VERSLAG DER ZITTING VAN DE GEMEENTERAAD VAN DEERLIJK GEHOUDEN TEN GEMEENTEHUIZE OP VIER JULI TWEEDUIZEND EN DERTIEN Waren aanwezig : Claude CROES, burgemeester voorzitter gemeenteraad; Ann ACCOU, Regine VANWYNSBERGHE-ROORYCK, Jo TIJTGAT, Carl DE DONDER, Kaat OLIVIER, schepenen; Robert VANHEERWEGHE, Gino BAERT, Marc BYTTEBIER, Frans KEMSEKE, Louis HAERINCK, Sabine DEKNUDT-MICHIELS, Bert SCHELFHOUT, Tundie D’HONT, Filip TERRYN, Jurgen BEKE, Lien DE KETELE, Angelique LEFEBVRE, Sophie MESPREUVE, Matthias VANNESTE en Frieda DEJAGER, raadsleden; Sarah BARBE, waarnemend gemeentesecretaris. ----G.13.07 - Gemeenteraad van 4 juli 2013 - blad 337 ----De raad was conform artikel 20 van het Gemeentedecreet samengeroepen door de voorzitter van de gemeenteraad voor de afhandeling van volgende agenda: 1. Kerkfabriek Sint-Anna - jaarrekening 2012 2. Kerkfabriek O.L.Vr. Onbevlekt Ontvangen - rekening 2012 3. Politiezone Gavers - reservefonds - aktename 4. OCMW - jaarrekening 2012 - kennisname 5. Gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente - huishoudelijk reglement hervaststelling 6. Adviesraad Economie Deerlijk (AED) - vertegenwoordiger sp.a - vervanging 7. Begraafplaats Deerlijk centrum - aanleg padenstructuur en inrichting uitbreiding goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze 8. Vichtesteenweg 147 - kansspelinrichting klasse B - nieuw convenant 9. Grafconcessies - voortijdige beëindiging - goedkeuring 10. Sport - gebruikersreglement cafetaria sporthal - goedkeuring 11. Sport - retributiereglement cafetaria sporthal - goedkeuring 12. Financiën - financieel beheerder - visum - vaststelling voorwaarden 13. Dagelijks bestuur - hervaststelling 14. Aanvullende verkeersreglementen - vaststelling a) aangaande de Plantenweg
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 338
b) aangaande circulatiemaatregelen René De Clercqstraat, Dammeke, Ververijstraat 15. Samenstelling managementteam brandweer - aktename 16. Onderwijs - lestijden- en urenpakket 2013-2014 a. gemeentelijk LO b. gemeentelijke BBO-school De Kim c. gemeentelijke BLO-school Sancta Maria Punt toegevoegd door Open VLD raadslid Matthias Vanneste aan de agenda van de gemeenteraad bij toepassing van artikel 22 van het Gemeentedecreet 17. Insijpelingsproblematiek van het gemeentehuis 18. Vragen gesteld door raadsleden Punt te behandelen in geheime zitting 19. Hoofd vrije tijd/cultuurbeleidscoördinator (A1a-A3a) - aanstelling op proef in statutair verband
----De voorzitter opent de zitting om 20 uur. Bij het begin van deze zitting bekrachtigt de gemeenteraad overeenkomstig artikel 81 van het Gemeentedecreet met eenparigheid van stemmen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 3 juli 2013 houdende de aanstelling van mevrouw Sarah Barbe, beleidsmedewerker, als waarnemend secretaris ter vervanging van de gemeentesecretaris, mevrouw Trees Longueville, met verlof van 1 juli 2013 tot en met 12 juli 2013. Daarop volgt de afhandeling van de agenda.
1. Kerkfabriek Sint-Anna - jaarrekening 2012 DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2012, inzonderheid artikel 55 houdende de opmaak, indiening en goedkeuring van de jaarrekening; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2012, meer bepaald artikel 39 - 43 houdende de inhoud van de jaarrekening; Gelet op de afsprakennota tussen de provinciegouverneur en het Bisdom Brugge van 5 februari 2009 betreffende bepaalde uitgaven in de rekeningen van de kerkfabrieken; Gelet op de beslissing van de kerkraad van 8 maart 2013 van de kerkfabriek Sint-Anna te Deerlijk, houdende de vaststelling van de rekening 2012;
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 339
Overwegende dat de rekening van dienstjaar 2012 en alle andere wettelijk verplichte stukken van de kerkfabriek Sint-Anna bij de gemeente werden ingediend op 24 mei 2013; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2013 aan de gemeenteraad om over onderhavige rekening 2012 van de kerkfabriek Sint-Anna positief advies uit te brengen; Overwegende dat uit de financieel-budgettaire toestand blijkt dat onderhavige rekening een exploitatieoverschot van 11.830,83 euro en een investeringsoverschot van 2.500,00 euro vertoont en de gemeentelijke toelage (aandeel Deerlijk) 8.244,00 euro bedroeg in 2012; BESLUIT: met 15 ja-stemmen (CD&V, N-VA) en 6 onthoudingen (Open VLD, sp.a) Art. 1. - Positief advies wordt uitgebracht voor de goedkeuring door de bevoegde overheid van de rekening 2012 van de kerkfabriek Sint-Anna. Art. 2. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan: - de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge; - het erkend representatief orgaan, Bisdom Brugge - Dienst kerkfabrieken, Heilige Geeststraat 4 B, 8000 Brugge; - de kerkfabriek Sint-Anna, Kapelstraat 5, 8540 Deerlijk; - stadsbestuur Waregem, Gemeenteplein 2, 8790 Waregem. ----2. Kerkfabriek O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangen - rekening 2012 sp.a raadslid Baert stelt dat er in het kader van de meerjarenplanning wellicht overleg is met de kerkfabrieken en hij is van mening dat hen moet duidelijk gemaakt worden dat het niet de bedoeling kan zijn dat er op het einde opnieuw zoveel overschot is, aangezien het uiteindelijk belastinggeld betreft. Hij merkt vervolgens op in gemeenteraadszitting van 30 mei 2013 een overzicht van de rekeningen van de kerkfabrieken van de afgelopen zes jaar te hebben gevraagd, maar dat nog niet ontvangen te hebben. Ten slotte stelt hij dat de kerkfabriek O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangen patrimoniumrekeningen, een soort reservefonds, heeft en hij informeert daarnaar, aangezien dit ook een behoorlijk bedrag betreft. De voorzitter repliceert dat het overschot telkens terugkeert, maar hij stelt akkoord te gaan met de bemerking van het raadslid en deze in de besprekingen mee te nemen. Hij vervolgt dat het gevraagde zeker nog moet overgemaakt worden. Wat betreft het reservefonds van de kerkfabriek O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangen beaamt hij dat dit een groot bedrag betreft. Hij geeft mee dat het geld uit het verleden dat vastgelegd werd betreft, enerzijds geld afkomstig van een dotatie en anderzijds een stukje geld van de gemeente. Hij stelt dat dit al werd besproken met de kerkfabriek en dat daarover intern binnen de kerkfabriek ook wordt gedebatteerd. Hij geeft mee dat werd afgesproken het geld thans te laten vaststaan, aangezien men er anders verlies op zou doen, maar dat, eens het geld vrijkomt, daarover een duidelijke afspraak moet gemaakt worden. sp.a raadslid Baert is van mening dat het niet de bedoeling kan zijn dat gemeentelijke gelden door de kerkfabrieken belegd worden en hij vraagt of het veilig belegd werd. De voorzitter repliceert bevestigend en stelt dat dit thans de geruststelling is. DE RAAD, in openbare zitting vergaderd
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 340
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2012, inzonderheid artikel 55 houdende de opmaak, indiening en goedkeuring van de jaarrekening; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2012, meer bepaald artikel 39 - 43 houdende de inhoud van de jaarrekening; Gelet op de afsprakennota tussen de provinciegouverneur en het Bisdom Brugge van 5 februari 2009 betreffende bepaalde uitgaven in de rekeningen van de kerkfabrieken; Gelet op de beslissing van de kerkraad van 1 maart 2013 van de kerkfabriek O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangen te Deerlijk, houdende de vaststelling van de rekening 2012; Overwegende dat de rekening van dienstjaar 2012 en alle andere wettelijk verplichte stukken van de kerkfabriek O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangen bij de gemeente werden ingediend op 17 juni 2013; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 19 juni 2013 waarbij aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om over onderhavige rekening 2012 van de kerkfabriek O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangen positief advies uit te brengen; Overwegende dat uit de financieel - budgettaire toestand blijkt dat onderhavige rekening een exploitatieoverschot vertoont van 14.518,48 euro, een investeringsoverschot van 5.910,72 euro en de gemeentelijke toelage 44.082,34 euro bedroeg in 2012; BESLUIT: met 15 ja-stemmen (CD&V, N-VA) en 6 onthoudingen (Open VLD, sp.a) Art. 1. - Positief advies wordt uitgebracht voor de goedkeuring door de bevoegde overheid van de rekening 2012 van de kerkfabriek O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangen. Art. 2. - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan: - de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge; - het erkend representatief orgaan, Bisdom Brugge - Dienst kerkfabrieken, Heilige Geeststraat 4 B, 8000 Brugge; - de kerkfabriek O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangen, Kapelstraat 5, 8540 Deerlijk. ----3. Politiezone Gavers - reservefonds - aktename DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de beslissing van de politieraad van de zone Gavers in zitting van 28 mei 2013 waarin werd beslist om eenmalig het overschot op de dienstjaarrekening 2012 als reserve binnen de politiezone te behouden mits inachtname van een aantal voorwaarden; Gelet op het verzoek van het college van burgemeester en schepenen van 5 juni 2013 om dit ter kennisgeving te agenderen op de gemeenteraad in zitting van heden; NEEMT AKTE:
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 341
Van de beslissing van de politieraad van de zone Gavers om eenmalig het overschot op de dienstjaarrekening 2012 als reserve binnen de politiezone te behouden mits inachtname van volgende randvoorwaarden: - het reservefonds mag enkel worden aangewend voor de gestegen RSZ-bijdragen, weddes en eindejaarspremies en facturen in de gewone dienst - zijnde allemaal niet te vermijden uitgaven; - het politiecollege dient steeds een voorafgaande toelating tot het aanwenden van dit fonds, binnen de aangehaalde grenzen, te geven; - rapportage en verantwoording van het gebruik van dit fonds moet aan de politieraad worden gegeven ter gelegenheid van de behandeling van de dienstjaarrekening in de politieraad. ----4. OCMW - jaarrekening 2012 - kennisname Bij toepassing van de organieke wet op de OCMW’s van 8 juli 1976, inzonderheid van artikel 89 § 2 en gelet op het OCMW-decreet van 19 december 2008, inzonderheid op artikel 174 § 2 neemt de raad kennis van de jaarrekening 2012. De jaarrekening 2012 van het OCMW Deerlijk sluit als volgt: Geconsolideerde balans 2012
ACTIEF Vaste activa
PASSIEF 57.796 euro
Vlottende activa
723.162 euro
TOTAAL ACTIVA
780.958 euro
Eigen vermogen
344.354 euro
Voorzieningen
105.748 euro
Schuld
330.856 euro
TOTAAL PASSIVA
780.958 euro
Resultatenrekening
Werkingskosten
KOSTEN 2.168.832 euro
Financiële kosten
3.346 euro
OPBRENGSTEN Werkingsopbrengsten en 1.331.762 euro geproduceerde V.A. Financiële opbrengsten
RESULTAAT
6.590 euro
- 833.826 euro
Onttrekking aan de gemeentelijke bijdrage: 834.366 euro. ----5. Gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente - huishoudelijk reglement - hervaststelling
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 342
sp.a raadslid Vanheerweghe stelt hierover een aantal vragen te hebben en in dit kader een aantal tips te willen meegeven. Ten eerste merkt hij op dat in deze als overweging wordt vermeld dat het huishoudelijk reglement een doeltreffende en doelmatige werking van de gemeenteraadscommissie garandeert. Hij stelt voor het woord ‘garandeert’ te vervangen door ‘beoogt’, aangezien een doeltreffende en doelmatige werking de doelstelling is, maar men nooit de garantie kan geven dat het honderd procent in orde is. Vervolgens stelt hij voor om in artikel 1 van het huishoudelijk reglement de woorden ‘zo dikwijls’ te vervangen door ‘telkens’, aangezien dat duidelijker is. Hij merkt vervolgens op dat de voorzitter de vergaderingen bijeenroept en de agenda opstelt en hij vraagt of de voorzitter daar alleen handelt dan wel of hij dit doet na ruggenspraak met de schepen van financiën en/of de financieel beheerder. Hij verwijst vervolgens naar artikel 3, 2e alinea dat, net als in het in 2007 vastgestelde huishoudelijk reglement, bepaalt dat het goedgekeurde verslag binnen de zeven dagen aan de gemeenteraadsleden wordt toegezonden, maar hij merkt op het verslag dat werd goedgekeurd in zitting van de gemeenteraadscommissie van 17 juni 2013 nog altijd niet te hebben gekregen en hij besluit daaruit dat het reglement mooi oogt op papier, maar niet altijd wordt toegepast. Hij vervolgt dat bij afwezigheid van de secretaris het verslag wordt opgemaakt door een commissielid en hij stelt voor te verduidelijken dat dit ‘het jongste aanwezige commissielid’ dient te zijn. Hij voegt er het voorstel aan toe om bij afwezigheid van de voorzitter ‘het oudste aanwezige commissielid’ als plaatsvervanger aan te duiden. Hij verwijst vervolgens naar artikel 8 van het huishoudelijk reglement waarin sprake is van inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht en hij vraagt wie bepaalt wanneer dit noodzakelijk is. Schepen van financiën Vanwynsberghe-Rooryck repliceert dat de gemeenteraadscommissie financiën deze legislatuur een eerste keer is samen gekomen, onder meer op vraag van raadslid Baert naar aanleiding van een aantal punten die in de afgelopen gemeenteraadszittingen behandeld werden. Ze stelt dat de gemeenteraadscommissie telkens in onderling overleg tussen de voorzitter van de gemeenteraadscommissie, de schepen van financiën en de financieel beheerder wordt belegd en ze voegt er aan toe dat ook de wenselijkheid voor de beleidsvoering in onderling overleg tussen deze drie personen wordt geuit. Ze geeft mee dat de gemeenteraadscommissie normaalgezien bijeengeroepen wordt naar aanleiding van bepaalde onderwerpen, zoals de rekening en het budget, of vragen en vanaf dit jaar ook in het kader van de afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente. Ze stelt vervolgens positief te staan tegenover het voorstel om bij afwezigheid van de secretaris het verslag te laten opmaken door het jongste aanwezige commissielid. Wat betreft het overmaken van het goedgekeurde verslag vermoedt ze dat dit door de drukte, een zieke en het verlof misschien over het hoofd werd gezien. CD&V raadslid Deknudt-Michiels merkt op dat het goedgekeurde verslag wel werd overgemaakt, maar niet aan alle gemeenteraadsleden. DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 22 februari 2001 houdende de oprichting van een gemeenteraadscommissie financiën; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 22 februari 2007 waarbij het huishoudelijk reglement van de gemeenteraadscommissie financiën werd vastgesteld; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 20 december 2012 houdende de integratie van de gemeenteraadscommissie die dient te waken over de afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente, in de gemeenteraadscommissie financiën;
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 343
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 31 januari 2013 waarbij het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad werd hervastgesteld; Overwegende dat het naar aanleiding van deze gemeenteraadsbeslissingen van 20 december 2012 en 31 januari 2013 wenselijk is om ook het huishoudelijk reglement van de gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente aan te passen waar nodig en opnieuw vast te stellen; Overwegende dat voorliggend huishoudelijk reglement een doeltreffende en doelmatige werking van de gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente garandeert; Overwegende dat het omwille van de leesbaarheid en hanteerbaarheid aangewezen is om het integrale huishoudelijk reglement van de gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente her vast te stellen; Overwegende dat de gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente in zitting van 17 juni 2013 het aangepast reglement heeft besproken en aanvaard; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 26 juni 2013 om het huishoudelijk reglement van de gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente goed te keuren; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - De gemeenteraadsbeslissing van 22 februari 2007 houdende de goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraadscommissie financiën wordt opgeheven. Art. 2. - Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraadscommissie bevoegd voor financiën en afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente wordt hervastgesteld als volgt: Art. 1 - Bijeenroeping: De gemeenteraadscommissie vergadert zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren het vereisen. De voorzitter roept de vergaderingen bijeen en stelt de agenda op. Art. 2 - Openbare vergadering: De vergaderingen zijn openbaar (cf. artikel 28 Gemeentedecreet, waarnaar verwezen wordt in artikel 39 § 2), behalve als:
