Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken gehouden op: 21 juni 2004 om 20.00 uur
Aanwezige leden
de heer W.G.J. Veen de heer R. van der Hoek de heer P.E.H. Kromdijk de heer R.F.N.W. Wols de heer J.F. Scheerstra de heer D. Pasterkamp de heer F.M.L. Wensveen de heer A.M. de Reuver de heer C.J. Smits
CDA (voorzitter) griffier PvdA CDA VVD VSP Maassluis Belang D66 ChristenUnie
Afwezig m.k.
de heer J. v.d. Maarel
VSP
Tevens aanwezig
de heer J.A. Karssen de heer A.G.M. Keijzer de heer R. Veenhoven de heer J.W. Muysson mevrouw A.S. van der Loo mevrouw A. Ouwens -Veenstra
burgemeester wethouder hoofd sector Algemene Zaken wijkpolitie district Waterweg sector Algemene Zaken notuliste (Notuleerservice Nederland)
Aantal publiek bij aanvang Aantal insprekers Aantal personen vragenhalfuur Einde vergadering om
: : : :
1 0 0 23.30 uur
Dit verslag is door de commissie aldus vastgesteld in de openbare vergadering, gehouden op 6 september 2004.
De griffier
De voorzitter
R. van der Hoek
W.G.J. Veen
Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
1 / 17
1. Opening van de vergadering De voorzitter opent de vergadering en heet iedereen van harte welkom. Er is bericht van verhindering ontvangen van de heer Van der Maarel. Hij wordt vervangen door de heer Pasterkamp. De voorzitter deelt mee dat de stukken die voor de vergadering aan de commissieleden zijn uitgereikt, ter kennisname zijn. Het betreft: - het besluit “Rijksbijdrage bijstandsbestrijdingskosten”, over onder andere de brand bij de pallethandel, waarbij een verzoek is gedaan aan de minister van Binnenlandse Zaken; - een overzicht “overleg bedrijfsinbraken”. 2.
Vaststelling van de agenda
Er zijn geen wijzigingen of aanvullingen op de agenda en deze wordt als zodanig vastgesteld. 3. Spreekrecht Er heeft niemand om spreekrecht gevraagd. 4. Vragenhalfuur Er heeft zich niemand gemeld voor het vragenhalfuur. 5.
Vaststelling van het verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken gehouden op 17 mei 2004 De redactionele kanttekeningen die zijn gemaakt zijn in het verslag verwerkt. Het verslag wordt, onder dankzegging aan de notuliste, vastgesteld. 6. Informatie van bestuurders en raadsleden uit commissies en instellingen Brandweer Waterweg De heer Kromdijk deelt mee dat de commissie met de brief van 22 april 2004 op de hoogte is gebracht van de manier waarop het bestuur uit de bestuurlijke impasse inzake de fusie Brandweer Waterweg wil komen. Het bestuur heeft een brief aan de ondernemingsraad gezonden en deze heeft zich unaniem uitgesproken voor de insteek van het bestuur en zich gedistantieerd van de uitingen in de pers. De ondernemingsraad wil naar de toekomst toe werken zoals het bestuur dit voor ogen heeft. Het dagelijks bestuur heeft daarop actie ondernomen en heeft een parttime interim procesmanager aangesteld, om voor de voortgang en verdere uitwerking van het fusieproces te zorgen. Het DB heeft de procesmanager, de heer Kaptein, op 9 juni 2004 aan alle medewerkers voorgesteld. Bij die bijeenkomsten waren alle medewerkers aanwezig evenals het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur. De bijeenkomst is in goede sfeer verlopen. Men ziet de besluitvorming naar de toekomst en de activiteiten van deze procesmanager met vertrouwen tegemoet. Tijdens die bijeenkomst is ook de positie van de heer Van Leeuwen ter sprake geweest. Deze is zonder wanklank besproken en geaccordeerd door de aanwezigen. De heer Kromdijk zal de commissie op de hoogte houden van de verdere ontwikkelingen. De heer Wols bedankt de heer Kromdijk voor zijn uiteenzetting en is blij dat het vertrouwen weer is hersteld. Hij begreep uit eerdere berichtgeving dat de heer Van Leeuwen zijn werk tot medio oktober 2004 zal voortzetten en dat er naar een opvolger zal worden gezocht. Hij vraagt of daarover al iets meer bekend is. De heer Kromdijk bevestigt dat de heer Van Leeuwen bereid is om tot 1 oktober 2004 commandant te zijn voor de lopende vakzaken. Dit is tijdens de bijeenkomst nogmaals bevestigd. Als er eerder een commandant is gevonden die geschikt wordt geacht om hem op te volgen, dan zal de termijn van de heer Van Leeuwen worden beperkt. Naar het zich laat aanzien zal het echter moeilijk zijn om vóór oktober een dergelijke persoon te vinden, omdat deze zowel brandweerkwaliteiten moet hebben als bestuurlijke kwaliteiten. De heer Wensveen bedankt de heer Kromdijk voor de informatie en de wijze waarop deze wordt gegeven. De uitingen in de pers, waar de heer Kromdijk over spreekt, waren zijn inziens voornamelijk ingegeven door het personeel. Hij krijgt nu een goede beeldvorming van de situatie, maar wil graag weten of deze ook wordt gedragen door het personeel, zodat de betreffende gemeenten verschoond blijven van verdere stennis in de krant. De heer Kromdijk antwoordt dat alle medewerkers aanwezig waren bij de bijeenkomst, zowel uit Vlaardingen als uit Schiedam en Maassluis. Er is geen onvertogen woord gevallen. Er is naar de werkwijze van de heer Kaptein gevraagd en hij heeft duidelijk uitgelegd dat hij de problemen zal inventariseren en ermee aan de slag zal gaan. Spreker heeft de indruk dat dit erg goed is gevallen bij het personeel. De heer Kaptein is iemand die goed bekend is in brandweerland en uit zijn wijze van presenteren bleek dat hij van wanten weet. De organisatie mag verwachten dat hij het proces leidt zoals gewenst en dat alle problemen en bezwaren die nu in de organisatie spelen, dan ook zo snel mogelijk tot het verleden zullen behoren en dat iedereen naar de toekomst kan werken om de fusie op een juiste manier zijn beslag te laten krijgen. De heer Wensveen merkt op dat er tijdens de vorige vergadering een rimpel is besproken met betrekking tot het management in Maassluis. Hij vraagt of dit probleem ook is verholpen. De heer Kromdijk antwoordt dat de problemen op alle locaties worden geïnventariseerd en dat dus ook het probleem dat mogelijk in Maassluis aanwezig is, zal worden benoemd en opgelost. Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
2 / 17
7. Rondvraag De heer De Reuver refereert aan het gesprek dat het college heeft gehad met de initiatiefnemers van de Museumhaven. D66 zou graag de resultaten van deze bespreking vernemen. Uit een gesprek dat een aantal commissieleden met de bewoners van de Keucheniusstraat hebben gehad, blijkt dat deze al langere tijd overlast hebben van de horecaroute. In het Horecaconvenant zou worden opgenomen dat horecaondernemers een belangrijke rol spelen om deze overlast te voorkomen. D66 vraagt naar de stand van zaken van het convenant en wanneer dit getekend zal worden. Spreker complimenteert het college voor de manier waarop dit de gemeente de afgelopen week extern heeft vertegenwoordigd. Wethouder Keijzer heeft in de regiobijeenkomst luid en duidelijk gepleit voor de verlaging van de snelheid op de A20. Wethouder De Visser heeft in een bijeenkomst over de Regionale Structuurvisie 2000 de belangen van Maassluis goed behartigd. Spreker vindt het een goede zaak dat bijna het gehele college bij de opening van de Midden Delflanddag was. De heer Smits zegt zijn opmerking met enige schroom te maken. Het doet de ChristenUnie genoegen dat er vaart wordt gemaakt met de reorganisatie van de ambtelijke organisatie, en de fractie weet dat het college in het kader van het dualisme de bevoegdheid heeft om de directie te benoemen. De fractie had het echter plezierig gevonden als het Fractievoorzittersberaad hierover was geconsulteerd. De heer Wols zegt dat er door een aantal politieke partijen is meegedaan aan de bewonersavond van de Keucheniusstraat. Hij vraagt of het college de verslagen heeft gelezen en met name de problemen die daarin worden gesignaleerd en wat het college daarmee zal doen. De heer Wensveen merkt op dat de partijen op die avond een afspraak hebben gemaakt om naar aanleiding van het verslag bij elkaar te komen, om ten aanzien van een aantal punten een initiatiefvoorstel te maken. Volgens hem moeten er tijdens deze commissievergadering geen vragen richting college worden gesteld. De heer Wols merkt op dat hij zich niet bewust is van deze afspraak. De heer De Reuver antwoordt dat deze afspraak met mevrouw Heijboer is gemaakt. De heer Wols juicht het toe als er met de verschillende partijen een bijeenkomst plaats zal vinden. Hij vraagt of de heer Wensveen het initiatief daartoe zal nemen. De heer Wensveen antwoordt dat hij dat graag zal doen en dat hij de partijen nog deze week zal aanschrijven. De heer De Reuver zegt dat hij toch graag een antwoord van het college zou krijgen op zijn vraag over de horecaroute, omdat dit niet alleen geldt voor de Keucheniusstraat maar ook voor de binnenstad. De heer Wols heeft nog een vraag. Er rijden steeds meer fietsers en brommers op het pad bij de Boonevliet, waar veel mensen wandelen en veel kinderen spelen. Er staan weliswaar hekken om bromfieters c.q. fietsers tegen te gaan, maar die zijn blijkbaar niet afdoende. Hij vraagt of de politie hier meer toezicht op kan houden. De heer Scheerstra zegt naar aanleiding van een opmerking van de heer De Reuver over het Horecaconvenant dat de heer Sitton wel zijn best doet en dat dit door de bewoners van de Keucheniusstraat ook volmondig wordt toegegeven, maar dat het mank gaat aan politietoezicht. Er is veel vandalisme na het uitlopen van de cafés. Er moet zijns inziens hard door de politie tegen dit vandalisme worden opgetreden, los van een plan van aanpak dat wordt opgesteld naar aanleiding van de bewonersavond. Spreker verzoekt de portefeuillehouder om daar inhoud aan te geven. Vervolgens vraagt hij wat er met de aanbevelingen en kritiekpunten wordt gedaan, die bij de evaluatie over de nooddrinkwatervoorziening zijn gegeven. Hij bedankt het college voor de uiteenzetting over de aanpak van de festiviteiten van de Jongerenraad in de binnenstad. De aanleiding tot de fout is echter in het gemeentehuis gemaakt, omdat er een brief ten onrechte als afgedaan was ingeboekt. Als de portefeuillehouder stelt dat de kosten van het huren van het podium voor Promotie Maassluis voor rekening voor de Jongerenraad zouden moeten komen, bepleit de VVD dat de gemeente Maassluis een evenredig deel van de kosten voor haar rekening neemt. De burgemeester Museumhaven Op dinsdag 15 juni 2004 is er overleg geweest tussen een aantal initiatiefnemers van de Museumhaven en het gehele college. Het college heeft met veel belangstelling kennis genomen van de ideeën die leven, om van de Maassluise buitenhaven een museumhaven te maken. Het college wilde met name graag weten op welke wijze dat kan gebeuren, welke middelen ervoor nodig zijn en wat er van het college wordt verwacht. Er is afgesproken dat de initiatiefnemers een formeel verzoek indienen bij het college. Het college zal zijn standpunt met de commissie Algemene Zaken overleggen. Als een akkoord wordt bereikt, zal realisatie in het najaar van 2004 kunnen plaatsvinden. Keucheniusstraat Spreker heeft nog geen kennis genomen van het verslag, maar kent de problematiek goed. Hij bestrijdt de opmerking dat er door de politie in de weekeinden niet wordt opgetreden. De politie is altijd aanwezig met extra versterking, maar de stad is groot en er zijn maar twee politiemannen voorhanden. Daarbij is het lastig om een grote groep van soms twee- of driehonderd jongeren in de gaten te houden. Sinds december 2003 gaan de zaken echter redelijk goed. Er zijn nu helaas weer een paar vervelende uitzonderingen. De raad moet echter zijns inziens niet te veel het signaal afgeven dat het slecht gaat in de stad, want dat is niet zo. Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
