POSTADRES
BEZOEKADRES
Postbus 250
T
0297 29 16 16
3640 AG Mijdrecht
F
0297 28 42 81
Croonstadtlaan Verbruggen
E
[email protected]
3641 AL Mijdrecht
I
www.derondevenen.nl
Vergadering commissie Inwonerszaken en Samenleving Datum:
29 januari 2014
Tijd:
19.30 uur
Plaats:
Raadzaal
Registratienummer:
14G0000026
Voorzitter:
De heer S. Harmens
Griffier:
Mevrouw E.C.M. den Hartogh
Raadsleden:
De heer E. Doorn (D66), de heer H. Hoogenhout (ChristenUnie-SGP), de heer S. Koorn (Lijst 8 Kernen), de heer J.C.A.M. van Kessel (PvdA-GroenLinks-LokaalSociaal), de heer J.S. Melkman (SVAB), L.G.J. Rouwenhorst (CDA), de heer R.J.M. Seisener (CDA), de heer W.H.P. Stam (ChristenUnie–SGP), de heer R. van Olden (VVD), mevrouw M. Verbruggen
Meesprekers:
De heer H. Hennink (adviseur OBS Piet Mondriaan), de heer R. Jansen (directeur OBS Piet Mondriaan)
Wethouders:
Mevrouw H.M. Spil
Ambtenaren:
De heer P. Hoogenboom, de heer G. Okx
Notulist
Mevrouw K. de Beer (Notuleerservice Nederland)
Notulen 1
Opening De voorzitter opent de vergadering om 19.30 uur en verwelkomt alle aanwezigen.
2
Spreekrecht inwoners Er zijn geen insprekers.
3
Vaststellen agenda De agenda wordt vastgesteld.
4
Punten voor de raad van 10 februari 2014
a.
Beschikbaar stellen investeringsbudget uitbreiding huisvesting OBS Piet Mondriaan Abcoude, raadsvoorstel 00/14
De voorzitter doet een ordevoorstel aan de commissie waarin hij vraagt of de commissie ermee akkoord gaat dat de heren Hennink en Jansen naast de wethouder aan de vergadertafel zitten om
technische vragen te beantwoorden. De commissie stemt hiermee in. Daarbij wordt de procedureafspraak gemaakt dat de vragen worden gericht aan de portefeuillehouder. De portefeuillehouder beslist wie antwoordt. De heer Rouwenhorst bedankt de ambtelijke staf voor de beantwoording van de vragen. In het stuk staat dat een openbare school geen leerlingen mag weigeren, maar er valt ook te lezen dat leerlingen geweigerd kunnen worden als er geen plaats is. Er zitten veel kinderen op de OBS Piet Mondriaan die niet in De Ronde Venen wonen. Daarnaast heeft spreker een aantal vragen over de gegeven antwoorden. De heer Rouwenhorst verwijst naar het antwoord op vraag 19 van het CDA. Er staan veel data in de stukken en het is daarom verbazingwekkend dat pas in december 2013 overeenstemming is bereikt. Hoe zit dit? Verwijzend naar het antwoord op vraag 31 wil spreker graag een toelichting op de zinsnede ‘niet verwerkt’. Bij het antwoord op vraag 33 ontgaat spreker de logica. De dislocatie mag hier maar vijf jaar staan, maar de afschrijving gebeurt in vijftien jaar. Het lijkt spreker vanzelfsprekend dat de dislocatie wordt verkocht voor de prijs die in de boeken staat. Dit ziet spreker niet terug. De heer Stam is niet tevreden over het proces. Het is een langlopend dossier waarvoor in december een inhoudsloze memo werd gepresenteerd en nu wordt de commissie ineens geconfronteerd met een razend ingewikkeld raadsvoorstel. De raad had beter eerder meegenomen kunnen worden. Waarom is dit niet gebeurd? Daarnaast is het een combinatieverhaal waarin zowel het integraal kindcentrum als de uitbreiding van het onderwijs een rol spelen. Deze twee onderwerpen lopen door elkaar heen. De fractie van ChristenUnie-SGP vindt de rol van het gezin belangrijk. Is het de intentie dat deze plannen in plaats van of ter aanvulling op het gezinsleven worden gerealiseerd? In hoeverre is dit voorstel concurrentievervalsend voor andere kinderopvangmogelijkheden in de gemeente? Het valt spreker op dat de antwoorden een brij zijn van getallen en feiten. Ten aanzien van de vierkante meters leest spreker verschillende getallen. Ook in de antwoorden verschilt het aantal vierkante meters. De cijfers zijn niet transparant. Hetzelfde geldt voor de financiën, ook al zijn deze duidelijker. De vraag is echter: wie betaalt wat? Verder vindt spreker het lastig om concrete vragen te stellen omdat het voorstel een brij aan cijfers bevat. Kan de wethouder dit verhelderen? Mevrouw Verbruggen sluit zich aan bij de heer Stam. Zeker ten aanzien van de procedure en de financiën. Kan het geld niet beter besteed worden? De heer Doorn merkt op dat het voor D66 duidelijk is dat hier een goed voorstel ligt. Het voorstel is in lijn met de lokale educatieve agenda en het kinderopvangbeleid. Het is juist goed dat er nu invulling wordt gegeven aan langlopende intenties. Het klopt wel dat sommige zaken onnodig aan elkaar zijn geknoopt. Spreker dankt het ambtelijk apparaat voor de beantwoording van de vragen. Door de vele dubbele vragen wordt het wel verwarrend. Volgens spreker zijn veel vragen ook open deuren. De heer Rouwenhorst wil weten of de heer Doorn de commissie verwijten maakt met zijn laatste opmerking. De heer Doorn heeft het voordeel van een langer verleden in de raad. De commissieleden willen alleen maar zuinig met de centen omspringen. De heer Doorn antwoordt dat het kind niet het kind van de rekening moet worden en er wordt wel vaker gekat in de raad. Hij is het eens met de heer Stam over het moeizame verloop van het proces.
