Schooljaarplan 2013-2014
Christiaan Huygens College Broodberglaan
1 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Inleiding Voor u ligt het schoolplan voor het schooljaar 2013-2014. Hierin wordt in grove lijnen de huidige stand van zaken van de school geschetst, wordt de visie en de missie van de school beschreven, en worden de beleidsvoornemens voor het schooljaar 2013- 2014 geformuleerd. Dit jaarplan is gerelateerd aan het meerjarenplan van de schooljaren 2011- 2016. Het schoolplan heeft een functie voor diverse betrokkenen bij de school: leerlingen, ouders, personeelsleden, toeleverende scholen, diverse externe relaties, en het bestuur. Het geeft richting aan het te formuleren beleid op alle niveaus binnen de school, waarbij onmiddellijk moet worden aangetekend dat nieuwe ontwikkelingen en nieuwe inzichten het nodig kunnen maken dat de doelen die hier zijn beschreven, tussentijds worden bijgesteld. Aan het einde van het schooljaar wordt in de maand mei het onderwijsbeleid geëvalueerd door de betrokkenen en hun direct leidinggevende en waar nodig bijgesteld. De directeur bespreekt deze evaluatie in de maand juni met de personeelsraad en de ouderraad. Hiervan wordt een verslag (onderwijsjaarverslag) gemaakt wat ter informatie in de maand september van het volgende schooljaar aan de directeur- bestuurder wordt voorgelegd. Debby Verhoeve
2 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Inhoudopgave Inleiding Inhoudsopgave 1.
Het Christiaan Huygens College 1.1 Grondslag 1.2 Wettelijke kaders 1.3 Missie 1.4 Samenwerking
4
2.
De Broodberglaan 2.1 Visie 2.2 Organisatie
5
3.
Beleidsvoornemens schooljaar 2013- 2014 3.1 Speerpunten van schooljaar 2013- 2014 3.2 Algemene beleidsvoornemens schooljaar 2013- 2014
8 8 8 tm 16
4.
De teamplannen
17
5.
Leerlingbegeleiding
17
6.
Kwaliteitszorg
17
7.
Huisvesting 7.1 Huidige situatie 7.2 Nieuwbouw
17 17 18
8.
Financiën
18
9.
PR
18
10.
Communicatie
18
Bijlagen
20 tm 41
7
3 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
1. Het Christiaan Huygens College Het Christiaan Huygens College bestaat uit drie scholen in Eindhoven. Elk van die scholen heeft een eigen aanbod en cultuur. 1.1 Grondslag Het Christiaan Huygens College is een school op Protestant Christelijke grondslag. Onze school staat open voor leerlingen, ouders en personeelsleden met verschillende opvattingen en overtuigingen. 1.2 Wettelijke kaders De school hanteert uiteraard de wettelijke kaders zoals die zijn vastgelegd in de Wet op het Voortgezet Onderwijs, het inrichtingsbesluit en de regelgeving. 1.3 Missie Wij verzorgen goed onderwijs aan alle diplomeerbare leerlingen van Vmbo tot en met gymnasium, in een omgeving passend bij de protestants christelijke traditie. Wij zijn een werkgever die de ontwikkeling van de medewerkers stimuleert om onze doelen te kunnen realiseren. •
•
•
•
De leerling en zijn of haar (on)mogelijkheden staan centraal. Begeleiding en zorg zijn er op gericht om op ieder niveau de leerling tot optimale prestaties te brengen en waar mogelijk talenten te ontwikkelen. Vanuit onze Christelijke achtergrond dragen wij onze normen en waarden uit in woord en handelen. Wij spreken elkaar en onze leerlingen aan op niet passend gedrag, luisteren naar elkaar, handelen waar nodig en leggen hiermee de basis voor een veilige school voor leerlingen en medewerkers. Wij zijn ondernemend bij het vormgeven van goed onderwijs en hebben de ambitie om hierin vernieuwend te zijn en in te spelen op veranderende maatschappelijke eisen. Van al onze medewerkers verlangen wij dat zij achter deze doelen staan en aan de realisering daarvan actief bijdragen.1
1.4 Samenwerking Het Christiaan Huygens College is lid van de ORION- scholen. ORION staat voor Onafhankelijk Interscolair Onderwijs Netwerk. Zeventien scholen in Eindhoven, Den Bosch en omstreken maken deel uit van ORION. Zij werken nauw samen op het gebied van onderwijsontwikkeling, personeelszaken en beheer. Het samenwerkingsverband bestaat al meer dan tien jaar. De scholen zijn zeer verschillend, variërend van categoriale gymnasia tot de zeer brede scholengemeenschappen.
1
Voor de gehele uitwerking, zie “Missie, strategie en beleid Christiaan Huygens College”
4 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
2. Christiaan Huygens College, Broodberglaan De school aan de Broodberglaan is ontstaan uit een samenvoeging van de voormalige Christelijke mavo De Boeg en de vestiging Woensel van het vroegere EPL. De school aan de Broodberglaan is gebouwd in 1976 en men kan er terecht voor Vmbo-t, havo en onderbouw vwo (t/m klas 3). Vwo-leerlingen stappen na het derde leerjaar over naar de school aan de Rachmaninowlaan. 2.1. Onze visie Vanuit de Protestants Christelijke grondslag van de school met de daarbij behorende waarden is de missie van het Christiaan Huygens College Broodberglaan terug te brengen tot 4 kernpunten: 1. De leerling en zijn of haar (on)mogelijkheden staan centraal. 2. Goed onderwijs: onderwijs, begeleiding richten op het optimaal presteren en functioneren van de leerlingen. 3. Veilige omgeving: passend in de protestants christelijke traditie 4. Uitdragen van christelijke waarden en normen in woord en handelen Randvoorwaarden bij het realiseren van deze missie Wettelijke kaders (Wet op Voortgezet Onderwijs, Inrichtingsbesluit, etc.) Continuïteit van de organisatie (goed werkgeverschap): Bekwaam personeel (goed personeelsbeleid): Op de Broodberglaan vinden wij de hoofdtaak van de school: Het verzorgen van goed onderwijs2 in een veilige, uitdagende leeromgeving, waarin de leerling centraal staat. Hiermee bedoelen we dat we een school willen zijn: die hoog scoort in de beoordeling van de onderwijsinspectie die de kwaliteitskaart op orde houdt die aan eigen kwaliteitsmetingen doet die aandacht heeft voor de begeleiding van leerlingen waar leerlingen en ouders tevreden over zijn waar zelfstandigheid, burgerschapszin en initiatief worden bevorderd die voor een veilige leeromgeving zorgt We streven er naar dat: de schoolprestaties behoren tot de beste 10 van Nederland. alle leerlingen en personeelsleden zich veilig voelen op school. zowel leerlingen als ouders tevreden zijn over de begeleiding en de aandacht die hun kind op de school krijgt. toegelaten leerlingen met ontwikkelings- en gedragsproblemen goed begeleid worden. de docenten inspelen op diverse leerstijlen, zodanig dat er voor de leerlingen variatie is tijdens de lessen en op een lesdag. de leerlingen goed zijn voorbereid om hun studie- en beroepskeuze te kunnen maken. de leerlingen t.a.v. maatschappelijke ontwikkelingen bewuste keuzes kunnen maken. de leerlingen respectvol omgaan met hun medemensen.
2
Onder onderwijs wordt verstaan het geheel van kennisoverdracht, opvoeding en persoonlijkheidsontwikkeling die nodig is om de leerlingen voor te bereiden op hun latere rol in de maatschappij. De waarden en normen behorend bij de protestants-christelijke traditie zijn daarbij de leidraad.
5 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
de leerlingen zich ontwikkelen tot zelfstandige personen.
Deze ambitie is in onze ogen te bereiken door: A. de leerling centraal te stellen B. zorgen voor een veilige leeromgeving (fysiek en sociaal) C. zorgen voor een goede begeleiding van het onderwijsleerproces D. zorgen voor bekwaam personeel Om deze ambitie te bereiken leggen we verantwoordelijkheid bij de personen waarvan de schoolleiding vindt dat deze thuishoort. docent: verantwoordelijk voor het primaire onderwijsleerproces secties: verantwoordelijk voor vakinhoudelijke aspecten en doorlopende leerlijnen mentor: spil in de begeleiding van individuele leerlingen en leerlingen in klassenverband teams: verantwoordelijk voor de begeleiding van leerlingen in een specifieke jaarlaag teamleiders: verantwoordelijk voor de randvoorwaarden van hun jaar- laag en het leiding geven aan de leden van het team schoolleiding: verantwoordelijk voor de samenhang in de organisatie en randvoorwaarden (wettelijke kaders) Dit alles ondersteund door specialisten: zorgadvies team / decaan en het Onderwijs Ondersteunend Personeel (OOP): administratie, conciërges, locatiebeheerder/absentiecoördinator, mediathecaris, (technische) onderwijsassistenten. In een moderne leeromgeving waarin ICT een duidelijke plaats inneemt.
6 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
2.2 Organisatie Op de Broodberglaan werken we in een zogenaamd matrixmodel met teams en secties. De teams zijn verantwoordelijk voor de leerlingbegeleiding en de secties voor het onderwijs. Organisatiemodel:
directeur
Adjunctdirecteur Onderwijs
OOP
Teamleider brugklas
Teamlieider klas 2
Teamleider Vmbo-T leerwegen
Teamleider tweede fase + klas 3havo/vwo
Secties Team brugklas
Team klas 2
Team Vmbo-T leerwegen
Team tweede fase + klas 3 havo/vwo
7 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
3 Beleidsvoornemens schooljaar 2013- 2014 In dit hoofdstuk staan de beleidsvoornemens voor schooljaar 2013- 2014 beschreven. Deze algemene beleidsvoornemens sluiten aan bij de missie en de visie van het Christiaan Huygens College en de gestelde normen met de bijbehorende indicatoren van de onderwijsinspectie. Daarnaast staan de speerpunten van schooljaar 2013- 2014 geformuleerd. (Samenvatting van de beleidsvoornemens; Zie bijlage 7) 3.1 Speerpunten van schooljaar 2013- 2014 Jaarlijks wordt een aantal speerpunten geformuleerd dat aansluit op de missie en de visie van de locatie Broodberglaan. Voor elk speerpunt wordt een stappenplan gemaakt dat aan het einde van het schooljaar wordt geëvalueerd. Indien nodig worden de stappenplannen tussentijds bijgesteld. De speerpunten voor schooljaar 2013- 2014 zijn:
Resultaatgerichtonderwijs ICT- ontwikkeling Aandacht voor profilering Voorbereiding fusie
(zie plan van aanpak bijlage 1a) (korte beschrijving ICT ontwikkeling bijlage 1b) (zie vakplannen Cultuur, Economie en Exact bijlage 1c) (zie tijdpad fusie bijlage 6)
3.2 Algemene beleidsvoornemens 2013- 2014 Op basis van indicatoren wordt zichtbaar gemaakt welke beleidsvoornemens er zijn voor het schooljaar 2013- 2014. Deze indicatoren zullen aan het einde van het schooljaar worden geëvalueerd. In het onderwijsjaarverslag zal vervolgens worden beschreven wat de behaalde resultaten zijn per indicator (PDCA- cyclus). Indicator 1: Ouders en leerlingen herkennen het protestants christelijk karakter van de school
Het plan Leerlingen en ouders (80%) herkennen het PC karakter van de school vanwege verschillende activiteiten die er binnen de school of verbonden aan schoolactiviteiten plaatsvinden. Aanpak In de dagelijkse omgang tussen personeelsleden en leerlingen zijn de waarden en normen die horen bij de PC- identiteit merkbaar. Ouder - en leerlingbijeenkomsten worden net zoals de eerste les van de dag gestart met een dagopening (in de praktijk meestal vanuit de Oase). Twee maal per jaar is er een bijeenkomst in de kerk (Paas- en Kerstviering). Leerlingen krijgen het vak godsdienst.
