Lectoraat: internationale samenwerking Lector: Jos Walenkamp
Jaarverslag 2015- Jaarplan 2016 1. Inleiding De wereld wordt kleiner. De arbeidsmarkt wordt internationaler, en multicultureler. Al onze studenten hebben internationale competenties nodig. Dat blijkt ook uit het onderzoek onder werkgevers en alumni naar hun wensen en behoeften ten aanzien van internationale competenties. De Haagse Hogeschool heeft internationalisering hoog in het vaandel staan. Het is een van de drie kernwaarden. Een van de vier speerpunten. We hebben de ambitie om in 2020 de meest internationale hogeschool van Nederland te zijn. Internationaliseringsactiviteiten omvatten het aantrekken van buitenlandse studenten, de ‘international classroom’ , studie of stage in het buitenland, talencursussen, internationaal georiënteerd lesmateriaal, en buitenlandse docenten. Maar internationalisering is geen doel op zich. Het is een middel dat helpt om het doel te bereiken. En dat doel is studenten voorzien van internationale competenties. Die competenties moeten dan ook hun plaats vinden in de leeruitkomsten van de verschillende opleidingen. De Haagse Hogeschool is flink aan de slag gegaan met internationalisering. Eind 2014 is het nieuwe internationaliseringsplan: “Global citizens in a Learning Society – Internationalisation at The Hague University of Applied Sciences 2015-2020” vastgesteld door het CvB. Rest nu het internationaliseren van de leeruitkomsten en curricula en het inzetten van internationaliseringsactiviteiten om die leeruitkomsten te bereiken. Daarvoor is nodig dat de docenten gemotiveerd zijn en zelf de benodigde competenties bezitten. Werk aan de winkel, ook voor flankerend onderzoek.
2. Visie en Missie De visie is die van internationaal georiënteerde hogescholen die in staat zijn wereldburgers af te leveren met kennis van de wereld om hen heen, met internationale en interculturele competenties en met betrokkenheid bij mondiale bedreigingen, in het bijzonder bij mensen die het minder hebben. Daarbij zou het mooi zijn als die betrokkenheid zich zou uiten in structurele samenwerking met instellingen elders en daar bij te dragen aan wederzijdse capaciteitsopbouw. Daarmee is het beroepsgerichte hoger onderwijs in ontwikkelingslanden gediend en daarmee zijn de Nederlandse hogescholen gediend die zo studenten kunnen helpen bij het verwerven van de internationale competenties die zij in de gemondialiseerde en multiculturele wereld van de toekomst nodig hebben. De missie van het lectoraat is kennis genereren die hogescholen in staat stelt meer en beter internationaal georiënteerd onderwijs te verzorgen en daardoor betrokken, internationaal competente professionals af te leveren die weten wat er in de wereld gaande is.
1
3. Inbedding lectoraat 3.1
De inbedding en positionering van het lectoraat binnen de instelling
Mede in het kader van de gewenste profilering zijn lectoraten in een viertal inhoudelijke platforms ondergebracht. Het lectoraat Internationale Samenwerking valt onder Platform 3. Goed Bestuur voor een Veilige Wereld. Het lectoraat valt organisatorisch binnen de Faculteit Bestuur, Recht en Veiligheid. Twee tot drie maal per jaar overleggen de lectoren van het Platform over inhoudelijke thema’s. Afhankelijk van het onderwerp worden bij dit overleg ook anderen uitgenodigd. Vanwege het belang voor internationalisering en wereldburgerschap voor de hele hogeschool en met name voor het vernieuwen van de curricula werkt de lector ook nauw samen met de collega’s in Platform 4: Onderwijs, Innovatie en Verdieping, nu: Leren in een Netwerksamenleving. Onderzoek behoort tot de portefeuille van Susana Menéndez, lid van het College van Bestuur. Bij de start van een jaarcyclus wordt door de lector het jaardocument (jaarverslag en -plan) opgemaakt dat vervolgens wordt vastgesteld. Vervolgens wordt halfjaarlijks een gesprek gevoerd over de voortgang, wat kan leiden tot aanpassing en bijstelling van de activiteiten. Balansopname aan het eind van de cyclus wordt opgevat als de startsituatie van de nieuwe cyclus. In het jaardocument wordt tevens aangegeven welke bijdrage het lectoraat levert aan de profilering van de hogeschool en aan het platform waartoe het lectoraat behoort. De ontwikkelingen met betrekking tot professionalisering en de reorganisatie van De Haagse Hogeschool kunnen aanleiding zijn voor wijzigingen in bovenstaande werkwijze. De administratieve ondersteuning van de lectoraten werd in 2015, ook na de reorganisatie, verzorgd door de diensten van de hogeschool. Daarnaast zal in ieder geval tot de reorganisatie van de diensten is afgerond (naar verwacht in de eerste maanden van 2016) secretariële en administratieve ondersteuning worden geboden door: Dhr. A.H. de Hollander (beleidsmedewerker bedrijfsvoering) Mw. A.L. Legters (senior managementassistent) Mw. M. Schoenmaeckers (managementassistent) Mw. N. van der Voort (administratief medewerkster) Mw. Luca de Boer (secretaresse)
3.2 Inbedding in de kennisinfrastructuur Vanaf 2015 worden lectoraten in het licht van de profileringsdiscussie ondergebracht in een viertal platforms. Het lectoraat Internationale Samenwerking valt onder platform 3 Goed Bestuur voor een Veilige Wereld. Het lectoraat valt organisatorisch binnen de Faculteit BRV.
2
De details van de toekomstige positionering van het lectoraat staan in de notitie ‘onderzoeken in netwerken’ , 7 oktober 2014 en de hierbij behorende bijlagen en nadere uitwerkingen (oktoberdecember 2014). Het lectoraat werkt samen met verschillende faculteiten en draagt daar bij aan de ontwikkeling van de meerjarenplannen. De lector geeft gastcolleges, is opdrachtgever van en begeleidt afstudeerscripties, heeft kenniskringleden uit verschillende faculteiten en bespreekt desgewenst onderzoeksplannen van faculteiten of opleidingen. Bij de opleiding European Studies is de lector lid van de werkveldcommissie. Bij Masters & Professional Courses begeleidt de lector de masteropleiding Organisatiecoaching en adviseert hij over het opzetten en uitbreiden van onderzoek. Op strategisch gebied is de lector nauw betrokken geweest bij het opzetten van het Zwaartepunt Goed Bestuur voor een Veilige Wereld en heeft hij de Programmadirecteur en de Coördinator van het zwaartepunt geadviseerd. Samen met collega-lectoren Jaap de Zwaan, Marcel Spruit en Joris Voorhoeve leidt de lector een onderzoeksproject op het terrein van International Financial Crime. De colleges voor de Summerschool, die in 2015 gegeven werden, zullen ook in 2016 gegeven worden. Met de diensten Communicatie & Marketing en Onderwijs & Studentenzaken werd nauw samengewerkt bij de opstelling en uitwerking van het beleidsdocument horende bij een van de drie ‘kernwaarden’ van De Haagse Hogeschool: Internationalisering, en bij de uitwerking ervan op faculteitsniveau. Belangrijk daarbij zijn het engageren en opleiden van docenten en het hogeschoolbreed verbeteren van de leeruitkomsten op het gebied van internationale competenties. In 2013 is in verband daarmee, mede met hen, een conferentie georganiseerd “Looking over the Dunes” (Walenkamp (ed.), 2013). In 2015 stond de Onderwijsdag in het kader van Internationalisering. De lector was lid van de voorbereidingscommissie. Het onderzoek aan de motivatie en competenties van docenten wordt besproken met de dienst HRM teneinde de resultaten mee te nemen in nieuw beleid voor rekrutering en stafopleiding. Het lectoraat speelt op verschillende manieren een rol bij het versterken van het bacheloronderwijs aan De Haagse Hogeschool. De twee hoofdlijnen zijn (a) kennis van de wereld om ons heen en (b) internationale en interculturele competenties van de studenten.
