COMMISSIE WELSTAND EN MONUMENTEN OOST 2009-18 Verslag van de driehonderdeenennegenentigste vergadering, gehouden op dinsdag 20 oktober 2009 in de Regentenzaal te Utrecht. Aanwezig:
Afwezig:
de voorzitter, T. Frantzen, de leden P. Diederen, J. Kamphuis, M. Reniers, K. Tedder en H. Vlaardingerbroek, B. van Santen (afdeling Monumenten), W. Smits (afdeling Stedenbouw), M. van der Wiel (secretaris) en C. Boogert (uitvoerend secretaris). de leden K. van Vliet en I. Wijgh.
OVERZICHT VERSLAG A.
Ingekomen stukken en mededelingen
B.
Notulen Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 22 september 2009
C.
Algemeen
D. D1 D2 D3 D4 D5
Bouwplannen Mineurslaan (Stadskantoor) Biltstraat 22 bs Rijnhuizenlaan 2-4 Amsterdamsestraatweg 56-58 Johan Willem Frisostraat 9
E. E1 E2 E3 E4 E5 E6 E7 E8
Nagekomen plannen Oudkerkhof 28 Ridderlaan 27 3 Burgemeester Reigerstraat 78 Amsterdamsestraatweg 268 Molenbeekstraat 67 Laan van Chartroise 116 Laan van Puntenburg 2a Rembrandtkade 51 – 65 / A. Neuhuijsstraat 1 – 21 (Rijksmonument)
F.
Overige bouwplannen Plannen met preadvies, lijst d.d. 15-10-2009
G.
Reclames
H.
Rondvraag en sluiting
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 20 oktober 2009
A.
Ingekomen stukken en mededelingen Geen.
B.
Notulen van de Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 06 oktober 2009 Het verslag wordt met enkele wijzigingen vastgesteld.
C.
Algemeen Geen.
D. Bouwplannen D1 Mineurslaan BV20908183 (Ont) Bouwaanvraag eerste fase voor het bouwen van het Stadskantoor Aanvraag : NS Poortontwikkeling Ontwerp : Kraaijvanger • Urbis (Zie notulen 29/01 en 09/09 2008) Architect Postel licht toe dat het plan sinds de vorige presentatie aan de commissie inhoudelijk nagenoeg ongewijzigd is gebleven; de enige wijziging betreft de vide aan de westzijde, die overigens in de beleving vanuit de openbare ruimte geen rol speelt. Veel aandacht wordt besteed aan de materialisering van de gevels. De witte gevels die de buitenomtrek van het complex vormen, vragen grote paneelafmetingen met het oog op de vormgeving van de gevelopeningen met diepe neggen. Na uitgebreid onderzoek blijkt een uitvoering in polyesterelementen het meest aan het wensbeeld te voldoen en technisch verantwoord te zijn. Naden beperken zich tot de systeemlijnen, die bepaald worden door vloeren en kolommen. Een coating moet het witte, eiglanzende polyester zelfreinigende eigenschappen geven en UV-bestendig maken, maar een structureel onderhoudsprogramma zal desalniettemin noodzakelijk zijn. De vliesgevels tussen de twee torens worden uitgevoerd met zo slank mogelijke aluminiumprofielen; de kromming van de entreegevel levert een bijdrage aan de beperking van de constructief benodigde afmetingen. Het sculpturale juk dat de zuidtoren 'draagt' is in plaatsing, vormgeving en materialisatie verzelfstandigd. De toegevoegde, constructief noodzakelijke kolommen zijn zo slank mogelijk gedimensioneerd en in lijn met de kolommen van de stationoverkapping geplaatst om het contrast met het autonome juk zo groot mogelijk te maken. De dakopbouwen ten behoeve van installaties zijn voorzien van een eenduidige omhulling en zullen in de beleving vanaf straatniveau geen rol van betekenis spelen. Conclusie De commissie bevestigt haar vertrouwen in het ontwerp en adviseert positief, met daarbij de volgende kanttekeningen. Bezorgdheid wordt geuit ten aanzien van de vervuiling en duurzaamheid van voorgestelde polyester gevels; de bemonstering wordt afgewacht. Het niet in het gebouwvolume integreren van de dakopbouwen wordt betreurd en in heroverweging