Programmabegroting 2012 inclusief meerjarenbegroting 2013-2015
Gemeente Venray Postbus 500 5800 AM Venray
Samengesteld door gemeente Venray
Programmabegroting 2012
Programmabegroting 2012
Inhoudsopgave Aanbiedingsbrief
5
Vaststellingsbesluit
9
Programmabegroting 2012 in het kort
11
Inleiding
13
Leeswijzer
15
1.
17
Programma’s
Programma 1: Venray laat je leven
17
Programma 2: Venray bruist
25
Programma 3: Venray maakt wonen compleet
31
Programma 4: Venray economisch actief
39
Programma 5: Venray kijkt over grenzen
45
Programma 6: Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
49
2.
53
Paragrafen
Inleiding paragrafen
53
Paragraaf A. Lokale Heffingen
55
Paragraaf B. Weerstandsvermogen
63
Paragraaf C. Onderhoud van kapitaalgoederen
73
Paragraaf D. Financiering
81
Paragraaf E. Bedrijfsvoering
85
Paragraaf F. Verbonden partijen
91
Paragraaf G. Grondbeleid
109
Paragraaf H. Gebiedsgericht werken
117
Paragraaf I. Investeringen en majeure projecten
119
3.
123
Financieel meerjarenperspectief
Bijlage 1. Financiële begroting
135
1.1.
Recapitulatie-overzicht baten en lasten
135
1.2.
Overzicht mutaties reserves
137
1.3.
Overzicht van investeringen en afschrijvingen
141
1.4.
Overzicht financiering Vaste geldleningen begroting 2012
143
1.5.
Overzicht van reserves
145
1.6.
Overzicht van voorzieningen
147
1.7.
Overzicht EMU-saldo
149
1.8.
Berekening algemene uitkering gemeentefonds
151
1.9.
Berekening renteomslag
159
1.10
Overzicht incidentele baten en lasten
Bijlage 2. Subsidieplafonds 2012
161 163
Bijlage 3. Overzicht programma’s, producten, portefeuillehouders, budgethouders en commissies
165
Bijlage 4. Lijst met afkortingen
169
4
Programmabegroting 2012
Aanbiedingsbrief Gemeenteblad 2011 nr. 200 Venray, september 2011 AAN: De Gemeenteraad
Wij bieden u hierbij de Programmabegroting 2012 aan. In onze aanbiedingsbrief bij de Voorjaarsnota 2011 hebben we als college al aangegeven dat Venray veel prachtige kansen heeft. Kansen vanwege de markante ligging in een mooi gebied tussen Peel en Maas. Kansen vanwege de bedrijvigheid die ondernemers en organisaties aan de dag leggen, de onderwijsinstellingen die jongeren helpen hun talenten te ontwikkelen en de zorginstellingen die dagelijks ouderen en mensen met een beperking helpen om gewoon te kunnen blijven wonen in hun eigen buurt. Maar vooral kansen vanwege zijn betrokken bewoners die in hun eigen omgeving dagelijks hard werken om hun gemeente mooier en aangenamer te maken. Wij willen deze eigenschappen en kenmerken van onze gemeente behouden en als het even kan versterken. Door het vraaggericht werken te stimuleren en daarbij de burger meer te faciliteren kan deze zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen. Dit sluit aan bij de doelstelling van het kabinet om een constructieve verhouding te creëren tussen de burger en de overheid. De overheid moet minder betuttelen en uit de ivoren toren komen. Deze doelstelling sluit naadloos aan bij onze doelstelling dat onze “ramen en deuren verder open moeten”. Dit betekent dat de overheid meer moet luisteren naar de burger en burgerinitiatieven aanmoedigt en faciliteert. Als de burger de verantwoordelijkheid neemt kan uw raad gericht inhoud geven aan facilitering van dit proces. Juridische procedures kunnen vaak worden voorkomen door persoonlijk contact op te nemen. Het kabinet is hiervoor het project “prettig contact met de overheid” gestart. Omdat de doelstelling naadloos aansluit aan onze doelstelling wil het college zich actief opstellen en graag hierin participeren. Een constructievere houding richting onze burger kost de nodige energie maar hoeft niet veel of geen extra geld te kosten. Speerpunten die we in 2012 oppakken zijn onder andere: • Uitvoering geven aan het integrale veiligheidsbeleid en netwerkregie Jeugd en Veiligheid in samenwerking met partners; • Uitvoeren van het programma Veiligheidsarrangement Station Venray en Maaslijn inclusief fysieke herinrichting stationsgebied; • Het ontwikkelen van een Regionale Uitvoeringsdienst (RUD); • Het ontwikkelen van één regionaal loket voor werk en inkomen; • Invulling geven aan diverse decentralisatieopdrachten van het rijk zoals de wet Werken; naar Vermogen, AWBZ dagbegeleiding en Jeugdzorg; • Realiseren van een multifunctionele jongerenaccommodatie; • Herijking van het afvalstoffenbeleid en het organiseren van een symposium; • Onderzoek naar de vervanging van de openbare verlichting door energiezuinige lampen (LED); • Centrum ontwikkeling van de wijk Brukske; • Ontwikkeling N270 “via Venray”; • Het faciliteren van huisvesting voor de arbeidsmigranten; • (Uiteraard in 2012) de activiteiten in verband met de Floriade en daaraan gelieerd het uitvoeren van het actieplan “Venray centrum bloeit”; • Het realiseren van het uitvoeringsprogramma toerisme en recreatie; • Verdere stappen nemen in het traject gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum; • Start Gouden Leeuw, fase 2; • Woningbouw in de dorpen; • Het vaststellen van de visie op (eur)regionale samenwerking; • Start bouw MFC Brukske; • Uitvoering geven aan het visiedocument Leefbaarheid 2020; • Het uitvoeren van projecten uit het Informatie Beleidsplan (IBP); • Het afronden van de renovatie van het gemeentehuis; • Het ontwikkelen en implementeren van een Klant Contact Centrum; • Ramen en deuren verder open maken (“prettig contact met de overheid”); Hieruit blijkt dat we ondanks de financiële onzekere tijden een prima pakket kunnen voorleggen dat onze ambities uit de strategische visie 2020 en het collegeprogramma Venray Veilig Vooruit 5
Programmabegroting 2012
waarmaakt. Ten opzichte van de voorjaarsnota 2011 zijn er diverse ontwikkelingen met financiële consequenties die door de omstandigheden extra aandacht nodig hebben. Gelukkig niet alleen negatief maar ook positief. Het positieve is onder andere dat de gevolgen van de meicirculaire substantieel positiever zijn dan was verwacht. Daarin zijn de uitgangspunten uit het “concept bestuursakkoord” meegenomen als ware het een vastgesteld akkoord. Het verwachte voordeel loopt op van ruim € 600.000 in 2012 tot ruim € 2.000.000 in 2015. Daartegenover staat een aantal negatieve ontwikkelingen als gevolg van de recessie. Hierbij maken we wel de kanttekening dat de positieve gevolgen gebaseerd zijn op verwachtingen die nog onderhevig zullen zijn aan (grote) fluctuaties. Op de eerste plaats de uitgaven ten gevolge van de uitvoering Wet Werk en Bijstand. Nu er een goed beeld is van de ontwikkeling van het aantal uitkeringsgerechtigden en de rijksuitkering 2011 blijkt dat we in 2011 een flink tekort hebben. Voor het jaar 2012 ramen we een tekort van ongeveer 10% van het uitgaven niveau, € 700.000. Een eventueel hoger tekort kan worden gedeclareerd bij het Rijk. Voor de jaren daarna laten we het tekort terug lopen naar € 100.000 in 2015. De uitdaging is om uitkeringsgerechtigden maximaal in positie te brengen dat zij zelf in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Op de tweede plaats de leges Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO). In 2011 wordt op basis van de huidige stand een tekort verwacht van € 600.000. Het aantal WABO (bouw) aanvragen is hoger dan in het verleden door een toename van de kleinere aanvragen. De grote aanvragen zijn echter in 2011 tot augustus bijna nihil. Ter vergelijking, in 2010 hadden we 11 aanvragen met een legesopbrengst die hoger ligt dan € 50.000. In 2011 tot dusver geen. Voor het jaar 2012 verwachten we wel een aantal grotere aanvragen. Op het moment dat wij deze begroting in het college vaststellen onderzoekt de afdeling de verwachte consequenties voor 2012 en volgende jaren. Vooralsnog is er in deze begroting uitgegaan van een kostendekkende raming. Een separaat voorstel met een eventuele aanpassing hiertoe zal aan uw raad worden voorgelegd in de decembervergadering. Op de derde plaats het Grondbedrijf. Bekend is dat het Grondbedrijf door de recessie in zwaar weer zit. De risicoreserve is op dit moment niet op peil en de verwachtingen voor de korte termijn zijn nog niet hoopgevend. Op basis van het positieve meerjarenresultaat van de meicirculaire willen we de jaarlijkse bijdrage van het Grondbedrijf aan de Algemene Dienst al met ingang van 2012 stopzetten in plaats van in 2016. Na verwerking van deze negatieve elementen ontstaat het volgende meerjarenperspectief waarin een financiële buffer is opgenomen tot € 1,9 miljoen in 2015 voor negatieve ontwikkelingen als gevolg van de decentralisatie van taken naar gemeenten: 2012 Expolitatieoverschot
380.000
2013 609.000
2014 604.000
2015 364.000
Per saldo concludeert het college dat we, mede door een gunstige meicirculaire, grote financiële tegenvallers als gevolg van de recessie kunnen opvangen zonder dat we verder in het beleid moeten snijden en dat we onze voornemens uit de Voorjaarsnota kunnen handhaven. De realisatie van het collegeprogramma 2010 - 2014 Venray Veilig Vooruit ligt op koers. U mag in de loop van 2012 een tussenbalans van dit collegeprogramma verwachten. Ook zijn er nog diverse ontwikkelingen die nog niet in de meerjarenbegroting zijn opgenomen omdat de realisatie en financiële consequenties nog niet verwerkt of duidelijk zijn. Zonder volledig te zijn noemen we er enkele: • Regionalisering van de brandweer; • Hal tafeltennis en judovereniging; • Uitvoeringskosten dorps- en wijkontwikkelingsplannen; • Venrays Museum; • Verbouw schouwburg; • Herverdeling algemene uitkering in 2013 en het onderzoek naar de overige eigen middelen; • Uitvoering nota Grondbeleid. Dit betekent dat de bezuinigingen zoals die vanaf 2012 zijn voorgenomen noodzakelijk blijven. Op basis van deze programmabegroting 2012 presenteren we tevens een sluitend meerjarenperspectief. Een eis van de provincie om in aanmerking te komen voor repressief toezicht. Bij de voorjaarsnota was het nog niet mogelijk om de jaren 2014 en 2015 sluitend aan te bieden. Bij het vaststellen van deze begroting worden we op de valreep geconfronteerd met een publicatie van het ministerie van BZK waarin het verwachte accres van het gemeentefonds over de periode 6
Programmabegroting 2012
2012-2016 bekend is gemaakt. Hieruit blijkt dat de accresraming voor de jaren 2012 en 2015 neerwaarts bijgesteld wordt ten opzichte van de meicirculaire 2011. De raming voor de jaren 2013, 2014 en 2016 is juist opwaarts bijgesteld. Met ingang van 2016 ligt het cumulatieve accres boven de stand van de meicirculaire 2011. In 2012 zal het verwachte accres echter belangrijk lager zijn dan vermeld in de meicirculaire. In de septembercirculaire 2011 komt hierover nadere informatie beschikbaar. Deze was bij het vaststellen van deze begroting nog niet gepubliceerd. Zodra de gevolgen van de septembercirculaire 2011 bekend en doorgerekend zijn, zullen wij deze aan uw raad aanbieden. Indien hieruit blijkt dat het gepresenteerde begrotingsoverschot 2012 onvoldoende is om de nadelige gevolgen van de septembercirculaire op te vangen, dan zien wij een mogelijke oplossingsrichting in het voor 2012 handhaven van de bijdrage Grondbedrijf ter hoogte van (maximaal) het nadeel voortvloeiend uit de septembercirculaire 2011. Het bovenstaande voorstel om de bijdrage van het grondbedrijf stop te zetten is immers gedaan naar aanleiding van de verwachte positieve resultaten van de meicirculaire 2011. De behandeling en vaststelling van de Programmabegroting 2012 door uw gemeenteraad zijn gepland voor dinsdag 1 en 8 november 2011. Wij stellen uw gemeenteraad voor: • De programmabegroting 2012 van de gemeente Venray vast te stellen; • De subsidieplafonds voor 2012, zoals opgenomen in bijlage 2 vast te stellen.
Burgemeester en Wethouders van Venray J.J.P.M. Gilissen, burgemeester K.G.M.C. Joosten, secretaris
7
Programmabegroting 2012
8
Programmabegroting 2012
Vaststellingsbesluit
De raad van de gemeente Venray, Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 september 2011 (Gemeenteblad 2011, nr. 200);
Besluit: 1. 2.
De Programmabegroting 2012 vast te stellen. De subsidieplafonds 2012 zoals opgenomen in bijlage 2 vast te stellen.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 8 november 2011.
, voorzitter
, raadsgriffier
9
Programmabegroting 2012
10
Programmabegroting 2012
Programmabegroting 2012 in het kort De Strategische visie ‘Venray 2020’ en het collegeprogramma ‘Venray, veilig vooruit’ vormen de basis voor de Programmabegroting 2012. In het nieuwe collegeprogramma is het coalitieakkoord concreet vertaald naar te bereiken doelen. Daarna zijn de doelen verdeeld naar de speerpunten die we in de jaren 2010 – 2014 hebben uitgezet. De belangrijkste speerpunten voor het begrotingsjaar 2012 zijn hieronder per thema aangegeven: Programma 1: Venray laat je leven Implementeren districtelijke samenwerking brandweer In samenwerking met partners en onder regie van de gemeente uitvoering geven aan het integraal veiligheidsbeleid van de gemeente Venray In samenwerking met partners uitvoering geven aan de netwerkregie Jeugd en Veiligheid en de daarbinnen uitgewerkte plannen van aanpak als het om jeugdgroepen gaat. Uitrol pilot Veilige en Leefbare buurten Voortzetten van de samenwerking binnen het Veiligheidshuis Noord-Limburg Voortzetten van Burgernet en nieuwe toepassingsgebieden onderzoeken Uitvoeren uitvoeringsprogramma gekoppeld aan Veiligheidsarrangement station Venray en Maaslijn met daaraan gekoppeld fysieke herinrichting stationsgebied Deelnemen in de ontwikkeling van een samenwerking in de Regionale Uitvoeringsdienst Terugdringen van normoverschrijdend gedrag in de Venrayse samenleving mede door voortzetting van de in 2010 gestarte pilot van straatcoaches in 2012 Ontwikkelen van één regionaal loket voor werk en inkomen (Werkplein Venray) Invulling geven aan de decentralisatieopdracht in het kader van één regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt (Wet Werken naar Vermogen) Invulling geven aan decentralisatieopdracht Jeugdzorg Programma 2: Venray bruist Invulling geven aan uitvoeringsprogramma WMO kadernota Invulling geven aan de decentralisatieopdracht AWBZ dagbegeleiding -> WMO Uitwerken van accommodatienota Realiseren van een multifunctionele jongerenaccommodatie Programma 3: Venray maakt wonen compleet Actualiseren bestemmingsplan buitengebied Oost Ontwikkelen majeure projecten: Brukske (o.a. centrumontwikkeling en gefaseerd herinrichten directe woonomgeving) en Noordwesthoek (m.n. Laathof en Goumansplein Faciliteren en coördineren huisvesting arbeidsmigranten Herinrichten weg kruispunt A73/Maasheseweg/Metaalweg Herinrichten Stationsweg Verdere uitvoering beleidskader energie en klimaat Programma 4: Venray economisch actief Ondersteunen Floriade Uitwerken N 270 / via Venray Faciliteren toeristisch en recreatieve sector Revitalisering bedrijventerreinen Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum - Actieplan midden en klein bedrijf - Start bouw MFC Brukske Ondersteunen Floriade en samen met onze externe partners de Spin off Floriade voor Venray verder uitwerken; Uitwerken Actieplan “Venray Centrum bloeit”; Herzien van detailhandelsnota; Inzetten op versterking van de (eu)regionale samenwerking. Programma 5: Venray kijkt over grenzen Uitvoering geven aan het Visiedocument ‘Leefbaarheid 2020’ – Routeplanner voor vitale dorpen en wijken -, waaronder het realiseren van uitvoeringsprogramma’s DOP’s en WOP’s, met een maximale inzet van de dorpen en wijken Bijdrage leveren aan (eu)regionale visie op samenwerking.
11
Programmabegroting 2012
Programma 6: Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Uitvoeren IBP projecten, Renovatie gemeentehuis Ontwikkeling en implementatie van het Klant Contact Centrum • Overige investeringen en uitgaven Naast de hiervoor vermelde speerpunten hebben wij in deze begroting nog diverse andere investeringen en uitgavenverhogingen meegenomen om onze ambities waar te kunnen maken. Conform de besluitvorming bij de Voorjaarsnota 2011 hebben wij de volgende investeringen en uitgavenverhogingen in deze Programmabegroting opgenomen: Omschrijving
Investering
Exploitatielasten 2013 2014 201 193 0 0 0 0 18 17 65 128 14 14 -14 -14 18 18 -18 -18 14 13 159 156 62 61 0 0 0 0 0 0 0 0 24 23 23 22 12 12 12 11 -10 -10 0 0 0 0 137 42 -137 -42 1.032 848 -751 -500 0 0 166 283 0 0 0 0 0 0 203 164 183 180 80 75 0 0 0 0 7.040 8.049 -13.486 -12.590 6.445 4.541 19 18 100 101 165 160 17 16 0 0 78 78 12 12 1.883 2.062
2012 Bruikleenartikelen WMO Bijdragen derden Brandweer preparatie 2012 tm 2016 Brandweer repressie en nazorg 2012 tm 2016 Jongerencentrum Vervanging gemalen civieltechnisch 2012 Bijdrage egalisatiereserve riolering Vervanging drukriolering electrisch en mechanisch 2012 Bijdrage egalisatiereserve riolering Meeliftbudget 2012 tm 2016 Voorbereidingen 2012 - 2016 Openbare inrichting Brukske Groen Albionstraat Leunen Bijdrage algemene reserve Vervangen bomen bufferstrook Keizersveld Bijdrage algemene reserve Speelruimteplan uitvoering Speelvoorzieningen vervangingen Vervangen openbare verlichting Speelvoorzieningen vervangingen Bijdrage bestemmingsreserve Parkeren Uitvoeringsprogramma arbeidsmigranten Bijdrage overheid Buitengebied Wanssum, Geijsteren, Blitterswijck 2012-2014 Bijdrage algemene reserve Gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum Bijdrage reserves 2012 - 2016 Overige bijdrages MFC Brukske* Bijdragen derden Werkbudget Floriade Bijdrage algemene reserve Voortgezet onderwijs Speciaal onderwijs Versterking toerisme en recreatie Via Venray Bijdrage algemene reserve Bouwgrondexpl. uitgaven Bouwgrondexpl. inkomsten Bouwgrondexpl. afname boekw. grondbedrijf Nieuw CMS en bijbehorende website Facilitaire dienst in eigen beheer Vervanging werkplek apparatuur GPS en Tachymeter Bijdragen derden Bavak Secretariaat driehoek Totaal
929 -109 0 98 1.747 206 0 159 0 153 1.788 561 0 0 0 0 163 157 121 80 0 0 0 0 0 7.000 -2.621 -1.725 10.807 -5.000 0 0 0 2.462 0 0 0 0 0 0 55 0 350 68 0 95 0 17.543
20 0 13 6 22 5 -5 4 -4 4 45 26 30 -30 45 -45 4 4 22 2 -2 125 -125 247 -247 638 -370 0 27 0 75 -75 248 62 65 50 -50 7.128 -12.660 5.531 6 113 42 2 -5 206 12 1.212
2015 185 0 0 16 128 13 -13 17 -17 13 152 60 0 0 0 0 22 22 11 11 -10 0 0 0 0 838 -500 0 432 0 0 0 144 177 70 0 0 10.880 -14.130 3.250 18 103 155 15 0 77 13 2.151
* Zie paragraaf I “investeringen en majeure projecten”, blz 122. • Financieel meerjarenperspectief Na de financiële vertaling van het reguliere beleid en van bovenstaande speerpunten ziet het financiële meerjarenperspectief er als volgt uit: 2012 Exploitatieoverschot
380.000
2013 609.000
2014 604.000
2015 364.000
Bovenstaand overzicht toont het nieuwe (meerjaren)perspectief, inclusief aanvullende B&W besluiten die verwerkt zijn in de begroting. De post onvoorzien (€ 122.000) is daarbij meerjarig volledig intact. De begroting 2012 vertoont meerjarig een positief resultaat. In hoofdstuk 3 financieel meerjarenperspectief staat een nadere toelichting opgenomen met betrekking tot de in deze programmabegroting toegepaste kaders/uitgangspunten en een analyse van het Begrotingsresultaat 2012 – 2015 met als vertrekpunt de voorjaarsnota 2011. 12
Programmabegroting 2012
Inleiding Voor u ligt de Programmabegroting 2012 van de gemeente Venray. Met het vaststellen van deze Programmabegroting stelt de gemeenteraad de kaders vast waarop hij het college kan controleren. Het college voert het beleid uit passend binnen de vastgestelde kaders en legt hierover verantwoording af. Totstandkoming De voorliggende Programmabegroting is met name gericht op de ontwikkelingen die in 2012 op de planning staan. Voor een beschrijving van het bestaand beleid verwijzen wij u naar de beleidsnota’s zoals opgenomen bij de diverse programma’s. Bij de totstandkoming van deze begroting hebben wij ook gebruik gemaakt van documenten uit de P&C-cyclus zoals de Jaarrekening 2010, de eerste Bestuursrapportages 2011 en de Voorjaarsnota 2011. De budgetten zijn opnieuw tegen het licht gehouden. Daar waar nodig hebben op basis van motiveringen van de budgethouders bijstellingen plaatsgevonden. In alle programma’s hebben we ons gericht op het meerjarig inzichtelijk maken van prestaties. Opbouw De Programmabegroting bestaat uit de beleidsbegroting en de financiële begroting. Na de samenvatting en de leeswijzer worden in hoofdstuk 1 de programma’s beschreven. In hoofdstuk 2 komen de paragrafen aan bod. De financiële begroting is opgenomen in hoofdstuk 3. Hier wordt het financieel meerjarenperspectief aan u gepresenteerd. In bijlage 1 zijn diverse overzichten/specificaties opgenomen ter nadere toelichting op de financiële begroting. In bijlage 2 hebben wij de subsidieplafonds voor 2012 opgenomen. Wij stellen uw raad voor, middels vaststelling van deze Programmabegroting, ook expliciet de subsidieplafonds voor 2012 vast te stellen. Bijlage 3 geeft een overzicht van Programma’s-Producten-portefeuillehouderscommissies. Op deze manier maken we duidelijk wie waarvoor verantwoordelijk is. In bijlage 4 tenslotte treft u een afkortingenlijst aan ter bevordering van het leesgemak. Besluitvormingstraject De voorliggende Programmabegroting 2012 is een voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders aan de gemeenteraad. Het college heeft in zijn vergadering van 20 september 2011 dit voorstel vastgesteld. De gemeenteraad heeft op dinsdag 1 en 8 november hierover vergaderd en besloten de Programmabegroting 2012 vast te stellen.
13
Programmabegroting 2012
14
Programmabegroting 2012
Leeswijzer In de inleiding is aangegeven uit welke onderdelen deze Programmabegroting is opgebouwd. Deze leeswijzer geeft op elk van deze onderdelen een korte toelichting. Beleidsbegroting De beleidsbegroting bestaat uit de programma’s (hoofdstuk 1) en de paragrafen (hoofdstuk 2). De programma’s geven de prioriteiten van het beleid aan en de paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de financiële en bedrijfsvoeringsaspecten van de Gemeente Venray. In het kader van de duale begroting is elke gemeente vrij programma’s te definiëren. Daarentegen is bepaald dat via een aantal verplicht gestelde paragrafen aandacht aan overstijgende thema’s wordt besteed. De relatie tussen programma’s en paragrafen wordt als volgt gepresenteerd:
Programma’s: omvatten het totale gemeentelijk beleid
Paragrafen: gaan in op bedrijfsvoerings- en financiële aspecten
Programma’s De Programmabegroting van gemeente Venray is opgebouwd uit de volgende zes programma’s: • programma 1: Venray laat je leven • programma 2: Venray bruist • programma 3: Venray maakt wonen compleet • programma 4: Venray economisch actief • programma 5: Venray kijkt over grenzen • programma 6: Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Wij hebben de programma-indeling gebaseerd op de strategische visie “Venray 2020 . Bij 1. 2. 3.
elk programma staan drie vragen centraal: Wat willen we bereiken: hierin geven we aan welke effecten we willen bereiken; Wat gaan we daarvoor doen: de maatschappelijke effecten worden vertaald in concrete acties; Wat mag het kosten: de totale kosten van het programma worden gepresenteerd, met de stortingen of onttrekkingen uit reserves.
Paragrafen De paragrafen gaan in op de financiële en bedrijfsvoeringsaspecten van de Gemeente Venray. Veel van de paragrafen zijn een belangrijke aanvulling op de informatie over de (meerjarige) financiële positie. Het gaat met name om de thema’s waarbij sprake kan zijn van een grote financiële of politieke betekenis of een aanzienlijk belang voor de realisatie van de beleidsprogramma’s. Het doel van de paragrafen is daarom ook de raad instrumenten te geven om de beleidskaders van deze diverse onderdelen vast te stellen en om de uitvoering te kunnen controleren. Het dient om de controlerende en taakstellende rol in te vullen. De Provincie geeft aan dat iedere paragraaf zelfstandig leesbaar moet zijn, derhalve dat op meerdere plaatsen in dit document dezelfde teksten voorkomen. De wetgever heeft bepaald dat een Programmabegroting zeven verplichte paragrafen moet bevatten. Dit zijn: A. Lokale heffingen B. Weerstandsvermogen C. Onderhoud kapitaalgoederen D. Financiering E. Bedrijfsvoering F. Verbonden partijen G. Grondbeleid. Wij hebben hieraan nog de paragrafen Gebiedgericht werken (H) investeringen en majeure projecten (I) toegevoegd.
15
Programmabegroting 2012
Financieel meerjarenperpectief In de financiële begroting (hoofdstuk 3 en bijlage 1) wordt het financieel meerjarenperspectief gepresenteerd. Bijlagen Bijlage 1 geeft een dieper inzicht in de opbouw/ontwikkeling van enkele belangrijke financiële onderwerpen. Bijlage 2 geeft de subsidieplafonds voor 2012. Bijlage 3 geeft een overzicht van de programma’s en producten in relatie tot de verantwoordelijke portefeuillehouders, budgethouders en commissies. Bijlage 4 bevat de lijst met afkortingen In tabellen, overzichten en grafieken zijn de opgenomen bedragen in duizenden euro’s, tenzij anders is vermeld.
16
Programmabegroting 2012
1.
Programma’s
Programma 1: Venray laat je leven Doelstelling programma: De Venraynaar van 2020 is in staat om zelfstandig deel te nemen aan de samenleving en voor zijn eigen welzijn te zorgen. Het Venrayse zorgbeleid streeft naar innovatie in de zorg en werkt als trampoline en vangnet voor hen die (tijdelijk) niet voor zichzelf kunnen zorgen. Een omgeving, waarin burgers en bedrijven veilig en gezond kunnen wonen, werken en recreëren is een verantwoordelijkheid van ons allemaal. Iedere inwoner/ bezoeker moet het gevoel kunnen hebben, dat hij of zij op elk uur van de dag, elke plaats in de gemeente veilig kan betreden. Lokale schets Lokaal Gezondheidsbeleid • Vanuit de gezondheidsmonitoren van de GGD blijkt sport en bewegen het sleutelbegrip voor veel voorkomende gezondheidsproblemen. Dankzij sport en bewegen zitten mensen snel en goedkoop beter in hun vel, het bevordert het meedoen, het bevordert een gezonde leefstijl en het draagt bij aan een oplossing van de vijf landelijke speerpunten (voorkomen van depressie, overgewicht, diabetes, roken en schadelijk alcoholgebruik). De WMO en gezondheid hebben overeenkomsten en hebben elkaar veel te bieden. Dit is de reden dat de nieuwe nota lokaal gezondheidsbeleid is geïntegreerd in de nieuwe kadernota WMO 2011-2014. Voor de komende vier jaar zal de aandacht gericht zijn op sport en bewegen. Wet Maatschappelijke Ondersteuning • De WMO is een kaderwet die door bundeling van gemeentebreed beleid overstijgend is aan afdelingen en/of lokale programma’s binnen de Programmabegroting. De algemene visie die we nastreven binnen alle prestatievelden van de WMO is het versterken van de eigen kracht van de burger, van de verenigingen en van de vrijwilligers (stimuleren van het eigen initiatief en daar waar nodig faciliteren en ondersteunen), het centraal stellen van participatie van mensen met een beperking, het verschuiven van een individueel recht naar een collectief aanbod (dit betekent meer luisteren naar de vraag en meer richten op het resultaat (dus niet richten op het bestaande aanbod maar op de uitkomst)) en het centraal stellen van sport en bewegen. • Per 1 januari 2013 wordt de WMO uitgebreid met een aantal taken, de functie begeleiding (groep en individueel) wordt gedecentraliseerd naar de WMO. In 2012 zal er een voorstel aan de Gemeenteraad worden gepresenteerd hoe aan de nieuwe taken in Venray invulling wordt gegeven. • Sinds 2010 heeft de gemeente Venray in samenwerking met Horst aan de Maas een (wettelijk verplicht) Centrum voor Jeugd en Gezin waar kinderen, jongeren, hun ouders/ opvoeders terecht kunnen met vragen, zorgen en problemen op het gebied van opvoeden en opgroeien. Vanwege de laagdrempeligheid is nadrukkelijk gekozen om geen aparte fysieke voorziening te creëren. • Om te voorkomen dat jongeren ongeschoold en daarmee kwetsbaar op de arbeidsmarkt komen is er een integrale aanpak van de gemeentelijke leerplicht -en RMC-functie. Hierin werken de gemeenten nauw samen in de regio Noordelijk Noord Limburg wat betreft leerplicht en regio Noord en Midden Limburg wat betreft RMC. De rol en verantwoordelijkheid voor het voorkomen van voor-tijdig schoolverlaten ligt vanuit wet- en regelgeving steeds meer bij het onderwijs, waarbij de gemeenten een regierol en ondersteunende rol hebben. Arbeidsmarktbeleid • Ten aanzien van arbeidsmarktbeleid wordt samenwerking met economische zaken steeds belangrijker. Zowel binnen onze eigen gemeentelijke organisatie als met de regio. Een van de grootste knelpunten waar we nu al mee te maken hebben is het groeiend tekort aan goed opgeleide arbeidskrachten. Willen we een economisch groeiende en bloeiende regio blijven, dan zullen we moeten investeren in de triple helix gedachte: samenwerking tussen ondernemer onderwijs - overheid. Hier zijn we al mee aan de slag en dit zullen we in 2012 verder uitbouwen. Aan de onderkant van de arbeidsmarkt zien we grote veranderingen in de vorm van de Wet Werken naar Vermogen op ons afkomen. De gemeente wordt steeds belangrijker als het gaat 17
Programmabegroting 2012
•
om de uitvoering van de sociale zekerheid. Een uitdaging die we vol vertrouwen tegemoet zien. Dit overigens zonder de ogen te sluiten voor de grote financiële risico's die met deze decentralisatie gepaard gaan. Deze risico's ervaren we nu al gezien de tekorten op de gebundelde uitkering (vroegere inkomensdeel WWB) over de afgelopen jaren. De onverminderde toename van ons klantenbestand leidt ertoe dat we met de beschikbare middelen niet uitkomen. Dit is ook aanleiding geweest om de gebundelde uitkering niet meer budgetneutraal te begroten, maar om in de begroting een tekort hiervoor te ramen. Dit tekort is gebaseerd op het eigen risico dat we als gemeente dragen: 10% van het budget dat we hiervoor ontvangen. Dit budget bedraagt circa 7 miljoen euro, waardoor het tekort dat we opnemen in de begroting 7 ton bedraagt. Streven is dit tekort na 2012 weer terug te dringen. Meer en betere regionale samenwerking (Werkpleinen) en het op een goede manier invulling geven aan de Wet Werken naar Vermogen moeten hieraan bijdragen. Een onzekere factor op dit moment is de aanscherping van de WWB die naar verwachting per 1-1-2012 ingaat. Deze aanscherping zal leiden tot een lager aantal uitkeringen, maar ook een lagere gebundelde uitkering. Of dit voor de gemeente Venray positief dan wel negatief uitpakt, is op dit moment niet helder. Het jaar 2012 zal vooral in het teken staan van de voorbereiding op de nieuwe Wet Werken naar Vermogen en het daarbij in beeld brengen van de gevolgen en risico's. Zowel voor de klant als voor de gemeente. Ook hier zien we de samenhang met economische zaken. Het is van groot belang dat we een zo groot mogelijk deel van onze beroepsbevolking aan het werk krijgen, om daarmee de verwachte krapte op de arbeidsmarkt te kunnen opvangen. Onze visie op het Werkplein Venray blijft daarbij voor ons het uitgangspunt waarmee de toekomst tegemoet treden. Deze visie sluit immers prima aan bij de opgaven waarvoor we de komende jaren komen te staan. (zie ook programma 4).
Integraal veiligheidsbeleid • De regie over het lokaal veiligheidsbeleid ligt bij het lokale bestuur. Gelet op artikel 172 lid 1 van de Gemeentewet is de burgemeester belast met de handhaving van de openbare orde en veiligheid. Vanuit allerlei beleidsterreinen zijn er partners actief op het terrein van veiligheid. Ze hebben ieder hun eigen kennis en ervaring op dit terrein. De gemeente kent haar partners in veiligheid en maakt in het kader van het Integraal Veiligheidsbeleid met partners afspraken over welke veiligheidsthema’s belangrijk zijn. In het kader van het nieuwe politiebestel heeft de Minister van Veiligheid en Justitie tien nieuwe landelijke prioriteiten benoemd. De prioriteiten moeten, in samenhang met de op lokaal niveau vastgestelde prioriteiten binnen het integraal veiligheidsbeleid, richting gaan geven aan het politiewerk. Binnen de lokale driehoek worden afspraken gemaakt over de inzet van de politie op lokaal niveau. Uitgangspunt hierbij is het door de raad vastgestelde integraal veiligheidsbeleid. Het nieuwe politiebestel brengt overigens grote veranderingen teweeg binnen de Nederlandse politie. De huidige regionale korpsen en de KLPD gaan op in één nationaal politiekorps. Voor de Politie Limburg-Noord betekent dit dat ze samen met het korps Limburg-Zuid deel gaan uitmaken van dit nationale korps als de regionale politieeenheid Limburg. • Regionalisering brandweer Het beheer van de brandweer wordt geregionaliseerd. Dit door middel van districten. Het district Venray zal bestaan uit: Venray en de gemeenten Bergen, Gennep en Mook-Middelaar. Het district moet per 1-1-2012 een feit zijn. Bij de raadsnota hierover worden de financiële gevolgen in beeld gebracht en middels een begrotingswijziging in de begroting verwerkt. De brandweerpost Meerlo is overgegaan naar de gemeente Horst a/d Maas. De post Meerlo blijft operationeel ook de nieuwe kerkdorpen van Venray bedienen. De financiële gevolgen hiervan zijn in deze begroting opgenomen. Begraven en cremeren in Venray • Er ontstaat in Venray een behoefte aan meer keuzemogelijkheden met betrekking tot begraven en cremeren. Op 14 april 2011 is op de begraafplaats Boschhuizen in samen-werking met DELA een crematorium geopend. Ook hebben we onze goedkeuring gegeven aan het particulier initiatief om te komen tot een natuurbegraafplaats in Venray (de derde in Nederland) Deze natuurbegraafplaats is geopend in 2010.
18
Programmabegroting 2012
1.1 Wat willen we bereiken? Effecten Uit de lokale schets worden de volgende effecten gedefinieerd:
Effect Prestatieveld 3 • Aantal wijkinformatiepunten met WMO-informatie Prestatieveld 4 • Aantal vrijwilligers aangemeld bij Match Prestatieveld 6 • Aantal deelnemers regiotaxi • Mobiliteit (totaal aantal zones) • Aantal vaste woningaanpassingen Hulp bij het huishouden • (aantal zorgvragers per 31-12) Arbeidsmarktbeleid 1B Bevorderen van zelfredzaamheid door middel van werk en activering, waardoor alleen die Venrayse burgers die daar recht op hebben een bijstandsuitkering krijgen. Indicator (peildatum 31-12): Aantal uitkeringsgerechtigden 18-65 jaar • • % van de uitstroom dat is uitgestroomd naar werk
Begroting 2012
Begro ting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
1A
3
3
3
3
220
240
260
280
1.500 125.000 120 1.100
1.450 112.500 120 1.125
1.400 100.000 120 1.150
1.350 100.000 120 1.200
660 36%
610 36%
560 36%
530 36%
Toelichting m.b.t. de indicator “Aantal uitkeringsgerechtigden 18-65 jaar”. Tot nog toe is er sprake geweest van een stijging van ons bestand, alhoewel het bestand op dit moment (augustus 2011) stabiliseert. Het huidige uitkeringsbestand is echter hoger dan in januari 2011. Hoewel het nog steeds de verwachting is dat het bestand gaat dalen, zien we in het huidige uitkeringsbestand de noodzaak de aantallen bij te stellen voor de komende jaren. Het is niet meer realistisch ervan uit te gaan dat we met de huidige aantallen de begrote aantallen zullen halen. Toelichting: Het aantal deelnemers is toegenomen door de regeling ‘gratis openbaar vervoer’ voor deelnemers van de regiotaxi. In 2012 wordt actie ondernomen om oneigenlijk bezit van de deelnemerspas tegen te gaan. De insteek is wel dat deelnemers meer (zones) gebruik gaan maken. Als gevolg van de demografische ontwikkelingen (dubbele vergrijzing) is er sprake van een forse toename van het aantal zorgvragers. Door nieuwe maatregelen, zoals het aanbieden van collectieve voorzieningen, wordt geprobeerd de groei van het aantal zorgvragers zoveel als mogelijk te beperken. Veiligheid en Handhaving 1C Burgers voelen zich veilig in Venray Toelichting: Er is de afgelopen jaren geen budget beschikbaar gekomen voor deelname aan de veiligheidsmonitor. Dit betekent dat er geen indicator vermeld kan worden. Onderzocht wordt of er andere cijfers gebruikt kunnen worden die een indicatie geven van het veiligheidsgevoel in Venray. 1D
Adequate inzet van de Brandweer Indicator: • Opkomst brandweer binnen de norm • Kwaliteitstoets brandweer
15% 6,00
15% 6,00
15% 6,00
15% 6,00
Toelichting:De Veiligheidsregio Limburg Noord is voornemens om de uitruktijd op te rekken naar een kwartier voor het platteland en tien minuten voor de stad. De gemeente Venray wordt hierbij aangemerkt als platteland. Deze mogelijkheid is toegestaan in de nieuwe wetgeving die per 1 juli 2011 van kracht is geworden. Dit wordt meegnomen in het regionaal dekkingsplan, dat eind 2011 klaar zal zijn. Reden: veel korpsen in plattelandsgebieden waaronder Venray halen de huidige norm niet. Om af te mogen wijken van de wettelijke norm moet een veiligheidsregio dat goed motiveren. Basis daarvoor is een dekkingsplan dat in kaart brengt vanuit welke kazerne de brandweer uitrukt en hoeveel tijd daarmee is gemoeid. Hiervoor moet voor Limburg-Noord een nieuw dekkingsplan komen. Dit zal eind 2011 klaar zijn. Voordat de brandweer op een andere manier kan gaan werken– kleinere voertuigen, langere uitruktijden – moeten de risico’s aan de voorkant afgedekt zijn. Dat wil zeggen dat de maatregelen op het gebied van preventie (onder andere voorlichting) aantoonbaar meer veiligheid op moeten leveren. Besparing op kosten, komt daarna pas aan de orde. 1E
Bijdragen in de effecten van de andere programma’s: - 1A, 1C, 2A, 2B, 3A, 3C, 3G. Indicator: • Aantal vooraankondigingen bestuursmaatregelen • Aantal meldingen/klachten
40 350
40 350
40 350
40 350
19
Programmabegroting 2012
Effect
Begroting 2012
Begro ting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Toelichting: Het aantal klachten blijft de laatste jaren stabiel. In het kader van een nieuw handhavingsbeleid zullen de indicatoren opnieuw beoordeeld worden. Inburgering 1F Aantal aangeboden inburgeringtrajecten
25
0
0
0
Toelichting: In de komende jaren zal een overgang plaatsvinden van een stelsel waarin gemeenten inburgeringprogramma’s aanbieden naar een stelsel waarin de inburgeraar zelf (financieel) verantwoordelijk is voor zijn of haar inburgering. Hiervoor zal de Wet inburgering worden gewijzigd. Dit jaar gaat het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer. Het is bekend dat gemeenten vanaf 2013 geen inburgeringstrajecten uit het participatiebudget mogen bekostigen en dat het Rijk vanaf 2014 geen inburgeringmiddelen ter beschikking stelt aan de gemeenten.
Beleidsnota’s • Nota evaluatie schuldhulpverlening (2007) • Integrale schuldhulpverlening 2009 – 2011 adviesnota (2009) • Beleidsnotitie WWB re-integratie 2008-2010 (2007) • Kadernota WWB (2005) • WWB-verordeningen (2008) • Verordeningen Wij (2009) • Beleidsnota evaluatie WWB/Wij cliëntenraad (2010) • Beleidsnota jeugdsportfonds (2008) • Beleidsplan ‘Implementatie Impuls brede school, sport en cultuur door de inzet van combifuncties (2009-2012) • Verordening langdurigheidstoeslag (2008) • Beleidsplan hoogwaardige handhaving (2005) • Notitie ‘structuur en ondersteuning jeugd en jongerenwerk’ (2009) • “Mee(r) doen met minder” Nota minimabeleid gemeente Venray (2005) • Kadernota WMO 2011-2014 (2011) • Verordening WMO (2010) • bewaakte fietsenstalling door menskracht (2010) • notitie “daginvulling kwetsbare groepen, naar een wijk- of dorpsgerichte aanpak” • Uitvoeringsnota Mantelzorg 2010 • Aanpak huiselijk geweld (2009) • Verordening Wet Inburgering (2010) • Beleidsnota Wet Inburgering (2008 en 2009) • Verordening wet kinderopvang (2005) • Beleidsnota / verordeningen modernisering WSW (2008) • Verordening Kinderopvang, onderdeel peuterspeelzalen • Beleidskader integrale Veiligheid ‘Naar publiek ondernemen in Veiligheid’ (2005) • Gemeenschappelijke regeling (GR) bundeling Handhaving (2004) • Handhavingsbeleid 2007 – 2010 (2006)* • Nota Boa-beleid (2010) • Beleidsvisie gemeentelijke begraafplaats Boschhuizen • Regionaal beheersplan rampenbestrijding (RBR) (2005) • Gemeentelijk Rampenplan (2010) • Rampenbestrijdingsplan Jewa-gas (2008) • Rampenbestrijdingsplan hoogwater Maas (2010) • Multidisciplinair coördinatieplan Primagaz (2011) • Wet Veiligheidsregio’s (2010) • Nota bluswatervoorziening Venray (2010) • Criteria bereikbaarheidskaarten (2009) • “Ontwikkelingen brandweer Limburg-Noord: Samenwerking brandweer in de kop van Limburg”, (2009) • Kwaliteitsnormen brandweer Limburg Noord (2009) • Netwerkregie ‘Jeugd en Veiligheid’, ‘integrale (vroeg)aanpak ontsporende jongeren en aanpak jeugdoverlast’ (2010) • Meerjarenplan en meerjarenperspectief 2010-2012 Veiligheidshuis Noord-Limburg (2010) • Veiligheidsarrangement Station Venray (2011) • Regionaal Beleidsplan politie ‘Met zijn allen werken aan veiligheid’ (2011) • ‘Veilige en Leefbare Buurten in de gemeente Venray’, ‘Safer Neighbourhood vertaald’ (2011). *Dit wordt opgesteld in samenwerking met gemeente Horst aan de Maas. Besluitvorming 4e kwartaal 2011.
20
Programmabegroting 2012
1.2 Wat gaan we daarvoor doen? In deze paragraaf gaan we kort in op speerpunten uit het collegeprogramma 2010-2014 die wij met betrekking tot dit programma uitvoeren of gaan uitvoeren om de gewenste effecten te bereiken. Tabel 1.2: speerpunten Product Activiteiten /prestaties Effect Pro-actie / Preventie / Preparatie • Per 1-10-2010 is de Wet op de veiligheidsregio van kracht geworden. Op basis van of voortvloeiend uit deze wet moet: - uiterlijk 1-1-2012 het beheer van de brandweer regionaal georganiseerd zijn; - in 2012 het basisniveau gemeentelijke processen geïmplementeerd worden; - de gemeente de operationele informatievoorziening op orde brengen. Openbare orde en veiligheid 1C, 1D, 1E • In samenwerking met partners en onder regie van de gemeente uitvoering geven aan het integraal veiligheidsbeleid van de gemeente Venray. • In samenwerking met partners uitvoering geven aan de netwerkregie Jeugd en Veiligheid en de daarbinnen uitgewerkte plannen van aanpak als het om jeugdgroepen gaat. In deze plannen van aanpak zijn zowel groepsgerichte, omgevingsgerichte als persoonsgerichte maatregelen opgenomen. De regisseur Jeugd & Veiligheid vervult op casusniveau een belangrijke spilfunctie en zoekt aansluiting bij het Veiligheidshuis Noord-Limburg. • Uitrol pilot Veilige en Leefbare buurten, met daaraan gekoppeld een wijkteam, over meer Venrayse wijken/dorpen. Het streven is erop gericht om steeds meer inwoners betrokken te krijgen bij de leefbaarheid en veiligheid in hun eigen woonomgeving. Deze betrokkenheid moet zich niet alleen gaan uiten in meedenken, maar zeker ook in meedoen. • In stand houden van het aantal doelgroepen binnen het Veiligheidshuis Noord-Limburg, doorontwikkeling van de aanpakken op deze doelgroepen inclusief verdere intensivering van de samenwerking tussen de lokale zorgnetwerken en de casusoverleggen van het Veiligheidshuis NoordLimburg. • De vorming van het nieuwe nationale politiekorps heeft consequenties voor de regionale bestuurlijke inrichting als het om de veiligheid gaat. Op het moment van het schrijven van deze tekst is nog niet bekend hoe deze bestuurlijke inrichting er uit gaat zien en of de huidige indeling in driehoeken gehandhaafd blijft. Tot eind 2011 geeft Venray invulling aan het waarnemend voorzitterschap en daaraan gekoppeld de rol van secretaris. Onbekend is of dit ook in 2012 nog het geval is. • Voortzetten van Burgernet en nieuwe toepassingsgebieden onderzoeken. • Het Regionaal College heeft de intentie uitgesproken om te komen tot een regionaal hennepconvenant. De aanpak van Het Groene Goud zal hier onder gebracht worden. Hoe hier lokaal invulling aan gegeven dient te worden, wordt medio 2011 duidelijk. • De driehoek Venlo- Venray heeft de intentie uitgesproken om districtelijke samenwerking op het gebied van het inbraakpreventieproject Waak voor Inbraak te verlengen. Medio 2011 wordt de doorstart gemaakt met Waak voor Inbraak. In eerste instantie is de aanpak verlengd voor een periode van ten minste een jaar. • Het regionale Convenant Samenwerkende Overheden (CSO) gaat per 1 januari 2012 op in het provinciale convenant 'Geïntegreerde Aanpak Georganiseerde Misdaad voor de Provincie Limburg'. De in het CSO benoemde thema's, ketenaanpak cannabis, patseraanpak, mensenhandel, worden hiermee geborgd in dit nieuwe provinciale convenant. Het convenant biedt verder de juridische basis voor het Regionaal Informatie en ExpertiseCentrum (RIEC) Limburg, waarmee beoogd wordt te voorkomen dat criminaliteit door de overheid wordt gefaciliteerd of dat er vermenging ontstaat tussen de onder- en bovenwereld. Het RIEC vormt daarbij een centraal punt van waaruit capaciteit en expertise op het gebied van bestuurlijke aanpak van criminaliteit beschikbaar wordt gesteld aan de aangesloten overheden. Eind 2011 heeft besluitvorming plaatsgevonden of Venray gaat participeren in het RIEC Limburg • Deelname aan het project Limburg Trekt zijn grens i.v.m. provinciaal coffeeshopbeleid. • Realiseren Keurmerk Veilig Ondernemen voor het winkelcentrum Brukske. • Uitvoeren afspraken gemaakt binnen Convenant Veiligheid en Maatschappelijke zorg • Uitvoeren brede aanpak fietsdiefstallen • Uitvoeren uitvoeringsprogramma gekoppeld aan Veiligheidsarrangement station Venray en Maaslijn met daaraan gekoppeld fysieke herinrichting stationsgebied.
21
Programmabegroting 2012
Product
Activiteiten /prestaties • Schoolveiligheid. Als uitvloeisel van het regionale convenant Veilige Basisschool, is het streven erop gericht om voor elke basisschool in het schooljaar 2011-2012 te komen tot een veiligheidsplan. Veilig Honk. Handhaving • Eind 2012 moet de vorming van een regionale uitvoeringsdienst RUD gerealiseerd zijn. Er wordt gestreefd naar een robuuste netwerkorganisatie op de schaal van de regio Noord- en Midden-Limburg, met het volledige basistakenpakket voor zowel vergunningverlening als toezicht en handhaving. In 2012 wordt een start gemaakt met een milieu-RUD voor toezicht en handhaving. Op de personele en financiële kwesties komen we terug na definitieve besluitvorming. • Terugdringen van normoverschrijdend gedrag in de Venrayse samenleving door onder meer intensivering van het toezicht in het publiek domein. Het in de raad vastgestelde Boa-beleid wordt toegepast. Naast de reguliere taken, controles betaald parkeren, naleving APV, overlast en evenementen, wordt in 2012 de verdere invulling van het beleid ter hand genomen. Hierbij worden de mogelijkheden van de vorming van een Boapool bezien, wordt de samenwerking gezocht met andere opsporingsinstanties en wordt de afstemming tussen straatcoaches en het optreden van Boa uitgebouwd. • De in 2010 gestarte pilot voor de inzet van straatcoaches wordt voortgezet in 2012. De straatcoaches zijn actief in Brukske, Landweert en VenrayCentrum voor de aanpak van maatschappelijke onrust door groepen hangjongeren. In het eerste kwartaal wordt de inzet van de straatcoaches geëvalueerd. Bij de evaluatie wordt de financieringsopzet betrokken voor de jaren 2013 en volgende betrokken. Uitstroombevordering • Ontwikkelen van één regionaal loket voor werk en inkomen (Werkplein Venray) • Ontwikkeling beleid m.b.t. het participatiebudget Maatschappelijke Dienstverlening/ WMO • Inzet en deskundigheid van vrijwilligers borgen • Per dorp en wijk tenminste één gebouwde ontmoetingsplek nastreven • Meer activiteitenaanbod voor ouderen • Elke accommodatie in de gemeente Venray is voor iedereen toegankelijk (Agenda 22) • Aanbod dagopvang voor kwetsbare burgers Openbare gezondheidszorg • Preventieve en curatieve verslavingszorg, vooral gericht op de jeugd
Effect
Algemeen
1B
Algemeen
1.3 Wat mag het kosten? a. Totaaloverzicht van baten en lasten Rekening 2010
Begroting 2011
Meerjarenbegroting
2012
2013
2014
2015
Lasten
45.764
46.297
44.459
42.725
41.084
39.986
Baten
25.546
25.374
23.603
22.576
Saldo
20.217
20.922
20.856
20.149
21.473 19.611
20.602 19.384
22
Programmabegroting 2012
b. Stortingen en onttrekkingen reserves Rekening 2010
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
Werkgelegenheidsmaatregelen Wet maatschappelijke ondersteuning Overheveling restant exploitatiebudg. Exploitatietekort Wet inburgering Totaal stortingen
163 277 73 150 664
0 0 0 0 0
92 0 0 0 92
92 0 0 0 92
92 0 0 0 92
92 0 0 0 92
Algemene reserve Werkgelegenheidsmaatregelen Wet maatschappelijke ondersteuning Overheveling restant exploitatiebudg. Totaal onttrekkingen
172 101 285 89 647
88 30 737 99 955
133 122 150 0 405
0 0 30 0 30
0 0 10 0 10
0 0 0 0 0
17
-955
-314
62
82
92
Saldo
c.
Opgenomen bedragen vanuit het Meerjarig Uitgaven InvesteringsProgramma 2012 Investering
Bruikleenartikelen WMO Bijdragen derden Brandweer preparatie 2012 tm 2016 Brandweer repressie en nazorg 2012 tm 2016 Totaal
929 -109 0 98 918
2012 20 0 13 6 39
Exploitatielasten 2013 2014 201 193 0 0 0 0 18 17 219 210
Voor een nadere toelichting op de belangrijkste investeringen verwijzen we naar paragraaf I “Investeringen en majeure projecten”.
23
2015 185 0 0 16 201
Programmabegroting 2012
24
Programmabegroting 2012
Programma 2: Venray bruist Doelstelling programma: Kleinschalige en grootschalige evenementen vinden zoveel mogelijk aansluiting op elkaar en versterken de stad en de dorpen. Venray ontwikkelt en stimuleert het organiserend vermogen van de samenleving. Venray versterkt het toerisme, bouwt het attractief centrum verder uit en behoudt de kwaliteit van haar landschap. Lokale schets Attractief centrum • Het centrum van Venray vervult een regionale functie en heeft een aantrekkelijk eigentijds karakter met daarbij passende activiteiten. Venray zet met kracht in op het stimuleren van het recreatief winkelen in het centrum. Ook willen we de horeca reguleren en stimuleren om zich verder te ontwikkelen op de locaties die daarvoor het meest geschikt zijn. Stimuleren initiatieven voor evenementen • In de strategische visie ‘Venray 2020’ is opgenomen als speerpunten dat “Venray versterkt inzet op evenementen” en “Venray ontwikkelt en ondersteunen van het organiserend vermogen van de samenleving”. Hierbij is aangegeven dat “Venray is een aantrekkelijke plaats voor een aantal (culturele) evenementen dat mikt op een (boven)regionaal publiek.” “De Venrayse evenementen (lokaal, regionaal en (inter)nationaal versterken de stad en de dorpen. Venray nodigt haar inwoners, bedrijven, instellingen en verenigingen uit om meer te doen. De gemeente stimuleert en ondersteunt dit waar nodig en wenselijk, conform de kaders en uitgangspunten zoals vastgelegd in het evenementenbeleid. Evenementen met potentie om uit te groeien en evenementen voor en door de jeugd kunnen op extra belangstelling van de gemeente rekenen.” Specifiek bij thema 4 vrije tijd in Venray is hierover opgenomen: ‘Subsidiëren/garantstellen evenementen”. Voor de jeugdevenementen ontwikkelen van afspraken/beleid rondom jeugdfestivals jongerensozen incl. subsidiëring/garantstellingen in de gemeente Venray. Extra aandacht voor jeugd en jongeren • Het thema jeugd en jongeren komt tot uitdrukking in diverse programma’s. Zo komt bijvoorbeeld het onderwerp Jeugd en gezin tot uitdrukking in programma 1, Voortijdig schoolverlaters in programma 4, Jeugdparticipatie in programma 5 en jeugd in relatie tot sport en cultuur in dit programma. • Jongeren hebben recht op een plek in maatschappij (letterlijk en figuurlijk) om zich te ontwikkelen en te ontplooien tot zelfstandige individuen. Het jeugd- en jongerenwerk vervult een belangrijke rol om jongeren te stimuleren en actief betrokken te zijn bij hun eigen leefomgeving. Hierin is een onderverdeling in: o vrijwillig jeugd- en jongerenwerk met ondersteuning van volwassenen ten behoeve van kinderen jonger dan 14 jaar binnen eigen leefgebied, dus voornamelijk wijk- en dorpgebonden o vrijwillig jeugd- en jongerenwerk met ondersteuning van jongeren/jong volwassenen ten behoeve van 14/15 jarigen en vrijwillig jeugd- en jongerenwerk met ondersteuning van professioneel jeugd- en jongerenwerk ten behoeve van 16 tot 23 jarigen binnen grotere leefgebied, dus bovenwijkse/bovendorpse voorzieningen. De vijf jongerensozen vervullen een centrale rol ten behoeve van de jongeren in de eigen en omliggende dorpen en wijken. In 2011 worden de sozen verder ondersteund om deze rol uit kunnen voeren o.a. door intensievere samenwerking. In 2012 wordt ’t Poppodium Venray op een nieuwe locatie gehuisvest. o Ambulant jongerenwerk dat contacten legt met straatgroepen/hanggroepen en zorgt voor eventuele doorverwijzing naar activiteiten en/of hulpverlening. Overlastgevende groepen worden geactiveerd tot participatie. • In 2012 en 2013 wordt een structureel multifunctioneel jongerencentrum gerealiseerd dat past bij de behoeften van jongeren van 14 tot 23 jaar, Het jongerencentrum heeft een gedegen beheersvorm en financiële onderbouwing. De locatie van het jongerencentrum heeft een zo breed mogelijk maatschappelijk draagvlak.
25
Programmabegroting 2012
Kunst en cultuur • Er wordt verder gewerkt aan de wens van de raad om te komen tot een geschikte huisvesting voor het in 2011 vastgestelde inhoudelijke concept van een nieuw Venrays museum, waarin Venrays Museum, Museum voor de Psychiatrie en alle erfgoedorganisaties samenwerken. • Kunstencentrum Jerusalem gaat vanaf schooljaar 2012-2013 op een andere manier werken. In de nieuwe kadernota WMO is uitgangspunt dat we streven naar collectieve voorzieningen. Bij het Kunstencentrum betekent dit dat collectief cursorisch aanbod van muziek en amateurkunsten, cultuureducatieprojecten en de Hafa-muziekopleiding worden gesubsidieerd. • Het Odapark is een van de Cultuurplaninstellingen in de provincie Limburg. De regionale en euregionale uitstraling wordt mede daardoor versterkt In het kader van de wisseltentoonstellingen op de rotondes wordt voor 2012 het thema Floriade gebruikt. In het najaar 2011 wordt begonnen met een groene invulling van deze rotondes. In het Floriadejaar komt er een kunstzinnige uiting bij. Dit geheel moet inwoners en bezoekers duidelijk maken dat Venray een gemeente is die direct verbonden is met de Floriade in 2012. • We stimuleren culturele instellingen om onderlinge samenwerkingsverbanden tot stand te brengen. Dat heeft eerder al geresulteerd in een convenant tussen de professionele instellingen waarin de bereidheid om waar mogelijk samen te werken, wordt onderschreven. In CultuurPunt werken deze instellingen al langer samen voor de binnenschoolse cultuureducatie en nu wordt deze samenwerking nog meer uitgewerkt. Verder wordt de samenwerking ook meer regionaal bekeken, met name door de professionele instellingen. • We willen een verdere versterking van de cultuurparticipatie in de buitenschoolse activiteiten. In het schooljaar 2010-2011 is dit project succesvol opgestart door de combinatiefunctionarissen in samenwerking met het kunstencentrum en SPOV. Dit aanbod wordt in het schooljaar 2011-2012 verder uitgebreid. Sport Sport is een verbindend element in onze samenleving en is daarmee een middel om maatschappelijke doelen te bereiken, zoals: o een gezonde levensstijl; o elkaar ontmoeten; o bevordering van integratie en participatie. Door zoveel mogelijk verbindingen te leggen en de krachten te bundelen wordt geprobeerd om het sportaanbod zo goed mogelijk in stand te houden, zoals samenwerking tussen de sportconsulenten, de sportcarroussel en Jeugdsportkennismaking.
Regeling Combinatiefunctionarissen • In september 2009 zijn met veel enthousiasme de cultuur- en sportconsulenten begonnen met hun werkzaamheden in de gemeente Venray. Belangrijkste doel is het verbinden van de drie sectoren sport, cultuur en onderwijs. Hiervoor is een beleidspan ‘Inzet combifuncties 20092012’ opgesteld samen met de Venrayse sport-, cultuur en onderwijsorganisaties. Per schooljaar maken de consulenten een concreet plan van aanpak. • De inzet is vooral gericht op versterking van het sportonderwijs op de basisscholen en het versterken van het sport- en cultuuraanbod in de naschoolse periode binnen het primair en voortgezet onderwijs. De verenigingen krijgen ondersteuning in hun aanbod van activiteiten en er wordt gestreefd naar een toename van samenwerking van organisaties. • Medio 2012 is de evaluatie van de Impuls brede scholen, sport en cultuur en vindt besluitvorming plaats over het vervolg. • Voor de uitvoering zijn 3,7 fte combinatiefunctionarissen (3,3 fte sport en 0,4 fte cultuur) actief in de gemeente. Conform de huidige regeling moet de gemeente Venray uitbreiden naar 6,6 fte in 2012. In verband met de bezuinigingen is in Venray besloten m.i.v. 2012 het aantal fte niet uit te breiden, tenzij er cofinanciering van derden plaatsvindt. Het ministerie is een mogelijke versoepeling van de regeling uit aan het werken, waarbij het wellicht mogelijk wordt een flexibel aantal fte af te nemen.
