft u voldoende contact met familieleden? oJa
ci Nee,want 43. Kunt u uw problemen bespreken /delen met iemand uit uw naaste omgeving? oJa Nee " GDS, eenzaamheidsschaal 44. Ervaart u problemen ten aanzien van intimiteit of seksualiteit?
o nooit a soms a vaak a altijd " GDS, eenzaamheidsschaal
45. Heeft u de afgelopen 2 jaar grote veranderingen doorgemaakt in uw leven zoals: civerhuizing
a getrouwd/nieuwe reiatie ci geboorte kleinkind a ernstige ruzie o slachtoffer van een misdrijf (beroving, inbraak) ci stoppen met werken (VUT, prepensioen)
ci stoppenmetwerken van partner gemeente Eindhoven
iuii 2006 CONSULTATIEBUREAU voor SENIOREN EINDHOVEN - Plan van Aanpah pilot 2006-2008
o ernstige ziekte van uzelf ciernstige ziekte binnen familie o overlijden partner en/of familielid ct echtscheiding r2 artders. 46. Heeft u die veranderingen een plaats kunnen geven in uw leven? ct Ja
clNee, want .
47. Gebruikt u medicijnen of andere hulpmiddelen om eventuele spanningen in uw leven het hoofd te bieden? clJa, nl.. CINee
48. Kunt u meestal met een goed gevoel terugkijken op de tijd die achter u ligt? E2Ja
a Nee, want
49. Heeft u plannen voorde toekomst? CIJa, nl.
ci Nee
50. Heeft u voldoende mogelijkheden om deel te nemen aan activiteiten buiten de deur (winkelen, gezamenlijk eten, amusementsactiviteiten, sportactiviteiten...) oJa
a Nee,want 51. Bent u tevreden over de sociale rol die u nu vervuit? ci Ja
a Nee, want 52.Bent u tevreden met de huidige woonsituatie? ci Ja
o Nee,want 53,Bent u tevreden met UW huidige WoenOrngeVing?
gJa E2 Nee,Want 54.Voelt u zich Wei eens onveilig? Cl Ja
Nee,want. gemeente Eindhoven
g..., gp,’g,’,g,’, ,"”.’gprv ..,g i’.’snak .. ;" No’ ’,v ”,i va rtua ’ ” i’nv 7 ’l ’ ’.">: fpip’Q;I+SlT$
juli 2006 CoNsULTATtEBUttEAU voor SENtOKN EINDMOYEN- Plan van Aanpak pilot 2006-2008
Uitslag Testen Bloeddruk Polsslag
Bloedsuiker .
Cholesterol
Gewicht Lengte
Cage/ Audit GDS EDlZ OLD
Valanalyse Onveilighe ldsanalyse EenZaamheidSSChaal
Zijn er vragen!
Gegeven adviezen;
Observatie .
Bijzonderheden:
gemeente Eindhoven
ConsultatieBureau 55+ Eindhoven
proj eet Ali dden-5’oense(
Factsheet CansultatieBureau 55+ Eindhoven De reSultaten van het eerste half jaar (januari t/m juni 2007) Inleiding Vanaf 1 januari 2007 tot eind 2008 voeren de GGD Eindhoven, GGzE, Vitalis Zorggroep en ZuidZorg een haalbaarheidsonderzoek uit voor het realiseren van een ConsultatieBureau voor 55+ (CB55+). Dit gebeurt in de vorm van een pilot, waarbij zelfstandig wonende 55-plussers uit de buurten Jagershoef, Vlokhoven, Rapenland,’t Hooi, Winkelcentrum Woensel en de Generalenbuurt steekproefsgewijs worden uitgenodigd om deel te nemen. Het C655+ is gevestigd in Woonzorgcentrum Brunswijck, Kaart 1 Gebied CB55+
4 Jagershoef + ’t Woot
+ Vlokhoven Winkelcentrum Woen sei
Rapenland @ Genera ienbuurt
Het CB55+ Eindhoven biedt 55-plussers de mogelijkheid om de eigen gezondheid en het eigen functioneren preventief en laagdrernpelig met een ervaren consultatieverpieegkundige te bespreken en te laten controleren, Het bureau gaat uit van een brede aanpak; het richt zich niet alleen op de lichamelijke gezondheid maar kijkt naar alles wat met gezond en prettig ouder worden te maken heeft. Dit betreft aspecten op de vier domeinen; woning, woonomgeving, welbevinden en zorg, zoals die ook worden gehanteerd binnen de aanpak Woonservice Eindhoven. De GGD evalueert de tweejarige pilot.