3 / 17
Hij heeft over deze zaken overleg met de politie, mede omdat de vervelende situatie zich voordoet dat het bij de haven door de verbouwing rommelig is. Dit zal nog tot september duren. De suggestie is gedaan om de Keucheniusstraat ’s nachts af te sluiten. Hij gelooft echter niet dat dit effect zal hebben en denkt dat er dan een situatie ontstaat die de veiligheid niet ten goede komt. Er wordt in overleg met de politie en de heer Sitton bekeken hoe de situatie versterkt kan worden. Horecaconvenant Spreker merkt op dat er door een aantal sprekers wordt verwezen naar het Horecaconvenant, maar dat het beter is om naar het arrangement te verwijzen, omdat dit toezicht en handhaving regelt. Op basis van het arrangement zal een tweede gesprek met de heer Sitton plaatsvinden. De burgemeester bepaalt vervolgens of de horecagelegenheid mag blijven bestaan. Het is vervelend voor de ondernemer, die zijn best doet, maar als de situatie zo blijft, zal spreker zich ernstig beraden of de horecagelegenheid open kan blijven. Er zijn grenzen aan zijn tolerantie. Als het bedrijf constant overlast blijft geven en men is het erover eens dat dit ernstig is, dan wordt het voor het bedrijf lastig om te blijven functioneren. Het bedrijf moet dan wellicht worden verplaatst vanuit de binnenstad. De heer Scheerstra merkt op dat ook wanneer het bedrijf naar een andere locatie wordt verplaatst, de jongeren op de terugweg naar huis een spoor van vernielingen zullen veroorzaken. Het moet volgens hem mogelijk zijn om prioriteit bij de politie te stellen om deze zaken aan te pakken. Hij herhaalt dat de VVD van de burgemeester vraagt om deze prioriteit toe te kennen. De burgemeester herhaalt dat er in het weekeinde op grote schaal politieoptreden is geweest, en dat het sinds december 2003 goed is gegaan, maar dat er nu helaas weer een paar vervelende excessen zijn geweest. Hij bestrijdt met klem dat de politie niet optreedt en kan desgewenst de processen verbaal tonen van optredens van de laatste maanden. De heer De Reuver merkt op dat Sitton al heeft aangegeven uit de binnenstad te willen vertrekken om de overlast terug te brengen. Hij vraagt of er hierover al gesprekken zijn geweest. De burgemeester antwoordt dat er globale gesprekken zijn gevoerd, maar dat het moeilijk is een plek te vinden waar Sitton heen kan. De heer Wensveen ondersteunt het betoog van de burgemeester. Hij merkt op dat de gezamenlijke partijen in het gesprek met de bewonerscommissie ook hebben gezegd dat er een grens is aan de tolerantie en dat er overwogen moet worden om het bedrijf te verplaatsen. Hij vraagt of de burgemeester er behoefte aan heeft om de gezamenlijke verklaring van de partijen over de overeenstemming die is bereikt bij de bewonersavond, met de partijen te bespreken. De burgemeester zegt dat, als de fractievoorzitters hem suggesties willen doen die tot resultaten leiden, hij deze vanzelfsprekend graag wil horen. Hij benadrukt dat er geen daders zijn en dat het daarom moeilijk is aan te tonen welk horecabedrijf aansprakelijk is. Hij benadrukt ook dat de raad van Maassluis een horecastad wil maken en dat dit inhoudt dat de raad de ogen niet kan sluiten voor de problemen. Reorganisatie ambtelijk apparaat / informatie Fractievoorzittersberaad Er is één informatieronde geweest. De raad heeft een brief van het college ontvangen over de benoemingen die er zijn geweest. De benoeming is een formele bevoegdheid van het college. Als de raad er behoefte aan heeft, wil spreker de secretaris graag uitnodigen om in het eerstkomende Fractievoorzittersberaad nadere uitleg te geven. Hij zal dit na de vakantie organiseren, wanneer het proces in de fase is gekomen waarin de afdeling ingevuld zal worden. Verkeer op de Boonevliet Hij zegt toe dit aan de politie te zullen doorgeven. Nooddrinkwatervoorziening De heer Veenhoven zegt dat de oefening omtrent de nooddrinkwatervoorziening zal worden geëvalueerd door de gemeentelijke rampenstaf. Aanpassingen die nodig zijn, zullen worden aangebracht. De interne evaluatie heeft inmiddels plaatsgevonden en het is zeker dat er aanpassingen komen. Jongerenraad en problemen rondom vergunningverlening Er zijn inderdaad kosten gemaakt, doordat er iets is gehuurd wat niet nodig bleek te zijn. Omdat het hier om subsidies gaat, komt dat geld in feite al bij de gemeente vandaan, maar als de raad vindt dat het college clement moet zijn in deze, dan zal dat gebeuren. 8. Toelichting van de politie op de marapcijfers eerste kwartaal 2004 De heer Muysson geeft een korte impressie van de operationele resultaten van het district van het eerste kwartaal van 2004 aan de hand van een PowerPoint-presentatie. Hij zal op een aantal punten inzoomen op de Maassluise situatie. Spreker licht een aantal punten toe. De eenvoudige milieuovertredingen zijn lastig om op te sporen omdat ze erg arbeidsintensief zijn. Daarbij zijn de doelen, die vorig jaar ook niet werden gehaald, voor 2004 opgetrokken. De verdachtendossiers verkeersovertredingen, die naar de kantonrechter gaan, zijn beroepszaken van mensen die niet betalen. De verdachtendossiers geweld hebben een doel van tien, maar het cumulatief staat op één. Het gaat hier ook om kantonzaken, met name overtredingen op het gebied van wapens en munitie. De HALT-verwijzingen kennen ieder jaar een piek in januari, die wordt veroorzaakt door de vuurwerkzaken. Dit jaar is het echter opvallend dat er een gering aantal vuurwerkzaken is. Men denkt dat dit komt door het veelvuldig repressief optreden in de voorgaande jaren of door de stevige controle op de verstrekking van vuurwerk. Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
4 / 17
De HALT-zaken kennen een afhandelingstermijn van vijf dagen. Dit is erg kort om een zaak afgehandeld te krijgen, maar er wordt naar gestreefd om het steeds sneller te doen. Het aantal zaken neemt af omdat HALT een aantal vaste klanten kent en HALT maar een beperkt aantal keren kan worden toegepast. Daarna komen de mensen in het normale strafrechtcircuit terecht. Bij de bekeuringen gaat men niet voor een topscore omdat dit te veel capaciteit kost. Bij de aangiftes valt op dat er meer zijn dan voorzien bij de geweldsdelicten, waarvan een deel huiselijk geweld betreft. Er is geen verklaring voor deze opvallende toename, maar het is een regionaal en zelfs landelijk beeld dat het aantal aangiftes van geweld toeneemt. Dit kan te maken hebben met de verminderde tolerantie van mensen en van de vergroting van de aangiftebereidheid van de politie. De invloed van de buurtagent speelt hierbij ook een rol. De vermogensmisdrijven laten een afname zien op een aantal belangrijke zaken. De woninginbraken nemen, ook voor Maassluis, fors af. Waarschijnlijk ligt de oorzaak hier in de preventiemaatregelen door de woningbouwvereniging en van de bewoners zelf. Een andere oorzaak is dat een aantal notoire inbrekers vastzit. Vervolgens zoomt de heer Muysson in op de specifieke situatie voor Maassluis en laat voor een aantal aspecten, zoals woninginbraken, diefstal uit auto’s en fietsendiefstallen de topwijken zien. Het aantal fietsendiefstallen noopt niet tot extra aandacht, omdat dit momenteel op een aanvaardbaar niveau is. Bij het aantal bedrijfsinbraken is het opvallend dat de hausse van inbraken in de maanden oktober tot en met december 2003, zich heeft doorgezet tot maart 2004. In januari 2004 is een groot onderzoek gedaan naar een groep, die werd verdacht van een groot deel van de inbraken. Deze groep is eind maart/begin april aangehouden. Dit heeft geleid tot een sterke vermindering van het aantal bedrijfsinbraken. In mei loopt dit aantal echter weer op, maar blijft nog wel binnen het acceptabele. In de maand juni is het aantal echter alweer fors toegenomen en bijna op het oude niveau. Er zal een nieuwe analyse worden gedaan naar de oorzaak. Het is bekend dat de dadergroep die is aangehouden niet voor alle inbraken verantwoordelijk was, maar er gaat een bepaald schrikeffect uit van de aanhouding van zo’n groep. Dit schrikeffect is echter tijdelijk. De inbraken zijn over het algemeen verspreid over winkels, bedrijven, sportcomplexen en scholen. In de maand juni zijn het echter specifiek bedrijfsinbraken. De heer Pasterkamp vraagt of de toename van de inbraken te maken kan hebben met het feit dat de dadergroep na een bepaalde periode weer vrij is gekomen. De heer Muysson beaamt dit, maar zegt daarbij dat het grootste gedeelte van die dadergroep nog niet is vrijgelaten. In maart 2004 is een actiedag van de politie en partners gehouden, de zogenaamde “Blauwe Verrassing”. Een dergelijke dag wordt weer georganiseerd kort na de zomer. Deze dag zal dan gericht zijn op de daguren. De aandachtvelden zijn dan onder andere: jeugd / scholen, milieu en openbaar vervoer. De integrale aanpak staat als intern thema op de agenda. De heer Muysson toont de resultaten van de eerste actiedag op 12 maart 2004. Het organiseren van zo’n dag kost erg veel capaciteit. Dit betekent ook dat er mensen worden ingezet, die normaal bureauwerk doen. Op zo’n actiedag zijn alle dienders ingepland. De heer Pasterkamp vraagt of zo’n actie ook op zaterdagnacht gerealiseerd kan worden. De heer Muysson zegt dat dit slechts een keer gedaan kan worden en daarna weer een hele tijd niet. De voorzitter bedankt de heer Muysson voor zijn presentatie en geeft de commissie de gelegenheid tot het stellen van vragen. De heer Scheerstra merkt op dat concrete inzet van de politie leidt tot verlaging van de aantallen. Hij zegt dat er over recidieven goede uitspraken zijn gedaan door diverse korpschefs in Nederland. De politie zou veel meer preventief moeten optreden. Hij bepleit dat dit zal gebeuren. Hij merkt op dat er in het stuk over de fusie van politiedistrict I en II staat dat de samenwerking/fusie in Vlaardingen, Schiedam en Maassluis steeds meer gestalte gaat krijgen. De aanleiding voor de fusie was om te komen tot kwalitatieve en kwantitatieve verbeteringen. Bij dit laatste denkt spreker toch aan meer blauw op straat. Hij stelt voor dat de commissie een presentatie krijgt over de stand van zaken rond de fusie. De heer Wensveen vraagt of de delicten door Maassluizers of door externen zijn gepleegd. De heer De Reuver vraagt wat de gevolgen voor het politiebureau in Maassluis zijn, met name voor de openingstijden, dat Vlaardingen het debriefingcentrum wordt. Voorts vraagt hij welke gevolgen de fusie kwalitatief en kwantitatief zal hebben en of Maassluis daardoor meer agenten in de wijken zal krijgen. De heer Wols zou graag de visie van de burgemeester en het college willen vernemen op het fusieproces. Ook hij zou graag weten wat er voor Maassluis door zo’n proces verandert. De heer Muysson antwoordt op de opmerking over preventie dat in het korps het fenomeen “tegenhouden” is binnengeslopen; nadenken over een slimmere aanpak dan alleen de boef vangen. Dit wordt al op veel plaatsen en momenten uitgevoerd. Op deze verandering van denken wordt stevig ingezet. Op de vraag waar de daders vandaan komen, antwoordt hij dat het opvallend was dat daders van bijvoorbeeld fietsendiefstallen, autokraken en een paar woninginbraken, voor het overgrote deel uit de woonplaats zelf kwamen en dat niet kon worden vastgesteld dat er een verschuivingseffect vanuit Rotterdam is opgetreden. Voor de bedrijfsinbraken ligt het anders en komen de daders voor een deel uit Maassluis en voor een deel uit het ten noorden van de regio gelegen gebied. Ook hier bleek echter dat de daders niet uit Rotterdam afkomstig waren. Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
