VERSLAG van de openbare vergadering van de raad der gemeente Hengelo (O), gehouden op dinsdag 11 april 2006 te 19.30 uur
AGENDA: Port.H. 1. Opening 2. Vaststellen agenda 3. Vragenhalfuur (zie art. 37a Reglement van orde voor de Gemeenteraad) 4. Verslag vergadering d.d. 28 februari, 14, 16 en 29 maart 2006 (komt een van de e.v. vergaderingen) 5. Lijst ingekomen stukken en mededelingen
Hamerstukken 6. Aanpassing compensatie aanslagen OZB sportverenigingen (103683) 7. Herbenoeming leden van de programmaraad (106407)
Nijhof Ter Ellen
Overige raadsvoorstellen 8. Algemene subsidieverordening (105288) 9. Collegeprogramma 2006-2010 (boekwerk reeds in uw bezit; raadsvoorstel nu bijgevoegd) 10. Verkiezing en installatie wethouders 11. Vaststellen geloofsbrieven nieuwe raadsleden 12. Vaststellen geloofsbrieven fractievertegenwoordigers 13. Beëdiging nieuwe raadsleden 14. Wijziging Reglement van Orde voor de gemeenteraad 15. Wijziging Verordening op de raadscommissies 16. Benoeming raadsleden in diverse functies (110366) 17. Benoeming fractievertegenwoordigers als lid van de commissies 18. Benoeming W. Jager in Vertrouwenscommissie herbenoeming burgemeester 19. Instelling en taakstelling werkgeverscommissie griffier 20. Afscheid wethouder Nijhof
Ter Ellen Otten
VERSLAG van de openbare vergadering van de raad der gemeente Hengelo (O), gehouden op dinsdag 11 april 2006, te 19.30 uur. ======== Voorzitter is: de burgemeester, drs. F.A.M. Kerckhaert. Griffier is: drs. W. Wiertsema. Aanwezig zijn de leden: B. Akkus, Z. Alkan, mevrouw H.J. Buursink, B. Carlak (later), mevrouw H. Demiroz, mevrouw J.M.J. Doornbos-Geerdink, W. Dragt, G.A. ter Ellen, R.J. Fens, mevrouw C. Gemser-ten Bos, Y. Gouriye, J.W.M. Harink, mevrouw M.G. Heidkamp, J.T.J. Heijstek (later), W.L.M. van den Heuvel, mevrouw M.A. ten Heuw, mevrouw J.H. ter Hofte-Visser, S.M.A. Horsthuis, mevrouw M.C.M. Huiskes, W. Jager (later), L.F.M. Janssen, W.A. Joosten, G. Knegt, mevrouw M. Koopman, J. Kruiskamp, mevrouw B.M.C. Langenkamp-Mosman (later), W. Miedema, V.H. Mulder, W. Mulder, A. Otten, B. Otten, mevrouw A.E. Oude Alink, mevrouw E.Y. Prent (later), J.J.H. Rikkerink, mevrouw M.B. Rouwet-Smits, P.G. Rutgers, M. Vondeling, G.A.Th. Weber, mevrouw G.M. Weenink-Poorthuis en W.A. Winter. Afwezig is het lid: F. van Grouw. Aanwezig zijn de wethouders: G.A. ter Ellen, H. Kok, H.J. Nijhof, B. Otten en G.A.Th. Weber. 1. Opening. De Voorzitter opent de vergadering en spreekt als volgt: Dames en heren! Ik heet u van harte welkom, ook de belangstellenden, familie en kennissen op de publieke tribune. Ik zie dat daar ook mensen op hebben plaatsgenomen die tot vorige maand in deze raad zaten. Bericht van verhindering is ontvangen van de heren Heijstek en Van Grouw. 2. Vaststellen agenda. De agenda wordt zonder hoofdelijke stemming ongewijzigd vastgesteld. 3. Vragenhalfuur. De heer Miedema (ChristenUnie): Voorzitter! Naar aanleiding van de berichtgeving van gisteren en vandaag in de Twentse krant Tubantia heb ik de volgende vragen. 1. Is het college al langer op de hoogte van de problemen met het HEIM, zoals die door de pers naar buiten zijn gekomen? 2. Kan het college weergeven welke acties op dit moment worden ondernomen? 3. Een niet onbelangrijke vraag is: dreigen er meer tegenvallers? De Voorzitter: Dames en heren! De heer Ter Ellen, demissionair wethouder, zal de vragen van de heer Miedema beantwoorden vanuit zijn raadsbankje.
De heer Ter Ellen (wethouder): Voorzitter! Het college is vanzelfsprekend op de hoogte van alles wat reilt en zeilt bij het HEIM. Dat is met de raad afgesproken. Soms moet je niet onvoorwaardelijk afgaan op de berichtgeving in de krant en daaruit van tevoren conclusies trekken die niet helemaal correct zijn. Ik zal proberen aan te geven wat er werkelijk aan de hand is. Er spelen twee dingen. Allereerst wil ik iets zeggen over de openingsdatum. Het HEIM is voor een belangrijk deel een vrijwilligersorganisatie. Je kunt een heleboel dingen plannen, maar soms lopen die in het water omdat vrijwilligers niet altijd zo te sturen zijn als professionele medewerkers. Het is al een aantal keren gebeurd dat de directeur een openingsdatum gepland had. Ik kan mij herinneren: in maart, april en mei. De laatste was 15 mei. Dat leek redelijk definitief, want wij hadden een poging gewaagd om de minister naar Hengelo te halen. Die poging leek te lukken, maar uiteindelijk moest het bestuur vaststellen dat ook 15 mei niet haalbaar zou zijn. Althans, die datum zou niet tot een resultaat leiden waarmee direct een prachtig museum aan de Hengelose bevolking zou kunnen worden voorgeschoteld. Men heeft eigenlijk gezegd dat de voorbereiding nog een paar weken of langer zou moeten duren. Toen is aan mij gevraagd of ik wilde kijken of het mogelijk zou zijn om per 1 juli een opening voor het publiek te organiseren en in september of oktober de officiële opening te laten plaatsvinden, zoals bij de bibliotheek het
-2-
geval was. In de krant werd er gewag van gemaakt dat er financiële problemen zouden zijn. Onze financiële man gaat aankomende dinsdag met het HEIM over financiën spreken. Dat gaat echter absoluut niet over de eventuele overschrijdingen bij de verbouw. Heel de nieuwbouw verloopt immers binnen de door de raad gestelde financiële kaders. Wij verwachten wat dat betreft geen tegenvallers. Wel is er een tijd lang sprake van dubbele huisvesting. Dit geldt echter altijd bij dit soort instellingen. Wij hebben dat bij de bibliotheek gehad en nu ook bij de verhuizing van het HEIM. Wij proberen daar meestal een oplossing voor te zoeken, zo ook in dit geval. Dat is alles wat er speelt. De heer Miedema (ChristenUnie): Voorzitter! De wethouder spreekt van dubbele huisvesting, maar Tubantia maakt vanmorgen gewag van driedubbele huisvesting. Tot mijn verbazing moet Hazemeijer voor een deel ontruimd worden om daar weer spullen van het HEIM op te slaan. Ons is echter voorgehouden dat het HEIM in de Wilhelminaschool voldoende ruimte zou hebben. De heer Ter Ellen (wethouder): Voorzitter! Het feit dat het HEIM naar de Wilhelminaschool gaat, betekent niet dat de totale collectie daar neergelegd kan worden. Er zal sprake moeten zijn van opslag. Daar zoekt men naar. Holec zou een mogelijkheid kunnen zijn, maar wij weten nog niet of dat de oplossing zal worden. Ik kan er dus op dit moment nog geen zinnig woord over zeggen. Dit heeft echter niets te maken met de financiële situatie, want die wordt binnen de huidige financiële kaders opgevangen. Mevrouw Doornbos-Geerdink (Burger Belangen): Ik zou graag willen weten wat de strekking is van de informatie dat er een nieuw bedrijfsplan moet komen. Vorig jaar februari werd gezegd dat er een bedrijfsplan zou komen. Ik weet niet of dat er al is, want ik was niet aanwezig in de commissievergadering. Maar in de krant stond dat er een nieuw bedrijfsplan aan de gemeente zal worden aangeboden. Wat is de strekking daarvan? De heer Ter Ellen (wethouder): Dat is
11 april 2006.
precies hetgeen gevraagd is. Wij vragen het HEIM om ons een bedrijfsplan voor te leggen voor de komende periode. De Voorzitter: Dames en heren! Een verdere discussie hierover kan in de commissie plaatsvinden. Er is voldoende actuele informatie uitgewisseld. De Voorzitter verklaart hierna het vragenhalfuurtje voor geëindigd. 4. Verslagen vergaderingen d.d. 28 februari, 1 maart, 14 maart, 16 maart en 29 maart 2006. Deze verslagen zullen in een latere vergadering aan de orde worden gesteld. 5. Lijst ingekomen stukken en mededelingen. Ingekomen stukken. 1. Wijst op de ontwikkelingen en de opgaven voor gemeenten t.a.v. het invoeren van de 'omgevingsvergunning' en acht het raadzaam om deze ontwikkeling in de voorbereidingsdossiers t.b.v. de collegeonderhandelingen mee te nemen (107560). 2. EGEM stuurt E-paragraaf 2006 - 2010 t.b.v. het opstellen van het collegeprogramma (107655). 3. Vereniging Sport en gemeenten en NOCNSF vraagt aandacht voor sport en sportbeleid i.v.m. nieuwe gemeenteraad en vorming college (109198). 4. Stg. Natuur en Milieu & Provinciale Milieufederaties vragen i.h.k.v. het opstellen van het raadsprogramma om aandacht te besteden aan de kansen van energiebesparing in de bestaande woningbouw (109720). Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk te betrekken bij de behandeling van agendapunt `Beleidsprogramma´ op de agenda van de raadsvergadering. 5. VNG informeert over de actie 'VNG het
-3-
11 april 2006.
land in'; VNG wil hiermee de dienstverleningsproducten onder de aandacht brengen (107653). 6. MoNet informeert over vereniging (Mobiele Netwerkoperators) en mobiele telecommunicatie en de plaatsing van antenne-installaties (108221). Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten deze stukken voor kennisgeving aan te nemen.
maken van schoonmaakmiddelen die niet getest zijn op dieren en dit als voorwaarde te stellen bij aanbestedingen en offertetrajecten (109070). Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten deze stukken voor kennisgeving aan te nemen. 13.
7. VNG afd. Overijssel vraagt om kandidaatstellingen/voordrachten voor benoemingen voor bestuur en beleidscommissies VNG en VNG-afd. Ov. (108690). Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk ter afdoening in handen van het college te stellen. 8. Min. BZK informeert over benoemingsprocedure wethouders (108694). 9. Gedeputeerde Staten Overijssel beantwoorden statenvragen ex art. 39 v/h Reglement van orde van Groen Links statenleden betreffende de Luchthaven Twente (108966). Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten deze stukken voor kennisgeving aan te nemen. 10. VNG zoekt nieuwe kandidaten voor het nieuwe bestuur, de nieuwe beleidscommissie en het College van Arbeidszaken (108967) Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk ter afdoening in handen van het college te stellen. 11.
12.
Min. SZW stuurt verzamelbrief februari over relevante ontwikkelingen op het terrein van werk en inkomen (108989). Vereniging Proefdiervrij vraagt aandacht voor een verantwoorde wijze van schoonmaken door gebruik te
Mw. v/d Bosch vraagt zich af, n.a.v. bericht in de krant van 16.03.06, waarom de gemeente geen gelegenheid geeft voor het indienen van bezwaarschriften tegen de aanleg van de Zuidelijke Ontsluitingsweg voor de wijk Veldwijk Zuid (109075).
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk ter afdoening in handen van het college te stellen en de commissie Fysiek te informeren. 14.
Netwerkstad Twente biedt ontwerpjaarrekening 2005 aan van het Openbaar Lichaam Regionaal Bedrijventerrein Twente (RBT) (109196).
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk ter bespreking naar de commissie Fysiek te zenden. 15.
Inspectie Werk en Inkomen zendt rapport 'Handhaving: de controleschakel'; een onderzoek naar de werking van de controleschakel in de handhavingsketen (109326).
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk voor kennisgeving aan te nemen. 16.
Stichting Podium De Kleine Kunst stuurt open brief aan politici inzake toekomst Stg. Kleine Kunst (109396).
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk ter afdoening in handen van het college te stellen en de commissie Sociaal te informeren.
-4-
17.
CNV Dienstenbond doet dringend beroep op de gemeente om 24 en/of 31 december 2006 niet aan te wijzen als een koopzondag (109505).
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk ter afdoening in handen van het college te stellen. 18.
Gemeenteraad Oss zendt motie over de humane aspecten van de oude Vreemdelingenwet (108420).
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk voor kennisgeving aan te nemen. 19.
Scala Welzijnswerk zendt afschrift van een brief aan de raadsgriffie en doet voorstel om te komen tot bredere informatievoorziening (107719).
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk ter afdoening in handen van het college te stellen. 20.
Gemeenteraad Deventer zendt een motie over schoolgaande kinderen van asielzoekers (108590).
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het presidium besloten dit stuk voor kennisgeving aan te nemen. Mededelingen. De Voorzitter: Dames en heren! Op uw tafels ligt een memo van wethouder Kok over de sanering deelgebied 5 Hart van Zuid met een brief aan het projectbureau Hart van Zuid. Wij hebben gemeend om u daarvan direct in kennis te stellen. Die informatie kunt u tot u nemen. Als u wilt, kunt u daarop terugkomen in de volgende commissievergadering. Er is vandaag ook een “signalement” uitgegeven. Het was een gegeven dat Hengelo voor wat het grotestedenbeleid betreft in economisch opzicht slecht heeft gescoord; dat bleek vorig jaar ook uit de economische barometer. Wij hebben u nu geïnformeerd over de score van de totale
11 april 2006.
atlas en het grotestedenbeleid van Hengelo. Verder ligt er nog een grote map voor u van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). De VNG is hier geweest en heeft zich gepresenteerd bij de griffie, bij het ambtelijk apparaat en bij mij - de VNG bezoekt momenteel alle gemeenten en wil zich dienstbaar opstellen tegenover alle gemeenten. De VNG heeft voor de raadsleden mappen afgeleverd. De VNG heeft tevens benadrukt dat ze een website en een frontoffice heeft, die ook voor raadsleden bedoeld zijn. U kunt daar allerlei vragen stellen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten de mededelingen voor kennisgeving aan te nemen. 6. Aanpassing compensatie aanslagen OZB sportverenigingen (103683). De Voorzitter: Dames en heren! Dit punt is een restant van de vorige raadsperiode. Het voorstel moest preciezer worden geformuleerd. Het voorstel is nu correct. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 7. (Her)benoeming leden van de programmaraad (106407). De heer Janssen (PvdA): Voorzitter! Ver voor de gemeenteraadsverkiezingen heb ik mij wederom kandidaat gesteld voor de programmaraad, niet wetende dat ik gekozen zou worden in de gemeenteraad. Nu ik wel gekozen en reeds geïnstalleerd ben, wil ik mijn kandidatuur intrekken, conform de statuten van de programmaraad. Essent Kabelcom is geïnformeerd en zal een reservekandidaat oproepen. De Voorzitter: Akkoord. Dit lijkt mij correct. Mijnheer Janssen, dit was uw eerste optreden in de raad. Ik feliciteer u met uw maidenspeech. Het voorstel wordt, met inachtneming van de door de heer Janssen aangegeven wijziging, zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 8. Algemene subsidieverordening (105288).