26
Programmabegroting 2012
Accommodatiebeleid In 2008 is de kadernota accommodatiebeleid door de raad vastgesteld. Eind 2010 heeft de raad een verdere concretisering van de accommodatienota vastgesteld. In 2011 is deze nota weer verder geconcretiseerd en wordt verbetering van de interne afstemming en organisatie uitgewerkt om meer transparantie, duidelijkheid en eenduidigheid te bereiken. Dit heeft ertoe geleid dat accommodatiebeleid meer onderdeel is geworden van het grotere geheel van vastgoedbeleid. In 2012 zal de vastgoedorganisatie – gemeentebreed - verder worden geïntegreerd in de organisatie. Hierdoor moet met name meer professionaliteit, effectiviteit en efficiëntie worden behaald.
2.1 Wat willen we bereiken? Effecten Uit de lokale schets worden de volgende effecten gedefinieerd: Tabel 2.1: Effecten Effect
2A
Versterken van het functioneren van het centrum van Venray. (compact, attractief en bereikbaar) Indicator: • Leegstand in het centrum van Venray (aantal leegstaande bedrijfspanden) • Verblijfsduur bezoekers: o auto’s dat > 2 uur parkeert t.o.v. het totaal aantal geparkeerde auto’s (op de drie grote terreinen)
Begro ting 2012
Begro ting 2013
Begro ting 2014
Begro ting 2015
13
10
8
8
18,2%
18,5%
18,7%
19,0%
Toelichting:De leegstand is verhoogd ten gevolgen van de economische recessie en de opmars van internet verkoop. De verwachting is dat de economie zich na 2011 weer iets zal herstellen en dat we door de aantrekkelijkheid van het centrum toch de ondernemers en bezoekers kunnen stimuleren om naar Venray te komen, waardoor dit vanaf 2014 verwacht weer bijtrekt. Kunst en cultuur en extra aandacht voor jeugd en jongeren 2D Kunst en cultuur meer onder de aandacht brengen bij de jeugd Indicator: • Percentage deelnemende scholen in kunsteducatie • Aantal deelnemende cultuurorganisaties in kunsteducatie • deelnemende groepen aan project “Muziek in de klas”
100 5 28
100 5 28
100 5 28
100 5 28
Toelichting: vanaf 2012 wordt meer nadruk gelegd op cultuur(educatie) waardoor minder nadrukkelijk op plaatsing van kunstwerken zal worden gestuurd Sport en extra aandacht voor jeugd en jongeren 2E Meer deelname aan sportactiviteiten door jongeren: Indicator: • Aantal deelnemers in het project “Jeugdsport kennismaking” o verenigingen o scholieren • Aantal deelnemende scholen en scholieren aan “Lekker Fit ” (v/h “Kies voor hart en sport”) o scholen • aantal basisscholen deskundigheidbevordering beweegcoach • aantal wijken/dorpen aanbod NSA PO • aantal deelnemers workshops NSA VO • aantal jongeren 12-18 jaar betrokken bij organisatie sportactiviteiten sportconsulent (focusgroep en organisatieteam) • aantal sportverenigingen individueel ondersteund • aantal verenigingen in traject samenwerking • aantal workshops deskundigheidsbevordering
28 225
28 225
28 215
28 215
23 10 10 420 150
23 10 12 450 100*
23 10 12 450 100
23 10 14 500 100
10 14 3
10 10 5
10 7 7
10 5 7
Toelichting: indicatoren 3 t/m 9 vanuit de Impuls brede school, sport en cultuur door de inzet van combinatiefuncties. Medio 2012 zal de raad een besluit neemt over structurele inbedding: dan worden doelstellingen voor 2013-2015 vastgesteld.
27
Programmabegroting 2012
Effect
Extra aandacht voor jeugd en jongeren 2F Meer jongeren actief bij hun eigen leefomgeving: Indicator: o aantal actieve jongeren tussen 12-23 jaar (per dorp/ wijk 5 tot 10 jongeren) o aantal wensgeldaanvragen o aantal jongerensozen
Begro ting 2012
150 10 5
Begro ting 2013
175 12 5
Begro ting 2014
200 14 5
Begro ting 2015
200 14 5
Beleidsnota’s • Nota “Ruimte voor kunst” (2008) • Kadernota WMO 2011-2014 (2011) • Nota “Implementatie combinatiefuncties 2009-2012’ (2009) • Notitie ‘structuur en ondersteuning jeugd en jongerenwerk’ (2009) • Notitie realisatie jongerencentrum (2010 en 2011) • Kadernota integraal accommodatiebeleid “Eenheid in verscheidenheid” (2008) • Evenementenbeleid (2011) • Kadernota Toerisme en recreatie (2010) • Kermisverhuurvoorwaarden (2009) • Marktverordening (2011) • Actualisatie Standplaatsbeleid (2011) • Standplaatsen en ventbeleid (2006) • Winkeltijdenverordening • Actualisatie Coffeeshopbeleid (2011) • Terrassenbeleid (2010) • Integraal Horecabeleid (2001) • Kadernota accommodaties 2011-2015 (2010) • Herziening detailhandelsbeleid (2005)
2.2 Wat gaan we daarvoor doen? In deze paragraaf gaan we kort in op speerpunten uit het collegeprogramma 2010-2014 die wij met betrekking tot dit programma uitvoeren of gaan uitvoeren om de gewenste effecten te bereiken. Tabel 2.2: speerpunten Product Activiteiten /prestaties
Effect
Kunstzinnige vorming • invulling geven aan uitvoeringsprogramma WMO kadernota Sport • Regionale samenwerking combinatiefuncties • invulling geven aan uitvoeringsprogramma WMO kadernota • Uitwerken van accommodatienota
2D, 2E, 2F 2E Alg.
Kunst en cultuur • invulling geven aan uitvoeringsprogramma WMO kadernota
2D, Alg.
Historische Archieven en Collecties • Toezicht houden op de digitale archiefvorming in het kader van de nieuwe kantooromgeving met waarborgen voor de digitale duurzaamheid • Meewerken aan een onderzoek naar het in kaart brengen van de mogelijkheden tot samenwerking op archiefgebied in de regio Venlo. Sociaal cultureel werk • Een zo multifunctioneel mogelijke voorziening voor een zo breed mogelijke doelgroep jongeren realiseren als vervanging van ’t Poppodium”.
2D
Alg.
2E
28
Programmabegroting 2012
2.3 Wat mag het kosten? a. Totaaloverzicht van baten en lasten Rekening
Begroting
Meerjarenbegroting
2010 8.622
2011 8.966
2012 8.237
2013 8.165
Baten
859
802
825
837
Saldo
7.763
8.164
7.412
7.327
Lasten
2014
2015
7.813
7.803
850 6.963
863 6.940
b. Stortingen en onttrekkingen reserves Rekening 2010 Gemeenschapshuis Veulen Accommodatiefonds Totaal stortingen Algemene reserve Monumenten Gemeenschapshuis Veulen Wet maatschappelijke ondersteuning Overheveling restant exploitatiebudg. Accommodatiefonds Totaal onttrekkingen Saldo
c.
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
6 0 6
6 460 466
6 0 6
5 0 5
5 0 5
5 0 5
159 10 9 44 83 0 305
302 97 9 132 0 153 694
65 0 9 0 0 153 227
0 0 9 0 0 153 162
0 0 9 0 0 0 9
0 0 9 0 0 0 9
-299
-228
-221
-157
-3
-3
Opgenomen bedragen vanuit het Meerjarig Uitgaven InvesteringsProgramma 2012 Investering
Jongerencentrum Totaal
1.747 1.747
2012 22 22
Exploitatielasten 2013 2014 65 128 65 128
Voor een nadere toelichting op de belangrijkste investeringen verwijzen we naar paragraaf I “Investeringen en majeure projecten”.
29
2015 128 128
Programmabegroting 2012
30
Programmabegroting 2012
Programma 3: Venray maakt wonen compleet Doelstelling programma: De gemeente Venray onderscheidt zich door een sterk centrum met hoogwaardige voorzieningen, groene woonwijken en dertien kerkdorpen met ieder hun eigen karakter. Venray biedt diversiteit in woonmilieus en woningtypen in elke prijsklasse en voor iedere levensfase. Lokale schets Differentiatie in woonconcepten • Bij nieuwbouw staat de vraag van de consument centraal en wordt ingezet op flexibele woningbouwplannen. Vraaggestuurd bouwen is het credo. • Bij woningbouwinitiatieven ligt de nadruk op het toevoegen van ontbrekende schakels in de woningvoorraad van de desbetreffende kern. • Gezien de grote toename van het aantal inwoners van 65 jaar en ouder, wordt in de Woningbouw ingezet op levensloopbestendige woningen die toegankelijk zijn voor diverse doelgroepen. Waar mogelijk ondersteunen we innovatieve woonzorgconcepten. • Meer nog dan naar nieuwbouw gaat de aandacht uit naar de bestaande woningen en woonwijken. Op een aantal plaatsen wordt noodzakelijke revitalisering en herstructurering ingezet op differentiatie in woningtypen in de breedste zin van het woord (huur en koop, prijs, vorm, doelgroep, etc.). Dit leidt tot een herverdeling van de woningvoorraad. Omslag van kwantiteit naar kwaliteit • Onderscheiden in woonmilieus: We bouwen naar behoefte. Hierbij staat het bouwen van zoveel mogelijk woningen niet meer voorop, maar juist het toevoegen van kwalitatief hoogwaardige woningen en woonmilieus waarbij het tegemoetkomen aan woonwensen centraal staat. De op een aantal plaatsen noodzakelijke revitalisering en herstructurering wordt hierbij ook ingezet. • Onderscheiden in de regio: De kracht van Venray is diversiteit! Venray onderscheidt zich door een sterk centrum met hoogwaardige voorzieningen, groene woonwijken in de kern en dertien dorpen met ieder hun eigen karakter. • Onder het motto van ontwikkelingsplanologie wordt steeds meer de nadruk gelegd op kwaliteit en het zo flexibel mogelijk inspelen op al dan niet voorziene ontwikkelingen. Maatwerk is daarbij belangrijk waarbij de inzet van het instrumentarium onder andere afhankelijk is van de dynamiek in het betreffende gebied en het type ontwikkelingen. In het gemeentelijke Breed overleg vindt ten aanzien van elk nieuw ruimtelijk initiatief een integrale ruimtelijke beoordeling plaats. Hierin wordt ook beoordeeld of het initiatief waardevol is voor Venray, passend is binnen de beleidskaders op zowel gemeentelijk, provinciaal (Limburgs Kwaliteitsmenu) als rijksniveau en op welke wijze we eraan kunnen meewerken. • Van belang is dat het ruimtelijke instrumentarium en dan met name de structuurvisies, de beleidskaders en de bestemmingsplannen up to date zijn en blijven. Huisvesting buitenlandse werknemers • Een onderwerp dat aandacht verdient, is de huisvesting van arbeidsmigranten. Uit onderzoeken uitgevoerd door de gemeente en Wonen Limburg blijkt dat er behoefte bestaat onder arbeidsmigranten om zich in Nederland te vestigen. Het aanbieden van een goede woon- of verblijfslocatie is dan ook een belangrijke doelstelling. De huisvesting is echter breder dan alleen een woon- of verblijfslocatie. Het raakt beleidsvelden zoals maatschappelijke diensten, economische ontwikkeling en handhaving. Hiervoor is goede afstemming en planning noodzakelijk. Dit brede onderwerp gaat verder dan onze gemeentegrenzen. Dat is dan ook de reden dat regionale samenwerking is gezocht met een tiental gemeenten in Noord- en Midden Limburg. Doel daarbij is om kennis te delen, dubbel werk te voorkomen door gezamenlijk thema's uit te werken, beleidsmatig zaken af te stemmen en als gezamenlijke regio richting Rijksoverheid de afstemming te zoeken. Een tiental thema's zal gezamenlijk worden opgepakt. De gemeenten Horst a/d Maas, Peel en Maas en Venray zijn daarbij kartrekkers. Milieu • Er dienen Europese en landelijke afspraken gemaakt te worden omdat er steeds meer nadruk komt te liggen op een duurzame leefomgeving. Daarom heeft de gemeente een beleidskader gemaakt voor energie en het klimaat voor de periode 2009-2012. In 2012 worden de laatste uitvoeringsprojecten uit dit programma opgestart. Daarnaast wordt een nieuwe energie/klimaatvisie voor de komende periode opgesteld. • Voor de vorming van Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD) wordt verwezen naar Programma 1, onderdeel 1.2 “Handhaving”.
31
Programmabegroting 2012
Huishoudelijk afval • Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen (Wet milieubeheer). Hieronder valt ook de gescheiden inzameling van het verpakkingsdeel van papier en karton, glas, metaal en kunststof dat afkomstig is van huishoudens. Voor het verpakkingsafval geldt producentenverantwoordelijkheid: de consument betaalt via de verpakkingsbelasting op producten voor de afvoer en verwijdering van het afval. Producenten betalen aan de gemeenten, via stichting Nedvang, een vergoeding om kunststof in te zamelen. Sinds 1 juli 2009 zamelt de gemeente Venray kunststof apart in, sinds 2011 met ondergrondse containers. • Een betere afvalscheiding levert geld op. Door het schaarser worden van grondstoffen, wordt afval steeds minder gezien als een reststof, maar als een grondstof. Dat wordt de komende jaren ook zichtbaar in lagere verwerkingstarieven en hogere opbrengsten van een aantal afvalstromen. • Op nationaal niveau is het afvalbeleid vastgelegd in het Landelijk AfvalbeheerPlan 2009-2021. Dit plan is in 2011 voor de tweede maal gewijzigd. Het afvalbeleid van de gemeente Venray is vastgelegd in het Gemeentelijke Afvalstoffenplan 2005 – 2012. In 2012 vindt de evaluatie van het afvalbeleid plaats en wordt het Afvalstoffenplan voor de nieuwe periode geschreven. Doel is de inzameling van alle afvalstromen te optimaliseren en het beleid af te stemmen op het gewijzigde Landelijk Afvalbeheerplan. Huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater • Op 1 januari 2008 is de wet "Verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken" in werking getreden. Deze wet voorziet in drie zorgplichten voor de gemeente: stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. Deze zorgplicht creëert een heffingsbevoegdheid in de Gemeentewet. Dit betekent dat gemeenten op het gebied van hemel- en grondwater middels verordeningen regels mogen stellen aan het lozen van deze twee waterstromen. Het rioolrecht wordt een heffing; daarmee vervalt dus het retributiekarakter. De gemeente is verplicht deze wijzigingen binnen 5 jaar na inwerkingtreding in het GRP op te nemen. Dit is in het geactualiseerde GRP meegenomen. Vanaf 1-1-2011 is gestart met een gedifferentieerde rioolheffing. • In het geactualiseerde GRP 2009 is opgenomen dat de gemeente Venray 0,5% hemelwater per jaar afkoppelt tot 2027. Dit is een peildatum voor de Europese kaderrichtlijn water. • Op 31 maart 2008 is de subsidieregeling afkoppelen hemelwater voor particulieren in werking getreden. Hiermee subsidieert de gemeente Venray in 4 jaren voor in totaal € 400.000 met het doel om minimaal 31.000 m2 af te koppelen. 2011 is het laatste jaar dat deze subsidie wordt verstrekt. Verkeer en vervoer • In het op 27 maart 2007 vastgestelde VVVP en de op 12 februari 2008 vastgestelde Visie Wegenstructuur is de conclusie getrokken dat er op de huidige wegenstructuur geen onoplosbare doorstromingsproblemen zijn. Venray staat echter niet stil: ze werkt aan haar toekomst hetgeen resulteert in vele nieuwe (stedelijke) ontwikkelingen met een toename van het autoverkeer (+30% tot 2020). Daarnaast is er in de regio meer aandacht voor mobiliteit hetgeen tot uiting komt in de Regionale Mobiliteitsvisie welke in de loop van 2012 een lokale doorvertaling krijgt. • Door deze groei komen bereikbaarheid, leefbaarheid en verkeersveiligheid onder druk te staan. Zonder maatregelen betekent dit op de hoofdwegen (o.a. Leunseweg, Maasheseweg, Deurneseweg) een verslechtering van de doorstroming van het verkeer. Zowel in woongebieden als in het buitengebied zijn daardoor maatregelen nodig om sluipverkeer te weren en de verkeersveiligheid te vergroten. • Naast fysieke maatregelen is inspanning vereist op het gebied van gedragsbeïnvloeding. In samenwerking met het ROVL (Regionaal Overlegorgaan Verkeersveiligheid Limburg) is in Landweert een pilot gestart om te onderzoeken welk soort maatregelen al dan niet werken. Parkeren • In het kader van het nieuwe parkeerbeleidsplan wordt uitvoering gegeven aan het eerste deel van het uitvoerings programma, waaronder actualisatie van de vergunninghoudersregeling en het opstellen van de beleidsnota Parkeernormen. 32
Programmabegroting 2012
Speelruimte • De vervangingen vanuit het Speelruimteplan (2008) liggen op koers. Hieraan zal in 2012 verder uitvoering worden gegeven. Openbaar groen • Het groenbeheerplan is geëvalueerd in 2011 en hieraan zal uitvoering worden gegeven komende jaren. Vooral in Landweert zullen we in 2012, aansluitend op de uitgevoerde en nog uit te voeren werkzaamheden in het kader van het verkeersplan Landweert uit 2010 de groenstructuur en groenkwaliteit verder verbeteren middels renovaties en reconstructies. • De onderhoudsbestekken zullen in het najaar van 2011 opnieuw worden aanbesteed voor 3 jaar. De bezuinigingen worden hierin meegenomen. Aanbesteding kan dus leiden tot onder- of overschrijding beheerbudgetten. Natuurbeheer • De provincie heeft een aantal wijzigingen doorgevoerd in haar subsidiestelsel. Dit heeft negatieve financiële gevolgen voor met name overheidsinstellingen. Enerzijds wordt de gemeente uitgesloten voor een aantal deelsubsidies en anderzijds wordt per subsidiepakket minder uitgekeerd. Deze ontwikkeling heeft gevolgen voor de uitvoering van het bosbeheerplan. In 2012 wordt duidelijk welke gevolgen dit zal hebben voor het bosbeheer. Openbare verlichting • Er wordt steeds meer aandacht besteed aan verdergaande energiebesparing door dimmen en het plaatsen van nieuwe generatie armaturen. Dit heeft een daling van de energiekosten tot gevolg. De hoge investeringskosten in deze nieuwe techniek hebben op dit moment nog een relatief lange terugverdientijd van 15 tot 20 jaar, waardoor op korte termijn wel een behoorlijk milieu winst behaald wordt maar geen financiële winst. In 2012 wordt het beleidsplan openbare verlichting herzien. Hierin zal uitdrukkelijk aandacht worden besteed aan mogelijkheden waarbij met de inzet van een combinatie van nieuwe ontwikkelingen in zowel technische (LED-verlichting) als financiële zin (huurkoop/lease) deze resultaten worden verbeterd.
3.1 Wat willen we bereiken? Effecten Uit de lokale schets worden de volgende effecten gedefinieerd: Tabel 3.1: Effecten Effecten
3A
Brede toegankelijkheid woningbouw voor diverse doelgroepen Indicator: • Aantal gerealiseerde levensloopbestendige woningen • Aantal verstrekte startersleningen
Begro ting 2012
Begro ting 2013
Begro ting 2014
Begroting 2015
75 5
75 5
75 5
75 5
Toelichting: In de programma’s van de woningbouwprojecten De Brabander, Parc Velt en het Circusterrein worden een fors aantal levensloopbestendige woningen opgeleverd. In de dorpen Leunen, Heide, Blitterswijck en Oirlo worden de komende jaren levensloopbestendige woningen gebouwd. Verder is de keus gemaakt voor een nieuwe indicator. Het aantal verstrekte starterleningen. Dit geeft een beter beeld van de toegankelijkheid van de woningmarkt aangezien dit ook doorstroming oplevert dan aantal gerealiseerde W-W-Z initiatieven. In 2011 is nieuw budget vrijgemaakt om 15 extra Startersleningen te verstrekken. Hiermee hoopt gemeente Venray de komende jaren starters op de woningmarkt te ondersteunen bij de aankoop van hun eerste woning. De bijdrage van de provincie vanaf 2012 staat echter onder druk. Als het verzoek van de gemeente om de provinciale bijdrage na 2011 voort te zetten ingewilligd wordt, zal de beschikbaarheid van de Starterslening in stand blijven. Indien de bijdrage van de provincie vervalt, zal het aantal te verstrekken Startersleningen lager uitvallen. Nieuwe Startersleningen zullen dan verstrekt worden uit de terugbetaling van reeds verstrekte Startersleningen, waardoor dan beperkt ruimte geboden kan worden aan starters na 2012.
33
Programmabegroting 2012
Effecten
3B
Beschikking hebben over gedifferentieerde woonmilieus Indicator: Aantal grondgebonden woningen versus appartementen •
•
Verhouding woningbouw kern Venray vs Kerkdorpen
Begro ting 2012
Begro ting 2013
Begro ting 2014
Begroting 2015
75/50
75/50
75/50
75/50
66% /34%
66% /34%
66% /34%
66% /34%
Toelichting: De komende jaren worden nog een aantal grote projecten opgeleverd waarvan een groot deel appartementen betreft, deze zijn: Circusterrein, Gouden Leeuw, Parc Velt en het van Harenterrein. Het totaal aantal woningen is echter naar beneden bijgesteld van 150 woningen naar 125 woningen ingegeven door de ontwikkelingen op de woningmarkt, uitstellen van projecten en faseren van projecten. Verder bleek de indicator, verhouding bebouwingsdichtheid,niet voldoende te zeggen over de beschikbaarheid van gedifferentieerde woonmilieus. Vandaar dat gekozen is voor een nieuwe indicator, verhouding woningbouw kern Venrat vs kerkdorpen. Deze verhouding is gebaseerd op de Etilprognoses en zijn langjarige gemiddelden. Omslag van kwantiteit naar kwaliteit 3D Vraaggestuurd bouwen Indicator: Verhouding nieuwbouw koop / huur • • Percentage: o Huur, sociaal o Huur, liberaal o Koop goedkoop o Koop middenduur
65%/ 35%
65%/ 35%
65%/ 35%
65%/ 35%
30% 5% 5% 60%
30% 5% 5% 60%
30% 5% 5% 60%
30% 5% 5% 60%
Toelichting: in ons woningbouwprogramma streven wij naar een gedifferentieerd aanbod aan (nieuwbouw)woningen. Hiermee willen wij de kwaliteit van onze totale woningvoorraad verbeteren zodat deze aansluit op de behoefte vanuit de samenleving. In toenemende mate zal gekeken worden naar de vraag vanuit de burger. Flexibiliteit is hierbij van groot belang. Het woningbehoefteonderzoek uit 2010 biedt hier handvaten voor. Op basis van dit onderzoek is de verhouding koop/huur vastgesteld op 65%/35%. . Verder is de classificering aangepast van huur en koop. Op deze manier sluit het beter aan bij de gegevens die wij voor handen kunnen krijgen. Huisvesting buitenlandse werknemers 3C Kunnen opvangen van buitenlandse werknemers Indicator: • Aantal gerealiseerde onderkomens voor buitenlandse werknemers
2
5
7
7
Toelichting: Het beleidskader huisvesting buitenlandse werknemers Venray is in 2011 herzien. Daarnaast wordt er in 2011 een regionale aanpak arbeidsmigranten opgezet. Door deze initiatieven ontstaan er kansen om de bestaande locaties, onder voorwaarden, te legaliseren en om nieuwe huisvesting voor arbeidsmigranten te realiseren. Bij het legalisatieproces hoort ook het voeren van ruimtelijke procedures, die behoorlijk wat tijd in beslag nemen. Naar verwachting zullen daarom in de loop van 2012 locaties gerealiseerd worden. Er zal op worden toegezien - en waar nodig gehandhaafd – dat alle veiligheid- en leefbaarheidaspecten bij de realisatie worden meegenomen. Afhankelijk van de voortgang van de regionale aanpak zal er tevens nieuwbouw gericht op arbeidsmigranten gerealiseerd kunnen worden. Door inzichten van dit nieuwe beleid is gebleken dat dit echt een groei proces is waardoor het aantal onderkomens meerjarig naar beneden zijn bijgesteld t.o.v. de begroting 2011. Milieu 3G Bescherming en verbetering van milieukwaliteit Indicator: Aantal veehouderijen en Besluit huisvesting • Totaal aantal veehouderijen (inclusief veehouderijen gestopt na 2010): Verdeling volgens: o IPPC-bedrijven met vergunning die voldoet aan Besluit huisvesting o Niet IPPC-bedrijven waarvan vergunning/melding voldoet aan Besluit huisvesting o Overige bedrijven (bedrijven waarvan vergunning/melding niet voldoet aan Besluit huisvesting en bedrijven die op termijn gaan stoppen of gestopt zijn)
360
360
360
360
130
140
150
150
160
160
150
150
70
60
60
60
34
Programmabegroting 2012
Effecten
Begro ting 2012
Begro ting 2013
Begro ting 2014
Begroting 2015
Toelichting: deze indicator is per 2012 aangepast. Het besluit huisvesting stelt eisen aan de veehouderijen. IPPC bedrijven (grote veehouderijen) moeten per direct voldoen aan de normen van het Besluit huisvesting. Voor de overige veehouderijen kent het Besluit huisvesting overgangstermijnen waarbinnen stallen moeten zijn aangepast. Van de gemeente wordt verwacht dat zij tijdig de hiervoor benodigde vergunningen hebben verleend. De eisen van het Besluit huisvesting hebben tot gevolg dat een aantal bedrijven gaat stoppen. Deze stoppende bedrijven, vooral de kleinere bedrijven, kunnen of willen de investeringen niet opbrengen. De indicator laat zien wat de voortgang is van het Besluit huisvesting. Huishoudelijk afval 3E Bevorderen van producthergebruik + scheiding huishoudelijk afval. Indicator: • Tonnage gescheiden ingezamelde kunststof verpakkingsmateriaal 540 • % Gescheiden ingezameld GHA en fracties Huishoudelijk Afval 71% (HHA) 3F Minimaliseren afvalstoffenheffing (gem. samengesteld tarief). Indicator: • Gemeente Venray (in euro) 177
550 72%
550 72%
550 72%
177
177
177
Toelichting: De Afvalstoffenheffing is een kostendekkend tarief. Omdat verschillende afvalcontracten in 2011 gunstig zijn aanbesteed, daalt de Afvalstoffenheffing vanaf 2012. Sinds de zomer van 2011 wordt het kunststof afval niet meer huis aan huis opgehaald. Inwoners kunnen dit afval naar containers brengen. De verwachting is dat zij hun kunststof afval goed blijven scheiden: zij hebben nu gezien hoeveel afval dit scheelt in de grijze container en hoeveel geld dit oplevert dankzij het diftar-systeem. Huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater 3L Afkoppelen regenwater zodat het rioolstelsel minder belast wordt bij stortbuien, minder water gezuiverd hoeft te worden en verdroging tegengegaan wordt. Indicator: • % Afkoppelen openbare ruimte • Aantal m² afgekoppeld bij particulieren
0,5% 0
0,5% 0
0,5% 0
0,5% 0
Toelichting: percentages afkoppelen openbare ruimte gebaseerd op geactualiseerde GRP 2009.De huidige regeling afkoppelen regenwater is na 4 succesvolle jaren gestopt Verkeer en vervoer 3I Verbetering van de verkeerscirculatie en verkeersveiligheid. Indicatoren (cumulatief): • % erftoegangsweg met 30km/h maatregel • % erftoegangsweg met 60km/h borden • % erftoegangsweg met 60km/h inrichting
89% 99% 35%
91% 100% 40%
93% 100% 45%
95% 100% 50%
Toelichting: de percentages van 2010 zijn aangepast omdat de verkeerssituatie in de 3 nieuwe dorpen nog niet op het peil hadden zoals de gemeente Venray. De verwachte groei is naar beneden bijgesteld vanwege de beperkte financiële middelen. Openbare verlichting 3J Verbetering van de verkeersveiligheid en sociale veiligheid door uitbreiding van openbare verlichting. Indicator: • Uitbreiding areaal • Voldoen aan verlichtingsnorm in %
73,5% 64%
77,0% 65,5%
80,5% 67,0%
84,0% 68,5%
Toelichting: door bezuinigingen op de reconstructieprojecten vanaf 2011 en extra kosten door uitgestelde onderhoudsvervangingen door bezuinigingen in het verleden zal de groei naar 100% voldoen aan de norm voor verkeersveiligheid vanaf 2012 naar beneden moeten worden bijgesteld. Daarnaast is er steeds meer vraag naar verlichting voor sociale veiligheid, waarvoor duidelijk beleid ontwikkeld zal moeten worden. Speelruimte 3M Aanleggen/opwaarderen speelplekken conform speelruimteplan. Indicator: Aantal te realiseren: • Breedtesportplekken • Blok- en buurtspeelplekken
1 2
1 1
1 0
1 0
Toelichting: Vanwege weerstand van buurtbewoners op het realiseren van breedtesportplekken in hun omgeving, blijkt het lastig te zijn de doelstellingen te realiseren.
35
Programmabegroting 2012
Effecten
Openbaar Groen 3K Verbetering van de groenkwaliteit volgens groenbeheerplan 2011. Indicator: Percentage dat voldoet aan de kwaliteit: • Centrum (binnen de binnenring) • Brukske • Landweert
Begro ting 2012
Begro ting 2013
Begro ting 2014
Begroting 2015
94% 65% 70%
95% 67% 75%
96% 69% 77%
97% 71% 79%
Toelichting: Het centrumgebied inclusief bermen van de ringweg van Brukske wacht op de uitvoering van het masterplan. Een eerste aanzet willen we doen door enkele blokhagen aan de rondweg om te vormen naar gras zodat een eenduidig beeld aan de rondweg ontstaat. Deze omvorming past in de lijn van het groenbeheerplan 2011 en betreft geen kapitaalvernietiging, want gras kan met minimale middelen worden verwijderd, mocht het masterplan met een andere inrichting komen.
Beleidsnota’s Het beleid voor dit programma is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Strategische visie Venray 2020 (november 2009) • Collegeprogramma 2010-2014 (2010) • Ontwikkelingsperspectief Venray (2005) • Regionale woonvisie (2005) • Woonvisie Venray (2007) • Kadernotitie Wonen (2011) • Nota Grondbeleid gemeente Venray 2011 • Het Provinciaal Omgevingsplan Limburg (2001, inclusief latere aanvullingen) • Woningbehoefte onderzoek (2010) • Bouwtoetsingsbeleid (2005) • Beleidskader mantelzorg (2010) • Economische Visie (2008-2020) • Nota Ruimtelijke kwaliteit Venray (2010) • Integrale gebiedsvisie (Dorpsontwikkelingsplan) Oostrum (2007) • Integrale gebiedsvisie (Wijkontwikkelingsplan) Centrum (2007), Brukske (2007), Landweert (2009) en Centrum West (2009) • Structuurvisie Dorpsontwikkelingsplan Oirlo (2009), Vredepeel, Leunen, Ysselsteyn, Castenray, Heide, Veulen, Merselo en Smakt (2010) • Singelvisie (2007) • Reconstructieplan (2005) • Gebiedsprogramma 2007-2013 Venray Meerlo-Wanssum (2007) • Beleidskader huisvesting buitenlandse werknemers Venray (2011) • Beeldkwaliteitsplan “Buitengebied Venray 2010” • Ruimtelijk KwaliteitsKader Buitengebied Venray 2010” • Milieubeleidsplan 2003-2007 (2003) • Beleidskader Energie en Klimaat Venray 2009- 2012 • Geurverordening veehouderij (2011) • Ontheffingenbeleid op het verbod om afvalstoffen te verbranden (2009) • Functieklassenkaart (2011) • Bodemkwaliteitskaarten voor grondverzet (2011) • Reclamebeleid (2010) • Gemeentelijk afvalstoffenplan 2005-2012 (tussentijdse evaluatie in 2009, eindevaluatie in 2012) • Gemeentelijk Rioleringsplan 2005-2015 (vastgesteld in 2005, geactualiseerd in 2009) • Venray’s Verkeers- en vervoersplan (VVVP) (vastgesteld 2007, incl. planning deelonderzoeken) • Visie Wegenstructuur en wegcategorisering (vastgesteld in 2008, inclusief uitvoeringsprogramma) • Beleidsplan openbare verlichting (2004, actualisatie in 2011) • Beleidsplan wegen 2011-2015 (vastgesteld in 2010) • Beheerplan gemeentebossen Venray (2009 – 2020) • Beheerplan landschap 2005–2012 • Plan zorg voor natuur en landschap 2006-2016 • Speelruimteplan (2008) • Groenstructuurplan (2005) en daaruit voortvloeiend groenbeheerplan (2011) • Parkeerbeleidsplan 2011-2020 (2011) • Regionale mobiliteitsvisie (2011)
36
Programmabegroting 2012
3.2 Wat gaan we daarvoor doen? In deze paragraaf gaan we kort in op speerpunten uit het collegeprogramma 2010-2014 die wij met betrekking tot dit programma uitvoeren of gaan uitvoeren om de gewenste effecten te bereiken. Tabel 3.2: speerpunten Product Activiteit / prestaties Ruimtelijke Ontwikkeling • Actualiseren bestemmingsplan buitengebied Wanssum, Geijsteren en Blitterswijck • Ontwikkeling majeure projecten ( Brukske, Noordwesthoek,) actualiseren in dialoog met de raad • Uitvoeren reconstructieplan Noord- en Midden Limburg • Uitvoering van het project Loobeekdal • Uitvoering plan van aanpak regulier onderhoud bestemmingsplannen (in 2012 focus op de actualisatie en digitalisering van bestemmingsplannen van voor 1 juli 2003) deadline 1 juli 2013. • Opstellen structuurvisie LKM en bijdrage ruimtelijke ontwikkelingen Volkshuisvesting • Faciliteren en coördineren van het aanbieden van goede huisvesting voor arbeidsmigranten • Opstellen regionale woonvisie Huishoudelijk afval • Organiseren afvalcongres Milieu • Vaststellen integrale milieuvisie • Uitvoeringsprogramma beleidskader energie en klimaat • Voorbereiden deelname RUD Wegen, straten en pleinen • Directe woonomgeving Brukske gefaseerd herinrichten Verkeer • Herinrichting van de rest van de Kruidenlaan opdat de weginrichting voldoet aan de inrichtingseisen voor een erftoegangsweg. • Herinrichten weg kruispunt A73/Maasheseweg/Metaalweg • Herinrichten stationsweg Openbaar Vervoer • Integraal met de afdeling Veiligheid en Handhaving herinrichten van de Stationsomgeving, inclusief veiligheidsarrangement Parkeren • Vervangen bestaande slagboominstallaties op Blekersveld en het Raadhuisplein • Actualisatie vergunninghouders- en ontheffingsregeling • Finetuning tariefgebieden • Haalbaarheidsstudie viertal uitbreidingslocaties • Beleidsnota Parkeernormen Openbare verlichting • De doelstelling blijft bestaan om de verkeers- en sociale veiligheid te vergroten door het areaal 3,5% per jaar uit te breiden tot een dekking van 100% rond 2020. Natuurbeheer • In samenwerking met stichting de Marke inzetten op beheer en natuureducatie Openbaar groen • Een uniforme beplanting langs de Albionstraat en Leunseweg (binnen de kom) realiseren. • Een duurzaam ingerichte groene buffer tussen Keizersveld en Landweert realiseren. Huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater • Afkoppelen verhard oppervlak Speelruimte • Eén breedtesportplek en twee buurtspeelplekken opwaarderen
Effect 3A, 3B, 3D
3A, 3B, 3C, 3D
3G
37
Programmabegroting 2012
3.3 Wat mag het kosten? a. Totaaloverzicht van baten en lasten Rekening
Begroting
Meerjarenbegroting
2010 39.369
2011 23.974
2012 24.419
2013 23.992
Baten
14.407
12.375
12.649
12.700
Saldo
24.962
11.598
11.770
11.292
Lasten
2014
2015
23.730
23.695
13.008 10.722
13.230 10.465
b. Stortingen en onttrekkingen reserves Rekening 2010 Algemene reserve Egalisatie riolering Parkeren MW Onderhoud industriehaven Bovenwijkse werken Ruimtelijke ontwikkelingen Totaal stortingen Algemene reserve Egalisatie riolering Parkeren Bouwen Wet maatschappelijke ondersteuning Overheveling restant exploitatiebudg. MW Onderhoud industriehaven Bovenwijkse werken Totaal onttrekkingen Saldo
c.
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
255 165 500 80 91 63 1.155
0 35 0 80 0 0 114
0 212 0 80 0 0 291
0 491 0 80 0 0 570
0 744 1 80 0 0 825
0 900 100 80 0 0 1.079
14.119 0 0 28 58 38 2 1.010 15.254
420 0 208 0 0 0 3 59 691
397 9 454 0 0 0 3 0 863
137 32 417 0 0 0 3 0 589
42 31 36 0 0 0 3 0 113
0 31 37 0 0 0 3 0 70
-14.099
-577
-572
-19
712
1.009
Opgenomen bedragen vanuit het Meerjarig Uitgaven InvesteringsProgramma 2012 Investering 2012
Vervanging gemalen civieltechnisch 2012 Bijdrage egalisatiereserve riolering Vervanging drukriolering electrisch en mechanisch 2012 Bijdrage egalisatiereserve riolering Meeliftbudget 2012 tm 2016 Voorbereidingen 2012 - 2016 Openbare inrichting Brukske Groen Albionstraat Leunen Bijdrage algemene reserve Vervangen bomen bufferstrook Keizersveld Bijdrage algemene reserve Speelruimteplan uitvoering Speelvoorzieningen vervangingen Vervangen openbare verlichting Speelvoorzieningen vervangingen Bijdrage bestemmingsreserve Parkeren Uitvoeringsprogramma arbeidsmigranten Bijdrage overheid Buitengebied Wanssum, Geijsteren, Blitterswijck 2012-2014 Bijdrage algemene reserve Totaal
206 0 159 0 153 1.788 561 0 0 0 0 163 157 121 80 0 0 0 0 0 3.388
5 -5 4 -4 4 45 26 30 -30 45 -45 4 4 22 2 -2 125 -125 247 -247 105
Exploitatielasten 2013 2014 14 14 -14 -14 18 18 -18 -18 14 13 159 156 62 61 0 0 0 0 0 0 0 0 24 23 23 22 12 12 12 11 -10 -10 0 0 0 0 137 42 -137 -42 296 289
Voor een nadere toelichting op de belangrijkste investeringen verwijzen we naar paragraaf I “Investeringen en majeure projecten”. 38
2015 13 -13 17 -17 13 152 60 0 0 0 0 22 22 11 11 -10 0 0 0 0 281
Programmabegroting 2012
Programma 4: Venray economisch actief Doelstelling programma: Venray zet in op versterking van de regionale samenwerking, bevordert de beschikbaarheid van kennis op alle opleidingsniveaus en legt de nadruk op de kwaliteit en duurzaamheid. Lokale schets Ontwikkeling bedrijvigheid •
•
• •
Het creëren van voldoende en gedifferen-tieerde werkgelegenheid die aansluit op het (stijgende) opleidingsniveau van de beroeps-bevolking is van enorm belang voor een gezonde economische structuur. Hiervoor is ons doel om te zorgen voor een voldoende gedifferentieerd aanbod van goed bereikbare bedrijventerreinen, en het aantrekken van gedifferentieerde hoogwaardige bedrijvigheid. We zetten niet alleen in op de nieuwe terreinen maar vooral ook op herstructurering van de bestaande terreinen.
Gegeven de ontwikkeling naar een kennisintensieve samenleving is het behouden en eventueel aantrekken van voldoende gekwalificeerd personeel noodzakelijk. Bij de activiteiten in dit kader wordt nadrukkelijk het economisch beleid gekoppeld aan de beleidsterreinen arbeidsmarkt en onderwijs/ kennisontwikkeling. Daarnaast wordt hiervoor de samenwerking in de Regio Venlo gezocht (zie ook programma 1 Venray zorgt voor elkaar). Het MKB is de motor van de lokale economie. Wij willen het lokale bedrijfsleven de ruimte bieden om zich te ontwikkelen. Voorts stimuleren we startende bedrijven. Ook daarbij wordt de nadruk gelegd op kennis en innovatie. Niet alleen in de stad, maar ook op het platteland worden vernieuwende initiatieven gestimuleerd. Daarbij zetten we o.a. in op verruiming van de mogelijkheden die de plattelandseconomie bevorderen. Specifiek ter versterking van de economische positie van de agribusiness richten wij ons op de vernieuwing van deze sector. Wij steunen in dat kader innovatieve projecten en zoeken daarbij nadrukkelijk de (Eu)regionale samenwerking.
Verdieping en verbreding van Onderwijs(faciliteiten) • Voortgezet/beroepsonderwijs speelt bij de ontwikkeling van het arbeidsmarktbeleid een belangrijke rol. Door de opkomst van de kenniseconomie in Nederland zal er structureel aandacht moeten komen voor het ophogen van het opleidingsniveau en de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. Binnen de Kennisalliantie Noord- en Midden-Limburg gaan alle hierbij betrokken partners (overheid, onderwijs, ondernemers) een plek krijgen. • Het voorkomen van voortijdig schoolverlaten is een belangrijk item, om er mede voor zorg te dragen dat jongeren voldoende gekwalificeerd de arbeidsmarkt opgaan. Wettelijk criterium hierbij is de zogeheten startkwalificatie, wat inhoudt een diploma op minimaal havo, vwo, MBO niveau 2. De gemeente heeft voor het dalen van het aantal voortijdige schoolverlaters een convenant 2009/2011 afgesloten, samen met de andere drie centrumgemeenten van Noorden Midden- Limburg, het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de scholen voor voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs in Noord- en Midden- Limburg voor daling van aantal VSV-ers met 40% naar 35.000 landelijk. Vanaf schooljaar 2012/2013 wordt een nieuw meerjarenconvenant opgesteld voor de te behalen daling aantal VSV-ers naar 25.000. Binnen het convenant worden jaarlijks afspraken gemaakt tussen Ministerie, onderwijs en gemeenten over de inzet van de programmagelden. Schooljaar 2011/2012 geldt als een overgangsjaar. • Vanaf 2012 structurele financiering zogenaamde plusvoorzieningen en intensievere begeleiding van (potentiële) VSV-ers in het vmbo en mbo. Voor de plusvoorziening Venray wordt samengewerkt binnen de RMC-regio 38 (Noord- en Midden Limburg). Uitvoeringslocatie is in Venlo. • Intensivering samenwerking van RMC met het Werkplein en bij de uitvoering Wet Investering Jongeren (WIJ), en bijdragen aan actieplan jeugdwerkeloosheid. • De wetgeving rondom harmonisatie voor- en vroegschoolse educatie is ingegaan per augustus 2010. De harmonisatie is gericht op o.a. taalachterstand en sociale ontwikkeling voor kinderen in de leeftijd van 2 tot maximaal 13 jaar en wordt gerealiseerd in samenwerking met peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en het primair onderwijs. Verder is dit gericht op een kwaliteitsslag in het peuterspeelzaalwerk waarbij de normen voor het peuterspeelzaalwerk 39
Programmabegroting 2012
meer gelijk getrokken worden met die van de kinderopvang. De vertaling hiervan in gemeentelijk beleid zal in 2011 gereed zijn. Synergie in regionaal verband Venray wil de regionale economische ontwikkeling stimuleren door samenwerking en afstemming met gemeenten in de Regio Venlo. Het binnenhalen van de Floriade 2012 is een eerste succes van deze samenwerking. Samen met externe partijen werken we aan een zo groot mogelijke spin off van dit evenement voor Venray. Daarnaast tracht Venray de voordelen te benutten van haar centrale positionering tussen de steden Eindhoven/Helmond, Arnhem/Nijmegen en Venlo. Een goede bereikbaarheid van ondernemingen, zorginstellingen, winkels etc. levert een belangrijke bijdrage aan het goed functioneren van de Venrayse economie. In dat kader is er bijzondere aandacht voor de N270, de wegverbinding tussen de Regio Eindhoven/Helmond en de oostkant van de Maas die door onze gemeente loopt. Ook het verbeteren van de positie, het functioneren en de bereikbaarheid van de Wanssumse Haven voor het Venrayse bedrijfsleven heeft actieve aandacht. Hierbij wordt nadrukkelijk ook in regionaal verband afstemming en samenwerking gezocht. De ontwikkeling van de Haven is mogelijk geworden door de Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum, waarin een rondweg is opgenomen. Deze rondweg is een randvoorwaarde als ontsluiting voor de Haven en het naastgelegen industriegebied (zie ook paragraaf I Investeringen en majeure projecten, Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum) Toerisme en recreatie • Een belangrijke toeristische trekker is het centrum van Venray dat een breed scala aan voorzieningen (winkels, horeca, evenementen en sociaal-culturele instellingen) biedt. Wij zetten in op de verdere versterking van het centrum. Verder stimuleren wij vooral de (kleinschalige) bedrijvigheid op het gebied van toerisme en recreatie in het buitengebied met daarbij speciale aandacht voor de kansen die de ligging aan de Maas ons biedt. • Wij richten ons op de verbetering van de recreatieve routestructuren en de ontwikkeling van arrangementen. Dit in samenspraak met het nieuwe Toeristisch Recreatieve Platform Venray. Met betrekking tot algemene promotie van dit gebied werken we ook samen met onze buurgemeenten in de Stichting Promotie Noord-Limburg. Wij zetten in op een vergaande samenwerking dan wel fusie tussen deze Stichting en de Stichting Toerisme Noord-Limburg (de beheerder van de VVV winkels). Gesprekken hierover zijn inmiddels gestart.
4.1 Wat willen we bereiken? Effecten Uit de lokale schets worden de volgende effecten gedefinieerd: Tabel 4.1: Effecten Effecten
Verdieping en verbreding van onderwijs(faciliteiten) 4A Op de behoefte afgestemd onderwijsaanbod voor kinderen: Indicator: • Aantal kinderen dat buiten Venray onderwijs volgt (excl. Smakt): o Speciaal onderwijs o Speciaal voortgezet onderwijs o Islamitische school
Begro ting 2012
103 131 23
Begro ting 2013
105 135 25
Begro ting 2014
105 135 25
Begro ting 2015
105 135 25
Toelichting speciaal onderwijs: Het betreft hier scholen o.a. voor kinderen met (lichamelijke) beperkingen, leer- en gedragsproblemen, etc. Het aantal kinderen is verspreid over meerdere scholen buiten Venray. In bovenstaande aantallen is geen rekening gehouden met eventuele realisatie van een nevenvestiging voor speciaal onderwijs.
40
Programmabegroting 2012
Effecten
4B
Bevorderen aansluiting van beroepsonderwijs bij arbeidsmarkt: Indicator: • Aantal werkloze jongeren (< 23 jaar) ingeschreven bij UWV Werkbedrijf
Begro ting 2012
150
Begro ting 2013
100
Begro ting 2014
50
Begro ting 2015
50
Toelichting: De ontwikkelde initiatieven zoals beschreven in het regionaal actieplan jeugdwerkloosheid zijn erop gericht de voorspelde groei van de jeugdwerkloosheid terug te dringen met 50%. Ondanks de ontwikkelde initiatieven blijft de jeugdwerkloosheid, m.n. onder schoolverlaters oplopen als gevolg van de huidige economische situatie. Medio juni 2011 bedraagt het aantal werkloze jongeren tot 23 jaar ingeschreven bij het UWV 122, ten opzichte van 147 jongeren begin september 2010.Dit aantal ligt wel lager dan het verwachte aantal van 200 zoals genoemd in de begroting 2011. In Venray de daling van het aantal VSV-ers (ruim 30%) conform rijksbeleid. In de gemeenten in de regio Noordelijk Noord Limburg ligt dat lager. In de RMC- regio 38 is de gemiddelde daling van het aantal VSV-ers slecht s 15%. 4C
Betere onderwijskansen voor (jonge) mensen Indicator: % Herplaatsing in opleiding na RMC-traject Ontwikkeling bedrijvigheid 4D Voldoende uitgeefbare bedrijventerreinen hebben. Indicator: Aantal uitgeefbare ha bedrijventerrein per jaar tot de • beschikking hebben (bij gemeente of particulieren) • Beschikking hebben over een gedifferentieerd aanbod van bedrijventerreinen: o 6 voor MKB o 3 grootschalige terreinen o 1 industriehaven
50%
50%
50%
50%
44,6 ha
42,6 ha
36,6 ha
30,6 ha
15,0 24,6 5,0
13,0 20,6 9,0
12,0 17,6 7,0
11,0 14,6 5,0
Toelichting: opgemerkt wordt dat enkele terreinen deels in particulier eigendom zijn. Hierdoor sluit de verkoop niet aan bij de verkoop van gemeentegrond. Met ingang van 2010 is de industriehaven te Wanssum in dit overzicht opgenomen. Naar de huidige planning wordt dit terrein in 2012 met ca. 5 ha uitgebreid en in 2013 nogmaals met 5ha. 4E
Versterken van de lokale economische structuur en bevorderen van de economische groei Indicator: Aantal uitgegeven ha bedrijventerrein per jaar (incl. • particuliere verkoop) • Aantal werkzame personen in de speerpunt sectoren(totaal): o Agribusiness o Industrie o Logistiek o Toerisme en recreatie (incl. horeca) o Zorg o Overige sectoren*
6 ha
6 ha
6 ha
6 ha
26.250 1.975 4.700 4.025 2.150 4.475 8.925
26.350 1.950 4.675 4.100 2.160 4.500 8.965
26.450 1.925 4.650 4.150 2.170 4.525 9.030
26.550 1.900 4.650 4.200 2.180 4.550 9.070
Toelichting: 'Gebleken is dat de oude indicator (het aantal arbeidsplaatsen per ha.) sterk afhangt van de exacte peildatum en daarmee zeer discutabel is' Vandaar dat nu gekozen wordt voor bovenstaande nieuwe indicator, aantal werkzame personen in de speerpunt sectoren. Hiermee kunnen we zichtbaar maken of de werkgelegenheid aantrekt en of dit gebeurd in de sectoren die wij zouden wensen. Gegevens komen voort uit de Etil vestigingenregister Limburg. De cijfers worden aan het eind van het jaar bekend gemaakt met als peildatum april van het betreffende jaar. * De overige sectoren betreft: delfstoffenwinning, bouw, reparatiebedrijven, zakelijke dienstverlening, openbaar bestuur, onderwijs en overige dienstverlening Naar verwachting zal de werkgelegenheid zich de komende jaren langzaam herstellen en een beperkte groei vertonen. Daarbij zien we tevens een verschuiving optreden, waarbij de dienstverlenende sectoren aan belang winnen te koste van de agrarische en industriële sector. 4F
Hoogwaardig opgeleide personen behouden en aantrekken voor de lokale bedrijvigheid. Indicator: • Opleidingsniveau beroepsbevolking rayon Venray • Max. VMBO • Havo / MBO • HBO / WO
27,0% 46,8% 26,2%
26.5% 47,1% 26,4%
26,0% 47,4% 26,6%
25,5% 47,7% 26,8%
41
Programmabegroting 2012
Effecten
Begro ting 2012
Begro ting 2013
Begro ting 2014
Begro ting 2015
Toelichting: Vanuit het verleden is gebleken dat het niet of zeer lastig te meten is wat het percentage hoger opgeleide werknemers bij nieuw te vestigen bedrijven is, laat staan bij alle bedrijven in Venray. Daarom is gezocht naar een indicator die wel voorhanden is en geen extra investering met zich mee brengt. Deze informatie is te vinden in de regionale arbeidsmarkt Limburg. Het betreft hier het opleidingsniveau van de inwoners in het rayon Venray (Venray, Horst aan de Maas en Bergen). Synergie in regionaal verband 4G Versterken regionale positie Indicator: • Positie op ranglijst nationale logistieke hotspots
1
1
1
1
Toelichting: jaarlijks wordt er een landelijke ranglijst van meest aantrekkelijke logistieke regio’s opgesteld. In 2010 en 2011 eindigde de regio Venlo-Venray op de eerste plaats. Het is de ambitie om deze positie vast te houden. Toerisme en recreatie 4H Aantrekkelijk en gevarieerd toeristisch product aanbieden Indicator: Aantal overnachtingen (bron toeristenbelasting)* • • Aantal bezoekers per week in het winkelcentrum Venray
387.000
400.000 60.000
390.000
390.000 60.000
Toelichting: Ook hier was het wederom lastig om een goede indicator te vinden. Het aantal nieuwe projecten zegt niet voldoende over het aantrekkelijk en gevarieerd toeristisch product. Vandaar dat ook hier weer gezocht is naar een betere indicator. Deze is gevonden in bovenstaande. * het aantal overnachtingen is niet beschikbaar op het moment dat de jaarrekening wordt opgemaakt, waardoor we werken met een jaar vertraging. De cijfers 2011 hebben daarom betrekking op het jaar 2010 etc..In 2013 over 2012 worden er meer overnachtingen verwacht i.v.m. de Floriade. De tweede indicator wordt verkregen via Locatus. Zij leveren deze cijfers n.a.v. een 2 jaarlijks onderzoek. In 2009 was het aantal bezoekers gemiddeld 55.000 per week.
Beleidsnota’s Het beleid voor dit programma ligt vast in algemene wettelijke bepalingen en is voor Venray specifiek vertaald in de nota’s: • Integraal Huisvestingsplan Primair Onderwijs (2005) • Onderwijskansenplan 2007-2010 • Overeenkomst tot doordecentralisatie buitenonderhoud huisvesting PO met SPOV (2009) • Wet Kinderopvang (2005) • Convenant doordecentralisatie VO (1999) • Verordening Huisvesting Primair Onderwijs Gemeente Venray (2004) • Economische Visie gemeente Venray (2008-2020) • Kadernota Toerisme en recreatie (2010) • Strategische visie Venray 2020 (november 2009) • Venray Veilig Vooruit Collegeprogramma 2010-2014 • Nota Grondbeleid gemeente Venray 2011, inclusief uitvoeringsprogramma • Herziening Detailhandelsbeleid Venray (2005) • Herziening POL (Provinciaal Omgevingsplan Limburg) (2009) • Strategische agenda Regio Venlo (2011-2014) • Euregio Rijn Maas Noord Visie 2007-2013 • Convenant Aanval op de Uitval (2008-2011) • Regionale mobiliteitsvisie (2011) • Toekomstvisie Haven Wanssum (2011)
42
Programmabegroting 2012
4.2 Wat gaan we daarvoor doen? In deze paragraaf gaan we kort in op speerpunten uit het collegeprogramma 2010-2014 die wij met betrekking tot dit programma uitvoeren of gaan uitvoeren om de gewenste effecten te bereiken. Tabel 4.2: speerpunten Product Activiteiten /prestaties Basisonderwijs huisvesting • Start bouw MFC Brukske Lokaal onderwijsbeleid en economische ontwikkeling • Nieuw meerjaren convenant met ministerie, onderwijs en gemeenten regio Noord en Midden Limburg voor de daling van en ter voorkoming van voortijdig schoolverlaters Volwasseneneducatie • Er zijn geen specifieke speerpunten in 2012 Economische ontwikkeling • Media activiteiten voor de Floriade verrichten • Ondersteuning uitvoering Floriade • Vaststellen MKB-Actieplan • Uitwerken N 270 / via Venray met als activiteiten: • Samen met de Provincie een breed gedragen visie op de N270 opstellen. • op basis daarvan concrete projecten uitvoeren. • Gebiedsontwikkeling Oijen Wanssum/toekomstvisie Haven Wanssum • Voorontwerp PIP laten aansluiten op de bestemmingsplannen • Ontwerp rondweg met het aansluitende wegennet gereed maken • Herstructurering/revitalisering bedrijventerreinen • Actieplan “Venray Centrum bloeit” Toerisme en recreatie • Investeren en faciliteren in de Toeristische en recreatieve sector met als uitgangspunt: - toename van de werkgelegenheid in de sector met 3% per jaar - toename van het aantal toeristen en recreanten van 3% per jaar - toename 1 nieuw bedrijf per jaar in de sector Bouwgrondexploitaties • Woningbouwproductie van 40 tot 50 woningen • Uitgifte van 5 -6 ha industriegrond
Effect
4B, 4C
4D, 4E, 4F, 4G, 4H
4H
Woningbouw Belangrijkste ontwikkelingen in 2012:
• •
Ontwikkeling majeure projecten (NoordwesthoekGouden Leeuw) actualiseren in dialoog met de raad Sterke prioritering en fasering van projecten, zowel voor eigen alsook voor (woningbouw-)projecten van andere partijen
Bedrijventerreinen Belangrijkste ontwikkelingen in 2012: • Versterken van positie bedrijventerreinen Hulst 2 en de Blakt Nota grondbeleid incl. uitvoeringsprogramma Middels de door de raad vastgestelde nota grondbeleid en het hieraan gekoppelde uitvoeringsprogramma wordt de grip op kosten binnen het grondbedrijf (het team grondzaken) en de daarmee samenhangende risicoreserve, versterkt. Waar noodzakelijk zullen keuzes tot kostenbesparing aan de raad worden voorgelegd. Dit zal mede met het uitvoeringsprogramma gestalte krijgen (zie verder § grondbeleid)
4.3 Wat mag het kosten? a. Totaaloverzicht van baten en lasten Rekening
Begroting
Meerjarenbegroting
2010 29.322
2011 38.616
2012 34.456
2013 30.714
Baten
20.110
35.190
28.915
24.315
Saldo
9.213
3.426
5.541
6.399
Lasten
2014
2015
29.551
29.961
23.657 5.894
26.302 3.659
43
Programmabegroting 2012
b. Stortingen en onttrekkingen reserves Rekening 2010
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
Overheveling restant exploitatiebudg. MW Onderhoud jachthaven/zandvang Algemene risicoreserve grondbedrijf Bovenwijkse werken Ruimtelijke ontwikkelingen Totaal stortingen
65 12 475 286 178 1.017
0 12 2.168 400 106 2.686
0 12 1.157 326 88 1.583
0 12 603 265 81 962
0 12 1.016 260 86 1.375
0 12 3.332 271 79 3.694
Algemene reserve MW het nieuwe wanssum - oude maasarm MW Onderhoud industriehaven MW Onderhoud jachthaven/zandvang Algemene risicoreserve grondbedrijf Totaal onttrekkingen
0 0 0 0 4.458 4.458
0 0 0 3 1.132 1.134
253 170 72 3 642 1.139
751 0 0 3 545 1.298
500 0 0 3 643 1.146
500 0 0 3 619 1.122
-3.442
1.552
444
-336
229
2.573
Saldo
c.
Opgenomen bedragen vanuit het Meerjarig Uitgaven InvesteringsProgramma 2012 Investering
Gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum Bijdrage reserves 2012 - 2016 Overige bijdrages MFC Brukske Bijdragen derden Werkbudget Floriade Bijdrage algemene reserve Voortgezet onderwijs Speciaal onderwijs Versterking toerisme en recreatie Via Venray Bijdrage algemene reserve Bouwgrondexpl. uitgaven Bouwgrondexpl. inkomsten Bouwgrondexpl. afname boekw. grondbedrijf Totaal
7.000 -2.621 -1.725 10.807 -5.000 0 0 0 2.462 0 0 0 0 0 0 10.923
2012 638 -370 0 27 0 75 -75 248 62 65 50 -50 7.128 -12.660 5.531 670
Exploitatielasten 2013 2014 1.032 848 -751 -500 0 0 166 283 0 0 0 0 0 0 203 164 183 180 80 75 0 0 0 0 7.040 8.049 -13.486 -12.590 6.445 4.541 913 1.050
Voor een nadere toelichting op de belangrijkste investeringen verwijzen we naar paragraaf I “Investeringen en majeure projecten”.
