Jaardocument 2010
Inhoudsopgave Maatschappelijk verslag 1 Uitgangspunten van de verslaggeving
6
2 Profiel van de organisatie 2.1 Algemene gegevens 2.2 Structuur van het concern 2.3 Kerngegevens 2.3.1 Kernactiviteiten en nadere typering 2.3.2 Cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten 2.3.3 Werkgebieden 2.4 Samenwerkingsrelaties
7 7 7 12 12 12 12 12
3 Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap 3.1 Normen voor goed bestuur 3.1.1 Zorgbrede Governancecode 3.2 Raad van bestuur 3.3 Raad van toezicht 3.4 Bedrijfsvoering 3.5 Cliëntenraad 3.6 Ondernemingsraad
15 15 15 16 17 20 21 22
4 Beleid, inspanningen en prestaties 4.1 Meerjarenbeleid 4.2 Algemeen beleid verslagjaar 4.2.1 Algemeen beleid 2010 Vincent van Gogh 4.2.2 Algemeen beleid maatschap RCG Weert 4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid 4.4 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van cliënten 4.4.1 Kwaliteit van zorg: prestatie-indicatoren 4.4.2 Klachten 4.5 Kwaliteit ten aanzien van de medewerkers 4.5.1 Personeelsbeleid 4.5.2 Kwaliteit van het werk 4.6 Samenleving 4.7 Financieel beleid
26 26 27 28 29 29 32 33 34 35 35 36 36 37
Inhoudsopgave (vervolg) Financieel jaarverslag 5 Jaarrekening 2010 5.1 Balans per 31 december 2010 5.2 Resultatenrekening over 2010 5.3 Kasstroomoverzicht 5.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 5.4.1 Algemeen 5.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva 5.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling 5.4.4 Grondslagen van segmentering 5.5 Toelichting op de balans 5.6 Mutatieoverzicht materiële vaste activa per 31 december 2010 5.7 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden projecten en gereedgekomen projecten 5.8 Overzicht langlopende schulden ultimo 2010 5.9 Toelichting op de resultatenrekening
40 40 41 42 43 43 43 44 45 46 54 60 62 64
6 Overige gegevens 6.1 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening 6.2 Resultaatbestemming 6.3 Gebeurtenissen na balansdatum 6.4 Ondertekening door bestuurders en toezichthouders 6.5 Controleverklaring
70 70 70 70 70 71
7 Bijlagen 7.1 Opbouw budget aanvaardbare kosten VvG ZVW 2010 7.2 Opbouw budget aanvaardbare kosten VvG AWBZ 2010 7.3 Opbouw budget aanvaardbare kosten Vincentiushuis 2010 7.4 Opbouw budget aanvaardbare kosten Justitie 2010 7.5 Opbouw budget aanvaardbare kosten Asielzoekers 2010
73 73 76 79 81 82
Maatschappelijk verslag 2010 Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg
1 Uitgangspunten van de verslaggeving
2 Profiel van de organisatie 2.1 Algemene gegevens
voorzitter van de raad van bestuur van Vincent van Gogh is voorzitter van het bestuur van de maatschap. Vincent van Gogh participeert voor 1/6 deel in het aandelenkapitaal van de private verslavingskliniek RoderSana.
Inleiding Op grond van de wet WTZi en artikel 9 van de Regeling Verslaglegging Zorg rapporteren wij met ingang van het verslagjaar 2007 volgens het stramien Jaarverantwoording zorginstellingen. De informatie in de jaarverantwoording heeft betrekking op GGZ Noord- en Midden Limburg (GGZ NML). De verslagperiode betreft het jaar 2010. In 2010 is besloten de naam van GGZ Noord- en Midden Limburg te wijzigen in Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg. De naamswijziging wordt in 2011 formeel geëffectueerd, maar de benaming Vincent van Gogh hanteren wij al vanaf eind 2010.
Naam verslagleggende rechtspersoon
Vincent van Gogh
Adres
Stationsweg 46
Postcode
5803 AC
Plaats
Venray
Telefoonnummer
0478527527
Identificatienummer Kamer van Koophandel
12051606
E-mailadres
[email protected]
Internetpagina
www.vvgi.nl
Reikwijdte van het jaardocument In dit document leggen wij verantwoording af over het concern Vincent van Gogh, inclusief het psychogeriatrisch verpleeghuis St. Vincentiushuis. In de jaarrekening van GGZ NML werden tot 2010 de cijfers van de maatschap Regionaal Centrum Geestelijke Gezondheidszorg Weert (RCG Weert) geconsolideerd. De maatschap RCG Weert is een samenwerkingsverband tussen RIAGG Zuid, het St. Jans Gasthuis en GGZ Noord- en Midden-Limburg. GGZ NML nam in 2010 voor 33,3% deel in de exploitatie. Vanwege het minderheidsbelang worden de cijfers van RCG Weert vanaf 2010 niet meer geconsolideerd in het jaardocument van Vincent van Gogh.
Stichting GGZ Noord-Limburg
Deelnemingen: RCG Weert; RoderSana
2.2 Structuur van het concern Een belangrijke leidraad voor het vaststellen, uitvoeren, evalueren en verantwoording afleggen over het gevoerde beleid is de beleidscyclus van onze instelling. De beleidscyclus start met het opstellen van een kadernota. In de kadernota vertalen wij het strategisch meerjarenbeleid naar tactisch niveau in de vorm van speerpunten en richtlijnen voor de aandachtsgebieden Zorg, Organisatie en Personeel. Aan de hand van de kadernota formuleren de divisiedirecteuren beleid op tactisch en operationeel niveau voor de divisies. In de vorm van jaar(activiteiten)plannen inclusief begroting. De raad van bestuur volgt en evalueert de uitvoering van de jaarplannen en de exploitatie in kwartaalgesprekken met de divisiedirecteuren. In de jaarverantwoording wordt verantwoording afgelegd over het gevoerde en gerealiseerde beleid. De jaarverantwoording vormt het sluitstuk van de beleidscyclus.
Stichting Vincent van Gogh
Juridische structuur Vincent van Gogh is een stichting die geïntegreerde geestelijke gezondheidszorg biedt. Het doel van de stichting is het bevorderen van de geestelijke en maatschappelijke gezondheidszorg. Dat doet de stichting door een goed gespreid en geïntegreerd stelsel van ambulante, semimurale en intramurale geestelijke en maatschappelijke gezondheidszorg voor volwassenen en ouderen te realiseren. Afgestemd op de behoeften van de bevolking in Noord- en Midden-Limburg en daarbuiten. Verder doen wij alles wat daar rechtstreeks of zijdelings verband mee houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn. Vincent van Gogh bestuurt de stichtingen: Vincent van Gogh Instituut en de Stichting Geestelijke Gezondheidszorg Noord-Limburg. De stichting Vincent van Gogh Instituut bestuurt de stichtingen: Stichting Psychiatrisch Centrum St. Servatius en Stichting Psychiatrisch Centrum St. Anna. In de Stichting Geestelijke Gezondheidszorg vinden geen activiteiten meer plaats. De stichting Vincent van Gogh Instituut is de toegelaten zorgzorginstelling in het kader van de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi). In de Stichting Psychiatrisch Centrum Sint Servatius en de Stichting Psychiatrisch Centrum Sint Anna is het vastgoed van Servaashof en het Sint Anna ondergebracht.
Stichting Vincent van Gogh Instituut Stichting Psychiatrisch Centrum St. Anna
Stichting Psychiatrisch Centrum St. Servatius
Medezeggenschapsstructuur Cliënten De medezeggenschapsstructuur van de cliënten is zowel centraal als decentraal georganiseerd. De zorgdivisies hebben ieder een cliëntenraad. Op concernniveau is er een collectieve cliëntenraad. De relatie tussen de collectieve cliëntenraad, cliëntenraden van de divisies en de raad van bestuur is geregeld in een samenwerkingsovereenkomst.
Organisatiestructuur De organisatorische ordening binnen Vincent van Gogh is gebaseerd op circuitvorming. De circuits zijn leeftijd gerelateerd en/of probleem gerelateerd. Leeftijd gerelateerd houdt in: circuits voor volwassenen en ouderen met een onderscheid tussen kortdurende behandeling en langdurende zorg. Probleem gerelateerde circuits zijn er bijvoorbeeld voor verslaafden, forensische psychiatrie, mensen met angststoornissen, autisme, ADHD of posttraumatische stressstoornissen. Voor de ondersteuning van de zorg zijn organisatorische eenheden in de vorm van diensten gecreëerd. De verschillende ondersteunende diensten leveren dienstverlening aan de zorgeenheden. De specificatie van die levering leggen wij zoveel mogelijk vast in dienstverleningsafspraken. Daarbij beschouwen we de jaarlijkse activiteitenplannen als jaarcontracten. De organisatiestructuur in 2010 vindt u weergegeven in het organogram.
Vincent van Gogh is met RIAAG Zuid (Roermond) en het Sint Jansziekenhuis (Weert) maat in de maatschap RCG Weert. De maten brengen ieder 1/3 van het vermogen van de maatschap in. De
6 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 7
Organogram Vincent van Gogh
Divisie Kortdurende zorg De ambulante en kortdurende klinische zorg verlenen wij in Regionale Centra voor geestelijke gezondheid (RCG). Veelal in samenwerking met de plaatselijke ziekenhuizen en de voormalige RIAGG’s, zijn hierin de geestelijke gezondheidszorg voor volwassenen en ouderen ondergebracht. Op deze manier bieden wij de zorg laagdrempelig en dicht bij de woonomgeving van de cliënt aan. De verschillende zorgvormen sluiten nauw op elkaar aan: de zorg is geïntegreerd.
Raad van Toezicht
Raad van Bestuur
Secretaris Raad van Bestuur
Stafbureau Medezeggenschapsraad
Uitgangspunt is de zorg zoveel mogelijk vanuit de woon- en leefomgeving van cliënten aan te bieden. Zij komen voor consult naar de polikliniek of de sociaalpsychiatrisch verpleegkundigen bieden zorg aan huis. Daarmee is de zorg zo min mogelijk belastend of ingrijpend voor de cliënten. Indien nodig schakelen we om naar intensievere zorg, zoals een opname in de kliniek van het RCG.
Bureau Marketing & Communicatie
Collectieve Cliëntenraad
Er zijn regionale centra voor geestelijke gezondheid in Venlo, Venray en Roermond. Tevens bieden wij vanuit poliklinieken in Deurne, Boxmeer en Helden, in nauwe samenwerking met ketenpartners, kortdurende ambulante zorg aan. Ook in deze gebieden is er dus geestelijke gezondheidszorg laagdrempelig en dicht bij huis. De regionale centra en poliklinieken zijn ondergebracht in de divisie Kortdurende Zorg.
Secretariaat RvB
Medezeggenschap medewerkers Projectbureau
Divisie Verslavingszorg Bij de divisie Verslavingszorg kunnen mensen terecht met verslavingsproblemen. Deze divisie beschikt over de expertise om verschillende vormen van deskundige hulp te bieden. Het aanbod is zowel ambulant, in deeltijd als ook (poli-)klinisch.
Concern Controller Eerste geneeskundige Dienst Geestelijke Verzorging
Wetenschappelijk Onderzoek & Opleidingen
Zorg
Ondersteuning
Divisie Kortdurende Zorg
Wetenschappelijk onderzoek
HRM
Divisie Verslavingszorg
Opleiding Medisch Specialisten
Financiën
Divisie Langdurige Zorg
P-opleiding
ICT
Divisie Specialistische functies
Master in advanced Nursing
Facilitair bedrijf
Psychologie & Medical Master Wetenschappelijke bibliotheek Master in Addiction
8 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
• Ambulante Verslavingszorg Doelstelling van de ambulante verslavingszorg is het bereiken van een middelenvrij bestaan of verbetering van de levenskwaliteit en gezondheid. Deze zorg bieden wij vanuit vestigingen in Venlo, Roermond, Weert, Venray, Deurne en Boxmeer. In diverse programma’s bieden wij zowel individuele als groepsgerichte behandeling en begeleiding. Onderdelen van de ambulante verslavingszorg zijn: activerende zorg, ambulante woonbegeleiding, opstapwoning, Huis op Proef, maatschappelijke integratie en medische zorg en methadonbehandeling. Naast de genoemde onderdelen verzorgt de ambulante verslavingszorg ook de indicatiestelling en zorgtoewijzing voor de verslavingszorg. • Verslavingskliniek Paschalis Verslavingskliniek Paschalis biedt plaats aan gemiddeld 48 cliënten vanaf 16 jaar. Deze cliënten willen hulp om van hun afhankelijkheid van middelen en/of gokken af te komen. De kliniek bestaat uit de volgende afdelingen: detox & diagnostiek, klinische behandeling, deeltijdbehandeling en poliklinische behandeling. De behandeling heeft als doel het ondersteunen van de cliënt bij het opbouwen van een middelenvrij bestaan.
• Korsakov kliniek, voor cognitieve stoornissen bij alcohol De Korsakov kliniek te Venray is een gespecialiseerde kliniek voor onderzoek en behandeling. Mensen die door alcoholgebruik cognitieve schade hebben opgelopen, waaronder mensen die lijden aan het ‘syndroom van Korsakov’, kunnen daar terecht. De kliniek richt zich binnen het opnameprogramma op observatie en diagnostiek. In het programma voortgezette behandeling/resocialisatie proberen wij het functioneren van de cliënt te optimaliseren. Daarnaast proberen we de zelfstandigheid te vergroten en toe te werken naar een terugkeer in de maatschappij. Voor de cliënten die permanent aangewezen blijven op zorg of begeleiding is er de afdeling Korsakov Woonbegeleiding. De Korsakov kliniek biedt ook deeltijdbehandeling aan. • GGZ reclassering Vincent van Gogh GGZ reclassering Vincent van Gogh is verantwoordelijk voor het reclasseringsaanbod aan verslaafden, die strafbare feiten hebben gepleegd. De afdeling richt zich op mensen die direct of indirect door problematisch middelengebruik met justitie in aanraking komen. De inzet is om de individuele en maatschappelijke schade te beperken, die ontstaat ten gevolge van delicten gepleegd onder invloed van middelengebruik of verslavingsproblemen. • Preventie en informatie Verslavingspreventie Met verslavingspreventie willen we voorkomen dat mensen, met name jongeren, in de problemen komen door het gebruik van genotmiddelen en/of gokken. Doel is het tijdig signaleren van problemen en indien nodig de mensen doorverwijzen naar passende zorg. Het aanbod van verslavingspreventie kan onder andere bestaan uit: informatie, voorlichting of geïndiceerde preventie (bijvoorbeeld op scholen en op straat), deskundigheidsbevordering, het uitvoeren van veldonderzoek, beleidsaanbevelingen, opvoedingsondersteuning. Informatiecentrum voor geestelijke gezondheid Het Informatiecentrum Geestelijke Gezondheid (IGG) is er voor iedereen die vragen heeft of informatie wil over geestelijke gezondheid(szorg). Denk aan vragen over bijvoorbeeld ziektebeelden, hulpverlenings- en behandelmogelijkheden, wetgeving, cliënten- en/of lotgenotencontact. Tevens organiseert het IGG informatie- en voorlichtingsbijeenkomsten. GGZ Preventie Preventie in de geestelijke gezondheidszorg is het gericht op het voorkomen van ernstige psychische of persoonlijke problematiek. Het achterliggende doel is dat door middel van preventieve interventies mensen meer ‘handvatten’ krijgen om gezond te blijven en een kwaliteit van leven te behouden zonder afhankelijk te worden van professionele hulpverlening. Preventie heeft een educatief en ondersteunend karakter en wordt meestal groepsgewijs aangeboden maar kan ook verbijzonderd worden naar het individu.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 9
Divisie Langdurige Zorg De divisie Langdurige Zorg (LZ) biedt een totaal en integraal aanbod voor de doelgroep van cliënten met een vraag naar langdurende en complexe zorg. Wij maken een indeling op basis van accentverschillen en niet op basis van diagnose of leeftijd. Ons aanbod is te onderscheiden in drie leefgebieden: Wonen, Zorg en Dagbesteding. Hoe groter de beperkingen van de cliënt, des te intensiever onze ondersteuning is. Om de cliënt te bieden wat hij nodig heeft, dienen de woonsituatie, de dagelijkse zorg en de daginvulling sterk met elkaar verweven te zijn. Vermaatschappeling is bij ons een belangrijke ontwikkeling. De afgelopen jaren zijn cliënten doorgestroomd van klinische naar ambulante behandeling. Wij hebben onze cliënten de mogelijkheid geboden om zelf woningen te huren van een woningcorporatie. Deze cliënten bieden wij alleen nog ambulante behandeling aan. Onderdelen van de divisie Langdurige Zorg • Vincentiushuis Het Vincentiushuis is een psychogeriatrisch verpleeghuis met een toelating om 90 klinische cliënten te behandelen. Het zijn cliënten met een psychogeriatrische aandoening, verblijfsspecificatie psychogeriatrische aandoening of beperking. De functies zijn: huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging, ondersteunende begeleiding, activerende begeleiding, behandeling en verblijf. • Activiteitencentra Deze centra zijn er voor mensen met psychosociale problematiek en/of psychiatrische achtergrond. Wij bieden deze cliënten een zinvolle dagbesteding door middel van activiteiten/bezigheden. De cliënten dragen zelf medeverantwoordelijkheid en wij spreken hen aan op hun mogelijkheden. • Intern Activiteiten Centrum Het Intern Activiteiten Centrum (IAC) biedt een breed scala dagbestedingactiviteiten aan. Cliënten van de divisies maken van het aanbod gebruik. De activiteiten variëren van arbeidsmatige dagbesteding, creatieve dagbesteding, bewegingsagogie, vrijetijdsbesteding, educatie, inloop, cursussen en verenigingen. Hierbij gaan wij uit van de vraag van cliënten, zowel in teamverband als individueel. Divisie Specialistische Functies De Specialistische Functies horen niet tot het basispakket van de ambulante en klinische geestelijke gezondheidszorg. Het gaat om de volgende onderdelen: • Centrum voor Angst- en Dwangstoornissen; • Centrum voor Adolescentenpsychiatrie; • Centrum voor Autisme en AD(H)D; • Centrum voor Psychotherapie; • Centrum voor Neuropsychiatrie; • Forensische en Intensieve Zorg; • Electroconvulsietherapie.
10 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
Het gaat hier om zowel de klinische als de poliklinische functie. Het hele spectrum van bedden en behandeling, woon- en leefomgeving en ambulante zorg. Kenmerkend is de benodigde specifieke deskundigheid op het gebied van diagnostiek en behandeling. De zelfstandige organisatievorm en huisvesting is eveneens kenmerkend. Het bereik van de specialistische functies is bovenregionaal, soms zelfs landelijk. Het zorgaanbod van het Centrum voor Adolescentenpsychiatrie is in 2010 uitgebreid met Multi Systeem Therapie (MST). Wetenschappelijk Onderzoek & Opleidingen Vincent van Gogh beschikt over de erkenning als opleidingsziekenhuis voor de medisch specialismen psychiatrie en klinische geriatrie (opleider prof. Willem Verhoeven) en de psychologisch specialismen klinische psychologie en klinische neuropsychologie (opleider prof.dr.Jos Egger). Voorts zijn er erkenningen voor de BIG basisberoepen psychotherapie en gezondheidszorgpsychologie, alsmede voor de opleidingen tot verpleegkundig specialist (nurse practitioner) en physician assistent. Opleiding en onderzoek hebben binnen Vincent van Gogh van oudsher een duidelijke neurowetenschappelijke signatuur. Het is daarom niet verwonderlijk dat de instelling beschikt over een Topklinisch (TOPGZZ) Centrum voor Neuropsychiatrie. Door de verwevenheid van opleiding en onderzoek en de mogelijkheid tot consultatie, staat deze gespecialiseerde, door wetenschappelijk onderzoek begeleide, patiëntenzorg ten dienste van alle onderdelen van de instelling. Dit toegepast klinisch wetenschappelijk onderzoek geven wij vorm rondom de bijzondere leerstoelen van beide opleiders. De opleider medisch specialisten is verbonden aan de afdeling Psychiatrie van de Erasmus Universiteit te Rotterdam. De leeropdracht is ‘Farmacotherapie van chronisch psychiatrische aandoeningen’. De opleider psychologisch specialisten is verbonden aan het Donders Instituut en het Behavioural Science Instituut van de Radboud Universiteit Nijmegen. Met als leeropdracht ‘Contextuele neuropsychologie’. Het wetenschappelijk klimaat binnen de instelling faciliteren wij mede door de structurele beschikbaarheid van middelen voor promotietrajecten. Daarnaast beschikken wij over een goed geoutilleerd neurocognitief laboratorium en een uitgebreide wetenschappelijke bibliotheek. In de onderzoeksactiviteiten is een bijzondere rol weggelegd voor de onderzoeksgroep ‘Psychopathologie en Genetica’. Enkele jaren geleden sloegen Vincent van Gogh, de afdeling Klinische Genetica van het UMC St. Radboud en het Behavioural Science Institute van de Radboud Universiteit de handen ineen. Daarmee is een wetenschappelijk zeer vruchtbare samenwerking tot stand gebracht. PIAA PIAA staat voor Preventie en Informatie, Activiteitencentra en Arbeidsrehabilitatie. De afdeling Preventie en Informatie is in de loop van 2010 ondergebracht bij de divisie Verslavingszorg.
De afdeling Activiteitencentra en Arbeidsrehabilitatie is in 2010 ondergebracht bij de divisie Langdurige Zorg. Ondersteunende Diensten Er zijn vier Ondersteunende Diensten: • Financiën De dienst beheert de financiën, verzorgt en coördineert diverse administraties, geeft financieel advies en verstrekt managementinformatie. • HRM HRM is verantwoordelijk voor het ontwikkelen en invoeren van de noodzakelijke instrumenten en procedures behorende bij het HRM-beleid. • Facilitair Bedrijf Het Facilitair Bedrijf biedt ondersteuning om het primaire bedrijfsproces, de (geestelijke) zorgverlening, zo goed mogelijk uit te voeren. Het Facilitair Bedrijf zorgt voor een breed scala aan producten en diensten, afgestemd op de wensen van de cliënt en de organisatie. Producten en diensten als maaltijden, schoonmaak, huisvesting en (bouw)technisch onderhoud, veiligheid en vervoer vormen een greep uit het totale aanbod van het Facilitair Bedrijf. • Dienst ICT De dienst ICT is verantwoordelijk voor de telefonie, Personen Beveiliging Systeem, Personen Zoek Installatie, Verpleeg Oproep Systeem, Brandmeldinstallatie, Callmaxers en de automatisering van onze totale instelling. Ondersteuning raad van bestuur De secretaris, concerncontroller, bouwcoördinator, projectenbureau en stafbureau ondersteunen de raad van bestuur. In het stafbureau zijn de volgende functies ondergebracht: algemeen, juridisch, kwaliteit, voorlichting en communicatie. Deze functies ondersteunen de raad van bestuur in hun strategische en statutaire verantwoordelijkheid. Het stafbureau kent ook tijdelijke functies die, afhankelijk van de ontwikkelingen, gedurende een bepaalde periode extra aandacht vragen. Het projectenbureau houdt zich bezig met organisatiebrede projecten.
tactische niveaus en de directeuren de tactische en operationele niveaus. De divisiedirecteuren kennen een integrale verantwoordelijkheid voor hun divisie of organisatieonderdeel en dragen ook verantwoordelijkheden op concernniveau door het toebedelen van concernbrede taken.
Toelatingen Vincent van Gogh heeft de volgende toelatingen: Vincent Van Gogh Instituut (instellingsnummer 669) 1013 plaatsen Aandoening(en): 44 plaatsen psychiatrische aandoening, verblijfsspecificatie verslaafden 39 plaatsen psychiatrische aandoening, verblijfsspecificatie herstellingsoord 77 plaatsen psychiatrische aandoening, verblijfsspecificatie georganiseerde en gewaarborgde verpleging in gezinnen 10 plaatsen psychiatrische aandoening, verblijfsspecificatie forensisch psychiatrische cliënten 96 plaatsen psychiatrische aandoening, verblijfsspecificatie beschermde woonvorm 3 plaatsen psychiatrische aandoening, verblijfsspecificatie exforensische cliënten 728 plaatsen psychiatrische aandoening, verblijfsspecificatie psychiatrische aandoeningen algemeen 16 plaatsen voor verzekerden met een psychogeriatrische aandoening of beperking, verblijfsspecificatie psychogeriatrisch algemeen St. Vincentiushuis (instellingsnummer 311) 90 plaatsen Aandoening: 90 plaatsen psychogeriatrische aandoening, verblijfsspecificatie psychogeriatrische aandoening of beperking
Besturingsstructuur De besturingsstructuur is sterk bepaald door het centraal stellen van zorg-, hulp- en dienstverlening. De kernfuncties daarbinnen zijn: diagnostiek, indicatiestelling, zorgtoewijzing, behandeling in engere zin, begeleiding, verzorging en het bieden van verblijf. In de verticale ordening is er sprake van drie echelons: de raad van bestuur, de directeuren en de leidinggevenden daaronder. De besturingsstructuur is gebaseerd op centrale sturing en decentrale uitvoering. De raad van bestuur bestrijkt de strategische en
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 11
2.3 Kerngegevens
Productie
Aantal
Aantal in verslagjaar geopende DBC’s (ontleend aan
2.3.1 Kernactiviteiten en nadere typering
instellingsinformatiesysteem, niet uit DIS)
Aantal in verslagjaar gesloten DBC’s (ontleend aan
Onze kerntaken liggen op de terreinen zorg, opleiding, onderzoek en preventie. Wij zijn allereerst een zorginstelling die actief is in de geestelijke gezondheidszorg voor (jong)volwassenen en ouderen. Wij bieden een breed scala aan zorgdiensten en verzorgen preventie- en voorlichtingsactiviteiten. De zorg omvat onder meer medisch-specialistische behandeling, verpleging, verzorging, begeleiding, ondersteuning en activering. Wij leveren de zorg op een van onze vele locaties of – op indicatie – bij de cliënt thuis. De zorg kunnen wij desgewenst in combinatie met een vorm van wonen aanbieden, bijvoorbeeld in een psychiatrisch ziekenhuis of verpleeghuis. Wij beschikken over opleidingsplaatsen voor artsen die zich willen specialiseren tot psychiater en voor psychologen die de postdoctorale opleiding tot gezondheidszorg- psycholoog en klinisch psycholoog willen volgen. Ook verzorgen wij het praktijkgedeelte van de opleidingen van verpleegkundigen en verzorgenden en bieden wij stageplaatsen voor tal van studierichtingen. Om de kwaliteit van de zorgverlening duurzaam te verhogen besteden wij veel aandacht aan wetenschappelijk onderzoek. Daarvoor werken wij samen met de Radboud Universiteit in Nijmegen en de Erasmus Universiteit in Rotterdam.
2.3.2 Cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten
instellingsinformatiesysteem, niet uit DIS)
en BOPZ in verslagjaar
maatschappelijke opvang; sociale werkgelegenheid; forensische en penitentiaire instellingen; wetenschappelijke instituten en universiteiten.
7.007
Aantal dagen met verblijfszorg inclusief kleinschalig wonen 292.331
Met een aantal belanghebbenden is de samenwerking geformaliseerd in een overeenkomst. Dat zijn:
Waarvan ZZPdagen met verblijfszorg inclusief kleinschalig
wonen en BOPZ in verslagjaar
176.539
Waarvan kleinschalig wonen
23.500
Aantal deeltijdbehandelingen in verslagjaar
24.748
Aantal ambulante contacten in verslagjaar
156.922
Aantal dagdelen dagactiviteiten in verslagjaar
Aantal personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar
1.614
Aantal FTE personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar
1.241
Bedrijfsopbrengsten
Regionaal Centrum Geestelijke Gezondheidszorg Weert Met RIAGG Zuid te Roermond en het St. Jans Gasthuis te Weert hebben wij een maatschapovereenkomst. Met de maatschap bieden wij integrale geestelijke gezondheidszorg in de regio Weert.
70.945
Personeel
Totaal bedrijfsopbrengsten (in euro’s) in verslagjaar
107.747.935
Waarvan wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
96.083.786
Waarvan overige bedrijfsopbrengsten
11.664.149
2.3.3 Werkgebieden Ons werkgebied is Noord- en Midden-Limburg. In de zorgkantoorregio Noord-Limburg bieden wij AWBZ-zorg. Een aantal voorzieningen kent daarnaast een bovenregionale functie. Zo werken het Centrum voor Angst- en Dwangstoornissen en het Centrum voor Psychotherapie bovenregionaal.
