NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE KAMERS 3 EN 4 VAN DE GEMEENTERAAD VAN DE GEMEENTE COEVORDEN, GEHOUDEN OP DINSDAG 19 JANUARI 2010 om 21.00 UUR. Voorzitter : de heer B.J. Bouwmeester, burgemeester. Griffier: de heer B. Kunnen. Aanwezig zijn de leden: de dames M.J.G. Besselink-Eeftink en C.J.M. Geurts, de heren J. Brink, H. Bouwers, H. Buitenhuis, B.W. Ensink, J.J. Geertsema, J. Huizing, de dames A. Kramer-van Os en H. Lugies, de heren K. Kuipers, H. Nijmeijer, J.M. van der Ploeg, F. Ronda, H.J. Schut, G. Serlie, W.J. Slomp, J. Vinckers en R. Wilting, de dames F.C. Stoffels-Boersma, M.E. de Vries en A.E. IJdens-Talens, de heren Zoons en L. Zwaan. Afwezig met kennisgeving het raadslid: De heer F. Klasen. Tevens zijn aanwezig: de wethouders: de dames T. Pot-Eland en H.A. Remmelts-van Royen en de heer G. Roeles secretaris: de heer M.N.J. Broers. Notulen: de heer Z. Jeuring (Notuleerservice Nederland). *** Agenda: Kamer 3 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Opening Mededelingen Vaststelling van de agenda Vaststelling van de verslagen van 24 november en 8 december 2009 Ingekomen stukken (Rv. nr. 680) C: Bespreekpunten a. Evaluatie Bestuursprogramma b. Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden (Rv. nr. 681)
1
Kamer 4 1. 2. 3.
4.
Vaststelling agenda/bespreekpunten vanuit Kamer 3 a. Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden (Rv. nr. 681) A: Hamerstukken a. Milieuprogramma 2009-2010 gemeente Coevorden (Rv. Nr. 682) B: Stukken met korte stemverklaring a. Herziening bestemmingsplan Wezuperbrug (Rv. Nr. 683) b. Verordening Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens Coevorden (Rv. nr. 684) Sluiting
2
1.
OPENING EN MEDEDELINGEN
De voorzitter opent de vergadering van Kamer 3 om 21.00 uur en heet alle aanwezigen van harte welkom. Bericht van verhindering is ontvangen van de heer Klasen. De voorzitter geeft het woord aan de heer Braam. De heer Braam heeft verzocht om spreektijd met als reden dat hij de raad verzoekt hem als wethouder van de gemeente Coevorden ontslag te willen verlenen. Spreker geeft de volgende toelichting. “Op 3 november 2009 heeft het college op mijn voorstel besloten om onafhankelijk onderzoek te doen naar de grondverkoop op Leeuwerikenveld 2. De centrale vraag was en is: heeft de gemeente Coevorden adequaat gehandeld in dit dossier? Op vrijdag 15 januari 2010 is het onderzoek aan mij aangeboden. Naar aanleiding van de uitkomst van dit onderzoek heb ik in eerste instantie een bestuurlijke reactie geformuleerd en vervolgens een brief aan de gemeenteraad gestuurd. De hoofdlijnen van deze brief luiden als volgt. Het onderzoek maakt duidelijk dat er fouten zijn gemaakt en dat er tekortkomingen zijn in het bestuurlijke en ambtelijke samenspel. Een grotere bestuurlijke en ambtelijke alertheid had kunnen leiden tot een sneller ruimtelijk proces en daarmee tot een snellere afrekening. Met de kennis en de inzichten opgedaan door de nota ‘Stevig in de grond’ en de uitkomsten van dit door mij geïnitieerde onderzoek moet ik constateren dat ik meer sturing had moeten geven aan dit dossier. In november 2008 werd ik voor het eerst gealarmeerd over een grondexploitatie waar we niet in control bleken te zijn. Dat heeft ertoe geleid dat ik in eerste instantie alle woningbouwprojecten in de stad Coevorden heb laten onderzoeken. Vervolgens zijn ook de andere grondexploitaties onderzocht. De uitkomst van bovengenoemde aanpak heeft, samen met de quick scan die door de concerncontroller werd uitgevoerd, op mijn initiatief geleid tot een andere aanpak van de grondexploitaties in onze gemeente. De aanpak is verwoord in de nota ‘Stevig in de grond’. Deze nota is uitgebreid met de raad besproken en door de raad breed ondersteund. Behalve een verbetering van de planning en control, die in lijn is met de organisatieontwikkelingen, is nu sprake van een projectmatige aanpak waarbij het opdrachtgever- en opdrachtnemerschap duidelijk is belegd. Ten aanzien van de nota ‘Stevig in de grond’ heeft de concerncontroller geconcludeerd dat een indrukwekkende stap is gezet in de beheersing van de grondexploitaties. De huisaccountant Ernst & Young heeft in haar onlangs uitgebrachte rapportage opgemerkt: ‘Onzes inziens heeft de gemeente Coevorden een goede stap gezet om de beheersing van de grondexploitaties te verbeteren.’ Het nu gepresenteerde onderzoek levert terugkijkend met de kennis van nu het beeld op dat op een aantal momenten ingegrepen had moeten worden. Er had ten eerste een bestuurlijke overdracht moeten plaatsvinden van de vorige bestuursperiode naar deze bestuursperiode, waarbij de renterisico’s benoemd hadden moeten worden. Er is bestuurlijk en ambtelijk met te weinig urgentie en een onvolledige overdracht aan dit dossier gewerkt. Er zijn een aantal momenten geweest in het proces waar alertheid had moeten leiden tot benoemen van de risico’s en bewustwording van de urgentie. Ik ben me er ten volle van bewust dat ik bestuurlijk verantwoordelijk ben voor deze situatie. Het intern gehouden onderzoek naar de grondexploitatie Leeuwerikenveld 2 is op mijn initiatief gehouden om te bezien of er adequaat is gehandeld en om te beschouwen waar correcties mogelijk zouden zijn. In het contract dat de gemeente in 2005 heeft afgesloten heeft de gemeente het initiatief voor de ruimtelijke procedure bij het bedrijf neergelegd. Daarom is de gemeente de regie op het aspect tijdsplanning min of meer kwijtgeraakt. Dit is misschien wel
3
met de beste bedoelingen gebeurd, namelijk om het bedrijf vanwege het grote economische belang hier te krijgen. Dit had echter wel effect op de tijdplanning. Verder is sprake van allerlei factoren zoals onvolledige overdracht, herhaling van fouten, een reorganisatie en de daarbij behorende wisseling van personen, waaruit blijkt dat het voor echt ingrijpen in dit dossier echt te laat is. Ik kan daarom niet anders dan mijn bestuurlijke verantwoordelijkheid nemen en op grond van de conclusies van het onderzoek mijn portefeuille ter beschikking te stellen. Ik wens u allen veel succes met het raadswerk. Coevorden blijft een gemeente waarvoor men zich moet willen blijven inzetten. Ik dank u voor de samenwerking en het ga u allen goed.” De voorzitter zegt dat de heer Braam een belangrijke conclusie heeft getrokken voor zichzelf en voor de gemeente Coevorden. Daarvoor past respect. Het dossier is beschikbaar voor behandeling door de raad. Het onderzoeksrapport wordt straks aan de raadsleden uitgereikt. Op een nader te bepalen tijdstip wordt formeel afscheid genomen van de heer Braam. De heer Braam is in een aanpalende ruimte beschikbaar voor vragen vanuit de pers. Mevrouw Besselink zegt dat de fractie het ten zeerste betreurt dat de heer Braam deze beslissing heeft moeten nemen. De heer Braam heeft zich ten volle ingezet voor het welzijn van de gemeente Coevorden. De fractie is ervan overtuigd dat de heer Braam deze beslissing uit volle overtuiging heeft genomen. De fractie kan niet anders dan de beslissing respecteren. De voorzitter stelt voor de agenda tot en met punt 5 nu af te handelen en vervolgens kort te schorsen. De voorzitter constateert dat de raad hiermee instemt. 2.
