1
VERSLAG **********
van de meningsvormende vergadering van de raad van de gemeente Vlagtwedde, gehouden op dinsdag 11 juni 2013 om 20.00 uur in het gemeentehuis in Sellingen. Voorzitter: Griffier: Aanwezig:
L.A.M. Kompier. K. Willems (plv. griffier). 17 leden: W. Eilert (PvdA), W. Potze (PvdA; fractievoorzitter), R. Joling (PvdA; steunfractielid), F. Schipper (PvdA), R.H.J. Kriek (GL), H.A. Meendering (GL; fractievoorzitter), H. Sinnema (CDA; fractievoorzitter), M. Heidekamp-Prins (CDA), H. Wachters (CDA), J. H. Brunen (GB), G.H.M. Heijne (GB; fractievoorzitter), P.F.X. Timmermans (GB), J.R. Kruiter-Draadjer (GB), B.A. ter Horst (GB), A.H. VenemanHolman (CU; fractievoorzitter), H.B. Wijnholds (VVD; fractievoorzitter), K. Buigel (VVD; steunfractielid).
Afwezig:
D.W. Hoftijzer (PvdA), R.A.L. ter Veen (VVD).
Aanwezig:
Wethouders H. Kuipers (VVD) en S. Lok (CDA).
Afwezig:
Wethouder H. Klap (GB)
Notulist:
H.M. Deddens.
1. Opening. De voorzitter opent de vergadering en heet iedereen van harte welkom. De voorzitter: We hebben een bericht van verhindering van de heer Ter Veen. Hij wordt vervangen door de heer Buigel. De heer Hoftijzer is ook afwezig. Hij wordt vervangen door de heer Joling. Wethouder Klap is ook afwezig. 2. Vaststellen agenda. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Spreekrecht burgers. De voorzitter: We hebben voor vanavond twee insprekers. Het betreft de heer K. Eeuwema over het bestemmingsplan Vlagtwedde Dorp. En de heer J. Koorman over het bestemmingsplan Ter Apelervenen. Ik wil graag als eerste de heer Eeuwema uitnodigen om achter het spreekgestoelte plaats te nemen en de raad toe te spreken. De heer Eeuwema: Naar aanleiding van uw uitnodiging, om onze zienswijze toe te lichten, op bestemmingsplan Vlagtwedde Dorp, deze uitleg van onze kant. Voordat wij onze huidige kavel kochten, had de gemeente al interesse in de kavel en moesten wij wachten op die uitkomst. Het plan van de gemeente was volgens familie Dijkhuis, om bestaande bebouwing af te breken en er tien woningen te plaatsen, inclusief toegangsweg en de nodige nutsvoorzieningen. Omdat de financiële uitkomst daarvan onzeker was is het plan afgeblazen en kwamen wij in beeld. Er werden twee bouwkavels, voor aan de Wilhelminastraat en naast de oude boerderij met nummer 69 aangeboden, die met borden en piketten waren aangegeven. Op 5 september 1990 werd onze huidige kavel, groot 81,40 are, gekocht van de familie Dijkhuis. Ik heb met de toenmalige ambtenaar van Bouw & Woningtoezicht, de heer Veneman, afgesproken dat de twee nieuwe bouwkavels ingeruild werden voor één, en dan op de manier zo hij nu staat. Hij kreeg zelf van de gemeente nummer 71. Dat is onze huidige woning. Nummer 69, de oude boerderij met woonhuis, zou te zijner tijd een woonhuis worden, wel na sloop, omdat hij met de voorgevel bijna op het trottoir stond en dus wat terug moest. Er was immers ruimte genoeg, een ruime schuur met vier hooivakken, een deel en nog een veestal aan de kant Bourtange voor zestien stuks grootvee, schuurruimte totaal 250 m², dat is zonder de woning. In overleg met de heer Veneman werd de schetstekening voor de woning op nummer 69 gemaakt, waar hij zelf nog aan mee tekende, en dan als woning voor één van onze kinderen. Begin 2001 heeft Bouwkundig teken en advies bureau Roel Nabring uit de Wilp het plan voor de nieuwbouw van deze
2
woning met de gemeente besproken en er werd een bouwtekening gemaakt. En na enige correcties bij de gemeente officieel ingediend, die hem behandelde en naar de welstandzorg in Groningen doorstuurde waar hij op 12 februari 2001 werd goedgekeurd. Omdat de tijd van uitslag al lang verstreken was, informeerden wij naar de uitkomst bij de heer Veneman. Die maakte op zijn beurt een afspraak om bij ons langs te komen, met nog iemand, bleek later. Dat de woning gebouwd mocht worden stond wel vast, maar hij mocht dan niet bewoond worden volgens de heer Veneman. Dat was volgens hem door bouw en woning toezicht nu zo besloten. We hebben het tot in Den Haag aangevochten, maar verloren omdat ik niets kon aantonen. En als de ambtenaren bij je thuis komen, is dat wel leuk, maar bewijs heb je niet na zo´n bezoek. Wel stelde de heer Veneman zelfs nog voor, de schuur nadat het woonhuis er voor weg was gesloopt, dicht te slaan met damwand, dan hadden we de schuurruimte tenminste nog tot onze beschikking. Omdat wij daar niet naast wilden wonen is dat niet door gegaan. Op de tekeningen zoals ook deze van Buro Vijn, werd niet alleen onze huidige woning nummer 71, als ook onze vorige woning nummer 69, de boerderij met woonhuis steeds vermeld. Alleen nu bij dit laatste bestemmingsplan, Vlagtwedde Dorp is nummer 69 ineens helemaal verdwenen. Zelfs de schuur van de oude boerderij als bouwkavel, alles is ineens helemaal weg. Nu loopt de bouwkavel ineens niet meer tot aan het trottoir, zoals vroeg, maar met de voorgevel van ons huis nummer 71 naar achteren, voor de voorgevel langs, van de bij-schuur, om de garage, naar de buren familie Dijkman. Dit is onterecht omdat nummer 69 en nummer 71 beide in één blok tot aan het trottoir toe liepen, met de ene zijde op de scheiding tegen familie Dijkman aan en kant Bourtange ruim om nummer 71 heen. Niet dat ik tot aan het trottoir ooit een schuur zou willen plaatsen, maar achter de achtergevellijn van de woonhuizen van de buren aan weerszijden moet dat toch mogelijk zijn, omdat de schuur van de oude boerderij geen afbraakverplichting had. Wat schetst onze verbazing, steeds werd onze kavel als agrarisch bedrijf bestempeld, nu met dit laatste plan zijn wij ineens paars geworden en dat zou betekenen dat onze kavel bedrijfsmatig is. Nu heb je als akkerbouwer wel een bedrijf, maar hier klopt vast iets niet. Omdat licht groen als agrarisch bedrijf omschreven wordt op uw toelichting. Om te bewijzen dat wij een agrarisch bedrijf hebben, heb ik de ontvangstbevestiging van Dienst regelingen zijnde de Gecombineerde opgave 2013 hierbij gedaan. Dit was vroeger de wel bekende Mei-telling. Een beetje agrarisch bedrijf krijgt een bouwkavel tot meer dan 1 ha. bij ons gaat van de veel kleinere bouwkavel in dit laatste voorstel alleen maar meer af. Dat ik achter met het bebouwingvlak van de familie Dijkman gelijk loop, daar hebben we vrede mee. Maar dan voor natuurlijk ook, ook omdat dat altijd zo geweest is. Wij vragen dus niks extra, wij willen behouden zoals het was. Nu ik hier mee bezig ben krijg ik een brief van de gemeente in de bus. Zelfs in deze reactie, op onze mondelinge toelichting van 13 mei jl. van mijn vrouw en mij, werd fijntjes een zienswijze weergegeven hoe de gemeente met ons omgaat, want er staat: Op zich zou de keuze voor het aangeven van een agrarisch bouwperceel goed gemotiveerd zijn maar binnen de mogelijkheden van een bedrijfsbestemming kunnen alle activiteiten die het bedrijf daar onderneemt ook legaal worden uitgeoefend. Daarom eis ik van de gemeente, dat wij het agrarisch bouwperceel behouden in de grote zoals het altijd was. Wij willen de gesloopte 250 m² schuurruimte gaan herbouwen, waar hij stond, dit is en dit kan ruim achter de lint bebouwing van de buren aan beide zijden. Hier zijn de m² van het woonhuis nummer 69 niet bijgeteld. Een woning had beter in de lint bebouwing gepast maar heeft nu teveel geluidsoverlast van de Wilhelminastraat volgens de gemeente. Dat staat in de Reactienota Zienswijzen Vlagtwedde Dorp met code 087002.05 van 14 mei 2013. Dit is een onzinnig argument. Hoever zou nummer 69 van het trottoir af moeten, 10 meter? Zelf alle huidige nieuwbouw rond de kruising Wilhelminastraat, Dr. P. Rinsemastraat staan dichter op dezelfde weg als ons nummer 69 zou kunnen. Op bladzijde 5 wordt zelf gemeld dat wij onze toegekende mogelijkheden niet hebben benut. Ook zouden wij uit milieuoverwegingen te dicht bij de buren zitten, volgens mij zijn deze argumenten als grap bedoeld. Wij hebben niets anders gedaan dan tekeningen indienen en hebben we veel overleg met de heer Veneman gehad, en veel onkosten gemaakt. Want achter de woning van de familie Dijkman komt eerst het lange kantoor, dan komt de intreehal van hun bedrijf, dan de kantine, pas dan de werkplaats. Maar dan ben je al gauw 40 meter verder dan de voorgevel op nummer 69. Dus wat dan voor ons overblijft, is een aanvraag in dienen voor een machineberging naast het kantoor van de familie Dijkman. Als agrarisch bedrijf, en dat blijven we, heb je daar immers nooit genoeg van. Hopende dat ik duidelijk ben overgekomen eindig ik met de wens uit te spreken dat u de grote van ons agrarisch bouwperceel laat zoals het was. Kortom: Agrarische bestemming op ons gehele perceel behouden, behoud van woonlocatie op nummer 69 en behoud van de 250 m² machineberging achter deze woonlocatie.
3
Commentaar heb ik ook, op de door de gemeente gestuurde brieven die ik steeds krijg en dan de zienswijzen. Waarom kan op de samenvatting reactie en voorstel van de gemeente geen datum staan. Waarom geen kenmerk, voor welke zaak het is bedoeld. Waarom geen afzender, handtekening of correspondentiepersoon. En waarom kan de naam niet eens goed worden geschreven, onze naam staat helemaal verkeer geschreven. Wel rechtstreeks van de gemeente, maar de rest is allemaal Euwema in plaats vaan Eeuwema. Allemaal papier, als je ermee in Den Haag komt gooien ze het zo in de prullenbak net als die levendige gesprekken thuis, wat wel mooi is, maar dat is thuis op het gemeentehuis waar geen reactie op komt. Mevrouw Wijnholds: De vraag is eigenlijk heel kort. Bent u ook werkelijk van plan om daar weer een woning te bouwen? De heer Eeuwema: Als ik toestemming krijg, gaat daar direct weer een woning gebouwd worden. De heer Schipper: Ik lees uit de reactienota van de gemeente dat u naar de rechter bent geweest om uw gelijk te halen. U heeft uw gelijk niet gekregen. Uw verhaal is voor mij erg ingewikkeld, om nu één, twee, drie te zeggen u hebt gelijk of niet gelijk. Mijn vraag is wel, vraagt u nu andere zaken dan toen voor de rechter aan de orde was? De heer Eeuwema: In zoverre, wij gaan er nog steeds vanuit dat hier nog een beslissing over genomen moet worden. Omdat dat al in een heel vroeg stadium was. Men probeert ons nu dus de toegewezen bouwkavel, die ik heb laten zien, waar dus 69 en 71 worden vermeld nog steeds bestaan. Maar met dit laatste plan, wat nu getekend is, is het plotseling verdwenen. Ik ga er vanuit dat het eigenlijke woonhuis en schuur gebouwd worden zonder midden-schuur. Op de schuur zat geen afbraakverplichting. De voorzitter: Dank u wel meneer Eeuwema. Dan hebben we een tweede inspreker, de heer J. Koorman. Hij wil iets zeggen over bestemmingsplan Ter Apelervenen. Mag ik u uitnodigen meneer Koorman om achter het sprekersgestoelte plaats te nemen. De heer Koorman: Ik heb niet zo´n heel lang verhaal. Het speelt namens sommige bewoners van de Kloosterveenweg. Wij hebben geen bezwaar tegen het asielzoekerscentrum, laat dat voorop staan. Er wordt gauw gezegd, het asielzoekerscentrum hoeft niet. Daar zijn wij absoluut niet tegen. Wel de manier van uitbreiding en naar welke kant dat gaat. Het hoofdpunt is dat het uitzicht van de Kloosterveenweg belemmert. De gemeente had al gezegd, mooi Westerwolde, maar het komt steeds dichter bij ons. We zien geen landerijen meer. We kunnen nu nog naar de Tweede Exloërmond kijken, straks met de N366 wordt dat al ook minder, zoals de plannen nu liggen. Als dit ook nog doorgaat wordt er steeds dichter naar ons toe gebouwd. Er zijn wat adviespunten en er is onderzoek gedaan, daar bleek uit dat de grond licht vervuild was. Onze vraag was eigenlijk hoe daar straks mee omgegaan wordt. Als de grond afgevoerd wordt naar een erkend bedrijf, moet de grond opnieuw onderzocht worden. Hoe zit het dan met het water. Het regenwater gaat wel door de smerige grond en wordt dan geloosd op de sloten. Heeft dat dan ook invloed? Het blijkt dat door de manier van bouwen er een wateroverschot is bij grote regenperiodes. Hoe denken ze dat dan op te lossen. Ze willen dan ondergronds. Maar het blijkt uit een brandweerrapport dat er onvoldoende bluswater in de omgeving is. Als je het water onder de grond opslaat kan de brandweer daar dan bij of absoluut niet? Wordt daar dan extra opslag voor gerealiseerd? Terwijl er wel een stuk grond aangekocht wordt en een stukje grond blijft braak liggen. Dat wordt eigenlijk weer agrarische sector. Dat zal dan in principe voor uitbreiding zijn voor de PI. Onze vraag is, is dat allemaal wel nodig, om dat te reserveren. Terwijl ook ondernemers in Ter Apel uit willen breiden, waar dat mag dan weer niet. De meeste punten heb ik in de gewone toelichting gehad, dat blijkt dan niet voor dit te zijn. Daar komen we dan later wel op terug. Dat waren hoofdzakelijk onze punten. De voorzitter: Dank u wel. Het kan zijn dat er nog vragen zijn. Die zijn er op dit moment niet. Dan was uw betoog helder. Voor u geldt dat bij wij daar bij agendapunt 14 op terugkomen. 4. Vragenronde raadsleden. De heer Joling: Het lijkt erop dat ik wat heb met bruggen. Want de vorige keer toen ik hier zat heb ik iets verteld over bruggen en nu weer. Het gaat in dit geval over de brug bij Burgemeester Beinsdorp. Ik hoor als inwoner van Burgemeester Beinsdorp al jaren van onder andere de brugwachters de klacht, de brug is eigenlijk hartstikke oud. Die is versleten, achterstallig onderhoud. Ik kan niet controleren of dat wel of niet zo is. Wat is nu het geval, de brug is nu uit zijn scharnieren gelopen. En ook weer volgens het roddelcircuit, ik wil hier vragen of dat ook klopt, zal dat een maand of twee
4
