Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
ONDERZOEKSVERSLAG Rapportage van de toetsing van
HBO Verpleegkunde Gereformeerde Hogeschool Croho-registratienummer: 34560 aan het NVAO Accreditatiekader De visitatie vond plaats op 9 mei en 15 juni 2006
Inhoud van het verslag Identificatie ...............................................................................................................................................2 Managementsamenvatting.........................................................................................................................3 Bevindingen ..............................................................................................................................................5 1. Onderwerp: doelstellingen opleiding....................................................................................................6 2. Onderwerp: programma .....................................................................................................................11 3. Onderwerp: inzet van personeel .........................................................................................................25 4. Onderwerp: voorzieningen..................................................................................................................29 5. Onderwerp: interne kwaliteitszorg .....................................................................................................32 6. Onderwerp: resultaten ........................................................................................................................36 7. Onderwerp: Bijzonder kenmerk Protestants-christelijke identiteit ....................................................40 Bijlage 1: Programma..............................................................................................................................43 Bijlage 2: Documenten............................................................................................................................46 Bijlage 3: Domeinspecifiek referentiekader: beroepscompetenties........................................................48 Bijlage 4: Visitatieteam...........................................................................................................................49 Bijlage 5: Onafhankelijkheidsverklaringen.............................................................................................50 Bijlage 6: Vergelijking Dublin Descriptoren met geformuleerde verpleegkundige competenties .........51
De verantwoordelijke teamleider: mevrouw dr. M.S.Leloux namens deze,
M.I. van de Velde Certiked Oktober 2006
Pagina 1 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Identificatie Gereformeerde Hogeschool Grasdorpstraat 2 8012 EN Zwolle Telefoon: 038 - 425 55 42 Website: www.gh-gpc.nl Voor kwaliteit verantwoordelijke bestuurder: G.J. Westrik, MScN
Scope en doel De visitatie heeft betrekking op: • Gereformeerde Hogeschool • HBO Verpleegkunde • Voltijd, deeltijd en duaal • Locatie Zwolle Doel van het onderzoek is te beoordelen in welke mate het NVAO Beoordelingskader (februari 2003) adequaat worden afgedekt.
Teamsamenstelling Teamleider: mevrouw dr. M.S.Leloux Extern deskundige: Dhr. J. Veldkamp Secretaris: mevrouw drs. P.A.M. van Sonsbeeck Studentlid: mevrouw C. Grootendorst
Werkwijze De opleiding heeft een zelfevaluatie opgesteld ten aanzien van de gevisiteerde opleiding, en deze doen toekomen aan het visitatieteam op 18 april 2006. De visitatie is uitgevoerd op 9 mei en 15 juni 2006. Op 8 mei heeft een voorbereidende bijeenkomst plaatsgevonden. Het conceptrapport is totstandgekomen door nauwe samenwerking tussen de teamleden. De teamleden hebben voor aanvang van de visitatie, tijdens de visitatiedagen en bij het schrijven van het rapport hun bijdrage kunnen leveren volgens de daartoe vastgestelde procedures. Het concept is in gezamenlijkheid vastgesteld. Het conceptrapport is op 18 augustus 2006 toegezonden aan het management van de opleiding. Op 26 september 2006 zijn schriftelijke reacties opgesteld door de opleiding, die hebben geleid tot onderhavig definitief rapport. In de aanloop naar de visitatie is er éénmaal, namelijk op 10 februari 2006, contact geweest tussen het visitatieteam en vertegenwoordigers van de Hogeschool. Deze bijeenkomst had een voorlichtend en planningstechnisch karakter.
Pagina 2 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Managementsamenvatting Op 9 mei en 15 juni 2006 heeft een visitatieteam van Certiked een visitatie uitgevoerd bij de opleiding HBO-V van de Gereformeerde Hogeschool. Doelstelling was een toetsing uit te voeren van de kwaliteit van de opleiding, gerelateerd aan het NVAO Beoordelingskader. Bij de ontwikkeling van het competentiegerichte leerplan is een principiële keuze gemaakt voor het gezamenlijk ontwikkelen van de drie varianten voltijd, deeltijd en duaal. Het inhoudelijke opleidingskader en het niveau gelden onverkort voor alle varianten. Het onderwijsconcept is identiek om studenten uit de verschillende varianten met elkaar samen te laten werken om daardoor optimaal van elkaar te kunnen leren. Teksten die op de deeltijd en duale variant betrekking hebben zullen cursief worden weergegeven.
Algemeen beeld De opleiding HBO-V van de Gereformeerde Hogeschool Zwolle is een ambitieuze verpleegkundige opleiding en levert goede en kritisch denkende beginnende beroepsbeoefenaars af. Het goede niveau der afstudeerders is onder andere af te lezen uit het hoge niveau van de afstudeerscripties. Uit de gesprekken die het visitatieteam met de verschillende stakeholders heeft gevoerd komt een consistent beeld naar voren dat de studenten die deze opleiding hebben gedaan goed hebben ‘leren leren’ zodat ze in de verschillende beroepspraktijken goed uit de voeten kunnen. Studenten en alumni zijn tevens positief over hun beroepshouding en holistische mensvisie. Dit wordt gezien als sterk punt van deze opleiding. Het competentiegerichte onderwijs wordt nu ingevoerd. De beroepscompetenties zijn samen met het beroepenveld en met de overige HBO-V opleidingen in Nederland vastgesteld. De Hogeschool heeft samen met de Christelijke Hogeschool te Ede gekozen voor een op hun christelijke identiteit geschoeide eigen invulling, waarbij de landelijke beroepscompetenties geïntegreerd zijn tot tien ‘eigen’ verpleegkundige beroepscompetenties. Hierbij oriënteert men zich op het Neuman Systems Model waarbij elk verpleegkundig handelen benoemd wordt in termen van preventie. Daarnaast is er in het curriculum voldoende aandacht voor andere verpleegkundige theorieën. Het HBO-niveau van de opleiding wordt mede geborgd aan de hand van Dublin Descriptoren waaraan men de eindkwalificaties heeft getoetst. Met deze eigen definiëring beantwoordt de opleiding aan de wettelijke vereisten voor hogere beroepsleidingen en sluit zij in voldoende mate aan bij de beroepspraktijk. De vierjarige opleiding voorziet in een drietal uitstroom-profielen op het gebied van Algemene Gezondheidszorg (AGZ), Geestelijke Gezondheiszorg (GGZ) en MGZ. Er zijn een drietal nieuwe profielen in ontwikkeling, namelijk Global Nursing, Praktijkondersteuner huisartsenpraktijk en ‘Verpleegkundige GGZ, junior SPV-er’. De christelijke identiteit van de opleiding is onderdeel van de missie van de GH. Deze identiteit wordt volgens de verschillende stakeholders eigentijds en met behoud van de eigen kenmerken neergezet. Hierbij weet men de studenten in voldoende mate en met voldoende openheid en respect voor te bereiden op de culturele diversiteit van de beroepspraktijk. Het visitatieteam ziet dit als een extra kwaliteitskenmerk van de opleiding.
Pagina 3 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
De opbouw en samenhang van het competentiegerichte programma ziet er degelijk en weldoordacht uit, en wordt door het visitatieteam als goed beoordeeld. De aanzet tot én de uitwerking van de studieloopbaanbegeleiding is ook goed, evenals de methodische praktijkbegeleiding die de student de juiste handvaten biedt om de grillige beroepspraktijk te kunnen hanteren. Binnen het onderwijsprogramma komt de beroepspraktijk op een juiste wijze aan de orde, bijvoorbeeld door onderwijsmodules thematisch rond bepaalde zorgcategorieën te centreren, en door stages en afstudeerprojecten in het onderwijs in te bouwen. Ook de docenten onderhouden goede banden met de beroepspraktijk waardoor er een goede actualiteit in de opleiding zit. De docenten tonen zich als zeer betrokken medewerkers, die hart hebben voor hun studenten en hen ook allemaal individueel kennen. Ze zetten zich tevens enthousiast in voor de nieuwe onderwijsontwikkeling en zetten het competentiegerichte leren op deze manieren ook goed en herkenbaar voor studenten in. De kwaliteitszorg is wel een punt van aandacht voor de opleiding. De opleiding verdient lof voor het feit dat de aanbevelingen van het vorige visitatieteam zo adequaat zijn opgepakt. De zogenaamde ‘kleine kwaliteit’ is, doordat we met een kleine opleiding te maken hebben met veel informele contacten, voldoende en ook het ontwikkelen van het nieuwe onderwijsconcept gebeurt aantoonbaar vanuit een houding van kwaliteitsverbetering. Toch is het visitatieteam van mening dat de opleiding (binnen de eigen context en mogelijkheden) dient te zoeken naar een verdere institutionalisering en professionalisering van kwaliteitszorgprocessen en tevens een meer transparante informatievoorziening over kwaliteitsverbeteringen richting stakeholders (studenten, docenten). Omdat het opleidingsmanagement en de docenten aangeven dat de werkdruk behoorlijk hoog is, dient er tevens te worden nagedacht over efficiencyverbetering en verdere structurering van het primaire onderwijsproces. Misschien moeten er keuzes worden gemaakt ten gunste van de onderwijskwaliteitsborging. De competentiegerichte toetsing dient verder te worden aangescherpt. De intersubjectiviteit bij beoordelingen moet gerationaliseerd worden. Het visitatieteam van Certiked heeft vastgesteld, dat de opleiding verpleegkunde van de Gereformeerde Hogeschool in voldoende mate tegemoet komt aan alle gevisiteerde facetten. Een goede beoordeling is gegeven aan aspecten binnen de doelstellingen van de opleiding (facetten 1.1, 1.2 en 1.3), het programma (facetten 2.1, 2.2 en 2.7), het personeel (facet 3.3) en resultaten (facet 6.1). Ook alle facetten binnen het bijzondere kwaliteitskenmerk ‘protestants-christelijke identiteit’ zijn als goed beoordeeld.. Verbeterpunten zijn geconstateerd op het gebied van het gebruik van Engelstalige literatuur, de informatievoorziening, het beoordelen van toetsen, het verbeteren van de student-computer ratio, alsmede enkele aspecten rond het kwaliteitszorgsysteem (implementatie, transparantie). Overwegende dat de opleiding op de essentiële punten voldoende tot zelfs bovengemiddeld scoort en dat de verbeterpunten duidelijk minder prominent zijn, concludeert het visitatieteam van Certiked dat de opleiding Verpleegkunde van de Gereformeerde Hogeschool te Zwolle een voldoende scoort op alle gevisiteerde onderdelen voor alle varianten. Details hieromtrent leest u in de volgende hoofdstukken.
Pagina 4 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Bevindingen Voor de NVAO-onderwerpen zijn hieronder de bevindingen van het visitatieteam weergegeven. Steeds zijn in de ‘blokken’ de NVAO-criteria aangegeven die bij betreffend onderwerp en facetten horen, is een beschrijving gegeven van de bevindingen en wordt vervolgens een beoordeling ten aanzien van betreffend facet gegeven. Tabel 1: Bevindingen van het visitatieteam m.b.t. de opleiding HBO-V, GZ (score gelijk voor alle varianten) Onderwerp en facet Doelstellingen opleiding Domeinspecifieke eisen Niveau: Bachelor Oriëntatie HBO
Positief goed goed goed
Programma Eisen HBO Relatie doelstellingen / inhoud Samenhang programma Studielast Instroom Duur Afstemming vormgeving / inhoud Beoordeling en toetsing
Positief goed goed voldoende voldoende voldoende voldoende goed voldoende
Inzet van personeel Eisen HBO Kwantiteit personeel Kwaliteit personeel
Positief
Voorzieningen Materiële voorzieningen Studiebegeleiding
Positief
Interne kwaliteitszorg Evaluatie resultaten Maatregelen tot verbetering Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld
Positief
Resultaten • Gerealiseerd niveau • Onderwijsrendement
Positief
Bijzonder kwaliteitskenmerk: Protestants-Christelijke identiteit • Differentiatie en profilering • Kwaliteit • Concretisering • Onderscheidend karakter’
Positief
voldoende voldoende goed
voldoende voldoende
voldoende voldoende voldoende
goed voldoende
goed goed goed goed
Pagina 5 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Opmerking vooraf: De HBO-V in Zwolle heeft sinds de invoering van het competentiegerichte leren, vanaf begin 2003 in een actief samenwerkingsverband geopereerd met de HBO-V aan de Christelijke Hogeschool in Ede (CHE). De curriculumvernieuwing is opgevat als een gezamenlijke opdracht, en heeft plaatsgevonden op basis van herkenning van een gezamenlijke levensbeschouwing, met als doel de sterke kanten van de beide opleidingen te benutten. Bij de ontwikkeling van het competentiegerichte leerplan is een principiële keuze gemaakt voor het gezamenlijk ontwikkelen van de drie varianten voltijd, deeltijd en duaal. Het inhoudelijke opleidingskader en het niveau gelden onverkort voor alle varianten. Het onderwijsconcept is identiek om studenten uit de verschillende varianten met elkaar samen te laten werken om daardoor optimaal van elkaar te kunnen leren. Teksten die op de deeltijd en duale variant betrekking hebben zullen cursief worden weergegeven.
1. Onderwerp: doelstellingen opleiding 1.1 Domeinspecifieke eisen De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
De eindkwalificaties van de opleiding Verpleegkunde zijn gebaseerd op het met de landelijke opleidingen Verpleegkunde vastgestelde document ‘Het beroepsprofiel van de verpleegkundige’ (Leistra e.a., 1999) en het rapport ‘Met het oog op de toekomst’ (Pool e.a., 2002). In ‘Het beroepsprofiel van de verpleegkundige’ worden vijf kwalificatieniveaus van verplegen en verzorgen onderscheiden; de HBO-opleiding Verpleegkunde leidt op tot kwalificatieniveau vijf. Het rapport ‘Met het oog op de toekomst’ gaat uit van vijf beroepsrollen van de HBOverpleegkundige: zorgverlener, regisseur, ontwerper, coach en beroepsbeoefenaar. Vanuit deze beroepsrollen zijn de te verwerven HBO-competenties in nauw overleg met het werkveld ontwikkeld. Het competentieprofiel van de opleiding (zie bijlage 3) is gebaseerd op de landelijke kaders en op de eigen visie van de opleiding op het beroep. Uitgaande van haar christelijke identiteit heeft de opleiding eigen accenten gelegd binnen de beroepscompetenties: z.g. opleidingsspecifieke aspecten (OS) nemen daarbij een belangrijke plaats in. Daarbij gaat het om kritisch denken, morele vorming, zorg voor spiritualiteit, de toepassing van het Neuman Systems Model (NSM) en aspecten van de christelijke beroepshouding. Tevens is bij de omschrijving van de eindkwalificaties aansluiting gezocht bij de tien generieke HBO-kernkwalificaties (HBO-Raad 1999), waaraan de GH vanuit haar christelijke identiteit de zorg voor spiritualiteit en kritisch denken (eigenheid en visie) heeft toegevoegd.