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
2
Ook de fractie van D66 heeft hier vragen over gesteld. Niettemin is het gebouw bedoeld als multifunctionele locatie en dan is het goed dat nu na dertien jaar het punt bereikt is waarvoor het gebouw is gebouwd. De heer Doorn wil wel weten hoe het staat met die ene rechtspersoon. Gaat de kinderopvang onderdeel worden van de rechtspersoon integraal kindcentrum? De heer Van Kessel heeft ook lof voor het ambtelijk apparaat. Spreker sluit zich aan bij de heer Doorn. Ook spreker wil snel een besluit nemen ondanks het feit dat het proces niet goed is gelopen. De dependance moet in april gesloten worden en het voorstel is in lijn met wat in Abcoude vijf jaar geleden in gang is gezet. Daarom is spreker blij dat deze commissievergadering nu plaatsvindt. In Abcoude zijn afspraken gemaakt met omwonenden dat de dependance er niet langer dan vijf jaar zou staan. Spreker wil deze belofte honoreren. Kan er bij de verbouwing worden gekeken naar een zogenoemde energie-nul-renovatie, zodat er geen energierekening hoeft te worden betaald? De heer Koorn brengt naar voren dat Lijst 8 Kernen niet tegen de komst van het integraal kindcentrum is. De openbare school heeft recht op uitbreiding. De wethouder moet zich wel schamen dat het zolang heeft geduurd en voor het feit dat de normvergoeding niet in de nota is opgenomen. Spreker heeft de antwoorden op de eigen vragen doorgenomen. De andere vragen heeft hij globaal bekeken. Als antwoord op vraag 12 wordt aangegeven dat het integraal kindcentrum de rangorde bepaalt, terwijl elders staat dat het bevoegd gezag en het college de rangorde bepalen. Spreker wil graag een toelichting hierop. De heer Van Olden meent dat de ambitie groot is. Spreker complimenteert de directie van de school voor de goede voorbereidingen van dit proces. De vraag rijst of de directie nog tijd heeft om les te geven. De raad is daarentegen niet goed meegenomen. Spreker kiest voor een andere aanvliegroute qua getallen omdat spreker gelooft dat het voorstel goed is voorbereid. Er zijn verschillende onderstromen in de besluitvorming die uit elkaar gehaald moeten worden: de kinderopvang enerzijds en de exploitatie van het gebouw anderzijds. Dit laatste wil spreker voor dit moment parkeren. Spreker wil zijn intentie dat kinderen goede zorg nodig hebben benadrukken, maar er zitten meer dan veertig kinderen die buiten De Ronde Venen wonen op de school. Dit betekent dat de gemeente vierkante meters ruimte financiert voor kinderen buiten de gemeente. Op zichzelf is deze aanzuigende werking niet vreemd voor een mooi gelegen grensgebied. Spreker heeft gekeken naar voorbeelden van situaties waarin het leerlingenaantal op openbare scholen wordt gereguleerd. Spreker meent dat als dit voorstel wordt aangenomen, er sprake is van een openeinderegeling voor iedereen die zich inschrijft. In het voorstel staat dat groei boven de vierhonderd leerlingen buiten het gebouw moet worden opgevangen. Dit brengt financiële risico’s met zich mee voor de gemeente. De heer Stam brengt in dat tot vierhonderd leerlingen de school de groei zelf moet oplossen. Pas daarna komt de school terug bij de gemeente. De heer Van Olden meent dat dit kan zijn, maar er is een groeiambitie van vierhonderd leerlingen. Volgens spreker heeft de gemeente het recht het leerlingenaantal te maximeren omdat de gebouwen niet kunnen worden uitgebreid. Spreker noemt andere voorbeelden van situaties waarin is besloten leerlingen te weigeren waaronder de openbare school Lorentz in Leiden. Hier heeft de gemeenteraad een normering vastgesteld om te komen tot een vervolg van de besluitvorming.
