dlaveren
Programmabegroting 2010
Zwolle
tlaveren
Inhoudsopgave
1. Kerngegevens
3
2. Van Perspectiefnota naar begroting 2010
9
3. Programmabijdragen
21
Pijler Sociaal Pijler Veiligheid Pijler Werk en Inkomen Pijler Fysiek Pijler Kwaliteit van bestuur en organisatie
22 64 80 106 148
4. Verplichte paragrafen
187
5. Financiële overzichten
221
Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Bijlage 9
Specificatie uitkomsten meerjarenraming 2010 t/m 2013 Verschillenanalyse uitkomsten PPN en begroting 2010 Uitkomsten septembercirculaire 2009 Overzicht reserves en Voorzieningen Uitkomsten doorlichting reserves en voorzieningen Overzicht van de voorgestelde bezuinigingen in de begroting 2010 Prestatieafspraken Lijst met afkortingen Begrippenlijst
programmabegroting 2010
230 236 237 240 243 244 246 248 250
1
tlaveren
2
programmabegroting 2010
Programmabegroting 2010 Hoofdstuk 1 Kerngegevens
tkwaliteit
4
programmabegroting 2010
tlaveren
Financiële kerngegevens 2010
Financieel technische uitgangspunten Toename aantal inwoners Toename aantal woonruimten (netto) Stijging loonkosten Stijging prijzen van derden Inflatiepercentage tarieven Rente lang geld Rente kort geld Waarde areaal OZB per 1-1-2009: woningen niet-woningen
1.400 700 3,0 -0,25 1,6 4,6 2,5 11.356 3.629
% % % % % mln. mln.
Begrotings- en meerjarenuitkomst 2010-2013: Overschot begroting 2010 Bezuiniging 2010 Budget 2010 nieuwe incidentele bestedingen
1,6 1,4 3,6
mln. mln. mln.
Structureel tekort meerjarenraming Dekking uit bezuinigingsoperatie vanaf 2011 (‘4 + 4’)
3,5 3,5
mln. mln.
Baten en Lasten Baten * Gemeentefonds * Specifieke uitkeringen (rijksbijdragen) * Baten grondexploitaties * Gemeentelijke belastingen, heffingen etc. * Overige baten (waaronder reservebeschikkingen)
130 72 149 64 55 470
mln. mln. mln. mln. mln. mln.
programmabegroting 2010
5
tlaveren
Lasten * Grondexploitaties * Fysieke programma´s * Sociale programma´s * Programma´s werk en inkomen * Programma’s veiligheid * Programma´s kwaliteit van bestuur (excl. grondexploitatie) Financiering via algemene middelen: * Fysieke programma´s * Sociale programma´s * Programma´s werk en inkomen * Programma’s veiligheid * Programma´s kwaliteit van bestuur Algemene middelen bestaan uit: * Gemeentefonds * Belastingopbrengsten (m.n. OZB) * Overige (m.n. rente-aftopping/financiering/reserves)
152 70 99 85 13 51 470
mln. mln. mln. mln. mln. mln. mln.
31 87 17 12 24 171
mln. mln. mln. mln. mln. mln.
130 28 13 171
mln. mln. mln. mln
Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Onderhanden werk grondexploitaties
363 131 281
mln. mln. mln.
Eigen vermogen, voorzieningen en langlopende schulden Algemene reserve met functie van weerstandsvermogen Bestedingsreserve MIB Bestemmingsreserves met bestedingsfunctie Bestemmingsreserves met functie van tekortdekking Totaal reserves
14 27 90 23 154
mln. mln. mln. mln. mln
Voorziening vastgoed Overige voorzieningen Langlopende leningen
55 3 362
mln. mln. mln.
Financiering Te financieren boekwaarden Beschikbare langlopende middelen Financieringstekort Kasgeldlimiet Renterisico op vaste schuld Ruimte renterisico t.o.v. norm op vaste schuld Omvang kredietrisico´s op uitgeleend geld Gemiddeld rentepercentage opgenomen geldleningen Gemiddeld rentepercentage verstrekte geldleningen
775 567 204 40 35 58 124 4,75 5,50
mln. mln. mln. mln. mln. mln. mln. % %
Woonlastenontwikkeling Procentuele stijging OZB Procentuele stijging afvalstoffenheffing: * 1-persoonshuishoudens * meerpersoonshuishoudens Procentuele stijging rioolrechten Onbenutte belastingcapaciteit Binnen de OZB Binnen de afvalstoffenheffing Binnen de rioolrechten Binnen overige heffingen en leges
6
1,6
%
0 0 0
% % %
pm geen geen 0,70
programmabegroting 2010
mln.
tlaveren raming 01-jan-09 01-jan-10
Zwolle in %
G-27*) in %
Sociale structuur 0 t/m 14 jaar 15 t/m 34 jaar 35 t/m 64 jaar 65 jaar e.o. totaal
21.757 34.308 46.580 15.088 117.733
22.100 34.300 47.300 15.400 119.100
18 29 40 13 100
17 28 41 14 100
autochtonen allochtonen totaal
99.524 18.209 117.733
100.600 18.500 119.100
85 15 100
77 23 100
16.706 2.744 14.966 14.196 1.369 49.981
17.000 2.800 15.000 14.400 1.400 50.600
33 5 30 28 3 100
42 7 27 23 1 100
9 7,7 2,8 61
11 8,0 3,6 58
48 52
49 51
68 3,5
65 4,9
59,7
54,2
alleenstaand 1-ouderhuishouden 2-persoons huishoudens zonder kinderen overige huishoudens met kinderen overige huishoudens zonder kinderen totaal % huishoudens onder 105% van het sociaal minimum % van de bevolking (15-64) in de WAO (incl. WIA, WAZ en WAJONG) % van de bevolking (15-64) in de bijstand (WWB) % personen met 52 weken inkomen met een midden of hoog inkomen Fysieke structuur oppervlakte (ha) woonruimten % huurwoningen % koopwoningen
11.927 55.995
Economische structuur aantal bedrijfsvestigingen (medio 2008) aantal banen (medio 2008) netto arbeidsparticipatie (werkzame beroepsbevolking in % van 15-64 jarigen) % niet-werkende werkzoekenden in de potentiële beroepsbevolking netto oppervlakte bedrijventerreinen (ha) v.v.o. kantorenvoorraad in m2 (per 1-1-2007)
11.927 56.700
5.838 83.867
581 721.000
Kwaliteit van bestuur opkomstpercentage gemeenteraadsverkiezingen 2006
*) tot de G-27-gemeenten behoren: Alkmaar, Almelo, Amersfoort, Arnhem, Breda, Deventer, Dordrecht, Eindhoven, Emmen, Enschede, Groningen, Haarlem, Heerlen, Helmond, Hengelo, Den Bosch, Leeuwarden, Leiden, Lelystad, Maastricht, Nijmegen, Schiedam, Sittard-Geleen, Tilburg, Venlo, Zaanstad en Zwolle
programmabegroting 2010
7
tlaveren
8
programmabegroting 2010
Programmabegroting 2010 Hoofdstuk 2 Van perspectiefnota naar begroting
tlaveren
Van perspectiefnota naar begroting Goed luisteren, in samenspraak naar oplossingen zoeken en op transparante wijze regie voeren. De gemeente Zwolle werkt al enige tijd met partners in de stad aan het terugdringen van de effecten van de recessie in Zwolle. Sinds het begin van 2009 doen we dat onder de noemer “De Zwolse Aanpak” Een aanpak die uitgaat van gezamenlijkheid: met z’n allen moeten we proberen de crisis zo goed mogelijk door te komen. De begroting die we hebben opgesteld voor 2010, volgt dezelfde constructieve principes. In de programmaoverzichten kan u teruglezen welke projecten en acties in 2010 ingezet worden om Zwolle de aangename stad te laten blijven die zij is. Het motto van deze begroting, van onze plannen voor het komende jaar, is laveren. Een nautische term die goed past bij deze woelige tijden. De meest recente economische getijden leren ons dat weinig bestendig is. Dat we ook in Zwolle soms te maken hebben met tegenwind. Maar we willen en hoeven ons niet van koers te laten brengen. De huidige omstandigheden vereisen wel van ons dat we, met het oog op ons doel aan de einder, aandachtig rondom de uitgezette lijn blijven koersen. Kansen pakken als ze zich voordoen. Anticiperen. Laveren. De afgelopen jaren heeft dit college steeds ingezet op een verantwoord financieel beleid. Die solide aanpak heeft ervoor gezorgd dat ook in deze economisch minder florerende tijden de gemeente kansen kan benutten, die bijdragen aan de ontwikkeling van Zwolle. In het voorjaar van 2009 hebben burgemeester, wethouders en de gemeenteraad in de Perspectiefnota voor de komende jaren bepaald wat belangrijke onderwerpen zijn voor de stad. Op basis van die doorkijk naar de toekomst wordt in deze begroting aangegeven hoe het komende jaar invulling gegeven wordt aan die langere-termijnvisie. Die eerste stappen worden gezet met in acht neming van de laatste ontwikkelingen. Sinds de Perspectiefnota 20092012 is aangenomen heeft de recessie zich verder ontwikkeld. Dat heeft, vanzelfsprekend, ook voor Zwolle gevolgen. In de stad en de regio zelf, maar ook in ‘eigen huis’ zorgt de economische terugval voor de noodzaak tot het maken van scherpere keuzes. Net als bij de Zwolse Aanpak zorgen we bij onze keuzes voor maatwerk. Zorgvuldig laveren we rond de koers die we eerder met elkaar zijn overeengekomen Zoals afgesproken met de raad en onze partners in de stad houden we een vinger aan de pols om te bepalen of de lokale aanpak van de recessieperikelen werkt. Om zo nodig bij te sturen. Zoals uit de monitor Zwolse Aanpak - die als bijlage bij deze begroting is gevoegd - blijkt, liggen we met het Zwolse maatregelenpakket op koers. Uit de monitor en uit andere rapportages komt een steeds duidelijker beeld naar voren van de invloed van de recessie op
10
Zwolle. De arbeidsmarkt is moeilijk. De vraag naar arbeidskrachten is duidelijk verminderd en de werkloosheid stijgt. Dit gaat gepaard met forse schommelingen, zodat een raming moeilijk is te maken. Echter, de voorspelde rigoureuze stijging van het werkloosheidspercentage blijft vooralsnog achterwege. Dat het Mobiliteitscentrum dat sinds april operationeel is aan de verwachtingen voldoet, is een belangrijke constatering. Het Mobiliteitscentrum werkt er hard aan om mensen zo snel mogelijk naar werk te begeleiden. Maatwerk. Extra inzet zal plaats vinden bij de doelgroep jongeren Op het moment van schrijven van deze begroting zijn de definitieve budgetten van het inkomensdeel nog niet bekend. Wij verwachten een uitbreiding van het bijstandsvolume met 14,5 procent. Op basis van deze raming en indicaties omtrent de ontwikkeling van het inkomensdeel verwachten wij dat het inkomensdeel 2010 (inclusief een deel van de reserve) voldoende zal zijn om de uitkeringskosten te financieren. De economische vooruitzichten zijn nog lastig te lezen. De komende periode zal met name in de keten van internationale industrie een eerste kwetsbaar herstel zichtbaar zijn. Hierbij zullen de bedrijven eerst hun liquiditeit- en solvabiliteitpositie willen verstevigen. In andere sectoren zal het de komende tijd nog slechter gaan. Bijvoorbeeld in de keten van de bouw waar nu veel opdrachten uit 2008 en 2009 worden afgebouwd en er minmaal nieuwe opdrachten bijkomen. Als de consumenten bestedingen zich voortzetten dan zal dit een negatief effect op de horeca en de detailhandel hebben. Deze teruggang leidt weer tot vraaguitval in de logistieke sector. De zakelijke dienstverlening zal hierdoor nog niet kunnen herstellen. Wij verwachten dan ook dat de doelstellingen inzake de verkoop van bedrijventerrein en kantorenlocaties in 2010 niet te kunnen halen. De verwachtingen met betrekking tot een opleving in de toeristische sector worden waargemaakt. De woningmarkt heeft het moeilijk. Direct is dit in de verkopen en de voortgang van de projecten te zien. Deze positie noopt tot het aanpassen van de Meerjaren Prognose Vastgoed. Echter, de startersmarkt blijkt weer in beweging te komen. Het valt niet te voorspellen wanneer dit doorwerkt op de rest van de woningmarkt. We blijven investeren in de stad, maar de financiële conjunctuur noodzaakt ook de gemeente om scherpere keuzes te maken. Onze financiële mogelijkheden worden beperkt door teruglopende rijksbudgetten, en lagere inkomsten door de ontwikkelingen op de woningmarkt en op de markt voor kantoren en bedrijven. In de laatste tussenrapportage van de Meerjaren Prognose Vastgoed staan de meest actuele ontwikkelingen. Zoals wij daarin al hebben aangekondigd willen wij de komende tijd via bijsturing en bewust omgaan met de kosten de resultaten van de MPV positief beïnvloeden.
programmabegroting 2010
tlaveren
Wij sluiten daarbij niet uit dat we projecten moeten temporiseren of aanpassen. Ook de exploitaties worden, indien nodig, daarop aangepast. Naar verwachting kunnen wij in december de raad een voorstel doen. Het rijk heeft er voor gekozen met ingang van 2011 bezuinigingsmaatregelen door te voeren. De huidige ontwikkelingen geven nog geen aanleiding het structurele financiële beeld dat wij in de Perspectiefnota hebben gepresenteerd aan te passen. Wel hebben wij maatregelen genomen om risico’s op te kunnen vangen. De bezuinigingsoperatie 4+4 is in volle gang en de resultaten verwachten wij rond de verkiezingen in 2010. Tevens zijn wij erin geslaagd in deze begroting een structurele bezuiniging van € 1,45 miljoen door te voeren. Elk programma heeft hieraan een evenredige bijdrage geleverd. Hierop is een enkele uitzonderingen gemaakt op grond van beleidsmatige uitgangspunten. Bijvoorbeeld voor monumentenzorg. We constateren dat we de grenzen van de ruimte die in de bestaande begroting nog aanwezig was langzamerhand hebben bereikt. Zonder beleidsmatige ingrepen is het amper mogelijk een dergelijk actie nogmaals uit te voeren. We vinden het belangrijk dat op basis van onze financiële positie de woonlasten voor de burger niet verzwaard hoeven worden. De OZB wordt met de inflatiecorrectie verhoogd - op basis van bestaande afspraken -, de afvalstoffenheffing en de rioolrechten veranderen niet. Voor onze investeringen is het belangrijk partners op constructieve wijze te betrekken. Met betrokkenheid van rijk en provincie maar ook met woningbouwcorporaties, waterschap en bedrijfsleven kunnen we meer projecten beter realiseren. Dit vraagt dikwijls om attent handelen. En het gaat doorgaans om zulke bedragen dat de lopende begroting geen mogelijkheid biedt deze op te brengen. Met het Cofinancieringsfonds hebben wij een belangrijk instrument om flexibel en adequaat te reageren. Uit het fonds financieren wij de havens van Voorst, de revitalisering van bedrijventerrein Voorst en Living City. Separaat leggen wij u voorstellen voor. Met deze werkwijze kunnen we een substantieel bedrag als cofinanciering inboeken. Deze projecten maken onderdeel uit van de A-lijst van “De Zwolse Aanpak”. We hebben ook de projectenlijst uit de Perspectiefnota geactualiseerd. Die lijst betreft de projecten die in aanmerking kunnen komen voor cofinanciering. Bij het gereed komen van de begroting zijn de onderhandelingen en de voorbereidende werkzaamheden rond die projecten nog niet zodanig ver gevorderd dat wij nu al kunnen besluiten om tot uitvoering over te gaan. Zodra een project volledig geborgd is willen wij de raad een voorstel doen om daarvoor uit het Cofinancieringsfonds middelen beschikbaar te stellen. Projecten die in aanmerking kunnen komen voor cofinanciering zijn: • Geclusterde voorziening dag- en nachtopvang • Hedon • Ruimte voor de Vecht • Renovatie openluchtbad • Verkeersveiligheid infrastructuur • Infrastructuur Hessenpoort Ikea
• • • • • • • •
Burgermeester Roelenweg Willemspoortgarage Noordereiland/Kraenbolwerk Creatieve broedplaatsen Binnenmilieu energiebesparing basisonderwijs Project Bison Benuttingsmaatregelen IJsselallee Havens Voorst
In de Perspectiefnota hebben wij een aantal thema’s benoemd. Bij de uitwerking in deze begroting hebben wij de nadruk gelegd op duurzaamheid, economie, sociale zorg en stedelijke voorzieningen, stedelijke ontwikkeling en dienstverlening. Voor een volledig overzicht verwijzen wij naar het bestedingsvoorstel voor incidentele bestedingen. Duurzaamheid Bij de Perspectiefnota hebben wij meerjarig middelen gereserveerd voor het programma Duurzaamheid en het inspireren begeleiden van anderen om ook het principe van People Planet & Profit toe te passen. Duurzaamheid werkt door in al onze activiteiten. Duurzaamheid heeft inmiddels een vaste plek gekregen in onze gebiedsontwikkeling. Daarnaast verwachten wij veel van het duurzaam dienstenbedrijf dat wij nader vorm willen geven. Enerzijds zal dit een onderdeel zijn van diverse projecten. Anderzijds is het nodig om hierbij een advies-/aanjaagfunctie te creëren en om de principes van de Visie Op De Ondergrond te kunnen realiseren. Stimuleren Zwolse economie Zoals we in de Perspectiefnota hebben aangegeven willen wij juist in tijden van economische recessie blijven investeren in de economie. Structureel en meerjarig hebben wij bij de Perspectiefnota middelen uitgetrokken, mede ook door het beëindigen van GSB III. Uit het structurele budget worden initiatieven op arbeidsmarkt, de wijkeconomie, marketing en acquisitie, de kadernota bedrijventerreinen, kennis en innovatie, kennispoort en toerisme bekostigd. Meerjarig incidenteel zijn middelen vrijgemaakt voor het digitaal ondernemersloker, evenmentenbeleid, en ontdek de IJsseldelta. Op korte termijn ontvangt u een voorstel over Congresstad Zwolle. Voor meer details wordt verwezen naar de programma’s in de economische pijler. Voor de overige bestedingen van de structurele en meerjarig incidentele middelen verwijzen wij naar de diverse programma’s. Hiernaast beginnen wij met de uitdieping van de havens van Voorst en wordt het bedrijventerrein Voorst duurzaam versterkt, waarbij nauw wordt samengewerkt met de betrokken bedrijven. Bevorderen van het toerisme is eveneens een belangrijk speerpunt in De Zwolse Aanpak. Het project Living City past hierin. Vele organisaties werken in dit project samen om het toerisme te versterken. Evenementen hebben daar baat bij en leveren ook een bijdrage Daarnaast is het goed dat meer mensen Zwolle als levendige stad leren te waarderen. Sociale zorg Bij de Perspectiefnota hebben wij maatregelen genomen om de sociale zorg op voldoende niveau te houden. Met name hebben wij hierbij aandacht gehad voor het functioneren van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning en het functioneren
programmabegroting 2010
11
tlaveren
van de AWBZ. Meerjarig incidenteel zijn middelen uitgetrokken voor de beursvloer, Focus, bezoekvrouwen Travers, zorgen voor de toekomst in het kader van ZKN. Incidenteel hebben wij middelen gereserveerd voor de Formulierenbrigade, Dato/Datoplus, Stichting vluchtelingenwerk, de kinderopvang/peuterspeelzaalwerk in Stadshagen en het Dojo-jongerenwerk. Stedelijke voorzieningen Bij de Perspectiefnota hebben wij aandacht geschonken aan de stedelijke voorzieningen. Zo zijn middelen gereserveerd voor sportaccommodaties, de bibliotheek, onderwijshuisvesting, wijkboerderijen, Daarnaast leggen wij in 2010 opnieuw een kunstgrasveld aan.(lijst A van “De Zwolse Aanpak”) Tevens zullen wij het uitvoeringsplan sportaccommodaties prioriteit geven en hebben wij voor het oplossen van de grootste knelpunten geld uitgetrokken. Naast het uitvoeringsplan sportaccommodaties willen wij voor de wijkaccommodaties eveneens een plan gereed hebben waarop in de volgende raadsperiode kan worden voortgebouwd. Naar aanleiding van de motie die bij de Perspectiefnota is aangenomen over speelplekken zullen wij het programma tot verbetering van de kwaliteit van deze plekken steviger oppakken. Tevens worden de locaties Wythmenerplas en Milligerplas hieraan toegevoegd. De werkzaamheden in het kader van Buurtschap zullen wij ook in 2010 financieel ondersteunen en de eerste fase van de inrichting van de Schellerdriehoek zal vorm krijgen. Stedelijke vernieuwing De aanpak in de wijken blijkt nog steeds effectief te zijn. Volgens het laatste Omnibusonderzoek is de stedelijk score voor leefbaarheid toegenomen. Het vertrouwen in de wijk is in Holtenbroek sterk gestegen. In Diezerpoort is nog een extra impuls nodig. We werken hier samen met de woningbouwcorporaties en de bedrijven in de Thomas á Kempisstraat. Bovendien hebben wij 2 miljoen euro van het rijk via het preventiebudget gekregen. Teneinde een ontwikkelingsvisie op te stellen en vorm en inhoud te geven aan de diverse projecten hebben wij voor de komende vier jaar budget uitgetrokken. Met de woningbouwcorporaties zijn wij in overleg over een financiële bijdrage. Het is zaak om plannen op orde te brengen, zodat bij een verbetering van het investeringsklimaat adquaat gereageerd kan worden. Wij hebben dan ook het budget ruimtelijke plannen bij de Perspectiefnota bepaald. Hieruit worden werkzaamheden bijvoorbeeld aan de binnenstadsschil, Spoorzone, Dorpsvisie Wythmen, Vechtcorridor, projecten het het uitvoeringsplan strutcuurplan bekostigd. Om de stad bereikbaar te houden hebben wij in de Perspectiefnota de nodige maatregelen genomen. Zo zijn in deze begroting voorstellen opgenomen over uitvoering van het programma verkeersmanagement, verkeersveiligheid, verkenning van het doortrekken van de tram ej de doorstroomassen openbaar vervoer.
12
Daarnaast willen wij het aan de Russenweg oplossen en in samenwerking met de provincie de doorstromingsmaatregelen voor het openbaar vervoer ter hand te nemen. Bij dit laatste zal zo veel mogelijk rekening gehouden worden met de besluiten in het kader van de Spoorzone. Dienstverlening De dienstverlening aan de burgers staat hoog in het vaandel. Daarvoor hebben wij bij de Perspectiefnota structurele middelen vrijgemaakt. Een belangrijk instrument om de kwaliteit van de dienstverlening naar een hoger plan te brengen is het KlantContactCentrum. Zoals eerder toegezegd aan de raad hebben wij de geraamde kosten opnieuw bekeken. Daarbij zijn we tot de slotsom gekomen dat we de eerste twee jaar geen bezuinigingen kunnen toepassen. Vooralsnog gaan we daarvan wel uit voor 2012 en 2013. Op basis van een evaluatie eind 2011 willen wij nagaan hoe we op dat moment de verdere ontwikkelingen zien. Prestatieafspraken Het zal duidelijk zijn dat we omtrent de prestatieafspraken uit het collegeakkoord in deze laatste begroting weinig nieuwe ontwikkelingen kunnen benoemen. De resultaten zoals die in de Perspectiefnota staan blijven onverminderd van kracht. (zie bijlage 7) De prestatieafspraken met betrekking tot de arbeidsmarkt en het armoedebeleid staan vanwege de economische recessie onder druk. Ook onder veranderende omstandigheden blijven wij vast houden aan onze uitgangspunten. Hetzelfde geldt voor de woningmarkt Het locatieonderzoek Hedon zal nog voor de raadsbehandeling van de begroting aan de raad worden gepresenteerd. Bij de Perspectiefnota zijn de volgende moties ingediend: Centrale Commissie Oranje - Na onderzoek zijn wij tot de conclusie gekomen zijn we tot de conclusie gekomen dat er geen middelen in het evenementenbudget voor dit doel beschikbaar zijn. Wij gaan er vanuit dat de geconstateerde problemen tijdelijk van aard zijn. Wij hebben dan ook besloten dat de CCO de extra subsidie van € 10.000 die voor 2009 is verstrekt en niet is besteed wegens het afgelasten van de festiviteiten op Koninginnedag niet behoeft terug te betalen. Dit bedrag wordt aangewend voor de begrotingen van 2010 en 2011 van de CCO. BKV-middelen - Er heeft omtrent de besteding van deze middelen een ‘ronde-tafelgesprek’ plaatsgevonden met vertegenwoordigers uit het veld. Bovendien is advies ingewonnen bij de Commissie Beeldende Kunst. Op basis van deze overleggen maken wij een beslisnota die binnenkort aan de raad wordt voorgelegd. Participatiebanen in crisistijd - Bij de verdere uitwerking van de beleidsnotitie “Werken Loont” (waarin ook opgenomen de participatiebanen) wordt deze motie meegenomen. Speelplekken – Wij hebben het budget voor aanpassing van de speelplekken verhoogd. Tevens hebben wij middelen uitgetrokken voor het realiseren van speelplekken bij de Wijthmenerplas en de Milligerplas. Zwerfjongeren - Bij de uitwerking van de Wet Investeren in Jongeren (WIJ) wordt deze motie meegenomen. Ligplaatsen voor woonboten - In deze begroting hebben wij
programmabegroting 2010
tlaveren
geld gereserveerd om het aantal ligplaatsen voor woonboten met drie uit te breiden. Groenateliers – Wij denken bij uitvoering van deze motie vooral aan herstructurering. In het kader van Diezerpoort zullen wij hieraan aandacht aan schenken. Huisvesting bibliotheek - Inmiddels zijn wij in overleg met de bibliotheek over de te nemen stappen. De voorwaarde is echter wel dat een verhuizing van de bibliotheek kostenneutraal is. Dat betekent dat de opbrengst uit de verkoop van het huidige pand de nieuwe locatie moet bekostigen. Daarnaast kan een verhuizing van de bibliotheek uit de Diezerstraat niet los gezien worden van de binnenstadsontwikkeling. Het pand dat de bibliotheek achterlaat is van strategische waarde in deze ontwikkeling. Het pand zal dan ook verkocht moeten worden aan een partij die dat deel van de Diezerstraat een positieve impuls kan geven. Slot Dit is de laatste begroting in deze raadsperiode. Het huidig economische tij noopt tot het nemen van maatregelen, wat vooral in de investeringen tot uitdrukking komt. Daarnaast zijn we erin geslaagd om onze financiele huishouding op orde te houden. Structurele activiteiten zijn structureel gefinancierd. Tevens hebben wij met het Cofinancieringsfonds een instrument ontwikkeld waarmee flexibel in relatie tot partners gefunctioneerd kan worden. We zien, kortom, voldoende mogelijkheden om Zwolle vooruit te helpen op basis van de koers die onder meer in de Perspectiefnota is uitgezet. Laverend rondom die lijn vertrouwen we volop dat we eind 2010 flink gevorderd zijn.