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 344
1° het om aangelegenheden gaat die de persoonlijke levenssfeer raken. Zodra een dergelijk punt aan de orde is, beveelt de voorzitter de behandeling in besloten vergadering; 2° de commissie met twee derde van de aanwezige leden en op gemotiveerde wijze beslist tot behandeling in besloten vergadering, in het belang van de openbare orde of op grond van ernstige bezwaren tegen de openbaarheid. De vergaderingen over het meerjarenplan en aanpassingen ervan, het budget, een budgetwijziging of de jaarrekening zijn in elk geval openbaar. De besloten vergadering kan enkel plaatsvinden na de openbare vergadering. Als tijdens de openbare vergadering blijkt dat de behandeling van een punt in besloten vergadering moet worden voortgezet, kan de openbare vergadering, enkel met dit doel, worden onderbroken. Art. 3 - Termijn van oproeping en verslagen: De oproeping wordt ten minste zeven dagen voor de vergadering elektronisch aan het commissielid bezorgd. De oproeping vermeldt de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda en is aangevuld met het verslag van de vorige vergadering en eventuele ontwerpen van advies. In spoedeisende gevallen kan van deze termijn worden afgeweken. Commissieleden kunnen uiterlijk vijf dagen voor de vergadering een dringend punt aan de agenda toevoegen. Zij delen dit punt, samen met de motivering van de hoogdringendheid, mee aan de voorzitter, die het punt toevoegt aan de agenda onder het punt varia en een nieuwe uitnodiging verstuurt per e-mail. Het verslag van elke vergadering wordt opgesteld door de secretaris. Bij afwezigheid van de secretaris wordt het verslag opgemaakt door een commissielid. Na goedkeuring door de gemeenteraadscommissie wordt dit verslag binnen de zeven dagen toegezonden aan de leden van de gemeenteraad, de gemeentesecretaris, de financieel beheerder en de financiële dienst. Art. 4 - Adviezen: Indien vereist wordt het advies staande de vergadering opgemaakt. In niet-spoedeisende zaken ligt het advies ter inzage op het secretariaat gedurende één week waarna het advies aan het college van burgemeester en schepenen wordt overgemaakt. Advies wordt gegeven met volstrekte meerderheid van stemmen. Art. 5 - Quorum: Voor de vergadering te beginnen tekenen de leden de aanwezigheidslijst. De namen van de leden die aanwezig waren worden vermeld in het verslag van de vergadering. De gemeenteraadscommissie kan enkel vergaderen als de meerderheid van de aangestelde stemgerechtigde leden aanwezig is. Indien een lid, zonder te verwittigen, driemaal na elkaar verzaakt om aanwezig te zijn op de vergaderingen zal aan de fractie waarvan deze persoon lid is gevraagd worden een vervanger aan te duiden. Art. 6 - Wijze van vergaderen: De voorzitter zit de vergaderingen voor. De vergaderingen worden door de voorzitter geopend en gesloten. Bij afwezigheid van de voorzitter duidt de commissie een plaatsvervanger aan tot de voorzitter terug aanwezig is en de leiding terug overneemt. Art. 7 - Wijze van stemmen: De stemmingen zijn openbaar (cf. artikel 35 Gemeentedecreet, waarnaar verwezen wordt in artikel 39 § 2). De leden van de gemeenteraadscommissie stemmen mondeling. De voorzitter stemt het laatst, behalve bij geheime stemming.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 345
Art. 8 - Bevoegdheden: De gemeenteraadscommissie heeft als taak het voorbereiden van de besprekingen van financiële materies in de gemeenteraadszittingen, het verlenen van advies betreffende de gemeentelijke fiscaliteit, het budget en de rekening, het budget en de rekening van de aan de gemeente ondergeschikte besturen en de overige financiële materies die binnen de bevoegdheid van de gemeente vallen en het formuleren van voorstellen over de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht. De gemeenteraadscommissie heeft eveneens als taak het waken over de afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente. De gemeenteraadscommissie kan steeds deskundigen en belanghebbenden horen in het kader van al haar bevoegdheden. ----6. Adviesraad Economie Deerlijk (AED) - vertegenwoordiger sp.a - vervanging Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. In de gemeenteraadszitting van 3 december 2009 werden de statuten ter oprichting van de gemeentelijke Adviesraad Economie Deerlijk (AED) goedgekeurd. In de gemeenteraadszitting van 28 januari 2010 werd de samenstelling van de Adviesraad Economie Deerlijk (AED) bekrachtigd. Bij de aanvang van een nieuwe legislatuur dienen alle gemeentelijke raden, overlegstructuren en commissies opnieuw samengesteld te worden, zo ook de Adviesraad Economie Deerlijk (AED). In zitting van 28 februari 2013 nam de gemeenteraad akte van de aanduiding van Broes Sanders als vertegenwoordiger voor sp.a in de Adviesraad Economie Deerlijk (AED). In de gemeenteraadszitting van 25 april 2013 werd de samenstelling van de Adviesraad Economie Deerlijk (AED) voor de legislatuur 2013-2018 bekrachtigd. In haar mail van 10 juni 2013 deelt de voorzitter van sp.a, Tundie D’hont, mee dat de heer Broes Sanders wordt vervangen door de heer Timothy Vanhulsen als vertegenwoordiger voor sp.a in de Adviesraad Economie Deerlijk (AED). Vervolgens neemt de gemeenteraad akte van de vervanging van de heer Broes Sanders door de heer Timothy Vanhulsen als vertegenwoordiger voor sp.a in de Adviesraad Economie Deerlijk (AED). ----7. Begraafplaats Deerlijk-centrum - aanleg padenstructuur en inrichting uitbreiding goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze N-VA raadslid Terryn verwijst naar het verslag van de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 19 september 2012 waarin, als gevolg van dreigend plaatsgebrek op het kerkhof, werd beslist om op korte termijn de begraafplaats verder uit te breiden richting Guido Gezellelaan en om de procedure op te starten om de begraafplaats uit te breiden in oostelijke richting. Hij stelt dat zijn partij absoluut geen voorstander is van een uitbreiding richting Guido Gezellelaan, aangezien men daardoor een parking in het centrum laat verloren gaan, terwijl deze nog zeer nuttig kan zijn. Wat de uitbreiding in oostelijke
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 346
richting betreft, geeft hij mee dat zijn fractie geen probleem heeft met het feit dat men zou opteren voor grotendeels kort gemaaid gazon dat moet zorgen voor een groene oase gepaard gaande met een nieuwe typologie, maar wel met de ruimte die in dit kader wordt voorzien. Hij stelt dat de ruimte die nodig wordt geacht om iemand te begraven wordt geraamd op 2,50 meter en dat wordt voorzien om daar achter een zerk van 1 meter te plaatsen, wat neerkomt op 3,50 meter per graf. Hij vervolgt dat als men ook aan de overzijde iemand begraaft, waarbij men eveneens 3,50 meter nodig heeft, en als daartussen een pad van ongeveer 1 meter wordt voorzien, in totaal 8 meter nodig is voor twee graven en hij is van mening dat dat toch wel redelijk veel is. Hij stelt dat, zeker als de uitbreiding er komt omwille van plaatsgebrek, dit wat contradictorisch is en het toch logischer zou zijn om zuiniger met de grond om te springen. Hij voegt er aan toe dat, aangezien er meer grond zal nodig zijn om iemand te begraven, de kostprijs van een stuk grond ook duurder zal worden voor de nabestaanden. Hij geeft mee dat zijn fractie bijgevolg voorstelt om de zerk van 1 meter op het eigenlijke graf van 2,5 meter te plaatsen, aangezien op die manier heel wat ruimte zal bespaard worden. Hij stelt dat zijn fractie van mening is dat de zerk op funderingen eenmalig kan geplaatst worden zonder dat deze ooit nog verplaatst moet worden bij bijzettingen, aangezien daarvoor dan nog anderhalve meter overblijft, wat voldoende zou moeten zijn, en zonder dat er verzakkingen zijn. Hierbij merkt hij op dat thans op de huidige begraafplaats iemand bij een volledige zerk kan bijgeplaatst worden. Hij dringt er vervolgens nogmaals op aan om zowel op de begraafplaats van Deerlijk-centrum als op de begraafplaats van Sint-Lodewijk een overdekte afscheidsruimte te voorzien. Schepen van patrimonium Tijtgat repliceert dat het voor de toegankelijkheid inderdaad de bedoeling is een pad van één meter te voorzien. Hij betreurt vervolgens de opmerking dat men veel grond verliest, aangezien er vroeger een heel kortzichtige visie op de begraafplaats was waarbij niet altijd even respectvol met de overledenen werd omgegaan en waardoor de begraafplaats thans niet echt uitnodigt tot een bezoek. Hij geeft mee dat de groenambtenaar en hijzelf een tiental begraafplaatsen bezocht hebben en gekeken hebben wat de beste oplossing is om aan de huidige problemen tegemoet te komen en dat op basis daarvan het voorstel werd geformuleerd. Hij stelt vervolgens dat er 2 meter vereist is om te begraven, aangezien men de overledenen niet onder het pad kan begraven en dat 1 vierkante meter vereist is om de zerk te plaatsen, zodat deze nooit meer moet verwijderd worden. Hij geeft mee begraafplaatsen te hebben gezien waar de zerk op het eigenlijke graf stond, maar dat daar op termijn verzakkingen waren. Hij stelt dat het een meer toekomstgerichte visie betreft en men meer een mooie rustplaats wil creëren. Wat betreft de uitbreiding richting parking Guido Gezellelaan, geeft hij mee dat deze voorzien is voor grafkelders en urnekelders, aangezien men er ook voor opteert om te structureren en te groeperen per type, wat vroeger ook niet werd gedaan. N-VA raadslid Terryn stelt nogmaals te betreuren dat per graf 3,50 meter vereist is. Schepen van patrimonium Tijtgat repliceert dat het 3 meter betreft en de mensen 3 vierkante meter moeten aankopen. Hij voegt er aan toe dat men een waardig kerkhof wil en het de bedoeling is dat mensen niet over de graven moeten lopen. DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 19 september 2012 betreffende de uitbreiding van de begraafplaats in oostelijke richting; Overwegende dat het, in het kader van het pesticidenreductieplan, wenselijk is om de verhardingen in dolomiet of steenslag zoveel mogelijk te beperken en daar waar mogelijk gebruik te maken van een vaste verharding in combinatie met gazon; Overwegende dat zowel een vaste verharding als een eventuele verharde gazonverharding tevens zorgen voor een betere toegankelijkheid van de begraafplaatsen;
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 347
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 29 mei 2013 om over te gaan naar een nieuwe typologie van begraven waarbij er wordt begraven in volle grond vóór de zerk en waarbij de zerk beperkt blijft tot een liggend gedeelte van maximum 1 x 1 m met een ruggedeelte van maximum 1 m hoog; Overwegende dat deze typologie van begraven onderhoudsvriendelijk is, dat bij bijzettingen de zerken niet meer dienen weggenomen te worden en dat verzakkingen worden vermeden daar de zerken op een afzonderlijke fundering worden geplaatst; Overwegende dat het wenselijk is de nieuwe verharding uit te voeren in dezelfde materialen zoals deze gebruikt in de recente aanpassingen rond de Calvarie en de centrale as. Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 43, § 2, 11° dat stipuleert dat het tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om over te gaan tot het vaststellen van de wijze van gunnen waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden toegewezen en het vaststellen van de voorwaarden ervan behalve indien de opdracht nominatief in het budget is opgenomen of behoort tot het begrip ‘dagelijks bestuur’; Overwegende dat huidige opdracht niet nominatief in het budget 2013 is opgenomen en niet valt onder het begrip ‘dagelijks bestuur’ zoals omschreven door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2010; Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 26, § 1, 1° a (limiet van 85.000,00 euro exclusief btw niet overschreden); Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 105; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 5, § 2; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Begraafplaats Deerlijk-centrum - aanleg padenstructuur en inrichting uitbreiding” een bijzonder bestek met nr. 2013 - 29 werd opgesteld door de groendienst; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 37.250,00 euro exclusief btw of 45.072,50 euro inclusief 21 % btw (medecontractant); Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het investeringsbudget van 2013, op budgetsleutel 22004500/0990 actie 002/003/008/001;
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 348
BESLUIT: met 17 ja-stemmen (CD&V, Open VLD en sp.a) en 4 neen-stemmen (N-VA) Art. 1. - Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2013 - 29 en de raming voor de opdracht “Begraafplaats Deerlijk-centrum - aanleg padenstructuur en inrichting uitbreiding”, opgesteld door de groendienst. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt 37.250,00 euro exclusief btw of 45.072,50 euro inclusief 21 % btw (medecontractant). Art. 2. - Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Art. 3. - De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2013, op budgetsleutel 22004500/0990 actie 002/003/008/001. ----8. Vichtesteenweg 147 - kansspelinrichting klasse B - nieuw convenant sp.a raadslid D’hont stelt dat er in deze sprake is van een verhuis, maar ze vraagt of het ook een uitbreiding betreft. Ze merkt vervolgens op dat wordt verwezen naar een schrijven van de eigenaar van 21 mei 2013 waarin deze, niettegenstaande het advies van de lokale politie, vraagt om 24 uur op 24 uur open te mogen zijn, dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 22 mei 2013 besliste op de vraag van de eigenaar in te gaan, maar dat voormelde brief van de eigenaar pas afgestempeld is op 23 mei 2013 en ze informeert daarnaar. De voorzitter repliceert dat de bestaande inrichting verhuist naar een nieuwe locatie langs de Vichtesteenweg. Hij geeft mee dat die locatie zal opgedeeld worden in twee verschillende ruimtes, meer bepaald een zaal voor kansspelen en een zaal voor pronostieken. Wat betreft het schrijven stelt hij dat op 21 mei 2013 een e-mail werd verstuurd en dezelfde vraag vervolgens ook nog eens per brief werd overgemaakt. sp.a raadslid D’hont vraagt vervolgens of er rekening wordt gehouden met de omliggende scholen. Ze stelt dat de wet van 7 mei 1999 bepaalt dat om een vergunning klasse B te kunnen verkrijgen de aanvrager ervoor moet zorgen dat de kansspelinrichting niet gevestigd wordt in de nabijheid van onder meer onderwijsinstellingen en ziekenhuizen. Ze verwijst echter naar het verslag van de lokale politie waaruit blijkt dat in de onmiddellijke omgeving, meer bepaald op 50 meter, een basisschool gelegen is. Ze merkt op dat bij haar tussenkomst hierover in gemeenteraadszitting van 28 maart 2013 werd geantwoord dat ook scholen in de nabije omgeving van de huidige inrichting liggen, maar ze stelt dat deze een stuk verder liggen dan op 50 meter en ze vraagt of hierover werd overlegd met de schooldirecteur. De voorzitter repliceert dat er geen formeel overleg tussen de gemeente en de school is geweest en hij voegt er aan toe niet te weten of er overleg tussen de eigenaar en de school geweest is. Hij geeft mee dat men de inrichting de kans wil geven, maar dit goed zal opgevolgd worden en de gemeente het convenant kan wijzigen of intrekken als er zich problemen voordoen. CD&V raadslid Deknudt-Michiels stelt dat zij de directeur meegedeeld heeft dat daar een kansspelinrichting komt en bij hem geïnformeerd heeft of daar vragen over gesteld zijn door ouders of het oudercomité en ze geeft mee dat hij haar bevestigd heeft dat daarover geen vragen werden gesteld en geen ongerustheid werd geuit. N-VA raadslid Terryn stelt te betreuren dat dit punt thans ter goedkeuring aan de gemeenteraad wordt voorgelegd, gezien het gebouw er bijna staat. Hij geeft mee dat zijn fractie zich vragen stelt bij het bouwen van een speelautomatenhal en zeker bij het feit dat deze 7 dagen op 7 en 24 uur op 24 toegankelijk zal zijn. Hij vraagt welke meerwaarde dit