Pagina 6 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Het competentieprofiel van de opleiding omvat tien competenties, waar in de gangbare definiëring in het document ‘Met het oog op de toekomst’ wordt uitgegaan van 12 competenties. De laatste twee competenties uit dit basismodel, die zijn gericht op preventie, zijn uitgaande van het NSM geïntegreerd in de eerste 10 competenties opgenomen. Elke competentie is inhoudelijk uitgewerkt in een aantal relevante gedragsindicatoren of ‘succescriteria’ in de vorm van: waarbij het erom gaat dat……. Mede naar aanleiding van ontwikkelingen binnen het beroepenveld en op onderwijskundig gebied is de opleiding samen met de CHE in 2003 gestart met de ontwikkeling van een competentiegericht curriculum, dat in 2004 van start is gegaan. • In het onderwijsprogramma zijn de specifieke profielen meegenomen die geformuleerd zijn door de relevante beroepskoepels, gebaseerd op de vraag uit het beroepenveld (GGZ, Academische Ziekenhuizen / UMC's etc., en MGZ). • Periodieke evaluatie van de eindkwalificaties is punt van aandacht in het Landelijk Opleidingsoverleg HBO-Verpleegkunde (LOO) waarin vertegenwoordigers van de opleiding zitting hebben. • Gelet op de tamelijk recente overgang naar competentiegericht leren en de daarmee samenhangende ontwikkeling van een nieuw curriculum, zijn nog geen gegevens beschikbaar uit een systematische periodieke evaluatie van de eindkwalificaties in communicatie met het beroepenveld. Wel kan gesteld worden dat: o Bij de ontwikkeling en de updating van onderdelen van het curriculum verschillende deskundigen uit het beroepenveld als meelezers en meedenkers zijn betrokken. o Er geregeld overleg wordt gevoerd met vertegenwoordigers van het beroepenveld: met de Werkveldcommissie en trendwatchersgroep op structurele basis, en met praktijkbegeleiders en coördinatoren van stage-instellingen als de gelegenheid zich voordoet. o De opleiding participeert in landelijke overlegsituaties met beroepskoepels, opleidingsdirecteuren en stagecoördinatoren en in het Transferpunt vaardigheidsonderwijs. o Docenten participeren in symposia, congressen en andere bijeenkomsten waarbij geregeld uitwisseling plaatsvindt over onder andere de gehanteerde eindkwalificaties, zoals in het samenwerkingsverband Sciencia Kennistransfer GGZ. • Recente gegevens die inzicht geven over de aansluiting van de eindkwalificaties bij eisen van buitenlandse vakgenoten zijn voornamelijk ontleend aan contacten met gezondheidszorginstellingen binnen Europa waar GH-studenten HBO-V stage lopen, te weten in Bonn (Duitsland), Brugge (België) en Norwich (Verenigd Koninkrijk). Ook heeft de Hogeschool een samenwerking met een confessionele overeenkomstige Amerikaanse instelling opgezet, namelijk het ‘Dordt College’ in Sioux Center, Iowa (USA), waarin ook studenten en docenten verpleegkunde participeren. Het opleidingsmanagement verwacht dat de participatie in het hogeschoolbrede project voor internationalisering (N-SPICE) en het internationaliseringsproject in samenwerking met de CHE in de nabije toekomst op dit punt resultaat zullen afwerpen. •
Pagina 7 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft kunnen vaststellen dat de opleiding volledig aansluit bij de beroepscompetenties van de HBO-verpleegkundige zoals die binnen het hoger beroepsonderwijs Verpleegkunde in Nederland algemeen gehanteerd worden. Hierbij heeft zij deze kwalificaties een eigen kleur gegeven door haar protestants-christelijke visie en eigen identiteit erin te verweven, in samenwerking met ‘collega’s’ van de HBO-V van de CHE. Bij het formuleren en ‘ijken’ van de kwalificaties wordt het nationale beroepenveld op een goede manier betrokken. Ook ‘spiegelt’ de opleiding haar eindkwalificaties, door de contacten met buitenlandse vakgenoten, aan de internationale domeinspecifieke eisen die aan de opleiding Verpleegkunde worden gesteld. Naar eigen zeggen acht de opleiding de contacten binnen het Europese netwerk hiervoor relevanter dan de contacten met stage-instellingen buiten Europa (met uitzondering van haar contacten met de US). Op basis van bovenstaande bevindingen beoordeelt het visitatieteam het aspect ‘Domeinspecifieke eisen’ als goed voor alle varianten. 1.2 Niveau De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
•
De opleiding leidt studenten op tot bachelors met de kwalificaties van een beginnend beroepsbeoefenaar. De beoogde competenties zijn neergelegd in het competentieprofiel en in de per competentie onderscheiden ‘succescriteria’. De competenties van de opleiding zijn zoals hiervoor reeds vermeld gebaseerd op de kwalificaties zoals neergelegd in ‘Het beroepsprofiel voor de verpleegkundige’ en in ‘Met het oog op de toekomst’, waarin nadrukkelijk is aangesloten bij de HBO-kernkwalificaties. De wijze waarop de relatie tussen de niveaueisen die gesteld worden door de Dublin Descriptoren, wat betreft kennis en inzicht, toepassen, oordeelsvorming, communicatie en leervaardigheden, en de verpleegkundige competenties kan worden gelegd, wordt verwoord in een document dat als bijlage is bijgevoegd (bijlage 6). In het Schema Operationalisering Eindkwalificaties (SOE), opgenomen in het document ‘De plaats van de Dublin Descriptoren in het curriculum’, is aangegeven welke beroepscompetenties in de verschillende blokken aan de orde komen en tevens op welke punten inhoud en strekking van de Dublin Descriptoren binnen (de onderdelen van) het curriculum doorwerken. Ook is in voornoemd document de relatie tussen de vier binnen het curriculum gehanteerde leerlijnen en de Dublin Descriptoren weergegeven in een schema: Dublin-descriptoren Kennis en inzicht Toepassing Oordeelsvorming Communicatie Leervaardigheden
Leerlijnen Curriculum HBO-v GH / CHE Conceptuele leerlijn Integratieve leerlijn Vaardighedenlijn Integratieve leerlijn Vaardighedenlijn Reflectielijn Vaardighedenlijn Vaardighedenlijn
Pagina 8 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
Het Leerinhoudenoverzicht, opgenomen in het Opleidingsmodel, geeft per onderdeel van elk blok op een voor ieder inzichtelijke wijze de koppeling van de competenties aan de leerlijnen en de inhouden en werkvormen van de thema’s weer. Het eerder vermelde document ‘De plaats van de Dublin Descriptoren in het curriculum biedt daarnaast een overzicht van de spreiding van de frequentie waarin de descriptoren voorkomen binnen de onderdelen van de opeenvolgende blokken, evenals de relatie tussen de descriptoren en de verschillende toetsvormen.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudeerde documenten heeft het visitatieteam kunnen vaststellen dat de opleiding de relatie tussen de beoogde eindkwalificaties en de Dublin Descriptoren duidelijk heeft verwoord en dat dit aspect tijdens het onderwijs ook veel aandacht krijgt. Op basis hiervan heeft het visitatieteam kunnen constateren dat de beoogde eindkwalificaties voldoen aan de algemeen geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een HBO-bachelor. Het visitatieteam beoordeelt het facet ‘Niveau HBO’ dan ook als goed voor alle varianten.
1.3 Oriëntatie HBO De eindkwalificaties van de opleiding zijn mede ontleend aan de door of met het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties. Een HBO-bachelor heeft de kwalificaties voor het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of in een samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een HBO-opleiding vereist of dienstig is. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• •
•
Zoals vermeld onder 1.1 Domeinspecifieke eisen zijn de eindkwalificaties voor de opleiding ontleend aan het landelijk vastgesteld verpleegkundig beroepsprofiel en adequaat verwoord in het competentieprofiel van de opleiding; het beroepenveld is nauw betrokken geweest bij de opstelling van het beroepsprofiel. Middels de per competentie geformuleerde gedragsindicatoren of succescriteria heeft de opleiding de competenties nader op inzichtelijke wijze uitgewerkt. Voorbeelden van regelrechte toepassing van de generieke kwalificaties binnen het programma zijn terug te vinden in het Programmaboek SLB Jaar 3 en in de Stagenota HBO-V Voltijdse Opleiding Jaar 1 - 3. De student wordt hierin aangespoord haar (zelf)reflectie te oriënteren aan de operationalisering van de HBO-kwalificaties in termen van effectief en niet-effectief gedrag. Door de consequente uitwerking van de beroepscompetenties en succescriteria aan de hand van de vijf verpleegkundige beroepsrollen (zorgverlener, regisseur, ontwerper, coach en beroepsbeoefenaar) wordt binnen het programma duidelijk aangegeven aan welke kwalificaties een beginnend, zelfstandig en / of leidinggevend (verpleegkundig) beroepsbeoefenaar voldoet. Rondom de uitvoering van de competentietoetsing, en via rechtstreekse evaluatie onder afgestudeerden en werkgevers wordt nagegaan of de eindkwalificaties in voldoende mate aansluiten bij de praktijk in het beroepenveld.
Pagina 9 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
Resultaten van de NQA-enquête 2005, de curriculumevaluatie 2005 en de HBO-monitor 2004 geven een positief beeld . o NQA-enquête 2005: Gemiddelde score van bijna 78% op de aansluiting bij Dublindescriptoren, tegenover een landelijke score van ruim 67%. o Curriculumevaluatie 2005: Studenten zijn met een score van 88% overtuigd van het HBOniveau van de opleiding. o HBO-Monitor 2004: Over de opleiding voltijd zijn de volgende relevante benchmarks beschikbaar in verband met de aansluiting tussen opleiding en beroepspraktijk.*
* Benchmarking voor de deeltijdopleiding is niet mogelijk omdat de deelname aan het onderzoek van de HBO-Monitor beperkt bleef tot slechts 1 respondent.
•
•
In de gesprekken met werkveldvertegenwoordigers, afgestudeerden en studenten wordt het positieve beeld bevestigd. Gevraagd naar de verschillen tussen aan de opleiding afgestudeerde verpleegkundigen op HBO-niveau en verpleegkundigen met een MBO-opleiding noemen de gesprekspartners het werken met visie, de aandacht voor reflectie, de ‘levenslang leren houding’ en het ‘boven de stof staan’ (overzicht). De leden van de brede Werkveldcommissie, die ervaring hebben met GH HBO-V stagiaires en afgestudeerden, vinden dat zij in het algemeen duidelijk gedrevener, enthousiaster en serieuzer zijn dan de werkers op niveau 3 en 4 die in de verpleegkundige praktijk vaak werkzaam zijn. De herziening van het curriculum en de invoering van de tweejarige differentiatiefase op de gebieden Algemene gezondheidszorg (AGZ), Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) en Maatschappelijke gezondheidszorg (MGZ) zijn mede in gang gezet naar aanleiding van signalen vanuit het werkveld.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Naar de mening van het visitatieteam zijn de geformuleerde eindkwalificaties in overeenstemming met de eisen die aan een beginnend beroepsbeoefenaar op HBO-bachelorniveau gesteld worden en sluiten dienovereenkomstig goed aan bij hetgeen door het beroepenveld wordt gevraagd van een startende HBO-verpleegkundige. Daarom wordt aan het facet ‘Oriëntatie HBO’ het predikaat goed toegekend voor alle varianten.
Beoordeling van het onderwerp ‘Doelstellingen opleiding’ Het visitatieteam heeft vastgesteld dat de eindkwalificaties van de opleiding goed aansluiten bij de eisen die door vakgenoten en de beroepspraktijk aan de eindkwalificaties in het betreffende domein worden gesteld. Daarbij is de eigen kleur die de opleiding aan deze kwalificaties heeft gegeven een keuze die weloverwogen en met visie is gemaakt. De opleiding kan goed aantonen dat de kwalificaties qua niveau gerelateerd zijn aan de internationaal aanvaarde criteria (Dublin Descriptoren) voor een Bacheloropleiding. De oriëntatie van de kwalificaties is zodanig dat de afgestudeerden als beginnend beroepsbeoefenaar op het beoogde niveau aan de slag kunnen in het samenhangend brede spectrum van beroepen in de verpleegkundige sector. Het visitatieteam heeft alle facetten van het onderwerp ‘Doelstellingen van de opleiding’ goed beoordeeld. Daarom is haar beoordeling van het onderwerp als geheel positief voor alle varianten. Pagina 10 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
2. Onderwerp: programma 2.1 Eisen HBO Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline. Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
Binnen het curriculum van de opleiding Verpleegkunde vormt de beroepspraktijk het uitgangspunt. Het curriculum is opgebouwd op basis van de geformuleerde beroepscompetenties, die vervolgens zowel binnen het praktijkonderwijs en de aan de beroepspraktijk ontleende casussen, als binnen de theoretische leerlijn verder worden uitgewerkt. Studenten leren in steeds wisselende beroepsomstandigheden, waarbij alle binnen de verpleegkundige beroepspraktijk relevante zorgvragers in voldoende mate aan bod komen. Het nieuwe curriculum, waarvan jaar 1 en 3 in 2004 en jaar 2 en 4 in 2005 zijn ingevoerd, bestaat in principe uit een tweejarig basisprogramma gevolgd door een eveneens tweejarige differentiatie. De eerste drie jaren van de opleiding, met uitzondering van de vrije studieruimte in jaar 3, vormen een major, gevolgd door een verdiepingsminor in de vorm van een uitstroomprofiel en een verbredingsminor. De opleiding biedt zoals reeds vermeld op dit moment drie brede tweejarige differentiaties aan: Algemene gezondheidszorg (AGZ), Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) en Maatschappelijke gezondheidszorg (MGZ). Momenteel zijn drie aanvullende uitstroomprofielen in ontwikkeling. o Vanuit haar christelijke identiteit en vanwege de belangstelling daarvoor bij studenten is de opleiding gestart met de ontwikkeling van een uitstroomprofiel ‘Global Nursing’, bedoeld om studenten beter toe te rusten voor verpleegkundige werkzaamheden in het kader van ontwikkelingswerk. o ‘Verpleegkundige GGZ, junior SPV-er’ is bedoeld om een stimulans te geven aan de differentiatie GGZ binnen de opleiding. Dit uitstroomprofiel wordt mede op wens van de beroepspraktijk ontwikkeld. o ‘Praktijkondersteuner in de huisartsenpraktijk’ richt zich op een nieuwe functie voor de HBO-verpleegkundige. Het leren in de praktijk beslaat een groot deel van het programma en begint al direct in de propedeuse. Hiermee wordt aan de eis van minimaal 2300 praktijkuren ruimschoots voldaan. Het programma kent een binnen- en buitenschools curriculum. In het binnensschools curriculum krijgt het praktijkleren vorm in relevante beroepssituaties (samen met het beroepenveld ontwikkeld), in het buitenschoolse curriculum middels uiteenlopende zorgsituaties.
Pagina 11 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
•
•
•
•
•
Het buitenschools curriculum van de basisfase omvat zowel tijdens het eerste als het tweede jaar een stageperiode in verschillende werkvelden: van de vier periodes waarin het jaarprogramma is ingedeeld wordt één blok ingevuld met een stage. In het derde jaar zijn beide semesters beschikbaar voor stage en in het vierde jaar 3 van de 4 blokken. Net als de andere verpleegkundige opleidingen kampt ook de GH met een dreigend tekort aan stageplaatsen. De opleiding zoekt naar creatieve oplossingen voor dit probleem zoals bijvoorbeeld het werken op Leerafdelingen. Wellicht uit nood geboren, vanwege het tekort aan stageplaatsen, een probleem waar alle verpleegkundige opleidingen in Nederland mee kampen, biedt deze vorm van stage aan de studenten meer voordelen dan een individuele stage (rolverdeling, 360% feedback etc.). De werkstages in het kader van de deeltijdopleiding worden in onderling overleg met de stagiaires en de stageplek geregeld. Afstudeer-onderzoeken (en binnenkort ook projecten), zijn in het algemeen gekoppeld aan de stage tijdens het 4e jaar: studenten voeren veelal in opdracht van de zorginstellingen waar zij stage lopen een onderzoek uit (zie ook 6.1). Binnen het binnenschools curriculum leveren de programmaonderdelen Verpleegtechnische Vaardigheden (VTV) en Sociaal Relationele Vaardigheden (SRV) een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van de beoogde beroepsvaardigheden. Studenten geven tijdens de gesprekken aan dat zij het in dit kader op prijs zouden stellen als de school in een ‘klinische les’ ook ‘echte’ patiënten zou binnenhalen. Het visitatieteam heeft vastgesteld dat het gebruikte studiemateriaal actueel is, van goed niveau en voldoende praktijkgericht; de studenten kunnen gebruik maken van een goed geoutilleerde mediatheek. In de gesprekken is naar voren gekomen dat er wat betreft het gebruik van Engelstalige literatuur door de studenten nog een inhaalslag te maken is; dit heeft reeds de aandacht van de opleiding. Over en weer zijn er veel contacten tussen opleiding en het (internationale) beroepenveld, via regionale en landelijke overlegsituaties, via de brede Werkveldcommissie en een Trendwatchersgroep, via stage- en afstudeerbezoeken door docenten, en doordat docenten in de praktijk werkzaam zijn in een ‘eigen’ nevenfunctie of via de afdeling contractactiviteiten van de GH. Incidenteel lopen medewerkers stage in de praktijk. Vertegenwoordigers van het werkveld zijn aantoonbaar bij de opleiding betrokken als gastdocent, bij ontwikkeling en evaluatie van het onderwijsprogramma en bij de beoordeling van presentaties en afstudeeronderzoeken. Bij de blok- en module-evaluaties wordt gelet op, en gevraagd naar een up to date aansluiting van het curriculum bij het beroepenveld en bij recente literatuur en onderzoeksresultaten. Ontwikkelaars van modules zijn verantwoordelijk voor een regelmatige update. De uiteindelijke verantwoordelijkheid voor de continuïteit van het proces ligt bij de blokcoördinatoren. Module-evaluaties, de evaluaties van de werkstages en de curriculumevaluatie 2005, geven een positief beeld wat betreft de mate waarin het curriculum aan de HBO-vereisten voldoet..
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat er sprake is van een competentiegericht programma dat overtuigend voldoet aan de eisen die aan een HBO-opleiding worden gesteld. Het programma waarborgt de ontwikkeling van de beroepsvaardigheden. Er wordt relevant en actueel studiemateriaal gebruikt en de beroepspraktijk staat zowel bij het binnenschools als bij het buitenschools curriculum centraal. Zij vormt het uitgangspunt voor de invulling van het curriculum: alle activiteiten en opdrachten zijn aan de praktijk ontleend. De verbinding tussen beide curricula wordt op diverse manieren gelegd (o.a. via reflectie en stageterugkomdagen). De actualiteit wordt door docenten en gastdocenten binnengehaald en er zijn diverse verbanden tussen de opleiding en het (internationale) beroepenveld. Dit alles overwegende beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Eisen HBO’ als goed voor alle varianten.
Pagina 12 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Opmerking terzijde: Tijdens de visitatie komt in het gesprek met de docenten naar voren dat competentiegericht onderwijs implicaties heeft voor de kenniscomponent van een opleiding. Wat dit aspect betreft wordt veel verantwoordelijkheid bij de studenten gelegd. Als studenten niet worden gestimuleerd kennis te vergaren valt het resultaat soms tegen. Een blijvend aandachtspunt waar de opleiding zich terdege van bewust is.
2.2 Relatie tussen doelstellingen en inhoud programma. Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. De eindkwalificaties zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. De inhoud van het programma biedt de studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. Opzet en inhoud van het programma • Het multidisciplinaire programma is opgebouwd aan de hand van de onderscheiden zorgsituaties en de beroepsrollen van de verpleegkundige. Deze opbouw is op basis van didactische overwegingen zo gekozen, en waarborgt enerzijds dat studenten met alle relevante zorgcategorieën ervaring opdoen; anderzijds verschuift de problematiek per zorgcategorie door de studie heen naar een steeds verpleegtechnisch complexer niveau. De programmaopbouw van het vierjarige curriculum is weergegeven in figuur volgende pagina:
Pagina 13 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Basis
jaar 1
blok 1
blok 2
blok 3
blok 4
De verpleegkundige
De verpleegkundige als
Stage
De verpleegkundige en
als zorgverlener in de
beroepsbeoefenaar in de
de regie van zorg in de
zorg voor mensen met
zorg voor mensen met een
intensieve klinische zorg
een chronische
verstandelijke handicap
aandoening
jaar 2
keuzemodule
Keuzemodule
Keuzemodule
Keuzemodule
A-module
A-module
A-module
A-module
De verpleegkundige
Stage
De verpleegkundige en
De verpleegkundige en
en de beroeps-
de zorgvrager in de
de zorgverlening aan
innovatie in de
categorie zwangeren,
geriatrische zorgvragers
psychiatrie
barenden, kraamvrouwen, kind en jeugdige
keuzemodules
Keuzemodules
Keuzemodules
Keuzemodules
A-module
A-module
A-module
A-module
Differentiatie AGZ, GGZ, MGZ
jaar 3
jaar 4
1e semester
2e semester
project: professioneel handelen
project: opzet kwaliteitstoetsing
project: kwaliteit van zorg
project: project transmuralisering
Keuzemodules
keuzemodules
A-module
A-module
uitstroomprofiel (verdiepingsminor) - verbredingsminor – meesterproef
Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
In de notitie ‘Opleidingsmodel Opleiding tot Verpleegkundige CHE / GZ’ worden de uitgangspunten van de voltijd- en deeltijdopleidingen beschreven. Vervolgens worden deze vertaald naar de inhoud van het curriculum. Het competentiegerichte opleidingsmodel vormt de basis voor het onderwijs van beide opleidingen. Om verdieping van het beroepsmatig functioneren te bewerkstelligen, is gekozen voor een geïntegreerde opzet van het onderwijs aan de hand van thema’s, waarbij de onderdelen Verpleegtechnische Vaardigheden (VTV) en Sociaal Relationele Vaardigheden (SRV) geïntegreerd met de onderscheiden inhoudelijke vakgebieden worden aangeboden en waarbij ook veel aandacht is voor Studieloopbaanbegeleiding (SLB). Ook is er aandacht voor reflectie op de beroepspraktijk in het vak Methodische Praktijkbegeleiding (MPB), dat parallel loopt aan stageperioden.