-5-
De Voorzitter: Dames en heren! Ik heb begrepen dat over de algemene subsidieverordening al afdoende is gesproken. Er lijkt sprake te zijn van een hamerstuk, maar wethouder Ter Ellen wil er nog een mededeling over doen. Misschien wilt u daar vervolgens op reageren. De heer Ter Ellen (wethouder): Voorzitter! Gisteravond kwam dit onderwerp aan bod in de commissievergadering. Er was een inspraakreactie van de Vereniging voor Wijkwelzijnsvoorzieningen. Daarbij ging het er eigenlijk om dat men stelde dat artikel 23 van de verordening aangeeft dat er geen voorzieningen of bestemmingsreserves mogen worden gevormd met het oog op ziekte van personeel. Men gaf aan dat dit bij de start van de Vereniging voor Wijkwelzijnsvoorzieningen nu juist wel was toegestaan aan de verenigingen en dat daarvoor een voorziening was gevormd. Wij hebben aan de insprekers medegedeeld dat wij dat vandaag nog even zouden bekijken. Het is niet de bedoeling om met de nieuwe verordening bestaande afspraken te wijzigen of daar inbreuk op te plegen. Wij hebben even gekeken naar hoe een en ander in elkaar zit. Ik heb beloofd dat ik daarover vanavond aan de raad een mededeling zou doen. De zaak komt op het volgende neer. In feite zijn bij de Vereniging voor Wijkwelzijnsvoorzieningen twee voorzieningen getroffen. De eerste betreft een voorziening van 5% van de loonkosten in verband met het accommodatiegebonden beheer. Dat betekent dat elke lidaccommodatie van de vereniging mensen kan inhuren die gedetacheerd zijn vanuit de SB. Dat is dus een regeling die eigenlijk al bestond bij de voormalige Hengelose Centrale van Speeltuinen en klaarblijkelijk met toestemming van het college is voortgezet in de huidige regeling. De tweede voorziening is een vergelijkbare voorziening, maar dan niet voor beheerspersoneel, maar voor agogisch personeel. Het agogisch personeel wordt ingehuurd via Scala. Daar is een detacheringovereenkomst voor afgesloten. Daarbij is geregeld dat bij ziekte geen vervanging vanuit Scala geregeld wordt. Wel is het zo dat Scala extra wil inhuren voor de vervanging. Dat betekent echter dat er extra kosten gemaakt moeten worden en dat is nu juist de reden waarom deze voorziening er is. Het
11 april 2006.
toenmalige college heeft toentertijd daarmee ingestemd. Nu is de gedachte achter artikel 23 dat wij op de juiste manier gebruik moeten maken van subsidiegelden en dat die gelden in principe bestemd zijn voor activiteiten en niet voor personeel, zeker niet voor het opvangen van de kosten van ziekte van personeel. Dat betekent dus eigenlijk ook dat het toestaan van een dergelijke voorziening kan leiden tot ongelimiteerde voorzieningenposten. Dat laatste correspondeert niet met de huidige regeling. Sterker nog: iets dergelijks is in strijd met de nieuwe regeling. Hoe wij op het voorgaande moeten reageren, heb ik zojuist al aangegeven. Het college heeft toentertijd met de zaak ingestemd. Wij stellen daarom voor om, gelet op het feit dat met de nieuwe regeling niet beoogd is om aan bestaande afspraken te tornen, wij het besluit van het college alsnog continueren en dat wij deze specifieke situatie toestaan. Dit met de aantekening dat deze afspraak geen algemene werking kan krijgen. De raad hoeft dat niet formeel vast te stellen, aangezien het hier een besluit betreft dat door het college genomen kan worden. Daarmee zou deze zaak geregeld kunnen zijn. Mevrouw Doornbos-Geerdink (Burger Belangen): Voorzitter! Toentertijd is met het college de betrokken regeling afgesproken, omdat de verzekering van dit soort voorzieningen dusdanig hoog was, dat een dergelijke regeling financieel voordeliger was dan het treffen van een reservering van een aantal procenten per instelling. Ik zou dus graag willen dat wordt gekeken naar hoe daarmee in de toekomst moet worden omgegaan. Als de verzekering voor de organisatie dusdanig hoog is, dan zal ze toch weer op de een of andere manier bij ons terugkomen voor geld. Ik weet niet of dit de gang van zaken is, maar ik vind wel dat wij moeten bekijken hoe moet worden omgaan met het personeel van dat soort organisaties. De heren die hier gisteren ingesproken waren, zouden geïnformeerd worden. Is dat gebeurd? De heer Fens (VVD): Voorzitter! Als je subsidie geeft omdat je activiteiten wil genereren, dan heb je toch personeel nodig om die activiteiten uitgevoerd te krijgen? Als het personeel uitvalt, dan zul je er toch voor
-6-
moeten zorgen dat de activiteiten kunnen doorgaan. Daar is geld voor nodig. Of zie ik dat verkeerd? De heer Ter Ellen (wethouder): Voorzitter! Het college heeft altijd de mogelijkheid om in bepaalde gevallen maatwerk te leveren. Wij doen dat dus in dit geval ook. Ik begrijp dat de heer Fens daar gisteren in de commissie wat problemen mee had. Als zich de door mevrouw Doornbos geschetste bijzondere situatie voordoet, dan denk ik dat wij als college de vrijheid moeten hebben om daar een speciale voorziening voor te mogen treffen. Ik principe zou ik echter willen uitgaan van de algemene stelregel dat subsidies bedoeld zijn voor activiteiten en niet voor dit soort dingen. Als je dit soort dingen ongelimiteerd zou toestaan, dan denk ik dat subsidiegelden op een verkeerde manier gebruikt gaan worden. Op de vraag van de heer Fens kan ik antwoorden dat wij inderdaad personeel nodig hebben. Subsidies zijn echter in principe niet bedoeld voor personeel. De Voorzitter: Dames en heren! Ik denk dat het duidelijk is dat u de subsidieverordening kunt vaststellen, maar dat u mogelijkerwijs met het college nog in discussie gaat over de uitwerking die het college aan sommige punten geeft, bijvoorbeeld over het wel of niet verzekeren van personeel. Het staat u natuurlijk vrij om daarover in de commissie te spreken. Het gaat nu om het vaststellen van de algemene subsidieverordening. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 9. Collegeprogramma 2006-2010. De Voorzitter: Dames en heren In de periode na de gemeenteraadsverkiezingen is geprobeerd om een collegeprogramma en een college in elkaar te zetten. Dat is uiteindelijk gelukt onder leiding van de heer B. Otten, de lijsttrekker van de PvdA-fractie. Ik geef aan hem het woord om de aftrap te verrichten bij dit agendapunt. De heer Otten (PvdA): Voorzitter! Informatie en formatieprocessen van colleges verlopen niet volgens een vast wettelijk stramien. Ieder proces kent zijn eigen
11 april 2006.
dynamiek, die ingekleurd wordt door de lokale politieke situatie. Gelukkig maar, want op deze wijze kunnen wij maatwerk realiseren en de voorwaarden creëren voor een goed politiek bestuur. Terugkijkend op het proces in Hengelo, moet vastgesteld worden dat er hard en buitengewoon efficiënt gewerkt is aan een nieuw college. In het begin was er twijfel of 11 april 2006 wel haalbaar was, maar het is ons in Hengelo gelukt. Als ik om mij heen kijk in het Twentse, is dat in vele gemeenten nog niet het geval. Graag neem ik door hoe wij gekomen zijn tot het college en het collegeprogramma dat thans voorligt. Ik denk dat er drie belangrijke fases in het proces te onderscheiden zijn, te weten de informatiefase, de verdiepingsslag en de formatiefase. Ik denk dat het een goede zaak is om bij iedere fase even kort stil staan. De informatiefase. Het is niet wettelijk vastgelegd, maar traditiegetrouw neemt de lijstrekker van de grootste partij het initiatief om te komen tot een nieuw college. De dag na de verkiezingen heb ik, na consultatie van mijn fractie en de burgemeester, alle fractievoorzitters uitgenodigd voor een informatieronde. In de gesprekken met de fractievoorzitters stonden drie vragen centraal: 1. Welke inhoudelijke kernpunten zijn voor u van doorslaggevende betekenis voor het beleid voor de komende jaren? 2. Wat is uw zienswijze over de gewenste collegesamenstelling? 3. Welk proces staat u voor ogen als het gaat om een nieuw college? De uitkomsten van de gesprekken zijn vastgelegd in een kort verslag van 15 maart 2006. Ik neem aan dat iedereen dat heeft ontvangen. Uit de gesprekken, die zeer constructief en prettig hebben plaatsgevonden, kunnen een paar conclusies getrokken worden: - Geef de sociale dimensie de ruimte in deze stad. Wij hebben een goed en sociaal beleid, maar er zijn duidelijke verbeteringen op een aantal punten nodig. Ik heb eerder al gezegd dat het geluid over de sociale dimensie van alle partijen kwam. Op dat gebied is dus een beetje sprake van kluitjesvoetbal. - Geef aandacht aan de kwaliteit van dienstverlening in onze stad en de communicatie met de inwoners.
-7-
-
Geef aandacht aan de herstructureringsopgaven die wij met name in het zuidelijke stadsdeel hebben te verrichten. Over de collegesamenstelling liepen de verwachtingen en wensen behoorlijk uiteen. In ieder geval vond iedereen dat de PvdA deel zou moeten uitmaken van het college en werd ook vaak het CDA als collegepartij genoemd. Bovendien werd door een aantal partijen de wens uitgesproken om te kijken of een linkse meerderheid een optie zou zijn. Dat is natuurlijk alleszins te begrijpen, omdat bij mijn weten in de geschiedenis van de Hengelose politiek een linkse meerderheid niet eerder is voorgekomen. Ten aanzien van de het proces van collegevorming werd geadviseerd om na een korte informatieronde snel de zaak op te pakken om te komen tot een college, waarbij enerzijds wordt gekeken naar het draagvlak en anderzijds naar de focus van het beleid. In het algemeen bleek geen behoefte te bestaan aan een raadsprogramma. Op basis van de uitkomsten uit de informatieronde heb ik geconcludeerd dat het verstandig zou zijn als de PvdA het initiatief zou nemen tot een verdere programmatische oriëntatie met SP, GroenLinks en CDA. Die verdiepingsslag heb ik uitgevoerd met de PvdA-fractievoorzitter, de heer Wim Winter. Doel van deze verdiepingsslag was een nadere verkenning van de combinatiemogelijkheden tussen de hiervoor genoemde partijen. Een van de opties was om te kijken of een linkse meerderheidsvariant mogelijk zou zijn tussen SP, GroenLinks en PvdA. Na verschillende gesprekken kwam de PvdA tot de conclusie dat er onvoldoende basis aanwezig was om te komen tot een programmatische overeenstemming met de SP. Met name is er een verschil van inzicht over het ambitieniveau van de economische en ruimtelijke ontwikkelingsagenda van de stad. Bij brief van 21 maart 2006 heb ik de raad over de uitkomsten van de verdiepingsslag geïnformeerd. In de brief kondigde ik tevens aan dat ik de fractievoorzitters van GroenLinks en CDA uitgenodigd had om te komen tot een college van PvdA, CDA en GroenLinks. Deze combinatie bood mijns inziens het beste perspectief op programmatisch vlak en een gezonde basis voor de toekomstige raad. Daarmee kwam de derde fase in zicht, de formatiefase. Die verliep voorspoedig. In een
11 april 2006.
aantal onderhandelingsronden hebben PvdA, CDA en GroenLinks op 3 april 2006 ingestemd met het onderhandelingsakkoord en was de weg vrij voor een nieuw college. Op 4 april 2006 heb ik de burgemeester en de raad conform artikel 35, lid 2 van de Gemeentewet geïnformeerd over de uitkomsten van de onderhandelingen door hen het collegeprogramma met de portefeuilleverdeling aan te bieden. Voorzitter, staat u mij toe om even kort stil te staan bij het collegeprogramma. Het collegeprogramma is een ambitieus programma voor de komende vier jaar. Er is immers veel werk te doen in deze stad. Wij hebben het collegeprogramma het motto meegegeven: Hengelo maken we samen zichtbaar beter! Deze ambitie komt voort uit het besef dat wij het niet slecht doen in deze stad. Wij kunnen het echter op vele terreinen beter doen. Op tal van terreinen worden Hengelo kansen geboden om het beter te doen. Kansen benut je volgens ons als coalitiepartij niet alleen, maar doe je samen met de raad, de inwoners, de instellingen en, niet te vergeten, de ondernemingen. Samen moeten wij de stad beter maken dan die is. In die verbeteraanpak hebben wij als leidraad gekozen voor vier O's: de Ondernemende stad, de Ongedeelde stad, de Open stad en de Ontspannen stad. Voor de Ondernemende stad geldt dat wij een flinke impuls willen geven aan het economische beleid. Naar ons inzicht verdient deze stad een versterking van de stedelijke economie. Dat is belangrijk, omdat nog te veel mensen zonder werk zitten. Deze stad biedt op economisch gebied vele kansen, met name rond de stationsomgeving, met bijvoorbeeld het WTC, het Hart van Zuid en Centraal Station Twente. In de Ongedeelde stad proberen wij de sociale dimensie van de stad te versterken. Ik wil nogmaals zeggen dat die goed is. Wij doen het goed, maar een en ander kan beter. Iedereen moet mee kunnen doen in de Hengelose samenleving. Hengelo is van iedereen. Wij doen het niet slecht, maar op een aantal terreinen kunnen wij de sociale samenhang in de stad versterken. In de Open stad appelleren wij aan het belang van communicatie met de burgers. Vaak gaan de zaken namelijk niet helemaal zoals het zou moeten. Wij hebben intern het proces op gang gezet onder de naam SWINGH. Daarmee is burgergerichtheid -
-8-
met een mooi begrip: externe oriëntatie een van de belangrijkste speerpunten. De open stad appelleert ook aan het zichtbaar zijn. Laat het college vooral zichtbaar zijn in de stad en laat de raad dat vooral ook zijn. “Toegankelijk” en “responsief voor de burgerij” is belangrijk voor ons als nieuw college. De Ontspannen stad. Werken en wonen is belangrijk, maar deze stad dient ook een stad te zijn van ontmoeting en ontspanning. Dat is van belang voor onze trotsheid op de mooie stad Hengelo. De stad moet gaan bruisen als het gaat om het cultuuraanbod en haar evenementen. Het stedelijk toerisme kan een flinke impuls gebruiken. Laten wij vooral niet vergeten dat er volop kansen liggen als het gaat om het cultureel ondernemerschap. Kortom, onze ambitie is: een ondernemende, onverdeelde, open en ontspannen stad. Ten slotte zou ik een aantal mensen willen bedanken, want er is heel erg hard gewerkt. Ik ben erg trots dat wij dit resultaat vóór 11 april 2006 hebben kunnen neerleggen. Ik wil vooral de ambtelijke ondersteuners bedanken; mevrouw Ten Thije, mevrouw Donderwinkel en de heer Eeftink hebben ons prima bijgestaan om dit resultaat neer te zetten. Ik denk dat wij in de komende jaren met elkaar Hengelo zichtbaar beter kunnen maken. Ik hoop dat de raad het vertrouwen daarvoor aan ons wil geven. De Voorzitter: Dames en heren! Het is nu aan de fracties om over het proces en de inhoud te discussiëren, vragen te stellen, opmerkingen te plaatsen en een oordeel te geven, voor zover ze dat wensen. Wij hebben afgesproken dat eerst de fracties die niet in het college vertegenwoordigd zullen zijn het woord wordt verleend, van groot naar klein, en dat daarna de collegefracties, van klein naar groot, het woord zullen krijgen. Mevrouw Ten Heuw (SP): Voorzitter! Op 7 maart 2006 hebben kiezers in Hengelo een duidelijk signaal afgegeven. Voor het eerst in de historie van Hengelo was er een meerderheid voor de linkse partijen. De SP-fractie betreurt het zeer dat aan die keuze van de kiezer in Hengelo geen gevolg is gegeven. Deze unieke kans had o.i. benut moeten worden. Voor het eerst had er echt een ander beleid gevoerd kunnen worden. PvdA, CDA
11 april 2006.
