CHE © Certiked
ONDERZOEKSVERSLAG Rapportage van de toetsing van de opleiding
Journalistiek Christelijke Hogeschool Ede Croho-registratienummer: 34686 aan het NVAO Accreditatiekader De visitatie vond plaats op 25 april en 26 mei 2005
Inhoud van het verslag Identificatie......................................................................................................................................... 2 Managementsamenvatting................................................................................................................... 3 Bevindingen........................................................................................................................................ 5 1. Onderwerp: doelstellingen opleiding............................................................................................... 6 2. Onderwerp: programma.................................................................................................................11 3. Onderwerp: inzet van personeel .....................................................................................................20 4. Onderwerp: voorzieningen .............................................................................................................23 5. Onderwerp: interne kwaliteitszorg .................................................................................................26 6. Onderwerp: resultaten ...................................................................................................................29 7. Onderwerp:het christelijk karakter van de opleiding ......................................................................32 Bijlage 1: Programma ........................................................................................................................35 Bijlage 2: Documenten.......................................................................................................................37 Bijlage 3: Domeinspecifiek referentiekader ........................................................................................38 Bijlage 4: Visitatieteam......................................................................................................................43 Bijlage 5: Onafhankelijkheidsverklaringen .........................................................................................44 Bijlage 6: Samenhang leerlijnen en hbo-kwalificaties en beroepscompetenties ...................................45 Bijlage 7: De leerlijnen ......................................................................................................................46
De verantwoordelijke teamleider: drs. R. de Lusenet namens deze,
C.F.M. van Strien Certiked 5 oktober 2005
Pagina 1 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Identificatie Christelijke Hogeschool Ede Oude Kerkweg 100 Postbus 80 6710 BB Ede Telefoon: 0318-696300 Website: www.che.nl Voor kwaliteit verantwoordelijke bestuurder: dr. P. Blokhuis
Scope en doel • • • •
Christelijke Hogeschool Ede Opleiding Journalistiek Voltijd Locatie Ede.
Doel van het onderzoek is te beoordelen in welke mate het NVAO Beoordelingskader (februari 2003) adequaat wordt afgedekt.
Teamsamenstelling Teamleider: drs. R. de Lusenet Extern deskundige: J.L. Galema Secretaris: mevrouw drs. P.A.M. van Sonsbeeck-van den Brink Studentlid: mevrouw R. Mehra
Werkwijze De opleiding heeft een zelfevaluatie opgesteld ten aanzien van de gevisiteerde opleiding, en deze doen toekomen aan het visitatieteam op 8 april 2005. De eerste visitatiedag is uitgevoerd op 25 april 2005; de tweede visitatiedag vond op 26 mei 2005 plaats. Het conceptrapport is op 26 augustus 2005 toegezonden aan het management van de opleiding. Op 15 september 2005 zijn schriftelijke reacties opgesteld door de opleiding, die hebben geleid tot onderhavig definitief rapport. In de aanloop naar de visitatie is er een bijeenkomst geweest tussen leden van het visitatieteam en vertegenwoordigers van de Hogeschool. Deze bijeenkomst had een voorlichtend en planningstechnisch karakter.
Pagina 2 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Managementsamenvatting Op 25 april en 26 mei 2005 heeft een visitatieteam van Certiked een visitatie uitgevoerd bij de opleiding Journalistiek van de Christelijke Hogeschool Ede. Doelstelling was een toetsing uit te voeren van de kwaliteit van de opleiding, gerelateerd aan het NVAO Beoordelingskader. De CHE is een Hogeschool die opleidingen verzorgt op het gebied van Management, Economie en Recht, Personeel en Arbeid, Communicatie, Journalistiek, Maatschappelijk Werk en Dienstverlening, Sociaal Pedagogische Hulpverlening, Verpleegkunde, Godsdienst-Pastoraal Werk en Leraar Basisonderwijs. De hogeschool biedt werkgelegenheid aan ongeveer 300 medewerkers en verzorgt hoger beroepsonderwijs voor ongeveer 3000 studenten. De opleiding Journalistiek is een gevolg van de adviezen uit de visitatie van de opleiding Journalistiek en Voorlichting in 1999, waarbij de specialisatie Voorlichting is omgebouwd tot de afgesplitste opleiding Communicatie. Binnen de Hogeschool zijn gelijkaardige opleidingen in organisatorische en managerial zin gebundeld. De opleiding Journalistiek is samen met de nog jonge opleiding Communicatie opgenomen in een organisatorische opleidingseenheid onder gemeenschappelijk management en maakt gebruik van gedeelde overlegvormen, docentencapaciteit en diverse gedeelde commissies. Tijdens de propedeuse fase is het programma van de opleidingen Journalistiek en Communicatie voor 70% identiek. De opleiding Journalistiek kent vanaf het eerste studiejaar de domeinen Geschreven pers en Radio/Televisie, die vanaf het derde studiejaar als specialisatie verdergaan. De opleiding leidt op voor een beroep dat een duidelijke plaats in de maatschappij heeft gekregen en waaraan bepaalde competenties zijn verbonden, waarover overeenstemming bestaat tussen de vier HBOopleidingen Journalistiek in Nederland en het beroepenveld. De opleiding Journalistiek aan de CHE is ervan overtuigd dat de beroepsbeoefening niet los staat van de eigen visie en de persoon van de beroepsbeoefenaar en geeft daarom in het onderwijs uitdrukking aan een visie op journalistiek en samenleving en stimuleert daadwerkelijk studenten hun eigen visie te ontwikkelen. Certiked heeft kunnen vaststellen dat in het curriculum veel aandacht geschonken wordt aan vakken, onderwerpen en thema’s die deze visievorming ondersteunen, zoals ethiek, internationalisering, interculturele communicatie, inzicht in andere levensbeschouwelijke visies en visie op de maatschappij. De protestants-christelijke identiteit van de school komt op tal van plekken en momenten nadrukkelijk terug in de opleiding en het curriculum is qua opzet en uitvoering van deze identiteit doortrokken zonder dat daarbij sprake is van een evangeliserende houding, maar veel meer van een expliciete set van waarden en normen die hun oorsprong vinden in de Bijbel en protestants-christelijke opvattingen. De visie op het beroep van de opleiding wordt door studenten en oud-studenten herkend en is voor velen een belangrijke reden geweest juist voor deze opleiding Journalistiek te kiezen. Certiked heeft kunnen vaststellen dat de visie op het beroep door het opleidingsteam gedragen en uitgedragen wordt en ondermeer resulteert in een situatie waarbij docenten veel tijd en energie steken in de persoonlijke begeleiding van studenten, die zij allen ook persoonlijk kennen en van wie zij weten wat hen beweegt. De hechte leer- en leefgemeenschap die hiervan het gevolg is wordt door docenten en studenten keer op keer bevestigd in de gesprekken die wij met hen mochten voeren. Certiked beoordeelt het facet studiebegeleiding dan ook als goed. In gesprekken met opleidingsmanagement, studenten en docenten is vastgesteld dat diverse stakeholders serieus genomen worden en dat er naar elkaar geluisterd wordt. Op tal van momenten hebben wij kunnen merken dat de PDCA-cyclus, daadwerkelijk, veelal informeel, gehanteerd wordt en dat signalen opgepikt worden en acties tot kwaliteitsverbeteringen het gevolg zijn. Zoals wij hebben kunnen constateren is daarbij sprake van een zekere bevlogenheid bij studenten en docenten.
Pagina 3 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
De opleiding is zeer praktijkgericht, waarbij de actualiteit continu van buiten naar binnen wordt gehaald in de diverse thema’s en studenten vanaf het begin werken in redacties aan praktijkgerelateerde opdrachten. De manier waarop docenten met de actualiteit omgaan en integreren in de opleiding en opdrachten en projecten en de wijze waarop zij de verbinding leggen tussen de opleiding en de beroepspraktijk leidt er onder andere toe dat het visitatieteam van mening is hier met een bovengemiddelde praktijkgerichte opleiding van doen te hebben. De diversiteit aan werkvormen en de afwisselende en uitdagende leeromgeving waar docenten, studenten en oud-studenten blijk van geven, brengen ons er dan ook toe zowel het facet 2,1 Eisen HBO bij het onderwerp Programma als het facet 2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud en het facet 3.1 Eisen HBO bij het onderwerp Inzet Personeel als goed te kwalificeren. De opleiding is er in geslaagd de opleidings-/ beroepsspecifieke voorzieningen op een kwalitatief en kwantitatief indrukwekkend niveau aan te kunnen bieden. Studenten en docenten zijn daarover dan ook zeer te spreken en het Certiked team beoordeelt deze voorzieningen als excellent. Certiked heeft geconstateerd dat afstudeerders werkelijk op HBO-niveau kunnen opereren en dat de CHE een programma aanbiedt dat door studenten en het afnemende werkveld wordt gewaardeerd. Naast deze sterke punten, die veelal overtuigend en consistent naar voren kwamen tijdens de visitatie, ziet Certiked op enkele onderdelen ruimte voor verdere verbetering. Meer aandacht zal geschonken moeten worden aan het toetsings- en beoordelingskader, waaronder het expliciteren van toetsingscriteria, het bepalen van de hoogte van de meetlat en het vastleggen en communiceerbaar maken van toetsresultaten, alsook het vastleggen en formaliseren van projectresultaten en het verlenen van een adequate terugkoppeling daarop. Naast reeds onderhanden zijnde ontwikkelingen rondom competentiegericht toetsen verdienen andere vormen van toetsing (Multiple Choice) meer aandacht. Gewaakt dient te worden voor een bepaalde mate van overbureaucratisering en overformalisering van systemen en procedures in het kader van kwaliteitszorg, die in een relatief kleine opleiding als deze niet passen. Binnen de gestelde budgettaire en fysieke mogelijkheden zullen op terreinen als kwaliteitszorg keuzes gemaakt moeten worden en prioriteiten gesteld moeten worden. Daarmee zou de implementatiekracht van verbeteracties meer tot haar recht komen en de betrokkenheid van stakeholders bij het kwaliteitszorgbeleid en hun beleving hiervan verder kunnen toenemen. Samenvattend heeft Certiked op alle facetten, en daarmee ook op alle onderwerpen uit het Beoordelingskader een positieve beoordeling kunnen geven.
Daarmee concludeert het visitatieteam van Certiked dat de opleiding Journalistiek van de Christelijke Hogeschool Ede in het geheel het NVAO Beoordelingskader adequaat afdekt.
Pagina 4 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Bevindingen Voor de NVAO-onderwerpen zijn hieronder de bevindingen van het visitatieteam weergegeven. Steeds zijn in de ‘blokken’ de NVAO-criteria aangegeven die bij betreffend onderwerp en facetten horen, is een beschrijving gegeven van de bevindingen en wordt vervolgens een beoordeling ten aanzien van betreffend facet gegeven.
Pagina 5 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
1. Onderwerp: doelstellingen opleiding 1.1 Domeinspecifieke eisen De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
•
•
•
De opleiding kent 10 beroepsgerichte competenties, die zijn ontleend aan het landelijke beroepsprofiel Journalistiek van de vier hbo-opleidingen Journalistiek in Nederland: Tilburg, Utrecht, Zwolle en Ede (TUZE-overleg). Dit profiel is in 2001 door de hogescholen vastgesteld in nauw overleg met de Nederlandse vereniging voor Journalisten (NVJ) en Het genootschap van Hoofdredacteuren. Zie voor het beroepsprofiel bijlage 3 ‘Domeinspecifiek beoordelingskader’. De opleiding geeft aan dat het profiel aansluit bij verwante opleidingen die elders in de wereld worden gegeven. Er zijn uitwisselingscontacten met hogescholen en universiteiten in Zuid Afrika (Potchefstroom), Hongarije (Budapest), Roemenië (Cluj), en sinds kort ook met de Verenigde Staten (Grand Rapids). Studenten zijn over en weer goed in staat onderwijs bij elkaar te volgen, ook al zijn de doelstellingen niet zondermeer met elkaar te vergelijken. In 2003 hebben de deelnemers aan het TUZE-overleg onderzoek laten uitvoeren naar trends op de journalistieke arbeidsmarkt. Dit leidde tot een aantal aanbevelingen dat is verwerkt in de nota ‘Drift en Koers’, (drs. N. Drok). Deze zijn naast het beroepsprofiel gelegd, wat heeft geleid tot het aanbrengen van nieuwe accenten. Ook het curriculum is erop gescreend en waar nodig aangepast. De opleiding beschikt over een goedwerkende, brede, kritische Werkveldcommissie. Deze commissie geeft gevraagd en ongevraagd advies over de actualiteit en toepasbaarheid van het beroepsprofiel en de wijze waarop die in het curriculum zijn verwerkt. Tijdens de gesprekken toont de Werkveldcommissie, aan de hand van een aantal voorbeelden, aan dat de opleiding goed luistert en dat er met kritische opmerkingen ook echt iets wordt gedaan. Een voorbeeld hiervan is te vinden in de veranderingen in het curriculum met betrekking tot de multimediale journalistiek, die mede op advies van deze commissie zijn doorgevoerd. Ook zijn op haar advies de onverwachte nieuwstoetsen ingevoerd. Het visitatieteam heeft na zorgvuldig onderzoek kunnen constateren dat de beoogde beroepscompetenties door het curriculum in voldoende mate worden afgedekt. Dit wordt in bijlage 6 inzichtelijk gemaakt. In de ‘blokboeken’ die richtinggevend zijn voor wat in de thematisch opgezette lesblokken plaats vindt, wordt regelmatig (direct of indirect) verwezen naar de competenties waaraan in het desbetreffende blok wordt gewerkt. Dit geldt ook voor de opleidingsgids en het portfolio. Het landelijke beroeps- en opleidingsprofiel bepaalt, zoals onderling tussen de hogescholen is afgesproken, slechts 70% van de eindtermen. Aan het eigen karakter van de opleiding wordt in de overige 30% van de eindtermen, de onderwijskundige uitgangspunten en de waarde die wordt gehecht aan visie en levensbeschouwing, vormgegeven. Dit eigen karakter wordt elders in dit rapport verder uitgewerkt.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Zoals hierboven beschreven vormen de in 2001 in samenspraak met het werkveld landelijk vastgestelde beroepscompetenties een uitgangspunt voor de opleiding. De competenties worden door het curriculum in voldoende mate afgedekt. Actuele ontwikkelingen in het werkveld worden gevolgd en leiden zonodig tot
Pagina 6 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
aanpassingen. Daarom beoordeelt het Certiked visitatieteam het facet ‘Domeinspecifieke eisen’ als voldoende.
