Jaarverslag 2013 Welstandscommissie en Monumentencommissie gemeente Vlissingen
INHOUDSOPGAVE
Voorwoord
3
De werkwijze, het team en de openbaarheid
4
Jaarverslag welstandscommissie 2013 Kader van wet- en regelgeving (welstand) Selectie welstandsadviezen Welstandscommissie in getallen
7 10 12 21
Jaarverslag monumentencommissie 2013 Kader van wet- en regelgeving (monumenten) Selectie monumentenadviezen Monumentencommissie in getallen
23 24 25 32
Tenslotte
34
Aanbevelingen
35
Personalia
36
tekst: statistiek: afbeeldingen voorblad: afbeeldingen overigens:
Aerlant Cloïn Marc Overbeeke – dokje van Perry, foto van Scheldekwartier.nl – paviljoen Boulevard Evertsen, foto van Keulen BV – uitbreiding Constantijn Huijgenslaan 14, afbeelding WTS Architecten (zie onderschriften)
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 2 van 36
VOORWOORD
Hierbij bied ik u het jaarverslag over 2013 aan, van de welstandscommissie en van de monumentencommissie. Voor mij was 2013 het eerste en laatste jaar als voorzitter van beide commissies. In de jaren hiervoor ben ik in eerste instantie plaatsvervangend lid geweest en daarna gewoon lid, onder het voorzitterschap van collega Leo Harders. Het lidmaatschap van de welstandscommissie is gebonden aan een maximale termijn van zes jaar en die zitten er nu op (in 2014 ben ik wel opnieuw benoemd als lid van de monumentencommissie). Allereerst dank ik de gemeente Vlissingen voor het vertrouwen, de collega’s voor de fantastische samenwerking, de medewerkers van de gemeente en de wethouder voor hun ondersteuning, hun grote betrokkenheid en hun visie. De welstandscommissie van Vlissingen bestond dit jaar uit twee vaste leden en een plaatsvervangend lid, alle benoemd door de gemeenteraad. Deze drie leden zijn architect, maar niet woonachtig of regelmatig werkzaam in Vlissingen. De monumentencommissie van Vlissingen bestond in 2013 uit bovengenoemde leden van de welstandscommissie én een bouwhistoricus. Deze is benoemd door het college van Burgemeester en Wethouders. Ik probeer in dit jaarverslag niet te veel te verwijzen naar andere, voorgaande verslagen. Daarmee heb ik doublures niet altijd kunnen vermijden, maar is dit verslag wel als zelfstandige tekst leesbaar. Een aantal aanbevelingen zijn in de tekst cursief geplaatst en op blz 35 opgesomd. Vlissingen / Bergen op Zoom, maart 2014 Aerlant Cloïn, voorzitter Welstandscommissie en Monumentencommissie
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 3 van 36
DE WERKWIJZE, HET TEAM EN DE OPENBAARHEID
De welstandscommissie van Vlissingen bestond uit drie leden. Door toevoeging van nog een specifieke deskundige op het gebied van monumenten, vormen deze vier leden de monumentencommissie. De vergaderingen vonden één keer in de drie weken plaats, op donderdag vanaf 9u00. Gedurende de ochtend worden de aanvragen voor een welstandsadvies behandeld en de bezoekers ontvangen. Allereerst de wat grotere plannen en het vooroverleg voor een omgevingsvergunning. Vervolgens de aanvragen voor een reguliere vergunning. Het vooroverleg is in principe niet openbaar. Aan het einde van de ochtend, of aan het begin van de middag, vergadert de monumentencommissie. Behandeld worden de aanvragen die betrekking hebben op de rijksmonumenten en de plannen binnen het beschermde stadsgezicht. Advisering vindt plaats op basis van de bevindingen van de monumentendeskundige en de secretaris van de 'werkgroep monumenten', die eerder op de dag de ingediende stukken hebben bestudeerd en de panden hebben bezocht waarvoor een oriëntatie ter plaatse noodzakelijk is. Deze werkwijze is effectief en tijdsbesparend. Immers, op basis van de inbreng van de werkgroep kan de voltallige commissie tot een snelle besluitvorming komen en discussies beperken. Alle adviezen van de welstandscommissie en de monumentencommissie zijn terug te vinden in de verslagen van de vergaderingen. In de volgende hoofdstukken volgt hiervan een aantal aansprekende voorbeelden. Met wethouder L.P.T.M. (Lambert) Prevoo, van o.a. Ruimtelijke Ordening, Stads- en wijkvernieuwing, Monumenten & Archeologie, is er door de welstands- en monumentencommissie een aantal keer contact geweest. Er kwamen onderwerpen aan de orde als handhavingszaken, een enkel advies dat door burgemeester en wethouders niet is overgenomen, de samenwerking met Middelburg en Veere, de toekomst van met name het kwaliteitsbeleid in Vlissingen en, actueel, het voortbestaan van de welstandscommissie. De beide commissies hechten grote waarden aan het overleg met de wethouder. Het zijn de momenten waarop de betrokkenheid van de opdrachtgever ten opzichte van de adviseur betekenis krijgt en getoetst kan worden hoe de opvattingen van het gemeentebestuur en de adviescommissie zich tot elkaar verhouden. Aerlant Cloïn (praktiserend architect, Bergen op Zoom) en Ton Jansen (adviseur van Dorp, Stad & Land) waren de vaste leden van de welstandscommissie. De eerste is al enige jaren eerder benoemd. De tweede is in het verleden ook betrokken geweest, maar is nu weer voor het eerst benoemd. Als één van beiden door omstandigheden een bijeenkomst niet bij kon wonen, zou deze zijn vervangen door Aimée de Back (eveneens adviseur van Dorp, Stad & Land). In de praktijk is dit echter niet voorgekomen. Een bouwhistoricus completeerde de monumentencommissie. Tot medio augustus was dat Ad van Drunen (Bouwhistoricus, 's-Hertogenbosch / Middelburg). Ad heeft een jarenlange ervaring in de commissie, is zeer deskundig op zijn vakgebied en specifiek met betrekking tot Vlissingen. Ad van Drunen bereikte dit jaar echter de pensioengerechtigde leeftijd en was op 15 augustus voor de laatste keer aanwezig. Hij werd vanaf de vergadering van 5 september opgevolgd door Mark Bimmel, die in de periode daarvoor al kennis had gemaakt. De samenwerking binnen de tweekoppige Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 4 van 36