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
3
De heer Van Kessel vraagt of dit betekent dat leerlingen uit Amsterdam-Zuidoost geen toegang meer krijgen. De heer Van Olden antwoordt dat er nu in feite twee lokalen worden gebouwd voor kinderen die niet in De Ronde Venen wonen. Tegelijkertijd zijn er geen maximale normen voor het gebouw. Het gaat om een majeure investering waaraan een openeinderegeling is gekoppeld. Gezien deze situatie past het niet om 10 februari ja te zeggen zonder dat er een maximum aantal leerlingen is vastgesteld dat passend is voor het gebouw. Dit ongeacht waar zij vandaan komen. De heer Doorn kan de redenering volgen. In het nieuwe De Ronde Venen kan eventueel een doorverwijzing van leerlingen plaatsvinden omdat er meer openbaar onderwijs binnen de gemeentegrenzen is. Aan de andere kant zijn er ook kinderen uit De Ronde Venen die middelbaar onderwijs volgen buiten de gemeentegrenzen. Als deze scholen een eind maken aan hun openeinderegeling heeft De Ronde Venen een probleem. Vanuit bestuursregio Amsterdam rijdt er een bus naar Abcoude om leerlingen naar het voortgezet onderwijs te brengen. Als De Ronde Venen dit soort protectionistische maatregelingen gaat nemen, vraagt dit om een reactie van de stad Amsterdam. De Ronde Venen moet zich voorzichtig opstellen. De heer Van Olden is blij dat de heer Doorn zijn redenering volgt. De heer Doorn zwengelt nu een andere discussie aan die niet met deze discussie moet worden vermengd. De heer Melkman meent dat het proces is gelopen zoals het gelopen is. Spreker deelt wel de kritiek over het meenemen van de commissie. Aan de andere kant zijn er verschillende memo’s geweest en een begroting. Op zichzelf wist de commissie wel waar zij aan toe was. In april is het haalbaarheidsonderzoek neergelegd, in november zijn de cijfers gekomen. Wat is er tussen april en november gebeurd? Kan de wethouder uitleggen waarom is gekozen voor kapitalisering? Wat betreft de energiekosten staat er in het voorstel dat er 25% bezuinigd wordt. Is dat bovenop de genoemde 26.000 euro? Is deze investering dan wel lonend? Het antwoord op de vraag over de tussenzaal vindt spreker vaag. Is het niet mogelijk om op korte termijn afscheid te nemen van de huidige beheerder? Hoe verklaart de wethouder het verschil tussen 100.000 euro en 28.000 euro? Bij punt 1.4 wordt gesproken over een aanmelding. Betekent dit dat ouders die zich melden bij het integraal kindcentrum vastzitten aan OBS Piet Mondriaan? Wethouder Spil merkt op dat zij ook geruchten heeft gehoord op OBS Piet Mondriaan veel leerlingen uit Zuidoost zitten. Zij heeft daarop laten onderzoeken hoeveel leerlingen naar Abcoude komen en hoeveel leerlingen buiten Abcoude naar school gaan. Deze aantallen basisschoolleerlingen zijn tegen elkaar weg te strepen. De komende vijftien jaar komt men niet in de buurt van het maximaal aantal leerlingen. Bovendien loopt men het risico als men besluit het leerlingenaantal te maximaliseren dat de gemeente verplicht wordt het leerlingenvervoer te betalen. Het is de wethouder bekend dat in de buurt plannen zijn om postcodeslots in te stellen. Er is juridisch onderzoek gedaan of scholen categorieën leerlingen mogen uitsluiten. Het mag niet. Het proces van de OBS Piet Mondriaan begint in 2005. Er zijn verschillende alternatieven gepresenteerd. Geen van alle is het geworden. Op het moment dat de school de haalbaarheid van een integraal kindcentrum wilde onderzoeken is dit in de raad gekomen. Het voorbereidingskrediet voor dit onderzoek is toen toegekend. In 2013 zijn de resultaten gepresenteerd. Het college was hier niet direct mee akkoord en heeft toen gezegd dat zaken anders moesten. De grootste verandering is
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
4
tussen april en november geweest. In dit tijdsbestek heeft het integraal kindcentrum besloten een groot deel van de verantwoordelijkheid op zich te nemen. Ook als het gaat om ruimtelijke ordening en financiën duurt besluitvorming nu eenmaal lang in gemeenteland. In de begroting is het integraal kindcentrum als risicoparagraaf opgenomen. Midden in het proces van de onderhandelingen was het organiseren van een informatieavond voor de commissie niet mogelijk. Aan de andere kant voelde het college ook de druk van de dependance die er voor een termijn van vijf jaar mocht staan. Zodra het kon, is het voorstel in de commissie gebracht. De wethouder begrijpt dat het proces niet netjes is verlopen, maar heeft ervoor gekozen dat er nu besluitvorming plaatsvindt voordat er echte problemen ontstaan. De heer Okx beantwoordt de vragen die zijn gesteld over de