Tien Eeuwen Eyiandt Flielandt Orgaan van de Cultuurhistorische Vereniging Eyiandt Flielandt
Vllelander amateurs
Gasten schllderen Vlleland
Hakkelbouten
Redding van de bark "Die Braut" In 1867
17e jaargang, nr. 3, September 2007
Uitgave van de Cultuur Historische "Eylandt Flielandt" Zeventiende jaargang, nummer 3 September 2007 Het blad verschijnt 3x per Jaar, exclusief een Jaarlijks
Vereniging
themanummer
Lidmaatschap € 12,= per jaar; buiten Vlieland € 14,= per jaar Bankrekening nr.: 36.76.50.029 Correspondentie
adres:
E-mail: Telefoon :
H.F. Vugts Lutinelaan 33, 8899 BD Vlieland
[email protected] 0562-453199
Bestuurssamenstelling:
Dagelijks
bestuur:
T.A. Renier-Willems A. Bruin-Kommerij H. de Wit
Overige
voorzitter 0562-451660 Dorpsstraat 69, 8899 A D Vlieland secretaris 0562-451736 Postweg 1, 8899 BZ Vlieland penningmeester 0562-453381 Dorpsstraat 130, 8899 A N Vlieland
bestuursleden:
D. van der Veen H.F. Vugts Redactie: J.P. Deen H.F. Vugts C. Winkelman Commissies: Gasten schilderen Vlieland/Vlielander Tj. Bijtelaar-te Velde
Amateurs
Het auteurrsrecht/copyright van de inhoud van dit blad berust uitsluitend bij de Cultuur HistorischeVereniging "Eylandt Flielandt" te Vlieland. Wanneer artikelen de naam van een auteur dragen, berust het auteursrecht bij de auteur
Inhoudsopgave septembemummer
pagina
Verslag Jaarvergadering C H V
2
Uitslag van de expositie Vlielander amateurs
4
Tentoonstelling "gasten schilderen Vlieland" 2007-2008
5
Correctie en aanvuUingen
6
Nieuws van het Tromp's Huys
9
Zijn er nog hakkelbouten van de waterstaat meting in 1877 op Vlieland?
11
... .is er weinig merkwaardigs....
20
Vlielander reddingboot betrokken bij de redding van de bemanning van de Pruisische bark "Die Braut" op 23 november 1867 Boekbespreking
22 28
1
Verslag Jaarvergadering Cultuurhistorische Vereniging 'Eylandt Flielandt'. De vergadering werd gehouden op 2 mei 2007 in hotel Golfzang, Aanwezig 30 personen, met kennisgeving afwezig: dhr. Kuiper en Verkuil. Aanwezige bestuursleden: T. Renier (voorzitter), H. Vugts, H. de Wit, A. Bruin, D. v.d. Veen. Opening:Voorzitter opent de vergadering met een kort verslag van de werkzaamheden van de bestuursleden. Aangekocht is een Zeekaart welke in de zaal is te zien. De bestuursleden zijn onder leiding van Dirk Bruin over het eiland geweest om verschillende historische punten te bezichtigen. Gebleken wcrd dat nog al wat kennis verloren is gegaan in de loop der tijden. Veel werk is verricht voor de Slauerhoff tentoonstelling. Deze expositie werd op 26 juni geopend. Verslagen: Notulen jaarvergadering 2006, Jaarverslag secretariaat over 2006, Jaarverslag en jaarrekening van de penningmeester over 2006 en de begroting werden zonder opmerkingen door de aanwezigen goedgekeurd. Ook de kascommissie bestaande uit mevr. Lily Hondorp en dhr. Cor Messing waren tevreden over het werk van de penningmeester. Cor Messing en Joost van Bommel zijn benoemd tot de nieuwe kascommissie. Voorafgaand aan de rondvraag werd er nagesproken over de expositie Slauerhoff Dank ging uit naar H. van Tichelen, hij gaf de tip over de aangekochte zeekaart. Tijdens de rondvraag vroeg mevr. Hondorp waarom de naam van Slauerhoff niet op de gedenkglasplaten voorkomt. Dhr. Ton Pronker antwoordde dat de naam er wettelijk wel op moet worden vermeld, maar de drukker van studio Mansveld van Terschelling heeft geweigerd dit te doen. Volgens mevr. N.Cupido staan er twee fouten op de platen. Ook wilde zij weten of de mededeling 'Expositie Vlielander amateurs' wel de juiste was. De voorzitter wijst i.v.m. deze vraag naar de expositie Slauerhoff dat de 'Vlielander amateurs' iets korter is geworden. De expositie tijd is vanaf januari t/m de mei vakantie. Marjan Douma zou graag willen spreken over de tentoonstellingen 'Vlieland / Gasten' tentoonstelling. Zij komt klem te zitten met grotere tentoonstellingen. Ze verzoekt het bestuur van de CHV hierover na te denken. De voorzitter beloofd haar dat er over gesproken gaat worden. Mevr. Cupido wil de mogelijkheid van een nieuwe locatie voor 'Eiland/gasten' ook graag is het gesprek betrekken. 2
De voorzitter sluit vervolgens het officiele gedeelte van de vergadering. Na de pauze liet Dirk Bruin afbeeldingen zien van het duiken van de eilander duikers. Hij kon een duidelijk verhaal over de belevenissen van de duikers vertellen. De voorzitter bedankte Dirk Bruin voor zijn bijdrage. Het Zeevrouwenkoor 'De drie gepasseerd' beeindigde de vergadering met het brengen van een aantal liedjes over de zee en Vlieland. Ook het koor kreeg een daverend applaus en een dankwoord van de voorzitter. Zij sloot de vergadering met een dankwoord aan de aanwezigen.
Durpsgezicht getekend dour Hart Nibbrig
VERLEDEN TEN DAGE zoekt men op Vlieland naar een historisch verledenleeft dit in het heden emo waterland 3
Uitslag van de expositie Vlielander amateurs redactie Afgelopen winter/voorjaar werden 28 kunstwerken tentoongesteld in het Tromp's Huys. De expositie werd georganiseerd door de Cultuur Historische Vereniging "Eyiandt Flielandt". Als eerste prijs werd een Betzy Akersloot penning beschikbaar gesteld. Het bepalen van de eerste prijs werd door de bezoekers van de expositie gedaan. Z i j werden verzocht om via een stembriefle kenbaar te maken welk kunstwerk volgens hun smaak het beste was. Naast schilderwerk was er ook houtsnijwerk en keramiek te zien. Op zaterdagmiddag 5 mei maakte de voorzitter van de CHV op een bijeenkomst in het Tromp's Huys de uitslag bekend. De derde prijs ging naar Hein van Houten met 51 stemmen. De tweede prijs kwam bij mevrouw L. Visser terecht met 124 stemmen, terwijl de eerste prijs met 173 stemmen naar mevrouw Ina Kuiper ging voor haar schilderij "Strandpret". De organisatie kon weer terugzien op een geslaagde expositie.
