COMMISSIE WELSTAND EN MONUMENTEN OOST 2009-10 Verslag van de driehonderdvijfentachtigste vergadering, gehouden op dinsdag 16 juni 2009 in de Regentenzaal te Utrecht. Aanwezig:
Afwezig:
de voorzitter, T. Frantzen, de leden P. Diederen, M. Reniers, K. Tedder, H. Vlaardingerbroek, K. van Vliet en I. Wijgh, W. Smits (afdeling Stedenbouw), M. van der Wiel (secretaris), C. Boogert (uitvoerend secretaris) en I. Bakhuis (verslag). J. Kamphuis (lid), B. van Santen (afdeling Monumenten).
OVERZICHT VERSLAG A.
Ingekomen stukken en mededelingen
B.
Notulen Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 2 juni 2009
C.
Algemeen
D. D1 D2 D3 D4 D5
Bouwplannen Molenstraat Laan van Chartroise / hoek Ondiep Marnixlaan / Van Hoornekade Croeselaan Floridadreef 7
E. E1 E2 E3 E4 E5 E6 E7
Nagekomen plannen Steenovenweg Zandhofsestraat / Poortstraat Stadsbuitengracht, voormalig kasteel Vredenburg, Zuidpoort (Rijksmonument) Anna van Burendreef 72 Oudkerkhof 28 Andesdreef 6 t/m 89 Emmalaan 31 (gemeentelijk monument)
F.
Overige bouwplannen Plannen met preadvies, lijst d.d. 11-06-2009
G.
Reclames
H.
Rondvraag en sluiting
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 16 juni 2009
A.
Ingekomen stukken en mededelingen In de eerste herziening voorontwerpbestemmingsplan Kop van Lombok wordt voorgesteld in de plint van het zuidelijke bouwblok meer economische activiteit mogelijk te maken. De commissie heeft hier geen bezwaar tegen en stemt in met de herziening. In het voorontwerp bestemmingsplan De Berekuil wordt gestreefd naar de totstandkoming van een passende planologische-juridische regeling voor camping. UItgangspunten hierbij zijn ondermeer het handhaven en versterken van de groenstructuur en openheid van het water. De commissie stemt in met de voorstellen. Een excursie/werkbezoek aan de wijken Ondiep/Overvecht/Wittevrouwen wordt gepland op 14 juli a.s., na afloop van de commissievergadering. In een volgende commissievergadering wordt tijd ingepland voor een rondgang door het Stationsgebied/Hoog Catharijne.
B.
Notulen van de Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 2 juni 2009 Het verslag wordt met een enkele wijziging vastgesteld.
C.
Algemeen Geen.
D. D1 (B)
Bouwplannen Molenstraat BV20904536 Bouwaanvraag voor het bouwen van vijf woningen en de herinrichting van het binnenterrein ten behoeve van parkeren Aanvraag: Van Zoelen Projectontwikkeling Ontwerp: Wentink Architecten (Zie notulen 04/11 2008 en 19/05 2009) De commissie heeft aangegeven de identiteit van de afzonderlijke woningen bij voorkeur te ontlenen aan structurele verschillen en bij het ontbreken daarvan, deze in vormgeving, maatvoering, ritmiek en materialisatie sterker tot uitdrukking te brengen. Architect Koopman zet uiteen dat het niet haalbaar is verschillen te creëren in woningtypen en plattegronden. De individuele herkenbaarheid is desalniettemin vergroot. Alle woningen hebben nu een mansardekap, waarvan goot- en nokhoogten verschillen. Ook is onderscheid gemaakt in vorm en detaillering van dakkapellen, ritmiek, maatvoering en detaillering van gevelopeningen en in gevelbehandeling (metsel- en keimwerk). Het binnenterrein heeft een lossere indeling gekregen; in de bij de Molenstraat aansluitende bestrating van gebakken klinkers worden met blokhagen parkeerpockets geformeerd. Conclusie Het bouwplan voldoet nog niet aan redelijke eisen van welstand. Vanwege de ligging in een beschermd stadsgezicht en binnen beleidsniveau 'Behoud' volgens de welstandsnota, dient de architect nog een slag te maken. Deze context, een smalle woonstraat in beschermd stadsgezicht, vraagt een zorgvuldige en eenvoudige architectuur, waarin individuele woningen herkenbaar zijn. Nu die individualiteit niet is gezocht in de basisstructuur, dreigt er compensatie in een overdaad aan