a. Het vergroten van de kennis van de wereld en hoe zich die ontwikkelt. Voor docenten is daarvoor in het academische jaar 2012-2013 een Masterclass ontwikkeld: “De Wereld in 2025”, samen met collega-lectoren Jaap de Zwaan (European Integration) en Joris Voorhoeve (Internationale Vrede, Recht en Veiligheid). Die Masterclass werd in het jaar 2013-2014 herhaald, maar nu met nog twee collega-lectoren (Henno Theisens – Public Management – en Marcel Spruit – Cybersecurity). In 2014-2015 en in 2015-2016 wordt de Masterklas – Nu: “De wereld in 2030” – opnieuw gegeven, ook met medewerking van Prof. Maurits Berger, hoogleraar Islam in the contemporary West aan de Universiteit Leiden, en collega-lector Vincent Smit. Daarnaast worden door het lectoraat gastcolleges en lezingen verzorgd, zowel buiten als binnen De Haagse Hogeschool. En zijn er drie minors ontwikkeld: Development Cooperation, The Many Faces of Globalization en International Cooperation in 2025. De minors worden jaarlijks als (zeer) goed geëvalueerd door de studenten; de 3
kanttekeningen worden meegenomen bij het verbeteren van de minoren. De eerste twee minoren zijn inmiddels overgedragen aan twee verschillende opleidingen van de Faculteit TIS. De derde minor is niet gegeven in 2015. De lector doceert ook in de nieuwe minor Wereldburgerschap. b. Het geven van Train de Trainers workshops aan docenten die de module PREFLEX (Preparation for your Foreign Learning Experience) gaan geven aan hun studenten die naar het buitenland gaan, of zitting nemen in een ‘international classroom’ of in een multicultureel samengestelde klas. De PREFLEX module wordt ook aangeboden aan buitenlandse studenten, voor wie Nederland de buitenlandervaring belichaamt. Het vergroten van de internationale competenties van docenten, onder andere door bezoeken aan ontwikkelingslanden, in overleg met faculteitsdirecteuren en collega’s. Door een bijdrage te leveren aan het gesprek binnen de hogeschool over het internationaal maken van de curricula van alle opleidingen. Door bij te dragen aan het ‘internationale blok’ van de opleiding Climate and Management. Door het geven van gastcolleges, bijvoorbeeld aan de opleidingen Climate and Management, Voeding en Diëtetiek, Process & Food Technology en European Studies. Door de dienst Onderwijs en Studentenzaken in te zetten op het internationaliseren van de reguliere leeruitkomsten. En last but not least via de leden van de kenniskring Het lectoraat is opdrachtgever van afstudeeropdrachten. Het lectoraat heeft de wind in de rug (en heeft daar zelf ook een bijdrage aan geleverd) doordat De Haagse Hogeschool zeer expliciet heeft gekozen voor Internationalisering als één van zijn vier speerpunten/kernwaarden. Het lectoraat houdt door bemoeienis in verschillende gremia binnen (zoals het Strategisch Overleg Internationalisering) en buiten de hogeschool (het SOI van EP- Nuffic) dit gedachtengoed levend en verrijkt de kennis binnen de hogeschool door het inploegen van kennis en expertise van buiten, bijvoorbeeld vanuit EP-Nuffic en (inter)nationale collega-experts. Tezamen met de lectoren Internationale Vrede, Recht en Veiligheid en European Integration werd in 2015 uitgewerkt hoe aan deze internationaal georiënteerde lectoraten opvolging kan worden gegeven in platform 3.
4. Samenwerkingsverbanden en inhoudelijke relaties binnen en buiten de hogeschool Platform In het afgelopen jaar hebben de onderscheiden lectoren van het cluster Bestuur, Globalisering, Stad en Veiligheid elkaar gevonden in gezamenlijke projecten en hun bemoeienissen met het ontwikkelen van het Platform. Met de lector Burgerschap en Diversiteit, Baukje Prins, is het onderzoek naar het verwerven van interculturele competenties in een internationale en in een multicultureel samengestelde klas, met of zonder een voorbereidende TIC (training Intercultural Competence) training, dat in 2016 wordt voortgezet.
4
Interne relaties Binnen De Haagse Hogeschool werkt het lectoraat inhoudelijk het meeste samen met: -
-
Opleiding voor European Studies, o.a. in de Werkveldcommissie, PREFLEX training, kenniskring, introductie van nieuwe buitenlandse studenten. Faculteit voor Bestuur, Recht & Veiligheid: kenniskring, Masterclass, onderzoeksbeleid Faculteit Business, Finance and Management. Meerjarenplan, IBMS en CE onderzoek: kenniskring, onderzoek verwerven van internationale en interculturele competenties in multiculturele en in internationale groepen studenten Faculteit Sociaal Welzijn en Educatie: kenniskring, academie (nu: faculteits-)dagen, voorbereiding docenten op buitenlandervaringen, opdrachtgever afstudeeropdrachten Faculteit voor Technology, Innovation & Society: kenniskring, overname twee minoren, samenwerking met Brazilië, docentenonderzoek Dienst Communicatie & Marketing: internationale samenwerking in profiel hogeschool Dienst Onderwijs en Studentzaken: leeruitkomsten en curriculumontwikkeling; internationaliseringsbeleidplan; Onderwijsdag Internationalisering 2015 Dienst Human Resources Management: rekrutering en stafopleiding m.b.t. internationale competenties
Externe relaties -
-
-
-
-
EP-Nuffic, de lector houdt regelmatig lezingen bij EP- Nuffic en houdt voeling met de onderzoekers van de EP-Nuffic afdeling Kennis en Innovatie. De lector is ook vast lid van het door EP- Nuffic belegde beraad over internationalisering, samen met vertegenwoordigers van OCW, BuZa, VSNU, Vereniging hogescholen en andere gremia; de Hanzehogeschool Groningen, vooral de eerste jaren werd samengewerkt met de lector Internationalisering en de Internationale Beroepspraktijk daar en werd deels gebruik gemaakt van de daar ontwikkelde instrumenten zoals de MPQ; het Centrum voor Internationale Samenwerking van de Vrije Universiteit, dat ook onderzocht hoe de samenwerking met polytechnics in Ghana effectief was voor capaciteitsopbouw. Met Stenden Hogeschool, met name ook met de collega-lector Internationalisering daar. Heden ten dage is de externe samenwerking voor al met EP-Nuffic, de NVAO, de IOB en de universiteit Leiden, het Afrika Studiecentrum. De directeur van het ASC is de promotor van een Mozambikaanse PhD studente, die op voorstel van de lector de ontwikkeling van de Eduardo Mondlane Universiteit onderzoekt. Internationaal wordt vooral samengewerkt met de polytechnics van Accra, Takoradi en Cape Coast in Ghana en met de Eduardo Mondlane Universiteit in Mozambique. Via het netwerk van de lector worden gezaghebbende gastdocenten ingezet bij bijzondere colleges voor studenten en docenten. Dat wordt gewaardeerd, als blijkt uit de evaluaties van bijvoorbeeld de Masterclass en de Minoren.