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 349
heeft voor de gemeente Deerlijk, voor de inwoners van Deerlijk en voor de inwoners van de Belgiek. Hij merkt op dat de mensen die er ’s nachts komen spelen wellicht ’s anderendaags niet op hun werk zullen zijn. Hij stelt dat de inrichting komt in een woonwijk en gelegen is in de dichte nabijheid van een lagere school, maar dat de bevolking daarover niet werd geraadpleegd en bijgevolg niet weet dat er een speelautomatenhal in de buurt komt. Hij vervolgt dat de speelhal ook gelegen is nabij het op- en afrittencomplex van de E17, op 10 minuten van de Franse grens en hij vraagt of dit de kans op grenscriminaliteit niet zal aanwakkeren. Hij stelt dat zijn partij ook vreest dat dit overlast zoals criminaliteit, vandalisme, hangjongeren, drugs en lawaaihinder, vooral ’s nachts, met zich zal meebrengen en dat er daarnaast ook gevaar voor gokverslaving is, wat opnieuw misdaad kan veroorzaken. Hij merkt vervolgens op dat het convenant bepaalt dat de uitbater op eigen terrein minimaal 6 parkeerplaatsen moet voorzien en in stand houden, maar uit het verslag van de lokale politie blijkt dat er enkel mogelijkheid is tot parkeren in de parkeerstrook aan de rechterzijde van de Vichtesteenweg, dus komende uit de richting Harelbeke naar Vichte toe. Hij vervolgt dat in het verslag van de lokale politie ook wordt gesteld dat het vrijmaken van het huidige terrein het echter mogelijk maakt dat dit te bereiken is van zowel de Vichtesteenweg als de Breestraat, dus recht tegenover de school, en dat er in de Breestraat een parking, geen eigendom van de uitbater, is die niet afgebakend is en dus vrij toegankelijk zou kunnen zijn, opnieuw in de dichte nabijheid van de school. Hij merkt op dat in het verslag van de lokale politie ook wordt gesteld dat de Vichtesteenweg niet frequent gebruikt wordt door schoolgaande jeugd met de fiets, maar dat niet vermeld wordt dat de Breestraat daartoe wel frequent gebruikt wordt. Hij stelt vervolgens dat het convenant bepaalt dat aan schoolplichtige kinderen en personen die de leeftijd van 21 jaar niet bereikt hebben de toegang dient geweigerd te worden en hij vraagt hoe dit zal gecontroleerd worden. Hij vervolgt dat eveneens wordt bepaald dat de uitbater er stipt zal op toezien dat het maximaal op hetzelfde ogenblik toelaatbaar aantal aanwezigen niet overschreden wordt en hij vraagt hoeveel aanwezigen er maximum toegelaten zijn en hoe dit zal gecontroleerd worden. Hij vraagt eveneens of daar constant iemand aanwezig zal zijn. Hij besluit dat het convenant niet ingrijpend of vergaand is en geen maatregelen oplegt om geluids- en burenhinder te voorkomen en tegen te gaan, zoals het opleggen van een sluitingsuur, het verplichten van camerabewaking en het verplicht in dienst nemen van een bewaker of portier. De voorzitter repliceert dat het nu ook bestaat en dat in het convenant dat werd afgesloten op 18 september 2001 ook geen sluitingsuur is opgenomen en wordt bepaald dat het gemeentelijk toezicht wordt uitgevoerd door de politie. N-VA raadslid Terryn stelt dat er tijdens de week wel een sluitingsuur is, meer bepaald om 24.00 uur. De voorzitter repliceert dat er op zaterdag en zondag geen sluitingsuur is. N-VA raadslid Terryn stelt dat het dan ’s morgens mocht openen om 10.00 uur. N-VA raadslid Byttebier stelt dat het hem stoort dat altijd wordt verwezen naar het vorige bestuur. Hij merkt op dat de huidige meerderheid toen ook deel uitmaakte van het bestuur en dat men het thans ook anders kan doen. De voorzitter repliceert dat het convenant toen niet ter goedkeuring aan de gemeenteraad werd voorgelegd. Schepen van lokale economie Vanwynsberghe-Rooryck geeft mee bij de uitbater te hebben geïnformeerd naar het reilen en zeilen van een speelautomatenhal en ze stelt dat dit geregeld en opgevolgd wordt door de Kansspelcommissie. Ze geeft mee dat er altijd iemand in de inrichting aanwezig is en dat iedereen die de inrichting wenst te betreden, gefotografeerd wordt en zijn paspoort dient af te geven. Ze stelt dat dit gescreend wordt en dat als wordt vastgesteld dat iemand een verbod heeft om casino’s te betreden, deze niet zal toegelaten worden. Ze geeft mee dat dus gewerkt wordt met een loket en een deur en dat de zaal ook wordt afgesloten als het maximaal op hetzelfde ogenblik toelaatbaar aantal aanwezigen bereikt is. N-VA raadslid Terryn vraagt hoeveel aanwezigen maximaal op hetzelfde ogenblik toegelaten zijn. Hij vraagt eveneens wat er gebeurt als dit aantal bereikt is en er nog mensen aan de deur staan.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 350
Schepen van lokale economie Vanwynsberghe-Rooryck repliceert het maximaal op hetzelfde ogenblik toelaatbaar aantal aanwezigen niet te kennen. Ze voegt er aan toe dat extra mensen niet binnen gelaten zullen worden, aangezien men dan de vergunning kan verliezen. N-VA raadslid Terryn merkt op dat veel mensen met financiële problemen kampen, onder wie gokverslaafden, maar dat deze mensen daar naartoe zullen gaan en dat van het één het ander komt. Schepen van lokale economie Vanwynsberghe-Rooryck repliceert dat iemand die door zijn familie verboden wordt om te gokken, is opgenomen in de databank en de toegang zal geweigerd worden. De voorzitter stelt dat men dit algemeen dient te zien. Hij merkt op dat er ook mensen met een alcoholverslaving zijn en vraagt of men dan ook geen cafés meer mag open houden. Open VLD raadslid Schelfhout stelt dat men dit project niet mag over dramatiseren, aangezien het een klein project betreft en mensen met een gokverslaving ook elders kunnen gaan. Hij stelt vervolgens dat N-VA wel een aantal terechte bekommernissen heeft geuit, waarover zijn fractie dezelfde mening is toegedaan. Hij betreurt ten eerste dat niet werd geopteerd voor een sluitingsuur en dat de inrichting bijgevolg 24 uur op 24 mag open zijn, wat toch een impact heeft of de lokale gemeenschap. Vervolgens merkt hij op dat de lokale politie toezicht zal uitoefenen, maar hij oppert dat, indien financieel mogelijk, het wenselijk zou zijn dat ook de uitbater zelf een portier of een andere vorm van veiligheidsmaatregelen voorziet. Hij besluit dat volgens zijn fractie het convenant een gemiste kans is, aangezien daarin geen duidelijke afspraken ten voordele van de buurtbewoners en de algemene veiligheid werden vastgelegd, waarop men zich bij eventuele latere klachten zou kunnen beroepen. De voorzitter herhaalt nogmaals dat men de inrichting de kans wil geven om 24 uur op 24 open te zijn, maar dat als er problemen zijn, het convenant snel aangepast zal worden. Open VLD raadslid Schelfhout repliceert daarover een andere visie te hebben. Hij is van mening dat het, om problemen te vermijden, beter is om al bij aanvang duidelijke afspraken te maken en een aantal regels te stellen, aangezien de uitbater thans investeringen doet op basis van de huidige gegevens. Hij bevestigt vervolgens dat de Kansspelcommissie daar zeer strikte regelgeving rond heeft. Hij besluit dat zijn fractie zich zal onthouden, aangezien zij enerzijds de afspraken niet goed vinden, maar zij anderzijds een project dat onder meer werkgelegenheid creëert, willen steunen. De voorzitter repliceert dat hij de uitbater meermaals heeft gesproken en er duidelijke afspraken zijn. N-VA raadslid Byttebier merkt op dat het makkelijker is een inrichting te openen en dan te sluiten. De voorzitter repliceert dat hij al gesloten heeft als het nodig was. N-VA raadslid Terryn verwijst naar artikel 6 van het convenant dat bepaalt dat huidige overeenkomst wordt gesloten onder voorwaarde dat de uitbater de vergunning klasse B met betrekking tot de overplaatsing van Hoogstraat 136 naar Vichtesteenweg 147 a bekomt voor 1 september 2019 en hij informeert daarnaar. De voorzitter repliceert dat dit correct is. Hij geeft mee dat de huidige vergunning loopt tot 2019, maar omwille van de verhuis het convenant thans dient afgesloten te worden. DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers; Gelet op artikel 34 van bovengenoemde wet dat stipuleert dat de uitbating van een kansspelinrichting klasse II moet geschieden krachtens een convenant dat voorafgaandelijk wordt gesloten tussen de gemeente van vestiging en de uitbater;
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 351
Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de werking en het beheer van de kansspelinrichtingen van klasse II, de wijze van aanvraag en de vorm van de vergunning klasse B; Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 2000 tot vaststelling van de lijst van de automatische kansspelen waarvan de exploitatie is toegelaten in kansspelinrichtingen klasse II; Gelet op het schrijven van RPD nv van 21 januari 2013 om het convenant voor de inrichting Hoogstraat 136 over te dragen naar de inrichting Vichtesteenweg 147 a; Overwegende dat er bij een verhuis van een inrichting een nieuw convenant tussen de gemeente en RPD nv dient afgesloten te worden; Gelet op het advies van de politie van 28 februari 2013; Gelet op het schrijven van RPD nv van 21 mei 2013 waarin gevraagd wordt om de kansspelinrichting 24 uur op 24 uur en 7 dagen op 7 open te mogen houden; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 22 mei 2013 om toestemming te geven voor het openhouden van de kansspelinrichting elke dag van de week en dit 24 uur op 24 uur; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, dat stipuleert dat beslissingen die de wet, het decreet of het uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort (in casu de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers en zijn latere wijzigingen); BESLUIT: met 11 ja-stemmen (CD&V), 7 neen-stemmen (N-VA, sp.a) en 3 onthoudingen (Open VLD) Art. 1. - De raad hecht zijn goedkeuring aan het hierna opgenomen convenant: CONVENANT KANSSPELINRICHTING KLASSE II Tussen de gemeente Deerlijk, vertegenwoordigd door de heer Claude Croes, burgemeester en voorzitter van de gemeenteraad, en mevrouw Trees Longueville, gemeentesecretaris, handelend in uitvoering van de gemeenteraadsbeslissing van 4 juli 2013, Partij enerzijds, hierna genoemd “de gemeente”, en De nv RPD, met maatschappelijke zetel te 8540 Deerlijk, Hoogstraat 136, gekend in de kruispuntbank voor ondernemingen onder nr. 0443.288.515, vertegenwoordigd door de heer Verzele Christian, gedelegeerd bestuurder, Partij anderzijds, hierna genoemd “de uitbater” Is overeengekomen wat volgt: Artikel 1
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 352
De nv RPD wenst bij de kansspelencommissie een aanvraag tot het uitbaten van een kansspelinrichting klasse II zoals bedoeld in art. 34 en volgende van de kansspelenwet van 7 mei 1999 in te dienen, dit door verplaatsing van haar exploitatie te Deerlijk, Hoogstraat 136 naar de Vichtesteenweg 147 a te Deerlijk. Onderhavige overeenkomst vormt het convenant zoals bedoeld in art. 34 en 36, 5° van de aangehaalde wet. Huidige overeenkomst heeft dan ook als doel de voorwaarden te regelen volgens dewelke de gemeente de uitbating van een kansspelinrichting zoals hierna beschreven, in overeenstemming met art. 34 van de kansspelenwet, toelaat. Artikel 2 De kansspelinrichting waarop deze overeenkomst betrekking heeft is gelegen op het adres Vichtesteenweg 147 a te 8540 Deerlijk. Artikel 3 De kansspelinrichting moet worden uitgebaat in volledige overeenstemming met gelijk welke toepasselijke wettelijke, decretale of reglementaire bepaling, zowel deze thans als in de toekomst van kracht. Met behoud van het voorgaande lid dienen in het bijzonder de volgende bepalingen stipt in acht genomen te worden: -
-
-
-
Enkel het gebruik van de door de wet of de commissie toegelaten kansspelen is toegelaten. Het aantal te plaatsen machines bedraagt maximum 30. De uitbater zal bij de start van de exploitatie een lijst van de geplaatste toestellen aan de gemeente overmaken. De uitbater zal de gemeente, telkens er een wijziging in de geplaatste toestellen plaats grijpt, een gewijzigde lijst overmaken. Het is verboden twee of meerdere apparaten aan elkaar te verbinden teneinde een eenheidsprijs te bekomen. De toegang dient geweigerd aan schoolplichtige kinderen en aan personen die de volle leeftijd van 21 jaar niet bereiken. Op een duidelijk zichtbare plaats dienen folders ter beschikking gesteld aan het publiek waarin informatie te vinden is omtrent de afhankelijkheid van het spel, het oproepnummer van de 0800 hulpdienst en de adressen van de hulpverleners. De speelzaal dient volledig en strikt gescheiden te zijn van deze die een andere bestemming hebben, alsook ten opzichte van de voor het publiek toegankelijke ruimten buiten de spelinrichting. De kansspelen mogen van buitenaf de speelzaal niet zichtbaar zijn. De uitbater zal steeds het in bijlage gevoegde brandweeradvies naleven. De uitbater zal er stipt op toezien dat het maximaal op hetzelfde ogenblik toelaatbaar aantal aanwezigen niet overschreden wordt. De uitbater zal, op eigen terrein, minimaal 6 parkeerplaatsen voorzien en in stand houden. De uitbater zal de door de milieuwetgeving en de stedenbouwwetgeving noodzakelijke vergunningen dienen aan te vragen en te bekomen. In het bijzonder en zonder dat dit beperkend kan worden uitgelegd zal de uitbater een stedenbouwkundige bestemmingswijziging moeten aanvragen en bekomen betreffende het pand waarin de exploitatie is gepland.
Artikel 4
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 353
De kansspelinrichting zal open mogen zijn elke dag van de week en dit 24 uur op 24 uur. Artikel 5 Het gemeentelijk toezicht zal worden uitgeoefend door de lokale politie, de leden van de brandweer voor wat de brandveiligheid betreft en iedere ambtenaar daartoe door het bevoegde gemeentelijke bestuursorgaan aan te duiden of aangeduid. Artikel 6 Huidige overeenkomst wordt gesloten onder voorwaarde dat de uitbater de vergunning klasse B bedoeld in art. 25, 2° van de kansspelenwet met betrekking tot de overplaatsing van Hoogstraat 136 te 8540 Deerlijk naar Vichtesteenweg 147 a te 8540 Deerlijk bekomt voor 1 september 2019. Zo dit niet het geval is, dan zal de vraag of er al dan niet een nieuw convenant wordt afgesloten worden onderzocht aan de hand van de alsdan bestaande en voor het afsluiten van een dergelijk convenant relevante feitelijke en juridische elementen. Met behoud van de beide voorgaande leden wordt huidige overeenkomst afgesloten onder ontbindende voorwaarde van het optreden van de voogdijoverheid in het kader van het administratief toezicht tegen de gemeenteraadsbeslissing waarmee dit convenant wordt goedgekeurd. Huidige overeenkomst treedt, met behoud van het eerste lid hiervoor, in werking op de datum waarop de vergunning klasse B bedoeld in art. 25, 2° van de kansspelenwet bij wijze van overdracht van vestigingsplaats wordt verleend. De overeenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur. Evenwel kan iedere partij, nadat een periode van 3 jaar is doorlopen, de overeenkomst van jaar tot jaar op haar verjaardag beëindigen, mits inachtname van een opzeg van bij aangetekend schrijven en mits een voorafgaande opzegtermijn van 6 maand in acht te nemen.
Opgesteld te Deerlijk, op………………… elk der partijen erkennend één origineel exemplaar te hebben ontvangen.