5 / 17
De burgemeester zegt dat er door de korpsleiding district I en II op is aangedrongen om tot een verdergaande samenwerking te komen. Inmiddels werkt men in de Directe Hulpverlening (DHV) vrij nauw samen. Spreker ervaart zelf dat het voor de stad niet slecht uitpakt, hoewel dat op papier anders lijkt. De positieve verbeteringen die hij ziet, doen hem deugd. Feitelijk gezien komen er niet meer mensen bij, maar zal de top uit minder mensen bestaan. Hij zal de commissie informeren over de stappen die er in de loop van het jaar worden genomen. De bijeenvoeging van de directe praktijkzaken loopt goed. Er wordt gefuseerd op een aantal hoofdzaken. De leidingen blijven nog op zichzelf. Er is geen centraal nieuw hoofdkantoor, maar de debriefing gebeurt in Vlaardingen omdat de DHV in Vlaardingen zit. Vlaardingen en Schiedam blijven als hoofdkantoor voor district I en II functioneren. De heer Wensveen neemt aan dat gemeente Maassluis dit proces kritisch volgt en dat de verantwoordelijkheid voor huisvesting in Maassluis de aandacht blijft houden. Hij vraagt of de taken van het Maassluise politiebureau verminderd zullen worden. De burgemeester antwoordt dat deze blijven zoals die zijn. De heer Wols begrijpt dat er een beperkte inkrimping van de staf zal plaatsvinden en vraagt of het aantal formatieplaatsen wordt teruggebracht of dat de mensen anders worden ingezet. De burgemeester antwoordt dat er een natuurlijke afvloeiing zal plaatsvinden. Het gaat daarbij niet om de top, maar om de laag daaronder, waar door de samenwerking minder mensen aangesteld hoeven te worden. Het financiële voordeel dat dit geeft is helaas al in de laatste sterkteverdeling opgesoupeerd. De heer De Reuver merkt op dat volgens hem de bedoeling van de fusie is dat er meer blauw op straat komt. De burgemeester antwoordt dat het doel van de samenwerking is om kosten te besparen, om zo efficiënt mogelijk met mensen en materiaal om te gaan. De voorzitter sluit de discussie. Hij bedankt de heer Muysson voor zijn toelichting en geeft aan dat het de bedoeling is dat de heer Muysson eenmaal per jaar een uitgebreide presentatie aan de commissie zal geven. Gedurende de rest van het jaar zal de informatie met een toelichting aan de commissie worden toegezonden. Hij vraagt of de commissie akkoord kan gaan met deze gang van zaken. De heer Wensveen gaat hiermee akkoord, maar zou graag zien dat de presentatie dan meer wordt toegespitst op de Maassluise situatie. De heer Muysson antwoordt dat er met deze vraag rekening zal worden gehouden. De heer Kromdijk vindt het belangrijk dat de tendensen gevolgd zullen kunnen worden via een schriftelijke kwartaalrapportage, maar dat er nadere toelichting op de cijfers gegeven zal worden, als daartoe bij de commissie de behoefte bestaat. De voorzitter antwoordt dat de heer Muysson dit al in de voorbespreking heeft toegezegd. 9. Eerste Kwartaalrapportage 2004 De heer Wols heeft drie vragen. Meldpunt Veilig Maassluis Er is € 10.000,- beschikbaar gesteld voor onder andere een rapportage, die in het eerste kwartaal van 2004 zou verschijnen. Hij vraagt wanneer deze verwacht mag worden. Preventieprojecten Hij hoort weinig over voorlichtingsprojecten in de preventiesfeer en vraagt of deze er zijn. Reorganisatie stadhuis Hiervoor wordt onverwacht € 25.000,- gevraagd. Hij vraagt of het echt nodig is om externe adviezen in te winnen. De heer Kromdijk heeft dezelfde vraag als de heer Wols over het Meldpunt Veilig Maassluis. Hij vraagt ook hoe frequent er van dit meldpunt gebruik is gemaakt. Rampenbestrijding Hij vraagt nogmaals of er meer publiciteit kan worden gegeven aan de manier waarop de oefeningen plaatsvinden, hoe ze zijn verlopen en wat er al of niet uit wordt geleerd. Exploitatievergunningen horeca Er is opnieuw aangegeven dat dit soms een moeizaam traject is en dat er in het arrangement een aantal zaken wordt benoemd, maar dat de praktijk soms weerbarstig is. Hij neemt aan dat in die exploitatievergunning ook elementen uit het arrangement en de inspanning die van een ondernemer worden gevraagd aan de orde worden gesteld. Hij vraagt of arrangementen ook deel uitmaken van de exploitatievergunning, of dat het meer een beleidsmatig traject is, wat naast de exploitatievergunning loopt. De heer Pasterkamp Handhaving inzake caravans Hoe verloopt de handhaving van de wijziging van de APV inzake caravans? Handhaving en toezicht Waarom wordt het beschikbare budget niet gebruikt? Exploitatievergunningen De VSP vraagt of het college met de fractie van mening is dat er een rem moet komen op het verlenen van exploitatievergunningen. Als dit niet zo is, wat is dan de motivatie van het college? Bestuur en Concern / bezwaarschriften De VSP vraagt of de inhaalslag naar wens verloopt, of dat er na juni 2004 weer een voorstel voor extra personele lasten verwacht moet worden. Personeelsbeleid en organisatieontwikkeling Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
6 / 17
De VSP wordt graag op de hoogte gehouden van de vorderingen betreffende de verkenningen die zijn gestart, inzake samenwerking op het gebied van mobiliteit en in- en doorstroming met diverse gemeenten. De heer Wensveen Exploitatievergunningen horeca Er is gezegd dat er nog een aantal zaken te gaan is en Maassluis Belang vraagt of dit zaken betreft die op dit moment overlastgevend of urgent zijn. Aardbeving Marokko Hij vraagt hoe de actie, waarvoor € 5.000,- beschikbaar is gesteld, is afgelopen. Bezuinigingen formatie De commissie heeft een vertrouwelijk stuk gekregen over bezuinigingen op de formatie in het stadhuis. Het viel hem op dat het sectorhoofd Algemene Zaken wordt genoemd voor een aantal jaren en niet de rest P.M. Hij vraagt wat er dan wordt bezuinigd. Hij merkt op dat, als de informatie vertrouwelijk is, er op een andere manier antwoord kan worden gegeven. De voorzitter stelt voor om hierover niet te spreken, omdat het inderdaad om vertrouwelijke informatie gaat. De burgemeester zegt ook dat de informatie vertrouwelijk is en dat deze vanavond niet besproken zal kunnen worden. De voorzitter besluit dat er over vertrouwelijke informatie, die ook personen behelst, niet beraadslaagd kan worden. De heer Smits vraagt of de burgemeester nog iets heeft gedaan met de vraag van de ChristenUnie bij de Algemene Beschouwingen of de openstelling van de horecagelegenheden gewijzigd zou kunnen worden, omdat er ’s nachts slooptochten zijn in de stad. Het antwoord van de burgemeester was toen, dat hij de vraag positief waardeerde en erover na wilde denken. De heer De Reuver sluit zich aan bij de vragen over het Meldpunt Veilig Maassluis. Er komen klachten dat de meldingen te lang blijven liggen. Hij vraagt of hier iets aan gedaan is. Palletbrand Hij heeft begrepen dat de burgemeester met gedeputeerde Van Heiningen heeft gesproken. Hij vraagt of het klopt dat de eerder beloofde subsidie van de provincie er niet komt. De burgemeester Meldpunt Veilig Maassluis Dit loopt goed. Er zijn geen klachten over ontvangen, maar wel lof. De medewerkers zijn goed geïnstrueerd om direct op de meldingen te reageren. De evaluatie zal, zoals beloofd, na een jaar, dus in september 2004, plaatsvinden. Preventieprojecten Op de gemeentepagina staan regelmatig artikelen over dit soort projecten. Onlangs nog over de achterpaden. Kosten reorganisatie Het college heeft de gemeentesecretaris een beperkt budget gegeven om een coach bij het proces te betrekken, omdat het een complex proces is om de goede organisatievorm te krijgen. Het college kent natuurlijk de mening van de gemeenteraad om zo min mogelijk externen in te huren, maar heeft gemeend in dit geval een uitzondering te moeten maken. Het blijkt erg zinnig te zijn en hij hoopt dat de raad ermee akkoord wil gaan. Rampenbestrijding Spreker zal zorgen dat er aandacht wordt besteed aan het geven van meer informatie. Horeca De gewone horeca heeft in de vergunningverlening prioriteit gekregen en alle gelegenheden hebben inmiddels een vergunning. Verenigingen, kerken en sportkantines hebben nog niet allemaal een vergunning. Op de vergunning is het arrangement van toepassing, maar daarvan is niets in de vergunning opgenomen. Er zijn in december 2003 echter wel gesprekken gevoerd met de horecagelegenheden, waarin een toelichting is gegeven wat het arrangement betekent, hoe de gemeente met dit arrangement omgaat, wat er bij overtredingen en bij niet nakoming van de vergunning wordt gedaan. Een en ander is ook op papier gezet en aan de horecaondernemers toegezonden. Het convenant komt van Horeca Nederland en is nog niet klaar. Dit is een attitude document en gaat over de functie die horeca in de stad heeft en welke rol de ondernemer en de gemeente daarin spelen. Dit convenant moet uiteindelijk worden ondertekend door de diverse partijen. De heer Kromdijk vraagt of hij goed begrijpt dat het arrangement bepaalde regels weergeeft voor een ondernemer, maar geen onderdeel uitmaakt van de vergunning. De burgemeester beaamt dit. Het arrangement is bedoeld om aan te geven hoe handhaving en toezicht zijn geregeld en waarin wordt afgesproken wanneer de burgemeester kan ingrijpen. De orde in de buitenruimte wordt hier nadrukkelijk bij vermeld. APV caravans De heer Veenhoven antwoordt dat deze maand voor het eerst de verbodsperiode geldt, wat inhoudt dat er geen caravans mogen staan. Hierop wordt toegezien. De vrije periode start op 1 juli 2004. Hij zegt al effect te zien. De heer Pasterkamp merkt op dat hij helaas geen effect ziet. Handhaving en toezicht Op verzoek van de burgemeester verduidelijkt de heer Pasterkamp zijn vraag over dit punt. Het bedrag was bestemd voor het opzetten van een nieuw handhavingsbeleid. Omdat dit bedrag inmiddels voor een belangrijk deel is aangewend voor de versterking van handhaving en toezicht bij de sector Stadsontwikkeling en -Beheer is het ontoereikend. De heer Veenhoven zegt dat de gemeenteraad vorig jaar bij de Voorjaarsnota besloten heeft om een bedrag van € 75.000,- structureel beschikbaar te stellen voor handhaving en toezicht. Dit bedrag is voor aanstelling van personeel en zal daarvoor ook worden gebruikt. Bovendien is eenmalig € 25.000,- extra Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
7 / 17