cosmetische middelen en wordt de essentie van de vroegere architectuur gemist. Juist omdat de frontgevel in deze smalle straat niet als geheel wordt ervaren, moet een zorgvuldige detaillering van elementen de individualiteit van de woningen tot uitdrukking brengen. Subtiele verspringingen in de rooilijn en dieptes van neggen worden bij wijze van voorbeeld genoemd. Dat het platdak is vervangen door een mansardekap is een verbetering. Ook de subtiele schaalvergroting door een eenmalige verdubbeling van de kap is goed, maar deze geïntroduceerde schaal wordt niet gevolgd door de ritmering van de onderbouw. Een eenvoudige stedenbouwkundige ingreep, bijvoorbeeld een spiegeling van plattegronden, kan dit beeld verbeteren. De inrichting van het binnenterrein is nog te sterk afgestemd op de parkeerfunctie, de verblijfsfunctie is hieraan ondergeschikt. Een inrichting als verharde tuin met losse beplanting, die tevens kan worden benut voor ‘informeel’ parkeren, zou de gebruikswaarde aanzienlijk verbeteren.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 16 juni 2009
2
D2 Laan van Chartroise / hoek Ondiep (St/O)Definitief ontwerp nieuwbouw 52 woningen (blok 1), parkeervoorzieningen en zorgcomplex Aanvraag: Mitros projectontwikkeling Ontwerp: Roeleveld Sikkes Mevrouw Bracht van de afdeling Stedenbouw licht toe dat in het kader van de herstructurering van de naoorlogse wijk Ondiep een ruimtelijke visie is ontwikkeld. De Laan van Chartroise krijgt hierin meer accent als centrale as. Om de uitstraling hiervan te versterken wordt een grotere bouwhoogte toegestaan (vier lagen) dan in de huidige situatie. Doorlopende tuinafscheidingen benadrukken de lengtewerking. De belangrijkste dwarsverbinding is Ondiep met enkele bijzondere objecten die in de rooilijn verspringen. Hier is ruimte voor een hoekaccent. De architecten Van Vulpen en Arndt lichten het plan toe. Aan weerszijden van de Laan van Chartroise wordt nieuwbouw gerealiseerd in blokvorm, bestaande uit langgerekte stroken die door kopblokken met elkaar zijn verbonden. De stroken aan de Laan van Chartroise bestaan uit vier lagen, de nieuwbouwstrook daarachter is lager om een goede overgang te waarborgen naar de bestaande bebouwing van twee lagen met kap. Het noordelijke blok bestaat uit appartementen en maisonnettes. Parkeren wordt opgelost in het binnenterrein Het zuidelijke blok heeft een gevarieerd programma: appartementen op de kop aan Ondiep, met als verbijzondering een dubbelhoge entree op de hoek met de laan, vervolgens zorgwoningen in de kop aan de andere zijde en in de strook daartussen stadswoningen, waarvan de voordeur met luifel aan de laan ligt en tenslotte eengezinswoningen aan de Vijgeboomstraat. Parkeren wordt hier ondergebracht onder het appartementenblok en het zorgcomplex. De beoogde kwaliteitsverbetering van de wijk wordt onderstreept door de toepassing van hoogwaardige materialen. Het gehele plan wordt uitgevoerd in een roodbruine baksteen, passend bij de omliggende bebouwing. Als verwijzing hiernaar worden onder de dakrand verbijzonderingen in het metselwerk aangebracht. De koppen zijn verbijzonderd door horizontale insnedes in het metselwerk, terwijl de verticale parcellering van de lange stroken de individuele woningen zichtbaar maakt. De bovenste verdieping van de woningstroken aan de laan ligt terug en krijgt een afwijkende materialisatie. De kleine voortuinen van de woningen worden van de openbare ruimte gescheiden door een gemetselde tuinmuur, mogelijk voorzien van een haag. Conclusie De commissie heeft waardering voor de zorgvuldige planuitwerking, maar constateert dat het gepresenteerde plan nog niet vanzelfsprekend landt in de bestaande structuur; een ingreep van deze omvang zal door typologische verwantschap met het bestaande een plaats moeten krijgen in