VERSLAG DER ZITTING VAN DE GEMEENTERAAD VAN DEERLIJK GEHOUDEN TEN GEMEENTEHUIZE OP VIJF DECEMBER TWEEDUIZEND EN DERTIEN Waren aanwezig : Claude CROES, burgemeester voorzitter gemeenteraad; Ann ACCOU, Regine VANWYNSBERGHE-ROORYCK, Jo TIJTGAT, Carl DE DONDER, Kaat OLIVIER, schepenen; Robert VANHEERWEGHE, Gino BAERT, Marc BYTTEBIER, Frans KEMSEKE, Louis HAERINCK, Sabine DEKNUDT-MICHIELS, Bert SCHELFHOUT (afwezig bij punt 26), Tundie D’HONT (afwezig bij punt 26), Filip TERRYN (afwezig vanaf punt 27 t&m punt 30), Jurgen BEKE, Lien DE KETELE, Angelique LEFEBVRE, Sophie MESPREUVE, Matthias VANNESTE en Frieda DEJAGER, raadsleden; Trees LONGUEVILLE, gemeentesecretaris. ----G.13.12 - Gemeenteraad van 5 december 2013 - blad 610 ----De raad was conform artikel 20 van het Gemeentedecreet samengeroepen door de voorzitter van de gemeenteraad voor de afhandeling van volgende agenda: 1. Algemene politieverordening (APV) - tweede wijziging - goedkeuring 2. FairTradeGemeente - aangepaste resolutie - goedkeuring 3. Brandweer - bouwen nieuwe kazerne - principebeslissing 4. Samenwerkingsovereenkomst stad Harelbeke - gemeente Deerlijk - politiezone DeerlijkHarelbeke - dienstjaar 2014 5. Beheersovereenkomst tussen gemeente en OCMW Deerlijk betreffende onderlinge samenwerking financiële dienst - goedkeuring 6. Gemeentepersoneel - rechtspositieregeling - aanpassing 7. Kerkfabriek Sint-Columba - budgetwijziging 2013 8. Politiezone Gavers - budget 2014 - gemeentelijke dotatie - goedkeuring 9. BM - voetweg 47 - vestiging toegangsrecht 10. Sluiting café P’TIE FOLIE - besluit waarnemend burgemeester - kennisgeving 11. Sluiting café P’TIE FOLIE - besluit burgemeester - kennisgeving 12. Concessie uitbating cafetaria Gaverkasteel - overdracht 13. Koppeling boekhoudprogramma en 3P-programma - aankoop software - goedkeuring technische beschrijving, gunningswijze en uit te nodigen firma’s 14. Cultuur - premiereglement animatiesubsidie - goedkeuring
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 611
15. Cultuur - premiereglement projectpremie - goedkeuring 16. Cultuur - reglement startpremie - goedkeuring 17. Cultuur - premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting - goedkeuring 18. Cultuur/Sport - renovatie- en premiereglement - goedkeuring
herstellingswerken
aan
lokalen
in
eigendom
-
19. SB - tweede verblijven - belastingreglement 20. Gemeentelijke saneringsbijdrage - vaststelling - aanpassing 21. HTD - retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein 22. Milieu - retributiereglement DIFTAR containerpark - goedkeuring 23. Milieu - retributiereglement ‘gesorteerd groot vuil - afhaling via gemeentelijke container’ goedkeuring 24. Jeugd - premiereglement jeugdverenigingen - goedkeuring 25. Jeugd - premiereglement culturele initiatieven en projecten - goedkeuring 26. Sport - retributiereglement huurprijzen sportaccomodatie - goedkeuring 27. Sport - retributiereglement sportaanbod sportdienst - goedkeuring 28. Sport - retributiereglement grootschalige evenementen sporthal - goedkeuring 29. Sport - reglement professionalisering jeugdsportbegeleiding goedkeuring reglement
sportverenigingen
-
30. Sport - erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen - goedkeuring reglement 31. Sport - retributiereglement cafetaria sporthal - goedkeuring reglement 32. Kermisattracties en kermisgastronomie - plaatsrecht - retributiereglement 33. HIZ - grafconcessies - retributiereglement - goedkeuring 34. HIZ - belastingreglement op lijkbezorging van aan de gemeente vreemde personen en op de ontgravingen 35. HIZ - premiereglement begrafenis of verassing van oud-strijders en gelijkgestelden goedkeuring 36. HIZ - geboortepremie - premiereglement 37. HIZ - retributiereglement uitleendiensten - goedkeuring 38. HIZ - verfijning retributiereglement kwaliteitsvolle kinderopvang - goedkeuring
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 612
39. Integraal waterbeleid - aanduiden effectief en plaatsvervangend vertegenwoordiger Algemene Bekkenvergaderingen 40. Intercommunale Leiedal - buitengewone algemene vergadering van 10 december 2013 41. Gaselwest - buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013 - mandaat vaststelling 42. W.I.V. - bijzondere algemene vergadering van 17 december 2013 43. FIGGA - buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013 44. PSILON - buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013 45. IMOG - buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013 46. Vragen gesteld door raadsleden Punten te behandelen in geheime zitting 47. Beleidsmedewerker (niveau A1a-A3a) - ontslagname 48. Hoofd Vrije Tijd/Cultuurbeleidscoördinator (A1a-A3a) - aanstelling op proef in statutair verband ----De voorzitter opent de zitting om 20 uur. Daarop volgt de afhandeling van de agenda.
1. Algemene politieverordening (APV) - tweede wijziging - goedkeuring sp.a Raadslid Vanheerweghe stelt dat zijn fractie kan akkoord gaan met de voorstellen zoals geformuleerd in het motiverende gedeelte van de voorliggende beslissing tot goedkeuring van de tweede wijziging van de Algemene politieverordening (APV). Hij merkt op dat het doel van de gemeentelijke administratieve sanctie (GAS) teveel in diskrediet werd gebracht door een aantal ongelukkige voorbeelden uit andere gemeenten, en de uitvergroting daarvan in de pers. Er is ook begrip voor de vraag van de jeugdraad om de leeftijdsgrens te verhogen, maar gezien de sanctionering in onze gemeente met de nodige redelijkheid wordt toegepast is het op vandaag niet nodig geweest om minderjarigen te sanctioneren. sp.a raadslid Vanheerweghe wenst bij artikels 6, 12 en 27 van de APV wel enige verduidelijking. Artikel 6 stelt in de tweede alinea dat bij een inbreuk op de APV, het proces verbaal aan de sanctionerende ambtenaar wordt toegestuurd. De vraag stelt zich of dit ook wordt toegestuurd aan de Procureur des Konings. Bij een negatief antwoord is het niet duidelijk waarom de derde alinea van ditzelfde artikel stelt dat bij feiten, gepleegd door minderjarigen, die enkel met een administratieve sanctie bestraft kunnen worden, er steeds een afschrift wordt overgemaakt aan de Procureur des Konings. Artikel 12 ter, laatste alinea, inzake de ouderlijke betrokkenheid stelt dat wanneer de sanctionerende ambtenaar tevreden is over de educatieve maatregel die wordt voorgesteld, hij/zij de procedure kan afsluiten of alsnog opstarten. sp.a Raadslid Vanheerweghe wenst te weten waarom de sanctionerende ambtenaar toch nog de procedure zou opstarten indien deze tevreden is.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 613
Artikel 27 stelt dat wanneer de bemiddelingsambtenaar een band zou hebben met één van de partijen, deze zich dient terug te trekken uit de bemiddeling. De vraag is aan wie dit dan wordt overgedragen. De burgemeester antwoordt dat wanneer de bemiddelingsambtenaar een band heeft met één van de partijen, het dossier terugkeert naar de sanctionerende ambtenaar en er dan geen bemiddeling is. Inzake de tweede vraag over de ouderlijke betrokkenheid kan de procedure wel opgestart worden, maar het is normaal de bedoeling dat bij een dergelijke tussenkomst de procedure wordt afgesloten. Wat de eerste vraag betreft zal het antwoord nagevraagd en bezorgd worden, gezien er geen zekerheid is voor wat het luik betreft van de Procureur des Konings. Open VLD raadslid Schelfhout merkt op dat in principe voor alles wat in de APV als overtreding wordt benoemd, men een GAS-boete kan krijgen, los van gestelde prioriteiten. De 375 artikels omvatten echter zoveel aspecten van het dagelijks leven, dat het gezond verstand plaats moet maken voor wettelijke bepalingen. Een aantal van die bepalingen kunnen bovendien verregaande en onvoorziene gevolgen met zich meebrengen. Zijn fractie diende daarom drie jaar geleden reeds meer dan dertig amendementen in ter aanpassing of schrapping van bepaalde stukken uit de verordening, maar deze werden niet opgenomen in het reglement. Het is de mening van Open VLD dat een aantal bepalingen van de APV de vrijheden van burgers onnodig beperken. De sancties die worden opgelegd zijn vaak ook niet in verhouding met het vergrijp, wat kan leiden tot normenvervaging. Bovendien werkt de verordening ook conflict in de hand. Het voorbeeld wordt gegeven dat indien er een onenigheid bestaat tussen buren, de APV kan ingeroepen worden bij het minste probleem waardoor het conflict op de spits kan worden gedreven. Verder zijn er tal van voorbeelden die het dagelijkse leven te veel in detail willen gaan regelen. Jeugdbewegingen mogen niet langer zwemmen in kanalen gezien vissers de APV kunnen gaan inroepen, fietsen op de midzomermarkt is verboden, het vergeten sluiten van de fiets wordt strafbaar enzovoort. Ook de fuifwetgeving is zeer conservatief in vergelijking met andere gemeenten, en legt alle verantwoordelijkheid bij de organisatoren. Het is de mening van Open VLD dat GAS-boetes in bepaalde specifieke gevallen wel interessant kunnen zijn, bijvoorbeeld bij kleinere criminaliteit die het gerecht niet prioritair behandeld zoals diefstal of vandalisme. Er wordt echter betreurd dat Deerlijk hier dan geen gebruik van maakt. Er wordt tevens opgemerkt dat andere maatregelen zoals gemeenschapsdienst eventueel een beter alternatief kunnen bieden. Concluderend stelt Open VLD raadslid Schelfhout dat de basis voor het uitschrijven van GAS-boetes, zijnde de APV, te restrictief is. Zijn fractie staat voor verdraagzaamheid, verantwoordelijkheid en vrijheid, maar ook voor minder bemoeizucht. Omwille hiervan kan Open VLD de APV niet goedkeuren. De burgemeester antwoordt dat er de voorbije jaren wel degelijk prioriteiten zijn gesteld en dat die met GAS zijn aangepakt geweest. Het is ook de bedoeling te blijven focussen op die specifiek uitgekozen prioriteiten. Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. In gemeenteraadszitting van 29 april 2010 werd de algemene politieverordening (APV) van de gemeente Deerlijk goedgekeurd en deze is op 1 juli 2010 in werking getreden. In gemeenteraadszitting van 1 december 2011 werd voormelde algemene politieverordening een eerste maal gewijzigd. Een quasi identieke verordening werd initieel op 12 april 2010 door de gemeenteraad van de stad Harelbeke goedgekeurd. Deze werd aangepast bij beslissing van de gemeenteraad van de stad Harelbeke van 17 oktober 2011. De opname van de gemeente Deerlijk in de politiezone Gavers, samen met de stad Harelbeke, maken het behoud van een zo groot mogelijke afstemming op het niveau van de politiezone aangewezen. Ook een zo groot mogelijke arrondissementele afstemming moet blijvend worden nagestreefd.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 614
Thans wordt een tweede wijziging van de algemene politieverordening ter goedkeuring aan de gemeenteraad voorgelegd. De principiële beoordeling betreffende de zich stellende beleidsvragen in deze werden voorgelegd aan het politiecollege in zitting van 20 september 2013 en aan het college van burgemeester en schepenen in zitting van 9 oktober 2013. Op 1 juli 2013 werd de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad (GAS-wet). Deze wet treedt in werking op 1 januari 2014. De GAS-wet heft inhoudelijk artikel 119ter van de Nieuwe Gemeentewet (NGW) op en herformuleert artikel 119bis NGW. Dit laatste artikel - als de oorspronkelijke GAS-wet in de NGW ingevoegd bij wet van 13 mei 1999 - blijft enkel bestaan als een verwijzing naar de nieuwe GAS-wet van 24 juni 2013. De nieuwe wet behoudt het uitgangspunt van de gemeentelijke autonomie. Het blijft dus de gemeenteraad die beslist of, binnen het wettelijk kader, een feit met GAS wordt bekleed, en welke daarvoor de sanctie is. Andere krachtlijnen zijn, meestal met behoud van het autonomieprincipe: de formele mogelijkheid van intergemeentelijke samenwerking, het verlagen van de leeftijdsgrens van 16 naar 14 jaar, de bemiddeling door een verplicht onafhankelijk bemiddelaar, de beperkte mogelijkheid van gemeenschapsdienst, de ouderlijke betrokkenheid, de uitbreiding van het potentieel aantal vaststellers, de verplichte termijn voor het overmaken van het aanvankelijk proces-verbaal, de facultatieve en verplichte protocollen met het parket, de mogelijkheid inbreuken op het stilstaan en parkeren te bekleden met GAS, de verplichting een administratief sanctieregister bij te houden en de mogelijkheid voor de GAS-ambtenaar de gemeente te vertegenwoordigen in graad van beroep. Tegen 31 december 2013 moeten nog ingevolge een 15-tal wettelijke bepalingen, een aantal koninklijke besluiten (KB’s) worden getroffen. Deze KB’s zijn er op heden nog niet, maar het ontbreken ervan verhindert niet dat dit dossier thans reeds behandeld wordt. Volgende beleidsvragen worden aan de gemeenteraad voorgelegd: a. De mogelijkheid om al dan niet formeel een zonaal of arrondissementeel identieke algemene politieverordening aan te nemen Korte samenvatting van de wetswijziging De gemeenten die deel uitmaken van een zone of een arrondissement kunnen, na overleg overeenkomstig bij KB vast te stellen regels en na advies van de politieraad, een identiek APV aannemen. Overwegingen Het verleden (zie de ervaring uit 2010) heeft aangetoond dat omwille van de verscheidenheid en eigenheid van de participanten, zelfs binnen één zone, de APV’s nooit 100 % identiek kunnen zijn. Via overleg werd in 2010 trouwens op informele wijze een quasi identiek resultaat bereikt. Dit wordt thans ook nog in stand gehouden. Ratio legis lijkt te zijn dat men de puur lokale invulling van het begrip overlast wenst tegen te gaan. Negentig procent van de overlastfenomenen blijken in Vlaanderen echter identiek te zijn.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 615
De geboden mogelijkheid lijkt geen meerwaarde te bieden. In ieder geval lijkt er geen tijd te zijn om de formele procedure tegen 1 januari 2014 tot een goed einde te brengen. Er wordt bijgevolg voorgesteld om van deze mogelijkheid geen gebruik te maken. b. De mogelijkheid om nieuwe gemengde gemeentelijke administratieve sancties (GAS)
inbreuken
te
sanctioneren
met
Korte samenvatting van de wetswijziging Volgende nieuwe gemengde inbreuken kunnen worden voorzien: -
de inbreuk op artikel 398 SW: toebrengen van opzettelijke slagen en verwondingen (zware gemengde inbreuk); de inbreuk op artikel 448 SW: beledigen van personen door daden, geschriften, prenten of zinnebeelden (zware gemengde inbreuk); de inbreuk op artikelen 461 en 463 SW: eenvoudige diefstal (dus zonder geweld en bedreiging) en gebruiksdiefstal (lichte gemengde inbreuk); de inbreuk op artikel 521, 3° SW: gehele of gedeeltelijke vernieling of onbruikbaarmaking, met het oogmerk te schaden, van rijtuigen, wagons en motorvoertuigen (zware gemengde inbreuk); de inbreuk op artikel 563, 3° SW: feitelijkheden en lichte gewelddaden, buiten verwonding, slagen en belediging, in het bijzonder het opzettelijk werpen van enig voorwerp dat een persoon kan hinderen of vervuilen (lichte gemengde inbreuk).
Overwegingen Behoudens het laatste feit betreffen het allemaal correctioneel gesanctioneerde feiten. Vanuit de bedoeling van de wetgever “overlast” met GAS aan te pakken lijkt het niet verantwoord om deze feiten ook te “vergassen”. Het gaat eerder om kleine criminaliteit, te bestrijden via het strafrechtelijke en niet via het bestuurlijke arsenaal aan te pakken overlast. Het is aangewezen dat het parket, desnoods via alternatieve maatregelen (zoals de VSBGregeling, de inzet van justitie-assistenten, …), deze problematieken zelf in de hand houdt. Eén en ander gaat ook de versnippering van het strafrechtelijk beleid tegen. Het kan niet de bedoeling zijn, omwille van de performantie van GAS, justitie te hervormen via de gemeenten en dit tegen alle (juridische) logica in. Het verder uitbreiden van de scoop van GAS dreigt ervoor te zorgen dat ook de GAS-diensten de zaken numeriek niet meer kunnen beheersen. Er wordt bijgevolg voorgesteld om van deze mogelijkheid geen gebruik te maken. c. De mogelijkheid om een specifieke gemengde inbreuk, namelijk inbreuken op het stilstaan en parkeren, te sanctioneren met GAS Korte samenvatting van de wetswijziging Een nog te treffen en vooraf in ministerraad te overleggen KB zal de overtredingen inzake stilstaan en parkeren aanduiden alsook de overtredingen van de bepalingen van het verkeersbord C3 (vastgesteld via automatisch werkende toestellen bedoeld in artikel 62 van de wegverkeerswet), die met GAS kunnen worden bekleed. Vergassing kan alleen maar buiten de autosnelwegen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 616
In het genoemde KB zal men deze inbreuken indelen in vier categorieën en meteen de hoogte van de geldboete bepalen in functie van de bedreiging voor verkeersveiligheid en mobiliteit. Het gaat in theorie om alle mogelijke vormen van gevaarlijk en hinderlijk parkeren. Het gaat niet om de gedepenaliseerde parkeerinbreuken (namelijk de bepalingen inzake de beperkte parkeertijd). Daar blijft de mogelijkheid van een belasting of een retributie bestaan. In Deerlijk is de problematiek van de gedepenaliseerde parkeerinbreuken niet aan de orde. In Harelbeke heeft men destijds gekozen voor een fiscalisering. Reden daartoe is dat alsdan de inning nog gebruiksvriendelijker was en het initiatief voor het opstarten van een tegensprekelijke procedure via en bezwaarprocedure bij een fiscalisering bij de rechtsonderhorige ligt. Onmiddellijke inning van meerderjarige natuurlijke personen die in België noch hun woonplaats of vaste verblijfplaats hebben is ook voor de inbreuken op het stilstaan en parkeren mogelijk ten belope van maximum 25 euro per inbreuk en 100 euro wanneer er meer dan vier inbreuken werden vastgesteld. Voor deze nog bij KB te bepalen feiten is het afsluiten van een protocolakkoord verplicht, ten minste indien deze feiten met GAS worden bekleed. Overwegingen Vanuit de bedoeling van de wetgever “overlast” met GAS aan te pakken, lijkt het ook hier niet verantwoord om deze feiten ook te “vergassen”. Het gaat eerder om kleine verkeerscriminaliteit, te bestrijden via het strafrechtelijke en niet om bestuurlijke overlast aan te pakken via het bestuurlijke arsenaal. Het is aangewezen dat het parket, desnoods via alternatieve maatregelen (zoals de VSBG-regeling), deze problematieken in de hand houdt. Overigens, het parket beschikt sedert 1 januari 2013 over de mogelijkheid een bevel tot betaling van een minnelijke schikking uit te vaardigen. Het niet beschikken over een uitvoerbare titel voor een minnelijke schikking was inderdaad in het verleden een bij het parket veel gehoorde klacht. Wellicht zal men bij de parketten aangeven dat men te weinig personeel heeft, ook voor het opvolgen van de minnelijke schikkingen, maar het kan ook hier niet de bedoeling zijn, omwille van de performantie van GAS, justitie te hervormen via de gemeenten en dit tegen alle (juridische) logica in. De beslissingen in dergelijke dossiers dienen te worden overgemaakt aan het parket. De processen-verbaal die aanleiding geven tot een GAS-vervolging genieten géén bijzondere bewijswaarde. Dit is wel zo in het geval het parket vervolgt. Binnen de 15 dagen na de ontvangst van de inbreuk moet de sanctionerend ambtenaar de vastgestelde feiten en de inbreuk aan de overtreder meedelen. Telkens gaat het om een contra-indicatie in functie van de toepassing van GAS. Er kan nu al worden gesteld, zelfs zonder consultatie van cijfergegevens binnen de zone en zelfs vóór het KB er is, dat de sanctionerend ambtenaar de stroom die uit een vergassen van deze feiten zal volgen absoluut niet zal aankunnen. Trouwens, dit zal niet alleen in Harelbeke en Deerlijk zo zijn. Overal zal men overstroomd geraken. Het is ook zinvoller om met GAS te mikken op wat initieel de eerste bedoeling van de wetgever was: de gemeenten een instrument bezorgen om lokale overlastfenomenen aan te pakken. Er wordt bijgevolg voorgesteld om van deze mogelijkheid geen gebruik te maken. d. De mogelijkheid om de maximale administratieve geldboete op te trekken
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 617
Korte samenvatting van de wetswijziging Waar de administratieve geldboete tot nu toe maximum 250 euro bedraagt (125 euro voor een aan de wet onderworpen minderjarige), voorziet de wet thans de mogelijkheid om deze maxima op te trekken tot respectievelijk 350 en 175 euro. Overwegingen De gemeenteraden van Harelbeke en Deerlijk hebben er in 2010 voor gekozen om de sanctionerende ambtenaren een actieradius van 0 euro tot het maximum te geven bij het beoordelen van de dossiers. Daartoe waren verschillende redenen. Vooreerst is er de verplichting in evenredigheid te oordelen. Deze verplichting blijft ook nu bestaan. Dergelijke verplichting staat op gespannen voet met een vast tarief of een tarief dat naar boven of onder toe is beperkt. Door de sanctionerend ambtenaar alle vrijheid te geven binnen het wettelijke maximum kan men ook rekening houden met alle omstandigheden van de zaak en wordt bijvoorbeeld vermeden dat de sanctionerend ambtenaar, na te hebben vastgesteld dat de feiten zijn bewezen, louter mechanisch moet sanctioneren - ook al gaat het om mineure of zwaardere feiten. Ten opzichte van wie vervolgd wordt voor de strafrechter - die rekening kan houden met verzachtende omstandigheden - zou een vast tarief een discriminatie kunnen uitmaken. Ook is het zo dat begrippen zoals uitstel en opschorting in casu niet kunnen worden gehanteerd. Het verhogen van het maximum vergroot dan weer de schaal waarin men in het streven naar evenredigheid kan opereren. De sanctionerend ambtenaren hebben in de afgelopen drie jaar ook blijk gegeven op een verstandige en volwassen manier met deze vrijheid om te kunnen gaan. Er kwam nog geen enkel beroep bij de rechter en de maximumsanctie werd nog nooit opgelegd. Het toepassen van de verhoging maakt het verder ook mogelijk bij zeer ernstige feiten toch een signaal te geven dat door betrokkene niet wordt weggelachen. Er wordt bijgevolg voorgesteld om de maximale geldboete voor alle feiten op het wettelijk maximum te brengen. e. De mogelijkheid om de strafbare leeftijd voor minderjarigen te verlagen tot 14 jaar Korte samenvatting van de wetswijziging Onder de oude GAS-wet was het niet mogelijk minderjarigen die niet de volle leeftijd van 16 jaar hadden bereikt te sanctioneren. Thans wordt deze minimumleeftijd verlaagd tot 14 jaar. Het zullen echter de gemeenteraden zijn die zullen beslissen of ze van de geboden mogelijkheid gebruik maken. Overwegingen In de politiezone werd in drie jaar tijd nog geen enkele minderjarige gesanctioneerd. Er zijn ook geen inbreuken op de APV bekend die een verlaging van de leeftijd zouden verantwoorden. Integendeel, de discussie omtrent de vraag of GAS de jeugd niet belet om jeugd te zijn is in de zone een non-issue. Het is dan ook niet nodig een maatschappelijk debat te openen over een onbestaand, althans een onbekend, probleem. Er wordt bijgevolg voorgesteld de om strafbare leeftijd voor minderjarigen niet te verlagen tot 14 jaar.
G.13.12
f.
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 618
De mogelijkheid om alternatieve maatregelen te voorzien
Korte samenvatting van de wetswijziging Als de gemeenteraad dit voorziet en mits de sanctionerend ambtenaar dit gepast acht kan de sanctionerend ambtenaar aan de meerderjarige overtreder, met diens akkoord of op zijn verzoek, gemeenschapsdienst voorstellen in plaats van een boete. Hij kan dat onmiddellijk of na het mislukken van een bemiddeling. Deze gemeenschapsdienst mag niet meer dan 30 uur bedragen en bestaat uit: - een opleiding en/of; - een onbetaalde prestatie onder toezicht van de gemeente of een door de gemeente aan te wijzen publiek rechtelijke rechtspersoon, stichting of vzw. Deze gemeenschapsdienst vereist omkadering door een door de gemeente erkende dienst. Indien de gemeenschapsdienst wordt uitgevoerd, dan kan de sanctionerend ambtenaar geen sanctie meer opleggen. Anders kan dit wel nog. Bij minderjarigen kan de sanctionerend ambtenaar, na falen of weigeren van een - overigens verplichte - bemiddeling, een aan de minderjarige aangepaste gemeenschapsdienst van 15 uur voorstellen of beslissen deze toe te vertrouwen aan de bemiddelaar. Overwegingen De mogelijkheid gemeenschapsdienst te voorzien is er duidelijk gekomen om de discussie omtrent het repressieve karakter van GAS wat te counteren. De vraag kan echter worden gesteld naar de meerwaarde van de nieuwe wettelijke regeling. Binnen de bemiddeling kent men nu al de praktijk van de zogenaamde. GAS-prestatie die toch gelijkenissen vertoont met de gemeenschapsdienst. Het blijft ook een open vraag of er voldoende aanbod aan begeleidende diensten zal zijn. Ook qua kosten tasten we in het duister. Er wordt bijgevolg voorgesteld om van de mogelijkheid tot het voorzien van alternatieve maatregelen geen gebruik te maken. g. De mogelijkheid om een systeem van ouderlijke betrokkenheid te voorzien Korte samenvatting van de wetswijziging Dit systeem is enkel toepasselijk bij minderjarigen. De gemeenteraad kan bepalen dat voorafgaand aan een aanbod tot bemiddeling, tot gemeenschapsdienst, of voorafgaand aan het opleggen van een geldboete de titularissen van het ouderlijk gezag worden betrokken. Na een aangetekend schrijven krijgen deze de mogelijkheid hun mondelinge of schriftelijke opmerkingen mee te delen en eventueel opvoedkundige maatregelen voor te stellen. De sanctionerend ambtenaar kan ook een ontmoeting met de titularis van het ouderlijk gezag vragen. Indien de sanctionerend ambtenaar tevreden is met de educatieve maatregel kan de sanctionerend ambtenaar de procedure stop zetten. Overwegingen
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 619
Alhoewel er nog geen enkel dossier werd geopend lastens een minderjarige, lijkt de opname van dit systeem wel zinvol. Er wordt bijgevolg voorgesteld om van de mogelijkheid om een systeem van ouderlijke betrokkenheid in te voeren gebruik te maken. h. Vaststellings- en vervolgingsprioriteiten Stand van zaken Bij de start van GAS werden op politiek niveau en met betrokkenheid van de wijkdienst de vaststellings- en vervolgingsprioriteiten vastgelegd. Doel was aan te geven wat prioritair met GAS zou worden aangepakt. Meteen werd op die wijze ook aangegeven dat met GAS punctueel zou worden omgegaan en dat het niet de bedoeling was via GAS de verzuring op te drijven (wel integendeel) of onze gemeenten de aanblik van een politiestaat te geven. De lijst van de vastgestelde prioriteiten is de volgende. Tussen haakjes staat het aantal PV’s tot en met 30 juni 2013 aangegeven. -
Wildplakken (23); Loslopende honden (97); Sluikstorten (53); Hondenpoep (1); Niet bijhebben van een hondenpoepzakje (8); Tijdelijke bewegwijzering zonder machtiging (0).
In totaal werden tot 30 juni 2013 182 PV’s inzake prioritaire feiten opgemaakt. Dit vormt 67 % van alle opgemaakte PV’s (275 in totaal). Binnen de niet-prioritaire feiten komen nachtlawaai (39 feiten tot 30 juni 2013) en het ongeoorloofd betreden van openbaar domein met een voertuig (25 feiten tot 30 juni 2013) heel prominent naar voor. Na drie jaar lijkt het goed toch nog even na te denken over deze prioriteiten. Het project van zonaal veiligheidsplan (ZVP) 2014 - 2017 stelt dat, in de prioriteitslijst opgemaakt aan de hand van de verschillende plannen, overlast op vijf staat en milieu (een begrip dat via sluikstorten en hondenpoep ook lokaal kan worden ingevuld) op zeven. In de matrix opgemaakt aan de hand van de lokale objectieve en subjectieve analyse merkt men dat overlast op de eerste rij komt. Op pagina 42 van het ontwerp ZVP leest men verder: “Als eerste federale prioriteit wil men de strijd tegen ongehoorzaamheid aanpakken. Dit wil men realiseren via de aanpak van overlast op te drijven. Dat zal moeten gebeuren vanuit een integrale benadering, in samenspraak met relevante veiligheidspartners als lokale en federale politie. De bedoeling is dat de probleemwijken een aanpak op maat krijgen. De politiezone Gavers wil hier alvast op inspelen. Dit gebeurt door onder meer overlast weer op te nemen als belangrijke prioriteit. Verder ook een nog betere inzet van de wijkagent in probleemwijken. Ook de interventieploegen zullen meer aandacht hebben voor deze probleemwijken. We willen ook via de Gemeentelijke Administratieve Sancties de overlast aanpakken, dit voor allerhande vormen van overlast en kleine diefstallen. Meestal is het zo dat men het meest personen effectief kan sensibiliseren tot normconform gedrag via een administratieve geldboete”. Overwegingen
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 620
Het voorgaande laat toe de huidige prioriteiten te behouden. Er wordt bijgevolg voorgesteld dat de bestaande prioriteiten worden behouden. Als gevolg van het voorgaande dienen Titel 1 ‘Strafbepalingen’ ‘Bemiddelingsprocedure’ van Deel 1 van de APV te worden aangepast.
en
Titel
2
Naast de beleidsbeslissingen is het wenselijk ook nog volgende punctuele wijzigingen aan de algemene politieverordening aan te brengen: -
In artikel 28 APV wordt artikel 28.31bis toegevoegd waarin een definitie wordt gegeven van het begrip ‘leegstaand pand’. Dit moet vermijden dat voor het begrip leegstand moet gewerkt worden met de ingewikkelde definitie van het grond- en pandendecreet.
-
In artikel 28 APV wordt artikel 28.62bis toegevoegd waarin een definitie wordt gegeven van het begrip ‘voetpad’. In de Kortrijkse verordening staat een identieke bepaling om discussies te vermijden omtrent de vraag of een boomspiegel wel tot het voetpad behoort.
-
In artikel 45, § 1 APV wordt het begrip ‘verbrandingsmotor’ toegevoegd, aangezien op die manier ook dieselmotoren worden gevat.
-
In artikel 132 APV wordt toegevoegd dat ‘als overtreders worden beschouwd: diegene die de stukken effectief heeft bedeeld of gedeponeerd en - zo deze niet kan worden geïdentificeerd - de distributeur die de opdracht gaf om de stukken te bedelen.’ De reden hiervoor is dat het nogal eens voorkomt dat reclame niet wordt gebust maar bijvoorbeeld op een deurdorpel wordt achtergelaten. Het is niet eenvoudig om uit te maken wie effectief de reclame niet op de gepaste wijze achterliet. Daarom is het aangewezen een getrapte verantwoordelijkheid in te voeren. De distributeur maakt deel uit van de distributieketting, zodat het niet onredelijk lijkt deze in tweede orde als overtreder aan te duiden.
-
Het vervoer van een lijk of as naar de gemeentelijke begraafplaats en de lijkbezorging aldaar wordt niet langer geregeld in het algemeen deel. De inhoudelijk regeling wordt verplaatst naar het bijzonder deel omdat Harelbeke afwijkt van de regeling zoals ze in Deerlijk bestaat.
-
Op basis van artikel 15, § 1, lid 2 van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en lijkbezorging kunnen niet-inwoners van Deerlijk (correcter: wie niet behoort tot de categorieën 1° tot 5° van artikel 162 APV) in Deerlijk begraven worden als zij dit op die manier in een wilsverklaring hebben aangeduid. Zodoende moet in artikel 162 een 6° worden voorzien, meer bepaald ‘6° personen die niet voldoen aan het voorgaande, mits het betalen van het tarief van de desbetreffende concessie of vergunning.’
-
Artikel 47 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties voegt een artikel 134sexies in in de Nieuwe Gemeentewet waarbij wordt voorzien dat de burgemeester, in geval van verstoring van de openbare orde veroorzaakt door individuele of collectieve gedragingen, of in geval van herhaaldelijke inbreuken op de reglementen en verordeningen van de gemeenteraad gepleegd op eenzelfde plaats of ter gelegenheid van gelijkaardige gebeurtenissen en die een verstoring van de openbare orde of een overlast met zich meebrengen, kan beslissen over te gaan tot een tijdelijk plaatsverbod van een maand. Dit verbod kan tweemaal hernieuwd worden en dient bevestigd te worden door het college van burgemeester en schepenen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 621
Door dit artikel is het huidige artikel 293bis van de APV (toegangsverbod tot fuifaccommodaties) niet langer toepasbaar. De wet primeert namelijk op een gemeentelijk reglement en bijgevolg dient, omwille van de rechtszekerheid, artikel 293bis van de APV geschrapt te worden. -
Artikel 374.5, eerste gedachtestreepje, over het Gaverdomein, wordt aangevuld met volgende bepaling: ‘Wat de wegen en de plaatsen betreft die voor het verkeer toegankelijk zijn, is de Wegcode van toepassing, onverminderd het aanbrengen van tekens die verwijzen naar een GAS-sanctie, in welk geval de GAS-sanctie primeert.’ In de huidige redactie wordt vermeld dat de Wegcode op het Gaverdomein van toepassing is. Aan de toegang geschikt voor autovoertuigen staat echter een alternatief bord dat verwijst naar GAS. De wijziging heeft tot doel nog duidelijker te maken dat het GAS-bord primeert. Aan het 5e gedachtestreepje wordt een bepaling toegevoegd waaruit blijkt dat, in geval van overtreding van de bepaling van dit lid, strafbaar met een GAS-sanctie, indien de identiteit van de overtreder niet kan worden vastgesteld, de nummerplaathouder van het voertuig als overtreder wordt aangemerkt.
Op 3 november 2013 behandelde de jeugdraad de wijziging van de APV en op 11 november 2013 werd het schriftelijk advies overgemaakt. Volgende zaken worden aangehaald: - De jeugdraad is heel verheugd dat de minimumleeftijd in Deerlijk niet verlaagd zal worden en stelt voor om eens na te denken over het verhogen van de leeftijdsgrens. - De jeugdraad vindt dat te allen tijde moet ingezet worden op preventie en overleg zodat kan vermeden worden dat minderjarigen met een GAS-procedure geconfronteerd worden. - De jeugdraad vraagt bijzondere aandacht voor de jeugdverenigingen, aangezien de verantwoordelijken van de verschillende jeugdverenigingen steeds meerderjarig zijn en niet onder het bijzondere regime voor minderjarigen vallen. De jeugdraad pleit ook in deze voor preventie en overleg, zoals thans het geval is. - De jeugdraad vraagt om minimum één maal per jaar een stand van zaken te geven aan de jeugdraad betreffende dossiers die betrekking hebben op minderjarigen en jeugdverenigingen. De jeugdraad verleent uiteindelijk een positief advies voor de wijziging van de GASregelgeving in Deerlijk met een duidelijke oproep om het goede werk van de voorbije jaren verder te zetten en de denkoefening tot het verhogen van de minimumleeftijd niet uit de weg te gaan. Het advies van de jeugdraad werd behandeld in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 20 november 2013. Wat betreft het voorstel om de minimumleeftijd te verhogen lijkt het om volgende redenen wenselijk dit niet te doen: - Volgens het Burgerlijk Wetboek is men minderjarig zolang men de volle leeftijd van 18 jaar nog niet bereikt heeft. Naast de wettelijke minderjarigheid is er echter ook de jongvolwassenheid. Jongeren neigen namelijk vaak al veel vroeger dan op de leeftijd van 18 jaar naar volwassenheid en nemen vroeger dan op de leeftijd van 18 jaar deel aan het maatschappelijke leven. Een 14-jarige kan nog een kind zijn, maar in bepaalde gevallen al neigen naar de jongvolwassenheid, 16-jarigen kan men thans niet langer als kinderen, maar dient men als jongvolwassenen te beschouwen. Bij hun deelname aan het maatschappelijk leven hebben deze jongvolwassenen rechten en plichten en bij het niet naleven van hun plichten, moet men kunnen optreden. Wanneer door de minderjarige
G.13.12
-
-
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 622
een overtreding op de APV wordt begaan (bijvoorbeeld wildplassen door een 16-jarige na een fuif waarop deze mocht aanwezig zijn), moet de GAS-procedure bijvoorbeeld kunnen toegepast worden. Justitioneel kunnen in uitzonderlijke gevallen minderjarigen vanaf 16 jaar die een ernstig feit hebben gepleegd of die eerder maatregelen opgelegd kregen, doorverwezen worden naar een ander rechtscollege waarbij de jongere dan als volwassene berecht wordt (uithandengeving). Ook in deze wordt de leeftijd van 16 jaar gehanteerd. Een optrekken van de sanctioneerbare leeftijd in GAS tot 18 jaar zou ingaan tegen een basisbeginsel van het jeugdsanctierecht en aldus zorgen voor een gebrek aan gelijklopendheid tussen de GAS-procedure en de gerechtelijke procedure. In de stad Harelbeke werd door de jeugdraad geen dergelijk voorstel geformuleerd en teneinde de zonale uniformiteit te bewaren, lijkt het eveneens niet wenselijk de minimumleeftijd te verhogen.
Op 18 november 2013 werd naar aanleiding van de tweede wijziging van de algemene politieverordening een toelichting georganiseerd voor de gemeenteraadsleden. Op 20 november 2013 verzocht het college van burgemeester en schepenen de voorzitter van de gemeenteraad om de tweede wijziging van de algemene politieverordening te agenderen op de gemeenteraadszitting van heden. Artikel 119, eerste lid van de Nieuwe Gemeentewet bepaalt dat de gemeenteraad de gemeentelijke politieverordeningen maakt, met uitzondering van de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer. Artikel 43, § 2, 2° van het Gemeentedecreet bepaalt dat het vaststellen van gemeentelijke reglementen en het bepalen van straffen en administratieve sancties op de overtreding van die reglementen tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen (Open VLD): Art. 1. - Er wordt geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om formeel een zonaal of arrondissementeel identieke algemene politieverordening aan te nemen. De onder b. vermelde nieuwe gemengde inbreuken worden niet bekleed met een gemeentelijke administratieve sanctie. De onder c. vermelde inbreuken op het stilstaan en het parkeren worden niet bekleed met gemeentelijke administratieve sancties. De maximale geldboete wordt voor alle feiten op het wettelijk maximum gebracht. De strafbare leeftijd voor minderjarigen wordt niet verlaagd tot 14 jaar. Er worden geen alternatieve maatregelen (gemeenschapsdienst) voorzien. Een systeem van ouderlijke betrokkenheid wordt ingevoerd. Het bestaande vaststellings- en vervolgingsbeleid wordt behouden. Art. 2. - De minimumleeftijd van 16 jaar wordt niet verhoogd. Art. 3. - Titel 1 ‘STRAFBEPALINGEN’ en Titel 2 ‘BEMIDDELINGSPROCEDURE’ van DEEL 1 ‘STRAFBEPALINGEN, BEMIDDELING EN BEGRIPPENKADER’ van de APV, zoals
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 623
goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, worden in functie van artikel 1 en 2, vervangen door de volgende tekst: “DEEL 1. STRAFBEPALINGEN, BEMIDDELING EN BEGRIPPENKADER Dit deel geldt met behoud van de bepalingen van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en zijn uitvoeringsbesluiten zoals alsdan van kracht. TITEL 1. STRAFBEPALINGEN Art. 1 In geval van overtreding van deze verordening kan de politie de overtreder aanmanen om de niet-reglementaire toestand ongedaan te maken. De politieambtenaren in de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties zijn bevoegd voor de vaststelling van alle overtredingen vervat in deze politieverordening. Van de vaststelling wordt procesverbaal opgemaakt. Art. 2 Voor zover bij wetten, decreten, besluiten, algemene of provinciale verordeningen geen straffen of sancties zijn voorzien, worden de inbreuken op de bepalingen van deze politieverordening gestraft met: 1° een administratieve geldboete van maximum 350 euro; 2° een administratieve schorsing van een verleende toestemming of vergunning; 3° een administratieve intrekking van een verleende toestemming of vergunning; 4° een tijdelijke of definitieve sluiting van een inrichting. Indien de dader een minderjarige is, die de volle leeftijd van zestien jaar heeft bereikt op het tijdstip van de feiten, bedraagt het maximum van de administratieve geldboete 175 euro. De in het eerste lid bedoelde schorsing, intrekking of sluiting worden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen. De administratieve geldboete wordt opgelegd door de sanctionerend ambtenaar. Art. 3 Er is sprake van herhaling wanneer de overtreder reeds werd gesanctioneerd voor eenzelfde inbreuk binnen de vierentwintig maanden voorafgaand aan de nieuwe vaststelling van de inbreuk. In geval van een eerste herhaling bedraagt de administratieve geldboete ten minste het dubbele van de geldboete die bij de eerste overtreding werd opgelegd, met een maximum van 350 euro. In geval van iedere nieuwe herhaling bedraagt de administratieve geldboete ten minste drie maal de geldboete die bij de eerste overtreding werd opgelegd, met een maximum van 350 euro. Het maximumbedrag van 350 euro vermeld in de voorgaande leden wordt tot een maximum van 175 euro verminderd indien de dader, op het ogenblik van de vaststelling van de herhaalde feiten, de volle leeftijd van zestien jaar heeft bereikt. Art. 4 De duur van de door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurde administratieve sanctie kan verdubbeld worden in geval van een eerste herhaling en verdrievoudigd in geval van iedere nieuwe herhaling.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 624
Artikel 3 eerste lid is in deze gevallen toepasselijk. Art. 5 Het proces-verbaal bedoeld in artikel 1 wordt uiterlijk binnen de twee maand na de vaststelling bezorgd aan de sanctionerend ambtenaar, behoudens in geval van vaststelling op heterdaad. In dit laatste geval wordt de termijn van twee maand op één maand gebracht. Indien het proces-verbaal onvoldoende gegevens zou bevatten, dan kan de sanctionerend ambtenaar de politiediensten verzoeken die gegevens, eventueel na bijkomend onderzoek, nog toe te voegen aan het dossier. Art. 6 Indien de feiten zowel een strafrechtelijke als een administratiefrechtelijke inbreuk vormen, wordt het proces-verbaal binnen de voormelde termijnen toegestuurd aan de procureur des Konings. Een afschrift wordt verzonden aan de sanctionerend ambtenaar. Indien de feiten enkel met een administratieve sanctie kunnen bestraft worden of een inbreuk uitmaken op basis van de algemene reglementen bedoeld in art. 1, eerste lid, van de wet van 16.03.1968 betreffende de politie op het wegverkeer, wordt het origineel proces-verbaal aan de sanctionerend ambtenaar toegestuurd. Van feiten lastens minderjarigen die enkel met een administratieve sanctie kunnen bestraft worden, wordt steeds een afschrift van het proces-verbaal overgemaakt aan de Procureur des Konings. Het proces-verbaal dient de datum van overzending of overhandiging te vermelden. Art. 7 Bij het bepalen van het bedrag van de geldboete moet de sanctionerend ambtenaar, met behoud van de bepalingen van artikel 3, rekening houden met de zwaarte van de feiten. De sanctionerend ambtenaar kan, wanneer hij het welslagen van de bemiddeling overeenkomstig de hiernavolgende titel 2 vaststelt, geen administratieve geldboete meer opleggen. Art. 8 De vaststelling van meerdere samenlopende inbreuken geeft aanleiding tot één enkele administratieve sanctie, in verhouding tot de ernst van het geheel van de feiten. Art. 9 De sanctionerend ambtenaar kan geen administratieve geldboete meer opleggen: - indien er geen gemeenschapsdienst of bemiddeling tussenkomt: na het verstrijken van een termijn van zes maanden, te rekenen vanaf de dag van de vaststelling; - indien er wel gemeenschapsdienst of bemiddeling tussenkomt: na het verstrijken van een termijn van twaalf maanden, te rekenen vanaf de dag van de vaststelling. Art. 10 De beslissing van de sanctionerend ambtenaar dient aan de overtreder ter kennis te worden gebracht door een aangetekend schrijven, ofwel door overhandiging tegen ontvangstbewijs. In het geval van een minderjarige overtreder wordt de beslissing op dezelfde wijze ter kennis gebracht aan de minderjarige, evenals aan zijn vader en moeder, zijn voogden of de personen die er de hoede over hebben.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 625
Beslissingen inzake feiten die tevens met een strafsanctie zijn bekleed worden eveneens toegestuurd aan de Procureur des Konings. Art. 11 Wanneer deze politieverordening overtreden wordt, kan de bevoegde overheid van ambtswege de noodzakelijke maatregelen laten uitvoeren op kosten en risico van de overtreder die verzuimd heeft op te treden. Art. 12 Bevelen van de burgemeester, gegeven in uitvoering van artikel 133 tot 135 van de Nieuwe Gemeentewet, dienen te worden nageleefd. De niet-naleving van deze bevelen is strafbaar overeenkomstig artikel 2 van deze politieverordening. Iedere persoon, op de openbare weg alsook in alle openbare plaatsen, moet zich voegen naar de bevelen en/of vorderingen hem door de bevoegde overheid in de uitvoering van zijn ambt gegeven. Alle vergunningen, toelatingen en machtigingen, vermeld in deze politieverordening moeten worden voorgelegd op eerste verzoek van de bevoegde personen. TITEL 1bis. OUDERLIJKE BETROKKENHEID Art. 12bis Voorafgaand aan het aanbod tot bemiddeling of, desgevallend, de oplegging van een administratieve geldboete, kan de sanctionerend ambtenaar, indien hij dit aangewezen acht, de procedure van ouderlijke betrokkenheid opstarten. Art. 12ter In het geval dat de sanctionerend ambtenaar de procedure van de ouderlijke betrokkenheid opstart informeert hij, per aangetekende brief, de vader en moeder, voogd of personen die de hoede hebben over de minderjarige over de vastgestelde feiten. Hij verzoekt hen om, onmiddellijk na het ontvangen van het proces-verbaal, hun mondelinge of schriftelijke opmerkingen mee te delen over deze feiten en de eventueel te nemen opvoedkundige maatregelen. Daartoe kan hij een ontmoeting vragen met de vader en de moeder, de voogd of de personen die de minderjarige onder hun hoede hebben, alsook met de minderjarige. Indien, na het bekomen van de voormelde opmerkingen en/of nadat hij de minderjarige heeft ontmoet-– evenals zijn vader, moeder, voogd of personen die er de hoede over uitoefenen, en indien hij tevreden is over de educatieve maatregel die door deze laatsten werd voorgesteld, dan kan de sanctionerend ambtenaar hetzij de procedure afsluiten, hetzij alsnog de administratieve procedure opstarten. TITEL 2. BEMIDDELINGSPROCEDURE HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen Art. 13 De verplichte bemiddelingsprocedure met betrekking tot de feiten gepleegd door minderjarigen die de volle leeftijd van zestien jaar hebben bereikt op het tijdstip van de feiten en de facultatieve bemiddelingsprocedure met betrekking tot meerderjarige overtreders waaromtrent de sanctionerend ambtenaar deze bemiddeling wenselijk acht, worden als volgt georganiseerd. Art. 14 De bemiddelingsambtenaar, die is aangesteld door de gemeente Kortrijk en ter beschikking staat van alle gemeenten van het gerechtelijk arrondissement Kortrijk, voert de bemiddelingsprocedure uit.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 626
Art. 15 De voorafgaande bemiddelingsprocedure heeft als doel de overtreder de mogelijkheid te bieden de eventuele schade te vergoeden of te herstellen, die ten gevolge van een inbreuk op de politieverordening is ontstaan of het conflict te doen bedaren. De schadeloosstelling of herstelling van de schade wordt vrij door de partijen onderhandeld en beslist. Art. 16 De betrokken partijen bemiddelingsproces.