en GroenLinks gaan echter door op de reeds ingeslagen weg, met hier en daar een rukje naar links, zoals men zelf stelt. Het resultaat is het voorliggende collegeprogramma. Wat vinden wij daarvan? Ten eerste valt het ons op dat het college op veel punten aangeeft dat het investeringsniveau van de diverse beleidsprogramma’s omhoog moet. Daarnaast moet er “full swing” met het Hart van Zuid worden doorgegaan en moeten er flinke sommen geld op tafel komen om de regionale investeringsagenda te financieren. En passant moet ook nog de algemene reserve flink worden opgepompt. Waar denkt het college al dat geld vandaan te gaan halen? Dát lezen wij namelijk niet in het programma. Heel de financiële onderbouwing van het programma is dus uitermate zwak. Op het gebied van wonen wordt de deur wijd open gezet naar sloop van betaalbare woningen. Over renovatie als eerste optie wordt nergens gesproken, wel over “doorstroming” en een sociaal plan voor bewoners. Wij weten in deze tijd wat dat betekent, namelijk voor werknemers ontslag en voor woonconsumenten (een belachelijke term overigens) sloop. Voor de SP-fractie is er geen twijfel over de behoefte aan betaalbare goede woningen. De directeur van woningcorporatie St. Joseph is daar ook zeer duidelijk over (zie de berichtgeving vanochtend in Tubantia). Wat hem betreft, kan het aantal sociale huurwoningen in Hengelo wel met 4500 verminderd worden. Vervolgens enkele punten uit het programma die ons op zijn minst hebben verbaasd: - Meer investeren in groen en grijs. Ook dat hebben wij als een zwaar punt in de informatiegesprekken naar voren gebracht. Ons werd echter te verstaan gegeven dat de stad er nog wel mooi bij lag en men extra investeringen niet nodig vond. Vanwaar die ommezwaai in het programma? - Het interactief werken moet worden versterkt. Het wordt zelfs een van de speerpunten. In februari heeft deze zelfde coalitie nog verklaard dat het ambitieniveau op dit punt wel naar beneden kan worden bijgesteld. Hoe valt dat met elkaar te rijmen? - Het college wil nu wél vanuit zijn regierol afspraken tussen onderwijsinstellingen initiëren om segregatie te voorkomen. Dat is iets waar het vorige college nooit aan
-9-
heeft gewild. Verloning van de uitkeringen. Het is een beetje cryptisch, maar wordt hier niet gewoon bedoeld: werken met behoud van uitkering? Dat is toch iets waar Hengelo niet aan meedeed? - Met een stadsdebat over het centrumplan wordt de bewoners voorgehouden te kunnen meebeslissen over de invulling van het marktplein. Betreft het hier voorstellen voor ingrijpende zaken als een vijver op het marktplein of gaat het om voorstelletjes om de randen van de markt wat op te leuken? - Wat betreft het fietsbeleid heeft het nieuwe college te weinig ambitie. Er wordt gesteld dat er een nieuwe nota komt en er zullen wat knelpunten worden aangepakt. Wat ons betreft, gaat dit lang niet ver genoeg. - Ook op het terrein van het openbaar vervoer wordt weinig overtuigend gesteld dat het college experimenten met gratis openbaar vervoer gaat stimuleren. Mogen wij van de formateur weten wat hier precies mee wordt bedoeld en in welke concrete richting hij denkt? Ons concrete voorstel voor gratis met de bus voor 65plus werd in februari door wethouder Weber niet met gejuich ontvangen. Wij kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat er om de hete brij is heen gedraaid, juist ten aanzien van een aantal prangende kwesties die in de verkiezingscampagne prominent aan de orde waren geweest en waarover de collegepartijen van gedachten verschilden. Ik noem de burgerluchtvaart op het terrein van de vliegbasis, het nut en noodzaak van de Laan van Driene en de grenzen aan de groei van de stad c.q. het bouwen in Schalmeden. Als SP-fractie hadden wij hierover zeker een uitspraak gedaan in het programma. Onze standpunten daarover zijn helder en bekend. Concluderend kunnen wij alleen maar stellen, dat dit programma ons programma niet is. Daarvoor wijkt het namelijk te veel af van hetgeen wij met een écht links college in de stad hadden willen doen. -
De heer Fens (VVD): Voorzitter! Over de collegevorming willen wij het nog even niet hebben, want na de informatieronde, waarin wij ons heel constructief hebben opgesteld (de heer Otten weet dat heel goed), kregen wij te horen dat de VVD als collegepartij
11 april 2006.
geen optie was. De heer Otten heeft op dit punt wel denkwijzen gegeven, maar geen enkel concreet feit genoemd dat zou ondersteunen waarom dat zo was. Hij heeft alleen aangegeven dat zijn partij vond dat de VVD geen optie was, ongeacht wie er kandidaat gesteld zou worden. En dan ben je uitgepraat. Ik hoef daar dus niet verder op door te gaan. Aan de orde is het collegeprogramma. De naam zegt het al: het is het programma van het college. De raad behoeft daar, anders dan vroeger, geen goedkeuring aan te hechten. Wel vraagt het college ons om op het programma te reageren. Hier volgt onze reactie. Toen wij het programma ontvingen, waren wij zeer benieuwd. Met de markeerstift in de hand lazen wij het, om de zaken eruit te halen waar wij het niet mee eens zijn of waarover een politieke discussie gevoerd zou kunnen worden - de VVD-fractie zit immers in de oppositie. Dat is niet gelukt. Er staat niets in het collegeprogramma, waar de VVD-fractie tegen is. Er is trouwens ook niets te vinden waar een redelijk denkend mens, ongeacht zijn of haar politieke visie, heel duidelijk tegen zou kunnen zijn. Het bevat uitsluitend onderwerpen waar wij het allemaal allang over eens zijn. Het gaat om beleid dat al jarenlang door het college wordt gevoerd en door de raad is goedgekeurd. In een enkel geval is wellicht sprake van nieuwe elementen in de voortzetting van het beleid. Alleen de diftar voor de afvalverwerking, op bladzijde 17, zou tot enige politieke discussie kunnen leiden. Al met al is het geschrift uiterst teleurstellend. Juist in een tijd met zo veel maatschappelijke ontwikkelingen en waarin vooral de sociaal-democraten zo sterk hun stempel op de verkiezingen hebben gedrukt, zou je progressieve - ja, zelfs revolutionaire ideeën verwachten. Niets van dat alles. Waar staan de politiek concrete zaken; zaken waarover een politieke discussie gevoerd kan worden? Ik zal een voorbeeld noemen. De heer Joosten van GroenLinks vertelde mij op de verkiezingsavond, vooraan bij het grote scherm in de stadhuishal, enthousiast en ongevraagd, dat GroenLinks in de eerste raadsvergadering voorstellen zou gaan doen om de besluitvorming rond het vliegveld te wijzigen, omdat er nu een linkse meerderheid in de raad was. Dat klonk mij spannend in de oren. GroenLinks zit nu in het college.
-10-
Waar staat die voor GroenLinks zo belangrijke wijziging in het collegeprogramma? Waar is die inbreng van GroenLinks? Het programma is leeg. Het college is blijkbaar van plan om alleen het politieke middenveld te bespelen. Het wordt het een saaie wedstrijd met als uitslag “nul-nul”, zoals vroeger Frits van Turenhout zei. De VVD-fractie zal opletten hoe er gespeeld wordt, bijvoorbeeld of het zogenaamde “maatschappelijk verantwoord ondernemen” niet leidt tot nog meer, al dan niet morele, verplichtingen en rompslomp voor mensen die wat willen in de stad. Naast dit alles zit er nog een addertje onder het gras. Ze doet dat niet, maar stel dat de VVD-fractie zou zeggen dat het een prima collegeprogramma is, omdat ze daarin niets kan vinden waar ze tegen is. Dan zou het kunnen gebeuren dat straks bij de nota van uitgangspunten (of hoe dat ding ook maar mag heten) het college bij kritiek op zijn voorstellen gaat roepen: hoe kunnen jullie het niet eens zijn met deze voorstellen, want jullie hadden toch geen inhoudelijke kritiek op het collegeprogramma waar deze voorstellen uit voortkomen? Wij willen even duidelijk aangeven dat wij daar niet in zullen trappen. Eenentwintig bladzijden algemeenheden dicteren, is nog geen beleid maken. De heer Otten had het zojuist over een ambitieus programma, maar daar is absoluut geen sprake van. Als oppositiepartij zal de VVD-fractie het collegeprogramma voor kennisgeving aannemen, met de waardering die wij in de raad bij deze term kennen. Wij zijn erg benieuwd naar de voorstellen waar het college toch echt wel een keer mee zal moeten komen. Wij zullen die bekijken en daarover onze opmerkingen maken. Mevrouw Doornbos-Geerdink (Burger Belangen): Mijnheer de voorzitter! Ik denk dat ik wellicht wat in herhaling zal vallen, omdat er al het een en ander gezegd wat ook wij naar voren willen brengen. Het oude college en een nieuwe raad staan weer aan het begin van een nieuwe periode. Het vorige college was niet ontevreden over zijn eigen functioneren en wist zich als het erop aankwam steeds gesteund door de eigen fracties, die uiteindelijk de rijen sloten. De kiezer heeft gekozen. O.i. is er duidelijk sprake van een ruk naar links. Voor het
11 april 2006.
eerst kan in Hengelo een links college met een linkse meerderheid worden gevormd. Het heeft er echter niet van mogen komen. Het oude college gaat weer door, ondanks de keuze die de kiezer gemaakt heeft. Volgens ons is iets dergelijks al jaren het geval. Voor de PvdA en het CDA is er een comfortabele O van Ontspannenheid. Wij denken dat er sprake is van gemakzuchtigheid. Wat ons betreft, getuigt de gang van zaken van weinig durf. Dat geldt ook, en misschien nog wel erger, voor het collegeprogramma, dat wij ter inzage hebben mogen ontvangen. Kennelijk vindt het college het niet meer nodig om de raad om goedkeuring te vragen. Ook dat vinden wij triest. Het programma blinkt o.i. uit in algemeenheden. Er is nauwelijks iets te vinden dat niet door alle raadsfracties ondersteund kan worden - dat hoorden wij zojuist ook de fracties van SP en VVD al zeggen. Er is sprake van de kleinste gemene deler. In tegenstelling tot hetgeen de heer Otten probeerde te zeggen, ontbreekt het aan ambitie. Het is een beetje meer van dit en een beetje minder van dat, maar vooral bevat het collegeprogramma weinig innovatieve zaken. Voorzover wij het collegeprogramma hebben kunnen lezen, is er niets nieuws onder de zon – misschien tussen de regels, maar dat hebben wij niet gezien. Er is niets waar wij, en ik denk ook anderen, tegen kunnen zijn. In de onderhandelingsfase zei de heer Otten op radio Hengelo tegen de heer Fens dat met de insteek van de VVD elke partij wel mee zou kunnen doen in het college. Wij zouden dan een college van acht partijen gehad hebben. Het programma lijkt daar goed op. Het is alleen zo dat wij niet met zijn achten in het college zitten. Dat zouden wij overigens ook niet gewild hebben. In het collegeprogramma missen wij een hoofdstuk over de manier waarop een en ander gefinancierd zal moeten worden. Misschien is dat te simpel gezegd, want er verandert niets en dus is er ook geen extra geld nodig voor nieuwe ambities. Wij zullen het zien. Het zal voor de oppositie niet meevallen om over vier jaar iets zinnigs te zeggen over de vraag of het college zijn doelen gehaald heeft. Algemeenheden zijn overal te vinden. Het collegeprogramma blinkt uit in “onderzoeken”, “aandacht
-11-
besteden aan”, “streven naar”, “wij willen inzetten op”, “het maximaal haalbare proberen te bereiken”, “ een inspanningsverplichting”, “sluitende aanpak”, “meer betrekken” - en zo kan ik nog wel even doorgaan. Kortom, het programma bestaat uit vier O's, maar volgens ons is men er een vergeten, namelijk die van “Onvoldoende” of misschien wel van “Open einde”. Graag hadden wij concrete uitspraken gezien, bijvoorbeeld over het parkeerbeleid in de nieuwe gebieden - voor “links” lijkt mij de uitspraak “alle auto's onder de grond” een goede -, de Laan van Driene, de ijsbaan, de derde fase FBK, het Weusthagpark en de luchthaven. Met name de VVD-fractie doelde op het laatste. De luchthaven is een belangrijk item om een discussie over te voeren. In ieder geval één van de collegepartijen had dit duidelijk op de agenda willen zetten. Zeker gelet op de houding van de GroenLinks-fractie in Enschede had dit een punt kunnen zijn dat terug had kunnen komen. Wij stellen vast dat geen enkel controversieel onderdeel in het stuk zit, laat staan opgelost is. Een van de zaken die ook niet in het collegeprogramma aan de orde komen, is het diversiteitbeleid c.q mondiaal beleid. Dit zit wel in de portefeuille van een wethouder. Er zijn echter geen beleidsdoelstellingen vastgesteld. Waar willen wij dus heen? Is die zaak in Hengelo wellicht al in orde? Wij wachten af of wij daarover in de komende vier jaar meer zullen horen. Ik denk dat dat een verrassing en een vraag blijft. Wij hadden de laatste maanden vaak kritiek op het college over de communicatie. Ook de gebrekkige communicatie dat zet zich voort. Wij konden namelijk in een persbericht lezen dat er een coalitieakkoord was. De heer Otten heeft ons daar naderhand nog over gebeld. Daarvoor dank, maar naar onze mening was de gang van zaken niet handig. De vorige sprekers hebben het niet over de portefeuilleverdeling gehad. Wij stellen vast dat bij de zware portefeuilles een lichte accentverschuiving heeft plaatsgevonden van het CDA naar de PvdA. Volgens ons is dat redelijk, gezien de stemmen van de kiezers. De lichte portefeuille van GroenLinks is echter nog verder uitgekleed. Wij vragen ons af of met dat pakket nog wel een fulltime wethouderspost te rechtvaardigen is.
11 april 2006.
GroenLinks zit al lichtelijk overbodig, voor spek en bonen in het college, gelet op het feit dat PvdA en CDA samen al een meerderheid in de raad hebben. Ik wil nog één opmerking maken. Het collegeprogramma nodigt o.i. uit om toch eens serieus na te denken over een raadsprogramma, gezien de inhoud daarvan. De heer Knegt (Hengelo.nu): Voorzitter! Bij de verkiezingen heeft de kiezer een duidelijke richting aangegeven. Niemand kan ontkennen dat de kiezer een en ander duidelijk wat linkser zou willen. De vraag is natuurlijk wat daarmee gedaan is. Wij hebben zojuist horen vertellen dat de onderhandelingen met de SP kennelijk mislukt zijn. Dan krijg je de volgende oplossing: dan maar weer de oude collegesamenstelling, maar met een linksere koers. Wij vragen ons af of dat eigenlijk wel een verrassing is. Wordt het geen tijd om vanaf nu vóór de verkiezingen duidelijk te maken wat de bedoelingen zijn van een nieuw college, zodat de kiezer in het vervolg gewoon weet waar die voor stemt? Iets dergelijks zou best een goede zaak kunnen zijn. Wij zijn op zoek gegaan naar de linksere koers in het programma. Dat wilde niet erg lukken, want wij hebben die niet kunnen vinden. Het collegeprogramma zou voor de burgers van Hengelo goed leesbaar moeten zijn. Wij denken dat dat niet goed gelukt is. Het taalgebruik is versluierend en abstract en staat vol algemeenheden. Als je het collegeprogramma leest en wegstreept wat al bestaand beleid of al in gang gezet is, dan blijft er maar heel erg weinig over. Ons voorstel is om de zaak de volgende keer dubbelzijdig af te drukken, zodat wij met een A4’tje klaar zijn. Aangezien de onderhandelingen met de SP op concrete punten waren vastgelopen, rekenden wij erop dat de concrete punten in het collegeprogramma goed geregeld zouden zijn. Dat valt echter tegen, want wij zien geen duidelijke concrete punten. Er wordt twee keer iets geschreven over de contouren van de stad. Onder meer op bladzijde 16 staat daar iets over; dat stuk eindigt met de opmerking dat er nog iets uitgewerkt en onderzocht moet worden. Nog veel vager kan natuurlijk niet. Wij zijn heel nieuwsgierig als het gaat om de contouren. Hoe gaat het nieuwe college
-12-
om met bouwen en groen, bijvoorbeeld in Schalmeden? Zijn alle partijen het daarmee eens? Is hierover gesproken tijdens de collegeonderhandelingen? Dit was toch een heel belangrijk punt bij de verkiezingen! Het is dus erg raar dat daarover niets in het collegeprogramma staat. Wij vinden dat er nu maar duidelijkheid gegeven moet worden. Hoe kijkt het college aan tegen de ontwikkeling van de luchthaven? Is hierover gesproken tijdens de collegeonderhandelingen? Vooral GroenLinks heeft hier een heel zwaar punt van gemaakt tijdens de verkiezingen. Het kan toch niet zo zijn dat GroenLinks nu meedoet aan een college waarbij over dit onderwerp helemaal niets geregeld is? Al jarenlang speelt het onderwerp van de doortrekking van de Laan van Driene. Zijn ook nu weer daarover geen afspraken gemaakt? Het college wil experimenteren met gratis openbaar vervoer. Zoals bekend zijn wij voor gratis openbaar stadsvervoer. Wat ons niet duidelijk is geworden uit het collegeprogramma, is wat het einddoel van het experiment is. Wat wil het college bereiken met het experiment? Wil het komen tot gratis openbaar vervoer in Hengelo? In het collegeprogramma wordt gesproken over “het verzachten van de aankleding van de binnenstad”. Dat is een mooie zachte term. De manier waarop die term gebruikt is, is ook heel mooi, maar is niet echt concreet. Ik vraag heel concreet of het college nu alweer enkele miljoenen wil neerleggen voor de binnenstad, inclusief het marktplein. Ik luisterde zojuist naar mijn collega´s uit de oppositie. De VVD-fractie gaf aan dat ze het stuk voor kennisgeving aanneemt. Ik moet zeggen dat die term ons erg aanspreekt. De heer Miedema (ChristenUnie): Voorzitter! Ik wil eerst een kleine opmerking maken over de vorming en de samenstelling van het college. De keuze voor de deelnemende partijen lijkt heel erg logisch, hoewel het voor Hengelo best goed en misschien wel beter zou zijn geweest als er eens een echt ander geluid zou komen. De kiezer heeft gesproken en ik denk dat de formateur dat niet helemaal goed heeft verstaan. Uit het verslag van de informatieronde blijkt dat meerdere partijen hebben aan-
11 april 2006.