de wijk. De voorgestelde bouwhoogte onderstreept het belang van de Laan van Chartroise als hoofdas, maar de relatie van deze verstedelijkte as met de omliggende, tuindorpachtige bebouwing is nog te diffuus. De verbijzonderde kop op de hoek met Ondiep laat zich eerder lezen als beëindiging van het blok, dan als overgangselement van stedelijkheid naar tuindorpsfeer en vertroebelt bovendien de hiërarchie tussen hoofdas en dwarsverbinding. De terugliggende, afwijkend gematerialiseerde vierde etage is ondergeschikt gemaakt aan de hoofdmassa en doet daarmee afbreuk aan het streven de Laan van Chartroise meer aanzien te geven. Ook in de architectonische uitwerking zal meer aansluiting moeten worden gezocht bij de typologie van de karakteristieke tuindorparchitectuur; een gevelwand met balkons is hierin niet passend. De sculpturaliteit van de koppen op de hoek met Ondiep is mager uitgewerkt en de invulling met bergingen niet passend. Een binnenterrein dat door parkeren wordt gedomineerd voegt geen kwaliteit toe en verdient een hoogwaardiger invulling en inrichting. D3 Marnixlaan / Van Hoornekade BV20904519 (R/O) Bouwaanvraag voor de bouw van 217 woningen en 18 onzelfstandige wooneenheden en een ouder-kindcentrum Aanvraag: Mtiros Projectontwikkeling Ontwerp: Roeleveld Sikkes (Zie notulen 20/11 2007, 26/02 en 21/10 2008) Architect Van Vulpen heeft meer rust en eenheid in de voorgevelstructuur nagestreefd door bloemkozijnen te laten vervallen en samenhang te zoeken in grotere gebaren en een verdere verfijning op detailniveau. Het complex wordt uitgevoerd in een hoogwaardige baksteen in een gelige tint, passend bij de kleurstelling in de omgeving. De woningen
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 16 juni 2009
3
hebben een galerijontsluiting aan de binnenzijde, deze gevels zijn afwijkend gematerialiseerd. De galerijen worden doorbroken door appartementenblokjes op het parkeerdek. De gezinswoningen aan het binnenterrein zijn opgeknipt in kleinere blokjes, waardoor doorzicht ontstaat. Het advies in het binnengebied afzonderlijke plekken te creëren, is niet overgenomen. Er is samenhang gezocht in een eenduidige inrichting met mos-sedum, waarin enkele verblijfsplekken zijn opgenomen. De privé-tuinen worden afgezoomd met vaste bloembakken van cortenstaal. Conclusie De commissie adviseert positief over het bouwplan, dit voldoet aan redelijke eisen van welstand. De toekomstwaarde van het plan wordt echter in belangrijke mate bepaald door de kwaliteit van de inrichting van het parkeerdek; als onlosmakelijk onderdeel van de bouwaanvraag, voldoet deze nog niet. Mede gelet op de omvang van het plan zal de inrichtingskwaliteit moeten worden verbeterd, door de verblijfsplekken bescheidener en soberder vorm te geven en de afscheiding van privé-tuinen als onderdeel van het binnengebied te benaderen. De commissie adviseert met klem het ontwerp hiervoor in handen te geven van een landschapsarchitect. D4 Croeselaan (Ont) Definitief ontwerp loopbrug tussen auditorium en UC18 (bestaand kantoorgebouw) Aanvraag: Coöp. Centrale Raiffeisen - Boerenleenbank Ontwerp: Kraaijvanger Urbis De luchtbrug tussen bestaande gebouwen op de Rabobanklocatie is gesloopt. Voor een vervangende loopbrug gelden als randvoorwaarden dat de brug zich voegt in de toekomstige situatie, een loopvlak heeft met een breedte van 4 à 6 meter en een aangenaam binnenklimaat biedt. Architect Baggerman licht toe dat de cilindrisch vormgegeven verbinding rust op smalle staanders en logisch aansluit op de gevels die worden verbonden. In één vlak met de roestvrijstalen huid in 'reptielstructuur' zijn grote, regelmatig geplaatste ruitvormige glasvlakken opgenomen. Deze geven geen zicht op de wereld onder de loopbrug, bestaande uit een expeditiestrook en de toekomstige HOVbaan. Conclusie De commissie reageert positief op de stedenbouwkundige positionering en het architectonisch concept, maar ziet mogelijkheden voor versterking van het abstracte en mysterieuze beeld. Bij voorkeur wordt de buis als zelfstandige constructie ingeklemd tussen de verbonden gebouwen en wordt een vrijere glasvlakindeling gecreëerd, passend in de geometrische structuur van de huid. Een aangepast plan wordt tegemoet gezien. D5 (R)
