STUDIE 162 OPLEIDINGSPROFIEL audiovisuele kunst, medium
OPLEIDINGSPROFIEL audiovisuele kunst, medium
studiegebied : audiovisuele en beeldende kunst opleiding
: audiovisuele kunst
optie
: medium
sector
: audiovisuele productie
beroep
: audiovisueel kunstenaar, mediaspecialist
Sectorcommissie Hogeschoolonderwijs van de Vlaamse Onderwijsraad D/2000/6356/32 De leden van de werkgroep zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor het opleidingsprofiel. De Vlor heeft enkel ingestaan voor een uniforme en toegankelijke lay-out.
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISULE KUNST, MEDIUM
INHOUD
HOOFDRUBRIEK 1: DE ONTWIKKELING VAN OPLEIDINGSPROFIELEN: DE CONFERENTIE 1.1
Opleidingsprofiel
1
1.2
Ontwikkelen opleidingsprofiel
1
1.3
Ontwikkelingsproces
1
1.4
Legitimatie
1
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE C.Q. OPLEIDING 2.1
Gegevens uit de beroepenwereld 2.1.1 Beroepen 2.1.2 Beroepsprofiel
2 2 2
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld 2 2.2.1 Studiegebied, opleidingen en opties 2 2.2.2 Opleidingen 2 2.2.3 Diploma met als graad kandidaat en meester in de audiovisuele kunst 4 2.2.4 Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma’s voor de optie c.q. opleiding 4 2.2.5 Gelijkaardige diploma’s in het buitenland 4 2.2.6 Geografische spreiding van het opleidingsaanbod in Vlaanderen 4 2.2.7 Infrastructuur 4 2.2.8 Kwantitatieve beschrijving van het aantal studenten in optie c.q. opleiding 4 2.2.9 Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten in de optie c.q. opleiding volgens studieresultaten 1995-1996, SO - vooropleiding, ervaring met HO, geslacht, leeftijd 4 2.2.10 Reële studieduur 5 2.2.11 Inventaris van de (vroegere) leerplannen 5 2.2.12 Globale opbouw van de bestaande lessentabellen 5 2.2.13 Inhoudelijke profilering in binnen- en buitenland 5
2.3
Verantwoording van de optie c.q. opleiding
5
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL 3.1
Exacte benaming van de optie c.q. opleiding
7
3.2
Globale omschrijving van de optie c.q. opleiding
7
3.3
Het beroepsgericht opleidingsprofiel 3.3.1 Bijeenbrengen van relevante beroepsprofielen 3.3.2 Functioneel geheel en basiscompetenties 3.3.3 Aanvullende gegevens met betrekking tot de optie c.q. opleiding
7 7 8 11
3.4
Sleutelkwalificaties
11
3.5
De kern van het opleidingsprofiel
12
BIJLAGE 1: Infrastructuur Hogescholen
13
BIJLAGE 2: Studenten 92/93 - 93/94 - 94/95 - 95/96
14
BIJLAGE 3: Globale opbouw van de bestaande lessentabellen
15
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
1
HOOFDRUBRIEK 1: DE ONTWIKKELING VAN OPLEIDINGSPROFIELEN: DE CONFERENTIE
1.1
Opleidingsprofiel Audiovisuele kunst, medium.
1.2
Ontwikkelen opleidingsprofiel Vlor, sectorcommissie opleidingsprofielen Audiovisuele Productie.
1.3
Ontwikkelingsproces Op basis van het beroepsprofiel en de bestaande opleidingen. Het basisprobleem bij de opstelling van dit opleidingsprofiel is o.a. de uiteenlopende opvattingen bij de opleidingen in de verschillende hogescholen. Naast de hogescholen die een opleiding verzorgen die inspeelt op de vraag van de markt (mediaspecialist) zijn er hogescholen die studenten vormen die een impulsfunctie vervullen in die markt (audiovisueel kunstenaar).
