VERSLAG DER ZITTING VAN DE GEMEENTERAAD VAN DEERLIJK GEHOUDEN TEN GEMEENTEHUIZE OP ACHTENTWINTIG MAART TWEEDUIZEND EN DERTIEN Waren aanwezig : Claude CROES, burgemeester voorzitter gemeenteraad; Ann ACCOU, Regine VANWYNSBERGHE-ROORYCK, Jo TIJTGAT, Carl DE DONDER, Kaat OLIVIER, schepenen; Robert VANHEERWEGHE, Gino BAERT, Marc BYTTEBIER, Frans KEMSEKE, Louis HAERINCK, Sabine DEKNUDT-MICHIELS, Bert SCHELFHOUT, Tundie D’HONT, Filip TERRYN, Jurgen BEKE, Lien DE KETELE, Angelique LEFEBVRE, Sophie MESPREUVE, Matthias VANNESTE en Frieda DEJAGER, raadsleden; Trees LONGUEVILLE, gemeentesecretaris. ----G.13.03 - Gemeenteraad van 28 maart 2013 - blad 168 ----De raad was conform artikel 20 van het Gemeentedecreet samengeroepen door de voorzitter van de gemeenteraad voor de afhandeling van volgende agenda:
1. Sport - organiek reglement Raad van Beheer sportinfrastructuur - goedkeuring 2. Vrijwillige brandweer - grondreglement - wijziging leeftijdsgrens leden-vrijwilligers 3. Milieu - alternatieve energie - toelagereglement - aanpassing 4. Milieu - boodschappentasactie - toelagereglement - opheffing 5. Woonwijs - werkjaar 1 - jaarverslag en jaarrekening - goedkeuring 6. GECORO - hersamenstelling 7. Sport - sportraad - statuten en huishoudelijk reglement - bekrachtiging en erkenning sportraad 8. Sport - Interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ - werkjaar 2012 - goedkeuring jaarverslag en rekening 9. Sport - Interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ - beslissing tot verderzetting en goedkeuring van de overeenkomst met statutaire draagkracht en aanduiden vertegenwoordigers beheerscomité 10. POB - Gemeentelijke beheerscommissie van de plaatselijke openbare bibliotheek samenstelling en aanduiden vertegenwoordigers politieke partijen en gebruikers 11. Gemeentelijke adviesraad voor vertegenwoordigers politieke partijen
personen
12. Cultuur - Raad van Bestuur van vertegenwoordigers politieke partijen
het
met
beperkingen
gemeenschapscentrum
-
aanduiden
-
aanduiden
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 169
13. Lokaal Overleg Kinderopvang - samenstelling - bekrachtiging 14. Gemeentelijke welzijnsraad - samenstelling - bekrachtiging 15. Gemeentelijke milieuraad - hersamenstelling - bekrachtiging 16. Grafconcessies - voortijdige beëindiging - goedkeuring 17. Gemeentelijke LO- en BO- scholen - aanpassen arbeidsreglement 18. Gemeentelijke LO- en BO- scholen - samenstelling schoolraad - aktename 19. Vragen gesteld door raadsleden ----De voorzitter opent de zitting om 20 uur. Bij de aanvang van de zitting houdt de raad een minuut stilte naar aanleiding van het overlijden van de heer Frans Demets, ere-schepen. Daarop volgt de afhandeling van de agenda.
1. Sport - organiek reglement Raad van Beheer sportinfractructuur - goedkeuring DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Overwegende dat door de vrijwillige ontbinding van de VZW Gaverdomein op 1 januari 2013 er geen beheersorgaan meer bestaat voor de gemeentelijke sportinfrastructuur; Overwegende dat het wenselijk is dat het gemeentebestuur zich laat bijstaan bij het beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur; Overwegende dat het gemeentebestuur het nuttig acht om voor de gemeentelijke sportinfrastructuur een beheersorgaan op te richten zoals dit bestaat voor de gemeentelijke culturele infrastructuur; Overwegende dat door het inrichten van een beheersorgaan voor de gemeentelijke sportinfrastructuur de inspraak en betrokkenheid van de lokale sportverenigingen bij het sportbeleid zal verhogen; Overwegende dat er een organiek reglement dient goedgekeurd te worden om de werking van dit beheersorgaan ‘Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur’ te verzekeren; Overwegende dat het beheersorgaan ‘Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur’ samengesteld wordt enerzijds uit zeven vertegenwoordigers van de inrichtende overheid, volgens het principe van evenredige vertegenwoordiging, en anderzijds uit zeven vertegenwoordigers voorgedragen vanuit de algemene vergadering van de sportraad;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 170
Overwegende dat er dient gestreefd te worden dat elke in de gemeenteraad zetelende politieke partij volwaardig kan participeren in de gemeentelijke raden en commissies; Overwegende dat dit neerkomt op het gegeven dat als dan in de ‘Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur’ de CD&V 4 vertegenwoordigers heeft, N-VA, Open VLD en sp.a telkens een vertegenwoordiger zal hebben; Overwegende dat in de algemene vergadering van de sportraad van 26 februari 2013 het organiek reglement werd voorgesteld en positief geadviseerd naar de gemeente toe; Overwegende dat de gemeenteraad moet overgaan tot de aanduiding van de vertegenwoordigers in de ‘Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur’ in de loop van de eerste zes maanden volgend op de installatie van een nieuwe gemeenteraad zodat wordt voorgesteld om dit organiek reglement in voege te laten gaan op 1 april 2013 en te laten eindigen op 31 december 2019; Overwegende dat de algemene vergadering van de sportraad na goedkeuring van het organiek reglement in de gemeenteraad van 25 april 2013 zijn vertegenwoordigers zal aanduiden die zetelen in de ‘Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur’; Gelet op het positief advies van de sportraad van 26 februari 2013; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 13 maart 2013; Gelet op artikel 200, § 1 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren; Gelet op artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende de bekendmaking van de reglementen en verordeningen van de gemeenteraad; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Het onderstaand organiek reglement met betrekking tot de ‘Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur’ wordt goedgekeurd: ORGANIEK REGLEMENT ‘RAAD VAN BEHEER GEMEENTELIJKE SPORTINFRASTRUCTUUR’ 1. OPDRACHT Art. 1. - Er wordt een Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur opgericht die de opdracht krijgt de inrichtende overheid bij te staan bij het beheer van de sportinfrastructuur te Deerlijk. 2. OMVANG SPORTINFRASTRUCTUUR Art. 2. - De sportinfrastructuur Deerlijk omvat de volgende infrastructuur: Gaverhal en sportbeuk Vercruysse de Solartstraat; Turnzalen Sint-Amandusstraat; Voetbalaccommodatie Guido Gezelle; Voetbal-, petanque- en tennisaccommodatie Olieberg; Voetbalaccommodatie Belgiek;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 171
Voetbalaccommodatie Sneppe-Vogelwijk; Tennisaccommodatie Gaverdomein; Powerzaal en klimmuur; Looppiste en Finse piste Guido Gezelle; Petanquevelden Gaverdomein; Alle gebouwen en velden zijn gevestigd te 8540 Deerlijk. Het secretariaat van de sportinfrastructuur is gevestigd, Vercruysse de Solartstraat te 8540 Deerlijk. 3. BEVOEGDHEDEN Art. 3. - De gemeenteraad garandeert dat de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur op zijn minst: toeziet op de concretisering van het sportbeleidsplan in verband met de onderdelen over de sportinfrastructuur Deerlijk; over inspraak- en adviesrecht beschikt in het bijzonder over sportmateries die het beheer van de sportinfrastructuur Deerlijk, zoals bij verbouwingswerken, inrichting en uitrusting, het financiële beleid, het personeelsbeleid, het opstellen van het gebruikersreglement, de concessiecontracten, de huurovereenkomsten… aanbelangt; recht heeft op informatie over alle beleidsbeslissingen van de inrichtende overheid inzake de sportinfrastructuur Deerlijk; Art. 4. - De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur heeft geen recht op tussenkomst in de inhoud van activiteiten die plaatsvinden op initiatief van de gebruikers, behalve wat betreft die activiteiten die in strijd zijn met de wetgeving. 4. LEDEN Art. 5. § 1. De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur bestaat enerzijds uit 7 vertegenwoordigers van de inrichtende overheid en anderzijds uit 7 vertegenwoordigers vanuit de sportraad. § 2. De vertegenwoordigers van de inrichtende macht worden verdeeld volgens het principe van de evenredige vertegenwoordiging over de in de gemeenteraad zetelende politieke partijen. § 3. De gemeenteraad bepaalt eventuele criteria waaraan de vertegenwoordigers van gebruikers moeten beantwoorden en de manier waarop kandidaturen ingediend worden. § 4. De leden van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur: worden samengesteld voor de ene helft uit zeven vertegenwoordigers van de inrichtende overheid, aangewezen volgens het proportioneel stelsel. De politieke fracties dragen vertegenwoordigers voor; De andere helft wordt samengesteld uit 7 vertegenwoordigers voorgedragen vanuit de algemene vergadering van de sportraad. De voorzitter van de sportraad zetelt automatisch in de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Er wordt gestreefd naar een evenwichtige vertegenwoordiging van competitieve- , recreatieve sportverenigingen, alsook deskundigen om te zetelen in de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur. De aanstelling gebeurt in de algemene vergadering van de sportraad bij het begin van een nieuwe legislatuur. Elk lid van de algemene vergadering kan zoveel stemmen uitbrengen als er vacante plaatsen zijn in de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 172
a) De personen met de meeste stemmen worden verkozen. Ingeval er een gelijkheid van stemmen is voor de laatste plaats, heeft een herstemming plaats tussen de twee of meerdere betrokkenen. Wanneer er dan nog een gelijk aantal stemmen is, wordt de jongste in leeftijd aangeduid. hebben elk één stem; § 5. De sportgekwalificeerde ambtenaar (sportfunctionaris) volgt de vergaderingen van de Raad van Beheer als waarnemer. De sportgekwalificeerde ambtenaar (sportfunctionaris) heeft een actieve rol, volgt actiepunten mee op, zoekt mee naaroplossingen en staat in voor de informatiedoorstroming van en naar de Raad van Beheer.Hij heeft geen stemrecht. Art. 6. - De toetreding tot de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur behelst de aanvaarding van het organiek reglement. Art. 7. - De hoedanigheid van een vertegenwoordiger van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur wordt verloren: voor de vertegenwoordigers die benoemd zijn op voordracht van een politieke fractie van de gemeenteraad, indien op voorstel van deze fractie een andere vertegenwoordiger benoemd wordt; voor de vertegenwoordigers vanuit de sportraad, indien op voorstel van de algemene vergadering van de sportraad een andere vertegenwoordiger wordt voorgedragen; voor de vertegenwoordigers vanuit de sportraad en de aan de kant van de inrichtende overheid: o door ontslag van het lid. Dit ontslag dient schriftelijk aan de voorzitter van de Raad van Beheer te worden meegedeeld; o door overlijden of rechtsonbekwaamheid; o door uitsluiting, waarover de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur met een meerderheid van twee derden van de aanwezige stemgerechtigde leden beslist. Een niet-verontschuldigde afwezigheid op drie achtereenvolgende samenkomsten van de Raad van Beheer is een reden tot uitsluiting; Art. 8. - Het lidmaatschap mag evenwel niet langer duren dan zes jaar, doch is hernieuwbaar. De gemeenteraad moet overgaan tot een globale hernieuwing van zijn vertegenwoordigers in de loop van de eerste zes maanden volgend op de installatie van een nieuwe gemeenteraad. Art. 9. - De opvolging gebeurt door respectievelijk de politieke fractie (voor de leden van de inrichtende overheid), door de algemene vergadering van de sportraad voor de sportraadleden. 5. VOORZITTER, ONDERVOORZITTER EN SECRETARIS Art. 10. - De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur kiest onder zijn stemgerechtigde leden na kandidaatstelling bij geheime stemming en bij volstrekte meerderheid een voorzitter, een ondervoorzitter en een secretaris. 6. SAMENKOMSTEN Art. 11. - De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur komt tenminste éénmaal per kwartaal samen en zo dikwijls als de belangen van de sportinfrastructuur het vereisen.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 173
Art. 12. - De oproepingsbrieven worden ondertekend door de voorzitter, of bij ontstentenis door de ondervoorzitter, alsmede door de secretaris. De uitnodigingen worden tenminste acht dagen voor de bijeenkomst verstuurd naar de leden. De agenda wordt bij de uitnodiging gevoegd. Art. 13. - De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur bepaalt tijdens zijn bijeenkomst de voorlopige datum voor de volgende gewone vergadering en haar voorlopige agenda. De definitieve agenda wordt samengesteld door de voorzitter, in overleg met de ondervoorzitter en de secretaris. Art. 14. - Op de agenda moet elk voorstel worden ingeschreven dat tenminste veertien dagen voor de samenkomst schriftelijk door een lid wordt ingediend bij de voorzitter. Art. 15. - Eén derde van de leden van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur kan de bijeenroeping van de Raad van Beheer eisen met een door hen opgestelde agenda. Deze samenkomst moet plaatsvinden binnen de maand na het schriftelijk indienen van het verzoek bij de voorzitter. Art. 16. - De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur kan geldig beraadslagen indien ten minste één derde van de stemgerechtigde leden aanwezig is. Als er op de eerste samenkomst onvoldoende stemgerechtigde leden aanwezig zijn, wordt een tweede vergadering bijeengeroepen, die geldig kan beraadslagen ongeacht het aantal aanwezige stemgerechtigde leden. Tussen deze twee vergaderingen moet een termijn van 15 dagen verstrijken. Art. 17. - De samenkomsten van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur worden voorgezeten door de voorzitter, bij diens afwezigheid door de ondervoorzitter en als ook deze niet aanwezig is, door het aanwezige stemgerechtigde lid met de hoogste leeftijd. Art. 18. - De beslissingen worden genomen bij gewone meerderheid van geldig uitgebrachte stemmen. Art. 19. - Van elke bijeenkomst van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur wordt een verslag opgesteld en overhandigd aan de leden. Deze notulen worden opgesteld door de secretaris en mede ondertekend door de voorzitter. Art. 20. - De leden ontvangen een verslag van de laatste samenkomst(en) van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur uiterlijk samen met de agenda van de volgende vergadering. Het college van burgemeester en schepenen ontvangen het verslag na goedkeuring ervan in de eerstvolgende Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur. 7. ADVIESGROEPEN Art. 21. - De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur kan adviserende werkgroepen oprichten in functie van de haar toevertrouwde bevoegdheden die bijeenkomen wanneer dit nodig is. Het lidmaatschap van een werkgroep loopt ten einde bij installatie van een nieuwe Raad van Beheer, doch is hernieuwbaar. De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur kan altijd overgaan tot stopzetting van deze werkgroepen. De leden van de werkgroepen worden aangeduid door de Raad van Beheer. De voorzitter, de secretaris van de Raad van Beheer en de sportfunctionaris maken deel uit van de werkgroep(en). Op heden worden de adviesgroepen, gaverhalcomité, gaverdomeingebruikers, gebruikers Guido Gezelle, gebruikers Olieberg, gebruikers Belgiek opgericht.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 174
8. DAGELIJKS BESTUUR Art. 22. - Vanuit de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur wordt een Dagelijks Bestuur opgericht. Dit Dagelijks Bestuur bestaat uit de voorzitter, schepen van sport en secretaris aangeduid door de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur. De leidinggevende sportfunctionaris woont de vergaderingen bij met raadgevende stem. Art. 23. - Het Dagelijks Bestuur heeft als opdracht advies te geven aan de inrichtende overheid betreffende dringende zaken die moeten behandeld worden vóór de eerstvolgende bijeenkomst van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Het Dagelijks Bestuur moet deze adviezen ter verantwoording voorleggen op de eerstvolgende normale bijeenkomst van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Indien een lid van het Dagelijks Bestuur van mening is dat het advies moet gevraagd worden aan de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur, roept de voorzitter de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur bijeen binnen de tien dagen. Art. 24. - Het Dagelijks Bestuur komt telkens bijeen als dit nodig is.
9. ALGEMENE BEPALINGEN Art. 25. - Dit reglement moet bij wijzigingen steeds ter goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Art. 26. - Aan dit reglement kunnen slechts wijzigingen door de gemeenteraad aangebracht worden na schriftelijk advies van de Raad van Beheer. van de gemeentelijke sportinfrastructuur Afwijkingen van dit advies moeten gemotiveerd worden. Art. 27. - De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur ressorteert onder het gemeentebestuur. Ter dekking van de risico's ‘Burgerlijke Aansprakelijkheid en Rechtsbijstand’ en ‘Lichamelijke Ongevallen’, zal het gemeentebestuur de nodige verzekeringspolissen afsluiten voor de leden van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur en zijn werkgroepen. Art. 2. - Dit reglement gaat in vanaf 1 april 2013 en eindigt op 31 december 2019. Art. 3 - Huidig organiek reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005. ----2. Vrijwillige brandweer - grondreglement - wijziging leeftijdsgrens leden-vrijwilligers Open VLD raadslid Schelfhout geeft mee dat zijn fractie er volledig achter staat dat brandweerlieden langer aan de slag kunnen blijven en hij benadrukt dat zijn partijgenote, voormalig minister van binnenlandse zaken, mevrouw Turtelboom, samen met minister van pensioenen, de heer De Croo, daarvoor een enorme inspanning heeft geleverd. DE RAAD,
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 175
in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 3 december 2009 houdende de wijziging en actualisering van het grondreglement van de gemeentelijke vrijwillige brandweer; Gelet op artikel 23 punt 2 van bovengenoemd grondreglement dat stipuleert dat het ambt van leden-vrijwilligers van de dienst eindigt bij het bereiken van de leeftijdsgrens: eervol ontslag wordt verleend door het college van burgemeester en schepenen aan de betrokkene bij het verstrijken van de maand waarin hij de leeftijd van zestig jaar bereikt; Gelet op het koninklijk besluit van 21 januari 2013 tot wijziging van artikel 23 van de bijlagen 2 en 3 van het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten dat stipuleert dat op verzoek van - een lid-vrijwilliger, andere dan de dienstchef, de leeftijdsgrens kan worden uitgesteld tot de maand waarin men de leeftijd van vijfenzestig jaar bereikt onder volgende gecumuleerde minimale voorwaarden: o beschikken over een gunstig advies van de dienstchef; o slagen in een cardiorespiratoire test, uitgevoerd door een specialist aangeduid door de arbeidsgeneesheer; - een vrijwilliger-dienstchef de leeftijdsgrens kan worden uitgesteld tot de maand waarin men de leeftijd van vijfenzestig jaar bereikt onder volgende gecumuleerde minimale voorwaarden: o beschikken over een gunstig advies van de burgemeester; o slagen in een cardiorespiratoire test, uitgevoerd door een specialist aangeduid door de arbeidsgeneesheer; o beschikken over het brevet dienstchef; Overwegende dat, bij het toekennen van een in vorige alinea omschreven uitstelling van de leeftijdsgrens, een nieuw dienstnemingscontract, met een duur van één jaar dient opgesteld te worden dat maximaal vier keer verlengbaar is met één jaar, mits het telkens voldoen aan bovengestelde voorwaarden; Overwegende dat elk lid-vrijwilliger dat zestig jaar geworden is sinds 17 februari 2012 opnieuw in dienst kan treden, zonder het doorlopen van een aanwervingsprocedure, met behoud van zijn graad en mits het voldoen aan bovengenoemde minimale voorwaarden; Overwegende dat gedurende de periode tussen de uitdiensttreding en de nieuwe indiensttreding, dit lid-vrijwilliger zijn hoedanigheid van brandweervrijwilliger verliest en dat deze periode niet in aanmerking komt voor de berekening van de anciënniteit; Overwegende dat een brandweerman die 60 jaar wordt op 25 maart 2013 schriftelijk te kennen heeft gegeven dat hij van deze nieuwe maatregel wenst gebruik te maken; Overwegende dat, vooraleer de in vorige alinea vermelde aanvraag kan behandeld worden, een aanpassing van het grondreglement van de brandweer ter goedkeuring aan de gemeenteraad dient voorgelegd te worden; Overwegende dat de eerstvolgende gemeenteraad waarop dit punt kon geagendeerd worden deze van heden 28 maart 2013 is; Overwegende dat voorliggende aanpassing van het grondreglement van toepassing is op betrokken aanvrager om reden dat hij pas bij het verstrijken van de maand waarin hij 60 jaar wordt, in casu per 1 april 2013, eervol ontslag zou krijgen, op voorwaarde dat hij voldoet aan de eerder genoemde minimale voorwaarden tot verlenging van de leeftijdsgrens;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 176
Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 6 maart 2013 om deze aanpassing in het grondreglement van de brandweer in te schrijven en geen bijkomende voorwaarden te stellen boven deze vermeld in het koninklijk besluit van 21 januari 2013; Gelet op de nieuwe gemeentewet, inzonderheid artikel 145 dat stipuleert dat de gemeenteraad de personeelsformatie en de voorwaarden inzake werving en bevordering, de bezoldigingsregeling en de weddenschalen bepaalt voor wat betreft het personeel van de brandweer; Gelet op artikel 43, § 2, 10 ° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen waardoor huidige materie behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Artikel 23, punt 2 van het grondreglement van de gemeentelijke vrijwillige brandweer wordt met ingang van heden als volgt aangevuld: Op verzoek van het lid-vrijwilliger kan de leeftijdsgrens uitgesteld worden tot de maand waarin hij de leeftijd van vijfenzestig jaar bereikt onder volgende minimale voorwaarden: 1° beschikken over een gunstig advies van de dienstchef; 2° slagen in een cardiorespiratoire test, uitgevoerd door een specialist aangeduid door de arbeidsgeneesheer; Wanneer het een vrijwilliger-dienstchef betreft, gelden volgende minimale voorwaarden: 1° beschikken over een gunstig advies van de burgemeester; 2° slagen in een cardiorespiratoire test, uitgevoerd door een specialist aangeduid door de arbeidsgeneesheer; 3° beschikken over het brevet dienstchef; Een nieuw dienstnemingscontract, met een duur van één jaar, wordt opgesteld en is vier keer verlengbaar met één jaar, mits het voldoen aan bovengestelde voorwaarden. Het lid-vrijwilliger dat zestig jaar geworden is sinds 17 februari 2012 kan opnieuw in dienst treden, zonder het doorlopen van een aanwervingsprocedure, met behoud van zijn graad en mits het voldoen aan bovengenoemde minimale voorwaarden. Gedurende de periode tussen de uitdiensttreding en de nieuwe indiensttreding verliest het lid zijn hoedanigheid van brandweervrijwilliger. Deze periode komt niet in aanmerking voor de berekening van de anciënniteit. Art. 2. - In het kader van de leesbaarheid en de hanteerbaarheid wordt het grondreglement van de brandweer gecoördineerd als volgt:
INHOUD artikel
Hfd. I
Organisatie, taak en samenstelling van de brandweerdienst
1-6
Hfd. II
Personeel
7-8
G.13.03
I.
II .
Gemeenteraad van 28 maart 2013
Andere personeelsleden dan officieren sectie 1 Aanwerving sectie 2 Stage en opleiding sectie 3 Benoeming, indienstneming en loopbaan Alle personeelsleden sectie 1 Beëindigen van het ambt sectie 2 Plichten A. Plichten die gelden voor alle leden B. Bijzondere plichten voor sommige leden C. Plichten in geval van interventies sectie 3 Onverenigbaarheden sectie 4 Hiërarchie en tuchtregeling A. Bepalingen die gelden voor alle personeel B. Bepalingen die gelden voor het
blad 177
9-11 12-15 16-20
21-24 25-27 28-29 30-32 33 34-35 36-40
Vrijwilligerspersoneel sectie 5 Vergoeding van het vrijwilligerspersoneel
41
Hfd. III
Gebouwen
42-45
Hfd. IV
Materieel en bevoorrading in bluswater
46-49
Hfd. V
Kleding en uitrusting
50-54
Hfd. VI
Verzekering van het vrijwilligerspersoneel
55
Hfd. VII
Administratieve bescheiden
56-57
Hfd. VIII
Inspectie en bezichtigingen
58-60
Hfd. IX
Overgangsbepaling
61
Hfd. X
Slotbepalingen
62-64
Hoofdstuk I Organisatie, taak en samenstelling van de brandweerdienst. Art. 1. - De brandweerdienst is autonoom. Hij is een vrijwilligersdienst. Art. 2. - Onverminderd de bevoegdheden van de burgemeester, wordt de dienst geleid door de officier-dienstchef. Deze draagt, in het raam van dit organiek reglement, van het reglement van orde en van de onderrichtingen die hem door de burgemeester worden verstrekt, de verantwoordelijkheid voor de organisatie, de tucht en de goede werking van de dienst. Bij afwezigheid van de dienstchef worden diens bevoegdheden door de aanwezige officier of, bij zijn ontstentenis, door de aanwezige onderofficier met de hoogste graad uitgeoefend. Bij gelijkheid in graad wordt het bevel gevoerd door de officier of, bij zijn ontstentenis, door de onderofficier met de meeste graadanciënniteit. Art. 3. - De brandweerdienst is belast met de taken die hem opgedragen zijn krachtens de wetten en reglementen inzake brandbestrijding. In meer wordt de brandweerdienst gelast
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 178
met de brandweeropdrachten vermeld in het koninklijk besluit van 7 april 2003 tot verdeling van de opdrachten inzake civiele bescherming tussen de openbare brandweerdiensten en de diensten van civiele bescherming. De leden van de brandweerdienst mogen als zodanig niet ingezet worden voor andere taken dan die welke voor die dienst vastgesteld zijn. Art. 4. - De dienst wordt derwijze georganiseerd dat voldoende manschappen (personeel en kaders) ten allen tijde klaar staan om binnen de kortst mogelijke tijd op te treden. Art. 5. - De leden-vrijwilligers van de dienst kunnen door de officier-dienstchef of zijn plaatsvervanger opgeroepen worden in de volgende gevallen: 1. voor hun theoretische en praktische opleiding, voor de oefeningen, waarvan het minimum aantal op twaalf per jaar wordt vastgesteld en voor inspecties; 2. voor elke interventie of taak die tot de opdrachten van de brandweerdienst behoort; Zij kunnen eveneens voor dienstnoodwendigheden door de burgemeester worden opgeroepen. Art. 6. - De brandweerdienst omvat het volgende personeel: Categorieën
I. Operatief personeel 1. Officier-dienstchef 2. Officieren 3. Onderofficieren
Graden vrijwilligers
Luitenant Luitenant of Onderluitenant Adjudant Sergeant-Majoor 1° Sergeant Sergeant Korporaal Brandweerman
4. Korporaals 5. Brandweermannen TOTAAL I II. Technisch en administratief personeel Ambulanciers-niet Ambulancier brandweermannen Conciërge TOTAAL II III.Personeel belast met bijzondere taken Officier-geneesheer Luitenant Onderluitenant TOTAAL III Algemeen Totaal
Aantal betrekkingen beroeps
Aantal betrekkingen vrijwilligers 1 2 2 1 2 3 8 35 54
10 1 11
of
1 1 66
Het algemeen totaal kan, mits goedkeuring van de burgemeester, tijdelijk worden overschreden om kandidaten aspiranten toe te laten de nodige opleidingen en stages te volgen.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 179
Naast bovenstaand personeel van de brandweerdienst, voert er een personeelslid van de gemeente halftijds technische en administratieve taken uit voor de gemeentelijke vrijwillige brandweer. Hoofdstuk 2. Personeel Art. 7. - Het beroepspersoneel heeft de hoedanigheid van gemeentepersoneel. Het vrijwilligerspersoneel heeft die hoedanigheid niet. Tijdens de duur van de prestaties bij de brandweerdienst valt het onder het stelsel bepaald door dit reglement en door het dienstnemingcontract. Art. 8. - Dit artikel wordt geschrapt ( opgeheven bij koninklijk besluit 14 oktober 1991 - artikel 3, Belgisch Staatsblad 11 december 1991).