Pagina 14 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
• •
•
•
•
In het Beroepsprofiel worden zes arbeidsterreinen en tien zorgcategorieën onderscheiden; in het Leerinhoudenoverzicht, opgenomen in het opleidingsmodel, zijn deze gekoppeld aan de daarbij onderscheiden beroepscompetenties, uitgewerkt in toetsbare succescriteria (gedragsindicatoren) op 3 niveaus: toepassen, beslissen en ontwikkelen. In de onderwijsprogramma’s van de basisfase is aangegeven aan welke onderdelen van competenties de programma’s bijdragen. Voor wat betreft de differentiatiefase is het uitgangspunt dat de student zelf de relatie legt tussen de inhoud van het programma en de competentieontwikkeling. De doelstellingen van de opleiding zijn systematisch gerelateerd aan de generieke eisen voor het HBO-onderwijs en aan de domeinspecifieke eisen voor het verpleegkunde onderwijs. De breedte van de doelen is verantwoord in het opleidingsmodel. In de eerste twee studiejaren worden de studenten vertrouwd gemaakt met de belangrijkste facetten van het werk van een HBO-verpleegkundige, namelijk het verzorgen en lenigen van zieken. Dit vindt plaats in een overwegend binnenschoolse leersituatie, waarbij de praktijk af en toe ook om de hoek komt kijken. In de Differentiatiefase (jaar 3 en 4) wordt de student geprikkeld om de tot dusver verworven competenties in een overwegend buitenschoolse leersituatie aan te scherpen en uit te bouwen. Terugkomonderwijs tijdens de stageperioden en de Methodische Praktijkbegeleiding, waarin mogelijkheid tot reflectie ruimschoots aanwezig is, waarborgt de integratie van theorie en praktijk. De studenten doen schriftelijk verslag van en reflecteren op de voorbereiding en uitvoering van competentietoetsen tijdens de werkstage. Het programma studieloopbaanbegeleiding is er vanaf het eerste jaar op gericht dat de studenten zich in toenemende mate bewust worden van de competenties en succescriteria waaraan per onderdeel gewerkt moet worden. Van de studenten wordt verlangd dat zij in toenemende mate inzicht kunnen geven in hun vorderingen bij het verwerven van hun competenties. Resultaten worden vastgelegd in het digitaal portfolio. Het visitatieteam heeft deze resultaten met genoegen kunnen inzien. In het Opleidingsmodel staat de visie van de opleiding op het gebruik van kennis en wetenschap in het verpleegkundige beroep verwoord. Het Neuman Systems Model (NSM) dat de opleiding gekozen heeft als uitgangspunt bij de invulling van de opleiding, biedt hierbij een duidelijk referentiekader, waarbij binnen het curriculum tevens voldoende ruimte over blijft voor het gebruik van verschillende andere verpleegkundige theorieën en modellen. Op grond van de gesprekken, de programmaboeken en het overige studiemateriaal heeft het team kunnen constateren dat de wetenschappelijke oriëntatie verweven is in de opleiding. Tevens is er in toenemende mate aandacht voor evidence based nursing (EBN). Hiermee is de opleiding in voldoende mate tegemoet gekomen aan de aanbevelingen van de vorige visitatiecommissie, die extra aandacht vroeg voor deze wetenschappelijke benadering. De opleiding biedt aan studenten desgevraagd de mogelijkheid om één of meer werkstages in het buitenland uit te voeren. Daarbij is het vooraf volgen van modulen Engels en Internationalisering verplicht. Momenteel zijn er contacten met instellingen in Israël, Ghana, Malawi, Zambia, India, Suriname, België, Engeland en Duitsland. Zeer recent (maart 2006) werd een rechtstreeks contact voor uitwisseling opgestart met een equivalente verpleegkundeopleiding in Nigeria. De opleiding participeert actief in het internationale uitwisselingsproject N-Spice, tussen de Gereformeerde Hogeschool en het "Dordt College" in Sioux Center, Iowa (USA). Deze uitwisseling is niet domeinspecifiek van karakter. Via dit contact wordt in het voorjaar van 2006 actief nader onderzoek gedaan naar mogelijkheden voor werkstages in de Verenigde Staten. Studenten in de Differentiatiefase kunnen een keuzemodule Internationale Studiereis volgen. Schema op de volgende pagina laat zien hoe de aandacht voor de beroepscompetenties over de eerste drie leerjaren is verdeeld. Een meer uitgebreide uitwerking hiervan heeft het visitatieteam gezien in het ‘Schema Operationalisering Eindkwalificaties’.
Pagina 15 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
In de curriculumevaluatie en de module-evaluaties wordt gevraagd naar de relatie tussen de toetsbare doelstellingen van de opleiding en de inhoud van het programma. De uitkomst hiervan is positief (75%)
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft kunnen vaststellen dat het programma (totaal en per onderdeel) een adequate concretisering is van de eindkwalificaties wat betreft niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. De vertaling naar leerdoelen, zoals vastgelegd in de blokboeken en stagenota’s sluit hier goed op aan. Twee docenten hebben zich in het kader van een aanvullende opleiding beziggehouden met theorievorming over de relatie tussen opleidingsdoelen en de vertaling hiervan in het programma. Een gedetailleerde inspectie van het programma toont aan dat er sprake is van een evenwichtige spreiding van leerdoelen. De competenties en toetsbare succescriteria worden bij de desbetreffende onderdelen consequent benoemd. Relevante internationale uitwisseling vindt plaats. Toetsing van het programma aan de doelstellingen vindt in samenwerking met de CHE plaats. Samenvattend kan gesteld worden dat het programma de studenten de mogelijkheid biedt om ‘stapsgewijs’ de geformuleerde eindkwalificaties te behalen. Daarom beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Relatie tussen doelstellingen en inhoud van het programma’ als goed voor alle varianten.
2.3 Samenhang programma Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend studieprogramma. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
Het onderwijsprogramma is opgebouwd aan de hand van multidisciplinaire thema’s waarbij de diverse zorgvragers centraal staan (zorgcategorieën); rode draad binnen het programma vormen de vier leerlijnen, te weten een conceptuele leerlijn, een vaardigheden leerlijn, een reflectieve en een integratieve leerlijn. De samenhang binnen het programma is in de programmaboeken per blok beschreven. Het competentiegerichte, geïntegreerde onderwijs biedt, meer dan voorheen, mogelijkheden voor het vormgeven van een samenhangend programma; de coördinatoren spelen een essentiële rol waar het gaat om afstemming tussen en binnen de thema’s. Pagina 16 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
•
•
•
Niet alleen de verschillende leerinhouden van de onderscheiden vakgebieden van het curriculum worden geïntegreerd aangeboden, ook wat betreft de onderdelen Verpleegtechnische vaardigheden en Sociaal relationele vaardigheden is meer sprake van integratie met de vakinhouden en koppeling aan de onderscheiden leerlijnen dan voorheen. Dit geldt ook bij het werken aan opdrachten, zoals bijvoorbeeld op het gebied van de zorg voor chronisch zieken (blok 1.1). Tijdens een hoorcollege krijgen studenten informatie over het hoe en waarom van inhalatietechnieken, waarna hiermee in het kader van het vaardigheidsonderwijs geoefend wordt. De plaatsing van de blokthema’s in het programma, c.q. de keuze voor chronisch zieken in het eerste blok, is steeds een bewuste keuze. Het Neuman Systems Model biedt, ook waar het gaat om het in samenhang aanbieden van leerinhouden, een helder kader aan de hand van vijf variabelen van het menszijn. Daarom is dit ook vanuit didactische overwegingen een adequate keuze. Binnen het curriculum wordt (in toenemende mate) een grote verantwoordelijkheid voor het realiseren van de beoogde kwalificaties bij de studenten zelf gelegd: er is binnen het programma sprake van een toenemende zelfsturing en daardoor van een oplopende moeilijkheidsgraad. Een belangrijk hulpmiddel hierbij vormen de taakgroepen en de (geleidelijk afnemende) begeleiding door de SLB-docent; essentiële instrumenten zijn het Persoonlijk Ontwikkelplan (POP), de reflectieverslagen en het (digitale) portfolio, waarin studenten hun vorderingen wat betreft competentieontwikkeling verantwoorden. Uit gesprekken met de studenten is gebleken dat zij de samenhang zoals hierboven beschreven ook echt zo wordt ervaren. De programmaonderdelen bouwen goed op elkaar voort, er is sprake van verdieping en toenemende complexiteit. Verdiepende keuzemodules kunnen in hetzelfde blok worden gevolgd. Dit beeld wordt bevestigd in de curriculumevaluatie 2005, waarbij de voltijdopleiding iets beter scoort dan de deeltijdopleiding:80% versus 69% (zie ook 4.2) . Kwaliteitsbewaking- en verbetering van het curriculum-in-ontwikkeling vormen een speerpunt van de opleiding voor de komende periode.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Op grond van haar bevindingen is het team van oordeel dat de opleiding een samenhangend programma aanbiedt met een geleidelijk oplopende moeilijkheidsgraad vooral door de toenemende zelfsturing. Het feit dat de deeltijdstudenten iets minder hoog scoren op dit onderdeel verdient nader onderzoek. Het visitatieteam beoordeelt de ‘Samenhang van het programma’ als voldoende voor alle varianten.
2.4 Studielast Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • •
Naast de vierjarige voltijd-opleiding wordt de opleiding ook in deeltijd en als duale variant aangeboden; VWO-studenten hebben de mogelijkheid voor een driejarige variant te kiezen. In de opleidingsgids staan de onderwijsprogramma’s voor de onderscheiden varianten, evenals de jaarplanning en de studiebelastingsuren helder beschreven. Er is sprake van een flexibele opzet van het curriculum waardoor programma’s meerdere keren per jaar kunnen worden gevolgd.
Pagina 17 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
•
•
• •
De opleiding heeft adequate leerroutes opgesteld. De reguliere leerroutes, gekoppeld aan de differentiatie (AGZ, GGZ en MGZ), en daarbinnen de diverse mogelijke uitstroomprofielen zijn beschreven in de Studiegids 2005-2006. De uitstroomprofielen ‘Global Nursing’, ‘Junior-SPV-er’ en ‘Verpleegkundige in de Huisartsenpraktijk’ zijn nog in ontwikkeling, en volgens planning met ingang van de cursus 2006-2007 beschikbaar. Studenten die hieruit geen keuze kunnen bepalen, volgen een ‘POP-gestuurd’ (algemeen) uitstroomprofiel. Vanwege de kleinschaligheid van de opleiding zijn er mogelijkheden om per student of groep studenten afwijkende leerroutes aan te bieden. Naast de reguliere deeltijdvariant kent de opleiding een afzonderlijke leerroute of opleidingsvariant deeltijd voor MBO-instromers, en een zo genoemde VWO-stroom voor studenten met een adequate VWO-opleiding. Verder biedt de HBO-V GH vanaf de Differentiatiefase een Duale opleiding aan. Momenteel is er slechts één duale student ‘nieuwe stijl’. Volgens het Opleidingsplan zal, nadat de integrale invoering van het competentiegerichte leren voor alle studiejaren een feit is, de opleiding gaan werken aan de verdere ontwikkeling van meer student-specifieke leerroutes, die vooralsnog als 'leerarrangementen' worden aangemerkt. Studenten vertellen tijdens de visitatiedagen dat de studie pittig is maar voor de meeste niet te zwaar. Stageperiodes worden gezien als een uitdaging maar ook als een grotere belasting dan de binnenschoolse onderdelen. Het nieuwe curriculum biedt een grotere vrijheid en zelfstandigheid, maar vraagt ook meer inzet en initiatief van de studenten. De deeltijdstudenten ervaren een grotere werkdruk dan de voltijdstudenten, niet zozeer omdat de opleiding inhoudelijk te zwaar is, maar omdat zij “met twee dingen tegelijk bezig zijn”. Roostertechnisch is de invoering van het nieuwe curriculum voor deze groep niet vlekkeloos verlopen. De studieloopbaanbegeleiding en met name de SLB-docent spelen een belangrijke rol waar het gaat om het signaleren van eventuele studiebelemmerende factoren op persoonlijk gebied. Als dit zo is wordt gezamenlijk naar een oplossing gezocht. De vraag naar de studeerbaarheid van de opleiding komt bij diverse evaluaties aan de orde. Studeerbaarheid is ook een punt van aandacht in exitinterviews met uitvallers en studiestakers. Uit de curriculumevaluatie 2005 bleek dat met name de informatievoorziening aangaande enkele aspecten van de studeerbaarheid (o.a. transparantie vrijstellingscriteria en conformiteit geplande studielast per week) te laag scoorde. Dit gold overigens niet voor de conformiteit studielast per blok. De opleiding heeft hierop verbeterbeleid geformuleerd dat momenteel (studiejaar 2005/2006) wordt geïmplementeerd.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft op grond van de gesprekken en de bestudeerde documenten kunnen vaststellen dat de opleiding adequate leerroutes heeft opgesteld en over het geheel genomen voldoende studeerbaar is. De invoering van het nieuwe curriculum kent getuige bovenstaande tekst wel enkele ‘kinderziekten’. Deze zijn tijdens de visitatie met het management genoegzaam besproken. De getroffen maatregelen zullen naar verwachting de gesignaleerde knelpunten oplossen en bij de volgende evaluatie tot een hogere score leiden. Op basis van deze afweging beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Studielast’ als voldoende voor alle varianten.
Pagina 18 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
2.5 Instroom Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: VWO, HAVO, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
• •
•
•
• •
De voltijdopleiding wordt met name gevolgd door studenten met een HAVO-vooropleiding. Het driejarige VWO-programma gaat ervan uit, dat VWO-studenten sneller kunnen studeren; daarnaast verkrijgen zij op grond van hun vooropleiding enige vrijstellingen. MBO-studenten kunnen, afhankelijk van de gevolgde vooropleiding en werkervaring, in twee en half dan wel drie jaar afstuderen. De vierjarige deeltijdopleiding staat open voor studenten met ervaring in de gezondheidszorg, op grond waarvan zij ook extra vrijstellingen kunnen verkrijgen. Voor VWO-studenten zijn het eerste en tweede studiejaar samengevoegd. Hierdoor vervalt de stage tijdens het eerste jaar. Vanuit de overweging dat VWO-studenten in staat zijn zaken zelfstandig sneller op te pakken worden enkele vakken, zoals anatomie, in een minder intensieve vorm aangeboden. Voor deeltijdstudenten vormt ervaring in de gezondheidszorg een voorwaarde voor het volgen van het reguliere programma; voor studenten zonder ervaring geldt een verplicht aanvullend programma, met name wat betreft stages, wat tot verlenging van de studieduur leidt. Voor studenten die niet aan de formele toelatingseisen voldoen bestaat de mogelijkheid een toelatingsexamen (instroomassessment) af te leggen. Met het oog op de toekenning van eventuele vrijstellingen worden eerder verworven competenties (EVC’s) zorgvuldig geïnventariseerd aan de hand van een intakegesprek eventueel in combinatie met een HBO-V instroomassessment, dat momenteel wordt ontwikkeld. Ook een portfolio en/of een instaptoets kunnen hierbij gebruikt worden. Een op basis van de verzamelde informatie ontwikkeld voorstel komt vervolgens ter goedkeuring aan de orde in de examenadviescommissie. Transparantie van de EVC-procedure is een verbeterpunt (zie ook 2.4). Daarom heeft de opleiding het op korte termijn ontwikkelen van een heldere procedure met betrekking tot EVC’s reeds als beleidspunt geformuleerd. In de gesprekken met deeltijdstudenten is gebleken dat in de intakegesprekken zorgvuldig geïnventariseerd wordt over welke competenties studenten al beschikken, wat bijvoorbeeld kan leiden tot vrijstellingen voor een aantal praktijkopdrachten; tevens worden in dit kader referentieadressen gecheckt. Mede met het oog op het inspelen op de individuele studieroutes is binnen de opleiding sprake van flexibele leerwegen. Vanuit de gerichtheid binnen het nieuwe curriculum op het verwerven van competenties is zicht op (reeds aanwezige) competenties vanaf de start van de opleiding een belangrijk aandachtspunt voor alle studenten. Vandaar dat voor alle studenten de studieloopbaanbegeleiding (SLB) een belangrijk onderdeel vormt van het programma. Hier komen eventuele instroommoeilijkheden aan het licht. De SLB-docent doet in dat geval verslag in bredere kring en treft zonodig maatregelen. Tweemaal per jaar worden alle studenten in bredere kring besproken, waarbij ook de instroomproblemen en getroffen maatregelen ter tafel komen. Studiebegeleiders en in het verlengde daarvan de examencommissie spelen een belangrijke rol bij het signaleren en het eventueel ondernemen van activiteiten in geval van studieproblemen. De studenten die het visitatieteam heeft gesproken vinden de introductie aan het begin van de opleiding voldoende intensief om aan de slag te gaan: “Aanvankelijk wordt er stevig aangestuurd, geleidelijk krijg je een grotere zelfstandigheid.” Pagina 19 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft kunnen vaststellen dat het flexibele programma voor de verschillende groepen instromende studenten aansluit bij hun kwalificaties. Op eerder verworven competenties wordt binnen het opleidingsprogramma zorgvuldig ingespeeld. De schriftelijke informatievoorziening rond EVC-procedures zal worden aangescherpt. Het SLB-programma is, naar het oordeel van de visitatiecommissie, een krachtig instrument om aansluitingsproblemen vroegtijdig op te sporen. De korte lijnen binnen het betrokken team spelen hierbij ook een rol. Samenvattend: informeel loopt de EVC-procedure goed, formeel bestaat ruimte voor verbetering. Op grond van de bevindingen beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Instroom’ als voldoende voor alle varianten.
