TIJDSCHRIFT VOOR
LOGOPEDIE
EN AUDIOLOGIE
10e jaargang nr.2
mel1980
driemaandelijks lIjdschrift
TIJDSCHRIFT VOOR LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE UITGAVE VAN DE NEDERLANDSTALIGE
OPLEIDINGEN
LOGOPEDIE (BELGIË)
REDACTIE M. Claeys, lic. Orthopedagogiek L. Moerman-Coetsier, lic. Germaanse Filologie L. Plasschaert, lic. Pedagogiek, gegr. Logopedie A.M. Schaerlaekens. dr. Germ. Filologie. lic. Logopedie G. Van Maele. lic. en gegr. Logopedie REDACTIE-ADRES G. Van Maele. De Waterwilgen 9, 8310 Brugge (België) Publicaties in drievoud aan dit adres in te zenden WETENSCHAPPELIJKE
RAAD
M. Callens. prol. dr. Neurofysiologie L. Engels, prol. dr. Linguïstiek G. Forrez. prol. dr. Fysica P. Kluyskens. prol. dr. Otorinolaryngologie J. Tyberghein. prol. dr. Otorinolaryngologie P. Bastijns. dr. Psychologie, lic. Logopedie D. Boedts. dr. Otorinolaryngologie W. Vandereyken. dr. Neuropsychiatrie R. Vandierendonck. dr. Neuropsychiatrie W. Wellens. dr. Neuropsychiatrie P. De Baere, lic. Orthopedagogiek S. Lievens. dr. Psychologie J. Adriaens, gegr. Logopedie W. Brans, gegr. Logopedie R. Stas. lic. en gegr. Logopedie Y. Van Hylte, gegr. Logopedie BESCHERMCOMITE L. Ulens, ere-inspecteur rijkstechnisch onderwijs De directies van de nederlandstalige opleidingen Logopedie ABONNEMENTEN - België: De abonnementsprijs bedraagt 250 Ir per jaar (150 Ir voor studenten) te betalen op rekening 380-0800054-69 van <Tijdschrilt voor Logopedie en Audiologie< -Buitenland: De abonnementsprijs bedraagt 309.-Blr (250 fr ab. 59 fr bankonkosten en BTW) te betalen op rekening 380-0800054-69 van <Tijdschrift voor Logopedie en Audiologie-, De Waterwilgen 9. B8310 Brugge (België) (Bank van Bru.. el)
+
OVERDRUKKEN De auteurs ontvangen tien exemplaren van hun artikel; extra-overdrukken kunnen gevraagd worden bij het Inzenden van de kopij. enworden in rekening gebracht. Overname van artikels wordt slechts toegestaan na schriftelijke overeenkomst met de redactie.
TIJDSCHRIFT VOOR LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE
1980 (10) - 2
ERVÁRINGEN MET EN EVALUATIE VAN THERAPIE BIJ HESE KINDEREN C. De Bal, gegr. logopedie C. H. Waar, dr, afd. Foniatrie van het AL
Dijkzigt, Rotterdam
1. INLEIDING
Bij iedere
vorm van behandeling
resultaat
te evalueren.
behandeld
wordt, te omschrijven
onderscheiden. leggen.
komt vaak de behoefte
Het 1s dan noodzakelijk
kriterla
alsmede alle bijkomstige
van belangrijkheid
De invloed van de behandeling
met het spontane na bestu~ering
verloop.
en graden
factoren
van ernst a~n
die te
te
dient 1n verband gezien te worden
Oe indicatie
van het spontane
naar voren om het
om.de afwijking,
verloop
tot behandeling
wordt vaak anders
en het soms geringe
resulta~t
van
Ben behandelingsgang. De heesheid
bij kinderen
weet dat in individuele ouders.
speciale
stelt ons voor allerlei gevallen
belangstelling
stembehandeling van de therapeut
van de stemproblematiek
kan voorbijgegaan
stemstoornissen
de mutatie
Daarbij ervaren.
tijdens
komt dat de meeste Oe therapie
wordt tot stembehandelingis
vooral
of onjuiste
als mén
Door ongeruste interpretatie
aan het feit dat de meeste
van de _~tem in de puber~eit_verdwijnen. hun stemafwijking
zal dan een extra belasting
een toch al zwak element Zijn een resultaat
kinderen
worden
problemen nodig is.
in het~funct1oneren
kunnen zijn en gericht
van het kind.
het goed te bedenken
dat voor de toekomst
niet als hinderl.ijk op
Als besloten
dat het doel dient te
van de stem van het pati~ntje
een
57
•. zo optimaal
mogelijke
.altijd'ho~ven therapeut
reserve
te worden.
een lijdensweg
biedt.
Totaal
Perfectionisme
helder zal het stemgeluid
niet .
kan oOK hierbij voor patiênt en
betekenen.
2. THERAPEUTlSCI-!E METHODE We beschikken
nog niet over een volledig uitgewerkte
voor kinderheesheid.
Dat betekent dat je uit iedere therapi~ elementen
haalt. die je kunt toepassen een' stuk gebaseerd
en p~skla~e therapie
bij kinderen.
op de oefengan~
bij
Onze therapie 1s da~ óok voor
vO:lwasserief!.' De oefeningen'
kinderen worden echter wel zoveel mogeli~~ 'in spelvorm wo~den aang~past aan het niveau van h~t kind. basisprincip~s
die te Rotterdam
deze oe!e~gang
slechts
voliepig
moe~ worden
die door zijn p~rsoon~ijke
De therapi~ steunt pp de
worden toegep?st.
een bepaalde
toegepast
aanpak
Het.is duidelij~
dat
is.en dus niet str1kt en
bij ieder nees kind.
inbreng'en
voor
gegeven" sn moeten
Het is qe therapeut.
inlevingsvermogen,
de therapie
een
eigen vorm zal g~ven. 1. Enkele
inleidende
opmerking~n
,lijqens de sc;:hoolleeftijd is de ..hygHln~
van de st~m zéer bel.a!1grijk.
kinderen
.zullen hun stem zowel th~is als op school vaak overbèlasten.
waardoor
op Kortere
zal'de ,ouders
of langere
e~leerkrachten
fo~tlef 5temge~ruik
term~jn trachten
leerkrachten'voorlichten schreeuwen,
roepen,
sl1jmvl1ezen~
om~evlng.
voor ogen houden.
Zo kan men.~uders
st8mhygi~nische
een goede houding.
advie~en
en en
op.papier
van
het
zwerrmen best niet in zwembaden. vinden wa verschillende VfHJ
gebit~verzorging
Kirid~rén. biJ wie de. heesheid
st~mbanda~wijkinge~
chl'l"urgl.schebehelndel1ng
58
om h~t'stemmisbrulk
wij~eh op de 'n~delig~.gevolgeh
&evoig
en
en
~ijn .v;n.ov~rgevoelige
Chïoor. prl'J\kelt namelijk
si.1jmvlfezen eh h'st -schreeuwen w'ordt Jn. het zwembad In de ltteratuur
Qe log?pedist
flulste:ç-en" kuctie'nen s'c'hr~peh. An-der.zijds kan men het
~eláng van een,rustige organische
te motiveren
door een a~nt~l
Men kar, bijvoorbeeld
secunda~re
kon'ontstaen.
bij het kind te helpen b~pérken.
te zetten.
,neusedemhel1ng
~eesheid
De
~pváttingen
'stembandknèbbeltjes.
bevorderd. ove~ :de 'al dan niet Nochtans .zijn de
de
meeste auteurs enigszins
van mening dat stembandknobbeltjes
kan - niet verwijderd
mogen worden.
bij kinderen Oe stemtherapie
- als het krijgt hier
dus het hoofdaccent. Het is belangrijk
om bij het begin van de therapie
gedragsanalyse
te maken van het kind.
vragenlijsten.
gesprekken
kind.
Op deze manier
heesheid waarom
met ouders
schreeuwt
van de therapie
het opheffen
van eventueel
te vinden
van het
van de
op de vraag
is dit kind hees?
is het bekomen
aanwezige
van een gezonde.stemgeving
organische
veranderingen
We streven dus niet onmiddellijk
maar naar een verbetering
en observatie
en oorzaken
een antwoord
dit kind; waarom
Het einddoel
bandknobbeltjesj.
en leerkrachten
kunnen we de achtergronden
leren kennen om tenslotte
een gedetailleerde
Dit kan men doen aan de hand van
van de verkeerde
en
(b.v. stem-
naar een mooi stemgeluid
stemfunctie.
2. TQerapie Volgens
Hermer en Smit (1976J zouden in de opbouw van een individuele
therapie
de volgende
punten aan bod moeten
ontspanning •.houdingcorrectie. bespreKen
ademcorrectie
deze punten hier verder
beschrijving verwijzen
en opsomming
hiervoor
komen
en gezonde
systematisch;
van de oefeningen
naar ons proefschrift
: motivatie.
discriminatie.
stemgeving.
We
een gedetailleerde
kunnen we hier niet geven; we
dat in de literatuurlijst
vermeld
is.
MOTIVATIE Gewenst
gedrag kun je versterken
aandacht
van de ouders.
zo aangenaam
mogelijk
verloopt.
kind eisen; ieder gunstig bekrachtigd zekerheid
worden.
door beloning
Oe therapeut
In het begin mogen we niet te veel van het
resultaat
Het belonen
en ook dOor positieve
moet ervoor zorgen dat de behandeling - hoe miniem
is belangrijk
~ok
moet positief
omdat het de pati~nt
geeft.
59
DISCRIMINATIE
Deze fase blijft
belangrijk
gedurende
Het doel van de discriminatie
gewenst en ongewenst stemgedrag: toonhoogte
d~ verdere
(te luid
1n ademhaling
te zacht). 1n spanning
(borst - buik).
problems of children"
leren maken
tussen
Het kind moet kunnen discrimineren
(te hoog - te laag), 1n stemkwalltelt
intensiteit
opbouw van de therapie.
is : het onderscheid
Wilson
(hees
1n
niet hees).
1n
(gespannen - ontspannen]
beschrijft
en
in zijn boek ~Volce
een hele reeks van deze oefeningen.
ONTSPANNING
Vooral
drukke
"aanmerKing.
en nerveuze
kinderen
komen voor deze.
We kunnen aan algemene
ontspanning
de larynx doen.
Oe actieve
ontspanning
ningsoefeningen;
de pati~nt
moet eerst spannen
leert het kind zelf voelen geven
kinderen
ook de suggestie
een ledenpop
bent".
en daarna
geven
is.
We kunnen
"doe alsof je slaapt" beweegt
1n van
van ontspan-
loslaten.~
van de spieren
van deze methode.
De therapeut
van ther~plB
is één van de methodes
hoe de toestand
in hun boek een voorbeeld
vorm
en/of aan ontspanning Zo
Cladder
B.a.
kleine
of "doe alsof je
dan zelf armen en benen van het
kind. Foutief
st.emgebruik geeft vaak een gevoel
geeft vaak aanleiding gebied
ontspannen.
tot foutieve In slikstand
van moeheid
spanningen.
en pijn in de keel en
We kunnen dan het larynx-
is de la~ynx gespannen
en in geeuwstand
ontspannen. Ontspanning blijven
bij kinderen
is moeilijks
daarom moeten
we niet te lang bezig
met deze oefen~ngen.
HOUDING
Het Is D~l~ngrijk gespannen liggend
zijn
of zittend
~Oo-houdlng
60
dBt het kind een goede houding
(hypertonie),
opbo~w.
oefenen.
heeft.
Deze kan te
of te slap (hypotonie) •. We ~unnen Bij deze laatste
vorm streven
staande.
we naar een
ADEMHALING Het ademtypeblj adembewegingen
hese kinderen
15 dikwijls
en ontbreken.van
abdominale
hoog thoracaal activiteit.
met .paradoxale De beste inademing
Is de "costo-abdomlnale"," beter nog de "diafragma-oostale" de .hyperkinetisc.he van de vrije
dysfonie
gaan we het kind efficiAnt
ademstroornJ bij
adembeheersing vergroten. gebruik.en.
de ,hypokinetische
Bij ha~ ,inademen (passleiJ
Ben aantal
geschikte
ningen.
komt de buik. naar voor.
oefeningen
organische
(o.a .. blaasoefeningen.
stoornissen
(oedeem.
bij
het .
Noske geeft In haar'sdemtneraple
van adembeheersingsoefeningen"zijn
zinnetjes- om de adem te "regeleh.
ernstige
dysfonie. gaan we de adem en
Het kind moet leren een lage ademhaling te
.uitademen (actief) gaat de buik weer In. Voorbeelden
ademhaling •. Bij
leren gebruik. ma~en
zuchten •...
: zuigoefeningen.
). teloefe-
We geven geen zuigoBfeningen
bij
stemba~dvét.lamming).
STEMGEVING De meeste
s~emoefeningen
hebben een regulerende
kracht van de stemspleetsluiting ademdruk
en omgekeerd.
naar een" speelse
Bij deze ritmische ritmische andere
te brengen
Bij de stemoefeningen'streven
met de
we zoveel mogelijk
van Svend Smith. fonatiemethode
lichaamshouding
stemgeving.
kinderen
in overeenstemming
het doel is de
aanpak.
- De Akzent-mEthode veerkrachtige
functie;
worden
wordt vanuit
de abdominale
Deze oefengang er minder
samen met het ~eit dat de methode
een ontspannen.
adembeweg1ng
1s voor sommige
door aangesproken.
gekoppeld
kinderen
aan
eTg prettig;
Dit hang~ waarschijnlijk
bij het ene kind gemakkelijker
ts aan "te
leren dan bij het andere. - Kaatsend
ademgebru1k.
Het doel van deze oefening
is een zo helder mogelijk
Veld kamp (1973) beschrijft
de oefeningen
vrij moeilijk
om deze oefeningen
uitvoerig
bij jongere
stemgebruik in zijn boek.
kinderen
te bekomen. Het is
juist te "leren
uitvoeren.
61
- Resonansoefeningen. Een goed ~ebruik
van de resonans
Door een goede resonans Deze oefeningen kinderen Eldar
is ven belang voor de stemverbetering.
krijgt de stem h~ar draagkracht
zijn vooral geschikt
vinden ze meestal
(1976) en Veldkamp
om in spelvorm
heel prettig.
en mooie volle toon.
aan te bieden.
We vinden de oefeningen
Oe terug bij
(1973)".
- Glijoefeningen. We kunnen deze oefeningen stemomvang. toonbereik
Ze zijn geschikt uit te breiden.
gaan we op de glijbaan beneden
geven voor de ontwikkeling
voor stemmen met weinig melodie
We noemen "deze oefening
te voeren en de kinderen
Oe oefening
vinden ze bovendien
eerst
we ne ar
is vrij gemakkelijk
uit
erg prettig.
dat alle klanken als het ware vlak voor de
mond in de lucht zweven en men ze ophapt. werking
J
van Moolenaar-Bijl.
Men geeft de pati~nt ,de suggestie kinderen
en om het
de "glijbaan"
(foneren van laag naar hoog), dan glijden
(foneren van hoog naar laag).
- Klanketen
van de totale
met een stijve kaakmusculatuur
Kauwoefeningen
zijn geSChikt
voor
en ze hebben een ontspannende
op het hele aanzetstuk.
" - Inzetoefeningen. Ze hebben als oefening fijnere
instelling
klank. anderzijds
proberen
en Elder beschrijven leren.
een grote betekenis
van de stemspleet.
ze een ontspannen
verschillende
- Druppel-
bij,het
steminzet
te bekomen.
Veldkamp
om een juiste inzet aan te methode
die bovendien
nog het
kind.
beschrijving
van deze oefeningen
in zijn boek "De pathologische bij kinderen
deze ~efeningen
62
en de
streven ze na~r een heldere
en spett~roefenlngen.
Een uitgebreide methode
middeltjes
We kiezen hieruit de gemakkelijkste
best aanslaat
voor de adembeheersing
Enerzijds
stembandfunctie".
15 vrij moeilijkJ
worden gebruikt.
treffen we aan bij Damsté De-toepassing
de ~ypokinetische
komt bij kinderen
van deze
dysfonie.
waarbij
toch niet zo vaak voor.
- Pittige
artikulatieoefenlngen.
Deze kunnen eventueel
toegepast
zijn vooral oefeningen
worden bij de hypo kinetische
voor een lichte en vaardige
dysfonie.
artikulatie
Het
met klein-
mechanisme. - Verdere
oèfeng~ng.
Als we met de vorige oefeningen hebben~
een gezond en goed basisgeluid
kunnen we dit gaan toepassen
oefeningen beginnen
blijven we eveneens hier met tellen.
in onze spraak.
letten op houding.
Tijdens
verkregen deze
adem en stem.
We
het noemen van de dagen van de week en de maanden.
de namen van klasgenoten .•• Oe opbouw gebeurt - voordoen voordoen zelf_doen Daarna oefenen
als volgt
(therapeut)
- nadoen
- nadoen - zelf doen (kind) we het na spreken
en ook tekstjes .. Vervolgens over platen •.verhaaltjes stemgeluid
o~k oefenen
boven de gemiddelde een effici~nte
(kind)
en het lezen van korte en langere
gaan we over near de spontane
navertellen. tijdens
zinnetjes vertellen
rollenspel ••• We kunnen het gezonde
het roepen;
spreektoonhoogte4
wijze leren roepen.
spraak:
de gemiddelde
Het is belangrijk
toonhoogte
ligt dan
dat de kinderen
op
Bij Eldar vinden we deze oefeningen
terug. 3. Stabilisatie
van de stem en afbOUW van de therapie
Het nieuwe stemgebruik
moet een gewoonte
moet ook buiten de therapiesituatie leren toepassen
is dan ook belangrijk.
einde minder frequent. halfjaarlijkse
controle
bij het kind.
worden;
van de therapie.
door KNO-arts
Opze stem
steun geven bij het.
De behandelingen
Na het stopzetten
of jaarlijkse
worden
gebruikt
worden
op het
blijft, toch een
en logopedist
gewenst.
63
3. INDICATIESTELLING
VOLGENS TYPERING
Sinds 1875 wordt de indicatie afdeling
Foniatrie
indeling
1n typen of graden
tot stembehandel1ng
van het Dijkzlgtzlakenhuis van ernst.
bij kinderen
gesteld
Hierin
op de
aan de hand van een
zijn de volgende
factoren
(
verwerkt . .Oe verbetering mate waarin
van de sternfunctle
de stemmutatie
functie
verbeteren
dissen
opmerkelijk
aandachtJ dit
De
andere
organische
effect van de mutatie), hebben vragen
gaat v~ak door na de mutatie tot een incomplete
Kinderen
meer onze
Grote
momenten
mogelijk.
secundair slechts
stembandknobbels
Even belangr~jk
aan de functiestoornis
met l~cht gezwollen
controle
behandeling
komen
Bijvoorbeeld
stembanden
samen-
,
op rustige
van het behandelingsresultaat. niet uitgevoerd
ook in het pelang van ~e pati~nt.
weten over de achtergronden
hee~heid.
maken ook een lichte heesheid
is de langdurige
een getncideerde
nuttig
en geeft ons inziens
mutatie.
met de ernst van de te vèrnemen
lage meisj~sstem
hangen.
Ook wanneer
van de
Hoe lager de stem wordt te meer zal de
spreekstemllgging
stembandafwijkingen overeen
kan een rauwe
controle
is afhankelijk
zijn. de te lage stemmen bij meisjes en de te hoge .stBrrrnen bij
aan~eiding
niet. altijd
optreedt.