Voor de gemeente Deerlijk
Trees Longueville Secretaris
Voor de nv RPD
Claude Croes Burgemeester Voorzitter gemeenteraad
Verzele Christian Gedelegeerd bestuurder
Art. 2. - De goedkeuring van het convenant zoals vermeld onder artikel 1 wordt verleend onder de opschortende voorwaarde dat het convenant op Hoogstraat 136 te 8540 Deerlijk beëindigd wordt. Art. 3. - Deze beslissing wordt kenbaar gemaakt aan de aanvrager, RPD nv, Hoogstraat 136 te 8540 Deerlijk.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 354
----9. Grafconcessies - voortijdige beëindiging - goedkeuring DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 23 en 30 januari 2013 akte nam van volgende aanvragen tot de voortijdige beëindiging van een bestaande grafconcessie op de begraafplaats van Deerlijk-centrum en besliste deze voor advies over te maken aan de Heemkring Dorp en Toren om te onderzoeken of de graven op de lijst van de graven met lokaal historisch belang dienden opgenomen te worden: -
Blok I rij 02 graf 73 Glorieux Barthel (+ 20 juli 1976)
-
Blok A rij 18 graf 181 Gardyn Albert Georges (+16 juni 1964);
Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 6 maart 2013 akte nam van het advies van de Heemkring Dorp en Toren, via hun schrijven van 22 februari 2013, om de graven, vermeld in vorige alinea, niet op te nemen op de lijst van graven met lokaal historisch belang; Overwegende dat gedurende drie maanden een kennisgeving van deze aanvragen van voortijdige beëindiging bij de graven geplaatst werd; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 12 juni 2013 akte nam van het feit dat er geen enkel bezwaar werd ingediend tegen deze aanvragen van voortijdige beëindiging door eventuele andere belanghebbenden; Overwegende dat de niet weggenomen graftekens en de eventueel nog bestaande bouwwerken eigendom worden van de gemeente en dat alleen het college van burgemeester en schepenen de bestemming van het aan de gemeente toevallende materiaal regelt; Overwegende dat het voortijdig beëindigen van een concessie niet tot gevolg heeft dat de aanvrager terzake recht heeft op een financiële vergoeding; Overwegende dat er met betrekking tot de voortijdige beëindiging van concessies in de regelgeving geen procedure terug te vinden is maar, teneinde te vermijden dat dergelijke graven verwaarloosd worden, het aangewezen is om een concessie voortijdig te laten beëindigen indien hierom verzocht wordt; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2013 om de aanvragen tot voortijdige beëindiging van de grafconcessies in te willigen; Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging; Overwegende dat deze materie, conform artikel 42, § 1 van het Gemeentedecreet, tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 355
De volgende grafconcessies op de begraafplaats van Deerlijk-centrum worden beëindigd met ingang van heden: - Blok I rij 02 graf 73 Glorieux Barthel (+ 20 juli 1976) -
Blok A rij 18 graf 181 Gardyn Albert Georges (+16 juni 1964). -----
10. Sport - gebruikersreglement cafetaria sporthal - goedkeuring DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Overwegende dat de gemeenteraad in zitting van 20 december 2012 beslist heeft om de volledige werking van de VZW Gaverdomein, inclusief personeel, alle activa en passiva, lopende contracten, bestaande reglementen en de drie lopende rechtszaken met hun rechtsgevolgen per 1 januari 2013 over te nemen; Overwegende dat het college van burgmeester en schepenen in zitting van 8 mei 2013 beslist heeft om de bestaande huurovereenkomst van de cafetaria sporthal met VZW Promo Zaalsport op 15 mei definitief stop te zetten; Overwegende dat de zaalsportclubs vragende partij zijn om de cafetaria van de sporthal onder een andere formule uit te baten en dat hiervoor een overlegmoment werd georganiseerd met de diverse sportclubs op dinsdag 19 maart 2013 teneinde hun wensen te kennen in verband met de verdere uitbating van de cafetaria van de sporthal; Overwegende dat de gemeente de mogelijkheid wil aanbieden om naar een andere formule van uitbaten te gaan; Overwegende dat vanuit de sportclubs en de Raad van Beheer gemeentelijke sportinfrastructuur voorgesteld wordt om een gelijkaardig systeem van verhuring en drankverbruik zoals het gemeenschapscentrum toe te passen voor het cafetaria van de sporthal; Overwegende dat hiervoor een gebruikersreglement dient opgemaakt te worden en ter goedkeuring dient voorgelegd te worden aan de gemeenteraad; Gelet op het positief advies van de Raad van Beheer van 13 juni 2013; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 26 juni 2013; Gelet op artikel 43, § 2, 2° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen houdende de bevoegdheid van de Gemeenteraad tot het vaststellen van gemeentelijke reglementen; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen
Art. 1. - Het onderstaand gebruikersreglement cafetaria sporthal wordt goedgekeurd: GEBRUIKERSREGLEMENT CAFETARIA SPORTHAL
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 356
1. INLEIDING Art. 1. - Het college van burgemeester en schepenen is verantwoordelijk voor de goede werking van de cafetaria sporthal en wordt hiervoor bijgestaan door een Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur met adviserende stem. Art. 2. - De cafetaria sporthal bevindt zich in de gaverhal. De sportdienst is verantwoordelijk voor de verhuring van de cafetaria in de sporthal en is gevestigd in de Vercruysse de Solartstraat 30 te 8540 Deerlijk,
[email protected], 056 77 73 19. Art. 3. - De cafetaria sporthal is een ontmoetingsplaats ten behoeve van de lokale sportverenigingen, maar ook gebruikers die sociaal-culturele activiteiten organiseren (verenigingen, initiatiefnemers, instellingen en raden ) kunnen de cafetaria afhuren. Alle gebruikers kunnen de infrastructuur huren met tijdelijke drankbedeling indien deze gekoppeld is aan een activiteit die: - ofwel plaats vindt in de sporthallen; - ofwel een sportieve organisatie is, die ondersteund wordt door de gemeente. Anderzijds kunnen vergaderingen, opleidingen en andere activiteiten goedgekeurd door de Raad van Beheer plaatsvinden in de cafetaria. 2. DE AANVRAAG Art. 4. - Het gebruik van de cafetaria sporthal dient aangevraagd te worden via de sportdienst. Een eerste aanvraag gebeurt steeds schriftelijk aan de Raad van Beheer. De toelating tot gebruik wordt bevestigd aan de aanvrager door de sportdienst. Er wordt een overzichtslijst bijgehouden door de sportdienst. Volgende voorrangsbepaling zal toegepast worden; - activiteiten van het gemeentebestuur en/of sportdienst (bijvoorbeeld laureatenviering); - activiteiten van clubs die een door een erkende federatie opgestelde wedstrijdkalender voor wat betreft de thuiswedstrijden afwerken in de sporthallen; - activiteiten van clubs met op systematische basis minstens 2 wekelijkse activiteiten in de sporthallen; - activiteiten van andere Deerlijkse verenigingen. Art. 5. - Door het gebruik van de cafetaria gaat de aanvrager akkoord met dit reglement en dient hij kennis te nemen van de geldende veiligheidsvoorschriften. Hieromtrent kan meer informatie bekomen worden op het secretariaat van de sportdienst. 3. ALGEMENE VOORSCHRIFTEN Art. 6. - Elke gebruiker is er toe gehouden: - de cafetaria te gebruiken voor het overeengekomen doel; - de cafetaria niet onder te verhuren; - geen activiteiten te organiseren die in strijd zijn met de openbare orde en de goede zeden; - de algemene gemeentelijke politieverordening na te leven; - niet te overnachten in de cafetaria; - tijdelijke publiciteit is toegelaten tijdens de activiteit. Voor het aanbrengen van publiciteit (sponsoring) gedurende een langere periode is de toestemming vereist van de Raad van Beheer.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 357
Art. 7. - De gebruiker kan bij de sportdienst een sleutel van de cafetaria bekomen. Na de activiteit wordt de sleutel gedeponeerd in de brievenbus van de sportdienst. Door het aanvaarden van de sleutel verklaart de gebruiker zijn verantwoordelijkheid te nemen tot het goede beheer. Het doorgeven van de sleutel is ten strengste verboden zonder medeweten van de sportdienst. Art. 8. - Bij het verlaten van de cafetaria dient de gebruiker: - de ruimte (cafetaria en toiletten) te vegen, borstels (dweilen) zijn ter beschikking; - de tafels schoon te maken; - de stoelen op de tafels te plaatsen; - de verwarmingstoestellen terug op het minimum in te stellen of af te leggen; - het restvuil in de containers te deponeren; - alle leeggoed in de voorziene bakken te stapelen en de lege wijnflessen in de glascontainer te deponeren; - alle lichten te doven, eveneens deze van de toiletten; - na te gaan of elke vorm van brandgevaar vermeden wordt door ondermeer geen handdoeken op de gasradiatoren te leggen, vuilbakjes te ledigen in de containers …; - de cafetaria af te sluiten en indien de gebruiker de laatste gebruiker is in de sporthal, eveneens het gebouw af te sluiten. (zijdeur sporthal). Art. 9. - In verband met de dranken en eetwaren geldt het volgende: - Alle bieren, frisdranken, sportdranken, koffiefilters zijn verplicht af te nemen via de sportdienst uit het beschikbare gamma. Eigen dranken kunnen dus niet binnengebracht worden. - Er wordt een uitzondering gemaakt voor wijn, aperitief, warme dranken en versnaperingen. Deze mogen door de gebruiker zelf aangekocht worden. De gebruiker dient na de activiteit zelf in te staan voor het veilig opbergen van deze artikelen of deze mee te nemen. - De vereniging moet zelf instaan voor de bediening van de dranken. - De gebruiker dient bij het begin en het einde van de verhuring zelf in te staan voor de telling van de dranken. - Indien de gebruiker de telling niet opneemt, geldt de telling van de sportdienst als de juiste. - De cafetaria moet na gebruik in perfecte staat achtergelaten worden: alle glazen afwassen en in de kasten plaatsen, de inhoud van de frigo’s ordenen en zo nodig aanvullen. Indien de gebruiker de volgende dag opnieuw huurt, de bakken op de daartoe bestemde plaatsen zetten, de toog reinigen, … Art. 10. - De sportdienst staat in voor de opmaak van de onkostennota van de huur en het verbruik van dranken. De onkostennota dient 30 dagen na verzendingsdatum vereffend te worden. Art. 11. - Elke gebruiker moet steeds vrije toegang verlenen aan het personeel van de sportdienst in werkopdracht. Art. 12. - De gebruiker beheert de cafetaria als een goede huisvader. Tijdens de uitoefening van de activiteit is de gebruiker verantwoordelijk voor verlies, diefstal en iedere schade aangebracht aan het gebouw en/of materiaal van de cafetaria sporthal. De gebruiker dient ervoor te zorgen dat de hem toevertrouwde ruimte en het bijhorend materiaal gebruikt worden overeenkomstig hun bestemming. De gebruiker die verantwoordelijk is voor de beschadiging, moet de (herstellings)kosten hiervan vergoeden.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 358
Art. 13. - Voor het gebruik van elk element of apparaat dat een bepaald risico inhoudt in verband met de brandveiligheid moet de toestemming gevraagd worden aan de sportdienst. Na advies gevraagd te hebben aan de preventieadviseur kan een vuurvergunning voor 1 dag voorzien worden, indien nodig. De gebruiker moet zelf de nodige en voldoende maatregelen treffen in verband met brandvoorkoming en -beveiliging. Art. 14. - Het is strikt verboden eigen kookfornuizen, frietpotten of elektrische huishoudtoestellen van welke aard ook binnen te brengen in de cafetaria zonder toestemming van de verantwoordelijke sport. Art. 15. - Er is een strikt rookverbod in de volledige cafetaria sporthal. De gebruiker dient er voor te zorgen dat bezoekers aan de cafetaria het rookverbod naleven.
4. SANCTIES Art. 16 - Alle gebruikers dienen de cafetaria na elk gebruik in zijn oorspronkelijke staat achter te laten. De sportdienst zal de nodige controle uitvoeren en kijken of alles zich in goede staat bevindt (zie artikel 12). Alle verhuringen worden geëvalueerd door de sportdienst en ingeval van grote onregelmatigheden wordt dit gerapporteerd aan de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Art. 17. - Betwistingen omtrent het opgestelde rapport worden steeds behandeld door het college van burgemeester en schepenen na advies van de Raad van Beheer van de gemeentelijke infrastructuur. Art. 18.- Bij vaststelling van niet-naleving van artikels 9 en 12 van gebruikersreglement zal een schadevergoeding aangerekend worden ter waarde de gepresteerde uren van de poetsvrouwen en/of zaalverantwoordelijke. Voor opruimen van de cafetaria, wordt de huurprijs aan 300 % aangerekend en worden de dranken aan het duurste tarief aangerekend.
dit van het ook
Art. 19. - De richtlijnen verstrekt door de sportdienst dienen strikt te worden nageleefd, zo niet kan de sportdienst de beslissing nemen tot het stopzetten van de activiteit of tot het ontruimen van de cafetaria. Art. 20. - Bij herhaalde niet-naleving van dit reglement en na schriftelijke verwittiging hiervan, kan een weigering van verhuring in de toekomst uitgesproken worden. De Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur adviseert het college van burgemeester en schepenen hierbij. Deze sanctie doet geen afbreuk aan de specifieke sancties die in dit reglement worden beschreven. 5. VERZEKERING en AANSPRAKELIJKHEID Art. 21. - De gemeente is niet verantwoordelijk voor gebeurlijke ongevallen en schade met betrekking tot de ingerichte activiteit. Art. 22. - De gebruiker is verantwoordelijk voor ongevallen en schade, dit zowel tegenover derden als tegenover de gemeente. Art. 23. - De gemeente kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor achtergelaten materiaal, voor mogelijke diefstal of voor beschadiging;
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 359
6. SLOTBEPALING Art. 24. - Elke niet in dit reglement voorziene materie wordt na advies van de Raad van Beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen, dat hierover een beslissing neemt. Art. 2. - Dit reglement gaat in vanaf 1 augustus 2013 en voor een termijn eindigend op 31 december 2019. Art. 3. - Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 van het Gemeentedecreet en aan het algemeen toezicht overeenkomstig artikel 252, § 1 van het Gemeentedecreet. ----11. Sport - retributiereglement cafetaria sporthal - goedkeuring Dit punt wordt in openbare zitting behandeld. De gemeenteraad heeft in zitting van 20 december 2012 beslist om de volledige werking van de VZW Gaverdomein, inclusief personeel, alle activa en passiva, lopende contracten, bestaande reglementen en de drie lopende rechtszaken met hun rechtsgevolgen per 1 januari 2013 over te nemen. De bestaande handelshuurovereenkomst van de cafetaria sporthal met VZW Promo Zaalsport vervalt op 30 juni 2014. De gemeente diende uiterlijk tegen 30 maart 2013 deze handelshuurovereenkomst op te zeggen, indien de gemeente de huidige manier van uitbating en verhuring wenst te wijzigen. De vereffenaar van de VZW Gaverdomein heeft op 20 december 2012 de handelshuurovereenkomst tussen VZW Gaverdomein en VZW Promo Zaalsport opgezegd. In een schrijven van 8 januari 2013 heeft de voorzitter van VZW Promo Zaalsport laten weten dat hij verzoekt om de handelshuurhernieuwing voor VZW Promo Zaalsport te laten ingaan vanaf 30 juni 2014. Het college van burgemeester en schepenen heeft hiervan akte genomen in zitting van 16 januari 2013 en de opdracht gegeven aan de sportraad om na te gaan naar welk systeem voor uitbating van het cafetaria sporthal men in de toekomst wenst verder te gaan. Het college van burgmeester en schepenen heeft na overleg en op vraag van VZW Promo Zaalsport in zitting van 20 februari 2013 beslist om voortijdig de bestaande handelshuurovereenkomst stop te zetten op 31 mei 2013. Op vraag van VZW Promo Zaalsport heeft het college van burgemeester en schepenen in zitting van 8 mei 2013 uiteindelijk beslist om de handelshuurovereenkomst vroeger stop te zetten namelijk op 15 mei 2013. Dit is telkens gebeurd via een aangetekend schrijven gericht aan VZW Promo Zaalsport op 21 februari en 13 mei 2013. Op vraag van diverse sportclubs werd een overlegvergadering georganiseerd op 19 maart 2013 ten einde hun wensen te kennen in verband met de verdere uitbating van de cafetaria van de sporthal. De sportclubs wensen een gelijkaardig systeem qua verhuring en drankverbruik zoals in het gemeenschapscentrum.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 360
De drank- en huurprijzen werden besproken en positief geadviseerd in de vergadering van de raad van beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur op 13 juni 2013. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 26 juni 2013 beslist om: - het advies van de raad van beheer van de gemeentelijke sportinfrastructuur rond verhuring en de vooropgestelde drankprijzen te volgen en het retributiereglement te laten ingaan vanaf 1 augustus 2013; - de voorzitter van de gemeenteraad te verzoeken dit punt te agenderen op de gemeenteraad van 4 juli 2013. Artikel 43, § 2, 15° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen stipuleert dat de vaststelling van de machtiging tot het heffen van een retributie tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort. Artikel 253, § 1, 3° stelt dat binnen twintig dagen na de besluiten van de gemeenteraad betreffende de belastingen en de retributies, een kopie wordt verzonden naar de provinciegouverneur. Vervolgens besluit de gemeenteraad met eenparigheid van stemmen het onderstaande retributiereglement goed te keuren. Art. 1. - Het onderstaand retributiereglement cafetaria sporthal wordt goedgekeurd: RETRIBUTIEREGLEMENT CAFETARIA SPORTHAL 1. TARIEVEN 1.1. ALGEMEEN Art. 1. - Onderstaande huurprijzen gelden voor de gebruikers uit Deerlijk. Voor gebruikers van buiten Deerlijk wordt de prijs aan 200 % berekend. Art. 2. - Een gebruiker van Deerlijk is een individu met domicilie in Deerlijk of een vereniging, club of organisatie met draagvlak in Deerlijk. De organisatie van de activiteit gebeurt vanuit Deerlijk. Art. 3. - Private en commerciële activiteiten worden geweigerd. 1.2. BASISTARIEF HUUR CAFETARIA Omschrijving drankbedeling gekoppeld aan reguliere werking drankbedeling gekoppeld aan reguliere werking drankbedeling gekoppeld aan vergadering drankbedeling gekoppeld aan andere activiteit drankbedeling gekoppeld aan andere
Dagen weekdag (maandag tot vrijdag)
basistarief 20 euro
weekenddag feestdag
30 euro/dag
en
weekdag (maandag tot vrijdag)
14 euro
weekdag (maandag tot vrijdag)
25 euro
weekenddag feestdag
50 euro/dag
en
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 361
activiteit Een reguliere werking is een werking georganiseerd door de vaste gebruikers van de sporthallen met een lopende competitie. Hieronder vallen eveneens een sponsoravond, een kaarting, een nieuwjaarsreceptie … Een andere activiteit is een losstaande activiteit georganiseerd door een niet-vaste gebruiker van de sporthallen . Dit kan een stop/start fietstocht, éénmalig tornooi, schoolsport-wedstrijd … Tijdens het weekend en feestdag kan slechts 1 gebruiker per dag de cafetaria afhuren. Indien in de week meerdere gebruikers de cafetaria willen afhuren, wanneer de kalender het toelaat, betalen zij telkens het basistarief ongeacht de tijdsduur. 1.3. BIJZONDERE GEVALLEN Art. 4. - Vergaderingen Bij bestuursvergaderingen van gemeentelijke raden en commissies en hun werkgroepen is het gebruik van de cafetaria sporthal gratis. Art. 5. - Gemeentelijke activiteiten Voor activiteiten in organisatie van gemeentelijke diensten en gemeentelijke raden, is het gebruik van de cafetaria sporthal gratis. 1.4.DRANKPRIJZEN Art. 6. - De prijs van de drank bedraagt 1,10 euro voor de gewone dranken en 1,25 euro voor de speciale dranken en sportdranken voor éénmalige gebruikers. Art. 7. - Voor verenigingen/gebruikers die gebruik maken van de cafetaria sporthal en een reguliere competitie hebben, is de prijs van gewone dranken 0,97 euro en 1,25 euro voor de speciale dranken en sportdranken. Art. 8. - Bij een verbruik van 250 gewone dranken per dagdeel of per dag wordt een speciale regeling getroffen. Boven de 250 gewone dranken wordt de prijs van de gewone dranken 0,75 euro en voor de speciale dranken en sportdranken 1,25 euro Onder een gewone drank wordt verstaan: pils, cola, cola max, limonade, plat water en spa. Onder speciale dranken en sportdranken wordt verstaan: fruitsap, Rodenbach, star (alcoholvrij bier), witteke, Keizer Karel, duvel, adler, Tongerlo , mystic kriek, cola in blik (33 cl), cola max in blik (33 cl), ice tea in blik (33cl), aquarius in blik (33cl). Art. 9. - Koffiefilter De prijs van een koffiefilter (suiker en melk inbegrepen) wordt gelijkgeschakeld met een gewone drank (1,10 euro) Art. 10. - De prijs van de dranken en koffie kan op elk ogenblik gewijzigd worden, naargelang zich een prijsstijging voordoet in de aankoopprijs. 2. WAARBORG