1.4
Legitimatie Raad Hoger Onderwijs.
2
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
HOOFDRUBRIEK 2: SITUERING VAN DE OPTIE c.q. OPLEIDING
2.1
Gegevens uit de beroepenwereld
2.1.1 Beroepen Producer, scenarist, regisseur, artdirector, fotografiedirecteur / chef cameraman, cameraman, opnameleider, monteur en sound design.
2.1.2 Beroepsprofiel Meester in de audiovisuele kunst.
2.2
Gegevens uit de onderwijswereld
2.2.1 Studiegebied, opleidingen en opties Audiovisuele kunst Medium (film - video - televisie) Opties: - fictie (film / video) - documentaire - vrij - experimenteel - filmmaker - cineast - televisie en radio: regie en productie, televisie: journalistiek/informatie - publiciteit en opdracht
2.2.2 Opleidingen ERASMUS HOGESCHOOL BRUSSEL, DEPARTEMENT RITS: Basisopleiding van 2 cycli: Optie medium: film - radio - televisie E er s t e c yc l us : gemeenschappelijk T we e de c yc l us : suboptie: film suboptie: televisie televisie: regie en productie televisie: journalistiek suboptie: radio radio: regie en productie radio: journalistiek
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
3
KATHOLIEKE HOGESCHOOL LIMBURG, DEPARTEMENT AUDIOVISUELE EN BEELDENDE KUNST: Basisopleiding van 2 cycli: Optie medium: film - video - televisie E er s t e c yc l us : gemeenschappelijk T we e de c yc l us : film publiciteit informatie opdracht HOGESCHOOL GENT, DEPARTEMENT ARCHITECTUUR, AUDIOVISUELE EN BEELDENDE KUNSTEN: Basisopleiding van 2 cycli: Optie medium: film - video - televisie E er s t e c yc l us : gemeenschappelijk T we e de c yc l us : filmmaker kortfilm of documentaire HOGESCHOOL SINT-LUKAS BRUSSEL: Basisopleiding van 2 cycli: Optie medium: film - video - televisie E er s t e c yc l us : gemeenschappelijk T we e de c yc l us : fictie documentaire vrij / experimenteel Aanverwante studiegebieden -
WenK Hogeschool, N.A.R.A.F.I.: cinematografie (1 cyclus) RITS Audiovisuele assistentie (1 cyclus) alle hogescholen met studies in Beeldende Kunst, Dramatische Kunst, Muziek en Communicatiewetenschappen
bijlage 1: infrastructuur bijlage 2: studenten bijlage 3: onderwijsactiviteiten.
4
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
2.2.3 Diploma met als graad kandidaat en meester in de audiovisuele kunst 2.2.4 Recente evoluties in het aantal uitgereikte diploma's voor de optie c.q. opleiding Hogeschool Brussel, departement RITS Hogeschool Sint-Lukas Hogeschool Gent Katholieke Hogeschool Limburg
1995 44 9 4 21
1996 58 6 3 15
2.2.5 Gelijkaardige opleidingen en diploma's in het buitenland In alle geïndustrialiseerde landen zijn er filmscholen die een opleiding tot een master degree geven. De belangrijkste filmscholen zijn lid van CILECT (zie lijst in bijlage 2.2.5).