2.6 Duur De opleiding voldoet aan de formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: 240 studiepunten. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• •
•
•
•
•
De studielast voor de opleiding Verpleegkunde omvat 240 studiepunten (ECTS) verdeeld over de propedeuse (60 ECTS) en de hoofdfase (180 ECTS). Het nieuwe curriculum is onderverdeeld in een major- en minor fase, die 180 respectievelijk 60 ECTS omvatten. Naast de voltijdopleiding biedt de opleiding aan studenten met een VWO-vooropleiding, met een MBO-opleiding of met eerder verworven competenties, verkorte voltijd-routes aan. De driejarige VWO-route kent een hogere studiebelasting, die in combinatie met enkele vrijstellingen op grond van de vooropleiding leidt tot het vereiste aantal studiepunten. De MBO-variant omvat drie of twee en half jaar, eveneens afhankelijk van de gevolgde vooropleiding en eerder verworven competenties. De deeltijd-opleiding is gericht op studenten die al ervaring hebben in de gezondheidszorg en daarin werkzaam zijn. Dit levert vrijstellingen op, met name voor wat betreft (een deel van de) stages. Uitgangspunt ten aanzien van de studiebelasting is de algemeen aanvaarde norm van 25 sbu per week; in combinatie met vrijstellingen wat betreft stages wordt voldaan aan de vereiste 60 ECTS per jaar. De opleiding omvat in principe vier jaar; ook hier geldt dat verkorting mogelijk is afhankelijk van eerder verworven competenties. Omdat er bij deze opleidingsvariant in feite sprake is van individuele leertrajecten, gericht op het verwerven van nog ontbrekende competenties, maakt studieloopbaanbegeleiding een belangrijk onderdeel uit van het programma, evenals een aantal keuzemodules. In de duale variant (de arbeidsmarktvariant) combineren studenten in het derde en vierde jaar de studie met het werken in een instelling op grond van een arbeidsovereenkomst van 50 tot 60 %.. Het werken in de instelling geldt als stage, waardoor ook in deze variant het vereiste aantal ECTS van 240 behaald wordt. Hierbij dient te worden opgemerkt dat erop toegezien wordt dat voornoemde stage het vereiste HBO-niveau heeft. Het is mogelijk de inschrijvingsvorm tijdens de opleiding te wijzigen, bijvoorbeeld van voltijd naar duaal. Middels de afstemming van de opleidingsprogramma’s op elkaar wordt getracht deze overstap zo soepel mogelijk te laten verlopen. Ook het feit dat programma’s tijdens het studiejaar vaker aangeboden worden draagt daaraan bij. De studielast komt in diverse evaluaties aan de orde (o.a. blokevaluaties, opleidingscommissie). Uit de gesprekken met studenten en alumni is gebleken dat op uitkomsten hiervan adequaat wordt ingespeeld.
Pagina 20 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam beoordeelt het aspect Duur van de opleiding op grond van de bevindingen als voldoende voor alle varianten. Het visitatieteam heeft vastgesteld dat de studiebelasting voor de opleiding als geheel in overeenstemming is met het aantal te verwerven ECTS.
2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
•
•
•
Het didactisch concept is geformuleerd in de Studiegids en nader verantwoord in het Opleidingsmodel. Het richt zich op de ontwikkeling van de beoogde beroepscompetenties door middel van competentiegericht leren. Vanuit de door de opleiding ontwikkelde visie op onderwijs en beroep, geformuleerd vanuit de christelijke levensvisie, wil de opleiding studenten gelegenheid bieden zich vanuit hun eigen uniciteit te ontwikkelen en daarbij de christelijke identiteit te integreren in het beroepsmatig handelen. Met het oog op het leggen van eigen accenten in de ontwikkeling biedt de opleiding een ruim aanbod aan keuzeonderwijs, onder meer via keuzemodules. Competentiegericht onderwijs gaat uit van integratie van kennis, vaardigheden en attitude binnen de context van het beroep. Met het oog hierop is het programma ingevuld mede aan de hand van de vier onderscheiden leerlijnen, die zoals eerder vermeld gerelateerd zijn aan de Dublin Descriptoren. In de leerplanschema’s zijn per blokonderdeel de betreffende competenties en de context van de betreffende zorgcategorie vermeld, evenals per leerlijn de inhouden c.q. opdrachten. Bij de opbouw van het curriculum is in voldoende mate nagedacht over de volgorde waarin de verschillende zorgcategorieën (bijv. chronisch zieken, zwangeren en barenden, intensieve klinische zorg etc.) worden aangeboden. Zo krijgen studenten al in de beginfase van de opleiding een goed beeld van wat het verpleegkundige beroep in de praktijk inhoudt en in hoeverre de juiste beroepshouding voor hen ook haalbaar is. De visitatiecommissie ziet dit als een sterk punt van de opleiding. Met het oog op de ontwikkeling tot beroepsbeoefenaar op HBO-niveau en de ontwikkeling van de daarbij behorende leervaardigheden, is toenemende zelfsturing in het ontwikkelingsproces een belangrijk aandachtspunt binnen het curriculum. Uit de gesprekken met de studenten blijkt dat deze toenemende zelfsturing in de praktijk ook echt wordt waargemaakt. Het Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) en het Persoonlijk Actieplan (PAP) zijn hierbij essentiële hulpmiddelen. In het POP geven studenten aan, welke competenties en leerdoelen zij willen ontwikkelen; het (digitaal) portfolio, dat een formatieve en summatieve functie heeft, bevat de ‘bewijzen’ van de beoogde ontwikkeling: producten, beoordelingen, reflectie- en feedbackverslagen. De digitale portfolio’s die het visitatieteam heeft gezien waren goed gevuld, waarbij een realistisch kritisch vermogen van de student dikwijls werd waargenomen. Als eis is vastgelegd, dat studenten aan het einde van de basisfase (meestal na twee jaar) de tien competenties op niveau 2 (beslissen) behaald moeten hebben. Belangrijke hulpmiddelen bij het ontwikkelingsproces zijn de Studieloopbaanbegeleiding (SLB) en de taakgroepen. De studieloopbaanbegeleider fungeert als coach bij het leerproces. Vanuit de overweging dat kunnen samenwerken een belangrijk aspect van de competenties is, vormt samenwerken een belangrijk leerdoel voor de taakgroepen. De begeleider treedt daarbij steeds verder naar de achtergrond: zo is er sprake van toenemende zelfsturing door de studenten bij het bespreken en uitvoeren van PGO-opdrachten.
Pagina 21 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
•
•
•
•
Al eerder is vermeld dat beroepspraktijkgerichtheid het centrale uitgangspunt vormt binnen het programma. Leren in praktijksituaties krijgt daarom veel nadruk en biedt een optimale mogelijkheid voor de beoogde integratie van theorie en praktijk. Voor de stageperiodes formuleren de studenten een stagewerkplan met leerdoelen en activiteiten waarmee zij de afsluitende competentietoetsen met goed gevolg denken te kunnen afleggen. Ter voorbereiding op stages in het buitenland omvat het curriculum een inhoudelijk programma ter voorbereiding; studenten moeten voldoen aan de geformuleerde eisen. Actieve participatie van studenten wordt nadrukkelijk gestimuleerd door de opzet van de taakgroepen en het uitvoeren van een breed scala aan onderwijstaken, door het vaardigheidsonderwijs en door de uitvoering van praktijkprojecten. Het programma kent een breed scala aan werkvormen. Het gaat daarbij om PGO, praktijkopdrachten, zelfstudieopdrachten, groepsopdrachten, voorbereiding van presentaties, werkcolleges en hoorcolleges. De blokcoördinatoren en de coördinator keuzestroom zijn verantwoordelijk voor een juiste balans in de toepassing van werkvormen. Binnen het nieuwe curriculum worden studenten aangemoedigd bij uitvoering van opdrachten gebruik te maken van ICT voor het opsporen van beroepsrelevant studiemateriaal. Daarmee is gevolg gegeven aan betreffende aanbeveling tot verbetering op dit punt door de visitatiecommissie HBO-V 2000. Binnen het pakket aan werkvormen is voldoende aandacht voor communicatie, zowel tussen de studenten onderling, als tussen de studenten en de begeleiders/docenten. Dit geldt voor de onderdelen waarin PGO wordt toegepast, maar ook voor andere leeractiviteiten die doelgerichte samenwerking vereisen. Aan het didactisch concept wordt aandacht besteed in de Opleidingsgids, de blokboeken en in het SLB-programma. Studenten worden erover ondervraagd tijdens het SLB-traject en de blok- en curriculumevaluaties. Studenten en docenten kunnen het concept tijdens de visitatiedagen goed onder woorden brengen.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft vastgesteld dat er sprake is van een zorgvuldig uitgewerkt didactisch concept, dat in haar uitwerking door studenten en docenten wordt herkend. Er is sprake van een goede afwisseling van werkvormen binnen het geheel van het onderwijsprogramma. In het Opleidingsmodel wordt hiervan verantwoording afgelegd tegen de achtergrond van het didactisch concept. In de blokboeken wordt inzichtelijk gemaakt hoe de verschillende werkvormen een plaats hebben binnen het programma. De werkvormen sluiten goed aan bij de doelstellingen van het programma en vormen een stimulans voor actieve deelname van studenten. Er is binnen het programma voldoende afwisseling van individuele studieactiviteit en groepswerk en er wordt ‘op niveau’ gecommuniceerd tussen de studenten onderling en tussen studenten en docenten. Dit alles overwegend beoordeelt het visitatieteam de ‘Afstemming tussen vormgeving en inhoud’ als goed voor alle varianten.
Pagina 22 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
2.8 Beoordeling en toetsing Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: In het Opleidingsmodel heeft de opleiding haar visie op toetsing in samenwerking met de opleiding Verpleegkunde van de CHE beschreven. Hierin staat hoe door beoordeling, toetsing en examens kan worden getoetst of de leerdoelen van de opleidingsonderdelen zijn bereikt. Het gaat hierbij om spreiding van toetsen, toename in moeilijkheidsgraad en praktijkgerichtheid. • Toetsing vindt plaats langs de lijnen van de opbouw van het samenhangende programma. Daardoor is er sprake van een adequate spreiding. • Bij de wijze van toetsing (o.a. inhoud en criteria van competentietoetsing) neemt de student zelf in de loop van de opleiding, in lijn met het didactisch concept, een steeds belangrijker plaats in. • De diepgang van de toetsing wordt gewaarborgd door opbouw van het toetssysteem dat aansluit bij de aan competenties gerelateerde ‘driehoek van Miller’ (van Taartwijk 2003). Het toetssysteem laat de volgende opbouw zien, waarbij per jaar de diepgang, complexiteit en zwaarte van de verschillende toetsvormen toeneemt: o Blok- en voortgangstoetsen: georiënteerd op kennisontwikkeling o Casustoetsen: gericht op toepassing van kennis o Praktijktoetsen: gerelateerd aan een binnenschools(e) (gesimuleerde) werkomgeving o Competentietoetsen: in de meer complexe (buitenschoolse) werksituatie. o Portfolio: aan de hand van het portfolio / digitaal portfolio (DPF) kan de student zelf de stand van zaken rond haar competentieniveau nagaan en begeleidende docenten daarin inzicht geven. • Competentietoetsing vindt plaats binnen een reële praktijksituatie, casustoetsing via aan de praktijk ontleende situaties. Vaardigheidstoetsen worden afgenomen in het Skillslab, blok- en voortgangstoetsing vindt zoveel mogelijk geïntegreerd plaats. Kennis wordt getoetst aan de hand van (digitale) kennis- en voortgangstoetsen. Per kennistoets worden door de betreffende docent nieuwe vragen aangeleverd. • De summatieve toetsing wordt afgestemd en geëvalueerd met de beroepspraktijk. De opleiding blijft eindverantwoordelijke. • De afstudeeropdracht bestond tot op heden uit een toegepast wetenschappelijk onderzoek in de context van de beroepspraktijk, meestal gelieerd aan de differtiatiestage. Met ingang van het huidige studiejaar kan ‘de meesterproef’ worden uitgevoerd door het opzetten van een afstudeerproject op de werkvloer. Op basis van bestudering van een aantal afstudeeronderzoeken kan gesteld worden dat de beoordeling van de afstudeeropdracht van goed niveau is. Dit onderwerp wordt onder 6.1. ‘gerealiseerd niveau’ verder uitgewerkt. • Evaluatie van de toetsen en van het toetssysteem vindt plaats in samenwerking met de CHE. De ‘Werkgroep Toetsing’ houdt zich bezig met de kwaliteitsborging van bloktoetsen, voortgangstoetsen en casustoetsen en heeft ook als taak het verder ontwikkelen van de competentietoetsen. De werkgroep heeft in dit kader onder andere een toetsmatrijs ontwikkeld, als blauwdruk van toetsen, om validiteit en betrouwbaarheid nog verder te verfijnen. Waar het gaat om de borging van beoordelingen vormt de intersubjectiviteit in de beoordelingen een van de aandachtsgebieden voor de werkgroep. •
Pagina 23 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
• •
Studenten worden periodiek ondervraagd over het onderwerp toetsing en beoordeling. Zij zijn van mening dat de aansluiting van de toetsing op de stof in het algemeen goed is. Zowel de spreiding als de aansluiting scoren volgens Choice 2004 ruim boven het landelijk gemiddelde. Eenzelfde positief beeld komt uit de curriculumevaluatie 2005 naar voren. Wel komt de definiëring van de beoordelingscriteria voor competentietoetsing, vooral in de communicatie met de stage-instellingen naar de mening van het visitatieteam in aanmerking voor verdere aanscherping. Het beeld dat uit de gevoerde gesprekken met de studenten naar voren komt is wisselend wat betreft hantering van criteria door docenten. Hoewel dezelfde handleiding wordt gebruikt, kan de interpretatie en de hoeveelheid feedback soms verschillen. Het visitatieteam is van mening dat de opleiding hier wel aandacht aan dient te besteden. Onterechte (on)voldoendes lijken echter volgens de studenten niet te worden gegeven. De opleiding beschikt over een adequaat examenreglement. De procedures rond stages en afstuderen zijn helder verwoord in voor student en begeleider beschikbare documenten. Het visitatieteam heeft vastgesteld dat de opleidingsdirecteur tevens (niet-stemhebbend) voorzitter is van de examencommissie. Deze situatie zal dienen te veranderen indien de voorgenomen wijziging van de WHOO die bij de tweede kamer is ingediend wordt aangenomen.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Op grond van het voorgaande is het visitatieteam van mening dat de toetsing in toenemende mate is afgestemd op het competentiegerichte curriculum. Een proces dat nog niet is afgerond maar waar hard aan wordt gewerkt. De stagebegeleiding en competentiebeoordeling vanuit de instellingen vormen punten van aandacht voor de opleiding: de (stage)begeleider op de werkvloer heeft zelf niet altijd een HBO-niveau, omdat verpleegkundige medewerkers binnen veel stage-instellingen zelf op niveau 3 of 4 opereren. Dit is een probleem dat overigens ook door andere HBO-V opleidingen in Nederland wordt gesignaleerd. Daarom vraagt de opleiding nu ook, naast de werkbegeleider, om een praktijkbegeleider ‘hogerop’ in de organisatie en is de instructie aan de begeleiders en de aanscherping van de in de stagegids geformuleerde beoordelingscriteria een blijvend punt van aandacht. De adequate aanpak van verbeterpunten zal, naar verwachting van het visitatieteam leiden tot de beoogde verdere aanscherping van het systeem. Het systeem van toetsing als geheel kan zeker als voldoende worden beschouwd. De toetsing is goed gespreid, sluit aan op de stof en dekt haar in voldoende mate af. Studenten vertellen dat er breed wordt getoetst en dat de casustoetsen goed in elkaar zitten. Het visitatieteam heeft dit geverifieerd door zelf verschillende toetsen inclusief beoordelingen in te zien. Het visitatieteam vraagt wel aandacht voor het verbeteren van de intersubjectiviteit bij de toetsing. Dit alles overwegend beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Toetsing en beoordeling’ als voldoende voor alle varianten.
Beoordeling van het onderwerp ‘Programma’ Het visitatieteam heeft vastgesteld dat er sprake is van een beroepsgericht, samenhangend programma dat bovengemiddeld aan de HBO-eisen voldoet. Er is sprake van een adequate invulling die goed aansluit op de geformuleerde eindkwalificaties. Studenten leren kritisch te denken en te reflecteren. Het flexibele programma is voldoende studeerbaar en sluit aan bij de kwalificaties van de instromende studenten. Het programma voldoet aan de formele eisen wat betreft de duur voor alle varianten. Er is sprake van een sterk didactisch concept, dat ‘leeft’ bij studenten en docenten. De toetsing van de leerdoelen is adequaat. De opleiding is voldoende alert waar het gaat om het inspelen op gesignaleerde verbeterpunten. Alle onderliggende facetten van het onderwerp ‘Programma’ zijn als voldoende of goed beoordeeld. Daarom beoordeeld het visitatieteam het onderwerp in zijn totaliteit als positief voor alle varianten.
