Artikel: Het radicale evangelie. Linkse christenen in de Nederlandse politiek Auteur: Bas Kromhout en Timo de Krosse Verschenen in: Skript Historisch Tijdschrift, jaargang 22.4, 25-34. © 2014 Stichting Skript Historisch Tijdschrift, Amsterdam ISSN 0165-7518 Abstract: Not available. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd en/of vermenigvuldigd zonder schriftelijke toestemming van de uitgever.
Skript Historisch Tijdschrift is een onafhankelijk wetenschappelijk blad dat vier maal per jaar verschijnt. De redactie, bestaande uit studenten en pas afgestudeerden, wil bijdragen aan actuele historische debatten, en biedt getalenteerde studenten de kans om hun werk aan een breder publiek te presenteren. Een abonnement op Skript kost 20 euro per jaar. U kunt lid worden door het machtigingsformulier in te vullen op www.skript-ht.nl. Ook kunt u een e-mail sturen naar de redactie, dan krijgt u het machtigingsformulier thuisgestuurd. Losse nummers zijn verkrijgbaar bij de redactie. Artikelen ouder dan een jaar zijn gratis te downloaden op www.skriptht.nl/archief.
Skript Historisch Tijdschrift • Spuistraat 134, kamer 558 • 1012 VB Amsterdam • www.skript-ht.nl •
[email protected]
Bas Kromhout Timo de Krasse
Het radicale evangelie
Linkse christenen in de Nederlandse politiek Naast christelijk rechts heeft Nederland ook het fenomeen christelijk links gekend. Uit de progressieve vleugels van KVP, CHU en ARP zijn twee partijen voortgekomen. Skript sprak met twee radicale christenen, Bas de Gaay Fortman jr., voormalig fractievoorzitter van de PPR in de Tweede Kamer en Hans Feddema, één van de oprichters van de EVP.
Tussen 1968 en 1990 werd de Nederlandse politiek verrijkt door partijen van progressieve christenen. Zij grepen, zoals wel meer poli tieke bewegingen, terug op het woord van God. Hun inspiratiebron was het zogenaamde 'radicale evangelie'. 'Wij behoorden tot een eeuwenoude stroming', zegt Hans Feddema. 'Jezus was als de Prince ofPeace het lichtende voorbeeld voor vredelievende stromingen in het christendom, zoals de gnostici, de katharen, de mennonieten en de quakers, die voor de afschaffing van de slavernij hebben gezorgd. Persoonlijk ben ik met het radicale evangelie in aanraking geko men toen ik in de jaren zestig in Zuid-Afrika was. Ik kwam uit een gereformeerd gezin uit Drenthe en begreep niet dat de apartheid werd gerechtvaardigd met een beroep op hel evangelie. Dominee Beyers Naudé verkondigde dat de apartheid strijdig was met het evangelie. Hierdoor ben ik me gaan bezinnen op de betekenis van de leer van Jezus in de praktijk'. De drie grote crises - de vernietiging van het leefmilieu, de armoe deproblematiek en de nucleaire dreiging - waren volgens Feddema niet ontstaan in de islam of het hindoeïsme, maar kwamen voort uit
de joods-christelijke traditie van het Westen. 'Dit kon gebeuren omdat het evangelie eeuwenlang verkeerd was uitgelegd door de machthebbers. Zij legden de nadruk op het individuele zielenheil en de zogenaamde verzoening door Jezus: het bloed van Christus zou vergoten zijn om Gods wraak af te wenden. Zo werd het geloof gebruikt om de mensen eronder te houden. Het 'radicale evangelie' ging daarentegen uit van de leer van het Koninkrijk Gods, die spreekt uit de vier evangeliën en waarvan de bergrede van Jezus het hoogtepunt is. Jezus leerde dat conflicten vreedzaam moeten worden opgelost. Wij radicalen haalden uit de leer van Jezus vijf elementen: samenwerking, gemeenschapszin, gerechtigheid en geweldloosheid.'
