STUDIE 92 OPLEIDINGSPROFIEL bedrijfsbeheer opties accountancy-fiscaliteit financie- & verzekeringswezen marketing milieuadministratie rechtspraktijk expeditie, transport & logistiek
OPLEIDINGSPROFIEL accountancy-fiscaliteit
opleiding : bedrijfsbeheer optie : accountancy-fiscaliteit studiegebied : handelswetenschappen & bedrijfskunde
Sectorcommissie hogeschoolonderwijs van de Vlaamse Onderwijsraad D/1998/6356/32 De leden van de sectorcommissie zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor het opleidingsprofiel. De VLOR staat in voor een uniforme en toegankelijke lay-out.
INHOUD
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
INHOUD
WOORD VOORAF
1
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
2
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel
2
1.2
Opdracht
2
1.3
Ontwikkelingsproces
3
1.4
Legitimatie
3
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING
4
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld 2.1.1 Beroepenstructuur 2.1.2 Geraadpleegde bronnen 2.1.3 Visie
4 4 4 4
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld
6
2.3
Verantwoording van de opleiding
6
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
7
3.1
De exacte benaming van de opleiding
7
3.2
Globale omschrijving
7
3.3
Beroepsgericht opleidingsprofiel 3.3.1 Takencluster 1: verzamelen, rangschikken en controleren van documenten 3.3.2 Takencluster 2: opvolgen en toepassen van wetgeving 3.3.3 Takencluster 3: opvolging van de ontwikkeling… 3.3.4 Takencluster 4: informatieverwerking 3.3.5 Takencluster 5: opstellen van de wettelijk vereiste stukken 3.3.6 Takencluster 6: objectieve en onafhankelijke besluitvorming 3.3.7 Takencluster 7: contacten met relaties leggen en onderhouden
8 8 10 10 12 14 15 17
3.4
Sleutelkwalificatie
18
3.5
De kern van het opleidingsprofiel
19
3.6
De maatschappelijk-culturele vorming
20
3.7
Relevantie van de optie
20
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
1
WOORD VOORAF
Opleidingsprofielen Moet met de grootste omzichtigheid gebeuren. Er moet rekening gehouden worden met volgende factoren: − snelle evolutie in de beroepen − grote verscheidenheid aan functies binnen elk beroepenveld − toenemende ontkoppeling tussen studie en beroep − gediplomeerden veranderen meermalen van beroep in hun beroepsleven − toenemend belang van levenslang leren − hoofdvak blijft “logisch denken” − niet alles is kwantificeerbaar (cfr. zgn. “sleutelkwalificaties”) Daarnaast moet ook de autonomie van de hogescholen gevrijwaard worden1: − de opleidingsprofielen moeten voldoende ruimte laten voor eigen invulling − de in de VLOR ontwikkelde opleidingsprofielen mogen geen hinderpaal vormen voor noodzakelijke aanpassingen van curricula − opleidingsprofielen moeten beperkt blijven tot het omschrijven van sleutelkwalificaties − opleidingsprofielen van de VLOR kunnen slechts een inspirerende waarde hebben, ze zijn geen normerende en doorslaggevende toetssteen voor een doorlichting van de overheid
1
Bron: WENK
2
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel De opleiding Bedrijfsbeheer, optie Accountancy-Fiscaliteit, is primair gericht op functies in het beroepenveld van boekhouders, accountants, belastingconsulenten en erkende fiscalisten. Deze opleiding blijkt zowel inhoudelijk als qua niveau een goede basis te zijn voor beroepen als hoofdboekhouder, interne en externe accountant, zelfstandig boekhouder, belastingconsulent, fiscalist, enz. Maar ook kunnen afgestudeerden na de nodige jaren praktijkervaring doorstoten naar een andere kaderfunctie op financieel-economisch terrein (kantoorhouder financiële instelling, hoofd administratie...). De pas afgestudeerde van deze opleiding zal de opgedragen taken aanvankelijk vrijwel steeds onder de leiding van anderen verrichten. De opleiding is er echter op gericht dat hij in korte tijd zelfstandig kan functioneren. De opleiding brengt hiervoor de nodige kennis en vaardigheden bij waardoor hij, na een vijftal jaren ervaring, naar deze kaderfuncties kan doorgroeien. Tevens biedt deze opleiding een goede basis voor verdere studie, zonder dat dit echter een noodzaak is. Hetgeen echter niet betekent dat permanente bijscholing in de fiscaliteit en de accountancy overbodig zou zijn. Integendeel, gelet op de snelle evolutie van deze materie, is dit een noodzakelijke voorwaarde om het bereikte niveau te behouden en te verhogen. Het opleidingsprofiel is gebaseerd op het uitgeschreven beroepsprofiel van deze opleiding casu quo optie, en zelf als basis dienend voor de diverse opleidingsprogramma’s van de hogescholen. De voorliggende tekst werd geschreven door de commissie bestaande uit Raoul De Waele, Fernand Lemiere, Dany Van Impe, Eric Vienne, Pierre Feys, Peter Vanwildemeersch (lectoren Katholieke Hogeschool Brugge-Oostende), Mathieu Erlingen (Provinciale Hogeschool Limburg) en Yvette Wouters (Hogeschool voor Wetenschap en Kunst). De vertegenwoordiger van de Hogeschool Limburg haakte af.
1.2
Opdracht De opdrachtgever is de Vlor. Het was de bedoeling om een profiel te schetsen zodanig dat kan voldaan worden aan de eisen gesteld in het beroepsprofiel van de bedoelde opleiding c.q. optie. Dit profiel wil enerzijds voldoende gespecificeerd zijn om het nodige houvast te bieden aan de hogescholen hun opleidingsprogramma vast te leggen; maar het wil anderzijds voldoende ruimte laten aan de diverse hogescholen om eigen accenten te leggen.
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
1.3
3
Ontwikkelingsproces De werkgroep is vertrokken van het goedgekeurde, weliswaar niet perfecte, beroepsprofiel. Nochtans werd rekening gehouden met de terecht gemaakte opmerkingen. Gelet op de tijdsdruk enerzijds en de beperkte financiële mogelijkheden anderzijds, is de werkgroep beperkt gehouden tot drie leden, de voorzitster incluis. De drie leden vertegenwoordigden drie hogescholen. In een beginfase werd vertrokken van een aantal basisgegevens, verstrekt door de handleiding zelf. Voor de situering van de optie en de opleiding werd geput uit gegevens verstrekt door de doorlichtingscommissie, de inrichtende machten, enz. Tenslotte is voor het opleidingsprofiel zelf de werkgroep gesplitst. In een eerste fase werd parallel gewerkt in twee hogescholen: dit betekent dat de hogescholen een ontwerptekst indienden. Daarna, in de eindfase, werd de tekst door de drie leden kruisgewijze besproken. Ongetwijfeld is de tijdsdruk een negatieve factor in het uitschrijven van dergelijke profielen: op die manier kon de oorspronkelijk gevormde groep niet opnieuw samengesteld worden. Aangezien het denkwerk door werkgroepen in de hogescholen is gebeurd, zijn de vergaderingen kunnen beperkt worden tot een minimum: 8 januari en 26 februari 1997. De moderne communicatiemiddelen hebben de verplaatsingen verder beperkt.
1.4
Legitimatie Dit is een opdracht van de Raad voor het Hoger Onderwijs.
4
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld
2.1.1
Beroepenstructuur Geen gegevens.
2.1.2
Geraadpleegde beroepsprofielen Het opleidingsprofiel is uitgewerkt op basis van het beroepsprofiel van de opleiding Bedrijfsbeheer, optie Accountancy-Fiscaliteit.
2.1.3
Visie In het kader van de opleiding, en rekening houdend met de beroepsprofielen, is het noodzakelijk dat de afgestudeerde in de opleiding bedrijfsbeheer optie accountancy-fiscaliteit praktisch geschoold is om op de arbeidsmarkt onmiddellijk te kunnen worden ingeschakeld. De studenten dienen tijdens hun opleiding bewustgemaakt van het feit dat er na de opleiding regelmatig bijscholing moeten volgen om up-to-date te blijven. ♦ Bijscholing volgen en/of geven; leiding geven = VISIE
Functioneel geheel 1 Bijscholing volgen
Onderdeel
Basiscompetentie
Contextgegevens
Vaardigheid 1 Vakliteratuur – De student kan effectief en efficiënt vakliteratuur raadplegen en de informatie op haar juistheid, volledigheid en actualiteit nagaan. – De student kan de informatie toe- of inpassen in de eigen (werk)situatie
Kennis De student kent de vakliteratuur op fiscaal, sociaal, economisch, juridisch, accountancy ... vlak.
Attitude – leergierigheid – kritische ingesteldheid – kunnen omgaan met informatie – kwaliteitsbewustzijn – kunnen selectief zijn – zelfstandigheid
2 Studiedagen – De student kan voor (o.a. recyclazichzelf vaststellen ges, seminawelke tekorten hij/zij ries, sympovertoont op vlak van sia ...) volgen beroepstechnische kennis en op vlak van sociale en communicatieve vaardigheden. – De student kan de belangrijkste “recyclages” selecteren en ze op hun waarde schatten.
De student kent de voornaamste studiedagen, recyclages ... en weet waar, wanneer ... ze doorgaan.
– leergierigheid – kritische ingesteldheid – contactbereidheid – kunnen omgaan met informatie – bereidheid tot permanente vorming – kwaliteitsbewustzijn
– beschikbaarheid van de bronnen zoals: bibliotheek, multimedia (CD-rom, internet ... ), databanken ... – nalezen van bijwerkingen, updates, tijdschriften, boeken ... – bijwonen van studiedagen, recyclages ... – contacten met beroepsorganisaties (o.a. lidmaatschap)
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
3 (Avond)onderwijs volgen
2 Bijscho- 1 Bijscholing ling en/of geven leiding geven (op termijn)
2 Leiding geven
– De student kan voor zichzelf vaststellen welke tekorten hij/zij vertoont op vlak van beroepstechnische kennis en op vlak van sociale en communicatieve vaardigheden.
De student kent de mogelijke verschaffers van bijscholingen, cursussen ...
5
– leergierigheid – beschikbaarheid – contactbereidvan scholen, heid organisaties ... – kunnen omgaan die cursussen e.d. met informatie geven. – bereidheid tot permanente vorming – kwaliteitsbewustzijn – leerbewaamheid – doorzettingsvermogen – De student kan vast– De student kent de – beslissingsver– beschikbaarheid stellen welke tekorten mogelijke bijmogen van de bronnen zijn medewerkers, scholingen op – dienstverlenende zoals: bibliocollega’s of andere economisch, juriingesteldheid theek, multimebelanghebbenden verdisch, fiscaal, – kwaliteitsbedia (CD-rom, tonen. accountancy ... wustzijn internet ... ), da– De student kan aan gebied die kunnen – problemen tabanken ... deze tekorten een opbijdragen tot de onderkennen en lossing geven door het continue ontwikoplossen verstrekken van gekeling van zich– contact- en richte bijscholing. zelf, medewerkers spreekvaardig– De student kan op een en/of collega’s heid gedegen, klare en ver- – De student kent – bereidheid tot staanbare manier de ook een aantal permanente vorbewuste materie bijpedagogische ming brengen en uitleggen basisvaardigheden aan zijn/haar publiek. en/of kent de mo– De student kan op een gelijkheden om gefundeerde manier deze te ontwikkeantwoord geven op len. specifieke vragen van – De student kent de zijn/haar publiek. werking van de – De student kan gebruik nodige technologimaken van de nodige sche en didactitechnologieën om zijn sche hulpmiddelen betoog/ uitleg kracht bij te zetten of te verduidelijken. – De student kan pro– De student kent de – psychisch inzicht blemen, opportuniteigevoeligheden, de – creativiteit ten onderkennen. vaardigheden, de – assertiviteit – De student kan taken zwakke en sterke – contactbereiddelegeren punten van zijn heid – De student kan coördipersoneel, colle– dienstverlenende neren en een team ga’s ... ingesteldheid sturen. – De student kent de – een werkplan – De student kan een nodige hulpmidkunnen maken planning op korte, delen en organisa- – flexibiliteit middellange en lange ties die kunnen – inzicht in de termijn opstellen, en bijdragen tot het organisatie waar nodig bijsturen. beleid op korte, – kwaliteitsbe– De student kan op een middellange en wustzijn effectieve en efficiënte lange termijn. – planmatig denmanier omgaan met ken personeel, collega’s, – problemen klanten, derden ... onderkennen en – De student kan op een oplossen analytische manier de – taalvaardigheid zwakke en sterke pun– zin voor initiatief ten van zowel personen – loyauteit als de organisatie ach– zin voor samenterhalen en waar nodig werking bijsturen
6
2.2
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Gegevens uit de onderwijswereld Geen gegevens beschikbaar.
2.3
Verantwoording van de optie c.q. opleiding Binnen het studiegebied Handelswetenschappen en Bedrijfskunde enerzijds en de opleiding Bedrijfsbeheer anderzijds, acht de werkgroep het noodzakelijk een optie Accountancy-Fiscaliteit te organiseren, en dit om de hiernavolgende redenen. − Het specifieke karakter van de waar te nemen functies en uit te voeren opdrachten inzake boekhoudkundige (accountancygerichte) en fiscale adviesverlening. − Steeds toenemende wettelijk opgelegde verplichtingen inzake accountancy en fiscaliteit, hetgeen een specifieke opleiding dienaangaande noodzakelijk maakt. − De tewerkstellingsmarkt van de afgestudeerden van deze optie eist een theoretisch goed opgeleide medewerker, die in zijn werkmethode erg praktisch en utilitair gericht is; beide kenmerken eisen een specifieke opleiding. − Zowel hogescholen als beroepsorganisaties doen inspanningen omtrent een gemeenschappelijk beroeps- en opleidingsprofiel; de beroepsorganisaties zijn hier vragende partij omtrent de vereiste beroepskwalificaties. − De evolutie van de diverse beroepsorganisaties, zowel qua eventueel nieuwe op te richten organisaties zoals het Instituut der Belastingconsulenten (Fiscale Raadgevers) als qua samenwerkingsverbanden, onder andere tussen Instituut der Accountants en het Instituut der Bedrijfsrevisoren, brengt met zich dat men voortdurend via een aangepaste optie, kan inspelen op de laatste nieuwe tendensen ter zake. − Vanuit de private sector is er een blijvende vraag naar mensen die zich qua attitude polyvalent opstellen maar tegelijkertijd een doorgedreven specialisatie op gebied van accountancy en fiscaliteit verworven hebben. Deze verworvenheid moet door bijscholing op een permanente wijze geactualiseerd worden.
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
7
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
3.1
De exacte benaming van de optie c.q. opleiding De optie “Accountancy-Fiscaliteit” is 1 van de 6 opties binnen de basisopleiding Bedrijfsbeheer.
3.2
Globale omschrijving De opleiding Bedrijfsbeheer, optie Accountancy-Fiscaliteit, beoogt de gediplomeerden een op theoretische basis goed gefundeerde praktische gerichtheid mee te geven. Deze beroepskennis heeft betrekking op de boekhouding, de kostprijscalculatie, budgettering, informatieverwerking, consolidatie, financiële analyse, fiscaliteit in de ruime betekenis van het woord, interne en externe controle en andere bedrijfseconomische problemen waarmee het bedrijfsleven geconfronteerd wordt. De kennis van de nieuwste ontwikkelingen van algemene en specifiek beroepsgerichte (boekhoudkundige en fiscale) informatiepakketten is essentieel. Daarnaast is een ondersteunende kennis vereist van algemeen economische en juridische vakken en talen. In het licht van de recente maatschappelijke evolutie zijn de deontologische normen eigen aan het beroep dominerend. Deskundigheid, onafhankelijkheid en confidentialiteit zijn hiervan de basispijlers. De opleiding moet derhalve voldoende ruimte scheppen om de taak- en persoonsgerichte beroepshoudingen, die in het beroepsprofiel uitgebreid aan bod komen, te kunnen ontwikkelen.
LUIK 1: De professionele opleiding
3.3
Beroepsgericht opleidingsprofiel In het beroepsprofiel zijn de typefuncties en de bijhorende taken uitgediept. In het opleidingsprofiel zijn respectievelijk het functioneel geheel, de onderdelen en de basiscompetenties ingevuld. Tenslotte heeft de werkgroep uitspraken gedaan rond leerinhouden, tijdsinvulling en niveaubepalingen.
8
3.3.1
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Takencluster 1: Verzamelen, rangschikken en controleren van documenten Taak Informatie en documenten kunnen beschikbaar zijn op de arbeidsplaats of elders. De documenten moeten chronologisch of thematisch gerangschikt worden; er moet ook een controle gebeuren op de juistheid en de volledigheid. Dan pas beschikt men over informatie die kan verwerkt worden. Voor het verzamelen van de gegevens zijn verschillende hulpmiddelen beschikbaar: post, telefoon, fax, e-mail en ondergeschikten.
Functioneel Onderdeel geheel 1 Documen1 Verzamelen ten als informatie, als documentatie
2 Documenten als verantwoordingsstukken
Basiscompetentie Vaardigheid Kennis – de student kan alle – de student kent de mogelijke bronnen, mogelijke bronnen die boekhoudkundidie boekhoudkunge, juridische, fiscale, dige, juridische, sociale, economifiscale, sociale, sche… gegevens economische gegebevatten, effectief en vens bevatten efficiënt opsporen, – de student kent de inventariseren en dragers van inforverzamelen matie: bibliothe– de student kan achken, multimedia … terhalen hoe en waar- – de student kent de om gegevens ontinstanties die staan, hoe en waarom bruikbare informaze worden vastgetie verzamelen legd, verwerkt, bewaard en verstrekt
2 Controleren en verbeteren
– de student kan effectief en efficiënt de verzamelde informatie en documenten op hun juistheid, volledigheid en actualiteit nagaan, knelpunten aanduiden en aanvullingen aanbrengen
– de student heeft de basiskennis m.b.t. het beroep – de student kent de actualiteit m.b.t. het beroep
3 Rangschikken en archiveren
– de student kan effectief en efficiënt de verzamelde informatie en documenten analyseren, synthetiseren en rangschikken in functie van de behoeften van de werkplaats en de te verrichten taken – de student kan effectief en efficiënt alle verantwoordingsstukken m.b.t. de rapporteringsperiode (maand, kwartaal, einde jaar) verzame-
– de student kent de methodes om documenten te ordenen en een archief samen te stellen
4 Verzamelen
– de student kent de juridische, fiscale, sociale, economische, accountancy documenten van een dossier
Contextgegevens Attitude – accuratesse – beslissingsvermogen – contactbereidheid – kritische ingesteldheid – kunnen omgaan met informatie – kwaliteitsbewustzijn – leergierigheid – resultaatgerichtheid – organisatievermogen – openheid t.a.v. nieuwe communicatietechnieken – accuratesse – bereid tot permanente vorming – kunnen omgaan met informatie – leergierigheid – kritische ingesteldheid – beoordelingsvermogen – accuratesse – creativiteit – resultaatgerichtheid – zin voor esthetiek
– accuratesse – beslissingsvermogen – contactbereidheid – organisatievermogen
beschikbaarheid van de bronnen – bibliotheek – multimedia (CDrom, Internet … ) – databanken – stage
– bijwonen van studiedagen, recyclages … – nalezen van bijwerkingen, updates, tijdschriften … – stage
– beschikbaarheid van infrastructuur (mediatheek) – stage
– beschikbaarheid van administratieve richtlijnen – stage
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Functioneel geheel
Onderdeel Vaardigheid
5 Controleren en verbeteren
6 Rangschikken (ordenen) en archiveren
Basiscompetentie Kennis
len – de student kan de aangeboden informatie begrijpen en distilleren in functie van de gestelde problemen – de student kan contacten leggen met de diverse administraties en instellingen, klanten – de student kan een permanent classificatiesysteem raadplegen – de student kan effec- – de student kent de tief en efficiënt de BTW-wetgeving, verzamelde docude directe belastinmenten beoordelen gen, de controleop hun kwaliteit procedures, het (formeel, inhouderekeningenstelsel lijk), volledigheid en en boekhoudbegincijfermatige juistselen, de sociale heid; waar nodig de wetgeving en juriacties te ondernemen dische basisbeginom verbeteringen te selen van het burbekomen gerlijk recht, han– de student kan een delsrecht, vennootdoelmatige adminischapswetgeving stratie inrichten en en sociaal recht, de voeren handelsdocumen– de student kan een ten organisatie op haar doelmatigheid en functioneren beoordelen
– de student kan effec- – de student kent de tief en efficiënt de methodes om dodocumenten (de doscumenten, dossiers siers) ordenen zodate ordenen (chronig dat de verwerking nologisch, per doservan (in een volgensier …) de fase) vanuit homogene groepen van verantwoordingsdocumenten kan starten – de student kan een classificatiesysteem onderhouden
9
Contextgegevens Attitude – zin voor volledigheid – praktische gerichtheid
– accuratesse – kritische ingesteldheid – kwaliteitsbewustzijn – leerbekwaamheid – problemen, onderkennen en oplossen – resultaatgerichtheid – zelfstandigheid – oog hebben voor details zonder zich daarin te verliezen – zaken systematisch aanpakken gebruik makend van aangeleerde methoden – creativiteit – waarde toevoegen aan de beschikbare informatie – accuratesse – creativiteit – resultaatgerichtheid – zin voor esthetiek – waakzaamheid t.a.v. de vertrouwelijkheid
– bijwonen studiedagen, recyclages. – nalezen bijwerkingen en updates. – stage
– beschikbaarheid van infrastructuur – stage
Conclusie m.b.t. het verwerkingsniveau van de kenniselementen: de student moet inzake deze takencluster kennisniveau 4 (integreren) bereiken.
10
3.3.2
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Takencluster 2: Opvolgen en toepassen van wetgeving Taak Ten einde wettelijk in orde te zijn en optimale beslissingen te adviseren, moet de wetgeving strikt opgevolgd en bijgehouden worden. Deze informatie is niet altijd ter plekke aanwezig en kan verworven worden via een eigen gegevensbank, vakliteratuur, seminaries en consult.
Functioneel geheel 1 Opvolgen van specifieke wetgeving
2 Toepassen van specifieke wetgeving
Onderdeel Lectuur van juridische publicaties op diverse domeinen
Na controle op recentheid van de informatie, selecteren in functie van hangende dossiers en de actuele problematiek met betrekking tot bepaalde onderwerpen
Vaardigheid – de student kan volgende specifieke wetgevingen opvolgen: boekhoudrecht, fiscaal recht, sociaal recht, burgerlijk en handelsrecht, vennootschapswetgeving – de student kan het bovenvermelde toepassen in functie van de verkregen opdracht – de student kan de meest aangepaste en optimale oplossingsmethode kiezen – de student kan eerder formele wetteksten vertalen naar direct bruikbare informatie
Basiscompetentie Kennis – de student kent de basisinhouden van de diverse wetgevingen
– de student kent de diverse oplossingsmethodes of weet ze te vinden in de gepaste vorm
Contextgegevens Attitude – leergierigheid – voortgezette educatie – accuratesse
– kritische ingesteldheid – doorzettingsvermogen – concretiseringsvermogen
– beschikbaarheid van volledige documentatie zoals wetteksten, commentaar en aanschrijvingen – seminaries – stage
– stage – gevallenstudies
Conclusie m.b.t. het verwerkingsniveau van de kenniselementen: de student moet overal niveau 4 (integreren) bereiken behalve anders vermeld. Voor sociaal recht, burgerlijk recht en handelsrecht volstaat niveau 3 (toepassen).
3.3.3
Takencluster 3: Opvolging van de ontwikkeling van de bedrijfstak, van de algemene economische ontwikkeling, van omgevingsfactoren Taak Dit gebeurt vanuit de firma of door contacten met de buitenwereld. Het betreft persoonlijke contacten met collega’s, via beroepsverenigingen, of met andere beroepsvelden; daarnaast verloopt de opvolging eveneens via vakliteratuur, andere literatuur en seminaries. Goed geïnformeerd zijn over het eigen beroep en de realiteiten van het algemeen economisch leven is primordiaal.
Functioneel geheel 3.1 Het opvolgen van de ontwikkeling in de bedrijfstak van de beroepsbeoefenaar zelf (zijn
Onderdeel – opvolgen van de evoluties in de eigen beroepsvereniging van de beroepsbeoefenaar: BIB - IDAC – IBR
Basiscompetentie Vaardigheid Kennis – de student kan op – de student kent de efficiënte wijze de verschillende beberoepseigen roepsverenigingen evoluties en inforen de organisaties matie terzake die werkzaam zijn opsporen en ten behoeve van
Attitude
Contextgegevens
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Functioneel geheel interne situatie)
3.2 Het opvolgen van de ontwikkeling van de algemene economische elementen en de omgevingsfactoren van de externe situatie van de beroepsbeoefenaar
Basiscompetentie Vaardigheid Kennis – opvolgen van de analyseren de op-drachtgever evoluties in – de student kan op van de accounaanverwante beroepsefficiënte wijze de tant-fiscalist verenigingen evoluties en de – de student kent de – opvolgen van de informatie in de bronnen om de evoluties in het eigen andere beroepsverenialgemene en de vakgebied van de gingen opsporen en specifieke beroepsbeoefenaar: de verwerken deontologische boekhouding en de – de student kan op regels terug te fiscaliteit efficiënte wijze de vinden – opvolgen van de wijzigende – de student kent de adviezen van de denkbeelden in de evoluties in de C.B.N. boekhouding en eigen vakgefiscaliteit opsporen en bieden verwerken – opvolgen van de – de student kan de evoluties in de geselecteerde bedrijfstakken waarin informatie beschikde beroepsbeoefenaar baar maken in functie specifiek actief is van de lezer – opvolgen van de – de student kan evoluties van het algemeen economische leven in economische het algemeen, gegevens op inbegrepen de statistische correcte bedrijfstakken waarin wijze interpreteren men niet specifiek – de student kan actief is specifieke – opvolgen van de bedrijfseconomische evoluties in de gegevens op adequate vakgebieden van de wijze interpreteren en bedrijfstak(ken) zin geven waarin men specifiek actief is in het bijzonder, en van alle bedrijfstakken in het algemeen
11
Onderdeel
Attitude
Contextgegevens
Conclusie m.b.t. het verwerkingsniveau van de kenniselementen: de student moet inzake deze takencluster kennisniveau 4 (integreren) bereiken.
12
3.3.4
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Takencluster 4: Informatieverwerking Taak Dank zij contact met informatici en consultants informeert men zich over nieuwe pakketten en gaat men de bestaande pakketten optimaal beheersen. Het betreft voornamelijk software op het gebied van boekhouding en fiscaliteit, alsook spreadsheet. Goede informatieverwerking zorgt er voor dat de informatie zo verwerkt wordt dat ze voldoet aan de informatiebehoefte van verschillende vragers binnen en buiten de firma, daarenboven moet de informatie ook vlot kunnen worden aangevuld.
Functione el Geheel Informatieverwerking
Onderdeel
1 Informatica
2
Analyse
2.1 Overzicht van de fasen in een informatiseringsproject.
2.2 Uitwerking van de bedrijfseconomische fasen: 2.2.1 Probleemanalyse van het bedrijfseconomische aspect
Basiscompetentie Vaardigheid – de student kan computerinfrastructuur efficiënt aanwenden – de student kan de hardware-elementen evalueren
Kennis – de student kent de eigenschappen van de verschillende hardware-elementen – de student kent de mogelijke bronnen die informatie i.v.m. hardware-elementen bevatten – de student kan vlot – de student kent de werken met de vermogelijkheden en schillende beperkingen van software-elemensoftware-elementen ten (systeem- en – de student kent de applicatiesoftware) mogelijke bronnen die – de student kan de informatie i.v.m. software-elemensoftware-elementen ten evalueren bevatten – de student kan vlot – de student kent de werken met vereiste hard- en datacommunicatiesoftware systemen: b.v. – de student kent internet (www en toepassingen van e-mail) datacommunicatie
– de student kan de fasen in een informatiseringsproject onderscheiden
– de student kan een bedrijfseconomisch probleem analyseren – de student kan de informatiebehoefte van het management vaststellen
– de student kent de hulpmiddelen die kunnen gebruikt worden in verschillende fasen – de student kent de relatie tussen de verschillende subsystemen van het managementinformatiesysteem (mis) – de student kent de verschillende subfasen en elementen van de analyse van een bedrijfseconomisch probleem
Contextgegevens Attitude – leergierigheid – openheid t.o.v. nieuwe technieken – kritische ingesteldheid – resultaatgerichtheid
– computer – bijwonen studieda-gen, bijscholingen demonstraties – nalezen van tijdschriften – praktijklokalen
– leergierigheid – doorzettingsvermogen – kritische ingesteldheid – problemen onderkennen en oplossen – zelfstandigheid – leergierigheid – doorzettingsvermogen – openheid t.o.v. nieuwe technieken – zin voor relativiteit – inzicht in de arbeidsorganisatie – kunnen omgaan met informatie – imagobewustzijn
– computerprogramma’s – bijwonen studiedagen, bijscholingen, demonstraties – nalezen van tijdschriften
– kritische ingesteldheid – contactbereidhe id – informatie kunnen ordenen en structureren – vermogen om informatie te verzamelen – creativiteit
– codificatie – checklists – beslissingstabellen
– Internet – bijwonen studiedagen, bijscholingen, demonstraties – nalezen van tijdschriften – documenten als informatie – documenten als verantwoordingstukken – functieomschrijving
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
2.2.2 Logisch Ontwerp van het bedrijfseconomische aspect
– de student kan voor een bedrijfseconomisch probleem een logisch ontwerp opstellen
– de student kent de – zin voor technieken van samenwerking gegevensanalyse en – resultaatgegevensstructuur, met gerichtheid o.a. normaliseren – analytisch vermogen
– brain storming
– de student kent de verschillende soorten fouten en calamiteiten die kunnen optreden bij informatieverwerking – de student kent controletechnieken
– omgaan met stress – doorzettingsver mogen
– backupprogramma’s en backuphardware – antivirusprogramma – paswoorden – beveiligingsprocedures
– de student kan vlot – de student kent de werken met een mogelijkheden en boekhoudprogrambeperkingen van een ma, dwz dat hij op boekhoudprogramma een geauto– de student heeft inzicht matiseerde wijze in de logische documenten kan structuur van het verwerken programma
– accuratesse – kunnen omgaan met informatie – planmatig werken – routine – aandacht voor details
– boekhoudprogramma – gevallenstudies – documenten als verantwoordingsstukken
– de student kan de invloed van automatisering beoordelen
2.3 Beveiliging, consistentie van gegevens
3
Kennis van pakketten
3.1 Boekhouding
3.2 Fiscaliteit
3.3 Rekenbladprogramma
3.4 Andere pakketten: – Databank – Presentatiepakket – Tekstverwerking
13
– de student kan uitmaken wat al of niet geautomatiseerd kan worden – de student kan technieken van beveiliging toepassen
De student kan vlot werken met fiscale programma’s: – gegevens inbrengen – simulaties doorvoeren – resultaten kunnen analyseren – de student kan naast de basisrekenbladverwerkingen ook zelfgedefinieerde functies en macroprogramma’s opstellen – de student kan werken met pakketten zoals: databank, fiscale wetgeving, algemeen databankprogramma, tekstverwerking, presentatiepakket
– scherm- en lijstlayouts – relaties tussen de gegevensverzamelingen
– de student heeft inzicht – accuratesse in de verschillende – kunnen omgaan rubrieken van het met informatie programma
– opleiding i.v.m. aanpassingen in de fiscale wetgeving – gevallenstudies
– de student heeft inzicht – leergierigheid in de verschillende – creativiteit mogelijkheden van een – zin voor rekenbladprogramma structuur – de student heeft kennis van de financiële rekenbladfuncties
– gevallenstudies
– de student heeft inzicht – leergierigheid in de mogelijkheden – kritische van die programma's ingesteldheid – leerbekwaamheid
– opleiding i.v.m. aanpassing van de fiscale wetgeving – nieuwe versies van de programma’s
Conclusie m.b.t. het verwerkingsniveau van de kenniselementen: de student moet inzake deze takencluster kennisniveau 3 (toepassen) bereiken.