Financieel perspectief 2010-2013 De accenten die wij beleidsmatig hierboven hebben aangegeven zijn gebaseerd op het volgende financieel perspectief 2010-2013
A
Structureel perspectief 2010-2013
Onderstaand geven wij een toelichting op het structurele financieel perspectief voor de komende 4 jaar. Wij beginnen met een weergave van de stand van zaken t/m de besluitvorming over de Perspectiefnota (PPN) in juni 2009. Vervolgens geven wij aan welke posten ten opzichte van de structurele uitkomst in de PPN zijn gewijzigd en komen wij tot een overzicht van het structurele perspectief t/m 2013 dat als basis is genomen voor de voorliggende begroting. Wij sluiten de paragraaf af met een beoordeling van het structurele perspectief waarbij wij ook de tariefsvoorstellen voor 2010 en de uitkomsten van de septembercirculaire over de algemene uitkering uit het gemeentefonds betrekken. PPN 2010-2013 als vertrekpunt/afwikkeling PPN besluiten Het vertrekpunt voor het actuele perspectief 2010-2013 is het financiële meerjarenbeeld opgenomen in de perspectiefnota 2010-2013. Wij gingen in de PPN uit van een meerjarenbegroting die sluitend moet worden gemaakt door middel van een structurele bezuinigingsoperatie die vanaf 2011 een opbrengst moet genereren tot een bedrag van € 4 mln in 2013. Het te bezuinigen bedrag is nodig ter compensatie van de in
de PPN gemaakte inschatting m.b.t. de ontwikkeling van de algemene uitkering Het betreft hier de eerste “4” van de in de PPN opgestarte “4+4 operatie”. De tweede “4” van deze operatie moet zorgen voor een keuzemarge en de beschikbaarheid van financiële ruimte voor nieuwe structurele uitgaven vanaf 2011 (en mocht onverhoopt de gemeentefondsuitkering verder verslechteren ook voor de invulling van de dan noodzakelijke extra bezuinigingstaakstelling). De raad heeft eind juni ingestemd met een in de jaarschijf 2010 op te nemen structureel bestedingspakket (met uitzondering van € 100.000 voor Licht op Groen) en eveneens met de wijze van structurele dekking daarvan. In het dekkingsplan van de PPN zitten onderdelen die in de begroting 2010 een nadere uitwerking behoeven. Het gaat daarbij met name om de invulling van het in de PPN gereserveerde bedrag ad € 5 mln voor extra afschrijving en de invulling van de in de PPN vastgelegde opdracht om in de begroting 2010 voor een bedrag van € 1,45 mln nieuwe structurele dekking op te nemen.
Het al eerder ingeboekte structurele voordeel door extra afschrijving wordt gerealiseerd In de PPN is ingezet op het realiseren van een structurele dekking in de begroting 2010 tot een bedrag van € 0,4 mln door inzet van € 5 mln eenmalige middelen voor extra afschrijving. Wij stellen voor de extra afschrijving te effectueren door de volgende afboekingen op balansactiva (boekwaarden per eind 2009): Activa grond- weg en waterbouwkundige werken: Installaties in openbare ruimte Overige activa i.v.m investeringen openbare ruimte
€ € €
4.359.000 86.000 555.000
De afboekingen op deze balansposten resulteren in een vrijvallend bedrag aan afschrijving en rente in de begroting 2010 ter grootte van € 411.000. Dit voordeel is in de structurele berekeningen verwerkt. Er is gekozen voor afboekingen op activa met de langste resterende looptijden (25 jaar of langer). Boekhoudkundig zullen de afboekingen worden verantwoord in de jaarrekening 2009. Dit is nodig om te bereiken dat de beoogde vrijval van lasten ook daadwerkelijk per 1 januari 2010 is geëffectueerd.
De opdracht om in de begroting 2010 voor € 1,45 mln aan nieuwe structurele dekking op te nemen is ingevuld. Wij hebben er voor gekozen om deze opdracht in te vullen met een tweeledig pakket. In de eerste plaats stellen wij voor in totaal voor een bedrag van € 1,0 mln aan bezuinigingen in de begroting 2010 te verwerken. Bij de invulling van de bezuinigingsopdracht hebben wij er voor gekozen om de uitkeringen aan derden die voortvloeien uit openeindregelingen buiten de bezuiniging te houden. Voor het overige hebben wij ingezet op het toedelen van taakstellingen over een breed spectrum van begrotingsprogramma´s. Hierbij is vooral het relatieve aandeel van een programma in het totaal van de (uit de algemene middelen te dekken) begrotingsuitgaven bepalend geweest voor het aandeel in de bezuinigingsopdracht van € 1,0 mln. Het uiteindelijke resultaat hiervan is het bezuinigingsvoor-
programmabegroting 2010
13
tlaveren
stel zoals dat in bijlage 6 gespecificeerd per programma is opgenomen. In de MPV 2009 – en nadien in de nieuwe nota grondbeleidhebben wij een voorstel aangekondigd om de aanslag OZB bouwrijpe terreinen ten laste te brengen van vastgoed. Tot dusver geldt een interne afspraak dat deze aanslag Vastgoed niet bereikt maar wordt verrekend met de algemene middelen. Dit is strijdig met het principe van integrale kostendoorberekening zoals dat in de verordening artikel 212 is vastgelegd. De OZB op bouwrijpe terreinen is een kostenpost die in het maatschappelijk verkeer gebruikelijk is. Het weglaten van deze kostenpost in de berekening van de productiekosten van grondexploitaties maakt die berekening bedrijfseconomisch onzuiver. De consequenties van dit voorstel kunnen als volgt worden samengevat: 1. Door het vervallen van de verrekening met de algemene middelen ontstaat een voordeel in de begroting welke is ingeschat op een gemiddeld bedrag van € 450.000 jaarlijks. Door mutaties jaarlijks in de voorraad bouwrijpe terreinen zal het bedrag ook jaarlijks fluctueren. Een gemiddelde van € 450.000 jaarlijks gedurende de komende jaren wordt beoordeeld als een realistische raming. 2. Als tegenhanger van het hiervoor beschreven voordeel betekent de OZB-aanslag een nieuwe kostenpost in de grondexploitatieberekeningen. De MPV prognoses zullen door deze maatregel evenredig verslechteren. Het onder 1 toegelichte structurele voordeel voor de algemene middelen wordt dus betaald in de vorm van lagere toekomstige winstafdrachten en/of hogere verliezen vanuit de grondexploitaties. 3. Uitvoeringstechnisch is de voorgestelde maatregel geen probleem. Nader onderzoek en afstemming tussen de betrokken organisatie onderdelen heeft er inmiddels toe geleid dat een goed werkbare systematiek is gevonden die leidt tot een deugdelijke aanslag. De begrotings- en meerjarenuitkomst 2010-2013: wijzigingen ten opzichte van de ramingen in de PPN Zoals gebruikelijk kiezen wij voor ons meerjarenperspectief voor een periode van vier jaar. Dit betekent dat in deze begroting evenals in de PPN het perspectief wordt geschetst voor de periode 2010-2013 op basis van de op dit moment beschikbare actuele informatie. In onderstaand schema presenteren wij de structurele uitkomst t/m 2013 zoals verwerkt in deze begroting met de uitkomst van de PPN als vertrekpunt. Zie bijlage 1 voor een gespecificeerd overzicht van de meerjarenraming. Wij maken afzonderlijk zichtbaar welke mutaties t.o.v. de berekening in de PPN zijn opgetreden, uitgesplitst naar de gevolgen van de meicirculaire over de algemene uitkering uit het gemeentefonds en overige mutaties. Voor wat betreft de “overige mutaties” is in bijlage 2 een afzonderlijke specificatie opgenomen. Verder is van belang te melden dat de uitkomsten van de eind september ontvangen septembercirculaire over de algemene uitkering uit het gemeentefonds nog niet in de voorliggende begroting zijn verwerkt. Uiteraard zijn die uitkomsten wel van belang voor een actuele beoordeling van het structurele perspectief (zie hierna).
14
In onderstaande tabel is de actuele uitkomst van de begroting weergegeven en vergeleken met de cijfers in de PPN: Totaalbeeld van het structurele perspectief 2010-2013 alle bedragen in € 1000 t/m t/m t/m t/m 2010 2011 2012 2013 structurele uitkomsten PPN 1297 -1546 -2135 -4000 2009 mutaties door actualisering: gemeentefondsuitkering -528 -531 -490 -9 (meicirculaire) saldo overige mutaties 808 744 -604 475 structureel perspectief in 1577 -1333 -3229 -3534 begroting 2010 Ter toelichting
De meicirculaire geeft structureel weinig mutatie In de PPN konden de uitkomsten van de in mei ontvangen circulaire over de algemene uitkering uit het gemeentefonds nog niet worden verwerkt. De raad is in juni over de uitkomsten geïnformeerd. De meicirculaire geeft in 2010 een verslechtering te zien van € 0,5 mln t.o.v. de in de PPN opgenomen raming. Op basis van de bij het doorrekenen van de meicirculaire gekozen aannames vervalt dit nadeel aan het eind van de meerjarenperiode. Het medio 2009 afgesloten akkoord tussen VNG en het Kabinet over de ontwikkeling van de gemeentefondsuitkering heeft tot gevolg dat t/m 2011 weinig mutaties in het accres zijn te verwachten. Overigens heeft in de zomerperiode een aanpassing van de aannames plaatsgevonden die wij hierna nader toelichten onder de rubriek “overige mutaties”.
Overige mutaties omvatten inflatie- en technische aanpassingen Zie bijlagen 1 en 2 voor een gespecificeerd overzicht met toelichting. Per saldo gaat het daarbij om een voordelige mutatie ter grootte van bijna € 0,5 mln structureel aan het eind van de meerjarenperiode. Voor wat betreft de raming van de algemene uitkering na 2011 zijn begin juli instructies ontvangen van het Ministerie van BZK en de Provincie. Conform deze instructies hebben wij bij de raming van de algemene uitkering afgezien van het ramen van een reëel accres en gaan wij voor wat betreft de nominale mutatie uit van een beperkte inflatie compensatie namelijk 0,5% na 2011. Dat is 1% lager dan het percentage van 1,5% dat bij het doorrekenen van de meicirculaire is gehanteerd. Het effect van de 1% verlaging van het gemeentefonds is verwerkt onder de rubriek “saldo overige mutaties” en is gekoppeld aan een verlaging van het eerder aangehouden stijgingspercentage voor de loonkosten van 3% naar 1,5% (na 2010). Met deze verlaging van de verwachte toekomstige mutatie van de loonkosten wordt ingespeeld op het ingezette rijksbeleid gericht op loonmatiging gekoppeld aan een lage inflatie. Voor wat betreft de jaarschijf 2010 is het oorspronkelijke percentage van 3% gehandhaafd in verband met de aan-
programmabegroting 2010
tlaveren
gekondigde hogere pensioenpremie per 1-1-2010 (gebaseerd op het vastgestelde herstelplan ABP). Overigens blijft er voorlopig grote onzekerheid bestaan over de ontwikkeling van het gemeentefonds ná 2011. Als de voorspelde toename van het overheidstekort naar ca 35 miljard uitkomt dan is het maar zeer de vraag of in een nieuw kabinetsakkoord na 2011 volstaan kan worden met een scenario van reëel constant blijvende rijksuitgaven. Wijzigt dit in een scenario van reële afname van rijksuitgaven dan is een scenario van reële afname van de gemeentefondsuitkering na 2011 nagenoeg onontkoombaar. Ter illustratie: zou de gemeentefondsuitkering in 2012 en 2013 jaarlijks met 1% reëel afnemen dat loopt het tekort op met ca € 2,5 mln. De tweede “4” van de “4+4 operatie” zal dan noodgedwongen (deels) ook voor tekortdekking moeten worden ingezet. In onderstaand schema zijn de belangrijkste gehanteerde financieel-technische uitgangspunten samengevat weergegeven.
jaarlijkse loonkostenstijging index jaarlijkse prijsstijging (index BBP*) Index subsidiecontracten inflatiecorrectie gemeentetarieven rente lang geld rente kort geld
2010 3,0%
2011 1,5%
2012 1,5%
2013 1,5%
-0,25 %
0,50%
0,50%
0,50%
1,8%
1,15%
1,25%
1,25%
1,6%
0,35%
1,00%
1,00%
4,60% 2,50%
5,00% 3,50%
5,00% 3,50%
5,00% 3,50%
* = Bruto Binnenlands Product (deze index wordt ook gebruikt in de rijksbegroting) Beoordeling structureel perspectief 2010-2013 Het hierboven gepresenteerde perspectief laat voor het jaar 2010 een begrotingsoverschot zien van ruim € 1,5 mln. Dit bedrag wordt in 2010 uitsluitend incidenteel ingezet (zie hierna onder incidenteel perspectief). Het aangehouden scenario van een reële gemeentefondsgroei van nul leidt – samen met overige verwerkte hierboven toegelichte mutaties- tot een meerjarenbegroting met een structureel tekort ad ruim € 3,5 mln. Dat is iets gunstiger dan in de PPN werd berekend. De “4+4 operatie” zal in de dekking van dit tekort moeten voorzien. Die operatie zal voor tekortdekking in 2011 in elk geval € 1,3 mln moeten opbrengen oplopend naar € 3,2 mln in 2012 en € 3,5 mln in 2013. Zoals gesignaleerd ligt er een groot risico dat vanaf 2012 zware bezuinigingen op de rijksbegroting ook de gemeenten zullen dwingen tot verdergaande bezuinigingen dan in het nu aangehouden scenario. Voor een actuele beoordeling van het structurele perspectief is het ook van belang aandacht te besteden aan de tariefsontwikkeling voor de gemeentelijke dienstverlening en de nog niet in de financiële perspectiefberekening verwerkte uitkomst van de septembercirculaire over de algemene uitkering
uit het gemeentefonds.
Ontwikkeling gemeentelijke tarieven op hoofdlijn inflatievolgend In de afzonderlijk uitgebrachte tarievennota is een uitvoerige toelichting opgenomen bij de tariefsvoorstellen 2010. De paragraaf lokale heffingen geeft een samenvattend beeld van de voorstellen. In algemene zin is naar ons oordeel sprake van een beheerste tariefsontwikkeling met het toepassen van inflatiecorrectie (in 2010 berekend op 1,6%) als leidend principe. Voor wat betreft de woonlasten voor de burger (OZB, afvalstoffenheffing en rioolrechten) stellen wij voor: - de OZB met inflatiecorrectie te verhogen - de afvalstoffenheffing en de rioolrechten in 2010 niet te verhogen. Dit kan met behoud van het kostendekkend principe door gebruikmaking van gereserveerde middelen. T.a.v de begraafplaatsrechten valt niet te ontkomen aan een extra tariefsverhoging (5%) in combinatie met nader uit te werken besparingen op de onderhoudsuitgaven. De voordelen uit de septembercirculaire zijn nog niet in de begrotingscijfers verwerkt Eind september is de uitkomst van deze circulaire bekend geworden. In de financiële perspectiefberekening die uitkomt op een structureel tekort tekort in 2013 van ca € 3,5 mln is nog geen rekening gehouden met deze circulaire. In bijlage 3 is de uitkomst gespecificeerd en toegelicht. De circulaire heeft een positief effect op de meerjarenraming in de orde grootte van € 0,4 mln structureel. Het voordeel is te danken aan een positieve uitwerking van de geactualiseerde verdeelmaatstaven van het gemeentefonds. Het voordeel voor de jaarschijf 2009 bedraagt € 0,3 mln en zal in de jaarrekening 2009 worden verwerkt. Op het moment van verschijnen van de septembercirculaire was de begrotingsvoorbereiding nagenoeg afgerond, zodat is afgezien van verwerking in de voorliggende begroting. Wij stellen voor nu te volstaan met kennisneming van de uitkomst en in de komende PPN in 2010 de gevolgen van de septembercirculaire voor 2010 e.v. te verwerken in het financiële meerjarenperspectief (dat dan reikt t/m 2014).
B
Incidenteel financieel perspectief 2010-2013
Samengevat beeld: de nieuw beschikbare incidentele ruimte evenwichtig inzetten met aandacht voor: • oplossen van knelpunten en realisering ambities 2010 • benutten van kansen voor cofinanciering • versterking van financiële weerstand Vertrekpunt voor de incidentele kaders 2010 is de PPN 20102013. Bij de behandeling van de PPN is voor een bedrag van ca € 8,4 mln aan nieuwe meerjarige bestedingsbesluiten vastgelegd. Daarnaast werd € 5,5 mln gereserveerd voor nieuwe cofinancieringen en € 0,8 mln als incidenteel jaarbudget 2010.
programmabegroting 2010
15
tlaveren
Ten opzichte van de cijfers in de PPN is er sprake van een positieve ontwikkeling. In aanvulling op de in de PPN verwerkte bedragen is nu sprake van een perspectief op extra incidentele middelen ter grootte van ca € 7,1 mln. (exclusief transactie Essent). Dit bedrag is opgebouwd uit: • Bijna € 4 mln berap resultaat 2009 • Ca € 3,1 mln overige incidentele meevallers vooral te danken aan het realiseren van een incidenteel begrotingsoverschot 2010, een hoger geraamde opbrengst aan bespaarde rente en de uitkomst van de doorlichting van de bestemmingsreserves. Het voorstel is deze bedragen op een evenwichtige manier in te zetten: • Ruim € 2,8 mln toevoegen aan het jaarbudget voor incidentele bestedingen 2010. Gevoegd bij het reeds in de PPN beschikbaar gestelde budget ad € 0,8 mln is dan ruim € 3,6 mln beschikbaar voor honorering van ons incidenteel bestedingsvoorstel 2010. • De resterende incidentele ruimte ad € 4,25 mln als extra weerstandsreservering vasthouden in afwachting van de jaarrekening 2009 en de MPV 2009. Voor wat betreft de Essent transactie is op het moment van schrijven de definitieve besluitvorming nog niet afgerond. Indicatief is te melden dat de transactie – na aftrek van benodigde middelen voor het compenseren van wegvallend dividend- de incidentele ruimte met ca € 7 mln zal vergroten. Wij hebben dit bedrag in de voorliggende begroting nog niet
16
verwerkt. Wij willen in principe het vrijkomende bedrag zoveel mogelijk benutten voor versterking van het cofinancieringsfonds mits uiteraard de algehele financiële positie daarvoor de ruimte biedt. Het heeft dan ook onze voorkeur eerst de uitkomsten van de jaarrekening 2009 en de eerstvolgende MPV af te wachten alvorens definitieve besluiten te nemen over de inzet van de te verwachten Essentgelden. In onderstaand schema is een samenvattend totaalbeeld gegeven van het incidentele financieel perspectief 2010-2013. Het schema is ingericht conform de opzet en benamingen waartoe in de PPN van 2008 is besloten. Het schema geeft inzicht in: • De omvang van de in de reserve Meerjarige Investeringen en Bestedingen (MIB) voor eenmalige besteding beschikbare middelen (deel A). • Het beslag op de beschikbare middelen in 2009 ter uitvoering van reeds genomen raadsbesluiten (deel B) • Het beschikbare bedrag voor spaarfonds (te onderscheiden in een rubriek “meerjarige incidentele bestedingen” en “het cofinancieringsfonds”) en jaarbudgetten (saldo van A en B) • Specificatie van de bedragen gekoppeld aan tot dusver genomen meerjarige incidentele bestedingsbesluiten (deel C1) en het cofinancieringsfonds (deel C2) • De bedragen gemoeid met het in uitvoering zijnde bestedingsbesluit incidenteel 2009 en met het in deze begroting voorgestelde incidentele bestedingenpakket 2010 (deel D).
programmabegroting 2010
tlaveren
Samenvattend beeld incidenteel financieel perspectief 2009 t/m 2013 Alle bedragen x € 1000 Beginstanden reserve MIB (saldi 1/1)
2009 41895
2010 27612
2011 10870
2012 1475
2013 0
A. Toevoegingen: Rentetoevoeging reserve MIB Inschatting opbrengst incidentele rente aftopping overige reserves Begrotingsoverschot 2009 Uitkomst doorlichting bestemmingsreserves Incidenteel begrotingsoverschot 2010 Verrekeningen met de algemene concernreserve: Uitkomst jaarrekening 2008 na reserveringen Uitkomsten MPV 2009: afdracht aan algemene middelen Berapresultaat 2009 Saldo overige verrekeningen met de algemene reserve Extra weerstandsreservering in jaarrekening 2009 PM-posten: Netto opbrengst verkoop Essentaandelen Toekomstige MPV´s en jaarrekeningen
12973 1.026 1168 2868
4972 3300
1804 54 1750
1511 11 1500
1250 01250
pm
pm
pm
pm
B. In mindering te brengen: Uitvoering reeds genomen raadsbesluiten
-7222 -7222
0
0
0
0
Beschikbaar voor spaarfonds en incidentele jaarbudgetten
47646
32584
12675
2986
1250
-14959 -18031 -11200
-2986
-1234
C. Voorgestelde meerjarige bestedingen t.l.v spaarfonds C1. Meerjarige bestedingsbeluiten op basis van PPN Uitvoering meerjarige besluiten PPN 2009-2012 Uitvoering meerjarige besluiten PPN 2010-2013 Mutaties t.o.v PPN besluiten 2010-2013: Mutatie: aanpassing verrekening met ICT reserve Mutatie: verlaging bedragen KCC C2. Cofinancieringen: Reservering voor al eerder gelabelde cofinancieringen* Reservering voor nieuw gelabelde cofinancieringen** Reservering voor nieuwe cofinancieringen (vrij deel spaarfonds)
95 1577 2734 4990 3927 510 -4250 pm pm
-8715 -4367
-7667 -1933
-850 -211
-300 -958
800
-150
-1000 25
350 25
-500 -1766 -3483
-1450
-950
-3683 -36 -3647
0
0
0
pm
pm
pm
Jaarlijkse eindstand bestedingsreserve 27612 10870 1475 * betreft eerdere besluiten inzake zwembad Windesheim en Kamperlijn ** betreft nieuwe voorstellen inzake bedrijventerrein en havens Voorst; daarnaast project Living City
0
16
D. Voorgestelde reserveringen voor jaarbudgetten Uitvoeren incidenteel bestedingsbesluit begroting 2009 Bestedingsvoorstel incidenteel begroting 2010 Reservering voor toekomstige jaarbudgetten
programmabegroting 2010
-14059 -900
-5075 -5075
-351
17
tlaveren
Toelichting op opgenomen posten in het incidentele perspectief Toelichting posten onder A
Beginstand Het genoemde bedrag ad € 41,2 mln als beginstand 2009 is het eindbedrag zoals in de jaarrekening 2008 opgenomen. Rente aftopping (bespaarde rente) Een meer technische component in de berekening van de incidentele bestedingsruimte is het becijferen van de verwachte opbrengst door de rente aftopping van reserves. Kort gezegd wordt deze opbrengst bepaald door het verwachte volume van onze reserves te vermenigvuldigen met een positief verschil tussen het gehanteerde rentepercentage en het gehanteerde percentage voor prijsstijging/inflatiecorrectie. Het gaat hierbij om drie grootheden (reservestanden; rentepercentages; inflatiepercentages) die moeilijk meerjarig te voorspellen zijn. De inflatieverwachtingen zijn het afgelopen jaar drastisch naar beneden bijgesteld. De lange rente is redelijk stabiel gebleven (tussen 4 en 5%). Alles bij elkaar stellen wij voor de opbrengstraming t.o.v. de berekening in de PPN te verhogen met ca € 1,5 mln, waarvan ruim de helft betrekking heeft op de jaarschijf 2010. Er blijft natuurlijk een risico bestaan m.b.t. het realiseren van deze opbrengsten; naar onze mening zijn de opbrengstramingen die nu zijn opgenomen wel zodanig hard dat ze als besteedbare middelen kunnen worden aangemerkt.
Uitkomst doorlichting bestemmingsreserves Ook deze keer is de jaarlijkse doorlichtingsronde van de bestemmingsreserves uitgevoerd met speciale aandacht voor reeds lang gereserveerde bedragen voor “nog uit te voeren werken”. De uitkomsten zijn verwoord in bijlage 5. De doorlichting leidt tot een beperkte opbrengst van € 95.000 Als bijlage 4 is een totaaloverzicht bijgevoegd van de beschikbare reserves. Incidenteel begrotingsoverschot 2010 De begroting 2010 kent een incidenteel overschot van € 1.577.000. Dit is uiteraard een uitkomst waarvan de realisering nog moet worden afgewacht. Wij achten het niettemin verantwoord dit bedrag op voorhand te verwerken in de incidentele kaders. Dit mede gelet op het door ons gekozen scenario waarin een belangrijk deel van de berekende ruimte vooralsnog als weerstandsreservering behouden blijft. Verrekeningen met de algemene concernreserve Zoals in de weerstands- en risicoparagraaf nader gespecificeerd kan – zonder rekening te houden met de financiële risicio´s binnen grondexploitaties- de algemene concernreserve worden afgetopt naar het minimum weerstandsbedrag van € 10 mln. Dit in overeenstemming met de regels zoals die zijn vastgelegd in de door de raad in 2007 vastgestelde Nota Weerstandsvermogen en risicomanagement. Toepassing van deze regels leidt er toe dat een bedrag van ca € 12,1 mln aan de algemene concernreserve wordt onttrokken. In de laatste
18
PPN was het uit te nemen bedrag berekend op € 8,2 mln. Het verschil betreft vrijwel volledig het resultaat van de in september vastgestelde Berap 2009. Gelet op de actuele situatie m.b.t. de grondexploitaties zoals weergegeven in de Tussenrapportage MPV is er – in afwijking van voorgaande jaren- nu aanleiding om bij het bepalen van de benodigde weerstandsreservering op concernniveau ook het perspectief van de vastgoedfinanciën mee te wegen. Vandaar ons voorstel om van de nieuw beschikbaar gekomen incidentele middelen een substantieel deel ad € 4,25 mln als extra weerstandsreserve terug te sluizen naar de algemene concernreserve.
Resultaten toekomstige jaarrekeningen en MPV´s Hiervoor zijn geen bedragen verwerkt in het incidentele kader. Toelichting posten onder B De posten zijn bij de diverse programma´s in de voorliggende begroting gespecificeerd. Een totaaloverzicht van de posten is opgenomen in de PPN 2010-2013. Het reeds vastgelegde bedrag ad ruim € 7,3 mln betreft voor het overgrote deel de eerder vastgestelde reservering van € 5 mln t.b.v. extra afschrijving (zie toelichting in structureel perspectief) en het eerder toegekende bedrag ad € 1 mln voor ICT projecten. Toelichting posten onder C De bedragen opgenomen onder C1 betreffen de bestedingsbesluiten die zijn genomen bij de behandeling van de PPN 2009-2012 en de PPN 2010-2013 (inclusief vastgestelde amendementen). De posten zijn bij de diverse programma´s in de voorliggende begroting gespecificeerd. Een totaaloverzicht van de posten is opgenomen in de PPN 2010-2013. Wat betreft de laatste PPN is een tweetal mutaties te melden: • de meerjarig bezien neutrale verrekening met de ICT reserve is ten opzichte van het bedrag in de PPN geactualiseerd. De omvang van de verrekening is teruggebracht naar € 350.000; tevens is de fasering bijgesteld. • Bij de besluitvorming over de PPN in juni jl. hebben wij toegezegd in de begroting 2010 aan te geven of en zo ja tot welk bedrag de in de PPN opgenomen kosten ( 4 jaar € 200.000) voor het Klant contacten centrum (KCC) kunnen worden teruggebracht. Nadere verkenning brengt ons tot het voorstel het beschikbaar gestelde bedrag voor de 2 laatste jaarschijven jaarlijks met € 25.000 te verlagen. De posten onder C2 hebben betrekking op het cofinancieringsfonds. Naast een tweetal – op basis van reeds genomen raadsbesluiten- vastgelegde cofinancieringsposten worden in de voorliggende begroting een aantal nieuwe projecttoewijzingen voorgesteld. Zie de toelichting in het begin van onze algemene beschouwing, ook voor wat betreft de specificatie van projecten die in aanmerking kunnen komen voor het nog resterende vrije bedrag in het cofinancieringsfonds. Toelichting D (jaarbudgetten) De hier opgenomen bedragen hebben betrekking op het in uitvoering zijnde bestedingsbesluit incidenteel 2009 en met
programmabegroting 2010
tlaveren
het in deze begroting voorgestelde incidentele bestedingenpakket 2010. Voor wat betreft het laatste onderdeel is onderstaande specificatie te geven (gevolgd door een toelichting per post).