(functiestabiliserend
jongens .. Dit stemgedrag "bij jongens
in de puberteit
van de stoornis
hetgeen
kan worden
is de
Men komt dan vaak veel te de indicatiestelling
nog
wel kan wijzigen. Nog een enkel woord over de indirecte vroeger
af late~ altijd.
doeleinden
.i~ all~en
wisselende
ademhalingsproblematiek.
gelndiceerd
organische
afwijking
verwacht
Wij zijn er van overtuigd veranderen, van heesheid
64
maar hebben bij kinderen
laryngoscopie
Een laryngosc~piB
bij kinderen.
onder narcose
bij ernstige
heesheid
Dan kan immers
Dit lukt
voor diagnostische
tot afonie
en
een belangrijke
worden.
dat onderstaande toch het gevoel leidt.
type-indeling
da~ deze.opzet.tot
nog wel iets zal de beste aanpak
Type I
Lichte sterk wisselende heesheid - voorbijgaand van aard functionele stoornis met soms minimale secundaire organische stembandafwijk1ngen. Therapie
Type
: Stemhygläne .•
Matig ernstige heesheid - continu aanwezige functionele stoornis
Ir
met kieine secundaire organische stembandafwijklngen~ Therapie: Type 111
Stemhyg1ane
Matig tot ernstige functionele
(M+Vl en logopedie
heesheid
- continu
(V),
aanwezige
stemstoornis
organische stembandafwijkingen
en secundair
'stembandknobbels. diffuus oedeem van
~B
door
(grote
stembanden. vlakke
poliep) . Te lage meisjesstemmen Therapie
: Logopedie (M+Vlen eventueel blijvende
Meestel
ernstige
~ijkingen sBcundaire ThBrapiB
en t~ hoge jongen~st~mmen.
heeshBid
- ook bijkomendB functionele : MBdische
chiru.rgische
therapie
.bij
stembandafwijkingen. door overwegend KNO- Bn anderB
organische ziekten
stembandaf-
- vaak
stoornissen, (compensatiemechanismenJ.
(chirurgischB)
met "logopedische
begeleiding
en (nalbehandeling.
4. NA-ONDERZOEK VAN BEHANDELDE HESE KINDEREN 1. Werkwijze
bij het na-onderzoek"
De kinderen
die voor de nacontrole
therapie periode
in het Academisch
werden
Ziekenhuis
opgeroepen,
Oijkzigt
kregBn
te Rotterdam
logopedische" tijdens
de
1974 tot begin 1978.
Het is de bedoeling
om na "te gaan indien door middel
tering
of de stemstoornis
kan optreden
lijken hiervoor
de gBgevens
met dBze van op hBt einde.
volledig
van de dossiBrs Op dBzB manier
van een erge graad van heesheid
van therapie
kan verdwijnen.
stemverbeWe vergB-
van het bBgin van dB behandeling kunnBn we controleren
(type 3 of 4) naar Ben lichtere
of hBt kind vorm
65
(type
of 2) ge~volueerd
is. of nagenoeg
Er werd een stemonderzoek van de ouders. de houding.
de ademhaling
spreeksitueties
en bijkomende
kenmerken. spraak.
indirecte
en bij aan te vullen. laryngoscopie
te sporen. ouders naleeft; hieraan
leren kennen.
gedaan om eventueel We vernemen
meegeholpen
beschrijving
nasaliteit
in verschillende opnoemen,
zingen.
zelf beoordeeld.
gemaakt om de eerste bevindingen
Er werd eveneens
door de KND-arts
aanwezige
verbetering
te
een
stembandafwijkingen
kunnen we de motivatie
ook of het kind de stemhygi~ne
Horen zijzelf een mogelijke
afgenomen
de stemkwaliteit.
zoals artikulatie.
(21 tot 40). maanden
Aan de hand van de vragenlijst
onze bevindingen
van ieder hees kind verwijzen
al dan niet
van de stem en hebben ze
weer.
op
bij de
?
We geven nu in tabel vorm globaal
66
factoren
De stem werd op het moment
Van ieder kind werd nog een bandopname controleren
de intensiteit.
De stem wordt beoordeeld
: lezen. tellen
roepen en spontane
is.
gedaan bij het kind en een vragenlijst
We letten op de toonhoogte.
en psychologische
niet veranderd
Voor een volledige
we naar ons proefschrift.
,
, .
I
• , . j~ ,i ,. ;. I1
--'--.;
J
i
I,I !
•
Hl
.
I
<
.;
i~
ij
L
I
~jj:" ..-. ;
;
;li~.
.;
0
"
.;
. .
.
-
-
.;
,
.;
.; 0
.;
•
.,
. q r •
,
ti
,
f!
I
.1
Jn ii. ! :îi ~ l'.. I,. 0,
,,'-
i !
.
q ij lj, . I •
. ,,
.;
! .iJ
:;
.....
•
I
.-
• , ,•
.1
;
iI.
'"
~
!
!
;
- -
;
{d 11' ,I
,
.
mi';
!
I
~i !
1 ;
Ij --
,,
~~
1 . ! .: p': : ,!
iI
i
"
n,
,-
lî
-
.
.
,
.
,
,, ••1;
!; . ,
! ;
" P ,I
t
I
i.
• " " !
iI ! 1 ;
...H,
..
&~~
i
..:Ï i' ï f" I .• I ::ii!ti .
. .. f'
0
mnl '"
11 £' 'Ir . -r~H {Hull. - . i mll
.;
i'
H
,, II F .~ I; .. n :!
"'
, 'liL; p u~~ U-iP
H !" l
"I..
.
f . 10-
- ,
f'" i ril lï;
- -
::a i£
i7
pe ï
,
j
t,
lt
,
•
..
î7!
h ~ li
<
,
~~
:: ~~ .,1 ~ •• "f'I'''1
:l
<
in'. ""1
,- ,, d.
.
Ir'lll
i.
~ ,r tr I1 ~~ï -i7~
ill , ... , li I!L .,,.. ,, I p ':d ;
.
.
HU
H
. fi' ,i , " ,.i I. I - .1 . " " !'
; L l:
.;
.;
t
tiP
,, ! i ,I , . ~~ i t~ ; I ,, I , ~i , iJ H li , - ::'"'-.~ -'''.-., . . , ij ,i ,, ,! " . . ,; .,, IJP -. E, . , qr • ,! , I. L , f' , " " ,
;
;
f .. -
:c
.;
,. . q r •
,
, I t! • I ,I
;
t .:~i iJ pe
i
i
.
-
Hi~
67
Gebruikte
afkortingen
in de tabel
- ATE : adenotonsillectomie - AT
adenotomie
- TE
tonsillectomie
stemhyg : stemhygi~ne ademh : ademhalingsoefeningen discrim
discriminatieoefeningen
ontspan
ontspanningsoefeningen
3. Bijzondere
ervaringen met enkele kinderen als illustratie van de
~oeilijkheden
die kunnen voorkomen
- Geval 1 : meisje met functionele M. is 13 jaar. erg druk.
heesheid.
Zij heeft reeds een lage stem vanaf de geboorte en is thuis
De stembanden
vertonen geen afwijkingen.
vooral de te lage fonatie aandachf in de therapie. brachten vlug'verbetering
Naast de heesheid kreeg De stemoefeningen
in de heesheid; dè fonatie zelf bleef echter laag.
Een jaar later. bij de nacontrole.
zagen we hetzelfde beeld.
blijken dat een laag stemgeluid moeilijk te behandelen
Hieruit mag
is.
- Geval 2 : jongen met habituele dysfonie. P. is 10 jaar.
Het is een erg onrustige
en gespannen jongen.
Als baby is
hij 3 weken in het Ziekenhuis geweest en werd toen verwend door de moeder. P. maakt vaak ruzie met zijn jongere broertje omdat hij erg jaloers is op hem.
Oe moeder zit hem dan op de huid en dit heeft een duidelijke
op zijn afwijkend
gedrag.
Wat de stemhygi~ne
het spel en forceert zijn stem tijdens de ruzies met zijn broer. familiale .situatie werkt zijn nerveuziteit
geringe motivatie negatieve
zin.
factor (stemmisbruikJ
liS
verbeterde
niet weg.
voor stemhygHlne beïnvloeden
de fonatie wel. maar
Een drukke omgeving en
het resultaat dUidel,ijk in
Na het stopzetten van de behandeling.
dan ook vlug in kwaliteit.
De
sterk in de hand. die zich dan
weer ontlaadt via de stem .. De stemtherapie nam de oorzakelijke
invloed
betreft. hij schreeuwt tijdens
verminderde
de stem
- Geval 3 : jongen met ,functionele dysfonie. L. is 12 jaar.
Hij h~eft reeds een 6 jaar durende
zijn na een adenotonsi~lectomie. die"zich
bij hem voordeed,
behandeling therapeut
situeerde
had toen namelijk positief-werd
onderkennen.
die zou ontstaan Oe moeilijkheid
zich 1n het begin van de therapie.
weinig effect;
bekrachtigd.
Oe
als het goede geluid door de
was er een negatief
Hij kon dan geen stem meer geven
een tijd loste dit probleem
heesheid
De ~arynx zelf is normaal.
resultaat
(psychische
zich echter op en maakte
bij L. te
componente).
Na
hij snel goede
vooruitgang .. - Enkele bijkomende Zodra de motivatie hierdoor
opmerkingen~ bij ouders en/of kind gering is. wordt- de therapie
ten zeerste
niet herhalen
bemoeilij-kt.
van de oefeningen
Onregelmatig
volgen van de behandeling ..
of niet letten op de stemhygi~ne
kunnen soms
voorkomen. Ook kan de indirecte hierdoor
wordt
leryngoscopie
het organisc~
verhinderd
aspect van de larynx moeilijk
In de .ther~pie zelf kunnen de kinderen Overdracht opgave.
~aar de praktijk De therapeut
worden door een wurgreflexl
de oefeningen
te overzien.
vrij vlug toepassen.
blijkt echter voor velepati~ntjes
dient hieraan
ruime aandacht
~en moeilijke
te besteden.
5. BESCHOUWINGEN EN CONCLUSIES In het algemeen stembanden
kunnen we stellen
en de stemkwaliteit
da~ het organisch
bij het na-onderzoek
aspect van de gunstig
waren.
ge~volueerd. Een erge graad van heesheid'gaat meestal
niet altijd gepaard
is dit echter wel het geval.
Oe stemhygi~ne .b~j al deze ~inderen stemhygi~ne
bij de enen verbeterd.
was slecht.
samen met het feit dat de meeste zijn, die hun emoties
~it de vragenlijst geschikt
w<;ls.de lette
Dit hangt voor een groot deel
pati~ntj8s
drukke,
nerveuze
en levendige
via de stem ontladen.
bleek. dat de ouders,
en interessant' vonden.
Na de adviezen
bij de anderen' niet; de ene moeder
er goed op. de andere vona het. moeilijk. kinderen
met stembandafwijkingenl
op één uitzondering
na, de therapie
Ze waren ook goed gemotiveerd
om hun "kind
69
te helpen en naar de therapie
te komen.
Uit het onderzoek
dat het goed mogelijk
nissen
15 gebleken
bij kinderen
te behandelen.
tering van stemfunctiestoornissen toekomst
en organische
van belang is. nochtans
stemstoornissen de latere
tot het volledig de volwassen wat betreft
slagen van de therapie
leeftijd
zouden
de or~anisatie.
Al de kinderen
blijven
We zouden kinderen
bij meisjes
- voor
We kunnen slechts met zekerheid besluiten.
volgen.
als we de kinderen
tot in
Dit is onderzoekstechnisch.
bijna niet mogelijk.
uit ons onderzoek
werden uitsluitend
Dit is een bewijs temeer dat de heesheid afwijkingen
voor de
en genezen van
- in het bijzonder
van belang noemen.
de verbe-
stembandafwijkingen
durven we het voorkomen
in de kinderleeftijd
stemfunctie
is om stemfunct1estoor-
We weten nog niet in hoeverre
kunnen verbeteren het zelfs sterker
en secundaire
zonder chirurgische durven
logopedisch
stellen
behandeld.
organische
stemband-
ingreep.
: chirurgische
ingreep
bij
is uit den boze.
LITERATUURLIJST BAARSMA. E.A •• WAAR. C.H. : ChroniSChe de 1430 vergadering van de Nederlandse Schiedam. De Eendracht. 1976
laryngitis. rapport uitgebracht een KNO heelkundige vereniging te Leiden.
CLADDER. J.M .• TRUYENS-VANBERKEL. D.A.M. : Gedragstherapie kind. Amsterdam. Swets & Zeitlinger. 1974 DAMSTE.
P.H.
: Oe pathologische
stembandfunctie.
Leiden.
bij pud~r en Stafleu.
1973
DE BAL. C. : Heesheid bij kinderen : therapeutische aspecten. proefschrift logopedie o.l.v. C.H. Waar. KNO-arts - foniater. Hoger Technisch Instituut Brugge. 1979 ELOAR.
A.M. : Spreken
en zingen.
Assen
Instituut voor de opleiding logopedie Svend Smith. niet gepubliceerd. 1975 KAMMER.
M. : Adv1esformul1er
NOSKE-FABIUS.
VELDKAMP. 1973
70
Van Gorcum.
1976
De Akzent-methode
van
niet gepubliceerd
niet gepubliceErd
: Oe betekenis
van kinderheesheid.
Logopedie
1976
A.C. : Kinderheesheid.
K. : De techniek
te Utrecht.
(stemhygH!neJ.
J.A. : Adentherap1e.
SMIT. I.A.C .• HERMER. S.A.L. .Foniatrie. 48. pag. 253-263. VAN RAVESTEYN.
Amsterdam.
niet gepubliceerd.
ven het spreken.
Groningen.
1974 WOlters-Noordhoff.
&
WILSON. D.K. 1972 en 1979
.Voice problems of c~ildren. Baltimore. Williams & Wilkins.
Tot slot willen we nog een woord van dank richten tot Dr. E.J. Gerritsma. arts - foniater en de logopedistes Mevr. S. Hermer. Mevr. C. Van Grinsven. Mevr. G. Hooikaas en Mevr. M. Luyten. voor hun vriendelijke medewerking. Adressen van de auteurs Dr •.C.H. Waar. Afdeling KNO-Foniatrie. Academisch Ziekenhuis 01jkzigt. Or. Molewaterplein 40. 3015 GO Rotterdam C. Oe Bal. Or. Vandeperrestraat 134. 2440 Geel
71
TIJDSCHRIFT VOOR LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE
1980 (10) - 2
STOTTEREN ANTICIPEREN BIJ LEZEN EN SPONTAAN SPREKEN: EEN ONDERZOEK BIJ 23 VOLWASSEN STOTTERAARS C. Claes - Lambers, gegr. en lic. logopedie
Vooraf
wil ik graag een woord van dank richten
voor zijn waardevolle
suggesties
tot dhr. R. stes
en opmerkingen
INLEIDING WendelI
JOHNSON
het ontstaan jonge
formuleerde
van stotteren.
jaren geleden
een belangrijke
Hij meent dat normale onvloeiendheden
kind door sommige ouders gediagnostiseerd
onvloeiendheden.
hypothese
als 'stotteren'.
van het
worden als niet-normale
Door zowel onbewuste
als bewuste
.reacties van de ouders begint het kind de normale onvloeiendheden peren.
i.v.m.
te antici-
Wanneer het kind de angsten en spanningen van de ouders overneemt
erop begint te reageren,
dan worden de normale onvloeiendheden
spraak stilaan
naar meer ernstige
omgevormd
en gespannen
en
van zijn
herhalingen
of
stop-reacties. Het stottergedrag kan gedefinieerd spreker
JOHNSON
(JOHNSON,
aldus een geleerd
gedrag dat als volgt
1957. p. 240) : "stotteren
is wat de
doet terwij 1 hij tracht niet opnieuw te stotteren".
"Stotteren 1. verwacht
t.
is volgens worden
is wat de spreker doet wanneer
hij
te stotteren
vreest te stotteren
3. negatief
reageert
van stotteren,
72
- gewoonlijK
met spann1ng.-
niet alleen door anticipatie
maar ook door een poging om het stotteren
te vermijden.
Wat hij doet om het stotteren wat een volledige
te vermijden,
of gedeeltelijke
leidt tot een onvloeiendheid.
blokkering
van de spraak kan"
betekenen." In deze definitie.komt een belangrijk
duidelijk
Wat in deze definitie stotteren' voorzien'
tot uiting dat 'verwachten'
te stotteren
aspect zou zijn bij stotteren. niet gespecifieerd
een 'vaag voorgevoel', bedoeld wordt.
vlak voor het spreken,
wordt, is of met
dan wel 'zeer concrete
Ook blijft er de vraag:
of kan men stotteren
'verwaçhting
anticipeert
anticiperen
van
moeilijkheden men stotteren
lang voor het
spreken begint. Ook therapeuten
die geconfronteerd
hebben zich wellicht
worden met het probleem
reeds vragen gesteld
plots op, of verwacht
in dit verband
iemand die stottert
van stotteren : komt stotteren
reeds op voorhand
dat hij zàl gaan
stotteren.
.'
Op dit vlak zijn er in de loop der jaren verschillende'ond~rzoeken Zo zijn er de onderzoeken
(1937), JOHNSON
8n
van VAN RIPER
SINN [1937), JOHNSON
(1936). KNOTT. JOHNSON 8n
KENIS
8n
en WEBSTER
SOlOMON (1937). JOHNSON
AINSWORTH (1938), MILISEN (193B), VAN RIPER (1952). PEINS (1961). MARTIN
gebeurd.
8n
8n
MILISEN (1939), WISCHNER
HAROlOSON (1967), WINGATE (1975),
(1979). e.a.
KNOlT. JOHNSON lezen.
en WEBSTER
{1937) lieten h~r proefpersonen
een tekst luidop
Wanneer men meende op het volgend woord te zullen stotteren,
men zijn hand op te steken-. stotterden MILISEN
Uit de resultaten
op 94 à 96% van de woorden
(1938) gebruikte
proefpersonen
stotterden
Het tijdsinterval
diende
bleek dat stotteraars
waarop zij dit zeker verwachtten •. -Ook
deze procedure
bij een deel van zijn onderzoe~ •..Oe
op 85% van de verwachte.woorden.
bleek echter een belangrijke
\
ro~ te spelen bij anticipatie
van stotteren. Wanneer
JOHNSON en SOLOMON
tussen anticipatie gr~te mate verwachte
(1937) een pauze lieten van ongeveer
van stotteren
en lezen. dan daalde de overeenkomst
: in een eerste lezing stotterden stotterwoorden~
15 minuten
de proefpersonen
in
pp 53% van de
in een tweede lezing op 64%.
Bij een pauze van 1 à 7 dagen tussen anticipatie
van stotteren
en lezen was
. 7.3
er een overeenkomst Oe resultaten
van 51%.
van de mate van overeenkomst
en e~fectief
stottergedrag
laat van 15 minuten In het onderzoek verwachte
van stotteren
lijn wanneer
men een pauze
of één tot meer dagen.
van MILISEN. (1938) werd er gestotterd
woorden
aanduidden
tussen verwachting
liggen dus in dezelfde
wanneer
de proefpersonen
waar ze verwachtten
op 48% van de
eerst de tekst stil lazen en
te stotteren.
en hem daarna
luidop lazen
(pauze is ~ijd van de lezing). uit het onderzoek 'verwachting
hoog is wanneer WINGATE
(1975) bleek eveneens
en 'stotteren
anticiperen
: "Ik zal seffens
anticipatie
waarbij
moet beschouwen
WINGATE
en stottert
gaat er niet mee akkoord
beide.
een minieme
pauze gelaten
een rol speelt
dan ook.