Pagina 24 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
3. Onderwerp: inzet van personeel 3.1 Eisen HBO Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• •
•
De opleiding telt 14 vaste stafdocenten en 3 onderwijsassistenten. Op basis van hun achtergrond en nevenactiviteiten zijn de docenten goed in staat verbinding met de beroepspraktijk te leggen: o 11 personen zijn gediplomeerd verpleegkundige. o 1 is als verpleeghuisarts verbonden aan een GGZ-instelling. o 13 docenten zijn als stagedocent actief betrokken bij het stageproces. o Vanaf het tweede jaar ontvangen stagiaires via het traject methodiek en praktijkbegeleiding (MPB) coaching van docenten die gediplomeerd verpleegkundige zijn. o In de afgelopen drie jaar zijn twee docenten als verpleegkundige actief geweest binnen de beroepspraktijk, met een ratio van één voor de AGZ en één voor de GGZ. o 3 docenten zijn actief betrokken geweest bij de opzet en uitvoering van gezondheidszorgprojecten in een ontwikkelingsland. o Een groot aantal docenten is/was via contractactiviteiten betrokken bij de training van werkers in het veld waarbij het gaat om theoretische onderbouwing van de dagelijkse praktijkvoering. o 1 docent is op parttimebasis praktiserend orthopedagoog. o 1 docent is op parttimebasis praktiserend psychotherapeut. o De drie onderwijsassistenten zijn gediplomeerde verpleegkundigen; één van hen is als docent betrokken bij een MBO-V. De wijze waarop docenten via de (uitvoering van) de opleiding bij het beroepenveld zijn betrokken is onder facet 2.1 beschreven. Inschakeling van kennis uit het beroepenveld tijdens de lessen wordt als volgt gewaarborgd: o Bij de vaste vaardigheidslijn en de methodische praktijkbegeleiding zijn stafdocenten met een diploma Verpleegkunde ingeschakeld. o In de ontwikkeling van de Hoofdstroom in het curriculum voor de eerste twee studiejaren, via de aan zorgvragerscategorie gerelateerde programmablokken, participeren vaste docenten met een verpleegkundige achtergrond; zij hebben affiniteit met de betreffende categorie zorgvragers. o De blokcoördinatoren zijn per definitie afkomstig uit het beroepenveld. Hetzelfde geldt voor de coördinatoren van de Basisfase en de Differentiatiefase. o Externe deskundigen uit het beroepenveld zijn betrokken bij de curriculumontwikkeling en de evaluatie van het curriculum. o In voorkomende gevallen worden gastdocenten ingeschakeld die eveneens afkomstig zijn uit het beroepenveld. De praktijkgerichtheid van de docenten en begeleiders wordt geëvalueerd bij blokevaluaties, curriculumevaluaties en na afloop van de stageperiodes. De uitkomsten zijn gemiddeld zeker positief te noemen. In het Choice-onderzoek wordt op dit aspect ruim boven het landelijke gemiddelde gescoord. Tijdens de visitatiegesprekken wordt het positieve beeld door de studenten bevestigd. Zij vertellen dat hun docenten praktijkgericht, competent en actueel zijn: “Je merkt dat ze veel weten.”
Pagina 25 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft op basis van bovenstaande bevindingen kunnen vaststellen dat er voldoende contacten zijn tussen de docenten en de beroepspraktijk. De kennis die op basis van deze contacten wordt of is verkregen wordt aantoonbaar in de lessen en bij de trainingen en begeleiding ingebracht. Op grond van haar bevindingen beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Eisen HBO’ als voldoende voor alle varianten.
3.2 Kwantiteit personeel Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
• • • •
•
Het beleid ten aanzien van de omvang van het team staat beschreven in het opleidingsplan 2006-2010. De docent-studentratio is gekoppeld aan het instellingsbeleid, maar is steeds onderwerp van gesprek en onderhandeling. Momenteel beschikt de opleiding over 10 fte’s voor docententaken. Dit komt neer op een docentstudentratio van ongeveer 1:22. Hiermee kan de opleiding zich houden aan de ideale omvang van een onderwijsgroep van 12 studenten. Er is sprake van een ‘mooie’ leeftijdsopbouw binnen het team met relatief veel jongere docenten. Het ziekteverzuim onder de docenten is laag. Binnen het rooster is ruimte voor het inhalen van uitgevallen onderwijsactiviteiten. Deelname aan opleidingsoverstijgende projecten en participatie in het lectoraat Ethiek en Zorg is met de huidige personeelsbezetting gegarandeerd. De curriculumvernieuwing heeft voor het hele team geleid tot toename van de werkdruk, maar levert naar eigen zeggen van de docenten ook energie op. Grote problemen naar aanleiding hiervan zijn in de gesprekken niet naar voren gekomen, maar veel rek zit er niet meer in. Het visitatieteam heeft vastgesteld dat de lat door zowel het opleidingsmanagement als de docenten hoog wordt gelegd en dat de eigen grenzen wat minder makkelijk worden bepaald. Zo is een gevolg van de toename van (individuele) projecten dat daar ook heel veel nakijkwerk voor docenten aan vast zit. Het management heeft overigens wel oog voor mogelijke overbelasting van de docenten en brengt de werkdruk individueel en in teamverband ter sprake. In een gepland teambuilding-overleg zal het curriculum worden doorgemeten om te bezien waar ruimte zit om efficiënter te werken (bijvoorbeeld reductie van het nakijkwerk). Studenten en afgestudeerden waarderen de gemakkelijke toegankelijkheid van de docenten en de open, informele cultuur binnen de opleiding. Het feit dat het hier een relatief kleine opleiding betreft, draagt hier zeker aan bij.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat de kwantiteit, samenstelling en conditie van het HBO-V team zodanig zijn, dat de werkzaamheden aan de opleiding over het algemeen in voldoende mate kunnen worden uitgevoerd. Wel heeft zij vastgesteld dat veel gebeurt in de informele sfeer. Door gerichte formalisering en het geplande onderzoek naar de mogelijkheden efficiënter te werken, kan de ervaren werkdruk naar verwachting worden verminderd. Ook zou meer aandacht voor gerichte intervisie tussen docenten kunnen aansporen tot het beter “leren leren” van elkaar. Daarom beoordeelt zij het facet ‘Kwantiteit Personeel’ als voldoende voor alle varianten.
Pagina 26 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
3.3 Kwaliteit personeel Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
• •
• •
•
Inhoudelijke expertise wordt zichtbaar in de eis dat de opleiding voorziet in een massieve basis van verpleegkundige inhoudsdeskundigheid (zie 3.1) Een ander criterium voor expertise wordt bepaald door de oriëntatie op de vijf variabelen in het metaparadigma ‘mens’ van het Neuman Systems Model. De opleiding heeft deze expertise voldoende in huis, zoals blijkt uit het volgende overzicht: o Fysiologisch – één docent is instellingsarts. o Psychologisch – één docent is psychotherapeut. o Sociaal-cultureel – één docent heeft erkend antropologisch-linguïstisch veldonderzoek gedaan. o Ontwikkelingbepaald – één docent is orthopedagoog; één docent is andragoog. o Spiritueel – twee docenten zijn theoloog; drie docent-verpleegkundigen hebben zich in een aanvullende academische studie gericht op spiritualiteit in de zorg. Met het oog op de issues Internationalisering en Interculturalisatie in de zorg, alsmede het uitstroomprofiel ‘Global Nursing’ heeft de opleiding drie medewerkers in dienst die korter of langer werkervaring hebben opgedaan in ontwikkelingslanden. In het opleidingsplan zijn met het oog op verdere professionalisering doelstellingen geformuleerd. In functioneringsgesprekken worden docenten aangesproken op het formuleren van eigen doelstellingen op het gebied van deskundigheidsbevordering. Vanaf het lopende studiejaar moeten alle docenten een POP overleggen dat dient als referentiekader voor de komende jaren. Bij de invoering van het PGO-onderwijs hebben de docenten een training op dit gebied gevolgd. Formeel (via georganiseerde professionalisering en intervisie) en informeel wordt aandacht besteed aan de coachende rol van de (SLB)docenten. Het aanhaken bij de persoonlijke leerstijl van de studenten is hierbij een speerpunt. Dit geldt ook voor de aandacht voor reflectie en de bewaking van het digitale portfolio (DPF). Nieuwe docenten ontvangen in hun inwerkperiode begeleiding en coaching van een senior-docent. De meeste docenten zijn actief betrokken (geweest) bij de ontwikkeling van het nieuwe curriculum. Zoals eerder aangegeven heeft het visitatieteam vastgesteld dat alle docenten goed zijn ingewerkt in het didactisch concept. Vanaf 2003 zijn er regelmatig toerustingsbijeenkomsten georganiseerd, samen met de CHE, waar aandacht werd besteed aan de belangrijkste aspecten van het concept. Uit de diverse evaluaties en uit de gevoerde gesprekken blijkt dat de studenten de didactische vaardigheden van de docenten en hun inhoudelijke kwaliteiten positief waarderen. Opmerkingen over uiteenlopende hantering van beoordelingscriteria (intersubjectiviteit) zijn onder 2.8 al gemaakt.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft, mede op grond van gesprekken met de verschillende stakeholders, kunnen constateren dat de inhoudelijke en didactische kwaliteit van de docenten hoog is. De docenten beschikken over een grote expertise en betrekken de actuele beroepspraktijk duidelijk bij hun lessen. De ontwikkeling van de student en haar individuele leerstijl staan steeds centraal. Er is binnen de opleiding vanuit een actieve houding ruimte voor verdere professionalisering. Het visitatieteam beoordeelt het facet ‘Kwaliteit personeel’ dan ook als goed voor alle varianten.
Pagina 27 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Beoordeling van het onderwerp ‘Inzet van personeel’ Samenvattend kan worden gesteld dat het kleine hechte team dat aan de opleiding is verbonden hier op enthousiaste wijze vorm aan geeft. Kenmerkend zijn de korte lijnen, de open deuren en het informele karakter. Dit laatste is een kracht, maar ook een bedreiging. Extra aandacht voor mogelijke efficiencyverbetering en structurering zal naar verwachting de werkdruk kunnen verminderen en de kwaliteit van de opleiding verder verhogen. Ook kunnen opleidingsmanagement en docenten mogelijk, door gerichte intervisie tussen docenten, meer aandacht besteden aan het verbeteren van een voor hen meer realistische en praktische haalbaarheid van de nieuwe onderwijsvormen. Dit zal gaandeweg moeten groeien. Het onderwijs wordt verzorgd door mensen die de verbinding met de praktijk in voldoende mate leggen en die didactisch en inhoudelijk zeer goed in staat zijn een boeiend programma aan de studenten te presenteren en ze zo te begeleiden op weg naar de eindstreep. Op grond van bovenstaande overwegingen beoordeelt het visitatieteam het onderwerp ‘Inzet van personeel’ als geheel positief voor alle varianten.
Pagina 28 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
4. Onderwerp: voorzieningen 4.1 Materiële voorzieningen De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• •
•
•
• • •
•
De groei van het aantal inschrijvingen heeft consequenties voor de opleiding. Momenteel wordt daarom in toenemende mate gebruik gemaakt van lesruimtes van andere opleidingen. Op instellingsniveau worden plannen gemaakt om adequaat te reageren op de verwachte groei van de GH en daarbinnen de proportioneel sterke groei van de HBO-V. Vanaf 2008 zal naar structurele uitbreiding van de huisvesting van de hogeschool worden gezocht. Met het oog op efficiënte benutting van de huidige ruimte werkt de GH met het (digitale) roosterprogramma ROSTAR, dat na aanvankelijke opstartproblemen nu naar behoren werkt. Hoorcolleges voor grote groepen vinden plaats in het auditorium. De meeste lokalen zijn voorzien van een computer en AV- en projectieapparatuur. Een innovatie betreft ‘Smartboard’ waar de meeste lokalen recent mee zijn uitgerust. Naast de gewone lokalen en kleinere gespreksruimtes beschikt de afdeling over een skillslab dat volgens het visitatieteam toereikend is (naast elk bed een computer, waardoor de link met elektronische patiëntendossiers kan worden gelegd) maar niet hypermodern. Studenten delen deze mening (Choice 2004: 6.6 tegenover een landelijk gemiddelde van 6). Er is sprake van een moderne mediatheek voor de GH als geheel. Voor de afdeling Verpleegkunde bevat deze mediatheek een goede basisbibliotheek met abonnementen op de meeste Nederlandstalig vaktijdschriften. De internationale literatuur (hard-copy) blijft hierbij achter. Het beeld- en geluidsmateriaal is up-to-date. Studenten en studenten zijn tevreden over de faciliteiten die de mediatheek biedt. Sinds de laatste visitatie is duidelijk geïnvesteerd in de toegankelijkheid van digitaal (verpleeg)wetenschappelijk studiemateriaal. De instelling beschikt over 101 computers, d.w.z. één computerwerkplek per 13 studenten. Dit kan gunstiger. Dankzij de toegankelijkheid van Topshare heeft de opleiding het digitaal portfolio vanaf het cursusjaar 2004-2005 kunnen implementeren. Over Topshare in het algemeen en het digitaal portfolio in het bijzonder zijn studenten en docenten op dit moment (zeer) positief. Met het digitale inschrijf- en volgsysteem B&E, dat zeer recent is ingevoerd, kan informatie over individuele studieresultaten goed worden bijgehouden.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat de instelling en de opleiding planmatig investeren in de materiële voorzieningen. Een aantal nieuwe toepassingen is ingevoerd om de informatievoorziening te verbeteren. Na enige opstartproblemen loopt alles nu goed. Uitbreiding van het aantal computers is onderdeel van de begroting en naar de mening van het visitatieteam ook noodzakelijk. Het streven is uit te komen op een ratio van 1:10. Wat betreft de investering in de toegankelijkheid van digitaal (verpleeg)wetenschappelijk materiaal is de opleiding duidelijk tegemoetgekomen aan de aanbevelingen van de vorige visitatiecommissie. Tot 2008 is de huisvestingsruimte toereikend doordat passende maatregelen worden en zijn genomen. Op basis van haar bevindingen beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Materiële voorzieningen’ als voldoende voor alle varianten.
Pagina 29 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
4.2 Studiebegeleiding en informatievoorziening De studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten zijn adequaat met het oog op studievoortgang. De studiebegeleiding en de informatievoorziening sluiten aan bij de behoefte van studenten. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
•
•
•
De studieloopbaanbegeleiding (SLB) vormt een essentieel onderdeel van het programma. Dit vloeit in de eerste plaats voort uit de vanuit de christelijke levensbeschouwing ingegeven opvatting over studenten als unieke persoonlijkheden, die de opleiding wil begeleiden bij het ontplooien van hun talenten. De studieloopbaanbegeleiding is daarnaast een belangrijk hulpmiddel bij het ontwikkelen van de onderscheiden verpleegkundige beroepscompetenties. Dit geldt binnen alle opleidingsvarianten. Ook binnen de deeltijdopleiding vormt de studieloopbaanbegeleiding een expliciet onderdeel van het programma, als hulpmiddel om te borgen dat de geformuleerde nog te ontwikkelen kwalificaties adequaat worden gerealiseerd. Voor de studenten deeltijd en duaal wordt in overleg met betrokken studenten een afzonderlijk van het voltijdprogramma afgeleid SLB-traject uitgezet. De studieloopbaanbegeleiding richt zich op de integratie van de persoonlijke en de beroepsgerichte vorming van de student tijdens de gehele opleiding. Het gaat daarbij om de integratie van kennis en vaardigheden en op het leren reflecteren op de eigen ontwikkeling. Hulpmiddelen hierbij zijn het Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) en het Persoonlijk Activiteitenplan (PAP), waarin studenten hun persoonlijke leerdoelen ter verwerving van de beoogde competenties verwoorden. De begeleiding omvat individuele en groepgesprekken met de studieloopbaanbegeleider, voorbereid aan de hand van opdrachten. Reflectieverslagen hierover worden evenals leerprocesverslagen vanuit de taakgroepen, het SRV- en het VTV-traject, opgenomen in het portfolio als bewijs van de beoogde persoonlijke en beroepsmatige ontwikkeling. De SLB vindt in een georganiseerd kader plaats tot en met het derde studiejaar. Om het SLB-traject vorm te geven zijn voor de jaren 1, 2 en 3 van de voltijdstudie afzonderlijke programmaboeken SLB ontwikkeld. Het SLB-programma voorziet in een serie individuele gesprekken die in de loop van het traject in frequentie afnemen, afgewisseld met groepsgesprekken onder begeleiding van de SLB-er. Het ontwikkelen van studievaardigheden is een belangrijk onderdeel van het programma tijdens het eerste studiejaar, evenals de voorbereiding op de eerste stage. Tijdens het tweede en derde studiejaar maakt ook de Methodische Praktijkbegeleiding (MPB), gericht op de begeleiding van studenten tijdens de stages, deel uit van het begeleidingstraject. Tijdens MPB leren de studenten reflecteren op hun eigen en andermans ervaringen en vinden zo tevens een klankbord voor de soms intensieve ervaringen die ze tijdens de verpleegkundige stages opdoen. Hierbij wordt de christelijke invalshoek eveneens meegenomen. De methodische praktijkbegeleider, dezelfde docent als de studieloopbaanbegeleider, heeft een duidelijk andere rol dan de stagebegeleider. De studieloopbaanbegeleider vervult in het proces de rol van coach van de studenten. Uitgangspunt van het begeleidingsproces is een toenemende zelfstandigheid van de studenten; in het vierde jaar is daarom sprake van intervisie door studenten, waarbij de begeleider in principe niet meer actief betrokken is. Het digitale portfolio heeft een formatieve en summatieve functie. Op vaste momenten (vóór de zomervakantie) worden de vorderingen van de studenten gecheckt. Resultaten kunnen aanleiding zijn tot bespreking in bredere kring wat betreft de studievoortgang.