Incidentele bestedingsvoorstellen 2010 Zoals al toegelicht stellen wij voor een budget van ruim € 3,6 mln vast te stellen ter honorering van incidentele bestedingsvoorstellen 2010. In de vastgelegde bestedingsregels is dit bedrag uitsluitend bedoeld voor jaargebonden eenmalige
Overzicht toedeling budget naar programma´s welzijn cultuur sport integratie en inburgering onderwijs en jeugd gezondheid en zorg brandweer volkshuisvesting groen mobiliteitsbeleid en bereikbaarheid duurzaamheid en milieu integraal beheer openbare ruimte bestuursstijl kwaliteit bedrijfsvoering
bestedingen in 2010 zonder dat daarbij sprake kan zijn van verplichtingen voor latere jaren. Het voorgestelde pakket bevat daarom in beginsel geen voorstellen met een structureel of meerjarig incidenteel karakter. Onderstaand geven wij eerst een specificatie van ons bestedingsvoorstel naar programma. Aansluitend volgt een korte toelichting op de inhoud van de bestedingsvoorstellen. Aan het slot geven wij nog een afzonderlijk overzicht van in de begroting opgenomen nieuwe bestedingen die financieel kunnen worden gedekt zonder een beroep op het algemeen beschikbare budget.
Bedrag bestedingsdoelen € 175.000 wijkaccommodaties; jongerenwerk;formulierenhulp € 165.000 muzerie; verhalenboot;Hannema Stuers Fundatie;veteranendag € 615.000 masterplan (kunstgras/knelpunten);sporthallen € 400.000 Dato/Dato plus en St. Vluchtelingenwerk € 173.000 kinderopvang;onderwijshuisvesting € 120.000 Loverboys € 213.730 preventie; opleidingen; uniformen € 70.000 ligplaatsen woonschepen € 175.000 Ijsselzone; Schellerdriehoek € 900.000 Vri Russenweg-Blaloweg; openbaar vervoer € 265.000 dienstenbedrijf; millenniumgemeente € 235.000 speelvoorzieningen; straatverlichting binnenstad € 40.000 regio Zwolle dag € 100.000 inhaalslag archivering € 3.646.730
Toelichting Programma 1: Welzijn ( €175.000) Wijkaccommodaties In vervolg op de vaststelling van de startnotitie (juni 2009) is de eerste fase van het stappenplan inmiddels afgerond. Daarnaast heeft de raad per motie gevraagd om tegelijk met de geïnventariseerde knelpunten per wijkaccommodatie drie oplossingsrichtingen aan te geven. Dit alles kost meer tijd dan waarvan bij de startnotitie is uitgegaan. Bovendien moet het resterende knelpunt bij de wijkaccommodaties van Travers gedurende (een deel van ) 2010 worden opgevangen ( € 80.000)
Met nieuwe huisvesting is in het subsidiebedrag geen rekening gehouden. Uit eenmalige middelen is daarin voorzien tot 1 september 2010. Wij vinden dat de Dojo een belangrijke functie voor circa 200 risicojongeren vervult om hen weerbaar te maken en sociale vaardigheden te vergroten. Daarom trekken wij voor de huisvesting in de rest van 2010 € 10.000 uit. Daarnaast zoeken wij naar een structurele oplossing voor huisvesting van de Dojo Programma 2: Cultuur (€ 165.000) Muzerie De Muzerie heeft subsidie aangevraagd om de gehoorzaal te renoveren. Gelet op het belang van deze zaal voor de Muzerie hebben wij hiervoor € 75.000 uitgetrokken
Formulierenhulp Conform afspraak zal het project formulierenhulp midden 2010 geëvalueerd worden. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan de inzet van de sociaal raadsleden (De Kern) en van Humanitas en SWO. Humanitas heeft van de raad al subsidie toegekend gekregen tot en met 2010. Aan SWO zijn eveneens middelen beschikbaar gesteld. Voor de Kern moet hetzelfde gedaan worden (€ 85.000).
Verhalenboot De Stichting verhalenboot heeft een subsidie aangevraagd voor haar activiteiten. De activiteiten van de verhalenboot zijn zodanig gegroeid dat een professionaliseringsslag nodig is. Hiervoor stellen wij € 20.000 beschikbaar. Een bedrijfsplan is noodzakelijk om het functioneren van de stichting goed te kunnen beoordelen
Dojo jongerenwerk Tot 2008 was de Dojo om niet in een Deltionlocatie gehuisvest.
Hannema Stuers fundatie Voor het project moderne devotie in 2011 heeft de stichting
programmabegroting 2010
19
tlaveren
een bijdrage in de voorbereidingskosten gevraagd. Hierbij wordt samengewerkt met het Historisch centrum en het Stedelijk museum Zwolle. Er worden 2 tentoonstellingen, een rondwandeling en een randprogramma ontwikkeld. ( € 20.000)
king van de kosten die het OPDC moet maken voor semi-permanente huisvesting op de locatie Koningin Wilhelminastraat. In 2010 zal een evaluatie plaats vinden.
Veteranendag Voor de 65 jarige herdenking van de Tweede wereldoorlog en de lokale invulling van de veteranendag 2010 hebben wij € 50.000 gereserveerd.
Loverboys Het project Loverboys is succesvol geweest . De aanpak is inmiddels verbreed naar aanpakken voor relationeel geweld. In 2010 zullen wij bezien het project op een andere manier kan worden ingepast. De provinciale subsidie vervalt in 2010. Daarom hebben wij voor 2010 € 120.000 uitgetrokken
Programma 3: Sport ( € 615.000) Masterplan sportaccommodaties Het masterplan sportaccommodaties zal uitgewerkt worden in een uitvoeringsplan. Hiervoor en voor het oplossen van acute knelpunten hebben wij € 195.000 uitgetrokken. Voor de aanleg van een kunstgrasveld op sportpark Marlanden hebben wij € 360.000 gereserveerd. In afwachting van het masterplan sportaccommodaties en de uitwerking daarvan hebben de BDGhal en de Stilohal in het afgelopen jaar een incidentele aanvullende financiering ontvangen. Omdat het masterplan sportaccommodaties nog niet is uitgewerkt is een dergelijk uitgave in 2010 ook noodzakelijk (€ 60.000)
Programma 6: gezondheid en zorg( € 120.000)
Programma 7b: brandweer ( € 213.730) Objectpreparatie. Om inzet bij calamiteiten veilig, snel en effectief te kunnen uitvoeren is objectinformatie nodig. Objectpreparatie omvat het verzamelen, bewerken en beschikbaar maken van die informatie. In de veiligheidsregio is gekozen voor de invoering van een mobiele data terminal. Voor het invoeren en up to date houden van de informatie is geen budget beschikbaar. In het verleden werd dit gedaan door repressief personeel. Dit is niet meer mogelijk. In het beleidsplan “fysieke veiligheid” wordt 1 fte per 2011 voorzien. Voor 2010 hebben wij een overgangssituatie gecreëerd. (€ 73.730)
Programma 4: inburgering en integratie ( €400.000) Data/Dato+ In het bestuursakkoord van het Genaraal Pardon is vastgelegd dat het rijk zal zorgdragen voor een sluitende aanpak voor de “afvallers “van de pardonregeling en dat gemeenten de deuren van de noodopvang per 1 januari 2010 zullen sluiten. De noodopvang was medio 2009 nog steeds vol. Zo zien wij ons genoodzaakt om de noodopvang vooralsnog voor een jaar open te houden. Daarnaast worden maatregelen getroffen om de instroom te beperken en de uitstroom te bevorderen. Hiervoor hebben wij € 350.000 gereserveerd. Stichting vluchtelingenwerk Sinds 2006 zijn er problemen met de dekking van SVO, vanwege het wegvallen van de dekking van het COA. De structurele dekking voor de activiteiten van het SVO zal bekeken worden bij de PPN. Ten gevolge van het openblijven van de noodopvang is een extra subsidie voor SVO noodzakelijk. ( € 50.000)
Opleiden repressief brandweerpersoneel. Het ministerie van BZK heeft de norm voor de kwaliteit van het brandweerpersoneel bijgesteld, waarvoor de gemeenten zelf de middelen moeten opbrengen. De kosten voor het gekwalificeerd krijgen en houden van brandweerpersoneel nemen hierdoor toe. ( € 72.000) Uniformen De Nederlandse brandweer krijgt nieuwe uniformen. Het oude uniform dateert uit de jaren tachtig. Het ministerie van BZK heeft een aanbestedingsprocedure uitgevoerd, waardoor geld bespaard is. (€ 68.000) Programma 11: Volkshuisvesting ( € 70.000) Woonschepen. Bij de Perspectiefnota heeft de raad een motie aangenomen. Ter uitvoering van de motie hebben wij € 70.000 uitgetrokken om het aantal ligplaatsen met drie uit te breiden.
Programma 5: Onderwijs en Jeugd (€ 173.000) Programma 14: Groen (€ 175.000) Kinderopvang/Peuterspeelzaalwerk In Stadshagen doet zich een groeiend tekort aan plaatsen voor kinderopvang en peuterspeelzaalwerk voor. Om dit te verhelpen zal er in 2010 één peuterspeelzaal worden opgericht in het nieuwe schoolgebouw van de Schatkamer (€ 50.000) Onderwijshuisvesting Voor het laatste jaar van de instandhoudingssubsidie ten behoeve van het OPDC Het Lumeijn is € 123.000 benodigd (conform het raadsbesluit juli 2005) Dit bedrag dient ter dek-
20
Buurtschap IJsselzone De vereniging Buurtschap heeft de plicht om de gemeentelijke visie uit te voeren op basis van een uitvoeringsovereenkomst. Deze loopt tot en met 2010. Voor het laatste jaar 2010 hebben wij € 25.000 uitgetrokken. Vitens levert een bijdrage van € 10.000. Schellerdriehoek (€ 150.000) Via Beginspraak met wijk- en buurtbewoners is een inrichtingsplan voor een groene Schellerdriehoek met een open-
programmabegroting 2010
tlaveren
baar karakter opgesteld. Na goedkeuring van het ontwerp willen wij in 2010 starten met een gefaseerde uitvoering. Voor deze fase hebben wij € 150.000 gereserveerd.
zijn echter extra kosten verbonden. De uitvoering zal gefaseerd plaatsvinden. Voor de eerste fase hebben wij € 100.000 gereserveerd.
Programma 15: Algemeen mobiliteitsbeleid (€ 900.000)
Programma 22: Bestuursstijl (€ 40.000)
VRI Russenweg Blaloweg In het kader van de ontwikkeling Voorsterpoort wordt het kruispunt Russenweg-Blaloweg heringericht en uitgebreid. De kosten van de civieltechnische aanpassingen zijn opgenomen in de grondexploitatie Voorsterpoort. De aanleg van een verkeersregelinstallatie echter niet. De opening van Elcetrabel wordt in 2010 verwacht, waardoor de plaatsing van VRI noodzakelijk wordt ( € 400.000)
Regionale samenwerking Wij willen de regionale samenwerking verbeteren en het regionale netwerk versterken. Hiertoe zal in het voorjaar 2010 een Regio Zwolle Agenda worden gepresenteerd. (€ 40.000)
Doorstromingsmaatregelen openbaar vervoer De doorstroming van het openbaar vervoer staat steeds verder onder druk. Op de lange termijn zullen de plannen voor de Spoorzone en de doorstroomassen OV hiervoor een oplossing bieden. Voor de korte termijn zijn die mogelijkheden er niet. Op basis van resultaten van een onderzoek (2009) worden in 2010 maatregelen getroffen om hierin verbetering aan te brengen. Het gaat daarbij onder meer om de omgeving van het station, het kruispunt Stationsweg-Van Rooijensingel en doorstroming rond de Ceintuurbaan-Oosterenk. De provincie stelt hiervoor een bedrag van € 1.500.000 beschikbaar, waartegenover een gemeentelijke bijdrage van € 500.000 staat. Programma 16: Duurzaamheid en milieu (€ 265.000) Duurzaam dienstenbedrijf Wij streven naar het oprichten van een duurzaam dienstenbedrijf (zie programma 16) Voor een deel zullen de werkzaamheden ondergebracht worden bij projecten. Overkoepelend is een organisatievorm nodig die als loket en advies-en kenniscentrum fungeert, (voor)investeringen doet, subsidies kan binnenhalen en partijen en belangen bij elkaar kan brengen. Hiervoor trekken wij € 250.000 uit. Milenniumgemeente Wij streven in het kader van de millenniumdoelstellingen naar het stimuleren en verbinden van initiatieven uit de Zwolse samenleving (bijvoorbeeld via een platform) en het vergroten van het bewust zijn bij Zwolse burgers en bedrijven. (€ 15.000) Programma 17: Integraal Beheer Openbare Ruimte (€ 235.000) Speelplekken. Voor de inhaalslag speelplekken is naast het meerjarig budget (€ 300.000) nog eens € 100.000 incidenteel uitgetrokken. E.e.a. naar aanleiding van de motie die bij de Perspectiefnota is aangenomen. Ten behoeve van de aanleg van speelplekken bij de Wijthmener- en Milligerplas is € 35.000 uitgetrokken. Openbare verlichting binnenstad. Na het vaststellen van het openbaar verlichtingsplan voor de binnenstad hebben meerdere belanghebbenden verzocht om in woonstraten meer klassiek ogende verlichting aan te leggen. Wij hebben deze wens gehonoreerd. Aan de uitvoering
Programma 24: bedrijfsvoering (€ 100.000) Inhaalslag archivering Ten behoeve van de inhaalslag archivering die wij gefaseerd uitvoeren hebben wij € 100.000 uitgetrokken.
GSB III Eind 2009 loopt het Grotestedenbeleid af voor de periode 2005-2009 (GSB III) Het kabinet kiest niet voor voortzetting van dit beleid, maar zet in op decentralisatie om lokaal meer maatwerk te creëren en bestuurlijke lasten te verminderen. Met ingang van 2010 worden daarom de drie brede doeluitkeringen SIV, Fysiek/ISV en Economie beëindigd. Hiervoor in de plaats komen decentralisatie-uitkeringen binnen het gemeentefonds en het participatiebudget. Voor 15 juli 2010 moet de eindverantwoording bij het rijk worden ingediend. Wij verwachten de met het Rijk afgesproken prestatieafspraken eind 2009 te realiseren met uitzondering van de aantallen trajecten op het gebied van inburgering en van volwasseneneducatie. Omdat nog niet voor alle GSB-dossiers binnen de SIV het rijksbeleid vanaf 2010 en de gevolgen daarvan voor het gemeentelijk beleid bekend zijn, hebben wij bij de PPN aangegeven 2010 te beschouwen als een overgangsjaar voor de sociale pijler. Uitgangspunt is daarbij dat alle activiteiten die in 2009 in het kader van GSB III worden uitgevoerd, ook in 2010 worden uitgevoerd, tenzij er redenen zijn om toch eerder tot beëindiging van activiteiten of tot andere financiering over te gaan. Een integrale afweging zal begin 2010 (zo snel mogelijk na afronding van GSB III) in een afzonderlijk voorstel ter besluitvorming worden voorgelegd, zodat de uitkomsten daarvan betrokken kunnen worden bij het collegeakkoord voor de periode 2010-2014. Om de GSB-activiteiten binnen de sociale pijler in 2010 te kunnen voortzetten, is naar verwachting aanvullende financiering nodig. De belangrijkste redenen zijn verminderde rijksbudgetten, specifieke risico’s op enkele GSB-dossiers in combinatie met het wegvallen van reserves vanwege beëindiging van de Bdu SIV per 1-1-2010 en ‘verdunningseffecten’ vanwege de uitbreiding van het aantal steden dat een beroep kan doen op de beschikbare rijksmiddelen voor 2010 en verder. Wij verwachten het niveau van 2009 te kunnen handhaven. Het naar huidig inzicht benodigde extra gemeentelijk budget in 2010 kan worden afgedekt door een in de jaarrekening 2009 te verwerken reservering ten laste van het verwachte positieve eindsaldo van de bdu SIV”.
programmabegroting 2010
21
tlaveren
Pijler Sociaal
22
programmabegroting 2010
tlaveren
Iedereen doet mee. Met die inzet streeft Zwolle al jarenlang naar het betrekken en betrokken houden van alle Zwollenaren bij het welzijn in de stad. Uitgangspunt daarbij is dat mensen in Zwolle zichzelf kunnen ontplooien en hun eigen weg weten te vinden in de samenleving. Soms kunnen we daar als overheid bij helpen, vaak kunnen mensen zich ook prima zelf redden als de juiste omstandigheden zijn gecreëerd. Juist in deze woelige tijden komt het erop aan dat zij die dat nodig hebben worden ondersteund. En dat zij die dat kunnen actief bijdragen aan de Zwolse samenleving. ‘Iedereen doet mee’ geeft al aan dat iedereen ook - naar mogelijkheden – een verantwoordelijkheid heeft.
In 2010 blijft de gemeente zorgzaam voor de Zwollenaren. In dit deel van de begroting vindt u velerlei projecten en initiatieven om mensen te ondersteunen, te begeleiden of om Zwollenaren en organisaties letterlijk en figuurlijk de ruimte te geven zich te ontplooien. Dat kan bijvoorbeeld door deel te nemen aan culturele activiteiten of door te sporten. Dat kan ook door actief mee te doen aan inburgering. Ook op het gebied van onderwijs en (jeugd)zorg neemt de gemeente haar verantwoordelijkheid en rekent zij op de partners in de stad en de eigen inzet van de burgers. Gezondheid en cultuur vragen in deze pijler ook aandacht.
Omschrijving /programma
lasten
baten
1 Welzijn 2 Cultuur 3 Sport 4 Inburgering en integratie 5 Onderwijs en jeugd 6 Gezondheid en zorg Totaal
6136 18476 7769 2383 27966 35973 98703
301 848 1860 3710 5407 12126
programmabegroting 2010
reserve saldo mutaties (bedragen x € 1.000) 300 -5836 1123 -17052 557 -6364 40 -483 312 -23944 -134 -30700 2198 -84379
23
tlaveren
24
programmabegroting 2010
tlaveren
Inhoud Programma 1
Welzijn
26
Programma 2
Cultuur
31
Programma 3
Sport
34
Programma 4
Inburgering & Integratie
40
Programma 5
Onderwijs en Jeugd
44
Programma 6
Gezondheid en zorg
52
programmabegroting 2010
25
tlaveren
Programma 1
Welzijn
Thema
Samen zorgen voor Zwolle
Beleidskader Ten aanzien van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) wordt met partners in de stad, cliënten en de raad een Wmobeleidskader 2010-2013 ontwikkeld. Het doel van de Wmo is de participatie aan de samenleving en de zelfredzaamheid van de burgers te vergroten. Verschillende vormen van maatschappelijke voorzieningen kunnen daarbij ondersteunend zijn. De Wmo omvat in totaal negen prestatievelden. Hiervan zijn vooral drie voor het programma Welzijn van belang. Dat zijn prestatieveld 1: Bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid in dorpen, wijken en buurten (zie ook programma 21); prestatieveld 2: Op preventie gerichte ondersteuning van jongeren met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden; en prestatieveld 4: Ondersteunen van vrijwilligers en mantelzorgers. De overige prestatievelden zijn terug te vinden bij programma 6. Het nieuwe beleidskader voor de Wmo beslaat alle negen prestatievelden. Dat betekent onder meer dat het de kaders aangeeft voor het beleid in de komende jaren voor aandachtsgebieden als vrijwilligersbeleid en informele zorg, maatschappelijk werk en welzijnsbeleid. In het Regeerakkoord 2007 wordt sociale samenhang en leefbaarheid van wijken van groot belang geacht. De ambitie is om samen met mensen in de wijken en maatschappelijke instellingen die in wijken actief zijn, voorwaarden te scheppen om de sociale samenhang in wijken te vergroten. Zwolle deelt die ambitie. Met de Zwolse aanpak van wijkgericht werken, met ruimte voor de eigen inbreng van bewoners en maatschappelijke partners op het gebied van welzijn, wordt daarbij aangesloten. In 2009 wordt ook een nieuw beleidskader voor het jeugdbeleid opgesteld, waarbij de verschillende ontwikkelingen op dit beleidsterrein met elkaar in samenhang worden gebracht. De ambitie van het jeugdbeleid richt zich onder meer op het stimuleren van de ontwikkelingskansen, het voorkomen van achterstanden en het stimuleren van de zelfredzaamheid van jongeren om daarmee de deelname van jongeren aan de samenleving te vergroten. Belangrijke delen van het jeugdbeleid, wettelijk verankerd in de Wmo in prestatieveld 2, zijn terug te vinden bij verschillende programma’s, met name de programma’s 5 en 6. Relevante beleidsnota’s: • Beleidskader Wmo Meedoen Nu en Later (2005). • Ruimte voor Vrijwilligerswerk: Actieprogramma Vrijwilligersbeleid. (2006) • Nota Jeugdbeleid Vet Mazzel (2006). • Jeugd en Jongerenregeling • Voor en Door jongerenregeling • Notitie Jeugdparticipatie (2005). • Beleidsagenda Homo-emancipatie (2006) • Kadernotitie Accommodatiebeleid (2005) • Startnotitie Beleid Wijkaccommodaties (2009).
26
programmabegroting 2010
tlaveren
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Welzijnsbeleid • Het handhaven en verbeteren van de sociale samenhang in wijken en buurten. • Het bevorderen van ontmoeting en activiteiten die de sociale binding tussen bewoners en de leefbaarheid in wijken bevorderen. • Het vergroten van het welzijn en de ontwikkelingskansen van mensen. • Versterken van de zelfredzaamheid en het probleemoplossend vermogen van burgers.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
• Stimuleren en zonodig ondersteunen van bewonersinitiatieven gericht op het verbeteren van de sociale leefomgeving. • Stimuleren van mensen om actief te participeren in de maatschappij. • Realiseren van een samenhangende sociale aanpak bij wijkontwikkeling in Kamperpoort en Diezerpoort. • Welzijnsvoorzieningen sluiten aan bij behoefte en vraag in de wijk. • Het handhaven van het hoge niveau van inwoners die zich medeverantwoordelijk voelen voor de leefbaarheid in de buurt (in 2003: 81%).
• Samen met partijen in de wijk en bewoners het plan voor de sociale pijler in de Kamperpoort uitvoeren. • Uitvoeren van het Preventieplan Diezerpoort als onderdeel van de wijkontwikkeling van de Diezerpoort (Zie ook programma 11 en 21). • Inzet van buurtopbouwwerk, sociaal cultureel werk en bezoekvrouwen in in de wijken Kamperpoort, Diezerpoort, Holtenbroek, Stadshagen en Zwolle-Zuid. • Stimuleren van vrijwilligersinitiatieven door subsidieverstrekking volgens de stimuleringsregeling ‘Welzijn en Zorg´. • Subsidiëring van wijkverenigingen voor activiteiten in wijken en dorpen. • Subsidiëring van Jeugdland ten behoeve van activiteiten in wijken en dorpen voor kinderen in de vakantieperiode.
Vrijwilligerswerk • Uitvoering van het project Beursvloer • Ondersteunen, versterken en stimule- • Serviceverlening aan en ondersteuom vragen van vrijwilligers-organisaning van vrijwilligersorganisaties. ren van vrijwilligerswerk. ties te matchen met een aanbod van • Ondersteunen en stimuleren van vrij(zakelijke) organisaties. (zie a) willigers in zorg en welzijn. • Verbeteren gemeentelijke dienstverlening ten aanzien van vrijwilligersorga- • Opdracht geven aan één partij om de • Realiseren van een makelaarsfunctie makelaarsfunctie voor de MAS in te nisaties (waaronder het verminderen voor maatschappelijke stages. vullen. van regels). • De rollen en taken van alle bij de MAS betrokken partijen duidelijk maken. (zie b) Jeugdwelzijnsbeleid • Een vervolgoplossing realiseren voor • Versterken van de positie van risiJongerenbeleid: de huisvesting van de DOJO (jongerencojongeren en hen toeleiden naar • Inzet jongerenwerk in de domeinen werk). reguliere voorzieningen die daarbij vrije tijd en wijk. • Koppelwerk van jongerenwerk en kunnen helpen. • Versterken van de positie van risicopolitie uitvoeren (zie c). • Inzet van jeugd- en jongerenwerk is jongeren en het vergroten van hun afgestemd op de vraag van jongeren; • Subsidiering van ambulant jongerenontwikkelingskansen. werk, jongerencentra en de DOJO. • Uitvoeren van de handleiding overlast Jeugdparticipatie: jeugdgroepen met een duidelijke rol- • Extra inzet jongerenwerk in de Kam• Zoveel mogelijk en een zo groot moperpoort en activiteiten gericht op verdeling tussen jongerenwerk, politie gelijke diversiteit aan jongeren in onze het vergroten van weerbaarheid van en Wijkzaken. gemeente betrekken bij het jeugdbejongeren, met name in Zwolle-Zuid. • Uitvoeren van jongerenwerk in drie leid. Het burgerpanel is hierbij een jongerencentra en in enkele wijkcen- • Uitvoering van diverse activiteiten belangrijk instrument. conform de notitie Jeugdparticipatie. tra. Daarnaast inzet van ambulant jongerenwerk in een aantal wijken, afhankelijk van signalen en gegevens vanuit de wijken van Zwolle. • Stimuleren van de politieke en maatschappelijke participatie van kinderen en jongeren. • Zwolse jongeren voelen zich betrokken bij de stad;
programmabegroting 2010
27
tlaveren Meerjarige doelstellingen Maatschappelijk werk • Bevorderen zelfredzaamheid en probleemoplossend vermogen • Verminderen van het beroep van inwoners op ondersteuning. • Consolideren en versterken van een hulpaanbod dat vraaggericht, professioneel en goed toegankelijk is. Homobeleid • Toegankelijkheid van basisvoorzieningen • Preventie en signalering bij jongeren, allochtonen en ouderen. • Tegengaan van discriminatie en geweld. Accommodatiebeleid • Zorgen voor voldoende en kwalitatief goede accommodaties voor maatschappelijke activiteiten voor zover belanghebbende groepen daartoe zelf niet in staat zijn. Dit realiseren door: • Evenwichtige spreiding over de stad. • Toegankelijkheid voor alle inwoners. • Streven naar multifunctionaliteit van accommodaties.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
• Consolideren en versterken van een lokale basisvoorziening die professionele psycho-sociale hulp beschikbaar stelt aan mensen in hun directe leefen woonomgeving. • Inzet van algemeen maatschappelijk werk is goed afgestemd op de vraag.
• Subsidiëring algemeen maatschappelijk werk voor onder meer de deelproducten: Algemeen maatschappelijk werk (prestaties: 1486 afgesloten cliënttrajecten), Sociaal raadslieden (prestaties: 3000 contacten). (zie d)
• Uitvoeren van het voorstel dat we als • Zwolle is koplopergemeente voor Koplopergemeente in 2009 hebben het homo-emancipatiebeleid. Omdat opgesteld voor het bespreekbaar we koplopergemeente zijn ligt de maken van homoseksualiteit in alprioriteit bij het bespreekbaar maken lochtone kringen (zie e). en accepteren van homoseksualiteit in allochtone kringen. • Uitwerken van de nieuwe visie op • Nieuwe accommodaties worden zo wijkaccommodaties conform het in mogelijk als Multifunctionele Centra 2009 vastgestelde plan van aanpak. gerealiseerd. • Wijk- en buurtaccommodaties leveren • In minimaal één wijk, waarin zowel sprake is van knelpunten als kansen, een bijdrage aan het bevorderen van in samenspraak met bewoners en ontmoeting en activiteiten die de sopartners in de wijk een concreet plan ciale binding tussen bewoners en de opstellen op basis van de nieuwe visie leefbaarheid in wijken bevorderen. op wijkaccommodaties. • Het subsidiebeleid voor wijkcentra bijstellen op basis van de visie op wijkaccommodaties. • Onderzoeken welke stappen noodzakelijk zijn voor het wijkcentrum in Westenholte (zie f).