I Andere personeelsleden dan de officieren sectie 1 - Aanwerving Bepalingen voor het beroepspersoneel Art. 9. - Elke benoeming in vast verband wordt voorafgegaan door een stage, die georganiseerd wordt overeenkomstig de artikelen 12 tot 15. De aanwerving geschiedt in de graad van brandweerman. Wanneer echter de dienst slechts de beroepskorporaal, bedoeld in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 8 november 1967 behelst, mag de aanwerving in de graad van korporaal geschieden. De aanwervingsvoorwaarden zijn dezelfde als deze bepaald in artikel 10. Bepalingen voor het vrijwilligerspersoneel Art. 10. - Elke effectieve indienstneming wordt voorafgegaan door een stage, die georganiseerd wordt overeenkomstig de artikelen 12 tot 15. Behoudens andersluidende bepalingen betreffende uitsluitend bijzondere ambten, geschiedt de aanwerving in de graad van brandweerman. A. De aanwervingsvoorwaarden voor de graad van brandweerman zijn de volgende: 1. De kandidaten moeten de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie bezitten, op moment van effectieve indienstneming; 2. Woonachtig zijn - uiterlijk zes maanden na het einde van de stage - in de gemeente waar de brandweerdienst gevestigd is of binnen een straal van 5 kilometer rond de kazerne; 3. Ten minste 18 jaar oud zijn; 4. Ten minste 1,60 m groot zijn; 5. Een uittreksel uit het strafregister, afgeleverd sedert maximum 3 maanden, voorleggen; 6. In orde zijn met de dienstplichtwetten, voor zover de betreffende kandidaat onder de dienstplichtwetgeving valt; 7. Geschikt bevonden zijn ingevolge een geneeskundig onderzoek, dat altijd voorafgaat aan de proeven inzake lichamelijke geschiktheid en selectie, waaraan immers alleen de voor de dienst geschikt bevonden kandidaten kunnen deelnemen. Het onderzoek wordt verricht door de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, onverminderd de bepalingen welke gelden inzake arbeidsgeneeskunde; 8. De kandidaat:
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 180
mag geen enkel gebrek hebben dat onverenigbaar is met de dienstvereisten; moet een normale gehoorscherpte en gezicht hebben (eventueel met bril) gepaard aan een degelijke gesteldheid van de evenwichtsorganen. Hij mag geen neiging vertonen tot duizeligheid; moet slagen voor de proeven inzake lichamelijke geschiktheid. Op deze proeven staan geen punten. De kandidaten moeten slagen in zeven van de tien proeven. Het niet slagen in de proeven A en C is eliminerend. De proeven inzake lichamelijke geschiktheid zijn: A. Beklimmen van de luchtladder op 15 meter De ladder staat nergens tegen en heeft een helling van 70°. Gezien dit enkel een durfproef is, is er geen tijdsbepaling. De kandidaat wordt beveiligd met een veiligheidstouw. B. Voorligsteun Het lichaam, dat op de handen en de voeten steunt, vormt een rechte lijn van de schouders tot de hielen terwijl de armen loodrecht op de grond staan. Tijdens de oefening moet de borst de grond lichtjes raken. Armen buigen/strekken: 10 maal. C. Evenwicht Twee pogingen worden aan de kandidaat toegestaan. Op een boom van 7 tot 10 cm breed, 3.50 m lang, geplaatst op een hoogte van 1,20 m. Vrije manier van op- en afstijgen. De proef wordt gechronometreerd bij het geven van het signaal wanneer de kandidaat zich in evenwicht op de boom gesteld heeft. De chrono wordt stilgelegd bij het einde van het parcours, voor de kandidaat van het toestel afstijgt, de voet voorwaarts uitgestrekt op het einde van de boom. In 8 seconden. D. Dragen over 50 meter Twee pogingen worden aan de kandidaat toegestaan met een tussenpoos van 30 minuten. De proef bestaat in het dragen van een persoon van hetzelfde gewicht, op 5 kg na, als de drager. Hulpgreep bij een arm en een been. Het startsein wordt aan de kandidaat gegeven wanneer hij de last heeft opgenomen. In 30 seconden. E. Zwemmen 50 meter zwemmen zonder tijdsopname. F. Lopen 600 meter lopen in 2'45''. G. Touwklimmen tot 4 meter Twee pogingen met een tussenpoos van 15 minuten worden aan de kandidaat toegestaan. Het startsein wordt aan de kandidaat gegeven wanneer deze bij het touw staat, de armen langs het lichaam. In 15 ''. H. Verspringen De kandidaat moet 2 meter ver kunnen springen zonder aanloop en met gesloten benen. Hij krijgt twee pogingen. I. Dieptesprong De kandidaat moet van een hoogte van 2 meter naar beneden springen. J. Optrekken aan balk De kandidaat moet zich vijf keer kunnen optrekken aan de balk zonder met de voeten aan de grond te komen. Geen tijdsopname.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 181
9. Het geneeskundig onderzoek en de proeven inzake lichamelijke geschiktheid zijn eliminerend en gaan elke andere selectieproef vooraf; 10. Elke kandidatuur in verband met de aanwerving moet rechtstreeks en schriftelijk gericht worden per bij de post aangetekende brief tot de heer burgemeester; 11. De kandidaten die geschikt bevonden zijn ingevolge geneeskundig onderzoek en geslaagd zijn voor de proeven inzake lichamelijke geschiktheid, maar die niet tot de stage worden toegelaten, worden in een aanwervingreserve opgenomen, waarvan de geldigheidsduur twee jaar bedraagt;
B. De aanwervingsvoorwaarden voor ambulanciers-niet brandweerman zijn de volgende: 1. De kandidaten moeten de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie bezitten, op moment van effectieve indienstneming; 2. De kazerne binnen de 5 minuten na een oproep kunnen bereiken; 3. Ten minste 18 jaar oud zijn; 4. Een uittreksel uit het strafregister, afgeleverd sedert maximum 3 maanden, voorleggen; 5. In orde zijn met de dienstplichtwetten, voor zover de betreffende kandidaat onder de dienstplichtwetgeving valt; 6. Geschikt bevonden zijn ingevolge een geneeskundig onderzoek. Het onderzoek wordt verricht door de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, onverminderd de bepalingen welke gelden inzake arbeidsgeneeskunde; 7. In het bezit zijn van een rijbewijs B en een rijgeschiktheidsattest; 8. Houder zijn van een brevet van hulpverlenerambulancier, zoals voorzien in de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening en latere wijzigingen. Personen kunnen hiervoor vrijgesteld worden conform het KB van 13 februari 1998 betreffende de opleidings- en vervolmakingscentra voor hulpverleners-ambulanciers en latere wijzigingen of conform het koninklijk besluit van 10 november 1967 - nr. 78 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen en latere wijzigingen; 9. Houder zijn van een geldige badge van ambulancier in het kader van de dringende geneeskundige hulpverlening, afgeleverd door de F.O.D. Volksgezondheid; 10. Elke kandidatuur in verband met de aanwerving moet rechtstreeks en schriftelijk gericht per bij de post aangetekende brief gericht worden tot de heer burgemeester. Indien de kandidaat werknemer is en zich tijdens zijn werktijd beschikbaar stelt, dient een verklaring te worden voorgelegd waaruit blijkt dat de kandidaat tijdens zijn/haar werktijd beschikbaar is voor oproepen; 11. De kandidaten die geschikt bevonden zijn ingevolge geneeskundig onderzoek, maar die niet tot de stage worden toegelaten, worden in een aanwervingreserve opgenomen, waarvan de geldigheidsduur twee jaar bedraagt; Art. 11. - De leden-vrijwilligers ondertekenen, voor hun indiensttreding als stagiair een dienstnemingscontract voor de duur van de stage. Zij kunnen de dienstneming ten allen tijde verbreken met één maand vooropzegging. Het dienstnemingscontract dat de ledenvrijwillgers als stagiair tegentekenen, vermeldt: naam, voorna(a)m(en), geboorteplaats en geboortedatum, evenals de woonplaats; de dag met ingang waarvan de vrijwilliger in dienst is genomen; de graad en de vergoeding welke de vrijwilliger wordt toegekend; de ontvangstmelding van een uittreksel uit de polis arbeidsongevallen; de ontvangstmelding van een uittreksel uit de polis overlijdensverzekering; de verklaring van kennisname van en onderwerping aan het organiek reglement en het reglement van orde. sectie 2 - Stage en opleiding
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 182
Art. 12. - Niemand wordt tot de stage toegelaten tenzij hij aan de aanwervingsvoorwaarden voldoet. De duur van de stage bedraagt één jaar. De stagiairs brandweerman dienen de opleiding te volgen die te hunner behoeve gegeven wordt in de provinciale centra voor de opleiding van de brandweerdiensten, waar hen het brevet van kandidaat-brandweerman wordt uitgereikt. Art. 13. - De dienstchef en de leider van de operaties waken erover dat de stagiairs slechts aan de operaties deelnemen in de mate dat hun theoretische en praktische vorming zulks toelaat. Art. 14. - De stagecommissie, samengesteld uit de dienstchef en de officieren, maakt aan het einde van de stage, ten behoeve van de dienstnemende overheid, een verslag op over iedere stagiair. Zij stelt voor: hetzij de effectieve indienstneming voor een stagiair-vrijwilliger; hetzij de verlenging van de stagetermijn voor een duur van ten hoogste tweemaal zes maanden; hetzij de afdanking. Dit kan eveneens tijdens de stage en eventueel tijdens de verlengde stage, volgens dezelfde procedure worden voorgesteld wanneer de wijze van dienen van de stagiair te wensen overlaat; Art. 15. - Het in artikel 14 bedoelde verslag wordt aan de belanghebbende schriftelijk medegedeeld en door hem medeondertekend. Deze beschikt over een termijn van acht dagen, te rekenen vanaf de kennisneming, om bezwaar in te dienen bij de indienstnemende overheid. sectie 3 - Benoeming, indienstneming en loopbaan. Art. 16. - Op grond van het einde-stageverslag kan de stagiair effectief in dienst genomen worden, zo hij vrijwilliger is. Het dienstnemingscontract dat de vrijwilliger tekent bij zijn effectieve indienstneming, voor de duur van vijf jaar, bevat dezelfde vermeldingen als het dienstnemingscontract bedoeld in artikel 11. Deze indienstneming is hernieuwbaar. Behoudens ontvangst van een opzegging vanwege de bevoegde overheid drie maanden voor het verstrijken van de termijn wordt deze indienstneming vernieuwd door stilzwijgende verlenging. Niet officieren-vrijwilligers Art. 17. - Wanneer een bij bevordering te begeven betrekking openvalt wordt het personeel van de dienst daarvan door middel van een dienstnota in kennis gesteld. In die nota worden opgegeven de te vervullen voorwaarden, de eventuele opgelegde proeven en de stof ervan, alsmede de uiterste datum voor het indienen van de kandidaturen. Art. 18. - Elke kandidatuur moet rechtstreeks en schriftelijk aan de burgemeester worden gericht. Art. 19. - De vereisten voor toegang tot de bevorderingsgraden voor het vrijwilligerspersoneel zijn de volgende: 1. om te bevorderen tot korporaal dient men: - minstens drie jaar dienstanciënniteit als brandweerman hebben binnen het korps (de stageperiode wordt meegerekend voor de berekening van de dienstanciënniteit); - een gunstig advies van de officier-dienstchef hebben. Dit advies wordt aan de belanghebbende schriftelijk medegedeeld en door hem medeondertekend : deze beschikt over een termijn van acht dagen, te rekenen vanaf de kennisneming, om bezwaar in te dienen bij de bevorderende overheid;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 183
-
een door een erkend opleidingscentrum uitgereikt brevet van korporaal of daarmee gelijkgesteld brevet hebben. De brevetten met hoogste waarde hebben voorrang. Bij gelijkheid van bedoelde brevetten heeft de kandidaat met de meeste dienstjaren als effectief brandweerman binnen het korps voorrang; 2. om te bevorderen tot sergeant dient men: - een gunstig advies van de officier-dienstchef hebben. Dit advies wordt aan de belanghebbende schriftelijk medegedeeld en door hem medeondertekend : deze beschikt over een termijn van acht dagen, te rekenen vanaf de kennisneming, om bezwaar in te dienen bij de bevorderende overheid; - een door een erkend opleidingscentrum uitgereikt brevet van sergeant of daarmee gelijkgesteld brevet hebben. De brevetten met hoogste waarde hebben voorrang. Bij gelijkheid van bedoelde brevetten heeft de kandidaat met de hoogste graad voorrang. Bij gelijkheid van graad, heeft de kandidaat met de meeste dienstjaren binnen het korps voorrang; 3. om te bevorderen tot 1° sergeant of sergeant-majoor dient men: - onderofficier te zijn; - een gunstig advies van de officier-dienstchef hebben. Dit advies wordt aan de belanghebbende schriftelijk medegedeeld en door hem medeondertekend : deze beschikt over een termijn van acht dagen, te rekenen vanaf de kennisneming, om bezwaar in te dienen bij de bevorderende overheid; - een door een erkend opleidingscentrum uitgereikt brevet van sergeant of daarmee gelijkgesteld brevet hebben. De brevetten met hoogste waarde hebben voorrang. Bij gelijkheid van bedoelde brevetten heeft de kandidaat met de hoogste graad voorrang. Bij gelijkheid van graad, heeft de kandidaat met de meeste dienstjaren binnen het korps voorrang; 4. om te bevorderen tot adjudant dient men: - onderofficier te zijn; - een gunstig advies van de officier-dienstchef hebben. Dit advies wordt aan de belanghebbende schriftelijk medegedeeld en door hem medeondertekend : deze beschikt over een termijn van acht dagen, te rekenen vanaf de kennisneming, om bezwaar in te dienen bij de bevorderende overheid; - een door een erkend opleidingscentrum uitgereikt brevet van adjudant of daarmee gelijkgesteld brevet hebben. De brevetten met hoogste waarde hebben voorrang. Bij gelijkheid van bedoelde brevetten heeft de kandidaat met de hoogste graad voorrang. Bij gelijkheid van graad, heeft de kandidaat met de meeste dienstjaren binnen het korps voorrang. Met de brevetten van brandweerman, korporaal, sergeant en adjudant worden gelijkgesteld (koninklijk besluit van 8 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare diensten): 1° het brevet van onderofficier uitgereikt door de erkende opleidingscentra voor de brandweerdiensten of de provinciale brandweerfederaties van de openbare brandweerdiensten; 2° het getuigschrift van kandidaat-onderofficier dat door de bevoegde overheid werd afgegeven op basis van een voor 31 december 1993 genomen beslissing; 3° de vroegere door de Staat uitgereikte A, B en C; 4° het vroegere brevet van kandidaat-beroepsofficier; 5° het brevet van onderluitenant. Art. 20. - De benoeming, de indienstneming, of de bevordering wordt door de burgemeester of zijn gemachtigde rechtstreeks aan de belanghebbende medegedeeld en ter kennis van de andere leden van de dienst gebracht. Algemeen
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 184
Art. 20 bis. - Alle dienstnemingen en bevorderingen van officieren van de vrijwillige brandweer geschieden door de gemeenteraad. De dienstnemingen en bevorderingen van alle overige leden-vrijwilligers geschieden door het college van burgemeester en schepenen zolang dit in overeenstemming is met de bepalingen in dit organiek reglement.
II Alle personeelsleden sectie 1 - Beëindigen van het ambt Bepalingen voor het beroepspersoneel Art. 21. - Het ambt van de beroepsleden van de brandweerdienst eindigt definitief door vrijwillig ontslag, ontslag van ambtswege of afzetting. Ter zake van vrijwillig ontslag geldt dezelfde regeling als voor de andere gemeenteambtenaren. Wanneer de betrokkene niet meer voldoet aan de voorwaarden vastgesteld in artikel 9, dan wordt door de benoemende overheid het ontslag van ambtswege uitgesproken. Afzetting wordt uitgesproken door de gemeenteraad. Zij behoeft goedkeuring van de provinciegouverneur voor de officieren en van de bestendige deputatie voor de andere leden van de dienst. Het ambt van de beroepsleden van de dienst eindigt eveneens wanneer de betrokkene definitief ongeschikt is tot het vervullen van zijn ambt, als bepaald in artikel 117 van de wet van 14 februari 1961 voor economische expansie, sociale vooruitgang en financieel herstel en in het koninklijk besluit van 20 februari 1963 houdende de schorsing van de uitwerking van zekere regelen inzake artikel 117 van de wet van 14 februari 1961 voor economische expansie, sociale vooruitgang en financieel herstel inhoudt. Bepalingen voor het vrijwilligerspersoneel Art. 22. - Aan ieder lid, vrijwilliger van de dienst, dat eervol uit zijn ambt ontslagen wordt onder de voorwaarden gesteld in de artikels 23 en 24, kan de eretitel van zijn graad worden verleend. Art. 23. - Het ambt van de leden-vrijwilligers van de dienst eindigt: 1. bij het verstrijken van de duur van de dienstneming of van de wederdienstneming; 2. bij het bereiken van de leeftijdsgrens: eervol ontslag wordt verleend door het college van burgemeester en schepenen aan de betrokkene bij het verstrijken van de maand waarin hij de leeftijd van zestig jaar bereikt. Op verzoek van het lid-vrijwilliger kan de leeftijdsgrens uitgesteld worden tot de maand waarin hij de leeftijd van vijfenzestig jaar bereikt onder volgende minimale voorwaarden: 1° beschikken over een gunstig advies van de dienstchef; 2° slagen in een cardiorespiratoire test, uitgevoerd door een specialist aangeduid door de arbeidsgeneesheer. Wanneer het een vrijwilliger-dienstchef betreft, gelden volgende minimale voorwaarden: 1° beschikken over een gunstig advies van de burgemeester; 2° slagen in een cardiorespiratoire test, uitgevoerd door een specialist aangeduid door de arbeidsgeneesheer; 3° beschikken over het brevet dienstchef. Een nieuw dienstnemingscontract, met een duur van één jaar, wordt opgesteld en is vier keer verlengbaar met één jaar, mits het voldoen aan bovengestelde voorwaarden;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 185
Het lid-vrijwilliger dat zestig jaar geworden is sinds 17 februari 2012 kan opnieuw in dienst treden, zonder het doorlopen van een aanwervingsprocedure, met behoud van zijn graad en mits het voldoen aan bovengenoemde minimale voorwaarden. Gedurende de periode tussen de uitdiensttreding en de nieuwe indiensttreding verliest het lid zijn hoedanigheid van brandweervrijwilliger. Deze periode komt niet in aanmerking voor de berekening van de anciënniteit; 3. door vrijwillig ontslag: ontslag kan door de betrokkene te allen tijde, met opzegging van drie maanden worden gegeven; 4. door ontslag van ambtswege: Dit ontslag vindt plaats op initiatief van de indienstnemende overheid, wanneer de betrokkene de in artikel 10 gestelde voorwaarden niet langer vervult; 5. door afdanking: wordt door de gemeenteraad uitgesproken ten aanzien van ieder lid: a) wegens kennelijk wangedrag; b) wegens miskenning van de tucht; c) in het geval bedoeld in art 33. Art. 24. - Eervol ontslag kan worden verleend door het college van burgemeester en schepenen aan ieder lid-vrijwilliger van de dienst: die ten minste dertig jaar dienst telt; die, na ten minste tien jaar dienst van ambtswege werd ontslagen ingevolge een hem in de dienst of naar aanleiding ervan overkomen ongeval. sectie 2 - Plichten A. Plichten die gelden voor alle leden Art. 25. - De gemeenteraad bepaalt, bij een reglement van inwendige orde, de dienstbetrekkingen, de plichten van de leden en op de algemene wijze de maatregelen betreffende de werking van de dienst en de uitvoering van de bepalingen van dit reglement. Art. 26. - Het is de leden van de dienst verboden naar aanleiding van de uitoefening van hun ambt, onder eender welk voorwendsel, individueel en voor zich persoonlijk gratificaties of beloningen te vragen of te ontvangen. Art. 27. - De leden van de dienst zijn ertoe gehouden, ongeacht hun kwalificaties, deel te nemen aan de hulpoperaties waarvoor hun tussenkomst gevorderd wordt. B. Bijzondere plichten voor sommige leden Art. 28. - De beroepskorporaal is inzonderheid belast met het onderhoud van het rollend en ander materieel van de dienst en met het klaarmaken van de voertuigen en toestellen voor interventies. Art. 29. - De officier-geneesheer moet: 1. instaan voor de opleiding van de leden van de brandweerdienst inzake eerste zorgen en reanimatie en periodiek herscholingscursussen organiseren; 2. de personeelsleden, die in dienst gekwetst worden verplegen, zelfs op de plaats van het ongeval; 3. de personeelsleden informeren omtrent de mogelijkheid zich lastens de in dienst nemende overheid preventief te laten inenten tegen het hepatitis B virus. C. Plichten in geval van interventies
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 186
Art. 30. - Bij ernstige branden of andere onheilen kunnen de niet van dienst zijnde personeelsleden, op bevel van de dienstchef die er onmiddellijk de burgemeester van verwittigt, ertoe gehouden zijn zich onverwijld naar het arsenaal te begeven. Art. 31. - De dienstchef treft alle voorzieningen in overeenstemming met het reglement van inwendige orde, opdat alle voertuigen en toestellen welke voor een belangrijke interventie vereist zijn, gelijktijdig zouden kunnen worden ingezet. Art. 32. - Wanneer, tijdens een brand in de gemeente, voor het blussen of het beschermen van mensenlevens de gedeeltelijke sloping van een bouwwerk vereist is, moet de leider van de operaties de bevelen van de burgemeester niet afwachten. sectie 3 - Onverenigbaarheden Art. 33. - Onverminderd de gevallen van onverenigbaarheid genoemd in de nieuwe gemeentewet, de gemeentekieswet of in gemeentelijke reglementen, is er onverenigbaarheid tussen: - het ambt van beroepslid van een brandweerdienst en het ambt van lid-vrijwilliger van dezelfde brandweerdienst; - het ambt van lid van een brandweerdienst en het ambt van lid van een politiedienst die deel uitmaakt van de openbare macht, zoals bedoeld in artikel 2 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt. De overheid bekleedt met de bevoegdheid tot benoeming of aanstelling, kan een lid van een brandweerdienst, dat tezelfdertijd lid is van de gemeentepolitie, toestaan de functie van brandweerman te blijven uitoefenen. Deze afwijking wordt verleend aan het lid van een brandweerdienst in dienst vóór 1 april 1999 en voor zover dit nodig is om de continuïteit van de betrokken brandweerdienst te verzekeren. Bovendien is het ieder lid van de dienst verboden werkzaam te zijn of belangen te hebben, zelfs door een tussenpersoon: 1. in ondernemingen die materieel vervaardigen, vervoeren of verkopen voor brandbescherming, - voorkoming of - bestrijding; 2. in ondernemingen die brandvoorkomingsmaatregelen bestuderen, toepassen of controleren. Zodra de gemeenteraad de miskenning van een der voornoemde onverenigbaarheden of verbodsbepalingen constateert, stelt hij de betrokkene in mora daaraan binnen zes maanden een einde te maken. Ieder lid dat na verloop van die termijn geen gevolg aan de aanmaning van de gemeenteraad heeft gegeven, wordt afgezet of afgedankt. sectie 4 - Hiërarchie en tuchtregeling A. Bepalingen die gelden voor alle personeelsleden Art. 34. - Zelfs buiten de prestatie-uren, blijft ieder lid van de dienst, dat de reglementaire tenue draagt, onderworpen aan de hiërarchie, zoals deze is vastgesteld in artikel 6 en moet het de hem krachtens de reglementaire bepalingen ter zake opgelegde verplichtingen nakomen. Art. 35. - De aard, de reden en de datum van elke opgelegde tuchtstraf worden vermeld in het persoonlijk dossier van de betrokkene. B. Bepalingen die gelden voor het vrijwilligerspersoneel
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 187
Art. 36. - Ten aanzien van de leden-vrijwilligers van de dienst kunnen de volgende tuchtstraffen worden uitgesproken: 1) de terechtwijzing; 2) de berisping; 3) de schorsing voor de duur van maximum één maand; 4) de afdanking. Art. 37. - Wat de officieren betreft: a) worden de terechtwijzing en de berisping uitgesproken door de burgemeester; b) worden de schorsing en de afdanking door de gemeenteraad, op voorstel van de burgemeester, uitgesproken. De desbetreffende raadsbeslissingen zijn aan de goedkeuring van de provinciegouverneur onderworpen. Art. 38. - Voor de andere leden dan de officieren: a) worden de terechtwijzing en de berisping uitgesproken door de officier-dienstchef; b) worden de schorsing en de afdanking door de gemeenteraad, op voorstel van de burgemeester, uitgesproken. Art. 39. - Geen enkele straf kan aan de bevoegde overheid worden voorgesteld zonder dat de betrokkene vooraf gehoord of ondervraagd werd. Art. 40. - De schorsing heeft inhouding van elke bezoldiging en beroving van de rechten op bevordering voor de duur van de straf tot gevolg. sectie 5 - Vergoeding van het vrijwilligerspersoneel Art. 41. - De vergoedingen van de prestaties van de leden-vrijwilligers van de dienst alsmede de reiskosten voor het vervullen van door de dienstchef behoorlijk gelaste bijzondere opdrachten, zijn vastgesteld als volgt: Art. 41.1. - De vergoedingen van de prestaties van de vrijwilligers worden berekend naar rato van de uren prestaties op basis van minstens het gemiddelde van de wedden bepaald bij de weddeschaal van de overeenstemmende graad van het beroepspersoneel. Het minimumuurloon wordt vastgesteld op 1/1976e van deze jaarlijkse brutobezoldiging. Deze breuk zal automatisch aangepast worden aan de breuk die geldt voor het berekenen van het uurloon van het beroepspersoneel.
Graden Stagiair brandweerman-vrijwilliger korporaal-vrijwilliger sergeant-vrijwilliger eerste sergeant-vrijwilliger sergeant-majoor-vrijwilliger adjudant-vrijwilliger onderluitenant-vrijwilliger houder diploma 2 onderluitenant-vrijwilliger houder diploma 1 luitenant-vrijwilliger houder diploma 2 Luitenant vrijwilliger houder diploma 1 luitenant.bevelhebber-vrijwilliger houder diploma 2 luitenant.bevelhebber-vrijwilliger houder diploma 1 officier-geneesheer-vrijwilliger Ambulancier-niet brandweerman
referte/weddeschalen PB 1 PB 2 PB 2 bis PB 3 PB 4 PB 5 PB 5 speciaal A1 A6 PB 19 A7 PB 19 + (PB 21 - PB 19 : 2) A7 + (PB20 – A7 : 2) A6 PB 2
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 188
Art. 41.2. - Bij aanpassing van de weddeschaal van het beroepspersoneel worden de referteweddeschalen automatisch en vanaf dezelfde datum eveneens aangepast. Art. 41.3. - De vergoedingen en wedden zijn gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer der consumptieprijzen. De toepassing van een verhoging ingevolge een stijging van het indexcijfer geschiedt onder dezelfde voorwaarden als voor de bezoldiging van het beroepspersoneel. Art. 41.4. - De vergoedingen worden driemaandelijks uitbetaald na vervallen termijn. Art. 41.5. - Iedere oefening wordt vergoed aan 100 % van één uurloon, zoals bepaald in artikel 41.1. Voor ieder uur opleiding gevolgd in een erkend opleidingscentrum wordt een vergoeding van 100% toegekend. Art. 41.6. - De leden-vrijwilligers van de dienst kunnen tot dekking van de kosten voor reizen, waartoe zij voor het uitvoeren van speciale taken mochten gehouden zijn, vergoed worden op gelijkaardige grondslagen als voor het gemeentepersoneel gelden. Art. 41.7. - De leden-vrijwilligers van de dienst die, buiten het brevet vereist voor het bekleden van hun graad, houder zijn van een bijkomend brevet uitgereikt in het kader van het door de staat ingericht of erkend onderwijs inzake brandweer, krijgen een jaarlijkse premie per bijkomend brevet, gelijk aan 5 % van het totaal der vergoedingen die hen uitbetaald worden tijdens het jaar. Indien bij een bevordering de diplomatoeslag geheel of gedeeltelijk vervalt en het bij de nieuw ingenomen graad behorend uurloon lager komt te liggen dan het vroeger uurloon (basisloon inclusief diplomatoeslag), wordt voor het berekenen van de prestatievergoeding dit vroeger uurloon behouden. Deze diplomatoeslag geldt niet voor de ambulanciers-niet brandweerman. Specifieke bepalingen vergoedingen vrijwillig brandweerpersoneel in kader van opdrachten van de vrijwillige brandweer. Art. 41.8. - Bij interventies wordt elk begonnen uur volledig vergoed. De vergoeding voor een interventie is ten minste gelijk aan de vergoeding voor twee prestatie-uren. Art. 41.9. - Iedere wachtdienst in de kazerne wordt vergoed aan 100 % van het uurloon, zoals bepaald in art. 41.1. Art. 41.10. - Voor iedere interventie bij nacht tussen 22 uur en 6 uur, wordt de vergoeding verhoogd met 50 %. Voor interventies op zondag of op wettelijke feestdagen zowel bij dag als bij nacht bedraagt deze verhoging 100 %. Art. 41.11. - In verband met het vergoeden van sommige prestaties zoals vergaderingen en besprekingen, de verantwoordelijkheid en niet te vergoeden kosten eigen aan de functie, wordt een fictief maximumcontingent van wekelijkse prestatie-uren bepaald, dat door de burgemeester, op voorstel van de dienstchef verdeeld wordt tussen de officieren met uitzondering van de officier-geneesheer, die de prestaties werkelijk verrichten. Dit wekelijks fictief contingent bedraagt 15 uren. De nominatieve toewijzing van het wekelijks fictief contigent dient opgenomen te worden in een notule van het college van burgemeester en schepenen. Specifieke bepalingen vergoedingen vrijwillig brandweerpersoneel en ambulanciers-niet brandweer in kader van opdrachten van de ambulancedienst 100.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 189
Art. 41.12. - Bij interventies wordt de effectieve uitruktijd betaald. De vergoeding voor een interventie bedraagt 125 % van het uurloon, zoals bepaald in artikel 41.1. Art. 41.13. - Voor iedere interventie bij nacht tussen 22 uur en 6 uur, bedraagt de vergoeding 150 % van het uurloon, zoals bepaald in artikel 41.1. Art. 41.14. - Het tijdstip van de uitruk is determinerend voor het bepalen of de vergoeding voor de interventie 125 % of 150 % (bij nacht tussen 22 uur en 6 uur) van het uurloon bedraagt. Art. 41.15. - Voor iedere uitruk bij nacht tussen 22 uur en 6 uur, wordt er - ongeacht de duur een uitrukprestatie betaald, die 400 % van het uurloon, zoals bepaald in artikel 41.1, bedraagt. In geval er 2 of meerdere opeenvolgende uitrukken bij nacht tussen 22 uur en 6 uur zijn, wordt de uitrukprestatie slechts éénmaal betaald. In geval er meerdere nietopeenvolgende uitrukken bij nacht tussen 22 uur en 6 uur zijn, wordt de uitrukprestatie voor iedere niet-opeenvolgende uitruk betaald.