5
5.
Voortgang van de werkzaamheden
De kwaliteit van lectoraten en onderzoek wordt continu verbeterd en geoptimaliseerd aan de hand van de jaarlijkse monitoring van het jaarplan. In de werkwijze staan voorop: sturen op gezamenlijke visie- en ambitieontwikkeling, maken van prestatieafspraken, reflectie op voortgang en opbrengsten en hoe hiervan leren. In het jaarverslag wordt gerapporteerd over de feitelijke realisatie en vervolgens wordt in het jaarplan geanalyseerd en gewaardeerd wat wel en niet goed is gelopen en worden hieruit consequenties getrokken ten behoeve van de kwaliteitsverbetering in de volgende jaarcyclus.
5.1 Onderzoek Het onderzoek dat binnen het lectoraat Internationale Samenwerking plaats vindt heeft een direct doel: kennis genereren die het mogelijk maakt Nederlandse hogescholen internationaal georiënteerd te maken en, zo mogelijk, meer en effectiever in te zetten bij ontwikkelingssamenwerking. Daarmee is het Nederlandse hoger beroepsonderwijs gediend, dat internationaler wordt en zo tegemoet komt aan de wensen van studenten en de behoeften van de arbeidsmarkt. Indien hogescholen daadwerkelijk actief zijn in ontwikkelingssamenwerking, is daarmee het hoger onderwijs in ontwikkelingslanden gediend en daarmee hun sociale en economische ontwikkeling. Dat laatste verliest echter aan aandacht. De focus ligt nu meer op het verwerven van internationale competenties door studenten. Uit gesprekken met de toenmalige (2009) bestuurlijke en uitvoerende platforms van hogescholen die actief (wilden) zijn in ontwikkelingssamenwerking (PROFOUND en de bestuurders en medewerkers van de desbetreffende 19 hogescholen) is een aantal problemen naar voren gekomen. Een eerste analyse van die problemen heeft geleid tot verschillende onderzoeksvragen, tot de verschillende componenten van het onderzoek. Onderzoekslijn 1. De visie en de strategie van hogescholen m.b.t. internationale samenwerking Binnen hogescholen wordt van hoog tot laag gesteld dat het voor internationale samenwerking ontbreekt aan een duidelijke visie, een herkenbaar beleid, een passende strategie, en de benodigde organisatiestructuur en financiële middelen. De Haagse Hogeschool heeft internationalisering tot speerpunt verheven. De lector heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van bijbehorend beleid en het lectoraat zal de implementatie van dat beleid en de effectiviteit van de verschillende maatregelen onderzoeken. In 2015 heeft Joyce den Heijer bijvoorbeeld de implicaties onderzocht van het gebruik van Engels als ‘medium of instruction’ (Heijer: in Walenkamp (ed.), 2015). Met behulp van het door de Nuffic ontwikkelde instrument MINT (Mapping Internationalisation) hebben de verschillende faculteiten en opleidingen in kaart gebracht waar zij staan m.b.t. internationalisering. Daarmee is een basis gelegd voor de internationaliseringsparagrafen in de plannen voor 2020. In 2016 zal de implementatie van het internationaliseringsbeleid, en in het bijzonder curriculuminnovatie, worden onderzocht. In 2016 zal, in het eerste semester van het academische jaar 2016-2017, een voortzetting van het onderzoek door Joyce den Heijer worden ingezet in het CLIL (content and language integrated leaning) onderzoek van Marloes Ambagts. Onderzoekslijn 2. Het verwerven van internationale competenties door studenten. Een aantal van onze studenten gaat al voor studie of stage naar het buitenland. Dat moeten er meer worden. Dat vindt de Minister van OCW, dat vindt EP-Nuffic en dat vinden de Vereniging Hogescholen en De Haagse Hogeschool. Het aantal studenten van De Haagse Hogeschool dat daadwerkelijk naar het buitenland gaat blijft echter beperkt. Door middel van een aantal online surveys hebben we in kaart gebracht wat studenten motiveert om naar het buitenland te gaan en waar nog winst te behalen is. Onbekendheid en drempelvrees kunnen met goede voorlichting al voor een belangrijk deel worden weggenomen. 6
Het is daarbij ook van belang te weten welke meerwaarde een buitenlandse studie of stage voor de studenten heeft, wat hun ervaringen zijn en wat de capaciteit van de instellingen is. En we hebben onderzocht wat de verwachtingen van studenten zijn en in hoeverre die na hun buitenlandse studie of stage gerealiseerd zijn. Het lectoraat onderzocht ook of er verschillen zijn in toegevoegde waarde tussen studie of stage in een westers land en die in ontwikkelingslanden. De verschillende onderzoeken in deze richting hebben geresulteerd in een boekje: “Studie of stage in het buitenland en het verwerven van internationale competenties” (Hoven & Walenkamp, 2013a), en een artikel in ART (Applied Research Today) van De Haagse Hogeschool (Hoven & Walenkamp, 2013b). Beide publicaties maken deel uit van de onderzoeksportfolio en zijn breed verspreid in de hogeschool en worden ook in een artikel in ART samengevat. Ze zijn onderwerp van gesprek bij het vormgeven van het nieuwe internationaliseringsbeleid. In 2015 is een geactualiseerde, en door Joyce den Heijer in het Engels vertaalde, versie verschenen (Hoven & Walenkamp, 2015). Uit ons onderzoek, en uit de algemene internationale literatuur, blijkt dat studie of stage in het buitenland ten behoeve van het verwerven van internationale competenties veel effectiever zijn als de studenten goed voorbereid en begeleid worden in een doelgerichte en doelbewuste acquisitie van die competenties. Daartoe is de trainingsmodule PREFLEX ontwikkeld (Hernandez & Walenkamp, 2012). Die trainingsmodule wordt in steeds meer opleidingen gebruikt, ook voor internationale en multiculturele groepen, vaak aangepast aan de specifieke behoeften van de desbetreffende opleiding. In 2015 is het onderzoek aan de effectiviteit van de trainingsmodule in internationale en multiculturele klassen voortgezet door Baukje