beschikbaar gesteld voor de opbouw van de organisatie. Dat is gebruikt voor de inhuur van een medewerker van Stadsontwikkeling en een medewerker van Algemene Zaken, die samen voor de nota hebben gezorgd. Bezwaarschriften De achterstand is ingelopen en de situatie is weer op het oude niveau. De kleine impuls heeft daar goed gewerkt. Samenwerking / mobiliteit De overleggroep van de drie gemeentesecretarissen van Schiedam, Vlaardingen en Maassluis bekijkt hoe er, om kosten te besparen, tot intensieve samenwerking kan worden gekomen. In het begin was dit een aarzelend proces, maar recent is een goede doorstart gemaakt. Uit de Kadernota blijkt dat het college de moed heeft om een bedrag in te boeken in bezuinigende sfeer. Het is een zware opdracht, maar de wil is er om het te halen. Op korte termijn zal hierover meer informatie worden gegeven. Marokko Er is door de Stichting Ummah Wahida in de pers verteld wat deze met het geld ging doen. Er is inmiddels ook een inwoner van Maassluis op verzoek van de Woningstichting ter plaatse gaan kijken. Deze zal een rapportage maken en aan het college aanbieden. Het college zal deze aan de raad aanbieden, zodat deze op de hoogte is van de situatie in Marokko en van de maatregelen die moeten worden genomen. Hierover zal nog wel enige discussie gevoerd moeten worden, en spreker stelt voor om dit na het zomerreces te doen. Openingstijden horeca Spreker aarzelt over maatregelen omtrent de openingstijden, omdat de vergunningen inmiddels zijn verleend en hij daar moeilijk iets aan kan veranderen. Er is door de sector toegezegd om hier intern beleidsmatig een discussie over te voeren. Een notitie daarvoor is in de maak. Palletbrand Een kopiebrief aan het ministerie is vanavond aan de commissieleden uitgereikt. Hierin claimt Maassluis een bedrag voor de vergoeding van de gemaakte kosten voor het handhaven van de openbare orde en veiligheid. Het door de provincie aangegeven rijksfonds, het TIPP-fonds, bleek te zijn opgeheven voordat de brand uitbrak. Er is nog wel een ander fonds, waarover met de heer Van Heiningen tijdens zijn bezoek aan Maassluis is gesproken. Dit is een fonds om een industrieterrein te revitaliseren. Het terrein in de Kapelpolder zal echter niet worden gerevitaliseerd naar een bedrijventerrein. Zou dat wel gaan gebeuren, dan is er subsidie beschikbaar. De gemeentesecretaris heeft nog eens bij de Stadsregio aangeklopt om na te gaan wat er in het verleden is afgesproken rond de Kapelpolder, omdat er nog behoorlijke bedragen in de reserve staan. Er lopen dus op diverse fronten processen om zekerheid voor Maassluis te halen. Spreker verwacht dat de brief aan de minister op dit moment de meeste zekerheid biedt. De heer Wols vraagt of er bij dergelijke vergoedingen aan percentages moet worden gedacht of aan hele bedragen. De burgemeester antwoordt dat als de kosten worden erkend, het hele bedrag zal worden uitbetaald. Rem op het verlenen van exploitatievergunningen Spreker roept de discussie in de commissie SOB in herinnering. Er is een beleid in de stad rondom horeca en er is een bestemmingsplan, waarin is aangegeven waar horeca is toegestaan. Als een horecaonderneming zich wil vestigen, wordt de aanvraag aan het bestemmingsplan getoetst. Het college had een en ander in de leefbaarheidsverordening zuiverder willen regelen, maar de raad heeft hiermee niet ingestemd. Hij is van mening dat er een goede discussie moet worden gevoerd over wat de raad met de horeca wil. Er liggen over en weer verwachtingspatronen. De heer Wensveen vraagt de heer Pasterkamp wat de intentie van zijn vraag was. De heer Pasterkamp antwoordt dat zijn vraag was gericht op de Markt, omdat daar zijns inziens te veel horeca komt. De burgemeester herhaalt dat het college strikt volgens het bestemmingsplan werkt, maar dat het juist met de milieuverordeningssystematiek wat fijnmaziger had willen werken. De raad wenst dat instrument echter niet te gebruiken. De voorzitter neemt de suggestie van de burgemeester over en legt het verzoek bij de commissie neer om een thema te wijden aan de horeca. De burgemeester verzoekt daarbij de handhaving te betrekken. 10. Burgerjaarverslag 2003 De heer Scheerstra zegt dat de VVD-fractie erg is ingenomen met de kwaliteitsverbetering die het Burgerjaarverslag heeft ondergaan, zowel qua vormgeving als qua inhoud, en dat veel van de kritische punten die de fractie bij het vorige burgerjaarverslag had gemaakt, zijn overgenomen. De servicenormen en benchmarking zouden wellicht bij het volgende verslag aandacht kunnen krijgen. De VVD stelt voor het verslag te laten auditeren door het onderzoeksbureau van de VNG, het SGBO, zodat het volgend jaar nog beter zou kunnen worden. De heer Kromdijk vindt verslag helder en inzichtelijk. Het is een uitstekende weergave van alle activiteiten die de gemeente verzorgt, en ook de interactie tussen burgers en gemeente komt uitputtend aan bod, met cijfermateriaal. De vooruitblik en de verbeterpunten hebben ook de instemming van zijn fractie. Deze geven aan dat er kritisch wordt gekeken naar het eigen handelen en laten zien dat de bereidheid er is om de dienstverlening, waar dat mogelijk is, te verbeteren en dat met name ook de kwaliteit van de interactie met de burger een belangrijk punt is. Wanneer er een prijs te behalen valt, moet deze volgens spreker snel worden gehaald. De heer Pasterkamp complimenteert iedereen die op enige wijze heeft meegewerkt aan de realisatie van het burgerjaarverslag. Het is een duidelijk en overzichtelijk verslag, met mooie foto’s. Spreker brengt in herinnering dat de VSP op het eerste burgerjaarverslag nogal wat kritiek heeft geuit. Zo vond de fractie het te positief, omdat er genoeg kritische geluiden waren maar er niet werd gesignaleerd waar eventueel bestuurlijke tekortkomingen waren. De VSP plaatste ook vraagtekens bij de actie die de burger kon ondernemen in het kader van Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
8 / 17
burgerparticipatie. De kritische noot werd ondersteund door het SGBO. Het burgerjaarverslag over 2003 geeft echter volop informatie over het reilen en zeilen in de gemeente Maassluis. De burger krijgt goed inzicht in de taken en verplichtingen van de burgemeester. Er wordt over de kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening een goede uiteenzetting gegeven. Er is veel aandacht besteed aan inspraak en burgerparticipatie. Ook wordt de hand in eigen boezem gestoken, waar zaken mis zijn gegaan. Er wordt goed aangegeven wat de burger kan doen en bij wie hij moet zijn als hij het ergens niet mee eens is. Er worden diverse verbeterpunten aangegeven. De burger wordt uitgenodigd om mee te praten bij het samenstellen van het Burgerjaarverslag 2004. De VSP is erg tevreden over dit tweede burgerjaarverslag en blij dat de maker de kritiek van de VSP heeft meegenomen. De heer Scheerstra merkt op dat de VSP de maker van het stuk, mevrouw Van der Loo, een bos bloemen had beloofd als het tweede jaarverslag veel beter zou zijn. De heer Pasterkamp zegt dat dit inderdaad zo is en zegt toe hiervoor te zorgen. De heer Wensveen zegt dat dit verslag het eerste zeker overtreft en dat het hoog zal scoren in de race wie het beste burgerjaarverslag maakt. Hij vindt echter dat commissieleden een beetje bevoordeeld zijn, omdat zij het jaarverslag lezen door de bril van een raadslid. De meeste zaken zijn bekend of komen bekend voor, zodat zij het al gauw een compleet document vinden. Het is echter de vraag of een burger het herkent, en bij navraag blijkt dit tegen te vallen. Voor zover men het verslag al gezien heeft, vindt men het lastig leesbaar en weet men niet precies waar het over gaat. Spreker benadrukt dat het belangrijk is dat iets wat vanuit het eigen huis wordt geschreven, ook begrijpbaar moet zijn voor iemand die er ver vanaf staat. Spreker vraagt hoe de verspreiding is geregeld en waar dit gebeurt. Hij vraagt hoeveel verslagen er zijn gemaakt en of ze allemaal zijn verspreid, omdat er toch hoge kosten mee gemoeid zijn. Hij mist in het verslag informatie die de burgers rechtstreeks aanspreekt, zoals bijvoorbeeld de gezondheidszorg. Er zou iets vermeld kunnen worden over de HOEDEN, waar deze zijn en wie de artsen zijn. Hij zou het ook plezierig vinden als er iets meer over de gemeenteraad in zou worden vermeld. Hij mist een stuk over de Rekenkamer, terwijl er wel iets over participatie van commissies van burgers staat. De heer Smits vindt het een mooi boekwerk, waarin het taalgebruik steeds minder ambtelijk overkomt. Op pagina 4 zegt de burgemeester dat hij burgemeester wil zijn van alle Maassluizers, dat hij de relatie tussen gemeentebestuur, gemeentelijke organisatie en inwoners wil versterken en wil zorgen voor meer betrokkenheid van de burgers in de plaatselijke politiek. Op pagina 5 staat dat de burgemeester nadrukkelijk heeft ervaren dat Maassluis hem heel open en onbevangen tegemoet is getreden. Spreker vraagt zich echter af of de burgers zich wel zo ontzettend betrokken voelen bij de politiek, want hij merkt bij de diverse inspraakbijeenkomsten dat er korzeligheid is bij de burgers. Hij vraagt of de burgemeester dit in zijn vele contacten met de burgers ook ervaart en wat eraan gedaan kan worden. Spreker heeft vandaag weer een klacht gekregen van iemand die nog steeds geen antwoord heeft gekregen op een brief die al een aantal weken geleden is geschreven. Hij heeft het gevoel dat er in de communicatie tussen de burgers en het ambtelijk apparatuur nog wel iets kan verbeteren. De heer De Reuver heeft het burgerjaarverslag met genoegen gelezen. Uit het verslag blijkt dat de burgemeester het naar zijn zin heeft in Maassluis. In de terugblik stelt hij zich al kandidaat voor de verkiezingen in 2006 voor een gekozen burgemeester. Als het aan D66 ligt, mag hij weer burgemeester worden. Hij moet dan echter wel beloven dat hij op meer punten kan worden afgerekend. Het zou een goede zaak zijn als het Rotterdams Model met betrekking tot de veiligheidsindex ook in Maassluis zou worden ingevoerd. Dit kan dan in het volgende verslag worden meegenomen. Wat betreft de termijn van afhandeling van brieven heeft de burgemeester beloofd dat hij voor de zomer met duidelijkheid komt, naar aanleiding van de vragen die D66 hierover heeft gesteld. D66 mist in het verslag wat er uit de spreekuren van de burgemeester en de wethouders is gekomen. De wachttijd in de avonduren bij de loketten van burgerzaken is 45 minuten en dat is te lang. D66 vindt dat hier op korte termijn iets aan gedaan moet worden en dat het geen zin heeft om te wachten tot na de evaluatie. Het valt D66 op dat er al jaren geen gebruik wordt gemaakt van de ombudscommissie. D66 vindt dat deze ombudscommissie mag worden opgeheven en dat Maassluis zich moet aansluiten bij de Rotterdamse ombudsman, de heer Van Kinderen. Deze is onafhankelijker en professioneler. Hij is waarschijnlijk ook goedkoper en de Maassluise burger heeft meer vertrouwen in hem, zoals blijkt uit berichten die D66 bereiken. Het valt op dat de heer Van Kinderen voor de gemeente Vlaardingen vorig jaar 114 klachten heeft behandeld en dat er bij de Maassluise ombudscommissie geen enkele klacht binnenkomt. Dit klopt volgens spreker niet. Het groeiende aantal klachten over wegen valt ook op. De achterstand aan het wegonderhoud gaat de gemeente wreken en dient met spoed te worden teruggedraaid. D66 vindt dat er in de toekomst meer leesbare tabellen in het verslag zouden moeten komen, omdat dit de burgers meer aanspreekt. D66 vindt het een goed voorstel van de VVD om het verslag voor een audit aan de Stichting Rekenschap te geven, omdat het er ook volgens D66 erg netjes uit ziet. De heer Wensveen steunt het voorstel van D66 over de Rotterdamse ombudsman, mede gelet op de bredere kennis die de heer Van Kinderen heeft en de grotere toegankelijkheid. De heer Wols heeft het burgerjaarverslag met veel plezier gelezen en aan anderen laten lezen. Het is een stuk toegankelijker geworden dan het eerste verslag. Maassluis zou echter in een wat breder kader gezet mogen worden, want de stedenbanden zijn er niet voor niets. Hij mist ook de kengetallen van Maassluis. Zeker met de uitbreiding met de Dijkpolder en de bouw is het aardig om te laten zien hoe de stad in beweging is. Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
