VERSLAG VAN DE VERGADERING VAN DE COMMISSIE SAMENLEVING EN BESTUUR VAN 21 februari 2006.
Aanwezig: de heer G. Roeles (voorzitter) en de leden de heren R. Frensen, H. Buitenhuis, A.H. Jansen, F. Ronda, K. Kuipers, F. Klasen , mevr. A. Kramer - van Os, mevr. C.J.M. Bosman-Geurts, mevr. L. Scheperkeuter-Minkes, mevr. E. van der Scheer, mevr. J. Mulder-Reinders en mevr. H. Lugies. burgemeester dhr. B.J. Bouwmeester, wethouder mevr. T. Pot-Eland en wethouder dhr. P.H. Snijders. ambtenaren: de heer F.A.C. Lucassen (commissiegriffier). Afwezig: de heer R. Wilting (met kennisgeving) Publiek:
18 personen.
Agendapunten 1.
Opening en mededelingen De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom.
2.
Vaststelling van de agenda De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.
3.
Inspreekrecht De heer Ensink spreekt in naar aanleiding van het verslag van 24 januari 2006. Aan het eind van zijn betoog legt de heer Ensink de commissie de volgende vraag voor: “hoe realistisch was of is het plan om op het terrein van BBE een installatie met twee lijnen te bouwen”. Voor de inhoud van zijn inspraakreactie wordt verwezen naar de hierop betrekking hebbende bijlage.
4.
Vaststelling van het verslag van de vergadering van 24 januari 2006 Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld, met dien verstande dat de naam wethouder “Snijder” dient te worden gewijzigd in wethouder “Snijders”. Met de vaststelling van het verslag wordt niet ingegaan op de vraag van de heer Ensink en wordt zijn inspreekreactie voor kennisgeving aangenomen.
5.
Mededelingen/ingekomen stukken/terugkoppeling gemeenschappelijke regelingen Refererend aan de berichtgeving in de krant, deelt de wethouder mee dat het Algemeen Bestuur van de GGD Drenthe op 9 februari j.l. een extra bestuursvergadering heeft belegd. Het nieuwe hoofd middelen heeft de bedrijfsvoering vanaf 2003 tegen het licht gehouden en daarbij geconstateerd dat de GGD zich in een zorgelijke financiële situatie bevindt. De begrotingen / jaarrekeningen van de afgelopen jaren zijn elk jaar afgerond, waarbij de lasten door incidentele baten zijn opgevangen. Voor 2006 wordt er een nieuwe herziene begroting opgesteld en in verband met de slechte financiële positie van de GGD moeten er maatregelen worden getroffen: de organisatie / takenpakket zal worden doorgelicht en vanwege ziekte van het management is er inmiddels een interim-manager aangesteld. Tevens wordt er een plan van aanpak opgesteld voor 2007 en daarop volgende jaren. Voorts zal de GGD zich beraden op het uniforme (wettelijke) deel en het marktdeel van het takenpakket. Het college zal zijn bedenkingen/zorgen omtrent deze situatie verwoorden in een aan de GGD gerichte brief.
1
De heer Frensen is geschrokken van het dreigende financiële tekort na de fusie, die mede vanuit het oogpunt van kostenbesparing was ingezet. De heren Frensen / Buitenhuis en mevr. Lugies zijn tevreden met de reactie van het college richting de GGD, waarin de verontrusting t.a.v. de huidige situatie kenbaar wordt gemaakt. Voorts dient de vinger aan de pols te worden gehouden, waarbij tevens wordt gewezen op de eventuele consequenties m.b.t. de vorming van de veiligheidsregio Drenthe. 6.