44
2015 838 -500 0 432 0 0 0 144 177 70 0 0 10.880 -14.130 3.250 1.161
Programmabegroting 2012
Programma 5: Venray kijkt over grenzen Doelstelling programma: Venray verbindt zijn identiteit in de regio nadrukkelijk met zijn verleden. Venray stimuleert actief de ontwikkeling van een visie op de regio. Daarbij zijn samenwerking, gelijkwaardigheid en partnerschap van alle gemeenten in deze regio kernbegrippen. Venray wil samen met de regio Noord-Limburg kansen benutten in de (provincie) grensoverschrijdende regio. Lokale schets Vergroten Bestuurskracht door Regionale samenwerking • Vooruitlopend op de conclusies uit de bestuurskrachtmonitor was al duidelijk dat regionale samenwerking een belangrijk aandachtspunt is. Momenteel nemen we deel aan diverse (bestuurlijke) samenwerkingsverbanden: De gewijzigde Veiligheidsregio Noord- en MiddenLimburg (voorheen regio Noord- en Midden-Limburg), Euregio, B.V. Economische Ontwikkeling Regio Venlo, NLW-bedrijven, RMO, BusinessPark Venlo, B.V. Floriade, Regio Venlo, de regionale samenwerking op het gebied van handhaving (Venray, Horst aan de Maas en de Provincie). De brandweer Venray zal overgaan naar de Veiligheidsregio. In de regionale samenwerking willen we een belangrijke rol spelen en de functie van Venlo als centrumgemeente voor de regio Noord-Limburg versterken. Venray is op basis van economische activiteit en het voorzieningenniveau de tweede kern van Noord-Limburg. We beoordelen permanent de meerwaarde van de samenwerking. Als er geen toegevoegde waarde is, heeft samenwerking geen zin. De herindeling die nu in Noord-Limburg heeft plaatsgevonden, heeft gevolgen voor de regionale samenwerking. We zijn van veertien naar acht gemeenten in Noord-Limburg gegaan, hetgeen een sterke vermindering van bestuurlijke drukte oplevert. De regionale afstemming van beleid en projecten verloopt sinds 2011 via de zogenaamde Regionale Overlegtafels. Venray wil samen met de regio Noord-Limburg kansen benutten in de (provincie)grensoverschrijdende regio tussen Eindhoven, Nijmegen, Venlo en Düsseldorf. Tegen de achtergrond van de huidige economische situatie wordt ook binnen de Regio Venlo gesproken over bezuinigingen. Daarnaast moet in 2012 de visie van de Regio gereed zijn, wordt er een uitvoeringsprogramma bepaald en wordt bekeken op welke wijze hier praktisch uitvoering aan gegeven kan worden en wat dit betekent voor de regio. Stimuleren van actief burgerschap en zelfsturing
•
De maatschappelijke tendens is dat de burger steeds vaker zelf het initiatief neemt. Dit wordt de derde generatie burgerparticipatie genoemd. Het is de taak van de gemeente om hier goed mee om te gaan; buiten is veel kennis en ervaring voorhanden waarmee wij in onze besluitvorming ons voordeel willen doen. In het licht van de veranderende rolverdeling tussen de overheid, haar burgers en het maatschappelijk middenveld stimuleert het college haar burgers om een meer actieve en initiërende rol te spelen (zie Collegeprogramma 2010-2014). Tevens wordt op het niveau van dorpen en wijken aandacht besteed aan de kracht van de gemeenschap zelf; initiatieven die groepen bewoners zelf opzetten en vervolgens in samen-werking met gemeente, gebiedspartners en dorps- of wijkraad worden gerealiseerd versterken deze kracht. Hieruit kan in het gebied het proces van Zelfsturing ontstaan: de bewoners van een gebied nemen de regie in handen en bepalen en realiseren wat zij zelf voor hun dorp of wijk belangrijk vinden. De gemeente krijgt hierdoor een andere rol: van ontwikkelaar naar volger, van doener naar ondersteuner. Het is vooral belangrijk om burgerinitiatieven niet over te nemen, maar juist te ondersteunen. Zodat het eindresultaat voor alle betrokken partijen meerwaarde heeft. Ook een belangrijk rol van de dorpsen wijkraden kan hierdoor veranderen; van initiatiefnemer/uitvoerder naar communicatieplatform/ondersteuner. In de praktijk gaat het om verschillende initiatiefnemers. Ten eerste bewoners die vooral een bijdrage willen leveren aan hun directe woonomgeving. Daarnaast is het voor de gemeente ook zaak om maatschappelijke initiatieven van ondernemers en ontwikkelaars te omarmen. Bovengeschetste ontwikkeling wordt via de structurele werkwijze van Gebiedsgericht Werken (incl. IBOR-werkgroepen) door de gemeente en de gebiedspartners Wonen Limburg, Synthese en Politie Limburg-Noord onderschreven en gestimuleerd. Ook bij een toenemend aantal 45
Programmabegroting 2012
professioneel gestarte leefbaarheidprojecten wordt aan de burgers meer en meer gevraagd: wat kunt u als burger zelf betekenen in het te behalen eindresultaat? Voorbeelden van deze projecten zijn Veilige en Leefbare buurt (Landweert) en Daginvulling kwetsbare bewoners (Centrum-West). Daarnaast loopt het in 2011 gestarte project ‘Het is jouw buurt, dus jij mag het zeggen!’ naar verwachting ook door in 2012. Dit leefbaarheidproject activeert burgers in grote mate; het ontwikkelen van kleinschalige leefbaarheidinitiatieven vóór en dóór bewoners. Ook de gebiedspanels spelen een rol in de wijzigende verhouding tussen burgers, overheid en maatschappelijk middenveld. Eind 2011 zijn in alle dorpen en wijken (met een dorps- of wijkraad) gebiedspanels actief bezig met hun DOP of WOP en het overkoepelende thema leefbaarheid. Voor gedetailleerde informatie over Gebiedsgericht Werken verwijzen we naar Paragraaf H: Gebiedsgericht Werken. Via het model van de Venrayse participatieladder en het gebiedsgericht werken wordt gestreefd naar zoveel mogelijk invloed van burgers op het gemeentebeleid en het zoveel mogelijk activeren van burgers. De hoogste treden (trede 5 Meebeslissen en trede 6 Zelfbestuur) houden in dat burgers zelf initiatieven ontwikkelen, welke door de gemeente gevolgd en/of gefaciliteerd worden. De gemeente wil de burgers die deze treden van de participatieladder beklimmen graag ondersteunen in het ontwikkelen van competenties voor actief burgerschap en zelfsturing. Communicatie versterken • De gemeente Venray wil op een klantgerichte, vraaggerichte en eigentijdse wijze communiceren, een wijze die aansluit bij onze visie op dienstverlening ‘Venray voorkomt vragen’. De ontwikkelingen op het gebied van vooral digitale communicatie vragen om een koerswijziging. Dienstverlening en interactie met burgers zal steeds meer op digitale wijze plaats vinden. Als gemeente willen we hier klaar voor zijn: we kennen de mogelijkheden van sociale media en zetten ze op een slimme manier in. Venray onderhoudt de persoonlijke communicatie waar dat kan. De klant heeft keuzevrijheid in kanaal en daarmee ook in de mate van persoonlijke benadering.
5.1 Wat willen we bereiken? Effecten Uit de lokale schets worden de volgende effecten gedefinieerd: Tabel 5.1: Effecten Effecten
Begro ting 2012
Vergroten bestuurskracht door Regionale samenwerking 5A De samenwerking versterken en daarmee de positie van de regio en Venray in de regio versterken Indicator: • Het aantal samenwerkingsverbanden 8 • Het aantal beleidsterreinen waarop wij 10 samenwerken
Begro ting 2013
8 10
Begro ting 2014
8 10
Begro ting 2015
8 10
Toelichting: het aantal samenwerkingsverbanden hoeft nog niets te zeggen over de kwaliteit. Het zou theoretisch zo kunnen zijn dat met minder samenwerkingsverbanden er beter wordt samengewerkt op diverse gebieden. Deze indicator geeft uitdrukking aan het streven naar vermindering van de bestuurlijke drukte (= formele samenwerkingsverbanden) en de keuze voor flexibele probleem gerichte samenwerking. In elk geval zorgt de herindeling ervoor dat er minder samenwerkingsverbanden noodzakelijk zullen zijn. Het aantal samenwerkingsverbanden is per 2010 dan ook verlaagd naar 8. Ook het aantal beleidsterreinen waarop wordt samengewerkt is door herindeling verminderd. Stimuleren van actief burgerschap en zelfsturing 5B Stimuleren en promoten van actief burgerschap en zelfsturing via de gebiedsgerichte werkwijze en via het stimuleren van leefbaarheidinitiatieven Indicator: • Het aantal ingerichte gebiedspanels (structureel) 21 • Gerealiseerde burgerinitiatieven (buiten GGW 10 en IBOR om) • Aantal betrokken wijkbewoners bij het project 40 Leefbare en veilige buurten per gebied
22 10
23 15
23 15
50
50
50
46
Programmabegroting 2012
Effecten
Begro ting 2012
Begro ting 2013
Begro ting 2014
Begro ting 2015
Toelichting: • per dorp/wijk wordt een gebiedspanel opgericht. Omdat er in vier wijken (Brabander, Smakterheide, Veltum en Vlakwater) geen overkoepelde wijkplatforms actief zijn, kan de oprichting van de laatste vier panels tot in totaal 23 gebiedspanels vertraagd worden • in 2011 beschikt de gemeente over een Rijksbudget ter stimulering van leefbaarheidinitiatieven door dorps- en wijkbewoners. het project loopt naar verwachting in 2012 door, omdat er waarschijnlijk nog budget over is. • in 2011 is de gemeente samen met haar gebiedspartners het project Leefbare en Veilige buurten gestart in Landweert (zie programma 1). Communicatie versterken 5C Een open en actieve informatie uitwisseling tussen burgers, instellingen, bedrijven en bestuur Indicator: • Aantal werkbezoeken door college • Bekendheid met gemeentepagina in weekblad Peel en Maas • Percentage van deze groep die de pagina leest nooit soms of regelmatig of vaak • Bekendheid met de internetsite van de gemeente Venray • Aantal bezoeken • Aantal pageviews (bezochte pagina’s)
25 80%
25 80%
25 80%
25 80%
5% 95% 85%
5% 95% 90%
5% 95% 90%
5% 95% 90%
300.000 1.500.000
325.000 1.700.000
350.000 1.850.000
400.000 2.000.000
Toelichting: De intentie is elke twee jaar extern te onderzoeken wat de bekendheid is van de gemeentepagina, hoe goed deze wordt gelezen en wat de bekendheid is van internetsite. Dit wordt op twee manieren gemeten: door middel van een vierjaarlijks communicatieonderzoek en een vierjaarlijkse kwaliteitsmonitor. In overleg met Publieksdiensten zullen deze cycli op elkaar worden afgestemd. Het eerste onderzoek is gehouden in 2010 en betreft een communicatieonderzoek. Na 2 jaar vindt de kwaliteitsmonitor plaats. In de tweede helft van 2011 wordt de website van de gemeente vernieuwd en uitgebreid qua functionaliteiten. De vernieuwde site wordt met een communicatietraject begeleid. We verwachten dat door de extra communicatie en door de verbeterde functionaliteit het aantal bezoeken, de pageviews en de bekendheid van de site zullen toenemen.
Beleidsnota’s Het beleid voor dit programma is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Strategische visie Venray 2020 (november 2009) • Collegeprogramma 2010-2014 • Bestuurskrachtmonitor (2007) • Euregio Rijn Maas Noord Visie 2007-2013 • Nota Samen werken aan Partnerschap (2010) • Beleidskader Gebiedsgericht Werken (april 2005) • Integrale gebiedsvisie (Dorpsontwikkelingsplan) Oostrum (2007) • Integrale gebiedsvisie (Wijkontwikkelingsplan) Centrum (2007), Brukske (2007), Landweert (2009) en Centrum West (2009) • Structuurvisie Dorpsontwikkelingsplan Oirlo (2009) • Structuurvisies Dorpsontwikkelingsplan Vredepeel, Leunen, Ysselsteyn, Castenray, Heide, Veulen (2010) • Visiedocument ‘Leefbaarheid 2020’- Routeplanner voor vitale dorpen en wijken – (2010) • Structuurvisies Dorpsontwikkelingsplan Merselo, Geijsteren, Blitterswijck, Wanssum en Smakt en Wijkontwikkelingsplan Centrum-Oost, Antoniusveld, Veltum, Smakterheide, Vlakwater en Brabander (2011) • Burgerparticipatie (2007) • Externe communicatie (2010) • Interne communicatie (2010) • Strategische Agenda Regio Venlo 2011-2014
47
Programmabegroting 2012
5.2 Wat gaan we daarvoor doen? In deze paragraaf gaan we kort in op speerpunten uit het collegeprogramma 2010-2014 die wij met betrekking tot dit programma uitvoeren of gaan uitvoeren om de gewenste effecten te bereiken. Tabel 5.2: speerpunten Product Activiteiten /prestaties Bestuursondersteuning • Uitvoering geven aan het Visiedocument ‘Leefbaarheid 2020’ – Routeplanner voor vitale dorpen en wijken -, waaronder het realiseren van uitvoeringsprogramma’s DOP’s en WOP’s, met een maximale inzet van de dorpen en wijken • Overwegen uitrol pilot burgerparticipatie binnen Venray. Communicatie • Vervanging CMS en website • Uitbreiden digitaal loket • Voorbereiden aansluiten op zaaksysteem en KCC Bestuurlijke samenwerking • Opstellen visie op (eu-)regionale positie en samenwerking • Bijdrage leveren aan Regionale Visie • Bijdrage leveren aan de ontwikkeling van een visie voor Euregio Rijn-Maas-Noord
Effect 5B
5B 5C 5C 5C 5A 5A 5A
5.3 Wat mag het kosten? a. Totaaloverzicht van baten en lasten Rekening
Begroting
Meerjarenbegroting
2010 6.182
2011 5.482
2012 5.218
2013 5.243
Baten
184
220
121
52
Saldo
5.998
5.263
5.097
5.190
Lasten
2014
2015
5.408
4.979
53 5.355
53 4.926
b. Stortingen en onttrekkingen reserves Rekening 2010 Algemene reserve Totaal stortingen
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
1.504 1.504
752 752
750 750
750 750
0 0
0 0
Algemene reserve Totaal onttrekkingen
804 804
210 210
98 98
33 33
0 0
0 0
Saldo
700
542
652
716
0
0
c.
Opgenomen bedragen vanuit het Meerjarig Uitgaven InvesteringsProgramma 2011 Investering 2012
Nieuw CMS en bijbehorende website Totaal
55 55
Exploitatielasten 2013 2014 6 19 18 6 19 18
Voor een nadere toelichting op de belangrijkste investeringen verwijzen we naar paragraaf I “Investeringen en majeure projecten”.
48
2015 18 18
Programmabegroting 2012
Programma 6: Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Doelstelling programma: Het bepalen van de financiële kaders voor bestuurlijke keuzes. Lokale schets Meerjarig materieel evenwicht • Elke gemeente is verantwoordelijk voor een reëel en structureel sluitende begroting. Gemeenten moeten in toenemende mate kritisch omgaan met de schaarse middelen. Ons streven is om de financiële ontwikkelingen beheersbaar te houden. Hierbij is budgetdiscipline vanzelfsprekend en worden zodanige keuzes gemaakt dat de inhoudelijke programma’s op het gewenste niveau kunnen worden uitgevoerd. Redelijk niveau belastingdruk • Het belastingniveau dient een reële bijdrage te leveren aan de gestelde ambities. Tevens is het streven naar een belastingdruk per meerpersoonshuishouden, dat zoveel mogelijk gelijk aan of onder het gemiddelde van de provincie Limburg ligt. Het uitgangspunt is een jaarlijkse aanpassing van de OZB-tarieven met de zogenaamde macronorm (voor 2011 en 2012), in volgende jaren wordt gerekend met de inflatiecorrectie. Dit is een correctie bestaande uit het inflatiepercentage in combinatie met het groeipercentage van het Bruto Binnenlandse Product (BBP). Voor een nadere toelichting zie de paragraaf Lokale Heffingen. Dienstverlening • In onze visie op dienstverlening “Venray voorkomt vragen” gaan wij uit van een dienstverlening die de klant centraal stelt. Om hieraan invulling te geven zijn diverse projecten, waaronder de realisatie van een KlantenContactCenter, opgenomen in het gemeentelijke informatiebeleidsplan. Daarin zijn de activiteiten benoemd om de dienstverlening verder te verbeteren en zo op het gewenste niveau te brengen. Specifiek voor de Venrayse ondernemers zal een MKB-actieplan worden opgesteld waarin eveneens de verbetering van de dienstverlening centraal staat Huisvesting •
Goed werkgeversschap houdt onder andere in het beschikbaar stellen van een adequate werkomgeving. Het gemeentehuis voldeed niet meer aan de eisen die de wetgever hieraan stelt. In mei 2010 is een besluit genomen om het gemeentehuis te renoveren. Inmiddels is de daadwerkelijk renovatie van start gegaan en is de gemeentelijke organisatie gehuisvest in de tijdelijke locatie aan de Westsingel. In het 4e kwartaal 2012 wordt naar verwachting het gerenoveerde gemeentehuis in gebruik genomen.
Informatiebeleidsplan • Zowel landelijk als lokaal beleid maakt het noodzakelijk diverse investeringen te plegen in digitale informatiesystemen. Hierbij kan gedacht worden aan het KlantenContactCenter en daaraan gekoppeld de basisregistraties, digitaal loket, omgevingsvergunning en de website
49
Programmabegroting 2012
6.1 Wat willen we bereiken? Effecten Uit de lokale schets worden de volgende effecten gedefinieerd: Tabel 6.1: Effecten Effecten
Belastingdruk 6A Bereiken van een redelijk niveau van belastingdruk Indicator: Gemiddelde belastingdruk / belastingpakket • meerpersoonshuishouden Venray
Begro ting 2012
Begro ting 2013
Begro ting 2014
Begrot ing 2015
636,88
646,43
656,12
665,96
Toelichting:bij de berekening is uitgegaan van een gemiddelde jaarlijkse lastenstijging van 1,5% (OZB, afval- en rioolheffing, cf stijging 2012. Er is geen rekening gehouden met waardemutatie van (niet)woningen. Kwaliteit van dienstverlening 6B
Doorgroeien naar een vraaggerichte organisatie Indicator: • Percentage van aantal ingekomen klachten dat leidt tot een beschikking of beslissing • Uitslag klanttevredenheidsonderzoek dienstverlening, rapportcijfer • Uitslag klanttevredenheidsonderzoek faciliteiten gemeentehuis, rapportcijfer
5%
5%
5%
5%
8,5
8,5
8,5
8,5
8,0
8,0
8,0
8,0
Toelichting: Klachten worden na tussenkomst van de klachtencoördinator informeel afgehandeld. Een beperkt deel van de klagers (de indicator) wenst de procedure tot een formele beslissing /beschikking door te zetten. Ondanks dat burgers steeds mondiger worden is het een uitdaging en ambitie om het percentage dat leidt tot een formele beslissing op een gelijk en minimaal niveau te houden. De hierboven genoemde onderzoeken naar de klanttevredenheid zullen een andere invulling gaan krijgen in 2012 en daaropvolgende jaren. Gemeente Venray wil gaan deelnemen aan benchmarking waarmee de klanttevredenheid in beeld wordt gebracht en de resultaten vergelijkbaar worden met andere deelnemende gemeenten. Indien n.a.v. de nieuwe benchmark betere indicatoren bepaald kunnen worden, wordt dit zo spoedig mogelijk aangepast/bijgesteld.
Beleidsnota’s Het beleid voor dit programma is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Verordening op de uitgangspunten financieel beleid, financieel beheer en inrichting van de financiële organisatie (2005; actualisatie 2010/2011). • Verordening voor de controle op het financieel beheer en inrichting van de financiële organisatie (2005; actualisatie 2010/2011). • Activabeleid (2006; actualisatie 2010/2011). • Beleid reserves & voorzieningen (2007 actualisatie 2010/2011). • Kadernota post onvoorziene uitgaven (2007; actualisatie 2011) • Verordeningen gemeentelijke heffingen (jaarlijkse actualisatie). • Voorjaarsnota 2011 (jaarlijkse actualisatie). • Budgethoudersregeling (2007). • Treasurystatuut (2010). • Inkoop en aanbestedingsbeleid (2010) • Kwaliteitshandvest (2007) • Visie op telefonische dienstverlening (2006) • Visie op dienstverlening (2009) • Plan van aanpak Audits artikel 213a • (interne) regeling klachten en meldingen
50
Programmabegroting 2012
6.2 Wat gaan we daarvoor doen? In deze paragraaf gaan we kort in op speerpunten uit het collegeprogramma 2010-2014 die wij met betrekking tot dit programma uitvoeren of gaan uitvoeren om de gewenste effecten te bereiken. Tabel 6.2: speerpunten Product Activiteiten /prestaties Gemeentelijke Basisadministratie • Opstarten invoering GBA uiterlijk 2015 gereed Kostenplaatsen • Vervanging BAVAK-klantgeleidingssyteem • Vervanging Kassasysteem • Vervanging werkplek apparatuur en mobiele telefonie • Afronden inbestedingstraject facilitaire zaken • Uitvoering implementatie organisatieontwikkelmodel via pilot en verdere uitvoering doorlichting vakafdelingen • Werkgroep "Anders Werken" • Ontwikkelen en implementeren kwaliteitshandvest • Bezuinigingsvoorstellen: uitvoering realiseren Huisvesting • Project Renovatie gemeentehuis Informatiebeleidsplan-ICT Projecten: • Ontwikkelen en implementeren KlantContactCenter (KCC) incl. kwaliteitshandvest via het project Doorontwikkeling Frontoffice (IBP) • Het verbeteren van de telefonische dienstverlening door verdere implementatie OCS via het Project Doorontwikkeling Frontoffice (IBP) • Ontwikkeling en implementatie Basisregistratie Personen = Midoffice (IBP) • Aansluiting KCC op Midoffice (IBP) • Digitaal loket, ontwikkelen elektronische dienstverlening (IBP) • Implementatie Digitale Werkomgeving (gefaseerde uitrol zaaksgewijs werken)
Effect 6B 6B
6B 6B
6.3 Wat mag het kosten? a. Totaaloverzicht van baten en lasten Rekening
Begroting
Meerjarenbegroting
2010 8.529
2011 4.804
2012 5.509
2013 5.522
Baten
57.839
55.897
56.389
56.213
Saldo
-49.311
-51.093
-50.880
-50.692
Lasten
2014
2015
6.121
6.425
55.784 -49.663
55.344 -48.919
b. Stortingen en onttrekkingen reserves Rekening 2010
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
Algemene reserve Frictiegelden personeel Bijdrage grondbedrijf publiekshal Renovatie gemeentehuis Totaal stortingen
582 340 3 2.492 3.417
3.434 367 3 1.077 4.881
0 260 2 892 1.154
0 264 2 1.075 1.340
0 256 1 1.036 1.294
0 260 1 999 1.259
Algemene reserve BTW compensatiefonds Frictiegelden personeel Bijdrage grondbedrijf publiekshal Overheveling restant exploitatiebudg. Renovatie gemeentehuis Totaal onttrekkingen
2.956 280 340 13 203 1.344 5.136
2.313 267 317 13 0 586 3.496
0 0 66 12 0 1.240 1.318
0 0 30 12 0 1.840 1.882
0 0 0 11 0 1.788 1.799
0 0 0 11 0 1.738 1.749
-1.719
1.385
-164
-542
-506
-490
Saldo
51
Programmabegroting 2012
c.
Opgenomen bedragen vanuit het Meerjarig Uitgaven InvesteringsProgramma 2012 Investering
Facilitaire dienst in eigen beheer Vervanging werkplek apparatuur GPS en Tachymeter Bijdragen derden Bavak Secretariaat driehoek Totaal
0 350 68 0 95 0 513
2012 113 42 2 -5 206 12 370
Exploitatielasten 2013 2014 100 102 165 160 17 16 0 0 78 78 12 12 372 368
Voor een nadere toelichting op de belangrijkste investeringen verwijzen we naar paragraaf I “Investeringen en majeure projecten”.
52
2015 103 155 15 0 77 13 363
Programmabegroting 2012
2.
Paragrafen
Inleiding paragrafen In het kader van de duale begroting is elke gemeente vrij programma’s te definiëren. Daarentegen is bepaald dat via een aantal verplicht gestelde paragrafen aan overstijgende thema’s aandacht wordt besteed. Het betreft de volgende thema’s: A. Lokale heffingen B. Weerstandsvermogen C. Onderhoud van kapitaalgoederen D. Financiering E. Bedrijfsvoering F. Verbonden partijen G. Grondbeleid Vanwege de politiek- bestuurlijke relevantie is er ook voor het gebiedsgericht werken een afzonderlijke paragraaf opgenomen. H. Gebiedsgericht werken Om het totaalbeeld omtrent investeringen in beeld te houden hebben wij een paragraaf Investeringen opgenomen. I. Investeringen en majeure projecten
53
Programmabegroting 2012
54
Programmabegroting 2012
Paragraaf A. Lokale Heffingen 1. Inleiding Deze paragraaf bevat informatie over het rijks- en gemeentelijk beleid over de gemeentelijke belastingen. Ook wordt ingegaan op de consequenties van dit beleid voor de inwoners. 2. Algemeen De gemeentelijke heffingen vormen een belangrijke inkomstenbron voor de gemeente Venray. Belangrijk omdat wij deze heffingen zelf opleggen aan onze burgers. Bij de lokale heffingen maken we onderscheid in heffingen die vallen onder de algemene dekkingsmiddelen en heffingen die daar niet onder vallen. Bij de eerste groep moet gedacht worden aan bijvoorbeeld de Onroerende Zaakbelasting. Bij de tweede groep moet gedacht worden aan de Rioolrechten en Afvalstoffenheffing die slechts maximaal kostendekkend mogen worden opgelegd. De lokale heffingen vormen een integraal onderdeel van het gemeentelijke beleid. Ze raken tenslotte de burger direct in de portemonnee. Dat is ook vaak de reden dat de burger waar voor zijn geld wil zien. De lokale heffingen zijn en blijven dan ook sterk in de (politieke) belangstelling staan. De lokale heffingen kunnen worden onderverdeeld in heffingen waarvan de besteding gebonden is en heffingen waarvan de besteding ongebonden is. De opbrengsten van de heffingen waarvan de besteding ongebonden is, kunnen worden beschouwd als Algemene dekkingsmiddelen en kunnen door de gemeente vrij naar keuze aangewend worden. Hiermee kan zowel nieuw als bestaand beleid betaald worden. Als ongebonden heffingen zijn te noemen, de Onroerende Zaakbelasting (OZB), Toeristenbelasting, Parkeerbelastingen en Marktgelden. Bij de heffingen waarvan de besteding gebonden is, mag de opbrengst niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan waar de heffing betrekking op heeft. Tevens mogen deze heffingen maximaal 100%-kostendekkend zijn. Voorbeelden van gebonden heffingen zijn de rioolrechten en afvalstoffenheffing. Aangezien de rioolrechten een gebonden heffing is, dient de opbrengst hiervan aan de riolering te worden besteed en mogen er bijvoorbeeld geen lantaarnpalen voor worden gekocht. Met name bij de lokale heffingen die als algemeen dekkingsmiddel kunnen worden ingezet is het van belang dat de gemeente aan de burgers kan laten zien wat zij hiervoor terugkrijgen. Er is dan ook een belangrijke taak voor de raad weggelegd haar normerende, sturende en controlerende taak goed uit te voeren om naast het beheersbaar houden van de ontwikkeling van de lastendruk ook te blijven nagaan of de burger wel waar voor zijn geld krijgt. Hiermee is dan ook meteen het belang van deze paragraaf aangegeven. 3. Onderdelen In deze paragraaf gaan we niet nader in op de totstandkoming van de verschillende heffingen. Hiervoor dienen immers de verordeningen. Ook in het duale stelsel stelt de gemeenteraad de belastingverordeningen vast. Tarieven voor de gemeentelijke belastingen en heffingen zijn daarin integraal opgenomen. Voor het belastingjaar 2012 zal daarvoor nog een afzonderlijke raadsvoorstel worden gedaan. Deze paragraaf dient ertoe om de Raad een betrouwbaar inzicht te bieden op een aantal onderdelen. In deze paragraaf wordt verder ingegaan op de navolgende onderdelen: 4. 5. 6. 7. 8. 9.
De geraamde inkomsten Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen Een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen Aanslaggegevens Een aanduiding van de lokale lastendruk Een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid
4. De geraamde inkomsten Hieronder wordt een overzicht gegeven van de totale inkomsten uit gemeentelijke heffingen over diverse jaren. In het verlengde hiervan wordt in hoofdlijnen een toelichting gegeven op de ontwikkelingen.
55
Programmabegroting 2012
Samenstelling en geraamde inkomsten gemeentelijke heffingen: Omschrijving
2011
Onroerende zaakbelastingen
2012
9.973
2013
10.347
2014
10.503
2015
10.660
10.821
- gebruikersgedeelte niet-woning
2.403
2.492
2.530
2.568
2.607
- eigenaren-gedeelte niet woning
3.332
3.457
3.509
3.561
3.615
- eigenaar-gedeelte woning
4.241
4.401
4.467
4.534
4.602
- kwijtscheldingen
-3
-3
-3
-3
-3
Afvalstoffenheffing
2.845
- opbrengst
2.932
- kwijtscheldingen
-87
2.805 2.894 -89
Rioolheffing 3.816
- kwijtscheldingen
-52
-55
Baatbelasting Water-/toeristenbelasting Leges 1.617
- leges (overig)
697
4.642
-55
-55
10
8
1
0
452
437
443
450
457
2.460 1.691
2.430 1.716
769
Parkeerbelasting
4.505
-54
4.587
4.450
10 2.314
- bouwleges
-93
4.214 4.268
2.828 2.921
-92
3.986 4.041
2.802 2.894
-91
3.764
- opbrengst
2.829 2.920
714
1.784
2.444 1.765 679
1.826
2.460 1.776 684
1.871
1.916
1.962
- opbrengst
1.500
1.538
1.578
1.619
1.661
- boetes
237
240
244
248
251
- vergunningen
47
Marktgelden
48
49
49
50
40
41
42
43
3
3
3
3
3
Lijkbezorgingrechten
118
120
122
124
126
Havengelden
210
230
250
250
250
133 21.646
133 22.398
0 22.715
0 23.143
0 23.537
Brandweerrechten
Reclamebelasting Totaal
43
5. Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen 5.a. Rijksbeleid Invoering mogelijkheid kwijtschelding privé-belastingen ondernemers Natuurlijke personen die een bedrijf of zelfstandig beroep uitoefenen kunnen uitsluitend in aanmerking komen voor kwijtschelding in het kader van het zogenoemde (algemene) crediteurenakkoord. In 2008 heeft de Werkgroep Inkomens- en Kwijtscheldingsbeleid gesteld dat verruiming van de kwijtscheldingsmogelijkheden voor ondernemers ter zake van decentrale belastingen wenselijk is. Op dit moment wordt een nota voorbereid waarin de gemeenteraad kan besluiten om de kwijtscheldingsmogelijkheden voor ondernemers te verruimen. Hierin wordt dan aangegeven dat de betalingscapaciteit wordt berekend aan de hand van het gemiddeld per maand te verwachten netto besteedbaar inkomen voor de volgende twaalf maanden. Omdat dit bij ondernemers op het moment van het verzoek vaak nog niet in te schatten is, wordt aangegeven dat in de praktijk gewerkt kan worden door achteraf een inkomensverklaring van de Rijksbelastingdienst te overleggen op grond waarvan definitief op het kwijtscheldingsverzoek kan worden beslist. In de tussenliggende tijd kan uitstel van betaling gegeven worden. Het gaat alleen om de privé-belastingen en dus niet om belastingen die geheel of gedeeltelijk verband houden met de uitoefening van het bedrijf of beroep. De aanslag rioolheffing die betrekking heeft op de woning kan onder de verruimde regels vallen, dat geldt echter niet als er sprake is van een woon-winkelpand. Bij een gemengd gebruik prevaleert derhalve het zakelijke karakter en kan slechts kwijtschelding worden verleend in geval van een crediteurenakkoord. Landelijke voorziening WOZ Op 13 april is in het bestuurlijk overleg tussen de minister van Binnenlandse Zaken de staatssecretaris van Financiën en de bestuurders van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en van de Unie van waterschappen (UvW) besloten de Landelijke Voorziening WOZ (LV WOZ) te realiseren. Op dit moment wordt de aanbesteding voorbereid voor de bouw van de LV WOZ en er moet een keuze gemaakt worden welke partij de LV in exploitatie en beheer krijgt. In het stelsel van basisregistraties waar de WOZ deel van uit maakt, is diegene die beleidsverantwoordelijkheid draagt voor een basisregistratie verantwoordelijk voor het realiseren van een Landelijke Voorziening. In het geval van de WOZ is het ministerie van Financiën beleidsverant56
Programmabegroting 2012
woordelijk. Dat is de reden waarom het ministerie van Financiën de investeringskosten voor de LV WOZ voor haar rekening neemt. In de planning is voor de aanbesteding zelf tot en met de gunning een half jaar uitgetrokken, voor ontwikkeling, testen en een pilot negen maanden en vervolgens een gefaseerde aansluiting te starten in 2012 met een verwachte doorlooptijd tot eind december 2013. Afvalstoffenheffing bij studentenhuizen Artikel 15.33 van de Wet milieubeheer is gewijzigd. Het woord "feitelijk" is te komen te vervallen. Als gevolg daarvan zal een aanslag opgelegd kunnen worden ter zake van gebruik aan de eigenaar/ verhuurder, ook als die niet zelf feitelijk gebruiker is. Hierbij wordt de klantonvriendelijke manier van heffen en invorderen opgelost. Bij kamerverhuur van studentenhuizen wordt het dan mogelijk de eigenaar als gebruiker aan te slaan. Daarnaast zal aan artikel 15.33 van de Wet milieubeheer een tweede lid worden toegevoegd. Daarin wordt onder andere geregeld dat bij het in gebruik geven van een onzelfstandig deel van een perceel, degene die dat deel in gebruik heeft gegeven aangemerkt wordt als gebruiker. Tevens zal worden geregeld dat bij het volgtijdig in gebruik geven van een perceel, degene die dat perceel ter beschikking heeft gesteld aangemerkt wordt als gebruiker. De wetswijzigingen treden in werking op 1 januari 2012. Fiscale agenda Kabinet Rutte De staatssecretaris van Financiën heeft aan de Tweede Kamer gestuurd de Fiscale agenda waarin hij een beleidsvisie formuleert op het Nederlandse belastingstelsel. De staatssecretaris geeft aan dat het Kabinet kiest voor een klein lokaal belastinggebied en beheersing van de lokale lasten. In het bestuursakkoord is opgenomen dat de medeoverheden inzetten op beperking van de kosten (-stijging) en niet op verhoging van de opbrengsten uit lokale lasten. Uitgangspunt is een gematigde ontwikkeling van de lokale lasten. Tevens is in het bestuursakkoord opgenomen dat het Rijk geen initiatief neemt om verdere veranderingen aan te brengen in het belastinggebied van gemeenten. Een voorbehoud wordt gemaakt voor het afschaffen van de precariobelasting voor ondergrondse leidingen. Macronorm In de Voorjaarsnota is met een voorlopig percentage van 3,0% gerekend. In de meicirculaire is de macronorm OZB nu voorlopig vastgesteld op 3,75%. Dat percentage 3,75% is opgebouwd uit een reële trendmatige groei van het Bruto Binnenlandse Product (BBP) van 1,25% en een inflatiepercentage van 2,5% (prijsontwikkeling Nationale Bestedingen). In het Bestuursakkoord (VNG en Rijk) is afgesproken de grondslag van de macronorm te vereenvoudigen. Rijk en VNG zijn het eens om in dat kader de OZB-opbrengst jaar t-1 met ingang van 2012 als grondslag te gebruiken. In bovenvermelde macronorm is dit reeds verwerkt. Ook is door het Rijk voorgesteld om met ingang van 2012 het jaarlijkse groeicijfer van het BBP (op basis van het CEP jaar t-1) te gebruiken in plaats van de reële trendmatige groei over de kabinetsperiode. Dit leidt tot een meer conjunctuurbestendige macronorm. De VNG zal het voorstel in haar commissie Financiën bespreken. In deze begroting is uitgegaan van de macronorm van 3,75%. 5.b. Gemeentelijke beleid Algemeen beleid ten aanzien van de gemeentelijke heffingen De gemeenteraad stelt jaarlijks de belastingverordeningen vast. Voor de gemeentelijke belastingen en heffingen zijn daarin de tarieven integraal opgenomen. Hiervoor zullen afzonderlijke raadsvoorstellen worden gedaan, die in de reguliere raadsvergadering van 20 december 2011 ter behandeling worden voorgelegd. In het collegeprogramma 2010-2014 “Venray Veilig Vooruit” staat ten aanzien van financiën dat de recessie zijn invloed heeft op de rijksmiddelen en dus op de uitkering die Venray van het rijk ontvangt. De lokale ontwikkelingen worden zichtbaar door teruglopende inkomsten (leges) en oplopende uitgaven (uitkeringen). Het bestuur komt met voorstellen om de begroting, net zoals in het verleden en ondanks de financiële problemen, meerjarig sluitend te maken zodat (weer) kan worden gesproken van een solide financiële basis. In de Voorjaarsnota is besloten om de OZB tarieven te verhogen tot de macronorm (zie toelichting bij macronorm OZB). Dit houdt in dat de OZB tarieven in 2012 met 3,75 % stijgen en vanaf 2013 weer met het inflatiepercentage van 1,5%. Verder heeft de gemeenteraad bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2011 een motie aangenomen inzake de betalingstermijnen OZB. Hierbij is voorgesteld om de verordening zodanig aan te passen dat met ingang van 1-1-2012 ook aanslagen boven € 7.000 in 9 gelijke en automatisch geïncasseerde termijnen betaald mogen worden. Hierbij is door het college aangegeven dat dit kan resulteren in een maximaal renteverlies van € 32.000. Het bovenstaande zal worden opgenomen in de betreffende verordening 2012. 57
Programmabegroting 2012
Toeristenbelasting Er is een verzoek door een onderneming ingediend om de mogelijkheden te onderzoeken voor het toepassen van een forfaitair tarief in gevallen van een langer verblijf op vaste jaarplaatsen, (vaste) seizoensplaatsen of seizoen- of toeristische plaatsen. De (her)invoering van dit forfait wordt gedragen door de branche. Dit is gebleken uit een telefonisch onderzoek bij enkele grote campingondernemers. Het Toeristisch Platform wordt steeds geïnformeerd over het onderzoek naar het forfait en de bevindingen hiervan. Parkeren Het parkeerbeleidsplan 2011 is 30 augustus 2011 aan de raad voorgelegd. Dit plan heeft nog geen gevolgen voor de tarieven voor het jaar 2012. De afgelopen jaren zijn de parkeertarieven met alleen de jaarlijkse inflatiecorrectie gestegen. Uitgangspunt is dan ook dat de tarieven voor 2012 stijgen met het inflatiepercentage. Leges evenementenvergunningen Op dit moment wordt het huidige evenementenbeleid geactualiseerd. Het streven is om het bijgestelde beleid per 1 januari 2012 in werking te laten treden. Of het nieuwe evenementenbeleid grote invloed heeft op de opbrengst van de leges, is op dit moment nog niet aan te geven. Bouwleges De inkomsten van bouwleges staan als gevolg van de teruglopende bouwaanvragen onder druk. Hiertoe worden de legesopbrengsten voor 2011 in de tweede Bestuursrapportage 2011 sterk verlaagd. In hoeverre dit een doorwerking heeft naar 2012 en volgende jaren wordt nader onderzocht. Hierover zal in het najaar 2011 een afzonderlijke nota ter besluitvorming aan de raad worden aangeboden. Vooralsnog zijn de bouwleges voor 2012 en volgende jaren kostendekkend opgenomen. 6. Een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen Het gemeentelijk beleid inzake lokale heffingen kent een aantal uitgangspunten. Deze zijn ook in de Voorjaarsnota geformuleerd en als zodanig door de raad vastgesteld: Afvalstoffenheffing Basis voor de afvalstoffenheffing is Diftar en kostendekkende tarieven. Prijsstijgingen of prijsdalingen van afvalverwerking hebben daardoor automatisch gevolgen voor de afvalstoffenheffing. Voor het inzamelen en beheer van afvalstoffen heft de gemeente afvalstoffenheffing van particuliere huishoudens op grond van de jaarlijks door de gemeenteraad vastgestelde Verordening afvalstoffenheffingen. Afvalstoffenheffing wordt geheven binnen het gehele gebied waar de gemeente een wettelijke inzamelplicht heeft. De gemeente Venray heeft er voor gekozen om het tarief te verdelen in een vastrecht en een variabel recht (ledigingen). De gemeente heft het vastrecht van de afvalstoffenheffing van ieder huishouden, ook indien geen afval aangeboden wordt. Het variabel recht (de ledigingen, DIFTAR) wordt geheven indien er afval wordt aangeboden. Er is sprake van een bestemmingsheffing. De afvalstoffenheffing is in beginsel gekoppeld aan de gebruiker van een perceel. Het uitgangspunt is het genereren van 100 procent kostendekkende tarieven. Afvalstoffenheffing Vast tarief
2011
2012
90,12
89,64 1,11
variabel tarief 25
ltr mini-container
1,09
variabel tarief 40
ltr mini-container
1,74
1,78
ondergrondse voorziening
2,61
2,66
variabel tarief 80 ltr mini-container
3,47
3,55
6,08 10,42
6,22 10,66
variabel tarief 140 ltr mini-container variabel tarief 240 ltr mini-container
Rioolheffing De rioolheffing is vanaf 2010 in de plaats gekomen van de rioolrechten. De nieuwe rioolheffing heeft het karakter van een bestemmingsheffing waarmee kosten kunnen worden verhaald om maatregelen te treffen die de gemeente noodzakelijk acht voor een doelmatig werkende riolering (afvalwater) en overige maatregelen ten aanzien van hemelwater en grondwater. Dit betekent dat het individueel profijt van de heffing niet meer hoeft te worden aangetoond. Basis voor de rioolheffing is het door de raad vastgestelde Gemeentelijk Rioleringsplan 2005 t/m 2014 (GRP 2005-2014), met kostendekkende tarieven.
58
Programmabegroting 2012
In het navolgende overzicht zijn de voorlopige tarieven voor de rioolheffing 2012 opgenomen. De definitieve tarieven voor het belastingjaar 2012 worden in de raadsvergadering van 20 december 2011 vastgesteld. niet afgekoppeld
afgekoppeld
Basisheffing vastrecht rioolheffing
Eig.
Afvoerrecht afvalwater méérpersoonshuishouden (W)
Gebr.
Afvoerrecht afvalwater éénpersoonshuishouden (W)
Gebr.
62,45
62,45
Afvoerrecht afvalwater per eenheid van 500 m³ (N-W)
Gebr.
124,91
124,91
Afkoppeling hemelwater woningen Afkoppeling hemelwater niet-woning per eenheid van 200 m²
Eig.
2,99 2,99
0,00 0,00
Eig.
85,26 124,91
85,26 124,91
Het afkoppelbedrag neemt toe tot € 21,08 per eenheid van 200 m² in 2027. De hoogte van dit bedrag wordt bepaald door de investeringen die de gemeente tot 2027 moet doen om te voldoen aan de eisen uit de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Als huishoudens besluiten af te koppelen betekent dit minder investeringen voor de gemeente en daarmee vervalt het onderdeel afkoppeling hemelwater (woningen / niet-woningen) voor de aanslagoplegging. Onroerende-zaakbelastingen (OZB) Iedere eigenaar van een onroerende zaak, zoals een woning of niet-woning is belastingplichtig in het kader van de onroerende-zaakbelastingen (OZB). Een gebruiker van een onroerende-zaak zijnde niet-woning is ook belastingplichtig in het kader van de OZB. Dit met uitzondering van het woondeel van een niet-woning. Per 1 januari 2006 is het OZB gebruikersdeel, voor zowel woningen als het woondeel van niet-woningen, afgeschaft. De gemeenteraad stelt jaarlijks de Verordening onroerende-zaakbelastingen vast. Aan de hand van de situatie van 1 januari wordt jaarlijks bepaald wie belastingplichtig is (zijn). Uitgangspunt is een constante omvang van de opbrengst van de OZB en een jaarlijkse aanpassing van de OZB tarieven met het inflatiepercentage. In de Voorjaarsnota 2011 is voorgesteld om de macronorm te hanteren. Toen is uitgegaan van de voorlopige macronorm van 3,0%. In de meicirculaire van het ministerie van Binnenlandse Zaken is de voorlopig norm bepaald op 3,75%. In de begroting is met deze norm rekening gehouden. (Water)toeristenbelasting Belast is een overnachting in vakantieonderkomens, mobiele kampeeronderkomens, niet-beroepsmatig verhuurde ruimten, vaste standplaatsen en logiesverblijven. De aanslag toeristen-belasting wordt opgelegd aan de hotelier, pensionhouder, campinghouder etc., maar ook op locaties waar buitenlandse werknemers verblijven. De toeristen zelf ontvangen geen aanslag, ze zien het bedrag echter meestal wel op de rekening verschijnen want de toeristenbelasting kan worden doorberekend. Door middel van deze heffing worden algemene inkomsten verkregen. Uitgangspunt is een jaarlijkse aanpassing van de tarieven met het inflatiepercentage. Dit zal pas worden doorgevoerd, zodra het tarief afgerond kan worden op 5 cent. Voor de begroting 2012 wordt uitgegaan van 390.000 overnachtingen. Dit cijfer is gebaseerd op het aantal overnachtingen van 2010 en 2011. Het begrote bedrag van 2011 wordt niet bereikt omdat het aantal geprognosticeerde overnachtingen te hoog is ingeschat. Er zijn teveel overnachtingen toegeschreven aan de kerkdorpen Blitterswijck, Geijsteren en Wanssum. Havengelden Elk schip dat de haven van Wanssum aandoet is havengeld verschuldigd. Dit is vastgelegd in de havengeldverordening. De havengeldverordening is afgestemd op de actuele activiteiten in de haven van Wanssum. In deze op maat gesneden verordening is daarom een gedifferentieerde tariefstelling opgenomen voor containerschepen en bulkschepen. De tarieven worden jaarlijks geïndexeerd. In 2011 is het tarief voor containerschepen aangepast en in overeenstemming gebracht met de grondslag voor bulkschepen. Dat wil zeggen dat een schip volledig gelost en weer beladen kan worden en daarvoor één keer havengeld is verschuldigd. De basis voor heffing blijft het laadvermogen (in tonnen) van het schip. Voor containerschepen wordt het tarief per TEU bepaald door de maximale beladingscapaciteit (TEU x 2) af te zetten tegen het verschuldigde havengeld op basis van laadvermogen. De Limburgse havens zijn met elkaar in gesprek om te komen tot uniformering van de heffingsgrondslag voor havengeld. Een verdere aanpassing van de tarieven is wenselijk in verband met een betere concurrentiepositie van de havens ten opzichte van de overige havens in Nederland. Ook wordt het invoeren van een
59
Programmabegroting 2012
abonnement voor schepen, die de haven frequenteren, overwogen. Een eventuele aanpassing van de tarieven wordt naar verwachting pas voor 2013 doorgevoerd. Uitgangspunt van de gemeente Venray is op termijn een verdubbeling van het overslagvolume. Voorwaarde daarvoor is uitbreiding van haven en bedrijventerrein en modernisering van havenfaciliteiten. De overslag van bulk en containers klimt langzaam weer uit het dal als gevolg van de economische recessie. Vooralsnog wordt uitgegaan van een lichte toename ten opzichte van de verwachte opbrengst voor 2011. Idem voor de jaren daarna. Op dit moment zijn de tarieven voor 2012 nog niet bekend. Bij de behandeling van de 1e wijziging van de havengelden in de raadsvergadering van mei 2011 is voorgesteld om de tarieven voor 2012 te indexeren op basis van inflatie en werkelijke cijfers t.a.v. de kosten en opbrengsten. Een voorstel tot vaststelling van de definitieve tarieven komt in de raadsvergadering van 20 december 2011 aan de orde. Baatbelastingen De baatbelastingen worden geheven op basis van de door de raad in het verleden genomen raadsbesluiten en hebben betrekking op bijvoorbeeld de aanleg van een trottoir of riolering. De laatste baatbelasting van de gemeente Venray vervalt in 2016. Het betreft de baatbelasting voor de aanleg van het riool in de buitengebieden van de kerkdorpen Blitterswijck, Geijsteren. Parkeerbelasting Parkeertarieven: De afgelopen jaren zijn de parkeertarieven met alleen de jaarlijkse inflatiecorrectie gestegen. Op basis van het Parkeerbeleidsplan 2011-2020 lijkt een extra tariefsverhoging voor het jaar 2012 bovenop de inflatiecorrectie voorlopig niet noodzakelijk. Een definitieve uitspraak hierover wordt gedaan na uitvoering van een haalbaarheidsstudie naar een viertal uitbreidingslocaties. Dit onderzoek staat in 2012 gepland. De definitieve tarieven voor het belastingjaar 2012 worden in de raadsvergadering van 20 december 2011 vastgesteld. Reclamebelasting De reclamebelasting is van toepassing binnen het gebied van de gemeente Venray, dat omsloten wordt door (en aan weerszijde van de hierna genoemde straten) : Hofstraat – Julianasingel – Poststraat – Paterstraat (in zijn geheel)– Kortestraat – Leeuwstraat- De Gouden Leeuw – Kempweg – Schouwburgplein – Merseloseweg - Deken Tielenstraat – Hoenderstraat – Marktstraat - Grote Markt - Hofstraat. De belasting wordt geheven ter zake van openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg. In 2011 volgt een evaluatie en een mogelijke tariefswijziging. Voorgesteld wordt om voor 2012 de reclamebelasting niet te verhogen en géén indexatie toe te passen. Het vastgestelde beleid voor de toepassing van reclamebelasting wordt uitgevoerd in de vorm van een pilot welke eindigt per 31-12-2012, waardoor de inkomsten en uitgaven per die datum ook eindigen. Naar aanleiding van de evaluatie in 2011 zal er worden bekeken of het beleid wordt gecontinueerd in 2013 en volgende jaren. Overige belastingen,rechten en tarieven Bij de overige belastingen, rechten en tarieven hebben we het over de volgende belastingen: Leges, marktgelden, precariobelasting en lijkbezorgingrechten (begraafrechten) en brandweerrechten. In de Voorjaarsnota is voorgesteld om de tarieven voor 2012 te verhogen met 2,25%. 7. Aanslaggegevens Gecombineerde aanslag / WOZ-beschikking De gemeente Venray kent een gecombineerde aanslag waarop de belangrijkste belastingen op een aanslagbiljet worden verenigd. Het gaat om de bekendmaking van de WOZ-waarde 2012 (naar de waardepeildatum 1-1-2011), onroerende-zaakbelastingen, afvalstoffenheffing en rioolheffing. Vanaf 2011 wordt ook de reclamebelasting voor de centrumondernemers meegenomen op deze aanslag. Tarieven Hieronder treft u een overzicht aan van de tarieven voor de begrotingsjaren 2011 en 2012. Voor een toelichting verwijzen wij naar het vorige punt alwaar een toelichting op hoofdlijnen is gegeven op de ontwikkelingen van de inkomsten ten gevolge van gewijzigde aantallen en inflatiecorrecties.
60
Programmabegroting 2012
Overzicht tarieven Omschrijving
Tarief 2011
Onroerende Zaakbelasting gebruikersgedeelte niet-woning
Begroting 2012
0,19%
0,1993% *
Onroerende Zaakbelasting (OZB) eigenaargedeelte - woning
0,11%
0,1128% *
- niet woning
0,23%
0,2489% *
Afvalstoffenheffing
187,40
176,69 **
Rioolheffing
201,85
213,16
1,10
1,10
Toeristenbelasting *
**
De definitieve percentage worden vastgesteld tijdens de raadsvergadering van 20 december 2011. Uitgaande van de macronorm van 3,75% en een waardedaling van de woning met 2,25%, betekent dit een tariefstijging van 6%. De voorlopige waardedaling voor niet-woning wordt geschat op -3,0%. Dat bekent een stijging van het tarief van 3,75% + 3,0 = 6,75 %. gemiddeld aantal aanbiedingen 16 ledigingen 140 liter. Lokale lastendruk 2011 en 2012 meerpersoonshuishouden Gemiddelde economische waarde
2011 2012
Rioolheffing OZB eigenaar gebruiker
224.164 219.120
238,00* 247,00*
118,87 124,91
Rioolheffing eigenaar
Afvalstoffenheffing
82,98 88,25
Lastendruk gebruiker
187,40** 176,72**
Lastendruk eigenaar en gebruiker
306,27 301,63
627,25 636,88
* I.v.m. wettelijke afrondingen OZB 2011 (224000 x 0,1064 % = € 238,00 / 2012 (219000 x 0,1128 % = € 247,00) ** Voor het jaar 2011 wordt uitgegaan van 16 ledigingen van de 140 liter bak en het uitgangspunt voor 2012 zijn 14 ledigingen van de 140 liter bak.
Lokale lastendruk 2011 en 2012 éénpersoonshuishouden Gemiddelde economische waarde 2011 2012
224.164 219.120
Rioolheffing OZB eigenaar gebruiker 238,00* 247,00*
59,43 62,45
Rioolheffing eigenaar 82,98 88,25
Afvalstoffenheffing 147,54** 142,84**
Lastendruk gebruiker 206,97 205,29
Lastendruk eigenaar en gebruiker 527,95 540,54
* I.v.m. wettelijke afrondingen OZB 2011 (224000 x 0,1064 % = € 238,00 / 2012 (219000 x 0,1128 % = € 247,00) ** Voor het jaar 2011 wordt uitgegaan van 22 ledigingen van de 60 liter bak en het uitgangspunt voor 2012 zijn 20 ledigingen van de 60 liter bak. Lokale lastendruk bedrijven Gemiddelde economische waarde 2.011,00 2.012,00
OZB eigenaar
537.000€ 1.252,00* 520.000€ 1.294,00*
OZB gebruiker 1.002,00 1.036,00
Riool- heffing Riool- heffing gebruiker eigenaar 118,87 124,91
82,98 88,25
Lastendruk gebruiker 1.120,80 1.160,91
Lastendruk eigenaar en gebruiker 2.455,78 2.543,16
* I.v.m. wettelijke afrondingen OZB eigendom 2011 (537000 x 0,2332 % ) = € 1252,00 en bij een daling voor 2012 van de waarde voor niet-woningen van circa 3% OZB eigendom 2012 (520000 x 0,2489 % )= € 1294,00 OZB gebruik 2011 met een tarief 0,1867% en OZB gebruik 2012 uitgaande van een tarief 0,1993%
Informatie en betalen in termijnen De belastingbetaler ontvangt jaarlijks een bijsluiter bij de belastingaanslag. In deze bijsluiter wordt de burger uitgebreid geïnformeerd over de heffingen, de OZB, de tarieven, het hoe en wanneer er betaald moet worden, wanneer er ontheffing mogelijk is en hoe en wanneer er bezwaar gemaakt kan worden. Gemeentelijke belastingzaken digitaal Op de gemeentelijke website is veel informatie terug te vinden over de gemeentelijke heffingen en de Wet WOZ. Een aantal belastingzaken kan via de computer thuis worden geregeld. Via de site www.venray.nl kan de burger bijvoorbeeld het formulier ” WOZ, taxatieverslag” downloaden, Ook kan de burger een bezwaarschrift formulier, een aangifteformulier hondenbelasting of een machtigingskaartje voor de automatische incasso van de gemeentelijke heffingen downloaden.
61
Programmabegroting 2012
8. Lastendruk 2012 Het uitgangspunt is om de gemeentelijke lastendruk voor de burgers zo laag mogelijk te houden, is uitgevoerd. Dit blijkt uit verstrekte cijfers van de provincie Limburg. Bij de berekening van de lokale lastendruk per gemeente houden we rekening met de Onroerende Zaakbelasting eigenaar woning, de rioolrechten (meerpersoonshuishouden) en de afvalstoffenheffing. De lastendruk is berekend zowel voor een huurder (de gebruiker) als voor een eigenaar (tevens gebruiker). In het overzicht zijn gemeenten meegenomen met een vergelijkbaar inwonertal (tussen 20.000 en 50.000 inwoners). Berekening lokale lastendruk 2011 Gemeente
Gemiddelde economische waarde
OZB eigenaar
Rioolrecht gebruiker
Rioolrecht eigenaar
Afvalstoffen heffing
Lastendruk gebruiker
Lastendruk eigenaar en gebruiker
Brunssum
143.030
191,80
0,00
242,88
232,40
232,40
667,08
Echt-Susteren
196.668
207,48
0,00
219,49
202,38
202,38
629,35
Horst a/d Maas
220.250
271,13
0,00
190,00
201,61
201,61
662,74
Peel en Maas
227.455
182,65
124,98
94,18
219,07
344,05
620,88
Kerkrade
138.829
211,58
178,00
0,00
262,80
440,80
652,38
Venray
204.226
217,30
118,87
82,98
187,35
306,27
606,50
Landgraaf
153.419
233,35
94,20
69,55
287,19
381,39
684,29
Weert
216.924
190,68
251,04
0,00
282,00
533,04
723,72
Uit bovenstaande overzicht blijkt dat de gemeente Venray, ten opzichte van vergelijkbare Limburgse gemeenten, een relatief lage lastendruk per huishouden heeft (bron: Provincie Limburg). De gemiddelde lastendruk per huishouden (eigenaar en gebruiker) in de provincie Limburg bedraagt € 647,72 en de gemiddelde lastendruk voor de huurder (gebruiker) € 337,71. 9. Kwijtscheldingsbeleid Het aanvragen van kwijtschelding is mogelijk voor OZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing. De kwijtschelding van gemeentelijke belastingen heeft, in het kader van het armoededebat, de afgelopen jaren ruim aandacht gekregen. Vanaf 1 januari 1995 is het gemeenten en waterschappen toegestaan om een ruimer kwijtscheldingsbeleid te voeren dan in de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 is geregeld. Waar de rijksregeling uitgaat van een percentage van 90% van de bestaanskosten mogen gemeenten dit met ingang van 1 januari 1997 vaststellen op maximaal 100%. Omdat de raad in het verleden heeft besloten de regeling voor kwijtschelding zo ruim mogelijk toe te passen, is door de raad het normbedrag voor levensonderhoud vastgesteld op 100% van de bijstandsnorm. Dit is het maximale bedrag dat gemeenten mogen hanteren volgens de invorderingswet 1990 en de daarbij behorende uitvoeringsregeling.) Of iemand in aanmerking komt voor kwijtschelding wordt getoetst aan de hoogte van het vermogen en daarna aan de betalingscapaciteit (en de hoogte van het vermogen) van een belastingschuldige. Dit aan de hand van landelijke normeringen. Minimaal 80% van de betalingscapaciteit dient te worden aangewend ter voldoening van belastingschulden. De betalingscapaciteit wordt berekend door het in de komende 12 maanden te verwachten netto inkomen te verminderen met de genormeerde kosten van bestaan. De genormeerde kosten zijn gerelateerd aan de bijstandsnorm en zoals eerder vermeldt, hanteert de gemeente Venray de 100%-norm. Om belastingplichtigen te prikkelen in hun aanbiedgedrag van huishoudelijk afval, is de kwijtschelding van de afvalstoffenheffing variabel recht, gebaseerd op het aantal ledigingen van het voorgaande kalenderjaar tot het maximum van het gemiddeld aantal ledigingen (van het volume van de container) in de Gemeente Venray. Aantal kwijtscheldingsverzoeken 2009 Totaal
2010 745
2011* 751
599
* Stand per juli 2011. De afhandeling van de aanvragen voor kwijtschelding in 2011 is op dit moment nog niet afgerond. Dit zijn dus voorlopige cijfers, maar op basis van de jaren 2009 en 2010, zal het aantal in 2011 toenemen tot ongeveer 660 verzoeken.
62
Programmabegroting 2012
Paragraaf B. Weerstandsvermogen In deze paragraaf wordt inzicht gegeven in het vermogen van de gemeente om substantiële tegenvallers op te vangen zonder dat het bestaande beleid daarvoor moet worden aangepast. Hiervoor is inzicht vereist in de omvang, de achtergronden en de verhouding van de risico's ten opzichte van de aanwezige reserves. Een risico is een onzekere of onverwachte gebeurtenis met een bepaalde kans die schade, een nadelig effect of zelfs een bedreiging kan vormen voor de te behalen doelstellingen waarbij de ernst of de impact ervan kan verschillen. De gesignaleerde risico’s zijn beoordeeld, geclassificeerd en hieraan zijn risicostrategieën gekoppeld: • Beheersen, door aanvullende maatregelen in de administratieve organisatie/interne controle. • Overdragen, door verzekeren,uitbesteden, garanties, etc. • Vermijden, door staken van activiteiten, doelen te veranderen/aanpassen, etc. • Accepteren, door het bewust nemen van een (aanvaardbaar) risico om de doelen te bereiken. Op basis van de risico-inventarisatie en de bepaalde strategie worden materiële risico’s omgerekend naar financiële consequenties, voor zover kwantificering mogelijk/zinvol is. De weerstandscapaciteit bestaat uit de vermogenscomponenten en andere bronnen waarover de gemeente beschikt en die niet nodig zijn voor de reguliere bedrijfsvoering. Het weerstandsvermogen is de mate waarin de gemeente in staat is om risico’s van materiële betekenis te kunnen opvangen, zonder te hoeven ingrijpen in de normale bedrijfsvoering. De gemeente streeft naar een weerstandsratio tussen 0,8 en 1,0. Dit betekent dat minimaal 80% en maximaal 100% van de risico’s afgedekt moet zijn door de aanwezige weerstandscapaciteit. De provinciaal toezichthouder geeft aan voorkeur te geven aan een ratio van minimaal 1,0. Eind 2011 vindt evaluatie plaats van het risicomanagement, waarin wordt voorgesteld om ons beleid te laten aansluiten bij het advies van de provincie. Deze paragraaf geeft uw raad inzicht in het (meerjarig) weerstandsvermogen. Deze wordt nader toegelicht in de ontwikkeling van de weerstandscapaciteit en van de risico’s. De opzet van deze paragraaf is gewijzigd, om tot een logischere opbouw te komen. Tevens is een meerjarige doorkijk opgenomen. De volgende onderdelen worden onderscheiden 1. Weerstandsvermogen: samenvatting van het eindresultaat in een stuurindicator en in de belangrijkste financiële grootheden. De afzonderlijke componenten die tot dit resultaat leiden (risico en weerstandscapaciteit) worden in 2 en 3 verder uitgewerkt. 2. Risico’s: toelichting op de omvang en ontwikkelingen van de risico’s, in financiële zin en tekstueel. 3. Weerstandscapaciteit: toelichting op omvang en ontwikkeling van de vermogenscomponenten en andere bronnen die dienen om de risico’s op te vangen.