14
3.3.5
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Takencluster 5: Opstellen van de wettelijk vereiste stukken Taak Een formalistische deelfunctie behelst de opstelling van wettelijke stukken, zoals: BTW-aangiften en -listings, belastingaangiften (personenbelasting, vennootschapsbelasting en rechtspersonenbelasting) en begeleidende documenten, (geconsolideerde) jaarrekeningen, jaarverslagen, informatie voor de ondernemingsraad, documenten ten behoeve van de algemene vergadering, de personeelsdienst, sociale secretariaten en administraties (o.a. RSZ -aangiften, individuele fiches en samenvattende opgaven, aangiften BV), allerlei documenten en verslagen voor strategische doeleinden (NBB, Intrastat, Prodcom, diverse statistieken). Met behulp van standaardformulieren of lay-out, informatica en ondergeschikten, voldoet men aan de wettelijk vereiste informatiebehoeften. Dit takencluster is een emanatie van Takencluster 2. Opvolging en toepassing van wetgeving; bijgevolg zijn functioneel geheel en onderdeel identiek bij Takencluster 5. Opstellen van de wettelijk vereiste stukken.
Functioneel geheel Opstellen van de wettelijk vereiste stukken
Onderdeel Opstellen van de wettelijk vereiste stukken
Vaardigheid 1 de student kan zich documenteren over de wettelijk vereiste stukken; hij kan leiding ontvangen, doelgericht en doelmatig samenwerken en/of communiceren met collega’s van uiteenlopend niveau, ervaring en deskundigheid
2 de student kan de gegevens verzamelen om de wettelijk vereiste stukken op te maken
Basiscompetentie Kennis – de student kent de bronnen (juridisch, sociaal, fiscaal, economisch, boekhoudkundig) om zich te informeren over de wettelijk vereiste stukken
Attitude – abstract denken – accuratesse – contactbereidheid – creativiteit – doorzettingsvermogen – kunnen omgaan met informatie – leerbekwaamheid – leergierigheid – planmatig denken – doelgerichte of relevante informatie distilleren – de student kent de – accuratesse informatiedragers – beslissingsvermet de gegevens die mogen hij nodig heeft om – contactbereidde wettelijk vereiste heid stukken op te – doorzettingsvermaken mogen – een werkplan kunnen maken – doelgerichte of relevante informatie distilleren – kritische ingesteldheid – kunnen omgaan met informatie – planmatig denken – problemen onderkennen en oplossen – resultaatgerichtheid – samenwerking – zelfstandigheid
Contextgegevens – beschikbaarheid van de bronnen (o.a. wetteksten en tijdschriften) op de arbeidsplaats: – bibliotheek – multimedia – databanken – seminaries en studiedagen – beschikbaarheid van de administratieve richtlijnen – beschikbaarheid van de informatie op de arbeidsplaats
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Functioneel geheel
Onderdeel Vaardigheid
15
Basiscompetentie Kennis
3 de student kan de wettelijk vereiste stukken invullen
4 de student kan de wettelijke termijnen en materiële verplichtingen m.b.t. het indienen van de wettelijk vereiste stukken naleven
Contextgegevens
Attitude – zelfvertrouwen – de student kent de – accuratesse inhoud (juridisch, – problemen sociaal, fiscaal, onderkennen en economisch, oplossen boekhoudkundig) – resultaatgerichtvan de wettelijk heid vereiste stukken – verantwoorde– de student kent de lijkheidszin informatica– zin voor toepassingen die initiatief hem toelaten de – zin voor wettelijk vereiste esthetiek stukken in te vullen – dienstverlenende ingesteldheid – de student kent de – accuratesse wettelijke termijnen – flexibiliteit en materiële – kwaliteitsbewust verplichtingen -zijn m.b.t. het indienen – omgaan met van de wettelijk stress (bestand vereiste stukken tegen tijdsdruk) – resultaatgerichth eid – verantwoordelijkheidszin – dienstverlenende ingesteldheid
hulpmiddelen: – standaardformulieren – informatica – ondergeschikten – administratieve richtlijnen
– verwachte resultaat: voldoen aan de wettelijke informatieverplichtingen
Conclusie m.b.t. het verwerkingsniveau van de kenniselementen: de student moet inzake deze takencluster kennisniveau 4 (integreren) bereiken.
3.3.6
Takencluster 6: Objectieve en onafhankelijke besluitvorming en advies-verstrekking Taak Vanuit een opdrachtomschrijving - al dan niet geformaliseerd - een dusdanig advies formuleren dat de kwaliteit van de beslissingen toeneemt. De adviesregeling zal veelal de vorm aannemen van het verwerken van financiële gegevens binnen een welbepaalde sociale en juridische context. Binnen systemen van tegenspraak is tot op een bepaalde hoogte een inleving in het standpunt en belang van de opdrachtgever taakstellend.
Functioneel geheel Adviesverstrekking en besluitvorming als dienstverlening t.a.v. cliënteel
Onderdeel
1 Probleemdefinitie
Basiscompetentie Vaardigheid – de student kan via luisteren en vraagstelling tot een nauwkeurige omschrijving van het probleem komen – hoofd- en bijzaken kunnen daarbij duidelijk geduid worden – waar de grenzen van de bevoegdheid of kennis overschreden
Kennis – een ruime juridische basiskennis is als parate kennis nodig – kennis van technieken van tekststructurering en rapportering is nuttig – discussietechnieken beheersen is een pluspunt – kennis van de technieken van accoun-
ContextAttitude – luisterbereidheid – nauwkeurigheid inzake vraagstelling
gegevens – informatiebronnen moeten ruim beschikbaar zijn
16
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Functioneel geheel
Onderdeel Vaardigheid worden, dient de student een attitude te ontwikkelen van gezonde evaluatie van eigen kunnen – uit de synthese moet de student tot een kernachtige probleemomschrijving komen 2 Probleem- – de student kan een analyse gedefinieerd probleem vanuit verschillende invalshoeken onderzoeken – de financiële consequenties van diverse benaderingen moet de student kunnen becijferen – alternatieve scenario’s kunnen formuleren 3 Conclu– Schematisch alternasievortieve scenario’s kunming en nen verwoorden op adviesvertoegankelijke wijze strekking (effectiviteitseis) – Voldoende snel tot conclusies kunnen komen (actualisatieeis) – Uit al pro en contra’s uiteindelijk tot een eenvoudig advies komen – In teamverband kunnen werken en/of een team kunnen leiden om tot klare conclusies te komen
Basiscompetentie Kennis tantscontrole
ContextAttitude
gegevens
– analyse van boekhoudstaten en interpretatie van financiële kerncijfers is essentieel – kunnen zoeken in informatiebronnen
– bereidheid om zich diepgaand in een probleem te verdiepen – bereidheid om zelf advies in te winnen – kunnen omgaan met conflicten
– informatiebronnen moeten ruim beschikbaar zijn – software
– rapporteringstechnieken – software inzake spreadsheet, database en tekstverwerking
– accuraatheid – kritische zin tegenover eigen conclusies – stressbestendig – bereidheid om oplossing stap voor stap te verfijnen – deontologische correctheid – bereidheid om verantwoordelijkheid op te nemen
– informatiebronnen moeten ruim beschikbaar zijn – software – verzekering beroepsaansprakelijkheid – respecteren van gangbare tarieven
Conclusie m.b.t. het verwerkingsniveau van de kenniselementen: de student moet overal niveau 4 (integreren) bereiken behalve anders vermeld: zie gedeelte bij onderdeel 3 waar niveau 3 (toepassen) zou kunnen volstaan.
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
3.3.7
17
Takencluster 7: Contacten met relaties leggen en onderhouden Taak De beroepsactiviteit gaat gepaard met veelvuldige contacten met relaties: opdrachtgever, werkgever, klanten en potentiële klanten, overheidsinstanties en dienstverleners uit andere disciplines (banken, verzekeringsinstellingen, notarissen, juristen, informatici, beroepsorganisaties … ). Die contacten grijpen plaats in en buiten de arbeidsplaats; er zijn ook veel hulpmiddelen voorhanden om correcte, duidelijke en zinvolle contacten te onderhouden (o.a. post, telefoon, fax, e-mail, rapporten, ondergeschikten, meetings van beroepsfederaties of van Kamers van Koophandel, seminaries).
Functioneel geheel 1 Leggen en onderhouden van contacten als boekhouder, accountant, erkend fiscalist, belastingconsulent in dienstverband
2 Leggen en onderhouden van contacten als zelfstandig boekhouder, accountant, erkend fiscalist, belastingconsulent.
Onderdeel
Basiscompetentie
Vaardigheid Contacten met – de student heeft – werkgever zowel schriftelijk – (potentiële) als mondeling klant correcte relaties – administraleren opbouwen. ties – de student heeft – dienstverleleren in teamverners uit andeband werken. re disciplines – collega’s werknemers
Kennis – de student kent en onderkent de specificiteit van elk van deze personen, beroepen, instellingen en administraties.
Contacten met: – de student heeft – Ondergeook elementaire schikten inzichten verwor(medewerven om als zelfkers) standige correcte – (potentiële) contacten op te klanten bouwen met rela– administraties. ties – met dienstverleners uit andere disciplines – collega’s zelfstandigen
– de student kent de rechten en verplichtingen van het zelfstandig ondernemen
Contextgegevens Attitude 1 gemeenschappelijk – mondelinge en aan alle contacten schriftelijke zijn de flexibiliteit, communicatie, vermogen om te meetings, sturelativeren, imadiedagen, vergagobewustzijn, de deringen, multitaalvaardigheid, de media … contactbereidheid en het inlevingsvermogen 2 met de werkgever: kwaliteitsbewustzijn, loyauteit, assertiviteit 3 met de klant: commercieel inzicht, empathie, overtuigingskracht en kwaliteitsbewustzijn 4 met de collega’s: assertiviteit, empathie, loyauteit, solidariteit, zin voor samenwerking de zelfstandige zal de idem hoger vermelde attitudes moeten blijven bezitten maar daarnaast ook blijk geven van: – beslissingsvermogen – doorzettingsvermogen – omgaan met stress – resultaatgerichtheid – zelfstandigheid
Conclusie m.b.t. het verwerkingsniveau van de kenniselementen: de student moet overal niveau 4 (integreren) bereiken.
18
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
Besluit De pas afgestudeerde zal zijn werkzaamheden aanvankelijk veelal uitvoeren onder leiding en verantwoordelijkheid van een accountant... . Hij zal dus vooral leiding ontvangen en samenwerken en communiceren met collega’s van uiteenlopend niveau, ervaring en deskundigheid. Hij zal zijn activiteiten doelgericht en doelmatig hoofdzakelijk binnen de organisatie moeten uitvoeren. Indien de afgestudeerde zich ontwikkelt, zal hij meer verantwoordelijkheden krijgen. Dit zal zich weerspiegelen in de contacten. Hij zal zijn werkzaamheden in teamverband verrichten waarbij hij, gelet op zijn hogeschoolopleiding, ook zelf leiding zal geven. Ook het zelfstandig naar buiten treden en contacten onderhouden met klanten, administraties en andere dienstverleners (banken, notarissen, advocaten ... ) zal spoedig tot zijn bezigheden behoren. Het einddoel van de carrière kan het beheren van een eigen kantoor zijn of het hoofd van een dienst. In dit geval zal leiding geven (plannen, organiseren, controleren) aan medewerkers steeds belangrijker worden en zullen ook de externe contacten op hoger niveau intenser zijn. Het aspect theorie-praktijk is voor deze optie moeilijk te scheiden. De werkgroep is van oordeel dat een stage met een minimumduur van 6 weken kan voorgesteld worden. Het maken van een eindwerk wordt sterk aanbevolen, bij voorkeur op individuele basis.
LUIK 2: De persoonsvorming
3.4
Sleutelkwalificatie
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
abstract denken accuratesse assertiviteit beslissingsvermogen commercieel inzicht contactbereidheid creativiteit dienstverlenende ingesteldheid doorzettingsvermogen een werkplan kunnen maken empathie flexibiliteit imagobewustzijn inzicht in de arbeidsorganisatie kritische ingesteldheid kunnen omgaan met info kwaliteitsbewustzijn leerbekwaamheid leergierigheid
Frequentie 57 61 29 61 54 71 67 48 61 57 4 71 29 67 65 67 65 67 31
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36
3.5
loyauteit omgaan met stress planmatig denken problemen onderkennen en oplossen productieve taalvaardigheid MVT productieve taalvaardigheid moedertaal receptieve taalvaardigheid moedertaal receptieve taalvaardigheid MVT resultaatgerichtheid solidariteit veiligheids- en milieubewustzijn verantwoordelijkheidszin zelfstandigheid zelfvertrouwen zin voor initiatief zin voor samenwerking zin voor esthetiek
19
Frequentie 35 42 67 71 52 52 48 48 61 35 58 65 61 46 67 71 48
De kern van het opleidingsprofiel De optie “Accountancy-Fiscaliteit” beoogt de vorming van de verantwoordelijke die: − de wettelijke boekhouding beheerst − boekhoudrecht beheerst en opvolgt − boekhouding op computer kan evalueren en toepassen − de analytische boekhouding kan doorzien en het verband kan leggen met de algemene − een aangifte in de personenbelasting kan opmaken − BTW-aangifte kan opstellen − de vennootschapsbelasting beheerst en opvolgt − snel de financiële gezondheid van een onderneming kan aflezen uit een jaarrekening − een overzicht heeft van fundamentele principes en toepassingen van interne en externe controle − de basisprincipes van consolidatie beheerst − de basisprincipes van de sociale wetgeving beheerst − kan advies geven aan klanten: zelfstandigen, starters... op fiscaal en boekhoudkundig vlak − kan informaticapakketten toepassen (de meest recente i.v.m. zijn beroep) − de grote economische sectoren volgt − de financiële en economische realiteit via vakliteratuur volgt − de snel evoluerende wetgeving op het terrein van accountancy, fiscaliteit, recht volgt en weet waar men zich kan bijscholen en wat men daaromtrent kan raadplegen − communicatief is naar klanten en medewerkers − voldoende talenkennis heeft − zelfstandig een rapport kan opstellen
20
OPLEIDINGSPROFIEL ACCOUNTANCY-FISCALITEIT
LUIK 3: Maatschappelijke integratie Het karakter van het hoger onderwijs van 1 cyclus wordt bepaald door de combinatie van de niveaucomponent en de beroepscomponent. De beroepscomponent is in het eerste luik uitgebreid aan bod gekomen. In de volgende twee paragrafen komt enerzijds de niveaucomponent aan bod, als basis voor de maatschappelijkculturele vorming. Anderzijds wordt gewezen op de relatie met de specificiteit tot de andere opties binnen de opleiding.
3.6
Maatschappelijk-culturele vorming Ondanks het feit dat de klemtoon op het beroepsgericht onderwijs ligt, impliceert het hoger niveau dat de afgestudeerde een brede kijk heeft op de bestudeerde verschijnselen, hetgeen inhoudt dat het bestudeerde vanuit verschillende vakgebieden benaderd wordt. Derhalve is niet enkel een diepgaande bedrijfseconomische kennis vereist, maar moeten ook bepaalde macro-economische, juridische en ethische inzichten verworven zijn. Bovendien moet ernaar gestreefd worden de studenten zelfstandig te leren denken en handelen. Belangrijk is tegelijk: − oog te hebben voor details, zonder in pietluttigheden te verzeilen − systematiek te ontwikkelen, gebruik makend van aangeleerde methodes en technieken − creatief te zijn Tenslotte moet een voldoende basiskennis van vreemde talen, zowel schriftelijk als mondeling, geëist worden.
3.7
Relevantie van de optie De verwantschap met de andere opties van de opleiding komt vooral tot uiting in de hoger besproken maatschappelijk-culturele vorming. Elke afgestudeerde van de opleiding “Bedrijfsbeheer” moet een aantal basiscompetenties ontwikkeld hebben. Van een boekhouder-accountant-fiscalist moet echter een diepgaande kennis op deze drie domeinen verondersteld worden. In die zin zal deze optie toch sterk verschillen van de andere vijf opties. De stage is derhalve geen algemene (hoe interessant ook), maar wel degelijk een specifieke kennismaking met de beroepspraktijk van accountant-fiscalist.
OPLEIDINGSPROFIEL financie- & verzekeringswezen
sector opleiding optie studiegebied
: : : :
handel-administratie bedrijfsbeheer financie- & verzekeringswezen handelswetenschappen & bedrijfskunde
Sectorcommissie hogeschoolonderwijs van de Vlaamse Onderwijsraad D/1998/6356/32 De leden van de sectorcommissie zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor het opleidingsprofiel. De VLOR staat in voor een uniforme en toegankelijke lay-out.
INHOUD
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
&
VERZEKERINGSWEZEN
INHOUD
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
1
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel
1
1.2
Opdracht
1
1.3
Ontwikkelingsproces
1
1.4
Legitimatie
2
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING
3
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld 2.1.1 Beroepenstructuur 2.1.2 Geraadpleegde beroepsprofielen
3 3 3
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld 2.2.1 Studiegebied, opleidingen en opties 2.2.2 Aanverwante studiegebieden, opleidingen, opties 2.2.3 Diploma’s en getuigschriften 2.2.4 Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma’s voor de opleiding 2.2.5 Gelijkaardige opleidingen en diploma’s in het buitenland 2.2.6 Geografische spreiding van de beroepsactiviteiten in België 2.2.7 Geografische spreiding van het opleidingsaanbod in België 2.2.8 Kwantitatieve beschrijving van het totaal aantal studenten in de opleiding 2.2.9 Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten van de opleiding SO-vooropleiding… 2.2.10 Reële studieduur
3 3 3 3
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
4 4 4 4 5 5 5
6
3.1
De exacte benaming van de opleiding
6
3.2
Globale omschrijving
6
3.3
Beroepsgericht opleidingsprofiel
6
3.4
Maatschappelijke context
HOOFDRUBRIEK 4: BIBLIOGRAFIE
14
16
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
&
VERZEKERINGSWEZEN
1
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel De opleiding Bedrijfsbeheer, Financie- en Verzekeringswezen richt zich op drie doelgebieden. Afgestudeerden van deze optie kan men terugvinden in diverse functies binnen de verzekeringssector, en dit zowel bij verzekeringsmaatschappijen als verzekeringstussenpersonen. Een aantal afgestudeerden vestigen zich als zelfstandig tussenpersoon, al dan niet voordat men enige praktijkervaring heeft opgedaan. Ook in de banksector vinden we afgestudeerden terug in een breed gamma van functies waarbij techniciteit en commerciële feeling belangrijk zijn. Tenslotte komt een deel van de afgestudeerden terecht in ondernemingen waarin zij ingeschakeld worden in het risicobeheer of de financiële diensten. De pas afgestudeerde zal bij aanvang de meeste taken onder leiding van anderen uitvoeren, maar kan op vrij korte termijn doorgroeien naar grotere bevoegdheden en zelfstandig werken. De genoten opleiding biedt de mogelijkheid om door te groeien naar middenkaderfuncties. In de financiële sector is er een toenemende branchevervaging vast te stellen. De overheid heeft hierop ingespeeld om de vroegere gescheiden opleidingen Verzekeringen en Financiewezen samen te voegen tot Financie- en Verzekeringswezen. Deze samenvoeging is niet door iedereen enthousiast onthaald. De technische basiskennis die de afgestudeerden dienen te beheersen is vrij groot. In het opleidingsprofiel is getracht een zo goed mogelijk evenwicht te vinden tussen beide. Een aantal vertegenwoordigers van hogescholen zijn dan ook principieel niet akkoord met het voorliggende profiel.
1.2
Opdracht De opdrachtgever van dit opleidingsprofiel is de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor).
1.3
Ontwikkelingsproces Basis voor de ontwikkeling van dit opleidingsprofiel is het goedgekeurde beroepsprofiel. Het betreffende beroepsprofiel was echter niet voldoende uitgewerkt. De benaming Technisch-commercieel medewerker voor de financiële sector werd
2
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
&
VERZEKERINGSWEZEN
daarenboven opgedrongen door de voorzitter van de werkgroep Bedrijfsbeheer en is totaal kunstmatig. Het beroep van een afgestudeerde van deze opleiding kan niet onder één term gecatalogeerd worden. Afgestudeerden worden voorbereid om diverse functies binnen de financiële sector in te nemen. Al deze functies veronderstellen een gedegen technische basiskennis - die onder meer bij de verzekeringstussenpersonen wettelijk is vastgelegd - en een communicatieve ingesteldheid zowel naar cliënteel als naar medewerkers toe. De werkgroep die dit beroepsprofiel uitwerkte heeft echter niet de mogelijkheid gekregen om verbeteringen en/of aanpassingen voor te stellen voor het beroepsprofiel. Het is onnodig te zeggen dat dit tot heel wat ongenoegen heeft geleid bij de leden van de werkgroep. Dit ongenoegen heeft zijn gevolgen gehad voor de uitwerking van het opleidingsprofiel dat enkel in zijn laatste fase werd besproken binnen de vroeger gevormde werkgroep. Daarenboven is de enorme tijdsdruk een uitermate negatieve factor geweest.
1.4
Legitimatie Het opleidingsprofiel is een opdracht van de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor).
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
&
VERZEKERINGSWEZEN
3
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld
2.1.1
Beroepenstructuur Beroepsprofiel Beroepscodes - Handleiding SIMONA, Brussel, VDAB, 1995, VDAB, Keizerslaan 11, 1000 Brussel, tel 02/506.15.11
2.1.2
Geraadpleegde beroepsprofielen Beroepsprofiel: Technisch-commercieel medewerker voor de financiële sector.
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld
2.2.1
Studiegebied, opleidingen en opties De optie Financie- en Verzekeringswezen maakt deel uit van de basisopleiding Bedrijfsbeheer. Deze behoort tot het studiegebied Handelswetenschappen en Bedrijfskunde.1
2.2.2
Aanverwante studiegebieden, opleidingen, opties Aanverwante opleidingen binnen de afdeling Bedrijfsbeheer zijn: − − − − −
accountancy-fiscaliteit expeditie, distributie en transport marketing milieuadministratie rechtspraktijk
Aanverwante opleidingen uit andere afdelingen zijn: − − − − −
2.2.3
beheer, toerisme & recreatie communicatiebeheer hotelbeheer secretariaatsbeheer toegepaste informatica
Diploma's en getuigschriften Na drie jaar studie verleent men de graad van gegradueerde in het bedrijfsbeheer. Een uitbreiding naar één van de andere opties is een mogelijkheid na een bijkomend jaar. Deze mogelijkheid wordt echter niet in alle hogescholen aangeboden.2
1 2
Bron: Decreet betreffende de hogescholen, 13 juli 1994, deel I, bijlage I. Bron: Decreet betreffende de hogescholen, 13 juli 1994, deel I, bijlage I.
4
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
2.2.4
&
VERZEKERINGSWEZEN
Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma's voor de opleiding 1988-89 1989-90 1990-91 1991-92 1992-93 1993-94 1994-95
185 224 (overgang naar driejarige cyclus) 288 188 403 403
Er is een verdubbeling van het aantal afgestudeerden vast te stellen t.o.v. het einde van het vorig decennium.3
2.2.5
Gelijkaardige opleidingen en diploma's in het buitenland In het buitenland vindt men in de verschillende landen van de Europese Gemeenschap gelijkaardige opleidingen terug die gericht zijn op de financiële sector.4
2.2.6
Geografische spreiding van de beroepsactiviteiten in België Volgens Regionale en sectoriële analyse van de Vlaamse Werkgelegenheid 1996 blijkt dat: In de sector diensten staat verzekeringen met 660 eenheden op de voorlaatste plaats (ongeveer evenveel mannen als vrouwen). Banken op de 11de plaats maar op de 3de plaats indien overheidsdiensten niet worden meegerekend. De verzekeringssector vertoont t.o.v. 1993-94 een toename van de werkgelegenheid, de banksector een afname. Dit laatste dient echter genuanceerd te worden. Men stelt meer en meer vast dat laaggeschoold personeel vervangen wordt door hoger geschoold personeel. Daardoor blijft de vraag naar afgestudeerden van de afstudeerrichting Financie- en Verzekeringswezen groot. Sterk presterende streken zijn: Waregem, De Panne, Diksmuide, Waasland, Geel, Mol, Centrum Limburg, Maasland. Zwak presterende streken zijn: Antwerpen, Brussel, Kortrijk, Poperinge, Sint Truiden, Tongeren.5
2.2.7
Geografische spreiding van het opleidingsaanbod in Vlaanderen Zie Decreet betreffende de hogescholen, 13 juli 1994, deel I, bijlage II.
3 4 5
Bron: Statistisch jaarboek van het Vlaams Onderwijs 1995-96. Bron: Inspectie Hoger Onderwijs, Koningsstraat 136, 1000 Brussel, tel 02/211.42.61; Administratie Hoger Onderwijs, Koningsstraat 136, 1000 Brussel, tel 02/211.47.61. Bron: Regionale en sectorale analyse van de Vlaamse werkgelegenheid, 1996. SERV, Jozef II straat 12-16, 1040 Brussel, tel 02/217.07.45, fax 02/217.70.08.
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
2.2.8
&
5
VERZEKERINGSWEZEN
Kwantitatieve beschrijving ven het totaal aantal studenten in de opleiding6 1ste studie2de studiejaar 3de studiejaar jaar M V T M V T M V T 429 473 902 793 795 1588 740 843 1583
Accountancy, fiscaliteit Expeditie, distri128 57 185 173 117 butie en transport Financie- en verze- 111 86 197 231 167 keringswezen Marketing 379 241 620 437 308 Milieuadministratie 34 34 68 12 9 Rechtspraktijk 71 114 185 27 70
2.2.9
M 1962
V 2111
T 4073
290
159
87
246
460
261
721
398
167 151
318
509
404
913
745 21 97
396 316 8 8 17 37
712 16 54
1212 54 115
865 51 221
2077 105 336
Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten van de opleiding SO-vooropleiding, ervaring met HO, geslacht, leeftijd en studieresultaten7
Geboortejaar Bedrijfsadministratie Boekhouden accountancy Boekhouden fiscaliteit Expeditie Financie- en verzekeringswezen Marketing Milieuadministratie Openbare administratie Rechtspraktijk Verzekeringen
Totaal
1969
1970
1971
1972
1973
1974
Totaal
M V
T
M
V 7
T 7
M V 13 10
T 23
M 23
V 28
T 50
M 36
V 41
T 77
M 21
V 68
T 89
M 94
V 154
T 248
1
1
9
7
16
30 11
41
105
75 180
120
131
251
88
211
299
357
435
792
15
8
23
34 19
53
80
49 129
80
95
175
39
108
147
256
279
535
2
2
8 3
1
9 3
16 12
25 16
37 29
21 20
59 49
41 38
38 36
79 74
28 15
30 36
58 51
134 98
101 96
235 144
1
1
20
6
26 0
79 35 114 0
129 2
91 220 2 4
100 5
103 4
203 9
58
134 3
189 3
390 7
373 10
763 17
1
1
1
1
3
3
2
2
2
6
8
1
1
1
1 1
9 4
1
1
5
4
9
5
14
19
2
19
21
2
18
20
16
56
72
1
11
8
19
22
23
45
18
26
44
7
37
44
59
95
154
2.2.10 Reële studieduur De studieduur bedraagt drie jaar. Statistisch jaarboek van het Vlaams Onderwijs 19951996. Afdeling Informatie en Documentatie, Koningsstraat 71, 1000 Brussel, tel 02/219.94.36.
6 7
Bron: Statistisch jaarboek van het Vlaams Onderwijs 1995-1996. Afdeling Informatie en Documentatie, Koningsstraat 71, 1000 Brussel, tel 02/219.94.36. Bron: Statistisch jaarboek van het Vlaams Onderwijs 1995-1996. Afdeling Informatie en Documentatie, Koningsstraat 71, 1000 Brussel, tel 02/219.94.36.
6
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
&
VERZEKERINGSWEZEN
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
3.1
Exacte benaming van de optie Bedrijfsbeheer: Financie- en Verzekeringswezen.
3.2
Globale omschrijving Vanuit het beroepsprofiel wordt als onderdeel in het vertaalscherm gekozen voor het werken met takenclusters. Het beroepsleven vergt immers minder het uitvoeren van specifieke hiërarchisch welomschreven taken dan wel typefuncties. De steeds verder ingrijpende branchevervaging en de doorgedreven toepassing van informaticatechnologie vergen een voortdurende aanpassing van medewerkers aan de steeds veranderende eisen die de sector stelt. Dit heeft een belangrijke consequentie voor de opstelling van het opleidingsprofiel. Het opstellen van een opleidingsprofiel beoogt dan ook een formulering en invulling van basiscompetenties, op basis van een kader dat in de opleiding, zin voor overleven maar ook voor evolutie vooropstelt. Een direct gevolg van deze optie is dat naast vakkennis, creatieve attitude en constructieve maatschappelijke betrokkenheid het opleidingsprofiel zullen beïnvloeden. Wat betreft het verzekeringsluik in de opleiding verwijzen we naar de Wet van 27 maart 1995 op de verzekeringsbemiddeling en -distributie. In deze wet legt men de vereiste beroepskennis vast, zowel wat betreft een theoretische bagage als een praktische ervaring in verzekeringen. De diploma's HOBU met minder dan vier studiejaren, waarbij het lessenprogramma minstens 275 uur technische kennis inzake verzekeringen en 75 uur inzake bedrijfsbeheer bevat, of een equivalente studiebelasting voldoen aan de voorwaarden m.b.t. de vereiste beroepskennis. Hieraan is een praktische ervaring gekoppeld van één jaar voor onafhankelijke tussenpersonen en zes maand voor niet-onafhankelijke tussenpersonen. Deze vereiste beroepskennis is dan ook opgenomen in het onderstaand opleidingsprofiel. Het verwerkingsniveau met betrekking tot de kenniselementen bevindt zich op niveau 4, d.w.z. dat de student de materie spontaan moet kunnen toepassen. Belangrijk hierbij is dat de student probleemoplossend moet kunnen werken. Daar waar een ander kennisniveau dan niveau 4 verwacht wordt, zal het betreffende kennisniveau in de tekst worden aangeduid.
3.3
Beroepsgericht opleidingsprofiel Op de volgende pagina's kan men het beroepsgericht opleidingsprofiel terugvinden. Om de theoretische kennis en vaardigheden te toetsen aan de praktijk is een stageperiode meer dan wenselijk. De duur van deze stageperiode moet lang genoeg zijn om de student zich te laten inleven in zijn werksituatie.