Prins, Jumi van de Velde, Jantien Belt, Corina Tabaracu, Anita Ham, Femke Kaulingfreks en de lector. In 2015 is ook het boekje over de bevindingen van het eerste proefjaar verschenen (Belt et al., 2015). Corina Tabacaru heeft over waardering door studenten van de training een artikel geschreven (Tabacaru: in Walenkamp (ed.), 2015). Ook in 2016 wordt dit onderzoek, nu aan CE en SBRM klassen en aan IPM en SWE klassen voortgezet. Het invlechten van internationale leeruitkomsten en het internationaliseren van curricula is de essentiële basis voor internationalisering en moet op den duur onderdeel worden van het reguliere proces van curriculumverbetering in alle opleidingen. Het voorstel is om in de loop van 2016 daarvoor een ervaren senioronderzoeker van de Hogeschool van Amsterdam in te zetten. Met de organisatie JOHO is gewerkt aan het meten van de acquisitie van internationale competenties door een grote groep jongeren die de afgelopen jaren naar het buitenland gingen in het kader van hun programma “MillenniumDoen!”. Die jongeren deden allen mee aan een online voor- en nameting, interviews en 360 graden feedback. JOHO gebruikte de methodiek die door het lectoraat is ontwikkeld. Het programma is afgerond. JoHo heeft met behulp van het lectoraat het eindverslag aangeboden aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Saskia Rademaker heeft van alle gegevens een eerste artikel gepubliceerd (Rademaker: in Walenkamp (ed.), 2015). In het kader van de onderzoekssamenwerking met de Stichting Eye4Africa is onderzoek gedaan aan studenten Sociale Professies die de Minor Ontwikkelingssamenwerking van Hogeschool Windesheim hebben gedaan en die stage hebben gelopen in Oeganda (Belt: in Walenkamp (ed.), 2015). Uit het onderzoek aan internationale klassen blijkt dat veel Chinese studenten problemen ondervinden. Die hebben te maken met achterstanden in taalbeheersing of voldoende academisch niveau, maar ook met culturele verschillen. Annelies Oudshoorn zal in 2016 onderzoeken in hoeverre verschillen in stijl van ‘conflict resolution’ een rol spelen bij het beter samenwerken in een
7
internationale klas, en hoe inzicht in die verschillen kan leiden tot het verwerven van interculturele competenties. Het opdoen van interculturele competenties in een internationale klas geschiedt vooral in werkgroepen. Die zijn echter zelden voldoende gericht op die competentieverwerving. Opdrachten, begeleiding en evaluatie schieten tekort. In samenwerking met een kenniskringlid van Ellen Sjoer zal in september 2016 een onderzoek gestart worden naar samenwerkend leren in een internationale klas. Simone Hackett van de Faculteit Gezondheid, Voeding en Sport onderzoekt de effectiviteit van hun eigen trainingsmodule voor Internationale Competenties. Onderzoekslijn 3. Kennis van het hoger beroepsonderwijs in ontwikkelingslanden en de aansluiting bij de arbeidsmarkt Voor hogescholen en opleidingen die actief willen worden op het terrein van ontwikkelingssamenwerking is op systeemniveau vaak onvoldoende kennis over het hoger beroepsonderwijs in ontwikkelingslanden. Het is nauwelijks bekend hoe het hoger beroepsonderwijs of beroepsgericht hoger onderwijs daar is geconcipieerd en wat de gedachten daarachter waren. Heel praktisch: er is onvoldoende kennis over de aansluiting bij de arbeidsmarkt, in het heden en in de toekomst. De derde onderzoeksvraag was daarom: Hoe heeft het hoger beroepsonderwijs in landen als Ghana en Mozambique zich ontwikkeld. Wat waren de uitgangspunten en verwachtingen, in hoeverre zijn die gerealiseerd. Hoe sluit het hoger beroepsonderwijs in die landen aan bij de arbeidsmarkt. Het resultaat van dit deelonderzoek vergroot de kennis van het praktijkgericht hoger onderwijs in ontwikkelingslanden, de belangrijkste problemen en de behoeften aan ondersteuning. Het verschaft meer inzicht in de mogelijke aansluitpunten tussen de vraag uit die landen en het specifieke hogescholenaanbod. Het draagt op die manier bij aan het helder krijgen van de benodigde competenties van de docenten. Mogelijk biedt het onderzoek ook inzicht in de aspecten van het hoger beroepsonderwijs in die landen, die voor de Nederlandse hogescholen interessant zijn, zodat op den duur echte partnerschappen met wederzijds complementaire inbreng kunnen ontstaan. Het onderzoek heeft geleid tot twee algemene rapporten (Gondwe & Walenkamp, 2010; Gondwe, 2011) en discipline-gerichte studentenstudies (Bruinen, 2011; Fürhaupter, 2012; Abouadje, 2013; Cammelbeeck, 2013). Het eerste hier genoemde onderzoek maakt deel uit van de onderzoeksportfolio. Hoewel de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat van daadwerkelijke institutionele samenwerking nog niets terecht is gekomen, zijn zowel De Haagse Hogeschool als de polytechnics van Accra, Takoradi en Cape Coast in Ghana geïnteresseerd in samenwerking en capaciteitsopbouw. Wanneer dit daadwerkelijk van de grond komt, zijn bovenstaande studies dienstig om de terreinen en de richting van de samenwerking te bepalen. In 2015 heeft het SOI van de hogeschool besloten dat ontwikkelingssamenwerking weer onderdeel van het hogeschool beleid moet worden. De lector heeft daarvoor een notitie geschreven. Gezien alle hectiek van de reorganisatie en de instellingsaccreditatie is besloten deze zaak aan te houden tot eind 2016. Onderzoekslijn 4. De internationale competenties van docenten Het afleveren van wereldburgers, het professionaliseren van internationalisering en met name ontwikkelingssamenwerking, het ‘internationaliseren’ van leeruitkomsten, het pedagogische aspect van het beste uit de studenten naar boven halen of bevestigen en het strategisch kennisontwikkelingsbeleid valt of staat met de motivatie, de ervaring en expertise, de talenkennis en de interculturele competenties van de docenten.