8 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Indicator 2: Er zijn vormende activiteiten binnen en naast het onderwijs
Het plan Er zijn verschillende vormende activiteiten die aansluiten bij de missie, visie en het PC karakter van de school. Leerlingen kunnen bewuste keuzes maken t.a.v. maatschappelijke ontwikkelingen. Aanpak In de verschillende leerjaren worden naast het reguliere onderwijs vormende activiteiten georganiseerd waaronder: Sociale vaardigheidstraining en Faalangstreductietraining in de onderbouw, excursies voor het vak maatschappijleer (burgerschap), stedenreizen, muziek- en toneelavonden, sportdagen, arbeidsoriëntatie in klas 3 VMBO-T en 4 Havo, MAS stage (alle leerlingen hebben aan het einde van klas 3 dertig uren Maatschappelijke Stage uitgevoerd (zie bijlage 3), mentoractiviteiten, diverse projecten etc. Tijdens dagopeningen, projecten en lessen worden actuele maatschappelijke ontwikkelingen besproken waarbij de leerlingen gestimuleerd worden tot standpuntbepaling. Uit toetsen van m.n. godsdienst, maatschappijleer, geschiedenis en aardrijkskunde blijkt dat leerlingen in staat zijn standpunten te onderbouwen.
Indicator 3: De school behaalt een goed onderbouwrendement
Het plan Het streven is om een algemeen doorstroom rendement te behalen van 95%. Uitgesplitst in niveaus: Vmbo-T van 91% naar 95%, Havo: behouden van het percentage 100% en Vwo van 95% naar 100%. Het algemeen doorstroomrendement van de onderbouw is gerelateerd aan het bovenbouwrendement. Alle teamplannen zijn gericht op de verbetering van het doorstroomrendement. Het plan is leerlingen zodanig te onderwijzen en te begeleiden dat ze het maximaal haalbare uit hun talenten halen en goed doorstromen naar hogere leerjaren, ieder op zijn eigen niveau. Een veilige en uitdagende leeromgeving die mede zorgt voor een fijne schooltijd is hierbij van groot belang. Lesuitval wordt zoveel mogelijk beperkt. Aanpak Om het beste uit de leerlingen te halen gaan de teams op 4 gebieden aan de slag namelijk: Begeleiding, Onderwijs, Projecten en het Decanaat. 1. Begeleiding: Iedere leerling heeft een mentor, de mentormap dient als handleiding voor het mentoraat 2. Onderwijs: De vakwerkplannen zijn door secties zodanig aangepast dat er uniformiteit blijkt in toetsing, beoordeling en behandeling van de lesstof. In de eerstejaars dakpanklassen (de H/T klassen en de V/H klassen) krijgen de leerlingen op het hoogste
9 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
niveau les. Er is 1 toetsweek aan het einde van het schooljaar. De rest van de toetsen worden gespreid over het schooljaar gegeven. Leerlingen van de dakpanklassen krijgen voor alle toetsen op beide niveaus een cijfer. Tijdens de adviesvergadering van maart, krijgen de leerlingen van de dakpanklassen een voorlopig advies over het te volgen studieniveau voor het volgend schooljaar. Aan het eind van het schooljaar krijgen de leerlingen een definitief advies. Leerlingen kunnen dit advies negeren op voorwaarde dat ze bevorderbaar zijn naar het niveau waar ze naar toe willen. Leerlingen in alle brugklassen worden zorgvuldig gescreend of ze meer aankunnen dan het niveau van hun huidige studie. Als dat zo is, krijgen ze de gelegenheid om de stof van een hoger niveau erbij te doen. Er is extra aandacht voor rekenen en taal (zie bijlage 3). De leerlingen van klas 2 worden zodanig begeleid en voorbereid dat zij toegerust zijn voor klas 3 of er wordt een passend alternatief gezocht. Van de leerlingen die niet voldoen aan de gestelde norm kunnen 2 Vmbo- T leerlingen naar 3 Vmbo- K en 2 HAVO leerlingen naar 3 Vmbo- T. Na de adviesvergaderingen in maart krijgen de leerlingen een voorlopig advies over het te volgen studieniveau voor het volgend schooljaar. Om lesuitval in de onderbouw te voorkomen worden studenten ingezet. 3. Projecten: Per jaar worden er diverse projecten georganiseerd. De meeste projecten worden geleid door de mentoren. 4. Decanaat (leerjaar 2): Het keuzevakkenproject wordt ondersteund door de decaan, door het geven van klassikale informatie en het verzorgen van een informatieavond voor de ouders. Indicator 4: De school behaalt een goed bovenbouwrendement
Het plan Voor wat betreft de doorstroom vanaf klas 3 naar het diploma binnen het VMBO-T is het streven om het percentage te verhogen van 75% naar 90% en voor Havo van 48% naar 83%. Het algemeen doorstroomrendement van de bovenbouwbouw is gerelateerd aan het onderbouwbouwrendement. Alle teamplannen zijn gericht op de verbetering van het doorstroomrendement. Wij willen Vmbo-T leerlingen zo goed mogelijk voorbereiden op een vervolgopleiding. Daarnaast worden de Havo- leerlingen zodanig begeleid dat ze op het voor hun juiste niveau, met zo min mogelijk vertraging, de toegang tot het hoger beroepsonderwijs of Vwo kunnen bewerkstelligen. Een belangrijk doel voor elke docent is om alles uit zichzelf te halen om de ontwikkeling van de leerlingen zo optimaal mogelijk te maken. De aanpak Om het beste uit de leerlingen te halen gaan de teams op 4 gebieden aan de slag namelijk: Begeleiding, Onderwijs, Projecten en het Decanaat. Begeleiding: Ieder leerling heeft naast de vakdocenten een mentor en/of een begeleider. Daarnaast zijn zij in het bezit van de mentormap die dient als handleiding voor het mentoraat. Onderwijs: De vakwerkplannen zijn door secties zodanig aangepast dat er uniformiteit blijkt in toetsing, beoordeling en behandeling van de lesstof. Iedere leerling heeft een eigen vakkenpakket. In de bovenbouw krijgen leerlingen naast de reguliere toetsen ook schoolexamens. In het Programma van Toetsing en Afsluiting staat o.a. omschreven
10 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
welke schoolexamens er wanneer plaatsvinden. Er is extra aandacht voor rekenen en taal (zie bijlage 3). Decanaat: De keuzebegeleiding wordt in klas 3 en 4 verzorgd door de decaan die daarbij ondersteuning krijgt van de mentoren. Leerlingen houden een digitaal toekomstdossier bij. Projecten: Leerjaar 3 Vmbo-T heeft een snuffelstage in het kader van het LOB. leerjaar 4 Vmbo-T maakt een sectorwerkstuk. Daarnaast is er het Project “Over de streep” waarin er extra aandacht wordt besteed aan sociaal- emotionele ontwikkeling en groepsvorming. In de Havo- afdelingen werken Havo 3- leerlingen aan een keuzeproject, is er voor Havo 4 het HIT- project en in Havo 5 het Profielwerkstuk. Daarnaast worden er stedenreizen georganiseerd.
Indicator 5: De school behaalt CE cijfers boven het landelijk gemiddelde
Het plan Het streven is om voor zowel Vmbo-T als HAVO een slagingspercentage te behalen van tenminste 93%. Daarnaast haalt niet meer dan 10% van de examenkandidaten lager dan een 6 voor zowel de rekentoets als het CE Nederlands. De aanpak De vakwerkplannen zijn door secties zodanig aangepast dat er uniformiteit blijkt in toetsing, beoordeling en behandeling van de lesstof. Leerlingen werken volgens het Programma van Toetsing en Afsluiting en ouders zijn hierover geïnformeerd. Er worden examentrainingen aangeboden en op aanvraag worden er vragenuurtjes georganiseerd. Begeleiding van mentor op het gebied van planning en leren leren. Het reken- en taalonderwijs is dusdanig dat niet meer dan 10% van de examenkandidaten lager dan een 6 haalt voor zowel de rekentoets als het CE Nederlands. Dit gebeurt door tussentijdse toetsen in alle leerjaren, het werken met het programma Muiswerk en extra ondersteuning voor leerlingen die dit nodig hebben. Indicator 6: De school heeft een minimale afwijking tussen de CE en SE cijfers
Het plan Voor ieder vak geldt dat het verschil tussen SE-CE kleiner is dan 0,5. De aanpak De vakwerkplannen zijn door secties zodanig aangepast dat er uniformiteit blijkt in toetsing, beoordeling en behandeling van de lesstof. In samenwerking met de adjunctdirecteur worden de resultaten van de SE’s voortdurend vergeleken met de gemiddelde resultaten van het CE van de afgelopen jaren. Daarnaast passen zij door middel van collegiale consultatie de toetsen inhoudelijk of qua PTA daar waar nodig aan. Secties bieden meerdere examentrainingen aan. In het Resultaat- Verbeterplan staat concrete acties omschreven (PDCA- cyclus) om het verschil tussen CE en SE zo klein mogelijk te houden.