1.2 Niveau De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• •
De opleiding leidt beginnende professionals op tot bachelorniveau. Dat niveau brengt zij in een aantal documenten (Opleidingsvisie, Opleidingsgids en Toetsing leerlijnen Journalistiek, Handleiding afstuderen) tot uitdrukking met behulp van de tien generieke HBO-competenties (commissie Franssen). Het curriculum van de opleiding concentreert zich rond zes leerlijnen. Deze omvatten de beroepscompetenties en de tien generieke HBO-competenties. Het visitatieteam heeft op haar beurt het programma bestudeerd en vergeleken met de Dublin Descriptoren (bachelor profiel). Zij komt tot de volgende conclusies:
Kennis en inzicht Het curriculum is zodanig van opzet dat de student in de loop van zijn studie wordt toegerust met de competenties die nodig zijn om op het beoogde niveau te functioneren. Vanaf week 1 wordt beroepsgericht gewerkt. De opleiding benadrukt in woord en geschrift dat zij streeft naar een ‘brede professionaliteit’ in de ruimste zin des woords. Deze gaat verder dan de landelijk geformuleerde beroepscompetenties. Het curriculum kent ook kennis en vaardigheden die niet uitsluitend gekoppeld zijn aan de beroepscompetenties, maar die zij wel nodig acht voor een goede uitoefening van het beroep. Bovendien legt de opleiding een sterk accent op ‘houdingsaspecten’, dit wordt hieronder bij ‘oordeelsvorming’ nader toegelicht. De kennis wordt op diverse manieren getoetst. Een van de uitgangspunten van de opleiding is dat er in de themablokken, multidisciplinair wordt gewerkt. Integratie van kennis, vaardigheden en beroepshouding staan hierbij centraal. Ondersteunende vakken worden aan de blokthema’s gekoppeld en gezien als ‘de bouwstenen’ van het desbetreffende thema. Studenten en oud-studenten geven aan dat de verdeling van de vakken in balans is. Zij hebben veel waardering voor de ‘vormende’ vakken zoals bijvoorbeeld psychologie. Een van de oud-studenten geeft aan dat het echte ‘nieuwsjagen’ wat hem betreft nog meer aandacht had mogen krijgen. Een ander zegt: “Je krijgt de theorie zeker aangereikt, maar je wordt geacht je er zelf verder in te verdiepen.” Dit stemt overeen met het didactisch concept van de opleiding dat bij facet 2.7 verder wordt uitgewerkt. De boekenlijst bevat naast een aantal standaardwerken ook voldoende actuele boeken. De onderwerpen zijn relevant en goed over de vakken verdeeld. Probleemgericht werken: toepassen van kennis en inzicht Vanaf week één werken studenten in de blokken in redacties aan opdrachten die in redactieverband moeten worden uitgevoerd. Rollen worden gewisseld, goed kunnen samenwerken is in een dergelijke setting onontbeerlijk en studenten worden hier expliciet op beoordeeld. In de opdrachten dienen kennis en vaardigheden geïntegreerd te worden, waarbij de journalistieke praktijk zo dicht mogelijk wordt benaderd. De moeilijkheidsgraad loopt hierbij op, terwijl de sturing door de ‘tutor’ geleidelijk afneemt. De beroepsproducten laten zien dat de studenten creatief en innovatief leren denken en probleem- en
Pagina 7 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
oplossingsgericht kunnen werken, ook onder de druk van een gestelde deadline. Dit wordt bevestigd door het beeld dat de diverse stakeholders van de afgestudeerde studenten hebben: “Met een goedgevulde gereedschapskist, nieuwsgierig, zelfstandig en met een duidelijk eigen visie.” Een punt dat de afgelopen tijd, mede op basis van kritische opmerkingen van de Werkveldcommissie, veel aandacht heeft gekregen is het ‘analytisch vermogen’ van de studenten. Hier wordt in het vak onderzoeksjournalistiek expliciet aandacht aan besteed, terwijl nu ook bij de andere vakken “de stapjes meer worden aangeduid.” Docenten merken hierover op dat in dit verband niet alleen aan de vaardigheid maar ook aan de attitude moet worden gewerkt (zie ook 2.8 ‘Beoordeling en toetsing’). Oordeelsvorming Dit aspect komt tot uitdrukking in de leerlijnen reflecteren en visievorming. De opleiding leert de student een visie te ontwikkelen op het vak. Maar daarnaast komen ook de visievorming op maatschappelijke ontwikkelingen, historische achtergronden en het ontwikkelen van een visie als christen professional aan bod; beroepsuitoefening kan naar haar overtuiging niet los worden gezien van de eigen visie en de persoon van de beroepsbeoefenaar. Vakken als o.a. ‘Ethiek’, ‘Kunst in taal & beeld’ en ‘Cultuurfilosofie’ in jaar 1, en ‘Visie in debat’, ‘Religie & Filosofie’ en ‘Context van de Journalistiek’ in jaar 3 sluiten hierop aan. Ook in het stageverslag en de eindscriptie wordt expliciet gevraagd naar de eigen visie van de student. Studenten worden gestimuleerd een eigen visie te ontwikkelen, maar ook oog en respect voor de visie van anderen te hebben. Dit komt tot uitdrukking in vakken en activiteiten op het gebied van internationalisering en interculturele communicatie. Gedurende de gehele opleiding wordt gewerkt met een portfolio waarin van de student wordt gevraagd zich te verantwoorden en structureel te reflecteren op het eigen handelen. Communicatie Vaardigheden als ‘samenwerken met anderen’ en ‘goed kunnen communiceren’ worden voortdurend door de jaren heen geoefend. Bij het werken in redacties is dit essentieel. Studenten worden hier door de docenten op beoordeeld, maar ook door elkaar. Docenten zeggen hierover: “Samenwerken doe je vanaf dag 1. Als je dat niet kunt zit je hier niet op de goede plek.” Communicatie en journalistiek zijn begrippen die onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Het is niet voor niets dat in het eerste jaar een aantal theorievakken samen met de studenten van de opleiding Communicatie worden gevolgd en dat er ook enkele gezamenlijke projecten zijn. Onder de leerlijn ‘Intermediaire vaardigheden’ wordt onder andere aandacht besteed aan taalbeheersing, Engels en journalistiek schrijven. Een van de studenten zegt hierover: “Je leert hier schrijven, vanaf het begin ben je al journalist.” De studie wordt sinds kort afgerond met een eindgesprek aan de hand van stellingen, waarin de student wordt geacht op zijn werkervaring te reflecteren. Dit onderdeel zal de komende periode worden aangescherpt, zodat het eindgesprek (nog) meer diepgang krijgt. Leervaardigheden De opleiding trekt het begrip reflecteren breder dan het in de beroepscompetenties is genoemd; zij stelt in het document ‘toetsing leerlijnen 2004-2005’ dat het gaat om het aanleren van een professionele houding van ‘leren leren’ van alle input op werk en persoonlijk functioneren. In alle blokken is hiertoe een plek ingeruimd voor het portfolio. Hierin worden onder andere reflectievragen gesteld en geeft de student blijk van zijn/haar verwerking van proces- en productmatige feedback. Een van de didactische ontwikkelingslijnen van het curriculum loopt van docentgestuurd naar studentgestuurd onderwijs. Meer en meer dient de student te worden losgelaten. In het verleden lag hier regelmatig een knelpunt. Maar de opleiding geeft aan hier ook zelf een leerproces door te maken. Een goed voorbeeld van ‘een levenlang leren’.
Pagina 8 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
•
De Werkveldcommissie en de alumni die hierover tijdens de visitatiedagen zijn ondervraagd zijn van mening dat de algemene HBO-competenties op het beoogde niveau in het curriculum worden waargemaakt.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat het curriculum inhoudelijk en didactisch zodanig is ingericht dat de eindkwalificaties aansluiten bij de internationaal geaccepteerde en beschreven algemene bachelorkwalificaties. De opleiding heeft enerzijds een sterk ambachtelijk karakter, maar besteedt ook veel aandacht aan visievorming. Een aantal stakeholders is echter van mening dat de visievorming ook in de toekomst een punt van aandacht dient te blijven. Bovendien zou het vak ‘Onderzoeksjournalistiek’ wellicht verder kunnen worden uitgebouwd en meer kunnen worden verweven met het curriculum, om het analytisch vermogen verder aan te scherpen. Er is sprake van een goede balans tussen ‘harde’ en ‘zachte’ vakken. Het niveau van de opleiding wordt mede door de stakeholders bewaakt. Daarom beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Niveau’ als voldoende.
1.3 Oriëntatie HBO De eindkwalificaties van de opleiding zijn mede ontleend aan de door of met het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties. Een HBO-bachelor heeft de kwalificaties voor het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of in een samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een HBO-opleiding vereist of dienstig is. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• • •
Het beroepenveld waarvoor wordt opgeleid is vastomlijnd. Zoals hiervoor bij 1.1 beschreven zijn de beroepscompetenties ontleend aan het landelijk vastgestelde beroepsprofiel. De beroepscompetenties beslaan volgens afspraak 70% van de eindkwalificaties. Zij zijn door het hele curriculum heen verwerkt (zie de diagrammen uit bijlage 6). De overige 30% wordt gebruikt om een eigen inkleuring aan het curriculum te geven. Hierin komt de eigen onderwijskundige en inhoudelijke visie van de opleiding in Ede duidelijk tot uitdrukking. Ook aanvullingen in het curriculum, gebaseerd op de kritische kanttekeningen die de Werkveldcommissie bij het landelijk profiel maakt, krijgen hier hun plek. Om de relevantie voor het beroepenveld verder te borgen worden periodiek twee blokboeken (modulebeschrijvingen), waarin de beroepscompetenties zijn opgenomen, aan de Werkveldcommissie voorgelegd. Dit is tot op heden tweemaal gebeurd. De opleiding heeft een sterke praktijkcomponent en uitstekende opleidingsgebonden voorzieningen. De stagegevende bedrijven zijn over het algemeen dan ook tevreden over het niveau van de stagiairs die zij zeer goed inzetbaar vinden. De opleiding vraagt van de Werkveldcommissie een kritische houding en die krijgt zij ook. Met de aanbevelingen, ook die met betrekking tot verdere borging van het niveau, wordt iets gedaan. Een voorbeeld hiervan is de extra aandacht voor de onderzoeksjournalistiek en het gedisciplineerd invoeren per 2004 van een nieuw stageprotocol, dat door de opleidingen aangesloten bij het TUZEstageberaad is ontwikkeld. Bovendien zijn sommige leden van de Werkveldcommissie als externe
Pagina 9 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
deskundige bij de afstudeerfase betrokken. Ook in die hoedanigheid zijn zij in staat de vinger aan de pols te houden. Tijdens de gesprekken met het visitatieteam geven zij aan dat alle studenten die afstuderen zonder voorbehoud als beginnend beroepsbeoefenaar aan de slag kunnen. Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Op grond van het bovenstaande is het visitatieteam van mening dat de opleiding het hbo-niveau en de hbo-oriëntatie nastreeft en waarmaakt. Oud-studenten en vertegenwoordigers van het werkveld bevestigen dit. Een meer structurele bevraging van het werkveld en de stagegevende bedrijven, over een langere periode, zou voor verdere borging kunnen zorgen. Het visitatieteam beoordeelt het facet ‘Oriëntatie HBO’ als goed.
Beoordeling van het onderwerp ‘Doelstellingen opleiding’ De opleiding vindt haar fundament in het landelijk vastgestelde competentieprofiel. Daarnaast geeft zij, in de ruimte die daarvoor beschikbaar is, een eigen inhoudelijke en didactische inkleuring aan het curriculum, die zorgt voor een heel eigen gezicht. De wijze waarop competenties, eindtermen en kwalificaties in zeven leerlijnen zijn samengebracht, werkt ordenend en is volgens het visitatieteam ‘een echte vondst’. Alle onderliggende facetten van dit onderwerp zijn door het visitatieteam als voldoende of goed beoordeeld, derhalve wordt aan het onderwerp’Doelstellingen opleiding’ een voldoende toegekend.
Pagina 10 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
2. Onderwerp: programma 2.1 Eisen HBO Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline. Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • Bij de vormgeving van het curriculum is beroepsgerichtheid het uitgangspunt; de tien landelijk vastgestelde beroepscompetenties zijn hierbij richtinggevend. • Elk jaar is opgedeeld in vier thematische blokken, waarin de domeinen ‘Geschreven pers’, ‘Radio/Televisie’ en ‘ Multimediale journalistiek’ steeds hun plek vinden. De uitwerking is in blokboeken vastgelegd. De actualiteit is herkenbaar in de thema’s ingebouwd. In de blokken werken studenten van meet af aan in redacties aan praktijkgerelateerde opdrachten. Zij merken hier met waardering over op: “ Je wordt hier vanaf het begin van je studie de straat op gestuurd, want daar ligt het nieuws.” De faciliteiten die de opleiding biedt om mooie audiovisuele producten af te leveren zijn uitmuntend te noemen. Het theoretische onderwijs dient ter ondersteuning van de praktijkopdrachten en plaatst de uitvoering van deze opdrachten in een breder kader. Dit leidt tot integratie van theorie en praktijk. • Op de literatuurlijst staat een aantal recente standaardwerken. De actualiteit is terug te vinden in de readers, maar wordt ook door de docenten en gastdocenten in de lessen ingebracht via krantenknipsels en audiovisuele opnames. Overigens wordt hierbij wel vermeld dat de mate waarin dit gebeurt, per docent verschilt: “ Het stramien van de opleiding maakt dit soms lastig.” Zie ook facet 3.1: ‘Inzet personeel, eisen HBO’. • Contacten met de beroepspraktijk lopen als een rode draad door het hele programma. Een belangrijke plek is hier weggelegd voor de stages: o drie oriëntatiedagen in jaar 1 o een oriëntatiestage van acht weken in jaar 2 o twee beroepsstages van elk drie maanden in het vierde jaar. Sinds juni 2004 wordt door het TUZE-stageberaad een landelijke lijst van stageplaatsen gehanteerd, die aan de deelnemende hogescholen worden toegewezen. Ook is er een gezamenlijk stageprotocol ontwikkeld, waarvoor het protocol van de opleiding aan de CHE voor een groot deel model heeft gestaan. • Uit de gesprekken met de stagebegeleiders en studenten blijkt dat de stagebedrijven over het algemeen zeer tevreden zijn over het niveau en de ondernemingszin van de stagairs. Zij krijgen regelmatig vóór het afstuderen al een baan aangeboden. Een meer systematisch onderzoek naar de tevredenheid van de stagebedrijven zou dit beeld verder kunnen nuanceren. • Eindscripties en afstudeerprojecten betreffen relevante onderwerpen op het gebied van de (massa)communicatie. • De Werkveldcommissie benadrukt tijdens haar gesprek met het visitatieteam dat de praktijkgerichtheid een van de zeer sterke punten van het huidige curriculum is. Wel beveelt zij de opleiding aan om zoveel mogelijk ruimte in het programma in te bouwen om direct op de actualiteit in te kunnen springen als die daar om vraagt.