Nestgeur
Geheel conform de tijdsgeest begonnen in de jaren zestig de radi calen in de KVP, CHU en ARP zich te roeren. Nadat in 1967 een kabinet van confessionelen en socialisten tijdens de nacht van Schmelzer ten val was gebracht, gingen de christelijke partijen een coalitie aan met de W D . Middels een reactie in een open brief in Trouw verklaarden elf vooraanstaande ARP-ers, waaronder Bas de Gaay Fortman jr., spijt te hebben dat ze op de ARP hadden gestemd Samen met de progressieven uit de KVP en de CHU richtten de 'spijtstemmers' de Werkgroep Christen-Radicalen op, met als doel de drie confessionele partijen in de richting van een vooruitstreven de koers te bewegen. Toen dit onvoldoende bleek te lukken brak een groep progressieve christenen- voornamelijk rooms-katholieken met hun partijen en richtte in 1968 de Politieke Partij Radicalen (PPR) op. De Gaay Fortman was fractievoorzitter tussen 1973 en 1976. 'Tot na de oorlog domineerden belangenpartijen het Nederlandse poli-
Feddema: 'Het evangelie was eeuwen lang verkeerd uitgelegd'
tieke landschap. De drie confessionele partijen opereerden vanuit de eigen verzuilde achterban, de PvdA maakte zich sterk voor de belan gen van de arbeiders en de WD behartigde die van de rijken. In de jaren zestig en zeventig kwamen de 'issue-partijen' op. Deze richtten hun aandacht op één bepaalde kwestie. Zo waren er de PSP, die zich tegen de atoombom verzette, de Boerenpartij, die het landbouwbe leid van de EG aan de kaak stelde, en D'66, die streefde naar staats rechtelijke vernieuwing. De PPR profileerde zich eveneens op issu e's. Voor ons stond het algemeen belang voorop. We gaven een hoge prioriteit aan ontwikkelingssamenwerking. De PPR kende geen beginselprogramma, maar baseerde zich op het levensbeschouwelij ke uitgangspunt van de solidariteit'. Volgens De Gaay Fortman vormden kiezers van de PPR een afspie geling van de Nederlandse bevolking. 'We spraken ook veel niet confessionelen aan. Toch heeft de PPR altijd een christelijke nest geur behouden. De partij had veel gehuwde priesters onder haar gelederen, vergaderde nooit op zondag en wist zich in Den Haag door twee paters vertegenwoordigd. Pater van Winkel zat namens de PPR in de Tweede Kamer, pater Agterberg in de Eerste. Van Winkel heeft nog met zijn confraters in de clinch gelegen nadat hij voor de liberalisering van abortus had gestemd. Binnen de partij bestond een minderheid rond de ex-KVP-er Pieter Bogaers, die vasthield aan het confessionalisme'. Bogaers en zijn sympathisanten verlieten kort na de oprichting de partij. 'De PPR als geheel heeft zich nooit als een confessionele par tij gemanifesteerd', zegt De Gaay Fortman. 'Dit was naar onze opvat ting namelijk slecht voor de politiek; met het organiseren van par tijen langs religieuze scheidslijnen werd enkel verdeeldheid gescha pen. Daarnaast was het slecht voor de kerk, de christelijke werkge vers wilden altijd in zee met de VVD, de christelijke werknemers
Sas deGaayTortiiïah: een 'vrome jongen die de PPR een evange lisch sausje meegaf
met de PvdA. Die belangenstrijd binnen de confessionele partijen dreef de kerkelijke gemeenschap van gelovigen uiteen en bemoei lijkte de maatschappelijke opstelling van de kerken'.