duren voordat die brug weer gerepareerd is. Dat betekent dat de brug nu open staat. Want de vaart moet doorgaan. Volwassen mensen in het dorp kunnen hartstikke goed met de auto of met de fiets bij de Hoofdkade over de brug of bij Munnekemoer over de brug, dat is het grootste probleem niet. Maar je hebt natuurlijk ook schoolgaande kinderen die naar de Graddusschool gaan. De schoolroute is op dit moment niet meer mogelijk. Mijn vraag, als het echt twee maanden duurt of er dan ook voorzieningen komen voor de schoolroute. Misschien snelheidsbeperking of andere mogelijkheden. De voorzitter: Dus u vraag is eigenlijk, kloppen de signalen over de brug en gaat het twee maanden duren voordat de brug weer gerepareerd is. De heer Joling: Ja, en dan nog het verhaal over de schoolroute. De heer Kriek: Mijn vraag betreft de eikenprocessierups. Die rukt al een aantal jaren met een gestaag tempo op naar het noorden en heeft, als het goed is volgens de gegevens, onze gemeente bereikt of zal dat zeer binnenkort doen. Dit heeft grote gevolgen voor de gezondheid van onze inwoners van onze gemeente, maar ook voor dieren. Het zal ook gevolgen hebben voor recreatie en toerisme. De beste manier van bestrijden is zo vroeg mogelijk hiermee te beginnen. Want dat houdt de kosten ook laag. Volgens de leidraad beheersing eikenprocessierups 2013 van de Nederlandse voedsel- en warenautoriteit kunnen de jaarlijkse kosten voor de gemeente oplopen tot ver over de € 100.000,00. Dan heb ik het over jaarlijkse kosten. Wij hebben veel eiken in onze gemeente en planten er nog regelmatig nieuwe bij. Mijn vragen zijn, is de aanwezigheid van de eikenprocessierups bekend in onze gemeente? Wordt er actief onderzoek naar vestiging of aanwezigheid van de eikenprocessierups gedaan? Is er al een bestrijdingsplan en een gereserveerd budget? Is er contact of overleg met buurgemeenten? En overweegt het college bij her- of aanplant in de buurt van bebouwing, bijvoorbeeld het centrum Ter Apel, de risico´s als het gaat om aanplant van eiken? De voorzitter: Dank u wel meneer Kriek. Een heleboel vragen over de opmars van de eikenprocessierups. We zullen zien of die allemaal beantwoord kunnen worden. De heer Meendering: Via de pers hebben wij kennis kunnen nemen van de toekomstvisie op de recreatieve zwembaden in onze provincie, of in ieder geval in het zuidoosten van onze provincie. Concreet, worden onze zwembaden daar ook in betrokken en kunt u iets meer vertellen over deze toekomstvisie die wordt opgesteld? Mevrouw Veneman: Ik heb een paar vragen. Enkele jaren geleden zijn er plannen gepresenteerd voor de nieuwbouw van verzorgingstehuis de Trans in Vlagtwedde, op het terrein van CBS De Zaaier. Tot nu toe gebeurt er verder niets. Nu is het zo, dat de Trans natuurlijk zelf de beslissing moet nemen wel of niet te bouwen. Maar waar we ons wat zorgen over maken, is over de werkgelegenheid die er nu nog aan verbonden is in Vlagtwedde. Het zou jammer zijn als die banen verdwijnen. Mijn vraag is dan ook, wilt u hier eens contact over opnemen met de betreffende organisatie, in dit geval de Trans. Kunt u daar misschien een toezegging over doen om daarmee in gesprek te gaan. Verder heb ik nog een vraag naar aanleiding van een krantenartikel van 4 juni. Dat gaat over schuldsanering aan gezinnen met een schuld kleiner dan € 5.000,00. De raad heeft een paar maanden geleden het schuldhulpverleningsplan vastgesteld. En ik heb dit plan er nog even bij gezocht. Ik vraag mij af, ik kon het niet zo gauw vinden, of in onze gemeente, samen met andere welzijnsorganisaties, gezinnen met kleine schulden opgespoord kunnen worden, om te kijken of zij begeleiding kunnen krijgen zodat de schuld niet oploopt. Uit de praktijk blijkt dat begeleiding beter is dan alleen maar budgetbeheer op afstand. De voorzitter: Dank u wel mevrouw Veneman. Een paar vragen over de Trans en de werkgelegenheid daaromtrent in Vlagtwedde en over de schuldsanering. Wethouder Lok: De heer Joling heeft een vraag over de brug. Daar kom ik schriftelijk op terug. Ik weet niet in welke staat de brug is. We zullen onderzoeken of de schoolroute verbeterd kan worden en hoe dat nu loopt. Daar kom ik op terug. Dan de vraag van de heer Kriek over de eikenprocessierups. Vorig jaar heeft u daar volgens mij ook al een vraag over gesteld. De heer Kriek vraagt of de aanwezigheid van de rups op dit moment bekend is. We hebben tot dusver nog geen rups in onze gemeente gesignaleerd. U vraagt of daar op gemonitord wordt. Ja, daar wordt inderdaad op gemonitord. Onze buitendienst is daar actief in. Uiteraard staan wij open voor de meldingen daarover van inwoners die de rups denken te signaleren. Ook de provincie voert hier regelmatig controle uit. Er wordt gemonitord. U vraagt of er een bestrijdingsplan is. Er is een bestrijdingsplan, dat is vorig jaar al aangeven. We hebben een contract met een bestrijdingsbedrijf. Ik weet niet of ik dat netjes zeg, maar met een bedrijf die de rupsen dood spuit, ik weet het niet precies, maar die ze in
5
ieder geval bestrijdt. Dat is een contract. Zodra de rups wordt gesignaleerd wordt het bedrijf ingeschakeld. Daar is een contract voor opgesteld. Als er uit buurtgemeenten signalen komen dan hopen wij inderdaad dat zij ons informeren. Het is natuurlijk goed om te volgen hoe ver de rups vordert in de opmars. Als die rups zich hier inderdaad manifesteert, dan zal de bestrijding inderdaad de nodige kosten met zich meebrengen. In Brabant, waar de eikenprocessierups al jaren heel actief is, is de jaarlijkse kostenpost voor de gemeenten die daar heel actief in moeten opereren op dit moment zo´n € 40.000,00 à € 50.000,00. Wij hebben daar in ons budget nog geen bedrag voor opgenomen, omdat we het nog niet kunnen inschatten. Het kan komen, maar we weten het nog niet. Maar mocht het zo zijn dan zullen we moeten handelen. We hebben daar nog geen budget voor gereserveerd. Wij hebben ook wel een beetje de indruk, tenminste dat heb ik uit overleg met de ambtenaren begrepen, dat de commerciële bedrijven nu ook wel een beetje de sfeer gaan kweken dat het wel heel erg gaat worden met de eikenprocessierups. Zonder dat we het willen bagatelliseren, we moeten toch ook nuchter blijven. Het is ook niet zo dat elke boom waar die rups op wordt gesignaleerd bestreden moet worden. Met name, wat u ook aangeeft, waar veel mensen zijn, daar moet zo snel mogelijk worden ingegrepen. Wij gaan aan onze zorgplicht zo goed mogelijk invullen, om daarmee ook schadeclaims te voorkomen. Er is in het regionaal woon- en leefbaarheidsplan, het plan wat opgesteld is door de regio oost Groningen in het kader van het regionaal woon- en leefbaarheidsplan ook een toekomstvisie opgesteld wat de zwembaden betreft. De doelstelling daarvan is te kijken hoe we mogelijk tot efficiënter gebruik van de zwembaden kunnen overgaan. Er zijn een aantal locaties en daar vind ik niet dat wij ons daar onder scharen als gemeente, waarbij intergemeentelijk een aantal zwembaden heel dicht bij elkaar liggen. Je zou, mocht dat het geval zijn, kunnen overwegen om daar iets te organiseren zodat je tot kostenvermindering kunt overgaan. Misschien kun je één zwembad makkelijk sluiten als er twee bijna op de grens liggen, zodat er gezamenlijk gebruik gemaakt kan worden van één zwembad. Verder wordt er bekeken in hoeverre we door gezamenlijk inkoop, misschien gezamenlijk personeel beheer, tot meer efficiency kunnen komen voor de bedrijfsvoering van de zwembaden. Dat loopt, en wij doen daar als gemeente in die zin aan mee. De voorzitter: Dan staan er nog een aantal vragen open van mevrouw Veneman die voor een deel de portefeuille van wethouder Klap raken. Ik kijk even naar de nieuwbouwplannen van de Trans en de werkgelegenheid daaromtrent, kan één van de beide heren daar iets over zeggen? Wethouder Lok: Wat ik heb begrepen is het absoluut nog wel de bedoeling dat de Trans daar zijn plannen gaat uitvoeren. Daar is nog niet zo lang geleden overleg over geweest. Zij hebben aangegeven, dat zij wel vast houden aan de bouwplannen. Het zou wel doorgaan. Maar als u zegt, wilt u eens even contact opnemen en eens praten over hoe het zit met de werkgelegenheid op termijn, dan zullen we dat natuurlijk met alle plezier doen. Mevrouw Veneman: Kunt u een toezegging doen op welke termijn u in gesprek gaat? Wethouder Lok: Ik weet niet of dat nog voor de zomervakantie kan. Voor 1 oktober zal er een gesprek zijn gevoerd. De voorzitter: Voor 1 oktober staat genoteerd. Wethouder Kuipers: Ik heb begrepen, mevrouw Veneman, dat ten aanzien van de schuldsanering kleiner dan € 5.000,00 dat het een separaat besluit van de gemeente Stadskanaal is. Die gaat daar eigen beleid op zetten. Het staat niet met zoveel woorden in onze verordening vermeld. Ik wil wel kijken wat er nu precies staat en hoe de link richting die € 5.000,00 gelegd kan worden. Daar heb ik even tijd voor nodig. Want zoals u hebt gehoord van de voorzitter, heb ik net een gedeelte van de portefeuille van college Klap overgenomen. Dus ik moet er me even in verdiepen. Waar u op doelt, is een separaat besluit van de gemeente Stadskanaal. Mevrouw Veneman: Daar doel ik op. Het is naar aanleiding van een krantenbericht. Ik hoop dat u daar op terugkomt. Wethouder Kuipers: Uiteraard. De voorzitter: Kunnen we daar een termijn over afspreken. Binnen 14 dagen, staat genoteerd. 5. Bestuurlijke informatie. Wethouder Kuipers: Ik heb twee opmerkingen. De eerste betreft de volgende, vanmiddag is de gemeenschappelijke regeling omgevingsdienst Groningen opgericht, bij u beter bekend onder de
6
naam RUD, Regionale Uitvoeringsdienst. Maar vanaf vanmiddag gaat die dienst heten: Omgevingsdienst Groningen. Uiteindelijk hebben alle 23 gemeenten mee gedaan, plus uiteraard de provincie. Officieel gaat de Omgevingsdienst per 1 november a.s. operationeel worden. Maar vanmiddag zijn alle belangrijke handtekeningen gezet om dat ook mogelijk te maken. Mijn tweede opmerking gaat over het onderzoek wat al een tijdje loopt ten aanzien van de verzelfstandiging van het openbaar basisonderwijs in onze gemeente. Dat zal u bekend zijn. In de planning stond dat in begin dit jaar dat rapport inclusief conclusies aan uw raad zal worden aangeboden. Door twee opeenvolgende ziekte periodes binnen VOS/ABB van de mensen die dat moeten invullen is dat wat vertraagd. Het is nu zo dat 25 juni a.s. de conclusies en aanbevelingen bij ons binnen komen. Ik heb begrepen dat in de twaalfmaandstermijnagenda, de bespreking met uw raad is voorzien in november a.s. 6. Vaststellen verslag meningsvormende raad 14 mei 2013. Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. 7. Vaststellen toezeggingenlijst. Mevrouw Wijnholds: Het gaat om bladzijde 2. De motie van het CDA over de live-raadsbeelden. Er staat er bij de stand van zaken: De notitie is gereed en in overleg met de griffier en de portefeuillehouder zou de informatie worden verspreid. Dat de griffier en de portefeuillehouder dat moeten overleggen vind ik op zich leuk, maar stuur het gewoon naar de raad als het toch gereed is, daar lijkt mij geen overleg voor nodig. Ik vraag me ook af wie de portefeuillehouder is, wie de portefeuillehouder raadsbeelden is. Dan staat erachter als einddatum: 25 september 2012. Dus misschien dat die notitie inderdaad op korte termijn kan komen. De heer Timmermans: Vanmiddag kregen wij in onze mailbox de uitwerking van de toezegging leegstand Acantus. Ik vind dat rijkelijk laat als de raad nog had moeten reageren. Wij nemen de vrijheid om dat over de vakantie heen te tillen. De voorzitter: Die vrijheid heeft u. Wat betreft de vraag van mevrouw Wijnholds. Ik zal na moeten gaan hoe de stand van zaken precies is. Mevrouw Wijnholds: Het is duidelijk, de notitie is klaar, dat is de stand van zaken. Dan kan die gewoon verzonden worden. De voorzitter: Dat lijkt mij dan ook. Mevrouw Wijnholds: Is dat een extra toezegging. De voorzitter: Het lijkt mij dat die ergens in de pijplijn zit. Maar ik moet het even precies nagaan. Ik ga er vanuit dat als die klaar is, die ook zo snel mogelijk bij u komt. De toezeggingenlijst wordt ongewijzigd vastgesteld. Hamerstukken 8. Ingekomen stukken. A1 t/m A8 De heer Schipper: Het betreft de brief naar de werkgroep Kamp de Beetse, onder 8.A.07. De vorige keer is er al in deze raad aandacht aan besteed. U meldde wel dat deze brief er aan zat te komen. Er lijkt enige onmin te zijn bij de werkgroep over de samenwerking met de gemeente. Het feit dat er nu op 12 juni, morgen, een gesprek is met de gemeente lijkt onze fractie een hele goede zaak. Want wij vinden, zo´n historische plek als het Kamp de Beetse en zo´n actieve werkgroep die zich ermee inlaat en er actief mee bezig is, die samenwerking ook een goede basis te geven. Wij vertrouwen erop dat die samenwerking verder een goede vorm zal krijgen. B1 t/m B2 C1 t/m C3: De heer Meendering: Het gaat om 8.C.03., dat is de toezegging met betrekking tot de windmolens. Daar hebben wij gevraagd naar de voorwaarden die daar zijn gesteld. Daar wordt een brief aan ons gestuurd die u als college heeft verzonden aan Landkreis Emsland, waarin twee voorwaarden worden
7
benoemd. Dat suggereert dat er nog meer voorwaarden zijn. Er worden twee met name genoemd. Wij willen graag inzake in alle voorwaarden die in het verleden zijn vastgesteld door de Duitsers. De voorzitter: Bij dezen het verzoek. Dan is de vraag zijn de voorwaarden genoemd alle voorwaarden, zo niet dan wou u graag alle voorwaarden willen. Dat moeten we even voor u nagaan. Dat wordt uitgezocht. D1: De heer Meendering: U reageert hiermee op de vragen die wij gesteld hebben. We vragen u contact op te nemen met het gemeentebestuur Lathen. Dan zegt u, uit diverse publicaties is ons gebleken dat er geen stukken zijn. Wij hebben op grond van diverse publicatie vragen gesteld. Hebben we het over dezelfde publicaties? Dit is een heel vaag antwoord. Wij vragen heel concreet, is er daadwerkelijk contact geweest met de Duitse autoriteiten hierover, of heeft u op grond van publicaties ook aannames gedaan. Op deze manier vinden wij de beantwoording erg vaag. De voorzitter: Ik kijk even naar wethouder Kuipers, of er iets op aan te merken is. Wethouder Kuipers: Weinig, in die zin, als wij praten over publicaties dan gaat het over formele publicaties die we in intergemeentelijke verkeren met elkaar delen. In die zin moet u de opmerking ook lezen. Formeel, officieel zijn we niet op de hoogte gesteld door welke Kreis of welke gemeente dan ook in Duitsland van deze plannen. Op basis van die feiten handelen wij en niet op basis van informatie die dan wel op internet, dan wel in de pers verschijnt. De heer Meendering: Wij hebben gevraagd om contact op te nemen met de Duitse bestuurders. Dat heeft u dus niet gedaan. Dan zou ik graag inzage willen hebben in de stukken die de wethouder zojuist noemt. Wethouder Kuipers: Ik heb juist gezegd dat die stukken niet bestaan. Dat we daarom geen contact hebben opgenomen. De heer Meendering: Dan zou ik graag van de wethouder de diverse publicaties willen zien die hij noemt. Die wil ik graag inzichtelijk willen hebben, of dat er alsnog contact opgenomen wordt met de Duitse bestuurders. Wethouder Kuipers: Ik heb het niet over publicaties. U heeft het over publicaties en ik heb gezegd, er zijn geen publicaties, formeel, officieel, waar wij als gemeente op aanslaan. Dus die kan ik ook niet leveren. De heer Meendering: Er wordt letterlijk geantwoord: Uit diverse publicaties is ons gebleken. De letterlijke tekst in de beantwoording van de vraag. De voorzitter: Voor zover we dat na kunnen gaan, wat precies bedoeld wordt. De wethouder komt erop terug. Een toezegging, binnen 14 dagen. Dit voorstel gaat als hamerstuk naar de besluitvormende raad van 2 juli 2013. 9.