Floridadreef 7 Voorlopig ontwerp uitbreiding crematorium Daelwijck Aanvraag: Yarden Vastgoed BV Ontwerp: CéGé, bureau voor architectuur en bouwmanagement Het crematorium kent een heldere, eenvoudige opzet qua structuur en materialisatie. De hoofdvorm bestaat uit één laag met centraal in het gebouw een verhoogd deel, waarin de twee aula's met familie- en koffiekamers liggen. De hoofdentree is gesitueerd in de zuidgevel en facilitaire voorzieningen liggen aan de noordgevel. Milieutechnische eisen maken vernieuwing van de ovens en een uitbreiding met invoer- en filterruimten noodzakelijk. Het is niet mogelijk gebleken de vereiste aanpassing binnen de bestaande contour te realiseren. Voor de uitbreiding heeft architect Cornelis gestreefd naar een ontwerp dat de architectonische kwaliteit van het bestaande gebouw respecteert. De bestaande hellingbaan aan de noordzijde vervalt en de plint wordt uitgebreid met een omgekeerde betonnen U, waarin een hogere doos met technische voorzieningen wordt opgenomen. Onder verwijzing naar de materialisatie van bestaande gevelvlakken, wordt de doos afgewerkt met leien. Om voor nabestaanden een lichte ruimte te creëren, zonder inkijk van buitenaf, wordt in de gevel een grote opening met profilitbeglazing opgenomen. Conclusie Er bestaat veel waardering voor het gebouw en de commissie herkent in de planpresentatie een zorgvuldige analyse van en respect voor de bestaande situatie. Zij realiseert zich dat gezocht moet worden naar een aansluiting op een gecompliceerde ruimtelijke structuur en een bijzondere architectuur. Echter de middelen die voor de uitbreiding zijn gekozen, zijn in deze situatie voorstelbaar, maar in de toepassing en
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 16 juni 2009
4
uitwerking nog niet passend. De voorgestelde oplossing sluit onvoldoende aan op de specifieke elementen die de dramatiek van de functie van het gebouw tot uitdrukking brengen. In de compositie van gesloten volumes vormen de asymmetrische entree met de luifel en de hellingbaan belangrijke ceremoniële motieven. Het is wenselijk deze karakteristieke kwaliteiten in de aanbouw te handhaven. Door de invulling met een gesloten doos functioneert de U niet als de gesuggereerde open vorm. Hoewel de leien refereren aan de materiaaltoepassing van het bestaande gebouw, leidt de voorgestelde toepassing tot een massa. Gesuggereerd wordt om in plaats van een profilitvlak te overwegen de lichttoetreding via het dak te organiseren en zo het besloten, intieme karakter van het gebouw te onderstrepen. De commissie concludeert dat er nog een ontwerpslag nodig is om tot een subtiele oplossing te komen, waarin een nieuwe samenhang ontstaat die recht doet aan de karakteristieke kwaliteiten van de bestaande architectuur. E E1 (O)
Nagekomen plannen Steenovenweg BV20904500 Bouwaanvraag voor het bouwen van een kantine en spreekkamer bij een bouwmarkt Aanvraag: ROVA Beheer Ontwerp: Visser en Wijtman Architecten Het bedrijfsgebouw heeft in de loop der tijd diverse verbouwingen ondergaan. Voorgesteld wordt de bestaande vooraanbouw te vervangen. Conclusie In de ontwikkeling van deze naoorlogse wijk zijn destijds bedrijfsgebouwen geïntegreerd. De herstructurering van de stadstoegangsweg heeft de stedenbouwkundige situatie veranderd. Hierdoor heeft de locatie een prominenter positie gekregen. Hoewel het