Overhandiging van de Betzy Akersloot penning aan Ina Kuiper
De winnares naast haar twee
4
schilderijen
Tentoonstelling "Gasten schilderen Vlieland" 2007-2008 Traditie getrouw wordt ook dit jaar weer de tweejaarlijkse tentoonstelling "Gasten schilderen Vlieland" georganiseerd door de Cultuur Historische Vereniging "Eylandt Flielandt" en wel van 17 december 2007 tot 23 maart 2008 in het museum Tromp's Huys. ledereen kan aan deze tentoonstelling deelnemen. U mag maximaal twee werkstukken inleveren en om de tentoonstelling te verlevendigen mogen ook andere kunstuitingen (beelden etc.) van beperkte omvang ingezonden worden. AUe werken worden te koop aangeboden. Van het verkochte werk draagt de deelnemer een bijdrage af aan het museum. De werkstukken dienen uiterlijk een week voor de tentoonstelling in het museum Tromp's Huys aanwezig te zijn. Bij het inleveren krijgt u ook een bruikleenovereenkomst. Ook nu weer zal het bezoekende publiek door middel van het inleveren van een stembiljet worden gevraagd de beste inzending te kiezen. De wirmaar of winnares zal met een oorkonde en bijpassend geschenk worden vereerd.
De eerste prijs van 2005-2006, 'HavenhuujW, geschilderd dour J. Visser
Correctie en aanvullingen Ons lid Ton Pronker vemam, naar aanleiding van zijn artikel in het decembemummer van 2006: "De laatste kapiteins op de Kaap Hoomvaart van de Nederlandsche Groote Zeilvaart kwamen alien van de vier Friesche Eilanden", van een nazaat van Kapt. Wiebes, dat het jaartal vermeld op bladzijde 5, 1916, moet zijn 1917. In het kader van het "De Ruyter jaar" zond Ton Pronker een aanvulling in op zijn artikel in "Tien Eeuwen Eylandt Flielandt", maart 1994. Daarin werd melding gemaakt van de vier bezoeken van De Ruyter aan Vlieland, namelijk in mei en november 1656, September 1660 en in april/mei 1664. Admiraal De Ruyter niet vier, maar vijfmaal op Vlieland? door Ton FJ. Pronker Intussen blijkt dat De Ruyter nog een vijfde maal hier is geweest. In het eerste jaar van de Tweede Engelsche Oorlog, waarin het Engelsch Kanaal door de Engelsen beheerst werd, had een vloot van uit Indie terugkerende V.O.C.-schepen de route beNoorden Schotland om genomen en wachtte in de baai van Bergen, aan de Noorsche Westkust om veilig Nederland te kunnen bereiken. De Ruyter die met een vloot van's Landts Schepen, d.w.z. oorlogsschepen, in de Noordzee kruiste, nam die V.O.C.-schepen, alsmede andere Nederlandsche koopvaarders uit de Noordelijke wateren onder zijn hoede en escorteerde hen naar Nederland. Na een zware storm, waarin het moeilijk was om de vloot bij elkaar te houden, viel De Ruyter midden September 1665 met die grote gecombineerde oorlogs- en handelsvloot, die zeker tegen de honderd schepen zal hebben geteld, Het Vlie binnen en ging op de Vliereede ten anker. De Vlieree die toen veel dichter onder Oost-Vlieland lag dan nu; stelt U zich dat schouwspel voor: honderd van zulke mooie schepen vlak onder ons dorp; waarbij De Ruyter's zijn vlag voerde op de "Delflandt", een schip met 70 stukken geschut en 350 man aan boord.
6
Het uitzeilen van de Nederlandse vloot bij de Vliereede uit: Een nieuw schip voor Michiel de Ruyter
Voordat onze kust bereikt werd had ook een eskader van tien oorlogsschepen en enige koopvaarders onder ComeHs Tromp zich bij de vloot van De Ruyter gevoegd. In de berichtgeving over dit alles is het echter niet duidelijk of Tromp en zijn eskader met De Ruyter's vloot ook Het Vlie binnen kwam of dat hij de Reede van Texel (het Marsdiep dus) opzocht. De V.O.C.-schepen en de andere koopvaarders zuUen vanaf de Vlieree wel over de Zuiderzee naar hun thuishavens zijn teruggekeerd. De Ruyter bleef met's Landt's schepen op de Vlieree in afwachting van berichten over wat de Engelsche oorlogsvloot ging doen. A f en toe ging hij met de schepen buitengaats om voor onze kust in spiegelgevechten de vloot te oefenen. Ook met die aanpak toonde De Ruyter dat hij niet zomaar een vechtersbaas was, maar een vlootvoogd die de strijd ter zee op een hoger plan bracht. Eind September stak De Ruyter met de intussen verder versterkte vloot, weer in zee om de Engelsche vloot op te zoeken, maar het kwam dat najaar niet meer tot een treffen. Hoewel ik daarover nog geen concrete berichten heb kimnen vinden, is het zeer wel mogelijk 7
dat De Ruyter in die periode ook op Vlierland aan wal geweest is om de Commissarissen van de Admiraliteiten te bezoeken. Of om ter Kerke te gaan; een gelegenheid daarvoor liet hij zich niet gaame ontgaan. Op deze reis bevond zich ook de Raadspensionaris Johan de Wit, de feitelijke leider van de Republiek, bij De Ruyter aan boord. Dat zou enerzijds kunnen betekenen dat er voor de Admiraal minder redenen waren om met de gecommitteerden der Admiraliteit hier te overleggen; anderzijds zou, als De Ruyter toen wel Oost-Vlieland heeft bezocht, Johan de Wit hem zeer wel op ons eiland hebben kunnen vergezellen.