Toelichting programmaplan: a. De Beursvloer die vrijwilligersorganisaties als vragers van diensten en (maatschappelijke) organisaties als aanbieders van die diensten aan elkaar verbindt, is zeer succesvol gebleken. De afgelopen jaren is hier incidenteel geld voor beschikbaar gesteld en is gebruik gemaakt van een provinciale subsidie. Bij de Perspectiefnota hebben wij besloten om een bijdrage in de kosten van € 15.000 per jaar gedurende de periode 2010-2012 beschikbaar te stellen voor de Beursvloer. b. In het schooljaar 2011-2012 moeten scholen voor voortgezet onderwijs maatschappelijke stages verzorgen voor hun leerlingen. De gemeente heeft hiervoor van het rijk de verantwoordelijkheid gekregen om een makelaarfunctie te realiseren. Hiervoor zijn extra middelen door het rijk beschikbaar gesteld. Voor de uitwerking van deze nieuwe taak is een plan opgesteld. In 2010 zal hieraan verder invulling worden gegeven door een makelaarsfunctie in te richten. c. Na het aflopen van het Grote Steden Beleid III/sociale pijler periode in 2009 zal het beleid in 2010 als overgangsjaar voortgezet worden. Dit betreft bijvoorbeeld delen van het jongerenwerk, waaronder het koppelwerk met de politie (zie ook programma 7). d. In 2010 zal de pilot Formulierenhulp worden geevalueerd. Belangrijke vraag daarbij is of de keten van voorzieningen voor sociaal juridische dienstverlening op orde is. De pilot Formulierenhulp bestaat uit een Formulierenrbrigade van wwb-ers en stagiaires, die organisatorisch is ondergebracht bij De Kern en een platform formulierenhulp waarin diverse aanbieders van sociaal juridische dienstverlening, waaronder De Kern, Humanitas en SWO, afstemming zoeken. e. Zwolle is één van de koplopergemeenten voor het homobeleid en is voor de periode tot en met 2011 een koploperovereenkomst aangegaan met het rijk. De koploperovereenkomst betreft het bevorderen van de sociale acceptatie van homoseksualiteit en Zwolle fungeert daarbij als voorbeeldgemeente voor andere gemeenten. In 2010 ontvangen we van het rijk in het kader van deze overeenkomst € 20.000. Het accent van het homobeleid ligt, mede naar aanleiding van een rapportage van de Integratieraad, op het bespreekbaar maken van homoseksualiteit in allochtone kringen. De bijdrage van het rijk kan hierbij ingezet worden. f. In 2009 is gebleken dat de plannen voor de ijsbaan in Westenholte geen doorgang kunnen vinden. In dit plan was ook vernieuwing van het wijkcentrum in Westenholte voorzien, waardoor het functioneren van het wijkcentrum kon worden versterkt. Nu deze plannen geen doorgang kunnen vinden, moeten we onderzoeken welke alternatieve mogelijkheden er zijn om dit te bereiken.
28
programmabegroting 2010
tlaveren
Kengetallen Deelprogramma Welzijn Inwoners met gevoel van medeverantwoordelijkheid voor leefbaarheid in de buurt Percentage inwoners dat actief geweest is om de buurt te verbeteren Rapportcijfer sfeer in de buurt Perceptie sociale kwaliteit van de buurt Kengetallen vrijwilligersbeleid Bezoekers vacaturebank Vrijwilligerscentrale Bezoekers website Vrijwilligerscentrale Geplaatste vacatures bij vrijwilligersvacaturebank Organisaties die een beroep doen op de dienstverlening van de vrijwilligers vacaturebank Aanvragen adviesgesprekken door vrijwilligersorganisaties Aantal hulpvragen Algemene Hulpdienst Aantal vrijwilligers Algemene Hulpdienst Mensen die een beroep hebben gedaan op intensieve bemiddeling tot vrijwilligerswerk
2003 81% nb 7,0 6,2
2005 82% nb 7,1 6,4
2007 82% 31% 7,1 6,2
2005 1241
2006 1307
499 432
515 751
2007 837 15.581 487 844
2008 715 21.626 560 843
142 402 139 88
144 430 132 60
123 384 117 33
216 320 161 69
Percentage kinderen en jongeren naar leeftijdsgroep aantal % % % % inwoners wijken per 1-1-2009 0 - 3 jaar 4 - 11 jaar 12 - 17 jaar 18 -24 jaar Binnenstad Diezerpoort Wipstrik Assendorp Kamperpoort-Veerallee Poort van Zwolle Westenholte Stadshagen Holtenbroek Aalanden Vechtlanden Berkum Marsweteringlanden Schelle Ittersum Soestweteringlanden Totaal
2.856 9.409 6.172 12.270 2.742 382 5.141 18.311 9.237 13.148 1.032 4.299 1.089 15.532 15.238 875 117.733
2,6 4,9 5,2 5,3 3,6 3,7 5,6 9,8 6,2 4,0 1,6 3,3 4,4 4,3 5,1 3,5 5,5
2,6 5,3 9,3 7,0 7,4 9,2 11,2 14,9 8,1 7,9 10,2 9,4 8,7 11,0 11,0 7,9 9,7
Algemeen maatschappelijke Werk Afgesloten cliëntentrajecten Contacten raadslieden * genoemde aantallen voor 2009 zijn de afspraken in de uitvoeringsovereenkomst. Kengetallen wijkaccommodaties Aantal bezoekers per jaar De Pol, Zwolle Zuid Vlasakkers, Indische Buurt Holtenbroek Rembrandtien, Dieze-West Ons Eigen Huis, Kamperpoort
programmabegroting 2010
2,0 3,2 6,3 3,9 4,7 6,5 8,4 5,8 5,7 7,4 9,4 7,1 11,7 10,7 8,7 8,7 6,8 2006 1289 3408
19,0 16,2 7,3 16,7 24,0 9,4 7,5 5,4 12,8 6,7 6,9 5,8 8,4 8,5 9,3 6,3 10,1
0 - 24 jaar Aantal Percentage 1-1-2009 Inwoners 750 26,3 2.787 29,6 1.737 28,1 4.037 32,9 1.089 39,7 110 28,8 1.688 32,8 6.559 35,8 3.020 32,7 3.411 25,9 289 28,0 1.101 25,6 362 33,2 5.358 34,5 5.209 34,2 231 26,4 37.738 32,1
2007 1400 2500
2008 1430 4173
2009* 1400 2500
2006 12.500 12.000 65.000 15.400 12.000
2007 12.700 8.000 55.000 10.500 7.500
2008 18.200 11.250 72.000 12.800 13.500
29
tlaveren Vaste huurders De Pol, Zwolle Zuid Vlasakkers, Indische Buurt Holtenbroek Rembrandtien, Dieze-West Ons Eigen Huis, Kamperpoort
2006 10 3 17 7 3
2007 10 1 25 10 0
2008 11 3 35 11 3
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Onderhoud wijk- en buurtcentra Resultaat na bestemming
rekening 2008 5502 50 -5452 -67
2009 5661 50 -5611 50
-5519
-5561
begroting 2010 6136 -6136
2011 6092 0 -6092
meerjarenraming 2012 2013 6060 6060 0 0 -6060 -6060
300 -5836
-6092
-6060
-6060
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Naast trendmatige aanpassingen, stadsuitbreiding en wijziging capaciteitsverdeling is het onderhoud wijkaccommodaties met € 250.000 verhoogd, dekking ten laste van reserve onderhoud wijkaccomm. Toelichting mutatie meerjarenraming Stadsuitbreiding Vrijvallende kapitaallasten Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
49
Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Wijkaccommodaties Dojo jongerenwerk Formulierenhulp
-80 -10 -85
Nadere specificatie programmabudget 2010: Vrijwilligerswerk Beleid accommodaties Sociaal cultureel werk Algemeen maatschappelijke werk Wijkorganisaties Welzijnsbeleid
30
lasten 399 1739 2072 1586 121 219 6136
baten 300
300
programmabegroting 2010
saldo -399 -1439 -2072 -1586 -121 -219 -5836
-44
-32
-2 2
49
49
49
tlaveren
Programma 2
Cultuur
Thema
Samen beleven in Zwolle
Beleidskader Er is een visienota tot 2020 in ontwikkeling. De gemeenteaad zal daar naar verwachting in oktober 2009 over debatteren. De Cultuurvisie zal aansluiten op het Structuurplan 2020, zowel wat betreft termijn als wat betreft ontwikkelingslijnen en uitvoeringsprogramma’s. Dat betekent dat we het belang van cultuur als instrument voor de sociale, ruimtelijke en economische ontwikkeling van onze stad onderkennen en willen benutten. De Cultuurvisie 2020 moet er toe bijdragen dat onze stad ook in 2020 over hoogwaardige en eigentijdse voorzieningen beschikt om kunst en cultuur te maken en te presenteren. Relevante beleidsnota’s • De Basis Op Orde – Cultuurbeleid 2005-2008 • Cultuurvisie (concept)
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen • Instandhouden en versterken van de culturele infrastructuur. • Versterken van het culturele aanbod. • Versterken van het productieklimaat. • Vergroten van de deelname aan de cultuur, met name door jongeren. • De culturele aantrekkelijkheid van de stad beter vermarkten.
Prestatieafspraken Activiteiten 2010 (zie b) • Implementatie door middel van • Na vaststelling van de Cultuurvisie Cultuurnota van ontwikkelingslijnen 2020 een Cultuurnota 2010-2013 Cultuurvisie: opstellen. (zie a) • Ons creatief vermogen. • Uitvoering presentatiebeleid beel• Iedereen doet mee. dende kunst. • Versterken cultuurtoerisme. • Streven naar meerjarige subsidie-afspraken met grote instellingen (zie c). • Pilot meerjarige subsidieafspraken met Fundatie conform de afspraken met de provincie (zie e). • Herstart lokale omroep. • Project Hedon. • Besluitvorming rond Historisch Centrum Overijssel-Stedelijk Museum Zwolle.
Toelichting programmaplan: a. In de Cultuurnota zullen de sectoren, zoals podiumkunsten, musea etc. afzonderlijk behandeld worden; b. Indien relevant wordt één of meer van de ontwikkelingslijnen binnen de sectoren behandeld; c. De prestatieafspraken met de instellingen worden, indien opportuun toegesneden, op de ontwikkelingslijnen van de Cultuurvisie. d. De prestatieafspraken en activiteiten 2010 zijn geformuleerd op het moment dat nog niet duidelijk is of de Cultuurvisie door de gemeenteraad wordt aanvaard. e. Vermindering van de regeldruk in de relatie met de grote structureel gesubsidieerde instellingen: dit kan worden bereikt door het maken van meerjarige afspraken. Voor de instellingen vergroot dat de flexibiliteit in de programmering. De provincie Overijssel is daarmee al begonnen, hetgeen wat onze instellingen betreft de Fundatie confronteert met twee verschillende regimes. Vandaar dat de pilot wordt begonnen.
Kengetallen 1.
Kengetallen 2010
Instelling Odeon-Spiegel Hedon
Bibliotheek Zwolle
Activiteiten 400 voorstellingen 55 concerten 20 dance-events 10 vrije val theater-programma´s 20 filmavonden Collectie 254.000 Bibliotheekleden 32.832 Uitleningen 1.117.864 Culturele activiteiten 120 Educatieve activiteiten
programmabegroting 2010
Bereik 145-150.000 bezoekers 30.000 bezoekers
793.706 bezoekers
31
tlaveren Instelling De Muzerie
IJsselacademie
Stedelijk Museum Zwolle
De Fundatie (locatie Zwolle)
Historisch Centrum Overijssel
Ecodrome
Activiteiten muziek instrumentaal & vocaal (±25 instrumenten) harmonie en fanfare (±10 instrumenten) cursussen muziek (±25 verschillende) cursussen beeldende kunst (±50 verschillende) cursussen theater (±20 verschillende) cursussen dans (5 verschillende) cursussen multidisciplinair (5verschillende) cursussen trendmatig aanbod Primair onderwijs aanbod Voortgezet onderwijs 12 onderzoeken en publicaties 2 educatieve projecten 4 cursussen 2 symposia en lezingen 4 evenementen en wedstrijden Tentoonstellingen (±14) Educatieve projecten Kortlopende activiteiten: lezingen, concerten en educatieve activiteiten publicaties bij tentoonstellingen Tentoonstellingen (±5) Educatieve activiteiten Nijenhuis tent. (±5) themapresentaties (±6) arrangementspresentaties (100) gastpresentaties (±30) omvang collectie 16 kilometer archief Enkele themamanifestaties Educatieve activiteiten Activiteiten t.b.v. natuur & milieuorganisaties Nat.hist.museumcollectie -100.000 items Diverse tentoonstellingen Diverse verblijven met levende dieren
Bereik 525 cursisten 100 420 680 250 145 110 260 10.000 11.800
27.000 bezoekers
90.000 bezoekers 17.000 bezoekers 30.000 bezoekers fysiek 250.000 bez. via internet 4.500.000 bez. via Genlias 550.000 zoekvragen Genlias Overijssel 110.000 bezoekers
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * reserve wachtgelden Muzerie * reserve Ecodrome * reserve GPA * stimuleringsres podiumkunsten Resultaat na bestemming
rekening 2008 17207 444 -16763 1401
-15362
begroting 2009 2010 18071 18476 552 301 -17519 -18175 1145 46 68 759 250 -16374 -17052
meerjarenraming 2011 2012 2013 18372 18368 18369 301 301 301 -18071 -18067 -18068
-18071
-18067
-18068
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Naast trendmatige aanpassingen en wijziging capacitetsverdeling is de bijdrage voor Beeldende Kunst ad € 150.000 verwerkt. Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Verlaging subsidies in relatie met cultuurhuis Efficiency museale voorzieningen
32
-1 5 100
programmabegroting 2010
-1 5
-1
tlaveren Budget o.b.v. bestaand beleid
rekening 2008
begroting 2009 2010
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Uitv. Raadsbesluit afbouw subsidie machinemuseum Tijdelijke subsidieverhoging machinemuseum Participatiefonds cultuur Totaalbudget Fluitorkest,Gnaffel,Kameroperafestival ca
-20 -35 -90 -225
Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Bibliotheek
meerjarenraming 2011 2012
-90
-90
-100
-100
-100
Besluitvorming PPN 2009 (meerjarig incidenteel): Hedon Zaalgebruik Odeon De Spiegel
500 25
25
25
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
140
140
140
Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Verhalenboot Muzerie Hannema Stuers Fundatie Veteranendag
-20 -75 -20 -50
2013
-100
140
Nadere specificatie programmabudget 2010: Bibliotheken Podiumkunsten Festivals Cultuureducatie Amateurkunst Musea Lokale geschiedenis Beeldende Kunst Beiaardier
lasten 3658 6298 398 2530 380 2906 1416 852 38 18476
programmabegroting 2010
baten 1010 346 68
1424
saldo -3658 -5288 -398 -2184 -380 -2838 -1416 -852 -38 -17052
33
tlaveren
Programma 3
Sport
Thema
Samen beleven in Zwolle
Beleidskader Het deelprogramma Sport kent de volgende, belangrijke langere-termijndoelstellingen: • Stimuleren dat Zwollenaren een leven lang sporten, vijf dagen in de week. • Het bevorderen van sterke, bloeiende sportverenigingen die een aantrekkelijk sportaanbod hebben en een ontmoetingsplaats zijn voor diverse bevolkingsgroepen. • Speciale aandacht blijven besteden aan de doelgroepen jeugd, ouderen, mensen met een beperking en minderheden. • Het bevorderen dat Zwolle een stad is waar bijzondere en aansprekende sportprestaties worden geleverd. • Ervoor zorg dragen dat Zwolle voldoende en kwalitatief goede sportaccommodaties heeft, die evenwichtig over de stad gespreid zijn. Relevante beleidsnota’s • Beleidskader Zwemwateronderzoek (2003-2004) • Nota Sportaccommodatiebeleid Zwolle (2005) • Sportnota: Sport in Zwolle, Samen Beleven (2006-2011) • Masterplan Sportaccommodaties (2009)
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Breedtesport Stimuleren dat Zwollenaren een leven lang sporten, vijf dagen in de week.
Speciale aandacht blijven besteden aan de doelgroepen jeugd, ouderen, mensen met een beperking en minderheden.
34
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
Het aantal jeugdigen dat de Beweegnorm Verzorgen van een sport- en beweegaanbod voor jeugd en jongeren van 4 t/m 12 haalt stijgt jaarlijks met 2%. jaar en 13 t/m 18 jaar en het verbeteren van de kwaliteit en de continuïteit van het Het percentage jongeren met overgesport- en beweegaanbod door Sportwicht in de leeftijdscategorie 0-19 jaar service Zwolle als onderdeel van het zal niet verder stijgen. bestaande uitvoeringsprogramma voor Het aantal scholen waar de jeugd binnen de programmalijn ‘Zwolle speelt breed’. en buiten schooltijd dagelijks kan sporInzet van combinatiefunctionarissen ter ten bedraagt 90%. uitvoering van onder- en naschoolse Minstens 65% van de Zwolse volwassen (sport)activiteiten middels subsidiëring van Sportservice in het kader van de Imbevolking voldoet aan de Beweegnorm. puls Brede Scholen, Sport en Cultuur. Het percentage ouderen, sociale minima Het (laten) verzorgen van een divers en mensen met een beperking binnen de sport- en beweegaanbod voor ouderen georganiseerde sport stijgt jaarlijks met middels subsidiëring van het uitvoeringsprogramma SWOZ, onderdeel sportief 5%. bewegen voor ouderen. De achterstand van allochtone jongeren Integreren van zorgprogramma´s in de georganiseerde sport is ingelopen. gericht op kinderen met motorische-, gezondheids- en sociaal-emotionele achterstanden in bestaande beweegactiHet aantal verenigingen dat zich openviteiten als onderdeel van het bestaande stelt voor bijzondere doelgroepen is uitvoeringsprogramma van SportService gestegen met 10. Zwolle voor de programmalijn ‘Zwolle speelt breed’.(zie a) Onderzoek naar en waar mogelijk doorvoering van uitbreiding van de functie en het takenpakket van SSZ op het gebied van gehandicaptensport. Implementeren en uitvoeren van de subsidieregeling aangepast sporten. Het ontwikkelen, uitwerken en implementeren van beleid ten aanzien van aangepast sporten.
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen Het bevorderen van sterke, bloeiende sportverenigingen die een aantrekkelijk sportaanbod hebben en een ontmoetingsplaats zijn voor diverse bevolkingsgroepen
Prestatieafspraken Het aantal verenigingen dat wachtlijsten kent voor jeugdleden is gereduceerd tot 0. Het aantal verenigingen met kaderproblemen is gereduceerd met 20%. Het aantal verenigingen dat ledengroei kent, is verhoogd met 10%. Het aantal verenigingen met financiële problemen is gereduceerd met 10%. 25 verenigingen hebben een keurmerk.
Activiteiten 2010 Subsidiëring van het bestaande uitvoeringsprogramma van SportService Zwolle voor de programmalijn Zwolle speelt niet op de man ten behoeve van: • verenigingsondersteuning voor reguliere en gehandicaptensportverenigingen • ondersteunen van reguliere sportverenigingen bij de opvang en begeleiding van mensen met een beperking • Deskundigheidsbevordering en stimuleren vrijwilligerswerk voor reguliere en gehandicaptensport-verenigingen • Het structureel inbedden en zichtbaar maken van Fair Play in sportverenigingen Tezamen met SSZ het initiëren van onderzoek naar mogelijkheden voor uitbouw verenigingsondersteuning. Het binnen de kaders van het flankerend beleid uit het Masterplan Sportaccommodaties vastleggen van een kwaliteitsbeoordelingscriterium ten aanzien van de sportverenigingen, dat vooral zijn beslag dient te krijgen in het tarievenen subsidiestelsel.
Topsport Het bevorderen dat Zwolle een stad is waar bijzondere en aansprekende sportprestaties worden geleverd.
Minimaal 4 Zwolse verenigingen en mini- Structurele financiering van het Topsport maal 4 individuele sporters acteren in de Steunpunt ten behoeve van onder meer: • Het bevorderen van een hoger niveau nationale top. van sportbeoefening • Het laten functioneren van een netwerkstructuur rondom breedtesport en talentontwikkeling Doorontwikkeling van het Topsport Steunpunt op basis van een nieuw projectplan en de daaruitvoortvloeiende nieuwe prestatie- en uitvoeringsovereenkomst. Participatie in het Olympisch Netwerk Overijssel. Zwolle is de thuisbasis voor 4 sportevenementen die een plaats hebben op de nationale kalender. Zwolle heeft eenmaal per twee jaar een internationaal sportevenement.
Financiering, wervingsactiviteiten, coördinatie en behandeling van subsidieaanvragen ten aanzien van Topsportevenementen. Het ontwikkelen van nieuwe criteria ten behoeve van Topsportevenementen.
Er zijn afspraken gemaakt met 5 topclubs/topsporters over het aanwenden van hun kennis en expertise voor de Zwolse breedtesport en hun bijdrage aan de promotie van Zwolle.
programmabegroting 2010
Sportservice Zwolle en het Topsport Steunpunt zetten topsportclubs en topsporters in voor diverse activiteiten en functies.
35
tlaveren Meerjarige doelstellingen Sportaccommodaties Er voor zorgdragen dat Zwolle voldoende en kwalitatief goede sportaccommodaties heeft, die evenwichtig over de stad gespreid zijn.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
Het gevoerde beleid heeft zowel voor de Start van de implementatie van het binnen- als de buitensport geleid tot een Masterplan Sportaccommodaties: • Bouwkundig en technisch onderzoek goed kwalitatief en kwantitatief aanbod van (een deel van) de sportaccommovan sportaccommodaties daties heeft plaatsgevonden. Er is sprake van een evenwichtige sprei- • De ontwikkeling van het flankerend beleid is begonnen. ding van voldoende en flexibel inzetbare • De planontwikkeling voor de herstrucvoorzieningen. turering van het Hooge Laar is gereed. • Voor acute accommodatieproblemen zijn voorstellen ontwikkeld. • Op sportpark Marslanden is een kunstgrasvoetbalveld aangelegd. Tezamen met SSZ het opstarten van de ontwikkeling van een centraal sportloket. Het verbeteren van de toegankelijkheid van (een deel van de) bestaande sportaccommodaties voor gehandicapten door het aanbrengen van gehandicaptenvoorzieningen. De nieuwe zwemvoorziening(en) wordt (worden) geopend.
De aanbesteding van de exploitatie van de nieuwe zwembaden heeft plaatsgevonden en de bijbehorende contracten zijn met de geselecteerde partij afgesloten. De (voorbereiding van de) bouw van de nieuwe zwembaden is begonnen. De renovatie van het Openluchtbad is begonnen.
Toelichting programmaplan: a. Breedtesport. Een belangrijk speerpunt binnen het sportbeleid blijft de doorontwikkeling van SportService Zwolle (SSZ). Gezamenlijk met SSZ is gekozen voor een verdere versteviging en inbedding van het takenpakket van SSZ en de aanpassing van de organisatie daarop. Dit proces is in gang gezet en het structureren, formaliseren en afbakenen van taken en verantwoordelijkheden en het ontwikkelen van kwalitatief en kwantitatief meetbare prestatieafspraken heeft ook in 2010 (en daarna) blijvend aandacht nodig. Verder zal in 2010 bekeken worden in welke mate uitbreiding van het takenpakket/de functie van SSZ nodig is en welke eerste (voorbereidende) stappen daarin gezet worden. In 2010 zal vooral gekeken worden naar taken/functies op het gebied van de gehandicaptensport, zoals voorzien in de ontwikkelingsvisie maar vooral ook voortvloeiend uit het behoeftenonderzoek in combinatie met de in ontwikkeling zijnde beleidsspeerpunten als gevolg van het Jaar van de Gehandicaptensport in 2009. Ook ten aanzien van de in het Masterplan Sportaccommodaties genoemde ontwikkeling van een centraal sportloket en uitbouw van de verenigingsondersteuning dienen in 2010 de eerste stappen genomen te worden. Medio 2010 komt een einde aan de uitvoering van de vierjarige Buurt Onderwijs Sport-projecten die in de loop van 2006 zijn begonnen in vier Zwolse wijken. Hoewel 2009 het laatste jaar was dat (co-)financiering beschikbaar is gesteld loopt de uitvoering van de projecten nog enige maanden door in 2010. In 2009 zijn in het kader van de Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur de eerste combinatiefunctionarissen aangesteld. Deze impulsregeling kent op onderdelen inhoudelijke overeenkomsten met de BOS-regeling. SSZ verzorgt het werkgeverschap voor de combinatiefunctionarissen voor de sport en draagt bij tot het invulling geven aan en de uitvoering van de Impulsregeling. Medio 2010 is de uitvoering van het eerste jaar een feit en kunnen de eerste resultaten in kaart gebracht worden. Een belangrijk resultaat van het Jaar van de Gehandicaptensport zijn de geformuleerde speerpunten voor beleid. In 2010 zal de focus liggen bij het verder ontwikkelen, uitwerken en implementeren van het beleid en het verbeteren van de toegankelijkheid van de sportaccommodaties voor gehandicapten. Bij de Perspectiefnota 2010 zijn hiervoor middelen beschikbaar gesteld.
36
programmabegroting 2010
tlaveren
b. Topsport. Voor topsportevenementen wordt, mede in het kader van het dynamiseren van het gemeentelijk evenementenbestand, ingezet op het ontwikkelen van nieuwe criteria voor topsportevenementen. De vierjarige uitvoeringsovereenkomst met het Topsport Steunpunt eindigt eind 2010. Dit houdt in dat in 2010 toetsing plaats moet vinden van de mate waarin het projectplan, dat de basis van de uitvoeringsovereenkomst vormt, is gerealiseerd. Op basis van deze toetsing en een bijgesteld of nieuw projectplan dient bezien te worden of tot een nieuwe uitvoerings- en prestatieovereenkomst gekomen kan worden. c. Accommodaties. Het Masterplan Sportaccommodaties is één van de speerpunten binnen het huidige sportbeleid. Het Masterplan Sportaccommodaties inclusief het implementatieplan is gereed ter besluitvorming. Het Masterplan zal naar verwachting nog in 2009 worden vastgesteld. In 2010 zullen derhalve de eerste belangrijke stappen gezet moeten worden in de implementatie van het Masterplan. Het gaat hierbij in eerste instantie om het initiëren van (een gefaseerd) bouwkundig en technisch onderzoek van de sportaccommodaties, het ontwikkelen van flankerend beleid en het in gang zetten van de herstructurering van het Hooge Laar. Ook zal bij de implementatie gekeken worden naar de exploitatie van de sporthallen in Zwolle. Enkele beheerstichtingen geven immers aan moeite te ondervinden de exploitatie sluitend te krijgen. De aanvragen voor extra subsidie ter dekking van de exploitatietekorten willen wij in afwachting van een totaalbeeld van de exploitatie van de sporthallen en de implementatie van het Masterplan Sportaccommodaties (nog) niet structureel toekennen. Daarnaast dient op korte termijn zicht te komen op een oplossing van enkele acute accommodatieproblemen, waarvoor op onderdelen nader onderzoek nodig is. Ten slotte wordt de aanleg van een kunstgrasveld voor SV Zwolle voorzien. De werkzaamheden uit de implementatie leiden er toe dat (op termijn) de structurele lasten van het Masterplan inzichtelijk worden. Voor de met de implementatie samenhangende werkzaamheden/activiteiten voor 2010 gaat het om incidentele kosten, waarmee een begin kan worden gemaakt met de implementatie van het Masterplan Sportaccommodaties. Het realiseren van een nieuw zwembad is een prestatieafspraak uit het collegeprogramma. In 2010 wordt de aanbesteding van de exploitatie afgerond en worden de bijbehorende contracten gesloten. Voorts wordt in de loop van 2010 de aanvang van de bouw van de nieuwe zwembaden voorzien. Oplevering en opening van de nieuwe zwembaden wordt voorzien in 2012. Wat betreft het openluchtbad wordt het renovatieplan eind 2009 opgeleverd. Op basis van een reeds uitgevoerd vooronderzoek blijkt dat er alleen al voor het oplossen van de huidige problematiek, inhoudende oplossen van scheurvorming, minimaal € 1.500.000 exclusief BTW benodigd is. Het renovatieplan Openluchtbad is toegevoegd aan het cofinancieringsfonds. Zodra het renovatieplan gereed is en de daarmee samenhangende kosten bekend zijn zal een beroep gedaan worden op dit fonds.