11 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Indicator 7: De school houdt zich aan de geplande onderwijstijd
Het plan Alle klassen voldoen aan de door de onderwijsinspectie vereiste te realiseren onderwijstijd. De aanpak De roostermaker levert maandelijks een overzicht van gemaakte lesuren op klassenniveau aan richting de brede schoolleiding. Studenten worden ingezet om lessen die uitvallen in de onderbouw op te vangen. Daarnaast is er een invalrooster voor docenten. Er is een roosterbeleidsplan opgesteld. Indicator 8: De toelating tot de school past binnen de kaders.
Het plan Leerlingen waarvoor tenminste VMBO-T haalbaar is, worden toelaatbaar geacht. Het advies van de leerkracht, de Citoscore en het onderwijskundigrapport spelen een belangrijke rol om te bepalen of een leerling toelaatbaar is. De aanpak Na de aanmelding vindt er een "warme overdracht" plaats waarbij de teamleider van klas 1 zo’n 35 basisscholen bezoekt. De informatie die daar wordt verkregen wordt gebruikt in de toelatingsvergadering. Vanaf november is er de mogelijkheid om plusleerlingen aan te melden (vooraanmelding).Wanneer het om leerproblemen gaat kan er een afspraak gemaakt worden met de orthopedagoog. De teamleider klas 1 en de zorgcoördinator zijn verantwoordelijk voor de aanname van de leerlingen met een extra begeleidingsbehoefte. De aanmelding vindt plaats volgens het schema aangereikt door het Samenwerkingsverband. (Zie info over het zorgprofiel in bijlage 4). Indicator 9: De ouders zijn tevreden
Het plan Uit de enquête moet blijken dat 90% van de ouders tevreden is over het onderwijs en de begeleiding. Daarnaast moet 90% van de ouders aangeven dat zij de school zouden aanraden bij anderen. De aanpak Er worden regelmatig ouderavonden gehouden om ouders op de hoogte te brengen van allerlei zaken die te maken hebben met school en de ontwikkeling van kinderen. Daarnaast wordt er informatie verstrekt via email en een maandelijkse nieuwsbrief verspreid via de website. Ouders kunnen via de ouderraad ideeën en meningen
12 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
ventileren richting de school. Ook wordt er jaarlijks een tevredenheids- onderzoek gehouden. Indicator 10: De school is een veilige omgeving
Het plan Het streven is dat 90% van de leerlingen zich veilig voelt op school. Leerlingen en medewerkers gaan respectvol om met hun medemensen. Uit een enquête blijkt dat 95% van de leerlingen respectvol wordt behandeld. De aanpak Op school zijn er mentoren en docenten die fungeren als vertrouwenspersoon. Personeelsleden zijn toegankelijk voor leerlingen, ouders en elkaar. Aan het begin van de dag, tijdens elke leswisseling, tijdens pauzes en aan het einde van de dag lopen er surveillanten rond. Binnen de teams zijn de mentoren en docenten verantwoordelijk voor de eenduidige uitvoering van de wijze waarop de leerlingen zich behoren te gedragen. Een van de conciërges houdt met regelmaat de camera’s in de gaten om te achterhalen of er zich gebeurtenissen afspelen die de veiligheid in gevaar kunnen brengen. Er is regelmatig contact met de wijkagent. Jaarlijks wordt er een risico- inventarisatie gemaakt en de nodige maatregelen getroffen. Daarnaast zijn er jaarlijks meerdere brandoefeningen. De BHV- ers volgen jaarlijks scholing om hun kennis bij te houden. Indicator 11: Het onderwijs wordt als boeiend ervaren
Het plan Docenten kunnen inspelen op diverse leerstijlen zodat er genoeg variatie is in het lesaanbod. Uit leerling-enquêtes blijkt dat 75% van de leerlingen vindt dat de lessen voldoende afwisseling bieden. De aanpak De inhoud van de lessen is inspirerend en afwisselend. Er worden diverse activiteiten en excursies georganiseerd door de school. Docenten doen aan collegiale consultatie om van elkaar te leren op het gebied van activerende en gevarieerde didactiek. Zij krijgen scholing op dit vlak. Daarnaast wordt er tijdens dit schooljaar een leermiddelenbeleid geformuleerd waarin Actueel, Adaptief en Activerend (Triple A) onderwijs centraal staat. Er zal een studiedag worden georganiseerd om docenten te scholen in het geven van onderwijs waarin de “Triple A” een rol speelt. Indicator 12: De school daagt uit tot (zelfstandig) leren
Het plan
13 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Leerlingen uit alle leerjaren worden op diverse manieren uitgedaagd tot leren. Hierdoor ontwikkelen zij zich in toenemende mate tot zich zelfstandige personen. Uit een enquête blijkt dat 90% van de leerlingen die met een diploma de school heeft verlaten de zelfstandigheid bezit die het vervolgonderwijs verwacht.
De aanpak Uit de vakwerkplannen van de secties en de projecten blijkt dat in de doorlopende leerlijn de ontwikkeling naar zelfstandigheid is opgenomen. Indicator 13: Er is een goede aansluiting met het MBO
Het plan Er is een goede aansluiting met het MBO. Leerlingen zijn goed voorbereid op studie- en beroepskeuze. Uit een enquête blijkt dat 90% van de leerlingen die met een diploma de school heeft verlaten tevreden is over de voorbereiding op studie en beroep. De aanpak De leerlingen worden vanaf klas 3 Vmbo- t voorbereid op de keuze die ze moeten maken voor een vervolgopleiding. Tijdens deze begeleiding op het gebied van loopbaanontwikkeling zijn er projectweken en werken de leerlingen onder leiding van de decaan en de mentor aan een toekomstdossier. In 4 Vmbo-T bestaat het toekomstdossier uit: opdrachten maken ter voorbereiding op het gesprek met de decaan (iedereen heeft verplicht een gesprek met de decaan in de eindexamenklas) een open dag bezoeken (+ opdracht maken), meeloopdag bezoeken (+ opdracht maken) en op het einde van het jaar een slotopdracht invullen met wat ze gaan studeren en waarom. Indicator 14: Er is een goede aansluiting met het HBO
Het plan Er is een goede aansluiting met het HBO. Leerlingen zijn goed voorbereid op studie- en beroepskeuze. Uit een enquête blijkt dat 90% van de leerlingen die met een diploma de school hebben verlaten tevreden is over de voorbereiding op studie en beroep. De aanpak De leerlingen worden vanaf 4 Havo voorbereid op de keuze die ze moeten maken voor een vervolgopleiding. Tijdens deze begeleiding op het gebied van loopbaanontwikkeling zijn er projectweken en werken de leerlingen onder leiding van de decaan en de mentor aan een toekomstdossier. Aan het einde van het jaar geven de leerlingen in een slotopdracht aan wat ze gaan studeren en waarom.
14 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Indicator 15: Alle medewerkers zijn tevreden over de werkgever
Het Plan Als werkgever stimuleren wij de ontwikkeling van de medewerkers om onze doelen te kunnen realiseren. Voor medewerkers bieden wij een veilige omgeving met betrekking tot zorg en welzijn. Er is een eerlijke en open communicatie. Voor de oudere werknemers wordt de werkdruk verminderd om uitval te voorkomen. Daarnaast proberen we als werkgever het ziekteverzuim onder het landelijk gemiddelde te houden (niet hoger dan 5%) met daarbij het streven onder de 3% te blijven. De aanpak De duidelijke teamstructuur zorgt ervoor dat er veel aandacht en zorg geboden kan worden aan personeelsleden. Zowel bij het teamleideroverleg als tijdens bijeenkomsten van de staf staat het thema “personeel” als vast item op de agenda. Er heerst een cultuur waarbinnen iedereen zich veilig voelt om wensen en ongenoegen te uiten. De schoolleiding stelt zich hierbij laagdrempelig op. Daarnaast zal ook de personeelsraad het komend schooljaar actief zijn. Elk team is in deze raad door tenminste 1 personeelslid vertegenwoordigd. De personeelsraad brengt namens het personeel zaken in bij de directeur. Verslaglegging is terug te vinden in de memo’s van de personeelsraad. Nieuwe docenten krijgen wekelijks ondersteuning van coaches. Daarnaast krijgen docenten die al een tijd in dienst van de school zijn ondersteuning indien gewenst. Volgens de CAO hebben personeelsleden van 52 jaar en ouder recht op BAPO- verlof (CAO VO 2011-2012). BAPO staat voor Bevordering Arbeidsparticipatie Ouderen, ook wel de BAPO- regeling genoemd. Het is een vorm van arbeidsurenvermindering (afbouw van arbeidsduur) voor ouder personeel in het onderwijs met het doel de werkdruk op oudere leeftijd wat te beperken. Tijdens de V&O- of competentiegesprekken en de normjaartaakgesprekken wordt de BAPO- regeling besproken. Daarnaast is er Leeftijdsfasebewust personeelsbeleid. Er is een actief ziekteverzuimbeleid waarbij er een nauwe samenwerking is met de bedrijfsarts en de afdeling P&O. De directeur ontvangt ook dit schooljaar met regelmaat verzuimgegevens van de afdeling P&O. Daar waar nodig worden medewerkers zo goed mogelijk begeleid om het ziekteverzuim te beperken. We kunnen met name invloed uitoefen op zogenaamde stressoren (werkgerelateerde zaken). Het ziekteverzuim wordt besproken tijdens de gesprekkencyclus (of eerder, daar waar nodig).
15 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Indicator 16: Alle medewerkers zijn actief in ontwikkeling
Het Plan Alle medewerkers werken actief aan hun ontwikkeling. De werkgever ondersteunt hen hierbij. De aanpak Alle nieuwe docenten worden de eerste 2 jaar begeleid door een coach. Docenten die aangegeven hebben zich in een bepaalde richting te willen ontwikkelen wordt in overleg met PZ een scholingstraject aangeboden. In een driejaarlijkse cyclus voeren de teamleiders gesprekken met alle docenten over hun ambitie en voortgang. Aan het einde van deze cyclus wordt er een beoordelingsgesprek gevoerd. Het doel van deze competentiegesprekken is medewerkers gericht te laten werken aan de effectiviteit van de in te zetten competenties op persoonlijk en organisatieniveau. De verantwoordelijkheid voor de eigen ontwikkeling van de personeelsleden wordt hierbij gestimuleerd. Voorafgaand aan het competentiegesprek vult de betreffende medewerker het zogenaamde competentieformulier in. De medewerker vult in: aan welke competentie(s) hij/zij wil werken; het plan van aanpak; hoe de doelen worden gemeten; het moment van evaluatie (dit is tevens een beoordelingsmoment) De onderwerpen worden besproken met de direct leidinggevende. Aan de hand van zijn/haar feedback maakt de betreffende medewerker een verslag dat goedgekeurd dient te worden door de direct leidinggevende. Deze verslaglegging wordt bewaard in de dossiers. Op de Huygenssite (locatie Broodberglaan) staan op onderstaande link beleidsstukken, gegevens en formulieren m.b.t. personeel. http://www.huygenscollege.nl/Broodberglaan/Onderwijs/Medewerkers/PO/tabid/722/Def ault.aspx De stagecoördinatie en de begeleiding van stagiaires is in handen van de opleidingsdocent (DRA).