MEDEDELINGEN
De voorzitter deelt mee dat straks een aantal stukken betreffende het dossier Leeuwerikenveld wordt uitgedeeld. Een totaal ander onderwerp is de hulpactie voor Haïti. De voorzitter gaat ervan uit dat de raad ermee instemt dat een bedrag vanuit het budget voor ontwikkelingssamenwerking vanuit de gemeente Coevorden beschikbaar wordt gesteld. 3.
VASTSTELLING VAN DE AGENDA
De voorzitter merkt op dat het PAC een verzoek tot het houden van een interpellatie heeft ingediend. Het verzoek wordt voldoende ondersteund. Het punt wordt als laatste bespreekpunt van Kamer 3 geagendeerd. De aanvrager van de interpellatie heeft twee termijnen en de andere fracties en het college één termijn ter beschikking, tenzij de raad besluit dat het anders zou moeten. Nadat de aanvrager de eerste termijn heeft gehad, zal het college reageren. Daarna kan de aanvrager reageren en vervolgens de andere fracties. De agenda wordt met inachtneming van het bovenstaande gewijzigd vastgesteld. 4.
VASTSTELLING VERSLAG VAN 24 NOVEMBER EN 8DECEMBER 2009
De verslagen worden ongewijzigd vastgesteld. 5.
INGEKOMEN STUKKEN (RV. NR. 680)
De raad stemt in met de voorgestelde wijze van afdoening van de ingekomen stukken.
4
De voorzitter schorst de vergadering voor een kwartier. De vergadering is geschorst van 21.18 tot 21.33 uur. De voorzitter heropent de vergadering en deelt mee dat de fractie VVD heeft laten weten dat agendapunt 6b, de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden voor Kamer 4 als hamerstuk kan worden geagendeerd. 6.
C: BESPREEKSTUKKEN a.
EVALUATIE BESTUURSPROGRAMMA
De voorzitter geeft het woord aan de fracties. De heer Huizing van het CDA vindt ‘Coevorden werkt verder’ een weinig spannende titel voor wat het college de evaluatie van het bestuursprogramma noemt. Het CDA stelt voor een meer realistische titel te gebruiken, ‘Dansen op de Vesuvius’. Spreker gaat eerst in op het begrip evaluatie, wat volgens Van Dale betekent het achteraf bespreken om ervan te leren. Dat lijkt niet de bedoeling van de glossy die voor ons ligt. Het ziet er fraai uit maar het is toch vooral een opsomming van de mooie dingen van de afgelopen vier jaar. Het college heeft mooie dingen gedaan maar ook anderen hebben dat gedaan. Spreker noemt het voorbeeld van Plopsaland, dat is in de eerste plaats te danken aan Studio 100 en de Huttenheugte. De notitie bevat weinig kritische noten en dat terwijl het bestuursprogramma zich goed leent voor een evaluatie. Er staat een doelstelling in die is vertaald in indicatoren. Het CDA had een mooier overzicht verwacht in stoplichtkleuren: groen voor de doelstellingen die zijn gerealiseerd, oranje voor de zaken die lopen maar nog niet zijn afgerond of nog niet of later dan gepland zijn afgerond en rood voor de doelstellingen die niet zijn gehaald. Een dergelijk overzicht met een toelichting per indicator had de raad kunnen bespreken om ervan te kunnen leren, maar de raad moet het helaas stellen met een overzicht van mooie dingen, dus is ‘dansen’ een betere term. Als alle doelstellingen gehaald zouden zijn, was het ontbreken van een kritische terugblik geen ramp. Maar helaas lang niet alles is gerealiseerd. Het is voor de raad ondoenlijk zelf een evaluatie uit te voeren. Spreker pakt er daarom enkele punten uit. In een persbericht uit oktober 2006 geeft het college een aantal speerpunten uit het bestuursprogramma aan, steeds per beleidsterrein. Spreker wil daar de kleuren rood, oranje of groen op plakken. Speerpunt financiën: Met de lastendruk willen we tot het gemiddelde van Drenthe behoren. Spreker citeert uit de financiële verkenningen 2009 van de provincie, waarin op bladzijde 19 staat dat Coevorden met 8,19% de grootste stijging heeft van geheel Drenthe. Uit de grafiek op bladzijde 22 blijkt dat Coevorden met 693 euro de hoogste woonlasten heeft voor een meerpersoonshuishouden. Dit is geen positie bij het Drentse gemiddelde maar een positie aan de top. Dit is dus rood. Speerpunt sociale zaken en welzijn: Per 1 januari 2007 is de Wmo operationeel en uitvoering vindt plaats binnen de door het Rijk beschikbaar gestelde middelen. Dit is gerealiseerd en is dus groen. Werkgelegenheidsprojecten voor uitkeringsgerechtigden: groen. Fusie peuterspeelzalen Coevorden: gerealiseerd, dus groen. Daling van het aantal uitkeringsgerechtigden van 700 in 2006 naar 600 in 2010: zonder economische crisis was dit gerealiseerd, dus groen. Speerpunten onderwijs, economie en cultuur: Oprichting havenbedrijf moet zijn gerealiseerd in 2007. Dit is per 1 januari 2010 gerealiseerd, dus oranje. Beslissing over brede school Loo-
5
tuinen in 2007 genomen: niet gerealiseerd, dus rood. Nieuwbouw Parkschool in 2009 gerealiseerd in 2009: niet gerealiseerd, dus rood. Cultuurhistorische inventarisatie is uitgevoerd eerste kwartaal 2008: de beleidsnota is gereed, de inventarisatie nog niet, dus oranje. Speerpunten ruimtelijke zaken, wonen en verkeer. Bereikbaarheid Coevorden: In 2009 is een haalbaarheidsstudie naar de zuidelijke ringweg Coevorden en rechtstreekse aansluiting op de N34 afgerond. Niet gerealiseerd, dus rood. Nieuw bestemmingsplan buitengebied, visie ontwikkeld in 2008: niet gerealiseerd, dus rood. Wonen: Een aantrekkelijk woonmilieu met een stevige sociale structuur waarin ruimte is voor alle doelgroepen. Dit is niet echt objectief te bepalen. Aanpak Binnenvree: loopt goed, dus groen. Bedrijventerreinen buitengebied: In het eerste kwartaal van 2008 is een onderzoek naar mogelijke locaties afgerond. Niet gerealiseerd, dus rood. Speerpunt plattelandsontwikkeling, sport en accommodaties. Buitengewoon Platteland wordt de komende jaren gecontinueerd. Na lang aandringen van het CDA is geld beschikbaar en worden projecten uitgevoerd, dus groen. De Sportnota wordt in het tweede kwartaal 2007 vastgesteld. Spreker constateert dat de nota in november 2008 is vastgesteld, terwijl onderdelen als harmonisatie buitensporttarieven en een nieuw subsidiebeleid nog niet gereed zijn, dus oranje. Multifunctionele accommodaties: In het vierde kwartaal 2010 beschikt Oosterhesselen over een multifunctionele accommodatie en is de voorbereiding in Schoonoord afgerond. Niet gerealiseerd, dus rood. Conclusie: Zes keer groen, twee keer oranje en zeven keer rood. Het beeld in de notitie ‘Coevorden werkt verder’ dat het allemaal halleluja is, klopt dus niet. In het raadsvoorstel staat dat via de gebruikelijke communicatiekanalen een publieksvriendelijke versie van de evaluatie beschikbaar wordt gesteld. Het CDA doet de suggestie om even op de website van de PvdA te kijken, waar de glossy keurig staat samengevat in twee A4’tjes. Dat scheelt een hoop papier. Dansen op de Vesuvius: Spreker heeft hiermee het dansen verklaard. De vulkaan slaat op de zorgelijke financiële situatie van de gemeente. Het CDA, PAC en Gemeentebelangen hebben daar al jarenlang op gewezen, maar zonder resultaat. Er is dan wel Ruimte om te kiezen, maar dat is volgens het college en de coalitie nodig vanwege de huidige economische crisis en niet vanwege het uit de pas lopen van ambities en inkomsten. Het CDA danst daarom even niet mee. Natuurlijk bestaat er waardering voor de zaken die zijn uitgevoerd, maar het CDA ziet dat sommige zaken niet zijn gebeurd. Het CDA ziet de zorgelijke ontwikkelingen bij de gemeentefinanciën. Het is jammer dat het college niet kritisch terugblikt en dat nu niet geleerd kan worden als raad. Ook is het jammer dat de collegepartijen blijkbaar niet willen leren. Het CDA wil wel leren en gaat ervan uit dat de inwoners politici willen die wel willen leren. Het CDA kijkt uit naar de echte evaluatie op 3 maart. De heer Ensink van het PAC vindt het bijzonder om nu weer tot de orde van de dag over te gaan. Het PAC heeft met de mens Geert Braam te doen, zoals dat bij ieder zou zijn die in een dergelijke situatie belandt. Dus over tot de orde van de dag, de evaluatie van het bestuursprogramma. De heer Huizing heeft al aangegeven dat deze evaluatie iets geheel anders is dan het bestuursprogramma zelf waarin indicatoren zijn opgenomen. Waarom kiest het college voor deze vorm en niet voor het aangeven wat wel en niet is gehaald? Wat het college heeft geproduceerd, is een jubelverhaal zonder concrete zaken, vooral als het gaat om punten die niet zijn gehaald. Spreker gaat in op drie aspecten. Eerst het financiële aspect waar de heer Huizing ook op inging. Het bestuursprogramma 2006 bevatte aan het eind een duidelijke financiële paragraaf die ervan uitging dat er in 2010 slechts een gering tekort op de meerjarenraming zou zijn. En waar is dit college geëindigd? Het college is geëindigd met het opnemen van een voetnoot in Ruimte om te kiezen, waarin wordt gezegd dat het project Ruimte om te kiezen is ingezet op basis van een inschatting van de te verwachten tekorten in 2013, wat inhield dat werd uitge-