2.2.6 Geografische spreiding van de beroepsactiviteiten Vlaanderen Brussel: Brussel: Gent: Genk:
Erasmus Hogeschool departement RITS Hogeschool Sint-Lukas Hogeschool Gent - Departement Architectuur, Audiovisuele en Beeldende Kunsten Katholieke Hogeschool Limburg - Departement Audiovisuele en Beeldende Kunsten
2.2.7 Infrastructuur zie bijlage 2.2.8
2.2.8 Kwantitatieve beschrijving van het totaal aantal studenten in de optie c.q. opleiding Erasmus Hogeschool departement RITS Hogeschool Sint-Lukas Hogeschool Gent Katholieke Hogeschool Limburg
303 99 51 126
2.2.9 Kwantitatieve beschrijving van de eerstejaarsstudenten van de optie c.q. opleiding volgens studieresultaten '95 - '96, SO-vooropleiding, ervaring met HO, geslacht, leeftijd
Erasmus Hogeschool departement RITS Hogeschool SintLukas Hogeschool Gent Katholieke Hogeschool Limburg
Geslaagd 47
ASO 40
TSO 4
KSO Andere 1 23
Geslaagd
59
37
7
6
8
43
16
24 24
13 16
1 6
10 1
1
14 14
10 10
Leeftijd
18/21=52 22/25=7 18/21 18/21=21 22/25=3
Ervaring
27 11
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
5
2.2.10 Reële studieduur 1ste cyclus: 2 kandidatuurjaren 2de cyclus: 2 meesterjaren
2.2.11 Inventaris van de (vroegere) leerplannen nihil (c.q. nieuw decreet)
2.2.12 Globale opbouw van de bestaande lessentabellen zie bijlage 2.2.13
2.2.13 Inhoudelijke profilering in binnen- en buitenland nihil - documentatie uit het buitenland is opgevraagd / een studie vraagt meer tijd.
2.3
Verantwoording van de optie c.q. opleiding Het Rits wil de veeleisende opdracht waarmaken om toekomstige ‘mediamakers’ een theoretische en een praktische vorming te geven. Mediamakers worden opgeleid voor de sectoren informatie, ontspanning, cultuur en de vorming in de media. Het onderwijsprogramma van het RITS tracht te beantwoorden aan de hoge eisen die de samenleving en specifieker nog de media- en kunstenwereld stellen. Het stimuleren, begeleiden en evalueren van technische en communicatieve vaardigheden, het bijbrengen van een ruim onderbouwd maatschappelijk inzicht dat concreet vorm krijgt in verantwoord persoonlijk werk behoren tot de essentiele doelstellingen van onze opleidingen. Een ethisch hoogstaande attitude waarbij mediamakers hun kritische en creatieve ideeën niet onderwerpen aan de macht van geld en politiek staat centraal in het ondernemingsconcept van het RITS. Vooraleer de studenten zich grondig bekwamen in het omgaan met de audiovisuele media is het belangrijk dat zij het mediaproces en / of -product kunnen situeren in een brede maatschappelijke context. De meerwaarde zit in de doordachte koppeling van theorie en praktijk, van denken aan handelen, van expressie aan reflectie. Het departement Audiovisuele en Beeldende Kunsten van het Katholieke Hogeschool Limburg heeft zijn opleiding geprofileerd naar de reële marktbehoeften van de audiovisuele sector onder het motto: ‘Leer eerst uw vak, het zal u niet beletten een genie te zijn’. In de kandidaturen wordt de nadruk gelegd op: kennis en inzicht in de beeldtaal, het creatief leren werken met alle bouwstenen van het medium, het beheersen van de technische vaardigheden en ervarings- en praktijkgerichte opdrachten. Studenten zetten hun artistieke bagage in om doelgericht te communiceren met een groot publiek. In de meesterjaren specialiseert men zich in twee van de volgende sectoren: tv-drama (korte film en multicamera), nieuwsgaring (nieuwsitems en reportage), publiciteit (reclamespots, promo’s en trailers) en de opdrachtcommunicatie (corporate video en nieuwe interactieve media). De filmopleiding aan de Hogeschool Gent, departement Academie, atelier film, omhelst een globale vorming tot ‘filmmaker’ waarbij binnen het atelier geen opdeling gemaakt wordt noch tussen filmgenres noch tussen de diverse dragers (film video) maar ook niet tussen de inhoudelijk-artistieke en de vormelijk-technische filmfactoren.
