VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

STUK 467 (2011-2012) – Nr. 1

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD ZITTING 2011-2012

30 JANUARI 2012

INTERPELLATIES EN VRAGEN Commissie voor Onderwijs en Vorming van maandag 30 januari 2012

Hebben aan de werkzaamheden van de Commissie deelgenomen: Vaste leden: de heer Fouad Ahidar, voorzitter, mevrouw Els Ampe Plaatsvervanger: mevrouw Annemie Maes Verontschuldigd: mevrouwen Bianca Debaets, Elke Van den Brandt

1145

Stuk 467 (2011-2012) – Nr. 1

2

INHOUD – Interpellatie van de heer Fouad Ahidar tot de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, over een uitbreiding van “Klas in de media”.................................................................................................

3

– Vraag van mevrouw Annemie Maes aan de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende vegetarische voe ding........................................................................................................................

6

– Vraag van mevrouw Elke Van den Brandt aan de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende de gevolgen van de uitspraak van het Grondwettelijk Hof voor de voorrangsregel voor Nederlandstaligen..................................................................................................

8

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE

Stuk 467 (2011-2012) – Nr. 1

3

Interpellatie van de heer Fouad Ahidar tot de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, over een uitbreiding van “Klas in de media” Dit schooljaar loopt de derde editie van “Klas in de media”. Tien klassen, meestal het 5e of het 6e leerjaar, werken 3 weken lang rond een maatschappelijk Brussels thema. Het project wordt bewaakt en aangestuurd door Onderwijscentrum Brussel en loopt in samenwerking met de 4 Vlaams-Brusselse media. Kinderen geraken dankzij het project vertrouwd met de Vlaams-Brusselse media, maar ze oefenen er ook hun taalvaardigheid Nederlands mee. Idealiter komen de Brusselse media ook thuis terecht. De sp.a-fractie heeft sympathie voor dit project. Dankzij “Klas in de media” komen kinderen met diverse achtergronden in Brussel Deze Week en op tvbrussel aan bod. Het is bovendien ook nuttig om kinderen vertrouwd te maken met de Vlaams-Brusselse media. De sp.a-raadsleden hebben al vaker benadrukt dat anderstalige kinderen in het Nederlandstalig onderwijs ook best met het Nederlands in aanraking komen in hun vrije tijd. Dat kan onder andere door thuis naar tvbussel te kijken of Brussel Deze Week te lezen. De uitgangspunten van het project worden niet in vraag gesteld, maar je kan je wel de vraag stellen of Onderwijscentrum Brussel daarvoor moet zorgen. In een persmededeling in juni 2011 heeft toenmalig collegevoorzitter Jean-Luc Vanraes gezegd dat hij “Klas in de media” wil uitbreiden naar het secundair onderwijs. Hij zei verder dat hij samen met de mediapartners wil nagaan of kinderen en jongeren uit het basis- en secundair onderwijs zelf het nieuws kunnen brengen. Tegen 31 augustus 2012 moet tvbrussel een inhoudelijk en financieel verslag indienen over “Klas in de media”. Momenteel werken tvbrussel, FM Brussel, Brussel deze Week en brusselnieuws.be in overleg met het Onderwijscentrum Brussel een nieuw concept uit voor het schooljaar 2012-2013. Commissielid Fouad Ahidar vraagt wat de resultaten zijn van de evaluatie van de eerste edities van het project “Klas in de media”? Wat zijn de sterke en de zwakke punten? Wat is de stand van zaken van het nieuwe concept voor het schooljaar 2012-2013? Zit de uitbreiding van “Klas in de media” naar het secundair onderwijs vervat in dat nieuwe concept? Wat zijn de kernpunten van dat nieuwe concept? Wanneer zal de aangekondigde uitbreiding naar het secundair onderwijs ingaan? Kan er gestart worden in het schooljaar 2012-2013? Zo neen, waarom niet? De heer Fouad Ahidar heeft onlangs een vergadering bijgewoond in het Maria Assumptalyceum. Tijdens deze vergadering werd er gediscussieerd over de toekomst van het Brussels Nederlandstalig onderwijs. Een aantal leerkrachten stelde tijdens deze vergadering voor om de 4 Brusselse media te gebruiken om de diverse Brusselse scholen kenbaar te maken bij de Brusselaars. Misschien wordt het aantal leerlingen dat in de Brusselse Rand naar school gaat, omdat de ouders ervan uitgaan dat er in Brussel geen goede scholen zijn, op deze manier beperkt.