gedrongen op de kwaliteit van de bestuurders. Ik denk dat bij de keuze van de wethouders de kwaliteit wel een rol gespeeld heeft, maar niet als eerste criterium. Iets dergelijks zou in het belang van de stad beter geweest zijn. Ik heb wat dat betreft een suggestie. Met alle ambtenaren in dit huis, zelfs met onze burgemeester, worden zowel beoordelings- als functioneringsgesprekken gevoerd. Wethouders worden door de raad voortdurend politiek beoordeeld, vaak niet op het totaal maar op een voorstel. Mijn suggestie is om ook met wethouders functioneringsgesprekken te voeren, waarbij het vooral gaat om het nietpolitiek functioneren. Ik kan mij voorstellen dat vanuit de raad vijf kleine commissies een keer per jaar zo´n gesprek gaan voeren. Ik hoor op dat punt graag een reactie van de heer Otten. Hij was formateur en is over een uurtje weer wethouder van personeelszaken. Ik werd vorige week gebeld door de heer Otten met de mededeling dat het collegeprogramma rond was. Hij wilde eerst de fractievoorzitters berichten en daarna pas de pers. (Dat wil ik er in de komende vier jaar graag inhouden.) Hij gaf aan dat het programma wel wat naar links was opgeschoven, maar met mate. Daar had ik hoge verwachtingen van. Toen het persbericht kwam over een experiment met gratis openbaar vervoer voor bepaalde groepen, dacht ik: Wauw! Vervolgens kwam het collegeprogramma zelf. Dat was over dit onderwerp al veel minder expliciet, maar ik moest tot mijn spijt constateren dat dit voor vrijwel alle onderwerpen gold. Het collegeprogramma heeft naar onze smaak een hoog brood-en-spelengehalte. Het mist verdieping. En omdat niets meetbaar is, kan het college nergens op worden aangesproken. Het slaagt altijd. Wat ik bijvoorbeeld mis, is een directe reactie op het Jaarboek Grotestedenbeleid. Ik had wat dat betreft tot vanavond sowieso nog geen reactie vanuit het stadhuis gezien. Waarom scoort Hengelo zo laag? Wat zijn de voornemens van het college om daar iets aan te doen? Ik zie een hinken op twee gedachten. Voor mij is de oorzaak wel duidelijk, maar dat geeft ook zorgen. Het CDA en GroenLinks zijn het op een aantal punten volstrekt met elkaar oneens en de PvdA bepaalt nog geen standpunt. Het zou een goede zaak zijn als duidelijk zou worden wat het beleidsvoornemen van het college is op een aantal punten. Als zo´n
-13-
voornemen in de loop van de komende periode bijgesteld moet worden, dan is dat alleen maar een teken van sterkte. Het college luistert naar de argumenten van de raad. In de speerpunten kan ik mij best vinden. Ik zag die overigens liever weergegeven in Jip-en-Janneketaal, al was het maar een poging in die richting. Ik moet nu namelijk eerst aan een burger uitleggen op welk gewenst of mogelijk niveau van de participatieladder wij helder met elkaar kunnen communiceren. Zomaar wat kleine dingen. Ik hoef nu geen antwoord, maar ze geven aan dat de globale voornemens tot heel concrete vragen kunnen leiden. Er wordt gesproken over minder regelgeving in de fysieke economie. Bedoelt het college dat Conrad Electronics zich wel kan vestigen op Westermaat? En wat doen wij met de toenemende detailhandel op Westermaat-Zuid? Er wordt gesproken over vele en goede musea in deze stad. Dat verdient wat uitleg. In de beleidsvoornemens per programma staat weinig waar ik het niet mee eens ben. Het college kent onze visie over het ontwikkelen van een horecaplein. Er staat echter ook heel weinig in waar ik nu echt enthousiast van wordt. Ik weet dat wij door het Hart van Zuid heel weinig financiële armslag hebben, maar wij kunnen toch niet gaan wachten totdat het Hart van Zuid klaar is? En dan het ontbreken van concrete voornemens. Het college zet in op visieontwikkeling op de contouren van de stad. Ik vraag mij af of het voornemen nu is om Schalmeden aan te leggen (de visie van het CDA) of juist niet (het standpunt van GroenLinks). Geldt de economische ontwikkeling voor Hengelo, dus zonder het RBT (het standpunt van GroenLinks), of voor de regio, mét het RBT (het standpunt van het CDA)? GroenLinks zette hard in op de Laan van Driene. Ik zie geen “ja” (het raadsbesluit), geen “nee”, (GroenLinks) en zelfs niet “geen mening”. En heeft het nieuwe college een eenstemmige mening over de luchthaven Twente? Voorzitter, het programma is mij wat te braaf en te vlak. Ik zou zo graag wat doelstellingen willen zien in de zin van: wij willen in een jaar 10% minder mensen in bijstand; wij willen binnen twee jaar de geluidshinder van de A1 terugdringen; wij
11 april 2006.
willen vóór 2007 twintig allochtone vrouwen aan een baan helpen; wij willen af van al die dure reïntegratiebedrijven en nemen als gemeente jobcoaches in dienst. Als het college zulke doelstellingen formuleert, dan is het aan de raad om het college te helpen en te steunen om die waar te maken. Dat is in het belang van Hengelo. Wat opvalt, is dat steeds het voornemen wordt uitgesproken om voor maatschappelijke ondersteuning een beroep te doen op instellingen en corporaties. Juist vanmorgen konden wij lezen hoe St. Joseph opnieuw toezeggingen over nieuwbouwplannen niet nakomt. Ik help de raad nog maar even eraan herinneren dat er inmiddels al acht jaar sprake is van een vlakte in de Sterrenbuurt. Misschien zou het college toch eens moeten uitkijken naar organisaties waar toezeggingen een zwaarder gewicht hebben. Ik kan het toch niet laten het nieuwe college ook een woord mee te geven. De fractie van de ChristenUnie wil graag benadrukken hoe belangrijk het is dat wij opkomen voor de zwakken in de samenleving. Ik heb in de bijbel een tekst gevonden die aangeeft waarom. De tekst komt uit het bijbelboek Deuteronomium, het Griekse woord voor “wetten” - dat moet het college aanspreken. Wat mij aanspreekt, is dat de tekst uit het enige boek uit de oudheid komt waarvan de schrijver nog leeft. Er staat: “Geef dus ruimhartig en zonder spijt en de Heer uw god zal u erom zegenen, in alles wat u doet en onderneemt. Armen zullen er altijd bij u zijn. Daarom druk ik u op het hart om vrijgevig te zijn tegenover iedereen in uw land die in armoede leeft of er slecht aan toe is.” Omdat er nog zo veel meer in de bijbel staat en ik maar heel beperkt wil citeren, biedt de fractie van de ChristenUnie alle leden van het college een exemplaar aan van de nieuwe bijbelvertaling, zodat de collegeleden zelf nog het een en ander kunnen nalezen en de wijsheid tot zich kunnen nemen, in het belang van henzelf en onze stad Hengelo. De heer Fens (VVD): Voorzitter! De bijbel is in ieder geval een programma met inhoud. De heer Joosten (GroenLinks): Voorzitter! Ik mag wel zeggen dat de opmerkingen en de kritiek niet onverwachts komen. Wij hebben bij de collegeonderhandelingen bewust gekozen voor een programma op
-14-
hoofdlijnen en een aantal speerpunten voor de stad, omdat wij van mening zijn dat dit de onderwerpen zijn die in deze stad aan de orde moeten komen. Het doet pijn als je hoort hoe men denkt over de opgave om onze mensen, de jeugd aan het werk te helpen en welke kwalificatie men over portefeuilles uitspreekt. Dat wil ik op voorhand gezegd hebben. Wij hebben gekozen voor een programma op hoofdlijnen. Het verbaast mij werkelijk dat veel fracties hebben aangeven dat ze graag concrete beleidsvoornemens hadden willen zien waar de collegepartijen het over eens zouden zijn. Ik vraag mij dan af wat in de komende tijd de rol van de raad is in het debat. Wij kiezen ervoor om een heldere koers uit te zetten. Naar onze overtuiging is die vooral mensgericht en een stuk socialer dan tot nu toe het geval was. Wij begrijpen ook wel dat dit tot uitwerking en concrete maatregelen moet leiden, maar dat willen wij graag met de raad in het debat vaststellen. Wij zullen dan met elkaar de financiële ruimte gaan bepalen. De mensen die al wat langer in de raad zitten, weten dat wij de eerste discussies al gaan voeren bij de kadernota in het voorjaar van het jaar. De tweede ronde komt bij de begroting. De echte brede integrale afweging zullen wij in het voorjaar van 2007 met elkaar gaan voeren. Ik kan de raad nu al garanderen dat dat een leuke discussie zal worden. De raad heeft wat te kiezen. Als men dan nog volhoudt dat de koers niet gewijzigd is, dan treffen wij elkaar in dat voorjaar. Wij als GroenLinks-fractie zijn in ieder geval blij met het beleid dat uitgezet is, de hoofdlijnen en de koers waarop het college gaat varen. Gelet op de investeringsmogelijkheden vinden wij dat de ruimtelijke agenda redelijk goed is vastgelegd voor de komende vier jaar. Er behoren dus ook geen discussies meer te komen over al te grote infrastructurele werken, want wij hebben met elkaar vastgesteld dat die buiten de planperiode vallen. Wij moeten daar dus niet zo moeilijk over doen en dat gewoon tegen elkaar kunnen zeggen. Ik hoor mevrouw Ten Heuw zeggen dat er een linkse meerderheid wás. Ik hoop vanuit het diepste van mijn hart dat er nog steeds een linkse meerderheid in deze raad is. Weliswaar is die niet tot collegevorming gekomen, maar er is nog steeds een linkse meerderheid.
11 april 2006.
Wij hebben in het programma een aantal vernieuwende dingen ingebracht. Kijk eens naar de intensivering van het beleid op het vlak van de sociale economie. Kijk eens naar de integrale aanpak in de wijken, die met name is gericht op het jeugdbeleid – waarover wij onze grootste zorgen hebben. Zojuist heeft men de grotestedenrapportage op tafel gevonden. Er moet eens worden gekeken wat daarin staat over wat er met stageplaatsen en participatiebanen kan worden gedaan voor de jeugd, allochtonen en mensen met onvoldoende starterskwalificaties. Het verbaast mij dat men die koers niet ziet. Wij hebben gekeken naar een centrum voor jeugd en gezin, investeren in school en talent. Wij zijn bij het programma uitgegaan van een positief mensbeeld. Wij denken dat iedereen een kans kan krijgen en verdient. Daar zetten wij op in. In de komende jaren zullen wij gaan bewijzen of wij in staat zijn om onze punten daadwerkelijk om te zetten in concrete maatregelen. Dat hebben wij de vorige keer ook gedaan en is dus niets nieuws. Ook in het vorige collegeprogramma hebben wij algemene beleidskaders geschetst. Ik wil de raad herinneren aan de vergadering van 9 december 2005, waarin de toenmalige raad breed ondersteunde dat het college de ambities daadwerkelijk had waargemaakt. Wij hebben er alle vertrouwen in dat wij in staat zijn om ook deze koers – die wat socialer en meer mensgericht is – waar te maken. Wij weten ook wel dat de financiële marges in Hengelo krap zijn en dat wij dus echt wat te kiezen krijgen. En dan de luchthaven. Ik begrijp best het standpunt om een debat over de luchthaven te voeren. Het is echter hartstikke helder: er is in de raad een linkse meerderheid en die heeft het een en ander in verkiezingsprogramma’s geschreven. Bij het eerstvolgende document (ik heb afgelopen donderdag kunnen vernemen dat er binnenkort iets wordt voorgelegd) kan de raad uitspreken wat hij met de luchthaven wil. Wij zien dat debat met vertrouwen tegemoet. Het standpunt van de fractie van GroenLinks zal bij eenieder bekend zijn. De heer Knegt (Hengelo.nu): Voorzitter! Ik ben eigenlijk wel benieuwd of dat betekent dat er tijdens de collegeonderhandelingen niet over de luchthaven gesproken is. Of is inderdaad afgesproken dat een en ander in
-15-
een latere instantie aan de raad wordt overgelaten? De heer Joosten (GroenLinks): Het laatste komt aardig in de buurt. De heer Knegt (Hengelo.nu): Er is dus niet over gesproken. De heer Joosten (GroenLinks): Dat zeg ik niet. De heer Fens (VVD): Dat is de beste manier om niet in conflict te komen met het CDA. De heer Joosten (GroenLinks): Het hangt er maar vanaf wat het raadsdebat straks oplevert. Het frappante is dat de heer Fens normaal gesproken geen moment onbenut laat om te roepen dat het debat in deze ruimte moet plaatsvinden. En als wij dan het debat naar deze ruimte verplaatsen, roept de heer Fens dat het debat in de collegekamer moet plaatsvinden. De heer Fens (VVD): Als het gaat om collegevorming, neem je toch standpunten in binnen het college en ga je daarna naar de raad? De heer Joosten (GroenLinks): Ik heb toch gezegd wat de standpunten van de partijen zijn? Het debat voeren wij in deze raadszaal en dat zullen wij dan ook doen met zijn allen. Ik ben benieuwd naar het standpunt van de VVD, ofschoon ik denk dat ik dat wel ken. Mevrouw Ten Heuw (SP): Voorzitter! Ik wil even aansluiten bij hetgeen de heer Knegt opmerkt. De kwestie van de luchthaven is bij uitstek een kwestie die in het collegeprogramma thuishoort . Elk voorstel dat in de raad komt, moet namelijk worden voorbereid door het college. Ik weet niet of de heer Joosten kan tellen, maar wij in ieder geval wel. De portefeuilleverdeling wordt straks 3:3. De voorzitter heeft dus een doorslaggevende stem. Dat betekent dus dat er gewoon een voorstel van het college komt om door te gaan met het vliegveld, tenzij nu in het collegeprogramma was afgesproken dat dit niet zou gebeuren. Dit is echt een gemiste kans.
11 april 2006.