Algemene plaatselijke verordening gemeente Vlagtwedde 2013.
De heer Meendering: Allereerst is heel praktisch. In artikel 2.25 lid 2, dat gaat over evenementen. Er wordt gesproken over tijdelijke bouwwerken. Er wordt een oppervlakte genoemd van 10m². Dit is heel praktisch, maar bij de gemiddelde buurtbarbecue die in deze gemeente georganiseerd wordt, wordt vaak een partytent of meerdere neergezet. Deze zijn vaak iets groter. Het zou betekenen dat dat soort kleinere evenementen, 30, 40 of 50 mensen, ineens toch vergunning plichtig worden. De oppervlakte zou eigenlijk gewijzigd moeten worden naar 35m². Dan over het aanmelden van betogingen, manifestaties, daar staat op dit moment in de Algemene plaatselijke verordening een termijn van 48 uur voor. Die stelt u voor te wijzigen in 5 werkdagen, mede naar aanleiding van de ervaringen met de tentenkampen. Wij kunnen daarin meegaan, deels dat die 48 uur in het weekend erg lastig is. Onze fractie is van mening dat een termijn van 5 werkdagen heel erg lang is. Dat betekent met het weekend erbij dat je gewoon anderhalve week te pakken hebt. Er zijn ook wel eens spontanere acties die op korte termijn ontstaan. Eendaagse manifestaties. Wij zouden hier opteren voor een termijn van 2 werkdagen.
8
De heer Heijne: We zitten eigenlijk met een klein dilemma. We hebben nog vragen gesteld aan de griffier. Die zijn wel grotendeels beantwoord. Als je de algemene verordening bekijkt van 2009 en je legt daar dan de huidige naast, dan zijn ze soms in 2009 vervallen en ineens duiken daar weer allerlei dingen op. Op een gegeven moment waren wij het spoor bijster. Wij hadden volgens mij de afspraak gemaakt dat de wijzigingen apart zouden worden vermeld. Ik wil niet de verordening erbij halen om te zeggen waar de fouten zitten. Maar bij ons waren sommige dingen onduidelijk. In 2009 was het weg en nu ineens staat het weer terug. Dat kan natuurlijk. We kunnen natuurlijk weer iets terug nemen. Dat konden we aan de bovenkant van de tekst er niet uithalen. Dat bracht bij ons wat verwarring. De voorzitter: Ik realiseer me eigenlijk dat ik de voorzittershamer over had moeten geven aan de vicevoorzitter, de heer Sinnema, want in de beantwoording over de APV denk ik dat ik voor een deel aan het woord zal komen. Mag ik dat bij deze alsnog doen. Dan is mevrouw Wijnholds als laatste aan de beurt. De vicevoorzitter: Mevrouw Wijnholds was aan het woord. Mevrouw Wijnholds: Een aantal vragen c.q. opmerkingen. Op bladzijde 9 hebben we het over winkelwagentjes. Dan staat eronder: Een winkelier die winkelwagens ter beschikking stelt is verplicht deze, dan staat er bij b, terstond te verwijderen of doen verwijderen uit de omgeving van dat bedrijf. Als ik dat letterlijk opvat, betekent dat elk wagentje wat buiten de supermarkt komt er meteen iemand achteraan moet rennen om hem van de straat te verwijderen omdat het meteen binnen moet staan. Nu wordt dat op de volgende pagina min of meer verdekt aangepast. Maar misschien is het verstandig om hier nog even goed naar te kijken om rare situaties te voorkomen. Dan artikel 2.18, dat gaat over rookverbod in bossen en natuurterreinen. Meestal staat hier dan ook bij, roken is verboden en ook open vuur is verboden. Nu mag ik er niet roken, maar ik mag er wel met een fakkel lopen. Het lijkt mij ook dat daar misschien nog even goed naar gekeken moet worden. Dan op bladzijde 13, dat gaat over exploitatie openbare inrichting. Er staat, het is verboden om openbare inrichting te exploiteren zonder vergunning van de burgemeester. Bij artikel 2.27 daarvoor wordt aangegeven wat allemaal onder openbare inrichting wordt verstaan. Er staat bijvoorbeeld ook een ding als terras. Nu wordt het voor mij onduidelijk of een theetuin, wat wij proberen te promoten met het toerisme, of dat nu wel of niet hier allemaal onder valt. Dat valt er een beetje tussen. Dus mag een theetuin nu wel of niet. Het is niet vergunning plichtig, maar voldoet het aan de omschrijving van een terras. Dan heb ik er nog eentje, op bladzijde 32, 4.8 Natuurlijke behoefte doen. Het is verboden binnen de bebouwde kom op een openbare plaats zijn natuurlijke behoefte te doen buiten daarvoor bestemde plaatsen. Nu is mijn logische vraag, het mag dus wel buiten de bebouwde kom? Daar is vaak wat twijfel over, of je daar wel of niet als wildplasser bestraft wordt. De heer Potze: Een korte vraag. Wij hebben in het verleden artikelen 2.44, lid 2 en lid 3 uit de APV gehaald. Het gaat om het verbod vervoer inbrekerswerktuigen en het verbod op rooftassen, die op verzoek van de politie weer terug komen. Ik zou wel graag van de portefeuillehouder horen wat er verstaan wordt onder vervoer van inbrekerswerktuigen. En betekent dat dan, want daarom hebben wij dat er toen eruit gehaald, dat iemand die een tas met gereedschap achter in de auto heeft zijn op zich op basis van dit artikel al strafbaar zou zijn. Ik zie nu heel veel mensen die nu knikken. Daar ben ik niet heel blij mee. Maar ik hoor het graag van de portefeuillehouder, want dan gaan wij dit artikel amenderen, want dat gaat ons te ver. De heer Heijne: Er staat ook iets over beplakken. Je mag ook niet met lijm affiches plakken. Dat is een zelfde artikel. Die hadden we eerst weg en die staat er blijkbaar ook weer in. Dat is ook met name het eerste gedeelte van mijn vraag. In 2009 was dat weg en nu ineens komt het weer, op welke gronden? Mevrouw Wijnholds: Dat is artikel 2.43, voor de toevoeging. Mevrouw Kompier: Voor een deel hebben we te maken met een APV die om technische redenen is aangepast. Dat is in de aanbiedingsbrief hopelijk helder aan u uitgelegd. Dat betreft onder andere nieuwe nummering, de tekst is wat leesbaarder gemaakt, u kunt dat lezen. Verwijzingen naar een aantal die actueel zijn, kennisgevingstermijn, evenementen. Voor een deel gaat u inhoudelijk in op een aantal artikelen. Daar zal ik voor een deel schriftelijk op terug komen, want daar moet ik ook even weer induiken. Ik begrijp van de heer Heijne dat hij zegt, de wijzigingen ten opzichte van 2009 zijn onvoldoende in de aanbiedingsbrief zichtbaar geworden. De bedoeling was dat dat juist wel zo was. U vindt dat onvoldoende. Ik zal dat nog even scherp mee terug nemen. De heer Meendering gaat in op de tijdelijke bouwvakken en kijkt of de barbecuefeesten en de buurtfeesten, of daar dan ook een vergunning voor moet worden aangevraagd. In principe is dat wel de bedoeling. Dat is wel een
9
bewuste keuze geweest om dat zo op te nemen. U pleit voor een verhoging naar 35m² begrijp ik. Ik wil daar nog wel even serieus naar kijken of dat mogelijk is. In principe is daar over nagedacht, ook in relatie tot de buurtbarbecues en aanverwante evenementen. Voor wat betreft uw opmerking over de betogingen, daar hebben we uitvoerig over nagedacht. Dat is heel bewust een keuze voor 5 werkdagen geworden. Daar wil ik ook heel graag aan vast houden. Dan de vragen van mevrouw Wijnholds, betreffende de tekst over de winkelwagentjes. Daar zal ik kritisch naar kijken. Maar ook de vraag over roken en open vuur en alle vragen die u daar over gesteld heeft, ik zal er nog even precies induiken. U weet, bij een APV gaat het om de exacte formulering. U heeft een aantal kritische opmerkingen gemaakt over die formulering. Dat zelfde geld voor het inbrekerswerktuig, hoe dat nu precies wordt bedoeld. Dus ik kom daar schriftelijk op terug. De heer Meendering: Even reagerend op het antwoord van de portefeuillehouder betreffende de betogingen. De portefeuillehouder geeft aan dat daar heel bewust over nagedacht is. De aanleiding daarvoor wordt genoemd. Dat zijn de tentenkampen in Ter Apel en in Sellingen. We hebben zelf een keer een protest rondom megastallen georganiseerd, wat vrij spontaan kwam. Dat moet dus tegenwoordig, of straks met de APV, 5 werkdagen, ruim anderhalve week van te voren worden aangekondigd. Dat betekent eigenlijk dat kleinere organisaties die toch redelijk spontaan een protestactie van beperkte omvang willen organiseren allemaal belemmerd worden door het feit dat hier een tweetal keren een tentenkamp is georganiseerd. Wij hebben daar toch wel wat moeite mee, dat dat bepalend is voor het beleid in onze gemeente. Mevrouw Wijnholds: Ik had even last van een soort oprisping naar aanleiding van wat meneer Potze zei over het inbrekerswerktuig. In hoeverre kun je en is het verstandig om in de APV op te nemen dat u ´s nachts ook niet met tuintracktors mag rijden. Mevrouw Kompier: Ik kan me de opmerking van de heer Meendering voorstellen. U betreurt het dat kleinere organisaties toch aan een langere termijn gebonden zijn. Daar kan ik me iets bij voorstellen, maar nogmaals, ik wil toch graag, heel bewust, vasthouden aan deze termijn. Wat mij betreft zouden we dat over een bepaalde periode gewoon eens kunnen evalueren. Komt het nu vaak voor dat er nu echt organisaties door in de problemen komen. dat deze termijn echt een probleem is voor organisaties. Wat dat betreft wil ik dat actief monitoren. Blijkt het dan na een jaar heel regelmatig voor te komen, dan kunnen we dat nog eens tegen het licht houden. Maar nogmaals, op dit moment hechten we zeer aan deze termijn. De heer Meendering: Mag ik dan de portefeuillehouder nog een suggestie meegeven om onderscheid te maken tussen meerdaagse en eendaagse protestactiviteiten. Mevrouw Kompier: Nee, u zult gezien de ervaringen van het afgelopen jaar mogelijk wel inschatten dat ik daar ook niet mee in kan stemmen. Ik wil wel toezeggen dat we het gaan monitoren, kijken of organisaties ook daadwerkelijk in de problemen komen. Maar vooralsnog is dit wel een hele bewuste keuze. De heer Potze: Ik kan wel een eind met de heer Meendering mee voelen. We hebben al een keer eerder de APV aangepast naar aanleiding van het tentenkamp, waar wij toen als Partij van de Arbeid zeer op tegen waren. Ik moet u ook zeggen, dat zeker als het gaat om wat de heer Meendering zegt, die eendaagse protestacties, dat ik daar moeite mee heb dat we dat op deze manier toch vijf dagen van te voren moeten gaan aankondigen. Ik vraag mij af of dat wettelijk allemaal is toegestaan. We nemen het op in de APV, maar er is ook een recht op demonstratie. Is dat dan niet in strijd met elkaar op deze manier. Ik wil me wel aansluiten bij de woorden van de heer Meendering om dit toch op een andere manier in de APV op te nemen. De vicevoorzitter: De portefeuillehouder heeft toegezegd om nog een aantal zaken uit te gaan zoeken. Dat komt voor de besluitvormende vergadering naar ons toe neem ik aan. Dan geef ik nu het woord weer aan de voorzitter. Dit voorstel gaat als bespreekstuk naar de besluitvormende raad van 2 juli 2013. Bespreekstukken 10. Jaarrekening gemeente Vlagtwedde 2012. Mevrouw Veneman: We hebben kennis genomen van de jaarrekening 2012. Het is een heel rapport, goed te lezen. Nu is het zo dat wij daar verder ook niet zoveel vragen over hebben op dit moment.