1. Weerstandsvermogen 2012
2013
2014
2015
Weerstandscapaciteit
25.420
25.536
25.362
27.258
Essentgelden
-7.219
-7.219
-7.219
-7.219
-386
-386
-386
-386
Netto weerstandscapaciteit
17.815
17.931
17.757
19.653
Risico's
13.078
12.277
12.046
11.850
Netto vrije ruimte
4.737
5.654
5.711
7.803
- Algemeen
8.825
8.882
8.335
7.518
-4.088
-3.228
-2.624
285
1,36
1,46
1,47
1,66
Claims/toezeggingen
- Grondbedrijf Weerstandsvermogen
Netto vrije ruimte is het verschil tussen de weerstandscapaciteit (minus Essentgelden claims en toezeggingen) en de gekwantificeerde risico’s Weerstandsvermogen = netto weerstandscapaciteit / risico’s
63
Programmabegroting 2012
Het weerstandsvermogen is meerjarig groter dan 1. Hiermee voldoen we aan de minimale doelstelling. In de Voorjaarsnota 2011 gingen we uit van een maximaal tekort in het grondbedrijf van € 6,9 mln in 2013. Nu komt het maximale tekort uit op € 4,1 mln in 2012. Tijdelijk dient de ruimte in de algemene dienst ter dekking van het tekort binnen het grondbedrijf. Vanaf 2013 neemt het tekort op het grondbedrijf af en slaat in 2015 om in een overschot van € 0,3 mln. Daarom achten we het acceptabel dat deze risicoreserve tijdelijk lager is dan het benodigde niveau. 2. Risico’s De risico’s van de gemeente worden ingedeeld in de volgende categorieën: A. Financiële risico’s (met specifieke subparagraaf grondbedrijf). B. Risico’s op eigendommen. C. Operationele risico’s samenhangend met de interne bedrijfsvoering. Verder onderkennen we risico’s, die dusdanig algemeen zijn of onvoldoende concreet zijn, dat ze niet kunnen worden gekwantificeerd. In de onderstaande risicomatrix is de risicoberekening opgenomen voor 2012. Risicogebied Financiën Eigendommen Interne bedrijfsvoering Totaal algemeen
Risicoomvang
Kans (%)
Component structureel 1.418
3,6
3.723
2.306
1.304
5,0
69
69
PM 103.880
PM 3,7
103.880
Totaal risico
incidenteel
102.576
Grondbedrijf Totaal
Risico bedrag
PM
PM
69 PM
3.792
2.375
7.868
7.868
11.660
10.243
5.141 PM
1.418
5.210
1.418
13.078
7.868
Risico-omvang: totale financiële omvang van de risico-objecten Kans (%): gemiddeld ingeschatte risico Risicobedrag: kans x risico-omvang Component: incidenteel: eenmalig risico structureel: risico dat ieder jaar weer kan voorkomen. Deze wordt voor factor 2 meegenomen Totaal risico: incidenteel risico + structureel risico x 2
Meerjarig ontwikkelen de risico’s zich als volgt 2012
2013
2014
2015
Algemeen
5.210
5.210
5.210
5.210
Grondbedrijf
7.868
7.067
6.836
6.640
13.078
12.277
12.046
11.850
Totaal
Bij een verwacht gelijkblijvend risico bij de algemene dienst, zien we vanaf 2013 een daling van het risico in het grondbedrijf. Dit heeft m.n. te maken met het dalen van de boekwaarde van Greenpark.
A1. Financiële risico’s algemeen De omvang van onder deze categorie vallende risico’s voor 2012, wijkt nauwelijks af van de risicoinschatting opgenomen in de Voorjaarsnota 2011. Binnen deze categorie zien we een afname van de juridische risico’s omdat enkele risico’s niet meer reëel geacht worden. Gezien de ontwikkelingen op de financiële markten is het koersrisico op beleggingen opgevoerd. Het risico op eigendommen is verlaagd, omdat het risico bij gebouwenonderhoud dat is geprivatiseerd lager wordt ingeschat. Er zijn momenteel geen concrete aanwijzingen om voor 2013-2015 uit te gaan van een ander risicobeeld.
64
Programmabegroting 2012
De volgende risico’s zijn expliciet benoemd en berekend voor 2012. • Open-eindregelingen Open-eindregelingen zijn door hun aard steeds structurele risicofactor en kunnen leiden tot hogere uitgaven dan oorspronkelijk werd beoogd. Dit betreft m.n. het beleidsterrein sociale zaken en werkgelegenheid. De belangrijkste open-eindregelingen en waarvan de risico’s zijn gekwantificeerd betreffen: Wet Werk en Bijstand Wet Maatschappelijke Ondersteuning Leerlingenvervoer Bijzondere bijstand Wet inburgering Wet Werk en Bijstand (WWB) Sinds de komst van de WWB zijn gemeenten zelf verantwoordelijk voor de tekorten die ontstaan op het budget voor de bijstandsuitkeringen (inkomensdeel) en het re-integratiebudget (werkdeel). Daartegenover staat dat een overschot op het inkomensdeel door de gemeente mag worden gehouden. Een overschot op het werkdeel moet aan het Rijk worden terugbetaald. Het beleid van de gemeente Venray is er dan ook op gericht om de instroom in de bijstand te beperken en de uitstroom uit de bijstand te bevorderen. Op deze wijze moet bereikt worden dat we met de beschikbare middelen uitkomen. Door de economische recessie is er sprake van een stijgend aantal klanten voor een uitkering. Bovendien zijn er door veranderde wetgeving (wet Wij) nieuwe doelgroepen ontstaan, zoals ZZP’ers en jongeren. Helaas blijkt het aantal uitkeringsgerechtigden nog niet te stabiliseren. Bij een verder economisch herstel verwachten we dat dit vlot gaat gebeuren. Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) De WMO-uitgaven zijn in de afgelopen jaren gestegen. Dit is onder andere veroorzaakt door de toename van het aantal aanvragen (met 50%) en verhoging van het uurtarief hulp bij het huishouden. Dat er een stijging is in het aantal aanvragen, is mogelijk een gevolg van het zelf indiceren (doelstelling is 90% van de aanvragen), het mondiger zijn van de klant, meer bekendheid van de WMO (WMO-krant en WMO-brochures). De gemeente is zelf gaan indiceren om een snellere doorstroming van aanvragen te bereiken en om “achter de voordeur” bij de klant te komen zodat WMO-breed de situatie bekeken kan worden. In 2011 zijn een aantal voorstellen gedaan om het aantal WMO-aanvragen te stabiliseren en burgers meer gebruik te laten maken van collectieve voorzieningen. Leerlingenvervoer Voor het schooljaar 2011-2012 is het leerlingenvervoer Europees aanbesteed. Voor 2011 is het budget initieel verhoogd en is daarmee gelijk gekomen aan de kosten van 2010. Op basis van de aanvragen voor het leerlingenvervoer is de verwachting dat de uitgaven voor 2012 niet zullen dalen. Bijzondere Bijstand In 2010 zijn de uitgaven op bijzondere bijstand en minimavoorzieningen toegenomen als gevolg van onder andere de economische recessie en verbetering van de communicatie naar de burger. Dit heeft geleid tot een budgetoverschrijding. De verwachting is dat de uitgaven in 2011 niet zullen dalen. De gemeenteraad heeft besloten niet te bezuinigen op de minima. Vanuit het Rijk worden echter bezuinigingen aangekondigd die wel gevolgen hebben voor de minima. Er is sprake van dat de inkomensgrens van enkele regelingen verlaagd zal gaan worden van 120% naar 110%. Wat hiervan de effecten voor onze gemeente zijn is nog onbekend. Wet inburgering De middelen voor de uitvoering van de Wet inburgering maken deel uit van het Participatiebudget. In de komende jaren zal een overgang plaatsvinden van een stelsel waarin gemeenten inburgeringsprogramma’s aanbieden naar een stelsel waarin de inburgeraar zelf (financieel) verantwoordelijk is voor zijn of haar inburgering. Hiervoor zal de Wet inburgering worden gewijzigd. Dit jaar gaat het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer. Overgangsregelgeving is pas eind 2011 bekend zodat we dan pas goed de gevolgen in beeld krijgen. Het door ons te ontvangen inburgeringsbudget voor 2012 zal meer dan halveren ten opzichte van het budget 2011, dit terwijl we nog wel lopende verplichtingen hebben. Ook in 2013 halveert het budget ten opzichte van 2012. Het is bekend dat het Rijk vanaf 2014 geen inburgeringsmiddelen meer ter beschikking stelt. Dit terwijl de taakstelling huisvesting statushouders en de daarbij behorende maatschappelijke begeleiding van de nieuwkomers wel tot onze verantwoordelijkheid blijft behoren.
65
Programmabegroting 2012
• Verbonden partijen Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan: een zetel in het bestuur van een participatie of het hebben van stemrecht. Met een financieel belang wordt bedoeld dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die ze kwijt is in geval van faillissement van de verbonden partij en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. Daarnaast voeren de verbonden partijen vaak beleid uit dat de gemeente in principe ook zelf kan (blijven) doen. De gemeente mandateert als het ware de verbonden partij. De gemeente blijft uiteindelijk verantwoordelijk voor het realiseren van de beoogde doelstellingen van de programma’s. In de paragraaf Verbonden partijen gaan wij nader in op de soorten verbonden partijen en de bijbehorende financiële risico’s. • Garantstellingen In 2011 wordt een garantstellingsbeleid geformuleerd, waarin een aantal onderdelen worden vastgelegd die er toe bijdragen dat risico’s m.b.t. verleende garantstellingen worden verkleind. Er wordt een aantal uitgangspunten geformuleerd waaronder garantstelling wordt verleend, Deze uitgangspunten geven op een aantal belangrijke onderdelen aan hoe de gemeente verzoeken tot garantstelling beoordeelt. In de verordening “gemeentegaranties geldleningen” worden de voorwaarden opgenomen waaronder garantstellingen worden verleend. Het gaat hierbij over voorwaarden aan zowel de aanvrager, de geldverstrekker als de garantstelling zelf. In het beleid wordt duidelijk vastgelegd hoe we het beheer van verleende garantstellingen regelen binnen de gemeente Het beleid bevat richtlijnen hoe we komen tot een reële inschatting van de risico’s die we lopen t.a.v. openstaande garantstellingen. Hierbij worden de soorten garantstellingen die we kennen binnen de gemeente ingedeeld in een risicoprofiel. Op het moment van het opstellen van de begroting 2012 staat de gemeente garant voor een totaalbedrag van ca € 83 mln. Het risico is ingeschat op een bedrag van € 756.000. Daarnaast wordt er rekening gehouden met een extra risicobedrag van € 200.000 waarbinnen in 2012 nieuwe garantstellingen kunnen worden verleend. • Beleggingen Volgens het treasurystatuut mag de gemeente enkel beleggen in fondsen met een beperkt risicoprofiel (o.a. minimale A-rating). Bij afsluiten van de betreffende overeenkomsten wordt hieraan strikt de hand gehouden. Alle beleggingen worden geacht de looptijd uit te dienen, waarna aflossing tegen pari plaats vindt. Gedurende de looptijd van beleggingen kan de koers onder pari noteren o.a. door de hoogte van de couponrente versus de actuele marktrente, maar ook door een gewijzigde kredietwaardigheid van een instelling. In het laatste geval bestaat de kans dat de belegging aan het einde van de looptijd onder pari wordt afgelost danwel al eerder als oninbaar wordt afgeboekt. Momenteel is er ernstige twijfel over het (volledig) terug betalen van de uitgezette staatsleningen door Griekenland, en in mindere mate aan Portugal en Ierland. Wij hebben voor € 1,6 mln beleggingen in deze leningen. Op basis van de huidige koerswaarde schatten we het risico op 40%.
A2. Financiële risico’s grondbedrijf De Risicoreserve Grondbedrijf heeft als doel dekking te geven aan risico’s die het grondbedrijf kan lopen. In de door de gemeenteraad vastgestelde nota Grondbeleid is aangegeven welke risico’s de gemeente loopt bij het proces van planontwikkeling en exploitatie van gronden. Genoemd zijn waarderingsrisico’s, marktrisico’s en organisatierisico’s. Waarderingsrisico’s kunnen ontstaan doordat reeds ontwikkelde gronden niet op het veronderstelde tijdstip in exploitatie kunnen worden genomen, dan wel dat deze niet tegen de gecalculeerde waarde kunnen worden ingebracht in de exploitatie. Marktrisico’s kunnen ontstaan indien de gecalculeerde inkomsten en uitgaven niet worden gerealiseerd tengevolge van externe invloeden (bijv. tegenvallende kosten of achterblijvende afzet). Organisatierisico’s kunnen ontstaan door onvoldoende organisatorische maatregelen, waardoor de meest optimale situatie niet wordt bereikt. In de nota Grondbeleid is een methodiek vastgesteld voor berekening van de benodigde reserve (risico’s). Voor in exploitatie genomen gronden wordt alleen een marktrisico berekend. Voor niet in exploitatie genomen gronden wordt naast een marktrisico óók een waarderingsrisico berekend (beide over de boekwaarden). Het zijn met name de niet in exploitatie genomen gronden (NIEG’s) 66
Programmabegroting 2012
die de benodigde reserve zo hoog maken. Daarnaast zijn exploitaties met een hoge boekwaarde van grote invloed op de benodigde reserve. In deze begroting zijn een aantal van de NIEG’s afgewaardeerd tot de huidige marktwaarde (agrarische m2-prijs). Derhalve bestaat er voor deze gronden geen waarderingsrisico meer: het risico van verdere waardedaling is nihil. In de Jaarrekening 2010 bedroeg de benodigde reserve voor 2012 € 9,3 mln. Bij de begroting 2012 bedraagt door de genoemde afwaardering de benodigde reserve € 7,8 mln. - afname waarderingsrisico € 0,9 mln - afname marktrisico € 0,6 mln Afname benodigde risicoreserve voor 2012 € 1,5 mln In het najaar wordt een besluit genomen over overdracht van gronden die niet meer in exploitatie worden genomen naar de algemene dienst. De financiële consequenties hiervan zijn nog niet bekend. Meerjarig ontwikkelen de risico’s in het grondbedrijf zich als volgt. 2012
2013
2014
2015
Waarderingsrisico
2.482
2.183
2.135
2.138
Marktrisico
4.086
3.584
3.401
3.202
Organisatierisico
1.300
1.300
1.300
1.300
Totaal risico
7.868
7.067
6.836
6.640
In de Voorjaarsnota 2011 is vermeld dat op onderdelen het uitvoeringsprogramma 2011 Nota Grondbeleid invloed kan hebben op de risico’s binnen het grondbedrijf (o.a. rekenrente en scheiding taken grondbedrijf/algemene dienst). Uitwerking heeft hiervan nog niet plaatsgevonden We moeten ons wel realiseren dat bij bovengenoemde berekeningsmethodiek er altijd onvoorziene ontwikkelingen zijn waarvan het financieel risico niet of niet volledig te voorzien is. We noemen: De economische crisis In bovengenoemde berekeningsmethodiek is gedeeltelijk rekening gehouden met de mogelijke gevolgen van de economische crisis. Zie hiervoor de toelichting in de paragraaf G. Ontwikkelingen op de huizenmarkt en hypothekenmarkt Nog ongeacht de economische ontwikkelingen, is ook de uitgifte van gronden onderhevig aan marktwerking. Dat betekent dat vraag en aanbod de prijzen bepalen. Daarnaast zijn invloeden van buitenaf van invloed op deze markt. Woningmarktonderzoek Belangrijk voor de financiële verwachtingswaarde is dat er rekening wordt gehouden met een reële verwachting van gronduitgifte in de diverse grondexploitaties. De belangrijkste risico’s betreffende volgende projecten Gouden leeuw Inmiddels heeft de Gouden Leeuw BV het overgrote deel van fase 1 financieel afgewikkeld met de gemeente. Hierbij heeft een correctie plaatsgevonden op de grondprijs in verband met de herontwikkeling van grondgebonden vrijesectorwoningen naar zorgappartementen. Daarnaast heeft de gemeente een subsidie ontvangen in de vorm van de derde tranche Min. van der Laan. Ook heeft er overleg met de provincie plaatsgevonden in verband met SDV subsidie. Het subsidie besluit is door Gedeputeerde Staten van de provincie genomen de afwikkeling zal in het vierde kwartaal van 2011 plaatsvinden. De gemeente is voornemens fase 2 te herontwikkelen met Albert Heijn. De begrote opbrengsten die voor 52 grondgebonden woningen in 2008 (top van de markt) zijn geraamd zijn in deze markt niet realistisch. Dit heeft in 2010 geleid tot een afwaardering van de begrote opbrengsten. De onderhandelingen over de 2e fase Gouden Leeuw zijn nog niet afgerond. Er kan dus nog niet aangegeven worden wat het resultaat daarvan betekent voor de totale exploitatie. In de resterende verwachte looptijd (t/m 2015) wordt getracht een verdere optimalisatie te bewerkstelligen in bijvoorbeeld de inrichting van het openbaar terrein, extra inkomsten genereren, ontwikkeling fase 67
Programmabegroting 2012
2 etc. Er wordt naar gestreefd om het verwachte tekort weg te werken. Voor het verwachte tekort is een voorziening getroffen. Omdat de exploitatie in de Jaarrekening 2010 is herzien, wordt in de berekening voor de risicoreserve met een gemiddeld hoge risicofactor gerekend. Greenpark Gemeente Venray participeert in de Wet Gemeenschappelijke Regeling (WGR) GreenPark en is daarmee één van de initiatiefnemers. Venray is daarmee ook mede financieel verantwoordelijk voor de grondexploitatie. Voor de planprocedures is Venlo als grondgebiedgemeente verantwoordelijk. Normaliter wordt voor een project in exploitatie door ons alleen een marktrisico berekend. Voor Greenpark is een uitzondering gemaakt. Er wordt naast een marktrisico ook een waarderingsrisico berekend op basis van de boekwaarden van de grondexploitatie. Omdat de exploitatie een ambitieus programma heeft met een lange looptijd en mede afhankelijk is van het succes van de Floriade vinden wij het nodig ook een waarderingsrisico te berekenen. Voor het verwachte verlies is inmiddels een voorziening getroffen. Na afloop van de Floriade kan worden geconstateerd of de ambities van de exploitaties reëel zijn gebleken en kan het waarderingsrisico worden bijgesteld. Floriade In 2003 is met het raadsbesluit te participeren in een Floriade BV een nominaal tekort op de exploitatie begroot van € 7 mln., waarvan Venray € 1,54 mln voor haar rekening zal nemen. Pas na afloop van de Floriade zal bekend zijn wat het resultaat is en wat het effect is op de voorziening. Het bezoekersaantal en verkregen subsidies zullen het financieel resultaat bepalen. Bij de exploitatieopzet van de Floriade is rekening gehouden met indexering. Villa Flora In maart 2011 heeft uw raad een besluit genomen over deelname aan de opstalontwikkeling van Villa Flora (op het Floriadeterrein). Deze opstalontwikkeling waar de gemeente Venray voor 20% in deelneemt kent een zeer waarschijnlijke winstneming na ca. 9 jaar exploitatie (2021). Hierdoor kan (in de toekomst) een conservatieve inschatting van deze winstneming worden opgenomen in de risicoreserve. Daarnaast is met het besluit een garantstelling afgegeven voor een externe financiering voor Villa Flora BV. De prognose voor de toekomstige winstneming is positief en bij deze winstneming is ook rente en aflossing meegenomen, gedurende de beoogde 9 jaar exploitatie. Inmiddels zijn er veel (langlopende) huurcontracten getekend, waardoor inkomsten dus voor een belangrijk deel van de 9 jaar voorzien zijn. Hieruit kan worden geconcludeerd dat het risico voor de externe financiering gering is. Er wordt daarom geen reserve gevormd in de risicoreserve grondbedrijf B. Risico’s op eigendommen Onderhoud gebouwen In 2008/2009 zijn de meerjarenonderhoudsplannen voor gemeentelijke accommodaties geactualiseerd en verwerkt in het onderhoudsbeheersysteem. In deze plannen zijn de financiële consequenties opgenomen. In de gemeentelijke begroting is momenteel ruim € 1,3 mln structureel opgenomen voor instandhouding (onderhoud) van gebouwen die in eigendom zijn van de gemeente (m.u.v. huisvesting primair onderwijs). Het grootste deel van de instandhouding van accommodaties (ruim € 1 mln van bovengenoemd budget) is via privatiseringscontracten ondergebracht bij exploitanten. Deze contracten zijn gebaseerd op verzelfstandigingsvergoedingen die zijn opgebouwd uit een of meerdere componenten. De bijdrage voor het onderhoud, gebaseerd op het Meerjaren Onderhoudsplan (MJO), is een van die componenten. Voor de accommodaties waarbij de verantwoordelijkheid voor het onderhoud bij de gemeente zelf ligt is een voorziening in het leven geroepen. Deze voorziening wordt gevoed door jaarlijkse stortingen (gebaseerd op de onderhoudsplannen) vanuit de exploitatie (ca € 300.000). In 2010 is een start gemaakt met het verder beheersmatig op orde brengen van het gebouwenonderhoud. Hieronder valt onder andere het op orde brengen van de onderliggende contracten, de administratie m.b.t. uitvoering van de contracten en de MJO’s en dossiervorming. Bovenstaande is onderdeel van het project “Vastgoed Maatschappelijke Accommodaties” dat invulling geeft aan het uitvoeringsprogramma van de Accommodatienota gemeente Venray 2011-2015. Bij de actualisatie van contracten en meerjarenonderhoudsplanningen bestaat de kans dat het budget van € 1,3 mln in de huidige begroting onvoldoende is. We houden rekening met een risico van 5% van de exploitatielasten van € 1,3 mln. C. Operationele risico’s samenhangend met de interne bedrijfsvoering De risico’s in deze categorie zijn onuitputtelijk en moeilijk/niet kwantificeerbaar. Teneinde geen schijnzekerheid te willen creëren, nemen we geen risico’s op. Het surplus aan weerstandscapaciteit dient momenteel als dekking voor de niet geïdentificeerde risico’s.
68
Programmabegroting 2012
Niet gekwantificeerde risico’s Verder onderkennen we de volgende risico’s, die dusdanig algemeen zijn of onvoldoende concreet zijn, dat ze niet kunnen worden gekwantificeerd. Mochten deze risico’s zich manifesteren, moeten ze door de algemene reserve worden opgevangen. Economische recessie Zoals eerder aangekondigd zijn de gevolgen van de recessie ook voor de Gemeente Venray aanzienlijk. Zowel de inkomsten- als de uitgavenkant staan onder druk. De inkomstenkant krijgt onder andere te maken met kortingen van het rijk, verminderde of latere inkomsten van het grondbedrijf en met lagere bouwleges (door minder aanvragen). De uitgaven daarentegen zullen zonder maatregelen ook hoger worden omdat door de economische situatie er meer beroep zal worden gedaan op gemeentelijke voorzieningen. In de Voorjaarsnota 2010 zijn maatregelen voorgesteld om deze ontwikkelingen te pareren. Een groot bezuinigingspakket met maatregelen is in de Programmabegroting 2011 verwerkt. Ondanks dit bezuinigingspakket was er nog geen sluitend meerjarenperspectief. Op 21 april 2011 heeft de VNG het onderhandelaarsakkoord (bestuursakkoord) getekend en gepresenteerd. Dit bestuursakkoord is door de leden aangenomen met uitzondering van de paragraaf werken naar vermogen, met name in verband met de (financiële) gevolgen voor de sociale werkvoorziening. Volgens de meest recente informatie zullen de afspraken vanuit het bestuursakkoord toch uitgevoerd gaan worden, hoewel de gemeenten het onderdeel over hervorming van de sociale werkvoorziening hadden afgewezen. Financieel is er nog veel onzeker. Gedurende de komende jaren zal hier meer duidelijkheid over komen. In de meicirculaire 2011 is op onderdelen al wat verduidelijking gegeven. De financiële consequenties voor Venray hebben we zo goed mogelijk ingeschat. Als buffer hebben we in de meerjarenbegroting een budget opgenomen oplopend naar € 1,9 mln (stelpost bezuinigingen). Feit blijft dat het nu niet mogelijk is om de economische gevolgen van de recessie volledig in te schatten. Ook de duur van de recessie is onduidelijk. Dit betekent dat er nog steeds risico's uitgaan van de huidige economische laagconjunctuur. Mochten de risico's toch hoger uitvallen dan nu aangenomen dan zullen deze in eerste instantie middels de algemene reserve opgevangen worden. Algemene uitkering Ten aanzien van het gemeentefonds zijn er vanuit het rijk onderzoeken gaande die in de toekomst mogelijk van grote invloed op het gemeentefonds kunnen zijn. Deze onderzoeken hebben betrekking op de inzet Overige Eigen Middelen (OEM) van gemeenten en het onderzoek naar een gewijzigde verdeling van het gemeentefonds met ingang van 2013. Voor een nadere inhoudelijke toelichting verwijzen wij naar hoofdstuk 3 financieel meerjarenperspectief onderdeel 3.1 algemene uitkering. Bouwleges De inkomsten van bouwleges staan als gevolg van de teruglopende bouwaanvragen onder druk. Hiertoe worden de legesopbrengsten voor 2011 in de tweede Bestuursrapportage 2011 sterk verlaagd. In hoeverre dit een doorwerking heeft naar 2012 en volgende jaren wordt nader onderzocht. Hierover zal in het najaar 2011 een afzonderlijke nota ter besluitvorming aan de raad worden aangeboden. Vooralsnog zijn de bouwleges voor 2012 en volgende jaren kostendekkend opgenomen. Leges identiteitskaarten In september 2011 heeft de Hoge Raad besloten dat er geen leges meer mogen worden geven op het verstrekken van identiteitskaarten. Bij het opstellen van de (meerjaren)begroting is hiermee nog geen rekening gehouden. Eventuele consequenties worden middels een begrotingswijziging ter besluitvorming voorgelegd
3. Weerstandscapaciteit De meerjarige ontwikkeling van de weerstandscapaciteit is als volgt. 2012 Begrotingsruimte Algemene reserve Bestemmingsreserves Stille reserves Niet-benutte deel belastingscap. Totaal algemeen Algemene reserve grondbedrijf Totaal
2013
2014
2015
502
731
726
486
21.061
20.889
20.347
19.847
77
77
77
pm
pm
pm
pm
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
21.640
21.697
21.150
20.333
3.780
3.839
4.212
6.925
25.420
25.536
25.362
27.258
69
Programmabegroting 2012
Begrotingsruimte In de Programmabegroting wordt jaarlijks een budget geraamd ten behoeve van onvoorziene uitgaven. Er is besloten om hiervoor jaarlijks € 122.000 op te nemen. Daarnaast resteert er meerjarig een positief exploitatieresultaat, dat wordt aangemerkt als begrotingsruimte. Algemene reserves Meerjarig ontwikkelen de algemene reserves als volgt. 2012 Algemene reserve Risicoreserve grondbedrijf Totaal
2013
2014
2015
21.061
20.889
20.347
19.847
3.780
3.839
4.212
6.925
24.841
24.728
24.559
26.772
Ten opzichte van de Voorjaarsnota 2011 leiden de volgende oorzaken tot een toename van de risicoreserve grondbedrijf, per einde 2012; deze was begroot op € 2,7 mln. 1. We gaan er vanuit dat in 2011 en 2012 enkele grondverkopen plaatsvinden, die ultimo 2010 niet meegenomen waren. 2. De verwachting is dat bij de 2e Berap 2011 een aantal NIEG’s worden afgewaardeerd tot de huidige marktwaarde, conform de wettelijke kaders van het BBV. Dit verlaagt de boekwaarden van de betreffende gronden ten laste van de risicoreserve. 3. De begrote algemene kosten grondbedrijf dalen voor 2011 en 2012. 4. Het college stelt voor om met ingang van 2012 geen afdracht meer plaats te laten vinden van het grondbedrijf aan de algemene dienst. - toegenomen winstneming door grondverkoop - afwaardering gronden - afname algemene kosten grondbedrijf - vervallen afdracht grondbedrijf aan algemene dienst Toename reserve grondbedrijf 2012
€ -€ € € €
1,5 1,4 0,4 0,6 1,1
mln mln mln mln mln
Bij de hoogte van de algemene reserve dient rekening te worden gehouden met bedragen die zijn gelabeld en waarover niet vrij kan worden beschikt. Te weten: - Essentgelden Een gedeelte van de weerstandscapaciteit is ontstaan door boekwinst op de verkoop van Essentaandelen. Na afboeking van activa met maatschappelijk nut in 2010 resteert nog een bedrag van € 7,2 mln. Deze middelen zijn belegd om rendement te genereren, ter compensatie van vervallen dividendinkomsten en kunnen derhalve niet worden aangewend voor andere doeleinden omdat dan (rente)inkomsten wegvallen. - Claims Uit afspraken in het kader van de herindeling Meerlo-Wanssum zijn er nog een tweetal claims die een beslag leggen op de algemene reserve . Gemeenschapshuis Wanssum (de Zandhoek) € 350.000 . Haven Wanssum € 36.000 In 2011 wordt het DOP voor Wanssum opgesteld. In het uitvoeringsprogramma zal worden aangegeven welke invulling de claim concreet zal krijgen. Voor de berekening van de vrije ruimte is de claim voorzichtigheidshalve meegenomen tot 2015. Dit geldt ook voor Haven Wanssum. Bestanddelen van de bestemmingsreserves De bestemmingsreserves liggen vast en mogen daardoor niet meegenomen worden in het weerstandsvermogen. Hierop zijn twee uitzonderingen. Het gaat om twee niet geoormerkte bestemmingsreserves: monumenten en BTW-compensatiefonds. Met ingang van 2012 heeft volledige BTW-compensatie plaatsgevonden en wordt het fonds opgeheven. 2012 Monumenten BTW-compensatiefonds Totaal
2013
77 -
77 -
77
2014 77 -
77
2015 77 -
77
77
70
Programmabegroting 2012
Stille reserves In bezittingen die tegen nul zijn gewaardeerd of waarvan de boekwaarde (beduidend) onder de handelswaarde ligt is een onbepaald vermogen opgesloten. Het gaat daarbij onder andere om aandelen, gemeentelijke gebouwen en gronden. De mogelijke meeropbrengsten die bij verkoop ontstaan kunnen voor andere doeleinden worden aangewend. Dit geldt alleen voor die bezittingen die op de markt te verkopen zijn. Venray beschikt wel over dergelijke activa, echter daarvan is de marktwaarde niet bepaald. Niet-benutte belastingcapaciteit Dit betreft een drietal heffingen: de OZB, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing. De OZB-tarieven mogen maximaal met de macronorm stijgen. Voor 2012 is besloten de norm toe te passen. De rioolheffing en afvalstoffenheffing moeten kostendekkend zijn. Voor 2012 zijn de tarieven kostendekkend. Derhalve is er geen ruimte om belastingen en heffingen te verhogen.
71
Programmabegroting 2012
72
Programmabegroting 2012
Paragraaf C. Onderhoud van kapitaalgoederen Deze paragraaf gaat in op het beleidskader en de daaruit voortvloeiende financiële consequenties met betrekking tot de “grotere” kapitaalgoederen in onze gemeente. Onder Kapitaalgoederen verstaan we “duurzame productiemiddelen”: de spullen die we nodig hebben om de diensten en goederen die wij aan onze burgers leveren te produceren. Daarbij gaat het om grotere goederen die meerdere jaren meegaan en veel waarde hebben. Hierbij moet worden gedacht aan de kosten van instandhouding van wegen, verlichting, riolering, groen, sportfaciliteiten en gebouwen (inclusief de scholen). Een groot deel van het “vermogen” van onze gemeente ligt in de grond of op het openbaar gebied. Het is dan ook van belang dat hierover een zorgvuldig beheer wordt gevoerd. Met het onderhoud van kapitaalgoederen is een substantieel deel van de begroting gemoeid. Om die reden dienen de kosten van de instandhouding dan ook hun weerslag te vinden in onderhoudc.q. beheerplannen. De vaststelling hiervan is voorbehouden aan de raad. Hiermee wordt invulling gegeven aan het dualisme namelijk kaders stellen voor het onderhoud van wegen, riolering, gebouwen enz. Investeringen in het openbaar gebied maken in onze gemeente een belangrijk deel uit bij het realiseren van de gemeentelijke programma’s. Deze paragraaf geeft hier invulling aan. Dit wordt geïllustreerd door de volgende cijfers: Omschrijving Oppervlakte van de gemeente Venray (ha) Verharde wegen (m2) Aantal lichtmasten Aantal kolken Aantal pompen en gemalen Vrijverval riool (km) Persleiding (km) Bos. incl. natuurterreinen (ha) Beplanting/openbaar groen (m2) Gras/openbaar groen, excl. bermen buitengebied (m2)
Hoeveelheid 16.500 3.500.321 8.058 15.800 680 297 182 1.380 647.013 1.126.956
Artikel 12 van het Besluit Begroting en Verantwoording schrijft expliciet voor dat van de kapitaalgoederen moet worden aangegeven: het beleidskader; de uit het beleidskader voortvloeiende financiële consequenties; de vertaling van de financiële consequenties in de begroting. Wij zullen nader ingaan op de volgende onderdelen: • Onderhoud wegen • Onderhoud riolering • Onderhoud haven • Onderhoud openbaar groen • Onderhoud bossen, natuurgebieden en landschappelijke elementen • Onderhoud openbare verlichting • Onderhoud gebouwen
Onderhoud wegen (programma 3) Doel Instandhouding van het verharde wegennet, zodanig dat de mobiliteit van de gebruikers gewaarborgd en van voldoende comfort blijft. Beleidskader In Venray wordt de strategie toegepast dat het juiste onderhoud op het juiste tijdstip wordt uitgevoerd, om een zo rendabel mogelijk beheer van de verhardingen te realiseren. In het huidige wegenbeleidsplan 2011-2015, geactualiseerd en vastgesteld in 2011, zijn de vastgestelde bezuinigingen voor 2012 e.v. verwerkt. Nog steeds is aangegeven dat veel gebruikte verhardingen een hoger kwaliteitscijfer mogen hebben dan minder of niet gebruikte verhardingen. Er is gekozen voor gedifferentieerde kwaliteit, waarbij ervoor is gekozen – waar mogelijk – een lager onderhoudsniveau te hanteren. 73
Programmabegroting 2012
Op dit moment is er geen sprake van achterstallig onderhoud. Indien de bezuiniging voor een beperkt aantal jaren geldt, zal dit ook niet direct optreden. Daarna zal er echter weer extra budget nodig zijn om te voorkomen dat er structurele schade optreedt wat uiteindelijk weer veel extra geld zou kosten. Rekening houdende met de huidige stand van de voorziening wegen en de ontwikkeling hiervan, zou per 2016 een tekort kunnen ontstaan. Het is nu niet mogelijk alle ontwikkelingen tot en na die tijd nu te voorspellen. Zo is in 2011 bijvoorbeeld de N455 aan de gemeente Venray overgedragen, met bijbehorend budget. Bij de actualisatie van het wegenbeleidsplan in 2015 kan daarom nog ruim op tijd worden ingespeeld op de financiële ontwikkelingen. Beleidsmatig is gekozen voor een zo integraal mogelijke aanpak van alle werkzaamheden, waaronder riolering, verkeer, groen en openbare verlichting. Ook afdelingsoverstijgend wordt extra aandacht gegeven aan een efficiënte afstemming. Bij totale vervanging van de wegverharding worden via de MUIP aparte kredieten aangevraagd, indien mogelijk in combinatie met rioolvervanging en aanleg verkeersmaatregelen (werk met werk maken). Het dagelijks onderhoud is uitgevoerd op basis van inspecties en periodieke schouwen door de weginspecteurs en eigen waarnemingen van beheerders en toezichthouders. De resterende noodzakelijke reparaties worden uitgevoerd n.a.v. klachten en meldingen van derden. Voor het groot onderhoud is een onderhoudsvoorziening ingesteld. Ten behoeve van het dagelijks onderhoud is een jaarlijks bedrag in de begroting opgenomen.
Financiële consequenties en vertaling in de begroting Voor de uitvoering van het onderhoud en investeringen in wegen en verkeersmaatregelen zijn in 2012 en verder de volgende bedragen beschikbaar gesteld: Omschrijving Onderhoud wegen en verkeersmaatregelen Bruto investeringen in herinrichtingen wegen en verkeersmaatregelen
2012
2013 *
2014*
2015 *
1,25 mln
1,26 mln
1,28 mln
1,30 mln
2,50 mln
2,51 mln
2,53 mln
2,54 mln
*De investeringen voortvloeiende uit het MUIP 2012-2016 worden door de Raad alleen voor de jaarschijf 2012 vastgesteld. De jaren vanaf 2013 gelden als richtinggevend en worden als stelpost in de begroting opgenomen. In bovenstaande tabel zijn deze voor de volledigheid wel weergegeven.
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2012 In 2012 wordt conform het wegenbeleidsplan (groot) onderhoud gepleegd aan diverse wegen. In zijn algemeenheid vinden reconstructies plaats in combinatie met andere projecten.
Onderhoud riolering (programma 3) Doel Doelmatige inzameling en afvoer van afvalwater, minimaliseren van wateroverlast en beperken van verontreiniging bodem c.q. oppervlakte- en grondwater door ongezuiverde lozingen. Beleidskader Op basis van het Gemeentelijk RioleringPlan (GRP) dat in 2009 geactualiseerd is wordt het bestaande en nieuw aan te leggen rioleringsstelsel zo efficiënt mogelijk gemaakt. Dit betekent o.a. dat de riolering jaarlijks wordt geïnspecteerd volgens het opgestelde rioolbeheerplan. Schades worden gerepareerd en riolen die niet meer voldoen worden vervangen of gerelined. Verder zal jaarlijks hemelwaterafvoer worden afgekoppeld van de riolering om verdroging in de toekomst tegen te gaan. Het regenwater wordt gefilterd en geïnfiltreerd naar de bodem. Om een zo hoog mogelijke kwaliteit van het afvalwatersysteem te realiseren zoeken we vergaande samenwerking met het waterschap en andere overheden op. Het gehele rioleringsstelsel wordt onderhouden door een rioolheffing bij de gebruikers hiervan in rekening te brengen. Dit kostendekkend verhaal is doorgerekend t/m 2015 en maakt onderdeel uit van het in 2009 geactualiseerde GRP. Financiële schommelingen in de jaren worden verrekend met de reserve riolering. De 3 nieuwe dorpen vanuit Meerlo-Wanssum zullen beleidsmatig in principe het GRP van Venray gaan volgen. Het GRP is hierop tekstueel nog niet aangepast, maar bij de actualisatie in 2013 worden deze opgenomen in het GRP van Venray. De financiële gevolgen voor de riolering van de 3 nieuwe dorpen is begin 2010 reeds verwerkt. Bij de verrekening met de gemeente Horst aan de Maas is rekening gehouden met het achterstallig onderhoud dat bestond op het Venrayse grondgebied.
74
Programmabegroting 2012
Financiële consequenties en vertaling in de begroting Voor het rioolbeheer en voor investeringen in rioolvervangingen zijn in 2011 de volgende bedragen beschikbaar gesteld: Omschrijving
2012
2013 *
2014*
2015 *
Rioolbeheer (incl. kapitaallasten + interne uren)
3,43 mln
3,38 mln
3,36 mln
3,33 mln
Investeringen rioolvervanging en aanleg drukriolering
0,37mln
0,42 mln
1,85 mln
1,98 mln
*De investeringen voortvloeiende uit het MUIP 2012-2016 worden door de Raad alleen voor de jaarschijf 2012 vastgesteld. De jaren vanaf 2013 gelden als richtinggevend en worden als stelpost in de begroting opgenomen. In bovenstaande tabel zijn deze voor de volledigheid wel weergegeven.
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2012 Vanaf 2010 zijn er in de ‘oude’ gemeente Venray enkel onderhoudsmaatregelen en afkoppelen van hemelwater gepland. In de drie dorpen van de voormalige gemeente Meerlo-Wanssum staan wel verbeteringsmaatregelen gepland.
Onderhoud haven (industriehaven programma 3; jachthaven programma 4) Doel Het in stand houden van de industrie- en jachthaven. Beleidskader Voor de industrie- en jachthaven bestond nog geen meerjarig onderhoudsplan. Om in de toekomst middelen te reserveren voor onderhoud en herstel van de industriehaven is dit plan in 2011 opgesteld. De vaststelling ervan is gepland eind 2011/begin 2012. Verdere investeringen voor onderhoud, modernisering en revitalisering van industrie- en jachthaven worden bezien in relatie tot de verdere ontwikkelingen van de haven en het bedrijventerrein (lees: de gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum en de regionale samenwerking tussen havens In Regionaal/Provinciaal verband. In 2011 is de Samenwerkingsovereenkomst over de Uitvoeringsagenda Havenbeheer Limburg samen met 11 gemeenten en de Provincie vastgesteld. Afgesproken is samen voor de Limburgse havens te komen tot een uniformering van de havenverordening en de grondslag voor het heffen van havengeld. In 2012 worden daartoe concrete voorstellen uitgewerkt. Vooruitlopend daarop zijn de havengelden door de raad in 2011 gewijzigd vastgesteld. Naar verwachting zullen deze mogelijk in 2012 of later nog een keer moeten worden bijgesteld naar aanleiding van het overleg met de andere havens. Hiertoe zal dan een nieuw raadsvoorstel worden aangeboden. Voor het verder verdiepen van de haven is cofinanciering van Rijk en Provincie tot stand gekomen in het kader van de zogenaamde Quick Wins regeling. Doel van deze regeling is de bereikbaarheid van vaarwegen en binnenhavens te verbeteren. In samenwerking met Rijkswaterstaat en enkele andere Limburgse havens is uitvoering en aanbesteding voorbereid. Uitvoering vindt plaats in 2012 Rijkswaterstaat is bezig met een peilopzet van 25 cm van de Maas in verband met de modernisering van de Nederlandse vaarwegen. In 2011 is het peil met 10 cm verhoogd en in 2012 zal de resterende 15 cm worden opgezet. Over de gevolgen daarvan voor het functieverlies van kaden en beschoeiingen is overleg gevoerd met RWS. RWS zal in het najaar van 2011 een voorstel aan de gemeente doen, voorafgaand aan de wettelijke Nadeelcompensatie regeling. Venray kan dan met de beschikbaar komende gelden maatregelen uitvoeren ter voorkoming van schade. De regeling voorziet niet in het volledig vergoeden van alle kosten. Naar verwachting komt er pas eind 2011 zicht op de beschikbaar te stellen middelen. Daarna zal bezien worden welke maatregelen het beste kunnen worden genomen voor het beschikbaar gestelde geld en welke maatregelen er aanvullend gefinancierd zouden moeten worden. Een voorstel ter zake zal pas in 2012 kunnen worden geformuleerd. De jachthaven is verhuurd. Een deel van het onderhoud rond de jachthaven wordt uitgevoerd door de huurder. Het op diepte houden van de jachthaven en oeverbescherming is een verantwoordelijkheid van de gemeente. Voor de uitvoering van onderhoud bestaat momenteel een Reserve. Tevens is een structureel budget beschikbaar voor jaarlijks klein onderhoud. Zowel voor de industriehaven als de jachthaven/zandvang is ten behoeve van uitvoering van (groot) onderhoud een (onderhouds)reserve gevormd. Jaarlijks wordt hierin een bedrag gestort.
75
Programmabegroting 2012
Financiële consequenties en vertaling in de begroting Voor het instandhouden van de industrie- en jachthaven zijn voor 2012 e.v. respectievelijk € 3.000 en € 2.500 vanuit de reserves beschikbaar gesteld. Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2012 Voor de komende jaren is de planuitvoering afhankelijk van de ontwikkelingen in het havengebied. In 2011 is hard gewerkt om deze ontwikkelingen voor de komende jaren in beeld te brengen en in het beleid te verwerken. Op dit moment is e.e.a. nog niet in concrete projecten aan te duiden.
Onderhoud openbaar groen (programma 3) Doel Het instandhouden en verbeteren van de openbare groenvoorzieningen, om een comfortabel leefklimaat te handhaven. Hierbij worden met gericht beheer en onderhoud de verschillende functies van het openbaar groen, zoals aankleding, afscherming en verkeersgeleiding gewaarborgd. Beleidskader Het openbaar groen maakt integraal deel uit van het algeheel stedelijk woon- en leefklimaat. Om zowel de visueel/ruimtelijke, gebruiks- als ecologische functie te kunnen waarborgen moet het groen zo goed en efficiënt mogelijk onderhouden worden. Binnen de beschikbare middelen wordt gezocht naar efficiënter en effectiever onderhoud. In 2005 is een meerjarenvisie opgesteld door de vaststelling van een groenstructuurplan en in 2007 is het groenbeheerplan vastgesteld. Eind 2010 is het groenbeheerplan geëvalueerd en is een nieuw groenbeheerplan voor de periode 2011-2014 opgesteld. Hierin zijn de bezuinigingen meegenomen. Om deze bezuinigingen te kunnen realiseren zijn de gewenste onderhoudsniveaus verlaagd. Deze bezuinigingen worden vanaf 2012 gerealiseerd Deze bezuinigingen kunnen een beperkt aantal jaren worden uitgevoerd. Hierna zal extra budget nodig zijn om te voorkomen dat er structurele schade ontstaat door achterstallig onderhoud, wat juist weer zou leiden tot extra (vervangings)investeringen. Door de verdergaande opzet van wijkbeheer binnen de gemeente kan het groen beter worden onderhouden. In 2009 is gestart met de beeldbestekken. Binnen enkele jaren moet dit zorgen voor een herkenbaar goed kwalitatief beeld van het groen. Begin 2011 is de werkwijze met wijkbeheer geëvalueerd en daarna is een kadernota wijkbeheer opgesteld. Door bij de ontwikkeling van nieuwe in- en uitbreidingsplannen zoveel mogelijk rekening te houden met de beheerbaarheid kan een basis tot hoge kwaliteit van het openbaar groen gewaarborgd blijven. In de begroting is een jaarlijks een (ongeveer vast) bedrag opgenomen voor het onderhoud van groen. Daarnaast is voor de jaren 2008 t/m 2017 jaarlijks € 100.000 uitgetrokken voor een inhaalslag, gebaseerd op het groenbeleidsplan. Vanwege de bezuinigingen zijn er geen middelen beschikbaar om extra zaken op te pakken die niet in het groenbeleidsplan zijn verwerkt. Hierdoor kan het voorkomen dat specifieke uitval door bijvoorbeeld extreme weersomstandigheden, ziektes of andere onvoorziene omstandigheden niet kunnen worden hersteld conform de gewenste kwaliteiten. In 2010 zijn ook alle waardevolle en/of monumentale bomen in het buitengebied en op het nieuwe grondgebied voormalige gemeente Meerlo-Wanssum toegevoegd aan de bomenlijst. Financiële consequenties en vertaling in de begroting Voor het onderhoud van het openbaar groen zijn in 2012 de volgende bedragen beschikbaar gesteld: Omschrijving Bomen, plantsoenen
2012 1,42 mln
2013 1,38 mln
2014 1,40 mln
2015 1,42 mln
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2012 In 2012 zal verder uitvoering gegeven worden aan het groenbeheerplan.
Onderhoud bossen, natuurgebieden en landschappelijke elementen (programma 3) Doel Het instandhouden van bossen, natuurterreinen en landschappelijke elementen. Daarnaast het versterken van natuurontwikkeling en landschapskwaliteit en het verhogen van recreatiemogelijkheden in buitengebied.
76
Programmabegroting 2012
Beleidskader Bossen, natuurterreinen en landschappelijke elementen zijn eigendom van de gemeente Venray en worden beheerd door stichting De Marke. Samen met de gemeente en andere betrokkenen worden wensen en behoeftes op het gebied van recreatie en natuurbeleving afgestemd op de ontwikkeling van de landschapsecologische kwaliteit. In 2009 is een nieuw beheerplan bossen 2009-2015 vastgesteld. Hieruit volgen jaarlijks werkplannen voor de uitvoering. Financiële consequenties en vertaling in de begroting Voor het onderhoud van bossen, natuurgebieden en landschapselementen zijn in 2011 de volgende bedragen beschikbaar gesteld: Omschrijving Natuurbeheer
2012 0,19 mln
2013 0,20 mln
2014 0,20 mln
2015 0,20 mln
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2012 Vanwege de onder druk staande begroting van stichting de Marke Venray zal het natuurbeheer sober uitgevoerd worden.
Onderhoud openbare verlichting (programma 3) Doel Het verlichten van de openbare ruimte en het verbeteren en instandhouden van de openbare verlichting. Beleidskader Een goede openbare verlichting is noodzakelijk voor een veilige openbare ruimte, zowel op sociaal als verkeersveilig gebied. Hiervoor dient de openbare verlichting te voldoen aan verlichtingsnormen. Hiervoor wordt in 2011 het beleidsplan Openbare Verlichting opgesteld en volgens de huidige planning zal vaststelling ook nog in 2011 plaatsvinden Jaarlijks wordt dit areaal uitgebreid met 3,5% met een inhaalslag die gestart is in 2006/2007. Verder zal openbare verlichting zoveel mogelijk integraal worden meegenomen met de onderhouds- en herinrichtingswerkzaamheden. Naast de uitbreiding voeren we ook jaarlijks onderhoud uit aan het bestaande areaal om geen achterstand op te lopen. Tevens lossen we gefaseerd een aantal bekende knelpunten op. In de begroting is een jaarlijks bedrag opgenomen voor beheer en onderhoud van openbare verlichting. Via de MUIP worden investeringen aangevraagd ter vervanging en/of uitbreiding. Financiële consequenties en vertaling in de begroting Voor het beheer van openbare verlichting (energie, schilderwerk masten en vervanging lampen) en investeringen (vervanging van masten en armaturen, aanpassingen en knelpunten) zijn in 2011 de volgende bedragen beschikbaar gesteld: Omschrijving
Beheer openbare verlichting Investeringen in openbare verlichting
2012
2013 *
2014 *
2015 *
0,62 mln
0,60 mln
0,60 mln
0,61 mln
0,12 mln
0,12 mln
0,12 mln
0,13 mln
*De investeringen voortvloeiende uit het MUIP 2012-2016 worden door de Raad alleen voor de jaarschijf 2012 vastgesteld. De jaren vanaf 2013 gelden als richtinggevend en worden als stelpost in de begroting opgenomen. In bovenstaande tabel zijn deze voor de volledigheid wel weergegeven.
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2012 In 2012 worden lokale knelpunten, zo mogelijk in combinatie met andere projecten opgelost. Ook vindt uitbreiding / verbetering met 3,5% conform het beleidsplan plaats.
77
Programmabegroting 2012
Onderhoud gebouwen (diverse programma’s) Doel Het (technisch) instandhouden van alle gemeentelijke gebouwen, accommodaties en kunstwerken die in eigen beheer zijn, alsmede die gebouwen, accommodaties en kunstwerken die door derden geëxploiteerd worden. Beleidskader basisscholen Voor de 20 basisscholen van SPOV wordt het onderhoud uitgevoerd door SPOV (Stichting Primair Onderwijs Venray). Met ingang van 2009 is de verantwoordelijkheid voor het buitenonderhoud overgeheveld naar de SPOV waarvoor per jaar een bedrag beschikbaar wordt gesteld. Jaarlijks wordt de besteding van de gelden verantwoord. Renovaties blijven wel de verantwoordelijkheid van de gemeente. Bij verbouwingen en uitbreidingen wordt nog wel vooraf een aanvraag ingediend en door de gemeente getoetst, enz., maar is SPOV opdrachtgever tijdens de uitvoering. In het IHP (Integraal Huisvestingsplan) wordt het meerjarenbeleid geformuleerd en via het HVP (Huisvestingsprogramma) worden de benodigde budgetten voor renovatie, nieuwbouw en uitbreidingen jaarlijks vastgesteld. Vanaf 1 augustus 2009 is in de schoolwoningen in de wijk Landweert montessorionderwijs van Stichting MOZON gehuisvest. Met ingang van 1 januari 2010 zijn er, als gevolg van de grenscorrectie, 3 basisscholen bijgekomen in Wanssum, Blitterswijck en Geijsteren. Het onderhoud van deze scholen is niet doorgedecentraliseerd. In 2010 is er door SPOV een nota uitgegeven gericht op o.a. de toekomstige spreiding van de basisscholen van SPOV. Eveneens in 2010 is hieromtrent een analyse uitgevoerd welke heeft geresulteerd in het adviesrapport “Zoeken naar mogelijkheden, met aandacht voor belemmeringen”. De resultaten hiervan worden meegenomen in een nieuw op te stellen IHP. Beleidskader overige gebouwen De Gemeente Venray heeft een aantal gebouwen, accommodaties en kunstwerken in eigendom, waarvan het beheer en onderhoud op verschillende plaatsen is ondergebracht. Het gemeentehuis, dat momenteel wordt gerenoveerd, en de brandweerkazerne zijn gebouwen die in gebruik zijn bij de gemeentelijke organisatie en die in eigen beheer worden onderhouden. Ook zijn er panden die aan particulieren en verenigingen worden verhuurd en die soms door de huurder en soms door de gemeente worden onderhouden. Bij, aan derden in beheer en onderhoud gegeven panden, accommodaties en kunstwerken stelt de gemeente financiële middelen beschikbaar voor het onderhoud. Aan de hand van een periodieke schouw wordt beoordeeld of de beschikbaar gestelde middelen afdoende zijn ingezet. Het beleid is erop gericht om eigendommen af te stoten, die nu en in de toekomst geen functie meer vervullen ten opzichte van de gemeentelijke taken, of, die als compensatieobject de realisering van toekomstige bestemmingsplannen niet in de weg staan en die ook niet nodig zijn als compensatie object. De gemeente heeft 24 gebouwen zelf in onderhoud Financiële consequenties en vertaling in de begroting Basisscholen Met ingang van 1 januari 2009 is het buitenonderhoud van de scholen van de SPOV doorgedecentraliseerd naar de SPOV. Hiervoor wordt jaarlijks een bedrag beschikbaar gesteld van circa € 194.000. In 2011 wordt het onderwijs in Heide en Vredepeel beëindigd en daarmee het gebruik van de gebouwen voor het onderwijs. Dit zal in het vergoedingsbedrag van 2012 tot uiting komen, conform de afspraken in de overeenkomst tot doordecentralisatie. Geprivatiseerde en niet-geprivatiseerde gebouwen/ accommodaties In onderstaande tabel zijn de onderhoudskosten van de niet-geprivatiseerde gebouwen/accommodaties opgenomen. Dit betreffen dus accommodaties waarvoor de gemeente zelf het onderhoud regelt. De geprivatiseerde gebouwen zijn buiten beschouwing gelaten, omdat hiervoor verenigingen over het algemeen zelf voor het onderhoud zorg dragen en hiervoor in de verzelfstandigingvergoeding worden gecompenseerd. Omschrijving Gemeentehuis Sport- welzijn- en overige accommodaties
2012
2013
2014
2015
0
214.000
214.000
214.000
224.000
114.000
75.000
272.000
78
Programmabegroting 2012
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2012 Het gemeentehuis Sloop van het interieur aan de Raadhuisstraat heeft inmiddels plaatsgevonden. Gestart is met de ruwe afbouw (balk en vloerconstructies) en het renoveren van het dak. Inmiddels worden ook de bronnen voor warmte en koude opslag geslagen. Aanbesteding van het interieur zal direct na de zomer 2011 starten op basis van een programma van eisen en interieurtekeningen. De aanpassingen zoals vastgesteld met de raad in april, van de keuken en de kapel zijn daarbij meegenomen. Ook het ontwerp van de buitenruimte is inmiddels gereed. Voor het gemeentehuis is in de besteksfase een meerjarenonderhoudsplan opgesteld. Dit plan zal na oplevering van het gerenoveerde pand worden geactualiseerd. De oude watermolen Onderzocht wordt de mogelijkheid van de inzet van de oude watermolen voor sociaal-culturele activiteiten nadat dit pand is gerestaureerd, waarbij het beheer en de exploitatie gebeurt door de Stichting Gemeenschapshuis Oostrum. Verdere voorstellen hiertoe zullen in 2011 worden gedaan. Merseloseweg 61 In verband met de renovatie van het gemeentehuis is Merseloseweg 61, uit kosten- en efficiencyoverwegingen, m.i.v. 2011, in gebruik genomen voor de tijdelijke opslag van archiefmateriaal. Na de renovatie, eind 2012, zal dit materiaal terug verhuisd worden naar het gemeentehuis Muur Kerkpad Voor het jaar 2009 is middels de MUIP een krediet beschikbaar gesteld voor de restauratie van de muur van het Kerkpad. Omdat de hoofdingang van het gemeentehuis in de eerste voorlopige schetsontwerpen van de renovatie van het gemeentehuis naar de zuidzijde was verplaatst met mogelijke aanpassingen aan de Kerkpadmuur, werd de restauratie er van uitgesteld. Besloten werd dat aan de Kerkpadmuur geen aanpassingen plaats zouden mogen vinden. Naar aanleiding daarvan werd de planning van de restauratie van de Kerkpadmuur naar 2010 doorgeschoven. Inmiddels is, in samenspraak met de verantwoordelijke bestuurders, besloten de renovatie van de muur van het Kerkpad te koppelen aan de ontwikkeling van het Goumansplein, waarbij er mogelijk op enkele plaatsen aan de muur aanpassingen moeten worden gerealiseerd. In verband met deze ontwikkelingen wordt de start van de restauratie van de Kerkpadmuur naar eind 2011 doorgeschoven en afgerond in 2012. Sport- en evenementenhal Volgens planning is de nieuwe sport- en evenementenhal in 2010 in gebruik genomen. Tot medio 2011 worden nog diverse punten afgewerkt. De realisatie van een dojo (judo ruimte) zal worden ondergebracht in een separaat project dat als doel heeft de realisatie van een nieuwe huisvesting voor zowel de judo- als de tafeltennisvereniging. De uitgangspunten hiervoor zijn op 21 juni 2011 aan de Raad voorgelegd. In oktober 2011 is de raad akkoord gegaan met de uitvoering van het project en het benodigde budget hiervoor ter beschikking te stellen. Langeweg 92 In de voormalige Dr. Poelsschool op het adres Langeweg 92 is behalve “Omroep Venray”en de “Zangers van St. Frans” in 2 voormalige klaslokalen ook de opslag van het Venrays Museum “t’ Freulekeshuus” onder gebracht. Dit pand ligt binnen het deelgebied Bleek-Blekersveld, het gebied dat deel uit maakt van de “ontwikkelvisie Noordwesthoek”. Zoals aangegeven zal het nog een aantal jaren duren voordat de daadwerkelijke realisatie van dit gebied in gang wordt gezet. Indien het gebouw de komende jaren gehandhaafd blijft zal er extra aandacht moeten worden besteed het onderhoud van het gebouw. Brandweerkazerne De op handen zijnde regionalisering van de brandweer zal mogelijk gevolgen hebben voor de brandweerkazerne met het bijbehorende terrein. Zodra hierover besluitvorming heeft plaatsgevonden zal, indien nodig, het meerjarenonderhoudsplan worden aangepast.
79
Programmabegroting 2012
80
Programmabegroting 2012
Paragraaf D. Financiering In deze paragraaf komen de onderwerpen aan de orde die behoren tot de geldstromen van de gemeente Venray. Dit zijn onder meer risicobeheersing (met name rente- en kredietrisico), de financieringspositie, het kasbeheer en de informatievoorziening.
1. Algemeen De uitvoering van de gemeentelijke financieringsfunctie dient plaats te vinden binnen de kaders zoals gesteld in de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido). In deze wet staan vooral transparantie en risicobeheersing centraal. De transparantie komt daarbij tot uitdrukking in voorschriften voor een verplicht Treasurystatuut alsmede een treasury- c.q. een financieringsparagraaf in de begroting en de jaarrekening. Het begrip treasury handelt in concreto meer om het te allen tijde zorgen voor voldoende liquide middelen, waarbij een tijdelijk overschot tegen een zo hoog mogelijk rendement en zonder risico wordt belegd en het daarbij afdekken van met name rente- en kredietrisico’s. Belangrijk onderscheid voor de treasury is dat deze zich richt op de feitelijke kasstromen en niet op het stelsel van baten en lasten. Verder wordt nog benadrukt dat de doelstelling van de treasuryfunctie van de gemeente Venray uitsluitend de lokale publieke taak dient en dat een zo prudent mogelijk beleid wordt gevoerd binnen de kaders die zijn gesteld in de Wet Fido. Renteontwikkeling De onrust op de financiële markten is nog lang niet ten einde. Dit wordt niet alleen veroorzaakt door de enorme schuldenlast waarmee Griekenland te kampen heeft, maar ook voor de Verenigde Staten en Japan geldt dezelfde situatie. Dit heeft vervolgens haar weerslag op de sterkere landen en drukt de groei van de wereldeconomie. Dit aarzelende herstel remt tevens de inflatie. Verwacht wordt dat deze in 2012 verder zal teruglopen. De geschetste economische situatie heeft onherroepelijk gevolgen voor de rente. Momenteel is zowel de korte als de lange rente nog aan de lage kant. De verwachting is echter dat dit slechts van tijdelijke aard zal zijn. Wanneer meer rust ontstaat omtrent de schuldenlanden zal de wereldeconomie zich weer herstellen en de rente naar verwachting gaan stijgen. Hiermede rekeninghoudend zullen we de renteontwikkeling goed moeten blijven volgen en de financiering van de investeringen op een zo gunstig mogelijk tijdstip te consolideren waardoor langere tijd kan worden geprofiteerd van de huidige lage en voor de gemeente acceptabele rente. Mede hierdoor wordt voorkomen dat de exploitatie blijvend onnodig extra wordt belast. Tabel 1
Renteverloop medio 2010 t/m medio 2011
6 5 4 3 2 1 0
1 mnd kasgeld 5 jr vast 10 jr vast 25 jaar vast
Au g Se p O kt No v De c Ja n Fe b M rt Ap ril M ei Ju ni Ju li
%
Rente-ontwikkeling augustus 2010 t/m juli 2011 korte en lange rente
Maand
Ondanks de verwachting dat de korte rente in 2012 verder gaat stijgen blijft het nog steeds aantrekkelijk om zoveel en zo lang mogelijk, echter binnen de kasgeldlimiet, kort te financieren. Deze strategie komt overeen met de aanbevelingen die de Provincie Limburg in haar Begrotingsbrief 2012 heeft gedaan.