De heer Joosten (GroenLinks): Ik wil in de richting van mevrouw Ten Heuw zeggen dat het college ook kan tellen. Ik ken de standpunten van de partijen. Wat dat betreft, maak ik mij geen enkele zorg. De heer Knegt (Hengelo.nu): Ik zou graag willen weten wat het laatste betekent. De heer Joosten kent de standpunten van de partijen. Ik neem aan dat er inderdaad een discussie over de luchthaven heeft plaatsgevonden tijdens de collegeonderhandelingen. Ik ben dus erg nieuwsgierig waarom die zaak niet in het collegeprogramma is opgenomen. De heer Joosten (GroenLinks): Ik zal nog één keer een uitleg geven. Wij weten wat de standpunten van de partijen zijn. Wij hebben ervoor gekozen om de discussie in de raad te voeren - daar wordt immers altijd om gevraagd. Wij zien die discussie met vertrouwen tegemoet. Het college weet heel goed wat de partijen vinden. Als er een collegevoorstel komt, zien wij het debat in deze kamer vol vertrouwen tegemoet. De heer Winter (PvdA): Voorzitter! Kan de eerste termijn misschien worden afgerond? Wij gaan nu met elkaar in discussie. De heer Knegt (Hengelo.nu): Een discussie in de raad moet kunnen. De Voorzitter: Ik denk dat dit nu helder is… De heer Knegt (Hengelo.nu): Nee, het is absoluut niet helder. Ik wilde weten wat er was afgesproken. Het enige wat ik kan concluderen, is dat de heer Joosten dat niet wil vertellen. Dat is mijn eindconclusie. De heer Joosten (GroenLinks): Het collegeprogramma bevat geen concrete afspraak over de luchthaven. Het debat over de luchthaven zal in deze raadszaal plaatsvinden. Dat is hetgeen ik te melden heb. Dat is overigens hetzelfde als wat vier jaar geleden gebeurd is. Nogmaals: de standpunten van de fracties zijn bekend. De heer Kruiskamp (CDA): Voorzitter! Ik wil mijn verhaal beginnen met de burgers van Hengelo te feliciteren met het voor-
-16-
gestelde nieuwe college. Dat lijkt mij alleszins de moeite waard en ook verdiend. Wij zijn blij dat de collegeonderhandelingen constructief zijn verlopen. Zoals bekend was onze eerste advies om een college over links te onderzoeken. Indien nodig zouden wij uiteraard onze verantwoordelijkheid voor een ordentelijk bestuur in deze stad niet ontlopen. Met het collegeprogramma hebben wij onze inzet inhoudelijk vertaald gezien. Er is al gezegd dat sprake is van een programma op hoofdlijnen, dat heel veel ruimte biedt voor discussie in de komende tijd. Ik heb trouwens vanavond naar de bijdragen van de collega´s geluisterd en denk dat wij een leuke discussie krijgen tussen de oppositiepartijen. De SP-fractie vindt dat er sprake is van een enorm ambitieus programma, waar nooit geld voor zal komen. De fracties van VVD en Burger Belangen hebben echter niets gevonden wat de moeite waard is. Ik denk dus dat die drie onderling leuk zullen praten. Wij zijn blij met de voortgaande aandacht voor de binnenstad. Zoals bekend, hebben wij daar recentelijk zelf een realistisch plan voor kenbaar gemaakt. Wat de CDA-fractie betreft gaan wij zo spoedig mogelijk aan de slag, zowel voor de korte als de lange termijn. Dit alles uiteraard in nauw overleg met de burger en de middenstand. Ook de aandacht voor opvoedingsvraagstukken spreekt ons zeer aan. Ik denk dat er op dit punt duidelijke dingen in het programma staan, die direct in lijn zijn met ons verkiezingsprogramma. Het idee van het CDA voor een loket voor opvoedingsondersteuning wordt serieus opgepakt en dat stemt tot tevredenheid. Het sociaal beleid zoals dat mede door het CDA in de afgelopen vier jaar is neergezet, willen wij graag voortzetten, met zo mogelijk nog meer aandacht voor het activeren van mensen die om welke reden dan ook even buiten de boot zijn gevallen. Een voortzetting van het beleid inzake handhavingscontrole is hiervoor van belang. In deze lijn kan ook het werkgelegenheidsbeleid genoemd worden. Er moet nog meer aandacht worden besteed worden aan de reïntegratie van mensen die nu nog buiten het arbeidsproces staan. Voor de CDA-fractie is het van eminent belang dat er in Hengelo geen sprake kan zijn van discriminatie op de arbeidsmarkt op grond van afkomst e.d. Hoewel sprake is van een weerbarstig
11 april 2006.
probleem, mag zoiets niet getolereerd worden. Ten behoeve van het behoud en uitbreiding van de werkgelegenheid is aandacht gevraagd voor de starters. Ook het ondernemersloket is een goede zaak. Bij het thema van werkgelegenheid en dergelijke is het natuurlijk van groot belang om aandacht te hebben voor de revitalisering van bestaande bedrijventerreinen en zo nodig het ontwikkelen van nieuwe. Natuurlijk was en is het CDA een warm voorstander van het verder ontwikkelen van de plannen voor de Berflo Es en het Hart van Zuid. Dat de burger daar zeer nauw bij betrokken zal worden, is voor ons vanzelfsprekend. Naast dit alles vinden wij de veiligheid in onze stad nog steeds een punt van grote aandacht. In een open en ontspannen stad is veiligheid een basisvoorwaarde. Daar gaan wij voor. Daarbij kunnen, wat ons betreft, instrumenten als bestuurlijke boetes, stadstoezicht en politiebeleid zeer goede diensten bewijzen. Voor de CDA-fractie is de kwaliteit van het landelijk gebied een speerpunt. Een juiste inzet van het instrument reconstructie en bebouwingslocatie op basis van de roodvoor-roodregeling dienen wat ons betreft voortvarend ter hand te worden genomen. In de afgelopen jaren is veel goed beleid uitgevoerd en in gang gezet. Hiertoe rekenen wij ook het GVVP, inclusief de ontsluiting via de Oosttangent. Als de heer Knegt nog even het GVVP erop naleest, dan kan hij daaruit zijn antwoorden halen. De heer Knegt (Hengelo.nu): Voorzitter! Als ik de woorden van de heer Kruiskamp goed vertaal, betekent een en ander dat het nieuwe college het GVVP onderschrijft en voor de komende periode als dé uitvoering ziet, en dat dat ook voor GroenLinks geldt. De heer Kruiskamp (CDA): Het GVVP is staand beleid en daar gaan wij gewoon mee verder. Het is maar goed dat wij zeer deskundige raadsleden hebben, die mensen ook degenen die al wat langer in dit geheel meelopen - kunnen herinneren aan uitspraken van de raad. Wij zijn ook blij met het spoedig invoeren van het zorgloket en het cultuurbeleid in onze stad. Dit zijn allemaal zaken waarmee wij naar onze mening in de komende jaren heel goed vooruit kunnen. Wij hebben heel
-17-
veel vertrouwen in het voorgenomen beleid, zoals dat is verwoord in het collegeprogramma, en in het college. Dit alles uiteraard in een nieuwe ambitieuze ambtelijke organisatie in het kader van SWINGH. Ons ambtelijk apparaat zal ons kunnen en willen helpen. Daar ben ik van overtuigd. Nogmaals proficiat, men mag rekenen op een constructieve bijdrage van de CDAfractie. De heer Winter (PvdA): Voorzitter! Wij sluiten de rij. Dat betekent dat er al heel veel gezegd is. Ik ga nog even terug naar het proces. De linkse optie die op de avond van 7 maart opeens opdoemde, vormde voor ons een uitdaging om te bekijken en te onderzoeken of wij die zouden kunnen waarmaken. Laten wij vooropstellen dat er vanuit de PvdA erg veel serieuze aandacht is geweest voor de linkse optie. Wij realiseerden ons namelijk dat de uitslag van de stemming daarnaar leidde. Wij hebben echter wel gezien dat er op die manier sprake zou zijn van een enorm smalle basis. Om dit te illustreren: één van mijn fractiegenoten is vandaag ziek en dan zien wij dat de linkse meerderheid meteen verdwenen is. Dat zijn kwetsbare punten, vooral omdat je bij zo´n linkse optie tijdens de onderhandelingen naar stevige standpunten moet zien te groeien. Daarnaast wilden wij niet voorbijgaan aan de cultuur van deze stad. Hengelo heeft weliswaar links gekozen, maar Hengelo is geen studentenstad. Wij zijn geen stad als Nijmegen. Wij hebben een brede bevolkingslaag die daar op een andere manier naar kijkt en misschien wat meer de stabiliteit zoekt. De heer Mulder (Burger Belangen): Voorzitter! Bedoelt de heer Winter hiermee te zeggen dat wat de burger ook kiest, de cultuur maar langzaam wijzigt en het college nog tientallen periodes zo door zou kunnen gaan? De heer Winter (PvdA): Nee, waar ik op wijs, is de smalle basis die de linkse meerderheid in de raad heeft. Wij hebben getracht om conform de uitspraak van de keizer een zo links mogelijk college te vormen met een breder draagvlak. In onze beleving hebben wij dat gerealiseerd. Er is sprake van een programma op hoofdlijnen dat ambitieus is. Het biedt grote
11 april 2006.
kansen en mogelijkheden, juist ook voor de raad. Daarmee sluit ik mij aan bij de woorden van de fractie van GroenLinks. Er zitten juist ook thema´s in waarvan wij hebben bedacht dat die breeduit door de raad bediscussieerd moeten worden en waarin met elkaar in het kader van het dualisme een weg moet worden gevonden. De zaak moet niet dichtgetimmerd worden, ook niet in financiële zin. Wij hebben voor dat laatste niet gekozen, juist omdat wij in de raad een brede discussie willen. Er moeten in de komende periode echter wel degelijk keuzes worden gemaakt. In de beleving van onze fractie is een aantal inhoudelijke thema´s gerealiseerd, bijvoorbeeld de sociale economie als apart uitgelicht thema. De bedoeling van het projectwethouderschap sociale economie en het startersbeleid is juist om meer ruimte en flexibiliteit te creëren voor de ondernemers in Hengelo. Ik refereer in dit verband aan de opmerkingen van de VVD. Ook in de kleinschalige economie moet meer ruimte worden geboden voor mensen die op de arbeidsmarkt een stap willen zetten; een stap die niet alleen in loondienstverband gezet zou kunnen worden. Wij hebben ook aandacht voor specifieke groepen in het kader van het armoedebeleid. Daarmee sluit ik mij aan bij de opmerkingen van de heer Miedema. Wij zijn als fractie uitermate tevreden over het feit dat wij twee wethouders in het college hebben zitten, die beiden met twee benen in de Hengelose stad staan, dus op het gebied van de sociale portefeuille, de WMO, maar vooral op het gebied van verkeer en volkshuisvesting. De koers is wat ons betreft helder en duidelijk. Die koers biedt veel ruimte voor de raad om kansen te grijpen. Wij zien de toekomst met zeer veel genoegen tegemoet. De heer Otten (PvdA): Voorzitter! Hoewel een aantal fracties het collegeprogramma voor kennisgeving wil aannemen, denk ik dat het een goede zaak is om te reageren op datgene wat vanuit de raad naar voren is gekomen. Je ziet een beetje een tweespalt met aan de ene kant de SP-fractie, die de ambities benadrukt. Ik ben van mening dat het programma ambitieus is. Als mensen zeggen dat er sprake is van voortkabbelen en dat er geen ambitie in het programma zit, dan doen
-18-
dat geen recht aan hetgeen in het programma staat. Ik wijs op wat wij willen ten aanzien van de ama´s, de segregatie, de sociale economie, de participatiebanen (waarbij wij juist niet met reïntegratiebureaus aan de gang willen gaan), het startersbeleid, het stageoffensief, e.d. daaruit spreekt allemaal ambitie. Ik vind dat het collegeprogramma echt te kort wordt gedaan als er gezegd wordt dat het veel van hetzelfde is. Dat is namelijk absoluut niet zo. De stad staat voor een enorme opgave en ik heb het dan niet eens over de ruimtelijke agenda. Kortom, in het programma zit veel ambitie. Wij willen als nieuw college de ambitie, de missie die wij voor de komende vier jaren hebben, neerleggen. Dat doe je niet digitaal via een-op-eenformuleringen als “alle parkeerplaatsen onder de grond”. Wij weten dat dat niet kan en niet zo werkt. De heer Winter en anderen hebben terecht gezegd dat op die manier het debat zou dichtslaan. De tijd is voorbij dat wij collegeprogramma´s of andere programma´s maken die geen ruimte meer laten voor een debat. In de afgelopen vier jaar hebben wij geleerd om het duale bestel kansen te geven. Laten wij de mensen in de stad kansen geven om het beleid mee te bepalen. Wat wij met het collegeprogramma doen, is richting geven met een aantal concrete voorstellen en daarnaast ruimte bieden voor een debat in de stad. Ik denk dat dat een belangrijke ambitie is. Over de financiële kant kan ik zeggen dat van tevoren duidelijk was dat wij daarover hooguit een aantal uitgangspunt konden noemen. Bij de kadernota en de meerjarenbegroting zullen wij de voorstellen moeten afwegen die wij als college hebben. Er ligt ook nog beleid dat nog uitgevoerd moet worden. Dat zullen wij nog in het totaal moeten laten integreren en afwegen. Op dat moment komen wij terug met heel het financiële plaatje. Ik wil nogmaals zeggen dat het doorlopen proces efficiënt en gezond was. Overigens vind ik het verbazingwekkend dat ik er nu wordt gesproken over het opstellen van een raadsprogramma en niet in de eerste ronde. Een raadsprogramma leidt volgens mij echt tot: iedereen moet maar meedoen en deze stad moet mooi en duidelijk worden. VVD en Burger Belangen vinden dat er weinig plannen in het collegeprogramma
11 april 2006.
staan. Maar waar zijn deze partijen met hun plannen en waar is hun inbreng op het inhoudelijk vlak? Waar waren hun voorstellen bij de informatieronde? De SP had een lijst van zes tot acht punten. Daar kon ik wat mee. Ik heb van VVD en Burger Belangen echter geen inhoudelijke inbreng gehoord. Dat kunnen wij dan dus ook moeilijk vertalen. Mevrouw Doornbos-Geerdink (Burger Belangen): Voorzitter! Ik wil nog even reageren op de opmerking van de heer Otten over het raadsprogramma. In de vorige raadsperiode is gezegd dat wij daar niet mee aan de gang zouden gaan. Gelezen het collegeprogramma, kwam bij ons de gedachte op om iets dergelijks misschien toch nog in de komende tijd te gaan doen. Vandaar dat wij daar nu iets over gezegd hebben. De heer Otten (PvdA): Het is prima als Burger Belangen de volgende keer iets dergelijks wil meenemen. Bij vraag 3 in de informatiefase (hoe kijkt u aan tegen het proces van collegevorming?) is echter door geen van de fracties naar voren gebracht dat een raadsprogramma wenselijk zou zijn. Een raadsprogramma zou best wel kunnen en is ook niet verkeerd, maar is een heel ander proces. Ik vind een beetje jammer om achteraf het een en ander daarover te horen. Ik wil nog een opmerking maken over het functioneren van de wethouders. Tegen de heer Miedema wil ik zeggen dat de verhouding tussen raad en wethouders toch enigszins anders is in vergelijking met arbeidsrechtelijke omstandigheden - en dat is maar goed ook. Hier gelden andere wetten en een andere mores. Als iemand vindt dat een wethouder niet functioneert, dan horen wij dat graag in dit huis en in deze raad. Als men twijfels heeft over de kwaliteit van wethouders, dan hoor ik dat graag. Ik denk dat nu het moment is om dat uit te spreken. Daar hebben wij geen procedures voor zoals in het normale verkeer tussen werknemer en werkgever. De heer Miedema (ChristenUnie): Dat weet ik, want ook op dit punt ik heb mijn huiswerk uiteraard goed gedaan. Waar het mij om gaat, is dat op een gegeven moment, ook in de afgelopen periode, een gesprek buiten de vergadering om ontstaat over een
-19-
wethouder, commissievoorzitter of raadslid. De een zegt dit en de ander dat. En dat komt weer samen. Iets dergelijks kun je op een gegeven moment kortsluiten door een keer per jaar bepaalde zaken tegenover elkaar uit te spreken, want dan kan er iets mee gedaan worden. Wij hoeven daar nu verder niet over te praten. Ik zal er nog eens op terugkomen in de commissie Bestuurszaken. De Voorzitter: Akkoord. Dat lijkt mij inderdaad beter. Mevrouw Ten Heuw (SP): Voorzitter! Ik denk dat het van mijn kant verstandig is om een reactie te geven op een paar punten. In de eerste plaats wil ik iets zeggen over het opstellen van een raadsprogramma, zoals dat door de fractie van Burger Belangen naar voren is gebracht. Ik wil nogmaals onderstrepen dat de SP-fractie het absoluut niet zien zitten om daarmee aan de slag te gaan. Wij werden daar nog eens in bevestigd door hetgeen de heer Fens naar voren bracht. Hij zei dat hij niets in het collegeprogramma zag waar hij het niet mee eens was. Wij zagen iets dergelijks gelukkig wel. Er is in ieder geval een onvoldoende basis om te denken dat hier een raadsbreed programma zou kunnen worden opgesteld, waar heel de raad zich achter zou kunnen scharen - of de zaak zou moeten verzanden in algemeenheden, maar ik denk dat niemand daar tijd in zou moeten steken. De heer Miedema sprak over het houden van functioneringsgesprekken met wethouders. Wij hebben daar geen behoefte aan. Wij vinden dat het wethouderschap bij uitstek een politieke functie is. Dat moet het ook blijven. Wat ons betreft, leggen de wethouders elke maand een beoordelings- of functioneringsgesprek af, namelijk op het moment dat ze hier in de raad hun beleid komen verdedigen. Ik heb in de eerste termijn over het collegeprogramma gezegd dat de financiële ambities van het college fors zijn, maar dat er geen keuzes gemaakt worden en dat er geen sprake is van een echte financiële doorrekening. De heer Otten zegt wel dat een en ander straks bij de kadernota aan de orde komt, maar wij kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat ook dan weer het beleid van de afgelopen jaren zal worden doorgezet, namelijk: full swing verder met het Hart van Zuid, de algemene reserve
11 april 2006.