10
We spreken wel onze waardering uit dat het helder en duidelijk leesbaar is. Naar aanleiding van bladzijde 9 heb ik even een vraag. Er staat een voordeel op onderhoudskosten verhardingen door minder uitgevoerd asfaltonderhoud. Dat levert een voordeel op van € 216.000,00. De ChristenUnie vraagt zich af of dit echt een voordeel is. Of je later niet komt te zitten met achterstallig onderhoud. Daar zijn wij geen voorstander van. Dan op bladzijde 55, daar wordt gezegd dat er onderzoeken komen hoe we jongeren langer in onze gemeente kunnen vasthouden. Ik ben benieuwd naar die onderzoeken, hoe we dat gaan doen. Ik ben benieuwd naar de onderzoeken hoe we de jongeren langer kunnen vasthouden in onze gemeente. Mevrouw Heidekamp: Ook wij willen graag onze waardering uitspreken voor het uitvoerige en zeer leesbare document. Er is duidelijk een heleboel werk aan verricht. Dat maakt ook dat wij weinig vragen hebben. We hebben in de werkgroep financiën ook al diverse vragen gesteld. Die zijn ook toegezonden aan alle raadsleden. We zijn ook heel blij met het resultaat. Niet alleen het financiële resultaat maar alle resultaten die feitelijk gehaald zijn. Het is heel duidelijk dat deze gemeente hier in de regio zich toch positief onderscheid in wat we allemaal voor elkaar krijgen aan investeringen en gerealiseerde plannen. Daarvoor complimenten. We constateren dat het collegeprogramma al voor een flink deel is uitgevoerd. En dat is voor ons als CDA een hele waardevolle constatering. Ik denk ook dat het voor onze burgers gewoon een stuk meerwaarde geeft die we echt met z´n allen heel goed kunnen benoemen. Wat opvalt, is wat ook mevrouw Veneman zegt, het punt van het onderhoud. Wat als een flink voordeel in de jaarrekening staat voor € 216.000,00. Ook daar hadden wij vragen over gesteld in de werkgroep financiën, omdat we vinden dat het onderhoud op een aantal plekken echt beneden de maat is. Dat wordt ook toegegeven door het college. We willen verzoeken aan het college om dat ook de komende tijd echt voortvarend op te pakken. Om inderdaad te voorkomen dat er duurder achterstallig onderhoud ontstaat. Omdat wij in zijn algemeenheid van mening zijn, dat dat wat je hebt, je ook goed moet onderhouden. Dan komen we ook even weer op één van onze stokpaardjes, de beheerplannen. Want ook ten aanzien van de beheerplannen staat in de jaarrekening dat niet alle beheerplannen die opgesteld zouden worden ook al opgesteld zijn. We willen er nogmaals met klem op aandringen om dat alsnog te doen. Want dat roepen wij volgens mij met elkaar hier unaniem in de raad al drie jaar. Waarschijnlijk daarvoor ook al wel. Dat was voor mijn tijd. Ik denk dat het gewoon niet langer uitstel kan lijden. Ook als we zien dat vorig bij de jaarrekening op last van de accountant bedragen van de reserve in de voorzieningen moesten worden gestort, of andersom omdat wij geen goede beheerplannen hebben, dat moet gewoon nu met spoed beter. Dat is even een kritiekpunt richting het college. Verder zijn wij er heel blij mee. Een van de onderwerpen die vorig jaar heel uitvoerig zijn onderzocht, is de stand van onze reserves. Er zijn toen diverse reserves wat afgeroomd. Ook deze keer was onze vraag, hoe staat het nu met de stand van de reserves. Moeten er voor bijvoorbeeld Wmo en Wsw toch nog weer nieuwe toevoegingen worden gedaan. Daarvan was het antwoord van het college, dat hoeft niet. Daar zijn we heel blij mee. Want dat betekent dat we op zichzelf de boel goed op orde hebben, op één post na. Daarvan werd gezegd, op het moment dat uit de reserve opvangvluchtelingen het voorgestelde bedrag wordt gehaald, dan komt dat in 2014 op een negatief bedrag. Dat lijkt ons erg onwenselijk. Volgens mij is dat ook nooit de bedoeling van reserves om die zo te benutten dat ze op negatief komen. De daar gedane suggestie om die onttrekking niet uit deze reserve te halen maar uit de algemene reserve, die zouden we heel graag overgenomen zien door het college en dus als amendement zien op deze jaarrekening. Dat is wat ons betreft onze reactie. Dus nogmaals complimenten met een paar kleine aanvullingen. De heer Meendering: Het college presenteert een jaarrekening met daarin een positief saldo van 1,6 miljoen. Dat in een periode waarin we over niet al te lange termijn gaan spreken over een fors bedrag aan bezuinigingen en daarnaast ook in een periode waarin we aan burgers uit gaan leggen, dat herindeling noodzakelijk is omdat gemeenten het moeilijk hebben het hoofd financieel boven water te houden. Wij presenteren 1,6 miljoen positief. Als je dan iets dieper de jaarrekening in gaat, dan zie je dat de vermogenspositie van onze gemeente, dan hebben we het over de algemene reserve en de bestemmingsreserves zijn afgenomen met 1,3 miljoen. Ofwel, we hebben ingeteerd op ons spaarsaldo. Als je naar het bedrijfsleven gaat betekent dat gewoon interen op je vermogen, is gewoon verlies. Neem daarbij bijvoorbeeld de incidentele bate van de btw, wat op zich heel mooi is, dat er een bedrag terug komt, dan wordt 1,3 miljoen verlies, als dat bedrag niet terug gekomen was, 1,8 miljoen verlies, daling in de vermogenspositie. Kijken we naar de specificatie van het rekeningresultaat, dan zien wij heel veel posten overschrijden, onderschrijden. Er wordt bijvoorbeeld gezegd, er is € 90.000,00 voordeel behaald op energie en beheer onderhoud van openbare verlichting. Dat blijkt puur over het onderhoud te gaan, omdat het onderhoud minder is uitgevoerd. En dan staat erbij, vanaf 1 juni 2013 wordt het onderhoud weer opgepakt en daar waar nodig ingehaald. Leuk, sigaar uit eigen doos. In 2012 een voordeel, in 2013 wordt alvast een nadeel gepresenteerd. Daarnaast wordt er een lening ingelost, € 141.000,00 als positief. Nou het inlossen van de lening gebeurt in onze ogen via een balans en niet via een exploitatie rekening. Dan wordt er gerept over
11
bouwleges, zeer verrassend wordt daar € 57.000,00 negatief geboekt. Onze fractie zegt al jaren dat dit te hoog begroot is, en dat blijkt ook maar weer. Zo zitten er dus heel veel plussen en minnen in, waardoor er een beeld geschetst wordt en uiteindelijk een resultaat neergezet wordt. Wij kunnen op dit moment als we kijken naar die jaarrekening dit voor kennisgeving aannemen. Het zit er leuk uit, er is een hoop werk verzet, laten we dat wel voorop zetten. Maar of dit nu echt het werkelijke beeld geeft, wij hebben onze twijfels daarbij. De heer Joling: Vorig jaar en ook al bij de jaarrekening van 2010 heeft de Partij van de Arbeid de opmerkingen gemaakt over de voorspellende waarde van de tussentijdse rapportages. Bij de behandeling van de jaarrekening 2011 heeft de raad een motie van de Partij van de Arbeid aangenomen. De motie droeg het college expliciet op om de kritische aanbevelingen van de accountant over te nemen en uit te voeren. Onze fractie is overigens zeer tevreden met de accountant. Hij vervult zijn taak als adviseur van de raad goed, onafhankelijk van het college en de raad, zoals het hoort. Wij willen graag nog langer gebruik maken van de diensten van de accountant. Over de uitwerking van de motie zal ik straks nog iets zeggen. Eerst even de voorspellende waarde van de zomernota. Een voordelig rekeningresultaat van 1,6 miljoen. Wie is daar niet blij mee. De Partij van de Arbeid in ieder geval wel. Alleen hadden wij het graag op een zo vroeg mogelijk tijdstip geweten. Wanneer we de voorspelling van het resultaat uit een zomernota afzetten tegen het uiteindelijke resultaat is het resultaat 1,4 miljoen positiever dan voorspeld. Wanneer de afwijkende posten worden geanalyseerd dan is mijn fractie ervan overtuigd dat minimaal een-derde ten tijde van de zomernota al bekend was. College, er is dus nog wat verbetering mogelijk. Overigens kunnen wij ons aansluiten bij de accountant die een en ander binnen de tolerantie grenzen vind vallen en constateert dat verbetering is opgetreden. Even over de uitwerking van de motie die door ons ingediend is vorig jaar. De motie van de Partij van de Arbeid en overgenomen door de raad wordt specifiek toegelicht. Op enkele punten is nog onvoldoende verbetering geconstateerd. Het inkoop- en aanbestedingsbeleid voorop. Wij gaan er vanuit dat het college de ingeslagen weg blijft volgen en werk maakt van de aanbevelingen gedaan door de accountant. Een nieuwe motie achten wij op dit moment overbodig. Een toezegging van het college, te zullen handelen conform de strekking van onze motie van vorig is voor ons op dit moment voldoende. De voorzitter: Tot zover uw reacties in de eerste termijn. De jaarrekening gaat over meerdere portefeuilles. Er zijn een paar vragen die mijn portefeuille raken, maar er zijn ook een paar vragen die de wethouders raken. Zullen we als eerst de wethouders het woord geven als het gaat om de opmerkingen over het onderhoud en de verhardingen. Wethouder Lok: Door de raad nogmaals gewezen op het belang van een beheerplan. Dat is ook het verlengde van de vraag van mevrouw Veneman. Het is prima dat er natuurlijk zuinig met de middelen wordt omgegaan en dat er overgehouden wordt op onderhoud. Maar leidt dit op termijn niet tot achterstallig onderhoud zodat we de rekening later gepresenteerd krijgen. Zonder een goed beheerplan, wat trouwens niet wil zeggen dat er niet goed beheerd wordt, is het moeilijk inzichtelijk te maken. Ik onderschrijf de wens en de noodzaak om te komen tot goede beheerplannen. Dat staat geagendeerd voor na de zomervakantie dat u daar gelden voor beschikbaar stelt. Dat is absoluut inderdaad nodig. Dat is eigenlijk de enige reactie vanuit mijn portefeuille. De voorzitter: De rest is denk ik voor mij. Dan geef ik het woord aan de vicevoorzitter de heer Sinnema. De vicevoorzitter: De vragen zijn gesteld, dan stel ik de portefeuillehouder, mevrouw Kompier in de gelegenheid om die te beantwoorden. Mevrouw Kompier: Allereerst de vraag van mevrouw Heidekamp over de reserve. Daar zal ik even kritisch naar kijken of we daar met een andere oplossing komen. We komen met een alternatief voorstel. Dan de heer Meendering, die een kritisch betoog houdt en eigenlijk onze gemeente financiën vergelijkt met financiën in het bedrijfsleven. Wij proberen zo ondernemend mogelijk te zijn als overheid, maar op het gebied van financiën is dat niet één op één helemaal te vergelijken. Zoals u zegt, de posten die bij ons in positieve zin worden vermeld, waarvan u zegt, in het bedrijfsleven wordt het juist omgekeerd gedaan. Dan gaat het ten koste van je financiële positie, dus wordt het anders uitgelegd. Dat is een andere manier van financiële bedrijfsvoering. Maar we nemen uw kritische opmerkingen ter harte. Vanuit het college hebben we, ook in het persbericht, gezegd, we leggen de nadruk met name op inhoudelijke zaken die gerealiseerd zijn. Voor een deel is het overschot zoals we dat nu hebben geboekt, ook te danken aan de eenmalige btw over meerdere jaren. Wij zijn ons zeer bewust van kritische financiële tijden waarin wij verkeren en het beroep wat wij c.q. wat u als raad doet op de financiële positie van de gemeente en het interen van onze reserves. Dat is iets waar
12