Michiel de Ruyter getekend door Leentje Linders Foto: Leentje Linders
8
Nieuws van het Tromp's Huys Onder grote belangstelling werd op vrijdag 25 mei de tentoonstelling "De Ruyter was hier!" door Vlielands burgemeester Baukje Galama geopend. Deze feestelijke gebeurtenis startte met een lezing gegeven door Dr. Adri P. van Vliet (maritiem historicus) getiteld: 'Een vriendelijcke groetnisse". In een boeiende presentatie kwamen een aantal brieven van het thuisfront aan de vloot van De Ruyter (1664-1665) aan de orde. Vervolgens opende de burgemeester de tentoonstelling waama de aanwezigen onder het genot van een versnapering konden kennisnemen van de expositie. Parallel hiermee startte de tentoonstelling van etsen van kunstenares Leentje Linders die voomamelijk betrekking heeft op het maritiem Nederlands verleden. Leentje Linders is mateloos geboeid door het varen en verkennen van de schepen uit vroeger eeuwen, de ontdekkingsreizen, handelsondememingen en het gevaarvoUe leven aan boord. Bekend van haar zijn de scheepsportretten van de Zeven Provincien en andere schepen uit de VOC-tijd waaronder het jacht De Duyfken. Haar vrije werk groeide uit tot etsen waarbij schepen werden omringd door beelden en symbolen uit de roemruchte historic van de Nederlandse zeevaart en het VOC-verleden. Beide tentoonstellingen zijn zeer de moeite waard om eens te bezoeken en duren tot 13 december 2007. Op woensdag 8 augustus j . l . is aan Museum Tromp's Huys dit schilderij van de hand van Betzy Akersloot-Berg geschonken. Het is een waardevolle aanvulling op de collectie van schilderijen, tekeningen en etsen die van deze kunstenares bewaard gebleven zijn. Het schilderij is afkomstig uit de nalatenschap van een sigarenfabrikant uit Beverwijk die werken verzamelde van kunstenaars van de Haagse School, maar ook van Betzy Akersloot. Hij reisde graag naar de Waddeneilanden, heel goed mogelijk dat ze elkaar hier op Vlieland ontmoet hebben. In 1896 gingen Betzy en haar man immers in dit huis op Vlieland wonen, ze waren toen nog niet zo lang gehuwd. Het schilderij is te bezichtigen tot het moment dat het naar de restaurator gaat voor een opknapbeurt. 9
Het geschonken schilderij van Betzy
Akersloot-Berg
foto: M. Douma
Medio September heeft de conservator van het Tromp's Huys, Marian Douma, een uitzonderiijke schenking van uit handen van de heer Dekking, woonachtig in Rotterdam, hier op Vlieland in ontvangst mogen nemen. Een neef van de stiefvader van de heer Dekking, Koning genaamd, was chef marconist op de s.s. Gelria, het schip waarop ook de bekende schrijver-dichter-scheepsarts J.J. Slauerhoff gevaren heeft. De twee heren raakten bevriend. Dankzij de tentoonstelling verleden jaar in het Tromp's Huys over het leven van Slauerhoff, waarvan de heer Dekking kennis nam, heeft hij besloten het Tromp's Huys een schenking uit eigen bezit te doen toekomen. De schenking bestaat uit originele gedichten van Slauerhoff, getypte bladen (manuscripten) betreffende hetgeen Slauerhoff geschreven heeft in Konakry (Dakar) en briefkaarten van Slauerhoff gericht aan het toermialige adres van de heer Koning. In het decembemummer zullen we de leden van de CHV in Tien Eeuwen Eylandt Flielandt hier verder over berichten. 10
Zijn er nog hakkelbouten van de waterstaat meting in 1877 op Vlieland? Door Ham van Tiggelen Vanwege de aankoop van Register X I . Peilschalen, hakkelbouten, enz. op de eilanden Texel en Vlieland ben ik nieuwsgierig geworden naar de benaming hakkelbouten, wat zijn dit en waar heeft dit betrekking op. Het register bevat de beschrijving van de Peilschalen, hakkelbouten en andere verkenmerken op de eilanden Texel en Vlieland, provincie Noord-Holland. In het voorberigt staat: In den zomer van 1876 en in dien van 1877 zijn door den Aspirant-Ingenieur van den Waterstaat in Algemene dienst H.F.Beijerman en den Civiel-Ingenieur, buitengewoon opzigter van den Waterstaat in Algemene dienst W.de Man, waterpassingen verrigt ter hepaling van het Amsterdamsche Peil op de eilanden Texel en Vlieland. De verkregen uitkomsten worden in het hierbij behoorende register medegedeeld. Dat er in 1876/1877 een dergelijk register opgemaakt is van Texel en Vlieland zou misschien kunnen samenhangen met het feit dat de duinen op Texel 1 augustus 1876 in beheer bij het Rijk kwamen. Voor die datum waren zij in beheer bij de provincie. De zeeweringen op Vlieland waren overigens al eerder (in ieder geval voor 1864) in beheer bij het Rijk. Deze informatie is te vinden in: G. de Vries Az,: 'De zeeweringen en waterschappen van Noord-Holland (Haarlem 1864)', en G. de Vries Az/J.W.M.Schorer: 'De zeeweringen en waterschappen van Noord-Holland, 2^' uitgave (Haarlem 1894)'. In A.A. Beekman, 'Het dijk en waterschapsrecht in Nederland voor 1795', 2 delen (Den Haag 1905-1907), eigenlijk een soort woordenboek van waterstaatstermen, staat onder 'peilmerken': merk of teken, zeker peil aanduidende, gewoonlijk een horizontale inkeping in de kop van een hakkelbout. Een hakkelbout is een bout voorzien van kerven. (zie afbeelding) Er is ook een landelijke controle uitgevoerd van de hoogte van de peilmerken in de jaren 1875-1885. Dit dient enige uitleg en daarvoor nu
11
eerst een stukje geschiedenis over het AP (Amsterdams Peil) en het NAP (Normaal Amsterdams Peil).
Zijaanzicht hakkelbout.
Schematische afheelding van een hakkelbout
Kop hakkelbout zoals gebruikt in 1877 op Vlieland Hans van Tiggelen
Het nulpunt van het NAP is gelijk aan het nulpunt van het AP. Het nulniveau van het AP is in 1683 in opdracht van burgemeester Hudde van Amsterdam vastgelegd. Hij liet acht grote witmarmeren stenen inmetselen in acht sluizen in de dijk langs de zuidzijde van het IJ. Op deze stenen van Hudde was een horizontale groef aangebracht op zeedijkhoogte, zijnde 9 voet en 5 duim (2.676 m) boven het stadspeil (Amsterdams Peil of AP) Uit dagelijkse metingen van de eb- en vloedhoogte in het IJ bij de Haarlemmersluis, uitgevoerd in 1683-1684, bleek het stadspeil van Amsterdam (AP) vrijwel samen te vallen met de gemiddelde zomervloedstand (dus niet het gemiddeld zeeniveau) van het IJ bij Amsterdam. De gemiddelde vloed op het IJ bleef slechts 1,8 mm beneden het stadspeil. Het stadspeil (AP) was dus zeer waarschijnlijk bedoeld als de gemiddelde vloedhoogte op het IJ. De defmitie van het AP (later NAP) luidt van 1683 tot heden: 9 voet en 5 duim beneden het merk op de dijkpeilstenen van burgemeester Hudde. De dijkpeilstenen lagen in een waterpas vlak. Op die manier was het AP gefixeerd. In de loop van de 18*^ eeuw en met name in de periode 1797-1812 is het AP door waterpassing vanuit Amsterdam overgebracht naar andere plaatsen in het land en daar vast gelegd door middel van peilmerken (peilschalen, merkstenen, hakkelbouten e.d). Bij Koninklijk Besluit van 1818 is vervolgens bepaald dat het Amsterdams Peil (AP) voortaan zou gelden als referentiehoogte voor heel Nederland. 12
De peilmerken lagen niet op 0 m AP maar hadden een precies bekende hoogte t.o.v. AP. Zij dienden (en dienen) als uitgangspunt voor terreinhoogtemetingen voor allerlei praktische doeleinden. Toen men in de jaren 1875-1885, voor het eerst (uitgaand van de v i j f nog aanwezige dijkpeilstenen van Hudde in Amsterdam) een landelijke controle uitvoerde van de hoogten van de peilmerken in het land (Eerste nauwkeurigheidswaterpassing onder leiding van L. Cohen Stuart) en van daarop gebaseerde terreinhoogten, ontdekte men dat de hoogte van veel peilmerken (en daaraan gekoppelde terreinhoogten) niet klopte met de juiste hoogte. Deze verschillen waren het gevolg van meetoimauwkeurigheden en fouten bij oudere waterpassingen en verticale beweging van de peilmerken. Men heefl toen nieuwe of verbeterde peilmerken aangebracht en terreinhoogte opnieuw bepaald t.o.v. deze nieuwe peilmerken. De nieuwe peilmerken en de nieuwe bepaalde hoogten werden vanaf 1891 aangeduid met de letters NAP.