aanbevolen. Gevraagd wordt een voorstel voor de te verwachten naamsvermeldingen op het gebouw. De commissie ziet nadere informatie met belangstelling tegemoet. D2 Biltstraat 22 bs (R/St) Voorlopig ontwerp voor een extra bouwlaag op een winkelpand met bovenwoningen Aanvraag : De Utrecht 1901 Ontwerp : Asnova Architects Het ontwerp voor een toegevoegde vierde bouwlaag op een nog grotendeels in authentieke staat verkerend, karakteristiek winkelpand met bovenwoningen uit de eerste helft van de vorige eeuw wordt toegelicht door architect Willemsen. Aansluiting is gezocht bij de architectuur van het bestaande pand; de woningscheidende, in verspringend metselwerk uitgevoerde gevelpenant is in de dakopbouw als vrijstaand element doorgezet en de glazen puien zijn gevat in slanke aluminiumprofielen. Het dakoverstek is van staal. Rekening is gehouden met de overhoekse zichtbaarheid van de opbouw, die in lijn met de bestaande, onderliggende gevelsprong is losgehouden van de monumentale belending. Verder naar de achterzijde is de opbouw voorzien van een hellend dakschild ten behoeve van de privacy en daglichttoetreding tot het buurpand. Conclusie De commissie constateert dat de architect zorgvuldig te werk is gegaan, maar zij mist te weinig 'verankering' met het bestaande. Zo lijkt het toegevoegde volume zich in hoogte niet goed te verhouden tot de bestaande architectuur. Ook het opwaarderen van een als vulling
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 20 oktober 2009
2
bedoelde, gearticuleerde metselwerkpenant tussen puien tot het opzichzelfstaande hoofdelement van de opbouw lijkt niet voor de hand te liggen. De voor het bestaande pand kenmerkende, subtiele horizontaliteit komt niet terug in de dakopbouw. Daarnaast wordt opgemerkt dat de opbouw eenduidig zou moeten worden vormgegeven; het hanteren van verschillende talen aan voor- en achterzijde wordt als niet passend ervaren. De architect wordt gevraagd het ontwerp te heroverwegen; een aangepast plan wordt afgewacht. D3 (O)
Rijnhuizenlaan 2-4 Schetsontwerp uitbreiding St.Jan de Doperschool Aanvraag : KSU Ontwerp : SATIJNplus Architecten Architect Vola licht toe dat de uitbreiding onderdeel is van de ontwikkeling naar een brede school; aan het ruimteprogramma worden een ontmoetingsruimte, een speellokaal en ruimten voor docenten en directie toegevoegd. De bestaande verbindingsgang tussen de twee gebouwen wordt vervangen door een tweelaags volume waarin deze ruimten worden ondergebracht. Dit volume wordt aan de bestaande bebouwing gekoppeld door smallere, getrapte tussenleden, waarin zich de entrees bevinden. Tussen de entrees ligt op de begane grond de ontmoetingsruimte die een bolle gevel van verticale glaselementen (Reglit) heeft. De bovenliggende, overkragende vlakke gevel en de tweelaagse gevel aan de schoolpleinzijde bestaan uit puien tussen gelamineerde gevelkolommen, de verdiepingsgevel aan de entreezijde is daarnaast voorzien van een zonwering van vaste, horizontale lamellen. Het gebied voor het gebouw zal opnieuw worden ingericht, waardoor de route naar de entrees herkenbaar wordt. Conclusie De commissie heeft begrip voor de plaatskeuze van de uitbreiding, maar is van mening dat deze eenduidiger, eenvoudiger en consistenter moet worden vormgegeven. Tussen de bestaande, eenvoudige zadeldakvolumes is de uitbreiding uit teveel elementen samengesteld, waarbij de situering van de entrees in de ondergeschikte en enigszins rommelige tussenleden geen bijdrage aan de duidelijkheid van het plan levert. De commissie ziet een aangepast plan tegemoet.