gebouw meermaals is verbouwd, is de zorgvuldige naoorlogse architectuur hierin nog herkenbaar. Een aanpassing zal een nieuw architectonisch ensemble moeten opleveren, waarin de afzonderlijke elementen een evenwichtig en samenhangend geheel vormen en van meerwaarde zijn voor de stedenbouwkundige situatie. In deze opgave is de architect nog niet geslaagd. De benadering van de toevoeging als reclamedrager leidt bovendien de aandacht af van de entree, waardoor handhaving van de bestaande disproportionele reclame nodig is om de entree te markeren. De aanvraag is gelegen in een gebied met beleidsniveau 'Open' (welstandsnota) en de aanvraag voldoet niet aan de hieraan verbonden criteria. Een van de daaraan verbonden criteria omschrijft dat 'het bouwwerk de kwaliteit van de omgeving en de openbare ruimte dient te versterken'. Daaraan voldoet de aanvraag niet. Ook is het ontwerp naar de mening van de commissie naar vorm en schaal niet passend in zijn omgeving. De commissie keurt het voorstel af. Tevens merkt zij op dat de huidige reclamevoering op het gebouw niet in overeenstemming is met het gemeentelijk reclamebeleid. Bij voorkeur worden reclame-uitingen in het aangepaste ontwerp geïntegreerd.
E2 (R)
Zandhofsestraat / Poortstraat Legalisatie puiwijziging Aanvraag: Eden Development bv Ontwerp: onbekend Naar aanleiding van vragen van een van de commissieleden over betreffende gevelwijziging is geconstateerd dat het bouwplan niet conform vergunning is uitgevoerd. Geruime tijd geleden is dit voormalige winkelpand zonder vergunning verbouwd tot appartementen. In de legaliseringsprocedure heeft de commissie zich geconcentreerd op de uitstraling van de zijgevel en is de verdere planbegeleiding in handen gegeven van het Bureau CWM. Dat heeft gestreefd naar een oplossing die zonder al te ingrijpende aanpassingen zou voldoen aan de welstandscriteria. In de uitvoering is afgeweken van het goedgekeurde bouwplan. Conclusie Door het afwijkend uitvoeren van de aanvraag, op maat-, schaal- en detailniveau, is het resultaat armoediger dan de pragmatische oplossing die door het Bureau CWM was bereikt. Nagegaan zal worden of hier nog op gehandhaafd kan worden.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 16 juni 2009
5
E3 (B)
E4 (O)
Stadsbuitengracht, voormalig kasteel Vredenburg, Zuidpoort (Rijksmonument) MN20902471 Monumentenaanvraag voor het verplaatsen van een rijksmonument Aanvraag: Corio Vastgoed Ontwikkeling Ontwerp: Altoon + Porter / Van den Oever Zaaijer De heer Rodenburg van de afdeling Monumenten toont het plan voor een meerlaagse ondergrondse parkeergarage. Het besluit deze te laten aansluiten op de bestaande parkeergarage onder het Vredenburg bepaalt de contouren. Omdat de ondergrondse resten van de voormalige Zuidpoort van kasteel Vredenburg zowel de routing als de capaciteit van de nieuwe garage op meerdere verdiepingen belemmeren, wordt – mede op grond van kostenoverwegingen – voorgesteld de Zuidpoort in delen te verwijderen en deze te zijner tijd terug te plaatsen in de nieuwe parkeergarage. Dit betekent weliswaar een verstoring van het rijksmonument, maar de voorgestelde aanpak past in de visie "Verbeelding van het verleden", die een museale benadering voorstaat in het zichtbaar maken van archeologische vondsten. Conclusie De commissie betreurt dat dit voorstel in het kader van een concreet bouwplan wordt voorgelegd en niet als principevraag in een eerder stadium aan de orde is geweest. De ondergrondse resten van kasteel Vredenburg zijn in de jaren tachtig op de Rijksmonumentenlijst geplaatst. Voor de omgang met het monument in relatie tot de bouw van een parkeergarage ziet de commissie drie mogelijkheden: Het rijksmonument wordt gerespecteerd, met als consequentie dat het ontwerp voor de parkeergarage wordt afgestemd