Kengetallen Bezoekersaantallen zwembaden: 2004 295.422 140.040 30.329 465.791
Hanzebad Aa-bad Therapiebad Totaal
2005 251.788 131.868 29.231 412.887
2006 247.692 122.588 27.631 397.911
2007 248.594 120.357 28.427 397.378
2008 249.248 113.615 26.380 389.243
2005 63.000
2006 83.500
2007 47.500
2008 51.000
Bezoekersaantallen openluchtbad (bron: Vereniging Openluchtbad Zwolle) 2004 55.000
Openluchtbad
Breedtesport Sportparticipatiecijfers. Bron: “Sport in Zwolle”, onderzoek naar de sportparticipatie en sportbehoefte van de Zwolse bevolking (juni 2003). In 2009 is wederom een onderzoek uitgevoerd naar de sportparticipatie en sportbehoefte. De resultaten daarvan zijn op het moment van schrijven nog niet bekend, maar worden opgenomen in de jaarrekening 2009. Participatiecijfer algemeen 18 t/m 64-jarigen:
77%
programmabegroting 2010
37
tlaveren
Leeftijd: 17 jaar en jonger 18 t/m 24 jaar 25 t/m 34 jaar 35 t/m 44 jaar 45 t/m 54 jaar 55 t/m 64 jaar Etniciteit: Autochtonen Allochtonen
59% 85% 80% 79% 76% 63%
79% 63%
Het sportparticipatiecijfer geeft het percentage van de desbetreffende groep aan dat 12 maal per jaar aan sportbeoefening doet (volgens Richtlijnen Sportdeelname Onderzoek (RSO)). Topsport • aantal topclubs in Zwolle: • aantal topsportevenementen:
4 4
Sportaccommodaties Aantal sportaccommodaties onder gemeentelijk beheer: Aantal sportaccommodaties onder gemeentelijk beheer Voetbalveld (kunstgras) Voetbalvelden Hockeyvelden (gras) Hockeyvelden (kunstgras) Korfbalvelden Halfverharde handbalvelden Trainingsvelden Atletiekbanen Honkbalveld Softbalveld Rugbyveld Gymnastieklokalen Sportzalen Totaal
2003 1 37 1 1 4 2 20 1 1 1 0 30 4 103
2004 1 37 0 1 2 2 20 1 1 1 0 30 4 100
2005 1 37 0 1 2 2 20 1 1 1 0 30 4 100
2006 4 34 0 1 2 2 20 1 1 1 0 30 4 100
2007 11 34 0 1 3 2 12 1 1 1 1 30 4 101
Toelichting: ¹ Op sportpark Weidesteen natuurgrasveld vervangen door kunstgrasveld. Oefenveld Papaverweg vervallen.
38
programmabegroting 2010
2008 12¹ 34 0 1 3 2 11¹ 1 1 1 1 30 4 101
2009 13¹ 33¹ 0 1 3 2 10¹ 1 1 1 1 30 4 101
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * reserve onderhoud sportaccom * reserve dekking kap.l. econ.inv. Resultaat na bestemming
rekening 2008 6807 1117 -5690 47
-5643
begroting 2009 2010 7555 7769 1010 848 -6545 -6921 713 264 294 -5832 -6363
meerjarenraming 2011 2012 7708 8820 848 848 -6860 -7972
2013 8826 848 -7978
-6860
-7978
-7972
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Naast de trendmatige aanpassingen is OZB-vrijstelling sportacommodaties ad € 25.000 en de stadsuitbreidingspost sportvoorzieningen stadshagen ad € 400.000 geraamd. Toelichting mutatie meerjarenraming: Nieuw zwembad Vrijvallende kapitaallasten
61
-1155 43
-32 26
Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Hogere dotatie reserve sportaccommodaties
-60
-60
-60
-60
Besluitvorming PPN 2010-2013 (meerjarig incidenteel): Bijdrage exploitatietekort zwembaden Gehandicaptensport
-75
-150 -75
-75
-75
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Bijdrage exploitatietekort zwembaden
-150 34
34
34
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
34
Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Masterplan sportaccommodaties: kunstgrasveld Masterplan sportaccommodaties: uitvoeringsplan / knelpunten Sporthallen
-360 -195 -60
Nadere specificatie programmabudget 2010: Breedtesport Topstport Sportaccommodaties
lasten 884 213 6835 7932
baten
1569 1569
programmabegroting 2010
saldo -884 -213 -5266 -6363
39
tlaveren
Programma 4
Inburgering & Integratie
Thema
Samen leven in Zwolle
Beleidskader Uitgangspunt van inburgering en integratie is dat iedereen participeert in de Zwolse samenleving. Inburgering heeft als doel de inburgeraar zodanig toe te rusten dat deze in staat is om zelfstandig in de samenleving te functioneren. Integratie gaat een stap verder: enerzijds wordt van inburgeringsbehoeftigen verwacht dat zij bereid zijn te integreren en anderzijds moet de Nederlandse samenleving die integratie mogelijk maken. Drie kernbegrippen staan hierbij centraal: toerusting (beheersing Nederlandse taal), toenadering (integratie is tweerichtingsverkeer) en toegankelijkheid (van instellingen en organisaties). De gemeente voelt zich verantwoordelijk voor die inburgeraars, die ondersteuning nodig hebben op weg naar integratie met het uiteindelijke doel een volwaardige plek in de samenleving. Daarbij is het streven om een voor de inburgeringsplichtige zo hoog mogelijk niveau van inburgering te behalen passend bij de capaciteiten van inburgeringsplichtige. Per 1 januari 2009 is de Wet Participatiebudget in werking getreden. Hiermee wordt het mogelijk middelen voor reintegratie, educatie en inburgering te bundelen. Er is meer ruimte ontstaan om maatwerk te leveren aan de klanten en een samenhangende aanpak op het gebied van participatie te realiseren. Hiertoe zijn afspraken gemaakt met werkgevers en organisaties op het gebied van onderwijs, arbeid, welzijn, hulpverlening en zorg. (zie ook programma 9). De Wet Inburgering (WI) regelt met ingang van 2007 de inburgeringsplicht voor alle nieuwkomers en oudkomers van 16 tot 65 jaar die duurzaam in Nederland willen en mogen verblijven. Bij het invulling geven aan de inburgeringsverplichting staat de eigen verantwoordelijkheid (ook in financiële zin) van de inburgeringsplichtige centraal. Naast de Wet Inburgering is per 1 januari 2007 ook de Regeling Vrijwillige Inburgering ingegaan, waarmee gemeenten de gelegenheid krijgen om ook inburgeringstrajecten aan te bieden aan groepen die niet onder de WI vallen, maar voor wie een inburgeringstraject wel wenselijk is. In juni 2008 is de beleidsnotitie Integratie 2008-2010 door de gemeenteraad vastgesteld en op dit moment is de nieuwe beleidsnotitie ‘Antillanen En Arubanen Vooruit In Zwolle’ in voorbereiding. Deze laatste notitie is nog in de conceptfase. In eerste instantie zou de nota in het begin van 2008 gereed zijn, maar de Tweede Kamer heeft nog geen besluit genomen over een landelijke koers voor Antillianen en de financiële middelen die gemeenten zullen ontvangen. De verwachting bestaat dat daar in het najaar van 2009 meer duidelijkheid over is. De jaren 2008 en 2009 stonden in het teken van het Generaal Pardon. In deze jaren, maar zeker nog in 2010 en 2011, wordt geïnvesteerd in de inburgering van deze groep mensen. Relevante beleidsnota’s: • Plan van aanpak Voorbereidingstraject Participatiefonds (maart 2008) • Het Participatiebudget en de visie op participatie van de gemeente Zwolle (november 2008) • Overzicht doelgroepen en klantgroepen Participatiebudget (maart 2009) • Zwolle Aan Zet met het Participatiebudget, evaluatie en voortgang (april 2009) • Eindrapportage voorbereidingstraject Participatiebudget (mei 2009) • Integratie Is Van Ons Allemaal. Beleidsnota Integratie (2008-2010) • Inburgering, Samenleven in Zwolle: nota voor invoering Wet Inburgering (2006) • Lokale Inburgeringsagenda. Zwolse uitwerking van het Deltaplan Inburgering (2008) • Nota uitvoering Generaal Pardon in Zwolle • Projectplan Reintegratie Generaal Pardon; Oog Voor Elkaar (2008) • Koersplan 2009
40
programmabegroting 2010
tlaveren
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Participatiebudget Een integrale dienstverlening voor de klant vanuit het Participatiebudget. Vanuit de vraag en de mogelijkheden van de klant wordt dienstverlening op maat geleverd met als doel arbeidsparticipatie of maatschappelijke participatie.
Prestatieafspraken • Een omslag in denken in participatie is algemeen aanvaard. • De uitgangspunten voor een integrale beleidsvisie op participatie zijn bekend. • Een voorstel voor één programma Participatiebudget. • Er is vastgesteld of de verordeningen reintegratie en inburgering voldoen aan de Wet Participatiebudget. • Het integrale klantproces is begonnen, zowel organisatorisch als inhoudelijk. • De integrale inkoop Participatiebudget is begonnen. • Het verantwoordingsproces Participatiebudget is gereed. • De introductie van het gebruik van de participatieladder is afgerond. • Instemming bereikt met de partners in de stad over de uitgangspunten en doelstellingen van het ketenoverleg Participatiebudget. • Afspraken met de regiogemeenten over samenwerking. • De analyse van de gemeentelijke organisatie in het kader van participatie op basis van een integrale beleidsvisie is begonnen.
65% van de inburgeraars, die een trajecIn de periode tot 2011 moeten tal van maatregelen, waaronder de ontschotting taanbod van de gemeente Zwolle krijgen, behaalt het inburgeringsexamen. van middelen in het Participatiefonds, vereenvoudiging van de regelgeving en versterken van de doelgroepen leiden tot een duurzame rendementsverbetering bij inburgering. Vrijwillige inburgeraars Actieve werving van deze doelgroep met als doel maatschappelijke participatie of arbeidsparticipatie.
Taalcoaches Deelname aan het landelijke project taalcoaches. De taalcoach motiveert de inburgeraar om deel te nemen aan een traject en biedt extra ondersteuning na het inburgeringsexamen gericht op het vergroten van de participatie. Realisatie van 138 taalkoppels in de projectperiode 2009 tot en met 2011.
Activiteiten 2010 Verdere ontwikkeling en implementatie van het Participatiebudget binnen het gemeentelijk beleid. Hierbij staan de volgende thema´s centraal: • Visie op participatie. • Interne bedrijfsvoering: • Het klantproces. • Inkoopproces. • Verantwoording: • Prestaties en verantwoording. • Ontwikkelen participatieladder. • Integraal participatiebeleid. • Partners in de stad en in de regio. • Communicatie.
Op basis van het plan “Inburgering 2010 en Verder”; ‘Scenario´s Voor Uitvoering’ worden ambities en volumeafspraken geformuleerd voor 2010.
• Starten van inburgeringstrajecten. • Bereiken van 120 allochtone laaggeletterden in 2010.
Uitvoering wervingsplan vrijwillige inburgeraars: bereiken, informeren en verleiden van de vrijwillige inburgeraars. Hierbij wordt aangesloten bij het wervingsplan laaggeletterden en gebruik gemaakt van de bestaande infrastructuur voor de werving van deze doelgroep.
Realisatie van 46 taalkoppels in 2010.
Uitvoering van het project Taalcoaches door de betrokken partners in de stad op basis van het uitvoeringsplan Taalcoaches en de subsidiebeschikkingen.
programmabegroting 2010
41
tlaveren Meerjarige doelstellingen Het verbeteren van de sociaal-economische en sociaal-culturele integratie van allochtone en autochtone Zwollenaren.
Prestatieafspraken In 2010 is de sociaal-economische en de sociaal-culturele integratie van allochtone inwoners van Zwolle naar het oordeel van allochtonen en autochtonen verbeterd ten opzichte van 2004.
Activiteiten 2010 Uitvoeren van de aanvullende notitie Integratiebeleid. Daarbij wordt specifiek ingezet op de prioriteiten: • Taalbeheersing. • Sociale contacten. • Spreiding.
Uitvoering van de nota Integratie Is Van Ons Allemaal. In het kader van deze nota worden de volgende activiteiten uitgevoerd: • Integratieraad mogelijkheden bieden, waardoor het mogelijk wordt gemaakt hun taken verder in te vullen middels de opzet van een databank. • Samen Maken We De Stad: (blijven) stimuleren van het integratieproces in de samenleving. Dit door het onderwerp op de maatschappelijke agenda te blijven zetten en dit actief te stimuleren. • Interculturalisering in organisaties en instellingen blijft speerpunt. • Blijven inzetten op ontmoeting tussen allochtone en autochtone bevolkingsgroepen. • Invoeren en uitwerken van het Deltaplan Inburgering. In 2010 worden de projecten Een Spiegel De 21 Antillianengemeenten ontvingen Antillianen- en Arubanenbeleid Liegt Niet (ESLN) en “On Track Again” Problemen van en met - met name jonge van 2005 tot en met 2008 een bijdrage (OTA) in de bestaande Zwolse hulpverlevan het Rijk voor de uitvoering van het - Antillianen en Arubanen sterk terugningsstructuren ingebed. zogenoemde Bestuurlijk Arrangement. dringen. In afwachting van nieuw rijksbeleid kre- ESLN begeleidt voortijdig schoolverlagen de Antillianengemeenten in 2009 een ters en leerplichtige leerlingen, op een ‘outreachende’ wijze, terug naar school bedrag ter overbrugging tot 2010. en/of opleiding. Vanaf 2010 komt het Rijk met nieuw beleid en wordt bekend hoeveel middelen Het opvangen van minimaal drie Antillide gemeenten krijgen. Op dit moment aanse jongeren in het project “Take Off”. is er echter nog geen rijksnotitie en is niet bekend hoeveel en welke activiteiten Laten vaststellen van een nieuwe notitie Zwolle in 2010 kan uitvoeren. Antillianenbeleid. • Heroriëntatie op de Zwolse A/Aaanpak. • Continuering brede regie. • Inbedden van specifieke aandacht voor A/A-jongeren in bestaande voorzieningen. Vanaf 2010 wordt een nieuwe beleidslijn • Bieden van opvang. Dato en Dato+ • Begeleiding bij terugkeer. ingezet waartoe de raad eind 2009 een De opvang van uitgeprocedeerde asiel• Stimuleren van terugkeer met behulp keuze zal maken tussen drie varianten: zoekers en mensen met een tweede van het ‘Lokaal Terugkeer Overleg’ procedure, gericht op regulier verblijf in • Ongewijzigd voortzetten; waarin de belangrijkste ketenpartners • Stoppen; Nederland. zitting hebben. • Voortzetten, maar instroom beperken en uitstroom bevorderen. De keuze voor een van de drie varianten brengt financiële gevolgen mee. Derhalve is Dato/Dato+ aangemeld voor het ‘oplossen van knelpunten’. herformulering na B&W besluitvorming!
42
programmabegroting 2010
tlaveren
Kengetallen Instroomcijfers asielzoekers in Nederland: Jaar Aantal
2000 34.000
2001 25.600
2002 13.000
2003 8.600
2004 5.300
2005 5.400
2006 7.700
2007 9.000
2008 14.600
2009 16.000 (verwachting)
Toelichting programmaplan Inburgering De prognose voor 2009 is bijgesteld tot een aantal van 200 inburgeringstrajecten omdat de streefwaarden in 2007, 2008 en 2009 niet gehaald zijn. Een prognose voor 2010 kunnen we op dit moment, gezien de vele ontwikkelingen die van invloed zijn en nog niet vertaald zijn naar beleid (wijzigingen in de Wet Inburgering, de invoering van de Regeling Vrijwillige Inburgering, invoering Participatiebudget en het werven van vrijwillige inburgeraars) niet geven. Op basis van het plan ‘Inburgering 2010 en verder; scenario’s voor uitvoering’, worden ambities en volumeafspraken geformuleerd voor 2010 en verder. Deze afspraken hebben betrekking op: • Toename van de deelname aan inburgeringvoorzieningen. • Vergroten van de doelgroep die in aanmerking komt voor een inburgeringvoorziening. • Verhogen van het rendement van inburgering.
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * Reserve WIN Resultaat na bestemming
rekening 2008 3777 2436 -1341 75 -1266
begroting 2009 2724 2253 -471
2010 2383 1860 -523
meerjarenraming 2011 2012 2384 2385 1860 1860 -524 -525
2013 2386 1860 -526
-471
40 -483
-524
-526
-525
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: De afname van de lasten en baten heeft met name betrekking op de Wet Inburgering. De eventuele gevolgen van de invoering per 1-1-2010 van het Participatiefonds zijn nog niet bekend. Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
4
Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Dato/Dato+ Stichting Vluchtelingenwerk
-1
-1
-1
4
4
4
-350 -50
Nadere specificatie programmabudget 2010: Nieuwkomersbeleid Zelforganisatie minderheden Ontwikkelingssamenwerking
lasten 1975 296 112 2383
programmabegroting 2010
baten 1860 40 1900
saldo -115 -256 -112 -483
43
tlaveren
Programma 5
Onderwijs en Jeugd
Thema
Samen werken en leren in Zwolle
Beleidskader jeugd: Het huidige jeugdbeleid (2005-2009) kent drie speerpunten: binden en activeren van jongeren (12 tot 23 jaar), iedere jongere doet mee en het voorkomen en bestrijden van jeugdcriminaliteit. Vanaf 2010 start een nieuwe beleidsperiode en daarom zal naar verwachting eind 2009 een nieuwe beleidsnota ter besluitvorming aangeboden worden aan college en raad. De uitvoering van het jeugdbeleid vindt binnen de programma’s welzijn, zorg en onderwijs plaats. De activiteiten en de opbrengsten 2010 staan dan ook bij deze drie programma’s vermeld. Binnen het programma zorg gaat het om activiteiten voor opvoedingsondersteuning en ontwikkelingsstimulering. Binnen het programma welzijn gaat het vooral om de inzet van het jongerenwerk en het betrekken van jongeren bij het gemeentelijke jeugdbeleid. De activiteiten die onder het programma onderwijs vallen, worden hieronder vermeld.
Beleidskader onderwijs: De hoofddoelstelling van het lokale onderwijsbeleid is dat alle jongeren in Zwolle een startkwalificatie behalen, of het hoogst haalbare niveau als de jongere niet in staat is om een startkwalificatie te behalen. Voor kinderen van 0-4 jaar betekent dit dat er binnen de voor-en vroegschoolse educatie (VVE) specifieke aandacht is voor kinderen met een taalachterstand. En dat wat betreft preventie, zorg en opvoedingsondersteuning nauw samengewerkt wordt met de Centra voor Jeugd en Gezin. Ook wordt er in het kader van de wet OKE (Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie) nieuw VVE-beleid ontwikkeld worden voor de periode 2010-2014, gericht op de harmonisatie van kinderopvang en peuterspeelwerk en de kwaliteit van het peuterspeelwerk. Voor de groep 0-12 jarigen wordt daarnaast ingezet op de verdere ontwikkeling van brede scholen en ook vindt een evaluatie van de huidige schakelklassen plaats. Op basis van deze evaluatie zal bekeken worden hoe de verdere ontwikkeling van de schakelklassen zal gaan verlopen. Voor alle kinderen van 0-18 jaar geldt dat er specifiek aandacht besteed wordt aan de doorlopende leerlijn, een sluitende zorgstructuur (in nauwe samenwerking met het onderwijs in het kader van passend onderwijs) en een sluitende aanpak voortijdig schoolverlaten. Hiervoor is ook een goede samenwerking binnen de (rmc) regio IJssel-Vecht van belang, omdat Zwolle ook veel leerlingen uit de regio trekt. In het kader van de gezamenlijke regionale notitie Klaar voor de Start zijn daarom afspraken gemaakt over de afstemming van beleid en activiteiten op het terrein van leerplicht, Regionaal Meld- en Coördinatiepunt (RMC) en voortijdig schoolverlaten. Er is hierbij specifieke aandacht voor registratie en melding, instroom, doorstroom en uitstroom. Vanaf 1 oktober 2009 wordt de Wet WIJ (Wet Investeren in Jongeren) ingevoerd: jongeren zonder werk of startkwalificatie krijgen niet automatisch meer een uitkering. Jongeren van 18 tot 27 jaar die geen werk of startkwalificatie hebben, worden via het Jongerenloket aan werk geholpen, of krijgen een leer-werktraject of scholing aangeboden om alsnog een startkwalificatie te behalen. Een belangrijke voorwaarde om dit alles te kunnen realiseren zijn goed toegeruste en veilige scholen. In het kader van het Masterplan Onderwijshuisvesting wordt gewerkt aan het actualiseren van de gegevens met betrekking tot onderwijshuisvesting en het actueel houden van deze gegevens, om op basis van gefundeerde beleidskeuzes en financiële beheersbaarheid meerjarenplannen op te kunnen stellen. Relevante beleidsnota’s: • Binnenboord, plan van aanpak Voortijdig Schoolverlaten 2005 – 2009 • Raadsvoorstel Jongerenpunt in werkplein De Lure (augustus 2006) • Notitie Klaar voor de Start..?! - Ambities van 12 gemeenten in de regio IJssel Vecht voor samenwerking op het terrein van de leerplicht/RMC (2008) • Beleidskader Onderwijsachterstandenbeleid 2007-2010 (juli 2007) • Beleidskader voor de Zwolse Brede School 2006-2010 (februari 2007) • Herziening keurmerk Zwolse Brede School (maart 2008) • Samen maken we onderwijs in Zwolle, Lokale Educatieve Agenda (december 2008) • Collegebesluit april 2009 evaluatie en voortgang voorbereidingstraject participatiebudget • Masterplan Onderwijshuisvesting (december 2003) • Actualisatie Masterplan Onderwijshuisvesting (oktober 2007) • Informatienota voor de raad Resultaten Masterplan Onderwijshuisvesting Fase 1 en vervolgstappen Masterplan Onderwijshuisvesting 2011-2020 (mei 2009) • Zwolle Kennisstad: een visie op het hoger onderwijs (2009)
44
programmabegroting 2010
tlaveren
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Voor- en vroegschoolse educatie (VVE, kinderopvang, peuterspeelzaalwerk) Voorkomen en verminderen van onderwijsachterstanden. Hiermee werken we toe naar een dekkend aanbod aan voorschoolse educatie voor alle doelgroepkinderen.
Peuterwerk Peuterwerk is een basisvoorziening voor kinderen van 2,5 tot 4-jarigen met een goede spreiding over de stad en bereikbaar voor alle peuters. Bovendien is peuterwerk een belangrijke schakel in het voorkomen van breuken in de doorgaande zorg- en leerlijnen. En in het vroegtijdig signaleren van achterstanden en risicokinderen. In de Piramidepeuterspeelzalen wordt hieraan extra aandacht gegeven. Clustering van en samenwerking tussen kindervoorzieningen wordt gestimuleerd, waarbij maatwerk per wijk uitgangspunt is. Kinderopvang a. Verstrekken tegemoetkomingen voor de kosten kinderopvang b. Het mogelijk maken dat mensen als gevolg van sociale of medische redenen gebruikmaken van kinderopvang en kinderen, waarvan de ontwikkeling wordt bedreigd door gedragsproblemen, ontwikkelachterstanden en/of problemen in de opvoedingssituatie. Schakelklassen Realiseren van schakelklassen in het primair onderwijs met het doel taalachterstanden bij kinderen te voorkomen en te verminderen.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
Op 31 december 2009 nemen 175 3-jarigen deel aan VVE. In 2010 definiëren we de doelgroep, onderzoeken we het bereik en maken we een plan om de toeleiding te verbeteren. In het nieuwe VVE- beleid formuleren we kwaliteitseisen, waaronder de eis dat alleen gekwalificeerde leidsters op de VVEpeuterspeelzalen werken en doelgroepkinderen 4 dagdelen per week naar de peuterspeelzaal kunnen.
Schrijven van een beleidsvoorstel nieuw VVE-beleid aan de hand van de volgende stappen: • Vaststelling doelgroepdefinitie. • Onderzoek naar doelgroepbereik. • Verbeterplan toeleiding naar VVE. • Nieuwe visie en beleid VVE anticiperend op wetsvoorstel OKE.
a. Peuterwerk als basisvoorziening behouden en investeren in doorgaande lijnen. b. Het ambitieniveau 1,5 als minimum behouden waarbij per groep van 16 peuters 1 professionele leidster en 1 betaalde groepshulp of assistent werkzaam zijn.
a. Peuterspeelzaalwerk wordt onderdeel van het beleidsvoorstel nieuw VVEbeleid (zie hierboven).
a. Alle aanvragen volgens de termijnen en afspraken van de verordening Kinderopvang afhandelen. b. Volgens de termijnen en afspraken van de verordening Kinderopvang tegemoetkomingen (subsidies) verstrekken aan burgers die als gevolg van een sociale of medische reden gebruik (moeten) maken van kinderopvang.
a. Kinderopvang, in aanvulling op de uitvoering van de wet Kinderopvang (zoals VVE, Kinderopvang Plus e.a.) wordt onderdeel van het beleidsvoorstel nieuw VVE-beleid.
In 2010 hebben 60 leerlingen een jaar lang deelgenomen aan een schakelklas (prestatieafspraak met het Rijk) (zie a). Stand van zaken: in de schooljaren 20072008 en 2008-2009 hebben in totaal 80 leerlingen deelgenomen aan de schakelklas.
Evaluatie van de twee bestaande schakelklassen met daarin ca. 40 leerlingen in totaal; dit voorstel wordt aan de raad voorgelegd (zie a).
programmabegroting 2010
Dit voorstel wordt aan de raad voorgelegd.
45
tlaveren Meerjarige doelstellingen Voortijdig schoolverlaten (VSV) Het voorkomen van voortijdig schoolverlaten door: • Het bieden van een aantrekkelijk onderwijsaanbod en doorlopende leerlijnen; • Goede handhaving van de Leerplichtwet en rmc-functie; • Een sluitende registratie van de instroom, doorstroom en uitstroom van leerlingen; • een sluitende regionale aanpak voortijdig schoolverlaten; • een aanpak die er op gericht is dat alle jongeren een startkwalificatie behalen of het hoogsthaalbare als een startkwalificatie niet mogelijk is. Preventie en zorg en adviesteams Een sluitende zorgstructuur in en om het onderwijs voor alle jongeren van 0-18 jaar.