2.4 Samenwerkingsrelaties
Virenze Ketenzorg psychische en psychiatrische zorg. In het kader van ketenzorg werken wij samen met Virenze op basis van het stepped care model. Verder wisselen we kennis uit op het gebied van elkaars specifieke deskundigheidsgebieden.
Samenwerkingsovereenkomst Vincent van Gogh en Forensisch Psychiatrische Dienst ’s Hertogenbosch Met de Forensisch Psychiatrische Dienst ’s Hertogenbosch geven wij samen optimaal invulling aan de opleiding tot psychiater.
Forensisch Psychiatrisch Instituut De Rooyse Wissel Met het Forensisch Psychiatrisch Instituut De Rooyse Wissel hebben wij een samenwerkingsovereenkomst voor het garanderen van psychiatrische zorg in het forensisch psychiatrisch instituut.
Samenwerkingsovereenkomst Stichting Zorggroep NoordLimburg Met de Stichting Zorggroep Noord-Limburg stemmen wij visies op het gebied van wonen, zorg en welzijn af.
Mondriaan Gemeenschappelijke aansturing en uitvoering van de justitiële verslavingszorg en de uitvoering van de educatieve maatregel alcohol en verkeer (EMA) in de provincie Limburg.
Intentieverklaring (ver)huren ruimte Land van Gelre en Gulick Met het Land van Gelre en Gulick is overeengekomen om in Sint Camillus ruimte te huren voor de huisvesting van 16 intramurale plaatsen en 10 deeltijdplaatsen voor psychiatrische cliënten.
Aantal cliënten
Consortium Verslavingszorginstellingen en het Academisch Centrum Sociale Wetenschappen inzake Nijmegen Institute for Scientist_Practioners in Addiction (NISPA) In een convenant hebben wij afgesproken om een kenniscentrum NISPA (verslavingszorg) op te richten. Partijen in het convenant zijn het Academisch Centrum Sociale Wetenschappen Nijmegen en Novadic, Stichting de Grift en Tactus.
Aantal patiënten/cliënten in zorg/behandeling
per einde verslagjaar
Waarvan Zorg Zwaarte Pakket (ZZP)patiënten/cliënten in
zorg/behandeling per einde verslagjaar
Capaciteit
8.607 390 Aantal bedden
Aantal beschikbare bedden/plaatsen voor verblijfszorg per einde verslagjaar, inclusief kleinschalig wonen (voorheen: beschermd wonen), inclusief deeltijdplaatsen en inclusief Bijzondere Opnemingen Psychiatrische
Ziekenhuizen (BOPZ)aanmerking
909
Waarvan kleinschalig wonen
64
12 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
Samenwerkingsovereenkomst leernetwerk verslavingszorg regio Onderstaande instellingen hebben samen een leernetwerk en zijn overeengekomen dit in stand te houden. De instellingen zijn: • Tactus, Instelling voor verslavingszorg; • Meerkanten GGZ; • Zwolse Poort; • CAD, Ambulante verslavingszorg Flevoland, Noordwest Veluwe en Zwolle e.o.; • De Grift, Gelders Centrum voor Verslavingszorg; • Novadic, Netwerk voor Verslavingszorg Oost-Brabant; • Vincent van Gogh; • Mondriaan Zorggroep.
Bedrag in euro’s
Kerngegevens Cliënten
3.071
• • • •
Belanghebbenden van Vincent van Gogh zijn: • cliënten; • familie van cliënten; • cliëntenorganisaties; • medewerkers; • rijksoverheid; • provincie Limburg; • gemeenten; • justitie en politie; • zorgverzekeraars; • zorgkantoor; • huisartsen; • CIZ Centrum voor indicatiestelling; • woningcorporaties; • reclassering; • maatschappelijk werk;
NLW Groep Als centrum voor sociale werkgelegenheid in de regio spant de NLW groep zich in om iedereen optimaal en duurzaam te laten meedoen op de arbeidsmarkt. Vincent van Gogh vindt samen met de NLW dat iedereen recht heeft op werk. Hiertoe is een samenwerkingsovereenkomst gesloten. Samenwerkingsovereenkomst RIAGG Zuid en Vincent van Gogh Onder gemeenschappelijke verantwoordelijkheid geven wij samen vorm aan het bemoeizorgaanbod voor GGZ en de verslavingsproblematiek in Midden-Limburg.
Regionaal Instituut voor Nascholing en Opleiding Geestelijke Gezondheidszorg in Zuid-Nederland (RINO) RINO is een samenwerkingsverband van instellingen voor opleidingen voor beroepen in de individuele gezondheidszorg. Wij zijn bij dit samenwerkingsverband aangesloten. Samenwerkingsovereenkomst opleiding AIOS psychiatrie met Ziekenhuis Rijnstate Arnhem Met het ziekenhuis Rijnstate te Arnhem werken wij samen bij de opleiding tot psychiater. Multilaterale samenwerkingsovereenkomst opleiding klinische geriatrie Samenwerkingsverband voor de opleiding tot geriater. In het samenwerkingsverband werken wij samen met: • UMC St. Radboud; • De Gelderse Roos; • GGZ Oost Brabant, regio Oss; • GGZ Nijmegen, locatie Maria Mackenzie; • Alysis Zorggroep, locatie Rijnstate Ziekenhuis; • Twee-Steden Ziekenhuis.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 13
Affiliatieovereenkomst UMC St. Radboud Met het Universitair Medisch Centrum Stichting Sint Radboud hebben wij afspraken over het leveren van een bijdrage aan de verzorging van co-assistentschappen. Convenant instellingen voor de geestelijke gezondheidszorg en politie regio Limburg Noord District Venray Met de politie regio Limburg Noord District Venray hebben wij afspraken over: • de aangifte van strafbare feiten; • het horen en/of aanhouden van personen; • de inname van goederen door personeel van de instelling; • het verstrekken van medische informatie; • het handelen bij niet natuurlijke dood; • het medisch sporenonderzoek bij seksueel geweld. Samenwerkingsovereenkomst met betrekking tot de Psychosociale Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (PSHOR) De samenwerkingsovereenkomst realiseert een adequate regeling voor psychosociale hulpverlening bij grootschalige incidenten. Partijen bij de samenwerkingsovereenkomst zijn: • Sector Veiligheid Noord- en Midden-Limburg; • RIAGG Zuid; • RCG Weert; • Mutsaersstichting; • Stichting Wel.kom; • Stichting Vorkmeer; • Stichting Algemeen Maatschappelijk Werk Midden-Limburg; • Synthese; • Slachtofferhulp Nederland, regio Noord- en Midden/Zuid-Limburg; • Vincent van Gogh. Regionaal overleg acute zorgketen In 2007 is een convenant Ketenpartners Acute Zorg getekend. Met het convenant brengen we de acute zorg in Limburg in kaart en stemmen we de activiteiten tussen aanbieders van acute zorg op elkaar af. Convenant Venrays museum Vincent van Gogh Instituut en de Stichting Beheer Geschied en Oudheidkundig Museum ’t Freulekeshuus zijn overeengekomen om één Venrays museum in Servaashof te vestigen. Samenwerkingsovereenkomst voorlichting genotmiddelen Met GGD Noord-Limburg werken wij samen op het gebied van voorlichting over het gebruik van genotmiddelen. Intentieovereenkomst Vincentiusterrein Met de Zorggroep hebben wij een intentieovereenkomst voor de herontwikkeling van het Vincentiusterrein.
14 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
Veiligheidshuis Noord-Limburg Wij participeren in het Veiligheidshuis Noord-Limburg. Het Veiligheidshuis is een samenwerkingsverband tussen justitie en zorgaanbieders. Het richt zich primair op de doelgroepen: volwassen veelplegers, daders, slachtoffers en kinderen bij huiselijk geweld, minderjarigen en (ex)gedetineerden. Overeenkomsten over de te leveren productie worden jaarlijks gesloten met zorgverzekeraars, zorgkantoor, justitie en gemeenten. Financieringsovereenkomsten zijn afgesloten met diverse kapitaalverschaffers en het Waarborgfonds voor de zorgsector.
3 Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap
zich naar elkaar en extern te verantwoorden. Het begrip ‘verantwoording’ dient hier ruim te worden uitgelegd. Het hoeft niet altijd te gaan om een formele (juridische) verantwoording, het kan ook gaan om informatieverstrekking (transparantie). In de statuten is een regeling voor geschillen tussen raad van toezicht en raad van bestuur opgenomen.
3.1 Normen voor goed bestuur 3.1.1 Zorgbrede Governancecode Naast de raad van bestuur kent onze instelling een raad van toezicht. De raad van toezicht heeft tot taak toezicht te houden op het besturen door de raad van bestuur en op de algemene gang van zaken in de organisatie. De raad van bestuur is verantwoordelijk voor en belast met het besturen van de organisatie. Dit betekent dat de raad van bestuur onder meer verantwoordelijk is voor het opstellen en de realisatie van de strategische doelstellingen, het beleid en de daaruit voortvloeiende resultaten. De raad van bestuur legt hierover verantwoording af aan de raad van toezicht. Bij het besturen en toezicht houden hanteren wij de Zorgbrede Governancecode. De raad van toezicht en de raad van bestuur baseren zich bij hun werk op de statuten. Daarnaast ook op respectievelijk het reglement raad van toezicht en het reglement raad van bestuur. Beide reglementen zijn in 2007 geactualiseerd en door de raad van toezicht vastgesteld. In navolging van de commissie Health Care Governance en de Zorgbrede Governancecode gaan wij uit van de volgende drie uitgangspunten: • goede zorg vereist goed bestuur • goed bestuur verdient goed toezicht • goede zorg is verantwoorde zorg Bij goed bestuur en ‘good governance’ is in ieder geval één van de minimale vereisten dat de werkzaamheden en de onderlinge verhoudingen in de bestuurlijke top goed geregeld zijn en adequaat zijn vastgelegd. Goed intern toezicht verhoogt de kwaliteit van het functioneren van de raad van bestuur. Adequaat intern toezicht draagt er toe bij dat politiek en maatschappelijk vertrouwen in de (besturing van de) gezondheidszorg wordt verworven. Een transparante vorm van zelfregulering bevordert het noodzakelijke vertrouwen van samenleving, politiek en financiers.
Zorgbrede Governancecode 2010 Begin 2010 werd de Zorgbrede Governancecode in de raad van toezicht besproken. Naar aanleiding daarvan zijn in 2010 regelingen aangescherpt of ingevoerd. Onderwerpen die aan de orde kwamen zijn: • het opnemen van een klokkenluiderregeling; • de codebepalingen over de dialoog met belanghebbenden; • de beperking van het aantal commissariaten van een lid van de raad van toezicht; • meer aandacht voor scholing voor leden van de raad van toezicht; • de verwijzing naar de geschillenregeling via de Governancecommissie Gezondheidszorg. Reglementen raad van toezicht en raad van bestuur In het reglement raad van toezicht zijn de volgende onderwerpen nader uitgewerkt: • positionering raad van toezicht; • bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de raad van toezicht; • informatievoorziening; • samenstelling raad van toezicht; • intern en extern overleg raad van toezicht; • benoeming en einde lidmaatschap raad van toezicht; • werkwijze van de raad van toezicht; • evaluatie van het functioneren van raad van toezicht en raad van bestuur; • honorering raad van toezicht; • conflictregeling tussen raad van toezicht en raad van bestuur. In het reglement van de raad van bestuur zijn de volgende onderwerpen nader uitgewerkt: • positionering van de raad van bestuur; • taken van de raad van bestuur; • taakverdeling binnen de raad van bestuur; • vergaderingen en besluitvorming door de raad van bestuur; • relaties met cliëntenraad, ondernemingsraad en management; • continuïteit en deskundigheid van de raad van bestuur; • belangenverstrengeling.
De zorg dient niet alleen professioneel inhoudelijk verantwoord te zijn. Verantwoording aan direct belanghebbenden hoort er ook bij. Deze eisen mogen aan bestuur en toezicht van zorgorganisaties gesteld worden. Raad van bestuur en raad van toezicht hebben
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 15
3.2 Raad van bestuur De taken, verantwoordelijkheden, bevoegdheden en werkzaamheden van de raad van bestuur zijn statutair en in het reglement van de raad van bestuur vastgelegd. Het reglement van de raad van bestuur is vastgesteld door de raad van toezicht.
raad van bestuur. De directeuren zijn verantwoordelijk voor het behalen van de doelen van hun divisie zoals overeengekomen in een managementcontract met de raad van bestuur. De raad van bestuur ontvangt maandelijks een rapportage over de realisatie van de financiële, personele en productiedoelstellingen. De raad van bestuur voert elk kwartaal een gesprek met de directeuren over de realisatie van de financiële, personele en productiedoelstellingen.
De leiding is in handen van een tweehoofdige, collegiale raad van bestuur. Er is een verdeling van taken gemaakt. Met de verdeling van taken is er duidelijkheid wie welke hiërarchische functies vervult. Ook wie verantwoordelijk is voor welke aandachtsvelden.
Overleg vakgroepen en medische staf De raad van bestuur overlegt periodiek met de vakgroepen en de medische staf. Vakgroepen en medische staf leveren een zorginhoudelijke bijdrage aan de beleidsontwikkeling.
A.L.M. van der Sanden, voorzitter raad van bestuur
De vakgroepen zijn: • vakgroep psychologen; • vakgroep verpleegkundigen en verzorgenden; • vakgroep vaktherapieën; • vakgroep maatschappelijk werk.
Verantwoordelijk voor de aandachtsvelden: • algemene bestuurlijke en organisatorische zaken; • communicatie en public relations; • financiën; • vastgoed en nieuwbouw; • kortdurende zorg; • specialistische functies: Centrum voor Angst- en Dwangstoornissen, Centrum voor Neuropsychiatrie, Centrum voor Psychotherapie; • opleidingen en wetenschappelijk onderzoek; • medezeggenschap medewerkers (ondernemingsraad). G.Th.J.M. Derks, lid raad van bestuur Verantwoordelijk voor de aandachtsgebieden: • algemene zorginhoudelijke zaken; • verslavingszorg; • langdurig complexe zorg (inclusief Vincentiushuis en forensische psychiatrie); • specialistische functies: Centrum voor AD(H)D, Centrum voor Adolescentenpsychiatrie, Forensische en Intensieve Zorg, ECT; • geestelijke verzorging; • personeel en organisatie; • medezeggenschap cliënten (collectieve cliëntenraad).
Voor de medische staf geldt een statuut medische staf en een huishoudelijk reglement. De vakgroep verpleging en verzorgenden vervult de functie van Verpleegkundige Adviesraad (VAR).
Wisseling raad van bestuur Gelet op de leeftijden van de zittende leden zal de volledige vernieuwing van de raad van bestuur tussen nu en vijf jaar plaatsvinden. De raad van toezicht en de raad van bestuur vinden het wenselijk tijdig met deze vernieuwing rekening te houden. Immers, binnen de zorg in het algemeen en binnen onze instelling in het bijzonder staan ons de komende jaren belangrijke veranderingen te wachten. De raad van toezicht en Toine van der Sanden kwamen in goed overleg overeen, dat hij per 1 januari 2011 terugtrad als voorzitter van de raad van bestuur. In 2010 heeft de raad van toezicht gesprekken gevoerd met (vertegenwoordigers van) diverse geledingen en de medezeggenschapsorganen. Vervolgens is in goed overleg met het lid van de raad van bestuur, Geert Derks een beslissing genomen over het gewenste profiel van de nieuwe voorzitter en is de werving gestart. De raad van toezicht heeft in 2010 mevrouw drs. J. E.M. Tijhuis als nieuwe bestuursvoorzitter weten aan te trekken die op 1 januari 2011 in functie is getreden.
Samenstelling raad van bestuur en nevenfuncties
3.3 Raad van toezicht
Naam:
Dr. A.L.M. van der Sanden
Bestuursfunctie:
Voorzitter
Nevenfuncties: - lid Raad van Advies Stichting CARAES - voorzitter Stichting Bedrijf en Cultuur Venray e.o. - lid Commissie Financiering en Bekostiging van GGZ Nederland - lid Health Advisory Board Fortis Nederland (tot 1 september 2010) - bestuursvoorzitter Maatschap RCG Weert - penningmeester Stichting Centrum voor ZorgMonitoring - lid van de visitatiecommissie van de Stichting Topklinische GGZ Naam:
Drs. G.Th.J.M. Derks
Bestuursfunctie:
Lid
Nevenfuncties:
Gemeenschappelijke aandachtsgebieden
- lid commissie zorgvisie en normering van GGZ Nederland - arbiter Scheidsgerecht Gezondheidszorg - lid bestuur Nijmegen Institute Scientist Practitioners Nijmegen (NISPA)
Bezoldiging bestuurders De raad van bestuur geeft leiding aan de directeuren van de divisies, het hoofd stafbureau, de concerncontroller, het bouwbureau, het projectenbureau, geestelijke verzorging en de secretaris
16 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
De raad van toezicht bestaat uit zeven leden. De leden van de raad van toezicht zijn onafhankelijk (zie tabel hoofd- en nevenfuncties). Uit het overzicht van hoofd- en nevenfuncties van de raad van toezicht blijkt dat leden kennis hebben van financiën en zorg. De raad van toezicht voldoet qua deskundigheid in totaliteit aan het profiel zoals opgesteld door de raad van toezicht. De taken en bevoegdheden van de raad van toezicht zijn in de statuten en het reglement van de raad van toezicht vastgelegd. De raad van toezicht beschikt over een actueel profiel en een rooster van aftreden.
Positionering raad van toezicht
- lid bestuur Europsy te Brussel - voorzitter bestuur Nederlandse Vereniging voor Slechthorenden te Amsterdam
De leden van de raad van bestuur hebben de volgende gezamenlijke aandachtsgebieden: • strategisch beleid, visie en missie; • strategische samenwerking; • ICT; • facilitair bedrijf.
c onform deze adviesregeling plaatsgevonden. De bezoldiging van de bestuurders is opgenomen in de jaarrekening. Met de bestuurders zijn vooraf geen bonussen overeengekomen. De bezoldigingen van de bestuurders worden in het kader van de WOPT gemeld.
GGZ NML volgt voor de bezoldiging van de bestuurders de adviesregeling van de NVZD. In 2010 heeft de bezoldiging ook
De statuten van Vincent van Gogh voorzien in een raad van toezicht. De raad van bestuur bestuurt en de raad van toezicht houdt integraal toezicht op het beleid van de raad van bestuur en op de algemene gang van zaken binnen de organisatie. De raad van toezicht staat de raad van bestuur met advies terzijde.
Bevoegdheden en verantwoordelijkheden raad van toezicht De raad van toezicht toetst of de raad van bestuur bij zijn beleidsvorming en de uitvoering van zijn bestuurstaken oog houdt op het belang van de organisatie. Dit in relatie tot de maatschappelijke functie van Vincent van Gogh. Tevens toetst de raad van toezicht of het bestuur een zorgvuldige en evenwichtige afweging heeft gemaakt van de belangen van allen die bij Vincent van Gogh betrokken zijn. De raad van toezicht rekent de volgende taken en bevoegdheden in ieder geval tot zijn verantwoordelijkheid: • het zorgdragen voor een goed functionerende raad van bestuur (door benoeming, beoordeling en ontslag van (leden van) de raad van bestuur); • het zorgdragen voor een goed functionerend intern toezicht (door benoeming, beoordeling en ontslag van (leden van) de raad van toezicht); • het functioneren als adviseur en klankbord voor de raad van bestuur; • het houden van integraal toezicht op het beleid van de raad van bestuur en de algemene gang van zaken in de instelling; • het goedkeuring verlenen aan strategische beslissingen van de raad van bestuur; • het op voordracht van de raad van bestuur benoemen van de registeraccountant. De raad van toezicht ziet er in het bijzonder op toe dat de uitvoering van het bestuursbeleid strookt met de vastgestelde en goedgekeurde beleidsplannen en beleidsuitgangspunten. De raad van toezicht en raad van bestuur maken daarbij afspraken over de ijkpunten die de raad van toezicht hanteert. De feitelijke uitvoerende en beleidsbepalende taak, waaronder de ontwikkeling van het strategisch beleid, ligt bij de raad van bestuur. De raad van toezicht neemt kennis van en spreekt haar oordeel uit over de verantwoording door de raad van bestuur. Dit betreft met name: • beleidsplannen; • begrotingen; • jaarrekeningen, inclusief controleverklaringen en managementletters.
Evaluatie van het functioneren van de raad van bestuur De voorzitter en de vicevoorzitter voeren jaarlijks een functioneringsgesprek met de leden van de raad van bestuur. Dit gebeurt aan de hand van een vastgestelde procedure ‘Evaluatie functioneren raad van bestuur’. In het gesprek komen ook de aandachtspunten
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 17
aan de orde die uit de evaluatie van de raad van toezicht naar voren zijn gekomen. In verband met het terugtreden van de voorzitter van de raad van bestuur heeft er in 2010 geen evaluatie van het functioneren van de raad van bestuur plaatsgevonden.
Werkgeverschap en bezoldiging van het bestuur De raad van toezicht benoemt, schorst, ontslaat de (leden van de) raad van bestuur. Tevens bepaalt de raad van toezicht de arbeidsvoorwaarden van de leden van de raad van bestuur en stelt deze vast. De adviesregeling van de NVZD is hierbij uitgangspunt.
De raad van toezicht nam kennis van het accountantsverslag naar aanleiding van het jaardocument en de jaarrekening 2009. In onderstaande tabel is de participatie van de leden van de raad van toezicht tijdens de zittingstermijn weergegeven.
De raad van toezicht verleende in 2010 goedkeuring aan: • begroting 2011; • jaarplan 2011 raad van bestuur; • jaardocument en jaarrekening 2009. De raad van toezicht nam in 2010 de volgende besluiten: • vaststelling profiel en advertentietekst voorzitter raad van bestuur; • het vaststellen van een regeling met Toine van der Sanden die recht doet aan de beginselen van governance, zorgvuldigheid, geleverde prestaties en in lijn van gemaakte arbeidsrechterlijke afspraken; • voorstel ontwikkelen toekomstvisie Vincent van Gogh; • handhaving van de omvang van de raad van toezicht vooralsnog op 7 leden. Opstarten van een wervingsprocedure op voordracht van de CCR; • positief besluit ten aanzien van het door bureau KplusV opgestelde projectvoorstel ‘Toezicht op kwaliteit van zorg’; • goedkeuring aan het verstrekken van een kortlopende lening van € 127.500 aan RoderSana; • alvorens te besluiten tot omzetten leningen RoderSana in achtergestelde leningen, een onafhankelijk onderzoek uitvoeren naar de efficiency van de bedrijfsvoering van RoderSana; • goedkeuring aan de naamswijziging GGZ Noord en Midden Limburg in Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg en de goedkeuring van het besluit de statuten ten aanzien van de naam te wijzigen; • de benoeming van mw. drs. J. Tijhuis tot voorzitter van de raad van bestuur met ingang van 1 januari 2011 alsmede het vaststellen van de arbeidsvoorwaarden; • vaststelling vergaderrooster 2010.
18 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
Aandachtsgebied
algemeen bestuurlijk
Hoofdfuncties
Nevenfuncties - voorzitter bestuur cultureel festival de Ouverture te Venlo
- voorzitter bestuur theater De Maaspoort
- voorzitter bestuur Filmtheater De Nieuwe Scene
mevr. drs. J.M. Ester
financieel – economisch
financieel directeur Kadaster
- lid raad van commissarissen Idealis
Naam
Participatie
- lid raad van toezicht ROC Graafschapcollege
aanwezig / aantal
- bestuurslid van Stichting Geonovum
vergaderingen
mevr. mr. H.A.M.J. van den Dungen – Schröder recht
A.H.M.J. Tans
7/8
- voorzitter Toetsings-commissie Sociaal Plan UVIT
Drs. M.F.M. Gitmans
2/8
- voorzitter Functiewaarderings-commissie UVIT
Mr. H.A.M.J. van den Dungen - Schröder
8/8
- lid commissie ethiek Jeroen Bosch ziekenhuis
Mr. J.H.G.M. Teeuwen
8/8
mr. J.H.G.M. Teeuwen
diverse ambtshalve nevenfuncties
Drs. J.M. Ester
6/8
Openbare Werken en Cultuur,
Dr. A. Hidding
8/8
gemeente Venlo
H.F.A.M. Huijsmans
8/8
mevr. dr. A. Hidding
directeur instituut voor
Werkzaamheden van de raad van toezicht De voorzitter en vice-voorzitter van de raad van toezicht en de raad van bestuur bereiden gezamenlijk de vergaderingen van de raad van toezicht voor.
Naam A.H.M.J. Tans
Evaluatie van het functioneren van de raad van toezicht De raad van toezicht evalueert eenmaal per jaar expliciet het eigen functioneren. Dit gebeurt buiten aanwezigheid van de raad van bestuur. De rol en het functioneren van ieder lid is besproken. Ook de rol en het functioneren van de raad van toezicht als collectief. Tijdens deze vergadering komen ook de functioneringsgesprekken met de leden van de raad van bestuur aan de orde. Tenslotte wordt met de raad van bestuur overlegd over de bevindingen. Op zijn beurt deelt de raad van bestuur haar opgedane ervaring met de raad van toezicht. Een en ander gebeurt volgens een van te voren afgesproken procedure. Voor zover nodig met ondersteuning van daartoe geschikte evaluatieformulieren. In verband met het terugtreden van de bestuursvoorzitter heeft in 2010 evaluatie van het functioneren van de raad van toezicht en raad van bestuur niet plaatsgevonden. Evaluatie van het functioneren van de raad van toezicht en raad van bestuur wordt in 2011 gecombineerd met het exitgesprek met de bestuursvoorzitter.
financieel - politiek
gezondheidszorg
juridisch adviseur
- voorzitter Raad van Toezicht stichting Vivaan te Oss
wethouder Financien, Verkeer,
- lid raad van toezicht van Dichterbij
gezondheidszorg van de
hogeschool Rotterdam Universitair
Hoofd Docent, Universiteit
Maastricht en Research Consultant
Atrium MC Parkstad, Heerlen
H.F.A.M. Huijsmans
financieel – economisch
adviseur en interim-manager
- voorzitter Raad van Commissarissen Rentree Deventer
vanuit Obraz BV
- lid op voordracht van de gemeente Arnhem van het bestuur Gelredome
- adviseur Raad van Commissarissen en CEO Welzorg Group
- lid van de Industrial Advisory Board van Industri Kapital Limited in London
- voorzitter van de Raad van Commissarissen van de Stichting
- voorzitter Raad van Commissarissen SWZ Woningbedrijf
Sociale Huisvesting (SSH) te Utrecht te Zwolle.
Commissies van de raad van toezicht Auditcommissie De raad van toezicht heeft een auditcommissie ingesteld. De auditcommissie startte zijn werkzaamheden in 2006. De auditcommissie ondersteunt de raad van toezicht in zijn toezichthoudende taken en verantwoordelijkheden op het gebied van: • externe financiële rapportage; • accountantscontrole; • het toepassen van de richtlijnen voor de jaarverslaggeving; • benoeming en functioneren van de externe accountant; • prestatiesturing en risicobeheersing. De commissie bereidt de bespreking voor van de agendapunten die gerelateerd zijn aan de hierboven genoemde onderwerpen. De raad van toezicht benoemt de leden van de auditcommissie. Mevrouw J. Ester en de heer J. Teeuwen zijn lid van de auditcommissie. In 2010 heeft de auditcommissie gefunctioneerd in overeenstemming met de hierboven beschreven uitgangspunten.
Overige commissies De raad van toezicht heeft geen beloningscommissie ingesteld. Voor onderwerpen met betrekking tot beloning vindt voorbereidend overleg plaats tussen de leden van de raad van bestuur en de voorzitter en vice-voorzitter van de raad van toezicht. Met betrekking tot de werving en selectie van een lid voor de raad van toezicht en ook voor de raad van bestuur treden de voorzitter en de vice-voorzitter op namens de raad van toezicht in het traject tot besluitvorming al dan niet aangevuld met een derde lid van de raad van toezicht.
Rooster van aftreden en herbenoeming Naam
Benoeming
Herbenoeming
Terugtreden
A.H.M.J. Tans
2004
2008
2012
Drs. M.F.M. Gitmans
2004
2008
4-12-2010
den Dungen - Schröder
2005
2009
2013
Mr. J.H.G.M. Teeuwen
2008
2012
2016
Mevr. drs. J.M. Ester
2008
2012
2016
Mevr. Dr. A. Hidding
2009
2013
2017
H.F.A.M. Huijsmans
2009
2013
2017
Mevr. mr. H.A.M.J. van
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 19
Ontwikkeling in 2010 Per 28 april 2010 is de heer Gitmans om persoonlijke redenen teruggetreden als lid van de raad van toezicht.