: men
Hij meent dat men
dat men bij de volgende
zal hebben'. dat sommige
als iets wat over een langere periode
auteurs
geldig
zij verwachten
te stotteren. wanneer
anticipatie
gevraagd
hun verwachting
stotteren
lezen minimaal
is: vanaf het ogenblik
beschouwen
is.
blijkt dat als aan stotteraars
het werkelijke het slechts
laat tussen slechts
als een 'voorgevoel
moeilijkheden
Uit het voorgaande
dat de relatie luidop lezen' niet erg
en lezen. de autosuggestie stotteren".
woorden
woorden
tijdens
men een groot tijdsinterval
meent dat bij onderzoeken
wordt tussen denkt
van WINGATE
van stotteren'
het tijdsinterval
wordt. op we~ke
in grote mate klopt met tussen verwa~hting
dat er een grotere
en
pauze is, al is
de tijd van een lezing:. daalt. het aantal correcte
voorspellingen
in grote mate. In dit verband
kun~en we VAN RIPER
dat een stotteraar
di~wijls
"Maar deze vrees is dikwijls stotteraar
begint
woorden, ficeerd
74
klanken
vrees heeft voor bepaalde vaag en zonder focus.
te formuleren
hij bezig is te spreken)
(1971. p. 169) citeren
wat hij wil zeggen
dat het zich richten
en bepaalde
posities
situaties.
Het is pas wanneer (en dikwijls
(scanning)
plaatsvindt.
zijn. wordt de vrees plots groter.
waar hij schrijft de
pas wanneer
op moeilijke
Wanneer
deze geidenti-
Zij vindt een focus."
DOEL VAN HET ONDERZOEK Geboeid
door bovenvermelde
waarbij
wij trachtten
stotteren worden.
op bepaalde
d.w.z.
gegevens,
hebben wij zelf een onderzoek
na te gaan in welke mate stotteraars woorden
verwachten
en in welke mate die verwachtingen
in welke mate er inderdaad
gestotterd
opgesteld te
realiteit
wordt. wanneer
men een
pauze laat van één dag. Wanneer
het zo is dat het tijdsinterval
van overeenkomst op stotteren
tussen verwachten
een belangrijke
van stotteren
(zoals tot uiting komt in de resultaten
1937; MILISEN.
1938;.WINGATE.
1975 en
1971), dan zou er in ons onderzoek
in
factor
op woorden
van JOHNSON
de uiteenzetting
slechts
is bij de mate
en er inderdaad
een beperkte
en SQLOMON.
van VAN RIPER. overeenkomst
mogen
zijn tussen beide. Daarnaast
hebben we ook nagegaan
stotteren beperken
tijdens
spontaan
tot 'verwachting
vergelijken
in welke mate stotteraars
spreken.
Bij dit deel dienden
van stotteren'
met het werkelijke
verwachten
te
we ons te
en konden we de resultaten
niet
spreekgedrag.
METHODIEK VAN HET ONDERZOEK (LAMBERS 1978)
1. Proelwoorden De proefwoorden minder
voldoen
aan bepaalde
belang voor het onderzoek
voorwaarden.
dat hier beschreven
voor een ander deel van het onderzoek. beschouwing
waarvan
Deze voorwaarden wordt
J
zij~ van
doch waren no~ig
wij de resultaten
hier buiten
laten.
Er wordt gebruik
gemaakt
van S1 verschillende
proefw~orden.
De proefwoorden
zijn als volgt samengesteld. 1. Alle proBfwoorden 2. Elke medeklinker
beginnen
met een medeklinker~
(beh?lve c, q. x en y) komt drie maal voor aan het begin
van een woord. 3. Alle proefwDorden
zijn inhoudswoorden
: zelfstandige
naamwoorden
75
(hoof9~akelijk).
werkwoorden,
4. Alle proefwoorden Oe proefwoorden plaats
bijwoorden.
zijn tweelettergre~ig.
worden
aangeboden
in de aangeboden
In het totaal
adjectieven,
in een zin.
Ze komen voor vanaf de derde
z1n.
zijn er 17 verschillende
medeklinkers
(c, q, x, en y zijn
niet opgenomen).
Alle komen drie maal voor aan het begin van een woord.
Het totaal
proefwoorden
aantal
is dus (17 x 3) 51.
2. Het onderzoek Het onderzoek
bestaat. uit twee delen.
In een eerste
vragenlijst
zij verwachten
vragen
te stotteren
we aan de proefpersonen
indien zij de aangeboden
op welke woorden
zinnen zouden moeten
lezen. In een tweede vrageniijst
vragen
ptoefwoorden
zij verwachten
het. spontaan
spreken.
In de twee delen worden
we aan de proefpersonen
te stotteren
dezelfde
indien zij zouden voorkomen
BIJ LEZEN
Het anticipatie-onderzoek
bij lezen bestaat
appendix
al.
krijg~n
voorgelezen
zijn onderlijnd.
Tijdens Kertijd Indien
situatie
: men vraagt
76
instructies
het zou voorkomen
luidop voor te lezen.
aanwezig
en er wordt tegelij-
zou stotteren
op het onderlijnde
je JA.
je NEEN".
tijdens
gemaakt.
Indi~n je denkt hiet te zullen antwoord
persoon
je meent dat je in die situatie
woord', antwoord
indien
je deze zinnen
het lezen is er één vreemde een bandopname
De volgende
staan (zie
: flHler voor je ligt een lijst ,met 51 zinnen.
Denk je dat je op, dat woord zou stotteren de volgende
uit twee delen
bladen waarop de 51 zinnen getypt
Oe .proefwoorden
worden mondeling
tijdens
zinnen aangeboden.
2.1 ANTICIPATIE-ONOER20EK
al Oe proefpersonen
op welkè
stotteren
op het onderlijnde
woord.
Dit deel van het onderzoek de proefpersonen moeten
gebeurt collectief.
me~egedeeld
Na het onderzoek
dat ze de volgende
dag nog een tekst zullen
lezen in het kader van het gehele onderzoek.
gedeeld dat het om bovenstaande b) Eén dag na het invullen proefpersoon dezelfde
gevraagd
Er wordt niet mede-
zinnen gaat.
van bovengenoemde 'de volgende
scorebladen
zinnen'
wordt aan elke
luidop te lezen.
zinnen als in het eerste deel van het onderzoek,
prOEifwoorden zijn niet onderlijnd.- dit om te voorkomen zich op hoog-bewust
wordt aan
niveau ZOu herinneren
Het zijn
doch de
dat de proefpersoon
wat hij de vorige dag geantwoord
heeft.
Om diezelfde reden. worden de proefzinnen aangeboden
in een andere volgorde
(appendix b).
Om die reden ook wordt een pauze va~ één dag gelaten tussen het schriftelijk
deel van he~ onderzoek
en het luidop lezen van de tekst.
Tijdens het lezen wordt een bandopname de proefpersoon)
gemaakt
en enkel de proèfleider
2.2 ANTICIPATIE-ONDERZOEK
staat naast
is aanwezig •.
BIJ SPONTAAN SPREKEN
Wij hebben de proefpersonen doch nu met de volgende
(de bandopnemer
dezelfde
proefzinnen
een tweede maal aangeboden,
instructies
"Hier voor je ligt een lij st met 51 zinnen. In elke zin werd één woord onderlijnd. Denk je dat je op dat woord zou stotteren het zou voorkomen moeilijk
vindt
indien
tijdens een spreeksituatie
die jij
(geen leessituatie).
Vul JA af NEEN in."
3. Proefpersonen Het onderzoek waarvan vrouwen,
werd afgenomen
de leeftijd varieert
bij 23 volwassen
~totteraars
tussen 18~6 jaar en 41 jaar
: 18 mannen,
eX:
28 jaar] en 5
waarvan de "leeftijd tussen 18 en 23 jaar ligt (X ::: 2Q jaar).
77
• N.B.
,Hierboven hebben we gezien proefwoorden
dat er In het totaal
zijn [17 medeklinkers~x
Daar elke proefpe~soon
51 verschillende
3 proefwoorden
deze S1 proefwoorden
het totaal 51 x 23 : 1.173 beoordeelde
per medeklinker).
beoordeelde.
zijn er in
items.
RESULTATEN
c
1. Anticipatie-onderzoek
biJ lezen
1.1 RESULTATEN VAN ONS ONDERZOEK In het totaal kan de proefgroep stotteren
op 1.173 wooraen
: er zijn- immer:!,51 verschillende
s~nen : S1 x 23
=
geen antwoord
waarop onze resultaten
- De volgende tabel
geeft
proefwoorden .en 23 proefper-
gaf op twee items, is het totaal aantal gebaseerd
een overzicht
absolute
zijn 1.171.
van"de resultaten
resultaten
!!!ti£~~~ niet
wel
wel'
&2
lOl
163
niet
780.
228
1008
.
329
1171
lliS!!re!!
842
78
te
1.173.
Daar één proefpersoon proefwoorden
al dan niet verwachten
T~bel 1
Absolute en procentuele resultaten van anticipatie stotteren en het stottergedrag tijdens het lezen.
1. De proefgroep
verwacht
op 842 woorden niet te stotteren
2. De proefgroep.verwacht.op
stottert op 1.008 woorden niet - 86;08%.
4. De proefgroep
stottert op 163 woorden wel
Het percentage
71,90%.
329 woorden wel te stotteren
3. De proefgroep
woorden waarop de proefgroep
van
28.10%.
13.92%. verwacht
te zullen stotteren
is vrij klein : 28%. Het percentage
woorden waarop tijdens het lezen effectief
is echter veel kleiner
gestotterd
wordt
: 14%.
5. Op 66,61% van de proefwoorden stotteren en stotteren
verwachten
de proefpersonen
n~et te
zij te stotteren
en stotteren
zij ook niet.
Op 8.63% van de proefwoorden zij ook tijdens het voorlezen
anticiperen
van de zinnen.
In het totaal klopt de verwachting
met de fea~iteit
bij 75% van de
proefwoorden. 6. Bij de overige 25% van de proefwoorden
anticiperen
de stotteraars
foutief.
_ 79
Op ~~geveer zullen
20% (19.47%)
stotteren.
Up slechts
van de proefwoorden
doch stottert
5.29% van de proefwoorden
niet verwacht ver.wachtingen
In de volgende anticipeert
wordt toch gestotterd
verschil
wanneer
het
te zijn in het soort foutieve
: er zijn veel meer proefwoorden
te stotteren
op 5 woorden)
de groep wél te
wordt.
Er blijkt dus een opmerkelijk verwachten
verwacht
niet.
en het uiteindelijk
waarop
niet doen
stotteraars (20% betekent
dan omgekeerd. tabellen
te zullen
zullen we het aantal woorden stotteren
welke mate men inderdaad doen voor de woorden
als één geheel
stottert
of niet stottert.
waarop de proefgroep
waarop
beschouwen
verwacht
de proefgroep
en dan nagaan in
H~tzelfde
zullen we
te zullen stotteren .
.
Anticipatie van stotteren 329 woorden -
100 %
~.
niet stotteren 228 woorden - 69,30 % Tabel 2
Binnen het aantal woorden stotteren. het percentage wordt.
wel stotteren 101 woorden - 30,70 % waarop men anticipeert te zullen woorden waarop wel/niet gestotterd
Anticipatie van niet-stotteren 842 woorden
~
niet stotteren 780 woorden -.92,64 % Tabel 3
80
Binnen het .aantal woorden stotteren. het percentage wordt.
wel stotteren 62 woorden ~ 7,36 % waarop men anticipeert niet te zullen woorden waarop wel/niet gestotterd
ç
In tabel 2 merken we dat wanneer
stotteraars
ongeveer twee derden Vdn de gevallen
verwachten
niet stotteren
te stotteren.
ongeveer twee derden van de gevallen eeh foutieve voórspell1ng stotteren
zij in
(69.30%) en dus in doen.
Zij
slechts op 30,70% van de woorden waarop zij dit verwachten.
Daarentegen
blijkt uit tabel 3 dat de stott'eraars vrij goed kunnen antici-
peren wanneer zij niet zullen stotteren. waarop. zij niet verwachten
te stotteren.
Immers op 92% van de woorden stotteren
zij ook niet.
1.2 VERGELIJKING VAN DE RESULTATEN VAN ONS ONDERZOEK MET DE RESULTATEN VAN ANDERE AUTEURS Omdat de gegevens van een eigen onderzoek meestal zijn, is het interessant gelijkaardige
om ze te vergeliJken
in zekere mate beperkt
met de resultaten
van ande.re
onderzoeken.
Wij zullen onze resultaten
(1937], WINGATE (19751 1n het onderzoek
8n
vergelijken
met deze van JOHNSON en SOlOMON
KENIS (19791.
van JOHNSON en SOlOMON worden er in het totaal
woorden gelezen.
Op 2.556 woorden
zullen stotteren.
12.000
21.3%) verwacht de proefgroep
(=
te
en lezen is één à zeven
Oe pauze tussen anticipatie
dagen. In het onderzoek
van WINGATE worden in het totaal 5.400 woorden '(echte
woorden) gelezen. stotteren.
Op 181 woorden
(=
De pauze tussen anticipatie
In het onderzoek 350 woorden
(=
Opmerkelijk
en lezliln"is één week.
17.18%) verwacht de proefgroep
onderzoeken
tages woorden waarop de proefpersonen 3 36%. bij WINGATE.
17.18%
Factoren die hierbij mogelijk van. de aangeboden
te zullen stotteren.
De pauze
en lezen is één à zeven dagen.
bij de verschillende
J
te zullen
van KENIS worden in het totaal 2.037 woorden gelezen] op
tussen anticipatie
JOHNSON.
3.36%) verwacht de proefgroep
zijn de uiteenlopende
verwachten
te stotteren.
percen-'
21 3% J
bij
bij. KENIS." ... ~.~.10% in ons onderzoek.
een rol spelen zijn :de
woorden. de testsitu8tie.
moeilijkheidsgraad
de proefpersonen
zelf.
81
~ 0~
'"
ê
•~ • "''' "'"~
~I.0
00 00
0
'"
M
•
~o
• M
•
0
'" N M N
~
ê
0
•~ • ":;; "''' "'" " Cl
...
Z
'"
..!::
.- '" - , '"••'" 00 00
0 0
."
M
Ol
~ 0
•~
"'"
0- 0 NO
•• '"
M~ N
.
~ 0
" "'~ ...:r '" ;0
•
• 0
'"
M
'"'" ~
Z
::J'
13 U>
..... .....
~ >
....
0 U>
Z
...,S
<
•
'"~" "
"
'"'"~
'"
0 00 '0
0-
.; ."
•
.-
0
~ ~ "''' 00 N
• 0
00
•
0- 0 N M
'"
0
0
0
• • ~ • 0 < ... f>l ... ...• '" ~•
0-
~ ~ M 0-
Z
!il
.. 0.
~
~ ~0
'" •
-. • •
0
N
0'"
~0.
• ... ~'" ~... •~ 0 • ...0 • g ...0 •0 Z
0
0 U>
0
~,~ 0 0
... .'"• N
..•
,~ ~,~
~~ ~ U'" 0 ... ~~ •0 • >'" ~ • •0" 0.o ~ ~ '"0 ~ ~ 0 ~ • 0•~!\, ~ 0. ... ~ ~ ... '"•0. ....~ • • O'~ 0 ~ 0 ~ • •~
-. "'"
ê
ê
•
00 M 0
"'"~ 0 0 ~ 0
"'Ol
0 M-
~
...
•
•• '"
N N
•
•
~
~
N
• '" •o •.. 0
0
• 0
0
..!:: 13 .....
::J U>
.... Z
0
,~
z
::J ~
13 U>
..
...
'"
. 0
o •
..... • ••.... ,.... ..•• • •.. "• 0
z
•
'"~~ •
a> ...•
,~
82
0 U .~
.. ....
.... ~
0
0
N
U
...•
..•
•
~
• •
~ ~ '"
ij >
N
...
~
...,0'"
0 Z
...z U>
>
...•
."
.• ... -"
0
~~ ij
~é ." ~
ij >
g
•
Bij de onderzoeken
waarmee
wij ohze resultaten
steeds een pauze tussen anticipatie onderzoek
zullen vergelijken
van stotteren
is er
en lezen. wat aak bij ons
het geval is. "
In tabel 4 wordt weergegeven
op welk percentage
woorden ' wel/niet
wordt tijdens
gestotterd
Uit de vier onderzoeken juist anticiperen. bij WINGATE,
komt naar voor dat de stotteraars
doch voor het grootste
KENIS en wij zelf stotteren
derde van de verwachte twee derden We merken
overeen
In het bovenstaande
vaar een deel op ongeveer
één"
zij niet op ongeveer
bij JOHNSON
en SOLOMON
komt
de helft van de stotterverwachting. tussen verwachting
en effectief
is.
vergeleken
en effectief
overeenkomst
stotter-
:
de proefpersonen
stotterwoordenl
met ongeveer
zeer beperkt
deel foutief
doch stotteren
dat de mate van overeenkomst
stottergedrag
stotteren
stotterwoorden.
van de verwachte
het stotterged~ag
van de 'verwachte
het "lezen.
we de overeenkomst
stattergedragl
nagaan tussen
tussen
verwachting
van
in wat nu volgt willen we de
'verwachting
van niet-stotteren'
en 'effectief
niet-stotteren'. Bij dit onderdeel wegens
de, beperkte
kunnen we het onderzoek
van"WINGATE
n~et betrekken
gegevens.
ANTICIPATIE.VAN
NtET-S1;OTTEREN JOHNSON
ons onderzoek 842 woorden •
"9.916 •
100.%
woorden 100
%
92;64 %
91,8 %.
7,36. % (62 woorden)
8,2 %
NIET STOTTEREN
(780 woorden)
WEL STOTTEREN
Tabel 5
Vergelijking
.... _-.
van ons onderzoek
SOlOMON (1.937).
en
KENIS
met het onderzoek
1.687 woorden - 100 % .91,76 % (1.548 woorden)
8,24 %
(139 woorden)
van JOHNSON
en
(1979).
Van het aantal woorden waarop de praefgroep NIET verwacht te stotteren wordt telkens het percentage woorden gegeven waarop niet/wel gestotterd wordt tijdens het luidop lezen.
83
Uit de drie vermelde
.onderzoeken
in tabel 5 blijkt dat stotteraars
lange termijn
vrij goed kunnen voorspellen
Immers binnen
het aantal woorden
stotteren
waarop
wanneer
66k op
ze NIET zullen
ze verwachten
stotteren.
niet te stotteren.
ze ook niet op meer dan 90% van de woorden.
en dit is het geval in
drie onderzoeken. Het onverwacht
stotteren
blijft
steeds beneden
10% van de woorden. c
Wanneer. we de gegevens merken
van tabel 4 en tabel 5 vergelijken
we een opvallend
verschil
één derde van de woorden
waarop
stotteraars
met elkaar,' dan
stotteren
zij verwachten
slechts
te stotteren
op Dngeveer
(bij JOHNSON
op
de helft]. Als stotteraars
verwachten
NIET te stotteren',dan
stotteren
dit is het geval voor meer dan 90% van de woorden. komt op minder
dan 10% van de woorden
2. Anllclpatle-onderzoek Bij 'het voorstellen sonen ook vroegen spontaan
op welke woorden
voor.
meldden
we reeds dat we de proefper-
zij verwachtten
Het is immers een onmogelijke
proefpersonen
al de proefwoorden
Oe resultate~
van verwachting
zijn de volgende
in het spontaan
van stotteren
te stotteren. tijdens taak te wachten spreken
tijdens
procentueel
wel
365
31,28
%
niet
802
68,72
%
I. 167
Absolute en procentuelé resultaten tijdens spontaan spreken.