4

Stuk 467 (2011-2012) – Nr. 1

Mevrouw Annemie Maes benadrukt dat er grote verschillen bestaan tussen de Nederlandstalige en Franstalige media en vaak zelfs met betrekking tot hetzelfde onderwerp. Brussel kent ook veel taalgemengde gezinnen. Is het mogelijk dat zij ook inbreng krijgen in de Nederlandstalige Brusselse media vanuit hun eigen gezichtpunt? Bestaat bovendien de mogelijkheid dat Nederlandstalige en Franstalige scholen, gelegen op dezelfde campus, kunnen samenwerken waardoor kinderen een Brusselse visie ontwikkelen zodat ze weten dat er niet alleen een Nederlandstalige gemeenschap is en visa versa. Tenslotte vraagt het raadslid of er gelijkaardige initiatieven met betrekking tot de media bestaan bij de Franstalige gemeenschap. Collegevoorzitter Guy Vanhengel is blij te horen dat de heer Fouad Ahidar het “Klas in de Media” een sympathiek project vindt. Hij beschouwt ‘Klas in de Media’ als een uniek project tussen Nederlandstalige basisscholen, het Onderwijscentrum Brussel en de 4 Nederlandstalige Brusselse media: tvbrussel, FM Brussel, Brusselnieuws.be en Brussel Deze Week. Het project, waarin de verschillende mediapartners samenwerken, brengt de media in de klas en de klas in de media. ‘Klas in de Media’ heeft voor alle betrokkenen voordelen. Voor leerkrachten en de medewerkers van het Onderwijscentrum Brussel is het in eerste instantie een leerrijke ervaring en biedt het een nieuwe kijk op het lesgeven. De klas werkt gedurende 3 weken een maatschappelijk en actueel thema uit, waarover vervolgens in de media bericht wordt. In samenwerking met het OCB werkt de leerkracht dit, vaak niet voor de hand liggend, thema uit en bekijkt waar de leerkansen kunnen zitten. Uit ervaring blijkt dat de inbreng en de ondersteuning van de medewerker van het OCB belangrijk zijn voor het welslagen van het project. Van de leerkracht wordt immers verwacht dat hij of zij typische taal-, wiskunde- en wereldoriëntatie-eindtermen in een nieuw uitdagend thema integreert. Het project vraagt het uiterste van de leerkracht, maar geeft op het einde ook veel voldoening. Zeker wanneer hun project op een positieve manier in de media komt. Deze succeservaring geeft de leerkracht extra motivatie en expertise en werkt ook aanstekelijk ten aanzien van de kinderen. Via een mediacorner op elke deelnemende school krijgt de school de kans om ook de ouders te betrekken bij het project en op die manier de Brusselse media en het Nederlands in de huiskamer te brengen. De mediapartners bereiken dankzij dit project nieuwe gebruikers: enerzijds bereiken ze de ouders, anderzijds de kinderen. In het beste geval worden die kinderen nieuwe, jonge gebruikers die het Nederlands in de huiskamer halen en via deze weg ook de Nederlandstalige buitenschoolse activiteiten leren kennen. Het eigenlijke numerieke bereik is onbekend, door een gebrek aan een echt kwantitatief onderzoek. Na het project heeft Brussel deze Week/Zazie er steevast een aantal abonnees bij, heeft FM Brussel een nieuwe jonge fanclub en is de weg naar tvbrussel en Brusselnieuws.be geëffend. Hoeveel deze jonge gebruikers nadien nog naar deze media grijpen, is onbekend, maar het staat vast dat het project een blijvende grote indruk op hen maakt en