Per proces/aandachtsgebied brengen we in kaart wie proceseigenaar is, hoe het functioneren hiervan beoordeeld wordt, welke risico’s of onvolkomenheden zich hier voordoen en welke acties (eventueel) noodzakelijk zijn.
Honorering raad van toezicht
De belangrijkste risico’s en onzekerheden waarmee het concern wordt geconfronteerd zijn: • onzekerheid over het instellingsbudget door de overgang naar de DBC- en ZZP- productstructuur; • onzekerheden over toekomstige inkoop van zorg door het toenemen van concurrentie binnen de zorg; • discrepantie tussen afgesproken productie en daadwerkelijk geleverde productie gepaard gaande met niet vergoede (over) productie en overschrijdingen in materiële en personele kosten. Deze discrepantie speelt ook in het begrotingsjaar 2011; • minder sterke uitgangspositie voor 2011 door een gedurende 2010 verslechterd genormaliseerd exploitatieresultaat; • doorontwikkeling van managementrapportages en sturingsinformatie. In 2010 is deze stap nog onvoldoende gemaakt; • minder sterke uitgangspositie voor 2011 door verminderde onderbouwing van de voor 2011 begrote zorgproductie als belangrijkste uitgangspunt voor de exploitatiebegroting; • kosten herontwikkeling Servaasterrein en de opbrengsten van het St. Annaterrein; • invoering integrale prijzen (inclusief de kapitaallasten); • het kunnen blijven aantrekken van voldoende, goed opgeleid en gemotiveerd personeel.
De raad van toezicht volgt voor de honorering het advies van de NVTZ. De honorering van de leden van de raad van toezicht is opgenomen in de jaarrekening.
Overleg met de accountant De raad van toezicht bespreekt de jaarrekening jaarlijks met de accountant. Ook in 2010 heeft het overleg met de accountant over de jaarrekening plaatsgevonden.
3.4 Bedrijfsvoering Als belangrijk sturingsinstrument hanteren wij de beleidscyclus. Een planning- en controlcyclus met maand- en kwartaalrapportages maakt daar deel vanuit. Binnen dit systeem ligt de nadruk vooralsnog op de beheersing van de financiën, zorgproductie, personele formatie en ziekteverzuim. Rapportages die betrekking hebben op kwaliteit van de geleverde zorg worden doorontwikkeld. Om te voldoen aan de Regeling Administratieve Organisatie en Interne Controle AWBZ en DBC (AO/IC) hanteren wij een intern controleplan. Daarmee toetsen we op juistheid, tijdigheid en volledigheid van de productieregistratie. Met controles van dossiers bewaken wij deels ook de kwaliteit van de geleverde zorg. Monitoren van de kwaliteit van de zorg vindt eveneens plaats door cliënttevredenheidsonderzoek, prestatie-indicatoren en interne audits in het kader van kwaliteitscertificering (HKZ). Via de invoering van HKZ bouwen we binnen diverse organisatieprocessen een lerende cyclus in. Bedrijfs- en financiële risico’s In de kwartaalrapportage staat een overzicht van potentiële meeen tegenvallers. Hiermee signaleren en rapporteren wij de financiële risico’s. De raad van bestuur en auditcommissie bespreken periodiek de eventuele afdekking of acceptatie van de financiële risico’s. Met het ‘bestuursbeoordeling managementsysteem’ inventariseren we niet-financiële risico’s. Met de bestuursbeoordeling evalueren we de risico’s, verbonden aan doelstellingen en processen van de organisatie. Hiermee bewaken we de status van deze risico’s, doelstellingen en processen. Waar nodig volgt systematische verbetering.
20 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
AO/IC Regeling Administratieve Organisatie en Interne Controle AWBZzorgaanbieders (AO/IC). De accountant heeft voor de verantwoording van het totaalbedrag productie 2010 GGZ AWBZ en GGZ Vincentiushuis verklaringen afgegeven. De accountant kwam tot goedkeurende verklaringen. Voor de verantwoording van het totaalbedrag productie 2010 Zorgverzekeringswet dient de accountant nog een verklaring af te geven. Intern hanteert Vincent van Gogh striktere normen dan de accountant bij het opstellen van foutevaluaties. Door de invoering van de interne controles is de AO/IC de afgelopen periode sterk verbeterd. Toch constateert Vincent van Gogh nog steeds relatief veel fouten bij de cliëntdossiers en de volledigheid en juistheid van de geregistreerde productie. Hierover rapporteren wij maandelijks uitgebreid aan de zorgdivisies. Daarbij geven wij de conclusies weer in foutpercentages en financiële consequenties. ICT De dienst ICT zorgt voor continuïteit in de geautomatiseerde ondersteuning van het primaire proces. De systemen hiertoe zijn onder andere het EPD, de elektronische agenda voor zorgcontacten, het geautomatiseerde documentmanagement en intranet.
Tijdens het nieuwbouwtraject zijn zorgondersteunende communicatie systemen (telecommunicatie, personenzoeksystemen, personenbeveiligingssysteem en brandbeveiligingsystemen) gerealiseerd. Ten behoeve van alle medewerkers werken wij voortdurend aan de verbetering en uitbreiding van deze systemen. Ook is binnen dit project veel aandacht voor ICT voor onze cliënten (telefonie, internet, zorgondersteunende ICT-voorzieningen). Daar waar het zinvol en haalbaar is passen we technische innovatie toe. Onze instelling streeft ook naar een goede digitale uitwisseling binnen het zorgnetwerk, lokaal en regionaal. Om de processen te optimaliseren realiseren wij digitale communicatie met ketenpartners en collega’s. In de komende jaren 2011 – 2015 zal de integratie van de zorgondersteunende ICT technieken leiden tot meer en betere functionaliteit die tegelijk eenvoudiger in gebruik is. NEN 7510 Om aan de NEN 7510 norm voor informatiebeveiliging te voldoen heeft de dienst ICT alle benodigde technische en procedurele aanpassingen gerealiseerd. In het verlengde daarvan richten wij ons nu op de ISO 20.000 norm. Binnen de voorwaarden en gedragsregels die gelden voor gebruik van digitale media door medewerkers en cliënten, hebben wij de implementatie van informatiebeveiliging geborgd. De voorwaarden en gedragsregels zijn vastgelegd in de ‘Gedragscode Digitale Media’. Als onderdeel van het ‘project ongewenst gedrag’ voeren wij in 2011 deze gedragscode in, als opvolger van de huidige ‘Gedragscode Internet en e-mailgebruik’. DBC, ZZP/ZZB Voor de registratie van het zorgproces maken we gebruik van het informatiesysteem Psygis. Om de benodigde DBC en ZZP/ZZB registratie steeds op de juiste wijze uit te voeren is het systeem blijvend aan aanpassingen onderhevig. Voor de rapportages zetten we in toenemende mate intelligente monitoring systemen in. Deze voorzien de zorgprofessional en het management van de gegevens die nodig zijn voor een optimale procesgang.
3.5 Cliëntenraad Bij het ontstaan van Vincent van Gogh functioneerden er op het niveau van de divisies en organisatieonderdelen meerdere cliëntenraden. De cliëntenraden hadden de volledige bevoegdheden die verbonden zijn aan de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ). Om tot een betere medezeggenschap van de cliënten te komen hebben de cliëntenraden besloten een collectieve cliëntenraad in te stellen. De taken en bevoegdheden van de collectieve cliënten-
raad zijn vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst tussen de cliëntenraden en de raad van bestuur. De collectieve cliëntenraad functioneert op concernniveau. Collectieve cliëntenraad Binnen het kader van de doelstellingen van onze instelling behartigt de collectieve cliëntenraad een aantal gemeenschappelijke belangen van de cliënten. Daarvoor zijn de in de collectieve cliëntenraad vertegenwoordigde cliëntenraden ingesteld. Gemeenschappelijke belangen zijn eenheidsoverstijgende belangen waarbij tenminste twee cliëntenraden zijn betrokken. Vanuit de (verplicht) aangesloten cliëntenraden hebben minimaal één en maximaal twee afgevaardigden zitting in de collectieve cliëntenraad. De leden van de collectieve cliëntenraad worden benoemd voor een periode van drie jaar. De collectieve cliëntenraad is aangesloten bij de stichting LOC Zeggenschap in zorg. LOC Zeggenschap in zorg is een landelijke cliëntenorganisatie in zorg en welzijn. De collectieve cliëntenraad bevordert naar vermogen de participatie, medezeggenschap en belangenbehartiging van de cliënten. Dit doet zij in samenhang en in overeenstemming met de gang van zaken bij de aangesloten cliëntenraden. Die zijn op hun beurt werkzaam in de eigen leef- en behandel- / begeleidingsomgeving, op de verschillende niveaus binnen de instelling. De collectieve cliëntenraad krijgt de gelegenheid advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit betreffende de in de WMCZ genoemde onderwerpen. Voorwaarde is wel dat het voorgenomen besluit tenminste twee cliëntenraden betreft. Twee cliëntenraden kunnen de collectieve cliëntenraad verzoeken voor afhandeling van een adviesvraag zorg te dragen. De collectieve cliëntenraad is bevoegd de zorgaanbieder ongevraagd een, bij voorkeur schriftelijk, advies te geven betreffende de in de WMCZ genoemde adviesonderwerpen en andere onderwerpen die voor alle cliënten van belang zijn. Geschillen Vincent van Gogh is aangesloten bij de Landelijke Commissie voor Vertrouwenslieden. De collectieve cliëntenraad kan over een onderwerp met verzwaard adviesrecht een schriftelijk advies uitbrengen. In dat geval kan Vincent van Gogh alleen een afwijkend besluit nemen, als de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden heeft vastgesteld dat het bestuur bij afweging van de betrokken belangen in redelijkheid tot zijn voornemen is gekomen. Cliëntenraden op divisieniveau Elke divisie heeft één of meerdere cliëntenraden. Behoudens de aan de collectieve cliëntenraden overgedragen bevoegdheden hebben de cliëntenraden op divisieniveau alle bevoegdheden die behoren
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 21
bij de WMCZ. De cliëntenraden op divisieniveau overleggen met de divisiedirecteuren. Ondersteuning collectieve cliëntenraad en cliëntenraden Alle raden beschikken over een professionele ondersteuner. Het aantal uren ondersteuning is in overleg met de raden vastgesteld. Daarnaast is er een budget beschikbaar voor elke raad. De raden stellen jaarlijks begrotingen op. De raad van bestuur en de divisiedirecteuren geven daar hun goedkeuring aan. De collectieve cliëntenraad en de cliëntenraden kunnen gebruikmaken van de faciliteiten van Vincent van Gogh. De ondersteuners zijn in dienst bij het Cliëntenadviesbureau Noorden Midden-Limburg (CAB). In deze stichting werken zij samen met ervaringsdeskundigen. Zorgvragers in de geestelijke gezondheidszorg en hun naasten zijn verenigd in het regionale platform ggz zorgvragers. Het regionale platform en CAB willen met activiteiten een sterke positie van de cliënt van de GGZ en zijn naasten verwerven. Dan kunnen mensen met een GGZ-achtergrond als volwaardig burger in de samenleving functioneren. Adviezen collectieve cliëntenraad In 2010 bracht de collectieve cliëntenraad onderstaande adviezen uit: • begroting Vincent van Gogh 2010; • vervolgreactie op advies (d.d. 28 juli 2009) m.b.t. ‘procedure opslaan inventaris’; • algemene huisregels Vincent van Gogh (2 x); • aansturing PIAA; • ‘Protocol toegang behandelaars tot het Elektronisch Patiënten Dossier’; • benoeming voorzitter raad van bestuur; • begroting Vincent van Gogh 2011; • LIVE project Trimbos; • kwaliteitsadvies 2011; • vacaturestop. Met uitzondering van de adviesaanvraag over de vacaturestop heeft de CCR op alle adviesaanvragen positief geadviseerd.
omgang en communicatie in het hele proces van intake tot ontslag en nazorg. De raad van bestuur heeft op advies van de familieraad een familievertrouwens persoon geïnstalleerd. De familieraad krijgt jaarlijks een budget.
3.6 Ondernemingsraad In 2009 vond de geleidelijke invoering van een geheel nieuw model van medezeggenschap plaats. De nieuwe medezeggenschap beoogt de betrokkenheid van medewerkers bij de organisatie te vergroten. Maar ook de belangen van de organisatie en medewerkers beter te dienen. Hoofddoelstelling van de nieuwe medezeggenschap is het verbreden en versterken van de participatie van medewerkers bij de besluitvorming op diverse niveaus binnen de organisatie. In het nieuwe model bepalen raad van bestuur en medewerkers gezamenlijk de onderwerpen waarbij participatie van de medewerkers bij besluitvorming van belang is. Nieuw model van medezeggenschap De uitgangspunten van het nieuwe model medezeggenschap zijn vastgelegd in de ‘Overeenkomst Medezeggenschap Medewerkers’. Daarin is verwoord dat leiding en medewerkers: • elk hierin hun eigen verantwoordelijkheid hebben; • in gezamenlijkheid en vertrouwen vorm en inhoud geven aan het actief en op maat meedenken over hun eigen werk en hun eigen werkomgeving; • dit zo inrichten dat meedenken toegankelijk, laagdrempelig, aantrekkelijk, dynamisch, inspirerend, betekenisvol, effectief, efficiënt en resultaatgericht is; • daarbij rekening houden met geldende omstandigheden en ontwikkelingen binnen en buiten de organisatie; • proces, inhoud en de toetsing hiervan scheiden; • hierin voldoende faciliteiten en ondersteuning krijgen door passende scholings- en ontwikkelingsmogelijkheden.
Ook in 2010 werd door de cliëntenvertegenwoordigers een inhoudelijke bijdrage geleverd aan de beleidscyclus. Op deze wijze levert de CCR proactief een bijdrage aan de beleidscyclus van VvG. In de beleidscyclus werden de jaarplannen van de divisies getoetst of daarin de inhoudelijke bijdrage van de cliënten herkenbaar en meetbaar was opgenomen.
De overeenkomst beschrijft ook de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de Raad voor de Medezeggenschap en het Regieteam. Mocht het nieuwe model medezeggenschap onverhoopt niet werken dan voorziet een artikel in de mogelijkheid tot terugkeer naar de WOR.
Familieraad Binnen onze instelling is een familieraad actief. Met de familieraad is een samenwerkingsovereenkomst afgesloten. Daarnaast is de regeling ‘Relatie Vincent van Gogh - Naastbetrokkenen’ van kracht. In deze regeling staan richtlijnen voor de omgang en communicatie met naastbetrokkenen door hulpverleners van onze instelling. De regeling is gebaseerd op de modelregeling ‘Relatie GGZ-instelling – Naastbetrokkenen’ en beschrijft het beleid voor
2010 - Het jaar van de nieuwe medezeggenschap in de praktijk Het jaar 2010 stond in het teken van de invoering van de nieuwe medezeggenschap van Vincent van Gogh. Grondslag voor de nieuwe medezeggenschap vormt een convenant tussen de raad van bestuur en de ondernemingsraad. Daarin zijn afspraken gemaakt over de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de diverse medezeggenschapsonderdelen. Dit convenant, dat
22 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
juridisch getoetst is, is in de plaats van de WOR (de Wet op de Ondernemingsraden) gekomen. Bij de Sociaal Economische Raad (SER) is ontheffing van de verplichting om een ondernemingsraad in te stellen aangevraagd. Raad voor medezeggenschap In februari 2010 kozen medewerkers uit elf kandidaten een zeshoofdige raad voor medezeggenschap. Deze raad is voortvarend aan de slag gegaan met het werven en benoemen van regieteamleden. De taak van de raad voor medezeggenschap is tweeledig: • toezicht houden op de kwaliteit van de medezeggenschap; • bevorderen van de participatie van medewerkers. In het eerste jaar was de vraag hoe vorm en inhoud aan de taak te geven regelmatig onderwerp van gesprek. Ook de afstemming met het Regieteam (wie doet wat) was een zoektocht. In (deels) gezamenlijke trainingsdagen is daaraan aandacht besteed. Vorm en inhoud van de taken De raad voor medezeggenschap zet verschillende instrumenten in bij de uitvoering van zijn taken. Leden van de raad wonen regelmatig het overleg van het regieteam bij. Incidenteel sluiten zij aan bij bijeenkomsten van medezeggenschapprojectteams. Bij het reguliere halfjaarlijkse vakbondsoverleg is een afvaardiging van de raad voor medezeggenschap als toehoorder aanwezig. Op deze manier krijgt de raad een beeld van de kwaliteit van de medezeggenschap en kan desgewenst aandringen op bijsturing. Een ander instrument waarover de raad voor medezeggenschap beschikt is de voordracht van leden van de raad van bestuur. Ook van commissies, zoals de commissie Sociale Begeleiding en de Interne Bezwarencommissie FWG. In 2010 besloot de toenmalige voorzitter van de raad van bestuur om eind van dat jaar de organisatie te verlaten. De raad voor medezeggenschap speelde een adviserende rol bij de selectie van een opvolger. Regieteam In mei 2010 startte het regieteam in een mix van oude en nieuwe –door de raad voor medezeggenschap benoemde- medezeggenschappers, aangevuld met de voorzitter van de raad van bestuur. Taken Regieteam Het nieuwe medezeggenschapsmodel stond het afgelopen jaar nog in de kinderschoenen. Het ontwikkelen van een adequate werkwijze had prioriteit. Het regieteam besteedde vooral aandacht aan het formuleren en toelichten van projectopdrachten en het vinden van projectvoorzitters. Verder het bewerkstelligen van de verbinding tussen de diverse projectteams. Het blijkt dat medewerkers zich graag willen inzetten. Zij melden zich in ruime mate aan voor de projectteams. De rol van ‘kartrek-
ker’ vinden de meesten vaak een te grote uitdaging. Door extra ondersteuning te bieden komen we hierin tegemoet. Een ander aandachtspunt is op welke manier vroegtijdig aan informatie te komen. Dit gebeurt nu onder andere door aan de hand van divisiejaarplannen in gesprek te gaan met de betreffende directeur. Om met elkaar te bepalen welke onderwerpen, op welk moment, medezeggenschap behoeven. Ook bedrijfsconferenties vormen een bron van informatie en een regieteamlid woont deze conferenties bij. Input van medewerkers Het e-mail account ‘watikzeggenwil’ is voor medewerkers een mogelijkheid om kenbaar te maken wat er speelt op de werkvloer. Het regieteam bespreekt alle meldingen, bekijkt welke actie uitgezet kan worden en koppelt hierover terug naar medewerkers. Na een aarzelende start maken medewerkers in toenemende mate gebruik van deze laagdrempelige toegang tot medezeggenschap. Communicatie Communicatie is essentieel voor het uitbreiden van medezeggenschap. Van meet af aan is dit een speerpunt, maar de praktijk is weerbarstig. De vernieuwing van het interne digitale netwerk vergt meer tijd dan voorzien. Dat geldt ook voor de bemensing van een redactieraad medezeggenschap. In de onderlinge communicatie tussen de raad voor medezeggenschap, het regieteam en de projectteams speelt de medezeggenschapsconsulent een belangrijke rol. Verder verschijnt regelmatig een digitale nieuwsbrief medezeggenschap, met daarin actuele ontwikkelingen. Medezeggenschap gaat écht leven Meerdere malen bleek dat medezeggenschap voor medewerkers pas echt gaat leven, als zij zelf een actieve rol vervullen. Deelname aan een projectteam is daarvoor een uitgelezen kans. Aan het eind van 2010 hebben ongeveer 100 medewerkers op deze manier kennisgemaakt met de medezeggenschap. Projectteams Voor de inhoudelijke behandeling van onderwerpen werkt de medezeggenschap van Vincent van Gogh met projectteams. Dit zijn tijdelijke teams. Het regieteam stelt die in voor de behandeling van een specifiek thema. Medewerkers die geïnteresseerd zijn in dit thema kunnen reageren op een oproep. Deze wordt organisatiebreed verspreid. De kandidaten bekijken samen met de projectvoorzitter wie er zitting neemt in het projectteam. Een projectteam werkt aan de hand van een projectopdracht, geformuleerd door het regieteam. In 2010 kregen twee grote thema’s veel aandacht: • De medezeggenschap rondom de veranderingen in de lang durige zorg (LZ); • De ontwikkeling van zorgpaden, in de organisatie beter bekend als zorglijnen.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 23
Voor beide thema’s stelt het Regieteam een langlopend projectteam in.
Projectteam Veranderingen Langdurige Zorg Medio 2010 doorstond het medezeggenschapsmodel zijn lakmoesproef (een test die aangeeft of iets daadwerkelijk werkt). Besluiten en maatregelen vergroten de roep naar medezeggenschap Om dreigende tekorten om te buigen nam de divisie Langdurige Zorg (LZ) maatregelen. Het gevolg was dat onder medewerkers de roep naar medezeggenschap toenam. De raad voor medezeggenschap heeft dit meerdere malen bij het regieteam en de raad van bestuur onder de aandacht gebracht. Met de directeur en met medewerkers van de divisie zijn hierover gesprekken gevoerd. Ook werden overleggen met de vakbonden bijgewoond. De resultaten Het gezamenlijk optrekken van medezeggenschapleden en raad van bestuur heeft ertoe geleid dat de divisiedirecteur startte met periodieke informatiebijeenkomsten voor alle medewerkers van de divisie. Er ontstond hernieuwd besef dat medezeggenschap een gedeelde verantwoordelijkheid is van raad van bestuur, directeuren en medewerkers. Tijdens een gezamenlijke studiemiddag zijn nadere afspraken gemaakt. Onder leiding van een externe projectleider is het ingestelde projectteam ‘Veranderingen LZ’ van start gegaan. Door middel van interviews met collega’s is een lijst gemaakt van thema’s waarop de medewerkers invloed wilden hebben. In december presenteerde het projectteam een advies aan de in november aangetreden interim-directeur LZ. Dit advies mondde uit in vervolgopdrachten, gericht op de thema’s ‘communicatie, begrotingsproces en veiligheid’ en samenvoeging FACT (LZ en KZ). Deze vervolgopdrachten komen in 2011 verder aan de orde.
Projectteam ZorginLijn Gevraagd en ongevraagd advies Het projectteam ZorginLijn (ZiL) ging in oktober 2010 van start. De rest van het jaar stond in het teken van het ontwikkelen van eigen ijkpunten. Ook een strategie om de medewerkers van Vincent van Gogh te betrekken in deze belangrijke en voor iedereen relevante ontwikkeling. Het projectteam verstrekte hierover gevraagd en ongevraagd advies aan de projectmanager H. Kuyper. Speerpunten daarbij waren de thema’s communicatie en betrokkenheid. Vanuit
24 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
de gedachte dat breed draagvlak vanaf de start noodzakelijk is om deze omvangrijke operatie tot een ‘goed einde’ te brengen. Het streven van het projectteam ZiL Het projectteam ZiL streeft interactie met de medewerkers na. Zij presenteert zichzelf tijdens reguliere overleggen aan medewerkers. Het projectteam nodigt medewerkers uit om signalen rondom de introductie van ZiL te melden. De verwachting is dat dit projectteam tot eind 2011 actief is.
Projectteam HRM Een bijzondere plek is er voor het projectteam HRM. Dit team behandelt alle onderwerpen op het gebied van sociaal beleid en Arbo, variërend van beleidstukken tot regelingen. Gesprekspartner van dit projectteam is de directeur HRM.
Dit lijkt niet het geval te zijn. Het besluit hierover is voorzien in 2011. Indien er een besluit valt dat leidt tot vervolgstappen, dan bekijken we opnieuw of de instelling van een projectteam nodig is. Afbouw bedden Kortdurende Zorg In 2010 was er sprake van afbouw van enkele bedden in de divisie Kortdurende Zorg. Het regieteam sprak hierover meerdere keren met de directeur. Uiteindelijk is gebleken dat er geen personele consequenties zijn. Vervolgens heeft het regieteam afgezien van het opzetten van een projectteam. Exploitatierekening 2009 Met betrekking tot de financiële situatie heeft de raad van bestuur begin 2010 organisatiebreed verantwoording afgelegd in een bijeenkomst voor alle medewerkers. Daarbij is uitleg gegeven over de exploitatierekening 2009.
Samenstelling projectteam HRM Het projectteam HRM heeft een vaste kern van drie leden. Als er een groot thema aan de orde is, kan er tijdelijke uitbreiding plaatsvinden van het projectteam. Dat gebeurt dan op basis van een aanvullende projectopdracht. Zo borgen we kennis terwijl de flexibiliteit in stand blijft. Op deze manier kunnen ook telkens andere medewerkers een rol vervullen in de vormgeving van de medezeggenschap op HRM onderwerpen. Het werk van het projectteam Het projectteam HRM stimuleert de vertaling van de nieuwe HRVisie in intern beleid. Zij adviseert over de Harmonisatie van het Functieboek. Verder draagt zij bij aan de voorbereiding van de invoering van het gezondheidshuis. In 2010 richtte het projectteam zich op de regeling studiekosten/studieverlof (advies) en de reiskosten voor ambulante medewerkers. Signalen daarover werden gemeld bij de directeur HRM.
Onderwerpen zonder projectteams Le Tambourin In het regieteam passeerden ook enkele onderwerpen de revue die uiteindelijk niet hebben geleid tot het instellen van een projectteam. Vanuit de medezeggenschap is er voor gezorgd dat de inzet van cliënten in het restaurant ‘Le Tambourin’ geregeld is, door ondersteuning van het reguliere werkoverleg. Medewerkers waren daardoor zelf in staat mee te praten over deze ontwikkelingen. Quick Scan Facilitair Bedrijf Bij het thema Quick Scan Facilitair Bedrijf is ook geen projectteam betrokken. De Quick Scan is bedoeld om te toetsen of er binnen het Facilitair Bedrijf een efficiencyslag te maken valt.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 25
4 Beleid, inspanningen en prestaties 4.1 Meerjarenbeleid Vincent van Gogh is een instelling voor geestelijke gezondheidszorg met onder andere als doel het realiseren van een geïntegreerd netwerk voor geestelijke gezondheidszorg (GGZ-netwerk) in Noord- en Midden-Limburg. Daarnaast worden bovenregionale en nationale functies vervuld. Missie Op het gebied van psychische en/of psychiatrische hulp verlenen wij optimale zorg aan onze cliënten en hun omgeving. Dat doen wij door het behandelen en verlichten van psychisch leed. Herstel is bij de zorgverlening het leidend principe. Herstel bereiken we door het beter maken van mensen. Ook door het aanspreken van mogelijkheden en kwaliteiten van mensen (het beste uit mensen) en door mensen te leren omgaan met het onvermijdelijke. Kort gezegd het bijstaan van mensen in hun nood en lijden. We bieden daarbij ondersteuning op de gebieden: wonen, dagbesteding, werk en welzijn. Door het uitvoeren van preventieactiviteiten helpen wij mee om psychische aandoeningen te voorkomen. Mensvisie De mens is een waardevol en uniek wezen. Biologische, psychologische, sociale en economische factoren bepalen zijn eigenheid en gedrag. Wij gaan in onze mensvisie uit van de individuele mens. Dit betekent dat wij zijn opvattingen, levenswensen, waarden en eigenheid respecteren. We gaan uit van de eigen verantwoordelijkheid van cliënten en stimuleren de cliënten de eigen verantwoordelijkheid ook waar te maken. In onze behandeling en begeleiding doen wij daar een beroep op (zelfredzaamheid). Ieder mens heeft unieke levenskracht. Hun stoornis kan bij onze cliënten die levenskracht bedreigen. Toch moet de kracht om te leven het uitgangspunt zijn. Dus doen wij ons werk vanuit optimisme. Vanuit het maximaal benutten van kansen, opdat mensen het beste uit zichzelf halen. Zorgvisie Wij zijn er voor mensen die door hun psychische en/of psychiatrische stoornis worden belemmerd in hun individueel, sociaal en maatschappelijk functioneren. Wij bieden zorg zodra mensen zich niet meer zonder professionele hulp staande kunnen houden. Zo snel als mogelijk is, werken wij vanuit het concept van vraaggestuurde zorg. Daarin neemt de cliënt het initiatief en de professional en de organisatie zijn volgend. Er is dan sprake van een dialoog tussen cliënt en professional, uitgezonderd in crisissituaties. De hulpverlening organiseren we in de vorm van zorglijnen rond een ziektebeeld. Zorg is zo weinig mogelijk ingrijpend en zo intensief als
26 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
noodzakelijk. Cliënten ontvangen zorg zo dicht mogelijk bij huis en nemen zo snel mogelijk hun plek in de maatschappij weer in. Zorg betekent tenslotte ook aandacht voor zingeving en presentie. Presentie is zorgverlening afgestemd op de uniciteit van de cliënt.
is om binnen de programma’s en de zorglijnen zorg op maat voor de individuele cliënt te bieden. De zorgprogramma’s en zorglijnen bieden de hoofdlijnen voor de zorgverlening waarbinnen de professional voor de cliënt de autonome variabele ruimte invult.