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 362
Art. 11. - Voor het gebruik van de cafetaria moet de gebruiker vóór de ingebruikname een waarborg van 250,00 euro betalen. De waarborg wordt vooraf betaald per overschrijving. De betaling geldt in ieder geval als voorwaarde voor de ontvangst van de sleutel. Art. 12. - De prestaties voor buitengewone schoonmaak, kosten verbonden aan herstellingen door beschadiging en kosten voor verdwenen materiaal worden afgehouden van de waarborg. Deze opsomming van kosten is niet limitatief. Ook inbreuken op het gebruikersreglement leiden tot inhouding van een deel van of de volledige waarborg. Als de schade het bedrag van de waarborg overschrijdt, verbindt de gebruiker er zich toe deze schade onmiddellijk en volledig te vergoeden. Art. 13. - Gebruikers kunnen opteren om een vaste waarborgsom te deponeren bij de gemeente. Deze waarborgsom bedraagt 250,00 euro. Deze vaste gebruikers kunnen gebruik maken van de cafetaria zolang de waarborg in het bezit blijft van de gemeente. Art. 2. - Dit retributiereglement gaat in vanaf 1 augustus 2013. Art. 3 - Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de provinciegouverneur, Burg 4, 8000 Brugge. ----12. Financiën - financieel beheerder - visum - vaststelling voorwaarden DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op artikel 160, § 2 van het Gemeentedecreet waarin gesteld wordt dat de voorgenomen financiële verbintenissen die resulteren in een uitgaande nettokasstroom, onderworpen zijn aan een voorafgaand visum, voordat enige verbintenis kan worden aangegaan; Overwegende dat artikel 160, § 2 verder stelt dat de financieel beheerder de wettigheid en regelmatigheid van deze voorgenomen verbintenissen onderzoekt in het kader van zijn opdracht bedoeld in artikel 94, eerste lid, 1°, en zijn visum verleent, indien uit dit onderzoek de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen verbintenis blijkt; Overwegende dat artikel 160, § 2 ook stelt dat de gemeenteraad, na advies van de financieel beheerder, de nadere voorwaarden bepaalt waaronder de financieel beheerder de controle van de wettigheid en regelmatigheid uitoefent en dat de gemeenteraad bovendien, na advies van de financieel beheerder, bepaalde categorieën van verrichtingen kan uitsluiten van de visumverplichting, binnen de perken die vastgelegd zijn door de Vlaamse regering; Overwegende dat artikel 4 van het uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 bepaalt dat de uitsluiting van de visumplicht van bepaalde categorieën van verrichtingen beperkt is tot de verrichtingen waarvan het bedrag niet hoger is dan het bedrag van de verrichtingen die in het kader van de wet op de overheidsopdrachten gegund worden op basis van artikel 122, 1° van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken zodat de gemeenteraad niet kan beslissen over de visumplicht met betrekking tot verbintenissen boven een bedrag van 5.500 euro exclusief btw en die dus steeds aan de visumverplichting onderworpen zijn;
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 363
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 29 maart 2007 waarin de voorwaarden, waaronder de financieel beheerder de controle, bedoeld in artikel 160, § 2 van het Gemeentedecreet, uitoefent, als volgt worden vastgesteld: a) De financieel beheerder dient een voorafgaand visum te geven op alle voorgenomen financiële verbintenissen met een budgettaire weerslag op de gewone dienst boven een bedrag van 5.500 euro exclusief btw. b) De financieel beheerder dient een voorafgaand visum te geven op alle voorgenomen financiële verbintenissen met een budgettaire weerslag op de buitengewone dienst. c) De termijn die in aanmerking moet worden genomen om het bedrag te bepalen voor de visumplicht - kredieten gewone dienst - van een voorgenomen financiële verbintenis, wanneer die verbintenis van onbepaalde duur is, wordt bepaald op 48 maanden. Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren artikel 105, § 1, 4° waarbij het sluiten van een opdracht met aanvaarde factuur mogelijk is voor bedragen tot 8.500 euro exclusief btw; Overwegende dat deze bepaling in werking getreden is op 1 juli 2013; Overwegende dat het voor de soepelheid van de dagdagelijkse werking aangewezen is om, voor de verbintenissen die betrekking hebben op kredieten van het exploitatiebudget, hetzelfde plafond te hanteren als datgene waarvan sprake is in artikel 105, § 1, 4° van het koninklijk besluit van 15 juli 2011; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen derhalve voorstelt dat het visum voor de aanwending van de kredieten van het exploitatiebudget enkel dient verleend te worden voor verbintenissen boven een bedrag van 8.500 euro exclusief btw; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen voorstelt om de overige bepalingen van de bovenvermelde gemeenteraadsbeslissing van 29 maart 2007 ongewijzigd te laten; Gelet op het positief advies van de financieel beheerder van 24 juni 2013; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1 - De voorwaarden waaronder de financieel beheerder de controle, bedoeld in artikel 160, § 2 van het Gemeentedecreet, uitoefent als volgt vast te stellen: a) De financieel beheerder dient een voorafgaand visum te geven op alle voorgenomen verbintenissen die resulteren in een uitgaande nettokasstroom in het exploitatiebudget boven een bedrag van 8.500 euro exclusief btw. b) De financieel beheerder dient een voorafgaand visum te geven op alle voorgenomen verbintenissen die resulteren in een uitgaande nettokasstroom in het investeringsbudget of in het liquiditeitsbudget. Art. 2 - De termijn die in aanmerking moet worden genomen om het bedrag te bepalen voor de visumplicht van een voorgenomen verbintenis die resulteert in een uitgaande nettokasstroom in het exploitatiebudget, wanneer die verbintenis van onbepaalde duur is, wordt bepaald op 48 maanden. ----13. Dagelijks bestuur - hervaststelling
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 364
DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op artikel 43, § 2, 9° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het vaststellen van wat onder het begrip ‘dagelijks bestuur’ moet worden verstaan tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gelet op artikel 57, § 3, 5° van het Gemeentedecreet dat stipuleert dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht die past binnen het begrip ‘dagelijks bestuur’ vermeld in artikel 43, § 2, 9°; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 29 april 2010 waarin het begrip ‘dagelijks bestuur’ werd vastgesteld als volgt: - het vaststellen van de wijze waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden gegund en het vaststellen van de voorwaarden ervan, voor wat betreft opdrachten waarvoor krediet is voorzien op de gewone dienst (exploitatiebudget) en die een verbintenis voor maximaal 3 jaar inhouden; - het vaststellen van de wijze waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden gegund en het vaststellen van de voorwaarden ervan, voor wat betreft opdrachten waarvoor krediet is voorzien op de buitengewone dienst (investeringsbudget) en waarvan het bedrag niet hoger is dan of gelijk is aan 5.500 euro exclusief btw, zijnde op vandaag het bedrag bepaald in artikel 122, 1° van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en van de concessies van openbare werken (aangenomen factuur); - wijzigingen aan een overeenkomst in het algemeen of aan een gegunde opdracht tijdens de uitvoeringsfase, voor zover hieruit geen bijkomende uitgaven voortvloeien van meer dan 10 % van het initiële bedrag waaraan de opdracht werd gegund; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren artikel 105, § 1, 4° waarbij het sluiten van een opdracht met aanvaarde factuur mogelijk is voor bedragen tot 8.500 euro exclusief btw; Overwegende dat deze bepaling in werking getreden is op 1 juli 2013; Overwegende dat het voor de soepelheid van de dagdagelijkse werking aangewezen is om, voor het begrip ‘dagelijks bestuur’, hetzelfde plafond te hanteren als datgene waarvan sprake is in artikel 105, § 1, 4° van het koninklijk besluit van 15 juli 2011; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen derhalve voorstelt om voor het begrip ‘dagelijks bestuur’, voor wat betreft opdrachten waarvoor krediet is voorzien op het investeringsbudget, waarvan het bedrag niet hoger is dan of gelijk aan 5.500 euro, dit bedrag op te trekken naar 8.500 euro exclusief btw; Overwegende dat artikel 236 van de nieuwe gemeentewet, dat het college van burgemeester en schepenen bevoegdheid gaf voor wijzigingen aan overheidsopdrachten tot 10 % meeruitgave, niet meer werd aangehouden in het Gemeentedecreet en artikel 57, § 3, 4° van het Gemeentedecreet stipuleert dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor het voeren van de gunningsprocedure, de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten; Overwegende dat aldus de bevoegdheid tot wijzigingen aan een bestaande opdracht valt onder ‘uitvoering van de opdracht’ en aan deze toegewezen bevoegdheid van het
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 365
schepencollege, de gemeenteraad niet mag tornen via de vaststelling van het begrip ‘dagelijks bestuur’; BESLUIT: met 14 ja-stemmen (CD&V en Open VLD) en 7 neen-stemmen (N-VA en sp.a) ) De gemeenteraadsbeslissing van 29 april 2010 met betrekking tot de omschrijving van het begrip ‘dagelijks bestuur’ wordt met ingang van heden vervangen door huidige beslissing waarbij het begrip ‘dagelijks bestuur’ wordt vastgesteld als volgt: - het vaststellen van de wijze waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden gegund en het vaststellen van de voorwaarden ervan, voor wat betreft opdrachten waarvoor krediet is voorzien op het exploitatiebudget en die een verbintenis voor maximaal 3 jaar inhouden; - het vaststellen van de wijze waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden gegund en het vaststellen van de voorwaarden ervan, voor wat betreft opdrachten waarvoor krediet is voorzien op het investeringsbudget en waarvan het bedrag niet hoger is dan of gelijk aan 8.500 euro exclusief btw, zijnde op vandaag het bedrag bepaald in artikel 105, § 1, 4° van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011. ----14. Aanvullende verkeersreglementen - vaststelling a) aangaande de Plantenweg DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer; Gelet op het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg; Gelet op het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald; Gelet op het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Gelet op de omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009; Gelet op het artikel 119 van de nieuwe gemeentewet en artikel 42, § 3 en artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen waardoor de gemeenteraad bevoegd is voor deze materie; Gelet op het feit dat de parking van het nabijgelegen hotel recent werd aangelegd en hierbij een beperkt stuk van de straat zal worden gebruikt als circulatiemaatregel voor deze parking, waarbij voertuigen verplicht zullen worden om opnieuw de parking op te rijden (zonder gebruik te maken van het overige gedeelte Plantenweg);
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 366
Gelet op het feit dat - vanwege de landbouwgrond - een uitzondering dient te gelden voor landbouwersgebruik; Gelet op het advies van de mobiliteitscommissie van 16 mei 2013 en de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2013 waarbij het college van burgemeester en schepenen akkoord gaat met het voorstel van de mobiliteitscommissie om een C5 bord (verboden toegang voor bestuurders van motorvoertuigen met meer dan twee wielen en van motorfietsen met zijspan) te plaatsen met onderbord 'uitgezonderd landbouwersgebruik'. BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Dit besluit vervangt alle voorgaande besluiten die niet in overeenstemming zijn met het huidige. Art. 2. - In de Plantenweg wordt een verkeersbord C5 geplaatst met onderbord 'uitgezonderd landbouwersgebruik' op het gedeelte Plantenweg zonder bebouwing, voor het verkeer dat richting de Stationsstraat rijdt. Art. 3. - Dit aanvullend reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, departement mobiliteit en openbare werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 367
--b) aangaande circulatiemaatregelen René De Clercqstraat, Dammeke, Ververijstraat sp.a raadslid D’hont geeft mee dat zij aanwezig was op de mobiliteitscommissie waarop dit plan werd voorgelegd en ze stelt dat de mobiliteitscommissie het een goed idee vond om de rijrichting in de Ververijstraat te veranderen. Ze stelt dat zij dit nadien, ook samen met de fractie, ter plaatse is gaan bekijken en dat zij eigenlijk het voorstel van de Deerlijkse handelaars om de rijrichting tussen de René De Clercqstraat en de Dries om te draaien kunnen volgen en een goed idee vinden. Ze geeft mee via Google Maps te hebben berekend dat mensen 200 meter of ongeveer 29 seconden zouden moeten omrijden als ze de parking aan de achterkant van het gemeentehuis via de René De Clercqstraat, Dries en Ververijstraat zouden moeten bereiken, terwijl ze thans via de huidige route 500 meter of ruim 2 minuten moeten omrijden. Ze stelt dat dit een serieuze winst in tijd en in afstand zou betekenen en is van mening dat dit veel gemakkelijker kan bewegwijzerd worden. Ze stelt vervolgens dat bij de aanleg van de Ververijstraat en de Dries goed werd nagedacht in functie van de rijrichtingen en daar architectonisch rekening mee werd gehouden en dat het omkeren van de rijrichting in de Ververijstraat bijgevolg volledig indruist tegen de denkwijze op basis waarvan de straat werd aangelegd. Ze geeft mee dat bepaalde mensen hun garage niet meer zullen kunnen bereiken, waarover ook al een inkomend schrijven werd ontvangen, en dat mensen hen al getoond hebben dat ze niet meer in één beweging in of uit hun garage zullen kunnen, wat het verkeer toch wel wat zal belemmeren. Ze uit vervolgens haar bezorgdheid dat als er wordt ingereden in de Ververijstraat, zich een ongeval kan voordoen waarbij men op het terras van de op de hoek gelegen bistro terecht komt, wat met de huidige rijrichting veel minder mogelijk is. Ze merkt vervolgens op dat de flessenhals tussen de Dries en de Ververijstraat heel smal is en ze is van mening dat het niet voor iedereen zal lukken om daar met de wagen te keren om de Dries terug te verlaten, aangezien twee straten op dit punt uitkomen en er ook nog fietsers kunnen passeren. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat het pleintje toch breed genoeg is om daar te kunnen draaien en het te kunnen verlaten. Ze voegt er aan toe dat men ook op het einde zal kunnen draaien, waarbij er wel een auto uit de Ververijstraat of de René De Clercqstraat kan komen, maar dat de snelheid van die auto’s wellicht heel traag zal zijn. Ze oppert dat als het raadslid al denkt aan een ongeval ter hoogte van het terras aan de inrit van de Ververijstraat daarvoor waarschijnlijk een heel hoge snelheid vereist is en ze stelt dit daar niet onmiddellijk te zien gebeuren, aangezien dit zich ook nog nooit in het verleden heeft voorgedaan. Schepen van openbare werken Tijtgat voegt er aan toe dat een bewoner van de appartementen in de Ververijstraat inderdaad heeft gemeld dat hij met zijn bestelwagen niet langer kon inrijden en voorstelde om hem toelating te verlenen om tegen het eenrichtingsverkeer in te rijden, aangezien hij dan wel zou kunnen inrijden. Hij geeft mee dat hem daarop werd meegedeeld dat er een voorstel was om de rijrichting te veranderen, maar dat hij ondertussen geen toestemming kon krijgen om tegen de rijrichting in te rijden. Hij vervolgt dat deze persoon een aantal weken later heeft gemeld dat het ook bij een omgekeerde rijrichting niet mogelijk was om in te rijden, maar men dit daarop heeft bekeken met een even lange bestelwagen en dit wel lukt. Hij geeft hierbij mee dat sommige mensen een opjuttende houding aannemen maar alles in de juiste context moet gezien worden. N-VA raadslid Terryn merkt op een schrijven te hebben gezien van een inwoner van de Harelbekestraat en hij vraagt of dit dezelfde persoon betreft. sp.a raadslid D’hont repliceert bevestigend. Schepen van patrimonium Tijtgat voegt er aan toe dat de garage van betrokkene uitkomt in de Ververijstraat. N-VA raadslid Terryn stelt het schrijven te hebben gelezen en die persoon te hebben gesproken en hij geeft mee dat deze zegt dat hij thans niet in één keer kan inrijden omwille van de plantvakken en de daar aanwezige bol en dat, als de rijrichting zou wijzigen, hij niet zou kunnen uitrijden en dit dus geen oplossing is voor hem. Hij voegt er aan toe dat de
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 368
persoon heeft meegegeven dat er ook nog iemand anders problemen heeft met het in-en uitrijden. Schepen van patrimonium Tijtgat repliceert dat het zijn eigen voorstel was. N-VA raadslid Terryn geeft mee dat hem werd verteld dat het een voorstel van de gemeente was. Schepen van mobiliteit Accou vraagt wat dan wel de oplossing is voor die persoon. Ze stelt vervolgens dat de rijrichting niets te maken heeft met het feit of men al dan niet kan in- en uitrijden. N-VA raadslid Terryn repliceert dat het de aanwezige plantvakken en bollen betreft. sp.a raadslid D’hont geeft mee dat iemand haar getoond heeft dat hij om met zijn wagen uit de garage te rijden in de rijrichting die het wordt, zeker drie bewegingen zal moeten maken en ze stelt dat dit vooral te maken heeft met de locatie waar de bomen zijn ingeplant, aangezien deze werden geplaatst rekening houdend met de richting waarin men niet diende uit te draaien. Schepen van mobiliteit Accou merkt op dat er langs weerszijden van de Ververijstraat garagepoorten zijn. sp.a raadslid D’hont repliceert ontkennend. Ze stelt dar er langs de ene kant een garagepoort en langs de andere kant een uitrijpoort is. Schepen van patrimonium Tijtgat geeft mee de werken te hebben opgevolgd en hij stelt dat het voor bepaalde mensen nooit goed zal zijn. N-VA raadslid Terryn is van mening dat het toch niet normaal is dat iemand 3 of 4 keer moet manoeuvreren om in zijn garage te geraken en hij vraagt of in dit kader maatregelen zullen genomen worden. sp.a raadslid D’hont stelt dat als men beslist de rijrichting te veranderen, men toch ten minste aandacht moet hebben voor de vier inwoners van de residentie, onder wie een medewerker van de gemeente, die zullen moeten manoeuvreren om met hun auto in of uit de garage te rijden. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat men duidelijk heeft moeten vaststellen dat de huidige rijrichting van de Ververijstraat niet de goede rijrichting is. Ze merkt op dat men dit heeft durven zeggen en heeft aangepakt. Ze stelt dan ook voor om voorliggend reglement goed te keuren en vanaf 15 juli 2013 van kracht te laten gaan en ondertussen te bekijken welke obstakels eventueel het in- en uitrijden onmogelijk maken. Ze geeft nog mee dat in de mobiliteitscommissie door deskundigen duidelijk werd gesteld dat mensen die in het centrum zitten snel een parking willen bereiken en het bijgevolg belangrijk is dit te bewerkstelligen. N-VA raadslid Terryn stelt het toch een vreemde situatie te vinden dat vanuit de Harelbekestraat twee straten één richting worden richting Dries en hij oppert dat het logischer zou zijn dat één straat, meer bepaald de René De Clercqstraat, één richting zou worden naar de Dries toe en dat de andere straat, meer bepaald de Ververijstraat, één richting zou worden naar de Harelbekestraat, zodat een cirkelvormige verkeersstroom gecreëerd wordt. Hij stelt dat de Dries thans een doodlopende straat wordt en mensen een omweg zullen moeten maken om het centrum te bereiken, terwijl inwoners uit de Pontstraat en de Braamakkerwijk veel via de Ververijstraat naar het centrum kwamen. Hij oppert dat men er toch met behulp van bewegwijzering ter hoogte van de René De Clercqstraat en de nodige sensibilisering voor kan zorgen dat mensen de parking achter het gemeentehuis bereiken. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat op vandaag wordt vastgesteld dat de mensen, eenmaal ze de Ververijstraat voorbij zijn, de René De Clercqstraat niet meer inrijden om de parking achter het gemeentehuis te bereiken, waardoor men onmiddellijk op het einde van de Schoolstraat is en bijgevolg niet meer in het centrum en ze stelt dat dit een pijnpunt was. Ze beaamt vervolgens dat er thans niet onmiddellijk circulatie in het centrum mogelijk is, maar ze stelt dat het de bedoeling is dat de René De Clercqstraat, de Ververijstraat en de Dries enkel gebruikt worden door plaatselijk verkeer en het daar ook zo is aangelegd dat het geen verbindings- en snelweg wordt. Ze vervolgt dat het bijgevolg de bedoeling is dat men de grote straten gebruikt, meer bepaald de Pontstraat, de Kapel ter Rustestraat en de Stationsstraat. Ze stelt nogmaals dat hoe sneller mensen een parking kunnen bereiken, hoe