financiën. In het raadsvoorstel staan op pagina 7 de financiële gevolgen. Spreker wil deze pagina graag met de commissie doornemen. Het onderdeel ’aanpassing onderwijsgebouw’, een investeringsbedrag van bijna 1 miljoen euro, is gebaseerd op een normvergoeding. Die vergoeding is gebaseerd op de eigen huisvestingsverordening maal het aantal vierkante meters en de prijs. De gemeente krijgt daarvoor een bezitting die als zodanig op de balans komt te staan. De gevolgen hiervan zijn dat men te maken krijgt met een jaarlijkse afschrijving en rente, de genoemde 57.000 euro. OBS Piet Mondriaan maakt nu gebruik van een tijdelijke ruimte waarvoor de school huurvergoeding van de gemeente ontvangt. In de nieuwe situatie vervalt die huurvergoeding. Naar aanleiding van onderdeel 4 in het staatje merkt spreker op dat in Abcoude destijds is besloten voor een semipermanente voorziening. Hiervoor is een langere afschrijvingstermijn vastgesteld dan de vijf jaar die normaliter voor tijdelijke huisvesting staat. Dit betekent dat op 1 januari 2015 sprake is van een boekwaarde van 366.000 euro. Er is voor gekozen om de dislocatie volledig af te boeken. Dit betekent een eenmalig verlies. Daar staat tegenover dat de verwachting is dat deze verkocht kan worden. De raming van de opbrengst is 40.000 euro. Het gebouw van OBS Piet Mondriaan krijgt een andere invulling. Dit betekent dat een deel van de kosten, maar ook van de huuropbrengsten wegvallen. Dit is terug te vinden bij onderdeel 7. Voor de netto kosten is een dekkingsvoorstel gedaan dat deels incidenteel en deels structureel is. Het afboeken van de dislocatie is incidenteel, de structurele kosten zijn 75.000 euro. Deze worden op termijn lager omdat de gemeente een huurvergoeding terugkrijgt van de Stichting PRIMA voor het gebruik van het OBS Piet Mondriaangebouw. Daardoor daalt de 75.000 euro op termijn naar een structureel tekort van 25.000 euro. Daarnaast krijgt de gemeente te maken met minder ambtelijke inzet voor het OBS Piet Mondriaangebouw. Dit geld valt echter op een andere plek vrij. Men heeft namelijk op de begroting van 2014 een taakstelling voor een bezuiniging op de bedrijfsvoering gezet. Op het moment dat hier geld voor minder ambtelijke inzet vrijvalt, wordt dit geld daarop ingezet. De heer Melkman merkt op dat de raad van Abcoude destijds de keus heeft gekregen tussen huur en koop. Toentertijd was dat net zo duur. De raad heeft toen voor koop gekozen. De heer Rouwenhorst begrijpt dat de verwachte opbrengst bij verkoop van de ruimte 40.000 euro is. Hoe kan het zijn dat deze dislocatie voor 366.000 euro in de boeken staat en de gemeente er maar 40.000 euro voor kan krijgen? De heer Hennink licht toe dat het afbreken en opbouwen meer kost dan de waarde van het gebouw zelf. Er blijft 40.000 euro over na ontmanteling. Dit heeft te maken met deze vorm van huisvesting: semipermanent met een betonnen vloer.
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
5
De heer Stam heeft een vraag over de post van 96.000 euro. In het antwoord op vraag 10 van het CDA staat 86.000 euro. Daarnaast wil spreker weten op welk leerlingenaantal de normvergoeding is gebaseerd. Ook staat in het voorstel dat er tien jaar lang geen afdracht wordt gedaan van kapitaallasten uit de huuropbrengsten. Dit verhaal ziet spreker niet terug. In het staatje van het antwoord op vraag 10c van het CDA is wel een staatje te vinden met verschillende getallen. Spreker wil weten wat hij waar kan vinden. De heer Hennink stelt dat de normvergoeding is gebaseerd op de situatie dat men meer dan vijftien jaar het gebouw nodig heeft. Volgens de prognoses heeft de school in 2028 292 kinderen. Dit aantal gaat maal een bepaald bedrag en dan komt men uit op een normvergoeding. Op dit moment heeft de school echter 356 kinderen. Het aantal jaren dat de school meer ruimte nodig heeft, krijgt de school tijdelijke huisvesting. Deze huisvesting wordt niet gebouwd, maar in het totale plaatje opgenomen. Die twee bedragen opgeteld, het recht dat men heeft op basis van de tijdelijke huisvesting en het recht van permanente huisvesting resulteert in het bedrag van ruim 1 miljoen euro. Het is de rekensom die is afgesproken in de verordening. In de gemeentelijke begroting zijn verschillende huurcontracten. Een van de afspraken is dat de school, anders dan alle andere scholen, ruimtes verhuurt en van de huuropbrengst een gedeelte afdraagt aan de gemeente. Dat deel gaat na de bouw niet meer naar de gemeente omdat het niet meer verhuurd wordt. Dit bedrag is 98.000 euro en is gebaseerd op de aanname dat het aantal huurcontracten klopt. Het echte aantal huurcontracten