u terecht al een beetje een voorschot neemt op de vergadering van 25 juni waar we natuurlijk daar nader met elkaar over komen te spreken. Dan de heer Joling, die nog eens terug komt op de motie van de Partij van de Arbeid van vorig jaar. We hebben inderdaad uw motie ter harte genomen en dat ook zichtbaar gemaakt, hoe we daar uitvoering aan hebben gegeven. U zegt dat u hoopt dat het college op de ingeslagen weg voortgaat. Dat doen we zeker. Daar waar we nog verbeteringen kunnen aanbrengen doen we dat. En zullen we dat ook zeker nog doen, ook als het bijvoorbeeld gaat in relatie tot het inkoop- en aanbestedingsbeleid. Ook zeker in relatie tot de nieuwe inkoop- een aanbestedingswetgeving. Dus daar zijn wij zeer kritisch en scherp op. U constateert dat er eigenlijk in al in de zomernota een andere constatering wellicht mogelijk was dan zoals het nu blijkt in de jaarrekening. Dat kan ik niet helemaal inschatten. Dat heeft voor een deel ook te maken met die btw teruggave, wat een groot verschil is, wat we toen met de zomernota nog niet hebben kunnen constateren. Ik zal nog even kritisch nagaan of wij een aantal zaken eerder hadden kunnen constateren. Ik ga er vanuit dat dat niet mogelijk is geweest. Dat we dat bij beste kunnen in de zomernota hebben gedaan en achteraf blijkt dat een aantal posten toch nog anders uitpakken. Maar de vergelijking daarmee zal ik in de aanloop naar de besluitvorming over 14 dagen nog op terug komen. Mevrouw Wijnholds: Ik kan me grotendeels aansluiten bij de opmerking van de heer Meendering. Ook al omdat ik die opmerkingen de voorgaande jaren zelf ook altijd al gemaakt heb. Als ik kijk naar wat wij uitgeven, doen wij een groot deel ten laste van onze reserves. Zouden we dat niet doen, dan zouden we elk jaar een begrotingstekort hebben. Zo reëel moeten we zijn, zo eerlijk moeten we ook eens een keer zijn en niet constant roepen dat we overschot hebben. Dan had mevrouw Heidekamp het ook al over de reserves die eventueel negatief worden. Het college is niet bevoegd om te beschikken over de reserves. Dat mag ze alleen met toestemming van de raad. Voor een deel doen we dat bij het vaststellen van de begroting. En anders doen we dat via een raadsbesluit. Bij dringende en incidentele gevallen kan een college eventueel iets doen ten laste van de reserve. En kan het achteraf gedekt worden bij zomernota of bij jaarrekening. Maar het moet echt een incident zijn. Dus in een jaarrekening of in een zomernota kunnen hoogstens twee of drie regels zijn dat het college zonder toestemming van de raad uitgave doet vanuit de reserves. Dat wil ik vast even meegeven aan het college, want als ik naar de afgelopen collegebesluiten kijk, zijn er al weer dingen ten laste van de reserves gegaan, immense bedragen van € 2.000,00 bijvoorbeeld, waarvan ik denk, dat kan ook gewoon in je gewone begroting. Dan krijgen we volgend jaar een eerlijke jaarrekening, waar alles in zit waar het in hoort en niet via de reserves. Dus vast een waarschuwing vooraf. De reserves via de raad. Mevrouw Heidekamp: Het punt wat mevrouw Wijnholds net als laatste aanstipte ten aanzien van de reserves, daar kijk ik toch een beetje genuanceerde tegen aan. Want in mijn beleving is het heel gebruikelijk om bij jaarrekening die dingen die normaliter ten laste van de reserve worden gebracht te verwantwoorden, omdat daar de reserve ook specifiek voor bedoeld is, dat is heel prima, en daar dan ook een hele rij van vast te stellen. Dat gaat wat mij betreft over hele uitzonderlijke dingen die je eigen normaal gesproken niet had bedacht maar waar van je zegt, die zouden toch ten laste van een reserve kunnen. Mevrouw Wijnholds: Met toestemming van de raad, dat hoor vooraf en niet teveel. Mevrouw Heidekamp: Daar denken we toch een beetje genuanceerde over. Mevrouw Wijnholds: Dan keuren wij deze jaarrekening af. De vicevoorzitter: Mevrouw Heidekamp heeft het woord. Mevrouw Heidekamp: Even een reactie op de woorden van GroenLinks. De daling van de vermogenspositie die de heer Meendering heel nadrukkelijk noemt. Waarmee hij eigenlijk zegt, het is niet een werkelijk beeld. Er is helemaal niets over, we teren in op onze vermogenspositie. Volgens mij is dat ook een hele bewuste keuze van deze raad geweest. Er zijn heel veel dingen op de doen-lijst van het MIP gezet waarvan het college had gezegd, doe dat nou niet, want eigenlijk hebben we er geen geld voor. Daar heeft deze raad niet voor gekozen, deze raad doet al twee, drie jaar niet anders dan dingen op de doen-lijst zetten omdat we zeggen, we hebben zoveel reserves, daar kan best een beetje af. Daar zijn die reserves ook voor. Juist in deze tijden willen wij investeren en onze plaatselijke ondernemers ook daar mee ook aan het werk houden. Dat is een keuze die heel bewust is gemaakt. En dat dat natuurlijk zo is in onze systematiek van administreren als gemeente, dat je dan je in de exploitatie kunt overhouden terwijl je toch inteert op je vermogens. Dat is nu een keer de manier van administreren. Ik vind het erg ver gaan dat de heer Meendering dan zegt dat dit niet een
13
werkelijk beeld zou geven van onze financiële situatie. De accountant heeft in zijn verklaring staan dat er wel degelijk een getrouw beeld door het college wordt verstrekt over de financiële situatie. Dan heb ik toch wat moeite met de term, dit geeft geen werkelijk beeld. Ik zou graag of een nuancering van de woorden van de heer Meendering horen of dat hij daar op terug komt. Dan de motie van de PvdA. Het is mij niet helemaal duidelijk geworden of de heer Joling alleen maar aangeeft, zoals u in uw beantwoording aangaf, gaan we zo door of dat er ook nog dingen ontbreken, die dan blijkbaar nog niet uitgevoerd zijn van de motie. Dat was mij niet helemaal helder toen u zei van, ik wil geen nieuwe motie indienen, dat lijkt ons niet nodig, waar die dan opgericht moet zijn. Daar ben ik dan erg benieuwd naar, dat is mij niet helemaal helder geworden. Dan was ik wat verbaast over het antwoord van de wethouder Lok, over de aankondiging dat na de zomervakantie deze raad geld beschikbaar zou moeten stellen voor de beheerplannen. Als dat voor het opstellen van de beheerplannen gaat, dat kan niet waar zijn, wat dat hebben we volgens mij twee of drie jaar geleden al op de MIP lijst gezet, om dat vooral te doen, dus in uitvoering te nemen. Als daar nog een voorstel voor zou komen, dan verbaast mij dat zeer. Als het geld is van, we hebben het beheerplan klaar en dat betekent nu dat we op deze manier omgaan met onderhoud en daar willen we potten voor, dat is een andere. Anders ben ik daar wat verbaast over. Ik ben blij met de toezegging van de portefeuillehouder financiën dat het alternatieve voorstel wat in de beantwoording staat over de reserve die negatief wordt, dat die overgenomen wordt en dat daar een nieuw voorstel over komt. Ik ga er even vanuit dat dat binnen twee weken hier ligt en dus volgende keer bij de besluitvorming voorligt. De heer Meendering: Mevrouw Heidekamp vraagt mij te reageren of eventueel mijn woorden wat ander neer te zetten. Dat laatste ga ik niet doen, wij verschillen daarover van mening. Ja, er worden inderdaad zaken via de reserves verrekend. Maar dat zit ook in het rekeningresultaat, daar zijn ook allerlei zaken via reserves verrekenend. Dan zou dat nader gespecificeerd moeten worden. Welk deel is onttrokken aan de reserve voor echt die specifieke uitgaven die we als raad hebben vastgesteld en welk deel is gebruikt om in het rekeningresultaat te zetten. Dan zou dat nader gespecificeerd moeten worden. Dan kan ik daar ook meer over zeggen. Op dit moment kan ik daar niet meer over zeggen dan de harde constatering dat we toch behoorlijk terug gelopen zijn in onze reservepositie. Mevrouw Heidekamp: Het is een harde constatering richting deze raad. Want nogmaals, het is niet het interen van het college op potjes die wij zouden hebben. Het is gewoon interen wat wij als raad doen, met hele bewuste keuzes om gewoon, ik zou bijna zeggen, eens te gaan uitgeven. Ook in tijden dat heel veel gemeenten dat niet meer kunnen. Ik blijf er heel veel moeite mee houden. Mevrouw Wijnholds: En uitgaves van het college zonder toestemming vooraf van de raad achteraf moeten goedkeuren, waardoor zoals u net al aangaf, wat ik u zelf verteld had, negatief saldo op reserve vluchtelingen komt. Dat komt omdat het college dat besloten heeft, dat met ons te overleggen en zonder onze toestemming. Waar we ze zelf op hebben moeten want ze waren er zelf nog niet achter, dat er een tekort was.
die we er een zonder wijzen,
De vicevoorzitter: U punt is denk ik duidelijk. De heer Potze: Ik krijg zo langzamerhand moeite met de woorden van de heer Meendering net als de woorden van mevrouw Wijnholds. Want hier worden zware woorden gebruikt. Ik vind dat het college in diskrediet wordt gebracht door deze woorden. Die zijn nog niet met bewijs onderlegd. Mevrouw Wijnholds: Het bewijs van het verschil van het tekort. De vicevoorzitter: Even geduld mevrouw Wijnholds. De heer Potze is aan het woord. De heer Potze: Het is vreemd dat ik het college zit te verdedigen. Maar ik vind hier echt, dat hier te grote woorden gebruikt worden en ik vind echt dat dat onderbouwd moet gaan worden. Er wordt gezegd dat er geld uitgegeven wordt zonder dat de raad daar toestemming voor gegeven heeft, dat dat in principe niet mag. Als je dat echt vindt, moet je dat helemaal onderbouwen. Mevrouw Wijnholds: Mag ik vijf minuten schorsen, dan kunnen we dit even onderbouwen want het is namelijk klaar. De vicevoorzitter: Eerst de heer Potze, dan bent u aan het woord mevrouw Wijnholds. De heer Potze: Ik geloof dat mevrouw Wijnholds op een cursus interrumperen is geweest en dat is goed gelukt. Ik hoef geen schorsing, maar het zou aardig zijn als zowel de heer Meendering als mevrouw Wijnholds dit gaat aanleveren voor de besluitvormende raad.
14
Mevrouw Wijnholds: Alle leden van de werkgroep financiën hebben dit gehad. Dus ook het lid van de werkgroep financiën van de PvdA, dus u heeft dit al in uw bezit. Mevrouw Heidekamp: Als lid van de werkgroep financiën wil ik daar graag even op reageren. Er is inderdaad een incidentele onttrekking aan de reserve ter discussie gesteld in de werkgroep financiën. Er is niet een totale lijst met enorm veel uitgaven van het college aan de orde geweest, waaruit zou blijken dat het grootste gedeelten van de uitgaven hier ten onrechte door het college ten laste van de reserves zijn gebracht. Volgens mij was daar ook heel nadrukkelijk aan de orde dat met het opnemen in de jaarrekening het uiteindelijk rechtmatig wordt. Zo is het gewoon feitelijk ook. Dat het rechtmatig wordt op het moment dat wij aangeven, u hebt terecht deze keuze gemaakt. Zouden we dat niet terecht vinden, dan zouden we het ook nog ten laste van het rekeningresultaat laten komen. Ik blijf hier echt grote moeite mee hebben. Mevrouw Wijnholds: Dan zijn de uitgaven al gedaan, dan kunnen we alleen zeggen hoe het gedekt wordt. Dus heel makkelijk, het college geeft gewoon uit, doet het van de reserves en wij mogen bepalen, wel of niet goed. Dat lijkt me een omgekeerde wereld. Ik blijf heel goed de reserves in de gaten houden en elke keer als ze het onterecht doen, zal ik het zeker melden in de raad. Mevrouw Heidekamp: Dat is helemaal geweldig, maar u had ook iets minder dan 1,6 miljoen kunnen hebben met het bedrag wat nu ten laste van de reserves wordt gebracht. Mevrouw Wijnholds: Weet u, dat noemen we creatief boekhouden. Want als alles via de exploitatie ging, hadden we nu een immens te kort. De vicevoorzitter: Ik denk dat de gedachten voldoende zijn uitgewisseld op dit punt. De heer Joling: Ik wil nog even reageren op de vraag van mevrouw Heidekamp, over wat ik net gezegd heb over onze motie van vorig jaar. We hebben als Partij van de Arbeid vorig jaar een motie ingediend, dat de opmerkingen van de accountant en de aanbevelingen die worden overgenomen. Mocht daar van worden afgeweken dat dan de raad wordt geïnformeerd. Die motie is ook aangenomen door onze raad. U zegt, wat is er dan niet goed gegaan. Dat heb