6
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
Pas in de meesterjaren zal de student definitieve keuzes maken en zich profileren als auteur van de kortfilm - fictie of de documentaire. Het Audiovisuele Departement van de Hogeschool Sint-Lukas Brussel is gegroeid uit de afdeling Beeldende Kunst. De nadruk ligt op de artistieke vorming. Eigen filmische of videografische visie zijn bepalend voor de opleiding film - video - televisie. Het is een geïntegreerde vorming waarbij de studenten, naast filmregie, ook geconfronteerd worden met andere deelgebieden: scenario, beeld, geluid, montage en productie. De opleiding is georganiseerd rond drie hoofdateliers: fictie, documentaire en vrij - experimenteel. Naast klassikale oefeningen film / video zijn er verschillende regieopdrachten (in de eerste kandidatuur vijf, in de tweede vier) waarbij de studenten alle functies, scenario, camera, geluid, montage zelf uitvoeren.
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
7
HOOFDRUBRIEK 3: HET OPLEIDINGSPROFIEL
3.1
Exacte benaming van de optie Basisopleiding Audiovisuele Kunst, optie Medium.
3.2
Globale omschrijving van de optie c.q. opleiding Het doel van de opleiding film - televisie is de vorming van regisseurs en scenaristen, uitvoerende producenten, journalisten, artdirectors, fotografiedirecteurs. Dat idee van de organisatie binnen het vakgebied staat als primair doel in de opleiding. Op weg daar naartoe leren de studenten verschillende functies: scenarist, assistent-regie, monteur, geluid- en lichtregisseur, productie... Het is een geïntegreerde opleiding waarin alle functies aan bod komen. Het eerste kandidaatsjaar is een oriënterings- en selectiejaar. De studenten leren de beginselen van de beeldtaal voor film, video en televisie. De nadruk ligt niet op de techniciteit maar op ‘inhoud en vormgeving’. Naast het aanreiken van praktische, artistieke en theoretische basisvaardigheden werken de studenten aan praktijkoefeningen die hen moeten toelaten voor zichzelf uit te maken, in dialoog met de docenten, in welke richting zij zich best kunnen profileren. In de tweede kandidatuur wordt naast de artistiek inhoudelijke - ook technisch - dieper ingegaan op de verschillende aspecten van film, video en televisie. De aandacht gaat vooral naar camerawerk, belichting en beginselen van geluidsopname. Studenten werken op video- en filmdrager. Met uitzondering van het RITS realiseren de studenten zelf het camerawerk, de montage, de belichting en de geluidsopname. De studenten moeten zich de verschillende technieken eigen maken. Via jaaroefeningen moeten de studenten voor zichzelf uitmaken in welke optie zij zich specialiseren. In de meesterjaren werken de studenten in de optie door hen gekozen en die verschillend is voor de vier hogescholen. Naast de hoofdateliers zijn er nevenateliers en werkcolleges die per jaar gedeeltelijk vrij kunnen worden samengesteld. De werkcolleges zijn toegankelijk voor alle studenten uit elk hoofdatelier. Werkcolleges hebben een beperkte duur (3 tot 5 dagen) en zijn eerder proces- dan productgericht. De praktijk die erin wordt opgedaan is belangrijker dan het afgewerkte product. Na het eerste meesterjaar volgen de studenten een stage. Tijdens het tweede meesterjaar realiseren de studenten in het gekozen hoofdatelier een eindproject. Belangrijke criteria bij de beoordeling ervan zijn: de kwaliteit van het scenario, de beeldopname, de geluidsopname, de montage en voor de werken fictie de acteursregie.
3.3
Beroepsgericht opleidingsprofiel
3.3.1 Bijeenbrengen van de relevante beroepsprofielen 1
De scenarioschrijver geeft een gedetailleerde beschrijving van hoe het audiovisueel product er zal uitzien met alle visuele elementen. Op basis van dit scenario kan een budget worden gemaakt en de productie worden opgestart.