Informatie van het college aan de commissie - Wethouder Snijders deelt mee, dat de Cliëntenraad van de Selkersgoorn te Dalen een verzoek heeft ingediend om maatregelen te treffen voor een betere bereikbaarheid van het gebouw. Het college wil dit probleem oplossen. De vraag is echter uit welk / wiens budget (wethouder Snijders of wethouder Bouwers) deze maatregelen moeten worden bekostigd. Binnen twee weken zal het college hieromtrent duidelijkheid verschaffen. - Wethouder Pot deelt mee dat de intentieovereenkomst m.b.t. het bedrijfsverzamelgebouw in 2004, onlangs heeft geleid tot de ondertekening van het huurcontract. Aan het Presidium zal worden voorgesteld in april hierover een informatiebijeenkomst te beleggen. - Wethouder Pot deelt mee, dat het college voor de nieuwe collegeperiode van 2006 tot 2010 vijf speerpunten voor het economisch beleid van de gemeente Coevorden heeft ontwikkeld: bereikbaarheid, acquisitie en promotie van bedrijventerreinen, toerisme en recreatie, verbeteren van dienstverlening en regionale samenwerking. De speerpunten worden nader omschreven ten behoeve van het beleid voor de komende vier jaar. De wethouder stelt voor t.z.t. hierover een informatiebijeenkomst te houden. - Tenslotte deelt wethouder Pot mee, dat binnen veertien dagen -als pilot- een elektronische subsidiecatalogus wordt gekoppeld aan het digitale bedrijvenloket. Deze catalogus is een gezamenlijke dienstverlening van de gemeente, de Kamer van Koophandel en de Belastingdienst, waarop bedrijven uit de regio eenvoudig alle subsidieregelingen kunnen raadplegen. Naar aanleiding hiervan wijst mevr. Lugies op het belang van persoonlijk contact; zij beschouwt het digitale (onpersoonlijke) bedrijvenloket als opstap naar een volwaardig persoonlijk bedrijvenloket. -
Wethouder Snijders meldt dat het concept-sportbeleid eerst ter bespreking wordt voorgelegd aan alle betrokken partijen in het veld, waarna de uitwerking ervan (inclusief het extra bij de begrotingsbehandeling beschikbaar gestelde bedrag), in een volgende raadsvergadering wordt behandeld.
Naar aanleiding hiervan geeft de heer Ronda de wethouder in overweging bij de uitwerking van het sportbeleid / WMO de (afgeschafte) activiteitensubsidies voor buurt- en speeltuinverenigingen te betrekken. In reactie hierop wijst de wethouder op het door de gemeente gevoerde doelgroepenbeleid (o.a. jeugd). -
Wethouder Snijders deelt vervolgens mee, dat de financiële consequenties van de bestuurlijke verzelfstandiging van de RSG De Nieuwe Veste in een volgende commissievergadering aan de orde wordt gesteld.
-
Mede naar aanleiding van een vraag van mevr. Kramer zegt de wethouder dat hij onlangs een gesprek heeft gehad met de directie / voorzitter van het bestuur van de Stichting Welzijn 2000. Tijdens dit onderhoud zijn onder meer de volgende onderwerpen aan de orde gesteld: reguliere werkzaamheden, stand van zaken m.b.t. beleidsgestuurde contractfinanciering en het jeugd- en jongerenwerk (o.a. het opzetten van een nieuw jongerenplatform). Overigens is de wethouder van plan deze jongerengroep onder te brengen in Pand 2 aan de Krimweg. Voorts zijn er afspraken gemaakt naar de toekomst en zal de stichting in het voortraject worden betrokken bij het realiseren van hangplekken.
Gezien de hoeveelheid informatie van het college is de voorzitter van plan in / met het Presidium van gedachten te wisselen over de wijze van informatievoorziening aan de commissie. 2
7.
