Bijlage III Model III
POSITIEF PLANOLOGISCH ATTEST Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Verhoogen Geert, b.v.b.a. Verhoogen Geert, met als adres Rechtestraat 38 , 3071 Erps-Kwerps, van de gewestelijke planologische ambtenaar ontvangen op 06 oktober 2005 De aanvraag werd bij de gewestelijke planologische ambtenaar ingediend op 23 september 2005. De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Rechtestraat 38, 3071 Erps-Kwerps en met als kadastrale omschrijving (afd. 2) sectie E nr. 81 C, sectie E nr. 81 D. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening en de uitvoeringsbesluiten. Voor het terrein gelden momenteel de volgende planologische voorschriften (1) Bestemming volgens het gewestplan : - agrarisch gebied: (art. 11) 4.1 “De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, verblijfgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300m van een woongebied of op ten minste 100m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100m geldt evenwel niet in geval van uitbreidingen van bestaande bedrijven.” Inleiding: Het planologis attest is een document waarin de bevoegde overheid aangeeft of een bestaand bedrijf al dan niet behouden kan worden op de plaats waar het gevestigd is. Het attest kan enkel aangevraagd worden door en voor een bedrijf waarvoor het maken of wijzigen van een ruimtelijk uitvoeringsplan of plan van aanleg overwogen moet worden om de uitbreiding of het herbouwen van het bedrijf mogelijk te maken. De toepasselijke regelgeving is vervat in art. 145ter en 145quater van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening 5 (DRO) en in het besluit van de Vlaamse regering van 13 december 2002 tot bepaling van de nadere regels inzake het planologisch attest. In casu heeft het tuinaanlegbedrijf Geert Verhoogen bvba op 23 september 2005 een aanvraag tot planologisch attest ingediend bij de gewestelijk planologisch ambtenaar, bevoegd voor de provincie Vlaams-Brabant. Deze heeft geoordeeld dat het hier een bedrijf van gemeentelijk
belang betreft. Aldus dient de gemeente Kortenberg, als bevoegde overheid, dit attest te verlenen na advies van de Gemeentelijke Commissie Ruimtelijke Ordening (GECORO). A. Samenvatting Dossier A.1. Situering A.1.1. Elementen uit het eerste onderzoek van de aanvraag door de gewestelijk planologisch ambtenaar. - Planningscontext - Kenmerken van het bedrijf - Ruimtelijke kenmerken van de omgeving - De impact van de gevraagde uitbreiding op korte en lange termijn (Zie aanvraag planologisch attest, onderzoek van de aanvraag door de gewestelijk planologisch ambtenaar, als bijlage integraal deel uit makend van dit planologisch attest) A.2. Openbaar onderzoek Het college van burgemeester en schepenen heeft over de aanvraag een openbaar onderzoek gehouden van 25 oktober 2005 tot 23 november 2005. Bij de bevoegde commissie voor ruimtelijke ordening werden geen bezwaarschriften ingediend. A.3. Adviezen Het college van burgemeester en schepenen heeft het advies ingewonnen van de volgende instellingen en administraties: o Provincie Vlaams Brabant Dienst ruimtelijke ordening - 17 oktober 2005 - 10 november 2005 o Afdeling Land - 17 oktober 2005 - 7 november 2005 Deze adviezen worden als bijlage bij het attest gevoegd. Ook de Gecoro werd daarbij door het college van burgemeester en schepenen verzocht advies te verlenen. B. Advies van Gecoro Het college van burgemeester en schepenen heeft kennis genomen van het advies van de bevoegde commissie voor ruimtelijke ordening, uitgebracht op 4 januari 2006. Het luidt als volgt: “De GECORO adviseert het planologisch attest UNANIEM GUNSTIG mits er rekening gehouden wordt met de volgende aanbevelingen: o Er moet voldoende aandacht gaan naar de landschappelijke inkleding en de regenwaterbuffering via groenbuffering en regenwaterbuffering. Eventueel kunnen groen- en waterbuffering gecombineerd aangelegd worden. o Er mag geen opslag in open lucht zijn. Alle materialen en toestellen moeten in de loods gestapeld worden met uitzondering van bulkmateriaal waarvoor stapelzones moeten afgebakend worden. o Ook de kleur van de loods zal bijdragen tot de landschappelijke inpassing, wat de eerste 10 jaar nodig is, vermits een groenscherm dan pas zijn functie van scherm vervult. Beter een grijsgroene loods dan een spierwitte. o Er mogen geen bijkomende verhardingen komen.”