ik net eigenlijk al genoemd. Dat heeft te maken met het inkoop- en aanbestedingsbeleid. Er is een behoorlijk stuk wat er de vorige keer mis ging en wat nu wederom mis is gegaan. We willen graag als PvdA fractie dat dat de volgende keer wel goed gaat. Mevrouw Kompier: Bij het laatste punt heb ik toch wel de neiging om te even te willen reageren. Want u roept nu een beetje de schijn op alsof er een heleboel mis gaat. Dat is absoluut niet het geval. U heeft vorig jaar een motie ingediend en die is aangenomen. Dat ging vooral om het nog scherper te zijn op het inkoop- en aanbestedingsbeleid. Dat is ook gebeurd. Daar is ook over gerapporteerd. Daarbij zeg ik dat kan nog beter. Maar het is niet zo dat er heel veel dingen niet goed gaan of mis gaan. Daar wil ik u even op graag aanspreken. Wat betreft mevrouw Wijnholds, het is natuurlijk goed dat we een heel kritisch raadslid hebben, ik denk dat het heel goed is dat u kijkt naar de verantwoordelijkheden van u als raad en van ons als college. Volgens mij hebben we dat ter harte genomen en het uitvoerig met elkaar gewisseld hier in deze raadszaal. Ik ben in die zin wel blij met de steun van mevrouw Heidekamp dat u wel heel zwaar inzet en ook niet helemaal wat mij betreft terecht op dit punt. Zoals mevrouw Heidekamp zegt, het is ook rechtmatig om bij jaarrekening posten te verantwoorden. Dat hebben we gedaan. Ten aanzien van de vraag van mevrouw Heidekamp om met een alternatief voorstel te komen waar u als raad over beslist, dat ga ik doen voor de volgende besluitvormende raadsvergadering. Mevrouw Wijnholds: Als ik er niet mee gekomen was, had u het niet eens door gehad dat de reserve negatief zou komen en zou u ook niet met een alternatief voorstel komen. Dat bedoel ik, met aan te geven dat u dingen doet ten laste van de reserves zonder te weten wat de gevolgen zijn. Mevrouw Kompier: U bent wel heel erg scherp met uw beschuldigen. Dat vind ik toch wel heel erg ver gaan. Mevrouw Heidekamp: Ik heb wel behoefte om hier nog even op te reageren. Dat mag dan zo zijn, dat er een post is waarbij het college niet altijd even goed oplet. Maar dat rechtvaardigt wat mij betreft nog niet deze toon. Ook niet de conclusie dat we dan dus de jaarrekening niet gaan vaststellen. U moet het natuurlijk helemaal zelf weten. U bent als fractie helemaal verantwoordelijk voor uw eigen keuzes. Ik kan hier absoluut niet mee uit de voeten. Ik vind het ook volstrekt uit zijn verband
15
getrokken. Ik denk dat op het moment dat het college dingen voorstelt en wat onhandig verwoord, uiteindelijk is onze afdeling financiën heel schep op het in beeld houden van de consequenties, dan was het gewoon uiteindelijk nu bij jaarrekening wel bekend geworden. Dus ik denk dat het echt niet klopt dat er gewoon maar wat gedaan wordt en dat er aan alle kanten reserves worden leeg geplunderd. Mevrouw Wijnholds: Ik wil de bevoegdheid leggen waar die ligt. De bevoegdheid van de reserves ligt bij de raad en niet bij het college. Mevrouw Heidekamp: Dat is ook precies wat het college doet. Die stelt dus daarom aan ons voor om dat zo vast te stellen. Mevrouw Wijnholds: Ik denk daar anders over en ik zal daar heel scherp op blijven letten. De vicevoorzitter: Ik denk dat de standpunten op dit punt volstrekt helder zijn uitgewisseld. Wij zullen bij de besluitvormende vergadering dan ook zien hoe de stemmingen plaatsvinden. De heer Joling: De portefeuillehouder nuanceerde mijn verhaal net een beetje van u doet net alsof er heel veel mis gaat en dat valt eigenlijk wel heel erg mee en eigenlijk gaat er helemaal niet zo gek veel mis. Alleen nu wil het geval dat onze accountant er toch wel iets anders over denkt. Onze accountant zegt voor de rechtmatigheid van het aanbestedingsbeleid, daar geven wij een beperking op voor wat betreft de goedkeuring van de accountantscontrole-verklaring. Mevrouw Heidekamp: Ik wil daar ook graag even op reageren, want ook daar is de accountant uitvoerig met ons als werkgroep financiën over in gesprek geweest en heeft toegelicht dat het één post was, hetzelfde contract waar ook vorig jaar de beperking voor werd afgegeven. Daarnaast is er heel nadrukkelijk, toen was u zelf niet aanwezig, aangegeven dat voor de rest de inkoop en aanbestedingen beter gaan dan daarvoor. In die zin is het echt een incident, die wel zo groot is, dat het meteen tot een beperking leidt. Daar heeft u een terecht punt, dat u zegt u zult er toch een keer wat mee moeten. Dat kan ik helemaal volgen. Maar om te zeggen, dat geld voor het hele inkoop- en aanbestedingsbeleid, dat was niet het beeld zoals ze dat bij ons in de werkgroep financiën hebben toegelicht. De heer Heijne: Ik wil er niet zoveel aan toe voegen. Maar wat mevrouw Heidekamp zegt is exact de bewoording van zoals ook de accountant heeft verklaard. Daar wil ik haar in ieder geval in steunen. De vicevoorzitter: Nog een nieuw punt meneer Joling? De heer Joling: Wat is een nieuw punt. Het enige wat ik in mijn eerste termijn gezegd heb is dat we graag een toezegging willen hebben van het college dat ze gaan handelen conform de strekking van onze motie die vorig jaar is aangenomen en die toezegging heeft de portefeuillehouder gegeven. Eigenlijk was het daarmee voor ons de discussie al afgelopen. De vicevoorzitter: Daarmee is dit een herhaling. Inderdaad, die toezegging had u al. Ik denk dat u voldoende munitie heeft verzameld om de besluitvormende vergadering in te gaan. Ik neem aan dat wij dit agenderen als een bespreekstuk voor de volgende vergadering. Ik geef het woord aan de voorzitter. Dit voorstel gaat als bespreekstuk naar de besluitvormende raad van 2 juli 2013. 11. Jaarrekening 2012 werkvoorzieningschap Wedeka. De heer Eilert: We hebben de jaarrekening uiteraard gelezen. Het is een lastig jaar geweest voor de Wedeka, zoals we hebben kunnen lezen. Een turbulent jaar, 2012. Daar waar men dacht te maken te krijgen met de wet, werken naar vermogen, gooide een kabinetswissel dit helemaal weer om en moet men zich nu richten op de participatiewet. Die, zoals nu blijkt toch ook verstrekkende gevolgen zou hebben, en waar men in dit stuk ook met regelmaat op terug komt. Ik denk toch, dat als we het stuk zien, dat we niet ontevreden kunnen zijn. Het is toch allemaal niet zo slecht gegaan als men gevreesd had. Er wordt geen bijdrage gevraagd van ons als gemeente. Dat is voor ons natuurlijk ook heel erg goed. In die zin weinig op te merken. Wel een paar zaken, die natuurlijk opvallen in de jaarrekening. Daar heb ik de vorige keer ook al iets van gezegd, er is toch sprake van een vrij hoog ziekteverzuim. Het is 1% achteruit gegaan, maar het zit nog steeds op 15%, dat is veel. Blijkbaar moet daar het een en ander aan gebeuren. Wat natuurlijk ook opvalt, is dat de wachtlijst, daar heb ik de vorige keer ook iets over geroepen, voor deze gemeente nog extreem hoog is, en bijna niet afneemt. Dat vind ik een
16
zorgwekkend gebeuren. Daar zou ik ook nog wel eens een reactie op willen hebben, hoe dat eigenlijk mogelijk is. Verder heb ik gelezen dat een aantal gemeenten gebruik maken van het TDC, onze gemeente doet dat niet. Die is daar niet in betrokken. Ik ben eigenlijk toch wel nieuwsgierig waarom niet. Want dat TDC leidt mensen op, maakt ze klaar voor de arbeidsmarkt en wil er ook voor zorgen dat mensen uitgeplaatst worden. Iets wat natuurlijk binnen die participatie wet heel erg belangrijk is. Dat zullen we gewoon moeten doen. We weten welke enorme opgave voor ons ligt. Ik ben eigenlijk wel nieuwsgierig waarom ze niet mee doen aan het Training & -Diagnose Centrum. Dan heb ik eigenlijk nog een laatste vraag. Ik hoorde in het begin van deze avond een van de wethouders al even zeggen, ik heb even een gedeelte overgenomen van de portefeuille van de heer Klap. Ik ben toch wel een beetje nieuwsgierig naar die verdeling. Want er is mij niets bekend van een verdeling van de portefeuille. Bijvoorbeeld dit onderwerp gaat over zaken waar de heer Klap ook een rol in speelt. Dan weet ik tenminste waar ik mijn vraag aan moet stellen. Dus ik zou graag wat duidelijkheid op dat gebied willen. De voorzitter: De verdeling van de portefeuille is ook nog niet echt aan de orde geweest. De heer Klap is natuurlijk afwezig. Wat betreft Wedeka, dat zit heel helder in de portefeuille van wethouder Kuipers, dat is voor vanavond eenduidig en helder. De heer Meendering: Een jaarrekening van Wedeka die hier gepresenteerd wordt zien we toch als heel positief. Daar waar ze het toch een stuk positiever doen dan de verwachting was. Inhoudelijk willen we er eigenlijk helemaal niet zoveel van zeggen, maar meer een compliment naar Wedeka maken. Dat het hun toch gelukt is in deze moeilijke tijden nog zoveel mogelijkheden te zien om te bezuinigen binnen de organisatie, waardoor we als gemeente daar een financieel voordeel van hebben. Omdat we op dit moment tekorten bij hoeven te dragen. Complimenten richting directie en bestuur van Wedeka. Wethouder Kuipers: De heer Eilert begint met het constateren dat het ziekteverzuim wel erg hoog is. Dat hangt af van waar je het mee vergelijkt. Als je het ziekteverzuim van Wedeka vergelijkt met andere Wsw bedrijven dan is het niet hoog, dan is het zelfs onder het gemiddelde bij anderen vergeleken. Dat komt door het beleid wat er op gezet is. Hele snelle controle na een eerste ziekmelding. Maar het kan natuurlijk altijd lager, daar wordt ook wel naar gestreefd. Maar het is niet extreem hoger, zelfs extreem lager vergeleken in de benchmark met andere Wsw bedrijven. Dat de wachtlijst niet afneemt komt nog steeds door het feit dat we een over realisatie hebben van plaatsen bij Wedeka. Zolang die over realisatie daar aan de orde is kun je de wachtlijsten niet gaan minimaliseren. Dat is in hoofdzaak de reden daarvan. Wij doen wel mee met de TDC. Sterker nog, we hebben bij onze kwekerij in Vlagtwedde een eigen TDC. Dat wordt ook gebruikt als Training & Diagnosecentrum. Aanvullend daaraan is het zo, dat samen met Wedeka, weer grotere uitbreiding ook over de gemeentegrenzen heen dat begrip TDC nog een bredere inhoud heeft gekregen. We werken wel zeker met een TDC, zowel binnen de eigen gemeente als over de gemeentegrenzen heen, en ook in samenwerking met Wedeka. Dat waren ze. De heer Eilert: Op zich goed om te horen dat in vergelijking met andere Wsw bedrijven er hier sprake is van een redelijk ziekteverzuim. Op zich is dat prima. Net als wat u zegt, er moet altijd aandacht besteedt worden aan ziekteverzuim, het kan inderdaad altijd gewoon lager. Ik heb het namelijk niet in de jaarrekening kunnen lezen wat zij met de gemeente Vlagtwedde op het gebied van de TDC doen. Ik las wel, de gemeente Stadskanaal, ik las de gemeente Veendam, ik las helaas niets over een TDC in relatie tot de gemeente Vlagtwedde, vandaar mijn vraag ook. Dit voorstel gaat als hamerstuk naar de besluitvormende raad van 2 juli 2013. 12. Onderzoek saneren gronddepots. De heer Schipper: Ik kan het heel kort houden. Onze fractie stemt helemaal in met het voorstel op grond van het besluit bodemkwaliteit waarom deze zaak aan de orde moet komen. Wij zijn het er helemaal mee eens. De heer Meendering: Ook wij kunnen instemmen met dit voorstel. We hebben wel een aanvullende vraag. Er zijn steeds minder projecten op dit moment, ook in onze gemeente. Dus de noodzaak van gronddepots wordt ook steeds kleiner. In hoeverre zouden dit soort zaken ook samen met een aantal omliggende gemeenten kunnen worden opgepakt om ook die milieubelasting zoveel mogelijk te beperken. Ik weet niet of dat meegenomen is in de plannen of meegenomen kan worden in de planvorming?