Toekomstvisie Begin 2009 is een nieuw strategisch beleidsplan vastgesteld. In de strategisch beleidsnotitie 2009-2012 ‘Het beste uit mensen……’ spreekt de raad van bestuur de volgende ambitie uit: ‘Wij willen ook in de komende jaren een vooraanstaande rol blijven vervullen als aanbieder van geestelijke gezondheidszorg. Daarbij gaat het om de kwaliteit van zorg en modern werkgever- en werknemerschap. Care, cure (basiszorg en topklinische functies), preventie, specialistische functies, verslavingszorg en forensische zorg komen daarbij in beeld.’
Marktwerking, schaalvergroting, zorglijnen en protocollering kunnen tot een onbalans tussen distantie en presentie (afstand en nabijheid) bij zorgverlener en cliënt leiden. Met presentie bedoelen we dat zorgverleners in staat zijn door hun invoelingsvermogen de afstand tussen grote organisatie en individu te overbruggen. Voor de professionals is het de uitdaging om in een sterk veranderende omgeving deze afstand te blijven overbruggen.
Belangrijke uitgangspunten in dat verband zijn: • interventies zo weinig mogelijk ingrijpend en zo intensief als noodzakelijk (getrapte zorg en Evidence Based Mental Health: een cliënt krijgt de meest effectieve, minst belastende, goedkoopste en kortste vorm van behandeling aangeboden die mogelijk is gezien de aard en de ernst van de problematiek); • zo veel mogelijk in de eigen omgeving van de cliënt hulp bieden om het herstel van de geestelijke gezondheid zo snel mogelijk te bevorderen en klinische opname te voorkomen of te beperken. Anders gezegd ‘zo min mogelijk ingrijpen in de maatschappelijke rollen van de cliënt opdat de behandeling van de ziekte zo min mogelijk verstorend werkt’. Bij opname kan verblijfsduur zich meten met het gemiddelde van vergelijkbare instellingen; • zo veel als nodig ondersteuning en begeleiding bieden aan de cliënt bij de deelname aan de maatschappij op het punt van werken, wonen en vrijetijdsbesteding. Vermaatschappelijking betekent ook, binnen de financiële kaders, voorzieningen niet concentreren, maar verspreiden over de regio en openstellen voor andere maatschappelijke groepen; • het effectief ontwikkelen van nieuwe kennis en het optimaal benutten van bestaande kennis; • energiek participeren in opleidings- en scholingsactiviteiten. Zorg De hulpverlening organiseren we voor de eenvoudige zorgvraag in de vorm van korte geprotocolleerde programma’s. Voor de meer complexe zorgvraag in de vorm van zorglijnen. Zorglijnen vormen rond een ziektebeeld, bijvoorbeeld schizofrenie, een keten van zorgproducten. Er vindt ontschotting tussen de organisatieonderdelen plaats. Zorgverlening op basis van wetenschappelijke inzichten geprotocolleerd (Evidence Based Mental Health) is steeds meer uitgangspunt. Dat heeft een belangrijke meerwaarde, maar brengt - zeker bij hoog complexe zorg - potentieel spanning met zich mee. De uitdaging
Wij zetten de komende jaren vooral in op het leveren van die zorg waarin de organisatie goed is. Er zal op cyclische kwaliteitsverbetering, bij ons ´Verdraaid goed´ genoemd, worden ingezet. Een dergelijke keuze betekent: • de profilering van de organisatie in termen van aanbieder van de zwaardere psychiatrische complexe zorg, geconcretiseerd in kortdurende basiszorg, topklinische en specialistische zorg, langdurige zorg, verslavingszorg en justitiële zorg; • in een grote organisatie de zorg kleinschalig en zonder drempels organiseren; • de plaatsbepaling van de organisatie primair in de tweede en niet in de eerste lijn; • verdere ontwikkeling van het profiel van de organisatie in relatie tot regionale mogelijkheden in Noord- en Midden Limburg en in andere regio’s; • het maken van samenwerkingsafspraken met collega’s die soms ook concurrenten zijn; • intensief overleg in het netwerk van verwijzers die de instroom van cliënten genereren; • met een alerte blik naar buiten proactief anticiperen op de zorg inhoudelijke ontwikkelingen; • het verder ontwikkelen en een bijdrage leveren aan preventieve geestelijke gezondheidszorg; • werken aan cliëntveiligheid. Onder cliëntveiligheid verstaan wij: het (nagenoeg) ontbreken van (de kans op) ´schade´ aan de cliënt, ontstaan door het niet volgens de professionele standaard handelen van hulpverleners en/of door tekortkoming van het zorgsysteem. Wij streven naar het ontwerpen van veilige systemen. Dat voorkomt fouten of leidt niet meer tot (onherstelbare) schade. Veilige zorg is zeker niet synoniem aan risicoloze zorg. Het betekent wel, dat we de gevolgen van menselijke, technische en/of organisatorische onvolkomenheden in het zorgsysteem zoveel mogelijk teniet doen. Organisatie Een deel van de organisatie ordenen we in zorglijnen. De keten in een zorglijn kan zich over meerdere divisies uitstrekken. Door de invoering van zorglijnen neemt het belang van een ordening via divisies af. Dit heeft gevolgen voor de sturing van de organisatie en de medewerkers. Het is van belang dat de medewerkers verbindingen kunnen
leggen met andere zorgverleners en de zorgproducten. De steeds dynamischer wordende omgeving en ook de ontwikkelingen in de zorg vereisen dat. Doelstellingen in de zorg als stepped care en vermaatschappelijking vragen om een goede kijk op wat cliënten nodig hebben. Wij leggen daarom verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie. Het denken in verbindingen en het zo laag mogelijk neerleggen van verantwoordelijkheden heeft ook gevolgen voor het management. Er wordt een hoge mate van differentiatie gevraagd van managementstrategieën en managementstijlen. Enerzijds wordt rekening gehouden met het organisatieonderdeel en is maatwerk nodig. Anderzijds wordt rekening gehouden met het geheel van de organisatie. Duidelijk is ook dat besturen volgens hiërarchische ordening niet meer werkt. Het leggen van verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie bij mensen, die zich deel van een geheel voelen, heeft consequenties. Directeuren, leidinggevenden en medewerkers geven op een andere manier vorm aan onderwerpen als richting (doelen), ruimte (verantwoordelijkheden en bevoegdheden), resultaat en rekenschap (verantwoording). De nadruk ligt minder op positie en beheer en meer op de rol van het verbinden van de onderdelen in een zorglijn. Als gevolg van de hiervoor genoemde ontwikkelingen vraagt de organisatiecultuur nadrukkelijk aandacht. Gezien de steeds dynamischer wordende omgeving maar ook met het oog op de invoering van zorglijnen, is het leggen van verbindingen tussen organisatieonderdelen van belang. Het gaat daarbij om een manier van denken vanuit de behoefte van de cliënt. Niet gehinderd door het (begrensde) aanbod van de divisie waar de cliënt verblijft. Personeel Wij willen onze medewerkers daarin natuurlijk ook iets bieden. Onze mensvisie waarin onder meer ‘Het beste uit mensen’ een belangrijk onderdeel is, heeft een verbinding met het sociaal beleid. Belangrijk uitgangspunt daarbij is om via het model van de lerende organisatie zicht te krijgen op de beschikbare en de nog te verwerven competenties van zowel de organisatie als de medewerkers. Wij stimuleren en belonen een actieve houding van de medewerkers ten aanzien van ontplooiing en de ontwikkeling van kennis en bieden daarbij scholing en training. In onze zorgvisie hebben wij het begrip presentie opgenomen. Presentie is het vermogen / de competentie van professionals om een relatie aan te gaan met mensen die steun en zorg nodig hebben. Wij ontwikkelen dit vermogen / deze competentie bij professionals verder.
4.2 Algemeen beleid verslagjaar Bij dit onderdeel maken wij onderscheid tussen het algemene beleid van Vincent van Gogh en het algemene beleid van de maatschap RCG Weert.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 27
4.2.1 Algemeen beleid 2010 Vincent van Gogh Het algemene beleid van Vincent van Gogh in 2010 is geformuleerd in de Kadernota 2010 en de in het meerjaren strategisch beleidsplan geschetste ontwikkelingen. De in de Kadernota 2010 genoemde voorgenomen activiteiten zijn in het jaarplan van de raad van bestuur vertaald naar concrete activiteiten. Het algemene beleid in 2010 bestond uit: • activiteiten die de gehele beleidsperiode 2009 – 2012 aandacht vergen; • activiteiten die in 2009 nog niet geheel gerealiseerd zijn; • activiteiten die voortvloeien uit de kadernota 2010.
Kadernota 2010 Hieronder zijn de speerpunten uit de kadernota weergegeven waarmee in 2010 een aanvang is gemaakt. Zorg • zorgprogrammering en zorglijnen; • start fasegewijze implementatie van een veiligheidsmanagementsysteem met nadruk op veiligheid rond medicatieverstrekking en drugsbeleid; • maken van keuzen gespecialiseerde zorg en verkrijgen topklinische erkenningen. Organisatie • prestatie-indicatoren als stuurmethode; • verbetering managementinformatie leidinggevenden; • verwerven kennis op gebied van vastgoed. Personeel • meerjaren arbeidsmarktbeleid; • leidinggevenden meer verantwoordelijk voor productie en kosten, medewerker bewust van kosten en verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie; • permanente educatie van medewerkers (scholingsbeleid); • continuering van de ontwikkeling van de competenties van medewerkers. Nieuwe elementen in het algemeen • concentratie op kerntaak: op de neurobiologie gerichte ggz; • zorglijnen, inclusief andere aansturing organisatie; • energiek deelnemen aan scholings- en opleidingsfaciliteiten; • veiligheid. De uitwerking en implementatie van de speerpunten vraagt veelal een tijdshorizon langer dan 1 jaar. Voor 2011 hebben wij op het gebied van zorg, organisatie en personeel doelstellingen benoemd die verhoogde aandacht verdienen.
28 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
Zorg In 2011 werken wij verder aan de implementatie van zorgprogrammering en zorglijnen. Wij maken keuzen welk zorgaanbod past binnen de zorglijnen. Bij de kortdurende zorg starten wij met geprotocolleerde behandelingen. Ook in 2011 blijven we de informatievoorziening rond cliënten bevorderen en is een goed informatiebeleid (denk onder andere aan elektronisch cliëntendossier, DBC- en ZZP-registratie) rond de cliënt nodig. Wij zullen in 2011 verder inzetten op het ontwikkelen en implementeren van het informatiebeleid. In de periode 2009-2012 werken wij aan de cliëntveiligheid. Vanaf 2009 zijn wij fasegewijs gestart met de implementatie van een veiligheidsmanagementsysteem. In 2010 besteden we aandacht aan de veiligheid rond het verstrekken van medicatie en het drugsbeleid. We maken duidelijke keuzen ten aanzien van de specialistische zorg en we richten ons daarbij op het verkrijgen van meer topklinische erkenningen. De kwaliteitscommissies voegen we samen tot één commissie en we verbeteren de werkwijze. Samengevat zijn de speerpunten in 2011: • zorgprogrammering en zorglijnen; • ontwikkelen en implementeren van informatiebeleid; • start fasegewijze implementatie van een veiligheidsmanagementsysteem met nadruk op veiligheid rond medicatieverstrekking en drugsbeleid; • maken van keuzen gespecialiseerde zorg en verkrijgen top klinische erkenningen; • samenvoegen kwaliteitscommissies. Organisatie Prestatie-indicatoren voor geestelijke gezondheidszorg en verslavingszorg zijn volop in ontwikkeling. Met de prestatie-indicatoren maken wij de resultaten en de kwaliteit van de geleverde zorg meetbaar en inzichtelijk. Ook in 2011 gebruiken wij de prestatieindicatoren als stuurinstrument en niet alleen voor het afleggen van verantwoording achteraf. Bij de implementatie van zorglijnen, maar ook bij de bestaande zorgverlening, is het van belang dat alle dimensies met elkaar verbindingen hebben. Dat maakt het mogelijk in het zorgproces tijdig bij te sturen. Daarom gaan we de managementinformatie voor de leidinggevenden in de zorg verbeteren. Onderdeel van het leggen van verbindingen is dat de raad van bestuur aan de hand van thematische onderwerpen het contact met leidinggevenden gaat verstevigen. Bij de gewijzigde bekostiging van de zorg is het hebben van kennis op het gebied van vastgoed steeds meer van belang. Wij besteden nadrukkelijk aandacht aan het verwerven van kennis op het gebied van vastgoed.
Samengevat zijn de speerpunten in 2011: • prestatie-indicatoren als stuurmethode; • versteviging contact raad van bestuur met de leidinggevenden; • verbetering managementinformatie leidinggevenden; • verwerven kennis op gebied van vastgoed. Personeel Ook in 2011 streven wij naar flexibel inzetbaar personeel en een evenwichtige leeftijdsopbouw van het personeel bij instroom. Hiervoor ontwikkelen wij een meerjaren lange termijn personeelsplanning en een meerjaren arbeidsmarktbeleid waarin binden en boeien van medewerkers kernbegrippen zijn. Presentie, zoals in het strategisch beleid geformuleerd, vraagt om een goede kijk op wat cliënten nodig hebben. Wij leggen daarom verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie. Leidinggevenden worden meer verantwoordelijk voor de productie en kosten. Gelijktijdig worden ook medewerkers meer bewust gemaakt van de kosten van de bedrijfsvoering. Het zo laag mogelijk neerleggen van de verantwoordelijkheden in de organisatie faciliteren wij onder andere door permanente educatie (vastgelegd in het scholingsbeleid), intercollegiale toetsing en het continueren van de ontwikkeling van competenties van medewerkers. Samengevat zijn de speerpunten: • meerjaren lange termijn personeelsplanning; • meerjaren arbeidsmarktbeleid; • leidinggevenden meer verantwoordelijk voor productie en kosten, medewerker bewust van kosten en verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie; • permanente educatie van medewerkers (scholingsbeleid); • intercollegiale toetsing; • continuering van de ontwikkeling van de competenties van medewerkers.
4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid Het kwaliteitsbeleid heeft een sterke impuls gekregen door de voorbereidingen voor de HKZ-certificering. In 2008 werd de gehele instelling volledig HKZ gecertificeerd. Op een aantal fronten heeft de certificering tot verbetering in de organisatie en uitvoering van de zorg geleid. Resultaat van de certificering is o.a. dat voor alle cliënten van de betreffende afdelingen het werken met vastgelegde behandelplannen gemeengoed is. In een handboek kwaliteit zijn de werkprocessen vastgelegd. In de eerste contacten met onze instelling informeren wij de cliënten op een uniforme wijze en met nieuwe cliëntbrochures over onze zorgverlening. In onderstaande tabel is de stand van zaken ten aanzien van het kwaliteitscertificaat opgenomen. Naam behaalde certificaat, label of accreditatie
HKZ GGZ Certificaat
Datum van uitreiking certificaat, label of accreditatie
1 januari 2011
Datum van expiratie geldigheid
26 juni 2012
Naam toetsende instantie
KEMA Quality B.V.
Continu werken aan kwaliteitsverbetering vraagt om specifieke vaardigheden en een verbetercultuur. Al enkele jaren is op kleine schaal ervaring opgedaan met Uitkomstenmanagement. Een instrument om met teams concrete resultaten te boeken in verbetering van de zorg. De principes van Uitkomstenmanagement zijn in 2007 omgezet in de werkwijze Cyclisch Verbeteren. Het werken met SMART-doelen en gebruik van de PDCA-cyclus kunnen we hiermee intern op bredere schaal inzetten. Het is onderdeel van de jaarplannen voor 2011.
4.2.2 Algemeen beleid maatschap RCG Weert
Al meerdere jaren functioneren er diverse kwaliteitscommissies. In 2010 hebben deze hun werkzaamheden gecontinueerd. Klachten en meldingen over afwijkingen in de zorgverlening komen naar voren via de weg van cliënt naar hulpverlener, maar ook door tussenkomst van een commissie. Deze klachten en meldingen zijn regelmatig aanleiding voor kwaliteitsverbetering.
Het Regionaal Centrum GGz Weert is een samenwerkingsverband van het St. Jans Gasthuis, Riagg Zuid en Vincent van Gogh. Het centrum biedt een geïntegreerd stelsel van basisvoorzieningen voor geestelijke gezondheidszorg. De organisatie is qua rechtsvorm een maatschap. De partijen houden onder gemeenschappelijke naam en verantwoordelijkheid een centrum voor geestelijke gezondheidszorg in de regio Weert in stand. De bestuurders van de drie deelnemende organisaties vormen het bestuur van de maatschap. De drie maten zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de exploitatie van het RC GGz Weert.
MIP-commissie Een van de kwaliteitscommissies is de Meldingscommissie Incidenten Cliëntenzorg (MIP). De MIP-commissie is een interne commissie. De raad van bestuur benoemt de leden van de commissie. De commissie bewaakt en bevordert de kwaliteit van de cliëntenzorg in materiële en immateriële zin. De commissie vergadert maandelijks en rapporteert over zijn werkzaamheden in een jaarverslag. Er is sprake van een vermeerdering van het totaal aantal meldingen ten opzichte van 2009 (van 762 naar 858). Conclusie hiervan is dat de meldingsbereidheid vergroot is. In 33 van deze gevallen werd de melding doorgestuurd naar de commissie Geweldsincidenten en Schokkende Gebeurtenissen, omdat het medewerkers als slachtoffer betrof.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 29
Aantal MIP meldingen Jaar
Aantal meldingen
2010
858
2009
762
2008
642
2007
638
2006
588
Activiteiten van de MIP in 2010 In 2006 heeft de toenmalige commissie in een beleidsplan een nieuwe manier van melden voorgesteld en gedeeltelijke geïmplementeerd. Naast de reguliere besprekingen van de meldingen, heeft de MIP in 2010 zich hoofdzakelijk beziggehouden met het oppakken van de nieuwe manier van melden. Tevens vond er via de mail communicatie plaats met de organisatie omtrent de voortgang van deze nieuwe manier van melden. De informatie over de MIP zoals die op intranet te vinden was, is aangepast. Een belangrijke stap in 2010 was de aanschaf van het digitale Veiligheids Management Systeem. De voorzitter van de MIP had zitting in een werkgroep met als taak een nieuw digitaal meldformulier te ontwikkelen. De uitgangspunten van de nieuwe manier van melden, zoals beschreven in de beleidsnotitie en reglement van 2006, waren ook de leidraad voor dit nieuwe meldformulier. Vaststelling van het meldformulier vindt in de eerste helft van 2011 plaats. De implementatie binnen de organisatie dient in de tweede helft van 2011 plaats te vinden. In eerste instantie zal de MIP en de commissie Geweldsincidenten en Schokkende Gebeurtenissen van het meldformulier gebruik gaan maken. Later volgt uitbreiding met alle andere meldingen die te maken hebben met veiligheid. De nieuwe manier van melden zal de accuratesse en slagvaardigheid van de diverse kwaliteitscommissies sterk doen verbeteren. In overleg met de Inspectie Geestelijke Gezondheid en de eerste geneeskundige fungeert de MIP als een onafhankelijke commissie welke de gang van zaken rondom een suïcide beoordeelt. Hier heeft de MIP in 2010 een aanvang mee gemaakt door de binnengekomen meldingen uitvoerig te bespreken en te voorzien van commentaar en aanbevelingen aan de eerste geneeskundige. Maandelijks vond overleg plaats tussen de voorzitter van de MIP en de heer G. Derks, lid raad van bestuur. Periodiek vond werkoverleg plaats met de secretaris raad van bestuur.
suïcide en dood. Deze gebeurtenissen kunnen mogelijk een grote impact hebben op het psychisch welbevinden van onze werknemers. Confrontatie met agressie, (seksueel) geweld of schokkende gebeurtenissen kunnen leiden tot emotionele verwonding. Directe opvang en verdere begeleiding van werknemers na geweldsincidenten en schokkende gebeurtenissen is noodzakelijk.
30 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
Separatie
Afzondering
‘08 ‘09 ‘10
‘08 ‘09 ‘10
Continue
321 304 209
71 40 29
7 10 15
1
13 2
1
5 20 29
Vaste tijden 34 27 22
Onder agressie en (seksueel) geweld verstaan wij elke vorm van intimidatie, (verbale) bedreiging of geweldpleging door een werknemer als zodanig ervaren. Onder schokkende gebeurtenissen verstaan wij een gebeurtenis die buiten het patroon van de gebruikelijke menselijke ervaringen ligt en leed veroorzaakt of door betrokkene als leed wordt ervaren. De commissie Geweldsincidenten en Schokkende Gebeurtenissen behandelt meldingen omdat het medewerkers als slachtoffer betrof. Aantal meldingen geweldsincidenten en schokkende gebeurtenissen Jaar 2010
Aantal meldingen
332
2009
350
2008
207
2007
265
2006
294
Het aantal meldingen in 2010 (332 in totaal) is licht gedaald. Er is vanaf 2009 sprake van een trendbreuk t.o.v. 2007 (265 meldingen) en 2008 (207 meldingen). In zijn algemeenheid betreft het meldingen van geweldsincidenten. In een aantal gevallen zijn geweldsincidenten ook aangemerkt als schokkende gebeurtenissen.
4
Fixatie Geneesmiddelen ‘08 ‘09 ‘10 ‘08 ‘09 ‘10 4
5
2 10
tijden
142 79 81
38 13 9
54 44 62
6 10 16
Totaal
497 410 312
122 55 42
62 58 82
12 32 55
Het totaal aantal toepassingen is met 11% gedaald ten opzichte van 2009. Dit geldt alleen voor het aantal separaties en afzonderingen. Het aantal geregistreerde inzet van fixatie en dwangmedicatie is gestegen. Kijkend naar de verdeling tussen de cure- en care-sector zien we dat 38% van de maatregelen toepassing vindt in het acute circuit en 31% in het chronische circuit. Van de overige 31% vindt 29% (in 2009 was dit 20%) toepassing op de Crisis Intensieve Behandel Unit (CIBU) en 2% op het Vincentiushuis. De cliënten die op de CIBU gesepareerd worden komen zowel uit het acute als chronische circuit. De 179 cliënten waarbij MoM is toegepast zijn als volgt te verdelen: 1. 90 (50%) cliënten waarbij sprake is van een eenmalige maatregel; 2. 89 (50%) cliënten waarbij sprake is van 2 of meer maatregelen per cliënt. Groep 1 genereert 18% van het totaal aantal maatregelen. Groep 2 genereert 82% van het totaal aantal maatregelen
Commissie Wetenschappelijk Onderzoek Participatie (CWOP)
Kengetallen Middelen of Maatregelen:
Externe participatie van de CWOP NVMETC Hoewel de commissie een zogenaamde lokale toetsingscommissie is, valt zij landelijk gezien wel onder de overkoepelende vereniging van medisch-ethische toetsingscommissies, de NVMETC (Nederlandse Vereniging van Medisch-Ethische Toetsingscommissies). De CWOP behoort tot de ledengroep van de locale METC’s.
2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Aantal toepassingen
518
750
679
548
693
555
491
819
820
832
841
843
817
817
Aantal betrokken cliënten 160
185
202
190
189
167
179
23%
24%
23%
22%
20%
22%
aanwezige cliënten*
De Commissie Wetenschappelijk Onderzoek Participatie (CWOP) is in 2005 door de raad van bestuur ingesteld. De commissie adviseert de raad van bestuur omtrent de lokale uitvoerbaarheid van alle wetenschappelijk onderzoek (inclusief multicenter onderzoek) dat binnen onze instelling plaatsvindt.
% betrokken cliënten van aanwezigen
20%
* Gemiddeld aantal aanwezige cliënten is inclusief Vincentiushuis
De METIGG beoordeelt medisch wetenschappelijk onderzoek voor een groot aantal van de Nederlandse GGZ instellingen. De METIGG geeft daarmee uitvoering aan de sinds 1999 ingevoerde wet ‘Wet Medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen’. De METIGG werkt met twee kamers, de kamer Noord en de kamer Zuid. De METIGG valt onder verantwoordelijkheid van de gelijknamige stichting. Deze is gevestigd in Utrecht.
Wisselende
Commissie Middelen of Maatregelen (MoM) De commissie is een permanent adviserend orgaan voor de raad van bestuur, eerste geneeskundige en directie. De commissie geeft adviezen ten aanzien van het Middelen of Maatregelenbeleid. Zij stelt protocollen op en toetst de toegepaste middelen of maatregelen. Zo nodig vindt terugkoppeling plaats met behandelaren en/of afdelingen. Daarnaast is de commissie ‘vraagbaak’ en geeft voorlichting.
Gemiddeld aantal
Commissie Geweldsincidenten en Schokkende Gebeurtenissen Werknemers van Vincent van Gogh kunnen bij de uitvoering van hun werkzaamheden geconfronteerd worden met agressieve of gewelddadige bejegening door cliënten. Daarnaast kan confrontatie plaatsvinden met schokkende gebeurtenissen zoals zelfverminking,
Uit de registratie blijkt dat in 2010 het aantal toepassingen 491 bedroeg, die als volgt verdeeld waren:
Medisch-ethische commissie Onze instelling is aangesloten bij de METIGG. De METIGG is een erkende medisch-ethische toetsingscommissie (METC).
Werkwijze in 2010 De mogelijkheid bestond om onderzoeksvoorstellen ter beoordeling aan te bieden aan de commissie. Ter vergadering vond discussie plaats en werd een oordeel geformuleerd. Dat leidde tot een voorlopig advies over de haalbaarheid van lokale participatie. De indiener werd via een brief op de hoogte gesteld. Bij een onvoorwaardelijk positief advies werd eveneens de raad van bestuur geïnformeerd. Wanneer het voorlopige advies vergezeld ging van voorwaarden en/of aandachtspunten, dan volgde opnieuw een beoordeling na aanpassing van het onderzoeksvoorstel. Pas na positieve herbeoordeling ontving de raad van bestuur een definitief advies. Op basis van dit advies nam de raad van bestuur een besluit en deelde dat aan de onderzoeker mee. De raad van bestuur heeft in alle gevallen het advies van de CWOP gevolgd. Adviezen van de CWOP De commissie heeft in 2010 de volgende onderzoeken beoordeeld en als volgt geadviseerd: 1. Dramatherapie bij gokverslaafden, M. Lenssen. Lokale coördinator E. Magnée. Positief advies. 2. Language and Attention, C. Vissers. Lokale coördinator J. Egger. Positief advies. 3. Onderzoek naar het associatief werkgeheugen en episodisch geheugen bij Korsakov cliënten gezonde controles, J. Robertson. Lokale coördinator A. Wester. Positief advies. 4. Impliciet contextueel Leren in het syndroom van Korsakov, E. Oudman. Lokale coördinator A. Wester. Positief advies. 5. Een effectonderzoek naar de werking en de bijdrage van de module Feel good muziektherapie in het Centrum voor psychotherapie, E. Reuver. Lokale coördinator P. Driessen. Positief advies. 6. Interferentie in het visuo-spatiële werkgeheugen bij cliënten met het syndroom van Korsakov en gezonde controles, S. Morel. Lokale coördinator A. Wester. Positief advies. 7. Monitoren PMT-module Omgaan met boosheid, S. van de Laar. Lokale coördinator T. Jaspers. Besluitvorming aangehouden wegens aanvullende vragen. 8. Sociaal functioneren en zorgbehoefte van cliënten met schizofrenie, D. de Waardt. Lokale coördinator F. van der Heijden. Positief advies. 9. ECG bij antipsychoticagebruikers, W. Vaes. Lokale coördinator F. van der Heijden. Positief advies. 10. Understanding other during emotional arousal in Borderline Personality Disorder, J. Deckers. Lokale coördinator J. Egger. Positief advies.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 31
11. De antisaccade taak in cliënten met het syndroom van Korsakov, S. van der Stigchel. Lokale coördinator A. Wester. Aanvullende vragen; wacht op tweede versie. 12. IRB Research Proposal;Tests of Models of Recognition and Priming in Patients with Korsakoff’s Syndrome, C. Berry. Lokale coördinator A. Wester. Positief advies. 13. Alcoholgerelateerde cognitieve stoornissen en de MMPI-2 neuropsychologische correctie items, S. Walvoort. Lokale coördinator J. Egger. Positief advies. 14. De effectiviteit van Inference Based Approach, H. Visser. Lokale coördinator M. Kaarsemaker. Positief advies. 15. Autonomie-gehechtheid bij adolescenten met angst- en stemmingsstoornissen, N. Bachrach. Lokale coördinator nog niet bekend. Besluitvorming aangehouden wegens aanvullende vragen. Onderzoeker uitgenodigd voor toelichting tijdens vergadering. 16. Effecten van de schemagerichte therapie op afdeling De Koers van de AK, M. Hins. Lokale coördinator P. Thijssen. Positief advies. 17. Effects of GH after final height in Prader-Willi Syndrome, W. Verhoeven. Lokale coördinatoren W. Verhoeven/J. Egger. Positief advies. 18. De samenhang tussen de persoonlijkheidstrek ‘noveltye seeking’en perseveratie in een aandachtswisseltaak, M. Beijaard/S. de Ronde. Lokale coördinator J. Egger. Aanvullende vragen; wacht op tweede versie. 19. Understanding the cognitive basis of language abnormalities in schizophrenia: cognitive behavioral and electrophysiological approach, C. Visser. Lokale coördinator J. Egger. Aanvullende vragen; wacht op tweede versie. 20. Masterthese, J. van Gortel. Lokale coördinator C. Visser/ J. Egger. Wordt in verslagjaar 2011 behandeld.
beoordeeld. In de kortdurend ambulante zorg is de CQ Index gebruikt. In de klinische zorg, de deeltijd en de woonbegeleiding de GGZ thermometer. Onze instelling krijgt zowel in de GGZ thermometer als in de CQ Index het rapportcijfer 7,5. Dat is in lijn met het landelijk gemiddelde. De scores van de thermometer zijn in 2010 lager dan in 2009. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat de ambulante afdelingen dit jaar niet meetellen in de thermometer en zijn opgenomen in de CQindex. In 2009 scoorden de klinische afdelingen over het algemeen lager in de thermometer dan het gemiddelde van de instelling.