8
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
2 3
De producer zorgt ervoor dat de audiovisuele opdracht binnen de tijd en het budget gerealiseerd wordt. In samenwerking met de regisseur is hij verantwoordelijk voor medewerkers en middelen. De regisseur realiseert het audiovisueel programma en is artistiek verantwoordelijk voor het eindproduct. Hij onderhoudt contacten met alle geledingen van het realisatieproces. Hij neemt creatieve beslissingen doorheen de productie. Hij overziet de productie van concept tot afgewerkt product.
3.3.2 Functioneel geheel en basiscompetenties TAKENCLUSTER Scheppen
DE STUDENT KAN KENNIS (zie handleiding) Hij/zij schrijft een 1 Creatie oorspronkelijk 3 Voorstudie scenario 8 Analyse 27 Informatieverzameling Hij/zij stelt zich 2 Research vragen: 3 Voorstudie 8 Analyse ❖ Wat is het onderwerp van het 27 Informatieverzameprogramma ling 39 Communicatie ❖ Wat is de premisse ❖ Welke inhoudselementen moeten worden verwerkt ❖ Welke boodschapkenmerken moet het audiovisueel product hebben Hij/zij gebruikt 2 Research informatie bij het 4 Advies oplossen van pro27 Informatieverzameblemen ling 39 Communicatie Hij/zij overlegt, 26 Onderhandeling verwoordt en ver29 Productieve inforantwoordt de matieverwerking vraagstelling m.b.t. 38 Samenwerking de gewenste crea39 Communicatie tie Hij/zij zoekt locaties 7 Organisatie die de sfeer van 29 Productieve inforzijn/haar ideeënmatieverwerking goed verbeelden 39 Communicatie
ATTITUDE (zie lager) 3-16-17-18
CONTEXTGEGEVENS Tekstverwerker Bibliotheek met basisinfo
2-4-7-11-1718-19
Archief Bibliotheek Interview: mondeling/schriftelijk e-mail Videotheek Filmarchief
10-14-16-1718-19
Tel / Fax Talenkennis Informatica
4-8
Vergadertechnieken
4-8-19-21
Beheren
Hij/zij beheert tijd en budget Hij/zij is financieel verantwoordelijk voor mensen en middelen
1-3-6-10-1314-16-18-21
Fototoestel / videocamera Vervoer Maken van schetsen Boekhouding Informatica
Organiseren
Hij/zij zet de productie op en organiseert tijd, videoof filmploeg en middelen Hij/zij maakt een efficiënte planning binnen het beschikbare budget Hij/zij berekent de kosten Hij/zij betrekt de
Vragen stellen
Informeren
Overleggen
Concretiseren
5 6 7 12 26 38 39 5 6 7 12 23 24 25 26
Bedrijfsbeleid Bedrijfsbeheer Organisatie Controle Onderhandeling Samenwerking Communicatie Bedrijfsbeleid Bedrijfsbeheer Organisatie Controle inkoop / aankoop / verkoop / inning Registratie Onderhandeling
1-3-4-6-10-1314-16-18-1920-21
Informatica Planningsysteem Productielokaal met om tel/fax
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
TAKENCLUSTER
DE STUDENT KAN KENNIS (zie handleiding) juridische aspecten in het werk Visualiseren Hij/zij visualiseert 1 Creatie het scenario via 3 Voorstudie acteurs en beeldre28 Reproductieve gie 29 informatieverwerking 38 Productieve informatieverwerking 39 Samenwerking Communicatie Manipuleren Hij/zij manipuleert 1 Creatie de werkelijkheid tot 26 Onderhandeling een nieuwe werke38 Samenwerking lijkheid: film/video 39 Communicatie Communice- Hij/zij communi38 Samenwerking ren ceert met alle 39 Communicatie geledingen van het realisatieproces Regisseren Hij/zij regisseert 1 Creatie acteurs, artiesten 3 Voorstudie en technici in func28 Reproductieve tie van het concept, 29 informatieverwerking de stijl, de sfeer en 38 Productieve inforde karakters matieverwerking 39 Samenwerking Communicatie Testen Hij/zij test het 8 Analyse programma