Pagina 11 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
•
De expertise van de Werkveldcommissie wordt door de opleiding gebruikt om de actualiteit van het programma te toetsten. Ook worden leden van de commissie regelmatig als gastdocent ingezet.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het Certiked visitatieteam is van mening dat er sprake is van een bovengemiddeld praktijkgerichte opleiding. Dit komt zowel tot uitdrukking in het curriculum, als in de manier waarop de docenten ermee omgaan. De opleiding is met de praktijk verweven, getuige bijvoorbeeld de uitzendingen die wekelijks voor de regionale omroep door studenten worden verzorgd. Sinds de vorige visitatie is er al veel aandacht besteed aan het binnenhalen van de actualiteit in de opleiding. Voor een opleiding als Journalistiek onontbeerlijk en daarom een blijvend aandachtspunt. Op grond van haar bevindingen beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Eisen HBO’ als goed.
2.2 Relatie tussen doelstellingen en inhoud programma Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. De eindkwalificaties zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. De inhoud van het programma biedt de studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
•
De opleiding hanteert de tien beroepscompetenties in combinatie met de tien generieke HBOcompetenties als uitgangspunt bij het inrichten van curriculum. Met het oog op de ordening van het curriculum heeft de opleiding leerlijnen onderscheiden, omschreven als: ‘een doorlopende lijn in het curriculum aan het eind waarvan competenties, intermediaire vaardigheden of kennisinhouden staan die studenten zich tijdens de opleiding eigen moeten maken’ (zie bijlage 7). De tien beroepscompetenties komen aan de orde in de leerlijnen 1, 2, 5 en 6. Leerlijn 3 bevat de intermediaire vaardigheden die geen deel uitmaken van de beroepscompetenties maar voorondersteld worden om het beroep van journalist uit te kunnen oefenen. Leerlijn 4 betreft de kennis van de omgeving/maatschappij waarin de journalist werkzaam is. Deze laatste leerlijn richt zich op de brede algemene kennis die volgens de opleiding voor elke (aankomende) journalist onontbeerlijk is. De recent ingevoerde onverwachte nieuwstoetsen, die een beroep doen op de kennis van actuele gebeurtenissen passen onder deze leerlijn. Het curriculum van de opleiding is opgebouwd uit onderwijseenheden en deze onderwijseenheden zijn weer opgebouwd uit programma’s. Elk programma draagt bij aan het bereiken van de eindtermen. Per programma worden leerdoelen geformuleerd die een nadere specificatie vormen van de eindtermen. Per leerjaar is vastgelegd welke (deel)competenties studenten moeten bereiken. In de tijd is het curriculum opgebouwd uit blokken van tien weken. Een blok omvat meestal enkele onderwijseenheden. Een blok wordt zoveel mogelijk thematisch opgezet. Het blokthema is richtinggevend voor een aantal van de vakken die een bijdrage leveren en voor de opdrachten die studenten moeten uitvoeren. In de blokboeken worden de leerdoelen helder geformuleerd en gerelateerd aan de toetsen. Zowel in de blokboeken als in de stagegidsen van jaar 2 en 4 wordt een link gelegd naar de te behalen beroepscompetenties. Ook het portfolio wordt gezien als een belangrijk instrument om de beroepscompetenties te toetsen.
Pagina 12 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
•
•
•
• •
•
Het feit dat docenten relatief autonoom zijn in het bepalen van hun leerdoelen ziet de opleiding terecht als een aandachtspunt; hier dient gezocht te worden naar een goede balans tussen het belang van een eigen accentuering van het vak door de individuele docent en de noodzakelijke verantwoording in het kader van de leerlijnen. Tijdens de gevoerde gesprekken benadrukken de diverse stakeholders dat de opleiding Journalistiek een brede, generalistische opleiding is en wil zijn, die breed inzetbare beroepsbeoefenaren aflevert. Dit heeft tot gevolg dat er de eerste twee studiejaren weinig ruimte voor specialisatie is. In het derde en vierde jaar kan de student eigen keuzes maken wat betreft het domein (Radio en Televisie of Geschreven Pers), de verdieping van vaardigheden, het inhoudelijke profiel en de keuzevakken. De opleiding vindt het belangrijk dat journalistiekstudenten ‘over de grenzen kijken’. Dit komt onder andere tot uitdrukking in de aandacht voor de ondersteunende vakken Duits, Frans en Engels, maar vooral in vakken als Internationale journalistiek en Interculturele journalistiek. In het derde jaar is het thema van blok 3 ‘Journalistiek van Europa’ en van blok 4 ‘Journalistiek in mondiaal perspectief’. Alle studenten gaan in hun derde jaar enkele weken op ‘Journalistieke expeditie’ naar een (in principe) Europees land. Zij worden geacht daar journalistiek werk voor Nederlandse opdrachtgevers te verzorgen. Vanuit de eigen visie die de opleiding heeft op ‘mens en samenleving’ en daarmee op het beroep van de journalist, schenkt zij veel aandacht aan visievormende en sociale vakken. Toch geven studenten en oud-studenten aan dat er ook voldoende aandacht is voor meer zakelijke vakken. Inhoud en opzet van het programma zijn een onderwerp van evaluatie, zowel horizontaal binnen de jaarteams, als verticaal tussen vertegenwoordigers van de jaarteams. Uit studentenevaluaties blijkt dat de beoogde competenties, kennis en vaardigheden in het programma voldoende aan de orde komen. Een verbeterpunt ligt hier bij het onderwerp ‘relevante kennis van de politieke en juridische omgeving van organisaties’, dat relatief laag scoort. Facultatief wordt op dit gebied wel informatie aangeboden, maar de belangstelling van de studenten is beperkt. Informatie uit de studentenevaluaties en adviezen vanuit de Werkveldcommissie leveren input voor de toetsing van het programma aan de doelstellingen. Een voorbeeld hiervan vormt de recente invoering van de eerdergenoemde ‘nieuwstoetsen’.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat er sprake is van een sterk, breed en flexibel curriculum. De beoogde eindkwalificaties worden door dit curriculum in voldoende mate afgedekt. De blokboeken zijn duidelijk gestructureerd en bieden door de heldere formulering van de leerdoelen, houvast om de blokken te volgen en in een breder perspectief te kunnen plaatsen. De opleiding heeft de afgelopen vier jaar hard gewerkt om het beroepsprofiel in de opleiding te incorporeren. Zoals zij zelfkritisch opmerkt is er nog steeds sprake van ‘werk in uitvoering’. Het visitatieteam heeft er vertrouwen in dat dit werk de komende periode tot nog meer goede resultaten zal leiden. Zij beoordeelt het facet ‘Relatie tussen doelstellingen en inhoud van het programma’ als voldoende.
2.3 Samenhang programma Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend studieprogramma. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen:
Pagina 13 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
•
• • • •
•
• •
Het eerste jaar is erop gericht dat de student een goed beeld krijgt van het journalistieke vak en zijn geschiktheid daarvoor. In de eerste drie thematische blokken komen de domeinen ‘Geschreven pers’, ‘Radio/televisie’ en ‘Multimediale journalistiek’ aan bod. Het vierde blok is gericht op integratie van het geleerde. Het tweede jaar gaat over het beroep in relatie tot de maatschappelijke context. Ook hier wordt per blok in een speciaal beroepsdomein gewerkt. Tijdens het vierde blok is een stage van 8 weken ingepland. Hier kan het geleerde op de werkvloer in praktijk worden gebracht. Na de eerste twee jaren waarin gewerkt wordt aan de brede basis, volgt dan in het derde en vierde jaar de meer persoonlijke profilering, die wordt afgerond met tweemaal drie maanden stage en een afstudeerscriptie of afstudeerproject. De samenhang wordt primair binnen de thematische blokken zichtbaar. De opdrachten hebben een integrerend karakter. Per blokboek is er sprake van één auteur. De leden van een jaarteam stellen samen de projecten vast. De beroepsvakken worden in de loop van de vier studiejaren op een steeds hoger niveau aangeboden. De vakken worden via vaklijnen (binnen de leerlijnen) geordend. Er is een begin gemaakt met de structurele beschrijving hiervan (bijvoorbeeld voor de vakken ‘Onderzoek’ en ‘Massacommunicatie’). Studenten worden periodiek bevraagd over de samenhang van het curriculum. De meeste studenten ervaren die samenhang binnen de thematische blokken (horizontaal) doordat op onderdelen wordt voortgebouwd (vertikaal) en ook door de stageperiodes die integrerend werken en oplopen in moeilijkheid. Het werken aan een portfoliodossier met gerichte portfolio-opdrachten die aan de competenties zijn gerelateerd, werkt eveneens integrerend. Dat de inhoud van het programma steeds complexer wordt, ervaren veel studenten niet (jaarlaagevaluatie 2005). De opleiding gaat de achtergrond van dit gegeven verder uitzoeken, wellicht is het een vraagstellingsprobleem. Ook de Werkveldcommissie beoordeelt de samenhang van het curriculum. Op haar advies wordt ‘Multimediale journalistiek’ meer geïntegreerd in ‘Geschreven pers’ en ‘RTV’, omdat dit domein in het verleden teveel op zichzelf stond.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Zeker de eerste twee studiejaren is er sprake van een zeer brede opleiding. Een sterk punt. Dit bergt als keerzijde echter het gevaar in zich dat de opleiding wat verbrokkeld of modulair overkomt. Op basis van de evaluaties en de gevoerde gesprekken is gebleken dat de studenten hier geen last van hebben en voldoende samenhang ervaren door de diverse ingebouwde integrerende elementen. Daarom beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Samenhang’ als voldoende.
2.4 Studielast Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen:
Pagina 14 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
• • • • • • •
De leerroute staat in de opleidingsgids duidelijk beschreven. Elk studiejaar kent vier lesblokken. De omvang hiervan wordt in ECTS weergegeven. Toets- en blokroosters worden tijdig verschaft en zijn ook via intranet te bekijken. Reguliere toetsen worden afgenomen in de laatste week van een blok. Elk blok heeft een lesvrije week, waarin herkansing van de toets uit het blok ervoor mogelijk is. De student mag driemaal een toets maken over hetzelfde lesblok. Voor VWO-ers bestaat sinds kort de mogelijkheid een verkorte leerroute te volgen, waardoor zij in drie jaar kunnen afstuderen. De eerste resultaten lijken gunstig. Knelpunten (vooral bij RTV) worden aangepast. De opleiding heeft vóór de beide stageperiodes een drempel ingebouwd om studenten te stimuleren geen vakken te laten liggen. Studenten die té lang over hun studie doen krijgen speciale aandacht. Studenten worden periodiek ondervraagd over de studeerbaarheid van het programma. Er blijken onderlinge verschillen te bestaan, maar gemiddeld wordt het programma ‘pittig maar studeerbaar’ gevonden. Vooral RTV-studenten spreken over piekbelasting. Dit beeld wordt bevestigd tijdens de visitatiegesprekken. Een student zegt hierover: “De opleiding is pittiger dan je denkt, je moet je echt heel goed voorbereiden.” De opleiding geeft aan hierop actie te ondernemen door in het eerste jaar meer aandacht te besteden aan studievaardigheden. Een andere mogelijkheid zou zijn de lessen nog beter over de week te spreiden.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Op grond van het bovenstaande kan geconcludeerd worden dat het programma voldoende studeerbaar is. Bovendien is de opleiding alert op signalen en bereid maatregelen te nemen om knelpunten op te heffen. Daarom beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Studielast’ als voldoende.
2.5 Instroom Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: VWO, HAVO, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• • •
Het grootste deel van de studenten heeft HAVO als vooropleiding. Toch melden zich ook zeer regelmatig studenten met een VWO of MBO vooropleiding aan. Zowel voor VWO-ers als voor studenten in het bezit van een HBO-diploma zijn verkorte routes mogelijk (zie ook onder het facet ‘Studielast’). HBO-ers moeten om voor de verkorte route in aanmerking te komen wel eerst een proeve van bekwaamheid afleggen. Voor MBO-ers bestaat er geen verkorte route. Studenten die ouder zijn dan 21 jaar en niet aan de officiële toelatingseisen voldoen, kunnen een toelatingsexamen afleggen. De aansluiting met de vooropleiding komt tijdens de individuele begeleiding in het eerste jaar, indien nodig, ter sprake. Het toelatings- en vrijstellingsbeleid is vastgelegd in de Onderwijs- en Examenregeling. Met studenten die voortijdig weggaan wordt een exitgesprek gevoerd, waarbij wordt gevraagd naar de reden van vertrek.
Pagina 15 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
•
•
De opleiding besteedt veel aandacht aan voorlichting voor aankomende studenten. Uit de periodieke evaluaties en de visitatiegesprekken blijkt dat de voorlichting adequaat is. Toch bestaat discrepantie tussen het beeld dat studenten vooraf van de opleiding hebben en de werkelijkheid. Zij vertellen dat de opleiding in de praktijk breder en veelomvattender is dan zij dachten, maar zij vinden dat positief. Met alle niet-christelijke studenten wordt een kennismakingsgesprek gevoerd om zeker te weten dat zij de uitgangspunten van de opleiding respecteren en in Ede op de goede plek zitten. Zie hiervoor ook het laatste onderwerp over de Protestants-christelijke identiteit van de opleiding.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Op grond van het bovenstaande is het visitatieteam van mening dat de opleiding voldoende inspeelt op het gedifferentieerde aanbod aan studenten, dit evalueert en verbeteringen aanbrengt. Daarom beoordeelt zij het facet ‘Instroom’ als voldoende.
2.6 Duur De opleiding voldoet aan de formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: 240 studiepunten. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • • • •
De opleiding omvat 240 ECTS-punten, verdeeld over vier jaar. De vier blokken per leerjaar omvatten 15 ECTS-punten per blok. De Opleidingsgids bevat een overzicht van het aantal ECTS-punten per blok en per leergebied. In het derde jaar bestaat in blok 2 en 4 de mogelijkheid keuzevakken te volgen. Zo kunnen studenten invulling geven aan de beoogde persoonlijke profilering. De opleiding beoogt dat studenten in toenemende mate zelfstandig studeren. Dit vertaalt zich in een afnemend aantal contacturen en een zwaar accent op zelfwerkzaamheid in vooral het laatste jaar.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat de opleiding voldoet aan de formele eisen wat betreft de verdeling van de studiepunten. De opleiding voert regelmatig evaluaties uit naar de verdeling van de studielast en studieduur en voert zonodig verbeteringen door. Op grond van de geformuleerde bevindingen beoordeelt het visitatieteam dit facet als voldoende.
