VERSLAG DER ZITTING VAN DE GEMEENTERAAD VAN DEERLIJK GEHOUDEN TEN GEMEENTEHUIZE OP ZESENTWINTIG SEPTEMBER TWEEDUIZEND EN DERTIEN Waren aanwezig : Claude CROES, burgemeester voorzitter gemeenteraad; Ann ACCOU, Regine VANWYNSBERGHE-ROORYCK, Jo TIJTGAT, Carl DE DONDER, Kaat OLIVIER, schepenen; Robert VANHEERWEGHE, Gino BAERT, Marc BYTTEBIER, Frans KEMSEKE, Louis HAERINCK, Sabine DEKNUDT-MICHIELS, Bert SCHELFHOUT, Tundie D’HONT, Filip TERRYN, Jurgen BEKE, Lien DE KETELE, Angelique LEFEBVRE, Sophie MESPREUVE, Matthias VANNESTE en Frieda DEJAGER, raadsleden; Trees LONGUEVILLE, gemeentesecretaris. ----G.13.09 - Gemeenteraad van 26 september 2013 - blad 444 ----De raad was conform artikel 20 van het Gemeentedecreet samengeroepen door de voorzitter van de gemeenteraad voor de afhandeling van volgende agenda: 1. Financiën - jaarrekening 2012 - goedkeuring 2. Financiën - gemeentelijke budgetwijziging 2013/1 - goedkeuring 3. Milieu - Burgemeestersconvenant - deelname 4. OCMW - jaarrekening 2012 - goedkeuring - mededeling 5. Financiën - rapportering financieel beheerder 2e semester 2012 6. Patrimonium - Rootland/Stationsstraat - verkoop van een onroerend goed 7. HIZ - burgerzaken - afgifte biometrische verblijfstitels aan onderdanen van derde landen en van biometrische paspoorten aan Belgische burgers 8. Financiën - zate openbare wegen - verwerving - directe belasting 9. Voetpaden - aanleggen - directe belasting 10. Riolen - aanleggen - directe belasting 11. Wegenuitrusting - directe belasting 12. Dringende geneeskundige hulpverlening - retributiereglement 13. HTD - retributiereglement voor inname van het openbaar domein naar aanleiding van (bouw)werken - goedkeuring 14. Milieu - premiereglement voor de opwekking en aanwending van alternatieve energie goedkeuring 15. Lokale economie - retributiereglement ambulante handel - goedkeuring
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 445
16. Cultuur - gebruikersreglement gemeenschapscentrum - goedkeuring 17. Cultuur - gemeenschapscentrum - retributiereglement drank- en huurprijzen en fotokopieën - goedkeuring 18. Cultuur - premiereglement animatiesubsidie - goedkeuring 19. Cultuur - premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting - goedkeuring 20. POB - dienstreglement bibliotheek - goedkeuring 21. POB - retributiereglement bibliotheek - goedkeuring 22. HIZ - premiereglement wielerwedstrijden - goedkeuring 23. HIZ - agenda gemeenteraad - toezenden jaarabonnement inwoners - retributiereglement 24. HIZ - verspreiden aan niet-inwoners van het gemeentenieuws - retributiereglement goedkeuring 25. HIZ - huwelijksjubilea - premies 26. HIZ - grafconcessies - voortijdige beëindiging - goedkeuring 27. Lager onderwijs - pedagogisch project - goedkeuring 28. Jeugd - premiereglement aankoop kampmateriaal - goedkeuring 29. Toerisme - retributiereglement verkoop toeristische kaarten en brochures - goedkeuring 30. Vragen gesteld door raadsleden ----De voorzitter opent de zitting om 20 uur. Daarop volgt de afhandeling van de agenda.
1. Financiën - jaarrekening 2012 - goedkeuring DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op artikel 43, § 2, 3° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en zijn latere wijzigingen dat stipuleert dat het vaststellen van de jaarrekening tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gelet op artikel 174, § 1 van het Gemeentedecreet dat stelt dat artikel 148, § 3 van overeenkomstige toepassing is; Gelet op het in vorige alinea vermeld gegeven waaruit volgt dat de gemeenteraad stemt over de jaarrekening in haar geheel maar dat elk gemeenteraadslid de afzonderlijke stemming kan vragen over één of meer onderdelen van de jaarrekening;
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 446
Gelet op voorliggende jaarrekening 2012; Overwegende dat : 1. De liquiditeitenrekening sluit met volgende cijfers: Exploitatiebudget: Uitgaven Ontvangsten Investeringsbudget: Uitgaven Ontvangsten Andere: Uitgaven Ontvangsten Budgettair resultaat boekjaar Resultaat op kasbasis
14.179.510 euro 15.574.423 euro 2.690.622 euro 50.914 euro 1.478.686 euro 2.500.509 euro -222.972 euro 925.014 euro
2. De balans in evenwicht sluit met volgende cijfers: A. Activa Vlottende activa - liquide middelen en geldbeleggingen - vorderingen op korte termijn - vorderingen op lange termijn die binnen het jaar vervallen
2.572.587 euro 714.804 euro 37.022 euro
Vaste activa - vorderingen op lange termijn - financiële vaste activa - materiële vaste activa - immateriële vaste activa
849.372 euro 8.737.749 euro 38.421.345 euro 226.328 euro
TOTAAL
51.559.207 euro
B. Passiva Schulden - schulden op korte termijn - schulden op lange termijn
3.215.872 euro 12.177.990 euro
Nettoactief - nettoactief
36.165.345 euro
TOTAAL
51.559.207 euro
3. De staat van opbrengsten en kosten sluit als volgt: operationele kosten financiële kosten
15.936.541 euro 476.659 euro
operationele opbrengsten
14.777.017 euro
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
financiële opbrengsten
blad 447
1.046.435 euro
Tekort van het boekjaar
-589.748 euro
Besluit: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - De jaarrekening 2012 van de gemeente wordt vastgesteld op de cijfers zoals vermeld in het overwegend gedeelte van huidige beslissing. Art. 2. - Huidige beslissing wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge. ----2. Financiën - gemeentelijke budgetwijziging 2013/1 - goedkeuring a) aanpassing meerjarenplan DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op artikel 43, § 2, 3° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het vaststellen van het meerjarenplan en de aanpassingen ervan, tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gelet op het meerjarenplan 2013-2015 dat werd voorgelegd aan de gemeenteraad in zitting van 28 februari 2013; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010, artikel 27, 3° dat stipuleert dat een budgetwijziging past in het meerjarenplan als de autofinancieringsmarge van het financiële boekjaar in het budget groter dan of gelijk is aan de autofinancieringsmarge van hetzelfde boekjaar in het meerjarenplan; Overwegende dat op de zitting van vandaag een budgetwijziging wordt voorgelegd waarvan de autofinancieringsmarge van het financiële boekjaar in het budget kleiner is dan de autofinancieringsmarge van hetzelfde boekjaar in het meerjarenplan; Overwegende dat aldus de voorgelegde budgetwijziging niet past in het meerjarenplan en een aanpassing van het meerjarenplan vereist is; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010, artikel 15 dat stipuleert dat een aanpassing van het meerjarenplan minstens het financiële doelstellingenplan, de staat van het financiële evenwicht, een motivering van de wijzigingen, en in voorkomend geval, de wijzigingen van de strategische nota bevat; Overwegende dat in de voorliggende aanpassing van het meerjarenplan geen wijzigingen van de strategische nota zijn; Gelet op het voorliggend aangepaste financiële doelstellingenplan, de aangepaste staat van het financiële evenwicht en de motivering van de wijzigingen; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 11 september 2013 houdende de definitieve vaststelling van het ontwerp van de aanpassing meerjarenplan;
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 448
BESLUIT: met 11 ja-stemmen (CD&V) en 10 neen-stemmen (N-VA, Open VLD en sp.a) De aanpassingen aan het meerjarenplan 2013-2015 worden vastgesteld.
b) budgetwijziging 2013/1 DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op artikel 43, § 2, 3° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het vaststellen van het budget en de budgetwijzigingen tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gelet op artikel 154, § 2 van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat de gemeenteraad de budgetwijziging vaststelt op basis van de voorgelegde cijfers en de verklarende nota; Gelet op de beslissing van 28 februari 2013 waarbij de gemeenteraad het budget 2013 heeft vastgesteld; Overwegende dat, bij toepassing van artikel 87, § 4, 6° en artikel 93, 1° b) van het Gemeentedecreet, het voorontwerp van de verklarende nota en de financiële nota van de huidige budgetwijziging werd opgemaakt in overleg met het managementteam; Gelet op voorliggende verklarende nota bij de budgetwijziging 2013/1 die de aanpassingen aan de beleidsnota, een motivering van de wijzigingen, de aangepaste onderdelen van het doelstellingenbudget en de financiële toestand omvat, en waarbij er geen aanpassingen aan de lijsten van de overheidsopdrachten en de nominatief toegekende subsidies zijn; Gelet op voorliggende aangepaste financiële nota die de financiële vertaling is van de beleidsdoelstellingen, geformuleerd in de aangepaste beleidsnota van het budget 2013; Gelet op de bespreking gevoerd door de gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente van 9 september 2013; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 11 september 2013 houdende de definitieve vaststelling van het ontwerp van de budgetwijziging 2013/1; BESLUIT: met 11 ja-stemmen (CD&V) en 10 neen-stemmen (N-VA, Open VLD en sp.a) Art. 1. - De verklarende nota bij de budgetwijziging 2013/1 wordt vastgesteld. Art. 2. - De financiële nota van de budgetwijziging 2013/1 wordt op volgende bedragen vastgesteld: A. Exploitatiebudget (schema BW1) - ontvangsten : - uitgaven : saldo :
16.071.727 euro 15.384.122 euro 687.605 euro
B. Transactiekredieten inzake investeringsverrichtingen (schema BW3)
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
- ontvangsten : - uitgaven : saldo : C. Liquiditeitenbudget (schema BW4) - budgettaire resultaat boekjaar : - resultaat op kasbasis :
blad 449
998.645 euro 2.666.460 euro - 1.667.815 euro
- 681.961 euro 243.053 euro
Art. 3. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan: - de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge; - Agentschap voor Binnenlands Bestuur, Afdeling Lokale en Provinciale Besturen - Financiën en Personeel, Vlaams Ministerie van Bestuurszaken, Boudewijnlaan 30 - bus 70, 1000 Brussel ----3. Milieu - Burgemeestersconvenant - deelname sp.a raadslid D’hont vraagt of één van de schepenen bevoegd is voor het beleidsdomein ‘energie’. Ze vraagt vervolgens of de gemeente in het kader van het Burgemeestersconvenant ook nog op eigen initiatief bepaalde beslissingen kan nemen die meetellen voor de CO2.-reductie, waarbij ze de recente vernieuwing van de verwarmingselementen in d’Iefte als voorbeeld aanhaalt. Hierbij geeft ze mee dat haar partij samen met een erkend energiedeskundige een ‘energiescan’ van d’Iefte uitgevoerd heeft en daaruit bleek dat er in het kader van isolatie en warmteverlies zeker geen verbetering was. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert dat het beleidsdomein ‘energie’ onder de bevoegdheid ‘milieu’ zit. Hij stelt dat alles wat de gemeente uitvoert wordt vermeld in de rapportering die dient te gebeuren, dat Leiedal dit zal bundelen voor alle gemeenten en dit meetelt voor punten. sp.a raadslid D’hont vraagt of de gemeente individueel, los van de andere Leiedalgemeenten, subsidies kan genieten. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert dat dit dient bekeken te worden. sp.a raadslid D’hont vraagt of dit convenant enkel betrekking heeft op gemeentelijke gebouwen dan wel of dit ook betrekking heeft op bijvoorbeeld particuliere woningen. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert bevestigend. Hij geeft mee dat er ook acties zullen komen, gericht op de bevolking. sp.a raadslid D’hont stelt vast dat dit een pro-actief beleid naar de bevolking toe betreft. Ze vraagt of premies rond energiezuinig en energiebewuster wonen de volgende jaren dan verder zullen beperkt worden. Zij is van mening dat het vreemd is enerzijds de bewoners op het goede pad te willen brengen en anderzijds premies te verminderen of af schaffen. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert dat dit nog moet bekeken worden. Hij geeft mee dat het ook de taak van de gemeente is om premies van hogerhand aan de mensen bekend te maken.
Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het Burgemeestersconvenant van de Europese Commissie is een beleidskader met als doel het lokaal energie- en klimaatbeleid te versterken, beter te coördineren en geïntegreerd aan te pakken. Met het Burgemeestersconvenant wil de EU de lokale en regionale partijen mobiliseren rond de verwezenlijking van de Europese energie- en klimaatdoelstellingen (CO2-reductie). Steden en gemeenten zijn direct en indirect (via de door de burgers gebruikte producten en diensten) verantwoordelijk voor meer dan de helft van de broeikasgasemissies als gevolg
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 450
van het gebruik van energie in het kader van menselijke activiteiten. De lokale en regionale overheden, als bestuurslagen het dichtst bij de burgers, moeten het voortouw nemen en het voorbeeld geven. De gemeenteraad heeft in zitting van 13 december 2007 het ‘Milieubeleidsplan 2008 - 2013’ goedgekeurd. De gemeenteraad heeft in zitting van 27 maart 2008 de ‘Samenwerkingsovereenkomst 2008 - 2013’ goedgekeurd. Het is de verwachting dat de ondertekening van het Burgemeestersconvenant een essentiële voorwaarde zal worden om beroep te kunnen doen op Vlaamse en Europese fondsen zoals het Milieuconvenant 2014 - 2019 en de nieuwe structuurfondsen van de EU waarbinnen energie en klimaat een hoofdprioriteit wordt (bv. EFRO, Intelligent Europe, Horizon 2020,…). Het Burgemeestersconvenant sluit ook aan bij het ‘cahier’ Zuid-West-Vlaanderen energieneutraal in 2050 - Naar een regionale energiestrategie, uitgegeven door Leiedal en het ontwerp-Streekpact van RESOC waarin een ‘klimaatneutrale regio’ een prioriteit is. Leiedal werd erkend als territoriaal coördinator binnen het Burgemeestersconvenant en kan zo ondersteuning bieden aan gemeenten uit haar werkingsgebied op het vlak van administratieve verplichtingen, technische expertise en intergemeentelijke samenwerking waardoor de gemeente zich kan focussen op het effectief realiseren van acties op het terrein. Leiedal heeft een voorstel uitgewerkt voor intergemeentelijke samenwerking rond het Burgemeestersconvenant waardoor het Burgemeestersconvenant voor alle gemeenten haalbaar wordt en de efficiëntie verhoogt. De ondertekening van het Burgemeestersconvenant houdt in dat er een gemeentelijke ambitie rond CO2-reductie op gemeentelijk grondgebied is die verder gaat dan -20% en dat er op het terrein concrete acties gebeuren om CO2 te reduceren. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 4 september 2013 beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen om het Burgemeestersconvenant te ondertekenen. Artikel 42, § 2 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat de gemeenteraad het beleid van de gemeente bepaalt en daartoe algemene regels kan vaststellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het volgende goed te keuren. Art. 1. - Het Burgemeestersconvenant van de Europese Commissie goed te keuren en te ondertekenen. Art. 2. - Leiedal te erkennen als territoriaal coördinator die binnen het Burgemeestersconvenant een aantal taken op zich kan nemen voor de gemeenten binnen haar werkingsgebied. Art. 3. - De verdere modaliteiten voor het Burgemeestersconvenant zullen door het college van burgemeester en schepenen vastgelegd worden. Art. 4. - Een afschrift van deze beslissing over te maken aan Leiedal, President Kennedypark 10 te 8500 Kortrijk.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 451
Art. 5. - Een afschrift van deze beslissing over te maken aan Convenant of Mayors Office, 1 Square de Meeûs te 1000 Brussel, samen met de correct ingevulde vormvereisten ter ondertekening van het Burgemeestersconvenant. ----4. OCMW - jaarrekening 2012 - goedkeuring - mededeling Bij toepassing van artikel 89, § 2 van de OCMW-wet wordt aan de raad het besluit van de provinciegouverneur van 22 augustus 2013 betreffende de vaststelling van de jaarrekening 2012 van het OCMW Deerlijk, meegedeeld. ----5. Financiën - rapportering financieel beheerder tweede semester 2012 DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op artikel 165 van het Gemeentedecreet, dat stipuleert dat de financieel beheerder minstens eenmaal per jaar in volle onafhankelijkheid rapporteert aan de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen en dat dit rapport minstens een overzicht omvat van de thesaurietoestand, de liquiditeitsprognose, de beheerscontrole alsook de evolutie van de budgetten; Gelet op artikel 166 van het Gemeentedecreet, dat stipuleert dat de financieel beheerder minstens eenmaal per jaar in volle onafhankelijkheid rapporteert aan de gemeenteraad over de uitvoering van zijn taak van voorafgaande controle van de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen verbintenissen; Gelet op artikel 94 van het Gemeentedecreet, dat stipuleert dat de financieel beheerder in volle onafhankelijkheid rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen en aan de gemeenteraad met betrekking tot de vervulling van de opdrachten vermeld in dit artikel, zijnde de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole en het debiteurenbeheer; Overwegende dat het bestuur in 2012 gestart is als piloot voor de BBC (beleids- en beheerscyclus) en voor rapportering grotendeels afhankelijk is van de BBCsoftwaresystemen die nog in evolutie zijn; Overwegende dat hierdoor op vandaag nog geen liquiditeitsprognose, beheerscontrolerapport en rapport omtrent de evolutie van de budgetten kan gegenereerd worden; Gelet op de kennisname door het college van burgemeester en schepenen van 11 september 2013 van de rapportering betreffende het tweede semester 2012; Gelet op de voorliggende rapportering in bijlage, waarvan eveneens een afschrift werd bezorgd aan de gemeentesecretaris; Gelet op het gegeven dat nog geen afschrift kan bezorgd worden aan de externe auditcommissie vermits deze nog niet operationeel is; NEEMT KENNIS
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 452
Van de rapportering van de financieel beheerder betreffende het tweede semester van 2012. ----6. Patrimonium - Rootland/Stationsstraat - verkoop van een onroerend goed DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Overwegende dat de gemeente eigenaar is van volgend onroerend goed: - één are tien centiare (1 a 10 ca) grond, gelegen Stationsstraat +323, gekadastreerd als afdak, sectie D nummer 323/D2; Overwegende dat het in vorig alinea genoemde perceeltje grond aangeduid is op het opmetingsplan opgemaakt op 11 februari 2013 door de heer Bart Degezelle; Overwegende dat dit preceeltje grond paalt aan de tuin van de woning Stationsstraat 323 en in de loop der jaren door de eigenaars van deze woning werd ingenomen als deel van de tuin bij hun woning; Overwegende dat de gemeente bereid is dit onroerend goed te verkopen aan volgende aanpalende eigenaars en deze bereid zijn tot de aankoop van bedoeld onroerend goed: - de heer GRIMONPREZ Johan Charles, geboren te Wevelgem op éénentwintig november negentienhonderd vierenzestig en zijn echtgenote, mevrouw DEVRIESE Hermine Maria André, geboren te Kortrijk op zeventien juni negentienhonderd negenenzestig, samenwonende te 8573 Anzegem (Tiegem), Heinsberg 2/A; Overwegende dat de omzendbrief BB 2010/02 van 12 februari 2010 betreffende de procedure bij vervreemding van onroerende goederen door de provincies, gemeenten, OCMW’s en besturen van de erkende erediensten stelt dat bij elke onroerende vervreemding de openbare verkoop de algemene regel moet zijn en de onderhandse verkoop een uitzondering moet blijven; Overwegende dat voormelde omzendbrief stelt dat de onderhandse verkoop alleen aanvaard wordt als het bestuur voldoende kan aantonen, door middel van een bijzondere motivering, dat de onderhandse procedure gerechtvaardigd is; Overwegende dat het in voorliggend geval niet opportuun is tot openbare verkoop van het onroerend goed over te gaan, aangezien bij dergelijke verkoop het perceeltje grond zou kunnen aangekocht worden door een ander dan de aanpalende eigenaar en in dit geval de aanpalende eigenaars geen zekerheid meer zou hebben over het behoud van hun carport en de toegang tot hun garage; Overwegende dat in voorliggend geval de juridische toestand ook niet overeenstemt met de feitelijke toestand aangezien het openbaar domein feitelijk als tuin is ingenomen en er op deze grond ook al een carport werd geplaatst door de aanpalende eigenaars; Overwegende dat het gepast voorkomt het in het eerste lid vermeld perceeltje grond onderhands te verkopen aan de aanpalende eigenaars, zoals vermeld in lid 4; Gelet op het schattingsverslag van 1 juni 2013 van het Comité tot Aankoop waarbij de waarde van het onroerend goed geraamd wordt op ZEVENDUIZEND HONDERD VIJFTIG EURO (7.150,00 euro);
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 453
Gelet op voorliggend ontwerp van akte van verkoop, overgemaakt door het Comité tot Aankoop, die o.m. stipuleert dat de verkoopprijs gelijk is aan de schatting; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 28 augustus 2013; Gelet op artikel 43, § 2, 12° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het stellen van daden van beschikking met betrekking tot onroerende goederen tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort, behoudens voor zover de verrichting nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen; Overwegende dat huidige verkoop niet nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen; Gelet op het Gemeentedecreet en zijn latere wijzigingen, meer bepaald de artikelen 248 tot 260 betreffende het algemeen administratief toezicht op de gemeenten; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - De gemeente zal overgaan tot de verkoop van volgend onroerend goed: -
één are tien centiare (1 a 10 ca) grond, gelegen Stationsstraat 323, gekadastreerd als afdak, sectie d nummer 323/D,
aan de heer GRIMONPREZ Johan Charles, geboren te Wevelgem op éénentwintig november negentienhonderd vierenzestig en zijn echtgenote mevrouw DEVRIESE Hermine Maria André, geboren te Kortrijk op zeventien juni negentienhonderd negenenzestig, samenwonende te 8573 Anzegem (Tiegem), Heinsberg 2/A. Art. 2. - De verkoop geschiedt - ter regularisatie van de bestaande toestand; - tegen de prijs van ZEVENDUIZEND HONDERD VIJFTIG EURO (7.150,00 euro); - en onder de voorwaarden opgesomd in het ontwerp van authentieke akte, gevoegd bij onderhavige beslissing. Art. 3. - Huidige beslissing wordt aan het algemeen toezicht van de hogere overheid onderworpen. Art. 4. - Deze beslissing wordt overgemaakt aan het Comité tot Aankoop - de heer Lieven Vanheuverzwijn - Bouwcentrum Pottelberg - Engelse Wandeling 2 F 3 - 8500 Kortrijk. ----7. HIZ - burgerzaken - afgifte biometrische verblijfstitels aan onderdanen van derde landen en van biometrische paspoorten aan Belgische burgers Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Om te voldoen aan de Europese vereiste zal er in de loop van het tweede semester 2013 overgegaan worden tot de afgifte van biometrische verblijfstitels aan onderdanen van derde landen en van biometrische paspoorten aan Belgische burgers. Dit is een systeem waarmee de identiteit van de burger ondermeer wordt vastgesteld aan de hand van vingerafdrukken.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 454
Om dit systeem te implementeren in de gemeente dient onderstaande overeenkomst tussen de Belgische Staat en de gemeente Deerlijk opgesteld te worden. Gezien ondermeer de vingerafdrukken in de gemeente dienen genomen te worden, vereist deze werkwijze de installatie van de nodige nieuwe apparatuur in de gemeente. In de voorliggende overeenkomst krijgt onze gemeente 2 biometrische packs gratis. In zitting van 21 augustus 2013 en 4 september 2013 heeft het college van burgemeester en schepenen het ondertekenen van deze overeenkomst besproken en de voorzitter van de gemeenteraad verzocht de goedkeuring van de overeenkomst te agenderen op de gemeenteraad van 26 september 2013. Deze beslissing kadert in artikel 42 van het Gemeentedecreet dat de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad stipuleert. De gemeenteraad hecht met eenparigheid van stemmen zijn goedkeuring aan de hierna opgenomen overeenkomst tussen de Belgische Staat en de gemeente Deerlijk: OVEREENKOMST TUSSEN DE BELGISCHE STAAT EN DE GEMEENTE DEERLIJK BETREFFENDE DE AFGIFTE VAN BIOMETRISCHE VERBLIJFSTITELS AAN ONDERDANEN VAN DERDE LANDEN EN VAN BIOMETRISCHE PASPOORTEN AAN BELGISCHE BURGERS. Gelet op de verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels van onderdanen van derde landen zoals gewijzigd bij verordening (EG) nr. 380/2008 van de Raad van 18 april 2008 tot wijziging van verordening (EG) nr.1030/2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen; Gelet op de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; Gelet op de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen en meer bepaald artikel 6, § 5, lid 1 dat het volgende bepaalt: “De federale overheid stelt de technische apparatuur nodig voor de elektronische kaart ter beschikking van de gemeente, die er eigenaar van wordt. De gemeente staat in voor de opslag en het onderhoud van de apparatuur.”; Gelet op het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; Gelet op de regelgeving inzake paspoorten en meer bepaald: Artikel 1, lid 2 van de verordening (EG) nr. 2252/2004 van de Raad van 13 december 2004 betreffende normen voor de veiligheidskenmerken van en biometrische gegevens in door de lidstaten afgegeven paspoorten en reisdocumenten, dat bepaalt dat “voor paspoorten en reisdocumenten een opslagmedium wordt gebruikt dat een gezichtsopname bevat. De Lidstaten nemen ook vingerafdrukken in een interoperabel formaat op (…)”; Artikel 4 van de wet van 14 augustus 1974 betreffende de afgifte van paspoorten dat het volgende bepaalt: “Paspoorten of als zodanig geldende bescheiden worden aan Belgen afgegeven: in België, door de Minister van Buitenlandse Zaken en de door hem gemachtigde ambtenaren van de Staat, de provincies of de gemeenten (…)”;
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 455
Gelet op de beslissing van de Ministerraad van 23 maart 2012 waarbij de nodige apparatuur voor de registratie van biometrische gegevens in de verblijfstitels voor onderdanen van derde landen ter beschikking wordt gesteld van de gemeenten en waarbij het project van de federale overheidsdienst Binnenlandse Zaken betreffende de verblijfstitels wordt uitgebreid tot de afgifte van paspoorten en waarbij de goedkeuring wordt gehecht aan de samenwerkingsovereenkomst tussen de federale overheidsdienst Binnenlandse Zaken en de federale overheidsdienst Buitenlandse Zaken inzake de invoering van biometrie in de Belgische gemeenten; Gelet op de samenwerkingsovereenkomst van 20 april 2012 tussen de minister van Binnenlandse Zaken en de minister van Buitenlandse Zaken inzake de invoering van biometrie in de Belgische gemeenten; Tussen enerzijds De Belgische Staat, vertegenwoordigd door de minister van Binnenlandse Zaken, hierna de Staat genoemd; En anderzijds De gemeente Deerlijk, vertegenwoordigd door de gemeenteraad namens welke De heer Claude Croes, burgemeester, en Mevrouw Trees Longueville, gemeentesecretaris optreden in uitvoering van de beslissing van de gemeenteraad van Deerlijk hierna de gemeente genoemd; Wordt het volgende overeengekomen: Artikel 1 De Staat financiert de aankoop door de gemeenten van de biometrische packs waarvan de beschrijving als bijlage bij deze overeenkomst gaat en die bestemd zijn voor de registratie van de biometrische gegevens in de elektronische verblijfstitels voor de onderdanen van derde landen en in de paspoorten voor Belgen. Artikel 2 De gemeente verbindt zich ertoe alles in het werk te stellen om tussen 1 september 2013 en 31 januari 2014 volledig operationeel te zijn voor de afgifte van elektronische verblijfstitels aan onderdanen van derde landen en van paspoorten met biometrische gegevens aan Belgen, overeenkomstig de richtlijnen van de federale overheidsdienst Binnenlandse Zaken (hierna “FOD Binnenlandse Zaken” genoemd) en van de federale overheidsdienst Buitenlandse Zaken (hierna FOD Buitenlandse Zaken” genoemd). Met het oog op de afgifte van biometrische verblijfstitels en van paspoorten met biometrische gegevens moet de bestelling van de biometrische packs worden geplaatst zodra de burgemeester en de gemeentesecretaris deze overeenkomst hebben ondertekend. De bestelling van de elektronische packs moet worden geplaatst bij een door het rijksregister erkende ICT-leverancier. De gemeente is vrij in de keuze van de erkende ICT-leverancier, met inachtneming van de wetgeving inzake overheidsopdrachten. Het aantal biometrische packs waarop de gemeente recht heeft, wordt berekend aan de hand van de pieken in de dagelijkse aanvragen van elektronische verblijfstitels in 2010 en