worden
gestimuleerd
tot
actieve
deelname
aan
het
Art. 17 Wanneer de overtreder een minderjarige is, die op het moment van de feiten de leeftijd van zestien jaar heeft bereikt, kan deze bijgestaan worden door een advocaat die door de stafhouder van de orde van advocaten of het bureau voor juridische bijstand wordt aangeduid. De vader en moeder, voogd of personen die de hoede hebben over de minderjarige, kunnen op hun verzoek de minderjarige begeleiden bij de bemiddeling. Art. 18 De overtreder aan wie de bemiddelingsprocedure wordt voorgesteld, kan de procedure aanvaarden of weigeren. Dit geldt ook voor de benadeelde partij. Indien één van de betrokken partijen weigert deel te nemen aan de procedure of deze om het even welke reden niet kan worden opgestart, dan sluit de bemiddelingsambtenaar de procedure af en maakt het dossier onmiddellijk terug over aan de sanctionerend ambtenaar. HOOFDSTUK 2. De bemiddelingsprocedure Art. 19 De sanctionerend ambtenaar selecteert - met behoud van de verplichte bemiddeling bedoeld in artikel 13 hiervoor - de dossiers die naar zijn oordeel in aanmerking komen voor de bemiddelingsprocedure in het kader van de gemeentelijke administratieve sancties. Vervolgens maakt hij de vereiste elementen voor de opstart van de bemiddeling over aan de bemiddelingsambtenaar. De bemiddelingsprocedure wordt bemiddelingsambtenaar opgestart.
na
ontvangst
van
het
dossier
door
de
Art. 20 Na ontvangst van het bemiddelingsdossier nodigt de bemiddelingsambtenaar de betrokken partijen en hun eventuele advocaat tegelijk uit per brief, fax of e-mail tegen ontvangstbewijs. Er worden minstens twee weken voorzien tussen de datum waarop de uitnodiging wordt verstuurd en de datum van het bemiddelingsgesprek. Indien de overtreder minderjarig is, worden de ouders, voogden of personen die de hoede hebben over de minderjarige ook aangeschreven. Indien de betrokken partij geen natuurlijk persoon is, dan vraagt de bemiddelingsambtenaar aan de betrokken partij om een vertegenwoordiger aan te duiden, die aan het bemiddelingsgesprek kan deelnemen. Het staat de bemiddelingsambtenaar vrij alle vereiste maatregelen te nemen en contacten te leggen die nodig zijn om de bemiddelingsprocedure op te starten en tot een goed einde te brengen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 627
Art. 21 Tijdens het bemiddelingsgesprek zal de bemiddelingsambtenaar de bemiddelingsprocedure binnen het kader van de gemeentelijke administratieve sancties verduidelijken voor de betrokken partijen. De partijen worden geïnformeerd dat ze de mogelijkheid hebben om al dan niet op het aanbod in te gaan en om op elk moment de bemiddeling te beëindigen. Beide partijen krijgen in het gesprek de mogelijkheid een voorstelling van de feiten te geven en toe te lichten hoe ze dit hebben ervaren. De nadruk ligt tijdens het gesprek in de ondersteunende taak van de bemiddelingsambtenaar ten aanzien van de betrokken partijen bij het zoeken naar een voor allen aanvaardbare, haalbare en proportionele oplossing; in de vorm van een materieel, moreel, emotioneel en/ of financieel herstel voor de geleden schade bij het slachtoffer. De bemiddelingsambtenaar voert de bemiddeling uit volgens de principes van onafhankelijkheid, neutraliteit en vertrouwelijkheid. Daarnaast houdt hij zich strikt aan het beroepsgeheim wat betreft de identiteit van de betrokken partijen en de onderzoeksgegevens in het dossier. Art. 22 Indien beide partijen een akkoord bereiken omtrent het herstel van de schade, wordt er een overeenkomst opgemaakt. De overeenkomst geeft het resultaat van de bemiddelingsprocedure weer. De gemaakte afspraken tussen de betrokken partijen worden expliciet vermeld. Na ondertekening van de overeenkomst krijgen alle betrokken partijen een ondertekend exemplaar. Een kopie van de overeenkomst wordt overgemaakt aan de sanctionerend ambtenaar. Wanneer één van de partijen een beroep doet op een advocaat, wordt de overeenkomst eerst aan de advocaat bezorgd en heeft deze één week de tijd om bemerkingen op de overeenkomst ter kennis te brengen van de bemiddelingsambtenaar. Zonder tegenbericht wordt de overeenkomst ter ondertekening aan de partijen voorgelegd en nadien aan de sanctionerend ambtenaar overgemaakt. Indien de overeenkomst aan de sanctionerend ambtenaar wordt overgemaakt en op dat moment geen verdere opvolging meer behoeft dan meldt de bemiddelaar dat de overeenkomst correct werd uitgevoerd. Art. 23 De bemiddelaar volgt de uitvoering van de overeenkomst op. In de overeenkomst staat gestipuleerd wanneer de uitvoering moet voltooid zijn. Art. 24 Na een positieve afronding bij het correct naleven van de overeenkomst maakt de bemiddelingsambtenaar een evaluatierapport over aan de sanctionerend ambtenaar en dit uiterlijk op de tiende werkdag na de uitvoering van de overeenkomst. De bemiddelingsambtenaar licht de advocaat in dat de overeenkomst correct werd uitgevoerd. Indien de overeenkomst niet werd uitgevoerd, wordt dit vermeld in het rapport gericht aan de sanctionerend ambtenaar. De advocaat van de overtreder zal hiervan op de hoogte worden gebracht. Art. 25
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 628
De volledige bemiddelingsprocedure dient uiterlijk één maand voor het verstrijken van de verjaringstermijn beëindigd te zijn. Na overleg tussen de bemiddelingsambtenaar en de sanctionerend ambtenaar kan de bemiddelingsprocedure verlengd worden onverminderd het in acht nemen van de wettelijke verjaringstermijn. HOOFDSTUK 3. Bijzondere bepalingen Art. 26 De documenten die worden opgemaakt en de mededelingen die worden gedaan tijdens de bemiddelingsprocedure zijn vertrouwelijk. Zij mogen niet worden aangewend in een gerechtelijke of administratieve procedure of enige andere procedure voor het oplossen van conflicten, behoudens in de procedure tot oplegging van een administratieve geldboete beschreven in de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. De documenten die werden opgemaakt en de mededelingen die worden gedaan tijdens de bemiddelingsprocedure zijn niet toelaatbaar als bewijs, zelfs niet als buitengerechtelijke bekentenis, behoudens in de procedure tot oplegging van een administratieve geldboete beschreven in de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en de procedures inzake afdwinging van de bereikte akkoorden. Onverminderd de verplichtingen die de wet hem opleggen mag de bemiddelingsambtenaar de feiten waarvan hij uit hoofde van zijn ambt kennis krijgt niet openbaar maken. Artikel 458 van het Strafwetboek is op hem van toepassing. Partijen kunnen niet worden gehouden aan de door hen tijdens de bemiddeling ingenomen standpunten en voorstellen, alsmede de door hen aan de bemiddelaar of aan de andere partij gedane mededeling van welke aard en op welke wijze ook, behoudens hetgeen tussen hen werd overeengekomen in een bemiddelingsovereenkomst. Art. 27 De bemiddelingsambtenaar mag met geen van de partijen een band hebben of doen ontstaan die zijn onafhankelijkheid in de ogen van de partijen in het gedrang kan brengen. In geval van een belangenconflict zal hij zich onthouden. In voorkomend geval zal de bemiddelingsambtenaar zowel voorafgaand als tijdens de bemiddeling de elementen aanbrengen die zijn onafhankelijkheid in het gedrang kunnen brengen. De betrokken partijen kunnen hierop hun schriftelijk akkoord geven om de bemiddelingsprocedure verder te zetten. Indien minstens één van de betrokken partijen geen schriftelijk akkoord geeft, trekt de bemiddelingsambtenaar zich terug uit de bemiddeling.” Art. 4. - In artikel 28 van de APV, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, wordt tussen artikel 28.31 en artikel 28.32 een artikel 28.31bis ingevoegd, luidend als volgt: “28.31bis Leegstaand pand Een leegstaand pand is een gebouw of woning waarvan niet meer dan de helft van de vloeroppervlakte wordt gebruikt.” Art. 5. - In artikel 28 van de APV, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, wordt tussen artikel 28.62 en artikel 28.63 een artikel 28.62bis ingevoegd, luidend als volgt: “28.62bis Voetpad Een voetpad is het gedeelte van de openbare weg al dan niet verhoogd aangelegd ten opzichte van de rijbaan, in het bijzonder ingericht voor het verkeer van voetgangers, met inbegrip van eventuele boomspiegels. Het voetpad is al dan niet verhard en de scheiding
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 629
ervan met de andere gedeelten van de openbare weg is duidelijk herkenbaar voor alle weggebruikers.” Art. 6. - De tekst van artikel 45, § 1 van de APV, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, als volgt: “Het is verboden met ontploffingsmotor aangedreven sport- en speeltuigen te gebruiken om er oefeningen, persoonlijke of groepsvermakelijkheden, wedstrijden of manifestaties mee te houden of te organiseren in de open lucht, op minder dan 200 m van de bewoning. Dit verbod geldt niet op de erkende terreinen waarop afzonderlijke reglementen van toepassing zijn.” wordt vervangen door volgende tekst: “Het is verboden met ontploffings- en/of verbrandingsmotor aangedreven sport- en speeltuigen te gebruiken om er oefeningen, persoonlijke of groepsvermakelijkheden, wedstrijden of manifestaties mee te houden of te organiseren in de open lucht, op minder dan 200 m van de bewoning. Dit verbod geldt niet op de erkende terreinen waarop afzonderlijke reglementen van toepassing zijn.” Art. 7. - In artikel 132 van de APV, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, wordt een derde lid ingevoegd, zodat de nieuwe tekst luidt als volgt: “Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen in leegstaande panden of achter te laten op andere plaatsen, anders dan de brievenbus. Het is verboden niet-geadresseerd reclamedrukwerk te deponeren in de brievenbussen die voorzien zijn van een tekst waarbij de bewoners te kennen geven dat zij dit niet wensen. Als overtreders worden beschouwd: diegene die de stukken effectief heeft bedeeld of gedeponeerd en - zo deze niet kan worden geïdentificeerd - de distributeur die de opdracht gaf om de stukken te bedelen.” Art. 8. - De tekst van artikel 161 van de APV, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, als volgt: “Elk vervoer van een lijk of as naar de gemeentelijke begraafplaats en de lijkbezorging aldaar is verboden buiten de openingsuren van de begraafplaats, op zondag en op de volgende feestdagen: Pasen, O.L.H. Hemelvaart, Pinksteren, O.L.V. Hemelvaart, Allerheiligen en Kerstmis. De burgemeester kan afwijking verlenen in geval van overmacht of omwille van de bescherming van de openbare gezondheid.” wordt vervangen door volgende tekst: “Het vervoer van een lijk of as naar de gemeentelijke begraafplaats en de lijkbezorging aldaar wordt geregeld in het bijzonder deel onder titel 6 Begraafplaatsen en Lijkbezorging.” Art. 9. - In artikel 162 van de APV, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, wordt een 6° toegevoegd, zodat de nieuwe tekst luidt als volgt: “De begraafplaatsen zijn bestemd voor de lijkbezorging aldaar van:
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 630
1° personen die overleden zijn in de gemeente of er dood zijn aangetroffen; 2° personen die buiten het grondgebied van de gemeente overleden zijn maar die ingeschreven zijn in het bevolkings-, vreemdelingen-, of wachtregister van de gemeente. Hiermee worden gelijkgesteld de personen die de gemeente effectief bewonen, doch van die inschrijving zijn vrijgesteld krachtens wettelijke bepalingen of internationale overeenkomsten; 3° personen begunstigd van een recht op begraving op een gemeentelijke begraafplaats; 4° personen die voordien hun gewone verblijfplaats in de gemeente hadden en die op het moment van overlijden opgenomen waren in een instelling buiten de gemeente of inwoonden bij een bloedverwant buiten de gemeente; 5° ongehuwde personen van wie de bloedverwanten in 1ste of 2de graad wel ingeschreven zijn in de gemeente; 6° personen die niet voldoen aan het voorgaande, mits het betalen van het tarief van de desbetreffende concessie of vergunning.” Art. 10. - Artikel 293bis en de bijhorende titel ‘HOOFDSTUK 10. Toegangsverbod tot fuifaccommodaties’ van de APV, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, wordt geschrapt. Art. 11. - Hoofdstukken 1 en 2 van Titel 6. Begraafplaatsen en lijkbezorging van de APV, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, worden aangepast als volgt: “TITEL 6. BEGRAAFPLAATSEN EN LIJKBEZORGING HOOFDSTUK 1. Ligging van de begraafplaatsen Art. 341 De gemeentelijke begraafplaatsen zijn gelegen op de volgende locaties: - Deerlijk-Centrum: Hoogstraat - Guido Gezellelaan; - Deerlijk - Sint-Lodewijk: Kerkstraat. HOOFDSTUK 2. Vervoer van een lijk of as naar de gemeentelijke begraafplaats en toegang tot de begraafplaatsen Art. 342 Elk vervoer van een lijk of as naar de gemeentelijke begraafplaats en de lijkbezorging aldaar is verboden buiten de openingsuren van de begraafplaats, op zondag en op de volgende feestdagen: Pasen, O.L.H. Hemelvaart, Pinksteren, O.L.V. Hemelvaart, Allerheiligen en Kerstmis. De burgemeester kan afwijking verlenen in geval van overmacht of omwille van de bescherming van de openbare gezondheid. Art. 342bis De begraafplaatsen te Deerlijk zijn voor het overige, behoudens afwijking door de burgemeester, toegankelijk: - van 1 april tot 30 september: 8 u tot 20 u; - van 1 oktober tot 31 maart: 8 u tot 18 u. Het is verboden zich buiten de toegangsuren op de begraafplaats te bevinden. Art. 343 De toegang tot de begraafplaats is ontzegd aan personen in kennelijke staat van dronkenschap en aan allen die zich niet behoorlijk zouden gedragen.”
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 631
Art. 12. - In artikel 374.5 van de APV, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 29 april 2010 en gewijzigd in gemeenteraadszitting van 1 december 2011, wordt aan het eerste gedachtestreepje de bepaling ‘onverminderd het aanbrengen van tekens die verwijzen naar een GAS-sanctie, in welk geval de GAS-sanctie primeert’ en aan het vijfde gedachtestreepje de bepaling ‘In geval van overtreding van de bepaling van dit lid, strafbaar met een GASsanctie, wordt, indien de identiteit van de overtreder niet kan worden vastgesteld, de nummerplaathouder van het voertuig als overtreder aangemerkt’ toegevoegd, zodat de nieuwe tekst luidt als volgt: “Voor de gemeentelijke parken, speel- en sportterreinen en de inrichtingen op die terreinen gelden de navolgende bepalingen: - wat de wegen en de plaatsen betreft die voor het verkeer toegankelijk zijn, is de wegcode van toepassing, onverminderd het aanbrengen van tekens die verwijzen naar een GAS-sanctie, in welk geval de GAS-sanctie primeert; - binnen de terreinen of de inrichtingen mag noch geleurd worden, noch koopwaar uitgestald, noch reclame gemaakt worden, uitgezonderd door concessie toegestaan door de beheerraad van de VZW Gaverdomein of het gemeentebestuur; - het plukken van bloemen of planten, het verzamelen van drooghout, strooisels, droge bladeren, bos- en bladgrond of het weghalen van deze is verboden; - picknicken is slechts toegestaan voor zover dit niet hinderend is voor het publiek en op voorwaarde dat de terreinen in een ordentelijke staat worden achtergelaten en op voorwaarde dat het afval meegenomen wordt of gedeponeerd wordt in de daartoe bestemde vuilniskorven; - het publiek moet zich gedragen naar de richtlijnen die op een behoorlijke wijze door middel van aanwijzingen en borden of door enig ander middel ter kennis worden gebracht. In geval van overtreding van de bepaling van dit lid, strafbaar met een GAS-sanctie, wordt, indien de identiteit van de overtreder niet kan worden vastgesteld, de nummerplaathouder van het voertuig als overtreder aangemerkt.” Art. 13. - Deze beslissing wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. Ze treedt in werking op 1 januari 2014. Art. 14. - De gecoördineerde tekst van de algemene politieverordening van de gemeente Deerlijk, zoals ne varietur aan huidige beslissing gehecht, wordt goedgekeurd. Art. 15. - Een afschrift van huidige beslissing evenals de gecoördineerde tekst van de algemene politieverordening worden overgemaakt aan: - de deputatie van de provincieraad, Provinciehuis Boeverbos, Koning Leopold III-laan 41, 8200 Sint-Andries Brugge; - de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Kortrijk, Gerechtsgebouw - Burg. Nolfstraat 10A, 8500 Kortrijk; - de griffie van de politierechtbank te Kortrijk, Gerechtsgebouw II, Beheerstraat 41, 8500 Kortrijk; - de procureur des Konings van het gerechtelijk arrondissement Kortrijk, de heer JeanMarie Cool, Gerechtsgebouw - Burg. Nolfstraat 10A, 8500 Kortrijk; - de bemiddelingsambtenaar, mevrouw Evi Holderbeke, Grote Markt 54, 8500 Kortrijk; - de korpschef van de politiezone Gavers, de heer Rino Defoor, Deerlijksesteenweg 43, 8530 Harelbeke; - de voorzitter van het politiecollege van de politiezone Gavers, de heer Alain Top, Marktstraat 29, 8530 Harelbeke.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 632
----2. FairTradeGemeente - aangepaste resolutie - goedkeuring sp.a Raadslid Vanheerweghe stelt dat de gemeenteraad de oorspronkelijke resolutie heeft goedgekeurd op 14 juli 2005. Hij schetst de historiek van dit dossier: - het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 5 oktober 2011 akte genomen van het schrijven van 9 september 2011 van de Trekkersgroep FairTradeGemeente waarin deze laatste stelt beslist te hebben om zijn werking voorlopig op te schorten wegens demotivatie omwille van de minimalistische invulling van het begrip FairTradeGemeente door het gemeentebestuur. - in het verslag van de zitting van 23 januari 2013 van het college van burgemeester en schepenen is te lezen dat de trekkersgroep op 15 januari 2013 opnieuw is samengekomen en stelt dat de trekkersgroep nog steeds geen duidelijk signaal heeft ontvangen waaruit blijkt dat de gemeente zijn engagement als FairTradeGemeente daadwerkelijk en ernstig opneemt. sp.a Raadslid Vanheerweghe concludeert hieruit dat die resolutie erg stiefmoederlijk werd en wordt behandeld doch hij stelt dat zijn fractie de voorliggende aangepaste resolutie zal goedkeuren in de hoop dat de gemeente niet gaat voor woorden maar deze keer wel voor daden. Schepen van sociale zaken Olivier antwoordt dat de stand still in die tussentijd er niet kwam door toedoen noch van de Trekkersgroep noch van de gemeente. Het probleem lag bij het feit dat een gemeentelijke dienst geen koffie aanbood die het Fair Trade label droeg hoewel de koffieleverancier dit beweerde. Om deze situatie uit te klaren vroeg de gemeente aan Fair Trade Brussel om de koffieleverancier te contacteren en de conclusie was dat de koffieleverancier niet van plan was om koffie met het label ‘Fair Trade’ aan te bieden ondanks dat hij reeds eerder ook andere gemeentebesturen als klant had verloren om dezelfde reden. Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeente Deerlijk wenst duurzame productie- en consumptiepatronen te bevorderen. Een menswaardig inkomen voor de producent maakt deel uit van duurzame productiepatronen. De gemeenteraad heeft in zitting van 14 juli 2005 de resolutie inzake Fairtrade goedgekeurd. Er werd een trekkersgroep opgericht om uitvoering te geven aan bovengenoemde resolutie en om initiatieven te ontplooien om de idee van Fair Trade bekend te maken. De gemeente Deerlijk behaalde in maart 2007 de titel van FairTradeGemeente. Een FairTradeGemeente moet voldoen aan de volgende 6 criteria: 1. Lokaal bestuur: het lokale bestuur steunt en promoot Fair Trade met woorden en met daden. 2. Winkels en horeca: minstens 2 fairtrade producten zijn beschikbaar in de plaatselijke winkels en in de horeca worden ze geserveerd. 3. Scholen, bedrijven en organisaties: lokale scholen, bedrijven en organisaties gebruiken fairtrade producten en helpen de kennis en de betrokkenheid te vergroten. 4. Media: een goede strategie houdt de campagne lang in het nieuws, zo voelt iedereen (inwoners, handelaars, organisaties) zich gewaardeerd voor zijn engagement. 5. Trekkersgroep: een lokale groep neemt het initiatief om de titel te behalen en zorgt voor continuïteit.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 633
6. Lokale duurzame voeding: met een nieuw initiatief promoot de gemeente lokale consumptie en productie van duurzame voedingsproducten. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 23 oktober 2013 beslist om de nodige stappen te nemen om FairTradeGemeente te blijven en ondermeer de aangepaste resolutie inzake fairtrade ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad. Artikel 42, § 2 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat de gemeenteraad het beleid van de gemeente bepaalt en daartoe algemene regels kan vaststellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen onderstaande goed te keuren: FAIRTRADE RESOLUTIE Art. 1. - Er principieel mee in te stemmen dat in het kader van een duurzaam beleid (op sociaal, ecologisch en economisch vlak), bij de aankoop van producten aandacht zal besteed worden aan de prijs die de producenten in ontwikkelingslanden voor hun product krijgen en aan hun arbeidsomstandigheden. Art. 2. - In haar interne en externe communicatie aandacht te besteden aan haar duurzaam aankoopbeleid zodat ze op die manier haar informatie- en sensibilisatieopdracht uitvoert. Art. 3. - Het bestuur engageert zich om te voldoen aan de 6 criteria van een FairtradeGemeente en om de titel te blijven behouden. Art. 4. - De deelname en ondersteuning aan de werkgroep FairTradeGemeente te bestendigen, ter bevordering van het verder uitrollen van de campagne FairTradeGemeente in de gemeente. ----3. Brandweer – bouwen nieuwe kazerne – principebeslissing Namens haar fractie stelt sp.a raadslid D’hont het volgende: ‘Zij verwijst naar simulatieoefeningen die zij uitvoerden en filmden. Vanuit alle hoeken van Deerlijk werd aanrijtijd opgemeten met als eindbestemming Olekenbosstraat, thv van de gronden voor de toekomstige kazerne. Met deze simulatiefilmpjes wil onze fractie vooral aantonen dat er op kalme momenten op de dag reeds een gemiddelde aanrijtijd van boven de 4 minuten gehaald wordt. De opnames op drukke momenten tussen 7.30 uur en 9.00 uur ‘s morgens en 16.00 uur tot 18.30 uur ‘s avonds, leveren tijden op van meer dan 12 tot 15 minuten. En voor wie de reportage zag van het WTV-nieuws van 18.00 uur vanavond, kon zelf vaststellen dat de aanrijtijd vanuit het centrum om 12.30 uur ‘s middags, reeds 7 en een halve minuut bedraagt. Dit alles brengt ons bij het allerbelangrijkste argument om niet akkoord te gaan met de vooropgestelde locatie van de nieuwe kazerne: het komt onze Deerlijkenaren niet ten goede, het zorgt voor een achteruitgang van snelle adequate hulpverlening in onze gemeente! Langere aanrijtijden, met een oproep voor de wagens die diezelfde verkeersknoop terug inmoeten, zorgt ook voor langere uitruktijden. Talloze minuten gaan verloren, en ze kunnen levens redden of verloren laten gaan. Onlosmakelijk is ook de veiligheid van onze inwoners, maar zeker ook van onze vrijwilligers van de brandweer en de dienst 100 die in het gedrang komt. Er mag in theorie niet prioritair worden gereden met een niet prioritair voertuig in het verkeer. Wanneer ik vrijwilliger ben bij de brandweer en een oproep binnenkrijg, dan moet ik
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 634
mij bij mijn vertrek richting kazerne met mijn private wagen aan de verkeersregels en snelheidsbeperkingen houden. Deze hulpverleners komen hopeloos te laat voor de oproep, maar nog belangrijker is dat ondertussen mensen in nood moeten wachten op hulp bij een ongeval, in levensbedreigende situaties zoals hartproblemen, bij een val van een dak, een verkeersongeval langs Deerlijkse wegen of op de E17, bij een brand. Ofwel gaan deze vrijwillige hulpverleners vanuit hun overtuiging bepaalde risico’s nemen om tijdig de kazerne te bereiken. Deze beide zaken kunnen absoluut niet de bedoeling zijn! Onze Deerlijkse inwoners hebben recht op snelle adequate hulpverlening, ook tijdens de drukste momenten van de dag! En ook onze vrijwilligers moeten vanuit hun engagement gerespecteerd worden door hen op zoveel mogelijk vlakken een veiligheid te bieden. Daar dragen wij als bestuur een groot deel van de verantwoordelijkheid. Met dergelijke voorstellen zoals hier op tafel liggen, beslissen wij over hoe goed of hoe moeilijk wij het de vrijwilligers mogelijk maken om in te staan voor snelle adequate hulpverlening voor alle Deerlijkenaren. En ten opzichte van onze inwoners en tevens ook van alle mensen die in onze gemeente tewerkgesteld zijn, op bezoek komen, Deerlijkse handelszaken bezoeken, Deerlijk doorkruisen, hebben wij de verantwoordelijkheid om veiligheid voor hen te garanderen. Daarnaast wordt er in een TV interview verwezen naar de vraag van Deerlijk voor een nieuwe kazerne en de kostprijs die daaraan zal vasthangen. Dit geeft de inwoners nog meer recht op inspraak want het gaat immers om hun centen waarover dit bestuur beslist om ze te investeren in een kazerne op de grens van Deerlijk. Op vandaag woont 80% van de vrijwilligers in de onmiddellijke omgeving van het centrum met lage aanrijtijden tot gevolg. Tijdens de week buiten de werkuren en in de weekends zijn er ruim 80% oproepen die tijdig kunnen opgevangen worden vanuit het team van Deerlijk met andere woorden bij 4 op de 5 oproepen staat ons korps steeds paraat. Overdag kunnen zij ook 1/3 van de oproepen zelf uitvoeren. Op vandaag is dit soms niet mogelijk om een volledig team te laten vertrekken, door het gebrek aan een dienstdoende leidinggevende. Deze zijn er op vandaag te weinig, dit kan mogelijk gemaakt worden met promoties in titel, zonder hogere loonkost, een vraag die reeds meerdere keren werd gesteld door het korps aan het bestuur. Het verleggen van de kazerne tot op de grens van de gemeente Deerlijk zorgt voor langere aanrijtijden voor de vrijwilligers en dit betekent een langere uitruktijd tot op de plaats van het noodgeval. Recente woningbranden zoals deze die we kenden in de Stationsstraat in een rijwoning, zijn heel belangrijke interventies waarbij luttele minuten bepalend zijn voor de omwonenden. Dergelijke oproep met snelle adequate hulpverlening door het brandweerkorps Deerlijk, zorgde ervoor dat er geen overslaande brand naar linker- en rechterwoning mogelijk was. Bij dergelijke woningbranden, zijn er soms slechts 3 luttele minuten nodig om ook het huis links en rechts ernstige schade toe te brengen. Op vandaag kent het team een gemiddelde opkomst van 85% tijdens de wekelijkse oefeningen. Wanneer in de toekomst de kazerne zich situeert op een plaats die bij oproepen frequent te laat bereikt wordt, stelt zich de vraag hoe ver een bestuur dan kan gaan in zijn verwachtingen naar vrijwilligers om deel te nemen aan wekelijkse oefeningen. Hoe lang zullen vrijwilligers zich blijven engageren, bijscholen, oefenen, allerlei bijkomende taken opnemen, om dan vast te stellen dat zij niet meer meetellen wanneer er een echte oproep is, alleen al wegens het feit dat ze niet tijdig in de kazerne geraken? Wat betreft het verkeerstechnische probleem, zou de oplossing moeten liggen in de heraanleg van het kruispunt Belgiek. Wij geloven niet dat dit de allesoplossende ingreep zal zijn. Spijtig genoeg wordt de heraanleg van dit kruispunt ingepland rond dezelfde periode als de bouw van de nieuwe kazerne, maar de planning voor het totale concept kruispunt Belgiek, beslaat een veel langere tijd dan de bouw van een kazerne. Daarnaast is de doorgang vanaf het kruispunt richting de Olekenbosstraat via de Wafelstraat, op de nieuwe plannen, geen meter breder gemaakt dan de huidige situatie. Dit betekent, dat wanneer opgeroepen
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 635
brandweerlui of mensen van de dienst 100 vrij snel tot bij het kruispunt geraken, zij alsnog afhankelijk zijn van het verkeer rondom hen. En met de beste wil van de wereld wensen de andere automobilisten op dat moment misschien wel plaats te maken voor de aanrijdende vrijwilligers doch zij kunnen dit eenvoudig niet omdat er op meerdere lange stroken van de weg geen uitwijkzone aanwezig is. Het inspectieverslag van 2009 ijvert er reeds voor om een brandweerafvaardiging te voorzien in de mobiliteitscommissie. Het is immers van belang dat zij bij infrastructurele veranderingen in de gemeente, heraanleg van straten en wegen, mee kunnen denken met het oog op het mogelijk maken van een vlotte doorgang in het kader van de snelst adequate hulp. Werden zij betrokken tijdens de denkoefening rond de heraanleg kruispunt Belgiek? Wellicht niet. Zullen zij dit in de toekomst wel zijn? Onze vraagt blijft ook: waarom komt de kazerne niet op de plek van het de gemeentelijke depot? Zoals eerst beloofd werd. Zelfs nog in september 2013 schrijft de meerderheid zwart op wit dat de nieuwe brandweerkazerne ingepland staat op de locatie van het gemeentelijk depot. Amper 5 weken later komt er aan het korps een brief met uitnodiging tot een informatieve bijeenkomst met toelichting en aftoetsing van mogelijkheden tot samenwerking en bouwen van een kazerne met de gemeente Anzegem. Het lijkt ons bijzonder lucratief, om in amper 5 weken de tijd dergelijke presentatie te kunnen neerzetten met reeds een 3Dvoorstelling van uitzicht kazerne, concrete plaatsomschrijving van de aan te kopen gronden, een volledig panel met mensen uit de hoogste rangen van Fluvia, zelfs een moderator om alles in goede banen te leiden. Het is bijna als een ware tovenaarsact waarbij de burgemeester in amper 5 weken van niks naar alles gaat, van een kazerne in het gemeentelijk depot tot een samenwerking met een ander korps en het bouwen van nieuwe kazerne op de grens met Vichte. Toegegeven, het lijkt ware magie om dit in vijf weken te realiseren. Meer nog, in de presentatie wordt verwezen naar meerdere scenario’s die gesimuleerd werden en dat alles in 5 weken tijd? Merlijn de tovenaar is peanuts naast jullie. Of waren deze plannen dan toch reeds eerder boven de doopfont gehouden? Was er een parallelle denkpiste naast de herhaaldelijke belofte van locatie op de site van het gemeentedepot? In het MAT overleg van half september 2013 wordt er koud en warm geblazen bij een concrete vraag rond nieuwe kazernering; op geen enkel moment blijkt dat er reeds dergelijke concrete plannen bestaan. Tijdens datzelfde overleg brengt iemand van het team ‘kazernering’ verslag uit van het vele werk die vijf mensen sinds oktober 2012 verzetten, om gans België te doorkruisen om nieuwe kazernes voor teams van eenzelfde grootorde te gaan bekijken en ideeën mee te brengen voor een nieuwe kazerne in Deerlijk. Er wordt gevraagd om dit alles in een dossiertje bij te houden.Transparantie lijkt ons hier erg moeilijk terug te vinden. Bij de presentatie wordt verwezen naar een zeker terugverdieneffect op lange termijn bij het bouwen van een nieuwe kazerne op de grens van Deerlijk met Vichte en een samensmelting van beide teams. Wij vragen ons af wat dat terugverdieneffect dan wel kan zijn. Eerst wordt er in een TVinterview gesproken over 500.000 euro; een halve maand later krijgen wij documenten ter voorbereiding van de meerjarenplanning waarin een bedrag van 550.000 euro is opgenomen. Een aanpassing van 10% meerkost in amper 14 dagen tijd. Mocht een aannemer op dergelijke wijze offertes opmaken, zijn orderboek zou mager bezaaid blijven. Cijfers leren ons dat de loonkost van beide teams gelijklopend zijn in 2012. Let wel, de globale loonkost. Rekening houdend met het feit dat Deerlijk 210 interventies uitvoerde in 2012 en het team van Anzegem 118 interventies, kan je stellen dat ons Deerlijks korps bijna het dubbele van interventies uitvoert tegen dezelfde prijs. Hoe zullen in de toekomst de kosten van de vrijwilligers bij oproepen verdeeld worden? Zal dit fifty-fifty zijn? Of wordt er rekening gehouden met het aantal interventies op de 2 grondgebieden? Of wordt er rekening gehouden met welke vrijwilligers er optreden, dezen van Anzegem of Deerlijk? In weinig van voorgaande situaties lijkt ons een besparing te vinden. Het rollend materieel wordt in de inspectie van 2009, ondanks hun lange staat van dienst, toch als bijzonder goed onderhouden omschreven. Dit zegt veel over de zorg van onze vrijwilligers voor het gemeentelijk wagenpark en materieel en lijkt ons op vandaag reeds een lopende besparing. Zal hetzelfde niveau van onderhoud aangehouden blijven in de
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 636
toekomst? Waar komt de opbrengst bij verkoop van de wagens terecht? Worden door gemeenschappelijk gebruik en frequentere inzet wagens niet sneller vervangen? Hierin vinden wij niet onmiddellijk belangrijke besparingen terug. In de presentatie wordt ook verwezen naar de winst uit samenwerking: een groter korps, beter inzetbaar, betere opkomst bij oproepen. Cijfers leren ons dat Deerlijk een gemiddelde opkomst heeft van 30% overdag en Vichte 25% tijdens weekdagen. Van 1 op 3 in Deerlijk naar 1 op 2; dit kan nog een motivatie zijn. Maar ook in Vichte zullen de uitruktijden langer worden. Op vandaag bedragen die 4 minuten met een kazerne in het centrum van Vichte. Op vandaag wordt de helft van Anzegem reeds door het Avelgemse korps beredderd. Er komt inderdaad een grotere zone, maar wie vaart er wel bij? De Deerlijknaar die langer moet wachten op adequate hulpverlening? Het woord ‘snel’ zal spijtig genoeg vaker achterwege moeten gelaten worden. Het inspectieverslag van 25 juni 2009 wijdt speciaal uitgebreid tekst aan de rol van de conciërge. De conciërge is binnen de brandweer Deerlijk, samen met haar gezin, een erg belangrijke figuur, citeer ik uit het verslag. Naast de bemanning van de oproepcentrale, het zorgen voor de veiligheid rond de kazerne bij oproepen, het onderhoud van de kazerne en de onuitputtelijke inzet, is deze persoon, samen met haar gezin, altijd klaar om te helpen. Het inspectiecomité adviseert dan ook om de conciërge op te nemen in de personeelsformatie om de functie als centralist te vrijwaren. Unaniem getuigt iedereen binnen het Deerlijkse korps over het belang van een conciërge, zeker binnen een vrijwillig brandweerkorps. Meer nog, de algemene richtlijnen van september 1969 voor het bouwen van brandweerkazernes, posten of brandweerstations vanuit het Ministerie van Binnenlandse zaken, beschrijft de noodzaak van huisvesting voor huisbewaarders/conciërges waar de effectieve brandweerlieden uitsluitend uit vrijwilligers bestaan. Er moet worden voorzien in alle levensnoodzakelijke comfort. Waarom werden deze mensen niet mee uitgenodigd op de infovergadering? Het bleek na de vergadering zelfs dat er geen woongelegenheid meer voorzien is in of nabij de nieuw te bouwen kazerne. Er wordt beweerd dat op de vraag naar een huisbewaarder, er zelfs negatief werd geantwoord. Welnu, hoe zullen in de toekomst dan al deze taken van de huidige conciërge ingevuld worden? Door welk aantal FTE poetsdienst? Wie zal instaan voor het logistieke onderhoud, de standby dag en nacht bij het oproepsysteem en, nog veel belangrijker, de menselijke inbreng van een huisbewaarder wanneer de vrijwilligers terug keren naar de kazerne na een aangrijpende oproep of moeilijke interventie? Diegene die het minst heeft moeten heen en weer lopen tijdens de interventie zorgt dan maar voor de koffie; of na het douchen gewoon huiswaarts keren? De kost van alle mensen die de vele taken van een huisbewaarder moeten opnemen, lijkt ons ook niet onmiddellijk een besparing. En dan nog over die inspectie in oktober 2009, nu toch weeral 4 jaar geleden. Met de uitdrukkelijke raadgeving om niet te wachten tot het bouwen van een nieuwe kazerne heeft de inspectie toen enkele dringend uit te voeren zaken geformuleerd: wasplaatsen, voldoende en goed werkende afgesloten toiletten, degelijke inrichting van de wachtkamer voor de dienstdoende vrijwilligers, en niet zoals nu, ingericht met eigen materiaal. Er is wel budget om jaarlijks vele euro’s te sponsoren aan mensen die knotwilgen in het landelijke beeld onderhouden. Maar waarom bv geen gewone, basis douchecabine voorzien in die wachtkamer. Tel maar na, het budget is er vast wel. Of goed werkende wc’s. Ook een wasmachine waarin de mensen van de dienst 100 hun kledij kunnen wassen na een interventie want bloed, braaksel en andere lichaamsvochten horen niet thuis in de eigen wasmachine van de vrijwilligers, maar op vandaag blijkbaar nog steeds. De inspectie dringt er in 2009 op aan om niet te wachten op de brandweerhervorming om reeds budget aan te leggen voor een nieuwe kazernering en reeds vanaf die tijd te investeren. Dit brengt de gemeente immers een vermindering van de gemeentelijke dotatie op in de begroting van Fluvia. Sinds oktober 2009 - niet in december 2009, zelfs niet eind 2010, 11 of 12 - vinden we geen budgetten terug in een orde van grootte die kunnen dienen voor de bouw van een
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 637
nieuwe kazerne. Enkel een klein budget tot het aanstellen van een architect, die er enkele jaren is blijven opstaan, maar nooit werd gebruikt, want er was geen locatie, of toch wel, in die eerste week van oktober 2012, maar zelfs dan kon er nog geen architect aan de slag, zo bleek. Nog enkele bedenkingen: De verplichte voorzieningen in een kazerne zoals een droogtoren, zal dit het beeld van de wijk Belgiek dan wel sieren? Het idee, de plannen, alles in zijn grootsheid is aanwezig. Alleen nog een belangrijke vraag: de gronden. Die kunnen zelfs nog niet aangekocht worden, wegens de niet juiste bestemming. Zijn daar al plannen voor? Zal de opmaak van een RUP niet nog meer kosten en, vooral, voor vertraging zorgen? De verkeersdrukte: tegenstanders van dit betoog zullen beweren dat het bijlange niet altijd zo druk is. Inderdaad, tot de koopzondagen in twee in de directe nabijheid liggende grote koopcentra en kermissen op de verschillende wijken. Ik hoop dat ik nooit op de dag van Belgiek koerse de brandweer of dienst 100 nodig heb, want dan vrees ik dat zij misschien wel hopeloos te laat zullen komen, ondanks hun inzet, en dat zou ik bijzonder moeilijk om dragen vinden. Ik, wellicht samen met vele anderen in dergelijke situaties. Opnieuw, tegenstanders kunnen dit chargerende voorbeelden vinden, maar “het gevaar schuilt soms in een klein hoekje” en op de meest onverwachte momenten doen zich vaak de ergste zaken voor. Beste meerderheid, wij vragen met aandrang, denk goed na vooraleer definitief zaken te beslissen en handtekeningen plechtig op foto te laten vereeuwigen. De absolute prioriteit is de veiligheid van onze Deerlijkenaren, want daar doen we het voor. Het engagement van een groep mensen die dag en nacht zich ten dienste stellen van ons allen, misken dit niet, negeer dit niet. Objectieve en beredeneerde motivatie moet primeren. Voor persoonlijke hersenspinsels is er in deze geen plaats. Daarvoor is dit dossier te belangrijk, daarvoor is de Deerlijkse veiligheid te belangrijk. Dit is geen zwembad, dit gaat om een veilig gevoel, iedere dag opnieuw, dit gaat om hulp in nood, liefst zo snel mogelijk, liefst zo adequaat mogelijk, liefst door mensen met enorme toewijding en ervaring. Ons standpunt is duidelijk: de locatie voor een nieuwe kazerne op de site van het gemeentedepot staat op één, samenwerking met een andere gemeente kan doch enkel met een WIN-WIN scenario. Wat nu voorligt is een bijzonder twijfelachtig scenario en waar rook is, is vuur. Fusies van gemeentes, zoals ondermeer Deerlijk, zijn weer helemaal actueel en hierbij wordt er gekeken in de richting van de politiezones en niet van brandweerzones. Beste meerderheid, laat de Deerlijkenaren niet achter met een gemeente ingenomen aan de ene kant en een kazerne, op kosten van de Deerlijkenaren, gratuit aan de andere kant toebedeeld. Denk aan één zaak bij uw beslissing omtrent dit dossier: UW veiligheid, mijn veiligheid, de veiligheid van onze inwoners.” Namens zijn fractie stelt N-VA raadslid Terryn het volgende: ‘Tijdens de gemeenteraad van juli 2013 hebben wij reeds de vraag gesteld of Deerlijk zelfstandig een brandweerkazerne kan financieren. De financiële spaarpot van destijds is reeds opgesoupeerd. Wij stelden de vraag of er, gezien de financiële toestand, gestreefd kon worden naar samenwerking met andere gemeenten of steden om gezamenlijk een brandweerkazerne te bouwen binnen de zone. Wij hebben toen informele contacten gehad met enkele schepenen van Harelbeke om een gezamenlijke kazerne te bouwen langs de N36. Zij wilden dit project (weliswaar op termijn) ook steunen. Maar er is daar toen verder geen gevolg aan gegeven.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 638
Wij hebben er geen probleem mee dat er nu een samenwerking komt met de gemeente Anzegem en dit willen wij ook steunen. Ook het feit dat er een gezamenlijke kazerne zal gebouwd worden willen wij steunen, daar dit een goedkoper project is dan wanneer de gemeente Deerlijk alleen moet instaan voor de financiering en dat het niet meer van deze tijd is wanneer elke gemeente een eigen kazerne met bijhorend materiaal heeft. In tijden van financiële crisis voor lokale besturen zal dit wel besproken zijn binnen de zone Fluvia en zal dit deel uitmaken van het project brandweerhervorming binnen deze regio waarvan Deerlijk deel uitmaakt. Helaas zijn wij daar nooit officieel van op de hoogte gebracht, werden wij steeds in het ongewisse gelaten, .en werd er op onze vragen tijdens die gemeenteraad ook niet duidelijk op geantwoord. Wat de voorziene locatie betreft zijn er enkel vragen gerezen. Wij beseffen heel goed wanneer 2 gemeenten of 2 korpsen zullen samenwerken, het niet gemakkelijk is om de ideale plaats voor het bouwen van een kazerne te bepalen die voor beide partijen aanvaardbaar zijn. Het feit dat het merendeel van de Deerlijkse brandweerlieden in en rond het centrum van Deerlijk wonen is de voorziene locatie niet ideaal. De afstand is verder, het aantal verkeerslichten (3 of 4 al naargelang de woonplaats), en het kruispunt de Belgiek maken de aanrijtijden hoger. Er zal inderdaad een kazerne op Deerlijks grondgebied zijn, maar hopelijk zijn er nog Deerlijkse brandweerlieden. Er dreigen een aantal mensen er de brui aan te geven, zoals reeds is gebeurd sedert de bekendmaking. Zelfs brandweermensen die op de Belgiek wonen zijn niet echt gelukkig met de voorziene locatie. Zeggen dat de herinrichting van het kruispunt van de Belgiek alles zal oplossen is uiteraard de waarheid onrecht aandoen. Ik heb in deze zaal destijds de woorden van de schepen van mobiliteit gehoord dat de herinrichting van het kruispunt Belgiek niet de ideale oplossing zal zijn. Toen de burgemeester de dag na de info-vergadering met de brandweerlieden op TV verklaarde dat er ook niet altijd file is op het kruispunt van de Belgiek…, en dat is ook zo, kan men zich afvragen waarom men het kruispunt dan moet herinrichten. Het argument dat men de kazerne ook kan bereiken via de Klijtstraat en de Wafelstraat, of via de Oude Vichtestraat is een gevaarlijk precedent. Deze kleine straatjes zijn niet geschikt om bij elke interventie een race te houden tegen de tijd. Vooral het risico van onveiligheid en ongevallen wanneer met verschillende niet prioritaire voertuigen, met een hoge snelheid, doorheen deze 2 aanrijroutes wordt gevlamd is groot. Ik denk vooral tijdens de spitsuren wanneer men moet rijden tegen de tijd en slalommen tussen het stilstaand verkeer thv de verschillende verkeerslichten en het aanschuivende verkeer van op de brug van de E17 naar het kruispunt toe. Ik weet hoe moeilijk het is om drukke wegen te passeren met een prioritair voertuig. Laat staan dit te moet doen met een niet prioritair voertuig. De kleine straatjes, eerder vernoemd, zijn allemaal plaatsen waar een tegenligger dwarsen niet gemakkelijk is, waar heel wat zwakke weggebruikers en schoolgaande jeugd van en naar school passeren met de fiets. Ik mag er niet aan denken…... In elk geval streven wij naar het behoud van de dienst 100 in het centrum van Deerlijk, anders is deze ten dode opgeschreven. Is er verder reeds een overeenkomst met de huidige eigenaar van de grond waarop de nieuwe kazerne voorzien wordt? Ligt deze grond in agrarisch gebied? Kan er op deze grond gebouwd worden zoals wettelijk voorgeschreven?