8
De vierde onderzoekscomponent richt zich daarom op de interculturele competenties, talenkennis, motivatie en kennis en ervaring van internationale samenwerking van de docenten van De Haagse Hogeschool. De resultaten van dit onderzoek geven inzicht in de mate waarin de docenten van De Haagse Hogeschool de competenties bezitten die nodig zijn om de internationale ambities van de hogeschool te verwezenlijken. Dit kan de basis vormen voor een gericht stafontwikkelingstraject. De leidinggevenden van De Haagse Hogeschool lijken bij hun docenten een hoger niveau aan interculturele competenties te wensen dan op dit moment het geval is. Maar het niveau is hoog (Walenkamp, 2010). Dat zie je ook in de deelstudies die nu op academie- en opleidingsniveau worden uitgewerkt (Masselink, 2012). Die uitwerking op academieniveau, en voortaan faculteits- of opleidingsniveau, waarbij het wel mogelijk is een representatieve steekproef van docenten aan interviews te onderwerpen, heeft een meerwaarde t.o.v. een online survey, omdat daarin de representativiteit van de respondenten (ca. 30 procent) niet is vast te stellen. Overigens bevestigt het deelonderzoek de bevindingen van de hogeschool brede survey. Met de implementatie van het Internationaliseringsbeleidsplan komt duidelijk de centrale en cruciale rol van de docenten – en de door hen benodigde competenties - naar voren. Verschillende opleidingen ontwikkelen en implementeren nu, in samenwerking met het lectoraat internationale samenwerking, plannen om hun docenten die competenties aan te reiken. Het engageren en outilleren van docenten was ook onderwerp van een internationale conferentie in maart 2013: “Looking over the Dunes – a conference on educating world citizens” (Walenkamp (ed.), 2013). En die is in november 2015 herhaald tijdens de Onderwijsdag met nieuwe sprekers, inzichten en workshops. De lector gaf daarin een lezing, samen met Els van der Werf van de Hanzehogeschool: De Docent als Motor. Deze onderzoekslijn kan ook belangrijke gegevens opleveren voor het diversiteitsbeleid van De Haagse Hogeschool. Intercultureel competente docenten kunnen in een multiculturele klas de daar heersende diversiteit gebruiken als leeromgeving om hun studenten diezelfde competenties aan te leren. In 2013 is, samen met de lector Burgerschap en Diversiteit, een onderzoek gestart naar het vermogen om internationale en interculturele competenties te verwerven in een multiculturele Nederlandse klas, met of zonder een daarop toegesneden speciale training. Die verkenningsfase is in 2014 en 2015 voortgezet en de voorlopige resultaten zijn in 2015 gepubliceerd (Belt et al., 2015). Als de Internationalisering van De Haagse Hogeschool in 2016 daadwerkelijk verder vorm krijgt en als de internationalisering van de curricula daadwerkelijk ter hand genomen wordt, zal de noodzaak van het hebben van internationale competenties door docenten opnieuw pregnant naar voren komen en zal het onderzoek daaraan op opleidings/faculteitsniveau opnieuw opgezet worden. Onderzoekslijn 5. De wensen en behoeften aan internationale competenties van alumni, bedrijven en instellingen Hogescholen leiden primair op voor de nationale of zelfs regionale arbeidsmarkt. Wat we ook doen, het moet van nut zijn voor die bedrijven en instellingen. En die moeten steeds meer in staat zijn te opereren in een internationale en multiculturele context. De ingang in bedrijven en instellingen gaat via de oud-studenten van De Haagse Hogeschool die daar werken. De alumni zelf zijn natuurlijk ook een belangrijke bron van informatie over welke internationale competenties voor hen van belang waren in het krijgen van een, gewenste, baan en het maken van carrière. Daarom zijn we in 2012 begonnen met deze vijfde onderzoekslijn door de alumni van De Haagse Hogeschool en via hen het bedrijfsleven en publieke instellingen in de regio Den Haag te benaderen om van hen te weten te komen welke wensen zij hebben t.a.v. de internationale competenties van de afgestudeerden van De Haagse Hogeschool. En wat dat betekent voor de leeruitkomsten en de curricula van De Haagse Hogeschool . Dit gebeurt door middel van interviews en een online survey. Daartoe zijn de
9
werkgevers in acht categorieën onderscheiden en zijn de alumni gegroepeerd in vier clusters van opleidingen. De voorlopige resultaten van dit onderzoek werden gepubliceerd in ART 5. In 2014 werd het onderzoek afgerond met een publicatie “Internationalizing curricula – Needs and wishes of alumni and employers with regard to international competencies” (Funk, de Heijer, Schuurmans-Brouwer & Walenkamp, 2014). Het is de bedoeling dat het onderzoek door afstuderende studenten wordt voortgezet op het niveau van de opleidingen, waarbij ook de consequenties voor de desbetreffende curricula helder worden. Een eerste student is daar in 2014 mee begonnen en heeft dat in 2015 afgerond (Jacobs, 2015). Voor de ICT-opleidingen vond dit specifieke onderzoek in 2015 plaats door Anneke Wieman (Wieman: in Walenkamp (ed.), 2015). Andreas Funk heeft in 2015 de gegevens van de HBO-Monitor geanalyseerd waar het een door ons ingezet blok van vragen over internationale competenties betreft (Funk: in Walenkamp (ed.), 2015). Jantien Belt en de lector namen deel aan een landelijk onderzoek naar de specifieke wensen en behoeften van alumni en werkgevers van IBMS graduates waar het internationale competenties betreft. Het eerste onderzoek is in 2015 gepubliceerd (Kostelijk et al., 2015). In 2016 zal dit onderzoek op het niveau van opleidingen worden voortgezet ter ondersteuning van het internationaliseren van curricula. Onderzoekslijn 6. Het binden van buitenlandse studenten en kenniswerkers De Nederlandse regering onderkent het belang van buitenlandse studenten en kenniswerkers voor de sociale en economische ontwikkeling van ons land, en is benieuwd naar de factoren die buitenlanders doen besluiten zich in Nederland te vestigen. Ons onderzoek bij buitenlandse studenten, buitenlandse alumni en buitenlandse stafleden van De Haagse Hogeschool heeft daarvoor interessante gegevens opgeleverd, op het niveau van het land, de gemeente, de persoonlijke sfeer en De Haagse Hogeschool. Als Haagse Hogeschool kunnen wij bijvoorbeeld meer doen aan de gewenste interactie met Nederlandse studenten, het (gratis) geven van Nederlandse les en het helpen vinden van een baan (Funk & Walenkamp, 2013). Tijdens dit onderzoek is ook een SER-advies, met onderliggende analyses, gepubliceerd , en samen met de opsteller van het conceptadvies zijn de resultaten van beide onderzoeken gepresenteerd bij de Nuffic, die voor OCW een rol gaat spelen in een uitgebreid ‘Binding-traject’, en bij een studiemiddag van het HIB, het Hogescholen InternationaliseringsBeraad in juni 2013, in Den Bosch. Zowel in De Haagse Hogeschool, als bij OCW, als bij de SER is het onderzoek zeer goed ontvangen. OCW gaat serieus aan de slag met de uitkomsten (“Make it in the Netherlands”).. Overig. Er is een promovenda uit Mozambique geselecteerd om de geschiedenis en ontwikkeling van de Eduardo Mondlane Universiteit in Maputo in kaart te brengen, om de rol en invloed van de verschillende actoren en factoren te evalueren en om daarbij de Participatory Assessment of Development (PADEV) methode te gebruiken. Promotor is Prof Ton Dietz, hoogleraar in Leiden en directeur van het Afrika Studiecentrum. De lector is copromotor. De promovenda is in maart 2013 begonnen op basis van een Nuffic Netherlands Fellowships Program promotiebeurs. Als alles goed gaat, levert het onderzoek waardevolle informatie en lessen op voor toekomstige hoger onderwijssamenwerkingsprojecten met het oog op capaciteitsopbouw. Uit het onderzoek aan de effectiviteit van de PREFLEX trainingsmodule kwam tevoren dat Chinese studenten het vaak erg moeilijk hebben. Nathalie Schwan zal in 2016 daar de ins en outs van onderzoeken.
10
5.2 Curriculum ontwikkeling Door een bijdrage te leveren aan het gesprek binnen de hogeschool over het internationaal maken van de curricula van alle opleidingen, met name in het Strategisch Overleg Internationaal (SOI) en in de Unit Internationalisering. Door de dienst Onderwijs en Studentenzaken in te zetten op het internationaliseren van de reguliere leeruitkomsten. Tot nu toe wordt internationalisering te veel als een doel op zich beschouwd, met door velen als knellend beschouwde verplichtingen, zoals een bepaald aantal studiepunten ‘internationaal’. Internationalisering is een middel. Het doel is internationaal competente docenten en studenten. Met de adviseurs van de Unit Onderwijsontwikkeling, Beleid en Advies is in januari 2014 een workshop gehouden over het internationaliseren van curricula en de rol die de adviseurs daarin kunnen spelen. Die workshops werden in 2015 uitgebreid naar de faculteiten om te beginnen met het creëren van een ‘community of practice’. In 2016 moet het proces van internationaliseren van de leeruitkomsten en de curricula in ten minste enkele opleidingen begonnen zijn.