2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
De opleiding leidt op voor een vastomlijnd beroep met een duidelijk eigen plaats in de maatschappij. De opleiding is ervan overtuigd dat de beroepsuitoefening niet los staat van een eigen visie en van de
Pagina 16 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
• •
• •
persoon van de beroepsbeoefenaar. Daarom draagt de opleiding haar visie uit naar de studenten en stimuleert ze hen een eigen visie te ontwikkelen. De opleiding ziet als kernwaarde van het beroep “Het zorgen voor betrouwbaar nieuws dat relevant is voor de verantwoordelijkheid van mensen.” In het document ‘Opleidingsvisie Journalistiek’ heeft de opleiding haar (didactische) uitgangspunten als volgt geformuleerd: o Competentiegericht aanbod. De opleiding leidt op voor een beroep. Daarom staan vanaf het begin de beroepscompetenties centraal. De student wordt gestimuleerd om zichzelf te beoordelen in het licht van de competenties. Dat gebeurt vooral aan de hand van het portfolio. De beroepscompetenties fungeren niet als een keurslijf waarbinnen alle vakken een plaats moeten krijgen. Algemene vorming, visieontwikkeling en kennis van de omgeving acht de opleiding ook belangrijk voor een HBO-opleiding. o Afnemende docentsturing. In het begin van de opleiding is de sturing door docenten sterker dan aan het eind. Wel heeft de student in elk jaar een tutor. o Toenemende complexiteit. In het eerste jaar zijn de opdrachten minder complex dan in hogere jaren. o Toenemend belang van individuele prestaties. In de eerste twee jaar van de opleiding worden veel opdrachten uitgevoerd door groepjes studenten. In de jaren drie en vier wordt de student vaker individueel beoordeeld. o Thematische ordening. In elk blok staat een thema centraal. Zoveel mogelijk vakken sluiten daarbij aan. o Werkvormen. De opleiding maakt gebruik van een groot aantal verschillende werkvormen: hoorcolleges, werkcolleges, practica, onderzoek, groepsgewijs werken aan een product, stages met terugkomdagen, afstudeerproject, organisatie van een tweeweekse buitenlandse reis met als doel het produceren van journalistieke producten. o Toetsing. De opleiding kent een verscheidenheid van toetsvormen: kennistoetsen, producttoetsen, vaardigheidstoetsen, toetsing van actieve deelname aan processen, portfolio, praktijktoetsing (stage) en assessments waarin de student kan laten zien over bepaalde competenties te beschikken. Het onderwijsaanbod is toetsgericht: de student moet weten hoe er getoetst gaat worden en de toetsopdrachten moeten aansluiten bij de doelen en de aangeboden leerstof. Deze didactische uitgangspunten zijn in aangepaste vorm in de opleidingsgids terug te vinden en ze worden door de studenten herkend en door de docenten ook tijdens de visitatiegesprekken goed verwoord. Tijdens de visitatiegesprekken benadrukken de studenten dat je als je niet kunt samenwerken niet op deze opleiding, waar van meet af aan in redacties gewerkt wordt, thuishoort. En ook dat de veelheid aan werkvormen zorgt voor een afwisselende en uitdagende leeromgeving.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding ademt een positieve sfeer uit, die tot uitdrukking komt in een betrokken houding van studenten en docenten. De prominent aanwezige veilige leeromgeving heeft hier zeker mee te maken. Het didactisch concept dat het uitgangspunt vormt voor de inrichting van het curriculum is naar de mening van het visitatieteam duidelijk herkenbaar in de uitvoering van het programma en blijkens de gesprekken ook voor studenten en alumni. Het concept is sterk, het ‘leeft’ onder de studenten en docenten en het is in diverse notities goed verwoord. Het brede scala aan werkvormen stimuleert de beroepsmatige ontwikkeling van de studenten. Het werken aan de portfoliodossiers draagt, onder andere door reflectie en het ontwikkelen van een eigen visie, veel bij aan de beoogde persoonlijke groei en ontwikkeling. Het visitatieteam beoordeelt het facet ‘Afstemming tussen vormgeving en inhoud’ op grond van bovenstaande bevindingen als goed.
Pagina 17 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
2.8 Beoordeling en toetsing Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • • •
•
•
•
• • • •
De opleiding hanteert, zoals bij het vorige facet is beschreven, een variëteit aan toetsen. De notitie Toetsing en leerlijnen Journalistiek 2004-2005 bevat een inventarisatie van de leerlijnen, leerdoelen en toetsvormen. De opleiding is al enkele jaren bezig met een verbetertraject voor toetsing. De studiedagen die aan dit onderwerp zijn gewijd, zijn hier onderdeel van. De ‘Commissie toetsing’, die een coördinerende rol vervult bij de multiple choice-toetsen, houdt zich sinds kort ook bezig met het technisch onderzoek van alle kennistoetsen (formulering etc.) en met de evaluatie van het toetsplan (toetsen we wat we willen toetsen?). Op grond van de ter bestudering aanwezige toetsvoorbeelden is het visitatieteam van mening dat de toetsen in het algemeen van voldoende diepgang en complexiteit zijn. Volgens studenten is de verdieping binnen het programma in het algemeen herkenbaar in de toetsing. Wel plaatsen zij kanttekeningen bij de kwaliteit van sommige multiple choice-toetsen, die ze te breed en teveel feitengericht vinden. Zij zijn van mening dat dit type toets niet uitdaagt tot het leren met inzicht en geen appèl doet op het analytisch vermogen van de student dat de opleiding beoogt te ontwikkelen. Studenten werken vanaf het eerste blok in jaar 1 in taakgroepen aan opdrachten en projecten. Zowel proces als product worden beoordeeld. Bij de beoordeling wordt ook de individuele bijdrage van elke student beoordeeld. De eerste drie blokken gaat het hierbij om een zelfbeoordeling, gecombineerd met het oordeel van de tutor en de andere groepsleden. Vanaf blok 4 bestaat deze beoordeling uit een zelfbeoordeling en een hoofdredactioneel verslag. Tijdens de visitatiegesprekken wordt duidelijk dat studenten de onderlinge beoordeling heel serieus nemen en elkaar ook echt op de geleverde prestatie afrekenen. Aan de stages dient een stageplan ten grondslag te liggen met duidelijk geformuleerde doelstellingen, gerelateerd aan de eindtermen van de opleiding, aan de doelstellingen van het stagebedrijf en aan de persoonlijke leerdoelen van de stagiair. De stages in jaar 2 en 4 dienen qua niveau en karakter duidelijk onderscheidend te zijn. Stages worden sinds enige tijd getoetst aan de hand van een vast beoordelingsprotocol dat inhaakt op het competentieprofiel. Bij de beoordeling van de eindscripties wordt het vier-ogen-principe gehanteerd. Het formulier dat hogeschoolbreed wordt gebruikt voldoet niet. De beoordeling komt volgens de docenten vooral ‘rond de tafel’ tot stand. De Opleidingsgids bevat informatie over de soorten van toetsing en over bijbehorende regels. Studenten ontvangen daarnaast aan het begin van elk studiejaar een toetsplan. Er is een adequaat examenreglement (OER), dat periodiek wordt aangepast aan de ontwikkelingen. De studenten en oud-studenten die het visitatieteam heeft gesproken zijn over het algemeen tevreden over de manier waarop door de opleiding wordt getoetst, ze vinden de beoordeling “rechtvaardig maar zeker niet te streng”. Enkelen noemen de beoordeling in sommige gevallen zelfs “te lief”. Een van hen zegt hierover: “Bij de opdrachten zijn het vooral de studenten zelf die elkaar echt afrekenen.”
Pagina 18 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
•
De jaarlaagevaluatie 2005 levert een minder positief beeld op over de relevantie van de toetsen voor de inhoud van de blokken. Volgens de opleiding is dit waarschijnlijk te wijten aan een verkeerde vraagstelling. Het visitatieteam is van mening dat dit verder dient te worden uitgezocht.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Vanuit haar didactisch concept hecht de opleiding belang aan toetsing als leerinstrument. Enkele jaren geleden heeft zij een verbetertraject met betrekking tot dit onderwerp in gang gezet. Op grond van de aanwezige documentatie heeft het visitatieteam slechts beperkt kunnen verifiëren waar de lat ligt bij de beoordeling van toetsen en afstudeerstukken. Door een aantal werkstukken zelf goed te bekijken en op basis van de gevoerde gesprekken met docenten, studenten, Werkveldcommissie en alumni is het team wel overtuigd van het feit dat het eindniveau ‘aan de maat’ is. De constatering is echter lastig omdat de schriftelijke toelichting op de beoordeling, vooral bij de afstudeerwerkstukken beperkt is. Het visitatieteam is het met de opleiding eens dat de bezinning op de kwaliteit van de toetsing dient te worden voortgezet. Verdere implementatie van het geformuleerde toetsbeleid verdient aanbeveling. Alles overwegende beoordeelt zij het facet ‘Beoordeling en toetsing’ als ‘voldoende’.
Beoordeling van het onderwerp ‘Programma’ Het programma van de opleiding heeft een sterk beroepsgericht karakter. Het is een breed programma dat door het gebruik van leerlijnen ordelijk en gestructureerd overkomt en voldoende samenhang vertoont. De beoogde eindkwalificaties worden door het curriculum afgedekt. De studielast is pittig maar niet té zwaar. Instromende studenten hebben voldoende bagage om het programma aan te kunnen. Het didactisch concept is een van de zeer sterke punten van de opleiding, het weerspiegelt de helder geformuleerde opleidingsvisie waarbij de identiteit van de opleiding een belangrijke rol speelt. Het visitatieteam is het eens met de opleiding wanneer zij stelt dat bezinning op de kwaliteit van de toetsing een belangrijk item is en moet blijven voor de komende periode. Hieronder vallen ook onderwerpen als verdere concretisering van niveaus en competentietoetsing. Alle facetten van het onderwerp ‘Programma’ zijn voldoende of goed. Daarom wordt ook het onderwerp als geheel door het visitatieteam als voldoende beoordeeld.
Pagina 19 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
3. Onderwerp: inzet van personeel 3.1 Eisen HBO Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
• • •
•
Zoals eerder al beschreven wordt de opleiding journalistiek gekenmerkt door haar zeer beroepsgerichte karakter. De opleiding verwacht van de docenten dat zij bij het aanbieden van hun lesprogramma’s ‘de praktijk naar binnen halen’. Uit gesprekken met studenten en oud-studenten blijkt dat dit ook echt gebeurt door met praktijkgerelateerde opdrachten te werken, door reële producten te verlangen en door, meer dan voorheen ook in de lessen op de actualiteit in te gaan. Een voorbeeld van dit laatste punt is de moord op Pim Fortuyn: “Hoe ga je met dit nieuws om?” Uit inspectie van de cv’s en uit de gevoerde gesprekken blijkt dat een aantal docenten het werk voor de opleiding combineert met een relevante werkkring buiten de muren van de school. Een aantal heeft uiteindelijk wel de overstap gemaakt naar een full-time dienstverband, maar blijft de relatie met het werkveld ‘warm houden’. Enerzijds door lidmaatschappen van vakverenigingen en door het lezen van vakbladen, maar anderzijds zeker ook door bijvoorbeeld contacten met de Werkveldcommissie en vooral doordat zij als stage en/of afstudeerbegeleider regelmatig contact met de praktijk hebben. De gesprekken die dan gevoerd worden gaan veel verder dan alleen het bespreken van de studenten. Het aantal gastdocenten dat wordt ingezet bedraagt 5 tot 10 procent. Het programmaonderdeel ‘Het Vak’ wordt helemaal door externen verzorgd. Tijdens de visitatiegesprekken blijkt dat studenten nog wel meer gastdocenten zouden willen hebben. Ook vertellen zij dat op hun verzoek nu ook af en toe gastdocenten met een andere achtergrond (c.q. religieuze overtuiging) worden ingezet. Docenten én studenten kunnen vanuit de opleiding via de afdeling CHE-Transfer worden ingezet om externe opdrachten uit te voeren. In het strategisch instellingsplan 2004-2008 zijn hiervoor streefcijfers geformuleerd. Momenteel is sprake van een inhaalslag wat betreft de transferactiviteiten. Deze vallen nu rechtstreeks onder de opleidingsleiding. Uit de jaarlaagevaluaties blijkt dat studenten over het geheel genomen tevreden zijn over de inhoudsdeskundigheid van de docenten en zelfs zeer tevreden zijn over het beroepsgerichte karakter van de opleiding.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat de opleiding niet alleen in haar opzet praktijkgericht is, maar dat dit door de docenten en gastdocenten ook daadwerkelijk wordt waargemaakt. De verbinding tussen de opleiding en de praktijk wordt expliciet gelegd. Doordat de docenten meerdere rollen vervullen zijn zij in staat ‘over de muren heen’ te kijken. Alles overwegend beoordeelt het visitatieteam het facet ‘eisen HBO’ als goed.
Pagina 20 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
3.2 Kwantiteit personeel Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • •
• • •
De CHE besteedt relatief veel middelen aan de inzet van personeel. Het percentage was tot op heden 75%. Dit wordt nu teruggebracht naar 71%, maar ligt daarmee nog ruim boven het landelijke gemiddelde van 68%. De docenten die aan de opleiding zijn betrokken werken hard, maar hebben duidelijk plezier in hun werk. De goede sfeer en grote onderlinge betrokkenheid van de docenten dragen hier zeker aan bij. De communicatielijnen zijn kort, en waar overbelasting dreigt wordt naar oplossingen gezocht. Het ziekteverzuim is bijzonder laag: 2.6 tegenover een landelijk gemiddelde van 5.1 (Jaarverslag 2003). De samenwerking met docenten van de opleiding Communicatie leidt tot efficiencywinst. De contacten met docenten van andere CHE-opleidingen zijn beperkt. Uit het PZ-overzicht blijkt dat voor alle onderdelen docenten beschikbaar zijn. Studenten en oudstudenten waarderen de toegankelijkheid en beschikbaarheid van docenten positief; er is sprake van een echte ‘open deuren cultuur’. Het toenemend e-mail verkeer tussen studenten en docenten vraagt om nieuw beleid. Het is noodzakelijk dat er regels en afspraken komen om dit verkeer in goede banen te leiden en te zorgen dat het niet uit de hand loopt.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding wordt gedragen door een klein, enthousiast, hardwerkend team, dat door haar omvang en door samenwerking met de docenten van de opleiding communicatie efficiënt kan werken. Daarom beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Kwantiteit personeel’ als voldoende.