op de aanwezigheid daarvan; De Zuidpoort wordt afgevoerd van de monumentenlijst (en de resten gesloopt/verwijderd); Een museale aanpak, waarbij het 'rijksmonument' wordt verplaatst. Ook in deze benadering wordt de monumentale status overigens opgeheven. De commissie is niet akkoord met het verwijderen en verplaatsen van het 'rijksmonument'. Dit is niet in overeenstemming met de monumentale waarde en status van één van de belangrijkste laatmiddeleeuwse archeologische bodemschatten in Utrecht. De monumentale status is relatief laat verleend en is er in het verleden al veel verloren gaan. Binnen de grootschalige aanpak van het Stationsgebied is zorgvuldigheid jegens de resten van kasteel Vredenburg dringend gewenst. Bovendien is de noodzaak van deze aanpak onvoldoende aangetoond; aanpassing van het ontwerp voor de parkeergarage ligt meer voor de hand. Mocht toch voor de museale benadering worden gekozen, dan wordt de monumentale status van de resten van de Zuidpoort opgeheven en zal nadere studie moeten worden verricht naar een plek (in de parkeergarage?) waar de museale functie goed tot haar recht komt, wat in het voorstel verre van optimaal is. Anna van Burendreef 72 BV20904070 Het legaliseren van een erfafscheiding op het achtererf van een woning Aanvraag: J.W.P. Vreuls Ontwerp: onbekend In de aanvraag worden verschillende erfafscheidingen aangevraagd: een aan de achterzijde aan de openbare weg, een tussen twee erven en een op een aanbouw als privacyscherm. Conclusie Het erfafscheiding tussen de twee buurpanden stuit niet op bezwaren. De schutting aan de openbare weg echter wel. Deze voldoet niet aan de sneltoetscriteria en de commissie ziet geen reden hiervan af te wijken. Deze dient òf uitgevoerd te worden als transparant hekwerk (als drager voor begroeiing), òf een hekwerk op een meter hoge gemetselde basis òf een schutting die aan de openbare zijde door beplanting aan het zicht zal worden onttrokken òf een haag. Vanwege de grote invloed van schuttingen op de ruimtelijke kwaliteit wordt ingezet op een groene oplossing. Ook het privacyscherm op een aanbouw is ongewenst aangezien deze als extra bouwwerk niet past binnen de oorspronkelijke opzet van de woning.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 16 juni 2009
6
E5 (B)
Oudkerkhof 28 BV20904812 Het wijzigen van een gevelpui van een winkel Aanvraag: Repeat Fashion bv Ontwerp: Aannemersbedrijf Graafland De aanvrager stelt voor om de huidige houten pui te vervangen door een zwarte stalen pui. Ook de deuren worden vervangen door een stalen deur voor de opgang naar de bovenwoning en een glazen deur voor de winkel. Het bovenlicht boven de deur voor de bovenwoning wordt dichtgezet met een stalen plaat. De metselwerk penanten worden bedekt met een zwarte staalplaat. Conclusie Als uitgangspunt voor het wijzigen van puien in de binnenstad wordt gehanteerd dat de bovenbouw een relatie moet houden met het maaiveld. Het betreft hier een van de weinige overgebleven puien in de binnenstad waar de metselwerkpenanten behouden zijn gebleven en er een 'natuurlijke' relatie bestaat tussen bovenbouw, onderbouw en maaiveld. Ook de eenvoud van de bestaande pui houdt de eenheid van de het pand in tact. Door de voorgestelde oplossing wordt de gevel gesplitst in een duidelijke onderlaag en bovenbouw, hetgeen ongewenst is. Ook de toepassing van zwart staal wordt als niet passend geacht bij de rest van de gevel en de omgeving. De aanvraag is gelegen in een beschermd stadsgezicht én in een gebied met beleidsniveau 'Behoud' (welstandsnota). Een van de criteria behorend bij dit beleidsniveau is dat bij verbouwingen en restauraties de samenhang in het gevelbeeld dient te worden gehandhaafd, bepaald, versterkt of hersteld. Hieraan voldoet de aanvraag niet. De commissie keurt het plan af.