Volwasseneneducatie Het bieden van educatieve activiteiten voor volwassenen (vanaf 18 jaar) ter verhoging van het scholingsniveau en ter verbetering van het maatschappelijk functioneren. In 2010 maakt volwasseneneducatie integraal onderdeel uit van het participatiebudget. Lokale Educatieve Agenda In de Lokale Educatieve Agenda (LEA) leggen de schoolbesturen en gemeente vast op welke thema’s zij gezamenlijke resultaten willen boeken en waar die resultaten uit bestaan. VMBO Het realiseren van een sterk vmboaanbod. Het versterken van de (regionale) samenwerking van de vmbo-scholen. Het versterken van de doorlopende leerlijn vmbo-mbo.
46
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
Van alle voortijdig schoolverlaters in het schooljaar 2009-2010 is 75% geplaatst in een traject gericht op het behalen van een startkwalificatie of het hoogst haalbare (nulmeting 15 oktober 2009, meetmoment resultaat 15 oktober 2010) (zie b).
• Uitvoeren activiteiten nieuw vsv-beleid • Uitvoeren activiteiten Klaar voor de start • Afstemming en samenwerking met de activiteiten uit de programmagelden • Uitvoeren verbeterpunten doorstroomacties vmbo-mbo en pro/vso • Doorontwikkeling van het jongerenpunt en afstemming met leerplicht/ RMC. Het bovenstaande wordt uitgewerkt in een raadsvoorstel dat in oktober 2009 wordt voorgelegd (zie b).
Uitvoeren van de activiteiten gericht op zorg en zorgstructuren uit Klaar voor de Start (zie b). Afstemming en overleg over de zorgstructuur in het primair onderwijs in relatie tot de CJG-ontwikkeling en de ontwikkelingen rond passend onderwijs (zie c). Op 1 augustus 2011werken alle scholen in het voortgezet onderwijs en mbo in Zwolle met een Zorg en AdviesTeam (ZAT). Nulmeting 1 augustus 2009: alle vo-scholen werken met een ZAT, op de vier mbo-instellingen loopt een pilot).
Uitvoeren van de activiteiten volwasseneneducatie 2010 zoals aangeven in de reeds de raad vastgestelde beleidsstukken rond het Participatiebudget.
In juni 2009 is de Lokale Educatieve Agenda (LEA) besproken en bijgesteld voor het schooljaar 2009-2010 (zie d).
Uitvoeren van alle activiteiten uit de Lokale Educatieve Agenda voor het schooljaar 2009-2010. Sinds 1 september 2009 is de LEA digitaal beschikbaar.
• In 2010 voorbereiden realisatie huis• Eind 2011 is de huisvesting van het vesting Talentstad. vmbo-cluster Talentstad gerealiseerd. • Opstellen plan van aanpak samenwer• Meting resultaat doorstroomactie king vmbo-scholen. vmbo-mbo: 15 oktober 2011 bij de • Evaluatie doorstroomactie vmbo-mbo evaluatie van de doorstroomactie 2009-2010 en vanaf 1 oktober 2010 de 2010-2011. verbeterpunten t.a.v. de doorstroomactie vmbo-mbo doorvoeren. Aanpassingen en verbeteringen doorvoeren. • In 2010 minimaal één bijeenkomst beleggen met de besturen van de vmboen mbo-scholen om de doorlopende leerlijn te bespreken (zie e).
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen Onderwijshuisvesting Adequate en flexibel vormgegeven huisvesting, die is afgestemd op onderwijsvernieuwingen, leerlingaantallen en specifieke behoeften per onderwijssoort.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
Elk jaar wordt het Masterplan Onderwijshuisvesting (OHV) geactualiseerd. In 2009/2010 wordt de huidige systematiek geoptimaliseerd middels het vaststellen van een meerjarig Masterplan voor de periode 2011-2020. De 1e fase van dat Masterplan, waarin o.a. voorzieningen voor het jaar 2010 zijn opgenomen, is in 2009 tot stand gekomen.
• In 2010 is de tweede fase van het Masterplan OHV 2011-2020 afgerond en vastgelegd in een raadsvoorstel. • De in het Masterplan OHV voor het jaar 2010 opgenomen investeringsbedragen worden via een collegevoorstel aan de schoolbesturen beschikbaar gesteld. • In 2010 vindt onderzoek plaats naar wenselijkheid, consequenties en haalbaarheid van doordecentralisatie van onderdelen van de onderwijs- huisvesting naar de schoolbesturen. In 2010 wordt hierover gerapporteerd. • In Stadshagen I wordt de nieuwbouw van basisschool De Schatkamer in gebruik genomen. Voor Stadshagen II is planontwikkeling voor permanente nieuwbouw van de basisschool Het Festival (openbaar onderwijs) begonnen (ingebruikname wordt in 2011/2012 verwacht) en worden voorbereidingen getroffen voor realisatie van nieuwe permanente schoolgebouwen voor prot.chr. en rkonderwijs (heel bijzonder onderwijs: de Veerezon; naar verwachting gereed in 2012/2013) Tevens wordt planontwikkeling gestart voor de bouw van een 2e geref. basisschool, welke naar verwachting in 2012/2013 gereed zal zijn) • In Zwolle-Zuid komt in 2010 de nieuwbouw van basisschool De Klokbeker gereed en is de planontwikkeling voor herhuisvesting van de basisscholen De Markesteen en De Ark begonnen. Verwacht jaar van ingebruikname: 2011/2012. • De realisatie van het renovatie-plan t.b.v. De Twijn (locatie Boterdiep) is begonnen. Verwacht jaar van ingebruikname: 2011. • Met de planontwikkeling voor permanente uitbreiding van de Oosterenkschool is een aanvang gemaakt. Verwacht jaar van ingebruikname: 2011. • Voorbereidingen zijn gestart voor het realiseren van extra gymnastiekvoorzieningen t.b.v. de Enkschool, de V.d.Capelle SG, het Gymnasium en de Thorbecke SG. Verwacht jaar van ingebruikname: 2010/2011. • In 2010 wordt verdere invulling gegeven aan het in de afgelopen jaren in gang gezette project om alle schoolgebouwen voor primair onderwijs te laten voldoen aan brand-en inbraakpreventieve eisen. Dit project zal in 2011 zijn afgerond.
programmabegroting 2010
47
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestatieafspraken
Brede School Stimulering vorming Zwolse Brede Scho- In de beleidsperiode 2006-2010 wordt len (keurmerk) als educatief middelpunt • subsidiebeleid aangepast (start- en structureel en naar doelgroep) in de wijken. • kwaliteitsbeleid aangescherpt (o.a. keurmerk) • doorgaande zorg- en leerlijn gerealiseerd • bijdrage van de stedelijke instellingen vergroot • Brede School ontwikkeling opgenomen in integraal huisvestingsbeleid Prestatieafspraak met het rijk: Op 31 december 2009 kent Zwolle 14 Zwolse Brede Scholen. Stand van zaken nu: er zijn 21 brede scholen Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur Inzet van 11,4 fte combinatiefunctionaStructurele impuls voor de realisering van combinatiefuncties. De combinatie- rissen in schooljaar 2009-2010, in 2012 is dit aantal gegroeid naar 16,8 fte. functies moeten leiden tot uitbreiding Stand van zaken nu: per 1 september van het aantal brede scholen met sport 2009 is 11 fte ingevuld. en cultuur aanbod, bevorderen dat de jeugd vertrouwd raakt met één of meer kunst- en cultuurvormen, versterking van sportverenigingen t.b.v. inzet voor onderwijs, naschoolse opvang en de wijk, dagelijks sport en beweegaanbod op en rond de scholen. Aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt De doelstellingen voor 2010 uit het De doelstelling is: Iedere jongere heeft een startkwalificatie nieuwe vsv-beleid en het convenant of het hoogst haalbare, als een startkwa- jeugdwerkloosheid op het gebied van aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt lificatie niet mogelijk is; realiseren. Het onderwijs zorgt voor een maximale aansluiting tussen opleidingen en arbeidsmarkt; Het jongerenpunt regelt voor alle jongeren van 18-23 jaar die geen startkwalificatie of werk hebben in het kader van de wet WIJ een baan, een leer-werktraject of scholingsaanbod. Mbo, hbo en studenten De doelstellingen 2010 uit het activiteiDe hbo en mbo-instellingen dragen tenplan realiseren. actief bij aan de economische en maatschappelijke ontwikkeling van Zwolle en de omliggende regio; Studenten binden aan Zwolle langs de lijnen leren, werken en wonen.
48
programmabegroting 2010
Activiteiten 2010 • In 2010 vindt een evaluatie van het project gezonde klassen plaats, als opmaat voor beleidskeuzes rond maatregelen met betrekking tot het binnenklimaat van de scholen. In het schooljaar 2009-2010 wordt de keurmerkcommissie ingesteld, wordt het Brede School beleid tot nu toe geëvalueerd en wordt onderzocht of de monitor brede school die in 2010 wordt uitgevoerd kan worden verbeterd. De uitkomsten van de evaluatie Brede School worden verwerkt in een raadsvoorstel.
De instellingen Muzerie, Bilbliotheek en SportServiceZwolle vervullen het werkgeverschap voor de combinatiefunctionarissen, die op de brede scholen de afgesproken onder- en naschoolse activiteiten uitvoeren.
• Uitvoeren van de activiteiten aansluiting arbeidsmarkt-onderwijs uit het nieuwe vsv-beleid . • Uitvoering activiteiten uit het convenant jeugdwerkloosheid op basis van een actieplan dat in oktober 2009 aan de raad wordt voorgelegd (zie f).
Uitvoeren van het activiteitenplan dat voortkomt uit de notitie Zwolle Kennisstad: een visie op het hoger onderwijs (zie g). Dit activiteitenplan wordt in oktober 2009 aan de raad voorgelegd.
tlaveren
Toelichting programmaplan a. Schakelklassen De prestatieafspraak met het Rijk (totaal hebben 60 leerlingen deelgenomen op 31 december 2009) betreft de schooljaren 2007-2008, 2008-2009 en 2009-2010. In het totale resultaat tellen ook de leerlingen die in schooljaar 2009/2010 deelnemen mee, ook al hebben ze op 31 december 2009 nog niet een jaar deelgenomen. De schakelklas wordt geëvalueerd in schooljaar 2009-2010. b. Voortijdig schoolverlaten Op 31 december 2009 eindigt de huidige vsv-beleidsperiode. In het najaar 2009 vindt een evaluatie plaats van het huidige beleid en eind oktober 2009 wordt een voorstel voor nieuw beleid voorgelegd aan de raad. De projecten in de regionale vsv-notitie Klaar voor de start worden uitgewerkt in een concreet activiteitenplan. Dit activiteitenplan wordt eind oktober voorgelegd aan de raad. Bij het opstellen van dit activiteitenplan vindt afstemming plaats met de zes projecten uit de programmagelden: vsv-activiteiten die in 2009 en 2010 uitgevoerd worden door de vier mbo’s in Zwolle en een aantal vo-scholen. c. Preventie en zorg en adviesteams De wijze waarop de zorgstructuur in het primair onderwijs vorm moet krijgen, hangt nauw samen met de keuzes van het onderwijs rond de invulling van passend onderwijs en de ontwikkeling van de CJG’s. In 2010 zullen hiervoor de eerste contouren geschetst worden. d. Lokale Educatieve Agenda De Lokale Educatieve Agenda (LEA) is een agenda van schoolbesturen en gemeente met thema’s waarop zij gezamenlijk resultaat willen boeken. Het betreft de thema’s • onderwijs en arbeidsmarkt, RMC/VSV • onderwijsachterstanden • witte vlekken in het aanbod zoals onderwijs voor hoogbegaafden en ASS-leerlingen • brede school • zorg in en om de school • onderwijshuisvesting • doorgaande lijn • ict De LEA is dynamisch, onderwerpen kunnen worden toegevoegd of afgevoerd. e. Vmbo De doorstroomactie vmbo-mbo is er op gericht om zicht te hebben op de uitstroom en instroom en om aan het begin van het schooljaar gericht actie te kunnen ondernemen als leerlingen niet verschijnen. Op niveau 1 en 2 in het mbo vindt veel uitval plaats. Voor veel vmbo-leerlingen zijn deze niveaus nog te theoretisch. Samen met het onderwijs wordt besproken welke aanpassingen plaats kunnen vinden om de uitval tegen te gaan. f. Aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt Op 31 december 2009 eindigt de huidige vsv-beleidsperiode. In het najaar 2009 vindt een evaluatie plaats van het huidige beleid en eind oktober 2009 wordt een voorstel voor nieuw beleid voorgelegd aan de raad. In dit beleid worden ook de activiteiten met betrekking tot de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt aangegeven. Het Rijk heeft extra middelen beschikbaar gesteld om de jeugdwerkloosheid te bestrijden. Hiervoor moeten convenanten en actieplannen opgesteld worden. De gemeente Zwolle vervult een regiefunctie bij de totstandkoming van een convenant en actieplan voor de regio die onder het mobiliteitscentrum Zwolle valt. De convenant is begin september 2009 ondertekend. g. Hoger onderwijs Tot eind september 2009 vinden diverse bijeenkomsten plaats waar de notitie Zwolle Kennisstad: een visie op het hoger onderwijs besproken wordt. Op basis van de uitkomsten van deze bijeenkomst wordt een activiteitenplan opgesteld. Dit activiteitenplan wordt eind oktober 2009 voorgelegd aan de raad.
programmabegroting 2010
49
tlaveren
Kengetallen Aantal leerlingen en studenten in het Zwolse onderwijs op peildatum 1 oktober: Bron: CFI / scholen gemeente Zwolle schooljaren 2005/2006 2006/2007 2007/2008 2008/2009¹ basisonderwijs 10.252 10.449 10.719 10.887 speciaal basisonderwijs 851 818 790 762 (voortgezet) speciaal onderwijs 1.540 1.567 1.642 1.648 praktijkonderwijs 291 276 277 302 voortgezet onderwijs 11.250 11.347 10.917 10.713 wv. brugklas VMBO/AVO 2.088 2.183 2.188 2.099 wv. VMBO 3.836 3.699 3.341 3.212 wv. HAVO/VWO 5.326 5.465 5.388 5.402 beroepsonderwijs 19.890 20.569 21.486 hoger beroepsonderwijs (voltijd) 15.195 15.634 16.462 hoger beroepsonderwijs (deeltijd/duaal) 3.688 3.707 3.588 totaal 62.957 64.367 65.881 24.312 ¹) voorlopige cijfers Gebruikte afkortingen: VMBO = voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs en Praktijkonderwijs AVO = algemeen voortgezet onderwijs HAVO = hoger algemeen voortgezet onderwijs VWO = voorbereidend wetenschappelijk onderwijs
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * res. nog uit te voeren werken ON * reserve sportaccommodaties * reserve dekking kapitaalllasten Resultaat na bestemming
rekening 2008 23182 5023 -18159 140
-18019
begroting 2009 2010 25457 27966 4248 3710 -21209 -24256 720 120 180 12 -20489 -23944
meerjarenraming 2011 2012 2013 28635 28676 28756 3710 3710 3710 -24925 -24966 -25046
-24925
-24966
-25046
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: De lasten zijn met name gestegen door stadsuitbreiding onderwijshuisvesting en middelen voor uitvoering Masterplan onderwijshuisvesting ad € 720.000 (PPN 2009-2012) en vergoeding voor gebruik school aan de Dr. Hengeveldweg. De daling van de baten is het gevolg van de omzetting van Brede doeluitkeringen (Voortijdig Schoolverlaten, Onderwijsachterstanden, Jeugd en Veiligheid) naar een uitkering via het gemeentefonds. (geraamd onder programma 26). Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsutbreiding Stelpost vervangings- en verplichte investeringen onderwijs Vrijvallende kapitaallasten
-696 -153
-87 -154
-164 -156
180
200
240
-457
-457
Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Onderwijshuisvesting Masterplan
-457
-457
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Brandveiligheid schoolgebouwen Onderwijshuisvesting
-443 -297
-138
50
programmabegroting 2010
tlaveren Budget o.b.v. bestaand beleid
rekening 2008
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
begroting 2009 2010 76
Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Onderwijshuisvesting OPDC Kinderopvang/peuterspeelwerk
meerjarenraming 2011 2012 76 76
2013 76
-123 -50
Nadere specificatie programmabudget 2010: Onderwijshuisvestingsbeleid Onderwijs-/studentenbeleid Brede school Educatiebeleid Leerlingenvervoer Bewegingsonderwijs RMC/leerlplicht/VSV Onderwijs achterstandenbeleid Jeugd en veiligheid Jongerenbeleid Opvoedingsonderst./-ontwikkeling Kinderopvang Peuterwerk
lasten 15010 593 1102 1197 1283 1701 2368 1409 633 203 817 247 1403 27966
baten 132 361 1125 412 1261
731
4022
programmabegroting 2010
saldo -14878 -593 -741 -72 -1283 -1289 -1107 -1409 -633 -203 -86 -247 -1403 -23944
51
tlaveren
Programma 6
Gezondheid en zorg
Thema
Samen zorgen voor Zwolle
Beleidskaders De wettelijke kaders voor het programma Gezondheid en Zorg worden gevormd door enerzijds de Wet Publieke Gezondheid en anderzijds de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De Wet Publieke Gezondheid is onder meer vertaald in de nota ‘Samen Werken aan een Gezonde Stad’: Lokaal Gezondheidsbeleid 2008-2011. Het gezondheidsbeleid van de gemeente Zwolle heeft tot doel het verbeteren of behouden van de gezondheid voor alle Zwollenaren, het bevorderen van gelijke kansen op gezondheid en het voorkomen van ziekten, in samenwerking met partners op lokaal, regionaal en landelijk niveau het realiseren van integraal gezondheidsbeleid op stedelijk en waar mogelijk op wijkniveau, waaronder het realiseren van de doelstellingen die voor de speerpunten in de nota lokaal gezondheidsbeleid 2008 -2011 zijn geformuleerd. Op dit moment wordt ten aanzien van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning met partners in de stad, cliënten en de raad een Wmo-beleidskader 2010-2013 ontwikkeld. Het doel van de Wmo is de participatie aan de samenleving en de zelfredzaamheid van de burgers te vergroten. Verschillende vormen van maatschappelijke voorzieningen kunnen daarbij ondersteunend zijn. De Wmo omvat in totaal negen prestatievelden, waarvan de doelstellingen, prestaties en activiteiten van zeven prestatievelden zijn opgenomen in dit begrotingsprogramma en twee integraal onderdeel uitmaken van begrotingsprogramma 1. Relevante beleidsnota’s: Gezondheidsbevordering • Nota Samenwerken aan een Gezonde Stad: Lokaal Gezondheidsbeleid 2008-2011 (raadsbesluit 23 juni 2008), • Collectieve preventie geestelijke gezondheidszorg in de Wmo (raadsbesluit 2 april 2007) • Alcoholmatigingsprogramma Jeugd 2007-2011 Regio IJsselland (raadsbesluit 18 februari 2008) Maatschappelijke Ondersteuning • Wmo algemeen • Beleidsnota Welzijn en Zorg 2006-2009 • Resultaatafspraken huisvesting bijzondere doelgroepen (raadsbesluit, 14 oktober 2008) • Prestatieveld 2: • Centrum voor Jeugd en Gezin (raadsbesluit 30 maart 2009) • Prestatieveld 3: • De Zwolse Wegwijzer, plan van aanpak (collegebesluit 6 juli 2006) • Prestatieveld 4: • Notitie Ondersteuning Mantelzorgers (raadsbesluit 30 oktober 2006) • Prestatieveld 5: • Nota Gehandicaptenbeleid Is Integratiebeleid (november 2000) • Opinienota Waarborgen Cliëntparticipatie in Inloophuizen (behandeld in de raad 26 januari 2009) en Waarborgen Cliëntenparticipatie in Inloophuizen (raadsbesluit 14 april 2009) • Startnotitie Seniorenbeleid (raadsbesluit 15 juni 2009) en nota Seniorenbeleid (wordt op dit moment ontwikkeld) • Inzet compensatiemiddelen ondersteunende begeleiding (raadsbesluit 15 december 2008) • Prestatieveld 6; • Verordening Individuele Voorzieningen Maatschappelijke Ondersteuning (raadsbesluit 18 september 2006) • Besluit Maatschappelijke Ondersteuning (raadsbesluit 18 oktober 2006) • Verstrekkingenboek individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning (raadsbesluit 4 september 2007) • Prestatieveld 7, 8 en 9: • Beleidsagenda 2005-2009 Maatschappelijke Opvang en Ambulante Verslavingszorg Regio Zwolle (raadsbesluit 13 juni 2005) • Overheveling OGGz van AWBZ naar Wmo (raadsbesluit 30 oktober 2006) • Stedelijk Kompas Zwolle (raadsbesluit 26 maart 2007) • Geclusterde voorziening en Herberg (raadsbesluit 21 april 2008) • Beleidsagenda Vrouwenopvang en Huiselijk geweld 2005-2009 (raadsbesluit 13 juni 2005) • Regionale aanpak kindermishandeling (RAAK) (raadsbesluit 25 mei 2009)
52
programmabegroting 2010
tlaveren
Programmaplan Meerjarige doelstellingen Gezondheidsbeleid Bevorderen van een gezond gewicht bij 0-19 jarigen.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
• De huidige aanpak van overgewicht bij 0-19 jarigen te verbreden, conform de EPODEaanpak. • De omvang van de groep 12-24 jarigen die alcohol drinkt zal in 2011 met 15% zijn afgenomen t.o.v. 2003 (in Zwolle in 2003: 69%, dus in Zwolle in 2011: 58,65%, tussenmeting 2007: 66%); • De gemiddelde startleeftijd waarop voor het eerst alcohol wordt gedronken is in Zwolle in 2011 met tenminste een jaar verhoogd ten opzichte van 2007 (0-meting 2007: 14,5 jaar, dus in 2011: 15,5 jaar); • De omvang van de groep 12-24 jarigen die regelmatig grote hoeveelheden alcohol drinkt is in Zwolle in 2011 met 25% gedaald ten opzichte van 2007 (0-meting 2007: 21%, dus in 2011: 15,75%). • In 2011 zijn voor de leeftijdsgroep 4-18 jaar weerbaarheidstrainingen beschikbaar.
• Uitvoeren van het plan van aanpak Integrale Aanpak Overgewicht bij 0-19 jarigen in Diezerpoort. • In 2010 wordt door de gemeente Zwolle de Afname van het problemaregie gevoerd op de uitvoering van het regitisch alcoholgebruik onder onale alcoholmatigingsprogramma Jeugd jongeren. 2007-2011 IJsselland. • Regio: regionaal wordt invulling gegeven aan de beschikbare provinciale middelen. • Zwolle: lokaal wordt invulling gegeven aan de extra beschikbaar gestelde middelen alcohol en jeugd (n.a.v. motie april 2008). • Zwolle: Op Tijd Voorbereid/Gezonde School en Genotmiddelen wordt in 2010 op een deel van de basisscholen aangeboden. • Regio: in 2010 worden 50 controles op leeftijdsgrenzen door de VWA uitgevoerd in de regio IJsselland. Bevorderen gezonde ont• Eventuele activiteiten om dit te bereiken wikkeling van kinderen en wegen wij binnen het voorstel Jeugdbeleid, jongeren. dat naar verwachting in het najaar 2009 ter besluitvorming aan de raad wordt voorgelegd. • Voortzetting van de activiteiten die het RIAGG Voorkomen van depressie • De urgentie van het probleem depressie en Zwolle uitvoert in het kader van de collecbij ouderen. eenzaamheid bij ouderen onder de aandacht tieve preventie. brengen bij betrokken regionale en lokale • (Doen) uitvoeren van eventuele aanvullende partijen. activiteiten op dit terrein vanuit het aan de • Het inzichtelijk maken van hiaten en knelraad voor te leggen seniorenbeleid (eind punten in de zorgketen rondom depres2009). siepreventie bij ouderen met als uiteindelijk doel; • De ketenzorg sluitend maken, het bereik van preventieve interventies verhogen en eenzaamheid en depressie onder ouderen terugdringen. Wet Maatschappelijke Ondersteuning – algemeen • Realiseren van de in het beleidskader Wmo Het vergroten van de maat- • Realiseren van de meerjarige resultaten zoals opgenomen in het door de raad vast te 2010-2013 opgenomen resultaten voor 2010, schappelijke participatie van stellen beleidskader Wmo 2010-2013. waaronder de in dit programmaplan opgenoZwolse burgers door het men resultaten. bieden van collectieve en • In het voorjaar 2010 uitvoeren van de benindividuele voorzieningen. chmark Wmo en rapporteren hierover in het najaar 2010 aan de raad en de klankbordgroep Wmo. • Het realiseren van innovatie in het kader van de WMO, bijvoorbeeld door het doen uitvoeren van Wmo-pilots. • Het betrekken van burgers en cliënten bij het Wmo-beleid onder meer door het ondersteunen en benutten van de klankbordgroep.
programmabegroting 2010
53
tlaveren Meerjarige doelstellingen Het (met de andere zorgfinanciers als het zorgkantoor, de zorgverzekeraars, provincie en de regiogemeenten) effectiever en efficiënter organiseren van de zorg en maatschappelijke ondersteuning aan Zwolse burgers.
Prestatieafspraken • Het (samen met de zorgfinanciers) inrichten van een gezamenlijke zorginkoop/subsidieproces. • Het (samen met de zorgfinanciers) wegnemen van belemmeringen die zorginstellingen ervaren bij het bieden van zorg. • Het (samen met de zorgfinanciers) bieden van ruimte voor experimenten die zich richten op een integraal hulpaanbod en deregulering. Het realiseren van een inte- • Het (doen) realiseren van de meerjarige grale aanpak op het terrein resultaatafspraken ‘huisvesting bijzondere van wonen, welzijn en zorg. doelgroepen’, zoals overeengekomen tussen gemeente, woningcorporaties en zorginstellingen.
• Innovatie in de zorg stimuleren. Realiseren van effectiever, efficiënter, vraaggerichter en toekomstbestendig zorgaanbod Opvoeden en opgroeien (prestatieveld 2 Wmo) • In 2011 is er in Zwolle tenminste één CenHet bieden van op preventrum voor Jeugd en Gezin (CJG), waar alle tie gerichte ondersteuning kinderen, jeugdigen en hun ouders voor van jeugdigen met probleinformatie, advies en hulp bij opgroei- en men met opgroeien en van opvoedvragen terecht kunnen. ouders met problemen met opvoeden.
Activiteiten 2010 • Voeren van bestuurlijk en ambtelijk lokaal en regionaal overleg met de zorgfinanciers. • Het realiseren van integrale en vraaggestuurde hulpverlening in multiprobleemsituaties, door het (doen) uitvoeren van een pilot in de Palestrinalaan.
• Het organiseren van overleg met betrokken instellingen in het platform Wonen, Welzijn en Zorg (gericht op informatie, innovatie en inspiratie). • Het samen met de woningcorporaties en zorginstellingen (doen) realiseren van overeengekomen resultaatafspraken Huisvesting Bijzondere Doelgroepen waaronder het realiseren van een Skaeve-Husevoorziening. • Opstellen en uitvoeren meerjarenprogramma Innovatie in de Zorg Zwolle-Kampen Netwerkstad.