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 456
2011 en aan de hand van de pieken in de dagelijkse productie van paspoorten in 2010 en 2011. De gemeente Deerlijk heeft recht op 2 biometrische packs. De FOD Binnenlandse Zaken neemt de kosten van de biometrische packs zoals beschreven in de bijlage bij deze overeenkomst, voor zijn rekening. Hij betaalt de factuur van de erkende ICT-leverancier, die de gemeente hem samen met een attest van ontvangst van de levering en van de goede uitvoering van de diensten toestuurt. De tenlasteneming van de kosten van de biometrische packs gebeurt ten belope van een maximaal bedrag van 3.722 euro btw inbegrepen per biometrisch pack, met een minimum van 2 biometrische packs per gemeente. Deze kosten omvatten de aankoop van de apparatuur ten belopen van maximum 2.826 euro btw inbegrepen en de prijs van de in artikel 3 vermelde diensten ten belope van maximum 896 euro btw inbegrepen. Artikel 3 De erkende ICT-leverancier bij wie de gemeente de biometrische packs bestelt, levert overeenkomstig deze overeenkomst ook de volgende diensten: de installatie van het materiaal en de opleiding van het personeel, zoals beschreven in de bijlage bij deze overeenkomst. Artikel 4 Tijdens de fase van de afgifte van biometrische verblijfstitels aan onderdanen van derde landen en van biometrische paspoorten aan Belgen zorgen de regionale delegaties van het rijksregister voor de follow-up en voor de ondersteuning van de gemeenteambtenaren die belast zijn met de afgifte van de voormelde documenten. De gemeenteambtenaren krijgen ook de steun van: De helpdesk Belpic die zorgt voor de follow-up en ondersteuning tijdens de verschillende productiefasen van een biometrische verblijfstitel of een biometrisch paspoort: aanvraag, aanmaak, afgifte, activering, enz.; De dienst Vreemdelingenzaken die zorgt voor de follow-up en ondersteuning op het stuk van de wetgeving inzake de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; De FOD Buitenlandse Zaken die zorgt voor de follow-up en ondersteuning op het stuk van de wetgeving inzake paspoorten. Artikel 5 Overeenkomstig artikel 6, § 5, lid 1 van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een rijksregister van de natuurlijke personen is de gemeente verantwoordelijk voor het onderhoud van de RA-PC, met inbegrip van de update van het besturingssysteem. Voor de installatie van de biometrische packs moeten de RA-PC zijn uitgerust met Windows XP service pack 3 of een recentere versie. Als een update van het besturingssysteem van de RA-PC nodig is, is dit ten laste van de gemeente. Artikel 6 De gemeente verbindt zich ertoe bij de uitvoering van deze overeenkomst de toepasselijke wetgevingen en regelgevingen na te leven.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 457
Artikel 7 De partijen verbinden zich ertoe alle relevante inlichtingen uit te wisselen en geregeld overleg te plegen over alle aspecten van het project. Artikel 8 De partijen stellen binnen hun respectieve administraties één of meerdere contactpersonen aan die verantwoordelijk zijn voor de deskundige, administratieve en inhoudelijke follow-up van deze overeenkomst: Voor de Staat: de heer Frank Maes, projectleider eID en de heer Nabil Charhia, projectleider biometrische gegevens (FOD Binnenlandse Zaken – Algemene Directie Instellingen en Bevolking); de heer Frédéric Duterme, projectleider verblijfstitels (FOD Binnenlandse Zaken – Algemene Directie Vreemdelingenzaken); de heer Daniel Ruttens, projectleider biometrische paspoorten, ‘FOD Buitenlandse Zaken) en Jorg Leenaards, projectleider ICT (FOD Buitenlandse Zaken); Voor de gemeente: Jo Vervaeke, administratief medewerker dienst burgerzaken. Artikel 9 Deze overeenkomst treedt onmiddellijk na de ondertekening in werking en eindigt vijf jaar na de datum van ondertekening. Aldus opgesteld in twee exemplaren, waarbij elk van beide partijen verklaart een ondertekend exemplaar van de overeenkomst te hebben ontvangen. Brussel, Voor de Belgische Staat; De minister van Binnenlandse Zaken, Joëlle Milquet
Voor de gemeente Deerlijk, De burgemeester,
De gemeentesecretaris,
Claude Croes
Trees Longueville -----
8. Financiën - zate openbare wegen - verwerving - directe belasting Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het belastingreglement op het verwerven van de zate voor openbare wegen werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 20 december 2007 en ving aan op 1 januari 2008 om te eindigen op 31 december 2013. a) Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 14 augustus 2013 het belastingreglement overlopen en is van oordeel dat dit belastingreglement niet dient
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 458
behouden te worden. Reden hiervoor is dat de laatste ontvangst op basis van een belastingreglement op het verwerven van de zate voor openbare wegen dateert van 1971. b) c) De gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente heeft dit belastingreglement besproken in haar zitting van 9 september 2013. d) e) Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentebelastingen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen de gemeentelijke belasting op het verwerven van de zate voor openbare wegen vanaf 1 januari 2014 niet langer te behouden. ----9. Voetpaden - aanleggen - directe belasting DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 20 december 2007 houdende het heffen van een directe belasting op de werken voor het aanleggen, verbreden van trottoirs voor een termijn eindigend op 31 december 2013; Overwegende dat de door de gemeente gedane uitgaven voor de aanleg, de verbetering en de uitrusting van de openbare wegen door een belasting moeten gedekt worden; Gelet op het feit dat het gaat om uitgaven van algemeen belang, die er echter in het bijzonder en rechtstreeks toe bijdragen een verhoging in de hand te werken van de verkoopwaarde van de eigendommen gelegen langsheen de aangelegde, verbeterde of uitgeruste wegen; Overwegende dat het normaal en billijk is de last van de belasting, bestemd voor het dekken van deze kosten, geheel of gedeeltelijk te laten dragen door de rechtstreekse begunstigden; Overwegende dat het aldus opportuun is ten laste van deze begunstigden de destijds ingevoerde "verhaalbelasting" te handhaven voor een termijn ingaande op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 14 augustus 2013 houdende verlenging van voornoemd belastingsreglement; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, gewijzigd door de decreten van 28 mei 2010 en 17 februari 2012; Gelet op artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentebelastingen vast te stellen; BESLUIT
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 459
met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Met ingang van 1 januari 2014 en voor een periode eindigend op 31 december 2019, wordt ten behoeve van de gemeente onder de navolgende voorwaarden een gemeentelijke belasting geheven op het aanleggen van voetpaden, waarvan de voltooiing geschied is tijdens de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2019 Art. 2. § 1. Worden onderworpen aan een jaarlijkse directe belasting, waarbij de door de gemeente gedane kosten worden teruggevorderd, de al dan niet aangelande eigendommen gelegen langsheen openbare wegen of gedeelten van openbare wegen, waarlangs voetpaden worden aangelegd of verbreed. De onderhoudskosten en de normale vernieuwingskosten vallen niet ten laste van de boordeigenaars. § 2. Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 100 % van de som van de verhaalbare uitgaven, benevens de interesten. De duur van de terugbetaling wordt vastgesteld op 20 jaar. Art. 3. - De terugvorderbare uitgaven zijn: - de kosten van de grondwerken; - de kosten van het wegnemen van de bestaande bedekking; - de kosten van de funderingen en van de nieuwe bedekking, evenals van het plaatsen ervan. De maximumbreedte van het voetpad die in aanmerking genomen wordt voor de vaststelling van het bedrag van de belasting kan slechts berekend worden op een voetpadbreedte van 1,5 m. De werken worden uitgevoerd, hetzij door de eigen gemeentediensten, hetzij door een openbare of private onderneming, op last van het gemeentebestuur. Art. 4. - De terugvorderbare uitgave die iedere eigendom treft is gelijk aan de eenheidsprijs per strekkende meter vermenigvuldigd met de lengte van de eigendom aan de straatzijde, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van artikel 5. De eenheidsprijs per strekkende meter wordt bekomen door het geheel van de verhaalbare uitgaven te delen door de totale lengte van de eigendommen aan de straatzijde. Wanneer het gaat om een afgesneden of afgeronde hoek gevormd door twee openbare wegen, wordt de lengte ervan voor de helft aangerekend langs elke straatzijde. Art. 5. - Wanneer er twee of meer eigendommen of gedeelten van eigendommen gelegen zijn binnen één der zones die zich langs beide zijden van de weg uitstrekken, over een diepte van 12 meter, dan wordt de belasting, die berekend wordt overeenkomstig artikel 4, verdeeld onder de betrokken eigenaars in verhouding tot de oppervlakte die zij binnen de betrokken strook bezitten. Wanneer er een strook non aedificandi bestaat, wordt er voor de berekening van de diepte van 12 meter, zoals bedoeld in alinea 1, met de diepte van deze strook geen rekening gehouden. Art. 6. - In de mate waarin de stroken, bepaald in het voorgaande artikel, elkaar dekken, kan een eigendom of een gedeelte van een eigendom niet tweemaal worden belast wegens werken uitgevoerd in twee verschillende wegen. Wanneer werken gelijktijdig aan twee verschillende wegen uitgevoerd worden, geldt de vrijstelling voor de belasting die verschuldigd is voor de werken aan de weg waar de belasting het laagst is. Dit artikel is niet van toepassing op de hoekterreinen.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 460
Art. 7. - Voor de eigendommen, gelegen op de hoek van twee straten, zal de belastingplichtige slechts de belasting verschuldigd zijn voor de frontgevel met de grootste lengte. Indien de langste frontgevel paalt aan de openbare weg, waarvoor de onderhavige belasting niet verschuldigd is, zal hij worden aangeslagen voor de frontgevel met de kleinste lengte. Bij de uitvoering van de werken langs de frontgevel met de grootste lengte en indien de huidige belasting reeds toegepast werd langs de frontgevel met de kleinste lengte, zal hij worden aangeslagen voor het verschil in de frontlengte. In toepassing van de voorgaande alinea's, kan de vrijstelling voor die welbepaalde eigendommen echter nooit meer dan twintig meter bedragen. Wanneer het gaat om een afgesneden of afgeronde hoek wordt de lengte ervan voor de helft aangerekend langs elke straatzijde of gedeelte van een straatzijde. De verkaveling of de wijziging van de oppervlakte van een eigendom brengt geen verandering in de bij onderhavig artikel bepaalde vrijstelling. Art. 8. - De jaarlijkse belasting omvat de jaarlijkse schijf van het terug te betalen kapitaal dat aangewend werd ter betaling van de terugvorderbare uitgaven, vermeerderd met het bedrag van de intrest die op het niet-teruggestorte gedeelte moet worden betaald. De jaarlijkse belastingen kunnen worden berekend onder de vorm van vaste jaarlijkse bedragen. De toe te passen rentevoet is de rentevoet waaraan de gemeente zelf leent voor de werken waaruit de belasting voortvloeit. In het geval de gemeente geen lening aangaat voor de werken is de gemiddelde rentevoet van toepassing die op het ogenblik dat de werken ten einde zijn door de banken aan de gemeente wordt aangeboden voor een lening voor een duur van 20 jaar. Art. 9. - Na de voltooiing van de werken zal aan de belastingplichtige een kostenstaat gezonden worden behelzende zijn aandeel in de uitgaven van de uitgevoerde werken, berekend aan de hand van hetgeen onder artikel 3 en 4 bepaald werd. Deze afrekening van de verhaalbare uitgaven, vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen, houdt geen rekening met de toelagen die worden toegekend of die zouden kunnen toegekend worden voor werken van die aard door de openbare besturen. Vanaf de verzendingsdatum van de kostenstaat, vastgesteld bij aangetekend schrijven, beschikt de betrokken boordeigenaar over drie maanden om het volledige bedrag te vereffenen, zonder intrest, na die termijn is artikel 8 van toepassing. Art. 10. - De belastingplichtige kan, te allen tijde, de eigendom ontlasten van het bedrag van de terugvorderbare uitgave, die erop betrekking heeft, door aan de gemeente het bedrag van de nog niet eisbare schijven van het kapitaal te storten. De intrest is steeds verschuldigd voor het jaar tijdens hetwelk de betaling plaats heeft, behalve bij toepassing van artikel 9. Art. 11. - Het gemeentebestuur verbindt zich ertoe aan de belastingplichtigen die de belasting in kapitaal mochten hebben gekweten, de bedragen terug te betalen die ooit zouden moeten beschouwd worden als ten onrechte betaald, ingevolge de opheffing of de niet-hernieuwing van de verordening of ten gevolge van de verlaging van de belastingvoeten. In dat laatste geval zal de terugbetaling enkel gebeuren in verhouding tot de vermindering van de belastingvoeten, waarvan de belastingplichtigen, die jaarlijks ingekohierd worden, zullen genieten. Art. 12. - De belasting slaat op de eigendom en is verschuldigd door de eigenaar. Ingeval er een recht van opstal, van erfpacht of van vruchtgebruik bestaat is de belasting verschuldigd door de opstalhouder, de erfpachter, of de vruchtgebruiker, terwijl de eigenaar hoofdelijk mede de belasting verschuldigd is. Wanneer de eigendom bestaat uit een gebouw met meerdere appartementen waarop de verschillende eigenaars een uitsluitend recht hebben, dan wordt de belasting die betrekking
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 461
heeft op het gebouw, verdeeld onder hen in verhouding van het respectief aandeel in de gemeenschappelijke gedeelten. Ingeval van overgang van onroerende zakelijke rechten, wordt de nieuwe eigenaar belastingplichtig vanaf 1 januari volgend op de datum van de akte die hem het recht toekent. Art. 13. - Worden op de rol gebracht, de schuldenaren, aangeduid zoals bepaald in artikel 12 ingevolge hun hoedanigheid van belastingplichtige op 1 januari volgende op de voltooiing van de werken en op 1 januari van ieder volgend belastingdienstjaar. Art. 14. - De eerste jaarlijkse belasting is verschuldigd op de 1ste januari volgend op de voltooiing van de werken, vastgesteld door een besluit van het college van burgemeester en schepenen. Art. 15. - De belasting wordt uitgesteld in de volgende gevallen: 1° Wanneer de huidige belastingplichtige vrijgesteld is ingevolge de wetten en besluiten; 2° Voor de niet-bebouwde terreinen die gelegen zijn in de landelijke gedeelten van de gemeenten, zoals die afgebakend zijn in het gewestplan; 3° Voor de terreinen waarop het ingevolge een beslissing van de overheid niet toegelaten of niet mogelijk is te bouwen. Wanneer de toestand om reden waarvan de belasting uitgesteld werd, geheel of gedeeltelijk een einde neemt vóór het verstrijken van een periode van 10 jaar te rekenen vanaf het eerste belastingsdienstjaar, is de jaarlijkse belasting verschuldigd vanaf 1 januari hieropvolgend. Indien, bij het verstrijken van de 10 jaar, deze toestand nog geen einde genomen heeft, wordt het goed definitief vrijgesteld. Art. 16. - De bepalingen van de vroeger van kracht zijnde reglementen op de verhaalbelastingen blijven van kracht op de toestanden die tijdens hun heffingstermijn ontstonden. ----10. Riolen - aanleggen - directe belasting DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 20 december 2007 houdende het heffen van een directe belasting op het aanleggen van riolen voor een termijn eindigend op 31 december 2013; Overwegende dat de door de gemeente gedane uitgaven voor de aanleg, de verbetering en de uitrusting van de openbare wegen door een belasting moeten gedekt worden; Gelet op het feit dat het gaat om uitgaven van algemeen belang, die er echter in het bijzonder en rechtstreeks toe bijdragen een verhoging in de hand te werken van de verkoopwaarde van de eigendommen gelegen langsheen de aangelegde, verbeterde of uitgeruste wegen; Overwegende dat het normaal en billijk is de last van de belasting, bestemd voor het dekken van deze kosten, geheel of gedeeltelijk te laten dragen door de rechtstreekse begunstigden; Overwegende dat het aldus opportuun is ten laste van deze begunstigden de destijds ingevoerde "verhaalbelasting" te handhaven voor een termijn ingaande op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019;
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 462
Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 14 augustus 2013 houdende verlenging van voornoemd belastingsreglement; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, gewijzigd door de decreten van 28 mei 2010 en 17 februari 2012; Gelet op artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentebelastingen vast te stellen; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Met ingang van 1 januari 2014 en voor een periode eindigend op 31 december 2019, wordt ten behoeve van de gemeente onder de navolgende voorwaarden een gemeentelijke belasting geheven op het aanleggen van riolen, waarvan de voltooiing geschied is tijdens de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2019. Art. 2. § 1. Worden onderworpen aan een jaarlijkse directe belasting, waarbij de door de gemeente gedane kosten worden teruggevorderd, de al dan niet aangelande eigendommen gelegen langsheen openbare wegen of gedeelten van openbare wegen, waarin riolen worden aangelegd. De onderhoudskosten en de normale vernieuwingskosten vallen niet ten laste van de boordeigenaars. § 2. Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 100 % van de som van de verhaalbare uitgaven, benevens de intresten. De duur van de terugbetaling wordt vastgesteld op 20 jaar. Art. 3. - De terugvorderbare uitgaven zijn: - de kosten van het eigenlijke riool en van de plaatsing ervan, alsmede van alle bijhorigheden; - de kosten van verwijderen en terugplaatsen van de wegbedekking, de voetpaden en de voetpadbanden. Wanneer de riool een grotere ovale doorsnede heeft dan 40/60 of een gelijkwaardige doorsnede, valt het verschil tussen de kosten van de werken, bedoeld in alinea 1, die werkelijk uitgevoerd worden, en de schatting van de kosten van die werken, zo de gemeente een riool van bovenbedoeld type had geplaatst, ten laste van de gemeente. De werken worden uitgevoerd, hetzij door de eigen gemeentediensten, hetzij door een openbare of private onderneming, op last van het gemeentebestuur. Art. 4. - De terugvorderbare uitgave die iedere eigendom treft is gelijk aan de eenheidsprijs per strekkende meter vermenigvuldigd met de lengte van de eigendom aan de straatzijde, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van artikel 5. De eenheidsprijs per strekkende meter wordt bekomen door het geheel van de verhaalbare uitgaven te delen door de totale lengte van de eigendommen aan de straatzijde. Wanneer het gaat om een afgesneden of afgeronde hoek gevormd door twee openbare wegen, wordt de lengte ervan voor de helft aangerekend langs elke straatzijde. Art. 5. - Wanneer er twee of meer eigendommen of gedeelten van eigendommen gelegen zijn binnen één der zones die zich langs beide zijden van de weg uitstrekken, over een
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 463
diepte van 12 meter, dan wordt de belasting, die berekend wordt overeenkomstig artikel 4, verdeeld onder de betrokken eigenaars in verhouding tot de oppervlakte die zij binnen de betrokken strook bezitten. Wanneer er een strook non aedificandi bestaat, wordt er voor de berekening van de diepte van 12 meter, zoals bedoeld in alinea 1, met de diepte van deze strook geen rekening gehouden. Art. 6. - In de mate waarin de stroken, bepaald in het voorgaande artikel, elkaar dekken, kan een eigendom of een gedeelte van een eigendom niet tweemaal worden belast wegens werken uitgevoerd in twee verschillende wegen. Wanneer werken gelijktijdig aan twee verschillende wegen uitgevoerd worden, geldt de vrijstelling voor de belasting die verschuldigd is voor de werken aan de weg waar de belasting het laagst is. Dit artikel is niet van toepassing op de hoekterreinen. Art. 7. - Wanneer de gelijktijdige aanleg van twee riolen in een openbare weg noodzakelijk is wegens de breedte van de weg of om welkdanige andere technische reden, worden de twee riolen als één uitgave beschouwd om het bedrag van de terugvorderbare kosten te bepalen. Deze kosten worden ten laste gelegd van de boordeigenaars langs beide zijden van de weg. Men handelt evenzo wanneer de riool slechts langs één zijde van de weg wordt aangelegd, doch de aansluiting van de eigendommen langs beide zijden mogelijk is en ook wanneer nadien een tweede riool aangelegd wordt langs de andere zijde van de weg. Wanneer evenwel het riool slechts langs één zijde van de weg aangelegd, ook enkel aansluiting langs die zijde toelaat, zullen de boordeigenaars van die zijde alleen betalen. Art. 8. - Voor de eigendommen, gelegen op de hoek van twee straten, zal de belastingplichtige slechts de belasting verschuldigd zijn voor de frontgevel met de grootste lengte. Indien de langste frontgevel paalt aan de openbare weg, waarvoor de onderhavige belasting niet verschuldigd is, zal hij worden aangeslagen voor de frontgevel met de kleinste lengte. Bij de uitvoering van de werken langs de frontgevel met de grootste lengte en indien de huidige belasting reeds toegepast werd langs de frontgevel met de kleinste lengte, zal hij worden aangeslagen voor het verschil in de frontlengte. In toepassing van de voorgaande alinea's, kan de vrijstelling voor die welbepaalde eigendommen echter nooit meer dan twintig meter bedragen. Wanneer het gaat om een afgesneden of afgeronde hoek wordt de lengte ervan voor de helft aangerekend langs elke straatzijde of gedeelte van een straatzijde. De verkaveling of de wijziging van de oppervlakte van een eigendom brengt geen verandering in de bij onderhavig artikel bepaalde vrijstelling. Art. 9. - De jaarlijkse belasting omvat de jaarlijkse schijf van het terug te betalen kapitaal dat aangewend werd ter betaling van de terugvorderbare uitgaven, vermeerderd met het bedrag van de intrest die op het niet-teruggestorte gedeelte moet worden betaald. De jaarlijkse belastingen kunnen worden berekend onder de vorm van vaste jaarlijkse bedragen. De toe te passen rentevoet is de rentevoet waaraan de gemeente zelf leent voor de werken waaruit de belasting voortvloeit. In het geval de gemeente geen lening aangaat voor de werken is de gemiddelde rentevoet van toepassing die op het ogenblik dat de werken ten einde zijn door de banken aan de gemeente wordt aangeboden voor een lening voor een duur van 20 jaar. Art. 10. - Na de voltooiing van de werken zal aan de belastingplichtige een kostenstaat gezonden worden behelzende zijn aandeel in de uitgaven van de uitgevoerde werken, berekend aan de hand van hetgeen onder artikel 3 en 4 bepaald werd. Deze afrekening van de verhaalbare uitgaven, vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen,
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 464
houdt geen rekening met de toelagen die worden toegekend of die zouden kunnen toegekend worden voor werken van die aard door de openbare besturen. Vanaf de verzendingsdatum van de kostenstaat, vastgesteld bij aangetekend schrijven, beschikt de betrokken boordeigenaar over drie maanden om het volledige bedrag te vereffenen, zonder intrest, na die termijn is artikel 9 van toepassing. Art. 11. - De belastingplichtige kan, te allen tijde, de eigendom ontlasten van het bedrag van de terugvorderbare uitgave, die erop betrekking heeft, door aan de gemeente het bedrag van de nog niet eisbare schijven van het kapitaal te storten. De intrest is steeds verschuldigd voor het jaar tijdens hetwelk de betaling plaats heeft, behalve bij toepassing van artikel 10. Art. 12. - Het gemeentebestuur verbindt zich ertoe aan de belastingplichtigen die de belasting in kapitaal mochten hebben gekweten, de bedragen terug te betalen die ooit zouden moeten beschouwd worden als ten onrechte betaald, ingevolge de opheffing of de niet-hernieuwing van de verordening of ten gevolge van de verlaging van de belastingvoeten. In dat laatste geval zal de terugbetaling enkel gebeuren in verhouding tot de vermindering van de belastingvoeten, waarvan de belastingplichtigen, die jaarlijks ingekohierd worden, zullen genieten. Art. 13. - De belasting slaat op de eigendom en is verschuldigd door de eigenaar. Ingeval er een recht van opstal, van erfpacht of van vruchtgebruik bestaat is de belasting verschuldigd door de opstalhouder, de erfpachter, of de vruchtgebruiker, terwijl de eigenaar hoofdelijk mede de belasting verschuldigd is. Wanneer de eigendom bestaat uit een gebouw met meerdere appartementen waarop de verschillende eigenaars een uitsluitend recht hebben, dan wordt de belasting die betrekking heeft op het gebouw, verdeeld onder hen in verhouding van het respectief aandeel in de gemeenschappelijke gedeelten. Ingeval van overgang van onroerende zakelijke rechten, wordt de nieuwe eigenaar belastingplichtig vanaf 1 januari volgend op de datum van de akte die hem het recht toekent. Art. 14. - Worden op de rol gebracht, de schuldenaren, aangeduid zoals bepaald in artikel 13 ingevolge hun hoedanigheid van belastingplichtige op 1 januari volgend op de voltooiing van de werken en op 1 januari van ieder volgend belastingdienstjaar. Art. 15. - De eerste jaarlijkse belasting is verschuldigd op de 1ste januari volgend op de voltooiing van de werken, vastgesteld door een besluit van het college van burgemeester en schepenen. Art. 16. - De belasting wordt uitgesteld in de volgende gevallen: 1° Wanneer de huidige belastingplichtige vrijgesteld is ingevolge de wetten en besluiten; 2° Voor de niet-bebouwde terreinen die gelegen zijn in de landelijke gedeelten van de gemeenten, zoals die afgebakend zijn in het gewestplan; 3° Voor de terreinen waarop het ingevolge een beslissing van de overheid niet toegelaten of niet mogelijk is te bouwen; 4° Voor de eigendommen die technisch niet aan het riool kunnen aangesloten worden. Wanneer de toestand om reden waarvan de belasting uitgesteld werd, geheel of gedeeltelijk een einde neemt vóór het verstrijken van een periode van 30 jaar te rekenen vanaf het eerste belastingsdienstjaar, is de jaarlijkse belasting verschuldigd vanaf 1 januari hieropvolgend. Indien, bij het verstrijken van de 30 jaar, deze toestand nog geen einde genomen heeft, wordt het goed definitief vrijgesteld.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 465