is lager. Het feitelijke bedrag dat de gemeente zo meteen niet meer ontvangt is daarom iets lager, namelijk 88.000 euro. De heer Stam merkt op dat dit dan in het raadsvoorstel moet worden aangepast. De heer Okx brengt in dat de hele exploitatie is bekeken. Welk deel is voor de gemeente en welk deel voor het integraal kindcentrum? Er zijn verdeelsleutels toegepast en dit zijn de effecten. De heer Stam blijft zich dan afvragen waarom er in de beantwoording op vraag 10 van het CDA een ander antwoord komt. De heer Okx zegt toe dat dit nader wordt gespecificeerd. Een toelichting wordt schriftelijk toegevoegd. De heer Stam is hiermee akkoord, maar raadt aan om ook te kijken naar de overige verschillen. De heer Okx stelt dat de kapitalisering 1.9 miljoen euro is waarvan 1 miljoen euro wordt gedragen door de gemeente. De rest neemt de stichting voor haar rekening. De stichting gaat hiervoor een geldlening aan die in dit stuk is verwerkt. Deze oplossing is gekozen omdat de gemeente geen gemeentegarantie wilde geven en geen geldlening kon verstrekken. De heer Stam wil weten waar hij dit - het gaat om 50.000 euro per jaar - terug kan vinden in de tabel. Klopt het dat de stichting 400.000 euro in plaats van 900.000 euro investeert omdat ze 500.000 euro in tien jaar tijd terughaalt bij de gemeente? Wethouder Spil merkt op dat er verschillende scholen zijn die ruimtes verhuren. De gemeente mag deze huuropbrengsten niet innen. Wanneer voor de andere oplossing was gekozen en van de school
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
6
geen integraal kindcentrum gemaakt zou worden, raakt de gemeente die huuropbrengsten ook kwijt. Dus er is geen sprake van geld geven, maar van een manier om de leningen af te betalen. De intentie van het integraal kindcentrum hangt samen met de brede schoolactiviteiten. Er is een groep werkende ouders die opvang op prijs stelt. Daarnaast is het landelijke politiek om de leeftijd 0-4 jaar dichter bij de scholen te betrekken. Het integraal kindcentrum loopt voorop in deze trend en op ontwikkelingen die komen. De heer Stam juicht deze trend niet toe. Naar aanleiding van de rangorde merkt de heer Hoogenboom op dat dit gebruikelijk is bij scholen met meerdere locaties. Als het aantal kinderen terugloopt, moet dit eerst op de dislocatie gebeuren. Dat is een eis die de gemeente zal stellen. Als het aantal kinderen op alle locaties kleiner wordt dan het aantal dat is voorzien voor het hoofdgebouw, moet de dislocatie worden afgestoten. Stichting PRIMA bepaalt met haar partners wie welk deel van het gebouw gebruikt. Wethouder Spil voegt toe dat er geen plek is voor een andere dislocatie. Alle opties zijn uitgezocht. Dit is de goedkoopste, maar ook de beste oplossing. Juist door de exploitatie van het integraal kindcentrum bij het bestuur van het IKC neer te leggen en door alleen te kijken naar de onderwijshuisvesting worden er niet via een omweg andere zaken gefinancierd. De heer Jansen merkt op dat er geen sprake is van concurrentievervalsing. Met de partners in het integraal kindcentrum is een vrije keuze voor alle ouders afgesproken. Zowel als het gaat om kinderopvang als om onderwijs. De heer Hennink voegt toe dat in de intentieverklaring is aangegeven dat aanmeldingen voor meerdere diensten via de kinderopvang gaan. Zo wordt voorkomen dat ouders naar meerdere loketten moeten. Dit betekent niet dat alle diensten moeten worden afgenomen. Wat betreft de 1900 vierkante meters moet een onderscheid worden gemaakt tussen netto en bruto vloeroppervlak. De school heeft recht op 2001 vierkante meters bruto vloeroppervlak. De ruimtes die verhuurd worden zijn samen minder bruto vierkante meters vloeroppervlak. Men komt dus 94 vierkante meters te kort, maar in een multifunctioneel gebouw horen de muren dan weer bij het ene deel en dan weer bij het andere. Rekenen met bruto en netto vloeroppervlak is dus ingewikkeld in een multifunctioneel gebouw. De heer Koorn ziet het in het raadvoorstel niet terug. Ook de heer Stam raadt aan dat de verschillende vragen hierover transparant worden beantwoord. Hij kan het nu niet terugvinden. De heer Hennink verwijst naar het haalbaarheidsonderzoek. Hierin zit een tabel. Daarnaast is er een informatiemiddag op 5 februari waarvoor de commissieleden zijn uitgenodigd. Daar kan de tabel worden gepresenteerd. Wethouder Spil geeft aan dat er een beheerder is voor het hele gebouw. Dit contract is met een jaar verlengd. Straks is er geen beheerder meer nodig, omdat de gemeente dan alleen nog voor de tussenzalen verantwoordelijk is. In samenspraak met de beheerder wordt het contract afgebouwd.