Steen van Hudde in de Eenhoornsluis
foto: F. Kwaad
Wat de toegevoegde letter N voorstelde werd er niet bij vermeld in de registers "Hoogte van verkenmerken" en in een desbetreffend bericht in het tijdschrift "De Ingenieur" uit 1893. Het aanvankelijk ontbreken van een verklaring voor de letter N heeft geleid tot misverstanden. De inter13
pretatie "nauwkeurig"of "nieuw" ligt voor de hand maar in de notulen van de 46'"' vergadering van de Rijkscommissie voor Graadmeting en Waterpassing is terug te vinden, dat NAP zou betekenen Normaal Amsterdams Peil, mogelijk in analogie met de Duitse aanduiding Normal Null (NN) die in 1879 is ingevoerd voor het Duitse referentiepeil dat gelijk is aan het Nederlandse. Hoe dit ook zij het referentieniveau van het NAP is gelijk gebleven aan dat van het AP (de dijkpeilstenen uit 1683 van burgemeester Hudde). Tot zo ver het stukje geschiedenis ten aanzien van het AP of NAP. Het register over de meting op Vlieland in 1877 is opgedeeld in kolommen met de opeenvolgende benaming: V'^ kolom de nummering. De afstanden in de 2**^ kolom zijn gemeten volgens de richting van de lijn van waterpassing zodat het verschil der gegeven afstanden voor twee achtervolgende verkenmerken de lengte van de weg doet kennen, welke hij de waterpassing tusschen de verkenmerken is gevolgd. In de kolom de Plaatsen van de verkenmerken. De opgegeven hoogte van hakkelbouten in de 4**^ kolom zijn die gemeten van den bovenkant van de kop van de hakkelbout. De afstanden in de 5^^ kolom zijn gemeten uit het midden der hakkelbouten. Als uitgangspunt der waterpassing heeft gediend de bout in het observatorium of "Landshok" te Helder en wel in het noordoostelijk muurwerk van de noordelijken toren, 1.445 M . uit den noordelijken hoek van den muur, 0.73 M . boven de bestrating, gelegen met het midden op 5 M . + A.P. Van deze bout is gewaterpast naar een bout in de Louise batterij te Nieuwediep (1). Vier volledige overbrengingen zijn geschied tusschen de Louise batterij en het zuidoostelijk einde van den Stuifdijk op het eiland Texel. Drie volledige overbrengingen over de Mok gaven de hoogte van een hakkelbout geslagen in peilpaal gemerkt no.l 1 aan het Homtje op Texel. De verdere waterpassingen hebben 'langs den volgenden weg plaats gehad: zeedijk van de "Prins Hendrikpolder"; zeedijk van den "Negen en twintig vereenigde polders"; zeedijk van den polder "Het Noorden"; zeedijk van den "Eendrachtpolder" tot den Cocksdorp-Eijerlandschen zeedijk; Eijerlandsche duinen tot een hakkelbout in strandpaal no. 33, tegenover de Vliehors. Verder terug langs den Eijerlandschen grindweg, door den polder "Het Noorden " naar den hakkelbout in de uitwateringsluis van dien polder, 14
van waar dezelfde weg bij de heengaande waterpassing is gevolgd, langs den zeedijk naar peilpaal no. 11 aan het Horntje. Tusschen het Eijerlandsche strand te Texel en de Vliehors zijn drie volledige overbrengingen geschied'. De waterpassing over de Vliehors is gedaan in de rigting van den Stuifdijk en verder langs het Zuiderzeestrand door het dorp oost-Vlieland naar den bout van volzee in de haven van het eiland. Het Zuiderzeestrand was bij eb een ruim en goed begaanbaar strand, de huidige glooiing was toen nog niet aangebracht. Om nu antwoord te kunnen geven op de vraag: Zijn er nog hakkelbouten op Vlieland zijn w i j , mijn vrouw en ik, in april j . l . op zoek gegaan met als leidraad het register. De r** hakkelbout zou zich moeten bevinden volgens beschrijving in strandpaal K, hoogte bovenkant in Betrekking tot A.P. in meters 0.717, Deze paal staat op de west-zuidwestelijke punt van de Hors tegen over de Eijerlandsche vuurtoren. U begrijpt deze hebben wij voor het gemak even laten zitten, eerst maar eens opzoek naar anderen. De 2''"' hakkelbout, Afstand tot het beginpunt (2) in meters 9754, Plaats der Verkenmerken, Posthuis te Vlieland, a. in den oostelijke of voorgevel, Betrekking tot A.P. in meters 3.918, Nadere omschrijving: deze bout ligt 0.505 M. uit de noordelijke dagzijde van het zuidelijkste raam tusschen de 6" en 7^ steenlaag beneden den onderdorpel van het raam. Een betere zoekomschrijving kan je niet wensen dus op weg naar het Posthuis. Op P"' paasdag 8 april j l . was het een zonnige dag en het vernieuwde mooie terras bij het Posthuis zat vol. Wij namen plaats op een van de 2 banken die tegen de voorgevel zijn geplaatst. Na even orienteren zagen we achter de zuidelijkste bank een bout zitten weliswaar in de kleur van de gevel maar onmiskenbaar de in het register aangegeven bout uit 1877. Het fotograferen van deze bout was niet mogelijk omdat de bank volop bezet was en wij het niet gepast vonden om met ons onderzoekje andere mensen lastig te vallen. Er is ook nog sprake van een bout in de noordelijke of zijgevel maar door bouw e/o aanbouw konden wij dit niet nazien. De S*"^ hakkelbout, Afstand tot het beginpunt in meters 9814, Plaats der Verkenmerken Reddingbootschuur nabij het Posthuis, a. in den zuidelijken gevel, deze hebben wij niet aangetroffen maar zuUen nog eens goed kijken als er wat minder fietsen staan. h. in den westelijke of voorgevel, 15
Betrekking tot A.P. in meters 3.629, Nadere omschrijving: deze bout ligt 0.37 M. uit den noordelijken kant van den muur, in de 8^ voeg boven den sokkel en 0.215 M. uit den zuidkant van hetpenant.
Plaats van de hakkelbout Reddingbootschuur
en uitvergroot, foto's: Hans van Tiggelen
Floats van de hakkelbout Nederlands Hervormde Kerk en uitvergroot, foto's Hans van Tiggelen
16
De 4^* hakkelbout, A/stand tot het beginpunt in meters 16993, Floats der Verkenmerken, Dorp Oost-Vlieland in de Ned. Hervormde Kerk. Betrekking tot A.P. in meters 3.698, Nadere omschrijving: In den zuidelijken of voorgevel 0.255 M. ten westen van het contrefort (3) aan de westzijde van den hoofdingang, 0.39 M. boven den bestrating, 1.51 M. beneden den scherpen kant van den lekdorpel van het kozijn. De 5^' hakkelbout, Afstand tot het beginpunt in meters 17043, Plaats der Verkenmerken, Dorp Oost-Vlieland in het Raadhuis, Betrekking tot A.P. in meters 3.594, Nadere omschrijving: In den zuidelijken of voorgevel, 0.39 M. ten westen uit den dag van het metselwerk van den hoofdingangen 0.09 M. boven den plint. Nu wordt onze zoektocht wat lastiger omdat er bouten zouden zitten in particuliere woningen en om nu uitgebreid gevelonderzoek te doen zal je als vreemdeling ook niet in dank worden afgenomen. Bijkomend feit is dat de huidige woningnummers niet overeenkomen met de woningnummers in het register. De 6''* en 7'^' hakkelbout zouden zich volgens register respectievelijk bevinden in het huis toen gemerkt No. 132, bewoond door de Wed. C.D.Visser, en in het huis toen gemerkt No. 85, en bewoond door R.Bakker. De 8'" hakkelbout, Afstand tot het beginpunt in meters 17566, Plaats der Verkenmerken, Dorp Oost-Vlieland in het "Post en telegraafkantoor" (4), Betrekking tot A.P. in meters 3.008, Nadere omschrijving: In den noordelijken of voorgevel, 0.57 M. onder den onderkant van den hardstenen raamdorpel, 0.20 M. ten westen van den vooruitsprong van het plint, 2.84 M. uit den westkant van het gebouw. ( foto 4 ) Als wij de juiste plek hebben getraceerd is de hakkelbout afwijkend van de overige tot nu toe beschreven hakkelbouten. Het is een ronde met hierin de letters N.A.P., in het register wordt over deze afwijking verder geen melding gedaan. Het zou mogelijk om een bronzen hakkelbout kunnen gaan, de hakkelbout zit dik in de verf maar vertoont geen roestplekken zoals de drie vorige vastgelegde hakkelbouten. De 9**" hakkelbout, Afstand tot het beginpunt in meters 18980, Plaats der Verkenmerken, Haven van Vlieland, Betrekking tot A.P. in meters 4.027, Nadere omschrijving: a. in de Rijkswaterstaatskeet, b. idem. Hier staan bordjes Verboden Toegang voor onbevoegden maar vanaf de openbare weg meen ik er een te hebben waargenomen. 17
Plaats hakkelbout Post en Telegraajkantoor len
en uitvergroot,
foto's Hans van Tigge-
De lO*"* hakkelbout, Haven van Vlieland, deze zou zich in de beschoeiing der haven bevinden maar omdat de beschoeiing nadien (1877) al meerdere malen is vervangen zal deze wel verdwenen zijn. De 11''* hakkelbout, Afstand tot het beginpunt in meters 19030, Plaats der Verkenmerken Een bout aangevende de hoogte van volzee op Vlieland, Betrekking tot A.P. in meters 0.375 M. Nadere omschrijving: een bout met vierkantenkop in den zuid-zuidoostelijken hoek in den haven te Vlieland, aangevende de aldaar aangenomen hoogte voor volzee, 0.23 18
M. beneden den bovenkant van den ankergording en 0.27 M. uit den westkant van den Aden paal der beschoeijing. De 12"' hakkelbout, Afstand tot het beginpunt in meters 19030, Plaats der Verkenmerken De nul der houten peilschaal in den haven te Vlieland, of het merk van volzee, Betrekking tot A.P. in meters 0.375 M. Nadere omschrijving: De peilschaal staat naast de bovengenoemde bout. Deze laatste twee bouten hebben wij niet kunnen traceren, we hebben nog geinformeerd bij de havenmeester maar ook met zijn aanwijzingen kwamen we niet verder. In elk geval zijn er van de waterpassing uitgevoerd in 1877 een paar kenmerkende objecten bewaard gebleven. Het is misschien een mogelijkheid om de bouten schoon en meer zichtbaar te maken zoals de bout in de Reddingbootschuur nabij het Posthuis. Deze bout ziet er het meest authentiek uit, van de bouten die in 1876 op Texel zijn gebruikt is de kop in 4 vlakken verdeeld en die op Vlieland in 6 vlakken. Door het meer zichtbaar maken en onder de aandacht brengen is behoud voor de toekomst misschien meer gewaarborgd. Het zou toch zonde zijn als dit stukje waterschapshistorie zomaar helemaal verdwijnt. Reacties, aanvullingen, opmerkingen graag via de redactie t.a.v. de schrijver. 1. De Louise Batterij maakte deel uit van de Stelling van Den Helder. De batterij is in 1793 aangelegd. In 1799, kort voor de Engels-Russische landing, werd een mortierbatterij toegevoegd. Bij de stormvloed van 1825 werd de batterij, gelegen op het buitentalud van de Zeedijk, weggeslagen en werd op de Zeedijk herbouwd. Als vestingwerk in 1922 opgeheven. Andere namen voor de batterij waren " Erlprinses ", "de Unie " en "Prinses Louise ". Het werk is geheel verdwenen en onherkenbaar. 2. Het beginpunt is iedere keer strandpaal K. 3. Contrefort: volgens van Dale groot woordenboek der Nederlandse taal Elfde herziene druk 1984,1 steunmuur, schoormuur, stenenbeer. 4. Het "Post en telegraafkantoor" is nu het appartementen gebouw behorend bij Hotel Golfzang. IJmuiden april '07
19
....is er weinig merlcwaardigs.... door Hans Vugts Een van onze lezers attendeerde de redactie op een aardige beschrijving van Vlieland in "Kramers Geografisch Woordenboek" van 1850. De buureilanden Texel en Terschelling komen er beter af in het "eindoordeel". V l i u l a t i d , ne<J. c i l . , prov. JM. H u l l . , vA6r (UMI iug^any dfr ZuidtTZcc, insscheu T O X P I t-ii TjM'-Schollin^, van wt>lki? het door 't Oude-Vlie en
ot'n lengti? van 2 u . , bij een brecdre van ruim I / 4 u . , woidt door duinen tex'en ue zee beschcrmd eu hcistant ;;<>h
Woordenboek
Detail van de topografische kaart van Vlieland verkend in 1855, gegraveerd in 1862
20
Hieronder volgen dan de stukjes over Texel en Terschelling.De nauwkeurigheid waarmee de aantallen van het vee werd gegeven wekt wat mij betreft wel enige verbazing op.
X e x e l , ell, der Nederlandeu, in de N.zee, I/2 u. N. de N.kust der prov. N.Holland, tot welke prov. (arr. Alkmaar, kant. den Uelder) het behoort en waarvan het door het T e x e l a c h e - G a t of het Maradiep wonlt gescheiden. Met het sedert 1629 daarmede verbonden Eierland heeft het een grootte van nagenoesf 3 % O m. {I8,7f>4 bund.), met eene bevolking van 5.623 zielen (ISiD), die de burarerlUke gem. T e x e l ultmaken, tot welke, bchalve de hfapl. den Bur^r, de dorpen den Hoorn, Koog, Oostereind, OudeSchild, de "Waal en de-Cocksdorp, benevens de seh. Nleuwe-Schild, Oost, de Weaten, Zevenhnizen en Zuidkappel behooren. Aan de O.- en Zr.zijde wordt het eil. door aijken, elders door dulnen tegen de zee beschut, Alleen aan de duinen is eenijfen bosch- of boui^'Krond; al het overit^c bestaat ait wel' en hooiland. De hoofdbronnen van bestaan zijn de yeeteelt, landbottw, scheepvaart en visscheTii; inzonderheid fokt men er achapen, wier aantal men op ruim 30,000 stelt en die de welbekende Texielschc kaas leveren. I n 1853 werden uit de haven van »t Oade*Schild uitgcvoerd 4,247 schapen, 16,491 iammeren. 8»9 koeien en 149 ossen. De landbouw Icvert goede aardappclen, ro^ife, tarwe en gerat, maar ontoereikend voor eif^en verhrulk. — Het eil. is berucht door de menij^vuldigre achipbreuken, die op ziine kuaten hebben plaata Kchaa. Aan de ZO.zijde lijft de bekende B e e d e - v a n ' T e ^ e l . Beschrijving van Texel in Kramers Geografisch
Woordenboek
X o r ' S c h e l i i u K , ned.'eil., in de NTzee, tusschen Vlieland en Ameland, 3 n. NW. de prov. Friesl., maar behoorende tot de prov. N.Hnll., van welke het een gem. uitmaakt, die 2,706 inw. telt; lanjf 4V2 a „ br. {femiddeld 1 a., beslaande bijna 2 • m., of 10,777 bund. Be Z.kust wordt door zware d^ken, maar het overijre door duinen tegen't geweld der zee beschut. Men verdeelt het In een O.lljk en W.lyk deel, of O o a t e r - S c h e l l i n g en W c ' a t e r - S c h e l l i n g : in *t eerste en verreweg het grootsie liggen de d. M i d »1 a n d en H o o r n en cenige geh. en b.; het tweede heeft alleen het d. W e a t e r - S c h o i l i n g . Beschrijving van Terschelling in Kramers Geografisch
21
Woordenboek
Vlielander reddingboot betrokken bij de redding van de bemanning van de Pruisische bark "Die Braut" op 23 november 1867 door Ton FJ. Pronker Jaren geleden (ik meen ergens tussen 1930 en 1950) was hier op Vlie-
De prentbhejkaart
collectie T.F.J. Pronker
Ik heb deze afbeelding in verband gebracht met de reddingsactie waarbij mijn overgrootvader, de loods Feije Pronker, betrokken was en waarvan door de Noord- en Zuid-Hollandsche Redding Maatschappij een verslag werd gemaakt. Dat zal ongetwijfeld een geschreven verslag zijn geweest, maar dat origineel is er niet meer. Wat bewaard is gebleven, is een getypte transcriptie die alle kenmerken draagt van gemaakt te zijn in de begintijd van de schrijfmachines en vol typefouten zit. Die getypte versie is hieronder weergegeven, ontdaan van onmiskenbare typefouten, maar met behoud van onduidelijkheden die later aan de orde komen. 22
V e r s l a g van de r e d d i n g s c h i p "DIE BRAUT" op den
d e r opvarenden van het 2 3 s t e n November 1867
I n den morgen van den 23 s t e n November 1867 o n t waarde men van he t d u i n op het e i l a n d V l i e l a n d , dat op een a f s t a n d van twee uren, een g r o o t s c h i p i n de b u i t e n gronden was g e s t r a n d , w a a r b i j z i c h spoedig een paar L o o d s v a a r t u i g en van V l i e l a n d en T e r s c h e l l i n g bevonden, d i e e c h t e r b l i j k baar geen h u l p konden aanbrengen, door de hooge branding die b i j het schip l i e p . De r e d d i n g b o o t werd bemand met 8 wakkere z e e l i e den, daarop t e water gebracht en door de p o s t s c h u i t tusschen d i e beide e i l a n d e n op sleeptouw genomen en naar de p l a a t s des o n h e i l s g e s l e e p t . Het b l e e k e c h t e r weldra da t ook z i j geen h u l p zou kunnen bieden zonder z i c h aan h e t g r o o t s t e gevaar b l o o t t e s t e l l e n , en werd b e s l o t e n met de r e d d i n g b o o t naar de L o o d s v a a r t u i g e n t e gaan en de g u n s t i g s t e g e l e g e n h e i d a f t e wachten. De bemanning werd aan boord van de T e r s c h e l l i n g e r l o o d s b o o t No. 2, Schipper G.G.Molenaar opgenomen. Te d r i e uur i n den namiddag werd de p o g i ng gewaagd; de Loodsschipper g i n g met z i j n e boot en de r e d d i n g b o o t voor de b r a n d i n g i n de gronden t e n anker op k a b e l s l e n g t e van h e t wrak. Na e e n i g e ~ a a r z e l i n g begaf z i c h de s c h i p p e r van de Loodsboot met v i e r mannen aan boord Van de r e d d i n g b o o t en hadden z i j het g e l u k v i j f man van de i n t u s s c h e n g e v a l l e n g r o o t e mast t e redden en behouden op de Loodsboot t e brengen; Opnieuw s t a k de r e d d i n g b o o t a f , t e r w i j l nog een zesde r o e i e r i n dezelve had p l a a t s genomen en ook nu werden de vereende pogingen met h e t g u n s t i g s t e g e v o l g bekroond, door h e t redden van de zeven o v e r i g e opvarenden van h e t gestrande s c h i p . Des avonds t e n zeven uur kwam de r e d d i n g b o o t weder op h e t e i l a n d aan, en werden de geredde 23
schipbreukelingen door het Loodsvaartuig te T e r s c h e l l i n g aan l a n d g e b r a c h t . Het v e r o n g e l u k t e s c h i p droeg de naam van "DIE BRAUT" en i s gevoerd geweest door Kapt. 0 . Leek. De moedige r e d d e r s der equipage o n t v i n g e n van ons b e s t u u r den welgemeenden dank en b e s l o t e n w i j op v o o r d r a c h t d e r P l a a t s e l i j k e Commissie hun onzen z i l v e r e n en bronzen m e d a i l l e benevens een g e t u i g s c h r i f t aan t e b i e d e n . De namen d e r r e d d e r s zijn, G.G.Molenaar, F. Pronker, W, Molenaar, J . T . K r u l , G.T.Ree en P.K. Knop. Waar het schilderij dat de prentbriefkaart weergeeft, zich bevindt is mij niet bekend, zodat ik niet kan nagaan welke redding de schilder op het oog had. De prentbriefkaart noemt als jaar van de redding "omstreeks 1880". De details van de afbeelding kunnen echter zeer wel in de richting van 1867 en de stranding van "Die Braut" wijzen. "Die Braut" was een houten bark van 450 ton, gebouwd in 1853 in Memel (nu in Litouwen maar toen tot Pruisen behorende). De reeder was G.Linck in Danzig (de belangrijke Pruisische Hanzestad, nu tot Polen behorende). Gezagvoerder was Kapt. G.J.Leck. Het gestrande schip is inderdaad een bark en wel van een type zoals dat in het midden van de 19''^ eeuw gebouwd werd. Van het wrak waait nog de Pruisische vlag. Dat het reddingverslag bij de naam van kapitein Leek de voorletter O in plaats van G noemt kan hetzij een fout in het oorspronkelijke geschreven verslag zijn geweest, of wel een slordigheid bij het genoemd overtypen. Het rader-stoomscheepje dat op het schilderij de reddingboot sleept is met een grote mate van waarschijnlijkheid de (eerste) "Ada van Holland". Met dat, in 1849 in Engeland gebouwde, houten stoomscheepje werd door de bekende Amsterdammer stoomschip pionier Paul van Vlissingen en de Texelsche kandidaat-notaris W.H.Bruno Bok in de periode 1852-1877 een stoombootdienst tussen Nieuwediep (Den Helder), Texel en Harlingen onderhouden. Het reddingverslag vertelt dat de Vlielander reddingboot "door de postschuit tusschen de beide eilanden op 24
sleeptouw werd genomen en naar de plaats des onheil werd gesleept". Letterlijk genomen kan dat niet juist zijn. In 1867 werd de postdienst tussen Harlingen en Terschelling nog door de zeilende blazer van Ttjerk de Haan uitgeoefend, waarbij Willem Klijn voor de post van en naar Vlieland met een zeilvlet tussen ons eiland en de blazer op de Vlieree been en weer voer. Maar met een zeilvlet sleep je natuurlijk niet een reddingboot met negen man; die konden dan nog maar beter roeien. De eerste stoomboten tussen Harlingen, Terschelling en Vlieland verschenen pas in 1881-'83 en dat waren schroefstoomboten en geen raderboten. Het is heel goed mogelijk dat die "Ada van Holland" (die ook wel eens als sleepboot fungeerde) bij haar postdiensten tussen Nieuwediep, Texel en Harlingen ook wel in de buurt van onze eilanden kwam en dat zou op die bewuste 23"^ november 1867 het geval kunnen zijn geweest. »
.
De hotter van Tjerk de Haan. die van 1862 tot 1883 als postschuit de verhinding Harlingen en Terschelling onderhield uit: Passagieren op de Wadden
Wellicht is het zo gegaan dat de Vlielander reddingboot roeiende op weg was naar "Die Braut" en toen een sleepje heeft gekregen van de "Ada van Holland". Er is meer dat op de "Ada van Holland" wijst. Het schil25
derij toont een zeer vroeg (de Ada" was van 1849) type van een houten raderstoomscheepje. De "Ada van Holland" had een machinevermogen slechts 35 PK. Dat zullen wel NPK's zijn geweest, equivalent aan ca. 120 van de latere IPK's, maar met de weinig efficiente raderen, nog niet veel. Het is bekend dat het scheepje daarom veelal nog een fok voerde en ook dat toont het schilderij. Tenslotte de "Ada van Holland" had geen stuurrad, maar werd, net als een klein zeilscheepje, met de helmstok op het achterschip gestuurd en ook dat is op het schilderij te zien. Nu wat betreft de in het verslag genoemde redders, blijkt dat daar zowel Vlielanders als Terschellingers onder waren. De bemarming van de Vlielander reddingboot was dus, tijdens het wachten op een betere gelegenheid, over gegaan op de Terschellingse Loodsboot No.2 van schipper G.G.Molenaar. Wie bij die gelegenheid de schipper van de Vlielander reddingboot was, is niet bekend. Maar toen het moment daar was heeft blijkbaar niet hij, maar de schipper van de Loodsboot No.2 die taak op zich genomen. Wellicht omdat hij al bij het wrak geweest was. Gerrit Gerrits Molenaar, was geboren op 21 april 1814, waarschijnlijk in Hull (aan boord van een schip?) en was bij de redding 53 jaar. Hij stierf op Terschelling op 2 december 1888. De tweede genoemde redder was mijn overgrootvader, Feije Pronker, bij de redding 46 jaar oud. Hij was geboren op Terschelling op 15 September 1821, woonde bijna zijn gehele leven op Vlieland. Aanvankelijk was hij zelfstandig loods bij zijn vader Jan Pronker op hun eigen loodsboot, maar moest als loods in Rijksdienst treden toen rond 1840 het Rijk het loodswezen tot zich trok. Hij stierf op Vlieland op 23 maart 1903. Bij de naam van de derde genoemde redder, W.Molenaar wordt het moeilijker. Er komen twee Terschellingers in aarunerking, die daar qua beroep en leeftijd geweest kurmen zijn. De loodsschipper Willem Gerrits Molenaar, geboren 30 maart 1828, een jongere broer van eerder genoemde Gerrit Gerrits Molenaar. Ten tijde van de stranding van "Die Braut" was hij dus 39 jaar. Minder dan een jaar na de redding van "Die Braut" komt hij op 25 oktober 1868 om bij het vergaan van de loodsrinkelaar (een berucht type loodsboot, door het Rijk geintroduceerd toen zij het loodswezen tot Rijksdienst maakte) VL 4. Maar ook komt in aanmerking de toen 26 jarige loods Willem Klaas Molenaar, geboren op 30 September 1841 op Terschelling en begraven aldaar op 2 december 1903. 26
Als derde redder wordt genoemd J.T.Krul. Daarvoor komen twee broers in aanmerking. Of de toen 46-jarige Joost Teunisz Krul, geboren op Terschelling op 28 april 1821 en overleden op Vlieland op 21 oktober 1899. De andere mogelijkheid is de toen 42-jarige Johannis Teunisz Krul, geboren op 19 augustus 1825 op Terschelling en overleed op Vlieland op 13 oktober 1871, slechts 4 jaar na het gebeuren met "Die Braut". Beiden waren loods, woonden blijkbaar op Vlieland en kurmen deel hebben uitgemaakt van de bemanning van de Vlielander reddingboot. De volgende redder die het verslag noemt is G.T.Ree. Dat is een eilander naam, maar op geen der beide eilanden leefde toen een Ree met de voorletter G. Waarschijnlijk is er bij het genoemde overtypen van het verslag een G voor de C gelezen want er was toen wel de 34-jarige Comelis Tjebbes Ree, geboren op Terschelling op 20 juni 1833. Hij woonde in die tijd op Vlieland. Als sterfdatum wordt genoemd 24/25 oktober 1868 "op de Noordzee"; nog geen jaar na deze redding is hij omgekomen, vermoedelijk bij dezelfde ramp met de loodsrinkelaar V V L 4 als hiervoor genoemd bij Willem Gerits Molenaar. Tenslotte P.T. Knop. Dat moet de toen 30-jarige Pieter Klaas Knop zijn geweest. Deze loodsschipper werd 23 maart 1837 op Terschelling geboren en stierf daar op 14 juni 1916, 79 jaar oud. Resumerende kunnen we dus zeggen dat, ongeacht welke van de beide W.Molenaar's en van de beide J.T.Krul's in aanmerking komen, de Vlielander reddingboot bij de twee reddingtochten bemand werd door twee man wonende op Terschelling en vier man wonende op Vlieland. Van de acht man waarmede, volgens het verslag, de reddingboot van Vlieland vertrok, bleven er tijdens de redding dus vier achter op de loodsvaartuigen op de Vlieree. G.G.Molenaar kreeg voor deze redding de zilveren medaille van de Noord- en Zuid-Hollandsche Redding Maatschappij. Gedurende zijn leven verkreeg hij niet minder dan 16 reddingmedailles. De overige redders, waaronder mijn overgrootvader Feije Pronker, kregen de bronzen medaille.
27
Boekbespreking door Carin Winkelman Titel: Vlieland : Met licht geschreven Auteur: Karel Zijlstra, Hedy van der Wal, Jan Houter Uitgever: Karel Zijlstra, Hedy van der Wal, Jan Houter, Kabeljauws, 2007 Voor wie van de sfeer van het eiland wil proeven, ook als hij zich er niet bevindt, is er nu een prettig tijdverdrijf, want bladeren in dit boek brengt Vlieland meteen voor de geest in woord en vooral in beeld. Karel Zijlstra en Hedy van der Wal, beide kunstenaars, vormden ondersteund door Jan Houter een waar kijkfestijn voor de Vlielandliefhebber en eigenlijk voor iedere Waddenfanaat. Het mooi gebonden boek is gedrukt op glanzend papier en in oblong ('overdwars') vorm afgedrukt. Dit doet goed recht aan de vele panorama's waarop Zijlstra je trakteert, het geeft letterlijk ruimte aan het landschap. Vlieland met licht geschreven bestaat uit een afwisselende hoeveelheid gedichtjes en anekdotes met hier en daar wat feiten uit het verleden. Bij die anekdotes en verhalen is ongetwijfeld Jan Houter de bron geweest en een paar keer trakteert hij ons op eigen jeugdherinneringen. De gedichtjes zijn eenvoudig en sfeervol passend bij het boek. Maar bovenal bestaat het boek uit vele foto's, die zeer gevarieerd zijn qua onderwerp. Van de aankomst van met de boot, via vele prachtige landschappen en zeegezichten tot bijna abstracte beelden van motieven in het zand. De kwaliteit van de beelden is soms wisselend, maar dat is onontkoombaar in een boek dat alle aspecten van het eiland lijkt te willen weergeven en is wellicht ook gewoon een kwestie van smaak. Over het geheel genomen is dit een zeer prettig boek dat eilanders nog eens zal herinneren aan het voorrecht hier te wonen en badgasten in staat zal stellen een stukje Vlieland mee naar huis te nemen.
28
Doelstelling van de Cultuur Histori$che Vereniging Eylandt Flielandt De vereniging heeft ten doel: a. het wekken van belangstelling voor en bevorderen van de kennis van de geschiedenis van Vlieland. b. het bijeenbrengen, in eigendom verwerven en tentoonstellen van voorwerpen en geschriften betrekking hebbende op de geschiedenis van Vlieland, alsmede het beheer van de hieronder vallende bezittingen van de vereniging. c. het bevorderen van de beschemiing van de cultuur historische bepaalde sfeer op het eiland, en in het dorp Oost-Vlieland in het bijzonder. d. het bevorderen van de uitwendige en inwendige instandhouding van reeds bestaande cultuurhistorische monumenten op Vlieland. e. het bevorderen van het verwerven, behoud en restaureren van coUecties op Vlieland. f. het verlenen van steun, in de meest uitgebreide zin van het woord, aan het museum "Tromp's Huys", hiema te noemen: "het Museum". De vereniging tracht dit doel met alle wettige middelen te verwezenlijken, onder meer door: • Het verrichten van sponsoractiviteiten ten behoeve van de vereniging en het Museum. • Het geven van adviezen aan het Museum. • Het bevorderen van vrijwilligerswerk ten behoeve van het Museum. • Het verzorgen van publicaties. • Het organiseren van (studie) bijeenkomsten. • Het zonodig voeren van procedures om de onder b en vermelde doeleinden te bewerkstelligen. • Alsmede alle overige wettelijke middelen die het bestuur voor het bereiken van de doelstelling nodig acht, of daartoe bevorderlijk kunnen zijn. Contributie Het contributiebedrag van de C.H.V. is gesteld op € 12,= per jaar; buiten Vlieland € 14,= per jaar. U ontvangt hiervoor een acceptgiro. Wilt U geen gebruik maken van de acceptgiro, dan kunt U Uw contributie overmaken op bankrekening 36.76.50.029 t.n.v. Eylandt Flielandt.