6
gaan van een tekort van 2 miljoen euro. Spreker zegt dat 2 miljoen euro tekort het gevolg is van het eigen beleid, terwijl er nog eens 2 miljoen euro bovenop komt ten gevolge van de economische crisis. Het PAC vindt het onjuist dat het college in een brief aan de verenigingen alleen maar het tekort ten gevolge van de economische crisis noemt. In een evaluatie behoort het college te zeggen dat het eigen beleid tot een tekort van 2 miljoen euro in 2013 leidt en dat daarom de komende periode flink moet worden bezuinigd. Het tweede punt gaat over meer concrete zaken. Het mobiliteitsplan zou in deze afgelopen periode verschijnen en dat is niet gebeurd. Dat had duidelijk in de evaluatie moeten staan. Ook Holwert Zuid, een project met flinke vertraging, komt niet voor in de evaluatie. Daarom is het verhaal van het college een soort promotiefolder. Het advies van het PAC is om het stuk niet verder te verspreiden, in welke vorm dan ook. De heer Nijmeijer van Gemeentebelangen vindt evalueren een kwestie van het bekijken of een gesteld doel is gehaald of niet is gehaald. Als tijdig wordt geëvalueerd, is nog sturing mogelijk. In de inleiding van de evaluatie constateert het college dat evaluatie bijdraagt aan sturing en control op het te voeren meerjarige beleid. Hoezo sturing en control? De evaluatie bevat slechts een opsomming en dat concludeert het college zelf ook. Uit de evaluatie zou moeten blijken of de beleidsvoornemens hebben bijgedragen aan de gewenste maatschappelijke effecten. Evaluatie is om ervan te leren: aan het einde van het traject kan dat worden beoordeeld. Aan het begin van de periode was er een gat van 4,5 miljoen euro. Ondanks bijsturen en het verhogen van lokale lasten is het gat bij de vooruitblik nog steeds 4,5 miljoen euro. Leerpunt op het gebied van de financiën is dus: we zijn niets opgeschoten. Gemeentebelangen wil niet ontkennen dat er veel is bereikt, maar het gekozen pad had niet altijd de instemming van de fractie. Er moet nog veel worden gedaan en het volgende bestuursprogramma kan heel goed de volgende naam krijgen: ‘Er wordt verder gewerkt’. In het centrum worden de gevolgen van de maatregelen zichtbaar, maar in de portemonnee worden de gevolgen voor boer, burger en buitenlui zichtbaar. In november 2006 merkte de fractie al op het bestuursprogramma erg ambitieus te vinden en dat het bij neergang van de conjunctuur een zware wissel zou trekken op de financiën van de gemeente Coevorden. Helaas is deze vooruitziende blik waarheid geworden. Nog één opmerking: De fractie vindt het jammer dat de voltallige raad de quick scan van november 2007 van het bestuursprogramma heeft laten verworden tot een hamerstuk in de vergadering van 11 december 2007. Dat is een gemiste kans om kaders te stellen aan evaluatie. De eindconclusie is dat het als mosterd na de maaltijd voelt. De heer Ensink vraagt de heer Nijmeijer of hij het met het PAC eens is dat op grond van een bestuursprogramma met indicatoren een evaluatie met diezelfde indicatoren logisch zou zijn geweest. Daarmee is sturing vanuit de raad over hoe een evaluatie er zou moeten uitzien overbodig. De heer Nijmeijer antwoordt dat aan de hand van het bekijken van de indicatoren goed is te zien wat wel en niet is gebeurd. De heer Serlie vraagt wat er mis is met het opsommen van mooie dingen. Spreker is het eens met de heer Huizing dat de echte evaluatie op 3 maart zal plaatsvinden en dan zal blijken of de burgers dit mooie dingen vonden of niet. Het CDA doet er alles aan om een goede balans te vinden. Spreker geeft toe dat de evaluatie een en al positivisme is. Gemeentebelangen ontkent niet dat er veel positiefs is gebeurd en er klinkt iets door van jaloezie.
7
Het college heeft als een team gefunctioneerd, zijn verantwoordelijkheid genomen en gestreefd naar een zo groot mogelijk draagvlak. Daar waar vier jaar lang de PvdA en de VVD het eens zijn met elkaar, moet dus sprake zijn van een maximaal draagvlak. Er zijn geen grote religieuze kwesties geweest dus moest het draagvlak eigenlijk wel maximaal zijn. Spreker herhaalt dat er sprake moet zijn van enige jaloezie. Er is veel in gang gezet en spreker wil niet ontkennen dat ook nog veel moet worden afgemaakt. Vooral de grote projecten die er nog zijn, vragen om een nieuw doortastend college. De VVD zal daar dus wel deel van gaan uitmaken. Het college kijkt met gepaste trots om naar de afgelopen periode. Spreker geeft toe dat dit vanavond wel een deukje heeft gekregen. Het ontslag van een wethouder wil een gemeenteraad toch niet al te vaak meemaken. De heer Braam was een wethouder met een zekere gedrevenheid en spreker zegt dat ook hij wel eens met de wethouder van mening verschilde. De VVD respecteert het besluit van de heer Braam hoewel nog niet duidelijk is waarom hij ontslag heeft genomen omdat de raad het rapport nog niet heeft gezien op grond waarvan de wethouder het besluit heeft genomen. Spreker had daarover graag met de wethouder in discussie willen gaan maar dat heeft niet zo mogen zijn. Het is jammer voor de mens Geert Braam, maar het is een laatste vlekje op deze coalitie. Terugkijkend naar de afgelopen vier jaar, zegt spreker niet ontevreden te zijn. De heer Ensink vraagt wat de VVD vindt van de constatering door het college voorafgaand aan de crisis dat al op een tekort van 2 miljoen euro zou worden afgestevend. Hierover heeft de VVD zich niet uitgelaten. Er zijn geen maatregelen voor genomen. Dat is een vlekje vanuit het eigen beleid. Wat vindt de VVD daarvan? De heer Serlie zegt dat de recessie een tekort heeft veroorzaakt. Daarnaast had de gemeente al een tekort, spreker geeft dat toe. Het klopt dat de gemeente zelf een tekort heeft veroorzaakt en dat de recessie een tekort heeft veroorzaakt. De gemeente was bezig het eigen tekort op te lossen, maar daar kwam een recessie overheen. De heer Serlie vindt dat pure overmacht. Het heeft meer tijd gekost om de oplossingen te gaan vinden. Helaas gaat dit naar de volgende raadsperiode en daar zullen de daadwerkelijke oplossingen moeten worden gevonden. Dit is nu eenmaal zo. Mevrouw Besselink begrijpt dat het zuur is voor de oppositie dat er toch heel veel gebeurd is. Spreker stelt vast dat veel dingen tot stand zijn gekomen met steun van de PvdA en de VVD en dat mag de oppositie zichzelf wel aanrekenen. Hoewel de PvdA graag had gezien dat de evaluatie van het bestuursprogramma een wat uitgebreidere werking had gekregen, constateert spreker dat het een zeer goed en prettig leesbaar stuk is geworden. Het geheel geeft een mooi overzicht van zaken die in de afgelopen vier jaar in Coevorden zijn uitgevoerd. Spreker geeft volmondig toe dat niet alles van het programma is uitgevoerd, maar dit is te verdedigen want dit was een zeer ambitieus programma. De lat is hoog gelegd en dan kan het zijn dat een aantal zaken niet kunnen worden uitgevoerd, hoewel de fractie dat wel graag had gewild. Maar de belangrijkste zaken zijn wel gerealiseerd, in gang gezet of hebben hun verloop. De PvdA heeft in de begrotingsvergadering niets te veel gezegd: de fractie is trots op het sociale beleid, op het project ‘Kinderen doen mee’. Voor 450 kinderen in de gemeente is het leven veranderd want zij kunnen meedoen met sport, muziek of ballet. De PvdA zal doorgaan om dit project verder uit te werken. De PvdA is trots op de uitgevoerde werkgelegenheidsprojecten, het uitgevoerde centrumplan, het nieuwe gemeentehuis en het bijna gerenoveerde Kasteel en Bastion. De provincie vindt de begroting ondanks een tekort aan materieel in evenwicht. Deze coalitie heeft haar belofte aan de kiezers waargemaakt en Coevorden weer op de kaart gezet.