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
7
De heer Hennink meldt dat in het vierde deel van het haalbaarheidsonderzoek gegevens staan over het energieverbruik. Het bestuur wil er eigen middelen in stoppen om de exploitatiekosten naar beneden te halen. Door de energiekosten met 25% te verminderen komt de exploitatie binnen aanvaardbare grenzen. Het energieverbruik nog verder naar beneden halen is bij dit gebouw heel lastig. Er zijn bij de bouw in 2002 keuzes gemaakt die dit bijna onmogelijk maken. Er kan bijvoorbeeld alleen natuurlijk worden geventileerd. Er wordt nog gekeken of er subsidiemogelijkheden zijn voor de investering. De investeringen staan in de investeringsbegroting die later is toegevoegd. Tijdens het haalbaarheidsonderzoek waren deze besluiten nog niet bekend. Het bestuur wilde zeker weten dat het de exploitatie kon betalen. De investering van 179.000 euro brengt de kosten naar het genoemde niveau. Het huidig energiegebruik is 26.000 euro. Dat wordt met 25% verlaagd naast het onderhoud en de schoonmaakkosten. De heer Rouwenhorst herhaalt zijn opmerking dat een openbare school leerlingen mag weigeren als er geen plaats is. De heer Hennink antwoordt dat een openbare school voor iedereen toegankelijk is. Op wachtlijsten mag geen onderscheid worden gemaakt. Bij doorverwijzing verder dan zes kilometer moet de gemeente leerlingenvervoer regelen. Sturen op aanmeldingen van kinderen buiten de gemeente is niet mogelijk. Andere scholen hebben hier ook mee te maken. De heer Melkman stelt dat er een overeenkomst ligt dat tot vierhonderd kinderen opvang binnen het integraal kindcentrum is gegarandeerd voor een periode van vijftien jaar. Hoe hard is deze toezegging? De heer Hennink licht toe dat is gezegd dat het huidige aantal leerlingen uitgangspunt is. De gemeente wilde een garantie hierover. Bij 55 vierkante meters tekort kan de school namelijk een verzoek om huisvesting doen. Dit is bij tien leerlingen extra. Omdat het gebouw zo is ingericht dat ruimtes tijdelijk geschikt gemaakt kunnen worden voor multifunctionele inzet zal de school dit verzoek niet doen. Er zijn zestien van dit soort ruimtes voorzien. Daarom kan in het uiterste geval het aantal groepen worden verhoogd. Op grond hiervan heeft de schooldirectie besloten de gemeente aan te bieden dat er niet nogmaals een aanvraag voor onderwijshuisvesting komt. De verwachting dat er vierhonderd leerlingen komen op grond van de prognoses van gemeente is in beginsel nul. De heer Stam zegt dat dit klopt gezien de bevolkingssamenstelling van De Ronde Venen. Het integraal kindcentrum is echter uniek in de omgeving. Dit heeft wellicht een aanzuigende werking. Hoe schat de directie dit risico in? Volgens de heer Hennink hebben ook andere scholen plannen in deze richting. Ook politiek zullen verbindingen tussen opvang, zorg en onderwijs worden gestimuleerd. De kans dat dit integraal kindcentrum een uniek verkooppunt houdt is dus klein. Gezien het totaal aantal kinderen in Abcoude is de kans op een afname van de leerlingenaantallen veel groter. Volgens de prognoses daalt het aantal kinderen met meer dan tweehonderd leerlingen. Tweede termijn
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
8
De heer Van Olden is teleurgesteld over het antwoord van de portefeuillehouder ten aanzien van de maximering van de leerlingenaantallen. Spreker verwijst naar de website van de gemeente Ouder Amstel waarop staat dat de toegankelijkheid beperkt is tot de maximale opnamecapaciteit. Het antwoord dat spreker had willen horen is dat de Raad van State heeft gezegd dat de gemeente als bevoegd gezag of het schoolbestuur een maximaal aantal leerlingen per klas mag vaststellen. Als het maximum is bereikt moet men een openbaar alternatief bieden dicht bij de woonplaats. Daarom wordt er gewerkt met postcodegebieden. Wat is het maximale aantal leerlingen in een klas? De gemeente gaat niet over het aantal kinderen op de peuterspeelzalen. Dit betekent een avontuur met een openeinderegeling. Daarom moet het aantal leerlingen afgedicht worden met limieten. De vraag is daarom hoe het postcodebeleid van De Ronde Venen vorm moet krijgen. De prognoses van de wethouder zijn alleen van De Ronde Venen en niet van leerlingen die buiten de gemeentegrens wonen. Daarom is het belangrijk om eerst limieten vast te stellen voordat het raadsvoorstel wordt behandeld. De heer Van Kessel merkt op dat er wordt gezegd dat de prognoses afnemen en dat het unieke verkooppunt niet geldt. Waar haalt de heer Van Olden dan het idee vandaan dat er een aanzuigende werking is? Waar wil de heer Van Olden naartoe aangezien hij initiatiefnemer was destijds? De heer Van Olden vindt het een fantastisch initiatief. Maar zakelijk-bestuurlijk is het niet duidelijk om welke prognoses het gaat. Volgens de heer Van Kessel gaat het om prognoses op basis van de omgeving van De Ronde Venen. De heer Van Olden wil in dat geval meegenomen worden in de demografische influx. Hij heeft die getallen nooit gezien. De heer Doorn snapt eveneens niet dat de heer Van Olden er zo’n groot punt van maakt. Het gaat om ruim een kind per groep en daarbij zijn er dalende prognoses. Als de kinderen elders moet worden gehuisvest, moet er leerlingenvervoer komen dat duur is. Wil de heer Van Olden deze problemen? De heer Koorn vraagt zich af of men het nu hier over moet hebben. Dit kan ook op een later moment bij het onder de loep nemen van de huisvestingsverordening. De verordening waar het nu om gaat is ook door de heer Van Olden goedgekeurd. De heer Van Olden meent dat als de gemeente een investering doet van ruim een miljoen euro het past om na te gaan voor wie dit wordt gedaan. Nu zijn er twee klaslokalen gereserveerd voor leerlingen buiten De Ronde Venen. De heer Doorn meent dat zo niet kan worden geredeneerd. Er is sprake van een tot anderhalf kind per klas dat van buiten het postcodegebied komt. Dat is niet te vergelijken met het bouwen van vloeroppervlakte. Volgens de heer Van Olden gaat het om het principe. De gemeente betaalt op structurele basis mee aan ruimte voor kinderen buiten de gemeentegrenzen. Vanuit een gezond Kernenbeleid moet worden nagedacht over de aanzuigende werking van het gebied.