oppompen en eventueel nog wat regionaal gaan doen. De ambities die toch wel in het collegeprogramma staan - dat ontkennen wij niet -, zullen daarbij ondersneeuwen, want al die andere dingen moeten eerst gebeuren. Wij hadden als SP nu juist wel andere keuzes in het collegeprogramma willen maken. De CDA-fractie gaf aan dat eerst de mogelijkheid van een links college is verkend. Die indruk hebben wij er toch niet aan overgehouden. Wij hebben begrepen dat in de fase van de verdiepingsslag zowel met de SP als met het CDA en GroenLinks gesproken is. Alle opties, dus zowel een links college, een college bestaande uit PvdA en CDA en een college bestaande uit PvdA, CDA en GroenLinks, werden in die fase opengehouden. Naar ons idee was het dus niet zo dat in die eerste fase alleen de linkse optie is verkend. In de volgende fase waren wij er al niet meer bij. Wellicht heeft de CDA-fractie een andere indruk gekregen, maar wij hebben de gang van zaken op die manier beleefd. De heer Winter heeft aangegeven waarom de PvdA niet heeft gekozen voor een links college. Hij wees erop dat je een linkse meerderheid in steden als Nijmegen of Groningen anders zou moeten duiden dan in Hengelo. Dat lijkt ons wat te ver gaan. Op ons komt het niet echt serieus over als je zegt dat linkse colleges alleen maar mogelijk zouden zijn in studentachtige steden. Aan een links college zou op die manier een studentikoos imago gaan kleven en dat willen wij in ieder geval verre van ons werpen. De heer Fens (VVD): Voorzitter! In eerste instantie hebben wij toch heel duidelijk gesteld dat in het collegeprogramma heel weinig of niets zit. Dat is prikkelend bedoeld, want daarmee lok je uit dat de collegepartijen gaan roepen: Ho ho, mijnheer Fens, er staat wel iets in. Maar ik heb vervolgens alleen maar verhalen gehoord over zaken waar aandacht aan moet worden besteed verhalen in mooie bewoordingen en bloemrijke taal. (Waarschijnlijk heeft de heer Kok als neerlandicus hierin nog een gedeeltelijke rol gespeeld.) Maar met dat mooie taalgebruik alleen schiet je helemaal niets op. Wij krijgen het verwijt – vrij vilein, mag ik wel zeggen - dat wij in onze beschouwingen ook niet hebben aangegeven wat onze ideeën zijn. Wij hebben een verkiezingsprogramma gemaakt. Daar is heel serieus door zeer
-20-
deskundige mensen aan gewerkt. Wij hebben dat aan iedereen uitgedeeld. Bij alle raadsleden - ook bij de heer Otten - moet dat programma bekend zijn. In dat verkiezingsprogramma staan alle zaken die wij willen realiseren en geven wij aan wat onze speerpunten van beleid zijn die wij in de komende vier jaar hadden willen realiseren. Het verwijt van de heer Otten is dus niet terecht. Wij hebben onze ideeën nu niet genoemd, omdat die nu niet aan de orde zijn. Aan de orde is het collegeprogramma - of wat ervoor moet doorgaan. Dát wordt op dit moment besproken. Wij hebben geconstateerd dat dat zonder meer onvoldoende is. Het collegeprogramma nemen wij voor kennisgeving aan, want wij kunnen daar heel weinig mee. Het is op dit moment niet aan de raad om met ideeën te komen en beleid te ontwikkelen, maar aan het college. Daar wordt het college voor aangesteld, althans door de meerderheid van de raad. Het college moet op een gegeven moment het een en ander gaan realiseren. Ik zeg bij dezen toe dat wij onze uiterste best zullen doen om al die krachtige en duidelijke punten uit ons verkiezingsprogramma gerealiseerd te krijgen. Ik vertrouw daarbij op het gezonde verstand van de collegepartijen. Ik hoop dat ze daar niet vanwege een getal, het aantal van de meerderheid, aan voorbij zullen gaan. Mevrouw Doornbos-Geerdink (Burger Belangen): Ik wil mij aansluiten bij het betoog van de heer Fens. Wij hebben in de eerste termijn ons zegje gedaan en daar willen wij het bij laten. De heer Knegt (Hengelo.nu): Voorzitter! Gedeeltelijk kan ik mij aansluiten bij mijn voorgangers. Ik moet helaas concluderen dat onze indruk over de vaagheid van het collegeprogramma alleen maar versterkt is. Wij hebben over een paar punten verduidelijking gevraagd, bijvoorbeeld over het experiment met het openbaar vervoer. Wij wilden graag weten wat men met het experiment zou willen uitvinden, maar hebben daar geen antwoord op gekregen. De zaak wordt daar alleen maar nog vager van. De heer Otten (PvdA): Voorzitter! Het woord “experiment” betekent ook dat je iets wil uitproberen. Ons doel is om te kijken hoe
11 april 2006.
een verbinding kan worden gemaakt tussen aan de ene kant het bevorderen van het stadsvervoer, dus het openbaar vervoer in de stad, en aan de andere kant het versterken van de evenementen en de economische kracht van de binnenstad. Wat je daarbij zou kunnen voorstellen, is dat je voor bepaalde doelgroepen (je zou inderdaad aan ouderen kunnen denken, maar ook aan mensen met beperkingen) het openbaar vervoer gratis zou kunnen maken. Zoiets moet nog uitgewerkt worden; dat is natuurlijk niet iets wat je niet letterlijk in het collegeprogramma neerlegt. Dit is een onderdeel waar goed naar moet worden gekeken. De hele uitwerking van het collegeprogramma leggen wij graag voor aan de raad. Terecht wordt gevraagd wat er gebeurt als het experiment geslaagd is. Wij maken op een bepaald moment een afweging of wij van het experiment structureel beleid gaan maken. Wij doen het experiment niet voor de fop, in de trant van: het was leuk en geslaagd experiment, maar wij doen er niets mee. Als de vraag van de heer Knegt daarop gericht is, dan vind ik de vraag terecht en kan ik zeggen dat iets dergelijks niet de bedoeling is. Nogmaals: ik vind het jammer dat nu niet wordt geuit: wij willen dat experiment. Maar men mag van ons niet verwachten dat wij het collegeprogramma helemaal gaan dichttimmeren, want dat zou heel erg vreemd zijn. De raad kan straks aangeven hoe het experiment vormgegeven moet worden. Daar kan ook de inbreng de gehandicaptenraad, het ouderenplatform e.d. bij betrokken worden. Maar de beleidsdoelstelling, de inzet, is neergelegd in het collegeprogramma en dat is wezenlijk. De heer Knegt (Hengelo.nu): Daar ging mijn vraag dus eigenlijk ook over. Wij hadden heel graag willen roepen: ja, daar gaan wij voor. Ons was echter niet duidelijk wat de bedoeling was van het experiment. Wat wil het college uitproberen? Moet tijdens evenementen gratis openbaar vervoer voor ouderen uitgeprobeerd worden om te kijken of daarmee meer ouderen naar evenementen kan worden gekregen? Of wordt er gekeken of het openbaar vervoer dan beter gebruikt wordt, met als einddoel om misschien te komen tot volledig gratis openbaar vervoer? De heer Otten (PvdA): Het lijkt mij heel
-21-
wezenlijk dat wij die vraag straks in de raad zullen kunnen beantwoorden. De inzet en de richting zijn neergelegd, zeg ik tegen de heer Knegt. De heer Knegt (Hengelo.nu): Ik moet zeggen dat dat punt nu wat duidelijker is. Er is nog even gesproken over een raadsprogramma. Voor ons hoeft dat er niet te komen. Functioneringsgesprekken hoeven van ons ook niet gehouden te worden. Als het goed is, gebeurt iets dergelijks continu met wethouders. Wat ons betreft, moeten die zich voortdurend bewijzen. Er moet nog een financiële onderbouwing gegeven worden en wat dat betreft kan er natuurlijk een heel groot probleem ontstaan. Het zou best kunnen dat de ambities die wel in het collegeprogramma staan, domweg financieel niet uitvoerbaar blijken te zijn. Zoiets zou heel wat uitleg van het college vragen. Wij blijven erbij dat veel moeilijke onderwerpen - wij hebben er een aantal genoemd - uit de weg zijn gegaan. Dat stelt ons toch wel teleur. De heer Miedema (ChristenUnie): Voorzitter! Ik wil eerst even een reactie geven in de richting van de heer Knegt. Ik merk dat een aantal mensen niet het onderscheid kent tussen een functioneringsgesprek en een beoordelingsgesprek. Dat moet dus nadrukkelijk uitgelegd worden als wij daarover een keer met elkaar gaan praten. De heer Knegt (Hengelo.nu): Voorzitter! De opmerking van de heer Miedema is mij niet helemaal duidelijk. Wil hij dat ik hem het verschil nu uitleg, of moet ik dat later doen? De heer Miedema (ChristenUnie): Ik had al gezegd dat wij dat later nog een keer gaan doen. Ik hoor de heer Otten zeggen dat men niet alles wilde dichttimmeren. Dat waardeer ik, maar tussen het uitspreken van een voornemen en een ambitie en “dichttimmeren” zit nog ontzettend veel ruimte. Wat ik nu lees, is alleen maar een gedachte. Ik noem nog even het voorbeeld van het openbaar vervoer. Er wordt een experiment uitgevoerd, maar ik vraag mij daarbij af waar men naartoe wilt. De ambitie is dat er gratis openbaar vervoer komt voor mensen met een lichamelijke handicap en ouderen. Als uit
11 april 2006.
het experiment blijkt dat dat niet kan of de raad dwarsligt, dan praten wij er met elkaar over. Dat geldt ook voor de contouren van de stad. Wat is nu de ambitie? Moet Schalmeden wel of niet worden volgebouwd? Daar gaan wij met elkaar over praten. Als het college zegt dat het dat wel wil, dan roepen wij wel dat wij iets dergelijks niet willen of omgekeerd. Die ambitie en dat voornemen mis ik nogal sterk. De heer Joosten heeft geprobeerd om op een aantal zaken een antwoord te geven. Toch mis ik heel nadrukkelijk in het collegeprogramma een aantal harde uitspraken. Ik zal er een aan de heer Joosten voorleggen. De Laan van Driene staat volgens het raadsbesluit gepland voor na het jaar 2010. Dat betekent dat, als het college correct werkt, wij rond 2008-2009 echt moeten gaan beginnen met de voorbereidingen. Mag ik weten wat dan het standpunt van de fractie van GroenLinks zal zijn? De heer Joosten (GroenLinks): Voorzitter! Ik zal met de laatste vraag beginnen. Ik heb al in mijn eerste termijn verteld dat wij voor lastige keuzes komen te staan. Als straks moet worden bezuinigd of middelen moeten worden verdeeld, dan zal het collegeprogramma met de uitgangspunten leidend zijn voor de keuze van de fractie van GroenLinks. Ik denk dat dat een helder antwoord is. De heer Miedema (ChristenUnie): Wat betekent dat nu? De heer Joosten heeft zelf in de informatieronde aangegeven dat de Laan van Driene een breekpunt is. Hij doet nu net als zijn collega in Enschede. Het vliegveld is een breekpunt, maar als het fluweel in zicht is, wordt dat overboord gezet. De heer Joosten (GroenLinks): Het standpunt van de GroenLinks-fractie is heel helder. Als er straks keuzes gemaakt moeten worden voor de verdeling van middelen, dan zal de Laan van Driene niet op ons lijstje voorkomen. Dat moge duidelijk zijn. Daarover gaan wij in deze raadszaal keurig met elkaar in discussie. Dat heb ik zojuist ook al gezegd. Die keuzes zijn heel helder. Dat vind ik ook de kracht van het programma. De hoofdrichting van het beleid is een zeer sociale insteek. Daar zullen straks onze keuzes neerdalen. Dat is heel helder.
-22-
Ik ben blij dat in ieder geval één oppositiepartij heeft geconstateerd dat er een ambitieus programma ligt. Ik merk echter wel dat de SP-fractie er weinig vertrouwen in heeft dat wij de daarin genoemde speerpunten kunnen realiseren. Ik heb gezegd dat wij er samen aan moeten werken. Wij hebben straks met zijn allen wat te kiezen. Ik heb er vertrouwen in dat dit ons gaat lukken. Dat was in eerdere periodes al het geval, dus dat gaat nu ook gebeuren. De uitdaging van de heer Fens neem ik graag aan. Hij zal zijn punten in het debat inbrengen en wij gaan daarover een helder en scherp debat voeren. Wij zullen helder maken welke fractie bij welke keuze staat. Ik denk dat ik hiermee kan eindigen. De fractie van GroenLinks kan zich prima vinden in het collegeprogramma. Er is nog een hoop werk te doen, er moet nog veel worden uitgewerkt en er moeten lastige keuzes worden gemaakt. Ik denk dat de richting van die keuzes in het collegeprogramma heel helder uiteen is gezet. De heer Kruiskamp (CDA): Voorzitter! Ik meen dat mevrouw Ten Heuw iets verkeerd heeft begrepen. Wij hebben niet gezegd dat wij niet willen dat er een linkse coalitie of wat dan ook gevormd zou worden. Ik heb alleen gezegd dat wij het advies hebben gegeven dat er eerst over links georiënteerd zou moeten worden. Dat was ons punt. Wat de formateur daar verder mee heeft gedaan, kan mevrouw Ten Heuw beter aan hemzelf vragen. Mevrouw Ten Heuw (SP): Het is ons bekend wat hij ermee heeft gedaan. De heer Kruiskamp (CDA): Dan lijkt mij de vraag ook overbodig. Mevrouw Ten Heuw heeft gezegd dat er heel veel geld naar het Hart van Zuid, de Berflo Es en dergelijke projecten geschoven zal moeten worden, en dat daardoor andere zaken vergeten zullen worden. Het mag duidelijk zijn dat wij in de vorige raadsperiode - en ook nu weer - hebben gezegd dat wij zoeken naar een balans. Dat wij keuzes moeten maken, is helder, want de bomen groeien niet tot aan de hemel. Wij zoeken naar een balans tussen enerzijds een goede voortgang van het Hart van Zuid en de Berflo Es, en anderzijds een goed sociaal maatschappelijk beleid voor deze stad en een
11 april 2006.
voortzetting van het huidige niveau van voorzieningen. Dat hebben wij heel duidelijk verwoord. Zo mogelijk moet er een verdere uitbreiding plaatsvinden om mensen actief in de samenleving te betrekken. Ik denk dat dit heldere punten zijn. Ik wil nogmaals zeggen dat er keuzes gemaakt moeten worden. In die zin wordt niet zomaar heel veel naar een bepaalde richting geschoven, terwijl een andere richting wordt vergeten. Wij zijn zoiets zeer beslist niet van plan. De heer Winter (PvdA): Voorzitter! Het Hart van Zuid is een van de problemen waar wij met onze stad voor staan. Daar kunnen wij onze ogen niet voor dichtdoen. Wij moeten daar wat mee en daar hebben wij keuzes in te maken. Welke dat zijn en welke op ons afkomen, kan ik niet zeggen niemand kan in de toekomst kijken en ik ook niet. Dit soort dilemma´s los je echter niet op met oneliners als “meer investeren in groen en grijs” en met opmerkingen over openbaar-vervoerprojecten. Dit staat los van het feit wij graag aan de ambtenaren de opdracht willen geven om daar een goed programma voor te bedenken. Over de contouren van onze stad wil ik zeggen dat wij gewoon te maken hebben met een demografische ontwikkeling. Die zal voor een belangrijk deel leidend moeten zijn voor de manier waarop wij onze stad vorm geven. De kleur en de koers van het programma is wat ons betreft helder. Ik heb daar niets meer aan toe te voegen. De heer Otten (PvdA): Voorzitter! Een punt is blijkbaar toch een beetje onduidelijk gebleven. Na de informatieronde is de verdiepingsslag gestart, zoals ik in de eerste termijn heb uiteengezet. Daarbij is een breed spectrum bekeken. Onderdeel van dat spectrum was de combinatie SP-GroenLinksPvdA. Dat betekent dat er ook gesprekken zijn gevoerd met GroenLinks en CDA, omdat ook nog de combinatie SP-PvdA-CDA mogelijk zou zijn (ik zeg heel duidelijk “zou zijn”, want al snel bleek dat die combinatie niet zou lukken). Wij hebben de combinatie SP-GroenLinks-PvdA onderzocht en de conclusie daarvan is bij een ieder bekend. In de richting van mevrouw Ten Heuw wil ik zeggen dat deze combinatie als onderdeel van het brede spectrum is onderzocht, zoals in de brief van 15 maart 2006 is weer-
-23-
gegeven. Daarbij is dus niet het uitgangspunt geweest: eerst kijken naar de ene optie en daarna naar de andere. Het brede spectrum van combinatiemogelijkheden is onderzocht. De Voorzitter: Dames en heren! Ik denk dat wij voldoende met elkaar hebben gediscussieerd en gesproken over het collegeprogramma en het proces van collegevorming. Ik heb geconstateerd dat de fracties van PvdA, CDA en GroenLinks hebben gezegd dat ze zich goed kunnen vinden in het collegeprogramma. Van de andere fracties heb ik begrepen dat ze het collegeprogramma voor kennisgeving aannemen. De SP-fractie was nog het scherpste, want die zei dat het haar programma gewoon niet is. Als ik het goed heb begrepen hebben de fracties van Burger Belangen, VVD, Hengelo.nu en ChristenUnie gezegd dat ze het collegeprogramma voor kennisgeving aannemen, dat ze het college zullen beoordelen op zijn daden en niet zullen instemmen met het collegeprogramma. Dat betekent dat 21 van de aanwezige leden het collegeprogramma een goed programma vinden om de nieuwe periode in te gaan en dat de overige 14 aanwezige leden een andere mening zijn toegedaan. De Voorzitter verklaart hierna de discussie over het collegeprogramma 2006-2010 voor geëindigd. De Voorzitter: Dames en heren! De partijen die het collegeprogramma hebben opgesteld, hebben vijf wethouderskandidaten aangeleverd, te weten de heren B. Otten, G.A. ter Ellen, H. Kok, G.A.Th. Weber en mevrouw A.E. Oude Alink. Ik stel vast dat er vanuit de raad geen andere kandidaten naar voren worden geschoven, zodat wij kunnen overgaan tot de stemming over de vijf genoemde kandidaten. Als leden van het stembureau benoem ik mevrouw Ten Heuw en de heer Dragt. In de schorsing die aanstonds zal volgen, zal het stembureau de stemmen tellen. Na heropening van de vergadering zal de uitslag van de stemming kunnen worden medegedeeld. Als de kandidaat-wethouders worden benoemd, dan zullen er in de raad vier plaatsen vrijvallen. Van de personen die deze plaatsen zullen gaan opvullen, zullen eerst de
11 april 2006.