Art. 17. - De bepalingen van de vroeger van kracht zijnde reglementen op de verhaalbelastingen blijven van kracht op de toestanden die tijdens hun heffingstermijn ontstonden. ----11. Wegenuitrusting - directe belasting DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 20 december 2007 houdende het heffen van een directe belasting op de wegenuitrusting voor een termijn eindigend op 31 december 2013; Overwegende dat de door de gemeente gedane uitgaven voor de aanleg, de verbetering en de uitrusting van de openbare wegen door een belasting moeten gedekt worden; Gelet op het feit dat het gaat om uitgaven van algemeen belang, die er echter in het bijzonder en rechtstreeks toe bijdragen een verhoging in de hand te werken van de verkoopwaarde van de eigendommen gelegen langsheen de aangelegde, verbeterde of uitgeruste wegen; Overwegende dat het normaal en billijk is de last van de belasting, bestemd voor het dekken van deze kosten, geheel of gedeeltelijk te laten dragen door de rechtstreekse begunstigden; Overwegende dat het aldus opportuun is ten laste van deze begunstigden de destijds ingevoerde "verhaalbelasting" te handhaven voor een termijn ingaande op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 14 augustus 2013 houdende verlenging van voornoemd belastingsreglement; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, gewijzigd door de decreten van 28 mei 2010 en 17 februari 2012; Gelet op artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentebelastingen vast te stellen; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Met ingang van 1 januari 2014 en voor een periode eindigend op 31 december 2019, wordt ten behoeve van de gemeente onder de navolgende voorwaarden een gemeentelijke belasting geheven op de werken voor wegenuitrusting, waarvan de voltooiing geschied is tijdens de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2019 Art. 2. § 1. Worden onderworpen aan een jaarlijkse directe belasting, waarbij de door de gemeente gedane kosten worden teruggevorderd, de al dan niet aangelande eigendommen gelegen langsheen nieuwe openbare wegen of verlengingen van openbare wegen, waarin
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 466
grondwerken en wegbedekkingen worden uitgevoerd, voetpadbanden geplaatst of een welkdanige wegenuitrusting wordt aangebracht. De onderhoudskosten en de normale vernieuwingskosten vallen niet ten laste van de boordeigenaars. § 2. Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 100 % van de som van de verhaalbare uitgaven, benevens de intresten. De duur van de terugbetaling wordt vastgesteld op 20 jaar. Art. 3. - De terugvorderbare uitgaven zijn: - de kosten van de grondwerken, van de funderingen en van de wegbedekkingen; - de kosten van de boordstenen en van hun plaatsing; - de kosten van de uitrusting nodig voor de afvoer van waters, andere dan afvalwaters. Het bedrag van de terugvorderbare uitgaven wordt berekend op een maximumbreedte van de weg van 12 meter. Art. 4. - De terugvorderbare uitgave die iedere eigendom treft is gelijk aan de eenheidsprijs per strekkende meter vermenigvuldigd met de lengte van de eigendom aan de straatzijde, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van artikel 5. De eenheidsprijs per strekkende meter wordt bekomen door het geheel van de verhaalbare uitgaven te delen door de totale lengte van de eigendommen aan de straatzijde. Wanneer het gaat om een afgesneden of afgeronde hoek gevormd door twee openbare wegen, wordt de lengte ervan voor de helft aangerekend langs elke straatzijde. Art. 5. - Wanneer er twee of meer eigendommen of gedeelten van eigendommen gelegen zijn binnen één der zones die zich langs beide zijden van de weg uitstrekken, over een diepte van 12 meter, dan wordt de belasting, die berekend wordt overeenkomstig artikel 4, verdeeld onder de betrokken eigenaars in verhouding tot de oppervlakte die zij binnen de betrokken strook bezitten. Wanneer er een strook non aedificandi bestaat, wordt er voor de berekening van de diepte van 12 meter, zoals bedoeld in alinea 1, met de diepte van deze strook geen rekening gehouden. Art. 6. - In de mate waarin de stroken, bepaald in het voorgaande artikel, elkaar dekken, kan een eigendom of een gedeelte van een eigendom niet tweemaal worden belast wegens werken uitgevoerd aan twee verschillende wegen. Wanneer werken gelijktijdig aan twee verschillende wegen uitgevoerd worden, geldt de vrijstelling voor de belasting die verschuldigd is voor de werken aan de weg waar de belasting het laagst is. Dit artikel is niet van toepassing op de hoekterreinen. Art. 7. - Voor de eigendommen, gelegen op de hoek van twee straten, zal de belastingplichtige slechts de belasting verschuldigd zijn voor de frontgevel met de grootste lengte. Indien de langste frontgevel paalt aan de openbare weg, waarvoor de onderhavige belasting niet verschuldigd is, zal hij worden aangeslagen voor de frontgevel met de kleinste lengte. Bij de uitvoering van de werken langs de frontgevel met de grootste lengte en indien de huidige belasting reeds toegepast werd langs de frontgevel met de kleinste lengte, zal hij worden aangeslagen voor het verschil in de frontlengte. In toepassing van de voorgaande alinea's, kan de vrijstelling voor die welbepaalde eigendommen echter nooit meer dan twintig meter bedragen. Wanneer het gaat om een afgesneden of afgeronde hoek wordt de lengte ervan voor de helft aangerekend langs elke straatzijde of gedeelte van een straatzijde. De verkaveling of de wijziging van de oppervlakte van een eigendom brengt geen verandering in de bij onderhavig artikel bepaalde vrijstelling.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 467
Art. 8. - De jaarlijkse belasting omvat de jaarlijkse schijf van het terug te betalen kapitaal dat aangewend werd ter betaling van de terugvorderbare uitgaven, vermeerderd met het bedrag van de intrest die op het niet-teruggestorte gedeelte moet worden betaald. De jaarlijkse belastingen kunnen worden berekend onder de vorm van vaste jaarlijkse bedragen. De toe te passen rentevoet is de rentevoet waaraan de gemeente zelf leent voor de werken waaruit de belasting voortvloeit. In het geval de gemeente geen lening aangaat voor de werken is de gemiddelde rentevoet van toepassing die op het ogenblik dat de werken ten einde zijn door de banken aan de gemeente wordt aangeboden voor een lening voor een duur van 20 jaar. Art. 9. - Na de voltooiing van de werken zal aan de belastingplichtige een kostenstaat gezonden worden behelzende zijn aandeel in de uitgaven van de uitgevoerde werken, berekend aan de hand van hetgeen onder artikel 3 en 4 bepaald werd. Deze afrekening van de verhaalbare uitgaven, vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen, houdt geen rekening met de toelagen die worden toegekend of die zouden kunnen toegekend worden voor werken van die aard door de openbare besturen. Vanaf de verzendingsdatum van de kostenstaat, vastgesteld bij aangetekend schrijven, beschikt de betrokken boordeigenaar over drie maanden om het volledige bedrag te vereffenen, zonder intrest, na die termijn is artikel 8 van toepassing. Art. 10. - De belastingplichtige kan, te allen tijde, de eigendom ontlasten van het bedrag van de terugvorderbare uitgave, die erop betrekking heeft, door aan de gemeente het bedrag van de nog niet eisbare schijven van het kapitaal te storten. De intrest is steeds verschuldigd voor het jaar tijdens hetwelk de betaling plaats heeft, behalve bij toepassing van artikel 9. Art. 11. - Het gemeentebestuur verbindt zich ertoe aan de belastingplichtigen die de belasting in kapitaal mochten hebben gekweten, de bedragen terug te betalen die ooit zouden moeten beschouwd worden als ten onrechte betaald, ingevolge de opheffing of de niet-hernieuwing van de verordening of ten gevolge van de verlaging van de belastingvoeten. In dat laatste geval zal de terugbetaling enkel gebeuren in verhouding tot de vermindering van de belastingvoeten, waarvan de belastingplichtigen, die jaarlijks ingekohierd worden, zullen genieten. Art. 12. - De belasting slaat op de eigendom en is verschuldigd door de eigenaar. Ingeval er een recht van opstal, van erfpacht of van vruchtgebruik bestaat is de belasting verschuldigd door de opstalhouder, de erfpachter, of de vruchtgebruiker, terwijl de eigenaar hoofdelijk mede de belasting verschuldigd is. Wanneer de eigendom bestaat uit een gebouw met meerdere appartementen waarop de verschillende eigenaars een uitsluitend recht hebben, dan wordt de belasting die betrekking heeft op het gebouw, verdeeld onder hen in verhouding van het respectief aandeel in de gemeenschappelijke gedeelten. Ingeval van overgang van onroerende zakelijke rechten, wordt de nieuwe eigenaar belastingplichtig vanaf 1 januari volgend op de datum van de akte die hem het recht toekent. Art. 13. - Worden op de rol gebracht, de schuldenaren, aangeduid zoals bepaald in artikel 12 ingevolge hun hoedanigheid van belastingplichtige op 1 januari volgend op de voltooiing van de werken en op 1 januari van ieder volgend belastingdienstjaar. Art. 14. - De eerste jaarlijkse belasting is verschuldigd op de 1ste januari volgend op de voltooiing van de werken, vastgesteld door een besluit van het college van burgemeester en schepenen. Art. 15. - De belasting wordt uitgesteld in de volgende gevallen:
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 468
1° Wanneer de huidige belastingplichtige vrijgesteld is ingevolge de wetten en besluiten; 2° Voor de niet-bebouwde terreinen die gelegen zijn in de landelijke gedeelten van de gemeenten, zoals die afgebakend zijn in het gewestplan; 3° Voor de terreinen waarop het ingevolge een beslissing van de overheid niet toegelaten of niet mogelijk is te bouwen. Wanneer de toestand om reden waarvan de belasting uitgesteld werd, geheel of gedeeltelijk een einde neemt vóór het verstrijken van een periode van 30 jaar te rekenen vanaf het eerste belastingsdienstjaar, is de jaarlijkse belasting verschuldigd vanaf 1 januari hieropvolgend. Indien, bij het verstrijken van de 30 jaar, deze toestand nog geen einde genomen heeft, wordt het goed definitief vrijgesteld. Art. 16. - De bepalingen van de vroeger van kracht zijnde reglementen op de verhaalbelastingen blijven van kracht op de toestanden die tijdens hun heffingstermijn ontstonden. ----12. Dringende geneeskundige hulpverlening - retributiereglement DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 24 april 2008 houdende de vaststelling van het gemeentelijk retributiereglement voor vervoer van zieken en gekwetsten door de dienst ‘100’; Gelet op de wet van 8 juli 1964, gewijzigd door de wet van 22 februari 1998, betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening; Overwegende dat conform artikel 1 van de wet van 8 juli 1964, gewijzigd door de wet van 22 februari 1998, deze wet van toepassing is voor vervoer van personen per ziekenwagen voor zowel de opdrachten op de openbare weg als voor de opdrachten op de openbare en private plaatsen; Gelet op het koninklijk besluit van 7 april 1995 houdende vaststelling van de tarieven voor het vervoer van personen per ziekenwagen zoals bedoeld in artikel 1 van de wet van 8 juli 1964, gewijzigd bij de wet van 22 februari 1998, betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening; Overwegende dat de tarieven voor het ambulancevervoer wegens indexaanpassing jaarlijks worden gewijzigd bij ministeriële omzendbrief; Overwegende dat het opportuun voorkomt jaarlijks de tarieven in het reglement automatisch te laten wijzigen volgens de ministeriële omzendbrief zodat het reglement niet elk jaar opnieuw dient herzien te worden; Gelet op artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gezien de tarieven voor het ambulancevervoer wegens indexaanpassing jaarlijks worden gewijzigd bij ministeriële omzendbrief is het aangewezen dat het college van burgemeester en schepenen gemachtigd wordt om de tarieven voor dit vervoer aan te passen aan deze prijsaanpassingen zoals vermeld in de ministeriële omzendbrief;
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 469
Gelet op de sterke mate van verbondenheid die bepaalde categorieën van personen hebben met de brandweer en ambulancedienst, waardoor een gratis gebruik van de ambulance voor vervoer van zieken en gekwetsten voor deze personen gerechtvaardigd lijkt; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 14 augustus 2013 om het vervoer van volgende personen als dienstrit te beschouwen (gratis vervoer): - actieve leden van de vrijwillige brandweer en inwonende verwanten tot in de eerste graad (kinderen en hun partners, partner, kinderen van de partner en hun partners, ouders , schoonouders); - erebrandweerlieden en levenspartners van nog in leven zijnde erebrandweerlieden; - weduwen of weduwnaars van erebrandweerlieden; - conciërge van de brandweer en inwonende verwanten tot in de eerste graad (kinderen en hun partners, partner, kinderen van de partner en hun partners, ouders, schoonouders); Gelet op de financiële toestand van de gemeente; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Huidig retributiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. Art. 2. - Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om de tarieven voor dringende geneeskundige hulpverlening, zoals bedoeld in artikel 1 van de wet van 8 juli 1964, gewijzigd door de wet van 22 februari 1998, aan te passen aan de tarieven die zullen worden voorzien bij ministeriële omzendbrief. Art. 3. - Volgend vervoer van zieken of gekwetsten wordt als dienstrit beschouwd en wordt niet aan de patiënt(e) of zijn (haar) wettelijk onderhoudsplichtigen doorgerekend: - vervoer van actieve leden van de vrijwillige brandweer en inwonende verwanten tot in de eerste graad (kinderen en hun partners, partner, kinderen van de partner en hun partners, ouders, schoonouders); - vervoer van erebrandweerlieden en levenspartners van nog in leven zijnde erebrandweerlieden; - vervoer van weduwen of weduwnaars van erebrandweerlieden; - vervoer van de conciërge van de brandweer en inwonende verwanten tot in de eerste graad (kinderen en hun partners, partner, kinderen van de partner en hun partners, ouders, schoonouders). ----13. HTD - retributiereglement voor inname van het openbaar domein naar aanleiding van (bouw)werken - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 22 december 2011 het retributiereglement voor inname van het openbaar domein naar aanleiding van (bouw)werken goedgekeurd en dit eindigt op 31 december 2013. Het is wenselijk om de privatieve inname van het openbaar domein, zowel in ruimte als in tijd, zo beperkt mogelijk te houden en bijgevolg blijft het billijk om een retributie te heffen op de privatieve inname van het openbaar domein voor het uitvoeren van (bouw)werken.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 470
Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 11 september 2013 voorgesteld om aan het retributiereglement voor inname van het openbaar domein naar aanleiding van (bouw)werken geen wijzigingen of aanpassingen door te voeren en het ongewijzigd te behouden voor een periode die ingaat op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen bepaalt dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement voor inname van het openbaar domein naar aanleiding van (bouw)werken goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand retributiereglement gaat in per 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. RETRIBUTIEREGLEMENT VOOR INNAME VAN HET OPENBAAR DOMEIN NAAR AANLEIDING VAN (BOUW)WERKEN Art. 1. - Voor de toepassing van dit reglement wordt onder volgende begrippen verstaan: (bouw)werken: het uitvoeren van bepaalde werken zoals het bouwen, verbouwen, slopen, herstellen, herinrichten, schilderen en tuinaanleg; inname: het (laten) plaatsen van materialen, stellingen, containers, werfafsluitingen, werfketen, torenkranen, toestellen die niet zelfstandig in het verkeer mogen gebracht worden (zoals hoogtewerkers, bouwliften, constructies voor steenvang, afbraakmaterialen), al of niet afgebakend door een afsluiting of schutting; openbaar domein: hiertoe behoren wegen, voetpaden, parkeerruimten, groenzones. Alle in artikel 1 vermelde opsommingen zijn niet limitatief. Art. 2. - Er wordt een retributie gelegd op de tijdelijke privatieve inname van het openbaar domein naar aanleiding van (bouw)werken. De retributie bedraagt 50 eurocent per m² en per dag. Het aantal m² wordt steeds afgerond naar boven en bij een privatieve inname die slechts een gedeelte van een dag duurt, wordt steeds een volledige dag in rekening gebracht. Art. 3. - De retributie is verschuldigd door de uitvoerder van de (bouw)werken. De retributie is solidair en ondeelbaar verschuldigd door de hoofdaannemer, onderaannemer. Hoofdaannemers die werken met onderaannemers blijven verantwoordelijk voor de ingebruikname. Art. 4. - Wordt vrijgesteld van de retributie: - de inname van het openbaar domein die niet langer dan 7 kalenderdagen duurt, voor zover de inname vooraf werd toegestaan; - de inname van het openbaar domein naar aanleiding van (bouw)werken uitgevoerd in opdracht van openbare besturen, sociale bouwmaatschappijen en nutsmaatschappijen. Art. 5. - Voor elke inname van het openbaar domein moet vooraf een machtiging worden gevraagd aan het college van burgemeester en schepenen. De machtigingsaanvraag moet minstens 14 dagen vóór de privatieve inname van het openbaar domein ingediend worden en moet volgende gegevens vermelden: - de contactgegevens van de aanvrager, bouwheer en aannemer(s); - de aard van de uit te voeren (bouw)werken; - het adres van de plaats waarvoor de machtiging wordt aangevraagd;
G.13.09
-
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 471
begin- en einddatum van de inname; een schets met de in te nemen zone, met vermelding van de afmetingen van de geplande inname; een tegensprekelijke plaatsbeschrijving voor elke inname vanaf 30 m².
Bij het ontbreken van een tegensprekelijke plaatsbeschrijving wordt het openbaar domein geacht in goede staat te zijn. Art. 6. - Bij gebreke aan een voorafgaande toelating voor de privatieve inname van het openbaar domein wordt de retributie berekend op basis van de bij de gemeente beschikbare gegevens, tenzij de gebruiker kan bewijzen dat het gebruik later is gestart dan door de gemeente aangenomen. Art. 7. - De retributie is verschuldigd zolang het einde van het gebruik niet werd meegedeeld aan de gemeente, tenzij de machtiging zelf een termijn bevat tegen dewelke het openbaar domein uiterlijk moet worden vrijgegeven. Art. 8. - De inname van het openbaar domein geschiedt zodanig dat geen schade wordt berokkend aan het openbaar domein. Elke schade die lopende de inname toch zou plaatsvinden is ten laste van de aanvrager van de machtiging, die ze onverwijld meldt aan de gemeente. Elke schade dient op het eerste verzoek ofwel hersteld te worden, mits controle van de gemeente, ofwel aan de gemeente vergoed te worden. De retributie is onafhankelijk van de te betalen vergoeding voor de eventuele herstelling aan het openbaar domein, veroorzaakt door de inname ervan. Art. 9. - Het college van burgemeester en schepenen kan gemotiveerd afwijken van huidig retributiereglement. Art. 2. - Dit retributiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Art. 3. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen overgemaakt aan de toezichthoudende overheid conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. ----14. Milieu - premiereglement voor de opwekking en aanwending van alternatieve energie goedkeuring sp.a raadslid D’hont stelt dat haar fractie dit premiereglement niet zal goedkeuren, niet omdat ze tegen de premie zijn, maar omdat ze, de goedkeuring van het Burgemeestersconvenant indachtig, betreuren dat dergelijke premies al werden beknot en dit het omgekeerde is van wat men tracht te bekomen, namelijk energiebewuster wonen in Deerlijk. Ze verwijst hierbij naar de gemeenteraadszitting van 28 maart 2013 waarbij de premie voor een zonneboiler werd afgeschaft en de bedragen van andere premies werden aangepast, wat haar fractie toen ook niet goedkeurde.
Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 28 maart 2013 het premiereglement voor de opwekking en aanwending van alternatieve energie aangepast en dit eindigt op 31 december 2013.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 472
Voor de opwekking en het gebruik van alternatieve energie onder de vorm van windenergie, biomassa, van afval afgeleide brandstoffen en warmtepompen bestaat er of geen premie vanuit de netbeheerder of is de grootte van de premie eerder gering ten aanzien van de totale kostprijs. Bijgevolg is het aangewezen om het premiereglement voor de opwekking en aanwending van deze energievormen verder te behouden. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 28 augustus 2013 het premiereglement voor de opwekking en aanwending van alternatieve energie overlopen en beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen het premiereglement voor de opwekking en aanwending van alternatieve energie ongewijzigd te behouden voor een periode die ingaat op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. De milieuraad heeft het premiereglement voor de opwekking en aanwending van alternatieve energie besproken in de vergadering van 25 juni 2013 en had hierover geen opmerkingen. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke reglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en Open VLD) en 3 neen-stemmen (sp.a) het onderstaande premiereglement voor de opwekking en aanwending van alternatieve energie goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand premiereglement gaat in per 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. PREMIEREGLEMENT VOOR DE OPWEKKING EN AANWENDING VAN ALTERNATIEVE ENERGIE Art. 1. - Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: 1. installatie: deze die uitsluitend betrekking heeft op de opwekking en aanwending van alternatieve energievormen. 2. opwekking: de installatie moet met het oog op het vooropgestelde doel, namelijk de bescherming van het leefmilieu door aanwending van alternatieve energievormen, perfect kunnen functioneren. 3. aanwending: het normaal en persoonlijk gebruik van de installatie gedurende een opeenvolgende periode van tenminste vijf jaar, ingaand binnen de periode van één jaar na het verlenen van de premie. 4. alternatieve energievormen: - omzetting van windenergie in de rechtstreekse productie van mechanische kracht of elektriciteit; - productie van energie door aanwending van biomassa en/of van afval afgeleide brandstoffen; - warmte(recuperatie)pompen: geothermische-, grondwateren luchtwarmte-pomp. Art. 2. - De premie wordt bepaald als volgt: - 5% op de kostprijs (inclusief plaatsing en btw) van systemen op basis van windenergie, biomassa en/of van afval afgeleide brandstoffen en warmtepompen met een maximum van 200 euro per adres. Per adres kan maximaal één premie per systeem worden toegekend. Art. 3. - De premie zal worden verleend aan de natuurlijke- of rechtspersoon die de installatie aangekocht heeft.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 473
Art. 4. - Enkel de plaatsing van een installatie op het grondgebied van de gemeente Deerlijk komt in aanmerking voor een premie. De plaatsing moet in overeenstemming zijn met de regels van goed vakmanschap en moet geplaatst zijn in een regelmatig vergund gebouw. Art. 5. - Deze premie komt bovenop andere premies verleend door hogere overheden of intercommunales doch is er niet afhankelijk van. Art. 6. - De aanvraag wordt schriftelijk, door middel van een aanvraagformulier te bekomen op de milieudienst of af te halen van de gemeentelijke website, aan het college van burgemeester en schepenen gericht. De premie wordt verleend na voorlegging van de factuur, eventuele echtheidsbewijzen of keuringsverslagen en een bouw- of milieuvergunning indien noodzakelijk. Art. 7. - De gemeente behoudt zich het recht voor te allen tijde door plaatsbezoek na te gaan of aan de bepalingen van dit reglement voldaan is. De aanvrager zal niets doen dat ertoe kan strekken deze controle moeilijker of onmogelijk te maken. De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het op het gemeentebudget ingeschreven krediet. Art. 8. - Bij niet-naleving van de voorwaarden zal de gemeente de uitbetaalde premie, vermeerderd met de wettelijke verwijlintresten, ambtshalve terugvorderen. Art. 2. - Huidig premiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. ----15. Lokale economie - retributiereglement ambulante handel - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De wet van 25 juni 1993 en latere wijzigingen betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en het KB van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en organisatie van ambulante activiteiten zijn van toepassing. Conform deze hogere wetgeving worden de ambulante handel en kermisactiviteiten op het openbaar domein, buiten de openbare markten en kermissen, geregeld bij gemeentelijk reglement. In die optiek heeft de gemeenteraad in zitting van 27 september 2007 het gemeentelijk reglement met betrekking tot de ambulante handel goedgekeurd. Aansluitend heeft de gemeenteraad in zitting van 20 december 2007 het retributiereglement ambulante handel goedgekeurd en dit eindigt op 31 december 2013. Zoals voorheen krijgt de gemeente geregeld aanvragen tot het verkrijgen van een nietbestendige standplaats voor het uitoefenen van ambulante handel. Het gebruik van openbare pleinen en wegenis als niet-bestendige standplaats voor ambulante handel brengt zekere kosten van toezicht en schoonmaak met zich mee zodat het verder billijk blijft deze kosten op de gebruikers te verhalen door middel van een plaatsrecht.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 474
Bijgevolg is het aangewezen om het retributiereglement ‘ambulante handel’ verder aan te houden. Het college van burgemeester en schepenen stelt dan ook voor om een nieuw retributiereglement aan de gemeenteraad voor te leggen dat ingaat vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 3 juli 2013 een voorstel geformuleerd om: - de prijs per lopende meter te verhogen van 2 euro naar 3 euro daar dit tarief sinds 2007 niet meer werd aangepast (ook de omliggende gemeenten hanteren dergelijke tarieven); - het minimum bedrag van de retributie te behouden op 20 euro; - het bedrag per lopende meter en de minimum aan te rekenen retributie jaarlijks aan de index aan te passen. Dit voorstel werd besproken in de AED van 9 juli 2013 en deze gemeentelijke adviesraad had hierover geen opmerkingen. De gemeenteraadscommissie financiën heeft het retributiereglement ambulante handel besproken in zitting van 9 september 2013 en verleende positief advies mits geen indexering van de tarieven toegepast wordt gezien het werk om dit op te volgen en toe te passen niet opweegt tegen de opbrengst van de indexering. In zitting van 18 september 2013 heeft het college van burgemeester en schepenen beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen het advies van gemeenteraadscommissie financiën te volgen en de op 3 juli 2013 voorgestelde indexering van de tarieven niet langer te weerhouden. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement ambulante handel goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand retributiereglement ambulante handel gaat in op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. RETRIBUTIEREGLEMENT AMBULANTE HANDEL Art. 1. Er wordt een retributie gevestigd op de uitoefening van ambulante activiteiten op openbaar domein tenzij deze uitoefening onderworpen is aan een ander gemeentereglement inzake belasting of retributie of wanneer zij het voorwerp uitmaakt van een overeenkomst die de financiële belangen van de gemeente waarborgt. Art. 2. Voor de toepassing van dit reglement worden het verkopen op het openbaar domein, zoals het nader is omschreven in de wetgeving betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten, als ambulante activiteiten beschouwd. Art. 3. Een standplaats op het openbaar domein kan enkel toegewezen worden aan: - de natuurlijke personen die voor eigen rekening een ambulante activiteit uitoefenen en die houder zijn van een ‘machtiging als werkgever’;
G.13.09
-
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 475
rechtspersonen die dezelfde activiteit uitoefenen. De standplaatsen worden toegekend door tussenkomst van een persoon verantwoordelijk voor het dagelijks bestuur van de vennootschap die houder is van de ‘machtiging als werkgever’.