Hoofdstuk III Gebouwen Art. 42. - De voor de goede werking van de dienst nodige gebouwen en lokalen worden door de gemeente ter beschikking van de brandweer gesteld. Hij heeft het uitsluitend gebruik ervan. Art. 43. - Het kazernement van de brandweerdienst moet gemakkelijk herkenbaar zijn. Daartoe moet bij de ingangen op borden of op muren het woord "Brandweer" onder een nachtverlichting worden aangebracht. Art. 44. - Het gemeentebestuur dient de nodige initiatieven te nemen om het uitrijden van de hulpvoertuigen te vergemakkelijken en te beschermen. Art. 45. - De brandweerdienst moet aangesloten zijn op een openbaar telefoonnet, en over tenminste één oproepnummer, uitsluitend voorbehouden voor de hulpoproepen, beschikken. Dit oproepnummer moet in de telefoongids vermeld staan onder de rubriek "BrandweerHulp". Een voorziening moet het mogelijk maken de hulpoproepen door te geven, enerzijds naar het kazernement, en, anderzijds, naar de woning van de leden van de dienst die met de oproeping of de wederoproeping van het personeel belast zijn.
Hoofdstuk IV Materieel en bevoorrading in bluswater Art. 46. - Het materieel wordt geplaatst in lokalen die door de gemeenteraad uitsluitend daarvoor bestemd worden. Het wordt bewaakt en onderhouden door het personeel, onder toezicht van de dienstchef of van zijn gemachtigde. Het moet bestendig in goede staat en gebruiksklaar worden gehouden opdat het steeds voor interventies en oefeningen beschikbaar zou zijn. Het materieel mag, zelfs tijdelijk, niet voor andere doeleinden dan die van de dienst worden gebruikt.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 190
Art. 47. - De brandweerdienst is minimaal uitgerust met het materieel conform de bijlage 2 van het koninklijk besluit van 8 november 1967 houdende, voor de vredestijd, organisatie van de gemeentelijke en gewestelijke brandweerdiensten en coördinatie van de hulpverlening in geval van brand. Art. 48. - De op of onder de openbare weg geplaatste hydranten staan ter beschikking van de dienstchef of van zijn gemachtigde die er, ten allen tijde, gebruik mag van maken voor interventies en oefeningen. Art. 49. - In al de gemeenten van de gewestelijke groep en inzonderheid in de gemeenten zonder watervoorzieningsnet, laat de dienstchef alle plaatsen waar water voorhanden is opnemen. Hij stelt aan het gemeentebestuur de nodige maatregelen en werken voor om het vinden, de toegang en het gebruik ervan te vergemakkelijken. Eventueel stelt hij het aanleggen van bijkomende waterwinplaatsen voor. Bij aanleg of uitbreiding van een watervoorzieningsnet gaat de vooraf geraadpleegde dienstchef na of de ontworpen installaties in de behoeften aan bluswater kunnen voorzien. Eerst doet hij verslag aan de inspectie van de brandweerdiensten.
Hoofdstuk V Kleding en uitrusting Art. 50. - Alle leden van de brandweerdienst ontvangen ten bezware van de gemeentekas, een diensttenue, een branduitrusting en een uitgangstenue volgens de voorschriften van het ministerieel besluit ter zake. Zij hebben tot plicht ze te onderhouden en in goede staat te bewaren. Art. 51. - De kledings- en uitrustingsvoorwerpen zomede de strikt onontbeerlijke persoonlijke voorwerpen van het lid van de dienst, welke tijdens en door de uitoefening van de dienst beschadigd of abnormaal bevuild zijn, worden hersteld, vervangen of schoongemaakt door toedoen van de gemeente. Art. 52. - De kledings- en uitrustingsstukken en de uitgaanstenue mogen slechts bij de uitoefening van de dienst of ter gelegenheid van de vergaderingen voor beroepsbelangen of officiële plechtigheden gedragen worden. Art. 53. - De diensttenue, de branduitrusting en de uitgaanstenue vormen elk een geheel, waarvan de samenstellende stukken niet afzonderlijk mogen worden gedragen. Art. 54. - Alleen het dragen van eretekens verleend door de Belgische regering is toegelaten. Door buitenlandse regeringen uitgereikte eretekens mogen slechts worden gedragen, wanneer bij koninklijk besluit daartoe toelating is verleend.
Hoofdstuk VI Verzekering van het vrijwilligerspersoneel Art. 55. - Met het oog op schadevergoeding voor ongevallen, die aan de leden-vrijwilligers vande brandweerdienst, met inbegrip van de stagairs-brandweermannen, de ambulanciers niet-brandweermannen, de conciërge en de echtgeno(o)t(e) van de conciërge van de brandweerdienst, kunnen overkomen tijdens en door de uitoefening van hun functies in bevolen dienst met of zonder materieel, daarin begrepen de ongevallen die zich kunnen voordoen op de weg naar het kazernement of bij hun terugkeer naar hun woning of naar de
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 191
plaats waar zij werken, sluit het gemeentebestuur een polis van gemeen recht af bij een voor de verzekering inzake arbeidsongevallen erkende verzekeringsmaatschappij. Die polis dekt eveneens de ongevallen die zich kunnen voordoen tijdens lessen of vergaderingen van professionele aard en openbare demonstraties, deelname met het korps aan gezamenlijke oefeningen en brandweerdemonstraties, zelfs buiten de activiteitszone, alsmede op het traject naar en van die plaatsen. Zij waarborgt de vrijwillige leden van de dienst een schadeloosstelling van tenminste gelijke waarde als verschuldigd zou zijn indien op hen toepasselijk waren de bepalingen van de wet van 3 juli 1967 houdende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen in de overheidssector en van het ten uitvoering daarvan vastgestelde koninklijk besluit van 13 juli 1970. De rente voor overlijden en blijvende invaliditeit wordt berekend op basis van het bedrag zoals bepaald in artikel 4, § 1, tweede lid van voormelde wet van 3 juli 1967. Bij tijdelijke arbeidsongeschiktheid is de schadeloosstelling gelijk aan het werkelijk geleden inkomensverlies weliswaar beperkt tot een maximale dagvergoeding gelijk aan het bedrag bepaald in artikel 4, § 1, tweede lid van voormelde wet van 3 juli 1967 gedeeld door 365. Ieder vrijwillig lid van de dienst heeft evenwel het recht de schadeloosstelling te laten verzekeren op basis van zijn reëel beroepsinkomen, beperkt tot maximum 125.000 euro. Hij dient daartoe jaarlijks een met bewijsstukken gestaafde aangifte te doen bij het gemeentebestuur, tegen ontvangstbewijs. De werkgever(s) en de verzekeringsinstelling waarbij de getroffene is aangesloten of waar hij is ingeschreven overeenkomstig de wetgeving inzake de verplichte verzekering tegen ziekte en invaliditeit, zijn gesubrogeerd in de rechten van het slachtoffer voor wat betreft de vergoedingen die zij op wettelijke of statutaire basis dienen uit te keren. Die polis dekt de burgerlijke aansprakelijkheid van de gemeente waar het ongeval plaats heeft gehad en wordt gesloten voor een bedrag van tenminste 1.500.000 euro per getroffene. De stagiair-vrijwilliger wordt bij zijn indienstneming in kennis gesteld van de bepalingen van de door de in dienst nemende overheid afgesloten arbeidsongevallenverzekering. Elke wijziging in de bepalingen van deze polis wordt onmiddellijk aan alle personeelsleden meegedeeld. Art. 55 bis. - De in vorig artikel bedoelde verzekering wordt aangevuld met een verzekering ten gunste van de vrijwilligers aangegaan bij een daarvoor erkende maatschappij. Die verzekering wordt door de gemeenten verplicht afgesloten om, in geval van overlijden in dienst of ten gevolge van in dienst opgelopen verwondingen of ziekten, aan de rechtverkrijgenden de uitbetaling van een som van minimum 12.500 euro te waarborgen. Dit bedrag wordt aan de schommelingen van de index der consumptieprijzen gekoppeld overeenkomstig de regelen voorgeschreven bij de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld, gewijzigd bij het koninklijk besluit nr. 178 van 30 december 1982. Het bedrag wordt aan de spilindex 138,01 gekoppeld. De stagiair-vrijwilliger wordt bij zijn indienstneming in kennis gesteld van de bepalingen van de door de in dienst nemende overheid afgesloten overlijdensverzekering. Elke wijziging in de bepalingen van de overlijdensverzekering wordt onmiddellijk aan alle personeelsleden meegedeeld.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 192
Bovendien zal aan ieder vrijwillig lid of zijn rechtverkrijgende een kapitaal van 1.487,36 euro uitgekeerd worden op het ogenblik dat het vrijwillig lid, op reglementaire leeftijdsgrens, eervol ontslag uit zijn ambt bekomt voor zover hij dertig dienstgerechtigde jaren kan laten gelden. Voor ieder jaar in min vermindert het kapitaal met 49,58 euro. De genoemde bedragen zijn gekoppeld aan de schommelingen van de index der consumptieprijzen. Indien een vrijwillig lid voor de reglementaire leeftijd de dienst verlaat ingevolge afdanking, heeft hij of zijn rechtverkrijgende geen recht meer op de bijkomende verzekering. Elk vrijwillig lid dat, zonder wettige reden, minder dan 40 % van de hem in de loop van een jaar opgelegde prestaties mocht hebben vervuld, moet 60 % van de premie voor het betroffen jaar betalen. Zo hij weigert te betalen wordt hij of zijn rechtverkrijgende van het voordeel van de aanvullende verzekering uitgesloten.
Hoofdstuk VII Administratieve bescheiden Art. 56. - De officier-dienstchef waakt erover dat in zijn eenheid de navolgende bescheiden al dan niet geautomatiseerd worden gehouden, overeenkomstig de desbetreffende ministeriële onderrichtingen : 1° Het immatriculatieregister of kaartensysteem: het bevat per lid van de dienst een of meer bladen of kaarten waarop staan vermeld : inlichtingen van professionele aard en inzonderheid : identiteit, burgerlijke staat; gezinstoestand (o.m. bij ongeval te verwittigen personen); bloedgroep; immatriculatienummer; aanduidingen om een dringende terugroeping naar de dienst mogelijk te maken. 2° Het register van de hulpoproepen: in dat register worden chronologisch en doorlopend aangetekend: het uur en de herkomst van de oproep; de aard en de lokalisering van de brand; het uur van vertrek van de hulpgroepen en de samenstelling van elk dezer; het uur van aankomst ter plaatse; het uur waarop eventuele versterkingen worden gevraagd en de herkomst van die versterkingen; het uur van terugkeer in de kazerne. 3° Het register of kaartsysteem der inventarissen: dit moet onderverdeeld worden volgens de noodwendigheden: het dient inzonderheid precieze aanduidingen te behelzen omtrent de volgende rubrieken: materieel; uitrusting; kledij; meubilair; bureaumachines. 4° Het gebruiks- en onderhoudsboekje: bij elk voertuig en toestel moet een boekje gaan. Daarin worden vermeld data en uren van gebruik, afgelegde afstanden, bestemming, bevoorrading in brandstof en smeermiddelen alsmede de onderhouds- en herstellingswerken. Voor de toestellen zoals pompen en aggregaten wordt de rubriek "afgelegde afstand" vervangen door "duur van gebruik".
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 193
5° Het aanwezigheids- en prestatieregister: in dat register wordt de samenstelling der verschillende ploegen en de prestatie-uren van elk dezer opgetekend. Voorts worden daarin dagelijks de afwezigheden en de redenen ervan vermeld. 6° Het repertorium en de dossiers van de gebouwen, gebouwencomplexen of installaties waar zeer grote gevaren bestaan welke van die aard zijn dat zij moeten worden onderworpen aan de toepassing van artikel 15 van het koninklijk besluit van 8 november 1967 zoals dit laatste werd gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 oktober 1978 en waarvoor in geval van brand de gealarmeerde dienst de dichtstbijgelegen brandweerdienst van de categorie X of Y alsmede de territoriaal bevoegde interventiediensten van de civiele bescherming ter versterking moet oproepen. Het behoort aan de burgemeester van elke gemeente uit de gewestelijke groep, na ruggespraak met de territoriaal bevoegde brandweerdienst, te bepalen welke gebouwen of installaties in de gemeente onder toepassing vallen ; op verzoek van de burgemeester wordt voor de bescherming tegen brand voor vermelde inrichtingen een voorafgaand interventieplan opgemaakt door de territoriaal bevoegde brandweerdienst; voor elk van deze wordt het definitieve interventieplan door de burgemeester vastgesteld. Het repertorium kan in een register of op steekkaarten worden gehouden. Het betreft een rangschikking in alfabetische orde van de in de gemeenten van de gewestelijke groep, waarin zich gebouwen of installaties bevinden zoals bedoeld in het hierboven aangehaald nieuw artikel 15 van het koninklijk besluit van 8 november 1967. Met elke inschrijving stemt een dossier overeen waarin, benevens het door de inrichting vastgestelde interventieplan, kaarten, toegangswegen en alle dienstige aanwijzingen voorkomen omtrent de aard en de omvang van de risico's alsmede de ligging van de in de onmiddellijke omgeving bestaande waterwinplaatsen. Bij het uitrukken voor een interventie wordt het dossier van de betrokken inrichting overhandigd aan de bestuurder van het eerste interventievoertuig, die het onverwijld afgeeft aan de leider van de operaties. Voorts zorg de dienstchef ervoor dat een lijst van die inrichtingen in de kazerne wordt opgehangen, opdat alle leden van de dienst ervan kennis zouden hebben. 7° De kaarten van de plaatsen waar bluswater voorhanden is: het hoofd van de brandweerdienst waakt erover dat de gemeenten van de gewestelijke groep kaarten verschaffen, waarop klaar zijn aangeduid de wegen, de bebouwde zones, en de juiste ligging van de waterwinplaatsen. Op die kaarten brengt hij alle dienstige vermeldingen aan omtrent de aard van de waterwinplaatsen (hydranten, waterlopen, reservoirs), het debiet en de druk, de watervoorzieningsmaatschappijen en de gebruikte koppelingstypes met hun afmetingen. 8° Een persoonlijke steekkaart waarop alle tussenkomsten worden opgetekend waaraan het lid van de brandweer heeft deelgenomen, met vermelding van de gevaarlijke stoffen en van het besmettingsrisico waaraan het in voorkomend geval was blootgesteld. Het lid van de brandweer kan ten allen tijde zijn persoonlijke steekkaart inzien en zijn opmerkingen erop noteren. Art. 57. - De officier-dienstchef waakt erover dat de volgende verslagen al dan niet geautomatiseerd naar het model vastgesteld door de Minister van Binnenlandse Zaken, worden opgemaakt: 1° Het interventieverslag: wordt opgemaakt in tenminste vier exemplaren, de eerste drie exemplaren worden binnen de acht dagen gezonden aan de burgemeester van de groepscentrumgemeente, aan de burgemeester van de gemeente waar de interventie plaats vond en aan de bevoegde inspecteur van de brandweerdiensten. Het vierde exemplaar wordt in het archief van de dienst bewaard. 2° Het bijzonder interventieverslag: wordt opgemaakt in tenminste zes exemplaren. De eerste vijf worden binnen de vier dagen gezonden aan de burgemeester van de groepscentrumgemeente, aan de burgemeester van de gemeente waar de interventie plaats vond en aan de bevoegde inspecteur van de brandweerdiensten, aan de provinciegouverneur en aan de Minister van Binnenlandse Zaken. Een zesde exemplaar
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 194
wordt in het archief van de dienst bewaard. Dit bijzonder verslag dient te worden opgemaakt voor elke brand die de dood van tenminste één persoon tot gevolg had, of die het gezamenlijk optreden van twee of meer hulpdiensten vereiste. Het vervangt het interventieverslag. 3° Het semestrieel activiteitenprogramma: is een overzicht van de voor het komende halfjaar te organiseren opleidingslessen en oefeningen. Het moet voor de 10de januari en de 10de juli van elk jaar aan de burgemeester van de groepscentrumgemeente en aan de bevoegde inspecteur van de brandweerdiensten worden gezonden. 4° Het jaarlijks activiteitenverslag: is de synthese van de activiteiten van de dienst gedurende het afgelopen kalenderjaar. Het wordt vóór 31 januari in één exemplaar toegezonden aan de burgemeester van elke gemeente van de gewestelijke groep, aan de provinciegouverneur, aan de Minister van Binnenlandse Zaken en in tweevoud aan de bevoegde inspecteur van de brandweerdiensten.
Hoofdstuk VIII Inspecties en bezichtigingen Art. 58. - De dienst is aan de door de Koning georganiseerde inspectie onderworpen, bij toepassing van artikel 9 van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming. Art. 59. - Afgezien van de inspectie bedoeld in artikel 58, inspecteert de burgemeester, of de gedelegeerde schepen de brandweerdienst tenminste éénmaal per jaar. Zo ook inspecteert de officier-dienstchef geregeld de installaties alsmede het meubilair en het materieel van de brandweerdienst. Daartoe ziet hij de inventarissen na. Hij treft de maatregelen om vastgestelde vergissingen en verzuimen recht te zetten en te verhelpen. Art. 60. - Niet van toepassing.
Hoofdstuk IX Overgangsbepalingen Art. 61. - Niet meer van toepassing.
Hoofdstuk X Slotbepalingen Art. 62. - Dit reglement wordt in drievoud, voor goedkeuring aan de provinciegouverneur voorgelegd. Een behoorlijk gewaarmerkt afschrift ervan wordt bezorgd aan: - de Minister van Binnenlandse Zaken; - de bevoegde inspecteur van de brandweerdiensten; - ieder lid van de dienst. Art. 63. - Dit reglement wordt van kracht onmiddellijk na goedkeuring door de provinciegouverneur. Art. 64. - De bepalingen van het thans van toepassing zijnde organiek reglement worden opgeheven de dag waarop de bepalingen van dit reglement van kracht worden.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 195
----3. Milieu - alternatieve energie - toelagereglement - aanpassing sp.a Raadslid D’hont stelt te betreuren dat wordt voorgesteld om de premie voor het plaatsen van een zonneboiler af te schaffen. Zij is van oordeel dat de gemeente hiermee een fout signaal geeft o.m. aan de jonge gezinnen die vrij talrijk onze gemeente recent betrokken of nog zullen betrekken. Zij stelt een tussenstap voor waarbij de bestaande premie voor het plaatsen van een zonneboiler wordt verminderd naar 5% van de kostprijs met een maximum van 200 euro. Dit voorstel wordt verworpen met 3 stemmen voor (sp.a) en 18 stemmen tegen (CD&V, N-VA en Open VLD). DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2009 houdende de aanpassing van het subsidiereglement voor de opwekking en aanwending van alternatieve energievormen voor een termijn eindigend op 31 december 2013; Overwegende dat de premie van de netbeheerder voor een zonneboiler in 2012 verhoogd werd tot 550 euro per m² collectoroppervlak met een maximum van 4.125 euro; Overwegende dat, omwille van de hogere premie van de netbeheerder, het aantal aanvragen voor de gemeentelijke subsidie aanzienlijk gestegen is en het bedrag dat de gemeente dient uit te trekken voor toekenning van subsidie voor het plaatsen van zonneboilers aanzienlijk is, in die mate zelfs dat het bedrag, voorzien op het budget 2013 reeds nagenoeg opgebruikt is; Overwegende dat de premie van de netbeheerder sedert 1 januari 2013 werd aangepast waarbij het maximumbedrag werd verminderd tot 2.750 euro; Overwegende dat er in de toekomst nog meer aanvragen voor de gemeentelijke premie kunnen verwacht worden gezien het door de hoge premie van de netbeheerder interessant blijft om een zonneboiler te plaatsen; Overwegende dat het bedrag per aanvrager van de huidige gemeentelijke subsidie voor het plaatsen van een zonneboiler ten aanzien van de premie van de netbeheerder gering is zodat het toekennen van deze gemeentelijke subsidie niet meer van doorslaggevende aard is om een zonneboiler te plaatsen; Overwegende dat ook andere (omliggende) gemeenten de subsidiëring voor zonneboilers hebben afgeschaft; Overwegende dat het om bovenvermelde redenen aangewezen is om de gemeentelijke subsidiëring voor het plaatsen van een zonneboiler volledig af te schaffen; Overwegende dat het wenselijk is om het gebruik van andere vormen van alternatieve energie zoals windenergie, biomassa, van afval afgeleide brandstoffen en warmtepompen wel nog verder te blijven ondersteunen gezien er voor deze alternatieve energievormen of geen andere premie bestaat of de grootte van de premie eerder gering is ten aanzien van de totale kostprijs;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 196
Overwegende dat, in het kader van besparingen, wel voorgesteld wordt om voor bovengenoemde vormen van alternatieve energie het maximumbedrag aan te passen en terug te brengen van 400 euro naar 200 euro; Overwegende dat er voorgesteld wordt om de aanpassingen van het toelagereglement te laten ingaan vanaf 1 mei 2013 zodat het mogelijk is om de aanpassingen aan dit reglement te communiceren; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 16 januari 2013; Gelet op het positief advies van de milieuraad van 11 februari 2013; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Overwegende dat het aangewezen is, om in het kader van de leesbaarheid en hanteerbaarheid, het integrale toelagereglement te hernemen naast het ter goedkeuring voorleggen van de wijzingen; Gelet op artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 dat stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke reglementen vast te stellen; BESLUIT: met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en Open VLD) en 3 neen-stemmen (sp.a) De gemeenteraadbeslissing van 29 oktober 2009 houdende de aanpassing van het toelagereglement voor de opwekking en aanwending van alternatieve energie wordt integraal hernomen en vervangen door onderstaand toelagereglement: ALTERNATIEVE ENERGIE – OPWEKKING EN AANWENDING - TOELAGEREGLEMENT Art. 1. - Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: 1. installatie: deze die uitsluitend betrekking heeft op de opwekking en aanwending van alternatieve energievormen. 2. opwekking: de installatie moet met het oog op het vooropgestelde doel, namelijk de bescherming van het leefmilieu door aanwending van alternatieve energievormen, perfect kunnen functioneren. 3. aanwending: het normaal en persoonlijk gebruik van de installatie gedurende een opeenvolgende periode van tenminste vijf jaar, ingaand binnen de periode van één jaar na het verlenen van de toelage. 4. alternatieve energievormen: - omzetting van windenergie in de rechtstreekse productie van mechanische kracht of elektriciteit; - productie van energie door aanwending van biomassa en/of van afval afgeleide brandstoffen; - warmte(recuperatie)pompen: geothermische-, grondwater- en luchtwarmtepomp. Art. 2. - Het subsidiebedrag wordt bepaald als volgt: - 5% op de kostprijs (inclusief plaatsing en btw) van systemen op basis van windenergie, biomassa en/of van afval afgeleide brandstoffen en warmtepompen met een maximum van 200 euro per adres. Per adres kan maximaal één subsidie per systeem worden toegekend.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 197
Art. 3. - De subsidie zal worden verleend aan de natuurlijke- of rechtspersoon die de installatie aangekocht heeft. Art. 4. - Enkel de plaatsing van een installatie op het grondgebied van de gemeente Deerlijk komt in aanmerking voor betoelaging. De plaatsing moet in overeenstemming zijn met de regels van goed vakmanschap en moet geplaatst zijn in een regelmatig vergund gebouw. Art. 5. - Deze toelage komt bovenop andere subsidies verleend door hogere overheden of intercommunales doch is er niet afhankelijk van. Art. 6. - De aanvraag wordt schriftelijk, door middel van een aanvraagformulier te bekomen op de milieudienst of af te halen van de gemeentelijke website, aan het college van burgemeester en schepenen gericht. De toelage wordt verleend na voorlegging van de factuur, eventuele echtheidsbewijzen of keuringsverslagen en een bouw- of milieuvergunning indien noodzakelijk.. Art. 7. - De gemeente behoudt zich het recht voor te allen tijde door plaatsbezoek na te gaan of aan de bepalingen van dit reglement voldaan is. De aanvrager zal niets doen dat ertoe kan strekken deze controle moeilijker of onmogelijk te maken. Art. 8. - Bij niet-naleving van de voorwaarden zal de gemeente het uitbetaalde subsidiebedrag, vermeerderd met de wettelijke verwijlintresten, ambtshalve terugvorderen. Art. 9. - Huidig subsidiereglement gaat in vanaf 1 mei 2013 en eindigt op 31 december 2013. Art. 10. - Huidig subsidiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. ----4. Milieu - boodschappentasactie - toelagereglement - opheffing DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 20 december 2007 houdende de verlenging van het toelagereglement voor de boodschappentasactie voor een termijn tot 31 december 2013; Overwegende dat het toelagereglement voor de boodschappentasactie als een sensibiliseringscampagne werd goedgekeurd met de bedoeling om de mensen bewust te maken van de aangroei van plastic afval onder de vorm van boodschappentassen; Overwegende dat het toelagereglement ondertussen zijn doel bereikt heeft en er een gedragswijziging heeft plaats gevonden; Overwegende dat bij vele handelaars ondertussen geen boodschappentas meer wordt meegegeven, tenzij tegen een kleine vergoeding; Overwegende dat voorgesteld wordt om het toelagereglement op te heffen met ingang van 14 juni 2013 zodat er voldoende gelegenheid is om het stopzetten van de boodschappentasactie te communiceren; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 16 januari 2013;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 198
Gelet op het positief advies van de milieuraad van 11 februari 2013; Gelet op artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 dat stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke reglementen vast te stellen; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen De gemeenteraadsbeslissing van 20 december 2007 houdende de verlenging van het toelagereglement voor de boodschappentasactie wordt opgeheven vanaf 14 juni 2013. ----5. Woonwijs - werkjaar 1 - jaarverslag en jaarrekening - goedkeuring sp.a raadslid Vanheerweghe stelt dat zijn fractie dit initiatief blijft steunen en dat als alles wat vermeld wordt als grotendeels behaald in werkelijkheid behaald is, zij dit punt alleen maar kunnen goedkeuren. Hij merkt vervolgens op dat in dit kader onder meer vooronderzoeken in functie van het opwaarderen van het private huurpatrimonium werden uitgevoerd en hij vraagt door wie deze vooronderzoeken worden uitgevoerd, welke kwalificaties de mensen hebben die het vooronderzoek uitvoeren, hoe zij te werk gaan en of men van de huiseigenaars zomaar toelating krijgt om een woningonderzoek te doen. Hij stelt vervolgens dat in het jaarverslag is opgenomen dat in Deerlijk in de eerste helft van 2013 een premiereglement toegespitst op de verbetering van private huurwoningen zal worden goedgekeurd en dat daartoe de nodige kredieten voorzien worden in de gemeentebegroting. Hij merkt op dat het thans de eerste helft van 2013 is en het budget 2013 is opgemaakt en hij vraagt hoeveel hiervoor voorzien is en op welke post men dit kan terugvinden. Hij vervolgt dat in het jaarverslag ook sprake is van een centrale wachtlijst voor sociale woningen. Hij vraagt welke rangorde daarbij gevolgd wordt en of het OCMW Deerlijk daar inspraak in heeft. Naar aanleiding van de vermelding van het uitwerken van een voorstel tot heffing op onbebouwde percelen stelt hij voor om bij nieuwe verkavelingen in de verkavelingsvoorschriften op te leggen dat op onbebouwde kavels na één jaar bodembedekkers moeten worden geplant. Hij geeft mee dat bijvoorbeeld in de Heerlijkheid thans op onbebouwde kavels onkruid groeit, wat storend is voor de naburige bebouwde kavels en dat onbebouwde kavels ook uitnodigend werken voor sluikstorters. Hij oppert dat het, om dat te vermijden, nuttig zou zijn de verkavelaars te vragen na één jaar bodembedekkers te voorzien. DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 21 september 2007 houdende subsidiëring van projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid; Gelet op het provinciaal reglement van 23 september 2010 betreffende de subsidiëring van West-Vlaamse intergemeentelijke samenwerkingsinitiatieven voor woonbeleid en dienstverlening; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 29 april 2010 tot participatie in de interlokale vereniging wonen Deerlijk-Harelbeke-Kuurne-Lendelede, later omgevormd tot ‘Woonwijs’;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 199
Gelet op artikel 4, alinea’s 7 en 8 en artikel 5, alinea’s 2 en 3 van de samenwerkingsovereenkomst met statutaire draagkracht betreffende de oprichting van de interlokale vereniging wonen Deerlijk-Harelbeke-Kuurne-Lendelede waarin het volgende gestipuleerd wordt: “De rekening van de interlokale vereniging wordt jaarlijks ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten en ter kennisname aan de andere deelnemers. Dit moet gebeuren uiterlijk binnen de zes maanden na de afsluiting van het werkjaar … … Samen met de rekening wordt aan de deelnemers ook een jaarverslag ter beschikking gesteld. Dit jaarverslag wordt samen met de rekening aan de gemeenteraden ter goedkeuring voorgelegd. Ter gelegenheid van de behandeling van het jaarverslag geven de vertegenwoordigers van de gemeente in de interlokale vereniging toelichting aan de raad. Het jaarverslag wordt gelijktijdig met de jaarrekening ter beschikking gesteld van de andere deelnemers, ter bespreking. De jaarlijkse evaluatie door de gemeenteraden gebeurt ter gelegenheid van de bespreking van het jaarverslag.” Gelet op het voorliggende jaarverslag en jaarrekening van werkjaar 1 (van 1 oktober 2011 tot en met 30 september 2012); Overwegende dat uit het verslag blijkt dat de doelstelling voor het eerste werkjaar grotendeels behaald werden zoals ondermeer: - opmaak van een woonstudie, - uitbouw van het woonloket in het sociaal huis met ondermeer aandacht voor het aanbieden van basisinformatie en het informeren van de sociale huurder; - opstart van een gestructureerd woonoverleg met aandacht voor de opvolging van de sociale programmatie; - uitvoeren van vooronderzoeken in functie van het opwaarderen van het private huurpatrimonium en het ondervangen van officiële procedures inzake ongeschikt- en onbewoonbaarverklaringen; - algemene sensibiliseringsacties en overleg met diverse woonactoren; - terreinonderzoek in functie van de actualisatie van het leegstandsregister en het register onbebouwde percelen; Overwegende dat sommige activiteiten door de zwangerschapsrust van de projectcoördinator enige vertraging hebben opgelopen maar dat deze ingehaald zullen worden in werkjaar 2, zoals ondermeer: - uitwerken voorstel voor intergemeentelijke premie; - uitwerken voorstel heffing onbebouwde percelen; - finalisering van de woonstudie tot woonactieplan; Overwegende dat uit de jaarrekening blijkt dat het budget correct werd uitgevoerd doch dat deze cijfers onder voorbehoud zijn van goedkeuring door de subsidiërende overheden (Vlaamse overheid en provincie West-Vlaanderen); Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 6 maart 2013; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1 - Het jaarverslag wordt goedgekeurd. Art. 2 - De jaarrekening wordt goedgekeurd, onder voorbehoud van goedkeuring door de subsidiërende overheden.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 200
Art. 3 - Een afschrift van huidige beslissing wordt voor verder gevolg overgemaakt aan Woonwijs, projectcoördinator Kim Verschueren, P/a. Marktstraat 29, 8530 Harelbeke. ----6. GECORO - hersamenstelling sp.a raadslid Vanheerweghe stelt voor om het aantal stemgerechtigde leden van de GECORO te verhogen van 9 naar 11 door - aan de geleding van de werknemers 2 vertegenwoordigers toe te kennen daar hij meent, dat door het toekennen van slechts 1 vertegenwoordiger aan deze geleding, er een ondervertegenwoordiging van de werknemers is ten aanzien van de andere geledingen van de GECORO die elk een vertegenwoordiger toegewezen krijgen; - het aantal deskundigen op te trekken van 4 naar 5 gezien er zich 18 waardevolle kandidaten als deskundige aanboden. Dit voorstel wordt verworpen met 10 stemmen voor (N-VA, Open VLD en sp.a) en 11 stemmen tegen (CD&V). Open VLD raadslid Schelfhout geeft mee raadslid Vanheerweghe te volgen wat betreft het voorstel om het aantal deskundigen uit te breiden en hij stelt te verkiezen dat een geïnteresseerde persoon van het ABVV zich dan als deskundige zou kunnen kandidaat stellen, aangezien geïnteresseerde deskundigen waardevoller zijn. Hij geeft mee dat zijn fractie de invulling van de GECORO evenwel ruimer ziet en niet per definitie twee vertegenwoordigers van de vakbonden moeten worden aangeduid. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder stelt er geen probleem mee te hebben dat de oppositiepartijen nog een plaatsvervanger als waarnemend lid voor de GECORO zouden aanduiden en hij stelt voor dat alle partijen nog een plaatsvervanger opgeven. De voorzitter voegt er aan toe de opmerking terecht te vinden en stelt voor om hierover vanuit de gemeente een schrijven te richten aan de desbetreffende partijen.