welstandscommissie en de vierkoppige monumentencommissie was prettig en constructief. De teamsamenstelling van de monumentencommissie komt in grote lijnen overeen met die van Middelburg en Veere (ook daar heeft Mark Bimmel dit jaar Ad van Drunen opgevolgd), vandaar dat in de praktijk wordt gesproken van de Walcherse commissie. Toch heeft Vlissingen een eigen cultuur en een eigen beleid, dat ook in de teamsamenstelling en de werking van het team tot uitdrukking komt. Ondergetekende was bovendien ook voorzitter van de welstands- en monumentencommissie in Middelburg. Ook door de verminderde vergaderfrequentie komt het regelmatiger voor dat buitenom de reguliere bijeenkomst van de welstands- en monumentencommissie plannen voor een vervolgbehandeling in de tussenliggende periode in onderling overleg per e-mail worden behandeld. De secretaris stuurt dan een bericht, meestal met bijlagen, rond van een aangepast plan of met aanvullende informatie. Voordeel hiervan is dat hiermee de service kan worden geboden van een snelle reactie. Nadeel is vooral dat niet altijd alle benodigde informatie beschikbaar is voor een beoordeling en dat de commissieleden zich hier in feite afzonderlijk over buigen. Het verdient aanbeveling een systeem op te zetten waarbij een dossier per aanvraag (via internet) toegankelijk wordt gemaakt, met daarin alle ingediende stukken, voorgaande en overige adviezen. Wellicht dat het goed faciliteren ervan, de mogelijkheden en het succes van het op afstand vergaderen kunnen vergroten. Dat zou kunnen leiden tot een grotere efficiëntie, snellere advisering en lagere kosten. In 2013 leefde de economische crisis nog voort. Het aantal vergunningaanvragen bleef laag en de totale vergadertijd daarmee ook. Vooral de samenwerking met Middelburg en Veere zorgt er in elk geval ook voor dat de efficiëntie hier niet onder leidt. Als we als commissie zelf goed kijken naar welke plannen de meeste, kostbare, behandeltijd vergen, komen we tot de conclusie dat een zeer beperkt aantal 'onwelwillende' aanvragers en handhavingszaken verantwoordelijk zijn voor relatief veel kosten. Wellicht is het principe van 'de vervuiler betaalt' ook op ons advieswerk beter toe te passen. Dit kan bijvoorbeeld door een handhavingszaak, die nu wordt afgedaan als een 'toetsing achteraf' tegen gelijke kosten, juist zwaarder te belasten. Daarnaast kan nog steeds beter de afweging worden gemaakt over welke plannen wel en niet aan de commissie worden voorgelegd. De huidige monumentencommissie vindt haar basis in de monumentenwet. Hierin staat dat de gemeente als vergunningverlener zich moet laten adviseren door een externe commissie van deskundigen. Over de samenstelling en werkwijze van de monumentencommissie spreekt de wet zich niet nader uit. De modernisering van het welstandsbeleid (Momo), waarin meer taken naar de lokale overheden verschuiven, vereist ook aanpassingen. Deze zouden gestalte kunnen krijgen in een verdere ontwikkeling van een Commissie Ruimtelijke Kwaliteit, in samenwerking met Veere en Middelburg. Bovendien kan deze commissie een antwoord zijn op de verandering van schaalniveau in de monumentenzorg: het gaat daarin immers allang niet meer alleen om het adviseren per object en de directe omgeving daarvan, maar het gaat daarnaast meer en meer om het historisch landschap of een bepaalde cultuurhistorische structuur binnen of buiten de stad.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 5 van 36
De Walcherse commissie Ruimtelijke Kwaliteit zou ook een aanvulling kunnen zijn op de welstandstoetsing die in Vlissingen voortaan, voor een groot deel, ambtelijk zou kunnen worden afgedaan. Met zo'n nieuwe en integrale Commissie Ruimtelijke Kwaliteit kunnen zowel de kosten verder worden beperkt, als de kwaliteit worden gewaarborgd. Bovendien heeft de samenwerking met Middelburg en Veere een belangrijk voordeel als het gaat om plannen die de belangen van meerdere gemeentes raken. Andere mogelijkheden bestaan in het aanstellen van een stadsbouwmeester, het instellen van een 'oproepcommissie', het incidenteel opvragen van een 'second opinion' bij een andere welstandscommissie, of het incidenteel raadplegen van bepaalde deskundigen.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 6 van 36
JAARVERSLAG WELSTANDSCOMMISSIE 2013
Natuurlijk kan in een jaarverslag over 2013 de discussie over het al of niet voorbestaan van de commissie niet ontbreken. Het liep als een rode draad door onze onderlinge gesprekken, de gesprekken met betrokkenen op het stadskantoor en die met bestuur en politiek. In juni verscheen de concept-notitie 'welstandsbeleid nieuwe stijl' van de afdeling SBP/Publiekszaken, vergunningen. In die notitie wordt voorgesteld een 'getrapt' nieuw welstandsbeleid in te richten, waarbij per gebied het welstandsbeleid uiteenloopt van 'welstandsvrij' tot een volledig welstandsbeleid inclusief een commissie. Als huidige commissie hebben we ook naar dit plan gekeken, waren we er positief over en hebben we op enkele inhoudelijke punten opmerkingen geplaatst. Ook gezien de politieke verhoudingen en het draagvlak bij de ambtenaren leek er een basis gelegd voor een verantwoord en genuanceerd nieuw beleid met, zoals gewenst, minder regels, meer vrijheid en meer verantwoordelijkheid. Aan het einde van 2013 besloot de gemeenteraad vrij onverwacht dat Vlissingen welstandsvrij zou gaan worden. In een inspraakprocedure bleek die keuze echter toch te rigoureus. Geheel welstandsvrij bleek na heroverweging een stap te ver. Ook ondergetekende heeft een inspraakreactie ingediend naar aanleiding van het (voorgenomen) raadsbesluit. De brief dringt er vooral op aan om niet meteen de gehele welstandsnota, het beleid, buiten werking te stellen. Daarmee zou de gemeente Vlissingen zich namelijk nagenoeg buitenspel zetten als het gaat om ruimtelijke kwaliteit. Een adviescommissie hoeft niet, maar het kán wel. Die keuze is aan de volksvertegenwoordiging. In veel gevallen kunnen regels geheel van tafel of kan een ambtelijke toets aan de door de gemeenteraad vastgestelde regels een prima alternatief zijn. Beter zelfs, want niemand is gebaat bij onnodige bureaucratie en overheidsbemoeienis. Vaak kan namelijk eenvoudig en eenduidig worden vastgesteld dat het algemeen belang niet in het geding is. Maar in ándere gevallen is het niet zo zwartwit en komt het aan op een juiste interpretatie van hoe het beleid is ingericht en hoe bepaalde spelregels bedoeld zijn. Dan is maatwerk beter dan universele strengheid. Dan is het juist goed om een advies te vragen aan deskundigen, dan is het juist goed dat er meerdere personen in een commissie zitten en dat de vergaderingen openbaar zijn. En dat de toetsing van die commissie gebaseerd is op vooraf vastgestelde beoordelingscriteria. Daar komt bij dat de commissie bestaat uit leden die juist niet in Vlissingen wonen en/of werken en dat het lidmaatschap van de commissie gebonden is aan een maximale termijn. Op het moment dat ik dit jaarverslag schrijf is inmiddels de situatie zo dat er geen Vlissingse welstandscommissie meer bestaat. Strikt genomen kan ik daar in het kader van dit jaarverslag van 2013 weinig reactie op geven, anderzijds kan ik er inhoudelijk niet omheen. De welstandsnota is uiteindelijk wél in werking gebleven en wordt de komende tijd aangepast. Alle toetsingen worden ambtelijk afgedaan. Hoewel we alle vertrouwen mogen hebben in het 'ambtelijke apparaat', wordt hiermee 'ingeleverd' op het gebied van de eerder zo gewenste onafhankelijkheid en deskundigheid van de commissie. Het verdient aanbeveling hier oplossingen voor te ontwikkelen en op een andere manier invulling aan te geven. Als onderdeel van de gehele procedure omgevingsvergunning is de welstandstoets er op gericht om na te gaan of een ontwerp of een bouwplan voldoet aan de eisen die door de Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 7 van 36