Art. 4. Behoudens voorafgaande schriftelijke machtiging van het college van burgemeester en schepenen is het verboden om het openbaar domein in te nemen teneinde ambulante handel uit te oefenen. Art. 5. De retributie voor de ambulante activiteiten bedraagt 3 euro per lopende meter en per dag, met een minimum van 20 euro. Art. 6. Bij gebruik van elektriciteit van de gemeentelijke overheid wordt een forfaitaire vergoeding aangerekend van 5 euro per dag en per standplaats. Art. 7. Ieder gedeelte van een plaatseenheid wordt aangerekend voor een volle eenheid en elke aangevangen periode wordt beschouwd als een volledige. De lopende meters die in aanmerking worden genomen, zijn de meters van het openbaar domein die ingenomen worden voor de goede uitoefening van de ambulante activiteit. Art. 8. De betaling van de retributie gebeurt voorafgaandelijk per overschrijving op de rekening van de gemeente Deerlijk. Na registratie van de betaling wordt een kwitantie met opgave van de periode afgegeven. Art. 9. De ambulante handelaars moeten tijdens de uitoefening van de ambulante activiteiten gedurende de betrokken periode steeds in het bezit zijn van het bewijs van betaling dat op elk verzoek van de met toezicht belaste ambtenaren moet worden getoond. Art.10. Bij verzuim of weigering van aangifte, bij laattijdige of onnauwkeurige aangifte is de retributie van ambtswege gevestigd en kan een administratieve maatregel worden toegepast gelijk aan het ontdoken recht. Art. 2. - Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Art. 3. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen ter kennisgeving overgemaakt aan de toezichthoudende overheid conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet. ----16. Cultuur - gebruikersreglement gemeenschapscentrum - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 12 juli 2012 het gebruikersreglement van het gemeenschapscentrum goedgekeurd. Indertijd werd geopteerd om zowel het reglement van inwendige orde als het retributiereglement inzake de tarieven voor de huur van de zalen
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 476
binnen het gemeenschapscentrum en de prijs voor de dranken en fotokopieën onder te brengen in één reglement, ‘gebruikersreglement’ genoemd. Uit praktische overweging - het gebruikersreglement is te lang - onder andere met betrekking tot de communicatie via de website en in het kader van de verdere uitbouw van een e-loket, wordt voorgesteld om af te stappen van de bundeling van deze 2 reglementen in één ‘gebruikersreglement’ en dit laatste opnieuw op te splitsen in een ‘retributiereglement’ dranken, huurprijzen, fotokopieën en een ‘reglement van inwendige orde’. Deze splitsing staat een officieuze bundeling/coördinatie van beide reglementen door de culturele dienst niet in de weg. Deze bundeling kan interessant zijn om als dusdanig mee te geven aan de gebruikers van het gemeenschapscentrum. Voortaan dient onder de naam ‘gebruikersreglement’ enkel het ‘reglement van inwendige orde’ te worden begrepen. In het gebruikersreglement zijn alle praktische gegevens opgenomen waar een huurder/gebruiker zich dient aan te houden bij de organisatie van een activiteit. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 10 juli 2013 beslist om het gebruikersreglement van het gemeenschapscentrum ongewijzigd te behouden op de actualisering van een aantal punten na. Deze behelzen geen essentiële zaken doch enkel een aanpassing aan gewijzigde adressen en/of wetgeving, het verwijzen naar de gemeentelijke strategische planning gezien het cultuurbeleidsplan van destijds hierin opgaat per 1 januari 2014 etc.; het voorstel van het geactualiseerde gebruikersreglement voor advies voor te leggen aan de Raad van Bestuur van het gemeenschapscentrum. De raad van bestuur van het gemeenschapscentrum heeft het geactualiseerde gebruikersreglement gemeenschapscentrum in de vergadering van 15 juli 2013 besproken en heeft hierover een positief advies uitgebracht. Het college van burgemeester en schepenen stelt in zijn zitting van 24 juli 2013 voor om het geactualiseerde gebruikersreglement te laten ingaan per 1 oktober 2013 gezien voorgesteld wordt om het vigerende ‘gebruikersreglement’ op te splitsen in 2 delen en er voorgesteld wordt om 1 deel namelijk ‘het retributiereglement’ ook te laten ingaan per 1 oktober 2013. . Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke reglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande gebruikersreglement gemeenschapscentrum goed te keuren. Art. 1. - Het onderstaand gebruikersreglement gemeenschapscentrum vervangt vanaf 1 oktober 2013 de gemeenteraadsbeslissing van 12 juli 2012 inzake de regeling van de inwendige orde bij het gebruik van de infrastructuur van het gemeenschapscentrum. Voorliggend gebruikersreglement eindigt per 31 december 2019. GEBRUIKERSREGLEMENT GEMEENSCHAPSCENTRUM DEERLIJK 1. INLEIDING
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 477
Art. 1. - Het college van burgemeester en schepenen is verantwoordelijk voor de werking van het gemeenschapscentrum en wordt hiervoor bijgestaan door een Raad van Bestuur van het gemeenschapscentrum met adviserende stem. Art. 2. - Het gemeenschapscentrum omvat de volgende infrastructuur: Ontmoetingscentrum d’Iefte, Hoogstraat 122 Schoolhuis, Sint-Amandusstraat 14 Turnzalen, Eetzaal en Tekenklas, Sint-Amandusstraat 16 Buurthuis De Wieke, Wiekeplein 15 Buurthuis De Statie, Sint-Jozefsweg Kop Gemeentehuis, Harelbekestraat 27 Alle gebouwen zijn gevestigd te 8540 Deerlijk. Het secretariaat van het gemeenschapscentrum is gevestigd in het ontmoetingscentrum d’Iefte, Hoogstraat 122, 8540 Deerlijk,
[email protected], 056 71 89 81. Art. 3. - Het gemeenschapscentrum is een pluralistische instelling gericht op: cultuurparticipatie gemeenschapsvorming en cultuurspreiding ten behoeve van de lokale bevolking en desgevallend ten behoeve van de bevolking van de regio, met bijzondere aandacht voor de culturele diversiteit. Deze taken worden geconcretiseerd in het. strategisch meerjarenplan. Art. 4. - Het gemeenschapscentrum staat open voor alle gebruikers (verenigingen, initiatiefnemers en instellingen) die sociaal-culturele activiteiten organiseren. Private en commerciële activiteiten worden geweigerd. 2. DE AANVRAAG Art. 5. - Het gebruik van een lokaal van het gemeenschapscentrum dient aangevraagd te worden via het secretariaat van het gemeenschapscentrum. Een eerste aanvraag gebeurt steeds schriftelijk aan de Raad van Bestuur. De toelating tot gebruik wordt bevestigd aan de aanvrager door het gemeenschapscentrum. Aanvragen worden chronologisch (volgens datum van ontvangst) behandeld en toegekend. Art. 6. - Door het gebruik van de zaal gaat de aanvrager akkoord met dit reglement en dient hij kennis te nemen van de geldende veiligheidsvoorschriften. Hieromtrent kan meer informatie bekomen worden op het secretariaat van het gemeenschapscentrum. 3. ALGEMENE VOORSCHRIFTEN Art. 7. - Elke huurder/gebruiker is er toe gehouden: de in artikel 2 vernoemde lokalen en uitrusting ordelijk te houden en eventueel aangebrachte schade of diefstal te vergoeden; de lokalen te gebruiken voor het overeengekomen doel; indien vereist, de auteursrechten te dragen (in het kader hiervan dient een aanvraag gericht te worden aan Sabam te Brussel - ook de Billijke Vergoeding dient zelf aangevraagd te worden (www.ikgebruikmuziek.be)); de algemene gemeentelijke politieverordening na te leven; het lokaal niet onder te verhuren; geen activiteiten te organiseren die in strijd zijn met de openbare orde en de goede zeden. Art. 8. - De huurder/gebruiker dient bij het secretariaat van het gemeenschapscentrum een sleutel van de desbetreffende lokalen op te halen. Na de activiteit worden de sleutels volgens afspraak met het secretariaat van het gemeenschapscentrum, terugbezorgd.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 478
Art. 9 .- Bij het verlaten van de zaal dient de huurder/gebruiker: - de lokalen te vegen; - de tafels schoon te maken; - de tafels en stoelen te stapelen op de aangewezen plaatsen; - de verwarmingstoestellen terug op het minimum in te stellen; - de vuilniszakken in de containers te doen; - het glas in de glascontainer te deponeren en dit enkel tussen 8.00 uur en 22.00 uur; - alle lichten te doven; - na te gaan of elke vorm van brandgevaar vermeden werd door ondermeer geen handdoeken op de gasradiatoren te laten liggen, vuilbakjes te ledigen in de container op de parking, enz...; - het gebruikte lokaal af te sluiten en indien de gebruiker de laatste gebruiker is van het gebouw ook het gebouw af te sluiten. Het boenen van de vloer gebeurt door de poetsvrouwen. Art. 10. - In verband met de dranken geldt het volgende: - alle bieren en frisdranken, koffie en koffiefilters, thee moeten via het gemeenschapscentrum afgenomen worden uit het beschikbare gamma (er wordt enkel een uitzondering gemaakt voor wijn en aperitief); - de vereniging moet zelf instaan voor de bediening van de dranken; - de huurder/gebruiker dient bij het begin en het einde van de verhuring zelf in te staan voor de telling van de dranken; - indien de huurder/gebruiker de telling niet opneemt, geldt de telling van de verantwoordelijke als juist; - de bar en/of keuken moet na gebruik in perfecte staat achtergelaten worden (alle glazen afwassen en in de kasten plaatsen, de inhoud van de frigo’s ordenen en zo nodig aanvullen indien de huurder/gebruiker over de sleutel van de frigokamer beschikt, de bakken op de daartoe bestemde plaatsen zetten, de toog reinigen,...). Art. 11. - De onkostennota van de huur, drank, fotokopieën en uitleendienst wordt opgestuurd en dient binnen de 30 dagen na verzendingsdatum vereffend te worden. Art. 12. - Lokalen die enkel werden vastgelegd voor de voormiddag, namiddag of avond moeten ontruimd worden tegen respectievelijk 12.30 uur, 18.00 uur of 6.00 uur. Bij niet tijdig ontruimen wordt een extra dagdeel aangerekend. Art. 13. - Het is toegestaan de ramen, deuren, muren, plafonds, tussenwanden, kasten en vloeren te beplakken met eenvoudig te verwijderen hechtingsmiddel, op voorwaarde dat deze ook effectief weer verwijderd worden. Art. 14. - Het in gereedheid brengen van de ruimte en het leveren van materiaal op de dagen die aan een activiteit voorafgaan, kan slechts na overleg met de verantwoordelijke cultuur en/of technicus van dienst toegestaan worden. Bij expliciete vraag om het lokaal vrij te houden, worden de tarieven aangerekend zoals voorzien in het retributiereglement. Art. 15. - Bij eventuele moeilijkheden (defecten, ongevallen, schade, klachten) moet de technicus van dienst onmiddellijk verwittigd worden (0478 39 42 55). Art. 16. - Elke huurder/gebruiker moet steeds vrije toegang verlenen aan het personeel van het gemeenschapscentrum in werkopdracht. Art. 17. - De huurder/gebruiker beheert het toegekende lokaal en de accommodatie als een goede huisvader. Tijdens de uitoefening van de activiteit is de huurder/gebruiker verantwoordelijk voor verlies, diefstal en iedere schade aangebracht aan het gebouw en/of
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 479
accommodatie en materiaal van het gemeenschapscentrum. De huurder/gebruiker dient ervoor te zorgen dat de hem toevertrouwde ruimten en het bijhorend materiaal gebruikt worden overeenkomstig hun bestemming. De huurder/gebruiker die verantwoordelijk is voor de beschadiging, moet de (herstellings)kosten hiervan vergoeden. Art. 18. - Voor het gebruik van elk element of apparaat dat een bepaald risico inhoudt in verband met de brandveiligheid (gasbekkens, gasflessen, friteuses, kaarsen, open vuur…) moet de toestemming gevraagd worden van de verantwoordelijke cultuur. Samen met de preventieadviseur kunnen zij een vuurvergunning voor 1 dag uitreiken. De huurder/gebruiker moet zelf de nodige en voldoende maatregelen treffen in verband met brandvoorkoming en -beveiliging. Art. 19. - Er is een strikt rookverbod in het volledige gemeenschapscentrum. De huurder/gebruiker dient er voor te zorgen dat deelnemers aan de activiteit het rookverbod naleven. Art. 20. - Aan de hoofdingang van de gebouwen van het gemeenschapscentrum mag enkel voor laden en lossen gestationeerd worden; parkeren is altijd verboden. Art. 21. - De elektrische installatie van het gemeenschapscentrum en de klank-, licht-, en filmapparatuur van de regiekamer van het ontmoetingscentrum d’Iefte mogen enkel door technici van het gemeenschapscentrum bediend worden. Art. 22. - Bij elke activiteit moeten de nooduitgangen vrijgehouden worden. Art. 23. - Het is strikt verboden klank-, licht- en geluidsmateriaal, van welke aard ook, in het gemeenschapscentrum binnen te brengen zonder toestemming van de verantwoordelijke cultuur en/of technicus van dienst. Art. 24. - De toegang tot het gemeenschapscentrum kan steeds geweigerd worden door de verantwoordelijke cultuur en/of technicus van dienst aan personen die door hun gedrag, van welke aard ook, de openbare orde, rust of veiligheid verstoren. 4. SPECIALE VOORSCHRIFTEN 4.1. PODIUMACTIVITEITEN Art. 25. - Zonder toelating van de technicus van dienst mag de regiekamer van het ontmoetingscentrum d’Iefte niet betreden worden. Kinderen zijn nooit toegelaten in de regiekamer. Het gebruik van het podium, de regiekamer en de technische installatie zal steeds gebeuren op aanwijzingen van de technici van het gemeenschapscentrum. Alle afspraken in verband met de regiekamer van het ontmoetingscentrum d’Iefte (klank, licht en film) gebeuren via de technici. Art. 26. - Het is strikt verboden in de gangen van de theaterzaal van het ontmoetingscentrum d’Iefte losse stoelen bij te plaatsen om reden van de brandveiligheid. Art. 27. - Elke huurder/gebruiker is ertoe gehouden de gordijnen op het podium van ontmoetingscentrum d’Iefte met de nodige zorg te gebruiken en enkel op die plaatsen waar ze normaal bevestigd worden. Er mogen ook geen materialen zoals spandoeken en vlaggen bevestigd worden aan het podiumgordijn. Art. 28. - Bij de organisatie en creatie van een stuk door een gemeentelijk gezelschap, wordt de podiumruimte vanaf het gordijn gedurende een termijn van maximum drie weken
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 480
voorbehouden. Deze periode loopt telkens vanaf maandag. Het podium moet uiteindelijk vrij zijn op zondagavond na de laatste voorstelling. Art. 29. - Op het podium mag geen hout verzaagd worden omwille van het stof voor de technische apparatuur. Art. 30. - Als een vereniging een aanvraag doet om het podium van het ontmoetingscentrum d’Iefte te gebruiken tijdens de weken voorbehouden voor een gemeentelijk gezelschap, dan kan aan deze vereniging enkel het voorpodium (de plaats voor het gordijn) toegestaan worden. In de eerste 2 weken van de voorbehouden periode voor het toneelgezelschap, kunnen geen activiteiten gepland worden in de theaterzaal. 4.2. TENTOONSTELLINGEN Art. 31. - De opbouw en afbraak van een tentoonstelling wordt geregeld in samenspraak met het secretariaat en de technici van het gemeenschapscentrum. Art. 32. - Voor alle tentoonstellingen, georganiseerd in de daartoe voorziene ruimten, kunnen beschikbare materialen (panelen, spots, e.d.) gebruikt worden. Inlichtingen in dit verband kunnen altijd op het secretariaat van het gemeenschapscentrum worden ingewonnen. Art. 33. - De huurder/gebruiker sluit een verzekering af voor brand, diefstal en/of beschadiging van alle tentoongestelde voorwerpen. Art. 34. - De huurder/gebruiker staat zelf in voor het toezicht gedurende de tentoonstelling. 4.3. BALS EN FUIVEN Art. 35. - Bals en fuiven kunnen enkel plaatsvinden in buurthuis De Wieke en buurthuis De Statie. De raad van bestuur waakt over een evenwichtige spreiding over beide locaties. Art. 36. - Bals en fuiven kunnen enkel georganiseerd worden door een Deerlijkse vereniging, club of een organisatie met draagvlak in Deerlijk. De organisatie van de activiteit gebeurt vanuit Deerlijk. Hierop kan een uitzondering gemaakt worden voor aanvragen van buiten de gemeente Deerlijk omwille van liefdadigheid of humanitaire redenen. Art. 37. - De huurder/gebruiker moet steeds een schriftelijke aanvraag indienen bij de Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur maakt een advies over aan het college van burgemeester en schepenen dat een definitieve beslissing ter zake neemt. Art. 38. - De huurder/gebruiker moet rekening houden met de bepalingen die vermeld staan in de brochure ‘Help, ik organiseer’. 4.4. KEUKEN Art. 39. - Elke huurder/gebruiker is ertoe gehouden: - voorafgaandelijk navraag te doen naar de werking van alle apparaten; - na te gaan of alle apparaten in goede staat zijn op het ogenblik van de ingebruikname; - zich ervan te vergewissen dat het aanwezige materiaal overeenstemt met de inventaris; - het lokaal en alle gebruikte materialen, apparaten en ovens onmiddellijk na gebruik volledig te reinigen; - alles terug op te bergen; - na gebruik van het kookstel de stekker uit het stopcontact te trekken. 5. SANCTIES
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 481
Art. 40. - Betwistingen omtrent dit gebruikersreglement worden steeds behandeld door het college van burgemeester en schepenen na advies van de Raad van Bestuur. Art. 41. - Bij niet-naleving van artikels 9, 13 en 39 wordt een vergoeding aangerekend ter waarde van de energiekost die verloren is gegaan of de waarde van de gepresteerde uren van de poetsvrouwen en/of technici voor het opruimen. Art. 42. - Bij inbreuk op artikel 10 wordt een schadevergoeding aangerekend afhankelijk van het geleden verlies. De Raad van Bestuur adviseert de hoogte van het geleden verlies aan het college van burgemeester en schepenen. Art. 43. - Bij vaststelling van niet-naleving van artikels 7 en 4 van dit gebruikersreglement vooraleer de activiteit plaatsvindt, wordt geen toegang tot de zaal verleend aan de desbetreffende gebruikers. Indien de vaststelling pas achteraf gebeurt, zal een schadevergoeding aangerekend worden ter waarde van de gepresteerde uren van de poetsvrouwen en/of technici voor het opruimen van het lokaal, wordt de huurprijs aan 300 % aangerekend en worden ook de dranken aan het duurste tarief aangerekend. Art. 44. - De richtlijnen verstrekt door de verantwoordelijke van het gemeenschapscentrum of door de aanwezige technicus dienen strikt te worden nageleefd, zo niet kan de verantwoordelijke van het gemeenschapscentrum de beslissing nemen tot het stopzetten van de activiteit of tot het ontruimen van de zaal. Art. 45. - Bij herhaalde niet-naleving van dit reglement en na schriftelijke verwittiging hiervan, kan een weigering van verhuring in de toekomst uitgesproken worden. De Raad van Bestuur adviseert het college van burgemeester en schepenen hierbij. Deze sanctie doet geen afbreuk aan de specifieke sancties die in dit reglement worden beschreven. 6. VERZEKERING EN AANSPRAKELIJKHEID Art. 46. - Het gemeentebestuur kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor diefstal en/of beschadiging van materiaal dat toebehoort aan de huurder/gebruiker of betrekking heeft op de activiteit die hij organiseert. Na elke vertoning of bijeenkomst dient alle gebruikte materiaal onmiddellijk verwijderd te worden. Art. 47. - Iedere huurder/gebruiker is verantwoordelijk voor de eigen activiteit en voor zijn deelnemers aan die activiteit. Het gemeentebestuur is niet verantwoordelijk voor gebeurlijke ongevallen te wijten aan de activiteit van de inrichtende vereniging. De burgerlijke aansprakelijkheid ten opzichte van derden wordt niet gedekt door een verzekeringspolis van de gemeente. De huurder/gebruiker dient zich voor dergelijk risico zelf te verzekeren. 7. SLOTBEPALING Art. 48. - Elke niet in dit reglement voorziene materie wordt na advies van de Raad van Bestuur voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen, die hierover een beslissing neemt. Art. 2. - Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. -----
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 482
17. Cultuur - gemeenschapscentrum - retributiereglement drank- en huurprijzen en fotokopieën - goedkeuring sp.a raadslid D'hont vraagt waarom er thans nog steeds geen PMD zakken gebruikt worden in de gemeentelijke culturele en sportinfrastructuur. Ze geeft mee dat op bepaalde plaatsen in de onmiddellijke nabijheid glascontainers beschikbaar zijn en glas bijgevolg gesorteerd wordt, maar de rest niet. Ze is van mening dat de gemeente in deze een heel goed voorbeeld zou kunnen stellen. Schepen van cultuur Vanwynsberhge-Rooryck repliceert dat dit door de bevoegde schepenen zal meegenomen worden. Schepen van leefmilieu De Donder voegt er aan toe dit een goede opmerking te vinden. Hij stelt dat dit zeker moet opgevolgd worden en het er ook al met de milieudienst over gehad te hebben dat men de verenigingen moet verplichten om te sorteren. sp.a raadslid D’hont oppert dat dit eventueel kan meetellen in het volgens het Burgemeestersconvenant te behalen doel.
Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 12 juli 2012 het gebruikersreglement van het gemeenschapscentrum goedgekeurd. Indertijd werd geopteerd om zowel het reglement van inwendige orde als het retributiereglement inzake de tarieven voor de huur van de zalen binnen het gemeenschapscentrum en de prijs voor de dranken en fotokopieën onder te brengen in één reglement, ‘gebruikersreglement’ genoemd. Uit praktische overweging - het gebruikersreglement is te lang – onder andere met betrekking tot de communicatie via de website en in het kader van de verdere uitbouw van een e-loket, wordt voorgesteld om af te stappen van de bundeling van deze 2 reglementen in één ‘gebruikersreglement’ en dit laatste opnieuw op te splitsen in een retributiereglement dranken, huurprijzen, fotokopieën en een reglement van inwendige orde. Deze splitsing staat een officieuze bundeling/coördinatie van beide reglementen door de culturele dienst niet in de weg. Deze bundeling kan interessant zijn om als dusdanig mee te geven aan de gebruikers van het gemeenschapscentrum. De laatste aanpassing van de huurprijzen van alle zalen van het gemeenschapscentrum dateert van 1 januari 2002 naar aanleiding van de omzetting van de Belgische frank naar de euro. Gezien de huurprijzen gedurende meer dan 10 jaar ongewijzigd zijn gebleven terwijl de levensduurte steeg, stelde het college van burgemeester en schepenen in zitting van 10 juli 2013 voor om de huurprijzen van alle zalen van het gemeenschapscentrum met 10 % te verhogen. De laatste aanpassing van de drankprijzen dateert van 12 juli 2012. Gezien de stijging van de horecaprijzen, wordt voorgesteld om alle drankprijzen met 0,02 cent te verhogen. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 10 juli 2013 beslist om de bovenstaande prijsaanpassingen voor advies voor te leggen aan de raad van bestuur van het gemeenschapscentrum die hieromtrent in zijn vergadering van 15 juli 2013 een positief advies heeft gegeven. De raad van bestuur vraagt echter om de geldigheidsduur van het voorliggende retributiereglement te beperken tot 1 jaar ingaande op 1 september 2013 gezien de raad van bestuur de formule voor het berekenen van de drankprijzen wenst te evalueren op zijn al dan niet nog bruikbaarheid.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 483
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zijn zitting van 24 juli 2013 aan de gemeenteraad voor te stellen om voorliggend retributiereglement te laten ingaan op 1 oktober 2013. Reden hiervoor is dat het vigerende ‘gebruikersreglement’ wordt opgesplitst in 2 delen namelijk een reglement van inwendige orde dat voortaan ‘gebruikersreglement’ zal noemen en een retributiereglement inzake drank- en koffieprijzen en fotokopieën en dit laatste ook zal ingaan per 1 oktober 2013. Gezien de raad van bestuur van het gemeenschapscentrum in zijn advies vraagt om het reglement slechts voor 1 jaar ter stemming voor te leggen, wordt voorgesteld om geen einddatum voor dit reglement te stellen daar de gemeenteraad te allen tijde zijn reglementen kan herzien. Op die manier is de raad van bestuur dan ook niet gebonden aan een deadline voor zijn evaluatie van de formule voor het berekenen van de drankprijzen. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat de vaststelling van de machtiging tot het heffen van een retributie en het vaststellen van de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Gezien de drank- en koffieprijzen onderhevig zijn aan regelmatige prijsaanpassingen en gevolg gevend aan een aanbeveling van de toezichthoudende overheid, besliste het college van burgemeester en schepenen in zitting van 24 juli 2013 aan de gemeenteraad te vragen om gemachtigd te worden om de drank- en koffieprijzen aan te passen aan deze prijsaanpassingen van de respectievelijke leverancier(s). De gemeenteraadscommissie financiën besprak voorliggend retributiereglement op 9 september 2013. Artikel 253, § 1, 3° stelt dat binnen twintig dagen na de besluiten van de gemeenteraad betreffende de belastingen en de retributies, een kopie wordt verzonden naar de provinciegouverneur. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren Art. 1. - Het onderstaande retributiereglement gemeenschapscentrum vervangt met ingang van 1 oktober 2013 de gemeenteraadsbeslissing van 12 juli 2012 inzake de vaststelling van het ‘gebruikersreglement’ - gedeelte met betrekking tot de retributies. RETRIBUTIEREGLEMENT GEMEENSCHAPSCENTRUM 1.TARIEVEN 1.1. ALGEMEEN Art. 1. - Onderstaande huurprijzen gelden voor de huurders/gebruikers uit Deerlijk. Voor huurders/gebruikers van buiten Deerlijk wordt de prijs aan 200 % berekend. Art. 2. - Een gebruiker van Deerlijk is een individu met domicilie in Deerlijk of een vereniging, club of organisatie met draagvlak in Deerlijk. Deze vereniging, initiatiefnemers en instellingen organiseren sociaal-culturele activiteiten. Art. 3. - Private en commerciële activiteiten worden geweigerd. 1.2. BASISTARIEF Art. 4. - Ontmoetingscentrum d’Iefte
G.13.09
BENEDEN Zaal 1 Zaal 2 Zaal 3 Zaal 4 Zaal 2 & 3 Zaal 3 & 4 Zaal 2, 3 & 4
Gemeenteraad van 26 september 2013
Vergaderzaal Vergaderzaal Vergaderzaal Vergaderzaal Polyvalent Polyvalent Polyvalent
blad 484
15,50 euro 8,00 euro 15,50 euro 15,50 euro 20,00 euro 24,50 euro 30,00 euro
BOVEN Bar 8,00 euro Zaal 5 (parket + bar) 15,50 euro Theaterzaal (Zaal 5 + zetels + voorpodium) 30,00 euro Theaterzaal + podium + kleedkamers 42,00 euro Groepsloge 9,00 euro Regiekamer met operator 54,00 euro Operatorrepetitie (*): 22,00 euro/repetitie en maximum tot 24 uur (*) dit tarief is geldig voor elk lokaal van het gemeenschapscentrum. Art. 5. - Schoolhuis Leslokaal Vergaderzaal Bureel Vergaderzaal Hobbylokaal Vergaderzaal Conferentie Vergaderzaal
5,50 euro 5,50 euro 5,50 euro 5,50 euro
Art. 6. - Gemeentescholen Turnzaal Vergaderzaal 15,50 euro Tekenzaal Vergaderzaal 5,50 euro Eetzaal Polyvalent 12,00 euro Art. 7. - Buurthuis De Wieke Polyvalente zaal Vergaderzaal Polyvalente zaal vergaderzaal Hobbyruimte
Polyvalent Vergaderzaal + Polyvalent
20,00 euro 8,00 euro 24,50 euro
Vergaderzaal
8,00 euro
Art. 8. - Buurthuis De Statie Gehele Polyvalent 20,00 euro zaal Art. 9. - Kop Gemeentehuis Raadzaal Trouwzaal
Vergaderzaal 15,50 euro Vergaderzaal 15,50 euro
Art. 10. - De huurprijzen in de artikels 4 tot en met 9 gelden voor een dagdeel zijnde een voormiddag, namiddag of avond. Prijs voor een dag = het basistarief x 2. 1.3. BIJZONDERE GEVALLEN Art. 11. - Vergaderingen
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 485
Bij bestuursvergaderingen van gebruikers, vergaderingen van gemeentelijke raden en commissies en hun werkgroepen is het gebruik van het gemeenschapscentrum gratis. Voor gebruikers van buiten Deerlijk geldt het dubbel basistarief. Art. 12. - Gemeentelijke activiteiten Het gebruik van het gemeenschapscentrum voor activiteiten in organisatie van gemeentelijke diensten en gemeentelijke raden is gratis. Art. 13. - Repetities Gratis voor Deerlijkse gebruikers. Dubbel basistarief voor gebruikers van buiten Deerlijk. Art. 14. - Lessenreeksen Voor lessenreeksen (minimum 6 in hetzelfde werk- of kalenderjaar) worden de huurprijzen aan 60 % berekend. Art. 15. - Feesten en gezellig samenzijn Deze activiteiten kunnen enkel georganiseerd worden door een Deerlijkse vereniging, club of een organisatie met draagvlak in Deerlijk. De organisatie van de activiteit gebeurt vanuit Deerlijk. Hoofdzakelijk voor eigen leden: basistarief. Er is geen speciale regeling vanaf 250 consumpties. Met fondswerving tot doel: dubbel basistarief. Er is wel een speciale regeling vanaf 250 consumpties (cfr. infra). 15,50 euro voor gebruik materiaal (inclusief gebruik kookstel). Art. 16. - Optreden buurthuizen De Wieke en De Statie Uitgebreid gebruik techniek met operator/voorstelling 54,00 euro. Operatorrepetitie 22,00 euro/repetitie maximum tot 24u. Art. 17. - Kooklessen Huur kookstel: 9,00 euro Art. 18. - Bals en fuiven Huurprijs: 48,50 euro Billijke vergoeding: 33,00 euro Speciale regeling vanaf 250 gewone consumpties per dag voor berekening van de drankprijzen. Art. 19. - Tentoonstellingen RUIMTE A = één weekend (1) (2) hal en 30,00 60,50 doorgang euro euro zaal 1 60,50 120,00 euro euro zaal 2, 3, 4 90,00 180,50 of 5 euro euro theaterzaal NVT NVT
(3) 15,50 euro 30,00 euro 45,00 euro 90,50 euro
(1) kunstenaar van Deerlijk (2) Niet-Deerlijkse vereniging of kunstenaar
B = een week met twee weekends (1) (2) (3) 60,50 120,00 30,00 euro euro euro 120,00 240,00 60,50 euro euro euro 225,50 450,00 135,00 euro euro euro NVT
NVT
NVT
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 486
(3) Deerlijkse vereniging en voor debutanten woonachtig in Deerlijk (d.w.z. voor een 1ste individuele tentoonstelling). 1.4. DRANKPRIJZEN Art. 20. - De prijs van de drank bedraagt 1,07 euro voor de gewone dranken en 1,27 euro voor de speciale dranken, als er geen huurgeld voor het gebruik van de zaal gevraagd wordt. In dit geval is ook de speciale regeling vanaf 250 gewone consumpties niet van toepassing. Art. 21. - Voor verenigingen/gebruikers die gebruik maken van het gemeenschapscentrum en die meer dan 20 repetities hebben in een kalender- of werkjaar is de prijs van gewone dranken 0,77 euro en 1,27 euro voor de speciale dranken. Art. 22. - In de gevallen buiten artikel 10, 11, 12 en 13 is de prijs voor de gewone dranken 0,97 euro en 1,15 euro voor de speciale dranken. Bij een verbruik van 250 gewone consumpties per dag wordt een speciale regeling getroffen. Boven de 250 gewone consumpties wordt de prijs van de gewone drank 0,67 euro in plaats van 0,97 euro. Art. 23. a) Koffie (1/4 kg koffie = 5 liter = 33 tassen) Er wordt 8,02 euro per 1/4 kg gerekend (met huur) of 11,52 euro per 1/4 kg (zonder huur). In de prijs is gewone melk en suiker begrepen. Indien moka-cream’s en/of suiker in papier gebruikt worden, worden deze aangerekend aan inkoopprijs per tas koffie. b) Bravilor (15 tassen) Voor gebruik van de Bravilor bedraagt de prijs per kan koffie 2,97 euro (met huur) of 4,02 euro (zonder huur). c) Koffiefilter De prijs van een koffiefilter (suiker en melk inbegrepen) wordt gelijkgeschakeld met een gewone drank (0,97 euro of 1,07 euro). Art. 24. - Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om de prijs van de dranken en koffie, zoals vermeld in huidige retributiereglement, aan te passen aan de prijsaanpassingen van de respectievelijke leverancier(s). 1.5. FOTOKOPIEËN Art. 25. - De kopieën voor de gemeentelijke raden of diensten zijn gratis. Art. 26. - Fotokopiëren wordt niet toegestaan voor privé-initiatieven. Art. 27. - De prijs voor verenigingen is de volgende: A4 - 80 gram < 20 > 20 > 100 kopies kopies kopies Wit / Pastel 0,13 euro 0,08 euro 0,05 euro Natuurwit (02) / 0,16 euro 0,11 euro 0,08 euro Hevig A3 - 80 gram A4 - 140 gram Wit / Pastel
> 500 kopies 0,04 euro 0,07 euro
< 20 > 20 > 100 > 500 kopies kopies kopies kopies 0,16 euro 0,11 euro 0,08 euro 0,07 euro
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 487
Hevig
0,19 euro
0,14 euro
0,11 euro
0,10 euro
A4 -140 gram
< 20 kopies 0,16 euro 0,19 euro
> 20 kopies 0,11 euro 0,14 euro
> 100 kopies 0,08 euro 0,11 euro
> 500 kopies 0,07 euro 0,10 euro
< 20 kopies 0,19 euro 0,22 euro
> 20 kopies 0,14 euro 0,17 euro
> 100 kopies 0,11 euro 0,14 euro
> 500 kopies 0,10 euro 0,13 euro
Wit / Pastel Hevig A4 -140 gram Wit Gekleurd
2. WAARBORG EN SANCTIES 2.1. WAARBORG Art. 28. - Voor activiteiten die behoren tot de categorie bals, fuiven, optredens, gezellig samenzijn en podiumactiviteiten dient een waarborg van 250,00 euro betaald te worden. Deze waarborg moet 7 dagen voor de activiteit plaatsvindt betaald worden. Deze waarborg wordt integraal teruggegeven nadat de nodige controle is uitgevoerd en alles in goede staat is achtergelaten. Bij het niet ordelijk houden van de lokalen en/of het niet opruimen, wordt een vergoeding aangerekend ter waarde van de gepresteerde uren van de poetsvrouwen en/of technici voor het opruimen. Vaste gebruikers kunnen opteren om een vaste waarborg te deponeren bij de gemeente. Deze waarborgsom bedraagt 250,00 euro. Deze vaste gebruikers kunnen gebruik maken van diverse zalen binnen het gemeenschapscentrum zolang de waarborg in het bezit blijft van de gemeente. 2.2. SANCTIES Art. 29. - Betwistingen omtrent dit gebruikersreglement worden steeds behandeld door het college van burgemeester en schepenen na advies van de raad van bestuur. Art. 30. - Het secretariaat van de culturele dienst dient tijdig verwittigd te worden van het niet gebruiken van de vastgelegde lokalen, uiterlijk 1 maand vóór de datum van de geplande activiteit voor de theaterzaal en uiterlijk 2 dagen voor vergaderlokalen en andere. Bij niet tijdig verwittigen worden er 100 % annuleringskosten aangerekend. Elk geval van overmacht in dit verband wordt behandeld in de raad van bestuur. Art. 31. - Bij vaststelling van niet-naleving van artikel 3 van dit retributiereglement vooraleer de activiteit plaatsvindt, wordt geen toegang tot de zaal verleend aan de desbetreffende gebruikers. Indien de vaststelling pas achteraf gebeurt, zal een schadevergoeding aangerekend worden ter waarde van de gepresteerde uren van de poetsvrouwen en/of technici voor het opruimen van het lokaal, wordt de huurprijs aan 300 % aangerekend en worden ook de dranken aan het duurste tarief aangerekend. Art. 2 - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge. ----18. Cultuur - premiereglement animatiesubsidie - goedkeuring
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 488
Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement animatiesubsidie werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 april 2011 en loopt af op 31 december 2013. Het premiereglement animatiesubsidie bij cultuur voorziet een premie van 1/3 van de kostprijs van de aanvraag voor animatiesubsidie met een maximum van 150 euro per aanvraag voor het boeken van lokale amateurkunsten (zowel individueel als in groep). Bij ontoereikend krediet om te voldoen aan alle aanvragen wijst het college van burgemeester en schepenen de premie toe aan de hand van een evenredigheidsstelsel. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 17 juli 2013 het premiereglement animatiesubsidie overlopen en heeft beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen het premiereglement ongewijzigd te behouden voor de periode die ingaat van 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. De cultuurraad heeft het reglement animatiepremie besproken in zijn vergadering van 17 september 2013 en heeft hierover een positief advies uitgebracht. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen (Open VLD) het onderstaande premiereglement goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand premiereglement ‘animatiesubsidie’ gaat in op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. PREMIEREGLEMENT ‘ANIMATIESUBSIDIE’ Art. 1. - Omschrijving subsidie: Het doel van deze animatiesubsidie is drievoudig: - het bevorderen van culturele activiteiten in Deerlijk, met daarbij speciale aandacht voor het stimuleren van nieuw talent; - de ondersteuning van Deerlijkse amateurkunsten (zowel individueel als in groep); - het zicht krijgen op alle Deerlijkse amateurkunstenaars. Art. 2. - Voor wie: Voor alle Deerlijkse verenigingen, organisaties, instellingen en individuen die op Deerlijks grondgebied een activiteit organiseren met openbaar karakter en met minstens een Deerlijkse amateurgroep of amateurkunstenaar op het programma. Art. 3. - Maximumbedrag en berekening: De premie voor de animatiesubsidie bedraagt maximum 150,00 euro. De gemeente kent per aanvrager slechts eenmaal per jaar en per principieel goedgekeurde aanvraag de animatiesubsidie toe. Indien twee of meer verenigingen, organisaties, instellingen en individuen samenwerken om de uitzonderlijke activiteit of manifestatie in te richten, zal één ervan als het aanspreekpunt fungeren voor de subsidieaanvraag. De animatiesubsidie zal vervolgens onverdeeld aan dit aanspreekpunt worden toegekend en uitbetaald. De betrokken organiserende verenigingen, organisaties, instellingen en individuen regelen zelf de onderlinge verdeling van de animatiesubsidie. Art. 4. - Voorwaarden en criteria:
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 489
De aanvraag tot een principiële toekenning voor een animatiesubsidie gebeurt op het daartoe bestemde aanvraagformulier en bevat minstens: 1. een beschrijving van de activiteit; 2. een beschrijving van de doelgroep en het gemeenschapsvormende karakter van de activiteit. Er wordt tweemaal per jaar (per 30 september en per 30 april) een limitatieve lijst opgesteld van Deerlijkse amateurkunstenaars en amateurkunstengroepen die een prestatie willen/kunnen leveren in het kader van dit premiereglement. Op deze lijst worden de naam, de contactgegevens en de uitkoopsom van amateurkunstenaars/ amateurkunstengroepen vermeld. Om als Deerlijkse amateurkunstenaars/amateurkunstengroep aanzien te worden, moet ten minste 1/3 van de leden gedomicilieerd zijn in Deerlijk. Amateurkunstenaars en amateurkunstengroepen die een jaarlijkse werkingssubsidie krijgen van de gemeente, komen niet in aanmerking om op deze limitatieve lijst te staan. Wie in aanmerking wil komen om op deze lijst te staan, doet ten laatste een maand vóór het verschijnen van de nieuwe lijst een aanvraag/herinschrijving bij de culturele dienst. De cultuurraad bevestigt de vermelding op de limitatieve lijst. Een aanvrager kan geen animatiesubsidie ontvangen voor een amateurgroep of amateurkunstenaar die reeds tweemaal in één jaar geboekt werd. Wie eerst de aanvraag indient voor de amateurgroep of amateurkunstenaar, heeft hierin voorrang. De contacten, contracten, afspraken en dergelijke meer gebeuren rechtstreeks tussen amateurkunstenaars/amateurkunstengroepen en de aanvrager. Art. 5. - Bijkomende bepalingen: Wanneer een aanvraag voor een premie voor de animatiesubsidie met betrekking tot zijn inhoud betoelaagd wordt via een ander gemeentelijk premiereglement kan op huidig premiereglement geen beroep gedaan worden. Art. 6. - Aanvraagformaliteiten, toekenningprocedure en advies: De principiële aanvraag voor de animatiesubsidie moet via het aanvraagformulier bij het college van burgemeester en schepenen worden ingediend vóór 1 oktober van datzelfde jaar. Uiterlijk één maand na de indiening van het volledige principe-aanvraagdossier brengt het college van burgemeester en schepenen de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de principiële goedkeuring van het voorgestelde dossier, na advies ingewonnen te hebben van de cultuurraad. Indien de activiteit waarvoor de animatiesubsidie werd aangevraagd niet kan plaatsvinden of er wijzigingen optreden in de gegevens die bij de principiële subsidieaanvraag zijn verstrekt, deelt de initiatiefnemer die onmiddellijk en spontaan mee aan het college van burgemeester en schepenen Art. 7. - Controle en definitieve toekenning: Vóór 1 december dient de aanvrager tot definitieve toekenning van de premie een contract met betalingsbewijs van het optreden van de amateurgroep of amateurkunstenaar voor te leggen aan het college van burgemeester en schepenen. De amateurgroep of amateurkunstenaar ontvangt zijn vergoeding rechtstreeks van de aanvrager van de premie. Voor de principieel goedgekeurde aanvragen, waarvan de activiteit pas in de maand december plaatsvindt, dient de aanvraag tot definitieve toekenning van de premie ingediend te worden vóór 15 februari van het jaar erop. De premie wordt slechts toegekend binnen de perken van het op het gemeentebudget ingeschreven krediet. Indien het krediet ontoereikend is om alle aanvragen te betoelagen, wijst het college van burgemeester en schepenen de betoelaging toe aan de hand van de evenredigheidsregel.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 490
Art. 8.- Promotionele verplichtingen: Op elke publicatie moet de aanvrager vermelden dat de activiteit georganiseerd wordt met de steun van de gemeente Deerlijk. Dit kan door een vermelding of door het gebruik van het logo van de gemeente. Art. 2. - Huidig premiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. ----19. Cultuur - premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement ‘logistieke premie’ werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 26 mei 2011 en eindigt op 31 december 2013. Toen werd er geopteerd om het reglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan lokalen in eigendom van socio-culturele verenigingen, aangesloten bij de cultuurraad, en het premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting onder te brengen in één premiereglement. Gezien het aflopen van het premiereglement ‘logistieke premie’ per 31 december 2013 dient een beslissing genomen te worden omtrent de opportuniteit tot het invoeren van een nieuw reglement vanaf 1 januari 2014. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 17 juli 2013 beslist om het volgende aan de gemeenteraad voor te stellen: - uit praktische overweging en in het kader van de functionaliteit, onder andere met betrekking tot de communicatie via de website en in het kader van de verdere uitbouw van een e-loket, wordt voorgesteld om af te stappen van de bundeling van deze 2 reglementen in één reglement ‘logistieke premie’ en dit laatste opnieuw op te splitsen in: o een premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting voor verenigingen aangesloten bij de gemeentelijke cultuurraad; o een premiereglement voor renovatie- en/of herstellingswerken aan lokalen in eigendom van verenigingen aangesloten bij de gemeentelijke cultuur-, of sportraad; - het bedrag en de voorwaarden van de premie aankoop en herstelling van basisuitrusting ongewijzigd te behouden zijnde 1/3 van de aankoopsom of herstelfactuur van de basisuitrusting, met een maximum van 150 euro per vereniging, aangesloten bij de cultuurraad, per jaar; - het premiereglement aankoop en herstelling van basisuitrusting te laten ingaan vanaf 1 januari 2014 om te eindigen op 31 december 2019; - het premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting voor verenigingen aangesloten bij de gemeentelijke cultuurraad, voor advies voor te leggen aan de cultuurraad van 17 september 2013. De cultuurraad heeft het premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting voor verenigingen aangesloten bij de gemeentelijke cultuurraad besproken in zijn vergadering van 17 september 2013 en heeft hierover een positief advies uitgebracht. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke reglementen vast te stellen.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 491
Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting goed te keuren. Art. 1 .- Onderstaand premiereglement voor aankoop en herstelling van basisuitrusting gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. PREMIEREGLEMENT VOOR AANKOOP EN HERSTELLING VAN BASISUITRUSTING Art. 1. Omschrijving premie De premie is mogelijk voor de aankoop en herstelling van basisuitrusting. Art. 2. Voor wie ? De premie voor aankoop en herstelling van basisuitrusting kan worden aangevraagd door Deerlijkse verenigingen aangesloten bij de gemeentelijke cultuurraad. Art. 3. Maximumbedrag en berekening De premie voor aankoop van basisuitrusting bedraagt 1/3 van de aankoopsom van de basisuitrusting. De premie voor basisuitrusting kan ook het herstellen van basisuitrusting betreffen. De premie bedraagt 1/3 van de kostprijs van de herstelling, met een maximum van 150 euro per vereniging per jaar. De aanvrager kan slechts één aanvraag per kalenderjaar indienen. Onder ‘herstellen’ wordt verstaan ‘het terug in goede staat brengen’ van basisuitrusting die niet meer voldoet. Art. 4. Voorwaarden en criteria Voor aankoop en herstelling van basisuitrusting gelden volgende voorwaarden: - de uitrusting moet duidelijk gelinkt zijn aan de doelstellingen en de structurele werking van de vereniging; - het aangekochte materiaal is en blijft eigendom van de vereniging en kan gebruikt worden door de individuele leden zonder dat zij er alleenrecht op hebben; - promotiematerialen en kantoorbenodigdheden komen niet in aanmerking; - enkel gebruiksgoederen komen in aanmerking, verbruiksgoederen niet. Art. 5. Aanvraagformaliteiten, toekenningprocedure en advies De aanvrager kan slechts één aanvraag per kalenderjaar indienen. De principiële aanvraag voor aankoop en herstelling van basisuitrusting moet schriftelijk gebeuren bij het college van burgemeester en schepenen vóór 1 oktober op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier met vermelding van: - de aard van de aan te kopen/te herstellen uitrusting; - de raming van de kostprijs; - de motivatie van de aankoop/herstelling.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 492
Meerdere aankopen/herstellingen kunnen in één aanvraag gebundeld worden. Aankopen/herstellingen die dateren van na de indiendatum van de principiële aanvraag kunnen het jaar nadien nog worden ingediend. Bij de beoordeling van het ingediende dossier beslist het college van burgemeester en schepenen, na advies van het bestuur van de cultuurraad, over het al dan niet principieel toekennen van de premie voor aankoop en herstelling van de basisuitrusting. Indien deze niet wordt toegekend, dan zal het college van burgemeester en schepenen dit binnen de maand na deze beslissing schriftelijk te kennen geven aan de aanvrager. Indien er wijzigingen optreden in de gegevens die bij de principiële premieaanvraag zijn verstrekt, deelt de aanvrager die onmiddellijk en spontaan mee aan het college van burgemeester en schepenen. Art. 6. Controle en definitieve toekenning Vóór 1 december dient de aanvrager tot definitieve toekenning van de premie naar aanleiding van aankoop of herstelling van basisuitrusting de voor waar en echt verklaarde facturen samen met de betalingswijze ervan voor te leggen aan het college van burgemeester en schepenen. Art. 2. - Dit premiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. ----20. POB - dienstreglement bibliotheek - goedkeuring sp.a raadslid D'hont, tevens lid van de beheerscommissie van de bibliotheek maakt promotie voor de week van de bibliotheek die op 12 oktober 2013 start met een verwendag, waarvoor ze iedereen uitnodigt. Ze benadrukt dat het, zelfs in een precaire financiële situatie, belangrijk is dat men kan blijven investeren in de bibliotheek, waarvan de medewerkers en vrijwilligers een pluim verdienen.
Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het dienstreglement van de bibliotheek werd goedgekeurd in de beheerscommissie van 26 september 1995 en in de gemeenteraad van 9 november 1995. In de vergadering van de beheerscommissie van de bibliotheek van 3 september 2008 werd het dienstreglement van de bibliotheek geactualiseerd; het werd aangepast aan gewijzigde omstandigheden en ook de tarieven werden aangepast. Het dienstreglement van de bibliotheek werd alsdusdanig goedgekeurd in de gemeenteraad van 25 september 2008. Dit dienstreglement omvat zowel het reglement van inwendige orde van de bibliotheek als het reglement met betrekking tot de tarieven die gehanteerd dienen te worden (retributiereglement). Uit praktische overweging o.a. met betrekking tot de communicatie via de website en in het kader van de verdere uitbouw van een e-loket, heeft het college van burgemeester en schepenen in zitting van 24 juli 2013 beslist om het dienstreglement van de bibliotheek te splitsen in twee afzonderlijke reglementen namelijk:
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 493
-
een retributiereglement bibliotheek dat de tarieven bevat voor: o lidgeld o nieuwe lenerskaart o maningsgeld (boete) o portkost maningsbericht (boetebrief) o kopieën o afdruk print o reservatie, aanvraag van een werk o bewaren van gegevens
-
een dienstreglement bibliotheek (reglement van inwendige orde) met de nodige richtlijnen voor de gebruikers omtrent: o openingstijden o lidmaatschap o ontlenen o verantwoordelijkheid o dienstverlening o internet o algemene bepalingen o vermelding van de tarieven uit het retributiereglement bibliotheek
Deze splitsing van het dienstreglement staat een officieuze bundeling/coördinatie van beide reglementen door de dienst bibliotheek niet in de weg. Deze bundeling kan interessant zijn om als dusdanig mee te geven aan de gebruikers van de bibliotheek. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 24 juli 2013 beslist om het dienstreglement van de bibliotheek voor advies voor te leggen aan de beheerscommissie van de bibliotheek. De beheerscommissie van de bibliotheek heeft hieromtrent een positief advies gegeven in haar vergadering van 11 september 2013. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande dienstreglement goed te keuren. Art. 1. - Dit dienstreglement van de bibliotheek gaat in op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. DIENSTREGLEMENT GEMEENTELIJKE OPENBARE BIBLIOTHEEK Art. 1 De gemeentelijke openbare bibliotheek Deerlijk is vrij toegankelijk. Zij is een democratische instelling. Haar collectie, dienstverlening en activiteiten worden in een geest van objectiviteit aangepast aan al de behoeften aan ontwikkeling, opvoeding, informatie en ontspanning van de hele bevolking. Openingstijden Art. 2 De dagen en uren van opening zijn: maandag: 15.00 - 19.00 uur dinsdag: 10.00 - 12.00 uur woensdag: 15.00 - 19.00 uur vrijdag: 13.30 - 20.00 uur zaterdag: 10.00 - 12.00 uur 14.00 - 16.00 uur
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 494
I. Lidmaatschap Art. 3 Men wordt ingeschreven op voorlegging van het identiteitsbewijs. Voor jongeren beneden de 12 jaar is de toestemming van een ouder vereist. Iedereen die ingeschreven wordt, ontvangt een lenerskaart die kosteloos wordt afgeleverd. Bij verlies wordt een nieuwe kaart afgeleverd tegen betaling van 1,50 euro. Art. 4 Het lidgeld bedraagt 2,50 euro per jaar. Jongeren beneden de 18 jaar betalen geen lidgeld. Aan nieuwe inwoners van de gemeente Deerlijk wordt er één jaar gratis lidmaatschap aangeboden. Art. 5 Veranderingen van huis- of e-mailadres en telefoonnummer moeten door de lener zo spoedig mogelijk meegedeeld worden. II. Ontlenen Art. 6 De uitlening van werken is kosteloos. Het aantal werken of materialen dat tegelijkertijd op een lenerskaart uitgeleend kan worden, is in principe tot 10 beperkt. De uitleentermijn bedraagt vier weken. Een verlenging is mogelijk voor zover de werken of materialen niet door andere leners aangevraagd zijn en de werken op aanvraag getoond kunnen worden. III. Verantwoordelijkheid Art. 7 De uitleningen zijn persoonlijk. Het geleende mag niet verder uitgeleend worden. Art. 8 De lener is verantwoordelijk voor de op zijn naam geleende werken. Bij het ontvangen van een beschadigd werk dient hij het personeel te verwittigen, zoniet kan hij aansprakelijk gesteld worden. Art. 9 De lener moet zorg dragen voor de geleende werken. Bij verlies of totale beschadiging moet hij de kostprijs van het werk betalen, desgevallend verhoogd met de bindkosten. Voor werken die niet meer verkrijgbaar zijn, wordt bovendien een voor elk geval door de bibliothecaris te bepalen toeslag aangerekend. Bij gedeeltelijke beschadiging van een werk bepaalt de bibliothecaris het bedrag van de schadevergoeding. Verloren werken die betaald zijn, worden niet teruggenomen. Art. 10 Wie de geleende werken of materialen te laat terugbrengt, betaalt 0,15 euro per uitlening en per week achterstand. Het maningsbericht 1 euro valt eveneens ten laste van de lener. IV. Dienstverlening Art. 11 De gebruiker kan voor informatie, begeleiding en andere hulp altijd een beroep doen op het personeel. In de onmiddellijke nabijheid van de uitleendienst en van het catalogusapparaat zijn eveneens een informatie- en begeleidingsstand aanwezig.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 495
Art. 12 Een gebruiker kan een kopie nemen voor 0,10 euro per kopie voor A4-formaat of voor 0,15 euro per kopie voor A3-formaat. Art. 13 Werken of materialen kunnen gereserveerd worden aan 0,50 euro. De lener wordt verwittigd dat het werk ter beschikking is. Werken die niet voorhanden zijn, kunnen - in het raam van het reglement op het leenverkeer onder bibliotheken - aangevraagd worden aan 0,50 euro. De lener wordt verwittigd dat het werk ter beschikking is. V. Internet en cd-roms Art. 14 Iedereen die een geldige lenerskaart bezit kan gratis gebruik maken van internet. De naslag-cd-roms zijn door iedereen raadpleegbaar. Het is wenselijk dat kinderen jonger dan 10 jaar vergezeld worden van een volwassene. Internet is beschikbaar voor maximum 1 uur per beurt en in volgorde van aanmelding. Vooraf reserveren wordt aangeraden, is gratis en kan voor de lopende of volgende week. Elke gebruiker kan maximum 2 uur per week reserveren. Wie zich tien minuten na het begintijdstip van de gereserveerde beurt niet aangemeld heeft, verliest zijn reservatie. Er wordt verondersteld dat de gebruiker vertrouwd is met het raadplegen van internet en cd-roms. Het bibliotheekpersoneel verstrekt enkel basishulp. Om redenen van privacy, beveiliging en efficiëntie is het gebruik van internet beperkt tot het zoeken naar informatie en het overnemen van gegevens op papier of gegevensdragers. Informatie van internet en cd-roms kan afgedrukt worden. Voor elke pagina waartoe een drukopdracht gegeven werd, moet 0,10 euro betaald worden. Voor het bewaren van gegevens mogen enkel de materialen (diskettes, cd-roms, dvd’s) van de bibliotheek worden gebruikt. Zij worden aan de balie verkocht voor 0,75 euro. In de bibliotheek zelf mogen deze materialen slechts eenmaal gebruikt worden. Bij het gebruik van USB-sticks dient de bibliotheekgebruiker deze regelmatig te controleren op virussen, en indien noodzakelijk virusvrij te maken. Software overgenomen van internet kan virussen bevatten. De bibliotheek kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor schade aan de computerapparatuur van de gebruiker noch voor verlies van gegevens. De bibliotheek neemt de nodige maatregelen om dit te beperken. Het bibliotheekpersoneel kan uitzonderlijk het internetgebruik afbreken als dit niet beantwoordt aan de doelstellingen van een openbare bibliotheek. De bibliotheek kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor het tijdelijk niet kunnen raadplegen van internet en cd-roms. Bij vaststelling van schade aan hard- en/of software bepaalt de bibliothecaris de te betalen vergoeding. VI. Algemene bepalingen Art. 15 Huisdieren, steps, skateboards, e.d. zijn niet toegelaten. De toegang tot de bibliotheek, d.w.z. de trappen, het trottoir en het hellend vlak, moet vrijgehouden worden voor de lezers en mag nooit om te fietsen of te skateboarden e.d. gebruikt worden.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 496
Art. 16 In de leeszaal moet de gebruiker ervoor zorgen dat de studieatmosfeer niet verstoord wordt. De referentiewerken, het recentste nummer van een tijdschrift en de dagbladen kunnen enkel ter plaatse geraadpleegd worden. Art. 17 Jongeren (-14 jaar) mogen enkel na toelating in de afdeling voor volwassenen verblijven. Art. 18 Door zich in de bibliotheek in te schrijven, verklaart de gebruiker zich akkoord met dit reglement, dat hem/haar bij de inschrijving overhandigd wordt. Art. 19 Personen die dit reglement niet naleven of de goede gang van zaken verstoren, kunnen tijdelijk of definitief uitgesloten worden van toegang en gebruik van de bibliotheek. Bij ernstige vergrijpen kan politioneel of juridisch optreden gevraagd worden. Deze bevoegdheden berusten bij de beheerscommissie, op voorstel van de bibliothecaris. Art. 20 Alle onvoorziene gevallen worden door de bibliothecaris of een afgevaardigde geregeld. Art. 2. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de Vlaamse overheid – Agentschap Sociaal-Cultureel Werk voor Jeugd en Volwassenen – Lokaal Cultuurbeleid – Arenbergstraat 9, 1000 Brussel. ----21. POB - retributiereglement bibliotheek - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het dienstreglement van de bibliotheek werd goedgekeurd in de beheerscommissie van 26 september 1995 en in de gemeenteraad van 9 november 1995. In de vergadering van de beheerscommissie van de bibliotheek van 3 september 2008 werd het dienstreglement van de bibliotheek geactualiseerd; het werd aangepast aan de gewijzigde omstandigheden en ook de tarieven werden aangepast. Het dienstreglement van de bibliotheek werd alsdusdanig goedgekeurd in de gemeenteraad van 25 september 2008. Dit dienstreglement omvat zowel het reglement van inwendige orde van de bibliotheek als het reglement met betrekking tot de tarieven die gehanteerd dienen te worden (retributiereglement). Uit praktische overweging o.a. met betrekking tot de communicatie via de website en in het kader van de verdere uitbouw van een e-loket, heeft het college van burgemeester en schepenen in zitting van 24 juli 2013 beslist om het dienstreglement van de bibliotheek te splitsen in twee afzonderlijke reglementen namelijk: - een retributiereglement bibliotheek dat de tarieven bevat voor: o lidgeld; o nieuwe lenerskaart; o maningsgeld (boete); o portkost maningsbericht (boetebrief); o kopieën; o afdruk print; o reservatie, aanvraag van een werk;
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
o -
blad 497
bewaren van gegevens;
een dienstreglement bibliotheek (reglement van inwendige orde) met de nodige richtlijnen voor de gebruikers omtrent: o openingstijden; o lidmaatschap; o ontlenen; o verantwoordelijkheid; o dienstverlening; o internet; o algemene bepalingen; o vermelding van de tarieven uit het retributiereglement bibliotheek.