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 639
Is er reeds bij de stedenbouwkundige diensten navraag gedaan om een bouwvergunning te krijgen? Is daar reeds groen licht voor? Vragen waar jullie al een tijd mee bezig zijn en wellicht al het antwoord kennen. Wij vrezen dat dit niet de ideale locatie is en dat er betere locaties beschikbaar zijn. Wij vragen dan ook expliciet om de locatie in volgende overlegmomenten te herzien. Naar onze mening, en we zijn heus niet alleen, zou de locatie beter aan de andere kant van de E17 komen. De locatie aan het gemeentedepot is al veelvuldig ter sprake gekomen. Maar misschien is de locatie aan het autoleerrijpark aan de brug van de E17 nog een betere locatie. Daar is een mooi stuk grond te koop die trouwens ideaal zou zijn voor een brandweerkazerne. Deze is gelegen - langs de N36; - dicht bij het centrum van Deerlijk en gemakkelijker te bereiken vanuit het centrum; - dicht bij de E17; - centraal gelegen; - in vergelijking met het gemeentedepot, dichter gelegen bij Vichte; - gemakkelijker om met de prioritaire voertuigen op de weg te komen. Mijnheer de voorzitter, u zegt dat u positief bent naar de oppositie toe en dat u luistert naar hun constructieve opmerkingen. We hopen dan ook dat u dit voorstel meeneemt naar de volgende besprekingen. Wat ons nog het meest stoort is dat deze beslissing wordt genomen zonder transparantie naar de gemeenteraad en zonder overleg met de Deerlijkse brandweer. Wanneer alles in kannen en kruiken is kan de oppositie hun woordje doen tijdens de gemeenteraad juist voor de stemming. Maar een constructief debat is weer niet mogelijk. Het zou vooral beter geweest zijn om de gemeenteraad in te lichten en het debat te voeren VOOR dat de beslissing genomen wordt. Het zou vooral beter geweest zijn om overleg te plegen met de Deerlijkse brandweer VOOR dat er een infovergadering wordt georganiseerd. Mocht dit gebeurd zijn, zou de kritiek en verontwaardiging niet zo groot geweest zijn. Dan zou de kans veel groter geweest zijn dat jullie met jullie beslissing meer steun zouden krijgen en dat zou voor iedereen veel aangenamer zijn. De gemeenteraad moet via de pers vernemen dat er een samenwerking met brandweer Anzegem komt en via brandweermensen dat er een infovergadering voor de brandweerlieden wordt georganiseerd In een mail heb ik u gevraagd om ook alle gemeenteraadsleden uit te nodigen naar deze infovergadering. Dit werd geweigerd omdat en ik citeer: ‘Het gaat over een vergadering waarop beide burgemeesters voornamelijk willen luisteren naar hun manschappen.’ En verder…: ‘Dat het een eerste communicatie is met de basis. En dat er achteraf nog een aantal info- en communicatiemomenten volgen.’ Dit was dus volledig onwaar, want u ging gewoon de beslissing toelichten. De beslissing stond al lang vast. Uit goede bron had ik toen reeds vernomen dat reeds alles was geregeld. Wij vinden het absoluut niet kunnen dat zulke lokale brandweerhervormingen worden doorgevoerd zonder dat de Deerlijkse brandweer daar wordt in betrokken. Ook al is uw relatie met de brandweercommandant dienstchef op zijn zachts gezegd niet goed, vinden wij toch dat die moet worden gebriefd en op zijn minst worden ingelicht. Indien het dan toch zo moeilijk is om met deze persoon in gesprek te gaan, kon men toch naar anderen luisteren. Ook de werkgroep “kazernering” werd niet om advies gevraagd en
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 640
het managementteam werd niet ingelicht. Nochtans is daar in de vergadering van september de bezorgdheid uitgedrukt ivm de locatie van een nieuwe kazerne. Men uitte de ongerustheid van de brandweer dat wanneer de kazerne te ver van het centrum komt te liggen, er niet genoeg manschappen tijdig in de kazerne zullen geraken, daar het merendeel van de korpsleden in en rond het centrum woont. Deze opmerking uit het managementteam wordt gewoon genegeerd. Wanneer er dan tijdens de infovergadering wat kritiek komt van een ontgoochelde brandweerman wordt deze dan nog op het matje geroepen en wordt er met ontslag gedreigd wat ten zeerste te betreuren is. Nu is het duidelijk dat er met een heuse verkiezingsstunt werd uitpakt de week voor de gemeenteraadsverkiezingen met de zogezegde bevestiging en belofte dat de kazerne zal gebouwd worden thv het gemeentedepot. Zelfs in het lokale CD&V blaadje van september laatstleden spreekt u nog van de bouw van een kazerne langs de N36 thv het gemeentedepot, terwijl men bezig was met de onderhandelingen met Anzegem. Hoe oneerlijk is dat naar de Deerlijkse inwoners.? De Deerlijkse bevolking wordt verkeerd geïnformeerd. Dit was echt een staaltje kiezersbedrog. Ten slotte wil ik besluiten dat wij akkoord gaan met een samenwerking van beide brandweerkorpsen en om een gezamenlijk kazerne te bouwen met de gemeente Anzegem maar dat wij hopen dat onze bemerking naar locatie toe, zullen worden meegenomen naar de volgende overlegmomenten. N-VA raadslid Terryn vraagt om in artikel 1 de laatste 7 woorden zijnde “in de wijde omgeving van de Belgiek” te schrappen en te vervangen door “en de locatie verder te bespreken in volgende overlegmomenten.’ Op deze tussenkomsten repliceert de burgemeester dat hij eerst een aantal uitspraken wenst te relativeren vooraleer over te gaan tot het algemeen inhoudelijke gedeelte. Er wordt gezegd dat vanwege de langere aanrijtijden men hoopt dat het niet zal branden op de dag van Belgiek koerse. Hetzelfde geldt vandaag voor bijvoorbeeld de kerstcorrida, de midzomermarkt of tijdens een grote begrafenis. De brand op de Stationsstraat is een goed voorbeeld, maar het heeft ook al op de Belgiek gebrand. Wat de bestemming van het gebied betreft stelt hij dat dit gedeeltelijk als agrarisch is ingekleurd. Stedenbouwkundig is de vraag naar de mogelijkheid tot het bouwen van een kazerne op de voorgestelde plek gesteld aan de bevoegde diensten. Het dossier is sterk gemotiveerd, maar een antwoord op de gestelde vragen is er nog niet. Vandaar dat hier een principebeslissing voorligt. Er is een informatievergadering naar de brandweer geweest, en nu ligt de principebeslissing voor in de gemeenteraad. Dat is de gewenste volgorde voor het goed afhandelen van een dossier. De uitspraken die stellen dat sommige mensen er de brui aan geven, kunnen gerelativeerd worden, gezien er sinds de bekendmaking slechts één ontslag werd ontvangen. De reden van dat ontslag staat bovendien los van de locatie van de nieuwe kazerne. Er werd ook opgemerkt dat de brandweermannen van Deerlijk de huizen kennen doch dat is niet de definitie van ‘snelst adequate hulp’. Op vandaag wordt er door het Deerlijkse brandweerkorps geblust in Beveren, terwijl Anzegem bijvoorbeeld interventies doet in SintLodewijk. Snelst adequate hulp gaat erover dat het brandweerkorps dat er het rapst kan zijn wordt opgeroepen. Vandaag komen er dus ook andere korpsen op Deerlijks grondgebied, zoals ook het brandweerkorps van Deerlijk op ander grondgebied gaat blussen. De burgemeester stelt dat het er uiteindelijk niet toe doet welk korps er komt bij brand of andere calamiteit maar wel dat er een korps ter plaatse van het onheil is.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 641
Wat de aanrijtijden betreft moet er meegegeven worden dat, als er een brand is, niet elke brandweerman van het centrum moet aanrijden naar de Belgiek. Er zijn mensen die dichter in de buurt wonen, al dan niet in een andere gemeente, van de voorgestelde nieuwe locatie en sneller ter plaatse kunnen zijn. Wanneer dit alles wordt samengenomen, dan kan men vaststellen dat wanneer er gezamenlijk gewerkt wordt, er binnen de drie tot vijf minuten meer brandweerlui zullen aanwezig zijn en dat er ook sneller kan vertrokken worden. Nu kan men voor een interventie zelfs niet altijd vertrekken omdat er te weinig brandweermannen beschikbaar zijn. Hetzelfde geldt voor de beschikbaarheid van de officieren, wat uiteraard ook te maken heeft met hun aantal. Precies omwille daarvan wordt er uitdrukkelijk meegegeven dat samenwerking met verschillende korpsen alleen maar kan leiden tot een grotere beschikbaarheid, en men sneller zal kunnen vertrekken. Het klopt inderdaad dat er een aantal mensen niet zo snel meer de kazerne zullen kunnen bereiken maar op vandaag zijn er echter ook mensen die met de tweede of derde brandweerwagen mee moeten gaan. Er geprobeerd wordt om samen te werken over de politieke grenzen heen. Als er moet worden vastgesteld dat we qua beschikbaarheden minder goed zitten, dan is het noodzakelijk om meer te gaan samenwerken. De burgemeester stelt vast dat de tussenkomende raadsleden allen aangeven dat samenwerking een goede zaak is. Het is in elk geval de bedoeling om tot een positief resultaat te komen, en de eigen verantwoordelijkheid niet uit de weg te gaan, noch in Deerlijk, noch in Fluvia, noch binnen de brandweerwereld. Heel wat mensen met kennis van zaken en met een toekomstvisie over de brandweer en de gemeente, waarderen die inspanning. Als voorzitter van Fluvia kan hij alleen maar vaststellen dat een samenwerking meer dan nodig is, of dat er anders van het Deerlijkse brandweerkorps nog weinig sprake zal zijn. Er zal ook niet gezwicht worden voor enige druk. De vraag wordt terecht gesteld waarom de piste van de inplanting van een nieuwe kazerne ter hoogte van de N36 verlaten wordt. Daarvoor zijn twee grote redenen. De eerste reden is dat het voorstel van jaren terug om samen te werken met Anzegem nu politiek gedragen wordt door de huidige burgemeester en zijn team, in tegenstelling tot vroeger. Ten tweede is er in die periode veel veranderd in ons korps. Na heel wat overleg, is het resultaat uiteindelijk geweest dat zeven personen hun ontslag hebben ingediend. Wanneer men merkt dat het eigen korps leegloopt, dan moet de vraag gesteld worden of er niet beter wordt samengewerkt. Dat mag met om het even wie zijn, maar er is één gemeente die echt bereid is, en zelfs bereid is te betalen voor een kazerne op Deerlijks grondgebied. Dit gaat over de eerste twee à drie jaar waarna er enkel nog zal gesproken worden over de zone Fluvia, ongeacht of de kazerne dan in Anzegem, Deerlijk, Harelbeke of Kuurne staat. De burgemeester geeft mee dat de beide burgmeesters ervoor kozen om enkel de leden en ereleden van hun brandweerkorps uit te nodigen op de informatievergadering maar dat het misschien goed was geweest mocht de conciërge mee uitgenodigd geweest zijn. Verder stelt hij dat er bij de nieuwe kazerne wellicht geen conciërge meer zal aanwezig zijn, maar dat alles nog gedetailleerder dient uitgewerkt te worden. In de huidige fase is het zeker niet zo dat gekend is wie welke taken zal opnemen. Verder onderlijnt hij dat hij alle respect heeft voor de conciërge en de taken die deze uitvoert, maar wanneer er toekomstgericht gedacht wordt zal er meer en meer zonder conciërge worden gewerkt. Dat geldt niet alleen op vlak van de brandweer, maar ook in andere domeinen waar de in dienstzijnde conciërges vermoedelijk ook de laatsten zullen zijn. Inzake (de verdeling van) de kosten geeft de burgemeester mee dat er zal gewerkt worden met een eenvormig en eenvoudig retributiereglement over de hele zone dat ook zal gelden voor andere gemeenten. Daar wordt momenteel aan gewerkt, want ook op dat gebied springt Deerlijk wel eens uit de band. De gemeente is nogal gul in de interventies in vergelijking met andere gemeenten. Het is daarom ook nodig om dat aan te pakken, en dat gaat verder dan de situatie Deerlijk - Anzegem.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 642
Inzake de samenwerking met Harelbeke bevestigt de burgemeester dat deze een hele tijd goed is verlopen; de laatste tijd was het iets minder aan de orde. Oorspronkelijk was er ook een hele goede samenwerking met Vichte, maar ook deze liep op een bepaald ogenblik wat spaak. Dat wordt ook bevestigd door de erecommandanten. De burgemeester stelt dat hij in eigen persoon de burgemeester van Harelbeke op de hoogte heeft gebracht van de geplande samenwerking met Anzegem. Schepen van mobiliteit Accou wenst toe te voegen dat wanneer het dossier inzake de herinrichting van het kruispunt Belgiek besproken wordt in de gemeentelijke begeleidingscommissie de brandweercommandant daarop telkens uitgenodigd wordt doch dat hij zich laat verontschuldigen. Het amendement van N-VA raadslid Terryn om de tekst van artikel 1 van de voorliggende ontwerpbeslissing zijnde ‘Art. 1.- Principieel akkoord te gaan met het bouwen van een nieuwe brandweerkazerne samen met het gemeentebestuur van Anzegem op het grondgebied van Deerlijk in de wijde omgeving van de Belgiek.’ te wijzigen in ‘Art. 1.- Principieel akkoord te gaan met het bouwen van een nieuwe brandweerkazerne samen met het gemeentebestuur van Anzegem op het grondgebied van Deerlijk en de locatie verder te bespreken in volgende overlegmomenten.’ wordt aangenomen met 15 ja stemmen (CD&V, N-VA) en 6 onthoudingen (Open VLD, sp.a). sp.a Raadslid D’hont geeft aan dat haar fractie zich bij de stemming heeft onthouden omdat zij zich niet heeft kunnen voorbereiden op dit amendement. Voor zijn fractie poneert Open VLD raadslid Schelfhout dezelfde bemerking. Na goedkeuring van dit amendement vraagt de voorzitter van de gemeenteraad de stemming over de onderstaande integrale beslissing zoals aangepast ingevolge het goedgekeurde amendement. Verwijzend naar artikel 2 van het besluit nl het overmaken van huidige beslissing aan het gemeentebestuur Anzegem, geeft sp.a raadslid D’hont aan dat haar fractie heeft tegengestemd omdat dit betekent dat er onvoorwaardelijk dient samengewerkt te worden met Anzegem. Dit legt alles aan banden en zij wenst andere mogelijke samenwerkingen verder onderzocht te zien met een betere locatie zodat de snelle adequate hulpverlening voor de Deerlijkse inwoners niet in het gedrang komt. Open VLD raadslid Schelfhout geeft aan dat zijn fractie heeft tegengestemd daar er ook nog met een andere gemeente kan worden samengewerkt, in casu Harelbeke. -
DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de wet van 31 december 1963 op de civiele bescherming; Gelet op de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid; Gelet op de algemene richtlijnen van september brandweerkazernes, posten of brandweerstations;
1969 voor het
bouwen van
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 643
Gelet op het verslag van de brandweerinspectie van het inspectiebezoek van 25 juni 2009 bij de brandweer Deerlijk; Gelet op het verslag van de brandweerinspectie van het inspectiebezoek van 2 oktober 2009 bij de brandweer Anzegem; Overwegende dat de brandweerinspectie in haar inspectiebezoeken van 25 juni 2009 en 2 oktober 2009 verschillende aandachtspunten voor de brandweerkazernes van Deerlijk en Anzegem aankaartte; Overwegende dat het aangewezen is hieraan passend gevolg te geven; Overwegende dat het gemeentebestuur van Deerlijk vragende partij is voor het bouwen van een nieuwe brandweerkazerne te Deerlijk; Overwegende dat het gemeentebestuur van Anzegem de intense wil heeft om de tekortkomingen aan de brandweerkazerne weg te werken; Overwegende dat de hulpverleningszone Fluvia scenario’s uitwerkt om een efficiënte organisatie te realiseren op het vlak van personeel, huisvesting en rollend materieel en dat wanneer de hulpverleningszone effectief rechtspersoonlijkheid krijgt dergelijke scenario’s zullen uitgewerkt en uitgevoerd worden; Overwegende dat de gemeentebesturen van Deerlijk en Anzegem vragende partij zijn om een goede brandweerdienstverlening te kunnen garanderen op hun grondgebied en dat hiertoe volgende zaken noodzakelijk zijn: voldoende inzetbaar en beschikbaar personeel, modern materieel en een aangepaste brandweerkazerne; Overwegende dat als twee kazernes samengevoegd worden hier terugverdieneffecten gerealiseerd worden op termijn; Overwegende dat deze terugverdieneffecten bestaan uit het feit dat wanneer het rollend materieel wel doordacht wordt samengevoegd, de vervangingvesteringen op termijn niet meer hoeven te gebeuren (in vergelijking met voor de fusie) en dat de investering in de nieuwe kazerne geheel of gedeeltelijk kan terugverdiend worden; Overwegende dat tussen de twee korpsen ook synergieën kunnen ontstaan door bijvoorbeeld de specialiteiten – werkgroepen (Rescue in Safe Conditions, Incidenten met Gevaarlijke Stoffen en Dienst 100); Overwegende dat de burgemeesters van beide gemeenten elkaar principieel konden vinden om een gemeenschappelijke kazerne te bouwen op een nieuwe centrale locatie; Overwegende dat deze denkpiste van beide burgemeesters verder uitgewerkt werd door stedenbouwkundige ambtenaren en afgevaardigden van de hulpverleningszone Fluvia, dat een aantal scenario’s werden onderzocht die tot één locatie leidden in de omgeving van het kruispunt Belgiek; Overwegende dat het principe van samenwerking werd naar voor gebracht door de beide burgemeesters en afgevaardigden van de hulpverleningszone Fluvia op 13 november 2013 op een informatievergadering; Overwegende dat alle actieve en ereleden van beide brandweerkorpsen hierop uitgenodigd werden;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 644
Overwegende dat na de interne overlegmomenten het aangewezen is dat er verdere officiële besluitvorming volgt om verdere stappen in het dossier te kunnen nemen; Overwegende dat het gemeentebestuur de vaste wil heeft om verdere stappen te zetten in dit dossier en dat een principebeslissing noodzakelijk is; Gelet op artikel 42, § 1 van het Gemeentedecreet dat de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad stipuleert; BESLUIT met 15 ja stemmen (CD&V, N-VA) en 6 neen stemmen (Open VLD, sp.a) Art. 1.- Principieel akkoord te gaan met het bouwen van een nieuwe brandweerkazerne samen met het gemeentebestuur van Anzegem op het grondgebied van Deerlijk en de locatie verder te bespreken in volgende overlegmomenten. Art. 2. - Dit besluit wordt overgemaakt aan het gemeentebestuur van Anzegem. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen te machtigen een overeenkomst te sluiten met het college van burgemeester en schepenen van Anzegem teneinde de praktische uitwerking te regelen en een werkgroep op te richten om het dossier te begeleiden. Art. 4. - Dit besluit wordt overgemaakt aan de toezichthoudende overheid. ----4. Samenwerkingsovereenkomst stad Harelbeke - gemeente Deerlijk - politiezone DeerlijkHarelbeke - dienstjaar 2014 Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 20 december 2012 de samenwerkingsovereenkomst betreffende de wederzijdse samenwerking en ondersteuning tussen de stad Harelbeke, de gemeente Deerlijk en de politiezone Deerlijk-Harelbeke voor het jaar 2013 goedgekeurd. Deze overeenkomst loopt af per 31 december 2013 en dient bijgevolg opnieuw te worden afgesloten voor het dienstjaar 2014. De samenwerkingsovereenkomst werd vanaf 2013 gereduceerd tot de terbeschikkingstelling van 38 u schoonmaakpersoneel door de stad Harelbeke. Reden voor deze reductie was de verhuis naar een locatie waarvan de stad Harelbeke niet langer de eigenaar is en de ontwikkeling van de politiezone zelf. De lopende samenwerkingsovereenkomst bepaalt ter zake van de uren schoonmaak: ‘De aanrekening van de kostprijs van deze terbeschikkingstelling door de stad Harelbeke aan de politiezone na 31 december 2013 zal het voorwerp uitmaken van een latere overeenkomst.’ Het blijkt dat: - de loonkost voor de poetsmedewerker thans 37.790,43 euro bedraagt; - de nog te recupereren ten onrechte aangerekende overheadkost 5.532,30 euro bedraagt (het overige deel werd gerecupereerd in 2013); - het aangewezen is de vervanging van de poetsmedewerker via de stad - ingeval van afwezigheid - te schrappen;
G.13.12
-
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 645
het aangewezen is de afrekening te laten aansluiten bij de effectief geleverde prestaties.
Voor het overige beoogt de nieuwe samenwerkingsovereenkomst de voortzetting van de gemaakte afspraken in 2013. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 27 november 2013 de samenwerkingsovereenkomst overlopen en de voorzitter van de gemeenteraad verzocht dit punt te agenderen op de gemeenteraad van 5 december 2013. Artikel 42, § 1 van het Gemeentedecreet stipuleert dat het afsluiten van een dergelijke overeenkomst tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren: BESLUIT: Art. 1. - De raad hecht samenwerkingsovereenkomst:
zijn
goedkeuring
aan
de
hierna
opgenomen
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST Tussen: 1. De Stad Harelbeke, alhier vertegenwoordigd door de heer Michaël Vannieuwenhuyze, voorzitter van de gemeenteraad en de heer Carlo Daelman, stadssecretaris, handelend in naam en voor rekening van de Stad Harelbeke in uitvoering van een beslissing van de gemeenteraad van …(datum)… en onder voorbehoud van voogdijtoezicht, - hierna genoemd 'partij enerzijds' of nog 'de stad' of 'de stad Harelbeke' 2. De Gemeente Deerlijk, alhier vertegenwoordigd door de heer Claude Croes, burgemeester, voorzitter van de gemeenteraad en mevr. Trees Longueville, gemeentesecretaris, handelend in naam en voor rekening van de gemeente Deerlijk in uitvoering van een beslissing van de gemeenteraad van …(datum)… en onder voorbehoud van voogdijtoezicht, - Hierna genoemd 'partij enerzijds' of nog 'de gemeente' of 'de gemeente Deerlijk' 3. De Politiezone Deerlijk–Harelbeke (zijnde de Politiezone GAVERS), alhier vertegenwoordigd door de heer Alain Top, voorzitter van het politiecollege en de heer Rino Defoor, zonechef, handelend in naam en voor rekening van de genoemde politiezone in uitvoering van een beslissing van de politieraad van …(datum)… en onder voorbehoud van voogdijtoezicht, - Hierna genoemd 'partij anderzijds' of nog 'de politiezone' Is overeengekomen hetgeen volgt: Art. 1: Voorwerp: Deze overeenkomst heeft betrekking op de wederzijdse samenwerking en ondersteuning tussen de stad Harelbeke, de gemeente Deerlijk en de politiezone Deerlijk–Harelbeke. Art. 2: Inwerkingtreding en duur van de overeenkomst:
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 646
Deze overeenkomst treedt in werking per 01.01.2014. De overeenkomst geldt tot 31.12.2014, met uitsluiting van iedere stilzwijgende verlenging. Art. 3: Schoonmaak: Via de facilitaire dienst van de stad Harelbeke wordt gezorgd voor de schoonmaak van het hoofdcommissariaat gelegen aan de Deerlijksesteenweg 43 te Harelbeke a rato van 38 uur per week. Bij ziekte, vakantie of iedere andere afwezigheid zorgt de zone zelf voor vervanging. De aanrekening van de kostprijs van deze ter beschikkingstelling – sociale lasten inbegrepen - door de stad Harelbeke aan de politiezone zal gebeuren op basis van de werkelijk geleverde prestaties, waarbij een volledige jaarprestatie (zonder enige ziekte of afwezigheid) een bedrag van 37.790,43 euro vertegenwoordigt. Partijen komen overeen af te rekenen per kwartaal en in het eerste kwartaal 2014 een bedrag van 5.532,30 euro te verrekenen ten voordele van de zone, zijnde het laatste deel van de destijds ten onrechte aan de zone aangerekende overheadkosten. De eindafrekening betreffende 2014 zal in de loop van het eerste kwartaal 2015 aan de stad Harelbeke worden betaald. Art. 4: Diverse: Voor alle andere vormen van onderlinge verlening van diensten, werken de stad, de gemeente en de zone op een basis van wederzijdse complementariteit zonder het systematisch hanteren van een verrekeningsmechanisme. De uitzondering hierop zal telkens het voorwerp uitmaken van een voorafgaande vraag aan en beslissing van de respectievelijke colleges van de contracterende partijen, die hiervoor desgevallend per dossier een tarifering kunnen uitwerken en voorstellen aan de partij die om een ‘uitzonderlijke’ en dus te betalen dienst verzoekt. Voor zoveel als nodig geven de raden aan de respectievelijke colleges delegatie voor het treffen van dergelijke beslissing inzake tarifering binnen de grenzen van de bevoegdheden van de colleges in de gewone dienst c.q. het exploitatiebudget. Art. 5: Voorbehoud: Partijen erkennen dat deze overeenkomst is aangegaan onder het voormelde voorbehoud van voogdijtoezicht betreffende zowel de beslissing van de gemeenteraden van de stad Harelbeke en de gemeente Deerlijk als van de Politiezone Deerlijk–Harelbeke. Aldus gedaan te Harelbeke op in drie exemplaren, de stad, de gemeente en de politiezone erkennend elk één exemplaar te hebben ontvangen. Namens de Stad Harelbeke Namens de gemeente Deerlijk Carlo Daelman Michaël Vannieuwenhuyze Trees Longueville Claude Croes
Namens de politiezone Rino Defoor
Alain Top
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 647
----5. Beheersovereenkomst tussen gemeente en OCMW Deerlijk betreffende onderlinge samenwerking financiële dienst - goedkeuring N-VA raadslid Terryn stelt dat zijn fractie voorstander is voor de samenwerking tussen de financiële dienst van de gemeente en deze van het OCMW. Door de krachten te bundelen kan efficiënter worden gewerkt. Zijn fractie is dan ook blij dat er zal gewerkt worden met 1 financieel beheerder voor zowel OCMW als voor de gemeente. Deze samenwerking moet uiteraard ook als doelstelling hebben om te leiden tot een besparing in tijden van financiële crisis voor de locale besturen. Door het feit dat er een voltijdse stafmedewerker niveau A bij het OCMW zal worden aangeworven valt de besparingsmaatregel weg. N-VA raadslid Terryn zou dan ook liever zien dat de mensen van de financiële dienst van de gemeente de financiële dienst van het OCMW zouden ondersteunen. Dit is al zeker het geval wanneer men dan in het volgende agendapunt ziet dat de financieel beheerder een salariscomplement van 20% wil toekennen wat toch een aanzienlijke stijging is en een behoorlijk financiële impact voor de gemeente zal hebben.. Door het feit dat er een voltijdse stafmedewerker niveau A zal worden aangeworven, valt de dubbele verantwoordelijkheid voor de financieel beheerder voor een groot deel weg. Het kan niet de bedoeling zijn om de samenwerking van de financiële diensten kostelijker te maken voor de gemeente. In andere gemeenten en steden wordt ook op personeel bespaard. Ook in andere sectoren zoals gezondheidszorg wordt bespaard. In een omliggend ziekenhuis worden 25 fulltime equivalenten ontslagen wegens besparing. Dit zal zeker ook zijn impact hebben op de dienstverlening naar de patiënten toe maar zal een grote besparing zijn voor dat ziekenhuis. Schepen van personeel Accou antwoordt ter verduidelijking, dat als de samenwerking met de gemeente niet zou doorgaan, het OCMW in elk geval een nieuwe financieel beheerder nodig heeft. Die kan niet aangeworven worden voor 20% of 30% maar minimaal voor 50% met de bijhorende kostprijs. Wat de aanwerving van de medewerker op niveau A betreft, gaat het inderdaad over een ondersteuning voor de financieel beheerder. Op vandaag is daar reeds een contractueel op niveau B die de taak van ondersteuner van de financieel beheerder waarneemt. Deze B functie zal dan ook komen te vervallen bij de invulling van de nieuwe functie op niveau A. Er is dus enerzijds sprake van een beperkte meerkost doordat er een functie op niveau A wordt gecreëerd en anderzijds een hogere besparing omdat de keuze is gemaakt om geen financieel beheerder halftijds aan te werven. Dit zou een meerkost betekend hebben. DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op artikelen 271 van het Gemeentedecreet en het OCMW-decreet die stipuleren dat tussen de gemeente en het OCMW beheersovereenkomsten kunnen worden gesloten over het gemeenschappelijk gebruik van elkaars diensten; Gelet op artikel 43, § 2, 6° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om beheersovereenkomsten, als vermeld in artikel 271, goed te keuren; Gelet op artikel 75, § 3, 2° van het OCMW-decreet dat stipuleert dat, met toepassing van artikel 271, de financieel beheerder van de gemeente die door het OCMW wordt bediend, tegelijkertijd het ambt van financieel beheerder van het OCMW kan uitoefenen; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van heden tot aanpassing van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 648
Overwegende dat de gewestelijke ontvanger, die het ambt van financieel beheerder in het OCMW van Deerlijk uitoefent, op 1 januari 2014 op pensioen gaat; Overwegende dat beide besturen dit ambt vanaf 1 januari 2014 wensen te laten uitoefenen door de financieel beheerder van de gemeente en hiervoor een beheersovereenkomst wensen af te sluiten; Gelet op de bespreking in het college van burgemeester en schepenen van 13 november 2013; BESLUIT: met 17 ja-stemmen (CD&V, Open VLD en sp.a) en 4 neen-stemmen (N-VA) Art. 1. - Het ontwerp van beheersovereenkomst - zoals opgenomen in bijlage - tussen gemeente en OCMW Deerlijk betreffende onderlinge samenwerking financiële dienst wordt goedgekeurd. Art. 2. - De burgemeester en de gemeentesecretaris worden gemachtigd om deze overeenkomst namens de gemeente te tekenen.
OVEREENKOMST TUSSEN OCMW EN GEMEENTE BETREFFENDE ONDERLINGE SAMENWERKING FINANCIËLE DIENST Tussen: De gemeente Deerlijk, Harelbekestraat 27 te 8540 Deerlijk, vertegenwoordigd door dhr. Claude Croes, burgemeester en door mevr. Trees Longueville, gemeentesecretaris, beiden handelend namens de gemeente Deerlijk, in uitvoering van het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2013, hierna genoemd de gemeente, en het OCMW Deerlijk, Vercruysse de Solartstraat 22 te 8540 Deerlijk, vertegenwoordigd door mevr. Kaat Olivier, OCMW-voorzitter en door mevr. Mireille Van Thuyne, OCMW-secretaris, beiden handelend namens het OCMW Deerlijk, in uitvoering van het besluit van de OCMWraad van 9 december 2013, hierna genoemd het OCMW, Wordt als volgt overeengekomen: Artikel 1 De gemeente en het OCMW werken samen om het financieel beleid van gemeente en OCMW zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen. Door krachten te bundelen en intenser samen te werken beoogt men kennisbundeling, efficiëntie en beheersing van recurrente kosten. De artikelen 271 van het Gemeentedecreet en van het OCMW-decreet bepalen dat de gemeente en het OCMW onderling beheersovereenkomsten kunnen afsluiten over het gemeenschappelijk gebruik van elkaars diensten. Eind 2013 gaat de gewestelijke ontvanger van het OCMW op pensioen. Artikel 75, § 3, 2° van het OCMW-decreet stelt dat met toepassing van artikel 271 de financieel beheerder van de gemeente die door het OCMW wordt bediend, tegelijkertijd het ambt van financieel beheerder van het OCMW kan uitoefenen. Beide besturen wensen hiervan gebruik te maken. Om uitvoering te geven aan deze opdracht van samenwerking zullen beide besturen het ambt van financieel beheerder van het OCMW laten uitoefenen door de financieel beheerder van de gemeente, en zal het OCMW in haar personeelsformatie een voltijdse stafmedewerker financiën niveau A invullen. Artikel 2
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 649
Gemeente en OCMW komen overeen dat deze overeenkomst een duurtijd heeft van 3 jaar, namelijk van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2016. Beide besturen behouden de mogelijkheid om deze overeenkomst in onderling overleg te verlengen, te wijzigen, te schorsen of te ontbinden. Deze beheersovereenkomst is een kaderovereenkomst met algemene afspraken omtrent samenwerking. Indien dit nodig wordt geacht, kunnen verdere uitvoeringsmodaliteiten en concrete afspraken worden afgesproken tussen beide besturen. In het OCMW zal de financieel beheerder aanwezig zijn volgens de noodwendigheden van de dienst en dit zal minstens eenmaal per week tijdens de diensturen van het OCMW zijn. Artikel 3 De gemeente blijft de juridische werkgever van de financieel beheerder. Gemeente en OCMW oefenen samen werkgeversgezag over hem uit. De rechtspositieregeling van de gemeente blijft van toepassing op de financieel beheerder. Dit houdt onder meer in dat de rechten en plichten, de arbeidsvoorwaarden en het salaris met inbegrip van de bijhorende elementen van de financieel beheerder dezelfde blijven. Het OCMW is de juridische werkgever van de stafmedewerker financiën en oefent alleen werkgeversgezag over hem/haar uit. De rechtspositieregeling van het OCMW is van toepassing op de stafmedewerker financiën. Artikel 4 Het loon van de financieel beheerder wordt verder uitbetaald door de gemeente. Het loon van de stafmedewerker financiën wordt uitbetaald door het OCMW. De financieel beheerder wordt geëvalueerd volgens de bepalingen van het Gemeentedecreet en de rechtspositieregeling van de gemeente. Vanuit het OCMW wordt een insteek gegeven voor de evaluatie. Deze insteek gebeurt door de actoren die evaluator zouden zijn voor de financieel beheerder van het OCMW. De stafmedewerker financiën wordt geëvalueerd volgens de bepalingen van het OCMW-decreet en de rechtspositieregeling van het OCMW. Artikel 5 Voor de uitvoering van deze overeenkomst betaalt het OCMW geen vergoeding aan de gemeente. De inzet van de financieel beheerder wordt niet verrekend via de gemeentelijke dotatie aan het OCMW. Bijkomende kosten gemaakt uit hoofde van de uitvoering van deze overeenkomst bij de gemeente vallen wel volledig ten laste van het OCMW. Artikel 124, vijfde lid, Rechtspositiebesluit 7 december 2007, zoals gewijzigd door het besluit van de Vlaamse regering van 23 november 2012 stelt dat de raad kan bepalen dat het jaarsalaris van de financieel beheerder van de gemeente die met toepassing van artikel 75 en 271 van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn ook de functie van financieel beheerder van het OCMW uitoefent, verhoogd wordt met maximaal 30 %. De raad bepaalt welk percentage van toepassing is, met dien verstande dat het percentage niet hoger mag zijn dan het percentage dat in voorkomend geval is vastgesteld voor de verhoging van het jaarsalaris van de gemeentesecretaris die ook de functie van OCMW-secretaris uitoefent. Beide besturen erkennen dat door het bijkomend takenpakket de financieel beheerder recht heeft op deze verhoging en zijn akkoord met een salariscomplement van 20 %. De gemeenteraad zal dit in een apart besluit bepalen. Dit salariscomplement valt volledig ten laste van het OCMW via doorfacturatie. Opgemaakt in twee originele exemplaren te Deerlijk, waarvan elke partij erkent er een ondertekend exemplaar van ontvangen te hebben. -----
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 650
6. Gemeentepersoneel - rechtspositieregeling - aanpassing DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op artikel 43, § 2, 4° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om de rechtspositieregeling vast te stellen; Gelet op artikel 27 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2012 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 18 december 2008 betreffende de goedkeuring van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel; Overwegende dat de gewestelijke ontvanger, die het ambt van financieel beheerder in het OCMW van Deerlijk uitoefent, op 1 januari 2014 op pensioen gaat; Overwegende dat beide besturen dit ambt vanaf 1 januari 2014 wensen te laten uitoefenen door de financieel beheerder van de gemeente en hiervoor een beheersovereenkomst wensen af te sluiten, geagendeerd op de zitting van heden; Gelet op de bespreking in het college van burgemeester en schepenen van 23 oktober 2013; Gelet op het verslag van het syndicaal overleg dat gevoerd werd op 27 november 2013 met het tot stand komen van een negatief protocol. BESLUIT: met 17 ja-stemmen (CD&V, Open VLD en sp.a) en 4 neen-stemmen (N-VA) Art. 1. - De rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel wordt als volgt aangepast: Titel VII - Hoofdstuk III - toevoegen van artikel 190bis: Het jaarsalaris van de financieel beheerder van de gemeente, die ook de functie van de financieel beheerder van het OCMW uitoefent, wordt verhoogd met 20 %. Als berekeningsbasis voor het weddecomplement geldt het bruto salaris. Art. 2. - Een afschrift van onderhavige beslissing wordt voor toezicht toegestuurd naar de provinciegouverneur. ----7. Kerkfabriek Sint-Columba - budgetwijziging 2013 DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, gewijzigd door het decreet van 6 juli 2012, inzonderheid artikels 45 tot 49 houdende de opmaak en de indiening van het budget; Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, gewijzigd door het decreet van 6 juli 2012, inzonderheid artikel 50 dat stipuleert dat de budgetwijzigingen voor 15 september moeten worden ingediend en dat artikels 48 en 49 eveneens van toepassing zijn op de budgetwijzigingen;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 651
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd door het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2012, meer bepaald artikels 22 tot 24 houdende de voorwaarden en de opmaak van een budgetwijziging; Gelet op de beslissing van de kerkraad van 17 juni 2013 van de kerkfabriek Sint-Columba te Deerlijk houdende de vaststelling van de budgetwijziging 2013; Gelet op het gunstig advies verleend door het erkend representatief orgaan aan de budgetwijziging 2013 van de kerkfabriek Sint-Columba op 22 oktober 2013; Gelet op het indienen van de budgetwijziging 2013 van de kerkfabriek Sint-Columba op 7 november 2013; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 20 november 2013 de voorzitter van de gemeenteraad verzocht om de budgetwijziging 2013 van de kerkfabriek Sint-Columba te agenderen; Overwegende dat de exploitatietoelage vastgesteld wordt op 69.682,37 euro, wat binnen de grenzen is van het meerjarenplan 2008-2013 van de kerkfabriek Sint-Columba; NEEMT AKTE Art. 1. - Van de budgetwijziging 2013 van de kerkfabriek Sint-Columba. Art. 2. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan: - de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge; - het erkend representatief orgaan, Bisdom Brugge - Dienst kerkfabrieken, Heilige Geeststraat 4 B, 8000 Brugge; - de kerkfabriek Sint-Columba, Hoogstraat 116, 8540 Deerlijk. ----8. Politiezone Gavers - budget 2014 - gemeentelijke dotatie - goedkeuring DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus inzonderheid artikel 40, 71, 72, 75 en 76; Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 2001 houdende nadere regels inzake de berekening en de verdeling van de gemeentelijke dotaties in de schoot van een meergemeente politiezone; Gelet op de ontwerpbegroting 2014 van de politiezone Gavers zoals die door het politiecollege op 15 november 2013 werd aanvaard en aan de politieraad van 17 december 2013 ter goedkeuring wordt voorgelegd; Overwegende dat men in de ontwerpbegroting 2014 van de politiezone Gavers komt tot een globaal bepaalde dotatie van 3.008.041,97 euro ten laste van de stad Harelbeke (72,2267 % van het totaal) en een globaal bepaalde dotatie ten laste van de gemeente Deerlijk van 1.156.681,00 euro (27,7733 % van het totaal);
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 652
Gelet op de bespreking in het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2013; BESLUIT eenparig: Art. 1. - De dotatie aan de politiezone Gavers lastens de gemeente Deerlijk te bepalen op 1.156.681,00 euro. Art. 2. - om 1.156.681,00 euro dotatie aan de politiezone Gavers lastens de gemeente Deerlijk in te schrijven in het gemeentelijk budget 2014. ----9. BM - Voetweg 47 - vestiging toegangsrecht DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Overwegende dat voetweg 47 de facto werd verbreed tot een (garage)weg die zowel wordt gebruikt door de woningen gelegen langs de Pladijsstraat als door de woningen waarvoor deze weg fungeert als toegangsweg tot het openbaar domein (Kerkstraat); Overwegende dat de gemeente, teneinde de feitelijke situatie en bijhorende problematiek juridisch te regelen, overging tot de aankoop van de gronden waarop de (garage)weg ligt en waarvan de voetweg 47 deel uitmaakt, aangezien een groot aantal van de aangelande eigenaars hun akkoord betuigden om, eenmaal de gemeente de nodige gronden had verworven, daarop tegen betaling van een eenmalige vergoeding een toegangsrecht te verwerven; Overwegende dat in gemeenteraadszitting van 26 mei 2011 werd overgegaan tot de vestiging van een toegangsrecht jegens het merendeel van de aangelande eigenaars, doch niet jegens de toenmalige eigenaars van het goed, gelegen Pladijsstraat 271; Overwegende dat de gemeente thans eigenaar is van voormelde (garage)weg, gelegen nabij de Kerkstraat en de Pladijsstraat, bestaande uit: -
Eén are zesenzestig centiare (1 a 66 ca) grond, gelegen nabij de Kerkstraat, voorheen deel van een perceel gekadastreerd sectie E nummer 203 M 2;
-
Twee are vijfenvijftig centiare ( 2 a 55 ca) grond, gelegen Pladijsstraat, voorheen deel van een perceel gekadastreerd of gekadastreerd geweest als weiland, sectie E nummer 204 R;
-
Vier are negenenvijftig centiare (4 a 59 ca) grond, gelegen Pladijsstraat, voorheen deel van de percelen gekadastreerd of gekadastreerd geweest als weiland of bouwland, sectie E nummers 203 L 2, 223 A, 224 A en 226 A;
-
Drie are twee centiare (3a 2 ca) strook grond, gelegen Pladijsstraat, voorheen deel van het perceel gekadastreerd of gekadastreerd geweest als bouwland, sectie E nummer 226 A;
-
Zes centiare (6 ca) grond, gelegen Pladijsstraat, voorheen deel van een perceel gekadastreerd sectie E nummer 227 L;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 653
-
Eén are tweeënzestig centiare (1 a 62 ca) grond, gelegen Pladijsstraat 239, voorheen deel van een perceel gekadastreerd sectie E nummer 233 W;
-
Zesenvijftig centiare (56 ca) grond, gelegen Pladijsstraat 237, voorheen deel van een perceel gekadastreerd sectie E nummer 233 Z;
-
Eenenveertig centiare (41 ca) grond, gelegen Pladijsstraat 235 A, voorheen deel van een perceel, gekadastreerd sectie E nummer 233 C 2;
-
Vierenvijftig centiare (54 ca) grond, gelegen Pladijsstraat 235, te nemen uit een perceel gekadastreerd sectie E nummer 233 B 2;
-
Twee are zestig centiare (2 a 60 ca) grond, gelegen Pladijsstraat, te nemen uit het perceel gekadastreerd sectie E nummer 235 A.