gemeenteraad zijn vastgesteld en zijn opgenomen in de welstandsnota. En of het plan in algemenere zin voldoet aan 'redelijke eisen van welstand'. Daarmee probeert de welstandscommissie een positieve bijdrage te leveren aan de ruimtelijke kwaliteit van Vlissingen. In datzelfde kader zijn adviezen soms niet alleen bedoeld om minimale eisen te bewaken, maar ook om (bovenop die minimale eisen) de kwaliteit te stimuleren. Dergelijke adviezen hebben dan vaak niet een dwingend karakter, maar zijn bedoeld als service naar de burger, de aanvrager, om samen de ruimtelijke kwaliteit van de gebouwde omgeving op niveau te houden of naar een hoger niveau te tillen. Over het algemeen wordt die inbreng door de aanvragers erg gewaardeerd. De welstandsnota gaat vaak uit van de bestaande karakteristiek van een bepaald gebied, een bepaalde omgeving, en stelt dan als norm dat daarin 'passend' wordt geopereerd. Op sommige plekken en in bepaalde situaties is er echter een beter alternatief denkbaar, dat niet zozeer 'passend' hoeft te zijn in de zin van 'overeenkomstig', maar dat in zichzelf een hoogwaardige kwaliteit kan toevoegen of dat de bestaande karakteristiek juist in positieve zin wil beïnvloeden. De commissie constateert regelmatig dat de welstandsnota daartoe niet nadrukkelijk uitnodigt. Dat zou misschien beter kunnen, maar tegelijk is het juist een wezenlijke functie van de welstandscommissie om in die zin de aanvulling te zijn op de nota. De welstandsnota is behoorlijk bekend en is redelijk toegankelijk voor aanvragers. Toch blijkt vaak dat aanvragers zich gedeeltelijk onbewust zijn van de inhoud ervan. We zien dat bijvoorbeeld regelmatig bij aanvragen voor een reclamevergunning. De nota zou misschien aan waarde kunnen winnen door nog helderder en bondiger de ondergrenzen van het kwaliteitsniveau af te bakenen. In de afgelopen periode werd de meer recente welstandsnota van buurgemeente Veere vaak gezien als een voorbeeld. Die nota is minder omvangrijk en gemakkelijker leesbaar. Daarbij moet wel worden gemeld dat de ervaringen in Veere inmiddels ook zijn dat op bepaalde punten die nota onvoldoende concrete houvast biedt. Een voorbeeld van mogelijke deregulering waar de commissie positief over zou zijn, heeft betrekking op de aanvragen voor tuinhuisjes. Anders dan men zou verwachten is een tuinhuisje op een volkstuinencomplex nu meestal vergunningplichtig. Dat komt doordat de wetgever ze niet interpreteert als een bijgebouw: het is immers in die omgeving eerder een primaire bebouwing, anders dan een tuinhuisje als bijgebouw bij een woning. Gevolg van deze redenatie is dat de commissie in het afgelopen jaar ook weer verschillende adviezen heeft uitgebracht. Nagenoeg allemaal positief, omdat volgens de nota vrij veel kan en omdat bovendien bij enkele volkstuinencomplexen het bestuur daarvan ook al een eigen vorm van kwaliteitstoetsing hanteert. In slechts enkele gevallen was de commissie negatief, maar dan ging het echt om excessen. Ook dat laatste komt in deze situatie voor. Onze conclusie zou dan ook zijn dat voor tuinhuisjes op volkstuinencomplexen het welstandsbeleid zou kunnen worden beperkt tot een excessenbeleid. Voor de goede orde: ook op dit onderdeel adviseren wij dus geen situatie 'geheel welstandsvrij'. Het digitaliseren is een wens die ook landelijk leeft en concreet wordt: het welstandsbeleid per gemeente zal moeten worden ingebed in de digitale structuur van www.ruimtelijkeplannen.nl. Via die website zou de aanvrager op basis van postcode of kadastrale nummering de specifieke van toepassing zijnde onderdelen van het ruimtelijk beleid en het kwaliteitsbeleid in beeld moeten kunnen krijgen. Sinds jaar en dag worden de bijeenkomsten van de commissie voorbereid en ambtelijk ondersteund door de secretaris van de welstands- en monumentencommissie, Marc Overbeeke. Hij is verantwoordelijk voor de uitgebreide en degelijke verslaglegging. Bij Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 8 van 36
gelegenheid laat Marc Overbeeke zich vervangen door Mehmet Kavsitli. De commissie is positief over de kwaliteit van die ondersteuning en realiseert zich de onmisbaarheid daarvan.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 9 van 36
KADER VAN WET- & REGELGEVING (WELSTAND)
Er bestaat soms een tegenstelling tussen individueel en algemeen belang. Wat een particulier zou wensen of wat een onderneming profijtelijk acht kan heel goed in conflict zijn met de voorkeur van de directe buur of de algemene hoedanigheid van straat, buurt of stad. Dat het streven naar ruimtelijke kwaliteit en samenhang op de eerste plaats wordt gezien als een bestaansgrond voor welstand, is voor de commissie evident. Welstandstoezicht is dus niet alleen maar 'vervelend' repressief, maar evenzeer positief stimulerend. Dit geldt zowel voor een aanzienlijk project van architectonisch en stedenbouwkundig belang, als ook voor een bescheiden verbouwing. De basis van het huidige welstandsbeleid ligt in het onderzoek “Welstand op een nieuwe leest”, dat is uitgevoerd in opdracht van de Rijksbouwmeester en uiteindelijk resulteerde in nieuwe regelgeving, vastgelegd in de Woningwet van 1 januari 2003. In dit onderzoek werden de ingrediënten aangedragen voor een consistent model voor inzichtelijk en doelmatig welstandstoezicht. Het model is gebaseerd op het plaatsen van de welstandsbeoordeling binnen een inhoudelijk kader, het inrichten van mogelijkheden voor rechtszekerheid biedend overleg, het verhogen van de kwaliteit van de advisering en het scheppen van efficiënte en transparante procedures. In een reactie op het onderzoek gaf de toenmalige staatssecretaris van VROM twee redenen voor het bestaansrecht van het welstandstoezicht: het streven naar ruimtelijke kwaliteit en samenhang, en het reguleren en voorkómen van conflicten over bouwinitiatieven. In 2003 zijn de Woningwet en de Modelbouwverordening gewijzigd. Onder meer werd het voorleggen van een jaarverslag vereist. Artikel 12b lid 3 van de Woningwet luidt als volgt: “De welstandscommissie legt de gemeenteraad