geloofsbrieven moeten worden onderzocht. Ook van de veertien te benoemen fractievertegenwoordigers dienen de geloofsbrieven te worden onderzocht. Daartoe zal een commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven moeten worden ingesteld. Ik verzoek de heren Fens, W. Mulder en mevrouw Heidkamp zitting te nemen in de commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven. In de schorsing heeft de commissie de gelegenheid de geloofsbrieven te onderzoeken. De Voorzitter schorst daarop de vergadering, ten einde het stembureau en de commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven in de gelegenheid te stellen hun werkzaamheden te verrichten. Na heropening van de vergadering stelt de Voorzitter aan de orde: 10. Verkiezing en installatie wethouders. Mevrouw Ten Heuw (SP): Voorzitter! Er zijn 35 stembiljetten ingeleverd, waarvan 1 van onwaarde. Uitgebracht zijn 25 stemmen op de heer B. Otten, 24 stemmen op de heer G.A. ter Ellen, 21 stemmen op de heer H. Kok, 25 stemmen op de heer G.A.Th. Weber en 24 stemmen op mevrouw A.E. Oude Alink, zodat allen zijn benoemd. De benoemden verklaren desgevraagd hun benoeming te accepteren. De heren G.A. ter Ellen en G.A.Th. Weber leggen in handen van de Voorzitter de in de Gemeentewet voorgeschreven eed af. Mevrouw A.E. Oude Alink en de heren H. Kok en B. Otten leggen in handen van de Voorzitter de in de Gemeentewet voorgeschreven belofte af. De Voorzitter: Dames en heren! Ik feliciteer de nieuwe wethouders met hun benoeming! (De Voorzitter overhandigt daarop, onder applaus van de aanwezigen, een boeket bloemen aan de nieuw benoemde wethouders.) De Voorzitter dankt het stembureau voor
-24-
de verrichte werkzaamheden en ontbindt het. 11. Vaststellen geloofsbrieven nieuwe raadsleden. De heer Mulder (Burger Belangen): Voorzitter! De commissie uit de raad van de gemeente Hengelo (O), in wier handen werden gesteld de geloofsbrieven en verdere bij de Kieswet gevorderde stukken, ingezonden door de heer B. Carlak, mevrouw B.M.C. Langenkamp-Mosman, mevrouw E.Y. Prent en de heer W. Jager, op 11 april 2006 benoemd tot leden van de raad van de gemeente Hengelo, rapporteert de raad van de gemeente Hengelo dat zij bovengenoemde bescheiden heeft onderzocht en in orde bevonden. Gebleken is dat benoemden aan alle in de Gemeentewet gestelde eisen voldoen. De commissie adviseert tot hun toelating als lid van de raad van de gemeente Hengelo. Het advies van de commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven wordt zonder hoofdelijke stemming overgenomen. De Voorzitter dankt de commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven voor de verrichte werkzaamheden en ontbindt haar. 13. Beëdiging nieuwe raadsleden. Mevrouw B.M.C. Langenkamp-Mosman legt in handen van de Voorzitter de in de Gemeentewet voorgeschreven eed af. Mevrouw E.Y. Prent en de heren B. Carlak en W. Jager leggen in handen van de Voorzitter de in de Gemeentewet voorgeschreven belofte af. De Voorzitter: Dames en heren! Ik feliciteer de nieuwe leden met hun benoeming tot lid van de raad! (Applaus.) 12. Vaststellen geloofsbrieven fractievertegenwoordigers. De heer Mulder (Burger Belangen): Voorzitter! De commissie uit de raad van de gemeente Hengelo (O), in wier handen werden gesteld de geloofsbrieven en het uittreksel uit de basisadministratie, ingezonden door de heren B.J. van Veen,
11 april 2006.
H.J.K.J. Spies, M. Hollander, B.G. van Wakeren, K. Mulder, N. Yaldis, C. van Herwaarden, mevrouw J. Bergsma, de heer E. Odaci, mevrouw E.M. Mooijman en de heren J.W. van den Hoek, E. Alkema, H.A. Dekker en M.M. Klaver, rapporteert de raad van de gemeente Hengelo (O) dat zij bovengenoemde bescheiden heeft onderzocht en in orde bevonden. De commissie adviseert tot hun toelating als lid van de raadscommissies van de gemeente Hengelo. Het advies van de commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven wordt zonder hoofdelijke stemming overgenomen. De Voorzitter: Dames en heren! Ik feliciteer de veertien fractievertegenwoordigers van harte met hun benoeming. Het leek mij passend om hen bij de start van hun carrière in de gemeentepolitiek even naar voren te halen en hen een bloemetje te overhandigen. Iedereen kan dan meteen zien welke persoon bij welke naam hoort. (De Voorzitter overhandigt daarop, onder applaus van de aanwezigen, de veertien benoemde fractievertegenwoordigers een boeket bloemen.) De Voorzitter schorst hierna de vergadering, ten einde de aanwezigen in de gelegenheid te stellen de benoemde wethouders, raadsleden en fractievertegenwoordigers te feliciteren met hun benoeming. (Tijdens deze schorsing is de heer Heijstek ter vergadering gekomen.) Na hervatting van de vergadering stelt de Voorzitter aan de orde: 14. Wijziging Reglement van Orde voor de gemeenteraad (110322). 15. Wijziging Verordening op de raadscommissies (110323). Deze voorstellen worden zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 16. Benoeming raadsleden in diverse functies (110366). De Voorzitter: Dames en heren! Ik
-25-
benoem de heren Miedema en Jager tot leden van het stembureau. Op het stembriefje voor de benoeming van de eerste en tweede vice-voorzitter van de raad dient u de naam van de heer A. Otten te schrappen; de heer Otten is geen kandidaat meer voor deze functie. Nadat de stembiljetten zijn ingevuld en opgehaald, schorst de Voorzitter de vergadering, ten einde het stembureau in de gelegenheid te stellen zijn werkzaamheden te verrichten. Na hervatting van de vergadering deelt de heer Miedema de uitslag van de stemmingen mede. Benoeming eerste en tweede vice-voorzitter van de gemeenteraad.
11 april 2006.
van den Heuvel, zodat de heren Alkan, Heijstek en Van den Heuvel zijn benoemd. Benoeming trefpuntprogrammacommissie. Ingeleverd zijn 36 stembiljetten. Voorzitter trefpuntprogrammacommissie. Uitgebracht zijn 36 stemmen op mevrouw M.A. ten Heuw, zodat deze is benoemd. Leden trefpuntprogrammacommissie. Uitgebracht zijn 36 stemmen op de heer W. Dragt, 10 stemmen op mevrouw C. Gemser, 33 stemmen op de heer W. Jager, 30 stemmen op de heer L.F.M. Janssen en 34 stemmen op de heer J.J.H. Rikkerink, zodat de heren Dragt, Jager, Janssen en Rikkerink zijn benoemd. Benoeming kascommissie.
Ingeleverd zijn 36 stembiljetten. Ingeleverd zijn 36 stembiljetten. Benoeming eerste vice-voorzitter. Uitgebracht zijn 21 stemmen op de heer W.A. Joosten en 15 stemmen op de heer W. Mulder, zodat de heer Joosten is benoemd. Benoeming tweede vice-voorzitter. Uitgebracht zijn 35 stemmen op de heer J.W.H. Harink, zodat deze is benoemd. Benoeming commissievoorzitters. Ingeleverd zijn 36 stembiljetten. Voorzitter commissie Fysiek. Uitgebracht zijn 35 stemmen op mevrouw M.G. Heidkamp, zodat deze is benoemd.
Uitgebracht zijn 36 stemmen op de heer R.J. Fens, 36 stemmen op de heer W. Miedema en 36 stemmen op mevrouw G.M. Weenink, zodat dezen zijn benoemd. Benoeming plaatsvervangend lid Openbaar Lichaam Crematorium. Ingeleverd zijn 36 stembiljetten. Uitgebracht zijn 36 stemmen op de heer A. Otten, zodat deze is benoemd. Partnerschap Emsdetten-Hengelo. Ingeleverd zijn 36 stembiljetten.
Voorzitter commissie Sociaal. Uitgebracht zijn 36 stemmen op mevrouw J.H. ter Hofte, zodat deze is benoemd. Voorzitter commissie Bestuur. Uitgebracht zijn 34 stemmen op de heer P.G. Rutgers, zodat deze is benoemd.
Uitgebracht zijn 15 stemmen op mevrouw J.M.J. Doornbos, 27 stemmen op mevrouw M.C.M. Huiskes, 10 stemmen op de heer W. Jager, 25 stemmen op de heer W. Kruiskamp en 30 stemmen op de heer J.J.H. Rikkerink, zodat mevrouw Huiskes en de heren Kruiskamp en Rikkerink zijn benoemd.
Benoeming rekenkamer. Klachtencommissie Sociale Zaken. Ingeleverd zijn 36 stembiljetten. Ingeleverd zijn 36 stembiljetten. Uitgebracht zijn 27 stemmen op de heer Z. Alkan, 35 stemmen op de heer J.T.J. Heijstek, 13 stemmen op de heer S.M.A. Horsthuis en 33 stemmen op de heer W.L.M.
Uitgebracht zijn 36 stemmen op mevrouw J.M.J. Doornbos, 27 stemmen op mevrouw M.C.M. Huiskes en 9 stemmen op de heer
-26-
J.J.H. Rikkerink, zodat mevrouw Doornbos en mevrouw Huiskes zijn benoemd. Auditgroep Accountancy. Ingeleverd zijn 36 stembiljetten, waarvan 2 in blanco. Uitgebracht zijn 34 stemmen op mevrouw M.G. Heidkamp, 34 stemmen op de heer S.M.A. Horsthuis en 32 stemmen op mevrouw B.M.C. Langenkamp, zodat dezen zijn benoemd. Benoeming lid + plaatsvervangend lid SWB Midden Twente. Ingeleverd zijn 36 stembiljetten. Uitgebracht zijn 4 stemmen op de heer S.M.A. Horsthuis en 32 stemmen op mevrouw J.M.J. Doornbos, zodat mevrouw Doornbos is benoemd tot lid en de heer Horsthuis is benoemd tot plaatsvervangend lid. De Voorzitter: Dames en heren! Ik feliciteer alle betrokkenen met hun benoeming. De Voorzitter dankt het stembureau voor de verrichte werkzaamheden en ontbindt het. 17. Benoeming fractievertegenwoordigers als lid van de commissies (110330). 18. Benoeming W. Jager in de Vertrouwenscommissie herbenoeming burgemeester (110307). 19. Instelling en taakstelling werkgeverscommissie griffier (109786). Deze voorstellen worden zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 20.
Afscheid wethouder Nijhof.
De Voorzitter: Dames en heren! Wij nemen vanavond binnen de kring van de gemeenteraad afscheid van Henk. Hij is een uur geleden zijn baan kwijtgeraakt. In het duale systeem is hij geen lid meer van de raad. Gezien zijn carrière is het meer dan terecht om tijdens deze raadsvergadering
11 april 2006.
enige woorden aan hem te wijden. Henk Nijhof was uw collega van september 1982 tot april 1986. Nadat hij vervolgens een tijdje hier niet was, kwam hij terug als fractieassistent van september 1991 tot oktober 1992. Daarna was hij er weer even niet, maar in 1994 kwam hij echt terug op het tapijt als wethouder. Dat duurde tot nu. Hij was dus twaalf jaar onafgebroken wethouder, acht jaar in het monistische systeem en vier jaar in het duale stelsel. Hij is dus de wereldkampioen wethouder van GroenLinks (dit laatste schijnt niet helemaal te kloppen, maar daar komt hij wellicht straks nog even op terug). Als je alle jaren bij elkaar optelt, komt met zijn vertrek uit de actieve lokale politiek een eind aan een tijdspanne van 24 jaar Henk Nijhof. Daarvan was hij 17 jaar in verschillende functies actief in de raad of de raadsfractie. In de kring van de raad wil ik Henk Nijhof dan ook namens het college, de organisatie en de gemeente Hengelo bedanken voor zijn geweldige inzet voor onze stad en eigenlijk ook wel voor onze streek, want dat kenmerkt hem ook wel. Henk, het is begrijpelijk en te respecteren dat je na twaalf jaar wethouderschap het stokje hebt doorgegeven. Het wethouderschap is een boeiend, maar ook inspannend beroep. Er is voor jou nog wel ander werk aan de winkel, waar je jouw talenten ook kunt ontplooien. Talenten heb je volop, want dat hebben wij hier kunnen ervaren. Henk, het was een voorrecht om met jou te mogen samenwerken. Dat is wat ik in het algemeen hoor en waar ik mijzelf geheel in kan vinden. Een paar constateringen. Binnen de G-27, daarin werken 27 grote en middelgrote steden samen in het kader van het grotestedenbeleid, heeft Henk Nijhof een grote naam opgebouwd. Ze kennen Henk Nijhof van Hengelo. Hij onderhandelde met de minister van Onderwijs over educatie en inburgering namens 27 steden. Het beroemde (of soms ook wel beruchte) op overeenstemming gerichte overleg in de onderwijswereld is in Hengelo steeds voor honderd procent gelukt. Dat is een compliment waard. Het moet Henk zelf ook zijn opgevallen dat hij geweldig heeft gescoord in zijn portefeuille. De atletiekkampioenschappen voor gehandicapten heeft hij dan wel niet binnengehaald, maar de Europese jeugd-
-27-
kampioenschappen in 2007 wel. Volgens mij heeft hij het onderste uit de kan gehaald voor de onderwijshuisvesting, de vernieuwing van het FBK-stadion, het jeugdbeleid, het Hengelose vangnet, de wijkaanpak en ik kan zo nog wel even doorgaan. Hij heeft zelfs Cerberus open weten te houden. Wie kan dat zeggen? Henk, door ervaring wijs geworden, was jouw strategie heel doeltreffend. Op een ontspannen manier wist jij jouw zaakjes goed voor elkaar te krijgen. Mensen binnen onze organisatie werken graag met je. Dat geldt overigens ook voor andere instellingen en organisaties in en buiten onze stad. Een groter compliment bestaat er eigenlijk niet volgens mij. Dat heeft ook te maken met jouw typische humor en gevatheid. Die maken het plezierig om met jou te werken. Henk, een interne en een externe afscheidsbijeenkomst volgen nog op 20 en 21 april 2006. Ook in de beslotenheid van het college zullen wij nog een gezamenlijk momentje meepikken. Jij blijft ook actief in onze stad, want in naam van het college zal jij je blijven bezighouden met de Europese jeugdkampioenschappen. Daar zijn wij je erg dankbaar voor. Nu volsta ik met je zeer te bedanken. Ik bied je graag de traditionele cadeaus aan, te weten het horloge van Hengelo, een bos bloemen en een fotoboek ter herinnering. Aan de hand van dit fotoboek zul je herinneringen van een groot aantal jaren kunnen ophalen. De bos bloemen zal ik straks aan Annet geven. Annet, zeer veel dank voor wat er allemaal niet in al die jaren gebeurd is. Henk, zeer veel dank voor het plezier en de goede kameraadschappelijkheid die wij met jou hebben mogen ondervinden. De raadspenning heb je eerder al gekregen. Door het dualisme komt daar niets meer bij. Henk, tot morgen. (De Voorzitter overhandigt daarop, onder applaus van de aanwezigen, de heer Nijhof een horloge en een fotoboek en Annet Nijhof een boeket bloemen.) De heer Mulder (Burger Belangen): Voorzitter! Vorige week werd mij gevraagd om een actieve bijdrage te leveren aan het vertrek van wethouder Nijhof. U kunt begrijpen dat ik daar graag mee instemde,
11 april 2006.