Pagina 30 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
• •
•
• •
Studenten geven tijdens de visitatiedagen aan het SLB-programma een sterk punt van de opleiding te vinden, dit jaar nog meer dan vorig jaar: “Het is de plek waar alles samenkomt en waar ruimte is voor reflectie en voor het verwerken van indrukken.” Wel merken zij op dat er aanzienlijke verschillen bestaan tussen de SLB-ers onderling. Ditzelfde positieve beeld, hoewel iets genuanceerder, komt uit de diverse evaluaties naar voren. Het visitatieteam heeft kennis kunnen nemen van de digitale portfolio’s van verschillende studenten. Wat opvalt is de positief kritische en realistische houding van de studenten ten opzichte van de eigen mogelijkheden en ontwikkeling. Ook aspecten rond de christelijke identiteit worden hierin open en integer besproken. Het visitatieteam beschouwt dit als een positief punt. Informatievoorziening: De communicatie over tentamendata, herkansingsmogelijkheden, en aanverwante procedures vindt plaats door middel van de informatievoorziening in de jaarlijks herziene Studiegids en de vigerende blokboeken. Planning van betreffende data en procedures wordt per studiejaar vastgesteld. Bijzondere omstandigheden, wijzigingen in de planning, of aanvullende informatie worden via het digitale intranet van de Gereformeerde Hogeschool (Topshare) en/of via mededelingen in de postvakken van de studenten gecommuniceerd. Vorig studiejaar verliep de informatievoorziening, door kinderziektes van enkele nieuw ingevoerde ICT-systemen niet optimaal. Naar verwachting zijn de problemen nu opgelost. Diffusiteit in de programmastructuur van de deeltijdopleiding is volgens het management een aandachtspunt: de leesbaarheid van de studiegids scoort 60%, adequate informatie 67%. Hierop wordt door de opleiding een verbetertraject ingezet.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding beschikt over een waardevolle opzet voor het systeem van studiebegeleiding, dat goed aansluit op het didactisch concept en op de identiteit van de opleiding en dat de studievoortgang faciliteert. De eerste ervaringen zijn volgens de diverse stakeholders en het visitatieteam positief. De komende periode zal worden gewerkt aan een verdere vervolmaking van het systeem. Een punt van aandacht hierbij vormen de door sommige studenten gesignaleerde verschillen tussen begeleiders waar het gaat om de uitvoering c.q. interpretatie van hun rol. Wat betreft de informatievoorziening heeft de opleiding een onrustige periode afgesloten. Naar verwachting zullen de nieuw ingevoerde systemen hun vruchten nu gaan afwerpen. Heldere informatie over de programmastructuur voor de deeltijdstudenten is ook volgens het visitatieteam een verbeterpunt. Alles afwegende beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Studiebegeleiding en informatievoorziening’ als voldoende voor alle varianten.
Beoordeling van het onderwerp ‘Voorzieningen’ Het visitatieteam heeft kunnen vaststellen dat de materiele voorzieningen voldoende aan de maat zijn. Waar zaken niet voldoen worden adequate stappen ondernomen om ad hoc en structureel verbeteringen door te voeren. Het SLB-programma is een sterk en essentieel punt van de opleiding dat de studievoortgang zeker ten goede komt. De informatievoorziening is na een periode van opstartproblemen met nieuwe systemen, in rustiger vaarwater gekomen. De beide facetten van het onderwerp ‘Voorzieningen’ zijn voldoende beoordeeld. Daarom beoordeelt het visitatieteam het onderwerp als geheel positief voor alle varianten.
Pagina 31 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
5. Onderwerp: interne kwaliteitszorg 5.1 Evaluatie resultaten De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: Opzet van het systeem: • Het Handboek Kwaliteitszorg, ontwikkeld op instellingsniveau, werd geïntroduceerd ongeveer in dezelfde tijd als waarin de vorige visitatie plaatsvond. Het document is gebaseerd op Total Quality Management (TQM), en gericht op zowel de kwaliteit van het primaire proces als op de processen van de organisatie. In de recente rapportage over een visitatie aan de PABO is de structuur van de kwaliteitszorg van de Gereformeerde Hogeschool als excellent beoordeeld (HBO-raad 2003). • Vanaf 2003 loopt er een samenwerkingsproject met de Christelijke Hogeschool Ede en de Christelijke Hogeschool in Gouda (ZEG) om te komen tot een gemeenschappelijk systeem voor kwaliteitszorg. Dit project is opgezet mede naar aanleiding van de invoering het nieuwe accrediteringssysteem binnen het NVAO-kader. Het project bracht aan het licht dat uitgaande van de invoering van competentiegericht onderwijs het handboek kwaliteitszorg moet worden aan gepast. Dit proces is in gang gezet en resulteerde al in een web-based volgsysteem t.a.v. de meest relevante kwaliteitsaspecten. • In het kader van de zelfevaluatie én tijdens de visitatie is vooral de kwaliteitsbeoordeling terzake van het primaire proces besproken en onderzocht. • Het handboek kwaliteitszorg omvat vijf kwaliteitscomponenten voor het primaire proces: personeelsmanagement, materiële middelen, curriculummanagement, internationalisering en resultaten. • Informatie wordt verkregen uit: o Curriculumevaluatie onder studenten. o Module- en blokevaluaties onder studenten bij afsluiting onderwijsblok of module, (mondelinge uitvoering, sinds 2005 ook digitaal, gekoppeld aan digitale kennistoetsing). o Stage-evaluatie studenten/ instellingen (jaarlijks). o Personeelsenquête (jaarlijks). o Enquête onder alumni (eens per vier jaar). o Enquête onder werkgevers / instellingen o Landelijke enquêtes en benchmark-onderzoeken HBO-Monitor, Choice, NQA. • De coördinator kwaliteitszorg speelt bij de hantering en uitwerking van het systeem een centrale rol. Vanaf najaar 2005 zijn aan de coördinator 200 uren beschikbaar gesteld o.a. voor de analyse van landelijke onderzoeksresultaten en de verwerking van de uitgevoerde curriculumevaluatie. • Bij de cyclische beoordelingsinstrumenten wordt een tevredenheidsnorm gehanteerd van 70%. De normering van de opleiding sluit aan bij de minimale eisen die vanuit de GH worden gesteld, in de vorm van algemeen geformuleerde normen. • De instelling heeft in de Strategienota GH-GPC-GIDS 2004-2008 de doelen van de hogeschool geformuleerd. Via jaarlijks verschijnende Kaderbrieven wordt de verwoording van de instellingsdoelen aangescherpt en bijgesteld. • De opleiding Verpleegkunde bracht haar eigen doelen eerder dit cursusjaar onder woorden in het Opleidingsplan 2006 – 2010.
Pagina 32 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Inzet instrumenten • Sinds 2003 is niet altijd systematisch gewerkt aan de inzet van genoemde evaluatie-instrumenten met betrekking tot het curriculum. Tijdens de curriculumvernieuwing was wel sprake van structurele evaluatie van kleinere programmaonderdelen (module-evaluaties). Deze werkwijze heeft voortgeduurd tot 2005. In dat jaar kon het nieuw ontwikkelde curriculum voor het eerst aan een reguliere evaluatie worden onderworpen. Het management vertelt desgevraagd dat voor dit moment is gekozen omdat de basisfase toen voltooid was en de contouren van de differentiatiefase zichtbaar werden. Zij ziet het ontwikkelingsproces zelf als kwaliteitsproces. • Als uit module-evaluaties blijkt dat het functioneren van een docent verbetering behoeft, wordt dit door de opleidingsmanager in het jaarlijkse functioneringsgesprek besproken. Waar nodig wordt hiervan melding gemaakt in individuele personeelsdossiers. • Uit de gevoerde gesprekken met de diverse stakeholders blijkt dat er op het gebied van kwaliteitszorg wel veel gebeurt, maar dat dit, mede gezien de geringe omvang van en korte lijnen binnen de opleiding nog te veel ad hoc gebeurt. Het visitatieteam is van mening dat de zogenaamde ‘kleine kwaliteit’ van de opleiding wel goed functioneert. Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft vastgesteld dat het kwaliteitssysteem in haar opzet degelijk is. Er zijn toetsbare streefdoelen geformuleerd zowel op instellings- als op opleidingsniveau. Dat de opleiding het onderwerp kwaliteitszorg serieus neemt mag blijken uit de tijdinvestering die hierin wordt en is gedaan. Het visitatieteam is van mening dat bij de structurele inzet van de beschikbare instrumenten verbeterruimte ligt. De structuur tussen ‘meten’ en ‘verbeteren’ behoeft aanscherping. Ook kunnen dossiervorming en ‘afrekening’ professioneler, hoewel dit binnen deze kleine organisatie wel een realistisch en praktisch haalbaar niveau dient te houden. Overigens verwacht het visitatieteam op basis van de gevoerde gesprekken en hetgeen recent in gang is gezet dat dit de komende periode daadwerkelijk zal gebeuren. Op basis van haar bevindingen en gegronde verwachtingen beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Evaluatie resultaten’ als voldoende voor alle varianten.
5.2 Maatregelen tot verbetering De uitkomsten van deze evaluatie vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• •
Op basis van gesprekken met studenten, afgestudeerden, werkveldvertegenwoordigers en docenten heeft het team kunnen constateren dat de opleiding voldoende verbeterbereidheid ten toon spreidt. In intensieve communicatie met de collega’s van de CHE en met het beroepenveld krijgt een vorm van kwaliteitszorg vorm die, als ‘dynamisch’ kan worden betiteld. Er is sprake van een zorgvuldige monitoring van de diverse programmaonderdelen en van het curriculum (sinds 2005) en er wordt dienaangaande aantoonbaar gericht en frequent actie ondernomen. De informatievoorziening over de resultaten van de evaluaties en wat daar mee wordt gedaan kan beter zowel naar de studenten als naar de overige stakeholders. In de zelfevaluatie wordt onderscheid gemaakt tussen ‘onderwerpen voor nader onderzoek’, ‘op te starten verbetertrajecten’ en ‘lopende verbetertrajecten’. Het visitatieteam heeft e.e.a. geverifieerd bij diverse stakeholders.
Pagina 33 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
In een Bijlage bij de zelfevaluatie heeft de opleiding beschreven hoe de aanbevelingen van de Visitatiecommissie HBO-V 2000 zijn geïmplementeerd. De opleiding heeft vervolgens aantoonbare verbeteringen naar aanleiding van de vorige visitatie gerealiseerd. Het visitatieteam heeft deze aanbevelingen en verbetermaatregelen grondig bestudeerd en tijdens de visitatie bij diverse stakeholders kunnen verifiëren. Binnen de opleiding vindt discussie plaats over de vraag hoe men evaluaties uit een oud curriculum moet hanteren als er een nieuw curriculum wordt ontwikkeld.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Op grond van de gesprekken met de diverse stakeholders en de bestudering van de beschikbare documentatie is het visitatieteam gebleken dat de opleiding adequaat actie onderneemt indien evaluatie-uitkomsten en vooral ook meer ad hoc signalen (bijvoorbeeld uit de Opleidingscommissie) daartoe aanleiding geven. De acties zijn gericht op het behalen van de geformuleerde streefdoelen. De tevredenheidsscore van minimaal 70% wordt consequent door de opleiding gehanteerd. De communicatie over de ondernomen acties en de resultaten daarvan kan en moet, ook volgens het management zelf, beter. De wijze waarop de aanbevelingen van de visitatie in 2000 ter hand zijn genomen verdient lof. Alle zes de aanbevelingen hebben aantoonbaar tot relevante verbeteringen geleid. Dit alles overwegende beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Maatregelen tot verbetering’ als voldoende voor alle varianten.
5.3 Betrekken van medewerkers, studenten alumni en beroepenveld Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten alumni en beroepenveld van de opleiding actief betrokken. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • •
• •
•
Via de onder 5.1 genoemde evaluatievormen worden de diverse stakeholders bij kwaliteitsverbetering betrokken. De inspraak van studenten is formeel geregeld via de Opleidingscommissie. De opleidingscommissie brengt advies uit over de inhoud en uitvoering van de opleidingsexamenregeling en kan bovendien gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen over andere zaken. Tijdens de gesprekken is gebleken dat de Opleidingscommissie goed functioneert en dat de adviezen serieus worden genomen. Zij heeft bijvoorbeeld tijdens het ontwikkelingsproces van het nieuwe curriculum (gevraagd) advies kunnen uitbrengen. Studenten zijn vooral betrokken bij de evaluatie van de blokprogramma’s via de blokevaluaties en evaluaties in de taakgroepen. Vertegenwoordigers van het werkveld zijn onder meer via de Werkveldcommissie betrokken bij de kwaliteitszorg van de opleiding. Ook de contacten met stagebegeleiders uit de stageverlenende instellingen en organisaties leveren input voor de kwaliteitsverbetering. Contacten met alumni zijn beperkt en verlopen voornamelijk via het informele circuit. Zoals hierboven al aangegeven is de informatievoorziening naar studenten en docenten over de uitkomsten van evaluaties, het hierop geënte verbeterbeleid en de resultaten hiervan te beperkt. Voor de Opleidingscommissie en de Werkveldcommissie geldt dit getuige de gevoerde gesprekken in mindere mate.
Pagina 34 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is van mening dat de diverse stakeholders informeel en in iets mindere mate ook formeel voldoende worden betrokken bij de kwaliteitszorg (de alumni in mindere mate), maar dat de terugkoppeling te wensen overlaat. De opleidingscommissie functioneert goed en wordt ook gebruikt als kanaal om de studenten te informeren. Van een consequentere terugkoppeling door het opleidingsmanagement naar alle stakeholders zal ongetwijfeld een motiverende werking uit gaan. Het personeel is overigens unaniem van mening dat genomen besluiten conform de afspraken worden uitgevoerd en dat dit gebeurt in overeenstemming met het verbeterbeleid van de opleiding. Alles overwegend beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Betrekken van medewerkers, beroepenveld, alumni en studenten’ als voldoende voor alle varianten.
Beoordeling van het onderwerp ‘Interne kwaliteitszorg’ Het visitatieteam heeft vastgesteld dat een systematische hantering van alle evaluatie-instrumenten en vooral de communicatie hierover tot voor kort niet in alle opzichten toereikend was. Dat wil zeggen dat ‘de cirkel niet werd rondgemaakt’. Een verklaring hiervoor kan ten dele gevonden worden in de bijna voltooide ontwikkeling van het nieuwe curriculum. Dit laat onverlet dat door de korte communicatielijnen binnen de opleiding, ‘het luisterend oor’ en de grote verbeter- en actiebereidheid en werklust, toch heel veel van de grond is gekomen op het gebied van kwaliteitsverbetering. Voor de komende periode zal een meer gestructureerde aanpak die mede wordt gericht op een betere informatievoorziening de nodige rust kunnen brengen en door bundeling van krachten zal naar verwachting het geformuleerde beleid kunnen uitgroeien tot een volwassen kwaliteitssysteem. Alle facetten van het onderwerp ‘Kwaliteitszorg’ zijn voldoende beoordeeld. Daarom beoordeelt het visitatieteam het onderwerp als totaal positief voor alle varianten.
Pagina 35 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
6. Onderwerp: resultaten 6.1 Gerealiseerd niveau De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
De afstudeeropdrachten voor de opleiding kunnen getypeerd worden als meesterproef. Studenten moesten tot dusver daarbij laten zien dat zij in staat zijn op HBO-niveau een toegepast wetenschappelijk onderzoek op te zetten en uit te voeren in de context van de beroepspraktijk. Normaliter gaat het daarbij om de beroepspraktijk binnen de afsluitende werkstage in de Differentiatie. De resultaten van het onderzoek dienen relevant te zijn ter verbetering van deze beroepspraktijk. Vanaf het cursusjaar 2005-2006 kan de meesterproef ook worden gedaan door het opzetten van een afstudeerproject op de werkvloer.
Begeleiding: Begeleiding wordt uitgevoerd door docenten die zelf een doctoraal / Master hebben en die na hun studie onderzoek hebben opgezet of uitgevoerd. o In het derde jaar wordt ter voorbereiding een onderzoeksmodule aangeboden, waarin theoretisch en praktisch aandacht wordt besteed aan de belangrijkste aspecten van verpleegkundig onderzoek. o Het onderzoek wordt meestal uitgevoerd door 3 à 4 personen. o De begeleidende docent evalueert het afstudeerproces regelmatig en geeft zo nodig adviezen voor bijstelling en verbetering. Hij is ook (mede) verantwoordelijk voor het niveau en de relevantie en voor de kwaliteit van de literatuur. o De docent-begeleiders van de verschillende groepen vormen samen de Commissie afstudeeronderzoek; zij beoordelen ook de tussenproducten van het onderzoek. o Naast een inhoudelijke focus richt de begeleider zich ook op het groepsproces. o Vanaf het derde jaar worden de studenten vertrouwd gemaakt met de beoordelingscriteria die duidelijk staan beschreven in de afstudeernota. o Bij de keuze van het onderzoek en de beoordeling van het eindresultaat zijn vertegenwoordigers van het beroepenveld betrokken. •
Uit het NQA-onderzoek 2005 afgenomen onder afgestudeerden, blijkt dat afgestudeerden HBO-V van de GH te Zwolle op (de beheersing van) alle Dublin Descriptoren gemiddeld hoger scoren dan het landelijk gemiddelde.
Pagina 36 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Beoordeling: • Hieronder worden de aspecten weergegeven van waaruit beoordeeld wordt of het onderzoek aan de eindkwalificaties van de Bachelor voldoet.
•
•
Het visitatieteam heeft een groot aantal afstudeeronderzoeken zorgvuldig bestudeerd en komt tot de conclusie dat de onderzoeken uitmunten in opzet, structuur en methodische aanpak. Dit is mede te danken aan de getrapte opbouw van het proces, waarbij de student steeds deelaspecten van de opdracht moet laten goedkeuren voordat er verder kan worden gegaan. De onderzoekscompetentie wordt zeker waargemaakt: in de afstudeeronderzoeken worden wetenschappelijke methoden en technieken op Bachelor niveau gebruikt. De beoordelingen zijn adequaat, soms zelfs zeer gedegen, hoewel de hantering van de beschreven criteria, ruim binnen de acceptabele marges, nog wel wat verschil laat zien. Hoewel bij de beoordeling van de presentatie twee docenten zijn betrokken, wordt het onderzoekscijfer door de docent-begeleider bepaald. Bij de eindpresentatie is een vertegenwoordiger uit het beroepenveld aanwezig.