eenmaal per jaar een verslag voor van de door haar verrichte werkzaamheden. In het verslag wordt ten minste uiteengezet op welke wijze zij toepassing heeft gegeven aan de criteria”. In een jaarverslag komt aan de orde: de werkwijze van de welstandscommissie, op welke wijze uitwerking is gegeven aan de openbaarheid van vergaderen, de aard van de beoordeelde plannen en bijzondere projecten. De welstandsnota van de gemeente Vlissingen dateert oorspronkelijk van 2004 en is nog een keer herzien in 2006. In deze nota staat het beleid van de gemeente op het gebied van welstand. Ook de werkwijze en de procedures voor de welstandscommissie staan hierin beschreven. Op 1 oktober 2010 trad de Wet algemene bepaling omgevingsrecht (Wabo) in werking. Met de Wabo is een geautomatiseerd systeem ontwikkeld voor het aanvragen en behandelen van een omgevingsvergunning. Voor het (ver)bouwen of gebruiken van bijvoorbeeld een huis of gebouw, kreeg men voor die tijd met verschillende vergunningen en voorschriften voor wonen, ruimte en milieu te maken. Ieder aspect had weer zijn eigen vergunningen, procedures, ambtelijke loketten, afhandelingstermijnen, leges en toezichthouders. Na de invoering van de Wabo zijn 25 vergunningen en meer dan 1600 verschillende formulieren ondergebracht in één omgevingsvergunning en één formulier. Bedrijven en burgers hebben zo nog maar te maken met één vergunning, één loket, één bevoegd gezag, één besluit en één procedure. Een aanvraag kan bovendien digitaal worden ingediend via de gemeente of via 'omgevingsloket online', 24 uur per dag. Voordat een aanvraag wordt ingediend kan men via de vergunningcheck in het 'omgevingsloket online' eerst kijken of er voor de werkzaamheden en activiteiten Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 10 van 36
toestemming nodig is. Op basis van de antwoorden wordt automatisch het aanvraagformulier samengesteld. Dit formulier kan digitaal worden ingediend, evenals alle bijlagen zoals bouwplannen en –tekeningen. De aanvraag komt automatisch bij het desbetreffende bevoegde gezag terecht, die vervolgens bericht over de verdere procedure, besluitvorming en kosten. De maximale doorlooptijd voor het aanvragen van een eenvoudige omgevingsvergunning is acht weken. Het digitaal aanvragen van de vergunningen heeft niet veel invloed gehad op de werkwijze van de commissie. De tekeningen en andere bijlagen worden vooraf (door de gemeente) op papier afgedrukt en voorgelegd. Vanaf 1 maart 2013 heeft de minister, middels een Algemene Maatregel van Bestuur, onder andere het ambtelijk toetsen aan ‘redelijke eisen van welstand’ (weer) mogelijk wordt gemaakt. Deze AMvB wijzigt daartoe onder meer art. 6.2 van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Na veel heen en weer gepraat kondigde toenmalig minister Donner in één van de kortste brieven aan de Kamer deze verandering aan op 22 november 2011. Tot de inwerkingtreding van de Wabo per 1 oktober 2010 was de ambtelijke toets toegestaan wanneer de gemeente voor de zgn. lichte bouwvergunning ‘sneltoetscriteria’ had vastgesteld in de welstandsnota. De Wabo maakte echter een eind aan de lichte vergunning en daarmee aan de ambtelijke toetsing. Het nieuwe regime, dat nu dus in werking is getreden, gaat veel verder dan reparatie van de oude praktijk. Dat wil zeggen: het biedt gemeenten de mogelijkheid om veel meer bouwplannen ambtelijk te toetsen, maar laat ook ruimte om de huidige toetsing door de onafhankelijke commissie (of stadsbouwmeester) voort te zetten. Naar de letter van de AMvB is het aan B&W om een bouwplan aan een commissie voor te leggen of niet. Verder bestaat uiteraard nog de mogelijkheid dat een ambtelijke toets in bepaalde gevallen gebaseerd wordt op een extern in te winnen advies.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 11 van 36
SELECTIE WELSTANDSADVIEZEN
Jacoba van Beierenweg 25
afbeelding aannemingsbedrijf Fraanje te Lewedorp
afbeelding aannemingsbedrijf Fraanje te Lewedorp
Voor een stukje grondgebied aan de Jacoba van Beierenweg is door medewerkers van de gemeentelijke afdeling Ruimtelijke Ordening een beeldkwaliteitsplan opgesteld. De welstandscommissie heeft hierin meegedacht en geadviseerd. Het plan voorziet in een landgoedachtige ontwikkeling en schept mogelijkheden voor het uitbreiden en aanpassen van één bestaande woning en de bouw van nog eens drie nieuwe woningen. Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 12 van 36
De enclave is gelegen in het buitengebied, maar tegen de rand van de bebouwde kom. Gekozen is voor een traditionele agrarische architectuur, in de Zeeuwse boerderijtypologie (of een eigentijdse variant daarvan). De commissie heeft daarbij benadrukt dat dit ook gekoppeld zou moeten zijn aan de verplichte toepassing van traditionele materialen en detailleringen. Bovendien heeft zij benadrukt waarde te hechten aan onderlinge verscheidenheid van de woningen op de verschillende kavels binnen het geheel. Bij de latere daadwerkelijke toetsing van ingediende bouwplannen kwam het eventueel toepassen van kunststof kozijnen nadrukkelijk ter sprake. Hoewel de commissie daar geen voorstander van was, heeft ze uiteindelijk ingestemd met die mogelijkheid, maar heeft ze vastgehouden aan de strikte voorwaarde dat kozijnen worden toegepast met verdiept profiel en gecontralaste hoeken. Dit om toch zoveel mogelijk recht te doen aan de gewenste verschijningsvorm volgens het beeldkwaliteitplan. Landmark Berkenstraat
foto gemeente Vlissingen
Het hoge woongebouw aan de Berkenstraat in Vlissingen kende al eerder technische problemen, waarop besloten is om een nieuwe 'vliesgevel' te maken tegen de bestaande kopgevels. Toch blijken er nu opnieuw technische problemen (lekkages) op te treden. Hoewel de welstandscommissie normaal gesproken vooral oordeelt over de uiterlijke verschijningsvorm, meenden we hier de aanvrager toch vooral te moeten adviseren op zoek te gaan naar een technisch correcte oplossing. De aanvrager is daarbij gebaat, maar tenslotte gaat het hierbij ook om de uiterlijke verschijningsvorm op een wat langere termijn (als immers een technisch incorrecte of slechte oplossing wordt Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 13 van 36
gekozen, is het nieuwe uiterlijk wellicht van korte duur). Als de achterconstructie en de bouwfysische opbouw van de totale constructie worden verbeterd, zou in principe wellicht de huidige buitenbeplating opnieuw kunnen worden aangebracht. Verder was de commissie van mening dat als één kopgevel nu weer een ander uiterlijk zou krijgen, dan wel meteen beide kopgevels die aanpak zouden moeten krijgen.