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 369
beter daar gebruik van gemaakt wordt en ze oppert ten slotte dat op deze manier mensen meer gestimuleerd worden om met de fiets te rijden of te voet hun boodschappen te doen in het centrum. N-VA raadslid Byttebier geeft mee dat hij in de vorige legislatuur lid was van de mobiliteitscommissie. Hij stelt dat in de eerste fase geen discussie mogelijk was over dit dossier, maar men stelde dat het goed was en daarbij verwees naar de partijen die erbij betrokken waren. Hij vervolgt dat het plotseling toch niet goed was en de reden daarvoor was dat de rijrichting in één bepaalde straat verkeerd was. Hij stelt dat vervolgens een bepaald gemeenteraadslid, die thans schepen is, gesteld heeft dit te zullen oplossen. Hij geeft mee dat daarop in de mobiliteitscommissie door een schepen werd gesteld dat men voor één persoon de rijrichting absoluut niet zou veranderen, maar hij besluit dat de rijrichting uiteindelijk toch veranderd is. Hij is evenwel van mening dat er door het wijzigen van de rijrichting in de Ververijstraat niet meer parking zal zijn in de Harelbekestraat. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat het voorstel dat thans voorligt het resultaat is van de laatste mobiliteitscommissie. N-VA raadslid Byttebier oppert dat de werking van de mobiliteitscommissie niet slecht is, maar deze nog kan verbeteren. Hij stelt dat de leden zich daar niet altijd goed kunnen op voorbereiden, aangezien ze niet op voorhand op de hoogte zijn van de inhoud van de punten die zullen besproken worden. Hij is van mening dat voor dergelijke dossiers de leden op voorhand dienen geïnformeerd te worden, zodat zij hierover ook nog eens kunnen terugkoppelen naar hun partij alvorens een visie te formuleren. sp.a raadslid D’hont stelt het raadslid daarin te volgen. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat de rijrichting ook al werd besproken in de vorige mobiliteitscommissie en ze is van mening dat, als dit punt opnieuw op de dagorde staat, iedereen wel weet waarover het gaat en daarover op voorhand een standpunt kan innemen. Ze geeft mee dat men uiteindelijk op het einde van de mobiliteitscommissie een voorstel waarin iedereen zich kon vinden aan het college van burgemeester en schepenen heeft geformuleerd en ze stelt dat er in de toekomst bijgevolg meer duidelijkheid moet zijn over wie al dan niet akkoord is en dat dit ook zo in het verslag moet vermeld worden. N-VA raadslid Byttebier vraagt waarom men al niet de eerste keer rekening heeft gehouden met de geformuleerde opmerkingen. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat het vaak zo is dat men een aantal zaken uitprobeert en men na evaluatie moet durven vaststellen of het al dan niet lukt. Ze geeft mee dat men in dit kader had gedacht dat het goed zou zijn en zou lukken, maar dit niet het geval is en ze stelt dat men dan ook zo eerlijk is om dat toe te geven en te veranderen. Ze besluit niet te durven zeggen dat dit dossier volgend jaar niet opnieuw zal voorliggen. sp.a raadslid D’hont merkt op dat in de mobiliteitscommissie de vraag werd gesteld om dit eerst op proef te doen, maar daarop werd geantwoord dat het niet de bedoeling is om dat telkens opnieuw te veranderen. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat men het niet op proef doet om uiteindelijk definitief te beslissen, maar men het onmiddellijk definitief invoert en vervolgens zal zien of er opmerkingen komen. N-VA raadslid Byttebier vraagt hoe lang het thans zal duren vooraleer de mensen het gewoon zijn. Hij verwijst hierbij naar een uitgaand schrijven naar aanleiding van klachten over foutief gebruik van de Ververijstraat waarin onder meer wordt geantwoord dat men wat geduld moet hebben, aangezien mensen het nog gewoon moeten worden en hij is van mening dat dit een paraplu omhoog steken is. N-VA raadslid Dejager merkt op dat een heel groot deel van de mensen van de Pontstraat en de Braamakkerwijk via de Ververijstraat naar het centrum rijden. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat men vanaf nu een beetje verder zal moeten rijden. N-VA raadslid Dejager oppert dat dit een grote toer alom wordt. Schepen van patrimonium Tijtgat repliceert dat men de parking achter het gemeentehuis even snel kan bereiken via de Kapel ter Rustestraat als via de Ververijstraat.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 370
Schepen van mobiliteit Accou oppert dat als men steeds de kortste afstand wil, men beter alle straten in Deerlijk waar er éénrichting is opnieuw tweerichting zou maken. sp.a raadslid D’hont merkt op dat de Deerlijkse handelaars toch gewoon voorstelden om de rijrichting van het kleine stukje René De Clercqstraat, tussen de René De Clercqstraat en de Ververijstraat, om te keren, zoals aangeduid op hun plannetje. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat zij ook de onmiddellijke bereikbaarheid van de parking achter het gemeentehuis vroegen. Ze geeft mee dat het plannetje waarnaar raadslid D’hont verwijst het eerste voorstel was, opgemaakt ter voorbereiding van het onderhoud met de handelaars en niet hetgeen uiteindelijk werd beslist na het onderhoud en de verschillende mobiliteitscommissies. sp.a raadslid D’hont merkt op dat men de Dries thans enkel vanuit de Pontstraat en de Kapel ter Rustestraat mag inrijden, maar dat op basis van voorliggend verkeersreglement men ook zal mogen uitrijden. Ze geeft mee dat men bij het opdraaien richting Pontstraat onmiddellijk op het zebrapad ter hoogte van de school staat en ze vraagt hoe men de veiligheid van dit zebrapad zo optimaal mogelijk zal garanderen. Ze stelt vervolgens dat de persoon die een handelszaak heeft naast de slagerij vaak zijn eigen oprit niet kan verlaten omdat mensen niet duidelijk genoeg zien waar ze mogen parkeren en zich ervoor plaatsen en ze merkt op dat die handelaar bijgevolg genoodzaakt is om over het voetpad en het zebrapad de Dries te verlaten. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat het meegeven aan de mensen van hoe op het pleintje moet geparkeerd worden een actiepunt is waar door de verschillende handelaars kan aan mee gewerkt worden. Ze vervolgt dat de uitrit van de Dries richting Pontstraat en Kapel ter Rustestraat een zeer ruime uitrit is en het geen probleem is om daar een in- en uitrit te creëren. Wat betreft het zebrapad, stelt ze dat de omgeving zo veilig mogelijk werd aangelegd en dat mensen bij het indraaien van een straat, los van het feit of er al dan niet een zebrapad aanwezig is, altijd moeten opletten. Ze geeft mee dat men specifiek op die plaats zal moeten stoppen. sp.a raadslid D’hont vraagt of dit een volle witte lijn zal zijn. Schepen van mobiliteit Accou repliceert dat het een stopbord zal zijn. Ze geeft mee dat er oorspronkelijk een stopbord gestaan heeft voor de fietsers, maar dit opnieuw werd weggenomen om te vermijden dat automobilisten zouden denken dat ze daar opnieuw mochten uitrijden. DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer; Gelet op het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg; Gelet op het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald; Gelet op het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Gelet op de omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009;
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 371
Gelet op het artikel 119 van de nieuwe gemeentewet en artikel 42, § 3 en artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen waardoor de gemeenteraad bevoegd is voor deze materie; Gelet op het feit dat betrokken straten recent werden heraangelegd en zich hierbij een evaluatie van de rijrichtingen opdringt; Gelet op het advies van de mobiliteitscommissie van 16 mei 2013 en de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2013 waarbij het college van burgemeester en schepenen akkoord gaat met het voorstel van de mobiliteitscommissie om de rijrichting in de René De Clercqstraat tussen Dammeke en Dries te draaien, de rijrichting in de Ververijstraat te draaien en om in Dammeke en Dries twee rijrichtingen toe te laten. BESLUIT: met 11 ja-stemmen (CD&V) en 10 neen-stemmen (N-VA, Open VLD en sp.a) )
Art. 1. - Dit besluit vervangt alle voorgaande besluiten die niet in overeenstemming zijn met het huidige. Art. 2. - In de René De Clercqstraat wordt éénrichtingsverkeer toegepast richting Dammeke en Dries. In de Ververijstraat wordt éénrichtingsverkeer toegepast richting Dries. Deze verplichtingen worden aangegeven door middel van borden F19 en C1 met onderborden betreffende fietsers en bromfietsers klasse A, meerbepaald respectievelijk de onderborden M5 en M3. Art. 3. - Ter hoogte van de openbare parkings wordt de verplichte rijrichting aangegeven door middel van borden D1f. Art. 4. - Dit aanvullend reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, departement mobiliteit en openbare werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel. Bijlage: kaart nieuwe verkeerssituatie (bron: google maps)
René De Clercqstraat
Dries
----15. Samenstelling managementteam brandweer - aktename
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 372
sp.a raadslid Vanheerweghe stelt dat werd overeengekomen om een managementteam brandweer op te richten bestaande uit onder meer de noodplanningsambtenaar of iemand van de gemeentelijke administratie als secretaris, maar hij merkt op dat uiteindelijk zowel de gemeentelijk intern preventieadviseur als een gemeentelijk administratief medewerker deel uitmaken van het managementteam. De voorzitter repliceert dat het de noodplanningsambtenaar én iemand van de gemeentelijke administratie dient te zijn. Hij geeft mee dat bewust werd gekozen voor de interne preventieadviseur, tevens lid van de veiligheidscel, voor het inhoudelijke aspect en een administratief medewerker voor het administratieve aspect. sp.a raadslid Vanheerweghe vraagt wat de taak zal zijn van de externe brandweeradviseur van de burgemeester. Hij vraagt tevens hoe vaak het managementteam zal samenkomen. Ten slotte vraagt hij of de gesprekken met de brandweerlieden onder begeleiding van externen nodig waren. De voorzitter repliceert dat de taak van de externe brandweeradviseur van de burgemeester zal zijn om de burgemeester en het managementteam te adviseren over zowel technische als organisatorische zaken. Hij geeft vervolgens mee dat het de bedoeling is een tiental keer per jaar samen te komen, meer bepaald maandelijks met uitzondering van juli en augustus. Hij stelt er ten slotte van overtuigd te zijn dat de gesprekken een meerwaarde waren. sp.a raadslid D’hont vraagt of het managementteam al is samengekomen. De voorzitter repliceert ontkennend. Hij stelt te hebben gewacht tot na de aktename in de gemeenteraad. N-VA raadslid Terryn vraagt hoe de verdere samenwerking tussen de burgemeester, het college van burgemeester en schepenen en de brandweertop thans zal verlopen. Hij stelt dat recent opnieuw een aantal brandweerlieden, tevens ambulanciers, hun ontslag hebben ingediend, waardoor hun aantal al serieus geslonken is, en hij vraagt of de dienst 100 niet in het gedrang komt. Hij merkt op dat de dienst 100 van Harelbeke steeds meer interventies doet op Deerlijks grondgebied en hij vraagt of het radiofoniesysteem in Brugge dat de 100wagens uitstuurt al werd aangesproken opdat onze dienst 100 de interventies in de nabijheid van het centrum van Deerlijk zou kunnen uitvoeren. Hij vraagt vervolgens of men, naast een adreswijziging, niet kan investeren in de dienst 100 zodat deze op 2 minuten kan geregistreerd worden zoals in de omliggende gemeenten in plaats van op de huidige 5 minuten, aangezien snelle adequate hulp prioritair is. Daarnaast vraagt hij ook of de coördinatie van de dienst 100 al geregeld is. Vervolgens informeert hij naar de beloofde brandweerkazerne en hij vraagt of de gemeente zelfstandig een nieuwe brandweerkazerne kan financieren in deze tijden van financiële crisis waarin moet bespaard worden. Hij vraagt ook of er al meer duidelijkheid is over de zonewerking en, mocht Deerlijk een nieuwe kazerne niet zelfstandig kunnen financieren, of er al eens gepolst werd om binnen de zone samen met andere gemeenten of steden een gezamenlijke kazerne te bouwen. Hij stelt bijvoorbeeld te denken aan een samenwerking met Harelbeke om gezamenlijk een kazerne te bouwen op de grens Harelbeke-Deerlijk langs de N36 en hij geeft mee van enkele schepenen van de stad Harelbeke te hebben vernomen dat ze dit voorstel op termijn willen steunen. De voorzitter repliceert dat de minister van binnenlandse zaken thans volop aan het onderhandelen is met de vakbonden en dat de brandweerhervorming tegen 1 januari 2014 een feit zou moeten zijn. Wat betreft de dienst 100 geeft hij mee dat het radiofoniesysteem in Brugge werd aangesproken en dat er een adreswijziging is gebeurd. Hij vervolgt dat voor het registreren van de dienst 100 op 2 in plaats van op 5 minuten een enorm grote investering door de gemeente zou moeten gebeuren en hij stelt daar alleen geen uitspraak over te doen. Wat de brandweerkazerne betreft, geeft hij mee dat tijdens de laatste prezonale raad nog eens duidelijk werd gesteld dat er vanuit de gemeente een kazerne zal komen en dit nooit ter discussie heeft gestaan, gezien een gemeente die aan de E17 ligt op zijn minst een brandweerkazerne verdient. Hij stelt dat in het verleden al een aantal simulaties werden gemaakt, maar er thans ook nog nieuwe worden gemaakt, aangezien er nieuwe burgemeesters rond de tafel zitten en dat een aantal kazernes zullen moeten verdwijnen. Hij vervolgt dat de mogelijkheid tot samenwerking met andere gemeentebesturen zeker en vast
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 373
openstaat en er zeker mensen bereid zijn tot een gesprek daarover. Hij besluit voorstander te zijn van intergemeentelijke samenwerking. N-VA raadslid Terryn vraagt of er al gesprekken geweest zijn. De voorzitter repliceert dat de bereidheid daartoe al werd uitgesproken. Wat betreft de coördinatie van de dienst 100 geeft hij mee dat de dienst is samengekomen en een wekelijkse uurregeling en taakverdeling heeft afgesproken. N-VA raadslid Terryn vraagt of iedereen daar achter staat. De voorzitter repliceert dit niet te durven zeggen, maar hij is van mening dat het niet de beste oplossing is om een persoon die zijn ontslag heeft ingediend als brandweerman een week daarna de coördinatie van de dienst 100 te laten doen. N-VA raadslid Terryn stelt vervolgens op de hoogte te zijn van het feit dat het registreren van de dienst 100 op 2 in plaats van op 5 minuten zeer veel geld kost, maar hij stelt dat dit gaat over keuzes maken. Open VLD raadslid Schelfhout vraagt of het de ambitie van de gemeente is om op termijn de dienst 100 samen te vestigen met de brandweer dan wel om deze op te splitsen. De voorzitter repliceert dat het twee verschillende diensten betreft en stelt in ieder geval de dienst 100 te willen behouden in de gemeente. Open VLD raadslid Schelfhout is van mening dat het nuttig kan zijn die twee diensten samen te voegen en dat dit bij een investering in een brandweerkazerne zeker in het achterhoofd dient gehouden te worden, gezien 2014 niet meer zover af is. De voorzitter geeft mee dat de zone Fluvia, in vergelijking met andere zones in het land en in de provincie, enorm ver vooruit en goed voorbereid is op de hervorming. sp.a raadslid D’hont merkt op dat recent mensen als ambulancier - niet brandweerman werden aangesteld en ze oppert dat mensen vroeger misschien een beetje geremd waren om toe te treden tot de dienst 100 omdat ze dan ook automatisch lid van de brandweer dienden te zijn en aan de trainingen dienden deel te nemen. De voorzitter repliceert dat dit geen nieuwe regel is. Hij geeft mee dat dit systeem al bestond en 10 mensen bij de dienst 100 konden aangesteld worden zonder ook lid van de brandweer te zijn, maar dat daarvoor, niettegenstaande de daar rond gevoerde communicatie, geen interesse was. sp.a raadslid D’hont vraagt of het klopt dat er binnen Fluvia een team werd opgericht dat nadenkt over nieuwe kazernering. De voorzitter geeft mee dat er drie werkgroepen zijn, meer bepaald de werkgroep personeel, de werkgroep kazernering en de werkgroep financiën en dat telkens een burgemeester daarvan voorzitter is. sp.a raadslid D’hont vraagt of de voorzitter, tevens burgemeester, bij de werkgroep kazernering betrokken is. De voorzitter repliceert als voorzitter van Fluvia deel uit te maken van de drie werkgroepen. sp.a raadslid D’hont vraagt of de voorzitter er ook aan deelneemt. De voorzitter antwoordt deel te nemen aan de werkgroepen als deze samenkomen. sp.a raadslid D’hont vraagt of de voorzitter al contact gehad heeft met de burgemeester van Harelbeke in functie van een nieuwe brandweerkazerne. De voorzitter repliceert dat zij daarover nog geen formele bijeenkomst hebben gehad, maar hij geeft mee te weten dat de burgemeester van Harelbeke positief staat tegenover intergemeentelijke samenwerking. Open VLD raadslid Schelfhout merkt op dat de burgemeester deel uitmaakt van het managementteam van de brandweer en bijgevolg advies geeft, maar tegelijkertijd ook ontvanger is van het advies en hij vraagt of dit mogelijk is. De voorzitter repliceert bevestigend. Hij geeft mee geen stemrecht te hebben en het advies te zullen meenemen. Dit punt wordt in openbare zitting behandeld.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 374
In een interne afsprakennota tussen de heer Claude Croes, burgemeester van Deerlijk en de heer Claude Coucke, brandweercommandant van Deerlijk werd overeengekomen om een managementteam (MAT) brandweer op te richten bestaande uit: - de burgemeester; - de brandweercommandant; - de brandweerofficieren; - een vertegenwoordiger van de onderofficieren; - een vertegenwoordiger van de korporaals; - twee vertegenwoordigers van de brandweerlieden; - de noodplanningsambtenaar en iemand van de gemeentelijke administratie (secretaris); - een extern brandweeradviseur van de burgemeester. Op maandag 17 juni 2013 werden volgende personen door de brandweer verkozen als leden van het MAT brandweer: - als brandweerman (2) de heer John Debacker de heer Tom Vandendriessche -
als korporaal (1) de heer Stephan Vandenbogaerde
-
als onderofficier (1) de heer Willy Calewaert.