9 / 17
Het CDA heeft vorig jaar al vragen gesteld over de verspreiding en deze vragen leven ook bij andere fracties. Wat het CDA betreft zou het verslag veel breder verspreid mogen worden. Spreker stelt voor bij het verslag een soort executive summary bij te voegen, die in de gemeentegids geplaatst zou kunnen worden. Het verslag ziet er prachtig uit en de heer Wols geeft hiervoor zijn complimenten. De burgemeester bedankt de commissie voor de positieve reacties. Er is veel en heftig met elkaar gediscussieerd over de wijze waarop het verslag vorm zou moeten krijgen. De lof gaat zeker in de richting van mevrouw Van der Loo voor de stijl en de manier van verwoorden. Hij merkt tegen de heer Pasterkamp op dat de VSP de bloemen echt kwijt is. Het verslag is inmiddels verzonden voor een audit. Zodra hierover iets is vernomen, zal de commissie worden geïnformeerd. Het is een goede suggestie om te benchmarken en servicenormen op te nemen, hoewel benchmarken altijd een lastige zaak is. Spreker verzamelt de verslagen van collega’s en ziet dat veel gemeenten een andere wijze kiezen van verslagleggen. Hij is er, net als de raad, voorstander van om zaken meetbaar te maken. Er is nog geen veiligheidsindex, maar hij zou het waarderen als daartoe overgegaan zou worden. De discussies zijn in volle gang. De dienstverlening blijft een kwetsbare zaak. Hij neemt de uitdaging van de heer Kromdijk graag aan om daar wat scherper op te oriënteren en na te gaan of deze verbeterd kan worden. Hij heeft grote verwachtingen van de nieuwe organisatie, omdat deze platter zal zijn, waardoor de aansturing directer wordt. Hij zal niet nalaten een prijs te halen, als hij deze kan krijgen. Het college heeft inderdaad de hand in eigen boezem willen steken en toegegeven wat er niet goed is gegaan. Hier is voor dit verslag ook nadrukkelijk naar gezocht. De vraag van de heer Wensveen om de gemeenteraad meer in het verslag te betrekken, zal hij als aandachtspunt noteren. Op de opmerkingen over de vraag of de burger zich actief betrokken voelt bij de politiek, antwoordt spreker dat hij op de markt heeft gestaan om 125 burgerjaarverslagen uit te reiken. Hij merkte dat mensen in eerste instantie verbaasd waren, maar dat er al snel een interessante discussie ontstond. In De Schakel is een pagina gewijd aan de highlights uit dit verslag. De suggestie om een soort summary te maken zal hij overnemen. Er zijn 300 exemplaren gedrukt, want het is een kostbaar boekje. Deze zijn vrijwel allemaal uitgedeeld. Het verslag is op internet geplaatst, zodat het gedownload kan worden. Hij zou het graag ruimer verspreiden, maar het is te duur om dat in deze format te doen. Op de vraag om meer over bijvoorbeeld de gezondheidszorg op te nemen, antwoordt hij dat dit niet helemaal de taak is van het college. In het verslag moet vermeld worden wat het college doet. Er kan misschien wel een verwijzing worden gedaan. De suggestie over de HOEDEN vindt hij een goede en zal hij meenemen voor het verslag van volgend jaar. De Rekenkamer is belangrijk en moet zeker in het verslag worden vermeld. Spreker vraagt zich echter af of burgers geïnteresseerd zijn in uitgebreidere gegevens. De korzeligheid van de burger ervaart hij ook, met name in de grote hoorzittingen. Daaruit blijkt vaak wantrouwen naar de overheid. Er is in die richting nog wel wat te doen in Maassluis en daarvoor is de raad de eerstaangesprokene in de houding die deze naar de burgers aanneemt. De heer Smits denkt dat de korzeligheid ook voor een groot gedeelte aanwezig is door de manier waarop er met brieven van burgers wordt omgegaan. De burgemeester merkt op dat de politieke partijen de oren zijn van het gemeentebestuur. Op de vraag over de inhoud van de spreekuren antwoordt hij dat het college zou kunnen aangeven waarover is gesproken, maar dat er geen inhoudelijke informatie gegeven kan worden. Een spreekuur is een private aangelegenheid tussen een bestuurder en een burger en daarover moet niet inhoudelijk worden gerapporteerd. De heer De Reuver is het hier niet helemaal mee eens, omdat het volgens hem nuttig zou zijn geweest als de raad had geweten wat het college beloofd heeft aan de bewoners van de Keucheniusstraat. Nu moet de raad er via de bewoners achter komen. De burgemeester benadrukt dat het spreekuur vertrouwelijk is en dat hij dat graag zo wil houden. Als er politieke discussies zijn, weet de bevolking de raad goed te vinden. De politieke betrokkenheid van de burger is volgens hem groot in Maassluis. Spreker was dit niet gewend en vindt dit een compliment voor het politieke systeem. De heer Wols vindt dat vertrouwelijkheid juist de kracht is van de spreekuren. Mensen moeten daar vrij en in vertrouwen kunnen praten. De burgemeester herinnert zich dat er vorig jaar in de commissie ook een discussie is gevoerd over de ombudsfunctie en dat de commissie nadrukkelijk steun gaf aan de plaatselijke commissie en niet aan de ombudsman van Rotterdam. Kennelijk valt het aantal klachten in Maassluis dus inderdaad mee. De heer De Reuver zegt dat dit ook van een andere kant kan worden benaderd en dat de burgemeester volgens hem deze signalen ook kent. De burgemeester beaamt dit en zegt dat hij dit punt daarom vorig jaar aan de orde heeft gesteld. Helaas is er door de raad anders beslist. De stedenband wordt inderdaad niet in het verslag genoemd, maar het zou wel een goed item zijn. Over de wachttijden in de avond bij de loketten antwoordt hij dat zijn persoonlijke mening is dat Burgerzaken eigenlijk altijd open moet zijn. Daarover is echter een lastige, financiële discussie gevoerd en anders besloten. De wachttijd van 45 minuten is een exces, want 15 minuten is normaal. Als de raad dit toch anders wil, zal er geld Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
10 / 17
moeten komen. Hij is van mening dat de burgers hiermee een plezier wordt gedaan, maar respecteert de politieke keuze die is gemaakt. De voorzitter sluit de discussie en wenst de burgemeester succes bij het volgende burgerjaarverslag. 11. Voorstel aan de raad tot wijziging gemeenschappelijke regeling Stadsregio Rotterdam De heer Pasterkamp zegt dat de VSP akkoord gaat met het voorstel. De heer Wensveen merkt op dat, zoals bekend, Maassluis Belang altijd een beetje huiverig is voor de Stadsregio. Niet alleen vanwege het feit dat het nog niet echt een democratisch orgaan is, maar omdat de Stadsregio de neiging heeft zijn budget steeds wat op te schroeven met een aantal zaken die worden beloofd, maar niet nagekomen. De overname van personeel van Rotterdam door de Stadsregio is een zaak die al wat langer speelt en die door Maassluis Belang destijds niet met gejuich is ontvangen. Het is toen niet doorgegaan in afwachting van het democratische proces. Blijkbaar wordt het Rotterdam nu toch te veel en gaan de mensen nu wel over. In het stuk staat dat Rotterdam facilitair zal blijven ondersteunen. Er staat echter niet bij dat Rotterdam ook salarieel zal blijven ondersteunen. Als dat niet gebeurt, zal de Stadsregio volgens hem naar de gemeenten toe komen voor aanvullende gelden. De burgemeester antwoordt dat dit niet de bedoeling is. Het gaat hier om een technische, papieren wijziging en er wordt geen formatie toegevoegd. De rechtspositie van de mensen verandert wel. De heer Wensveen merkt op dat het voorheen zo was dat de Stadsregio gebruik maakte van de ambtenaren die voor rekening van Rotterdam kwamen. Hij vraagt nogmaals of het salarisgedeelte voor rekening van de Stadsregio komt. De burgemeester antwoordt dat dit zo is, en dat dit vroeger eigenlijk ook zo was, maar dat het toen indirect werd betaald. De mensen kregen hun geld van Rotterdam en de Stadsregio betaalde het salaris aan Rotterdam. Het werk dat de mensen voor de Stadsregio deden, werd ook door de Stadsregio betaald via een doorverrekening. Nu zal dat rechtstreeks gaan. De heer Wensveen begrijpt dan de klacht van Rotterdam niet dat zij evenredig meer betalen aan de Stadsregio dan de omringende gemeenten. De burgemeester zegt dat hij die ervaring niet heeft en dat het volgens hem ook niet zo is. Er wordt tijd geschreven, en de tijd die de Stadsregio gebruikt wordt vergoed. De heer Wensveen merkt op dat hij bij de komende begroting van de Stadsregio nog eens kritisch naar dit punt zal kijken. De voorzitter vraagt of de commissie ermee kan instemmen om het voorstel in de raad af te handelen als hamerstuk. De commissie gaat hiermee akkoord. 12. Voorstel aan de raad tot het nemen van een besluit op een tweetal bezwaarschriften Er zijn geen vragen of opmerkingen vanuit de commissie. Het stuk kan als hamerstuk in de raad worden behandeld. 13. Voorstel aan de raad tot het vaststellen van de concept-begroting 2005 Regionale Hulpverleningsdienst Rotterdam-Rijnmond De heer Scheerstra merkt op dat er aan de griffier is voorgesteld om een passage te schrappen. Hij vraagt of dit inderdaad is gebeurd. De voorzitter begrijpt van de griffier dat dit is gebeurd. De heer De Reuver heeft vernomen dat er overleg is geweest tussen de ministers en de burgemeester. In dit overleg bleek dat het systeem C2000 voorlopig niet zal worden ingevoerd, omdat de gebruikers er geen vertrouwen meer in hebben. In de nota staat echter dat er voor het product Meldkamer, waar C2000 een onderdeel van is, voor 2004 € 4,67 en voor 2005 € 4,77 per inwoner is gevraagd. Spreker vraagt of dit niet te ver gaat, gezien het feit dat de invoering van het systeem alweer wordt uitgesteld. De burgemeester deelt de zorgen van de heer De Reuver. Hij heeft vorig jaar namens de raad een voorstel ingediend om dit op andere wijze te doen, maar dit voorstel heeft het niet gehaald. Het bedrag is in de boeken over dit jaar opgenomen en bij recente navraag heeft de directie van de RHRR hem gerustgesteld. Hij heeft echter nog geen formele informatie ontvangen en het punt zal zeker in het volgende overleg aan de orde komen. Hij gaat ervan uit dat er wel een systeem zal komen, maar vindt ook dat het een zorgenkindje is. De commissie kan instemmen met het voorstel. Het voorstel kan in de raad als hamerstuk worden afgehandeld. 14. Toelichting door de burgemeester op het B en W-besluit inzake de ceremonie bij naturalisatie De heer De Reuver ondersteunt het voorstel van het college. Wat hem betreft hoeft er geen feestje te worden georganiseerd, maar moeten de zaken op een middag of een avond worden uitgelegd. De heer Scheerstra merkt op dat er bij dit agendapunt is aangegeven dat de burgemeester een toelichting zal geven. Hij zou deze graag eerst krijgen, voordat er verdere vragen worden gesteld. De voorzitter beaamt dit, maar weet niet of deze toelichting nog nodig is, na toezending van het stuk. De burgemeester wil toch graag een toelichting geven. Het college is positief over de gedachte die door het CDA is uitgesproken. De brief van het Ministerie geeft er ook aanzet toe. Het is in Nederland nog niet zo gebruikelijk, en de dienst aarzelt dan ook om een dergelijke ceremonie te houden. Het college is echter van mening dat deze georganiseerd kan worden, als de raad het wil. Er is echter geen geld om een grote ceremonie te houden. Het aantal naturalisaties dat de afgelopen vijf jaar heeft plaatsgevonden bedraagt 122 in 2000, 108 in 2001, 99 in 2002, 60 in 2003 en 16 in 2004. De drastische vermindering heeft te maken met het feit dat veel vreemdelingen niet kunnen voldoen aan de strengere voorwaarden die sinds 1 april 2003 worden gesteld om in aanmerking te komen voor naturalisatie. Een van deze voorwaarden is dat men voldoende ingeburgerd moet zijn, wat inhoudt dat Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