Oe stotteraars
verwachten
tijdens' het spontaan
84
hebben. spreken
:
Anticipatie
6
het
tot de
gebruikt
het spontaan
absolute resulaten
Tabel
stotteren
biJ spontaan spreken
van het onderzoek
spreken.
zij ook niet. en
Onverwacht
op 31.28%
spreken.
100,00 % van anticipatie
van de proefwoorden
van stotteren
te zullen
en op 68.?2% van de woorden
niet.
stotteren
Als we de resultaten spreken.
vergelijken
dan zien we dat
van het onderzoek
bij lezen en bij spontaan
:
bij lezen de proefgroep
verwacht
te stotteren
en bij spontaan .spreken de proefgroep
op 28~10%
verwacht
van de woorden;
te stotteren
op 31~28%
van
de proefwoorden-. Deze resultaten
liggen
Of de proefpersonen nagegaan
in dezelfde
lijn.
al dan niet stotteren
in realiteit.
biJ lezen en dat was. zoals we gezien
van het verwachte
aantal
woorden.
nl. ongeveer
hebben.
hebben
we enkel
op ongeveer
de helft
14%.
BESLUITEN
1. Wanneer
we de definitie
"Stotteren
is wat de spreker
1) verwacht 2) vreest
van JDHNSON
hij
te stotteren; reageert
- gewoonlijk
patie van stotteren. vermijden. spraak
met spanning
.- niet alleen
maar ook door een poging
Wat hij doet om het stotteren
onvloeiendheid~
wat een volledige
door antici-
om het stotteren
te vermijden~
of gedeeltelijke
te
leidt tot een
blokkering
van de
kan betekenen."
dan kunnen we het volgende correct
anticiperen.
beperkt
te zijn wanneer
het spreekgedrag. WINGATE
doet wanneer
nl.
te stotteren;
3) negatief
taten.
(1967) nog even opnemen~
alsook
verwachten.
nauwkeurig
i.v.m.
Dit blijkt
anticipatie
te stotteren
er een tijdspanne duidelijk
uit o.m. de onderzoeken
(1975) en KENIS
De anticipatie
zeggen
van stotteren:
op bepaalde
is tussen
woorden
blijkt
het anticiperen
en
uit onze eigen onderzoeksresulvan JOHNSON
en SOlOMON
(1937).
(1979).
van stotteren
te kunnen gebeuren
de betreffende
woorden
de onderzoeken
van KNPTT.
op bepaalde wanneer
onmiddellijk JOHNSON
woorden
anticipatie op elkaar
en WEBSTER
blijkt
echtér
vrij
en het uitspreken
volgen.
van
Dit komt o.m. in
(1937) en MILISEN
(1936)
tot uiting.
85
2. ZOwel uit onze resultaten (1937) en KENIS effectief
~
als uit de gegevens
(1979) blijkt stotteren
dat verwachten
tijdens
meer dan 90% van de woorden).
van JOHNSON
en SOlOMON
niet te stotteren
en
het lezen in hoge mate overeenkomt
ook al is er een lange tijdspanne
(bij
tussen
beide. 3. uit het voorgaande pauze gelaten
(punt 1 en 2) kunnen we afleiden
wordt
méér verwachten 4. Uit de algemene beperkt
aantal
woorden
vloeiend
tussen
te stotteren resultaten woorden
vele therapeuten
hoewel
zij dit meestal
(13.92%)
: hij spreekt
men' hem dit ontdekt
blijkt
stotteren
en lezen.
er een stotteraars
doen.
dat stotteraars
op slechts
en de grote meerderheid
weten dat dit bij de meeste belang
gemerkt
is dat diegene
in de therapie;
stotteraar
stotteraars
hebben.
een
van zo is. en
menen w~j dat het
die stottert
voor een groot deel vloeiend
geleid
dat wanneer
dit tijdens' een leessituatie.
Voor de individuele
;meedeelt'
en inziet.
1)
ook 1n realiteit
ook van h~t allergrootste mate onvloeiend.
van stotteren
dan ze uiteindelijk (tabel
uitspreekt.
Hoewel
inziet
anticipatie
en slechts
dit 60k in bepaalde
is het niet voldoende
het is belangrijk
dat
dat hij dit zelf
door de therapeut.
BIBLIOGRAFISCHE REFERENTIES JOHNSON. W.J. et al. : Speech New Vork. 1967. 562 pp.
handicapped
school children.
Harper
&
Row,
JOHNSON. W.J. end AlNSWORTH. S. : Studies in the psychology of stuttering. X. Constancy of loci of expectancy of stuttering. J.S.D .• 1938. p. 101-104. JOHNSON. W.J. end SINN. A. : Studies in the psychology Frequency of stuttering with expectetion of stuttering 1937. p. 98-100.
of stuttering. V. controlled. J.5.D .•
JOHNSON. W.J. and SOLOMON, A. : Studies in the psychology of stuttering. IV. A quantitative study of expectation of stuttering as a process inval ving a low degree of consciousness. J.S.D .• 1937. p. 95-97. KENIS. M. : Verwachting van stotteren bij het lezen van een woordenlijst~ Niet-gepubliceerde scriptie. Katholieke Vlaamse Hogeschool. Antwerpen. 1979. 87 pp. KNOTT. J.R., JOHNSON. W.J. and WEBSTER. M.J. : Studies in the psychology of stuttering. 11. A quantitative evaluation of expectation of stuttering in
86
relation to the occurrence of stuttering. J.S.o .• 1937. p. 20-22. LAMBERS. C. : Anticipatie van stotteren op woorden beginnend met bepaalde medeklinkers. bij leien en spontaan spreken. Anticipatie van ontwijking van woorden tijdens het spontaan spreken. Niet-gepubliceerde verhandeling o.l.v. P. BASTIJNS. Katholieke Universiteit Leuven. 1978. 111 pp. MARTIN. R.R. and HAROLOSON. S.K. : The relationship between anticipation and consistency of stuttered words. J.S.H.R .• 1967. p. 323-327. MILISEN. R. : Frequency of stuttering with anticipation of stuttering controlled. J.S.O .• 1938. 207-214. PEINS. M. : Consistency effect in stuttering expectency. J.S.H.R .• 1961. p. 397-398.
VAN RIPER. C. : Study of the thoracic breath1ng of stutterers during expectancy end occurrence of stuttering spasms. J.S.O .• 1936. p. 61-72. VAN RIPER. C. : The nature of stutter1ng. Prentice Hall. Englewood Cliffs. New Vork. 1971. 454 pp. VAN RIPER. C. end MILISEN. R.L. : A study of the predieted duration of ~e stutterer's bloeks es releted to their eetual durat1en. J.S.O •• 1939.
p. 339-345.
WINGATE. M.E. : Expectancy as basically a short-term precess. J.S.H.R .• 1975, p.31-42.
WISCHNER. G: J. :_An experimentel approach te expectancy and anxiety in stuttering behaviour. J.S.H.O .• 1952. p. 139-154." Adres van de auteur Oude Zandstraat 12. 2750 Beveren
APPENDICES
Appendix a 1. Hij kocht een boeket rozen voor zijn vrouw.
.
"
2. Van 10 tot 12 uur houdt de dokter spreekuur. 3. Als het zeer warm is smaakt een frisse dra~'. 4. Er is genoeg taart voor iedereen. 5. Oe soep smaakte heerlijk.
.
.
6. Zijn vrouw is zeer jaloers.
87 _
7. Geleens kijken of de soep al w,arm is. B. In de Ardennen is het landschap heuv~lachtlg. 9. Daarstraks vroeg een meisje de weg naar het station. 10. Het kan nog mooi weer zijn in het najaar. 11. Zij hebben veel plezier gemaakt gedurende hun reis naar Londen. 12. Als kind had ik veel respect voor mijn grootvader.
• ••••••••••
t:
.
.
13. Wij vonden het spijtig dat de vakantie zo vlug voo!bij was. 14. Vrienden van.mij zijn van plan te trouwen. 15. Wil je het venster openzetten? 1~. Jántje is gevallen) hij is aan het wenen. ~'17. Voor ik naar mijn werk.ga, geef ik mijn vrouw steeds twee zoenen. 16. Zij was altijd de beste van de k.las. 19; Hij heeft die opdracht tot in de details uitgewerkt. 20. Wij hadden een fijne vakantie. 21. Zij hebben een gezin met drie kinderen. 22•.In onze straat zijn er twee ~ 23. Jan was
de
te koop ..
enige die het jui~te antwoord wist.
24. ~aterdag trouwt mi.jo kozijn. 25. Oe buren maken dikwijls lawaai. 26. Vroeger.organiseerde de meester dikwijls uitstapjes. . ----) 27. Een vreemde taal leren is altijd nuttig. 2B. Heb je even ~en potlood voor mij
?
29. Zij hebben dikwijls ruzie over onbenullige dingen. 30. Piet is soldaat. 31. Bruno zei dat."het toilet verstopt was. 32. Ik ben mijn valies aan het maken om op reis te gaan. 33'. Men zegt dat geneesheren een hoge wedde hebben.
34. In dat café .speelt er steeds zachte muziek op de achtergrond. 35. Hij heeft een interessant beroep. 36. Zij hebben thuis verschillende dieren en een vogel. 37. Een kennis van me bezit een fortuin.
BB
een vis, een hond
38. In een groot gebied
rond de fabriek
mag men geen huizen
meer bouwen. 39. Na een flinke wandeling 40. Toen ik binnenkwam
heeft men gewoonlijk
was de ~
grote
honger.
met een trein aan het
spelen. 41. Men kan het kasteel
enkel in het weekend
bezoeken.
42. Hij doet alles zeer langzaam. 43. Tegenwoordig
zijn de ~
meer prijsbewust.
44. Wil je die nagel eens in de muur kloppen 45. Hij moet een spreekbeurt
?
houden voor het publiek.
.
46. Het kind kreeg een pak rammel van zijn vader. 47: In de haven van Antwerpen
kome~ veel schepen.
48, Hij wist niet op welk tijdstip
• ••••
hij met het vliegtuig
. t •••••
zou
aankomen. 49. Iemand vroeg mij hoe oud mijn ~ 50. Bij aankOOp
is.
van een radio krijg je gewoonlijk
één jaar
waarborg •. 51. Wij gaan in de zomer een maand Appendix
naar Oostenrijk.
b
Hij kocht een boeket rozen voor zijn vrouw. Zij was altijd de beste van de klas. Hij heeft een interessant
beroep.
Van 10 tot 12 uur houdt de dokter Hij heeft die opdracht
spreekuur.
tot in de details
Zij hebben thuis verschillende
dieren
uitgewerkt.
: een vis~ een hond en een vogel.
Als het zeer warm is smaakt een frisse drank. We hadden
een fijne vakantie.
Een kennis van me bezit een fortuin. Er is genoeg
taart voor iedereen.
Zij hebben een gezin met drie kinderen. In een groot gebied De soep smaakte In onze straat
rond ge fabriek
mag men geen huizen meer bouwen.
heerlijk. zijn er twee huizen £e koop.
Na een flinke wandeling. heeft men gewoon~ijk
grote
honger.
89
Jan was de enige die het juiste antwoord Toen ik binnenkwam Ga eens
wist.
was de jongen met een trein aan het spelen.
kijken of de soep al warm is.
Zaterdag
trouwt mijn kozijn.
Men kan het kasteel In de Ardennen
enkel 1n het weekend
is het landschap
De buren maken dikwijls
bezoeken.
heuvelachtig.
lawaai.
Hij doet alles zeer langzaam. Daarstraks Vroeger
vroeg een meisje de weg naar het station.
organiseerde
Tegenwoordig
de meester
dikwijls
uitstapjes.
zijn de mensen meer prijsbewust.
Het kan nog mooi weer zijn in het najaar.
Een vreemde taal leren is altijd nuttig. Wil je die nagel eens in de muur kloppen
Zij hebben veel plezier gemaakt gedurende
hun reis naar Londen.
Heb je even een potlood voor mij ? Hij moet een spreekbeurt
houden voor het publiek.
Als kind had ik veel respect Zij hebben dikwijls
voor mijn grootvader.
ruzie over onbenullige
dingen.
Het kind kreeg een pak rammel van zijn vader. Wij vonden
het spijtig
dat de vakantie
zo vlug voorbij was.
Piet is soldaat. In de haven van Antwerpen Vrienden
komen veel schepen.
van mij zijn van plan te trouwen.
Bruno zei dat het toilet verstopt Hij wist niet op welk tijdstip
was.
hij met het vliegtuig
Wil je het venster
openzetten
Ik ben mijn valies
aan het maken om op reis te gaan.
zou aankomen.
?
Iemand vroeg mij hoe oud mijn vader is. Jantje
is gevallen;
hij is aan het wenen.
Men zegt dat geneesheren Bij aankoo~
een hoge wedde hebben.
van een radio krijg je gewoon!ijk
één jaar waarborg.
Voor ik naar mijn werk ga. geef ik mijn vrouw steeds twee zoenen. In dat café speelt er steeds zachte muziek op de achtergrond. Wij g~an in de zomer een maand naar Oostenrijk.
'90
TIJDSCHRIFT
VOOR LOGOPEDIE
EN AUDIOLOGIE
1980 (10) - 2
MULTIPELE SCLEROSE: EEN ONDERZOEK NAAR STEM- EN ADEMHALINGSKARAKTERISTIEKEN BIJ 40 M.S.-PATIENTEN
L. Cuyvers, gegr. logopedie R. De Clercq, dr.
Multiple
Sclerose.
pathologie onderzoek
afgekort
uit het domein
MS, behoort
blijven vele belaQgrijke
jonge wetenschap.
tot de frequentst
van de neurologie.
heeft hier nog een belangrijke
stem- en ademhalingskarakteristieken doel impliceren
van de betreffende In het inleidende
bevindingen
geeft ons de hypothese.
tweede hoofdstuk:
taak !
bij een 40-tal MS-patiënten.
op logopedisch
als
een efficiëntere
naar
Als aanpak
domein.
deel proberen wij een inzicht te geven in de pathologie."
alsook in logopedische hoofdstuk
Ook logopedie,
te geven van ons onderzoek
wij hiermee eveneens
problematiek
voorkomende
het wereldomvattend
vragen onbeantwoord.
In dit artikel beogen wij een samenvatting uiteindelijk
Ondanks
de methodologie
taten worden weergegeven
m.b.t. deze stoo~nis.
Een kort eerste
om daarna te kunnen overgaan van het onderzoek.
in een derde hoofd5tuk.
naar het
De.onderzoeksresul-
Tot slot geven .wij het
besluit met een appendix.
91
INLEIDING MS kunnen
we definiêren
aandoening
van de myelineschede, actiepotentialen (exacerbatie ernst
als een langdurige
van het centrale
progressieve
zenuwstelsel.
waardoor
optreedt.
een verstoring
De p~thologi8
en remissie),
waardoor
en degeneratieve
gekarakteriseerd
door degeneratie
in het overbrengen
vertoont
van de
een wi~selend
het ziektebeeld
temporeel
verloop
varieert
in
(DASSEL. 1976).
bezien
het multi-focale
mentale.
motorische.
ap~reden
van de pathologie,
coBrd1natorische.
reflex-
kunnen
zowel
craniale.
als sensibiliteitsstoornissen
optreden (VIANE. 1972, CACHET & KURTZKE, VEREECKEN. 1977, DASSEL. 1976). Een aanduidende
oorzaak
logische.factaren def~ciênties. aangegeven
worden
erfelijkheid.
autO-immunologische (SEITELBERGER.
literatuur leeftijd
vaor MS is vooralsnog
accentueert zou worden
eigenlijke
eerste
voornamelijk
symptomen
reacties
1976; KDPRDWSKI.
een lange
manifesteren
vasculaire
en virusinfecties
de virusin~ectie.
waarna
Als ethio-
stofwisselingsstoornissen.
pathogene
1973; OASSEL.
opgedaan
niet geweten.
1976).
dewelke
latentietijd
Recente
op jonge
volgt.
zich dan hoofdzakelijk
De
vanaf
20 tot
40 jaar (AMMITZB~LL. 1972, ELORIDGE, 1978, KOPROWSKI, 1976). De mortaliteit hoogtepunt
tengevolge
we een progressieve Jaarboek
vermindering
van Volksgezondheid
Op wereldvlak België
van MS in relatie
op de leeftijdsperiode
gezien
van het aantal
op een populatie
Middellands
Zeeggbied
Oe diagnose variërende vooral
'MS' berust
vooral
het onderzoek
92
Gebieden
op het multi-focale
waarin
voor
merken
vocht
de aanwezige :1977).
voor. 30 tot 60 situeren
wil dit zeggen
het
met een lage preva(KURTZKE.
voorkomen
en remissie).
(MEOAER •.1979; DONALO.
gebieden
voor Europa
komen niet in Europa
van het cerebro-spinale
nl. de Iso-electric-focussing. s~ruct<Jur migreren
Concreet
(exacerbatie
frequentie
Oe gematigde
(van 5 tot 30/100.000).
dan 5/100.000)
symptomatologie
een
(Statistisch
Dit impliceert
gebied.
van 100.000.
de hoge en de lage in.
(minder
sterfgevallen
komt MS met een zeer verschillende
zich tussen lentie
geeft
Voor en na deze periode
72-73).
situeert' zich in een hoog-prevalent
MS~patiënten
tot de leeftijd
55-64 jaar.
1972J.
en de temporeel
Daarnaast
kent men
1n specifieke
methoden.
eiwitten
tot een bepaalde
Oe behandeling pressieve
richt zich hoofdzaKelijK
werKing
heeft. door zijn inhiberende
immunocompetente vermindering Daarnaast
cellen.
beKleden
de verschillende
in de symptomatische
De belangrijKste op de indeling Als voorbeeld
differentiatie-. van KURTZKE.
2 tot 4 jaar.
disciplines
een. belang-
(GOSSEYE-LISSOIR.
classificatie-
MEoAER).
en evaluatieschaal
~
in combinatie
met de Oisability
Status
berust Scale.
geven wij hier enKele
:
bracht een gradatie aangetaste.
in ernst- van stoornissen
neurologische
zijn relatief
maximum
volgende
systemen
en sfincters. Voorbeeld
domein.
: pyramidaal.
visus en mentale
van dergelijKe
pyramidale
systemen.
voor de verschillende.
Een stijging
stemt dus OVereen
voor dat bepaald_ neurologisch
o
therapeutische
van de
een significante
uit beide schalen.
mogelijK t.o.v.
op de celdeling
in de volgende
revalidatie
welKe een immunosup-
Endoxan
en in het licht, van ons verder onderzoeK
- 'Oe schaal van KURTZKE KURTZKE
invloed
In dit licht gaf vooral
van het aant~l exacerbaties
rijKe plaats
facetten
tot cytostatica.
met een toename
Hij beschrijft
cerebellair~
in puntenaantal van handicap
en gradeert
her~enstam.
aldus de
sensorium,
blaas
functie.
gradatie;
functies.
normaal
=
abnormaliteiten
zonder handicap
2 '" Kleine rhandicap 3
licht~ tot matige
4
merKelijke
5
paraplegi-e, hemiplegie.