Pagina 37 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
Uit diverse onderzoeksgegevens en uit de gevoerde gesprekken blijkt dat relatief veel afgestudeerden (aanvankelijk) een functie onder HBO-niveau vervullen. Naast het feit dat in de praktijk dikwijls geen onderscheid in functies op HBO- en MBO-niveau wordt gemaakt, spelen daarbij wellicht ook onzekerheid als beginnend beroepsbeoefenaar en een als gevolg van de breedheid van de opleiding gevoeld gemis aan diepgang een rol. De tweejarige differentiatie in het nieuwe competentiegerichte curriculum biedt, in combinatie met het keuzeprogramma bestaande uit keuzemodules en vrije studieruimte nadrukkelijk ruimte voor verdieping. Het werken met een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) en een Persoonlijk activiteitenplan (PAP), als onderdeel van de competentiegerichte benadering, beoogt de studenten optimaal te ondersteunen bij het verwerven van de verpleegkundige, verpleegtechnische en sociaal-relationele competenties. Zoals eerder is vermeld (onder 4.2) tonen de zelfreflecties binnen de digitale portfolio’s aan dat studenten met name op het gebied van de sociaal-relationele vaardigheden een duidelijke extra bagage meekrijgen. Met het gaandeweg verwerven van de beroepscompetenties en de beoogde toenemende zelfstandigheid van de studenten zal naar verwachting van het visitatieteam ook de bewustwording van de verworven deskundigheid op HBO-niveau toenemen. Deze mening wordt ook door de opleiding onderschreven.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft aan de hand van de afstudeeronderzoeken en de gesprekken met de diverse relevante partijen kunnen vaststellen dat de gerealiseerde eindkwalificaties in overeenstemming zijn met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen voor alle varianten. De voorbereiding op de afstudeerfase is toereikend, de begeleiding is van goed niveau en de beoordeling is adequaat en terecht, hoewel de cijfers enigszins aan de hoge kant zijn. Het visitatieteam adviseert de opleiding naast de docent-begeleider een tweede beoordelaar bij de beoordeling van het onderzoek in te zetten, zodat voor alle onderdelen van de afstudeerfase het meer-ogen-principe wordt gehanteerd. Met de invoering van de ‘meesterproef nieuwe stijl’ , die er in opzet goed uitziet, zullen de afstudeerders naar verwachting een extra instrument in handen krijgen om hun niveau in de praktijk te bewijzen. Op basis van haar bevindingen en overwegingen beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Gerealiseerd niveau’ als goed voor alle varianten.
6.2 Onderwijsrendement Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante andere opleidingen. Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
De opleiding hanteert streefcijfers voor instroom, doorstroom en uitstroom voor alle varianten. De streefcijfers zijn opgenomen in het opleidingsplan 2006-2010. Het streefcijfer voor propedeuserendement na 1 jaar is gesteld op 60%, na twee jaar op 95%. Het streefcijfer voor diplomarendement (totaal) is 60%. Het streefcijfer voor de onderwijsvraagfactor (OVF) is gesteld op 1.05. Wat de instroom betreft valt op dat de opleiding ernaar streeft meer studenten uit het VWO en MBO te laten instromen.
Pagina 38 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
In het genoemde opleidingsplan worden cijfers geanalyseerd en worden maatregelen besproken om (beter) aan de streefcijfers te voldoen als in dit opzicht problemen worden gesignaleerd. Om bijvoorbeeld het feitelijke propedeuserendement van 80% naar 95% te verhogen, zal in het SLB-traject worden benadrukt dat het te behalen resultaat onderdeel is van de professionele vorming van studenten. In de zelfevaluatie is een recente tabel opgenomen waarin van alle HBO-V’s in Nederland de OVF staat vermeld (gegevens 2004). Hieruit blijkt dat de GH met een score van 1.18 voor voltijd en deeltijd bovengemiddeld scoort en ook ruimschoots voldoet aan haar eigen streefcijfer van 1.05.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft kunnen vaststellen dat de opleiding intern streefcijfers hanteert voor het onderwijsrendement en dat zij deze cijfers vergelijkt met de cijfers van andere HBO-V opleidingen. De cijfers worden geanalyseerd en als daar aanleiding toe is worden verbetermaatregelen in gang gezet. De trends ten aanzien van instroom en doorstroom, die in de zelfevaluatie zijn opgenomen, bieden voldoende aanleiding voor de constatering dat de streefcijfers kunnen worden behaald. Het streefcijfer voor de OVF van 1.05 is realistisch gezien de huidige gegevens. Het blijft aanbeveling verdienen dat het exacte verloop van de trends zorgvuldig wordt gemonitord, zeker in het licht van het nieuwe curriculum. Op basis van haar bevindingen beoordeelt het visitatieteam het facet ‘Onderwijsrendement’ als voldoende voor alle varianten.
Beoordeling van het onderwerp ‘Resultaten’ Het door de opleiding gerealiseerde niveau is door het visitatieteam als goed beoordeeld. In hun afstudeerfase kunnen studenten aantoonbaar bewijzen dat zij de beoogde eindkwalificaties beheersen. Het facet onderwijsrendement is als voldoende beoordeeld. Op basis van deze vaststelling beoordeelt het visitatieteam het onderwerp ‘Resultaten’ als geheel positief voor alle varianten.
Pagina 39 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
7. Onderwerp: Bijzonder kenmerk Protestants-christelijke identiteit Protestants-christelijke identiteit: de identiteit van de instelling heeft een consistente plaats in de opleiding. (Beoordeelde facetten: ‘differentiatie en profilering’, ‘kwaliteit’, ‘concretisering’ en ‘onderscheidend karakter’) Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
Op instellingsniveau zijn de hoofdzaken van de gereformeerde identiteit onder woorden gebracht in twee basisdocumenten: ‘Als je gelooft in je werk’, en de uitwerking daarvan in de ‘Strategienota GH-GPC-GIDS-2004-2008’. In deze nota worden vier perspectieven benoemd van waaruit de werkelijkheid van de dagelijkse praktijk wordt bekeken: - omgaan met God – de Bron vanwaar uit we werken; - mens willen zijn uit één stuk – integraal willen werken; - metterdaad bewogen en betrokken zijn – de zin van ons werken; - op zoek zijn naar afstemming op Gods plan – de gerichtheid in ons werken.
•
De opleiding onderschrijft de missie en visie van de GH en heeft de visie op het beroep van verpleegkundige, in samenspraak met de HBO-V CHE, uitgaande van de gedeelde christelijke identiteit, zorgvuldig verwoord in het Opleidingsmodel. Het gaat hierbij om een visie op de vier verpleegkundige metaparadigma’s ‘de mens’, ‘de omgeving’, ‘gezondheid’ en ‘verpleging’. In het Opleidingsmodel staat beschreven hoe het Neuman Systems Model de leidraad vormt voor de visie op verplegen en de daarop gebaseerde invulling van het curriculum. Belangrijk argument voor de keuze van het NSM is het uitgangspunt van het model dat in de zorgverlening nadrukkelijk aandacht dient te worden gegeven aan het spirituele/levensbeschouwelijke functioneren van de zorgverlener. Daarnaast verschaft het model een kader waarbinnen inzichten uit de verschillende vakgebieden geïntegreerd kunnen worden in het methodisch verpleegkundig handelen. Binnen de opleiding is sprake van een sterke focus op het gebruik van wetenschappelijke kennis; op grond van haar christelijke identiteit legt de opleiding in dat kader echter nadrukkelijk een relatie met levensbeschouwelijke kennis als basis voor de waardering van wetenschappelijke kennis. Concreet betekent dit ook dat de opleiding een eigen accent legt op de waarde van Evidence Based (nursing) Practice. Deze visie op kennis en wetenschap houdt ook in dat de opleiding verpleegkundig handelen niet ziet als een ‘clean’ toepassen van kennis. “De verpleegkundige blijft verantwoordelijk voor de wijze waarop zij in unieke situaties gebruik maakt van verschillende vormen van kennis, teneinde een patiënt optimale zorg te bieden.” De competenties uit het competentieprofiel zijn zoals reeds vermeld gekoppeld aan de onderscheiden vijf beroepsrollen van de verpleegkundige; met het oog op het stimuleren van de studenten bij het integreren van de christelijke identiteit en het beroepsmatig handelen zijn aan de competenties opleidingsspecifieke gedragsindicatoren gekoppeld, gericht op het stimuleren van kritisch denken, morele vorming, zorg voor spiritualiteit evenals aspecten van een christelijke beroepshouding.
•
•
Pagina 40 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
•
•
•
•
•
•
Het visitatieteam heeft kunnen vaststellen, dat de door de opleiding geformuleerde visie op het onderwijs en het beroep in het curriculum herkenbaar is verwerkt en wordt getoetst. Dat wordt bijvoorbeeld geïllustreerd in de onderwijsprogramma’s Ethiek (jaar 1,2 en3) en Spiritualiteit (jaar 3), maar ook in andere programmaonderdelen zoals ‘Interculturele verpleging’. In veel onderwijsmodules wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan het onderwerp spiritualiteit. Zoals een van de studenten het formuleert: “Het kan overal opduiken.” Dit wordt bevestigd door de eigen waarneming van het visitatieteam in de zelfreflecties binnen de digitale portfolio’s waar zeer regelmatig door de studenten worden gereflecteerd op hun beroepshouding vanuit een, soms heel persoonlijk, christelijk perspectief. Ook in afstudeeronderzoeken wordt een relatie gelegd met ethiek en spiritualiteit, zoals bijvoorbeeld in twee onderzoeken over de Mantelzorg. Ook vanuit het Lectoraat Ethiek van de Zorg wordt bijgedragen aan kennisontwikkeling op het terrein van ethiek en spiritualiteit. Op grond van de belangstelling van studenten voor werk in ontwikkelingslanden en vanuit de verantwoordelijkheid voor medechristenen elders in de wereld heeft de opleiding een uitstroomprofiel ‘Global Nursing’ ontwikkeld. Zowel met het oog op de beroepsmatige ontwikkeling als op de persoonlijke ontwikkeling vormt de begeleiding van studenten een belangrijk onderdeel van het curriculum. Op grond van de gevoerde gesprekken heeft het visitatieteam kunnen constateren dat in de studieloopbaanbegeleiding, in de Methodische Praktijkbegeleiding en in de taakgroepen het ontwikkelen van een eigen visie op verplegen, op grond van de christelijke levensbeschouwing, nadrukkelijk gestimuleerd wordt. Behalve via de invulling van het curriculum wordt binnen de hogeschool ook invulling gegeven aan de christelijke identiteit door gezamenlijke bezinningsmomenten en rituelen en door het christelijk karakter van feestelijke bijeenkomsten. De veiligheid van de omgeving is een concreet aandachtspunt vanuit het bijbelse gebod dat mensen op een verantwoordelijke manier voor elkaars veiligheid moeten zorgen. De opleiding participeert actief in de initiatieven van een hogeschoolbrede Identiteitscommissie en stimuleert studenten dit ook te doen. Momenteel is de opleiding betrokken bij een hogeschoolbrede Studium Generale Cultuur en Maatschappijvorming met brede aandacht vanuit de christelijke levensbeschouwing. Van de docenten wordt verwacht dat zij belijdend lid zijn van een gemeente die zich stelt op de grondslag van de Bijbel en de gereformeerde belijdenis. Studenten die zich inschrijven dienen de grondslag van de hogeschool te respecteren en te eerbiedigen. Volgens recente uitslagen van een regelmatig uitgevoerd instroomonderzoek kiest 95% van de studenten in de eerste plaats op basis van de identiteit voor de GH. (85% op basis van de kwaliteit en 75% op basis van de kleinschaligheid en persoonlijke betrokkenheid). Tijdens de gesprekken die het visitatieteam met de diverse stakeholders voerde is het onderwerp identiteit consequent ter sprake gebracht: o Studenten en afgestudeerden vertellen dat er geen sprake is van een opgelegde visievorming: “Het is niet de school die onze visie vormt, dat doen wij zelf.” En: “Je leert je eigen standpunt bepalen; vanuit een veilige omgeving wordt je meer en meer losgelaten om uiteindelijk stevig in de praktijk te kunnen functioneren, vanuit je eigen overtuiging maar ook met veel respect voor de overtuiging van anderen.” o Het management merkt hierover op: “Wij besteden veel aandacht aan andersdenkenden: Christenen dienen ook ruimte te geven aan anders gelovigen. Onze verpleegkundigen moeten bijvoorbeeld ook islamieten met respect voor hun spirituele behoeften kunnen verplegen.” o Docenten zeggen: “Voor ons is iedereen gelijk.” en “De kracht van de opleiding is, dat de verpleegkundige breder leert kijken dan de specialist; zij heeft een heel eigen verantwoordelijkheid met betrekking tot het thema ‘zingeving’.” o Vertegenwoordigers uit het beroepenveld benadrukken dat studenten niet krampachtig worden opgeleid. “De studenten dragen hun eigen overtuiging met zich mee; de opleiding vervult slechts een begeleidende rol.” Pagina 41 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
•
Studenten zijn zodanig opgeleid dat zij in principe overal aan het werk kunnen. Naar verwachting zijn de meeste in staat zich ook in niet identiteitsgebonden instellingen, vanuit hun eigen kracht en overtuiging, thuis te voelen. Alumni onderstrepen echter wel de meerwaarde van deze christelijke achtergrond voor hun dagelijks beroepshandelen.
Beoordeling door het visitatieteam: De visie op het beroep vanuit de christelijke identiteit is door de opleiding op heldere wijze beschreven en wordt ook als zodanig door het gehele team onderschreven en uitgedragen. Hierbij valt op dat men dit vanuit een realistische grondhouding doet, dus niet krampachtig of soft. Uit onderzoek van de hogeschoolbrede visiedocumenten, van de uitwerking van het beroepsprofiel, en van de vertaling hiervan naar het programma komt een consistent beeld naar voren: er is sprake van een verwevenheid van de identiteit met de gehele opleiding. Dit geldt ook voor de manier waarop de visie in de randvoorwaarden tot uitdrukking wordt gebracht. De student die aan de Gereformeerde Hogeschool de opleiding HBO-V volgt, heeft een bewuste keuze gemaakt voor een protestants-christelijke/gereformeerde HBO-opleiding. Samenvattend heeft het visitatieteam kunnen vaststellen dat binnen alle facetten van de opleiding op een doeltreffende, integrale en evenwichtige manier vorm wordt gegeven aan de eigen christelijke identiteit. Daarom beoordeelt zij de facetten: ‘Differentiatie en profilering’, ‘Kwaliteit’, ‘Concretisering’ en ‘Onderscheidend karakter’ als goed voor alle varianten. Hiermee beoordeelt het visitatieteam het bijzondere kenmerk ‘protestants-christelijke identiteit’ als geheel positief voor alle varianten.