81
Programmabegroting 2012
Risicobeheersing Zoals reeds hiervoor genoemd vormt risicobeheersing één van de pijlers van de Wet Fido. Hierna wordt verder ingegaan op de risicoaspecten die verbonden zijn aan de gemeentelijke treasuryfunctie. Deze kunnen in beginsel worden onderscheiden in renterisico, kredietrisico, koersrisico en valutarisico. De 2 laatstgenoemde risico’s zijn voor de gemeente Venray niet van toepassing. Renterisico In de Wet Fido is een kasgeldlimiet (korte schuld) en een renterisiconorm (lange schuld) opgenomen ten einde de invloed van (externe) rentewijzigingen op de financiële resultaten te beperken. Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet is de norm voor het maximum bedrag waarbinnen de gemeente haar bedrijfsvoering met kortlopende gelden (met een rentetypische looptijd van 1 jaar) mag financieren. Deze norm bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal aan lasten vóór bestemming, dus met uitzondering van stortingen in reserves. Indien de kasgeldlimiet gedurende een langere periode wordt overschreden dient de gemeente tot consolidatie over te gaan en dat betekent dat een kortlopende schuld moet worden omgezet in een langlopende geldlening. Voor 2012 is de kasgeldlimiet als volgt bepaald: Tabel 3
De kasgeldlimiet
Bedragen x € 1.000
Begrotingstotaal (lasten)
174.040
Wettelijk percentage
8,50%
Kasgeldlimiet 2012
14.793
Kwartaalrapportage kasgeldlimiet Gemiddelde vlottende schuld
1e kw.
2e kw.
3e kw.
4e kw.
27.242
34.215
11.914
10.000
-27.242
-34.215
-11.914
-10.000
14.793
14.793
14.793
14.793
2.879
4.793
Gemiddelde vlottende middelen Gemiddeld overschot vlottende middelen Kasgeldlimiet Ruimte onder kasgeldlimiet Overschrijding kasgeldlimiet
12.449
19.422
De overschrijding van de kasgeldlimiet wordt veroorzaakt door de voorfinanciering van de renovatie van het gemeentehuis die op advies van de BNG in rekening-courant kan plaatsvinden, omdat dit nog steeds de goedkoopste wijze van voorfinanciering is. Nadat de renovatie in het 3e kwartaal 2012 zal zijn afgerond zal de schuld in rekening-courant zoveel mogelijk worden geconsolideerd in een 3-tal reeds afgesloten geldleningen, te weten: Looptijd/jaren
15 25 40
Bedrag (€ mln) 4.913 5.275 10.200
Rente%
3,64 3,6 4,1
De renterisiconorm De renterisiconorm heeft tot doel het beheersen van renterisico’s op de vaste schuld door o.a. het aanbrengen van spreiding in de looptijden in de leningenportefeuille en daardoor een stabiele rentelast te bewerkstelligen. In overeenstemming met de Wet Fido wordt het renterisico in onderstaande tabel voor de komende 4 jaar bepaald, terwijl de renterisiconorm alleen betrekking heeft op het totaal van de begroting van het komende jaar:
82
Programmabegroting 2012
Tabel 4
De renterisiconorm 2012
Begrotingstotaal
2013
174.040
Percentage regeling Renterisiconorm Renteherzieningen
170.706
20% 34.808
2014 167.830
20%
165.642
20%
34.141
0
2015
20%
33.566
0
33.128
0
0
Aflossingen
5.019
6.443
7.022
7.106
Renterisico
5.019
6.443
7.022
7.106
34.808
34.141
33.566
33.128
29.789
27.698
26.544
26.022
Renterisiconorm Ruimte onder risiconorm
Kredietrisico Kredietrisico op leningen en beleggingen In Tabel 5 is een overzicht opgenomen van de leningen die door de gemeente zijn verstrekt en beleggingen. Voor wat betreft de beleggingen is gehandeld in overeenstemming met de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden, ook wel Ruddo genoemd. Tabel 5
Specificatie uitzettingen naar risicocategorie
Leningen/beleggingen per risicogroep Gemeente/provincie Woningcorporatie met garantie WSW Staatsleningen (eurozone) Financiële instellingen met rating A en hoger Overige toegestane instelling volgens treasurystatuut Totaal
1-1-2012
31-12-2012
-
10.711 6.393 10.076 1.875 29.055
% ult. 2012 -
9.672 6.463 10.349 1.882 28.366
34,1% 22,8% 36,5% 6,6% 100%
Binnen de staatsleningen zijn uitzettingen bij landen begrepen die financiële steun vanuit de Europese Unie en het Internationaal Monetaire Fonds hebben gekregen dan wel hebben aangevraagd. Het is dus nog maar de vraag of deze belegging aan het einde van de looptijd nog aan Venray zal worden terug betaald. Onderstaand is een overzicht per 9 augustus 2011 opgenomen van het verlies bij een onmiddellijke verkoop van de staatsleningen bij de z.g. ‘slechte’ landen: Tabel 6
Land Griekenland Ierland Ierland Portugal Spanje Italie Totaal
Verlies bij onmiddellijke verkoop obligaties ‘slechte’ landen
coupon-% aankoopprijs koerswaarde* 6,00% 300 167 5,40% 500 355 0,05% 300 220 4,88% 500 321 4,30% 500 480 4,50% 500 491 2.600 2.034
Verlies 133 145 80 179 20 9 566
Kredietrisico borgstellingen en garanties Borgstellingen kunnen op twee manieren voor komen: 1. Directe borgstelling 2. Achtervang Bij directe borgstellingen staat de gemeente tegenover geldgevers borg voor de betaling van rente en aflossing op langlopende geldleningen die door lokale organisaties, instellingen of verenigingen zijn aangetrokken die veelal activiteiten verzorgen welke in het verlengde liggen van de gemeentelijke publieke taak. Achtervang betekent dat de gemeente, al dan niet samen met het Rijk, een rol speelt binnen de zekerheidsstructuur van een waarborgfonds, bijvoorbeeld de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Door deze structuur kunnen instellingen die bij een waarborgfonds zijn aangesloten 83
Programmabegroting 2012
tegen de laagste rente lenen. Mede vanwege de strenge toetsingscriteria en periodieke toetsing door het fonds loopt de gemeente Venray hierbij een veel lager risico dan bij directe borgstellingen. De verwachting van de ontwikkeling van de borgstellingen van de gemeente Dordrecht gedurende 2011 luidt als volgt: Tabel 7
Specificatie borgstellingen per categorie
Categorie (x € 1.000) Directe borgstellingen Achtervang - woningcorporaties met garantie WSW - woningcoporaties zonder achtervang WSW - nationale hypotheekgarantie Totaal
1-1-2012 31-12-2012 % ult. 2012 2.064 2.032 2,5% 80.788 77.799 97,5% 53.242 48.419 60,7% 9.046 11.880 14,9% 18.500 17.500 21,9% 82.852 79.831 100%
In mei 2009 heeft het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) een beoordeling bij Stichting Wonen Limburg gedaan van de financiële positie voor de jaren 2009 tot en met 2013 op basis van een door de corporatie ingediende prognose. Uit dit onderzoek is gebleken dat Wonen Limburg voldoet aan de eisen van kredietwaardigheid. De gemeente staat bij deze corporatie voor bijna € 55 mln garant. Voor wat betreft de Nationale Hypotheek Garantie komen verstrekte garanties vanaf 2011 geheel voor rekening van het Rijk. Tot en met 2010 nemen het Rijk en de gemeente een achtervangpositie in, elk voor 50%.
Financieringspositie De gemeente Venray financiert haar uitgaven volgens het principe van totaalfinanciering. Dit betekent dat niet voor iedere investering een aparte lening wordt aangegaan. Wanneer het noodzakelijk blijkt om een lening af te sluiten wordt in de regel een lening afgesloten met een looptijd van 25 jaar met een lineaire aflossing en tegen een vast rentepercentage gedurende de gehele looptijd. Voor de financiering van de uitgaven van de renovatie van het gemeentehuis is hiervan afgeweken. Zoals in deze paragraaf reeds is vermeld zal de financiering van de renovatie vanwege de lage korte rente gedurende de verbouwingsperiode in rekening-courant plaatsvinden waarna consolidatie plaatsvindt in de vorm van een 3-tal vaste geldleningen. Deze leningen zijn afgesloten tegen looptijden analoog aan de afschrijvingsduur van de investering waardoor een gunstiger rentepercentage voor de lening kon worden afgesproken. Hierbij werden wij geadviseerd door een externe adviseur met zeer uitgebreide kennis op het gebied van finance en treasury. Per 1 januari 2012 wordt de gemeente geconfronteerd met een financieringstekort van ruim € 21 mln. Rekening houdend met investeringen in 2012 loopt dit tekort zelfs op tot ruim € 37 mln (incl. renovatiekosten gemeentehuis). Per 2 juli 2012 zullen de uitgaven van de renovatie van het gemeentehuis worden omgezet in een 3-tal leningen van in totaal € 20,4 mln. Gezien de verwachte aanblijvende lage rentestand voor kort geld zal vervolgens de kasgeldlimiet van € 14,8 mln maximaal worden benut. Het overige deel zal via de kapitaalmarkt gefinancierd moeten worden.
84
Programmabegroting 2012
Paragraaf E. Bedrijfsvoering De paragraaf bedrijfsvoering geeft inzicht in de stand van zaken binnen de verschillende onderdelen van de bedrijfsvoering. Elke gemeentelijke organisatie moet haar taken vervullen zoals ze door het gemeentebestuur zijn vastgesteld. Adequate bedrijfsvoering, dat wil zeggen goede sturing en beheersing van primaire en ondersteunende processen, is een essentieel instrument voor de daadwerkelijke en goede uitvoering van die taken. De verschillende onderdelen van bedrijfvoering betreffen onder meer de zogenaamde PIJOCAFF processen (personeel, informatie, juridisch, organisatie, communicatie, automatisering, financiën en facilitair). Uitgangspunten voor een goede bedrijfsvoering zijn doelmatigheid en doeltreffendheid. In 2012 werken wij verder aan de verbetering van de bedrijfsvoering om zo te groeien naar een organisatie die maximaal ‘in control’ is. Als gevolg van het traject ‘Verbetering Bedrijfsvoering’ is in 2010 een integrale aanpak ontwikkeld voor een ‘Brede Doorlichting’ op concern- en afdelingsniveau. Met de Brede Doorlichting wordt per afdeling en op concernniveau inzicht gegeven in waar de organisatie/afdeling staat en wat de vervolgstappen zijn om te komen tot de gewenste situatie of fase van ontwikkeling. In navolging van Maatschappelijke Diensten, Wonen en Werken en Veiligheid en Handhaving zullen in 2012 de afdelingen Publieksdiensten, Openbare Ruimte, Middelen en Bestuurszaken worden doorgelicht.
organisatie
resultaat
Waardering door medewerkers
Management
Beleid & strategie
Medewerkers
Processen
Waardering door doelgroepen
Eindresultaten
Financiën Waardering door derden Informatie
Leren verbeteren Figuur: Overheidsontwikkelmodel (Bestuursacademie Nederland)
Personeel en Organisatie Wat willen we bereiken? Ontwikkelingen als ontgroening en vergrijzing, flexibilisering, de balans tussen werk en privé, digitalisering, bezuinigingen en de veranderende rol van de overheid ten opzichte van de maatschappij vragen het nodige van ons personeelsbeleid en de eisen die we stellen aan onze medewerkers. Goed personeel wordt schaars. Investeringen in zowel nieuw als zittend personeel worden daarom steeds belangrijker. Dit om medewerkers langer te binden, en te blijven boeien door het bieden van aantrekkelijk werk tegen goede voorwaarden. Venray ziet medewerkers als de belangrijkste succesfactor bij het behalen van organisatiedoelen. Dit past bij de uitgangspunten van Human Resource Management. Het doel hiervan in Venray is: ‘het realiseren van de doelstellingen van Venray door middel van een kwantitatief en kwalitatief goed personeelsbestand waarbinnen medewerkers hun talenten optimaal willen blijven inzetten en ontplooien voor welzijn en welvaart voor Venray’. Wat betreft de kwantiteit van personeel zorgt de recessie ervoor dat op de korte en middellange termijn de arbeidsmarkt tijdelijk minder gespannen is en dat van schaarste minder sprake is. De 85
Programmabegroting 2012
arbeidsmarkt voor de openbare sector zal de komende jaren sterk worden beïnvloed door de te verwachten grote bezuinigingen op de personeelskosten. Daarnaast komen er meer taken vanuit het Rijk naar gemeenten. Het aanbod van personeel zal in die periode toenemen, de vraag dalen. We zullen meer met minder moeten doen. Dat betekent een terughoudend kwantitatief formatiebeheer in combinatie met verdere efficiencyverbeteringen binnen onze processen. Wat betreft de kwaliteit van personeel realiseren we ons dat de veranderende rol van de overheid vraagt om een meer vraaggerichte en klantgerichte houding en competenties van onze medewerkers die zelfredzaamheid van burgers en partners bevordert. Dit noemen we Venrays Werken. Om onze ambities waar te maken zullen we moeten blijven investeren in een kwalitatief hoogwaardig ambtelijk apparaat. Wij beseffen dat, juist in het licht van de financieel moeilijke tijden die gaan komen, wij van onze organisatie het nodige vragen. Wat gaan we daarvoor doen? • Venrays werken: verandertraject gericht op het kennisnemen van en aanleren van een nieuwe werkwijze die past bij de veranderende maatschappij, ondersteund door een flexibele, digitale werkomgeving. • Doorontwikkeling competentiemanagement in het kader van het project ‘Venray Waardeert Mensen’. • Actieve positionering van Venray op de arbeidsmarkt door middel van een eigentijds werving & selectie beleid en arbeidsmarktcommunicatie. • Introductie P-control: sturen op kwaliteitsontwikkeling personeel. • E-HRM: efficiency winst door middel van digitalisering en deregulering binnen HRM-processen. • Regionale samenwerking op P&O gebied
Juridische zaken Wat willen we bereiken? De juridisering van de samenleving gaat uiteraard niet aan Venray voorbij. We zetten hierin stappen door meer en meer het proces aan de voorkant te organiseren. We willen van reparatie achteraf (behandeling bezwaar- en beroepschriften) naar vooraf beïnvloeden (beleid, risicomanagement, rechtmatigheid, werkprocessen). Dit vereist een werkwijze van m.n. onze juridisch medewerkers die hierop is gericht. Wij faciliteren hen om deze veranderslag te realiseren. Door deze veranderslag geven wij ook inhoud aan juridische kwaliteitszorg in de praktijk. Inzicht verschaffen in juridische processen/kaders is noodzakelijk om onnodige risico’s te voorkomen. Wat gaan we daarvoor doen? • Doorontwikkeling juristenpool om te komen tot een brede inzetbaarheid van juristen. • Optimaliseren frontoffice interne juridische advisering waardoor toegankelijkheid wordt verbeterd • Klantgerichter communiceren en handelen naar burgers toe door middel van effectieve gespreksvaardigheden • Vervolg nadere analyse resultaten bezwaarschriftenprocedure om verbeteringen te kunnen aanbrengen in primaire processen.
Communicatie Wat willen we bereiken? De gemeente Venray wil op een klantgerichte, vraaggerichte en eigentijdse wijze communiceren, een wijze die aansluit bij onze visie op dienstverlening ‘Venray voorkomt vragen’. De ontwikkelingen op het gebied van vooral digitale communicatie vragen om een koerswijziging. Dienstverlening en interactie met burgers zal steeds meer op digitale wijze plaats vinden. Als gemeente willen we hier klaar voor zijn: we kennen de mogelijkheden van sociale media en zetten ze op een slimme manier in. Venray onderhoudt de persoonlijke communicatie waar dat kan. De klant heeft keuzevrijheid in kanaal en daarmee ook in de mate van persoonlijke benadering. Wat gaan we daarvoor doen? • Vaststelling visie op digitale communicatie (2011). • Aan de visie een dynamisch actieplan digitale communicatie verbinden dat aansluit bij ontwikkelingen zoals de digitale werkomgeving, het Venrays werken en de ontwikkeling van het Klant Contact Centrum. Uitvoering van het actieplan en bijstelling daarvan als nieuwe ontwikkelingen daarom vragen.
86
Programmabegroting 2012
• • • • •
Doorontwikkeling van de website naar uiteindelijk de portalgedachte: www.venray.nl als virtuele stad voor iedereen die Venray een warm hart toedraagt. Onderzoek inzet sociale media (als basis voor een efficiënte en effectieve inzet van sociale media). Doorontwikkeling burgerparticipatie in relatie tot gemeenschapsontwikkeling (initiatieven vanuit de gemeenschap en eigenaarschap (inclusief inzet sociale media). Ook bij de uitrol van het geactualiseerde persbeleid (2011) is meer aandacht voor de inzet van sociale media en een persoonlijke relatie tussen bestuur en pers. Op het gebied van interne communicatie vormt de renovatie van het gemeentehuis en het 'Venrays werken' een belangrijke kapstok. Klassieke middelen als intranet, OOGMERK en afdelingsbijeenkomsten worden hiervoor ingezet. Nieuw is de inzet van “yammer” waar kennis en ervaringen worden gedeeld.
Informatievoorziening en automatisering Wat willen we bereiken? De ontwikkeling van de dienstverlening en de e-overheid staat in Venray prominent op de agenda. Trajecten zoals het ‘Venrays werken’ en de ontwikkeling van het KlantContactCcentrum staan op de planning voor 2012. Om dit te kunnen realiseren moet de basis informatiehuishouding op orde zijn. In 2012 zal de nadruk liggen op het realiseren van de digitale werkplek, de implementatie van het zaaksgewijs werken en de realisatie van het klantcontactsysteem. Parallel bouwen we in 2012 aan een moderne professionele ICT-beheerorganisatie, waarbij tevens de mogelijkheden tot samenwerking in de regio Noord- en Midden-Limburg concreet wordt onderzocht. Wat gaan we daarvoor doen? Beleid en advies: • Opbouw ICT-organisatie: het ontwikkelen van een moderne en professionele ICT beheerorganisatie • Opbouwen Venrays informatiearchitectuur • Het verder concretiseren van samenwerkingsverbanden ICT. Projecten: • Introductie van het klantencontactcentrum (KCC) en digitaal zaakgericht werken. • Het realiseren van flexibele werkplekken met benodigde ICT. • ICT-aanbestedingen ten behoeve van de renovatie van het gemeentehuis. • Implementatie nieuw Content management systeem voor de realisatie van de nieuwe website en KCC-portal • Verhuizing van de ICT-infrastructuur naar het gerenoveerde gemeentehuis.
Financiën, Planning en Control Wat willen we bereiken? We willen een meerjarig sluitende begroting zodat we de doelen uit onze strategische visie en het collegeprogramma 2010-2014 kunnen bereiken. Hiervoor is het noodzakelijk dat onze medewerkers en het management zich ontwikkelen van activiteitgericht naar procesgericht denken en werken. We gaan inzicht geven aan de gemeenteraad dat we de doelen uit het collegeprogramma realiseren binnen de gestelde kaders en met de daarvoor beschikbaar gestelde middelen. Hierbij willen we komen tot een andere manier van informeren van de gemeenteraad door de hoeveelheid informatie terug te brengen zonder dat dit leidt tot minder inzicht of een groter risico van het niet realiseren van de doelen. De raad kan zich hierdoor meer richten op het kaderstellen en neemt de controlerende taak minder tijd in. Wat gaan we daarvoor doen? • Het proces van bezuinigingen sturen zodat de taakstellingen evenwichtig worden verdeeld over de diverse beleidsterreinen inclusief het ambtelijk apparaat. • Onze werkprocessen zo beschrijven, inrichten en implementeren dat deze de ondersteuning bieden bij het groeien naar procesgericht denken en werken. • Verder inhoud geven aan risicomanagement door periodiek, tijdens een breed overleg, met de managers en coördinatoren op zoek te gaan naar de mogelijke risico’s die zij kunnen lopen. Hierbij wordt geadviseerd welke risicostrategie kan worden toegepast om de risico’s te elimineren of te beperken. • Onderzoeken hoe we met minder informatie en controlemomenten de gestelde doelen kunnen realiseren. 87
Programmabegroting 2012
Facilitair Wat willen we bereiken? In 2012 willen we de nieuwe facilitaire organisatie, welke in 2011 wordt vormgegeven verder optimaliseren en klaarstomen voor het nieuwe gerenoveerde gemeentehuis. In de tijdelijke huisvesting streven wij naar een serviceverlening op minimaal gelijkwaardig niveau als andere jaren. De tijdelijke huisvesting is voorzien van goede voorzieningen en zal een testpodium zijn voor het flexibel werken. In samenwerking met het team Automatisering gaan we het bestaande Management informatiesysteem (Topdesk), welke in 2011 geïmplementeerd wordt verder uitbreiden waarbij het uiteindelijk (2013) uitgebreid kan worden naar een front office voor andere afdelingen binnen middelen, om op de lange termijn te komen tot één front office middelen.. Daarnaast zal onze betrokkenheid bij het project renovatie een zeer grote rol blijven spelen. Alle inrichting en exploitatiecontracten voor het gerenoveerde gemeentehuis dienen te worden afgesloten. Hierbij zal facilitair een adviserende rol blijven spelen in het projectteam. Daarnaast zal de oplevering van alle inrichtingsaspecten en het opstarten van de exploitatiecontracten veel tijd en energie gaan kosten. Waarbij het doel is om het nieuwe gerenoveerde gemeentehuis optimaal te benutten. Ook in het verhuistraject zal een grote rol worden weggelegd voor de facilitaire afdeling
Wat gaan we daarvoor doen? • (Door)Ontwikkelen van de interne afdeling (in eigen beheer) • Optimaliseren van het Management informatie systeem (Topdesk) • De projectorganisatie (inzake de renovatie) adviseren • De verhuizing coördineren
Dienstverlening Wat willen we bereiken? In 2012 gaan we ons dienstverleningsconcept verder doorontwikkelen en daarbij besteden we veel aandacht, binnen het STEP-principe, aan de kwaliteit van onze dienstverlening, met name vanuit het perspectief ‘de burger centraal’. Ons uitgangspunt daarbij is de vastgestelde visie op dienstverlening ‘Venray voorkomt vragen’. Alles is er op gericht om pro-actief volledige informatie aan te bieden en duidelijk te zijn over onze servicenormen. Onze klanten maken gebruik van alle mogelijke communicatiekanalen: Schriftelijk, Telefonisch, Elektronisch en via een Persoonlijk bezoek aan de balie. Wij richten ons continu op het verbeteren en eenduidiger maken van de dienstverlening aan de burger via deze communicatiekanalen. Wij streven naar adequate, vriendelijke en volledige dienstverlening tegen zo laag mogelijke kosten. Wat gaan we daarvoor doen? • Het project Doorontwikkeling Frontoffice zorgt in 2011 en 2012 voor de voorbereiding van het KlantenContactCenter (KCC) en voor een verbinding tussen alle communicatiekanalen. De omslag van activiteitengericht- naar procesgericht werken is een voorwaarde die we (onder andere) middels het KCCC traject gaan invullen. Het KlantenContactCenter is een van de middelen om de nieuwe manier van werken te ondersteunen. • Met het project Kwaliteitshandvest worden de gemeentelijke servicenormen en wettelijke afhandeltermijnen vastgesteld en gecommuniceerd. Dit zal ingaan per de datum van verhuizing naar het gerenoveerde gemeentehuis. • De digitale balie zal verder ontwikkeld worden. De afhandeling van digitale aanvragen zal voor ons nog geen tijdswinst opleveren maar wel veel gemak voor de burger. Er is steeds meer informatie te vinden op de website, men kan direct vragen stellen over het gewenste product, deze direct bestellen en betalen aan de gemeente (24-uurbalie). • De bezoekers aan het gemeentehuis zijn al verscheidene jaren zeer tevreden over de kwaliteit van onze persoonlijke dienstverlening. Het continueren van dit niveau vergt veel inspanningen Binnen de afdeling Publiekszaken is verbetering van de dienstverlening planmatig opgepakt met behulp van een kwaliteitsplan. Rechtmatigheid Wat willen we bereiken? We willen aan onze burgers/klanten laten zien dat we een betrouwbare en transparante partner zijn, ons houden aan regelgeving. Dus we werken overeenkomstig externe regelgeving zoals wetten, Europese regelgeving en eigen verordeningen.
88
Programmabegroting 2012
Wat gaan we daarvoor doen? • In onze werkprocessen bouwen we toetsmomenten in om hiermee rechtmatig werken te bevorderen en uiteindelijk te garanderen. • We verstevigen onze interne controle zodat we daardoor ook ons rechtmatig handelen bevestigd zien door een goedkeurende accountantsverklaring. • Op basis van eigen interne controle en accountantscontrole zetten we hierbij verbeterstappen door te werken volgens de plan-do-check-act methodiek. Personeelslasten Binnen de bedrijfsvoeringskosten, zijn de personele lasten de grootste post.
Omschrijving Jaarwedden vaste formatie Jaarwedden tijdelijke formatie Jaarwedden overige dienstverbanden
2012 Bedrag 20.053.581 847.358 1.045.701 331 21.946.640
fte 315 16
Loonindex De huidige CAO heeft een looptijd tot 1 juni 2011. Bij het opstellen van de cijfers voor de meerjarenbegroting 2012-2016 waren de onderhandelingen voor een nieuwe CAO vastgelopen. Op basis van de voorstellen van de werkgeversorganisatie VNG en de eisen van de vakbonden, wordt een loonsverhoging verwacht voor 2012 van 1,8%, inclusief hogere pensioenlasten en sociale verzekeringspremies. De kosten voor reguliere periodieke verhogingen bedragen ca. 1% per jaar. Voor de jaren 2013-2016 is rekening gehouden met een loonstijging van 1,5%. Jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van gelijk volume In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is het niet verplicht gesteld om voorzieningen te treffen voor de arbeidskosten gerelateerde verplichtingen, zoals FPU-verplichtingen, vakantierechten, werkloosheids- en wachtgeldverplichtingen. Vakantierechten: de vakantierechten zijn jaarlijks van een vergelijkbaar volume. Met een beperkt aantal medewerkers is een spaarvariant afgesproken voor verlofopbouw. De waarde van deze opgebouwde verlofaanspraken zijn gereserveerd op de balans. De overige verlofrechten zijn jaarlijks van gelijkblijvend volume, zodat daarvoor geen voorziening gevormd hoeft te worden. FPU-gemeenten: een beperkte groep ambtenaren kan nog gebruik maken van de regeling FPUgemeenten. Zij kunnen geheel of gedeeltelijk met FPU en ontvangen tot hun pensioenleeftijd naast hun opgebouwde ABP-rechten een aanvulling tot maximaal 90% ten laste van de gemeente. Deze regeling loopt af in 2015 en de kosten hiervoor zijn opgenomen in de meerjarenbegroting. Werkloosheidswet: de gemeente is eigen risicodrager voor de Werkloosheidswet. De uitvoering geschiedt door het UWV, de kosten worden bij de gemeente in rekening gebracht. De lopende verplichtingen zijn in de meerjarenbegroting opgenomen. Wachtgeldverplichtingen voormalig bestuurders: voormalig wethouders hebben op grond van de APPA, recht op een wachtgeld na beëindiging van het wethouderschap. Voor de wachtgeldverplichtingen van de voormalig wethouders van Meerlo-Wanssum is vanuit de middelen van deze voormalige gemeente een voorziening gevormd. De wachtgeldverplichtingen van de voormalig wethouders van de gemeente Venray zijn in de meerjarenbegroting opgenomen.
89
Programmabegroting 2012
90
Programmabegroting 2012
Paragraaf F. Verbonden partijen Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarin de gemeente Venray zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft. Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen deelnemingen door de gemeente in publiekrechtelijke samenwerkingsorganisaties (gemeenschappelijke regelingen), privaatrechtelijke samenwerkingsorganisaties (NV’s, BV’s, stichtingen en verenigingen, etc.) en publiek private samenwerkingsorganisaties (PPS-constructies). Deze paragraaf gaat in op de ontwikkelingen die zich bij deze partijen voordoen.
Veiligheidsregio Limburg-Noord Partijen Op 23 september 2008 heeft de raad een gewijzigde gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Noord- en Midden Limburg vastgesteld. Deze regeling is aangegaan tussen 21 gemeenten in Noord en Midden Limburg. Als gevolg van de herindelingen in Noord-Limburg is het aantal deelnemende gemeenten per 1 januari 2010 met 6 verminderd tot 15. De herindeling in de kop van NoordLimburg is voorlopig uitgesteld. Het algemeen bestuur bestaat uit de burgemeesters van de deelnemende gemeenten. De Veiligheidsregio is gevestigd te Venlo. Openbaar belang De Veiligheidsregio Limburg-Noord is een openbaar lichaam, ingesteld bij gemeenschappelijke regeling en geeft vorm en inhoud aan intergemeentelijke samenwerking op de schaal van Noorden Midden-Limburg en heeft tot doel: I. De behartiging van de belangen van de gemeenten en hun ingezetenen op het gebied van: a) de brandweerzorg; b) de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen; c) de rampenbestrijding en crisisbeheersing; d) het bevorderen van de multidisciplinaire uitvoering van de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de bestrijding van zware ongevallen; e) het bevorderen van een samenhangend integraal veiligheidsbeleid in de regio. II. De behartiging van die taken die door de wet- en regelgeving aan gemeenten zijn toegekend op het gebied van collectieve preventie volksgezondheid en maatschappelijke zorg en waarvoor samenwerking tussen gemeenten op de schaal van de regio uit het oogpunt van verhoging van efficiency en effectiviteit wordt vereist.
Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Voor de uitvoering van de taken is een nieuwe organisatie ingericht. Eén nog niet afgehandelde bestuursopdracht is ondergebracht bij de Tijdelijke Bestuurscommissie Verenigingsgebouw. Het restant van de bestuursopdrachten is ofwel vervallen dan wel bij derden ondergebracht. Venray stelt zich op het standpunt dat samenwerkingsverbanden flexibel en resultaatgericht moeten zijn en meerwaarde voor Venray moeten hebben. Dit zal steeds de toetssteen zijn voor deelname aan (nieuwe) samenwerkingsverbanden. De frictiekosten die gepaard gaan met de opheffing van de regio Noord en Midden Limburg worden door alle deelnemende gemeenten gedragen.
Wijze van behartiging Burgemeester lid van het algemeen bestuur Veiligheidsregio
Relatie progr. 1
Financiële relatie in 2012 Bijdrage circa € 29,59 per inwoner
Max. gemeentelijk risico 8,2% van de vaste kosten
Vermogensontwikkeling (x € 1.000) eigen vermogen vreemd vermogen resultaat
2008
2009
2010
6.047
5.468
7.320
26.592
23.867
23.701
690
800
1.607
91
Programmabegroting 2012
Openbaar lichaam Euregio Rijn-Maas-Noord Partijen Het grensoverschrijdende samenwerkingsverband Euregio Rijn-Maas-Noord bestaat circa 25 jaar en is sinds 2003 een zelfstandige, Openbaar Lichaam naar Duits recht ingevolge het Duits-Nederlands Verdrag van Anholt. Een van de voornaamste taken is het wederzijds begrip van de Nederlandse en Duitse inwoners van de euregio versterken, de contacten verdiepen en samenwerking stimuleren. Van de euregio Rijn-Maas-Noord maken tegenwoordig 28 gemeenten en instellingen deel uit. In het Nederlandse deel van de euregio zijn dat de gemeenten Beesel, Bergen, Echt-Susteren, Gennep, Horst aan de Maas, Leudal, Peel en Maas, Maasgouw, Roerdalen, Roermond, Venlo, Venray, Weert en de Kamer van Koophandel Limburg. Aan Duitse kant gaat het om de steden Mönchengladbach en Krefeld, het zuidelijk deel van de Kreis Kleve, de gemeenten Weeze, Brüggen, Niederkrüchten, Straelen, Geldern, Nettetal en Wassenberg, de Kreis Viersen, de Rhein-Kreis Neuss, de Industrie- und Handelskammer Mittlerer Niederrhein en de Niederrheinische Industrie- und Handelskammer in Duisburg. Openbaar belang Het belang van euregionale samenwerking wordt steeds meer onderkend. Wij zijn ons er steeds meer van bewust dat welvaart en kwaliteit van leven voor Venray in regionaal en euregionaal verband gezien moet worden. De Euregio Rijn-Maas-Noord is de kleinste Euregio aan de Nederlands Duitse grens, maar in economisch opzicht zeker niet de minst belangrijke. Om goed invulling en sturing te kunnen geven aan de taken van de Euregio is er een Visie op de Euregio Rijn-Maas-Noord op economisch, sociaal maatschappelijk en cultureel terrein in 2007 vastgesteld . Ook is er een sterkten/zwakten, kansen en bedreigingen analyse voor alle Nederlands Duitse Euregio’s uitgevoerd in het kader van de nieuwe ronde ETS subsidies (Europese Territoriale Samenwerking periode 2007-2013). In 2011 zal een aanvang worden gemaakt met het opstellen van de nieuwe Euregionale Visie programmaperiode 2013-2020. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden De Euregio Rijn-Maas-Noord is een zelfstandige publiekrechtelijke organisatie en is gevestigd in Mönchengladbach. De organisatie houdt zich als europees territoriaal orgaan voor een belangrijk deel bezig met het programmamanagement inzake Interreg-projecten. Steeds belangrijker wordt het stimuleren van grensoverschrijdende samenwerking en belangenbehartiging van de regio binnen het cohesiebeleid van Europa. De Euregioraad of te wel ALV (algemene ledenvergadering) is het hoogste orgaan van de Euregio en wordt gevormd door bestuurders en raadsleden van alle deelnemende organisaties. Iedere gemeente in Noord- en Midden Limburg heeft op grond van een verdeelsleutel een aantal stemmen in de Euregioraad. Venray heeft drie stemmen. Wijze van behartiging Burgemeester Gilissen Lid DB, ALV en voorzitter commissie Interreg Wethouder Loonen lid ALV en commissie Business to Business Wethouder Janssen lid commissie People to People Wethouder Busser Lid commissie Interreg-lid ALV en commissie People tot People Wethouder Lucien Peeters Lid commissie Government to Government
Relatie progr. 5
Financiële relatie in 2012 Bijdrage € 10.320 per jaar
Max. gemeentelijk risico geen
Vermogensontwikkeling (x €1.000)
2008
2009
2010
eigen vermogen
201
257
296
vreemd vermogen
403
336
337
57
39
resultaat
Repressieve brandweerzorg in de drie nieuwe kerkdorpen (Blitterswijck, Geijsteren en Wanssum). Partijen Sinds 1 januari 2011 maakt de brandweerpost Meerlo onderdeel uit van de gemeente Horst aan de Maas. Repressief, dus operationeel, bedient de post nog steeds de nieuwe kerkdorpen Blitterswijck,
92
Programmabegroting 2012
Geijsteren en Wanssum. Hierover is met de gemeente Horst aan de Maas een dienstovereenkomst afgesloten.
Openbaar belang Het is voor elke gemeente van belang de brandweerzorg zo goed mogelijk te organiseren. Om dit te realiseren in de nieuwe kerkdorpen (Blitterswijck, Geijsteren en Wanssum) heeft de gemeente Venray een dienstovereenkomst met Horst aan de Maas hierover afgesloten. In deze dienstovereenkomst is geregeld dat de repressieve brandweerzorg in deze dorpen wordt verzorgd door de brandweer Horst aan de Maas, post Meerlo. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Elke gemeente is zelf verantwoordelijk voor de brandweerzorg in binnen de gemeenten. Dit kan een gemeente zelf organiseren of uitbesteden. Omdat de post Meerlo sinds 1 januari 2011 deel uitmaakt van de gemeente Horst aan de Maas heeft Venray de repressieve brandweerzorg in de nieuwe kerkdorpen (Blitterswijck, Geijsteren en Wanssum) uitbesteed aan de gemeente Horst aan de Maas, brandweerpost Meerlo. De gemeente Venray blijft eindverantwoordelijk.
Wijze van behartiging Er is hierover een dienstovereenkomst getekend door de burgemeesters van de gemeente Venray en Horst aan de Maas
Relatie progr. 1
Financiële relatie in 2012
Max. gemeentelijk risico
Financiële bijdrage aan Horst aan de Maas in 2012 is € 130.880
Gemeente blijft altijd eindverantwoordelijk
Vermogensontwikkeling Niet van toepassing.
Regionale handhavingsorganisatie Partijen In 2011 zijn de dienstverleningsovereenkomsten in het kader van de samenwerking op het gebied van handhaving uitgevoerd. Het betreft hier de samenwerking tussen de gemeenten Horst aan de Maas en Venray. Openbaar belang Op een efficiënte manier uitvoering geven aan de handhavingstaken met als doel om te komen tot betere onderlinge afstemming en betere handhaving. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Binnen de organisatie gemeente Venray is de regionale handhaving van de gemeenten Horst aan de Maas en Venray gevestigd. Conform jaarlijks vast te stellen handhavingsprogramma’s worden de werkzaamheden uitgevoerd. De 2 gemeenten hebben een mandaat voor de uitvoering van toezicht en handhaving bij de afdeling V&H neergelegd. Wijze van behartiging Venray draagt in opdracht van deelnemende gemeenten zorg voor uitvoering handhaving
Relatie progr. 1
Financiële relatie in 2012 N.v.t.
Max. gemeentelijk risico Wegvallen bijdrage deelnemende gemeenten €1.104.317 (aantal uren x afdelingstarief)
Vermogensontwikkeling Niet van toepassing
Werkvoorzieningschap Noord Limburg West (NLW) Partijen De gemeenten: Venray, Peel en Maas en Horst aan de Maas.
93
Programmabegroting 2012
Openbaar belang 1. Het op bedrijfsmatig verantwoorde wijze uitvoeren dan wel doen uitvoeren van taken van en voor gemeenten op het terrein van de gesubsidieerde arbeid. Primair betreft dit de taken in het kader van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW). Daarnaast kan dit bij afzonderlijk besluit ook gelden voor andere vormen van gesubsidieerde arbeid. 2. Het initiëren, creëren, organiseren en uitvoeren van werk en het bevorderen van mogelijkheden op de arbeidsmarkt voor met name diegenen die in de toetreding tot de arbeidsmarkt worden belemmerd. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Per 1-1-2003 is er bij het Werkvoorzieningschap NLW een externe verzelfstandiging doorgevoerd. Dit betekent dat de uitvoering van de WSW en alle bijbehorende bedrijfsactiviteiten ingaande deze datum door de NLW Groep NV worden uitgevoerd. Het schap NLW voert na de verzelfstandiging nog de volgende taken uit: • Regiefunctie c.q. opdrachtgever voor de uitvoering Sociale Werkvoorziening. • Houder van de aandelen in de NV en uitoefenen van de zeggenschapsrechten in de algemene vergadering van aandeelhouders. Ontwikkelingen De nieuwe Wet Werken naar Vermogen die door het huidig kabinet wordt voorbereid, gaat ook forse impact hebben op de toekomst van de WSW, het schap NLW en de NLW Groep. Op dit moment zijn we hierover volop met elkaar in gesprek. Op het moment dat over de koers meer helderheid bestaat, zullen we de gemeenteraad hierover informeren. Wijze van behartiging Wethouder is voorzitter bestuur NLW. Rijksbijdrage en gemeentelijke bijdrage per arbeidsjaar en bedrag per inwoner voor bestuur en commissie
Relatie progr. 1
Financiële relatie in 2012 Bijdrage € 332.262 zijnde bijdrage per SE en bedrag per inwoner voor bestuur en commissie. Daarnaast een verstrekte geldlening € 1.695.000 (incl. deel Meerlo-Wanssum)
Max. gemeentelijk risico Aansprakelijk voor tekort en renteloze lening € 1.695.000.
Vermogensontwikkeling (x € 1.000) eigen vermogen vreemd vermogen resultaat
2008
2009
2010
237
209
25.495
32.023
5
-
240 18.354 28
Regio Venlo Partijen In 2002 zijn de gemeenten Venlo, Venray, Helden, Horst aan de Maas en later Gennep een informeel samenwerkingsverband onder de naam Regio Venlo aangegaan, gericht op economische structuurversterking in Noord-Limburg. Sinds 1-1-2010 bestaan de deelnemers uit de gemeenten Venlo, Venray, Peel en Maas, Horst aan de Maas, Gennep en Beesel. De verkrijging van de status Greenport Venlo geeft de Regio inmiddels extra kansen om samen met ondernemers, onderwijs- en onderzoeksinstellingen te werken aan de economische structuurversterking in Noord-Limburg. Medio 2010 heeft de Regio Venlo de Strategische agenda Regio Venlo 2011-2014 vastgesteld, die kan worden gezien als de overheidsagenda binnen Greenport Venlo. Hierin is een drietal thema ’s vastgesteld (Innovatie, Gebiedsontwikkeling, Quality of Life), waaraan de komende periode prioriteit gegeven wordt. Met deze nieuwe agenda is een verbreding aangebracht en wordt naast economie ook op andere gebieden de samenwerking in Regio Venlo verband gezocht. Dit heeft in 2011 geleid tot de oprichting van regionale bestuurlijke ‘overlegtafels’ voor de thema’s economische zaken en ruimtelijke ontwikkeling, Welzijn,Zorg, Onderwijs en Jeugd en Gemeenschapsontwikkeling. Openbaar belang Regio Venlo is een vrijwillig samenwerkingsverband waarbij de partners op jaarbasis een bedrag van € 4 per inwoner beschikbaar stellen. De burgemeesters geven in het bestuurdersoverleg (BO) onder voorzitterschap van de burgemeester van Venlo sturing aan Regio Venlo. Jaarlijks stelt het 94
Programmabegroting 2012
BO de begroting vast. De wethouders Economische Zaken (EZ) hebben zitting in het Portefeuillehouders EZ en sturen op de economische ontwikkeling van de Regio.
Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Teneinde de regionale projecten te kunnen uitvoeren is een Regio Bureau opgericht. Het Regio Bureau is inhoudelijk o.a. verantwoordelijk voor de regie rondom de regionale spin off die de Floriade 2012 oplevert en de (overheids)inbreng in Greenport. Daarnaast draagt het Regio Bureau zorg voor de facilitering van de besluitvormingsprocessen binnen de Regio Venlo en de afstemming tussen de zes gemeenten en de diverse projectorganisaties in de regio. Wijze van behartiging Burgemeester neemt deel aan het BO Wethouder EZ neemt deel aan het PHO-EZ
Relatie progr. 5
Financiële relatie in 2012 Bijdrage van € 4,00 per inwoner.
Max. gemeentelijk risico N.v.t.
Vermogensontwikkeling (x € 1.000)
2008
2009
eigen vermogen vreemd vermogen
2010 528
659
1.330
996
65
131
resultaat
NV Regio Venlo Partijen 7 gemeenten in Noord-Limburg en het LIOF. Openbaar belang Eén van de eerste activiteiten van de Regio Venlo (de samenwerking van de gemeenten Venlo, Venray, Horst aan de Maas, Helden en Gennep) was het oprichten in 2005 van de NV Economische Impuls Regio Venlo. De NV is bij oprichting een uitvoeringscontract aangegaan met het LIOF. Het LIOF heeft op basis daarvan een programmamanager aangesteld en een uitvoeringsorganisatie ingericht. De NV is de afgelopen jaren betrokken geweest bij een groot aantal regionale projecten op het gebied van de logistiek en de maakindustrie die hebben bijgedragen aan de versterking van de regionale economie. De NV gaat per 1 januari 2012 op in het op te richten Greenport Venlo Innovatiecentrum dat door genmeenten, Provincie en bedrijfsleven samen wordt gefinancierd. De beschikbare middelen voor de NV (€ 1,36/inwoner) worden daarbij volledig overgeheveld naar het IC . Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden De NV is een uitvoeringsorganisatie die is belast met het initiëren, coördineren en in voorkomende gevallen uitvoeren van majeure regionale projecten. De beschikbare prioriteitsaandelen (67% van het totaal) zijn bij oprichting van de NV verdeeld tussen de 5 gemeenten van de Regio Venlo en het LIOF. Alle gemeenten in Noord-Limburg (m.u.v. Mook en Middelaar) leveren een bijdrage van jaarlijks € 1,36 per inwoner aan de NV. Het bestuur van de NV is samengesteld uit 5 vertegenwoordigers uit het regionale bedrijfsleven. Drie daarvan zijn benoemd door de Regio Venlo en twee door het LIOF. Regio en LIOF samen hebben een onafhankelijk voorzitter benoemd.
Wijze van behartiging recht tot benoeming van 3 bestuursleden
Relatie progr. 5
Financiële relatie in 2012 NV Regio Venlo zal per 1-12012 worden geliquideerd. Bijdrage: € 1,36/inwoner
Max. gemeentelijk risico n.v.t.
Vermogensontwikkeling (x € 1.000)
2008
2009
2010
eigen vermogen
319
609
447
vreemd vermogen
318
149
275
32
117
-161
resultaat
95
Programmabegroting 2012
Stichting Administratiekantoor Regio Venlo Floriade 2012 Partijen De Regio Venlo-gemeenten en de Nederlandse Tuinbouwraad. Openbaar belang De gemeente Venray participeert sinds eind 2005 in de Stichting "Administratiekantoor Regio Venlo Floriade 2012" en is met een collegelid in het bestuur daarvan vertegenwoordigd. De overige bestuurszetels worden ingenomen door vertegenwoordigers van de overige 4 gemeenten in de Regio Venlo en van de Nationale Tuinbouwraad (NTR). De Stichting heeft een BV opgericht die is belast met de organisatie van de Floriade. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden De Stichting controleert of de afspraken die met de BV met betrekking tot de Floriade zijn gemaakt, adequaat worden uitgevoerd en beheert daartoe de aandelen van de Floriade BV. Het bestuur van de Stichting heeft alle rechten die krachtens de wet aan de aandeelhouders zijn toegekend. De Floriade BV rapporteert over de voortgang aan de Stichting in de aandeelhoudersvergadering en stelt jaarlijks een verslag op. De Regio heeft zich garant gesteld voor het begrote tekort van de Floriade (€ 7,0 mln). Het risico dat we hiermee lopen is afgedekt door het vormen van een voorziening. De begroting is, zoals bekend, gebaseerd op prijspeil 2002 (opgenomen in het bidbook). Indexering is toen niet meegenomen. Inmiddels is de door de regio gemeenten te betalen indexering vastgesteld op een bedrag van € 4,0 mln. Voorfinanciering van dit bedrag vindt, evenals de € 7,0 mln, plaats uit de grondexploitatie van Venlo GreenPark. De eindafrekening van de € 7,0 mln, de indexering en het resultaat van de Floriade vindt eind 2012 begin 2013 plaats. Wijze van behartiging Wethouder lid van bestuur stichting
Relatie progr. 4
Financiële relatie in 2012 Regiogemeenten staan garant voor verlies Floriade.
Max. gemeentelijk risico Ca. € 2,2 mln (afgedekt door risicoreserve grondbedrijf)
Vermogensontwikkeling Onderstaande cijfers hebben betrekking op de Regio Venlo Floriade 2012 BV. De stichting administratiekantoor beheert alleen de aandelen van de BV en heeft geen eigen vermogen en maakt ook geen jaarverslag. (x € 1.000) eigen vermogen vreemd vermogen resultaat
2008
2009
2010
18
18
18
8.987
15.723
19.690
-78
-63
-47
Bedrijvenschap Venlo Greenpark Partijen De Regio Venlo gemeenten Venlo, Horst aan de Maas, Helden, Gennep en Venray. Openbaar belang De gemeente neemt sinds eind 2005 deel in het Bedrijvenschap Venlo Greenpark, een samenwerking van 5 gemeenten in de zin van de Wet Gemeenschappelijke Regeling. Behalve Venray nemen er 4 Regio Venlo-gemeenten (Venlo, Horst aan de Maas, Peel en Maas en Gennep) deel in het bedrijvenschap. Elke gemeente is met twee collegeleden in het algemeen bestuur hiervan vertegenwoordigd. De portefeuillehouder Economische Zaken (EZ) is lid van het dagelijks bestuur. Het Bedrijvenschap heeft tot taak het businesspark Venlo GreenPark aan te leggen en te exploiteren. Directe aanleiding voor de oprichting is de Floriade die in 2012 op het GreenParkterrein plaatsvindt. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Het Bedrijvenschap heeft tot taak het businesspark Venlo GreenPark aan te leggen en te exploiteren. Voor het risico dat we met deze exploitatie lopen is in de risicoreserve grondbedrijf voorzien. Jaarlijks wordt bij het opmaken van de jaarrekening het risico bepaald aan de hand van de boekwaarde van het plan.
96
Programmabegroting 2012
Wijze van behartiging Wethouder EZ is lid DB
Relatie progr. 4
Financiële relatie in 2012
Max. gemeentelijk risico
Aandeelhouder (20%)
€ 550.000
Vermogensontwikkeling (x € 1.000)
2008
2009
2010
eigen vermogen
7.000
vreemd vermogen
15.000
20.000
40.000
resultaat
1.500
Stichting Innovatiefonds Centrum Venray Partijen Gemeente Venray, Venray Centraal en Gebiedspanel Centrum. Openbaar belang De gemeente neemt sinds 2007 deel in de Stichting Innovatiefonds Centrum Venray. De portefeuillehouder EZ is lid van het bestuur van de Stichting dat bestaat uit 3 leden. Behalve de gemeente zijn dat vertegenwoordigers van de ondernemersvereniging Venray Centraal en het Gebiedspanel Centrum. De Stichting richt zich op de financiering van projecten die een bijdrage leveren aan het vergroten van de economische aantrekkingkracht van het winkelcentrum van Venray. Het moet daarbij gaan om innovatieve projecten d.w.z. projecten die nog niet eerder in Venray zijn uitgevoerd. De gemeentelijke bijdrage is daarbij afhankelijk van de bijdrage die ondernemers in het Fonds storten. Voor elke euro die ondernemers beschikbaar stellen, stort de gemeente er twee bij. De maximale gemeentelijke bijdrage is € 60.000 per jaar. Projecten die in de loop der jaren daarmee tot stand zijn gebracht zijn o.a. het woonevent, het mode-event en Culirooy. Formeel was 2010 het laatste projectjaar. De laatste uitgaven en de (financiële) afwikkeling van de projecten vinden plaats in 2011. Ook zal het Fonds dan worden geëvalueerd en zal besluitvorming plaatsvinden over een eventueel vervolg. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden De gemeente Venray heeft in de persoon van de wethouder EZ zitting in het bestuur van de Stichting. Het Stichtingsbestuur beoordeelt projecten op basis van concrete schriftelijke aanvragen en kent daaraan al dan niet een bijdrage toe. Wijze van behartiging Wethouder lid van stichtingsbestuur
Relatie progr. 4
Financiële relatie in 2012
Max. gemeentelijk risico
Afhankelijk van besluitvorming in 2011
N.v.t.
Vermogensontwikkeling (x € 1.000) eigen vermogen
2008
2009 10
2010 16
36
vreemd vermogen
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
resultaat
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
Samenwerkingsovereenkomst “Brabander - Aan den Heuvel Partijen De gemeente Venray en de ontwikkelingsmaatschappij “Loobeek”. Openbaar belang Het realiseren van een woningbouwprogramma van ca. 635 woningen in het gebied van de Brabander deelgebied, Aan den Heuvel, voorheen deelgebied Brabander- Rest. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Het realiseren van een woningbouwprogramma van ca. 635 woningen in het gebied van de Brabander deelgebied, Aan den Heuvel, voorheen deelgebied Brabander-Rest.
97
Programmabegroting 2012
De grondexploitatie Aan den Heuvel is gesplitst in twee deelexploitaties (deel A en deel B) waardoor overzichtelijker deelgebieden en looptijd ontstaan. Deze splitsing is in samenwerking met onze partner in dit gebied, Ontwikkelingsmaatschappij Loobeek BV, tot stand gekomen. Wijze van behartiging
Relatie progr.
Ambtelijk opdrachtgever lid stuurgroep. Aandeel Venray 50% in exploitatie en risico
Financiële relatie in 2012 De grondexploitatie is ondergebracht bij de afdeling Grondzaken
3
Max. gemeentelijk risico Beperkt
Vermogensontwikkeling De winstprognose is € 6,7 mln te verdelen tussen beide partners. (x € 1.000)
2008
boekwaarde 31.12
6.900
2009
2010
6.719
6.233
Samenwerkingsovereenkomst “De Blakt” Partijen De gemeente Venray en “Maessen project BV”. Openbaar belang Het realiseren van de ontwikkeling van ca. 50 ha uitgeefbaar industrieterrein “de Blakt”. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Het realiseren van de ontwikkeling van ca. 50 ha uitgeefbaar industrieterrein "de Blakt”, conform de geldende regelgeving en met een aanvaardbaar financieel resultaat. Wijze van behartiging Ambtelijke opdrachtgever is lid van de stuurgroep. Aandeel Venray 50% in grondexploitatie en risico
Relatie progr. 4
Financiële relatie in 2012 Belang Venray 50%
Max. gemeentelijk risico Door langere looptijd exploitatie en achterblijvende verkopen hogere rentelasten
Vermogensontwikkeling De doorlooptijd van de Blakt is, sinds de originele samenwerkingsovereenkomst met Maessen is opgesteld, aanzienlijk toegenomen. Gevolgen hiervan zijn hogere rente- en indexeringskosten. Conform afspraak in de tweede Berap van 2010 zijn de gevolgen hiervan samen met Maessen in beeld gebracht en is daarover overeenstemming bereikt. Daarnaast is door een herziene prognose van de afzet van vierkante meters industrieterrein de looptijd met een jaar verlengd. Hierdoor daalt het gemeentelijk deel van de winstneming van € 8,6 mln naar € 6,1 mln. (x € 1.000)
2008
boekwaarde 31.12
7.900
2009 1.642
2010 1.124
Samenwerkingsovereenkomst “De Gouden Leeuw” Partijen De gemeente Venray en 3W Vastgoed BV (ontwikkelaar). Openbaar belang Het realiseren van het stedenbouwkundig plan “Gouden Leeuw” d.d. juli 2001, door de bouw van woningen, commerciële ruimten, parkeergarage en overige voorzieningen. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Het realiseren van het stedenbouwkundig plan "Gouden Leeuw" d.d. juli 2001 door de bouw van woningen, commerciële ruimten, parkeergarage en overige voorzieningen. Wijze van behartiging Wethouder lid stuurgroep
Relatie progr. 3
Financiële relatie in 2012 Belang Venray: Realisatie 0% Ontwikkeling 100%
Max. gemeentelijk risico Voor geprognosticeerde tekort is een voorziening getroffen. Meer inzicht na besluit GS afkoop SDV subsidie
98
Programmabegroting 2012
Vermogensontwikkeling Geprognosticeerd nadelig resultaat € 1.799.000 op basis van eindwaardeberekening. Tot en met 2010 is hiervoor op basis van contante waarde een voorziening gevormd van € 1.592.000 ten laste van de risicoreserve Grondbedrijf. Dit najaar zal Gedeputeerde staten een besluit nemen over een afkoop van de SDV subsidie. Hierdoor kan meer inzicht worden verkregen in het tekort en de benodigde voorziening. In voorgaande jaren zijn reeds voor € 2,7 mln verliezen genomen. (x € 1.000)
2008
boekwaarde 31.12
2009
6.100
2010
3.533
2.794
Samenwerkingsovereenkomst “Herontwikkeling St. Anna en St. Servatiusterrein” Partijen De gemeente Venray en Vincent van Gogh Instituut. Openbaar belang Herontwikkeling en herbestemming locaties St. Anna en St. Servatius. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Voor zowel St. Anna als St. Servatius was een gemeenschappelijke stuurgroep aanwezig, waarin een wethouder lid was van de stuurgroep. Nu de ontwikkelingen rondom beide terreinen stil ligt zijn ook de activiteiten van de stuurgroep geminimaliseerd. Het St. Servatiusterrein krijgt meer dan in het verleden een openbaar karakter. Daarom zijn voor het St. Servatiusterrein gedetailleerde afspraken gemaakt over de inrichting van de openbare ruimte, de ontsluiting van het terrein en de financiële consequenties. Zoals weergegeven is inmiddels een Globaal Stedenbouwkundig plan voor St. Anna als structuurvisie in mei 2009 door de gemeenteraad vastgesteld. Over een eerder traject, om te komen tot een Globaal Stedenbouwkundig plan, is tussen de gemeente en GGZ NML een verschil van mening gerezen over de kostenverdeling. Dit geschil is beslecht. Het St. Annaterrein zal door de GGZ NML (van Gogh instituut) worden afgestoten. Daarover worden met diverse partijen onderhandelingen gevoerd. Op dit moment is het voor de gemeente niet duidelijk in welk stadium deze onderhandelingen zich bevinden. Eerder onderhandelingen voor de vestiging van een COA hebben geen vervolg gekregen. Wijze van behartiging Wethouder lid stuurgroep. Gemeente
Relatie progr. 3
Financiële relatie in 2012 n.v.t.
Max. gemeentelijk risico n.v.t.
Vermogensontwikkeling St. Anna (x € 1.000) boekwaarde 31.12
2008
2009
1.600
2010
1.424
0
Vermogensontwikkeling St. Servatius (x €1.000) boekwaarde 31.12
2008
2009 -27
2010 -101
0
Samenwerkingsovereenkomst Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum Partijen Betrokken partijen zijn de provincie Limburg, de gemeente Horst a/d Maas, gemeente Venray. Deze partijen hebben daartoe op 3 november 2010 een Samenwerkingsovereenkomst getekend. Openbaar belang Het openbaar belang is het garanderen van de veiligheid bij hoogwater van de Maas en de leefbaarheid in de meest brede zin van het woord.
99
Programmabegroting 2012
Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Alle betrokken partijen zijn vertegenwoordigd in de stuurgroep Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum. In deze stuurgroep is ook een wethouder van Venray vertegenwoordigd . Besluitvorming in de stuurgroep waaraan financiële verplichtingen gekoppeld zijn voor de gemeente Venray en/of andere bestuurlijke partijen kan alleen plaatsvinden na besluitvorming in het college van B&W en de gemeenteraad van Venray. In de lijn van deze werkwijze is op 2 november 2010 door de Raad besloten om de komende jaren € 7 mln voor de Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum beschikbaar te stellen onder de voorwaarde dat ook het Rijk voldoende financiële middelen beschikbaar stelt. Een eerste voorstel daartoe is in de MUIPaanvraag 2012 en volgende jaren opgenomen. Naar verwachting zal het Rijk haar aandeel in de kosten in een bestuursakkoord met de provincie in het derde kwartaal 2011 regelen. Op dit moment is er daarom nog geen financiële zekerheid of en welk aandeel van de kosten het Rijk voor haar rekening neemt. Wijze van behartiging Wethouder lid stuurgroep
Relatie progr. 4
Financiële relatie in 2012 Vanuit de grondexploitatie “De Blakt” is € 225.000 gereserveerd indien het plan niet doorgaat. Daarnaast is een garantstelling en bijbehorende financiële reservering van € 170.000 opgenomen in de reserve Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum. Voor het hele project is onder voorwaarden een MUIP-aanvraag van € 7 mln beschikbaar gesteld.
Max. gemeentelijk risico Indien het Rijk haar financiële afspraken niet nakomt loopt Venray het risico dat haar aandeel van 13,2% van de voorbereidingskosten moet betalen aan de provincie (circa € 238.000).
Intentieovereenkomst Uitvoeringsagenda Havenbeheer Limburg Partijen Betrokken partijen zijn de provincie Limburg, de gemeente Horst a/d Maas, de gemeenten Gennep, Venray, Venlo,Roermond, Leudal, Weert, Maasgouw,Echt-Susteren, Sittard_geleen, Stein, en Maastricht. Deze partijen hebben daartoe op 24 februari 2011 een Intentieovereenkomst getekend. Openbaar belang Het openbaar belang is het versterken van het vestigingsklimaat voor bedrijven in de Provincie Limburg in de meest brede zin van het woord. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Alle betrokken partijen zijn vertegenwoordigd in het Portefeuillehoudersoverleg. In dit overleg is de wethouder economische zaken van Venray vertegenwoordigd. Besluitvorming waaraan financiële verplichtingen gekoppeld zijn voor de gemeente Venray en/of andere bestuurlijke partijen kan alleen plaatsvinden na besluitvorming in het college van B&W en de gemeenteraad van Venray. Voorstellen daartoe zullen uiterlijk 1 mei van elk jaar worden aangeboden zodat ze in de Voorjaarsnota kunnen worden opgenomen en er tijdig formele besluitvorming over kan worden georganiseerd. Wijze van behartiging Wethouder lid portefeuillehoudersoverleg
Relatie progr. 4
Financiële relatie in 2012
Max. gemeentelijk risico
Geen afzonderlijke relatie. Opgenomen in N.v.t. diverse andere onderdelen van de begroting
Deelnemingen Vanuit het oogpunt van het behartigen van het publieke belang, is de gemeente Venray in het bezit van aandelen van een aantal vennootschappen. Overigens wijzen wij erop dat deze aandelen niet vrij verhandelbaar zijn. De via aandelen verbonden partijen van de gemeente worden hierna beschreven.