Stuk 467 (2011-2012) – Nr. 1

5

dat ze die indruk linken aan de media: ze bezochten de redacties en de reporters kwamen op bezoek in hun klas. “Klas in de Media” bezocht de afgelopen 2 schooljaren al 24 klassen/scholen. Door het blijvende succes startte dit schooljaar een derde editie: 10 nieuwe klassen/scholen zullen zich 3 weken lang storten op een actueel en relevant maatschappelijk Brussels thema. Het Onderwijscentrum Brussel van de Vlaamse Gemeenschapscommissie zal ook tijdens deze editie de coördinatie en educatieve begeleiding van leerkrachten en leerlingen opnemen. Op hun beurt blijven de media garant staan voor een kwaliteitsvolle, informatieve berichtgeving over de schoolse projecten. Parallel wordt dit schooljaar ook gestart met de voorbereiding van een gewijzigd concept van “Klas in de Media” voor het schooljaar 2012- 2013. De volgende ontwikkelingen worden onderzocht: – Eén van de doelstellingen van ‘Klas in de Media’ is de uitwisseling van ervaringen en ideeën tussen leerkrachten bevorderen. Na de 3 weken ‘Klas in de Media’ wordt vastgesteld dat leerkrachten, vaak opnieuw opgeslorpt door de gewone werking van de school, geen tijd meer investeren in uitwisseling van expertise met andere leerkrachten. Het project wil schooloverstijgend zijn en het tijdelijke van 3 weken per school van het huidige concept, doorbreken. – Men wil kinderen en jongeren een actieve rol geven bij de vormgeving van dit nieuwe project. Zij kregen immers door het gebruik van de nieuwe media een heel andere kijk op media en informatiedoorstroom. – Naast taal en media zullen ook breed, levensecht leren en participatie aan het maatschappelijk debat worden opgenomen. Kinderen en jongeren leren aldoende: enerzijds wil men van hen kritische mediagebruikers maken, anderzijds wil men hen een echt klankbord geven. – Tot slot wordt de uitbreiding naar het secundair onderwijs overwogen, waarbij samen met de mediapartners wordt nagegaan of de jongeren zelf nieuws zouden kunnen brengen. De idee van een samenwerking tussen Nederlandstalige en Franstalige scholen is relevant, maar de spreker vreest dat dit op veel praktische bezwaren zal stuiten. De leerprogramma’s van het Franstalig en het Nederlandstalig onderwijs verschillen immers. De collegevoorzitter meent echter dat elke wisselwerking, waarbij men probeert inzicht te verwerven in andere visies die kunnen variëren al naargelang de taalgemeenschap zeker interessant is. De Nederlandstalige kinderen in het Nederlandstalig onderwijs hebben daar reeds veel ervaring mee. Collegevoorzitter Guy Vanhengel zal in ieder geval het idee voorleggen aan het OCB. Momenteel beperkt het project “Klas in de Media” zich enkel tot de klas. De heer Fouad Ahidar vindt het interessant dat men verdergaat door bv. de kinderen te volgen in de jeugdbeweging, in de sportclub, enz.. Op deze manier worden buitenschoolse activiteiten ook in de picture gezet. De dochter van de heer Fouad Ahidar, leerling in de basisschool Kakelbont, heeft meegewerkt aan het project, maar hij heeft geen enkele info over de tv-uitzending ervan ont-