W3 behandelingswachtlijst
-
-
1
2
2
73
2
Keurmerk TopGGZ De stichting Topklinische GGz heeft het keurmerk TOPGGz ontwikkeld. Dit keurmerk is het bewijs dat een afdeling voldoet aan hoogwaardige kwaliteitscriteria. Om voor het keurmerk TOPGGz in aanmerking te komen worden zowel de afdeling als de instelling beoordeeld op een uitgebreide reeks criteria. De afdelingscriteria hebben betrekking op de topklinische functies zoals gespecialiseerde, innovatieve cliëntenzorg, toegepast wetenschappelijk (cliëntengebonden) onderzoek en onderwijs en opleiding.
Onze instelling neemt deel aan het landelijke SMAKK-project: Separeren, Minder, Anders, Korter en Kundiger. In de omgang met separaties is geïnvesteerd in training van verpleegkundigen en gebruik van ondersteunende instrumenten en alternatieve instrumenten. Vernieuwing van zorgaanbod en zorgmethodieken is een continu proces dat zowel op grote als kleinere schaal plaatsvindt.
Binnen treeknorm (6 weken)
-
0%
0%
50%
100%
37%
0%
63%
78%
87%
87%
76%
Professioneel statuut Het veelal multidisciplinaire karakter van de geboden zorg maakt een beschrijving van de verhoudingen en samenhang tussen professionals wenselijk. Er was behoefte aan een professioneel statuut voor professionals. In samenspraak met de hulpverleners is er een professioneel statuut vastgesteld. Het professioneel statuut heeft een algemeen karakter en geldt voor alle professionals, los van discipline. Het geeft de kaders aan waarbinnen de zorg binnen de geestelijke gezondheidszorg wordt verleend. Het beschrijft de te onderscheiden verantwoordelijkheden met de daarbij behorende rechten en plichten van de professional en van GGZ NML. Een en ander laat onverlet de wettelijke voorschriften die in de geestelijke gezondheidszorg van kracht zijn: de Kwaliteitswet Zorginstellingen, de Wet Beroepen Individuele Gezondheidszorg (BIG), de Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ) en de
Effectiviteit en kwaliteit van zorg, indicatoren per 31-12
Medio 2009 verkreeg de afdeling neuropsychiatrie voor een periode van vier jaar het keurmerk TOPGGz.
4.4 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van cliënten GGZ thermometer en CQ Index De GGZ thermometer en de CQ Index gebruiken we voor alle vormen van zorgverlening als instrumenten om de waardering van cliënten te meten. In 2010 hebben ruim 2100 cliënten en naastbetrokkenen de hulp en zorg die zij van onze instelling ontvingen,
32 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
In de kortdurend ambulante zorg kwamen depressieve klachten (21%) het meeste voor, gevolgd door stemmingswisselingen (12%) en angstklachten(11%). De quotiënten van de prestatie-indicatoren schommelen rond de landelijke gemiddelden. De top-drie hoogste score is op bejegening (0,89), vinden dat men de juiste behandeling heeft gekregen (0,87) en kunnen instemmen met het behandelingsplan (0,87). De top drie laagste score is op informatie over cliëntenrechten (0,31), keuzemogelijkheid (0,49) en evaluatie en afronding van de behandeling (0,53). In de klinische zorg zijn de scores over de hele linie lager bij klinisch lang dan bij klinisch kort. De quotiënten van de prestatie-indicatoren zijn vrijwel gelijk aan de landelijke gemiddelden. De top-drie hoogste score is op bejegening (0,92), informed consent (0,88) en keuzevrijheid (0,83). De top-drie laagste score is op oordeel over verandering van de ernst van de problematiek (0,73), informatieverstrekking (0,74) en vervulling zorgwensen (0,79). De deelrapporten zijn intern met cliëntvertegenwoordigingen en met zorgverleners binnen afdelingen en klinieken besproken.
Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) zoals opgenomen in het Burgerlijk Wetboek.
4.4.1 Kwaliteit van zorg: prestatie-indicatoren
2010
Heeft u ingestemd met uw behandelplan?
95
Neemt uw behandelaar u serieus?
92
Luistert uw behandelaar aandachtig naar u?
91
Begrijpt uw behandelaar in voldoende mate wat uw klachten zijn?
91
Is het een probleem om een afspraak met uw behandelaar snel
Onze instelling verantwoordt de kwaliteit van zorg via de prestatieindicatoren in Zichtbare Zorg Geestelijke Gezondheidszorg. Het Landelijk Platform cliënten- en familieorganisaties in de geestelijke gezondheidszorg (LPGGz) heeft in 2010 Vincent van Gogh gekozen als zorgaanbieder die de beste cliëntgerichte zorg levert. In de categorie geïntegreerde GGz-organisaties is Vincent van Gogh op de eerste plaats geëindigd samen met een collega instelling. Het LPGGz heeft haar beoordeling gebaseerd op metingen over 2009.
te laten plaatsvinden?
Hieronder vermelden we enkele uitkomsten van belangrijke prestatie-indicatoren over 2010. De CQ-Index (Consumer Quality Index) meet de ervaringen van de cliënt. Het is een gestandaardiseerde meetmethode die in de hele zorg wordt ingevoerd. De scores op onderstaande items zijn afgeleid van de CQ-index. De maximaal mogelijke score is 100.
Sterfgevallen en suïcides Tijdens het verslagjaar overleden 27 klinische cliënten waarvan 5 suïcides en 102 ambulante cliënten waarvan 6 suïcides. In het Vincentiushuis overleden 17 cliënten waarvan geen suïcides.
89
Is het een probleem om uw behandelaar overdag tussen 9.00 en 17.00 uur telefonisch te bereiken?
88
Geven uw behandelaars u tegenstrijdige informatie?
88
Legt uw behandelaar u dingen op een begrijpelijke manier uit?
86
Heeft uw behandelaar genoeg tijd voor u?
86
Heeft u informatie gekregen over de werking van de medicijnen die u gebruikt? 86
Gemiddelde wachttijd per 31-12
LCZ
Verslavingszorg
Kortdurende zorg
Specialistische functies
2010
2009
2010
2009
2010
2009
2010
2009
W1 aanmeldingswachtlijst
21
7
57
89
172
229
49
30
Binnen treeknorm * (4 weken)
5%
0%
40%
11%
52%
42%
33%
37%
1
-
116
81
396
367
192
134
0%
0%
34%
42%
27%
24%
18%
16%
W2 beoordelingswachtlijst Binnen treeknorm (4 weken)
% binnen treeknorm (van alle in behandeling genomen cliënten)
76%
72%
81%
* Zorgaanbieders, zorgkantoren en verzekeraars hebben afspraken gemaakt over aanvaarbare wachttijden in de zorg. Deze maximaal aanvaardbare wachttijden heten treeknormen.
LCZ
Verslavingszorg
Kortdurende zorg
Specialistische functies
2010
2009
2010
2009
2010
2009
2010
2009
4%
10%
12%
16%
12%
14%
3%
4%
901
1288
102
94
57
55
124
114
84%
80%
28%
27%
40%
41%
33%
39%
24
14
26
66
212
322
97
51
% Drop-out (vroegtijdige beëindiging van behandeling) Gemiddelde opnameduur (bij ontslag) % Heropnamen binnen 180 dagen na ontslag uit kliniek Aantal cliënten langer dan 6 maanden geen behandelcontact
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 33
4.4.2 Klachten Na positief advies van zowel ondernemingsraad als de collectieve cliëntenraad heeft de raad van bestuur het klachtenreglement vastgesteld. Het klachtenreglement heeft als doel: • het bieden van een procedure voor behandeling van klachten en zo mogelijk bemiddeling bij potentiële klachten van cliënten; • het leveren van een bijdrage aan de kwaliteit van de zorg binnen de geestelijke gezondheidszorg, waaronder het signaleren van eventuele structurele tekortkomingen in zorg- en dienstverlening op grond van ingediende klachten. In het klachtenreglement hanteren wij de volgende uitgangspunten: • het op verantwoorde wijze uitvoering geven aan de behandeling van klachten in overeenstemming met de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector en de Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen; • zorgvuldigheid en vertrouwelijkheid bij afhandeling van klachten. De privacyregeling van Vincent van Gogh is van toepassing op dit reglement, met dien verstande dat alle relevante stukken onder de verantwoordelijkheid vallen van de secretariaatsmedewerker van de klachtencommissie in opdracht van de voorzitter of de plaatsvervangend voorzitter van de klachtencommissie; • een onafhankelijke klachtenbehandeling onder meer tot uitdrukking komend in de samenstelling van de commissie; • bij signalering van een potentiële klacht wordt getracht tot bemiddeling te komen tot genoegdoening van de klager. De samenstelling van de klachtencommissie waarborgt de onafhankelijkheid ervan. De klachtencommissie bestaat uit meerdere leden, waaronder minimaal: • een jurist, niet werkzaam voor de GGZ-instelling, tevens voorzitter; • een jurist, niet werkzaam voor de GGZ-instelling, tevens plaatsvervangend voorzitter; • twaalf inhoudelijk deskundigen, waaronder tenminste drie psychiaters, die een goede afspiegeling vormen van de binnen de geestelijke gezondheidszorg werkzame disciplines. Tenminste de helft van het aantal leden is nog praktiserend werkzaam in de geestelijke gezondheidszorg. In de subcommissie die wordt samengesteld voor een klachtbehandeling is tenminste één lid nog praktiserend werkzaam in de geestelijke gezondheidszorg. Een secretariaatsmedewerker ondersteunt de commissie. In 2010 was mevrouw mr. N. Roelofs – de Bruin voorzitter en de heer mr. H. Peters plaatsvervangend voorzitter van de klachtencommissie. In de commissie zijn de volgende beroepsgroepen vertegenwoordigd: psychiater (6), psycholoog (1), huisarts (1), manager zorg
34 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
(1), B-verpleegkundige (3), jurist (2), neuroloog/psychiater (2) en extern adviseur (1). De bezetting lijkt riant, maar in de praktijk blijkt dat diverse leden slechts zeer beperkt inzetbaar zijn, o.a. wegens parttime aanwezigheid en/of volle agenda’s. Indienen klacht De mogelijkheid om een klacht in te dienen is opgenomen in de cliëntenfolder die cliënten ontvangen bij aanmelding. Ook op onze website verwijzen wij naar de mogelijkheid om een klacht in te dienen. Daarnaast zijn in de aanmeldingsprocedure standaard twee momenten ingebouwd waarin informatie over de klachtmogelijkheden wordt uitgereikt. Ook vragen wij aan de cliënt of de informatie over de klachtmogelijkheden is begrepen. Uit het aantal klachten dat de klachtencommissie ontvangt blijkt dat cliënten de weg naar de klachtencommissie weten te vinden. De cliëntenvertrouwenspersonen verwijzen cliënten regelmatig naar de klachtencommissie en ondersteunen hen bij de klachtbehandeling. Met het invullen van een formulier dienen cliënten een klacht in. Via het formulier geven cliënten toestemming voor inzage in het medisch dossier. Na ontvankelijk verklaring van de klacht door de klachtencommissie houden drie commissieleden een hoorzitting. De hoorzitting is niet openbaar. Tijdens de hoorzitting kunnen klager en verweerder hun visie op de klacht geven. Na de hoorzitting komt de klachtencommissie tot een uitspraak. In de uitspraak zijn ook overwegingen en een beoordeling opgenomen op basis waarvan de klacht gegrond of ongegrond wordt bevonden. Op basis van de uitspraak kan de klachtencommissie aanbevelingen doen aan de raad van bestuur. Klachtopvolging Na ontvangst van een uitspraak en aanbevelingen van de klachtencommissie wordt de divisiedirecteur gevraagd een reactie hierop te geven. Ook welke maatregelen hij overweegt te nemen. De raad van bestuur ontvangt de uitspraak en de aanbevelingen van de klachtencommissie, alsmede de schriftelijke reactie van de divisiedirecteur. Op basis hiervan deelt de raad van bestuur binnen 1 maand aan klager, de verweerder en klachtencommissie schriftelijk mee of er aanvullende maatregelen worden genomen en zo ja, welke. Aantal klachten 2010 Het aantal klachten is toegenomen, alsmede het aantal klachtonderdelen. In 2010 zijn in totaal 60 klachten met 124 klachtonderdelen ingediend. In 2009 waren dit er nog 48 met 97 klachtonderdelen. Het komt voor dat cliënten in bijvoorbeeld een psychotische toestand, meerdere klachten indienen. Die blijken dan niet ontvankelijk of ongegrond. De klachten uit één zo’n periode worden gebundeld en met de cliënt besproken zodra dat mogelijk is. Voor de registratie tellen deze klachten als 1 klacht. Van alle klachten houden wij een geanonimiseerde klachtenregistratie bij. Deze registratie geeft inzicht in aard en omvang van
bepaalde klachten. Ook in gegevens over klagers in het algemeen en in het functioneren van de klachtenafhandeling. Vergelijking van deze registratie met die uit eerdere jaren kan inzicht opleveren in verschuivingen binnen de klachtenafhandeling. Bij de registratie is een duidelijke verbetering in de consistentie te constateren.
Voor de genoemde doelstellingen van het personeelsbeleid ontbreken nog vastgestelde normen. Er kan derhalve niet worden aangegeven in welke mate de doelstellingen in 2010 gehaald zijn. Hieronder worden per doelstelling de ontwikkelingen genoemd.
Van de 124 ingediende klachtonderdelen zijn er 55 weer ingetrokken. Ter zitting werden 21 klachten met 61 klachtonderdelen behandeld. Dit is een flinke stijging ten opzichte van het vorige jaar, toen zijn 34 klachtonderdelen ter zitting afgehandeld. Door bemiddeling zijn 14 klachtonderdelen opgelost. De commissie gaat er van uit dat de andere werkwijze van de nieuwe cliëntenvertrouwenspersoon daar aan heeft bijgedragen. Van de klachtonderdelen waarbij het tot een uitspraak is gekomen zijn er 13 gegrond verklaard en 38 ongegrond. Er werden 8 klachtonderdelen niet-ontvankelijk verklaard en 2 klachtonderdelen zijn aangehouden.
Verloop
4.5 Kwaliteit ten aanzien van de medewerkers 4.5.1 Personeelsbeleid De doelstellingen van het personeelsbeleid zijn als volgt te omschrijven: Verloop: • instroom: in verband met een selectieve vacature stop is ook in 2010 geen norm vastgesteld; • uitstroom: er is voor dit verslagjaar geen norm vastgesteld. Verzuim: er is geen afwijkende verzuimnorm van Vernet vastgesteld (Vernet 2010 5,5%). Opleidingsplaatsen: realisatie van aantal opengestelde opleidingsplaatsen. Verlaging gemiddelde leeftijd: leeftijdopbouw inzichtelijk maken en doorvertalen naar een Formatieplaatsenplan. Realisatie van het personeelsbeleid 2010 stond in het teken van registratie en het voorbereiden van een aantal verbeteringen hierin. In kalenderjaar 2010 hebben wij een set stuur- en kengetallen ter ondersteuning van het sociale beleid voorbereid. De personeelsregistratie passen we in 2011 hierop aan en bereiden het voor om te kunnen gaan rapporteren. Naast deze bouwsteen is een vastgesteld formatieplaatsenplan het fundament voor de onderbouwing van verdere beleidsontwikkeling. De ontwerpkeuzes van het project Zorg in Lijn geven input voor de benodigde scenariokeuzes. Deze zijn kaderstellend voor het formatieplaatsenplan. We streven ernaar vanaf 2012 op basis van de nieuwe kengetallen te kunnen gaan rapporteren. De keuze van het referentiepunt voor de formatie is afhankelijk van het tempo waarop bovengenoemde projecten de benodigde kaders gaan aanreiken.
Wij sturen nog niet pro-actief op het verloop van medewerkers door het ontbreken van een doelstelling op dit punt. Dankzij een aangepaste registratie is er informatie over het verloop van medewerkers beschikbaar. Door het ontbreken van onder meer een vastgesteld formatieplaatsenplan en opleidingskaders heeft de beschikbaarheid van deze gegevens nog niet geleid tot het vaststellen van een doelstelling. Instroom Het aantal vacatures bedroeg in het verslagjaar 134 t.o.v. 178 in 2009 en 157 in 2008 en 203 in 2007. Mede door de selectieve vacaturestop is de interne doorstroom van kandidaten tussen divisies toegenomen. Wij constateren dat bepaalde vacatures moeilijker zijn te vervullen en het verloop op een aantal functies hoog is. Op basis van het formatieplaatsenplan (peildatum 01-01-2009) en het in 2010-2011 nieuw te ontwikkelen formatieplaatsenplan als gevolg van de invoering van zorgprogrammering ontwikkelt HR specifiek instroombeleid voor de MBO, HBO en WO doelgroepen. Hiermee beogen wij de werving- en selectiekosten te verlagen. Daarnaast benaderen we de tot op heden fragmentarisch ingezette arbeidsmarktinterventies vanuit een meer geïntegreerd arbeidsmarktbeleid. Als referentiekader voor het verder te ontwikkelen arbeidsmarktbeleid gebruiken wij het ‘Rapport Medewerkers@ggz 2009’ van GGZ Nederland en het Regioportret Zorg. Dat vormt tevens het referentiepunt voor het te ontwikkelen duurzaam inzetbaarheidbeleid met inbegrip van de opleidingsdoelstellingen voor GGZ NML 2008-2012. Dit opleidingsbeleid sluit aan op de in het verslagjaar vastgestelde nieuwe strategienota ‘Het beste uit mensen…’ Naast een modern werkgeverschap en werknemerschap staat hierin het beter (mogelijk) maken van aanspreken op elkaars kwaliteiten en het bevorderen van kwaliteiten van mensen en dus ook die van medewerkers centraal. Uitstroom De uitstroom was in dit verslagjaar 156 (9,7%) t.o.v. 149 personen in 2009 (9,4%), t.o.v. 194 personen in 2008 (12,5%). Ook in dit verslagjaar zijn maatregelen genomen om de gemiddelde leeftijd van 45 jaar waar mogelijk terug te brengen. Op basis van het formatieplaatsenplan (peildatum 01-01-2009) is vastgesteld dat een meer integrale benadering gericht op duurzame inzetbaarheid noodzakelijk zal zijn. Dit om de uitdaging die vanaf 2015 de arbeidsmarkt gaat domineren het hoofd te kunnen bieden.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 35
Verzuim Het verzuim laat t.o.v. de voorgaande jaren na een aanvankelijke daling, nu een licht stijgende lijn zien. Historische verzuimcijfers: • 2005: 5,8% • 2006: 5,2% • 2007: 4,9% • 2008: 4,4% • 2009: 4,4% • 2010: 4,5% Opvallend in de cijfers over 2010 is dat het kortdurend en middellang verzuim is gedaald (van 2,45% in 2009 naar 2,17% in 2010). Daarentegen is het langdurig verzuim gestegen van 1,98% naar 2,31%. Over 2010 is geen verzuimnorm vastgesteld. Het accent is gelegd op duurzame inzetbaarheid van medewerkers. Met meer aandacht voor het voorkomen van verzuim. Het voorbereiden en uitvoeren van een pilot ‘gezondheidshuis’ is een van de maatregelen die zijn genomen in het kader van nieuw te ontwikkelen beleid voor gezondheidsmanagement. In de pilot ligt de nadruk op het vergroten van de regie van de medewerkers op hun blijvende inzetbaarheid Na een sterke daling van de gemiddelde verzuimduur, die in 2009 daalde naar 15,62 dagen (2008 19,01 dagen), is er nu weer sprake van een stijging naar 18,39 dagen. De meldingsfrequentie is afgenomen van 1,2 over 2009 naar 1,1 over 2010.
Aantal opleidingsplaatsen In 2010 had onze instelling de volgende opleidingsplaatsen: • 23 artsen in opleiding (A-opleiding), waarvan 5 in 2010 gestart en 1 de opleiding heeft afgerond; • 3 Psychotherapeuten (i.o.), waarvan 1 de opleiding heeft afgerond; • 1 Klinisch geriater, waarvan 1 de opleiding heeft afgerond; • 10 GZ-psychologen (i.o.), waarvan 4 de opleiding hebben afgerond; • 2 Klinisch psychologen (i.o.), waarvan beide nog in opleiding zijn; • 2 Klinisch neuro psychologen (i.o.), waarvan beide nog in opleiding zijn; • 5 opleidingsplaatsen tot Master in Advanced Nursing Practise, waarvan vijf nog in opleiding zijn; • 19 leerlingen waarvan er 6 de opleiding hebben afgerond; • 11 HBO-V Duaal (niveau 5) waarvan nog niemand in het verslagjaar de opleiding heeft afgerond.
Verlaging gemiddelde leeftijd Deze doelstelling is door de vacturestop en het ontbreken van een formatieplaatsenplan met normstelling voor de komende jaren niet nader uitgewerkt. Het formatieplaatsenplan is door de ontwikke-
36 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag
ling van Zorg in Lijn opgeschoven in tijd. Er wordt nu gestuurd op basis van de huidige bezettingsoverzichten die vergezeld gaan van de begroting.
4.5.2 Kwaliteit van het werk
functioneren in de maatschappij. Zij hebben langdurige zorg nodig in een beschermde omgeving. Daarvoor hebben wij een nieuwe vorm bedacht. Wij halen de samenleving naar ons toe. Daarvoor stellen wij ons terrein open om er te komen wonen en recreëren. Zo ontstaat de nieuwe wijk Servaashof in Venray. Met een binnenhof en een buitenhof. Wonen en zorg samen in één park.
In 2010 is geen medewerkers tevredenheids onderzoek (MTO) uitgevoerd. Het MTO van 2009 is geëvalueerd en de resultaten zijn besproken met de raad van bestuur en het directieteam. Ook is het aan de orde gekomen in de verschillende teams van de divisies. We denken nog na over de focus en de wijze van uitvoering van een MTO voor 2011. Doel is in ieder geval meer effectieve resultaten te halen uit de onderzoeken.
Zorg in de binnenhof Voor de opvang van volwassen cliënten hebben wij in de binnenhof een nieuw psychiatrisch centrum gerealiseerd. Acht nieuwe gebouwen afgestemd op de wensen van cliënten en medewerkers. Onze cliënten beschikken ieder over een eigen kamer met sanitaire voorzieningen. In de nieuwe gebouwen met (besloten) tuinen kunnen de cliënten onder begeleiding zoveel mogelijk zelfstandig en individueel wonen.
4.6 Samenleving
Wonen en recreëren in de buitenhof Rond de binnenhof ligt de buitenhof. Daarin is plaats voor de bouw van circa 330 koopwoningen en circa 100 zorgwoningen. De inzet is om het totale park Servaashof ingrijpend te vernieuwen. De bestaande monumentale gebouwen en bomen blijven staan. In het park realiseren wij een aantal voorzieningen, zoals een museum, kinderboerderij, wijkcentrum, speelplaats, trapveld, sporthal en amfitheater. Zo creëren wij de mogelijkheid dat cliënten en bewoners elkaar ontmoeten. Door de crisis op de woningmarkt heeft de realisatie van de koopwoningen vertraging opgelopen. Momenteel heroverwegen wij de plannen voor de herinrichting van de buitenhof en het park Servaashof.
Openbare geestelijke gezondheidszorg Bij de beschrijving van het strategisch beleid is reeds de verantwoordelijkheid benoemd die wij als GGZ-organisatie hebben ten aanzien van de kwaliteit van onze (geestelijke) gezondheidszorg en het beïnvloeden van het gedrag van mensen (preventie en psychohygiëne, maatschappelijke opvang). In dit brede veld (netwerk) willen wij de rol spelen van samenwerkingspartner. Op de terreinen van de openbare geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke opvang, (gezondheids-) voorlichting, preventie en dienstverlening hebben wij overigens ook een zorginhoudelijke verantwoordelijkheid. Sinds 1995 zijn wij betrokken bij het project Bemoeizorg Zorgwekkende Zorgmijders (BZZ). In 2001 is het project omgezet in een regulier aanbod. Bemoeizorg Zorgwekkende Zorgmijders bestaat uit outreachende activiteiten op het terrein van openbare maatschappelijke zorg. Daarbij maken we gebruik van de kennis en vaardigheden uit de geestelijke gezondheidszorg en de verslavingszorg. Bemoeizorg betekent contact zoeken met mensen die problemen hebben. Daarbij veroorzaken zij soms overlast voor anderen. Vaak vragen zij zelf geen hulp en reguliere hulp wijzen zij meestal af. Klokkenluiderregeling Onze instelling heeft geen klokkenluiderregeling vastgesteld. Met de klokkenluiderregeling kunnen werknemers ernstige misstanden in de organisatie op een veilige manier melden. In 2011 wordt een klokkenluiderregeling ingevoerd. Servaashof, wonen en zorg in een park De zorg voor de psychiatrische cliënt verandert. Het gaat er tegenwoordig om de cliënt zoveel mogelijk zelfstandig te laten wonen. In gewone woonwijken waar zij deel kunnen nemen aan de samenleving. Toch zullen er altijd cliënten zijn die niet zelfstandig kunnen
Overige opbrengsten De overige bedrijfsopbrengsten bestaan onder andere uit opbrengsten die te maken hebben met de externe dienstverlening van enkele ondersteunende organisatieonderdelen. Personeelskosten In 2010 bedroegen de totale personeelskosten 68,5% van de totale opbrengsten. In 2009 was dat 66,7%. De verklaring voor deze stijging is de gemaakte overproductie die niet vergoedt wordt en de vorming van de voorziening LFB (levensfasebudget). Afschrijvingskosten Bij de afschrijvingskosten is een daling te zien ten opzichte van 2009. De oorzaak hiervan is een correctie op de afschrijvingen 2009 die in 2010 verwerkt is. Overige bedrijfskosten De overige bedrijfskosten dalen in vergelijking met 2009. In 2009 is een groter bedrag aan voorzieningen gevormd. Financiële baten en lasten In 2010 zijn de kasgeldleningen omgezet in langlopende financiering met een hogere rentelast. Dat verklaart de toename van de rentelasten. Hiertegenover staat dat de renteopbrengsten hierdoor ook zijn toegenomen. Balans In 2010 is de balans verlengd doordat het financieringstekort uit DBC financiering met de zorgverzekeraars is omgezet in een financieringsoverschot.