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
Functioneel geheel Voorbereiding
&
7
VERZEKERINGSWEZEN
Onderdeel Vaardigheid Management – de student kan een en managementplan Organisatie opstellen voor een verzekeringskantoor, spaarbankagentschap of advieskantoor
Informatie – het verzamelen van en relevante infordatavoorstelmatie, alsook het ling opslaan en gebruik ervan – het statistisch verwerken van de informatie – het operationeel maken van de relevante informatie – technieken die de verkregen informatie rationaliseren tot connotieve gehelen die een welbepaald demonstratief toepassingsveld hebben Advies- en in- Probleem– binnen het bestaand formatieverstelling en juridisch kader de strekking situering behoeften van binnen het cliënteel en de bestaand aangeboden juridisch producten kunnen kader situeren – correct kunnen aanduiden welke de rechten en verplichtingen van beide partijen zijn in een contract – de aansprakelijkheden van zowel privépersonen als van bedrijven kunnen afbakenen
Basiscompetentie
Contextgegevens
Kennis – strategisch management en organisatieontwerp – human resource management
Attitude – abstractievermogen – zin voor synthese – loyauteit
– kennis van de beschikbare bronnen (1) – basisprincipes van statistiek – voorstellen van resultaten
– abstractievermogen, strikt en éénduidig taalgebruik, leergierigheid, zin voor initiatief – zin voor synthese, goede schriftelijke taalbeheersing, accuraatheid en waarheidsgetrouwheid
– burgerlijke wetgeving – wetgeving op de verzekeringsovereenkomst – controlewetgeving op de verzekeringsondernemingen, met inbegrip van de belangrijkste Europese regelgeving – wetgeving op de distributie van verzekeringen – wetgeving op de consumentenbescherming en op de handelspraktijken – wetgeving op het hypothecair krediet en het consumentenkrediet – wet op de privacy – reglementering, technische en fiscale aspecten van de diverse
– kritische ingesteldheid – accuraatheid – loyauteit t.o.v.; de nationale en Europese wetgeving, alsook t.o.v. de cliënt – zin voor verantwoordelijkheid
– de beschikbaarheid van de nodige gegevens via bibliotheek, CD-Rom, vakliteratuur, internet, ... – computers – software
– de beschikbaarheid van de nodige gegevens via bibliotheek, CD-Rom, vakliteratuur, internet, ... – seminarie – cases – stage
8
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
&
VERZEKERINGSWEZEN
verzekeringstakken. Dit omvat zowel de productie als het schadebeheer van personenverzekeringen Ziekte, ongeval, overlijden, leven, arbeidsongevallen, patrimoniumverzekeringen aansprakelijkheidsverzekering
Fiscale analyse van personen en bedrijven
Analyse van de sociale wetgeving
– reglementering van de diverse betalingstechnieken, kredieten en beleggingen – de student kan de – de voornaamste fiscale situatie per fiscale stelsels persoon of kunnen toepassen onderneming op de concrete analyseren en situatie: persointerpreteren nenbelasting, – de student kan bij vennootschaphet aanbieden van belasting, een successierechten, verzekeringspro... duct, kredietvorm – het fiscaal statuut of belegging van de cliënt rekening houden kunnen bepalen met de fiscale – een fiscale consequenties prognose kunnen – het fiscaal advies maken, rekening moet kaderen in een houdend met de legaal en moreel socio-econoverantwoord kader mische situatie – de relatie adviseurvan de cliënt cliënt moet een – de fiscale situatie vertrouwensrelatie in overeenzijn ter bevordering stemming van beide personen brengen met de en van de gemeenheersende wetschap geving, in nationaal en Europees verband (1)
– de student kan de sociale situatie van personen of bedrijven analyseren en interpreteren – de student kan bij het aanbieden van een verzekeringspro-
– empathie t.o.v. de cliënt – creatief omgaan met de situatie waarin de cliënt zich bevindt – imagobewustzijn om de goede naam van de fiscale werkgever en van de maatschappij niet te schaden – een werkplan kunnen maken, over een periode van lange en middellange termijn – loyauteit ten opzichte van de nationale en Europese wetgeving alsook ten opzichte van de cliënt – solidariteit met de cliënt – zin voor initiatief – de sociale context – empathie van de cliënt in – planmatig een juridisch denken kader kunnen – resultaat plaatsen gericht denken – de verplichte op lange en ziekte en invalimiddellange diteitsverzekering termijn kunnen plaatsen – inzicht in de artegenover een beidssituatie
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
&
duct, kredietvorm of belegging, rekening houden met de sociale consequenties – de sociale en arbeidssituatie van de cliënt kunnen plaatsen in een langetermijndenken en in een evoluerende maatschappij
Het inspelen op de behoeften van cliënteel door het aanbieden van de gepaste oplossing voor zijn verzekerings- of financiële behoefte (productie)
9
VERZEKERINGSWEZEN
aanbod van privéverzekeringen – de economische en sociale positie van de cliënt kunnen plaatsen in een prognose voor de toekomst – de sociale wetgeving van de Europese en andere landen kunnen vergelijken en toepassen op het geval van de cliënt wanneer deze grensoverschrijding werkt (1) – het arbeidsrecht kunnen toepassen op de situatie van de cliënt voor wat betreft het eigen aandeel in het arbeidsongevallenrisico – de aanvullende verzekering als bijkomende vergoeding – de verschillende pensioenstelsels kunnen toepassen op de concrete situatie met het oog op eigen kapitalisatie van het pensioen – de identificatie en – technieken van analyse van de het risicobeheer behoeften zowel – het beleggingswat betreft risico's profiel en de als kredieten en bekredietbehoefte leggingen bij – opstellen en personen en interpreteren van ondernemingen eenvoudige – het kunnen omgaan statistische met wiskundige modellen tabellen die het – kennis van de berisico kwantitatief staande producbepalen ten, de begren– de 'best possible zing en de choice' voor de mogelijkheden cliënt kunnen geven van de producten – het vergelijken van – het kennen van de aangeboden de voornaamste verzekeringsoplosverzekeringssingen, kredieten en leveranciers beleggingen alsook hun – het speculatieve financiële of leren onderbouwen andere verankemet rationele ring in Europees argumenten die zijn perspectief. (1) gebaseerd op de economische en
– dienstverlenende ingesteldheid
– kritische ingesteldheid – kwaliteitsbewustzijn – zin voor initiatief – zin voor planmatig denken
10
Marketing en verkoop
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
sociale structuur van de Europese Unie de economische en sociale structuur van de individuele verzekeringsnemer (1) – deze kennis kunnen plaatsen in de socioeconomische rol van de verzekeringsmarkt en de financiële markten (1) Het inspelen – de behoeftenanalyse op de kunnen maken krediet- en inzake de kredietbeleggingsen beleggingsbehoeften mogelijkheden van van cliënteel personen en door het ondernemingen aanbieden – de krediet- en van de beleggingsproducgepaste ten in kredietovereenstemming en/of brengen met de beleggingsfinanciële positie vorm. van de cliënt – de krediet- en Beleggingsbeleggingsadvies geven adviezen in ovevolgens een reenstemming strikte brengen met het morele, sociaal en fiscaal deontolostatuut van de cliënt gische en – de voornaamste wettelijke krediet- en belegcode gingsvormen kunnen vergelijken en kunnen afwegen naargelang het genomen risico en het daaruit volgend rendement – het rendement en de werkelijke kost van een krediet kunnen berekenen – de student kan de nodige parameters berekenen bij de analyse van de behoeften Marketing – de student kan de Management marketingprincipes toepassen op financiële producten en diensten – marktonderzoek
&
VERZEKERINGSWEZEN
– analyse van het beleggingsprofiel – berekenen van de kredietcapaciteit – de kennis van de aangeboden producten – statistische en actuariële berekeningen i.v.m. rendement – statistische en actuariële berekening i.v.m. kredietkosten – fiscale en sociale wetgeving m.b.t. de diverse aangeboden producten enkelvoudige en samengesteld intrest annuïteit rentabiliteitswaarde investeringsanalyse
– verantwoordelijkheidszin ten opzichte van de cliënt – resultaatgericht op korte, middellange of lange termijn – kwaliteitsbewustzijn – een werkplan kunnen maken – beslissingsvermogen aan de dag leggen – accuraatheid – leergierigheid – leerbekwaamheid – abstractievermogen
– prijs, product, promotie en distributiebeleid – de betekenis van marketing voor een onderneming – strategische marketing planning (1)
– adequaatheid en zin voor initiatief – zin voor verantwoordelijkheid – accuraatheid – abstractievermogen – realiteitszin voor het haalbare – zin voor commer-
– de beschikbaarheid van de nodige gegevens via bibliotheek, CD-Rom, vakliteratuur, internet, ... – computer – seminarie – cases – bedrijf
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
Verkoop
Bedrijfsbeleid
Het toepassen van de algemene principes van het bedrijfsbeheer
Training, oriëntatie leiding geven
&
11
VERZEKERINGSWEZEN
– de student kan een verkoopsgesprek voeren – de student kan onderhandelen en argumen-teren zowel t.o.v. cliënteel als t.o.v. de leveranciers van diverse diensten en producten – het bevorderen van de burgerzin van de cliënt ten overstaan van de burgerlijke maatschappij – het plaatsen van de burgerzin in een levensbeschouwelijke context – de student kan een team leiden en de taakverdeling uitwerken – de student kan medewerkers motiveren en samenwerkingsverbanden stimuleren – de student kan de organisatiestructuur en de diverse communicatielijnen binnen een organisatie onderkennen. – de student kan werken met computersoftware als ondersteuning van het bedrijfsbeleid – de student kan investeringsbeslissingen voorbereiden – de student kan de diverse betalingstechnieken toepassen, zowel nationaal als internationaal – de student kan inen uitgaande geldstromen beheren – eigen zwakheden en die van personeelsleden kunnen herkennen, formuleren en analyseren – verschillende vormen van leiding geven kunnen vergelijken
– techniek van het verkoopsgesprek – telefonische prospectie – technieken direct marketing
cialisering – accuraatheid – assertiviteit – contactvaardig heid – empathie – zin voor verantwoordelijkheid
– dubbele boekhou- – inzicht in de ding persoonlijke – vennootschapssituatie van de boekhouding cliënt in het – deze kennis licht van het te kunnen toepassen verzekeren voor het afsluiten risico van een contract – solidariteit met de cliënt tussen cliënt, – analyse bedrijf en jaarrekening makelaar – het bepalen van – flexibiliteit om het kostenbeheer het nieuw – administratief economisch verloop van bedrijfsbeheer verkoopstranstoe te passen op acties de suggestieve – relevante gegesituatie. vens en evaluatietechnieken van investeringsbeslissingen – kennis van betaal- en inningtechnieken, inclusief betaalen inningprocedures met link naar boekhouding
– de student kent de verplichting en de mogelijkheden tot bijscholing – de student kan de nodige bronnen raadplegen voor de oplossing van een probleem – personeelsbeleid
– zin voor initiatief – zin voor realiteit – commercieel zicht op de toekomst – voldoende feeling met alle noden van het
– de beschikbaarheid van de nodige gegevens via bibliotheek, CD-Rom, vakliteratuur, internet, ... – bedrijf – stages – computers, software (bv. Isabel) – moderne communicatiemiddelen – seminarie – cases
12
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
Debiteurenbeheer
Organisatiekunde
Agenda
Beveiliging
Informatica en tekstverwerking
– de efficiëntie van leidinggevende modellen kunnen afwegen naargelang de concrete situatie – een waardeschaal kunnen opstellen om werknemers te quoteren en deze in concrete vorm kunnen weergeven – de student kan het beheer van klanten productgegevens uitvoeren – de student kan een debiteurenadministratie voeren en het beheer doen van vorderingen – de student kan een professioneel incassogesprek voeren
– de student kan zijn werk organiseren zoals vereist – het plaatsen van interne structurele vraagstukken tegenover een externe achtergrond – de student kan een agenda opstellen en beheren – de student kan termijnen respecteren en afspraken stipt nakomen – de student kan met vertrouwelijke gegevens discreet en volgens wettelijke bepalingen omgaan
– de student kan de gepaste informaticaoplossing gebruiken voor de prospectie en het beheer van cliënteelgegevens
&
VERZEKERINGSWEZEN
– motiveringstechnieken
personeel – empathie t.o.v. het personeel
– de administratie voor de cliënt en voor de financiële instelling klaar en duidelijk kunnen weergeven – het termijnbeheer kunnen uitvoeren en coördineren binnen een verzekeringsportefeuille – kennis van preventieve en curatieve instrumenten inzake het beheer van handelsvorderingen – afstemmen organisatie en externe omgeving – structureringsvraagstukken
– accuraatheid – adequaat weergeven van kosten en baten – loyauteit en deontologische feeling – accuraatheid – omgaan met de gelden van anderen volgens strikt deontologische regels
– bedrijfsorganisatie – time-management – informaticatoepassingen
– accuraatheid – flexibiliteit – organisatievermogen – zelfstandig kunnen plannen en werken – loyauteit
– voornaamste bewerkingstechnieken kennen met het oog op het beschermen van waarden of vertrouwelijke documenten – kennis van de meest courante softwarepakketten binnen een kantooromgeving – dataverwerking betreffende financiële en verzekeringsgegevens
– abstractievermogen – leerbekwaamheid
– abstract denken – accuraatheid – zelfstandigheid – zin voor leerbekwaamheid – kritische ingesteldheid ten opzichte van data – kwaliteitsbewustzijn
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
Communicatie en sociale vaardigheden
Educatie
Schriftelijke en mondelinge taalvaardigheid
&
– het Nederlands vlot en correct kunnen spreken en schrijven – een voldoende kennis van twee andere Europese talen om zich te bekwamen in de vakliteratuur en voor de communicatie met cliënteel en medewerkers – een goede zin voor synthese en die kunnen weergeven in een correct taalgebruik – technieken van communicatievaardigheid – presentatietechnieken – interne verslaggevingssystemen voor financiële instellingen, gedecentraliseerde en gedivisionaliseerde ondernemingen Onderhan– de student kan zich – communicatieve deling en opstellen als een vaardigheden samenwervolwaardige – kennis van de king gesprekspartner van verschillende cliënt en specialisdisciplines ten uit de diverse branches Rapportering – de onderzoeksresultaten kunnen verwoorden in een vorm die voor leeroverdracht geschikt is Leeronderzoek
13
VERZEKERINGSWEZEN
– de student kan zowel mondeling als schriftelijk vlot communiceren met cliënteel, medewerkers en oversten – de student kan op een vlotte manier communiceren met medewerkers van andere afdelingen
– uitvoeren van een praktisch onderzoek in groepsverband waarbij alle fasen van het onderzoeksproces worden doorlopen – een specifiek probleem kunnen herkennen, doordenken, formuleren en tot op het bot oplossen
– loyauteit ten opzichte van persoonlijke gegevens – commercieel inzicht – accuraatheid – assertiviteit – leergierigheid – leerbekwaamheid – abstractievermogen – taalvaardigheid, zowel schriftelijk als mondeling – zin voor synthese
– communicatieruimte – moderne communicatieapparatuur – simulaties
– flexibiliteit – kritische ingesteldheid – doorzettingsvermogen
– zelfvertrouwen uitstralen – empathie – kunnen plannen – beslissingen nemen – leergierigheid – doorzettingsvermogen en zin voor organisatie – het kunnen weergeven van conclusies in een correct taalgebruik
– communicatieruimte – moderne communicatieapparatuur
14
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
Persoonlijkheidsvorming en sociale vaardigheden
Bedrijfsfilosofie
Controle
3.4
Nazicht van inkomende stukken
&
VERZEKERINGSWEZEN
– de student kan bij – een correct – imagobewust contacten met taalgebruik en zijn cliënteel en derden correct – probleem leren een gepaste voorkomen erkennen en erhouding aannemen – prognose op korte mee kunnen – het plaatsen van en lange termijn om-gaan zijn beroep in het – het aftasten van – stressbestenkader van een totale de markt digheid dienstverlening die – zin voor het productgerichte samenwerken overschrijdt – zin voor initiatief – zin voor esthetiek in taal, houding en kleding – de plaats van het – beginselvastbedrijf kunnen heid en bepalen t.o.v. bereidheid tot andere econoautokritiek mische en sociale – zin voor activiteiten synthese – het productenpakket in overeenstemming kunnen brengen met de doelstellingen van de economische en sociale beginselen van de onderneming – De student kan de – specifieke kennis – accuraatheid inkomende stukken van de verschil– zin voor nakijken op fouten lende diensten en kritische producten ingesteldheid
– de beschikbaarheid van de nodige gegevens via bibliotheek, CD-Rom, vakliteratuur, internet, ... – bedrijf computers, software – moderne communicatiemiddelen
Maatschappelijke context − Men moet de verworven vaardigheden kunnen toetsen aan de realiteit waarbij een kritische houding t.o.v. zichzelf, de omgeving en de aangeboden producten wordt aangenomen. − Men moet zijn vaardigheden kunnen plaatsen in een maatschappelijk project dat het algemeen en persoonlijk welzijn vooropstelt. − Men moet zijn vaardigheden kunnen plaatsen in een algemeen culturele context zodoende dat men met zijn activiteiten meebouwt aan een Europese cultuur. − Men moet zijn vaardigheden kunnen toetsen aan morele, deontologische en levensbeschouwelijke regels die het verkeer tussen personen regelen.
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
&
VERZEKERINGSWEZEN
15
− Men moet zijn producten kunnen plaatsen in een maatschappelijke context die op termijn denkt over het welzijn van de mens. − Men moet zijn vaardigheden en producten kunnen plaatsen in een tijdsevolutie die steunt op de traditioneel erkende vaardigheden en producten. − Men moet innovaties kunnen toetsen aan hun morele, zowel persoonlijke als maatschappelijke meerwaarde. − Men moet zijn activiteiten kunnen plaatsen in een maatschappelijke debat dat democratiebevorderend is.
16
OPLEIDINGSPROFIEL FINANCIE-
&
VERZEKERINGSWEZEN
HOOFDRUBRIEK 4: BIBLIOGRAFIE
♦ D.V.O. , Handleiding voor het schrijven van Opleidingsprofielen, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap departement Onderwijs, 1997, 72 blz. ♦ Statistisch jaarboek van het Vlaams Onderwijs 1995-96, Afdeling Informatie en Documentatie, Koningsstraat 71, 1000 Brussel. ♦ Decreet betreffende de hogescholen, 13 juli 1994.
OPLEIDINGSPROFIEL marketing
sector opleiding optie studiegebied
: : : :
handel-administratie bedrijfsbeheer marketing handelswetenschappen & bedrijfskunde
Sectorcommissie hogeschoolonderwijs van de Vlaamse Onderwijsraad D/1998/6356/32 De leden van de sectorcommissie zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor het opleidingsprofiel. De VLOR staat in voor een uniforme en toegankelijke lay-out.
INHOUD OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
INHOUD
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
1
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel
1
1.2
Opdracht 1.2.1 Opdrachtgever 1.2.2 Opdracht
1 1 1
1.3
Ontwikkelingsproces
1
1.4
Legitimatie
1
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING
2
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld 2.1.1 Beroepenstructuur 2.1.2 Geraadpleegde beroepsprofielen 2.1.3 Visie
2 2 4 4
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld 2.2.1 Studiegebied, opleidingen en opties 2.2.2 Aanverwante studiegebieden, opleidingen en opties 2.2.3 Diploma’s en getuigschriften 2.2.4 Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma’s voor de optie marketing 2.2.5 Gelijkaardige diploma’s in het buitenland 2.2.6 Geografische spreiding van de beroepsactiviteiten in Vlaanderen 2.2.7 Geografische spreiding van het opleidingsaanbod in Vlaanderen 2.2.8 Infrastructuur 2.2.9 Kwantitatieve beschrijving van de graad van tewerkstelling van de afgestudeerden in de optie marketing 2.2.10 Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten in de optie marketing 2.2.11 Inhoudelijke profilering van de opleiding in binnen- en buitenland
4 4 5 5
Verantwoording van de opleiding
7
2.3
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
5 6 6 6 6 7 7 7
9
3.1
De exacte benaming van de opleiding
9
3.2
De globale omschrijving van de optie c.q. opleiding
9
3.3
Het beroepsgericht opleidingsprofiel 3.3.1 Bijeenbrengen van relevante beroepsprofielen 3.3.2 De concrete uitwerking van de vertaalslag
9 9 9
3.4
Sleutelkwalificatie
22
3.5
De kern van het opleidingsprofiel
24
HOOFDRUBRIEK 4: DOELGROEPEN VAN HET AFGEWERKT OPLEIDINGSPROFIEL
26
HOOFDRUBRIEK 5: BIBLIOGRAFIE
27
HOOFDRUBRIEK 6: MEDEWERKERS
28
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
1
H O O F D R U B R I E K 1 : INLEIDING
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel Opleidingsprofiel :
Marketing.
Sectorcommissie
OP Handel-administratie.
1.2
Opdracht
1.2.1
Opdrachtgever
:
Raad voor Hoger Onderwijs en Koepelcommissie Opleidingsprofielen.
1.2.2
Opdracht Een opleidingsprofiel maken voor de optie marketing.
1.3
Ontwikkelingsproces Het opleidingsprofiel is gemaakt op basis van het document “Beroepsprofiel van de Marketeer”. De werkgroep die aan de basis ligt van “Beroepsprofiel van de Marketeer” bestond uit opleidingsverantwoordelijken van verschillende Vlaamse hogescholen. De heer Jean-Marie Deleye, medevoorzitter van de VLOR-Comissie voor het beroeps- en opleidingsprofiel van de opleiding bedrijfsbeheer, hielp de werkgroep bij de eindredactie. Het opleidingsprofiel is gemaakt op basis van het stappenplan conform de procedure vooropgesteld door de DVO in de: “Handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs”.
1.4
Legitimatie Het opleidingsprofiel wordt gelegitimeerd door de Raad Hoger Onderwijs.
2
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
H O O F D R U B R I E K 2 : SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld
2.1.1
Beroepsstructuur Het beroepsprofiel, dat zowel nationaal als internationaal georiënteerd is, bevat volgende beroepenclusters en beroepen voor de sector. 2.1.1.1 Beroepencluster Verkoop: bediende van de binnendienst van een verkoopafdeling assistent-exportmanager assistent verkoopdirecteur commercieel afgevaardigde commercieel medewerker dossierbeheerder industriële vertegenwoordiger
BEROEPEN Loketbediende bank Medewerker klantendienst Productieassistent quality & customer controler televerkoper
2.1.1.2 Beroepencluster Verkoop: verkoper met marketingactiviteiten zowel in binnen- als buitendienst BEROEPEN accountmanager Medewerker commercieel secretariaat adjunct commerciële directeur Merchandiser administratief commercieel medewerker Productieassistent agent binnenland Productiemanager agent buitenland Prospecteur assistant manager Regiomanager assistant manager product retail accountmanager assistant productmanager specialist pricing & product assistent-exportmanager specifications bediende distributie planning televerkoper bediende traffic department uitzendconsulent commercieel afgevaardigde verkoopmanager commercieel medewerker export verkoopassistent export en importverantwoordelijke verkooppromotor export salesmanager verkoper handelsreiziger verkoper-agent binnenland industrieel vertegenwoordiger verkoper-agent buitenland international assistant productmanager verkoper-adviseur international productmanager verkoper-binnendienst key accountmanager verkoper-magazijnier klantenadviseur vertegenwoordiger cliënteelgelastigde zelfstandig agent logistiek medewerker zelfstandig verkoper loketbediende bank
3
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
2.1.1.3 Beroepencluster: Marketingfuncties: marketingmedewerker van een onderneming BEROEPEN administratief en commercieel medewercustomer service manager ker distributieverantwoordelijke advertising & promotion coördinator international assistant productmanager advertising manager junior account executive assistant account executive key accountmanager assistant manager klantenadviseur assistant manager product planning & marketing assistant promotion marktanalist assistant marketing manager projectleider assistent-persattaché quality & customer controler assistent-productmanager retail accountmanager assistent-projectleider senior account executive assistent-projectverantwoordelijke special events officer assistant promotion manager specialist pricing & product specificatiassistent marktonderzoeker ons bediende traffic department verantwoordelijke marketing brand manager commercieel trainer
2.1.1.4 Beroepencluster: Commercieel geschoold inkoper aankoopbediende aankoper assistent-aankoper assistent-inkoper hoofd inkoop logistiek medewerker hoofd van de aankoop
BEROEPEN hoofd inkoper inkoopbediende inkoper voorraadmedewerker voorraadbeheerder
2.1.1.5 Beroepencluster: Reclame, Marketingcommunicatie: dienstverlener in verband met marketingcommunicatie BEROEPEN advertising manager bediende public relations assistant promotion manager junior account excecutive assistent-persattaché pr-manager assistent-projectleider projectleider assistent- projectverantwoordelijke projectverantwoordelijke assistant account excecutive senior account excecutive
2.1.1.6 Beroepencluster: Marktonderzoek: medewerker van een marktonderzoekbureau assistent-marktonderzoeker junior projectverantwoordelijke junior projectleider marktanalist
BEROEPEN marktonderzoeker projectleider projectverantwoordelijke
4
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
2.1.1.7 Beroepencluster: Leidinggeven aan een commerciële dienst in midden- en hoger kader BEROEPEN afdelingsverantwoordelijke co-agentschapsdirecteur afgevaardigd beheerder co-gerant agentschapsdirecteur gerant assistant storemanager hoofdconsulent assistent-afgevaardigd beheerder ondernemer assistent-beheerder projectleider assistent-ondernemer storemanager assistent-uitbater uitbater assistent-zaakvoerder zaakvoerder bedrijfsleider bestuurder
2.1.2
Geraadpleegde beroepsprofielen Het opleidingsprofiel is opgemaakt op basis van één beroepsprofiel, nl. het “Beroepsprofiel van de Marketeer” (opgemaakt in 1996 door opleidingsverantwoordelijken van verschillende Vlaamse hogescholen).
2.1.3
Visie Van de marketeer wordt verwacht dat hij of zij een breed inzicht in het ondernemingsgebeuren kan koppelen aan zin voor initiatief en sterke persoonlijke motivatie. De meesten onder hen belanden tijdens hun loopbaan in functies en werksituaties die zich situeren rond volgende beroepenclusters: − Verkoop (als bediende van de binnendienst van een verkoopafdeling en als verkoper met marketingactiviteiten) − Marketing (als marketingmedewerker van een onderneming en als medewerker van een marktonderzoekbureau) − Marketingcommunicatie (als dienstverlener in verband met o.a. reclamecampagnes en promotie) − Inkoop (als commercieel geschoold inkoper) − Leidinggeven aan een commerciële dienst
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld
2.2.1
Studiegebied, opleidingen en opties ♦ Bron Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, 13 juli 1994, deel 1, bijlage 1. ♦ Studiegebied Handelswetenschappen en bedrijfskunde, basisopleiding van één cyclus. Basisopleiding bedrijfsbeheer. ♦ Opties − accountancy-fiscaliteit − expeditie, distributie en transport
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
− − − −
5
financie- en verzekeringswezen marketing milieuadministratie rechtspraktijk
De beroepenclusters: − Verkoop (als bediende van de binnendienst van een verkoopafdeling en als verkoper met marketingactiviteiten) − Marketing (als marketingmedewerker van een onderneming en als medewerker van een marktonderzoekbureau) − Marketingcommunicatie (als dienstverlener in verband met o.a. reclamecampagnes en promotie) − Inkoop (als commercieel geschoold inkoper) − Leidinggeven aan een commerciële dienst worden volgens het “Verslag Opleidingsdoorlichtingen Bedrijfsmanagement” (academiejaar 1994-95, p25) op een meestal vrij evenwichtige wijze in de opbouw van het opleidingsprogramma van de optie marketing opgenomen.
2.2.2
Aanverwante studiegebieden, opleidingen en opties Bron Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, 13 juli 1994, deel 1, bijlage 1. Binnen het studiegebied Handelswetenschappen en Bedrijfskunde, basisopleidingen van één cyclus: − bedrijfsbeheer: alle opties − beheer, toerisme en recreatie − communicatiebeheer: alle opties − hotelbeheer − secretariaatsbeheer: alle opties − toegepaste informatica
2.2.3
Diploma’s en getuigschriften Bron Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, 13 juli 1994, deel 1, bijlage 1. Voor het volledige studiegebied Handelswetenschappen en Bedrijfskunde, basisopleidingen van één cyclus, worden diploma’s van gegradueerde verleend (zie verdere benaming decreet). Daarnaast kunnen diploma’s en getuigschriften worden vermeld, die niet door het Departement Onderwijs worden uitgereikt.
2.2.4
Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma’s voor de optie marketing Bron Statistisch Jaarboek van het Vlaams Onderwijs 1995-1996, Diploma’s en getuigschriften, Hoger Onderwijs Buiten de Universiteit, volledig leerplan, Totaal aantal
6
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
diploma’s uitgereikt door de Vlaamse Gemeenschap op het einde van het academiejaar. 1989-90 936
2.2.5
1990-91 1010
1991-92 239
1992-93 816
1993-94 839
1994-95 763
Gelijkaardige diploma’s in het buitenland Bron Opmerking! Weinig of geen officiële documenten voorhanden. Fédération Nationale de l’ Enseignement Supérieur Catholique, Comité Européen pour l’ Enseignement Catholique. Enseignement supérieur hors université en Belgique et formations équivalentes en Europe. Actes du Colloque de Spa, Mars 1993 Land Duitsland Denemarken Frankrijk Ierland Nederland Portugal Engeland Spanje Italië
2.2.6
Type instelling Fachhochschulen Højere læreanstalter Instituts Universitaires de Technologies (IUT) Regional Technical College Hoger beroepsonderwijs (HBO) Instituto Politechnico University (vroegere Polytechnics and Colleges) Facultades y ETS (Escuelas Tecnicas Superiores) Gespecialiseerde Instituten (geaffilieerd aan de universiteiten)
Studieduur 3 jaar 2-3 jaar 2 jaar 2 jaar 3 jaar 2-3 jaar 3 jaar 3 jaar 2-3 jaar
Gelijkaardig diploma Diplom (FH) Bachelor DUT (diplöme Universitaire de Technologie) Bachelor Bachelor Bacharel Bachelor Diplomado Diploma Postsecundario
Geografische spreiding van de beroepsactiviteiten in Vlaanderen Bron “Regionale en sectorale analyse van de Vlaamse werkgelegenheid, 1996”. “Tewerkstellingssituatie en kwantitatieve evolutie in de Belgische Groothandelssector”, Structuurtekst studiedag groothandel 26/2/1997.
2.2.7
Geografische spreiding van het opleidingsaanbod in Vlaanderen Bron Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, 13 juli 1994, deel 1, bijlage II., Lijst van de Hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap met vermelding van hun onderwijsbevoegdheid en hun grondgebied.
2.2.8
Infrastructuur Bron Hogeschool : taallabo’s computerlokalen, Administratie koepelorganen van de Inrichtende Machten, Verslag Opleidingsdoorlichtingen, Bedrijfsmanagement, academiejaar 1994-95.