Rondvraag In antwoord op een vraag van de heer Ronda over jeugdzorg /-beleid en de rol van de provincie hierin, zegt wethouder Snijders dat hij geen voorstander is van de aanpak zoals die door de zgn. “Gideonsbende” wordt bepleit in een artikel over de Wet op de jeugdzorg Binnenlandsbestuur van 10 februari 2006. De wethouder is tevreden met de huidige taakverdeling tussen de gemeente ( preventieve jeugdzorg) en de provincie (curatieve jeugdzorg); hij wil gebruik maken van de bestaande structuur (Algemeen Maatschappelijk Werk), waarbij hij tevens wijst op de goede samenwerking met de provincie. In antwoord op een vraag van de heer Buitenhuis inzake het RaadsInformatieSysteem zegt de burgemeester dat het RIS operationeel zal zijn op het moment van installatie van de nieuwe gemeenteraad i.c. 16 maart a.s.. De heer Kuipers spreekt zijn waardering uit voor het collegebesluit aan de speeltuincommissie van Dorpsbelangen Aalden een eenmalige subsidie te verlenen voor de herinrichting van de speellocaties in Aalden. De heer Klasen heeft geconstateerd dat posters van een politieke partij die niet deelneemt aan de verkiezingen over politieke affiches van andere partijen zijn geplakt op de daarvoor bestemde verkiezingsborden (billboards); hij vraagt of dit is toegestaan en/of hiervoor spelregels zijn opgesteld. De burgemeester zal onderzoeken of hiervoor een aparte regeling in het APV is opgenomen; in dat geval dienen de illegale plakactiviteiten te worden beëindigd. Afgezien daarvan vindt de burgemeester het een kwestie van goed fatsoen, respect te tonen voor de uitingen van de andere politieke partijen. In antwoord op een vraag van de heer Frensen zegt de burgemeester, dat een (andere) regeling m.b.t. ICT-faciliteiten voor de raad wordt voorbereid. Deze regeling is gereed bij de installatie van de nieuwe gemeenteraad. In reactie op een vraag van mevr. Kramer inzake de huisvesting van de jeugdsoos in Dalen, antwoordt wethouder Snijders dat het onderkomen in de voormalige brandweerkazerne tot de zomervakantie is gegarandeerd. De wethouder heeft volgende week een gesprek met de jeugdsoos en hij gaat er vanuit dat na zomervakantie een oplossing voor het huisvestingsprobleem is gevonden.
Opiniërend:
8.
Advies STAMM/samenwerkingscommissie fusie peuterspeelzalen gemeente Coevorden Voorstel van B&W: het samenwerkingsdocument en eindadvies voor te leggen aan de commissie Samenleving en Bestuur voor een opiniërend standpunt. De commissie stemt in met het vervolgtraject door STAMM CMO Drenthe om te komen tot een samenwerkingsvorm van de peuterspeelzalen in de gemeente Coevorden. De afzonderlijke commissieleden plaatsen de volgende kanttekeningen: - Mevr. Mulder geeft haar goedkeuring aan de ingeslagen weg, die kan rekenen op veel draagvlak onder de betrokken peuterspeelzalen. Zij is van mening dat aan de professionalisering kosten zijn verbonden en ziet de financiële onderbouwing daarvan met vertrouwen tegemoet. Overigens rekent zij erop dat de provincie bijdraagt in de financiering van het samenwerkingstraject. Tenslotte wijst zij op de stapsgewijze verhoging van de tarieven en op de gemeentelijke regeling waarop mensen met een bepaald inkomen een beroep kunnen doen voor een bijdrage in de kosten; - Mevr. Kramer gaat inhoudelijk akkoord. Zij pleit voor het terugdringen van de extra kosten t.b.v. de centrale administratie en de coördinator;
3
-
-
-
De heer Ronda is voorstander van een samenwerkingsverband voor het peuterspeelzaalwerk onder de paraplu van één stichting, waarbij de afzonderlijke peuterspeelzalen hun eigen identiteit behouden. Hij gaat akkoord met het vervolgtraject, er vanuit gaande dat er een kwaliteitsslag wordt gemaakt. Hij wil op de overheadkosten bezuinigen en heeft zijn bedenkingen tegen de harmonisatie van de tarieven; hij vraagt in hoeverre een gedifferentieerd tarief kan worden ingevoerd; Mevr. Scheperkeuter stemt volledig in met het voorstel (zowel t.a.v. de kwaliteit als de (meer)kosten) en benadrukt het belang van een centrale administratie / coördinator, waardoor de medewerkers van de peuterspeelzalen zich volledig op hun eigenlijke taak kunnen richten; In verband met de kwaliteitsslag spreekt mevr. Bosman zich in positieve zin uit over de voorgenomen fusie van de peuterspeelzalen. Zij plaats echter een kanttekening bij de harmonisatie van de tarieven / (inkomensonafhankelijke) ouderbijdrage op een bedrag van € 32,50. Zij vreest dat een aantal ouders vanwege de kosten (hoge ouderbijdrage) geen beroep meer zullen doen op de peuterspeelzaal en hun kinderen thuishouden. Zij wil inzicht in de meerkosten indien de tarieven / ouderbijdragen niet worden gewijzigd.