Woningen a/d President Rooseveltlaan 720 te Vlissingen
afbeelding beeldkwaliteitsplan buro MAAN Rotterdam
Voor de nieuwbouw van 12 en 6 woningen aan de President Rooseveltlaan werden plannen ingediend, die door de commissie niet alleen getoetst werden aan de welstandsnota, maar ook aan het beeldkwaliteitsplan voor het middengebied. Een dergelijk beeldkwaliteitsplan is een belangrijk instrument voor een gemeente om invloed uit te oefenen op de kwaliteit van (vervangende) nieuwbouw in een dergelijk specifiek gebied. De koppeling daarvan aan het welstandsbeleid en de toetsing door een onafhankelijke adviescommissie zijn eigenlijk onontbeerlijk. Overigens gaat het dan vaak niet om een strikte toetsing aan de voorwaarden, maar ook om het stimuleren van kwaliteit en het, namens de gemeente, inhoudelijk begeleiden en adviseren van betrokken partijen.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 14 van 36
Uitbreiding woning Constantijn Huijgenslaan 14 te Vlissingen
afbeelding WTS Architecten Vlissingen
afbeelding WTS Architecten Vlissingen
De 'Oostenrijkse woningen' aan de Constantijn Huijgenslaan zijn in het bestemmingsplan Middengebied aangemerkt als cultuurhistorisch waardevol. Deze aanvraag voor uitbreiding werd daarom behandeld door de monumentencommissie die het plan toetste aan monumentenaspecten en aan welstandsaspecten. Ik behandel dit plan in dit jaarverslag toch als een welstandsplan, omdat ik het als een exemplarisch voorbeeld beschouw dat het belang aantoont van het welstandsbeleid (en de welstandsnota) voor de monumentenadvisering. Op basis van alleen de monumentenwetgeving kan een commissie namelijk niet veel invloed uitoefenen. Het is vooral het welstandsbeleid dat van invloed is op wat hier gebeurt. We moesten ons namelijk afvragen door welke maximale ingreep de karakteristiek van de 'beschermde' verschijningsvorm van deze woning ontoelaatbaar zou worden geschaad. De vraag doemde ook op of je dat beter kunt doen met een aanbouw die zich manifesteert in dezelfde bouwstijl of juist door hierin het contrast te zoeken. Welke invloed heeft de exacte bouwvorm op het ondergeschikte karakter van die uitbreiding en in welke precieze vormgeving blijft die uitbreiding nog ogen als een uitbreiding in een enkele bouwlaag met een kap (in plaats Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 15 van 36
van de twee bouwlagen waaruit het functionele programma feitelijk bestaat)? Het gaat hierbij om een genuanceerde inhoudelijke afweging en een wenselijk collegiaal overleg met de ontwerper dat onmogelijk kan worden vertaald naar een eenvoudige ambtelijke toetsing aan de welstandsnota.
Bedrijfsverzamelgebouw Eerste binnenhavenweg 9 te Vlissingen
foto gemeente Vlissingen
foto gemeente Vlissingen
Dit plan werd getoetst aan het welstandsbeleid, maar tevens aan het beeldkwaliteitsplan (visiedocument) voor de binnenhavens dat per landtong een eigen Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 16 van 36
identiteit voorschrijft. Dat visiedocument is in een eerder stadium ook in overleg met de commissie ontwikkeld. Voor de wereld van scheepvaart en visserij werd daarbij gesproken in termen als 'stoer' en 'robuust'. In mei constateerde de commissie vooral dat de gevelcompositie vraagt om meer 'grote gebaren', bijvoorbeeld een hele gevel in beton uit te voeren, of juist de betonnen plint hoger of lager uit te voeren. De commissie adviseert verder om de buitenopslagruimte tussen het gebouw en de kade integraal mee te ontwerpen, die zijde wordt daardoor meer als een (tweede) voorzijde ervaren. In juni spreekt de commissie haar waardering uit over de positieve ontwikkeling die het plan heeft doorgemaakt, waardoor het gebouw zich dan voldoende voegt in de intentie en ambitie van het beeldkwaliteitsplan.
Rietkraag 31 te Vlissingen
foto gemeente Vlissingen
Deze woningen aan de Rietkraag zijn heel specifiek ontworpen als een plat afgedekt aaneengesloten woongebouw in een enkele bouwlaag, met daarbovenop de kenmerkende opbouwen, met houten gevels en afgedekt met een 'vlindervormig' dak. Deze bouwvorm, deze massa-opbouw, is eigenlijk zo dwingend dat een uitbreiding op de eerste verdieping erg lastig te realiseren is, zonder het kenmerkende beeld aan te tasten en de eenheid te doorbreken. In goed overleg met de ontwerper, WTS architecten, is echter een plan bedacht dat hierin voldoende slaagt. De oplossing zou bovendien als 'trendsetter' kunnen worden aangemerkt.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 17 van 36
Lange Zelke
De situatie aan de Lange Zelke is een voorbeeld van een openbare ruimte die, in algemene zin, wat dreigt te verrommelen. Op bovenstaande foto is goed te zien dat door een opeenvolging van kleine ingrepen het algemene beeld weinig overlaat van de oorspronkelijk bedoelde kwaliteit en orde: lukraak geplaatste (gestapelde) installatiekasten, vuilcontainers, verkeersborden, rommelig parkeren en laden/lossen, etc. Of de op het dak van de aanbouw geplaatste luchtbehandelingskasten in dit geval toelaatbaar zijn, is een lastige vraag. Enerzijds doet het weinig verdere afbreuk aan het toch al rommelige beeld, anderzijds is het een bouwkundige en vergunningplichtige stap te ver, die resulteert in een rommelig beeld en waarschijnlijk zelfs oproept tot verdere verloedering. En welke oplossing is effectief en voldoende maakbaar? De commissie adviseert uiteindelijk om de gemetselde zwart-wit gestreepte 'schijf' wat hoger op te trekken. Tussen het hoofdgebouw en die schijf zou dan een andere invulling kunnen komen: terugliggend van de dakrand en bestaande uit, bijvoorbeeld, zwartgelakt dejorooster o.i.d.
Beeldkwaliteitplan bedrijventerrein Souburg
afbeelding gemeente Vlissingen
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 18 van 36
afbeelding gemeente Vlissingen
Het beeldkwaliteitplan van bedrijventerrein Souburg werd enkele malen besproken en aangepast. Het terrein ligt direct langs de A58 en vormt feitelijk de entree van de stad. De commissie wijst er onder andere op dat toekomstige bouwplannen in dit gebied waarschijnlijk ambtelijk worden getoetst aan dit document. Daardoor is het wellicht noodzakelijker om vooral heel concreet en 'meetbaar' het gewenste kwaliteitsniveau te bepalen. Paviljoen Boulevard Evertsen 9 te Vlissingen
tekening Bureau Kroner
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 19 van 36
foto Van Keulen BV (dakbedekkingen)
De plaatsing van een nieuw paviljoen aan de Boulevard Evertsen staat niet op zichzelf. De hele inrichting van de openbare ruimte, inclusief de verplaatsing van een kunstwerk, moet de ruimtelijke kwaliteit stimuleren. Het ontwerp van bureau Kroner toont ambitie, is alzijdig geöriënteerd, is open en transparant en doet weinig afbreuk aan de continuïteit van de open ruimte. De uitvoering is zowel expressief en eigentijds, als ambachtelijk van karakter. De commissie wijst er nog wel op dat de openbare ruimte direct rond het paviljoen ook een vergelijkbare kwaliteit moet hebben en houden.