a)
Maatschappelijke geledingen - aanduiding vertegenwoordigde verenigingen DE RAAD, in openbare zitting vergaderd
Gelet op artikel 1.3.3. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) die de aangelegenheden met betrekking tot de gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening regelt; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere aanpassingen dat stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort te beslissen omtrent aangelegenheden die de wet, decreet of het uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt, in casu artikel 1.3.3., § 3 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; Gelet op de beslissing van 31 januari 2013 waarin bepaald werd dat de GECORO 9 leden telt, zijnde: - 1 vertegenwoordiger van volgende 5 maatschappelijke geledingen: Vereniging van milieu en natuur;
G.13.03
-
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 201
Vereniging van de handelaars; Vereniging van de landbouwers; Vereniging van de werkgevers; Vereniging van de werknemers; 4 deskundigen;
Overwegende dat de gemeenteraad dient te bepalen welke verenigingen en organisaties binnen haar grondgebied als representatief voor de diverse maatschappelijke geledingen aanvaard kunnen worden; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 19 december 2012 beslist heeft de verenigingen die in de huidige GECORO aanwezig zijn te contacteren teneinde te polsen naar hun bereidheid om zich opnieuw kandidaat te stellen bij de hersamenstelling van de GECORO; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 6 februari 2013, na interactie op de gemeenteraad van 30 januari 2013 beslist heeft aanvullend het ABVV West-Vlaanderen, ACLVB West Vlaanderen en VOKA gericht aan te schrijven teneinde te polsen naar hun bereidheid op zich kandidaat te stellen bij de hersamenstelling van de GECORO en aanvullend een oproep te publiceren in het gemeentenieuws en op de gemeentelijke website; Overwegende dat de in de vorige alinea gestipuleerde verenigingen aangeschreven werden op 8 februari 2013; Overwegende dat een oproep verschenen is in het gemeentenieuws, 40ste jaargang nr. 2, 15 februari 2013 - 15 maart 2013, voor ondermeer de kandidaatstelling van verenigingen; Overwegende dat de volgende verenigingen hun kandidatuur stelden: - Natuurpunt Gaverstreke als vertegenwoordiger van de milieu- en natuurverenigingen; - Unizo als vertegenwoordiger van de vereniging van de handelaars; - Koninklijke Landelijke Gilde (KLG) als vertegenwoordiger van de vereniging van de landbouwers; - Vereniging van Deerlijkse Ondernemers als vertegenwoordiger van de vereniging van de werkgevers; - ACW afdeling Deerlijk als vertegenwoordiger van de vereniging van de werknemers; - ABVV West-Vlaanderen als vertegenwoordiger van de vereniging van de werknemers; Overwegende dat de volgende verenigingen bevestigd hebben zich geen kandidaat te stellen voor de her samen te stellen GECORO: - ACLVB West-Vlaanderen als vertegenwoordiger van de vereniging van de werknemers; - Voka als vertegenwoordiger van de vereniging van de werkgevers; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 13 maart 2013 waarbij voorgesteld wordt om ter vertegenwoordiging van de verschillende maatschappelijke geledingen volgende plaatselijke verenigingen te laten zetelen in de GECORO: - Natuurpunt Gaverstreke als vertegenwoordiger van de milieu- en natuurverenigingen; - Unizo als vertegenwoordiger van de vereniging van de handelaars; - Koninklijke Landelijke Gilde (KLG) als vertegenwoordiger van de vereniging van de landbouwers; - Vereniging van Deerlijkse Ondernemers als vertegenwoordiger van de vereniging van de werkgevers;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 202
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 13 maart 2013 waarbij voorgesteld werd om voor de invulling van de maatschappelijke geleding van de werknemers te stemmen gezien twee kandidaturen, namelijk één door het ACW en een door het ABVV, werden ingediend; BESLUIT: Art. 1 - Ter vertegenwoordiging van de verschillende maatschappelijke geledingen worden volgende plaatselijke verenigingen aangeduid om te zetelen in de GECORO: Natuurpunt Gaverstreke als vertegenwoordiger van de milieu- en natuurverenigingen; Unizo als vertegenwoordiger van de vereniging van de handelaars; Koninklijke Landelijke Gilde (KLG) als vertegenwoordiger van de vereniging van de landbouwers; Vereniging van Deerlijkse Ondernemers als vertegenwoordiger van de vereniging van de werkgevers. Art. 2 - Er wordt overgegaan tot stemming voor de vertegenwoordiging van de vereniging van de werknemers. De stemming geeft volgende uitslag: het ACW bekomt 11 stemmen; het ABVV bekomt 6 stemmen; er zijn 4 blanco stemmen. Gezien het ACW de volstrekte meerderheid van de 17 geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt het ACW aangeduid als vertegenwoordiger van de vereniging van de werknemers. --b)
vertegenwoordigers verenigingen en deskundigen DE RAAD, in openbare zitting vergaderd
Gelet op artikel 1.3.3. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) die de aangelegenheden met betrekking tot de gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening regelt; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere aanpassingen dat stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort te beslissen omtrent aangelegenheden die de wet, decreet of het uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt, in casu artikel 1.3.3., § 3 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat over het aanwijzen van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen geheim gestemd wordt; Gelet op het Gemeentedecreet, meer bepaald de artikelen 248 tot 260 betreffende het algemeen administratief toezicht op de gemeenten;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 203
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 31 januari 2013 betreffende de aanduiding van het aantal maatschappelijke geledingen en aantal deskundigen in de GECORO; Gelet op de beslissing van heden waarbij volgende verenigingen werden aangeduid ter vertegenwoordiging van de verschillende maatschappelijke geledingen in de GECORO: - Natuurpunt Gaverstreke als vertegenwoordiger van de milieu- en natuurverenigingen; - Unizo als vertegenwoordiger van de vereniging van de handelaars; - Koninklijke Landelijke Gilde (KLG) als vertegenwoordiger van de vereniging van de landbouwers; - Vereniging van Deerlijkse Ondernemers als vertegenwoordiger van de vereniging van de werkgevers; - ACW afdeling Deerlijk als vertegenwoordiger van de vereniging van de werknemers; Overwegende dat overeenkomstig artikel 1.3.3, § 3, 1ste alinea van de VCRO de gemeenteraad de voorzitter, de leden, de plaatsvervangers en de vaste secretaris benoemt; Overwegende dat de verenigingen werden opgeroepen om hun vertegenwoordigers aan te duiden rekening houdende met een evenwichtige verhouding tussen de beide geslachten; Overwegende dat de in zitting van heden aangeduide verenigingen volgende personen hebben aangeduid om in de GECORO te zetelen: - Natuurpunt Gaverstreke draagt Dirk Weydts voor als effectief lid en Ludwine Vanhaute als plaatsvervanger; - Unizo draagt Veronique Vercaempst voor als effectief lid en Yves Vande Wiele als plaatsvervanger; - Koninklijke Landelijke Gilde (KLG) draagt Eric Coene voor als effectief lid en Marijke Degezelle als plaatsvervanger; - Vereniging van Deerlijkse Ondernemers draagt Xavier Vanwijnsberghe voor als effectief lid en Roos Vermoere als plaatsvervanger; - ACW afdeling Deerlijk draagt Patrick Merlier voor als effectief lid en Martine Denijs als plaatsvervanger; Overwegende dat een oproep verschenen is in het gemeentenieuws, 40ste jaargang nr. 2, 15 februari 2013 - 15 maart 2013, voor de kandidaatstelling van deskundigen; Overwegende dat de deskundigen die nu reeds in de GECORO aanwezig zijn op de hoogte gebracht werden van de lopende oproep; Overwegende dat volgende personen zich kandidaat stelden om als deskundigen te zetelen in de GECORO: - Joost Orroir - Jiri Klokočka - Matthias Dobbels - Luk Schelfhout - Egied Vandezande - Jan Feryn - Arnold Vantieghem - Frank Vandewalle - Philip Roobrouck - Joost Declercq - Thijs Benoit - Pieter Vansteeger - Sabine Vanacker - Marleen Vandewalle - Jozefa Degezelle
G.13.03
-
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 204
Elke Declercq Christine Vancraeynest Mercedes Van Volcem
Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 13 maart 2013 voorgesteld heeft volgende deskundigen op te nemen in de GECORO: als effectieven: - Jiri Klokočka - Matthias Dobbels - Sabine Vanacker - Marleen Vandewalle als plaatsvervangers: - Elke Declerck - Arnold Vantieghem - Jan Feryn om volgende redenen: - Jiri Klokočka kent, ondanks het feit dat hij op heden niet meer in Deerlijk woont, de lokale problematiek gezien hij hier jaren woonde. Hij was 25 jaar lang werkzaam in de intercommunale Leiedal waar hij meewerkte aan verschillende projecten op vlak van planologie en stedenbouwkundige vormgeving en aan de opmaak van stedenbouwkundige plannen, ook voor de gemeente Deerlijk. Op heden is hij nog steeds actief werkzaam op vlak van planologie en stedenbouw. Hij was reeds 2 legislaturen voorzitter van de GECORO zodat het behouden van zijn kandidatuur belangrijk is in functie van de continuïteit van de werking van de GECORO. - Matthias Dobbels heeft een diploma als stedenbouwkundige en is beroepsmatig bezig met de ruimtelijke ordening. Hij heeft voeling en kennis van de ruimtelijke ordening in het algemeen evenals de lokale problematieken door zijn werking in de provinciale dienst ruimtelijke planning. Hij heeft ook ervaring met andere GECORO’s waardoor zijn aanwezigheid verreikend kan zijn. - Sabine Vanacker kent als inwoonster van Deerlijk de lokale problematiek. Ze was de vorige legislatuur aangeduid als deskundige in de GECORO. Als vrouwelijke kandidate is het belangrijk haar kandidatuur te weerhouden. Als juriste is ze vanuit een juridische invalshoek betrokken bij de ruimtelijke ordening. Deze invalshoek is een belangrijke aanvulling binnen de groep deskundigen die aangeduid zijn. - Marleen Vandewalle kent als inwoonster van Deerlijk de lokale problematiek. Ze was reeds 2 legislaturen aangeduid als deskundige in de GECORO. Ook in de huidige GECORO moeten de vrouwelijke kandidaten vertegenwoordigd blijven. Als juriste is ze vanuit een juridische invalshoek betrokken bij de ruimtelijke ordening. Deze invalshoek is een belangrijke aanvulling binnen de groep deskundigen die aangeduid zijn. - Elke Declerck kent als inwoonster van Deerlijk de lokale problematiek. Ze was reeds 2 legislaturen aanwezig in de GECORO als afvaardiging van de jeugdverenigingen. Ze is actief in het Deerlijkse verenigingsleven zodat ze een grote betrokkenheid heeft met de gemeente en kennis heeft van de lokale gevoeligheid. Vanuit haar opleiding en beroep komt ze regelmatig in contact met de ruimtelijke ordening, waarbij haar achtergrond (topograaf en meetkundige) een aanvulling is bij overige kandidaten. - Arnold Vantieghem kent als inwoner van Deerlijk de lokale problematiek. Hij is een ervaringsdeskundige vanuit ondermeer zijn betrokkenheid en verdediger van het cultureel en historisch patrimonium, vanuit zijn inzet in het verenigingsleven en vanuit zijn jarenlange inzet voor de ruimtelijke ordening als schepen. Door zijn aanwezigheid als deskundige in de huidige GECORO heeft hij zijn kennis verder uitgebouwd en bijkomende ervaring opgedaan. Daarnaast acht het college het ook belangrijk om vanuit de niet actieve bevolkingsgroep een aanwezigheid te hebben. - Jan Feryn is vanuit studie- en interessesferen sterk betrokken bij de ruimtelijke ordening. Professioneel is hij bezig zowel op vlak van milieu en natuur als op economisch vlak. Hij
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 205
was reeds 2 legislaturen actief in de GECORO en is goed op de hoogte van de problematieken binnen de gemeente. Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen voorstelt om de overige kandidaturen niet te weerhouden om volgende redenen: Het college van burgemeester en schepenen wenst principieel geen architecten vanuit het gevaar voor belangenvermenging zodat de kandidaturen van Philip Roobrouck, Joost Declercq, Thijs Benoit, Pieter Vansteeger, Jozefa Degezelle en Egied Vandezande niet weerhouden worden. Joost Orroir: beschikt niet over ervaring in de GECORO terwijl er meerdere kandidaten zijn die wel reeds ervaring hebben en die beroepshalve nauwer betrokken zijn bij de ruimtelijke ordening. Luk Schelfhout beschikt wel over ervaring in de GECORO en de PROCORO evenwel is hij niet deskundig genoeg van opleiding, achtergrond en beroepservaring ten opzichte van de andere kandidaturen die wel weerhouden werden. Frank Vandewalle is familie van Marleen Vandewalle en het college van burgemeester en schepenen wenst principieel geen 2 leden uit dezelfde familie toe te laten. Marleen Vandewalle wordt naar voren geschoven omdat zij als vrouwelijke kandidate belangrijk is teneinde de verhoudingen te behalen en omdat zij reeds 2 legislaturen in de GECORO aanwezig was en daar een positieve bijdrage leverde. Christine Vancraeynest was reeds 2 legislaturen aangesteld als plaatsvervangend deskundige en heeft ongeveer 40 jaar gewerkt binnen de dienst stedenbouw. Evenwel is de wetgeving dermate gewijzigd en is ze niet meer nauw genoeg betrokken om een bijkomende inbreng te hebben. Het college van burgemeester en schepenen acht het wel belangrijk om vanuit de niet actieve bevolkingsgroep een aanwezigheid te hebben maar prefereert hierbij Arnold Vantieghem omdat hij meer kennis heeft van de lokale gevoeligheid vanuit zijn inzet in het verenigingsleven. Mercedes Van Volcem heeft voldoende kennis van en achtergrond over de ruimtelijke ordening en ervaring met concrete projecten, echter ontbreekt de betrokkenheid met de gemeente. Overwegende dat overeenkomstig artikel 1.3.3, § 3, 2e alinea van de VCRO de voorzitter en de vaste secretaris voorgedragen worden door het college van burgemeester en schepenen; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 20 maart 2013 beslist heeft voor te dragen: als voorzitter: voor de periode 2013-2015:Jiri Klokočka; voor de periode 2016-2018: Matthias Dobbels; als vaste secretaris: de gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar; Overwegende dat overeenkomstig artikel 1.3.3, § 3, 1ste alinea van de VCRO de gemeenteraad onder de leden een ondervoorzitter kan aanduiden en dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 20 maart 2013 beslist heeft de gemeenteraad voor te stellen om voor de periode 2013-2015 Matthias Dobbels en voor de periode 20162018 Jiri Klokočka als ondervoorzitter aan te duiden; Overwegende dat de globale samenstelling van de GECORO, op voorstel van het college van burgemeester en schepenen er als volgt uitziet: Effectief Plaatsvervanger Deskundigen Jiri Klokočka Matthias Dobbels Sabine Vanacker Marleen Vandewalle Elke Declerck Arnold Vantieghem
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 206
Jan Feryn Verenigingen - Natuurpunt Gaverstreke - Unizo - Koninklijke landelijke gilde - Vereniging Deerlijkse ondernemers - ACW Deerlijk
Dirk Weydts Veronique Vercaempst Eric Coene Xavier Vanwijnsberghe Patrick Merlier
Vanhaute Ludwine Yves Vandewiele Marijke Degezelle Roos Vermoere Martine Denijs
Overwegende dat in het voorstel van het college van burgemeester en schepenen een evenwichtige vertegenwoordiging van vrouwen en mannen aanwezig is; Overwegende dat naast de deskundigen en de vertegenwoordigers van de maatschappelijke geledingen in de GECORO, volgens artikel 8, 2de alinea van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening, de GECORO ook voor elke vergadering een vertegenwoordiger van elke politieke fractie in de gemeente uitnodigt; Overwegende dat de politieke fracties volgende personen zullen afvaardigen om uitgenodigd te worden als waarnemend lid in de GECORO: voor CD&V: Sabine Deknudt-Michiels als effectieve afgevaardigde en Lien De Ketele als plaatsvervanger; voor N-VA: Jensey Molenschot; voor Open VLD: Bert Schelfhout; voor sp.a: Marleen Depaemelaere; BESLUIT: Art. 1. - De vertegenwoordigers aangeduid door de verenigingen worden als volgt bekrachtigd: Natuurpunt Gaverstreke: Dirk Weydts als effectief lid en Ludwine Vanhaute als plaatsvervanger; Unizo: Veronique Vercaempst als effectief lid en Yves Vande Wiele als plaatsvervanger; Koninklijke Landelijke Gilde (KLG): Eric Coene als effectief lid en Marijke Degezelle als plaatsvervanger; Vereniging van Deerlijkse Ondernemers: Xavier Vanwijnsberghe als effectief lid en Roos Vermoere als plaatsvervanger; ACW afdeling Deerlijk: Patrick Merlier als effectief lid en Martine Denijs als plaatsvervanger. Art. 2. - Volgende personen worden bij geheime stemming als deskundige in de GECORO voorgedragen: Jiri Klokočka: De stemming geeft volgende uitslag: o Jiri Klokočka bekomt 18 stemmen; o er zijn 3 blanco stemmen. Gezien de heer Jiri Klokočka de eenparigheid van de 18 geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt hij aangeduid als deskundige in de GECORO. -
Matthias Dobbels De stemming geeft volgende uitslag: o Matthias Dobbels bekomt 18 stemmen; o er zijn 3 blanco stemmen.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 207
Gezien de heer Matthias Dobbels de eenparigheid van de 18 geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt hij aangeduid als deskundige in de GECORO. -
Sabine Vanacker De stemming geeft volgende uitslag: o Sabine Vanacker bekomt 15 stemmen; o Mercedes Van Volcem bekomt 3 stemmen; o er zijn 3 blanco stemmen. Gezien mevrouw Sabine Vanacker de meerderheid van de 18 geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt zij aangeduid als deskundige in de GECORO. -
Marleen Vandewalle De stemming geeft volgende uitslag: o Marleen Vandewalle bekomt 18 stemmen; o er zijn 3 blanco stemmen. Gezien mevrouw Marleen Vandewalle de eenparigheid van de 18 geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt zij aangeduid als deskundige in de GECORO. Volgende personen worden bij geheime stemming als plaatsvervangers deskundigen voor de GECORO aangeduid: voor de ondervoorzitter: Elke Declercq De stemming geeft volgende uitslag: o Elke Declercq bekomt 18 stemmen; o er zijn 3 blanco stemmen. Gezien mevrouw Elke Declercq de eenparigheid van de 18 geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt zij aangeduid als plaatsvervangend ondervoorzitter in de GECORO. -
voor Sabine Vanacker: Arnold Vantieghem De stemming geeft volgende uitslag: o Arnold Vantieghem bekomt 18 stemmen; o er zijn 3 blanco stemmen. Gezien de heer Arnold Vantieghem de eenparigheid van de 18 geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt hij aangeduid als plaatsvervangend deskundige in de GECORO. -
voor Marleen Vandewalle: Jan Feryn De stemming geeft volgende uitslag: o Jan Feryn bekomt 18 stemmen; o er zijn 3 blanco stemmen. Gezien de heer Jan Feryn de eenparigheid van de 18 geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt hij aangeduid als plaatsvervangend deskundige in de GECORO. Art. 3. - Voor de periode 2013-2015 wordt: Jiri Klokočka benoemd als voorzitter van de GECORO met 18 stemmen en 3 blancostemmen. Matthias Dobbels benoemd als ondervoorzitter van de GECORO met 18 stemmen en 3 blanco-stemmen. Voor de periode 2016-2018 wordt: Matthias Dobbels benoemd als voorzitter van de GECORO met 18 stemmen en 3 blanco-stemmen. Jiri Klokočka benoemd als ondervoorzitter van de GECORO met 18 stemmen en 3 blanco-stemmen. Art. 4. - Als vaste secretaris wordt de gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar aangesteld.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 208
Art. 5. - Als afvaardiging van de politieke fracties zullen volgende personen uitgenodigd worden als waarnemend lid in de GECORO: voor CD&V: Sabine Deknudt-Michiels als effectieve afgevaardigde en Lien De Ketele als plaatsvervanger; voor N-VA: Jensey Molenschot; voor Open VLD: Bert Schelfhout; voor sp.a: Marleen Depaemelaere. Art. 6. - Een afschrift van deze beslissing wordt ter goedkeuring overgemaakt aan de deputatie van de provincie West-Vlaanderen, provinciehuis Boeverbos, Koning Leopold IIIlaan 41 te 8200 Brugge. ----7. Sport - sportraad - statuten en huishoudelijk reglement - bekrachtiging en erkenning sportraad DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op artikel 15, § 1 van het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid dat stipuleert dat het gemeentebestuur dient te beschikken over een sportraad die, op eigen initiatief of op verzoek, autonoom advies geeft over alle gelegenheden die de sportraad belangrijk acht in het kader van het sportbeleid; Overwegende dat het gemeentebestuur moet aantonen dat ze de sportraad heeft betrokken bij de opmaak van de strategische meerjarenplanning met betrekking tot het beleidsveld sport; Overwegende dat de sportraad de jaarrekening met betrekking tot het beleidsveld sport dient te bespreken; Overwegende dat conform het decreet, de sportraad in zijn zitting van 26 februari 2013 werd samengesteld en zijn statuten annex huishoudelijk reglement heeft aangepast en goedgekeurd conform deze nieuwe regelgeving; Gelet op de ter goedkeuring voorliggende statuten en huishoudelijk reglement; Overwegende dat bijgevolg de nieuw samengestelde sportraad kan erkend worden; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 13 maart 2013; Overwegende dat, in het kader van de leesbaarheid en de hanteerbaarheid van de statuten, het aangewezen is om deze integraal te hernemen en niet enkel de voorgestelde wijziging van de statuten ter goedkeuring voor te leggen; Gelet op artikel 43, § 2, 14 en artikel 200, § 1, 2 en 3 van het Gemeentedecreet die, samen genomen, stipuleren dat het inrichten van adviesraden, het organiseren ervan, het vaststellen van de nadere voorwaarden voor de representativiteit en het regelen van de samenstelling, werkwijze en de procedures van deze raden en overlegstructuren behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad; BESLUIT:
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 209
Art. 1 - De statuten en het huishoudelijk reglement, zoals door de nieuw samengestelde sportraad aangenomen in zitting van 26 februari 2013, worden bekrachtigd. Art. 2 - De sportraad, zoals samengesteld in zijn zitting van 26 februari 2013, wordt erkend
Statuten Gemeentelijke sportraad In Deerlijk werd een “Gemeentelijke Sportraad” heropgericht in uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid. HOOFDSTUK I: DOELSTELLING Art. 1 - De sportraad heeft in het algemeen tot doel de sport, de lichamelijke opvoeding en de openluchtrecreatie te bevorderen bij alle inwoners van de gemeente. Hij doet dit onder andere door: Het geven van advies aan de gemeentelijke overheid, hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek, inzake alle aangelegenheden die de sportraad belangrijk acht in het kader van het sportbeleid; Het geven van advies, hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek, inzake planning en uitbouw van sportinfrastructuur in de gemeente; Het tot stand brengen van overleg en samenwerking tussen alle Nederlandstalige sportinitiatieven onder andere sportverenigingen, sportprojecten, instellingen, scholen en organisaties, zowel private als publieke, die sportieve activiteiten ontplooien op het grondgebied van de gemeente; Het voorstellen van op de behoeften afgestemde initiatieven op gebied van sportbeoefening en kaderopleiding; Het verrichten van onderzoek, verzamelen van documentatie en informatie; De deelname aan het geregeld gezamenlijk overleg met andere bestaande raden voor culturele aangelegenheden en de onderlinge uitwisseling van informatie; Het huldigen van de sportlaureaten en kampioenen van de gemeente; Het verstrekken van advies aan het gemeentebestuur in verband met speciale sporttoelagen; Het adviseren van het integraal strategische (sport)meerjarenplan van de gemeente; Het adviseren van de jaarlijks door de gemeente opgemaakte jaarrekening met betrekking tot sport; HOOFDSTUK 2: SAMENSTELLING EN STRUCTUUR Art. 2 - De sportraad moet voldoende representatief zijn voor alle bestaande vormen van sportbeoefening bij de bevolking ( competitiesport, recreatiesport, schoolsport, vrije tijd en hobby en alle andere bestaande vormen van sportbeoefening bij de bevolking) De representativiteit wordt nagestreefd naar doelgroepen, regio’s, leeftijd en geslacht binnen de gemeente. Hij is samengesteld uit een algemene vergadering en een dagelijks bestuur. Ten hoogste twee derde van de leden is van hetzelfde geslacht. ALGEMENE VERGADERING Art. 3 - Het gemeentebestuur moet via de sportraad de actoren betrekken die het Nederlandstalig sportleven bevorderen, zijnde: a) Alle sportverenigingen en - organisaties, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers en een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 210
b) Alle sportorganisaties en instellingen, zowel private als publieke, die werken met professionele beroepskrachten en een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente ( commerciële fitnessinstellingen, sportclubs die personeel tewerkstellen, maneges, private sportclubs…); c) Deskundigen inzake sport, woonachtig in de gemeente; Deskundigen zijn personen die wegens hun bijzondere sportieve bevoegdheid en/of bekwaamheid positief kunnen bijdragen tot de werking van de sportraad; Zij kunnen geen lid zijn van een organisatie die lid is van de sportraad; Art. 4 - Elke Deerlijkse sportvereniging, sportorganisatie, sportinstelling wijst, volledig vrij, een effectief lid aan. Indien dit lid niet aanwezig kan zijn, mag een vervanger optreden als stemgerechtigd lid. Deze leden dienen aan de volgende voorwaarden te voldoen: a) Zij moeten lid zijn van de vereniging, organisatie, instelling die zij vertegenwoordigen; b) Zij mogen niet meer dan een vereniging, organisatie, instelling vertegenwoordigen; Art. 5 - Alle leden van de algemene vergadering van de sportraad zijn stemgerechtigd. Elk lid heeft 1 stem. Art. 6 - Politieke mandatarissen, gemeenteraadsleden en leden van het college van burgemeester en schepenen, kunnen geen deel uitmaken van de sportraad. Enkel de schepen bevoegd voor de sport kan als waarnemer de vergaderingen van de sportraad bijwonen Art. 7 - De sportgekwalificeerde ambtenaar (sportfunctionaris) volgt de vergaderingen van de sportraad als waarnemer. De sportgekwalificeerde ambtenaar (sportfunctionaris) heeft een actieve rol, volgt actiepunten mee op, zoekt mee naar oplossingen en staat in voor de informatiedoorstroming van en naar de sportraad. Hij heeft geen stemrecht. Art. 8 - Een vereniging, organisatie, instelling, deskundige… die lid van de sportraad wenst te worden, dient een aanvraag te richten aan het dagelijks bestuur van de sportraad. Indien ze beantwoordt aan de in artikel 3 gestelde normen, kan men toetreden tot de algemene vergadering Art. 9 - Tot de bevoegdheid van de algemene vergadering behoren: a) De wijziging van de statuten en de ontbinding van de sportraad; b) Het aanvaarden en uitsluiten van leden van de algemene vergadering, zowel van de organisaties als de deskundigen; c) De aanstelling en het ontslag van de bestuurders; d) De aanstelling van de rekeningnazichters; e) De jaarlijkse goedkeuring van de rekeningen en het budget van de sportraad; f) Het verlenen van advies over het meerjarenplan van de gemeente en het jaarlijks verslag; g) Het bepalen van de erkenningvoorwaarden voor lidmaatschap; h) Het goedkeuren en/of wijzigen van het huishoudelijk reglement; Art. 10 - De leden van de algemene vergadering kunnen worden opgesplitst in een aantal secties. Deze secties hebben geen autonome adviesbevoegdheid. Een sectie schoolsport wordt opgericht. Andere secties kunnen worden opgericht als de algemene vergadering van oordeel is dat dit nuttig is voor de werking. DAGELIJKS BESTUUR