D4 (St)
Amsterdamsestraatweg 56-58 Voorlopig ontwerp voor de gevelwijziging van winkelpanden Aanvraag : A. Konincks Ontwerp : Interbuild Management Ontwerper Dekker licht toe dat het vloeroppervlak van de supermarkt wordt uitgebreid met het belendende winkelpand aan de Amsterdamsestraatweg en door overkapping van de binnenplaats. De verdieping staat nu leeg, maar een haalbaarheidsonderzoek naar de mogelijkheid deze als woonruimte geschikt te maken loopt. De trap die de verdieping ontsluit wordt ten behoeve van de winkelrouting gedraaid en sluit aan op de toekomstige entree van de bovenwoningen in de voorgevel. De pui van de voormalige dierenwinkel wordt vernieuwd en de locatie van de laad- en losplek gecombineerd met de wandkluis, waardoor meer ruimte voor de stalling van fietsen ontstaat. In de straatgevel worden etalages toegevoegd. Ten aanzien van de verdiepinggevels leeft de gedachte de parcellering door kleurtoepassing herkenbaar te maken en in het hoekpand gevelopeningen toe te voegen ten behoeve van de mogelijke woonfunctie. De tussenpanden worden weer met het maaiveld verbonden door het doortrekken van pilasters. De koppeling van de supermarktpanden bestaat uit een doorgaande, blauwe gevelband op luifelhoogte. Conclusie De commissie waardeert de integrale aanpak voor de het hele blok in het kader van de uitbreidingsplannen voor de supermarkt en het streven naar bewoning op de eerste verdiepingen (in plaats van de huidige opslagfunctie). In deze aanpak wordt het weer herkenbaar maken van de afzonderlijke panden onderschreven, maar beschouwt daarbij de koppeling en afstemming van onder- en bovenbouw als een wezenlijk onderdeel. Van oorsprong zijn de panden verticaal georiënteerd, dus gevelindeling en dakraamplaatsing moeten bij voorkeur ook worden afgestemd op de individuele panden. In het kader van de verzelfstandiging van de panden kan overwogen worden de materialisatie van gevels terug te brengen in de oorspronkelijke staat. Ten behoeve van de levendigheid is ook het terugbrengen van de entree aan de straatzijde een goede ingreep. Hierbij is het wenselijk rekening te houden met de mogelijke toekomstige bewoning. De commissie heeft een
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 20 oktober 2009
3
sterke voorkeur voor het laten vervallen van de koppelende blauwe band, of deze op zijn minst eveneens te parcelleren. Geadviseerd wordt een stappenplan op te stellen, zodat ingrepen gefaseerd kunnen plaatsvinden, maar wel in het kader staan van een helder eindbeeld. D5 (R)
Johan Willem Frisostraat 9 BV20905816 Bouwaanvraag voor het bouwen van een extra bouwlaag op het dak van een woning en een dakterras Stedenbouwkundige Smits licht toe dat in het inmiddels door GS goedgekeurde bestemmingsplan Wilhelminapark de ruimtelijke kwaliteit is gewaarborgd door het oppervlaktebeslag en de plaatsing en hoogte van dakopbouwen aan stringente regels te binden. De door de commissie voorgestane wijze van kapvergroting past niet binnen deze voorwaarden. Gegeven de actualiteit van het bestemmingsplan en de overtuiging bij de afdeling Stedenbouw dat de ruimtelijke kwaliteit daarin adequaat is gewaarborgd, zal geen medewerking verleend worden aan de voorgestelde wijziging waarin een mansardekap mogelijk wordt gemaakt. Conclusie De commissie blijft van mening dat het bestemmingsplan in dit geval niet tot de best denkbare oplossing leidt en betreurt het algemene en tegelijkertijd beperkende karakter ervan, dat geen ruimte laat voor de gewenste nuancering. Dit vastgesteld hebbende handhaaft de commissie ten aanzien van het bouwplan het eerdere advies, waarin een subtiel, architectonisch hoogwaardig vormgegeven ontwerp wordt gevraagd, dat overtuigt als kwaliteitsbijdrage aan de woning en als ontwerprichting voor mogelijk volgende opbouwen in dit blok.