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
9
Wethouder Spil komt terug op haar eerste opmerking: het aantal kinderen van buiten binnen de OBS Piet Mondriaan is gelijk aan het aantal kinderen uit De Ronde Venen dat in de omgeving buiten de gemeentegrenzen naar school gaat. Daarnaast worden er onnodig problemen opgeworpen. De heer Van Olden gaat uit van een scenario waar men niet in de buurt komt. De heer Van Olden meent dat deze school tegen de trend in groeit. Wethouder Spil voegt toe dat in de prognoses ook de kinderen van buiten zijn opgenomen. Men komt niet in de buurt van het probleem. Daarom wil zij er nu geen oplossing voor zoeken. De heer Koorn heeft een vraag over de eindverantwoordelijkheid. In beginsel is dit het schoolbestuur, maar uiteindelijk de gemeente. Er kan dus een risico ontstaan. Wat doet de gemeente als het fout gaat? Het gaat dan om een basisschoolvoorziening die de gemeente moet regelen. Daarnaast merkt spreker op dat de normvergoeding in 2011 al een feit was en dus in de begroting opgenomen had kunnen worden. Lijst 8 Kernen heeft destijds als enige partij de begroting niet goedgekeurd. Verder merkt spreker op dat de school een garantie geeft dat de kinderen daar naar school kunnen. Spreker ziet de genoemde voorkeurspositie niet echt hierin. Heeft de gemeente een taak als het gaat om toezicht op de peuterspeelzalen? In hoeverre financiert men ruimte voor derden? Binnen het integraal kindcentrum kan de dagopvang immers worden uitgebreid. Spreker wil graag een toelichting hierop. De heer Van Kessel geeft aan blij te zijn dat er tegen de trend in van de dalende prognoses kinderen vanuit Zuidoost naar de OBS Piet Mondriaan komen. De heer Doorn wil weten wat de positie van de kinderopvang is op het moment dat er een organisatie ontstaat. Dan gaat het om de onderneming die de kinderopvang is in relatie tot de onderwijsvoorziening. De heer Melkman stelt dat de raad gevraagd wordt op vier punten te besluiten met een bijbehorend bedrag. Moet de raad alleen op de financiële punten besluiten? Hoe zit het met de onderwijskundige afspraken? Kortom: wat is de functie van de raad in dezen? Mevrouw Verbruggen is tevreden met de uitleg bij het staatje. De heer Stam verwijst naar de beantwoording van vraag 11 van de Lijst 8 Kernen op pagina 4. De OBS Piet Mondriaan is harder gegroeid dan in de prognose is voorzien. Als hij dit leest, moet spreker de heer Van Olden gelijk geven. Op pagina 8 bij de beantwoording van vraag 10a staat dat de bibliotheek en de kinderopvang per vierkante meter meer gaan betalen. Is de bibliotheek daardoor duurder uit? Op pagina 18 wordt bij vraag 36a geantwoord dat er vier appartementen worden overgedragen aan het schoolbestuur. Het gebouw wordt overgedragen voor onderwijsdoeleinden, maar wordt ook gebruikt voor kinderopvangdoeleinden. Voor het laatste is de gemeente niet financieel verantwoordelijk. Spreker wil meer transparantie als het gaat om het aantal vierkante meters, maar ook als het gaat om de belangen van verschillende partijen. Ook in de toekomst. Gaan kinderopvang en onderwijs niet door elkaar heenlopen, terwijl de gemeente alleen voor het onderwijs verantwoordelijkheid heeft?
