STUK 469 (2011-2012) – Nr. 1
VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD ZITTING 2011-2012
13 FEBRUARI 2011
INTERPELLATIES EN VRAGEN Commissie voor Algemene Zaken, Financiën, Begroting en Media Maandag 13 februari 2012
Hebben aan de werkzaamheden van de Commissie deelgenomen: Vast lid: mevrouw Annemie Maes, ondervoorzitter (vervangt voorzitter Jean-Luc Vanraes) Ander lid: de heer Paul De Ridder
1147
Stuk 469 (2011-2012) – Nr. 1
2
INHOUD Interpellatie van de heer Paul De Ridder tot mevrouw Brigitte Grouwels, collegelid bevoegd voor Welzijn, Gezondheid, Gezin, Media en Patrimonium, over de mogelijke verhuis van de VRT uit Brussel............................................................................
3
Vraag van mevrouw Annemie Maes aan mevrouw Brigitte Grouwels, collegelid bevoegd voor Welzijn, Gezondheid, Gezin, Media en Patrimonium, betreffende de vrouwelijke vertegenwoordiging in de Brusselse media...............................................
5
VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE
Stuk 469 (2011-2012) – Nr. 1
3
– Mevrouw Annemie Maes, ondervoorzitter, zit de vergadering voor ingevolge verhindering van de heer Jean-Luc Vanraes, voorzitter. Interpellatie van de heer Paul De Ridder tot mevrouw Brigitte Grouwels, collegelid bevoegd voor Welzijn, Gezondheid, Gezin, Media en Patrimonium, over de mogelijke verhuis van de VRT uit Brussel Op 18 januari 2012 las interpellant Paul De Ridder in diverse media dat de VRT misschien zou verhuizen naar een andere stad dan Brussel. Vilvoorde en Mechelen strijden om onze nationale omroep te mogen huizen. Vilvoorde ambieert om het Hilversum van Vlaanderen te worden. De stad is al de thuishaven van verschillende mediabedrijven zoals de Vlaamse Mediamaatschappij en het productiehuis Woestijnvis. In Mechelen is dan weer het telecom- en mediabedrijf Telenet gevestigd en deze stad benadrukt dat ze de goedkoopste centrumstad van Vlaanderen is. Met genoegen las de interpellant dat sommige collega’s een verhuis van de VRT afwijzen. “Ik vind het ontstellend dat dit zelfs maar overwogen wordt,” verkondigt collegelid Bruno De Lille (Groen) Collegelid Brigitte Grouwels zelf laat op www.brusselsnieuws.be weten dat ze vindt dat “we moeten kijken hoe we de huidige site aan de Reyerslaan kunnen aanpassen aan de noden van een modern mediabedrijf.” Ook Vlaams minister van Media Lieten (sp.a) wil de VRT in Brussel houden. Op vragen gesteld tijdens de Plenaire vergadering in het Vlaams Parlement antwoordde de minister: “Als Vlamingen willen we Brussel niet loslaten. De VRT is daarbij een belangrijk symbool.” Op dit moment laat de VRT verschillende scenario’s technisch onderzoeken. Onder andere het stedenbouwkundige aspect, de milieuvergunningen en andere praktische bezwaren worden onderzocht. 1) Wat is het standpunt van het College inzake de verhuis van de VRT uit Brussel? Gaat het College akkoord dat alles moet worden in het werk gesteld om de VRT in Brussel te houden? 2) Welke aanpassingen zijn volgens collegelid Brigitte Grouwels nodig betreffende “de noden van een modern mediabedrijf ”? 3) Heeft het collegelid reeds concrete initiatieven genomen of zal ze die nemen om het voor de VRT aantrekkelijk te maken om in Brussel te blijven? Zo ja welke? 4) Ziet het collegelid mogelijkheden om (meer) logistieke of andere samenwerking te creëren met de Vlaams-Brusselse media? Welke? Collegelid Brigitte Grouwels benadrukt in haar antwoord dat ook zij het onwenselijk vindt dat de VRT Brussel zou verlaten. Een nationale zender hoort thuis in de nationale hoofd-
VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE
4
Stuk 469 (2011-2012) – Nr. 1
stad. Dit is om symbolische en politieke redenen zo. Maar ook de fysieke inbedding en de functionele integratie van een zender in een stad versterken de wederzijdse impact en het begrip. Een vertrek van de VRT uit Brussel zal bovendien de samenwerking met de Brusselse en internationale media niet ten goede komen. Als nieuwszender dient de VRT zich te vestigen vlakbij het nieuwsgebeuren. Brussel is niet enkel de Vlaamse en Belgische hoofdstad. Het is ook de op een na belangrijkste politieke hoofdstad ter wereld, na Washington. Tal van belangrijke internationale organisaties zijn er gevestigd, zoals de EU en de NAVO. Om nog maar te zwijgen van de vele multinationale bedrijven of buitenlandse journalisten, die Brussel als uitvalsbasis hebben. De VRT zit momenteel vlakbij dit internationale nieuwsgebeuren. Het is belangrijk dat de openbare omroep ook in de toekomst voeling houdt met de belangrijkste nieuwsactoren, zowel op nationaal als op internationaal vlak. De huidige site aan de Reyerslaan doet op dit moment feitelijk al dienst als mediacampus. De aanwezigheid van zowel de VRT als de RTBF op een en dezelfde campus biedt een pak praktische voordelen en toekomstkansen. Deze fysieke nabijheid maakt inhoudelijke samenwerking en de uitwisseling van audiovisueel materiaal stukken makkelijker. Redenen genoeg dus voor de VRT om in