Naast deze door de brandweer verkozen leden maken ook de volgende personen deel uit van het MAT-brandweer: - de burgemeester; - de heer Jan Leenknecht, kapitein brandweer Kortrijk, dienst ‘brandvoorkoming’, als extern brandweeradviseur; - de Deerlijkse brandweerofficieren; - mevrouw Tine Degloire, gemeentelijk intern preventieadviseur en lid van de veiligheidscel; - mevrouw Mieke Taelman, gemeentelijk administratief medewerker, die het secretariaat zal waarnemen. In zitting van 19 juni 2013 besliste het college van burgemeester en schepenen om de samenstelling van het managementteam te agenderen op de gemeenteraadszitting van 4 juli 2013. Vervolgens neemt de gemeenteraad akte van het volgende: Het managementteam brandweer Deerlijk is samengesteld als volgt: - de burgemeester, Claude Croes; - de heer Jan Leenknecht, kapitein brandweer Kortrijk, dienst ‘brandvoorkoming’, als extern brandweeradviseur van de burgemeester; - de brandweercommandant, Claude Coucke; - de brandweerofficieren; - de heer Willy Callewaert, als vertegenwoordiger van de onderofficieren; - de heer Stephan Vandenbogaerde, als vertegenwoordiger van de korporaals; - de heren John Debacker en Tom Vandendriessche, als vertegenwoordigers van de brandweerlieden; - mevrouw Tine Degloire, gemeentelijk intern preventieadviseur en lid van de veiligheidscel; - mevrouw Mieke Taelman, gemeentelijk administratief medewerker, als secretaris.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 375
----16. Onderwijs - lestijden- en urenpakket 2013-2014 a) gemeentelijk LO DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 en latere wijzigingen; Gelet op het decreet betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding van 27 maart 1991 en latere wijzigingen; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen dat stipuleert dat beslissingen die de wet, het decreet of het uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt, tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gelet op de schoolbevolking per 1 februari 2013; Overwegende dat de aanwending van het lestijden- en urenpakket behandeld werd in het afzonderlijk bijzonder comité van 17 april 2013 en in de schoolraad van 10 juni 2013; Overwegende dat in bovenvermelde vergaderingen de aanwending van de lestijden voor de gemeentelijke lagere school als volgt werd vastgesteld: het totaal bedraagt 254 lestijden die als volgt worden verdeeld: 9 klastitularissen (24/24 - lestijden) en een leermeester lichamelijke opvoeding voor 18/24 lestijden en 20 ambulante lestijden; Overwegende dat 20 lestijden katholieke godsdienst, 12 lestijden zedenleer, 17 SESlestijden en 1 lestijd sociale maatregel lager onderwijs worden toegekend voor het schooljaar 2013-2014 aan de gemeentelijke lagere school; Overwegende dat 1 ambt van directeur zonder onderwijsopdracht wordt toegekend voor het schooljaar 2013-2014 aan de gemeentelijke lagere school; Overwegende dat voor 18/36 uur een zorgcoördinator en 1/36 uur zorgcoördinator uit de stimulipunten, voor 4/36 uur een ICT-coördinator en 1/36 uur ICT-coördinator uit de stimulipunten en voor 16/36 uur een administratief medewerker met een diploma hoger secundair onderwijs (HSO) en 7/36 uur met een diploma hoger onderwijs korte type (HOKT) + 4/36 uur (HSO) en 1/36 uur (HOKT) administratieve ondersteuning uit de stimulipunten worden toegekend voor het schooljaar 2013-2014 aan de gemeentelijke lagere school; Overwegende dat ook 10 lestijden beleidsondersteuning worden toegekend aan de gemeentelijke lagere school om de pedagogische ondersteuning te waarborgen en uit te breiden; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 26 juni 2013; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Voornoemde aanwending van het lestijden- en urenpakket voor het schooljaar 2013-2014 in de gemeentelijke lagere school wordt goedgekeurd.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 376
Art. 2. - Deze beslissing wordt aan het algemeen bestuurlijk toezicht van de hogere overheid onderworpen. --b) gemeentelijke BBO-school De Kim DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 en latere wijzigingen; Gelet op het decreet betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding van 27 maart 1991 en latere wijzigingen; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen dat stipuleert dat beslissingen die de wet, het decreet of het uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt, tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gelet op artikel 103 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen dat stipuleert dat de gemeenteraad de personeelsformatie vaststelt; Gelet op de schoolbevolking per 1 februari 2013; Overwegende dat de aanwending van het lestijden- en urenpakket voor de gemeentelijke BBO-school De Kim behandeld werd in het afzonderlijk bijzonder comité van 17 april 2013 en 7 juni 2013; Gelet op het akkoord hieromtrent van de schoolraad van 4 juni 2013; Overwegende dat de aanwending van de lestijden en -uren voor de gemeentelijke BBOschool De Kim als volgt werd vastgesteld: 685 lestijden onderwijzend en 344 uren paramedisch personeel die als volgt worden verdeeld: 150 uren logopedie, 66 uren kinesitherapie, 52 uren ergotherapie, 27 uren verpleegster, 14 uren kinderverzorgster, 30 uren orthopedagoog en nog 5 uren voor type 2 te verdelen naargelang de noden; Overwegende dat voor 5/36 uur een ICT-coördinator en inzake administratieve ondersteuning voor 31/36 uur een administratief medewerker met een diploma hoger onderwijs korte type (HOKT) worden toegekend voor het schooljaar 2013-2014; Overwegende dat ook 10 uren beleidsondersteuning worden toegekend aan de gemeentelijke BBO-school De Kim om de orthopedagogische ondersteuning te waarborgen en uit te breiden; Overwegende dat uit de stimuli van de scholengemeenschap de gemeentelijke BBO-school De Kim en de gemeentelijke BLO-school Sancta Maria samen voor 9/36 uur een administratief medewerker HOKT en voor 2/22 lestijden een stafmedewerker zorg krijgen; Overwegende dat buiten dit pakket nog een aantal lestijden zullen worden toegekend voor G.On, zedenleer en islamitische godsdienst, waarvan het juiste aantal lestijden pas in september 2013 gekend is; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 26 juni 2013;
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 377
BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Voornoemde aanwending van het lestijden- en urenpakket voor het schooljaar 20132014 wordt goedgekeurd. Art. 2. - Deze beslissing wordt aan het algemeen bestuurlijk toezicht van de hogere overheid onderworpen. --c) gemeentelijke BLO-school Sancta Maria DE RAAD, in openbare zitting vergaderd Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 en latere wijzigingen; Gelet op het decreet betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding van 27 maart 1991 en latere wijzigingen; Gelet op artikel 43, § 2, 10° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen dat stipuleert dat beslissingen die de wet, het decreet of het uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt, tot de exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad behoort; Gelet op artikel 103 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen dat stipuleert dat de gemeenteraad de personeelsformatie vaststelt; Gelet op de schoolbevolking per 1 februari 2013; Overwegende dat de aanwending van het lestijdenpakket voor de gemeentelijke BLO-school Sancta Maria behandeld werd in het afzonderlijk bijzonder comité van 17 april 2013 en 7 juni 2013; Gelet op het akkoord hieromtrent van de schoolraad van 4 juni 2013; Overwegende dat de aanwending van de lestijden voor de gemeentelijke BLO Sancta Maria als volgt werd vastgesteld: het totaal bedraagt 335 lestijden onderwijzend personeel en 117 uren paramedisch personeel die als volgt worden verdeeld: 78 uren logopedie, 26 uren kinesitherapie en 13 uren ergotherapie; Overwegende dat voor 2/36 uur een ICT-coördinator en inzake administratieve ondersteuning voor 18/36 uur een administratief medewerker met een diploma hoger onderwijs korte type (HOKT) worden toegekend voor het schooljaar 2013-2014; Overwegende dat ook 10 lestijden beleidsondersteuning worden toegekend aan de gemeentelijke BLO-school Sancta Maria om de pedagogische ondersteuning te waarborgen en uit te breiden; Overwegende dat uit de stimuli van de scholengemeenschap de gemeentelijke BBO-school De Kim en de gemeentelijke BLO-school Sancta Maria samen voor 9/36 uur een
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 378
administratief medewerker HOKT en voor 2/22 lestijden een stafmedewerker zorg krijgen; Overwegende dat buiten dit pakket nog een aantal lestijden zullen worden toegekend voor G.On, zedenleer en islamitische godsdienst, waarvan het juiste aantal lestijden pas in september 2013 gekend is; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 26 juni 2013; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1. - Voornoemde aanwending van het lestijdenpakket voor het schooljaar 2013-2014 wordt goedgekeurd. Art. 2. - Deze beslissing wordt aan het algemeen bestuurlijk toezicht van de hogere overheid onderworpen. ----Punt toegevoegd door Open VLD raadslid Matthias Vanneste aan de agenda van de gemeenteraad bij toepassing van artikel 22 van het Gemeentedecreet 17. Insijpelingsproblematiek van het gemeentehuis “In het verslag van het college van burgemeester en schepenen (CBS) van 29 mei 2013 staan fragmenten uit een brief van 23 mei 2013 van de raadsman van de gemeente betreffende de insijpelingsproblematiek van het gemeentehuis. Hierin stelt de raadsman het verslag van de vergadering met een gerechtsdeskundige per email aan het gemeentebestuur verstuurd te hebben en beklemtoont de raadsman de volgende punten: •
• • •
De raadsman betreurt de afwezigheid van Belfius op deze vergadering en heeft de indruk dat Belfius zichzelf bewust uit het dossier aan het werken is. De raadsman wijst er op dat het de taak is van het gemeentebestuur Belfius op zijn verplichtingen betreffende dit dossier te wijzen aangezien de leasing nog niet is afgelopen. De raadsman wijst erop dat, gezien de finaliteit van het dossier, het zaak is nogmaals samen te komen rond het dossier en dat het aangewezen is dat het gemeentebestuur hieraan deelneemt. De raadsman duid de belangrijkheid van de aanwezigheid van Belfius in een volgende bespreking. Dit aangezien er kosten voor verder onderzoek of de uitvoering van de nog voorgestelde werken moeten geprovisioneerd worden. De raadsman stelt dat de mogelijkheid waarbij er na het uitvoeren van de voorgestelde werken nog steeds restproblemen blijven en er voor deze restproblemen geen verantwoordelijken worden aangesteld mogelijks realiteit wordt. Dit heeft als gevolg dat de bouwheer zal moeten opdraaien voor de kosten van de resterende herstellingswerken.
Het gemeente bestuur besloot hierop dat er op de vergadering van 3 juni 2013, Belfius duidelijk ging gewezen worden op hun verplichtingen in dit dossier. Onder andere op de gemeenteraad van 26 april 2007 stelde het gemeentebestuur dat de kosten van deze voorgestelde werken niet zouden verhaald worden op de gemeente.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 379
Omwille van de complexiteit van het dossier wensen wij dit punt toe te voegen aan de agenda. Hierdoor heeft het gemeentebestuur de mogelijkheid om volgende vragen voor te bereiden. Open Vld stelt de volgende vragen rond dit dossier: • • • •
Wat is het besluit van de vergadering op 3 juni 2013? Hoe reëel schat het gemeentebestuur de mogelijkheid dat de gemeente alsnog zal moeten opdraaien voor de kosten van de restproblematiek? Wat bedragen deze besproken kosten? Welke rol speelt de architect in dit dossier?”
Open VLD raadslid Vanneste licht dit punt toe. Schepen van patrimonium Tijtgat stelt de bezorgdheid van het raadslid over dit dossier te appreciëren. Hij geeft vervolgens mee samen met de diensten een zo beknopt mogelijk antwoord op de vragen te hebben geformuleerd, gezien de gevoeligheid van het dossier en aangezien hij geen uitspraken wenst te doen die zich eventueel tegen het bestuur zouden kunnen keren. Hij merkt in de kantlijn ook op dat het gemeentebestuur, meer bepaald de raadsman, de technische adviseur, de controleur der werken en hijzelf, aan alle bijeenkomsten hebben deelgenomen, wat ook blijkt uit de verslagen daarvan. Vervolgens geeft hij een algemene situering. Hij stelt dat de problemen volgens de deskundige twee oorzaken hebben en deze bijgevolg een opsplitsing maakt in twee luiken, namelijk enerzijds de problematiek van de dakrand van de esplanade aan de buitenomtrek van het gebouw, in welk kader al werken, meer bepaald het verhogen van de dakrand, werden uitgevoerd en anderzijds de problematiek van de dakaansluiting opgaand gebouw, meer bepaald infiltratie ter hoogte van het opgaand gebouw aan de achterzijde onderaan. Daarna beantwoordt hij achtereenvolgens de door het raadslid gestelde vragen. • Wat is het besluit van de vergadering op 3 juni 2013? Hij geeft mee dat de vergadering van 3 juni 2013 één van de vergaderingen in een ganse reeks van elkaar opvolgende vergaderingen was en tot doel had om een standpunt in te nemen over de volgende stap in de expertise, zoals gevraagd op de expertisevergadering van 22 mei 2013 met alle partijen, meer bepaald over de problematiek van de dakaansluiting opgaand gebouw. Hij stelt dat, gelet op de finale fase van het dossier en de afwezigheid van Belfius op de vergadering van 22 mei 2013, de raadsman van de gemeente op aangeven van het bestuur aandrong op de aanwezigheid van Belfius, die ook eiser is, en van Ethias als verzekeraar. Hij geeft mee dat het besluit van de vergadering was dat verder zou gezocht worden naar de oorzaak en zou nagegaan worden of cameraonderzoek kon uitgevoerd worden via de opening gemaakt aan de binnenzijde van het gebouw. Hij vervolgt dat er na de vergadering van 3 juni 2013, meer bepaald op 5 juni 2013, een brief van de raadsman van de gemeente aan de deskundige werd gericht met de conclusies van de vergadering, die ook kan teruggevonden worden in de postregistratie. Hij geeft mee dat daarin wordt aangegeven dat alle partijen, behoudens de eisers, één doel voor ogen hebben, met name dat er in hun hoofde geen verantwoordelijkheid zou kunnen aangetoond worden en dat de gemeente en Belfius bijgevolg blijven zoeken naar een oorzaak. Hij voegt er aan toe dat daarin ook verslag wordt uitgebracht van de onderzoeksdaden van 23 en 24 mei 2013 die op eigen initiatief werden uitgevoerd, waarbij wordt aangegeven dat een cameraonderzoek wordt overwogen en zal nagegaan worden of dit kan uitgevoerd worden via de opening gemaakt aan de binnenzijde. •
Hoe reëel schat het gemeentebestuur de mogelijkheid dat de gemeente alsnog zal moeten opdraaien voor de kosten van de restproblematiek?