Naar aanleiding van bovenstaande geeft wethouder Snijders een toelichting op het samenwerkingstraject, waarbij een goede startpositie voor kinderen vanaf 0 jaar als uitgangspunt wordt genomen. Voorts wijst hij op de noodzaak van een overkoepelend orgaan en een coördinatiefunctie, waaraan onoverkomelijk kosten zijn verbonden. De wethouder is bereid de kosten t.z.t. tegen het licht te houden. Hij wil het fusietraject echter eerst goed op gang brengen, waarna e.a. wordt geëvalueerd.
Ter advisering:
9.
Subsidieverzoek Stichting Natuurkunst Drenthe Voorstel van B&W aan de Raad: 1. aan de Stichting Natuurkunst Drenthe voor het project “Verstild Water” een subsidie toe te kennen van € 12.500,--; 2. de uitgave van dekking te voorzien uit de reserve “kunst en cultuur”; 3. de 9de wijziging van de begroting 2006 vast te stellen. De heer Frensen geeft het college in overweging een beroep te doen op eventuele subsidiemogelijkheden van de Euregio (waarvan akte). Advies:
10.
De commissie brengt een positief advies uit aan de raad (hamerstuk).
Vorming Veiligheidsregio Drenthe Voorstel van B&W aan de Raad: in te stemmen met de vorming van één veiligheidsregio Drenthe. De heer Buitenhuis wijst nadrukkelijk op het gemaakte voorbehoud t.a.v. het model 1a, dat “de financiële onderbouwing het model moet ondersteunen”. Hij is van mening dat de politieke / democratische controle aan de orde moet blijven indien model 1a geen doorgang zal hebben en een heroriëntatie op de modelkeuze dient plaats te vinden. Voorts spreekt hij zijn bezorgdheid uit over de financiële situatie van de GGD. Tenslotte geeft hij (ondersteund door de heer Frensen) het college in overweging externe expertise aan te trekken c.q. op het traject in te zetten om te komen tot een efficiënte / effectieve samenwerking. De heer Klasen spreekt zijn twijfels uit over de voorgestelde vorming van de veiligheidsregio Drenthe: “is de voorgestelde veiligheidsregio wel de juiste keuze en komt het bestuur niet te ver van de burger af te staan”. Met inachtneming van de door de commissie geuite bedenkingen, stemt de heer Klasen -in tweede instantie- in met het door de overheid voorgestelde model 1a. 4
Mevr. Bosman is voorstander van een goede afstemming tussen de betrokken partijen. Zij wil echter een vinger aan de pols houden en vraagt zich eveneens af of de burger niet te ver op afstand wordt geplaatst. Mevr. Lugies pleit voor samenwerking als middel om de veiligheid te verhogen. Om grip op de ontwikkeling te houden, wil zij actief geïnformeerd worden over de voortgang van de vorming van de veiligheidsregio. Voorts spreekt zij haar bezorgdheid uit over de GHOR en de GGD. Mevr. Lugies geeft een positief advies, met dien verstande dat als model 1a niet haalbaar is e.a. -met de financiële consequenties- wordt teruggekoppeld naar de raad. Volgens de heer Frensen is de gemeente in feite door de minister voor een voldongen feit geplaatst. De financiële onderbouwing baart hem grote zorgen. Hij geeft een positief advies, onder voorbehoud dat de financiële onderbouwing het model moet ondersteunen. Voorts plaatst hij een kanttekening bij de verplichte samenwerking met de politie. Hij is eveneens van mening dat indien model 1a niet kan worden verwezenlijkt, de vorming van de veiligheidsregio opnieuw aan de raad dient te worden voorgelegd. Advies:
11.
Door de commissie wordt geadviseerd, de “Vorming Veiligheidsregio Drenthe” als “Bespreekpunt” te agenderen voor de eerstvolgende raadsvergadering.
Sluiting Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter de vergadering.
5