16 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
4 De teamplannen Naast de algemene beleidsvoornemens en speerpunten van de school, wordt er gewerkt met teamplannen. Elk team stelt jaarlijks een teamplan vast dat gerelateerd is aan de missie, visie en de beleidsvoornemens van de locatie Broodberglaan. De teamplannen zijn terug te vinden in de bijlagen 2a tm 2d.
5 Leerlingbegeleiding Op de banners die op onze schoolgevel hangen staat dat wij klein en betrokken zijn. Hiermee bedoelen we onder meer dat we onze leerlingen kennen en dat een goede leerlingbegeleiding een vanzelfsprekendheid is. We maken hierbij onderscheid tussen reguliere en gespecialiseerde begeleiding. Zowel de reguliere als de gespecialiseerde begeleiding passen binnen de mogelijkheden van de school (profiel Broodberglaan in het kader van Passend onderwijs) en gestelde kaders op financieel gebied. De locatie Broodberglaan streeft er niet naar om een zorgschool te zijn. In het zorgplan staat omschreven wat zowel de reguliere als de gespecialiseerde begeleiding inhoudt. In het zorgplan staan alle aspecten van de begeleiding binnen de school beschreven. In dit schoolplan staat de begeleiding samengevat (zie bijlage 5).
6. Kwaliteitszorg Het bewaken van de kwaliteit heeft een hoge prioriteit. Gegevens worden in Vensters voor Verantwoording gezet en met de landelijke Benchmark vergeleken. Waar nodig worden verbeterplannen geschreven en uitgevoerd aan de hand van de PDCA- cyclus. Door middel van enquêtes onder leerlingen, ouders en schoolverlaters wordt de kwaliteit gemeten. In “Kwaliteitsscholen” wordt de kwaliteit uitgezet en vastgelegd. De school heeft een eigen kwaliteitsmedewerker die i.s.m. de bovenschoolse medewerkers zorg draagt voor dekkende vraagstellingen en de verwerking van de uitkomsten. Daarnaast kan het personeel in het systeem het eigen dossier bijhouden.
7. Huisvesting 7.1 Huidige situatie De school is gelegen in een woonwijk en kampt al jaren met ruimtegebrek. Er staan zes noodlokalen op het schoolterrein. Door de plaatsing van de gebouwen is de ruimte rondom de school dusdanig geslonken dat het grootste gedeelte gebruikt wordt voor het plaatsen van fietsen. Door gescheiden pauzes wordt de druk op de aula en het schoolplein verminderd. Voor de lessen LO is op de locatie maar één gymzaal. Het merendeel van de lessen wordt verzorgd in “Sporthal de Mortel” . Om daar te komen moeten de leerlingen een aantal kilometers fietsen en de gevaarlijke Huizingalaan oversteken. Rondom de school is geen groen en liggen geen sportvelden. Bij goed weer worden de lessen LO gegeven in het “Henri Dunantpark”. De leerlingen lopen dan met de benodigde materialen naar de daar aanwezige grasvelden. Deze zijn niet ingericht als sportveld. De beperkte ruimte zorgt ervoor dat de overlast voor de buurt steeds meer toeneemt. Doordat de twee gebouwen worden gescheiden door een straat, ontstaan er bij leswisselingen gevaarlijke situaties en is het onmogelijk om de leerlingen op het schoolplein te houden.
17 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
7.2 Nieuwbouw Vanaf dit schooljaar wordt er gewerkt aan het proces van fusie met het Lyceum Bisschop Bekkers. Het plan bestaat om na de fusie samen te gaan in een nieuw/ getransformeerd gebouw op de Avignonlaan nr. 1. Het vorig schooljaar hebben diverse teams in samenwerking met ICS enkele maanden gewerkt aan de voorbereiding van een nieuw gebouw. Vanwege de fusieplannen is dit traject tijdelijk stil gelegd. In schooljaar 20132014 zal het traject samen met collega’s van het Lyceum Bisschop Bekkers worden gecontinueerd. Het nieuwe gebouw dient in augustus 2016 klaar te zijn.
8. Financiën Bij het verdelen van de gelden staat het primaire proces centraal. De school investeert in vernieuwend onderwijs van kwalitatief hoog niveau, waarbij een sluitende begroting een voorwaarde is. Er zal zoveel mogelijk bezuinigd worden op zaken die niet direct met het geven van onderwijs te maken hebben (jaarboek/ schoonmaak/ strengere controle op inning van gelden etc.). Net zoals voorafgaande jaren vindt ook dit schooljaar vier maal een financiële verantwoording plaats van de directeur richting de directeur- bestuurder en hoofd financiën.
9. PR Naast een overkoepelende pr- medewerker heeft ook de locatie Broodberglaan een medewerker die zich bezig houdt met de pr voor de locatie. Deze medewerker neemt in overleg met de directeur en de overkoepelende pr- medewerker initiatieven om de Broodberglaan in “the picture” te zetten. De communicatie met en richting de basisscholen/ omgeving verloopt via: - email/ brieven - kennismakingsdagen - open dag - minilessen - advertenties Tijdens schooljaar 2013- 2014 zal de website vernieuwd worden voor wat betreft de layout. Daarnaast zal de website overzichtelijker worden ingedeeld waardoor informatie gemakkelijker te vinden is.
10. Communicatie Goede communicatie is een belangrijk aspect om een school succesvol te laten zijn. De communicatie met ouders en leerlingen verloopt via: - De website - Email - Gesprekken (ouders) - Broodbergberichten - Magister - Ouderraad - Informatieavonden Tijdens schooljaar 2013- 2014 zal worden onderzocht of het gebruik van Facebook/ twitter als communicatiemiddel gewenst is voor de locatie Broodberglaan. Daarnaast zal er een Pilot gaan draaien met een roosterapplicatie waarbij het rooster(inclusief dagwijzigingen) voor leerlingen en docenten bereikbaar is via smartphones.
18 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
De communicatie met de basisscholen verloopt via: - email/ brieven - persoonlijk contact leerkrachten De communicatie met het collega’s verloopt via: - persoonlijke gesprekken - email - stafmemo (na elke stafvergadering en indien nodig tussentijds) - Opslag info in de ELO - info tijdens (plenaire) vergaderingen - personeelsraad (+memo) - Broodbergberichten - gesprekscyclus
19 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 1a Plan van aanpak naar aanleiding van de inspectie (meerjaren)rapportage 20102012 Locatie Broodberglaan Door: Debby Verhoeve 22 augustus 2013 Inleiding Dit plan is tot stand gekomen naar aanleiding van het overzicht van afspraken en risico’s verzonden door de Inspectie van het Onderwijs op 2 juli 2013. Dit stuk is uitsluitend gericht op de benoemde risico’s zoals vermeld in het inspectieoverzicht; Het is een beknopte versie van een deel van het resultaat- verbeterplan zoals vermeld in het schoolplan van 2013- 2014. Rendement onderbouw Vmbo- T oordeel:voldoende Havo oordeel:voldoende Het rendement van de onderbouw laat tussen 2010 en 2011 een kleine stijging zien. In 2012 was het rendement lager dan de twee jaren daarvoor. Vanwege de dakpanklassen is er in het overzicht geen onderscheid in scores tussen de niveaus weergegeven. Actie: -
Onderzoek naar advies basisscholen en rendement onderbouw(Magnaview) Aandacht voor versterkte exameneisen bij aanname brugklassers Aandacht voor determinatie onderbouw Extra aandacht voor taal en rekenen Extra aandacht voor toetsing Mentoraat verder uitbouwen Beperkt houden van lesuitval
Van derde leerjaar naar diploma zonder doubleren Vmbo- T oordeel:voldoende Havo oordeel:voldoende Binnen het Vmbo-T is dit percentage tussen schooljaar 2009/2010 en schooljaar 2010/ 2011 gedaald van 82% naar 75%. Tussen schooljaar 2011/ 2012 en 2012/2013 is het percentage gelijk gebleven: 75%. Binnen de Havo is dit percentage tussen schooljaar 2009/2010 en schooljaar 2010/ 2011 gedaald van 65% naar 49%. Tussen schooljaar 2011/ 2012 en 2012/2013 is het percentage gedaald van 49% naar 48%. Actie: -
Meer jaarlaag overleg Collegiale consultatie Verdere ontwikkeling toekomstdossier Verbeterde schoolexamens Gerichte gesprekken met leerlingen/ plan van aanpak/ betrekken ouders Overgangsnormen rekeninghoudend met de zwaardere exameneisen
Gemiddeld cijfer centraal examen, relatief Vmbo- T oordeel:voldoende Havo oordeel:voldoende Voor het Vmbo-T schommelde het gemiddeld cijfer van het centraal examen tussen de 6,2 en 6,1. Binnen de Havo was er in schooljaar 2009/2010 en in schooljaar 2010/2011 een gemiddelde score van 6,4. In schooljaar 2011/2012 was er een lichte daling te zien naar een gemiddelde score van 6,2.
20 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Actie: -
Zie acties examen- verbeterplan Onderzoek met gegevens Wolf door vakgroep
Gemiddeld schoolexamen minus cijfer centraal examen Vmbo- T oordeel:gering verschil Havo oordeel:voldoende In het Vmbo-T is er tussen de schooljaren 2009/2010 en 2010/2011 een lichte stijging te zien in het verschil tussen het SE en het CE. Tussen de schooljaren 2010-211 en 2011/2012 is vervolgens weer een lichte daling te zien in het verschil tussen het SE en het CE. Binnen de Havo is het verschil tussen het Se en het Ce in schooljaar 2010/2011 kleiner dan in schooljaar 2009/2010. Vervolgens is er weer een lichte stijging te zien in schooljaar 2011/2012 in vergelijking met het schooljaar daarvoor. Actie: -
Aanpassen van PTA door sectie Duits/ Geschiedenis Sectie Nederlands maakt actieplan rekening houdend met verscherpte exameneisen.