6 = quadriplegie. - Oe Oisability Dit betreft
paralyse Status
of hem~parese.
of hemiparese. of ernstige
Scale
quadriparese
of monoplegie
quadriparese
: gehanteerde
graad van stoornissen
Uitzicht
of erge monoparese
matige
van de 4 ledematen
een internationaal
.in de algemene pati~nten.
paraparese
paraparese
schaal. Om een inzicht
en restere~de
mogelijKheden
te krijgen van de
van deze schaal
o =- .normaal geen handicap,
wel symptomen
als Sabinski
en vermindering
van het
93
2
lichte handicap,
b.v. zwaKheid,
trage gang, sensorisch
en visuomotorische
stoornissen 3 ~'matige
handicap
maar toch nog ambulant,
of combinaties 4 5
ernstige
relatief
ernstige
zichzelf
te behelpen
handicap
die het onmogelijK
bijzo~dere verplaatsen gebonden
handicap
zonder
maar toch nog ambulant
maaKt een ganse dag te werKen
9 10
aan een rolstoel,
totaal
effectief
hulpeloze
dood tengevolge
Het gebruik
zijn nodig om zich te verplaatsen welKe hij zelf kan voortbewegen.
gebruik
serveerd
~n resterende
en beperkt
medisch
laat ons aldus toe een inzicht mogelijkheden
merken.
1n. mogelijk
van logopedie
Ter. illustratie
geven wij hiervan
& JACKSON vermelden
frequente
dysarthrie
tot de cerebellaire
afwijkt
8YRNE.g
en dat daardoor
luchtstroom
ontstaat.
en toonhoogte.
primaire
stamsyndromen
mogelijk
94
: PERKINS
WEST g ANSBERRY
staccato'
een reductie HARRISON
wat veelal
met als typische
en slechts
zéér zelden een
in de musculaire
controle
in een negatief
bij de MS-pati~nt.
van de
~e stoornissen.
of syllabische
heeft.
veelal
effect op de vocale
et al. differentieert
geven een gescandeerde stotteren
geeft
: d~ meest
articulatie.
geven aan dat bij MS de ademhaling
een afasie tot gevolg
symptomatisch
spraakken-
enkele voorbeelden
groep gerekend
Dit resorteert
luidheid
een acute MS veelal
scanning.
SHERVANIAN
van
vanuit
In het werk van ESPIR & ROSE worden de
wordt beschreven.
: 'slurred.
de pathologie
verloopt.
de heesheid.
als gescandeerd kenmerken
in
een eerder gere-
sl~chts algemene
bij MS'is de trage. moeilijke
MS-dysarthrie~n dysfasie.
te Krijgen
(KURTZKEl.
te wijten aan de complexiteit
beschrijven
wel ruim maar geven veelal
enKel aan dat de spraak dysarthrisch JACKSON
van de pati~nt
bij MS neemt de literatuur
standpunt
Oe handboeken
standpun~
van de armen
bedpatiênten
T.o.v. de spraakkarakteristieKen het geheel.
heeft geen
te komen
van MS
van beide. schalen
de stoornissen
zonder
hulpmiddelen
(b.v. KruKKen)
bedlegerig.
en de mogelijKheid 12u./dag
Kan zich slechts over kortere afstand
hulp nodig om in/uit de rolstoel
a
matige ataxie.
dysfuncties
en op te blijven'gedurende
voorzieningen;
6 : hulpmiddelen 7
van minder
b.v. monoparese.
MOLINARI
spraak,
Oe
terwijl
spreekt over
JENSEN maakte
een studie
over de motorische aspecten van de dysarthrische spraak tengevolge ven MS. Bij 50 pati~nten vond hij dat hiervan : - 36%" fouten maakte m.b.t. de articulatie in een .articulatietest - 35% fouten maakte m.b.t. de articulatie in spontaan spreken - 65% een vitale .capaciteit had die beneden het gemiddelde van de normale populatie lag 76%
door de luisteraars beoordeeld werden als afwijkend
56%
fouten maakte 1.v.m. diadochokinesie met Ipal
- 64%
fouten maakte i.v.m. diadochokinesie met Ital
-
fouten maakte 1.v.m. diadochokinesle met Ikal
70%
Verifieerbare en,wetenschappelijk
gefundeerde onderzoeksresultaten
worden
ons ook gegeven door DARLEY. ARONSON eh BROWN in het boek MOTOR SPEECH DISORDERS.
Deze studie is wel de meest volledige die we in de literatuur
konden terugvinden.
We zien ons hier echter beperkt tot het g~ven van
enkele relevante resultaten.
Voor geInteresseerden verwijzen we graag naar
het betreffende boek.
Zij onderzochten 166 patiönten met MS op logopedisch
en neurologisch vlak.
In een eerste deel werden de logopedische onderzoeks-.
resultaten los van de neurologische data geInterp~eteerd.
De verschillende
onderzoeksitems worden hier weergegeven met het aantal patl~nten die hierop afwijkend scoren, alsook de percentuele verhouding tot de onderzochte popul'atie. Het .geheel vinden we geprojecteerd in tabel 1. TABEL 1.
SPECIFIEKE SPRAAKAFWIJKINGEN
Impaircd loudncu
130 .
COllirol
121
lIarsla l'oÎCe qU;llit~. anicul.llioll Impólin.J t:ml'll,,,i~ 11Ilp.. i, ...,J pild, r"lIl.rol rkrr ...a~('(l ,.it ..1cal'acilyt II~pt.r1,;" ..lil~ III"pl'lltl',iOl'c l'iH:h [«vel
77 66
lkrnlin'
.••".,..
Urealllj'll'1~
Jncrca~t-d bl, ....llhiug ratd SI.IJdcll lIIniclJlatnl'. br"""kduwn5 :'Iia5.lill.crnissionof air (per oral nlanome«r) lnllldC(luate H'ntibtitlll (Cllimlilteu d('~d 5pitCC)
.N - 163 exc!:p' as nOlt.d. tl.t'U Ihan 1iI0per ren' of "MIJl:.1tur tAt :ro qcks ~r minuteor grutel.
IN EEN GROEP VAN MS"PATIENTEN
plu~tnt'l; age,
'7
", '7
"
77 72
••
'""
35 (uf lM)} .21
••••
U (ot 1~) 9 2 (oC 155)
2
(0£
ISO)
sex•• :IId hrij;ht.
95
De cijfers releerd
van de individuele
met de algemene
correleerden algemene
correlatieco~ffici~nt.
r
=
0.46; verlies
toonhoogteniveau.
r
c
Oe deviaties
spraakprestaties.
articulat1edefici~ntie.
blokkades.
werden vsrgeleken.en
spraekedequaatheia.
met de algemene
product-moment
spraakdeviaties
r
waren:
=
berekend
die het.hoogst
door de Pearson
de beklemtoning.
0.50J voorkomen
relatie
van toonhoogtecontrole.
de neurologische
TABEL 2.
en cycli/min.)
vertonen
0.67;
r = 0.47J onjuist
data confirmeren.
werkelijk
logopedische
Onderstaande
ruwheid van stem en ademhaling afwijkend
tot de verschille~de
tabel (vitale
zijn. doch geen duidelijke
neurologische
groepen.
VERDELING VAN SPRAAK-. AOEMHALINGS- EN OIAOOCHOKINESIEKARAKTERISTIEKEN OVER 6 NEUROLOGISCHE GROEPEN BIJ MS-PATIENTEN
TABEL. 2. QRAL
DlSTRJBUTION AND OF SPEECH. BREATHING. DlADOCHOKINETJC RATE MEA$URES IN SIX NEUROLOGIC SCLERQSIS. GRQUPS OF PATIENTS WITH l\fULTIPLE CJ;JlUlItAl
+ Srls ...L
'n.
,,, • , , 5
9
'" 1I
"".. " 16 17 16
"
OsU'
Mr,.'SUll£
1~=2'1
O"~rall 'p~rch ad ..qllnr~ ,. ppr"pril'''Il~ll of' pi.,h kvd Pi!rh cnOlrol 1.
20 c.-cles{min) h-ttao r~pelitiom per <~((Hld: Ipllhl I'uh Iluh' .puh'luh.luhr
.l'nl~s. ,>lh.... ;", .ho,,'n, li"o fr"m ""'mal
96
=
0.43.
toont dat enkel de luidheidscontrole. capaciteit
r
van articulatorische
In het tweede deel van de studie wil men nagaan of verschillende afwijkingspatronen
gecor-
mrl'u'''s
0.09 0.30 0.35 0.8' 0.1(, 0.1\7 0.22 0.09 0
RIlAl" S1r.~ t~-ll!) 0.~2 0.39 O,li (1.78 0,~2 1.'27 0,:,'; 0 0 0,3' 3,H 3.50 154
...
'""
I,~'l
6<;;
fl.20 6.~û ;;.GI 1.92
5,AI 5.7ij 5,li UI;
Cr,Rl'
aU.IJl" (:>; ""49)
BItMS
CFRHRAL
RRAI'"
STLM+ CHr. "rlIJl" (:" '" 50)
+ Cor-
ST[~ + Crlll. aEl.lJl" (~-21l
0.47 0,45 0.41 1.08 0:,'0 1.24 0,49 0,]0 O,~I 0.3:} 4.il
0,68 O,~fi 0,fi8 1.14 0,26 1.:!6 0.74 0,08 0,4'2 0.52
..
3.16
'06 15Q
m
..
,
'"
39~
20\\.
5,73 5,83 517
5.25 5,15 4.6'2
Lil I
L"
ar~ m..an ratinl!:S 00 ."al~: 0 - o".mal;
"ULA"
C":"'6)
(1,67 0.,,0 0." 0.83 . 0,33 1.17 0.6i {I.IJ
0.33 1.00 5.33 3.20 1~0
I.~S 1.57 1.19 1.2' 0.'28 1.14
0." 0.7J 0.6'2
ua
905 !1.71 111
'" <J' I,. "
:'>.l7 5.08 4.68 1.62
4.49 4.14 ~.94 UI
.. _ mOSI ~ver~drv;l'
Op 6 spraakdimensies
en 4 metingen van de orale diadochakinesie
een toename van ernst als de neurologische rijkste afwijkingen luidheidscontrole,
die bij MS geconstatBerd ruwheid en defectiBvB
de vocale variabilitBit hypernasaliteit.
afwijkingen
in bBklemtoningBn,
OB belang-
werden zijn : verlies van
articulatiB.
onjuist toonhoogtBniveau
zien we wel
toenemBn.
Onjuist gebruik van
onjuiste toonhoogtecontrole. en wilde lucht komen in mindBre
mate voor. Jat zover. de uiteenzetting. van deze studie. sterk getnteresseerden wij nogmaals verwijzen De therapie,
naar het desbetreffende
Disórders.
boek.
niet minder complex dan de diagnose,
JoHNS. D.F. (ed.) : Clinical Management
durven
vinden we beschreven
of Neurogenic
in
COlTTTlunicative
Boston; Little. Brown and Company. 1976.
Oez~ gegevens.
gehanteerd
gunstige resultaten
in een gedragstherapeutische.
context.
kunnen tot
leiden.
Het zal de lezer duidelijk
zij.n dat we onmogelijk
maken van de therapeutische
een samenvatting
aanpak en daarom een suggestie
kunnen
uit de literatuur
aanbieden.
1. HYPOTHESE Het demyelinisatieproces neuropathie moeilijk
diverse en onwillekeurige
synthetiseerbaar
betrekking
bij MS is een specifiek
tot het individu en de MS-populatie. communicatieafwijkingen
in de complexiteit respiratoir
van het geheBI.
veroorzaakt.
Een concretisatie
ste~lèn wij.
gebeuren
is. oo~
De grote moeilijkheid
Door een analytische
voor het onderzochte
gegeven, met
Als hypothese
hetgeen een spe~ifiek
Bn fonatoir vlak. ~rachten
karakteristieken
Gezien echter de
loci omvat zal het. sy.mptomencomplex
zijn tot een stabiel en consequent
nu dat deze demyelinisatiepathologie. specifieke
gebeuren.
benadering
wij toch een beeld te vormen van MSdomein.
van de gestelde hypothese vloeit uit volgende vragen
1. Welke stem- en ademhalingsstoornissen worden na de gebruikelijke 2. Bestaat er een lineariteit
ligt
op
statistische
kunnen objectiveerbaar
:
ges~eld
"
procedures?
tussen de algemene
graad van handicap
(Disabi-
lity Status Scale) en de ernst va~ de stem- en ade~halingsstoorni5sen
?
97
3. Kunnen wij een gelijkaardige hoofd symptomen
lineariteit
(schaal van Kurtzke)
vinden tussen de neurologische
en de stem- en ademhalingsstoor-
[lissen ?
2. METHODOLOGISCHE GEGEVENS Voor de samenstelling MS-populatie
van de proefgroep
in een MS-kliniek.
baseerden
D~ criteria
.stelling van de groep waren naast geboortedatum de beginsymptomen symptomen.
zich manifesteerden.
het jaar van diagnose.
schaal van Kurtzkel Zodoende
de klinisch
konden wij een proefgroep,
bestaande
Van elke pati~nt werd een bandopname mogelijk
worden.
Deze bandopname
en geslacht.
een'korte
en de graad van handicap gemaakt.
wij ons op de aanwezige
die wij stelden voor de samen-
neurologische (Disability waardoor
klinkers
Voor de ademhalingsgegevens
lingstype
werden objectieve
samenstell~n. moest
(met lage informatie-
prosodie)
gebruikt.
(de
en de fonatie van de (in functie van de
de bepaling
van het ademha-
maakt hierop een uitzondering.
Objectivatie
van de stemkarakteristieken
beoordeling gebeurde
kon slechts worden bereikt door
der stemmen door 3 geselecteerde
luisteraars.
Deze beoordeling (PERKINS. 1977 2" ,19711 ) in
aan de 'hand van het schema van Perkins
combinatie
met de Osgoodiaanse
beoordelingen beantwoorden interpreteren. verschillende 1
- - --
trachten
wij te data te
door de berekening
alsook door een indeling
Oe intervallenschaal
van de 3
berekeningen.
los van de neurologische
wordt gesteund
tendentlematen.
1,; 2 geen stoornis:: lichte stoornis , ......
(cfr. hypothese)
resultaten
Deze interpretatie centrale
Het gemiddelde
voor de verdere
vraagstelling
door de verkregen
van de stoornissen.
~.
intervall,enschaal.
dient als uitgangspunt
Oe eerste hypothetische
98
metingen
gegevens
status Scale).
een stemanalyse
bevatte een leestekst
van een natuurlijke
lal. /0/ en lil.
van deze
uit 40 pati~nten,
waarde en met mogelijkheid stemgevingl
het jaar waarop
omschrijving
van de
naar de ernst
wordt hierbij als volgt gezien
:
1:~ E: t. matige stoornis:: ernstige stoornis:; max.strn.
,
: l.
:--~--."
• __ I
De tweede hypothetische graad van handicap stoornissen.
vraagstelling,
(Disability
resulteert
gedraagt zich parameter grafieken
in een wiskundig
eenvoudige
X bij wijziging
van parameter
alsook de vergelijking
in het oorspronkelijk tieco~fficiënt
(Pearson-co~ffici~nt)
hoofdsymptomen
in
van de correla-
(schaal van Kurtzke)
en
?
werden verkregen
door omzetting
van de
zodat een uniform beeld werd
zonder verder rekening te moeten facetten.
De visualisatie b werd weergegeven
was : bestaat er een gelijkaardige
hoofdsymptomen
schaal _van Kurtzke in % van stoornissen, van de verschillende
+
de weergave
de ernst van de stem~ en ademhalingsstoornissen
verkregen
Y
en zijn positief of negatief verband.
vraagstelling
tussen de neurologische
De neurologische
vraagstelling- : hoe"
van de rechte Y : ax
werk. hier echter volstaat
De laatste hypothetische lineariteit
nl. de relatie tussen de algemene
Status Scale) en de stem- en ademhalings-
houden met het relatief maximum
Als hoofd symptoom werd aanzien die
structuur.
die minstens
15% meer gestoord was dan de daaropvolgende.
impliceert
dat naast dit hoofd symptoom nog andere structuren
Dit
kunnen gestoord
zijn. De overige berekeningen
zijn gelijkaardig
aan vraagstelling
2.
3. ONDERZOEKSRESULTATEN A. OBJECTIVATIE VAN OE ONDERZOCHTE STOORNISSEN NA OE GEBRUIKELIJKE STATISTISCHE PROCEDURES Hier willen we dus dieper ingaan op onze eerste hypothetische en dit op een meer beschrijvende geven waarop een overzicht de populatie
wijze.
van de aanwezige
stemstoornissen, met maximum
Deze tabel wordt gezien als illustratie deel over de stemstoornissen. stemstoornissen.
Vooraf echter willen we een tabel
gegeven wordt van de percentuele
maten t.o.v. de intervallenschaal
vra9gstelling ~n
alsook de centrale ~endentie7
(=
maximaal
en overzicht
Chronologisch
verhoudingen
van het beschrijvend
bespreken
waarna de ademhalingsstoornissen
gestoord).
we dus eerst de
aan bod komen.
99
.' TABEL 3.
PERCENTUELE VERHOUDINGEN IN OE POPULATIE M.B.T. OE AANWEZIGE STOORNISSEN EN OVERZICHT VAN OE CENTRALE TENDENTIEMATEN T.O.V. OE 7-PUNTENSCHAAL stoomh arv.si~
'toonbootrt_
te hoog
l1cb.t
o ,
)0
1.2.' ~
47.5 :ti
~
i
amatill'
lllaU;o:
10 ~
32'.5 ,:
o ~
I.26
1.5 %
~o I
,
~lt
,.alijkmaU,I'heid.
25 ~
42.5 %
I5'
o ~
I 12. " 1.84 I
lllollo1onia
o ~
IO~
7.5~
o ~
1.60
97.5 ~
2.5 ~
o ,
O'i:
te luid
O.
1.01
I
te .acht
17.5 l'
67.5 ~
12.5 ~
2.5 ~
2.08 r.33 1.66
27.5 "
47.' ~
20~
O.
2.16
I ~.66
o ~
5 ~
o ~
o ~
o ~
57.5 ~
lT.5 ~ ' 5
3.16
J
1:oonboof'h te llUl'
~lijlcln&tlrbeid
.
IllODOtcm.l.
lS'hm~ing
--.
.
--------
.-.'
... -
----
%
....--
2. J:!4
2.56 t.6'! I.JJ I
).04
5~
4T., ,.
ccm.a1:ric'tia
O~
41.' "
42., ~
IO ~
J. J
l'alijlana1ipeid
IT.5 ~
65 •
I7.5 ~
o ~
2.24 1.66 2.05
barll'tOO\llJlonen1: .._---------_.~-~- --
I5 •
"47.5
2.5 "
2.69
"2Ó .~
2.5 >
).19
o ~
2.70
@'.lijtma'tl ..he14
'5 ~
35.
%
2.5 ~
2.~3 J.:B 2.71 2.66
I
J
2.66
- .. 2 I 60...." .-- 17.5 ,; 2.5 ~ z.i) .•• 1-.--.-.-.---1---- .-'Ó"j5S'67.5 ,. orala ClOmllODell''t 1.66 27.5 ~ W4 I -_.-- n-- -80 -1'--- rIS), - ~-~l1j)ä:lliild1;id o ~ 2:4i 2.,-66 2;33 hoot'4cOlllllOllfll't
1'0CIal
2.5 ~
effort
. geliJlanaU ..hdd gel1JltmaU,.he1d wiJee T&n at~~
- Toonhoogte
.
25 ~
in
IO,
-
52.5 • 65~
--
42.5 > IO ~ 25 ~
65 ~
_- ----.IJ
.. 'oit.--. ~ 1.92
J
3.08
1-: 77 2.87
..