17
Mevrouw Heidekamp: Wat ons betreft een prima voorstel. Heel goed dat dit gebeurt. Er wordt nu € 25.000,00 gevraagd van de beschikbare € 100.000,00. De vraag is, is de rest dan nodig voor de uitvoering en zal dat toereikend zijn of blijft dat over? Mijn vraag is of er € 75.000,00 aan de ergens reserve kan worden toegevoegd of niet. Wethouder Kuipers: Blij met de instemming van u zoals u dat verwoord hebt. In antwoord op de vraag van de heer Meendering, is nagedacht over het feit om het samen met andere gemeenten op te pakken. Op dit moment niet. Op dit moment is het puur een verantwoordelijkheid voor de gemeente Vlagtwedde zelf, die sanering en wat daar verder mee gaat gebeuren. Ik acht het niet uitgesloten dat op termijn, zowel in het samenwerkingsgesprek als ook onder de invloed van de Omgevingsdienst dit tot andere resultaten leidt. Voorlopig is het puur gebaseerd op Vlagtwedde. De € 25.000,00 is om te onderzoeken hoe het allemaal verder moet en de certificering van die gronden goed in beeld te krijgen, dat is in elk geval nodig. Dan moet er feitelijk ook nog gesaneerd worden. In het MIP project is daar € 100.00,00 voor uit getrokken. Of die € 75.000,00 daar helemaal voor nodig zijn, want het is geen zwaar vervuilde grond, dus een hele zware sanering is ook niet nodig, kan ik op dit moment niet inschatten. Maar wat wel in te schatten is, dat het binnen die € 100.000,00 in elk geval kan blijven. Mocht het minder zijn, zullen wij daar direct de reserves mee gaan spekken. Dit voorstel gaat als hamerstuk naar de besluitvormende raad van 2 juli 2013. De voorzitter: Ik stel voor dat we tien minuten schorsen voordat we verder gaan met de agenda. De voorzitter schorst de vergadering. De voorzitter heropent de vergadering. 13. Vaststellen bestemmingsplan Vlagtwedde Dorp. De voorzitter: Aan de orde is agendapunt 13. Dat betreft het vaststellen van het bestemmingsplan Vlagtwedde Dorp. Aan tafel ziet u de heer Geert Metselaar. De heer Heijne: Om mede doordat we de vorige keer een beetje met het bestemmingsplan hebben zitten worstelen. Dat was toen de besluitvormende raad. Daarom vraag ik in de meningsvormende raad om helderheid. Er werd gezegd dat er tegenwoordig wordt gewerkt met kleuren-indelingen, die zijn leidraad en niet meer het huis ingetekend met huisnummer. Ik weet niet of daardoor de problemen zijn ontstaan die we aan het begin van de avond hebben gehoord. Dat was ook iets met twee huisnummers. Ik weet niet of het fout is of niet. Ik neem aan dat er verder nog op wordt gereageerd. Mede daardoor ook opnieuw onze vraag, graag helder en duidelijk uitleg over die plankaarten. Hoe zit het nu precies, wat heeft het voor gevolgen. Moet het nu wel ingetekend worden of niet. De heer Sinnema: Een informerende vraag betreffende dit bestemmingsplan voor Vlagtwedde. Misschien dat ik het niet goed heb gelezen, maar is er nu in dit bestemmingsplan ook analoog aan anderen rekening gehouden met bouwmogelijkheden op open plekken binnen de bebouwde kom. Dat koppel ik aan de reactie zoals die hier door de heer Eeuwema is gebracht vanavond. De heer Kriek: We hebben de indruk, dat er zorgvuldig is omgegaan met de inspraakprocedure en goed is gereageerd op de zienswijzen. Het verhaal van de heer Eeuwema verbaast ons dan ook en we zijn heel benieuwd naar de reactie van het college daarop, we zullen dat afwachten. Voor de rest, net als met de eerdere bestemmingsplannen hebben wij de indruk dat hier goed werk is geleverd. De heer Schipper: Ook voor ons instemming voor de zorgvuldige wijze waarop dit bestemmingsplan is voorbereid. Het is altijd een lastige kwestie, ook voor een leek zoals ik ben ingewikkeld. We hebben wel degelijk de indruk dat met name ook goed gereageerd is op degene die bezwaar hebben gemaakt. De heer Eeuwema heeft vanavond ingesproken en aan de raad een en ander gemeld. Alle details die daar aan de orde kwamen gingen mij een beetje boven de pet. Voor zover er sprake is van onrechtmatigheid of verschil van mening, zou ik graag van de wethouder willen horen waar dat precies in zit en in hoeverre er ook mogelijkheden zijn om tot een vergelijk te komen. Wethouder Lok: Ik heb aan mijn linker zijde ambtelijke ondersteuning in vorm van de heer Metselaar. Dus daar zal ik, bij het toch soms wat ingewikkelde dossier van bestemmingsplannen, gaarne een beroep op doen. De eerste vraag is van de heer Heijne. Er is de vorige keer in de besluitvormende raad al gevraagd, hoe zit het nu met kaarten enzovoort. De vraag van de heer Heijne is hoe het nu zit
18
met die plankaarten en wat daarop is aangegeven. Misschien dat dat nog even kan worden toegelicht door de heer Metselaar. De heer Metselaar: Leden van de Raad, u stelt een bestemmingsplan vast, dat heet een verbeelding en dat heten regels. En die verbeelding dat zijn gekleurde vlakken. Op de landelijke website liggen onderlagen onder in de vorm van een GBKN en er liggen onderlagen onder van de foto´s om het in elk geval weer te kunnen vinden. Want het is op zich knap lastig wanneer je er geen ondergrond er meer onder hebt. Voor ons kaartbeeld, de pfd die u hebt gekregen, ligt ook GBKN onder. En die is niet actueel. Die wordt zo nu en dan bijgewerkt en die gebruiken we voor een heleboel dingen omdat er netjes van gemeten kan worden. Er staan ook gebouwen op die er niet meer zijn. Er staan ook gebouwen niet op die er inmiddels wel zijn. Het is eigenlijk ter verduidelijking. Zo nu en dan komen er inderdaad reacties, ja, maar mijn schuur stond er toch op. Dat kan verwarring geven. Als je hem er onder weg haalt, zeker op een gedrukte versie, dan is het helemaal moeilijk leesbaar. Bij die landelijke website, dus de officiële, daar kun je zelfs een luchtfoto onder krijgen om even goed te zien hoe het zit. Maar wat u vaststelt zijn de bestemmingsvlakken en die regels. Daar zit soms verschil in en in dit geval ook. Wethouder Lok: De tweede vraag kwam van de heer Sinnema. Hoe het zit met de bouwmogelijkheden op open plekken binnen de bebouwde kom, of niet nog aanwezig zijn. Heel veel vraag is er niet op dit moment. Er wordt natuurlijk ook, zeker in regionaal gebied, regionaal gekeken naar een nieuw woon plan. We moeten regionaal nieuwe woonplannen vaststellen waarin ook de krimp natuurlijk wel een rol speelt. Waar gezegd wordt, in hoeverre willen we nog bouwen voor leegstand. Dat is best wel een actuele vraag. Maar we hebben daar in onze bestemmingsplannen toch wat ruimte voor gelaten. Ik zou de heer Metselaar willen uitnodigen om dat nog even toe te lichten. De heer Metselaar: U vindt het vooral terug in de zienswijze van de provincie. Wij hadden gezegd, moeten we dat royaal doen want we hebben die flexibiliteitsmogelijkheden heel hard nodig. Als er eens een keer een bouwinitiatief is moet het eigenlijk kunnen. U hebt gezien dat we op een paar plaatsen wro zones hebben aangegeven in dit bestemmingsplan. Dat zijn er maar een paar, ik dacht vier, waar nog woningen gebouwd kunnen worden. Er zijn nog een paar plekken in Vlagtwedde waar bij recht gebouwd kan worden, aan de westkant van het dorp. Dan hebben we er mogelijkheden ingegeven om wanneer een bedrijfspand omgezet zou kunnen worden naar een woning, of een keer een woning gesplitst zou kunnen worden. Dat je daar wat mogelijkheden voor hebt. Maar als u zegt, wat zijn er nu voor extra mogelijkheden ten opzichte van nu, dan zijn dat eigenlijk die paar gebiedjes waar die wro zone is aangegeven. De heer Sinnema: Het is, dacht ik, ook juist de zienswijze van de provincie die zegt van, ik dacht dat wij dat standpunt ook als raad hadden ingenomen, dat we juist zeggen, probeer nu die particuliere initiatieven te stimuleren binnen de bebouwde kom, op die locaties, boven commerciële aanwijzing. Daarom leg ik die vraag ook nadrukkelijk op tafel, hoe dat nu hier in Vlagtwedde is geregeld, in dit bestemmingsplan. Misschien dat de heer Metselaar daar op in kan gaan, als ik de reactie hoor van de heer Eeuwema, dan proef ik dat daar enige discrepantie tussen zit. Misschien dat ik het helemaal verkeerd zie, maar dan hoor ik dat graag. Wethouder Lok: Daar waar geen bouwmogelijkheden waren is het lastig om bouwmogelijkheden toe te voegen om te beginnen. Dan zou je op elke open plek een wijzigingsbevoegdheid neerleggen, als je dat op termijn al zou willen. We hebben geprobeerd de ruimte die we nog hadden in het bestemmingsplan te optimaliseren. Je hebt het dan wel over particuliere mogelijkheden tot bouw. Om dat nu te vertalen naar elke open plek in de bebouwde kom is een hele lastige. Daar spelen natuurlijk ook hele andere argumenten mee, wat goede ruimtelijke ordening betreft, inpasbaarheid, milieu enzovoort. Om dat nu al bij recht in een bestemmingsplan te verlenen dat lijkt mij toch dat we daar wat terughoudend in moeten zijn. Maar daar waar ruimte was, daar hebben geprobeerd het zoveel mogelijk te behouden. De heer Metselaar: De zaak Eeuwema, is in die zin een aparte. De heer Eeuwema zegt, ik ben destijds met de gemeente in gesprek geweest, toen dacht ik dat ik een woonbestemming kreeg. Dat is niet door gegaan, tot aan de Raad van State uitgesproken, hij zegt is er niet meer richting bestemmingsplan. Nu ook al, waar een agrarisch bouwperceel op zit met één bedrijfswoning. Meneer Eeuwema zegt, ik wil graag die boerderij herbouwen en dat zou betekenen het toevoegen bij recht van een woningbouwlocatie. Dat hebben we in Ter Apel niet gedaan. Dat hebben we op die manier ook niet in De Linten gedaan. Daar is ook niet veel reden voor, dat hebt u gezien, om dan nu te zeggen daar komt gewoon een bouwmogelijkheid bij recht. Een ander punt is, ik hoop dat ik mij
19
daarover namens u boos heb gemaakt bij de provincie, die zegt, haal die wijzigingsbevoegdheden in zijn algemeenheid ook maar weg. Doe dat maar bij incidenten, dan kunt u wel even met ons overleggen of dat een goede toevoeging is. Daarvan hebben wij hier gezegd, dat is geen goede zaak. Want juist in die krimpgebieden, als er een bouwinitiatief is, of dat een pand een andere functie kan krijgen, of omdat je een keer een woning splitst, daar moet je die ruimte kunnen geven. En daar moet je niet eindeloos over touwtrekken om dat met een bestemmingsplanwijziging te doen. U hebt gezien hoe we dat gemotiveerd hebben. Die nieuwbouwruimte, daar komen niet meer dan 25 woningen in de komende 10 jaar. Dat zijn er een paar, waar we gebruik zouden kunnen maken van die wijzigingsbevoegdheid. Dat is zo gek nog niet. Als je kijkt wat er gebouwd is de laatste jaren komen we daar mee weg. In de contacten met de provincie werd als gezegd, dat moet toch maximaal 5 of 10 zijn. Wij hebben gezegd, dat is niet gerelateerd aan bestuurlijke documenten. We vinden dat op deze manier goed. Dat staat los van de discussie die we met de heer Eeuwema hebben. De heer Sinnema: Het is mij nog niet helemaal duidelijk. Die mogelijkheden staan wel in het bestemmingsplan De Linten opgenomen. De heer Metselaar: Op locaties die op zich in principe voor bebouwing in aanmerking zouden kunnen komen, of die oude bouwrechten hadden, daar hebben we rechtstreekse bouwrechten weg gehaald en er een wro zone voor in de plaats gelegd. Dat is hier in Vlagtwedde ook gebeurd, onder andere op het stukje waar de school heeft gestaan aan de Schoolstraat. Dus die hebben we in Vlagtwedde. Er zijn er niet zoveel. Die hebben we netjes ingevuld. Nog een paar aan de westkant van het dorp, die we bij recht hebben laten staan. We denken dat dat het dan ook is. Het is niet zo dat we het gevoel hadden dat we daar nog een heleboel aan toe zouden moeten voegen. Wethouder Lok: Dan hebben we nog de opmerking van de heer Kriek. Dank voor de positieve kritiek. En de opmerking van de heer Schipper, dat richt met name op de vragen die de heer Eeuwema in zijn inspreekmogelijkheid heeft opgeworpen. Dat richt zich eigenlijk op twee zaken. De twee belangrijkste zaken daaruit zijn, hij wil graag een woning bouwen en daar zit een hele historie aan vast. Waarom staat de gemeente daar nu zo in. Overigens wordt dat in de zienswijze aangegeven, dat er ook factoren zijn waarom we daar nu anders tegen aan kijken. Dat zal de heer Metselaar nog even toelichten. En de tweede is de bestemming voor hele terrein. Het is nu een bedrijfsbestemming geworden en de heer Eeuwema wil daar graag agrarische bestemming. De heer Metselaar zal nog op die twee zaken ingaan. De heer Metselaar: Even met name over het laatste. Vanaf het voorontwerp hebben we daar een bedrijfsbestemming opgezet, of dat nu helemaal precies goed was doet er even niet toe. We zijn met de heer Eeuwema en de zijnen in Vlagtwedde ongeveer een jaar in contact. Bij de zienswijze heeft de heer Eeuwema dat niet aangegeven, dat het verkeerd of dat hij het graag anders wil hebben. Ook niet bij de inspraakreactie. We hebben het gedaan zoals gedaan en pas in een allerlaatste fase, tot aan nu toe, zegt de heer Eeuwema, ik heb een agrarisch bedrijf dus ik wil ook een agrarisch bouwperceel hebben. Ja, dat kan nog tot en met de vaststelling en daar is niet zoveel op tegen. U hebt gezien in het advies dat wij gezegd hebben, vooral met bedrijven die in de bebouwde kom liggen en waar activiteiten mogen, dan is vaak de eerste vraag van een agrariër mag ik dan meer en andere bedrijfsactiviteiten. Op zich is er niet zoveel op tegen. Hij kan bij recht datgene doen wat hij wil. Maar er is op zich ook niet zoveel tegen om te zeggen, u krijgt een agrarische bestemming. Als de heer Eeuwema daarna komt, met ik wil een bedrijfsbestemming, dan kan dat omgezet maar dat kost hem dan een procedure en een paar centen. Op zich is daar niet zoveel op tegen. Een ander punt, en ik denk dat de heer Eeuwema daar misschien wel op doelt. Als de heer Eeuwema zegt, als ik nou een agrarisch bouwblok heb, dan is dat ook weer per definitie groter dan een bedrijfsbouwblokje, en dan mag ik weer tot voor aan de straat bouwen. Als u ziet in het bestemmingsplan dan zijn we voor de agrarische bouwperceeltjes in de bebouwde kom redelijk consequent geweest, of beter gezegd, consequent geweest en hebben we altijd bouwblokjes aangegeven waarbij de bedrijfsbebouwing achter de voorgevel, de rode lijn van de woning zit. Uiteraard bent u die kiest en vaststelt. Maar in de lijn van wat we tot nu toe geadviseerd hebben zouden we ook, als het een agrarisch bouwperceel wordt, denk ik in die lijn ook adviseren. Dat betekent dat de voorgevel, de rode lijn van het bouwblok, ter hoogte ligt van de voorgevel van de woning. Dan schiet meneer Eeuwema daar in die zin ook geen bal mee op. Het kan beide. Mevrouw Heidekamp: Nog even naar aanleiding van de wro zones en de wijzigingsbevoegheid voor woningen die in het bestemmingsplan zitten. U geeft aan dat voor de Clockeslach locatie onder andere zo´n wro zone is aangegeven. Daar zou nog wat woningbouw kunnen. Dus de voormalige Clockeslach locatie. Dat is nu al gesloopt gebied. Daar is in ieder geval een wens voor ingediend bij deze raad, om dat vooral niet te doen, omdat ze dat heel graag open willen houden gelet op het vrije