Overwegende dat de heer BONTE Luc Jozef, geboren te Roeselare op één maart negentienhonderd achtenzestig, samenwonend met mevrouw THOMAES Conny Arlette, geboren te Kortrijk op zestien juli negentienhonderd tachtig, te 8540 Deerlijk, Boudewijnlaan 1, thans eigenaar is van volgend onroerend goed: -
Twee are twintig centiare (2 a 20 ca) huis op en met grond, gelegen Pladijsstraat 271, gekadastreerd of gekadastreerd geweest als huis, sectie E nummer 225/K/4;
en de heer Bonte zich akkoord verklaarde om van de gemeente een recht van overgang op voormelde garageweg te verwerven ten gunste van zijn in vorige alinea vermelde aanpalende eigendom tegen de betaling van een eenmalige vergoeding; Overwegende dat in dit kader bijgevolg een toegangsrecht dient gevestigd te worden; Overwegende dat het toegangsrecht in hoofde van de aangelande eigenaar of zijn rechtsopvolgers een eeuwigdurend recht van doorgang omvat om te allen tijde vanaf het openbaar domein van de Kerkstraat over de garageweg het voormeld perceel en de erop opgerichte of op te richten constructies te bereiken, en dit zowel te voet als met alle mogelijke transportmiddelen (fiets, scooter, motorfiets, auto, bestelwagen) zonder enige beperking in de uitoefening; Gelet op het attest van 17 april 2012 opgemaakt door het Comité tot Aankoop te Kortrijk waarbij geattesteerd wordt dat de vergoeding verschuldigd door de eigenaars van de eventuele heersende erven voor het verlenen van een toegangsrecht over de voetweg 47 en zijweggetjes te Deerlijk, 2e afdeling, kan weerhouden worden op 3.500,00 euro per heersend erf; Gelet op artikel 43, § 2, 12° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het stellen van daden van beschikking met betrekking tot onroerende goederen tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort, behoudens voor zover de verrichting nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen; Overwegende dat huidige daad van beschikking niet nominatief in het budget 2013 is opgenomen; Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 654
Gelet op het Gemeentedecreet, meer bepaald de artikelen 248 tot 260 betreffende het algemeen administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op het verzoek van het college van burgemeester en schepenen van 6 november 2013; Gelet op voorliggend ontwerp van akte houdende vestiging van een toegangsrecht; BESLUIT eenparig: Art. 1. - De gemeente staat een toegangsrecht toe aan de heer BONTE Luc Jozef, geboren te Roeselare op één maart negentienhonderd achtenzestig, samenwonend met mevrouw THOMAES Conny Arlette, geboren te Kortrijk op zestien juli negentienhonderd tachtig, te 8540 Deerlijk, Boudewijnlaan 1, op de in alinea 4 van het overwegend gedeelte omschreven garageweg om erover toegang te verkrijgen tot volgend onroerend goed: -
Twee are twintig centiare (2 a 20 ca) huis op en met grond, gelegen Pladijsstraat 271, gekadastreerd of gekadastreerd geweest als huis, sectie E nummer 225/K/4;
Art. 2. - De vestiging van het in artikel 1 omschreven toegangsrecht geschiedt: - tegen de prijs van drieduizend vijfhonderd euro (3.500,00 euro); - en onder de voorwaarden opgesomd in de akte houdende vestiging van een toegangsrecht, gevoegd bij onderhavige beslissing. Art. 3. - Huidige beslissing wordt aan het algemeen toezicht van de hogere overheid onderworpen. Art. 4. - Drie voor eensluidend verklaarde afschriften van deze beslissing worden overgemaakt aan het Comité tot Aankoop, de heer Lieven Vanheuverzwijn, Hoveniersstraat 31, 8500 Kortrijk. ----10. Sluiting café P’TIE FOLIE - besluit waarnemend burgemeester - kennisgeving Bij toepassing van artikel 134 quinquies lid 3 van de nieuwe Gemeentewet brengt de voorzitter, tevens burgemeester, het besluit van de waarnemend burgemeester van 9 november 2013 tot sluiting bij hoogdringendheid van café P’TIE FOLIE, gelegen Harelbekestraat 136, 8540 Deerlijk met ingang van 9 november 2013 voor een termijn van zes maanden ter kennis aan de gemeenteraad. ----11. Sluiting café P’TIE FOLIE - besluit burgemeester - kennisgeving Bij toepassing van artikel 134 quinquies lid 3 van de Nieuwe Gemeentewet brengt de voorzitter, tevens burgemeester, zijn besluit van 22 november 2013, waarbij de sluiting van café P’TIE FOLIE, gelegen Harelbekestraat 136, 8540 Deerlijk met ingang van 9 november 2013 voor een periode van zes maanden, beslist door waarnemend burgemeester Ann Accou op 9 november 2013, wordt bevestigd, ter kennis aan de gemeenteraad. ----12. Concessie uitbating cafetaria Gaverkasteel - overdracht
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 655
N-VA raadslid Dejager stelt de concessie van de cafetaria van het Gaverkasteel aandachtig gelezen en alle reglementen bekeken te hebben. Dat er nu heel snel over een overname moet beslist worden werpt bij haar en haar fractie enkele vragen op. De nieuwe concessiehouder komt er op aanraden van de huidige concessiehouder. Deze laatste heeft de voorwaarden van de concessie helemaal niet nageleefd en had ook weinig respect voor de buren en de tennisclub. Zij zou de laatste moeten zijn om de gemeente te adviseren. De nieuwe kandidate, waartegen wij absoluut persoonlijk niets hebben, is de enige kandidate. Verder werd niemand gehoord en weten we dus ook niet of er nog geïnteresseerden zijn. Deze beslissing lijkt een gemakkelijkheidsoplossing! En de Deerlijknaren? Het Gaverkasteel wordt nog altijd beschouwd als iets van ons, iets waar we fier op zijn. Waarom krijgen Deerlijknaren niet de kans om de cafetaria van het Gaverkasteel uit te baten? Waarom wordt deze concessie niet opengesteld? N-VA raadslid Dejager wil er nog aan toevoegen dat ze gisteren vernam dat de overname tussen de huidige en de nieuwe uitbaatster al volledig geregeld is, ook financieel. Ook de sleutel is al doorgegeven. Zij vraagt zich dan ook af wat de gemeenteraad hierin nu nog dient te beslissen. De burgemeester stelt dat het niet helemaal juist is dat de nieuwe concessiehouder er komt op aanraden van de huidige concessiehouder. Dat zij elkaar zouden kennen, klopt niet. De huidige concessiehouder heeft via een advocaat gewerkt. Het bestuur wenst snel te handelen omdat dit juridisch perfect mogelijk is. En hoe beter de cafetaria van het Gaverkasteel gerund wordt hoe liever, juist omwille van het feit dat de Deerlijknaar van die plek houdt. Als het college van burgemeester en schepenen van de kandidaat concessionaris hoort dat bij haar iedereen welkom zal zijn – zowel voor het drinken van een pint als voor het eten van een snack tot een volle maaltijd - en zij zelf aangeeft onmiddellijk met de tennis in overleg te willen gaan mocht haar de overname van de concessie worden toegewezen, dan is tegen de voorgestelde overname toch niks in te brengen, te meer daar het wettelijk kan. Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. In gemeenteraadszitting van 30 augustus 2007 werd goedkeuring gehecht aan het lastenboek met als voorwerp “de exploitatie van de stallingen (cafetaria)”. In zitting van 31 oktober 2007 besliste het college van burgemeester en schepenen de concessie voor de uitbating van de stallingen (cafetaria) van het Gaverkasteel toe te wijzen aan mevrouw Ann Noppe, wonende Schoolstraat 20/1 te 8540 Deerlijk. Op 18 oktober 2013 deelde de raadsman van de concessiehoudster van de concessie ‘uitbating stalling (cafetaria) Gaverkasteel’ mee dat zij de intentie heeft om haar concessie over te dragen aan de Belgische vennootschap in oprichting CB Events en Catering, waarvan de maatschappelijke zetel zal gevestigd worden te 8500 Kortrijk, Conservatoriumplein 15, voor wie optreden mevrouw Chantal Caby en haar dochter Emma Maertens, beiden wonende te 8500 Kortrijk, Conservatoriumplein 15. Artikel 6.13 van de concessieovereenkomst bepaalt dat het de concessiehouder verboden is de concessie geheel of gedeeltelijk zelfs tijdelijk aan derden - hetzij fysieke of rechtspersonen - over te dragen zonder de voorafgaande machtiging van de gemeente Deerlijk. In zitting van 13 november 2013 besliste het college van burgemeester en schepenen, alvorens een standpunt in deze in te nemen, een onderhoud met de door de huidige concessiehoudster voorgestelde overnemers, zijnde mevrouw Chantal Caby en mevrouw Emma Maertens, te beleggen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 656
Op 20 november 2013, had het college van burgemeester en schepenen een onderhoud met deze voorgestelde overnemers. Op basis van dit onderhoud besliste het college van burgemeester en schepenen in zitting van 20 november 2013 aan de gemeenteraad voor te stellen akkoord te gaan met de overdracht van de concessie in deze aan de voorgestelde overnemers en de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit punt te agenderen op de gemeenteraadszitting van 5 december 2013.
De gemeenteraad besluit met 17 ja-stemmen (CD&V, Open VLD en sp.a) en 4 neenstemmen (N-VA) akkoord te gaan met de overdracht van de concessie ‘uitbating stalling (cafetaria) Gaverkasteel’ van mevrouw Ann Noppe, wonende Schoolstraat 20/1 te 8540 Deerlijk aan de Belgische vennootschap in oprichting CB Events en Catering, waarvan de maatschappelijke zetel zal gevestigd worden te 8500 Kortrijk, Conservatoriumplein 15, voor wie optreden mevrouw Chantal Caby en haar dochter Emma Maertens, beiden wonende te 8500 Kortrijk, Conservatoriumplein 15. ----13. Koppeling boekhoudprogramma en 3P-programma - aankoop software - goedkeuring technische beschrijving, gunningswijze en uit te nodigen firma’s DE RAAD, Overwegende dat er voor het beheren en opvolgen van de overheidsopdrachten gebruik gemaakt wordt van het 3P-programma en er op heden geen koppeling is met het boekhoudprogramma; Overwegende dat het bestuur wenst over te gaan tot de aankoop van software die een koppeling tussen het boekhoudprogramma en het 3P-programma mogelijk maakt met als doel het budgettaire luik van de overheidsopdrachten beter te kunnen opvolgen; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 20 november 2013; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 43, § 2, 11° dat stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om over te gaan tot het vaststellen van de wijze van gunnen waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden toegewezen en het vaststellen van de voorwaarden ervan behalve indien de opdracht nominatief in het budget is opgenomen of behoort tot het begrip ‘dagelijks bestuur’; Overwegende dat huidige opdracht niet nominatief in het budget 2013 is opgenomen en niet valt onder het begrip ‘dagelijks bestuur’ zoals omschreven door de gemeenteraad in zitting van 4 juli 2013; Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 657
Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 26, § 1, 1° f gezien de opdracht omwillle van technische aard slechts door de firma Remmicom kan uitgevoerd worden vermits het een aanpassing betreft van het huidige boekhoudprogramma van deze firma; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 110; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 5, § 4; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Software voor koppeling boekhoud- en 3Pprogramma” een technische beschrijving werd opgesteld door de technische dienst; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 1.750,00 euro excl. btw of 2.117,50 euro incl. 21 % btw voor de aankoop en een jaarlijkse onderhoudskost van 540 euro excl. btw of 653,40 euro incl. 21 % btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure met aanvaarde factuur; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het exploitatiebudget 2013 op de budgetsleutel 61609000/0190 actie 004.001.001.001; BESLUIT eenparig: Art. 1. - Goedkeuring wordt verleend aan de technische beschrijving en de raming voor de opdracht “Software voor koppeling boekhoud- en 3P-programma”. De raming bedraagt 1.750,00 euro excl. btw of 2.117,50 euro incl. 21 % btw voor de aankoop en een jaarlijkse onderhoudskost van 540 euro excl. btw of 653,40 euro incl. 21% btw. Art. 2. - Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure met aanvaarde factuur. Art. 3. - De firma Remmicom, Stationsstraat 145 te 2235 Westmeerbeek wordt uitgenodigd om een offerte in te dienen. Art. 4. - De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het exploitatiebudget 2013 op de budgetsleutel 61609000/0190 actie 004.001.001.001. ----14. Cultuur - premiereglement animatiesubsidie - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement animatiesubsidie werd reeds goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 26 september 2013 en vangt aan per 1 januari 2014. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 oktober 2013 beslist om het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen:
G.13.12
-
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 658
het premiereglement animatiesubsidie dient aangepast te worden in die zin dat er niet meer zal gewerkt worden met een principiële en een definitieve aanvraag maar enkel nog met één aanvraag. Er wordt namelijk vastgesteld dat de meeste aanvragen tot het bekomen van een premie pas aangevraagd worden nadat het evenement plaatsgevonden heeft.
Het is aangewezen om: - in het kader van de leesbaarheid en de hanteerbaarheid het integrale premiereglement ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor te leggen en niet enkel de voorgestelde wijziging; - de gemeenteraadsbeslissing van 26 september 2013 in te trekken zodat ze uit het rechtsverkeer verdwijnt. Het college van burgemeester en schepenen legde dit ontwerp van premiereglement animatiesubsidie voor aan de cultuurraad van 19 november 2013 die hieromtrent een positief advies uitbracht. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. In zitting van 20 november 2013 heeft het college van burgemeester en schepenen de voorzitter van de gemeenteraad verzocht om het onderstaande aangepaste premiereglement animatiesubsidie te willen agenderen op de gemeenteraad van 5 december 2013. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen (Open VLD) onderstaande goed te keuren: Art. 1. - De gemeenteraadsbeslissing van 26 september 2013 met betrekking tot het goedkeuren van het reglement animatiepremie wordt ingetrokken. Art. 2. - Onderstaand premiereglement animatiesubsidie gaat in op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. PREMIEREGLEMENT ANIMATIESUBSIDIE Art. 1. - Omschrijving subsidie: Het doel van deze animatiesubsidie is drievoudig: - het bevorderen van culturele activiteiten in Deerlijk, met daarbij speciale aandacht voor het stimuleren van nieuw talent; - de ondersteuning van Deerlijkse amateurkunsten (zowel individueel als in groep); - het zicht krijgen op alle Deerlijkse amateurkunstenaars. Art. 2. - Voor wie: Voor alle Deerlijkse verenigingen, organisaties, instellingen en individuen die op Deerlijks grondgebied een activiteit organiseren met openbaar karakter en met minstens een Deerlijkse amateurgroep of amateurkunstenaar op het programma. Art. 3. - Maximumbedrag en berekening: De premie voor de animatiesubsidie bedraagt maximum 150,00 euro. De gemeente kent per aanvrager slechts eenmaal per jaar en per principieel goedgekeurde aanvraag de animatiesubsidie toe.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 659
Indien twee of meer verenigingen, organisaties, instellingen en individuen samenwerken om de uitzonderlijke activiteit of manifestatie in te richten, zal één ervan als het aanspreekpunt fungeren voor de subsidieaanvraag. De animatiesubsidie zal vervolgens onverdeeld aan dit aanspreekpunt worden toegekend en uitbetaald. De betrokken organiserende verenigingen, organisaties, instellingen en individuen regelen zelf de onderlinge verdeling van de animatiesubsidie. Art. 4. - Voorwaarden en criteria: De aanvraag tot een toekenning voor een animatiesubsidie gebeurt op het daartoe bestemde aanvraagformulier en bevat minstens: 1. een beschrijving van de activiteit; 2. een beschrijving van de doelgroep en het gemeenschapsvormende karakter van de activiteit; 3. een contract met betalingsbewijs van het optreden van de amateurgroep of amateurkunstenaar. Er wordt tweemaal per jaar (per 30 september en per 30 april) een limitatieve lijst opgesteld van Deerlijkse amateurkunstenaars en amateurkunstengroepen die een prestatie willen/kunnen leveren in het kader van dit premiereglement. Op deze lijst worden de naam, de contactgegevens en de uitkoopsom van amateurkunstenaars/amateurkunstengroepen vermeld. Om als Deerlijkse amateurkunstenaars/amateurkunstengroep aanzien te worden, moet ten minste 1/3 van de leden gedomicilieerd zijn in Deerlijk. Amateurkunstenaars en amateurkunstengroepen die een jaarlijkse werkingssubsidie krijgen van de gemeente, komen niet in aanmerking om op deze limitatieve lijst te staan. Wie in aanmerking wil komen om op deze lijst te staan, doet ten laatste een maand vóór het verschijnen van de nieuwe lijst een aanvraag/herinschrijving bij de culturele dienst. De cultuurraad bevestigt de vermelding op de limitatieve lijst. Een aanvrager kan geen animatiesubsidie ontvangen voor een amateurgroep of amateurkunstenaar die reeds tweemaal in één jaar geboekt werd. Wie eerst de aanvraag indient voor de amateurgroep of amateurkunstenaar, heeft hierin voorrang. De contacten, contracten, afspraken en dergelijke meer gebeuren rechtstreeks tussen amateurkunstenaars/amateurkunstengroepen en de aanvrager. Art. 5. - Bijkomende bepalingen: Wanneer een aanvraag voor een premie voor de animatiesubsidie met betrekking tot zijn inhoud betoelaagd wordt via een ander gemeentelijk premiereglement kan op huidig premiereglement geen beroep gedaan worden. Art. 6. - Aanvraagformaliteiten, toekenningprocedure en advies: De aanvraag voor de animatiesubsidie moet via het aanvraagformulier bij het college van burgemeester en schepenen worden ingediend vóór 1 oktober van datzelfde jaar, vergezeld van de stukken zoals beschreven in artikel 4 van dit premiereglement. Uiterlijk één maand na de indiening van de premieaanvraag brengt het college van burgemeester en schepenen de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de toekenning van de premie, na advies ingewonnen te hebben van de cultuurraad. De amateurgroep of amateurkunstenaar ontvangt zijn vergoeding rechtstreeks van de aanvrager van de premie. Art. 7. – Controle:
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 660
Indien er wijzigingen optreden in de gegevens die bij de subsidieaanvraag zijn verstrekt, deelt de initiatiefnemer die onmiddellijk en spontaan mee aan het college van burgemeester en schepenen De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het op het gemeentebudget ingeschreven krediet. Indien het krediet ontoereikend is om alle aanvragen te betoelagen, wijst het college van burgemeester en schepenen de betoelaging toe aan de hand van de evenredigheidsregel. Art. 8. - Promotionele verplichtingen: Op elke publicatie moet de aanvrager vermelden dat de activiteit georganiseerd wordt met de steun van de gemeente Deerlijk. Dit kan door een vermelding of door het gebruik van het logo van de gemeente. Art. 3. - Huidig premiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. ----15. Cultuur - premiereglement projectpremie - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement project- en startpremie werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 april 2011 en eindigt op 31 december 2013. Toen werd er geopteerd om het reglement project- en startpremie onder te brengen in één premiereglement. Gezien het aflopen van het premiereglement project- en startpremie per 31 december 2013 dient een beslissing genomen te worden omtrent de opportuniteit tot het invoeren van een nieuw reglement vanaf 1 januari 2014. De projectpremie bedraagt momenteel 50 % van de uitgaven van het project met een maximum van 500 euro. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 17 juli 2013 beslist het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: - uit praktische overweging en in het kader van de functionaliteit, onder andere met betrekking tot de communicatie via de website en in het kader van de verdere uitbouw van een e-loket, is het wenselijk af te stappen van de bundeling van deze 2 reglementen in één reglement project- en startpremie en dit laatste opnieuw op te splitsen in een afzonderlijk reglement voor een projectpremie en een afzonderlijk reglement voor een startpremie; -
gezien de financiële situatie van de gemeente en de hoeveelheid aan andere premiereglementen waar de socio-culturele verenigingen kunnen op terugvallen, wordt voorgesteld de projectpremie te bepalen op 50 % van de uitgaven van het project met een maximum van 300 euro per project.
De gemeenteraadscommissie financiën heeft dit premiereglement in haar vergadering van 23 september 2013 besproken. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 oktober 2013 beslist om het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen:
G.13.12
-
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 661
het reglement projectpremie dient aangepast te worden in die zin dat er niet meer zal gewerkt worden met een principiële en een definitieve aanvraag maar enkel nog met één aanvraag. Er wordt namelijk vastgesteld dat de meeste aanvragen tot het bekomen van een premie pas aangevraagd worden nadat het evenement plaatsgevonden heeft.
Het college van burgemeester en schepenen legde dit ontwerp van reglement projectpremie voor aan de cultuurraad van 19 november 2013 die hierover een postitief advies uitbracht. Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 20 november 2013 om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit premiereglement te agenderen op de gemeenteraad van 5 december 2013. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen (Open VLD) onderstaande reglement projectpremie goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand reglement voor het toekennen van een projectpremie gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. REGLEMENT PROJECTPREMIE Art. 1. Omschrijving premie Projectpremie wordt toegekend voor experimentele of uitzonderlijke activiteiten. Art. 2. Voor wie ? De projectpremie kan worden aangevraagd door: - een individu, gedomicilieerd in Deerlijk; - een vzw, feitelijke vereniging, club of organisatie met een draagvlak in Deerlijk; - nieuwe Deerlijkse collectieven met een culturele missie. De activiteit heeft een kwalitatieve meerwaarde voor de Deerlijkse gemeenschap en/of bredere regio. Een projectpremie kan overgaan in een startpremie indien een nieuw Deerlijks collectief de intentie heeft om, na een toegekende projectpremie, verder te gaan op de ingeslagen weg om een bredere en permanente werking te ontplooien. De voorwaarden en het bedrag van deze startpremie wordt bepaald door het reglement op de startpremie. Art. 3. Maximumbedrag en berekening De projectpremie bedraagt 50 % van de uitgaven met een maximum van 300 euro. De uitgaven die in aanmerking genomen worden voor het verkrijgen van een projectpremie dienen rechtstreeks in verband met het project te staan. Komen ondermeer in aanmerking: huur van podia en zalen, nutsvoorzieningen, artiestenvergoedingen inclusief reis- en verblijfsonkosten, licenties, uitgaven met betrekking tot auteursrechten, verzekeringen, kosten naar aanleiding van huur film, kostuums, decor en audiovisuele materialen, portkosten, drukwerk en dergelijke.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 662
Komen niet in aanmerking: drank en voeding die met commerciële bedoeling verkocht worden, uitgaven receptie en catering, geschenken en attenties, aankoop van prijzen, medailles en dergelijke. Indien twee of meer individuen, vzw’s, feitelijke verenigingen, clubs of organisaties samenwerken om het project in te richten, zal één ervan als aanspreekpunt fungeren voor het premiedossier. De projectpremie zal vervolgens onverdeeld aan dit aanspreekpunt toegekend en uitbetaald worden. De betrokken organiserende individuen, vzw’s, feitelijke verenigingen, clubs of organisaties regelen zelf de onderlinge verdeling van de toegekende projectpremie. Art. 4. Voorwaarden en criteria De aanvraag tot toekenning voor een projectpremie gebeurt op het daartoe bestemde aanvraagformulier en bevat minstens: 1. een beschrijving van het project waaruit blijkt dat het de dagelijkse werking van een vereniging overtreft of dat het project een uitzonderlijk karakter heeft; 2. de doelstellingen en de beoogde effecten en resultaten van het project; 3. een beschrijving van de doelgroep en het gemeenschapsvormende karakter van het project; 4. de timing en de planning voor het uitvoeren van het project; 5. het promotieplan; 6. het te besteden budget met betrekking tot het project. Bij het aanvraagformulier wordt een afzonderlijke nota gevoegd waarin de aanvrager motiveert op welke wijze het project aan volgende criteria voldoet: 1. het aansluiten bij de doelstelling(en) van het gemeentelijk strategisch meerjarenplan; 2. het innoverende of experimentele karakter van het project; 3. een betere kennis van Deerlijk; 4. een verbetering van het imago en de duurzame uitstraling van de aanvrager en/of de gemeente Deerlijk (kan ook internationaal); 5. de stimulering van samenwerking tussen verschillende partners en/of doelgroepen; 6. het proces van het project minstens even belangrijk is als het resultaat; 7. het leveren van een bijdrage tot gemeenschapsvorming door zoveel mogelijk inwoners van Deerlijk bij het project te betrekken, moeilijk bereikbare doelgroepen aan te spreken of nieuwe sociale netwerken op te zetten. 8. een inhoudelijk evaluatieverslag. Dit wordt, indien mogelijk, gestaafd met documenten (programma op flyers of affiches, verslagen van voorbereidende vergaderingen, persknipsels, andere) waardoor een juist beeld kan worden verkregen van het project. 9. een financiële afrekening. Deze geeft een overzicht van de inkomsten en uitgaven van het project. Ze wordt ‘voor waar en echt verklaard’ en ondertekend. De afrekening is vergezeld van de nodige bewijsstukken (facturen, betalingsbewijzen, onkostennota’s, enz.) en vermeldt het rekeningnummer waarop de projectpremie gestort kan worden. Bij de beoordeling van het ingediende dossier beslist het college van burgemeester en schepenen, na advies van de cultuurraad, over het al dan niet toekennen van de projectpremie. Om tot een consensus te komen binnen de cultuurraad worden alle bovenstaande criteria gequoteerd met een cijfer van 1 tot 3 (1 = zwak, 2 = voldoende, 3 = sterk). Bij de beoordeling van de aanvragen moet een minimumscore van minstens 14 punten op 21 worden behaald om in aanmerking te komen voor een projectpremie. Art. 6. Aanvraagformaliteiten, toekenningsprocedure en advies
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 663
De aanvraag voor het toekennen van een projectpremie moet schriftelijk bij het college van burgemeester en schepenen worden ingediend vóór 1 oktober. Elke aanvraag voor een project met eenzelfde inhoud kan slechts éénmaal om de 4 jaar goedgekeurd worden. Herhaling van eenzelfde concept is niet betoelaagbaar, behalve voor activiteiten die in aanmerking komen voor een startpremie. Uiterlijk één maand na de indiening van de premieaanvraag brengt het college van burgemeester en schepenen de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de beslissing met betrekking tot het al dan niet toekennen van de premie, na advies ingewonnen te hebben bij de cultuurraad. Indien er wijzigingen optreden in de gegevens die bij de premieaanvraag zijn verstrekt, deelt de initiatiefnemer die onmiddellijk en spontaan mee aan het college van burgemeester en schepenen. Art. 7. Controle Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht voor te allen tijde na te gaan of aan de voorwaarden van dit premiereglement voldaan is. De aanvrager zal niets doen dat er kan toe strekken deze controle moeilijk of onmogelijk te maken. De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het op het gemeentebudget ingeschreven krediet. Art. 8. Promotionele verplichtingen Op elke publicatie moet de aanvrager vermelden dat de activiteit georganiseerd wordt met de steun van de gemeente Deerlijk. Dit kan door een vermelding of door het gebruik van het logo van de gemeente. Art. 3 - Dit premiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. ----16. Cultuur - reglement startpremie - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het reglement project- en startpremie werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 april 2011 en eindigt op 31 december 2013. Toen werd er geopteerd om het reglement project- en startpremie onder te brengen in één premiereglement. Gezien het aflopen van het reglement project- en startpremie per 31 december 2013 dient een beslissing genomen te worden omtrent de opportuniteit tot het invoeren van een nieuw reglement vanaf 1 januari 2014. Na de toekenning van een projectpremie tijdens het eerste jaar kan een nieuwe vereniging momenteel voor het erop volgende jaar een startpremie van 250 euro krijgen en het jaar daarop een premie van 150 euro.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 664
Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 17 juli 2013 beslist het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: - uit praktische overweging en in het kader van de functionaliteit, onder andere met betrekking tot de communicatie via de website en in het kader van de verdere uitbouw van een e-loket, is het wenselijk af te stappen van de bundeling van deze 2 reglementen in één reglement project- en startpremie en dit laatste opnieuw op te splitsen in een afzonderlijk reglement voor een projectpremie en een afzonderlijk reglement voor een startpremie; - de startpremie voor het eerste jaar volgend op de toekenning van een projectpremie te behouden op 250 euro; - de startpremie van 150 euro, die momenteel kan verkregen worden in het jaar volgend op het jaar waarin de startpremie van 250 euro wordt verkregen, af te schaffen. Reden hiervoor is enerzijds de financiële situatie van de gemeente en anderzijds het gegeven dat de/het nieuwe organisatie/initiatief reeds 2 opeenvolgende jaren van een bijzondere premie namelijk éénmaal een projectpremie en éénmaal een startpremie heeft kunnen genieten en daarna kan aansluiten bij de gemeentelijke cultuurraad, waar jaarlijks na het indienen van een werkingsverslag een basis- en werkingspremie kan bekomen worden. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 oktober 2013 beslist om het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: - het reglement startpremie dient aangepast te worden in die zin dat er niet meer zal gewerkt worden met een principiële en een definitieve aanvraag maar enkel nog met één aanvraag. Er wordt namelijk vastgesteld dat de meeste aanvragen tot het bekomen van een premie pas aangevraagd worden nadat het evenement plaatsgevonden heeft. De gemeenteraadscommissie financiën heeft dit premiereglement in haar vergadering van 23 september 2013 besproken. Het college van burgemeester en schepenen legde dit ontwerp van reglement startpremie voor aan de cultuurraad van 19 november 2013 die hierover een positief advies uitbracht. Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 20 november 2013 om de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit premiereglement te agenderen op de gemeenteraad van 5 december 2013. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen (Open VLD) onderstaande premiereglement goed te keuren: Art. 1. - Onderstaand reglement voor het toekennen van een startpremie gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. REGLEMENT STARTPREMIE Art. 1. Omschrijving premie Een startpremie wordt toegekend voor de opstart van een nieuw(e) vereniging/initiatief in het jaar volgend op het jaar waarin aan deze een projectpremie werd toegekend. Art. 2. Voor wie
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 665
De startpremie kan worden aangevraagd door: - een individu, gedomicilieerd in Deerlijk; - een vzw, feitelijke vereniging, club of organisatie met een draagvlak in Deerlijk; - nieuwe Deerlijkse collectieven met een culturele missie; indien de vereniging/het initiatief de intentie heeft om, na een toegekende projectsubsidie, verder te gaan op de ingeslagen weg om een bredere en permanente werking te ontplooien. De vereniging/het initiatief heeft een kwalitatieve meerwaarde voor de Deerlijkse gemeenschap en/of de bredere regio. Art. 3. Maximumbedrag en berekening De startpremie bedraagt 250 euro en wordt eenmalig toegekend in het jaar nadat de projectpremie verworven werd. Dit bedrag wordt pas na de evaluatie van de werking van het voorafgaande jaar toegekend. Art. 4. Voorwaarden en criteria De aanvraag tot toekenning van een startpremie bevat minstens: - een beschrijving van de werking waaruit blijkt dat men de intentie heeft om op de ingeslagen weg verder te gaan en een bredere en permanente werking te ontplooien; - de doelstellingen en de beoogde effecten en resultaten; - een beschrijving van de doelgroep en het gemeenschapsvormende karakter van het project - een inhoudelijk evaluatieverslag Bij de beoordeling van het ingediende dossier beslist het college van burgemeester en schepenen, na advies van het bestuur van de cultuurraad, over het al dan niet toekennen van de startpremie. Art. 5. Bijkomende bepalingen Het project of de activiteiten voor de startpremie mogen geen commercieel karakter hebben. Art. 6. Aanvraagformaliteiten, toekenningprocedure en advies De aanvraag voor het toekennen van de startpremie moet schriftelijk bij het college van burgemeester en schepenen worden ingediend vóór 1 oktober. Herhaling van eenzelfde concept als datgene dat in aanmerking werd genomen voor het toekennen van de projectpremie kan in aanmerking komen voor een startpremie. Uiterlijk één maand na de indiening van het aanvraagdossier brengt het college van burgemeester en schepenen de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de toekenning van de startpremie, na advies ingewonnen te hebben bij de cultuurraad. Indien er wijzigingen optreden in de gegevens die bij de premieaanvraag zijn verstrekt, deelt de initiatiefnemer die onmiddellijk en spontaan mee aan het college van burgemeester en schepenen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 666
Art. 7. Controle Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht voor te allen tijde na te gaan of aan de voorwaarden van dit premiereglement voldaan is. De aanvrager zal niets doen dat er kan toe strekken deze controle moeilijk of onmogelijk te maken. Art. 8. Promotionele verplichtingen Op elke publicatie moet de aanvrager vermelden dat de activiteit georganiseerd wordt met de steun van de gemeente Deerlijk. Dit kan door een vermelding of door het gebruik van het logo van de gemeente. Art. 2 - Huidig toelagereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. ----17. Cultuur - premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement voor de aankoop en herstelling van basisuitrusting werd reeds goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 26 september 2013 en vangt aan per 1 januari 2014. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 oktober 2013 beslist om het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: - het premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting dient aangepast te worden in die zin dat er niet meer zal gewerkt worden met een principiële en een definitieve aanvraag maar enkel nog met één aanvraag. Er wordt namelijk vastgesteld dat de meeste aanvragen tot het bekomen van een premie pas aangevraagd worden nadat de aankoop of herstelling plaatsgevonden heeft. Het is aangewezen om - in het kader van de leesbaarheid en de hanteerbaarheid het integrale premiereglement ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor te leggen en niet enkel de voorgestelde wijziging; - de gemeenteraadsbeslissing van 26 september 2013 in te trekken zodat ze uit het rechtsverkeer verdwijnt. Het college van burgemeester en schepenen legde dit ontwerp van premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting voor aan de cultuurraad van 19 november 2013 die hieromtrent een positief advies uitbracht. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. In zitting van 20 november 2013 heeft het college van burgemeester en schepenen de voorzitter van de gemeenteraad verzocht om het onderstaande aangepaste premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting te willen agenderen op de gemeenteraad van 5 december 2013.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 667
Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen onderstaande goed te keuren: Art. 1. - De gemeenteraadsbeslissing van 26 september 2013 met betrekking tot het goedkeuren van het reglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting wordt ingetrokken. Art. 2. - Onderstaand premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting gaat in op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019.
PREMIEREGLEMENT VOOR AANKOOP EN HERSTELLING VAN BASISUITRUSTING Art. 1. Omschrijving premie De premie is mogelijk voor de aankoop en herstelling van basisuitrusting. Art. 2. Voor wie ? De premie voor aankoop en herstelling van basisuitrusting kan worden aangevraagd door Deerlijkse verenigingen aangesloten bij de gemeentelijke cultuurraad. Art. 3. Maximumbedrag en berekening De premie voor aankoop van basisuitrusting bedraagt 1/3 van de aankoopsom van de basisuitrusting. De premie voor basisuitrusting kan ook het herstellen van basisuitrusting betreffen. De premie bedraagt 1/3 van de kostprijs van de herstelling, met een maximum van 150 euro per vereniging per jaar. De aanvrager kan slechts één aanvraag per kalenderjaar indienen. Onder ‘herstellen’ wordt verstaan ‘het terug in goede staat brengen’ van basisuitrusting die niet meer voldoet. Art. 4. Voorwaarden en criteria Voor aankoop en herstelling van basisuitrusting gelden volgende voorwaarden: - de uitrusting moet duidelijk gelinkt zijn aan de doelstellingen en de structurele werking van de vereniging; - het aangekochte materiaal is en blijft eigendom van de vereniging en kan gebruikt worden door de individuele leden zonder dat zij er alleenrecht op hebben; - promotiematerialen en kantoorbenodigdheden komen niet in aanmerking; - enkel gebruiksgoederen komen in aanmerking, verbruiksgoederen niet. Art. 5. Aanvraagformaliteiten, toekenningprocedure en advies De aanvrager kan slechts één aanvraag per kalenderjaar indienen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 668
De aanvraag voor aankoop en herstelling van basisuitrusting moet schriftelijk gebeuren bij het college van burgemeester en schepenen vóór 1 oktober op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier vergezeld van: - de beschrijving van de aangekochte of herstelde uitrusting; - de motivatie voor de aankoop/herstelling - de voor waar en echt verklaarde facturen samen met de betalingswijze ervan. Meerdere aankopen/herstellingen kunnen in één aanvraag gebundeld worden. Aankopen/herstellingen die dateren van na de indiendatum van de principiële aanvraag kunnen het jaar nadien nog worden ingediend. Bij de beoordeling van het ingediende dossier beslist het college van burgemeester en schepenen, na advies van het bestuur van de cultuurraad, over het al dan niet toekennen van de premie voor aankoop en herstelling van de basisuitrusting. Indien deze niet wordt toegekend, dan zal het college van burgemeester en schepenen dit binnen de maand na deze beslissing schriftelijk te kennen geven aan de aanvrager. Indien er wijzigingen optreden in de gegevens die bij de premieaanvraag zijn verstrekt, deelt de aanvrager die onmiddellijk en spontaan mee aan het college van burgemeester en schepenen. Art. 2. - Dit premiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. ----18. Cultuur/sport - renovatie- en herstellingswerken aan lokalen in eigendom premiereglement - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement logistieke premie (cultuur) werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 26 mei 2011 en eindigt op 31 december 2013. Toen werd er geopteerd om het reglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan lokalen in eigendom van socio-culturele verenigingen, aangesloten bij de cultuurraad, en het premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting onder te brengen in één premiereglement. Gezien het aflopen van het premiereglement logistieke premie per 31 december 2013 dient een beslissing genomen te worden omtrent de opportuniteit tot het invoeren van een nieuw reglement vanaf 1 januari 2014. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 17 juli 2013 beslist om het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: -
uit praktische overweging en in het kader van de functionaliteit, onder andere met betrekking tot de communicatie via de website en in het kader van de verdere uitbouw van een e-loket, wordt voorgesteld om af te stappen van de bundeling van deze 2 reglementen in één reglement logistieke premie en dit laatste opnieuw op te splitsen in: o premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting voor verenigingen aangesloten bij de gemeentelijke cultuurraad; o premiereglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan lokalen in eigendom van socio-culturele verenigingen aangesloten bij de gemeentelijke cultuurraad
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 669
-
uit te breiden naar sportverenigingen die aangesloten zijn bij de gemeentelijke sportraad de principes voor het aanvragen en toekennen van deze premie ongewijzigd te behouden (premie bedraagt 50 % van de kostprijs van de uitgevoerde renovatie- en herstellingskosten met een maximum van 2.000 euro). het premiereglement renovatie- en/of herstellingswerken aan lokalen in eigendom van verenigingen die aangesloten zijn bij de gemeentelijke cultuurraad en/of sportraad te laten ingaan vanaf 1 januari 2014 om te eindigen op 31 december 2019.