• Uitvoeren van het raadsbesluit Centrum voor Jeugd en Gezin met daarin de onderdelen het realiseren van de samenwerking tussen instellingen die samen het Centrum voor Jeugd en Gezin vormen én het operationeel maken van de CJG-inlooppunten. • Uitvoering convenant provincie-gemeenten Jeugdagenda 2009-2011
Informatie, advies en ondersteuning (prestatieveld 3 Wmo) Het geven van informatie, • Een herkenbaar informatiepunt voor het ver- • Op basis van de rapportages van het Meldpunt Wmo en het jaarlijkse klanttevredenadvies en cliëntondersteuzorgen van heldere en eenduidige communiheidonderzoek wordt de dienstverlening van ning. catie bij vragen en informatiebehoefte op het het Wmo-loket doorlopend verbeterd. terrein van wonen, welzijn en zorg. • Een samenhangend overzicht van organisa- • We onderzoeken de haalbaarheid van het project ‘één loket’ met Achmea Zorgkantoor. ties en diensten op het gebied van wonen, • In de gemeentegids en via wmozwolle.nl welzijn en zorg. wordt de Zwolse burger helder, eenduidig en • Het op de juiste wijze toeleiden van klanten volledig geïnformeerd over de Wmo. en vragen naar de samenwerkingspartners in het Wmo loket. Mantelzorg/informele zorg (prestatieveld 4b Wmo) Ondersteunen van mantel- • Uitvoering geven aan de notitie zorgers. Mantelzorgondersteuning; • Het vergroten van het bereik van mantelzorgondersteuning.
Het stimuleren van informele zorg.
54
• Uitvoering geven aan de resultaten voor 2010 zoals opgenomen in de notitie mantelzorgondersteuning. • Realiseren van eventuele aanvullende resultaten (op te nemen in het op te stellen beleidskader Wmo 2010-2013). • Subsidiëren vrijwilligersinitiatieven in de • Het stimuleren van de vrijwillige inzet van zorg onder meer door het actief bekend burgers, zowel in informeel en ongeorganimaken van de stimuleringsregeling vrijwilseerd verband als in georganiseerd verband. ligerswerk in welzijn en zorg. • Het versterken van de samenhang tussen formele en informele zorg.
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen Prestatieafspraken Activiteiten 2010 Collectieve voorzieningen voor mensen met een beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem (prestatieveld 5 Wmo) • Uitvoeren van de nota seniorenbeleid, welke • Uitvoeren van de in de nota seniorenbeleid Bevorderen van de deelopgenomen resultaten in 2010. in het najaar 2009 aan de raad wordt voorgename aan het maatschap• De uitkomsten van het onderzoek naar eenlegd. pelijk verkeer en van het zaamheid onder ouderen vertalen in doelen zelfstandig functioneren van • De spreiding en mate van activiteiten afstemen heldere prestaties. men op de behoefte van wijken. mensen met een beperking • Vaststellen en uitvoeren van het plan van of een chronisch psychisch • Verbeteren van toegankelijkheid van het aanpak verbeteren participatie van mensen aanbod van voorzieningen op het terrein van probleem en van mensen met een psychische handicap en de rol van wonen, zorg en welzijn. met een psychosociaal inloophuizen daarbij. • Het aanbod van activiteiten sluit nog beter probleem. aan op de behoefte aan activiteiten, met name sport en beweging. • Binnen de gemeentelijke organisatie wordt bij beleidsontwikkeling binnen alle disciplines aandacht geschonken aan mensen met een beperking. • Versterken van de inloophuizen voor mensen met een psychische handicap. Individuele voorzieningen voor mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem (prestatieveld 6 Wmo) • Op 1 januari 2010 zijn de werkwijze, werkHet treffen van voorzienin- • In 2010 is 88% van de aanvragen voor hulp zaamheden en beleidsregels aangepast aan bij het huishouden binnen 8 weken afgerond gen ter compensatie van de de Wetswijziging Wmo. (realisatie 2008: 88%). beperkingen die personen • Op 1 januari 2010 zijn nieuwe contracten ondervinden in hun zelfred- • In 2010 is 85% van de aanvragen voor rolafgesloten met leveranciers voor hulp bij het stoelen en vervoervoorzieningen in bruikleen zaamheid en maatschappehuishouden. binnen 8 weken afgerond (realisatie 2008: lijke participatie. Deze voor• In 2010 wordt de aanbesteding van het Wmo82%). zieningen moeten personen vervoer afgerond. • In 2010 is 90% van de aanvragen voor een in staat stellen om: • In 2010 begint de aanbesteding voor hulpfinanciële tegemoetkoming voor een ver• een huishouden te middelen. voervoorziening binnen 8 weken afgerond voeren; • Op 1 januari 2010 is er een klachtencommis(realisatie 2008: 80%). • zich te verplaatsen in en sie voor hulp bij het huishouden geïnstal• In 2010 is 85% van de aanvragen voor een om de woning; leerd. woonvoorziening binnen 12 weken afgerond • zich lokaal te verplaatsen • In 2010 wordt een klanttevredenheid on(realisatie 2008: 83%). per vervoermiddel; derzoek (2009) ingezet dat specifieker de • medemensen te ontmoe- • In 2010 is 97% van de aanvragen voor een ervaringen in Zwolle meet. gehandicaptenparkeerkaart (GPK) binnen 8 ten en op basis daarvan • In 2010 wordt de door het rijk aangekonweken afgerond (realisatie 2008: 97%). sociale verbanden aan te digde herschikking van hulpmiddelen en gaan. voorzieningen binnen de AWBZ, Wmo en Zorgverzekeringswet voorbereid. • In 2010 vindt een uitgebreide evaluatie plaats van werkwijze, werkprocessen en het verstrekkingenbeleid van de afdeling Individuele Voorzieningen, in verband met het terugdringen van de organisatiekosten. Maatschappelijk opvang, vrouwenopvang, bestrijden van huiselijk geweld, verslavingsbeleid en openbare geestelijke gezondheidszorg (prestatievelden 7, 8 en 9 Wmo) • Inzet twee extra opvangplaatsen (groeit van • Uitvoeren van het in het najaar 2009 voorHet (ten behoeve van de genomen raadsbesluit Evaluatie en Vervolg 10 naar 12). centrumgemeenteregio Beleidsagenda Vrouwenopvang-huiselijk • Versterking van het regionaal advies- en Zwolle) tijdelijk bieden van geweld 2005-2009 regio Zwolle’; steunpunt huiselijk geweld. onderdak en begeleiding • In de uitvoeringsovereenkomst 2010 van aan vrouwen die, al dan niet de gemeente Zwolle en de Vrouwenopvang gedwongen, de thuissituatie Overijssel wordt opgenomen dat het niveau hebben verlaten in verband van 12 (bovenregionale) systeemplaatsen met problemen van relatiocrisisvrouwenopvang en het regionaal nele aard of geweld. advies- en steunpunt huiselijk geweld blijft gehandhaafd in 2010.
programmabegroting 2010
55
tlaveren Meerjarige doelstellingen Het voorkomen en bestrijden van huiselijk geweld.
Het voorkomen en bestrijden van loverboyproblematiek.
Prestatieafspraken • Het percentage Zwollenaren van 12 t/m 23 jaar dat wel eens door een familielid of partner geestelijk en/of lichamelijk mishandeld is in 2011 gedaald ten opzichte van 2007 (Bron; Jeugdgezondheidsmonitor GGD,Nulmeting 2007: 3,3%). • Het percentage Zwollenaren van 19 t/m 64 jaar dat in de afgelopen vijf jaar slachtoffer is geweest van huiselijk geweld in de vorm van psychisch/ emotioneel geweld, lichamelijk geweld, ongewenste seksuele toenadering en / of seksueel misbruik is in 2012 gedaald ten opzichte van 2008 (bron: Volwassenmonitor GGD). • Het percentage Zwollenaren van 65 jaar en ouder dat in de afgelopen 12 maanden slachtoffer is geweest van huiselijk geweld in de vorm van lichamelijke mishandeling, psychische mishandeling, seksueel misbruik en/of verwaarlozing is in 2013 gedaald ten opzichte van 2009 (Bron: Ouderenmonitor GGD). • Het voeren van een ketenaanpak Loverboys waarin preventie, hulpverlening en repressie in samenhang met elkaar plaatsvinden.
Activiteiten 2010 Lokaal uitvoering geven aan het convenant Integrale Aanpak Huiselijk Geweld regio IJsselVecht, waaronder: • een preventieve en vroegtijdige aanpak. • ketencoördinatie en/of casemanagement • een cliëntvolgsysteem. • beleidsmatige regie. Verder uitvoering geven aan: • Uitvoering van de regionale aanpak Kindermishandeling (RAAK). In 2010 is deze RAAKmethode in de subregio’s Noord-Veluwe en IJsselland ingevoerd.
• Het laten uitvoeren van een preventieplan Loverboys met specifieke aandacht voor risicogroepen. • Het in stand houden van een Meldpunt Loverboys. • gecoordineerde aanpak hulpverlening. • Daderpreventie en blijvende prioriteit voor opsporing en vervolging verdachten. • De gemiddelde verblijfsduur in 2010 is maximaal het niveau van 2009.
Verbeteren van de doorstro- • Gemiddelde verblijfsduur in laagdrempelige ming in de maatschappeopvang en crisisopvang in 2014 is maximaal lijke opvang. 70 nachten. Nulmeting 2003: gemiddelde verblijfsduur gerekend over alle voorzieningen: 86,1 nacht) . Stand van zaken: in 2008 was de gemiddelde bezetting over alle voorzieningen gemiddeld 59,9 dag. • Alle 250 daklozen in Zwolle zitten in 2014 in • Verder uitwerken van het Stedelijk Kompas Met een persoonsgerichte mede op basis van tussentijdse evaluatie een traject benadering komen tot be(eind 2009). tere zorg, minder daklozen • Voor minimaal 60% van de 250 daklozen is huisvesting én dagbesteding geregeld. en minder overlast. • In 2009 is dakloosheid als gevolg van huisuitzetting tot minder dan 30% van het niveau van 2005 wat doen we voor 2010, is dit voor 2009 gehaald? • Dakloosheid als gevolg van detentie of afwenteling door andere instellingen komt (vrijwel) niet meer voor. • In 2014 is overlastgevend gedrag van daklozen teruggebracht naar 75% van het niveau in 2007. Nulmeting/stand van zaken: hierover wordt gerapporteerd bij de evaluatie/tussenrapportage Stedelijk Kompas (najaar 2009) . • Het aantal afwijzingen bij de crisisopvang • Het aantal afwijzingen bij de crisisBij een toenemend beroep van het Leger des Heils wegens plaatsgeopvang van het Leger des Heils wegens op de maatschappelijke brek is in 2010 niet hoger dan 70. plaatsgebrek is in 2014 niet hoger dan 50. opvang dit opvangen met Nulmeting in 2003 123 afwijzingen (terugval)preventie en uitwegens plaatsgebrek. stroom.
56
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen Realiseren nieuwe locaties voor voorzieningen maatschappelijke opvang.
Prestatieafspraken • In 2011 is de geclusterde voorziening gerealiseerd. • Bonjour wordt gelijktijdig in 2011 gesloten. • In 2011 zijn de belangrijkste voorzieningen adequaat gehuisvest. Nulmeting: er zijn geen definitieve locaties voor Herberg en geclusterde voorziening. Stand van zaken 2009: er zijn definitieve locaties voor Herberg en geclusterde voorziening. Verwachtte realisatie van de geclusterde voorziening is eind 2012. Bonjour zal worden gesloten na in gebruik name van de geclusterde voorziening. Kwalitatieve verbetering van • In de periode tot en met 2014 wordt jaarlijks de registratie van doelgroeeen stedelijke monitor Zorg vóór Overlast pen en de monitoring. gepresenteerd. Nulmeting: eind 2005 is de eerste proeve van de stedelijke monitor OGGz (Cijfers In Beeld) verschenen. • In 2014 is de terugval vanuit (ambulant) De persoonsgerichte zelfstandig wonen maximaal 50%. aanpak verbreden naar de Nulmeting/stand van zaken: Hierover wordt gegehele regio en de totale groep kwetsbare personen. rapporteerd bij de evaluatie/tussenrapportage Stedelijk Kompas (najaar 2009). Daarbij zo veel mogelijk komen tot een versterking van bemoeizorg. Het bevorderen van versla- • Realiseren van de meerjarige resultaten vingsbeleid. zoals opgenomen in het door de raad vast te stellen beleidskader Wmo 2010-2013 bij het onderdeel verslavingsbeleid.
Activiteiten 2010 • In 2010 (onder voorbehoud van besluitvorming eind 2009) wordt begonnen met de voorbereidende werkzaamheden (o.a. sanering van de grond) voor de bouw van de geclusterde voorziening.
• In 2010 wordt een monitor Stedelijk Kompas gepresenteerd.
• Wij realiseren in 2010 meerjarige afspraken met de regiogemeenten inzake de inzet en complementaire verantwoordelijkheden van centrumgemeente en regiogemeenten.
• Realiseren van de in het op te stellen beleidskader Wmo 2010-2013 opgenomen resultaten voor 2010 ten aanzien van verslavingsbeleid. • In 2010 geeft Tactus uitvoering aan verslavingspreventie en verslavingszorg op basis van in de uitvoeringsovereenkomst overeengekomen prestatieafspraken.
Toelichting ontwikkelingen en trends individuele voorzieningen Wmo in 2010 Wetswijziging Wmo 2010 Door de wetswijziging mogen zorgaanbieders vanaf 1 januari 2010 alleen hulpen (bij het huishouden) in loondienst inzetten en geen alfahulpen. Aangezien de levering van een alfahulp via een zorgaanbieder vanaf 2010 niet meer mogelijk is, dient rekening gehouden te worden met een forse tariefstijging voor HH1 (hulp bij het huishouden 1). (Op basis van de aanbesteding die in 2009 wordt afgerond). Toename vraag naar voorzieningen De vraag naar Wmo-voorzieningen (woon- en vervoervoorzieningen, rolstoelen en hulp bij het huishouden) kent de laatste jaren een gestage groei. Dat beeld geldt voor alle genoemde individuele voorzieningen. De oorzaak van die toename kent verschillende achtergronden en ontwikkelingen. Ontmanteling AWBZ De functie ondersteunende begeleiding is sinds 2009 uit het AWBZ-pakket geschrapt. De gemeenten hebben alleen een zeer beperkt budget ontvangen voor begeleiding van ontregelde gezinnen en begeleiding in de maatschappelijke opvang/vrouwenopvang. Aangezien de voorziening hulp bij het huishouden (HH2/3) ook een vorm van begeleiding (bij het huishouden) kent, zal het beroep op deze voorziening de komende jaren toenemen. Herschikking hulpmiddelen Op verzoek van de minister van VWS heeft het College Voor Zorgverzekeringen (CVZ) een onderzoek verricht en een advies uitgebracht om tot een logischer ordening van extramurale hulpmiddelen te komen, die nu via de AWBZ, Wmo en de Zorgverzekeringswet (Zvw) worden verstrekt. De verwachting is dat een eventuele wetswijziging niet eerder dan 2011 wordt geëffectueerd.
programmabegroting 2010
57
tlaveren
Kengetallen Jeugdgezondheidszorg Aantal kinderen in zorg JGZ 0-4 jarigen (alle kinderen worden een of meerdere keren voor een regulier consult opgeroepen) Bereik van het aantal kinderen in zorg Aantal geplande reguliere contactmomenten JGZ 0-4 jarigen (aantal oproepingen) Aantal gerealiseerde contactmomenten JGZ 0-4 jaar Aantal kinderen met 1 of meer risicofactoren JGZ 0-4 jaar Aantal verwijzingen JGZ 0-4 jaar naar hulpverlening Aantal oproepingen JGZ 4-19 jarigen Aantal screeningen JGZ 4-19 jarigen Aantal kinderen met extra zorg Aantal verwijzingen naar hulpverlening
2004 6.093
2005 6.090
2006 6.100
2007 6.188
2008 6.475
5.940 (97%) -
5.910
5.900
5.998
6.455 a
-
-
-
24.206 22.142 1.196 1.579 4.209 3.734 1.820 339
-
-
-
4.500 4.095 (91%) 240
3.434 3.180
3.500 3.200
919 1.463 3.905 3.633
280
280
1.796 365
a In 2008 zijn alle kinderen in beeld. Twintig kinderen en hun ouder(s) zijn niet naar het consultatiebureau gekomen. De ouders van deze kinderen worden eens in de drie maanden gebeld en indien nodig wordt huisbezoek afgelegd. Informele zorg en mantelzorg Aantal mantelzorgers in Zwolle (schatting) Waarvan bekend bij Steunpunt Informele Zorg Aantal mantelzorgers van GGZ-patiënten (bekend en schatting) Waarvan bekend bij Steunpunt Informele Zorg Aantal allochtone mantelzorgers (schatting) Waarvan bekend bij Steunpunt Informele Zorg Aantal jonge mantelzorgers (schatting) Waarvan bekend bij Steunpunt Informele Zorg
2008 5200 13,5% (700) 360 onbekend 780 9,6% (75) 1200 3,8% (45)
Inwoners in de leeftijd van 65 jaar en ouder als percentage van de inwoners in de leeftijd van 20 tot en met 64 jaar 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 20,8 20,4 20,1 20,1 20,2 20,4 20,3 20,2 20,2
Product prestatieveld 6
Totaal 2007
Totaal 2008
4020 2689 912 618 447 347 333 465 313 337 310 124 95
4267 3120 883 674 446 394 409 376 362 320 262 152 80
Deelnemers Wmo-vervoer Gebruikers Hh in natura Externe indicaties WMO Toegekende woningaanpassingen Toegekende rolstoelen Uren Hh (x1000) Toegekende gehandicaptenparkeerkaarten: Externe indicaties GPK Aanvullende vervoersvoorzieningen cliënten fin. tegemoetkoming vervoer Gebruikers Hh via PGB Toegekende losse woonvoorzieningen Toegekende verhuiskosten opmerking: Niet in te schatten vanwege de wetswijzigingen Wmo
58
programmabegroting 2010
2009 20,2
Prognose Begroting 2009 2010 4450 4650 3600 zie opmerking 850 850 630 650 450 450 400 440 400 390 320 300 310 330 300 290 280 zie opmerking 180 200 90 100
tlaveren
Product prestatieveld 3
Totaal 2007
Totaal 2008
0 0 9776
957 1936 5804
Bezoekers Wmo-loket Telefonische contacten Wmo-loket Bezoeken www.dezwolsewegwijzer.nl nb: data niet beschikbaar ten tijde van opstellen begroting. Diensten- en trefcentra Aantal bezoekers dienstencentra (woonzorgzones) • Werkeren (Stadshagen) • De Terp (Dieze-West) • De Riethoek (Zwolle-Zuid) Aantal bezoekers Trefcentra: • Holtenbroek • Assendorp • Zuid
Prognose 2009 1000 nb nb
Begroting 2010 1100 nb nb
2004
2005
2006
2007
2008
37.787 37.086 16.898
50.323 42.494 21.471
52.304 53.743 27.818
47.854 53.781 28.330
52.000a 54.000a 29.000a
8.415 8.250
7.600 5.200
10.046 11.979 3.562
8.681 12.310 4.054
9.000a 11.500a 4.500a
a Bezoekersaantal dienstencentra en trefcentra 2008 is gebaseerd op een prognose. De verwachting is dat deze nauwelijks zullen afwijken van de realiteit.
Product prestatieveld 6 Totaal 2007 Deelnemers Wmo-vervoer 4020 Gebruikers Hh in natura 2689 Externe indicaties WMO 912 Toegekende woningaanpassingen 618 Toegekende rolstoelen 447 Uren Hh (x1000) 347 Toegekende gehandicaptenparkeerkaarten: 333 Externe indicaties GPK 465 Aanvullende vervoersvoorzieningen 313 Cliënten fin. tegemoetkoming vervoer 337 Gebruikers Hh via PGB 310 Toegekende losse woonvoorzieningen 124 Toegekende verhuiskosten 95 opmerking: Niet in te schatten vanwege de wetswijzigingen Wmo
Totaal 2008 Prognose 2009 Begroting 2010 4267 4450 4650 3120 3600 zie opmerking 883 850 850 674 630 650 446 450 450 394 400 440 409 400 390 376 320 300 362 310 330 320 300 290 262 280 zie opmerking 152 180 200 80 90 100
Product prestatieveld 3 Bezoekers Wmo-loket Telefonische contacten Wmo-loket Bezoeken www.dezwolsewegwijzer.nl
Totaal 2008 Prognose 2009 Begroting 2010 957 1000 1100 1936 nb nb 5804 nb nb
Totaal 2007 0 0 9776
Nb. wat betreft de bezoeken van de website www.dezwolsewegwijzer.nl en het aantal telefoontjes bij het Wmo-loket zijn op dit moment te weinig gegevens bekend om hier een goede prognose voor 2009 en 2010 te geven.
programmabegroting 2010
59
tlaveren
Producten prestatieveld 6
Producten prestatieveld 6
Uren Hh (x1000)
cliënten fin tegemoetkoming . vervoer
Toegekende rolstoelen
Aanvullende vervoersvoorzieningen
Externe indicaties GPK
Toegekende woningaanpassingen
Toegekende gehandicaptenparkeerkaarten:
Externe indicaties WMO
0
100
200
300
400
500
600
700
800
900
1000
0
50
100
150
Totaal 2007
Totaal 2007
Totaal 2008
Prognose 2009
200
250
Totaal 2008
300
Prognose 2009
350
400
450
500
Begroting 2010
Begroting 2010
Producten prestatieveld 6
Deelnemers Wmo-vervoer
3700
3800
3900
4000
Totaal 2007
4100
Totaal 2008
4200
4300
Prognose 2009
4400
4500
4600
4700
Begroting 2010
Huiselijk geweld in Zwolle Aantal misdrijven Per 1.000 inwoners
2005 236 2,1
2006 220 1,9
2007 219 1,9
2008 208 1,7
Hulpverlening en opvang meisjes met verhoogd risico en slachtoffers loverboys Signalen van meisjes/jonge vrouwen die mogelijk betrokken zouden zijn bij loverboyproblematiek dan wel waarbij geconstateerd wordt dat zij een verhoogd risico hierop lopen worden doorgegeven aan een werkgroep die daarmee in een vroeg stadium risicosituaties kan onderkennen en snel hulp kan bieden. Hiermee wordt in veel gevallen daadwerkelijke uitbuiting voorkomen. De werkgroep heeft vanaf 1 januari 2003 tot en met 31 december 2008 in totaal 282 meldingen gehad van meisjes/jonge vrouwen die een verhoogd risico liepen om slachtoffer te worden dan wel daadwerkelijk mogelijk reeds slachtoffers waren. Bespreking van deze meldingen in de werkgroep heeft uiteindelijk geleid tot in totaal 129 gerealiseerde hulpverleningstrajecten voor meisjes/jonge vrouwen die een (verhoogd) risico liepen om slachtoffer te worden van loverboys dan wel daadwerkelijk al slachtoffer waren. Daarnaast is er voor 40 meisjes/jonge vrouwen in die periode een tijdelijke opvangplaats gerealiseerd. In totaal is dus in de aangegeven periode aan 169 meiden daadwerkelijk hulp verleend.
60
programmabegroting 2010
tlaveren 70 2003-1 60
2003-2 2004-1
50
2004-2 2005-1
40
2005-2 2006-1
30
2006-2
20
2007-1
10
2008-1
2007-2 2008-2
pv an g
en ts
ni ng /o
aa
le
va ng pl
ve r
op
lp hu al nt aa al ta To
al nt Aa
Aa
nt
al
ge
re
al
is
ee
ge
rd
re
e
al
is
hu
ee
lp
ve r
rd e
le
Aa
nt a
ni ng st
lm
ra
el
je
di
ct e
n
ng en
0
Opsporing en vervolging van verdachten en veroordeling van daders De coördinator loverboys van de politie ontvangt meldingen vanuit de wijkteams, andere politieregio’s, uit de werkgroep hulpverlening slachtoffers Loverboys en van het meldpunt Loverboys. Naar aanleiding van de binnengekomen meldingen vind onderzoek plaats. De opsporingshandelingen hebben tot doel voldoende aanwijzingen te vinden om te komen tot een verdachte in de zin van het wetboek van strafvordering, zodat tot strafrechtelijke vervolging zou kunnen worden overgegaan. Het Openbaar Ministerie vervolgd waar mogelijk altijd verdachten van mensenhandel en dus ook loverboys. In de periode 1 januari 2003 tot en met 31 december 2008 hebben de opsporingshandelingen geleid tot 21 verdachten in de zin van de wet. In de periode 1 januari 2003 tot en met 31 december 2008 zijn in totaal 14 verdachten vervolgd door het Openbaar Ministerie. Uiteindelijk heeft dit in die periode geleid tot 9 veroordelingen van loverboys. Daarnaast zijn in die periode loverboys waar mogelijk ook vervolgd voor andere delicten. 40 35
2003-1 2003-2
30
2004-1 2004-2 2005-1
25 20
2005-2 2006-1
15
2006-2
10
2007-1
5
2007-2 2008-1
0
2008-2 Aantal juridische verdachten
Aantal vervolgde verdachten
Aantal veroordeelde daders
programmabegroting 2010
61
tlaveren
Inwoners centrumgemeenteregio Aantal inwoners regio IJssel-Vecht (exclusief Raalte, Olst-Wijhe en Heerde) – per 1 januari Aantal inwoners regio Noord- Veluwe – per 1 januari
2005 354.397
2006 356.503
2007 358.526
2008 360.953
2009 363.586
162.151
162.361
163.024
163.355
164.304
Vrouwenopvang Lokale voorzieningen (Zwolle) Ambulante hulpverlening (aantal cliënten in Zwolle) Regionale voorzieningen (regio Zwolle) Aantal unieke inkomende contacten Advies en steunpunt huiselijk geweld Aantal doorverwijzingen Advies en steunpunt huiselijk geweld Aware (aantal kastjes / aantal cliënten) Bovenregionale voorzieningen (regio Zwolle en regio Enschede) Telefonische contacten Meldpunt Opvang Afwijzingen Meldpunt Opvang (´geen plaats´) Plaatsingen bij de Vrouwenopvang Overijssel (aantal vrouwen / kinderen) Crisisopvang (aantal systemen / opgevangen vrouwen / opgevangen kinderen / bezettingsgraad / gem. verblijfsduur)
2006
2007
2008
36
40
55
193 24 5 / 12
432 104 5/5
355 80 5/11
1786 1314 772 515 198 / 247 180 / 207 8 / 128 / 161 10 /132 / 167 / 98,1% / 22,3 93% / 24 dagen dagen 24-woonvoorziening met partiële begeleiding (aantal systemen / aantal opge17 / 77 / 102 20 / 82 / vangen systemen / aantal opgevangen kinderen / aantal opgevangen personen / / 179 / 93% 98/ 180 bezettingsgraad) 129% 90,1% 144,8% Anoniem adres (aantal systemen (aantal systemen / aantal opgevangen syste4 / 11 / 14 / 4/ 11/ 11 / 22 men / aantal opgevangen kinderen / aantal opgevangen personen / bezettings25 / 73% 78,3% graad) Begeleid wonen (aantal systemen / aantal opgevangen systemen / aantal opge14 / 44 / 68 / 11 / 20 / 31 vangen kinderen / aantal opgevangen personen / bezettingsgraad) 112 / 71% / 51/ 15% 99,3% - 95% Begeleid wonen tienermoeders ((aantal systemen / aantal opgevangen tiener6 / 13 / 13 / 6 / 11 / 11 moeders / aantal opgevangen kinderen / totaal aantal opgevangen personen / 26 / 96,4% / 22 / 95,8% / bezettingsgraad / gemiddelde verblijfsduur) 337 dagen 293 dagen
1132 534 161/166 10/98/117 97% 40 dagen 20/77/91/168 94% 114%
Dakloosheid Aantal daklozen Zwolle Aantal daklozen regio Aantal kwetsbare personen Zwolle Aantal kwetsbare personen regio