E E1 (B)
Nagekomen plannen Oudkerkhof 28 BV20904812 Het wijzigen van een gevelpui van een winkel met toegang naar bovenwoning Aanvraag : Repeat Fashion Ontwerp : C. Graafland (Zie notulen 16/06 2009) Op basis van de bij de aanvraag ingediende tekening heeft de commissie negatief geadviseerd en is geen vergunning verleend. Er heeft overleg van de ontwerper met het Bureau CWM plaatsgevonden en zijn aanwijzingen voor planverbetering gesuggereerd. Deze hebben niet geresulteerd in een planaanpassing. Geconstateerd is dat de bestaande houten pui recent is vervangen door een metalen pui met de eerder voorgestelde indeling in een detaillering die afwijkt van de oorspronkelijke aanvraag en evenmin het resultaat is van genoemd overleg. Conclusie Het getoonde fotomateriaal is onvoldoende om over de puiwijziging een onderbouwd advies te kunnen geven. Daarvoor is een adequate tekening met detaillering vereist. Deze wordt afgewacht.
E2 (O)
Ridderlaan 273 BV20909535 Aanvraag bouwvergunning voor het afsluiten van een loggia door het plaatsen van een pui aan de achterkant van een woongebouw Aanvraag : K. Valkenet Ontwerp : onbekend De aanvraag betreft een woongebouw in Hoograven, dat in de karakteristieke stroken- en stempelverkaveling is omgeven door openbare ruimte, van waaruit de gevels rondom goed zichtbaar zijn. Zowel het stedenbouwkundig plan als de bebouwing wordt gekenmerkt door herhaling, waardoor op ieder schaalniveau een patroon ontstaat, waaraan dit deel van de wijk haar karakteristiek en waarde ontleent. Het patroon in de betreffende gevel bestaat uit een strak geordende afwisseling van gemetselde geveldelen met raamkozijnen en binnen de gevel vallende buitenruimten (loggia's). Conclusie Het voorstel aan de voorzijde van één van de buitenruimten in het vlak van de gevel een pui te plaatsen betekent een inbreuk op het karakteristieke gevelpatroon. Het gebouw is gelegen in een gebied met beleidsniveau 'Open' (welstandsnota). De aanvraag voldoet niet aan de hieraan verbonden criteria. De evenwichtige gevelopzet van het oorspronkelijke gebouw wordt door de toevoeging van een dichte pui verstoord, hetgeen ook afbreuk doet
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 20 oktober 2009
4
aan de belevingswaarde van gebouw en bebouwingsstrook. De aanvraag wordt van een negatief advies voorzien. E3
MN20910247 Burgemeester Reigerstraat 78 Aanvraag monumentenvergunning voor het verwijderen van dakkapellen en het plaatsen van nieuwe dakkapellen en een dakraam aan de voorkant van een kantoorpand (gemeentelijk monument) Aanvraag : J.B. Sleper Ontwerp : Bureau Delfgou De groep panden waarvan het betreffende hoekpand deel uitmaakt, dateert uit het begin van de 20e eeuw en wordt gekenmerkt door individualiteit met een verbindende materialisatie en vormgeving. De bebouwing telt twee bouwlagen afgedekt door een samenstel van zadel- en schilddaken. Het betreffende pand is op de hoek voorzien van een achthoekige toren van drie lagen. Direct boven de goot staan op de borstwering dakkapellen, die in schaal en detaillering onderdeel zijn van het architectonisch beeld. De aanvraag betreft het verwijderen van de bestaande dakkapellen en het plaatsen van nieuwe dakkapellen in het dakvlak op de derde verdieping en het vervangen van één van de bestaande dakkapellen door een dakraam. Conclusie De atypische, hoge plaatsing in het dakvlak zonder samenhang met de onderliggende gevels doet afbreuk aan de karakteristieke architectonische opbouw en daarmee aan de monumentale waarde van het pand en stelt daarvoor geen nieuwe kwaliteit in de plaats. Voor dit pand geldt het welstandbeleidsniveau 'Behoud'. Dit vereist, onder andere, dat bij verbouwingen de authenticiteit van het bouwwerk en de samenhang in het gevelbeeld worden gehandhaafd of versterkt. De ondergeschikte, bestaande plaatsing van de dakkapellen, tussen opgaande volumes aan weerszijden wordt vervangen door een dominante plaatsing boven deze volumeaccenten en voldoet daarmee niet aan de hiervoor aangehaalde criteria. De aangevraagde dakkapellen betekenen een aantasting van het monument en voldoen niet aan de Welstandsnota. Geadviseerd wordt de aanvraag op dit onderdeel af te wijzen.