Het premiereglement voor renovatie- en herstellingswerken aan lokalen in eigendom voor verenigingen die aangesloten zijn bij de gemeentelijke cultuurraad en/of bij de gemeentelijke sportraad zal aan de gemeentelijke cultuurraad en/of sportraad voor advies voorgelegd worden. Dit premiereglement werd besproken door - de cultuurraad in zijn vergadering van 17 september 2013 die hierover een positief advies uitbracht; - de sportraad in zijn vergadering van 12 september 2013 die hierover een positief advies uitbracht. Dit premiereglement werd besproken in de gemeenteraadscommissie financiën op 23 september 2013. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 oktober 2013 beslist om het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: - het premiereglement voor renovatie- en herstellingswerken aan lokalen in eigendom van verenigingen aangesloten bij cultuurraad en/of sportraad dient aangepast te worden in die zin dat er niet meer zal gewerkt worden met een principiële en een definitieve aanvraag maar enkel met één aanvraag. Er wordt namelijk vastgesteld dat de meeste aanvragen tot het bekomen van een premie pas aangevraagd worden nadat de renovatie- en/of herstellingswerken plaatsgevonden hebben. Bovenstaande wijziging in het reglement voor renovatie- en herstellingswerken aan lokalen in eigendom werd ter advies voorgelegd aan de cultuur- en sportraad die er een positief advies over uitbrachten in hun vergadering van 19 november 2013. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke reglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande premiereglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan lokalen in eigendom van verenigingen die aangesloten zijn bij de gemeentelijke cultuurraad en/of sportraad goed te keuren. Art. 1 .- Onderstaand premiereglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan lokalen in eigendom van verenigingen die aangesloten zijn bij de gemeentelijke cultuurraad en/of sportraad gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. PREMIEREGLEMENT RENOVATIE- EN HERSTELLINGSWERKEN AAN LOKALEN IN EIGENDOM VAN VERENIGINGEN AANGESLOTEN BIJ CULTUURRAAD EN/OF SPORTRAAD Art. 1. -
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 670
Voor wie De renovatie- en herstellingspremie kan worden aangevraagd door Deerlijkse verenigingen, aangesloten bij de gemeentelijke cultuurraad en/of gemeentelijke sportraad, die een lokaal in eigendom hebben op het grondgebied van de gemeente en het lokaal voor hun reguliere werking gebruiken. Art. 2. Maximumbedrag en berekening De renovatie- en herstellingspremie bedraagt 50 % van de kostprijs van de uitgevoerde renovatie- en/of herstellingswerken met een maximum van 2.000,00 euro. Indien het budget ontoereikend is om alle aanvragen te betoelagen, wijst het college van burgemeester en schepenen de betoelaging toe aan de hand van de prioriteitsvolgorde zoals in artikel 3 is beschreven. De aanvrager kan slechts één aanvraag per kalenderjaar indienen. Verenigingen die bij zowel de cultuurraad als de sportraad aangesloten zijn, kunnen slechts bij 1 van deze 2 gemeentelijke raden een aanvraag voor het bekomen van deze premie indienen. Art. 3. Voorwaarden en criteria Om voor de renovatie- en herstellingspremie in aanmerking te komen dienen de renovatie- en/of herstellingswerken ofwel - de veiligheid (stevigheid, elektrische installatie, brandveiligheid, inbraak- en vandalismebeveiliging, ... ); - de toegankelijkheid; - de nutsvoorziening (met aandacht voor sanitair en hygiëne); - de duurzaamheid; - de verfraaiing; van het lokaal te verbeteren, waarbij de bovenstaande rangorde prioriteitsbepalend is. Kosten die niet in aanmerking komen voor betoelaging zijn: - gewone onderhoudskosten (bv. onderhoud van verwarmingsinstallatie, …); - kosten voor los meubilair en toebehoren; - luxematerialen (bv. marmer, domotica, …). Kosten die gemaakt zijn voor de opwekking en de aanwending van alternatieve energievormen, kunnen niet in aanmerking komen voor een premie via dit reglement. Hiervoor kan er een aanvraag gebeuren via de premiereglementen inzake milieu. Art. 4. Aanvraagformaliteiten, toekenningprocedure en advies De aanvrager kan voor beide premievormen slechts één aanvraag per kalenderjaar indienen. De aanvraag voor een premie voor renovatie- en herstellingswerken moet schriftelijk gebeuren bij het college voor burgemeester en schepenen vóór 1 oktober op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier. Bij de aanvraag worden volgende documenten gevoegd: - een beschrijving van de uitgevoerde werken; - de voor waar en echt verklaarde facturen van de uitgevoerde renovatie- en/of herstellingswerken samen met de betalingsbewijzen ervan. Meerdere renovatie- en/of herstellingswerken kunnen in één aanvraag gebundeld worden.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 671
Bij de beoordeling van het ingediende dossier beslist het college van burgemeester en schepenen, na advies van het bestuur van de cultuurraad of sportraad, over het al dan niet toekennen van de renovatie- en herstellingspremie. Indien deze niet wordt toegekend zal het college van burgemeester en schepenen dit binnen de maand na deze beslissing schriftelijk te kennen geven aan de aanvrager. Indien er wijzigingen optreden in de gegevens die bij de premieaanvraag zijn verstrekt, deelt de aanvrager die onmiddellijk en spontaan mee aan het college van burgemeester en schepenen. Art. 5. Controle en toekenning De bevoegde diensten kunnen een plaatsbezoek uitvoeren om vast te stellen of de renovatie- of herstellingswerken effectief werden uitgevoerd. Art. 6. Promotionele verplichtingen Op elke publicatie. moet de aanvrager de steun van de gemeente Deerlijk vermelden. Dit kan door een vermelding of door het gebruik van het logo van de gemeente. Art. 2. - Huidig premiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet en zijn latere wijzigingen. ----19. SB - tweede verblijven - belastingreglement Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 24 oktober 2013 het woonplan goedgekeurd. In het woonactieplan is bij de acties 1.1 ‘Actieve opvolging en monitoring van het register (en heffing) van leegstand en verwaarlozing’ opgenomen dat een heffingsreglement op tweede verblijven zal opgemaakt worden. Het reglement heeft als doelstelling om een ontsnappingsroute uit de leegstandsheffing te voorkomen. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 13 november 2013 het voorstel van het belastingreglement op tweede verblijven besproken en beslist om dit reglement ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad. Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, gewijzigd door de decreten van 28 mei 2010 en 17 februari 2012 is van toepassing. De gemeenteraadscommissie financiën heeft voorliggend belastingreglement besproken in haar zitting van 25 november 2013. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen bepaalt dat het vaststellen van gemeentebelastingen tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 672
Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen (Open VLD) het onderstaande belastingreglement ‘Tweede verblijven’ goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand belastingreglement gaat in per 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. BELASTINGREGLEMENT TWEEDE VERBLIJVEN Art. 1. - belastbare grondslag Er wordt voor de aanslagjaren 2014 tot en met 2019 een gemeentebelasting gevestigd op tweede verblijven gelegen op het grondgebied van Deerlijk. Art. 2. - definities Tweede verblijf: Elke private woongelegenheid die voor de eigenaar, de huurder of de gebruiker ervan niet tot hoofdverblijfplaats dient, maar op elk ogenblik door hen voor bewoning kan worden gebruikt. Tweede verblijven zijn alle vaste woongelegenheden die al of niet ingeschreven zijn in de kadastrale legger: landhuizen, bungalows, villa’s, appartementen, studio’s, weekendhuisjes. Worden niet als tweede verblijven beschouwd: - Lokalen uitsluitend bestemd voor het uitoefenen van een beroepsactiviteit; - Studentenhuizen en -kamers; - Lokalen op dewelke de bedrijfszetel van rechtspersonen gevestigd is. Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen: - een aangetekend schrijven; - een afgifte tegen ontvangstbewijs. Art. 3. - belastingplichtige De belasting is verschuldigd door diegene die het tweede verblijf kan betrekken op 1 januari van het aanslagjaar, hetzij als eigenaar, hetzij als huurder of in welke hoedanigheid ook. In geval van vruchtgebruik, recht van opstal of recht van erfpacht is de belasting verschuldigd door de vruchtgebruiker, de opstalhouder of de erfpachthouder. De eigenaar is hoofdelijk gehouden tot betaling van de belasting. In geval van mede-eigendom is iedere mede-eigenaar belastingplichtig voor zijn wettelijk deel. Voor de woningen welke in multi-eigendom aangekocht zijn, is de belasting verschuldigd door elke eigenaar naar rato van zijn aandeel in het onroerend goed, hem toegewezen als gevolg van het beschikkingsrecht over de woonst. Art. 4. - aangifteplicht De belastingplichtige moet jaarlijks ten laatste op 30 juni van het aanslagjaar een aangifte indienen bij het gemeentebestuur op een door het gemeentebestuur voorgeschreven formulier. Een belastingplichtige die geen aangifteformulier gekregen heeft, moet er zelf één vragen. De administratie stelt op eenvoudig verzoek een formulier ter beschikking. Uiterlijk twee maanden na ontvangst van het formulier dient de belastingplichtige het ingevuld en ondertekend formulier aan het gemeentebestuur terug te bezorgen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 673
Art. 5. - ambtshalve belasting Bij gebrek aan aangifte binnen de gestelde termijn, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte, wordt de belasting ambtshalve gevestigd op basis van de gegevens waarover de administratie beschikt. Vooraleer over te gaan tot ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per beveiligde zending, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd, evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening om zijn opmerkingen en de nodige bewijsstukken schriftelijk voor te dragen. Art. 6. - belastingtarief De belasting wordt forfaitair vastgesteld op 600 euro per tweede verblijf. Indien overgegaan wordt tot de ambtshalve vastgestelde belasting zal een verhoging worden toegepast van: - 25 % bij een eerste overtreding; - 50 % bij een tweede overtreding; - 75 % bij een derde overtreding; - 100 % vanaf de vierde overtreding. Art. 7. - belastinginvordering De belasting, alsmede de eventuele belastingverhoging vermeld onder artikel 6, wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Art. 8. - betaling van de belasting De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Art. 9. - bezwaar tegen belasting De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn. Deze indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding afgegeven, binnen vijftien kalenderdagen na de indiening ervan Art. 2. - Huidig belastingreglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Art. 3. - De beslissing wordt binnen de 20 dagen ter kennisgeving overgemaakt aan de provinciegouverneur conform artikel 253, § 1, 3° van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. -----
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 674
20. Gemeentelijke saneringsbijdrage - vaststelling - aanpassing sp.a Raadslid Vanheerweghe wenst terug te komen op diens tussenkomst tijdens de gemeenteraad van 26 januari 2012. Daarin verwees hij naar een schrijven uit het gemeenteraadsdossier waarin de saneringsovereenkomst tussen de VMW en de gemeente werd afgekeurd omdat ze enerzijds tot een retroactieve aanpassing van de gemeentelijke tarieven en anderzijds, voor de hogere gebruikers, tot een disproportionele en niet onderbouwde korting leidde. De schepen van leefmilieu repliceerde in deze ontkennend. In het voorliggend ontwerpbesluit verwijst het college van burgemeester en schepenen naar het drinkwaterdecreet van 24 mei 2002, meerbepaald artikel 16 bis paragraaf 3, dat stelt dat er bij de bepaling van de gemeentelijke saneringsbijdrage o.a. rekening moet gehouden worden met de vervuiling die de abonnee veroorzaakt, conform het ‘de vervuiler betaalt’beginsel. De lage degressieve tarieven voor grootgebruikers stroken echter niet met dit principe. Het voorliggend ontwerpbesluit werkt de ongelijkheid tussen grootverbruikers en modale verbruikers wel enigszins weg, maar het blijft de gewone verbruiker die het meest betaalt. De groep van modale verbruikers wordt zelfs uitgebreid. Hij merkt tevens op dat de saneringsbijdrage is gestegen sedert 1 januari 2013 van 0,9313 naar 0,9523 euro per m³. Desondanks stelt sp.a raadslid Vanheerweghe dat zijn fractie dit agendapunt toch zal goedkeuren, gezien de saneringsbijdrage conform de algemene toegepaste schijvenindeling is binnen de Watergroep. Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Er wordt verwezen naar het decreet van 24 mei 2002 betreffende water bestemd voor menselijke aanwending, en latere wijzigingen, ook het ‘drinkwaterdecreet’ genoemd. Het drinkwaterdecreet legt aan de drinkwatermaatschappijen de verplichting op om het aan hun abonnees geleverde water te saneren. De exploitant van een openbaar waterdistributienetwerk kan aan deze saneringsplicht voldoen door het afsluiten van een overeenkomst met een gemeente, gemeentebedrijf, intercommunale of intergemeentelijk samenwerkingsverband of een door de gemeente na publieke marktbevraging aangestelde entiteit. De gemeenteraad heeft in zitting van 26 januari 2012 de tarieven voor de gemeentelijke saneringsbijdrage als volgt vastgesteld: - Voor de abonnees van de VMW en de eigen waterwinners: o van 0 m³ tot 1.000 m³: 1,4 x de bovengemeentelijke saneringsbijdrage; o van 1.000 m³ tot 5.000 m³: 0,3333 x 1,4 x de bovengemeentelijke saneringsbijdrage; o boven 5.000 m³: 0,10 x 1,4 x de bovengemeentelijke saneringsbijdrage. - Voor de individuele sanering (IBA) binnen een collectieve aanpak door de gemeente: o voor verbruikers met enkel particulier verbruik: 2,4 x de bovengemeentelijke saneringsbijdrage; o voor de verbruikers met een gedeelte niet-particulier verbruik wordt de werkelijke kost van de exploitatie van de IBA aangerekend. De saneringsovereenkomst tussen de gemeente Deerlijk en de VMW waarin de afspraken betreffende de inning en doorstorting van de gemeentelijke saneringsbijdrage bepaald worden, werd ondertekend op 25 april 2012. Artikel 16 bis, § 3 van het drinkwaterdecreet stipuleert dat bij het bepalen van de gemeentelijke saneringsbijdrage er moet rekening gehouden worden met verschillende criteria, ondermeer met de vervuiling die de abonnee veroorzaakt, conform het ‘de vervuiler betaalt’-beginsel. De uiterst lage degressieve tarieven die gehanteerd worden voor grootverbruikers stroken niet met dit principe.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 675
De gemeentelijke saneringsbijdrage is bestemd voor de financiering van de gemeentelijke saneringsplicht. Het realiseren van het gemeentelijk zoneringsplan, zoals goedgekeurd bij ministerieel besluit van 24 juni 2008, vormt een belangrijke uitdaging voor de komende jaren. Hiervoor zullen nog grote investeringen nodig zijn waardoor een verhoging van de bijdrage voor grootverbruikers te verantwoorden is. De gemeente Deerlijk hanteert als enige gemeente binnen De Watergroep een afwijkende schijvenstructuur, wat voor extra administratieve kosten zorgt, waardoor het wenselijk is om de schijvenindeling aan te passen conform de algemeen toegepaste schijvenindeling binnen De Watergroep. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 25 september 2013 voorgesteld om de tarieven voor de gemeentelijke saneringsbijdrage als volgt aan te passen: - De schijvendeling aan te passen conform de algemeen toegepaste schijvenindeling binnen De Watergroep, zijnde 1e schijf van 0 tot 6.000 m³, 2e schijf van 6.001 tot 60.000 m³ en 3e schijf voor verbruiken boven 60.000 m³. - De tarieven voor de abonnees van De Watergroep en eigen waterwinners aan te passen rekening houdend met het ‘de vervuiler betaalt’-beginsel en voor de 1e schijf de maximumbijdrage aan te rekenen en voor de 2e en 3e schijf een korting van respectievelijk 50 % en 75 % toe te kennen. De gemeenteraadscommissie financiën heeft dit reglement besproken in haar zitting van 25 november 2013. Op basis van huidige gemeenteraadsbeslissing zal met De Watergroep een nieuwe saneringsovereenkomst moeten afgesloten worden waarin de afspraken betreffende inning en doorstorting van de gemeentelijke saneringsbijdrage vanaf 1 januari 2014 bepaald worden. In het kader van de leesbaarheid en de hanteerbaarheid is het aangewezen om de integrale beslissing betreffende de vaststelling van de gemeentelijke saneringsbijdrage te laten goedkeuren en niet enkel de wijziging. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen bepaalt dat het vaststellen van gemeentebelastingen tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande belastingreglement betreffende de vaststelling van de gemeentelijke saneringsbijdrage goed te keuren. Art. 1. - De gemeenteraadsbeslissing van 26 januari 2012 betreffende de vaststelling van de gemeentelijke saneringsbijdrage wordt integraal hernomen en vervangen door onderstaand belastingreglement, dat ingaat op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. GEMEENTELIJKE SANERINGSBIJDRAGE - VASTSTELLING Art. 1. - De tarieven, per m³, van de bijdrage voor opvang en transport (BOT) aan de abonnees van De Watergroep en van de vergoeding voor eigen waterwinners (VEW) worden als volgt vastgesteld: o van 0 m³ tot 6.000 m³: 1,4 x de bovengemeentelijke saneringsbijdrage; o van 6.001 m³ tot 60.000 m³: 0,50 x 1,4 x de bovengemeentelijke saneringsbijdrage; o boven de 60.000 m³: 0,25 x 1,4 x de bovengemeentelijke saneringsbijdrage,
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 676
waarbij het huidig btw tarief bedraagt: voor de abonnees van De Watergroep: 6 %; voor de VEW aan een btw-tarief van 21 %. Art. 2. - Voor de individuele sanering (IBA) binnen een collectieve aanpak door de gemeente, wordt de saneringsbijdrage als volgt vastgesteld: het tarief, per m³, van de bijdrage voor opvang en transport (BOT) aan de abonnees van de VMW en van de vergoeding voor eigen waterwinners (VEW) voor verbruikers met enkel particulier verbruik bedraagt: 2,4 x de bovengemeentelijke saneringsbijdrage, waarbij het huidig btw tarief bedraagt: voor de abonnees van de VMW: 6 %; voor de VEW aan een btw-tarief van 21 %. o
voor verbruikers met een gedeelte niet-particulier verbruik wordt de werkelijke kost van de exploitatie van de IBA aangerekend.
Art. 3. - IBA’s, geplaatst buiten de collectieve aanpak van de gemeente, worden vrijgesteld van de gemeentelijke saneringsbijdrage indien volgende voorwaarden cumulatief vervuld zijn: o het betreft de sanering van huishoudelijk afvalwater afkomstig van vergunde gebouwen; o het betreft een installatie gelegen in het individueel te optimaliseren gebied zoals aangeduid op het zoneringsplan van de gemeente Deerlijk of zuiveringszone C voor installaties geplaatst vóór de inwerkingtreding van het zoneringsplan; o het betreft een verdergaande zuivering dan enkel een individuele voorbehandelingsinstallatie; o de installatie dient gebouwd en geëxploiteerd te worden conform de code van goede praktijk; o de individuele behandelingsinstallatie voor afvalwater of IBA dient te beschikken over de Europese norm EN 12566-3: 2005; o het hemelwater dient maximaal afgekoppeld te worden en niet door de particuliere zuivering te gaan; o de kwaliteit van het effluent dient te voldoen aan de desbetreffende normen van VLAREM II wat jaarlijks dient bewezen te worden. Art. 4. - In geval De Watergroep de lekverliesprocedure toepast, is er geen gemeentelijke saneringsbijdrage verschuldigd op het volume water dat door De Watergroep in aanmerking wordt genomen als lekverlies. Art. 2. - Een aangepaste overeenkomst wordt opgemaakt tussen De Watergroep en de gemeente Deerlijk teneinde de eerder vermelde tarieven alsook de afspraken betreffende inning en doorstorting van de gemeentelijke saneringsbijdrage te bepalen. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere uitvoeringsmodaliteiten van huidige beslissing. Art. 4. - Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Art. 5. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen overgemaakt aan de toezichthoudende overheid conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 677
----21. HTD - retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 28 oktober 2010 het retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijke openbaar domein goedgekeurd en dit eindigt op 31 december 2013. De gemeente en de burgers worden voortdurend geconfronteerd met de plaatsing van en/of het onderhoud aan verschillende nutsvoorzieningen op gemeentelijk grondgebied. De nutsvoorzieningen vergen werkzaamheden langs de gemeentelijke wegen en hebben aldus een impact op het openbaar domein. Op het vlak van het onderhoud en de herstellingen moeten ook geregeld dringende werken uitgevoerd worden die verband houden met de continuïteit van de dienstverlening en daarnaast zijn er een aantal werken zoals aansluitingswerken, herstellingen en andere kleine onderhoudswerken die omzeggens constant een impact hebben op het openbaar domein. Er wordt verwezen naar de goedkeuring door de gemeente van de Code voor Infrastructuuren Nutswerken langs gemeentewegen die tot doel heeft een snelle en vlotte uitvoering van de werken te bevorderen, teneinde de hinder en de duur van de werken tot een minimum te herleiden. Deze Code werd opgemaakt door een overlegplatform bestaande uit een delegatie van nutsbedrijven en een delegatie van de gemeenten, de Vlaamse Administratie van Wegen en Verkeer en van Binnenlandse Aangelegenheden. Het college van burgemeester en schepenen stelde in zitting van 16 oktober 2013 voor om het reglement te verlengen tot 31 december 2016 en in artikel 3 op te nemen dat er een retributie voorzien wordt van 0,5 euro per aansluitpunt, ter compensatie van diverse heffingen en belastingen ten hoofde van de distributienetbeheerder en zijn werkmaatschappij. De gemeenteraadscommissie financiën heeft dit reglement besproken in haar zitting van 25 november 2013. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen bepaalt dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand retributiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 voor een termijn eindigend op 31 december 2016. RETRIBUTIEREGLEMENT OP WERKEN AAN NUTSVOORZIENINGEN OP GEMEENTELIJK OPENBAAR DOMEIN Art. 1. - Algemeen
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 678
Er wordt aan de eigenaar van elke nutsvoorziening een retributie aangerekend op de gemeentelijke dienstverlening en het gebruik van het gemeentelijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan permanente nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein, in uitvoering en met toepassing van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen. Permanente nutsvoorzieningen zijn: - alle installaties (zoals kabels, leidingen, buizen,…), inclusief hun aanhorigheden (zoals kabel-, verdeel-, aansluit-, e.a. kasten, palen, masten, toezichts-, verbindings-, e.a. putten…) dienstig voor het transport van elektriciteit, gas, gasachtige producten, stoom, drink-, hemel- en afvalwater, warm water, brandstof; - telecommunicatie; - radiodistributie en kabeltelevisie; - de transmissie van enigerlei data, ongeacht of een privé-gebruiker al dan niet op die installaties kan aangesloten worden; - alle trein- en tramsporen die zich bevinden op de openbare weg worden eveneens aanzien als nutsvoorzieningen. De retributie is niet verschuldigd indien de werken worden uitgevoerd samen met of onmiddellijk voorafgaand aan wegen- of rioleringswerken uitgevoerd door de gemeente of indien het werken zijn die uitgevoerd worden op verzoek van de gemeente. Art. 2. - Retributie naar aanleiding van sleufwerken De retributie naar aanleiding van sleufwerken is verschuldigd per dag en per lopende meter openliggende sleuflengte voor alle sleufwerken. Zij bedraagt voor werken in rijwegen 2,00 euro, voor werken in voetpaden 1,50 euro en voor werken in aardewegen 0,90 euro. Wanneer in dezelfde sleuf gelijktijdig werken uitgevoerd worden voor twee of meer nutsvoorzieningen bedraagt voormelde retributie voor de eigenaar van elke nutsvoorziening 60 % van hogervermelde bedrag(en). Een begonnen dag geldt voor een volledige dag. Elk deel van een lopende meter wordt als een volledige lopende meter in rekening gebracht. Art. 3. - Retributie voor dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen, kleine onderhoudswerken en ter compensatie van diverse heffingen en belastingen Voor de hinder veroorzaakt door de dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen en kleine onderhoudswerken met een sleufoppervlakte van maximum 3 m², wordt per kalenderjaar een retributie geheven van 1,00 euro per op het grondgebied van de gemeente aanwezig aansluitingspunt. Ter compensatie van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als haar werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,5 euro per aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de gemeente. Deze retributie is verschuldigd vóór het einde van ieder jaar. In dit kader doet iedere nutsmaatschappij vóór 15 december van ieder jaar opgave van het aantal aansluitingspunten op het grondgebied van de gemeente. Art. 4. - Inning
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 679
De retributie dient te worden betaald binnen de 30 kalenderdagen na toezending van de facturen. Art. 5. - Definitief karakter Conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen wordt een afschrift van huidige beslissing overgemaakt aan de provinciegouverneur. Art. 2. - Dit gemeenteraadsbesluit wordt overgemaakt aan Gaselwest, secretariaat, Brusselsesteenweg 199 te 9090 Melle en per mail op
[email protected]. ----22. Milieu - retributiereglement DIFTAR containerpark - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 26 maart 2009 het DIFTAR-retributiereglement aangepast en dit eindigt op 31 december 2013. Het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen en het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen zijn van toepassing. Het uitvoeringsplan van 14 december 2007 betreffende het milieuverantwoord beheer van huishoudelijke afvalstoffen en het uitvoeringsplan selectieve inzameling bedrijfsafval van kleine ondernemingen zijn van toepassing; De inzameling, hergebruik, recyclage, nuttige toepassing en verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen houden een kost in voor de gemeente en deze kosten kunnen verhaald worden op de aanbieders via een gedifferentieerde retributie, die de gemeente toelaat om het principe ‘de vervuiler betaalt’ toe te passen. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 23 oktober 2013 het voorstel geformuleerd om aan het retributiereglement DIFTAR containerpark voorlopig geen wijzigingen of aanpassingen door te voeren en het ongewijzigd te behouden voor een periode die ingaat op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. De milieuraad heeft het retributiereglement DIFTAR containerpark besproken in de vergadering van 5 november 2013 en had hierover geen opmerkingen. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat het vaststellen van de machtiging om retributies te heffen en de voorwaarden ervan vast te stellen tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen het onderstaande retributiereglement DIFTAR containerpark goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand retributiereglement gaat in per 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. RETRIBUTIEREGLEMENT DIFTAR CONTAINERPARK
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 680
Art. 1. - Begrippen: - DIFTAR: gedifferentieerde tarifering afhankelijk van het soort afval. Art. 2. - Voor de volgende afvalstoffen wordt er op het DIFTAR containerpark een retributie aangerekend: 1. Recupereerbaar bouw- en sloopafval 2. Niet-recupereerbaar bouw- en sloopafval (te storten) 3. Houtafval (behandeld, onbehandeld, samengesteld) 4. Snoeihout 5. Zacht groen 6. Boomwortels of struiken met wortels 7. Brandbaar, niet recycleerbaar 8. Stortafval/deponie 9. Multistroom 10. Hechtgebonden asbest Art. 3. - Afhankelijk van het soort afval worden volgende retributies vastgesteld via weging: Fractie
Prijs per kg (euro)
Recupereerbaar bouw- en sloopafval
0,02
Niet-recupereerbaar bouw- en sloopafval (te storten)
0,20
Houtafval
0,07
Snoeihout: tot 100 kg vanaf 101 kg
Gratis 0,07
Zacht groen: tot 100 kg vanaf 101 kg
Gratis 0,07
Boomwortels of struiken met wortels
0,20
Brandbaar, niet recycleerbaar
0,20
Stortafval/deponie
0,20
Multistroom
0,20
Hechtgebonden asbest: tot 200 kg per gezin per jaar vanaf 201 kg
Gratis 0,20
Art. 4. - Om de fractie zachtgroen en/of de fractie snoeihout gratis te kunnen aanleveren dient men deze fracties apart aan te bieden op het betalend gedeelte en mag het totaal gewicht samen niet meer dan 100 kg per aanvoerbeurt zijn. Art. 5. - Om de fractie hechtgebonden asbest te kunnen aanleveren dient men over een asbestkaart te beschikken. De asbestkaart wordt bekomen bij de containerparkwachter. Met deze asbestkaart mag enkel hechtgebonden asbest aangeleverd worden. De aanlevering gebeurt enkel op zaterdag.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 681
Art. 6. - Om de fractie hechtgebonden asbest gratis te kunnen aanleveren dient men deze fractie apart aan te bieden op het betalend gedeelte en mag het totaal gewicht samen niet meer dan 200 kg per gezin per jaar zijn. Art. 7. - De retributie vermeld in artikel 4 is verschuldigd door éénieder die gebruik maakt van de gemeentelijke dienstverlening inzake inzameling van de in artikel 3 genoemde afvalfracties. Bij aanvoer van verschillende betalende fracties, wordt voor het totale gewicht afval de retributie aangerekend van de aangevoerde afvalsoort met de duurste retributie. Per bezoek aan het DIFTAR-gedeelte wordt een minimum bedrag aangerekend van 2 euro als deelname in de exploitatiekosten, met uitzondering van de fracties snoeihout, zachtgroen en hechtgebonden asbest. Art. 8. - De betaling dient ter plaatse verricht te worden. Deze retributies worden geïnd bij het verlaten van het DIFTAR-gedeelte van het containerpark. Art. 9. - In het geval van geldtekort of het niet bijhebben van geld wordt de reële kostprijs van het op het betalend gedeelte van het containerpark gedeponeerde afval gefactureerd vermeerderd met een administratiekost van 10 euro. Art. 10. - Bij verlies van het ticket wordt het op het betalend gedeelte van het containerpark gedeponeerde afval aan de duurste fractie aangerekend. Art. 11. - Jeugdverenigingen met een regelmatige en actieve jeugdwerking in Deerlijk kunnen gratis hun afval aanbieden op het betalend gedeelte van het containerpark onder volgende cumulatief te vervullen voorwaarden: - de jeugdvereniging sorteert permanent afval ter hoogte van zijn lokaal; - de gratis aanlevering van het afval van de jeugdvereniging op het betalend gedeelte van het containerpark gebeurt telkens door 2 personen waarvan de namen vermeld staan op de door de jeugdvereniging op het containerpark gedeponeerde personenlijst. Art. 2. - Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Art. 3. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen overgemaakt aan de toezichthoudende overheid conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. ----23. Milieu - retributiereglement ‘gesorteerd groot vuil - afhaling via gemeentelijke container’ goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 9 juli 2009 het retributiereglement ‘gesorteerd groot vuil - afhalen via gemeentecamion’ aangepast en dit eindigt op 31 december 2013. Het retributiereglement ‘containerpark - diftar’ wordt in huidige zitting eveneens ter goedkeuring voorgelegd. Het is wenselijk om de burger de mogelijkheid te blijven bieden om gesorteerd groot vuil door middel van de gemeentelijke container te laten afvoeren naar het containerpark (of in
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 682
sommige gevallen rechtstreeks naar IMOG) indien de onmogelijkheid bestaat om het vuil zelf naar het containerpark te brengen omwille van de toestand van de persoon of omwille van de aard van het vuil. Het is aangewezen om naast de retributie die moet betaald worden voor het afvoeren van de vuilfractie, volgens de tarieven vastgelegd in het retributiereglement ‘containerpark - diftar’, ook een vaste kost aan te rekenen voor het gebruik, de levering en ophaling van de gemeentelijke container en het transport naar het containerpark of naar IMOG. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 28 augustus 2013 beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen om het retributiereglement ‘gesorteerd groot vuil afhaling via gemeentelijke container’ aan te passen in die zin dat er een vaste vergoeding van 75,00 euro aangerekend wordt voor het gebruik, leveren en weghalen van de container en daarbovenop de retributie voor het afvoeren van het niet-gemengd groot vuil naar het containerpark aangerekend wordt en om het reglement te laten ingaan op 1 januari 2014 en te laten eindigen op 31 december 2019. De milieuraad heeft het voorstel tot aanpassing van het retributiereglement ‘gesorteerd groot vuil - afhaling via gemeentelijke container’ besproken in de vergadering van 3 september 2013 en had hierover geen opmerkingen. In haar zitting van 25 november 2013 heeft de gemeenteraadscommissie financiën dit reglement besproken. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement ‘gesorteerd groot vuil - afhaling via gemeentelijke container’ goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand retributiereglement gaat in per 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. RETRIBUTIEREGLEMENT GESORTEERD GROOT VUIL – AFHALING VIA GEMEENTELIJKE CONTAINER Art. 1. - Er wordt een retributie geïnd voor het ophalen, verwerken en verwijderen van een vracht niet-gemengd groot vuil door middel van de gemeentelijke container waarbij het tarief als volgt wordt bepaald: - 75,00 euro voor het gebruik, leveren en weghalen van de gemeentelijke container en het transport naar het containerpark of naar IMOG; - én de retributie voor het verwerken van het gesorteerd groot vuil, vastgesteld via weging en volgens de tarieven vastgelegd in het retributiereglement ‘containerpark - diftar’. Art. 2. - Gesorteerd groot vuil wordt afgehaald door middel van de gemeentelijke container als de onmogelijkheid bestaat om het naar het containerpark te brengen, hetzij omwille van de toestand van de persoon, hetzij omwille van de aard van het vuil. Art. 3. - Bedrijfsvuil, groot vuil afkomstig van werken uitgevoerd door een aannemer of particulier gemengd groot vuil, wordt niet afgehaald.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 683
Art. 4. - Het aantal afhalingen wordt beperkt tot één vracht per uitgevoerd werk door een particulier. Voor grotere hoeveelheden dient men een container te huren bij private bedrijven. Art. 5. - Volgende niet-gemengde afvalfractie worden afgehaald: - recupereerbaar bouw- en sloopafval; - niet-recupereerbaar bouw- en sloopafval; - houtafval; - snoeihout; - zacht groen. Art. 6. - Voor iedere overtreding van het reglement zal een tarief aangerekend worden conform het retributiereglement ‘sluikstort - weghalen en verwijderen van afvalstoffen’. Art. 2. - Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Art. 3. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen overgemaakt aan de toezichthoudende overheid conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. ----24. Jeugd - premiereglement jeugdverenigingen - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement ‘jeugdverenigingen’ werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 2 december 2010 en eindigt op 31 december 2013. Het verstrekken van een premie aan jeugdverenigingen is voor een gemeentelijke overheid een basisgegeven. Jeugdverenigingen zijn er immers niet alleen om kinderen en jongeren op een kwalitatieve manier ontspanning en spel aan te reiken maar evenzeer om hen kansen te bieden zich te ontwikkelen tot jongvolwassenen. Bijgevolg is het aangewezen het premiereglement ‘jeugdverenigingen’ verder aan te houden. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 17 juli 2013 het premiereglement ‘jeugdverenigingen’ overlopen en is van oordeel dat aan dit reglement geen wijzigingen of aanpassingen dienen te gebeuren en het bijgevolg ongewijzigd kan behouden blijven. De jeugdraad heeft het premiereglement ‘jeugdverenigingen’ besproken in zijn vergadering van 13 oktober 2013 en heeft hierover positief advies uitgebracht mits er in het reglement ingeschreven wordt dat: - in het budget voor de jeugdverenigingen een jaarlijkse premie ten bedrage van 15.500 euro wordt voorzien; - de vorming van de leiding 20 % bedraagt in plaats van 13 % om reden dat de jeugdraad kadervorming belangrijk vindt. Goedgevormde leiding zorgt voor een goedlopende en verantwoordelijke werking van de jeugdverenigingen. - de werkings- en kamppremie elk 40 % van de totale premie van jeugdverenigingen bedraagt in plaats van 43,5 % om reden dat de overige 80 % verdeeld moet worden over de werkings- en kamppremie; - de kadervormingscursus die gevolgd werd in het voorbije werkjaar, een cursus moet zijn van minstens vijf dagdelen die niet noodzakelijk opeenvolgend hoeven te zijn, om reden
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 684
dat er dan zinvolle, langdurige cursussen betoelaagd worden en niet enkel een drie-uur durende cursus. Het college van burgemeester en schepen heeft dit advies van de jeugdraad in zijn zitting van 23 oktober 2013 besproken en beslist: - het advies over het inschrijven van het premiebedrag in het budget niet te volgen om reden dat dit ook voor de andere sectoren niet wordt gedaan en dezelfde lijn dient aangehouden te worden voor alle sectoren van het beleid; - de procentuele aanpassing van de werkings-, kamp- en vormingspremie te volgen; - het advies dat de kadervormingscursus vijf dagdelen moet bevatten, die niet noodzakelijk opeenvolgend moeten zijn, te volgen. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande premiereglement goed te keuren: PREMIEREGLEMENT OP JEUGDVERENIGINGEN Art. 1. - Dit premiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. Art. 2. - Dit reglement heeft tot doel de jeugdverenigingen, met een regelmatige en actieve jeugdwerking in Deerlijk, te ondersteunen en via een premie een bijdrage te leveren tot de continuïteit en kwaliteit van het jeugdwerk. Art. 3. - Dit reglement is van toepassing op de jeugd- en jongerenverenigingen: - met een actieve en regelmatige werking, minimaal maandelijkse activiteiten; - groepsgericht: doelpubliek kinderen en/of jongeren; - zonder winstoogmerk; - minimaal 1 jaar werking; - meerderheid van de leiding ouder dan 18 jaar en jonger dan 25 jaar; - aangesloten als jeugd- of jongerenvereniging bij de gemeentelijke jeugdraad. Art. 4. - De premie van een jeugdvereniging wordt berekend op basis van een werkjaar, lopend van 1 september van het voorbije jaar tot 31 augustus van het jaar van de aanvraag. Art. 5. - De aanvraag voor een premie moet vóór 15 september gericht worden aan het college van burgemeester en schepenen op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier. De premie wordt berekend op basis van een volledig dossier. Vóór juli van het jaar van de aanvraag stuurt de jeugddienst de aanvraagformulieren naar alle bij de jeugdraad aangesloten jeugdverenigingen. In een bestuursvergadering van de jeugdraad worden de aanvraagdossiers behandeld en verrekend en wordt een advies van premieverdeling opgemaakt, gericht aan het college van burgemeester en schepenen. Art. 6. - De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het op het budget ingeschreven krediet. Art. 7. - De totale premie aan jeugdverenigingen wordt onderverdeeld in een werkingspremie, een kamppremie en een premie voor de vorming van de leiding.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 685
De werkings- en kamppremie bedragen elk 40 % van de totale premie aan jeugdverenigingen terwijl de premie voor de vorming van de leiding 20 % bedraagt. Art. 7.1. - De werkingspremie bestaat uit een basispremie en een variabele premie. a) basispremie: - deze bedraagt 20% van de werkingspremie; - deze premie wordt gelijk verdeeld onder alle jeugdverenigingen, die een aanvraag indienen. b) variabele premie - ledenaantal: o 20 % van de werkingspremie wordt verdeeld onder de jeugdverenigingen op basis van het aantal leden en leiding; o berekening met een puntensysteem: o per ingeschrevene wordt 1 punt toegekend; op basis van het totaal ingeschrevenen wordt een coëfficiënt berekend; o bedrag: totaal aantal leden = coëfficiënt x leden van een vereniging, is het bedrag dat die vereniging bekomt; o bij het dossier dient een ledenlijst per afdeling, afgeleverd door ofwel het nationaal secretariaat ofwel de verzekeringsmaatschappij gevoegd te worden. - activiteiten: o 60 % van de werkingspremie wordt representatief verdeeld, op basis van het aantal activiteiten, die regelmatig georganiseerd worden voor de verschillende leeftijdscategorieën in de jeugdverenigingen; o berekening met een puntensysteem: o K1: 100 punten voor de jeugdvereniging(en) met wekelijkse activiteiten; 50 punten voor de jeugdvereniging(en) met tweewekelijkse activiteiten; 25 punten voor de jeugdvereniging(en) met driewekelijkse activiteiten; o K2: per leeftijdsgroep: ban, tak, afdeling: 15 punten; o K3: resultaat van K1 x K2; o K4: som van K3 van alle jeugdverenigingen; o K5: 60 % werkingspremie gedeeld door K4; o 6: K3 x K5 = premie per jeugdvereniging. Art. 7.2. - Jeugdverenigingen, die een kamp voor hun leden organiseren, kunnen hiervoor een ondersteunende premie ontvangen. De totale kamppremie bedraagt 40 % van de totale premie aan jeugdverenigingen. Een kamp van een jeugdvereniging komt in aanmerking voor betoelaging als het voldoet aan volgende cumulatief te vervullen voorwaarden: - de jeugdvereniging is organisator van het kamp; - de jeugdvereniging laat zich verzekeren voor het kamp; zowel voor burgerlijke aansprakelijkheid als voor lichamelijke ongevallen; - de activiteiten op kamp kaderen in het doel van het jeugdwerk; - het kamp duurt minimaal 5 dagen, met minimaal 4 overnachtingen; - op kamp is minimaal de helft van de leiding ouder dan 18 jaar; - minimaal 1 begeleider per 10 deelnemers; - voor het kamp krijgen alle deelnemers concrete richtlijnen over de organisatie van het kamp, een zicht op het kampthema of de activiteiten. Dit kan via een kampkrantje, boekje, etc.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 686
De kamppremie wordt berekend met een puntensysteem: - het aantal leden/leiding/begeleiders en deelnemers aan het kamp vermenigvuldigd met het aantal overnachtingen van de leden = het puntentotaal per jeugdvereniging; - alle puntentotalen worden opgeteld; de totale kamppremie wordt gedeeld door de som = de coëfficiënt; - de bekomen coëfficiënt vermenigvuldigd met het puntentotaal van de jeugdvereniging = de kampsubsidie voor die jeugdvereniging. Bij het aanvraagdossier dient gevoegd te worden: - een lijst, per leeftijdscategorie, van de deelnemers aan het kamp; met aanduiding van het aantal dagen dat de leden aanwezig waren op het kamp; - een lijst van de aanwezige leiding op kamp; - een lijst van de ondersteunende begeleiding: proost, foeriers, kookploeg,…; - een exemplaar van het kampboek. Art. 7.3. - Op basis van het vormingsniveau van de leiding kan de jeugdvereniging een premie bekomen. De premie voor de vorming van de leidingsploegen bedraagt 20 % van de totale premie aan jeugdverenigingen. De omvang van deze premie per jeugdvereniging is afhankelijk van: - het aantal leden van de leiding met een attest ‘animator in het door de afdeling Jeugd van de Vlaamse Overheid; - het aantal leden van de leiding, bij aanvraag, dat 3 volledige leidingsploeg van de jeugdvereniging fungeert; - het aantal leden en het aantal leden van de leiding dat het kadervormingscursus volgde van minstens vijf dagdelen. Deze noodzakelijk opeenvolgend zijn.
jeugdwerk’, afgeleverd werkjaren actief in de voorbije werkjaar een dagdelen moeten niet
Deze premie wordt berekend met een puntensysteem: - per vereniging wordt nagegaan hoeveel leiding over een basisattest beschikt, hoeveel leiding 3 jaar in de leiding staat en hoeveel leden en leiding het voorbije werkjaar een kadervormingscursus van minstens vijf dagdelen, die niet noodzakelijk opeenvolgend moeten zijn, volgde. Telkens een voorwaarde voldaan is levert dit voor de vereniging een punt op; het volgen van kadervorming wordt met drie punten gehonoreerd, van de drie voorwaarden worden de punten opgeteld en de som van de drie = het totaal aantal punten voor de jeugdvereniging; - het totale premiebedrag wordt gedeeld door het totaal aantal punten van alle jeugdverenigingen. Deze bekomen coëfficiënt vermenigvuldigd met een aantal punten per vereniging, levert de premie voor de vorming per jeugdvereniging. Bij dit aanvraagdossier dient gevoegd te worden: - een lijst van de leidingsploeg met een vermelding per persoon hoeveel volledige werkjaren deze actief is binnen de leidingsploeg; - een lijst van de leiding, die over een officieel basisattest beschikt, met een kopie van deze attesten; - een lijst, met bewijsstukken, van de leden en de leiding die het voorbije werkjaar kadervorming volgden. Art. 8. - Huidig premiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. -----
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 687
25. Jeugd - premiereglement ‘culturele initiatieven en projecten’ - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement ‘culturele initiatieven en projecten’ werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 april 2011 en eindigt op 31 december 2013. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 17 juli 2013 het premiereglement ‘culturele initiatieven en projecten’ overlopen en is van oordeel dat dit premiereglement behouden dient te blijven doch dat er een afstemming dient te komen van het reglement animatiepremie bij cultuur en het premiereglement voor culturele initiatieven en projecten bij jeugd wat betreft het bedrag van betoelaging. Reden hiervoor is dat het maximum bedrag van de animatiepremie bij cultuur 150,00 euro bedraagt terwijl dit volgens het premiereglement ‘culturele initiatieven en projecten’ 250,00 euro bedraagt en beide premiereglementen in se hetzelfde doel voor ogen hebben. Bijgevolg besliste het college van burgemeester en schepenen het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: - de bestaande premiereglementen animatiesubsidie bij cultuur en het premiereglement voor culturele initiatieven en projecten bij jeugd wat betreft het bedrag van betoelaging af te stemmen op elkaar in die zin dat het bedrag van betoelaging 1/3 van de kostprijs van het cultureel initiatief/project bedraagt met een maximum van 150,00 euro, zoals in het nu vigerende reglement animatiepremie van cultuur; - bij ontoereikend krediet voor betoelaging van alle aanvragen wijst het college van burgemeester en schepenen de betoelaging verder toe aan de hand van de evenredigheidsregel; - dit voorstel tot wijziging van het premiereglement voor te leggen voor advies aan de jeugdraad. De jeugdraad heeft het premiereglement ‘culturele initiatieven en projecten’ besproken in zijn vergadering van 8 september 2013 en heeft hierover positief advies uitgebracht mits er in het reglement ingeschreven wordt dat de gemeente voor ‘culturele initiatieven en projecten’ een jaarlijkse premie ten bedrage van 1.500,00 euro voorziet. Het college van burgemeester en schepenen heeft dit advies van de jeugdraad in zijn zitting van 18 september 2013 besproken en beslist dit advies niet te volgen om reden dat dit ook voor de sectoren niet wordt gedaan en dezelfde lijn dient aangehouden te worden voor alle sectoren van het beleid. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 oktober 2013 beslist dat het premiereglement ‘culturele initiatieven en projecten’ van de jeugd en het reglement ‘animatiesubsidie’ bij cultuur aangepast dient te worden in die zin dat er niet meer zal gewerkt worden met een principiële en een definitieve aanvraag, maar enkel nog maar met een definitieve aanvraag zoals bij een gewone premieaanvraag. Er wordt namelijk vastgesteld dat de meeste aanvragen tot het bekomen van een premie pas aangevraagd worden nadat het evenement plaats gevonden heeft. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 23 oktober 2013 beslist om volgende passage toe te voegen, overeenkomend met de animatiepremie bij cultuur: Voor alle Deerlijkse verenigingen, organisaties, instellingen en individuen die op Deerlijks grondgebied een activiteit organiseren met openbaar karakter en met minstens een Deerlijkse amateurgroep of amateurkunstenaar op het programma wiens naam op de jaarlijks op te maken lijst voorkomt.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 688
Bijgevolg besliste het college van burgemeester en schepenen in zitting van 23 oktober 2013 het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: - voor het premiereglement ‘culturele initiatieven en projecten’ enkel nog maar te werken met een definitieve aanvraag en niet langer met een principiële en definitieve aanvraag; - volgende passage toe te voegen aan het reglement: Voor alle Deerlijkse verenigingen, organisaties, instellingen en individuen die op Deerlijks grondgebied een activiteit organiseren met openbaar karakter en met minstens een Deerlijkse amateurgroep of amateurkunstenaar op het programma wiens naam op de jaarlijks op te maken lijst voorkomt; - dit voorstel tot wijziging van het premiereglement voor te leggen voor advies aan de jeugdraad. De jeugdraad heeft de wijzigingen aan het premiereglement ‘culturele initiatieven en projecten’ besproken in zijn vergadering van 3 november 2013 en heeft hierover positief advies uitgebracht. De gemeenteraadscommissie financiën heeft dit reglement besproken in haar zitting van 25 november 2013. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen (Open VLD) het onderstaande premiereglement goed te keuren: Art. 1. - Onderstaand premiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. PREMIEREGLEMENT OP CULTURELE INITIATIEVEN EN PROJECTEN Art. 1. - Het doel van dit premiereglement is het stimuleren van culturele initiatieven en projecten door en/of voor kinderen en jongeren. Art. 2. - Als culturele initiatieven worden activiteiten beschouwd binnen de meest diverse kunstuitingsvormen: muziek, (muziek)theater, fotografie, performance, literatuur, multimedia, (animatie)film, dans, workshops met betrekking tot jeugdcultuur. Een cultureel initiatief moet voldoen aan volgende cumulatief te vervullen voorwaarden: - heeft als expliciete doelgroep kinderen en/of jongeren of het cultureel initiatief vindt plaats in het geheel van een jeugdwerkinitiatief, maar behoort niet tot zijn normale werking; - vindt plaats in Deerlijk; - is geen eigen productie van leden en/of leiding; - moet ruim en tijdig bekendgemaakt worden en is voor iedereen toegankelijk; - is gebaseerd op een noodzakelijke menselijke inbreng waarbij de ‘kunstenaar’ op het tijdstip van het cultureel initiatief noodzakelijk is voor het resultaat. Art. 3. - Een project moet voldoen aan volgende cumulatief te vervullen voorwaarden: - heeft als expliciete doelgroep kinderen en/of jongeren maar de doelgroep mag zich niet beperken tot de leden van één (jeugd)initiatief; - vindt plaats in Deerlijk;
G.13.12
-
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 689
de activiteit toont duidelijk een zelfstandige identiteit. Als het project deel uitmaakt van een groter organisatorisch geheel, dan moet het ingediende project binnen dit groter geheel getuigen van een eigen zelfstandigheid en herkenbaarheid; een in tijd en in ruimte beperkte activiteit.