8
De volgende onderwerpen zullen in de volgende periode zeker aandacht moeten hebben en verder gestalte moeten krijgen: sociale vitaliteit, interactief beleid, regionale samenwerking, verbondenheid stad en dorpen en de Eerste Overheid. Vele andere zaken zullen de voortdurende aandacht van het college nodig hebben, moeten worden geëvalueerd of bijgesteld moeten worden. De fractie is zich daarvan bewust en wil zich voor die onderwerpen de volgende periode met hart en ziel inzetten. De PvdA vindt het een goed idee het rapport ook aan de burger te sturen omdat deze dan kan zien wat in de gemeente Coevorden gebeurt. Het is niet nodig om altijd alleen maar de dingen aan te kaarten die niet worden gedaan. Mevrouw Besselink neemt het voorzitterschap over en geeft het woord aan de burgemeester. De burgemeester spreekt niet namens de coalitie maar als voorzitter van het college en de raad. Het is wel zo dat het een product is van het college omdat het bestuursprogramma door het college is gedicteerd, binnen de door de raad aangegeven kaders. De burgemeester wil niet op de nu gevoerde politieke discussie ingaan. Hij erkent dat aan het begin het college heeft gekozen voor hoge ambities. Het is dan min of meer logisch dat er een punt zou komen waarop moest worden gezegd dat de ambities aan een grens komen in termen van financierbaarheid en organisatorische beperkingen. Dat was voor veel mensen niet onverwacht. Spreker merkt op dat steeds sprake is geweest van besluiten die door een meerderheid van de raad werden genomen. In de ogen van het college was deze meerderheid de afgelopen periode te vaak te voorspelbaar. Spreker zegt zich hiermee op het politieke vlak te begeven en het een eigen waarneming te willen noemen. Het was in ieder geval niet de opzet van dit college. Aan het begin van de periode zei het college een eigenstandige verantwoordelijkheid te willen hebben en te willen zoeken naar een maximaal draagvlak. Het is niet erg als dat wisselende meerderheden zouden zijn geweest, en het is ook niet erg als in de raad op onderdelen andere uitgangspunten zouden hebben gegolden. De burgemeester is gevoelig voor de opmerkingen over de vorm waarin deze rapportage is gegoten. Spreker verwijst naar de opmerkingen van de heren Nijmeijer en Huizing. Vooral het gebruikmaken van de stoplichtkleuren zoals de heer Huizing deed, lijkt een goede manier om de resultaten weer te geven. Ook de heer Ensink wees op de mogelijkheid om met behulp van de indicatoren en de voortgang ervan het geheel concreter en meer SMART weer te geven. De burgemeester neemt deze suggesties graag mee voor de volgende keer. Deze rapportage blijft echter een product van dit college omdat het voortborduurt op waarmee het college deze periode is gestart. En waarom zou je niet dansen als je toch op de Vesuvius staat? De plaatsvervangend voorzitter geeft het voorzitterschap over aan de burgemeester. De voorzitter geeft het woord aan de fracties voor de tweede termijn. De heer Huizing zegt dat het CDA niet zuur is dat zaken niet zijn gerealiseerd. Het CDA zit er niet voor zichzelf maar voor de bevolking van de gemeente Coevorden. Mevrouw Besselink had dat graag de gehele periode gezien. De heer Huizing zegt dat de fractie voorstellen heeft gesteund die goed waren voor de bevolking. Maar bij onverantwoorde extra’s zoals de uitbreiding van de plannen voor het gemeentehuis heeft het CDA op de rem getrapt. Het is jammer dat de PvdA nog steeds niet wil terugkijken en niet wil leren. Elke partij mag zeggen wat er is gerealiseerd, maar er moet ook
9
worden gekeken naar datgene wat is fout gegaan en welke lessen daaruit kunnen worden getrokken. Spreker is blij met de uitspraak van de burgemeester dat het anders had gekund en misschien wel anders had gemoeten en dat de volgende keer met stoplichtkleuren zal worden gewerkt. Spreker wil dit in het achterhoofd houden en vindt dat zo toch een begin is gemaakt met terugkijken en leren. De heer Ensink gaat in op het financiële aspect. De heer Serlie erkent dat de gemeente een eigen aandeel heeft in het financiële tekort. In de nota Ruimte om te kiezen staat dit al aangegeven: voor 2013 gaat het om een eigen aandeel van 2 miljoen euro terwijl de rest te wijten is aan de economische recessie. De coalitie en het college hebben echter geen enkele stap gedaan die binnen deze periode effectief helpt het tekort te verminderen. Het enige is dat straks een lijstje met punten wordt overhandigd aan de fracties in de volgende gemeenteraad. De enige maatregel, die door de raad is getroffen, is de verhoging van de toeristenbelasting. Een volgend punt is het draagvlak en het verspreiden van de evaluatie onder de bevolking. Spreker vindt de woorden van de burgemeester over draagvlak goed. Hij wijst op het moment aan het begin van deze periode dat de gehele oppositie tegen de begroting stemde. Dat had voor het college een moment moeten zijn om bij zichzelf te rade te gaan. Wat nu voorligt, is geen evaluatie van het bestuursprogramma. Goede dingen benadrukken is op zich niet verkeerd maar het moet evenwichtig gebeuren, vooral richting de bevolking. De indicatoren zijn goed te gebruiken. De heer Nijmeijer ontkent dat Gemeentebelangen altijd tegen heeft gestemd zoals mevrouw Besselink suggereert. Spreker zei dat Gemeentebelangen het niet altijd eens was met de ingeslagen route. Op het moment van de quick scan dacht Gemeentebelangen dat verdere evaluaties gebruik zouden maken van de indicatoren uit het bestuursprogramma. Deze evaluatie doet dat helaas niet. Spreker is blij dat de burgemeester zegt in het vervolg gebruik te willen maken van de stoplichtkleuren en bereid is te leren. De heer Serlie zegt dat de begroting 2010 sluitend is en dat de begrotingen 2011 en daarna nog gaten bevatten. Gezegd is door het PAC dat deze gaten vooral te wijten zijn aan de economische recessie en waarvoor de gemeente de rekening nog gepresenteerd krijgt. Als het zo was dat de gehele oppositie alleen tegen de begrotingen had gestemd, was spreker er nog van onder de indruk geweest. Maar de afgelopen drie jaren heeft spreker gezien dat vooral het PAC voortdurend en eigenlijk per definitie tegen de voorstellen heeft gestemd. Daarom ligt de VVD niet meer wakker van het tegen de begroting stemmen door de oppositie. Verder ligt spreker ook niet wakker van de Vesuvius : de vulkaan is morsdood en er hoeft dus niet te worden gedanst. Mevrouw Besselink zegt dat de PvdA altijd terugkijkt, altijd evalueert en altijd bereid is te leren en zaken te verbeteren. Dat laat onverlet dat de PvdA het de afgelopen vier jaar vaak volstrekt oneens was met het CDA. Spreker wijst op de investeringen voor het nieuwe gemeentehuis. De fractie staat daar nog steeds achter. Het verwijt dat de PvdA niet luistert en niet wil leren is volstrekt onterecht. Spreker reageert op de opmerkingen van de heer Ensink: het publiceren van dit rapport in verkorte vorm is een goed initiatief. Waarom mag de burger niet horen wat de gemeente voor hem doet en wat er gebeurt in de gemeente? Is het PAC bang dat die partijen meer stemmen krijgen?