: 30% van de pati~nten
logische tendens
.'
spreekt te hoog met een lichte patho-
(op onze lntervallenschsal
resulteert
dit in een
X: 1.26; MD = 1 en Me = 1). terwijl daarentegen 87.5% te laag spreekt (X ~ 2.84; MD = 1 en 2.33. Me = 2.56). Dit laatste cijfer impliceert 47.5% lichte. 32.5~ matige en 7% ernstige stoornis~en. dergelijke verhoogde
ongelijkmatigheid. in deze parameter. pat zowel op de pathologisch als verlaagde
toon~oogte
gescoord werd.
wat overeenkomt 'met lichte afwijkingen noteren we in 42.5% der patl~nten wordt sl~chts waargenomen
100
17.5% vertoont een
(X =
Een tremor in toonhoogte.
in gelijkmatigheid 1.84; Mo
= ~;
Me
der dimensie.
=
1.61).
Monotonie
als lichte stoornis bij 10~ en als matige
stoornis bij 7,5% der pati~nten. - Luidheid
: slechts 1 persoon
82,5% van de pati~nten Me ~ 1.66].
verloopt
Stemgeving
licht ongelijkmatig
bij 20%.
het ~emiddelde
is 2.16.
Monotonie
patiënten.
hebben in meerdere of mindere
5% fluistert
,tendentiematen 3.04).
zeer uitgesproken
Constrictie:
van de gelijkmatigheid
betekent
van fluisterend
(X =
overlopen
spre'ken. =
=
3 en ook hier een
vertoont
een
met 42,5%.
met betrekking
geven hier lichte tot matige stoornissen Mo :::2. 66 en de Me
=
3.
algemene waardebeoordeling, Modus. mediaan
=
heeft zelfs ernstige"
X
fluctueren
= 3,3, de licht rond hun"
terwijl 17,5% matige variaties" vertonen.
en gemiddelde
1,66 en Me
De grootste
De centraie tendentiematen
aan door het
65% van de patiënten
tendentie-
2.71].
(47,5%). gevolgd door
10% der patiënten
tot deze parameter.
=
aanwezig.
in de constrictie
Dit
van b.V. wilde lucht
De centrale
3.33; Me
overal is er een mate van constrictie
de matige stoornissen
bevestigen
de lichte fluctuaties
(X =
2.24;
2.05).
Focus : vooral lichte stoo~nissen constateren.
95% der pati~nten
2.931 Mo
groep heeft een lichte afwijking
=
De centrale
3.16; Mo
stemgeving •.waarvan 47.5% licht en 45% matig scoorde.
naar korte ogenblikken
Mo
mate wilde lucht.
of is afoon.
dus dat de stemmen gemakkelijk
maten bevestigen ,dit beeld
stoornissen
trillingen!
(X =
van de algemene tendens.
inconsequente
1.66.
vinden we bij 37.5% der onderzochte
geven een matige stoornis aan
De beschouwing
specifi~ring
en matig
wordt slechts bij 2 mensen waargenomen.
: geen enkele stem bezit de juiste harmonische
57.5% van de pati~nten
impliceert
in 47.5% der gevallen
Deze
Hierbij bedraagt de modus 1 en de mediaan
Ernstige wilde lucht tot fluisteren
=
te luid. terwijl : 1,33 en
matig bij 12.5% en ernstig bij 2.5% der pati~nten.
ongelijkmatig
Me
(X ~ 2.08;"Mo
Oe stoornis is in lichte mate aanwezig "bij 67.5% der
pati~nten. parameter
spreekt licht pathologisch
te zacht spreekt
De borstcomponent
60%; orale component:
67.5%.
voor m.b.t.' de borstcomponentJ
kunnen we in de onderscheiden
is licht gestoord Matige stoornissen
componenten
in 47,5%~ hoofdcomponent
:
komen in 35% der gevallen
17,5% m.b.t. de" hoofdcomponent
en 5% m.D.t.
"
de orale cómponent. me~rderheid
Deze cijfers vari~ren
der patiënten.
nl. bij 80%.
licht bij, de overgrote
Dit wordt ook door het g:middelde.
de modus en de mediaan tot uiting; gebracht.
101
"
., Voeel effort
: de lichte en matige
latie van 90%.
(X
stoórnissen betekent
De centrale
dit
=
3.191 Mo stabiel
BBn
~
=
1,92; Mo
1 en Me
Wijze van stemgeving gaat.
Wanneer
=
3,06).
geen overeenkomst der'beslissing
der beoordelingen
der beoordelingen.
nog de middenstem
waar we
blijkt nu dat slechts 5 Bij .nog 8 personen viel Vocal fry in combi-
gebruikt.
nl. in 40% zuiver en
In totaal maakt dit 62.5% van
samen met de falsetta.
in deze parameter
65 en 25%).
Vitale capaciteit
(het
X
door volgende
(=
=
Deze voorspelde
VC wordt vergeleken
De resultaten
=
Z.8!).
opgevangen
(STES. 1978)
worden.
Oe
bij een pati~nt) wordt
: x lichaamslengte
(21.78 - 0,101 x leeftijd) x lichaamslengte met de gemeten VC.
Bij normale
bedraagt de gemeten ve tussen 98 en 135% van de voorspelde van ons onderzoek:
overeenkomt
97,5% van de populatie tendentiematen
enigszins
(27n63 - 0.112 x leeftijd)
VC voor vrouwen pr~efgroepen
van de formule van Baldwin
wat men verwacht
formules
wijze van
Z.70; de Mo ~ 3 en de Me
van deze parameter
vitale capaciteit
VC voor mannen:
=
(respec-
we nu de ademhalingskarak~eristieken.
: door toepassing
kan de variabiliteit
is licht tot matig gestoord
Slechts 10% gebruikt de aangegeven
steeds consequent
Na ~e analyse van Perkins ~espreken
VC.
Volgens de berekeningen
beneden de normale verwachtingen.
bevestigen
ve.
slechts 1 persoon heeft een VC die
met de voorspelde
Me : 10% en de Me : 42,5%
102
in hun mening.
uit ! 1 persoon spreekt met vocal fry. en een andere pati~nt
De gelijkmatigheid
voldoende
c
Dit laatste impliceert
op de middenstem.
in 22.5% met meerderheid
voorspelde
weer.
hadden.
werd het frequentst
weergegeven
scoort
vertonen
Uit het onderzoek
natie met de middenstem
tievelijk
licht rond zijn
bestaat tussen de beoordelaars.
een juiste wijze van stemgeving
stemgeving
echter
: herinneren we dat het hier om een nominale schaal
rekening mee dienen te houden.
gebruikt
Voor 25% van de populatie
65% varieert
echter dat geen 100% overeenkomst
de populatie
naar matige
terwijl 10% matig ongelijkmatig
de beoordelaars
het zwaartepunt
maKen hier een totale popu-
tenderen
1.77),
dan geven wij het zwaartepunt
personen
=
3 en Me
gegeven;
algemene waardebeoordeling,
(X =
stoornissen
tendentiematen
~eze sterke pathologische
ligt
De centrale
tendens
:
X : 42%;
De ademhalingsfrequentie zittende
: de ademhalingsfrequentie
houding van ~e pati~nt.
pathologisch
?anzien
[DARLEY. 1975).
wij 27.5% pathologische - De fonatieduur
en de verkregen
Het verkregen
en Von Leden
(STES. 1976) Ook" hier
op tussen de voorspelde
fonatieduur
fona-
(vgl. met de vitale
getal wordt de fonatietijdverhoudlng beneden
genoemd.
70%. dan kunnen wij dit als
voor mannen
MFT
VC/110 x 0.67 (MFT
maximale
voor vrouwen
MFT
VC/100 x 0.58
fonatieUjdJ
Oe fonatietijdverhouding maximale
houdt rekening
lij ke resultaten modus situeert slechts
met de aanwezige
werd een superieure 11 personen
VC wat resulteert
Het gemiddelde
pathologisch
werden
nl. 150%. de
is gelijk aan 92.8%.
fonatietijdverhouding
vindt zijn oorzaak
in ppmerke-
bedraagt
bevonden.
in de formule
gevonden. Het gering
waarin VC een
factor speelt.
Het ademhalingstype observatie (rolstoel). abdominaal thoracaal
100
zich tussen 60 en 69% en de mediaan
aantal pathologie~n bepalende
x
in ons .onderzoek.
Bij 16 pati~nten
voorspelde
is dan :
fonatietijd
MFT
De formule
terwijl
cOnstateerden
beschouwen.
Formules':
gemeten
hier als
en vitale capaciteit.
vergelijking
maximale
Daalt deze fonatietijdverhouding afwijkend
Vanuit deze gegevens
houden met geslacht
stellen wij een percentuele capaciteit).
of meer worden
bij
gevallen.
: door de formule van Yanagihara
kunnen wij rekening tieduur
20 cycli/min.
werd behaald
: deze ongewijzigde
bepaald.
De vaststelling
Wij constateerden
ruwe gegevens
ervan gebeurde
volgende
werden door visuele in zittende
houding.
gegevens:
: 10% : 40%
clavicu"lair : 0% thoracaal-abdominaal
: 25%
thoracaal-claviculair Vooral de thoracale thoracale-abdominale Voor de'overige
: 25%
ademhaling
zien we dus frequent
en thoracale-claviculafra
10% wordt de abdominale
gebruikt.
.. ademhaling
ademhaling
waarna d~
volgt.'
toegepast.
103
8. ONDERZOEK NAAR DE RELATIE TUSSEN DE LOGOPEDISCHE PARAMETERS EN DE OISA8ILITY STATUS SCALE Dit onderzoek
concretiseert
zich in de berekening
van l1neariteit
logopedische parameters en de graad van handicap Óe Dsgoodiaanse
beoordelingsschalen
~
.
ademhallngsk~rakteristieken tieco~fflcl~nt toe.
(Oisability
voor de stamanalyse
liet ons de berekening
Het berekende
dan .30
praktisch
van de Pearson-carrela-
getal geeft ons informatie
.30 en .50
zwakke
lineaire relatie
tussen.
51 en .85
matige
lineaire
tussen
.85 en .95
sterke lineaire relatie zeer sterke lineaire
toe in stoornis met de algemene
verbend
(-) resulteert
toename
van de algemene
een_ toename
relatie
de bekomen
TA8EL 4.
graad van handicap.
stoornissen. correlaties
(+]
dan neemt de logopedische
graad van handicap.
in een afname van de logopedische
van de algemene
logopedische
:
relatie
Bezi t het beI"ekende getal een pos1-tief verband parameter
over de
geen relatie
- tussen
- groter dan .95
Status Scala).
en de objectieve
samenhang' tussen beide parameters .. Is het bekomen getal kleiner
Als stelling
graad 'van handicap In volgende
impliceert
Een negatief
parameter
bij
poneerden
wij
een toename van
tabel geven wij nu een overzicht
van
en hun verband.
OVERZICHT VAN DE CORRELATIES EN HUN VERBAND TUSSEN DE LOGOPEDISCHE PARAMETERS EN DE GRAAD VAN HANDICAP
r2
paran eter
verband .
te ho.pe toonhoorte
•0006
-
te lare
.P
+
• DoRr
-
te luid
.OOJ
+
te zacht
.25
+
toonhooP'te
relijkl!'ati
104
tussen de
.... heid toonhool"te
c
pel i jlrrrat i phei d luidheid
.01
+
sternrevinp
.10
+
.04
+
constrictie
.06
+.
gel i jlrrrat j ,..heid constrictie
.02
+
borstcomponent
.000<'
+
hoofdcomponent
.02
+
orale
.24
stempevinp
f"elijkrr:atirheid
component
reli;ihnatipheid vocal
.oon
componenten
.09
effert
rel ijlrmatipheid
vecal, effert
.02
wijze sterrpevir.JI'
reli,;h1. vitale
+
+
.05
capaci tei t
.16
aderr:halinFsfrequentie
.0005
fonat i eduur
.09
Deze informatie Onze hoogste r
is voldoende
2
bedraagt
riteit aanwezig. f~cetten overbodig.
duidelijk m.b.t. de vooropgestelde
hypothese.
.25. of m.a.w. er is niet eens een zwakke linea-
Dit maakt een verdere bespreking De informatie
Scale is niet generaliseerbaar
van de samenstellende
die we krijgen uit de Disability
naar,logopedisch
status
terrein voor wat betreft
stem en ademhaling.
C. ONDERZOEK NAAR LINEARITEIT.TUSSEN NEUROLOGISCHE HOOFOSYMPTOMEN EN OE ONOERZOCHTE LOGOPEOISCHE PARAMETERS Oe omzetting
v.an de schaal van Kurtzke, tot relatieve
liet ons dus toe hoofd symptomen pati~nten hersenstam
met pyramidale
te specifi~ren.-
hoofdsymptomen
als hoofdsymptoom.
verhoudingen
en 11 personen met pyramidaal
Oez~ beperkte proefgroep
wogen te worden bij de overschouwing de linear1teit
percentuele
Aldus vonden wij 14
van de resultaten.
pasten wij ~èn gelijkaardige
procedure
+
dient steeds overTer berekening
van
toe als in vorig deel
en ook hier zullen wij ons beperken tot het geven van de r
2
en hun verbander.
105..
.>
TABEL 5.
OVERZICHT VAN OE CORRELATIES EN HUN VERBAND TUSSEN OE LOGOPEOISCHE PARAMETERS EN OE NEUROLOGISCHE HOOFOSYMPTOMEN
.'
r'
vram'
..ar$llleter te
ho,lfl'l toonhooP'1
•• la~e luidheid
•• zacht
••
.U .24
toonhoolP"t8
.0
1\I.id
,:elij1orlaH/riI.81d
.IJ
,tem,.evill@' $elij"aU,rheid
.00 .26 .16
IItP.:lltev:!.nt;
constrictie ':1'111jklr.at ic!1eid
cOllstrictie
boratcolllnonent
.09
hootdoolltpollent
.01
or.la
.H
COlllnorent
g-eUjkl:latigheid vocal
.04
co~ponenten voeal
et'r-rt
.02
relij'hnatllheid
wijt:e
stel!lp'evin
.05
"Uale
tie
component
.01
hoofd symptomen
in een negatief
stoornissen
2
resulteren
De kleine proefgroep
.33.
=
. •
.01
•
.10
-.
.10
.
.0001 .OC02
• -.
.05 .25 .04 .rOOI .C5
I, I
-
.02
-
.21 .5' ,0) • )7
zien we een correlatie
verband met r
zou aldus mogelijk
nentstoornis.
-
.10
tonatteduur
Uit de pyramidale
-
..II
c.~aclteit
ademha11nntrea.u.en
•
.0
..
•
.IJ
ettart
gelij~ati~heid
.H
-
.-
.0076
,
I_'l'l.t
ver'!:aN1
.22
.09
. .• .
.05
1rr:1m' ~ 3a1-n r
-
• •
.cooac
luidheid
.
-
.05
e
toonhool'"'te
ge1ij'klllati,:,beid.
verbsnd
met de orale
Een toename in pyramidale
in een afname van de orale-compo-
laat echter mogelijkheden
open.
Wanneer we de pyramidaal-hersenstam-stoornissen
bekijken valt ons de te zachte ~temgeving op in een zwakke lineaire relatie (r2 = .41) met positief
verband.
Een toename in neurologische
van de luidheid. matige
De vitale capaciteit
lineaire relatie
de neurologische (r2 •.
106
37l.
: de vitale capaciteit
stoornis.
i.v.m. de fonatieduur.
stoornis tendeert aldus in een afname met r2 .56 (-) resulteert in een
Een gelijkaardig
neemt af met een toename van
besluit 9ienen we te trekken
zij het hier dan om een zwakke lineariteit
gaat
4. BESLUIT
De stamanalyse
volgens
Perk~ns
resulteert
In een aantal
afwijkingen.
die we
hier even samenvatten. Bekijken we vooreerst de gelijkmatigheid doorheen de verschillende parameters. dan blijkt hieruit dat hoogstens geven stoornis
27.5% van de populatie
tremoren , schommelingen of breuken in de betreffende
parame:ters.
UH de
onderzoeken
kunnen afleiden.
dit .met
generaliseerbaar
: Alle
zouden wij volgende tot de onderzochte
72!5% der onderzochte
een aangevertoont
stemmen
De overige
consequent personen
betrekking
heeft.
stemkarakteristieKen
proefgroep
hebben een zekere afwijkende
volledig
harmonisch
en overeenkomstig
tieken geproduceerd.
Meest frequent
sproken
fluisteren
Een afwijke~de
lichte als matige
bevonden behoren
Oe luidheid
verloopt
voor al~e stemmen
gescoord.
scoren frequent.
Zowel
Ernstige
van 1 persoon.
bij iedereen
stoornissen
pathologisch
van deze parameter
slechts
verhoogd
voor
:t
17.5% der pati~nten
een te zachte stemgeving
normaal.
te zijn, meestal
Het meest als licht
gescoord.
Oe toonhoogte
1s bij alle personen
in zekere mate gestoord
zijn of licht tot matig verlaagd.
Het b~treft
: ze kan lichtjes
hier dus geen
beeld.
Oe focus toont de meerderheid Afwezigheid
van stoornissen
Personen
proefgroep
breuken
der scores op het niveau van lichte stoornissen. en matige
waar de prOjectie
aanwezig.
De wijze van stemgeving vooral
karakter~s-
luchtJ zeer uitge-"
tot de uitzondering.
lichte. maar ook matige
beeld blijkt
pa~hologisch
aan.
niet
tot het beeld van MS.
typische
uniform
we wilde
in deze parameter
behoort
is. met uitzondering
I Vooral
worden
anatomisch-fysiologische constateren
werd eveneens
stoornissen
constrictie
Oe vocal effort
De trillingen
vinden we echter ook binnen de proefgroep.
constrictie
pathologische
en mogelijk
stemgeving.
dus
Typische
stoornissen
vullen
100% juist verloopt. afwijkingen
de overige
100% bijna
zijn niet binnen de
z{Jn..niet constateerbaar.
is bij 2/3 van de pati~nten
foutief.
Het betreft
naar de vocal fry toe.
107
De ademhalingskarakteristieken
zouden we aldus samenvatten
Vooral de vitale capaciteit gewicht.
grootte
vitale capaciteit Be fonatieduur
aandeel
! Volgens
in hadden.
te hebben dan verwacht.
helft van de voorspelde waardoor
is gestoord
en geslacht
onze berekeningen.
waar
blijken 97.5% een lagere
Het gemiddelde
lag minder dan de
vitale capaciteit.
werd in functie
van de. aanwezige
de fonatietijdve~houding
27.5% p~thologisch
:
scoorde.
ontstond~
vitale capaciteit. berekend.
Dit had tot gevolg dat slechts
Het gemiddelde
resultaat
was 150% der verwachte
fonatieduur. De ademhalingsfrequentie meer geteld werden.
werd pathologisch
Oaardoor
aanzien wanneer
kregen wij 27.5% afwijkende
20 cycli/min.
of
ademhalingsfre-
quenties. Het.ademhalingstype. thoracale type
door visuele
observatie
bepaald.
type (40%). het thoracaal-claviculeir
(25% ieder).
Voor de overige
is vooral van het
en thoracaal-abdominaal
10% constateerden
wij de abdominale
. ademhaling. Het onderzoek logopedische hypothese
naar de lineariteit stoornissen
resulteerde
: m.a.w. de toename
geeft geen toename Het gelijkaardig
in de onderzochte
onderzoek
één matige relatie
grote populatie zekerheid
logopedische
naar lineariteit
verwerpen
Status Scale en de van de vooropgestelde (algemeen beschouwd)
parameters.
tussen neurologische
en de logopedische
en twee zwakke relaties
zou hier welliCht
de hypothese
in een verwerping
in de graad van handicap
tomen uit het schema van Kurtzke slechts
tussen de Oisability
meer klaarheid
stoornissen op.
hoofdsympleverde
Een toepassing
brengen.
op een
en met grotere
of aannemen.