Art. 4. - Het cultureel initiatief/project sluit duidelijk aan op de leefwereld van de beoogde kinderen en/of jongeren. Art. 5. - Komen in aanmerking voor betoelaging van het cultureel initiatief/project: - alle Deerlijkse verenigingen, organisaties, instellingen en individuen die op Deerlijks grondgebied een activiteit organiseren met openbaar karakter en met minstens een Deerlijkse amateurgroep of amateurkunstenaar op het programma wiens naam op de jaarlijks op te maken lijst voorkomt. Art. 6. - Per premieaanvraag voor een cultureel initiatief/project wordt 1/3 van de kostprijs van het contract, met een maximum van 150,00 euro, betoelaagd. Onkosten, waarbij er een rechtstreeks en noodzakelijk verband is tussen het cultureel initiatief/project en de beoogde doelstelling, komen in aanmerking voor betoelaging. Art. 7. - Een aanvrager kan per jaar slechts één premie via dit reglement bekomen tot een maximaal toegestaan bedrag van 150,00 euro. Wanneer het cultureel initiatief/project met betrekking tot zijn inhoud betoelaagd wordt via een ander gemeentelijke premiereglement kan op dit premiereglement geen beroep gedaan worden. Art. 8. - De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het op het gemeentebudget ingeschreven krediet. Indien het krediet op het budget ontoereikend is om alle aanvragen te betoelagen, wijst het college van burgemeester en schepenen de betoelaging toe aan de hand van de evenredigheidsregel. Art. 9. - Vóór 1 oktober dient de aanvraag tot definitieve toekenning van de premie aan het college van burgemeester en schepenen gericht te worden op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier. Bij deze aanvraag dient gevoegd te worden: - het verloop en het resultaat in afweging met de vooropgestelde doelstellingen; - een gedetailleerd financieel verslag (inkomsten en uitgaven) met de nodige betalingsbewijzen; - alle publiciteitsmaterialen. Art. 10. - Op elke publicatie moet de aanvrager vermelden dat de activiteit georganiseerd wordt met steun van de gemeente Deerlijk. Dit kan door een vermelding of door het gebruik van het logo van de gemeente. Art. 11. - Uiterlijk één maand na de indiening van het volledige aanvraagdossier brengt het college van burgemeester en schepenen de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de goedkeuring van het voorgestelde dossier, na advies ingewonnen te hebben van de gemeentelijke jeugdraad. Art. 12. - Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht voor te allen tijde na te gaan of aan de voorwaarden van dit premiereglement voldaan is. De aanvrager zal niets doen dat er toe kan strekken deze controle moeilijk of onmogelijk te maken. Art. 2. - Huidig premiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 690
----26. Sport - retributiereglement huurprijzen sportaccommodatie - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De vrijwillige ontbinding van de VZW Gaverdomein had tot gevolg dat de volledige werking van VZW Gaverdomein werd overgedragen aan de gemeente Deerlijk. De lopende reglementen van de VZW Gaverdomein werden door de gemeenteraad in zitting van 20 december 2012 in hun toenmalige vorm overgenomen om de continuïteit van de werking te garanderen. Deze reglementen werden nu volledig herwerkt; zo ook het retributiereglement huurprijzen sportaccommodatie. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 oktober 2013 het retributiereglement ‘huurprijzen sportaccommodatie’ overlopen en stelt het volgende aan de gemeenteraad voor: -
-
-
-
de prijzen van de ‘huur sportaccommodatie’ die door de VZW Gaverdomein werden bepaald te verhogen met 150 % (intussen gecorrigeerd in zitting CBS van 27 november 2013 naar 50 %) aangezien deze prijzen nog dateren van 2002 en nooit verhoogd werden; voortaan een huurprijs aan te rekenen voor het gebruik van het voetbalveld Sneppe aangezien de gemeente dit veld onderhoudt en in het verleden geen huurprijs werd aangerekend; voortaan een huurprijs per uur te vragen voor het gebruik van de klimmuur (Vroeger werd door de VZW een forfaitprijs (inclusief lesgeverskost) van 3,00 euro per kind aangerekend. Hierdoor behoort het huren van de klimmuur bij de ‘huurprijzen sportaccommodatie’ en valt dit niet onder het retributiereglement ‘sportaanbod sportdienst’); voortaan een huurprijs te vragen voor het gebruik van de kantine Belgiek voor lokale verenigingen die er geen reguliere sportwerking hebben;
Accommodatie
Aangesloten Deerlijkse Raad
NZV
x
Nietaangesl Deerlijkse Raad x
Reguliere Werking 32 weken x x
x
x x
x NZH
x x
x x
x
x x
x OZV
x x
x x
x
x x
x OZH
x x
x x
x
x x
x OTZ
x x
Sporadische Werking/ éénmalig
x x
Jeugd -14 jaar Prijs/uur OUD 2,40 euro 4,80 euro 4,00 euro 7,90 euro 1,50 euro 3,00 euro 2,50 euro 5,00 euro 1,50 euro 3,00 euro 2,50 euro 5,00 euro 0,90 euro 1,80 euro 1,50 euro 3,00 euro 0,60 euro 1,20 euro
Jeugd -14 jaar Prijs/uur NIEUW 3,60 euro 7,20 euro 6,00 euro 11,85 euro 2,25 euro 4,50 euro 3.75 euro 7,50 euro 2.25 euro 4,50 euro 3.75 euro 7.50 euro 1.35 euro 2.70 euro 2.25 euro 4.50 euro 0,90 euro 1,80 euro
Volwas. +14 jaar Prijs/uur OUD/ 3,60 euro 7,10 euro 6,00 euro 11,90 euro 2,20 euro 4,40 euro 3,70 euro 7,40 euro 2,20 euro 4,50 euro 3,70 euro 7,40 euro 1,30 euro 2,70 euro 2,20 euro 4,50 euro 0,90 euro 1,80 euro
Volwas. +14 jaar Prijs/uur NIEUW 5,40 euro 10,65 euro 9,00 euro 17,85 euro 3,30 euro 6.60 euro 5.55 euro 11,10 euro 3.30 euro 6.75 euro 5.55 euro 11.10 euro 1.95 euro 4.05 euro 3.30 euro 6.75 euro 1,35 euro 2,70 euro
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
x
x x
x NTZ
x x
x x
x
x x
x BGIEK
x x
x x
x
x x x
x kantine GG/OLIE SNEPPE
x x x
x x x
x ATLET KLIM
x x
x x
x x
1,00 euro 2,00 euro 1,50 euro 3,00 euro 2,50 euro 5,00 euro 6,00 euro 12,00 euro 9,90 euro 19,80 euro 0,00 euro 1,20 euro 0,00 euro 0,00 euro 0,60 euro 0,00 euro 0,00 euro
blad 691
1,50 euro 3,00 euro 2,25 euro 4,50 euro 3,75 euro 7,50 euro 9,00 euro 18,00 euro 14,85 euro 29,70 euro 0,00 euro 1,80 euro 1,80 euro 3,60 euro 0,90 euro 15,00 euro 20,00 euro
1,50 euro 3,00 euro 2,20 euro 4,50 euro 3,70 euro 7,40 euro 8,90 euro 17,90 euro 14,90 euro 29,70 euro 0,00 euro 1,80 euro 0,00 euro 0,00 euro 0,90 euro 0,00 euro 0,00 euro
Verduidelijking afkortingen: NZV = sportbeuk volledig, 2 zaaldelen NZH = sportbeuk half 1 zaaldeel OZV = gaverhal volledig 2 zaaldelen OZH = gaverhal half 1 zaaldeel OTZ = turnzaal De Beuk bovenzaal NTZ = turnzaal De Beuk benedenzaal BGIEK = voetbalveld Belgiek GG/OLIE = voetbalveld Guido Gezelle/Olieberg SNEPPE = voetbalveld Sneppe ATLET = Finse piste/brique-pilépiste KLIM = klimmuur -
voortaan de huurprijzen voor gebruikers van buiten Deerlijk aan 200 % te berekenen; het retributiereglement ‘huurprijzen sportaccommodatie’ te laten starten op 1 januari 2014 en eindigen op 31 december 2019.
Het retributiereglement ‘huurprijzen sportaccommodatie’ werd voorgelegd aan de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Deze Raad van Beheer heeft het retributiereglement huurprijzen sportaccommodatie positief geadviseerd in zijn vergadering van 22 oktober 2013. De gemeenteraadscommissie financiën heeft het retributiereglement ‘huurprijzen sportaccommodatie’ besproken in haar zitting van 25 november 2013 en voorgesteld om de prijzen voor de huur sportaccommodatie te verhogen met 50 % in plaats van de voorgestelde 150 %, aangezien men een verhoging met de helft wenst te bekomen. In zitting van 27 november 2013 heeft het college van burgemeester en schepenen beslist akkoord te gaan met de in vorige alinea bepaalde prijsverhoging van de ‘huurprijzen sportaccommodatie’ met 50 %. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van gemeentelijke retributies alsook om de voorwaarden ervan te bepalen, tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoren. Artikel 253, § 1, 3° stelt dat binnen twintig dagen na de besluiten van de gemeenteraad betreffende de belastingen en de retributies, een afschrift wordt verzonden naar de provinciegouverneur.
2,25 euro 4,50 euro 3,30 euro 6,75 euro 5,55 euro 11,10 euro 13,35 euro 26,85 euro 22,35 euro 44,55 euro 14,00 euro 2,70 euro 2,70 euro 5,40 euro 1,35 euro 20,00 euro 25,00 euro
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 692
Vervolgens besluit de gemeenteraad met 15 ja-stemmen (CD&V en N-VA) en 4 neenstemmen (Open VLD en sp.a) het onderstaande retributiereglement goed te keuren: Art. 1. - Het onderstaand retributiereglement ‘huurprijzen sportaccommodatie’ gaat in vanaf 1 januari 2014 en loopt ten einde op 31 december 2019.
RETRIBUTIEREGLEMENT HUURPRIJZEN SPORTACCOMMODATIE 1. ALGEMEEN Art. 1. - Onderstaande huurprijzen gelden voor de gebruikers uit Deerlijk. Voor gebruikers van buiten Deerlijk wordt de prijs aan 200 % berekend. Art. 2. - Een gebruiker van Deerlijk is een individu met domicilie in Deerlijk of een vereniging, club of organisatie met draagvlak in Deerlijk. De organisatie van de activiteit gebeurt vanuit Deerlijk. Art. 3. - Er wordt een onderscheid gemaakt tussen gebruikers aangesloten bij een erkende Deerlijkse raad en gebruikers die niet aangesloten zijn bij een erkende Deerlijkse raad (privé-organisatie). Art. 4. - Er wordt een onderscheid gemaakt tussen gebruikers met een reguliere werking van minstens 32 weken en gebruikers met een sporadische of eenmalige werking. Een reguliere werking is een werking van minstens 32 weken (seizoen september-mei). Een sporadische of eenmalige werking beantwoordt niet aan de voorwaarden van een seizoen. Art. 5. - Er wordt een onderscheid gemaakt tussen een jeugd- en een volwassenentarief. Een jeugdwerking is een werking waarbij de deelnemers jonger zijn dan 14 jaar bij de start van het seizoen. Een volwassenenwerking is een werking waarbij de deelnemers ouder zijn dan 14 jaar bij de start van het seizoen. Bij een gemengde werking telt het principe van de helft +1 om in aanmerking te komen voor een ander tarief. Bij gelijkheid aan deelnemers wordt het hoogste tarief toegepast. 2. TARIEVEN Accommodatie
Aangesloten NietReguliere Deerlijkse aangesloten Werking Raad Deerlijkse 32 weken Raad
NZV
x x
x x
x
x x
x
NZH
x x
x x
x
x x
x
OZV
x x x
Sporadische Jeugd Werking/ -14 jaar eenmalig Prijs/uur
x x x
3,60 euro 7,20 euro 6,00 euro 11,85 euro 2,25 euro 4,50 euro 3,75 euro 7,50 euro 2,25 euro 4,50 euro 3,75 euro
Volwas. +14 jaar Prijs/uur 5,40 euro 10,65 euro 9,00 euro 17,85 euro 3,30 euro 6,60 euro 5,55 euro 11,10 euro 3,30 euro 6,75 euro 5,55 euro
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
x
OZH
x x
x x x
x
x x
x
OTZ
x x
x x
x
x x
x
NTZ
x x
x x
x
x x
x
BGIEK
x x
x x
x
x x x
x
kantine GG/OLIE SNEPPE
x x x
x x x
x
ATLET KLIM
x x
x x
x x
blad 693
7,50 euro 1,35 euro 2,70 euro 2,25 euro 4,50 euro 0,90 euro 1,80 euro 1,50 euro 3,00 euro 2,25 euro 4,50 euro 3,75 euro 7,50 euro 9,00 euro 18,00 euro 14,85 euro 29,70 euro nvt 1,80 euro 1,80 euro 3,60 euro 0,90 euro 15,00 euro 20,00 euro
11,10 euro 1,95 euro 4,05 euro 3,30 euro 6,75 euro 1,35 euro 2,70 euro 2,25 euro 4,50 euro 3,30 euro 6,75 euro 5,55 euro 11,10 euro 13,35 euro 26,85 euro 22,35 euro 44,55 euro 14,00 euro 2,70 euro 2,70 euro 5,40 euro 1,35 euro 20,00 euro 25,00 euro
Verduidelijking afkortingen: NZV = sportbeuk volledig, 2 zaaldelen NZH = sportbeuk half 1 zaaldeel OZV = gaverhal volledig 2 zaaldelen OZH = gaverhal half 1 zaaldeel OTZ = turnzaal De Beuk bovenzaal NTZ = turnzaal De Beuk benedenzaal BGIEK = voetbalveld Belgiek GG/OLIE = voetbalveld Guido Gezelle/Olieberg SNEPPE = voetbalveld Sneppe ATLET = Finse piste/brique-pilépiste KLIM = klimmuur 3. AANVULLEND Art. 6. - Gemeentelijke activiteiten Voor activiteiten in organisatie van gemeentelijke diensten en gemeentelijke raden, is het gebruik van de accommodatie gratis. Art. 7. - Deerlijkse scholen Voor schoolsportactiviteiten van gemeentelijke Deerlijkse scholen is het gebruik van de accommodatie gratis. Art. 8. - Het college van burgemeester en schepenen kan op vraag, mits gefundeerde motivatie van de aanvragende organisatie, de accommodatie gratis ter beschikking stellen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 694
Art. 2. - Huidig retributiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet en zijn latere wijzigingen. Art. 3 - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge. ----27. Sport - retributiereglement sportaanbod sportdienst - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De vrijwillige ontbinding van de VZW Gaverdomein had tot gevolg dat de volledige werking van VZW Gaverdomein werd overgedragen aan de gemeente Deerlijk. De lopende reglementen van de VZW Gaverdomein werden door de gemeenteraad in zitting van 20 december 2012 in hun toenmalige vorm overgenomen om de continuïteit van de werking te garanderen. Deze reglementen werden nu volledig herwerkt; zo ook het retributiereglement ‘sportaanbod sportdienst’. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 2 oktober 2013 het retributiereglement ‘sportaanbod sportdienst’ overlopen en stelt het volgende aan de gemeenteraad voor: -
de prijzen van de vakantiekampen die vorig jaar door de VZW Gaverdomein werden bepaald te behouden; de prijzen van de andere sportactiviteiten als volgt aan te passen: Omschrijving activiteit
Duur
Seniorensport gym
Per trimester seizoen (sept-juni) Per trimester Seizoen (sept-juni) 12 fietstochten
Seniorensport yoga Seniorensport fietsen Seniorensport petanque Volwassenen omnisport Verjaardagsfeestje Schoolsportactiviteiten Ism Deerlijkse scholen -
namiddag Per trimester seizoen (sept-juni) 2 uur Halve dag
Oude VZW-prijs 10,00 euro 30,00 euro 10,00 euro 30,00 euro 2,50 euro
Voorstel nieuwe prijs 15,00 euro 40,00 euro 15,00 euro 40,00 euro 5,00 euro
Gratis
Gratis
10,00 euro 30,00 euro 20,00 euro Gratis
15,00 euro 40,00 euro 25,00 euro Gratis
voor eenmalige activiteiten die tijdens het jaar op touw worden gezet, wordt de prijs steeds bepaald op basis van de effectieve kostprijs; het retributiereglement ‘sportaanbod sportdienst’ te laten starten op 1 januari 2014 om te eindigen op 31 december 2014.
In zitting van 2 oktober 2013 besliste het college van burgemeester en schepenen aan de gemeenteraad te vragen om gemachtigd te worden om de prijzen voor de tijdens het jaar
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 695
georganiseerde eenmalige sportactiviteiten te mogen vaststellen op basis van de effectieve kostprijs. De Raad van Beheer heeft het retributiereglement ‘sportaanbod sportdienst’ besproken in zijn vergadering van 22 oktober 2013 en heeft hierover positief advies uitgebracht. De gemeenteraadscommissie financiën heeft dit retributiereglement besproken in haar zitting van 25 november 2013.. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke retributies te heffen alsook om de voorwaarden ervan te bepalen. Artikel 253, § 1, 3° stelt dat binnen twintig dagen na de besluiten van de gemeenteraad betreffende de belastingen en de retributies, een kopie wordt verzonden naar de provinciegouverneur. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren: Art. 1. - Het onderstaand retributiereglement ‘sportaanbod sportdienst’ gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2014. RETRIBUTIEREGLEMENT SPORTAANBOD SPORTDIENST Art. 1. - Onderstaande prijzen gelden voor alle deelnemers, ongeacht de plaats waar zij woonachtig zijn. Art. 2. - Er wordt geen korting op het deelnamegeld verleend wanneer men meerdere kinderen van hetzelfde gezin inschrijft. 1. VAKANTIEKAMPEN Art. 3. - De retributie bedraagt: Omschrijving kamp Avonturenkamp Avonturenkamp Avontuur natuurkamp Kleuter natuurkamp Avonturenkriebels Avonturenkicks Indianenkamp Boerderijkamp Boerderijkamp Boerderijkamp Paardrijkamp Windsurfkamp Windsurfkamp Kookkamp Omnisportkamp Creakamp/omnisport Theaterkamp Circuskamp
Duur 5 dagen 5 dagen 5 dagen 5 dagen 5 dagen 5 dagen 5 dagen 5 dagen 5 dagen 7 dagen 5 dagen 5 dagen 5 halve dagen 5 halve dagen 5 halve dagen 5 dagen 5 dagen 5 dagen
leeftijd 2004-2002 2001-2000 2007-2005 2009-2008 2005-2004 2001-2000 2007-2006 2009-2006 2005-2001 2001-1996 2007-1998 2007-1998 2007-1998 2007-2002 2001-2006 2001-2006 2004-2001 2005-2002
prijs 105,00 euro 125,00 euro 100,00 euro 100,00 euro 110,00 euro 135,00 euro 100,00 euro 120,00 euro 135,00 euro 200,00 euro 125,00 euro 160,00 euro 75,00 euro 70,00 euro 40,00 euro 100,00 euro 100,00 euro 120,00 euro
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
Badmintonkamp Basketkamp
5 halve dagen 5 halve dagen
blad 696
2007-1998 2008-2006
60,00 euro 60,00 euro
Art. 4. - Bij annulatie door ziekte, ongeval of overmacht tijdens of voor het kamp krijgt de deelnemer het inschrijvingsbedrag terug. Er worden wel 7,50 euro administratiekosten aangerekend. Er wordt steeds een doktersbriefje of een geldig attest voorgelegd binnen de 3 dagen. Indien er voor bepaalde kampen te weinig inschrijvingen zijn en we genoodzaakt zijn dit kamp af te gelasten dan wordt het inschrijvingsbedrag volledig teruggestort. 2. ANDERE SPORTACTIVITEITEN Omschrijving activiteit Seniorensport gym Seniorensport yoga Seniorensport fietsen Seniorensport petanque Volwassenen omnisport Verjaardagsfeestje Schoolsportactiviteiten Ism Deerlijkse scholen
Duur Per trimester seizoen (sept-juni) Per trimester Seizoen (sept-juni) 12 fietstochten
prijs
namiddag Per trimester seizoen (sept-juni) 2 uur Halve dag
15,00 euro 40,00 euro 15,00 euro 40,00 euro 5,00 euro Gratis 15,00 euro 40,00 euro 25,00 euro Gratis
3. EENMALIGE SPORTACTIVITEITEN Art. 5. - Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om de prijzen voor de tijdens het jaar georganiseerde eenmalige sportactiviteiten te mogen vaststellen op basis van de effectieve kostprijs. Art. 2. - Huidig retributiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet en zijn latere wijzigingen. Art. 3 - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge. ----28. Sport - retributiereglement grootschalige evenementen sporthal - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De vrijwillige ontbinding van de VZW Gaverdomein had tot gevolg dat de volledige werking van VZW Gaverdomein werd overgedragen aan de gemeente Deerlijk. De lopende reglementen van de VZW Gaverdomein werden door de gemeenteraad in zitting van 20 december 2012 in hun toenmalige vorm overgenomen om de continuïteit van de werking te garanderen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 697
Deze reglementen werden nu volledig herwerkt; zo ook het retributiereglement ‘grootschalige evenementen’. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 2 oktober 2013 het retributiereglement ‘grootschalige evenementen sporthal’ overlopen en stelt het volgende aan de gemeenteraad voor: -
de huurprijs die bekomen wordt na berekening van het puntenaantal van het oude VZWreglement op te trekken van 22,00 euro naar 24,00 euro voor de eerste dag huur en van 12,50 euro naar 14,00 euro voor de tweede dag huur;
Omschrijving organisator
activiteit
Doel Ingangsgeld
drankverkoop
Belastende fuif
-Aangesloten bij een Deerlijkse raad -Niet aangesloten bij een Deerlijkse raad -enkel voor de eigen leden -publieke activiteit -niet-commercieel -commercieel - 0,00 euro - tem 2,50 euro - tem 5,00 euro - tem 7,50 euro - tem 10,00 euro - meer dan 10,00 euro - ja (in de zaal met eigen brouwer) - ja maar via cafetaria - geen drankverkoop
punten 2 punten 5 punten 2 punten 4 punten 0 punten 2 punten 0 punten 2 punten 4 punten 7 punten 10 punten 12 punten 6 punten 0 punten 0 punten
- veel meer werk en 7 punten opkuis
Totaal aantal punten -
-
voortaan de huurprijzen voor gebruikers van buiten Deerlijk aan 200 % te berekenen; extra kosten in verband met sluiten cafetaria en gebruik grote containers bij eetfestijnen die in het oude VZW-reglement meetelden, niet meer in rekening te brengen gezien de cafetaria niet meer door een derde uitgebaat wordt; het retributiereglement ‘grootschalige evenementen’ laten starten op 1 januari 2014 en eindigen op 31 december 2019.
Het retributiereglement ‘grootschalige evenementen’ werd voorgelegd aan de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Deze Raad van Beheer heeft het retributiereglement ‘grootschalige evenementen’ positief geadviseerd in zijn vergadering van 22 oktober 2013 De gemeenteraadscommissie financiën heeft dit retributiereglement evenementen’ besproken in haar zitting van 25 november 2013.
‘grootschalige
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 698
Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert, dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en het bepalen van de voorwaarden ervan, tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Artikel 253, § 1, 3° stelt dat binnen twintig dagen na de besluiten van de gemeenteraad betreffende de belastingen en de retributies, een afschrift wordt verzonden naar de provinciegouverneur. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren: Art. 1. - Het onderstaand retributiereglement ‘grootschalige evenementen sporthal’ wordt goedgekeurd. RETRIBUTIEREGLEMENT GROOTSCHALIGE EVENEMENTEN SPORTHAL TARIEVEN 1.1 ALGEMEEN Art. 1. - Onderstaande huurprijzen gelden voor de gebruikers uit Deerlijk. Voor gebruikers van buiten Deerlijk wordt de prijs aan 200 % berekend. Art. 2. - Een gebruiker van Deerlijk is een individu met domicilie in Deerlijk of een vereniging, club of organisatie met draagvlak in Deerlijk. De organisatie van de activiteit gebeurt vanuit Deerlijk. Art. 3. - Private en commerciële activiteiten worden geweigerd. 1.2. TARIEF HUUR ZAAL GROOTSCHALIGE EVENEMENTEN Omschrijving Organisator
punten -Aangesloten bij een 2 punten Deerlijkse raad -Niet aangesloten bij een 5 punten Deerlijkse raad
Activiteit
-enkel voor de eigen leden -publieke activiteit -niet-commercieel -commercieel - 0,00 euro - tem 2,50 euro - tem 5,00 euro - tem 7,50 euro - tem 10,00 euro - meer dan 10,00 euro - ja (in de zaal met eigen brouwer) - ja maar via cafetaria - geen drankverkoop
Doel Ingangsgeld
drankverkoop
Belastende fuif
2 punten 4 punten 0 punten 2 punten 0 punten 2 punten 4 punten 7 punten 10 punten 12 punten 6 punten 0 punten 0 punten
- veel meer werk en 7 punten opkuis
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 699
Totaal aantal punten De basishuurprijs voor de eerste dag is het aantal punten vermenigvuldigd met 24,00 euro. De basishuurprijs voor de tweede dag is het aantal punten vermenigvuldigd met 14,00 euro 1.3. AANVULLEND Art. 4. - Voor het verbruik van elektriciteit en gas wordt na de activiteit na opname van de meters een aparte onkostennota opgestuurd. Art. 5. - Gemeentelijke activiteiten Voor activiteiten in organisatie van gemeentelijke diensten en gemeentelijke raden, is het gebruik van de sporthal voor grootschalige evenementen gratis. Art. 6. - Het college van burgemeester en schepenen kan op vraag mits gefundeerde motivatie van de aanvragende organisatie de zaal gratis ter beschikking stellen. 2. WAARBORG Art. 7. - Voor het gebruik van de zaal voor grootschalige evenementen moet de gebruiker vóór de ingebruikname een waarborg van 250,00 euro betalen. De waarborg wordt vooraf betaald per overschrijving. Art. 8. - De prestaties voor buitengewone schoonmaak, kosten verbonden aan herstellingen door beschadiging en kosten voor verdwenen materiaal worden afgehouden van de waarborg. Deze opsomming van kosten is niet limitatief. Als de schade het bedrag van de waarborg overschrijdt, verbindt de gebruiker er zich toe deze schade onmiddellijk en volledig te vergoeden. Art. 9. - Gebruikers kunnen opteren om een vaste waarborgsom te deponeren bij de gemeente. Deze waarborgsom bedraagt 250,00 euro. Deze vaste gebruikers kunnen gebruik maken van de zaal zolang de waarborg in het bezit blijft van de gemeente. Art. 2. - Huidig retributiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet en zijn latere wijzigingen. Art. 3. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge. ----29. Sport - reglement professionalisering jeugdsportbegeleiding sportverenigingen goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Een aanzienlijk deel van de bevolking is actief in de verscheidene opgerichte sportverenigingen en ontwikkelt activiteiten op gebied van de sport. De Vlaamse overheid heeft in het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid een aantal verplichtingen opgelegd voor het bekomen van subsidie.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 700
Het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid bepaalt in artikel 5 zijn Vlaamse beleidsprioriteiten voor het bekomen van subsidie. Zo zegt het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid in artikel 5, § 2 dat het stimuleren van sportverenigingen tot professionalisering met een bijzonder accent op kwaliteitsvolle jeugdsportbegeleiding en eventueel tot onderlinge samenwerking, beleidsprioriteit 2 is. Volgens het uitvoeringsbesluit van 16 november 2012, conform artikel 4, moet ten minste 35 % van de door de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen aangewend worden voor het stimuleren van sportverenigingen tot professionalisering met een bijzonder accent op kwaliteitsvolle jeugdsportbegeleiding en eventueel tot onderlinge samenwerking. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 6 november 2013 het reglement profesionalisering jeugdsportbegeleiding sportverenigingen overlopen en stelt het volgende aan de gemeenteraad voor: -
20 % van het subsidiebedrag wordt verdeeld op basis van aanvaardbare kosten van erkende bijscholingen of vormingen gevolgd door de jeugdsportbegeleider of de jeugd-sportcoördinator. Dit bedrag wordt het bedrag voor bijscholingen genoemd (BB). Indien de totale som van het BB overschreden wordt, wordt de regel van 3 toegepast. Indien de totale som van het BB niet overschreden wordt, wordt de rest overgedragen naar het bedrag voor jeugdsportcoördinatoren = BJ. Onder een erkende bijscholing of vorming wordt verstaan: o een bijscholing of vorming georganiseerd door de Vlaamse trainersschool(VTS); o een bijscholing of vorming georganiseerd en erkend door VTS waarbij de sportvereniging is aangesloten; o een bijscholing of vorming georganiseerd door de gemeentelijke sportraad. Onder een aanvaarde bijscholing of vorming wordt verstaan: o een bijscholing of vorming waarvan een deelnameattest kan worden voorgelegd opgesteld door de organiserende instantie. Onder aanvaardbare kosten wordt verstaan: o het aan de organiserende instantie betaalde inschrijvingsgeld, dat gestaafd dient te worden door het bewijs van betaling; o catering komt niet in aanmerking.
-
75 % van het subsidiebedrag wordt verdeeld op basis van het hebben van een gekwalificeerde jeugdsportcoördinator in de sportvereniging met jeugdwerking. De jeugdsportcoördinator moet minstens het VTS-initiator brevet in zijn bezit hebben. Dit bedrag wordt het bedrag van de jeugdsportcoördinatoren genoemd (= BJ). Het bedrag voor de jeugdsportcoördinatoren, eventueel aangevuld met de rest van het bedrag bijscholingen (BB) wordt verdeeld op basis van het aantal erkende sportverenigingen met een jeugdwerking die beschikken over een sportgekwalificeerde jeugdsportcoördinator die voldoet. o o o
De jeugdsportcoördinator legt een jeugdsportbeleidsnota voor. De jeugdsportcoördinator is coördinator van de volledige structuur van de jeugdwerking van 6 tot 18 jaar. De jeugdsportcoördinator ontwikkelt jaarlijks nieuwe impulsen om de kwaliteit van de jeugdwerking te verbeteren.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
o o
-
blad 701
De jeugdsportcoördinator neemt initiatieven rond ethiek in sport die bijdragen tot een beter sportklimaat. De jeugdsportcoördinator is coördinator bij een club met minstens 25 actieve jeugdleden.
5% van het subsidiebedrag wordt verdeeld op basis van het behalen van een diploma of een hoger diploma door jeugdsportbegeleiders en jeugdsportcoördinatoren. Dit bedrag wordt het bedrag diploma’s genoemd (= BD). Indien de totale som van het BD overschreden wordt, wordt de regel van 3 toegepast. Indien de totale som van het BD niet overschreden wordt, wordt de rest overgedragen naar het bedrag voor jeugdsportcoördinatoren (= BJ). Onder diploma wordt verstaan: o een diploma, afgeleverd door de VTS of erkend door de VTS, aan een jeugdsportbegeleider/-coördinator in die discipline waar de jeugdsportbegeleider/coördinator actief is binnen de sportvereniging. Onder hoger diploma wordt verstaan: o een hoger diploma, afgeleverd door de VTS of erkend door de VTS, aan een jeugdsportbegeleider/-coördinator in die discipline waar de jeugdsportbegeleider actief is binnen de sportvereniging. Onder aanvaardbare kosten wordt verstaan: o het aan de organiserende instantie betaalde inschrijvingsgeld dat gestaafd dient te worden door het bewijs van betaling; o catering komt niet in aanmerking.
-
Het reglement professionalisering jeugdsportbegeleiding sportverenigingen te laten starten op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019.
Het reglement professionalisering jeugdsportbegeleiding sportverenigingen werd voorgelegd aan de gemeentelijke sportraad. De sportraad heeft het reglement professionalisering jeugdsportbegeleiding sportverenigingen positief geadviseerd in zijn vergadering van 19 november 2013. De gemeenteraadscommissie financiën heeft dit reglement besproken in haar zitting van 25 november 2013. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet stipuleert dat het vaststellen van de gemeentelijke reglementen een uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad is. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande reglement goed te keuren: Art. 1. - Volgend reglement professionalisering jeugdsportbegeleiding sportverenigingen gaat in vanaf 1 januari 2014 en loopt ten einde op 31 december 2019. REGLEMENT PROFESSIONALISERING JEUGDSPORTBEGELEIDING SPORTVERENIGINGEN Art. 1. - Definities In de periode 2014-2019 kan de gemeente subsidies krijgen van de Vlaamse overheid voor professionalisering jeugdsportbegeleiding sportverenigingen met als doel: verhoging
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 702
van de kwaliteit van de jeugdsportbegeleiders en de jeugdsportcoördinatoren in de sportverenigingen aangesloten bij een erkende Vlaamse sportfederatie. 1.1 Alle sportverenigingen, erkend conform het reglement op heden goedgekeurd, kunnen subsidies ontvangen mits ze aangesloten zijn bij een door de Vlaamse overheid erkende sportfederatie. 1.2 Sportverenigingen die beschikken over gediplomeerde jeugdsportbegeleiders en jeugdsportcoördinatoren worden beloond op basis van onderstaand subsidiereglement. 1.3 Jeugdsportbegeleider: een sporttechnische begeleider voor jeugdsport actief in een erkende sportvereniging. 1.4 Jeugdsportcoördinator: een sportgekwalificeerde jeugdsportbegeleider die het jeugdsportbeleid in de erkende sportvereniging coördineert op het sporttechnische, beleidsmatige en organisatorische vlak. 1.5 Jeugdsport: sportparticipatie van kinderen en jongeren tot en met 18 jaar. Art. 2. - Maatregelen moeten gericht zijn op: 2.1 de verhoging van de kwaliteit van de jeugdsportbegeleider zelf inzake de begeleiding op het sporttechnische, tactische of sociaal-pedagogische vlak; 2.2 de verhoging van de kwaliteit van de jeugdsportcoördinator zelf inzake de coördinatie van het jeugdsportbeleid in de sportvereniging op het beleidsmatige, sporttechnische en organisatorische vlak; 2.3 de verhoging van het aantal en van de kwalificatie van de jeugdsportbegeleiders en de jeugdsportcoördinatoren; 2.4 de verhoging van het aantal erkende sportverenigingen die werken met gekwalificeerde jeugdsportbegeleiders en die beschikken over een jeugdsportcoördinator. Art. 3. - Timing 3.1 Als referteperiode voor het werkingsjaar geldt de periode van 1 juli tot en met 30 juni. 3.2 De clubsecretaris van de erkende sportvereniging ontvangt jaarlijks tussen 1 en 15 juni de aanvraagformulieren vanuit de sportdienst. 3.3 Erkende sportverenigingen die vóór 15 september, aansluitend op het werkingsjaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, hun aanvraagdossier ingediend hebben op de gemeentelijke sportdienst komen in aanmerking voor verdere behandeling van het dossier. 3.4 Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht de gegeven informatie en bewijsstukken te verifiëren. Het recht op subsidiëring voor de sportverenigingen voor het betrokken jaar vervalt indien blijkt dat: - de aangifte niet in overeenstemming is met de werkelijkheid; - de aanvrager de gevraagde inlichtingen weigert te verschaffen; - de aanvrager de gevraagde inlichtingen niet tijdig verschaft.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 703
3.5 In opdracht van het college van burgemeester en schepenen deelt het dagelijks bestuur van de sportraad het definitieve resultaat van de puntenberekening waarop de subsidies worden gebaseerd vóór 15 oktober mee aan de aanvrager. 3.6 Bij betwisting van het vastgestelde puntenaantal kan de sportvereniging bij het college van burgemeester en schepenen een bezwaar indienen. Dit kan per aangetekend schrijven met uiterste postdatum 1 november. 3.7 Na onderzoek van het bezwaarschrift zal de sportvereniging over de getroffen beslissing ingelicht worden vóór 1 december. Hiertegen is geen beroep mogelijk. 3.8 De uitbetaling van de subsidies gebeurt vóór het einde van het jaar door overschrijving op de rekening van de aanvrager. Art. 4. - Verdeling Het door de gemeente beschikbaar gesteld subsidiebedrag wordt als volgt verdeeld: 4.1 20 % van het subsidiebedrag wordt verdeeld op basis van aanvaardbare kosten van erkende bijscholingen of vormingen gevolgd door de jeugdsportbegeleider of de jeugdsportcoördinator. Dit bedrag wordt het bedrag voor bijscholingen genoemd (BB). Indien de totale som van het BB overschreden wordt, wordt de regel van 3 toegepast. Indien de totale som van het BB niet overschreden wordt, wordt de rest overgedragen naar het bedrag voor jeugdsportcoördinatoren = BJ. Onder een erkende bijscholing of vorming wordt verstaan: - een bijscholing of vorming georganiseerd door de Vlaamse trainersschool(VTS); - een bijscholing of vorming georganiseerd en erkend door VTS waarbij de sportvereniging is aangesloten; - een bijscholing of vorming georganiseerd door de gemeentelijke sportraad. Onder een aanvaarde bijscholing of vorming wordt verstaan: - een bijscholing of vorming waarvan een deelnameattest kan worden voorgelegd opgesteld door de organiserende instantie. Onder aanvaardbare kosten wordt verstaan: - het aan de organiserende instantie betaalde inschrijvingsgeld, dat gestaafd dient te worden door het bewijs van betaling; - catering komt niet in aanmerking. 4.2 75 % van het subsidiebedrag wordt verdeeld op basis van het hebben van een gekwalificeerde jeugdsportcoördinator in de sportvereniging met een jeugdwerking. De jeugdsportcoördinator moet minstens het VTS-initiator brevet in zijn bezit hebben. Dit bedrag wordt het bedrag van de jeugdsportcoördinatoren genoemd (= BJ). Het bedrag voor de jeugdsportcoördinatoren, eventueel aangevuld met de rest van het bedrag bijscholingen (BB) wordt verdeeld op basis van het aantal erkende sportverenigingen met een jeugdwerking die beschikken over een sportgekwalificeerde jeugdsportcoördinator die voldoet. -
De jeugdsportcoördinator legt een jeugdsportbeleidsnota voor. De jeugdsportcoördinator is coördinator van de volledige structuur van de jeugdwerking van 6 tot 18 jaar. De jeugdsportcoördinator ontwikkelt jaarlijks nieuwe impulsen om de kwaliteit van de jeugdwerking te verbeteren.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
-
blad 704
De jeugdsportcoördinator neemt initiatieven rond ethiek in sport die bijdragen tot een beter sportklimaat De jeugdsportcoördinator is coördinator bij een club met minstens 25 actieve jeugdleden
4.3 5% van het subsidiebedrag wordt verdeeld op basis van het behalen van een diploma of een hoger diploma door jeugdsportbegeleiders en jeugdsportcoördinatoren. Dit bedrag wordt het bedrag diploma’s genoemd (BD) Indien de totale som van het BD overschreden wordt, wordt de regel van 3 toegepast. Indien de totale som van het BD niet overschreden wordt, wordt de rest overgedragen naar het bedrag voor jeugdsportcoördinatoren = BJ. Onder diploma wordt verstaan: Een diploma, afgeleverd door de VTS of erkend door de VTS, aan een jeugdsportbegeleider/-coördinator in die discipline waar de jeugdsportbegeleider/coördinator actief is binnen de sportvereniging. Onder hoger diploma wordt verstaan: Een hoger diploma, afgeleverd door de VTS of erkend door de VTS, aan een jeugdsportbegeleider/-coördinator in die discipline waar de jeugdsportbegeleider actief is binnen de sportvereniging. Onder aanvaardbare kosten wordt verstaan: - het aan de organiserende instantie betaalde inschrijvingsgeld dat gestaafd dient te worden door het bewijs van betaling; - catering komt niet in aanmerking. Art. 2. - Huidig reglement professionalisering jeugdsportbegeleiding sportverenigingen 20142019 wordt, samen met het advies van de gemeentelijke sportraad, binnen de 10 dagen na huidige beslissing overgemaakt aan BLOSO. Een exemplaar van het goedgekeurde reglement professionalisering jeugdsportbegeleiding sportverenigingen 2014-2019 wordt aan de gemeentelijke sportraad bezorgd. Art. 3. - Huidig reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere wijzigingen. ----30. Sport - erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Een aanzienlijk deel van de bevolking is actief in de verscheidene opgerichte sportverenigingen en ontwikkelt activiteiten op gebied van de sport; De Vlaamse overheid heeft in het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid een aantal verplichtingen opgelegd voor het bekomen van subsidie. Het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid bepaalt in artikel 5 zijn Vlaamse beleidsprioriteiten voor het bekomen van subsidie.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 705
Zo zegt het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid in artikel 5, § 1 dat het ondersteunen van de kwalitatieve uitbouw van de sportverenigingen via een doelgericht subsidiebeleid beleidsprioriteit 1 is. Volgens het uitvoeringsbesluit van 16 november 2012 conform artikel 4, moet ten minste 25 % van de door de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen aangewend worden voor het ondersteunen van de kwalitatieve uitbouw van de sportverenigingen. Om voor deze subsidie in aanmerking te komen, moet het subsidiereglement geheel of gedeeltelijk bestaan uit kwaliteitscriteria. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 6 november 2013 het erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen overlopen en stelt het volgende aan de gemeenteraad voor: - het bestaande erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen dat reeds bestond uit kwaliteitscriteria te behouden; - het erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen te laten starten op 1 januari 2014 en eindigen op 31 december 2019. Het erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen werd voorgelegd aan de gemeentelijke sportraad. De sportraad heeft het erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen positief geadviseerd in zijn vergadering van 19 november 2013. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet stipuleert dat het vaststellen van de gemeentelijke reglementen een uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad is. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande reglement goed te keuren: Art. 1. - Volgend erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen wordt goedgekeurd en gaat in vanaf 1 januari 2014 en loopt ten einde op 31 december 2019. ERKENNINGSREGLEMENT Om erkend te worden en te blijven moeten de sportverenigingen aan een aantal algemene en specifieke voorwaarden, opgelegd door het gemeentebestuur, voldoen. Art. 1. - Algemene erkenningsvoorwaarden De gemeente oordeelt na advies van de sportraad op basis van onderstaande cumulatief te vervullen vastgelegde criteria of een sportvereniging erkend kan worden: a) De vereniging dient opgericht te zijn door een privé-initiatief zonder beroepsdoeleinden of winstoogmerk. b) Het doel van de vereniging is het aanzetten van de bevolking tot sportbeoefening. c) De meerderheid (+ 50 %) van het bestuur moet gedomicilieerd zijn in de gemeente. d) De zetel (of lokaal) van de vereniging dient gevestigd te zijn op het grondgebied van de gemeente. e) De vereniging dient te beschikken over goedgekeurde statuten (algemene vergadering) of een duidelijke omschrijving van het doel dat door alle leden ondersteund wordt. f) De vereniging dient te allen tijde te voldoen aan alle financiële verplichtingen tegenover het gemeentebestuur.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 706
g) De vereniging moet een open vereniging zijn; dit wil zeggen toegankelijk voor iedereen. Hieronder wordt verstaan dat iedereen er lid kan van worden op voorwaarde dat hij/zij de eigen waarden, normen, reglementen en doelstellingen van de vereniging eerbiedigt. h) Alle leden moeten een verzekering lichamelijke ongevallen en een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid hebben volgens de minimum bepalingen opgenomen in het decreet van de erkenning voor landelijk georganiseerde sportverenigingen (wettelijke bepalingen). Ook de verenigingen die niet aangesloten zijn bij een federatie dienen het bewijs te leveren voor hun leden een geldige verzekering te hebben. Art. 2. - Specifieke erkenningsvoorwaarden De gemeente oordeelt na advies van de sportraad op basis van onderstaande vastgelegde cumulatief te vervullen criteria of een sportvereniging erkend kan worden hetzij als sportclub, hetzij als sportorganisatiecomité. 2.1.
Erkenning als Deerlijkse sportvereniging: - de vereniging bestaat uit minstens 8 actieve leden; - de vereniging heeft wekelijks gedurende minstens 8 maanden per jaar een regelmatige sportwerking (minimaal 1 x/ week); de club of vereniging moet aangesloten zijn bij een erkende Vlaamse federatie.
2.2.
Erkenning als sportorganisatiecomité: de vereniging bestaat uit minstens 4 actieve bestuursleden; de vereniging organiseert minimaal 1 x/ jaar een sportmanifestatie; de deelnemers aan de organisatie worden allen verzekerd tegen lichamelijke ongevallen.
SUBSIDIEREGLEMENT Art. 1. - Definities sportverenigingen Binnen de perken van de door de gemeenteraad op het budget goedgekeurde kredieten worden, overeenkomstig het erkenningsreglement, subsidies uitgekeerd aan de door de gemeente erkende sportverenigingen. De beroepssport valt buiten dit reglement. Verenigingen die in meerdere gemeenten actief zijn mogen bij hun aanvraag enkel die gegevens vermelden die werkelijk betrekking hebben op Deerlijk. Art. 2. - Timing 2.1 Als referteperiode voor het werkingsjaar geldt de periode van 1 juli tot en met 30 juni. 2.2 De clubsecretarissen van de erkende sportverenigingen ontvangen jaarlijks tussen 1 en 15 juni de subsidie aanvraagformulieren. Erkende sportverenigingen niet aangesloten bij de sportraad kunnen eveneens aanvraagformulieren bekomen op de sportdienst. 2.3 Erkende sportverenigingen die vóór 15 september aansluitend op het werkingsjaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, hun aanvraagdossier ingediend hebben op de gemeentelijke sportdienst komen in aanmerking voor verdere behandeling van het dossier. 2.4 Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht de gegeven informatie en bewijsstukken te verifiëren. Voor de sportvereniging vervalt het recht op subsidiëring voor het betrokken jaar indien blijkt dat: de aangifte niet in overeenstemming is met de werkelijkheid; de aanvrager de gevraagde inlichtingen weigert te verschaffen; de aanvrager de gevraagde inlichtingen niet tijdig verschaft.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 707
2.5 Het college van burgemeester en schepenen deelt na advies van de sportraad vóór 15 oktober het definitieve resultaat mee aan de aanvrager. 2.6 Bij betwisting kan de sportvereniging bij het college een bezwaar indienen via aangetekend schrijven met als uiterste postdatum 1 november. 2.7 Na onderzoek van het bezwaarschrift zal de sportvereniging over de getroffen beslissing ingelicht worden door het college van burgemeester en schepenen vóór 1 december. Hiertegen is geen beroep mogelijk. 2.8 De uitbetaling van de subsidies gebeurt voor het einde van het jaar door overschrijving op de rekening van de aanvrager. Art. 3. - Subsidiëringvoorwaarden 3.1 De vereniging moet als sportvereniging erkend zijn en zodoende voldoen aan de in het erkenningsreglement omschreven erkenningvoorwaarden. 3.2 De sportvereniging heeft wekelijks gedurende minstens 8 maanden per jaar een sportwerking. Het bewijs hiervan dient bij de aanvraag toegevoegd te worden. 3.3 De vereniging moet geleid worden door een volgens de VZW structuur opgebouwd bestuur; dit wil zeggen voorzitter, secretaris, penningmeester. Minstens een van hen dient woonachtig te zijn in Deerlijk. 3.4 De leden moeten verzekerd zijn tegen burgerlijke aansprakelijkheid en lichamelijke ongevallen. 3.5 De sportvereniging streeft geen commerciële doeleinden na. 3.6. Leden die enkel fungeren als sportorganisatiecomité kunnen lid zijn van de sportraad maar kunnen via de gemeente geen subsidies ontvangen. Art. 4. - Berekening van de subsidie De subsidie bestaat uit een kwantitatief gedeelte (40 % van het totaal budget) en een kwalitatief gedeelte (60 % van het totaal budget) en wordt verdeeld volgens de onderstaande kwantitatieve en kwalitatieve criteria. 4.1.