6

Stuk 467 (2011-2012) – Nr. 1

vangen. Dit betreurt hij. Wanneer ouders extra informatie zouden krijgen over bv. de ondertiteling van de tv-uitzending, zullen zij misschien naar tvbrussel kijken. Collegevoorzitter Guy Vanhengel liet weten dat na de 3 weken ‘Klas in de Media’ de leerkrachten vaak opnieuw worden opgeslorpt door de gewone werking van de school en geen tijd meer investeren in uitwisseling van expertise met andere leerkrachten. De interpellant Fouad Ahidar had graag vernomen hoe de collegevoorzitter dit probleem denkt op te lossen? Collegevoorzitter Guy Vanhengel heeft de ideeën van de heer Fouad Ahidar genoteerd. Het principe “Klas in de media” uitbreiden naar de jeugdwerking of misschien een gelijkaardig concept ervoor ontwikkelen, is een goed idee. De heer Fouad Ahidar heeft dit idee reeds aangekaart zonder succes, maar hij hoopt dat de collegevoorzitter het project misschien wel gerealiseerd kan krijgen. Tot slot vindt collegevoorzitter Guy Vanhengel de idee om “Klas in de media” te ondertitelen een positief voorstel dat zelfs niet moeilijk te realiseren is. Hij zal aan het OCB vragen hiermee rekening te houden bij iedere communicatie met de ouders. Tevens is er voor de uitwisseling van expertise ook een rol weggelegd voor het OCB. ____________________________________________________________________________ Vraag van mevrouw Annemie Maes aan de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en begroting, betreffende vegetarische voeding Steeds meer restaurants bieden vandaag een volwaardige vegetarische schotel aan. De tijd dat vegetarisch eten gelijk stond met het weglaten van vis of vlees loopt, langzaam maar zeker ten einde. Maar er blijft volgens raadslid Annemie Maes nog steeds werk aan de winkel. De topgastronomie geeft vandaag het goede voorbeeld. Sterrenchefs Peter Goossens van Hof van Cleve en Viki Geunes van ‘t Zilte zetten een volwaardig en gastronomisch vegetarisch (plantaardig) menu op de kaart. De boodschap is duidelijk: vegetarisch (plantaardig) eten kan smaakvol, verrassend en verfijnd zijn. Wie het tegendeel beweert, houdt vast aan verouderde dogma’s. Vegetarisch koken past perfect in een gezond, gastronomisch en uitgebalanceerd voedingspatroon. Vergeleken met de huidige algemeen geaccepteerde voedingspatronen betekent het wel een andere manier van denken en koken. Niet het simpelweg weglaten van vlees of vis. Elishout, die instaat voor talrijke recepties en waar de raadsleden al enkele malen zijn gaan eten, schiet op dat vlak tekort. De spreker verwijst bovendien naar de VGC-nieuwjaarsreceptie waar spijtig genoeg geen vegetarische hapjes voorzien waren. In Elishout vormt men toekomstige koks en misschien zelfs sterrenkoks, maar men geeft deze leerlingen onvoldoende tot geen vorming rond vegetarisch koken. Vanzelfsprekend maken de leerlingen later, als kok, hun eigen keuze, maar het is belangrijk dat ze vol-