10
De heer Ensink wijst op de titel van het rapport, namelijk de evaluatie van het bestuursprogramma. De titel is niet een promotiebrochure voor het college. Mevrouw Besselink erkent dat het rapport onvoldoende is om van een evaluatie te kunnen spreken. Maar als opsomming van wat is gerealiseerd, kan het prima diensten bewijzen. De burger is erbij gebaat om te weten wat is gerealiseerd. De voorzitter sluit de beraadslagingen over dit punt. Spreker gaat in op de verspreiding. Het is goed dit product aan de burgers te laten zien omdat dan tevens duidelijk is dat er een nieuwe bestuursperiode start waarin nieuwe keuzes worden gemaakt. Het is niet de bedoeling er een glossy magazine van te maken. Het moet een sobere en doelmatige verantwoording worden. Het mag daarbij duidelijk zijn dat het college alleen zaken kan realiseren als daar een meerderheid in de raad voor is. Het college geeft in het rapport ook een aantal zaken mee voor de komende bestuursperiode. Daarmee wordt gezegd dat een aantal zaken niet af is. Burgers kunnen hiermee hun voordeel doen omdat keuzes hierover nog moeten plaatsvinden. De heer Ensink vindt dat de voorzitter met zijn laatste woorden precies de kern van de discussie raakt. Het kan niet zo zijn dat de burgers bij het vormen van een mening over nog te maken keuzes een evaluatie van het college krijgen. Dit omdat de verkiezingen aanstaande zijn, dat is beïnvloeding. Het is geen evaluatie, het is een glossy folder. De raad moet nu zeggen dat hierop kan worden bezuinigd, ook al is het maar 500 euro. Dit kan zo niet doorgaan. De voorzitter heeft al aangegeven hoe het rapport aan de burgers vorm kan worden gegeven: sober en doelmatig met ook het noemen van zaken die dit college niet heeft gerealiseerd. Burgers kunnen daarover een eigen mening vormen. Dat leidt volgens spreker niet tot bevoordeling van bepaalde partijen in de raad. De voorzitter vindt het belangrijk als in de nieuwe bestuursperiode rekening wordt gehouden met de opmerkingen die vanavond zijn gemaakt over het opzetten en evalueren van het bestuursprogramma. Het is een nuttige basis om het denken mee te starten. b.
INTERPELLATIE PAC OVER VERHUIZNG PEUTERSPEELZAAL AALDEN
De voorzitter geeft het woord aan het PAC. De heer Ensink geeft aan dat het PAC vooraf de vragen op papier heeft gezet. Het college kon zo de meer technische vragen alvast beantwoorden. De kern van de zaak is tweeledig. Ten eerste: hoe is het in Aalden gegaan met het overleg, de inspraak en het besluit over de verhuizing van de peuterspeelzaal? Ten tweede: wat is het beleid van het college voor de brede scholen en wat vindt het college van het vertrek van de peuterspeelzaal uit een multifunctionele accommodatie waar al twee basisscholen gevestigd zijn? Aan het slot van de discussie kan blijken wat de mening van de raad is en wat de raad vindt van de handelwijze van het college. De vragen zijn genummerd en het PAC hoort graag de mening van het college. De voorzitter zegt dat het PAC de vragen ook aan de mensen op de publieke tribune heeft uitgereikt. En voor de mensen thuis: de vragen zijn te vinden op de website van het PAC. Wethouder Pot gaat, voordat zij de vragen van het PAC beantwoordt, eerst in op de positie van de gemeente ten opzichte van de stichting Peuterspeelzalen Coevorden. De stichting is
11
zelfstandig en heeft eigen bevoegdheden. De grondslag van de stichting ligt in de opdracht van de gemeente Coevorden om te zorgen voor voldoende peuterspeelzaalwerk in de gemeente Coevorden. Daarbij zijn geen bindende afspraken gemaakt over een locatie sec. Bedoeling is te zorgen voor een zo breed mogelijke spreiding over de gemeente met de mogelijkheden die de stichting zelf heeft. De bevoegdheid van de gemeente gaat dan ook niet verder dan het uitoefenen van haar verantwoordelijkheid via begroting en jaarverslag, en controle op kwaliteitseisen. Verantwoordelijkheid en betrokkenheid zijn twee verschillende zaken. De wethouder zegt wel degelijk betrokken te zijn. In het door de raad vastgestelde fusiebesluit zijn de formele zaken vastgelegd. De wethouder zal de vragen van het PAC beantwoorden met de beperking dat zij informatie heeft ingewonnen bij de beide directeuren van de stichting. Zoals bekend is de gemeente geen partij tenzij het gemeentelijke aangelegenheden betreft. De wethouder gaat in op de achtergrond van de verhuizing. In het voorjaar 2008 heeft de stichting Peuterspeelzalen aan de wethouder gemeld dat er een urgent huisvestingsprobleem bestond. Dat ruimteprobleem was prominent aanwezig bij de kinderopvang van 0-4 jaar. Een ander probleem was dat de peuterspeelzalen door het teruglopende kinderaantal steeds meer moeite hadden het hoofd boven water te houden. De stichting Peuterspeelzalen heeft besloten te participeren in de initiatieven die in Aalden werden ontwikkeld om te komen tot een multifunctioneel centrum. Helaas was sprake van een lange proceduretijd. Tegelijk was sprake van een dringende vraag naar kinderopvang van 0-4 jaar en barstte De Aeldermeent bijna uit zijn voegen. Hierdoor werd de ruimtevraag steeds dringender. De wethouder heeft begrepen dat toen de oplossing bij de Rabobank zich voordeed, deze met beide handen werd aangegrepen. Het college is daarover uiteraard geïnformeerd. Het college heeft daarop gevraagd wat de gevolgen waren voor beide stichtingen. De gemeente heeft geen subsidierelatie met de kinderopvang maar heeft daar wel een controlerende taak op het gebied van kwaliteit. De vragen waren daarop gericht: is het mogelijk binnen de eigen budgetten te realiseren en behoudt het dorp Aalden-Zweeloo kinderopvang? Op beide vragen was het antwoord ja. De wethouder gaat ‘kort door de bocht’ op het bestemmingsplan in. Dit plan staat vestiging van peuterspeelzaal en kinderopvang toe. Op de grond ligt namelijk de bestemming centrumvoorziening. Het PAC vraagt of de peuterspeelzaal zich ervan heeft overtuigd waar zich de grootste concentratie kinderen bevinden. Deze vraag is al beantwoord in de drie A4’tjes die de raad heeft ontvangen namens de peuterspeelzaal en kinderopvang. Kortheidshalve slaat de wethouder dit punt verder over. De vraag over de verkeersstromen en de verkeersveiligheid: Dit punt heeft het college nader bekeken. Samen met de voorzitters van de Plaatselijk Belang Aalden, Zweeloo en Benneveld heeft de gemeente afspraken gemaakt over de analyse van verkeerscontroles en verkeerstellingen en alles wat daaronder is te rangschikken. Over dit onderwerp zal nog een terugkoppeling plaatsvinden. De vraag over de contractuele verplichtingen: Op 4 januari 2010 is de huurovereenkomst ondertekend. De duur is voor een periode van vijf jaar en dat is bij zakelijke contracten gebruikelijk. Op de vraag of het college heeft gekeken naar alternatieve oplossingen antwoordt de wethouder ontkennend: daar gaat het college niet over. Maar om de raad niet te veel te laten zweven: het college heeft op verzoek van beide stichtingen indicatief gekeken wat de consequenties zijn van het bijbouwen op de huidige locatie, voor zover dat mogelijk is. Het antwoord op die vraag is dat bijbouwen helemaal niet kan: het pand zit klem in zijn bouwvlak. Mocht worden besloten tot een bestemmingsplanwijziging, dan heeft dit tot gevolg dat de buitenruimte verdwijnt. Hoger bouwen is volgens het bestemmingsplan niet toegestaan. Stel dat het allemaal zou kunnen: de investering zou dan 500.000 euro bedragen en dat is niet te
12