Kwantiteitscriteria (40 % van het totale budget)
4.1.1 Basissubsidie: Vooreerst wordt een basistoelage toegekend aan de erkende sportverenigingen op basis van drie categorieën: Louter competitie en jeugdwerking: 100,00 euro; Competitie zonder jeugd of deelname aan tornooien: 70,00 euro; Louter recreatief: 40,00 euro. 4.1.2 Aanvullend op de basissubsidie: Het restbedrag van de 40 % subsidie; dit is na aftrek van de basissubsidie, wordt verdeeld volgens volgende criteria: 1e criterium
aantal leden boven 18 jaar: 10 %;
Parameter:
aantal verzekerde leden boven 18 jaar (inclusief bestuur) heren
dames
Totaal leden > 18 jaar Evaluatie: als bewijs van het ledenaantal gelden de aansluitingslijsten voor de verzekering. Op de lijsten komen voor: naam, adres en geboortedatum van de leden.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
2e criterium
aantal jeugdleden onder 18 jaar: 30 %;
Parameter:
aantal verzekerde leden tussen 0 en 18 jaar 0-12 jaar
blad 708
13-18 jaar
Totaal leden < 18 jaar Evaluatie: als bewijs van het ledenaantal gelden de aansluitingslijsten voor de verzekering. Op de lijsten komen voor: naam, adres en geboortedatum van de leden. 4.2. Kwaliteitscriteria (60 % van het totale budget) 4.2.1. Kwaliteitscriterium 1: Structuur van de vereniging: 5 % Parameters: Juridische vorm van de vereniging; Bestuursfuncties: aanwezigheid organogram club; Deskundig bestuurskader: diploma’s en deelnameattesten opleidingen op sportbestuurlijk vlak; Engagement binnen de sportraad. Parameters Juridische vorm Bestuursfuncties Deskundig bestuurskader Engagement in sportraad
Te verdienen punten Vzw-structuur 5 ptn Aanwezigheid duidelijk 5 ptn opgenomen in organogram club Bestuursgerichte bijscholingen 5 ptn per bijscholing de Aanwezigheid op AV sportraad
10 ptn per vergadering
Evaluatie: Bewijs van juridische vorm - opgeven van ondernemingsnummer; Organogram + korte functieomschrijvingen; Kopie deelnameattesten bestuursgerichte bijscholingen bestuursleden; Gegevens sportraad worden via sportraad verstrekt. 4.2.2. Kwaliteitscriterium 2: Sporttechnisch kader: 25 % Parameters: Sporttechnisch geschoolde trainers; Deelname sporttechnische vormingen; Diploma’s scheidsrechters en juryleden + bewijzen prestatie(s). Parameters Sporttechnisch geschoolde trainers
VTS-diploma’s - master of bachelor lichamelijke opvoeding.- door de federatie erkende diploma’s
Deelname vormingsattesten sporttechnische vormingen Aantal gediplomeerde diploma’s- bewijs van activiteit
Te verdienen punten Bachelor of master LO 15 ptn VTS-initiator 10 ptn VTS instructeur B 15 ptn VTS trainer A :20 ptn 10 ptn per vorming
10 ptn per persoon
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 709
scheidsrechters/ juryleden, officials Evaluatie: Kopies van relevante diploma’s; Kopies van relevante vormingsattesten bij een erkende organisatie; Kopies van attesten/ diploma’s van scheidsrechters en/ of juryleden bij een erkende organisatie. 4.2.3. Kwaliteitscriterium 3: Communicatie: 10 % Parameters: Website up to date; Clubblad en/ of nieuwsbrief (gedrukt of digitaal- minimaal 3 x/ jaar); Onthaalbrochure; Specifieke communicatieverantwoordelijke met e-mailadres en GSM nummer Clublogo. Parameters Eigen website Clubblad/ nieuwsbrief Onthaalbrochure Clublogo
Te verdienen punten 5 ptn 10 ptn 10 ptn 5 ptn
Evaluatie: Opgeven van website; Laatste versie van clubblad en/ of nieuwsbrief + lijst uitgaven; Toevoegen onthaalbrochure en/ of verslag onthaalmoment; Gegevens communicatieverantwoordelijke Clublogo bezorgen. 4.2.4. Kwaliteitscriterium 4: Sportpromotie: 20 % Parameters: Sportpromotionele initiatieven Parameters Drempelverlagende sportinitiatieven, initiaties en wervingsacties (bv. gratis proeflessen) Het organiseren van of deelnemen aan competitieve ontmoetingen buiten de reguliere competitie zoals Tornooien met lokale of bovenlokale uitstraling - regionaal - provinciaal Organisatie specifiek sportkamp of stage (minimaal 3 dagen en 3u/ dag)
Te verdienen punten 10 ptn
10 ptn 20 ptn 10 ptn per sportkamp/stage
Evaluatie: Bewijs van organisatie- publicaties- deelnemers initiatielessen; Bewijs van organisatie of deelname aan competitieve ontmoetingen zoals tornooien (dit zijn één of meerdere competities georganiseerd door de club aanvullend op de reguliere werking en competitie); Bewijs van organisatie sportkampen- stages (foldertjes). Art. 2. - Huidig erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen wordt, samen met het advies van de gemeentelijke sportraad, binnen de 10 dagen na huidige beslissing
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 710
overgemaakt aan BLOSO. Een exemplaar van het goedgekeurde erkennings- en subsidiereglement sportverenigingen wordt aan de gemeentelijke sportraad bezorgd. Art. 3. - Huidige reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere wijzigingen. ----31. Sport - retributiereglement cafetaria sporthal - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het retributiereglement ‘cafetaria sporthal’ werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 4 juli 2013. De vaste gebruikers hebben het retributiereglement ‘cafetaria sporthal’ overlopen en zijn van oordeel dat dit retributiereglement op bepaalde punten dient bijgewerkt te worden aangezien de gebruikers te weinig inkomsten kunnen genereren uit het systeem. Zo zouden ze graag alle sportdranken en dranken uit blik zelf aankopen (cola, cola zero, cola light, aquarius citroen en lemon, ice-tea). De andere overeengekomen dranken worden verder via de gemeente aangekocht, zijnde pils, cola, cola max, limonade, plat water, spa, star, en voor de speciale dranken is dit fruitsap, rodenbach, witteke, keizer Karel, duvel, adler, tongerlo blond en bruin, mystiek kriek. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 25 september 2013 beslist om deze wijziging eerst voor te leggen aan de Raad van Beheer van de sportinfrastructuur. De Raad van Beheer van de sportinfrastructuur heeft het herwerkte retributiereglement ‘cafetaria sporthal’ herbesproken in zijn vergadering van 22 oktober 2013 en heeft over deze wijziging een positief advies uitgebracht Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 6 november 2013 het herwerkte retributiereglement ‘cafetaria sporthal’ overlopen en stelt het volgende aan de gemeenteraad voor: -
dat de sportdranken en dranken uit blik namelijk cola, cola zero, cola light, aquarius citroen en lemon, ice-tea door de vaste gebruikers mogen aangekocht worden: dat de andere overeengekomen dranken verder via de gemeente worden aangekocht., zijnde pils, cola, cola max, limonade, plat water, spa, star, en voor de speciale dranken is dit fruitsap, rodenbach, witteke, keizer Karel, duvel, adler, tongerlo blond en bruin, mystiek kriek.
Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat de vaststelling van de machtiging tot het heffen van een retributie en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Artikel 253, § 1, 3° stelt dat binnen twintig dagen na de besluiten van de gemeenteraad betreffende de belastingen en de retributies, een kopie wordt verzonden naar de provinciegouverneur. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren:
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 711
Art. 1. - Het onderstaand retributiereglement cafetaria sporthal gaat in per 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. RETRIBUTIEREGLEMENT CAFETARIA SPORTHAL 1. TARIEVEN 1.1. ALGEMEEN Art. 1. - Onderstaande huurprijzen gelden voor de gebruikers uit Deerlijk. Voor gebruikers van buiten Deerlijk wordt de prijs aan 200 % berekend. Art. 2. - Een gebruiker van Deerlijk is een individu met domicilie in Deerlijk of een vereniging, club of organisatie met draagvlak in Deerlijk. De organisatie van de activiteit gebeurt vanuit Deerlijk. Art. 3. - Private en commerciële activiteiten worden geweigerd. 1.2. BASISTARIEF HUUR CAFETARIA Omschrijving drankbedeling gekoppeld aan reguliere werking drankbedeling gekoppeld aan reguliere werking drankbedeling gekoppeld aan vergadering drankbedeling gekoppeld aan andere activiteit drankbedeling gekoppeld aan andere activiteit
Dagen weekdag (maandag tot vrijdag) weekenddag feestdag
basistarief 20 euro
en
30 euro/dag
weekdag (maandag tot vrijdag)
14 euro
weekdag (maandag tot vrijdag)
25 euro
weekenddag feestdag
en
50 euro/dag
Een reguliere werking is een werking georganiseerd door de vaste gebruikers van de sporthallen met een lopende competitie. Hieronder vallen eveneens een sponsoravond, een kaarting, een nieuwjaarsreceptie … Een andere activiteit is een losstaande activiteit georganiseerd door een niet-vaste gebruiker van de sporthallen . Dit kan een stop/start fietstocht, éénmalig tornooi, schoolsport-wedstrijd …zijn. Tijdens het weekend en feestdag kan slechts 1 gebruiker per dag de cafetaria afhuren. Indien in de week meerdere gebruikers de cafetaria willen afhuren, wanneer de kalender het toelaat, betalen zij telkens het basistarief ongeacht de tijdsduur. 1.3. BIJZONDERE GEVALLEN Art. 4. - Vergaderingen Bij bestuursvergaderingen van gemeentelijke raden en commissies en hun werkgroepen is het gebruik van de cafetaria sporthal gratis.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 712
Art. 5. - Gemeentelijke activiteiten Voor activiteiten in organisatie van gemeentelijke diensten en gemeentelijke raden, is het gebruik van de cafetaria sporthal gratis. 1.4.DRANKPRIJZEN Art. 6. - De prijs van de drank bedraagt 1,10 euro voor de gewone dranken en 1,25 euro voor de speciale dranken voor éénmalige gebruikers. Art. 7. - Voor verenigingen/gebruikers die gebruik maken van de cafetaria sporthal en een reguliere competitie hebben, is de prijs van gewone dranken 0,97 euro en 1,25 euro voor de speciale dranken. Art. 8. - Bij een verbruik van 250 gewone dranken per dagdeel of per dag wordt een speciale regeling getroffen. Boven de 250 gewone dranken wordt de prijs van de gewone dranken 0,75 euro en voor de speciale dranken 1,25 euro. Onder een gewone drank wordt verstaan: pils, cola, cola max, limonade, plat water en spa, star (alcoholvrij bier). Onder speciale dranken wordt verstaan: fruitsap, Rodenbach, witteke, Keizer Karel, duvel, adler, Tongerlo , mystic kriek. Art. 9. - Koffiefilter De prijs van een koffiefilter (suiker en melk inbegrepen) wordt gelijkgeschakeld met een gewone drank (1,10 euro). Art. 10. - De prijs van de dranken en koffie kan op elk ogenblik gewijzigd worden, naargelang zich een prijsstijging voordoet in de aankoopprijs. 2. WAARBORG Art. 11. - Voor het gebruik van de cafetaria moet de gebruiker vóór de ingebruikname een waarborg van 250,00 euro betalen. De waarborg wordt vooraf betaald per overschrijving. De betaling geldt in ieder geval als voorwaarde voor de ontvangst van de sleutel. Art. 12. - De prestaties voor buitengewone schoonmaak, kosten verbonden aan herstellingen door beschadiging en kosten voor verdwenen materiaal worden afgehouden van de waarborg. Deze opsomming van kosten is niet limitatief. Ook inbreuken op het gebruikersreglement leiden tot inhouding van een deel van of de volledige waarborg. Als de schade het bedrag van de waarborg overschrijdt, verbindt de gebruiker er zich toe deze schade onmiddellijk en volledig te vergoeden. Art. 13. - Gebruikers kunnen opteren om een vaste waarborgsom te deponeren bij de gemeente. Deze waarborgsom bedraagt 250,00 euro. Deze vaste gebruikers kunnen gebruik maken van de cafetaria zolang de waarborg in het bezit blijft van de gemeente. Art. 3. - Huidig retributiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet en zijn latere wijzigingen. Art. 4 - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge. -----
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 713
32. Kermisattracties en kermisgastronomie - plaatsrecht - retributiereglement Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het retributiereglement plaatsrecht kermisattracties en kermisgastronomie werd goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 20 december 2007 en eindigt op 31 december 2013. In uitvoering van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten en het koninklijk besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie werd in gemeenteraadszitting van 27 september 2007 het reglement betreffende de organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie op de openbare kermissen en op het openbaar domein buiten de openbare kermissen en op privédomein goedgekeurd. Het gebruik van het openbaar domein, de marktpleinen en plaatsen van de openbare wegenis voor het opstellen van kermisattracties en vestigingen van kermisgastronomie brengt zekere kosten van toezicht en schoonmaak met zich mee zodat het billijk is deze kosten op de gebruikers te verhalen door middel van een plaatsrecht. Bijgevolg is het aangewezen om het retributiereglement plaatsrecht kermisattracties en kermisgastronomie verder aan te houden. In zitting van 2 oktober 2013 oordeelde het college van burgemeester en schepenen dat het tarief van deze retributie dient verhoogd te worden naar 1 euro per vierkante meter per dag, dat deze retributie steeds dient aangerekend te worden voor een vaste periode van 3 dagen, ongeacht de werkelijke duur van de inname en dat deze retributie als volgt begrensd dient te worden: - ongeacht het aantal ingenomen m²: minimaal 40 euro; - oppervlakte tussen 1 en 175 m²: maximaal 200 euro; - oppervlakte groter dan 175 m²: maximaal 350 euro. De gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente heeft het retributiereglement plaatsrecht kermisattracties en kermisgastronomie besproken in zitting van 25 november 2013. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet bepaalt dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand retributiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019: RETRIBUTIEREGLEMENT KERMISGASTRONOMIE
PLAATSRECHT
KERMISATTRACTIES
EN
Art. 1. - Ten laste van elke uitbater van een kermisattractie en/of vestiging(en) van kermisgastronomie die zich tijdens de kermisdagen op het openbaar domein, de marktpleinen en de openbare wegenis van de gemeente opstelt, wordt een plaatsrecht geheven van 1 euro per vierkante meter per dag.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 714
Art. 2. - Voormeld plaatsrecht wordt per kermis steeds aangerekend voor een vaste periode van 3 dagen, ongeacht de werkelijke duur van de inname. Art. 3. - Het verschuldigde plaatsrecht wordt evenwel begrensd als volgt: - ongeacht het aantal ingenomen m²: minimaal 40 euro; - oppervlakte tussen 1 en 175 m²: maximaal 200 euro; - oppervlakte groter dan 175 m²: maximaal 350 euro. Art. 4. - De opmeting van de ingenomen oppervlakte geschiedt door de zorgen van het gemeentebestuur. Het plaatsrecht is eisbaar zodra de plaats op het openbaar domein wordt ingenomen. Art. 5. - De retributie wordt contant ingevorderd tegen afgifte van een kwitantie. Art. 6. - Indien een feestcomité zelf het initiatief neemt om kermisattracties op hun wijk aan te trekken, wordt er vanuit de gemeente, de retributie waarvan sprake in huidig reglement, niet aangerekend. Art. 2. - Huidig retributiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. Art. 3. - Binnen de 20 dagen wordt een afschrift van dit besluit overgemaakt aan de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet. ----33. HIZ - Grafconcessies - retributiereglement - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het retributiereglement op de grafconcessies werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 22 december 2011 en eindigt op 31 december 2013. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 en 23 oktober 2013 het retributiereglement op de grafconcessies overlopen en besliste het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: -
-
een eenvormig tarief vast te leggen voor begravingen in volle grond en grafkelders van 7,50 euro per m² per jaar. Dit betekent het behoud van het bestaande tarief, maar verhoogt de leesbaarheid van het retributiereglement. Bovendien laat het toe het reglement te blijven hanteren bij eventuele beslissingen omtrent de aanleg van nieuwe perken. een prijswijziging door te voeren in de kostprijs van de afdekplaten, nissen en kelders als volgt:
Betreft: Grafkelder 2 personen
Aankoopprijs Huidig tarief van Voorstel nieuw tarief gemeente (incl. de gemeente van de gemeente BTW) 605 euro 850 euro 850 euro
Grafkelder 3 personen
786,50 euro
1000 euro
1000 euro
Urnenkelder
193,60 euro
0 euro
250 euro
72,60 euro
60 euro
80 euro
Afdekplaat urnenkelder
G.13.12
Afdekplaat en columbarium
Gemeenteraad van 5 december 2013
nis
60,50 euro (afdekplaat)
60 euro
blad 715
200 euro
-
de 10-jarige gratis concessie niet langer aan te bieden. Deze is overbodig gezien de decretale verplichtingen inzake het begraven. Elke gemeente is gebonden om kostenloos in te staan voor de begraving (in de grond, een urnenkelder of een columbariumnis) voor elke persoon die ingeschreven is in de bevolkingsregisters, het vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente. Dergelijk niet-geconcedeerd graf dient minstens tien jaar te worden bewaard. Een vergelijking met de andere Leidedalgemeenten leert dat enkel Deerlijk een dergelijke 10-jarige concessie aanbiedt, waardoor wordt voorgesteld deze af te schaffen.
-
de overige bepalingen van het retributiereglement te behouden.
De gemeenteraadscommissie financiën heeft het retributiereglement grafconcessies besproken in zitting van 25 november 2013. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat de machtiging tot het heffen van retributies en het vaststellen van de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement op de grafconcessies goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand retributiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. RETRIBUTIEREGLEMENT GRAFCONCESSIES Art. 1. - Het bedrag van de concessie wordt vastgesteld als volgt: A. Begraving in de grond 1) 30-jarige concessie (grafkelder verboden):
7,5 euro/m²/jaar
2) 50-jarige concessie (grafkelder verplicht):
7,5 euro/m²/jaar
Dit bedrag wordt vermeerderd met: - 850 euro voor een grafkelder voor 2 personen; - 1.000 euro voor een grafkelder voor 3 personen. B. Nis in het columbarium 1) 30-jarige concessie:
450 euro
2) 50-jarige concessie:
750 euro
Dit bedrag wordt vermeerderd met: - 200 euro voor de nis en de afdekplaat (exclusief gravure). C. Begraving in urnenveld 1) 30-jarige concessie:
450 euro
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
2) 50-jarige concessie:
blad 716
750 euro
Dit bedrag wordt vermeerderd met: - 250 euro voor de urnenkelder; - 80 euro voor de afdekplaat (exclusief gravure). D. Naamplaat herdenkingszuil De kosten voor het aanbrengen van een naamplaat op de herdenkingszuil van de asstrooiweide worden bepaald op 15 euro (naamplaat, graveren en bevestigen). E. Gratis begraving - 10 jaar De gemeente voorziet voor elke persoon, ingeschreven in het bevolkingsregister, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente, de mogelijkheid tot kostenloze begraving voor 10 jaar, zonder concessie, in volle grond, een urnenkelder of columbariumnis. Art. 2. - Bij een geconcedeerde nis in het columbarium of voor een geconcedeerde begraving op het urnenveld, dient de door het gemeentebestuur ter beschikking gestelde afdekplaat te worden gebruikt. Art. 3. - Na verloop van de 10 jaar van de kostenloze begraving of de door het college van burgemeester en schepenen vergunde 10-jarige concessie, in zowel volle grond, urnenkelder of columbariumnis, wordt aan elke belanghebbende de mogelijkheid geboden om op een perceel, op de nis of urnenkelder een 30-jarige vergunning te bekomen. De 30 jaar begint te lopen vanaf de datum van de toekenning in het college van burgemeester en schepenen van de 10-jarige al dan niet geconcedeerde grond, nis of urnenkelder. Art. 4. - De kosten van het ter aarde bestellen zijn ten laste van de gemeente evenals de werken tot bijzetting in het columbarium. Het gebruik van de asstrooiweide is gratis. Art. 5. - Tijdelijke concessies, verleend voor of na de inwerkingtreding van de wet van 1971, kunnen op twee manieren hernieuwd worden: a) hernieuwing zonder bijzetting Op aanvraag van enig belanghebbende kunnen opeenvolgende hernieuwingen van de 30-jarige of 50-jarige concessie worden toegestaan voor het verstrijken van de vastgestelde termijn en dit voor een periode van 10 jaar, 30 jaar of 50 jaar. b) hernieuwing met bijzetting De concessie kan op uitdrukkelijke aanvraag van iedere belanghebbende voor een nieuwe periode van dezelfde duur worden hernieuwd naar aanleiding van elke nieuwe bijzetting in de concessie. In het geval er geen hernieuwing werd aangevraagd tussen de datum van de laatste bijzetting in de concessie en het verstrijken van de periode waarvoor deze werd verleend, blijft het graf bestaan gedurende een termijn van tien jaar, die begint te lopen op de datum van het overlijden, indien dit overlijden zich minder dan tien jaar voor het verstrijken van de concessie heeft voorgedaan.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 717
Geen hernieuwing mag voor langere tijd dan de oorspronkelijke concessie worden toegestaan. In geval van een hernieuwing van een concessie (al dan niet met bijzetting) voor het verstrijken ervan, wordt het concessierecht berekend pro rata temporis: het te betalen concessierecht is evenredig met het aantal jaren dat de hernieuwde vervaldatum de aanvankelijke vervaldatum overschrijdt. voor begraving in de grond: 7,5 euro/m²/jaar voor nis in het columbarium: 15 euro/nis/jaar voor begraving van urnen: 15 euro/urnenveld/jaar
Art. 6. - De duur van een eerste concessie neemt een aanvang op de datum waarop het college van burgemeester en schepenen deze concessie verleend. Art. 7. - Op het kerkhof te Deerlijk en te Sint-Lodewijk wordt een plaats voorbehouden voor begraving van: - burgemeesters en gewezen burgemeesters; - oudstrijders van de oorlogen 1914-1918 en 1940-1945; - civielarbeiders van de oorlog 1914-1918; - erkende weerstanders van de oorlog 1940-1945; - erkende politieke gevangenen van beide wereldoorlogen; - erkende werkweigeraars van de oorlog 1940-1945; - leden van het gemeentelijk vrijwillig brandweerkorps (overleden in bevolen dienst). Wanneer betrokkenen begraven worden in de voorbehouden percelen (in voorbehouden volle grond van 2 m² zonder grafkelder), in een columbariumnis met 30-jarige vergunning of een urnenkelder met 30-jarige vergunning, wordt, zonder enige geldelijke vergoeding, een concessie van 30 jaar toegekend voor maximum 2 personen. Overeenkomstig artikel 8, § 5 kunnen eventuele uitbreidingen worden aangevraagd. Wanneer betrokkenen begraven worden buiten de voorbehouden percelen of in een columbariumnis met 50-jarige vergunning of urnenkelder met 50-jarige vergunning, wordt de totale concessieprijs met 450 euro verminderd. De gratis toegekende 30-jarige concessie neemt een einde 30 jaar na de eerste begraving in de voorbehouden percelen. Overeenkomstig artikel 5 kunnen opeenvolgende hernieuwingen van deze concessie worden toegestaan. Art. 8. § 1. - In een concessie voor 30 jaar in volle grond mogen 2 personen begraven worden. Eventueel kan een uitbreiding gevraagd worden conform § 5 van dit artikel. - In een concessie voor 50 jaar in volle grond met grafkelder voor 3 personen mogen maximaal 3 personen begraven worden. Eventueel kan een uitbreiding gevraagd worden conform § 5 van dit artikel. § 2. In een concessie voor 30 jaar of 50 jaar voor een nis in het columbarium of een urnenkelder op het urnenveld mogen maximaal 2 personen geplaatst worden. Eventueel kan een uitbreiding gevraagd worden conform § 5 van dit artikel.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 718
§ 3. Bij de aanvraag tot het bekomen van een concessie is het noodzakelijk dat alle namen van de begunstigden worden vermeld. De concessies worden op het ogenblik van het eerste overlijden nominatief toegewezen. § 4. De nominatief toegekende concessies kunnen enkel door de concessiehouder of zijn erfopvolgers schriftelijk gewijzigd worden met voorlegging van een laatste wilsbeschikking van de persoon waarvoor een uitbreiding wordt aangevraagd. -
-
§ 5. Een uitbreiding van een bestaande al dan niet eeuwigdurende grafconcessie zal slechts worden toegestaan wanneer hierom schriftelijk wordt verzocht en indien praktisch mogelijk. Voor een uitbreiding, door bijzetten van een persoon niet in oorspronkelijke concessie aangevraagd, van een bestaande eeuwigdurende grafconcessie of bestaande grafconcessie dienen evenredig de nog te lopen jaren van de bestaande grafconcessie te worden betaald. De termijn en de voorwaarden van de oorspronkelijke concessie blijven bestaan. voor begraving in de grond: 7,5 euro/m²/jaar voor nis in het columbarium: 15 euro/nis/jaar voor begraving van urnen: 15 euro/urnenveld/jaar Art. 9. a) Aan de concessies op de percelen van blok A en blok B die gelegen zijn langs de hoofdgang op het kerkhof te Deerlijk centrum, wordt de verplichting opgelegd een grafzerk met een monumentaal karakter op te richten. b) Aan alle andere concessies - met uitzondering van deze gestipuleerd in a) - wordt de verplichting opgelegd om een grafzerk op te richten en/of de bodem te bedekken met beplanting en/of steenslag of ander type verharding. Art. 10. - De verplichtingen vermeld in artikel 9 gelden voor nieuwe concessies alsook voor bestaande concessies in zover voor deze laatste de oude grafzerk zou vervangen worden door een nieuwe.
Art. 2. - Huidig retributiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. Art. 3. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen ter kennisgeving overgemaakt aan de provinciegouverneur conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet. ----34. HIZ - Belastingreglement op lijkbezorging van aan de gemeente vreemde personen en op de ontgravingen Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het belastingreglement op lijkbezorging van aan de gemeente vreemde personen en op de ontgravingen werd goedgekeurd in zitting van 22 december 2011 en eindigt op 31 december 2013. Het reglement is ingegeven doordat de ruimte op de kerkhoven niet onuitputtelijk is en dat er op vandaag relatief gezien veel vraag is om niet-inwoners te begraven.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 719
Het college van burgemeester en schepenen heeft het belastingreglement op lijkbezorging van aan de gemeente vreemde personen en op de ontgravingen overlopen in zitting van 9 oktober 2013 en beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen het belastingreglement ongewijzigd te behouden voor de periode die ingaat vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. Artikel 43 § 2, 15° van het Gemeentedecreet stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentebelastingen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande belastingreglement goed te keuren: Art. 1. - Onderstaand belastingreglement gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. BELASTINGREGLEMENT OP LIJKBEZORGING VAN AAN DE GEMEENTE VREEMDE PERSONEN EN OP DE ONTGRAVINGEN Enig artikel - Er wordt ten behoeve van de gemeente onder de navolgende voorwaarden geheven: A. – Een belasting op de begraving, op de asverstrooiing en op de plaatsing van de urne in een columbarium of urnenkelder, van de personen die buiten de gemeente overleden zijn en noch hun wettige woonplaats noch hun gewone verblijfplaats in de gemeente hebben, waarvan het bedrag wordt vastgesteld op 300,00 euro. De belasting is niet verschuldigd voor lijkbezorging van: 1. personen, die op het ogenblik van hun overlijden het voorwerp uitmaken van een grafconcessie; 2. oorlogsslachtoffers, die in dienst van het vaderland gestorven zijn; 3. personen die in een buiten de gemeente gelegen rusthuis of erkende voorziening/instelling voor personen met beperkingen verbleven en die hun woonplaats onmiddellijk voorafgaand aan deze opname in de gemeente hadden. B. – Een belasting op de ontgravingen, waarvan het bedrag wordt vastgesteld op 130,00 euro. De belasting is niet verschuldigd voor: 1. de ontgravingen, die op bevel van de gerechtelijke overheden uitgevoerd worden; 2. de ontgravingen die moeten geschieden met het oog op het overbrengen van een oud naar een nieuw kerkhof, van lijken begraven in een als eeuwigdurende concessie vergunde begraafplaats; 3. de ontgravingen van voor het vaderland gestorven militairen. Art. 2. - Huidig belastingreglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. Art. 3. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen ter kennisgeving overgemaakt aan de provinciegouverneur conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet. ----35. HIZ - premiereglement begrafenis of verassing van oud-strijders en gelijkgestelden goedkeuring
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 720
Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement begrafenis of verassing van oud-strijders en gelijkgestelden werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 20 december 2007 en eindigt op 31 december 2013. Het premiereglement dient als tussenkomst in de begrafeniskosten van oud-strijders en gelijkgestelden die zich bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt tegenover de gemeenschap. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 oktober 2013 het premiereglement begrafenis of verassing van oud-strijders en gelijkgestelden overlopen en beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen het premiereglement ongewijzigd te behouden voor de periode die ingaat vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande premiereglement goed te keuren: Art. 1. - Onderstaand premiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. PREMIEREGLEMENT BEGRAFENIS OF VERASSING VAN OUD-STRIJDERS EN GELIJKGESTELDEN Art. 1. - Er wordt tussengekomen voor een bedrag van 62,00 euro in de begrafeniskosten of de verassingskosten van volgende categorieën inwoners: - erkende oudstrijders van de oorlogen 1914-1918 en 1940-1945; - erkende civielarbeiders van de oorlog 1914-1918; - erkende weerstanders van de oorlog 1940-1945; - erkende politieke gevangenen van beide wereldoorlogen; - erkende werkweigeraars in de oorlog 1940-1945; - leden van het gemeentelijk brandweerkorps die gestorven zijn in bevolen dienst. Art. 2. - Deze financiële tussenkomst wordt enkel aan de overlevende levenspartner van de overledene uitbetaald, voor zover deze sedert minstens drie jaar de gemeente bewoont. Art. 3. - Jaarlijks zullen in het gemeentebudget de nodige kredieten worden voorzien voor de uitbetaling van deze gemeentelijke tussenkomst. Art. 2. - Huidig premiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. ----36. HIZ - geboortepremie - premiereglement sp.a Raadslid Baert stelt dat zijn fractie stilaan de partij van het gezin lijkt te zijn gezien zij zich niet kunnen vinden in het voorstel om deze premie af te schaffen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 721
Hij stelt dat een gemeentebestuur zich inzake premiereglementering niet hoeft te spiegelen aan wat mutualiteiten al dan niet doen inzake premies. Een gemeentebestuur staat daar los van en hoeft in deze geen stellingen te nemen. sp.a is voor het behoud van de geboortepremie en zal dan ook tegenstemmen op het voorstel om deze premie af te schaffen. Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement geboortepremies werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 20 december 2007 en ving aan per 1 januari 2008 om te eindigen op 31 december 2013. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 6 november 2013 het premiereglement overlopen en is van oordeel dat dit premiereglement niet dient behouden te worden. Dit omwille van budgettaire redenen en omdat er reeds een geboortepremie wordt voorzien door de verschillende ziekenfondsen. De gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente heeft dit premiereglement besproken in haar zitting van 25 november 2013. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en Open VLD) en 3 neen-stemmen (sp.a) stemmen de gemeentelijke geboortepremie vanaf 1 januari 2014 niet langer te behouden. ----37. HIZ - retributiereglement uitleendiensten - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het retributiereglement op de uitleendiensten werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 23 mei 2012. Het college van burgemeester en schepenen heeft, met het zicht op de overgang naar een centraal beheersysteem, dit reglement overlopen in de zittingen van 17 april 2013, 11 september 2013, 25 september 2013, 2 oktober 2013 en 9 oktober 2013, en heeft beslist om de volgende zaken voor te stellen aan de gemeenteraad: -
het centrale beheer voor de verwerking en opvolging van alle aanvragen, en facturatie van de diverse uitleendiensten te laten uitvoeren door de jeugddienst; het beheer van de facturatie en opvolging van de inning van de facturen te laten uitvoeren door de financiële dienst; verder verhuur aan particulieren door de jeugddienst toe te laten; niet langer een waarborg te vragen voor materiaal gezien dit teveel administratief werk vergt. Indien het materiaal geschonden/kapot is, zal de ontlener dit dienen te betalen; alle materiaal van de jeugddienst, sportdienst en dienst feestelijkheden te laten beheren door middel van het centrale beheersysteem; een beperkt aandeel van het materiaal van de cultuurdienst op te nemen in het centrale beheersysteem om de dienst niet te overbelasten met reservaties en toe te laten flexibel
G.13.12
-
-
-
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 722
op te treden. Het overige materiaal van de cultuurdienst blijft wel ter beschikking van de feestcomités en zal beheerd worden door de cultuurdienst zelf; de bestaande categorieën van ontleners te blijven behouden, dewelke zijn: o
categorie A: gemeentebestuur, OCMW, gemeentelijke adviesraden, gemeentelijke commissies en hun werkgroepen, de beheersorganen en hun werkgroepen, onderwijsinstellingen gelegen op het grondgebied Deerlijk
o
categorie B: alle Deerlijkse verenigingen die zijn aangesloten bij een erkende Deerlijkse adviesraad, Deerlijkse verenigingen/organisaties of voor een bepaalde gelegenheid opgerichte tijdelijke vereniging/organisatie die niet aangesloten is bij een erkende Deerlijkse adviesraad en waarvan minstens de helft van de leden van het bestuur van de vereniging/organisatie woonachtig is in Deerlijk
o
categorie C: niet-Deerlijkse verenigingen, privé personen wonende in Deerlijk (deze categorie wordt enkel gebruikt voor het materiaal dat wordt ontleend door de jeugddienst);
een prijsverhoging van 10 % door te voeren. Rekening houdende met de bestaande prijsverhoudingen krijgen verenigingen een korting van 30 % ten aanzien van de prijs voor particulieren; een gecoördineerd retributiereglement op te maken dat geldt voor de verschillende uitleendiensten.
De cultuurraad heeft het retributiereglement voor de uitleendiensten besproken in zijn vergadering van 21 oktober 2013 en heeft hierover een positief advies uitgebracht. De Raad van Beheer van de sportinfrastructuur heeft het retributiereglement voor de uitleendiensten besproken in zijn vergadering van 22 oktober 2013 en heeft hierover een positief advies uitgebracht. De jeugdraad heeft het retributiereglement voor de uitleendiensten besproken in zijn vergadering van 17 oktober 2013 en heeft hierover een positief advies uitgebracht, met de bemerking dat zij het jammer vinden dat de jeugddienst geen toegang zou hebben tot het centrale systeem. Na overleg met de jeugd- en sportdienst werd daarom beslist het centrale beheer te laten uitvoeren door de jeugddienst. Het college van burgemeester en schepenen heeft kennis genomen van de bovenstaande positieve adviezen in zitting van 6 november 2013. 1. De gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente heeft dit retributiereglement besproken in haar zitting van 25 november 2013. 2. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet stipuleert dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. 3. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren: Art. 1. - Onderstaand retributiereglement uitleendiensten cultuur, jeugd, sport en feestelijkheden gaat in op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 723
RETRIBUTIEREGLEMENT UITLEENDIENSTEN CULTUUR, JEUGD, SPORT EN FEESTELIJKHEDEN Art. 1. - Volgende categorieën komen in aanmerking voor ontlening van materiaal: Categorie A - gemeentebestuur en OCMW Deerlijk; - alle gemeentelijke adviesraden, alle gemeentelijke commissies en hun werkgroepen, de beheersorganen en hun werkgroepen; - onderwijsinstellingen gelegen op het grondgebied Deerlijk. Categorie B - alle Deerlijkse verenigingen die zijn aangesloten bij een erkende Deerlijkse adviesraad; - Deerlijkse verenigingen/organisaties of voor een bepaalde gelegenheid opgerichte tijdelijke vereniging/organisatie die niet aangesloten is bij een erkende Deerlijkse adviesraad en waarvan minstens de helft van de leden van het bestuur van de vereniging/organisatie woonachtig is in Deerlijk. Categorie C (deze categorie kan enkel materiaal ontlenen van de jeugddienst) - niet-Deerlijkse verenigingen; - privé personen wonende in Deerlijk. Art. 2 - Onderstaande materialen van de verschillende uitleendiensten worden ter beschikking gesteld voor ontlening in een centraal beheersysteem:
JEUGDDIENST Categorie A
Categorie B (€)
Categorie C (€)
Electromateriaal Bediening lichteffect Black-light lamp en houder Boogie Bubbelmachine Discobal Double Derby Klemspot LED lichtinstallatie Lichtinstallatie Lightsplash Minimoon Minitunnel Phar Rookmachine Statief + t-bar Stekkerdoos Stroboscoop Verlengdraad
Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis
0,00 2,89 2,89 8,09 2,89 2,89 0,87 17,33 8,66 2,89 2,89 2,89 1,44 8,09 2,31 0,46 2,89 0,46
0,00 4,13 4,13 11,55 4,13 4,13 1,24 24,75 12,38 4,13 4,13 4,13 2,06 11,55 3,30 0,66 4,13 0,66
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 724
Xciter Zaklamp
Gratis Gratis Verkleedkledij
2,89 1,44
4,13 2,06
Kerstmanpak Pietpak Schminkkoffer Sintpak
Gratis Gratis Gratis Gratis Spelen
6,93 4,62 11,55 9,24
9,90 6,60 16,50 13,20
Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Audiovisueel materiaal
0,00 0,58 2,31 5,78 0,58
0,00 0,83 3,30 8,25 0,83
Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Kampmateriaal
14,44 5,78 11,55 11,55 11,55 28,88
20,63 8,25 16,50 16,50 16,50 41,25
Gratis 0,23 Gratis 11,00 Gratis 20,00 Gratis 1,16 Gratis 2,31 Gratis 1,16 Veiligheidsmateriaal/Fuifpakket
0,33 15,71 28,57 1,65 3,30 1,65
Educatief spel Gezelschapsspel Reuzenspel Sport- en spelkoffer Sport- en spelmateriaal LCD-projector Megafoon Projectiescherm Soundbox + cd Walkie talkie Muziekinstallatie Kompas Tent 3m op 3m (groen) Tent 3m op 6m (groen) Tentgewicht Vuurkorf Zijpaneel Fluohesje Fuifkoffer Fuifbord Rookverbodstekens Nooduitgangsignalisatie Seinbord Banner drankkaarten Banner eetstand Banner fuifbandjes Banner binnen=binnen fuifbandjes geluidsmeter Oordopjes
Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Andere
Badgemachine
Gratis
Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis
Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis Gratis
Gratis + 0,50 €/badge)
Gratis + 0,50 €/badge)
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
CULTUURDIENST Categorie A Audiovisueel materiaal Geluidsinstallatie gratis Tentoonstellingsmateriaal Tentoonstellingspanelen Gratis enkel (1,22m x 2,44m) Tentoonstellingspanelen gratis dubbel (1,22m x 2,44m)
Categorie B (€)
42,74 2,89 4,62
SPORTDIENST Categorie A
Podiumelementen Receptietafel Schraagtafel (2,25 x 0,75m) Stoel (kunststof plooi) Tafelblad + onderstel bars (2m x 1m)
Feestmateriaal gratis gratis
Categorie B (€)
gratis 3,47
gratis
1,73
gratis
0,29
gratis
3,47
Sportmateriaal Aflossingsstok Badmintonnet Badmintonpluimpjes badmintonracket Basketbal Bounceballstick Chronometer Discus Freesbee Handbal Hockeybal Hockeystick Hoepel Honkbalhandschoen Hopjes Kegel Kogel Kommel
gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis
gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis
blad 725
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
Krachtbal Mini-basketbal Mini-tennisracket Mini-voetbal Partijvest Pittenzakjes Rugbybal Slaghout Slagplank Springtouw Stok Strandring Tennisbal Tennisracket Voetbal Volleybal Volleybalnet Rode tent (4 x 3,15 x 2,15 m)
gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis Andere
gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis
gratis
gratis
DIENST FEESTELIJKHEDEN Categorie A Feestmateriaal Afbakeningspaal en ketting gratis Nadars (2,5m) gratis Podiumelementen 1x2m gratis Podiumtrap gratis Podiumrok gratis Podiumwagen gratis Rood/wit kegel gratis vlag België gratis Vlag Deerlijk gratis Vlag Europa gratis Vlag Provincie gratis Vlag Vlaams gratis Vlaggenmasten (hout) gratis Vlaggenmasten gratis (aluminium) Parkeerverbodsborden gratis werfhekkens 3,5m + gratis blokken
Categorie B (€)
gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis
blad 726
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 727
Art. 3 - Onderstaande materialen worden beheerd door de cultuurdienst en staan ter beschikking van de feestcomités:
CULTUURDIENST Categorie A
Categorie B (€)
Materiaal eetfestijnen Cognacglazen Dessert borden Dessertvork Dienbladen Diepe borden Fluteglazen Fruitsapglazen Glazen schenkkan Inox plateau's Koffiekannen Koffiekop en schotel Koffielepel Koffiezetmachine BRAVILOR Melkkannen Platte borden Plooistoelen Schragentafels Soepkommen Tafellepel Tafelmes Tafelvork Wijnglazen rood Wijnglazen wit
gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis Audiovisueel materiaal
Diaprojector met zoomlens DVD-speler Film- of diascherm (1,75m x 1,75m) Flapover Halogeen Kleurfilters LCD projector Mengpanelen Microkabels
0,18 0,18 0,18 0,76 0,18 0,18 0,18 2,89 0,76 1,45 0,29 0,18 14,44 0,29 0,18 0,29 1,73 0,18 0,18 0,18 0,18 0,18 0,18
gratis gratis
8,66 5,78
gratis gratis gratis gratis gratis gratis gratis
5,78 2,89 4,62 0,46 14,44 5,78 0,81
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
Micro's gratis Microstatieven gratis Mobiele lichtinstallatie gratis Overheadprojector gratis Rack geluidsinstallatie gratis Soundbox gratis Statief met 5 spots gratis Statieven voor spot gratis TV / VIDEO / DVD gratis Verlengkabels gratis Tentoonstellingsmateriaal Blokken (0,60 x 0,60) 15 cm gratis hoogte Blokken (0,60 x 0,60) 30 cm gratis hoogte Blokken (1,20 x 0,60) 15 cm gratis hoogte Blokken (1,20 x 0,60) 30 cm gratis hoogte Blokken (1,20 x 0,60) 60 cm gratis hoogte Blokken (1,20 x 1,20) 15 cm gratis hoogte Blokken (1,20 x 1,20) 30 cm gratis hoogte Dubbel panneel (1,22 x gratis 2,44 m) gratis Paneel (1,22 x 2,44 m) gratis Paneel op voet Andere Podiumelementen Gratis
blad 728
7,51 1,45 71,61 8,66 57,75 7,51 8,66 1,45 7,51 0,46 1,45 1,45 1,45 1,45 1,45 1,45 1,45 4,62 2,89 4,62 gratis
Art. 5 - Aanvragen tot ontlening worden chronologisch behandeld volgens tijdstip van aanvraag. Bij gelijktijdige aanvragen tot ontlening genieten de jeugdwerkinitiatieven binnen Deerlijk prioriteit. Art. 6 - Door het in ontvangst nemen van de materialen verbindt de ontlener er zich toe: - op de hoogte te zijn van het correcte gebruik en behandelen van de materialen en ze te beheren als een goede huisvader en de opgegeven richtlijnen strikt na te leven; - de materialen in dezelfde staat terug te brengen als bij de afhaling; - bij diefstal onmiddellijk aangifte te doen bij de politie en een kopie van het procesverbaal te bezorgen aan de dienst waar het materiaal tot behoort; - de materialen in geen enkel geval noch uit te lenen, noch onder te verhuren; - de dienst waaraan het materiaal behoort onmiddellijk in kennis te stellen in geval van schade. Art. 7 - Het uitgeleende materiaal wordt door de betrokken dienst nagekeken. De herstellingskosten van het beschadigde materiaal worden integraal aan de ontlener doorgerekend. Bij onherstelbare beschadiging alsook bij diefstal en bij verlies van het
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 729
materiaal wordt de kostprijs voor het aanschaffen van nieuw materiaal integraal aan de ontlener doorgerekend. Art. 8 - Voor ontlening van het materiaal wordt een huurprijs gevraagd, zoals vermeld in artikels 2 en 3. De huurprijs dient betaald te worden na ontlening van het materiaal (cash of via overschrijving, na ontvangst van de factuur). Art. 9 – Het gemeentebestuur kan niet aansprakelijk worden gesteld voor ongevallen en/of andere schadelijke gevolgen die zouden voortvloeien uit het gebruik van het ontleende materiaal. Art. 10 - Door het ontlenen van het materiaal verklaart de ontlener zich akkoord met de bepalingen van dit reglement en waarborgt de stipte naleving ervan. Art. 11 - Bij het organiseren van een speelstraat, een straatfeest en een kermis kan de organisator gratis reuzenspelen en sport- en spelmateriaal ontlenen bij de jeugddienst. Bij gelijktijdige aanvraag tot ontlening van deze spelen genieten de organisatoren van speelstraten prioriteit. Art. 2. - Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Art. 3. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen ter kennisgeving overgemaakt aan de toezichthoudende overheid conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet. ----38. HIZ - verfijning retributiereglement kwaliteitsvolle kinderopvang - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het retributiereglement kinderopvang werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 24 oktober 2013 en loopt af op 31 december 2019. Op vraag van de directeur van de beuk werd volgende verfijning aan het retributiereglement kinderopvang toegevoegd, zodat het bij een pedagogische studiedag duidelijk is wat de tarieven zijn op woensdag, vrijdag of een andere dag: -
-
pedagogische studiedag op woensdag van 8.00 uur tot 12.00 uur: o het minimumbedrag bedraagt 5,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 2 uur en maximum 4 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 7,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 4 uur en maximum 5 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 8,00 euro per kind o deze bedragen zijn niet cumulatief te rekenen; pedagogische studiedag op maandag, dinsdag, donderdag van 8.00 uur tot 16.00 uur: o het minimumbedrag bedraagt 5,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 2 uur en maximum 4 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 7,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 4 uur en maximum 5 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 8,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 5 uur en maximum 6 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 9,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 6 uur en maximum 7 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 10,00 euro per kind
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
o
-
voor opvang die meer dan 7 uur en maximum 8 uur bepaald op 11,00 euro per kind o deze bedragen zijn niet cumulatief te rekenen; pedagogische studiedag op vrijdag van 8.00 uur tot 15.00 uur: o het minimumbedrag bedraagt 5,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 2 uur en maximum 4 uur bepaald op 7,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 4 uur en maximum 5 uur bepaald op 8,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 5 uur en maximum 6 uur bepaald op 9,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 6 uur en maximum 7 uur bepaald op 10,00 euro per kind o deze bedragen zijn niet cumulatief te rekenen.
blad 730
bedraagt, wordt het tarief
bedraagt, wordt het tarief bedraagt, wordt het tarief bedraagt, wordt het tarief bedraagt, wordt het tarief
Op basis hiervan besliste het college van burgemeester en schepenen in zitting van 20 november 2013 de hierboven vermelde verfijning aan de gemeenteraad voor te stellen. Verder is het aangewezen om: - in het kader van de leesbaarheid en de hanteerbaarheid het integrale premiereglement ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor te leggen en niet enkel de voorgestelde wijziging; - de gemeenteraadsbeslissing van 26 september 2013 in te trekken zodat ze uit het rechtsverkeer verdwijnt. De gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente heeft dit retributiereglement besproken in haar zitting van 25 november 2013. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet stipuleert dat het machtigen tot het vaststellen van retributies en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren:. Art. 1. - De gemeenteraadsbeslissing van 24 oktober 2013 met betrekking tot het goedkeuren van het reglement kinderopvang wordt ingetrokken. Art. 2. - Onderstaande retributiereglement gaat in per 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. RETRIBUTIEREGLEMENT KINDEROPVANG Art. 1. - Er wordt een retributie geheven voor het gebruik van de gemeentelijke kinderopvang voor kinderen van het kleuter- en basisonderwijs. Art. 2. - De retributie is verschuldigd door de personen die gebruik maken van de kinderopvang voor hun (klein)kind(eren) en is gekoppeld aan de verblijfsduur in de kinderopvang van dit (deze)kind(eren). Art. 3. - De retributie voor kinderopvang wordt vastgesteld als volgt: - ’s morgens, woensdagnamiddag en ’s avonds:
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 731
o
-
-
-
0,80 euro per kind per begonnen half uur en elk begonnen half uur wordt volledig aangerekend; over de middag: o 0,30 euro per kind; pedagogische studiedag op woensdag van 8.00 uur tot 12.00 uur: o het minimumbedrag bedraagt 5,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 2 uur en maximum 4 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 7,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 4 uur en maximum 5 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 8,00 euro per kind o deze bedragen zijn niet cumulatief te rekenen; pedagogische studiedag op maandag, dinsdag, donderdag van 8.00 uur tot 16.00uur: o het minimumbedrag bedraagt 5,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 2 uur en maximum 4 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 7,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 4 uur en maximum 5 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 8,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 5 uur en maximum 6 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 9,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 6 uur en maximum 7 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 10,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 7 uur en maximum 8 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 11,00 euro per kind o deze bedragen zijn niet cumulatief te rekenen; pedagogische studiedag vrijdag van 8.00 uur tot 15.00 uur: o het minimumbedrag bedraagt 5,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 2 uur en maximum 4 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 7,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 4 uur en maximum 5 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 8,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 5 uur en maximum 6 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 9,00 euro per kind o voor opvang die meer dan 6 uur en maximum 7 uur bedraagt, wordt het tarief bepaald op 10,00 euro per kind o deze bedragen zijn niet cumulatief te rekenen.