3.3 Kwaliteit personeel Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • • •
Het selectiebeleid van de afdeling valt onder het hogeschoolbeleid en is in de personeelsgids beschreven. Een hogeschoolbreed selectieprofiel is in ontwikkeling. Het grootste deel van de docenten is universitair geschoold. Er wordt van de docenten verwacht dat zij de didactische aantekening voor HBO-instellingen hebben. Zoniet dan volgen nieuwe docenten hiervoor een training bij het IVLOS. Professionalisering geschiedt zowel in teamverband als individueel: De studiedagen die periodiek worden georganiseerd zijn een voorbeeld van professionalisering in teamverband. Competentiegericht onderwijs en competentiegerichte toetsing zijn onderwerpen die recent aan bod zijn geweest.
Pagina 21 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
• • • •
•
Individuele professionalisering wordt door het management gestimuleerd, maar docenten zijn binnen de gestelde kaders autonoom omdat dit het meest motiverend werkt. Kosten van studiedagen en conferenties worden vergoed en voor relevante bijscholing worden uren vrijgemaakt. Om de twee jaar worden functioneringsgesprekken gehouden met de vaste docenten. Hier komt ook het Persoonlijk Ontwikkelplan (POP) ter sprake. Negatieve evaluaties zijn reden voor een gesprek; zonodig worden afspraken gemaakt en aanvullende maatregelen genomen. De opleiding maakt deel uit van een internationaal netwerk op universitair niveau. Meerdere docenten verzorgen in dit verband met enige regelmaat gastcolleges in het buitenland. Enkele studenten en oud-studenten zijn weliswaar vol lof over de inzet, betrokkenheid en deskundigheid van de docenten maar ze vinden sommige docenten organisatorisch en onderwijskundig té aardig: “Aan deadlines wordt niet altijd de hand gehouden, iets meer discipline zou best mogen”. De kwaliteit van de docenten maakt deel uit van de blokevaluaties en de jaarlaagevaluaties
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Er is sprake van een deskundig en betrokken docententeam. Geheel in overeenstemming met het didactische concept is de afstand tussen docenten en studenten klein. Op papier staat duidelijk beschreven wat de opleiding van studenten verwacht. In de praktijk blijken de geformuleerde eisen, getuige de gevoerde gesprekken met de studenten, regelmatig ‘rekbaar’ te zijn. Het visitatieteam adviseert de opleiding met klem de feedback van de studenten hierover ter harte te nemen. Alles overwegend beoordeelt zij het facet ‘Kwaliteit personeel’ als voldoende.
Beoordeling van het onderwerp ‘Inzet van personeel’ Certiked heeft tijdens de visitatiedagen geconstateerd dat de opleiding wordt gedragen door een goed team. De lijnen zijn kort en het management vervult een inspirerende rol. Studenten en docenten werken samen aan het behalen van de door de opleiding geformuleerde doelstelling: “Het afleveren van een goed gekwalificeerde, breed opgeleide beginnende beroepsbeoefenaar met een stevige eigen visie.” Op alle facetten scoort de opleiding voldoende of goed. Daarom beoordeelt het visitatieteam het onderwerp ‘Inzet van personeel’ zonder aarzeling als voldoende.
Pagina 22 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
4. Onderwerp: voorzieningen 4.1 Materiële voorzieningen De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • • •
• •
•
•
De mate waarin de materiële voorzieningen voldoen aan de gestelde eisen wordt op diverse manieren onderzocht: driejaarlijks hogeschoolbreed en door de opleiding zelf onder andere in de blokevaluaties en de curriculumevaluaties. Uit evaluaties, en ook uit de tijdens de visitatiedagen gehouden gesprekken blijkt dat de onderwijsorganisatie redelijk scoort maar dat hier nog wel ruimte ligt voor verbetering. Over de beschikbaarheid van computers en kleine werkruimtes zijn regelmatig klachten. Het aantal ICT-faciliteiten is daarom recent uitgebreid tot één computer per negen studenten. De uitbreiding van de Hogeschool die dit jaar van start is gegaan, voorziet in de toegenomen behoefte aan kleinere werkruimtes. Ook voorziet de nieuwbouw in een verdere uitbreiding van het aantal computers. Wat betreft de beschikbaarheid van computers kan overigens ook nog winst worden gehaald uit verlenging van de werkdag en optimaal gebruik van de werkweek om piekbelasting te voorkomen. De CHE heeft een intranet, ondersteund door het programma Topshare, waar docenten en studenten ook van huis uit op kunnen inloggen. De mediatheek is voor aankomende journalisten een belangrijke plek. De docenten zeggen hierover: “Wij pushen onze studenten in de richting van de bibliotheek.” De informatie die bij de mediatheek te vinden is, is toereikend. Er is bijvoorbeeld een licentie voor het ANP en er is een aantal binnenlandse en buitenlandse relevante kranten en tijdschriften te vinden. De (protestants christelijke) identiteit is bij de lectuur ruim vertegenwoordigd. De beroepsspecifieke voorzieningen zijn indrukwekkend: een zeer goed toegeruste radio- en televisiestudio waar uitzendingen voor de regionale omroep worden verzorgd, een goed geoutilleerde montageruimte en een redactieruimte voor overleg en instructie. Er is ook een lokaal met Appleopmaakapparatuur voor dagbladen en tijdschriften en er is moderne opnameapparatuur om de straat mee op te gaan. Het hogeschoolnetwerk biedt voldoende bandbreedte om multimediale producten te realiseren die gepresenteerd kunnen worden op Internet.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat de algemene en organisatorische voorzieningen in voldoende mate aan de gestelde eisen voldoen, en dat waar dat niet zo is actie wordt ondernomen om zaken te verbeteren. De mediatheek is toereikend maar zou winnen bij de aanschaf van bijvoorbeeld ‘DigiDoc’ en een aantal gezaghebbende buitenlandse kranten. Het visitatieteam is zeer onder de indruk van de opleidingsspecifieke rtv-faciliteiten die uitmuntend zijn. Dit alles overwegende beoordeelt zij het facet ‘Materiële Voorzieningen’ als voldoende voor zover het betrekking heeft op de algemene en organisatorische voorzieningen waaronder ook de bibliotheek en als excellent waar het de opleidingsgebonden rtv-faciliteiten betreft. Voor het facet als geheel komt zij daardoor uit op een beoordeling ‘goed’.
Pagina 23 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
4.2 Studiebegeleiding en informatievoorziening De studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten zijn adequaat met het oog op studievoortgang. De studiebegeleiding en de informatievoorziening sluiten aan bij de behoefte van studenten. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• •
•
• • •
De opleiding Journalistiek besteedt zeer veel aandacht aan studiebegeleiding. De ‘tutor’ speelt hierbij een belangrijke rol. Vooral in het eerste jaar wordt door hem/haar veel aandacht besteed aan persoonlijke begeleiding en groepsbegeleiding. In de loop van het eerste jaar wordt de groepsbegeleiding overgenomen door de domeindocent. De persoonlijke begeleiding blijft in handen van de tutor. Hij heeft na elk blok met al zijn studenten een individueel gesprek. Hierbij vormt het portfolio een belangrijk hulpmiddel. Studievoortgang en competentieontwikkeling zijn de belangrijkste bespreekpunten. In jaar 4 wordt de student begeleid door een stage- en een afstudeerbegeleider. De stagebegeleiding verloopt vooral via wekelijkse e-mailcontacten tussen begeleider en student. Alleen als dat nodig is wordt het stagebedrijf meer dan eenmaal per periode door de begeleider bezocht. De afstudeerbegeleider bespreekt het eindwerkstuk inhoudelijk en houdt de vinger aan de pols wat betreft de studievoortgang. In alle blokboeken en in de stagegids en de ‘handleiding afstuderen’ wordt de begeleidingssituatie praktisch uitgewerkt; de taken van de diverse begeleiders worden hierbij duidelijk onderscheiden. Studieadviezen aan het einde van de propedeuse worden in het docentenoverleg voorbereid en verstrekt aan de examencommissie. Ook hierbij speelt de tutor een belangrijke rol. Wie na twee jaar zijn propedeuse nog niet heeft gehaald krijgt een BAS (bindend afwijzend studieadvies). Voor de beide stages in het vierde jaar zijn drempels ingebouwd met betrekking tot de studie voortgang. Studenten en oud-studenten vertellen dat de selectie aan het begin van de studie stevig is. Daarna wordt er volgens de studenten en oud-studenten alles aangedaan om alle studenten ‘binnen de boot’ te houden. Studenten en oud-studenten zijn volgens de evaluaties en de gesprekken gevoerd met het visitatieteam erg tevreden over de manier waarop zij worden begeleid. Ze noemen de begeleiding meermalen als een van de sterkste punten van de opleiding. Wel geven zij aan dat de opleiding hierbij niet altijd voldoende confronterend is. Tijdens de begeleiding wordt ook in de opzet toegewerkt naar een steeds grotere zelfstandigheid van de studenten. Wat dit aspect betreft geven de begeleiders aan ook zelf een leerproces te hebben doorgemaakt: “We hebben geleerd om los te laten.” De studievoortgang van de studenten wordt geregistreerd in het programma CATS. Zij hebben online toegang tot hun resultaten. Docenten dienen de cijfers binnen 15 werkdagen na een tentamen in te voeren. Het systeem functioneert naar behoren. Studenten worden aan het begin van hun studie op de hoogte gesteld van het takenpakket en de bereikbaarheid van de studentenpastor, de decaan en de vertrouwenspersoon.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Begeleiding is een speerpunt van de opleiding waar veel tijd en energie in wordt gestoken. Wat dit betreft onderscheidt de opleiding zich in hoge mate. Een aandachtspunt vormt het geluid dat tijdens de visitatiedagen van meerdere kanten is gehoord over het toegevende karakter van de begeleiding. Door een iets meer confronterende opstelling op de daartoe geëigende momenten zou de begeleiding nog aan kracht kunnen winnen. Ook verdient het aanbeveling het loslaten van de studenten goed in het oog te blijven
Pagina 24 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
houden. Alles overziende beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Studiebegeleiding en Informatievoorziening’ als goed.
Beoordeling van het onderwerp ‘Voorzieningen’ Bij de beoordeling van dit onderwerp springen de opleidingsspecifieke voorzieningen en de begeleiding van de studenten in het oog als twee zeer krachtige ‘selling points’ van de opleiding Journalistiek in Ede. Het Certiked visitatieteam is van mening dat de opleiding deze sterke punten wat haar betreft met kracht naar buiten mag uitdragen. Beide facetten van dit onderwerp zijn als goed beoordeeld. Daarom beoordeelt het team het onderwerp‘Voorzieningen’ zonder enige aarzeling als voldoende.
Pagina 25 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
5. Onderwerp: interne kwaliteitszorg 5.1 Evaluatie resultaten De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • • •
• •
In het Handboek Kwaliteitszorg voor de CHE zijn richtlijnen en kaders neergelegd voor de interne kwaliteitszorg. Deze vormen het uitgangspunt voor de gemeenschappelijke Commissie Kwaliteitszorg van de opleidingen Journalistiek en Communicatie. Voor het Activiteitenplan 2003 – 2006 van de Commissie Kwaliteitszorg vormen de standaarden en ijkpunten uit het Handboek Kwaliteitszorg het uitgangspunt. Opleidingsspecifieke streefdoelen zijn opgenomen in Jaaractiviteitenplannen. Belangrijkste punt van aandacht vormt de evaluatie van het primaire proces van de opleiding, dat wil zeggen de evaluatie van de programma’s van de verschillende blokken. Informatie uit de evaluaties wordt, inclusief eventuele verbetervoorstellen, teruggekoppeld naar docenten en studenten. Ook tijdens de visitatiegesprekken blijkt dat de studenten en oud-studenten hier tevreden over zijn. De onderlinge samenhang van de blokprogramma’s, de kwaliteit van de blokboeken en de onderlinge afstemming van de programma’s van de opvolgende jaren, vormen jaarlijks een punt van evaluatie. Blijkens rapportages van de Commissie Kwaliteitszorg is daarnaast ten aanzien van een groot aantal onderwerpen informatie verzameld met daaraan gekoppelde verbeterpunten. Voorbeelden hiervan zijn onderzoeken naar de waardering voor de studiebegeleiding en de voortgangsbewaking, evaluatie van de stages, evaluatie van de cultuur van de opleiding et cetera. Een en ander illustreert dat de commissie ambitieus te werk gaat. Op een aantal punten zijn de voorgestelde verbeteringen daadwerkelijk gerealiseerd, zoals bijvoorbeeld de verbetering van de tutorenhandleiding en het opstarten van intervisiebijeenkomsten voor stagebegeleiders. Het grote aantal verbeterpunten in combinatie met de relatief geringe omvang van de opleiding en de daaraan gekoppelde pittige werkdruk maakt realisering van alle geformuleerde verbeterpunten niet eenvoudig. Prioriteitsstelling in deze lijkt noodzakelijk. Daarnaast is uit de gevoerde gesprekken gebleken dat het onderwerp kwaliteitszorg niet echt leeft bij de docenten. Uit de gesprekken met studenten, alumni en leden van de Werkveldcommissie is overigens gebleken dat de focus op kwaliteit er nadrukkelijk wel is.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Zoals in voorgaande onderdelen van het rapport ook reeds aan de orde is gekomen, vinden binnen de opleiding op velerlei punten evaluaties plaats. Belangrijkste onderwerp van evaluatie vormt het primaire proces; verbeterpunten daarin worden voortvarend gerealiseerd. Gezien het grote aantal door de Commissie Kwaliteitszorg geformuleerde verbeterpunten lijkt prioriteitsstelling, in combinatie met aandacht voor de communicatie daarover, een punt van aandacht. Op grond van bovenstaande bevindingen beoordeelt het visitatieteam dit facet als voldoende.
Pagina 26 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
5.2 Maatregelen tot verbetering De uitkomsten van deze evaluatie vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
De opleiding heeft in 2003 vastgesteld wat haar sterke en zwakke kanten zijn en op grond van deze analyse opleidingscompetenties geformuleerd waarvan de kwaliteit behouden of verbeterd dient te worden. De professionaliseringsactiviteiten worden hierop afgestemd, de evaluatie zal plaatsvinden in 2007. Binnen de opleiding is sprake van een grote ‘verbeterbereidheid’: aan kwaliteitsverbetering wordt bijzonder veel aandacht besteed. Door de gekozen organisatorische opzet krijgt het onderwerp echter onvoldoende implementatiekracht en leeft het minder bij docenten.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat de PDCA-cyclus op zich goed is opgezet, waarbij prioriteitsstelling en het voor alle betrokkenen zichtbaar maken van de resultaten meer aandacht dienen te krijgen. Het visitatieteam beoordeelt het verbetervermogen van de opleiding als voldoende.