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
10
De heer Rouwenhorst brengt naar voren dat in de Wet primair onderwijs staat dat scholen gelijk behandeld moeten worden. Wat zijn de implicaties voor scholen in de andere kernen? Daarnaast wil spreker weten wanneer de officiële aanvraag bij het college is ingediend door het schoolbestuur. Wethouder Spil antwoordt dat de gemeente alleen financieel verantwoordelijk is voor de huisvesting. Voor de overige zaken zijn de schoolbesturen verantwoordelijk. Zo meteen ontstaat de situatie dat alle scholen verantwoordelijk zijn voor het onderwijs in gebouwen die zij zelf beheren. Als het mis gaat, heeft de gemeente de verantwoordelijkheid dat de kinderen een plek hebben. De gemeente is niet verantwoordelijk voor tekorten die het schoolbestuur maakt. Er is dan een plek om een school te beginnen, dus dit risico valt mee. Ook de financiering met betrekking tot de kinderopvang is transparant. Iedere school kan lokalen verhuren. Daar kan de gemeente geen geld voor krijgen. Dit gebeurt op veel scholen en dit is hier niet anders. Het gebouw wordt van de school en het bestuur gaat het gebouw verdelen. Wat betreft de peuterspeelzaal heeft de gemeente de verantwoording voor de handhaving van het kwaliteitsniveau. In De Ronde Venen is dit uitbesteed aan de GGD. Daarnaast hecht de gemeente veel waarde aan voor- en vroegschoolse educatie, bijvoorbeeld als kinderen niet goed de taal spreken. Hiervoor stelt de gemeente geld beschikbaar. De huur die de bibliotheek moet betalen is marktconform. De bibliotheek gaat minder ruimte afnemen waardoor de kosten niet toenemen. De bovenverdieping gaat naar de school. De heer Hennink meldt met betrekking tot de vraag over de rechtspersoon dat Stichting PRIMA het bevoegd gezag is. Er zijn vier besturen en de bibliotheek blijft onafhankelijk. Men gaat ruimte van elkaar gebruiken. De wet verbiedt dat middelen vanuit het onderwijs naar de kinderopvang gaan. Daarom kan personeel niet worden uitgewisseld. Voor het creëren van de rechtspersoon die men voor ogen heeft, is nieuwe wetgeving van het Rijk nodig. Nu wordt gekozen voor samenwerking tussen de besturen. Alle onderwijsmiddelen worden als zodanig gealloceerd. De bedrijfsvoering wordt wel in elkaar gevlochten. Qua rechtspersoon verandert er voorlopig niets. Als wetgeving dat mogelijk maakt kiest men de beste oplossing. De prognoses zijn gebaseerd op de regels van het ministerie. De kinderen komen uit een vastgesteld verzorgingsgebied. Voor de OBS Piet Mondriaan zijn Holendrecht en Reigersbos doorgerekend voor 28 jaar. In 2028 komt men uit op 287 kinderen en in dit aantal zijn alle indicatoren meegenomen. De heer Stam merkt op dat uit de beantwoording van de vragen blijkt dat deze spelregels niet werken. Er zijn meer leerlingen. De heer Hennink licht toe dat er in het jaar 2000 geen rekening werd gehouden met het verzorgingsgebied buiten de kern Abcoude. In de huidige prognose wordt dit wel meegenomen. Het bestuur heeft in 2010, 2011, 2012 en 2013, dus elk jaar een aanvraag voor onderwijshuisvesting ingediend. De heer Rouwenhorst wil weten of alle gegevens zijn ingediend. Als er een begroting van kosten is bijgevoegd moet het college binnen 14 dagen beslissen. Is voldaan aan artikel 20, 21 en 22? De heer Rouwenhorst wil deze informatie graag schriftelijk per punt.
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
11
De heer Hoogenboom stelt dat de raad in 2010 heeft besloten om de aanvraag aan te houden voor een haalbaarheidsonderzoek. Er is toen ad hoc in overleg met het schoolbestuur een aparte procedure afgesproken. De heer Rouwenhorst krijgt deze informatie schriftelijk. De heer Stam herhaalt zijn vraag naar aanleiding van de beantwoording op pagina 18, vraag 36a, over de overdracht van de appartementen. De heer Koorn herhaalt zijn vraag over de normvergoeding. Waarom is deze niet meegenomen in de begroting? De heer Van Olden zegt dat de commissie alleen prognoses van scholen in De Ronde Venen heeft. Spreker wil graag ook de leerlingenprognoses in het aangrenzend gebied. Is er een maximaal aantal leerlingen per klas? Wethouder Spil zegt toe dat de heer Hoogenboom zal kijken welke prognoses de heer Van Olden nog meer kan krijgen. De heer Jansen geeft aan dat er geen vastgesteld maximaal aantal leerlingen per klas is. Volgens 2
jurisprudentie moet er 1.45 m per leerling beschikbaar zijn. Wethouder Spil stelt dat de normvergoeding wel is gemeld in de risicoparagraaf. In de begroting komen alleen cijfers die hard zijn. De afspraken waren aan het eind van het jaar bekend. De heer Okx voegt toe dat dit te maken heeft met de herindeling van Abcoude en De Ronde Venen. Het was niet opgenomen in het meerjarenperspectief van Abcoude. Pas in het laatste kwartaal kwam de normvergoeding in beeld. Wethouder Spil benadrukt dat het alleen om een financieel besluit gaat. Wat betreft de vier appartementen wordt de school op een andere manier verdeeld. Het gebouw krijgt een onderwijsbestemming. De schoolbesturen verhuizen. De heer Stam meent dat er ook dagopvang is. Die kinderen gaan niet naar school. Dus niet alle vierkante meters zijn voor onderwijsdoeleinden. De heer Hennink licht toe dat de boekwaarde van het gebouw bij de gemeente blijft. De exploitatie is de verantwoordelijkheid van het bestuur. De heer Stam meent dat het bestuur een voordeel heeft door het beschikbaar stellen van het volledige gedeelte. De heer Hennink antwoordt hierop dat daarvoor huur wordt betaald door de kinderopvang. Na tien jaar gaat die huur terug naar de gemeente. Wethouder Spil voegt toe dat er meer scholen in De Ronde Venen zijn waar kinderopvang van 0-4 jaar plaatsvindt. De voorzitter constateert dat het punt naar de meningsvormende raad kan.
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
12
5
Sluiting
De voorzitter sluit de vergadering om 21.55 uur. Aldus vastgesteld in de raadscommissie Inwonerszaken en Samenleving van 17 februari 2014. De griffier,
Commissie Inwonerszaken en Samenleving d.d. 29 januari 2014
de voorzitter,
13