dragen door beide stichtingen. De beide stichtingen hebben daarop besloten voor deze oplossing te kiezen, die haalbaar, betaalbaar en duurzaam is. De vraag over de rol van de overheden: De wethouder verwijst naar een interview van het VNG met de staatssecretaris. De staatssecretaris verwijst naar de samenwerking tussen peuterspeelzalen en kinderopvang. In de gemeente Coevorden zijn hiervan een drietal, die alle na verhuizing tot stand zijn gekomen. In die gevallen was geen sprake van opwinding zoals in Aalden-Zweeloo. De vragen over de brede school: Als de ruimte voldoende was, er aan geld geen gebrek zou zijn en er voldoende aantallen kinderen zouden zijn, zou de gemeente een brede school laten bouwen die zo mooi zou zijn dat de hele wereld zou komen kijken. De raad heeft al gehoord dat dit niet op elke locatie mogelijk is, ook niet in Aalden-Zweeloo. Maar een brede school is meer dan een locatie, een brede school is een samenwerkingsverband. Peuterspeelzalen en kinderopvang hebben een een-op-een relatie met de basisscholen door de zogenaamde warme overdracht en het er op bezoek gaan voorafgaand aan het kiezen van een basisschool. Dit functioneert met alle vestigingen van het primaire onderwijs uitstekend. Bovendien: Aeldermeent is geen brede school. Het is gebouwd in 1997 door de toenmalige gemeente Zweeloo als een gebouw met meerdere organisaties. De vraag of de gemeente subsidie heeft gekregen moet ontkennend worden beantwoord, omdat er in 1997 nog geen subsidie voor brede scholen bestond. De heer Ensink legt uit dat de vraag over subsidie was gericht op het aanvragen van subsidie voor de huidige brede school. Wethouder Pot heeft de vraag verkeerd begrepen en geeft alsnog aan dat er op dit moment geen subsidie is aangevraagd voor de huidige brede school. De vraag over de communicatie met de oudercommissie en de ouderraad: Dit is in het fusiebesluit geregeld, de directie verzorgt de communicatie met beide. Het initiatief om te verhuizen is al in april 2008 kenbaar gemaakt aan de oudercommissie. De wethouder heeft wel gehoord dat de ouders daar niet blij mee waren. De wethouder laat dit soort beslissingen over aan de besturen en zal dat ook in de toekomst zo doen. Vanuit haar controlerende taak ziet de wethouder dat deze besturen uitstekend werk verrichten met hart voor het kind en met de grote wil om peuterspeelzaalwerk in de gehele gemeente mogelijk te laten blijven. Dat op zich vindt de wethouder al een duivels karwei. De gemeente is geen partij in het overleg met de participanten in De Aeldermeent. De vraag over overleg met Plaatselijk Belang: De gemeente heeft geen overleg gevoerd met de bevolking van Aalden en Plaatselijk Belang. Dat gaat wat ver volgens de wethouder. Omdat er vragen bestonden op het gebied van het verkeer en er rond dit punt een conflict dreigde te ontstaan, besloot de gemeente op een van de avonden aanwezig te zijn en onder leiding van een onafhankelijk voorzitter met elkaar van gedachten te wisselen. Het was toen niet de bedoeling dat de gemeente de verantwoordelijkheid zou overnemen, maar om uit de naar voren gebrachte verhalen de zaken te halen waarvoor de gemeente verantwoordelijk is. Die verantwoordelijkheid bevond zich uitsluitend op verkeerstechnisch gebied. De vraag wat er gebeurt als de kinderopvang de Rabobank zou verlaten: het is de verantwoordelijkheid van de kinderopvang zelf voor huisvesting te zorgen. De peuterspeelzaal heeft eenzelfde verantwoordelijkheid. De voorzitter geeft het woord aan het PAC en daarna aan de andere fracties De heer Ensink bedankt de wethouder voor de adequate beantwoording. Niet alle vragen zijn beantwoord maar spreker wil niet op alle slakken zout leggen. Het geeft een goed beeld
13
over hoe de gemeente hier in zit. De visie en de communicatie vanuit de gemeente is voor het PAC helder geworden. Spreker wil het hebben over de vraag of de raad op dezelfde lijn zit als het college wat betreft de visie. Hij noemt de huisvesting en verwijst naar het voorbeeld CQ. Ook met CQ heeft de gemeente een subsidierelatie. De gemeente vindt dat CQ een goede huisvesting moet hebben en spreekt zich daar over uit. De brede school: Het beleid voor de brede school wordt landelijk en lokaal breed gedragen en daarom moet ervoor worden gezorgd datgene wat al in een gebouw zit bij elkaar te houden. Zo kan de samenwerking beter gestalte krijgen. Dit punt is met de gemeenteraad onbesproken gebleven. De vraag waarom de raad niet is betrokken heeft de wethouder onbeantwoord gelaten. De visie van het PAC is dat het gemeentebestuur verantwoordelijkheid moet hebben voor de regie over de mix van accommodaties. Het hangt van de visie over de samenwerking tussen peuterspeelzaal en kinderopvang af welke conclusies uit die rol van de gemeente worden getrokken. Spreker vindt dat dit een debat waard was en dat dan eventueel de conclusie was getrokken dat niet alles in één gebouw kan of dat het te duur zou zijn en met een second best oplossing genoegen genomen zou moeten worden. De heer Ensink heeft ook het interview met de staatssecretaris gelezen en trekt daaruit de conclusie dat samenwerking tussen peuterspeelzaal en kinderopvang prima is, maar dat er daarnaast een beleid voor de brede school is dat betekent dat beide in één gebouw komen samen met de basisschool. De vraag die nog niet is beantwoord is of een mogelijke oplossing het uitplaatsen van de bibliotheek was geweest. Op zich past de bibliotheek erbij, maar het is een afweging en dan passen de andere beter bij elkaar. Het PAC vindt het vanzelfsprekend dat de gemeenteraad een onderwerp bespreekt als een verhuizing van de peuterspeelzaal uit een scholencomplex. Het tweede punt is het overleg en de communicatie. Spreker vindt dat dit niet goed is gegaan en blijft bij deze mening na de beantwoording door de wethouder. De wethouder laat het bij de stichtingen en dat vindt spreker niet terecht. De gemeente is de overheid die het dichtst bij de mensen staat en als zich zoiets voordoet als een verhuizing van een peuterspeelzaal en de inbreng van de mensen daarbij, moet de lokale democratie zich daarmee bezighouden. Het PAC ziet dus, anders dan de wethouder, een andere rol weggelegd voor de gemeentelijke overheid. Spreker verwijst naar het gemeentelijke document over interactief beleid: dit onderwerp en de rol van de gemeente daarbij haalt op de schaal die in het document staat slechts de score ‘informeren’. En bij informeren staat het oordeel ‘autoritair’. Er is aan de gemeenschap van Aalden en Zweeloo geen enkele mogelijkheid geboden om mee te denken en mee te sturen. Volgens het PAC is het gemeentebestuur daar medeverantwoordelijk voor. Het college had een veel actievere rol moeten spelen. De afweging over eventueel bijbouwen en financiën had daarbij kunnen worden meegewogen. Het traject is, los van de huidige uitkomst, onder de maat. Mevrouw IJdens bedankt de wethouder voor de heldere beantwoording. Ook de VVD had vragen over hoe een en ander tot stand was gekomen. De fractie is bij Dorpsbelangen en bij de directeur van de stichting Peuterspeelzalen langs geweest. De fractie is van mening dat in het fusiedocument duidelijk is vastgelegd wie welke rol heeft bij dit soort onderwerpen. Het is niet geheel juist dat nu wordt gesproken over een voldongen feit. Spreker begrijpt wel de ontstane commotie in de dorpen. Het traject startte echter al in 2008: toen was al sprake van het vertrek van een deel uit de huidige locatie. Dat de aanvankelijke plek niet is doorgegaan, is te betreuren, maar daar zijn al redenen voor genoemd. De heer Ensink vraagt mevrouw IJdens of dit niet betekent dat een geheel nieuw traject is gestart.