Gemiddeld cijfer centraal examen, absoluut Vmbo- T oordeel:boven de norm Havo oordeel:voldoende In het Vmbo-T is er tussen de schooljaren 2009/2010 en 2010/2011 een lichte daling te zien in het gemiddelde absolute cijfer van het CE. Tussen de schooljaren 2010-211 en 2011/2012 is vervolgens weer een lichte stijging te zien in het gemiddelde absolute cijfer van het CE. Binnen de Havo bleef het absoluut gemiddelde in de schooljaren 2009/2010 en 2010/2011 gelijk. In schooljaar 2011/ 2012 is een lichte daling te zien. Actie: -
Zie acties examen- verbeterplan Extra vragenuren georganiseerd Extra begeleiding mentor
In het Resultaatverbeterplan van schooljaar 2013- 2014 staan bovenstaande items inclusief de overige inspectieindicatoren uitgebreid beschreven.
21 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 1b ICT – ontwikkeling op de Broodberglaan De school zorgt ervoor dat docenten gebruik kunnen maken van de gewenste leermiddelen. In het digitale tijdperk betekent dit dat de school ernaar streeft dat de ELO in alle leerjaren wordt gebruikt. Digitaal materiaal behorend bij de methode staat daarin klaar voor de leerlingen. Vanaf schooljaar 2013-2014 worden alle docenten geschoold in het gebruik van de nieuwe ELO van Magister. De ELO van Moodle blijft gedurende dit schooljaar draaien zodat de digitale leeromgeving zodanig ingericht blijft dat docenten tijdens de lessen optimaal gebruik kunnen maken van het digitale materiaal. Vanaf schooljaar 2014- 2015 zal Moodle niet meer gebruikt worden. De school maakt dan uitsluitend gebruik van de ELO in Magister. Op de locatie Broodberglaan zijn 13 lokalen voorzien van een Smartboard en hebben de meeste lokalen een beamer. De 4 noodlokalen aan de Broodberglaan zijn voorzien van zgn. digiborden. Daarnaast zijn er 4 computerlokalen en een mediatheek die voorzien is van vaste computers. Naast deze computerruimtes bestaat er de (beperkte) mogelijkheid om laptops in te zetten tijdens lessen of projecten. Vanaf dit schooljaar gaat de projectgroep ICT genaamd “BBL 2.O” aan de slag met de ICT ontwikkeling van de locatie Broodberglaan. BBL 2.0 bestaat ui 1 ICT- innovator en 2 ICT- coaches. Zij brengen met regelmaat een nieuwsbulletin uit dat collega’s voorziet van informatie en inspiratie. Daarnaast doet deze projectgroep onderzoek naar het ICTgebruik en de wensen van ouders, leerlingen en docenten op dit gebied. Op basis van de resultaten van het onderzoek gaat deze projectgroep aan de slag met Leermiddelenbeleid. De verdere ontwikkeling van ICT op de locatie staat in relatie tot het gevormde leermiddelenbeleid en de missie en visie van de school. Actueel, Adaptief en Activerend onderwijs staat hierbij centraal.
22 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 1C Profilering Economie o
o o o
o
Vanaf schooljaar 2013- 2014 gaat de sectie economie aan de slag met het programma van EBCL. Leerlingen kunnen hiermee een internationaal erkend middenstandsdiploma halen. Om het programma te kunnen draaien wordt er gebruik gemaakt van de lesmethode van European Business Competence Licence (EBCL). Daarnaast zal er gewerkt gaan worden met digitale spellen en software om ondernemingsplannen op te stellen. Dit laatste kan in competitieverband met andere scholen gedaan worden. Leerlingen krijgen hierdoor meer feeling met ondernemerschap en kunnen de koppeling tussen theorie en praktijk makkelijker maken. In schooljaar 2013- 2014 zal er gestart worden in klas 3 van het Vmbo-T en het Havo. Naast de start met het programma van EBCL zullen de betrokken docenten geschoold worden om dit programma volledig te kunnen draaien. De school heeft een driejarig contract getekend om te kunnen werken met EBCL. Hier zitten jaarlijks kosten aan verbonden (ca 800 euro). In schooljaar 2014- 2015 zal de aanvraag worden gedaan om Vecon Business school te worden. De betrokken docenten hebben hier ontwikkeltijd voor nodig (100 uren). Daarnaast zal worden verkend of wij als school in aanmerking komen voor de status van het Entreprenasium. Ook zal er gezocht worden naar een vorm van samenwerking met het Summa College (handel en Marketing) en de Fontys (Small Business en Retail management). Alle collega’s worden door de sectieleider geïnformeerd over het profileringsplan van het vak economie door middel van een presentatie die tijdens de plenaire start in augustus 2013 gehouden wordt.
Tijdpad: schooljaar 2013-2014 Starten met 2T, 3T en 3H (pilot)/ 2T: keuze van 2 of 3 projecten uit onderstaande rij:
Ondernemer in de klas Op bezoek bij een (commerciële) organisatie gekoppeld aan een kleine opdracht Uitgebreide voorlichting over de inhoud van economische vakken, de mogelijkheden van de sector economie en de beroepsmogelijkheden in de economische sector Ondernemerschapstest met nabespreking Ondernemerschapsspel van het CPS Module financiële educatie van minstens 8 uur
3T keuze van 2 of 3 uit onderstaand overzicht
Bedrijfsbezoeken van minimaal 1 dag gekoppeld aan een kleine opdracht Ondernemerschapstest met nabespreking Minimaal 2 gastsprekers uit verschillende bedrijfstakken Sectorwerkstuk over een bedrijfseconomisch onderwerp Ondernemingsplan Managementgame Module Excel van minimaal 10 slu Module solliciteren van minimaal 10 slu Module presentatievaardigheden/omgangsvormen van minimaal 10 slu In samenwerking met een MBO-instelling aandacht besteden aan verschillende studierichtingen
23 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Combineren van de maatschappelijke stage met het vak economie en een verslag daarvan Beleggingscompetitie Scholenstrijd Eigen bedrijf, bijv. in het kader van Jong Ondernemen Elementair Boekhouden Inhoudelijk project samen met MBO van minimaal 20 slu EBC*L Ondernemer MKB
3 Havo:
M&O: Economie:
EBC*L junior aanvulling digitaal spel Handel en Wandel of Wereld handel spel
Tijdspad schooljaar 2014-2015 Augustus 2014: Aanvraag Vecon Business school certificaat Voorjaar 2015: Pilots.
Programma 2T,3T en 3H wordt geïmplementeerd. Start nieuwe - 4 Havo : EBC*L A en deel EBC*L B Contact zoeken met Fontys Small Business & Retail management (hr. Ad Vermeulen) - 4 VMBO-T: EBC*L junior Contact zoeken met Summa college (handel en marketing) Groene Campus Helmond?
Tijdspad schooljaar 2015-2016 Programma handhaven voor 2T,3T en 3H . Programma 4H en 4T implementeren Nieuwe Pilot : - 5 Havo EBC*L B examineren
Cultuur algemeen:
Ook tijdens schooljaar 2013- 2014 kan er gebruik worden gemaakt van de cultuurkaart. Hier is door de directeur rekening mee gehouden in de jaarlijkse begroting.
Muziek o o
o o o
Vanaf schooljaar 2013- 2014 gaat de vakgroep muziek aan de slag met het programma Logics. Daarnaast bestaat er vanaf schooljaar 2013- 2014 de mogelijkheid om binnen de muziekles leerlingen te laten werken in een muziekstudio die gebouwd is in het lokaal. Het vak muziek gaat daar waar mogelijk werken met de ELO zodat leerlingen ook thuis kunnen werken aan het vak. Een van de muziekdocenten zal na de reguliere lestijd met leerlingen aan de slag gaan met het vak muziek. De sectie muziek verkent dit schooljaar de mogelijkheid om opnames te maken van optredens tijdens lessen.
24 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Drama o o o
Leerlingen uit alle leerjaren krijgen de mogelijkheid om deel te nemen aan de Scenefabriek. De docenten drama volgen tijdens schooljaar 2013- 2014 scholing op het gebied van de inzet van camera’s tijdens lessen. Tijdens schooljaar 2013- 2014 zullen leerlingen aan de slag gaan met video lessen (filmen en monteren). Deze filmpjes kunnen worden ingezet als pr- materiaal.
NT o o
Dit schooljaar krijgen twee docenten ontwikkeluren om Legominds prominenter neer te zetten in de school. Vanuit de prestatie- box zijn er gelden gereserveerd voor de profilering van de beta- vakken. Dit geld komt beschikbaar wanneer de betreffende secties een plan van aanpak indienen bij de directeur.
25 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 2a Team brugklassen 2013-2014 Intro In leerjaar 1 zitten 220 leerlingen, verdeeld over 4 niveaugroepen; Vmbo-t, havo/Vmbot, vwo/havo. De basis voor het voortgezet onderwijs wordt, bij ons op school, gelegd in de brugklas. Een goede begeleiding van onze leerlingen en deskundig personeel is hiervoor een absolute noodzaak. We bevinden ons in een voortdurend proces van aanpassen en bijschaven van ons programma en aanbod. In de brugklas zijn we redelijk tevreden met de organisatie, het aanbod, de uitvoering en de voorzieningen, hetgeen niet wil zeggen dat we klaar zijn. Er is altijd ruimte voor verbetering en daar zijn en blijven we erg alert op. Het brugklasteam bestaat uit ca 15 collega’s en een teamleider. Er zijn 8 mentoren die als taak hebben het begeleiden van hun mentorleerlingen, het geven van SV lessen ( sociale vaardigheidslessen) en het invullen van een mentoruur, waarin aandacht besteed wordt aan studievaardigheden, de groepsvorming en de individuele leerling. De meeste nieuwe collega’s beginnen als lid van het brugklasteam om daar het klappen van de zweep onder de knie te krijgen. Teamdoelen De leerlingen zodanig te onderwijzen en te begeleiden dat ze het maximaal haalbare uit hun talenten halen en goed doorstromen naar hogere leerjaren, ieder op zijn eigen niveau. Een veilige en uitdagende leeromgeving creëren. De leerlingen een fijne schooltijd bezorgen. Uitvoering Begeleiding:
Onderwijs:
-
-
Projecten:
-
iedere leerling heeft een mentor. de mentormap dient als handleiding voor het mentoraat. nieuwe mentoren kunnen altijd terecht bij hun collega’s met vragen. in de dakpanklassen (de h/t klassen en de v/h klassen) krijgen de leerlingen op het hoogste niveau les. er is maar 1 toetsweek en die is aan het einde van het schooljaar. De rest van de toetsen worden gespreid over het schooljaar gegeven. leerlingen van de dakpanklassen krijgen voor alle toetsen op beide niveaus een cijfer. Tijdens de adviesvergadering van maart, krijgen de leerlingen van de dakpanklassen een voorlopig advies over de te volgen studie voor het volgend schooljaar. Aan het eind van het schooljaar krijgen de leerlingen een definitief advies. Leerlingen kunnen dit advies negeren op voorwaarde dat ze bevorderbaar zijn naar het niveau waar ze naar toe willen. Leerlingen in alle brugklassen worden zorgvuldig gescreend of ze meer aankunnen dan het niveau van hun huidige studie, als dat zo is, krijgen ze de gelegenheid om de stof van een hoger niveau erbij te doen. per jaar worden er 3 projecten georganiseerd, in november, maart en juni. De mentoren leiden 2 van deze 3 projecten, het 3e project is een project waarbij behalve de mentor, de secties Nederlands, Muziek en drama betrokken zijn.