Pagina 42 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Bijlage 1: Programma Programma 1e visitatiedag opleiding HBOV (Gereformeerde Hogeschool) 9 mei 2006 09.30 – 10.00 uur
Ontvangst visitatiecommissie Dhr. G.J. Westrik, MScN, opleidingsdirecteur
10.00-10.30 uur
Bestuur, opleidingsmanagement Voorstellen en doornemen programma Dhr. drs. J.D. Schaap, voorzitter CvB Dhr. drs. B. Brand, CvB Dhr. G.J. Westrik, MScN, opleidingsdirecteur HBO-V
10.30-12.30 uur
Opleidingsmanager plus didactische staf (MT) Domeinspecifieke eisen, bachelorniveau, HBO-oriëntatie, programma van de opleiding Dhr. G.J. Westrik, MScN, opleidingsdirecteur Mw. A.R. Langenberg-Klok, MScN, onderwijskundig coördinator Mw. L. Smit, facilitair coördinator
12.30-14.00 uur
Documentenonderzoek, lunch, aanvullend gesprek opleidingsmanager
14.00-15.00 uur
Beroepenveldcommissie Domeinspecifieke eisen, HBO-orientatie Mw. S. Danen-de Vries, UMC, verpleegkundige en verplegingswetenschapper Mw. M. Roos, Symfora Groep, verpleegkundige GGZ Mw. G. Danes, (duaal), Isala klinieken (coördinator opleidingen) Mw. D. Westerkamp, (leerafdeling), Isala Ouderenzorg, verpleegkundige
14.00-15.00 uur
Studenten opleidingscommissie Programma van de opleiding, studeerbaarheid Hans van der Jagt, vt 1e jaar Ed Goldsteen, vt 2e jaar Albertine van Dijk, vt 2e jaar Matthijs van Frankenhuijzen, 3e jaar (oud-lid)
15.00-16.00 uur
Aanvullend onderzoek, intern beraad van visitatieteam
16.00-17.00 uur
Opleidingsmanagement Terugkoppeling Dhr. drs. J.D. Schaap, voorzitter CvB Dhr. drs. B. Brand, CvB Dhr. G.J. Westrik, MScN, opleidingsdirecteur HBO-V Mw. A.R. Langenberg-Klok, MScN, onderwijskundig coördinator
Pagina 43 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Programma 2e visitatiedag opleiding HBOV (Gereformeerde Hogeschool) 15 juni 2006 08.45 – 09.00 uur
Ontvangst visitatiecommissie Dhr. G.J. Westrik, MScN, opleidingsdirecteur
09.00-10.30 uur
Docenten Vakinhoud, beroepsoriëntatie en didactiek Mw. R. van der Lugt-Dreschler, docent verpleegkunde Mw. C.M.T. Kreuzen, docent verpleegkunde Dhr. drs. I.F.T. de Wolff, ondersteunend docent, fysiologische variabele Dhr. J. de Lijster, ondersteunend docent, spirituele variabele Mw. L. Janssen-Niemeijer, docent verpleegkunde Mw. L. Geuze, docent verpleegkunde
10.30-11.30 uur
Stagecoördinator, Afstudeercoördinator Stage en afstudeeropdrachten Mw. A.R. Langenberg-Klok, MScN, coördinator buitenschools curriculum Mw. drs. A.M.R. Oostland, coördinator MGZ Mw. drs. A.C. Driebergen, coördinator afstuderen Dhr. drs. G.J. van Enk, docent begeleider afstuderen, ondersteunend docent sociaal culturele variabele
11.30-12.30 uur
Studenten Studiebegeleiding, studielast, informatievoorziening, faciliteiten Dirk de Groot, voltijd student, 1e leerjaar Marian Vleesenbeek, voltijd student, VWO-route jaar 1 en 2 Henrieke van der Lugt, voltijd student, 2e leerjaar Jentje Boesenkool, voltijd student, 2e leerjaar Bernard Verwoert, voltijd student, 3e leerjaar Marian Winters, duale student, 3e leerjaar Jaqueline Durieux , deeltijd student, 3e leerjaar, oud curriculum Anneke Runhaar, deeltijd student, 2e leerjaar
12.30-14.00 uur
Rondleiding faciliteiten, documentenonderzoek, lunch Dhr. G.J. Westrik, MScN, opleidingsdirecteur Mediatheek : mw. A.A. Oosterhoff-Johannes ICT: dhr. H. Havinga Skillslab: mw. L. Geuze
14.00-15.00 uur
Afstudeerders verschillende afstudeerrichtingen Resultaten van de opleidingen Tanja de Boer, deeltijd student, MGZ-differentiatie Maarten van Garderen, voltijd student, GGZ-differentiatie Josja Gunink, voltijd student AGZ-differentiatie Carien de Gelder-Janssen, voltijd student AGZ-differentiatie
Pagina 44 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
15.00-16.00 uur
Alumni Aansluiting opleidingen op beroepspraktijk Marlene Veldkamp-Teuben, afgestudeerd juni 2002 Geraldine Bolks-Peter, afgestudeerd juni 2003 Anneke Pullen, afgestudeerd juni 2004 Marjan Harink, afgestudeerd juni 2004 Irene Spoelstra, afgestudeerd juni 2005 Christineke Rouault, afgestudeerd juni 2005
16.00-17.00 uur
Aanvullend onderzoek, intern beraad van visitatieteam
17.00-17.30 uur
Opleidingsmanagement Terugkoppeling van de bevindingen Dhr. J.D. Schaap, MPm, voorzitter College van Bestuur GH Dhr. B. Brand, College van bestuur GH Dhr. G.J. Westrik, MscN, Opleidingsdirecteur
Pagina 45 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Bijlage 2: Documenten Documenten die zijn bestudeerd •
Zelfevaluatierapport
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Programmaboek Afstudeeronderzoek Jaar 4. Vertaling van het Bachelor-profiel aan de hand van de "Dublindescriptoren" HBO-V GH Zwolle. 2006. Competenties Curriculum Opleiding tot Verpleegkundige. CHE/GZ (oktober 2005) Lijst met criteria voor de beoordeling van Afstudeerpresentaties Notitie dekking en spreiding beroepscompetenties binnen het onderwijsprogramma HBO-V GH Zwolle. Programmaboek A-Module Keuzestroom Buitenlandse Excursie Zwolle 2005. GH-Wijzer Cursusjaar 2005 – 2006. (Zwolle 2005) Handboek Kwaliteitszorg HBO-V GHZ. Als je gelooft in je werk, Identiteitsdocument GH / GPC Zwolle. Implementatieplan curriculum opleidingen verpleegkunde CHE en GH 2002 - 2003, deel I, II en supplement. Intake Assessment HBO-V: Instrumenten. HBO-Raad / Sectorfondsen Zorg en Welzijn. Modulehandleiding Interculturele Verpleegkunde, geïntegreerd in: Blokboek 1.4 De Verpleegkundige en de Regie van zorg in de Intensief klinische zorgvrager. Zwolle/Ede 2006. Jaarverslag 2003 Gereformeerde Hogeschool Zwolle. Jaarverslag 2004 Gereformeerde Hogeschool Zwolle. Leerinhoudenoverzicht opleidingen verpleegkunde CHE & GH. 2005 Literatuurgebruik Notitie Literatuurgebruik. 2004 Nota Keuzemodules (inclusief informatie over de ‘vrije studieruimte’) HBO-V GH. Zwolle, 2006. OER Onderwijs en Examenregeling GH HBO-V. Zwolle 2004. Naar een competentiegericht curriculum - Model van de Opleiding tot Verpleegkundige, Gereformeerde Hogeschool Zwolle / Christelijke Hogeschool Ede (2006) Opleidingsplan HBO-V 2006 – 2010 Moduleboeken en programmaboeken. Handleidingen A-modules Personeelsmap Gereformeerde Hogeschool CV’s docenten Projectplan 2006 CHE / GHZ In: Curriculumvernieuwing. Projectplan Kwaliteitszorg GH Zwolle. Stagenota HBO-V Voltijdse Opleiding Jaar 1 - 3: 2005 - 2006. CHE/GH Stagenota Jaar 4 Stagenota behorende bij Differentiatiestage jaar 4 (Voltijd / Deeltijd). 2005 - 2006. Strategienota GH-GPC-GIDS 2004 - 2008, Studiegids Voltijdse Opleiding Verpleegkunde 2005-2006 Studiegids Deeltijdopleiding Verpleegkunde 2005-2006. Cijfers uit enquêtes curriculumevaluatie 2005, personeelsenquête, stage-evaluatie studenten, en evaluatie stageinstellingen. Voorstellen voor verbetertrajecten in de aanloop naar de Accreditering 2006 Verbreding Werkplan ICT 2006 GH Documenten contact Beroepenveld Documenten contractactiviteiten Documenten Examencommissie Diverse notulen (o.a. Werkveldcommissie, Opleidingscommissie)
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Pagina 46 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
• •
Documenten Portfolio Documenten Toetsing Documenten Uitstroomprofielen Documenten werkstages Kengetallen Beroepsprofiel van de verpleegkundige, Leistra e.a. Met het oog op de toekomst: beroepscompetenties voor HBO-verpleegkundigen, Hogeschool Rotterdam/ NIZW, Utrecht, 2001. Spiritual Care and Nursing. A Case Study about Impeding and Stimulating Factors (MScN Dissertation, University of Wales College of Medicine / Hogeschool van Utrecht). Utrecht 2005 Beroepscompetenties van de HBO GGZ-verpleegkundige., Sciencia GGZ Kennistransfer, in opdracht van GGZNederland en HBOraad. Visitatierapport 2000 Rapport Visitatiecommissie Opleiding HBO-V, 2000 GH, Zwolle. 2000 Notitie over de Implementatie van aanbevelingen van de Visitatiecommissie HBO-V 2000. Zwolle 2006.
• •
Toetsen plus beoordelingen Afstudeeronderzoeken plus beoordelingen
• • • • • • • • •
Pagina 47 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Bijlage 3: Domeinspecifiek referentiekader: beroepscompetenties Beroepsrollen en beroepscompetenties HBO-verpleegkundige Beroepsrollen
Beroepscompetenties
Zorgverlener
•
om de last van ziekte, handicap of sterven te verlichten verleent de hbo-verpleegkundige op een professioneel verantwoorde wijze verpleegkundige zorg op maat (incl. primaire, secundaire en tertiaire preventie)
•
om een gezonde leefstijl bij patiënten en hun familieleden te bevorderen geeft de hboverpleegkundige op basis van een programmatische aanpak informatie, voorlichting en advies aan individuen en groepen
Regisseur
•
om de zorg te laten verlopen als een continu en integraal proces dat gericht is op het welzijn van de zorgvrager, coördineert de hbo-verpleegkundige de zorg
Ontwerper
•
om verpleegkundige deskundigheid te waarborgen in een integrale aanpak van zorg, behandeling en voorlichting werkt de hbo-verpleegkundige mee aan de ontwikkeling en vaststelling van nieuwe zorgprogramma's
•
om de zorgverlening op de afdeling zo efficiënt, effectief en goed mogelijk te laten verlopen levert de hbo-verpleegkundige een bijdrage aan het totstandkomen van het verpleegbeleid
•
om de kwaliteit van de zorg te bewaken en te waarborgen participeert de hbo-verpleegkundige in het ontwerpen van kwaliteitszorg op afdelingsniveau
Coach
•
om de doelen van het verpleegbeleid en de zorgprogramma's te realiseren kan de hboverpleegkundige andere verpleegkundigen en verzorgenden helpen en steunen bij het uitvoeren van de vastgestelde taken en functies
•
om stagiaires en collega-verpleegkundigen en -verzorgenden te steunen in hun professionele identiteit staat de hbo-verpleegkundige de collega met raad en daad terzijde
Beroeps-beoefenaar
•
om het beroep van verpleegkundige te ontwikkelen tot een professie die aansluit bij actuele maatschappelijke ontwikkelingen, vervult de hbo-verpleegkundige een actieve rol in de vernieuwing van het beroep en het bevorderen van het beroepsbewustzijn
•
om de kwaliteit van het verpleegkundig beroep op het vereiste peil te houden zodat het kan voldoen aan de maatschappelijke criteria, werkt de hbo-verpleegkundige mee aan de bevordering van de deskundigheid van de beroepsgroep
Pagina 48 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Bijlage 4: Visitatieteam Mevrouw dr. M.S.Leloux, teamleider: Mevrouw Leloux is na haar studie en promotie farmacie aan de RUU bij diverse organisaties (AKZO Nobel, RIKILT, NIZO food research) in verschillende research-functies (onderzoeker, projectleider, programmaleider, onderzoeksdirecteur en business development manager). Als onderzoeksdirecteur van het RIKILT was zij tevens programmaleider van een interdepartementaal programma over ketenkwaliteit voedingsmiddelen. Als Business Development Manager bij NIZO food research acquireerde zij contractonderzoek o.a. op het gebied van functional food en food processing. Daarnaast voert zij voor Certiked regelmatig visitaties uit, o.a. als teamleider, secretaris en extern deskundige. Momenteel is zij zelfstandig adviseur op het gebied van kennisexploitatie en daarnaast tevens werkzaam aan de Universiteit Twente als senior onderzoeker op dit gebied. Dhr. J. J.M. Veldkamp, extern deskundige Jan Veldkamp is in 1986 afgestudeerd aan de HBO-V te Nijmegen. Hij heeft daarna, als verpleegkundige, veel ervaring opgedaan in de verschillende velden van de gezondheidszorg. In 1990 is hij gaan werken als verpleegkundige in Psychiatrisch ziekenhuis Wolfheze , tegenwoordig de Gelderse Roos. Hij werkt, binnen deze instelling, momenteel als Teamleider op een Zeer Intensieve Behandelafdeling voor volwassenen in de langdurige zorg. De heer Veldkamp heeft als nevenactiviteit onder andere deelgenomen aan een groot aantal werkgroepen van het ziekenhuis Wolfheze / De Gelderse Roos, bijvoorbeeld over de onderwerpen ‘Zorgprogramma’s’, “Inrichting Zorgorganisaties’, ‘Ethiek’ en ‘Bejegening’. Tevens is de heer Veldkamp als docent betrokken geweest bij verpleegkundige bijscholingen aan de opleiding van Psychiatrisch Ziekenhuis Wolfheze en als examinator bij praktijktoetsen aan de HBO Verpleegkundeopleiding van de Hogeschool Nijmegen. Mevrouw drs. P.A.M. van Sonsbeeck-van den Brink, secretaris: Mevrouw Van Sonsbeeck heeft ontwikkelingspsychologie gestudeerd aan de RUU. Aanvankelijk werkte zij als psycholoog voor een Schoolbegeleidingsdienst, daarna op de opleidingsafdeling van de AMRO-bank als trainer/adviseur en tenslotte een aantal jaren als freelance trainer met name in de zakelijke dienstverlening en de advocatuur. Naast inhoudelijke trainingen verzorgde zij ook trainingen op het gebied van sociale/communicatieve vaardigheden. Vanaf 1992 heeft zij uitgebreide werkervaring opgedaan in het toetsen van opleidingen, zowel via CEDEO (bedrijfsopleidingen) als via de Stichting Post-HBO (postinitiële opleidingen). Zij was betrokken bij een groot pilot-project gericht op continue kwaliteitsverbetering van opleidingsinstellingen. In diverse bestuurlijke functies vervulde zij de rol van secretaris. Mevrouw C. Grootendorst (1982), studentlid: Carolien Grootendorst heeft in 2000 haar HAVO-diploma behaald. In 2001 heeft zij haar propedeuse HBOVerpleegkunde behaald, waarna ze Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD) is gaan studeren in Leiden. In 2005 is ze aan deze opleiding afgestudeerd. Momenteel studeert Carolien Politicologie in Amsterdam, afstudeerrichting Internationale Betrekkingen. Tijdens de studie MWD heeft ze een half jaar in de psychiatrie stage gelopen in Den Haag en ook is zij in het kader van een stage een half jaar naar Suriname geweest. Naast haar studie heeft ze het afgelopen jaar op de Hogeschool Leiden projectgroepjes begeleid voor de opleidingen MWD en SPH. Taken hierbij zijn onder andere het coachen/begeleiden van studenten, het controleren van HBO-niveau van de eindproducten en het evalueren en verbeteren van het project.
Pagina 49 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Bijlage 5: Onafhankelijkheidsverklaringen
Pagina 50 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Bijlage 6: Vergelijking Dublin Descriptoren met geformuleerde verpleegkundige competenties DUBLIN DESCRIPTOR
VP COMPETENTIES en INHOUD
De Bachelorgraad wordt verleend aan de student die Kennis en inzicht
De VP afgestudeerde: Kennis en inzicht
Aantoonbare kennis en inzicht heeft van een − Beschikt over kennis en inzicht van de 5 variabelen van het Neuman Systems model. vakgebied, waarbij wordt voortgebouwd op - fysiologische variabele het niveau bereikt in het voortgezet onderwijs - psychologische variabele en dit wordt overtroffen; doorgaans - sociologische variabele functioneert op een niveau waarop met - spirituele variabele ondersteuning van gespecialiseerde - ontwikkelingsbepaalde variabele handboeken, enige aspecten voorkomen waarmee hij in staat is de benodigde verpleegkundige zorg voor waarvoor kennis van de laatste zorgvragers uit alle zorgvrager categorieën te benoemen ontwikkelingen in het vakgebied vereist is. −
beschikt over kennis en inzicht over het methodisch handelen, organisatiekunde en management, onderzoek en kwaliteit.
Pagina 51 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
Toepassen kennis en inzicht
Toepassen kennis en inzicht
In staat is om zijn/haar kennis en inzicht op Is in staat om kennis en inzicht toe te passen waarbij sprake is van: a. Integratie van kennis en inzicht gericht op de volgende dusdanige wijze toe te passen, dat dit een voor de beroepsuitoefening relevante specifieke professionele benadering van zijn/haar werk of doelgroepen: beroep laat zien, en die verder beschikt over Mensen met een chronische aandoening competenties voor het opstellen en verdiepen Mensen met een verstandelijke handicap van argumentaties en voor het oplossen van Mensen die intensieve lichamelijke zorg behoeven problemen op het vakgebied. Mensen met psychiatrische aandoeningen Zwangeren, barenden, pasgeborenen, kraamvouwen, kinderen en jeugdigen Mensen met een geriatrische aandoening b. −
−
Toepassing van voor het beroep relevante vaardigheden: verpleegtechnische vaardigheden: van minder complexe basisvaardigheden naar meer complexe vaardigheden waaronder voorbehouden handelingen (Wet BIG). sociaal relationele vaardigheden: van basis sociale vaardigheden (luisteren, vragen stellen etc..) naar complexe beroepsgerichte vaardigheden (gesprekstechnieken, vergadertechnieken, voorlichting en presenteren etc.)
c.
ontwikkelt binnen verschillende beroepscontexten (stages in jaar 1 t/m 4) de vereiste beroepscompetenties voor de vijf beroepsrollen van de HBO-verpleegkundige: − zorgverlener (ontwikkelen en uitvoeren verpleegplan; preventie en GVO) − regisseur (coördinatie van zorg en management van zorgprocessen) − ontwerper (ontwikkelen verpleegbeleid, zorgprogramma’s en kwaliteitszorg) − coach (werkbegeleiding; zorgprogrammering en verpleegbeleid) − beroepsbeoefenaar (beroepsinnovatie en deskundigheidsbevordering) Hierbij is sprake van een opbouw van minder naar meer complex (uitvoeren, toepassen en ontwikkelen). De set competentietoetsen waar de student in de stage aan werkt zijn hier op gericht.
Pagina 52 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
DUBLIN DESCRIPTOR
VP COMPETENTIES en INHOUD
Oordeelsvorming
Oordeelsvorming
In staat is om relevante gegevens te verzamelen en interpreteren (meestal op het vakgebied) met het doel een oordeel te vormen dat mede gebaseerd is op het afwegen van relevante sociaal-maatschappelijke, wetenschappelijke of ethische aspecten.
Kan op basis van het verpleegkundig metaparadigma een onderbouwde visie formuleren. Is in staat om op basis van gegevensverzameling en analyse een goede verpleegkundige diagnose te stellen en een beargumenteerd verpleegplan op te stellen. Is in staat om op basis van de juiste morele gegevens tot een moreel/ethisch oordeel te komen. Is in staat om op basis van complexe organisatorische gegevens te participeren in beleidsvorming en beleidsvoorstellen te formuleren. Trekt op basis van (kwaliteits) onderzoek onderbouwde conclusies en kan deze vertalen in aanbevelingen en beleid. Is op de hoogte van de (nationale en internationale) beroepsontwikkeling en heeft zichzelf een oordeel gevormd over de maatschappelijke waardering. Is in staat om problemen op microniveau door te vertalen naar het meso- en macroniveau, door bv. te participeren in een beroepsorganisaties cq. vakbond
Communicatie
Communicatie
In staat is om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten of nietspecialisten.
De afgestudeerde beschikt over relevante communicatieve en sociale vaardigheden. Deze zijn gericht op het contact met zorgvragers en de samenwerking met beroepsbeoefenaren uit de eigen en andere disciplines. Hierbij gaat het om de volgende communicatieve vaardigheden: a. Basisvaardigheden (luisteren, vragen stellen, mening verwoorden, hanteren gevoelens, assertiviteit, feedback b. Patiëntenvoorlichting c. Gesprekstechnieken (counseling, slecht-nieuwsgesprek etc.) d. Groepsdynamica (besluitvorming, vergaderen, gespreksleiding) e. Leiderschap f. Presenteren, voorlichten g. Coaching, adviseren h. Probleemoplossende gespreksvoering (o.a. diagnosticeren) i. Schriftelijke rapportage j. Samenwerken, projectmatig werken
Pagina 53 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief
Gereformeerde Hogeschool Zwolle © Certiked
DUBLIN DESCRIPTOR Leervaardigheden
VP COMPETENTIES en INHOUD Leervaardigheden
De leervaardigheden bezit die noodzakelijk Is in staat te reflecteren op de eigen persoon, (beroepsmatige) zijn om een vervolgstudie aan te gaan die een omgeving en het verpleegkundig onderwijs. hoog niveau van autonomie veronderstelt. Kan op basis van deze reflecties en inzichten innovatieve voorstellen doen. Heeft zelfsturende mogelijkheden en heeft een professioneel niveau van autonomie bereikt
Pagina 54 van 54 GH Zwolle opl. HBO-V Definitief