E4 (St)
Amsterdamsestraatweg 268 BV20908424 Bouwaanvraag voor het plaatsen van een koelinstallatie op het dak van en horecapand Aanvraag: H. Yuksel Ontwerp : onbekend Op de aanbouw achter het pand aan de Amsterdamsestraatweg 268 is een koelinstallatie geplaatst. Omdat het pand een hoekpand is, ligt de aanbouw direct aan de straat. Om de installatie is door middel van isolatieplaat een afdekking geplaatst. Conclusie De aanvraag bevindt zich in een gebied met het beleidsniveau 'Stimulans' (welstandsnota). Dit houdt in dat op deze plek extra aandacht gevraagd wordt voor het versterken en stimuleren van het beeld. Door de uitvoering en willekeurige plaatsing op het dak maakt het geheel een armoedige indruk, hetgeen afbreuk doet aan de kwaliteit van de omgeving. Door de ligging aan de zijstraat is de installatie zichtbaar. Alternatieve plaatsing en afwerking zijn goed mogelijk. De commissie keurt het plan in deze vorm af.
E5 (O)
Molenbeekstraat 67 BV20907500 Bouwaanvraag voor het bouwen van een overkapping aan de achterkant van een woning Aanvraag: L.L. Gabeler Ontwerp : onbekend Aan de achterzijde van de woning is een serreachtige overkapping geplaatst die zowel aan bovenzijde als zijkanten transparant is uitgevoerd. Conclusie De overkapping voldoet aan de sneltoetscriteria geformuleerd voor overkappingen: bij voorkeur aan de achterzijde, ondergeschikt aan hoofdvolume, geen dichte zijwanden (transparant vormgegeven), één bouwlaag en licht hellend afgedekt. Ook de maatvoeringen zijn dusdanig dat de commissie geen redenen ziet om bezwaar te hebben tegen de aanvraag. Over de bouwaanvraag wordt positief geadviseerd.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 20 oktober 2009
5
E6 (St)
Laan van Chartroise 116 BV20910193 Bouwaanvraag voor het bouwen van een afdak op een terras aan de achterkant van een woning Aanvraag: J. Veen Ontwerp : Aannemersbedrijf SG Bouw Het voorstel is om een luifel te plaatsen op het relatief grote balkon aan het binnenterrein van het nieuwbouwcomplex. Conclusie Het in aanbouw zijnde nieuwbouwcomplex gaat bij deze woningen uit van wonen op verdieping met de daarbij ruime balkons als buitenruimte. Deze opzet maakt een belangrijk deel uit van de belevingswaarde van het complex en door hier bouwwerken te plaatsen vreest de commissie een tendens van verrommeling. Daarnaast leent een bouwdeel als een balkon zich in principe niet voor bebouwing: dit zijn ondergeschikte, transparante bouwsels aan een massa (het hoofdvolume) die niet door bouwwerken mét massa moeten verworden tot bouwvolumes. Het complex ligt in een gebied met beleidsniveau 'Stimulans' (welstandsnota) hetgeen inhoudt dat bij nieuwe ontwikkelingen ingezet moet worden op het versterken/verbeteren van het beeld; naar de mening van de commissie doet het plaatsen van een afdak op deze plek afbreuk aan het beeld en geeft derhalve een negatief advies.