14
Mevrouw IJdens vindt dat het in het verlengde ligt omdat gebleken is dat er in de Aeldermeent geen ruimte is. De heer Ensink legt zijn vraag uit. Hij begrijpt dat mevrouw IJdens vindt dat de bevolking het had kunnen weten gezien het voornemen in 2008. Er is een traject geweest naar een andere oplossing dan nu is gekozen. Mevrouw IJdens zegt dat het gaat om de achterliggende gedachte waarom een oplossing is gekozen. Er moest een oplossing komen: of op een nieuwe locatie waar dus in eerste instantie voor was gekozen, of op een andere locatie. Spreker heeft begrepen dat alle uitbreidingsmogelijkheden onderzocht zijn en dat die niet haalbaar zijn. Daarom denkt spreker dat dit op zich een heel goede oplossing is. Spreker heeft begrepen dat de verkeerssituatie een belangrijke rol speelt, dat er gesprekken gaande zijn en dat oplossingen worden nagestreefd. Voor de VVD is belangrijk dat de leefbaarheid is gediend met het handhaven van deze voorziening. De heer Huizing zegt dat het vertrouwen in de politiek lager is dan ooit. Het CDA trekt zich dit aan en wil werken aan het herstel ervan. Het CDA wil dat doen door te luisteren naar de inwoners en door eerlijk, helder en duidelijk te zijn. Dat geldt dus ook in dit geval, de verhuizing van de peuterspeelzaal, de samenwerking met de kinderopvang en de interpellatie van het PAC. Het CDA heeft contact gehad met de directeuren van beide stichtingen en de vragen zijn openhartig beantwoord. Het is duidelijk dat de samenwerking tussen de stichting Drieluik en de peuterspeelzalen in Schoonoord en Sleen succesvol is. Ze versterken elkaar en vullen elkaar aan, een echte win-winsituatie. Het is duidelijk dat alle jonge kinderen daarvan profiteren. Het is ook duidelijk dat voor die samenwerking beide onder één dak moeten zitten, en dat is een probleem. Het is ook duidelijk dat de huidige huisvesting van de peuterspeelzaal niet optimaal is, omdat de ruimte moet worden gedeeld met de buitenschoolse opvang: dat is een andere doel- en leeftijdsgroep waarvoor een andere inrichting van de ruimte nodig is. Duidelijk is dat de kinderopvang Drieluik zal moeten verhuizen, simpelweg omdat ze voldoende ruimte nodig heeft om op een verantwoorde wijze kinderopvang met slaapplaats voor 0-4 jarigen te bieden. Alles gaat nu heel snel en het is duidelijk dat ouders zich overvallen voelen. Dat is logisch en bij beide stichtingen heeft spreker daarvoor begrip gehoord. En tot slot is ook duidelijk dat de gemeenteraad en de gemeente Coevorden niets over deze beslissing hebben te zeggen. Het CDA heeft zeker wel begrip voor de onrust onder ouders in Aalden-Zweeloo, maar het CDA wil ook eerlijk, helder en duidelijk zijn en wil daarom geen valse beloftes doen. Het CDA wil niet net doen alsof de gemeenteraad hen kan geven wat ze willen en het CDA wil niet net doen alsof de verhuizing tegenhouden het beste zou zijn voor de 0-4 jarigen, terwijl het voor de fractie duidelijk is dat dit niet zo is. Het belang van het kind staat voor de fractie voorop. Het is jammer dat dit voor Aalden-Zweeloo een verschraling betekent van de brede school. Het CDA staat nog steeds achter het concept van de brede school, maar de brede school mag geen strak keurslijf worden die ontwikkelingen in de weg staat die goed zijn voor het kind. Daarom wil het CDA als het dit al zou kunnen, de verhuizing niet in de weg staan. Het CDA wil dat de kinderen in Aalden en Zweeloo profiteren van de ontwikkelingen in de samenwerking tussen Samsam en Oes Speulplekkie. Het CDA wil volwaardige kinderopvang in Aalden en Zweeloo, wil ook continuïteit daarin zien en deze is nu gelukkig gewaarborgd. De fractie wil de besturen van de stichtingen verzoeken om bij de uitwerking van de plannen aandacht te besteden aan de knelpunten op het gebied van de verkeersveiligheid die de ouders naar voren brengen. Van de wethouder is begrepen dat dit inmiddels ook gebeurt.