4.7 Financieel beleid Het resultaat van Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg inclusief Vincentiushuis over 2010 komt uit op € 7.981,negatief. Over 2009 is een resultaat gerealiseerd van € 241.058,-. Het genormaliseerde resultaat over 2010 ten opzichte van 2009 is met € 3,7 miljoen afgenomen. Het genormaliseerde resultaat verslechtert voornamelijk als gevolg van de gemaakte overproductie die niet vergoedt wordt en de kortingsmaatregel GGZ. Diverse ontwikkelingen hebben bij het realiseren van dit resultaat een rol gespeeld. Op de belangrijkste oorzaken gaan we hieronder kort nader in. Wettelijk budget Het wettelijk budget is gestegen door omzetgroei en hogere vergoedingen voor rente en afschrijvingen. ‘Overige’ zorg De omvang van de ‘overige’ zorg is nagenoeg gelijk gebleven. ‘Overige zorg’ betreft hoofdzakelijk de gemeentelijke en provinciale opbrengsten en opbrengsten in verband met justitiële verslavingszorg.
Kengetallen VvG streeft naar een gezonde financiële basis. VvG voldoet aan de eisen van het waarborgfonds voor de zorgsector. Enkele financiële kengetallen van VvG zijn: Resultaatratio Genormaliseerde resultaatratio
2010
2009
0,08%
0,23%
0,02%
3,62%
Current ratio
79,31%
29,04%
Solvabiliteit
17,41%
18,14%
(EV / balanstotaal)
De vergelijkende cijfers zijn aangepast aan de herrubriceringen in de jaarrekening 2010. Treasury beleid In 2010 heeft een positieve herbeoordeling door het Waarborgfonds voor de Zorgsector plaatsgevonden. De kasgeldleningen zijn in 2010 omgezet in langlopende financiering en één borgstelling van € 20.100.000 kasgeld als uitbreiding van de faciliteiten is verlengd tot 31 december 2011.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Maatschappelijk verslag | 37
Financieel jaarverslag 2010 Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg
5 Jaarrekening
5.2 Resultatenrekening over 2010 Ref.
2010 €
2009 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
12
96.083.786
93.124.815
Niet gebudgetteerde zorgprestaties
13
700.624
667.567
Subsidies (inclusief overige Wmo-prestaties)
14
5.923.390
5.219.830
Overige bedrijfsopbrengsten
15
5.040.135
5.002.855
107.747.935
104.015.067
5.1 Balans per 31 december 2010
(na resultaatsbestemming)
BEDRIJFSOPBRENGSTEN: Ref.
31-dec-10 €
31-dec-09 €
ACTIVA
Vaste activa Materiële vaste activa
1
Financiële vaste activa
2
Totaal vaste activa
73.550.579
75.146.483
8.147.477
7.658.734
81.698.056
82.805.217
125.279
155.591
Som der bedrijfsopbrengsten
Vlottende activa BEDRIJFSLASTEN: Voorraden
3
Onderhanden projecten uit hoofde van DBC's
4
1.828.305
0
Vorderingen en overlopende activa
5
16.629.835
19.091.417
Vorderingen uit hoofde van financieringstekort
6
0
4.795.712
Liquide middelen
7
11.067.542
83.581
29.650.961
24.126.301
Totaal activa
111.349.017
106.931.518
PASSIVA
31-dec-10 €
31-dec-09 €
Totaal vlottende activa
Personeelskosten
16
73.815.171
69.355.664
Afschrijvingen op materiële vaste activa
17
4.941.337
5.537.724
Overige bedrijfskosten
18
27.833.673
28.297.737
106.590.181
103.191.125
1.157.754
823.942
-1.074.628
-736.603
83.125
87.339
-91.106
153.719
-7.981
241.058
2010 €
2009 €
690.169
2.183.453
0
-336.000
-638.908
-568.582
Som der bedrijfslasten BEDRIJFSRESULTAAT Financiële baten en lasten RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING
Eigen vermogen
8
Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
Langlopende schulden
68.378
68.378
14.087.990
14.095.973
5.234.087
5.234.087
19.390.454
19.398.438
9
1.445.887
380.665
10
53.127.715
4.061.061
Totaal eigen vermogen Voorzieningen
19
Aandeel VvG in resultaat RC GGz Weert RESULTAAT BOEKJAAR
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld:
Kortlopende schulden Schulden uit hoofde van financieringsoverschot
6
3.611.778
0
Kortlopende schulden en overlopende passiva
11
33.773.182
82.773.651
Onderhanden projecten uit hoofde van DBC's
4
0
317.703
Toevoeging/(onttrekking): Reserve aanvaardbare kosten Reserve zorgvernieuwing Bestemmingsreserve afschrijving inventarissen
Totaal passiva
40 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
111.349.017
Bestemmingsreserve nieuwbouw RC Venlo
-30.693
-30.693
Bestemmingsreserve afschrijving instandhouding
-28.550
-1.007.120
-7.981
241.058
106.931.518
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 41
5.3 Kasstroomoverzicht
5.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling
Bedragen x € 1.000 €
2010 €
€
2009 €
Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsresultaat
1.158
824
Aanpassingen voor : - afschrijvingen
5.003
- mutaties voorzieningen
1.065
5.599 -22 6.068
5.577
Veranderingen in vlottende middelen: - voorraden
30
6
-2.146
17.913
- vorderingen
1.417
-2.528
- v orderingen/schulden uit hoofde van financieringstekort respectievelijk -overschot
8.894
5.108
- kortlopende schulden (excl. schulden aan kredietinstellingen)
7.122
- mutatie onderhanden projecten DBC's
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen interest Betaalde interest
5.423 15.316
25.921
22.543
32.324
67
146
-1.142
-883
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten
-1.075
-737
21.468
31.587
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa Gereedgekomen projecten Mutatie leningen u/g
-5.641
-31.062
46
215
2.294
20.143
-128
-166
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten
-3.428
-10.870
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen
52.798
0
Aflossing kortlopende schulden
-56.122
-22.875
Aflossing langlopende schulden
-3.731
-500
Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
-7.055
-23.375
Mutatie geldmiddelen
10.984
-2.658
Er is gebruik gemaakt van de indirectie methode.
42 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
5.4.1 Algemeen Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de Regeling verslaggeving WTZi en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Vergelijking met voorgaand jaar De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar, met uitzondering van het RC GGz Weert wat niet meer geconsolideerd is in de jaarrekening van Vincent van Gogh. Dit is tevens aangepast in de vergelijkende cijfers.
5.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva Activa en passiva Activa en passiva worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. Toelichtingen op posten in de balans, resultatenrekening en kasstroomoverzicht zijn in de jaarrekening genummerd. Materiële en financiële vaste activa De materiële en financiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs onder aftrek van cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingen. WTZi-vergunningsplichtige vaste activa worden gewaardeerd tegen de laagste van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs en het goedgekeurde investeringsbedrag. Het meerdere boven het goedgekeurde investeringsbedrag wordt ten laste van de resultatenrekening gebracht. Voor WTZi-vergunningsplichtige vaste activa, instandhoudingen en WMG-gefinancierde vaste activa waarvoor in de bekostigingssystematiek geen substitutievrijheid bestaat binnen het verkregen budget, is de afschrijvingsperiode gelijk aan de in de bekostigingssystematiek voorgeschreven afschrijvingstermijnen. Voor die vaste activa waarvoor binnen de bekostigingssystematiek of de verkregen subsidie substitutievrijheid bestaat, zijn de afschrijvingstermijnen gebaseerd op de economische levensduur.
Materiële vaste activa Sinds 2009 is sprake van een transitiefase voor de bekostiging van de materiële vaste activa die tot op heden in aanmerking komen voor integrale nacalculatie. Het huidige, in beginsel risicoloze bekostigingssysteem wordt vervangen door een systeem van prestatiebekostiging. Kapitaallasten moeten voortaan gedekt worden via een component in de integrale tarieven. Hierdoor ontstaan nieuwe risico’s voor het vastgoed, zoals exploitatierisico’s (leegstand, onderbezetting), boekwaarderisico’s (marktontwikkeling), en het risico van afwaardering bij exploitatieverliezen (impairment). Afschrijvingstermijnen worden op de economische levensduur gebaseerd en niet meer op de oude bekostigingssystematiek. Voor nu nog nacalculeerbare huurcontracten van vastgoed treedt ook een bezettingsrisico op. Bij het vaststellen van de jaarrekening 2010 was nog onvoldoende zeker wanneer de nieuwe systematiek zal ingaan, wat de nieuwe tarieven worden en bestaat nog veel onduidelijkheid over de overgangsregeling. Hierdoor kunnen de daaruit voortvloeiende financiële gevolgen voor de waardering van de materiële vaste activa niet voldoende zeker worden bepaald. Onzeker blijft hoe definitieve vaststelling van de nieuwe bekostiging zal plaatsvinden. Om deze redenen en ingevolge artikel 3 sub h van de Regeling Verslaglegging WTZi is bij de waardering van de nacalculeerbare (materiële) vaste activa uitgegaan van het bestaande systeem van integrale vergoeding voor werkelijke afschrijvingskosten en rentelasten van de vaste activa. Er heeft derhalve nog geen impairment plaatsgevonden. Wel hebben wij op grond van berichten van het Ministerie van VWS (11 oktober 2010) en de NZa (9 februari 2011) initiële berekeningen gemaakt van de verwachte opbrengsten van de normatieve huisvestingscomponent en uit de voorgestelde overgangsregeling voor de jaren 2012 tot en met 2018. Er bestaat onvoldoende zekerheid om hieruit (concrete) conclusies te trekken. Plan- en conserveringskosten In het jaardocument maatschappelijke verantwoording 2009 stonden de plan- en conserveringskosten gerubriceerd onder de kortlopende vorderingen. VvG heeft in 2010 een beschikking ontvangen van de NZa waarin wordt vermeld dat de conserveringskosten t/m 2008 gedurende 20 jaar vergoed worden. VvG verwacht voor de jaren 2009 en 2010 dat de NZa dezelfde systematiek zal toepassen. Op basis van bovenstaande zijn de conserveringskosten in dit jaardocument gerubriceerd onder de financiële vaste activa. De in 2010 ontvangen vergoeding is hierop in mindering gebracht. Dit is tevens aangepast in de vergelijkende cijfers. De plankosten staan zoals in het jaardocument 2009 gerubriceerd onder kortlopende vorderingen.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 43
Financiële vaste activa en voormalige immateriële vaste activa Onder de immateriële vaste activa konden voorheen posten opgenomen zijn die door het vervallen van de integrale vergoeding voor afschrijvingslasten niet langer voor verwerking in de balans in aanmerking komen. De hiervoor in 2011 of latere jaren nog specifiek te ontvangen vergoedingen zijn als vordering opgenomen onder de financiële vaste activa en (kortlopende) vorderingen in de jaarrekening 2010. Aangezien onduidelijk is of en in welke mate de volledige post afgewikkeld zal worden is de boekwaarde van de Financiële Vaste Activa ad € 1.800.873 per 31 december 2010 ongewijzigd. Overigens is Vincent van Gogh van mening dat een eventueel negatief verschil tussen realiseerbare waarde en boekwaarde, gegeven de historische bekostigingstoezeggingen door de overheid en de verschillen tussen bekostigingstermijnen en kortere bedrijfseconomische afschrijvingstermijnen, door de overheid gecompenseerd zal (moeten) worden. Deelnemingen Vincent van Gogh heeft een deelneming in de maatschap RC GGz Weert. Dit is een maatschap tussen de stichting Vincent van Gogh te Venray, de stichting RIAGG Zuid te Roermond en de stichting Sint Jans Gasthuis te Weert. Het bestuur van het RC GGz Weert wordt gevormd door de drie maten waarin ieder lid één stem heeft. De deelneming in het RC GGz Weert is gewaardeerd tegen de nettovermogenswaarde. Vincent van Gogh heeft een deelneming in de private verslavingskliniek Rodersana. Vincent van Gogh participeert hierin samen met zes andere aandeelhouders door middel van een aandelenkapitaal van € 175.000. De deelneming in Rodersana is gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs. Voorraden Voorraden worden gewaardeerd tegen historische inkoopprijzen onder aftrek van een voorziening voor incourante voorraden, voorzover daartoe aanleiding bestaat. Onderhanden werk DBC’s Het onderhanden werk uit hoofde van DBC’s wordt gewaardeerd volgens de waardebepaling die is voorgeschreven in het ‘Protocol gefactureerde DBC’s GGZ omzet 2010 en onderhanden werk per 31 december 2010’ d.d. december 2010. De waardebepaling vindt plaats op basis van de normen van de productstructuur DBC’s GGZ. Hierbij wordt uitgegaan van een gemiddeld uurtarief van € 98 voor geregistreerde activiteiten en verrichtingen ten aanzien van de behandeltabel. Voor onderhanden verblijfsdagen wordt de gemiddelde prijs per dag van de reeds gefactureerde verblijfsdagen in 2010 gehanteerd. Tevens wordt rekening gehouden met de van toepassing zijnde verrekenpercentages. Op het onderhanden werk worden de voorschotten die ontvangen zijn van verzekeraars in mindering gebracht.
44 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
Vorderingen Vorderingen en overlopende activa worden gewaardeerd tegen nominale waarde, rekening houdend met een voorziening wegens oninbaarheid. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Voorzieningen De voorziening voor jubileumuitkeringen is gevormd voor de uitkeringen in verband met het 12,5-, 25- en 40-jarig dienstjubileum én voor uitkeringen bij het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Hierbij is uitgegaan van het huidige personeelsbestand, rekening houdend met blijfkansen die afhankelijk zijn van leeftijd en aantal dienstjaren. De voorziening is contant gemaakt, waarbij gerekend is met een rekenrente van 4%. De voorziening LFB-uren is gevormd voor het restant aan LFBuren per 31-12-2010 en voor de medewerkers die op 55-jarige leeftijd minimaal 10 jaar in de zorgsector werkzaam kunnen zijn en per 31-12-2009 45 jaar of ouder waren. Deze medewerkers hebben op 55 jarige leeftijd conform de CAO recht op een extra storting van 200 LFB-uren naar rato van het dienstverband. Hierbij is uitgegaan van het huidige personeelsbestand, rekening houdend met toekomstige salarisstijgingen en sterfte- en blijfkansen. De voorziening is contant gemaakt.
en heeft alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord.
5.4.4 Grondslagen van segmentering In de jaarrekening wordt overeenkomstig de Richtlijn Zorginstellingen een segmentatie van de resultatenrekening gemaakt in de segmenten Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg en Verpleeghuis St. Vincentiushuis. De verdeling van de resultatenrekening per operationele segment is aangesloten op de activiteiten van het bedrijfsproces.
5.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen baten en lasten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten. Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn; baten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn. Pensioenen VvG heeft voor haar werknemers een toegezegd-pensioenregeling, die is ondergebracht bij het Pensioenfonds Zorg en Welzijn. Hiervoor in aanmerking komende werknemers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen welke afhankelijk is van leeftijd, salaris en dienstjaren. VvG heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bedragen in geval van een tekort bij het Pensioenfonds Zorg en Welzijn, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. VvG heeft daarom de pensioenregeling verwerkt als een toegezegde bijdrageregeling
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 45
5.5 Toelichting op de balans ACTIVA
ACTIVA
1. Materiële vaste activa De specificatie is als volgt :
31-dec-10 €
31-dec-09 €
Bedrijfsgebouwen en terreinen
50.997.790
51.806.075
Machines en installaties
15.426.598
15.663.361
7.126.191
7.503.868
0
173.179
Andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa Totaal materiële vaste activa
73.550.579
75.146.483
2010 €€
2009 €
75.146.483
69.934.039
Bij: investeringen
5.640.889
31.062.372
Af: afschrijvingen
4.896.809
5.491.772
45.978
214.870
2.294.006
20.143.286
Het verloop van de materiële activa in het verslagjaar is als volgt weer te geven : Boekwaarde per 1 januari
Af: desinvesteringen Af: gereedgekomen projecten Boekwaarde per 31 december
73.550.579
75.146.483
Toelichting: Voor een nadere specificatie van het verloop van de WTZi-vergunningplichtige vaste activa, de WTZi-meldingsplichtige vaste activa en de WMG-gefinancierde vaste activa per activagroep wordt verwezen naar het mutatieoverzicht onder 5.6. In toelichting 5.7 zijn overzichten opgenomen voor de onderhanden en gereedgekomen projecten.
Deelneming RC GGz Weert
De specificatie is als volgt : Voorgeschreven kleding
31-dec-10
31-dec-09
€
€
8.733
6.027
Ten behoeve van hotelfunctie
43.496
65.605
Kantoorbenodigdheden en drukwerk
15.172
15.849
Benodigdheden voor verpleging en verzorging
9.830
9.619
Onderhoud terreinen, gebouwen en installaties
25.000
35.000
Overige voorraden
23.048
23.491
Totaal voorraden
125.279
155.591
31-dec-10
31-dec-09
4. Onderhanden projecten uit hoofde van DBC's De specificatie is als volgt :
€
€
Onderhanden projecten DBC's
30.050.071
27.705.674
Af: ontvangen voorschotten
28.221.766
28.023.377
1.828.305
-317.703
Totaal onderhanden projecten De specificatie per onderhanden project is als volgt weer te geven:
2. Financiële vaste activa De specificatie is als volgt :
3. Voorraden
31-dec-10 €
31-dec-09 €
Stroom DBC's en zorgverzekeraars
Onderhanden
Af: ontvangen
Saldo per
projecten €
voorschotten €
31-dec-10 €
10.090
101.198
Deelneming Rodersana Holding B.V.
175.000
175.000
Univé-VGZ-IZA-Trias (UVIT)
17.869.874
22.500.000
-4.630.126
Achtergestelde lening aan Rodersana Holding B.V.
175.000
175.000
CZ Groep Zorgverzekeringen
9.187.408
5.721.766
3.465.642
Leningen aan Rodersana Holding B.V.
293.500
166.000
Overige zorgverzekeraars
2.992.789
0
2.992.789
Langlopende vordering Nza inz. buiten gebruik gestelde activa
1.800.873
1.906.816
Langlopende vordering Nza inz. conserveringskosten
5.693.014
5.134.720
Totaal (onderhanden projecten)
30.050.071
28.221.766
1.828.305
Totaal financiële vaste activa
8.147.477
7.658.734
5. Vorderingen en overlopende activa De specificatie is als volgt :
31-dec-10 €
31-dec-09 €
Vorderingen op debiteuren
1.067.565
1.533.961
Nog te factureren DBC's
5.967.505
8.014.934
Het verloop van de financiële vaste activa is als volgt : € Boekwaarde per 1 januari 2010
7.658.734
Bij: tijdelijke leningen aan Rodersana Holding B.V.
127.500
Sociale kosten UWV
Af: afschrijvingen buiten gebruik gestelde materiële vaste activa
105.944
Rekening courantverhoudingen
Af: aandeel in verlies RC GGz Weert 2010 Bij: mutatie conserveringskosten Boekwaarde per 31 december 2010
91.107 558.294 8.147.477
Toelichting: Het RC GGz Weert is een maatschap tussen de stichting Vincent van Gogh te Venray, de stichting RIAGG Zuid te Roermond en de stichting Sint Jans Gasthuis te Weert. Het resultaat van RC GGz Weert wordt voor 1/3 meegenomen in de resultatenrekening van VvG. Het aandeel van VvG in het vermogen van RC GGz Weert wordt in de balans van VvG opgenomen als deelneming. Het totale vermogen van het RC GGz Weert is ultimo 2010 € 17.179 negatief.
7.168
8.320
217.440
190.545
Afwikkeling herontwikkeling terreinen
7.642.453
7.611.991
Overige vorderingen en overlopende activa
1.727.704
1.731.666
Totaal vorderingen en overlopende activa
16.629.835
19.091.417
Toelichting: De vordering afwikkeling herontwikkeling terreinen betreft een claim van VvG, die in mindering zal worden gebracht op de verkoopopbrengst van het terrein aan de Noordsingel. Het betreft de kosten die zijn gemaakt ten behoeve van het realiseren van de herontwikkeling van het terrein aan de Stationsweg (Servatius-terrein) en de kosten die samenhangen met de beoogde verkoop van het terrein aan de Noordsingel (Annaterrein).
In 2007 is de private verslavingskliniek Rodersana opgericht. VvG participeert hierin door middel van € 175.000 aandelenkapitaal en een achtergestelde lening van eveneens € 175.000. De achtergestelde lening is een aflossingsvrije lening met een looptijd van 25 jaar en een rente van 4,45%. De eerstvolgende renteherziening is op 01-01-2011 en de lening wordt uiterlijk afgelost op 01-01-2032. VvG heeft een aandeel van 16,67% in Rodersana. In 2009 heeft VvG een lening van € 166.000 aan Rodersana verstrekt tegen een rente van 3,08%. In 2010 heeft VvG drie leningen van ieder € 42.500 aan Rodersana verstrekt tegen een rente van 4%. 46 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 47
6. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort en/of schulden uit hoofde van financieringsoverschot
7. Liquide middelen 2010 €
2009 €
3.596.885
-22.254
Financieringsverschil DBC-financiering
-7.208.663
4.817.966
Totaal financieringsverschil
-3.611.778
4.795.712
2010 €
totaal €
Specificatie financieringsverschil per financieringsvorm Financieringsverschil AWBZ
Specificatie financieringsverschil AWBZ t/m 2007 €
2008 €
2009 €
Saldo per 1 januari
-109.230
513.819
-386.558
49.958
386.899
2.181.015
0
-958.860
-141.923
49.958
-571.961
2.039.092
1.989.960
3.507.049
-59.272
-58.142
1.652.534
1.989.960
3.525.080
definitieve vaststelling Nza
definitieve vaststelling Nza
interne berekening
interne berekening
t/m 2008 €
2009 €
2010 €
0
-40.285
Correcties voorgaande jaren
0
-250
-250
Betalingen/ontvangsten
0
112.813
112.813
Sub-totaal mutatie boekjaar
0
112.563
Financieringsverschil boekjaar Betalingen/ontvangsten Sub-totaal mutatie boekjaar Saldo per 31 december Stadium van vaststelling (per erkenning):
31-dec-10 €
Spaarrekening
18.031 1.989.960
1.989.960 2.617.872 -1.100.783
11.008.338
0
30.442
51.732
Giro
17.868
16.731
Kas
10.894
15.118
11.067.542
83.581
Toelichting: De liquide middelen staan ter vrije beschikking van Vincent van Gogh. Naast de liquide middelen die op de balans zijn opgenomen is bij VvG per ultimo boekjaar € 84.328 in omloop door middel van de bankrekeningen die afdelingen van het instituut hebben inzake het decentraal middelenmanagement. Ultimo 2009 was dit een bedrag van € 91.762. Tevens zijn er bankrekeningen van leefgroepen. Deze zijn ook niet opgenomen onder de liquide middelen. Het saldo van de bankrekeningen van de leefgroepen bedraagt € 39.481 per ultimo boekjaar. Ultimo 2009 was dit € 46.851. PASSIVA 8. Eigen vermogen 31-dec-10 €
Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten: Kapitaal
St. Vincentiushuis Saldo per 1 januari Financieringsverschil boekjaar
totaal € -40.285
-473
-473
-473
112.090
31-dec-09 €
Bank
Totaal liquide middelen
Vincent van Gogh (incl. SFOR)
Correcties voorgaande jaren
De specificatie is als volgt :
Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Totaal eigen vermogen
31-dec-09 €
68.378
68.378
14.087.990
14.095.973
5.234.087
5.234.087
19.390.454
19.398.438
Kapitaal €
Het stichtingskapitaal is voortgekomen uit de volgende (voormalige) organisatie-onderdelen: Vincent van Gogh Instituut
135
Vincentiushuis Saldo per 31 december
Totaal saldo per 1 januari Totaal saldo per 31 december Specificatie financieringsverschil ZVW Vincent van Gogh Financieringsverschil boekjaar Correcties voorgaande jaren Betalingen/ontvangsten Sub-totaal mutatie boekjaar Saldo per 31 december Stadium van vaststelling (per erkenning): Specificatie financieringsverschil in het boekjaar
71.805
interne berekening
-109.230
513.819
-426.843
0
-22.254
-59.272
-58.142
1.724.812
1.989.487
3.596.885
2008 €
2009 €
2010 €
totaal €
7.831.573
4.443.304
-7.269.479
5.005.398
0
0
-7.804.815
-4.409.246
0
-12.214.061
Vincentiushuis
26.758
34.058
-7.269.479
-7.208.663
RC GGz Weert
0
26.758
34.058
-7.269.479
definitieve vaststelling Nza
definitieve vaststelling Nza
interne berekening
-7.208.663
68.378 Collectief gefinancierd gebonden vermogen Het verloop is als volgt weer te geven:
58.980.684
58.609.181
Af: gefactureerde DBC's
63.915.598
47.385.116
2.334.565
6.780.761
-7.269.479
4.443.304
Saldo per
Resultaat-
Overige
Saldo per
1-jan-2010 €
bestemming €
mutaties €
31-dec-2010 €
998.882
977.688
0
1.976.570
2.118.254
-196.413
0
1.921.841
101.198
-91.107
0
10.091
3.218.334
690.168
0
3.908.502
560.601
0
0
560.601
560.601
0
0
560.601
2.866.643
-658.860
0
2.207.783
412.721
19.952
0
432.673
3.279.364
-638.908
0
2.640.456
Reserve aanvaardbare kosten: Vincent van Gogh
Reserve zorgvernieuwing: Vincent van Gogh
Wettelijk budget aanvaardbare kosten
48 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
13
-473
interne berekening
2009 €
Totaal financieringsverschil DBC
45
CAD Limburg
72.278
2010 €
Af: mutatie onderhanden werk DBC's
Stichting GGZ Noord-Limburg
0 definitieve vaststelling Nza
Stadium van vaststelling (per erkenning):
68.185
Bestemmingsreserve afschrijving inventarissen: Vincent van Gogh Vincentiushuis
Toelichting: Aan de bestemmingsreserve wordt het verschil tussen de rekenstaat van de Nza en de werkelijke afschrijvingskosten van inventarissen gedoteerd danwel onttrokken.
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 49
Bestemmingsreserve afschrijving instandhoudingen Vincent van Gogh Vincentiushuis
-17.408
0
428.868
-11.142
0
417.726
5.932.746
-28.550
0
5.904.196
Stand per 1 januari
2.375.000
2.875.000
Bij: nieuwe leningen
53.500.000
0
500.000
500.000
55.375.000
2.375.000
2.640.000
500.000
52.735.000
1.875.000
Af: aflossingen Stand per 31 december
Bestemmingsreserve nieuwbouw RC Venlo 1.104.928
-30.693
0
1.074.235
1.104.928
-30.693
0
1.074.235
Toelichting: De bestemmingsreserve nieuwbouw RC Venlo is gevormd ter financiering van de additionele bouwkosten van de centrale hal van RC Venlo. De bestemmingsreserve valt vrij in 40 gelijke termijnen. Totaal collectief gefinancierd gebonden vermogen
2009 €
5.486.470
Toelichting: Aan deze bestemmingsreserve wordt het verschil tussen de rekenstaat van de Nza en de werkelijke afschrijvingskosten van instandhoudingen gedoteerd danwel onttrokken.
Vincent van Gogh
2010 €
Het verloop van de leningen is als volgt weer te geven: 5.503.878
14.095.973
-7.984
0
Af: aflossingsverplichting komend boekjaar Stand langlopende leningen per 31 december Toelichting in welke mate (het totaal van) de langlopende schulden als langlopend moet worden beschouwd: Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jr.), aflossingsverplichtingen
2.640.000
500.000
Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jr.) (balanspost)
52.735.000
1.875.000
waarvan langlopend (> 5 jr.)
42.800.000
0
14.087.990 2010 €
Het verloop van disagio en afsluitprovisie langlopende leningen is als volgt weer te geven: Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Het verloop is als volgt weer te geven:
Saldo per
Resultaat-
Overige
Saldo per
1-jan-2010 €
bestemming €
mutaties €
31-dec-2010 €
5.209.072
0
0
5.209.072
25.015
0
0
25.015
5.234.087
0
0
5.234.087
Stand per 1 januari
0
Af: betaalde disagio en afsluitprovisie 2010
714.251
Bij: ten laste van exploitatie 2010
11.905
Algemene reserves: Vincent van Gogh Vincentiushuis Totaal niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
Stand per 31 december
-702.346
Voor een nadere toelichting op de langlopende schulden wordt verwezen naar het overzicht langlopende schulden onder 5.8. De aflossingsverplichtingen zijn verantwoord onder de kortlopende schulden.