26 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Evaluatie Begeleiding: Onderwijs:
Projecten:
- De leerling vult jaarlijks een evaluatie in over de mentor en over de vakleerkrachten. De uitkomst hiervan wordt door de teamleider met de betrokkenen besproken. -de adjunct directeur onderwijs bespreekt met de sectie de behaalde resultaten. De vakdocenten zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de lessen en moeten ervoor zorgen dat leerlingen in parallelklassen gelijk beoordeeld worden. - de projecten worden steeds na afloop geëvalueerd en waar nodig aangepast.
Naast de bestaande invulling voor de brugklassen willen we ons extra richten op: Het continueren van de collegiale consultatie. Het is verplicht als teamlid van het brugklasteam om 2x per jaar een les van een collega bij te wonen. Deze collega mag een vakcollega zijn of juist een totaal ander vak geven, er kan ook voor gekozen worden een bepaalde klas te volgen. Tijdens het V&O gesprek zal dit aan de orde komen. Het delen van elkaars kennis met betrekking tot de lespraktijk wordt als zeer waardevol gezien. Mentormap Mentoren houden de map jaarlijks werkbaar en actueel. Studievaardigheden De mentoren zorgen ervoor dat aan het eind van het schooljaar het nieuwe materiaal voor de lessen studievaardigheid klaar is. Pestprotocol In de mentormap is het aangepaste pestprotocol opgenomen, waar iedereen kan lezen hoe hij/ zij kan handelen bij pestgevallen. Projecten De bestaande projecten; sociale media, wonen en het smartlappenfestival worden, waar nodig, aangepast. Monitoren mentortaak. Er worden 3x per jaar (door de teamleider) overlegmomenten gepland met de mentoren om de klas te bespreken en om te controleren of alles wat gedaan moet worden ook inderdaad gebeurt. Het maken van toetsen. Het goed determineren van leerlingen in de dakpanklassen blijft een aandachtspunt. Uitgangspunt is dat de leerlingen op het juiste schooltype terechtkomen. Leerkrachten dienen ervoor te zorgen dat de havocijfers niet hoger zijn dan de Vmbo-t cijfers, en vwo-cijfers niet hoger zijn dan de havo- cijfers. Er zal dit jaar extra aandacht besteed worden aan het optimaliseren van de doorstroommogelijkheden en de te volgen procedures.
Projectplan brugklassen schooljaar 2013-2014 Wat Collegiale consultatie, minimaal 2 lessen bijwonen Uitbouwen mentormap en studievaardigheidlessen Pestprotocol actueel houden Projecten aanpassen
Wie alle teamleden
Met wie Collega’s
mentoren
teamleden
Wanneer klaar Juni dit wordt in het V&O gesprek besproken Voor juni
teamleden
teamleden
Juni
mentoren
teamleden
Monitoren mentortaak
teamleider
mentoren
Voor aanvang projectweken Gedurende het
27 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Training; hoe maak je goede toetsen
teamleden
vakdocenten
schooljaar z.s.m.
Doorstroommogelijkheid verbeteren Gedifferentieerd lesgeven
teamleden
secties
Jan. 2014
docenten klas 1
collega’s
Jan. 2014
28 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 2b Team Klas 2 2013-2014 Intro In het tweede leerjaar zitten 190 leerlingen, verdeeld over 3 niveaus: VMBO T, HAVO, VWO. Er wordt verder gebouwd op het fundament dat in de brugklas gelegd is. Na de brugklas maken de leerlingen een sprongetje, ze zijn niet langer de jongste en kleinste van de school. De puberteit zet door en zit vol veranderingen en uitdagingen. De leerlingen hebben in deze ontwikkelingsfase behoefte aan begeleiding, duidelijkheid en positieve aandacht. Het team 2e klassen bestaat uit 14 docenten, die allemaal lesgeven in dit leerjaar. Er zijn 7 mentoren. Zij hebben een spilfunctie in het begeleiden van de leerlingen. Om de 2 of 3 weken is er een teamvergadering waarin o.a. de leerlingbegeleiding wordt besproken. Teamdoel Wij willen de leerlingen van de tweede klas zodanig begeleiden, opleiden en voorbereiden dat zij toegerust zijn voor de 3e klas of een passend alternatief. Subdoelen Onderstaande subdoelen dienen het teamdoel in de praktijk vorm te geven. Voortborduren op de basis die in de brugklas gelegd is. De leerlingen motiveren en inspireren het beste uit zichzelf te halen qua leerprestaties. De leerlingen voorbereiden op de derde klas óf passend alternatief. De VMBO T leerlingen begeleiden in het kiezen van een vakkenpakket. De leerlingen vakoverstijgende vaardigheden leren met name tijdens projecten. De leerlingen begeleiden in hun ontwikkeling en opvoeden tot zelfstandige personen die steeds meer verantwoordelijkheid dragen. De leerlingen veiligheid bieden. De leerlingen respectvol gedrag leren. De leerlingen leren samen te werken. Uitvoering Begeleiding:
Onderwijs:
-
Projecten:
-
Decanaat:
-
iedere leerling heeft een mentor. de mentormap dient als handleiding voor het mentoraat. nieuwe mentoren kunnen altijd terecht bij hun collega’s met vragen. er is maar 1 toetsweek aan het einde van het schooljaar. De rest van de toetsen worden gespreid over het jaar gegeven. Tijdens de voortgangsvergadering van maart krijgen de leerlingen een voorlopig advies over de te volgen studie voor het volgend schooljaar. Er worden 4 projecten georganiseerd. Over veiligheid , afval, voor VMBO T 2 keuzevakken en CKE dagen. Het keuzevakkenproject begeleiding wordt ondersteund door de de decaan die klassikaal informatie geeft.
29 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Evaluatie Begeleiding:
-
Projecten:
-
Leerlingen vullen jaarlijks een evaluatie in over hun mentoren en vakdocenten. Dit wordt door de teamleider met de mentor besproken. De teamleider heeft minimaal 3x per jaar een gesprek met de mentoren. Projecten worden na de evaluatie, indien nodig, aangepast.
Projectplan 2013-2014 Wat Ontwikkelen van huiswerktips en begeleidingsmaterialen voor ouders Organiseren informatiemiddag Studiebegeleiding voor ouders Waar nodig en mogelijk individueel, in groepjes of klassikaal inzetten van Breingeheimen, methode studievaardigheden Innovatie Project Veiligheid
Wie Mentoren
Met wie Teamleden
Wanneer 3e of 4e week november 2013 Eindproduct maart 2014
Mentoren
Teamleden
Eindproduct mei 2014 Iedere teamvergadering vast op de agenda
Coördinator HDR
Teamleden
Week 45 2013
30 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 2c Team Vmbo-t 3&4 2013-2014 Intro In leerjaar 3 zitten 120 leerlingen , voornamelijk doorstromers uit Vmbo- t 2, doubleurs, afstromers van HAVO 2 en HAVO 3 en enkele instromers van andere scholen. Er zijn 4 stamklassen. Leerjaar 4 heeft bijna 100 leerlingen en bestaat uit 4 stamklassen met daarin doorstromers uit Vmbo- t 3, doubleurs, een groot aantal afstromers van HAVO 3 en een enkele instromer van buiten. Het profiel van een Vmbo- t leerling ziet er als volgt uit: Zelfstandigheid: -voelt zich snel persoonlijk aangesproken -kan taak gericht werken -werkt goed door als de taak concreet en goed gestructureerd is -heeft behoefte aan afwisseling in opdrachten en werkvormen -wordt onrustig, onzeker van te open opdrachten Huiswerkattitude: -heeft begeleiding nodig bij het zich (blijven) houden aan regels en afspraken m.b.t. huiswerk, inleverdata en het uitvoeren van een verslag en opdracht -houdt zich niet erg bezig met het overzicht van taken -is vlot klaar met huiswerk als het gericht is op reproductie -maakt het huiswerk voor de volgende dag Groepswerk: -is afwachtend bij groepsopdrachten -gaat aan het werk als de docent daar opdracht voor geeft -onderbreekt het werk regelmatig -werkt goed aan kortdurende opdrachten Het 3/4 Vmbo-t team bestaat uit 16 ervaren collega’s, waarvan één derde deel nog een relatief jonge LB functionaris is. Om de week is er teamoverleg met als hoofdonderwerp leerlingbegeleiding. Daar waar nodig worden deskundigen (o.a. decaan, orthopedagoog, zorgcoördinator) buiten het team geraadpleegd. Teamdoel Het doel is leerlingen voor te bereiden op het behalen van een startkwalificatie voor het mbo of havo. Een belangrijk doel voor elke docent is om alles uit zichzelf te halen om de ontwikkeling van de leerlingen zo optimaal mogelijk te maken. Het leren van de leerling staat centraal. Uitvoering Begeleiding: Onderwijs:
Decanaat: Projecten:
- ieder leerling heeft een mentor en/of begeleider. - de mentormap dient als handleiding voor het mentoraat. - iedere leerling heeft een eigen vakkenpakket. - produceren van een Programma van Toetsing en Afsluiting door TL en docenten. - leerlingen in leerjaar 3 krijgen naast reguliere toetsen ook schoolexamens, tevens zijn er 5 toetsweken. - leerlingen in klas 4 maken uitsluitend schoolexamens en hebben 4 toetsweken. - keuzebegeleiding wordt in klas 3 en 4 verzorgt door de decaan die daarbij ondersteuning krijgt van de mentoren. - leerlingen houden een digitaal toekomstdossier bij. - stagedag: leerjaar 3 heeft een snuffelstage in het kader van het LOB. - ondersteuning stedenreis. - over de streep: leerjaar 4 heeft een dagproject om elkaar werkelijk te leren kennen om zo meer begrip voor elkaar te kweken.