B.1. Bespreking van de bezwaren en opmerking Er werden geen bezwaren of opmerkingen ingediend bij de Gecoro B.2. Bespreking Adviezen Advies van de provincie Vlaams-Brabant, directie infrastructuur, dienst ruimtelijke ordening: - De bestendige deputatie verleent een positief advies op het planologisch attest betreffende de uitbreidingsaanvraag van het bedrijf Geert Verhoogen bvba mits wordt voorzien in een goede landschappelijke inpassing en het respecteren van de voetwegen. Het advies van de Provincie Vlaams-Brabant, directie infrastructuur, dienst ruimtelijke ordening maakt integraal deel uit van dit advies van de Gecoro. Advies van het Ministerie van de Vlaamse Land- en Tuinbouw, afdeling duurzame landbouw: De afdeling Duurzame Landbouw adviseert het planologisch attest gunstig uit landbouwkundig standpunt om volgende redenen: - De bestaande bedrijfsinplanting, in gebruik door een tuinaanlegbedrijf, is gelegen in het agrarisch gebied, langs twee zijden aansluitend bij woongebied. - Afgezien van de aanwezigheid van een voetpad tussen de inplanting en de woning van de aanvrager, is er ruimtelijk gezien enige fysische eenheid tussen het bedrijfsgebouw en de bedrijfswoning. - De hinder voor de agrarische structuren blijft beperkt. De voorziene uitbreiding heeft geen rechtstreeks nadelig effect op de landbouw. Het advies van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Administratie Land- en tuinbouw, Afdeling Duurzame Landbouw maakt integraal deel uit van het advies van de Gecoro. C. Advies van de gewestelijk planologisch ambtenaar Het college van burgemeester en schepenen heeft kennis genomen van het advies van de planologische ambtenaar, uitgebracht op 12 januari 2006 en als bijlage integraal deeluitmakend van het planologisch attest. Overwegende gedeelte - Aard van de activiteiten - Planologische situering - Opties ruimtelijk structuurplan Vlaanderen - Ruimtelijke afweging - Huidige ruimtelijk situatie Beschikkende gedeelte - Afweging - Conclusie “De bestendiging van het bedrijf is ruimtelijk aanvaardbaar. De uitbreiding, wat de korte termijnbehoeften betreft, zijn ruimtelijk ook verantwoord mits een betere landschappelijk integratie van het bedrijf (materiaal, landschappelijke inkleding), zoals bij de conclusie en afweging bepaald. De verdere ontwikkelingen op lange termijn kunnen onderzocht worden mits inbreng van randvoorwaarden met betrekking tot het materiaalgebruik en de doortrekking van de landschapselementen naast de vervangbouw. De aanvraag tot planologisch attest wordt derhalve gunstig geadviseerd, mits te voldoen aan de voorwaarden.”
Het college van burgemeester en schepenen motiveert zijn standpunt als volgt (met minstens bespreking van alle adviezen van de instellingen en administraties, van het advies van de bevoegde commissie voor advies, van de bezwaren, en van het advies van de gewestelijke planologische ambtenaar en een evaluatie van de ruimtelijke behoeften op korte termijn en op lange termijn): Tijdens het openbaar onderzoek werden geen bezwaren ingediend. Alle aangeschreven diensten en instellingen brachten advies uit. De omschrijving van de ingediende adviezen, gegeven door de Gecoro wordt hieronder gevolgd: Wat betreft B.2. het advies van de Provincie Vlaams-Brabant, dienst infrastructuur: het advies van de Gecoro wordt weerhouden. Wat betreft B.2. het advies van het Ministerie van de Vlaamse Land- en Tuinbouw, Afdeling Duurzame Landbouw: het advies van de Gecoro wordt weerhouden. Wat betreft C. het advies van de gewestelijk planologisch ambtenaar: de conclusie is terecht. Wat betreft het advies van de Gemeentelijke Commissie Ruimtelijke Ordening: het standpunt is terecht. Met betrekking tot de uitbreiding op korte termijn: Het tuinaanlegbedrijf is een typisch voorbeeld van een bedrijf gelegen in agrarisch gebied dat zich wil ontwikkelen en daarbij stoot op planologische grenzen. Uit het aanvraagdossier blijkt, aan de hand van het overzicht van de evolutie van het bedrijf, dat er een reële behoefte voor de uitbreiding is ontstaan.. De valorisering van het bedrijf in haar huidige vorm is voorzien in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (vermengen van de lokale bedrijvigheid met de woonfunctie) en in het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kortenberg (verweving kleinschalige bedrijven met de woonfunctie). De uitbreiding zoals voorgesteld is eveneens ruimtelijk verantwoord. Het gaat om een beperkte toename van de huidige bebouwde oppervlakte, zonder een verandering in het terreinprofiel. De uitbreiding vergroot het ruimtebeslag en het bouwvolume van de gebouwen. De voorziene inplanting echter dringt niet dieper in in de open ruimte. Een betere landschappelijke inpassing is noodzakelijk. Er moet aandacht zijn voor de materiaalkeuze en groenschermen. Naast de nieuwbouw langs de zuidwestelijke zijde vanaf de huiskavel tot aan de kavel Hermans-Velders dient er een dubbele rij hoogstamfruitbomen aangepland te worden. Naast voetweg 40 – ongeveer evenwijdig met de langste zijde van de loods – moet een aanplanting komen van een haagcomplex, of de oprichting van een muur, met een hoogte van ongeveer 1,6m. Ook de kleur van de loods zal bijdragen tot de landschappelijke inpassing, wat de eerste tien jaar nodig is, vermits een groenscherm dan pas zijn functie van scherm vervult. Beter een grijsgroene loods dan een spierwitte. Opslag van materialen en toestellen dient in de loods te gebeuren. Voor de opslag van bulkmateriaal kunnen op het terrein opslagzones worden afgebakend. Er moet voorzien worden in de aanleg van een regenwaterbuffer. De groen- en waterbuffering kunnen eventueel gecombineerd aangelegd worden.