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
2.2.9
7
Kwantitatieve beschrijving van de graad van tewerkstelling van de afgestudeerden in de optie marketing Bron Statistisch Jaarboek van het Vlaams Onderwijs 1995-1996, Dr. A. Geeraert, Beroepsprofiel van de afgestudeerden Marketing 1990-93. Een survey bij 335 afgestudeerden van de studierichting Marketing van de Katholieke Hogeschool Leuven, Hogeschool Gent, Provinciale Hogeschool Limburg, Vlaamse Autonome Hogeschool West-Vlaanderen, Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen, Katholieke Hogeschool Leuven, 1996 De steekproef in het onderzoek, “Beroepsprofiel van de afgestudeerden Marketing 1990-93”, bedraagt 1/3 van het aantal afgestudeerden. 96% van de afgestudeerden hebben werk. Er zijn geen significante verschillen naar geslacht en het jaar waarin men afstudeerde.
2.2.10 Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten in de optie Marketing volgens de opleiding SO-vooropleiding, ervaring met HO, geslacht, leeftijd en studieresultaten Bron Deze gegevens zijn moeilijk te achterhalen voor het geheel van de hogescholen. Statistische gegevens bij inschrijving eerstejaars in de verschillende hogescholen.
2.2.11 Inhoudelijke profilering van de opleiding in binnen- en buitenland Bron Voor het binnenland- en buitenland: Opmerking! Gegevens inzake inhoudelijke profilering van de opleiding in binnenen buitenland zijn weinig transparant en moeilijk vergelijkbaar Dr. A. Geeraert, Beroepsprofiel van de afgestudeerden Marketing 1990-93. Een survey bij 335 afgestudeerden van de studierichting Marketing van de Katholieke Hogeschool Leuven, Hogeschool Gent, Provinciale Hogeschool Limburg, Vlaamse Autonome Hogeschool West-Vlaanderen, Katholieke Hogeschool Zuid-WestVlaanderen, Katholieke Hogeschool Leuven, 1996
2.3
Verantwoording van de optie c.q. opleiding Het is wenselijk het opleidingsprofiel van de marketeer uit te werken. Het bevragen van afgestudeerden hoger onderwijs(zie: “Beroepsprofiel van de Marketeer”) wijst op de wens dat de opleiding hen continu op de bedrijfspraktijk zou voorbereiden. In tegenstelling tot de academisch gevormden zijn de gegradueerden reeds degelijk en praktisch voorbereid op hun job in het bedrijfsleven. De afgestudeerden van de hogescholen hebben reeds heel wat praktijkervaring, daarom hebben zij ook weinig problemen om zich aan het bedrijfsleven aan te passen. Toch menen wij dat een vertaling van de beroepenclusters naar het opleidingsprofiel een noodzaak is. Het kan de aanpassing aan de bedrijfspraktijk alleen maar ten goede komen. De vele beroepenclusters wijzen immers op specifieke eisen die een vertaling eisen naar het opleidingsprofiel. Een overzicht van de beroepenclusters illustreert deze stelling: − Verkoop (als bediende van de binnendienst van een verkoopafdeling en als verkoper met marketingactiviteiten)
8
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
− Marketing (als marketingmedewerker van een onderneming en als medewerker van een marktonderzoekbureau) − Marketingcommunicatie (als dienstverlener in verband met o.a. reclamecampagnes en promotie) − Inkoop (als commercieel geschoold inkoper) − Leidinggeven aan een commerciële dienst
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
9
H O O F D R U B R I E K 3 : HET OPLEIDINGSPROFIEL
3.1
De exacte benaming van de optie c.q. opleiding Opleiding Bedrijfsbeheer, Optie Marketing.
3.2
De globale omschrijving van de optie c.q. opleiding De globale omschrijving van de optie c.q. opleiding is geënt op de typefuncties en clusters van het beroepsprofiel. De omschrijving van het opleidingsprofiel wordt vertaald in termen van vaardigheden, ondersteunende kennis, attitudes en contextgegevens. De nauwkeurige omschrijving staat vermeld onder punt 3.3.
3.3
Het beroepsgericht opleidingsprofiel
3.3.1
Bijeenbrengen van relevante beroepsprofielen Het beroepsopleidingsprofiel wordt afgeleid uit verschillende beroepenclusters zoals: − Verkoop (als bediende van de binnendienst van een verkoopafdeling en als verkoper met marketingactiviteiten) − Marketing (als marketingmedewerker van een onderneming en als medewerker van een marktonderzoekbureau) − Marketingcommunicatie (als dienstverlener in verband met o.a. reclamecampagnes en promotie) − Inkoop (als commercieel geschoold inkoper) − Leidinggeven aan een commerciële dienst
3.3.2
De concrete uitwerking van de vertaalslag De vertaalslag verloopt volgens het vijfstappenplan zoals geformuleerd in de “Handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs”. 3.3.2.1 Stap 1: Evaluatie van de taken uit het beroepsprofiel van de marketeer Dit beroepsprofiel behoort op grond van onze vroegere analyses tot TYPE B. Onze eerste opdracht bestaat eruit de takenclusters uit dit profiel samen te brengen onder de koepel van de typefuncties. De zeven types van beroepsfuncties vormen ons uitgangspunt (zie beroepsprofiel pagina 4).
10
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
Als leidraad binnen ieder van de zeven types hanteren we de volgende definities: − Typefunctie (zie bijlage 2 van de OP. Handleiding) − Deelfunctie: de taakopbouw in de specifieke situatie waarin de typefunctie wordt uitgeoefend − Geclusterde taken (zie o.a. beroepsprofiel marketeer) − Deeltaken (zie beroepsprofiel marketeer) ♦ − − −
Bediende van de binnendienst van een verkoopafdeling Typefunctie: Verkoop Deelfunctie: binnendienst van een verkoopafdeling Geclusterde taken: communicatieve taken: extern: contacteren van klanten, van leveranciers intern administratieve taken verzorgende en ondersteunende taken
− Deeltaken zie beroepsprofiel ♦ − − −
Verkoper met marketingactiviteiten Typefunctie: verkoop Deelfunctie: buitendienst van een verkoopafdeling Geclusterde taken: communicatieve taken: extern: binnen- en buitenland administratieve taken commerciële taken
− Deeltaken zie beroepsprofiel ♦ Marketingmedewerker van een onderneming − Typefunctie: analyse − Deelfunctie: binnendienst buitendienst combinatie van binnen- en buitendienst
− Geclusterde taken
research: analyses van velerlei aard planning
− communicatieve taken (zowel extern als intern)
probleemoplossend denken: concipiëren en uitwerken van campagnes, productontwikkeling, marktonderzoek, sales promotion
− administratieve taken − Deeltaken zie beroepsprofiel ♦ − − −
Commercieel geschoold inkoper Typefunctie: inkoop Deelfunctie: binnendienst: operationele inkoop via deskresearch Geclusterde taken: strategische taken: planning, uitvoering, controle tactische taken: planning, uitvoering, controle operationele taken: planning, uitvoering, controle
− Deeltaken zie beroepsprofiel
11
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
♦ Dienstverlener i.v.m. marketingcommunicatie − Typefunctie: creatie: het meerealiseren van een reclamecampagne, marketingcommunicatie … − Deelfunctie: intern en extern onderzoek en advies bij de marketingcommunicatie − Geclusterde taken: research: analyses van velerlei aard communicatie intern extern: o.a. presentaties operationele taken i.v.m. reclameplanning, uitvoering, controle administratieve taken
− Deeltaken zie beroepsprofiel ♦ − − −
Medewerker van een marktonderzoekbureau Typefunctie: analyse en controle Deelfunctie: binnendienst: deskresearch Geclusterde taken: research: analyses van velerlei aard communicatie: intern i.v.m. research en extern: o.a. presentaties prospectie administratieve taken
− Deeltaken zie beroepsprofiel ♦ − − −
Leidinggeven aan een commerciële dienst Typefunctie: bedrijfsbeleid Deelfunctie: binnendienst Geclusterde taken: coördinerende taken controlerende taken (IKZ) communicatieve taken
− Deeltaken zie beroepsprofiel 3.3.2.2 Stap 2: Selectie van taken Onze taken worden geselecteerd volgens de volgende criteria: − Noodzakelijkheid begin loopbaan − Frequentie − Belangrijkheid voor de beroepspraktijk − Transferwaarde − Relevantie voor het onderwijs − Haalbaarheid voor het onderwijs 3.3.2.3 Lijst van geselecteerde taken 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
adressenbestand samenstellen advertising uitwerken advertising voorbereiden advies geven afspraken maken agenda’s opstellen analyseschema’s opstellen bestek maken briefing budgetcontrole
47 48 49 50 51 52 53 54 55
klantengebondenafspraken maken klantennetwerk onderhouden klasseren kostenbewaking leidinggeven mailings opstellen marketinganalyse marketingcommunicatie marketingmix: mee bepalen van de vier “P’s”
12
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
11 12 13 14 15 16 17 18
19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46
budgetteren businessplan opstellen campagnes evalueren campagnes uitwerken campagnes voorbereiden, communiceren concurrentieanalyse contacten met potentiële klanten (zowel in het Nederlands als in een vreemde taal) contacteren van klanten corresponderen in vreemde talen databank aanmaak en beheer economische routing uitstippelen enquêteurs controleren evalueren van eigen taken facturatie factureren faxen folders samenstellen, kopie beoordelen en controleren fotokopiëren gegevensverwerking grafische rapportering hercoderen incentives voorbereiden informatie geven over producten, bedrijf, service informatie verzamelen informeren van klanten inkoopbeleid evalueren inkoopplannen opstellen inkopen (zelf) inkopers begeleiden klachtenbehandeling klanten adviseren klantenbegeleiding klanten informeren klantenbezoek (verkoopgesprek) klantenbinding realiseren
56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93
marketingplannen opstellen marktanalyse marktonderzoek opzetten marktontwikkeling bijhouden marktontwikkelingen beoordelen marktpositie bestuderen motiveren van medewerkers offertes aanvragen en maken omzetanalyse onderhandelen onthaal organiseren plannen post behandelen presentaties geven presentaties voorbereiden problemen oplossen productkennis uitbreiden productontwikkeling stimuleren prospectie rapporteren relaties onderhouden met leveranciers sales materiaal klaar maken sales promotion uitwerken sales promotion voorbereiden selecteren van distributeurs slides opmaak statistische verwerking van de marketinggegevens tekstverwerking telefoneren (ook in vreemde talen) veldwerk vergaderingen bijwonen vergaderingen leiden vergaderingen voorbereiden verkoopgesprekken voeren verkoopgesprekken voorbereiden verslagen schrijven vertalen
♦ Deductieve procedure 3.3.2.4 Stap 3: Clustering van de geselecteerde taken tot functionele gehelen en onderdelen BEROEPSPROFIEL Takencluster (25) −het extern comuniceren met klanten en leveranciers −het intern communiceren met andere binnen-
Taak (93)
het leggen van contacten met potentiële klanten
Functioneel geheel (7) Verkoop
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
contacteren en communiceren
Basiscompetentie
Vaardigheid De student(e) kan: −zowel schriftelijk als mondeling, zowel in het Nederlands als in een vreemde taal contacten
Kennis Specifiek: −techniek v/h verkoopsgesprek −direct marketingtech. toepassen (3) Algemeen:
Context
Evaluatiecriteria
Attitude Assertiviteit (4) Contactbereidheid (4)
bedrijf telefoon fax e-mail computer
correcte afhandeling v/h verkoopsgesprek
13
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
BEROEPSPROFIEL Takencluster (25)
Taak (93)
Functioneel geheel (7)
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
Basiscompetentie
Vaardigheid leggen −een verkoopsgesprek voeren
diensten
Kennis
het bepalen v/h: −productbeleid, −prijsbeleid −marketingcommunicatiebeleid −distributiebeleid
Verkoop
het adminis- −het afhandetratief verlen van de zorgen en verkoopondersteunen stappen v/d verkoop −correspondentiebehandeling
Verkoop
research: −het verzameanalyses van len van invelerlei aard: formatie uit het onderprimaire en zoeken en secundaire analyseren bronnen van de markt zowel intern −het verwerals extern ken en interpreteren van
Analyse
op de meest economische wijze het beleid inzake: −product −prijs −marketingcommunicatie −distributie meebepalen
administratieve afhandeling v/d verschillende stappen van de verkoop
−het verzamelen van informatie uit primaire en secundaire bronnen: zowel ter ondersteuning van marketing en verkoop,
Algemeen: (idem) De student Specifiek: kan: −stappen in de verkoop be−de verkoop organiseren schrijven en analyseren (3) −prijs bepalen −klantentypo−marketingcommunicatie logie (3) voeren Algemeen −strategisch −basisprincihandelen pes v/d ver−via direct koop (4) marketing campagne opstellen & presenteren De student Specifiek: kan: −basiskennis −telefoneren in v/d gebruikte de moedertaal talen (4) en vreemde −kennis van talen softwarepakketten (3) −faxen −werken met −soorten toegepaste zakelijke informaticabrieven en pakketten specifieke kenmerken −post behanper brieftype delen (3) −brieven schrijven Algemeen: −mailings −basisprinciopstellen pes van de −klachten administratie behandelen (3) De student(e) Specifiek: kan volgende −beheersen analyses van de beuitvoeren: langrijkste −marktanalyse: analysenationaal en technieken (3) internationaal −interpreteren en rapporteren −concurrentieanalyse van de resultaten (4) −marketing-
Evaluatiecriteria
Attitude correcte spreeken schrijfwijze v/d gebruikte talen
−beheersing moedertaal & vreemde talen (4)
Specifiek: −onderhande−verkoopsaclen, informatie tief telefogeven, arguneren (3) menteren −verkoopsgesprek (3)
het commercieel bepalen v/d economisch te volgen weg
Context
empathie (4) stressbestendigheid (4)
accuratesse (4) zelfstandigheid (4)
bedrijf computer software pakketten
structurele aanpak v/d basisprincipes v/d verkoop
bedrijf
correcte en leesbare brieven naar taal en inhoud
zin voor initiatief (4)
accuratesse (4)
computer kritische ingesteldheid (4)
softwarepakketten
imagobewustzijn (4)
correcte taalbeheersing −taal en inhoud −duidelijkheid −aantrekkelijkheid naar vorm −gepaste toonzetting
contactbereidheid (3)
accuratesse (4) kritische ingesteldheid (4)
correct afhandelen van facturen
bedrijf statistische pakketten software pakketten
correcte toepassing van de statistische methodes
14
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
BEROEPSPROFIEL Takencluster (25)
Taak (93)
Functioneel geheel (7)
de verzamelde gegevens
het communiceren met klanten en met medewerkers van diverse afdelingen binnen het eigen bedrijf
het plannen
−het rapporte- Analyse ren zowel aan de klant als aan de interne medewerkers en verantwoordelijken −het informeren en adviseren van klanten −het oplossen van problemen −het onderhandelen met medewerkers binnendienst en met distributeurs −het concipië- Analyse ren en doen verrichten van: −marktonderzoek, productontwikkeling, −advertising en communicatiebeleid −marketing deelplannen
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
Vaardigheid Kennis als gericht op analyse externe −omzetanalyse Algemeen: markten −beheersen v/d −klantenbe−het verwerhoefte analyse aangepaste ken en interstatistische preteren van technieken (3) de verzamelde gegevens −rapporteren
−adviezen opstellen −problemen oplossen −onderhandelen
−structureren en opstellen van: −marktonderzoeksprojecten −advertising en sales promotion −marketing deelplannen
probleemoplossend denken
het voeren van een: −productbeleid −marketingcommunica-
Basiscompetentie
−de complexiteit v/h marketingbeleid kunnen verduidelijken en
De student(e) kan zowel schriftelijk als mondeling, zowel in het Nederlands als in een vreemde taal: −rapporteren −adviseren −onderhandelen
Specifiek: techniek v/h: −rapporteren (3) −onderhandelen (3)
De student(e) kan: −een marktonderzoeksproject opstarten en de verschillende fasen doorlopen −de marketingcommunicatie aanpassen aan de geregistreerde behoeften v/d klant −een distributiebeleid opstellen
Specifiek: −techniek v/h marktonderzoek (opzetten, analyseren en rapporteren) (3) −mondelinge communicatie (3) −distributiefuncties en distributievormen (3) −plan strategisch helpen opzetten
De student(e) kan het: −productbeleid −marketingcommunica-
Specifiek: −het omzetten van marktonderzoeksresultaten naar de
Context
Evaluatiecriteria
bedrijf: zowel binnenals buitendienst
correcte toepassing van de: rapporteringstechnieken en het onderhandelingsgesprek
Attitude
Assertiviteit (4) Contactbereidheid (4) Empathie (4)
telefoon
Algemeen: −Beheersing moedertaal en vreemde talen (4)
fax e-mail internet
Accuratesse (4)
bedrijf computer
Kritische ingesteldheid (4)
correcte toepassing van de marktonderzoekstechnieken
software pakketten
Zelfstandigheid (4) Zin voor initiatief (4)
Algemeen: −beheersing v/d aangepaste statistische technieken(4) Beslissingsvermogen (4)
bedrijf
Kritische
statisti-
computer
correcte toepassing van de: −marktonderzoekstechnieken
15
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
BEROEPSPROFIEL Takencluster (25)
Taak (93)
Functioneel geheel (7)
tiebeleid −prijsbeleid −distributiebeleid
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
concretiseren
probleemoplossend denken
het administratief verzorgen en ondersteunen v/d analyse v/h marktonderzoek en het marketingbeleid
−het strategisch plannen, uitvoeren en controleren v/d inkoop
het adminisAnalyse tratief afhandelen v/d verschillende stappen in het: −marktonderzoek −productbeleid −marketingcommunicatiebeleid −prijsbeleid −distributiebeleid
−het opstellen van een langetermijninkoopplan −het bestuderen van de eigen marktpositie −het beoordelen van marktontwikkelingen −het afstemmen van strategieën op de marktontwikkelingen −het evalueren v/h inkoop-
Inkoop
het administratief afhandelen v/d verschillende stappen in het: −marktonderzoek −productbeleid −marketingcommunicatiebeleid −prijsbeleid −distributiebeleid
−het opstellen van een langetermijninkoopplan −het bestuderen van de eigen marktpositie −het beoordelen van marktontwikkelingen −het afstemmen van strategieën op de marktontwikkelingen −het evalueren v/h inkoop-
Basiscompetentie
Vaardigheid tiebeleid −prijsbeleid −distributiebeleid in al zijn deelaspecten analyseren en toepassen
De student(e) kan: −telefoneren in de moedertaal en vreemde talen −faxen −e-mail −werken met toegepaste informaticapakketten −post behandelen −brieven schrijven −agenda opstellen −vergaderingen voorbereiden −rapporten en verslagen schrijven −commerciële documenten vertalen De student(e) kan: −inkoopplannen opstellen −de marktpositie van bedrijven bepalen −marktontwikkelingen opvolgen en beoordelen −inkoopstrategieën toepassen −inkoopprocedures evalueren De student(e) kan:
Kennis verschillende beleidsdomeinen (3) Algemeen: −beheersing v/d complexiteit v/h marketingbeleid (4)
Specifiek: −basiskennis v/d gebruikte talen (4) −kennis van softwarepakketten (3) −techniek v/h rapporteren en de verslaggeving (3) Algemeen: Basisprincipes van de administratie (3)
Specifiek: −stappen van de inkoop beschrijven en analyseren (3) Algemeen Basisprincipes v/d inkoop (4)
Specifiek:
Context
Attitude ingesteldheid (4)
Evaluatiecriteria
sche pakketten
−budgetteringstechnieken
bedrijf
correcte en leesbare rapporten en verslagen
zelfstandigheid (4)
accuratesse (4)
computer kritische ingesteldheid (4)
softwarepakketten
correcte taalbeheersing −taal en inhoud −duidelijkheid −aantrekkelijkheid naar vorm −gepaste toonzetting
bedrijf
correct opstellen v/e strategisch inkoopplan
zelfstandigheid (4) dienstverlenende ingesteldheid (4)
accuratesse (4) kritische ingesteldheid (4)
internet e-mail
zelfstandigheid (4)
accuratesse (4)
bedrijf
correct opstellen v/e tactisch
16
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
BEROEPSPROFIEL Takencluster (25)
Taak (93)
Functioneel geheel (7)
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
Basiscompetentie
Vaardigheid −het tactisch plannen, doen uitvoeren en controleren v/d inkoop
beleid het tactisch: −opstellen −uitvoeren −controleren van een inkoopplan
−het operationeel plan- −het plannen, nen, zelf uitvoeren, uitvoeren en controleren, controleren rapporteren v/d inkoop v/d inkoop
beleid
Inkoop
−bepalen op welk tijdstip het bepalen van functies en wie, wat doet en met welk verantwoordelijkheden bij resultaat −een inkoophet: gesprek voe−opstellen ren −uitvoeren − het inkoop−controleren plan schriftevan een inlijk en monkoopplan deling presenteren −het inkoopplan budgetteren −een budgetcontrole uitvoeren
Kennis −structuur en functioneren van organisaties en inkoopafdelingen (3) −inkoopproces (3) −techniek v/h inkoopgesprek (3) −structuur v/e inkoopplan (3) −budgetteren (3) −budgetcontrole (3)
Context
Evaluatiecriteria
Attitude computer
inkoopplan
kritische ingesteldheid (4) zelfstandigheid (4)
tekstverwerkingspakketten
contactbereidheid (4) assertiviteit (4)
Algemeen −basisprincipes v/d inkoop (4) Inkoop
het zelf −opstellen −uitvoeren −controleren −van een inkoopplan gericht op de eigen taken
De student(e) kan inzake inkoop: −het vooronderzoek doen −bestellingen doen −leveringen opvolgen
Specifiek: −technieken van marktonderzoek en deskresearch (3) −bestelformulieren invullen (3)
Accuratesse (4)
in relatie met leveranciers −onderhandelingen voeren −het gesprek evalueren
−onderhandelingstechnieken (3) −rapportagetechnieken (3)
Contactbereidheid (4)
computer Kritische ingesteldheid (4)
correct opstellen v/e operationeel inkoopplan
tekstverwerkingspakketten
Zelfstandigheid (4)
Assertiviteit (4)
de inkoopactiviteiten rapporteren
het onderzoeken en analyseren van de markt gericht op reclame en marketingcommunicatie
het opstellen, uitvoeren en rapporteren van concurrentie-analyses
Creatie
−het opstellen, uitvoeren en rapporteren van concurrentieanalyses
Algemeen: basisprincipes v/d : −inkoop −classificatie beheersing van moedertaal en vreemde talen (4) De student(e) Specifiek : kan: −de techniek v/d concur−een concurrentie-analyse rentieanalyse opstellen, (3) uitvoeren, −interpreteren interpreteren en rapporteren en rapporteren v/d resultaten (4) Algemeen :
bedrijf
Accuratesse (4)
bedrijf computer
Kritische ingesteldheid (4) Beslissingsvermogen (4)
tekstverwerkingspakketten statistische
correcte toepassing v/d statistische methodes
17
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
BEROEPSPROFIEL Takencluster (25)
Taak (93)
Functioneel geheel (7)
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
Basiscompetentie
Vaardigheid
het intern communiceren met andere diensten
het extern communiceren met klanten
het operationeel plannen, uitvoeren en controleren v/d marketingcommunicatie en reclamecampagnes
het communiceren en samenwerken met medewerkers v/e andere dienst
Creatie
het leggen van Creatie contacten met potentiële klanten het onderhandelen over en presenteren v/d reclame campagne
het plannen en het mee instaan voor de inhoudelijke evaluatie, redactie, en de uitvoering v/d reclame en marketingcommunicatieopdrachten
Creatie
−communiceren en samenwerken
−contacteren en communiceren
−het zelf analyseren van een reclame en marketingcommunicatie-opdracht −het mee evalueren en redactioneel uitvoeren v/e reclame en marketingcommunicatie-opdracht
Kennis beheersen v/d aangepaste statistische technieken(3)
Context
Attitude pakketten
De student(e) kan: −in teamverband werken −vlot communiceren in de moedertaal en de vreemde talen
Specifiek : −inzicht in de psychologie v/d menselijke verhoudingen (4)
De student(e) kan: −contacten leggen −presentaties geven −vlot en overtuigend schrijven
Specifiek: −overtuigend telefoneren (3) −overtuigend gesprek voeren (3) −presentatie technieken beheersen (3) Algemeen : Beheersen van moedertaal en vreemde talen
empathie (4) assertiviteit (4)
bedrijf
contactbereidheid (4)
computer
Specifiek : −cijferanalyses (3) −media- en reclametechnieken (3) −inzicht in Business to Business en consumer account behandeling (3) −bestekken opmaken (4) −facturatie opmaken (4) −inzicht in grafische terminologie
accuratesse (4)
De student(e) kan: −cijfermateriaal analyseren −media- en reclametechnieken evalueren en toepassen
−nieuwe ideeën redactioneel verwoorden −budgetteren
Algemeen: Beheersing moedertaal en vreemde talen (4)
Algemeen: −strategisch inzicht (3)
Evaluatiecriteria
assertiviteit (4)
correcte spreeken schrijfwijze v/d gebruikte talen
contactbereidheid (4) zin voor initiatief (4) zelfstandigheid (4)
zin voor initiatief (4)
telefoon
correct gebruik v/d presentatietechnieken
presentatiepakketten
zelfstandigheid (4)
bedrijf computer
beslissingsvermogen (4) kritische ingesteldheid (3)
tekstverwerkingspakketten software pakketten
correcte toepassing van de statistische methodes correcte schrijfwijze v/d gebruikte talen
18
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
BEROEPSPROFIEL Takencluster (25)
het administratief verzorgen en ondersteunen van reclame- en marketingcommunicatiecampagnes
Taak (93)
het administratief afhandelen v/d verschillende stappen in de reclame- en marketingcommunicatiecampagnes
research: −het verzameanalyses van len van invelerlei aard: formatie uit het onderprimaire en zoeken en secundaire analyseren bronnen van de markt
−het verwerken en interpreteren van de verzamelde gegevens
Functioneel geheel (7)
Creatie
Analyse & controle
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
het administratief afhandelen v/d verschillende stappen in de reclame- en marketingcommunicatiecampagnes
het verzamelen van informatie uit primaire en secundaire bronnen
het verwerken en interpreteren van de verzamelde gegevens
Basiscompetentie
Context
Vaardigheid
Kennis
Attitude
De student(e) kan: −telefoneren in de moedertaal en vreemde talen −faxen −e-mail −werken met toegepaste informaticapakketten −post behandelen −brieven schrijven −agenda opstellen −vergaderingen voorbereiden −presentaties voorbereiden −mailings opstellen in de moedertaal en vreemde talen De student(e) kan volgende analyses uitvoeren: −marktanalyse −concurrentieanalyse −kruistabellenanalyse −variantieanalyse −factor- & clusteranalyse −klantenbehoefte-analyse −multidimensional scaling
−beheersing van moedertaal en vreemde talen (4)
Accuratesse (4)
zelfstandig een marktonderzoekproject opstarten en de verschillende fasen doorlopen: −gegevens verzamelen −analyseren −interpreteren een controlefa-
Specifiek: −basiskennis v/d gebruikte talen (4) −kennis van softwarepakketten (3) −presentatietechnieken beheersen (4) −redactie van mailings verzorgen (3)
bedrijf computer
Beslissingsvermogen (4) Kritische ingesteldheid (4)
tekstverwerkingspakketten softwarepakketten
Dienstverlenende ingesteldheid (4)
Evaluatiecriteria
correcte redactionele verzorging v/d presentatie correcte schriftelijke taalbeheersing taal en inhoud duidelijkheid aantrekkelijkheid naar vorm gepaste toonzetting
Algemeen: basisprincipes v/d administratie (3)
Specifiek: −beheersen van de belangrijkste analysetechnieken (3) −interpreteren en rapporteren van de resultaten (4)
Accuratesse (4)
Algemeen: beheersen v/d aangepaste statistische technieken(3)
Zelfstandigheid (4)
Beslissingsvermogen (4) Kritische ingesteldheid (4)
bedrijf
correcte toepassing v/d statististatistische sche methodes pakketten softwarepakketten
19
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
BEROEPSPROFIEL Takencluster (25)
Taak (93)
Functioneel geheel (7)
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
Basiscompetentie
Vaardigheid se t.a.v. de enquêteurs: −plannen −uitvoeren −het communiceren met klanten en met enquêteurs
−het plannen en uitvoeren v/e controlefase t.a.v. de enquêteurs
Analyse & controle
het administratief verzorgen en ondersteunen v/d analyse- en controleelementen v/h marktonderzoek
Analyse & controle
Evaluatiecriteria
Attitude
assertiviteit (4)
bedrijf telefoon
contactbereidheid (4) kritische ingesteldheid (4)
fax e-mail internet
correcte toepassing v/d : rapporteringstechnieken controleprocedure correcte spreeken schrijfwijze v/d gebruikte talen
zelfstandigheid (4) omgaan met stress (4)
Algemeen: −beheersing moedertaal en vreemde talen (4)
briefen controleren
−het verzame- Analyse & controle len van informatie −het aanmaken en uitbreiden van klant- en mailingbestand −het administratief afhandelen v/d verschillende stappen in het marktonderzoek
soorten onder- Specifiek: zoeken definië- Techniek v/h rapporteren (3) ren Structuur v/h briefen (3) De student(e) Mondelinge en kan zowel schriftelijk als schriftelijke controleprocemondeling, dure (3) zowel in het Nederlands als e-mail in een vreemde taal: −informeren −rapporteren −adviseren −briefen −controleren
informeren rapporteren adviseren
−het informeren van klanten −het rapporteren aan klanten −het adviseren van klanten −het briefen en controleren van enquêteurs −het prospecteren en het onderhouden van klant- en mailingbestanden
het plannen en uitvoeren v/e controlefase t.a.v. de enquêteurs
Kennis
Context
De student(e) het verzamelen kan: van informatie −informatie inzake data- en opzoeken adressenbe−data- en standen adressenbestanden raadplegen
Algemeen: −het beheersen van gestructureerde opzoekprocedures (3)
het administratief afhandelen v/d verschillende stappen in het marktonderzoek
Specifiek: −basiskennis v/d gebruikte talen (4) −kennis van software pakketten (3) −presentatietechnieken beheersen (4)
De student(e) kan: −telefoneren in de moedertaal en vreemde talen −faxen, e-mail −werken met toegepaste informaticapakketten, −post behan-
accuratesse (4)
Bedrijf telefoon
zelfstandigheid (4)
correct consulteren van klant- en mailingbestanden
fax e-mail internet
zin voor initiatief (4) accuratesse (4)
bedrijf computer
beslissingsvermogen (4) kritische ingesteldheid (4) dienstverle-
tekstverwerkingspakketten grafische pakketten
correcte redactionele verzorging v/d presentatie en rapportering correcte taalbeheersing taal en inhoud duidelijkheid aantrekkelijkheid naar vorm
20
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
BEROEPSPROFIEL Takencluster (25)
het leiden en coördineren v/e team, afdeling, filiaal, bedrijf
het controleren en evalueren van zowel individuele taken als van taken in
Taak (93)
het motiveren en stimuleren van samewerkingsverbanden
het bewaken v/d kwaliteit van: −bedrijf −medewerkers −producten −leveranciers −productiepro-
Functioneel geheel (7)
Bedrijfsbeleid
Bedrijfsbeleid
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
het motiveren en stimuleren van samenwerkingsverbanden
het opstellen en rapporteren van de integrale kwaliteitszorg van het bedrijf
Basiscompetentie
Context
Vaardigheid delen −brieven schrijven −agenda opstellen −vergaderingen voorbereiden −verslagen maken −presentaties voorbereiden (o.a. grafische rapportering, slides −vragenlijsten opstellen in de moedertaal en vreemde talen −mailings opstellen in de moedertaal en vreemde talen −klasseren (vb. boekhoudkundige documenten) De student(e) kan: in teamverband: −doelstellingen formuleren −de verantwoordelijkheid op zich nemen voor de uitvoering en de evaluatie −een probleemstelling analyseren en er de gepaste oplossing voor uitwerken −met conflicten omgaan
Kennis Algemeen: basisprincipes v/d administratie (3
Attitude nende ingesteldheid (4)
Specifiek: basiskennis v/h groepsproces (3)
Contactbereidheid
De student(e) kan: de negen velden van IKZ t.a.v. een bedrijf beschrijven (3)
Specifiek: de basisprincipes van IKZ
Evaluatiecriteria
gepaste toonzetting
zelfstandigheid (4)
bedrijf
Empathie
probleemopFlexibiliteit lossend denken (3) Zin voor initiatief basiskennis v/h conflictZin voor proces (3) samenwerking Algemeen : de basisprinLoyauteit cipes v/d sociologie en de psychologie Accuratesse (3) (4)
bedrijf
computer Imagobewustzijn (3) Kritische ingesteldheid (4)
correcte hantering van de basisprincipes v/h groepsproces en het conflictproces
tekstverwerkingspakketten
correcte toepassing v/d basisprincipes van IKZ
21
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
BEROEPSPROFIEL Takencluster (25)
Taak (93)
ces −klantentevredenheid −het bedrijfsimago het commu- het uittekenen niceren met: en onderhoumedewerkers den v/d comklanten, municatielijleveranciers nen in het bedrijf
Functioneel geheel (7)
OPLEIDINGSPROFIEL Onderdeel (23)
Basiscompetentie
Vaardigheid
Kennis
De student(e) kan: −binnen de verschillende organisatietypes de communicatielijnen uittekenen −communiceren met mensen van verschillende niveaus −conflictsituaties hanteren
Specifiek: −organogrammen van verschillende organisatietypes (3) −communicatiemanagement (3) −de techniek v/h communiceren en het luisteren (3)
Context
Evaluatiecriteria
Attitude
teamverband
Bedrijfsbeleid
het onderkennen van de communicatielijnen binnen diverse organisatiestructuren
assertiviteit (4) empathie (3) kritische ingesteldheid (3)
bedrijf
correcte toepassing v/d communicatietechnieken correcte analyse v/d communicatielijnen in de verschillende organisatietypes
Algemeen: Basisprincipes v/h communicatieproces (3)
3.3.2.5 Stap 4: De formulering van basiscompetenties ♦ Vooraf We zijn van oordeel dat de typefuncties van het BP (zie Hoofdrubriek 3, stap 1) kunnen worden overgenomen als functionele gehelen in het OP: dus 1TF = 1FG. 3.3.2.6 Stap 5: Aanvullende gegevens met betrekking tot de optie c.q. opleiding ♦ De verhouding tussen theorie en praktijk De opleiding tot marketeer is een beroepsopleiding. Naast een theoretische vorming is de gerichtheid op de praktijk essentieel. De component praktijk vormt de buffer tussen een beroepsgerichte theoretische vorming en de instap in de praktijk van het beroep. Om de overgang van opleiding naar beroep naar behoren te laten verlopen is het van belang evenwichten te voorzien tussen theorie en praktijk. De opleiding tot marketeer kan opgedeeld worden in drie grote vakdomeinen: de typische marketingvakken, de talen en de ondersteunende vakken. Hierin komen volgende evenwichten aan bod. In de typische marketingvakken ligt het in de bedoeling een evenwicht na te streven tussen theorie en praktijk. Studenten hebben met betrekking tot de marketingvakken geen of weinig voorkennis vanuit het secundair onderwijs. Er is een grondige theoretische kennisopbouw noodzakelijk. De praktische toepassingen bedragen ongeveer de helft van de opleidingstijd. Inzake taalvakken ligt, omwille van de internationale oriëntering van het beroep van marketeer, de nadruk op het leren communiceren in vreemde talen zowel mondeling als schriftelijk. De theoretische uitgangspunten nemen ongeveer één vierde van de opleidingstijd in beslag. De taalvakken zijn gericht op de beroepspraktijk
22
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
inzake marketing in het algemeen zoals o.a. verkoop, inkoop, marktonderzoek, enz. … Sommige ondersteunende leerstofinhouden inzake recht en economie zijn overwegend theoretisch georiënteerd. Andere leerstofinhouden zoals ethiek, psychologie en sociologie zijn in de praktijk zo opgebouwd dat belangrijke deelaspecten worden aangebracht via discussie en groepswerk. ♦ De stage De opleiding tot marketeer is een beroepsopleiding. Daarom is een stage van twee à drie maanden, in het binnen- of het buitenland, onontbeerlijk. De stage vormt een essentiële en noodzakelijke voorbereiding op het beroepsleven. ♦ Het eindwerk en/of stageverslag In de opleiding tot marketeer vormen analyses van allerlei aard, rapportering en presentaties een essentieel onderdeel van de opleiding. Het eindwerk en/of stageverslag is een middel om deze vaardigheden in de praktijk om te zetten. Het eindwerk en/of stageverslag biedt de kans tot het zelfstandig opnemen, uitvoeren en evalueren van complexe taken. ♦ De opleidingsduur De voorgeschreven opleidingsduur bedraagt drie academiejaren. In de opleiding wordt gezorgd voor een progressie per functioneel geheel. Het eerste jaar is meer algemeen vormend. Het is gericht op basisinzichten in de marketing, de ondersteunende vakken en de talen Het tweede en het derde jaar zijn meer specifiek georienteerd op de beroepspraktijk en dit ten aanzien van alle vakken. De stage en het eindwerk ondersteunen deze beroepsgerichtheid. In de meeste andere Europese landen bedraagt de opleidingsduur ook drie academiejaren. ♦ Het niveau van de opleiding De opleiding in het studiegebied Handelswetenschappen en Bedrijfskunde, basisopleiding Bedrijfsbeheer waartoe de optie Marketing behoort, is - in de termen van het Hogeschooldecreet van 1994 - een basisopleiding van één cyclus. De marketeer is verantwoordelijk voor de uitvoering van het eigen takenpakket en moet zich daarvoor ook tegenover collega’s kunnen verantwoorden. Daarnaast draagt hij/zij uitdrukkelijk een hiërarchische verantwoordelijkheid; die verantwoordelijkheid betreft planning en/of administratie en/of beheer en/of ontwikkeling van de gehele productiecyclus. Voorts combineert of bedenkt hij/zij nieuwe procedures. Het betreft specialistische vaardigheden en kennis en/of beroepsonafhankelijke vaardigheden en kennis. In dit opzicht leidt de opleiding tot een kwalificatie van Europees niveau 4.