Deze splitsing van het dienstreglement staat een officieuze bundeling/coördinatie van beide reglementen door de dienst bibliotheek niet in de weg. Deze bundeling kan interessant zijn om als dusdanig mee te geven aan de gebruikers van de bibliotheek. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 24 juli beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen een verhoging met betrekking tot de portkosten voor het versturen van het maningsbericht (boetebrief) door te voeren, namelijk 1 euro in plaats van de huidige 0,75 euro. Dit wordt ingegeven door het feit dat de portkosten stijgen. In zitting van 28 augustus 2013 heeft het college van burgemeester en schepenen eveneens voorgesteld om de prijzen voor fotocopies gelijk te schakelen voor het gemeenschapscentrum en de bibliotheek.
Aldus wordt volgende voorstel geformuleerd: -
lidgeld (per jaar) nieuwe lenerskaart maningsgeld (boete: per uitlening en per week) portkost maningsbericht kopie A4 (per kopie) kopie A3 (per kopie) reservatie, aanvraag voor een werk afdruk print (voor een pagina) bewaren van gegevens (diskette, cd-rom, dvd)
voorstel 2,50 euro 1,50 euro 0,15 euro 1,00 euro 0,13 euro 0,16 euro 0,50 euro 0,10 euro 0,75 euro
op vandaag 2,50 euro 1,50 euro 0,15 euro 0,75 euro 0,10 euro 0,15 euro 0,50 euro 0,10 euro 0,75 euro
Het college van burgemeester en schepenen heeft eveneens in zitting van 24 juli 2013 beslist om het voorstel van retributiereglement van de bibliotheek voor advies voor te leggen aan de beheerscommissie van de bibliotheek. De beheerscommissie van de bibliotheek heeft hieromtrent een positief advies gegeven in haar vergadering van 11 september 2013. Tevens heeft de gemeenteraadscommissie financiën van 9 september 2013 dit retributiereglement besproken. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat de vaststelling van de machtiging tot het heffen van een retributie en het bepalen van de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 498
Artikel 253, § 1, 3° stelt dat binnen twintig dagen na de besluiten van de gemeenteraad betreffende de belastingen en de retributies, een kopie wordt verzonden naar de provinciegouverneur. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren. RETRIBUTIEREGLEMENT BIBLIOTHEEK Art. 1. - Onderstaand retributiereglement bibliotheek vangt aan op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. De retributie voor de onderstaande prestaties wordt vastgesteld als volgt: - lidgeld (per jaar) 2,50 euro - nieuwe lenerskaart 1,50 euro - maningsgeld (boete: per uitlening en per week) 0,15 euro - portkost maningsbericht 1,00 euro - kopie A4 (per kopie) 0,13 euro - kopie A3 (per kopie) 0,16 euro - reservatie, aanvraag voor een werk 0,50 euro - afdruk print (voor een pagina) 0,10 euro - bewaren van gegevens (diskette, cd-rom, dvd) 0,75 euro Art. 2. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge. Art. 3. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de Vlaamse overheid – Agentschap Sociaal-Cultureel Werk voor Jeugd en Volwassenen – Lokaal Cultuurbeleid – Arendbergstraat 9, 1000 Brussel. ----22. HIZ - premiereglement wielerwedstrijden - goedkeuring sp.a raadslid D'hont vraagt in welke grootorde de kostprijs van een wielerwedstrijd ligt. Schepen van sport Accou repliceert dat het aantal wielerwedstrijden in Deerlijk de laatste jaren in dalende lijn gaat. Ze geeft mee dat er vroeger 5 of 6 wedstrijden waren en dit er thans nog 2 of 3 zijn en de reden daarvoor enerzijds financieel is en anderzijds omdat men geen medewerkers meer vindt. Ze stelt dat de kostprijs van een vergunning varieert tussen 150 en 400 euro per wedstrijd. Ze voegt er aan toe dat er ook nog een tussenkomst wordt verleend als men een beroep moet doen op hulpdiensten, maar dit afhankelijk is van het soort wedstrijd.
Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement wielerwedstrijden werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 februari 2008 en eindigt op 31 december 2013. Het premiereglement werd ingevoerd vanuit de idee dat er vaak wielerwedstrijden worden georganiseerd te Deerlijk door diverse wielerclubs en dat deze het sociale en sportieve leven bevorderen. Aan de organisatie zijn echter ook kosten verbonden zoals de organisatievergunning en het prijzenbedrag. Om dergelijke wielerwedstrijden financieel haalbaar te houden werd daarom een financiële ondersteuning voorzien in de vorm van een premie.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 499
Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 14 augustus 2013 het premiereglement wielerwedstrijden overlopen en beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen het premiereglement ongewijzigd te behouden voor de periode die ingaat vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen (Open VLD) het onderstaande premiereglement goed te keuren:
Art. 1. - Onderstaand premiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. PREMIEREGLEMENT WIELERWEDSTRIJDEN Art.1. – Een vereniging die een wielerwedstrijd organiseert waarvan de start en aankomst zich op het Deerlijkse grondgebied bevindt wordt betoelaagd op voorwaarde dat de vereniging voor haar werking met betrekking tot het organiseren van (een) wielerwedstrijd(en) geen premie krijgt via een ander kanaal binnen de gemeentelijke sfeer dat zelf, geheel of gedeeltelijk, gefinancierd wordt door de gemeente. Art.2. – De premie bedraagt 50% van de prijs van de organisatievergunning die de vereniging dient te betalen aan de Wielerbond Vlaanderen of de Belgische Wielerbond of de Internationale Wielerunie (UCI). Art.3. – Per wielerwedstrijd dient de gemeentelijke premie aangevraagd te worden door middel van een aanvraagformulier, gericht aan het college van burgemeester en schepenen, dat vergezeld is van de factuur met betalingsbewijs van de organisatievergunning van de desbetreffende wielerwedstrijd. Art. 2. - Huidig premiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. ----23. HIZ - agenda gemeenteraad - toezenden jaarabonnement inwoners - retributiereglement Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het retributiereglement voor een jaarabonnement op het toezenden van de agenda van de gemeenteraad werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 20 december 2007 en ving aan op 1 januari 2008 om te eindigen op 31 december 2013. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 21 augustus 2013 het retributiereglement overlopen en is van oordeel dat dit retributiereglement niet dient behouden te worden. Reden hiervoor is dat de laatste aanvraag voor een dergelijk abonnement dateert van 2007, en de burgers volledig gratis via e-mail een agenda kunnen ontvangen.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 500
De gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente heeft dit retributiereglement besproken in haar zitting van 9 september 2013. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet stipuleert dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid stemmen de gemeentelijke retributie op het verkrijgen van een jaarabonnement voor toezending van de agenda van de gemeenteraad vanaf 1 januari 2014 niet langer te behouden. ----24. HIZ - verspreiden aan niet-inwoners van het gemeentenieuws - retributiereglement goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het retributiereglement ‘verspreiden aan niet-inwoners van het gemeentenieuws’ werd goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 oktober 2010 en eindigt op 31 december 2013. Het retributiereglement werd ingevoerd om niet-inwoners van de gemeente de mogelijkheid te geven om te kiezen tussen ofwel het gratis raadplegen van het gemeentenieuws via de gemeentelijke website, ofwel tegen een bijdrage een exemplaar te ontvangen. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 14 augustus 2013 het retributiereglement ‘verspreiden aan niet-inwoners van het gemeentenieuws’ overlopen en beslist om aan de gemeenteraad voor te stellen het retributiereglement ongewijzigd te behouden voor de periode die ingaat vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet stipuleert dat het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand retributiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. RETRIBUTIEREGLEMENT VERSPREIDEN AAN NIET-INWONERS VAN HET GEMEENTENIEUWS Art. 1. - Aan niet-inwoners van de gemeente wordt de mogelijkheid geboden om het gemeentenieuws maandelijks per post besteld te krijgen tegen de jaarlijkse betaling vooraf van een vergoeding van: - abonnee binnenlandse bestemming: 20,00 euro per jaar; - abonnee buitenlandse, Europese bestemming: 40,00 euro per jaar; - abonnee buitenlandse, niet-Europese bestemming: 50,00 euro per jaar. Art. 2. - Om dit jaarabonnement te bekomen zijn de belangstellenden ertoe gehouden hiervoor een schriftelijke aanvraag in te dienen vóór 15 december van het
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 501
voorgaande jaar. Zo zij slechts in de loop van een bepaald jaar deze aanvraag indienen zal hen toch voor dat kalenderjaar de volledige vergoeding worden aangerekend. Art. 3. - In geval van niet-betaling van de retributie wordt deze ingevorderd volgens de bepalingen van het burgerlijk wetboek. Art. 2. - Huidig retributiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. Art. 3. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen ter kennisgeving overgemaakt aan de provinciegouverneur conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet. ----25. HIZ - huwelijksjubilea - premies Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het huidige premiereglement betreffende de bedragen die toegekend worden als geschenk bij jubilea loopt ten einde op 31 december 2013. Het is wenselijk om het aanbieden van een geschenk aan jubilarissen verder te zetten. Om die reden is het dan ook noodzakelijk een nieuw premiereglement te voorzien. Omwille van een vlottere hantering en omdat het belang van de attentie primeert op de hoogte van het bedrag, is het aangewezen niet langer een onderscheid te maken tussen de verschillende bedragen die de betrokken jubilarissen ontvangen als geschenk. Wel dient er bij het bepalen van het geschenkbedrag rekening te worden gehouden met het feit of de jubilarissen al dan niet op het gemeentehuis worden ontvangen aangezien er in dit geval een gemeentelijke receptie wordt aangeboden wat vanzelfsprekend bijkomende kosten met zich meebrengt voor de gemeente. Teneinde ook de keuze van de mensen te respecteren die hun huwelijksjubileum niet wensen te vieren, komt het billijk voor ook voor hen een geschenk te voorzien. In zitting van 26 juni 2013 overliep het college van burgemeester en schepenen aldus volgend ontwerp van het nieuw premiereglement inzake geschenken bij huwelijksjubilea:
Gouden huwelijksjubileum Diamanten huwelijksjubileum Briljanten huwelijksjubileum Platina huwelijksjubileum
Onvangst gemeentehuis en Bezoek ten huize of op een niet-vierders andere locatie 75 euro 100 euro 75 euro 100 euro 75 euro 100 euro 75 euro 100 euro
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 29 juli 2013 de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken om dit premiereglement te agenderen op de gemeenteraad van 26 september 2013. Het ontwerp van het nieuw premiereglement werd besproken in de gemeenteraadscommissie financiën op 9 september 2013 die adviseert om in het reglement naar de Deerlijk bon te verwijzen.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 502
Het is de bedoeling dat de premie huwelijksjubilea zal uitbetaald worden bij wijze van Deerlijk bonnen. Mocht de Deerlijk bon geen succes kennen en mocht dientengevolge de Deerlijk bon opgedoekt worden, zal er alsdan teruggegrepen worden naar het huidige systeem nl. overschrijving van de premie. M.a.w. de premie zal uitbetaald worden via Deerlijk bonnen zolang deze aangemaakt worden. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met 18 ja-stemmen (CD&V, N-VA en sp.a) en 3 neenstemmen (Open VLD): Art. 1. - Met ingang van 1 januari 2014 en voor een periode eindigend op 31 december 2019 worden onderstaande bedragen toegekend als geschenk bij jubilea:
Gouden huwelijksjubileum Diamanten huwelijksjubileum Briljanten huwelijksjubileum Platina huwelijksjubileum
Onvangst gemeentehuis en Bezoek ten huize of op een niet-vierders andere locatie 75 euro 100 euro 75 euro 100 euro 75 euro 100 euro 75 euro 100 euro
Art. 2. - Dit premiereglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. ----26. HIZ - grafconcessies - voortijdige beëindiging - goedkeuring DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 8 mei 2013 akte nam van volgende aanvraag tot voortijdige beëindiging van een grafconcessie op de begraafplaats van Deerlijk-centrum en besliste deze voor advies over te maken aan de Heemkring Dorp en Toren om te onderzoeken of het graf op de lijst van de graven met lokaal historisch belang diende te worden opgenomen: -
Blok A rij 9 graf 89 30-jarige concessie toegekend in college van burgemeester en schepenen van 14 januari 1998;
Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 28 augustus 2013 akte nam van het advies van de Heemkring Dorp en Toren, via hun schrijven van 14 juni 2013 om het graf, vermeld in vorige alinea, niet op te nemen op de lijst van graven met lokaal historisch belang; Overwegende dat gedurende drie maanden een kennisgeving van deze aanvraag van voortijdige beëindiging bij het graf geplaatst werd; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 28 augustus 2013 akte nam van het feit dat er geen enkel bezwaar werd ingediend tegen deze aanvraag van voortijdige beëindiging door eventuele andere belanghebbenden;
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 503
Overwegende dat de niet weggenomen graftekens en de eventueel nog bestaande bouwwerken eigendom worden van de gemeente en dat alleen het college van burgemeester en schepenen de bestemming van het aan de gemeente toevallende materiaal regelt; Overwegende dat het voortijdig beëindigen van een concessie niet tot gevolg heeft dat de aanvrager terzake recht heeft op een financiële vergoeding; Overwegende dat er met betrekking tot de voortijdige beëindiging van concessies in de regelgeving geen procedure terug te vinden is maar, teneinde te vermijden dat dergelijke graven verwaarloosd worden, het aangewezen is om een concessie voortijdig te laten beëindigen indien hierom verzocht wordt; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 28 augustus 2013 om de aanvraag tot voortijdige beëindiging van de grafconcessie in te willigen; Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging; Overwegende dat deze materie, conform artikel 43, § 2,10° van het Gemeentedecreet, tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen De volgende grafconcessie op de begraafplaats van Deerlijk-centrum wordt beëindigd met ingang van heden: -
Blok A rij 9 graf 89 30-jarige concessie toegekend in college van burgemeester en schepenen van 14 januari 1998. -----
27. Lager onderwijs - pedagogisch project - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, en in het bijzonder artikel 8, bepaalt dat het gewoon basisonderwijs zodanig wordt georganiseerd, dat op grond van een pedagogisch project, in de school een opvoedings- en leeromgeving gecreëerd wordt waarin de leerlingen een ononderbroken leerproces kunnen doormaken. Het pedagogisch project in de gemeentelijke lagere school werd voor het laatste goedgekeurd in zitting van 24 februari 2005. De pedagogische vrijheid van de inrichtende macht is een belangrijk gegeven binnen het onderwijsbeleid. Het is daarom wenselijk om de pedagogische principes, die historisch zijn gegroeid binnen het gemeentelijk onderwijs, formeel vast te leggen. De schoolraad heeft in zitting van 27 augustus 2013 dit pedagogisch project overlopen, en de actualisering en uitbreiding van het aspect zorgbeleid unaniem goedgekeurd. Het pedagogisch project werd ook toegelicht in het syndicaal overlegcomité van 3 september 2013. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 11 september 2013 het aangepaste pedagogisch project van de lagere school overlopen en heeft de voorzitter van
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 504
de gemeenterad verzocht de integrale goedkeuring ervan te agenderen op de gemeenteraad van 26 september 2013. Artikel 42, § 2 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om het beleid van de gemeente te bepalen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen onderstaande pedagogisch project voor de gemeentelijke lagere school, Sint-Amandusstraat goed te keuren: LAGER ONDERWIJS – PEDAGOGISCH PROJECT - GOEDKEURING
Pedagogisch project 2013
1. Het pedagogisch project De school is een onderwijs- en opvoedingsgemeenschap die zich tot doel stelt de haar toevertrouwde leerlingen, door middel van een kundig onderricht, vaardigheden en bekwaamheden voor te bereiden op het voortgezet onderwijs. De eindtermen worden nagestreefd. Dit gebeurt in een sfeer waarin ook ruimte is voor andere dan louter cognitieve activiteiten. De eerbied voor alle levensbeschouwelijke en godsdienstige opvattingen staat centraal. De leerlingen streven niet alleen naar hun persoonlijke, maar dienen ook de collectieve belangen te respecteren. Zij zullen dit doen in een sfeer van verdraagzaamheid en van eerbied voor de opvattingen van anderen. Om dit te realiseren zal de school nauw samenwerken met de vrije basisschool van het centrum, de participatieraad, de oudervereniging, de ouders van de leerlingen, het schoolbestuur, de begeleidingsdiensten, het CLB-centrum en andere instanties die zich positief inzetten voor de maatschappij waarin de leerlingen zich bewegen. De school is een klein onderdeel in een grotere maatschappij en maakt daarom werk van een solidariteit met de derde en vierde wereld. De school is een open en levenskrachtige omgeving met aandacht voor elke leerling. Het onderwijs wordt georganiseerd met een zo groot mogelijke aandacht voor de individuele mogelijkheden van elk kind. Er moet ruimte zijn voor een ontwikkelingsgerichte benadering die verschillen tussen kinderen respecteert. De ondersteuning van de kansarme leerlingen is een permanente zorg en daarvoor stelt de school zich als een geheel open. De school helpt de kinderen in hun groei naar verantwoordelijkheid en weerbaarheid. Vaardigheden waarmee ze hun beperkte informatie kunnen ontsluieren, interpreteren en toepassen in gelijkaardige situaties staan centraal. Het leren gebeurt bovendien niet alleen in de klas. Zo worden de leerlingen voorbereid op lokaal, regionaal, federaal, Europees en mondiaal vlak. In samenwerking, wederzijdse waardering en respect voor ieders opdracht, pogen directie en personeel in de school een positieve geest te creëren. Overleg tussen directie en leerkrachten en leerkrachten onderling is daarom belangrijk. Zowel horizontale als verticale samenhang is onontbeerlijk. De bijdrage van de directie is ondersteunend, stimulerend en begeleidend. Als zorgzame school overleggen we ook waar nodig is met ambulante leerkrachten zorg, CLB-dienst of enkele andere instanties. De school streeft ernaar de nieuwste inzichten in de pedagogie en didactiek te verwerven. De directeur moedigt bijscholing en navorming van de leerkrachten
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 505
sterk aan. De didactische uitrusting en klasaccommodatie worden tijdig aangepast volgens de recentste ontwikkelingen en noodwendigheden. Het leerplan van het Onderwijssecretariaat van de Vlaamse Steden en Gemeenten geldt als basis voor het bereiken van de leerdoelen in de verschillende leergebieden van de eindtermen. De leerplannen van de centrale raad van het Katholiek Onderwijs vormen een inspiratiebron en aanvulling. In het geheel van de opvoeding en het onderwijs staat de ontwikkeling van de totale persoonlijkheid van het kind centraal. Naast de cognitieve staan ook de fundamenteel menselijke waarden centraal in het onderwijs- en opvoedingsgebeuren. Waar nodig en wenselijk informeert en stimuleert de school de kinderen om naschoolse vorming te volgen. (tekenen, muziek, dictie, sport, …) Discipline is een belangrijk element bij het realiseren van de vooropgestelde doelstellingen. De school is een open gemeenschap waar ouders actief betrokken worden in het schoolgebeuren en een reële inbreng hebben.
2. Organisatie van de school en indeling in leerlingengroepen Bij de verdeling van het lestijdenpakket geeft de school voorkeur aan evenwaardige klassen. Godsdienst of zedenleer alsook lichamelijke opvoeding worden gegeven door een bijzondere leerkracht. Er worden lestijden voorzien voor zorg en remediëring indien het lestijdenpakket het toelaat. We opteren voor jaarklassen. Bij het verdelen van de klassen wordt gestreefd naar evenwaardige groepen. Hierbij wordt rekening gehouden met de leeftijd, cognitieve, sociale en emotionele aspecten. Er is een mogelijkheid tot omwisselen in de klassen van titularissen voor het geven van bepaalde vakken. De school werkt nauw samen met de vrije basisschool in het centrum. De school is ook lid van de scholengemeenschap Deerlijk, Kortrijk-Kooigem, Vichte-Ingooigem.
3. Rapportering en evaluatie Regelmatig worden toetsen afgenomen, gespreid over het ganse schooljaar. Daarmee wil de school zowel ouders als collega’s informeren. Dit gebeurt zowel voor de evolutie op cognitief niveau (via punten) alsook op het niveau van persoonlijkheidsaspecten (sociale, muzische en bewegingsvaardigheden)(via beoordeling). Daarvoor gebruikt de school zowel periodieke als niet-periodieke, formele als informele middelen. Er zijn tussentijdse evaluaties voorzien op regelmatige basis en rapporten eind december en einde schooljaar. Bij elke rapportering is er mogelijkheid tot communicatie. De school evalueert op leerlingenniveau, klasniveau en schoolniveau. Op leerlingenniveau worden zowel leerinhouden als persoonlijkheidsaspecten geëvalueerd. Op klas- en schoolniveau is er aandacht voor product- en procesevaluatie . De school beslist zelf hoe, wanneer en waarmee er geëvalueerd wordt en gebruikt daarvoor eigen gemaakte instrumenten alsook genormeerde toetsen.
4.Voorzieningen in het gewoon onderwijs voor leerlingen met een handicap of die leerbedreigd zijn. 1.
2. De school staat open voor alle leerplichtige leerlingen waarvoor ze kan voorzien in de nodige materiële en pedagogische toegankelijkheid.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 506
De materiële voorwaarden zullen bij elk probleem dat zich aanbiedt in detail onderzocht worden in overleg met het team, de inrichtende macht en eventueel met adviserende instanties. De pedagogische voorwaarden zullen bij elk probleem dat zich aanbiedt in detail onderzocht worden in overleg met het team en eventueel met adviserende instanties.