Reactorvaten
'Vooral in de begindagen kampten we met het imago van bijwagen van de PvdA', zegt De Gaay Fortman. De eerste opdracht voor de PPR was dan ook, zich als progressieve partij op de kaart te zetten. Met een lijst van honderd issue's, waarvan ontwikkelingssamenwer king, atoompacifisme, bescherming van het milieu en economische democratie - inspraak in bedrijven - de voornaamste punten waren, slaagde de PPR erin zich een eigen identiteit aan te meten. 'We onderscheidden ons van de socialistische PSP, die uit was op het ver groten van de macht van de staat als het middel om maatschappelij ke problemen aan te pakken. De PPR was daartegen, staatsmacht kan namelijk ook misbruikt worden'. De politieke apotheose voor de radicale christenen was de deelna me aan het kabinet Den Uyl. Daarin ging het stokpaardje van de PPR, ontwikkelingssamenwerking, naar Jan Pronk. 'Er waren toen voor ons inmiddels andere belangrijke issue's bijgekomen, die onze aandacht vroegen', verklaart De Gaay Fortman. Zijn partij leverde de minister van cultuur, de staatssecretaris van verkeer en waterstaat en een minister zonder portefeuille, verantwoordelijk voor het weten schapsbeleid. 'De PPR had als kleine partij niet veel in te brengen. We hebben vooral tegengas kunnen bieden. Zo hebben we kunnen voorkomen dat de Oosterschelde werd dichtgegooid, dat er kernre actorvaten naar Zuid-Afrika werd gestuurd en dat er nieuwe kern centrales gebouwd werden. Ook hebben we de bouw van de kweek reactor in Kalkar flink kunnen vertragen. In de Provinciale Statenverkiezingen van 1974, de eerste graadmeter voor de radica-
De Gaay Fortman: 'We hebben tegengas kunnen bieden'
len in de regering, beloonden de kiezers de PPR. We boekten een forse overwinning' Daarna is het toch misgegaan. Twee kapitale politieke blunders hebben de partij de das omgedaan. 'Eerst was er de desastrueze con gresuitspraak dat Nederland uit de NAVO moest stappen. Dat was zoiets als 'De Barneveldse Kerkbode waarschuwt China voor de laat ste maal'. Later nam het partijcongres een anti-CDA resolutie aan: de PPR zou nooit een coalitie met de christendemocraten aangaan. We sneden onszelf in de vingers door als kleine partij op voorhand het grote CDA uit te sluiten. Door te hoog van de toren te blazen heeft de PPR zichzelf buitenspel gezet.'
Christelijk, dus progressief?
Niet iedereen die het 'radicale evangelie' aan het hart ging, werd aangetrokken tot de PPR. Toen de PPR in 1968 werd opgericht, ging slechts een deel van de linkervleugels van de grote christelijke par tijen mee. Zo bleef Feddema aanvankelijk trouw aan de ARP. 'Ik vond het fout van de PPR om zich zo snel af te scheiden', zegt hij. 'De KVP-radicalen hebben die stap genomen zonder overleg met hun protestantse geestverwanten. Het oorspronkelijke doel van de Werkgroep Christen-Radialen was niet de oprichting van een nieu we partij, maar ombuiging van de koers van de drie confessionele partijen naar links. In de ARP hadden de radicalen veel meer kans op hervorming dan in de KVR Toch zei in 1970 ook Feddema het anti-revolutionaire nest vaar wel. Pogingen om de ARP een ruk naar links te laten maken waren mislukt. Samen met geestverwant Johan Riemers richtte Feddema de Evangelische Solidariteitspartij (ESP) op. Deze partij leed tien jaar lang een sluimerend bestaan onder verschillende namen. Totdat in maart 1981 de Evangelische Volkspartij (EVP) het licht zag.
De Gaay Fortman had en heeft grote kritiek op Feddema en 'zijn' EVR 'Aan de naam Evangelische Volkspartij zie je al dat Feddema leed aan het euvel van de vereenzelviging. Geen enkele politieke partij mag zich het evangelie toeëigenen. Het radicale evangelie was wel een drijfveer voor mij persoonlijk, maar de PPR liep niet met het geloof te koop'. Feddema legt de kritiek terzijde. 'Ik eigende me niets toe. Bas ziet het veel te religieus. Voor de EVP had het evangelie veel meer een maatschappelijke en politieke boodschap. De PPR zat op de lijn van de de-confessionalisering. De EVP koos eerder voor re-confessiona lisering. De PPR was geen evangelische partij, want zij was niet gebaseerd op het Koninkrijk van God. Mijn bezwaar tegen de PPR was, dat het een soort mini-PvdA was. De EVP was bedoeld als alternatief voor het CDA Het CDA had in Nederland een enorme macht en die wilden wij breken. Wij hadden een derde van de CDA-aanhang mee kunen krijgen. De PPR fietste daar doorheen. Zeker toen De Gaay Fortman fractievoorzitter werd. Hij was een vrome jongen, die de PPR een evangelisch sausje gaf Zo won hij zeven zetels. Hij bewees daarmee dat de formule van de EVP de juiste was. Maar wij kwamen te laat, omdat de PPR al bestond'. Kort na de oprichting lukte het de EVP een zetel in de Tweede Kamer te bemachtigen. Het pluche werd bezet door Cathy Ubels. Het werd geen succes. Ubels viel op door stuntelig gedrag en een schijnbaar panische angst voor journalisten. 'Cathy had het metier niet in de vingers', zegt Feddema. 'De ideologische formule van de EVP was goed, maar we misten de mensen die het met vuur konden verwoorden'. De ene kamerzetel ging bij de volgende verkiezingen verloren en de EVP was veroordeeld tot een bestaan in de marge. Een van de slogans van de EVP was 'christelijk, dus progressief. Voor de meeste kiezers bleek dat geen logische combinatie.