100
Programmabegroting 2012
(bedragen in €)
Ultimo 2010 Nominale waarde
Aantal aandelen
Deelneming
Balans waarde
Enexis Holding NV
370.845
370.845
370.845
Attero Holding NV
370.845
3.708
3.708
Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV
370.845
3.708
3.708
CBL Vennootschap BV
4.955
50
50
Verkoop Vennootschap BV
4.955
50
50
Claim Staat Vennootschap BV
4.955
50
50
Vordering op Enexis BV
4.955
50
50
NV Waterleiding Maatschappij Limburg NV Bank Nederlandse Gemeenten Nazorg Limburg BV Industriebank LIOF Stichting Administratiekantoor Knowhouse
14
63.532
63.532
54.202
135.505
123.726
860
390
390
5
567
567
3%
2.858
2.858
Attero Holding NV, Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV, CBL Vennootschap BV, Verkoop Vennootschap BV, Claim Staat Vennootschap BV en Vordering op Enexis BV Partijen Nederlandse gemeenten en Provincies. Openbaar belang Deze vennootschappen zijn opgericht in navolging van de aandelenverkoop van Essent. Attero en Publiek Belang Elektriciteitsproductie (PBE) zijn buiten de verkoop gehouden. Met betrekking tot PBE kan worden vermeld dat de aandeelhouders van PBE en Verkoop Vennootschap eind juni 2011 akkoord zijn gegaan een schikking met Electriciteits Productiemaatschappij Zuid-Nederland waardoor de daadwerkelijke overdracht van de aandelen aan RWE kan plaatsvinden. Vervolgens kan de deelneming in PBE worden opgeheven. De overige vennootschappen zullen te zijner tijd weer worden opgeheven zodra de wettelijke termijnen (m.n. claims) hiervoor zijn verstreken. Aandeelhouderschap Rekening houdend met voorgaande zullen de aandelen in de genoemde vennootschappen (voorlopig) in publieke handen blijven. Enexis Holding NV Partijen Nederlandse gemeenten en Provincies. Openbaar belang Op 1 januari 2009 is het netwerkbedrijf Enexis opgericht waardoor de ontwikkeling en het onderhoud en het beheer van het distributienetwerk van Essent zijn afgesplitst en hierdoor is voldaan aan de Wet Onafhankelijk Netbeheer (Splitsingswet). Deze wet bepaalt onder meer dat, met ingang van 1 januari 2011, energieproductie-, handels- en leveringsbedrijven niet meer tot dezelfde groep mogen behoren als netwerkbedrijven. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Enexis heeft de taak er voor te zorgen dat gas en elektriciteit van de diverse energieleveranciers veilig bij de klant terecht komen. Enexis is verantwoordelijk voor de aanleg, onderhoud en beheer van de transport (middenspanning) en distributienetten voor elektriciteit en gas en voor de aansluiting van ongeveer 2,6 mln huishoudens, bedrijven en overheden.
Wijze van behartiging 0,247755% van aandelenkapitaal en vertegenwoordiging via de AVvA
Relatie progr. 6
Financiële relatie in 2012 Dividenduitkering nog niet bekend
Max. gemeentelijk risico Boekwaarde aandelen met een verlies van € 370.845. Geen inzicht in exploitatieresultaat
101
Programmabegroting 2012
Vermogensontwikkeling 2008
2009
2010
eigen vermogen
2.236 mln
2.849 mln
2.964 mln
vreemd vermogen
3.345 mln
2.828 mln
2.948 mln
148.000
263.000
194.000
resultaat
Attero Holding NV Partijen Nederlandse gemeenten en Provincies. Openbaar belang Deze vennootschap is opgericht in navolging van de aandelenverkoop van Essent. Voorheen was Essent Milieu een bedrijfsonderdeel van Essent en als gevolg van de verkoop van Essent een zelfstandig rechtspersoon geworden. Aandeelhouderschap De aandelen in de genoemde vennootschap blijven in publieke handen. Vermogensontwikkeling (x € 1.000)
2008
2009
2010
eigen vermogen
177
241
257
vreemd vermogen
776
681
582
37
59
26
resultaat
Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV(PBE) Partijen Nederlandse gemeenten en Provincies. Openbaar belang Deze vennootschap is opgericht in navolging van de aandelenverkoop van Essent. PBE houdt het gehele aandelenkapitaal in Energy Resources Holding BV die op haart beurt het volledige belang in 2 dochterondernemingen heeft, te weten Energy Resources BV en Energy Resources Ventures BV. Aandeelhouderschap De aandelen in de genoemde vennootschap zijn nog in publieke handen, maar op 30 juni 2011 zijn de aandeelhouders van PBE met Electriciteits Productiemaatschappij Zuid-Nederland een schikking aangegaan waardoor de overdracht van de aandelen aan RWE zal kunnen plaatsvinden. Vermogensontwikkeling (x € 1.000)
2008
2009
eigen vermogen
-14
vreemd vermogen resultaat
2010 168
185
74
29
20
31
60
28
CBL Vennootschap BV Partijen Nederlandse gemeenten en Provincies. Openbaar belang Deze vennootschap is in 2009 opgericht in navolging van de aandelenverkoop van Essent en heeft als doel het beheren of doen beheren van fondsen ter dekking van eventuele aansprakelijkheid van haar aandeelhouders in het kader van cross border leases naar aanleiding van de verkoopovereenkomst voor de verkoop van Essent NV Aandeelhouderschap De aandelen in de genoemde vennootschap blijven in publieke handen. 102
Programmabegroting 2012
Vermogensontwikkeling in dollars
2008
2009
2010
eigen vermogen
-
22,5 mln
0,3 mln
vreemd vermogen
-
138 mln
135 mln
resultaat
-
6.000
-86.000
Verkoop Vennootschap BV Partijen Nederlandse gemeenten en Provincies. Openbaar belang Deze vennootschap is in 2009 opgericht in navolging van de aandelenverkoop van Essent en heeft als doel het uitoefenen van alle rechten en verplichtingen van haar aandeelhouders ten opzichte van Essent NV en RWE AG of hun rechtsopvolgers onder algemene titel, voortvloeiende uit de verkoopovereenkomst voor de verkoop van Essent NV, welke rechten en verplichtingen de vennootschap via contractoverneming heeft verkregen van de aandeelhouders. Aandeelhouderschap De aandelen in de genoemde vennootschap blijven in publieke handen. Vermogensontwikkeling 2008
2009
2010
eigen vermogen
-
801 mln
780 mln
vreemd vermogen
-
0,4 mln
23 mln
resultaat
-
-1 mln
-21 mln
Claim Staat Vennootschap BV Partijen Nederlandse gemeenten en Provincies. Openbaar belang Deze vennootschap is in 2009 opgericht in navolging van de aandelenverkoop van Essent en heeft als doel het creëren van de noodzakelijke randvoorwaarden voor maximalisatie van de verkoopopbrengst van Essent en een optimale (financiële) risico-afdekking voor eventuele aansprakelijkheid van de publieke aandeelhouders. Aandeelhouderschap De aandelen in de genoemde vennootschap blijven in publieke handen. Vermogensontwikkeling in dollars
2008
2009
2010
eigen vermogen
-
22,5 mln
0,3 mln
vreemd vermogen
-
137.5 mln
135 mln
resultaat
-
6.000
Vordering op Enexis BV Partijen Nederlandse gemeenten en Provincies. Openbaar belang Deze vennootschap is in 2009 opgericht in navolging van de aandelenverkoop van Essent en heeft als doel het beheer en de verkrijging van de bruglening, oorspronkelijk € 1,8 miljard groot. Deze lening is overgenomen van Essent en vervolgens doorgeleend aan Enexis. Aandeelhouderschap De aandelen in de genoemde vennootschap blijven in publieke handen. 103
Programmabegroting 2012
Vermogensontwikkeling 2008
2009
2010
eigen vermogen
-
0,1 mln
0,1 mln
vreemd vermogen
-
1.800 mln
1.800 mln
resultaat
-
-372.000
-7.483
NV Waterleidingmaatschappij Limburg (WML) Partijen Limburgse gemeenten en de provincie Limburg. Openbaar belang De WML is de drinkwaterproducent en –leverancier voor de gehele provincie Limburg. De WML keert geen dividend uit. Elke 5 jaar vindt een herverdeling van het aantal aandelen plaats. Daarbij worden de aandelen tussen de Limburgse gemeenten verdeeld naar evenredigheid van het aantal inwoners. Met dien verstande dat iedere Limburgse gemeente tenminste 1 aandeel in eigendom heeft. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden WML heeft de taak tot het maken en leveren van leidingwater met drinkwaterkwaliteit voor inwoners en bedrijven in de provincie Limburg. WML is een Naamloze Vennootschap waarin de Algemene Vergadering van Aandeelhouders het hoogste orgaan is en waarbij de belangrijkste bevoegdheid is het vaststellen van de jaarrekening en het vaststellen van de watertarieven voor de consumentenmarkt. Wijze van behartiging 3,2% van aandelenkapitaal en vertegenwoordiging via de AvA
Relatie progr. 6
Financiële relatie in 2012 Er wordt geen dividend uitgekeerd. De nominale waarde is € 68.070 zijnde 15 aandelen á € 4.538 per aandeel
Max. gemeentelijk risico Boekwaarde aandelen met een verlies van € 68.070
Vermogensontwikkeling 2008
2009
2010
eigen vermogen
205 mln
148 mln
148 mln
vreemd vermogen
360 mln
385 mln
399 mln
resultaat
2,8 mln
neg11 mln
0,2 mln
NV Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) Partijen Overheden en instellingen op het gebied van volkshuisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, cultuur en openbaar nut (publieke sector). Openbaar belang De BNG is de bank voor overheden en instellingen met een maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. De strategie van de bank is gericht op het behouden van substantiële marktaandelen in het Nederlands maatschappelijk domein en het handhaven van een excellente kredietwaardigheid. De BNG keert jaarlijks dividend uit en levert daarmee een bijdrage aan de algemene middelen. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden De taak van de bank betreft onder meer het aantrekken en uitzetten van gelden, het op andere wijze verlenen van kredieten, het stellen van garanties en het verzorgen van het betalingsverkeer. De vennootschap is bevoegd tot het verrichten van al hetgeen onmiddellijk of middellijk voor haar doel bevorderlijk kan zijn. De Raad van Bestuur is bevoegd de bank in en buiten rechte te vertegenwoordigen.
104
Programmabegroting 2012
Wijze van behartiging 0,0973 % van aandelenkapitaal en vertegenwoordiging via AvA
Relatie progr. 6
Financiële relatie in 2012 Nog geen dividend bekend. Nominale waarde aandelen € 135.505 zijnde 54.202 aandelen á € 2,50
Max. gemeentelijk risico Boekwaarde van de aandelen met een verlies van € 135.202 en het jaarlijkse geraamde dividend van € 125.000
Vermogensontwikkeling 2008 eigen vermogen vreemd vermogen resultaat
2009
2010
1.979 mln
2.253 mln
2.259 mln
99.386 mln
102.243 mln
116.274 mln
158 mln
278 mln
257 mln
Nazorg Limburg BV Partijen Provincie Limburg (50%) Limburgse gemeenten (50%) Openbaar belang De vennootschap heeft ten doel het aanbrengen en het in stand houden van een voldoende voorzieningenniveau op stortplaatsen voor afval na beëindiging van de exploitatie. Het betreft een zestal stortplaatsen die zijn gesloten voor 1996 en dus niet onder de werking van de wet Milieubeheer vallen. Het gaat om de stortplaatsen Ubach over Worms, Belvedère, Langen Akker, Zuringspeel, Beukenberg en Mook. Nazorg Limburg keert geen dividend uit. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden De belangrijkste taak van deze vennootschap betreft het beheren en beheersen van afgewerkte stortplaatsen in Limburg. Het beheer omvat onder andere het in opdracht van de aandeelhouders opsporen, analyseren en managen van milieurisico’s van stortplaatsen en andere verontreinigde locaties. Op deze wijze wordt de verantwoordelijkheid van Nazorg BV vorm gegeven. Wijze van behartiging 1,56% van aandelenkapitaal en vertegenwoordiging via AVvA
Relatie progr. 6
Financiële relatie in 2012 geen dividenduitkering. 860 aandelen á € 0,45
Max. gemeentelijk risico Balanswaarde van de aandelen € 390
Vermogensontwikkeling 2008
2009
eigen vermogen
-1.414.944
vreemd vermogen
17.772.171
17.905.427
238.854-
resultaat
-2.398.775
1.176.090
2010 Nog niet bekend
Industriebank LIOF Partijen Staat der Nederlanden (94,4%) provincie Limburg (5,4%) Limburgse gemeenten en Kamers van Koophandel (0,2%). Openbaar belang De Industriebank LIOF is de Limburgse ontwikkelingsmaatschappij. LIOF draagt bij aan de welvaart van de provincie Limburg door de (sociaal-)economische structuur verder te versterken en werkgelegenheid te verbeteren. De industrie en stuwende dienstverlening zijn de doelgroepen waarop LIOF zich richt. De Industriebank LIOF keert geen dividend uit. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden De vijf kerntaken Participaties, Ontwikkeling & Innovatie, Investeringsbevordering & Business Development, Bedrijventerreinen en Bedrijvencentra hebben betrekking op respectievelijk het risicodragend participeren in perspectiefvolle Limburgse bedrijven, het stimuleren kennisintensieve en innovatieve activiteiten met het doel hun concurrentiekracht te versterken, het werven van nieuwe binnen- en buitenlandse bedrijven alsmede het behoud daarvan, het uitvoeren van het provinciaal beleid met betrekking tot de ontwikkeling en herstructurering van bedrijventerreinen en het faciliteren van nieuwe (starters en bestaande bedrijvigheid. 105
Programmabegroting 2012
Wijze van behartiging 0,0009% van aandelenkapitaal en vertegenwoordiging via AVvA
Relatie progr. 6
Financiële relatie in 2012
Max. gemeentelijk risico
Geen dividenduitkering. Nominale waarde aandelen €567 zijnde 5 aandelen a €113,45
Balanswaarde van de aandelen €567,=
Vermogensontwikkeling (x € 1.000)
2008
eigen vermogen vreemd vermogen
2009
2010
101.000
101.000
101.000
65.900
65.201
62.000
300
400
203
resultaat
Stichting Administratiekantoor Aandelen Knowhouse BV Partijen Christiaens Group, Coöperatieve Nederlandse Champignonkwekersvereniging (CNC), Heveco, Industiebank LIOF, Limburgse Land- en Tuinbouw Bond (LLTB), Maurice Kassenbouw, Nijsen Granico, Praktijkonderzoek Plant & Omgeving (Wageningen UR), Praktijkonderzoek Veehouderij (Wageningen UR), Provincie Limburg, Rabobank Maashorst, Van Rijsingen Beheer, SaWeCo, Stichting Asperge Fonds en de gemeenten Venlo, Horst aan de Maas en Venray. Openbaar belang De gemeente neemt sinds eind 2005 deel in de Stichting Administratiekantoor Knowhouse BV. De gemeente is daarmee mede eigenaar van een pakket aandelen en heeft een achtergestelde lening beschikbaar gesteld. De portefeuillehouder EZ is lid van het bestuur van de Stichting. De Stichting beheert alle aandelen van het bedrijf Knowhouse BV dat zich richt op het bevorderen van innovatie bij bedrijven uit de agribusiness. Het bedrijf speelt een belangrijke rol bij de vernieuwing van de regionale plattelandseconomie, een thema dat ook voor Venray nadrukkelijk van belang is. Behalve Venray nemen ook de gemeenten Horst aan de Maas en Venlo alsmede een aantal agrobedrijven en instellingen deel in de Stichting. Knowhouse heeft in 2011 diverse projecten uitgevoerd, ondermeer op het gebied van de duurzame glastuinbouw, life science producten en de gebiedsprofilering. Door de oprichting van het Greenport Venlo Innovatiecentrum per 1-1-2012 kan de positie van Knowhouse veranderen. Met de oprichting van het IC is sprake van een bundeling van regionale innovatieactiviteiten in één organisatie. Wat5 dit precies betekent voor Knowhouse is echter nog niet duidelijk. Zekerheid hierover ontstaat pas eind 2011. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden De gemeente Venray heeft in de persoon van de wethouder EZ zitting in het bestuur van de Stichting. Het Stichtingsbestuur controleert en adviseert namens de participanten de directie van Knowhouse BV en heeft de bevoegdheid de directie van het bedrijf te benoemen of te ontslaan.
Wijze van behartiging Wethouder lid van stichtingsbestuur, 3% van aandelen kapitaal en achtergestelde lening
Relatie progr. 6
Financiële relatie in 2012 n.v.t.
Max. gemeentelijk risico n.v.t.
Vermogensontwikkeling (x € 1.000) eigen vermogen vreemd vermogen resultaat
2008
2009
2010
-290
-282
nog
1.742
1.757
niet
13
7
bekend
106
Programmabegroting 2012
Inkoopbureau Noord- en Midden Limburg Partijen In de Stichting Inkoopbureau Noord- en Midden Limburg nemen met ingang van 1 januari 2010 8 gemeenten deel. Dit zijn de gemeenten Bergen, Echt-Susteren, Gennep, Leudal, Mook en Middelaar, Peel en Maas Roerdalen en Venray alsmede de Veiligheidsregio (GGD en Brandweer). Het verzorgingsgebied had bij aanvang van het inkoopbureau een omvang van ca. 244.000 inwoners en een beïnvloedbaar inkoopvolume van ca. 199 mln euro. Inmiddels is de omvang van de deelname door diverse herindelingen binnen het verzorgingsgebied gedaald naar ca. 225.000 inwoners. De deelnameverplichting is gestart per 1-4-2008 en geldt voor tenminste 4 jaar (tot 1-4-2012). In 2011 heeft het INML een evaluatieonderzoek laten uitvoeren m.b.t. het INML in de afgelopen 3 jaar. Daarnaast zal het INML in 2011 een nieuw visiedocument opstellen m.b.t. de te varen koers vanaf april 2012. Over verdere deelname aan het INML na 1 april 2012 moet door de gemeenteraad een besluit worden genomen. Vooruitlopend hierop heeft het INML een begrotingsvoorstel 2012 gedaan met dien verstande dat deze begroting als vaststaand geldt voor het eerste kwartaal 2012. De begroting voor de overige maanden van 2012 geldt als indicatie bij ongewijzigd beleid en ongewijzigde deelname. Openbaar belang De gemeente Venray participeert sinds de oprichting op 25 januari 2008 in de Stichting Inkoopbureau Noord- en Midden Limburg (INML) en is met de concerncontroller in het Dagelijks bestuur daarvan vertegenwoordigd. Het INML ondersteunt de deelnemende gemeenten met inkoopexpertise volgens het gecoördineerd inkoopmodel. Door de samenwerking van de verschillende gemeenten kunnen we: • Synergievoordelen behalen, waardoor directe en indirecte besparingen gerealiseerd kunnen worden. • De kwaliteit van onze inkoop verbeteren, door het uitwisselen van ervaringen. • De continuïteit van de inkoopfunctie waarborgen.
Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden De gemeente Venray is in de persoon van de concerncontroller vertegenwoordigd in zowel het algemeen als dagelijks bestuur van het INML.
Wijze van behartiging De concerncontroller is lid van het DB
Relatie progr. alle
Financiële relatie in 2012 Begrote gemeentelijke bijdrage 2012 aan het INML ad € 120.000,-
Max. gemeentelijk risico N.v.t.
Vermogensontwikkeling 2008 eigen vermogen vreemd vermogen resultaat
2009
2010
-15
100
15
1.184 95
241 1.288 140
107
Programmabegroting 2012
108
Programmabegroting 2012
Paragraaf G. Grondbeleid Inleiding In deze paragraaf wordt nader ingegaan op het grondbeleid van de gemeente Venray. Grondbeleid heeft een grote invloed op en samenhang met de realisatie van de programma’s Ruimtelijke Ordening (RO) en Volkshuisvesting, Verkeer en vervoer, Cultuur sport en recreatie, Volksgezondheid en milieu en tenslotte het programma economische structuur. Daarnaast heeft het grondbeleid een grote financiële impact. De eventuele baten, maar vooral de financiële risico’s zijn van belang voor de algemene financiële positie van de gemeente.
Nota grondbeleid Het grondbeleid van de Gemeente Venray is opgenomen in de nota ‘Grondbeleid gemeente Venray 2011’. In deze nota is ‘grondbeleid’ als volgt gedefinieerd: “Grondbeleid is het op zodanige wijze handhaven van bestaand grondgebruik, dan wel het realiseren van de gewenste veranderingen in dit grondgebruik, dat dit in overeenstemming is met de door de gemeente gewenste bestuurlijke doelen”. Belangrijk uitgangspunt in de nota grondbeleid 2011 is dat op basis van een uit te voeren analyse, de gemeente Venray per geval bepaalt welke rol zij zelf wil spelen in de realisatie van een specifieke ruimtelijke ontwikkeling, wilt zij actief dan wel passief optreden, welke vorm van kostenverhaal daarbij het meest wenselijk is en welke instrumenten zij daarbij toepast. Met actief dan wel passief grondbeleid kan worden gekozen gronden in eigen beheer te hebben. Met (actief) grondbeleid wil de gemeente de navolgende doelstellingen nastreven:
• • •
Het bijdragen aan de realisatie van ruimtelijke, economische en maatschappelijke ontwikkelingen in de gemeente. Het maken van winst via de exploitatie van grond. De aldus verkregen middelen zet de gemeente in om andere ambities te kunnen realiseren. Als derde biedt het grondbeleid de gemeente de mogelijkheid om de kwaliteit van de te realiseren ruimtelijke ontwikkelingen te borgen. Dit doet de gemeente door bij de uitvoering van het grondbeleid het instrumentarium (bijvoorbeeld bovenplanse verevening, kostenverhaal, locatie-eisen) uit de Grondexploitatiewet zo goed mogelijk in te zetten. In de praktijk is het voor de gemeente niet altijd nodig dan wel wenselijk actief grond te verwerven omdat de grondexploitatiewet mogelijk maakt om kosten bij (particuliere) initiatiefnemers te verhalen.
Aan de vaststelling van de nota grondbeleid 2011 is ook een uitvoeringsprogramma gekoppeld. Bij de vaststelling van de nota zijn een aantal ‘principebesluiten’ genomen, welke uitgewerkt, separaat aan de raad zullen worden voorgelegd. Zie bijgaande overzicht voor de planning van het uitvoeringsprogramma.
1
Product
Planning
Nota Bovenwijkse voorzieningen
ntb
Stand van zaken Vanwege complexiteit en mogelijke wetswijziging uitgesteld
2
Nota bijdrage ruimtelijke ontwikkeling
Gereed 1/1/2012
Is opgestart. Verloopt volgens planning
3
Handboek grondexploitaties
Gereed 1/7/2011
Beoogde vaststelling: oktober 2011
Onderzoek stimuleringsmaatregelen
Gereed
Wordt besproken in commissie Middelen op 7
woningbouw irt Grondbeleid
1/5/2011
september
Inventarisatie te verkopen/te
Gereed medio 2011
Wordt vastgesteld in de Raad van september
(projectsturing en beheersing) 4
5
verpachten gronden 6
Procedurebeschrijving kortlopende pachtovereenkomsten
2011 Gereed medio 2011
Wordt vastgesteld in de Raad van september 2011
109
Programmabegroting 2012
7
Product
Planning
Stand van zaken Uiterlijk december 2011 in de raad
Nota beginselbesluit Algemene dienst
Gereed
Grondbedrijf
1/7/2011
8
Vaststelling grondprijzenkaart
Jaarlijks per 1/1
Start oktober 2011
9
Nota rekenrente
Gereed 1/7/2011
Nota wordt 2e helft 2011 vastgesteld
Recessie De economische recessie heeft veel invloed gehad en heeft nog steeds veel invloed op de woningmarkt en bedrijvenmarkt. Ook in 2011 zijn de gevolgen van de stagnatie op de woningmarkt en bedrijvenmarkt nog merkbaar. Terughoudendheid bij consumenten bij het kopen van een nieuwe woning is slechts één van de oorzaken van deze terugloop. Veelal blijven consumenten zitten met hun bestaande woning, zodat de wenselijke doorstroming niet op gang komt. Daarnaast speelt ook de voorzichtigheid van de professionele partijen van de gemeente een rol. Ontwikkelaars stellen hogere eisen aan de percentages voor verkoop voordat gemeentelijke grond wordt afgenomen en zij kampen met problemen met aantrekken van vreemd vermogen. Ook financiële instellingen stellen strengere eisen aan hypotheken/financieringen. Ook in Venray loopt de markt terug; echter hij ligt niet volledig stil. Dit is de gehele recessie tot nu toe ook niet het geval geweest. Opgemerkt wordt dat er wel een bepaalde voorkeur ligt van consumenten bij specifieke ontwikkelingsgebieden en woningsegmenten. Vraag blijft locatieafhankelijk bestaan naar hoofdzakelijk kleinere en goedkopere woningen (eventueel voor bepaalde doelgroepen).
Woningmarktonderzoek Om te kunnen inspelen op de veranderende markt is in oktober 2010 een woningbehoefteonderzoek uitgevoerd door bureau Companen en onderzoeksbureau E`til heeft de kwantitatieve woningbehoefte onderzocht in relatie tot de demografische ontwikkelingen. De uitkomsten van deze onderzoeken hebben geleid tot een bijstelling van de woningbouwexploitaties bij de Jaarrekening 2010. Deze bijstelling heeft geleid tot langere looptijden en dus lagere en latere geprognostiseerde winstnemingen en in sommige gevallen verliezen. De risicoreserve grondbedrijf komt hierdoor onder druk te staan. Om hierop als grondbedrijf grip te houden en risico’s te beheersen en af te dekken, worden voor de komende jaren de volgende uitgangspunten in acht genomen (zie nota grondbeleid 2011): • Zolang de risicoreserve niet voldoet aan de norm wordt zeer terughoudend omgegaan met nieuwe investeringen. • vanuit grondbedrijf vindt strenge sturing plaats op het vermijden van risico’s en het beheersen van de kosten. • Op grond van een uitgebreide analyse bepaalt Venray per geval welke type grondbeleid wordt gevoerd, maar is terughoudend bij het aangaan van nieuwe grondexploitaties en daarmee dus terughoudend bij het voeren van actief grondbeleid. • Keuzes maken in lopende grondexploitaties. • Keuzes maken in toekomstige grondexploitaties/strategische eigendommen. • Investeren? Zeer terughoudend en - alleen daar waar het kwantitatieve aanbod niet voldoet aan de behoefte en de markt het initiatief niet oppakt; - indien vanuit kwalitatief oogpunt gekozen wordt voor een actieve gemeentelijke rol (bijv. herstructurering). In beide gevallen geldt dat een expliciete afweging gemaakt moet worden of de ontwikkeling via het grondbedrijf loopt en zo ja of de Algemene dienst een bijdrage moet doen. • Geen/zeer beperkte medewerking verlenen aan particuliere initiatieven (die afwijken van de geldende bestemmingsplannen) indien bestaande grondexploitaties, zowel gemeentelijke als particuliere, reeds voldoen aan de kwantitatieve en kwalitatieve behoefte naar woningbouw of anderszins. Uitzondering hierop gelden initiatieven voor bijzondere doelgroepen of met een grote maatschappelijke meerwaarde. Deze initiatieven mogen niet concurreren met de bestaande initiatieven. Grondprijzen De strengere eisen die financiële instellingen aan ontwikkelaars en consumenten/bedrijven stellen, hebben geleid en zullen leiden tot: • Het onder druk komen van de VON-prijzen van nieuwbouwwoningen. • Dalende woningprijzen bestaande bouw. • Stijgende behoefte aan goedkopere woningen, met name voor starters en bijzondere doelgroepen. • Dalende vraag naar kantoorruimte/bedrijfsruimte.
110
Programmabegroting 2012
Als gevolg van deze ontwikkelingen is ervoor gekozen de grondprijzen in gemeente Venray tot 1 januari 2012 te bevriezen. Daarnaast heeft de gemeenteraad ter stimulering in een aantal gevallen gekozen de grondprijzen tijdelijk te verlagen van € 230/m² naar € 180/m². De raad heeft een pilot voor grondprijsverlaging vastgesteld voor de volgende dorpen; Vredepeel; Veulen; Heide; Castenray. De pilot grondprijzen loopt tot 1 april 2013. Daarna zal evaluatie plaatsvinden. De pilot heeft voor de grondexploitatie (bij gelijkblijvende behoefte) een negatief effect op het resultaat van de eerste twee vastgestelde grondexploitaties en de nog vast te stellen grondexploitatie van Castenray.
Grondexploitaties Zoals reeds eerder vermeld kan het grondbeleid van grote invloed zijn op de financiële huishouding van de gemeente. Allereerst vanwege de omvang van de lasten en baten en ten tweede vanwege de aan de uitvoering verbonden risico’s. Het is dan ook belangrijk om ontwikkelingen goed te blijven volgen, maatregelen te nemen waar nodig en behoedzaam om te gaan met het opnieuw in exploitatie nemen van nieuwe gebieden/plannen. De actuele stand van zaken betreffende de projecten en de marktontwikkelingen worden permanent gemonitord. De exploitaties worden jaarlijks bij de jaarrekening herzien. Indien er significante afwijkingen zijn, vindt tussentijds bijstelling plaats. Bij afwijkingen worden naar alle waarschijnlijkheid winstverwachtingen naar beneden bijgesteld en/of risicofactoren aangepast. Woningbouw Onderstaand worden de belangrijkste ontwikkelingen van de lopende actuele gemeentelijke grondexploitaties in het kort doorgenomen. Aan den Heuvel deel A In 2010 zijn cluster I en II gedeeltelijk woonrijp opgeleverd, incl. een gedeelte van de groenvoorziening en in 2011 is gestart met de aanleg van speelplaatsen. De verkoop van de kavels voor de projectwoningen stagneert ook in 2011 door de economische situatie. De start van projectwoningen worden meer gefaseerd. In 2011 worden ca. 25 kavels voor (project)woningen in cluster I en II verkocht en voor 2012 is de start gepland van verschillende (project)woningen. Aan den Heuvel deel B De laatste onteigening is contractueel afgerond en oplevering perceel gepland medio 2012. Cluster III is eind 2009 bouwrijp opgeleverd. De eerste 12 projectwoningen zijn in aanbouw. Laagheide Voor een perceel is thans nog een cassatiezaak in behandeling. Het laatste gedeelte van het plangebied is eind 2009 bouwrijp aangelegd. Van de 1ste trance van kavels zijn na inschrijving/ loting eind 2010 totaal 9 van 15 kavels verkocht. Veulen In 2010 zijn de civieltechnische werken bouwrijp aangelegd voor de locatie. Op de inschrijving/ loting van de kavels, in het najaar 2010, is geen respons ontvangen. Als tijdelijke stimulering woningbouw in het kerkdorp Veulen is de grondprijs tijdelijk verlaagd van € 230 naar € 180/m2. Vredepeel Start woningbouw. Als tijdelijke stimulering woningbouw in het kerkdorp Vredepeel is de grondprijs al in 2009 tijdelijk verlaagd van € 230 naar € 180/ m2. Echter tot op heden heeft deze verlaging van de grondprijs nog geen respons opgeleverd. IJsselstein 2e fase Aanbesteding en aanleg civieltechnische werken van het bouwrijp maken zijn begin 2010 uitgevoerd. In 2010 zijn door de inschrijving en loting 9 van de 33 bouwkavels verkocht. In 2012 zal uitgifte kavels voortgezet worden. Oirlo Kerkhoek Bestemmingsplan en beeldkwaliteitplan zijn najaar 2010 vastgesteld en inmiddels onherroepelijk. Met de Provincie is overeenstemming bereikt over inzet van een financiële compensatie in het kader van het Limburgs Kwaliteits Menu voor de verdere ontwikkeling van het Loobeekdal. De percelen zijn bouwrijp gemaakt zodat vanaf 1 juni 2011 gestart kan worden met woningbouw.
111
Programmabegroting 2012
Heide Groeneweg Sanering bodemverontreiniging zal in 2011 en 2012 plaatsvinden. In verband met het meer flexibiliteit brengen van het plan zal de procedure voor het wijzigen van het bestemmingsplan in juli 2011 plaatsvinden. Voor 2012 zijn verder werkzaamheden gepland voor de geraamde verkoop van gronden. Gouden Leeuw Voor fase 1 heeft de Gouden Leeuw BV de blokken B en F herontwikkeld en is december 2010 gestart met de bouw. Inmiddels heeft de Gouden Leeuw BV het overgrote deel van fase 1 financieel afgewikkeld met de gemeente. Daarnaast heeft de gemeente een subsidie ontvangen in de vorm van de derde tranche Min. van der Laan. Ook heeft er overleg met de provincie plaatsgevonden i.v.m. SDV subsidie. In het najaar wordt een beschikking verwacht betreffende de subsidie. Totdat er een besluit wordt genomen door de Gedeputeerde Staten van de provincie wordt er conservatief geraamd voor wat betreft de te ontvangen subsidie. De gemeentelijke contractpartner Gouden Leeuw BV is voornemens fase 2 te herontwikkelen met Albert Heijn. De begrote opbrengsten die voor 52 grondgebonden woningen in 2008 (top van de markt) zijn geraamd zijn in deze markt niet realistisch. Dit heeft geleid tot een afwaardering van de begrote opbrengsten. De onderhandelingen over de 2e fase Gouden Leeuw zijn nog niet afgerond. Er kan dus nog niet aangegeven worden wat het resultaat daarvan betekent voor de totale exploitatie. Daarnaast heeft GS nog geen beschikking afgegeven voor een voortijdige financiële afwikkeling van de SDV subsidie. Door afwaardering van de grondopbrengsten voor fase 2 en herontwikkeling van een deel van fase 1 is bij de jaarrekening het verlies in de grondexploitatie opgelopen tot € 1.799.290. Voor dit tekort werd reeds eerder een voorziening getroffen van € 737.124. In 2010 is een aanvullende voorziening getroffen van € 1.062.166. Deze voorziening wordt gevormd ten laste van de algemene risicoreserve van het grondbedrijf. De geactualiseerde exploitatie is in de Jaarrekening 2010 opgenomen. Merselo (per 31-12-2010 afgesloten) De laatste kavel in het plan Vloetweg-Merselo wordt uitgegeven.
Bedrijventerreinen Belangrijkste ontwikkelingen in 2012: De Blakt In 2011 vindt een gefaseerde verkoop van ca. 5 ha plaats waarbij de tweede fase wordt afgenomen in 2012. Voor 2012 zijn verder werkzaamheden gepland voor de geprognosticeerde verkoop van gronden. Hulst II Voor de Hulst II zijn de onderhandelingen over de diverse belangen die de firma Maessen op het terrein heeft in volle gang. Daarna zullen de gronden verkocht worden die benodigd zijn voor de realisatie van het VECC. Midden 2011 zijn twee opties op de zichtlocatie uitgegeven. Het eerste kavel op de zichtlocatie is verkocht en voor deze locatie is inmiddels bouwvergunning verleend. Voor 2012 zijn verder werkzaamheden gepland voor de geprognosticeerde verkoop van gronden.
Toekomstige projecten Om in de toekomst nieuwe projecten te kunnen ontwikkelen moeten er voorbereidende werkzaamheden worden verricht. Indien blijkt dat projecten van het grondbedrijf niet leiden tot een concrete ontwikkeling, dan komen de voorbereidingskosten ten laste van de risicoreserve grondbedrijf. Onder de toekomstige nieuwe projecten vallen o.a.: ’t Brukske Om de in het Masterplan Brukske voorgestelde ontwikkelingen in het centrumgebied mogelijk te maken worden in 2011 een aantal noodzakelijke producten voorbereid: • Het stedenbouwkundig ontwerp inclusief de beeldregie op hoofdlijnen. • Het ontwerpbestemmingsplan. • De grondexploitatie. • Het definitief ontwerp voor het multifunctioneel centrum (MFC) inclusief beheer- en exploitatie. Deze elementen hebben een nauwe band met elkaar en zullen in 2012 aan de raad ter vaststelling worden voorgelegd. Daarmee kan de voorbereidende fase worden afgesloten en een begin worden gemaakt met de fysieke uitvoering van het Masterplan Brukske, voor zover het de centrumontwikkeling aangaat.
112
Programmabegroting 2012
Centrumplan Oirlo Vooralsnog betreft centrumplan Oirlo een gemeentelijke locatie. Eventueel wordt de ontwikkeling overdragen aan een ontwikkelaar in samenwerking met Wonen Limburg. Deze locatie is gelegen midden in de kern Oirlo en voorziet in woningbouw in combinatie met de aanleg van een dorpsplein. De ruimtelijke procedure wordt in 2011 opgestart. CPO Molenhof Blitterswijck Binnen Blitterswijck zijn initiatieven ontplooid om op gemeentelijke percelen te komen tot woningbouw op basis van collectief particulier ondernemerschap. Het projectplan wordt waarschijnlijk in november 2011 aan de raad voorgelegd. Castenray. Woningbouwontwikkeling in Castenray is voorzien op de locatie van een loonbedrijf. Het loonbedrijf heeft inmiddels een bouwvergunning voor een nieuwe locatie en moet de oude locatie uiterlijk 31 december 2011 opleveren. De eerste stedenbouwkundige opzet alsmede de grondprijsverlaging zou voor Castenray een forse negatieve grondexploitatie betekenen. We kijken daarom momenteel (augustus 2011) naar een financiële en ruimtelijke optimalisatie van het plan. Eind 2011/ begin 2012 wordt de exploitatie ter vaststelling voorgelegd aan de gemeenteraad. In 2012 zal de ruimtelijke procedure worden doorlopen met vaststelling van het bestemmingsplan. De nog vast te stellen grondexploitatie heeft naar alle waarschijnlijkheid een fors negatief resultaat. Redenen hiervoor zijn o.m.: Beperkte omvang stedenbouwkundig plan door visie Castenray en woningbehoefte onderzoek. Verlaging grondprijs. Villa Flora In maart 2011 heeft de raad een besluit genomen over deelname aan de opstalontwikkeling van Villa Flora (op het Floriadeterrein). . Daarnaast is met het besluit een garantstelling afgegeven voor een externe financiering voor Villa Flora BV. Deze opstalontwikkeling waar gemeente Venray voor 1/5e deel aan deelneemt kent een zeer waarschijnlijke winstneming na ca 9 jaar exploitatie (2021). Hierdoor kan een inschatting van deze winstneming worden opgenomen in de risicoreserve. De prognose voor de toekomstige winstneming is positief en bij deze winstneming is ook rente en aflossing meegenomen, gedurende de beoogde 9 jaar exploitatie. Inmiddels zijn er veel (langlopende) huurcontracten getekend, waardoor inkomsten dus voor een belangrijk deel van de 9 jaar voorzien zijn. Hieruit kan worden geconcludeerd dat het risico voor de externe financiering verwaarloosbaar wordt. Er wordt daarom hiervoor geen reserve gevormd in de risicoreserve grondbedrijf. Floriade In 2003 is met het raadsbesluit te participeren in een Floriade BV een nominaal tekort op de exploitatie begroot van 7 mln. Waarvoor Venray € 1,54 mln voor haar rekening zou nemen. Doordat de bedragen nominaal zijn berekend, is er destijds geen rekening gehouden met toekomstige indexering. Inmiddels is de indexering bekend en begroot op € 4 mln. Dit bedrag wordt voorgefinancierd uit de grondexploitatie Greenpark en zal te zijner tijd worden verrekend met de Floriade BV. Voor dit te verwachten extra verlies is in de weerstandsparagraaf rekening gehouden met een voorziening conform dezelfde ratoverdeling (op basis van inwoneraantallen) als destijds in 2003 is vastgesteld, zijnde ca 22%. Dit zou een extra risico kunnen betekenen van ca € 880.000. Dit bedrag zal in 2012 worden toegevoegd als aanvullende voorziening. Hoe hoog de daadwerkelijke voorziening wordt en of deze überhaupt ingezet moet worden is afhankelijk van de kaartverkoop tijdens de Floriade. Venlo GreenPark (VGP) Het toekomstig bedrijventerrein VGP is in aanleg. Voornamelijk omdat de huidige gebruiker van het terrein ‘de Floriade’ dit terrein aanlegt en na afloop overdraagt aan VGP. Wat betreft de verwerving, voorbereiding inrichting van het toekomstig bedrijvenpark, etc. lopen zaken op planning. Financieel gezien is het Venrays deel van VGP ondergebracht bij het grondbedrijf. Voor het totale VGP wordt in 2024 een verlies verwacht van ca € 1,4 mln welke voor 1/5 deel zal worden afgewenteld op Venray.
Financieel Algemeen Zoals reeds eerder vermeld kan het grondbeleid van grote invloed zijn op de financiële huishouding van de gemeente. Allereerst vanwege de omvang van de lasten en baten en ten tweede vanwege de aan de uitvoering verbonden risico’s. Het is daarom ook belangrijk inzicht te hebben in de financiële positie van de grondexploitaties. De grondexploitaties worden dan ook jaarlijks allemaal geactualiseerd bij het vaststellen van de jaarrekening en tussentijds bij significante wijzigingen. 113
Programmabegroting 2012
Ontwikkelingen resultaten exploitaties Het saldo van de lasten en baten in enig dienstjaar wordt als boekwaarde geactiveerd onder de betreffende exploitatieopzet. De daaruit voortvloeiende rentekosten worden toegerekend aan de betreffende exploitatie. Daarnaast wordt inzicht gegeven in de nog te maken kosten en de vermoedelijke opbrengsten waardoor inzicht ontstaat in het te verwachten eindresultaat. De verwachte resultaten van de lopende exploitaties op eindwaarde (waarbij rekening is gehouden met verwachte tussentijdse winstnemingen die aan de risicoreserve grondbedrijf worden toegevoegd) laten het volgende beeld zien: Afsl. jaar expl 2012
2016 2013
2014
2015
e.v.
totaal
Woningbouw; Winstgevende exploitaties Brabander ad Heuvel A: betreft 50% aandeel in het eindresultaat (1)
2018
0
0
414
727
2.189
3.330
2021 2017 2020 2030 2017
0 0 0 0 0
0 0 77 0 0
0 0 447 0 0
0 0 777 0 0
0 9 2.303 381 81
0 9 3.604 381 81
0
77
861
1.504
4.963
7.404
0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0
-1.799 0 0 1.799 0 0
0 -1.062 -275 0 1.062 275
-1.799 -1.062 -275 1.799 1.062 275
0
0
0
0
0
0
0 0
0 0
0 0
1.679 0
4.414 272
6.093 272
0
0
0
1.679
4.686
6.365
Brabander ad Heuvel B: betreft 50% aandeel in het eindresultaat (1)
Brabander - Laagheide Ysselsteyn Veulen Vredepeel
Totaal Woningbouw; Verliesgevende exploitaties De Gouden Leeuw (2) Heide Oirlo - zuidoost Voorziening De Gouden Leeuw Voorziening Heide Voorziening Oirlo - zuidoost
2015 2030 2025 2015 2030 2025
Totaal Industrie; winstgevende exploitaties De Blakt: betreft 50% aandeel in het eindresultaat (1) De Hulst Totaal
2017 2016
(1) In het kader van de overeengekomen PPS-overeenkomsten bedraagt het aandeel van de gemeente Venray 50% van het totale exploitatieresultaat. In het bovenstaande overzicht is het 50% aandeel van de gemeente Venray gepresenteerd. (2) In voorgaande jaren (1997, 2000 en 2001) zijn voor de Gouden Leeuw al verliezen genomen ad. € 2.700.000. Door afwaardering van de grondopbrengsten voor fase 2 en herontwikkeling van een deel van fase 1 is bij de Jaarrekening 2010 het verlies in de grondexploitatie opgelopen tot € 1.799.290,--. Hiervoor is een voorziening getroffen op basis van contante waarde in de risicoreserve. De gemeente participeert ook nog voor 20% in de exploitatie van Venlo GreenPark. Het verwachte exploitatieresultaat van het Business Park Venlo kent een tekort van € 2.724.942, waarvoor Venray voor 1/5e deel garant staat. Daarnaast dient nog te worden opgemerkt dat gewijzigde omstandigheden kunnen leiden tot afwijkingen die mogelijk van materiële invloed zijn op de tussentijdse winstnemingen en de verwachte eindresultaten van de exploitaties. Er zijn ook exploitaties die op basis van de regels voor resultaatbepaling (bijv. meer dan 90% gereed) zijn afgesloten, maar die wel nog positieve resultaten zullen opleveren:
114
Programmabegroting 2012
Verwachte resultaten afgesloten exploitaties (x € 1.000) op eindwaarde 2012 2013 2014 2015 625 392 367 0 0 1.017 367 0 0
Smakterheide II Keizersveld Totaal afgesloten exploitaties
2016 e.v. 0 0
totaal 625 759 1.384
Financiële positie/risico’s De Risicoreserve Grondbedrijf heeft als doel dekking te geven aan risico’s die het grondbedrijf kan lopen. Schematisch kan dat als volgt worden weergegeven: Risicoreserve Grondbedrijf Benodigde reserve -/Overschot/tekort
De risicoreserve Grondbedrijf vormt de werkelijk opgebouwde buffer voor het opvangen van risico’s. De risicoreserve ontwikkelt zich t.o.v. de Voorjaarsnota 2011 positief. Voor 2012 leiden de volgende oorzaken tot een toename van de risicoreserve grondbedrijf: - toegenomen winstneming door grondverkoop - afwaardering gronden - afname algemene kosten grondbedrijf Toename reserve grondbedrijf 2012
€ -€ € €
1,5 1,4 0,4 0,5
mln mln mln* mln
* afname van de algemene kosten is structureel. De benodigde reserve is een opsomming van de risico’s die het grondbedrijf loopt. In de door de gemeenteraad vastgestelde nota Grondbeleid is aangegeven welke risico’s de gemeente loopt bij het proces van planontwikkeling en exploitatie van gronden. Genoemd zijn waarderingsrisico’s, marktrisico’s en organisatierisico’s. • Waarderingsrisico’s kunnen ontstaan doordat reeds ontwikkelde gronden niet op het veronderstelde tijdstip in exploitatie kunnen worden genomen, dan wel dat deze niet tegen de gecalculeerde waarde kunnen worden ingebracht in de exploitatie. • Marktrisico’s kunnen ontstaan indien de gecalculeerde inkomsten en uitgaven niet worden gerealiseerd tengevolge van externe invloeden (bijv. tegenvallende kosten of achterblijvende afzet). • Organisatierisico’s kunnen ontstaan door onvoldoende organisatorische maatregelen, waardoor de meest optimale situatie niet wordt bereikt. Ten opzichte van de Voorjaarsnota 2011 leiden de volgende oorzaken tot een afname van de benodigde reserve in 2012: - afname waarderingsrisico € 0,9 mln - afname marktrisico € 0,6 mln Afname benodigde risicoreserve voor 2012 € 1,5 mln
Overschot/tekort risicoreserve Grondbedrijf 2012
2013
2014
2015
Voorjaarsnota
-6.689
-6.819
-6.815
Begroting
-4.088
-3.228
-2.624
-4.755 285
Totaal
2.601
3.591
4.191
5.040
In de Voorjaarsnota 2011 is aangegeven dat risicoreserve ontoereikend is om de risico’s uit het grondbedrijf te kunnen opvangen. Pas in 2017 werd weer een overschot verwacht. Gezien het positieve meerjarenresultaat van de algemene dienst stelt het college van B&W voor om de reservepositie van het grondbedrijf versneld weer op peil te brengen, door de jaarlijkse bijdrage van het Grondbedrijf aan de algemene dienst ad € 600.000 al met ingang van 2012 stop te zetten in plaats van in 2016. De verwachting is dat vanaf 2015 weer aan de dekkingseisen wordt voldaan. Deze vervallen afdracht van € 0,6 mln heeft structureel een positief effect op de risicoreserve en is reeds verwerkt in bovenstaande cijfers.
115
Programmabegroting 2012
116
Programmabegroting 2012
Paragraaf H. Gebiedsgericht werken De definitie van gebiedsgericht werken luidt: gebiedsgericht werken is het proces van structurele samenwerking tussen de gemeente en haar partners in een bepaald gebied, voor die producten en/of diensten die het individuele belang overstijgen en waarvoor een gebiedsgerichte aanpak een meerwaarde heeft. Gebiedsgericht werken is dus een integrale werkwijze op gebiedsniveau waar alle vakafdelingen aan bijdragen. Het team Gebiedsgericht Werken heeft een procesverantwoordelijkheid in de structurele samenwerking met de gebiedspartners van de gemeente Venray (onder andere dorpsen wijkraden, Politie Limburg Noord, Synthese en Wonen Limburg) en in het realiseren van de Structuurvisies Dorps- en Wijkontwikkelingsplan (SV’s DOP/WOP). Op 5 februari 2010 heeft het college de aangepaste planning voor de SV’s DOP en WOP vastgesteld. Door een versnelde uitvoering is de planning ingekort. In 2011 hebben de nieuwe gebiedspanels 5 SV’s DOP/WOP opgeleverd. De resterende 6 SV’s DOP/WOP worden uiterlijk begin 2012 vastgesteld.
Status Structuurvisies Dorps- en Wijkontwikkelingsplan (SV’s DOP/WOP) per gebied. Het richtinggevende basisdocument voor de gebiedsgerichte werkwijze zijn de SV’s DOP/WOP. Deze plannen hebben een ruimtelijke, economische en maatschappelijke component die een uitwerking vormen van de strategische visie. Ze bestaan uit drie delen: Een algemeen deel, een integrale (gebieds)visie en een uitvoeringsprogramma. In nauwe samenwerking met de gebiedspartners worden de SV’s DOP/WOP opgesteld. Deze samenwerking vindt plaats in gebiedspanels. Inmiddels zijn 17 plannen door de gemeenteraad vastgesteld: Centrum, Brukske, Oostrum, Landweert, Centrum-West, Oirlo, Ysselsteyn, Castenray, Vredepeel, Leunen, Veulen, Heide, Merselo, Centrum-Oost, Blitterswijck, Geijsteren en Wanssum. Nadat de gemeenteraad een plan heeft goedgekeurd gaan de partners in het gebiedspanel aan de slag met het uitvoeringsprogramma. Uitvoeringsprogramma’s De afgelopen jaren zijn in de gebieden al mooie integrale resultaten geboekt. Denk aan “Centrum op de schop “, incl. beheer en handhaving, doorontwikkeling gemeenschapsaccommodaties in Oostrum en inrichting Watermolenplein, Masterplan Brukske, incl. sociaal activeringsprogramma en ontwikkeling centrumgebied, Leefbare en veilige buurt in Landweert, ontwikkelen nieuwbouwlocaties in Oirlo, Castenray en Blitterswijck. Daarnaast zijn in alle gebieden veel kleinere actiepunten en projecten door de gebiedspartners uitgevoerd. In zoverre het gemeentelijke projecten betreft, zijn de vakafdelingen inhoudelijk verantwoordelijk. Het team GGW initieert en borgt het proces van de structurele samenwerking met de gebiedspartners. ‘Vitale dorpen en wijken’ In december 2010 is het visiedocument ‘Leefbaarheid 2020’- Routeplanner voor vitale dorpen en wijken – vastgesteld. De hierin geschetste maatschappelijke tendens is dat burgers zelf meer verantwoordelijkheid (mogen) nemen voor hun directe leefomgeving en dat hiermee de verhoudingen binnen de driehoek Burgers – Overheid – Maatschappelijk middenveld gaan verschuiven. Deze verschuiving is in 2011 in gang gezet. In meerdere dorpen en wijken zijn particuliere initiatieven ontstaan, gebaseerd op de vastgestelde Structuurvisies DOP/WOP. In 2012 wordt de geschetste verschuiving zichtbaar gemaakt in de gemeentelijke bedrijfsvoering; zowel in de prioriteitstelling van de belangrijkste uitvoeringsprojecten als in financiële bijdragen. Doorontwikkeling Gebiedsgericht Werken Zoals gemeld zijn in 2012 alle Structuurvisies DOP/WOP (23 stuks) gereed. In samenhang met de uitvoering van het Visiedocument wordt door het Gebiedspanel in 2012 een evaluatie GGW uitgevoerd. Op basis van deze evaluatie wordt de in- en externe positie van Gebiedsgericht Werken bepaald. Voor de diverse bestuursrapportages bestaat op voorhand het beeld dat de paragraaf Gebiedsgericht Werken vanaf 2013 kan vervallen en bijvoorbeeld opgaat in het onderdeel Bedrijfsvoering of mogelijk in een nieuwe paragraaf ‘Ramen en deuren open’, zoals het leidende thema van het (meerjarig) directieplan luidt.
117
Programmabegroting 2012
118
Programmabegroting 2012
Paragraaf I. Investeringen en majeure projecten In deze paragraaf geven wij een totaaloverzicht van de investeringen die voor 2012 staan gepland. Daarnaast besteden wij aandacht aan de majeure projecten.
1. Investeringen Restantinvesteringen 2011 Onderstaand overzicht geeft de stand van de bruto restantinvesteringen van 2011 en eerdere jaren weer, exclusief het grondbedrijf, uitgezet in de tijd: Oorspr.
Verwacht
krediet
restant
Uitgaven
2011
2012
24.956.790
8.869.872
8.869.872
Verkeersmaatregelen
6.324.904
268.508
268.508
Rehabilitaties wegen
4.736.439
92.642
92.642
Informatiebeleidsplan
4.785.050
351.947
351.947
Herhuisvesting gem. organisatie
Masterplan Brukske Sporthal Overige restant kredieten Totaal
2013
540.170
50.000
50.000
6.277.525
32.359
32.359
2014
9.449.606
667.000
333.000
334.000
57.070.484
10.332.328
9.998.328
334.000
-
Investeringsprogramma en uitgavenverhogingen 2012 Onderstaande tabel geeft de investeringsbedragen (dus exclusief exploitatie-uitgaven) 2012 conform de Voorjaarsnota 2011 weer. Deze investeringen zijn dus aanvullend op het hierboven opgenomen overzicht met restantinvesteringen 2011. Oorspr. krediet Verkeersmaatregelen Venray
Uitgaven 2012
2013
2014
1.788.063
1.788.063
-
-
Rehabilitaties wegen Venray
152.707
152.707
-
-
Openbare Verlichting Venray
121.422
121.422
-
-
GRP Venray
365.292
365.292
-
-
Informatiebeleidsplan/ICT
567.650
567.650
-
-
Onderwijs
2.461.578
2.461.578
-
Jeugd
1.746.812
887.641
805.511
53.661
10.807.055
2.098.001
7.424.609
1.284.445
8.987.655
2.582.655
1.750.885
1.500.000
26.998.234
11.025.009
9.981.005
2.838.106
MFC Brukske Overige kredieten Venray Totaal
-
2. Majeure projecten Huisvesting gemeentelijke organisatie 2012 wordt het jaar van de terugverhuizing van de gemeentelijke organisatie naar de definitieve huisvesting. Lettende op de nu beschikbare planning moet er rekening mee worden gehouden dat eind vierde kwartaal de terugverhuizing zal plaatsvinden. Op basis van de huidige informatie en de financiële doorzichten tot het einde van het project zal de realisatie kunnen plaatsvinden binnen het budget dat door de gemeenteraad beschikbaar is gesteld (26,8 mln). Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden zijn er tot nu toe wel onverwachte en omvangrijke bouwkundige tegenvallers geconstateerd. Deze tegenvallers kunnen echter door de gunstige aanbesteding worden opgevangen binnen het door de gemeenteraad beschikbaar gestelde budget. Een en ander betekent wel dat het restantbedrag (26,8 mln minus de totale bouwkosten) na realisatie van de renovatie veel beperkter zal zijn dan op basis van de eerste berekeningen (26,8 mln minus de aanbesteding) mocht worden aangenomen. Op 10 mei 2011 is de raad hierover geïnformeerd. Gedurende het verdere verbouwingsproces zal de raad regelmatig op de hoogte worden gehouden van de voortgang. Ontwikkeling Gouden Leeuw Voor fase 1 heeft de Gouden Leeuw BV de blokken B en F herontwikkeld en is december 2010 gestart met de bouw. Inmiddels heeft de Gouden Leeuw BV het overgrote deel van fase 1 financieel afgewikkeld met de gemeente. 119
Programmabegroting 2012
Daarnaast heeft de gemeente een subsidie ontvangen in de vorm van de derde tranche Min. van der Laan. Ook heeft er overleg met de provincie plaatsgevonden i.v.m. SDV subsidie. Het subsidie besluit is door Gedeputeerde Staten van de provincie genomen de afwikkeling zal in het vierde kwartaal van 2011 plaatsvinden. De gemeentelijke contractpartner Gouden Leeuw BV is voornemens fase 2 te herontwikkelen met Albert Heijn. De begrote opbrengsten die voor 52 grondgebonden woningen in 2008 (top van de markt) zijn geraamd zijn in deze markt niet realistisch. Dit heeft geleid tot een afwaardering van de begrote opbrengsten. De onderhandelingen over de 2e fase Gouden Leeuw zijn nog niet afgerond. Er kan dus nog niet aangegeven worden wat het resultaat daarvan betekent voor de totale exploitatie. Daarnaast heeft GS nog geen beschikking afgegeven voor een voortijdige financiële afwikkeling van de SDV-subsidie. Door afwaardering van de grondopbrengsten voor fase 2 en herontwikkeling van een deel van fase 1 is bij de jaarrekening het verlies in de grondexploitatie opgelopen tot € 1.799.290,--. Voor dit tekort werd reeds eerder een voorziening getroffen van € 737.124 . In 2010 is een aanvullende voorziening getroffen van ca € 1.062.166. Deze voorziening wordt gevormd ten laste van de algemene risicoreserve van het grondbedrijf. De geactualiseerde exploitatie overzicht is in de Jaarrekening 2010 opgenomen.