20
zicht naar de kerk. Dan is even mijn vraag, kiest de gemeente nu voor deze bouwmogelijkheid om de grondwaarde terug te kunnen verdienen, of is daar ook een ruimtelijke overweging aan ten grondslag gelegd. Dat vind ik wel even interessant om te weten. Omdat daar volgens mij in deze raad redelijk positief op gereageerd was, op dat verzoek. Ik ben heel benieuwd wat daar dan de overwegingen zijn. Als ik dan kijk, ruimtelijk ter plekke, en de vergelijking maak tussen de locatie aan de Wilhelminastraat van de familie Eeuwema, en waar je toch een bebouwing ziet die heel erg dicht op elkaar staat, ten opzichte van de Schoolstraat, waar sowieso wat meer open ruimtes zijn en ook nog eens de wens van de buurt om daar wat meer open ruimtes te houden, dan ben ik wel heel benieuwd naar de nadere onderbouwing van op de ene plek wel en de andere plek niet. Even los van de eerdere discussies en beroepszaken die de familie heeft gevoerd en wellicht heeft verloren. De principiële vraag op het moment dat je aangeeft, en volgens mij heeft het college dat in een aantal andere bestemmingsplannen heel nadrukkelijk gesteld, we hebben maar heel weinig concrete bouwinitiatieven. Daar waar ze er zijn en waar het ruimtelijk prima inpasbaar is, willen we er graag aan meewerken. Als ik dan naar deze concrete locatie kijk dan denk ik, daar is qua ruimte en qua breedte van de kavel royaal ruimte voor een tweede woning. Dan zit je nog ruimer in je maten dan op andere plekken langs diezelfde weg, dan vraag ik mij, waarom in dit geval, ondanks dat het college bijna op alle bezwaren probeert in te gaan, niet is ingegaan op de zienswijze van de familie Eeuwema, om daaraan mee te werken. Dat is mij eerlijk gezegd een raadsel. Daar zou ik heel graag een toelichting op willen. De heer Schipper: In aansluiting op de woorden van mevrouw Heidekamp. De vraag van de heer Eeuwema om een woning te kunnen bouwen en ten tweede of er een agrarische bestemming op kan komen. Ik begrijp uit de woorden van de heer Metselaar, dat dat laatste, een agrarische bestemming krijgen, als de heer Eeuwema dat zou willen, dat hij dat kan krijgen. Heb ik dat juist begrepen. Dan ligt het initiatief bij de heer Eeuwema, als het over dat punt gaat. Het ander punt, de vraag over de tweede woning. Als er op zichzelf uit ruimtelijke overwegingen mogelijkheden zijn om een woning te bouwen en er rechtens geen bezwaren zijn, dan vraag ik mij af, waarom dat ook niet zou kunnen. Ik zou het in ieder geval heel erg op prijs stellen, wanneer er een nader overleg is met de heer Eeuwema, om te kijken wat voor mogelijkheden er uiteindelijk toch zijn. Wethouder Lok: Mevrouw Heidekamp legt het verband tussen locatie Clockeslach en de locatie van de heer Eeuwema, voor wat betreft de bouwmogelijkheden. Dat is toch een correcte opmerking? Voor wat betreft de Clockeslagh is inderdaad bekend, en we hebben dat ook bij de dorpsrondes gehoord, dat bij de bevolking inderdaad de wens leeft om dit open te houden en dat parkachtig in te richting. Echter er ligt in die zin nog steeds formeel een grondopbrengst onder van een behoorlijk bedrag. Dat zou in die zin nog afgeboekt moeten worden. Daar moet de raad nog iets mee doen. Dat is één reden. De tweede reden is, wij respecteren uiteraard de wens van de bevolking, ik kan er ook best wel heel ver in mee gaan, is dat we op deze manier toch nog wat voorraad op deze locatie houden, maar het eventueel anders in zouden kunnen zetten en wat wisselgeld houden. Dat vind ik ook wel een belangrijke, zeker in overleg naar de provincie toe, op aantallen en op plekken waar je zou kunnen bouwen. Dat voor wat betreft de Clockeslach. Voor wat betreft de locatie van de heer Eeuwema. In de zienswijze is er verder ook nog beargumenteerd. Je kunt discussiëren over ruimtelijke overwegingen, wat past hier wel en wat past hier niet. Dat is een discussie waar je een heel eind mee kunt gaan. Maar ook milieuoverwegingen worden hier genoemd. Er zit ook een bedrijf naast. In de zienswijze wordt ook aangegeven dat je dat niet zomaar bij rechtens kunt doen. Omdat je toch ook met milieuwetgeving zit voor het bedrijf daarnaast. En je misschien dat bedrijf ernaast hindert in zijn bedrijfsvoering. Dat vind ik ook een belangrijk aspect. Het staat in de reactie op de zienswijze vermeldt. De heer Metselaar: Je zou kunnen zeggen, we leggen een wro zone op de locatie van Eeuwema. Dat kun je altijd nog wijzigen van bedrijf dan wel agrarisch naar wonen. Dan moet je wel zeker weten dat je de overkant van de sloot haalt. De mensen van milieu zeggen dat dat lang niet zeker is. Zet je daar een nieuwe woning neer, niet een bestaand pand wat je omzet, dan zul je met de invloeden van zo´n woning op de bedrijfsvoering van omliggende percelen rekening moeten houden. Dat ziet u ook bij onze andere wijzigingsbevoegdheden. Je mag er wel van alles omzetten, maar er staat elke keer, het mag geen nadeel hebben voor de bedrijfsvoering van de omliggende panden. Eén ding is zeker, er liggen twee bedrijven, dat is het agrarisch bedrijf van de heer Eeuwema en van zijn buurman. Als je op deze hoek een woning neerzet, dan is het maar de vraag. Dan kun je er nu wel een WRO zone opleggen, dat kost ook niets. Aan de andere kant, het is zeer twijfelachtig, en mijn collega´s van milieu zeggen, dat wordt erg moeilijk, dat zodanig te regelen dat je kunt voldoen aan die algemene voorwaarden die wij hebben die van invloed zijn op het bedrijf. Dat kan wel, maar dan zet je hem verder naar voren, dan zit je weer op de straat. Dan moet je ook voldoen aan die regels op het gebied van geluidshinder van de weg. Dan kun je zeggen, daar heeft de heer Eeuwema wel gelijk aan, er
21
staan in Vlagtwedde meer woningen die pal op de weg staan. Voor zover wij dat nu kunnen overzien, hebben wij onvoldoende reden om te zeggen, leg er maar een wro zone. U hebt denk ik in de beantwoording van de zienswijze van de heer Eeuwema gezien, op dit moment gaat ons dat te ver om aan u voor te stellen om te zeggen doet u dat maar. Als u zegt, er komt een wro zone op en dan zien we dat wel, u bent de baas over de vaststelling van het bestemmingsplan. Als u vindt dat we daar nog even naar moeten kijken dan adviseren wij uiteraard de wethouder hoe wij daar mee om kunnen gaan. Mevrouw Heidekamp: Als ik naar de situatie ter plaatse kijk, dan denk ik dat het bedrijf wat er meteen naast zit, pal op de woning zit die weer aan de andere kant zit. Als er werkelijk zo´n groot milieuprobleem zou zijn, dat bedrijf wat daar zit, dan kan ik bijna niet anders dan veronderstellen dat het ook voor de bestaande woning die nu aan de andere kant staat ook al een groot probleem zou zijn. Dan hebben we sowieso een probleem in het bestemmingsplan, in de combinatie wonen en bedrijvigheid. In combinatie met het bouwblok, met het hele perceel voor een agrarische bestemming, heb je al hele andere milieueisen. Dus als je hem niet tot wonen zou omzetten maar als tweede bedrijfswoning, weet ik veel wat, dan heb je al weer wat meer mogelijkheden. Als u ons inderdaad vraagt of wij vragen of u er nog eens nader naar wilt kijken, heel graag. Als ik naar het gebied kijk, dan kan ik niet anders dan concluderen dat dit een bijzondere uitzondering is. Ik zou het zeer op prijs stellen als er nog eens naar gekeken werd. Wethouder Lok: Wij zeggen toe dat we er nader naar kijken. De voorzitter: Bij deze een toezegging. De heer Sinnema: Misschien dan ook een planologische beoordeling te maken en geen financiële. De heer Heijne: Ik heb nog even een andere vraag. De bestemmingsplannen zijn te vinden op een website werd er gezegd. Is dat de gemeentelijke website? Zijn daar alle bestemmingsplannen te vinden? Of moet ik ergens naar toe, of word ik ergens naar door gesluisd via de gemeentelijke website? De heer Metselaar: We doen hier twee dingen. Eén de formele website, ruimtelijkeplannen.nl. Daar hebt u een cursus bij nodig om die te hanteren. Dat durf ik wel te zeggen omdat een heleboel deskundigen hetzelfde zeggen. Wij hebben er heel snel voor gekozen om ook op onze gemeentelijke website bij wonen en leven, bij bestemmingsplannen tot nu toe onze bestemmingsplannen van de laatste tijd als pdf te vermelden. De heer Heijne: Dat zijn de bestemmingsplannen die wij de laatste tijd hebben vastgesteld? Niet de bestemmingsplannen die nog in behandeling zijn? De heer Metselaar: Dan hebt u er al niet veel meer. Vanaf het bestemmingsplan Buitengebied tot en met het ontwerp Sellingen staan erop. Wat er mist is Emslandermeer zover ik dat weet. Ik denk dat we de rest al vastgesteld hebben of zit in de fase van de procedure. Ik denk dat dat de enige is. De heer Schipper: Ik heb geen reactie gekregen in de tweede termijn op datgene wat ik gesteld heb. Maar uiteraard in de reactie op mevrouw Heidekamp, sluit dat mijn vraag al in. Maar ik wil even nadrukkelijk stellen dat ik er zeer mee ben ingenomen dat wethouder Lok toch nog gaat kijken naar mogelijkheden. Dat we die voor de komende besluitvormende raad ook zullen kennen. Dit voorstel gaat als bespreekstuk naar de besluitvormende raad van 2 juli 2013. 14. Vaststellen bestemmingsplan Ter Apelervenen. De heer Schipper: Het is haast een pro forma reactie maar ik wil hem toch graag even geven. Het is een beetje gelijk aan die van de vorige wat betreft zorgvuldigheid en de mate waarin ook is gereageerd, op degene die bezwaar hebben gemaakt. Ik vind het een goede zaak dat het zo is gebeurd en het heeft onze instemming. De heer Sinnema: Het bestemmingsplan Ter Apelervenen met een aantal gevoeligheden op een aantal terreinen. Ik ben in dat verband toch wel even benieuwd naar de reactie van het college op datgene wat door de inspreker naar voren is gebracht. Wethouder Lok: De heer Koorman had twee zaken. Zijn uitzicht en de waterbeheersing. Misschien dat de heer Metselaar daar wat van kan zeggen.
22
De heer Metselaar: Daar kun je over twisten, de afstand tussen de woning van de heer Koorman maar sowieso de woningen aan het kanaal langs tot aan het centrum, dat is een behoorlijke, dan praat je over 900 meter of meer. Je kunt zeggen, dat belemmert mij toch wel, want die strook wordt smaller en ik kijk tegen een 40, 50 of 80 meter meer bossingel aan. Op zich is dat zo. Maar als we kijken naar belangenafweging, dan vinden we dat het belang van het uitbreiden van het AZC aanzienlijk zwaarder weegt. Een ander punt is, we hebben bijgevoegd als bijlage bij het bestemmingsplan het rapport van Bügel. Daarin staan een hele hoop dingen. Die ontwerpfase, dat is wel de basis van dit bestemmingsplan. Want dat zou er in elk geval in moeten komen. Maar dat houdt nog niet in dat dit het bouwplan is. We hebben in het bestemmingsplan de kaders aangegeven waar dat binnen moet. Eén van die dingen die moeten, dat is dat er voldoende waterberging geregeld wordt. Hetzij op het terrein, hetzij in de buurt, hetzij een verbrede sloot. In het rapport zie je dus, dat er gezegd wordt dat om veiligheidsredenen het hoofd van die waterberging ook onder de grond kan. Er zijn meer methoden. U hebt ook gezien dat het waterschap zegt, we vinden het goed dat u dit bestemmingsplan zo vaststelt, maar let er wel op dat je bij de uitvoering een aantal dingen op moet lossen. Als de heer Koorman zegt, hoe doe je dat dan? Dat weten we niet. Bij het gros van de bestemmingsplannen hebben we ook richtlijnen voor water. Het waterschap heeft richtlijnen voor water. We hebben gezegd, het kan opgelost worden. Hetzij in de randen van het terrein. De heer Koorman zegt, daar maak ik me zorgen over. Wij weten ook dat het bij de uitvoering aan de orde komt. Het is eigenlijk geen onderdeel bij de kaderstelling van het bestemmingsplan. Dit voorstel gaat als hamerstuk naar de besluitvormende raad van 2 juli 2013. 15. Sluiting. De voorzitter sluit de meningsvormende vergadering om 22.35 uur. Gewijzigd/ongewijzigd vastgesteld in de meningsvormende raad van 10 september 2013.
L.A.M. Kompier voorzitter
H. Kastermans griffier
23
Toezeggingen vanuit de meningsvormende raadsvergadering van 11 juni 2013
04. Vragenronde. De heer Joling vraagt hoe lang de reparatie van de brug in Burgemeester Beinsdorp gaat duren en of er voorzieningen komen voor de schoolroute (Graddusschool)
Wethouder Lok zegt toe hier schriftelijk op terug te komen.
Mevrouw Veneman vraagt om in gesprek te gaan met De Trans om de vragen het zit met de werkgelegenheid ivm de nieuwbouwplannen.
Wethouder Lok zegt toe om voor 1 oktober 2013 in gesprek te gaan met De Trans.
Mevrouw Veneman vraagt of in onze gemeente gezinnen opgespoord kunnen worden, samen met ander welzijnsorganisaties, die schulden hebben kleiner dan € 5.000,00 om te kijken of zij begeleiding kunnen krijgen zodat de schuld niet oploopt. Dit naar aanleiding van een krantenartikel van 4 juni jl.
Wethouder Kuipers zegt toe hier binnen 14 dagen schriftelijk op terug te komen.
08. Ingekomen stukken. De heer Meendering vraagt of de twee voorwaarden genoemd in de brief aan Landkreis Emsland betreffende het oprichten van windturbines in Haren-Rütenmoor alle voorwaarden zijn of dat er nog meer voorwaarden zijn.
De voorzitter zegt toe om uit te zoeken.
De heer Meendering wil graag weten welke publicaties er bedoeld worden in de beantwoording van de schriftelijke vragen van GroenLinks over de opslag van kernafval.
Wethouder Kuipers zegt toe binnen 14 dagen terug te komen op de vragen van de heer Meendering.
10. Jaarrekening gemeente Vlagtwedde 2012. Mevrouw Heidekamp stelt voor om het voorgestelde bedrag niet uit de reserve opvang vluchtelingen te halen zodat het niet in 2014 op een negatief bedrag komt maar uit de algemene reserve.
Mevrouw Kompier zegt toe om voor de besluitvormende vergadering van 2 juli a.s. kritisch te kijken naar de suggestie van mevrouw Heidekamp en eventueel met een andere oplossing te komen.
13. Vaststellen bestemmingsplan Vlagtwedde Dorp. Mevrouw Heidekamp en de heer Schipper vragen om te kijken naar het perceel van de heer Eeuwema in het kader van het bestemmingsplan Vlagtwedde Dorp.
Wethouder Lok zegt toe om nog eens te kijken naar het perceel van de heer Eeuwema.