5. Zorgbeleid op onze school Visie op zorg Het schoolteam engageert zich om samen te werken op het terrein van de leerlingenzorg. De uitbouw van het zorgbeleid in onze school veronderstelt het uitvoeren van de zorgtaken op drie niveaus : De coördinatie van zorginitiatieven op het niveau van de school en de scholengemeenschap Het ondersteunen van het handelen van de leerkrachten Het begeleiden van de leerlingen 1.Coördinatie van de zorginitiatieven. Coördinatie veronderstelt niet alleen dat men op de hoogte is van de noden van de leerkrachten en leerlingen, maar ook dat men weet welke prioriteiten het team stelt en op wie men daarvoor beroep kan doen. (intern als extern) Coördinatie van zorg houdt ook in dat men op regelmatige wijze overleg pleegt. Het is voor onze school belangrijk dat de pedagogische-didactische knelpunten bespreekbaar zijn en dat er gewerkt en gestreefd wordt naar een gelijkgerichte aanpak binnen onze school. Complementair aan dit intern overleg is de organisatie van de samenwerking met externen. Het stimuleren van de ouderbetrokkenheid en het bevorderen van de communicatie met de ouders krijgen binnen onze globale zorgaanpak specifieke aandacht. 2.Het ondersteunen van het handelen van de leerkrachten. Bij het beantwoorden van vragen of het oplossen van diverse problemen leggen de leerkracht en de interne zorgbegeleider hun deskundigheid samen op een overlegmoment. Vanuit deze gedeelde deskundigheid kunnen zij specifieke oplossingen en acties ondernemen. De gelijkwaardige deskundige inbreng is een belangrijk uitgangspunt om een goede relatie tussen de leerkracht en de zorgbegeleider op te bouwen. De klasleraar moet immers kunnen rekenen op een collegiale ondersteuning op het moment dat men tegen een probleem aanloopt. 3.Het begeleiden van de leerlingen. Complementair aan de coaching van de leerkracht en de coördinatie van de zorg, wordt ervoor gezorgd dat de kinderen extra ondersteuning krijgen die ze nodig hebben. Om een verantwoorde inschakeling van de interne zorgbegeleider mogelijk te maken, is het noodzakelijk dat de klasleraar zich ook bewust is van de beperkingen. De begeleiding kan individueel of in groep gebeuren en vindt zoveel als mogelijk in de klas plaats. Daar waar de begeleiding in klas niet volstaat, kan het kind individueel begeleid worden, ook buiten de klascontext, m.a.w. wanneer het probleem de draagkracht van de leerkracht of klasgroep overstijgt, kan de zorg via enkele gerichte interventies tijdelijk worden overgenomen, buiten de klascontext. Onze school stippelt een traject uit, rekening houdend met de noden van de leerlingen en de aanwezige teamcompetenties. Dit gebeurt zoveel mogelijk op de drie niveaus. Concrete invulling op de drie niveaus. Om de zorg op de drie niveaus te kunnen waarmaken, kiezen wij met onze school voor een duidelijke samenhang en samenwerking tussen : De klastitularis : die de eerstelijnszorg op zich neemt
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 507
De zorgleerkracht : die verantwoordelijk is voor specifiek leerlingengerichte acties 1.De coördinatie. De zorgcoördinator fungeert als aanspreekpunt voor zowel de leerling, de leerkracht, de ouders als externe hulpverleners. Coördinatie veronderstelt niet alleen een fundamentele kennis van de noden van leerlingen en leerkrachten, maar ook een perspectief van doelgericht naar probleemoplossend handelen. Dit kan enkel door: - Regelmatig en doelgericht overleg - Organisatie van overlegmomenten met externen - Stimulatie van ouderbetrokkenheid en communicatie met de ouders De zorgcoördinator beoogt bijgevolg niet enkel de coördinerende taken, maar vervult tevens een belangrijke, ondersteunende rol voor zowel de leerkracht als de leerling. 2.Het ondersteunend handelen voor de leerkracht. De zorgcoördinator zoekt in het handelen steeds naar een ondersteuning voor de leerkracht. Dit kan zich vertalen naar preventieve en remediërende interventies zowel met de klasgroep als met een individuele leerling d.m.v. : - Regelmatige overlegmomenten - Didactische suggesties - Observatie - Probleemanalyse - Gezamenlijk opstellen van meldingsfiches - Helpen zoeken naar differentiatiemateriaal - Organisatie van differentiatiemomenten - Organisatie van externe hulpverlening - Bijwonen en verslag maken van MDO’s - Verwerken van LVS-gegevens en AVI-niveaus 3.Werken op schoolniveau. Vanuit de behoeften van de leerkrachten en de zorgsituaties die zich op schoolniveau manifesteren, proberen we volgende zaken te realiseren: - Uitbouw van een doelgericht, functioneel, verticaal en schooldoorlopend kindvolgsysteem - Invoer van het LVS-VCLB met het oog op een continu, procesgerichte evaluatiemogelijkheid van de leerling en de klasgroep door de leerkracht in het lager onderwijs - Uitbouw van de verticale en horizontale samenhang op alle domeinen binnen de klas en school Overleg Zorgverbredend werken betekent onder andere de mogelijkheid om binnen de schoolpopulatie aan curriculumdifferentiatie te kunnen doen en dus naargelang de noden van leerlingen-leerkrachten bepaalde doelgerichte lijnen te kunnen uitzetten. Deze lijnen vallen steeds binnen de schoolcultuur en haar pedagogisch project. ----28. Jeugd - premiereglement aankoop kampmateriaal - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het premiereglement ‘aankoop kampmateriaal’ werd goedgekeurd gemeenteraadszitting van 26 januari 2012 en eindigt op 31 december 2013.
in
de
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 508
Tijdens de 2 voorbije jaren maakte dit premiereglement het voor jeugdwerkinitiatieven reeds mogelijk om verder te investeren in kampmateriaal. Gezien het voor de werking van jeugdwerkinitiatieven belangrijk is om te kunnen beschikken over een kwalitatief en veilig kampmateriaal, is het aangewezen om het premiereglement ‘aankoop kampmateriaal’ verder aan te houden. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 17 juli 2013 het premiereglement ‘aankoop kampmateriaal’ overlopen en is van oordeel dat aan dit reglement geen wijzigingen of aanpassingen dienen te gebeuren en het bijgevolg ongewijzigd kan behouden blijven. De jeugdraad heeft het premiereglement ‘aankoop kampmateriaal’ besproken in zijn vergadering van 8 september 2013 en heeft hierover positief advies uitgebracht. Artikel 42, § 3 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stipuleert dat het tot de volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentelijke premiereglementen vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande premiereglement goed te keuren. Art. 1. - Onderstaand premiereglement ‘aankoop kampmateriaal’ gaat in op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. PREMIEREGLEMENT ‘AANKOOP KAMPMATERIAAL’ Art. 1. - Aan het bij de jeugdraad aangesloten Deerlijks jeugdwerkinitiatief wordt een premie toegekend voor aankoop van kampmateriaal onder de bij dit besluit gestelde voorwaarden. Art. 2. - Om voor betoelaging in aanmerking te komen dient het aan te kopen materiaal duurzaam te zijn en hiermee wordt o.m.verstaan: - tenten en tentzeilen - kookmateriaal - sjorhout Deze opsomming geldt ten exemplatieve titel. Art. 3. - Gewone onderhouds- of herstellingskosten van het kampmateriaal komen niet in aanmerking voor betoelaging. Art. 4. - De premie bedraagt 50 % van de kostprijs van de aangekochte kampmaterialen. Art. 5. - De aanvraag tot principiële toekenning van de investeringspremie dient vóór 20 februari gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier. Bij de aanvraag dient gevoegd te worden: - een beschrijving van de aan te kopen kampmaterialen; - een gedetailleerde kostenraming van de aan te kopen kampmaterialen. Art. 6. - Uiterlijk twee maanden na de indiening van het volledige principeaanvraagdossier brengt het college van burgemeester en schepenen de aanvrager schriftelijk op de hoogte van de subsidieerbaarheid van het voorgestelde dossier, na advies ingewonnen te hebben van de gemeentelijke jeugdraad.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 509
De principiële beslissing betreffende de subsidieerbaarheid van het voorgestelde dossier houdt niet in dat de premie ook definitief zal toegekend en uitbetaald worden daar deze aspecten afhankelijk zijn van het voorradig zijn van een saldo op het krediet, voorzien voor betoelaging van renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen na het definitief toekennen ervan, zoals vermeld in artikel 8 van huidig premiereglement. Art. 7. - De aanvraag voor definitieve toekenning van de investeringspremie voor aankoop van kampmaterialen dient vóór 1 november aan het college van burgemeester en schepenen gericht te worden op het daartoe voorgeschreven aanvraagformulier. Bij deze aanvraag dienen gevoegd te worden: - de voor echt verklaarde facturen; - het betalingsbewijs van deze facturen. De bevoegde diensten kunnen vervolgens een plaatsbezoek doen om vast te stellen of de aangekochte materialen voldoen aan de voorwaarden zoals gesteld onder artikel 2. Art. 8. - Voor de definitieve toekenning van de investeringspremie voor aankoop van kampmaterialen is volgende regeling voorzien: - indien blijkt dat er, na het definitief toekennen van de investeringspremie voor renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen, nog budget op het daarvoor voorziene krediet beschikbaar is, wordt dit saldo aangewend voor de aanvragen voor aankopen van kampmateriaal; - indien na het definitief toekennen van de investeringspremie voor renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen, het saldo van het voor deze premie voorziene krediet ontoereikend is om alle aanvragen van kampmateriaal te betoelagen, wijst het college van burgemeester en schepenen de betoelaging toe aan de hand van de evenredigheidsregel; - indien na de definitieve toekenning van de investeringspremie voor renovatie- en/of herstellingswerken aan jeugdlokalen, het hiervoor voorziene krediet op het budget volledig uitgeput is, komen aanvragen voor aankoop van kampmateriaal niet meer in aanmerking voor een premie. Art. 2. - Dit premiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. ----29. Toerisme - retributiereglement verkoop toeristische kaarten en brochures - goedkeuring sp.a raadslid D'hont vraagt of de gemeente bij aanpassing of een nieuwe editie van de fietsnetwerkkaarten een grote stock overhoudt. Ze vraagt of de gemeente deze kaarten zelf moet aankopen en of dit bijgevolg een verliespost is voor de gemeente. De voorzitter repliceert dat de gemeente de fietsnetwerkkaarten moet aankopen. De gemeentesecretaris voegt er aan toe dat de gemeente slechts een heel beperkte voorraad heeft.
Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. In de toeristische dienst worden volgende kaarten en brochures te koop aangeboden: - prentkaart ‘Deerlijk is heerlijk’; - wandelkaart ‘Wandelroutes Deerlijk’; - fietsnetwerkkaart van Leiestreek-West en Leiestreek Oost; - toeristische kaart en gids van de Leiestreek;
G.13.09
-
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 510
publicatie ‘Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen - inventaris van het bouwkundig erfgoed, provincie West-Vlaanderen - gemeente Deerlijk.’
De gemeenteraad heeft in zitting van 31 maart 2011 het retributiereglement ‘verkoop toeristische kaarten en brochures’ goedgekeurd. Dit reglement loopt af op 31 december 2013 zodat er, om met ingang van 1 januari 2014 verder een retributie te kunnen heffen, een nieuw retributiereglement aan de gemeenteraad dient voorgelegd te worden. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 3 juli 2013 beslist om de tarieven van het vigerende retributiereglement voor ‘verkoop van toeristische kaarten en brochures’ ongewijzigd te behouden en op 24 juli 2013 de voorzitter van de gemeenteraad verzocht om dit punt te agenderen op de gemeenteraad van 26 september 2013. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat de vaststelling van de machtiging tot het heffen van een retributie tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Artikel 253, § 1, 3° stelt dat binnen twintig dagen na de besluiten van de gemeenteraad betreffende de belastingen en de retributies, een kopie wordt verzonden naar de provinciegouverneur. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren: RETRIBUTIEREGLEMENT VERKOOP TOERISTSCHE KAARTEN EN BROCHURES Art. 1. - De retributie voor de verkoop van de toeristische kaarten en brochures is vastgesteld als volgt: - prentkaart ‘Deerlijk is heerlijk’ 1,00 euro; - fietsnetwerkkaart Leiestreek-West 6,00 euro; - fietsnetwerkkaart Leiestreek-Oost 6,00 euro; - toeristische kaart en gids van de Leiestreek 10,00 euro; - publicatie ‘Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen - inventaris van het bouwkundig erfgoed provincie West-Vlaanderen gemeente Deerlijk’ 8,00 euro; - kaart ‘Wandelroutes Deerlijk’ 10,00 euro. Art. 2. - De retributie dient betaald te worden bij de aanvraag. Wanneer de stukken per post worden verstuurd, zijn de verzendingskosten ten laste van de aanvrager. Art. 3. - In geval van niet-betaling van de retributie wordt deze ingevorderd volgens de wettelijke bepalingen ter zake. Art. 4. - Dit retributiereglement gaat in op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2019. Art. 5. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge. ----30. HIZ - gemeentelijk belastingsreglement op afgifte van administratieve stukken Bij toepassing van artikel 29 van het Gemeentedecreet, dat stelt dat een punt dat niet op de agenda van de gemeenteraad voorkomt, niet in bespreking mag worden gebracht behalve in spoedeisende gevallen, wordt de behandeling van het gemeentelijk belastingsreglement op afgifte van administratieve stukken voorgesteld.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 511
Het gemeentelijk belastingsreglement stond niet op de agenda van de gemeenteraad in afwachting van een advies van de gemeenteraadscommissie financiën. De gemeenteraadscommissie financiën heeft dit belastingsreglement ondertussen besproken in haar zitting van 23 september 2013 en positief geadviseerd. De spoedeisendheid komt voort uit het feit dat het huidige belastingsreglement op afgifte van administratieve stukken afloopt op 1 oktober 2013. Zonder de goedkeuring van dit belastingsreglement heeft de gemeente geen wettelijke basis meer om deze belastingen te innen. De raad beslist daarom bij toepassing van artikel 29 van het Gemeentedecreet en gezien de spoedeisendheid de behandeling van het belastingsreglement op afgifte van administratieve stukken met eenparigheid van stemmen goed te keuren. Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. Het belastingsreglement op de afgifte van administratieve stukken werd goedgekeurd in zitting van 1 december 2011 en eindigt op 1 oktober 2013. Het college van burgemeester en schepenen heeft het belastingsreglement op de afgifte van administratieve stukken overlopen in zitting van 28 augustus 2013 en 4 en 11 september 2013 en besliste, na vergelijking met de omliggende gemeentes, de volgende aanpassingen voor te stellen aan de gemeenteraad: -
doordat de eerste vreemdelingenkaart vanaf 1 oktober 2013 een elektronisch exemplaar wordt, stelt de FOD Binnenlandse Zaken de aanmaakkost gelijk met die van de eID op 15,00 euro. Op de eerste vreemdelingenkaart wordt vandaag een gemeentelijke belasting geheven van 5,00 euro, terwijl dat voor de eID 3,00 euro is. Om vanaf 1 oktober 2013 de totale kostprijs van de elektronische vreemdelingenkaart gelijk te stellen met die van de eID, wordt voorgesteld de gemeentebelasting voor beiden in de normale procedure op 5,00 euro te brengen;
-
er wordt voorgesteld om de belasting op afgifte van het attest van immatriculatie te verhogen naar 4,20 euro. Dit zorgt, samen met de kost voor de FOD Binnenlandse Zaken, voor een rond totaalbedrag van 5,00 euro wat praktischer is voor de interne werking;
-
aangezien de benaming ‘trouwboekje’ in het bestaande belastingsreglement de lading niet dekt van wat er precies aan de burger wordt afgeleverd n.a.v. een huwelijk wordt voorgesteld de benaming te wijzigen naar ‘dossierkost huwelijk’;
-
het vorige belastingsreglement voorzag geen belasting voor het afleveren van een duplicaat van het trouwboekje, ondanks het feit dat dit wel degelijk een kost betekent voor de gemeente. Daarom wordt voorgesteld hierop een belasting van 25,00 euro te heffen;
-
doordat de huwelijksvoltrekking steeds meer kosten meebrengt voor de gemeente wordt voorgesteld de belasting op de ‘dossierkost huwelijk’ te verhogen van 30,00 euro naar 60,00 euro;
-
de benaming ‘afsluiten samenlevingscontract’ dient gewijzigd te worden in ‘verklaring wettelijk samenwonen’, gezien enkel notarissen een samenlevingscontract kunnen opstellen. Het vorige belastingsreglement voorzag hiervoor geen belasting hoewel dit administratief evenveel werk vergt als een huwelijk. Daarom wordt een
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 512
gemeentebelasting voorgesteld voor de afgifte van de ‘verklaring wettelijk samenwonen’ van 25,00 euro; -
door de invoering van het voorlopig rijbewijs in bankkaartmodel vanaf 1 oktober 2013 trekt de FOD Mobiliteit de aanmaakkost van het voorlopig rijbewijs gelijk met die van het Europees rijbewijs in bankkaartmodel. Er wordt daarom voorgesteld om de gemeentelijke belasting op het voorlopig rijbewijs in bankkaartmodel gelijk te stellen met die op het Europees rijbewijs in bankkaartmodel, namelijk op 5,00 euro.
Voor wat de overige tarieven betreft wordt voorgesteld om deze op hun huidig niveau te behouden. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om gemeentebelastingen en retributies vast te stellen. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren: Art. 1. - Onderstaande belastingsreglement gaat in vanaf 2 oktober 2013 en eindigt op 31 december 2019. BELASTINGSREGLEMENT OP AFGIFTE VAN ADMINISTRATIEVE STUKKEN Art. 1. - Deze gemeentebelasting valt ten laste van de personen of instellingen aan wie deze stukken door de gemeente op hun verzoek of ambtshalve worden uitgereikt. Art. 2. - Het bedrag van de gemeentebelasting wordt als volgt bepaald: a) op de afgifte (eerste en volgende), hernieuwing, vervanging of aflevering van een duplicaat van elektronische identiteitskaarten, met uitzondering van de KIDS-eID, aan inwoners van Belgische nationaliteit: -
Normale procedure: Dringende procedure Zeer dringende procedure
5,00 euro 13,00 euro 13,00 euro
Vrijstelling van deze gemeentelijke indirecte belasting wordt verleend indien Belpic de aanmaakkost van de nieuwe elektronische identiteitskaart die de burger dient aan te vragen ter vervanging van zijn ongeldig geworden elektronische identiteitskaart door het loskomen van de chip ten gevolge van een productiefout, ten zijne laste neemt. b) op de afgifte (eerste en volgende), hernieuwing, vervanging of aflevering van een duplicaat van elektronische vreemdelingenkaarten: -
Normale procedure: Dringende procedure: Zeer dringende procedure:
5,00 euro 13,00 euro 13,00 euro
Vrijstelling van deze gemeentelijke indirecte belasting wordt verleend indien Belpic de aanmaakkost van de nieuwe elektronische vreemdelingenkaart die de burger dient aan te vragen ter vervanging van zijn ongeldig geworden elektronische vreemdelingenkaart door het loskomen van de chip ten gevolge van een productiefout, ten zijne laste neemt.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 513
c) op de afgifte, hernieuwing, vervanging of aflevering van een duplicaat van verblijfsdocumenten van vreemdelingen, met name het attest van immatriculatie model A of B: 4,20 euro d)
op de afgifte van reispassen:
1) personen jonger dan 18 jaar - Paspoort met normale procedure: - Paspoort met spoedprocedure:
3,00 euro 6,00 euro
2) personen ouder dan 18 jaar - Paspoort met normale procedure: - Paspoort met spoedprocedure:
6,00 euro 9,00 euro
e)
op de dossierkost van een huwelijk: 60,00 euro
f)
op de afgifte van een duplicaat van het trouwboekje: 30,00 euro
g)
op de afgifte van de ‘verklaring wettelijk samenwonen’: 25,00 euro
h) op de afgifte, duplicaat of omwisseling van een (voorlopig) rijbewijs bankkaartmodel zowel via de normale procedure als via de spoedprocedure: 5,00 euro. Art. 3. - De belasting wordt contant ingevorderd tegen de afgifte van een betalingsbewijs. Art. 4. - Bij gebrek aan onmiddellijke betaling wordt de belasting ingevorderd bij middel van een kohier. Art. 2. - Huidig belastingsreglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet. Art. 3. - Deze beslissing wordt binnen de 20 dagen ter kennisgeving overgemaakt aan de provinciegouverneur conform artikel 253, § 1, 3° van het Gemeentedecreet. ----31. Vragen gesteld door raadsleden * sp.a raadslid Vanheerweghe verwijst naar zijn tussenkomst in gemeenteraadszitting van 22 augustus 2013 waarbij hij vroeg wat er zou gebeuren met de gronden in de Stationswijk die niet als sportterrein gebruikt worden. Hij merkt op in het verslag van de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 11 september 2013 te hebben gelezen dat de mogelijkheid van seizoenspacht werd onderzocht, maar dit niet mogelijk is en hij vraagt of de toestand blijft zoals die was dan wel of er toch nog veranderingen zullen zijn. Schepen van sport Accou repliceert dat de toestand voorlopig blijft zoals die is aangezien de overeenkomst met de gebruikers binnenkort moet vernieuwd worden, maar dat men bepaalde pistes voor ogen heeft en wenst te onderzoeken om in de toekomst, zolang de bouwwerken niet starten, iets anders met de gronden te doen. Ze stelt dat het bijgevolg de bedoeling zou zijn om de gronden voor de laatste keer voor een periode van 11 maanden te laten gebruiken.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 514
sp.a raadslid Vanheerweghe stelt te hebben vernomen dat het project van de sportvelden Stationswijk niet doorgaat en hij vraagt of dit klopt. Schepen van sport Accou repliceert dat het project even ‘on hold’ wordt gezet en dit al aan bod kwam tijdens de gemeenteraad. sp.a raadslid Vanheerweghe vraagt of het project wordt voorzien binnen het meerjarenplan. Schepen van sport Accou antwoordt ontkennend.
* sp.a raadslid Vanheerweghe verwijst naar de goedkeuring van het jaarverslag en de jaarrekening van het 1e werkjaar van Woonwijs in gemeenteraadszitting van 28 maart 2013, waarbij in het jaarverslag was opgenomen dat in Deerlijk in de eerste helft van 2013 een premiereglement toegespitst op het verbeteren van private huurwoningen zou worden goedgekeurd en hij stelt dat de bevoegde schepen toen geantwoord heeft dat dit punt in de gemeenteraadszitting van september 2013 zou aan bod komen. Hij merkt op dat het thans september 2013 is en hij informeert naar de stand van zaken. Schepen van huisvesting Olivier repliceert dat het woonactieplan momenteel wordt gefinaliseerd en dat daarover op 15 oktober 2013 een informatievergadering plaatsvindt waarop de nodige uitleg zal gegeven worden. sp.a raadslid Vanheerweghe vraagt of de premie daarin is opgenomen. Schepen van huisvesting Olivier repliceert dat ze dat op 15 oktober 2013 zal toelichten aangezien dit één stukje van het geheel betreft en het beter is dit binnen het globale plan uit te leggen. Ze stelt dan ook te hopen dat het raadslid zal aanwezig zijn. N-VA raadslid Byttebier vraagt of dit binnen Woonwijs werd gerealiseerd. Schepen van huisvesting Olivier antwoordt dat de mensen van Woonwijs de gemeente hierbij hebben ondersteund en op 16 oktober 2013 ook zullen aanwezig zijn, aangezien zij ook een stuk van de uitleg voor hun rekening zullen nemen. N-VA raadslid Byttebier geeft mee dat hij vandaag ten zeerste geschrokken was bij het zien van een verslag van een vergadering van Woonwijs aangezien daarop niemand van Deerlijk aanwezig was, terwijl er drie vertegenwoordigers zijn. Hij vraagt hoe dit komt en of men zich enkel baseert op de verslagen. Schepen van huisvesting Olivier repliceert dat vooraf wel ook nog over het één en ander wordt overlegd. Ze beaamt vervolgens dat door de slechte timing van de datum niemand aanwezig was, maar dit niet betekent dat men niet weet waarover het gaat. Ze geeft mee dat men regelmatig samen zit met de mensen van Woonwijs en men heel goed weet waarover het gaat.
* sp.a raadslid Baert verwijst naar het verslag van de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 28 augustus 2013, meer bepaald naar het punt over de intentieverklaring strategisch project Groene Sporen, waarin met betrekking tot een vervolgproject wordt gesteld dat een deelname geen financieel engagement vergt, maar het college van burgemeester en schepenen beslist om niet in te stappen in het nieuwe project wegens budgettaire beperkingen. Hij is van mening dat dit contradictorisch lijkt. Schepen van groenbeleid De Donder bevestigt dat wordt gesteld dat een deelname geen financiële consequenties heeft, maar hij geeft mee dat als de gemeente zou deelnemen aan het project, dit de gemeente toch geld kan kosten. De voorzitter geeft het onderhoud van bepaalde zaken die aangelegd worden als voorbeeld. Schepen van groenbeleid De Donder voegt er aan toe dat Deerlijk ook niet instapt omdat men de Schelde-Leie verbinding wil maken en Deerlijk daar net buiten valt. sp.a raadslid Baert vraagt of Deerlijk bijgevolg de enige Leiedalgemeente is die niet deelneemt. Schepen van groenbeleid De Donder antwoordt bevestigend.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 515
* sp.a raadslid D’hont verwijst naar het verslag van de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 28 augustus 2013 waarin onder meer de procedure voor asfalteringswerken in de Sint-Elooistraat ter hoogte van het aldaar gelegen bedrijf werd opgestart en ze vraagt of de schade aan het wegdek daar te wijten is aan het aldaar gelegen bedrijf. Schepen van openbare werken Tijtgat repliceert ten eerste dat dit dossier geagendeerd werd op de gemeenteraadszitting van 22 augustus 2013. Hij merkt vervolgens op dat het bedrijf de herstellingswerken zelf heeft uitgevoerd en de gemeente deze bijgevolg niet meer zal moeten uitvoeren. sp.a raadslid D’hont stelt dat tijdens de mobiliteitscommissie van 19 september 2013 een variapunt werd besproken over de heraanleg van het uiteinde van het Stationsplein met de Stationsstraat op kosten van diezelfde firma, wat heel positief is. Ze geeft mee dat tijdens de commissie de schepen van mobiliteit in dit kader een aantal bezorgdheden uitte die zij zou meegeven aan het bedrijf in kwestie, maar de schepen op haar vraag of dit nog eens zou worden voorgesteld op de gemeenteraad antwoordde dat zij niet onmiddellijk zou weten waarom dit nodig was. Ze stelt gewoon bezorgd te zijn over het feit dat de gemaakte beloftes over de betaling van de kosten door het bedrijf best op voorhand worden vastgelegd, zodat de gemeente niet achteraf de rekening gepresenteerd krijgt. Schepen van mobiliteit Accou repliceert tijdens de mobiliteitscommissie ook te hebben meegedeeld dat het dossier net toegekomen was en dat zij dit al eens wilde voorleggen, maar dat dit nog verder moest besproken worden. Ze geeft mee dat de opmerkingen van de mobiliteitscommissie ondertussen al een stuk meegenomen zijn en de schepen van openbare werken dit dossier al besproken heeft, maar dat dit nog niet voor morgen is. Schepen van openbare werken Tijtgat voegt er aan toe dat na het voorstel van het bedrijf Casier, dat aan de mobiliteitscommissie werd voorgelegd, door de technische dienst een aangepast plan werd opgemaakt waarbij zelfs werd gekeken om nog bijkomende parkeerplaatsen te voorzien. Hij geeft mee dat hij dit al even heeft getoond aan en besproken binnen het college, maar dat dit punt nog niet officieel werd geagendeerd aangezien men dit eerst opnieuw met het betrokken bedrijf wil bespreken en hij besluit dat men uiteraard eerst, vooraleer de werken worden uitgevoerd, op papier moet hebben dat het bedrijf zal betalen. * sp.a raadslid D’hont vraagt of, zoals in gemeenteraadszitting van 22 augustus 2013 door de schepen van milieu geopperd, een boekje zal gemaakt worden waarin alle premies zijn opgenomen en ze vraagt of men dat nog dit jaar dan wel volgend jaar mag verwachten. Schepen De Donder repliceert dat dit volgend jaar zal zijn, aangezien alle reglementen eerst door de gemeenteraad moeten worden goedgekeurd. Hij geeft mee dat dit wel al werd besproken in het college en men dit zeker zal doen. De voorzitter voegt er aan toe dat men alle reglementen wil groeperen en bundelen.