de hoofdstad van Vlaanderen te blijven. Wat de 3 scenario’s (renovatie / nieuwbouw / verhuis) zelf betreft, geeft de interpellant correct aan dat deze momenteel technisch en financieel onderzocht worden en dus zijn er nog geen resultaten, berekeningen of adviezen bekend. De voorzitter van de Raad van Bestuur heeft, naar aanleiding van een brief die collegelid Brigitte Grouwels hem stuurde om de gezamenlijke bezorgdheid over te maken, bevestigd dat er tot op heden nog geen enkele beslissing is genomen. Bovendien hoeft een verhuis niet te betekenen dat dit automatisch buiten Brussel zou zijn. Meer of andere samenwerking blijft een belangrijk aandachtspunt. Logistieke samenwerking is natuurlijk evidenter en gemakkelijker indien er een sterke nabijheid is tussen de verschillende ‘huizen’. Maar ook inhoudelijk is er nog heel wat marge. De Vlaams-Brusselse media vertegenwoordigen een schat aan informatie over Brussel, waar op een andere manier, minder negatief, over Brussel wordt gesproken. Zo werd tijdens een recent onderhoud tussen het kabinet van minister Lieten en tvbrussel, de piste om uit te zenden in heel Vlaanderen (zonder reclame, want dat is waar de andere regionale zenders vooral op de rem voor staan) goed onthaald. Indien de andere regionale zenders hiervan kunnen overtuigd worden op een volgende zendermeeting kan het geïnvesteerde overheidsgeld beter renderen en kan er eindelijk echt werk gemaakt worden van de band Brussel-Vlaanderen. Nu zijn er enkel de zaterdaguitzendingen van tvbrussel op de VRT, maar in overleg met andere regionale zenders zou misschien ook de nieuwuitzending van tvbrussel ’s nachts in een lus kunnen uitgezonden worden. De komende maanden wil het collegelid daarom een luisterend oor bieden voor de wensen en verzuchtingen van de Vlaamse openbare omroep. De vraag mag immers niet zijn of de VRT uit Brussel vertrekt. Wel luidt de vraag hoe de huidige site aan de Reyerslaan
VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE
Stuk 469 (2011-2012) – Nr. 1
5
kan aangepast worden aan de noden van een modern mediabedrijf. Samen met de VRTdirectie moet hier vooral vanuit de Brusselse Hoofdstedelijke Regering een antwoord op gevonden worden, hoewel minister Grouwels ook als collegelid haar verantwoordelijkheid zal opnemen. De RTBF is gevestigd op de site en wenst daar graag te blijven. De Brusselse Hoofdstedelijke Regering bood indertijd faciliteiten voor bepaalde transacties van de RTBF. Het is belangrijk dat de Brusselse Hoofdstedelijke Regering met dezelfde welwillendheid tegenover de VRT staat. De heer Paul De Ridder, interpellant, vraagt of collegelid Brigitte Grouwels meer informatie heeft over het feit dat de voorkeur naar een nieuwbouw zou gaan omwille van budgettaire en ecologische overwegingen, en niet naar een renovatie. Collegelid Brigitte Grouwels stelt dat de berekeningen moeten afgewacht worden en wenst niet vooruit te lopen op de feiten. Zij herhaalt dat ze erop vertrouwt dat de Brusselse Hoofdstedelijke Regering de scenario’s grondig en welwillend zal benaderen. De RTBF heeft een vernieuwing achter de rug en verkocht een terrein dat behoorde tot haar eigendom om aan bijkomende middelen te komen. ____________________________________________________________________________ Vraag van mevrouw Annemie Maes aan mevrouw Brigitte Grouwels, collegelid bevoegd voor Welzijn, Gezondheid, Gezin, Media en Patrimonium, betreffende de vrouwelijke vertegenwoordiging in de Brusselse media Onlangs las mevrouw Annemie Maes in een onderzoek van het Elektronisch Nieuwsarchief (ENA) van de Antwerpse en Leuvense universiteiten dat vrouwen sterk ondervertegenwoordigd zijn in de televisiejournaals op VRT en VTM en bovendien amper als deskundige worden bevraagd. Vrouwen zouden slechts 22% van de spreektijd krijgen in de televisiejournaals bij VRT en VTM. De rest wordt ingevuld door mannen. Ze krijgen gemiddeld ook minder spreektijd dan mannen. Voor vrouwen bedraagt de gemiddelde spreektijd 15 seconden, tegenover 19 seconden voor mannen. De onderrepresentatie van vrouwen in de politieke berichtgeving is problematisch. Dit is een jammerlijke zaak. De openbare omroep geeft dit ook toe, maar belooft beterschap. Het actieplan diversiteit zou op termijn vruchten moeten afwerpen. Een vlugge blik op programma’s van tvbrussel, zoals ‘Polspoel’, geeft evenzeer minstens de indruk dat het vooral mannen zijn die aan het woord komen. Hoewel de vrouwen meer dan de helft van de bevolking uitmaken, is hun aandeel in de politieke berichtgeving helaas niet even groot. Zolang we geen duidelijke cijfers hebben, blijven we echter steken in veronderstellingen en giswerk. Enkel op basis van duidelijke cijfers kan het inhoudelijk debat over oorzaken en mogelijke maatregelen gevoerd worden. Hoeveel procent mannelijke en hoeveel procent vrouwelijke politici/deskundigen verschijnen er in de verschillende Brusselse media? In welke rubrieken of programma’s is er sprake van een systematische ondervertegenwoordiging van vrouwen?
VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE
Stuk 469 (2011-2012) – Nr. 1
6
Een inhoudsanalyse zou de ongelijke verhouding van mannen en vrouwen in de berichtgeving in kaart kunnen brengen. Is collegelid Brigitte Grouwels bereid een dergelijke studie te laten uitvoeren? Een evenwichtige representatie van vrouwen in de politieke berichtgeving is een gedeelde bezorgdheid, antwoordt collegelid Brigitte Grouwels. Minister Miet Smet gaf vanuit dezelfde bekommernis een publicatie uit onder de titel “Zeg niet te gauw er is geen vrouw”. De noodzakelijke diversiteit van de aan het woord gelaten of in beeld gebrachte personen én presentatoren is even belangrijk. In het kader van de twee onderzoeken uitgevoerd in opdracht van Vlaams minister Pascal Smet in 2011 is er nog nood aan bijkomende studie omdat er geen antwoord wordt geboden op de problematiek aangehaald in de vraag van mevrouw Maes. Het gaat over de volgende studies : – Het kwalitatief en kwantitatief publieksonderzoek door CEMESO en BRIO, noodzakelijk aangezien CIM geen betrouwbaar cijfermateriaal kon geven vanwege de grootte van de steekproef, werd in de feiten herleid tot een onderzoek naar publieksprofiel en publieksperceptie. Dit gebeurde omdat een wetenschappelijk onderbouwde studie naar het bereik en het verhogen van het bereik volgens de ramingen van de minster 3 tot 400.000 euro zou kosten, wat hij teveel vond. Volgens collegelid Brigitte Grouwels dient de klemtoon in een nieuwe studie inzake de Vlaams-Brussels media te liggen op het bereik en de analyse van de doelgroepen (mannen/vrouwen, leeftijden…), waardoor een aantal vragen van mevrouw Maes kunnen beantwoord worden. – De studie uitgevoerd door Capgemini focuste op een mogelijk organigram in kader van een cross mediaal model voor de Vlaams Brusselse media. Voor de collegeleden is het noodzakelijk dat de voorwaarden inzake samenwerking worden onderzocht, die moeten leiden tot een efficiëntere werking op zakelijk en infrastructureel vlak zonder afbreuk te doen aan de eigenheid van de verschillende media. De studie van Capgemini was té gericht en biedt geen antwoord op de vragen van mevrouw Maes. Om dit te onderzoeken dient er uiteraard eerst een heldere en duidelijke vraagstelling geformuleerd, op basis waarvan de VGC-administratie een kostenraming en timing kan opmaken. Collegelid Brigitte Grouwels is zeker bereid om deze opdracht aan de administratie over te maken. In functie van de door hen overgemaakte informatie zal het College, rekening houdend met de budgettaire randvoorwaarden, een beslissing nemen. Mevrouw Annemie Maes dankt het collegelid voor haar antwoord. Het gaat inderdaad om een inhoudsanalyse van wie aan het woord komt en de maatschappelijke consequenties daarvan inzake beeldvorming e.d. Op grond van dergelijke analyse kan de man/vrouw verhouding en de diversiteit in het algemeen nagegaan worden en cijfermatig in beeld gebracht worden. Wat de kostprijs betreft, geeft mevrouw Maes een tip. De studie zou kunnen gekaderd worden in een doctoraatsthesis. Indien met de universiteit in kwestie kan overeengekomen
VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE
Stuk 469 (2011-2012) – Nr. 1
7
worden dat dergelijke studie tegen een aanvaardbare prijs kan uitgevoerd worden, dan zouden de kosten kunnen gedrukt worden. Het zou tevens interessant zijn de vraagstelling zo breed mogelijk te houden. Collegelid Brigitte Grouwels zegt de tip ter harte te nemen. _____________________________
VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE