ThiemeMeulenhoff Zorg Niveau h3
Verzorgen van mensen met een chronische lichamelijke aandoening Antwoordmodellen
Inhoudsopgave ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
1
2
3
Oriëntatie op de zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening
5
1.1
Kenmerken Praktijk: Toch zelfstandig?! Praktijk: Hoera weer thuis? Praktijk: Nachtwerk
5 5 5 6
1.2
Ontwikkelingen Praktijk: Goedkoop is duurkoop Praktijk: Professionele zorgverlening Praktijk: Marieke wil nieuwe kleren
7 7 7 7
1.3
Zorgsettings Praktijk: Een nieuwe opname Praktijk: Een pittig dagje Praktijk: Angst voor de dagopvang Praktijk: Thuis
8 8 8 8 8
De zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening
11
2.1
De rol van de verzorgende in de zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening 11 Praktijk: De kooi stinkt! 11 Praktijk: De meeste ben ik alweer vergeten! 11 Praktijk: Ik voel me nog zieker als ik al die dingen ga lezen! 12 Praktijk: De schrijfclub 12
2.2
Het zorgproces in de zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening 13 Praktijk: Ze hebben hard met me gewerkt 13 Praktijk: Ik kan niet lezen wat daar staat 13 Praktijk: Twee thermosflessen thee 13 Praktijk: Dat duurt een half uur! 14
2.3
Coördinatie en kwaliteitszorg in de zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening 15 Praktijk: Wist je dat ik een waterbed aan kan vragen? 15
Contextgebonden zorgverlening
17
3.1
17 17 17
De zorgvrager met reuma Praktijk: Duizend spelden Praktijk: Alles gaat ’s morgens anders
3.2
De zorgvrager met multiple sclerose Praktijk: Waar ben ik aan begonnen? Praktijk: Aangepaste vakantie
18 18 18
3.3
De oudere zorgvrager met kanker Praktijk: Bang voor genezing Praktijk: Moe
19 19 19
3.4
De zorgvrager met CVA die revalideert Praktijk: Creatieve ambities Praktijk: De slag om Arnhem
20 20 20
3.5
De zorgvrager met de ziekte van Crohn en een stoma Praktijk: Een heuvelachtig maanlandschap Praktijk: Het heeft niets met de kippen te maken
21 21 21
3.6
De zorgvrager met COPD Praktijk: Een nieuwe balans vinden
22 22
3.7
Een zorgvrager met aids Praktijk: Weg van huis Praktijk: Een man blijft een man
23 23 23
3.8
Een zorgvrager met diabetes mellitus Praktijk: Agressie
24 24
3.9
Een zorgvrager met een dwarslaesie Praktijk: Goedbedoeld
25 25
1
Oriëntatie op de zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening Kenmerken ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: TOCH ZELFSTANDIG?! 1
Maak bij dit voorbeeld net zo’n schema als bij het voorbeeld van meneer Bakker. Stoornis: reuma, pijnlijke en opgezette gewrichten. Beperkingen: fijne motoriek Handicaps: wassen en aankleden, koken, zelfstandig wonen.
2
Kun jij hulpmiddelen bedenken waardoor meneer zich nog wel zelfstandig kan douchen? Bijvoorbeeld een verlengde handdoek of andere aanpassingen aan de handdoek, een grote badcape die hij om kan slaan
3
Wat vind je van de reactie van Sandra? De student geeft een eigen mening hierover. Suggestie: Sandra is erg snel met het overnemen van de zelfzorg waarbij ze voorbij gaat aan de wensen van meneer. Ook is het misschien minder verstandig zorg aan te bieden zonder overleg met de leidinggevende.
PRAKTIJK: HOERA WEER THUIS? 1
Leg uit waarom iemand die een CVA heeft gehad tegelijkertijd chronisch ziek, lichamelijk gehandicapt en revalidant kan zijn. CVA is een chronische aandoening die lichamelijke handicaps kent. In de beginfase moet de zorgvrager revalideren en is dus revalidant.
2
Hoe zou je het gesprek met Arjan en zijn vrouw aanpakken? De student kan aangeven welke onderwerpen besproken worden, op welke wijze zij rekening houdt met de privacy en of ze wel of niet consult vraagt aan de leidinggevende. Hierbij moet de student aangeven dat ze begrijpt welke veranderingen er door het CVA in het leven en de relatie zijn zoals afhankelijkheid en de rol als kostwinner die verdwenen is.
3
Vind je dat je de kinderen ook moet betrekken in het gesprek? Waarom wel of niet? De student geeft een eigen mening hierover, met argumenten. Suggestie: Ja, een gesprek met de kinderen kan gezien de leeftijd van de kinderen prima. Bovendien zijn de kinderen partij in het gebeuren. Daarnaast is het goed om ook het echtpaar alleen ruimte te geven voor een gesprek, omdat er dan vaak makkelijker gepraat wordt. Let erop dat de student wel de grens van eigen beroep en deskundigheid bewaakt.
© ThiemeMeulenhoff
5
Verzorgen van mensen met een chronische lichamelijke aandoening
PRAKTIJK: NACHTWERK
6
1
Welke ziektebeelden komt Hetty tegen? Diabetes mellitus, reuma, (lever)kanker, CVA, MS.
2
Waarom wonen sommige mensen met een chronische aandoening wel in een verpleeghuis en anderen, zoals Carla, niet? Dit is afhankelijk van de beperkingen en handicaps van de zorgvrager. De vraag is of een zorgvrager wel of niet zelfstandig kan wonen en functioneren.
3
Welk verschil is er tussen de zorg voor iemand die pas een CVA heeft gehad, zoals meneer Van der Zwaag en iemand die lang geleden een CVA heeft gehad, zoals mevrouw De Haan? De zorg voor iemand die pas een CVA heeft gehad richt zich meestal op revalidatie.
© ThiemeMeulenhoff
Oriëntatie op de zorg voor mensen met een chronische
Ontwikkelingen
lichamelijke aandoening
Ontwikkelingen ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: GOEDKOOP IS DUURKOOP 1
Wat vind je van de actie die Yamouna onderneemt? Het is begrijpelijk dat Yamouna aan belt als ze het vervuilde huis ziet. Dit is goed burgerschap. Yamouna handelt correct door haar manager in te schakelen.
2
Houdt ze voldoende rekening met de privacy van meneer? Dit is twijfelachtig, omdat in de situatie niet vermeld wordt dat ze meneer op de hoogte brengt van haar vervolg stappen. Wel is het zo dat ze het alleen met haar manager bespreekt die hiervoor ook de aangewezen persoon is.
3
Ben je het wel of niet eens met verhogingen van de eigen bijdrage en waarom? De student beargumenteert haar mening. Uit het voorbeeld blijkt wel dat bezuinigingen niet altijd leiden tot echte besparingen. De latere opname is veel duurder dan de geboden thuiszorg.
PRAKTIJK: PROFESSIONELE ZORGVERLENING 1
Wat vind je van de oplossing die Marjan heeft bedacht? Dit duidt niet op vraaggerichte zorg maar op het principe ‘wij weten wat goed voor u is’. Mevrouw wordt niet in haar waarde gelaten.
2
Zie jij mogelijkheden om mevrouw zo ver te krijgen dat ze toch de medicatie inneemt? Samen met mevrouw kan gekeken worden naar het tijdstip van de medicatie, hulpmiddelen om de toiletgang te vergemakkelijken zoals een postoel en makkelijke kleding, bijvoorbeeld pantykousjes in plaats van panty’s. Ook kan in overleg met arts gesproken worden over de frequentie van de medicatie. De student moet hierover met mevrouw kunnen onderhandelen en naar een win-winsituatie toewerken
3
Welke adviezen zou je mevrouw geven om toch op tijd bij het toilet te komen? Gaan bij de eerste aandrang, tijdstippen aanhouden, postoel gebruiken en makkelijke kleding kiezen.
PRAKTIJK: MARIEKE WIL NIEUWE KLEREN 1
Wat zou jij Marieke adviseren als ze nieuwe kleren wil hebben? Trek makkelijk verwisselbare kleren aan, let op winkels die toegankelijk zijn voor rolstoelen, vraag de verkoopster of er nog een andere ruimte is waar gebruik van gemaakt mag worden als er alleen kleine pashokjes zijn en vraag hulp als je dat nodig hebt.
2
Hoe had Laura het kleren kopen beter kunnen voorbereiden? Ze had Marieke kunnen vragen naar haar verwachtingen en ervaringen en kijken naar winkels die goed toegankelijk zijn met een rolstoel.
3
Welke openbare voorzieningen in jouw omgeving zijn goed toegankelijk voor rolstoelen en welke kunnen verbeterd worden? De student noemt een aantal voorzieningen en vertelt wat er verbeterd kan worden.
© ThiemeMeulenhoff
7
Verzorgen van mensen met een chronische lichamelijke aandoening
Zorgsettings ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: EEN NIEUWE OPNAME 1
Hoe zou jij dit gesprek gaan voeren? Het onderwerp voorbereiden en informeren bij collega’s of zij dit beeld ook hebben. Dan met mevrouw praten over de visie van het huis en uitleggen waarom zelfredzaamheid zo belangrijk is bijvoorbeeld voor de eigenwaarde en het zich nuttig voelen.
2
Wat vind je ervan dat Wilson wacht tot mevrouw weer belt voor hulp? Dit is minder geschikt, omdat er dan een situatie is die om handelen vraagt en niet om een gesprek. Mevrouw vindt op dat moment immers dat ze hulp nodig heeft en dat ze er recht op heeft.
3
Waarom zou er een indicatie voor een verzorgingshuis aan mevrouw gegeven zijn en niet voor een verpleeghuis? Omdat mevrouw nog niet een dusdanige zorgbehoefte heeft dat opname in een verpleeghuis noodzakelijk is.
PRAKTIJK: EEN PITTIG DAGJE 1
Noem minimaal vijf observatiepunten bij mevrouw Veenstra. Mogelijke observatiepunten zijn: het eetpatroon, de hoeveelheid drank die ze drinkt, het drinkpatroon, lichaamshygiëne, relaties/isolement, veiligheid in huis en bewegen.
2
Wat vind je van de opmerking die Ina naar meneer Verkerk maakt? Dit is geen correcte opmerking. Zorgvragers mogen niet de dupe worden van je eigen problemen. Normaal zou Ina immers anders hiermee omgaan en zou meneer haar niet zo irriteren.
3
Hoe vind je het dat Ina haar problemen deelt met een zorgvrager? Ina overschrijdt hiermee een grens. Werk en privé blijven op deze manier niet gescheiden.
PRAKTIJK: ANGST VOOR DE DAGOPVANG 1
Wat vind je van de oplossing die Sacha bedacht heeft? Sacha creëert zo veiligheid voor meneer waardoor de kans op slagen groter is en bovendien neemt ze mevrouw serieus in haar verdriet en het feit dat ze overbelast raakt.
2
Wat zou je doen als meneer de volgende keer weer niet in de bus wil? Indien mogelijk net zo lang mee gaan als nodig is.
PRAKTIJK: THUIS 1
8
Vind je dat Leni anders had moeten handelen? Als invaller op de afdeling had ze bij een collega moeten checken of meneer altijd zo’n grauwe kleur heeft en klaagt over benauwdheid.
© ThiemeMeulenhoff
Oriëntatie op de zorg voor mensen met een chronische
Zorgsettings
lichamelijke aandoening
2
Wat vind je ervan dat Leni zich niet aan de afspraken in het zorgplan houdt maar meneer steeds laat klagen? Afspraken in het zorgplan mag je niet eigenhandig veranderen en zeker niet als invalkracht.
3
Welke vormen van transmurale zorg ken je in je omgeving? De student noemt voorbeelden, zoals pg-substitutie projecten, cva units en psychiatrische afdelingen.
© ThiemeMeulenhoff
9
2
De zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening De rol van de verzorgende in de zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: DE KOOI STINKT! 1
Leg uit welke activiteiten van Hero passen in het profiel van de verzorgende en op welke manier hij er rekening mee houdt dat meneer Van Wissen een zorgvrager met een chronische aandoening is. Wassen en aankleden passen in de kerntaak lichamelijke zorg verlenen en afwassen en opruimen passen in de kerntaak huishoudelijke zorg verlenen. Verder geeft Hero advies, wat past in de kerntaak voorlichting en advies geven. Hij benadrukt het belang van informatie over de ontwikkelingen op het gebied van reuma. Hij ondersteunt meneer Van Wissen in de huishouding, maar laat de verantwoordelijkheid bij hem.
2
Leg uit waaruit in dit geval blijkt dat de zorg voor zorgvragers met een chronische aandoening vaak een samenspel is van zelfzorg, mantelzorg en professionele zorg. De zorg voor huisdieren is in principe geen taak van de verzorgende. De zorgvrager of de mantelzorger moet er zelf voor zorgen. Ook de situatie van de mantelzorger kan veranderen, zoals in dit geval van de dochter. Hero moet op een gepaste manier reageren in deze onvoorziene situatie.
3
Wat zou jij hebben gedaan als je Hero was? Leg je antwoord uit. Eigen mening. Het is wel van belang in concrete situaties flexibel te zijn.
PRAKTIJK: DE MEESTE BEN IK ALWEER VERGETEN! 1
Waaruit blijkt dat Lea een langdurige zorgverleningsrelatie heeft met haar zorgvragers? Lea kent al haar zorgvragers goed en weet veel over ze te vertellen. Ze weet nog precies wie ze allemaal in haar loopbaan heeft verzorgd.
2
Wat zijn volgens jou de voordelen en de nadelen van de langdurige zorgverleningsrelatie die Lea heeft met de bewoners? Onderbouw je antwoord met voorbeelden. Het voordeel is dat Lea haar zorgvragers goed kent en het snel doorheeft als er iets aan de hand is. Een nadeel is dat er een vaste routine kan ontstaan, wat hospitalisering kan bevorderen.
© ThiemeMeulenhoff
11
Verzorgen van mensen met een chronische lichamelijke aandoening
PRAKTIJK: IK VOEL ME NOG ZIEKER ALS IK AL DIE DINGEN GA LEZEN! 1
Meneer Starink wordt geconfronteerd met een chronische aandoening. Wat kun je zeggen over de manier waarop hij daarop reageert? Bij meneer Starink herken je de copingstijl ‘afleiding zoeken’.
2
Mevrouw Starink heeft al een lange tijd een chronische aandoening. Wat kun je zeggen over de manier waarop zij daar mee omgaat? Bij mevrouw Starink herken je de copingstijl ‘actief aanpakken’.
3
Wat vind je van de opstelling van meneer Starink? Leg je antwoord uit. Eigen mening. Het gaat erom of de manier waarop meneer Starink met zijn probleem omgaat, effectief is of niet.
4
Zou je verder nog acties ondernemen als je Carlos was? Leg je antwoord uit. Eigen mening. Carlos kan met meneer Starink de manier waarop hij met zijn aandoening omgaat, bespreken. Hij kan wijzen op de effectiviteit of ineffectiviteit van de manier waarop hij er mee omgaat.
PRAKTIJK: DE SCHRIJFCLUB
12
1
Waaruit blijkt in dit geval dat er zorg verleend wordt vanuit het perspectief van de zorgvrager? Met de speciale wensen en het individueel belang van mevrouw Smits wordt bij het verlenen van de zorg rekening gehouden. De zorg past zich aan aan mevrouw Smits.
2
Wat was de bijdrage van Merlyn bij het mogelijk maken van deze vraaggerichte zorg? Merlyn heeft advies en voorlichting gegeven.
3
Waaruit blijkt in deze situatie de autonomie van mevrouw Smits? Mevrouw Smits heeft uiteindelijk zelf de acties ondernomen en afspraken gemaakt. Ze regelt verder ook de andere zaken die van belang zijn.
© ThiemeMeulenhoff
De zorg voor mensen met een chronische lichamelijke
Het zorgproces in de zorg voor mensen met een chronische
aandoening
lichamelijke aandoening
Het zorgproces in de zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: ZE HEBBEN HARD MET ME GEWERKT 1
Wat waren kortetermijnresultaten bij de opname van meneer Sutmuller in het ziekenhuis? Kortetermijnresultaten in het ziekenhuis waren: gedeeltelijk zelf wassen en aankleden, het voorkomen van decubitus en het voorkomen van verslikking.
2
Wat waren langetermijnresultaten bij opname in het ziekenhuis? Het langetermijnresultaat was het zo optimaal mogelijk revalideren na het CVA.
3
Wat zijn op dit moment langetermijnresultaten? Het zo optimaal mogelijk revalideren na een CVA is nog steeds een langetermijndoel. Vooral het lopen is hierbij een belangrijk aandachtspunt.
4
Op welke punten is de zorg bijgesteld, vergeleken bij het moment van opname in het ziekenhuis? Het behandelen van decubitus is nu het observeren en voorkomen van decubitus geworden. Het voorkomen van verslikken is nu het observeren van het risico op problemen bij het slikken geworden. Het wassen en aankleden is het ondersteunen en aanvullen bij wassen en aankleden geworden
PRAKTIJK: IK KAN NIET LEZEN WAT DAAR STAAT 1
Wat zijn volgens jou de voordelen van het apparaatje bij de zorg voor zorgvragers als mevrouw Swenker? De gegevens zijn makkelijk terug te vinden en het apparaat heeft ook een controlerende functie. Nieuwe gegevens zijn sneller en op meerdere plaatsen beschikbaar voor iedereen die bij de zorg betrokken is.
2
Wat zijn volgens jou de nadelen van het apparaatje, dat Karina heeft? Vooral bij de invoering kost het werken ermee veel tijd en moeite. Elektrische apparaten zijn tegenwoordig vaak moeilijk te hanteren door de kleine knopjes en de gegevens zijn slecht te lezen voor mensen die minder goed kunnen zien.
3
Wat is jouw mening over het elektronische zorgdossier in deze en vergelijkbare situaties? Eigen mening. Duidelijk is dat het wel ondersteunend is, zodat je minder snel iets vergeet. Tevens kun je de gegevens in de computer invoeren, zonder dat je opnieuw hoeft te schrijven of te typen.
PRAKTIJK: TWEE THERMOSFLESSEN THEE 1
Welke fouten heeft Cecilia gemaakt bij het hanteren van het standaardzorgplan voor zorgvragers met de ziekte van Crohn?
© ThiemeMeulenhoff
13
Verzorgen van mensen met een chronische lichamelijke aandoening
Cecilia heeft niet gecontroleerd of er inderdaad sprake is van uitdroging. Ze heeft ook niet onderzocht of mevrouw Van Wissen zelf het probleem onderkent en actie onderneemt. Bovendien heeft ze niet met mevrouw Van Wissen overlegd. Kortom: ze heeft het standaardzorgplan niet toegepast op de individuele situatie van mevrouw Van Wissen. 2
Leg uit welke standaardactie wel van toepassing is op de situatie van mevrouw Van Wissen? Cecilia moet wel blijven observeren op mogelijke verschijnselen van uitdroging.
PRAKTIJK: DAT DUURT EEN HALF UUR!
14
1
Welke zorgproblemen kom je in de situatie van mevrouw Strijbosch tegen? Sociaal isolement, aantasting van het zelfbeeld, benauwdheid, verwaarlozing van de therapie en slechtziendheid.
2
Welke zorgproblemen horen bij de standaardproblemen van zorgvragers met een chronische lichamelijke aandoening? Sociaal isolement, aantasting van het zelfbeeld en verwaarlozing van de therapie.
3
Welke zorgproblemen horen bij de standaardproblemen van zorgvragers met COPD? Benauwdheid.
4
Welke zorgpoblemen zijn niet standaard voor zorgvragers met een chronische lichamelijke aandoening en zorgvragers met COPD? Slechtziendheid.
© ThiemeMeulenhoff
De zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening
Coördinatie en kwaliteitszorg in de zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening
Coördinatie en kwaliteitszorg in de zorg voor mensen met een chronische lichamelijke aandoening ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: WIST JE DAT IK EEN WATERBED AAN KAN VRAGEN? 1
Welke zelfmanagementtaken herken je in de situatie van meneer Peeters? Meneer Peters zoekt en verspreidt zelf informatie; observeert zijn eigen lichamelijk functioneren; ontwikkelt nieuwe ideeën en pleit voor veranderingen; beheert zijn eigen omvangrijke administratie en onderhandelt zelf met hulpverleners en instanties.
2
Welke voordelen levert het zelfmanagement meneer Peeters op? Meneer Peeters heeft een goede controle over zijn aandoening en zijn ziekteproces. Hij is autonoom, heeft een positief zelfbeeld en is minder afhankelijk.
3
Op welke manier ondersteunt Mieke meneer Peeters bij zijn zelfmanagement? Mieke ondersteunt meneer Peeters door hem op de hoogte te houden, door voorlichting en advies te geven en door naar zijn mening te vragen..
© ThiemeMeulenhoff
15
3
Contextgebonden zorgverlening De zorgvrager met reuma ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: DUIZEND SPELDEN 1
Welke gevolgen van reuma voor de zorg voor mevrouw Van Loonen herken je in deze situatie? Voornamelijk de bewegingsbeperkingen waardoor ze niet kan staan of lopen en de chronische pijn.
2
Hoe zou jij de zorg voor mevrouw Van Loonen aanpassen aan deze situatie? Eigen inzicht. Je zult in deze situatie meer zelfzorg moeten overnemen. Je kunt de zorgvrager bijvoorbeeld verzorgen terwijl ze zit. Controleer of ze de medicijnen ingenomen heeft en overleg met een arts over andere of aangepaste medicijnen. Pas de zorg aan aan de pijn.
PRAKTIJK: ALLES GAAT ’S MORGENS ANDERS 1
Je bent verzorgende bij de thuiszorg en helpt Marion een paar keer per week met douchen. Mevrouw Van der Hoeven maakt zich zorgen over de veranderingen in het gezin. Ze vraagt aan jou wat ze ermee moet doen. Wat zou je antwoorden en welke voorlichting en adviezen geef je? Neem de tijd om dit probleem met mevrouw Van der Hoeven te bespreken. Zet samen de knelpunten op een rij. Geef haar het advies dit samen met haar man te bespreken. Een mogelijkheid is een taakverdeling af te spreken: een ouder zorgt ‘s morgens voor Marion, de andere ouder voor de jongens. Wijs erop dat ze hulp en ondersteuning kunnen vragen bij bijvoorbeeld maatschappelijk werk of gezinsverzorging
© ThiemeMeulenhoff
17
Verzorgen van mensen met een chronische lichamelijke aandoening
De zorgvrager met multiple sclerose ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: WAAR BEN IK AAN BEGONNEN? 1
Welke gevolgen van MS voor de zorg voor Katja herken je in deze situatie? Voornamelijk de stijfheid van de spieren en de moeheid, waardoor ze niet meer goed kan functioneren als partner van het adviesbureau. De aandoening van Katja is ook voor Peter een schok. Het resultaat is dat ze er samen niet over kunnen praten.
2
Wat zou jij op dit moment doen als jij Ruby was? Eigen inzicht. Het is in ieder geval van belang, dat het probleem bespreekbaar wordt. Hierin ligt een belangrijke bijdrage die je kunt leveren aan het hanteren van dit probleem. Wijs erop dat ze hulp en ondersteuning kunnen krijgen van bijvoorbeeld maatschappelijk werk of lotgenoten.
PRAKTIJK: AANGEPASTE VAKANTIE
18
1
Welke gevolgen van MS voor de zorg voor Pearl herken je in deze situatie? Pearl is door de verschijnselen van MS zorgafhankelijk geworden en kan niet op een normale manier op vakantie.. Ze is onzeker over haar relatie met Wesley
2
Wat zou jouw reactie zijn op wat Pearl zegt als jij Maria Lupe was? Eigen inzicht. Neem in ieder geval de tijd om dit met Pearl te bespreken. Adviseer haar in ieder geval te overleggen: met haar arts over de mogelijkheden en consequenties van een zwangerschap en met Wesley, omdat het een beslissing is die hem ook aangaat.
© ThiemeMeulenhoff
Contextgebonden zorgverlening
De oudere zorgvrager met kanker
De oudere zorgvrager met kanker ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: BANG VOOR GENEZING 1
Welke gevolgen van kanker voor de zorg van meneer Rolink herken je in deze situatie? Voor de lichamelijke zorg heeft de aandoening voor meneer Rolink weinig gevolgen. Het ziet ernaar uit dat hij zal genezen. Dat betekent dat hij weinig beperkingen zal hebben die overnemen of ondersteunen van zijn zelfzorg nodig zal maken. Bij het verwerken van de boodschap dat hij een terminale aandoening had, is hij er in geslaagd dit uiteindelijk te accepteren. Hij heeft er nu grote moeite mee dit verwerkingsproces over te moeten doen. De zorg bestaat hier grotendeels uit het begeleiden bij deze verwarrende situatie.
2
Je wilt een duidelijker beeld hebben van de angst van meneer Rolink. Wat zou je observeren en vragen als je verzorgende bij meneer Rolink was? Je observeert wat meneer Rolink zegt, hoe hij zich gedraagt en wat je aan lichamelijke verschijnselen kunt waarnemen. Je probeert er door vragen achter te komen waardoor hij zich bedreigd voelt en met welke vragen en onzekerheden hij zit en hoe hij ze beleeft. Controleer in ieder geval of hij genoeg en de juiste informatie heeft over zijn aandoening, de diagnose en de prognose
PRAKTIJK: MOE 1
Welke gevolgen van kanker voor de zorg van meneer Vervoort herken je in deze situatie? Meneer Vervoort is genezen van kanker. Hij heeft hierdoor geen lichamelijke zorg meer nodig. Hij blijft echter last houden van zo'n enorme moeheid dat het hem beperkt in zijn zelfzorg. De vraag is natuurlijk wat de oorzaak is van deze moeheid.
2
Camiel wil een concreter beeld hebben van de moeheid van meneer Vervoort? Wat zou je precies observeren en vragen als je Camiel was? Probeer erachter te komen hoe zwaar en belastend de moeheid is en hoe hij de moeheid beleeft. Onderzoek ook in welke omstandigheden en op welke momenten en tijdstippen de moeheid het grootst is en wanneer de moeheid afneemt. Onderzoek ook wat de moeheid te maken heeft met de dingen die hij doet.
© ThiemeMeulenhoff
19
Verzorgen van mensen met een chronische lichamelijke aandoening
De zorgvrager met CVA die revalideert ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: CREATIEVE AMBITIES 1
Welke gevolgen van een CVA voor de zorg voor Miranda herken je in deze situatie? Door de verschijnselen van CVA, zoals verlamming, kan Miranda niet meer voor zichzelf zorgen. Ze moet overal mee geholpen worden. De nieuw ontstane situatie is blijkbaar zo belastend voor Tjibbe dat hij breekt met Miranda. Miranda verliest niet alleen haar gezonde functioneren, maar ook haar relatie.
2
Je bent de verzorgende die Miranda opvangt in het revalidatiecentrum. Wat zou je doen om haar te motiveren voor haar revalidatie? Eigen inzicht. Geef Miranda in ieder geval de ruimte om haar gevoelens te beleven en te uiten. Maar leg haar ook uit dat een spoedig begin van de revalidatie belangrijk is en dat de revalidatie alleen kan slagen, als ze er zelf achter staat. Betrek ook de andere hulpverleners van het revalidatieteam bij dit probleem.
PRAKTIJK: DE SLAG OM ARNHEM
20
1
Welke gevolgen van de CVA voor de zorg voor meneer Proosdij herken je in deze situatie? Ondanks de intensieve revalidatie heeft meneer Van Proosdij restverschijnselen van zijn CVA. Hij blijft zodanig verlamd dat hij niet kan lopen en afhankelijk blijft van zijn rolstoel. Ook de spraakstoornissen veroorzaken problemen. Hij is moeilijk te volgen en zijn sociale contacten verlopen moeizaam.
2
Hoe zou je reageren als jij Frits was? Leg je antwoord uit. Eigen inzicht. Geef meneer Van Proosdij de gelegenheid zijn emoties en teleurstellingen te uiten. Zeg niet dat het wel meeviel of dat er andere mooie dingen te zien waren. Het evenement was eenmalig en zijn teleurstelling is terecht. Toon daar begrip voor.
© ThiemeMeulenhoff
Contextgebonden zorgverlening
De zorgvrager met de ziekte van Crohn en een stoma
De zorgvrager met de ziekte van Crohn en een stoma ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: EEN HEUVELACHTIG MAANLANDSCHAP 1
Welke gevolgen van de ziekte van Crohn en een stoma voor de zorg voor Patty herken je in deze situatie? Patty kan voor een belangrijk deel goed voor zichzelf zorgen. Voor haar stoma is ze afhankelijk van de hulp van anderen. De bedoeling is dat ze dit uiteindelijk ook zelf gaat doen. Door aandoening en de behandeling heeft haar buik veel littekenweefsel. Patty heeft hier problemen mee: ze heeft een verstoord zelfbeeld.
2
Wat zou jouw reactie zijn in deze situatie als jij Gloria was? Eigen inzicht. Laat Patty in ieder geval haar emoties en gevoelens uiten. Zeg niet dat het niet erg is: een buik vol littekenweefsel is een verminking. Adviseer haar erover te praten bijvoorbeeld met haar man en met lotgenoten.
PRAKTIJK: HET HEEFT NIETS MET DE KIPPEN TE MAKEN 1
Welke gevolgen van de ziekte van Crohn en de stoma voor de zorg van Chiel herken je in deze situatie? Chiel heeft in principe geen hulp van anderen nodig en kan voor zichzelf zorgen. Hij is wel beperkt met betrekking tot het zware werk dat hij altijd deed. Het toekomstbeeld van Chiel is verstoord. Hij denkt niet dat hij een vrouw zal vinden en een gezin kan stichten.
2
Wat zou jouw reactie op Chiel zijn als je Marlou was? Leg je antwoord uit. Eigen inzicht. Maak het probleem van Chiel in ieder geval bespreekbaar. Geef praktische informatie over opvangmateriaal en de mogelijkheid om te spoelen, waardoor hij zelf zijn ontlasting regelt en geen zakjes hoeft te dragen. Adviseer hem contact te leggen met lotgenoten. Hij komt er dan achter hoe anderen met hetzelfde probleem omgaan.
© ThiemeMeulenhoff
21
Verzorgen van mensen met een chronische lichamelijke aandoening
De zorgvrager met COPD ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: EEN NIEUWE BALANS VINDEN
22
1
Welke kenmerken van COPD herken je in het voorbeeld? Vermoeidheid, kortademig, geen energie voor de rest van de dag.
2
Hoe zou jij dit aanpakken? De student maakt een plan van aanpak waarin in ieder geval de volgende aspecten zitten: overleg met mevrouw Melissen en een activiteitenbegeleider, stimuleer haar deel te nemen aan meer bewegen voor ouderen, opper ideeën voor fotografie, bijvoorbeeld foto’s laten maken voor huiskrant/personeelsblad en fotograferen van dierenweide.
© ThiemeMeulenhoff
Contextgebonden zorgverlening
Een zorgvrager met aids
Een zorgvrager met aids ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: WEG VAN HUIS 1
Welke verschijnselen van aids herken je in deze situatie? Diarree, vermoeidheid, tandvleesontsteking, dementie, vermagering, misselijkheid.
2
Hoe kun jij Gizem collegiale ondersteuning bieden? Bijvoorbeeld door met hem te praten over zijn gevoelens en hier respect voor te tonen, samen Gülav te verzorgen.
3
Hoe zou je met Gülav kunnen communiceren als Gizem vrij is? Bijvoorbeeld via een tolk, gebruik van folders in andere talen en beeldmateriaal.
4
Hoe moet Gizem omgaan met deze situatie nu hij een professionele hulpverlener is? Eigen normen en waarden in deze situatie onderzoeken, de normen en waarden van een ander hanteren en dus zorg verlenen. Wel praten over zijn gevoel en zo nodig eigen grenzen aangeven.
PRAKTIJK: EEN MAN BLIJFT EEN MAN 1
Welke aspecten uit de cultuur van Odion herken je in dit verhaal? Veel vrouwen hebben, wisselende seksuele contacten normaal vinden, geen condooms willen gebruiken, mannelijkheid is belangrijk.
2
Hoe zou jij reageren als je Rens was en de Bospadmethode gebruikt? Kijken naar het verschil in normen en waarden en dan tot de conclusie komen dat de ontkenning van Odion mede daardoor komt. Vervolgens voorlichting geven over het verloop van het bloedonderzoek om hem duidelijk te maken dat de uitslag klopt. Als Odion dat gelooft, kun je verder gaan met uitleg over besmetting en het belang van veilig vrijen.
© ThiemeMeulenhoff
23
Verzorgen van mensen met een chronische lichamelijke aandoening
Een zorgvrager met diabetes mellitus ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: AGRESSIE
24
1
Wat vind je ervan dat Mendel zonder bloedsuikercontrole concludeert dat mevrouw Scholten een hypo heeft? Juist, gezien de verschijnselen. Wachten op een collega betekent in deze situatie onnodig tijdverlies.
2
Welke verdere stappen moet Mendel ondernemen voordat hij weer weggaat? In ieder geval mevrouw Scholten haar bloedsuiker laten controleren en op basis daarvan beslissen of hij consult moet vragen.
© ThiemeMeulenhoff
Contextgebonden zorgverlening
Een zorgvrager met een dwarslaesie
Een zorgvrager met een dwarslaesie ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: GOEDBEDOELD 1
Op welke manier had Marit wel warmte kunnen toedienen? In deze situatie mag alleen op een indirecte manier warmte toegediend worden, bijvoorbeeld door een aluminium deken.
2
Wie is verantwoordelijk voor deze fout? In eerste instantie Marit, zij toont onvoldoende kennis. Er ligt echter ook verantwoordelijkheid bij de organisatie, omdat die er niet voor gezorgd heeft dat er een verpleegkundige in huis was.
© ThiemeMeulenhoff
25