* N-VA raadslid Terryn verwijst naar een inkomende e-mail van 10 september 2013 van een inwoner van de Belgiek die alle pijnpunten die op de Belgiek leven, weergeeft. Hij stelt dat de vraag is om op de Belgiek een speelpleintje te creëren, aangezien daar heel veel gezinnen met jonge kinderen wonen en er veel kinderen naar school gaan. Hij geeft mee dat vervolgens wordt opgemerkt dat er heel wat veranderingen op til zijn op de Belgiek, meer bepaald de windmolens, het casino en de herinrichting van het kruispunt, waarbij de inwoner van mening is dat dit niet de oplossing zal zijn zolang het verkeer daar naartoe stroomt. Hij verwijst hierbij naar zijn tussenkomst in gemeenteraadszitting van 28 maart 2013 waarbij hij ijverde om wegwijzers richting op- en afrittencomplex Waregem te plaatsen in Desselgem, zeker ter hoogte van de Pitantiestraat, merkt op dat de voorzitter dit zou meenemen en stelt niet te weten of dit al gebeurd is aangezien er nog geen wegwijzers staan. Hij vervolgt dat de inwoner ook het sluipverkeer aankaart, waarop naar zijn mening te weinig controle wordt uitgevoerd, het feit dat het voetbalveld in de toekomst zal verkaveld worden en het feit dat
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 516
door de bypass rechtover de school, er geen veilige fietsweg naar de school meer is. Hij stelt dat de inwoner besluit dat de veranderingen geen meerwaarde bieden voor de kinderen en inwoners van de Belgiek en de inwoner hoopt dat de gemeente een beetje tegengewicht kan bieden door een natuurlijk speelruimte/ontmoetingsplaats in de vorm van een speelpleintje te creëren en hij vraagt of er eventueel plannen zijn om daar een speelpleintje te creëren. Hij suggereert om, als het voetbalveld in de toekomst verkaveld wordt, daar eventueel te lobbyen om een speelpleintje te creëren. Hij oppert dat het voetbalveld enkel maar bebouwd zal worden ter hoogte van de Kleine Klijtstraat en hij is van mening dat dit een goede locatie zou zijn, aangezien het dicht bij de school is en thans op vrije momenten spelende kinderen al veel gebruik maken van het voetbalveld. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder repliceert dat dit een goede suggestie is, waarover al werd nagedacht. Hij geeft mee dat al werd meegegeven aan de verkavelaar van het voetbalveld dat als de verkaveling er komt, daar een doorgang moet komen achter de huizen naar de school. Hij merkt op dat men dan misschien even over landbouwgrond van een andere eigenaar moet, maar dit kan besproken worden. Hij stelt dat er bijgevolg al een bepaalde visie is over het verkavelen van die grond, maar dat daarbij zeker kan meegegeven dat een hoekje dient voorzien te worden om een speelpleintje aan te leggen, waarvan de school dan eventueel ook gebruik kan maken. N-VA raadslid Terryn vraagt of de grond die verkocht werd tot aan de school reikt. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder antwoordt ontkennend. Hij geeft hierbij mee dat de eerste 50 meter woonzone betreft en het vervolgens agrarisch gebied is. N-VA raadslid Terryn vraagt of het stuk grond gelegen tussen het voetbalveld en de school ook eigendom is van de eigenaar van het voetbalveld. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder antwoordt ontkennend. Hij stelt te vermoeden dat de grond gedeeltelijk eigendom is van of onderhouden wordt door de vader van het raadslid. N-VA raadslid Terryn repliceert te vermoeden dat dit geen eigendom is.
* N-VA raadslid Terryn stelt dat het convenant betreffende het casino in de Vichtesteenweg bepaalt dat de uitbater op eigen terrein minimaal 6 parkeerplaatsen moet voorzien. Hij merkt op dat achter het casino een soort parkeergelegenheid werd gemaakt, maar hij stelt zich af te vragen of dit op eigen terrein is en hij vraagt of de parkeergelegenheid op eigen terrein dan wel op het terrein van iemand anders werd voorzien. Hij merkt vervolgens op dat daar heel wat bomen werden gerooid om daar parkeerplaatsen te voorzien en hij vraagt of dit werd aangevraagd, aangezien bomen toch niet zomaar kunnen gerooid worden. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder repliceert dat hiervoor de stedenbouwkundige vergunning dient bekeken te worden en hij stelt het raadslid voor dit bij de dienst stedenbouw na te vragen. Hij geeft mee dat op basis van een stedenbouwkundige vergunning bomen kunnen gerooid worden. N-VA raadslid Byttebier stelt dat er toch sowieso een kapvergunning moet gevraagd worden. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder repliceert dat er geen kapvergunning moet gevraagd worden als er toelating is op basis van de stedenbouwkundige vergunning. N-VA raadslid Byttebier merkt op dat Mijn Huis in het kader van hun project op de Molenhoek een kapvergunning heeft moeten aanvragen. De voorzitter repliceert dat het afhankelijk is van de soort bomen. De gemeentesecretaris voegt er aan toe dat niet voor alle bomen een kapvergunning vereist is en dit onder meer afhankelijk is van de diameter en het type. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder geeft mee dat, wat betreft het project op de Molenhoek, Mijn Huis eerst een sloopvergunning heeft gevraagd om het huis af te breken en vervolgens pas een stedenbouwkundige vergunning voor het bouwen van appartementen. N-VA raadslid Terryn stelt dat het convenant eveneens bepaalt dat de uitbater er stipt zal op toezien dat het maximaal op hetzelfde ogenblik toelaatbaar aantal aanwezigen niet overschreden wordt en hij informeert, net als in gemeenteraadszitting van 4 juli 2013, naar dit aantal. Hij vraagt ook wat men zal doen als mensen aan de deur staan en het maximaal
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 517
op hetzelfde ogenblik toelaatbaar aantal aanwezigen bereikt is en hij stelt graag een antwoord op zijn vragen te krijgen. De voorzitter repliceert bevestigend.
* N-VA raadslid Terryn merkt op dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 4 september 2013 akte heeft genomen van het regionaal beleidsplan natuur en milieu en de visie qua inplanting van windmolens in Zuid-West-Vlaanderen van Natuur.koepel vzw en hij vraagt of daarbij bepaalde zaken die betrekking hebben op Deerlijk, en meer specifiek op de windmolens op de grens Belgiek/Nieuwenhove worden meegegeven. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert ontkennend. Hij geeft mee dat het een algemene visie betreft waarbij Natuur.koepel vzw vindt dat hier en daar wel windmolens mogen komen. Hij vervolgt dat het college daarvan akte genomen heeft en dit wordt meegenomen naar Leiedal aangezien Leiedal een nieuwe visie over het plaatsen van windmolens voor de regio zal ontwikkelen. N-VA raadslid Byttebier merkt op dat Leiedal akkoord ging met de windmolens op de grens Belgiek/Nieuwenhove. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder repliceert bevestigend.
* N-VA raadslid Terryn geeft mee dat zijn partij er voorstander van is om de sportvelden langs de Guido Gezellelaan en zeker de aldaar centraal gelegen parking te onderhouden. Hij stelt recent op korte termijn van verschillende mensen enkele reclamaties te hebben gekregen dat de parking stofferig is en er heel veel putten in de parking zijn. Hij voegt er aan toe dat buurtbewoners ook klagen van stofwolken in hun tuin, aangezien bepaalde mensen daar blijkbaar hun auto gaan testen en hij verwijst vervolgens naar een inkomend schrijven waarbij iemand aanklaagt dat de wachtende bussen op de parking hun motoren draaiende houden. Hij is van mening dat, nu de site Guido Gezelle voorlopig verder zal gebruikt worden, de parking eens serieus dient aangepakt te worden. De voorzitter repliceert dat men van plan is om het één en ander van de huidige sportinfrastructuur op te waarderen en dat, als dat gebeurd is en het zwaar verkeer in dat kader gepasseerd is, ook de parking zal aangepakt worden. Hij vervolgt ook op de hoogte te zijn van de stofwolken en geeft mee dat wat betreft de uitlaatgassen van de bussen, de busmaatschappijen zullen aangeschreven worden. Hij bevestigt ten slotte dat er ook putten zijn en besluit dat de parking voor verbetering vatbaar is. N-VA raadslid Byttebier stelt ook te hebben vernomen dat er ’s nachts op de parking gecrost wordt en auto’s er blijven staan met muziek aan en hij oppert dat dit beter eens zou gecontroleerd worden.
* N-VA raadslid Terryn verwijst naar de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 21 augustus 2013 om in het kader van de uitbating van de cafetaria van de sporthal de blikken uit het assortiment te halen en toe te laten dat de verenigingen zelf blikken voorzien, maar in dat geval wel de tarieven voor het huren van de cafetaria te herbekijken en hij vraagt of er daarover al een overeenkomst is. Hij geeft vervolgens mee te hebben vernomen dat er een groot verschil is tussen de zaterdag waarop er de hele dag wedstrijden zijn en de zondag waarop er soms maar één match is, terwijl de basishuurprijs voor de beide dagen 30 euro bedraagt en er bijgevolg zou kunnen overwogen worden om de huur daaraan aan te passen. Schepen van sport Accou repliceert dat tijdens de laatste raad van bestuur van de sportinfrastructuur de opmerkingen die in het college van burgemeester en schepenen werden gemaakt, aan bod kwamen en dat ook alle premie- en retributiereglementen met betrekking tot de sportaccommodatie werden besproken en ze stelt dat het de bedoeling is de beide zaken aan elkaar te linken. Ze geeft mee dat dit in zitting van het college van
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 518
burgemeester en schepenen van 25 september 2013 opnieuw werd besproken, dat uiteindelijk een bepaalde visie werd geformuleerd en dat deze opnieuw aan de raad van bestuur van de sportinfrastructuur zal voorgelegd worden om daarover een definitief advies te formuleren. N-VA raadslid Terryn stelt vast dat er op dit moment dus nog geen definitieve beslissing is. Schepen van sport Accou repliceert bevestigend. Ze geeft mee dat thans de huurprijzen zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 4 juli 2013 worden gebruikt, maar dat in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 21 augustus 2013 wel werd beslist om de blikken uit het assortiment te halen.
* N-VA raadslid Terryn merkt op dat in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 21 augustus 2013 werd beslist om in het kader van de opmaak van het lokaal sociaal beleidsplan een overleg te houden met de Zorggroep H. Hart. Hij vraagt of dit overleg betrekking had op de kinderopvang die er zal komen en wat in dit overleg precies werd besproken. Schepen van kinderopvang Olivier repliceert dat zij, samen met de burgemeester, op maandag 23 september 2013 een kort overleg heeft gehad met de directeur van de Zorggroep H. Hart, waarbij deze het belang benadrukte om in het meerjarenplan een bepaalde zinsnede over kinderopvang op te nemen, zodat in de toekomst het aantal opvangplaatsen in Deerlijk kan uitgebreid worden. Ze geeft mee dat als dit in het meerjarenplan is opgenomen, ook Vlaanderen daartoe inspanningen kan doen, aangezien Vlaanderen daar een budget aan koppelt, maar het meestal de grote steden zijn die daarmee gaan lopen. N-VA raadslid Terryn vraagt of men een verslag van dit overleg kan krijgen. Schepen van kinderopvang Olivier antwoordt dat van het overleg geen verslag werd gemaakt. Open VLD raadslid Schelfhout vraagt of in de meerjarenplanning niets over kinderopvang zou opgenomen worden, mocht de directeur van de Zorggroep H. Hart niet langs gekomen zijn. Schepen van Olivier repliceert ontkennend. Ze geeft mee dat de directeur gewoon zijn bezorgdheid wenste uit te drukken, aangezien hij voldoende ondervindt dat het heel moeilijk is om nog extra opvangplaatsen te creëren, terwijl de noden er meestal wel zijn. Open VLD raadslid Schelfhout is van mening dat dit positief is. Hij stelt dat dit vooruitziendheid betreft en het zoveel te beter is als de directeur van de Zorggroep H. Hart daarbij de inspirator kan zijn. sp.a raadslid D’hont vraagt of in deze vanuit een bepaalde hoek gesproken wordt en of het zo is dat een zelfstandige onthaalmoeder die niet onder een bepaalde koepel wenst te werken, zich thans niet zou kunnen installeren in Deerlijk omdat er geen openstaande plaatsen zijn. Schepen van kinderopvang Olivier repliceert dat het het aantal kinderopvangplaatsen van grotere groepen betreft en dat hierbij ook aan het opstarten van initiatieven voor buitenschoolse opvang (IBO’s) dient gedacht te worden. sp.a raadslid D’hont vraagt of het kinderdagverblijf in de toekomst bijgevolg misschien ook naschoolse opvang zal aanbieden als privé-initiatief en niet als gemeentelijk initiatief, waarvan haar partij voorstander is. Schepen van kinderopvang Olivier repliceert dat dit zeker niet werd gezegd. Ze geeft mee dat informeel de noden met betrekking tot kinderopvang in Deerlijk, zoals ook besproken binnen het LOK, nog eens werden meegegeven.
* N-VA raadslid Terryn stelt te hebben gezien dat er al een vergadering geweest is van het managementteam van de brandweer en hij merkt op dat de gemeenteraadsleden daarvan normaalgezien het verslag zouden krijgen. De voorzitter repliceert dat dit nog zal gebeuren.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 519
* N-VA raadslid Terryn merkt op dat in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 4 september 2013 werd beslist om een voltijdse functie van hulparbeider voor de groendienst vacant te verklaren, maar deze beslissing in zitting van 11 september 2013 opnieuw werd ingetrokken en hij vraagt naar de reden daarvoor. Schepen van personeel Accou repliceert dat in zitting van 11 september 2013 voormelde beslissing werd ingetrokken en een nieuwe beslissing werd genomen. Ze geeft mee dat initieel was beslist om naar aanleiding van een ontslag in de maand augustus en de dringende nood aan groenmedewerkers een vacature uit te schrijven op niveau E, maar dat, na vragen van het syndicaat en de medewerkers naar meer kwaliteit, uiteindelijk werd beslist om een vacature op niveau D uit te schrijven. N-VA raadslid Terryn vraagt of dit in de huidige financiële situatie nodig is. Schepen van personeel Accou repliceert bevestigend. Ze stelt dat men inderdaad gebruik kan maken van sociale tewerkstelling voor het grote en grove werk, maar dat bepaalde zaken best door eigen mensen worden gedaan. Ze geeft mee dat er in de groendienst momenteel een groot te kort is door langdurige zieken en het echt wel nodig is om iemand bij aan te werven. N-VA raadslid Terryn geeft mee inderdaad te hebben vastgesteld dat er aantal langdurige zieken zijn binnen de groendienst, maar hij merkt op dat die mensen toch hopelijk ooit nog eens zullen terug keren. Schepen van personeel Accou stelt dit ook te hopen. N-VA raadslid Byttebier vraagt of de langdurige zieken veel gecontroleerd worden. Schepen van personeel Accou repliceert dat het ernstige situaties betreft en dit op vandaag niet nodig is.
* N-VA raadslid Terryn geeft mee dat men altijd stelt dat het Gemeentenieuws geen politiek blaadje is, maar hij merkt op dat dat daarin toch altijd een beknopt verslag van de gemeenteraad vermeld staat dat niet altijd correct is weergegeven. Hij stelt te begrijpen dat in het Gemeentenieuws de volledige notulen niet kunnen weergegeven worden, maar hij is van mening dat het belangrijk is juiste informatie aan te burger te melden in plaats van eenzijdige of geen informatie over punten die afgekeurd worden. Hij geeft als voorbeeld dat zijn partij in gemeenteraadszitting van 4 juli 2013 het punt over de uitbreiding van de begraafplaats Deerlijk-centrum afkeurde. Hij stelt dat zijn partij niet tegen een groene oase, niet tegen de padenstructuur en niet tegen het type zerken dat men zal gebruiken, is, maar zij dit punt hebben afgekeurd omwille van de grondverkwisting, aangezien voor twee graven 8 meter vereist is, terwijl de reden voor de uitbreiding plaatsgebrek op de huidige begraafplaats is. Hij besluit dat men het ofwel goed ofwel niet moet doen. Schepen van informatie Accou repliceert dat er al dikwijls discussie geweest is over het al dan niet publiceren van het verslag van de gemeenteraad aangezien het niet evident is dit in het kort weer te geven. Ze geeft mee dat tot nog toe al altijd per punt een heel korte toelichting en de stemmingsuitslag wordt weergegeven en ze stelt dat de vertegenwoordiger van de partij in de redactieraad daarop kan reageren. N-VA raadslid Byttebier merkt op dat hun vertegenwoordiger dat in de vorige legislatuur heeft aangehaald en dit werd afgekeurd. Schepen van informatie Accou repliceert dat opmerkingen in de redactieraad meegenomen en bediscussieerd worden. Ze stelt dat vertegenwoordigers daarvoor eerst en vooral moeten aanwezig zijn, maar dat men, ook als men verontschuldigd is, een proefdruk ontvangt, waarop men onmiddellijk kan reageren. N-VA raadsid Terryn merkt op liever geen dan verkeerde informatie te hebben. Schepen van informatie Accou repliceert dat de stemmingsuitslag correct is weergegeven. N-VA raadslid Terryn repliceert dat het eenzijdig, onjuist en argumentatieloos is. Schepen van informatie Accou besluit dat ze het gepubliceerde niet meer kan veranderen.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 520
* N-VA raadslid Byttebier verwijst naar zijn tussenkomst in gemeenteraadszitting van 22 augustus 2013 waarbij hij vroeg om een brandonderzoek uit te voeren in een gebouw langs de Waregemstraat, dat een huis van Woonwijs is. Hij geeft mee dat de voorzitter hem toen geantwoord heeft dit mee te nemen en hij informeert naar de stand van zaken. Schepen van huisvesting Olivier repliceert dat niet Woonwijs, maar het RSVK daar een huis heeft en het belangrijk is deze beide organisaties niet met elkaar te verwarren. Ze stelt dit binnen het RSVK te hebben bevraagd en geeft mee dat de woning thans in orde is, maar het de bedoeling is dat de inhuring een uitdovend karakter krijgt. De voorzitter voegt er aan toe dat daarin nog geen concrete actie is ondernomen, maar hij dit niet vergeten is.
* N-VA raadslid Byttebier merkt op dat een aanvraag werd ingediend om op het perceel, gelegen Pontstraat 84, een koppelwoning te bouwen en hij vraagt wat zal gebeuren met de op het perceel aanwezige boom. Hij stelt te vrezen dat die boom plots weg zal zijn, terwijl deze vroeger niet mocht gerooid, maar enkel wat gesnoeid worden. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder repliceert dat in dit kader een stedenbouwkundig attest werd aangevraagd en dit bijgevolg nog maar een principeaanvraag aan de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar betreft. Hij geeft mee dat als de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar van oordeel is dat de boom moet blijven staan, dit zal meegedeeld worden, maar hij stelt niet te weten of er omwille van een boom geen koppelwoning zou kunnen komen. Hij voegt er aan toe dat, als de boom in de weg staat, het ook mogelijk is dat het rooien van de boom wordt toegestaan, mits ergens anders op de site een nieuwe boom wordt geplaatst.
* N-VA raadslid Byttebier verwijst naar een inkomend schrijven van 16 september 2013 aan de burgemeester waarin het lawaai naar aanleiding van de pop-up lounge in het Gaverkasteel wordt aangekaart en hij vraagt of het bestuur daarvan op de hoogte was. Hij stelt te weten dat de politie praktisch wekelijks is moeten langsgaan en heeft moeten optreden en hij vraagt of dit wordt doorgegeven. Hij merkt op dat de zomerperiode nu voorbij is, maar dit evenement kan terugkeren of er eventueel een winteractiviteit kan georganiseerd worden. De voorzitter repliceert dat hij dagelijks een politieverslag ontvangt waarin hij dit vaststelt en ook e-mails in dit kader, zoals de e-mail waarnaar het raadslid verwijst, ontvangt. Hij geeft mee altijd te hebben gesteld dat er na drie maanden zeker een evaluatie zou gehouden worden en dit thans ook zal gebeuren. Hij merkt op dat er over het algemeen heel wat positieve reacties zijn, maar er ook een aantal minder goede zijn, zeker over de laatste avond en meestal betreffende lawaaihinder en hij besluit dat dit zal geëvalueerd worden. N-VA raadslid Byttebier is van mening dat er bij de buurtbewoners geen positieve reacties zijn. De voorzitter repliceert dat positieve reacties zeer weinig per e-mail worden overgemaakt.
* Open VLD raadslid Schelfhout merkt op dat hij als gevolg van de anciënniteit die dient gerespecteerd te worden de eer heeft om altijd het laatst het woord te nemen. Hij geeft mee dat hij niet in herhaling zal vallen, maar dat al een aantal interessante, waardevolle zaken werden gezegd, waar zijn partij ook achter staat.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 521
* Open VLD raadslid Schelfhout merkt op dat in de Kerkstraat een verlichtingspaal schuin staat. Daarnaast merkt hij ook op dat heel wat verlichtingspalen aan het roesten zijn en hij vraagt of de gemeente daarvoor een actieplan heeft. Schepen van openbare werken Tijtgat repliceert dat de gebogen verlichtingspaal een schadegeval betreft, waarvoor er bij Eandis een dossier is om deze te vervangen. Hij stelt vervolgens dat als melding wordt gemaakt van palen die roestig zijn, dit onmiddellijk wordt bekeken en gemeld aan Eandis en hij geeft mee dat op die manier recent in de Engelstraat Elfde Julilaan heel wat palen vernieuwd werden. Open VLD raadslid Schelfhout vraagt of het voor het eerste stuk van de Kerkstraat eventueel niet nuttig zou zijn om alle palen ineens te vervangen, aangezien daar uiteindelijk een besparing mee gerealiseerd wordt. Schepen van openbare werken Tijtgat repliceert dat dit een kostenplaatje heeft.
* Open VLD raadslid Schelfhout stelt te hebben vernomen dat het betalen met bancontact op het containerpark niet meer lukt en dat de nieuwe briefjes van 5 euro niet herkend worden door het systeem. Hij voegt er aan toe dat ook betalen met briefjes van 50 euro niet mogelijk is en hij vraagt of dit kan opgenomen worden als het softwaresysteem zou worden aangepast. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert te weten dat er een aantal problemen met de software zijn en deze moet vervangen worden, maar men in dit kader wacht op de gesprekken over de containerparken met alle IMOG gemeenten. Hij besluit dat er aan gewerkt wordt. Open VLD raadslid Schelfhout vraagt of het mogelijk is dat er al 9 maanden problemen zijn. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert ontkennend.
* Open VLD raadslid Schelfhout stelt te hebben vernomen dat op de Dries een aantal zaken fout zouden lopen en het eenrichtingsverkeer eventueel zou veranderen en hij vraagt wanneer de situatie geëvalueerd wordt. Schepen van mobiliteit Accou repliceert die opmerkingen niet onmiddellijk te ontvangen, aangezien zij er de afgelopen weken geen heeft ontvangen en ze stelt dat het interessant zou zijn, mocht ze deze binnen krijgen. Open VLD raadslid Schelfhout stelt dat hij betrokkenen zal doorverwijzen. Schepen van openbare werken Tijtgat voegt er aan toe dat hij dagelijks wel een aantal keer op de Dries passeert en dat hij al een aantal keer mensen teruggestuurd heeft. Hij geeft mee dat hij recent iemand teruggestuurd heeft die zich in oktober verkiesbaar stelde op de lijst van Open VLD en hij raadt het raadslid aan zijn achterban van het eenrichtingsverkeer op de hoogte te brengen. Schepen van mobiliteit Accou geeft mee dat men met de lokale politie de afspraak heeft dat daar veel gecontroleerd zal worden en er ook zal geverbaliseerd worden. Ze besluit te moeten vaststellen dat het mensen zijn die in herhaling vallen. Open VLD raadslid Schelfhout merkt op dat mensen blijkbaar dagelijks misrijden. Schepen van openbare werken Tijtgat repliceert dat het van ‘niet willen’ is.
* Open VLD raadslid Vanneste geeft mee vanuit de sportraad eveneens te hebben meegekregen dat de samenwerking rond het verhuur van de cafetaria van de sporthal niet zo heel vlot verloopt, dat de clubs zich vragen stellen of ze er wel genoeg zullen aan over hebben en dat zij zelf via andere wegen dranken willen aankopen om meer winst te hebben. Schepen van sport Accou repliceert van mening te zijn dat men daar zicht op heeft, dat men al vaak heeft samen gezeten met de clubs en men dit ook nog vaak zal doen en dat dit van heel nabij wordt opgevolgd.
G.13.09
Gemeenteraad van 26 september 2013
blad 522
* Open VLD raadslid Vanneste merkt op dat de vakantiekampen enorm populair zijn en in enkele minuten volzet zijn. Hij stelt dat dit heel goed is, maar het een beetje tegen de borst stoot dat ongeveer 60 procent van de ingeschreven kinderen van buiten Deerlijk komt en slechts 40 procent van Deerlijk. Hij stelt te hebben vernomen dat mensen blijkbaar bij de start van de inschrijvingsperiode klaar zitten aan hun computer om in te schrijven en hij vraagt of het niet mogelijk is om een sperperiode te voorzien waarbij inwoners van Deerlijk eerst kunnen inschrijven. Schepen van sport en recreatie Accou repliceert dat dit item ook werd besproken in de raad van bestuur van de sportinfrastructuur en er nog wat onduidelijkheden zijn, aangezien men niet weet in welke mate men inwoners van Deerlijk mag laten primeren of men voor hen een goedkoper tarief mag hanteren omdat op vandaag nog nergens op die manier gewerkt wordt. Ze geeft mee dat mensen niet alleen online kunnen inschrijven, maar ook telefonisch, ter plaatse en per e-mail en dat daarbij telkens de timing tot op de minuut wordt genoteerd, zodat dit tussen elkaar kan geschoven worden. * sp.a raadslid D’hont verwijst eveneens naar het inkomend schrijven waarbij een buurtbewoner uit de Guido Gezellelaan aanklaagt dat de wachtende bussen op de parking hun motoren draaiende houden en ze oppert dan men daar thans toch onmiddellijk op kan reageren. De voorzitter repliceert dat men dat ook zal doen. Hij geeft mee dat dit punt in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 25 september 2013 werd besproken en de busmaatschappijen zullen aangeschreven worden. * sp.a raadslid D’hont stelt te hebben vernomen dat in de raad van bestuur van de sportinfrastructuur het retributie- en gebruiksreglement van de sporthal werd besproken en dit volgende maand opnieuw aan bod komt. Ze merkt op dat een bepaald artikel van het reglement bepaalt dat het gebruik van de sportaccommodatie gratis is voor alle Deerlijkse scholen en bij het vragen van meer informatie bleek dat dit enkel de Deerlijkse gemeentelijke scholen betreft, terwijl er in Deerlijk ook vrij gesubsidieerd en gemeenschapsonderwijs is en ze vraagt of dit in de toekomst zal aangepast worden naar alle Deerlijkse scholen. Ze verwijst naar het verslag van de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 4 september 2013 waarin wordt gesteld dat de gemeente op vandaag al heel wat zaken onderneemt en bekostigt om de scholen te ondersteunen en zij is van mening dat ook dit mag gelijk lopen voor de verschillende scholen. Schepen van sport Accou repliceert dat dit nog opnieuw dient bediscussieerd te worden, maar het de bedoeling is dit te kunnen behouden. Ze geeft mee dat de andere scholen subsidies uit andere hoeken ontvangen om bepaalde zaken te doen en de gemeentescholen door de gemeente moeten betaald worden, zodat het logisch is dat het gebruik voor hen gratis is.
Waarna de zitting wordt geheven,
Trees Longueville Secretaris
Claude Croes Burgemeester Voorzitter gemeenteraad