31 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Evaluatie Begeleiding:
Onderwijs: Decanaat:
Projecten:
- leerlingen vullen jaarlijks een evaluatieformulier in, dit wordt door TL met mentor besproken. - TL evalueert het mentoraat met de mentor. - mentoren houden de mentormap jaarlijks werkbaar en actueel. - het pta wordt elk jaar geactualiseerd door vakdocent en TL - vakdocenten zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de schoolexamens. - jaarlijks vindt er een evaluatie plaats met mentoren, decaan en TL. - jaarlijks vullen de schoolverlaters een enquête in over het decanaat. - projecten worden na de evaluatie, indien nodig, bijgesteld.
Projectplan 3/4 schooljaar 2013-2014 Vmbot Wat Intervisie
Wie Alle teamleden
Met wie Collega’s
V&O gesprek PTA Schoolexamens Toekomstdossier Evaluatie/actualiseren TKD Stagedag 3 Vmbo-t Sectorwerkstuk Evaluatie/actualiseren SWS Streep project
Alle teamleden Sectievoorzitters Docenten 3/4 Vmbo-t Mentoren 3/4 Vmbo-t Mentoren 3/4 Vmbo-t
TL TL TL Decaan Decaan-TL
Wanneer Voor het V&O gesprek Voorjaar 2014 Juni 2014 toetsperioden 2013-2014 Voorjaar 2014
Alle teamleden Alle teamleden Alle teamleden
Decaan NHF-KLK-TL NHF-KLK-TL
Najaar 2013 Najaar 2013 Voorjaar 2014
Mentoren 4 Vmbo-t & ZAT Mentoren 4 Vmbo-t & ZAT Mentoren 3/4 Vmbo-t
TL
Najaar 2013
TL
Najaar 2013
TL
Voorjaar 2014
Mentoren 3/4 Vmbo-t Mentoren 3/4 Vmbo-t
TL TL
Najaar 2014 Juni 2014
Evaluatie streep project Introductie schooljaar 2014-2015 Evaluatie introductie Mentormap 2014-2015
32 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 2d Team 3VH/4&5havo 2013-2014 Intro In leerjaar 3 zitten 113 leerlingen voornamelijk doorstromers uit havo 2, doubleurs, afstromers van VWO 2 en enkele instromers van andere scholen. Het 4e leerjaar bestaat uit: 80 leerlingen, voornamelijk leerlingen die in zijn komen stromen uit 3 vwo, 3 havo, 4 Vmbo-t , doubleurs en instromers andere scholen, Het 5e leerjaar bestaat uit: 69 leerlingen, voornamelijk doorstromers uit havo 4 en enkele doubleurs. In het totaal: 262 leerlingen. Samen met de teamleider verzorgt het team de begeleiding van de centraal staande leerling(en) tijdens hun schoolloopbaan naar het havo-diploma . Een aantal docenten is tevens mentor, die de spil vormt in deze begeleiding. Tijdens teamvergaderingen worden knelpunten en oplossingen besproken en wordt kritisch meegedacht over de uitvoering van plannen van de schoolleiding. Daar waar nodig worden deskundigen (o.a. decaan, orthopedagoog, zorgcoördinator) buiten het team geraadpleegd. Teamdoelen: Algemeen: De leerlingen zodanig begeleiden dat ze op het voor hun juiste niveau, met zo min mogelijk vertraging, de toegang tot het hoger beroepsonderwijs bewerkstelligen. Dat proberen we te bereiken door: de mentor spil te laten zijn in de leerlingbegeleiding in teamvergaderingen (groepen) leerlingen zo te bespreken dat uit de notulen blijkt, dat er in geval van knelpunten een oplossing en/of een handelingsplan voor handen is. te zorgen dat er voor alle leerlingen een introductieprogramma is samengesteld. projecten te organiseren, uit te voeren en te evalueren ontwikkelen van een mentormap voor de betreffende jaarlaag, die kan dienen als handleiding voor de mentor Uitvoering Begeleiding:
Onderwijs:
Decanaat: Projecten:
- leerlingen in klas 3 hebben een klassenmentor, die de leerling individueel en in klassenverband begeleid. - leerlingen in klas 4 en 5 krijgen een persoonlijke mentor toegewezen die de leerling individueel begeleid - produceren van een Programma van Toetsing en Afsluiting door de teamleider en docenten - afspraken maken over procedures rondom toetsweken en deze nakomen - mentoren ondersteunen bij de uitvoering van het door de decaan opgestelde traject voor Loopbaan Oriëntatie (L.O.B.) - 3e klassen hebben een project Keuze waarin de leerlingen bewust worden gemaakt welke vakkenkeuzes er zijn in 4-havo - HIT project, leerjaar 3 sluit aan bij een onderdeel van het 3-VmboT project: “omgaan met druk uit je omgeving in uitgaanssituaties” - 5-havo, profielwerkstuk
33 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Evaluatie Begeleiding:
- uit de notulen van de teamvergaderingen blijkt welke knelpunten er zijn besproken en welke oplossingen zijn aangedragen. De teamleider evalueert het mentoraat met de mentor
Onderwijs:
- de adjunct onderwijs bespreekt met secties de ontwikkeling van het vak en de behaalde resultaten - het PTA wordt elk jaar geactualiseerd door vakdocent en teamleider - vakcollega’s zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de schoolexamens
Projecten:
- projecten worden geëvalueerd en waar nodig bijgesteld
Decanaat:
- jaarlijks vindt er een evaluatie plaats met mentoren, decaan en teamleider
Teamplan 3 V/H en 4/5 H schooljaar 2013-2014 Wat
Wie
Met wie
Wanneer
Evaluatie
PTA
lid van de sectie
teamleider
juni 2013
juni 2014
Schoolexamens
docenten 4/5 H
teamleider
juni 2014
Introductie schooljaar 2013-2014 Profielwerkstuk
mentoren
teamleider
docenten 4/5 H
teamleider
Toekomstdossier
mentoren 4/5 H
Decaan
Jaarlaag overleg 4/5 H
docenten 4/5 H
teamleider
Project "KEUZE"
mentoren 3 V/H
mentoren 3 V/H
Project "HIT"
mentoren 3 V/H
mentoren 3 Vmbo-t
Schoolfeest klas 3
mentoren 3 V/H
mentoren 3 Vmbo-t
Stageweek 4 havo
Alle teamleden
Decaan
augustus 2013 augustus 2013 augustus 2013 augustus 2013 augustus 2013 november 2013 januari 2014 maart 2014 april 2014
Galafeest 5 havo
teamleider
mentoren
mei 2014
juni 2014
Examenuitstapje
teamleden
teamleider
mei 2014
juni 2014
Diploma-uitreiking
mentoren
alle teamleden
juni 2014
juni 2014
Gesprekken met leerlingen
mentoren
Mentormap 2013-2014
mentoren
teamleider
Gesprekken uit de gesprekscyclus
teamleider
Alle teamleden
-
juni 2014 maart 2014 juni 2014 augustus 2014 februari 2014 maart 2014 mei 2014 juni 2014
aug ‘13/ juni 2014 juli ‘14 september juni 2014 2013 aug 2012 juni 2014 - juni 2013
34 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 3 Maatschappelijke stage In het derde leerjaar vullen de leerlingen 30 uur maatschappelijke stage in, naast de reguliere lessen. Zij krijgen hiervoor de tijd van de herfstvakantie t/m de meivakantie. De leerlingen proberen in eerste instantie zelf een stageplaats te zoeken. Zij kunnen hierbij gebruik maken van de digitale vacaturebank van het vrijwilligerssteunpunt Eindhoven, of van de stagemakelaar van een van de randgemeenten. De verplichte andere 10 uur worden door de school ingevuld op actiedagen en/of het verrichten van taken voor de school. De ondersteunend medewerker van het decanaat informeert ouders en leerlingen, keurt de stageplaatsen goed en monitort de uitvoering. Bij het diploma ontvangt de leerling een MAS-certificaat.
Aandacht voor taal en rekenen Het Centraal Examen Nederlands verandert. Om te voorkomen dat de resultaten achteruit gaan is in klas 3 Vmbo-t een extra uur Nederlands toegevoegd aan de lessentabel. Voor dit lesuur en de invaluren in de onderbouw is het programma “Muiswerk” aangeschaft. De sectie wiskunde heeft oefenmateriaal ontwikkeld en in de ELO geplaatst voor alle referentieniveaus. In de week voor de proefwerkweek maken alle leerlingen jaarlijks een rekentoets die aansluit bij het vereiste niveau. Gedurende een half jaar werken de leerlingen van klas 1 en 2 met de mentor aan rekenopgaven. De rekenmodule behorend bij de wiskunde methode moet door de leerlingen zelfstandig worden gemaakt. Op Moodle staat de bijbehorende studiewijzer. Waar nodig wordt aan individuele leerlingen extra ondersteuning gegeven door de vakdocent. Om het rekenniveau 2F te behalen is “Muiswerk rekenen 2F” aangeschaft. Zodra hiervan 3F is ontwikkeld zal ook deze worden aangeschaft. De leerlingen van de examenklassen en het voorexamenjaar maken de door Cito gemaakte rekentoets. De gehele sectie wiskunde past in alle leerjaren eenduidige rekenstrategieën toe. Deze docenten maken de oefentoets rekenen zodat ook zij de leerlingen goed kunnen voorbereiden. In de lessentabel is voor de leerlingen die geen wiskunde hebben een uur rekenen genomen.
35 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 4 Begeleidingsprofiel van de Broodberglaan
Het begeleidingsprofiel van de locatie Broodberglaan is te vinden via de onderstaande link: http://ondersteuningsprofielen.ldos.nl/Profielen.aspx Gebruikersnaam en Inlogcode zijn in het bezit van de zorgcoördinator.