3.4
Sleutelkwalificaties De sleutelkwalificaties zijn cognitieve, affectieve en psychomotorische vaardigheden die bijdragen tot de vorming van de persoonlijkheid. In onderstaande tabel wordt de frequentie weergegeven waarin de sleutelkwalificaties voorkomen. De tabel is verdeeld over twee kolommen: de kennis- en houdingselementen enerzijds en
23
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
de psychomotorische vaardigheden en domeinen (functionele gehelen en onderdelen van het beroeps- en opleidingsprofiel) waarop de sleutelkwalificaties toepasbaar zijn anderzijds. Kennis- & psychosociale (attitudinale) aspecten van de persoonlijkheidsvorming Abstract denken Accuratesse Analytisch denken Assertiviteit Beslissingsvermogen Commercieel inzicht Communicatieve ingesteldheid Conflictsituaties kunnen hanteren Contactbereidheid Controlerende & evaluatieve gerichtheid Creativiteit Dienstverlenende ingesteldheid Doorzettingsvermogen Durf Empathie Ethische ingesteldheid Flexibiliteit Imagobewustzijn Inkoopgericht organisatievermogen Innoverend denken en handelen Inzicht in complexe situaties Inzicht in de arbeidsorganisatie Klantgerichtheid Kritische ingesteldheid Loyauteit Marktgericht denken Nieuwsgierig & gericht op informatiegaring Onderhandelingsvermogen Organisatievermogen Overtuigingsvermogen Planmatig denken Probleemoplossend vermogen Productieve basiskennis vreemde talen Psychologisch & sociologisch inzicht in de menselijke verhoudingen Receptieve kennis vreemde talen Reclame- & marketingcommunicatiegericht denken Resultaatgerichtheid Strategisch denken Stressbestendigheid
Psychomotorische vaardigheden in de persoonlijkheidsvorming & domeinen waarop ze gericht zijn 1 2 3 4 5 6 7 8 T ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 6 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 8 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 7 ✗ ✗ ✗ 3 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 7 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 8 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 7 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 6 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 6 ✗ ✗ 2 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 6 ✗ ✗ 2 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 6 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 5 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 6 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 5 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 7 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 5 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 8 ✗ ✗ ✗ ✗ 4 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 8 ✗ ✗ ✗ 3 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 8 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 8 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 8 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 8 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 5 ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗
✗
✗
✗
✗
✗
✗ ✗
✗ ✗
✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗
✗
✗
✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗
✗
6 5 5 6 6 6 8
✗
✗ ✗
✗ ✗
✗
✗ ✗
✗ ✗
5 5
✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗
6 4 6
✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗
24
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
Kennis- & psychosociale (attitudinale) aspecten van de persoonlijkheidsvorming Uitstekende productieve kennis moedertaal Veiligheids- en milieubewustzijn Verkoopgerichtheid Zelfstandigheid Zelfvertrouwen Zin voor esthetiek Zin voor initiatief Zin voor integrale kwaliteit Zin voor samenwerking Zin voor zelfstandig ondernemen
Psychomotorische vaardigheden in de persoonlijkheidsvorming & domeinen waarop ze gericht zijn 1 2 3 4 5 6 7 8 T ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ 8
✗ ✗ ✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗
✗
✗
✗
✗
✗ ✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗ ✗
2 8 6 6 2 6 7 4 4
1 Spreekvaardigheid verkoopgesprek, inkoopgesprek, onderhandelen, informeren, argumenteren, telefoneren, rapporteren, adviseren, presenteren, briefen, klachtenbehandeling 2 Schrijfvaardigheid contacteren, informeren, direct-mailen, brieven schrijven, briefen, klachten behandelen, rapporteren, adviseren, agenda opstellen, verslagen schrijven, presenteren, reclamecampagne, enquêtes opstellen 3 Luistervaardigheid verkoopgesprek, inkoopgesprek, onderhandelen, telefoneren, klachtenbehandeling 4 Leesvaardigheid klachtenbehandeling, analyseren, marktontwikkeling opvolgen, interpreteren 5 Organisatievaardigheden & heuristieken inzake de verkoop, het marktonderzoek, de marketingplannen, de marketingcommunicatie, de productontwikkeling, de inkoop, de direct-marketing, de administratie, de distributie, de budgettering, de mailing 6 Analysetechnieken allerlei soorten analyses inzake verkoop, inkoop, marktonderzoek, marketing, reclame en marketingcommunicatie, prijs, distributie 7 Beleidstechnieken inzake product, marketingcommunicatie, prijs, distributie 8 Evaluatietechnieken inzake inkoop, verkoop, klachtenbehandeling, reclame- en marketingscommunicatieopdrachten, analyses, IKZ, administratie T Totaal
3.5
De kern van het opleidingsprofiel De kern van het opleidingsprofiel is gericht op vijf beroepsdomeinen. Ze maken alle in meer of mindere mate deel uit van het beroep van marketeer. De accentuatie van een bepaald domein is afhankelijk van het bedrijf en de context waarin het beroep van marketeer wordt uitgeoefend. Volgende domeinen komen voor: − Verkoop (als bediende van de binnendienst van een verkoopafdeling en als verkoper met marketingactiviteiten) − Marketing (als marketingmedewerker van een onderneming en als medewerker van een marktonderzoekbureau)
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
25
− Marketingcommunicatie (als dienstverlener in verband met o.a. reclamecampagnes en promotie) − Inkoop (als commercieel geschoold inkoper) − Leidinggeven aan een commerciële dienst Deze domeinen worden in het opleidingsprofiel opgenomen via sleutelkwalificaties. Vijf vaardigheden vormen de pijlers van het opleidingsprofiel. Het betreft de vaardigheden inzake: − communicatie (spreek-, schrijf-, luister- en leesvaardigheid) − organisatie − analyse − beleid − evaluatie Deze vijf vaardigheden maken deel uit van zowel een cognitieve- als een houdingsgerichte aanpak binnen de opleiding en vorming van de persoonlijkheid. Zoals blijkt uit de sleutelkwalificaties is voor het opleidingsprofiel de vorming van volgende attitudes zeer belangrijk: accuratesse, beslissingsvermogen, communicatieve ingesteldheid, contactbereidheid, creativiteit, doorzettingsvermogen, empathie, flexibiliteit, kritische ingesteldheid, klantgerichtheid, loyauteit, marktgericht denken, veiligheid en milieubewustzijn, resultaat gerichtheid, zelfstandigheid, zelfvertrouwen, zin voor esthetiek, zin voor integrale kwaliteit en zin voor samenwerking. Als het gaat over de basiscompetenties die te maken hebben met kennis richt het opleidingsprofiel zich voornamelijk op analytisch denken, de vorming van commercieel inzicht, het kunnen hanteren van conflictsituaties, inkoopgericht organisatievermogen, inzicht in complexe situaties, planmatig denken, probleemoplossend vermogen, psychologisch- en sociologisch inzicht in de menselijke verhoudingen, reclame- en marketingcommunicatiegericht denken, receptieve en productieve kennis vreemde talen en uitstekende productieve kennis van de moedertaal, De opleiding van marketeer onderscheidt zich duidelijk van de andere opties binnen de opleiding Bedrijfsbeheer. Het is de enige optie die de verkoop, de inkoop en de marketing als een specialisme beschouwt. De zeer grote vraag vanuit het bedrijfsleven naar marketeers, bevestigt dit specialisme. De opleiding van marketeer onderscheidt zich van een universitaire vorming door zijn directe beroepsgerichtheid. Dit komt in het opleidingsprofiel vooral tot uiting in de accentuatie van de praktijk.
26
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
H O O F D R U B R I E K 4 : DOELGROEPEN VAN HET AFGEWERKTE OPLEIDINGSPROFIEL
Het opleidingsprofiel is een basisdocument: − voor studenten en toekomstige studenten − voor de hogescholen bij de formulering van hun opleidingsprogramma − voor de werkgroep die de bestaande kwalificatiestructuur moet bekijken Verder is het opleidingsprofiel een onmisbaar instrument voor: − de visitatiecommissie Hoger Onderwijs − hogescholen en lectoren − de navorming Ook informatie- en oriënteringscentra (bv. PMS-centra) kunnen er gebruik van maken. Vervolgens kan het opleidingsprofiel aan personeelsverantwoordelijken in organisaties een beter zicht geven op de professionele en algemene vorming van (kandidaat-)werknemers en een inspirerend document zijn voor het ontwerpen van bedrijfsopleidingen.
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
27
H O O F D R U B R I E K 5 : BIBLIOGRAFIE
♦ Beroepsprofiel van de Marketeer, intern rapport opgemaakt door opleidingsverantwoordelijken van verschillende Vlaamse hogescholen, 1996. ♦ Fédération Nationale de l’ Enseignement Supérieur Catholique, Comité Européen pour l’ Enseignement Catholique. Enseignement supérieur hors université en Belgique et formations équivalentes en Europe. Actes du Colloque de Spa, Mars 1993. ♦ Geeraert, A., Beroepsprofiel van de afgestudeerden Marketing 1990-’93, Departement Economische Hogeschool H.-Hart Heverlee, KHLeuven, 1996. ♦ Ministerie Vlaamse Gemeenschap, Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, Brussel, 1994. ♦ Polderman, W., De invloed van evoluties in de Belgische Groothandelssector op de beroepenclusters verkoop, inkoop en logistiek, Studiedag CEVORA, Brussel, 26/02/1997. ♦ Regionale en sectorale analyse van de Vlaamse werkgelegenheid, 1996. ♦ Statistisch Jaarboek van het Vlaams Onderwijs 1995-1996, Departement Onderwijs, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. ♦ Tewerkstellingssituatie en kwantitatieve evolutie in de Belgische Groothandelssector, Structuurtekst studiedag groothandel 26/2/1997. ♦ Werkgroep handleiding opleidingsprofielen, Handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs, DVO, Departement Onderwijs, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, s.d.
28
OPLEIDINGSPROFIEL MARKETING
H O O F D R U B R I E K 6 : MEDEWERKERS
De werkgroep opleidingsprofiel optie Marketing is als volgt samengesteld. ♦ Voorzitter A.M. Vervrangen ♦ Auteur A. Geeraert, Katholieke Hogeschool Leuven ♦ Auteur A.M. Vervrangen, Katholieke Hogeschool Leuven.
We danken de volgende personen voor hun ondersteunende opmerkingen: ♦ C. De Cubber, Hogeschool Gent ♦ Jacobs, Provinciale Hogeschool Limburg ♦ Neetens, Mercator Hogeschool Oost-Vlaanderen ♦ L. Sterckx, Katholieke Hogeschool Leuven ♦ P. Vanbrabant, Simon Stevin Hogeschool West-Vlaanderen ♦ M. Vandrepol, Katholieke Hogeschool Mechelen ♦ Vergauwen, Karel de Grote Hogeschool Antwerpen ♦ J. Wijnants, Provinciale Hogeschool Limburg
Medevoorzitter van de VLOR-Commissie voor het beroeps- en opleidingsprofiel van de opleiding bedrijfsbeheer: ♦ J.M. Deleye
OPLEIDINGSPROFIEL milieuadministratie
sector opleiding optie studiegebied
: : : :
handel-administratie bedrijfsbeheer milieuadministratie handelswetenschappen & bedrijfskunde
Sectorcommissie hogeschoolonderwijs van de Vlaamse Onderwijsraad D/1998/6356/32 De leden van de sectorcommissie zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor het opleidingsprofiel. De VLOR staat in voor een uniforme en toegankelijke lay-out.
INHOUD OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
INHOUD
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
1
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel
1
1.2
Opdracht
1
1.3
Ontwikkelingsproces
1
1.4
Legitimatie
1
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING
2
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld 2.1.1 Beroepenstructuur 2.1.2 Lijst van geraadpleegde beroepsprofielen 2.1.3 Visie
2 2 2 2
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld 2.2.1 Inventaris van de leerplannen 2.2.2 Overige gegevens
2 2 2
2.3
Verantwoording van de opleiding
4
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
5
3.1
De exacte benaming
5
3.2
Globale omschrijving van de optie
5
3.3
De professionele opleiding 3.3.1 Bijeenbrengen van de relevante beroepsprofielen 3.3.2 Concrete uitwerking 3.3.3 Aanvullende gegevens met betrekking tot de optie
5 5 5 13
3.4
Sleutelkwalificaties
13
3.5
De kern van het opleidingsprofiel 3.5.1 Belangrijkste vaardigheden 3.5.2 Verwantschappen en persoonsvorming
14 14 14
3.6
De maatschappelijk-culturele vorming
14
HOOFDRUBRIEK 4: DOELGROEPEN VAN HET AFGEWERKT OPLEIDINGSPROFIEL
15
HOOFDRUBRIEK 5: BIBLIOGRAFIE
16
HOOFDRUBRIEK 6: MEDEWERKERS
17
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
1.1
Identificatie Sector : Beroep : Opleidingsprofiel : Sectorcommissie :
1.2
administratie milieu milieucoördinator/medewerker milieucel/milieuambtenaar milieuadministratie handel en administratie
Opdracht Het opleidingsprofiel is opgesteld in opdracht van de Vlor.
1.3
Ontwikkelingsproces − − − − − − − −
1.4
eerste vergadering: 9/12/96: vergadering experts tweede vergadering: 20/01/97: vergadering voorzitters opmaak tekst door dhr Goyens vergadering d.d. 3.11.1997 in de Vlor herwerking vertaalslag door dhr Schepens vergadering d.d. 17.11.1997 in de Vlor herwerking andere tekst door dhr Schepens 21.11.1997 : afgewerkte tekst
Legitimatie Raad voor hoger onderwijs.
1
2
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE
Milieuadministratie is een optie binnen het graduaat bedrijfsbeheer.
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld
2.1.1
Beroepenstructuur − milieuambtenaar (overheid) − medewerker milieudienst (loontrekkende in privésector) − milieuconsulent (zelfstandige)
2.1.2
Lijst van geraadpleegde beroepsprofielen De beroepsprofielen van de sector: handel en administratie, meer in het bijzonder: het beroepsprofiel milieuadministratie.
2.1.3
Visie Bij gemeentes, overheidsdiensten of grotere bedrijven en als zelfstandige milieuconsulent heeft de afgestudeerde specifieke milieufuncties. In KMO’s daarentegen kan de afgestudeerde een verscheidenheid van opdrachten vervullen buiten de specifieke milieutaken. Zo kan de afgestudeerde door de verscheidenheid aan vakinhouden (juridisch, economisch, boekhoudkundig, wetenschappelijk en communicatieve (talen)) bijstaan of fungeren in de functies waaraan de diverse opties van handel en administratie voldoen. Indien echter de evolutie op gebied van milieu zich zo verder zet zal de afgestudeerde zelfs in de KMO’s voldoende specifieke taken hebben. In de toekomst zal de administratieve functie steeds verminderen en de milieuspecifieke functie vergroten. De afgestudeerden zullen zorgen voor de bewerking, toepassing en vertaling van de milieuwetgeving naar de praktijk en spelen een ondersteunende rol in het bepalen van het milieubeleid en bedrijfsleven.
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld
2.2.1
Inventaris van de leerplannen Vermits de volledige drie jaar tot nog toe alleen in Genk bestaan sinds academiejaar 1988-1989 is het curriculum hier alleen nog geëvalueerd.
2.2.2
Overige gegevens In academiejaar 1995-1996 startten 2 Antwerpse instellingen en 1 Gentse instelling met milieuadministratie. Tot dan had dus alleen Genk afgestudeerden nl.: − 1990-1991: 6 mannen en 11 vrouwen (17) − 1991-1992: 16 mannen en 9 vrouwen (25) − 1992-1993: 8 mannen en 11 vrouwen (19) − 1993-1994: 6 mannen en 11 vrouwen (17) − 1994-1995: 7 mannen en 10 vrouwen (17) − 1995-1996: 8 mannen en 8 vrouwen (16)
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
3
In 1995-1996 waren er in totaal 34 mannelijke en 34 vrouwelijke eerstejaars (= 68) en 12 mannelijke en 9 vrouwelijke tweedejaars (Genk: 21) en 8 mannelijke en 8 vrouwelijke derdejaars (Genk: 16). Buiten de normale schoolinfrastructuur zou het niet slecht zijn om voor milieuadministratie over een wetenschappelijk labo te beschikken, alhoewel men dit kan compenseren door enkele bezoeken aan wetenschappelijk centra gedurende de opleiding. In Nederland en Duitsland zijn er veel opleidingen milieu. Wij volgen dit vlak op verre afstand. De spreiding van de beroepsactiviteit is niet weer te geven, er is een gelijkmatige spreiding. Door de verscheidenheid van lesinhouden beginnen alle vakken vanaf nul en is er geen specifieke vooropleiding noodzakelijk. De studenten komen dan ook uit alle richtingen van het secundair of elders. Uit de gegevensdienst voor onderwijsontwikkeling (1 febr. 1996) blijkt dat de volgende milieuadministratie volgden: − 48 generatiestudenten − 20 niet-generatiestudenten Gevolgde opleiding van deze studenten: − algemeen: 29 − beroeps: 1 − technisch: 38 Onderwijsniveau generatiestudenten voorgaande jaar: − gewoon secundair: 47 − andere: 1 Onderwijsniveau niet-generatiestudenten: − HOBU: 11 − universitair niveau: 9
4
2.3
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
Verantwoording van de optie Het is evident dat de milieuproblematiek en daarmee gepaard gaande milieuwetgeving steeds groeit en dus worden zowel van overheidswege als privaat steeds meer nieuwe reglementeringen en functies bij gecreëerd. Er is echter geen enkele opleiding in Vlaanderen die hiervoor administratieve mensen opleidt, wel vooral technische mensen. De doelstelling van de opleiding is dan ook studenten niet alleen breed administratief te scholen i.v.m. milieu d.w.z. vooral op gebied van milieurecht met een stevige wetenschappelijke basis (scheikundige terminologie, natuurkunde, biologie, ...) maar ook economisch (vooral gericht op kostenleer, kosten-baten analyses). Hen wordt een talenkennis en communicatieve vaardigheid (rapporteren, tekstverwerking) meegegeven die zowel in het bedrijfsleven wat betreft de talenkennis nuttig kan zijn (internationalisering van het milieurecht) en in hun administratieve taken, die eerder uitvoerend zijn, nuttig kunnen zijn. De verplichting van heel wat bedrijven om een milieucoördinator aan te stellen staaft het nut van deze opleiding. De vereiste basiskennis die een milieucoördinator moet hebben (Staatsblad 4 juli 1996) komt overeen met de vereisten die in de opleiding milieuadministratie gesteld worden. Sommige hogescholen hebben inmiddels de erkenning van hun opleiding tot milieucoördinator van het niveau 2 verkregen.
5
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
3.1
De exacte benaming Bedrijfsbeheer optie milieuadministratie.
3.2
Globale omschrijving Om de taken en functies van milieuadministratie adequaat te kunnen vervullen, dienen de gegradueerden in milieuadministratie het operationele proces dat aan de grondslag van de taken ligt in zo breed mogelijke zin te bestrijken t.w. van de voorbereidingsfase tot de nazorg. Voorts dienen zij, naast economische kennis, ook kennis van de wetgeving met wetenschappelijke basis (m.n. het administratief recht en (Europees) milieurecht) en van informaticatoepassingen te bezitten. Daarnaast moeten zij ook kunnen terugvallen op een actieve en passieve beheersing van de moedertaal en meerdere vreemde talen. Dit omvat een aantal gerichte redactionele en contactuele vaardigheden.
3.3
De professionele opleiding
3.3.1
Bijeenbrengen van de relevante beroepsprofielen Gebruikt zijn de beroepsprofielen handel en administratie in het bijzonder het beroepsprofiel bedrijfsbeheer optie milieuadministratie.