E7 Laan van Puntenburg 2a BV20906636 (Ont) Bouwaanvraag voor het bouwen van een erfafscheiding bij een schoolgebouw Aanvraag: Skon kinderopvang bv Ontwerp : Mobilane De erfafscheiding is geplaatst achter een bestaand hekwerk dat reeds verhoogd staat op een betonnen grondkering. De locatie bevindt zich langs de HOV-baan nabij het station. Tevens is de erfafscheiding geplaatst bij een monumentaal schoolgebouw. Conclusie Naar de mening van de commissie ontbeert het de erfafscheiding op allerlei fronten aan kwaliteit, zowel wat betreft plaatsing als type scherm. De afscheiding ligt aan een prominente locatie in de stad: zowel langs de HOV-baan als langs het spoor. Het maaiveld van de monumentale school ligt hoger dan de langsscherende HOV-baan en dit is in het verleden overbrugd door betonnen panelen met een hekwerk erop, armoedig vormgegeven. Het aangevraagde scherm achter het hekwerk verbetert de situatie geenszins: er is op geen enkele wijze gepoogd beide afscheidingen te integreren. De mogelijkheid tot begroeiing wordt genoemd, maar gezien de dichte plaatsing op het beton wordt deze mogelijkheid betwijfeld. Op de open hoek aan de zuidzijde eindigt de erfafscheiding pragmatisch met een laatste paneel, zonder dat hier naar een oplossing is gezocht, vormgegeven en afgestemd op de open hoek- en zichtlocatie. Iedere ambitie ontbreekt en de commissie keurt de aanvraag met klem af. E8 (B)
Rembrandtkade 51 – 65 / A. Neuhuijsstraat 1 – 21 (Rijksmonument) MN20906400 Monumentenaanvraag voor het vervangen van aluminiumkozijnen door houten kozijnen Aanvraag : Bo-Ex Ontwerp : Architect Bertus Mulder (zie notulen van 08/09 2009) Naar aanleiding van de vorige planbehandeling heeft een delegatie van de commissie tussentijds overleg gevoerd met de architect en een vertegenwoordiger van de sectie Monumenten om tot een oplossingsrichting te komen. Conclusie In overleg is besloten de kozijnindeling aan te houden zoals deze bij de restauratie in 1961 is uitgevoerd. Deze leidt tot een evenwichtige verdeling, past in het gevelbeeld en de architectuur en stuit niet op bezwaren bij de gebruikers. Aanvraag is akkoord; detaillering en materialisering zullen in een later stadium nog ter beoordeling worden aangereikt.
F
Overige plannen De plannen, genoemd in de lijst d.d. 15 oktober 2009, zijn met een preadvies van de secretaris aan de commissie voorgelegd. De leden van de commissie hebben besloten de advisering over te nemen. De preadvisering is verricht op basis van de aan de verschillende beleidsniveaus verbonden criteria, zoals vastgelegd in de welstandsnota. Samenvattend:
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 20 oktober 2009
6
Open:
Verandering en handhaving zijn beide mogelijk, zowel naar structuur als naar architectuur. Respect: Essentiële eigenschappen van de aanwezige bebouwings- en omgevingskarakteristiek worden gerespecteerd. Behoud: Behoud en herstel van het aanwezige bebouwingsbeeld en versterken van de bestaande of historisch bepaalde karakteristiek van stedenbouwkundige, architectonische, landschappelijke of cultuurhistorische aard. Stimulans: Het gebied vraagt vanwege zijn bijzondere of markante karakter extra aandacht voor versterking en stimulering van het beeld. Indien van toepassing zijn de aanvragen getoetst aan de sneltoetscriteria, dan wel aan de criteria, zoals geformuleerd in de welstandsnota. De lijst is ter inzage op het secretariaat. G
Reclames Geen.
H
Rondvraag en sluiting . De volgende vergadering vindt plaats op 17 november 2009.
De voorzitter
De secretaris
T. Frantzen
M. van der Wiel
Per 1 juli 2004 wordt de welstandsadvisering verricht op basis van de aan de verschillende beleidsniveaus verbonden criteria zoals geformuleerd in de welstandsnota 'De schoonheid van Utrecht' (vastgesteld door de raad van de gemeente Utrecht d.d. 24 juni 2004). (O) = open (R) = respect (B) = behoud (St) = stimulans (Ont) = ontwikkelingsgebied
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 20 oktober 2009
7