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 211
Art. 11 - De algemene vergadering bepaalt op welke manier de leden van het dagelijks bestuur worden verkozen en neemt daartoe de nodige bepalingen op in het huishoudelijk reglement: a) De algemene vergadering kiest (geheime stemming) bij het begin van een nieuwe legislatuur, uit haar leden, onder de voorgedragen kandidaten, zes mensen voor het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur moet samengesteld zijn uit afgevaardigden van alle bestaande sportvormen (competitiesport, recreatiesport, deskundigen, vrije sporters…) uit de gemeente. Er wordt gestreefd naar een gelijkwaardige vertegenwoordiging van elke doelgroep; b) Het dagelijks bestuur duidt een voorzitter, een ondervoorzitter, een secretaris en een penningmeester aan; c) De voorzitter leidt de vergadering. Indien niet aanwezig of verontschuldigd neemt de ondervoorzitter de leiding van de vergadering waar; d) De secretaris woont in principe alle vergaderingen bij en maakt een verslag op dat tijdens de daaropvolgende vergadering ter goedkeuring wordt voorgelegd; e) De penningmeester verzorgt de boekhouding van de sportraad welke bij alle vergaderingen van de sportraad door alle leden kan worden ingezien; f) De duur van de bestuursmandaten bedraagt 6 jaar, behoudens tussentijdse noodzakelijke aanpassingen of vernieuwingen; g) De bestuursmandaten die worden toegekend lopen in principe tot 31 december van het jaar waarin de gemeenteraadsverkiezingen zijn gehouden. De verkiezing van het nieuwe bestuur vindt plaats voor 30 juni van het daaropvolgende jaar. Het zetelende bestuur regelt de hersamenstelling; h) Het dagelijks bestuur zal samenkomen volgens noodwendigheid met uitzondering in de verlofperiode of wanneer het bestuur dit nodig acht; De voorzitter en de secretaris stellen de dagorde op; Art. 12 - De schepen bevoegd voor de sport kan als waarnemer de vergaderingen van het dagelijks bestuur bijwonen. Art. 13 - De sportgekwalificeerde ambtenaar (sportfunctionaris) volgt de vergaderingen van het dagelijks bestuur als waarnemer. De sportgekwalificeerde ambtenaar (sportfunctionaris) heeft een actieve rol, volgt actiepunten mee op, zoekt mee naar oplossingen en staat in voor de informatiedoorstroming van en naar het bestuur. Hij heeft geen stemrecht. Art. 14 - De duur van de mandaten bedraagt 6 jaar, behoudens herverkiezing. Wanneer een mandaat van een lid van het dagelijks bestuur tussentijds vacant wordt, wijst de algemene vergadering een opvolger aan, die het mandaat van zijn voorganger voltooit. Art. 15 - Bij vacatie van de functie van voorzitter en/of ondervoorzitter benoemt het dagelijks bestuur een plaatsvervanger tot de eerstvolgende algemene vergadering. Deze wijst een opvolger aan, die het mandaat van zijn voorganger voltooit. Art. 16 - De bevoegdheden die niet uitdrukkelijk aan de algemene vergadering zijn toegewezen, behoren tot de bevoegdheid van het dagelijks bestuur. HOOFDSTUK 3: REKENINGEN VAN DE SPORTRAAD Art. 17 - Elk jaar worden de rekeningen van het verlopen jaar en het budget van het volgende jaar voorgelegd aan de algemene vergadering. Art. 18 - Alle gelden worden beheerd door de penningmeester. Minstens twee personen, lid van de sportraad, hebben inzagerecht in de rekeningen van de sportraad.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 212
Art. 19 - Bij ontbinding van de sportraad worden de netto kasgelden overgemaakt naar een andere vereniging met een soortgelijk maatschappelijk doel, die door de gemeenteraad, op advies van de algemene vergadering van de sportraad, wordt aangewezen. HOOFDSTUK 4: ERKENNING Art. 20 - De sportraad vraagt zijn erkenning aan het gemeentebestuur en legt daartoe zijn statuten en/of huishoudelijk reglement, en de latere wijzigingen ervan, ter goedkeuring voor. Art. 21 - De gemeenteraad bepaalt, na advies van de sportraad, de voorwaarden en modaliteiten van de oprichting en erkenning van de sportraad en van de werking van de sportraad, inzonderheid betreffende: a) Maatregelen waarmee het recht op informatie van de sportraad ten aanzien van het gemeentebestuur wordt gewaarborgd; b) De wijze van aanvragen en uitbrengen van de adviezen met inbegrip van de termijn binnen dewelke advies dient te worden uitgebracht; c) De termijn binnen dewelke de gemeenteraad een gemotiveerd standpunt nopens de uitgebrachte adviezen inneemt; d) Maatregelen met betrekking tot de openbaarheid van de werkzaamheden van de sportraad; e) De wijze van betrokkenheid van de sportraad bij de opmaak, uitvoering en evaluatie van het meerjaren (sport)beleidsplan; f) De wijze waarop de gemeente toezicht zal houden op de door haar aan de sportraad ter beschikking gestelde financiële middelen; Deze voorwaarden worden neergeschreven in een afsprakennota. Art. 22 - Binnen het kader van het goedgekeurde exploitatiebudget voorziet het gemeentebestuur een werkingstoelage voor de gemeentelijke sportraad. Art. 23 - Het gemeentebestuur stelt een vergaderlokaal ter beschikking aan de sportraad. Art. 24 - De sportraad moet uiterlijk zes maanden volgend op de installatie van de nieuwe gemeenteraad, opnieuw worden opgericht. HOOFDSTUK 5: HUISHOUDELIJK REGLEMENT Art. 25 - In het huishoudelijk reglement wordt verder alles geregeld wat niet door de statuten wordt bepaald. Dit reglement wordt goedgekeurd door de algemene vergadering bij gewone meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden. Wijzigingen worden voorbereid door het dagelijks bestuur van de sportraad en ter goedkeuring aan de algemene vergadering voorgelegd.
Huishoudelijk reglement gemeentelijke sportraad Hoofdstuk 1: algemene vergadering Bepalingen betreffende het bijeenroepen van vergaderingen
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 213
Art. 1 - De algemene vergadering komt minstens 1x maal per jaar samen. Een buitengewone algemene vergadering kan worden bijeengeroepen hetzij door het dagelijks bestuur, hetzij op schriftelijk verzoek van minstens één vijfde van de leden. Art. 2 - Al de leden van de vereniging worden schriftelijk opgeroepen tot de algemene vergadering. De oproepingsbrief vermeldt de agenda. Op de agenda moet elk voorstel worden ingeschreven dat minstens één maand voor de samenkomst schriftelijk door een lid werd ingediend bij de voorzitter of secretaris. De uitnodiging wordt ten minste tien dagen voor de vergadering verstuurd. Voor de buitengewone algemene vergadering geldt dezelfde procedure. Bepalingen betreffende het geldig vergaderen en stemmen Art. 3 - De samenkomsten van de algemene vergadering worden voorgezeten door de voorzitter, bij diens afwezigheid door de ondervoorzitter, en als deze ook niet aanwezig is, door het aanwezige bestuurslid met de hoogste leeftijd. Art. 4 - Behalve bij wijziging van de statuten of bij ontbinding van de sportraad kan de algemene vergadering slechts geldig vergaderen indien minstens de helft van de leden aanwezig is. Als dit aantal niet wordt bereikt, wordt binnen de veertien dagen een buitengewone algemene vergadering samengeroepen met dezelfde agenda, welke geldig beslist bij gewone meerderheid, ongeacht het aantal aanwezige leden. Bij de oprichting of heroprichting van de sportraad kan de algemene vergadering geldig vergaderen ongeacht het aantal aanwezige leden. Art. 5 - De effectieve leden kunnen zich op de samenkomsten van de algemene vergadering laten vervangen door hun plaatsvervanger. Art. 6 - Behalve bij uitsluiting van de leden, bij wijziging van de statuten of bij ontbinding van de sportraad, worden de beslissingen van de algemene vergadering genomen bij gewone meerderheid van stemmen. Art. 7 - Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter beslissend. Indien deze staking van stemmen zich voordoet bij geheime stemming, volgt een herstemming. Bij een nieuwe staking van stemmen wordt de geheime stemming naar een buitengewone algemene vergadering verwezen en dit binnen de veertien dagen. Art. 8 - Met onthoudingen wordt geen rekening gehouden voor het bepalen van het quorum inzake gewone meerderheid. Art. 9 - De stemming is geheim telkens als het om personen gaat of als twee vijfde van de aanwezige leden hierom verzoeken. Bepalingen betreffende het goedkeuren of wijzigen van de statuten en ontbinding van de sportraad Art. 10 - De algemene vergadering kan de statuten slechts goedkeuren of wijzigen indien de goed te keuren tekst of de aan te brengen wijziging in de oproepingsbrief vermeld is en wanneer minimum twee derde van de leden op de vergadering aanwezig is. Tot wijziging kan enkel worden besloten met een twee derde meerderheid van de stemmen. Is twee derde van de leden op de eerste vergadering niet aanwezig, dan kan een tweede vergadering bijeengeroepen worden. Deze kan bij gewone meerderheid beraadslagen en besluiten, ongeacht het aantal aanwezige leden. De wijziging van de statuten wordt voorbereid door de raad van bestuur van de sportraad
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 214
Art. 11 - De algemene vergadering kan slechts dan de ontbinding van de sportraad uitspreken, wanneer twee derde van haar leden aanwezig is. Wordt aan deze vereiste niet voldaan, dan kan een tweede vergadering bijeengeroepen worden die geldig beraadslaagt en besluit, ongeacht het aantal aanwezige leden. Besluiten worden genomen met twee derde van de aanwezige leden. Bepalingen betreffende aan- en uitsluiting van de leden Art. 12 - Elk Nederlandstalig sportinitiatief, onder andere sportverenigingen, sportprojecten, instellingen, scholen en organisaties, zowel private als publieke, die sportieve activiteiten ontplooien op het grondgebied van de gemeente, of door omstandigheden moet uitwijken naar een nabijgelegen zwembad, kan lid worden van de sportraad. Het dient daarvoor een schriftelijke aanvraag te sturen naar het dagelijks bestuur van de sportraad. Art. 13 - Een sportinitiatief is ontslagnemend wanneer zij zijn ontslag schriftelijk ter kennis brengt aan het dagelijks bestuur van de sportraad. Dit ontslag moet ondertekend zijn door de voorzitter en twee leden van het bestuur van het betrokken sportinitiatief. Deze organisatie is geen lid meer vanaf de volgende algemene vergadering. Art. 14 - Bij een niet verwittigde afwezigheid op twee opeenvolgende vergaderingen is een sportinitiatief (lid) automatisch ontslagnemend. Dit sportinitiatief is geen lid meer vanaf de volgende algemene vergadering. Voor de deskundigen wordt dezelfde procedure gevolgd. Art. 15 - Een vertegenwoordiger verliest het mandaat van lid van de algemene vergadering door het niet meer voldoen aan één van de voorwaarden gesteld in artikel 3 van de statuten. Deze vertegenwoordiger is geen lid meer vanaf de volgende algemene vergadering. Art. 16 - De uitsluiting van een lid kan slechts door de algemene vergadering en met een twee derde meerderheid van de stemmen uitgesproken worden. Art. 17 - De deskundigen moeten aanvaard worden door de algemene vergadering met gewone meerderheid van stemmen. Deskundigen zijn personen die wegens hun bijzondere sportieve bevoegdheid en/of bekwaamheid positief kunnen bijdragen tot de werking van de sportraad. Hoofdstuk 2: dagelijks bestuur Bepalingen betreffende de leden Art. 18 - Het aantal bestuursmandaten wordt bepaald door de algemene vergadering. De bestuursleden worden via geheime stemming verkozen. Art. 19 - Aftredende leden zijn herkiesbaar. Bepalingen betreffende de verkiezing van de leden van het dagelijks bestuur Art. 20 - Elk lid van de algemene vergadering kan zoveel stemmen uitbrengen als er vacante plaatsen zijn in het dagelijks bestuur. De personen met de meeste stemmen worden verkozen. Wanneer er een gelijkheid van stemmen is voor de laatste plaats, heeft een herstemming plaats tussen de twee of meerdere betrokkenen. Wanneer er dan nog een gelijk aantal stemmen is, wordt de jongste in leeftijd aangeduid.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 215
Art. 21 - De voorzitter wordt door het dagelijks bestuur verkozen met gewone meerderheid van stemmen. Wanneer geen van de kandidaten de gewone meerderheid behaalt, heeft een herstemming plaats tussen de twee kandidaten met het hoogst aantal stemmen in de eerste stemronde, tenzij meerdere kandidaten evenveel stemmen behaalden. Wanneer er dan nog een gelijk aantal stemmen is, wordt de jongste in leeftijd aangeduid. Art. 22 - De ondervoorzitter wordt door het dagelijks bestuur verkozen volgens dezelfde procedure als de voorzitter. Bepalingen betreffende het bijeenroepen van de vergaderingen, het geldig vergaderen en stemmen Art. 23 - Het dagelijks bestuur van de sportraad komt samen volgens noodwendigheid. Een schriftelijke uitnodiging wordt tenminste acht dagen tevoren verstuurd. De oproepingsbrief vermeldt de agenda. Art. 24 - Opdat een geldig besluit kan genomen worden is de aanwezigheid vereist van de helft plus één van de leden van het dagelijks bestuur. Is die voorwaarde niet vervuld, dan wordt het dagelijks bestuur binnen de acht dagen opnieuw samen geroepen met dezelfde agenda en kan het geldig besluiten nemen ongeacht het aantal aanwezige leden. Art. 25 - Besluiten van het dagelijks bestuur worden door de leden genomen bij gewone meerderheid. Art. 26 - Verder zijn de bepalingen vervat in de artikels 7, 8, en 9 van dit reglement, ook van toepassing op het dagelijks bestuur. Bepalingen betreffende vertegenwoordiging
het
tekenen
van
de
documenten
en
de
externe
Art. 27 - Om geldig te zijn dienen alle uitgaande documenten ondertekend te zijn door de voorzitter en de secretaris van het dagelijks bestuur. Art. 28 - De sportraad wordt extern vertegenwoordigd door de voorzitter en de secretaris van de sportraad. Bepalingen betreffende het verstrekken van adviezen Art. 29 - De sportraad zal de adviezen die het uitbrengt steeds schriftelijk bezorgen aan het college van burgemeester en schepenen en in de adviezen melding maken van: 1. de wijze waarop het advies tot stand kwam met duidelijke opgave welke betrokkenen op welke manier geconsulteerd werden; 2. de argumentatie die geleid heeft tot de standpuntbepaling in het advies; 3. duidelijke weergaven van het standpunt van de adviesraad met vermelding van afwijkende meningen of minderheidsstandpunten. De tekst van de adviezen maakt steeds deel uit van het desbetreffende dossier dat wordt voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen of de gemeenteraad; Art. 30 - Het gemeentebestuur zal binnen een termijn van 4 weken te rekenen vanaf de datum dat het advies bij het gemeentebestuur toekwam, een schriftelijk gemotiveerd antwoord of een uittreksel van de beslissing op het advies bezorgen aan de erkende sportraad. Eventuele afwijkingen op het uitgebrachte advies zullen eveneens duidelijk gemotiveerd worden door het bestuur. Indien de verdere behandeling van het dossier
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 216
langere tijd vraagt, zal het gemeentebestuur binnen de 6 weken een antwoord bezorgen met melding van de procedure die het dossier nog verder moet volgen en de opgave van de datum waarop een definitief antwoord aan de sportraad zal bezorgd worden. Art. 3. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan: - de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge; - de voorzitter van de sportraad, Eddy Ameye, Stationsstraat 341, 8540 Deerlijk. ----8. Sport - interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ - werkjaar 2012 - goedkeuring jaarverslag en rekening DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 29 maart 2007 houdende het oprichten van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ samen met volgende gemeenten: Anzegem, Avelgem, Harelbeke, Kuurne, Spiere-Helkijn, Waregem, Wielsbeke en Zwevegem; Overwegende dat overeenkomstig artikel 12, 15 en 16 van de overeenkomst tot oprichting van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ de rekening samen met het jaarverslag, dient aan de gemeenteraad ter goedkeuring voorgelegd te worden; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, inzonderheid artikel 3 tot en met 9; Gelet op voorliggende rekening 2012 en bijhorend jaarverslag van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 27 februari 2013; Gelet op artikel 43, § 2 ,10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere aanpassingen dat stipuleert dat de gemeenteraad exclusief bevoegd is voor voorliggende materie gezien enerzijds het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en anderzijds de in alinea 1 vermelde gemeenteraadsbeslissing de bevoegdheid tot het goedkeuren van het jaarverslag en de rekening van een interlokale vereniging aan de gemeenteraad opdraagt; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - De rekening 2012 en het bijhorend jaarverslag van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ wordt goedgekeurd. Art. 2. - Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan: - de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge; - ter kennisgeving aan de voorzitter van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ de heer Steven Lefebvre, Rijksweg 314, 8710 Wielsbeke. -----
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 217
9. Sport - ‘Interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ - beslissing tot verderzetting en goedkeuring van de overeenkomst met statutaire draagkracht en aanduiden vertegenwoordigers beheerscomité DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 29 maart 2007 houdende het afsluiten van een overeenkomst betreffende de oprichting van een interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ met de gemeenten en steden Zwevegem, Kuurne, Waregem, Deerlijk, Wielsbeke, Anzegem, Avelgem, Spiere-Helkijn en Harelbeke; Overwegende dat het voorliggende ontwerp van overeenkomst in overeenstemming is met het decreet intergemeentelijke samenwerking van 6 juli 2001 inzonderheid artikel 3 tot en met 9; Overwegende dat het aangewezen is, ter wille van het financieel belang van de gemeente aan de burensportdienst de structuur van een interlokale vereniging te geven; Overwegende dat interlokale verenigingen voor eenmalige projecten nog een provinciale subsidie zullen kunnen krijgen; Overwegende dat de gemeente Spiere-Helkijn niet meer wenst te participeren in de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’; Overwegende dat naar aanleiding van de vernieuwing van de gemeenteraden een effectief en een plaatsvervangend vertegenwoordiger per deelnemende gemeente dient aangeduid te worden om te zetelen in het beheerscomité van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’; Overwegende dat in de overeenkomst van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ onder artikel 7 ‘samenstelling beheerscomité’ gestipuleerd staat dat de schepen van sport aangeduid wordt als afgevaardigde van de deelnemende gemeente en de plaatsvervangende afgevaardigde dient eveneens lid van het college te zijn; Overwegende dat er geen financiële verplichtingen/kosten verbonden zijn aan de werking van burensportdienst; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 6 maart 2013 reeds zijn principiële goedkeuring gaf aan de verderzetting van de interlokale vereniging ‘ Burensportdienst’ voor de komende legislatuur; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeendecreet dat stipuleert dat het aanwijzen van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen geheim gestemd wordt; Gelet op artikel 43, § 2, 5° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het beslissen tot vertegenwoordiging in instellingen, verenigingen en ondernemingen tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gelet op het Gemeentedecreet, meer bepaald de artikelen 248 tot 260 betreffende het algemeen administratief toezicht op de gemeenten; BESLUIT: Art. 1. - Conform artikel 7 van de overeenkomst van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’, is de schepen van sport, in casu mevrouw Ann Accou, de effectieve afgevaardigde van de gemeente in deze interlokale vereniging.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 218
Art. 2. - Er wordt overgegaan tot de verkiezing van een plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente in de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’, die conform artikel 7 van de overeenkomst van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ , een lid van het college van burgemeester en schepenen - een andere dan de schepen van sport - dient te zijn: De geheime stemming geeft volgende uitslag: - de heer Claude Croes bekomt 20 stemmen - de heer Jo Tijtgat bekomt 1 stem Gezien de heer Claude Croes, burgemeester, wonende Driesknoklaan 108 te 8540 Deerlijk, de volstrekte meerderheid van de 21 geldig uitgebrachte stemmen bekomt, wordt hij aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente in de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’. Art. 3. - Met eenparigheid van stemmen wordt beslist dat de gemeente Deerlijk verder zal participeren in de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ met volgende andere gemeenten en steden: Anzegem, Avelgem, Harelbeke, Kuurne, Waregem, Wielsbeke en Zwevegem. Art. 4. - De overeenkomst met statutaire draagkracht wordt goedgekeurd als volgt:
OVEREENKOMST BETREFFENDE DE OPRICHTING VAN EEN INTERLOKALE VERENIGING “BURENSPORTDIENST” Tussen de hierna vermelde steden en/of gemeenten, alhier vertegenwoordigd zoals nader aangeduid, is overeengekomen de interlokale vereniging “Burensportdienst” verder te zetten, beheerst door de toepasselijke bepalingen van het decreet van 6 juli.2001 houdende de interlokale samenwerking: De gemeente Anzegem, met zetel te Anzegem, Dorpsplein 10, alhier vertegenwoordigd door… , voorzitter van de gemeenteraad en.., secretaris, handelend in naam en voor rekening van de gemeente Anzegem, in uitvoering van een gemeenteraadsbeslissing van …; De gemeente Avelgem, met zetel te Avelgem, Kortrijkstraat 8, alhier vertegenwoordigd door… voorzitter van de gemeenteraad en …secretaris, handelend in naam en voor rekening van de gemeente Avelgem, in uitvoering van een gemeenteraadsbeslissing van …..; De gemeente Deerlijk, met zetel te Deerlijk, Harelbekestraat 27, alhier vertegenwoordigd door de heer Claude Croes, voorzitter van de gemeenteraad en mevr. Trees Longueville, secretaris, handelend in naam en voor rekening van de gemeente Deerlijk, in uitvoering van de gemeenteraadsbeslissing van 28 maart 2013; De stad Harelbeke, met zetel te Harelbeke, Marktstraat 29, alhier vertegenwoordigd door .. , voorzitter van de gemeenteraad en…, secretaris, handelend in naam en voor rekening van de stad Harelbeke in uitvoering van een gemeenteraadsbeslissing van…; De gemeente Kuurne, met zetel te Kuurne, Marktplein, 9, alhier vertegenwoordigd door de heer , voorzitter van de gemeenteraad en secretaris, handelend in naam en voor rekening van de gemeente Kuurne, in uitvoering van een gemeenteraadsbeslissing van …; De stad Waregem, met zetel te Waregem, Gemeenteplein, 2, alhier vertegenwoordigd door .. ,voorzitter van de gemeenteraad en …secretaris, handelend in naam en voor rekening van de stad Waregem, in uitvoering van een gemeenteraadsbeslissing van …;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 219
De gemeente Wielsbeke, met zetel te Wielsbeke, Rijksweg 314, alhier vertegenwoordigd door…, voorzitter van de gemeenteraad en… secretaris , handelend in naam en voor rekening van de gemeente Wielsbeke, in uitvoering van een gemeenteraadsbeslissing van …; De gemeente Zwevegem, met zetel te Zwevegem, Otegemstraat, 100 , alhier vertegenwoordigd door.. , voorzitter van de gemeenteraad en de… secretaris, handelend in naam en voor rekening van de de gemeente Zwevegem , in uitvoering van een gemeenteraadsbeslissing van ...; Voormelde partijen, handelend zoals hiervoor aangegeven, hebben de inhoud van de overeenkomst met statutaire draagkracht vastgesteld als volgt : HOOFDSTUK 1 NAAM, DOEL, DUUR, VERLENGING EN OPZEGMOGELIJHKHEID Art. 1 - Naam van de interlokale vereniging. De interlokale vereniging draagt de naam ‘Burensportdienst’, afgekort BSD. De term interlokale vereniging zal steeds aan de naam of de afkorting worden toegevoegd. Art. 2 - Doel van de interlokale vereniging. De ‘Burensportdienst’ heeft als doelstelling het sportbeleid - in de ruime zin van het woord - van de voormelde participanten af te stemmen en te stimuleren. De specifieke doelstellingen, kaderend binnen voormelde algemene doelstelling, zijn de volgende: -
-
-
-
Functioneren als een overlegplatform tussen de participanten voor de schepenen van sport en de sportfunctionarissen waarop - ook over concrete zaken die hun belang hebben voor het gemeentelijk sportbeleid - ervaringen en informatie kunnen worden uitgewisseld. Een zo groot mogelijk rendement van de in de participerende gemeenten aanwezige sportinfrastructuur nastreven. Aansluitend aan het voorgaande punt, aanbieden aan de bevolking van een gemeenteoverschrijdend activiteitenpakket zonder bijkomende financiële lasten voor de gemeente. Organisatie van bijscholingsdagen en opleidingen voor lesgevers, medewerkers sportdiensten en sportclubs en gemeentelijke mandatarissen in materies die verband houden met de sport en het sportbeleid. Uitvoeren van studies en het verzamelen van informatie en documentatie in verband met voormelde algemene en concrete doelstellingen.