36 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 5 De leerlingbegeleiding
De eerste lijn A. Docenten 1. De leerlingbegeleiding is een verantwoordelijkheid en een zorg voor onze school. Hierbij dragen ook docenten verantwoordelijkheid. 2. Zij worden daarbij gesteund door onderstaande specialisten van binnen en buiten de school. B. Mentoren I. Algemeen: 1. Elke leerling heeft een mentor. Deze is het eerste aanspreekpunt. Hij/zij onderhoudt de contacten met de leerlingen van zijn/haar klas/groep en hun ouders. 2. Het programma voor het mentoraat wordt in het team vastgesteld door de teamleider in overleg met de mentoren. 3. De mentor volgt, indien nodig, na- en bijscholingscursussen, om zo optimaal mogelijk als mentor te kunnen functioneren. 4. De mentor begeleidt de schooltypekeuze, profielkeuze en/of sectorkeuze van zijn leerlingen. 5. De mentor voert de gesprekken omtrent de keuzes al of niet bijgestaan door de decaan en/of teamleider, met de leerlingen en/of hun ouders. II. Verdeling van de mentoren: 1. Iedere leerling krijgt een mentor toegewezen van wie hij/zij les krijgt. 2. Elke docent is voor het mentoraat beschikbaar, tenzij er gegronde redenen zijn om hiervan af te wijken. Dit laatste beoordeelt de directeur. 3. Mentoren van klas 1 worden ruim voor de grote vakantie benaderd i.v.m. de eerste opvang van de brugklassers (in juni) en het introductieprogramma direct na de zomervakantie. C. Teamleiders 1. De teamleider is verantwoordelijk voor de leerlingbegeleiding in zijn/haar team en is na de mentor het aanspreekpunt voor leerlingen en ouders. 2. De teamleider is de direct leidinggevende van de mentoren in zijn team. 3. Teamleiders hebben vanuit hun functie als verantwoordelijke voor de leerlingen binnen hun team een belangrijke rol binnen het zorgproces. Dit betekent dat zij altijd op de hoogte worden gehouden over de gang van zaken rond leerlingen. Tevens hebben de teamleiders een spilfunctie
37 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
omdat zij het aanspreekpunt zijn voor leerlingen met (relatief lichte en relatief zwaardere) problemen.
De tweede lijn Vertrouwenspersonen: Het Christiaan Huygens College kent vertrouwenspersonen en vertrouwensleerlingen. Leerlingen die in de privésfeer of op school moeilijkheden hebben of om welke reden dan ook een luisterend oor zoeken, kunnen voor een rustig gesprek bij een van de vertrouwenspersonen terecht. Ook voor eventuele klachten over seksuele intimidatie kunnen leerlingen bij één van de vertrouwenspersonen terecht. Naast de vertrouwenspersonen heeft de school enkele vertrouwensleerlingen. Leerlingen kunnen daar terecht met school- en/of persoonlijke problemen. De vertrouwensleerlingen worden intensief begeleid door een vertrouwenspersoon. Zij worden binnen de school o.a. gepresenteerd via de schoolsite en borden met hun foto’s. Kinder- en jeugdpsycholoog: De kinder- en jeugdpsycholoog coördineert en is verantwoordelijk voor de interne rebound en de naschoolse begeleiding voor leerlingen met een lgf. Daarnaast zal hij/zij individuele begeleiding geven aan leerlingen met en zonder lgf en ondersteunt en begeleidt zij docenten indien nodig. Orthopedagoog: De orthopedagoog is kundig op het gebied van leer- en ontwikkelingsproblemen en de achtergronden daarvan. De orthopedagoog doet onderzoek en stelt in samenwerking met de mentor, de teamleider en/of de zorgcommissie een handelingsplan op. Zorgcoördinator: De zorgcoördinator heeft een coördinerende functie met betrekking tot leerlingen die in het ZAT worden besproken. Deze functionaris coördineert de aanmelding en doorverwijzing van leerlingen. Daarnaast zorgt hij/zij voor deskundigheidsbevordering op het gebied van zorgverlening. Ook stuurt de coördinator de lgf-coaches aan en bewaakt hij/zij of de juiste activiteiten plaatsvinden. Deze functie wordt door iemand vervuld die kennis heeft van pedagogisch- didactische problemen en problematiek die jongeren kunnen hebben. LGF-coaches: Veel van de leerlingen met een cluster 4 indicatie hebben een aan autisme verwante stoornis (ASS), AD(H)D of een andere diagnose in cluster 4. Hieronder vallen onder andere de leerlingen met de diagnose syndroom van Asperger en PDD-NOS. Deze leerlingen krijgen een coach toegewezen die wekelijks individuele begeleiding geeft. Deze coaches hebben een speciale training gevolgd bij het Steunpunt Autisme Zuidoost Brabant. De taak van de lgf- coaches bestaat uit een wekelijks begeleidingsgesprek met de leerling over de planning en organisatie en verloop van de afgelopen week. Daarnaast is het de taak van de lgf- coach het team en andere collega’s te informeren over de specifieke behoeften en problemen van de leerling. Tenslotte voert de lgf- coach overleg met de ouders, ambulant begeleider, teamleider en/of zorgcoördinator. Sociaal Pedagogische hulpverlener: De sociaal- pedagogisch hulpverlener is groepsbegeleider/docent op de Interne Rebound en is groepsbegeleider op de studiebegeleiding voor leerlingen met lgf. Op de interne rebound worden leerlingen dagelijks begeleid op het gebied van schoolse zaken, maar nog meer op sociaal-emotioneel gebied. Op de studiebegeleiding begeleidt ze leerlingen met het plannen en structureren van hun huiswerk en het aanleren van
38 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
studievaardigheden. Daarnaast worden er ook individuele gesprekken met leerlingen gevoerd. Decaan: De decaan verzorgt in alle derde, vierde en vijfde klassen (van de havo) en de tweede klassen van het Vmbo-t in samenwerking met de mentoren de voorlichting over schoolen beroepskeuze en de sector- of profielkeuze. Deze voorlichting gebeurt klassikaal en individueel. Zowel ouders als leerlingen kunnen voor inlichtingen bij de schooldecaan terecht. Daarnaast beleggen de decanen voorlichtingsavonden waar de leerlingen met hun ouders inlichtingen kunnen krijgen over diverse vormen van vervolgonderwijs.
De derde lijn Schoolarts De schoolarts is op afroepbasis beschikbaar voor de school. SMW: Schoolmaatschappelijk werk is een laagdrempelige vorm van maatschappelijk werk waarbij het uitgangspunt is dat in de relatie tussen jeugdhulpverlening, en de school de hulp aan leerlingen (en het gezin) en de ondersteuning aan leerkrachten en de school zo direct en efficiënt mogelijk is. Het functioneren van het kind op school staat hierin centraal. Indien noodzakelijk zorgt het Schoolmaatschappelijk werk voor een adequate doorverwijzing. Leerplichtambtenaar: De gemeente houdt toezicht op het naleven van de leerplicht. Dit doet zij middels het Bureau Leerplicht. Bureau Leerplicht zet zich in om voortijdig schooluitval en voortijdig schoolverlaten te voorkomen. Zij heeft een juridische bevoegdheid om ongeoorloofd schoolverzuim aan te pakken. Daarnaast heeft Bureau Leerplicht een verwijzende functie naar bijvoorbeeld: hulpverlening, schoolverzuim team en het centraal loket. Wijkagent/buurtbrigadier: De buurtbrigadier zorgt dat de lijnen tussen politie en de school kort zijn en blijven en draagt bij aan een goede informatie- uitwisseling zodat de wijkbrigadier dicht bij de jeugd zit en preventief en repressief kan optreden. GGZ: De vereniging GGZ Nederland is de brancheorganisatie van de instellingen voor de geestelijke gezondheids- en verslavingszorg. Bureau Jeugdzorg: Bureau jeugdzorg indiceert en verwijst naar verschillende hulpverleningsinstanties in de regio. Regionaal samenwerkingsverband Hieronder vallen verschillende organisaties zoals Rebound (time-outopvang), Herstart en Centraal Leerlingen Zorgloket (CLZ). Daarnaast werkt de school met de commissie van indicatiestelling (CVI) van het Regionaal Expertise Centrum (REC). Vanuit de verschillende REC’s wordt de school begeleid door ambulant begeleiders.
39 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
40 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 6 Tijdpad fusie CHC Broodberglaan- Lyceum Bisschop Bekkers Eerste -
fase (mei – augustus 2013) Informatie aan alle betrokkenen Eerste kennismaking management scholen Fusievoorstel besturen naar MR- en
Tweede fase (augustus 2013- augustus 2014) Kennismaking medewerkers uit alle geledingen Ontwikkeling gezamenlijke onderwijskundige plannen, communicatiebeleid, verankering kleinschaligheid en programma van eisen nieuwe huisvesting Gezamenlijk nadenken over de invulling algemene christelijke identiteit Beslissing minister O&W op grond van fusietoets Voorbereiding start nieuwbouw Avignonlaan Derde -
fase (augustus 2014- augustus 2015) Bestuursoverdracht Nieuwe brugklassers stromen in bij de twee bestaande scholen. Vwo 3 BBL kan naar Vwo 4 Avignonlaan Start bouwfase 1; nieuwbouw Avignonlaan Uitwisseling van docenten en OOP waar zinvol
Vierde -
fase: (augustus 2015- augustus 2016) Nieuwbouw gereed voor gebruik (Avignonlaan) Transformatie bestaand gebouw (Avignonlaan) Vaststelling onderwijskundig beleid, systemen, procedures, lestabellen, pedagogische aanpak, ondersteuningsbeleid, etc. ter voorbereiding op samenvoeging van scholen
Vijfde fase (augustus 2016) Formeel fusiemoment Alle leerlingen en medewerkers van de nieuwe school zijn gevestigd aan de Avignonlaan (Inmiddels zitten de nieuwe brugklasleerlingen uit 2013 in de vierde klas).
41 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013
Bijlage 7 Samenvatting beleidsvoornemens schooljaar 2013- 2014 Speerpunten -
Resultaatgerichtonderwijs ICT- ontwikkeling Aandacht voor profilering Voorbereiding fusie
Algemene beleidsvoornemens: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15.
80% van de ouders en leerlingen herkent het PC- karakter van de school Er zijn vormende activiteiten binnen en naast het onderwijs Het (algemene) doorstroomrendement van de onderbouw is 95% Het (algemene) doorstroomrendement van de bovenbouw is 86,5% Het slagingspercentage van zowel het Vmbo-T als Havo is 93% Voor ieder vak geldt dat het verschil tussen SE- en CE kleiner is dan 0,5 De school voldoet aan de minimaal vereiste onderwijstijd De toelating tot de school past binnen de kaders 90% van de ouders is tevreden over het onderwijs en de begeleiding 90% van de leerlingen voelt zich veilig op school 75% van de leerlingen vindt dat de lessen voldoende afwisseling bieden 90% van de leerlingen die de school verlaat bezit de zelfstandigheid die er van hen verwacht wordt. 90% van de leerlingen die met een diploma de school heeft verlaten is tevreden over de voorbereiding op studie en beroep Alle medewerkers zijn tevreden over de werkgever Alle medewerkers zijn actief in ontwikkeling
42 12 september 2013 definitief Besproken deelraad: sept. 2013