foto Van Keulen BV (dakbedekkingen)
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 20 van 36
WELSTANDSCOMMISSIE IN GETALLEN
datum
akkoord akk mits niet akk aanhoud wel vpu wel vpu wel vpu wel vpu
17-1-2013 welst. Verg vooroverleg
3
7-2-2013 welst. Verg vooroverleg
8
28-2-2013 welst.verg vooroverleg
1
21-3-2013 welst. Verg vooroverleg
4
11-4-2013 welst. Verg vooroverleg
5
2-5-2013 welst. Verg vooroverleg
3
23-5-2013 welst. Verg vooroverleg
8
13-6-2013 welst. Verg vooroverleg
7
4-7-2013 welst. Verg vooroverleg
5
25-7-2013 welst. Verg vooroverleg
4
15-8-2013 welst. Verg vooroverleg
5
5-9-2013 welst. Verg vooroverleg
10
26-9-2013 welst. Verg vooroverleg
8
17-10-2013 welst. Verg vooroverleg
7
7-11-2013 welst. Verg vooroverleg
3
28-11-2013 welst. Verg vooroverleg
6
19-12-2013 welst. Verg vooroverleg
7
Totaal
welst. Verg vooroverleg alle plannen
2 1
2 1
4 4
0 1
1 3
1
2 0 3 0 1 3 0 0 2 1 3 2 7 1 4 0 2 1 0 1 2 2 1 2
94
38 24 118
12
0
3 9
0
11 12 34
2
0
0
22 19 57
7
2
1
2
0
0
0
11
2
2
3
1
0
1
14
0
2
3
0
0
1
17
0
2
4
0
0
0
10
0
2
2
1
0
3
8
1
0
5
0
0
2
6
1
1
7
2
1
1
10
0
1
4
2
1
0
12
0
1
5
1
2
2
8
1
2
4
1
2
0
8
1
0
4
0
2
1
10
0
2
6
0
2
2
3
2
2
6
0
1
1
13
0
1
3
1
1
1
1
1
1
3
7 1
0
2
2
0 0
tot tot wel vpu
2
165 10 21
65 230
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 21 van 36
ALLE AANVRAGEN jaar 2013 aantal aantal akkoord akkoord niet adviezen aanvrage onder akkoord n voorwaar den
aangeh
WELSTANDSCOMMISSIE omgevingsvergunningen
vooroverleg
procentueel
165
133
94
38
22
11
65
54
24
19
12
10
hele jaar 2013 230 187 100
118 51
57 25
34 15
21 9
gemiddeld aantal k eer dat een aanvraag aan de commissie is voorgelegd
1,23
ALLEEN DE OFFICIELE AANVRAGEN jaar 2013 aantal aantal akkoord akkoord niet adviezen aanvrage onder akkoord n voorwaar den
aangeh
WELSTANDSCOMMISSIE omgevingsvergunningen
procentueel gemiddeld aantal k eer dat een aanvraag aan de commissie is voorgelegd
165
133
94
38
22
11
hele jaar 2013 165 133 100
94 57
38 23
22 13
11 7
1,24
Het totale aantal uitgebrachte adviezen en aanvragen bleef hiermee in 2013 nagenoeg gelijk aan dat van 2012 (230 in plaats van 231). De adviezen waren iets vaker 'akkoord' of 'akkoord onder voorwaarden' (76% in plaats van 75%).
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 22 van 36
JAARVERSLAG MONUMENTENCOMMISSIE 2013
In de monumentencommissie worden plannen behandeld, die betrekking hebben op rijksmonumenten, of als sprake is van voorbescherming. Ook alle plannen binnen het beschermd stadsgezicht worden behandeld door de monumentencommissie. Er wordt dan getoetst op monumentenaspecten enerzijds en welstandsaspecten anderzijds. In theorie kan dat dus betekenen dat een advies op monumentenaspecten positief luidt en op welstandsaspecten negatief. Of andersom. Een toetsing op monumentenaspecten is niet gebaseerd op de welstandsnota, maar op de landelijke monumentenwet, op het vastgelegde monumentenbeleid van de gemeente Vlissingen, op redengevende beschrijvingen van die monumenten en op algemene uitgangspunten van monumentenzorg. Dergelijke eisen kunnen een (historisch) stedenbouwkundig karakter hebben, maar kunnen ook betrekking hebben op details, materialisaties en afwerkingen van in- en exterieur. Daarbij staat vaak de vraag voorop of door een bepaalde ingreep of behandeling afbreuk zou worden gedaan aan monumentale, bouwhistorische of architectuurhistorische waarden. De ligging in het beschermd stadsgezicht brengt de eis met zich mee dat toevoegingen of wijzigingen passend moeten zijn binnen die karakteristiek. Het plan mag daaraan geen afbreuk doen. Een dergelijke vaststelling heeft eigenlijk altijd betrekking op het exterieur en met name voor zover zich dat uit naar de openbare ruimte. Tenslotte moeten ook deze plannen uiteraard worden getoetst aan het welstandsbeleid. De commissie oordeelt daarvoor of een plan voldoet aan de voorschriften van de welstandsnota en of er sprake is van strijdigheid met redelijke eisen van welstand. Meer dan bij de meeste welstandsplannen is het hier noodzakelijk kennis te nemen van de bestaande hoedanigheid en omstandigheden. Om die reden brengt de werkgroep monumenten voorafgaand aan de vergadering een bezoek aan het project, en/of wordt e.e.a. voorbesproken en voorbereid (zie werkwijze). In het algemeen richt de commissie zich op ingediende aanvragen voor een omgevingsvergunning. Daaraan voorafgaand is er vaak vooroverleg. Handhavingszaken worden in principe op een vergelijkbare manier afgehandeld, namelijk als aanvraag omgevingsvergunning, maar dan achteraf. Het initiatief voor zo'n handhavingszaak kan liggen bij een burger, die bijvoorbeeld een klacht indient omdat zijn buren, wellicht zonder vergunning, een aanpassing aan een pand doen die negatieve invloed kan hebben of waarmee sprake zou kunnen zijn van ongelijkheid. Het initiatief kan ook liggen bij de handhavers van de gemeente zelf. Sinds jaar en dag worden de bijeenkomsten van de commissie voorbereid en ambtelijk ondersteund door de secretaris van de welstands- en monumentencommissie: Marc Overbeeke. Hij is, samen met de secretaris van de werkgroep monumenten, Ronald den Broeder, ook verantwoordelijk voor de uitgebreide en degelijke verslaglegging. Bij gelegenheid laat Marc Overbeeke zich vervangen door Mehmet Kavsitli. De commissie is onverminderd positief over de kwaliteit van die ondersteuning en realiseert zich de onmisbaarheid daarvan.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 23 van 36
KADER VAN WET- EN REGELGEVING (MONUMENTEN)
Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) wijst bouwwerken aan die vanwege hun bijzondere cultuurhistorische waarde behouden moeten blijven. Nederland telt zo’n 60.000 rijksmonumenten, waarvan er ruim 45.000 worden bewoond. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed beheert namens het ministerie van OCW de lijst met rijksmonumenten, het monumentenregister. De visie van het Rijk op het behoud, gebruik en ontwikkelen van monumenten is vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst tussen de Rijksgebouwendienst, de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en de Rijksbouwmeester. Op de website van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) zijn alle monumenten uit het monumentenregister te vinden. Een beschermd stadsgezicht is een bijzonder cultuurhistorisch gebied. Gebouwen binnen zo'n gebied hoeven geen monumenten te zijn. De gemeente zorgt met bestemmingsplannen voor handhaving van het historische karakter en de structuur van het beschermd stadsgezicht. Het monumentenbeleid is gebaseerd op de monumentenwet van 1988 en op de gemeentelijke monumentenverordening. Net als de welstandscommissie heeft ook de monumentencommissie te maken met de Wet algemene bepaling omgevingsrecht (Wabo), die op 1 oktober 2010 in werking trad. Daar hoort ook het digitaal aanvragen en afhandelen van vergunningen bij en de integrale toetsing aan verschillende wettelijke kaders en regels die uiteindelijk resulteren in een enkele omgevingvergunning. De maximale doorlooptijd voor het aanvragen van een eenvoudige omgevingsvergunning is acht weken, maar voor monumenten is die doorlooptijd 26 weken (de zogenaamde lange procedure). Hoewel voor welstandstoezicht het raadplegen van een onafhankelijke adviescommissie vanaf januari 2013 niet meer in alle gevallen verplicht is, blijft voor monumentenplannen in alle gevallen een goed ingerichte monumentencommissie van belang, met een eigen specifieke deskundigheid en gebaseerd op een andere wettelijke basis (als hierboven genoemd).