Art. 4. - Voor pedagogische studiedagen geldt het principe van de voorinschrijving. Art. 5. - De in artikel 3 vermelde retributies moeten betaald worden binnen de 30 dagen na de toezending van de factuur. Bij niet-minnelijke regeling van de verschuldigde retributie zal de inning geschieden met alle geëigende rechtsmiddelen. Indien het kind slechts sporadisch gebruik maakt van de gemeentelijke kinderopvang zal de retributie contant worden ingevorderd tegen de afgifte van een betalingsbewijs. Art. 4. - Dit retributiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Art. 5. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen overgemaakt aan de toezichthoudende overheid conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet. ----39. Integraal waterbeleid - Algemene Bekkenvergadering - aanduiden effectief en plaatsvervangend vertegenwoordiger
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 732
DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het nieuwe Gemeentedecreet; Gelet op het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid; Gelet op het decreet van 19 juli 2013 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, inzonderheid artikels 15, 16 en 17; Overwegende dat deze decreetswijziging de integratie van het deelbekkenniveau in het bekkenniveau beoogt, zowel wat betreft plannen als structuren; Gelet op het schrijven van de provinciegouverneur, tevens voorzitter van het bekkenbestuur van het Bekken van de Brugse Polders, van 10 september 2013, waarbij gevraagd wordt: - een effectieve vertegenwoordiger en een plaatsvervanger aan te duiden in de Algemene Bekkenvergadering die één maal per jaar samenkomt en wordt voorgezeten door de provinciegouverneur; - indien gewenst, één of meerdere kandidaten voor te dragen voor het Bekkenbureau dat een viertal keer per jaar zal samenkomen en wordt voorgezeten door de provinciegouverneur. Uit de voorgedragen kandidaten zullen twee vertegenwoordigers aangeduid worden in de eerste Algemene Bekkenvergadering die plaatsvindt op dinsdag 10 december 2013. Overwegende dat de Algemene Bekkenvergadering tot taak heeft: - goedkeuring van het ontwerp van het bekkenspecifieke deel van het stroomgebiedbeheerplan en het ontwerp van bekkenspecifieke deel van het wateruitvoeringsprogramma - advies verlenen op de waterbeleidsnota - de aanduiding te organiseren van de vertegenwoordigers van de gemeenten en van de polders en wateringen die zetelen in het bekkenbureau - het voorstellen van een adequate bevoegdheidsverdeling van de waterwegen en de onbevaarbare waterlopen - de toelichting en/of bespreking van belangrijke projecten of intenties binnen het bekken te agenderen; Overwegende dat het Bekkenbureau tot taak heeft: - gebiedsgericht en thematisch overleg te garanderen door samenwerking met provincies, gemeenten, havenbedrijven, polders en wateringen en diensten van de Vlaamse overheid - het voorbereiden van de Algemene Bekkenvergadering: ontwerp bekkenspecifiek deel stroomgebiedbeheerplan, wateruitvoeringsprogramma, advies op waterbeleidnota - advisering investeringsprogramma’s waterbeheerders, investeringsprogramma’s bovengemeentelijke waterzuivering, technische plannen Aquafin, zoneringsplan; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 6 november 2013; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op artikel 44, 1ste alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 733
vertegenwoordiger op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad; Gelet op de wijziging per 1 mei 2013 van artikel 44, 3de alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij niet langer bepaald wordt dat de benoemingsprocedure voor elke algemene vergadering dient herhaald te worden; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat er geheim gestemd wordt bij het aanwijzen van de leden van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen; BESLUIT bij geheime stemming: Art. 1. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een effectief vertegenwoordiger in de Algemene Bekkenvergaderingen die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Bij de geheime stemming bekomt de heer Jo Tijtgat, schepen, wonende Braamakkerstraat 1 te 8540 Deerlijk, de eenparigheid van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen en wordt derhalve aangeduid als effectief vertegenwoordiger van de gemeente in de Algemene Bekkenvergaderingen die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Art. 2. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een plaatsvervangend vertegenwoordiger in de Algemene Bekkenvergaderingen die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 20132018. Bij de geheime stemming bekomt de heer Carl De Donder, schepen, wonende Stationsstraat 290 te 8540 Deerlijk, de eenparigheid van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen en wordt derhalve aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente in de Algemene Bekkenvergaderingen die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er onder meer kennis van geven aan het Bekkensecretariaat van de Leie, Zandvoordestraat 375 te 8400 Oostende. ----40. Intercommunale Leiedal - buitengewone algemene vergadering van 10 december 2013 a) mandaat DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is bij de intercommunale Leiedal; Gelet op artikel 44 van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun vertegenwoordiger op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke vergadering;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 734
Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad ingevolge het in vorige alinea vermelde decreet van 6 juli 2001; Gelet op het aangetekend schrijven van 14 oktober 2013 van de intercommunale Leiedal met uitnodiging tot de buitengewone algemene vergadering van 10 december 2013, met volgende agenda: 1. Beleidsplan 2014-2019 2. Jaaractieplan 2014 3. Begroting 2014 4. Gemeentelijke bijdrage in de werkingskosten voor 2014; Gelet op de bespreking in het college van burgemeester en schepenen van 23 oktober 2013; BESLUIT eenparig: Art. 1. - De raad verleent zijn goedkeuring aan de agendapunten van de buitengewone algemene vergadering van de intercommunale Leiedal van 10 december 2013 waarvoor een beslissing moet genomen worden. Art. 2. - De in zitting van heden aan te duiden vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in huidig raadsbesluit en als dusdanig de op de agenda geplaatste punten van de buitengewone algemene vergadering van de intercommunale Leiedal van 10 december 2013, waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er onder meer kennis van geven aan de intercommunale Leiedal, Pres. Kennedypark 10 te 8500 Kortrijk. --b) aanduiden vertegenwoordiger en plaatsvervangend vertegenwoordiger DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is bij de intercommunale Leiedal; Gelet op artikel 44, 1ste alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun vertegenwoordiger op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen, genomen in zitting van 23 oktober 2013; Overwegende dat de heer Carl De Donder, schepen, lid is van de raad van bestuur van Leiedal, voorgedragen via gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 en benoemd in de buitengewone algemene vergadering van Leiedal van 26 maart 2013 voor de duur van 6 jaar; Overwegende dat, overeenkomstig artikel 59 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, schepen Carl De Donder de gemeente niet kan
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 735
vertegenwoordigen op algemene vergaderingen van Leiedal daar hij lid is van de raad van bestuur van deze intercommunale; Gelet op het aangetekend schrijven van 14 oktober 2013 van de intercommunale Leiedal met uitnodiging tot de buitengewone algemene vergadering van 10 december 2013, met volgende agenda: 1. Beleidsplan 2014-2019 2. Jaaractieplan 2014 3. Begroting 2014 4. Gemeentelijke bijdrage in de werkingskosten voor 2014; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van heden waarbij de aangeduide vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger opgedragen wordt de op de agenda geplaatste punten van de buitengewone algemene vergadering van de intercommunale Leiedal van 10 december 2013, waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere wijzigingen waarin gestipuleerd wordt dat er geheim gestemd wordt bij het aanwijzen van de leden van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad; BESLUIT: bij geheime stemming Art. 1. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een effectief vertegenwoordiger in de buitengewone algemene vergadering van de intercommunale Leiedal die plaatsvindt op 10 december 2013. Bij de geheime stemming bekomt mevrouw Ann Accou, schepen, wonende Kapelstraat 27 te 8540 Deerlijk, de eenparigheid van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen en wordt derhalve aangeduid als effectief vertegenwoordiger van de gemeente in de buitengewone algemene vergadering van de intercommunale Leiedal die plaatsvindt op 10 december 2013. Art. 2. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een plaatsvervangend vertegenwoordiger in de buitengewone algemene vergadering van de intercommunale Leiedal die plaatsvindt op 10 december 2013. Bij de geheime stemming bekomt mevrouw Regine Vanwynsberghe-Rooryck, schepen, wonende Kapelstraat 39 te 8540 Deerlijk, de eenparigheid van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen en wordt derhalve aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergadering van de intercommunale Leiedal die plaatsvindt op 10 december 2013. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er onder meer kennis van geven aan de intercommunale Leiedal, Pres. Kennedypark 10 te 8500 Kortrijk. -----
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 736
41. Gaselwest - buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013 - mandaat vaststelling DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Overwegende dat de gemeente voor de activiteit distributienetbeheer elektriciteit en/of gas deelneemt aan de intercommunale vereniging ‘Intercommunale maatschappij voor gas en elektriciteit van het westen’, afgekort tot GASELWEST; Overwegende dat de gemeente per aangetekend schrijven van 1 oktober 2013 werd opgeroepen om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van GASELWEST op 18 december 2013 om 18.00 uur in het Auditorium van de exploitatiezetel, President Kennedypark 12, 8500 Kortrijk met volgende agenda: 1. Statutenwijzigingen - goedkeuring 2. Bespreking van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het boekjaar 2014 alsook van de door de Raad van Bestuur opgestelde begroting 2014 3. Uitkering voorschot op dividend 2013 - bekrachtiging 4. Volmachtverlening inzake bestellingen van Gaselwest aan Eandis - bekrachtiging 5. Statutaire benoemingen 6. Statutaire mededelingen; Gelet op het dossier met documentatiestukken dat tegelijkertijd aan de gemeente overgemaakt werd; Gelet op het feit dat de door te voeren statutenwijzigingen hun oorsprong vinden in: - wijzigingen naar analogie met de andere Vlaamse gemengde distributienetbeheerders ingevolge de gedeeltelijke goedkeuring van hun vorige statutenwijzigingen op de algemene vergaderingen van juni 2012 (regularisatie: artikel 12 punten 2 en 5 en artikel 13) - wijzigingen in overeenstemming met het vernieuwde artikel 3.1.17 van het Energiebesluit (corporate governance comité: artikel 16 bis) - aanpassingen naar analogie met de andere Vlaamse gemengde distributienetbeheerders inzake publicatie van overzichtslijsten van de genomen beslissingen van de bestuursorganen op de website en de elektronische terbeschikkingstelling van de notulen en stukken aan de gemeentebesturen (artikelen 20 bis, 22 en 27 lid C) - de uitbreiding van de bestaande vrijstelling belastingheffing door de deelnemers op de intercommunale vereniging tot de werkmaatschappij (artikel 38) - tekstverfijningen (artikel 18 punt 3 en artikel 24 punt 1 lid A, lid B en lid E); Gelet op het feit dat de gemeenteraad zijn goedkeuring dient te hechten aan de agenda van de algemene vergadering in buitengewone zitting; Gelet op de bespreking in het college van burgemeester en schepenen van 9 oktober 2013; BESLUIT eenparig: Art. 1. - De raad hecht zijn goedkeuring aan de agenda van de buitengewone algemene vergadering van GASELWEST van 18 december 2013: 1. Statutenwijzigingen - goedkeuring 2. Bespreking van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het boekjaar 2014 alsook van de door de Raad van Bestuur opgestelde begroting 2014 3. Uitkering voorschot op dividend 2013 - bekrachtiging 4. Volmachtverlening inzake bestellingen van Gaselwest aan Eandis - bekrachtiging 5. Statutaire benoemingen
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 737
6. Statutaire mededelingen. Art. 2. - De raad hecht zijn goedkeuring aan de voorgestelde statutenwijzigingen van de intercommunale vereniging GASELWEST. Art. 3. - De vertegenwoordiger van de gemeente die zal deelnemen aan de buitengewone algemene vergadering van GASELWEST op 18 december 2013, wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op huidige gemeenteraadsbeslissing. Art. 4. - Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van huidige beslissing en dient er onder meer kennis van te geven aan de intercommunale vereniging GASELWEST, p/a Eandis, Brusselsesteenweg 199 te 9090 Melle. ----42. West-Vlaamse Intercommunale Vliegveld Wevelgem-Bissegem (W.I.V.) - bijzondere algemene vergadering van 17 december 2013 a) mandaat DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is bij de W.I.V.; Gelet op artikel 44 van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun vertegenwoordiger op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke vergadering; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het aangetekend schrijven van de West-Vlaamse Intercommunale Vliegveld Wevelgem-Bissegem (W.I.V.) van 23 oktober 2013 met uitnodiging voor de bijzondere algemene vergadering van 17 december 2013, met alle bijhorende stukken en met volgende agenda: 1. Bespreking van de recentste evolutie van de beheersherstructurering en de beoogde infrastructuurrenovatie; bespreking van de strategie, de geplande activiteiten en de begroting van de W.I.V. voor het jaar 2014; schorsing van de opvraging van de werkingsbijdrag van de gemeenten voor 2014 2. Benoeming door de vertegenwoordigers namens de gemeenten van een deskundige toegevoegd aan de bestuursorganen van de W.I.V. 3. Correctie van het adres van de maatschappelijke zetel van het intergemeentelijk samenwerkingsverband naar ‘Grote Markt 54, 8500 Kortrijk’ 4. Varia; Gelet op de bespreking in het college van burgemeester en schepenen van 6 november 2013; BESLUIT eenparig:
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 738
Art. 1. - De raad hecht zijn goedkeuring aan de agendapunten van de bijzondere algemene vergadering van de W.I.V. van 17 december 2013, zoals vermeld onder alinea 4 van het overwegende gedeelte. Art. 2. - De in zitting van heden aan te duiden vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in onderhavig raadsbesluit en als dusdanig de op de agenda geplaatste punten van de bijzondere algemene vergadering van de W.I.V. van 17 december 2013, waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er kennis van geven aan de W.I.V., Luchthavenstraat 1, bus 1 - 8560 Wevelgem. --b) aanduiden vertegenwoordiger en plaatsvervangend vertegenwoordiger DE RAAD, in openbare zitting vergaderd
Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is bij de W.I.V.; Gelet op artikel 44, 1ste alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun vertegenwoordigers op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad; Gelet op de wijziging per 1 mei 2013 van artikel 44, 3de alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij niet langer bepaald wordt dat de benoemingsprocedure voor elke algemene vergadering dient herhaald te worden; Overwegende dat mevrouw Regine Vanwynsberghe-Rooryck, schepen, lid is van de raad van bestuur van de W.I.V., voorgedragen via gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 en benoemd in de buitengewone algemene vergadering van de W.I.V. van 20 maart 2013 voor de duur van 6 jaar; Overwegende dat, overeenkomstig artikel 59 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, schepen Regine Vanwynsberghe-Rooryck de gemeente niet kan vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van de West-Vlaamse Intercommunale Vliegveld Wevelgem-Bissegem (W.I.V.) daar zij lid is van de raad van bestuur van deze intercommunale; Gelet op het aangetekend schrijven van de West-Vlaamse Intercommunale Vliegveld Wevelgem-Bissegem (W.I.V.) van 23 oktober 2013 met uitnodiging tot de bijzondere algemene vergadering van 17 december 2013, met alle bijhorende stukken en met volgende agenda: 1. Bespreking van de recentste evolutie van de beheersherstructurering en de beoogde infrastructuurrenovatie; bespreking van de strategie, de geplande activiteiten en de begroting van de W.I.V. voor het jaar 2014; schorsing van de opvraging van de werkingsbijdrag van de gemeenten voor 2014 2. Benoeming door de vertegenwoordigers namens de gemeenten van een deskundige toegevoegd aan de bestuursorganen van de W.I.V.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 739
3. Correctie van het adres van de maatschappelijke zetel van het intergemeentelijk samenwerkingsverband naar ‘Grote Markt 54, 8500 Kortrijk’ 4. Varia; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van heden waarbij de aangeduide vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger opgedragen wordt de op de agenda geplaatste punten van de buitengewone algemene vergadering van de W.I.V. van 17 december 2013 waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat over het aanwijzen van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen geheim gestemd wordt; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad; BESLUIT: bij geheime stemming Art. 1. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een effectief vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van de W.I.V. die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 20132018. Bij de geheime stemming bekomt de heer Jurgen Beke, raadslid, wonende Otegemse steenweg 31 te 8540 Deerlijk, de eenparigheid van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen en wordt derhalve aangeduid als effectief vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergaderingen van de W.I.V. die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Art. 2. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een plaatsvervangend vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van de W.I.V. die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Bij de geheime stemming bekomt mevrouw Lien De Ketele, raadslid wonende Vichtesteenweg 107 te 8540 Deerlijk, de eenparigheid van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen en wordt derhalve aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergaderingen van de W.I.V. die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er kennis van geven aan de W.I.V., Luchthavenstraat 1, bus 1 - 8560 Wevelgem. ----43. Financieringsintercommunale voor Gemeenten van Gaselwest (FIGGA) - buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013 a) mandaat DE RAAD, in openbare zitting vergaderd
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 740
Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is voor de energievoorziening bij de intercommunale Gaselwest cvba en aangesloten is bij de zuivere financieringsintercommunale FIGGA; Gelet op artikel 44 van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun vertegenwoordiger op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke vergadering; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad ingevolge het bovenvermeld decreet van 6 juli 2001; Gelet op het aangetekend schrijven van de financieringsintercommunale FIGGA van 17 oktober 2013 met uitnodiging naar de buitengewone algemene vergadering op 18 december 2013 om 18.45 uur in het Auditorium Gaselwest-Eandis, Kennedypark 12 te 8500 Kortrijk, met alle bijhorende stukken en met volgende agenda: 1. Strategie voor het boekjaar 2014 2. Begroting over het boekjaar 2014 en meerjarenbegroting 3. Statutaire benoemingen en mededelingen; Gelet op de bespreking in het college van burgemeester en schepenen van 6 november 2013; BESLUIT eenparig: Art. 1. - De raad hecht zijn goedkeuring aan de agenda, zoals ter kennis gebracht aan de gemeenteraad, van de buitengewone algemene vergadering van de financieringsintercommunale FIGGA van 18 december 2013. Art. 2. - De in zitting van heden aan te duiden vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in onderhavig raadsbesluit en als dusdanig de op de agenda geplaatste punten van de buitengewone algemene vergadering van de financieringsintercommunale FIGGA van 18 december 2013, waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en dient er onder meer kennis van te geven aan: - de financieringsintercommunale FIGGA, p.a. INTERMIXT Ravensteingalerij 4 bus 2, 1000 Brussel; - de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, p.a. Arenberggebouw, Arenbergstraat 7, 1000 Brussel. --b) aanduiden vertegenwoordiger en plaatsvervangend vertegenwoordiger DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is voor de energievoorziening bij de intercommunale Gaselwest cvba en aangesloten is bij de zuivere financieringsintercommunale FIGGA;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 741
Gelet op artikel 44, 1ste alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun vertegenwoordiger op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad; Gelet op de wijziging per 1 mei 2013 van artikel 44, 3de alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij niet langer bepaald wordt dat de benoemingsprocedure voor elke algemene vergadering dient herhaald te worden; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen, genomen in zitting van 6 november 2013; Gelet op het aangetekend schrijven van de financieringsintercommunale FIGGA van 17 oktober 2013 met uitnodiging naar de buitengewone algemene vergadering op 18 december 2013 om 18.45 uur in het Auditorium Gaselwest-Eandis, Kennedypark 12 te 8500 Kortrijk, met alle bijhorende stukken en met volgende agenda: 1. Strategie voor het boekjaar 2014 2. Begroting over het boekjaar 2014 en meerjarenbegroting 3. Statutaire benoemingen en mededelingen; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van heden waarbij de aangeduide vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger opgedragen wordt de op de agenda geplaatste punten van de buitengewone algemene vergadering van de financieringsintercommunale FIGGA van 18 december 2013 waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat er geheim gestemd wordt bij het aanwijzen van de leden van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad ingevolge het bovenvermeld decreet van 6 juli 2001; BESLUIT bij geheime stemming: Art. 1. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een effectief vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van de financieringsintercommunale FIGGA die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Bij de geheime stemming bekomt de heer Jo Tijtgat, schepen, wonende Braamakkerstraat 1 te 8540 Deerlijk, de eenparigheid van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen en wordt derhalve aangeduid als effectief vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergaderingen van de financieringsintercommunale FIGGA die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Art. 2. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een plaatsvervangend vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van de financieringsintercommunale FIGGA die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. De geheime stemming geeft volgende uitslag: - de heer Haerinck Louis bekomt 1 stem - de heer Kemseke Frans bekomt 20 stemmen.
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 742
Gezien de heer Frans Kemseke, raadslid, wonende Vichtesteenweg 50 te 8540 Deerlijk, de twintig van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt hij aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergaderingen van de financieringsintercommunale FIGGA die plaatsvindt in de loop van de legislatuur 20132018. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er onder meer kennis van geven aan de financieringsintercommunale FIGGA, p.a. INTERMIXT Ravensteingalerij 4 bus 2, 1000 Brussel. ----44. PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-WestVlaanderen) - buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013 a) mandaat DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is bij PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen); Gelet op artikel 44, 1ste en 3de alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun vertegenwoordiger op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke vergadering; Gelet op het aangetekend schrijven van PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen) van 30 oktober 2013 met uitnodiging tot de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013, met alle bijhorende stukken en met volgende agenda: 1. Vaststelling werkprogramma 2014 2. Vaststelling begroting 2014 3. Vaststelling financieel meerjarenplan 2013-2019 4. Verlenging mandaat deskundige K. Coenegrachts; Gelet op de bespreking in het college van burgemeester en schepenen van 6 november 2013; BESLUIT eenparig: Art. 1. - De raad verleent zijn goedkeuring aan de agendapunten van de buitengewone algemene vergadering van PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen) van 17 december 2013 waarvoor een beslissing moet genomen worden. Art. 2. - De in zitting van heden aan te duiden vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in onderhavig raadsbesluit en als dusdanig de op de agenda geplaatste punten van de buitengewone algemene vergadering van PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 743
crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen) van 17 december 2013, waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er onder meer kennis van geven aan PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen), p/a. Ambassadeur Baertlaan 5 te 8500 Kortrijk. --b) aanduiden vertegenwoordiger en plaatsvervangend vertegenwoordiger DE RAAD, in openbare zitting vergaderd
Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is bij PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen); Gelet op artikel 44, 1ste alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun vertegenwoordigers op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad; Gelet op de wijziging per 1 mei 2013 van artikel 44, 3de alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij niet langer bepaald wordt dat de benoemingsprocedure voor elke vergadering dient herhaald te worden; Overwegende dat, overeenkomstig artikel 59 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, schepen Jo Tijtgat de gemeente niet kan vertegenwoordigen op algemene vergaderingen van PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen) daar hij lid is van de raad van bestuur van deze intercommunale; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen, genomen in zitting van 6 november 2013; Gelet op het aangetekend schrijven van PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen) van 30 oktober 2013 met uitnodiging tot de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013, met alle bijhorende stukken en met volgende agenda: 1. Vaststelling werkprogramma 2014 2. Vaststelling begroting 2014 3. Vaststelling financieel meerjarenplan 2013-2019 4. Verlenging mandaat deskundige K. Coenegrachts; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van heden waarbij de aangeduide vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger opgedragen wordt de op de agenda geplaatste punten van de buitengewone algemene vergadering van PSILON van 17 december 2013 waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat over het aanwijzen van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen geheim gestemd wordt;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 744
Gelet op artikel 43, § 2, 5° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het beslissen tot vertegenwoordiging in instellingen, verenigingen en ondernemingen tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; BESLUIT: bij geheime stemming Art. 1.- Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een effectief vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen) die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Bij de geheime stemming bekomt mevrouw Ann Accou, schepen, wonende Kapelstraat 27 te 8540 Deerlijk, de eenparigheid van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen en wordt derhalve aangeduid als effectief vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergaderingen van PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen) die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Art. 2. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een plaatsvervangend vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van PSILON (intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen) die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. De geheime stemming geeft volgende uitslag: - mevrouw Lefebvre Angelique bekomt 1 stem - mevrouw Vanwynsberghe-Rooryck Regine bekomt 20 stemmen. Gezien mevrouw Regine Vanwynsberghe-Rooryck, schepen, wonende Kapelstraat 39 te 8540 Deerlijk, de twintig van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt zij aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergaderingen van PSILON (intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in ZuidWest-Vlaanderen) die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er onder meer kennis van geven aan PSILON (de intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer in Zuid-West-Vlaanderen), p/a. Ambassadeur Baertlaan 5 te 8500 Kortrijk. ----45. Intercommunale Maatschappij voor Openbare Gezondheid in het Gewest Kortrijk (IMOG) – buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013 a) mandaat DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is bij de Intercommunale Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen (IMOG); Gelet op de statuten met bijlagen van IMOG, goedgekeurd in haar algemene vergadering van 19 maart 2013 inzonderheid de artikelen 32, 40 tot en met 50;
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 745
Gelet op artikel 44 van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun vertegenwoordiger op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke vergadering; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het aangetekend schrijven van de Intercommunale Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen (IMOG) van 22 oktober 2013 met uitnodiging naar de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013, met alle bijhorende stukken en met volgende agenda: 1. Strategie, beleidsplan en actieplan 2014 2. Begroting 2014 3. Varia; Gelet op de bespreking in het college van burgemeester en schepenen van 6 november 2013; BESLUIT eenparig: Art. 1. - De raad hecht zijn goedkeuring aan de agendapunten van de buitengewone algemene vergadering van IMOG van 17 december 2013, zoals vermeld onder alinea 5 van het overwegend gedeelte. Art. 2. - De in zitting van heden aan te duiden vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in onderhavig raadsbesluit en als dusdanig de op de agenda geplaatste punten van de buitengewone algemene vergadering van IMOG van 17 december 2013, waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er kennis van geven aan de Intergemeentelijke Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen (IMOG), Kortrijksesteenweg 264 – 8530 Harelbeke. --b) aanduiden vertegenwoordiger en plaatsvervangend vertegenwoordiger DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is bij de Intercommunale Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen (IMOG); Overwegende dat in toepassing van artikel 42 van de statuten met bijlagen van IMOG, goedgekeurd in haar algemene vergadering van 19 maart 2013, er een vertegenwoordiger voor de gemeente Deerlijk dient aangewezen te worden uit de leden van de gemeenteraad voor de algemene vergadering van IMOG; Gelet op artikel 44, 1ste alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-vennoten hun
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 746
vertegenwoordigers op een algemene vergadering van een intercommunale vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad; Gelet op de wijziging per 1 mei 2013 van artikel 44, 3de alinea van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij niet langer bepaald wordt dat de benoemingsprocedure voor elke algemene vergadering dient herhaald te worden; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen, genomen in zitting van 6 november 2013; Overwegende dat de heer Carl De Donder, schepen, lid is van de raad van bestuur van IMOG, voorgedragen via gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 en benoemd in de buitengewone algemene vergadering van IMOG van 19 maart 2013 voor de duur van 6 jaar; Overwegende dat, overeenkomstig artikel 59 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, de heer Carl De Donder, schepen, de gemeente niet kan vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van IMOG daar hij lid is van de raad van bestuur van IMOG; Gelet op het aangetekend schrijven van de Intercommunale Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen (IMOG) van 22 oktober 2013 met uitnodiging tot de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013, met alle bijhorende stukken en met volgende agenda: 1. Strategie, beleidsplan en actieplan 2014 2. Begroting 2014 3. Varia; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van heden waarbij de aangeduide vertegenwoordiger of zijn plaatsvervanger opgedragen wordt de op de agenda geplaatste punten van de buitengewone algemene vergadering van IMOG van 17 december 2013 waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat over het aanwijzen van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen geheim gestemd wordt; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad;
BESLUIT: bij geheime stemming Art. 1. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een effectief vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van IMOG die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 20132018. De geheime stemming geeft volgende uitslag: - de heer Haerinck Louis bekomt 20 stemmen - de heer Kemseke Frans bekomt 1 stem. Gezien de heer Louis Haerinck, raadslid, wonende Hoogstraat 104 te 8540 Deerlijk, de twintig van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt hij aangeduid als effectief vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergaderingen van IMOG die
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 747
plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Art. 2. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een plaatsvervangend vertegenwoordiger in de algemene vergaderingen van IMOG die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. De geheime stemming geeft volgende uitslag: - de heer Schelfhout Bert bekomt 1 stem - de heer Vanneste Matthias bekomt 1 stem - mevrouw Vanwynsberghe-Rooryck Regine bekomt 19 stemmen. Gezien de mevrouw Regine Vanwynsberghe-Rooryck, raadslid, wonende Kapelstraat 39 te 8540 Deerlijk, de negentien van de eenentwintig geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt zij aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergaderingen van IMOG die plaatsvinden in de loop van de legislatuur 2013-2018. Art. 3. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal er kennis van geven aan de Intergemeentelijke Maatschappij voor Openbare Gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen (IMOG), Kortrijksesteenweg 264 – 8530 Harelbeke. ----46. Vragen gesteld door raadsleden sp.a Raadslid Vanheerweghe verwijst naar artikel 117 van de Algemene Politieverorderning (APV). Dit artikel stelt dat elke eigenaar van een onbebouwd of bebouwd perceel grond, waar ook gelegen, verplicht is het perceel rein te houden. Hij moet ervoor zorgen dat de zaaddragende vegetatie jaarlijks minstens één maaibeurt krijgt tegen 31 juli en dat het maaisel verwijderd moet worden. Hoewel wel eens gezegd wordt dat de buren van het niet naleven van artikel 117 APV weinig last hebben doch dit kan toch in vraag gesteld worden. Wie naast dergelijke stukken grond woont, wordt geconfronteerd met zaden die opwaaien en op het eigen gazon terechtkomen met onkruid tot gevolg. Daarom vraagt sp.a Raadslid Vanheerweghe om bij nieuwe verkavelingsvergunningen een aantal voorwaarden op te nemen die de geschetste situatie kunnen tegengaan. Er kan gesteld worden dat hetgeen in artikel 117 APV gevraagd wordt een keer per jaar dient te gebeuren. Dat is bijvoorbeeld niet gebeurd in de verkavelingen Bistierland, de Heerlijkheid en Vrijeigen. Als dit niet zou mogelijk zijn, dan kan er ook gesteld worden dat er bodembedekkers op de braakliggende grond moeten aangeplant worden. Zo staat bijvoorbeeld te lezen in het verslag van het schepencollege van 13 maart 2013 dat de eigenaar van loten 5 t.e.m. 8 van de Heerlijkheid liet weten om in de eerste jaren niet van plan te zijn deze gronden te verkopen en/of te bebouwen. Bijgevolg zullen die loten jarenlang braak liggen en kan er van alles op groeien. Dit zou kunnen vermeden worden door in de verkavelingsvergunning een aantal voorwaarden zoals bovenvermeld op te nemen. De burgemeester antwoordt deze vraag mee te nemen.
sp.a Raadslid Vanheerweghe geeft aan dat er recentelijk aan de inwoners van Kortrijk werd gevraagd of zij akkoord gaan om het afmaaien van het gras op zondag toe te laten. Hij citeert artikel 199 APV waarin wordt gesteld dat het gebruik in open lucht van grasmaaiers, hout- of kettingzagen of andere bouwwerktuigen aangedreven door motoren is
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 748
toegestaan van 07.00 uur tot 22.00 uur. Over zondag wordt echter niets gezegd. Hij vraagt of men hieruit mag concluderen dat het grasmaaien op zondag in Deerlijk is toegestaan. De burgemeester antwoordt bevestigend.
sp.a Raadslid Vanheerweghe stelt dat bewoners van de Otegemse steenweg meermaals gevraagd hebben om aan te dringen bij de schepen van openbare werken dat de geasfalteerde strook tussen het autovak en de rijwielstrook van hun straat zou worden hersteld. Nazicht leert dat er inderdaad grote putten in deze smalle strook zitten. Opmerkelijk is ook dat autobestuurders die komen uit de richting Zwevegem en richting Otegem rijden naar rechts moeten uitwijken wanneer er een tegenligger aankomt. Op deze manier komen zij op deze geasfalteerde strook terecht, wat natuurlijk slijtage veroorzaakt. Daarnaast zorgt het ook voor geluidsoverlast en bij regenweer voor opspattend water uit de putten. Voor fietsers die daar net voorbijkomen leidt dat ook onvermijdelijk tot bevuilde kledij. Bewoners vertellen dat de schepen van openbare werken beloofd heeft de nodige werken te laten uitvoeren, tegelijk met de werken aan de Heestertse steenweg. Die werken zijn ondertussen voltooid, maar de geasfalteerde tussenstrook in de Otegemse steenweg is nog steeds niet hersteld. Na zelf de weg te hebben afgelegd, blijkt het rijvak inderdaad in zeer slechte staat te zijn. De meerjarenplanning toont wel dat deze herstelling voorzien is voor 2015. Er kan wel opgemerkt worden dat het herstellen van die strook op zich niet veel kan kosten. De oude resten asfalt moeten verwijderd worden en er moet een nieuwe laag aangelegd worden. De oplossing lijkt dan ook eenvoudig en de bewoners zouden heel dankbaar zijn. Schepen van openbare werken Tijtgat repliceert dat hij nooit iets beloofd heeft. Hij is wel ter plaatse geweest en heeft gezegd dat er eerst andere werken worden gedaan in de Heestertse steenweg, namelijk het vervangen van betonplaten. Hij heeft ook meermaals geantwoord aan de mevrouw in kwestie dat in eerste instantie de putten zullen opgevuld worden om nadien in 2015 de strook te herstellen.
sp.a Raadslid Vanheerweghe verwijst naar een verslag van het college van burgemeester en schepenen waarin staat dat aan de verkavelaar van de Heerlijkheid werd opgelegd om de voorziene speeltuigen uiterlijk tegen 15 november 2013 op het speelplein aldaar te plaatsen. Op 16 november bleek echter dat er nog altijd geen speeltuigen stonden. Het terrein zelf stond echter onder water en de vraag is dan ook hoe daar ooit speeltuigen zullen kunnen komen. Schepen van openbare werken Tijtgat repliceert dat er inzake de speeltuigen een communicatiefout is gebeurd, en dat er tevens een probleem is geweest bij de bestelling. De verkavelaar en aannemer hebben intussen de belofte gedaan om de speeltuigen tegen eind januari te plaatsen. Schepen Tijtgat wil ook nog opmerken dat het terrein een bufferzone is. Er wordt vaak geklaagd dat dit onder water komt te staan, maar dit werd wel degelijk duidelijk vermeld in de akte van de mensen die daar een stuk grond hebben gekocht. In iedere grote verkavelzone is een dergelijke bufferzone verplicht. Men kan die zone wel gebruiken als speeltuin wanneer die droog ligt, maar het is en blijft een bufferbekken. In het verleden is dat reeds gecommuniceerd geweest. De mensen die nu opnieuw klagen over de wateroverlast op dat terrein zullen daar nogmaals aan herinnerd worden.
sp.a Raadslid Vanheerweghe wenst de jeugdraad te bedanken. Zij doen namelijk afstand van 1.800 euro toelage, omdat zij momenteel zelf over genoeg middelen beschikken. sp.a Raadslid D’hont hoopt dat er tussen het bufferbekken en het speelpleintje in de Heerlijkheid toch enige afsluiting zal zijn om te vermijden dat er een kind in het water zou
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 749
terecht komen. Om dit te bewerkstelligen denkt zij aan het aanbrengen van natuurlijke materialen bijvoorbeeld balken die zouden kunnen gelegd worden tussen het meestal droge gedeelte, waar de speeltuin zal liggen en het buffergedeelte. Dit zou een kleine inspanning zijn die de veiligheid gevoelig kan verhogen. Schepen van openbare werken Tijtgat stelt dat de groene zone in de Heerlijkheid een combinatie is van een bufferbekken en een stuk dat droog ligt en als speelplein kan gebruikt worden. De vraag is ook al gesteld aan het college van burgemeester en schepenen om het bekken nog dieper uit te graven, maar dit maakt alles nog gevaarlijker. Er dient ook opgemerkt te worden dat het speelplein enkel maar kan gebruikt worden wanneer het droog ligt. Verder stelt hij dat het aanbrengen van een afscheiding tussen de 2 zones niet voorzien is doch dat de bemerking van het raadslid zal worden meegenomen.
sp.a Raadslid D’hont stelt dat reeds in de vorige gemeenteraad de vraag werd gesteld omtrent de plannen met het kerkgebouw van Sint-Anna. Dat heeft een ruime belangstelling gekregen in de pers. Er kwamen ook reacties via de sociale media dat er sprake zou zijn van betonrot in het gebouw. Op vandaag is geen intern verslag te vinden dat er daaromtrent een onderzoek zou geweest zijn. Ook de verslaggeving van de kerkfabriek van Sint-Anna maakt daar niet onmiddellijk melding van. In een schrijven van 27 november 2013 geeft Leiedal aan een studie te willen doen rond de toekomst van kerkgebouwen. In de omgeving zijn daar met Wielsbeke en Avelgem een aantal heel concrete voorbeelden van. Wellicht is Deerlijk niet erkend als PDPO-gebied (Programmeringsdocument voor Plattelandsontwikkeling). Voor die gemeenten of steden is er budget voorzien om samen die studie te doen, en als er budget daarvan over is, dan kan dit ter beschikking staan van de gemeenten die niet tot een dergelijk PDPO-gebied behoren. De vraag is dan ook of de vertegenwoordigers van de gemeente in Leiedal hiervoor gaan ijveren. De burgemeester stelt dat deze brief eerst zal besproken worden in het eerstvolgende college van burgemeester en schepenen. sp.a Raadslid D’hont heeft een bemerking die een aantal keer reeds werd gemaakt. Het gaat over poststukken in de postregistratie waarin wordt verwezen naar bijlagen. Deze kunnen echter niet in het systeem opgevraagd worden omdat zij niet werden ingescand. Het is geen argument dat dit tijdrovend is, omdat de mensen van de administratie dan tijd moeten steken in het doorsturen van die bijlagen. Dit zorgt voor een remmende werking. De gemeentesecretaris geeft mee dat de huidige scanner een oud model betreft dat verplicht om blad per blad in te scannen. In januari 2014 zal opgestart worden met een nieuw postregistratiesysteem met een nieuwe scanner waarvan de lader een pak post verdraagt en die via aangebrachte barcodes de onderscheiden poststukken herkent. Het nieuwe systeem en de nieuwe scanner zal toelaten om bijlagen wel mee in te scannen omdat dit een stuk sneller zal verlopen. Voorwaarde is natuurlijk wel dat het formaat van de bijlage toelaat om gescand te worden.
N-VA raadslid Byttebier geeft aan dat artikel 5 van het gebruikersreglement cultuur stelt dat een eerste aanvraag voor een zaal steeds schriftelijk dient te gebeuren aan de Raad van Bestuur. Artikel 4 van ditzelfde reglement stelt dat private commerciële activiteiten worden geweigerd. Er is echter wel een viering doorgegaan van de 40-jarigen. Enkel de mensen, geboren in 1973 werden tot het feest toegelaten. Wanneer een groep mensen een tijdelijke vereniging oprichten om een feest te organiseren, lijkt dat toch verdacht veel op een privéfeest. Hetgeen is gebeurd zet de deur open voor allerlei privé-initiatieven, waarbij men snel een tijdelijke vereniging gaat oprichten om de culturele infrastructuur te kunnen gebruiken. Het weigeren van privéfeesten was bedoeld ter ondersteuning van de plaatselijke middenstand. Bovendien is de culturele infrastructuur nu al overbezet. Concluderend is dat
G.13.12
Gemeenteraad van 5 december 2013
blad 750
deze viering niet schriftelijk aangevraagd geweest is en de Raad van Bestuur van de culturele infrastructuur is niet ingelicht geweest. Desondanks is dit privéfeest toch doorgegaan. Schepen van cultuur Vanwynsberghe-Rooryck geeft toe dat daar inderdaad een fout is begaan. Het college van burgemeester en schepenen heeft in deze enkel toelating verleend voor toekenning van materiële medewerking; niet het huren van de zaal want dat werd hen niet gevraagd. Zo heeft men zich niet gerealiseerd dat deze viering eigenlijk niet kon doorgaan in de gemeentelijke culturele infrastructuur. Het betreft hier dan ook een menselijke fout.
Open VLD raadslid Schelfhout stelt de vraag tegen wanneer er toegang zal zijn tot het nieuwe digitaal systeem om als gemeenteraadslid alle interne documenten te kunnen consulteren, meer specifiek de back-office. Schepen van ICT Accou geeft mee dat er op 2014 budget voorzien is voor de uitrol van intranet. De bedoeling zou zijn dat de gemeenteraadsleden via dat intranet de documenten kunnen consulteren. Deerlijk kijkt momenteel voor een eigen systeem, te vergelijken met hetgeen Harelbeke heeft en los van Leiedal.
Open VLD raadslid Schelfhout kaart de slechte zichtbaarheid aan ter hoogte van het uitrijden van de Houtekietstraat wegens de auto’s die in de Kapelstraat geparkeerd staan. Dit is hinderlijk om links af te draaien. De vraag is daar of het mogelijk zou zijn om de parking een stukje op te schuiven door bijvoorbeeld witte lijnen te schilderen. Schepen van mobiliteit Ann Accou merkt op dat dit al tweemaal behandeld geweest is in de mobiliteitscommissie. Op die plaats is de Kapelstraat vrij breed waardoor men vanuit de Houtekietstraat een stukje verder kan uitrijden. Destijds zijn de parkeerplaatsen aangelegd om de snelheid te temperen. Nu opnieuw parkeervakken wegnemen kan eigenlijk niet de bedoeling zijn. De zichtbaarheid is bovendien gecontroleerd geweest. Mits het hanteren van een aangepaste snelheid, zoals een straat zou moeten verlaten worden, is daar eigenlijk geen enkel probleem. De mensen hebben op die vraag trouwens ook reeds een antwoord gekregen. ----47. Beleidsmedewerker (niveau A1a- A3a) - ontslagname ----48. Hoofd Vrije Tijd/Cultuurbeleidscoördinator (A1a-A3a) - aanstelling op proef in statutair verband
Waarna de zitting wordt geheven,
Trees Longueville Secretaris
Claude Croes Burgemeester Voorzitter gemeenteraad