3.3.2
Concrete uitwerking
Functioneel geheel 1 Voorstudie en creatie
Onderdeel
Basiscompetentie Vaardigheid 1.1 kan informatiebronnen opspeuren 1.2 kan milieutechnologische en juridische vakliteratuur raadplegen en uitpluizen en daarvoor ook anderstalige buitenlandse bronnen raadplegen 1.3 kan zich bijscholen in het vakgebied door middel van vakliteratuur 1.4 kan milieurechtspraak begrijpen en ontleden 1.5 kan milieuwetgeving opzoeken
Kennis Specifieke kennis : – bezit voldoende talenkennis om de vaktaal te begrijpen en te verwoorden (2) – heeft grondige kennis van milieuwetgeving (3) – heeft goed inzicht in milieutechnologische begrippen (3) – heeft inzicht in de opbouw van een vonnis of arrest (2) – heeft goede kennis van de bronnen van het milieurecht (2) en weet waar die te vinden zijn (2)
Contextgegevens Attitude – leergierigheid – zelfstandigheid – zin voor initiatief
– computertoestellen – de meest gehanteerde informaticapakketten – internet, databanken – bibliotheek met vakliteratuur – modelformulieren – bezoeken aan bedrijven en labo’s, eventueel beschikken over eigen labo – veldwerk
6
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
1.6 is in staat de milieuwetgeving toe te passen
2 Onderzoek
3 Diagnose
Algemeen ondersteunend : – heeft inzicht in elementaire fysische, chemische, toxicologische en biologische begrippen (3) – bronnen van het recht (2) – informaticatoepassingen (2) – kennis van Frans en Engels (2) 2.1 kan een onderzoeksopzet Specifieke kennis : voorstellen en verdedigen – heeft kennis van de subsibij de opdrachtgever die-reglementering (2) 2.2 kan de resultaten van een – heeft inzicht in recyclagemogelijkheden (2) onderzoek beoordelen en – bezit basiskennis voor het op waarde schatten verwerven van inzicht in 2.3 kan een onderzoek uitvoede technologische procesren naar de afvalstromen sen (1) in de productie – heeft inzicht in de bronnen 2.4 kan een onderzoek voeren van de milieuverontreininaar de bronnen en de ging en de effecten ervan verspreiding van milieuop het milieu (2) verontreiniging – heeft inzicht in de ver2.5 kan onderzoeken of het spreiding van milieuverbedrijf in aanmerking ontreiniging binnen de komt voor subsidies verschillende compartimenten (2) 2.6 kan meewerken aan – heeft inzicht in de chemionderzoeken die nodig sche, fysische en toxicolozijn voor de verbetering of gische eigenschappen van de toetsing van milide meest voorkomende eukwaliteit productgroepen (2) – weet welke monsternametechnieken en meettechnieken voorhanden zijn (2) – heeft inzicht in bemonsteren en meten (2) Algemeen ondersteunend : – heeft inzicht in elementaire fysische toxicologische en chemische begrippen (2) – heeft voldoende statistische kennis om gegevens statistisch te verwerken (2) 3.1 kan gegevens mbt Specifieke kennis : (eco)toxiteit interpreteren – heeft inzicht in de chemische, fysische en toxicolo3.2 kan de invloed van techgische eigenschappen van nologische processen op producten (2) het milieu beschrijven – heeft inzicht in recyclage3.3 kan de bronnen van mogelijkheden (2) milieuverontreiniging de– bezit basiskennis om tecteren inzicht te verwerven in 3.4 kan aan de hand van technologische processen gegeven milieukenmerken (1) een analyse maken van – heeft inzicht in de bronnen mogelijke vervuilingsvan de milieuverontreinibronnen ging en de effecten ervan 3.5 kan een milieu-analyse op het milieu (2) uitvoeren (organisato– heeft inzicht in de verrisch, juridisch-bestuurlijk spreiding van milieuveren technisch) ontreiniging binnen de verschillende compartimenten (2)
– accuratesse – doorzettingsvermogen – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief
– accuratesse – beslissingsvermogen – doorzettingsvermogen – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief
7
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
– heeft inzicht in de toxicologische eigenschappen van de meest voorkomende productgroepen (2) – heeft inzicht in de functioneren van ecosystemen (2) – heeft goed inzicht in de milieu-reglementering (3)
4 Adviesen informatieverstrekking
Verstrekken van milieuadviezen (bedrijven)
milieuadvisering (overheid)
Algemeen ondersteunend : – heeft inzicht in elementaire fysische toxicologische en chemische begrippen (2) 4.1 kan in grote lijnen adviSpecifieke kennis : seren aangaande de toe te – weet welke monsternamepassen milieutechnologie technieken en meettechnieken voorhanden zijn (1) 4.2 kan adviseren welke – heeft inzicht in bemonsteinstantie een probleem ren en meten (2) technisch kan oplossen – heeft kennis van sane4.3 kan advies verlenen over ringstechnieken (2) productontwikkeling, – heeft inzicht in de chemimilieuvriendelijke prosche veranderingen van ductieprocessen en proeen compartiment (2) ducten – heeft inzicht in het functi4.4 kan adviseren aangaande oneren van ecosystemen het voeren van een pre(2) ventief milieubeleid – kan milieuwetgeving 4.5 kan advies verstrekken toepassen (3) over elke investering die – kent de opbouw en de gevolgen kan hebben structuur van het overvoor het milieu heidsapparaat (3) 4.6 kan advies verlenen over – kent de procedures rond milieu-vergunningen en monsternames en metinruimtelijke ordening (3) gen – heeft inzicht in ruimtelijke 4.7 kan adviseren aangaande ordeningsproblematiek, het beheer van aquatsche vestigingsproblematiek en en terrestrische ecosysgeografische aspecten van temen het ecosysteem 4.8 kan advies verlenen – heeft inzicht in de wetgewelke vergunning noodving op de ruimtelijke zakelijk is voor een beordening en stedenbouw paalde activiteit (milieu (2) en ruimtelijke ordening/stedenbouw) Algemeen ondersteunend : 4.9 kan advies verlenen – heeft inzicht in elementaire aangaande de toepassefysische, toxicologische en lijke exploitatievoorchemische begrippen (2) waarden voor een be– heeft voldoende kennis van paalde activiteit en inzicht in economische 4.10kan advies verlenen en boekhoudkundige beaangaande de best begrippen om mee te werken schikbare technieken om in de milieuboekhouding milieuhinder te voorkoen het budgetbeheer, en om men of te reduceren een kosten-batenanalyse te maken (2) 4.11kan adviseren welk beleid moet gevoerd worden om milieukosten en heffingen te vermijden 4.12 kan adviseren waaraan Specifieke kennis : een startende onderne– kan milieuwetgeving ming moet voldoen om toepassen (3) in orde te zijn met de – kent de opbouw en de milieureglementering structuur van het overheidsapparaat (3) 4.13 kan adviseren aangaan-
– accuratesse – assertiviteit – contactbereidheid – dienstverlenende ingesteldheid – doorzettingsvermogen – flexibiliteit – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief – zin voor samenwerking
– accuratesse – assertiviteit – contactbereidheid – dienstverlenende ingesteldheid – kritische inge-
8
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
de de ontvankelijkheid en de gegrondheid van milieuvergunningsaanvragen
5 Productieve informatieverwerking
plannen
5.1 kan meehelpen aan de
tot-standkoming van een provinciaal en een gemeentelijk milieubeleidsplan en een milieujaarprogramma 5.2 kan meehelpen aan de opmaak van GNOP 5.3 kan meehelpen aan de tot-standkoming van een bestemmingsplan, een structuurplan en een verkeersplan convenanten opstellen
5.4 kan meehelpen aan de opmaak van convenanten
rapporteren
5.5 kan rapporteren over vastgestelde tekortkomingen en gebreken 5.6 kan meewerken aan het opstellen van een veiligheidsrapport 5.7 kan meewerken aan het opstellen van een milieueffectenrapport 5.8 kan analyseresultaten beoordelen en verwerken in een rapport 5.9 kan zowel intern als extern rapporteren aangaande milieuaangelegenheden 5.10 kan een milieuaudit uitvoeren
milieuaudit
vulgariseren
5.11 kan vaktechnische informatie vulgariseren
– kent de procedures rond milieuvergunningen en ruimtelijke ordening (3) – heeft inzicht in de wetgeving op de ruimtelijke ordening en stedebouw (2) Specifieke kennis : – heeft inzicht in de beginselen van milieubeheleidsvorming (2) – heeft inzicht in de instrumenten van het milieubeleid (2) – kent de reglementering aangaande milieubeleidsplanning en planning inzake ruimtelijke ordening (2) – heeft inzicht in de vestigings- en mobiliteitsproblematiek (2) Specifieke kennis : – heeft inzicht in de beginselen van milieubeheleidsvorming (2) – heeft inzicht in de instrumenten van het milieubeleid (2) – heeft een goed inzicht in de veiligheidsrapportage, (2), en de milieueffectenrapportage (2)
steldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief
– heeft inzicht in het uitvoeren van een milieuaudit (2) – kent methodes en strategieën voor milieuauditing
– accuratesse – beslissingsvermogen – dienstverlenende ingesteldheid – doorzettingsvermogen – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief
Algemeen ondersteunend (voor alle onderdelen) – heeft inzicht in elementaire fysische en chemische begrippen (2) – beheerst informaticatoepassingen (2) – beheerst goed het Nederlands (2)
– accuratesse – assertiviteit – dienstverlenende ingesteldheid – doorzettingsvermogen – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zin voor initiatief – zin voor samenwerking – (idem)
– accuratesse – contactbereidheid – dienstverlenende ingesteldheid – doorzettingsvermogen – flexibiliteit – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zin voor samenwerking
9
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
6 Coördinatie
7 Zorgsystemen
6.1 kan coördinerend optreden inzake milieu- en veiligheidsbeleid 6.2 kan werken met milieumodellen
kan een milieuzorgsysteem helpen opzetten
kan meewerken aan integraal zorgsysteem
8 Administratie
verslagen opstellen
7.1 kan een literatuuronderzoek aangaande het opzetten van een zorgsysteem uitvoeren 7.2 kan projecten op het terrein van milieu, ruimtelijke ordening en/of energie op beperkte schaal uitvoeren 7.3 kan historisch onderzoek op milieugebied opzetten, plannen en uitvoeren 7.4 kan veldonderzoek op milieugebied helpen opzetten, plannen en uitvoeren 7.5 kan een milieubeleidsverklaring opmaken 7.6 kan een milieuprogramma opstellen, met prioriteitsstelling 7.7 kan meewerken aan de integratie van milieu, veiligheid en kwaliteit in één zorgsysteem
8.1 kan als milieucoördinator een verslag opstellen over de wijze waarop hij zijn taak heeft uitgevoerd 8.2 kan een milieujaarverslag opstellen 8.3 kan verslagen maken van bijeenkomsten en vergaderingen
Specifieke kennis : – heeft kennis van het veiligheidsbeleid en de veiligheidsreglementering (1) – heeft kennis van de taken van de dienst voor preventie en bescherming Algemeen ondersteunend : – beheerst informaticatoepassingen (2) – goede kennis van communicatieve vaardigheden (2) Specifieke kennis : – heeft inzicht hoe een zorgsysteem wordt opgezet (3) – kent de basiscomponenten van bedrijfsinterne milieuzorg (2) – heeft inzicht in de toepassing van de EMAS-verordening (2) – heeft kennis van de ISO 14000-normenreeks (2)
– heeft inzicht in de samenhang tussen bedrijfsinterne milieuzorg, arbeidsveiligheid en integrale kwaliteitszorg (2) – heeft kennis van de ISO 9000-normenreeks (1) Algemeen ondersteunend : – heeft inzicht in elementaire fysische toxicologische en chemische begrippen (2) – heeft inzicht in informaticatoepassingen (2) Specifieke kennis : – heeft goed inzicht in de milieu-reglementering (3) – heeft inzicht in de administratieve documenten die een milieucoördinator moet opmaken (3) – heeft inzicht in de bronnen van de milieuverontreiniging en de effecten ervan op het milieu (2) – heeft inzicht in de verspreiding van milieuverontreiniging binnen de verschillende compartimenten (2)
– accuratesse – assertiviteit – contactbereidheid – dienstverlenende ingesteldheid – flexibiliteit – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zin voor initiatief – zin voor samenwerking – accuratesse – assertiviteit – beslissingsvermogen – contactbereidheid – dienstverlenende ingesteldheid – doorzettingsvermogen – flexibiliteit – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief – zin voor samenwerking
– (idem)
– accuratesse – dienstverlenende ingesteldheid – doorzettingsvermogen – flexibiliteit – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor samenwerking
10
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
vergunningsaanvragen opmaken en opvolgen andere administratieve milieuverplichtingen andere administratieve werkzaamheden
9 Controle
8.4 kan een milieuvergun-
– heeft inzicht in de chemische, fysische en toxicologische eigenschappen van de meest voorkomende productgroepen (2) – heeft inzicht in de verschillende afvalstromen (2) – (idem) – (idem)
ningsaanvraag opmaken 8.5 kan de administratieve
behandeling van de aanvraag opvolgen 8.6 kan afvalstoffenregister bijhouden 8.7 kan meldingsformulieren inzake afvalstoffen opmaken 8.8 kan gegevens statistisch verwerken 8.9 kan algemene administratieve taken op zich nemen 8.10 kan gegevensbestanden hanteren
– (idem)
Algemeen ondersteunend (voor alle onderdelen) – heeft inzicht in elementaire fysische toxicologische en chemische begrippen (2) – beheerst informaticatoepassingen (2) – beheerst rapporteringstechnieken (2) 9.1 kan controleren of de Specifieke kennis : milieuwetgeving wordt – heeft inzicht in de bronnen nageleefd van de milieuverontreiniging en de effecten ervan 9.2 kan controleren of de op het milieu (2) voorgeschreven emissie– heeft inzicht in de veren immissiemetingen spreiding van milieuverworden uitgevoerd en geontreiniging binnen de registreerd verschillende comparti9.3 kan nagaan of een bedrijf menten (2) voldoet aan de exploita– heeft inzicht in de chemitievoorwaarden vermeld sche, fysische en toxicoloin de vergunning gische eigenschappen van 9.4 kan controleren of volde meest voorkomende daan wordt aan de verproductgroepen (2) plichtingen op het vlak – weet welke monsternamevan afvalstoffen technieken en meettech9.5 kan controle uitoefenen nieken voorhanden zijn (2) op de werkplaatsen bin– heeft inzicht in het verloop nen het bedrijf van een monstername en een meting (2) 9.6 kan controle uitoefenen – heeft inzicht in saneringsop de toegepaste zuivetechnieken (2) ringstechnieken
9.7 kan controle uitoefenen op het naleven van de milieubeleidsverklaring
– heeft goed inzicht in de milieu-reglementering (3) – heeft een goed inzicht in de milieuhandhandhavingsproblematiek (2) Algemeen ondersteunend : – heeft inzicht in elementaire fysische, toxicologische en chemische begrippen (2) – heeft een goed inzicht in informaticatoepassingen (2) – heeft een goed inzicht in statistische verwerking van gegevens (2)
– (idem)
– accuratesse – assertiviteit – beslissingsvermogen – doorzettingsvermogen – flexibiliteit – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
10 Bedrijfsbeheer
11 Onderhandeling, samenwerking en communicatie
Specifieke kennis : – heeft inzicht in het voeren van een elementaire boekhouding (2) – heeft inzicht in de verwerking en de opmaak van handelsdocumenten (2) 10.3 kan kostenSpecifieke kennis : batenanalyse maken – heeft inzicht in de bronnen van de milieuverontreini10.4 kan investeringsanalyging en de effecten ervan ses maken op het milieu (2) 10.5 kan budgetten en – heeft inzicht in de verbegrotingen interpretespreiding van milieuverren en helpen opstellen ontreiniging binnen de 10.6 kan balansen lezen en verschillende compartimilieubalansen helpen menten (2) opstellen – heeft inzicht in de chemi10.7 kan de financiële sche, fysische en toxicoloconsequenties van miligische eigenschappen van eu berekenen de meest voorkomende productgroepen (2) 10.8 kan kostenberekening – heeft inzicht in meet- en maken vanuit milieuanalyseresultaten (2) perspectief, onder an– kent de diverse milieuhefdere inzake afvalstrofingen (1) men 10.9 kan een gepaste verze- – kan de formules inzake heffingen op afvalwater kering inzake het militoepassen (3) eurisico aan het bedrijf – heeft goed inzicht in de voorstellen milieu-reglementering (3) 10.10 kan de diverse milieu– heeft een goed inzicht in de heffingen in rekening verzekeringsproblematiek brengen van milieurisico’s (2) 10.11 kan milieuheffingen op – heeft een goed inzicht in de afvalwater berekenen milieuaansprakelijkheids10.12 kan milieuheffingen op problematiek (2) afvalstoffen berekenen – heeft inzicht in de subsidiereglementering (2) 10.13 kan voor het bedrijf subsidies aanvragen Algemeen ondersteunend (alle onderdelen) – heeft inzicht in elementaire fysische toxicologische, chemische en biologische begrippen (2) – heeft voldoende kennis van en inzicht in economische en boekhoudkundige begrippen om mee te werken in de milieuboekhouding en het budgetbeheer, en om een kosten-batenanalyse te maken (2) – heeft goede talenkennis (Nederlands, Frans, Engels) (2) 11.1 kan fungeren als geSpecifieke kennis : sprekspartner van speci- – heeft inzicht in de samenalisten uit andere discihang tussen bedrijfsinterne plines milieuzorg, arbeidsveiligheid en integrale kwali11.2 kan correspondentie teitszorg (2) voeren in de eigen taal – heeft inzicht in communien in het Frans en het catieve vaardigheden (2) Engels – heeft inzicht in vergader11.3 kan instaan voor de technieken (2)
11
boekhouding 10.1 kan elementaire boek/administrahoudkundige taken uittie voeren 10.2 kan handelsdocumenten opmaken en verwerken in de boekhouding
– accuratesse – zelfstandigheid – zin voor samenwerking
milieu
– accuratesse – beslissingsvermogen – dienstverlenende ingesteldheid – doorzettingsvermogen – flexibiliteit – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief
– assertiviteit – contactbereidheid – dienstverlenende ingesteldheid – flexibiliteit – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief – zin voor samen-
12
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
11.4
11.5 11.6 11.7
12 Interventie
12.1
12.2
12.3
interne en externe communicatie op het gebied van leefmilieu kan opleidings- en vormingsactiviteiten op het gebied van leefmilieu organiseren kan onderhandelen met overheidsorganisaties kan realistisch economisch denken kan aan vergaderingen participeren en kan een vergadering leiden vervult een knipperlichtfunctie voor milieuovertredingen en vermijdbare milieubeschermingskosten kan klachten en bezwaarschriften behandelen kan een gerechtelijke procedure in milieuzaken opvolgen
werking Algemeen ondersteunend : – heeft inzicht in elementaire fysische toxicologische en chemische begrippen (2) – beheerst informaticatoepassingen (2) – heeft goede talenkennis (Nederlands, Frans, Engels) (2) – heeft kennis van begrippen van bedrijfsorganisatie (1)
Specifieke kennis : – heeft inzicht in de bronnen van de milieuverontreiniging en de effecten ervan op het milieu (2) – heeft inzicht in de verspreiding van milieuverontreiniging binnen de verschillende compartimenten (2) – heeft inzicht in de chemische, fysische en toxicologische eigenschappen van de meest voorkomende productgroepen (2) – weet welke monsternametechnieken en meettechnieken voorhanden zijn (2) – heeft inzicht in bemonsteren en meten (2) – heeft goed inzicht in de milieureglementering (3) – heeft goed inzicht in de milieuhandhavingsproblematiek (2) – heeft een goed inzicht in de verzekeringsproblematiek van milieurisico’s (2) – heeft een goed inzicht in de milieu- aansprakelijkheidsproblematiek (2) – heeft inzicht in de procedure voor de Raad van State (2) – heeft kennis van andere procedures inzake leefmilieuhandhaving (1) Algemeen ondersteunend : – heeft inzicht in elementaire fysische, toxicologische en chemische begrippen (2)
– accuratesse – assertiviteit – doorzettingsvermogen – flexibiliteit – kritische ingesteldheid – veiligheids- en milieubewustzijn – zelfstandigheid – zin voor initiatief
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
3.3.3
13
Aanvullende gegevens met betrekking tot de optie 3.3.3.1 Verhouding praktijk/theorie en aandeel stagetijd De afgestudeerde moet omwille van zijn functie zo praktisch mogelijk opgeleid worden. Als afsluitstuk zijn er de verplichte stages. Bij de stage wordt de theoretische kennis, opgedaan gedurende de 3 jaren studie aan de praktijk getoetst. Het stageverslag is de afsluitende activiteit die door de student geheel zelfstandig wordt uitgevoerd. Het minimumvolume van de stage is 6 weken. 3.3.3.2 Relatieve opleidingsduur van de functionele gehelen − − − − −
Administratie 12,5 %. Bedrijfsbeheer : 12,5 %. Productieve informatieverwerking : 12 %. Advies- en informatieverstrekking, zorgsystemen, controle : elk 9 %. Voorstudie en creatie, onderzoek, diagnose, coördinatie, onderhandeling samenwerking en communicatie, interventie : elk 6 %.
3.3.3.3 Niveau van de opleiding Graduaatsniveau - niveau 4.
3.4
Sleutelkwalificaties De werkgroep onderscheidt 2 groepen van sleutelkwalificaties. De sleutelkwalificaties uit de eerste groep kwalificaties komen het meest frequent voor. In volgorde van frequentie zijn dit : − − − − − −
veiligheids- en milieubewustzijn accuratesse productieve en receptieve taalvaardigheid Moedertaal receptieve taalvaardigheid MVT leergierigheid en planmatig denken kunnen omgaan met informatie
In de tweede groep sleutelkwalificaties bevinden zich : − − − − − − − − − − −
contactbereidheid doorzettingsvermogen een werkplan kunnen maken kritische ingesteldheid omgaan met stress problemen onderkennen en oplossen verantwoordelijkheidszin zelfstandigheid zelfvertrouwen zin voor initiatief zin voor samenwerking
14
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
3.5
Kern van het opleidingsprofiel
3.5.1
Belangrijkste vaardigheden De taken van beginnende afgestudeerden zijn aanvankelijk administratief-technisch ondersteunend bij de uitwerking en opvolging van wettelijk opgelegde verplichtingen zoals opstellen milieuvergunningsaanvragen, milieujaarverslagen, milieuaudits, bodemonderzoeken, meldingen e.d. Ook uitwerken van kleine projecten bv. begeleiding van kleine ondernemingen bij milieuverplichtingen. De afgestudeerde staat in het begin vooral in voor doe-taken zoals opvolging milieuverplichtingen bedrijven, opstellen of onderzoeken van vergunningsdossiers, uitwerken milieuaudits, rapportering milieutoestand, inspectieopdrachten (vaststellen milieuovertredingen), realisatie milieuprojecten, contacten met bevoegde instellingen, voorspellingen van sancties bij milieuovertredingen, ...
3.5.2
Verwantschappen en persoonsvorming Er bestaan andere opleidingen i.v.m. milieu. Deze zijn echter louter technischwetenschappelijk (cfr. industriële milieuzorg, milieukunde, ...). Een vooral juridisch-economische vorming zoals milieuadministratie is uniek. Heel wat afgestudeerden komen in de overheidssector terecht. Vooral het aandeel van de gemeentelijke milieuconsulenten stijgt enorm. Volgens het decreet van juli 1995 moeten bedrijven milieucoördinatoren (niveau 1 en 2) aanstellen met specifieke kwalificaties. Deze milieucoördinatoren moeten een opleiding volgen die beschreven werd in een uitvoeringsbesluit van het BIM-decreet. De kwalificaties van milieucoördinator van het niveau 2 komen overeen met het curriculum milieuadministratie. De opleiding milieuadministratie in sommige hogescholen werden hiervoor reeds erkend bij besluit van de Minister van Leefmilieu.
3.6
Maatschappelijk-culturele vorming De student moet een brede belangstelling hebben. Hij volgt de maatschappelijke evolutie van de milieuproblematiek. Hij moet in staat zijn om kritisch na te denken over zijn beroep en de wijze waarop hij in zijn beroep functioneert.
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
15
HOOFDRUBRIEK 4: DOELGROEPEN VAN HET AFGEWERKTE OPLEIDINGSPROFIEL
Alle afgestudeerden secundair onderwijs Het opleidingsprofiel is een basisdocument − voor studenten en toekomstige studenten − voor de hogescholen bij de formulering van hun opleidingsprogramma’s − voor de werkgroep die de bestaande kwalificatiestructuur moet herijken Verder is het opleidingsprofiel een onmisbaar instrument voor − de visitatiecommissies Hoger Onderwijs − hogescholen en lectoren − de navorming Ook informatie- en oriënteringscentra (bv. PMS-centra) kunnen er gebruik van maken. Vervolgens kan het opleidingsprofiel aan personeelsverantwoordelijken in organisaties een beter zicht geven op de professionele en algemene vorming van (kandidaat-) werknemers en een inspirerend document zijn voor het ontwerpen van bedrijfsopleidingen.
16
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
HOOFDRUBRIEK 5: BIBLIOGRAFIE
♦ Staatsblad 4 juli 1995en 3 juli 1996: opleiding milieucoördinator ♦ Rapport zelfevaluatie opleiding milieukunde, hogeschool West-Brabant, Nederland ♦ DVO, “Handleiding voor het schrijven van beroepsprofielen”, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Departement Onderwijs, 1995, 65 pag. ♦ DVO, “Handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen”, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Departement Onderwijs, 1997, 72 pag.
OPLEIDINGSPROFIEL MILIEUADMINISTRATIE
HOOFDRUBRIEK 6: MEDEWERKERS
Dit opleidingsprofiel werd opgesteld door : ♦ Jos Goyens, Katholieke Hogeschool Limburg, expert ♦ Danny Schepens, Mercator Hogeschool Gent ♦ Annie Van Goethem, Mercator Hogeschool Gent ♦ De Smet Marie-Rose, Hogeschool Antwerpen ♦ De Boever Frank, Hogeschool Antwerpen
17
OPLEIDINGSPROFIEL rechtspraktijk
studiegebied : handelswetenschappen & bedrijfskunde opleiding : bedrijfsbeheer optie : rechtspraktijk
Sectorcommissie hogeschoolonderwijs van de Vlaamse Onderwijsraad D/1998/6356/32 De leden van de sectorcommissie zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor het opleidingsprofiel. De VLOR staat in voor een uniforme en toegankelijke lay-out.
INHOUD OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
INHOUD
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
1
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel
1
1.2
Opdracht
1
1.3
Ontwikkelingsproces
1
1.4
Legitimatie
1
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING
2
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld 2.1.1 Beroepenstructuur 2.1.2 Geraadpleegde beroepsprofielen
2 2 2
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld 2.2.1 Studiegebied, opleidingen en opties 2.2.2 Aanverwante studiegebieden, opleidingen, opties 2.2.3 Diploma’s en getuigschriften 2.2.4 Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma’s voor de opleiding 2.2.5 Gelijkaardige opleidingen en diploma’s in het buitenland 2.2.6 Geografische spreiding van de beroepsactiviteiten in België 2.2.7 Geografische spreiding van het opleidingsaanbod in België 2.2.8 Infrastructuur 2.2.9 Kwantitatieve beschrijving van het totaal aantal studenten in de opleiding 2.2.10 Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten van de opleiding SO-vooropleiding 2.2.11 Reële studieduur 2.2.12 Inhoudelijke profilering van de opleiding in binnen- en buitenland
3 3 3 3
Verantwoording van de opleiding
5
2.3
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
3 3 3 3 4 4 4 4 4
6
3.1
De exacte benaming van de optie c.q. opleiding
6
3.2
Globale omschrijving van de optie c.q. opleiding
6
3.3
Beroepsgericht opleidingsprofiel 3.3.1 Bijeenbrengen van de relevante beroepsprofielen 3.3.2 De concrete uitwerking van de vertaalslag 3.3.3 Aanvullende gegevens met betrekking tot de opleiding
6 6 7 12
3.4
Sleutelkwalificaties
13
3.5
De kern van het opleidingsprofiel
13
INHOUD OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
HOOFDRUBRIEK 4: DOELGROEPEN VAN HET AFGEWERKT OPLEIDINGSPROFIEL
15
HOOFDRUBRIEK 5: BIBLIOGRAFIE
16
HOOFDRUBRIEK 6: MEDEWERKERS
17
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
1
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel Deze tekst bevat het opleidingsprofiel van de optie rechtspraktijk van de opleiding Bedrijfsbeheer uit het studiegebied Handelswetenschappen en bedrijfskunde van de sector Handel - administratie. De sectorcommissie terzake is de commissie OP Handel-administratie.
1.2
Opdracht De concrete opdracht was uit het beroepsprofiel van Rechtspracticus een opleidingsprofiel af te leiden. De opdracht werd gegeven door de Vlaamse Onderwijsraad.
1.3
Ontwikkelingsproces Na een algemene vergadering bij de Dienst voor Onderwijsontwikkeling is door de expert voor Rechtspraktijk, Dirk Scheers, een ontwerptekst opgesteld. Bij het opstellen van deze tekst werden de richtlijnen van de "Handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs" van de DVO strikt gevolgd. Uitgangspunt was daarbij het beroepsprofiel dat eerder was goedgekeurd mits een aantal opmerkingen. De meeste aandacht werd besteed aan de concrete vertaalslag. Weliswaar werd rekening gehouden met het feit dat het beroepsprofiel wel als goedgekeurd werd voorgesteld maar dat er nog enige opmerkingen waren geformuleerd betreffende enige tekorten bij het beroepsprofiel. De door de expert gemaakte ontwerptekst werd voorgelegd aan de leden van de werkgroep opleidingsprofiel Rechtspraktijk die was samengesteld uit de leden van de voormalige werkgroep beroepsprofiel en waarvan u de samenstelling kan vinden bij punt 6. De opmerkingen en aanvullingen van de leden van de werkgroep werden in de ontwerptekst opgenomen en deze tekst werd voorgelegd aan de DVO.
1.4
Legitimatie Raad voor het Hoger Onderwijs
2
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld
2.1.1
Beroepenstructuur In het beroepsprofiel Rechtspraktijk wordt het beroep als volgt omschreven. Rechtspracticus − De rechtspracticus verricht enerzijds voorbereidend werk door het opzoeken van rechtspraak, wetgeving en rechtsleer, het opstellen van juridische documenten en het verlenen van adviezen. − Anderzijds verzorgt hij het opstellen en het beheer van de dossiers en volgt hij de stand van de dossiers op. − Tenslotte verzorgt hij de redactie van de juridische documenten onder de verantwoordelijkheid van zijn opdrachtgever. Zelfstandig rechtspracticus − Als zelfstandige kan de rechtspracticus rechtsbijstand verlenen aan natuurlijke en rechtspersonen. − Hij kan juridische adviezen geven en bijstand verlenen bij het opstellen van overeenkomsten en het voeren van bepaalde procedures. Juridisch medewerker bij de overheid Als ambtenaar kan de gegradueerde in de rechtspraktijk vanuit de eigen inhoudelijke deskundigheid, gespecialiseerde adviezen of specifieke producten en diensten leveren die bijdragen tot een goede werking van de administratie of de afdeling.
2.1.2
Geraadpleegde beroepsprofielen Bij het opstellen van dit opleidingsprofiel werd hoofdzakelijk uitgegaan van het beroepsprofiel van de opleiding rechtspraktijk.
2.1.3
Visie Er is duidelijk nood aan rechtspractici in een brede waaier van het bedrijfsleven; zowel in de financiële sector, de sociale organismen, de verzekeringssector, de overheid als bij advocaten, notarissen en gerechtsdeurwaarders. Het werk dat moet worden gedaan situeert zich in het verrichten van opzoekingen, het verlenen van adviezen en het opstellen van juridische documenten. Ook kan op zelfstandige basis rechtsbijstand verleend worden. Er bestaat een grote behoefte aan juridisch geschoolde medewerkers die een praktische kennis hebben van het recht en er vlot mee kunnen omgaan. De diepgaande theoretische en academische vorming van licentiaten is daarbij geen vereiste zodat de gegradueerde perfect aan de nood kan voldoen.
3
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld
2.2.1
Studiegebied, opleidingen en opties Basisopleiding van één cyclus Studiegebied : Handelswetenschappen en bedrijfskunde Opleiding : Bedrijfsbeheer Optie : Rechtspraktijk
2.2.2
Aanverwante studiegebieden, opleidingen, opties In de opleiding bedrijfsbeheer van het studiegebied Handelswetenschappen en bedrijfskunde treffen we de volgende opties aan: − accountancy-fiscaliteit − financie- en verzekeringswezen − marketing − milieuadministratie − expeditie, distributie en transport − rechtspraktijk
2.2.3
Diploma's en getuigschriften Gegradueerde in bedrijfsbeheer optie rechtspraktijk.
2.2.4
Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma's voor de optie c.q. opleiding Bij het bekijken van de aangegeven cijfers dient rekening gehouden te worden met enerzijds het feit dat pas de eerste maal erkende diploma's werden uitgereikt in het jaar 1990-91 en anderzijds dat de opleiding enkel werd ingericht door het hoger instituut SPM (thans opgenomen in de Hogeschool van de Provincie Antwerpen). Bron: Statistisch Jaarboek van het Vlaams Onderwijs JAAR 90-91 91-92 92-93 93-94 94-95
2.2.5
M 7 10 39 12 16
V 27 30 47 51 56
TOTAAL 34 40 86 63 72
Gelijkaardige opleidingen en diploma's in het buitenland De commissie meent dat er gelijkaardige opleidingen bestaan in Nederland (MER: Management Economie en Recht te Sittard en Den Haag) zowel als in Engeland maar er zijn geen concrete gegevens van deze opleidingen voorhanden.
2.2.6
Geografische spreiding van de beroepsactiviteiten in Vlaanderen Het werkveld is terzake verspreid over het ganse Vlaamse landsgedeelte.
2.2.7
Geografische spreiding van het opleidingsaanbod in Vlaanderen De opleiding bedrijfsbeheer optie Rechtspraktijk treffen we aan over het ganse Vlaamse landsgedeelte (9 afdelingen in 8 hogescholen).
4
2.2.8
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
Infrastructuur Belangrijk is dat voor deze opleiding de hogeschool beschikt over een degelijk uitgeruste biblio/mediatheek waarbij de studenten kunnen beschikken over een overzichtelijke (geautomatiseerde) catalogus. In de biblio/mediatheek moet ook voldoende ruimte voorzien worden om de studenten de mogelijkheid te geven in de biblio/mediatheek te kunnen werken. Ook een computer uitgerust met een CDROM lezer voor het raadplegen van informatie op CD-ROM is noodzakelijk. Evenzeer is een uitgebouwde infrastructuur voor het praktisch communicatieonderwijs noodzakelijk.
2.2.9
Kwantitatieve beschrijving van het totaal aantal studenten in de optie c.q. opleiding De aangegeven cijfers zijn deze zoals ze zijn opgenomen in het Statisch Jaarboek voor 1995-96. Uiteraard dient er rekening gehouden te worden met het feit dat in het jaar 1995-96 er meerdere hogescholen waren die de opleiding hebben ingericht en een gemeenschappelijk eerste jaar hebben ingericht met andere opleidingen. Bron: Statistisch Jaarboek van het Vlaams Onderwijs eerste studiejaar
Tweede studiejaar
derde studiejaar
m 71
M 27
m 17
v 114
t 185
v 70
t 97
v 37
totaal aantal studenten m v t 115 221 336
t 54
2.2.10 Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten van de optie c.q. opleiding volgens SO-vooropleiding, ervaring, ervaring met HO, geslacht, leeftijd en studieresultaten Gevolgde onderwijsvorm in de SO-opleiding van alle eerstejaarsstudenten (registratie op 1 februari 1996): Algemeen Beroeps Technisch
99 9 77
Indeling in generatie- en niet generatiestudenten (registratie op 1 februari 1996) Totaal generatiestudent niet-generatiestudent
87 98
Onderwijsniveau vorig jaar secundair HOBU universit. 86 1 45 53
2.2.11 Reële studieduur De commissie beschikt over geen gegevens van studenten waaruit de concrete studieduur kan worden afgeleid.