De Gaay Foriman: 'De EVP eigende zich tiet evangelie toe'
Feddema: 'Veel progressieven hadden vooroordelen over het chris tendom. Men was sterk anti-kerkelijk. De E van Evangelisch heeft velen afgeschrikt. Zeker toen ook de EO met die term aan de haal ging. We gebruikten bewust niet het woord 'christelijk', omdat dat nog meer beladen was. Andersom waren wij voor de meeste christe nen te links. Dat kregen ze te horen in de media, die volledig wer den beheerst door het CDA In mijn eigen gereformeerde kring werd het pacifisme van de EVP niet begrepen. Ik kreeg altijd het bijbelvers te horen: 'De overheid draagt het zwaard niet tevergeefs'.' Dat was voor mij niet de boodschap van het evangelie'.
Voortzetting
Naast de PPR en de ESP/EVP zaten in het CDA linkse dissidenten. In 1984 richtte het uit de CDA-fractie getreden kamerlid Jan Nico Scholten nog de Basispartij voor Vrede en Solidariteit op. Samenwerking tussen al deze groepen mislukte keer op keer. De redenen varieerden van onenigheid over de te volgen koers tot per soonlijke machtsspelletjes. Uiteindelijk vonden PPR en EVP elkaar toch. Beide partijen gingen in 1990 op in GroenLinks. De fusie werd uit nood geboren. 'De EVP legde het af tegen de secularisatie', zegt Feddema. 'De fusie werd voor ons acceptabel, nadat de vier vrouwen Andree van Es (PSP), Ina Brouwer (CPN), Ria Beckers (PPR) en Cathy Ubels (EVP - red.) samen op de televisie verklaarden dat zonder ëën van de vier partij en GroenLinks niet doorging. Bovendien was de CPN ideologisch veranderd. De EVP was een partij van de Derde Weg en anti-com munistisch. Pas nadat de CPN het centralisme had afgezworen wil den wij met haar in gesprek. Die stap heeft ons alsnog veel leden gekost'. Ook voor de PPR was de fusie van klein-links een kwestie van
m
1. Romeinen 13:4 __________________________
Feddema: 'De PPR was niet gebaseerd op het Koninkrijk van God'
overleven. 'If you can't beat them, join them' vat De Gaay Fortman de achterliggende gedachte samen. Het resultaat stemt hem tevre den. 'Aan ons heeft GroenLinks de toevoeging 'groen' te danken. Geen van de huidige fractieleden is uit de PPR afkomstig, maar hun stijl van politiek bedrijven is dezelfde als die van ons. Niet dat drammerige van de PSP, of dat 'arbeideristische' van de CPN, maar met bezieling en overtuiging. Net als de PPR vroeger, probeert GroenLinks door slim samen te werken voorstellen aangenomen te krijgen vanuit de oppositie. Daarom is GroenLinks in belangrijke mate een voortzetting van de PPR'. Feddema is daar minder van overtuigd. 'Ik denk dat in GroenLinks weinig is terug te zien van de oude bloedgroepen, dus ook niet van de PPR. Alleen op het gebied van vrede en veiligheid splitsen de leden zich langs de oude lijnen. Zo waren de EVP'ers samen met de PSP'ers tegen ingrijpen in Kosovo. De mensen uit de PPR en de CPN waren voor bombarderen'.
De Gaay Foriman: 'GroenLinks is een voortzetting van de PPR'