Art. 3 - Duurtijd, verlenging en opzegmogelijkheid. De interlokale vereniging wordt aangegaan voor een periode van 6 jaar, ingaand op datum van de ondertekening van de overeenkomst. Zij kan worden verlengd mits beslissing van de deelnemers, genomen binnen de oorspronkelijke duurtijd. In ieder geval is iedere stilzwijgende verlenging uitgesloten. Zodoende komt, bij gebreke aan voormelde verlenging, aan de vereniging van rechtswege een einde bij het doorlopen van voormelde termijn. Tijdens de periode waarvoor de interlokale vereniging wordt afgesloten is geen uittreding mogelijk.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 220
HOOFDSTUK 2 - ZETEL, INZET VAN PERSONEEL Art. 4 - Zetel, vertegenwoordiging. Zonder dat deze clausule kan worden beschouwd als aanstelling tot beherende gemeente, wordt de zetel van de vereniging gevestigd in de gemeente Deerlijk op volgend adres: Harelbekestraat 27. Art. 5 - Inzet van personeel. Iedere participant zal het noodzakelijke personeel inzetten ten behoeve van de activiteiten die kaderen in de doelstellingen van artikel 2. Alle rechten van het ten behoeve van het samenwerkingsverband ingezette gemeentepersoneel blijven onverlet. In het bijzonder wordt erop gewezen dat de genoemde personeelsleden gemeentepersoneel blijven en zodoende onderworpen blijven aan alle dekkingen van door de gemeente afgesloten polissen. Desnoods zullen de participerende gemeenten met hun verzekeraars de daartoe noodzakelijke uitbreidingen van hun polissen dienen af te sluiten. HOOFDSTUK 3 - INBRENG VAN DE DEELNEMERS EN WIJZE WAAROP DEZE INBRENG WORDT BEHEERD Art. 6 - Inbreng. De participerende gemeenten dienen geen financiële inbreng te doen. HOOFDSTUK 4 - BEHEERSCOMITE, HUISHOUDELIJK REGLEMENT EN INTERNE ORGANISATIE Art. 7 - Samenstelling beheerscomité Binnen de vereniging bestaat een beheerscomité. Het beheerscomité is samengesteld uit een afgevaardigde van elke partij bij onderhavige overeenkomst. Partijen stellen eveneens een plaatsvervangende afgevaardigde aan. De plaatsvervangende afgevaardigde vervangt de afgevaardigde die tijdelijk belet is. Wat de participerende gemeenten betreft is de afgevaardigde de schepen binnen het college van burgemeester en schepenen als schepen van sport aangeduid. De plaatsvervangende afgevaardigde dient eveneens lid van het college te zijn. De leden van het beheerscomité worden benoemd voor de duur van de interlokale vereniging, onverminderd de mogelijkheid van de gemeenteraden het mandaat van hun vertegenwoordigers in te trekken en onverminderd de beëindiging van rechtswege van het mandaat van de leden van het beheerscomité van zodra zij hun hoedanigheid van schepen van sport - cq. voor de plaatsvervanger - schepen verliezen. Art. 8 - Bevoegdheden van het beheerscomité, quorum en wijze van beslissen. Tot de bevoegdheid van het beheerscomité behoren: - het overleg over de wijze waarop onderhavige overeenkomst wordt uitgevoerd; - het vaststellen van het programma voor het volgende werkjaar; - het vaststellen van de rekeningen van de interlokale vereniging; - de opmaak van het jaarverslag;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 221
Het beheerscomité kan slechts geldig vergaderen indien de meerderheid van de vertegenwoordigers van de participanten aanwezig is. Wordt dit quorum niet bereikt, dan kan het beheerscomité over de punten die voor een tweede maal op de agenda voorkomen beraadslagen en beslissen, ongeacht het aantal aanwezige vertegenwoordigers. De tweede oproeping gebeurt overeenkomstig de bepalingen van artikel 10 hierna. In deze tweede oproep wordt er uitdrukkelijk gewezen op het feit dat het beheerscomité over de punten die voor de tweede maal op de agenda voorkomen zal kunnen beraadslagen en beslissen, ongeacht het aantal aanwezige vertegenwoordigers. Ieder vertegenwoordiger van de participanten beschikt over een stem. Het beheerscomité neemt zijn beslissingen met een volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen. Zodoende worden de onthoudingen voor de berekening van de meerderheid niet in rekening gebracht. Art. 9 - Huishoudelijk reglement. De organisatie van de werkzaamheden wordt door het beheerscomité geregeld in een huishoudelijk reglement. Dit huishoudelijk reglement wordt bij de overeenkomst gevoegd zonder er evenwel deel van uit te maken. Art. 10 - Vergaderritme en samenroeping. Het beheerscomité vergadert minstens 1 maal per kalenderjaar. De uitnodiging, die de agenda bevat, wordt minstens 10 kalenderdagen voor de vergaderdatum verstuurd. De vergaderingen van het beheerscomité worden samengeroepen door de voorzitter, aan te duiden volgens de procedure en voor de duur zoals te bepalen in het voormelde huishoudelijk reglement. Indien minstens een derde van de vertegenwoordigers van de participanten daartoe verzoekt, is de voorzitter verplicht het beheerscomité samen te roepen. Samen met de agenda worden aan de leden alle relevante stukken opgestuurd. Wat de rekening betreft dient een exemplaar van de rekening, met uitzondering van de bewijsstukken, mee te worden toegestuurd. Zulks geldt eveneens voor het jaarverslag en het programma voor het volgende werkjaar. De bewijsstukken bij de rekening zijn ter inzage op de zetel van de interlokale vereniging. Art. 11 - Adviesraad en verdere interne organisatie. Het beheerscomité wordt - wat de vertegenwoordigers van de gemeenten betreft - in zijn werkzaamheden bijgestaan door een adviesraad van ambtenaren. Iedere gemeente kan een adviserend ambtenaar en een plaatsvervanger aanwijzen. De plaatsvervanger vervangt de effectief die tijdelijk belet is. Voormelde adviesraad van ambtenaren functioneert als dagelijks bestuur, bereidt de vergaderingen van het beheerscomité voor, en staat in voor de concrete begeleiding van de activiteiten kaderend in de voormelde doelstellingen. De adviesraad vergadert op regelmatige basis, telkens in een andere participerende gemeente. De adviserende ambtenaar of zijn hiervoor vermelde plaatsvervanger van de gemeente waarin wordt vergaderd stelt de agenda samen, rekening houdend met het
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 222
jaarprogramma, onverminderd de mogelijkheid van ieder lid van de adviesraad nog ter zitting punten toe te voegen. De adviserende ambtenaar of zijn hiervoor vermelde plaatsvervanger van de gemeente waarin wordt vergaderd stelt het verslag van de adviesraad en het beheerscomité op. Hij handelt tevens overeenkomstig artikel 15. HOOFDSTUK 5 - FINANCIEEL BEHEER EN FINANCIELE CONTROLE Art. 12 - Goedkeuring van de rekeningen en bestemming van het resultaat. De rekening van de interlokale vereniging wordt jaarlijks ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten. De interlokale vereniging zorgt ervoor dat de rekening en de bijhorende verantwoordingsstukken aan de participerende gemeenten worden overgemaakt uiterlijk binnen de twee maand na afsluiting van het voorgaande werkjaar. Een werkjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. De rekening is goedgekeurd indien de gewone meerderheid van de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten ze goedkeurt. Het eventueel positief resultaat van de rekening blijft in de vereniging en wordt wat iedere participant betreft in diens voordeel aangerekend op de naderhand in de vereniging in te brengen bedragen. Art. 13 - Financieel beheer. De aan de vereniging ter beschikking gestelde financiële middelen worden beheerd door de penningmeester die verantwoording verschuldigd is aan het beheerscomité. Art. 14 - Financiële controle. Iedere participant heeft het recht de boekhouding en de rekening van de interlokale vereniging door een door haar aan te duiden persoon of instantie te laten controleren. HOOFDSTUK 6 OVERIGE WEDERZIJDSE RECHTEN EN PLICHTEN, INFORMATIEVERSTREKKING AAN DE DEELNEMERS, JAARLIJKSE EVALUATIE DOOR DE GEMEENTERADEN Art. 15 - Informatieverstrekking aan de deelnemers. De verslagen van de vergaderingen van het beheerscomité worden binnen de maand aan de participerende gemeenten toegestuurd, alwaar ze ter inzage zijn van de gemeenteraadsleden overeenkomstig de bepalingen van het Gemeentedecreet. Samen met de rekening wordt aan de participanten een jaarverslag ter beschikking gesteld. Dit jaarverslag wordt - wat de deelnemende gemeenten betreft - samen met de rekening aan de gemeenteraad ter goedkeuring voorgelegd. Ter gelegenheid van de behandeling van dit jaarverslag geeft de vertegenwoordiger van de gemeente in de interlokale vereniging toelichting in de gemeenteraad. Art. 16 - Jaarlijkse evaluatie door de gemeenteraden.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 223
De jaarlijkse evaluatie in de gemeenteraden gebeurt ter gelegenheid van bespreking van het jaarverslag. HOOFDSTUK 7 - VEREFFENING Art. 17 – Vereffening. Wanneer aan het bestaan van de vereniging een einde komt, wordt door de participanten in gezamenlijk akkoord een vereffenaar aangesteld. De in de vereniging aanwezige middelen worden in gelijke delen verdeeld onder de participerende gemeenten. Aldus gedaan te …. op … in acht exemplaren waarvan elk der voornoemde partijen erkennend één exemplaar te hebben ontvangen. Art. 5. - Een voor eensluidend verklaard afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de voorzitter van de interlokale vereniging ‘Burensportdienst’ mevrouw Sybille Geenens, Landergemstraat 1 te 8540 Anzegem. ----10. POB - Gemeentelijke beheerscommissie van de plaatselijke openbare bibliotheek samenstelling en aanduiden vertegenwoordigers politieke partijen en gebruikers DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissingen van 30 september 1993 houdende de oprichting en samenstelling van de gemeentelijke beheerscommissie van de plaatselijke openbare bibliotheek (POB) waarbij gekozen werd om de beheerscommissie samen te stellen uit 14 leden, waarvan 7 leden voor de politieke kant en 7 leden voor de gebruikerskant; Overwegende dat de gemeentelijke beheerscommissie van de POB wordt samengesteld conform artikel 9 b van het Cultuurpact; Gelet op het decreet lokaal cultuurbeleid van 6 juli 2012 betreffende het Lokaal Cultuurbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 oktober 2012 ter uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 betreffende het Lokaal Cultuurbeleid; Overwegende dat de beheerscommissie van de POB steeds in haar geheel dient vernieuwd te worden, uiterlijk drie maanden na de installatie van de gemeenteraad; Gelet op artikel 200, § 1 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 die stipuleert dat de politieke mandaten in de gemeentelijke beheerscommissie van de POB verdeeld worden volgens het proportionele stelsel;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 224
Overwegende dat bij toepassing hiervan in de huidige context de verdeling als volgt is: 4 vertegenwoordigers voor CD&V en telkens 1 vertegenwoordiger voor N-VA, Open VLD en sp.a; Gelet op de binnengekomen kandidatuurstellingen van de partijen: - voor CD&V Sabine Michiels-Deknudt Regine Rooryck Toon Callewaert Julien Van Eeckhoutte - voor N-VA Piet Toye - voor Open VLD Margo De Bakker - voor sp.a Tundie D’hont Gelet op de binnengekomen kandidaturen voorgedragen door de algemene vergadering van de cultuurraad op 6 maart 2013: Els Beunens; Serge Everaert; Marleen Lippens; Sylvie Mespreuve; Luk Schelfhout; Christine Vermeulen; Dorine Wante; Overwegende dat alle kandidaten voldoen aan de gestelde voorwaarden; Gelet op artikel 252 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten; NEEMT AKTE: De personen die als vertegenwoordiger van de politieke partijen worden opgenomen in de gemeentelijke beheerscommissie van de POB zijn de volgende: - voor CD&V Sabine Michiels-Deknudt Regine Rooryck Toon Callewaert Julien Van Eeckhoutte - voor N-VA Piet Toye - voor Open VLD Margo De Bakker - voor sp.a Tundie D’hont. De personen die als vertegenwoordigers van de ideologische en filosofische strekkingen en gebruikers, zoals aangeduid in de algemene vergadering van de cultuurraad van 6 maart 2013, worden opgenomen in de gemeentelijke beheerscommissie van de POB zijn de volgende: Els Beunens; Serge Everaert;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 225
Marleen Lippens; Sylvie Mespreuve; Luk Schelfhout; Christine Vermeulen; Dorine Wante. Deze beslissing zal overgemaakt worden aan de Vlaamse overheid - Agentschap SociaalCultureel Werk voor Jeugd en Volwassenen - Lokaal Cultuurbeleid, Arenbergstraat 9 te 1000 Brussel. ----11. Gemeentelijke adviesraad voor vertegenwoordigers politieke partijen
personen
met
beperkingen
-
aanduiden
DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 27 maart 2008 houdende de oprichting van de gemeentelijke adviesraad voor personen met beperkingen kortweg adviesraad PmB en de goedkeuring van de statuten; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 houdende de goedkeuring van de wijziging van de statuten van de adviesraad PmB; Overwegende dat artikel 2, punt b van supra vermelde statuten stipuleert dat de nietstemgerechtigde leden van de adviesraad PmB bestaan uit 7 leden - die een politiek mandaat bekleden binnen het gemeentebestuur en/of het OCMW; - het aantal niet-stemgerechtigde leden verdeeld wordt over de in de gemeenteraad zetelende politieke partijen volgens het proportionele stelsel; - waarbij in het contingent dat wordt toegekend aan de partij(en) die deel uitma(a)k(t)en van het college van burgemeester en schepenen de schepen van sociale zaken en de schepen bevoegd voor toegankelijkheid begrepen zijn; Overwegende dat bij toepassing hiervan in de huidige context de verdeling als volgt is: 4 vertegenwoordigers voor CD&V en telkens 1 vertegenwoordiger voor N-VA, Open VLD en sp.a. waarbij in het contingent van CD&V schepen van sociale zaken Kaat Olivier en schepen van toegankelijkheid Jo Tijtgat, begrepen zijn; Overwegende dat bij de aanvang van een nieuwe legislatuur alle gemeentelijke raden, overlegstructuren en commissies opnieuw dienen samengesteld te worden, zo ook de adviesraad PmB; Gelet op artikel 200, § 1 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren; Gelet op de binnengekomen kandidatuurstellingen van de partijen: - voor CD&V Kaat Olivier als schepen van sociale zaken Jo Tijtgat als schepen van toegankelijkheid Marleen Prat Janneke Depla
G.13.03
-
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 226
voor N-VA Rita Joseph voor Open VLD Wim Vermeulen voor sp.a Gino Baert;
Overwegende dat alle kandidaten voldoen aan de gestelde voorwaarden; Gelet op artikel 200, § 2 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat hoogstens twee derde van de leden van de raden en overlegstructuren van hetzelfde geslacht mag zijn; Gelet op artikel 252 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten; NEEMT AKTE: De personen die als vertegenwoordiger van de politieke partijen worden opgenomen in de adviesraad PmB zijn de volgende: - voor CD&V Kaat Olivier als schepen van sociale zaken Jo Tijtgat als schepen van toegankelijkheid Marleen Prat Janneke Depla - voor N-VA Rita Joseph - voor Open VLD Wim Vermeulen - voor sp.a Gino Baert. ----12. Cultuur - Raad van Bestuur vertegenwoordigers politieke partijen
van
het
gemeenschapscentrum
-
aanduiden
DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Overwegende dat het bestuur van het gemeenschapscentrum, overeenkomstig de bepalingen van artikel 9 b van de wet van 16 juli 1973 waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen wordt gewaarborgd, toevertrouwd wordt aan een beheersorgaan dat is samengesteld enerzijds uit vertegenwoordigers van de inrichtende overheid en anderzijds uit vertegenwoordigers van gebruikers; Gelet op het decreet lokaal cultuurbeleid van 6 juli 2012 betreffende het Lokaal Cultuurbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 oktober 2012 ter uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 betreffende het Lokaal Cultuurbeleid;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 227
Overwegende dat bij de aanvang van een nieuwe legislatuur alle gemeentelijke raden en beheersorganen opnieuw dienen samengesteld te worden, zo ook het beheersorgaan van het Gemeenschapscentrum; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 12 juli 2012 en 28 februari 2013 houdende goedkeuring van de aanpassing van het organiek reglement van de Raad van Bestuur van het Gemeenschapscentrum; Overwegende dat in bovenvermelde gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 beslist werd om artikel 6 § 2, § 3 en § 5 eerste alinea inzake ‘leden’ van het organiek reglement van de Raad van Bestuur van het gemeenschapscentrum, aan te passen in die zin dat: - de vertegenwoordigers van de inrichtende macht en de vertegenwoordigers van de gebruikers bepaald wordt op telkens 7; - de vertegenwoordigers van de inrichtende macht volgens het principe van het proportioneel stelsel worden verdeeld over de in de gemeenteraad zetelende politieke partijen; Overwegende dat bij toepassing hiervan in de huidige context de verdeling als volgt is: 4 vertegenwoordigers voor CD&V en telkens 1 vertegenwoordiger voor N-VA, Open VLD en sp.a; Gelet op de binnengekomen kandidatuurstellingen van de partijen: - voor CD&V Regine Vanwynsberghe-Rooryck Yves Pynaert Martine Denys Toon Callewaert - voor N-VA Dominique Demeulemeester - voor Open VLD Geert Verschuere - voor sp.a Alexandra Cneude; Overwegende dat alle kandidaten voldoen aan de gestelde voorwaarden; Overwegende dat de Raad van Bestuur van het Gemeenschapscentrum steeds in haar geheel dient vernieuwd te worden, uiterlijk zes maanden na de installatie van de gemeenteraad; Gelet op artikel 200, § 1 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren; Gelet op artikel 252 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten; NEEMT AKTE: De personen die als vertegenwoordiger van de politieke partijen worden opgenomen in de Raad van Bestuur van het Gemeenschapscentrum zijn de volgende: - voor CD&V Regine Vanwynsberghe-Rooryck
G.13.03
-
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 228
Yves Pynaert Martine Denys Toon Callewaert voor N-VA Dominique Demeulemeester voor Open VLD Geert Verschuere voor sp.a Alexandra Cneude. -----
13. Lokaal Overleg Kinderopvang - samenstelling - bekrachtiging DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2007 houdende het lokaal beleid kinderopvang; Overwegende dat conform artikel 7 van het in eerste alinea vermelde besluit van de Vlaamse Regering het LOK minstens samengesteld is uit: - een vertegenwoordiging van de lokale actoren, rekening houdend met de verscheidenheid en representativiteit van de lokale actoren; in de hoedanigheid van actor wordt het lokaal bestuur vertegenwoordigd via ambtenaren; - een vertegenwoordiging van de gebruikers; - een vertegenwoordiging van het lokaal bestuur; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 25 oktober 2007 houdende de oprichting van de gemeentelijke adviesraad Lokaal Overleg Kinderopvang (LOK) en de vaststelling van zijn statuten; Overwegende dat conform punt 3 van de statuten van het LOK, zoals vastgesteld bij gemeenteraadsbesluit van 25 oktober 2007, de algemene vergadering is samengesteld uit volgende geledingen: - Lokale actoren Een afgevaardigde per onderwijsnet, in Deerlijk gevestigd Een afgevaardigde van de speelpleinwerking Een afgevaardigde van de jeugdraad Een afgevaardigde van de cultuurraad Een afgevaardigde van de sportraad Een afgevaardigde per dienst voor onthaalouders werkzaam in Deerlijk Twee vertegenwoordigers van de zelfstandige onthaalouders Twee vertegenwoordigers van de minicrèches Een vertegenwoordiger van het erkende kinderdagverblijf Een maatschappelijk werker van het OCMW belast met de materie LOK - Lokale gebruikers Een niet georganiseerde ouder waarvan het (de) kind(eren) naar een Deerlijkse school gaat(n) en die niet verwant is met het lid van de geleding van de grootouders Een niet georganiseerde grootouder waarvan zijn kleinkind(eren) naar een Deerlijkse school gaat(n) en die niet verwant is met het lid van de geleding van de ouders Een vertegenwoordiger per ouderraad per onderwijsnet, in Deerlijk gevestigd Een vertegenwoordiger van de Gezinsbond
G.13.03
-
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 229
Een vertegenwoordiger per mutualiteit in Deerlijk gevestigd
Aangevuld met volgende niet-stemgerechtigde leden: - Lokaal bestuur De schepen bevoegd voor kinderopvang Een afgevaardigde van elke in de gemeenteraad zetelende politieke partij. Een consulent lokaal beleid kinderopvang van Kind en Gezin Een OCMW-raadslid Een secretaris Overwegende dat in de gemeenteraadszitting van 28 februari 2013 volgende personen als afgevaardigden van de politieke partijen aangeduid werden in de gemeentelijke adviesraad LOK: voor CD&V Deroubaix Ingrid voor N-VA Ottevaere Mieke voor Open VLD Vandekerkhove Eline voor sp.a Soetaert Ina; Overwegende dat volgende kandidatuurstellingen werden ontvangen voor de andere geledingen, dat slechts één vertegenwoordiger zich kandidaat heeft gesteld voor de minicrèches en dat voor de ouderraad van het vrije en het gemeentelijk net dezelfde persoon zich heeft kandidaat gesteld: Lokale actoren -
-
-
-
Een afgevaardigde per onderwijsnet, in Deerlijk gevestigd o voor het gemeentelijk net: Vlieghe Olivier, Sint-Amandusstraat 16, 8540 Deerlijk o voor het vrije net: Depraetere Jan, Pladijsstraat 296, 8540 Deerlijk o voor het gemeenschapsonderwijs: Christiaens Isabelle, Kapel ter Rustestraat 3, 8540 Deerlijk Een afgevaardigde van de speelpleinwerking o Herrero Thomas, Ketsersstraat 41, 8540 Deerlijk Een afgevaardigde van de jeugdraad o Delabie Sharon, Stationsstraat 188,8540 Deerlijk Een afgevaardigde van de cultuurraad o Parmentier Marina, Waregemstraat 36, 8540 Deerlijk Een afgevaardigde van de sportraad o Devos Rik, Vrijeigen 32, 8540 Deerlijk Een afgevaardigde per dienst voor onthaalouders werkzaam in Deerlijk o voor de dienst Reddie Teddy: Fryns Martine, Pres. Kennedypark 2, 8500 Kortrijk o voor de dienst Landelijke Kinderopvang: Ghyselen Iris, Zuiderlaan 42, 8790 Waregem o voor de dienst vzw Kindercentrum: Barbary Ine, Meiweg 27, 8790 Waregem Twee vertegenwoordigers van de zelfstandige onthaalouders o Verbeke Greet, Stationsstraat 104, 8540 Deerlijk o Verhaeghe Conny, Waregemstraat 10, 8540 Deerlijk Een vertegenwoordiger van de minicrèches o Declercq Johanna, Desselgemstraat 44, 8540 Deerlijk Een vertegenwoordiger van het erkende kinderdagverblijf o Maenhout Els, Budastraat 30, 8500 Kortrijk
G.13.03
-
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 230
Een maatschappelijk werker van het OCMW belast met de materie LOK o Depraetere Annelies, Avelgemstraat 6 a, 8587 Spiere-Helkijn
Lokale gebruikers -
Een niet georganiseerde ouder waarvan de kinderen naar een Deerlijkse school gaan en die niet verwant is met het lid van de geleding van de grootouders o Landuyt Virginie, Ketsersstraat 31, 8540 Deerlijk
-
Een niet georganiseerde grootouder waarvan zijn kleinkinderen naar een Deerlijkse school gaan en die niet verwant is met het lid van de geleding van de ouders o Ameye Eddy, Stationsstraat 341, 8540 Deerlijk
-
Een vertegenwoordiger per ouderraad per onderwijsnet, in Deerlijk gevestigd o voor het gemeentelijk en het vrije net: Daveloose Berthe, Stationsstraat 88, 8540 Deerlijk o voor het gemeenschapsonderwijs: Demeulemeester Andy, Waregemstraat 182, 8540 Deerlijk Een vertegenwoordiger van de Gezinsbond o Reynaert Myriam, Oudstrijderslaan 17, 8540 Deerlijk Een vertegenwoordiger per mutualiteit in Deerlijk gevestigd o voor de christelijke mutualiteit: Verschuere Paul, Harelbekestraat 12, 8540 Deerlijk o voor de socialistische mutualiteit: Deleu Maureen, Pres. Kennedypark 2, 8500 Kortrijk o voor de liberale mutualiteit: Vermeulen Wim, Stationsstraat 81, 8540 Deerlijk
-
Lokaal bestuur -
Een consulent lokaal beleid kinderopvang van Kind en Gezin o Vercauteren Ann, Koning Albertlaan I 1 bus 2, 8200 Sint-Andries (Brugge) Een OCMW-raadslid o Joseph Rita, Stationsstraat 379, 8540 Deerlijk Een secretaris o Derammelaere Delphine, Vercruysse de Solartstraat 26, 8540 Deerlijk
Gelet op artikel 200, § 1 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren; Gelet op artikel 252 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten; NEEMT AKTE: De samenstelling van de gemeentelijke adviesraad LOK wordt als volgt bekrachtigd: Stemgerechtigde leden - Lokale actoren o Vlieghe Olivier, Sint-Amandusstraat 16, 8540 Deerlijk o Depraetere Jan, Pladijsstraat 296, 8540 Deerlijk o Christiaens Isabelle, Kapel ter Rustestraat 3, 8540 Deerlijk o Herrero Thomas, Ketsersstraat 41, 8540 Deerlijk
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
o o o o o o o o o o o
blad 231
Delabie Sharon, Stationsstraat 188,8540 Deerlijk Parmentier Marina, Waregemstraat 36, 8540 Deerlijk Devos Rik, Vrijeigen 32, 8540 Deerlijk Fryns Martine, Pres. Kennedypark 2, 8500 Kortrijk Ghyselen Iris, Zuiderlaan 42, 8790 Waregem Barbary Ine, Meiweg 27, 8790 Waregem Verbeke Greet, Stationsstraat 104, 8540 Deerlijk Verhaeghe Conny, Waregemstraat 10, 8540 Deerlijk Declercq Johanna, Desselgemstraat 44, 8540 Deerlijk Maenhout Els, Budastraat 30, 8500 Kortrijk Depraetere Annelies, Avelgemstraat 6 a, 8587 Spiere-Helkijn
- Lokale gebruikers o Landuyt Virginie, Ketsersstraat 31, 8540 Deerlijk o Ameye Eddie, Stationsstraat 341, 8540 Deerlijk o Daveloose Berthe, Stationsstraat 88, 8540 Deerlijk o Demeulemeester Andy, Waregemstraat 182, 8540 Deerlijk o Reynaert Myriam, Oudstrijderslaan 17, 8540 Deerlijk o Verschuere Paul, Harelbekestraat 12, 8540 Deerlijk o Deleu Maureen, Pres. Kennedypark 2, 8500 Kortrijk o Vermeulen Wim, Stationsstraat 81, 8540 Deerlijk Niet-stemgerechtigde leden - Lokaal bestuur o Olivier Kaat, Heulselaan 11, 8540 Deerlijk o Deroubaix Ingrid, Rodenbachstraat 10, 8540 Deerlijk o Vandekerkhove Eline, Knokbosstraat 1, 8540 Deerlijk o Ottevaere Mieke, Schragenstraat 36, 8540 Deerlijk o Soetaert Ina, Stationsstraat 337, 8540 Deerlijk o Vercauteren Ann, Koning Albertlaan I 1 bus 2, 8200 Sint-Andries (Brugge) o Joseph Rita, Stationsstraat 379, 8540 Deerlijk o Derammelaere Delphine, Vercruysse de Solartstraat 26, 8540 Deerlijk ----14. Gemeentelijke welzijnsraad - samenstelling - bekrachtiging DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 17 december 1998 waarbij principieel beslist werd een gemeentelijke welzijnsraad op te richten; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 27 mei 1999 houdende goedkeuring van de statuten en het huishoudelijk reglement van de gemeentelijke welzijnsraad; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 houdende goedkeuring van de wijziging van de statuten van de gemeentelijke welzijnsraad; Overwegende dat conform artikel 3 van bovenvermelde statuten, goedgekeurd bij gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 de samenstelling van de gemeentelijke welzijnsraad als volgt is: - één afgevaardigde (of plaatsvervanger) per private en publieke organisatie, vereniging of instelling die een actieve werking ter bevordering van welzijnsbelangen kan aantonen;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 232
-
individuele, geïnteresseerde burgers die zich kenbaar maken bij het begin van de legislatuur; - één lid (of plaatsvervanger) per politieke fractie vertegenwoordigd in de gemeente- of OCMW-raad; - één vertegenwoordiger (of plaatsvervanger) uit de jeugd-, sport-, senioren- en cultuurraad; waarbij ten hoogste 2/3de van de leden van hetzelfde geslacht zijn; Overwegende dat in de gemeenteraadszitting van 28 februari 2013 volgende personen als afgevaardigden van de politieke partijen aangeduid werden in de gemeentelijke welzijnsraad: - voor CD&V Prat Marleen - voor N-VA Joseph Rita - voor Open VLD Ghekiere Philip - voor sp.a Soetaert Ina; Overwegende dat volgende kandidatuurstellingen werden ontvangen voor de andere geledingen: -
één afgevaardigde (of plaatsvervanger) per private en publieke organisatie, vereniging of instelling die een actieve werking ter bevordering van welzijnsbelangen kan aantonen:
Bruggeman
Magda
KAV
Pontstraat 108
Deerlijk
Debakker
Pierre
Ziekenzorg
Braamakkerstraat 35
Deerlijk
Dejagere
André
Gezinsbond
Oliebergstraat 43
Deerlijk
De Kimpe
Frank
Groep Ubuntu vzw
Bevrijdingslaan 44
Avelgem
Depamelaere Marleen OCMW-raad
Ommegangstraat 7
Deerlijk
Deweirdt
Henri
AA-eenheid Oase
Hulweg 31 E
Moen
Lambrecht
Joseph
OKRA (effectief)
Deerlijk
Nieuwland
Ivo
Thuishulp
Harelbekestraat 24/0201 Pres. Kennedypark 2
Parmentier
Sabine
Bond Moyson (effectief)
Pres. Kennedypark 2
Kortrijk
Pattijn
Nathalie Werkgr.Ontwikk.Samenw.