2.2.12 Inhoudelijke profilering van de opleiding in binnen- en buitenland Ook hierover zijn er geen concrete gegevens voorhanden.
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
2.3
5
Verantwoording van de optie c.q. opleiding Vanuit de noden zoals die door het werkveld werden geformuleerd blijkt dat de bestaande juridische vorming in de diverse opleidingen slechts beperkt is. De juridische vakken zijn steeds ondergeschikt aan het specifieke beroep waartoe men wil opleiden. Rechtspraktijk geeft een volledige juridische opleiding met daarbij het omgaan met juridische bronnen en werkinstrumenten. De algemene juridische vorming op zich is de grote waarde van de opleiding en het antwoord op de nood van het arbeidsveld.
6
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
3.1
De exacte benaming van de optie c.q. opleiding Sector Studiegebied Opleiding Optie
3.2
: : : :
Handel-administratie Handelswetenschappen en bedrijfskunde Bedrijfsbeheer Rechtspraktijk
De globale omschrijving van de optie c.q. opleiding De optie leidt mensen op die als rechtspracticus voorbereidend werk verrichten door het opzoeken van rechtspraak, wetgeving en rechtsleer, het opstellen van juridische documenten en het verlenen van adviezen. Zij verzorgen het opstellen en het beheer van de dossiers en volgen de stand van de dossiers op. Ook verzorgen zij de redactie van de juridische documenten onder de verantwoordelijkheid van de opdrachtgever. Als zelfstandige kan de rechtspracticus rechtsbijstand verlenen aan natuurlijke en rechtspersonen. Hij kan juridische adviezen geven en bijstand verlenen bij het opstellen van overeenkomsten en het voeren van bepaalde procedures. Als ambtenaar kan de gegradueerde in de rechtspraktijk vanuit de eigen inhoudelijke deskundigheid, gespecialiseerde adviezen of specifieke producten en diensten leveren die bijdragen tot een goede werking van de administratie of de afdeling.
3.3
Het beroepsgericht opleidingsprofiel
3.3.1
Bijeenbrengen van de relevante beroepsprofielen Het opleidingsprofiel werd opgesteld aan de hand van het beroepsprofiel van de rechtspracticus.
7
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
3.3.2
De concrete uitwerking van de vertaalslag
Functioneel geheel 1 Voorstudie en creatie
Onderdeel
1.1 Formuleren van doel- en probleemstellingen
Basiscompetentie Vaardigheid De student V1 kan besluiten en aanbevelingen formuleren V2 kan een geschil onderzoeken en analyseren V3 kan informatiebronnen opspeuren
Kennis
Attitude
Specifiek: − bronnen van het recht (3) − ontleden van rechtsleer en rechtspraak (3) − communicatieve vaardigheden (3)
Per onderdeel: − accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − resultaatgerichtheid − dienstverlenende ingesteldheid − zelfstandigheid
Algemeen: − talen − informaticatoepassingen
1.2 bijscholing in het vakgebied
V1 kan vakliteratuur bijhouden V2 kan wetswijzigingen en evoluties in de rechtspraak volgen V3 kan speuren naar mogelijke interne en externe informatiebronnen
2 Advies en informatie-
1.3 eigen instrumenten en hulpmiddelen aanleggen bijhouden en/of toegankelijk maken teneinde het studie- en opzoekingswerk efficiënt te organiseren
V1 kan vakbibliotheek aanleggen
2.1 Formuleren van bedrijfsjuridische
V1 kan bedrijfsjuridische adviezen geven in verschillende situ-
V2 kan systematisch technische documentatie en publicaties verzamelen V3 kan documentatie informatiseren
Contextgegevens
Specifiek: − bronnen van het recht (3) − ontleding rechtspraak en rechtsleer (3) − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3) Algemeen: − informaticatoepassingen − talen − organisatiestructuur Specifiek: − bronnen van het recht (3) − ontleding rechtspraak en rechtsleer (3) − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3) Algemeen: − informaticatoepassingen − organisatiestructuur − talen Specifiek: − kennis van de verschillende disciplines uit
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − zin voor initiatief − aandacht voor competentieontplooiing − leergierigheid − zelfstandigheid
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldhei d − zelfstandigheid − zin voor initiatief − organisatievermogen
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteld-
− informatie is aanwezig op de arbeidsplaats of ter consultatie in een bibliotheek en in juridische databanken − wetgeving; rechtsleer; rechtspraak − vakliteratuur, − databanken; modelcontracten; seminaries
8
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
verstrekking
adviezen
aties en over de diverse rechtsdisciplines heen V2 kan verschillende opties ontleden en vergelijken
2.2 vaktechnische informatie verstrekken
V1 kan een synthese maken van allerlei juridische teksten V2 kan informatie verstrekken aan advocaten die in opdracht van het bedrijf werken V3 kan juridische informatie verstekken aan klanten
2.3 medeformulering en uitvoering personeelsbeleid
V1 kan arbeidscontracten en personeelsbeleid aanpassen aan wijzigend sociaal recht V2 kan problemen in verband met arbeids- en sociaal zekerheidsrecht signaleren
2.4 presentatie van informatie op juridisch gebied in de verschillende lagen van de organisatie
V1 kan wetgeving vulgariseren V2 kan wijzigingen in het recht begrijpelijk uiteenzetten
het bedrijfs- en economisch recht (3) − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3) Algemeen: − boekhouden − economie − talen − informaticatoepassingen − sociale en communicatieve vaardigheden Specifiek: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3) Algemeen: − talen − informaticatoepassingen − rapporteren − sociale en communicatieve vaardigheden Specifiek: − sociaal recht (3) − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3) − ontleding rechtsleer en rechtspraak (3) − bronnen van het sociaal recht (3) Algemeen: − informaticatoepassingen − talen − rapporteren − communicatieve vaardigheden − economie − bedrijfsorganisatie Specifiek: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3) − bronnen van het recht (3)
heid − flexibiliteit − resultaatgerichtheid − aandacht voor competentieontplooiing − assertiviteit − dienstverlenende ingesteldheid − zelfstandigheid
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − flexibiliteit
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid
9
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
3 productieve informatieverwerking
3.1 redactie van verslagen en notulen
V1 kan verslagen van vergaderingen verwerken tot duidelijk leesbare conclusies V2 kan deelnemen aan vergaderingen
3.2 redactie van overeenkomsten reglementen
V1 kan overeenkomsten opstellen V2 kan algemene verkoopsvoorwaarden opstellen V3 kan procedurestukken opstellen
V4 kan oprichtings- en wijzigingsacten van vennootschappen opstellen
3.3 behandelen en begeleiden van procedures
V1 kan schadegevallendossiers behandelen en opvolgen V2 kan dossiers behandelen die eenvoudige procedure en vereffening inhouden V3 kan dossiers van de rechtspleging samenstellen en beheren V4 kan expertises opvolgen
Algemeen: − informaticatoepassingen − talen − communicatieve vaardigheden − bedrijfsorganisatie Specifiek: − talen (3) − communicatieve vaardigheden − informaticatoepassingen (3) Algemeen: − bedrijfsorganisatie − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht Specifiek: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3) − bronnen van het recht (3) − ontleding van rechtspraak en rechtsleer (3) − talen (3) − informaticatoepassingen (3) Algemeen: − economie − bedrijfsorganisatie Specifiek: − verzekeringen (3) − procesrecht (3) − organisatiestructuur (3) Algemeen: − talen − communicatieve vaardigheden − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht − informaticatoepassingen
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − loyaliteit
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − zin voor samenwerking − zelfstandigheid − loyaliteit − leergierigheid − empathie − beslissingsvermogen − resultaatgerichtheid − accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − zin voor samenwerking − zelfstandigheid − loyaliteit − leergierigheid − empathie − beslissingsvermogen − resultaatgerichtheid − doorzettingsvermogen
10
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
V5 kan optreden voor de arbeidsgerechten
3.4 toepassing maken van algemene beginselen van staatsen bestuursrecht en aspecten van rechtsbescherming
V6 kan volmachten opstellen V1 kan subsidies aanvragen V2 kan vestigingsvoorwaarden toepassen
Specifiek: − publiek recht (3) − bedrijfs- en economisch recht (3) − internationaal en Europees recht (3) − bestuursorganisatie (3) Algemeen: − informaticatoepassingen − talen − economie
4 controle
4.1 analyse maken van inkomende juridische stukken
V1 kan vakliteratuur lezen en toepassen binnen bedrijf V2 kan inkomende juridische stukken bestuderen en eventueel wijzigen en onderhandelen
4.2 debiteurenbestand beheren
V1 kan ingebrekestellingen opstellen V2 kan gerechtelijke procedures instellen en opvolgen V3 kan bestanden informatiseren
4.3 toezicht houden op juiste interpretatie en toepassing
V1 kan gewijzigde wetgeving onmiddellijk naar de betrokken diensten doorspelen en doen toepassen
Specifiek: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3) Algemeen: − talen − informaticatoepassingen − rapporteren − sociale en communicatieve vaardigheden Specifiek: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3) − procesrecht (3) − informaticatoepassingen (3) − zekerheidsrecht (3) − communicatieve vaardigheden (3) Algemeen: − boekhouden − economie − talen Specifiek: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht (3)
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − organisatievermogen − resultaatgerichtheid − zin voor initiatief − beslissingsvermogen − contactbereidheid − zelfstandigheid − accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − leergierigheid − aandacht voor competentieontplooiing
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − doorzettingsvermogen − organisatievermogen − resultaatgerichtheid − zin voor initiatief
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − zin voor
11
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
van reglementen, procedures en richtlijnen
5 onderhandelingssamenwerking en communicatie
5.1 contact met externe relaties
− procesrecht (3) − informaticatoepassingen (3) − zekerheidsrecht (3) − communicatieve vaardigheden (3)
V1 kan fungeren als gesprekspartner van specialisten uit andere disciplines V2 kan de organisatie vertegenwoordigen V3 kan correct correspondentie voeren zowel in de eigen als een vreemde taal
5.2 beheersen onderhandelings- en conflictsituaties
V1 kan een gemotiveerd standpunt formuleren V2 kan tegenargumenten zoeken en formuleren
5.3 contact onderhouden met de klanten teneinde de taken voor te bereiden en uit te voeren
V3 kan het standpunt van anderen analyseren en becommentariëren V1 kan mondeling en schriftelijke rapporteren aan de klanten V2 kan feedback vragen aan de klanten V3 kan voorbereidende handelingen stellen
6 organisatie
6.1 agenda
V1 kan een agenda beheren V2 kan bepaalde termijnen opvolgen V3 afspraken stipt nakomen
Algemeen: − boekhouden − economie − talen Specifiek: − communicatieve vaardigheden (3) − talen (3) − bedrijfsorganisatie (3) Algemeen: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht Specifiek: − communicatieve vaardigheden (3) − talen (3) Algemeen: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht − economie Specifiek: − communicatieve vaardigheden (3) − talen (3) Algemeen: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht − economie Specifiek: − talen (3) − communicatieve vaardigheden (3) − bedrijfsorganisa tie (3) − informaticatoepassingen (3) Algemeen:
initiatief − assertiviteit − dienstverlenende ingesteldheid − zelfstandigheid
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − doorzettingsvermogen − kritische ingesteldheid
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − empathie − beslissingsvermogen
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − zelfstandigheid − loyaliteit − organisatievermogen
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − organisatievermogen − zelfstandigheid
12
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
6.2 kantoororganisatie
V1 kan tekstverwerkingsprogramma’s hanteren V2 kan gebruik maken van databanken
− kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht Specifiek: − talen (3) − communicatieve vaardigheden (3) − bedrijfsorganisatie (3) − informaticatoepassingen (3)
− accuratesse − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − organisatievermogen − zelfstandigheid
Algemeen: − kennis van de verschillende disciplines uit het materieel recht
3.3.3
Aanvullende gegevens met betrekking tot de optie c.q. opleiding 3.3.3.1 Verhouding praktijk/theorie De werkgroep meent dat het inrichten van practica en het opgeven van oefeningen in het kader van de verschillende vakken een onderdeel uitmaken van de praktijk en niet van de theorie. De werkgroep meent dat het aandeel van de praktijk, naast de stage, een belangrijk deel van de opleiding dient uit te maken. Daarbij is het noodzakelijk dat niet alleen vanuit de hogeschool zelf informatie en kennis aan de studenten wordt gegeven maar dat via gastsprekers en bezoeken praktische inzichten moeten worden doorgegeven. Wanneer een verhouding moet worden aangegeven meent de werkgroep dat een totaal van minimum 30% van de totale studiebelasting aan praktijk moet worden besteed waarvan minimum 2% aan gastsprekers en bezoeken. 3.3.3.2 Aandeel stagetijd Aan de stage en/of het eindwerk dient, volgens de werkgroep, een aandeel van minimum 9% van de totale studiebelasting besteed te worden. 3.3.3.3 Relatieve opleidingsduur van de functionele gehelen De werkgroep heeft de volgende verdeling opgesteld op basis van de verschillende functionele gehelen. De werkgroep wil wel uitdrukkelijk stellen dat met deze cijfers in de eerste plaats een verhouding van de verschillende gehelen wordt aangegeven naar belangrijkheid in het kader van de opleiding. De cijfers dienen zeker enigszins gerelativeerd te worden en niet als absolute getallen beschouwd. Voorstudie en creatie Advies en informatieverstrekking Produktieve informatieverwerking Controle Onderhandeling, samenwerking en communicatie Organisatie
15% 25% 30% 15% 10% 5%
13
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
3.3.3.4 Niveau De werkgroep stelt het niveau van de optie Rechtspraktijk op niveau 5.
3.4
Sleutelkwalificaties Sleutelkwalificatie 1 Abstract denken 2 Accuratesse 3 Assertiviteit 4 Beslissingsvermogen 5 Commercieel inzicht 6 Contactbereidheid 7 Creativiteit 8 Dienstverlenende ingesteldheid 9 Doorzettingsvermogen 10 Een werkplan kunnen maken 11 Empathie 12 Flexibiliteit 13 Imagobewustzijn 14 Inzicht in arbeidsorganisatie 15 Kritische ingesteldheid 16 Kunnen omgaan met informatie 17 Kwaliteitsbewustzijn 18 Leerbekwaamheid 19 Leergierigheid 20 Loyauteit 21 Omgaan met stress 22 Planmatig denken 23 Problemen onderkennen en oplossen 24 Productieve taalvaardigheid MVT 25 Productieve taalvaardigheid Moedertaal 26 Receptieve taalvaardigheid Moedertaal 27 Receptieve taalvaardigheid MVT 28 Resultaatgerichtheid 29 Solidariteit 30 Veiligheids- en milieubewustzijn 31 Verantwoordelijkheidszin 32 Zelfstandigheid 33 Zelfvertrouwen 34 Zin voor initiatief 35 Zin voor samenwerking 36 Zin voor esthetiek
3.5
Frequentie 51 51 30 25 11 32 23 13 20 35 19 43 8 14 37 48 27 27 27 15 21 29 38 43 43 41 41 38 5 10 27 47 20 14 38 4
De kern van het opleidingsprofiel De optie leidt iemand op die als rechtspracticus voorbereidend werk verricht door het opzoeken van rechtspraak, wetgeving en rechtsleer, het opstellen van juridische documenten en het verlenen van adviezen. Hij verzorgt het opstellen en het beheer van de dossiers en volgt de stand van de dossiers op.
14
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
Ook verzorgt hij de redactie van de juridische documenten onder de verantwoordelijkheid van zijn opdrachtgever. Als zelfstandige kan de rechtspracticus rechtsbijstand verlenen aan natuurlijke en rechtspersonen. Hij kan juridische adviezen geven en bijstand verlenen bij het opstellen van overeenkomsten en het voeren van bepaalde procedures. Als ambtenaar kan de gegradueerde in de rechtspraktijk vanuit de eigen inhoudelijke deskundigheid, gespecialiseerde adviezen of specifieke producten en diensten leveren die bijdragen tot een goede werking van de administratie of de afdeling. Het is daarbij essentieel dat beschikt wordt over een gedegen en praktijkgerichte kennis van de verschillende disciplines van het recht en de persoon kan werken met een zekere zelfstandigheid. Leerbekwaamheid en leergierigheid zijn elementen die gevoed moeten kunnen worden door de mogelijkheden om met de bronnen van het recht om te gaan. Er is duidelijk nood aan rechtspractici in een brede waaier van het bedrijfsleven. Zowel in de financiële sector, de sociale organismen, de verzekeringssector, de overheid als bij advokaten, notarissen en gerechtsdeurwaarders. Het werk dat moet worden gedaan situeert zich in het verrichten van opzoekingen, het verlenen van adviezen en het opstellen van juridische documenten. Ook kan op zelfstandige basis rechtsbijstand verleend worden. Er bestaat een grote behoefte aan juridisch geschoolde medewerkers die een praktische kennis hebben van het recht en er vlot mee kunnen omgaan. De diepgaande theoretische en academische vorming van licentiaten is daarbij geen vereiste zodat de gegradueerde perfect aan de nood kan voldoen.
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
HOOFDRUBRIEK 4: DOELGROEPEN VAN HET AFGEWERKTE OPLEIDINGSPROFIEL
Cfr. andere opties.
15
16
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
HOOFDRUBRIEK 5: BIBLIOGRAFIE
♦ D.V.O., Handleiding voor het schrijven van beroepsprofielen, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Departement Onderwijs, 1995, 65 p. ♦ D.V.O., Handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap departement Onderwijs, 1997, 72 p. ♦ Statistisch Jaarboek van het Vlaams Onderwijs.
OPLEIDINGSPROFIEL RECHTSPRAKTIJK
HOOFDRUBRIEK 6: MEDEWERKERS
Dit opleidingsprofiel werd opgesteld door : ♦ Dirk Scheers (Hogeschool van de Provincie Antwerpen) als expert met de medewerking van : ♦ Helène François (Hogeschool Gent) ♦ Chantal Ginderachter (EGON Hogeschool Gent) ♦ Josee Dreesen (Provinciale Hogeschool Limburg) ♦ Viviane Janssens (Vlaamse Autonome Hogeschool West Vlaanderen)
17
OPLEIDINGSPROFIEL expeditie, distributie & transport
studiegebied : handelswetenschappen & bedrijfskunde opleiding : bedrijfsbeheer optie : expeditie, distributie & transport
Sectorcommissie hogeschoolonderwijs van de Vlaamse Onderwijsraad D/1998/6356/32 De leden van de sectorcommissie zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor het opleidingsprofiel. De VLOR staat in voor een uniforme en toegankelijke lay-out.
INHOUD OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TR ANSPORT
INHOUD
WOORD VOORAF
1
HOOFDRUBRIEK 1: INLEIDING
2
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel
2
1.2
Opdracht
2
1.3
Ontwikkelingsproces
2
1.4
Legitimatie
4
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING
5
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld
5
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld 2.2.1 Studiegebied, opleidingen en opties 2.2.2 Aanverwante studiegebieden, opleidingen, opties 2.2.3 Diploma’s en getuigschriften 2.2.4 Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma’s voor de opleiding 2.2.5 Gelijkaardige opleidingen en diploma’s in het buitenland 2.2.6 Geografische spreiding van de beroepsactiviteiten in België 2.2.7 Geografische spreiding van het opleidingsaanbod in België 2.2.8 Infrastructuur 2.2.9 Kwantitatieve beschrijving van het totaal aantal studenten in de opleiding 2.2.10 Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten van de opleiding SO-vooropleiding 2.2.11 Inhoudelijke profilering van de opleiding in binnen- en buitenland
6 6 7 7
Verantwoording van de optie c.q. opleiding
8
2.3
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
7 7 8 8 8 8 8 8
10
3.1
Benaming van de opleiding
10
3.2
Globale omschrijving van de optie
10
3.3
Beroepsgericht opleidingsprofiel 3.3.1 Bijeenbrengen van de relevante beroepsprofielen 3.3.2 De concrete uitwerking van de vertaalslag 3.3.3 Aanvullende gegevens met betrekking tot de optie
11 11 11 19
3.4
Sleutelkwalificaties
19
3.5
De kern van het opleidingsprofiel
20
INHOUD OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TR ANSPORT
HOOFDRUBRIEK 4: DOELGROEPEN VAN HET AFGEWERKTE OPLEIDINGSPROFIEL
22
HOOFDRUBRIEK 5: BIBLIOGRAFIE
23
HOOFDRUBRIEK 6: MEDEWERKERS
24
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
1
WOORD VOORAF
D
it document is een poging tot vertaling van het beroepsprofiel "verantwoordelijke voor transport en logistiek" naar een opleidingsprofiel, en dit, in de mate van het mogelijke, volgens de richtlijnen vervat in de handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs van de Dienst voor Onderwijsontwikkeling. Indien we in het beroepsprofiel lezen dat het gaat om een sneuveltekst, dan geldt dit uiteraard zeer zeker voor het opleidingsprofiel dat ervan afgeleid is. Niettemin hopen wij dat dit opleidingsprofiel enerzijds voldoende informatie bevat om een kwaliteitsvol opleidingsprogramma uit te werken en anderzijds nog ruimte laat voor hogescholen om een eigen karakter aan de opleiding te geven. Wij danken allen die aan dit opleidingsprofiel hebben meegewerkt, in het bijzonder de leden van de Vlor-werkgroep die het beroepsprofiel uitwerkte.
2
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
HOOFDRUBRIEK 1 INLEIDING
1.1
Identificatie van het opleidingsprofiel Dit document bevat een opleidingsprofiel dat werd opgesteld voor : − − − −
1.2
het studiegebied : handelswetenschappen en bedrijfskunde de opleiding : bedrijfsbeheer de optie : expeditie, distributie en transport de sectorcommissie : handel-administratie
Opdracht De opdracht om het beroepsprofiel "verantwoordelijke voor transport en logistiek" te vertalen naar een opleidingsprofiel werd gegeven door de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor).
1.3
Ontwikkelingsproces Hierna worden de werkwijze, de gevolgde procedure en de vergaderdata chronologisch weergegeven. Vergadering van 9 december 1996 van de sectorcommissie "OP handel - administratie" Een afgevaardigde van de Dienst voor Onderwijsontwikkeling (DVO) geeft uitleg bij de handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs. De "experten" krijgen de opdracht een sneuveltekst te schrijven tegen eind februari 1997. Sneuveltekst versie 1 (21/02/97) De "expert" stelt een eerste versie van een sneuveltekst op. Hij gaat hierbij als volgt te werk. ♦ Stappen 1 en 2 : Evaluatie en selectie van de taken uit het beroepsprofiel Aangezien in het beroepsprofiel een clustering van de taken ontbreekt (cf. het advies van de Vlor over het beroepsprofiel "verantwoordelijke voor transport en logistiek"), worden de taken eerst geclusterd onder de koepel van typefuncties. Daarna wordt nagegaan welke taken via onderwijs kunnen worden aangeleerd. ♦ Stap 3 : Clustering van de geselecteerde taken tot onderdelen en functionele gehelen De geselecteerde taken worden geclusterd tot onderdelen en vervolgens tot functionele gehelen (inductieve procedure). De onderdelen en functionele gehelen worden ook benoemd. ♦ Stap 4 : Formulering van de basiscompetenties De geselecteerde taken worden geformuleerd in termen van vaardigheden. Ook andere elementen in het beroepsprofiel (o.a. de situering, de beschrijving van enkele concrete bedrijfsfuncties, de opsomming van een aantal deelfuncties en de specifie-
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
3
ke kennis) zijn hierbij inspirerend en leiden tot het formuleren van concrete vaardigheden. Vervolgens wordt nagegaan welke beroepsspecifieke en algemeen ondersteunende kennis vereist is om de vaardigheden te realiseren. Vergadering van 28 februari 1997 van de Vlor-werkgroep die het beroepsprofiel "verantwoordelijke voor transport en logistiek" heeft uitgewerkt De eerste versie van een sneuveltekst wordt voorgelegd aan de leden van de Vlorwerkgroep die het beroepsprofiel uitwerkte, met de bedoeling: − enerzijds nog eventuele aanpassingen aan te brengen of ontbrekende elementen toe te voegen − anderzijds : het verwerkingsniveau van de kenniscomponent te bepalen de attitudes te formuleren de context te beschrijven de sleutelkwalificaties te bepalen (cf. 3.4) de kern van het opleidingsprofiel te bepalen (cf. 3.5) De sneuveltekst wordt besproken en, waar nodig, aangepast en aangevuld. Dit leidt tot "sneuveltekst versie 1.1 (28/02/97). Vergadering van 4 maart 1997 van de sectorcommissie "OP handel - administratie" De "experten" berichten over de mate waarin hun werkzaamheden vorderen en de problemen die ze ondervinden bij de ontwikkeling van het opleidingsprofiel. Aanvullende richtlijnen worden verstrekt om de tekst in een definitieve vorm te gieten. Sneuveltekst versie 2 (10/03/97) De "expert" vervolledigt de sneuveltekst versie 1.1 (28/02/97), rekening houdend met de informatie verstrekt tijdens de vergadering van 4 maart 1997. Dit leidt tot een nieuwe sneuveltekst versie 2 (10/03/97). Vergadering van 14 maart 1997 van de Vlor-werkgroep die het beroepsprofiel "verantwoordelijke voor transport en logistiek" heeft uitgewerkt De sneuveltekst versie 2 (10/03/97) wordt besproken en aangevuld. Ontwerptekst versie 1 (17/03/97) De expert stelt een ontwerptekst versie 1 (17/03/97) op. Vergadering van 20 maart 1997 van de Vlor-werkgroep die het beroepsprofiel "verantwoordelijke voor transport en logistiek" heeft uitgewerkt De werkgroep bespreekt de ontwerptekst versie 1 (17/03/97). Zij bepaalt het opleidingsniveau van de optie expeditie, distributie en transport, rekening houdend met de gegevens in bijlage 7 van de handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs, op 5 1. Er is een consensus over de ontwerptekst binnen de werkgroep. 1
Tijdens de vergadering van 6 juni 1997 van de sectorcommissie "OP handel-administratie" (cf. 1.3.10) wordt gesteld dat het niveau 4 bedraagt, zoals voor de andere opties van de basisopleiding bedrijfsbeheer. De ontwerptekst versie 1.1 (21/03/97) werd dan ook aangepast (cf. 3.3.3).
4
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
Ontwerptekst versie 1.1 (21/03/97) De expert stelt een ontwerptekst versie 1.1 (21/03/97) op. Vergadering van 6 juni 1997 van de sectorcommissie "OP handel - administratie" De ontwerpteksten van de opleidingsprofielen bedrijfsbeheer worden door de "experten" toegelicht en besproken. Ontwerptekst versie 1.2 (04/09/97) De "expert" past de ontwerptekst versie 1.1 (21/03/97) aan, rekening houdend met de opmerkingen geformuleerd tijdens de vergadering van 6 juni 1997. Dit leidt tot een ontwerptekst versie 1.2 (04/09/97).
1.4
Legitimatie De legitimator is de Raad voor het Hoger Onderwijs.
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
5
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld In het beroepsprofiel "verantwoordelijke voor transport en logistiek" wordt het beroep al volgt gesitueerd : "Het rationaliseren van de goederenstroom binnen en buiten het bedrijf krijgt steeds meer aandacht in het bedrijfsleven. Transport en logistiek zijn in volle mutatie. Evoluties in de Verenigde Staten, in Japan, in het Verenigd Koninkrijk, in Nederland en in de Scandinavische landen spiegelen gedeeltelijk af hoe deze bedrijfsactiviteiten in Vlaanderen verder zullen evolueren. De invoering van de Europese eenheidsmarkt heeft het werkvolume voor expediteurs zeker niet verminderd. Expediteurs en transporteurs van enige omvang zijn vandaag logistieke dienstverleners geworden. Warehousing is veelal een bijkomende activiteit geworden, aangevuld met waardeverhogende activiteiten zoals herverpakking, etikettering en andere VAL-activiteiten (VAL staat voor "Value Added Logistics"). Dit neemt niet weg dat er nog steeds ondernemingen bestaan waar de expeditie- en/of transportactiviteit centraal blijft staan zonder dat er integratie met andere logistieke functies optreedt. Dit is vooral het geval bij sterk gespecialiseerde diensten zoals scheepsagenten en luchtvrachtagenten. Steeds meer handels- en industriële ondernemingen besteden hun fysieke distributie uit. Zo ontstaat er bij hen nood aan professionele inkopers van logistieke diensten. In de meeste ondernemingen blijft de aandacht voor de logistieke functie toenemen. De goederenstroom wordt er steeds méér als één geïntegreerde keten behandeld, die intense samenwerking vergt met leveranciers, klanten en logistieke dienstverleners. Steeds stringentere milieueisen vergen de toepassing van 'reverse logistics' waarbij vooraf de terugname of verwerking van verpakking en van afvalstoffen wordt gepland. Bedrijfsverantwoordelijken leggen steeds meer de klemtoon op de nood van sociale vaardigheden bij hun medewerkers transport en/of logistiek, bereidheid tot teamwork en zin voor een goede dienstverlening naar de klant toe. Hoeft hier nog te worden aan toegevoegd dat de logistieke dienstverlener, zijn klant en zijn partners meestal met wereldomvattende activiteiten worden geconfronteerd? Er moet dus snel worden ingespeeld op internationale trends en niet steeds te voorspellen schommelingen in de wereldconjunctuur. Ook de reglementeringen die de verantwoordelijke transport en logistiek moet toepassen zijn aan snelle wijzigingen onderworpen. De snelle technologische ontwikkelingen in verband met transport en warehousing vergen van bedrijfsleven en werknemers bijzonder veel aanpassingsvermogen. Informatisering, automatisering en telematisering hebben hun invloed op de werkomstandigheden. Onder meer deze technologische ontwikkeling en de trend naar "outsourcing" van de fysieke distributie hebben een schaalvergroting tot gevolg in de sector van de
6
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
logistieke dienstverlening. Zo neemt de nood aan operationeel leidinggevend personeel toe. Regionaal kan de behoefte aan bepaalde typen van verantwoordelijken transport en logistiek ook sterk verschillen. In het bedrijfsleven wordt vastgesteld dat verantwoordelijkheden in transport en logistiek niet meer kunnen worden toevertrouwd aan lager geschoolden die enkel door ervaring werden opgeleid. In het verleden kwam dit zeer veel voor. Men heeft nood aan hoger geschoolden met een degelijk theoretisch inzicht. De meeste bedrijfsleiders dringen echter aan op een voldoende gedetailleerde kennis in verband met de kerntaken die aan een verantwoordelijke transport en/of logistiek worden toevertrouwd. Bij de betrokken beroepsverenigingen kan men een onderscheid maken tussen de sectorgerichte beroepsverenigingen (verenigingen van expediteurs en/of van transportbedrijven) en de sectoroverschrijdende beroepsverenigingen (van transportmanagers, van inkopers en/of van logistieke medewerkers). Het is moeilijke om een zicht te krijgen op het totaal aantal tewerkgestelden als transport- en/of logistieke verantwoordelijke en hun kenmerken. Trouwens, de verzamelnaam "verantwoordelijke transport en logistiek" is geen algemeen gangbare term in het bedrijfsleven. Beroepsverenigingen uit de expeditie- en transportsector gebruiken de term "logistiek medewerker" wellicht niet. Zij houden zich trouwens hoogstens bezig met fysieke distributie (of warehousing), een onderdeel van de logistiek. In een sectoroverschrijdende vereniging bedrijfslogistiek wordt onderscheid gemaakt tussen medewerkers van de "supply chain" (onder meer inkopers en bevoorradingsplanners), van het "material management" (onder meer de productieplanners) en van de fysieke distributie en het transport. Het hier beschreven beroep sluit de bedrijfsfuncties uit waar hooggeschoold technisch personeel voor wordt vereist. Bijkomend onderzoek naar de verdere evolutie van de logistiek functies binnen het bedrijfsleven is wenselijk. Dit onderzoek moet zowel slaan op de evolutie van de functies bij logistieke dienstverleners (expeditie, transport en warehousing) als bij de multisectoriële functies die verband houden met de fysieke distributie (expeditie in eigen beheer, inkoop van logistieke diensten, verzekeren van de bevoorrading...) en met andere onderdelen van de logistiek. Er moet worden nagegaan of de verdere integratie van het logistiek gebeuren de nood doet ontstaan aan een polyvalente logistieke opleiding. Vermoedelijk blijft de bedrijfswereld specialisten in de internationale goederenbehandeling vragen, die gezien de evolutie een bredere kijk hebben op het integraal logistiek gebeuren. De werkgroep wenst zich niet uit te spreken over de graad van specialisatie of van polyvalentie die vandaag aan de "verantwoordelijk transport en logistiek" wordt gevraagd. De werkgroep is het er wel over eens dat het een sectoroverschrijdend beroep betreft. De versnelde evolutie van het beroep vergt een regelmatige bijsturing van het beroepsprofiel."