Met betrekking tot de uitbreiding op lange termijn: Zoals blijkt uit de nota bij de aanvraag zullen de gevraagde uitbreidingen op korte termijn, rekening houdend met de huidige situatie, eveneens voldoen om de werking, de activiteiten en de werkgelegenheid van het tuinaanlegbedrijf te vrijwaren. Het project kan verder onderzocht worden in het kader van het gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan voor de betrokken bedrijfssite. De bestemmingswijziging zal via dergelijk ruimtelijk uitvoeringsplan gebeuren.
BIJGEVOLG LEVERT HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 1 FEBRUARI 2006 HET POSITIEF PLANOLOGISCH ATTEST AF. DIT POSITIEF PLANOLOGISCH ATTEST WORDT AFGEGEVEN ONDER DE VOLGENDE VOORWAARDEN: -
-
Er moet voldoende aandacht gaan naar de landschappelijke inkleding en de groenbuffering. De aanplant van een groenscherm naast de nieuwbouw langs de zuidwestelijke zijde vanaf de huiskavel tot aan de kavel Hermans-Velders. Dit in de vorm van dubbele rij hoogstamfruitbomen. Naast voetweg 40 – ongeveer evenwijdig met de langste zijde van de loods – moet een aanplanting gebeuren van een haagcomplex met een hoogte van ongeveer 1,60m. Er moet voldoende aandacht gaan naar de verplichte waterbuffering. Groen- en waterbuffer kunnen eventueel gecombineerd aangelegd worden. De opslag van materialen en toestellen moet in de loods gebeuren. Voor de opslag van bulkmaterialen kunnen op het terrein stapelzones worden afgebakend. De voetwegen te respecteren. De inrichtingsprincipes zoals in de verschillende adviezen (als bijlage deeluitmakend van dit planologisch attest) te respecteren.
Het voorontwerp van ruimtelijk uitvoeringsplan of het voorontwerp of ontwerp van bijzonder plan van aanleg wordt binnen een jaar na afgifte van het attest verstuurd naar de instanties in kwestie. Het college van burgemeester en schepenen zendt op dezelfde dag een afschrift van dit positief planologisch attest aan de aanvrager, de planologische ambtenaar, de bevoegde commissie voor ruimtelijke ordening en de adviserende instellingen en administraties. De planologische ambtenaar kan, binnen 30 dagen na ontvangst van een afschrift van een attest, beroep aantekenen bij de Vlaamse regering tegen de afgifte van een gunstig planologisch attest door de bestendige deputatie of het college van burgemeester en schepenen. Er kan slechts beroep worden aangetekend tegen het planologisch attest wanneer het onverenigbaar is met een ruimtelijk structuurplan of met de goede ruimtelijke ordening. Tegelijk met het instellen van het beroep stuurt de planologische ambtenaar een afschrift van zijn beroepschrift aan de aanvrager en aan de bestendige deputatie of het college van burgemeester en schepenen. Het beroep werkt schorsend.
De Vlaamse regering beslist over het beroep binnen 60 dagen na het instellen ervan. Ze brengt de aanvrager en de bestendige deputatie of het college van burgemeester en schepenen onmiddellijk op de hoogte van haar beslissing. Indien de Vlaamse regering geen beslissing verstuurd heeft binnen 60 dagen na het instellen van het beroep, wordt het beroep geacht te zijn verworpen. Dit positief planologisch attest stelt de aanvrager niet vrij van het verkrijgen van enige vergunning.
Mededeling De gegevens die u meedeelt, kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag indient, bij de provincie waarin de grond is gelegen waarop de aanvraag betrekking heeft, en ook bij de administratie bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om kennis te nemen van uw gegevens in deze bestanden en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
Paul Lebrun, De secretaris
Henri Vannoppen, De burgemeester