11 / 17
men behoorlijk Nederlands moet kunnen spreken, lezen, schrijven en verstaan en dat men zich moet kunnen redden in de Nederlandse maatschappij. Vóór april 2003 bepaalde een gemeenteambtenaar tijdens een kort gesprek of iemand voldoende ingeburgerd was, maar tegenwoordig moet men een naturalisatietoets afleggen bij een Regionaal Opleidingscentrum. Deze toets hoeft niet te worden afgelegd wanneer men in Nederland bepaalde diploma’s kan overleggen. De eisen zijn dus zwaarder geworden en als mensen daaraan kunnen voldoen, zou er best enige aandacht aan mogen worden gegeven. Het college is hiertoe bereid, maar de raad moet beslissen. De heer Smits zegt dat wanneer een handreiking wordt gegeven door de Minister voor Integratiebeleid, het een goede gedachte lijkt. Als er een welkom wordt gegeven voor nieuwe inwoners van Maassluis, lijkt het de ChristenUnie ook goed om dat voor nieuwe Nederlanders te organiseren. Bovendien geeft zo’n ceremonie, in welke vorm dan ook, de kans om aan te geven wat de gemeente verwacht van de nieuwe landgenoten en wat voor kansen men krijgt. Uit de enquête blijkt dat 7 procent van de gemeenten een dergelijke ceremonie houdt en dat men weet dat het op prijs wordt gesteld, dat 17 procent zeker weet dat het op prijs wordt gesteld, alhoewel men er geen invulling aan geeft, en dat ongeveer 8 procent aandacht besteedt aan het verkrijgen van het Nederlanderschap. De ChristenUnie pleit ervoor om tot een vorm van ceremonie over te gaan, omdat dit een positieve bijdrage kan leveren aan een goed integratiebeleid. De heer Wensveen zegt dat Maassluis Belang tegen een dergelijke ceremonie is. Over het algemeen zijn de voorstellen van het ministerie een sigaar uit eigen doos en dat is in dit geval ook zo, omdat de gemeenten de kosten zelf moeten betalen. Het aantal mensen dat voor een dergelijke ceremonie in aanmerking komt daalt sterk en de eisen worden strenger. In deze eisen zitten al zoveel elementen waardoor de mensen betrokken raken bij Nederland, dat het volgens hem niet echt nodig is om er apart in Maassluis aandacht aan te besteden. Als besloten wordt om het wel te doen, moet volgens hem incidenteel worden bekeken om hoeveel mensen het gaat. Er kan dan misschien één of twee keer per jaar een ceremonie worden georganiseerd. De heer Pasterkamp zegt ook dat de minister allerlei suggesties doet, maar er geen geld bij geeft. De VSP gaat daarom met het ambtelijk advies mee. De heer Scheerstra denkt dat de afname van het aantal mensen dat in aanmerking komt voor naturalisatie en de zware eisen juist wel een reden kunnen zijn om aandacht te besteden aan het verkrijgen van het Nederlanderschap. De VVD zou echter eerst een concreet voorstel van het college willen krijgen. Het college heeft besloten af te wijken van het ambtelijk advies en er ligt nu geen concreet voorstel of een kostenplaatje. De heer Wols is bijzonder blij als het gebeurt. Zo’n bijeenkomt onderstreept het belang dat de samenleving hecht aan het Nederlanderschap en het verkrijgen daarvan. Het Nederlanderschap houdt rechten en plichten in en kan met een simpele ceremonie worden gegeven, bijvoorbeeld in een bijeenkomst één of twee keer per jaar, zoals de heer Wensveen voorstelde. Een dergelijke ceremonie hoeft niet meer te kosten dan een kop koffie en een gemeentelijk boekje. Dat er behoefte aan is, blijkt in landen waar het allang gebruikelijk is, zoals Canada en Amerika. Mensen ervaren het als een onderstreping van het feit dat zij er echt bij horen. Het is ook vanuit de Maassluise samenleving belangrijk om aan te geven dat iemand erbij hoort. De heer Wensveen constateert dat hij op nationale of lokale feestdagen weinig mensen ziet die Nederlander zijn geworden. Juist op dat soort dagen kunnen die mensen aangeven dat zij er ook bij horen. De heer Wols merkt op dat het verkrijgen van het Nederlanderschap de bekroning is op een vrij intensief traject. In het inburgeringstraject leren mensen over de nationale feestdagen. De heer Wensveen merkt op dat het misschien zinvol is om een gemeente die wel zo’n ceremonie houdt, te raadplegen en na te gaan hoeveel procent van de mensen dit nu echt wil. De heer Smits zegt dat in het stuk staat dat gemeenten die het doen, gemerkt hebben dat de mensen het zeer op prijs stellen. De burgemeester vindt het een interessante discussie. Hij merkt dat er over het algemeen geen negatieve houding is, hoewel niet iedereen een ceremonie nodig vindt. Hij vindt het verzoek van de heer Scheerstra om het voorstel concreet te maken duidelijk en hij zal het college voorstellen een dergelijke notitie te maken. Hij merkt op dat hij ervaring heeft met het uitdelen van NT2 -diploma’s op het Albeda College. Dit is een vrolijk gebeuren, waar mensen heel erg trots zijn dat zij het hebben gehaald. Hij vond het een grote verrijking om te ervaren hoe trots de mensen zijn. 15. Raadsinformatiebrief inzake het plan van aanpak Stedenbanden De heer Pasterkamp merkt op dat blijkt dat mensen de weg niet weten om subsidies te vinden om de mensen in de betreffende landen te helpen. Het lijkt hem verstandig om bij de grote partijen, die een landelijke moederpartij hebben, aan te kloppen om de mensen in Nederland deze weg te wijzen. In Roemenië bevindt 40 procent van de bevolking zich onder de armoedegrens en daar moet iets aan gedaan worden. De heer Wols meent dat het in eerste instantie de taak is van de Roemeense regering is om de mensen de weg te wijzen. De heer Scheerstra zegt dat er ook een mogelijkheid zou kunnen zijn om in samenwerking met de Nederlandse ambassade in Roemenië te kijken naar de financiering van bepaalde projecten, omdat de goede wil wel aanwezig is, maar men niet weet hoe men het financieel rond moet krijgen. De VVD is er voorstander van te zorgen dat niet altijd dezelfde mensen naar die landen op bezoek gaan. De VVD is het eens met de gekozen opzet en wat de fractie betreft mag het college deze uitvoeren. Spreker vraagt of bekend is waarvoor er precies is getekend in de contracten, met name wat betreft de steden in Roemenië en de Oekraïne. De heer Wols zegt dat het CDA akkoord is met de aanpak. Het CDA vindt dat de stedenbanden niet leven onder de bevolking en dat daaraan meer aandacht moet worden gegeven. Hij is het met de heer Scheerstra eens dat er vaker verschillende mensen op bezoek moeten gaan in de landen, maar hij vindt ook dat er gewone inwoners, Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
12 / 17
vanuit hun persoonlijke belangstelling, mee zouden moeten gaan, zodat het ook onder die mensen meer gaat leve n. Het verhaal van de heer Pasterkamp gaat volgens hem nog verder, maar het is niet de taak van de gemeente. De gemeente kan wel via de lokale ambassades in de landen nagaan of er kleine projecten kunnen worden gestimuleerd. Misschien zijn er ook in de grote European Neighbourhood Programs middelen te vinden, en er zijn nog meer potjes in Brussel waaruit zou kunnen worden geput om zaken te financieren. De heer Pasterkamp zegt dat dit ook de intentie van de VSP is. Maar er zijn in Maassluis ook mensen bezig, en die moeten wegwijs worden gemaakt op het gebied van de subsidies. De heer Wensveen zegt dat Maassluis Belang akkoord gaat. Hij wil echter af van het gevoel, wat soms leeft bij stedenbanden, dat “wij er voor hun zijn”. In een stedenband moeten mensen van elkaar leren. Hij heeft zijn contacten met Hatvan als zeer leerzaam ervaren. Hij heeft een aantal jaren geleden met verbazing geluisterd naar hun democratie wat betreft het duale stelsel en gekozen burgemeesterschap. Men kan van elkaar leren op het gebied van visies op gebied van ruimtelijke ordening en grootstedelijke gebieden, maar ook op het gebied van cultuurschatten en de manier waarop daarmee wordt omgegaan. VNG International heeft daarvoor een subsidiepotje, dat zeker aangeboord zou kunnen worden. Hij is het eens met de opmerking dat de kennis onder de bevolking moet worden gestimuleerd. Van de zijde van de zustersteden leeft het echter sterker dan in Maassluis en het zou dus in Maassluis moeten worden bevorderd. De heer Smits is blij met de notitie en sluit zich aan bij de laatste woorden van de heer Wensveen en bij de woorden van de heer Wols. De burgemeester zegt dat het niet zozeer zijn bevoegdheid is om iets te doen aan wat de heer Pasterkamp noemt. De suggestie van de heer Scheerstra om contacten te leggen met de plaatselijke ambassades vindt hij interessant en belangrijk en neemt deze graag over. De uitwisseling loopt goed. De bezoeken die worden afgelegd worden voornamelijk gedaan door mensen uit de burgerij. Spreker wil graag de gedachte wegnemen, die altijd bij stedenbanden leeft, dat er alleen maar hooggeplaatste mensen naar de steden toe gaan. De heer Wols merkt op dat uit de verslagen blijkt dat het mensen betreft die in allerlei besturen zitten die erheen gaan. Het gaat er echter om dat het moet leven onder de bevolking. De burgemeester is van mening dat de heer Wols het niet moet bagatelliseren, omdat hij zelf het gevoel heeft dat het wel degelijk leeft onder de mensen. Een behoorlijk aantal mensen, met name in de sociaalculturele wereld, heeft echt leuke contacten opgebouwd door de jaren heen. De heer Scheerstra merkt op dat het goed zou zijn dat er ook in de pers aandacht wordt gegeven aan activiteiten die worden ondernomen volgens het plan van aanpak. De burgemeester neemt de handschoen op en zal aan de stichtingen doorgeven dat er betere communicatie moet komen. Er moet in de stichtingen ook voor worden gezorgd dat er nieuwe mensen komen, maar dit is vaak niet makkelijk. Hij heeft de contracten bekeken op de afspraken die zijn gemaakt. In 1992 is met Hatvan een vriendschapsverdrag gesloten op de terreinen van onderwijs, zorg, cultuur en economie. Het gaat hier om intentieverklaringen en niet om contracten. In 2001 heeft de raad besloten om met Beregszász en Kézdivásárhely een stedenband te vormen. Het doel van die verdragen is het leggen van relaties op een aantal beleidsterreinen, waaronder kennisoverdracht en maatschappelijke ontwikkelingen. Ook hier betreft het intentieverklaringen en geen contracten. In de verdragen staan geen financiële of andere rechtsbetrekkingen tussen Maassluis en de partnersteden. De burgemeester zal de stukken via de griffier aan de commissieleden doen toekomen. De suggestie van de heer Wols om Brussel erbij te betrekken, neemt hij over. Maassluis is lid van het VNG en deze is partner. Maassluis heeft daar in het verleden veel geld vandaan gehaald. Hongarije is echter inmiddels lid van de Europese Unie geworden en de fondsen zijn er niet meer. Spreker bedankt de commissie nogmaals voor de instemming en zegt toe de commissie op de hoogte te houden. Het college zal er alles aan doen om de stedenbanden bij de bevolking in Maassluis nog meer te stimuleren. De voorzitter sluit het onderwerp af en zegt dat het verslag van de Stichting Stedenband onder dank aan de stichting ter kennisname is aangenomen. 