5.3 Betrekken van medewerkers, studenten alumni en beroepenveld Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten alumni en beroepenveld van de opleiding actief betrokken. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• • •
Alle medewerkers zijn betrokken bij interne kwaliteitszorg via het periodieke werkervaringsonderzoek. Via de blok- en de jaarteams en het lidmaatschap van de diverse commissies zijn de docenten daarnaast betrokken bij het brede terrein van de kwaliteitszorg op opleidingsniveau. De inspraak van studenten is formeel geregeld via de Opleidingscommissie, die bestaat uit drie docenten en drie studenten. Studenten zijn met name betrokken bij de evaluatie van de programma’s: via een schriftelijke evaluatie per blok en een evaluatie in de tutorgroep. Groepsvertegenwoordigers nemen daarnaast deel aan mondelinge evaluaties van de programma’s. Via de Werkveldcommissie, waarvan ook alumni deel uitmaken, is een brede vertegenwoordiging van het werkveld betrokken bij de opleiding en bij de interne kwaliteitszorg. Ook contacten met stagebegeleiders uit de stagebedrijven leveren input voor de kwaliteitsverbetering.
Pagina 27 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat de stakeholders in voldoende mate betrokken worden bij het vormgeven en evalueren van de interne kwaliteitszorg. Waar het gaat om het betrekken van alumni kan de opleiding, zoals zij overigens zelf ook heeft geconstateerd, nog actiever optreden. Op grond van voorgaande bevindingen beoordeelt het visitatietam dit facet als voldoende.
Beoordeling van het onderwerp ‘Interne kwaliteitszorg’ Op grond van de positieve score op alle facetten beoordeelt het visitatieteam het onderwerp ‘Interne kwaliteitszorg’ als voldoende.
Pagina 28 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
6. Onderwerp: resultaten 6.1 Gerealiseerd niveau De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
• •
•
•
Afstuderen is bij de opleiding Journalistiek geen momentopname maar meer een traject dat een groot deel van het laatste jaar in beslag neemt. Dit traject bestaat uit drie onderdelen: 1. Het afstudeerwerkstuk. Hierbij kan uit vier varianten worden gekozen: o Een scriptie bestaande uit een literatuurstudie en een praktijkonderzoek. o Een documentaire of reportage met een schriftelijke verantwoording. o Een serie grote artikelen met een verantwoording. o Een verslag van een studie in het buitenland. 2. Het eindgesprek. In dit eindgesprek moeten de studenten een aantal stellingen op HBO-niveau kunnen verdedigen. Van de studenten wordt verwacht dat zij tijdens dit gesprek reflecteren op hun werkervaring, het beroepsveld en de opleiding. 3. De stageperiode. Voorafgaand aan bovenstaande ‘proeve van bekwaamheid’ lopen de studenten in jaar 4 tweemaal drie maanden stage. De opleiding ziet ook het behaalde eindniveau bij de stage en de mening van de praktijkbegeleider hierover als een belangrijke aanwijzing dat de student klaar is om als beginnend journalist op hbo-niveau aan de slag te gaan. De gehele procedure rondom het afstuderen staat beschreven in de ‘Handleiding Afstudeerfase’. De daarin geformuleerde criteria zijn procedureel helder. Een van de oud-studenten merkt over de handleiding op: “Wat in de handleiding staat wordt ook echt van je verwacht en je wordt erop afgerekend.” Tijdens het afstudeertraject is sprake van een intensieve begeleiding door de afstudeerbegeleider. Deze begeleiding is vooral inhoudelijk gericht, maar de studievoortgang krijgt als dat nodig is ook aandacht. Bij de beoordeling wordt ‘het vier-ogen-principe’ gehanteerd. In de regel, maar niet altijd, is bij het eindgesprek ook een externe deskundige aanwezig. Het oordeel van de externe deskundige wijkt nog al eens af van dat van de interne beoordelaar, regelmatig iets strenger, een enkele keer minder streng. Het visitatieteam heeft gesproken met leden van de Werkveldcommissie die ook als externe beoordelaar worden ingezet. Zij geven aan dat er inderdaad verschillen zijn maar dat die binnen de marges liggen en dat er niemand ten onrechte afstudeert. Het visitatieteam heeft steekproefsgewijs een aantal afstudeeronderzoeken en -scripties bekeken. Zij is van mening dat het beoogde hbo-niveau steeds wordt gehaald, hoewel de bandbreedte tamelijk groot is. De opleiding steekt veel energie in het mondelinge beoordelingstraject; docenten zeggen hierover: “De beoordeling komt vooral rond de tafel tot stand.” De schriftelijke verantwoording van de beoordeling van de afstudeerwerkstukken blijft hier echter bij achter. Daardoor is het voor het visitatieteam lastig te verifiëren waar ‘de lat’ exact ligt (zie ook 2.8). Sinds kort vindt het eindgesprek plaats aan de hand van door de student geformuleerde stellingen. De opleiding geeft in de zelfevaluatie en tijdens de gesprekken aan dat de kwaliteit van de eindgesprekken nog verbeterd zal worden door hogere eisen aan de voorbereiding van de stellingen te stellen.
Pagina 29 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
•
•
Uit de alumni-enquête 2005 blijkt dat alle afgestudeerden vinden dat ze de taken van een beginnende journalist zelfstandig kunnen uitvoeren, en dat zij over voldoende sociaalcommunicatieve vaardigheden beschikken. Ook zijn zij van mening dat ze goed hebben geleerd probleemgericht te werken (problemen signaleren, analyseren en oplossen). Zoals hierboven vermeld kunnen studenten ook kiezen voor een afstudeeropdracht in het buitenland. Het visitatieteam is van mening dat vooral het ambachtelijke programma in Zweden, waar een aantal vakken wordt gevolgd waarover een verslag wordt geschreven, qua opzet en inhoud niet geheel vergelijkbaar is met de reguliere afstudeerprojecten. Overigens wordt van deze mogelijkheid door de journalistiekstudenten veel minder gebruik gemaakt dan door de studenten van de opleiding Communicatie.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het beoogde niveau wordt door de afgestudeerden behaald en zoals blijkt uit de Alumni-enquête 2005 zijn de pas afgestudeerden goed in staat om op het door de opleiding beoogde niveau te functioneren. De opleiding steekt veel energie in de permanente verbetering van de kwaliteit van het traject, dat nog in ontwikkeling is. Zij is mét het visitatieteam van mening dat de schriftelijke verantwoording van de beoordelingen verder geformaliseerd dient te worden. Dit alles overwegende beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Gerealiseerd niveau’ als voldoende.
6.2 Onderwijsrendement Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante andere opleidingen. Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • • •
•
Alle HBO-opleidingen Journalistiek kampen met een lage onderwijsvraagfactor. De uitval na de propedeutische fase is te hoog en veel studenten haken voortijdig af omdat ze al een baan hebben gevonden. De CHE hanteert een viertal streefcijfers voor onderwijsrendement: hoofdfase-rendement na 3 jaar (75%), gemiddelde studieduur geslaagden (minder dan 4.5 jaar), studieduur studiestakers (1.35 jaar) en diplomarendement na 6 jaar (65%). Voor de opleiding Journalistiek (en voor de meeste andere opleidingen) zijn sommige van deze streefcijfers duidelijk te hoog. Dit geldt vooral voor de onderwijsvraagfactor en het diplomarendement, hoewel het percentage afgestudeerden na vijf jaar hoger is dan bij de andere Journalistiek-opleidingen (keuzegids Hoger Onderwijs). Overigens is de opleiding van mening dat een laag diplomarendement op zich niet zo negatief is als de meeste studiestakers maar in de propedeutische fase afhaken en niet op een later tijdstip. Met ingang van het studiejaar 2004-2005 is een aantal maatregelen genomen om het propedeuse- en diplomarendement te verhogen: Alle studenten die na 2 jaar hun propedeuse nog niet hebben gehaald, krijgen een BAS. De afstudeerbegeleiders zien ook toe op het inhalen van openstaande toetsen. De opleiding hanteert stagedrempels onder andere om te voorkomen dat er vakken ‘blijven liggen’. De positie van de examencommissie is versterkt: zij bewaakt de studievoortgang en de studieplanning van vijfde- en hogerejaars studenten structureel. Knelpunten worden zo mogelijk opgelost.
Pagina 30 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Voor het onderwijsrendement zijn door de CHE streefcijfers geformuleerd. Deze cijfers zijn tamelijk ambitieus geformuleerd, wat voor streefcijfers niet ongebruikelijk is. De rendementscijfers van de opleiding zijn actueel en leesbaar. De opleiding heeft nieuw beleid geformuleerd en geïmplementeerd om beter aan de geformuleerde streefcijfers te voldoen. Het visitatieteam heeft er vertrouwen in dat nauwlettend zal worden gevolgd of de genomen maatregelen resultaat opleveren. Zij beoordeelt het facet ‘Onderwijsrendement’ als ‘voldoende’.
Beoordeling van het onderwerp ‘Resultaten’ Bestudering van de gerealiseerde eindniveaus laat zien dat studenten het beoogde niveau daadwerkelijk bereiken en na hun afstuderen snel een baan vinden. De onderwijsrendementen voldoen weliswaar nog niet aan de door de CHE opgestelde streefcijfers, maar er is een aantal maatregelen genomen om het rendement te verhogen. Omdat beide onderliggende facetten als voldoende zijn beoordeeld, wordt het onderwerp ‘Resultaten’ ook als ‘voldoende’ beoordeeld.
Pagina 31 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
7. Onderwerp: het christelijk karakter van de opleiding De Christelijke Hogeschool Ede hecht aan haar christelijke identiteit die zij in een missieformulering heeft vastgelegd. Zij vraagt van alle aan de hogeschool verbonden opleidingen de missie tot uitdrukking te brengen in hun visie op het onderwijs en op het beroep waarvoor wordt opgeleid. De opleiding Journalistiek heeft op haar beurt het Certiked visitatieteam gevraagd haar hierop te beoordelen. In de zelfevaluatie zijn hiertoe vier kwaliteitskenmerken geformuleerd: • Visie op het beroep • Doorwerking van de visie op het beroep • Ontwikkeling eigen visie door de student • Leerklimaat. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van wat zij heeft gelezen, gehoord en gezien, het volgende kunnen vaststellen.
7.1 Visie op het beroep •
•
•
•
•
•
Tijdens de periode van herstructurering van de opleiding, die begon in 2000 is door de opleiding veel aandacht besteed aan het formuleren van een eigen visie op het beroep. Dit proces heeft uiteindelijk geleid tot de nota Opleidingsvisie Journalistiek. In deze nota wordt de visie geschetst van waaruit de opleiding werkt. Uitgangspunt is de missieformulering van de hogeschool. De doorwerking van deze missieformulering komt in de diverse onderdelen van de nota terug. De kernwaarde van het beroep, zoals die in de opleidingsvisie is beschreven luidt aldus: Het zorgen voor betrouwbaar nieuws dat relevant is voor de verantwoordelijkheid van mensen. De journalist heeft een medium nodig om nieuws te kunnen doorgeven. Dat medium is een product op de markt en kan niet uitsluitend journalistiek van aard zijn. Maar binnen dat kader moet de journalist erop toezien dat het karakter van het journalistieke product geen geweld wordt aangedaan. Over de visie op de verantwoordelijkheid van mensen en de benodigde informatie wordt gezegd: Alles heeft zijn zin/waarde/betekenis ontvangen van de Schepper. In de omgang met het geschapene moet die betekenis gerespecteerd worden. Dat heeft gevolgen voor de visie op de verantwoordelijkheid van mensen en op de informatie die zij nodig hebben. Op grond van de gedachte dat elk mens verantwoordelijkheid draagt en daarvoor informatie nodig heeft, kan gezegd worden dat de opleiding een visie op journalistiek heeft waaruit blijkt dat journalistiek van groot belang is voor de samenleving en niet slechts gerechtvaardigd wordt door een goede marktpositie van media. De Opleidingsvisie Journalistiek is geen van bovenaf opgelegd stuk, maar het resultaat van intensieve discussies binnen het team, waarbij ook is gekeken naar de visie van andere christelijke opleidingen uit het internationale netwerk. Tijdens de visitatie wordt door het opleidingsteam gesteld dat deze nota geen eindpunt is, maar door voortgaande bezinning actueel dient te blijven. Het visitatieteam heeft kunnen vaststellen dat de visie op het beroep door de docenten mondeling en schriftelijk met enthousiasme en overtuiging, wordt uitgedragen. Zij vervullen hierin een echte voorbeeldrol. Docenten worden bij dit uitdragen van de visie echter niet in een keurslijf gedwongen. De vorm komt in dialoog tot stand en zij hebben de vrijheid hierin hun eigen stijl te volgen. De studenten en oud-studenten geven aan dat de opleidingsvisie op het beroep voor velen van hen een belangrijke reden is geweest om voor de opleiding te kiezen.
Pagina 32 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De visie op het beroep is door de opleiding niet alleen helder verwoord op een wijze die aansluit bij de missie van de CHE, maar zij wordt ook als zodanig door het gehele team uitgedragen.
7.2 Doorwerking van de visie •
•
•
•
•
Tijdens de gesprekken komt naar voren dat ‘objectieve journalistiek’ een achterhaald begrip is en dat zingeving voor iedere journalist en dus voor alle journalistiekopleidingen belangrijk is. Het beroep van journalist vraagt per definitie om een beschouwende en kritische instelling. Daarom heeft de vervlechting van de identiteit in het curriculum voor de opleiding journalistiek wellicht minder verstrekkende gevolgen dan voor de opleiding communicatie. De morele verantwoordelijkheid van de journalist en van de organisatie waarvoor hij werkt komen aan de orde bij het vak ethiek en bij de beroepsvakken. Meer dan een vak op zich, beschouwt de opleiding ethiek als een beroepshouding en een manier van denken die bij het uitoefenen van het vak doorlopend relevant is. Uit gesprekken met studenten en oud-studenten blijkt dat zij de levensbeschouwelijke identiteit van de opleiding en de manier waarop die in het curriculum is verwerkt, herkennen en waarderen. Ze zeggen hierover: “De identiteit is impliciet en expliciet overal aanwezig, maar ligt er absoluut niet te dik bovenop.” De leerlijn Visie neemt een belangrijke plek in het curriculum in. De opleiding stimuleert dat studenten een brede kijk ontwikkelen op de omgeving en op zichzelf. Studenten vertellen tijdens de visitatie dat dit naar hun mening niet gaat ten koste van de hardere kant van journalistiek, ook die krijgt een eigen plek. De opleiding beseft dat de maatschappij waarin de studenten aan de slag zullen gaan breed en veelkleurig is. Respect voor mensen met andere opvattingen wordt gestimuleerd. Op verzoek van studenten worden sinds enige tijd ook gastdocenten uitgenodigd met een andere achtergrond.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft waardering voor de duidelijke keuzes die door de opleiding, op basis van haar identiteitsgebonden visie zijn gemaakt bij de samenstelling van het curriculum. De visie is voor de studenten herkenbaar in het curriculum, zonder dat hierbij de maatschappelijke werkelijkheid geweld wordt aangedaan.