De resultaten van het eerste half jaar 2007 In de periode van januari t/m juni hebben 344 mensen een consult ontvangen (van wie twee via huisbezoek). In deze periode zijn 1248 uitnodigingen verstuurd. Als mensen niet willen deelnemen, kunnen ze hiervoor meerdere redenen opgeven. Oe meest genoemde redenen voor niet-deelname zijn; ik vind het niet nodig; gezondheid is goed (38%), wooncornfort is goed (38%), welzijn is goed (30%).
Achter rondkenmerken klanten In onderstaande tabel staan de achtergrondkenmerken van de 344 mensen die een consult hebben ontvangen. Tabel 1 Achter rondkenmerken Geslacht I.eefti d
Man 4096 55-64
Vrouw 6096 65-74 75-84
o66@K0
Etniciteit Autochtoon 40%
Westerse allochtoon 3%
3196
Niet-westerse allochtoon 3%
gs mttre IBell aria
I f brunswi jok
ConsultatieBureau 55+ Eindhoven
ro’eet blidderj- Woerjse(
Om een evenredig aantal allochtone 55-plussers aan het project te laten deelnelnen wordt een extra inspanning verricht ten aanzien van de niet-westerse allochtonen, in het bijzonder ten aanzien van mensen met de Marokkaanse of Turkse etniciteit. Resultaten consulten Het consult vindt plaats aan de hand van een vragenlijst die de klant vooraf ingevuld heeft. Adviezen worden uitgebracht naar aanleiding van het bespreken van de vragenlijst en de bevindingen tijdens het consult, aangevuld met vragen die klanten zelf stellen. Deze vragen van klanten zijn te onderscheiden in vragen op het gebied van woning en woonomgeving (37), lichamelijk welbevinden (15) en sociaal welbevinden (38). In totaal stelden 75 klanten 90 van deze aanvullende vragen.
De bevindingen naar aanleiding van de vragenlijst en de bevindingen tijdens het consult betreffen de woning en woonomgeving {55), het lichamelijk welbevinden (365) (waarbij overgewicht en verhoogde bioeddruk het meeste werden geconstateerd), het sociaal we!bevinden en het psychisch functioneren (68) (hierbij werden spannings-/angstklachten het meeste genoemd) (zie tabel 2).
Tabel 2 Beja n ri kste bevindin en Heeft betrekkin o Domein
Aantalklanten
Woning en woonomgeving Hul nodi bi’ klussen of huishouden 36 Hulp nodig zoeken bij zoeken naar 19 nieuwe (senioren) woning, woonvorrnen
Uchamelijk welbevinden
Sociaal welbevinde n en psychisch functioneren
Overgewicht Verhoogde bloeddruk 5laa problemen Verhoo d cholesterol Verhoogde bloedsuiker
Spannin s-/an stklachten
121
1’l3 61
37 33
49
Eenzaamheid/behoefte aan activiteiten 19
De consultatieverpleegkundigen signaleerden tot nu toe een breed scala aan klachten en redenen voor advisering en doorverwijzing, Nagenoeg alle klanten kregen tstsn of meerdere adviezen ten aanzien van de verschillende domeinen. Indien nodig werden ze doorverwezen naar andere instanties. In totaal zijn 175 mensen doorverwezen; het merendeel betrof verwijzingen naar de huisarts. Van alle klanten is 35% doorverwezen naar de huisarts.
Tevredenheidsonderzoek Gedurende de looptijd van het CB55+wordt ook een tevredenheidsorlderzoek uitgevoerd. Tot nu toe zijn hiervoor 54 mensen geinterviewd. De klanten zijn erg positief over het bureau; de gemiddelde waardering bedraagt een 8,6. Vooral gewaardeerd worden; de gezondheidscheck, de tijd die voor de klant wordt uitgetrokken, de mogelijkheid om met vragen over verschillende onderwerpen op tstsn plek terecht te kunnen, de deskundige en vriendelijke behandeling door de verpleegkundigen, het gevoel te hebben dat echt wordt geluisterd naar het verhaal, de goede en duidelijke informatie die men krijgt en het feit dat er twee vervolgconsulten zijn. Voor meer informatie over het project kunt u contact opnemen met Marleen Sperrnon, beleidsmedewerker GGD Eindhoven, telefoon 040-2384044, m.s [email protected] Het Consultatiebureau 5S+ Eindhoven is een initiatief van de GGD Ejndhoveu tGemeeutertjke Gezondheidsdienst), Zuidzorg ( rhuiszorgorganisa tic voor Eindhoven en ondiggende gemeenten), GGzE (Geesteujke Gezondheidsmrg Eiindhoven en de Kempen) en
Brunswijek (Woonzorgeentrutn, onderdeel von de Vitalis WoonzorgGroep) eu vvordt mede mogelijk gemaakt door de g Eindhoven, provincie Noord-Brabant en Zorgverzekeraar CZ
roze
amore een saez n tutheooe
Qfgrt+jjV$)QQ vi c v oÂń vv GCz+