Kruisputstraat 8
Deerlijk
Roose
Nicole
OKRA (plaatsvervanger)
Nieuwenhovestraat 23
Deerlijk
Vandenborre Ann
Familiehulp Kortrijk
St. Janslaan 8 A
Kortrijk
Vandommele Tijl
Kinderboerderij Bokkeslot
Zandstraat 5
Deerlijk
Verdru
Koen
Mijn Huis
Marktstraat 80
Harelbeke
Vermeulen
Kortrijk
Vlieghe
Vanessa Bond Moyson Pres. Kennedypark 2 (plaatsvervanger) Olivier Centrumschool de beuk Ketsersstraat 11
Wastijn
Johan
Deerlijk
Seniorenzorg H. Familie
Olmenlaan 4
Deerlijk
Deerlijk
G.13.03
Wybaillie -
Gemeenteraad van 28 maart 2013
Mark
Dokter
blad 233
Desselgemstraat 24
Deerlijk
individuele, geïnteresseerde burgers die zich kenbaar maken bij het begin van de legislatuur:
Geen kandidatuurstellingen ontvangen. -
één vertegenwoordiger (of plaatsvervanger) uit de jeugd-, sport-, senioren- en cultuurraad;
Jeugdraad: geen kandidatuurstelling ontvangen Sportraad: Ameye Eddy, Stationsstraat 341, 8540 Deerlijk Seniorenraad: Coppens Marc, Mezenlaan 20, 8540 Deerlijk Cultuurraad: Verschuere Bernard, Roterijstraat 5,8540 Deerlijk Gelet op artikel 200, § 1 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren; Gelet op artikel 252 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten; NEEMT AKTE: De samenstelling van de gemeentelijke welzijnsraad wordt als volgt bekrachtigd: -
één afgevaardigde (of plaatsvervanger) per private en publieke organisatie, vereniging of instelling die een actieve werking ter bevordering van welzijnsbelangen kan aantonen;
Bruggeman Debakker Dejagere De Kimpe Depamelaere Deweirdt Lambrecht Nieuwland Parmentier Pattijn Roose Vandenborre Vandommele Verdru Vermeulen Vlieghe Wastijn Wybaillie
Magda Pierre André Frank Marleen Henri Joseph Ivo Sabine Nathalie Nicole Ann Tijl Koen Vanessa Olivier Johan Mark
Pontstraat 108 Braamakkerstraat 35 Oliebergstraat 43 Bevrijdingslaan 44 Ommegangstraat 7 Hulweg 31 E Harelbekestraat 24/0201 Pres. Kennedypark 2 Pres. Kennedypark 2 Kruisputstraat 8 Nieuwenhovestraat 23 St. Janslaan 8 A Zandstraat 5 Marktstraat 80 Pres. Kennedypark 2 Ketsersstraat 11 Olmenlaan 4 Desselgemstraat 24
8540 Deerlijk 8540 Deerlijk 8540 Deerlijk 8580 Avelgem 8540 Deerlijk 8552 Moen 8540 Deerlijk 8540 Deerlijk 8500 Kortrijk 8540 Deerlijk 8540 Deerlijk 8500 Kortrijk 8540 Deerlijk 8530 Harelbeke 8500 Kortrijk 8540 Deerlijk 8540 Deerlijk 8540 Deerlijk
voor CD&V: Prat Marleen, Schragenstraat 16, 8540 Deerlijk voor N-VA: Joseph Rita, Stationsstraat 379, 8540 Deerlijk voor Open VLD: Ghekiere Philip, Sint-Rochusweg 30, 8540 Deerlijk voor sp.a: Soetaert Ina,Stationsstraat 337, 8540 Deerlijk
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 234
cultuurraad: Verschuere Bernard, Roterijstraat 5,8540 Deerlijk seniorenraad: Coppens Marc, Mezenlaan 20, 8540 Deerlijk sportraad: Ameye Eddy, Stationsstraat 341, 8540 Deerlijk. ----15. Gemeentelijke milieuraad - hersamenstelling - bekrachtiging DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 25 september 2003 waarbij de statuten annex huishoudelijk reglement en afsprakennota van de gemeentelijke milieuraad werden goedgekeurd; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 29 maart 2007 waarbij de samenstelling van de gemeentelijke milieuraad werd bekrachtigd; Overwegende dat bij de aanvang van een nieuwe legislatuur alle gemeentelijke raden, overlegstructuren en commissies opnieuw dienen samengesteld te worden, zo ook de gemeentelijke milieuraad; Gelet op de gemeenteraadbeslissing van 28 februari 2013 waarin volgende vertegenwoordigers van de politieke partijen voor de milieuraad werden aangeduid: Yves Vande Wiele voor CD&V Luc D’hont voor sp.a Geert Verschuere voor Open VLD Jan Bossuyt voor N-VA; Overwegende dat de verenigingen werden opgeroepen om zich kandidaat te stellen en hun vertegenwoordigers aan te duiden; Overwegende dat via het gemeentenieuws burgers werden opgeroepen om zich kandidaat te stellen; Overwegende dat de gemeentelijke milieuraad, op basis van zijn statuten, in zijn algemene vergadering van 11 maart 2013 tot hersamenstelling van zijn algemene vergadering en stuurgroep is overgegaan; Gelet op artikel 43, § 2, 14° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het inrichten van adviesraden en overlegstructuren tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gelet op artikel 200, § 1 van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat, onder voorbehoud van de toepassing van de op dit gebied geldende wettelijke en decretale bepalingen, alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren; Gelet op artikel 252 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten; NEEMT AKTE: Art. 1. - Zoals vastgesteld in zijn algemene vergadering van 11 maart 2013, wordt de gemeentelijke milieuraad als volgt hersamengesteld:
G.13.03
a)
Gemeenteraad van 28 maart 2013
Algemene Vergadering:
NIET STEMGERECHTIGDE LEDEN: leden politieke partijen Yves VANDE WIELE Luc D’HONT Geert VERSCHUERE Jan BOSSUYT
CD&V sp.a Open VLD N-VA
ambtshalve leden Milieuambtenaar Schepen bevoegd voor milieu STEMGERECHTIGDE LEDEN: Deerlijkse groeperingen/instanties Patrick CREMELIE Jelle D’HONT Elke DECLERCQ Steven DE GROOTE Koen DEBAERE Jan VERGOTE Martine DENIJS
Landbouwers Werknemers - ABVV Jeugdraad UNIZO Ondernemers Onderwijs Werknemers - ACW
natuur- en milieuverenigingen Marcel BLOEYAERT Bert VANDEBURIE
Natuurpunt Gaverstreke Kinderboerderij Bokkeslot
socio-culturele organisaties, wijken, burgers Jaklien VAN OLMEN John LANNOO Guido LAMBERT Frans VAN MEENSEL Naïma VANDE WALLE Katrijn LOOSVELDT Wim VANHOUTTE Vera DEBAENE Magda BRUGGEMAN Walter MEERSSEMAN Kristiaan CHRISTIAENS Remi D’HEEDENE b)
Stuurgroep :
NIET STEMGERECHTIGD: milieuambtenaar Schepen bevoegd voor milieu
Gezinsbond Feestcomité Molenhoek Individuele burger Individuele burger Individuele burger Individuele burger Individuele burger Centraal Feestcomité Femma Individuele burger Individuele burger Individuele burger
blad 235
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
Yves VANDE WIELE Luc D’HONT Geert VERSCHUERE Jan BOSSUYT
blad 236
CD&V sp.a Open VLD N-VA
STEMGERECHTIGD: Naïma VANDE WALLE Katrijn LOOSVELDT Vera DEBAENE Magda BRUGGEMAN Kristiaan CHRISTIAENS Remi D’HEEDENE Patrick CREMELIE Jelle D’HONT Elke DECLERCQ Steven DE GROOTE Koen DEBAERE Jan VERGOTE Marcel BLOEYAERT Bert VANDEBURIE
Individuele burger Individuele burger Centraal Feestcomité Femma Individuele burger Individuele burger Landbouwers Werknemers - ABVV Jeugdraad UNIZO Ondernemers Onderwijs Natuurpunt Gaverstreke Kinderboerderij Bokkeslot -----
16. Grafconcessies - voortijdige beëindiging - goedkeuring DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 26 september 2012 en 24 oktober 2012 akte nam van volgende aanvragen tot voortijdige beëindiging van een grafconcessie op de begraafplaats van Deerlijk-centrum en besliste deze voor advies over te maken aan de Heemkring Dorp en Toren om te onderzoeken of de graven op de lijst van de graven met lokaal historisch belang dienden opgenomen te worden: -
Blok A rij 19 graf 285 Ameye Charles (+ 16 september 1931) Viaene Euphemie (+ 16 december 1948)
-
Blok K rij 00 graf 3 Vandenbroucke Emiel Gentiel (+ 14 juli 1959) Verbauwhede Magdalena (+ 3 december 1993);
Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 7 november 2012 en 5 december 2012 akte nam van het advies van de Heemkring Dorp en Toren, via hun schrijven van 5 en 21 november 2012 om de graven, vermeld in vorige alinea, niet op te nemen op de lijst van graven met lokaal historisch belang; Overwegende dat gedurende drie maanden een kennisgeving van deze aanvragen van voortijdige beëindiging bij de graven geplaatst werd; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 6 maart 2013 akte nam van het feit dat er geen enkel bezwaar werd ingediend tegen deze aanvragen van voortijdige beëindiging door eventuele andere belanghebbenden;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 237
Overwegende dat de niet weggenomen graftekens en de eventueel nog bestaande bouwwerken eigendom worden van de gemeente en dat alleen het college van burgemeester en schepenen de bestemming van het aan de gemeente toevallende materiaal regelt; Overwegende dat het voortijdig beëindigen van een concessie niet tot gevolg heeft dat de aanvrager terzake recht heeft op een financiële vergoeding; Overwegende dat er met betrekking tot de voortijdige beëindiging van concessies in de regelgeving geen procedure terug te vinden is maar, teneinde te vermijden dat dergelijke graven verwaarloosd worden, het aangewezen is om een concessie voortijdig te laten beëindigen indien hierom verzocht wordt; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 6 maart 2013 om de aanvragen tot voortijdige beëindiging van de grafconcessies in te willigen; Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging; Overwegende dat deze materie, conform artikel 42, § 1 van het Gemeentedecreet, tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen De volgende grafconcessies op de begraafplaats van Deerlijk-centrum worden beëindigd met ingang van heden: -
Blok A rij 19 graf 285 Ameye Charles (+ 16 september 1931) Viaene Euphemie (+ 16 december 1948)
-
Blok K rij 00 graf 3 Vandenbroucke Emiel Gentiel (+ 14 juli 1959) Verbauwhede Magdalena (+ 3 december 1993). -----
17. Gemeentelijke LO- en BO-scholen - aanpassen arbeidsreglement a) BO DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen; Gelet op de wet van 18 december 2002 tot wijziging van de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen; Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding; Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 238
Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende de participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad; Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 8 juli 2010 houdende de goedkeuring van het arbeidsreglement van de gemeentelijke BO-scholen; Gelet op het model van arbeidsreglement van OVSG, werd het arbeidsreglement in zijn geheel herwerkt, dit zowel naar vorm (lay-out) als naar inhoud (geactualiseerd); Overwegende dat voor de BO-scholen een aanvulling gebeurd is voor het overig paramedisch personeel (hoofdstuk 2, punt 2.7) met name het ambt van verpleger daar bij de opmaak van het oorspronkelijk arbeidsreglement (gemeenteraadsbeslissing van 8 juli 2010) nog geen verpleegkundige aangesteld was in de BO-scholen gezien pas op 1 september 2010 een type 2 voor het basisonderwijs (kleuter en lager) in de BBO-school de Kim werd ingericht; Overwegende dat een nieuw evaluatiereglement opgenomen werd in bijlage 4; Overwegende dat een functionerings- en evaluatiedossier voor een onderwijzer ASV opgenomen werd in bijlage 5; Overwegende dat een functionerings- en evaluatiedossier voor een paramedicus opgenomen werd in bijlage 6; Overwegende dat een goede schoolorganisatie steunt op duidelijke afspraken tussen het personeel en het schoolbestuur; Overwegende dat alle personen die onder gezag arbeid verrichten in het gemeentelijk onderwijs, moeten worden geïnformeerd over de voorwaarden die op hun arbeidsverhouding van toepassing zijn; Overwegende dat het decreet rechtspositie en het decreet basisonderwijs voldoende ruimte laten om lokaal en autonoom concrete afspraken te maken rond rechten en plichten van het personeel en het schoolbestuur; Gelet op de besprekingen in het schoolteam en de opmerkingen van de directie; Gelet op het protocol van akkoord in het afzonderlijk bijzonder onderhandelingscomité van 24 april 2012; Gelet op de algemene afspraken op het niveau van de scholengemeenschap, zoals onderhandeld in het bevoegd onderhandelingscomité van 2 juli 2012 en 25 februari 2013; Gelet op de bespreking in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 13 maart 2013; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 239
Art. 1. - Het arbeidsreglement voor de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeentelijke BBO-school De Kim, Sint-Amandusstraat 20A en in de gemeentelijke BLOschool Sancta Maria, Nieuwstraat 3B, 8540 Deerlijk, zoals ne varietur gehecht aan huidige beslissing, goed te keuren. Art. 2. - Een afschrift van dit besluit en van het arbeidsreglement ter kennisgeving te bezorgen aan de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeentescholen vermeld in artikel 1. Art. 3. - Een afschrift van dit besluit ter kennisgeving te bezorgen aan de Directie Toezicht op de sociale wetten. --b) LO DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen; Gelet op de wet van 18 december 2002 tot wijziging van de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen; Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding; Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997; Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende de participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad; Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 8 juli 2010 houdende de goedkeuring van het arbeidsreglement van de gemeentelijke lagere school;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 26 mei 2011 houdende de aanpassing van de uren in de gemeentelijke lagere school vanaf 1 september 2011 en waarbij van de gelegenheid gebruik wordt gemaakt om deze in het arbeidsreglement op te nemen; Gelet op het model van arbeidsreglement van OVSG, werd het arbeidsreglement in zijn geheel herwerkt, dit zowel naar vorm (lay-out) als naar inhoud (geactualiseerd); Overwegende dat een nieuw evaluatiereglement opgenomen werd in bijlage 4; Overwegende dat een functionerings- en evaluatiedossier opgenomen werd in bijlage 5; Overwegende dat een goede schoolorganisatie steunt op duidelijke afspraken tussen het personeel en het schoolbestuur;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 240
Overwegende dat alle personen die onder gezag arbeid verrichten in het gemeentelijk onderwijs, moeten worden geïnformeerd over de voorwaarden die op hun arbeidsverhouding van toepassing zijn; Overwegende dat het decreet rechtspositie en het decreet basisonderwijs voldoende ruimte laten om lokaal en autonoom concrete afspraken te maken rond rechten en plichten van het personeel en het schoolbestuur; Gelet op de besprekingen in het schoolteam en de opmerkingen van de directie; Gelet op het protocol van akkoord in het afzonderlijk bijzonder onderhandelingscomité van 24 april 2012; Gelet op de algemene afspraken op het niveau van de scholengemeenschap, zoals onderhandeld in het bevoegd onderhandelingscomité van 2 juli 2012 en 25 februari 2013; Gelet op de bespreking in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 13 maart 2013; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Het arbeidsreglement voor de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeentelijk lagere school, Sint-Amandusstraat 16, 8540 Deerlijk, zoals ne varietur gehecht aan huidige beslissing, goed te keuren. Art. 2. - Een afschrift van dit besluit en van het arbeidsreglement ter kennisgeving te bezorgen aan de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeenteschool vermeld in artikel 1. Art. 3. - Een afschrift van dit besluit ter kennisgeving te bezorgen aan de Directie Toezicht op de sociale wetten. ----18. Gemeentelijke LO- en BO-scholen - samenstelling schoolraad - aktename a) LO DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende de participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 24 maart 2005 houdende de oprichting van een schoolraad in de gemeentelijke lagere school; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 24 maart 2005 waarbij bepaald wordt dat de schoolraad samengesteld is uit: twee vertegenwoordigers van het personeel; twee vertegenwoordigers van de ouders; twee vertegenwoordigers van de lokale gemeenschap; twee gemeenteraadsleden met raadgevende stem;
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 241
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 houdende het aanduiden van de delegatie van het schoolbestuur; Overwegende dat bij toepassing van artikel 14 van het decreet van 2 april 2004 de schoolraad om de vier jaar opnieuw dient te worden samengesteld; Overwegende dat de huidige mandaten van de schoolraad een einde nemen op 31 maart 2013; Gelet op de bespreking in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 13 maart 2013; Overwegende dat de vertegenwoordigers namens het personeel, de ouders en de lokale gemeenschap reeds gekend zijn; Gelet op artikel 42 en 43 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat er geheim gestemd wordt in de gemeenteraad bij het aanwijzen van de leden van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen; Gelet op artikel 252 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten; NEEMT AKTE: De volledige samenstelling van de schoolraad van de gemeentelijke lagere school als volgt: 1. Vertegenwoordigers met stemrecht Vertegenwoordigers van het personeel: - de heer Philip Vercruysse, Stationsstraat 104, 8540 Deerlijk - de heer Martin Baert, Elfde Julilaan 1, 8540 Deerlijk Vertegenwoordigers van de ouders: - de heer Stefaan Vergote, De Cassinastraat 1, 8540 Deerlijk - de heer Yoerik Neirynck, Waregemstraat 87, 8540 Deerlijk Vertegenwoordigers van de lokale gemeenschap: - mevrouw Marie-Rose Vermoere, Weverijstraat 23, 8540 Deerlijk - mevrouw Marijke Courtens, Ter Donkt 4, 8540 Deerlijk. 2. Vertegenwoordigers zonder stemrecht Vertegenwoordigers van het schoolbestuur: - de heer Louis Haerinck, gemeenteraadslid, Hoogstraat 104, 8540 Deerlijk - mevrouw Frieda Dejager, gemeenteraadslid, Engelstraat 30, 8540 Deerlijk Vertegenwoordigers ambtshalve: - de heer Olivier Vlieghe, directeur gemeentelijke lagere school, Ketsersstraat 11, 8540 Deerlijk - mevrouw Claudine Naessens, secretaris, Groeningestraat 17, 8540 Deerlijk. --b) BO DE RAAD, in openbare zitting vergaderd
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 242
Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 24 maart 2005 houdende de oprichting van één gemeenschappelijke schoolraad in de gemeentelijke lagere scholen voor buitengewoon onderwijs De Kim en Sancta Maria; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 24 maart 2005 waarbij bepaald wordt dat de schoolraad samengesteld is uit: drie vertegenwoordigers van het personeel; drie vertegenwoordigers van de ouders; drie vertegenwoordigers van de lokale gemeenschap; drie gemeenteraadsleden met raadgevende stem; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013 houdende het aanduiden van de delegatie van het schoolbestuur; Overwegende dat bij toepassing van artikel 14 van het decreet van 2 april 2004 de schoolraad om de vier jaar opnieuw dient te worden samengesteld; Overwegende dat de huidige mandaten van de schoolraad een einde nemen op 31 maart 2013; Gelet op de bespreking in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 13 maart 2013; Overwegende dat de vertegenwoordigers namens het personeel, de ouders en de lokale gemeenschap reeds gekend zijn; Gelet op artikel 42 en 43 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op artikel 35, § 2, 2° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 waarin gestipuleerd wordt dat er geheim gestemd wordt in de gemeenteraad bij het aanwijzen van de leden van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen; Gelet op artikel 252 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten; NEEMT AKTE: De volledige samenstelling van de schoolraad van de gemeentelijke BO-scholen is als volgt: 1. Vertegenwoordigers met stemrecht Vertegenwoordigers van het personeel: - de heer Wim Bulcaen, Stationsstraat 345, 8540 Deerlijk - mevrouw Katleen Terryn, Kleine Klijtstraat 42, 8540 Deerlijk - mevrouw Inge Mauroo, Oliebergstraat 108, 8540 Deerlijk Vertegenwoordigers van de ouders: - de heer Fabrice Vallez, Vierbunderkouter 13, 8531 Bavikhove - mevrouw Nele Claeys, Marktstraat 94, 8510 Marke - mevrouw Lindsey Douterloigne, Waregemstraat 341, 8540 Deerlijk Vertegenwoordigers van de lokale gemeenschap:
G.13.03
-
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 243
mevrouw Jeannot Naessens, Achterstraat 23, 8540 Deerlijk mevrouw Nelly Vercoutere, Tulpenlaan 85, 8540 Deerlijk mevrouw Hilde Scherpereel, H. Consciencelaan 21, 8540 Deerlijk.
2. Vertegenwoordigers zonder stemrecht Vertegenwoordigers van het schoolbestuur: - de heer Louis Haerinck, gemeenteraadslid, Hoogstraat 104, 8540 Deerlijk - mevrouw Lien De Ketele, gemeenteraadslid, Vichtesteenweg 107, 8540 Deerlijk - mevrouw Tundie D’Hont, gemeenteraadslid, Hoogstraat 123, 8540 Deerlijk Vertegenwoordigers ambtshalve: - de heer Alain Himpe, directeur gemeentelijke BLO-school Sancta Maria, Poekelaan 8, 8540 Deerlijk - de heer Gunther Corthals, directeur gemeentelijke BBO-school De Kim, Akkerstraat 19, 9255 Buggenhout - mevrouw Dorine Wante, directeur gemeentelijke BBO-school De Kim, H. Consciencelaan 37, 8540 Deerlijk. ----19. Vragen gesteld door raadsleden * sp.a raadslid Vanheerweghe verwijst naar zijn tussenkomst in gemeenteraadszitting van 31 januari 2013 waarbij hij onder meer informeerde of in het kader van het verlenen van een milieuvergunning klasse 2 voor een inrichting, gelegen in de De Cassinastraat 4-6-8, het verslag van de emissiemeting die moest gebeuren tijdig was overgemaakt aan het college van burgemeester en schepenen, waarop de bevoegde schepen repliceerde dat dit volgens hem niet gebeurd was. Hij verwijst vervolgens naar het verslag van de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 6 maart 2013 waarin hij las dat datzelfde bedrijf opnieuw een milieuvergunning klasse 2 aanvraagt met als voorwerp ‘wijzigen van de bijzondere voorwaarde. Vraag tot uitstel voor de emissiemeting tot eind 2013’ en hij vraagt of het bedrijf argumenten heeft om dat niet uit te voeren en of de omstandigheden gewijzigd zijn. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert bevestigend. Hij geeft mee dat men eigenlijk het volledige productieproces in dat bedrijf wat aan het afbouwen is en men alles in één gebouw wil onderbrengen, maar het bedrijf dit niet aan de gemeente had gemeld had, wat van hunnentwege fout was. Hij stelt dat aan het bedrijf een brief werd gericht om hen er op te wijzen dat ze binnen de 6 maanden een verslag aan het college van burgemeester en schepenen moesten overmaken, maar zij dit niet gedaan hadden en hij voegt er aan toe dat thans de procedure is gestart om hun milieuvergunning klasse 2 te herbekijken. sp.a raadslid Vanheerweghe vraagt of dergelijke dossiers niet worden opgevolgd door de diensten dan wel of men dit toevallig niet had opgemerkt. Hij vraagt of gewerkt wordt met een kalender waarop dit vermeld staat. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert dat dit een fout binnen de dienst betrof, maar men daaruit zal leren voor de toekomst. Hij stelt niet te weten hoe de milieuambtenaar precies werkt, maar dat in dit kader een systeem moet gehanteerd worden. De voorzitter voegt er aan toe dat in dit kader een softwaresysteem voorhanden is en dit noodzakelijk is.
* sp.a raadslid Baert merkt op dat telkens korte tijd na een gemeenteraadszitting het goedgekeurde verslag van de vorige gemeenteraadszitting aan de gemeenteraadsleden wordt overgemaakt, maar hij stelt zich niet te kunnen herinneren dat tijdens de afgelopen gemeenteraadszittingen ooit al een verslag werd goedgekeurd en dit ook niet op de dagorde staat.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 244
De gemeentesecretaris repliceert dat artikel 33 van het Gemeentedecreet bepaalt dat verslagen van de gemeenteraadszittingen niet meer expliciet moeten goedgekeurd worden, maar dat als een raadslid tijdens de gemeenteraadszitting geen enkele opmerking maakt over het verslag van de vorige zitting, dit verslag wordt verondersteld goedgekeurd te zijn. De voorzitter merkt op dat dit vroeger een officieel geagendeerd punt was. De gemeentesecretaris beaamt dit, maar stelt dat dit sinds 1 januari 2007 niet langer het geval is. sp.a raadslid Baert geeft mee dat zijn fractie opmerkingen heeft over de wijze van verslaggeving, aangezien niet langer alle tussenkomsten genotuleerd worden, maar dit telkens dient gevraagd te worden. Hij stelt dat zijn fractie daar niet achter staat en zij deze bemerking iedere gemeenteraadszitting zullen herhalen. De voorzitter repliceert dat dit een gevolg is van de beslissing die in dit kader werd genomen.
* sp.a raadslid Baert verwijst naar de tussenkomsten in gemeenteraadszitting van 28 februari 2013 over het gemeentelijk budget 2013 waarbij hij, maar ook andere mensen een aantal concrete vragen hebben gesteld. Hij merkt op dat bepaalde vragen niet beantwoord werden en hij wenst daar graag een antwoord op te ontvangen. Hij is van mening dat dit al veel te lang geduurd heeft. De voorzitter vraagt of de vragen genotuleerd staan in het verslag. sp.a raadslid Baert repliceert bevestigend wat betreft zijn vragen. Hij oppert vervolgens dat niet enkel de vraagsteller, maar ieder gemeenteraadslid het antwoord mag ontvangen.