7.3 Ontwikkeling eigen visie door de student •
•
•
Zoals uit het voorgaande blijkt en in de zelfevaluatie ook duidelijk wordt gesteld wil de opleiding de student leren dat een journalist alleen vanuit zijn eigen morele verantwoordelijkheid kan werken. De opleiding denkt vanuit de christelijke overtuiging. Zij draagt die uit maar wil hem niet zondermeer aan de studenten opleggen. Zij wil dat iedere student leert handelen vanuit zijn eigen overtuiging. Om dit te bewerkstelligen wordt gedurende de hele opleiding op diverse plekken van de student gevraagd om de eigen visie en de gemaakte keuzes te verantwoorden: onder andere in het portfolio, in stageverslagen, in toetsen en in het eindgesprek. Bij dit laatste gaat het vooral om de manier waarop is gewerkt, om de ‘integrale kijk’. Tijdens het visitatiegesprek geeft de Werkveldcommissie aan dat de afgestudeerde studenten stevig en met een eigen overtuiging in de wereld staan. Het zijn betrokken mensen met een groot verantwoordelijkheidsgevoel.
Pagina 33 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
•
Tijdens de gesprekken met de studenten en oud-studenten blijkt dat de visies kunnen verschillen, dat er ruimte is voor een afwijkende mening en voor dialoog, maar dat het uitgangspunt steeds is: werken vanuit je eigen overtuiging, dienstbaar en met respect voor anderen en steeds op zoek naar ‘de echte waarheid’.
. Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding wil uitgaande van haar eigen visie, studenten de ruimte geven zelf een visie te ontwikkelen. Hoewel de opleiding hier soms een spanningsveld voelt, heeft het visitatieteam de indruk dat studenten voldoende ruimte krijgen.
7.4 Het leerklimaat •
• •
•
In de nota Opleidingsvisie Journalistiek staat hierover onder andere: De opleiding verzorgt onderwijs. Onderwijs wordt aangeboden opdat de student kan leren. Daarom biedt de opleiding onderwijs aan dat stimulerend is voor het leren van de student. Deze gedachte berust niet in de eerste plaats op een streven naar effectiviteit maar op het uitgangspunt dat elk mens door God geschapen is en zich op unieke wijze mag ontplooien. Om aan dit uitgangspunt vorm te geven besteedt de opleiding zeer veel aandacht aan de begeleiding van de studenten. Dit aspect is bij het onderwerp ‘Voorzieningen’ onder het facet ‘studiebegeleiding’ verder uitgewerkt. Uit de gevoerde gesprekken met docenten en studenten blijkt dat er sprake is van een echte ‘leergemeenschap’ met veel oog voor individuele verschillen en behoeftes. Studenten worden door de docenten echt gekend. Dit wordt door meerdere studenten genoemd als een van de sterke punten van de opleiding. De opleiding heeft een ‘studiedag cultuur’ georganiseerd, waarbij zowel docenten als studenten betrokken waren. In de ‘Voortgangsrapportage Interne Kwaliteitszorg’ d.d. 5 februari 2005, staat vermeld dat de uitkomsten van deze studiedag in het opleidingsprogramma zullen worden verwerkt.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: In de beschrijving van het leerklimaat in de nota Opleidingsvisie Journalistiek staat de student centraal. In de praktijk van alledag blijkt dit ook echt zo te zijn.
Beoordeling van het onderwerp ‘Christelijk karakter van de opleiding’ Het visitatieteam heeft geconstateerd dat de christelijke identiteit van de opleiding op papier helder is verwoord en in de praktijk wordt waargemaakt. Het curriculum is qua opzet en uitvoering van deze identiteit doortrokken, zonder evangeliserend over te komen. De opleiding heeft een persoonsgericht, prikkelend leerklimaat. Ook niet-christenen kunnen zich hier thuis voelen, mits zij bereid zijn vanuit hun eigen visie, met respect voor anderen te werken en te leren.
Pagina 34 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Bijlage 1: Programma 25 april 2005 09.30-10.00 uur
Opleidingsmanagement, lid CvB Start up; kennismaken, toelichting op visitatie, doornemen programma - de heer dr. W.L Willemsen - de heer dr. P. Blokhuis - de heer drs. B.G. de Looij
10.00-12.00 uur
Opleidingsmanager, coördinator, jaarteamleiders Domeinspecifieke eisen, bachelorniveau, hbo-oriëntatie programma van de opleiding, didactisch concept, toetsing en examinering - de heer dr. P. Blokhuis - de heer drs. B.G. de Looij - de heer P. van de Breevaart - de heer drs. B.J. Noorlander
12.00-12.30 uur
Rondleiding faciliteiten
12.30-14.00 uur
Visitatieteam Documentenonderzoek, lunch.
14.00-15.00 uur
Werkveldcommissie Domeinspecifieke eisen, HBO-oriëntatie, programma, opleidingsprofiel en beoordelingsprofiel - de heer F. Bolder - de heer M. Jochemsen - mevrouw R. Wiskerke
15.00-16.00 uur
Studieadviseurs, stage- en afstudeerbegeleiding Domeinspecifieke eisen, hbo oriëntatie, programma - de heer drs. B.G. de Looij - mevrouw C.J.M. Helms - de heer drs. J.C. Snel - de heer drs. T. Veen - de heer dr. Tj. Van der Ziel
16.00-17.30 uur
Visitatieteam Aanvullend documenten onderzoek
17.30-18.00 uur
Opleidingsmanagement Terugkoppeling bevindingen van de visitatiedag
Pagina 35 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
26 mei 2005 09.30-11.00 uur
Docenten verdeeld over de verschillende blokken, jaren en deelgebieden Eindtermen en competenties, programma van de opleiding, lesmodulen/blokken, toetsing, HRM beleving - de heer P. van de Breevaart - de heer drs. B.J. Noorlander - mevrouw C.J.M. Helms - de heer drs. B.G. de Looij - de heer dr. Tj. Van der Ziel
11.00-12.00 uur
Opleidingsmanagement, opleidingscoördinatoren Communicatie en Journalistiek Protestants christelijke identiteit - de heer dr. P. Blokhuis - de heer drs B.G. de Looij (Journalistiek) - de heer drs. T. Veen (Communicatie)
12.00-13.00 uur
Documentenonderzoek, lunch
13.00-14.00 uur
Studenten (2 per leerjaar in totaal 8 studenten) Studielast, kwaliteit opleiding, communicatie, studiebegeleiding, praktijkgerichtheid - jaar 1: Henk-Jan van de Kolk, Gonneke Prak - jaar 2: David Bonsink, Harmke Grootenboer - jaar 3: Rosanneke Jongbloed (GP), Sytze Braaksma (RTV) - jaar 4: Gertjan de Jong (GP), Sahar Noor (RTV)
14.00-15.00 uur
Oud-studenten (korter dan vijf jaar afgestudeerd) Resultaten opleiding. Aansluiting bij de praktijk - Hanneke Goudappel (GP) - Sander van Snippenberg (GP) - Judith Moerman (RTV) - Kim Tanghe-Spier (RTV)
15.00-16.30 uur
Visitatiecommissie Aanvullend onderzoek, intern beraad
16.30-17.00 uur
Opleidingsmanagement, CvB Terugkoppeling bevindingen
Pagina 36 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Bijlage 2: Documenten Documenten die zijn bestudeerd: * Activiteitenplan Kwaliteitszorg 2002/2003-2006/2007 * Beleidsplan Internationalisering 2002/2005 * Algemene informatiegids * Blokboeken, blokevaluaties, -analyses * CHE Competentieprofiel personeel * CV's docenten * Exitinterviews * Handboek Kwaliteitszorg * Handboek Personeelsontwikkeling * Handleiding eindgesprek en afsluiting opleiding Journalistiek * Jaaractiviteitenplan 2004/2005 * Jaarverslag 2002-2003 * Landelijk Beroepsprofiel Journalistiek * Literatuurlijst * Nota Afstuderen * Nota eindgesprek * Nota Kerncompetenties en competentiemanagement * Onderwijs- en examenregeling * Opleidingsgids Journalistiek * Opleidingsvisie Journalistiek * Overzicht rendementscijfers * PZ-overzicht * Rapport 'Toetsing leerlijnen Journalistiek' * Stagegidsen jaar 2 en jaar 4 * Stagenota, stageplannen, verslagen en beoordelingen * Toetsbeleidsplan J&C * Toetsplannen * Toetsen, vastgelegde beoordelingen van toetsen, afstudeerverslagen en beoordelingen * Toetsoverzicht * Tutorenhandleiding * Uitkomsten en analyses studentenenquêtes * Vaklijnen Onderzoek en Massacommunicatie * Verslagen extern deskundige bij eindgesprekken * Verslagen studiedagen 'Toetsing' en 'Competentiegericht' onderwijs * Verslagen Werkveldcommissie * Verslagen MT en docentenvergaderingen * Voortgangsrapport Kwaliteitszorg * VWO-route Journalistiek * Wetenschappelijke oriëntatie docenten * Zelfevaluatierapport opleiding Journalistiek
Pagina 37 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Bijlage 3: Domeinspecifiek referentiekader Als uitgangspunt voor het domeinspecifieke referentiekader heeft het visitatieteam het document ‘Beroepsprofiel HBO-opleidingen Journalistiek’ uit 2001genomen. Hoofdstuk 3 is hieronder afgedrukt. 3. Beroepsprofiel 3.1 Profielbeschrijving De beginnende beroepsbeoefenaar die wij opleiden is een professioneel handelende journalist die via de media en doelgroepgericht informatie in de openbaarheid brengt en zo een bijdrage levert aan het publieke debat. De professionaliteit uit zich in het toepassen van een breed scala van journalistieke vaardigheden en het oordelen over het journalistieke handelen, de journalistieke producten en op de ontwikkeling van het journalistieke vak in de maatschappelijke werkelijkheid. De beginnende journalist heeft een brede kennis van en inzicht in de pluriforme maatschappelijke werkelijkheid, zowel nationaal als internationaal en is in staat zijn kennis en inzicht ten behoeve van zijn product snel en op onafhankelijke wijze te vergaren en te verdiepen. Hij werkt nauw samen met anderen in redacties, beschikt over goede communicatieve vaardigheden en kan onder tijdsdruk produceren. Hij kent en onderkent zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid en de ethische conventies van het vak, en kan zich op dat punt verantwoorden. 3.2 Beschrijving functies en media In welke beroepen in de journalistieke arbeidsmarkt kan onze afgestudeerde terecht? Een afgestudeerde van opleidingen voor Journalistiek in Tilburg, Utrecht, Zwolle en Ede kan als beginnend beroepsbeoefenaar, in dienstverband of freelance, in het journalistieke werkveld aan de slag op uitvoerend niveau als verslaggever/(opmaak)redacteur of programmamaker, binnen één van de volgende media: a. de nieuwsgeoriënteerde geschreven pers: de landelijke en regionale dagbladen, de huis-aanhuisbladen, de nieuwsbladen, de landelijke en regionale persbureaus, opiniebladen en kabelkrant; b. de tijdschriften en overige periodieken: de publiekstijdschriften, de vaktijdschriften, de omroepbladen, de bedrijfsbladen en de sponsored magazines; c. de publieke en commerciële radio: bij landelijke, regionale en lokale radioredacties; d. de publieke en commerciële televisie: bij landelijke, regionale en lokale televisieredacties en teletekst; e. de nieuwe media: op de redactie van nieuwskranten en magazines op internet, intranet enz. Voorts heeft de student de potentie om na enige jaren praktijkervaring in de functie van journalist op uitvoerend niveau door te groeien naar coördinerende, leidinggevende functies: eindredacteur of chef redactie. 3.3 Beschrijving werkzaamheden van de journalist Wat doet die afgestudeerde journalist? In het werkproces vallen de volgende elementen te onderscheiden: * Zelfstandig bepalen van een relevant en passend onderwerp gegeven het schrijf- en/of productiedoel en de doelgroep van een bepaald medium. * Het plannen van het werkproces zodanig dat het product binnen de deadline kan worden afgeleverd. * Verwerven van informatie: nieuwsgaren en researchen van een onderwerp via bronnenonderzoek, vanuit een brede kennis van de maatschappij en een verantwoorde visie op het gebruik van bronnen. * Bewerken van de informatie: ordenen, beoordelen en gemotiveerd en kritisch selecteren, van en reflecteren op de verworven informatie.
Pagina 38 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
* Verwerken van de informatie in een adequate journalistieke en publiekgerichte vorm voor specifieke media. * Reflecteren op het eigen werkproces en product, op dat van anderen al dan niet binnen de redactie, en op de ontwikkelingen van het vak in het algemeen. Het gaat daarbij om een geheel van met elkaar te verbinden en naar elkaar verwijzende werkzaamheden. De journalist voert zijn werkzaamheden of taken uit binnen de functionele context van een redactie of (journalistiek) bedrijf en in brede zin die van de samenleving, waaruit ook eisen voortvloeien waaraan hij moet kunnen voldoen. 3.4 Beroepsprofiel in termen van competenties en kwalificaties Over welke competenties dient de journalist dus te beschikken? De journalist moet: 1. Zelfstandig bepalen wat relevante, passende onderwerpen en invalshoeken zijn, gegeven het schrijf en/of productiedoel van een bepaald medium. 2. Kunnen plannen en organiseren van journalistiek werk. 3. Snel en gericht informatie betreffende het onderwerp kunnen verzamelen met nieuwsgaringtechnieken en methoden van research. 4. Uit de verzamelde informatie de voor het product belangrijke informatie kunnen selecteren. 5. Informatie in zijn producten op een goede wijze kunnen ordenen. 6. Informatie kunnen verwerken in een adequate journalistieke vorm voor diverse media. 7. Eigen producten en handelen kunnen verantwoorden en andermans werk kunnen evalueren. 8. Kunnen reflecteren op de ontwikkelingen van het vak. 9. Kunnen werken in teamverband en/of redactieverband. 10. Kunnen werken in een organisatie of (eigen) bedrijf. Deze competenties zijn abstracte grootheden. We concretiseren ze door aan te geven over welke kwalificaties beroepsbeoefenaren moeten beschikken, om die competenties aan de dag te kunnen leggen. 1.