9. Voorzieningen Saldo per Het verloop is als volgt weer te geven: Voorziening jubileumuitkeringen
Onttrekking
Saldo per
€
€
31-dec-2010 €
380.665
57.975
63.675
374.965
0
1.070.922
0
1.070.922
380.665
1.128.897
63.675
1.445.887
1-jan-2010 €
Voorziening LFB-uren Totaal voorzieningen
Dotatie
Toelichting in welke mate (het totaal van) de voorzieningen als langlopend moet worden beschouwd: 31-dec-2010 Kortlopend deel van de voorzieningen (< 1 jr.)
596.761
Langlopend deel van de voorzieningen (> 1 jr.)
849.126
De specificatie is als volgt :
31-dec-10 €
31-dec-09 €
Leningen
52.735.000
1.875.000
-702.346
0
1.095.061
2.186.061
53.127.715
4.061.061
BRR-regeling Totaal langlopende schulden
Toelichting BRR-regeling: Het Vincentiushuis heeft met het Zorgkantoor een Basis Risico Reserve-regeling afgesloten. Deze regeling houdt in dat, onder bepaalde voorwaarden, een deel van de Basis Risico Reserve beschikbaar wordt gesteld voor verpleegkundige zorg in de regio Noord-Limburg. Vincent van Gogh heeft in 2010 diverse projecten ad € 1.091.000 met instemming van het zorgkantoor en afstemming met zorgverzekeraar UVIT uit de BRR gefinancierd. Vincent van Gogh heeft met het zorgkantoor ook afspraken gemaakt over de inzet van het restant van de BRR-gelden.
50 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
De specificatie is als volgt :
31-dec-10 €
31-dec-09 €
Schulden aan kredietinstellingen: Rekening courant
2.501.805
5.123.893
0
53.500.000
Reserveringen afwikkeling herontwikkeling terreinen
3.983.153
2.670.659
Crediteuren
2.868.985
4.165.871
Aflossingsverplichtingen langlopende leningen
2.640.000
500.000
Nog te betalen salarissen en sociale lasten
7.854.444
7.800.092
13.456.803
8.959.612
467.992
53.524
33.773.182
82.773.651
Kasgeldleningen
Overige schulden Nog te betalen rente Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva
10. Langlopende schulden
Disagio en afsluitprovisie langlopende leningen
11. Kortlopende schulden en overlopende passiva
Toelichting: Vincent van Gogh beschikt ultimo boekjaar over de volgende rekening-courant faciliteiten Ten behoeve van de exploitatie:
5.000.000
Ten behoeve van de DBC-financiering
15.000.000
Totaal rekening-courant faciliteit:
20.000.000
Solvabiliteitsratio Zolang de bank uit hoofde van de kredietovereenkomst nog een vordering op enige kredietnemer heeft of kan verkrijgen, dient het garantievermogen van de gezamenlijke kredietnemers volgens de jaarrekening te allen tijde minimaal 9% te bedragen. Het Waarborgfonds voor de Zorgsector heeft een borgstellingen afgegeven ad € 20.100.000 met betrekking tot kasgeldleningen. Hiervoor zijn nog geen kasgeldleningen afgesloten. Obligo Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector (WfZ) Vincent van Gogh is onder deelnemersnummer D0327 ingeschreven bij het WfZ. Over het restant van de schulden van de bij de stichting WfZ geborgde leningen, zijnde € 55.375.000 per 31 december 2010, is Vincent van Gogh een obligo verschuldigd van 3%, ofwel € 1.661.250 in de vorm van een achtergestelde lening. Door deze obligo zijn de waarborgfondsdeelnemers mederisicodragend en worden hierop aangesproken, indien de stichting WfZ op haar garantieverplichtingen wordt aagesproken en het WfZ vermogen onvoldoende is om hieraan te kunnen voldoen. Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 51
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Lopende huurovereenkomsten bedragen per ultimo boekjaar ± € 2.550.000 per jaar. De verstrekte bankgaranties per ultimo boekjaar bedragen € 26.250. De brandverzekering van een opstal heeft VvG aansprakelijk gesteld voor de schade mogelijk veroorzaakt door een cliënt. Vincent van Gogh is het niet eens met de claim. Momenteel bestaat onzekerheid over de juridische aansprakelijkheid en de mogelijke omvang van de aansprakelijkheidstelling. De schade conform de claim wordt geheel gedekt door de verzekeringsmaatschappij. Derhalve is geen voorziening getroffen. Een zorgaanbieder heeft ons aansprakelijk gesteld voor een gedeelte van de plankosten van niet gerealiseerde nieuwbouw. De raad van bestuur is het niet eens met de claim. Er bestaat onzekerheid over de juridische aansprakelijkheid en de mogelijke omvang van de aansprakelijkheidstelling. In januari 2011 heeft de rechtbank de vorderingen afgewezen. Derhalve is geen voorziening getroffen. Een projectontwikkelaar en Vincent van Gogh hebben over en weer een claim neergelegd die na balansdatum is afgewikkeld. Een zorgaanbieder heeft VvG aansprakelijk gesteld voor het achterstallig onderhoud aan een oud pand van VvG. De raad van bestuur is het niet eens met de claim. Er bestaat onzekerheid over de juridische aansprakelijkheid en de mogelijke omvang van de aansprakelijkheidstelling. Derhalve is geen voorziening getroffen.
52 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 53
5.6 Mutatieoverzicht materiële vaste activa per 31 december 2010 WTZi - vergunningsplichtige materiële vaste activa
Afschrijvingspercentages
Grond 100.68.90 ha
Voorzieningen aan terreinen
Gebouwen
Verbouwingen
Installaties
Bouwrente
Aanloopkosten
Onderhanden Projecten
Sub-totaal vergunningen
0%
5%
2%
5%
5%
2,5%
2,5%
0%
576.716
3.940.187
35.718.408
3.360.779
17.606.211
192.100
317.500
-
61.711.901
Stand 1 januari 2010 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde
-
317.074
9.618.879
2.120.600
7.109.877
51.510
98.554
-
19.316.494
576.716
3.623.113
26.099.529
1.240.179
10.496.334
140.590
218.946
-
42.395.407
Mutaties boekjaar Investeringen
-
-
-
-
329.190
-
-
329.190
658.380
Afschrijvingen
-
197.217
863.387
142.535
741.953
4.802
7.937
-
1.957.831
Gereedgekomen onderh. Proj.
-
-
-
-
-
-
-
329.190
329.190
Aanschafwaarde
-
4.112
7.450.264
-
13.692
-
-
-
7.468.068
Cumulatieve afschrijvingen
-
103
116.412
-
342
-
-
-
116.857
Aanschafwaarde
-
-
-
475.600
867.950
-
-
-
1.343.550
Cumulatieve afschrijvingen
-
-
-
475.600
867.950
-
-
-
1.343.550
Correctie 2009
Geheel afgeschreven activa
Buiten gebruik gestelde MVA tlv financiële vaste activa Aanschafwaarde
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Buiten gebruik gestelde MVA tlv bestemmingsreserve Aanschafwaarde
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Verkoop MVA Aanschafwaarde
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Stand 31 december 2010 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde
54 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
576.716
3.944.299
43.168.672
2.885.179
17.081.143
192.100
317.500
-
68.165.609
-
514.394
10.598.678
1.787.535
6.984.222
56.312
106.491
-
20.047.632
576.716
3.429.905
32.569.994
1.097.644
10.096.921
135.788
211.009
-
48.117.977
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 55
5.6 Mutatieoverzicht materiële vaste activa per 31 december 2010 (vervolg) WTZi - instandhoudings materiële vaste activa
WMG gefinancierde materiële vaste activa
Instandhoud. investeringen Terreinen
Instandhoud. investeringen Gebouwen
Instandhoud. investeringen Installaties
Onderhanden Projecten
10%
10%
10%
0%
215.427
17.056.010
8.423.812
173.179
61.848
3.490.278
3.407.615
153.579
13.565.732
5.016.197
173.179
Investeringen
34.882
1.006.488
923.446
1.791.637
3.756.453
63.295
Afschrijvingen
21.623
911.867
779.776
-
1.713.266
37.814
-
-
-
1.964.816
1.964.816
-
- 4.112
- 7.450.264
- 13.692
-
- 7.468.068
- 206
- 582.019
- 685
-
- 582.910
Afschrijvingspercentages
Sub-totaal instandhoudings activa
Medische inventarissen
Kantoorautomatisering
Overige inventarissen
Vervoermiddelen
10%
20%
10%
20%
Sub-totaal WMG
Stand 1 januari 2010 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde
25.868.428
386.310
2.985.345
9.640.628
305.870
6.959.741
239.475
1.810.025
3.597.800
166.985
13.318.153 5.814.285
18.908.687
146.835
1.175.320
6.042.828
138.885
7.503.868
293.074
679.786
148.502
1.184.657
456.373
970.311
61.428
1.525.926
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Mutaties boekjaar
Gereedgekomen onderh. Proj. Correctie 2009 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde
-
413.300
203.000
-
616.300
8.000
628.790
329.720
-
966.510
Cumulatieve afschrijvingen
-
413.300
203.000
-
616.300
8.000
628.790
329.720
-
966.510
Buiten gebruik gestelde MVA tlv financiële vaste activa Aanschafwaarde
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Buiten gebruik gestelde MVA tlv bestemmingsreserve Aanschafwaarde
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Verkoop MVA Aanschafwaarde
-
-
-
-
-
-
-
-
101.820
101.820
Afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
65.413
65.413
-
36.407
Stand 31 december 2010 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde
56 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
246.197
10.198.934
9.130.566
-
19.575.697
441.605
2.649.629
9.990.694
352.552
13.434.480
83.265
3.406.826
3.983.706
-
7.473.797
269.289
1.637.608
4.238.391
163.000
6.308.288
162.932
6.792.108
5.146.860
-
12.101.900
172.316
1.012.021
5.752.303
189.552
7.126.192
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 57
5.6 Mutatieoverzicht materiële vaste activa per 31 december 2010 (vervolg) Niet WTZi / WMG gefinancierde materiële vaste activa
Kleinschalige Woonvoorzieningen
Gebouwen
Instandhoud. investeringen Gebouwen
Verbouwingen
Installaties
Voorzieningen aan terreinen
2%
10%
5%
5%
20%
Afschrijvingspercentages
Sub-totaal Niet WTZi / WMG
Gebouwen
Verbouwingen
2%
10%
Sub-totaal kleinschalige woonvoorz.
Totaal materiële vaste activa
Stand 1 januari 2010 Aanschafwaarde
5.086.664
89.700
275.212
174.425
70.261
5.696.262
1.165.887
-
1.165.887
107.760.631
163.547
73.820
207.684
23.595
3.420
472.066
51.562
-
51.562
32.614.148
4.923.117
15.880
67.528
150.830
66.841
5.224.196
1.114.325
-
1.114.325
75.146.483
Investeringen
-
-
-
41.399
-
41.399
-
-
-
5.640.889
Afschrijvingen
101.735
5.549
11.774
9.411
14.052
142.521
23.318
-
23.318
5.362.862
-
-
-
-
-
-
-
-
-
2.294.006
Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde Mutaties boekjaar
Gereedgekomen onderh. Proj. Correctie 2009 Aanschafwaarde
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Cumulatieve afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
- 466.053
Geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde
-
-
71.429
-
-
71.429
-
-
-
2.997.789
Cumulatieve afschrijvingen
-
-
71.429
-
-
71.429
-
-
-
2.997.789
Buiten gebruik gestelde MVA tlv financiële vaste activa Aanschafwaarde
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Buiten gebruik gestelde MVA tlv bestemmingsreserve Aanschafwaarde
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Verkoop MVA Aanschafwaarde
-
82.100
-
-
-
82.100
-
-
-
183.920
Afschrijvingen
-
72.529
-
-
-
72.529
-
-
-
137.942
-
45.978
9.571 Stand 31 december 2010 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde
5.086.664
7.600
203.783
215.824
70.261
5.584.132
1.165.887
-
1.165.887
107.925.805
265.282
6.840
148.029
33.006
17.472
470.629
74.880
-
74.880
34.375.226
4.821.382
760
55.754
182.818
52.789
5.113.503
1.091.007
-
1.091.007
73.550.579
Totaal 481 Afschrijvingen vaste activa Boekwaarde gesloopte gebouwen tlv bestemmingsreserve instandhoudingsinvesteringen
4.896.809 -
Afschrijvingen materiële vaste activa buiten gebruik
105.944
Afschrijvingen nieuwbouw arbeidstherapie tlv egalisatierekening afschrijvingen
- 45.416
Afschrijvingen nieuwbouw appartementen LBV en halverdiept parkeren tlv voorzieningen
- 16.000 4.941.337
58 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 59
5.7 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden projecten en gereedkomen projecten WTZi - vergunningsplichtige initiatieven Projectgegevens omschrijving
Onder- en bovengrondse infra
Investeringen
beschikking
datum
budget incl. indexatie
gereed t/m 2009
onderhanden t/m 2009
uitgaven 2010
gereed WTZi 2010
onderhanden t/m 2010
Eindafrekening
01-04-2010
4.728.136
3.581.580
-
329.190
329.190
-
4.728.136
3.581.580
-
329.190
329.190
-
WTZi - instandhoudings initiatieven Projectgegevens omschrijving
Instandhoudingsinitiatieven 2005-2010
60 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
Investeringen t/m 2009 gereed
onderhanden
uitgaven 2010
gereed 2010
onderhanden t/m 2010
18.969.616
173.179
1.791.637
1.964.816
-
18.969.616
173.179
1.791.637
1.964.816
-
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 61
5.8 Overzicht langlopende schulden ultimo 2010 Leningnr.
Leninggever
Jaar van de lening
Hoofdsom
Totale looptijd in jaren €
Werkelijke rente
%
Restschuld 31 december 2009
Nieuwe leningen in 2010
Aflossing in 2010
Restschuld 31 december 2010
Restschuld over 5 jaar
Resterende looptijd in jaren eind 2010
€
€
€
€
€
Af te lossen in 2011
€
Leningen gegarandeerd door het Waarborgfonds voor de Zorgsector: 40.103.367
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2008
1.000.000
6
3,970
833.333
-
166.667
666.667
-
3
166.667
40.103.549
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2008
1.000.000
6
4,202
750.000
-
166.667
583.333
-
3
166.667
40.103.774
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2008
1.000.000
6
5,190
791.667
-
166.667
625.000
-
3
166.667
40.105.590
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2010
30.000.000
25
3,680
-
30.000.000
-
30.000.000
24.000.000
25
1.200.000
ASN Bank
2010
15.000.000
25
3,582
-
15.000.000
-
15.000.000
12.000.000
25
600.000
Rabobank
2010
8.500.000
25
3,690
-
8.500.000
-
8.500.000
6.800.000
25
56.500.000
2.375.000
53.500.000
500.000
55.375.000
42.800.000
2.640.000
56.500.000
2.375.000
53.500.000
500.000
55.375.000
42.800.000
2.640.000
-
714.251
11.905
702.346
559.496
314
Totaal
Overzicht disagio en afsluitprovisie
62 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
714.251
25
24
340.000
28.570
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 63
5.9 Toelichting op de resultatenrekening 5.9.1 Gesegmenteerde resultatenrekening over 2010 SEGMENT 1: Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg
2010
2009
€
€
89.605.592
86.442.172
700.624
667.567
Subsidies (inclusief overige Wmo-prestaties)
5.923.390
5.219.830
Overige bedrijfsopbrengsten
5.016.206
4.921.176
101.245.812
97.250.745
12. Wettelijk budget aanvaardbare kosten €
BEDRIJFSOPBRENGSTEN: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten en/of subsidie Niet gebudgetteerde zorgprestaties
Som der bedrijfsopbrengsten
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten voorgaand jaar
Overige bedrijfskosten Som der bedrijfslasten
64.826.529
997.488
Financiële baten en lasten RESULTAAT BOEKJAAR SEGMENT 2: Vincentiushuis
4.734.688
5.311.405
26.691.770 99.900.454
Hogere werkelijke productie incl. erkenning
26.328.775
Mutatie ZZP productie
96.466.709
Mutatie vergoeding overproductie
1.345.358
784.035
-1.074.629
-736.602
270.728
47.433
2010
2009
€
€
6.478.195
6.682.643
Niet gebudgetteerde zorgprestaties
0
0
Subsidies (inclusief overige Wmo-prestaties)
0
0
23.929
81.679
6.502.124
6.764.322
5.341.175
4.529.136
206.649
226.319
Overige bedrijfskosten
1.141.903
1.968.961
Som der bedrijfslasten
6.689.727
6.724.416
-187.603
39.906
0
0
-187.603
39.906
2010
2009
€
€
BEDRIJFSOPBRENGSTEN: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten en/of subsidie
Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten BEDRIJFSLASTEN: Personeelskosten Afschrijvingen op materiële vaste activa
BEDRIJFSRESULTAAT Financiële baten en lasten RESULTAAT BOEKJAAR AANSLUITING TOTAAL RESULTAAT MET RESULTAAT SEGMENTEN
6.339.728 6.339.728
Productiewijzigingen
Mutatie niet gehonoreerde productie BEDRIJFSRESULTAAT
80.351.134
997.488 68.473.996
2009 €
Indexatie Loonkosten
Afschrijvingen op materiële vaste activa
€
91.663.063
BEDRIJFSLASTEN: Personeelskosten
2010 €
4.169.279
4.833.210
-1.860.508
0
0
115.491
-2.951.137
0 -642.366
4.948.701
Overige vergoedingen Mutatie rente en afschrijvingen
192.583
-514.933
Mutatie kassiersfunctie (PVP)
0
-124.206
Mutatie huur en erfpacht
0
-10.759
67.219
441.484
Mutatie kapitaalslasten Kleinschalig Wonen Mutatie kapitaalslasten extramurale zorg Mutatie kapitaalslasten verblijf Kliniek Herallocatie ZZP Mutatie Dwang en Drang Mutatie vergoeding opleidingsplaatsen Kortingsmaatregel GGZ Overige mutaties
Sub-totaal wettelijk budget boekjaar Correcties voorgaande jaren Sub-totaal wettelijk budget boekjaar Budget Strafrechterlijke Forensische Zorg Budget Asielzoekers
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten jaar t
21.256
49.958
1.435.436
-163.574
-233.181
233.182
41.489
74.928
0
-2.498
-2.015.175
0
178.235
39.918 -312.138
23.500
91.706.047
91.663.063
2.400.404
-126.918
94.106.451
91.536.145
1.724.314
1.432.687
253.021
155.983
96.083.786
93.124.815
Resultaat volgens gesegmenteerde resultatenrekeningen: SEGMENT 1: Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg SEGMENT 2: Vincentiushuis Aandeel VvG in resultaat RC GGz Weert
Resultaat volgens resultatenrekening
64 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
270.728
47.433
-187.603
39.906
-91.106
153.719
-7.981
241.058
-7.981
241.058
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 65
BATEN
LASTEN
13. Toelichting niet-gebudgetteerde zorgprestaties
Zorgprestaties tussen instellingen Totaal
17. Afschrijvingen materiële vaste activa 2010 €
2009 €
700.624
667.567
700.624
Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van VWS Subsidies vanwege provincies en gemeenten Overige subsidies Totaal
Nacalculeerbare afschrijvingen
2.135.215
1.789.112
Overige afschrijvingen
2.806.122
3.748.612
Totaal afschrijvingen
4.941.337
5.537.724
Aansluiting afschrijvingen resultatenrekening - vergoeding nacalculeerbare afschrijvingslasten 2010 €
2009 €
2.095.126
1.715.691
994.468
902.190
2.811.129
2.525.282
22.667
76.667
5.923.390
5.219.830
15. Toelichting overige bedrijfsopbrengsten 2010 €
2009 €
Overige dienstverlening
1.986.160
2.120.051
Overige opbrengsten
3.053.975
2.882.803
Totaal
5.040.135
5.002.855
De specificatie is als volgt :
2009 €
667.567
14. Subsidies (inclusief overige Wmo-prestaties)
Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van Justitie
2010 €
De specificatie is als volgt :
Afschrijving WTZi - vergunningsplichtige vaste activa
2.074.688
Afschrijving WTZi - instandhoudings vaste activa
1.130.356
Afschrijving WMG gefinancierde vaste activa
1.525.926
Afschrijving niet WTZi/WMG gefinancierde vaste activa
De specificatie is als volgt :
105.944
Afschrijvingen gebouw nieuwbouw arbeidstherapie tlv egalisatierekening afschrijvingen
-45.416
Afschrijvingen nieuwbouw appartementen LBV en halfverdiept parkeren tlv reservering
-16.000
Totaal afschrijvingen volgens verloopoverzichten
4.941.337
Totaal afschrijvingen resultatenrekening
4.941.337
18. Overige bedrijfskosten
Lonen en salarissen
56.761.857
53.619.357
Sociale lasten
7.101.809
6.697.990
Pensioenpremie
4.764.801
4.258.742
Andere personeelskosten Sub-totaal Personeel niet in loondienst Totaal personeelskosten
2.903.224
2.447.652
71.531.691
67.023.741
2.283.480
2.331.923
73.815.171
69.355.664
1.144
1.116
93
82
1.237
1.198
Specificatie gemiddeld aantal personeelsleden (in FTE's) per segment: Vincent van Gogh voor geestelijke gezondheidszorg Verpleeghuis St. Vincentiushuis Gemiddeld aantal personeelsleden op basis van full-time eenheden
66 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
2009 €
5.477.799
5.576.696 13.160.026
3.263.444
3.276.700
- Onderhoud
1.894.076
1.329.957
- Energie gas
1.463.971
1.435.935
613.794
644.193
Patiënt- en bewonersgebonden kosten 2009 €
2010 €
12.469.486
Algemene kosten
2010 €
23.318
Afschrijvingen materiële vaste activa buiten gebruik
Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten
16. Personeelskosten
142.521
Afschrijvingen kleinschalige woonvoorzieningen
De specificatie is als volgt :
LASTEN
2010 €
Onderhoud en energiekosten
- Energie stroom - Energie transport en overig
73.389
68.358
Subtotaal
4.045.230
3.478.443
Huur en leasing
2.577.714
2.805.872
27.833.673
28.297.737
2010 €
2009 €
Totaal bedrijfskosten
19. Financiële baten en lasten De specificatie is als volgt :
Rentebaten
67.376
146.139
Rentelasten
-1.142.004
-882.742
Totaal financiële baten en lasten
-1.074.628
-736.603
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 67
LASTEN
BUITENGEWONE LASTEN
20. Bezoldiging bestuurders en toezichthouders
21. Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt)
Welk bestuursmodel is van toepassing op uw organisatie?
Eindverantwoordelijke raad van bestuur met raad van toezicht
Wat is de samenstelling van het bestuur of de directie?
Tweehoofdig met voorzitter
De bezoldiging van de functionarissen die over 2010 in het kader van de Wopt verantwoord worden, is als volgt:
De bezoldiging van de bestuurders en gewezen bestuurders van de zorginstelling over het jaar 2010 is als volgt: Naam 1
Vanaf welke datum is de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie?
2
Maakt de persoon op dit moment nog steeds deel uit van het bestuur?
3
Tot welke datum was de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie?
4
Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van het bestuur geweest?
5
Zo ja: hoeveel maanden is de persoon voorzitter geweest in het verslagjaar?
6
Wat is de aard van de (arbeids)overeenkomst?
7
Welke salarisregeling is toegepast?
8
Wat is de deeltijdfactor? (percentage)
9
Bruto-inkomen, incl. vakantiegeld, eindejaarsuitkering, salaris en andere vaste toelagen a. Waarvan: verkoop verlofuren b. Waarvan: nabetalingen voorgaande jaren
10
Bruto-onkostenvergoeding
11
Werkgeversbijdrage sociale lasten
12
Werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU
13
Ontslagvergoeding
14
Bonussen
15
Totaal inkomen (9 t/m 14, excl. 9a en b)
16
Cataloguswaarde auto van de zaak
17
Eigen bijdrage auto van de zaak
1
Functionaris (functienaam)
2
In dienst vanaf (datum)
Voorzitter RvB
Lid RvB
01-09-2002
15-02-2003
3
1-jan-07
In dienst tot (datum)
30-jun-11
nvt
30-nov-10
188.040
177.840
175.722
56.850
40.060
23.383
240.000
nvt
68.320
Totaal beloning in kader van de Wopt (4, 5 en 6)
484.890
217.900
267.425
7
255.062
226.534
149.876
4
Belastbaar loon (in €)
2010
2009
2010
2009
5
Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €)
01-09-2002
01-09-2002
15-02-2003
15-02-2003
6
Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €)
nee
ja
ja
ja
31-dec-10
nvt
nvt
nvt
ja
ja
nee
nee
A.L.M. van der Sanden
G. Th.J.M. Derks
12
12
nvt
nvt
onbep. tijd
onbep. tijd
onbep. tijd
onbep. tijd
nvzd/vdz oude nvzd/vdz CAO
nvzd of vdz oude nvzd/vdz CAO
nvzd of vdz oude nvzd/vdz CAO
nvzd of vdz oude nvzd/vdz CAO
100%
100%
100%
100%
206.532
204.458
185.723
183.741
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
424
400
212
200
8.682
6.900
8.682
6.900
21.904
20.202
19.565
18.049
240.000
nvt
nvt
nvt
Beloning 2009
Directeur
Motivatie overschrijdingen van het gemiddelde belastbare loon per jaar van ministers: Toelichting: Bij de voorzitter raad van bestuur is er sprake van een doorlopende arbeidsovereenkomst van juli 2003. De beloning is gebaseerd op de NVZD adviesregeling en er is sprake van een ontslaguitkering. Bij het lid raad van bestuur is sprake van een doorlopende arbeidsovereenkomst van juli 2003. De beloning is gebaseerd op de NVZD adviesregeling. Bij de directeur is sprake van een ontslaguitkering en nabetaling van vakantiedagen over meerdere jaren.
22. Honoraria accountant
2010 €
2009 €
nvt
nvt
nvt
nvt
477.542
231.960
214.183
208.890
56.689
56.605
50.200
47.500
1
Controle van de jaarrekening
71.549
69.913
nvt
nvt
-1.802
-1.802
2
Overige controlewerkzaamheden (w.o. Regeling AO/IC en Nacalculatie)
29.084
45.893
3
Fiscale advisering
0
13.131
4
Niet controle-diensten
13.060
0
Totaal honoraria accountant
113.693
128.937
De honoraria van de accountant over 2010 zijn als volgt:
De bezoldiging van de leden van de raad van toezicht van de zorginstelling over het jaar 2010 is als volgt: Naam
A.H.M.J. Tans H.M.A.J. van den Dungen-Schröder M.F.M. Gitmans J.M. Ester J.H.G.M. Teeuwen A. Hidding H.F.A.M. Huijsmans
Bezoldiging € Voorzitter Vice-voorzitter Lid raad van toezicht Lid raad van toezicht Lid raad van toezicht Lid raad van toezicht Lid raad van toezicht
10.000 7.500 2.500 5.000 5.000 5.417 5.417
Toelichting: De bezoldigingen van de leden A. Hidding en H.F.A.M. Huijsmans zijn inclusief een nabetaling van € 417 uit 2009.
68 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 69
6 Overige gegevens
Controleverklaring
6.1 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening De raad van bestuur van de Stichting Vincent van Gogh heeft de jaarrekening 2010 vastgesteld in de vergadering van 3 mei 2011. De raad van toezicht van de Stichting Vincent van Gogh heeft de jaarrekening 2010 goedgekeurd in de vergadering van 25 mei 2011.
6.2 Resultaatbestemming Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in paragraaf 5.2
6.3 Gebeurtenissen na balansdatum In gezamenlijk overleg is het contract met een projectontwikkelaar inzake bouwgronden Servaashof ontbonden. In februari 2011 zijn Vincent van Gogh en de projectontwikkelaar een vaststellingsovereenkomst overeengekomen.