16. Voorstel aan de raad inzake de begroting 2005 en de jaarrekening 2003 van de Brandweer Waterweg De heer Wols zegt dat er bij de begroting staat dat eventuele overschrijdingen bij het einde van het boekjaar mogelijk zijn. Hij neemt aan dat de commissie daarvan vooraf een begrotingswijziging krijgt. De burgemeester merkt op dat dit zo zal zijn als het betrekking heeft op de begroting van Maassluis, maar dat het ook kan zijn dat het in de jaarrekening wordt verrekend. De heer Kromdijk antwoordt dat het in dat geval tijdens de rit met begrotingswijzigingen wordt aangegeven. De voorzitter concludeert dat het voorstel de instemming heeft van de commissie en dat het als hamerstuk in de raad kan worden behandeld. 17. Voorstel aan de raad tot beschikbaarstelling van een krediet Floriade 2012 in Oranjebuitenpolder De heer De Reuver merkt op dat in het Milieumonitoringsrapport van de Stadsregio staat dat de milieubelasting in en van het Rijnmondgebied zwaar is, en dat er alarm is geslagen voor de blootstelling aan roet en fijne stof veroorzaakt door het verkeer en de scheepvaart. De gedeputeerde van Zuid-Holland, de heer Van Heijningen, zegt in dat rapport dat voldoende groene ruimte in de woonomgeving voor de gezondheid van de burgers belangrijk is Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
13 / 17
en dat de milieubelasting van het verkeer moet worden teruggebracht, het groen moet worden behouden en de geplande uitbreiding ervan moet worden voortgezet. In de monitor wordt gepleit voor uitbreiding van de vier geplande groengebieden, waaronder de Oranjebuitenpolder. Onderzoek wijst uit dat het aantal gezondheidsklachten daalt met meer groen in de omgeving. In het rapport van de Floriade-organisatie, het zogenaamde mood-boek, wordt niet gesproken over de milieuaspecten van de vestiging van de Floriade. Er staat wel in dat de organisatie rekening houdt met een bezoekersaantal van 2,5 miljoen en dat de Oranjebuitenpolder kan worden bereikt met alle middelen van vervoer. Spreker vraagt of de opstellers wel weten waar zij over praten. In dit overbelaste gebied wordt met het milieu helemaal geen rekening gehouden. De verkeersdruk op de A20 zal meer dan verdubbelen en er kunnen files worden verwacht. Het schaarse groen wordt opgeofferd voor een theatraal spektakel. Spreker roept op om verstandig te zijn en voor de eigen groene omgeving te kiezen. Burgemeester Opstelten denkt alleen aan het economisch voordeel van Rotterdam en dat Rotterdam goede sier zal maken met de vestiging van de Floriade. Het economische voordeel voor Maassluis zal echter gering zijn, als het er al is. Spreker verwijst daarbij naar Zoetermeer en Haarlemmermeer. Maassluis krijgt echter wel de overlast. Als Maassluis de Floriade toestaat, zal dit grote negatieve gevolgen hebben voor Maassluis, ook in de verre toekomst. Het Zuid-Hollands Landschap heeft aangeboden te helpen met de herinrichting van het terrein nadat de Floriade is afgelopen. De plannenmakers hebben echter al andere voorstellen gedaan, namelijk om ter plaatse een grootschalig attractiepark te realiseren. Het vestigen van de Floriade is voor D66 onacceptabel en de fractie is verbaasd dat het college er in principe mee instemt. Het college kiest voor poen in plaats van groen en dat gaat D66 ver. Als het college toch instemt, moeten de inwoners van Maassluis er het laatste woord over krijgen door middel van een referendum. D66 geeft geen medewerking aan een verder onderzoek via een bidboek dat € 250.000,- moet kosten. De heer Smits zegt dat het de tweede keer is dat hij betrokken is bij de Floriade. De eerste keer was dat in Zoetermeer, waar hij raadslid was. In Zoetermeer moest uiteindelijk een wethouder opstappen vanwege de enorme financiële problemen die waren gerezen door de Floriade. Men rekende daar op 3,6 miljoen bezoekers, maar het werden er uiteindelijk maar 2,8 miljoen. De Floriade in 2002 in Vijfhuizen in de Haarlemmermeer heeft uiteindelijk maar 2,2 miljoen bezoekers gehad, terwijl de schatting lag op 3 miljoen. Het tekort werd uiteindelijk € 8 miljoen. Hoofddorp liet zien dat zo’n park niet buiten de grote stad moet worden gemaakt. De Floriade in de Oranjebuitenpolder, die 35 kilometer van Rotterdam af ligt, geeft onvoldoende mogelijkheden om het recreatief gebeuren na afloop van een bezoek in te vullen. Maassluis en de Westlandse gemeenten geven onvoldoende uitgaansmogelijkheden voor bezoekers om een bezoek aan de Floriade te verlengen. In september 2003 is ook aangegeven dat de aanleg van het Floriadepark ten gevolge heeft dat de aanleg van een complete infrastructuur zal leiden tot een complete bebouwing. De voorwaarden van de CDA -fractie om het park na afloop van de Floriade weer in de oorspronkelijke staat terug te brengen, was niet reëel. Op geen enkele wijze blijkt dat aan de vragen van de CDA-fractie tegemoet is gekomen. Uit de antwoorden op de vragen van Maassluis Belang blijkt dat er aan de afritten bij Maassluis, die nu al dichtslibben, niets wordt gedaan. Het college maakt zich er in zijn antwoord wel heel erg makkelijk van af met te zeggen dat het zijn zaak niet is. De heer Wols merkt op dat het over een ontwikkelingstraject tot 2012 gaat en dat uit het plan blijkt dat er infrastructurele werken komen. De heer Smits merkt op dat het college had kunnen aangeven dat dit het van het grootste belang vindt dat er iets gebeurt en dat dit op de daartoe bestemde plaats zal worden aangekaart. In het moodboek wordt aangegeven hoe makkelijk de locatie kan worden bereikt via de A20, A4 en A15. Het is echter bekend hoe overvol deze wegen nu al zijn. Er is in september 2003 ook gevraagd of een en ander geen financiële bijdrage van Maassluis zou kosten. Wethouder Keijzer heeft toen bevestigd dat dit geen kosten voor Maassluis zou opleveren. Nu komt de eerste aanvraag voor € 10.000,- echter al binnen. Spreker vraagt zich af hoe het college denkt dat Maassluis kan ontkomen aan de voorspelbare tekorten, als er in de voorbereiding al geld nodig is. Het wordt immers een gezamenlijk project van Rotterdam, het Westland, Rozenburg en Maassluis. Toen de burgemeester van Zoetermeer in zijn oudejaarsspeech 2003 met het plan kwam om de Floriade weer naar Zoetermeer te halen, heeft de totale gemeenteraad aangegeven zich niet voor de tweede keer in zo’n financieel avontuur te willen storten. De ChristenUnie wil zich niet wagen aan zo’n financieel avontuur, in verband met de excentrische ligging van het project, de financiële gevolgen voor Maassluis en de enorme bebouwing en verkeersdrukte die het met zich meebrengt. De heer Wensveen zegt dat uit de vragen die Maassluis Belang heeft gesteld al blijkt dat de fractie negatief staat tegenover de plannen. Maassluis Belang wil niet met een project te maken krijgen dat mogelijk een financieel debacle kan opleveren. In het moodboek staat niets over afdekking van risico’s bij deelname van Maassluis. Bovendien vindt spreker dat Maassluis op de rand van de waarheid leeft. De antwoorden op met name de vragen van D66 van 16 september 2003 gaven aan dat er bij het college nog niet zo heel veel bekend was over de Floriade. Op de vraag van D66 antwoordde het college dat het ontwikkelingsplan voor de Oranjebuitenpolder was vertaald in een voorontwerp-bestemmingsplan dat zal worden voorgelegd. Het college gaf aan dat dit bestemmingsplan geen rekening hield met een mogelijke Floriade. Op het moment van de beantwoording van die vragen ging Maassluis er nog van uit dat er een groenstructuur zou komen, die nodig was vanaf de Oranjepolder en Hoek van Holland richting het Delflandse groen. Maar nu ligt er een stuk vo or waaruit blijkt dat Maassluis ten hele is gedraaid. Volgens spreker komt dit omdat Rotterdam er baat bij heeft. Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
14 / 17
Wat betreft een mogelijke spin-off voor Maassluis heeft spreker inlichtingen ingewonnen in Pijnacker, dat niet al te ver van Zoetermeer af ligt. Pijnacker heeft weinig tot niets gemerkt van enige spin-off van de Floriade in Zoetermeer. Spreker gelooft daarom niet dat er voor Maassluis bij deze Floriade wel een spin-off effect zal zijn. Maassluis Belang wil geen geld aan het plan besteden. De heer Pasterkamp zegt dat alle uitspraken die zijn gedaan in lijn liggen met de mening van de VSP. De VSP gaat echter wel akkoord met een eenmalige betaling van € 10.000,- voor het samenstellen van het bidboek, maar benadrukt dat er geen cent méér betaald zal worden. Het college moet echter de mogelijkheid krijgen om uit te vinden wat de resultaten van het bidboek zijn. Maassluis kan zich in deze tijd, waarin de gemeente alles moet doen om te bezuinigen, echter niet permitteren om verder te gaan dan € 10.000,-. De heer Kromdijk zegt dat de opmerking van de VSP over de € 10.000,- hout snijdt. Er is op dit moment nog te weinig informatie om verder dan dit bedrag te kijken. De risico’s en de waarde van het project moeten beter inzichtelijk worden gemaakt om een eventuele verdere toekomst van het project mogelijk te maken. De PvdA fractie vindt ook dat de kosten beperkt moeten blijven tot het gevraagde bedrag. Planologisch doet zich misschien een aantal kansen voor die de moeite meer dan waard zijn, zoals de Blankenburgtunnel en het Oranjetrac é, die in dit project mede een rol spelen voor Maassluis. Spreker vindt het wat kort door de bocht om door onbekendheid met een aantal risico’s nu al niets met het project te maken te willen hebben. Misschien worden daarmee wel hele positieve kansen weggegooid. De heer Scheerstra zegt dat het college slechts uitvoering heeft gegeven aan een meerderheidsopvatting van de raad. Als Maassluis nee zou zeggen, dan sluit de gemeente zichzelf uit het hele proces, waardoor er niet bijgestuurd kan worden. Hij refereert aan de woorden van de heer Kromdijk over de Blankenburgtunnel en het Oranjetracé. De heer Pasterkamp merkt op dat hij vanmiddag heeft gehoord dat het nog minstens tien tot twaalf jaar zal duren voordat de tunnel gerealiseerd is. De heer Scheerstra merkt op dat als Maassluis een bijdrage zou kunnen leveren aan de levensvatbaarheid van een Oranjetracé, met name omdat er ontsluiting moet komen van de Floriade, Maassluis ook kansen heeft. Hij vindt dat Maassluis moet proberen bedreigingen om te zetten in mogelijkheden. Hij vindt wel dat er voor de toekomst intern op een rijtje moet worden gezet wat Maassluis als opties ziet, zodat de gemeente haar huid in het verloop van het proces zo duur mogelijk kan verkopen. De heer Smits vraagt op welke gronden de heer Scheerstra baseert dat het roer om zal gaan en