-
2. -
Relevante en passende onderwerpen en invalshoeken kunnen kiezen, gegeven het schrijf en/of productiedoel van een bepaald medium Om (1) te kunnen moet de journalist: een grote mate van nieuwsgierigheid/betrokkenheid hebben naar/bij de maatschappelijke ontwikkelingen; de actualiteit kennen en vanuit een gedegen algemene kennis van de maatschappij de nieuwswaardigheid van een onderwerp kunnen inschatten; zijn doelgroep goed kennen en de relevantie van het onderwerp voor de doelgroep kunnen bepalen; de mogelijkheden van het medium goed kennen om te bepalen of het onderwerp zich leent voor publicatie via dat medium; inzicht hebben in zijn rol als journalist en zijn eigen normen en waarden die mede bepalen welk onderwerp hij kiest. Kunnen plannen en organiseren van journalistiek werk Om (2) te kunnen moet de journalist: benodigde tijd kunnen inschatten en inzet van anderen kunnen inplannen; een realistisch werkplan kunnen maken; op deadline kunnen werken.
Pagina 39 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
3.
4. 5. 6.
-
Snel en gericht informatie betreffende het onderwerp kunnen verzamelen met nieuwsgaringtechnieken en methoden van research Om (3) te kunnen moet de journalist: beschikken over een brede algemene ontwikkeling; kennis hebben van belangrijke persbureaus, naslagwerken, databanken, het internet etc. en dit efficiënt kunnen gebruiken; relevante zegslieden kunnen benaderen en (telefonisch) interviewen; uit eigen waarneming gericht informatie ter plekke kunnen verzamelen; al zijn bronnen kunnen beoordelen op toegankelijkheid, betrouwbaarheid en relevantie; zijn bronnen efficiënt en effectief kunnen benaderen; het belang onderkennen van het opbouwen en onderhouden van netwerken; gericht informatie kunnen registreren in tekst, beeld en geluid; evenwicht kunnen brengen in zijn berichtgeving door methoden als hoor/wederhoor en check/doublecheck stelselmatig te hanteren; informatie kunnen vergaren uit bronnen in minstens twee vreemde talen. Uit de verzamelde informatie de voor het product belangrijke informatie kunnen selecteren Om (4) te kunnen moet de journalist: de verzamelde informatie kunnen analyseren en interpreteren; hoofdzaken van bijzaken kunnen onderscheiden; rekening houden met de ruimte- en of tijdsbeperkingen van zijn product; besef hebben van de impact die bepaalde informatie heeft op zijn doelgroep en het verloop van het maatschappelijk debat; besef hebben van de noodzakelijkheid van bepaalde informatie vanwege de logica van het verhaal; gevoel hebben voor de meerwaarde van treffende citaten, details, voorbeelden, beelden en sfeerbepalende elementen; kunnen selecteren op basis van juistheid, betrouwbaarheid en volledigheid van informatie. Informatie in zijn producten op een goede wijze kunnen ordenen Om (5) te kunnen moet de journalist: logische en chronologische ordeningen kunnen aanbrengen; ordening vormtechnisch zichtbaar kunnen maken; kunnen ordenen op grond van structuurconventies van het gekozen genre; kunnen ordenen op basis van relevantie (omgekeerde pyramidebouw). Informatie kunnen verwerken in een adequate journalistieke vorm voor diverse media Om (6) te kunnen moet de journalist: zich in woord en geschrift correct kunnen uitdrukken in de Nederlandse taal; zich kunnen bedienen van journalistieke genres en bijbehorende stijltechnieken; informatie creatief kunnen verwerken en vormgeven, oog hebbend voor de specifieke vormgevingsmogelijkheden van de verschillende media; informatie kunnen uitdrukken in beeldtaal, fotomateriaal, schema's en infographics kunnen verwerken; kunnen werken met combinaties van woord, beeld en geluid; koppen, tussenkoppen, titels en onderschriften adequaat kunnen gebruiken; eindredactie kunnen plegen op door hemzelf en anderen vervaardigde producten;
Pagina 40 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
-
7. -
-
8.
-
kunnen werken met de voor het vak belangrijke technische verwerkingshulpmiddelen, zoals tekstverwerkers, grafische systemen, montageapparatuur; kunnen samenwerken met vormgevers, cameralieden, geluidtechnici en nieuwe-mediatechnici en inzicht hebben in de mogelijkheden van hun instrumentarium. Eigen producten en handelen kunnen verantwoorden en andermans werk kunnen evalueren Om (7) te kunnen moet de journalist: een helder beeld hebben van de kwaliteiten waaraan journalistieke producten moeten voldoen; op grond daarvan eigen en andermans werk kritisch kunnen beschouwen en het oordeel helder en gemotiveerd kunnen overbrengen aan anderen, gebruikmakend van basale grammaticale en tekstanalytische begrippen; basaal inzicht hebben in de adequaatheid van woordkeuze, in mogelijke creatieve stijlvormen en de gebruiksmogelijkheden van beide in de journalistiek; basaal inzicht hebben in het gebruik van beeldelementen en de gebruiksmogelijkheden daarvan in journalistiek werk; de ten behoeve van zijn product gemaakte keuzes ten aanzien van bronnen, aanpak en uitvoering kunnen toelichten en verantwoorden; het product en het journalistiek handelen op basis van ethische maatstaven kunnen verantwoorden. Kunnen reflecteren op de betekenis van en de ontwikkelingen binnen het vak Om (8) te kunnen moet de journalist: kennis hebben van de plaats en de invloed van het vak in de samenleving; kennis hebben van de belangrijke ontwikkelingen en theorieën m.b.t. het vak; een eigen standpunt kunnen bepalen t.a.v. die ontwikkelingen en dat standpunt kunnen motiveren; kunnen deelnemen aan discussies over het vak; een standpunt inzake een vakonderwerp kunnen uitwerken in een opiniërend artikel.
9.
Kunnen samenwerken in teamverband en/of redactieverband Om (9) te kunnen moet de journalist: kunnen samenwerken met collega's om te komen tot een collectief product; de competenties 1 t/m 7 in teamverband kunnen gebruiken; beschikken over goede vergadertechnieken; leiding kunnen geven en geleid kunnen en willen worden; zich houden aan afspraken; goede sociale omgangsvormen bezitten; kunnen werken met productformules en redactiestatuten.
10.
Kunnen werken binnen een organisatie of (eigen) bedrijf Om (10) te kunnen moet de journalist: kennis hebben van de organisatiestructuren van journalistieke bedrijven; kennis hebben van de productieprocessen in journalistieke bedrijven; kennis hebben van de overlegstructuren binnen journalistieke bedrijven; zicht hebben op de rechten en plichten van werknemers; een eigen 'bedrijf' (freelance praktijk) praktisch en financieel kunnen inrichten en managen; zichzelf en zijn ideeën kunnen presenteren bij collega's en opdrachtgevers.
-
Pagina 41 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Toelichting Alle scholen bieden een opleiding aan die studenten in staat stelt de hierboven genoemde competenties te verwerven, tot het niveau van de beginnende beroepsbeoefenaar. Leiding kunnen geven betekent in dit verband dus niet: de redactie van een dagblad kunnen leiden, maar wel: de rol van eindredacteur kunnen vervullen bij de productie van een van de schoolmedia. Het eigen journalistiek handelen evalueren betekent bijvoorbeeld: een verantwoording kunnen schrijven bij een verhaal of item van eigen hand. Het HBO-karakter van de opleiding komt in de formulering van de kwalificaties direct tot uiting. De complexiteit van de aan te leren kennis, vaardigheden en houding, alsmede de centrale positie die communicatieve vaardigheden en inzicht in het communicatieve proces daarin innemen, zijn kenmerkend voor het hbo-niveau. Dat geldt ook voor de complexiteit van handelen, de grote diversiteit aan communicatieve technieken, en de centrale rol van eigen inbreng en creativiteit in het journalistieke beroep en in de opleiding. Gegeven de ontwikkelingen in het beroep is aandacht voor analytische vaardigheden en probleemoplossend werken, van groot belang, hetgeen het HBO-karakter van de opleiding mede onderstreept. Ook de centrale plaats voor het aanleren van maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef en de ontwikkeling van eigen, persoonlijke visie, aanpak en stijl van werken zijn eigen aan de journalistieke opleiding en tekenen het hbo-niveau. Opleidingsprofiel Hoe de opleidingen willen bereiken dat alle studenten alle bovengenoemde competenties kunnen verwerven, met welke opdrachten, cursussen of andere onderwijsactiviteiten, met welke toetsingssystematiek, welke selectiemethoden en didactische aanpakken, dat alles valt te lezen in de afzonderlijke opleidingsprofielen. De beoordeling van de opleidingsprofielen is overigens in eerste instantie niet een zaak voor de vertegenwoordigers van het werkveld. Wel controleert de overheid, door middel van het instrument van visitatie (en in de toekomst met de systematiek van het accrediteren), of de opleiding zich terecht een Hogere opleiding noemt, zich terecht een Beroepsopleiding noemt, en of zij borg staat voor goed Onderwijs. Met name bij de toetsing van de beroepsgerichtheid fungeert het beroepsprofiel als een kaderstellend document.
Pagina 42 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Bijlage 4: Visitatieteam Drs. R. de Lusenet (1954), teamleider De heer De Lusenet is sinds eind 2003 actief betrokken bij Certiked, als extern deskundige en teamleider bij visitaties in het hoger onderwijs en auditor op het gebied van ISO-certificering van kennisintensieve organisaties. In zijn overige werkzaamheden als zelfstandig organisatieadviseur is hij gespecialiseerd in Human Resources Management, opleiding en training, kwaliteitsmanagement en professionalisering van het management binnen organisaties. De heer De Lusenet is ruim twintig jaar in leidinggevende/ bestuurlijke functies verbonden geweest aan ( internationaal opererende) organisatieadviesbureaus (waaronder KPMG Management Consulting en GITP International) en was in die hoedanigheid verantwoordelijk voor onder andere kwaliteit van de dienstverlening, professionalisering en innovatie. De heer J.L. Galema (1965), extern deskundige De heer Galema studeerde af aan de Christelijke Academie voor Journalistiek in Kampen en werkt inmiddels twintig jaar in de journalistiek. Ondermeer als freelance eindredacteur bij de televisie (Avro, NCRV, Endemol); als redacteur en verslaggever bij de radio (Avro, KRO, NCRV); als eindredacteur en literair boekbespreker (Twentsche Courant), sportverslaggever (Krant op Zondag), chef sport (HP/De Tijd op Zondag) en columnist (Elsevier). In de periode maart t/m juni 2005 was hij ontwikkelaar en eindredacteur van het NCRV & EO programma “Debat op 1”. Mevrouw drs. P.AM. van Sonsbeeck-van den Brink (1947), secretaris Mevrouw Van Sonsbeeck heeft ontwikkelingspsychologie gestudeerd aan de RUU. Aanvankelijk werkte zij als psycholoog voor een Schoolbegeleidingsdienst, daarna een aantal jaren als freelance trainer. Vanaf 1992 heeft zij uitgebreide werkervaring opgedaan in het toetsen van opleidingen, zowel via CEDEO als via de Stichting Post-HBO. Mevrouw R. Mehra (1980), studentlid Mevrouw Mehra is laatstejaars Bestuurs- en Organisatiewetenschap aan de Universiteit Utrecht. In het derde jaar van haar studie heeft zij tevens een half jaar onderwijs gevolgd aan de faculteit Economie en de faculteit Politicologie aan de universiteit van Rome. Naast het studeren is mevrouw Mehra ook op andere terreinen actief, waaronder het Interstedelijke Studenten Overleg (ISO) te Utrecht.
Pagina 43 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Bijlage 5: Onafhankelijkheidsverklaringen Drs. R. de Lusenet J.L. Galema Drs. P.A.M. van Sonsbeeck-van den Brink R. Mehra
Pagina 44 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Bijlage 6: Samenhang leerlijnen en hbo-kwalificaties en beroepscompetenties
Pagina 45 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc
CHE © Certiked
Bijlage 7: De leerlijnen (overgenomen uit de Opleidingsgids Journalistiek 2004-2005) In het voorafgaande zijn genoemd de beroepscompetenties en de algemene competenties. Dat zijn doelen die in het onderwijs bereikt moeten worden. Daarnaast heeft de opleiding nog eigen onderwijsdoelen (de eerder genoemde 30%). Ter wille van de samenhang in het curriculum is het curriculum geordend met behulp van leerlijnen. Onder een leerlijn verstaan we een doorlopende lijn in het curriculum aan het eind waarvan eindtermen staan die bij elkaar horen (competenties, vaardigheden, kennis, houding). Alles wat bijdraagt aan het bereiken van die eindtermen, wordt gekoppeld aan de betreffende leerlijn. Bij het onderscheiden van een leerlijn is een belangrijk criterium de manier van toetsen. Wat altijd in samenhang wordt getoetst, wordt aan dezelfde leerlijn gekoppeld. Bij Journalistiek wordt de kennis van de omgeving/maatschappij getoetst door middel van grote kennistoetsen aan het eind van een blok. Daarom worden alle vakken die een bijdrage leveren aan de kennis van de omgeving aan dezelfde leerlijn gekoppeld. Het is voorstelbaar kennis te toetsen in kleine stukjes. De opleiding wijst dat af omdat de journalist in zijn werk een hoeveelheid kennis paraat moet hebben die vele terreinen omvat. Beroepscompetenties die gezamenlijk worden getoetst en in het onderwijs tegelijk geoefend worden, worden eveneens aan dezelfde leerlijn gekoppeld. Een leerlijn strekt zich uit over enkele jaren, soms van het begin van de opleiding tot aan het eind ervan. Stapsgewijs bereikt de student de gewenste eindtermen. Daarom worden binnen de beroepscompetenties niveaus onderscheiden, meestal drie. De opleiding Journalistiek kent de volgende leerlijnen. 1. Leerlijn productgerichte competenties. Bij deze leerlijn horen de eerste zes competenties van het beroepsprofiel. 2. Leerlijn samenwerking. Bij deze leerlijn horen de competenties negen en tien van het beroepsprofiel. 3. Leerlijn intermediaire vaardigheden. Dit zijn vaardigheden die geen deel uitmaken van de beroepscompetenties. Ze worden in de beroepsuitoefening voorondersteld: Nederlands, vreemde talen, informatica, sociale vaardigheden, grafische vormgeving, e.d. 4. Leerlijn kennis van de omgeving. Deze leerlijn betreft kennis van de omgeving/maatschappij waarin de journalist werkzaam is en die voor de beroepsuitoefening relevant is. 5. Leerlijn reflecteren. Bij deze leerlijn hoort beroepscompetentie zeven,het reflecteren op het eigen functioneren van de student op school en in de praktijk en op het functioneren van anderen. 6. Leerlijn visie. Bij deze leerlijn hoort de visie op het beroep en ontwikkelingen in het beroep,inclusief levensbeschouwelijke, wijsgerige en ethische aspecten daarvan. Bij deze leerlijn is beroepscompetentie acht ondergebracht.
Pagina 46 van 46 CHE - opleiding Journalistiek dv 0510.doc