5. APPENDIX A. DE STEMANALYSE VOLGENS PERKINS Ter verduidelijking de stemanalyse geenszins
volledig
de desbetreffende Perkins
108
van de gebruikte
volgens
Perkins.
stemdimensies
beschrijven
we hier kort
We kunnen echter in dit kort bestek
zijn en durven ook hier de geInteresseerden
verwijzen
naar
literatuur.
onderscheidt
in de stemdiagnostiek
de toonhoogte.
de luidheid
en de
kwaliteit.
De dimensies
toonhoogte
en luidheid zijn voldoende
Het -begrip kwaliteit gaat Perkins verder analyseren
duidelijk.
in een aantal deelas-
pecten : - Stemgeving
: dit vormt een continuOm
lucht - tot stemhebbend. abductie van de stembanden De akoestische
van stemloos - fluisteren
Er is een fysiologische
overeenkomst
overeenkomst
[stemloosl gaande tot adductie
- wilde met de
fstemhebbendl.
: van wrijving ven stemloze lucht tot harma-.
nisehe vibratie. Wijze van stemgeving
: het gaat om klassen of wijzen van stemgeving
waarbij de andere deel aspecten hun eigen specificiteit
hebben.
Zo onder-
scheiden we de lichte stem of falsetto. de zwar~ stem of borststem, pulsatiestem
of voeal fry.
meeste m~gelijkhedèn
heeft.
De borststem gebruiken De classificatie
en de
we veelal omdat zij de
gebeurt volgens een nominale
schaal. Constrictie:
deze dimensie wijst op het gevoel van constrictie
in de ~eel.
De optimale pool is een maximaal open gevoel. welke ook gevoeld wordt tijdens het geeuwen.
Oe negatieve
pool wordt gevormd door het gesloten.
gevoel. welke eveneens bij het slikken voorkomt. continuüm.
gaande van constrictie
epiglottis. [=
waardoor
gesloten)
Fysiologisch
zien we het
van valse en ware stembanden
met gesloten
elke luchtstroming
of'.klankvorming verhinderd
tot open, waarbij laryngeale
en reson~toire
snelle sluiting van de glottis vergemakkelijken. overeenkomst constrictie
: bij constrictie uitblijft
Focus of stemplaatsing centreerd
(=
de
Oe akoestische
krijgen we een zwakke intensiteit.
open) wordt de intensiteit
indien de
juist geprojecteerd.
: d.w.z. de plaats waar de stem als het ware gecon-
ligt. b.v. oraal. hoofd of borst.
De hoofdcomponent
voelen we
boven en naast onze neus wanneer we een zachte toon in fal~etto Oe' borstcomponent
wordt
aanpassing
produceren.
voelen we door produktie van een reeks vaste.glottis-
slagen in het vocal fry-register.
Alle 3 componenten
zijn nodig il"!de .
stemproduktie orale component
: voor een zuivere en held~re voca'al produktie
hoofdcomponent
voor de projectie
borstcomponent
geeft een rijke. volle stem met draagkracht
Vocal effort : is het gedrag waardoor de kracht van de uitademing wordt. op een schaal van ~age subglottisdruk
geregeld
tot hoge subglottisdruk.
lage druk merken we bij een rustige uitademing.
De
de hoge druk zien we bij
109
.. het optillen
van een zwaar voorwerp.
stemconstrictie Voeel
uitlokt
smcothness
of de vitale
of gelijkmatigheid
gaande van gelij~tlg. hoger beschreven. optimale. gehoord
tot ruwen
moet gelijkmatig
Onregelmatigheden als ruwe stemmen.
gehoord wordt
als een breuk.
als tremor
Elke vorm van ademgedrag.dat capaciteit
aantast
van stemgeving ongelijkmatig. zijn. zoniet
in toonhoogte.
Een onregelmatige
Elke stemdimensie. zoals
wijkt dit af van het
luidheid
Een onregelmatigheid
ls pathologisch.
: dit ls een contlnuOm
en stemgBving
In stemregister
controle
worden
wordt
van de stemspanning
ervaren.
B. BIBLIOGRAFIE AMMITZB0LL.
T ••
CLAUSEN.
J .•
FOG.
T.
: Family
Studies
of
Multiple
Sclerosis
on the Viral Etiology In : FIELD. E.J •• BELL. T.M .• CARNEGE. P.R. : Multiple Sclerosis. Vol. 111. Amsterdam. North-Holland Publishing Company. 1972. 32-37. BYRNE. M.C •• SHERVANIAN. C.C. : Introduction London. Harper & Row, 1977. CACHET & KURTZKE. 1961
(XIJ.
J.F.
: Echelle
to Communication
d'évaluation
Oisorders.
du F.S. et O.O.S •• Neurology.
686-688 •
.DARLEY. F.L .• ARENSON. A.E •• BROWN. J.R. : Motor Speech Disorders, Saunders Company. 1977.
London,
DASSEL. H •• KETELAER. Ch.J •• KETELAER. P. : Multipele Sclerose. Stafleu's Wetenschappelijke Uitgeversmaatschappij. 1976.
Leiden.
DONALO Me .• W.I .• HALLIDAY. A.M. : D1agnosis and Classification Sclerosis. British Medical Bulletin. 1977. ~-8.
of Multiple
ELDRIOGE. R .• et al. : Familial Multiple Sclerosis : Clinical. Histocompatibility and Viral Serological Studies. Annals of Neurology, 1978 (3). n° 1 •. 72-80.
ESPIR. M. L.E., CLIFFORD, R.F. : The Bas1c2Neurol~gy Blackwell Scientific Publications. 1976 , 1970 •
of Speech.
Oxford.
GDSSEYE-LISSDIR. F. : Biochemical Findings in Multiple Sclerosis. Transformation of Lymphocytes from Patients with Multiple Sclerosis by Human Basic Prots!n. J. Neurol •• 1977 (216). 197-205. HARRISSDN. T.R. (Eds.) et.al. : Principles Me Graw-Hill. 1954 (tweede editie).
of Internal
Mèdicln,
New Vork.
JACKSON. C .• JACKSON. C.L. : Oiseases of the nose. throat and ear. bronchoscopy and esophagoscopy. Philadelphia. Saunders. 1946.
of
Including
JENSEN .•J.R. : A study of certain motor-speeCh aspects the speech of multiple sclerotic patients in : DARLEY. F.L., ARENSON, A.E., BRDWN. J.R. ~Motor Speech Disorders. Londen. Saunders Company, 1977.
110
MEDAER. R. : Hoofdgeneesheer MS-kliniek. Dverpe1t. gesprekken.
Persoonlijke
MOLINARI, L.E .• MENKEN. M. : Symptomatie Cluttet1ng : an over1ooked neurologie sign. The Journalof the Medical Society of New Jersey. 1977 (74).
n' 6. 547-548.
KDPRDWSKI, F. : .Search for Viruses in Multiple Sclerosis. Neurology, 1976 (Juna 2). 80-82. KURTZKE. J.F. : Discussion of the epidemiology of Multiple Sclerosis in : FIELD. E.J., BELL. T.M .• CARNEGE. P.R. : Multiple Sclerosis. Vol. 111. Amsterdam, NorthrHolland Publishing Company, 1972. 230-246. 'PERKINS. W.H. : Speech Pathology : an appli2d beha~1oral seience. Saint-Louis. The C.V. Mosby Company. 1977 , 1971 • SEITELBERGER. F. : Pathology of Multiple Sclerosis. Annals of Clinical Research. 1973 (5). 337-344.
~
STES, R. : Stemstoornissen. Niet-gepubliceerde cursus aan de Katholieke Vlaamse Hogescháol. 'Antwerpen. VIANE. A. : Neurologie, Gent; Story," 1972. VEREECKEN, R. et al. : L'urétéro-iléocutanéostomie dans la sclerose en . plaques. Acta Urologica Bèlgica. 1977 (45), n~ 4, 394-452. WEST, R.W., ANSBER~Y4 M. : ihe rehabilitatien of speech. 4th Ed .• New Vork. Harper & Rew. 1966 • 1937 • Adres van 'de auteur : L. Cuyvers •.Eindhovensebaan 31. 3538 Eksel
111.
/ TIJDSCHRIFT VOOR LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE
1.980(10) - 2
PROEFSCHRIFTEN ACADEMIEJAAR 78-79
HOGER INSTITUUT VOOR PARAMEDISCHE BEROEPEN GENT
BARBIER.,M. : Taalontwikkeling bij kr1bbeklnderen; taalgebruik bij 2 kinderen tussen 1 en 2 jaar BEYENS, C. : Het bijbrengen va~ omgangsvormen mentaal gehandicapte volwas~enen
studie
van het actief
bij een groep matig en ernstig
BOLLEN. A. : Onderzoek naar de zin van Assertiviteitstraining bij stotteraars; 2de fase : opstelling van een typische a5sertivltBitshl~rarchie op basis van een experimentele vragenlijst BREDA. A. : Communicatie bij ernstig mentaal gehandicaptenJ gevalstudie : poging tot het opstellen van een communicatiesysteem bij twee multiple gehandicapten BRU. J. : Het nut van de Rogeriaanse bij de volwassen afaticus CARTEUS. tische
grondhouding
K. : Groepsbehandeling bij volwassen en cli~nt-gerichte benadering
in de logopedische
stotteraarsJ
therapie
gedragstherapeu-
CERIEZ. F. : Het leesvoorwaardenonderzoek. psychologische theorie~n als achtergrond en een exploratieve studie naar het verband tussen een leesvoorwaardenonderzoek en leesprestaties bij licht mentaal gehandicapte kinderen CLAUS. J. : Cognitie en corrrnunicetie bij autisHsche logische en etiologische studie CUYVE~. H. : Literatuurstudie taalontwikkeling
hE BDUCK. N. : Theoretische
112
aangaande
psycho-sociale
studie van audiologische
kinderenJ
een symptomato-
invloeden aspecten
op de .
bij afasie
.
DE CALUWE. A. : Het leesvoorwaardenonderzoekJ psychologische theorie~n als achtergrond en een exploratieve studie naar het verband tussen een leesvoorwaardenonderzoek en leesprestaties bij licht mentaal gehand~capte kinderen. . DE -DEKEN. B. : F.ysiologisch stotteren en betnvloedende factoren :_literatuurstudie en praktische benadering DE GREVE. G. : Studie over dialectinvloeden op het lezen en schrijven bij kinderenJ vergelijkend onderzoek bij gewoon en bijzonder onderwijs in de omgeving van Buggenhout DE JAEGHER. M.A. : .Het affectieve aspect in de therapie bij dyslexiepati~ntÉln DE KOONING. J. : Gedragstherapeutische beschouwingen in verband met de behand~ling van volwassen stotteraars DE LEEUW. M.C. : Negatieve mondgewoonten en articulijtiestoornissen in verband met gebltsafwijkingenl.verantwoording van de problematiek en onderzoek naar de mening van een aantal tandartsen. met het oog op een vlottere interdlscip~inair8 samenwerking DEMEYER. A. : Het belang van de nBusademlng DERUYCKJ R. : Proeve tot het opstellen van een logopedisch onderzoek na~r taalbegrijpen bij kleuters beneden zes jaar DE STAERCKE. M. : Opsporing van dialectinvloeden bij BLO-kinderen uit de streek van Zuidoost~Vlaanderen OESTOO? M. : Inventarisatie van logopedische behandelingsprogramma's bij enkele afatici DETILLOUX. C. ~ Vergelijkend onderzoek naar,het verband eupraxie-spraak bij tien spraakvertraagde en tien normaal sprekende kinderen DEWEVER. A.-M. : Inventarisatie van onderzoeksmogelijkheden bij kinderen met lees- en schrljfmoeilijkheden OE WIT. M. : Vergelijkend onderzoek naer spel bij normaal begaafpe kinderen en matig en ernstig mentaal gehandicapten met verstandelijke leeftijd ~an 2 tot 3 jaar DROOGMANS. L. : Inventarisatie var.de functionele woordenschat ~an een aantal onderwerpen in verband met huishouding GERRETZEN. T. : Onderzoek naar de schoolevolutie van kinderen uit een type a-school GDFFIN. H. : Begrijpend lezen in ~estverbandJ met bespreking van engelstallg~ tests GROSEMANS. B. : Enquête naar de belangrijkheid van een aantal onderwerpen gericht naar functionele therapie HEYNOERICKX. C. : Vergelijkend onderzoek naar spel bij normaal begaafde kinderen en matig en ernstig mentaal gehandicapten met verstandglijke leeftijd van 1 tot 2 jaar HOEDT. K. : Een onderzoek naar de verbale representatie van het cont~nuOm 'voor-achter' bij kinderen van 3 tot 7 jaar
113
./ HQUTEKI~R.
M. : Stemtraining
bij acteurs
HUYGH. A. : Begrijpend lezen in t~5tverbánd KETËLS. H. : Diplacousls en dominantie LEDE GEN. N. : Theoretische benadering over de rol van de visuele perceptie in het leesproces
MAGERMAN. H. : Beschouwingen en experimenten rond groeps- en individuele begeleiding van ontwikkelingsgeremde belevings- en ervaringswereld
kleuters
vertrekkende
van hun
C
MARCHAND. B. : Het gebruik van 811ss-symbolen als aanvullend middel bij moeilijk spreKende me~taal gehandicapten
communicatie-
'MARTENS.G. : Inventarisatie van onderzoeksmogelijkheden lees- en schrijfmoeilijkheden
kinderen
bij
met
MATTON. A. : Nagaan van het rlchtlnghoren en het spraskverstaan in lawaai bij normaal~orenden .MENTENS. O. : Auditieve discriminatieJ diplacousisonderzoek begaafde kinderen van het derde en het vierde leerjaar
bij normaal
MORTIER. A.M. : Infantiel autisme: theoretische benadering .spreking van vier ~lnderen mat autistiform gedrag NELISSEN. E. : Oe auditieve de tweede kleuterklas OTTEN. K. : Factoren
discriminatieJ
die het herstel verloop
en gevalsbe-
d~ Tone Decay test bij kinderen van afasie
uit
beïnvloeden
PEETERS. E. : Vergelijkend onderzoek naar spel bij normaal. begaafde kinderen en matig en ernstig mentaal gehandicapten met verstandelijke leeftijd van 3 tot 4 jaar PONCELET. Go : Poging tot taakomschrijving een kinderdagverblijf POPPE.
N. : Auditieve
perceptie
van de" logopedische
bij dyslexie-pati@nten
bijdrage
in
van 10 tot 13 jaar
RAVOET. Ko : Logopedie in het' kle.uterondèlrwijsl stimulering van de articulatie en correctie van articulatiestoornissen bij vijfjarige kleuters RICOUR.
C. : De auditieve
perceptie
-bij dyslexie-patHlnten
tussen
10-13 jaar
SCHEIRIS. Co : Dntler~oek naar de invloed van de ouderlijke motivatie op de resultaten van de logopedische therapie bij 4- tot 7-jarige spraek- en . taal vertraagde kinderen SLEEUWAERT. SLE4RS.
G. : Impedantiemetrie
M. : Tae~stoornissen
SOMERS. C. : Bijdrage van gehoorgestoorde STEVENS.
in de psychiatrie
tot het psychomotorische kinderen uit het eerste
L. : Stemtraining
In de opleiding
onderzoek leerjaar
van acteurs
en de behandeling en beroepssprekers
TALLOEN~ M. : Vergelijkend onderzoek. naar de kennis en. hèt ,gebruik van abstracte substantieven (met bijlage) TOLLENAERE. onderwijs
114
Moe.
: De integratie
van gehoorgestoorden
in het normaal
VAN BRANDT.
B. : Groepsbehandeling
bij stotteraars
VAN der MEULEN. M. : De auditieve discriminatiel de Tone Decay test bij kinderen uit de tweede kleuterklas; het paracousisonderzoek bij kinderen uit het 3e en 4e leerjaar en de normschaal voor het 1e. 2e. 3e en 4e leerjaar VANDEVELDE. H. : Toepassing en evaluatie van een taalactiveringsprogramma voor ernstig mentaal gehandicapten - de eetsituatie VAN DIJCK. M. : Bijdrage tot het psychomotorische onderzoek en de behandeling van gehoorgestoorde kinderen uit het eerste leerjaar VAN RENNE. R. : Vergelijkend onderzoek naar de kennis en het gebruik van abstracte substantieven bij normaal begaafde en licht mentaal gehandicapte kinderen tussen 7 en 9 jaar VERBRUGGE. P. : Onderzoek naar het semantisch 'en morfologisch actief taalgebruik van twee- en driejarige kinderen VERHAVERT. kinderen
W. : Auditieve van het eerste
VERMAERCKE. J. : Kritische stemonderzoeksformulieren
aspect
in het
discriminatie; onderzoek naar diplacousis bij en tweede leerjaar uit het normaalonderwi~s beschouwingen
rond vier in de praktijk
VLEESCHOUWER. B. : Onderzoek naar het sema~tisch het aQUef taalgebruik van twee- en driejarige WAGEMANS •.H. : Vergelijkend' onderzoek absttactè~substantleven bij normaal kinderen,-~ssen 7 en 9 jaar
en morfologisch kinderen.
gebruikte aspect
1n
naat de ,kennis en het gebruik van' begaafde en licht mentaal gehandicapte
115
MEDEDELINGEN
De procBedings van' het INTERNATIONALE SYMPOSIUM OVER HET STOTTERENDE KIND, 'Stotterdam bestellen
79'. zullen eind april a.s. gereedkomen. via de secretaresse
A.Z. Rotterdam porto.
Oijkzigt
van de afd. Foniatrie.
(010-633516),
te storten op bankrekening
postrekening Rotterdam;
nr. 61.13.55
U kunt de proceedings afd. KNO van het
Oe prijs per exemplaar
nr. 25.36.93.30
van de Erasmus
Universiteit
in beide gevallen onder vermelding
is fl. 15 incl.
van de ABN Rotterdam. Rotterdam.
of
postbus
1738.
van nr. 379 KNO.
Op 17 december 1979 werd te Gent de v.z.w. 'VERENIGING VAN OUDERS VAN NEDERLANDSTALIGE
GEHOORGESTOORDE KINDEREN. VQNGK' gesticht.
lingen halen wij
: integratie
maatschappij
l
promoveren
behoeve van revalidatie werking
van 'het gehoorgestoorde
van wetenschappelijk
Uit de doelstel-
kind in de
en toegepast onderzoek
van het gehoorgestoorde
kind; bewerken ven samen-
tussen ouders. kinderen. centra en scholen
I
vertegenwoordigen
ouders bij de openbare macht.
Op 15 maart werd een studienemiddag
ingericht.
is te verkrijgen
Verdere
informatie
v.z.w. VONGK. M. Bauters-Colpaert.
De.Afde~ing 1979
Logopedie
neuro-motorisch gestoorden.
Hij werd al vertoond
116
:
13. 9240 Merelbeke.
'Het aanleren van Sliss-symbolen
gestoorde
kinderen'.