5.3 Professionalisering Het vergroten van de kennis van de wereld en hoe zich die ontwikkelt. Voor docenten is daarvoor in het academische jaar 2012-2013 een Masterclass ontwikkeld: “De Wereld in 2025”, samen met collega-lectoren Jaap de Zwaan (European Integration) en Joris Voorhoeve (Internationale Vrede, Recht en Veiligheid). Die Masterclass werd en wordt in 2013-2014, 2014-2015 en 2015-2016 herhaald, maar nu met nog drie collega-lectoren (Henno Theisens – Public Management –, Vincent Smit – Grootstedelijke Ontwikkeling en Marcel Spruit – Cybersecurity) en Professor Maurits Berger van de Universiteit Leiden. Daarnaast worden door het lectoraat gastcolleges en lezingen verzorgd, zowel buiten als binnen De Haagse Hogeschool. En zijn er drie minors ontwikkeld: Development Cooperation, The Many Faces of Globalization en International Cooperation in 2025. De eerste twee minoren zijn inmiddels overgedragen aan twee verschillende opleidingen van de Faculteit TIS. De lector adviseert, kijkt mee met de tentamens en de essay-opdrachten en geeft colleges. Het geven van Train de Trainers workshops aan docenten die de module PREFLEX (Preparation for your Foreign Learning Experience) of TIC gaan geven aan hun studenten die naar het buitenland gaan, of zitting nemen in een ‘international classroom’ of in een multicultureel samengestelde klas. De PREFLEX module wordt ook aangeboden aan buitenlandse studenten, voor wie Nederland de buitenlandervaring belichaamt. Het vergroten van de internationale competenties van docenten, onder andere door bezoeken aan ontwikkelingslanden, in overleg met faculteitsdirecteuren. Het geven van workshops internationaliseren van leeruitkomsten aan docenten en medewerkers van Onderwijs en Studentenzaken. Het geven van workshops en masterclasses op Onderwijsdagen en conferenties. En last but not least via de leden van de kenniskring
11
5.4 Kenniscirculatie Door publicaties, gastcolleges, minoren, conferenties, seminars, masterclasses en Capita Selecta, die laatste vaak in samenwerking met collega-lectoren. Zie ook elders in dit Jaardocument.
5.5 Platformactiviteiten Het lectoraat Internationale Samenwerking is onderdeel van het Platform Goed Bestuur voor een Veilige Wereld, voor de profilering van de hogeschool de voortzetting van het cluster Wereldburgerschap, Bestuur en Stad, dat zich nauw verbonden voelde met het Zwaartepunt “Goed bestuur voor een veilige wereld”. In het afgelopen jaar hebben de onderscheiden lectoren van het cluster elkaar gevonden in gezamenlijke projecten en hun bemoeienissen met het ontwikkelen van het Zwaartepunt en het Platform. Met de lectoren Voorhoeve en De Zwaan hebben we de Masterclass “De Wereld in 2025” verzorgd. In het academisch jaar 2013-2014 zijn daar de clusterleden Theisens en Spruit bijgekomen, en in 2015 collega Vincent Smit. Met de lector Burgerschap en Diversiteit, Baukje Prins, is een onderzoek gestart naar het verwerven van interculturele competenties in een internationale en in een multicultureel samengestelde klas, met of zonder een voorbereidende PREFLEX / TIC training. Met de strategische onderzoekraad en de platformstuurgroepen werden 2015 en zullen de volgende jaren nieuwe plannen ontwikkeld worden.
6. Condities, randvoorwaarden en kwaliteitszorg 6.1 Condities en randvoorwaarden Is de inzet van mensen en middelen toereikend (in kwalitatief en kwantitatief opzicht) voor het borgen van de missie en onderzoeksprofiel? [Evaluatievraag] De kwaliteit van de onderzoekers is in principe goed genoeg; ook al omdat hun inzet wordt gekoppeld aan hun basiskwalificaties. Het grootste probleem is dat onderzoek een nevenactiviteit is en dat de meeste kenniskringleden te vaak te veel worden opgeslorpt door het onderwijs dat zij als hun hoofdactiviteit en -verantwoordelijkheid zien. Verdere randvoorwaarden zijn: genoeg en gewenste ondersteuning, een onderzoeksinfrastructuur die voldoende faciliteiten biedt om onderzoek te ondersteunen, te verbeteren en bekendheid te geven, genoeg condities en randvoorwaarden die de ontwikkeling van de hogeschool tot kennisinstelling bevorderen. Belangrijk is in dit verband ook een promotiebeleid dat niet alleen gericht is op een bepaald percentage gepromoveerde docenten, maar ook aangeeft wat die docenten dan aan speciale rollen en taken zullen hebben. De lector is lid van de klankbordgroep Onderzoek. Met de organisatorische inbedding van de lectoraten in één faculteit zal gewaakt moeten worden voor het hebben van kenniskringleden uit verschillende faculteiten.
12
6.2 Kwaliteitszorg In 2013 is in een externe evaluatie van het Cluster ook de kwaliteit en relevantie van het lectoraat Internationale Samenwerking – heel goed - beoordeeld. Zie de evaluatieopdracht en het evaluatierapport.