15
Spreker is van mening dat er een wezenlijk verschil is tussen CQ en deze situatie. CQ gaf aan onvoldoende huisvesting te hebben en vroeg de gemeente om een oplossing. De peuterspeelzaal heeft zelf een oplossing gezocht en gevonden. Dat is verantwoordelijkheid nemen en het CDA vindt dat er dan ook niet moet worden ingegrepen. Uiteraard mag het PAC een andere visie hebben op de rol van de overheid. Het CDA deelt die visie niet. Het CDA heeft zich ervan overtuigd dat de besturen van de stichtingen alle alternatieven hebben afgewogen en tot het oordeel zijn gekomen dat dit de beste optie is. Het CDA is daar tevreden mee. De heer Ensink vraagt het oordeel van het CDA over de communicatie en het inspraaktraject. De heer Huizing zegt dat het CDA het communicatietraject een zaak vindt van de besturen van de stichtingen. Spreker heeft daar verder geen oordeel over. De heer Bouwers voert zijn maidenspeech als lid van de fractie van Gemeentebelangen. Spreker hoopt nog een aantal jaren namens Gemeentebelangen het woord te kunnen voeren. Spreker bedankt de wethouder voor de gegeven uitleg, dit heeft al veel opgelost. Spreker gaat in op de vraag van het PAC over de communicatie. Dit kan niet bij het college of de gemeente worden neergelegd, want dit hoort bij het bestuur van de stichtingen voor kinderopvang en peuterspeelzalen. Spreker heeft begrepen dat dit goed is verlopen. Dat de inwoners niet gelukkig zijn met de oplossing begrijpt Gemeentebelangen. Het is even wat anders nu de ouders de kinderen naar twee verschillende plekken in het dorp moeten brengen. Toch is dit de juiste oplossing. Gemeentebelangen heeft net als het CDA gewaarschuwd voor de grote kosten bij herhuisvesting van CQ. Hetzelfde geldt voor de opvang van kinderen en de huisvesting daarvoor. De besturen hebben dat goed begrepen. Het voormalige bankgebouw is een goede locatie terwijl tegelijkertijd het gebouw wordt behoed voor verloedering zoals met een ander pand in Aalden gebeurt. De communicatie hoort dus bij de besturen. Tegelijk constateert spreker dat de wethouder het goed heeft gedaan door op bezoek te gaan en met de partners in overleg te treden. Spreker begrijpt dat de gemeente de verkeerssituatie goed gaat bekijken en medewerking gaat verlenen aan eventuele maatregelen. Dat is goed. De heer Ensink wijst de heer Bouwers erop dat het een belangwekkend onderwerp is voor veel bewoners. Dorpsbelangen is betrokken en is de heer Bouwers het met het PAC eens dat het college en de gemeente daarom met Dorpsbelangen in gesprek moeten gaan? De heer Bouwers zegt dat al is geconstateerd dat er een verantwoordelijkheid bij de besturen ligt: enerzijds om met de ouders te praten en anderzijds om Dorpsbelangen te informeren. Dat betekent niet dat de raad zich aan zijn verantwoordelijkheid kan onttrekken. De raad kan niet meer doen. Het signaal dat het PAC en de rest van de raad vanavond geeft, is duidelijk. Spreker roept de wethouder op de zaak goed in de gaten te houden. Vertegenwoordigers van de besturen zijn aanwezig, het signaal van de raad is duidelijk. De heer Vinckers stelt de vraag: “Waar hebben we het eigenlijk over?” Het antwoord is: over een verhuizing van de peuterspeelzaal met de kinderopvang. Spreker begrijpt uit de vele papieren dat deze verhuizing niet ten nadele is van beide instellingen. Want wat is het geval: er is ruimtegebrek bij De Aeldermeent. Dat betekent dat beide stichtingen niet naar behoren zouden kunnen functioneren. Dat was al langer het geval, want men heeft geparticipeerd in een multifunctioneel dienstencentrum sinds 2007 waar men zijn activiteiten wel wilde voortzetten. Omdat deze optie nogal wat vertraging ondervond, heeft men zich daaruit terugge-
16
trokken. Totdat het voormalige gemeentehuis in Zweeloo vrijkwam, en men daar een kans zag voor zowel de peuterspeelzaal als de kinderopvang. Daar kwam bij dat de tussen- en buitenschoolse opvang flink groeide en de ruimte nog krapper werd. Wat de brede school betreft: als er een partij voor de brede school is dan is dat de Partij van de Arbeid, zeker in de gemeente Coevorden. De fractie heeft er steeds naar geïnformeerd en als er in dit geval sprake zou zijn van een brede school zou de PvdA er wel in gesprongen zijn. Het gaat hier om een protestants-christelijke en een openbare school die nauwelijks samenwerken. Als men de peuterspeelzaal en de kinderopvang er uithaalt en de tussen- en buitenschoolse opvang laat zitten, is men wel degelijk bezig een bepaalde vorm van brede school te realiseren. Het weghalen van de tussen- en buitenschoolse opvang zou daarmee helemaal in tegenspraak zijn. Wat de PvdA betreft is hier dus een goede oplossing gevonden die past in het wetsvoorstel van staatssecretaris Dijksma over ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie. Dat voorstel heet OKE en dat is het ook. Samenwerking tussen peuterspeelzaal en kinderopvang moet worden bevorderd zegt het wetsvoorstel. En dat gebeurt in dit geval wel degelijk want, zoals de wethouder al zei, er is sprake van een warme overdracht naar het basisonderwijs. Peuterspeelzaal, kinderopvang en basisscholen werken dus al samen. Tot slot: een brede school is geen bedrijfsverzamelgebouw, maar een echte buurtschool waarbij onderdelen niet noodzakelijkerwijs in één gebouw gehuisvest hoeven te zijn. De verkeersproblematiek: De wethouder heeft al gezegd dat de gemeente er goed naar zal kijken. Dat zal dus zeker geen belemmering zijn. Al met al denkt de PvdA dat deze oplossing voor alle partijen de meest reële en beste oplossing is en ook in de toekomst zal blijken te zijn. De heer Ensink reageert op de opmerking dat de PvdA er meteen zou zijn in gesprongen als het om een brede school zou gaan. Of er sprake is van een brede school is een punt van discussie. Maar hoe denkt de PvdA over de communicatie en het meedenken en het erbij betrekken van Dorpsbelangen om zo gezamenlijk tot de beste oplossing te komen? De heer Vinckers zegt dat bij het proces om tot brede scholen in de gemeente te komen verschillende partijen zijn betrokken. De gemeente heeft daartoe de aanzet gegeven en controleert het, maar de partijen gaan hier zelf mee verder. Wat deze brede school betreft: volgens spreker is hier nooit sprake geweest van een brede school maar van een multifunctioneel dienstencentrum waar een aantal partners een plaats hebben gevonden. De voorzitter vindt dat de interpellatie meer duidelijkheid heeft verschaft over wat zich in Aalden en Zweeloo afspeelt rondom de gecombineerde opvang van de jongste kinderen. Vanuit het college is helder gemarkeerd hoe de bestuurlijke verantwoordelijkheid wordt beleefd. Uit de discussie blijkt dat verschillend kan worden gedacht over hoe op dit soort dossiers moet worden gestuurd. De discussie kan voor het PAC betekenen dat nog vervolgstappen zullen worden genomen, dat is aan die fractie zelf. In ieder geval heeft deze bespreking dat mogelijk gemaakt. Het wel en wee van de jongeren in Aalden en Zweeloo gaat in ieder geval iedereen in de raad en het college aan. De ontwikkeling laat een goede vorm van samenwerking zien. De raad is het eens over de wens dat dit tot het beste resultaat voor de kinderen zal leiden. De voorzitter sluit de beraadslagingen in Kamer 3.
17
PMC GEMEENTERAAD COEVORDEN NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN KAMER 4 VAN 19 JANUARI 2010. 1.
VASTSTELLING AGENDA/BESPREEKPUNTEN VANUIT KAMER 3
De voorzitter stelt vast dat al is besloten dat de Verordening rechtspositie wethouders, raadsen commissieleden als hamerstuk wordt geagendeerd. De Evaluatie Bestuursprogramma is eveneens een hamerstuk: het besluit luidt dat kennisgenomen wordt van de evaluatie. 2.
HAMERSTUKKEN a.
MILIEUPROGRAMMA 2009-2010 GEMEENTE COEVORDEN (Rv. nr. 682)
Het Milieuprogramma 2009-2010 wordt zonder hoofdelijke stemming unaniem door de raad vastgesteld. b.
VERORDENING RECHTSPOSITIE COMMISSIELEDEN (Rv. nr. 681)
WETHOUDERS,
RAADS-
EN
De verordening wordt zonder hoofdelijke stemming unaniem door de raad vastgesteld. c.
EVALUATIE BESTUURSPROGRAMMA
De raad neemt kennis van de Evaluatie Bestuursprogramma. 3.
STUKKEN MET KORTE STEMVERKLARING a.
HERZIENING BESTEMMINGSPLAN WEZUPERBRUG (Rv. nr. 683)
Mevrouw Stoffels zegt dat het PAC instemt met het bestemmingsplan met daarbij de opmerking bezwaar te hebben tegen de te ruime ontheffingsmogelijkheden voor de goot- en bouwhoogten van woningen en agrarische bedrijven. Dat kan ertoe leiden dat de beeldkwaliteit van de bestaande bebouwing wordt aangetast. De herziening wordt met inachtneming van het bovenstaande zonder hoofdelijke stemming unaniem door de raad vastgesteld. b.
VERORDENING GEMEENTELIJKE BASISADMINISTRATIE SOONSGEGEVENS COEVORDEN (Rv. nr. 684)
PER-
De verordening wordt zonder hoofdelijke stemming en zonder stemverklaring unaniem door de raad vastgesteld. De voorzitter deelt mee dat het rapport over Leeuwerikenveld 2 samen met een behandelingsvoorstel van het college aan de raadsleden wordt uitgereikt. Spreker bedankt de politieke partijen voor de bemensing van hun stands in de hal.
18
9.
SLUITING
De voorzitter sluit de vergadering om 23.00 uur.
Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad der gemeente Coevorden d.d. 9 maart 2010.
, voorzitter.
, griffier.
19