Stuk 467 (2011-2012) – Nr. 1

7

doende achtergrondinformatie en vorming krijgen om er later zelf mee aan de slag te gaan. Op welke wijze komt vegetarisch koken vandaag aan bod in de opleiding? Zullen er modules vegetarisch (plantaardig) koken worden voorzien, zowel in dag- als in avondonderwijs? Zo ja, voor wanneer is dit gepland? Zijn er al contacten of plannen om een gestructureerde samenwerking aan te gaan met EVA vzw of een andere organisatie die een meerwaarde kan bieden om Elishout te begeleiden naar het creëren van (een) vegetarische module(s)? De manier waarop het thema vegetarische voeding momenteel aangeboden wordt binnen de dagschool Elishout School voor Voeding en het Centrum voor Volwassenenonderwijs (CVO) Elishout, hangt volgens collegevoorzitter Guy Vanhengel in eerste instantie samen met de bestaande leerplannen. Binnen de secundaire beroepsopleiding Restaurant en Keuken vindt men in de 3e graad volgende leerplandoelstellingen en leerinhouden terug, die onder de noemer ‘Alternatieve voedingspatronen’ het thema vegetarische voeding aan bod laten komen: – vegetarische menu’s en macrobiotische recepten kunnen uitwerken; – alternatieve voedingspatronen kunnen omschrijven, o.a.: vegetarisme, macrobiotiek, natuurvoeding. Collegevoorzitter Guy Vanhengel heeft de indruk dat dit programma wat verouderd is, maar het is echter de Vlaamse Gemeenschap en niet de Vlaamse Gemeenschapscommissie die verantwoordelijk is voor het opstellen van de leerplannen. In het 7e jaar Specialiteitenrestaurant van de secundaire beroepsopleiding staan in de leerplannen volgende onderwerpen: – aandacht voor de internationale keuken: een combinatie van regionale, streekgebonden, internationale en vegetarische keuken; – specifieke dresseertechnieken en presentatievormen: o.a. tajine en stoomkorf, met aandacht voor verschillende culturen; – kunnen inspelen op gewijzigde eetpatronen of vragen van de klant: vegetarisch, internationale invloeden,… Binnen de opleidingen Kok, Hulpkok en Keukenverantwoordelijke van het volwassenenonderwijs CVO Elishout vindt men in de leerplannen bij de pedagogisch-didactische wenken ook aandacht voor vegetarisme. Bovendien komt vegetarische voeding eveneens aan bod in de module ‘Dieetkeuken’, binnen het traject Grootkeukenkok. Vegetarische voeding is eveneens voorzien in de keuzemodule ‘Alternatieve Voeding’ (na hulpkok), maar wegens te weinig interesse, wordt deze momenteel niet aangeboden. Het behoort tot de beleidsprioriteiten van de VGC om de opleidingen van de eigen onderwijsinstellingen zoveel mogelijk te oriënteren naar de Brusselse realiteit. Het thema ‘vegetarische voeding’ komt daardoor voor in de daartoe relevante opleidingen.


8

Stuk 467 (2011-2012) – Nr. 1

Regelmatig wordt de afweging gemaakt om ‘vegetarische voeding’ al dan niet in opleidingstrajecten op te nemen, waarbij gezocht wordt naar mogelijke partners om een opleidingsaanbod gericht op de Brusselse context zo optimaal mogelijk te kunnen inrichten. Collegevoorzitter Guy Vanhengel concludeert dat het grootste probleem ligt bij de opstelling van het leerplan. Leerkrachten moeten het leerplan volgen en worden daar ook regelmatig op gecontroleerd door de inspecterende overheid. Het is echter aan de Vlaamse minister bevoegd voor Onderwijs om leerplannen aan te passen. Mevrouw Annemie Maes zal haar collega’s in het Vlaams Parlement op de hoogte brengen van haar bezorgdheid in de hoop dat de bevoegde minister de leerplannen wil herzien. Wanneer 12-13 jarigen uit de 1ste graad kennismaken met ingrediënten, vindt de spreker het nuttig om hen dan reeds te laten kennismaken met vegetarische producten. Voor de keuzemodule ‘Alternatieve voeding’ zijn er spijtig genoeg geen leerlingen. De reden ligt volgens mevrouw Annemie Maes misschien bij de manier waarop de cursus wordt voorgesteld. Ze is ervan overtuigd dat er, zeker voor het avondonderwijs, manieren bestaan om bepaalde cursussen aantrekkelijker te presenteren. ____________________________________________________________________________ Vraag van mevrouw Elke Van den Brandt aan de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende de gevolgen van de uitspraak van het Grondwettelijk Hof voor de voorrangsregel voor Nederlandstaligen De vraag van mevrouw Elke Van den Brandt aan de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende de gevolgen van de uitspraak van het Grondwettelijk Hof voor de voorrangsregel voor Nederlandstaligen wordt door de vraagsteller ingetrokken.


VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

Recommend Documents