want op zo´n kans zit je in de oppositie immers al jaren te wachten. Ik spreek thans echter namens de gehele raad en de aanleiding is geen direct politiek-inhoudelijke meer. De verkiezingen zijn geweest en een nieuw college treedt aan. De fractie van GroenLinks doet weer mee aan het college, maar Henk liet al ruim voor de verkiezingen weten er na twaalf jaar een punt achter te willen zetten. Twaalf jaar wethouder zijn voor GroenLinks is in Nederland erg lang. Henk is wereldkampioen GroenLinks-wethouder-aanéén-stuk, zoals ook uit zijn uitnodiging voor zijn afscheid blijkt. Ik kwam tegelijk met Henk in 1994 in de raad. Voor Henk was dat al de tweede keer. Ook voor een raadslid is twaalf jaar al een hele tijd. Als ik zo om mij heenkijk, zie ik maar een paar gezichten die er toen ook al zaten. Henk, jij trad in 1994 aan als raadslid en werd ook meteen wethouder. Toen was dat nog in het monistische stelsel. Een monist ben je eigenlijk altijd wel gebleven. Ook in de afgelopen vier jaar woonde je nog steeds vaak de vergaderingen van de fractie van GroenLinks bij. Twaalf jaar geleden zat jij achter de collegetafel met mensen die inmiddels allemaal vertrokken zijn: burgemeester Lemstra, gemeentesecretaris Wim Fluks, de PvdA-wethouders Marja de Waal en Lucas Roesink, de CDA-wethouders Gerard ten Thij en Theo Huitink en VVD-wethouder Han Luchies – jawel, ook de VVD mocht toen meedoen in het college. In die twaalf jaar heb je je vooral ingezet op de zachte portefeuilles milieu, welzijn, sport en, niet te vergeten, onderwijs. In het welzijn heb je veel bereikt. Ik herinner mij nog de grote rivaliteit tussen de speeltuincentrale en de buurthuizen; twee bloedgroepen die uit dezelfde ruif moesten eten en elkaar eigenlijk het licht in de ogen niet gunden. Je hebt ook veel gedaan rond de herhuisvesting. Zo heb je ooit beloofd dat je je schoenen zou opeten als het herbouwen van de Sterrentuin niet op tijd zou rondkomen. Helaas hebben wij dat niet mogen meemaken. De schoenen heb je nog aan, want het wijkcentrum staat er en dat is ook iets om trots op te zijn. Het jongerenwerk. Ik denk dat wij met zijn allen in Hengelo mogen vaststellen dat de sluitende aanpak werkt. Een goed geregisseerde samenwerking met de
-28-
maatschappelijke organisaties maakt dat Hengelo in vergelijking met andere grote steden erin slaagt de jongerenproblematiek zeer goed onder controle te houden. Dat valt landelijk op. Ook in het openbaar onderwijs heb je in de afgelopen jaren door herstructurering heel veel kunnen bereiken. Heb je ook een groen stempel op het Hengelose college weten te drukken? Het RBT is er gekomen. Wij bouwen in Dalmeden. Er is nog geen windmolen te zien op de Boeldershoek. En dan de luchthaven. Het is in het college anderhalf jaar geleden bijzonder spannend geweest of je om de luchthaven zou opstappen of niet. Je bleef, maar de luchthaven staat nog steeds op de politieke agenda. Sport is volgens mij de portefeuille die Henk het beste lag. Ook daar is de afgelopen jaren veel gebeurd, zowel in de breedtesport als op het gebied van topsport, met name atletiek. Ik wil kort stilstaan bij het FBKstadion en de FBK-games. Mede dankzij jouw inzet staat er nu een prachtig vernieuwd stadion en hebben wij in Hengelo de belangrijke status voor de games kunnen veiligstellen. Dat gaat door. De komst van het trainingsveld van FC Twente en de synergie die je hebt weten bereiken tussen FC Twente en de aangrenzende wijk Veldwijk, trekken landelijk de aandacht. Je hebt in de loop der jaren een bijzonder politiek fingerspitzengefühl weten te ontwikkelen. In de commissies en de raad manoeuvreerde je steeds behendiger langs de politieke klippen. Terugkijkend op de periode van twaalf jaar bleef je gelukkig vooral jezelf, weliswaar wat grijzer, maar nog steeds een kwajongen met een wat alternatieve uitstraling, een fijnzinnig gevoel voor humor en betrokken. Henk, namens de gemeenteraad, en daarmee namens de burgers van Hengelo, wil ik je bijzonder bedanken voor de diensten die je onze stad hebt bewezen. Dat willen wij bekrachtigen middels een cadeau. Ik heb mij laten vertellen dat het gaat om een reischeque – een enkele reis. Mocht je nog eens aspiraties hebben om terug te komen, onthoud dan dat het ging om een enkele reis. (Applaus.) De heer Joosten (GroenLinks): Voorzitter! Wij kwamen erachter dat er eigenlijk weinig openbare mogelijkheden zijn om even
11 april 2006.
kort iets tegen Henk te zeggen. Straks gaat het een en ander plaatsvinden in een wat informele sfeer. Ik heb daarom aan de voorzitter gevraagd om in twee minuten iets persoonlijks te zeggen. Ik ga niet praten over al zijn prestaties, want die zijn al perfect verwoord. Het gaat mij om de mens Henk zelf. Een jaar of vijf, zes terug ben ik bij de fractie gekomen en heb ik Henk leren kennen als iemand die geweldig betrokken is bij de stad, niet de fysieke stad maar vooral de mensen in de stad. Hij was tot vrij kort geleden de eerste en enige GroenLinkswethouder in Twente. Dat is hij lange tijd geweest. Voor ons is hij een boegbeeld geweest met de uitstraling die dat met zich meebracht. Hij is een politicus met een heel fijn neusje voor politieke ontwikkelingen en messcherpe analyses. Hij heeft een uitgebreid netwerk in stad en land, vooral in de persoonlijke contacten. Hij is voor ons altijd een steunpilaar geweest. Wij konden heel goed bij hem terecht voor belangrijke afwegingen, de insteek in sommige zaken en de door ons te volgen strategie. Henk als mens heeft een bepaald soort humor. Op nummer één van zijn ranglijst staat Koot & Bie. Als je met hem praat, zie je vaak van dat soort beelden voorbijkomen. Een kant die wat minder zichtbaar is, is zijn zorgzame kant, vooral voor degenen die kort bij hem staan. Hij kijkt altijd heel goed wat er met je gebeurt. Als je wat problemen had in de privé-sfeer, op je werk of in de politieke contacten, kon je bij hem aankloppen. Dat geldt niet alleen voor de fractie, maar ook voor zijn familie en gezin. Henk is heel erg betrokken. Het persoonlijke en het menselijke trekken hem heel sterk aan. Ik wil afronden, want ik zou het niet lang maken. Henk is een erkend kroegtijger. Het “witbiertje” zal iedereen bekend in de oren klinken. Ik wil het hierbij laten, want in andere kringen zullen wij ook nog het een en ander tegen hem gaan zeggen. Henk, wij gaan jou niet missen, want wij hebben afgesproken dat wij jou nog gaan zien. Dat zal niet zo vaak gebeuren als in de afgelopen jaren, maar wij hebben de afspraak gemaakt dat wij nog eens gaan kijken of wij de partij in Hengelo dan wel de regio tot een iets grotere hoogte kunnen brengen dan in de afgelopen keer gebeurd is. Namens de fractie, de partij en allen die daarbij horen, hartelijk dank voor jouw inzet en ondersteuning. Wij zien elkaar later.
-29-
(Applaus.) De heer Nijhof: Voorzitter! Na deze woorden vraag je je af hoe het met deze stad na vanavond verder moet. Dat kan niet meer goed gaan. Laat ik beginnen met antwoord te geven op drie vragen: goed, nee en ja. Dan hebben wij dat gehad, want iedereen vraagt mij steeds hetzelfde. Hoe gaat het met je en hoe voel je je nu? Goed! Heb je geen spijt? Nee, nog niet! Weet je al wat je gaat doen? Ja, dat weet ik! Men kan zich bij mij melden voor symposia, reclame, een STER-blokje en dergelijke. Laat ik beginnen met een terugblik op hetgeen vanavond gebeurd is, want dat was fantastisch. Wij hebben pas hier een kinderraad gehad en die verliep minder chaotisch dan vanavond. Dat geeft echter niet, want op een avond als deze mag de gang van zaken best een beetje chaotisch zijn. Ik wil de heer A. Otten feliciteren met het feit dat hij 36 stemmen heeft gekregen om in het openbaar lichaam van het crematorium te komen. Hij was voor mij de gedoodverfde favoriet. Ik loop even de sprekers langs. Met uw welnemen begin ik met de heer W. Mulder. Ik moet eigenlijk heel de raad danken voor het feit dat die ervoor heeft gezorgd dat ik mijn schoen niet heb hoeven opeten. Je bereidt zo´n besluit wel voor, maar als de raad mij echt had willen pesten, had die gewoon het krediet kunnen weigeren. Dan had ik gewoon mijn schoen moeten opeten. Maar ik meen dat zelfs de fractie van Burger Belangen heeft voorgestemd. Dat heeft mij in ieder geval een zware spijsvertering gescheeld. De heer W. Mulder heeft opgemerkt dat het monisme altijd een beetje bij mij zou zijn blijven hangen. Ik denk dat iets dergelijks niet alleen voor mij geldt, maar eigenlijk wel voor heel de raad. Dat ik zo monistisch bleef optreden naar de fractie, had niets te maken met de inhoud van de politiek, maar alles met wat na de fractievergaderingen gebeurde. Daarom ging ik daar altijd heen. Daar slaat het witbiertje op van de heer Joosten. Het zal eenieder duidelijk zijn dat dat verder niets met politiek te maken had. Ik denk dat het aan mij ligt, maar het RBT is er nog niet. Hetzelfde geldt voor de luchthaven. Het FBK-stadion is er wel, maar dat is nog niet helemaal af. Het is mijn grote wens dat er in ieder geval voor gezorgd
11 april 2006.
wordt dat de tweede fase van het FBKstadion klaarkomt, zodat dat er vóór de Europese jeugdkampioenschappen pico bello bij ligt. Ik heb er in ieder geval alle vertrouwen in dat mijn opvolger op het gebied van sport daarvoor gaat zorgen. Ik moet de opmerking over de Berflo Es corrigeren. Die zaak heb ik samen met Bert Otten gedaan. Die credits moet ik echt met hem delen, want hij heeft daar heel veel energie en tijd ingestoken. Willem Joosten, ik heb een enkele reis gekregen, maar ik weet niet waarheen. Ik beloof je dat, als ik terugkom, wij verder gaan praten over de opbouw van de partij in de regio, zoals wij dat met elkaar hebben afgesproken. De titel wereldkampioen GroenLinkswethouder behoeft een kleine nuance. Mijn collega uit Haarlem belde mij wat geïrriteerd op met de mededeling dat hij vijftien ervaring had als wethouder. Ik wist echter dat dat niet in één stad was en ook niet ononderbroken. Hij kan dus zeuren wat hij wil, maar het is gewoon niet geweldig wat hij gepresteerd heeft. Voorzitter, ik zou Cerberus open hebben weten te houden en zou dat echt voor de poorten van de hel hebben moeten wegslepen. Heel de raad was er eigenlijk op tegen, maar niet heus. Wat dat betreft, past het een en ander niet helemaal bij elkaar. Ik dank de raad voor de gegeven steun. Ik denk dat wij in Hengelo inderdaad een heel fatsoenlijk jeugdbeleid hebben en met elkaar zeer fatsoenlijke voorzieningen op het gebied van het jeugdbeleid in stand hebben gehouden. Ik had beloofd dat ik het nu niet lang zou maken. Het is al laat en dat gaat allemaal af van de plezierige tijd die hierna komt. Bovendien komen er nog twee formele momenten. Ik heb gevraagd om daar niet al te veel sprekers toe te laten, zodat ik zelf heel veel tijd heb om te spreken. Daar waarschuw ik dus alvast maar voor. Ik wil het dus hierbij laten, maar niet nadat ik de raad ontzettend bedank voor het vertrouwen dat hij mij twaalf jaar lang heeft gegeven. Ondanks de stekeligheden en de minder fijnzinnige humor – waarvoor postuum mijn excuses - heb ik ervaren dat wij goed hebben kunnen samenwerken en samen een goed beleid hebben kunnen ontwikkelen. Dat hebben wij samen met elkaar gedaan. Zoiets doe je niet als wethouder alleen.
-30-
Ik dank mijn collegeleden achter de collegetafel, maar ook de mensen die hiervoor mijn collega´s waren. Ik heb in fijne colleges gezeten, met fijne burgemeesters en fijne mensen. Wat dat betreft, was het voor mij twaalf jaar lang echt een feest om met die mensen te mogen samenwerken. Het was voor mij bijna een nog groter feest om met de mensen aan de andere kant van de zaal te mogen werken. De ambtenaren van deze gemeente hebben mij altijd heel plezierig en goed gesteund. Dat weten zij en ik heb het gevoel dat het vertrouwen wederzijds was. Dat heeft mij altijd geholpen. Ik zal jullie ontzettend missen, heren. Daar hebben wij het in de komende week nog wel over. Tot slot wil ik mijn fractie bedanken, die dit allemaal mede mogelijk heeft gemaakt. In de fractie hebben wij altijd heel veel plezierige uurtjes gehad. Daar haalde ik altijd mijn grappen en grollen vandaan. Ik bedank de fractie voor de bijzonder kameraadschappelijke wijze waarop wij met elkaar om zijn gegaan. Ik wil graag eindigen in de zin van de heer Miedema. Ik heb een spreuk in Spreuken 4 gevonden die vooral op hem van toepassing is. “Mijn zoon, luister! Neem mijn woorden aan, ze vermeerderen de jaren van je leven. Ik heb je de weg van de wijsheid gewezen, op rechte paden heb ik je gevoerd. Je zult onbelemmerd voortgaan, nergens zul je struikelen, al ga je nog zo snel. Laat mijn onderricht niet los, houd het vast, vergeet het nooit, het is je leven.” (Applaus.) De Voorzitter: Dames en heren! Wij zijn aan het einde van de raadsvergadering gekomen. Ik heb nog twee mededelingen. Ik leg hier nog wat informatie neer voor de raadsleden over een collegebesluit dat vandaag is genomen met betrekking tot de exploitatie van het theehuis op het Prins Bernhardplantsoen. Wij denken namelijk dat dat morgen wellicht tot publiciteit zou kunnen leiden. U kunt de informatie meenemen en daar kennis van nemen, zodat u in ieder geval van een en ander op de hoogte bent. Verder heeft de krant Tubantia gevraagd of alle nieuwe raadsleden – dat zijn er zeventien - even op de trap zouden kunnen staan, zodat er een foto kan worden genomen voor de krant. Als u dat zou willen
11 april 2006.
doen, dan is Tubantia ook blij. Hierna sluit de Voorzitter, te 23.47 uur, de vergadering.
De raad der gemeente Hengelo (O) heeft vorenstaand verslag in zijn openbare vergadering van 16 mei 2006 goedgekeurd en vastgesteld.
, voorzitter,
, griffier.