Maassluis het samen met Rotterdam totaal anders zal doen dan Zoetermeer en Hoofddorp. Volgens de heer Wensveen weet de heer Scheerstra ook dat er al jaren geleden is gesproken over de functie van de Oranjebuitenpolder en dat alles wat Maassluis naar voren bracht, door Rotterdam naast zich neer werd gelegd. In het moodboek wordt Maassluis niet eens genoemd. De heer Scheerstra weet zeker dat, als Maassluis zich afzijdig houdt, de gemeente er de wrange vruchten van zal plukken, omdat de inbreng dan nihil is. Het is beter om actief een bijdrage te leveren aan de discussie. De heer De Reuver vindt dat er ook gekozen kan worden voor duidelijkheid, en dat Maassluis voor de toekomst voor groen kiest en het project nu al afwijst, in plaats van af te wachten. Hij vindt dat de VVD deze duidelijkheid uitstelt. De heer Scheerstra merkt op dat het Zuid-Hollands Landschap het plan ook omarmt. Er ontstaat een discussie tussen de heren Scheerstra en De Reuver over het Zuid-Hollands Landschap. De heer Wols denkt dat er niet alleen een heel goed groen plan naast Maassluis komt, maar ook een impuls voor de regio. Het is hem echter nog niet duidelijk of de kansen die worden geboden er ook echt zijn, en daarom onderschrijft hij de woorden van de heer Pasterkamp dat in dit stadium € 10.000, - voor een wat grondiger onderzoek geen weggegooid geld is, maar een investering in iets dat heel goed kan uitpakken. De CDA-fractie maakt zich zorgen over de afdekking van risico’s, de financiële consequenties en de vraag in hoeverre Maassluis betrokken is. De voorbeelden van de mislukkingen zijn ook het CDA bekend. Dit houdt echter niet in dat er niets moet gebeuren, maar dat er gekeken moet worden hoe het beter kan worden gedaan. Spreker vraagt zich af in hoeverre Maassluis er direct vruchten van zal kunnen plukken. Hij is het met de heer Wensveen eens dat een bezoek aan de Floriade niet betekent dat de hele regio zal worden bezocht. Hij denkt echter wel dat Maassluis ermee op de kaart zal worden gezet als gemeente in de buurt. De gedachte is om de bootverbinding met Rotterdam uit te breiden tot aan Hoek van Holland en ook de infrastructurele werken, waar Maassluis al jaren naar vraagt. Dit houdt in dat er niet alleen geld moet komen van Maassluis en de regio, maar ook van het Rijk. Dit moet allemaal worden onderzocht. Het gevraagde bedrag van € 10.000,- is zijns inziens een diepte-investering die dit onderzoek mogelijk maakt en het ook mogelijk maakt om later de keuzes te maken. De heer Smits zegt dat de € 10.000, - niet voor een onderzoek is, maar voor een promotieplan. Met dit promotieboek wordt er een uiteindelijke keuze gemaakt met welke stad de Nederlandse Tuinbouwraad in zee gaat. De heer Wols merkt op dat in dat promotieplan wel moet worden neergelegd of het waar te maken valt. Daarna is het dan de vraag in hoeverre Maassluis bij de organisatie betrokken wil en kan zijn. De heer Wensveen zegt dat al gebleken is dat Maassluis dit wil, omdat er anders geen geld gevraagd zou worden om mee te betalen aan dat boek. De heer Wols vindt dat op zijn minst moet worden onderzocht wat het voordeel van deelname is voor Maassluis en voor de regio en welke impulsen daarvan uitgaan. De gemeente zal zich er hard voor moeten maken dat na afloop van de Floriade het gebied een groen gebied blijft en dat het niet wordt bebouwd. De groene ruimte moet worden gegarandeerd. De heer Wensveen wijst er nogmaals op dat het college in september 2003 geen enkele fiducie had in de Oranjebuitenpolder en de Floriade, en dat er nu plotseling zo’n moodboek ligt. De voorzitter sluit de discussie en geeft het woord aan de burgemeester. Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
15 / 17
De burgemeester is verbaasd over de discussie. Volgens hem kan er zich voor Maassluis voor de toekomst iets ontwikkelen dat erg interessant kan zijn. Hij vindt het “angsthazerij” om er bij voorbaat al tegen gekant te zijn. Hij is teleurgesteld in de mening van de fracties die niets voor het plan voelen. Hij is blij dat een meerderheid van de commissie het verzoek van het college wil ondersteunen om mee te doen aan het samenstellen van een bidbook voor de Floriade. Hij geeft namens het college de garantie dat er in deze fase ook niet meer geld zal worden gevraagd dan deze € 10.000,-. In het bidboek zal moeten blijken of de locatie voor de Nederlandse Tuinbouwraad interessant is om daar een tentoonstelling te organiseren. Het gaat om een wereldwijde tentoonstelling, gedragen door de Nederlandse regering. Spreker is ervan overtuigd dat Maassluis zal kunnen meeliften in het proces. Men kan inderdaad constateren dat het Rijnmondgebied niet het fraaiste gebied is van Nederland en dat het gaat verrommelen als daar niets aan gedaan wordt. Dit kan een interessante uitdaging zijn. Het project is groen op een inventieve wijze en er moeten goede afspraken over worden gemaakt. Spreker is van mening dat er naast aantrekkelijkheid voor de Nederlandse Tuinbouwraad ook belangen zijn voor de effecten van de omgeving en de ontsluiting ervan. Het college van Maassluis wil deze zaken zeker aan de orde laten komen. Hij benadrukt dat het onverantwoord zou zijn om de aspecten van milieubelasting en verkeersveiligheid niet de revue te laten passeren. Hij ontkent niet dat er dreigingen zijn bij het organiseren van de Floriade, en zegt dat de risico’s goed moeten worden ingeschat. Het college zal zeker de mogelijkheden en risico’s op een rijtje zetten en aan de hand daarvan nagaan of verdere risico’s moeten worden genomen. Spreker is verbaasd over de uitspraken van de heer Smits, zeker nadat deze er in de laatste commissievergadering zo nadrukkelijk voor heeft gepleit om de economie in Maassluis te versterken en daarvoor behoorlijke investeringen wil doen. De heer Smits merkt op dat dit onderwerp niets met de economie van Maassluis te maken heeft, omdat deze er niet van profiteert. Hij vindt de burgemeester in deze erg naïef. Als twee gemeenten in 1992 en in 2002 gigantische verliezen lijden en als de totale gemeenteraad van Zoetermeer nu besluit om zich niet kandidaat te stellen, omdat zij niet weer een financieel debacle willen hebben, is het erg naïef om te denken dat dit Maassluis niet zal gebeuren. De burgemeester zegt dat de mensen aan de Waterweg nuchtere mensen zijn, maar dat er niet “angsthazerig” over dit soort processen moet worden gedaan. Er zijn voorbeelden waar het fout is gegaan, maar dat betekent niet dat Maassluis het op dezelfde manier moet doen. In de discussie over toerisme is opgemerkt dat Maassluis daar door de Floriade geen extra profijt van zal hebben. Volgens spreker geldt ook hier dat de manier van opstelling daarin belangrijk is, en welke kansen er gezien worden voor Maassluis. Iedereen die naar de Floriade gaat, komt langs Maassluis, en economisch gezien zou het dan erg dom zijn om daar geen graantje van mee te willen pikken. Een ander argument is de railverbinding van Rotterdam naar Hoek van Holland. Er zijn voor Maassluis interessante projecten in dit proces en het college wil zeker nagaan of Maassluis daar een procesmatige rol in kan spelen ten faveure van Maassluis. Spreker is geen voorstander van een referendum, zoals de heer De Reuver dat voorstelt. De afritten van de A20 zullen aan de orde moeten komen, maar dit moet omgebogen worden in positieve zin. Spreker geeft toe dat er in vergelijking met september 2003 een andere houding is ten opzichte van de Floriade. Het college kan zich echter vinden in de aanpak die door Westland en Rotterdam is gekozen, en heeft vertrouwen in die beide partners. Tweede termijn De heer Wensveen vindt het niet prettig dat de burgemeester stelt dat degenen die niet mee wil doen angsthazen zijn. Hij vindt dat iedereen recht heeft op zijn eigen mening en hij baseert zijn mening op het feit dat er nog niets bekend is en dat hij af moet gaan op suggesties. De heer Pasterkamp merkt op dat iedereen het volgens hem met elkaar eens is dat Maassluis zich op glad ijs gaat wagen. De heer De Reuver zegt dat milieuaspecten bij D66 een hele belangrijke rol spelen. D66 wil de omgeving van Maassluis groen houden en kijkt naar de toekomst van de bevolking. Hij heeft begrepen dat het college alle risico’s van verkeer, milieu en economische aspecten zal meenemen en dan pas zal beslissen of het ja of nee zegt tegen de Floriade. De voorzitter merkt op dat de raad uiteindelijk beslist. Hij concludeert dat de discussie over dit punt is afgesloten en stelt voor het stuk als hamerstuk in de raad te behandelen. De heer De Reuver tekent daarbij aan dat D66 tegen het voorstel is. De heer Smits zegt dat de ChristenUnie een stemverklaring wil afleggen. De heer Wensveen zegt dat Maassluis Belang dit ook wil. De burgemeester zegt dat hij er geen bezwaar tegen heeft om in de raad een discussie te voeren, omdat hij het een belangrijk thema vindt. 18. Raadsinformatie 1. Raadsinformatiebrief d.d. 19 mei 2004 inzake de bestuurlijke toekomst Koningshof De heer Wols zegt dat er een onafhankelijk bestuur wordt voorgesteld. Hij vraagt in hoeverre de gemeente daarbij betrokken zal zijn en wat een dergelijk bestuur zal kosten. Hij neemt aan dat er een onafhankelijke fondsenwerving komt. De burgemeester antwoordt dat er gereageerd is op de manier waarop het bestuur zijn kandidaturen stelt in de toekomst. Het college heeft gezocht naar een zekere betrokkenheid tussen het college en het nieuwe bestuur, om de relatie met de gemeente in stand te houden. Er is een manier beschreven die aangeeft dat er tussen het bestuur en de gemeente in het kiezen van de kandidaten geen vrijblijvendheid is. De stichting is autonoom en er Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
16 / 17
zijn afspraken gemaakt over de financiële gevolgen voor het gebouw. Hij zal nagaan hoe een en ander financieel is geregeld en zal de commissie daarover informeren. 2. Raadsinformatiebrief d.d. 7 juni 2004 inzake de fusie politiedistrict I en II Zie agendapunt 10. 19. Lijst van ingekomen stukken 1. Vereniging van Nederlandse Gemeenten 2. De heer De Wette, lid van de Klankbordgroep Lokale Veiligheid De voorzitter zegt dat de raad betrokken is geweest bij de selectie van de leden van de Klankbordgroep. Er is inmiddels een advertentie geplaatst en er zijn kennelijk ook al wat reacties. Nu wordt de commissie gevraagd in te stemmen dat de Klankbordgroep zelf een selectie maakt en vervolgens de raad wordt voorgesteld om die invulling te realiseren. De commissie kan instemmen met het voorstel. 20. Actiepuntenlijst De heer Wols zegt dat de Wet kwaliteitsbevordering rampenbestrijding op 21 juni 2004 in de commissie zou komen. Hij heeft echter nog niets gezien. De voorzitter zegt dat deze met een raadsinformatiebrief van 12 mei 2004 aan de raad is verzonden. De heer Wols merkt op dat het vaker gebeurt dat raadsinformatiebrieven hem niet bereiken. Hij zal hierover contact opnemen met de griffier. 21. Verder voorkomende zaken Er zijn geen verder voorkomende zaken. 22. Agendapunten volgende vergadering Er zijn nog geen agendapunten voor de volgende vergadering. 23. Sluiting Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter de vergadering om 23.30 uur.
Verslag van de openbare vergadering van de commissie Algemene Zaken – 21 juni 2004
17 / 17