* sp.a raadslid Baert merkt op dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 30 januari 2013 betreffende het voorstel van een private persoon om een aantal assistentiewoningen te bouwen in de Harelbekestraat en om de exploitatie daarvan te laten doen door de gemeente of het OCMW van mening was dat tal van bestaande externe diensten voor de service van dergelijke flats kunnen instaan, zodat het niet aangewezen is dat de gemeente dit op zich zou nemen. Hij vraagt welke externe diensten bedoeld worden en waarom niet geprobeerd wordt om te onderhandelen of op zijn minst te spreken met die persoon. Hij verwijst naar de gemeenteraadszitting van 2 januari 2013 waarin ieder gemeenteraadslid beaamde dat de vergrijzing één van de belangrijkste uitdagingen is voor de nabije en de verdere toekomst en hij stelt dat als in dat kader vanuit de private sector initiatieven worden aangeboden, het gemeentebestuur zich niet kan permitteren gewoon de andere kant op te kijken. Schepen van huisvesting Olivier repliceert dat men in dit kader een aantal keren heeft samen gezeten met de betrokken eigenaar en men tot het besluit is gekomen dat dit financieel een heel duur plaatje voor de gemeente zou zijn zodat men uiteindelijk niet op het aanbod is ingegaan. Schepen Accou voegt er aan toe dat het de bedoeling was van de eigenaar om zelf serviceflats te bouwen, maar deze wenste dat, eenmaal de bouw af was, de gemeente alles in handen zou nemen, onder meer de verhuur, de verdere opvolging, en de medische begeleiding van de huurders. Ze geeft mee dat ondermeer ook de directeur van het woonzorgcentrum aan de gesprekken heeft deelgenomen en de realisatie van de exploitatie moeilijk haalbaar was. Ze stelt dat het bestuur niet tegen de bouw van serviceflats op zich is, maar dat misschien beter gekeken wordt om samen te werken met bestaande diensten dan dat het bestuur dergelijke diensten zou moeten oprichten. sp.a raadslid Baert vraagt welke diensten de schepen bedoelt. Schepen Accou antwoordt dat ondermeer thuiszorgdiensten, verpleegdiensten en maaltijdbedeling worden bedoeld, met andere woorden diensten waardoor mensen die lang thuis willen blijven de kans krijgen om dit te doen. sp.a raadslid Baert stelt vast dat er dus wel degelijk gesprekken geweest zijn met de betrokken personen, maar dit niet blijkt uit het verslag. De voorzitter bevestigt nogmaals dat er meerdere gesprekken geweest zijn.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 245
* sp.a raadslid Baert verwijst naar het verslag van het college van burgemeester en schepenen van 27 februari 2013 waarin beslist werd een Deerlijk Bon te introduceren en in dat kader een werkgroep op te richten. Hij stelt dat zijn fractie achter het idee van een Deerlijk Bon staat, aangezien dit voorkwam in hun verkiezingsprogramma en hij informeert naar de stand van zaken betreffende de oprichting van de werkgroep. Hij vervolgt dat zijn fractie ook hoopt dat het de bedoeling is om iedere Deerlijkse handelaar, ook de niet georganiseerde handelaars, daarbij te betrekken en in aanmerking te laten komen voor de Deerlijk Bon. Schepen van lokale economie Vanwynsberghe - Rooryck repliceert dat de werkgroep nog niet is samengesteld, maar men eerst alles grondig aan het bekijken is, ondermeer op basis van informatie van omliggende gemeenten en van Unizo, om vervolgens het concept volledig uit te werken. Ze besluit dat dit binnenkort vervolgd wordt. sp.a raadslid Baert vraagt of men daarvan op de hoogte zal gehouden worden. Schepen van lokale economie Vanwynsberghe - Rooryck antwoordt bevestigend. N-VA raadslid Byttebier en Open VLD raadslid Schelfhout geven mee dat een Deerlijk Bon ook in hun respectievelijke verkiezingsprogramma’s was opgenomen.
* N-VA raadslid Terryn verwijst naar een inkomend schrijven waarin geïnformeerd wordt naar de stand van zaken betreffende een ontsluitingsweg voor het bedrijventerrein Deerlijk Waregem. Hij stelt dat als antwoord daarop twee mogelijke oplossingen geformuleerd worden, meer bepaald de herinrichting van het kruispunt Belgiek als oplossing op korte termijn waarbij opgemerkt wordt dat dit een zeer lokale oplossing met beperkte mogelijkheden is en dat de overbelasting in de wijk Belgiek niet wordt weggenomen. Hij vervolgt dat als lange termijnoplossing een ontsluitingsweg parallel aan de E17 haalbaar wordt geacht, maar de realisatie ervan een moeilijke opgave is wegens ruimtelijke, functionele, financiële, socio-economische en milieutechnische aspecten. Hij merkt op dat het bestuur op vandaag echter toch bezig is met hogere besturen voor de herinrichting van het kruispunt Belgiek, ondanks het feit dat dit de overbelasting van de wijk Belgiek niet zal wegnemen. Hij geeft mee dat dit naar de overtuiging van zijn fractie ook niet de ideale oplossing is om een veel betere doorstroom van het verkeer te creëren en hij stelt dat zolang het aantal voertuigen naar het kruispunt toe, vooral tijdens de spitsuren, niet verminderd wordt, een herinrichting van het kruispunt de congestieproblematiek niet volledig zal oplossen. Hij merkt op dat het verkeer vanuit bijvoorbeeld Waregem wordt omgeleid naar de Belgiek om zo hun eigen dorpskernen te vermijden, terwijl het verkeer naar en van de industriezone in Desselgem door een betere bewegwijzering en sensibilisering via de Gentseweg en de Expresweg naar het op- en afrittencomplex van de E17 in Waregem zou kunnen geleid worden, wat wellicht ook een snellere verbinding betreft. Hij is van mening dat dit voor het kruispunt al een serieuze ontlasting zou zijn, aangezien in de bedrijven in die industriezone een groot aantal Fransen werken. Hij vervolgt dat zijn fractie ook vreest dat de herinrichting van het kruispunt gevaren inhoudt naar de veiligheid toe, aangezien ondermeer overwogen wordt een bypass te creëren vanuit de Breestraat naar de N36 en ook nog enkele scenario’s met de omliggende straten voorliggen. Hij vraagt vervolgens of door het aanleggen van een bypass ook de veiligheid van de school op de Belgiek en diens leerlingen en de veiligheid van de zwakke weggebruiker niet in het gedrang komt, of de voet- en fietspaden voldoende veilig zullen zijn om de school te bereiken, of er voldoende parkeergelegenheid zal zijn om de kinderen te brengen en af te halen, of er voldoende parkeergelegenheid zal zijn voor het personeel van de school en of er een veilige stopplaats voor de schoolbus zal zijn. Hij is van mening dat deze werken toch niet moeten aanvangen omdat het Vlaams Gewest een groot deel ervan zal financieren en hij geeft mee dat ook de Belgieknaren niet staan te springen voor dergelijke hervorming. Hij besluit dat zijn fractie vreest dat de herinrichting van het kruispunt het probleem niet volledig zal oplossen en dat
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 246
hij na het lezen van voormelde brief van mening is dat ook het bestuur er niet volledig van overtuigd is dat dit de ideale oplossing is. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat men er inderdaad van overtuigd is dat een ontsluitingsweg rechtstreeks naar de industriezone, waarvan de richting aangeduid is in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, nog altijd de ideale oplossing zou zijn, maar de aanleg van dergelijke parallelweg financieel niet haalbaar is, aangezien men daarvoor geen enkele subsidie kan ontvangen. Ze geeft mee dat men bijgevolg gezocht heeft naar een oplossing om op korte termijn toch een verbetering aan te brengen en ze stelt er, na de vele vergaderingen die al hebben plaatsgevonden en de vele tellingen die al werden uitgevoerd, van overtuigd te zijn dat het qua doorstroming zeker een verbetering zal zijn. Ze geeft mee dat de plannen al een aantal keren werden voorgelegd aan de gemeentelijke begeleidingscommissie en deze hierover ook in de toekomst opnieuw zal samenkomen en dat er een vergadering is geweest met de inwoners van de Belgiek en alle geïnteresseerde Deerlijknaren en dat de meeste van de opmerkingen die daarop werden geformuleerd, werden meegenomen. Ze vervolgt dat de bezorgdheid van het raadslid over de school zeker werd meegenomen in de gesprekken en daarmee zeker rekening zal gehouden worden. Wat betreft de parkeergelegenheden geeft ze mee dat de gemeente nog nooit gezorgd heeft voor parkeergelegenheid voor leerkrachten, tenzij voor de eigen leerkrachten en ze is van mening dat dit de taak van het schoolbestuur is. Ze vervolgt dat Deerlijk in samenspraak met Waregem en Harelbeke een reglement houdende een tonnagebeperking heeft opgemaakt en goedgekeurd waardoor zwaar verkeer vanuit Desselgem niet naar het op- en afrittencomplex van Deerlijk mag, maar via de N43 naar het op- en afrittencomplex van Waregem moet en de naleving daarvan gecontroleerd wordt en ze geeft mee de bemerking van het raadslid over een betere bewegwijzering op grondgebied Waregem mee te nemen. Ze besluit dat in deze met alle betrokkenen rekening wordt gehouden en gesprekken worden gevoerd. N-VA raadslid Byttebier is van mening dat de formulering in deze in het verslag van het college van burgemeester en schepenen van 27 februari 2013 toch wel vreemd is en het lijkt alsof er geen oplossing is. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder repliceert dat de tekst in het aangehaalde verslag is overgenomen uit het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. N-VA raadslid Terryn benadrukt niet te pleiten voor een parallelweg, aangezien hij weet dat dit heel wat problemen met zich zou brengen en financieel waarschijnlijk niet haalbaar is, maar hij is van mening dat de herinrichting van het kruispunt Belgiek ook niet de ideale oplossing is. Hij merkt op dat de leerkrachten thans parkeren op het nabijgelegen vroegere houtbedrijf, maar hij vraagt zich af of dit in de toekomst nog mogelijk zal zijn. Schepen van mobiliteit Accou is van mening dat dit een taak voor de ontwikkelaar betreft.
* N-VA raadslid Terryn verwijst naar een inkomend schrijven van Ruimte Vlaanderen van 14 maart 2013 waarbij aan het gemeentebestuur advies wordt gevraagd over het bouwen van een windpark bestaande uit drie windturbines en twee middenspanningscabines langs de E17 te Waregem en Deerlijk door Aspiravi en hij vraagt welk advies het gemeentebestuur zal geven. Hij geeft mee dat zijn fractie niet tegen windenergie is, maar er moet gezorgd worden voor een realistische elektriciteitsmix. Hij merkt op dat Deerlijk omringd zal worden door windmolens te Kortrijk, te Zwevegem en te Waregem en dit er het zicht vanuit Deerlijk niet aantrekkelijker op zal maken en hij stelt dat men zich kan afvragen of elk stuk vrije grond moet worden ingenomen door windturbines. Hij geeft mee dat een windmolenexploitant thans overal in Vlaanderen een vergunning voor het plaatsen van windmolens kan aanvragen, wat zorgt voor veel onrust bij bewoners en dat zijn partij een aantal zeer precieze zones in Vlaanderen wil afbakenen waarin turbines kunnen geplaatst worden. Hij vervolgt dat men ook wil dat een concessie wordt gegeven aan de ontwikkelaar die het goedkoopste en het meest energiepresterende project realiseert en dat de opbrengsten van de concessies deels zouden worden besteed aan projecten ten voordele van bewoners die last ondervinden van de windmolens. Hij merkt op dat er thans soms ook wrevel is bij omwonenden,
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 247
aangezien de ene wordt vergoed en de andere niet en de ene meer krijgt dat de andere en hij besluit dat het tijd is dat de inplanting van windmolens gereguleerd wordt. Hij stelt vervolgens dat de windmolens langs de E17 zullen geplaatst worden in agrarisch gebied en gedeeltelijk in natuurgebied en dat de omwonenden, naast de overlast van de E17, de gekende nadelen van windturbines zoals geluidsoverlast en slagschaduw zullen ondervinden. Hij vervolgt dat tijdens de informatieavond heel wat mensen tegen de komst van de windmolens waren en er dan ook heel wat bezwaren werden ingediend door zowel inwoners van Deerlijk als van Waregem. Hij merkt vervolgens op dat het plaatsen van de windmolens op grondgebied Waregem opnieuw een bijkomende last wordt voor de drukke wijk Belgiek, aangezien het verkeer langs daar zal moeten gebeuren en dat grote vrachtwagens in dit kader mogelijks schade zullen toebrengen aan de weg die door de gemeente zal moeten vergoed worden, terwijl de windmolens de gemeente niets opleveren. Hij besluit dat zijn fractie bijgevolg negatief advies adviseert. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert dat men het standpunt van het raadslid volgt. Hij geeft mee dat men ongunstig advies zal geven en men hiervoor de argumenten zal gebruiken zoals gebruikt in het kader van de milieuvergunning. Hij stelt dat als iemand nog een extra argument heeft, men dit gerust mag aanreiken en dit mee in het advies kan opgenomen worden.
* Open VLD raadslid Schelfhout vraagt of het mogelijk is om bij de tussenkomsten eens afwisselend aan bod te kunnen komen, aangezien af en toe punten die zijn fractie heeft al door andere partijen ter sprake worden gebracht. De voorzitter repliceert dat hij rekening dient te houden met de anciënniteit van de raadsleden.
* Open VLD raadslid Schelfhout geeft mee dat zijn fractie voorstander is van een parallelweg. Hij is van mening dat dit op middellange en op lange termijn zeker financieel haalbaar is en dit op heel lange termijn een heel verstandige keuze is. Hij stelt vervolgens vast dat CD&V en N-VA niet voor de windmolens zijn. Hij merkt op dat in de Vlaamse Regering N-VA minister Muyters al twee jaar bezig is om een vernieuwd afwegingskader hierover te scheppen, maar dit er nog altijd niet is en hij roept de lokale afdeling dan ook op om hier bij hun minister op aan te dringen. Hij vervolgt dat uiteindelijk CD&V minister Schauvliege zal beslissen over het beroep tegen de milieuvergunning en hij raadt het bestuur aan zich dan ook tot haar te richten. Hij stelt er niet van overtuigd te zijn dat de bouw van windmolens te veel gereguleerd wordt, integendeel, hij is van mening dat te veel gereguleerd wordt in die zin dat er zoveel vergunningen nodig zijn waardoor de procedure veel te lang duurt waardoor buurtbewoners ongerust worden en projectontwikkelaars het moeilijk krijgen om een degelijk draagvlak te creëren. Hij geeft mee dat de Vlaamse Regering echter werkt aan één vergunning in deze en hij besluit dat zijn fractie niet per definitie tegen windmolens is, maar voor een projectontwikkelaar die een goed draagvlak bij de buurtbewoners creëert.
* Open VLD raadslid Schelfhout stelt dat heel recent het Fietspadenrapport van heel Vlaanderen en dus ook van Deerlijk, opgesteld door een bepaalde krant, is verschenen. Hij merkt op dat daaruit blijkt dat Deerlijk in 2011 meer verkeersongevallen had met fietsers, meer bepaald 17, en hij vraagt of de bevoegde schepen daarvan notie heeft genomen en of dat zal besproken worden op de mobiliteitscommissie. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat zij dat rapport nog niet ontvangen heeft. Ze vraagt het raadslid of die 17 personen een ongeval gehad hebben op het fietspad. Open VLD raadslid Schelfhout antwoordt dat het fietsers die een ongeval hebben gehad, betreft.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 248
Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat er een verschil is tussen fietsers en fietsers op het fietspad.
* Open VLD raadslid Schelfhout vraagt of de gemeenteraadsleden recht hebben op de opnames van de gemeenteraadszittingen. Hij is van mening dat mochten de opnames elektronisch ter beschikking worden gesteld, dit misschien een tussenoplossing biedt en een tegemoetkoming is in het kader van de verslaggeving.
* Open VLD raadslid Schelfhout stelt dat het lid van zijn partij dat zetelt in de redactieraad een plaatsvervanger wenste aan te duiden, aangezien zij nog studeert en bijgevolg bepaalde periodes niet aanwezig zal kunnen zijn, maar er werd gesteld dat dit niet mogelijk was en hij vraagt, naar aanleiding van het toelaten van de aanduiding van plaatsvervangers voor de GECORO in huidige zitting, of dit in de toekomst ook voor de redactieraad mogelijk zal zijn. Schepen van informatie Accou repliceert dat men dit eerst binnen de redactieraad dient te bespreken. Ze stelt dat niet alle raden op dezelfde manier werken en het voor bepaalde raden omwille van de manier van werken onmogelijk is een plaatsvervanger te sturen. Ze is van mening dat men in de redactieraad de manier van werken dient te kennen en men bijgevolg niet iedere maand iemand anders kan sturen, aangezien men dit anders telkens opnieuw zou moeten uitleggen. Open VLD raadslid Schelfhout stelt dat men zou kunnen werken met een vaste vervanger. Schepen van informatie Accou repliceert dat men in het verleden nog nooit met vervangers gewerkt heeft en die vraag nog nooit gesteld werd, maar dit kan meegenomen worden. Ze geeft mee dat nu en dan iemand verontschuldigd of afwezig is, maar de afspraak is dat mensen die verontschuldigd zijn altijd eerst een proefdruk krijgen.
* N-VA raadslid Terryn stelt dat zijn fractie niet tegen groene energie en niet tegen windmolens is, maar van mening is dat windmolens beter gereguleerd moeten worden en niet zomaar overal in Vlaanderen uit de grond moeten komen. Wat betreft de parallelle weg, stelt hij dat zijn fractie van mening is dat dit waarschijnlijk de beste oplossing is, maar dat men ook wat realistisch moet zijn en men er niet kan over blijven praten als het niet uitvoerbaar is. Open VLD raadslid Schelfhout repliceert dat men thans een beslissing neemt voor de toekomst en dat als men thans een verstandige doordachte beslissing neemt, men er in de toekomst de vruchten van zal kunnen plukken. CD&V raadslid Kemseke vraagt of het raadslid een idee heeft van de kostprijs van een parallelle weg en hoe hij dit zal betalen. Open VLD raadslid Schelfhout repliceert daar volgende maand op te zullen antwoorden.
* N-VA raadslid Dejager geeft mee al verschillende keren te hebben opgevangen dat er een gemeentepark zou komen op het domein van het gemeenschapsonderwijs. Ze stelt daarover niets te hebben teruggevonden in de verslagen van het college van burgemeester en schepenen en ze vraagt of dit een gerucht is. Schepen van groen De Donder repliceert dat dit geen gerucht is, maar nog niets officieel beslist is. Hij geeft mee dat in dat kader gesprekken bezig zijn en dat dit nog verder moet bekeken worden, ook financieel, maar dat de gemeente daar eventueel zou in meestappen. Hij stelt dat een groene locatie op die plaats mooi zou zijn voor de gemeente en geeft hierbij mee dat de locatie ingekleurd is als gemeenschapsvoorziening en nog voor 40 procent in totaliteit kan bebouwd worden. N-VA raadslid Dejager merkt op dat ook sprake is van een eventuele doorgang van de Engelstraat naar Den Dries.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 249
Schepen groen De Donder repliceert dat dit een optie is, mocht het project doorgaan. Hij herhaalt dat in dit kader besprekingen bezig zijn, ook wat betreft het financiële. Hij merkt op dat de gemeente al het Wijmelbroek heeft, dat veel geld kost en dat ook een bijkomend park zal moeten betaald worden. De voorzitter stelt dat creëren één zaak is, maar het onderhouden daarvan natuurlijk het gevolg is.
* N-VA raadslid Byttebier geeft mee niet meer te zullen tussenkomen in besloten zitting, zolang er mensen aan de andere kant van de deur van de raadzaal op de tweede verdieping van het gemeentehuis staan, aangezien zijn naam na de gemeenteraadszitting van 28 februari 2013 dikwijls genoemd werd. Hij stelt consequent te zijn, maar niet te willen dat zijn partij daar onder lijdt. De voorzitter repliceert dat het raadslid gelijk heeft en stelt voor dat de aanwezigen tijdens de besloten zitting, die er op vraag van schepen Olivier ook na huidige openbare zitting zal zijn, op de eerste verdieping wachten. Hij richt zich tot de wijkagent met de vraag daarop toe te zien.
* N-VA raadslid Byttebier feliciteert Unizo aangezien zij een vergadering houden voor de handelaars betreffende de parkeerproblematiek in Deerlijk centrum en bijgevolg naar de mensen luisteren, maar hij stelt dat hij in de mobiliteitscommissie nu en dan heeft geopperd dat er parkeerproblemen zouden komen in het centrum door de toename van appartementen en bijkomende goed draaiende handelszaken en met zijn bekommernis geen rekening werd gehouden, hoewel men zelf ook wist dat er parkeerproblemen zouden zijn. Hij merkt op dat een schepen en een gemeenteraadslid van Unizo lid zijn van de mobiliteitscommissie en deze in dit kader niet zijn tussengekomen, maar dat thans na de heraanleg van Den Dries die verkeerd is, doch door iedereen werd goedgekeurd - en de herhaalde klachten van een bepaalde persoon hierover, een schepen gesteld heeft ervoor te zorgen dat de situatie zal veranderen. Hij stelt niet te zeggen dat de situatie niet moet veranderen, maar hij is van mening dat dit politiek spel is wat niet de goede manier van werken is. Schepen De Donder repliceert dat dit punt in de mobiliteitscommissie werd besproken. Hij geeft mee dat na de heraanleg van Den Dries vragen werden gesteld door de handelaars en Unizo een brief aan het college van burgemeester en schepenen heeft gericht om te melden dat daar iets verkeerd zat en het misschien best zou zijn een vergadering te beleggen met de handelaars van het centrum. Hij geeft mee dat er niet alleen het probleem van Den Dries is, maar ook de problemen van de langparkeerders in de Harelbekestraat en in de Schoolstraat die geen gebruik maken van de langparkeerparkings. Hij stelt dat het bestuur daarmee bezig is en in dit kader al veel vergaderingen werden gehouden, maar dat Unizo dergelijke vergadering wenste te organiseren. Hij geeft mee dat ook de schepen van verkeer en de leden van de mobiliteitscommissie daarop zijn uitgenodigd en het de bedoeling is te komen tot de beste oplossing, wat niet gemakkelijk zal zijn. Schepen van mobiliteit Accou geeft mee dat men jaren terug een parkeerbeleid voor het centrum van Deerlijk had opgemaakt en men er een blauwe zone zou invoeren, maar dit uiteindelijk om twee redenen werd stopgezet, meer bepaald enerzijds omdat de wetgeving op dat moment bepaalde dat de politie in dit kader niet meer mocht optreden en de gemeente zelf iemand in dienst zou moeten nemen om toezicht daarop te houden en anderzijds omdat er geen langparkings waren waar men mensen naartoe zou kunnen sturen. Ze oppert dat thans evenwel het ogenblik gekomen is om in samenspraak met alle partijen dit punt opnieuw op te halen, aangezien agenten van politie daar thans mogen op toezien en er thans ook langparkings beschikbaar zijn en ze geeft mee dit ook in de mobiliteitscommissie te hebben aangehaald. Ze stelt dat de bespreking van Unizo met de handelaars hierover in dit kader dan ook misschien het één en ander aan het licht kan brengen. Ze besluit dat als er een nieuw parkeerbeleid komt, dit vanuit de gemeente zal komen, na advies van de mobiliteitscommissie, en niet vanuit Unizo.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 250
N-VA raadslid Byttebier stelt dat hij zich hetgeen de schepen aanhaalt herinnert en geeft mee dat hij op dat ogenblik ook geen voorstander was van een blauwe zone.
* Open VLD raadslid Schelfhout stelt te hebben vernomen dat de kerk op de Molenhoek op termijn zou verdwijnen en hij informeert daar naar. De voorzitter repliceert dat de parochies en de kerkfabrieken op zijn vraag, als verantwoordelijke voor de kerkfabrieken, hun denkoefening aan het maken zijn en deze thans volop bezig is. Hij geeft mee dat de kerkfabriek van de Molenhoek bij een vergelijking van de drie kerken in Deerlijk, heeft vastgesteld dat de kerk op de Molenhoek het minst diensten heeft, er geen eerste communie en geen vormselviering meer plaatsvindt en het laatste kerkelijk huwelijk van twee jaar geleden dateert en deze zaken meespelen voor het bisdom. Hij voegt er nog aan toe dat hij gevraagd heeft de denkoefening in de loop van de maand mei te kunnen krijgen.
* Open VLD raadslid Vanneste informeert naar de stand van zaken betreffende de herstellingswerken in de Klijtstraat. Hij oppert dat deze door de huidige temperaturen momenteel wellicht niet kunnen gebeuren. Schepen van openbare werken Tijtgat repliceert dat het studiebureau en de aannemer overeengekomen zijn om op de plaatsen waar er barsten zijn een slemlaag aan te leggen. Hij geeft mee dat deze werken gepland waren voor begin maart, maar beaamt dat dit door de weersomstandigheden uitstel kent. Hij besluit dat men in blijde verwachting is dat de herstelling zal uitgevoerd worden. Open VLD raadslid Vanneste vraagt of de herstelling volledig ten koste van de aannemer is. Schepen van openbare werken Tijtgat repliceert dat gesteld werd dat het bestuur daar niet in tussenkomt.
* Open VLD raadslid Vanneste verwijst naar het verslag van de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 20 maart 2013, meer bepaald naar het punt betreffende de opdracht tot het drukken van het gemeentelijk informatieblad. Hij merkt op dat enkel firma’s uit Kortrijk en Gent hiertoe worden uitgenodigd, terwijl dit vroeger door een Deerlijkse firma werd gedaan en hij vraagt of dat contract is stopgezet. Hij merkt ook op dat het contract vroeger verplichtte dat een Deerlijkse firma het gemeentelijk informatieblad drukte, maar dit thans niet meer verplicht wordt en hij vraagt of dit komt door een gebrek aan interesse. Schepen van informatie Accou repliceert dat de opdracht de aanduiding van het grafisch bedrijf dat het ontwerp van het gemeentenieuws maakt, betreft en er in Deerlijk niet onmiddellijk dergelijke bedrijven zijn. Ze geeft mee dat het grafisch ontwerp thans gebeurt door een bedrijf uit Kortrijk. Ze stelt dat het grafisch bureau vervolgens verplicht het grafisch ontwerp dient door te geven aan een Deerlijkse drukker voor het drukken van het gemeentelijk informatieblad. * sp.a raadslid D’hont verwijst naar een inkomend schrijven betreffende de vergunning voor een casino op de Belgiek en ze merkt op dat in dat kader ondertussen gunstig advies werd verleend. Ze geeft mee dat in omliggende gemeenten met enige voorzichtigheid met dergelijke vraag wordt omgesprongen en men vooraleer de vergunning wordt toegekend, onder meer gaat kijken naar de afstand van de inrichting tot aan schoolinstellingen. Ze merkt op dat de plaats waar het casino zal worden ingericht, vrij dicht gelegen is bij de school op de Belgiek en ze vraagt of het college van burgemeester en schepenen daarover nagedacht heeft en wat hun houding daartegenover is. Ze stelt dat dit dossier stilweg passeert, hoewel de inrichting van een casino niet te vergelijken is met bijvoorbeeld Lotto.
G.13.03
Gemeenteraad van 28 maart 2013
blad 251
Schepen van ruimtelijke ordening De Donder repliceert dat de betrokkenen stedenbouwkundig in orde zijn, maar zij ook een vergunning voor de uitbating moeten krijgen. Hij geeft mee dat er thans in het sportcentrum een casino is en dat de vergunning die daarvoor geldt, van plaats zal verhuizen. De gemeentesecretaris voegt er aan toe dat voor de uitbating van een casino de goedkeuring van de Kansspelcommissie vereist is, in welk kader het door het raadslid aangehaalde aspect zal onderzocht worden, maar dit niets te zien heeft met de stedenbouwkundige vergunning. sp.a raadslid D’hont vraagt of het bijgevolg mogelijk is dat een stedenbouwkundige vergunning wordt afgeleverd, maar de inrichting van een casino toch niet mogelijk is. De gemeentesecretaris repliceert dat dit mogelijk is en de Kansspelcommissie beslist. Ze voegt er aan toe dat de context thans evenwel anders is, aangezien het een verplaatsing van de zetel betreft. sp.a raadslid D’hont vraagt of in het kader van de verplaatsing van de zetel, duidelijk omschreven wordt welke types kansspelen er mogen aangeboden worden en of daar begrenzingen op staan. De gemeentesecretaris repliceert te vermoeden van wel. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder stelt dat in dit kader een strenge reglementering geldt en men niet zomaar in een casino binnen kan. * sp.a raadslid D’hont geeft mee een aantal vragen over de brandweer te hebben, maar oppert dat deze wellicht in besloten zitting dienen gesteld te worden. De voorzitter repliceert bevestigend. * sp.a raadslid D’hont verwijst naar de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 20 maart 2013 om niet in te gaan op de vraag tot tegemoetkoming in een betaalde retributie voor de inname van het openbaar domein. Ze geeft mee dat betrokkenen schade hebben gehad naar aanleiding van een fout bij rioleringswerken in het verleden, ver voor zij het huis aankochten, en zij in dat kader herstellingswerken hebben uitgevoerd en een container op het openbaar domein hebben geplaatst. Ze vervolgt dat betrokkenen voor deze inname een retributie dienen te betalen, hoewel zij geen oorzaak hebben aan het feit dat de riolering niet goed werd aangelegd en zij bijgevolg een tegemoetkoming vroegen. Ze verwijst vervolgens naar het betreffende verzekeringsdossier waarin is beslist dat beide partijen niets aan elkaar verschuldigd zijn en ze vraagt waarom niet op de vraag werd ingegaan. Schepen van openbare werken Tijtgat repliceert dat het raadslid uitspraken doet over een eventuele oorzaak. Hij geeft mee dat de verzekering in deze een uitspraak heeft gedaan en men geen precedenten kan scheppen. Hij vervolgt dat het retributiereglement betreffende de inname van het openbaar domein moet gevolgd worden en dat de retributie geen schuld in deze is, maar door iedereen die het openbaar domein vanaf een bepaalde termijn inneemt, moet betaald worden. De voorzitter besluit dat dit toepassing van het reglement betreft.
Waarna de zitting wordt geheven,
Trees Longueville Secretaris
Claude Croes Burgemeester Voorzitter gemeenteraad