E6 (O)
Andesdreef 6 t/m 89 BV20903448 Bouwaanvraag voor het wijzigen van de indeling van winkels met bovenwoningen Aanvraag: Vastgoedmaatschap De Citadel Ontwerp: I.D. Studio De ingediende aanvraag betreft een legalisatie van de bestaande situatie. Bijgeleverde foto's geven een beeld van een winkelcentrum waar in de loop der jaren diverse puiwijzigingen zijn doorgevoerd maar ook bevestigingen van diverse elementen als reclames en airco-installaties. Conclusie Recentelijk is er naast het winkelcentrum, Winkelcentrum De Klop, een nieuw complex gebouwd met winkels en woningen van een hoogwaardige architectonische kwaliteit. Er is een complex met ambitie neergezet om ook een impuls te geven aan de omgeving. In de huidige aanvraag wordt daarentegen gevraagd om bestendiging van het gebrek aan ambitie van afgelopen jaren in het reeds bestaande complex. De commissie keurt deze aanvraag af. Het complex ligt in een gebied met beleidsniveau 'Open' (welstandsnota). Een van de daaraan verbonden criteria omschrijft dat 'het bouwwerk de kwaliteit van de omgeving en de openbare ruimte dient te versterken'. Daaraan voldoet de aanvraag niet. Het zou wenselijk zijn een integrale visie voor het bestaande winkelcentrum op te stellen om een kwaliteitsslag te kunnen maken en het complex op onderdelen aan te pakken en te verbeteren.
E7 (B)
Emmalaan 31 (gemeentelijk monument) MN20905888 Monumentenaanvraag voor het vernieuwen van een balkon met trap Aanvraag: J. Verdonk Ontwerp: Bouwadviesbureau Klarenbeek In de aanvraag wordt het balkon aan de achterzijde te vervangen. In plaats van een houten balustrade worden thermisch verzinkte buisprofielen met gehard veiligheidsglas voorgesteld. Conclusie Naar de mening van de commissie past de gekozen materialisering niet bij de monumentale uitstraling van het pand. Een meer passende oplossing wordt gevraagd. Aanvraag wordt in deze vorm afgewezen.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 16 juni 2009
7
F
Overige plannen De plannen, genoemd in de lijst d.d. 11 juni 2009, zijn met een preadvies van de secretaris aan de commissie voorgelegd. De leden van de commissie hebben besloten de advisering over te nemen. De preadvisering is verricht op basis van de aan de verschillende beleidsniveaus verbonden criteria, zoals vastgelegd in de welstandsnota. Samenvattend: Open: Verandering en handhaving zijn beide mogelijk, zowel naar structuur als naar architectuur. Respect: Essentiële eigenschappen van de aanwezige bebouwings- en omgevingskarakteristiek worden gerespecteerd. Behoud: Behoud en herstel van het aanwezige bebouwingsbeeld en versterken van de bestaande of historisch bepaalde karakteristiek van stedenbouwkundige, architectonische, landschappelijke of cultuurhistorische aard. Stimulans: Het gebied vraagt vanwege zijn bijzondere of markante karakter extra aandacht voor versterking en stimulering van het beeld. Indien van toepassing zijn de aanvragen getoetst aan de sneltoetscriteria, dan wel aan de criteria, zoals geformuleerd in de welstandsnota. De lijst is ter inzage op het secretariaat.
G
Reclames Geen.
H Rondvraag en sluiting . De volgende vergadering vindt plaats op 30 juni 2009. De voorzitter
De secretaris
T. Frantzen
M. van der Wiel
Per 1 juli 2004 wordt de welstandsadvisering verricht op basis van de aan de verschillende beleidsniveaus verbonden criteria zoals geformuleerd in de welstandsnota 'De schoonheid van Utrecht' (vastgesteld door de raad van de gemeente Utrecht d.d. 24 juni 2004). (O) = open (R) = respect (B) = behoud (St) = stimulans (Ont) = ontwikkelingsgebied
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 16 juni 2009
8