op 12 Controle uitzendbaarheid 20 Afwerking Hij/zij doet eventu39 Communicatie ele aanpassingen Oordelen Hij/zij controleert of 39 Controle afwerking de vooropgestelde Communicatie doelstelling bereikt is Plaatsen Hij/zij plaatst het 3 Voorstudie programma binnen 4 Advies het programma7 Organisatie schema en promo38 Samenwerking tie 39 Communicatie Commerciali- Hij/zij verkoopt het 24 Verkoop seren audiovisueel pro25 Inning duct om het ken26 Registratie baar te maken aan 30 Onderhandeling het publiek voor wie 32 Informatieverstrekhet bestemd is en king om het geld te 36 Bediening animatie recupereren om nieuwe audiovisuele producties te kunnen maken Indien opdrachtfilm: Analyseren Hij/zij analyseert 29 Productieve inforde opdracht matieverwerking Communice- Hij/zij start een 3 Voorstudie ren communicatiepro4 Advies ces met de op6 Bedrijfsbeheer drachtgever 38 Samenwerking Hij/zij formuleert de 39 communicatie doelstelling van de opdracht Hij/zij concretiseert de opdracht (doelgroep, tijdsduur...)
9
ATTITUDE (zie lager)
CONTEXTGEGEVENS
2-3--4-6-7-810-12-13-1416-17-18-1920-21
Repetitielokaal Fototoestel Videocamera Filmcamera Visieset
11-14-16-1820-21
Productielokaal met om. Tel/fax/ e-mail
2-4-7-8-12-1819-20-21
Productielokaal met om. Tel/fax/ e-mail
1-2-3-4-6-7-89-10-11-1213-14-16-1418-19-20-21
Set: studio of locatie Productielokaal Visieset Informatica Montagefaciliteiten
1-10
Visieset Montagefaciliteiten
10-14
Visieset Montagefaciliteiten
3-10-17
Productielokaal Informatica
3-10
Boekhouding Informatica PR/mediabeheer Projectieltje Videocassette Nieuwe media
4-10
Tekstverwerker
2-3-4-9-16-2021
Productielokaal Informatica
10
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
Attitudes 1
accuratesse erop gericht zijn alle facetten in het proces nauwgezet te volgen, uit te voeren, rekening houdende met de specificiteit (schaal / projectie) van het medium
2
assertiviteit voor zijn gevoelens durven uitkomen
3
beslissingsvermogen durven een standpunt in te nemen of tot een handeling over te gaan, en er ook de verantwoordelijkheid voor opnemen
4
contactbereidheid bereid zijn contact te leggen en eventueel te onderhouden, ook in moeilijke situaties (o.a. met mensen met verschillende opvatting en achtergrond)
5
dienstverlenende ingesteldheid actief en pro-actief gericht zijn op het verlenen van diensten of zorg
6
doorzettingsvermogen erop gericht zijn, ondanks moeilijkheden, een doel te bereiken
7
empathie zich inleven in het project, het scenario, de karakters, de literaire tekst... en met geestdrift werken aan de uitwerking
8
flexibiliteit in probleemsituaties een alternatieve oplossing kunnen uitwerken
9
imagobewustzijn aandacht hebben voor de impact die het eigen gedrag en voorkomen op anderen kan hebben
10
kritische ingesteldheid bereid zijn zichzelf en zijn omgeving in vraag te stellen, de waarde van een bewering of een feit, de haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren, alvorens een stelling in te nemen
11
leergierigheid actief zoeken naar situaties om zijn competentie te verbreden en te verdiepen
12
loyauteit een engagement nemen om het project, in de eerste plaats, naar buiten toe te verdedigen
13
omgaan met stress zoeken naar een aanvaardbare werkdruk, ook in moeilijke arbeidsomstandigheden (o.a. aard van het werk, de werkomgeving, tegenslagen, kritiek)
14