7. Slotanalyse; Reflectie en toekomstperspectief
De kern van dit hoofdstuk is dat de beroepspraktijk verandert. Iedere afgestudeerde van De Haagse Hogeschool krijgt te maken met een werkomgeving die multicultureel is, of het nu verpleegkundigen, docenten, ingenieurs of ICT-ers zijn. Productie- en handelslijnen, of liever: netwerken zijn in de mondialiserende wereld vrijwel altijd internationaal. De grote problemen die op ons afkomen, zoals klimaatverandering, uitputting van grondstoffen en water, criminaliteit en terrorisme en de grote massa armen vereisen hoog opgeleide professionals in alle landen, die effectief met elkaar kunnen communiceren. Onze studenten moeten dus kennis van en betrokkenheid bij de wereld om hen heen hebben en internationale en interculturele competenties bezitten. Daartoe moeten er internationaal en intercultureel competente en ter zake kundige docenten zijn en moeten de curricula aangepast worden. Daartoe moet het internationaliseringsbeleid van De Haagse Hogeschool steeds tegen het licht van de actualiteit gehouden worden en moet de implementatie van de plannen onverkort worden uitgevoerd, in goed overleg met het werkveld. Het onderzoek en de overige activiteiten van het lectoraat zijn daarop gericht. Kennisontwikkeling binnen het onderzoeksdomein. Binnen De Haagse Hogeschool is begin 2015 een nieuw internationaliseringsbeleidsplan goedgekeurd en vastgesteld. Dit wordt gevolgd door implementatie in alle faculteiten. In het lectoraat is kennis ontwikkeld op de volgende gebieden: - Het verwerven van internationale competenties door studenten, wat in al die plannen het belangrijkste onderdeel is. Duidelijk is dat het verwerven van internationale competenties niet vanzelf gaat. Daarvoor is een variëteit aan trainingsmodules ontwikkeld: PREFLEX, TIC, IC, I-Start, met een teachers’ guide, en worden train-de-trainers klassen gehouden. - Daarnaast is onderzocht hoe het staat met motivatie en de internationale competenties van de docenten en hun behoeften aan verdere opleiding en ervaring. - Tijdens bijdragen op de onderzoeks- en onderwijsdagen, in gesprekken met opleidingen en op conferenties wordt de kennis over internationale samenwerking en internationalisering gedeeld en dat wordt op prijs gesteld. Zie bijvoorbeeld de evaluatie van de Masterclass ‘De Wereld in 2030’. Zie ook Hoofdstuk 2: onderzoekslijnen. Beroepspraktijk en samenleving: het onderzoek naar de wensen en behoeften van de arbeidsmarkt en alumni aan internationale competenties van de afgestudeerden van De Haagse Hogeschool en de deelname in werkveldcommissies moeten leiden tot curricula die werken aan leeruitkomsten die de internationale competenties en de onderzoekende houding omvatten die onze studenten mee moeten brengen in een sterk mondialiserende en steeds multiculturelere arbeidsmarkt. Daarbij wordt samengewerkt met bijvoorbeeld RVO en MKB Nederland. Het onderzoek naar wat buitenlandse studenten en kenniswerkers aan Nederland bindt is goed ontvangen, bijvoorbeeld door de SER, het Ministerie van OCW, de Nuffic en het HIB. Op de Nuffic is 13
het onderzoek gepresenteerd tezamen met het SER advies over dezelfde materie. En op het Hogescholen Internationaliseringsberaad (HIB) van de Vereniging Hogescholen zijn met een vertegenwoordiging van het Ministerie van OCW en van de SER de uitkomsten en de te nemen maatregelen uitgebreid besproken met de directeuren internationalisering van de hogescholen. Strategische Samenwerking In 2015 is, tezamen met CvB lid Susana Menéndez, Jackie van Marle en Maikel Maloncy het Ministerie van OCW en NESO-Brazilië, een samenwerking opgezet met SENAI (Serviço National de Aprendizagem Industrial São Paulo), met de Universidade Federal de Minas Gerais en met SETEC, het staatssecretariaat voor beroepsonderwijs van het federale ministerie van onderwijs van Brazilië. In augustus 2015 is met SENAI-SP een Memorandum of Understanding getekend. Met de UFMG lopen studentenuitwisselingen en met SETEC zijn recentelijk de eerste verkennende gesprekken gevoerd. Hoewel de economische situatie in Brazilië het - zeker voor SENAI – in 2016 niet makkelijk zal maken, is er van beide zijden bereidheid de samenwerking verder vorm te geven.
.
14
Bijlagen Bijlage 1. Publicaties en producten - Walenkamp, J.H.C. (ed.), 2015. – The world’s mine oyster. Studies in support of internationalisation in higher education. The Hague University of Applied Sciences / Eburon. 1-204. - Tabacaru , C., 2015. -Training Intercultural Competence in the International Classroom. In: Walenkamp, J.H.C. (ed.), 2015. – The world’s mine oyster. Studies in support of internationalisation in higher education. The Hague University of Applied Sciences / Eburon, 20-47. - Belt, J., 2015. - Developing in a Developing country. In: Walenkamp, J.H.C. (ed.), 2015. – The world’s mine oyster. Studies in support of internationalisation in higher education. The Hague University of Applied Sciences / Eburon, 48-69. - Rademaker, S., 2015. - MillennioumDoen! And global citizenship. In: Walenkamp, J.H.C. (ed.), 2015. – The world’s mine oyster. Studies in support of internationalisation in higher education. The Hague University of Applied Sciences / Eburon, 70-105. - Wieman, A., 2015. - Needs and wishes of alumni and employers. In: Walenkamp, J.H.C. (ed.), 2015. – The world’s mine oyster. Studies in support of internationalisation in higher education. The Hague University of Applied Sciences / Eburon, 106-145. - Funk, A., 2015. - Internationalisation, International Competencies and Employability. In: Walenkamp, J.H.C. (ed.), 2015. – The world’s mine oyster. Studies in support of internationalisation in higher education. The Hague University of Applied Sciences / Eburon, 146-167. - Heijer, J. den, 2015. - The implications of English-medium instruction. In: Walenkamp, J.H.C. (ed.), 2015. – The world’s mine oyster. Studies in support of internationalisation in higher education. The Hague University of Applied Sciences / Eburon, 168-201. - Jacobs, D., 2015. – ‘In die buurt zit de hele wereld’ - Onderzoek naar het belang van internationale competenties in het Haagse sociale werkveld. De Haagse Hogeschool, 1-145. - Bemmelen van Gent E. van, 2015. Criminalization of market actor behavior as regulatory tool. ART 8, 156-215. - Lodder, E., 2015. Challenges in corporate social responsibility reporting and the promotion of good corporate citizenship through external assurance. ART 8, 15-37. - Kostelijk, E., R. Coelen & H. de Wit, 2015. – The development of International Competences by IBMS Alumni. An examination of the match between education and professional needs. Amsterdam University of Applied Sciences, 1-113. - Walenkamp, J.H.C., A. Funk & J. den Heijer, 2015. - Internationalizing Curricula. Needs and Wishes of Alumni and Employers with Regard to International Competencies. European Association of International Education (EAIE). Internationalisation of Higher Education, Vol. 1, 2015, 1-28. - Hoven, R.F.M. van den & J.H.C. Walenkamp, 2015. - Study or internship abroad and the acquisition of international competencies. The Hague University of Applied Sciences, 1- 116. ISBN/EAN: 78-90-73077-63-8 - Belt, J., A. Ham, F. Kaulingfreks, B. Prins & J.H.C. Walenkamp, 2015. World Citizenship. Developing intercultural competence in international and multicultural Dutch classrooms. The effectivity of the PREFLEX@Home Programme: a pilot study at The Hague University of Applied Sciences. The Hague University of Applied Sciences, 1-173.
15
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
J.H.C. Walenkamp & A. Funk, 2014.- What Binds International Talent to the Netherlands. Internationalisation of Higher Education. An EAIE Handbook. European Association for International Education, 2014 (1), 35-62. A. Funk, J. den Heijer, A. Schuurmans-Brouwer & J.H.C. Walenkamp, 2014.- Internationalizing Curricula. Needs and wishes of alumni and employers with regard to international competencies. The Hague University of Applied Sciences , 1-76. A. Funk, J. den Heijer, A. Schuurmans-Brouwer en J.H.C. Walenkamp, 2014.- Wereldburgers als werknemers. ART 5, maart 2014, 62-83. J.H.C. Walenkamp, 2014.- Mondo piccolo (De kleine wereld). In: ‘Onderzoekend op weg’, een essaybundel over opdrachten voor de toekomst, geschreven door de lectoren van De Haagse Hogeschool t.g.v. het afscheid van Rob Brons als collegevoorzitter, januari 2014. The Hague University of Applied Sciences, 263-273. Funk, A. & J.H.C. Walenkamp, 2013. - Binding International Talent to the Netherlands – What Makes Foreign Students and Knowledge Workers Want to Stay in the Netherlands?, The Hague University of Applied Sciences, 2013, pp. 1-76. Hoven, R.F.M. van den & J.H.C. Walenkamp, 2013. - Studie en stage in het buitenland en het verwerven van internationale competenties. Applied Research Today, 3: 52-66. Hoven, R.F.M. van den & J.H.C. Walenkamp, 2013. - Studie of stage in het buitenland en het verwerven van internationale competenties, The Hague University of Applied Sciences 2013, pp. 1-116. Walenkamp. J.H.C. (ed.), 2013. – Proceedings Conference ‘Looking over the Dunes’. The Hague University of Applied Sciences, pp. 1-96. Hernández Sanchez, M. J. & J.H.C. Walenkamp, 2012. – PREFLEX – Preparation for your Foreign Learning Experience. Student Guide. The Hague University of Applied Sciences, 2012, pp. 1-43. Updates in 2013. Hernández Sanchez, M. J. & J.H.C. Walenkamp, 2012. – PREFLEX – Preparation for your Foreign Learning Experience. Trainers Guide. The Hague University of Applied Sciences, 2012, pp. 1-10. Updates in 2013 J.H.C. Walenkamp & R.F.M. van den Hoven, 2011.- Studie of stage in het buitenland en het verwerven van internationale competenties door studenten van De Haagse Hogeschool. The Hague University of Applied Sciences, 1-31. Gondwe, M. & J.H.C.Walenkamp, 2011.- Alignment of higher professional education with the needs of the local labour market. The Case of Ghana. Nuffic/The Hague University of Applied Sciences, 1-80. J.H.C. Walenkamp, 2010.- ‘De Toekomst is Internationaal – Internationaal heeft de Toekomst’, over internationale docentencompetenties op De Haagse Hogeschool, maart 2010. The Hague University of Applied Sciences, 108-134. J.H.C.Walenkamp, 2009.- Weer een illusie rijker. Intreerede Jos Walenkamp. The Hague University of Applied Sciences, 1-39.