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 24 van 36
SELECTIE MONUMENTENADVIEZEN Zeevaartschool wordt zorgboulevard, Boulevard Bankert
foto gemeente Vlissingen
Het gebouw van de Zeevaartschool, de “De Ruijterschool” aan de Boulevard Bankert 156, wordt herbestemd tot buurtmedisch centrum door architectenbureau Rothuizen. Het pand is een rijksmonument. De herinrichting zelf kan vrij eenvoudig: bestaande klaslokalen kunnen geschikt gemaakt worden voor verhuur en gebruik voor verschillende medische functies. De belangrijkste ingrepen betreffen de restauratie van de gevel, isolatietechnische aanpassingen aan constructies, het aanbrengen van een lift en beperkte aanpassingen aan het interieur en de binnenafwerkingen. Terughoudendheid is voor de commissie een belangrijk uitgangspunt en in goed overleg worden hierin belangrijke en weloverwogen keuzes gemaakt. De eerste plannen komen in maart al in de commissie, maar het cultuurhistorisch onderzoek komt pas in juli beschikbaar. Dit is niet de algemeen wenselijke volgorde, maar het leidt in dit geval niet tot grote bijsturingen in de fase daarna. In een verder uitvoerig overleg en een goede en open onderlinge communicatie komt uiteindelijk in augustus een hoogwaardig plan en een definitief akkoord tot stand.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 25 van 36
Verlichtingsplan toren St Jacobskerk
foto Jobse BV, 2012
afbeelding Maas & Hagoort lampen
In mei komt het plan aan de orde voor het aanlichten van de toren van de Sint Jacobskerk. De Stichting Moerman Promotie Vlissingen heeft de opdracht gegeven daarvoor een ontwerp te maken. Aanlichten vanaf een verder weg gelegen punt is voor het beeld wellicht wenselijk, maar zorgt voor veel 'strooilicht'. De nadruk voor dit Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 26 van 36
ontwerp ligt op het aanlichten van details. De commissie is zeer terughoudend met het vanonder af aanlichten van het gebouw, omdat dat een erg onnatuurlijk beeld oplevert. Verder is ze beducht voor toevoegingen als armaturen en bekabelingen, inclusief doorvoering daarvan door vloeren of muren. De verlichtingssterkte en de kleur van de verlichting dienen zorgvuldig te worden gekozen. De torenbekroning, de lantaarn, is een bijzonder onderdeel van het gebouw, dat bewust als een open constructie is ontworpen, waar doorheen licht kan spelen. Het is goed denkbaar dat dit onderdeel van binnenuit wordt verlicht. Ook met de ramen zou iets gedaan kunnen worden met verlichting van binnenuit het gebouw.
Kunstwerken Bellamypark, Boulevard Evertsen 4 juli 2013 / 5 september 2013
foto's gemeente Vlissingen
Regelmatig komen in de commissie (zowel in de welstands- als in de monumentencommissie) de plaatsingen en verplaatsingen van kunstwerken in de openbare ruimte aan de orde. De commissie beoordeelt die plannen vanuit haar deskundigheid op het gebied van welstand en monumentenaspecten, en in het kader van de karakteristiek van het beschermde stadsgezicht. In feite zou voor dergelijke werken in de openbare ruimte ook een kunstzinnige waarde en/of inpassing in de beoordeling moeten worden betrokken. Bij de aanvrager is die overweging uiteraard wel gemaakt, maar in een advies namens de gemeente zou deze factor eigenlijk ook moeten meespelen. In sommige gemeenten adviseert een gespecialiseerde commissie over kunst in de openbare ruimte. Ook de aanvullende raadpleging bij een specifieke deskundige lijkt me voorstelbaar.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 27 van 36
Hoofdkantoor Damen Schelde Naval Shipbuilding
afbeeldingen Group A, Rotterdam
Het plan betreft de inwendige restauratie en herindeling van de centrale hal van het gebouw, het inrichten van een kantine op de begane grond en de bouw van een nieuw tussenlid tussen het monumentale hoofdgebouw en een latere aanbouw aan de achterzijde. Het plan komt diverse malen aan de orde in de commissie. Er komt uiteindelijk een mooi plan tot stand dat heel terughoudend is en tegelijk een fris nieuw interieur oplevert, met respect naar de bouwgeschiedenis. De commissie dringt er onder andere op aan dat ook akoestische effecten worden onderzocht van de voorgestelde 'harde' afwerkingen. Maatregelen die in een te laat stadium zouden moeten worden ingezet, zouden immers afbreuk kunnen doen aan de beoogde kwaliteit. Van het nieuwe tussenlid wordt vastgesteld dat de detaillering niet geheel overeenstemt met de volgens de 3d-visualiseringen bedoelde slankheid van een dakrand. In een later stadium wordt daar een oplossing voor besproken. Verdere besproken items betreffen de kleuren en materialiseringen van verschillende onderdelen, de inpassing van installatietechnische voorzieningen, etc.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 28 van 36
Terrassenbeleid
foto's gemeente Vlissingen
Een vaker terugkomend item zijn de terrassen met bijbehorende voorzieningen. Ze zijn vaak gelegen in het beschermd stadsgezicht en regelmatig geplaatst tegen de voorgevel van een monumentaal pand. De gemeente Vlissingen heeft een terrassenbeleid ontwikkeld, maar de praktijk is soms wat weerbarstig. Eigenaren willen soms afwijken van de eenduidige glazen schermen, waaraan ook bepaalde 'spelregels' zijn verbonden. Winterterrassen zijn niet toegestaan, maar het komt voor dat een terras zich in meerdere stappen in die richting ontwikkelt. In oktober constateerde de commissie dat Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 29 van 36
een plan teveel afbreuk doet aan het openbare karakter van de buitenruimte in het beschermd stadsgezicht: “vooral doordat de hoogte van de schermen toeneemt en ook op ooghoogte de terrasruimte afbakent.” Watertoren Vlissingen
Gerrit Halbertsma, 1908
foto 2004
'Gaaf Walcheren' ontwikkelt plannen voor herbestemming van de monumentale watertoren tot recreatie-appartementen. De aanvrager is potentieel koper van het gebouw.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 30 van 36
Als begrijpelijk redeneert de aanvrager hierbij vooral vanuit het te realiseren Programma van Eisen, terwijl de commissie vooral wijst op de waarden van het monument en de bescherming van de karakteristiek. Zo hechtte de commissie vooral veel waarde aan het behoud van het watervat met bijbehorend leidingenstelsel: die maken de toren immers tot watertoren en bepalen de waarde als monument van bedrijf en techniek. Verder is het verticale transport met trappen en/of liften een planonderdeel dat lastig verenigbaar is met de bestaande hoedanigheid van de toren. Uiteindelijk wordt ingestemd met een plan waarbij de bodem van het watervat wel wordt aangepast om voldoende ruimte te kunnen bieden aan de appartementen, en waarbij op enige afstand náást de toren een nieuw trappenhuis met lift kan worden geplaatst.