resultaatgerichtheid erop gericht zijn binnen een bepaalde tijd en budget een vooropgesteld resultaat te bereiken met inachtneming van gedefinieerde kwaliteitsstandaarden
15
veiligheids- en milieubewustzijn is actief en pro-actief gericht op veiligheid, op het voorkomen van situaties die personen en milieu kunnen schaden
16
zelfstandigheid bereid zijn om zelfstandig zonder hulp of toezicht gedurende lange tijd aan een taak te werken
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
11
17
zin voor esthetiek kiezen voor aantrekkelijke oplossingen binnen het visueel concept van het audiovisueel project
18
zin voor initiatief een nieuw project kunnen bedenken, formuleren en concretiseren stappen nemen om het concept te laten slagen in probleemsituaties creatieve oplossingen en alternatieven kunnen ontwikkelen
19
zin voor samenwerking bereid zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken
20
zin voor leiding geven bereid zijn leiding te nemen om een project te realiseren en tot een goed einde te brengen
21
zin voor organisatie en overleg als leider, met inzicht in de mogelijkheden van het team, de organisatie opzetten in overleg met de betrokkenen
3.3.3 Aanvullende gegevens met betrekking tot de optie c.q. opleiding Verhouding praktijk / theorie
kandidaturen: ca 70/30 tot 50/50 meesterjaren: ca 75 à 80 % praktijk
Aandeel stagetijd berekend op basis van de contacturen: 0 à 10 %
3.4
Sleutelkwalificaties
accuratesse assertiviteit beslissingsvermogen contactbereidheid dienstverlenende ingesteldheid doorzettingsvermogen empathie flexibiliteit imagobewustzijn kritische ingesteldheid leergierigheid loyauteit omgaan met stress resultaatgerichtheid veiligheids- en milieubewustzijn zelfstandigheid zin voor esthetiek zin voor initiatief zin voor samenwerking
4
3
✘
✘ ✘ ✘
2 ✘
1
NvT
✘ ✘ ✘
✘ ✘ ✘ ✘
✘
✘ ✘
✘
✘ ✘
✘ ✘
✘ ✘
✘ ✘ ✘ ✘
✘
12
3.5
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
Kern van het opleidingsprofiel Eventuele verwantschappen met andere opties en opleidingen: - studies beroepsprofielen - verwantschap media- en kunstensector artistiek veld: tv-stations, culturele centra, filmfestivals facilitaire bedrijven en productiehuizen reclame- en publiciteitsbureaus filmdistributie geschreven media Aanverwante studiegebieden: ter studie Nieuwe optie: nieuwe media (in voorbereiding) Persoonsvorming: De meester in de audiovisuele kunst beschikt over voldoende geïntegreerde kennis en inzicht in: - verbaal / non-verbaal / beeldend communicatie - en / of artistiek proces - socioculturele, historische en politieke onderbouw van het mediamiek en / of artistiek gebeuren - technieken van audiovisuele processen - analytische methoden om verbale / non-verbale / beeldmatige uitdrukkingsvormen en -mogelijkheden te duiden - economische en juridische aspecten van de mediamieke en / of artistieke processen in een evoluerende maatschappij - ethische, psychologische, sociologische en filosofische impact van de audiovisuele processen
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
13
BIJLAGE 1
Infrastructuur Hogescholen. Een kopie van deze bijlage kan opgevraagd worden op de Vlaamse Onderwijsraad.
14
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
BIJLAGE 2
Studenten 92/93 - 93/94 - 94/95 - 95/96. Een kopie van deze bijlage kan opgevraagd worden op de Vlaamse Onderwijsraad.
OPLEIDINGSPROFIEL AUDIOVISUELE KUNST, MEDIUM
BIJLAGE 3
Globale opbouw van de bestaande lessentabellen. Een kopie van deze bijlage kan opgevraagd worden op de Vlaamse Onderwijsraad.
15