Informatiebeleidsplan/ICT Begin 2012 staat in het teken van de uitrol van Office 2010, het zaaksysteem Verseon en de Virtuele desktop voor ondersteuning bij het digitaal zaakgericht en flexibel werken. Daarbij worden tevens nog enkele geselecteerde archieven gedigitaliseerd en het bestuurs- /raadsinformatiesysteem (BIS/RIS) geïntroduceerd. Daarnaast heeft ICT in 2012 de focus op de verhuizing naar het gerenoveerde gemeentehuis. In de eerste plaats omvat dit het controleren van de oplevering van de ICT infrastructuur door de aannemer. Daarnaast het aanbesteden van ICT middelen voor het gerenoveerde gemeentehuis, zoals multimedia en audiovisuele middelen voor de raadzaal en de vergaderruimten, een draadloos netwerk en de vervanging van de PC’s en laptops. Tevens zal de gehele verhuizing moeten worden georganiseerd, gepland en uitgevoerd. In 2012 wordt een nieuwe versie geïmplementeerd van het Content Management Systeem (CMS), dat wordt ingezet voor de website van de gemeente. Daaraan gerelateerd wordt tevens ondersteuning geïntroduceerd voor het Klant Contact Center. Parallel aan het bovenstaande wordt de implementatie van de nieuwe ICT organisatie afgerond, zodat deze aangepaste ICT organisatie in het gerenoveerde gemeentehuis als zodanig kan gaan functioneren. Greenpark Venlo De gemeente neemt sinds eind 2005 deel in het Bedrijvenschap Greenport Venlo, een samenwerking van 5 gemeenten in de zin van de Wet Gemeenschappelijke Regeling. Behalve Venray nemen er 4 Regio Venlo-gemeenten (Venlo, Horst aan de Maas, Peel en Maas en Gennep) deel in het bedrijvenschap. Elke gemeente is met twee collegeleden in het algemeen bestuur hiervan vertegenwoordigd. De portefeuillehouder Economische Zaken (EZ) is lid van het dagelijks bestuur. Het Bedrijvenschap heeft tot taak het businesspark Venlo GreenPark aan te leggen en te exploiteren. Directe aanleiding voor de oprichting is de Floriade die in 2012 op het GreenParkterrein plaatsvindt. Tijdens het evenement vinden geen uitgiften plaats. Na de Floriade wordt Greenpark uitgegeven als hoogwaardig bedrijventerrein. De exploitatie loopt tot 2024. De risico’s die verbonden zijn aan de exploitatie maken onderdeel uit van de risicoreserve grondbedrijf. Jaarlijks bij het vaststellen van de jaarrekening wordt het risicoprofiel van deze exploitatie geactualiseerd. Floriade De Floriade BV is door regiogemeenten en Nationale Tuinbouwraad opgericht met het doel om de Floriade in 2012 te organiseren. Via de Stichting Administratiekantoor Floriade 2012 waarin de regiogemeenten zitting hebben houden de gemeenten op afstand de vinger aan de pols. De Stichting controleert of de afspraken die met de BV met betrekking tot de Floriade zijn gemaakt, adequaat worden uitgevoerd en beheert daartoe de aandelen van de Floriade BV. Het bestuur van de Stichting heeft alle rechten die krachtens de wet aan de aandeelhouders zijn toegekend. De Floriade BV rapporteert over de voortgang aan de Stichting in de aandeelhoudersvergadering en stelt jaarlijks een verslag op. Ook stelt de BV haar kwartaalrapportages ter beschikking aan de gemeenten. In 2012 ligt de nadruk volledig op het evenement zelf. Tijdens de openingsperiode van de Floriade (van 5 april 2012 tot 7 oktober 2012) vinden er permanent media acties plaats met het doel om zoveel mogelijk bezoekers naar het evenement te trekken. Daarnaast wil Venray de spin off van de Floriade voor de gemeente zo groot mogelijk maken. Samen met ondernemers zullen er projecten en activiteiten worden ontwikkeld. Hiervoor heeft de Raad extra budget beschikbaar gesteld. 120
Programmabegroting 2012
Verplaatsing Circuit de Peel Het doorlopen van de benodigde procedures en het feitelijk inrichten van het plangebied op basis van een wens van de gemeenteraad om motorsportactiviteiten in Venray te continueren. Op 21 december 2010 is door het college een locatiekeuze gemaakt. Deze is gevallen op de Bakelsedijk Zuid. De verplaatsing van circuit de Peel staat gepland voor 2012 en wanneer van toepassing komt er een beroepsfase. Masterplan Brukske Om de in het Masterplan Brukske voorgestelde ontwikkelingen in het centrumgebied mogelijk te maken worden in 2011 een aantal noodzakelijke producten voorbereid die in 2012 ter veststelling aan de raad worden voorgelegd: • het stedenbouwkundig ontwerp. In het ontwerp zijn opgenomen: het multifunctioneel centrum (MFC), het nieuwe winkelcentrum, een ontsluiting van het centrumgebied voor autoverkeer vanaf de Henri Dunantstraat en de herinrichting van de openbare ruimte. Bij het stedenbouwkundig ontwerp is tevens de beeldregie op hoofdlijnen opgenomen. • het ontwerpbestemmingsplan waarin plaats en bestemming van de bovengenoemde functies juridisch is vastgelegd; • de grondexploitatie als basis voor het aangaan van anterieure overeenkomsten met particuliere partijen; • het definitief ontwerp voor het multifunctioneel centrum (MFC) inclusief beheer- en exploitatie. Deze elementen hebben een nauwe band met elkaar en zullen zoveel mogelijk gelijktijdig aan de raad worden voorgelegd. Daarmee kan de voorbereidende fase worden afgesloten en een begin worden gemaakt met de fysieke uitvoering van het Masterplan Brukske, voor zover het de centrumontwikkeling aangaat. Naast de uitvoering van het centrumgebied is ook de uitvoering van het sociaal activeringsprogramma een gemeentelijke taak; deze wordt ook in 2012 uitgevoerd in nauwe samenwerking met Wonen Limburg. Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum / Haven Wanssum In 2008 is een start gemaakt met de gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum (GOW). Primair doel van de gebiedsontwikkeling is de waterveiligheid te verbeteren o.a. door het reactiveren van een Oude Maasarm. Gelijktijdig wordt de leefbaarheid in het gebied verbeterd en ontstaat ruimte voor nieuwe ontwikkelingen. De aanleg van een rondweg en de verdere ontwikkeling van de haven maken integraal onderdeel uit van de gebiedsontwikkeling. De haven vormt een belangrijke schakel in de regionale logistieke infrastructuur van Venray. Belangrijk zijn de containerterminal, de bulk, de veevoederontwikkelingen en de betonindustrie. Samen met Venlo ondersteunen we in belangrijke mate het vervoer over water om de mobiliteit te bevorderen. Venlo en Venray tezamen zijn in 2010 en in 2011 uitgeroepen tot logistiek Hotspot nr. 1 van Nederland. Verantwoordelijk voor de besluitvorming en regie binnen de gebiedsontwikkeling is een stuurgroep onder leiding van de provincie Limburg. Deelnemers zijn de gemeenten Horst aan de Maas en Venray, Waterschap Peel en Maasvallei, Rijkswaterstaat/Maaswerken en Dienst landelijk gebied. Venray participeert respectievelijk bestuurlijk en ambtelijk in de stuurgroep en de projectgroep. Ook binnen Venray is een ambtelijke projectstructuur opgezet ter ondersteuning van de gebiedsontwikkeling. Op 2 november 2010 heeft de Raad besloten om de komende jaren € 7 mln voor de Gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum beschikbaar te stellen onder de voorwaarde dat ook het Rijk voldoende financiële middelen beschikbaar stelt. De planuitwerking en planrealisatie heeft in 2011 een forse vertraging opgelopen door het uitblijven van een definitieve toezegging van de rijksbijdrage. Naar verwachting zal het Rijk haar aandeel in de kosten in een bestuursakkoord met de provincie in het derde kwartaal 2011 regelen. Op dit moment is er daarom nog geen financiële zekerheid of en welk aandeel van de kosten het Rijk voor haar rekening neemt. De looptijd van deze ontwikkeling zal nog tot in 2020 duren. In september 2011 wordt de toekomstvisie Haven en het projectplan voor de gebiedsontwikkeling door de raad vastgesteld. Op basis van de beschikbaarheid van (Rijks)middelen zal in de loop van 2012 een concretere tijdsplanning c.q. bijstelling van de diverse planonderdelen te verwachten zijn. Voor een nieuwe ontsluiting van het haven- en bedrijventerrein zijn subsidies toegekend uit de regeling Quick Wins (tweede tranche), Europese subsidiefondsen en de Provincie. Tevens is een aanvraag in voorbereiding voor de Quick Wins, derde tranche. Communicatie over de gebiedsontwikkeling verloopt via het projectbureau Ooijen Wanssum. Waar zinvol en noodzakelijk participeert ook Venray in de communicatie. Zo is er meerdere malen overleg geweest met de betrokken dorpsraden en betrokken bewoners/bedrijven zijn bij de ontwikkelingen in het gebied persoonlijk benaderd. 121
Programmabegroting 2012
Sportpark Noord De uitvoering heeft voor een deel plaats gevonden in 2011 en zal afgerond worden in 2012. Noord-Westhoek Mgr. Goumansplein: met de gezamenlijke grondeigenaren is overeenstemming bereikt over de stedenbouwkundige invulling van het gebied. In 2011 wordt onderhandeld over de prijs van de voor de ontwikkeling noodzakelijke overdracht van gronden. Vervolgens worden ontwerpen gemaakt voor de vastgoedontwikkeling (door de particuliere ontwikkelaars) en voor de inrichting van de openbare ruimte (door de gemeente). Bij deze ontwerpen wordt rekening gehouden met de mogelijke vestiging van het Venrays museum, de aanleg van een fietsverbinding, de restauratie van de monumentale muren langs het Kerkpad en de uitbreiding van de parkeercapaciteit aan de raadhuisstraat. In 2012 kunnen de ontwerpen definitief worden gemaakt en kan de RO-procedure worden gestart. MFC Brukske Op basis van in het haalbaarheidsonderzoek geraamde stichtingskosten voor het MFC is in de begroting een bedrag opgenomen van € 10,5 mln incl. BTW, plus € 0,3 mln voor interne uren; in totaal derhalve € 10,8 miljoen. Op 10 mei 2011 heeft de raad op basis van de uitkomsten van het haalbaarheidsonderzoek besloten om de ontwerpfase van het Multi Functioneel Centrum Brukske in te gaan. Daarbij zijn ondermeer de financiële randvoorwaarden aangegeven. Middels amendement heeft de raad toen de stichtingskosten vooralsnog gemaximeerd op het oorspronkelijke geraamde bedrag van € 7.7 mln, excl. BTW dus € 9,2 mln incl. BTW, plus € 0,3 mln voor interne uren, in totaal derhalve € 9,5 mln. In dit besluit heeft de raad tevens ingestemd met een dekking van de jaarlijkse kapitaallasten deels uit structureel beschikbare middelen in de begroting € 133.000 aangevuld met een maximumbedrag aan nieuw geld van € 280.000. Op dit moment zijn gemeente, Wonen Limburg en SPOV als samenwerkende partijen volop bezig met de uitwerking van de samenwerking in die ontwerpfase en de eerste stappen van de ontwerpfase zélf. Ten behoeve van de samenwerking zijn concepten opgesteld voor de samenwerkingsovereenkomst, het plan van aanpak, de organisatiestructuur, de financiële kaders en de rolverdeling. Ten behoeve van de ontwerpfase wordt momenteel in samenwerking met alle toekomstige gebruikers het definitieve programma van eisen en de planning opgesteld en wordt de (Europees aan te besteden) architectenselectie voorbereid. Het inhoudelijke ontwerpproces wordt in het najaar van 2011 opgestart. In maart 2012 zal volgens planning het voorlopig ontwerp gereed zijn evenals een uitgewerkt voorstel voor de kosten, de dekking en de exploitatie. In april kan de raad op basis van die producten een definitief besluit nemen over de realisatie van het MFC. Indien dat besluit positief is zal aansluitend het definitief ontwerp worden opgesteld en vastgesteld (november 2012). De realisatie is voorzien vanaf medio 2013, oplevering eind 2014.
122
Programmabegroting 2012
3.
Financieel meerjarenperspectief
Inleiding De Voorjaarsnota 2011 is in juni 2011 door uw raad behandeld en als richtinggevend kader vastgesteld. Tijdens de behandeling zijn één amendement en vijf moties aangenomen. Deze zijn in onderliggende Programmabegroting 2012 verwerkt. De Voorjaarsnota 2011 heeft als uitgangspunt gediend voor de voorliggende Programmabegroting 2012 - 2015. In voorliggende Programmabegroting 2012 zijn we daarnaast uiteraard uitgegaan van de laatste stand van zaken en zijn de budgetten opnieuw beoordeeld. Daar waar nodig heeft een bijstelling plaatsgevonden. De structurele financiële consequenties door B&W besluiten, tot en met de collegevergadering van 26 juli 2011 en de raadsvergadering van 21 juni 2011, zijn in deze Programmabegroting opgenomen. Daarnaast is tevens de B&W nota over de meicirculaire 2011 opgenomen die op 23 augustus 2011 door het college is vastgesteld en waarover uw raad tussentijds over de resultaten is geïnformeerd. Na verwerking van alle uitgangspunten en ontwikkelingen is het begrotingssaldo voor 2012 € 380.000 voordelig. Meerjarig sluit de begroting ook, met een positief resultaat in 2015 van € 364.000. In dit hoofdstuk vindt u een nadere toelichting op de financiële achtergronden.
3.1. Kaders Programmabegroting 2012 In de Voorjaarsnota 2011 zijn de kaders neergezet voor de komende jaren en hiermee zijn de financiële en inhoudelijke uitgangspunten bepaald voor de Programmabegroting 2012. In deze paragraaf wordt aangegeven in hoeverre de zaken zoals gedacht in de Voorjaarsnota 2011 een plek hebben gekregen in deze Programmabegroting 2012.
Kaders Programmabegroting 2012
•
Loon en prijsstijgingen
De begroting en de meerjarenraming moeten structureel in evenwicht zijn. Dat is primair de verantwoordelijkheid van de gemeenten en de provincie houdt hier toezicht op. Om dat te kunnen bepalen zal onder meer vast moeten staan dat aan de baten- en lastenkant is uit gegaan van eenzelfde loon- en prijsindex. Dit principe geldt ook voor onze begroting. In de Voorjaarsnota zijn we uit gegaan van de korte termijnramingen van het CPB van maart 2011: een prijsstijging 2012 overheid van 2,25% en een loonstijging van 3%. Het CPB geeft voor de jaren 2013 en verder geen prognoses. Gelet op dit gegeven en gezien de grote onzekerheid op dit gebied is in de Voorjaarsnota 2011 uit gegaan van een prijspercentage overheid vanaf 2013 van 1,5%. In de meicirculaire 2011 die eind mei 2011 is ontvangen wordt voor 2012 ook uit gegaan van een prijsstijging 2012 overheid van 2,25% en een loonstijging van 3%. Over 2013 en verder is geen informatie opgenomen.
Kostenkant begroting Prijsontwikkeling Gezien het feit dat we sinds de Voorjaarsnota 2011 geen gewijzigde informatie over de prijsontwikkeling hebben ontvangen gaan we in Programmabegroting 2012 uit van de in de Voorjaarsnota 2011 gehanteerde percentages. Voor 2012 een prijsindex van 2,25% en voor de jaren daarna 1,5%. Uitzonderingen: Op deze algemene richtlijn zijn er uitzonderingen voor bijvoorbeeld subsidies. In het kader van de bezuinigingen is bij de Programmabegroting 2011 besloten om diverse subsidies met 10% te korten en daarna voor de periode 2011-2015 te bevriezen. Op grond van het amendement dat is aangenomen bij vaststelling van de Voorjaarsnota 2011, is besloten aan verenigingen en vrijwilligersorganisaties op het brede terrein van de WMO voor 2012 een inflatiecorrectie van 2,25% toe te kennen. De bevriezing voor de periode tot en met 2015 blijft gehandhaafd. Natuurlijk heeft de verhoging voor 2012 met 2,25% wel een meerjarige doorwerking. Een ander voorbeeld is de stijging van de Onroerend Zaak Belasting (OZB) met de macronorm van 3,75%. Bij de Voorjaarsnota 2011 werd nog een macronorm verwacht van 3%.
123
Programmabegroting 2012
Loonontwikkeling De huidige CAO heeft een looptijd tot 1 juni 2011. Bij het opstellen van de cijfers voor de meerjarenbegroting 2012-2015 waren de onderhandelingen voor een nieuwe CAO vastgelopen. Op basis van de voorstellen van de werkgeversorganisatie VNG en de eisen van de vakbonden, wordt een loonsverhoging verwacht voor 2012 van 1,8%, inclusief hogere pensioenlasten en sociale verzekeringspremies. De kosten voor reguliere periodieke verhogingen bedragen ca. 1% per jaar. Voor de jaren 2013-2015 is rekening gehouden met een loonstijging van 1,5%. Inkomstenkant begroting Om te kunnen bepalen of een begroting in evenwicht is, is een uitgangspunt dat aan de baten- en lastenkant wordt uit gegaan van eenzelfde loon- en prijsindex. Dit betekent dat ook aan de inkomstenkant voor 2012 een index van 2,25% geldt en voor de jaren daarna 1,5%. Voor de lonen wordt een stijging van 3,0% voor 2012 en van 1,5% in de jaren daarna meegenomen in de meerjarenbegroting. Samengevat zien de indexcijfers er als volgt uit:
2012 2013 2014 2015
•
Lasten Voorstel stijging lonen Voorstel stijging (excl. Incidenteel) prijzen (alle inkopen) 3,00 % 2,25 % 1,50 % 1,50 % 1,50 % 1,50 % 1,50 % 1,50 %
Baten Voorstel stijging lonen Voorstel stijging (excl. Incidenteel) prijzen 3,00 % 2,25 1,50 % 1,50 1,50 % 1,50 1,50 % 1,50
% % % %
Renteomslagpercentage
In de Voorjaarsnota 2011 is geadviseerd om het renteomslagpercentage in de komende jaren te handhaven op 5% omdat vanaf maart 2011 de lange rente een stijgende lijn te zien gaf en dat deze lijn zich zou doorzetten. Opnieuw kijkend naar de renteontwikkeling medio augustus 2011 kan worden gesteld dat de rentestijging van de korte rente (korter dan 1 jaar) doorzet. Op de kapitaalmarkt echter is duidelijk merkbaar dat de lange rente schommelt. Dit wordt veroorzaakt door de financiële situatie in een aantal landen binnen de Eurozone, de Verenigde Staten en Japan. Het is moeilijk in te schatten welke kant de lange rente op gaat. De grote banken verwachten echter binnen een periode van 12 maanden een forse rentestijging met 0,53% voor de 10-jaars rente. Deze stijging zal ook zijn weerslag vinden voor de rente van leningen met langere looptijden. De gemiddelde rente van de tot heden afgesloten vaste geldleningen ligt, zoals in de tabel in de Voorjaarsnota 2011 is aangegeven, op 4,6%. Dit percentage vormt een hele belangrijke factor voor de bepaling van het renteomslagpercentage. Binnen onze gemeente is het uitgangspunt dat alle lopende en nieuwe investeringen jaarlijks worden belast met dit renteomslagpercentage. Dit met uitzondering van investeringen met een vooraf bepaald rentepercentage. Vanwege de uitgaven ten behoeve van de renovatie van het gemeentehuis in 2012, de geplande investeringen voor een aantal grote projecten (o.a. MFC Brukske) en overige investeringen in 2012 zal de kasgeldlimiet in het 1e halfjaar 2012 worden overschreden. Ingevolge de Wet Fido is een overschrijding van de kasgeldlimiet voor 2 kwartalen van het begrotingsjaar toegestaan. Wanneer blijkt dat in het 3e kwartaal nog steeds sprake is van een overschrijding dient de gemeente een plan om binnen de kasgeldlimiet te blijven ter goedkeuring aan de toezichthouder voor te leggen. Ons financieringsplan is echter zodanig ingericht dat op 2 juli 2012 geen sprake meer zal zijn van overschrijding van de kasgeldlimiet door opname van een 3-tal geldleningen van in totaal € 20,3 mln, welke reeds in 2010 voor de financiering van de renovatie werden afgesloten. In combinatie met de hiervoor vermelde verwachte rentestijging zullen we op korte termijn onderzoeken of reeds in 2011 tegen een gunstig rentepercentage voor de genoemde grote projecten en andere investeringen aanvullende geldleningen kunnen worden afgesloten. Onze financieringswijze strookt hierbij ook met het advies van de Provincie Limburg dat in haar Begrotings-brief 2012 d.d. 19 april 2011 is weergegeven. Hierin adviseert de provincie o.a. om maximaal gebruik te maken van de kasgeldlimiet (het maximaal bedrag waarbij kortlopend geld mag worden aangetrokken) en de renteontwikkeling van de geld- en kapitaal-markt nauwgezet te blijven volgen. De gemeente moet namelijk voorkomen dat door snelle rentestijgingen de exploitatie blijvend onnodig extra wordt belast. Bij de Voorjaarsnota 2012 zullen wij bezien of het verantwoord is het rente-omslagpercentage aan te passen.
124
Programmabegroting 2012
•
Post onvoorziene uitgaven
In de begroting wordt jaarlijks een budget geraamd ten behoeve van onvoorziene zaken. De omvang van dit budget was altijd gebaseerd op de Provinciale norm. In 2008 is deze norm (0,6% van het genormeerd uitgavenniveau) ook als gemeentelijk uitgangspunt gehanteerd in de kadernota post onvoorziene uitgaven. Gezien de oplopende tekorten is vanaf de Voorjaarsnota 2010 besloten om de post onvoorzien te verlagen. Met ingang van de Programmabegroting 2011 is een structureel bedrag van € 122.000,= beschikbaar en wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen incidenteel en structureel.
•
MUIP 2012 - 2016
Nieuw beleid wordt ingebracht via de MUIP 2012-2016 (Meerjaren Uitgaven- en Investerings Plan). Door vaststelling van de Voorjaarsnota 2011 zijn de MUIP voorstellen richtinggevend toegewezen. Deze voorstellen zijn inhoudelijk en financieel verwerkt in de voorliggende Programmabegroting 2012. De jaarschijf 2012 is functioneel opgenomen. De jaarschijven 2013-2016 zijn via een stelpost op programma 6 algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien in de meerjarenbegroting verwerkt omdat deze richtinggevend zijn (zie onder taakstellingen / stelposten). Ten opzichte van de Voorjaarsnota 2011 is rekening gehouden met (eventuele) wijzigingen door: de nieuwe uurtarieven voor 2012; de definitieve basiscapaciteit; de toegepaste loon- en prijsindex; Actuele gegevens datum ingebruikname. Daarnaast is er na vaststelling van de Voorjaarsnota 2011 een raadsbesluit genomen dat in plaats komt van de betreffende MUIPaanvraag. Dit betreft het raadsbesluit Noordwesthoek. Dit betekent dat de gevolgen vanuit dit raadsvoorstel zijn verwerkt in deze Programmabegroting 2012. Voor de financiële gevolgen van de MUIP verwijzen wij u naar onderdeel 3.4 ‘Begrotingsresultaat 2012 – 2015 met vertrekpunt Voorjaarsnota 2011’’. In de Programmabegroting 2012 is per programma een overzicht opgenomen van de exploitatieen investeringslasten. Voor een nadere toelichting op de investeringen verwijzen wij naar de programma’s, de paragraaf I “Investeringen en majeure projecten” en de Voorjaarsnota 2011. Via de vaststelling van de Programmabegroting 2012 geeft u ons opdracht tot realisatie van de bij de programma’s opgenomen investeringen en exploitatiebudgetten voor de jaarschijf 2012 en de hieraan onlosmakelijk verbonden achterliggende jaren.
•
Taakstellingen / stelposten
In de Programmabegroting 2012 zijn de volgende taakstellingen en stelposten opgenomen: Taakstellingen In de begroting zijn al bezuinigingen ingerekend voor de volgende onderwerpen. Omschrijving
2012
2013
2014
2015
-1.091.000
-1.095.000
-1.144.000
Personele bezuinigingen
-131.000
Frictie
-163.000
-315.000
-434.000
-443.000
Projecturen
-822.000
-825.000
-845.000
-850.000
0
0
0
Inkoop en aanbesteding Vermindering politieke ambtsdragers
0 -279.000
Taakstelling personele bezuinigingen Bij het bezuinigingsproces heeft de organisatie een taakstelling gekregen om te bezuinigen op de personele kosten. Deze taakstelling loopt op van € 200.000 in 2011, € 500.000 in 2012 tot € 1.000.000 vanaf 2013. Deze taakstelling kwam bovenop de taakstelling zoals die er lag in het kader van de grenscorrectie en de renovatie van het gemeentehuis. Eind 2010 is een start gemaakt met de concrete invulling van de taakstelling door organisatiebreed een integrale afweging te maken welke functies zouden kunnen vervallen en welke verschuivingen in taken daarvoor nodig zouden zijn. Voor 2011 kon worden geanticipeerd op openstaande vacatures en natuurlijk verloop. In totaliteit zijn circa 10 formatieplaatsen vervallen. De taakstelling voor 2011 (€ 200.000) is daarmee al méér dan volledig ingelost. Tevens is een doorkijk gemaakt naar de 125
Programmabegroting 2012
toekomst. Dit is een eerste aanzet tot de oplossing van de taakstelling. De organisatie heeft inmiddels al diverse denkrichtingen ontwikkeld om meerjarig deze taakstelling op te lossen. Deze zullen gedurende 2011 en verder concreet worden ingevuld. Voor 2012 en volgende jaren zullen er nadrukkelijkere keuzes gemaakt moeten worden. Op basis van politieke ambities zal het management hier in goed overleg met het college voorstellen voor doen.
Taakstelling frictie In de Programmabegroting 2012 is voor 2,95 fte jaarwedden in 2012 voor functies buiten het basis-capaciteitsplan geraamd op lopend tot 6,56 fte in 2014 en 2015. Dit betreft een bedrag van € 162.637 in 2012 oplopend tot € 442.472 in 2015. Tevens is in de Programmabegroting 2012 en volgende jaren ter grootte van deze bedragen een taakstelling opgenomen. In de loop van het begrotingsjaar 2011 en 2012 wordt middels separate voorstellen aangegeven hoe deze jaarwedden gedekt worden. Taakstelling projecturen Op dit budget staan uren van projectmedewerkers geraamd die bij het opstellen van de Programmabegroting 2012 nog niet toe te wijzen zijn aan concrete projecten. In de loop van 2012 dienen deze uren toegekend te worden aan dan lopende projecten of zal er bezuinigd moeten worden op de formatie. In totaliteit betreft dit 9.872 uur (zijnde 7,6 fte). Binnen deze uren is een taakstelling opgenomen ter grootte van 8.888 uur (zijnde 6,8 fte). Omdat daarvoor dekking van de kosten binnen projecten gevonden moet worden. Dit betreft een bedrag van € 821.868. Taakstelling inkoop en aanbesteding In de Programmabegroting 2011 is een structurele taakstelling opgenomen voor aanbestedingsvoor- en nadelen. Vanaf 2010 betreft dit jaarlijks een bedrag van € 200.000. Daar zijn in 2010 reeds (meerjarige) aanbestedingsvoordelen vanaf geboekt, waardoor de taakstelling bij aanvang van het jaar 2011 nog € 31.456 bedroeg. Naar aanleiding van de aanbesteding leerlingenvervoer is een voordeel gerealiseerd in 2011, waarmee de resterende taakstelling volledig, meerjarig is afgeboekt. Taakstelling vermindering politiek ambtdragers Het kabinet wil het aantal politieke ambtsdragers bij gemeenten, provincies en waterschappen met minstens een kwart verminderen. Dit was al aangekondigd in het regeerakkoord. Het voorstel om deze grondwetswijziging te verwezenlijken wordt nog in 2011 in gang gezet. Via de meicirculaire 2011 van het gemeentefonds wordt (volgens onze eerste berekeningen) in 2015 onze algemene uitkering vermindert met € 279.073. In 2015 zal de wetgeving echter zodanig zijn aangepast dat het aantal politiek ambtdragers ook daadwerkelijk lager zal zijn. Onze loonkosten zullen vanaf 2015 dan ook voor eenzelfde bedrag lager (moeten) zijn. Doordat via de meicirculaire 2011 rekening wordt gehouden met een uitname uit het gemeentefonds moeten we ook rekening houden met lagere loonkosten vanaf 2015. Daartoe is in deze Programmabegroting voor € 279.073 in 2015 een taakstelling op de loonkosten opgevoerd. Stelposten In deze begroting is al ruimte meegenomen voor de volgende onderdelen. Omschrijving
2012
Stelpost MUIP Onderuitputting investeringen Boa's Bezuinigingen rijk (25%) Totaal
2013
2014
2015
208.000
575.000
1.116.000
-200.000
-200.000
-200.000
-200.000
216.000
227.000
475.000 491.000
950.000 1.185.000
1.425.000 1.800.000
1.900.000 2.816.000
Stelpost MUIP In de voorliggende Programmabegroting 2012 is de jaarschijf 2012 van het MUIP 2012-2016 functioneel opgenomen. De jaarschijven 2013-2015 zijn richtinggevend waardoor de hieruit volgende lasten op de MUIP-stelpost worden opgenomen met uitzondering van de investeringen/ lasten die onlosmakelijk samenhangen met de jaarschijf 2012. Deze lasten zijn ook functioneel verwerkt. De lasten die zijn opgenomen in de stelpost komen weer terug in de Voorjaarsnota 2012 bij de MUIP 2013-2017.
126
Programmabegroting 2012
Stelpost onderuitputting investeringen Onze organisatie is ervan doordrongen dat investeringsopdrachten gerealiseerd moeten worden in het jaar dat ze zijn gepland. Wij sturen daar ook op. U kunt dit volgen via onze bestuursrapportages en de programmaverantwoordingen. De ervaring is echter dat zowel interne als externe factoren er toe kunnen leiden dat vertragingen ontstaan bij de uitvoering van onze investeringsopdracht. Daartoe wordt sinds de Programmabegroting 2011 een structurele onderuitputting op investeringen ten gunste van de begroting opgenomen van € 200.000. Stelpost BOA’s Vanaf 2011 zijn de parkeerboa's, die voorheen werden uitbesteed, door de gemeente in dienst genomen. Samen met de nieuwe overlastboa's (een reeds bestaande functie) en straatcoaches zijn deze nu toegevoegd aan het nieuwe team BOA onder de afdeling V&H. Dit voorlopig voor de jaren 2011 t/m 2013 conform het raadsvoorstel van 2 november 2010. De begroting 2012 is de eerste begroting waarin deze kosten volledig zijn opgenomen in de kostenverdeelstaat. Dit komt doordat de begroting 2011 ten tijde van het raadsbesluit immers al gereed was. Deze kosten van de BOA’s worden via de kostenverdeelstaat doorbelast aan het product parkeren. Dit heeft tot gevolg dat in de doorbelasting naar het product parkeren ook kosten voor huisvesting, ict, facilitaire voorzieningen, ondersteuning afdelingen middelen, publieksdiensten etc. zijn opgenomen. Doordat ten opzichte van de begroting 2011 (jaarschijf 2012) deze overheadkosten aan het product parkeren worden toegerekend (en daardoor ten laste van de reserve parkeren komen) ontstaat er een voordeel voor het begrotingsresultaat 2012 en 2013. Het college wil dit effect nader onderzoeken en het voordeel niet ten gunste van de begrotingsresultaten 2012 en 2013 laten komen door voor eenzelfde bedrag (als het ontstane voordeel) een stelpost op te nemen. In het onderzoek wordt betrokken de consequenties van het aantal BOA’s, de consequenties van het parkeerbedrijf en de tegenovergestelde consequenties bij uitbesteding van taken zoals de regionalisering van de brandweer. De stelpost bedraagt in 2012 € 216.000 en in 2013 € 227.000. Stelpost bezuinigingen rijk Sinds januari voert de VNG gesprekken met het Rijk. Vooral de gemeentefinanciën en de decentralisaties staan voor de VNG voorop. Gemeenten moeten zich verder kunnen ontwikkelen tot eerste overheid en taken en ambities (ook nieuwe) waar kunnen maken. Op 21 april 2011 heeft de VNG het onderhandelaarsakkoord (bestuursakkoord) getekend en gepresenteerd. Zoals bekend is dit bestuursakkoord door de leden aangenomen met uitzondering van de paragraaf werken naar vermogen, met name in verband met de (financiële) gevolgen voor de sociale werkvoorziening. Volgens de meest recente informatie zullen de afspraken vanuit het bestuursakkoord toch uitgevoerd gaan worden, hoewel de gemeenten het onderdeel over hervorming van de sociale werkvoorziening hadden afgewezen. Wel wil het rijk een eerder geschrapte korting op RUD’s van € 100 mln toch weer invoeren. Met dit bedrag wil het rijk de gemeenten helpen die tekortkomen bij de hervormingen van de sociale werkplaatsen. De gemeenten vinden dit weer onaanvaardbaar. Met het akkoord wordt een beweging doorgezet waarin gemeenten nog beter tot hun recht komen als eerste overheid. Het takenpakket van de gemeente wordt versterkt, met name op het terrein van werk, zorg en jeugd. Bij werk wordt nu daadwerkelijk gekozen voor een meer integrale benadering gericht op activering en participatie. Gemeenten worden in staat gesteld hun lokale zorgtaken nog doelmatiger uit te voeren. De overdracht van de jeugdzorg aan gemeenten stelt hen in staat de verantwoordelijkheid voor samenhangende ondersteuning en hulp aan kinderen en hun gezinnen vorm te geven en waar te maken. Het Bestuursakkoord is meer inhoudelijk dan financieel van aard: cijfermatig is nog veel onzeker. De bandbreedte in de overheveling ‘AWBZ-functie begeleiding’ ligt tussen de € 2,1 en € 3,3 miljard en spreekt boekdelen. Soms wordt richting gegeven in compensatie via decentralisatieuitkeringen. Het is niet is duidelijk wat dit betekent in termen van jaren, omvang etc.. In de Voorjaarsnota 2011 is op basis van de beschikbare mogelijke inschatting gemaakt van de financiële gevolgen van alle maatregelen uit het Regeerakkoord en niet het Bestuursakkoord (zie ook verder onder “Gevolgen decentralisatie- en efficiencykortingen Rijk voor Venray”). In de financiële berekeningen zijn wij uitgegaan van de VNG-notitie van oktober 2010, waarin een financiële inventarisatie was opgenomen van alle maatregelen van het Rijk in het Regeerakkoord. De belangrijkste hiervan zijn:
Rijksbegroting 2011: kortingen WMO (200 mln); • • Inburgering (333 mln); • Re-integratie (142 mln structureel); • Bijstandsuitkeringen (133 mln extra). 127
Programmabegroting 2012
Decentralisatie van taken Efficiencykortingen bij decentralisatie van taken (€ mln) 2011
2012
2013
Jeugdzorg AWBZ-taken
1
10
60
40
2014
2015
Structureel
-80
-300
-300
-140
-140
-140
Overige kortingen Overige effecten voor het gemeentefonds (€ mln) 2011
2012
2013
2014
2015
Structureel
Regionale uitvoeringsdiensten
-50
-80
-100
-100
-100
Normeren lokaal inkomensbeleid
-40
-40
-40
-40
-40
-120
-120
-20
-20
-20
-20
-20
Minder politieke ambtsdragers Gerichte schuldhulpverlening
Ontwikkelingen in specifieke uitkeringen Wijzigingen in specifieke uitkeringen (€ mln) 2011 Van Montfransgelden
2012
2013
2014
-80
-80
-80
-80
-80
-230
-230
-60
-120
-120
-30
-100
-650
Stopzetten ISV/BLS Aanbesteden OV in G3
-60
Beperken nieuwe instroom WSW
2015 Structureel
Gerichte re-integratie en begeleiding ontschotten WWB, Wajong, etc. Uitbreiding doelgroep VVE
-200
-290
-420
-490
-300
30
50
50
50
50
Overige onderwerpen Overige maatregelen (€ mln) 2011
2012
Bijdrage afvalfonds Bijdrage BDU/regionaal OV
-30
-60
2013
2014
-120
-120
2015 Structureel -120
-120
-90
-120
-160
-200
Sociale zekerheid Op het gebied van de sociale zekerheid worden vele maatregelen aangekondigd die grotendeels hun neerslag vinden in versobering van de uitkeringen. Hoe dit de gemeentelijke financiën raakt, is nog niet duidelijk. In de meerjarenbegroting van de Programmabegroting 2011 was rekening gehouden met een stelpost bezuinigingen. Deze stelpost is toen opgenomen om de gevolgende van de decentralisatieefficiencykortingen van het rijk op te vangen. Daarnaast is deze ook bedoeld om de verwachte korting op de algemene uitkering op te vangen. Zoals uit het navolgende onderdeel blijkt is er (vooralsnog) geen sprake van een korting op het gemeentefonds. Resteert dus de dekking voor de decentralisatie- efficiencykortingen. In de Voorjaarsnota 2011 is hiervoor een inschatting gemaakt. De inschatting die wij hebben gemaakt resulteert in een lager te ontvangen bedrag van het rijk (als gevolg van de decentralisaties van taken en efficiencykortingen) dan nu voor die taken landelijk beschikbaar is. Het geschatte lagere bedrag voor Venray loopt op termijn op tot € 7,6 mln structureel. Het college kiest er op dit moment voor om 25% van de kortingen niet te vertalen in de budgetten. Die ruimte denken wij nodig te hebben om onze ambitie uit het collegeprogramma waar te maken dat we een sociaal vangnet willen behouden. Concreet betekent dit, dat we op termijn dus € 1.9 mln voorlopig beschikbaar houden ten behoeve van die vangnetfunctie. Omdat er na opstelling van de Voorjaarsnota
1
Omdat het om een toevoeging gaat, hebben deze cijfers geen minteken.
128
Programmabegroting 2012
2011 geen nadere informatie beschikbaar is gekomen wordt in deze Programmabegroting nog uitgegaan van de schattingen gemaakt bij de Voorjaarsnota 2011:
Regeerakkoord/Bestuursakkoord Vrijval rijksbezuinigingen Voorjaarsnota 2011 Decentralisatie- en efficiencykortingen Rijk (25% scenario)
•
2012
2013
2014
2015
2.000.000
4.000.000
4.000.000
4.000.000
-475.000
-950.000
-1.425.000
-1.900.000
Belastingen en OZB
Uitgangspunt is een constante omvang van de opbrengst van de OZB en een jaarlijkse aanpassing van de OZB-tarieven met het inflatiepercentage. In de Voorjaarsnota 2011 is voorgesteld om de macronorm te hanteren. Toen is uitgegaan van de verwachte macronorm van 3,0%. In de meicirculaire 2011 van het ministerie van Binnenlandse Zaken is de macronorm bepaald op 3,75%. In de meicirculaire staat echter ook vermeld dat in het Bestuurlijk overleg financiële verhoudingen van 11 mei 2011 door het Rijk is voorgesteld om met ingang van 2012 het jaarlijkse groeicijfer van het BBP (op basis van het CEP jaar t-1) te gebruiken in plaats van de reële trendmatige groei over de kabinetsperiode. Dit leidt tot een meer conjunctuurbestendige macronorm. De VNG zal het voorstel in haar commissie Financiën bespreken. In deze begroting is rekening gehouden met de macronorm van 3,75%.
•
Algemene Uitkering uit het gemeentefonds
Met ingang van het begrotingsjaar 2012 is de groei van het gemeentefonds weer gekoppeld aan de ontwikkeling van de rijksuitgaven (netto gecorrigeerde rijksuitgaven). De herinvoering van deze systematiek (ook wel ‘samen trap op en samen trap af’ genoemd) is verwerkt in de meest recent ontvangen meicirculaire 2011. De resultaten voortvloeiende uit deze meicirculaire 2011 zijn zeer positief. Over deze berekende positieve resultaten uit de eerste doorrekeningen is uw raad geïnformeerd door middel van een raadsinformatiebrief ‘meicirculaire 2011 gemeentefonds’. De eerste resultaten vanuit de meicirculaire 2011 zijn op deze manier reeds gebruikt bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2011. De definitieve resultaten van de meicirculaire 2011 zijn verwerkt in deze Programmabegroting 2012. Voor een nadere toelichting over de resultaten van de meicirculaire 2011 verwijzen wij u naar de B&W nota meicirculaire 2011 gemeentefonds die op 23 augustus 2011 door het college is vastgesteld. In deze begroting is in bijlage 1.8 de berekening opgenomen van de gelden die Venray de komende jaren naar verwachting uit het gemeentefonds zal ontvangen. De basis van deze berekening is de meicirculaire 2011. In de (meerjaren)ramingen van de Programmabegroting 2011 was rekening gehouden met kortingen op de algemene uitkering in verband met de rijksbezuinigingen. Hiermee was in de Programmabegroting 2011 rekening gehouden door het opvoeren van verwachte rijksbezuinigingen ter dekking van onder meer de verwachte verlagingen op de algemene uitkering. Zoals uit de resultaten van de meicirculaire 2011 blijkt is er geen sprake van een korting op het gemeentefonds. Zie hiertoe het voorgaande onderdeel bezuinigingen rijk. Ten aanzien van het gemeentefonds zijn er ontwikkelingen gaande die in de toekomst mogelijk van grote invloed op het gemeentefonds kunnen zijn. Deze ontwikkelingen willen we hier op hoofdlijnen toelichten: -
Inzet Overige Eigen Middelen (OEM)
Twee op de drie gemeenten ‘verdienen’ aan rente, dividend en bouwgrondexploitatie (veel) meer dan de wettelijke norm. De rijkdom is vaker een kwestie van historische toevalligheid dan een verdienste. Verreweg het grootste deel van hun inkomsten krijgen de gemeenten van het Rijk, via het gemeentefonds. Een tweede bron is het eigen belastinggebied, de onroerendezaakbelasting. De gemeenten putten ook nog uit een derde bron: de Overige Eigen Middelen. Dit zijn inkomsten uit bouwgrondexploitatie, rente en dividend, huren en pachten. Bij wet is dat OEM-deel bepaald op 5% van de uitgaven van elke gemeente. Het percentage wordt ingehouden op de algemene uitkering. De gedachte daarachter is dat gemeenten zelf in deze 129
Programmabegroting 2012
inkomsten kunnen voorzien en dat geld dus niet hoeven te ontvangen via het gemeentefonds. Dat percentage is al meer dan tien jaar hetzelfde. Onderzoek wijst nu uit dat de gemiddelde OEM-opbrengst per gemeente inmiddels in werkelijkheid hoger is. Een korting op het gemeentefonds via het OEM-deel lijkt dus waarschijnlijk. De minister van BZK heeft dat nog een bevestigd in de brief van 29 maart 2011 inzake het nieuwe verdeelmodel provinciefonds. Daarin is de volgende passage opgenomen: “Op dit moment vindt er in het kader van de nadere onderzoeken van het Periodiek Onderhouds Rapport (POR) ook onderzoek plaats naar de OEM bij gemeenten. Dit onderzoek moet duidelijkheid geven over welk percentage aan feitelijke OEM bij gemeenten beschikbaar is en hoe de verdeling van de feitelijke OEM over typen van gemeenten is. Hierbij kan opgemerkt worden dat de OEM bij gemeenten een kleiner aandeel heeft in de totale inkomsten dan bij provincies. Ook de samenstelling van de OEM verschilt tussen gemeenten veel meer dan bij provincies.” - Herijking clusters Ten slotte melden we nog dat de fondsbeheerders in 2013 een gewijzigde verdeling van het gemeentefonds voorzien. Onderzoek om de richting en reikwijdte van de aanpassingen te bepalen is in 2011 van start gegaan. Het rapport Brede Heroverweging Openbaar Bestuur geeft aanleiding om in nadere onderzoeken te kijken naar het verdeelstelsel van het gemeentefonds maar ook naar het volume van de clusters van het gemeentefonds totaal. Dit met name naar aanleiding van de constatering in het rapport dat het gemeentefonds € 1,7 miljard verlaagd zou kunnen worden. Helaas moeten wij constateren dat aanpassing en herijking van clusters in het verleden meestal nadelig voor de gemeente Venray uitvielen.
3.2 Overige financiële ontwikkelingen Sinds de vaststelling van de Voorjaarsnota 2011 hebben zich een aantal ontwikkelingen voorgedaan die van invloed zijn op het financieel meerjarenperspectief:
Raad- én B&W-besluiten, genomen ná vaststelling van de Voorjaarsnota 2011 en verwerkt in de Programmabegroting 2012 WMO In B&W van 14 juni 2011 en raad van 30 augustus 2011 is ingestemd met nota ‘maatregelen WMO prestatieveld 6’, wat een besparing oplevert op individuele voorzieningen (€ 297.500), wat wordt ingezet voor dekking van ‘verwacht’ tekort (€ 397.500). Het overige deel van het tekort (€ 100.000) wordt in 2012 gedekt vanuit de WMO reserve en vanaf 2013 vanuit de algemene middelen (begrotingsresultaat). Verkoop Brugstraat 14 In B&W van 12 juli 2011 is besloten om over te gaan tot openbare verkoop van het perceel met de daarop gelegen woning, garage en berging gelegen aan de brugstraat 14 te Wanssum. De huur is per 15 juni 2011 opgezegd waardoor tot verkoop over gegaan kan worden. Hierdoor vervallen de meerjarige huuropbrengsten alsook de kosten voor OZB belasting, rioolrechten etc. Per saldo betekent dit een nadeel ten laste van onvoorzien van iets meer dan € 5.000 op jaarbasis. De verkoopopbrengst komt echter weer ten gunste van onvoorzien. Gemeentefonds: meicirculaire 2011 De meicirculaire 2011 kon vanwege het tijdstip van verschijnen van de circulaire niet verwerkt worden in de Voorjaarsnota 2011. Via een afzonderlijke raadsinformatiebrief en collegenota van 23 augustus 2011 bent u op de hoogte gesteld van de voordelige gevolgen. Werkvoorzieningschap NLW In de raadsvergadering van 21 juni 2011 is de conceptbegroting van het werkvoorzieningschap vastgesteld en is op basis daarvan ingestemd met de verhoging van de gemeentelijke bijdrage (gebaseerd op aantal inwoners) van € 13.294 (structureel). Aanpak Noordwesthoek Centrum In de Raad van 21 juni 2011 is de ontwikkelingsvisie Noordwesthoek Centrum vastgesteld. Er is kennis genomen van o.a. het projectplan Mgr. Goumansplein en er is ingestemd met het dekkingsvoorstel. Door de verwachte verkoopmogelijkheden wordt er een inkomst van € 200.000 geraamd in 2012 en zijn de kosten voor de projectontwikkeling € 143.234, waarvan € 7.966 gefinancierd kan worden binnen reguliere capaciteit (in programma 1 en 5). Per saldo ontstaat er een voordeel op onvoorzien van € 64.732.
130
Programmabegroting 2012
Toekomst VVV vestiging Venray In de Raad van 21 juni 2011 is ingestemd met de nota toekomst VVV vestiging Venray. Er is ingestemd met de voorzetting van de deelname in de stichting in de periode 2012 t/m 2014. Hiervoor wordt jaarlijks een bedrag van € 36.000 beschikbaar gesteld. € 19.000 wordt gedekt uit de reguliere budgetten, € 17.000 wordt gedekt uit de post onvoorziene uitgaven. Omschrijving
2012
B&W 14-6-2011/Raad 30-8-2011 WMO
2013
2014
2015 -100.000
-100.000
-100.000
-5.030
-5.105
-5.182
-5.260
B&W 23-8-2012 Gemeentefonds: meicirculaire 2011
633.804
1.089.246
1.783.824
2.068.695
Raad 21-6-2011 Werkvoorzieningschap NLW
-13.294
-13.294
-13.294
-13.294
B&W 12-07-2011 Openbare verkoop Brugstraat 14
Raad 21-6-2011 Aanpak noordwesthoek Centrum
64.732
Raad 21-6-2011 Toekomst VVV vestiging Venray Overige
-17.000 -15.296
-17.000 -7.296
-17.000 -4.256
647.916
946.551
1.644.092
Totaal verwerkt in de begroting 2012
1.950.141
De financiële gevolgen voor 2011 voortvloeiend uit de B&W voorstellen worden via de tweede bestuursrapportage 2011 verwerkt in de Programmabegroting 2011.
3.3. Begrotingsresultaat 2012 – 2015 In dit onderdeel wordt uitleg gegeven over het begrotingsresultaat 2012 -2015. Na de financiële vertaling van het reguliere beleid en bovenstaande speerpunten ziet het financiële meerjarenperspectief er als volgt uit:
2012 Exploitatieoverschot
379.721
2013 609.062
2014 604.125
2015 363.591
Bovenstaand overzicht toont het nieuwe (meerjaren)perspectief, inclusief aanvullende B&W besluiten die verwerkt zijn in de begroting. De post onvoorzien (€ 122.000) is daarbij meerjarig volledig intact. De begroting 2012 is sluitend. Ook de meerjarenbegroting is in alle jaren sluitend. Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat dit beeld (waarschijnlijk) nog negatief beïnvloed zal worden door toekomstige rijksbezuinigingen en de ontwikkelingen in de algemene uitkering vanaf 2013. De Gemeentewet stelt dat de raad toeziet op evenwicht in de begroting. Van evenwicht is sprake als de structurele lasten door structurele baten gedekt worden. Gedeputeerde Staten van Limburg zien toe op de naleving van deze bepaling. Indien hier niet aan wordt voldaan kan de gemeente onder preventief toezicht gesteld worden. In de begrotingsbrief 2012 die door Gedeputeerde Staten (GS) van Limburg in april 2011 aan uw raad is gezonden staat vermeld dat GS de autonomie van de gemeente respecteert. Dit betekent dat de gemeente de keuzen maakt. GS beoordeelt de financiële uitkomst van de gemaakte keuzen. Hierbij hanteert GS de criteria die de Gemeentewet geeft. De Gemeentewet bepaalt dat de begroting 2012 in evenwicht moet zijn. Als de gemeente daar niet in slaagt, zal zij het evenwicht uiterlijk aan het eind van de meerjarenperiode moeten hebben hersteld. Zoals uit het begrotingsresultaat 2012 – 2015 blijkt is het jaar 2012 sluitend en voldoen we dus aan de eis van GS. Daarnaast is ook het jaar 2015 sluitend waarmee we, indien het jaar 2012 niet sluitend zou zijn geweest, we ook aan de aanvullende eis van GS zouden voldoen. Wij gaan er vanuit dat na beoordeling door GS van onze Programmabegroting 2012 wij in aanmerking komen voor repressief toezicht voor onze begroting.
3.4. Begrotingsresultaat 2012 – 2015 met vertrekpunt Voorjaarsnota 2011 In de Voorjaarsnota 2011 hebben wij een financieel meerjarenperspectief geschetst op basis van de gegevens en inzichten op dat moment. Onderstaand wordt op hoofdlijnen een toelichting gegeven op de actualisatie van het resultaat 2012 – 2015 met als vertrekpunt de Voorjaarsnota 2011.
131
Programmabegroting 2012
Meerjarenperspectief programmabegroting 2012-2015
2012
Totaal programmabegroting 2011 (pag. 47 vjn 2011) Mutaties van de post onvoorzien t/m raad 29 maart (pag. 47 vjn 2011)
-272.000
-1.176.000
2013
2014
237.000
Gevolgen 1e Berap 2011 (pag. 47 vjn 2011) Bijramen stelpost onderuitputting investeringen tot € 200.000 (pag. 47 vjn 2011)
-166.000
2015
-1.368.000
-1.601.000
80.000
58.000
-151.000
89.000
-155.000
-146.000
85.000
0
0
0
-116.000
-1.007.000
-1.465.000
-1.898.000
Amendement: inflatiecorrectie gesubsidieerde instellingen
-14.474
-14.474
-14.474
-14.474
Motie betalingstermijnen OZB
-32.000
Voorstellen ten laste van het meerjarenperspectief na het opstellen van de voorjaarsnota 2011 (zie onderdeel 3.2)
647.916
946.551
1.644.092
1.950.141
2.000.000
4.000.000
4.000.000
4.000.000
-475.000
-950.000
-1.425.000
-1.900.000
Resultaat vlgs VJN 2011 pag. 47 Raadsbehandeling voorjaarsnota 2011:
Regeerakkoord/Bestuursakkoord: Stelpost bezuinigingen Rijk (aanname= 10%) c.q. gevolgen economische crisis (zie onderdeel 3.1) Decentralisatie- en efficiencykortingen Rijk (25% scenario) (zie onderdeel 3.1) Ambtshalve vermindering politiek ambtsdragers (zie onderdeel 3.1) Inzet Overige eigen middelen (OEM) en herijking clusters algemene uitkering (zie onderdeel 3.1)
279.073 p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Actualisatie kaders : Prijsstijgingen
-111.213
-104.722
-105.471
-109.006
Rentevoordeel / bespaarde rente / Dividenden
456.384
453.399
444.975
606.577
Verhoging OZB tot macronorm in 2012 3,75%
49.870
50.628
51.390
52.158
-4.105.793
Resultaat MUIP 2012-2016 (zie onderdeel 3.1) -2.115.182
-3.031.597
-3.384.390
Resultaat MUIP 2012-2016 t.l.v. reserves
902.726
940.358
665.447
755.635
Fin. ruimte in begroting voor muip (stelpost)
327.110
680.837
1.298.627
1.821.942
-700.000
-500.000
-300.000
-100.000
137.156
124.745
125.681
122.226
-91.500
-91.500
-91.500
-91.500
70.000
40.000
-600.000
-600.000
-600.000
-600.000
Resultaat MUIP 2012-2016
Overige: exploitatie WWB inkomensdeel Lagere wachtgeldverplichtingen/pensioenen (voormalig) wethouders en boventallig personeel Inbestedingsvoordeel consulenten reisdocumenten Bijdrage grondbedrijf vervallen Overige: kostenverdeelstaat Personeelslasten (incl. loonindex) Digitale kaart Overige: diversen Geactualiseerd meerjarenperspectief
-252.524
-288.261
-316.675
-301.130
-92.500
-121.000
-135.000
-132.000
388.952 379.721
81.098 609.062
211.423 604.125
27.742 363.591
(+ = voordeel) In de onderdelen 3.1. en 3.2 van deze paragraaf is een deel van de toelichting opgenomen. De overige afwijkingen worden hierna nader toegelicht.
Rentevoordeel/bespaarde rente/dividenden Bij de Voorjaarsnota 2011 zijn de meerjarige resultaten niet doorgerekend. Dit levert een extra rentevoordeel op van € 214.000 en een extra bespaarde rente van € 200.000. Ook werd na de Voorjaarsnota 2011 bekend dat de aandelen PBE (verkoop Essent aan RWE) eind september 2011 zullen worden verkocht. De opbrengst hiervan levert meerjarig een extra bespaarde rente op van € 104.000. Daar staat tegenover dat vanwege een aantal onttrekkingen uit met name de risicoreserve van het grondbedrijf, die in de 2e Berap 2011 zullen worden verwerkt, rond € 125.000 minder bespaarde rente oplevert. WWB inkomensdeel Het product WWB-IOAW-IOAZ is budgettair neutraal opgenomen in onze programmabegroting 2011-2014. Op basis van de meest recente cijfers over de hoogte van de bijstandsuitgaven is dit uitgangspunt niet langer te handhaven. Er vanuit gaande dat we als gemeente maximaal 10% eigen 132
Programmabegroting 2012
risicodrager zijn van het uitgavenbudget van € 7 mln. is met ingang van 2012 een afnemend tekort in de programmabegroting 2012 opgenomen: 2012 -/- € 700.000, 2013 € -/- 500.000, 2014 -/- € 300.000 en 2015 -/- € 100.000. Zie voor een nadere verklaring de toelichting in programma 1 Venray laat je leven.
Wachtgeldverplichtingen/pensioenen Dit betreft voornamelijk lagere wachtgeldverplichtingen van voormalig wethouders en voormalig personeel. Inbestedingsvoordeel consulenten Als gevolg van de inbesteding van re-integratieconsulenten ontstaat er een structureel voordeel op het WWB-werkdeel. Dit inbestedingsvoordeel komt ten gunste van de reserve overige werkgelegenheidsmaatregelen. Reisdocumenten Voor 2012 en 2013 wordt een toename van de opbrengsten reisdocumenten verwacht. Bijdrage grondbedrijf vervallen De jaarlijkse bijdrage van het grondbedrijf aan de algemene dienst is met ingang van 2012 stop gezet. Voor een nadere toelichting verwijzen wij naar de paragraaf grondbeleid. Personeelslasten Dit betreft met name de verhoging van de loonindex van 1,5% naar 1,8%, gratificaties, hogere inschalingen door personeelswisselingen, een overheveling van het OOT budget, toegenomen kosten in verband met vergoeding reiskosten woon- werkverkeer, kosten FPU en ondernemingsraad Digitale kaart Een herziening van de verdeelsleutel digitale kaart als gevolg van werkelijk gebruik, heeft als gevolg dat de doorbelasting aan het grondbedrijf daalt met een bedrag van ongeveer € 140.000. Daarvan drukt een bedrag van bijna € 110.000 extra op producten uit de algemene dienst. De resterende € 30.000 wordt gedekt door de producten afval, parkeren en riolering (gesloten exploitaties). Diversen Op een veelheid van budgetten zijn door de budgethouders autonome ontwikkelingen (kleine) verlagingen en verhogingen doorgevoerd.
133
Programmabegroting 2012
134
Programmabegroting 2012
Bijlage 1. Financiële begroting 1.1. Recapitulatie-overzicht baten en lasten Programma (x € 1.000)
Rekening 2010
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
1. Venray laat je leven lasten
45.764
46.297
44.459
42.725
41.084
39.986
baten
25.546
25.374
23.603
22.576
21.473
20.602
saldo
20.217
20.922
20.856
20.149
19.611
19.384
lasten
8.622
8.966
8.237
8.165
7.813
7.803
baten
859
802
825
837
850
863
saldo
7.763
8.164
7.412
7.327
6.963
6.940
lasten
39.369
23.974
24.419
23.992
23.730
23.695
baten
14.407
12.375
12.649
12.700
13.008
13.230
saldo
24.962
11.598
11.770
11.292
10.722
10.465
lasten
29.322
38.616
34.456
30.714
29.551
29.961
baten
20.110
35.190
28.915
24.315
23.657
26.302
saldo
9.213
3.426
5.541
6.399
5.894
3.659
lasten
6.182
5.482
5.218
5.243
5.408
4.979
baten
184
220
121
52
53
53
saldo
5.998
5.263
5.097
5.190
5.355
4.926
2. Venray bruist
3. Venray maakt wonen compleet
4. Venray economisch actief
5. Venray kijkt over grenzen
6. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien lasten *
8.529
4.804
5.509
5.522
6.121
6.425
baten
57.839
55.897
56.389
56.213
55.784
55.344
saldo
-49.311
-51.093
-50.880
-50.692
-49.663
-48.919
Resultaat vóór bestemming
18.842
-1.719
-205
-333
-1.118
-3.544
lasten
7.762
8.899
3.876
3.719
3.590
6.130
baten
26.604
7.179
4.051
3.995
3.077
2.950
saldo
-18.842
1.719
-175
-276
514
3.180
0
0
-380
-609
-604
-364
lasten
145.550
137.038
126.173
120.080
117.297
118.979
baten
145.550
137.038
126.553
120.689
117.901
119.343
Mutaties reserves
Resultaat ná bestemming Totaal
saldo 0 0 -380 -609 -604 -364 * Totaal lasten 2010 inclusief boeking resultaat boekjaar 2010 van € 2.171.000,- ten gunste van algemene reserve.
135
Programmabegroting 2012
136
Programmabegroting 2012
1.2. Overzicht mutaties reserves Venray laat je leven Rekening 2010
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
Werkgelegenheidsmaatregelen Wet maatschappelijke ondersteuning Overheveling restant exploitatiebudg. Exploitatietekort Wet inburgering Totaal stortingen
163 277 73 150 664
0 0 0 0 0
92 0 0 0 92
92 0 0 0 92
92 0 0 0 92
92 0 0 0 92
Algemene reserve Werkgelegenheidsmaatregelen Wet maatschappelijke ondersteuning Overheveling restant exploitatiebudg. Totaal onttrekkingen
172 101 285 89 647
88 30 737 99 955
133 122 150 0 405
0 0 30 0 30
0 0 10 0 10
0 0 0 0 0
17
-955
-314
62
82
92
Saldo
Venray bruist Rekening 2010 Gemeenschapshuis Veulen Accommodatiefonds Totaal stortingen Algemene reserve Monumenten Gemeenschapshuis Veulen Wet maatschappelijke ondersteuning Overheveling restant exploitatiebudg. Accommodatiefonds Totaal onttrekkingen Saldo
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
6 0 6
6 460 466
6 0 6
5 0 5
5 0 5
5 0 5
159 10 9 44 83 0 305
302 97 9 132 0 153 694
65 0 9 0 0 153 227
0 0 9 0 0 153 162
0 0 9 0 0 0 9
0 0 9 0 0 0 9
-299
-228
-221
-157
-3
-3
137
Programmabegroting 2012
Venray maakt wonen compleet Rekening 2010 Algemene reserve Egalisatie riolering Parkeren MW Onderhoud industriehaven Bovenwijkse werken Ruimtelijke ontwikkelingen Totaal stortingen Algemene reserve Egalisatie riolering Parkeren Bouwen Wet maatschappelijke ondersteuning Overheveling restant exploitatiebudg. MW Onderhoud industriehaven Bovenwijkse werken Totaal onttrekkingen Saldo
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
255 165 500 80 91 63 1.155
0 35 0 80 0 0 114
0 212 0 80 0 0 291
0 491 0 80 0 0 570
0 744 1 80 0 0 825
0 900 100 80 0 0 1.079
14.119 0 0 28 58 38 2 1.010 15.254
420 0 208 0 0 0 3 59 691
397 9 454 0 0 0 3 0 863
137 32 417 0 0 0 3 0 589
42 31 36 0 0 0 3 0 113
0 31 37 0 0 0 3 0 70
-14.099
-577
-572
-19
712
1.009
Venray economisch actief Rekening 2010
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
Overheveling restant exploitatiebudg. MW Onderhoud jachthaven/zandvang Algemene risicoreserve grondbedrijf Bovenwijkse werken Ruimtelijke ontwikkelingen Totaal stortingen
65 12 475 286 178 1.017
0 12 2.168 400 106 2.686
0 12 1.157 326 88 1.583
0 12 603 265 81 962
0 12 1.016 260 86 1.375
0 12 3.332 271 79 3.694
Algemene reserve MW het nieuwe wanssum - oude maasarm MW Onderhoud industriehaven MW Onderhoud jachthaven/zandvang Algemene risicoreserve grondbedrijf Totaal onttrekkingen
0 0 0 0 4.458 4.458
0 0 0 3 1.132 1.134
253 170 72 3 642 1.139
751 0 0 3 545 1.298
500 0 0 3 643 1.146
500 0 0 3 619 1.122
-3.442
1.552
444
-336
229
2.573
Saldo
Venray kijkt over grenzen Rekening 2010 Algemene reserve Totaal stortingen
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
1.504 1.504
752 752
750 750
750 750
0 0
0 0
Algemene reserve Totaal onttrekkingen
804 804
210 210
98 98
33 33
0 0
0 0
Saldo
700
542
652
716
0
0
138
Programmabegroting 2012
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Rekening 2010
Begroting 2011 2012
Meerjarenbegroting 2013 2014 2015
Algemene reserve Frictiegelden personeel Bijdrage grondbedrijf publiekshal Renovatie gemeentehuis Totaal stortingen
582 340 3 2.492 3.417
3.434 367 3 1.077 4.881
0 260 2 892 1.154
0 264 2 1.075 1.340
0 256 1 1.036 1.294
0 260 1 999 1.259
Algemene reserve BTW compensatiefonds Frictiegelden personeel Bijdrage grondbedrijf publiekshal Overheveling restant exploitatiebudg. Renovatie gemeentehuis Totaal onttrekkingen
2.956 280 340 13 203 1.344 5.136
2.313 267 317 13 0 586 3.496
0 0 66 12 0 1.240 1.318
0 0 30 12 0 1.840 1.882
0 0 0 11 0 1.788 1.799
0 0 0 11 0 1.738 1.749
-1.719
1.385
-164
-542
-506
-490
-18.842
1.719
-175
-276
514
3.180
Saldo
Saldo totaal
139
Programmabegroting 2012
140
1.3. Overzicht van investeringen en afschrijvingen
Omschrijving Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen
Totaal uitgaven +/+ Vermeerderingen -/- Verminderingen Totaal uitgaven per 01-01-2012 2012 2012 per 31-12-2012 707.431 0 0 707.431
Reeds afgeschreven t/m 2011 498.628
Afschrijving Aflossing in Boekwaarde per Boekwaarde per in 2012 2012 01-01-2012 31-12-2012 32.422 0 208.803 176.381
Rente in 2012 0
Totaal Kapitaallasten 32.422
Kosten onderzoek en ontwikkeling
1.401.481
0
0
1.401.481
240.196
89.614
0
1.161.285
1.071.671
56.011
145.624
Gronden en terreinen (econ.nut)
4.455.507
0
0
4.455.507
382.685
0
0
4.072.822
4.072.822
203.641
203.641
Gronden en terreinen eco.nut in erfpacht
16.335
0
0
16.335
0
0
0
16.335
16.335
817
817
Woonruimten (econ.nut)
11.387
0
0
11.387
11.387
0
0
0
-0
0
0
Bedrijfsgebouwen (econ.nut)
49.684.223
9.162.001
1.000.000
57.846.224
16.011.248
1.029.873
0
33.672.975
40.805.103
1.906.961
2.936.834
Grond, weg en waterbouwkundige werken (econ.nut)
45.743.440
801.337
595.000
45.949.777
9.137.467
1.090.208
0
36.605.974
35.722.103
2.031.907
3.122.115
884.304
50.000
0
934.304
422.709
57.208
0
461.595
454.387
23.019
80.227
6.861.162
240.795
0
7.101.956
3.753.446
404.840
0
3.107.716
2.943.671
161.373
566.213
Vervoermiddelen (econ.nut) Machines, apparaten en installaties (econ.nut) Overige materiele vaste activa (econ.nut)
21.908.992
7.083.906
109.000
28.883.898
8.684.402
2.089.164
0
13.224.589
18.110.331
790.187
2.879.351
Grond, weg en waterbouwkundige werken (maatsch.nut)
35.744.970
3.352.298
1.020.318
38.076.950
21.280.844
990.132
0
14.464.127
15.805.975
774.551
1.764.683 28.323
Machines, apparaten en installaties (maatsch.nut)
401.358
0
0
401.358
258.089
21.655
0
143.270
121.614
6.667
Overige materiele vaste activa (maatsch.nut)
190.405
0
0
190.405
187.496
2.909
0
2.909
-0
79
2.988
4.975.940
0
0
4.975.940
0
0
0
4.975.940
4.975.940
25.818
25.818
Deelnemingen Leningen aan woningbouwcorporaties Overige verbonden partijen Overige langlop.geldleningen Overige uitzettingen met rentetypische looptijd > 1 jaar activa van derden onderhanden werken (grondexploitatie) Eindtotaal
14.545.825
0
0
14.545.825
3.834.986
0
1.038.943
10.710.839
9.671.895
478.920
478.920
1.699.200
0
0
1.699.200
0
0
0
1.699.200
1.699.200
84.960
84.960
225.000
0
0
225.000
0
0
0
225.000
225.000
0
0
16.354.222
0
0
16.354.222
194.832
97.824
0
16.159.389
16.061.566
0
97.824
623.356
333.000
0
956.356
65.424
16.840
0
557.932
874.093
35.878
52.718
25.009.381
12.513.540
15.673.105
21.849.816
0
0
0
25.009.381
21.849.816
1.250.469
1.250.469
231.443.919
33.536.877
18.397.423
246.583.373
64.963.837
5.922.688
1.038.943
166.480.081
174.657.904
7.831.258
13.753.946
141
Programmabegroting 2012
142
Programmabegroting 2012
1.4. Overzicht financiering Vaste geldleningen begroting 2012 LENING
BEDRAG
NR.