Dok van Perry
Pompgebouwtje, tekening van Mourik Architecten
De restauratie van het Dok van Perry kwam al aan de orde in een eerder jaarverslag. Dit jaar kwam de realisatie tot afronding, met onder andere nog de plaatsing van hekwerken rond het dokje en de (her)plaatsing van gedenkstenen nabij het paviljoen.
Dokje van Perry, foto van Scheldekwartier.nl Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 31 van 36
MONUMENTENCOMMISSIE IN GETALLEN
datum
akkoord akk mits niet akk aanhoud tot tot Mon vpu Mon vpu Mon vpu Mon vpu Mon vpu
17-1-2013 Mon. Verg vooroverleg
0
7-2-2013 Mon. Verg vooroverleg
1
28-2-2013 Mon. Verg vooroverleg
0
21-3-2013 Mon. Verg vooroverleg
1
11-4-2013 Mon. Verg vooroverleg
0
2-5-2013 Mon. Verg vooroverleg
3
23-5-2013 Mon. Verg vooroverleg
2
13-6-2013 Mon. Verg vooroverleg
1
4-7-2013 Mon. Verg vooroverleg
1
25-7-2013 Mon. Verg vooroverleg
2
15-8-2013 Mon. Verg vooroverleg
1
5-9-2013 Mon. Verg vooroverleg
0
26-9-2013 Mon. Verg vooroverleg
0
17-10-2013 Mon. Verg vooroverleg
2
7-11-2013 Mon. Verg vooroverleg
1
28-11-2013 Mon. Verg vooroverleg
0
19-12-2013 Mon. Verg vooroverleg
1
Totaal
Mon. Verg vooroverleg alle plannen
1 1
2 0
1 0
2 0
0 0
0
0 0 0 0 0 1 0 2 2 0 0 0 1 0 0 0 0 1 0 0 1 2 1 0
16
9 7 23
1
0
7 2
2
4 9 14
4
2
0
5 13 22
3
0
0
3
1
1
3
3
1
0
1
0
3
2
1
1
1
3
0
2
0
1
1
0
0
2
1
0
1
0
0
0
0
0
0
4
0
0
3
0
0
1
2
0
0
3
0
0
0
1
1
0
1
0
0
0
2
0
0
2
0
1
1
3
0
0
3
1
0
1
0
0
0
2
1
0
1
3
0
0
1
1
1
1
0
0
0
0
0
0
1
4
0
0
1
0
0
1
0
0
0
2
3 0
0
1
0
0 0
5
34 10 14
39 73
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 32 van 36
ALLE AANVRAGEN jaar 2013 aantal aantal akkoord akkoord niet adviezen aanvrage onder akkoord n voorwaar den
aangeh
MONUMENTENCOMMISSIE omgevingsverg. veranderen monument
20
13
7
6
3
4
andere omgevingsvergunningen
14
13
9
3
2
0
vooroverleg omg.verg. verand monument
25
19
4
10
4
7
vooroverleg andere omgevingsvergunningen
14
11
3
3
5
3
hele jaar 2013 73 56 100
23 32
22 30
14 19
14 19
procentueel gemiddeld aantal k eer dat een aanvraag aan de commissie is voorgelegd
1,30
ALLEEN DE OFFICIELE AANVRAGEN jaar 2013 aantal aantal akkoord akkoord niet adviezen aanvrage onder akkoord n voorwaar den
aangeh
MONUMENTENCOMMISSIE omgevingsverg. veranderen monument
20
13
7
6
3
4
andere omgevingsvergunningen
14
13
9
3
2
0
16 47
9 26
5 15
4 12
procentueel gemiddeld aantal keer dat een aanvraag aan de commissie is voorgelegd
hele jaar 2013 34 26 100 1,31
Het totale aantal uitgebrachte adviezen en aanvragen was hiermee in 2013 (weer) wat lager dan in 2012 (73 in plaats van 80). De adviezen waren in verhouding iets vaker 'akkoord' of 'akkoord onder voorwaarden' (62% in plaats van 61%).
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 33 van 36
TENSLOTTE
Het was me een waar genoegen om me in de afgelopen jaren te mogen bezighouden met de ruimtelijke kwaliteit en de bescherming van monumentale architectuur in Vlissingen: een stad om trots op te zijn! Ik was in eerste instantie erg teleurgesteld dat het welstandsbeleid rigoureus zou worden afgeschaft. Iedereen die zich verdiept in bouwen en in ruimtelijke kwaliteit, begrijpt dat de overheid daarin een rol hoort te spelen. Dat er invulling moet worden gegeven aan kwaliteitsbeleid. Dat kwaliteit moet worden gestimuleerd. Dat de overheid in een bepaalde mate de regie in handen moet nemen. Vlissingen heeft er in mijn ogen verstandig aan gedaan om uiteindelijk niet de welstandsnota buiten werking te stellen. De ambtelijke toetsing is ten dele een goed alternatief voor de welstandscommissie, maar als gezegd zou die moeten worden aangevuld en worden ondersteund door specifieke en onafhankelijke deskundigheid. De monumentencommissie kan door met haar werk, nu ze haar adviezen kan blijven baseren op zowel de monumentenwetgeving als het welstandsbeleid. Ik wens de gemeente Vlissingen veel kwaliteit en wijsheid voor de komende jaren.
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 34 van 36
AANBEVELINGEN 1 Het 'op afstand vergaderen' beter faciliteren (cursief op blz 5) 2 Het principe van 'de vervuiler betaalt' invoeren en meer ambtelijk toetsen (cursief op blz 5) 3 Walcherse commissie Ruimtelijke Kwaliteit (cursief op blz 5 en 6) 4 Overeind houden van een goed ingerichte vorm van kwaliteitsbeleid (cursief op blz 7) 5 Nota helderder en bondiger maken (cursief op blz 8) 6 Voor tuinhuisjes het welstandsbeleid beperken tot een excessenbeleid (cursief op blz 8) 7 De welstandsnota digitaliseren (cursief op blz 8) 8 Advisering kunst in de openbare ruimte (cursief op blz 27)
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 35 van 36
PERSONALIA
Samenstelling van de welstandscommissie: Architect Ing. A.J.C. (Aerlant) Cloïn
voorzitter welstandscommissie
Architect Ir. A.J.B.F. (Ton) Jansen
lid welstandscommissie
Architect Ir. A. (Aimée) de Back
plaatsvervangend lid welstandscommissie
Samenstelling van de monumentencommissie: Architect Ing. A.J.C. (Aerlant) Cloïn
voorzitter monumentencommissie
Bouwhistoricus Dr. Ir. A.H. (Ad) Van Drunen
lid monumentencommissie (ged.)
Bouwhistoricus M.L.J. (Mark) Bimmel
lid monumentencommissie (ged.)
Architect Ir. A.J.B.F. (Ton) Jansen
lid monumentencommissie
Architect Ir. A. (Aimée) de Back
plaatsvervangend lid monumentencommissie
Ambtelijke ondersteuning: Ir. M. (Marc) Overbeeke
secretaris welstands- en monumentencommissie
R. (Ronald) de Broeder
secretaris werkgroep monumentenzorg
M. (Mehmet) Kavsitli
plaatsvervangend secretaris welstands- en monumentencommissie
Jaarverslag 2013, welstandscommissie en wonumentencommissie gemeente Vlissingen, pagina 36 van 36