6.4 Ondertekening door bestuurders en toezichthouders Raad van Bestuur
W.G. Drs. J.E.M. Tijhuis
Raad van Toezicht
W.G. A.H.M.J. Tans, voorzitter W.G. Mr. J.H.G.M. Teeuwen W.G. H.F.A.M. Huijsmans W.G. W.G. Hompe
W.G. Mr. H.M.A.J. van den Dungen-Schröder, vice-voorzitter
W.G. Dr. A. Hidding
W.G. Drs. J.M. Ester
6.5 Controleverklaring De controleverklaring is opgenomen op de volgende pagina.
70 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 71
7 Bijlagen 7.1 Opbouw budget aanvaardbare kosten VvG ZVW 2010 Vincent van Gogh ZVW 2010
Jaarrekening 2010 Geindexeerd bedrag rekenstaat
Regel Omschrijving
Aantal (dagen)
Aantal productie
Opbrengst
10 Loonkosten productiecomponent Productie klinisch A1.1
Groepsgewijs met beperkte begeleiding
60,96
365,00
1.283
78.212
A1.2
Groepsgewijs met volledige begeleiding
77,19
365,00
4.336
334.696
A1.4
Individueel met volledige begeleiding
114,33
365,00
7.119
813.915
A1.5
Continue tot zeer intensieve begeleiding
158,05
365,00
2.847
449.968
A1.6
Crisisinterventie
218,72
365,00
994
217.408
V1.1
Kortdurend met beperkte begeleiding
79,66
365,00
855
68.109
V1.2
Idem met volledige begeleiding
113,98
365,00
31.200
3.556.176
V1.3
Idem met intensieve begel./bescherming
183,40
365,00
64.153
11.765.660
F1.2
Behandeling FPA
263,69
365,00
1.044
275.292
KIB
Verpleegdag KIB
317,49
365,00
Totaal klinisch
1.961
622.598
115.792
18.182.035
Eerste opnamen X2
Alcohol/drugs
346,97
221
76.680
X4
Volwassen/ouderen/deeltijd
977,82
956
934.796
1.177
1.011.476
Totaal eerste opnamen 15 Loonkosten overig Erkenning / bedden Alcohol/drugs
16.948,67
47
796.588
Volwassenen / ouderen
17.057,56
247
4.213.218
Forensisch FPA
22.534,52
6
135.207
Klinisch Intensieve Behandeling (KIB)
55.462,13
6
332.773
306
5.477.786
Totaal 15 20 Materiele kosten productiecomponent Verpleegdag Alcohol/drugs
14,01
365,00
16.579
232.272
Verpleegdag volwassenen en ouderen
12,63
365,00
96.208
1.215.107
Verpleegdag forensisch
13,77
365,00
1.044
14.376
Verpleegdag KIB
13,77
365,00
1.961
27.003
115.792
1.488.758
Totaal 20 25 Materiele kosten overig Erkenning / bedden Bed Alcohol/drugs
4.476,65
47
210.403
Bed overig volwassenen en ouderen
2.879,38
247
711.206
Bed forensische afdeling (open)
3.435,72
6
20.614
Bed KIB
3.341,03
6
20.046
21,25
25.620
544.425
Energie, ozb, milieu / norm.opp. Totaal 25
72 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
1.506.694
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 73
Vincent van Gogh ZVW 2010
Kinderen/jeugd F151
Nieuwe inschrijving
F152 F153
Jaarrekening 2010
23,77
161
3.828
Intakecontact
180,94
446
80.700
Onderzoekscontact
495,37
213
105.514
F154
Psychotherapiecontact
171,24
79
13.528
F155
Groepscontact psychotherapie
109,71
16
1.755
F120
PIT/F to F cont. Activerende psych. Thuiszorg
144,34
43
6.207
F156
Behandeling/begeleidingscontact
102,93
547
56.303
F121
PIT/F tot F cont. Pyschiatrische zorg thuis
144,34
37.741
5.447.482
F224
Telefonische contacten jeugd
56,73
292
16.565
F122
PIT/F to F cont. psych. Crisisinterv. Thuis
163,84
5.503
901.592
F157
Groepscontact beh./begeleiding
70,82
122
8.640
F123
Uren gespecialiseerd begeleiding
86,45
3.677
317.888
F158
Crisiscontact binnen kantooruren
236,01
12
2.832
LZA
Clienten zorgcoord.icm casemanagement
1.791,79
1.454
2.605.266
F159
Crisiscontact buiten kantooruren
884,58
7
6.192
Totaal PIT/DAC
48.418
9.278.434
F160
Toeslag contact buiten de instelling
33,69
187
6.299
Geindexeerd bedrag rekenstaat
Regel Omschrijving
Aantal (dagen)
Aantal productie
Opbrengst
Productie deeltijd Volwassenen F101
Nieuwe inschrijving
F102 F103
A2.1
Deeltijdbehandeling
143,29
255,00
379
54.309
A2.2
Deeltijd met beperkte begeleiding
170,93
255,00
2.244
383.567
23,46
3.915
91.847
Intakecontact
225,16
7.915
1.782.119
Onderzoekscontact
468,05
5.597
2.619.670
V3.2
Idem met beperkte begeleiding
175,41
255,00
12.531
2.198.055
F104
Psychotherapiecontact
113,99
8.484
967.068
V3.4
Idem met beperkte begeleiding
194,70
255,00
9.594
1.867.995
F105
Groepscontact psychotherapie
76,55
2.312
176.989
Totaal deeltijd
24.748
4.503.927
F106
Behandeling/begeleidingscontact
96,57
37.146
3.587.074
F221
Telefonische contacten volwassenen
53,61
18.139
972.411
250
646.696
F107
Groepscontact beh./begeleiding
66,33
10.409
690.398
F108
Crisiscontact binnen kantooruren
233,19
1.862
434.206
F109
Crisiscontact buiten kantooruren
873,83
911
796.063
F110
Toeslag contact buiten de instelling
35,14
7.075
248.649
0,00
Deelnemers Methadon
2.586,78
Totaal deelnemers methadon
1,00
646.696
40 Overige kosten Dwang en Drang
170.143,78
170.144
Ouderen F131
Nieuwe inschrijving
23,46
498
11.683
F132
Intakecontact
225,16
829
186.655
F133
Onderzoekscontact
468,05
648
303.296
F134
Psychotherapiecontact
113,99
228
25.989
F135
Groepscontact psychotherapie
76,55
96
7.349
F136
Behandeling/begeleidingscontact
96,57
6.079
587.030
F222
Telefonische contacten volwassenen
53,61
2.556
137.024
F137
Groepscontact beh./begeleiding
66,33
1.336
88.613
F138
Crisiscontact binnen kantooruren
233,19
140
32.647
F139
Crisiscontact buiten kantooruren
F130
Toeslag contact buiten de instelling
873,83
8
6.991
35,14
4.213
148.065
Totaal 40
170.144
45 Kortingsmaatregel GGZ Kortingsmaatregel GGZ
-2.015.175
Totaal 45
-2.015.175
70 Kapitaalslasten verblijf kliniek Kapitaalslasten inventaris kliniek Kapitaalslasten overig kliniek
460.182,99
460.183
2.472.888,26
2.472.888
TOTAAL BUDGET 2010
61.647.907
Totaal 70
2.933.071
Verslavingszorg
OVERPRODUCTIE
2.667.224-
TOTAAL BUDGET ZVW 2010
58.980.683
F141
Nieuwe inschrijving
23,46
1.419
33.290
F142
Intakecontact
225,16
3.013
678.399
F143
Onderzoekscontact
468,05
964
451.199
F144
Psychotherapiecontact
113,99
347
39.554
F145
Groepscontact psychotherapie
76,55
231
17.684
F146
Behandeling/begeleidingscontact
96,57
15.385
1.485.682
F223
Telefonische contacten volwassenen
53,61
5.740
307.715
F147
Groepscontact beh./begeleiding
66,33
6.042
400.748
F148
Crisiscontact binnen kantooruren
233,19
161
37.544
F149
Crisiscontact buiten kantooruren
873,83
16
13.981
F150
Toeslag contact buiten de instelling
35,14
1.126
39.573
F124
Dienstverlening
77,74
4.220
328.054
F124
Preventie
77,80
5.484
426.648
166.612
18.464.062
Totaal polikliniek
74 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 75
7.2 Opbouw budget aanvaardbare kosten VvG AWBZ 2010 Vincent van Gogh AWBZ 2010
Jaarrekening 2010 23 ZZP Vervoerskosten met indicatie Geindexeerd bedrag rekenstaat
Regel Omschrijving
Aantal productie
Opbrengst
ZZP 1LG
15,50
Totaal 13 ZZP VG
10 ZZP V&V ZZP 4VV
Dgn. ZZP 4VV incl. BH incl. DB
123,61
714,00
88.258
ZZP 5 VV
Dgn. ZZP 5VV incl. BH incl. DB
162,28
1.058,00
171.692
ZZP 7VV
Dgn. ZZP 7VV incl. BH incl. DB
193,70
236,00
45.713
ZZP 9 VV
Dgn. ZZP 9VV incl. BH incl. DB
192,49
216,00
41.578
2.224,00
347.241
Totaal 10 ZZP V&V
ZZP 1GGZ - B
Dgn. ZZP 1GGZ-B incl. BH excl. DB
71,06
6.409,00
455.424
ZZP 2GGZ - B
Dgn. ZZP 2GGZ-B incl. BH excl. DB
104,83
9.171,00
961.396
ZZP 3GGZ - B
Dgn. ZZP 3GGZ-B incl. BH excl. DB
114,14
8.568,00
977.952
ZZP 4GGZ - B
Dgn. ZZP 4GGZ-B incl. BH excl. DB
131,59
7.460,00
981.661
ZZP 5GGZ - B
Dgn. ZZP 5GGZ-B incl. BH excl. DB
142,26
5.905,00
840.045
ZZP 6GGZ - B
Dgn. ZZP 6GGZ-B incl. BH excl. DB
193,11
902,00
174.185
ZZP 7GGZ - B
Dgn. ZZP 7GGZ-B incl. BH excl. DB
257,57
1.425,00
367.037
ZZP 1GGZ - B
Dgn. ZZP 1GGZ-B incl. BH incl. DB
92,91
4.825,00
448.291
ZZP 2GGZ - B
Dgn. ZZP 2GGZ-B incl. BH incl. DB
124,73
9.687,00
1.208.260
ZZP 3GGZ - B
Dgn. ZZP 3GGZ-B incl. BH incl. DB
136,50
13.808,00
1.884.792
ZZP 4GGZ - B
Dgn. ZZP 4GGZ-B incl. BH incl. DB
155,16
12.064,00
1.871.850
ZZP 5GGZ - B
Dgn. ZZP 5GGZ-B incl. BH incl. DB
166,28
18.416,00
3.062.212
ZZP 6GGZ - B
Dgn. ZZP 6GGZ-B incl. BH incl. DB
217,70
5.021,00
1.093.072
ZZP 7GGZ - B
Dgn. ZZP 7GGZ-B incl. BH incl. DB
296,14
11.566,00
3.425.155
Totaal 11 ZZP GGZ B-groep
115.227,00
17.751.332
12 ZZP GGZ C-Groep ZZP 1GGZ - C
Dgn. ZZP 1GGZ-B excl. BH excl. DB
55,86
195,00
10.893
ZZP 2GGZ - C
Dgn. ZZP 2GGZ-B excl. BH excl. DB
88,72
1.582,00
140.355
ZZP 3GGZ - C
Dgn. ZZP 3GGZ-B excl. BH excl. DB
98,02
3.969,00
389.041
ZZP 4GGZ - C
Dgn. ZZP 4GGZ-B excl. BH excl. DB
118,11
819,00
96.732
ZZP 5GGZ - C
Dgn. ZZP 5GGZ-B excl. BH excl. DB
130,96
896,00
117.340
ZZP 6GGZ - C
Dgn. ZZP 6GGZ-B excl. BH excl. DB
165,14
327,00
54.001
ZZP 1GGZ - C
Dgn. ZZP 1GGZ-B excl. BH incl. DB
78,09
259,00
20.225
ZZP 2GGZ - C
Dgn. ZZP 2GGZ-B excl. BH incl. DB
108,60
1.757,00
190.810
ZZP 3GGZ - C
Dgn. ZZP 3GGZ-B excl. BH incl. DB
120,37
6.146,00
739.794
ZZP 4GGZ - C
Dgn. ZZP 4GGZ-B excl. BH incl. DB
141,68
2.865,00
405.913
ZZP 5GGZ - C
Dgn. ZZP 5GGZ-B excl. BH incl. DB
155,39
1.161,00
180.408
Totaal 12 ZZP GGZ C-groep
19.976,00
2.345.513
13 ZZP VG ZZP 4 VG
Dgn. ZZP 4VG incl. BH incl. DB
0,00
33,00
0
ZZP 6VG
Dgn. ZZP 6VG incl. BH incl. DB
181,56
157,00
28.505
190,00
28.505
Totaal 13 ZZP VG 16 ZZP LG Dgn. ZZP 1 LG incl. BH incl. DB Totaal 13 ZZP VG
76 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
126,54
305,00
38.595
305,00
38.595
520,00
8.060
520,00
8.060
1.700,00
35.530
1.700,00
35.530
215,00
722.374
215,00
722.374
70.945,00
706.612
70.945,00
706.612
89.621
50 Kinder- en jeugd psychiatrie Energie, OZB, melieuheff. / Norm. M2 strafr. Forensische zorg
20,90
Totaal 50 Kinder- en jeugd psychiatrie 100 Extramurale zorgprestaties F129
11 ZZP GGZ B-Groep
ZZP 1LG
Dgn. Vervoer dagact. ZZP GGZ
Inloopfunctie GGZ
3.359,88
Totaal 100 Extramurale zorgprestaties 101 Dagbesteding en vervoer F125
Dagactiviteit GGZ - LZA
9,96
Totaal 101 Dagbesteding en vervoer 300 Genormeerde kapitaalslasten Afschrijvingskosten / inventaris 2001 / norm.opp. Totaal
1,354
66.190,00
Afschrijvingskosten / inventaris 2002 / norm.opp.Totaal
1,396
60.805,00
84.884
Afschrijvingskosten / inventaris 2003 / norm.opp.Totaal
1,435
60.805,00
87.255
Afschrijvingskosten / inventaris 2004 / norm.opp.Totaal
1,447
60.805,00
87.985
Afschrijvingskosten / inventaris 2005 / norm.opp.Totaal
1,467
60.805,00
89.201
Afschrijvingskosten / inventaris 2006 / norm.opp.Totaal
1,503
51.985,00
78.133
Afschrijvingskosten / inventaris 2007 / norm.opp.Totaal
1,526
46.380,00
70.776
Afschrijvingskosten / inventaris 2008 / norm.opp.Totaal
1,567
46.380,00
72.677
Afschrijvingskosten / inventaris 2009 / norm.opp.Totaal
1,580
46.380,00
73.280
Afschrijvingskosten / inventaris 2010 / norm.opp.Totaal
1,575
46.380,00
73.049
Afschr.instandhouding 2001 / normatief oppervlak totaal
1,301
66.190,00
86.113
Afschr.instandhouding 2002 / normatief oppervlak totaal
1,422
60.805,00
86.465
Afschr.instandhouding 2003 / normatief oppervlak totaal
1,472
60.805,00
89.505
Afschr.instandhouding 2004 / normatief oppervlak totaal
1,409
60.805,00
85.674
Afschr.instandhouding 2005 / normatief oppervlak totaal
1,422
60.805,00
86.465
Afschr.instandhouding 2006 / normatief oppervlak totaal
1,462
51.985,00
76.002
Afschr.instandhouding 2007 / normatief oppervlak totaal
1,498
46.380,00
69.477 75.043
Afschr.instandhouding 2008 / normatief oppervlak totaal
1,618
46.380,00
Afschr.instandhouding 2009 / normatief oppervlak totaal
1,659
46.380,00
76.944
Afschr.instandhouding 2010 / normatief oppervlak totaal
1,687
46.380,00
78.243
Afschrijvingskosten trekkingsrechten 2008
251.400
251.400
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2000
27.033
27.033
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2001
62.111
62.111
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2002
28.978
28.978
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2003
-37.875
-37.875
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2004
8.068
8.068
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2005
17.487
17.487
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2006
17.041
17.041
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2007
61.595
61.595
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2008
23.324
23.324
Afschr.jaarl.instandh.index saldo 2009
17.032
17.032
Totaal 300
2.092.986
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 77
Vincent van Gogh AWBZ 2010 Geindexeerd bedrag rekenstaat
Regel Omschrijving
7.3 Opbouw budget aanvaardbare kosten Vincentiushuis 2010
Jaarrekening 2010
Vincentiushuis 2010 Aantal productie
Regel Omschrijving
304 Nacalculeerbare kapitaalslasten Kosten huur en erfpacht niet geïndexeerd
1.085.166
Overige afschrijvingskosten
2.087.133
Rentekosten
1.600.175
Kapitaalslasten PAAZ Voorl. Mutatie i.v.m. extram. Kap.lasten Totaal 304
Jaarrekening 2010
Opbrengst Bedrag
Aantal productie
Opbrengst
10 ZZP V&V
188.161
ZZP 5VV
Dgn. ZZP 5VV incl. BH incl. DB
159,46
216,00
34.443
-837.943
ZZP 6VV
Dgn. ZZP 6VV incl. BH incl. DB
159,50
228,00
36.366
ZZP 7 VV
Dgn. ZZP 7VV incl. BH incl. DB
190,33
1.038,00
197.563
4.122.692 Totaal 10 ZZP V&V
268.372
305 Kapitaalslasten Zvw verblijf Kliniek Kapitaalslasten inventaris kliniek
-453.538,00
Kapitaalslasten overig kliniek
-2.437.175,00
Totaal 305
ZZP 1GGZ-B
Dgn. ZZP 1GGZ-B incl. BH excl. DB
71,06
39,00
2.771
ZZP 2GGZ-B
Dgn. ZZP 2GGZ-B incl. BH excl. DB
104,83
339,00
35.537
ZZP 3GGZ-B
Dgn. ZZP 3GGZ-B incl. BH excl. DB
114,14
365,00
41.661
ZZP 4GGZ-B
Dgn. ZZP 4GGZ-B incl. BH excl. DB
131,59
880,00
115.799
335.051,04
ZZP 5GGZ-B
Dgn. ZZP 5GGZ-B incl. BH excl. DB
142,26
677,00
96.310
ZZP 6GGZ-B
Dgn. ZZP 6GGZ-B incl. BH excl. DB
193,11
1.834,00
354.164
-2.890.713
308 Kapitaalslasten kleinschalig wonen Kapitaalslasten KW/ plts. Groepsverl.licht KW
11 ZZP GGZ B-Groep
5.492,64
61,00
Kapitaalslasten KW/ Plts.verbl. Zwaar KW
8.055,32
4,00
32.221,28
Inventaris KW/ plts. Groepsverbl. Licht KW
1.101,93
61,00
67.217,73
ZZP 7GGZ-B
Dgn. ZZP 7GGZ-B incl. BH excl. DB
261,94
0,00
-
5.181,00
ZZP 1GGZ-B
Dgn. ZZP 1GGZ-B incl. BH incl. DB
92,91
164,00
15.237
ZZP 2GGZ-B
Dgn. ZZP 2GGZ-B incl. BH incl. DB
124,73
113,00
14.094
ZZP 3GGZ-B
Dgn. ZZP 3GGZ-B incl. BH incl. DB
136,50
690,00
94.185
ZZP 4GGZ-B
Dgn. ZZP 4GGZ-B incl. BH incl. DB
155,16
4.727,00
733.441
ZZP 5GGZ-B
Dgn. ZZP 5GGZ-B incl. BH incl. DB
166,28
8.481,00
1.410.221
ZZP 6GGZ-B
Dgn. ZZP 6GGZ-B incl. BH incl. DB
217,70
8.905,00
1.938.619
ZZP 7GGZ-B
Dgn. ZZP 7GGZ-B incl. BH incl. DB
301,16
262,00
78.904
Inventaris KW/ Plts. Verbl. Zwaar KW
1.295,25
Totaal 308 500 Overig
4,00
439.671
Ketenzorg dementie
132.300
Totaal 500
132.300
Meerkosten vervoer
16.472
Totaal 80
16.472
Overproductie ZVW vergoed door Zorgkantoor
350.000
ONDERPRODUCTIE TOTAAL BUDGET AWBZ 2010
Totaal 11 ZZP GGZ B-Groep
4.930.943
12 ZZP GGZ C-Groep ZZP 1GGZ-C
Dgn. ZZP 1GGZ-C incl. BH excl. DB
55,86
39,00
2.179
ZZP 2GGZ-C
Dgn. ZZP 2GGZ-C incl. BH excl. DB
90,21
243,00
21.921
350.000
ZZP 3GGZ-C
Dgn. ZZP 3GGZ-C incl. BH excl. DB
99,68
185,00
18.441
266.196
ZZP 5GGZ-C
Dgn. ZZP 5GGZ-C incl. BH excl. DB
130,96
267,00
34.966
26.247.170
ZZP 6GGZ-C
Dgn. ZZP 6GGZ-C incl. BH excl. DB
165,14
387,00
63.909
ZZP 3GGZ-C
Dgn. ZZP 3GGZ-C incl. BH incl. DB
122,42
238,00
29.136
ZZP 4GGZ-C
Dgn. ZZP 4GGZ-C incl. BH incl. DB
144,08
1.087,00
156.615
ZZP 5GGZ-C
Dgn. ZZP 5GGZ-C incl. BH incl. DB
155,39
229,00
35.584
ZZP 6GGZ-C
Dgn. ZZP 6GGZ-C incl. BH incl. DB
190,13
849,00
161.420
Totaal 12 ZZP GGZ C-Groep
524.171
13 ZZP VG ZZP 4VG
Dgn. ZZP 4VG incl. BH excl. DB
122,84
719,00
ZZP 2VG
Dgn. ZZP 2VG incl. BH incl. DB
0,00
25,00
-
ZZP 3VG
Dgn. ZZP 3VG incl. BH incl. DB
142,36
458,00
65.201
ZZP 4VG
Dgn. ZZP 4VG incl. BH incl. DB
154,85
1.108,00
171.574
ZZP 5VG
Dgn. ZZP 5VG incl. BH incl. DB
198,79
698,00
138.755
ZZP 6VG
Dgn. ZZP 6VG incl. BH incl. DB
181,56
1.043,00
189.367
Totaal 13 ZZP VG
78 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
88.322
653.219
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 79
7.4 Opbouw budget aanvaardbare kosten Justitie 2010 16 ZZP LG Justitie 2010 ZZP 7LG
Dgn. ZZP 7LG incl. BH incl. DB
227,64
137,00
Totaal 16 ZZP LG
31.187
Omschrijving
Geïndexeerd bedrag
Aantal (dagen)
Aantal productie
Opbrengst
1.145.216
Loonkosten productiecomponent
300 Genormeerde kapitaalslasten Afschrijvingskosten 2001 / normatief oppervlak totaal
6.967
Afschrijvingskosten 2002 / normatief oppervlak totaal
7.184
Afschrijvingskosten 2003 / normatief oppervlak totaal
7.386
Afschrijvingskosten 2004 / normatief oppervlak totaal
7.445
Afschrijvingskosten 2005 / normatief oppervlak totaal
7.551
Afschrijvingskosten 2006 / normatief oppervlak totaal
7.737
Afschrijvingskosten 2007 / normatief oppervlak totaal
7.853
Afschrijvingskosten 2008 / normatief oppervlak totaal
8.066
Afschrijvingskosten 2009 / normatief oppervlak totaal
8.601
Afschrijvingskosten 2010 / normatief oppervlak totaal
8.573
Extra inventariskosten ivm cap.wijz. / (mutatie)
2.794
Afschrijvingskosten instandhouding 2001 / norm. opp. Totaal
6.908
Afschrijvingskosten instandhouding 2002 / norm. opp. Totaal
7.779
Afschrijvingskosten instandhouding 2003 / norm. opp. Totaal
8.055
Afschrijvingskosten instandhouding 2004 / norm. opp. Totaal
7.641
Afschrijvingskosten instandhouding 2005 / norm. opp. Totaal
7.710
Afschrijvingskosten instandhouding 2006 / norm. opp. Totaal
7.928
Afschrijvingskosten instandhouding 2007 / norm. opp. Totaal
8.124
Afschrijvingskosten instandhouding 2008 / norm. opp. Totaal
8.772
Afschrijvingskosten instandhouding 2009 / norm. opp. Totaal
9.516
Afschrijvingskosten instandhouding 2010 / norm. opp. Totaal
9.673
Afschrijving jaarl. Instand. Index saldo 2000
2.147
Afschrijving jaarl. Instand. Index saldo 2001
7.493
Afschrijving jaarl. Instand. Index saldo 2002
2.641
Afschrijving jaarl. Instand. Index saldo 2003
79-
Afschrijving jaarl. Instand. Index saldo 2004
85
Afschrijving jaarl. Instand. Index saldo 2005
473
Afschrijving jaarl. Instand. Index saldo 2006
630
Afschrijving jaarl. Instand. Index saldo 2008
174
Afschrijving jaarl. Instand. Index saldo 2009
278
Totaal 300 Genormeerde kapitaalslasten
176.105
Productie klinisch F1.2
Behandeling FPA
259,16
365,00
4.419
VZ2.4
Forensisch RIBW
81,19
365,00
373
30.282
4.792
1.175.498
21
28.722
21
28.722
225.564
Totaal klinisch Eerste opnamen Eerste opnamen FPA
1.367,69
Totaal eerste opnamen Loonkosten overig Erkenning / bedden Forensisch FPA
22.556,36
10
Forensisch RIBW
6.656,95
6
39.942
16
265.505
59.780
Totaal loonkosten overig Materiele kosten productiecomponent Verpleegdag forensisch Forensisch RIBW
13,53
365,00
4.419
8,89
365,00
373
3.317
4.792
63.097
Totaal materiele kosten productiecomponent Materiele kosten overig Erkenning / bedden Bed forensische afdeling
3.376,59
10
33.766
Forensisch RIBW
3.127,02
6
18.762
16
52.528
Totaal materiele kosten overig Extramurale zorgproducten Forensisch
304 Nacalculeerbare kapitaalslasten Overige afschrijvingskosten
39.354
Rentekosten
-22.137
Totaal 304 Nacalculeerbare kapitaalslasten
17.217
F 202
Intakecontact
431,13
129
55.616
F 206
Behandeling/begeleidingscontact
123,37
467
57.614
F 207
Groepscontact beh./begeleiding
86,45
120
10.374
F225
Telefonische contacten
66,96
202
13.525
F 208
Toeslag buiten de instelling
96,57
19
1.835
937
138.964
Totaal polikliniek ONDERPRODUCTIE
308 Kapitaalslasten kleinschalig wonen
150.662
TOTAAL JUSTITIE 2010
Kapitaalslasten kleinschalig wonen / plaatsen verblijf zwaar kw
8.055,32
16,00
128.885
Inventaris KW / Plaatsen verblijf zwaar KW
1.295,25
16,00
20.724
Totaal 308 Kapitaalslasten kleinschalig wonen
1.724.314
149.609 TOTAAL BUDGET 2010 OVERPRODUCTIE TOTAAL BUDGET VHS 2010
80 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
Jaarrekening 2010
31.187
6.750.823 272.6286.478.195 Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 81
7.5 Opbouw budget aanvaardbare kosten Asielzoekers 2010 Justitie 2010
Omschrijving
Jaarrekening 2010 Geïndexeerd bedrag
Aantal (dagen)
Aantal productie
Opbrengst
10 Loonkosten productiecomponent Productie klinisch VZ2.1
Structuurbiedend bep.beg.
89,85
365,00
365
32.795
KIB
Verpleegdag KIB
431,99
365,00
135
58.319
V1.3
Idem met intensieve begel./bescherming
279,84
365,00
52
14.552
552,00
105.666
3
2.912
3,00
2.912
Totaal klinisch Eerste opnamen X4
Volwassen/ouderen/deeltijd
970,80
Totaal eerste opnamen Volwassenen F101
Nieuwe inschrijving
23,36
88
2.056
F102
Intakecontact
224,18
202
45.284
F103
Onderzoekscontact
466,02
95
44.272
F104
Psychotherapiecontact
113,49
2
227
F106
Behandeling/begeleidingscontact
96,15
748
71.920
F221
Telefonische contacten volwassenen
53,38
44
2.349
F108
Crisiscontact binnen kantooruren
232,18
31
7.198
F109
Crisiscontact buiten kantooruren
870,04
10
8.700
F110
Toeslag contact buiten de instelling
34,99
67
2.344
F124
Dienstverlening
77,40
11
851
F128
Preventie
77,46
3
213
1.300,75
185.415
143,71
19
2.730
9,87
190
1.875
Totaal polikliniek F121
PIT/F tot F cont. Pyschiatrische zorg thuis
F125
Dagactiviteit GGZ - LZA
Totaal PIT/DAC
209,00 TOTAAL BUDGET 2010
82 | Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag
4.606 298.599
OVERPRODUCTIE
-45.578
TOTAAL BUDGET ZVW 2010
253.021
Jaardocument 2010 Vincent van Gogh | Financieel verslag | 83
Stationsweg 46 5803 AC Venray Tel. 0478 - 527 527
[email protected]
www.vvgi.nl