LENING
RAAD/B&W OMSCHRIJVING DATUM
VERVAL-
LAATSTE
RENTE-
DATUM
AFL.IN
PERC.
1.063
4.537.802
02-03-99
1.064
4.537.802
08-06-99
1.069
4.537.802
1.071
BNG 40.0089605
2-3
2024
4,770%
lin
2.359.658
-
105.365
181.512
2.178.146
BNG 40.0090029
8-6
2024
4,960%
lin
2.359.658
-
111.953
181.512
2.178.146
20-11-01
BNG 40.0093675
22-11
2026
5,030%
lin
2.722.681
-
135.950
181.512
2.541.169
5.000.000
17-09-02
BNG 40.0095493
18-9
2027
4,850%
lin
3.200.000
-
152.436
200.000
3.000.000
1.072
5.000.000
25-02-03
BNG 40.0096790
18-2
2028
4,475%
lin
3.400.000
-
144.377
200.000
3.200.000
1.073
5.000.000
22-10-03
BNG 40.0098347
22-10
2028
4,720%
lin
3.400.000
-
158.670
200.000
3.200.000
1.074
777.500
01-03-03
NLW Groep NV
3,500%
-
1.075
5.000.000
13-12-04
BNG 40.0099788
13-12
2029
4,020%
lin
3.600.000
-
144.302
200.000
3.400.000
1.076
27.459.341
19-04-06
BNG 40.101608
4 p.j.
2041
5,450%
lin
23.144.301
-
1.238.301
784.553
22.359.748
1.077
11.000.000
NWB 1-25028
15-5
2026
4,525%
lin
8.800.000
-
382.449
550.000
8.250.000
1.078
15.000.000
BNG 40.104004
29-10
2033
4,900%
lin
13.200.000
643.547
600.000
12.600.000
1.079
7.000.000
BNG 40.105977
29-10
2020
2,810%
lin
6.300.000
173.581
700.000
5.600.000
1.080
6.000.000
BNG 40.105976
29-10
2035
3,388%
lin
5.760.000
221.855
240.000
5.520.000
1.081
4.000.000
BNG 40.105977
29-10
2015
2,100%
lin
3.200.000
64.254
800.000
1.082
4.912.500
BNG 40.105978
2-7
2027
3,640%
lin
1-3
ANNUITEIT
RESTANT
VERSTREKT
RENTE
AFLOSS.
RESTANT
31-12-2011
2012
2012
2012
31-12-2012
281.000
281.000-
4.912.500
-
-
89.652
-
2.400.000 4.912.500
1.083
5.275.000
BNG 40.105979
2-7
2037
3,600%
lin
5.275.000
95.210
-
5.275.000
1.084
10.200.000
BNG 40.105807
2-7
2052
4,100%
lin
10.200.000
209.673
-
10.200.000 1.871.457
1-7
2017
2,620%
lin
1.871.457
-
1-7
2022
3,270%
lin
807.117
-
807.117
1-7
2037
4,520%
lin
4.393.259
-
4.393.259
Totaal langlopende leningen
81.727.298
27.178.333
4.071.575
5.019.089
103.886.542
0350
3.072.151
09-12-1987
PV 2615 HERFIN.
30-12
2030
4,440%
184.558
ann
2.335.845
-
103.712
80.847
2.254.998
0351
2.596.392
09-12-1987
PV 2629 HERFIN.
30-12
2030
4,440%
155.977
ann
1.974.111
-
87.651
68.326
1.905.785
0361
1.283.788
30-1-2006
HERFIN 0361
1-3
2016
3,740%
71.916
ann
1.154.998
-
43.197
28.719
1.126.279
0364
3.830.608
36.145
Herfin.Div.complex NWB
16-12
2028
4,565%
226.174
ann
2.634.816
-
120.279
105.895
2.528.921 1.855.914
0367
2.254.380
20-12-1988
PPNH 73084-89 HERF
1-9
2039
4,650%
122.085
ann
1.890.109
-
87.890
34.195
0373
1.226.569
01-01-1991
BNG 40.0100637.00
1-9
2012
5,020%
123.635
ann
720.964
-
36.192
720.964
0
Totaal woningbouwleningen
10.710.844
-
478.921
1.038.946
9.671.898
Totaal - generaal
92.438.142
4.550.496
6.058.035
113.558.440
27.178.333
143
Gewaarborgde geldleningen
Geldnemer
Geldgever
Waarborg
WaarHoofdborg som ( percenx 1.000) tage
Door de Restant Rente Gekwangemeente bedrag percenRisico% tificeerd gewaar2011 (x tage risico borgd (x 1.000)
1.000)
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
14.294
4,530%
1.050
525
1%
5.249
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
4.538
4,410%
3.864
1.932
1%
19.322
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
4.538
6,950%
2.729
1.364
1%
13.645
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
11.345
4,300%
8.012
4.006
1%
40.060
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
13.613
3,750%
9.309
4.654
1%
46.544
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
5.500
4,990%
4.586
2.293
1%
22.930
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
6.000
4,350%
4.812
2.406
1%
24.061
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
9.625
5,345%
8.098
4.049
1%
40.492
Stg Wonen Limburg
Coop Rabo
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
15.000
3,133%
15.000
7.500
1%
75.000
Stg Wonen Limburg
Ned. Waterschapsbank
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
6.353
4,490%
5.196
2.598
1%
25.980
St Bouwcorp. v. Bej.
Ned. Waterschapsbank
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
1.200
4,395%
1.200
600
1%
6.000
Stg Wonen Limburg
WestLB AG
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
10.000
4,080%
10.000
5.000
1%
50.000
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
8.000
4,959%
8.000
4.000
1%
40.000
Stichting Mooiland
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
3.644
3,870%
3.358
1.679
1%
16.790
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
9.000
3,995%
9.000
4.500
1%
45.000
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
325
5,780%
303
152
1%
1.517
Stg Wonen Limburg
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
4.000
4,950%
4.000
2.000
1%
20.000
Woonzorg Nederland
BNG Den Haag
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
50%
799
4,000%
772
386
1%
3.862
Stg Wonen Limburg
Ned. Waterschapsbank
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
100%
6.965
4,330%
5.689
5.689
1%
56.890
Stg Wonen Limburg
Ned. Waterschapsbank
Stg. Waarborgfonds Sociale Woningbouw
100%
6.807
5,570%
3.750
3.750
1%
37.500
Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen
50%
37.000
37.000
18.500
0,5%
92.500
100%
3.176
5,600%
2.971
2.971
1%
29.707
Achtervangpositie Nationale Hypotheekgarantie
50%
532
3,730%
467
233
1%
2.333
Stichting L.V.O.
BNG Den Haag
Bibliotheek Venray
ABN AMRO Bank
Rechtstreeks via gemeente
100%
150
4,100%
99
99
10%
9.938
Bibliotheek Venray
BNG Den Haag
Rechtstreeks via gemeente
100%
203
7,250%
144
144
10%
14.404
Stg Jeugd- en Jongerenwerk Wanssum
Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting
100%
92
0,500%
13
13
1%
129
Stichting Venray Events
Rabobank Venray
Rechtstreeks via gemeente
50%
150
135
68
10%
6.750
Gymnastiekvereniging St. Rabobank Venray Christoffel
Rechtstreeks via gemeente
100%
100
100
100
10%
10.000
Villa Flora
Via gemeente Venlo
20%
8.150
8.150
1.630
10%
163.000
100%
10
10
10
0%
0
Wijkcentrum Veltum
Betreft garantstelling bij exploitatieverliezen Rechtstreeks via gemeente door huurderving in blok 2 van ParcVelt
Stg Odeon
nog niet bekend
Rechtstreeks via gemeente
0% 191.110
157.818
82.852
0 919.600
144
1.5. Overzicht van reserves Naam reserve ALGEMENE RESERVE Algemene reserve Totaal algemene reserve BESTEMMINGSRES. Monumenten Egalisatie riolering Parkeren Werkgelegenheidsmaatregelen Frictiegelden personeel Wet maatschappelijke ondersteuning MW het nieuwe wanssum - oude maasarm Exploitatietekort Wet inburgering MW Onderhoud industriehaven MW Onderhoud jachthaven/zandvang Accommodatiefonds Totaal bestemmingsreserves BESTEMMINGSRES. DEKKING KAP.LASTEN Gemeenschapshuis Veulen Bijdrage grondbedrijf publiekshal Renovatie gemeentehuis Totaal bestemmingsreserves dekking kapitaallasten TOTAAL RESERVES GRONDBEDRIJF: Algemene risicoreserve grondbedrijf Alg. bedrijfsreserve GB BESTEMMINGSRESERVES GB Bovenwijkse werken Ruimtelijke ontwikkelingen
TOTAAL RESERVES GB TOTAAL RESERVES
Saldo per 1-1-2012
Toevoeging 2012
Onttrekking 2012
Saldo per 31-12-2012
Toevoeging 2013
Onttrekking 2013
Saldo per 31-12-2013
Toevoeging 2014
Onttrekking 2014
Saldo per 31-12-2014
Toevoeging 2015
Onttrekking 2015
Saldo per 31-12-2015
21.256 21.256
750 750
945 945
21.061 21.061
750 750
921 921
20.889 20.889
0 0
542 542
20.347 20.347
0 0
500 500
19.847 19.847
77 2.543 2.775 122 50 790 184 395 721 0 307 7.962
0 212 0 92 260 0 0 0 80 12 0 655
0 9 454 122 66 150 170 0 75 3 153 1.202
77 2.745 2.320 92 244 640 14 395 725 10 153 7.415
0 491 0 92 264 0 0 0 80 12 0 938
0 32 417 0 30 30 0 0 3 3 153 668
77 3.204 1.903 183 477 610 14 395 802 20 0 7.684
0 744 1 92 256 0 0 0 80 12 0 1.184
0 31 36 0 0 10 0 0 3 3 0 83
77 3.916 1.868 275 733 600 14 395 879 29 0 8.785
0 900 100 92 260 0 0 0 80 12 0 1.443
0 31 37 0 0 0 0 0 3 3 0 73
77 4.785 1.932 366 993 600 14 395 955 38 0 10.155
112 49 9.142
6 2 892
9 12 1.240
109 39 8.794
5 2 1.075
9 12 1.840
106 29 8.028
5 1 1.036
9 11 1.788
102 20 7.276
5 1 999
9 11 1.738
99 10 6.537
9.303
900
1.262
8.942
1.082
1.861
8.163
1.043
1.808
7.398
1.005
1.757
6.646
38.521
2.305
3.409
37.417
2.770
3.451
36.736
2.228
2.434
36.530
2.448
2.330
36.648
3.265 3.265
1.157 1.157
642 642
3.780 3.780
603 603
545 545
3.839 3.839
1.016 1.016
643 643
4.212 4.212
3.332 3.332
619 619
6.925 6.925
270 402 672
326 88 415
0 0 0
596 490 1.086
265 81 347
0 0 0
861 571 1.433
260 86 346
0 0 0
1.122 657 1.779
271 79 350
0 0 0
1.393 736 2.129
3.937
1.571
642
4.866
950
545
5.271
1.363
643
5.991
3.682
619
9.054
42.458
3.876
4.051
42.284
3.719
3.995
42.008
3.590
3.077
42.521
6.130
2.950
45.701
145
Programmabegroting 2012
146
Programmabegroting 2012
1.6. Overzicht van voorzieningen Bedragen x € 1.000 Saldo per 1-1-2012
Toevoeging 2012
Onttrekking 2012
Saldo per 31-12-2012
Toevoeging 2013
Onttrekking 2013
Saldo per 31-12-2013
Toevoeging 2014
Onttrekking 2014
Saldo per 31-12-2014
Toevoeging 2015
Onttrekking 2015
Saldo per 31-12-2015
VOORZIENINGEN Onderhoud Primair Onderwijs Onderhoud Gemeentehuis Accommodatiebeheersysteem Alg. Pensioenwet Politieke Ambtsdr. Onderhoud Wegen Oudkomers Lokaal Isv-2 05-09 Vordering verkoop vennootschap bv MW uitkeringen/pensioenen wethouders Bomen Totaal voorzieningen algemene dienst
2.178 427 281 3.276 1.233 4 127 1.095 20 1 8.642
362 140 152 165 913 0 0 0 0 34 1.766
876 0 224 53 891 0 23 0 20 34 2.121
1.664 567 210 3.388 1.255 4 104 1.095 0 1 8.287
367 140 153 162 925 0 0 0 0 34 1.782
69 214 114 56 108 0 23 0 0 34 618
1.963 493 248 3.495 2.072 4 81 1.095 0 1 9.451
373 140 154 164 938 0 0 0 0 34 1.802
65 214 75 63 981 0 23 0 0 34 1.455
2.271 419 327 3.595 2.029 4 58 1.095 0 1 9.799
378 140 154 163 951 0 0 0 0 34 1.821
855 214 272 74 2.537 0 0 0 0 34 3.985
1.794 345 210 3.684 444 4 58 1.095 0 1 7.635
VOORZIENINGEN GRONDBEDRIJF Bouwrijp Maken Complexen Verwacht tekort floriade Verwacht tekort greenpark Totaal voorzieningen grondbedrijf
51 1.467 275 1.793
0 73 14 87
0 0 0 0
51 1.540 289 1.880
0 0 14 14
0 0 0 0
51 1.540 303 1.894
0 0 15 15
0 0 0 0
51 1.540 319 1.909
0 0 16 16
0 0 0 0
51 1.540 335 1.925
10.434
1.853
2.121
10.167
1.797
618
11.345
1.817
1.455
11.708
1.837
3.985
9.560
Naam voorziening
TOTAAL VOORZIENINGEN
147
Programmabegroting 2012
148
Programmabegroting 2012
1.7. Overzicht EMU-saldo (x € 1.000) Omschrijving
1
2 3
4 5
6
7
8
9 10
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)? Afschrijvingen ten laste van de exploitatie Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet in mindering zijn gebracht bij post 4 Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voorzover niet op exploitatie verantwoord Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d.? (alleen transactie met derden die niet op de exploitatie staan) Baten bouwgrondexploitatie: Baten voorzover transacties niet op exploitatie verantwoord Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze transacties met derden betreffen Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten
Verkoop van effecten: a Gaat u effecten verkopen? (ja/nee) b Zo ja wat is bij verkoop de te verwachten boekwinst op de exploitatie? Berekend EMU-saldo
2011
2012
2013
Volgens realisatie tot en met sept. Volgens begroting 2011, aangevuld 2012 met raming resterende periode
Volgens meerjarenraming in begroting 2012
1.672
205
333
5.193
5.923
6.785
2.012
1.853
1.797
6.505
21.023
14.491
1.000
1.000
-
-
724
4.219
10.717
8.548
7.420
14.726
16.295
13.830
989
2.121
618
nee
nee
nee
6.391
-5.692
4.436
11
149
Programmabegroting 2012
150
Programmabegroting 2012
1.8. Berekening algemene uitkering gemeentefonds Gemeentefonds Het gemeentefonds is een fonds met belastinggeld van het Rijk. Gemeenten krijgen elk jaar geld uit het gemeentefonds om een deel van hun uitgaven te betalen, de algemene uitkering. Gemeenten mogen zelf bepalen waar ze dit geld aan besteden. Gemeenten gebruiken het geld voor bijvoorbeeld wegen, schoolgebouwen en de brandweer. Meer informatie over het gemeentefonds staat in de Financiële-verhoudingswet. Verdeling gemeentefonds Hoeveel geld individuele gemeenten uit het gemeentefonds krijgen is afhankelijk van de kenmerken en de belastingcapaciteit van de gemeenten. Kenmerken Het Rijk hanteert bij de verdeling van het gemeentefonds over individuele gemeenten onder meer de volgende gegevens: • het aantal inwoners; • het aantal jongeren; • het aantal uitkeringsgerechtigden • de oppervlakte van het land; • een vast bedrag. Dit worden maatstaven genoemd. Er zijn ruim 60 maatstaven. Elke maatstaf heeft een bedrag ‘per eenheid’. De gemeente krijgt dus geld voor iedere inwoner, iedere jongere enzovoort.
Inkomsten De gemeente heeft inkomsten uit de gemeentebelasting, bedrijfsmatige activiteiten, rechten en heffingen en eigen bezittingen, bijvoorbeeld gebouwen. De gemeente krijgt een groot deel van haar belastinginkomsten uit onroerend zaakbelasting (OZB). Het Rijk doet ieder jaar onderzoek naar het systeem van verdeling van het gemeentefonds. De uitkomsten van dit onderzoek staan in het Periodiek Onderhoudsrapport (POR). Dit rapport is een bijlage bij de begroting van het gemeentefonds. Omvang gemeentefonds (accres) In het voorjaar van 2009 is in verband met de financiële en economische crisis afgesproken om de normeringssystematiek gemeentefonds buiten werking te stellen voor de jaren 2009 – 2011. In het Regeerakkoord is besloten om de systematiek met ingang van 2012 opnieuw in te voeren. Het bedrag in het gemeentefonds is vanaf 2012 weer gekoppeld aan de uitgaven van het Rijk (samen de trap op, samen de trap af). Deze groei (of krimp) heet het accres. Als het Rijk meer geld uitgeeft, gaat het bedrag in het gemeentefonds ook omhoog (en omgekeerd). Het Rijk informeert de gemeenten jaarlijks in de maart-, mei (juni)- en septembercirculaires over het accres van het gemeentefonds. Via de meicirculaire 2011 is echter bekend gemaakt dat de maartcirculaire niet meer zal verschijnen. In de circulaires worden gemeenten daarnaast ook geïnformeerd over nieuwe gemeentelijke taken of taken die vervallen.
Bijstelling ramingen Met ingang van 2012 verschijnt dus tweemaal per jaar een gemeentefondscirculaire die de gemeenten over de omvang en de verdeling van het fonds informeert. Die circulaires spelen een belangrijke rol in het gemeentelijke begrotingsproces. De raming in de primitieve begroting is gebaseerd op de laatst ontvangen mei/junicirculaire. De werkelijk ontvangen algemene uitkeringen uit het Gemeentefonds zijn gebaseerd op de ten tijde van het opstellen van de jaarrekening bekende informatie. De ontwikkelingen en de financiële consequenties van de circulaires worden vastgelegd in een nota welke, na vaststelling door het college, ter kennisname gebracht wordt aan de gemeenteraad. Via de eerste en tweede bestuursrapportage vindt verankering plaats in de begroting. Oormerken onderdelen van de algemene uitkering Nieuwe taken zijn vaak gekoppeld aan nieuwe budgetten. Dit betekent dat voor de uitvoering van die taken moet worden volstaan met de aldus benoemde budgetten. Onze eigen beleidsregel is dat aldus benoemde budgetten beschikbaar worden gehouden en pas beschikbaar komen op het moment dat er een nota door het college is vastgesteld over de inzet van dit geld.
151
Programmabegroting 2012
In sommige gevallen (als wij minder ontvangen) kan een oormerk ook leiden tot een taakstelling (bezuiniging). Ook dan moet er een nota door het college worden vastgesteld met oplossingen voor die tegenvaller. De oormerken komen in een afzonderlijke raming in de begroting tot uitdrukking.
Herindelingsbijdrage Daarnaast ontvangt de gemeente Venray vanaf 2010 een herindelingsbijdrage. Door de samenvoeging van Venray met Wanssum, Geysteren en Blitterswijk heeft Venray recht op een herindelingsbijdrage. Deze bijdrage wordt uitgekeerd in 4 jaarlijkse termijnen: 40% van het bedrag in 2010 en 20% van het bedrag in elk van de drie daarop volgende uitkeringsjaren. Vanaf 2010 wordt ook een gedeelte van de algemene uitkering geoormerkt voor de gemeente Horst aan de Maas. Dat gedeelte heeft namelijk betrekking op de aan de gemeente Venray toegekende algemene uitkering voor de kerkdorpen Meerlo, Tienray en Swolgen van de voormalige gemeente Meerlo-Wanssum.
Maatstaf krimpgemeenten Zoals in de maartcirculaire 2010 is aangekondigd, wordt per 2011 een krimpmaatstaf geïntroduceerd voor voorlopig 5 jaar. De krimpmaatstaf geeft een vergoeding aan gemeenten die de laatste 7 jaar met meer dan 1% zijn gekrompen ( 2011 wordt vergeleken met het inwonertal 2004, 2012 met 2005, enz.) én die gelegen zijn in de provincie Groningen, Zeeland of Limburg Gemeenten die aan genoemde criteria voldoen krijgen in 2011 een bedrag van ruim € 600 per ‘verloren’ inwoner boven de gehanteerde drempel van 1%. Aan het eind van de looptijd van de tijdelijke maatstaf, namelijk 5 jaar, moet een duidelijk beeld zijn ontstaan van de financiële gevolgen van bevolkingsdaling voor gemeenten. Aan de tijdelijke krimpmaatstaf zijn geen (bestedings)voorwaarden verbonden. Gemeenten die in aanmerking komen voor een krimpmaatstaf wordt verzocht een krimpparagraaf op te nemen in zowel de begroting als de jaarrekening. Volgens de berekeningen van het Rijk komt Venray met ingang van 2012 ook in aanmerking voor een krimpvergoeding. Op basis van de door ons gehanteerde ramingen van de inwoners conform de Voorjaarsnota 2011 komen we hier echter niet voor in aanmerking. Onze gegevens hebben we aan het Rijk voorgelegd en onze berekeningen worden door het Rijk bevestigd.
Behoedzaamheidsreserve In de algemene uitkering werd tot en met 2008 rekening gehouden met een behoedzaamheidsreserve. De behoedzaamheidsreserve is er om te voorkomen dat gemeenten achteraf gelden die ze van het Rijk uit het gemeentefonds gekregen hebben alsnog moeten terugbetalen. Op grond van het bestuursakkoord Rijk - VNG is de behoedzaamheidsreserve voor de jaren 2009 tot en met 2011 buiten werking gesteld. Uitgangspunt voor 2012 was dat de methodiek 'samen de trap op, samen de trap af' in 2012 weer zou gaan gelden. Op basis van deze veronderstelling is in Venray via de B&W nota van de septembercirculaire 2009 structureel rekening gehouden met de invoering van de behoedzaamheidsreserve vanaf 2012. In de meicirculaire 2011 is de informatie opgenomen dat de behoedzaamheidsreserve wordt afgeschaft. Op basis hiervan zijn via de meicirculaire 2011 de voor de behoedzaamheidsreserve gereserveerde gelden vrijgevallen. Gewijzigde verdeling gemeentefonds In de meicirculaire 2011 staat tevens vermeld dat met ingang van 2013 een nieuwe verdeling van het gemeentefonds is voorzien. Ten tijde van het samenstellen van deze programmabegroting 2012 is nog niet bekend wat hiervan de gevolgen zullen zijn.
Overzicht algemene uitkering Voor de jaren 2010-2015 ziet, op basis van de junicirculaire 2010, het verloop van de algemene uitkering er als volgt uit (zie volgende pagina’s):
152
Programmabegroting 2012
Gemeente:
Venray
Opgave:
Meicirculaire 2011
Circulaire:
meicirculaire 2011 (2011-2000211804) dd 31 mei 2011
Jaar:
2011, 2012, 2013, 2014, 2015, 2016
Uitkeringsfactor:
Lopende prijzen 2011: 1,5270 / 2012: 1,5320 / 2013: 1,5360 / 2014: 1,5530 / 2015: 1,5510 / 2016: 1,5750
Uitgezette maatstaven:
maatstafnummers: 39a, 40, 41, 42, 43, 44, 53
Datum afgerond:
23-6-2011
Eigen toelichting: Datum rapport:
23-8-2011 18:14
Onderdeel A - Inkomstenmaatstaven Maatstaf 1c Waarde niet-woningen eigenaren 1b Waarde niet-woningen gebruikers 1f Waarde niet-woningen gebruikers (onder aftrek amendement De Pater) 1a Waarde woningen eigenaren Subtotaal
2011
2012
2013
2014
2015
2016
-1.246.797,65 n.v.t.
-1.275.419,84 n.v.t.
-1.290.929,86 n.v.t.
-1.307.994,92 n.v.t.
-1.324.567,21 n.v.t.
-1.340.934,63 n.v.t.
-1.005.000,50
-1.028.023,88
-1.040.525,38
-1.054.280,29
-1.067.638,02
-1.080.830,61
-2.961.706,00
-3.025.341,54
-3.050.398,80
-3.089.664,55
-3.122.286,56
-3.154.437,47
-5.213.504,15 -5.328.785,26 -5.381.854,03 -5.451.939,76 -5.514.491,79 -5.576.202,71
Onderdeel B - Uitgavenmaatstaven waarop de uitkeringsfactor van toepassing is Maatstaf 1e OZB waarde niet-woningen 10a WWB schaalnadeel 10b WWB schaalvoordeel 8 Bijstandsontvangers 3a Eén-persoonshuishoudens 2 Inwoners 4 Inwoners: jongeren < 20 jaar
2011 310.455,60 73.667,10 1.054.523,18 960.683,61 148.310,88 5.698.553,70 2.295.664,60
2012 307.520,11 72.997,56 1.033.816,75 863.928,10 150.674,40 5.672.263,68 2.256.751,24
2013 311.259,84 71.528,30 984.446,91 816.870,34 152.890,20 5.753.226,60 2.225.218,00
2014 315.374,35 69.552,92 923.019,19 758.910,48 154.662,84 5.717.799,21 2.195.026,60
2015 319.370,15 67.716,51 869.934,98 709.182,36 156.287,76 5.294.013,04 2.162.822,44
2016 323.316,54 66.732,70 842.790,11 683.806,72 157.764,96 5.495.969,44 2.131.512,84
153
Programmabegroting 2012
5 Inwoners: ouderen > 64 jaar 5a Inwoners: ouderen > 74 en < 85 jaar 7 Lage inkomens 7a Lage inkomens (drempel) 12 Minderheden 11 Uitkeringsontvangers 15b Extra groei leerlingen VO 15c Extra groei jongeren 13 Klantenpotentieel lokaal 14 Klantenpotentieel regionaal 15e Leerlingen VO 15d Leerlingen (V)SO 38 Bedrijfsvestigingen 29 Historische woningen in bewoonde oorden 1930 30 Historische woningen in bewoonde kernen 27a Oppervlak historische kernen basisbedrag 27b Oppervlak historische kernen, opslag kernen > 40 ha 27c Oppervlak historische kernen, opslag kernen > 65 ha 28 Historische waterweg 31a ISV (a) stadsvernieuwing 31b ISV (b) herstructurering 36 Meerkernigheid 37 Meerkernigheid * bodemfactor buitengebied 36a Kernen met 500 of meer adressen 34 Oeverlengte * bodemfactor gemeente 35a Oeverlengte * bodemfactor gemeente * dichtheidsfactor 32 Omgevingsadressendichtheid 33 Omgevingsadressendichtheid * percentage slechte grond totaal 17 Oppervlakte land * percentage slechte grond totaal 16 Oppervlakte land 18 Oppervlakte land * bodemfactor gemeente 19 Oppervlakte binnenwater 20 Oppervlakte buitenwater 23 Oppervlakte bebouwing buitengebied * bodemfactor
563.294,10 57.940,11 448.765,20 1.158.722,32 828.347,30 423.659,15 --2.343.547,50 663.163,20 842.486,30 145.075,08 270.887,10 19.487,38 -----6.644,58 6.806,44 119.542,28 193.842,87 84.542,28 7.514,65
593.121,45 60.758,37 450.977,12 1.157.233,15 824.929,42 420.785,10 --2.354.403,45 666.243,72 884.695,82 128.191,34 281.310,24 19.487,38 -----6.644,58 6.806,44 119.542,28 193.842,87 84.542,28 7.514,65
615.178,65 64.018,71 453.999,52 1.165.640,70 834.281,63 413.244,72 --2.365.053,60 669.246,84 911.515,98 129.441,99 292.191,54 19.487,38 -----6.644,58 6.806,44 119.542,28 193.842,87 84.542,28 7.514,65
638.154,90 66.671,19 457.141,46 1.174.735,68 844.278,82 406.140,56 --2.374.777,65 672.002,28 925.201,78 127.566,01 302.385,60 19.487,38 -----6.644,58 6.806,44 119.542,28 193.842,87 84.542,28 7.514,65
669.235,50 70.594,65 460.247,37 1.183.501,53 854.276,01 400.885,60 --2.383.729,95 674.525,52 938.045,21 127.566,01 313.839,60 19.487,38 -----6.644,58 6.806,44 119.542,28 193.842,87 84.542,28 7.514,65
690.457,20 73.136,61 463.371,81 1.196.694,00 864.273,20 398.929,00 --2.392.167,75 676.924,92 919.493,02 124.439,40 325.522,68 19.487,38 -----6.644,58 6.806,44 119.542,28 193.842,87 84.542,28 7.514,65
9.675,32
9.679,39
9.685,95
9.696,34
9.708,10
9.718,95
1.192.363,69
1.204.137,42
1.217.149,20
1.229.848,52
1.241.335,22
1.246.068,05
--
--
--
--
--
--
-532.617,84 469.187,60 6.113,64 -373.712,37
-532.617,84 487.333,88 6.286,80 -375.358,68
-532.617,84 512.509,80 6.527,04 -375.358,68
-532.617,84 513.817,64 6.539,52 -377.004,99
-532.617,84 514.798,52 6.548,88 -378.651,30
-532.617,84 514.798,52 6.548,88 -378.651,30
154
Programmabegroting 2012
buitengebied 22 Oppervlakte bebouwing woonkernen * bodemfactor woonkernen 21 Oppervlakte bebouwing 24 Woonruimten 25 Woonruimten * bodemfactor woonkernen 26 Woonruimten * percentage slechte grond totaal 24a Nieuwbouwwoningen 39 Vast bedrag 6a Inwoners Waddeneilanden tot en met 2500 6b Inwoners Waddeneilanden van 2501 t/m 7500 6c Inwoners Waddeneilanden boven de 7500 58 Bevolkingskrimp Subtotaal
691.119,52
701.087,59
714.378,35
724.346,42
737.637,18
750.927,94
208.530,08 3.516.788,47 547.152,31 -126.704,20 261.538,32 -----
210.921,48 3.537.850,29 550.429,17 -126.704,20 257.727,79 -----
212.834,60 3.560.161,54 553.900,42 -126.704,20 266.767,72 -----
215.226,00 3.582.472,79 557.371,67 -126.704,20 266.767,72 -----
217.139,12 3.604.784,04 560.842,92 -126.704,20 266.767,72 -----
219.530,52 3.603.713,10 560.676,30 -126.704,20 266.767,72 -----
26.661.629,87 26.619.116,03 26.756.229,89 26.704.195,66 26.291.689,72 26.482.406,68
Onderdeel C - Uitkeringsfactor (uf) Jaren Uitkeringsfactor Subtotaal (B x C (=uf))
2011 1,5270
2012 1,5320
2013 1,5360
2014 1,5530
2015 1,5510
2016 1,5750
40.712.308,81 40.780.485,76 41.097.569,11 41.471.615,86 40.778.410,76 41.709.790,52
Onderdeel D - Uitgavenmaatstaven waarop de uitkeringsfactor niet van toepassing is Maatstaf 51 Rioleringen 52 Monumenten 53a Overgangsmaatregel ISV (VHROSV) 59 Suppletie-uitkering wijziging verdeelstelsel 2011 61 Suppletieregeling OZB 55 WUW-middelen Gemeentefonds (IU) 45 Herindeling 70 Suppletieregeling wijziging verdeelstelsel 1-1-2008 135 Suppletie-uitkering Bommenregeling Subtotaal
2011
2012
2013
2014
2015
2016
5.124,00 n.v.t. -14.484,00 -9.380,00 214.615,00 257.350,00 819.610,00 n.v.t. --
3.690,00 n.v.t. n.v.t. n.v.t. 214.615,00 257.350,00 819.610,00 n.v.t. --
-n.v.t. n.v.t. n.v.t. 214.615,00 -819.610,00 n.v.t. --
-n.v.t. n.v.t. n.v.t. 214.615,00 --n.v.t. --
-n.v.t. n.v.t. n.v.t. 214.615,00 --n.v.t. n.v.t.
-n.v.t. n.v.t. n.v.t. ---n.v.t. n.v.t.
1.272.835,00
1.295.265,00
1.034.225,00
214.615,00
214.615,00
--
155
Programmabegroting 2012
Onderdeel E - Integratie- en decentralisatieuitkeringen waarop de uitkeringsfactor niet van toepassing is Maatstaf 62 Wet maatschappelijke ondersteuning (IU) 63 Amendement De Pater (IU) 64 Knelpunten verdeelproblematiek (IU) 65 Anti-discriminatievoorzieningen (IU) 66 Opvoeden in de buurt (DU) 67 Tijdelijke stim.regeling opsporing en controle ABW (DU) 68 Regionale platforms fraudebestrijding (IU) 69 Bibliotheken (IU) 71 Impuls Brede scholen combinatiefuncties (DU) 72 Beeldende kunst en vormgeving (DU) 73 Aanpak kindermishandeling (DU) 74 Bewonersinitiatieven wijken (G18) (DU) 75 Drank- en Horecawet (DU) 76 Pilot voor- en vroegschoolse educatie (DU) 77 Homo-emancipatiebeleid (DU) 78 Nationaal actieplan sport en bewegen (DU) 79 Taalcoaches (DU) 80 Tijdbeleid (DU) 81 Polarisatie en radicalisering (DU) 82 Veilige publieke taak (DU) 83 Bewonersinitiatieven wijken (G31) (DU) 84 Wijkactieplannen (G18) (DU) 85 Deltaplan inburgering (DU) 86 Vrouwen uit etnische minderheden (DU) 87 Pilot gemengde scholen (DU) 88 Cultuurparticipatie (DU) 89 Amendement Tang/Spekman (DU) 90 Uitvoeringskosten inburgering (IU) 91 Stemproces (DU) 92 Stimulering Lokale Klimaatinitiatieven (DU) 93 Innovatietrajecten inburgering (DU) 94 Arbeidsvoorwaarde lokaal bestuur (DU)
2011
2012
2013
2014
2015
2016
3.575.507,00 n.v.t. -n.v.t. n.v.t.
3.665.845,00 n.v.t. -n.v.t. n.v.t.
3.665.845,00 n.v.t. -n.v.t. n.v.t.
3.665.845,00 n.v.t. -n.v.t. n.v.t.
3.665.845,00 n.v.t. -n.v.t. n.v.t.
3.665.845,00 n.v.t. -n.v.t. n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
-8.748,00 79.744,00 ---n.v.t. n.v.t. --4.500,00 n.v.t. -n.v.t. 100.000,00 n.v.t. n.v.t. ---n.v.t. n.v.t. n.v.t. 37.244,00 -n.v.t.
-8.748,00 130.200,00 -n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
-n.v.t. 130.200,00 -n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
-n.v.t. 130.200,00 -n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
-n.v.t. 130.200,00 -n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
-n.v.t. 130.200,00 -n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
156
Programmabegroting 2012
95 Uitkering vanwege definitiewijziging maatstaf bijstandsontvangers 96 Gezinsmanagers Gouda (DU) 97 Onderwijsachterstandenbeleid (DU) 100 Overbruggingsuitkering Antillianengemeenten (DU) 101 Aanpak Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren (DU) 102 Maatschappelijke opvang en OGGz (DU) 103 Gezond in de stad (DU) 104 Leefbaarheid en Veiligheid (DU) 106 Vrouwenopvang (DU) 107 Budget 40+ wijken (DU) 108 Lokale preventieaanpak eergerelateerd geweld (DU) 109 Spoorse doorsnijdingen (DU) 110 WMO, psycho-sociaal (IU) 111 WMO, nadeelgemeenten (IU) 112 Jeugdwerkloosheid (DU) 113 Peuterspeelzaalwerk (DU) 114 Herbestemming en herontwikkeling aandachtswijken (DU) 115 Jeugd (DU) 116 ISV (DU) 117 Bodemsanering (DU) 118 Herstructurering bedrijfsterreinen (DU) 119 Centra voor jeugd en gezin (DU) 120 Voorbeeldprojecten Wijkeconomie (DU) 121 Schuldhulpverlening 2009 Spekmangelden (DU) 122 Drugsoverlast (DU) 123 Praktijkteam overlastgevende MarokkaansNederlandse jongeren (DU) 124 Alle troeven in handen (DU) 125 Uitvoeringskosten inburgering, extra bijdrage (DU) 126 Instapcursussen inburgering (DU) 127 Bijdrage aan knelpunten inburgering (DU) 128 Vadercentra (DU) 129 Duizend en één Kracht (DU)
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t. n.v.t. --
n.v.t. n.v.t. --
n.v.t. n.v.t. --
n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t.
--
--
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
----n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. -122.308,90
--n.v.t. -n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t. 122.308,90
--n.v.t. -n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t. 122.308,90
--n.v.t. -n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t. 122.308,90
--n.v.t. -n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t. 122.308,90
--n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 122.308,90
--
--
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
----n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
---n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t.
---n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t.
---n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t.
-n.v.t. n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t.
-n.v.t. n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
-n.v.t. n.v.t. n.v.t. ---
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. -n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
157
Programmabegroting 2012
130 Uitvoeringskosten Wwik (DU) 131 Hogeschool Almere (DU) 132 Zuiderzeelijn (DU) 133 Rolstoelvoorzieningen (DU) 134 Praktijkteam Zaltbommel (DU) 136 Krimp (DU) 137 Uitvoeringskosten pilot loondispensatie (DU) 138 Bevordering arbeidsinschakeling alleenstaande ouders (DU) 139 Wachtlijsten kinderopvang (DU) 140 Coffeeshops (DU) 141 Bedrijventerreinen Topperprojecten (DU) 142 Winkelstraatmanagement (DU) 143 Pieken in de Delta (DU) 144 Nationale gebiedsontwikkelingen Subtotaal
-n.v.t. --n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. -n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. ---
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. --
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. --
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
3.928.051,90
3.927.101,90
3.918.353,90
3.918.353,90
3.918.353,90
3.918.353,90
Onderdeel F - Aanvullingen van de gebruiker Aanvullingen v/d gebruiker
2011
2012
2013
2014
2015
2016
Behoedzaamheidsreserve Buffer wijziging accres (= helft behoedz heids res)
---
---
---
---
---
---
Subtotaal
--
--
--
--
--
--
Totaal
40.699.691,56 40.674.067,41 40.668.293,98 40.152.645,00 39.396.887,87 40.051.941,71
158
Programmabegroting 2012
1.9. Berekening renteomslag GEAKTIVEERDE KAPITAALUITGAVEN Geïnvesteerd bedrag per 1 januari 2012 LANGLOPENDE SCHULDEN Totaal langlopende geldleningen 1-1-2012 Totaal woningbouwleningen 1-1-2012
A)
166.480.081
B)
145.331.027
81.727.298 10.710.844 92.438.142
RESERVES EN VOORZIENINGEN Algemeen Algemene reserve 1-1-2012 Bestemmingsreserves 1-1-2012 Voorzieningen 1-1-2012
21.255.978 17.265.421 8.641.979 47.163.378
Grondbedrijf Algemene reserve 1-1-2012 Bestemmingsreserves 1-1-2012 Voorzieningen 1-1-2012
3.265.445 671.544 1.792.517 5.729.507 52.892.885
TE FINANCIEREN
21.149.054
RENTELASTEN Langlopende geldleningen -rente langlopende geldleningen -rente woningbouwleningen
4.073.610 478.921
- afschrijving herfinanciering
4.552.531 32.422 4.584.953
Reserves en voorzieningen - toevoeging rente aan reserves - bespaarde rente reserves en voorzieningen
465.167 1.741.426 2.206.592
Overigen - rente rekening-courant - rente kasgeldleningen - rente langlopende geldleningen - rentevoordeel
440.088 158.398 136.625 304.602 1.039.712
TOTALE RENTEKOSTEN
C)
7.831.258
159
Programmabegroting 2012
UIT TE ZONDEREN VAN RENTE-OMSLAG Product 112002 112003 121061 121065 121161 121461 142161 153061 154061 165261 158061 163061 172261 182262 191361 193061 599805 599825 599840 599850 59910 599935 599945
Boekwaarde per 1-1-2012 Preparatie Repressie en nazorg Wegen, straten en pleinen Openbare verlichting Verkeer Parkeren Huisvesting primair onderwijs Sport Cultureel Centrum Wet Maatschappelijke Ondersteuning Overige recreatieve voorzieningen Sociaal Cultureel Werk Huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater Volkshuisvesting Beleggingen Uitvoering Wet WOZ Hulpkostenplaats middelen Kostenplaats middelen Hulpkostenplaats middelen Hulpkostenplaats ditale kaart en gegevensbeheer Kostenplaats bestuurszaken Kostenplaats middelen Kostenplaats publieksdiensten
Rente in 2012
437 1.796.019 46.935 4.661.802 7.721 4.978.969 565.454 103.677 14.000 19.283.843 10.935.839 20.618.978 9.983 208.803 15.173.965 1.024.127 46.9981.408 17.330 15.113
2.469 117.388 7.571 263.673 2.000 89.199 247.094 33.927 23.297 7.998 22.570 1.186.635 478.920 270 1.048.860 33.328 1.413 469 5.656
79.417.403 D
3.572.736
BEREKENING RENTE-OMSLAG Geinvesteerd bedrag per 1 januari 2012 Uit te zonderen van renteomslag Restant, waarover rente wordt omgeslagen
A) D)
166.480.081 79.417.403 87.062.678
Totale rentekosten Uit te zonderen van rente-omslag Totaal via rente-omslag
C) D)
7.831.258 3.572.736 4.258.522
RENTEOMSLAG
4.258.522 ---------------- X 100 % 87.062.678
=
5%
160
Programmabegroting 2012
1.10 Overzicht incidentele baten en lasten Op basis van het Besluit begroting en verantwoording (BBV) dient in de Programmabegroting een overzicht incidentele baten en lasten te worden opgenomen. De volgende uitgangspunten zijn gehanteerd bij de totstandkoming van het overzicht incidentele baten en lasten: 1. Incidenteel karakter: maximaal 3 jaar. 2. Stuctureel karakter: minimaal 4 jaar. En daarmee geen onderwerp in dit overzicht. 3. Het nieuwe begrotingsjaar is telkens het basisjaar. Er wordt dus alleen vooruit gekeken en niet naar het verleden. 4. Prijs en looninflaties of afwijkende inflaties bijv. op basis van inwoneraantallen, worden niet gezien als een incidentele last of baat. 5. Systematische dalingen of stijgingen van budgetten met bijv. € 50.000 of € 100.000 per jaar, worden niet gezien als incidenteel. 6. Een onderwerp als 'verkiezingen', waarvoor 1x in de 4 jaar extra kosten gemaakt worden, wordt wel als incidentele last gezien. 7. Budgetten die jaarlijks voor 1 jaar 'verlengd' worden, maar niet structureel in de meerjarenbegroting opgenomen zijn, worden als incidenteel beschouwd. 8. De basis post 'onvoorzien structureel en incidenteel' wordt niet meegenomen in het overzicht incidentele baten en lasten (jaarrekening). Alleen de extra toevoeging middels raadsvoorstellen wordt opgenomen in het overzicht incidenteel. 9. De inzet van de 'bespaarde rente incidenteel' wordt opgenomen in het overzicht incidentele baten en lasten. Het inzetten van deze post wordt als incidenteel beschouwd, ook al gebeurt dit in de komende 4 jaar. 10. De MUIP aanvragen met een budget voor maximaal 3 jaar worden opgenomen in het overzicht incidenteel. 11. Begrotingswijzigingen worden voorzien van een label incidenteel dan wel structureel, afhankelijk van het aantal jaren waarover de begrotingswijziging loopt. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de incidentele baten en lasten zoals opgenomen in de Programmabegroting 2012 – 2015. Incidentele lasten personeelslasten (tijdelijk)
2012
2013
2014
2015
970.675
584.047
0
78.375
26.619
5.999
0
accommodatie gemeentehuis
231.329
0
0
0
tijdelijke huisvesting gebouw Gilde Opl.
436.667
0
0
0
projecten ibp-ict
337.500
0
0
0
veiligheid & handhaving: boa's
21.964
22.325
0
0
ondersteuning implementatie
88.320
0
0
0
161.927
16.728
0
0
75.000
0
0
0
overige personeelslasten
publieksdiensten: opleidingen/overige uitgaven floriade N270 Via Venray
0
50.000
0
0
0
combinatiefuncties
239.188
243.568
0
0
accommodatiefonds
153.333
153.334
0
0
kunstuitingen uitv.ktn. uitstroombevordering toegankelijkheid accommodaties wmo - wet maatschappelijke ondersteuning bp buitengeb.Wanssum Geijsteren B'wijck
64.500
0
0
0
191.500
0
0
0
50.000
30.000
10.000
0
241.640
0
0
0
52.500
35.000
0
0
ontwikkeling goumansplein
145.743
0
0
0
uitvoeringsprogramma arbeidsmigranten
125.000
0
0
0
Reclamebelasting
132.925
0
0
0
Mutatie reserves
749.873
749.873,00
0,00
0,00
Overige incidentele lasten
318.000
117.309
83.042
15.046
4.915.959
1.978.803
99.041
15.046
Totaal lasten
161
Programmabegroting 2012
Incidentele baten veiligheid & handhaving: boa's bestuurlijke samenwerking uitv.ktn. uitstroombevordering
2012
2013
2014
2015
-174.869
-177.491
0
0
-69.094
0
0
0
-6.500
0
0
0
-200.000
0
0
0
-50.000
0
0
0
Dividend bouwfonds limburgse gemeenten
-142.839
0
0
0
Reclamebelasting
-132.925
0
0
0
mutatie reserves
-812.524
-33.400
0
0
Overige incidentele baten
-107.348
-7.770
-518
0
-1.696.099
-218.661
-518
0
Totaal incidentele lasten
4.915.959
1.978.803
99.041
15.046
Totaal incidentele baten
-1.696.099
-218.661
-518
0
3.219.860
1.760.142
98.523
15.046
ontwikkeling goumansplein uitvoeringsprogramma arbeidsmigranten
Totaal baten
Verschil
162
Programmabegroting 2012
Bijlage 2. Subsidieplafonds 2012 Hieronder worden per beleidsveld de subsidieplafonds voorgesteld voor 2012. De bedragen in dit overzicht komen overeen met de budgetten die in de begroting 2012 zijn opgenomen.
Beleidsterrein Kunst en cultuur Sport Jeugd en jongeren Participatie allochtonen Ouderen Maatschappelijke dienstverlening Dorps- en wijkraden Peuterspeelzalen Verkeerseducatie Natuureducatie Evenementen Professionele instellingen Totaal
2011 223.306 135.849 311.679 27.746 33.655 265.417 74.015 168.187 25.466 109.793 37.830 3.784.276 5.197.219
2012 308.411 131.550 315.255 12.231 34.398 265.704 116.262 275.909 26.039 110.263 37.831 3.975.214 5.609.067
163
Programmabegroting 2012
164
Programmabegroting 2012
Bijlage 3. Overzicht programma’s, producten, portefeuillehouders, budgethouders en commissies Programma 1 Venray laat je leven
Omschrijving product
Portefeuille
Budgethouder
Commissie
houder Pro Actie/preventie
I. Busser
Afdelingsmanager Veiligheid en Handhaving
Commissie SB
Preparatie
I. Busser
Afdelingsmanager Veiligheid en Handhaving
Commissie SB
Repressie / nazorg
I. Busser
Afdelingsmanager Veiligheid en handhaving
Commissie SB
Openbare Orde en Veiligheid
H. Gilissen
Afdelingsmanager Veiligheid en handhaving
Commissie SB
Bijzondere Wetten
I. Busser
Afdelingsmanager Veiligheid en handhaving
Commissie SB
Inkomensvoorziening
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Uitstroombevordering
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Wet Maatschappelijke
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Gemeentelijk minimabeleid
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Maatschappelijke Dienstverlening
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Maatschappelijke Zorg en
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Vreemdelingen
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Kinderopvang
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Openbare gezondheidszorg
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Lijkbezorging
I. Busser
Afdelingsmanager Publieksdiensten
Commissie SB
Handhaving
I. Busser
Afdelingsmanager Veiligheid en Handhaving
Commissie SB
Portefeuille
Budgethouder
Commissie
Ondersteuning
Begeleiding
Programma 2: Venray bruist
Omschrijving product
houder Markten
I. Busser
Afdelingsmanager Veiligheid en Handhaving
Commissie SB
Openbaar bibliotheekwerk
L. Peeters
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Kunstzinnige vorming
L. Peeters
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Emancipatie en Mondiale
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Sport
L. Peeters
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Zwemmen
L. Peeters
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Buitensportaccommodaties
L. Peeters
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
vraagstukken
165
Programmabegroting 2012
Omschrijving product
Portefeuille
Budgethouder
Commissie
houder Cultureel centrum
L. Peeters
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Kunst en cultuur
L. Peeters
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Historische archieven en
L. Peeters
Afdelingsmanager Publieksdiensten
Commissie M
Musea/monumenten/archeologie
L. Peeters
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
Kermissen en andere
I. Busser
Afdelingsmanager Veiligheid en Handhaving
Commissie SB
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke Diensten
Commissie MD
collecties
evenementen Sociaal-cultureel werk
Programma 3: Venray maakt wonen compleet
Omschrijving product
Portefeuille
Budgethouder
Commissie
houder Wegen, straten en pleinen
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Bermen, bermsloten en
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Kunstwerken
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Schoonhouden wegen
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Openbare verlichting
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Straatmeubilair
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Wijkbeheer
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Verkeer
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Openbaar vervoer
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Parkeren
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Baten parkeerbelasting
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Natuurbeheer
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Openbaar groen
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Overige recreatieve voorzieningen I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Inzameling huisvuil
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Huishoudelijk- en
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Binnenhavens en waterwegen
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Milieu
I. Busser
Afdelingsmanager Wonen en Werken
Commissie SB
Baten reinigingsrechten en
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Inkomsten riolering
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie SB
Ruimtelijke ontwikkeling
L. Peeters
Afdelingsmanager Wonen en Werken
Commissie SO
onverharde wegen
bedrijfsafvalwater
afvalstoffenheffing
166
Programmabegroting 2012
Omschrijving product
Portefeuille
Budgethouder
Commissie
houder Gemeentelijke onroerende zaken
J. Loonen
Afdelingsmanager Wonen & Werken
Commissie SO
Stads- en Dorpsvernieuwing
L. Peeters
Afdelingsmanager Wonen en Werken
Commissie SO
Bouwen
L. Peeters
Afdelingsmanager Wonen en Werken
Commissie SO
Volkshuisvesting
L. Peeters
Afdelingsmanager Wonen en Werken
Commissie SO
Leges bouwprocedures
L. Peeters
Afdelingsmanager Wonen en Werken
Commissie SO
Programma 4: Venray is kennisintensief
Omschrijving product
Portefeuille
Budgethouder
Commissie
houder Economische ontwikkeling
J. Loonen
Afdelingsmanager Wonen en Werken
Commissie M
Openbare basisonderwijs
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke
Commissie MD
Diensten Huisvesting primair onderwijs
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke
Commissie MD
Diensten Voortgezet onderwijs huisvesting
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke
Commissie MD
Diensten Lokaal onderwijsbeleid
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke
Commissie MD
Diensten Volwasseneneducatie
T. Jansen
Afdelingsmanager Maatschappelijke
Commissie MD
Diensten Toerisme en recreatie
J. Loonen
Afdelingsmanager Wonen & Werken
Commissie M
Bouwgrondexploitatie
J. Loonen
Afdelingsmanager Wonen en Werken
Commissie M
Budgethouder
Commissie
Programma 5: Venray kijkt over grenzen
Omschrijving product
Portefeuille houder
Bestuursorganen
H. Gilissen
Griffie
Commissie M
Representatie en kabinet
H. Gilissen
Afdelingsmanager Bestuurszaken
Commissie M
Rechtsbescherming
H. Gilissen
Afdelingsmanager Bestuurszaken
Commissie M
Bestuursondersteuning
H. Gilissen
Afdelingsmanager Bestuurszaken
Commissie M
Communicatie
H. Gilissen
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Voorlichting
H. Gilissen
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Verkiezingen
H. Gilissen
Afdelingsmanager Publieksdiensten
Commissie M
Bestuurlijke samenwerking
L. Peeters
Afdelingsmanager Bestuurszaken
Commissie M
Bestuursondersteuning Raad en
H. Gilissen
Afdelingsmanager Bestuurszaken
Commissie M
Rekenkamer(functie)
167
Programmabegroting 2012
Programma 6: Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Omschrijving product
Portefeuille
Budgethouder
Commissie
houder Gem. Basisadministratie
H. Gilissen
Afdelingsmanager Publieksdiensten
Commissie M
Bijzondere wetten Publiekszaken
H. Gilissen
Afdelingsmanager Publieksdiensten
Commissie M
Opbrengst leges
I. Busser
Afdelingsmanager Publieksdiensten
Commissie M
Beleggingen
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Bespaarde rente / rentevoordeel
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Gemeentefondsuitkeringen
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Algemene baten en lasten
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Boventallig / voormalig personeel
I. Busser
Afdelingsmanager Bestuurszaken
Commissie M
Uitvoering wet WOZ
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie M
Baten onroerende-zaakbelasting
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie M
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie M
Baten baatbelasting
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie M
Baten toeristenbelasting
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie M
Lastenverlichting Rijk
I. Busser
Afdelingsmanager Openbare Ruimte
Commissie M
Baten reclamebelasting
I. Busser
Afdeling Wonen en Werken
Commissie M
Lasten heffing en invordering
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Saldo van kostenplaatsen
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Saldo van baten en lasten voor
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Mutaties reserves
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Saldo BCF
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
Saldo rekening baten en lasten na
I. Busser
Afdelingsmanager Middelen
Commissie M
gebruikers Baten onroerende-zaakbelasting eigenaren
gemeentelijke belastingen
bestemming
bestemming
168
Programmabegroting 2012
Bijlage 4. Lijst met afkortingen Afkorting ABP APPA APV AWBZ B&W BAG BBV BBP BCF BIS BNG BOA BZK BP BWS BZK CAO CAR CBS CC CEP COA CPB CSO Diftar DOP ECB ETIL FPU FTE Fido GAP GBA GFT GGW GGZ GHA GRP GS GVVP HHA HVP IBOR IMF INML IPB IC IPPC KCC KLPD KRW LIOF LLTB LV MFC MKB MJO
Uitgeschreven Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers Algemene Plaatselijke Verordening Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Burgemeester & Wethouders Basisregistratie adressen en gebouwen Besluit Begroten & Verantwoorden Bruto Binnenlands Product BTW compensatiefonds Bestuurlijk InformatieSysteem Bank Nederlandse Gemeenten Buitengewoon OpsporingsAmbtenaar Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties BestemmingsPlan Besluit Woninggebonden Subsidie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Collectieve Arbeidsovereenkomst Collectieve ArbeidsvoorwaardenRegeling Centraal Bureau voor de Statistiek ConcernControl Centraal Economisch Plan Centraal Orgaan Asielzoekers Centraal Plan Bureau Convenant Samenwerkende Overheden Gedifferentieerde tarieven DorpsOmgevingsProgramma Europese Centrale Bank Regionaal economisch onderzoeksbureau Flexibel Pensioen en Uittreden Full Time Employee Financiering Decentrale Overheden Gemeentelijk AfvalstoffenPlan Gemeentelijke Basis Administratie Groente Fruit en Tuin GebiedsGericht Werken Geestelijke GezondheidsZorg Grof Huishoudelijk Afval Gemeentelijk RioleringsPlan Gedeputeerde Staten Gemeentelijk Verkeers- en VervoersPlan Huishoudelijk Afval HuisVestingsProgramma Integraal Beheer Openbare Ruimte Internationale Monetaire Fonds Inkoopbureau Noord en Midden Limburg InformatieBeleidsPlan InnovatieCentrum Integrated Pollution Prevention and Control Klant Contact Centrum Korps Landelijke Politiediensten Kader Richtlijn Water Limburgs Investerings- en Ontwikkelings Fonds Limburge Land en Tuinbouw Bond Landelijke Voorziening MultiFunctioneel Centrum Midden en Klein Bedrijf MeerJaren Onderhoudsplan
169
Programmabegroting 2012
Stichting MOZON MUIP NIEG NLW NML NSA PO NSA VO NTR OEM OZB PBE PIP POL POZ PPS RIEC RIS RMC RMN RMO RUD RUDDO RWE RWS SDV SMART SPOV SV TEU UVW UWO UWV VGP VNG VON VSV VVVP WABO WGR WIJ WMO WOP WOZ WRO WsW WSW WWB ZZP
Montessorie Onderwijs Zuid Oost Nederland Meerjarig Uitgaven- en Investerings Plan de Niet In Exploitatie genomen Gronden Noord Limburg West Noord en Midden Limburg Naschools Sportaanbod Primair Onderwijs Naschools Sportaanbod Voortgezet Onderwijs Nationale TuinbouwRaad Overige Eigen Middelen Onroerend Zaak Belasting Publiek Belang Electriciteitsproductie Provinciaal InpassingsPlan Provinciaal Omgevingsplan Limburg Periodiek Onderzoeksrapport Publiek Private Samenwerking Regionaal Informatie en Expertisecentrum RaadsInformatieSysteem Regionaal Meld- en Coördinatiecentrum Euregio Rijn-Maas-Noord Regionaal Mobiliteits Overleg Regionale UitvoeringsDienst Regeling Uitzettingen Derivaten en Decentrale Overheden Rheinisch-Westfälisches Elektrizitätswerk Rijkswaterstaat Stads- en Dorps Vernieuwing Specifiek, Meetbaar, Acceptabel en Realistisch Stichting Primair Onderwijs Venray Structuur Visie Twenty feet Equivalent Unie Van Waterschappen UitWerkingsOvereenkomst Uitvoeringsinstelling WerknemersVoorzieningen Venlo Greenpark Vereniging Nederlandse Gemeenten Vrij Op Naam Voortijdige SchoolVerlater Venrays Verkeers en VervoersPLan Wet Algemene Bepalingen Omgevingsvergunning Wet Gemeenschappelijke Regeling Wet Investeren in Jongeren Wet Maatschappelijke Ondersteuning WijkOmgevingsProgramma Wet Onroerende Zaakbelasting Wet op de Ruimtelijke Ordening Wet Sociale Werkvoorziening Waarborgfonds sociale woningbouw Wet Werk en Bijstand Zelfstandige Zonder Personeel
170