Producten en overige activiteiten 2015 en 2016 -
Minor Development Cooperation, in 2013 overgedragen aan TISH, Process and Food Technology. In 2015 en 2016 colleges, tentamens, essays en presentaties
16
-
Minor “The many faces of Globalization”, in 2012 overgedragen aan TISH, Climate and Management. Colleges 2015 en 2016 MasterClass De wereld in 2030, college Verschuivende Internationale Verhoudingen naar 2030.
-
Workshop EP Nuffic Jaarcongres, 2016 Gastcolleges bij diverse opleidingen (Climate and Management, Voeding en Diëtetiek, MER, Process and Food Technology, HBO-V). Vrede en Recht in Ontwikkelingslanden. Vrijwaring van gebrek, Vrijheidslezingen 5 mei.
-
Onderwiijsdag Internationalisering, november 2015. Voorbereiding en college De Docent als Motor Onderzoeksdag, college Wereldburgerschap Internationale competenties en internationalisering. Lezing SIETAR conferentie Internationale competenties Masterclass Wereldburgerschap
-
Begeleiding opleiding Organisatiecoaching faculteit MPC, 2015 en 2016 Nuffic lezing Onderzoek Lectoraat Internationale Samenwerking Bijdrage Handboek Internationale Samenwerking, 2015 en 2016 Onderzoekssamenwerking Brazilië, 2015 en 2016 Opzetten Centre of Excellence Internationalisering met hogescholen Stenden, Rotterdam en Amsterdam, 2016 Begeleiden promovendi, 2015 en 2016 Chair Advisory Group PRIME evaluatieonderzoek CBI en PUM, 2015 en 2016 Summerschool 2015 en 2016, colleges Board Member Arab European Universities Associaton Bijdragen Jaarcongres Vereniging Hogescholen en EAIE, 2015 en 2016 Boek JoHo, i.s.m. Saskia Rademaker, 2016 Klankbordgroep Onderzoek 2015-2016 Lid Taskforce Vluchtelingen 2015 en 2016 Jurylid Link Scriptieprijs en jurylid Olive Award, 2015 en 2016 Lid Promotiecommissie, 2015 en 2016 Adviseur Doorlopende Leerlijn 2015 en 2016 Conferentie Education in Africa, mei 2017, voorbereiding met NVAS. Opdrachtgever afstudeerprojecten, 2015 en 2016 Nieuwe versie TIC module, 2016 SIETAR conferentie HHs Culturele Diversiteit in en om Europa, 18 maart 2016 MINT faculteiten, najaar 2015 IAU Conferentie Siena, 28-30 oktober 2015 Good Practices Workshop Nederland Vlaanderen, workshop, 19-20 november 2015
17
Bijlage 2. Overzicht Personele samenstelling Lector De lector Jos Walenkamp is nu voor 0,6 fte verbonden aan het lectoraat. Het lectoraat heeft in 2016 een omvang van 2,7 fte. De lector stuurt het lectoraat en de bijbehorende kenniskring aan en is bovendien het aanspreekpunt voor het lectoraat. Kenniskring De huidige samenstelling is als volgt: Andreas Funk, docent ESCM, 0,2 fte ; ook promovendus; in 2015 lidmaatschap beëindigd Jantien Belt, faculteit BFM, 0,3 fte. Joyce den Heijer, docent Commerciële Economie, 0,4 fte; in 2015 lidmaatschap beëindigd Corina Tabacaru, faculteit BFM, 0,4 fte Susana Menéndez, CvB, P.M. Manuela Hernández Sanchez, ESCM, 0,3 fte; in 2014 lidmaatschap beëindigd Saskia Rademaker, onderzoeker, 0,2 fte; per 31 december 2015 beëindigd Anneke Wieman, docent Informatica, 0,4 fte; in 2015 lidmaatschap beëindigd Nathalie Schwan, faculteit M&O, 0,2 fte. Onderzoek aan Chinese studenten Caroline Voordouw, faculteit BFM, 0,2 fte. Onderzoek Samenwerkend Leren in Internationale klassen. Vanaf 1 september 2016 Simone Hackett, faculteit GVS, onderzoek , 0, 2 fte. Annelies Oudshoorn, faculteit BRV Conflicthantering en –preventie in een internationale klas. Vanaf 1 mei 2016 In 2016 wordt hopelijk een Associate Lector aangetrokken met als specialiteit het internationaliseren van curricula en worden kenniskringleden gerekruteerd voor het onderzoek aan docentencompetenties. Tot 1 juli 2016 zal Geor Hintzen voor 0,2 fte op het lectoraat rusten. Het project Internationale Financiële Criminaliteit, dat gefinancierd werd uit Zwaartepuntmidddelen, wordt overgeheveld naar het Platform Goed Bestuur voor een Veilige Wereld. Het project wordt aangestuurd door de lectoren Joris Voorhoeve, Jaap de Zwaan, Marcel Spruit en Jos Walenkamp. Het werd uitgevoerd in 2015 door Peter Steenwijk, Arent Roggeveen, Elma Lodder en Ernst van Bemmelen van Gent. Dat heeft geleid tot een werkseminar en een Speciale ART in 2015. In 2016 wordt het onderzoek voortgezet door Steenwijk, Roggeveen en Van Bemmelen. In dat jaar wordt ook een handboek geschreven en wordt een minorvoorstel uitgewerkt, onder andere met de Afdeling ’Law’ van de faculteit BRV. Buitendien is er, met financiering vanuit het Netherlands Fellowships Program (NFP), een Mozambikaanse promovenda aangetrokken. Promotor is Prof. Dr. A.J. Dietz, Afrika Studiecentrum. Het proefschrift moet eind 2016 begin 2017 worden voltooid.
Bijlage 3: Evaluaties Algemene evaluatie van het cluster en het lectoraat, november 2013. Archief CLO, CvB.
18