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld
2.2.1
Studiegebied, opleidingen en opties Volgende opleiding bereidt jonge mensen specifiek voor op het beroep "verantwoordelijke voor transport en logistiek" : − het studiegebied : handelswetenschappen en bedrijfskunde
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
7
− de opleiding : bedrijfsbeheer − de optie : expeditie, distributie en transport
2.2.2
Aanverwante studiegebieden, opleidingen, opties Binnen het studiegebied "handelswetenschappen en bedrijfskunde" omvat de basisopleiding bedrijfsbeheer nog volgende opties : − accountancy-fiscaliteit − financie- en verzekeringswezen − marketing − milieuadministratie − rechtspraktijk Binnen het studiegebied "industriële wetenschappen en technologie" bestaat de opleiding logistieke technologie. Ook licentiaten in de toegepaste economische wetenschappen, licentiaten in de handelswetenschappen en handelsingenieurs oefenen het beroep van "verantwoordelijke voor transport en logistiek" uit.
2.2.3
Diploma's en getuigschriften Afgestudeerden van de opleiding bedrijfsbeheer, optie expeditie, distributie en transport behalen het diploma van "gegradueerde in bedrijfsbeheer".
2.2.4
Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma's voor de optie c.q. opleiding Academiejaar 1983-1984 1984-1985 1985-1986 1986-1987 1987-1988 1988-1989 1989-1990 1990-1991 1991-1992 1992-1993 1993-1994 1994-1995
Aantal diploma's 64 101 101 101 146 228 454 450 65 488 296 235
Bron : Statistisch jaarboek van het Vlaams Onderwijs
2.2.5
Gelijkaardige opleidingen en diploma's in het buitenland Gelijkaardige opleidingen zijn terug te vinden in de meeste Europese landen (o.a. Nederland, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Noorwegen, Finland, Denemarken, ...). Onderzoek terzake zou zeker nuttig zijn, enerzijds om een zo volledig mogelijke en gedetailleerde inventaris van gelijkaardige opleidingen in het buitenland op te maken, anderzijds om informatie over de opleidingsprofielen en programma's daar te verzamelen.
8
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
2.2.6
&
TRANSPORT
Geografische spreiding van de beroepsactiviteiten in Vlaanderen Verantwoordelijken voor transport en logistiek zijn overal in Vlaanderen aan het werk.
2.2.7
Geografische spreiding van het opleidingsaanbod in Vlaanderen De opleiding bedrijfsbeheer, optie expeditie, distributie en transport vinden wij terug overal in Vlaanderen.
2.2.8
Infrastructuur De opleiding vergt geen specifieke infrastructuur. Uiteraard moet men kunnen beschikken over infrastructuur voor het inoefenen van communicatietechnieken, computerinfrastructuur en een mediatheek.
2.2.9
Kwantitatieve beschrijving van het totaal aantal studenten in de optie c.q. opleiding Aantal studenten academiejaar 1995-1996 1ste jaar bedrijfsbeheer2 2de jaar expeditie, distribu3de jaar expeditie, distributie en transport tie en transport 3 0003
290
246
Bron : Statistisch jaarboek van het Vlaams Onderwijs
2.2.10 Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten van de optie c.q. opleiding volgens SO-vooropleiding, ervaring met HO, geslacht, leeftijd en studieresultaten Dit onderdeel kon niet worden uitgewerkt bij gebrek aan voldoende gegevens terzake.
2.2.11 Inhoudelijke profilering van de opleiding in binnen- en buitenland De opleiding in het binnenland steunt op drie grote pijlers : − een algemene economische en bedrijfseconomische vorming − een beroepsgerichte vorming op het vlak van "expeditie, logistiek en transport" − een psychosociale vorming Onderzoek naar de opleiding in het buitenland is wenselijk.
2.3
Verantwoording van de optie c.q. opleiding In het beroepsprofiel lezen wij o.a. : − "Bedrijfsverantwoordelijken leggen steeds meer de klemtoon op de nood van sociale vaardigheden bij hun medewerkers transport en/of logistiek, bereidheid tot teamwork en zin voor een goede dienstverlening naar de klant toe." − "De snelle technologische ontwikkelingen in verband met transport en warehousing vergen van bedrijfsleven en werknemers bijzonder veel aanpassingsvermo-
2 3
Vermits een aantal hogescholen een gemeenschappelijk eerste jaar bedrijfsbeheer kennen, is het niet mogelijk een cijfer te geven voor het eerste jaar expeditie, distributie en transport. Dit cijfer bevat het gemeenschappelijk eerste jaar bedrijfsbeheer (2815) en het eerste jaar expeditie, distributie en transport (185).
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
9
gen. Informatisering, automatisering en telematisering hebben hun invloed op de werkomstandigheden." − "In het bedrijfsleven wordt vastgesteld dat verantwoordelijkheden in transport en logistiek niet meer kunnen worden toevertrouwd aan lager geschoolden die enkel door ervaring werden opgeleid. In het verleden kwam dit zeer veel voor. Men heeft nood aan hoger geschoolden met een degelijk theoretisch inzicht. De meeste bedrijfsleiders dringen echter aan op een voldoende gedetailleerde kennis in verband met de kerntaken die aan een verantwoordelijke transport en/of logistiek worden toevertrouwd." De opleiding bedrijfsbeheer, optie expeditie, distributie en transport komt tegemoet aan deze behoefte in het bedrijfsleven.
10
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
3.1
Benaming van de optie Dit opleidingsprofiel werd uitgeschreven voor : − het studiegebied : handelswetenschappen en bedrijfskunde − de opleiding : bedrijfsbeheer − de optie : expeditie, distributie en transport We pleiten ervoor om de benaming van de optie te wijzigen in "expeditie, logistiek en transport" en dit om twee redenen. Ten eerste sluit die benaming nauwer aan bij de taken, de deelfuncties en de situering van het beroep zoals geformuleerd in het beroepsprofiel "verantwoordelijke voor transport en logistiek" van 12 november 1996. En tenslotte zou de nieuwe benaming ook in overeenstemming zijn met de namen van gelijkaardige opleidingen in andere Europese landen zoals Nederland en Frankrijk.
3.2
Globale omschrijving van de optie De optie expeditie, distributie en transport bereidt jonge mensen voor die : − logistieke problemen kunnen formuleren, analyseren en oplossen − een voorraadbeleid kunnen uitstippelen en bijsturen − de ontvangst, de opslag, het intern transport en de verpakking van goederen kunnen coördineren − het goederenvervoer kunnen plannen, organiseren en opvolgen − nationale en internationale verzendingen operationeel en commercieel kunnen afwikkelen − een distributiesysteem kunnen uitbouwen en opvolgen − goederenstromen kunnen coördineren en organiseren − de douane- en accijnswetgeving kunnen toepassen en opvolgen − de BTW-wetgeving m.b.t. het internationaal verhandelen van goederen kunnen toepassen en opvolgen − de nationale en internationale wetgeving op het vlak van het goederenvervoer en de organisatie van dit vervoer kunnen toepassen − kennis hebben van de technieken van internationale handel − een informatiesysteem met betrekking tot de goederenstroom kunnen opzetten en opvolgen − zich vlot, zowel schriftelijke als mondeling, kunnen uitdrukken in verschillende talen − beschikken over communicatie − beschikken over sociale vaardigheden
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
11
TRANSPORT
3.3
Beroepsgericht opleidingsprofiel
3.3.1
Bijeenbrengen van de relevante beroepsprofielen Het opleidingsprofiel werd afgeleid uit het beroepsprofiel : − studiegebied : handelswetenschappen en bedrijfskunde − opleiding : bedrijfsbeheer − optie : expeditie, distributie en transport − beroep : verantwoordelijke transport en logistiek − datum : 12 november 1996
3.3.2
De concrete uitwerking van de vertaalslag Overzicht van de functionele gehelen en onderdelen Functioneel geheel 1 Bedrijfsbeleid
2 Logistiek management
Onderdeel
Basiscompetenties Vaardigheid
Kennis
Attitude
1.1 Leiding geven 1.2 Algemene beleidslijnen betreffende het sturen en beheersen van de totale goederen- en daarmee gepaardgaande informatiestroom 2.1 Voorraadbeheer en opslag 2.2 Distributie 2.3 Transport 2.4 Expeditie 2.5 Douane, accijnzen en BTW
3 Verkoop 4 Aankoop
5 Communicatie Functioneel geheel 1 Bedrijfsbeleid
4.1 Planning, organisatie opvolging 4.2 Aankoopproces 5.1 Intern 5.2 Extern
en
Onderdeel
Basiscompetenties Vaardigheid
1.1 Leidinggeven
− kan een team leiden − kan een afdeling leiden − kan taken verdelen onder het personeel − kan beslissingen nemen − kan verantwoordelijkheid dragen − kan werknemers motiveren − kan advies verlenen bij het aanwerven, opleiden en begeleiden van nieuwe werknemers − kan functioneringsgesprekken
Kennis beroepsspecifiek − managementtechnieken (4) − organisatiestructuren (3) − personeelsmanagement (3) algemeen ondersteunend − economie − communicatie − vergadertechnieken − rapportering − informaticatoepassingen − internet
Attitude onmisbaar: − accuratesse − assertiviteit − beslissingsvermogen − contactbereidheid − doorzettingsvermogen − flexibiliteit − kritische ingesteldheid − loyauteit − omgaan met stress − resultaatgerichtheid − zelfstandigheid − zin voor initia-
12
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
voeren
&
TRANSPORT
tief − zin voor samenwerking bijna onmisbaar: − imagobewustzijn − leergierigheid − veiligheids- en milieubewustzijn − dienstverlenende ingesteldheid
1.2 Algemene beleidslijnen betreffende het sturen en beheersen van de totale goederen- en daarmee gepaardgaande informatiestroom
− kan logistieke aspecten in de bedrijfsvoering integreren − kan logistieke problemen formuleren en oplossingen aanbieden − kan logistieke procedures opstellen, implementeren en bijsturen − kan een systeem voor integrale kwaliteitszorg (IKZ) uitwerken en implementeren − kan een organisatie voor logistieke dienstverlening uitbouwen − kan logistieke informatiesystemen opzetten en bijsturen − kan een plan uitwerken om Electronic Data Interchange (EDI) in een logistieke omgeving te implementeren
Beroepsspecifiek − integrale logistiek, material management en physical distribution (3) − internationale handel (2) − bedrijfskolom (2) − software op het gebied van logistiek (3) − strategisch management (3) − bedrijfsomgeving (1) algemeen ondersteunend − economie − communicatie − vergadertechnieken − rapportering − informaticatoepassingen − internet
− kan prestatienormen opstellen voor het logistieke proces − kan logistieke prestaties meten − kan de logistieke prestaties vergelijken met de vooropgestelde normen − kan de logistieke kosten berekenen 2 Logistiek management
2.1 Voorraadbeheer en opslag
− kan een voorraadbeleid uitstippelen en bijsturen − kan opslagsystemen bepalen − kan voorraden bijhouden en behe-
Beroepsspecifiek − material management (3) − magazijnmanagement (3) − voorraadmodellen (2)
onmisbaar: − accuratesse − assertiviteit − beslissingsvermogen − contactbereidheid
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
ren − kan een magazijn inrichten − kan de magazijnactiviteiten coördineren − kan de vestigingsplaats voor een magazijn kiezen − kan een opslaginfrastructuur bepalen − kan de goederenstroom in het magazijn organiseren − kan een transportsysteem voor het magazijn kiezen − kan procedures voor goederenopslag opstellen, invoeren en bijsturen
− voorraadbeheer (2) − opslagsystemen en -technieken (3) − interne transportsystemen (3) − goederenbehandeling (3) − warenkennis (2) − verpakking (3) − software op het gebied van voorraad (3) algemeen ondersteunend − economie − statistiek − informaticatoepassingen
13
− dienstverlenende ingesteldheid − flexibiliteit − imagobewustzijn − kritische ingesteldheid − loyauteit − leergierigheid − omgaan met stress − resultaatgerichtheid − veiligheids- en milieubewustzijn − zelfstandigheid − zin voor initiatief − zin voor samenwerking bijna onmisbaar: − doorzettingsvermogen
2.2 Distributie
− kan klantenorders verzamelen en verwerken − kan bepalen of de distributie wordt uitbesteed − kan onderhandelen over samenwerkingsverbanden (co-makership) − kan een distributiesysteem opstellen, invoeren, beheersen en evalueren − kan een distributienetwerk uitbouwen − kan procedures voor het "verzendgereed" maken van goederen opstellen, invoeren en bijsturen − kan het herverpakken en andere VAL-activiteiten organiseren − kan de klantenservice verzorgen − kan klachten van klanten behandelen
2.3 Transport
− kan een routeplanning opstellen, invoeren en opvolgen − kan informatie
beroepsspecifiek − planningsmethoden (3) − routeplanningssystemen (3) − transportmanagement (3) − transportmodi (3) − transportmiddelen (3) − gecombineerd vervoer en multimodaal vervoer (3) − contracten (3) − markt van het vervoer (4) − interne transportsystemen (3) − kostprijsberekening (3) − reglementering m.b.t. het beroep van vervoerder (2)
− reglementering m.b.t. het beroep van tussenpersonen bij het goederenvervoer (2)
14
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
2.4 Expeditie
verzamelen over de transportmarkt − kan een keuze maken tussen de verschillende transportmodi − kan de mogelijkheden van gecombineerd en multimodaal vervoer benutten − kan tendensen in de transportmarkt analyseren − kan bepalen of (een gedeelte van) het transport wordt uitbesteed dan wel zelf wordt verzorgd − kan het intern goederentransport organiseren − kan een intern transportsysteem kiezen − kan prestatienormen opstellen voor transport − kan transportprestaties meten − kan de transportprestaties met de vooropgestelde normen vergelijken − kan transportprocedures opstellen, invoeren en bijsturen − kan de kwaliteitszorg van extern transport bewaken − kan de transportkosten berekenen en bewaken − kan contacten leggen met transporteurs − kan transporteurs evalueren en selecteren − kan onderhandelen met vervoerders over transporttarieven en condities − kan vervoercontracten opstellen en bewaken
− aansprakelijkheid bij verzendingen (3) − goederen- en transportverzekering (2) − nationale en internationale wetgeving voor het goederenvervoer (3) − nationale en internationale wetgeving voor gevaarlijke goederen (3) − reglementering m.b.t. bederfbare levensmiddelen (3) − warenkennis (2) − goederenbehandeling (3) − methoden van open overslag (3) − verpakking (3) − werking van havens (2) − EDI-toepassingen (2) − de "organisatie" van het goederenvervoer (3) − documentenstroom in het nationale en internationale goederenverkeer (4) − vervoersdocumenten- en met het vervoer gepaard gaande documenten (4) − handelsdocumenten (3) − leveringscondities (4)
− kan de informatie verzamelen die nodig is om het vervoer te laten gebeuren conform de procedures en reglementeringen − kan informatie
− betalings- en financieringstechnieken in de internationale handel (3) − de expeditiesector (4) − het Europees vervoerbeleid (3)
&
TRANSPORT
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
inwinnen over de lading − kan nationale en internationale verzendingen coördineren, afwikkelen en opvolgen − kan procedures voor het verzenden van goederen opstellen, invoeren en bijsturen − kan het transport organiseren − kan een dossier aanleggen en opvolgen − kan de ontvangst van goederen opvolgen − kan de verzending van goederen opvolgen − kan vervoersdocumenten en met het vervoer gepaardgaande documenten opstellen − kan laad- en lospapieren nazien − kan handelsdocumenten nazien − kan de transportkosten berekenen − kan onderhandelen met tussenpersonen bij het goederenvervoer met het oog op het afsluiten van contracten − kan tussenpersonen bij het goederenvervoer evalueren − kan boekingen maken, bevestigen en controleren − kan de vracht toewijzen − kan de informatie verzamelen die nodig is om de factuur op te stellen − kan facturen opstellen − kan betalingen ontvangen en controleren − kan de schade vaststellen en opvolgen − kan schadeclaims opstellen en opvolgen − kan een verzekeringsprocedure inleiden en opvol-
− handelsstromen (2) − instellingen in de internationale handel (2) − customerservice (3) − Value Added Logistics (VAL) (2) − Software op het gebied van transport, expeditie en distributie (3) − orderverwerking (3) − physical distribution (3) − milieuwetgeving (2) algemeen ondersteunend − economie − burgerlijk recht − handelsrecht − communicatie in verschillende talen − informaticatoepassingen − internet
15
16
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
gen 2.5 Douane, accijnzen en BTW
− kan de informatie opzoeken, verzamelen, verwerken en bijhouden die nodig is om de handelstransactie, het vervoer, de opslag, de verwerking of de behandeling van de goederen te laten gebeuren conform de procedures en voorschriften vervat in de douane-, accijns-, BTWwetgeving − kan douanedocumenten invullen − kan certificaten inzake goederenverkeer opstellen − kan goederen tariferen − kan de oorsprong van goederen bepalen − kan de rechten bij invoer berekenen − kan de niet-tarifaire maatregelen bij inen uitvoer naleven − kan de douaneformaliteiten bij invoer, bij uitvoer en bij doorvoer vervullen − kan de economische douaneregelingen toepassen − kan de vereenvoudigde procedures inzake douane toepassen − kan de economische douaneregelingen implementeren − kan de vereenvoudigde procedures inzake douane implementeren − kan de landbouwregelingen van de EG toepassen − kan de BTWformaliteiten bij invoer en uitvoer vervullen − kan de BTWreglementering die geldt in het verkeer van communautaire goederen tussen de lidstaten, toepassen
Beroepsspecifiek − Wereldhandelsorganisatie (WTO) (1) − Europese interne markt (3) − Douanewetgeving (3) − Preferentiële overeenkomsten van de EG (3) − Douanetarief (3) − Douaneregelingen (3) − Douane-entrepots (3) − Actieve veredeling (3) − Passieve veredeling (3) − Douanedocumenten (4) − Douaneprocedures (4) − Douanevervoer (3) − Douane-expediteur (4) − Landbouwbeleid van de EG (3) − BTW-wetgeving (3) − BTW-regeling bij invoer en uitvoer (3) − BTW-regeling in het goederenverkeer tussen de lidstaten (3) − Accijnswetgeving (3) − Procedures bij de opslag, het vervoer, de productie en de verwerking van accijnsproducten (3) Algemeen ondersteunend − Structuur en institutioneel kader van de internationale handel − Handelspolitiek van de EG − Instellingen en wetgeving van de EG − Communicatie in verschillende talen − Informaticatoepassingen − Internet
&
TRANSPORT
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
17
− kan accijnsdocumenten invullen − kan het vervoer, de opslag, de productie en de verwerking van accijnsproducten organiseren conform de voorschriften terzake − kan de statistische verplichtingen van de ondernemingen vervullen 3 Verkoop
4 Aankoop
− kan het klantenbestand bijhouden − kan contacten met klanten onderhouden − kan zoeken naar op- en terugvrachten − kan onderhandelen met klanten − kan klanten ontvangen − kan nieuwe klanten werven − kan offertes opstellen en opvolgen − kan de kredietwaardigheid van klanten bepalen − kan verkoopgesprekken voeren
4.1 Planning, organisatie en opvolging
− kan een aankoopplan opstellen en opvolgen − kan de administratie van de aankoop verzorgen − kan leveranciers beoordelen en selecteren − kan de aankoopbehoefte bepalen − kan aanlevermomenten plannen − kan de optimale bestelhoeveelheid berekenen − kan het optimale bestelmoment bepalen
beroepsspecifiek − verkoopproces (3) − marketing van diensten (2) − technieken van buitenlandse handel (3) − leveringscondities (4) − betalingstechnieken (3) − financieringstechnieken (3) − verkoopcontracten (3) − marktonderzoek (1) − integrale kwaliteitszorg (2) − handelsdocumenten (3) − beoordelingsmethodieken (3) algemeen ondersteunend − communicatie in verschillende talen − informaticatoepassingen − internet − deontologie − economie beroepsspecifiek − aankoopproces (3) − technieken van buitenlandse handel (3) − leveringscondities (4) − betalingstechnieken (3) − financieringstechnieken (3) − aankoopcontracten (3) − integrale kwaliteitszorg (2) − voorraadmodellen (2) − handelsdocumenten (3) − beoordelingsmetho-
onmisbaar: − accuratesse − assertiviteit − beslissingsvermogen − contactbereidheid − dienstverlenende ingesteldheid − omgaan met stress − resultaatgerichtheid − veiligheids- en milieubewustzijn − zin voor samenwerking bijna onmisbaar: − flexibiliteit − imagobewustzijn − kritische ingesteldheid − loyauteit − zin voor initiatief
onmisbaar: − accuratesse − beslissingsvermogen − contactbereidheid − kritische ingesteldheid − resultaatgerichtheid − zin voor samenwerking − zelfstandigheid bijna onmisbaar: − doorzettingsvermogen − imagobewustzijn − omgaan met
18
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
dieken (3) − warenkennis (2) algemeen ondersteunend − communicatie in verschillende talen − informaticatoepassingen − internet − economie
5 Communicatie
4.2 Aankoopproces
− kan offertes aanvragen − kan offertes analyseren − kan onderhandelen over offertes − kan goederen aankopen − kan orders plaatsen − kan orders afroepen − kan orderbevestigingen maken − kan aankoopcontracten opstellen
5.1 Intern
− kan communiceren met de verschillende afdelingen − kan een vergadering leiden − kan rapporteren (schriftelijk en mondeling) − kan een intern communicatiesysteem opzetten − kan medewerkers opleiden − kan medewerkers motiveren − kan medewerkers begeleiden − kan recente communicatietechnieken gebruiken
5.2 Extern
− kan inlichtingen verstrekken aan klanten − kan vergaderen − kan een extern communicatiesysteem opzetten − kan telex-, fax- of EDI berichten ver-
Beroepsspecifiek − communicatie in verschillende talen (4) − presentatietechnieken (3) − beroepsgerichte woordenschat in verschillende talen (4) − rapportering (4) − EDI-toepassingen (3) − Vergadertechnieken (3) − Internet (3) Algemeen ondersteunend − Informaticatoepassingen
&
TRANSPORT
stress − veiligheids- en milieubewustzijn − zin voor initiatief
onmisbaar: − accuratesse − assertiviteit − contactbereidheid − imagobewustzijn − leergierigheid − loyauteit − omgaan met stress − zin voor initiatief − zin voor samenwerking bijna onmisbaar: − beslissingsvermogen − dienstverlenende ingesteldheid − empathie − kritische ingesteldheid − resultaatgerichtheid − veiligheids- en milieubewustzijn − zelfstandigheid
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
19
zenden − kan contacten onderhouden met verschillende instanties − kan rapporteren (schriftelijk en mondeling) − kan recente communicatietechnieken gebruiken
Contextgegevens In het beroepsprofiel "verantwoordelijke voor transport en logistiek" van 12 november 1996 worden volgende contextgegevens geformuleerd : − "Naargelang van het bedrijf is de graad van automatisering, informatisering en telematisering erg uiteenlopend. − Veel taken verlopen op kantoor; andere gebeuren in een magazijn; maar ook buiten, op de kaai of op de losplaats, worden activiteiten uitgevoerd. − De mate van verwachte integriteit waarmee relaties met klanten en partners worden onderhouden, hangt sterk af van de bedrijfscultuur. − De mate van verantwoordelijkheid hangt af van het niveau waarop de verantwoordelijke transport en logistiek wordt ingezet. − De verantwoordelijke transport en logistiek kan bijdragen tot een hogere omzet, lagere kosten, een grotere motivatie van het eigen personeel en een grotere klanttevredenheid. − Het verwachte resultaat van zijn beroepsactiviteiten hangt af van de bedrijfsdoelstellingen."
3.3.3
Aanvullende gegevens met betrekking tot de optie De werkgroep vindt het wenselijk dat gastsprekers en bedrijfsbezoeken de theoretische inzichten aanvullen met praktische ervaringen. Zo maken de studenten tijdens de opleiding al kennis met hun latere beroepsomgeving. De werkgroep meent dat minimum 2% van de totale studiebelasting hieraan moet worden besteed. Een eindwerk en/of stageverslag en/of paper is volgens de werkgroep zeker aangewezen. Hieraan zou minimum 2% van de totale studiebelasting moeten worden besteed. De werkgroep vindt een stage van minimum vier weken noodzakelijk. Het opleidingsniveau van de optie expeditie, distributie en transport, wordt, rekening houdend met de gegevens in bijlage 7 van de handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs, bepaald op 4.
3.4
Sleutelkwalificaties De lijst van sleutelkwalificaties, die opgenomen is in bijlage 6 van de handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs werd door de werkgroep toegepast op de basiscompetenties. De resultaten hiervan leidden tot volgende lijst van sleutelkwalificaties waartoe de optie expeditie, distributie en transport bijdraagt, met per sleutelkwalificatie de frequentie.
20
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36
3.5
Abstract denken Accuratesse Assertiviteit Beslissingsvermogen Commercieel inzicht Contactbereidheid Creativiteit Dienstverlenende ingesteldheid Doorzettingsvermogen Een werkplan kunnen maken Empathie Flexibiliteit Imagobewustzijn Inzicht in de arbeidsorganisatie Kritische ingesteldheid Kunnen omgaan met informatie Kwaliteitsbewustzijn Leerbekwaamheid Leergierigheid Loyauteit Omgaan met stress Planmatig denken Problemen onderkennen en oplossen Produktieve taalvaardigheid MVT Produktieve taalvaardigheid Moedertaal Receptieve taalvaardigheid Moedertaal Receptieve taalvaardigheid MVT Resultaatgerichtheid Solidariteit Veiligheids- en milieubewustzijn Verantwoordelijkheidszin Zelfstandigheid Zelfvertrouwen Zin voor initiatief Zin voor samenwerking Zin voor esthetiek
&
TRANSPORT
Frequentie 69 127 81 117 109 114 81 76 53 128 8 92 117 117 84 135 117 70 34 95 88 127 135 73 81 81 73 135 8 109 135 106 117 107 135 10
De kern van het opleidingsprofiel De optie expeditie, distributie en transport beoogt de vorming van "verantwoordelijken voor transport en logistiek" die : − logistieke problemen kunnen formuleren, analyseren en oplossen − algemene beleidslijnen kunnen uitstippelen en toepassen om zo de totale goederenstroom en de informatiestroom die daarmee samenhangt, te sturen − nationale en internationale verzendingen operationeel en commercieel kunnen afwikkelen − het "transport", zowel intern als extern, in alle facetten kunnen organiseren en beheren − handelstransacties, het vervoer, de opslag, de verwerking of de behandeling van de goederen kunnen afwikkelen conform de procedures en voorschriften vervat in de douane-, accijns-, BTW-wetgeving − goederenstromen kunnen coördineren en organiseren − een distributiesysteem kunnen opstellen, invoeren, beheersen en evalueren − een voorraadbeleid kunnen uitstippelen en bijsturen − opslagsystemen kunnen implementeren − resultaatgericht kunnen functioneren
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
− − − − − −
&
TRANSPORT
21
kunnen omgaan met informatie blijk kunnen geven van een kritische ingesteldheid met doorzettingsvermogen en verantwoordelijkheidszin kunnen handelen planmatig kunnen denken problemen kunnen onderkennen en oplossen zich vlot, zowel schriftelijke als mondeling, kunnen uitdrukken in verschillende talen − accuraat kunnen werken − pragmatisch kunnen werken − sociaal kunnen functioneren in een bedrijfsomgeving
22
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
HOOFDRUBRIEK 4: DOELGROEPEN VAN HET AFGEWERKTE OPLEIDINGSPROFIEL
In de handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs worden de doelgroepen van het opleidingsprofiel aangegeven. Het opleidingsprofiel is een basisdocument : − voor de hogescholen bij de formulering van hun opleidingsprogramma − voor de werkgroep die de bestaande kwalificatiestructuur moet herijken Verder is het opleidingsprofiel een onmisbaar instrument voor : − de visitatiecommissies Hoger Onderwijs − hogescholen en docenten − de navorming − studenten en toekomstige studenten Ook informatie- en oriënteringscentra (bv. PMS-centra) kunnen er gebruik van maken. Vervolgens kan het opleidingsprofiel aan personeelsverantwoordelijken in organisaties een beter zicht geven op de professionele en algemene vorming van (kandidaat-)werknemers en een inspirerend document zijn voor het ontwerpen van bedrijfsopleidingen.
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
23
HOOFDRUBRIEK 5: BIBLIOGRAFIE
♦ DIENST VOOR ONDERWIJSONTWIKKELING, Handleiding voor het schrijven van beroepsprofielen, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Onderwijs, 1995. ♦ DIENST VOOR ONDERWIJSONTWIKKELING, Handleiding voor het schrijven van opleidingsprofielen voor het hogeschoolonderwijs, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Onderwijs, 1995. ♦ INSPECTIE HOGER ONDERWIJS, Verslag opleidingsdoorlichtingen bedrijfsmanagement, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Onderwijs, academiejaar 1994-1995. ♦ Ministerie Vlaamse Gemeenschap, Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, Brussel,1994.
24
OPLEIDINGSPROFIEL EXPEDITIE, DISTRIBUTIE
&
TRANSPORT
HOOFDRUBRIEK 6: MEDEWERKERS
Dit opleidingsprofiel werd opgesteld door Willy Daens, lector aan de Katholieke Hogeschool Kempen, HIKempen-Geel met de medewerking van : ♦ Viviane Janssens, lector aan de Vlaamse Autonome Hogeschool West-Vlaanderen, departement Simon Stevin ♦ Eddy Kockx, lector aan de Karel de Grote-Hogeschool Antwerpen ♦ Lieve Lombaert, lector aan de Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen, departement Hantal, Kortrijk ♦ Fabienne Mornie, lector aan de Mercator Hogeschool Provincie Oost-Vlaanderen ♦ Rik Van der Goten, lector aan de Vlaamse Autonome Hogeschool Antwerpen, campus Zuid