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 380
Hij geeft mee dat voor het luik ‘problematiek dakrand van de esplanade aan de buitenomtrek van het gebouw’ de deskundige van oordeel is dat er een verantwoordelijke kan aangeduid worden, waardoor de gemeente vergoed zou worden voor de schade ingevolge deze problematiek. Voor wat betreft het luik ‘problematiek dakaansluiting opgaand gebouw’ geeft hij mee dat zich momenteel het probleem stelt dat er met geen enkele test of onderzoek, zonder zeer ingrijpende werken te doen, kan uitgemaakt worden welke partij technische aansprakelijkheid draagt, zoals ook gesteld in het verslag van de expertisevergadering van 22 mei 2013. Hij vervolgt dat als geen verantwoordelijke kan aangeduid worden de deskundige een eindverslag zal opmaken, waarbij hij blijvend de vraag stelt om bijkomende onderzoeksdaden uit te voeren. • Wat bedragen deze besproken kosten? Hij geeft mee dat de besproken kosten enkel kosten betreffen die te maken hebben met de problematiek dakaansluiting opgaand gebouw, meer bepaald enerzijds reeds gemaakte kosten en anderzijds eventuele nog uit te voeren herstelkosten. Hij stelt dat de gemaakte kosten de kosten om gevolgschade te beperken betreffen, onder andere luchtontvochtigers en het plaatsen van waterbakken, en de kosten voor onderzoeksmaatregelen in het kader van de expertise, bijvoorbeeld de waterproef op het dak van de eerste verdieping alsook het werk door een firma van ramen. Hij vervolgt dat de herstelkosten het herstel van de gevolgschade in de kelderverdieping en het eventueel aanbrengen van een opstandverdichting in de oksel tussen dakvlak en opgaande gevel door middel van een vloeibare verdichting betreffen. • Welke rol speelt de architect in dit dossier?” Hij geeft mee dat de architect, die via zijn raadsman telkens aanwezig was, zich afzijdig houdt en het standpunt volgt dat er voor de ‘problematiek dakaansluiting opgaand gebouw’ geen verantwoordelijke kan aangeduid worden. Hij beaamt vervolgens in gemeenteraadszitting van 26 april 2007 te hebben gesteld dat het niet kon zijn dat het gemeentebestuur zou opdraaien voor enige kosten, maar hij is van mening dat dit toch altijd de bedoeling is als men een procedure instelt. Raadslid Vanneste merkt op dat het gemeentebestuur bijvoorbeeld ook zelf heeft opgedraaid voor het aircoprobleem. Vervolgens informeert hij naar de grootorde van de kosten, mochten deze ooit op de nek van de gemeente terecht komen. Schepen van patrimonium Tijtgat repliceert dat de airco niet in het concept zat en in deze niet ter zake doet. Hij geeft mee dat er een concept met koeling via de buitenvijver was, maar de diensten klaagden dat dit niet werkte als het water te warm had en er bijgevolg is gekeken om airco’s te voorzien. Wat betreft de grootorde van de kosten die op de nek van de gemeente zouden kunnen terecht komen, stelt hij niet onmiddellijk een antwoord te kunnen geven, maar hij geeft mee dat thans het totale kostenplaatje in deze al meer dan 100.000 euro bedraagt. ----18. Vragen gesteld door raadsleden * N-VA raadslid Terryn verwijst naar een krantenartikel van 14 juni 2013 waaruit blijkt dat de stad Harelbeke deze legislatuur een zwembad wil bouwen ter hoogte van de Gavers. Hij stelt dat zijn partij steeds gestreefd heeft naar een samenwerking met Harelbeke, de provincie en eventueel privé-investeerders om een nieuw zwembad te voorzien aan de Gavers. Hij geeft mee dat een schepen van de stad Harelbeke bevestigd heeft dat de stad deze legislatuur een zwembad wil bouwen en dat zij daarvoor een beroep willen doen op de provincie, andere gemeenten waarbij Deerlijk een optie is, hogere overheden en eventueel privé-
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 381
investeerders. Hij vervolgt te hebben vernomen dat Kuurne al geïnformeerd heeft naar een samenwerking omtrent dit dossier en hij informeert naar het standpunt van het college van burgemeester en schepenen hierover. Hij stelt te beseffen dat het bouwen van een zwembad een grote financiële investering is in deze tijden van financiële crisis en niet prioritair, maar hij merkt op dat vele Deerlijkse burgers het verdwijnen van het zwembad nog steeds een groot gemis vinden. In de wetenschap dat het zwembad van Zwevegem in de toekomst geen zekerheid meer is en het zwembad van Waregem andere prijzen wil hanteren voor nietWaregemnaars, is hij van mening dat als deze kans zich voordoet, het belangrijk is om op de trein te springen. De voorzitter repliceert daar enorm veel mee bezig te zijn en in dit kader al verschillende keren te zijn tussengekomen in de provincieraad. Hij geeft mee uit de verschillende contacten te hebben geleerd dat er thans een zeer fragiel evenwicht is en dat als er nog zwembaden zouden verdwijnen, het fragiele evenwicht verbroken is. Hij stelt dat iedereen thans beseft dat het onverantwoord is om als gemeente met 11.000 à 12.000 inwoners te investeren in een gemeentelijk zwembad en dat men bijgevolg allemaal samen moet streven naar intergemeentelijke samenwerking, misschien minder zwembaden maar meer zwemwater en hij geeft mee dat dat nu afhankelijk is van wie de denkoefening zal leiden. Hij is van mening dat in eerste instantie de provincie daar een coördinerende rol in heeft en er ook een stuk financieel kan in bijdragen en hij oppert dat ook het Vlaams Gewest daarin een rol kan vervullen. Hij stelt dat als verschillende gemeenten samen willen zitten rond een dergelijk idee, men zeker zal ingaan op dat gesprek en hij geeft mee ook zo te hebben geantwoord op eenzelfde vraag gesteld door de voorzitter en de directeur van Leiedal betreffende de locatie De Gavers. Schepen van sport Accou voegt er aan toe dat men er, vanaf het eerste ogenblik dat het zwembad was gesloten, onmiddellijk zeker van was dat de gemeente zelf geen zwembad meer kon voorzien, maar dat men volledig openstond voor intergemeentelijke samenwerking en ze stelt dat de gemeente Deerlijk als eerste op het perron stond. sp.a raadslid D’hont geeft mee dat de vroegere schepen van sport, de huidige burgemeester van Harelbeke wellicht een bevraging heeft gedaan rond de sportbehoeften van de inwoners van groot Harelbeke en dat daaruit inderdaad bleek dat er thans voldoende zwembadwater in de regio is. Ze stelt vervolgens dat bij de discussie naar aanleiding van de sluiting van het zwembad, provinciaal vooral stemmen opgingen om te investeren in een provinciaal bad in Brugge, maar ze vraagt of de regio thans, na de verkiezingen, niet anders staat om de hoofden bijeen te steken en te pleiten om op het provinciaal domein De Gavers een zwembad te realiseren. De voorzitter repliceert dat de oefening wordt gemaakt over de vier verschillende delen van de provincie, maar dat hij vaststelt dat studies uitwijzen dat er in onze regio niet de meeste noodzaak is. Hij geeft vervolgens nogmaals mee dat het antwoord op de vraag of men bereid is samen te werken met andere gemeenten ‘ja’ is. sp.a raadslid D’hont beaamt dat men dit vanaf de eerste dag na de sluiting van het zwembad gezegd heeft. Ze vraag vervolgens of het feit dat de stad Waregem zijn prijzen zou aanpassen voor niet-Waregemnaars concreet wordt. De voorzitter repliceert dat het een gedachtegang is die concreet zou kunnen worden. sp.a raadslid D’hont vraagt of het bestuur actief bij Waregem zal bepleiten om dit niet te doen, aangezien in het verleden ook iedereen welkom was in het zwembad van Deerlijk. Ze suggereert om toch te proberen dit ter sprake te brengen. De voorzitter repliceert dat Deerlijk niet kan beslissen voor Waregem, maar hij stelt de tip mee te nemen. Schepen van sport Accou geeft mee dat in het kader van de vakantiekampen ook de vraag werd gesteld om een prijsverschil tussen Deerlijknaren en niet-Deerlijknaren te hanteren, zodat Deerlijknaren minder zouden moeten betalen dan mensen van buiten de gemeente. sp.a raadslid D’hont vraagt of de schepen voorstander is van een prijsverschil tussen Deerlijknaren en niet-Deerlijknaren voor de kampen. Schepen van sport Accou repliceert dat dit dient besproken te worden.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 382
N-VA raadslid Byttebier is van mening dat men soms maatregelen moet durven treffen zodat Deerlijknaren niet het slachtoffer worden. Hij oppert dat men in het zwembad van Deerlijk misschien de fout gemaakt heeft om niet-Deerlijknaren altijd maar goedkoop te laten zwemmen. De voorzitter repliceert dat dit voor discussie vatbaar is.
* sp.a raadslid Baert verwijst naar een inkomend schrijven van IMOG van 25 juni 2013 waarbij het voorstel van de raad van bestuur om de prijzen van de afvalzakken te verhogen wordt meegedeeld en waarbij, om tijdig te kunnen communiceren, gevraagd wordt om tegen ten laatste 15 juli 2013 de principiële beslissing van het college van burgemeester en schepenen hieromtrent over te maken. Hij vraagt of het college van burgemeester en schepenen al een beslissing in deze genomen heeft en hij stelt het een beetje eigenaardig te vinden dat een beslissing van het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd, aangezien het uiteindelijk gemeenteraadsmaterie betreft en de mensen van IMOG daar toch van op de hoogte zijn. Hij merkt ten slotte op dat dit item ook al wat in de pers geweest is. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert dat men binnen de raad van bestuur van IMOG, in toepassing van het Vlarema, bezig is met de opmaak van verschillende ontwerpen. Hij geeft mee dat onder andere de vraag werd gesteld om in alle IMOG gemeenten dezelfde prijs voor een restafvalzak te hanteren, wat thans niet het geval is, en het uiteindelijk de bedoeling is om de prijs van een grote restafvalzak op 1,60 euro te brengen. Hij stelt dat thans aan het college van burgemeester en schepenen gevraagd werd om tegen 15 juli 2013 te beslissen of zij daar principieel akkoord mee kunnen gaan en hij geeft mee dat dit punt in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 10 juli zal behandeld worden. Hij stelt dat het college van burgemeester en schepenen een principiële beslissing aan IMOG zal overmaken, maar dat het reglement dat in dit kader zal opgemaakt worden, uiteindelijk ter goedkeuring aan de gemeenteraad zal voorgelegd worden. sp.a raadslid Baert merkt op dat IMOG wel al van plan is daarover te communiceren. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert dat dit al in de pers verschenen is en hij in dit kader al werd opgebeld, maar hij gesteld heeft daarover nog geen vragen te beantwoorden, aangezien dit nog moet besproken worden, in eerste instantie in het college van burgemeester en schepenen. Hij besluit te betreuren dat dergelijke zaken al verschijnen vooraleer er een beslissing is genomen. Open VLD raadslid Schelfhout verwijst naar de gemeenteraadszitting van 30 mei 2013 waarin hij vroeg of de vuilniszakken duurder zouden worden. Hij geeft mee dat andere raadsleden zich toen smalend afvroegen welke vraag hij stelde, maar hij merkt op dat dit thans toch actueel blijkt te zijn. N-VA raadslid Terryn merkt op dat als men de prijs van de restafvalzakken niet verhoogt, volgens IMOG de gemeente extra kosten zal moeten betalen en in principe een extra belasting zal moeten heffen en hij stelt van mening te zijn dat de vervuiler moet betalen.
* sp.a raadslid D’hont verwijst naar de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2013 waarin het college kennis nam van het feit dat bewoners van een bepaald stuk van de Waregemstraat door de aanleg van voetpaden vanaf de hoek Waregemstraat en de Beekstraat hun wagen niet meer kunnen parkeren rechtover hun woning en de dichtste parkeergelegenheid de Vichtestraat is. Ze merkt op dat er in de Vichtestraat ook niet veel plaats is, tenzij men parkeert voor de voortuinen van andere mensen en ze haalt aan dat het college van burgemeester en schepenen hierbij opmerkt dat het perceel aan de overkant lang niet bebouwd geweest is waardoor daar kon geparkeerd worden, maar dat dit perceel mee opgenomen is in een verkaveling en de verkavelaar voetpaden dient aan te leggen en dat het anderzijds voor deze woningen ook niet meer mogelijk is om een toegang langs achteren te verkrijgen gezien de verkavelingsvergunning voor de Marie de Plothostraat ondertussen verleend werd. Ze stelt daaruit het standpunt van
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 383
het college van burgemeester en schepenen niet te kunnen afleiden en ze informeert daarnaar. De voorzitter repliceert dat men die mensen niet zal kunnen helpen met het creëren van parkeerplaatsen, aangezien dit niet mogelijk is. Hij beaamt vervolgens dat de Vichtestraat vol staat en hij merkt op dat ook de zijstraten van de Driesknoklaan, waar er geredeneerd is dat er voldoende parkeerplaatsen voorzien waren, overvol staan. N-VA raadslid Byttebier stelt dat het zo niet verder kan en men een parkeerbeleid zal moeten bepalen. N-VA raadslid Terryn merkt op dat dit een bijkomende reden is om de parking in de Guido Gezellelaan te behouden. sp.a raadslid D’hont vraagt of het niet mogelijk is om alsnog een ontsluiting via de verkaveling van de Marie de Plothostraat te voorzien. Schepen van ruimtelijke ordening De Donder repliceert dat aan de verkavelaar kan meegegeven worden dat bepaalde mensen een garageweg wensen en hem kan gevraagd worden of hij bereid is om een strook te voorzien om een garageweg te realiseren. Hij geeft mee dat daarvoor een verkavelingswijziging vereist is, wat mogelijk is, maar dat de mensen die een garageweg willen, daarvoor ook wel zullen moeten betalen. De voorzitter oppert dat dit vroeger ter sprake gekomen is. sp.a raadslid D’hont is van mening dat de houding van de desbetreffende bewoners thans misschien veranderd is, aangezien ze nu aan de lijve ondervinden dat ze niet meer kunnen parkeren en ze oppert om dit nog eens officieel voor te stellen. De voorzitter repliceert dat er nog eens kan gepolst worden om eventueel tot een oplossing te komen, maar hij stelt dat men daarvoor het akkoord van meerdere mensen nodig heeft en dat zal moeten betaald worden, wat soms twee gevoelige punten zijn.
* Open VLD raadslid Schelfhout stelt dat binnen IMOG in september een werkgroep containerparken zal opgericht worden om bepaalde zaken, onder meer tarieven en openingsuren, intergemeentelijk te gaan afstemmen, maar hij merkt op dat het college van burgemeester en schepenen in zitting van 26 juni 2013, zonder dat de werkgroep al is samengekomen, a priori besliste om geen wijzigingen aan te brengen aan de openingsuren van het gemeentelijk containerpark en hij is van mening dat het een gemiste kans is om zo naar dat overleg te gaan. Schepen van leefmilieu De Donder repliceert dat deze beslissing werd genomen naar aanleiding van een vraag van een burger om de openingsuren te veranderen. Hij geeft mee dat men thans, in afwachting van de werkgroep, beslist heeft om de huidige openingsuren te behouden, maar dat men vervolgens zeker zal meestappen in wat door de werkgroep beslist wordt.
* N-VA raadslid Terryn verwijst naar de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 26 juni 2013 in het kader van het dossier ‘Sportvelden Stationswijk’ om om budgettaire redenen de aankoop van de gronden en de realisatie van het project in de tijd uit te stellen en hij vraagt naar de reden daarvoor. Schepen van sport Accou repliceert dat men op het budget 2014 de aankoop van de gronden zou voorzien en dat men vervolgens zo spoedig mogelijk tot realisatie wilde overgaan, zodat men ook het nut zou hebben van de gronden van de Guido Gezellelaan, maar dat men ondertussen, voor een stuk samen met Leiedal, het kostenplaatje heeft opgemaakt en dit te hoog zal zijn. Ze geeft mee dat nog een aantal andere projecten in de gemeente lopende zijn die men ook wil afwerken en ze stelt dat men bijgevolg voorlopig verder gaat met de verwerving van de gronden, maar men niet onmiddellijk architecten voor het project zal aanstellen. N-VA raadslid Terryn vraagt of men daaruit kan afleiden dat het sportcomplex te hoog gegrepen en te duur is.
G.13.07
Gemeenteraad van 4 juli 2013
blad 384
Schepen van sport Accou repliceert dat men wist dat dit een groot complex zou zijn. Ze geeft mee dat men begonnen is in 2008 en men moet vaststellen dat de werking van het voetbal sinds 2008 een stuk verminderd is. Ze stelt dat men moet kijken wat de noodzaak in de gemeente is en dat het thans aan het voetbal is om te bewijzen dat zij er opnieuw voor gaan en nog velden nodig hebben. Verwijzend naar punt 14 van huidige gemeenteraadszitting, merkt ze op dat men niet bang is op bepaalde beslissingen een stuk terug te komen en ze besluit dat men de budgetten voor sport voor de volgende jaren op een andere manier zal bekijken. N-VA raadslid Terryn vraagt of het voetbalveld op de Belgiek nog gehuurd wordt. Schepen van sport Accou repliceert dat dit, volgens de wens van de eigenaar, gehuurd wordt per jaar. Ze geeft mee dat het voor volgend seizoen nog gehuurd wordt en dat dit daarna opnieuw dient bekeken te worden. Ze stelt ook dat de eigenaar in 2012 de huurprijs aanzienlijk verhoogd heeft, maar dat men dat veld nog altijd nodig heeft. De voorzitter voegt er aan toe dat het veld thans gehuurd wordt tot 30 juni 2014. ----19. Hoofd vrije tijd/cultuurbeleidscoördinator (A1a-A3a) - aanstelling op proef in statutair verband
Waarna de zitting wordt geheven,
Sarah Barbe Waarnemend secretaris
Claude Croes Burgemeester Voorzitter gemeenteraad