Oe film is bedoeld voor .de verschillende motorisch
te Gent
op het secretariaat
Rood Beeldekensstraat
van de
ven het Instituut Oominiek 'Sevio - Git's. r,eeliseerde in
een super 8 mm-film over:
sprekende
ten
studiedagen :
Duur!
opleidingen.
en congressen.
bij niet-
1 uur. centra voor neuro-
op 28.11.1979 ingericht
ter gelegenheid
door het Technisch
van een studiedag
over 'communicatiemiddel~n'
Comité van het Verbond
voor Bijzondere
Jeugdzorg; op 12.03.1980 op
15.03.1980
op 22.04.1980
kenhuis
voor de Afdeling studiedag
Logopedie
ingericht
voor de cursus
K.V.H.
Oe.Bomstraat,
Antwerpen;
door de B.B.L.;
'Leerstoornissen'
in het St.-Radboudzie-
van de Universiteit. Nijmegen;
op 2~.04.1980 voor de cursus ingericht
door V.K.V.
'Neurologische
in het Instituut
op 28.04.1980 voor de opleiding - op 10.05.1980 Revalidatie
: studiedag
Savio te GitSI
in het H.T.l.
door het Belgisch
te Bruggel
Seminarie
voor
te Melsbroek.
Voor nadere inlichtingen Koolskampstraat
Dominiek
'Logopedie'
ingericht
Ontwikkel1ngsmethodieken'
: L. Tap - Instituut
Dominiek
Sav10
-
37, 8840 Gits - tel. 051/20 20 75.
117
BOEKBESPREKINGEN
----7'
~
COLLIER R.
en
'T HART J. : Cursus Nederlandse Intonatie.
Wetenschappelijk Perceptie
Onderwijs
Onderzoek
Limburg W1epenbee":.l
(Eindhoven).
en Instituut
voor
J
1980
Oe cursus bestaat uit een handboek (8B blz.) en een cassette met demonstraties en oefeningen (CB. 90 min.l. In het eerste hoofdstuk worden de perceptief belangr1jksts'soorten toonhoogtebewegingen gedemonstreerd en ingeoefend. Het tweede hoofdstuk behandelt de relatie tussen accentuer.ing en intonatie. In de volgende hoofdstukken worden de belangrijkste intonatiepatronen beschreven, waarbij telkens wordt uitgelegd welke variante toonhoogtecontouren uit ieder patroon kunnen worden afgeleid (als functie van de accentuering en/of het syntactische patroon). De cursus streeft er vooral naar de gebruiker inzicht bij te brengen in de relatie ~ussen de globale intonatieve impressie van een uiting (de zgn. toonhoogtecontourJ en de melodische detailstructuur (de zgn. toonhoogtebewegingen). De contouren worden daarom beschreven als configuraties van afzondÈrlijke. perceptief relevante bewegingen. Om het analytische inzicht te bevorderen worden alle demonstraties telkens driemaal herhaald eerst met een mannenstem. dan met een vrouwenstem. en tenslotte met een tweemaal vertraagde vrouwenstem (waarbij de melodische variatie veel. beter hoorbaar is). " De meeste oefeningen zijn 'cognitief' opgevat. Ze doen een beroep op het bewuste analytische en synthetische vermogen van de leerling. Die moet precies kunnen"horen uit welke types bewegingen een contour is opgebouwd en, voordat hij een uiting intoneert. moet hij een expliciet ontwerp ~aken van de te realiseren contour. Van alle analyse-oefeningen staat een modelantwoord in de tekst en van alle produktie-oefeningen staat een modelantwoord op de band. De cursus is in de eerste plaats bedoeld voor het uitspraakonderwijs aan anderstaligen. Hij kan echter ook diensten bewijzen 1n de opleiding van o.m. neerlandici en logopedisten. Het handboek en de cassette zijn 1n een eerste. beperkte. oplage tegen kostprijs beschikbaar. Het boek kost fl. 7.50 en de cassette fl. 12.50. Ze kunnen uitsluitend "besteld worden bij J. 't Hart, Instituut voor Perceptie Onderzoek. Den.Oolech 2. 5600 AZ Eindhoven (Nederland). Het betreffende bedrag dient gelijktijdig overgemaakt te worden op gironummer: 107 63 26 t.n.v. de Technische Hogeschool te Eindhoven. onder vermelding van 'Fondsnummer 09403, IPO'.
118
~
WEINER
F. : Phanological
Park Press.
1979.
IX
+
Process
Analysis.
Baltimore
University
1"81 pp •• 111 .. £ 10.25.
Di t 'boek is bedoeld als diagnostisch onderzoeksmiddel, voor kleuters met onverstaanbare spraak. Het stelt een procédé voor voor analyse van de fonologische processen die in de spraak van het kind werkzaam zijn. Met het onderzoeksmateriaal (~36 actie-prenten) Kunnen responsen uitgelokt worden. d.m.v. vertraagd nazeggen van voorgezegde testzinnetjes. De stimuli zijn niet per klank. maar per fonologisch proces geordend . .Twintig verschillende fonologische processen. die de auteur op basis van klinische ervaring belangrijk acht. worden aldus bij middel van de responsBn van het kind nagegaan. Iedere respons moet onmiddellijk schriftelijk genoteerd worden en tegelijkertijd op band geregistreerd voor latere verificatie bij de analyse. Na het verzamelen en uitschrijven van het spraak-staal. voert de onderzoeker een stapsgewijze analyse uit Om te bepalen onder welke categorie de vereenvoudigingsprocessen die in de spraak van. het kind zijn opgemerkt. te rubriceren zijn. De categorieên die door de auteur onderscheiden. worden. zijn: vereenvoudiging van de lettergreepstr~ctuur. Bssimilatietendenzen binnen het woord. en vereenvoudiging van foneemcontrasten. Vooral voor wat betreft de beide laatste categorieftn is het onderscheid naar onze mening niet altijd gemakkelijk te handhaven. Dit rubriceren in fonologische categorieên gebeurt met conventionele symbolen op speciale overzichtsformulieren. Tenslotte wordt met deze gegevens samen met de.gegevens uit de fonetische inventaris van het kind een PROFIEL opgesteld. Dit profiel wordt dan gebruikt om een diagnose te stellen en de leer-inhoud van het therapeutisch prograrrme vast te -leggen. Het boek besluit met richtlijnen hiervoor. Dit werk is nieuw in deze zin dat het een praktische toepassingsmogelijkheid biedt van de jongste theoretische opvattingen omtrent fonologische o'ntwikkeling. In het bijzonder is de aandacht die hier besteed wordt aan de-ontwikkeling van de fonologisch syntagma, prijzen~waard. Er is een duidelijke defini~ring van dB 'evaluatie-criteria. er is illustratie. met een uitwerking van een gegeven staal. Het onderzoeksmateriaal is in' ,het boek opgenomen. is handig. en goed aangepast aan kleuters. De schrijver beweert dat de afname slechts 45 min. vêrgt. maal' geeft niet aan hoeveel tijd transcriptie. analyse en interpretatie achteraf innemen. De items zouden vanzelfsprekend- voor aanpassing aan het Nederlands grondige herwerking vergen. Voor het gebruik van.dergelij~ diagnostisch procédé is degelijke voor~ opleiding nodig.
L.M.-C.
119
•
,/
•
CDOPER J., MOODLEY M. Edward Arnold,
London,
en
REYNELL J. : Helping Languags:Development .
1978. 81 pp .•
£ 2.25.
Dit werkje bevat een taalontwikkelingsprogramma voor voorschoolsB kinderen met taal vertraging. Het nieuwe ervan is dat het programma niet gebouwd wordt op verbale aanwezige kennis. Oe aandacht gaat op de eerste plaats naar de ontwikkeling van intellectuele processen die bij taalgebruik een rol zullen spelen. Het vroege taalbegrip en -gebruik wordt geleidelijk ontwikkeld op deze preverbale kennisinhoud. De theoretische achtergrond wordt besproken in hoofdstuk 3. het programma zelf 1n hoofdstuk 4 en de concrete uitwerking in hoofdstuk 5. Gevalsbesprekingen (3 kinderen tussen 2-5 en 3-10 jaar) en appendixen verduidelijken de methode. die op punt gesteld werd in The Wolfson Centre, Institute of Child Health in London. Als praktische publicatie voor taal therapie bij heel jonge kinderen goed bruikbaar.
G.V.M. ~
BVERS BROWN B. en BEVERlOGE The College
of Speech
M. : Language
Therapists.
London NW2 5BU. 1979, S8pp .•
Disorders
HaraId Poster
in Children.
HOU5~.
Lechmere
Rd.,
3.00.
Dit werkje is een monografie in samenwerking met het British Journalof Disorders of Communication. De ondertitel 'A workshop for teachers' geeft aan dat het om een rapport gaat betreffende een korte cursus ingelegd ten behoeve van leerkrachten met het doel hen inzicht te geven in het verschijnsel 'taalhandicap' bij heel jonge kinderen, in de hulp van spraak therapeuten en psychologen en in hun eigen inbreng t.o.v. spraak- en taalmoeilijkheden. Er werd 2 maal 2 dagen vergaderd met in totaal 13 zittingen. Uitgaande van gevalsbesprekingen werden analyses gemaakt van diverse taal- en spraakgestoorde kinderen met aandacht voor begrijpen. syntax. uitspraak en cognitie, en de coöperatie duidelijk gemaakt tussen de diverse specialisten en leerkrachten bij de hulp aan deze kinderen. Een reeks appendixen vat duidelijk de werkwijze en de conclusies samen.
G.V.M.
120
•
RICE M. :"Cognition Training. Bestellen
te Language
University bij
Park Press.
: MTP Press Falcon
XI
+
178 pp.
end
Word Meanings.
Baltimore.
1980. f 8.25.
Llmlted
House
Cable Strest. 203 pp.
Categories,
+
Lancaster,
appendix
+
Lanes.
references
LAl IPE England +
index
~lt boek is een eerste. publicatie over een directe. observeerbare band tussen cognitieve 8n lingufstische vaardigheden in de prestatie van individuele k.inderen. Het is ook een eerste dOCumentatie van het samengaan van correcte produk.tie en verkeerd begrijpen bij het verwerven van woordbetek.enissen. Tevens levert het een bewijs van verschillen 1n produktie en begrijpen die rechtstreeks 1n verband staan met niet-llngutstlsche categariäle kennis. Het doel van dit werk is de vraag op te lossen of taal leren afhankelijk is van aanwezige kennis ofwel kennis creäert. Twee groepen kinderen werden daartoe geobserveerd. naargeldhg van hun vaardigheden objecten te catalogiseren naar hun kleur. De bevindingen hiervan worden zorgvuldig nagegaan' en hun mogelijke toepassing voor taalgestoorden WOrdt onderzocht. Het hoofdstuk VI 'The training of word meanings' gaat verder dan het aanleren van -een eerste lexicon. Daarbij wordt gepleit voor de semantische waarde van een woordtrainingsprogramma tegenover methodes die te veel de vormgeving nastreven •. Hoewel .geen kant-en-klaar prograrrma voorgesteld wordt, zit voldoende stof om zelf de correlatie tussen cognitie en taal training te leggen.
G.V.M. eDIK.
S.C. en KDOIJ Uitgeverij
J.G.
: Algemene
Het Spe.ctrum/Wijnegem.
Taalwetenschap.
Aula 632.
1979, 314 pp., literatuurlijst
•.
register. Het boek is geschreven als elementaire inleiding tot de taalwetenschap en is een herziene editie van '8eginselen van de. algemene taalwetenschap'.' Ongeveer de helft bestaat uit beschrijving van fonologie. grammatica en semantiek. met de daarbij behorende gangbare methoden en begrippen. Afzonderlijke hoofdstukken zijn gewijd aan opvattingen van Saussure. het Praagse structuralisme. 8100mfield en Chomsky. Oe heldere stiji voor een niet steeds doorzichtige materie 1s opvallend; daarnaast maakt het .. d.idactische karakter. van het boek het voor beginnelingen en studer:aten goed lee~baar," Vele voorbeelden verduidelijken de ~heoretische
121
/ beschrijving. Er zijn 22 hoofdstukken. wat het voordeel biedt een bepaald onderdeel apart te kunnen bestuderen, zOnder alle vooraf$aandelljke materie te hebben moeten doorleten. Oe nieuwe stof omvat : t~algebrulk. taalhandeiingen. teslunlversalia en de relatie tusse~ taalwetenschap en andere wetenschappen. Een interessant studieboek. G.V.M.
e .
BOOIJ ..G. E...
KERSTENS J. G. en VERKUYL H. J.
taalwetenschap.
Aula 549. Uitgeverij
druk 1975; 187 pp., termen, Dit- lexlcón
b~bliografie.
: Lexicon
van de
Het Spëctrum/Wijnegem.
lijst van equivalente
eerste
Engelse
1SS fr.
geeft de termen weer die de laatste decennia
in de linguïstiek
gangbaar .Z~jri.
Syntaxis. fonologie en semantiek worden erin behandeld. De duidelijke begripsomschrijving. de verwijzing naar verwante definities en termen. en de literatuuropgave per item zijn positieve kanten van dit lexicon. Als naslagwer"1{bij het "r"aadplegen en bestuderen van theórÎ'e~n i.v.m. linguIstische stromingen vah onze tijd. blijft het een waardevol werk. G.V.M.
122
"Ma;.ia""Roépaa~"te'Ottersi.Jn1,'25 k:rriten zuiden van Nijmegen, is "~rllnstituut w.a;,r óii.gèvller 700- ge~stelijk gehandicapte kinderen en , vo!~as~enen "lever) e'en 1"2-tal'paviljàens, yerspre,id over ~ÈHi groot terr'ein. ,
in
",
Voorbégeleidtng, behandeling, verzorging.en verpleging wordt gezorgd dóor .iii tota,'; 71)0 medewerk(st)ers van verschillende discipli-
"rie"s. ""
"
'
"
Bin.nen ons InstJtüut "isaa"nwezigde dienst Taal en Communicatie die ,tot "taa'k'héett "de-"contact-en cOn'lmunicati.emog~fijkheden van onze pupitleo"tè verrüinien; De dienst bestaat uit 3 medewërke'rs, t:w. een 16gep~(;flste;on~:iéi'wljzer'es"en'een groèPsleidstÊrr. Binnenkort vindt een Uitbr-eiding"plaats en y!or"dt een .
.
.llJgo~akoepedist(e) gei"aagd:.die doOr middel van individu~.I~ b~han~~ling .alsni~d~ ond~rst"euningvän groepsieiding een bijdrage levert aan de contiû:tmOgelijkhe'den"van,(jn"z~"pupïlfën. Het v~rr:'ichten van gehooronderZoek zal qnderç:l~el"y~rÏdeie 'furiGt!e zijn: ' YoC?r ..d~ze funcr!e",ko~t in ~än~er.king een ~dewerk(st)er dier i,ï h~t bezit.!" van d~ opl~id,ng .Logop~di~ ~n.Akoep~die; b~langsteifing heeft voor "alter'nëitieve"cotntri~nicatievorm'en en in.staat is'in "t,eair)ve"rbaiid"ie werken.' , T~lefonische ifllie;h,tingenworden gaarne-verstrekt door 'qe heer W ..Poph,a en mevrouw J, van !ier Kooi, tel. (08851) 39 00: "SctuiftéÎijke" solliCitaties kunt u richten aan de_afdéling Personeelszaken::Siebllngéwaldsew.eg 15,6595 NX Ottersum.
MAR'IA ROEPAAN
leefgem~enst:hap .van geestelijk gehandicapten
•
123
.,
/
LOCO - MINI LOCO Loco is eeh veelzijdig en boeiend educatief spel, waarbij spel~n en leren harmonisch samengaan. Hét is uiters~ doeltreffend'lesms_terias', voor elk~'klas. Loco beoogt niet zozeer het aanleren van nieuwe 5t0'1, maar wel "het zeliständig :inoefenen erv"an. Het samengaan van het spelelement met eeh grote verscheidenheid'jn niveaus zowel' voor rekenen als voor taal maakt het Loco-systeém tot eenjdeaal wêrkinstrument voor t8al- en rekenactiviteiten in aanp~singsklas en ~et bijtonder onde':Wijs.
de
MINI LOCO DOOS 250 fr. - LOCO DOOS 320 fr. OEFENBOEKJES 72 én 92 fr. Vraag een folder met uItgebreide Informatie. l. DE VOS, P. lIBERT, G. VANHOUTTÉGEM
ROTACISME In het Loco-systeem wordt er ook specialeaandacht besteed aan oefeningen voorde goede uitspraak van de R. Bij het werken met licht mentaal gehandic"apte kinderen, werd de behoefte gevoeld aan behandeli ngsmaterlaal voor de frequent voorkomende articu latiemoeilijkheden. Dit pakket wil hiertoe een bijdrage leveren door het I:?iedenvan concrete hulp bij de behandeling van rotacisme. Dit materiaal is zowel geschikt voor het g~woon als voor het buitengewoon onderwijs.
Oefenboekje rotacisme Mini-Loco doos
72 fr. Werkboekje 250 fr. Handleiding
132 fr.
48 fr.
G. VAN MAElE
LEREN SPREKEN
148Fr
In
Een initiatie en preventie van spraak-, stem- en taalmoeilijkheaen. Ouders, leerkrachten en al diegenen die met taal en opvoeding te maken hebben vinden in deze uitgave een beknopt overzicht van de normale en afwijkende spraak-, stem- en taalontwikkeling. Met richtlijnen en oefeningen om bepaalde stoornissen te voorkomen. ""I11III
~------ De Sikkel. -_ . .-
DE SIKKEL. Kapelsestraat . 222, 2080 Kapellen-Tel. 031/64 . 53 20 ~ . ,. .
Basis .voór Beter Onderwijs._
LAPPERRE HOORAPPARATEN Lapperre-hoorapparaten Is dertig jaar oud: - een rijke ervaring met zeer verschillende gehoorproblemen - meer dan 60 geselekteerde hoorapparaten uit de 8 beste wereldmerken - een grondige service, met gratis nazichten in heel het land en gedurende gans het jaar. Lapperre Is dertig jaar Jong: - elke slechthorende is onze allereerste klant - een alles-in-het-oor toestel volledig op maat gemaakt verbluffende resultaten - alle toestellen gratis op proef (mits doktersvoorschrift) - een uniek onderhoudskontrakt (5 jaar)
LAPPER RE GEHOORMETINGEN REEDUKATIE-APPARATUUR
met
-
- tonale en vokale audiometrie - depistage. klinische, semi-klinische, diagnose audiometers digitale aanduiding - Peters - Interacoustics - Maico - Eck.stein - Grason-Stadler - E.N.G. : L.T.-Instruments : Pollman, Sapper & Hortmann - kinderaudiometrie : Peep-show, Suzuky, Baby reaktometer - depistage en klinische impedantiem'eters met ingebouwde schrijver: GRASON - STADLER
LAPPERRE:
GELUIDLOZE
KABINES
met
XY-
OP MAAT OF
GEPREFABRICEERD
LRPPERRE 11 HOORCENTRA & 220 AGENTSCHAPPEN IN BELGIE (adressenlijst verk.rfjgbaar op gewone aanvraag) HOOFDZETEL: ZUIDSTRAAT 2 • 1000 BRUSSEL - TEL. 02/513.90.30
INHOUD Ervaringen met en evaluatie van therapie bij hese kinderen C. De Bal en C. H. Waar'
p. !
Stotteren anticiperen bij lezen en spontaan spreken: een onderzoek bij 23 volwassen stotteraars L. Cuyvers en R. De Clercq
p. ,
Multipele sclerose: een onderzoek naar stem- en ademhalingskarakteristieken bij 40 M.S.-patiënten - C. Claes-Lambers
p. !
Proefschriften 1979
p. l'
Mededelingen
p. 1"
Boekbesprekingen
p. 1"