4/13/14/27 70% 11/19/26/45 Ensch. 60% Zwolle 91% 6/12/12/24 97% 292 dagen
2006 250 375 500 750
2008 250 -1 -2 -3
1 Niet betrokken in onderzoek. 2 Idem 3 Idem.
Regionale verslavingszorgvoorzieningen (regio Zwolle) Gemiddelde bezettingsgraad nachtopvang Aantal nieuw ingeschreven cliënten verslavingszorg Aantal cliënten verslavingszorg, in behandeling Aantal nieuwe aanmeldingen methadonprogramma Aantal cliënten verslavingszorg, in methadonprogramma
62
programmabegroting 2010
2008 367 511 34 161
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid
rekening 2008 34325 12332 -21993 134
Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * res. nog uit te voeren werken ON Resultaat na bestemming
-21859
begroting 2009 2010 34470 35973 12188 5407 -22282 -30566 99 -134 -22183 -30700
meerjarenraming 2011 2012 2013 36036 36139 36267 5407 5407 5407 -30629 -30732 -30860
-30629
-30732
-30860
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Naast de trendmatige aanpassingen en stadsuitbreidingsposten zijn de baten en lasten van de nieuwe Brede Doeluitkering van Centra voor Jeugd en Gezin geraamd. Daarnaast is aan de batenkant de Brede Doeluitkering voor MO/VB komen te vervallen. De uitkering loopt vanaf 2010 via het gemeentefonds (geraamd onder programma 26). Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Totaalbudget ondersteunende begeleiding awbz/ MO Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Jeugd, alcohol en gezin Kwartiermakers GGZ Besluitvorming PPN 2010-2013 (meerjarig incidenteel): ZKN: zorgen voor de toekomst Bezoekvrouwen Travers WMO Focus Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Loverboys Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
-63
-103
-128
-300
-300
-300
-300
-30 -85
-30 -85
-75 -12 -200 -67
-75 -12 -200 -48
-26
-120 75
75
75
-75 -12
75
Nadere specificatie programmabudget 2010: Gezondheidsbeleid Geldleningen Isala / 't Zandt Ouderenbeleid Vervoersvoorziening WVG Woonvoorziening WVG Externe advisering Gehandicapten parkeerkaarten Rolstoelen Gehandicaptenbeleid Maatschapp.opvang/verslavingsbel Beleid meervoudige problematiek Huishoudelijke hulp
lasten 3662 251 1563 4090 2318 439 52 1302 111 11437 1104 9778 36107
programmabegroting 2010
baten 1597 297 83 41 6 30 59 1836 1458 5407
saldo -2065 46 -1480 -4049 -2312 -439 -22 -1243 -111 -9601 -1104 -8320 -30700
63
tlaveren
Pijler Veiligheid
64
programmabegroting 2010
tlaveren
Je veilig voelen in je eigen woon- en werkomgeving is een groot goed. Zwolle is een veilige stad, en dat is een van de redenen dat Zwollenaren zich prettig voelen in deze gemeente. Ook op het gebied van veiligheid maken we samen de stad: zonder gemeenschappelijk draagvlak kunnen we Zwolle niet de stad laten zijn waar we aangenaam samenleven. Veiligheid is daarmee niet iets vrijblijvends: de gemeente geeft de grenzen aan die nodig zijn om de leefbaarheid in (de openbare ruimte in) de stad te garanderen. Waar de gemeente vol inzet op zelfontplooiing van de Zwollenaren, moet ook duidelijk zijn dat die individuele ruimte niet
grenzeloos kan zijn. Wettelijke voorschriften en normen en waarden vormen de lijnen, waarbinnen we ons burgerschap willen uitdragen. Dat stelt eisen aan de Zwollenaren zelf, maar ook aan het niveau waarop de gemeente zorgdraagt voor de veiligheid in de stad. In dit deel van de begroting belichten we hoe we dat doen waar het gaat om de openbare orde en de inzet van de brandweer. Al die projecten en initiatieven kunnen gezien worden als een fijnmazig vangnet. Van het verwijderen van grafitti tot het op orde hebben en regelmatig toetsen van rampenplannen: zonder uitgebalanceerd beleid blijft Zwolle niet de aangename stad die het is.
Omschrijving /programma
lasten
baten
reserve saldo mutaties (bedragen x € 1.000)
7 Veiligheid (openbare orde, veiligheid en brandweer) a. Openbare orde en veiligheid b. Brandweer Totaal
2.076 10.385 12461
141 201 342
-1.935 -10.184 -12119
programmabegroting 2010
65
tlaveren
66
programmabegroting 2010
tlaveren
Inhoud Programma 7a
Veiligheid
68
Programma 7b Brandweer
75
programmabegroting 2010
67
tlaveren
Programma 7a Veiligheid Thema
Op peil houden van sociale voorzieningen en zorg
Beleidskader Het programma Veiligheid kent als ambities: het tegengaan van criminaliteit en overlast (sociale veiligheid) en een veilige leefomgeving met effectieve rampenbestrijding (fysieke veiligheid). Aan de ambities zijn doelstellingen en concrete inspanningen gekoppeld. Hieronder worden beide ambities afzonderlijk uitgewerkt. Ambitie 1: Sociale veiligheid: minder criminaliteit en overlast Het handhaven van de openbare orde is essentieel voor een veilig Zwolle. Vaak is veiligheid ook onmisbaar onderdeel van een integrale aanpak (jeugd, Stedelijk Kompas, huiselijk geweld, wijkgerichte aanpak) waardoor het bijdraagt aan het realiseren van doelstellingen waarvoor ook vanuit andere beleidsterreinen inspanningen worden gedaan. Het sociale veiligheidsbeleid voor het jaar 2010 is voor een belangrijk deel bepaald door de afspraken die met het rijk zijn en nog worden gemaakt in het kader van het Bestuursakkoord Veiligheid VNG-rijk (2008) en de analyse van de lokale situatie. In de tweede helft van 2009 hebben rijk en VNG uitgesproken dat de focus met ingang van 2010 dient te liggen op de reductie van sociale overlast en fysieke verloedering. In dit verband willen wij onder meer uitvoering geven aan de afspraak dat de grote steden in het voorjaar 2010 een gezamenlijke schoonmaakdag houden in het kader van de aanpak van de fysieke verloedering. De Gebiedsscan Zwolle 2009 (voorheen Lokaal Criminaliteits- en Veiligheidsbeeld) van de politie noemt belangrijkste lokale veiligheidsthema’s, die de komende tijd inzet van de politie en de veiligheidspartners vragen. De thema’s zijn gebaseerd op informatie van de politieteamleden over het werkgebied en de bewoners. Deze informatie is gekoppeld aan informatie en analyses uit de politiesystemen. Het gaat om jeugd (diverse vormen van overlast en alcohol- en drugsmisbruik), geweld (uitgaansgeweld en uitgaansgerelateerde overlast, huiselijk geweld) en overlast (dak- en thuislozen) en asociaal gedrag. Als speerpunten zijn in beeld: woninginbraken, aanpak winkelcriminaliteit, zakkenrollerij, auto-inbraken, fietsendiefstal en dealen in de wijk. De aanpak voor 2010 zal nadrukkelijk ook op deze terreinen worden geconcentreerd. In 2009 is al een intensivering ingezet, bijvoorbeeld op woninginbraak, aanpak winkelcriminaliteit en zakkenrollerij/auto-inbraken. Tevens wordt per 1 januari 2010 het Veiligheidshuis IJsselland operationeel. Dit Veiligheidshuis is een samenwerking tussen gemeenten in de politieregio IJsselland, inclusief Zwolle en Deventer), openbaar ministerie, politie en zorginstellingen. Doel is het verbeteren van de afstemming tussen zorg-, hulpverlenings-, justitie- en bestuurlijke keten als het gaat om de persoonsgebonden aanpak van criminaliteit en overlast. Het krijgt onder meer een belangrijke rol bij de ondersteuning van lokale casusoverleggen waar repressie en zorg op elkaar aansluiten. Gelet op het aflopen van het Grote Stedenbeleid 2005-2009 (GSBIII) heeft het rijk budgettaire besluiten genomen die betekenen dat alle grote steden minder veiligheidsmiddelen in de jaren 2010 en 2011 te besteden hebben. Wij vangen deze teruggang in middelen op door het afronden van diverse activiteiten in 2009, gelet op het behalen van de GSBIII-doelstellingen. Omdat nog niet alle consequenties hiervan duidelijk zijn, beschouwen wij 2010 als een overgangsjaar, waarin wij u in de eerste helft van dat jaar nieuwe prioriteiten veiligheid voor 2010 tot 2014 zullen voorstellen. Voor een uitgebreidere beschrijving van de doelstellingen en concrete inspanningen 2010 verwijzen wij u naar het u separaat toegezonden concept Veiligheidsplan en uitvoeringsprogramma 2010 en de Gezamenlijke Beleidsprioriteiten 2010 openbaar ministerie, politie en gemeente. Ambitie 2: Fysieke veiligheid: veilige leefomgeving met effectieve rampenbestrijding Zwolle is een veilige stad waar verstandig wordt omgegaan met risico’s. De stad anticipeert op ‘kenbare risico’s‘, zoals brand, grote evenementen, uitval van nutsvoorzieningen, extreem weer, een verkeersramp, overstroming, ziektegolf of gevaarlijke stoffen. De stad beperkt die risico’s door: 1. Alert te zijn op ingesleten situaties. 2. Samenhangende afwegingen tijdens vergunningverlening en de ontwikkeling van de stad te maken. 3. Dat gemeente beschikt over een professionele, efficiënte en geïntegreerde hulpverleningsorganisatie die bekend is bij, en vertrouwd wordt door het publiek. Daarnaast wordt gewerkt aan betrokkenheid en bewuste bekwaamheid van de burger én ondernemer door: 4. Informatievoorziening aan burgers en ondernemers, 5. Samenwerking met particulieren en hulpverleningsorganisaties. 6. Dwarsverbanden tussen gemeentelijke afdelingen, buurgemeenten, ketenpartners in veiligheid, burgers en ondernemers periodiek te versterken en te beoefenen.
68
programmabegroting 2010
tlaveren
Hiervoor wordt fysieke veiligheid in de organisatie (naast sociale veiligheid) als beleidsveld herkenbaar uitgewerkt. Half 2010 zullen wij het Beleidsplan Fysieke Veiligheid 2011-2015 ter besluitvorming aan u voorleggen. In dit beleidsplan worden strategische doelstellingen beschreven en vertaald naar concrete actiepunten voor verschillende eenheden. Sinds 1 januari 2009 is de Veiligheidsregio IJsselland de opvolger van Regio IJssel-Vecht De Veiligheidsregio zal de bestuurlijke en operationele slagkracht vergroten. Vanuit de Wet veiligheidsregio´s heeft de Veiligheidsregio IJsselland nieuwe taken en wettelijke eisen op het gebied van de rampenbestrijding toebedeeld gekregen, welke geïmplementeerd dienen te worden. Overige werkzaamheden, bestaand en nieuw, komen terecht bij de gemeenten. Relevante beleidsnota’s: • Bestuursakkoord VVNG/Rijk Veiligheid en afspraken Rijk/Zwolle • Jaarplan Veiligheid 2010 Zwolle • Stedelijk Kompas (2007) • Integrale aanpak Huiselijk Geweld Regio IJssel-Vecht • Beleidsvisie Externe Veiligheid (2007) • Gebiedsgericht beleidskader Externe Veiligheid (2009) (in ontwikkeling) • Rampenplan en Regionaal Beheersplan Rampenbestrijding
Programmaplan 2010 Sociale veiligheid Meerjarige doelstellingen Terugdringen criminaliteit
Prestatieafspraken Handhaven openbare orde: accenten 2010 (zie activiteiten)
Activiteiten 2010 • Beleidsontwikkeling doorzettingsmacht burgemeester bij problematische hulpbehoevenden. • Uitvoeren bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit. • Uitvoeren wet Tijdelijk Huisverbod • Prostitutiebeleid. • Coffeeshopbeleid (vanwege mogelijk nieuw vestigingsbeleid rijk). • Uitvoeren nieuwe voetbalwet afhankelijk van nieuw rijksbeleid. Samen met politie en Openbaar Ministerie worden de afspraken over gezamenlijke prioriteiten in 2010 uitgevoerd bij de integrale aanpak van criminaliteit en over-last, en wordt de prioritering voor 2011 vastgelegd (matrix).
In 2010 zijn de hierna genoemde misdrijven afgenomen ten opzichte van 2003: Daling van misdrijven 2003 2010 • Woninginbraken 0,89 0,75 • Voertuigcriminaliteit 1,72 1,50 • Diefstal (brom)fietsen 2,21 1,75 • Diefstal uit bedrijven 12,13 10,50 • Winkeldiefstal 57,99 52,00 • Aantasting openbare orde/ruimte 1,84 1,72
Aanpak van huiselijk geweld
Realiseren ketencoördinatie huiselijk geweld/huisverbod.
programmabegroting 2010
Er worden diverse activiteiten uitgevoerd, die bijdragen aan het beheersen dan wel de afname van criminaliteit, afhankelijk van prioritering zoals: • Veiligheid Op Straat (uitgaan binnenstad). • Aanpak zakkenrollerij • Aanpak woninginbraak • Inzet stadswachten • Cameratoezicht en inzet mobiele camera’s • Aanpak winkelcriminaliteit • Veiligheidshuis IJsselland • Monitoring: uitwerken resultaten integrale veiligheidsmonitor 2009 ten behoeve van verantwoording GSBIII. Met het uitspreken van een huisverbod en/of bij het optreden van huiselijk geweld is een geïntegreerde aanpak voor slachtoffer, dader en eventuele kinderen nodig. Een ketencoördinator zet dit proces in gang. In 2010 willen we deze ketencoördinatie voortzetten.
69
tlaveren Meerjarige doelstellingen Voorkomen en bestrijden van jeugdcriminaliteit en overlast Inzet jongerenwerk in de domeinen vrije tijd en wijk. Versterken van de positie van risicojongeren en het vergroten van hun ontwikkelingskansen.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
Versterken van de positie van risicojongeren en hen toeleiden naar reguliere voorzieningen die daarbij kunnen helpen. Uitvoeren van jongerenwerk in drie jongerencentra en in enkele wijkcentra. Daarnaast inzet van ambulant jongerenwerk in een aantal wijken, afhankelijk van signalen en gegevens vanuit de wijken van Zwolle.
• Een structurele oplossing realiseren voor de huisvesting van de DOJO (jongerenwerk). (zie programma 1) • Uitvoering geven aan een methodische aanpak van overlast jeugdgroepen. • Doorontwikkelen koppelwerk van jongerenwerk en politie tot een nog effectievere samenwerking vastgelegd in een handboek Koppelwerk. • Extra inzet jongerenwerk in wijken zoals de Kamperpoort als daar aanleiding toe is. • Activiteiten gericht op het vergroten van weerbaarheid van jongeren, met name in Zwolle-Zuid. Door verandering in wet- en regelgeving is een update van het convenant Loverboys nodig. Dit om er voor te zorgen dat gegevensuitwisseling over slachtoffers en daders voldoende juridische grondslag heeft. In 2010 willen we in overleg met alle betrokken partijen een geactualiseerd convenant vaststellen. Tevens stimuleren we het doen van aangifte door slachtoffers van loverboys.
Voorkomen en bestrijden van Update convenant Loverboys 2010. loverboyproblematiek
Aanpak veelplegers en jeugdige delinquenten • In 2010 krijgen alle veelplegers die Terugdringen van de recidaarvoor worden aangemerkt in het dive door aan te sluiten op Casusoverleg Veelplegers een nazorghet landelijke Programma traject aangeboden. Aanpak Jeugdcriminaliteit. Doel van dit programma is het terugdringen van de recidive met 10 %.
• Verbeteren van de nazorg aan jeugdige ex-gedetineerden. Terugdringen overlast
Beheersmaatregelen overlast
70
De beproefde methodiek inzake de aanpak van zeer actieve veelplegers en jeugdige delinquenten zal worden voortgezet. Verder wordt ingezet op het versterken van de gemeentelijke regiefunctie en uitbreiding van de doelgroep met als doel om in principe alle ex-gedetineerden onder de sluitende nazorg te laten vallen. Voor het aanbieden van nazorgtrajecten op maat wordt aansluiting gezocht bij het participatiebudget. • Deelname gemeente aan het Trajectberaad. • Uitvoering geven aan het (gemeentelijk deel van het) trajectplan dat voor de jeugdige ex-gedetineerde is opgesteld. • Verbeteren van de nazorg. Uitvoeren schoonmaakactie.
In het voorjaar 2010 (én 2011) een schoonmaakdag houden in het kader van de aanpak van de fysieke verloedering. • Uitvoering beheersplannen accommodaties • Opvangvoorzieningen die een rol Ketenaanpak Zorg Vóór Overlast. Het actualispelen in de ketenaanpak ‘Zorg Voor seren en concretiseren van beheersplannen is Overlast’, zijn niet populair in wijken daarbij doorlopend punt van aandacht. Door de en buurten. De effectieve wijze van komst van de Herberg zal ook voor deze faciliteit beheer van de accommodaties dient een beheers- en begeleidingsstructuur worden dan ook te worden gecontinueerd, opgezet. zodat de overlast voor de omgeving zoveel mogelijk wordt voorkomen. • Meldpunt Ernstige Overlast zal in 2010 de dienstverlening continueren. • Het Meldpunt biedt een laagdrempelige voorziening waar burgers en instellingen meldingen kunnen doen van situaties van ernstige overlast, op basis waarvan gezocht wordt naar oplossing van de geconstateerde problemen. Het Meldpunt is een onmisbare schakel in de ketenaanpak Zorg Voor Overlast.
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen Wijkgerichte aanpak: betrekken burgers Burgers moeten meer verantwoordelijkheid nemen en krijgen voor hun eigen welzijn en leefklimaat.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
Vergroten van de sociale cohesie en de leefbaarheid in wijken als voorwaarde voor het gevoel van veiligheid in de wijk.
• Wijkveiligheidsacties. Samen met de uitkomsten van het Early Warning worden de uitkomsten van het Omnibusonderzoek 2009 verwerkt in trendboekjes per wijk. De middelen voor de wijkveiligheidsacties zullen op basis van de trendboekjes gedifferentieerd worden ingezet op activiteiten die bijdragen aan het terugdringen van gevoelens van onveiligheid, onderling wantrouwen en overlast. Daaruit voortvloeiende acties worden opgenomen in de Gebiedbeheerteam-werkplannen. • Buurtbemiddeling Het project buurtbemiddeling is een onmisbare schakel in de aanpak van en het voorkomen van overlast. In 2010 wordt het reguliere aanbod van buurtbemiddeling gehandhaafd en zal het experiment, waarbij buurtbemiddeling wordt ingezet om groepen (hang)jongeren en buurtbewoners met elkaar in gesprek te laten gaan om overlast door de groepen te verminderen, verder worden uitgebouwd naar aanleiding van de goede ervaringen hiermee in Zwolle-Zuid. • Bewonerstoezichthouders In de wijken waar het project draait, zal het aantal toezichthouders worden uitgebreid. Ingezet wordt op bekendheid en herkenbaarheid van de nieuwe toezichthouders. Tevens wordt onderzocht of in wijken waar nog geen toezichthouders functioneren, dit alsnog gerealiseerd kan worden. • Samen gaan voor de Palestrinalaan Formeel wordt de driejarige pilot met de SMVP per 31 december 2009 afgerond. Om een goede borging van de behaalde resultaten te bereiken en de ontwikkelde methodiek stevig in de reguliere werkwijze onder te brengen hebben de lokale partners uitgesproken een extra jaar aan de lopende pilot toe te willen voegen. Bijkomend voordeel is dat er een goede combinatie kan worden nagestreefd met de onlangs begonnen zorgpilot. • Oud en nieuw-aanpak Via maatregelen als het inzamelen van kerstbomen, afsluiten van containers, vuurwerklessen HALT wordt getracht overlast zoveel mogelijk te beperken. Daarnaast worden wijkverenigingen gestimuleerd en gesubsidieerd om wijkfeesten te organiseren rond de jaarwisseling, met als voorwaarde dat jongeren worden betrokken bij de organisatie.
programmabegroting 2010
71
tlaveren
Kengetallen Criminaliteit In 2010 zijn de hierna genoemde misdrijven afgenomen t.o.v. 2003 (GSB): (Incidenten per 1.000 inwoners): Criminaliteitscijfers Diefstal/inbraak woning Voertuigcriminaliteit Diefstal van (brom-)fietsen Diefstal/inbraak bedrijven Winkeldiefstal Aantasting openbare orde
2003 0,89 1,72 2,21 12,13 57,99 1,84
2004 0,9 1,3 2,3 17,1 63,4 1,6
2005 0,7 1,1 1,9 12,9 53,7 1,7
Huiselijk geweld Zwolle Aantal misdrijven Per 1.000 inwoners
2006 0,6 1,0 1,8 16,7 46,1 1,8
2007 0,6 0,8 1,3 9,4 41,0 1,7
2008 0,7 1,0 1,2 9,2 37,5 1,5
2010 0,75 1,50 1,75 10,50 52,00 1,72
2005 236 2,1
2006 220 1,9
2007 219 1,9
2008 208 1,7
Geweld en jeugddelinquentie In deze paragraaf wordt ingegaan op probleemgedragingen die onder de noemer ‘geweld’ en ‘jeugddelinquentie’ vallen. Geweld in percentages Uit de grafiek blijkt dat de jongeren uit Aalanden van alle jongeren in Zwolle de hoogste scores behalen bij geweld. Dit geldt ook, in iets mindere mate, voor de jongeren uit Diezerpoort/ Kamperpoort/ Holtenbroek/ Wipstrik. 12
10
10
8 8 7 6
6 5
5 4
4
4
4
4
3 3
3 2
5
3
2 2
2
2
2
1
1 0
0 neemt soms tot regelmatig een wapen mee
72
1
1
heeft deelgenomen aan vechtpartij
heeft iemand in elkaar geslagen
Zwolle gemiddeld
Binnenstad/Assendorp/Veerallee
Diezerpoort/Kamperpoort/Holtenbroek/Wipstrik
Westenholte/Spoolde
Stadshagen
Aalanden
Berkum/Buitengebied
Schelle/Ittersum
programmabegroting 2010
0
0
0
0
0
0
0
heeft iemand bedreigd voor geld
tlaveren
Jeugddelinquentie in percentages 9
8
8
7
7 6
6
5
5 5
5
5
4 3 3
3
3
3
3
3
3
3
3
3 2
2
2
2
2
2
2
2
1 1
1
1
1 0
0 iets op straat vernield
0
1 1
1
0
0
iets uit een winkel gestolen
1
iets op school gestolen
1
0
0
gestolen spullen verkocht
Zwolle gemiddeld
Binnenstad/Assendorp/Veerallee
Diezerpoort/Kamperpoort/Holtenbroek/Wipstrik
Aalanden
Berkum/Buitengebied
Schelle/Ittersum
1
door de politie opgepakt
Westenhoolte/Spoolde
Stadshagen
Wat betreft de aan jeugddelinquentie gerelateerde probleemgedragingen zijn de verschillen tussen de wijken groot en wisselend. De jongeren uit Aalanden scoren hoog op 4 van de 5 factoren: ‘opgepakt worden door de politie’, ‘iets op straat vernielen’, ‘helen’ en ‘iets uit een winkel stelen’. De jongeren uit Diezerpoort/Kamperpoort/Holtenbroek/Wipstrik scoren weer hoog bij ‘iets op school stelen’ en ‘iets op straat vernielen’. De jongeren uit Berkum/Buitengebied scoren het hoogst bij ‘iets op school stelen’.
programmabegroting 2010
73
tlaveren
Programmaplan 2010 Fysieke veiligheid Meerjarige doelstellingen Rampenbestrijding/crisisbeheersing (zie a).
Prestatieafspraken De betrokken organisaties zijn in 2010 voorbereid op effectief gezamenlijk optreden bij rampenbestrijding/crisisbeheersing.
Activiteiten 2010 De komende invoering van de Wet op de veiligheidsregio´s per 1 januari 2010 zal een aanpassing van gemeentelijke plannen vergen. Naar verwachting verdwijnt het gemeentelijke rampenplan en komt daarvoor een regionaal crisisplan in de plaats. De herstructurering van de gemeentelijke kolom is afgerond: • In 2010 ligt het accent op oefenen in de nieuwe context, die deze herstructurering met zich meebrengt. • De modeldeelprocessen zijn in 2009 aangepast. De gemeentelijke processen worden in 2010 aan de hand van deze modellen geactualiseerd en de betrokken functionarissen zullen op hun rol worden voorbereid. • In 2010 wordt geoefend aan de hand van het bijgestelde opleidings- en oefenplan. De verplichte onderdelen van de risicocommunicatie krijgen ook in 2010 inhoud op basis van dan vigerende wetgeving. Er wordt wederom invulling gegeven aan crowdmanagement bij het Bevrijdings-festival 2010, de Halve Marathon van Zwolle en het Stratenfestival 2010.
Externe Veiligheid Bereiken dat het niveau van externe veiligheid (productie, vervoer, opslag en gebruik van gevaarlijke stoffen) voldoet aan de wettelijke normen en in overeenstemming is met de aard en het gebruik van gebieden in Zwolle.
• Onderzoek latente saneringssituaties bestemWe bereiken de doelstelling door: mingsplannen. Uitkomsten gaan informatief naar • Gebiedsgericht beleid. de raad. • Beheersing risicobronnen. • In samenwerking met brandweer bluswateron• Risiconiveaus voldoen aan normen. derzoek op stadsniveau, combinatie met moge• Optimaliseren van niveau van hulpverlijkheden voor koude/warmte-opslag. Uitkomsten lening en zelfredzaamheid. informatief naar de raad. • Opzetten samenwerking op bedrijventerreinen ten behoeve van beperking risico’s. • In samenwerking met vergunningen onderzoek naar mogelijkheden voor afdwingen bouwkundige voorzieningen. Waar nodig besluit door de raad. • Volgen van ontwikkelingen bij een basisnet en hoogfrequent vervoer spoor in verband met consequenties voor Zwolle. Uitkomsten gaan informatief naar de raad.
Toelichting: a. Rampenbestrijding • In het kader van rampenbestrijding/crisisbeheersing wordt gewerkt aan crowd-management. Doel daarvan is het bevorderen van de veiligheid bij grootschalige evenementen. Dit levert een betere multidisciplinaire voorbereiding van dergelijke evenementen op en concrete veiligheidsafspraken met organisatoren. • Terrorismebestrijding blijft een aandachtspunt. In 2010 zal aandacht besteed worden aan de samenwerking met de andere sectoren uit de vitale infrastructuur. • Inspelen op toenemende juridisering en mondigheid van de burgers bij fysieke veiligheid. Hierop kan worden ingespeeld met risicocommunicatie, waarmee de zelfredzaamheid van de burger wordt versterkt. b. Externe Veiligheid Zwolle voldoet aan de normen voor het plaatsgebonden risico. Er wordt gebiedsgericht invulling gegeven aan het groepsrisicobeleid. De veiligheidsdoelstellingen zijn als gevolg daarvan passend bij de typering van het gebied. Er wordt zoveel mogelijk geanticipeerd op de landelijke beleidsontwikkeling, met als doel het bewaken van een optimaal veiligheidsniveau.
74
programmabegroting 2010
tlaveren
Programma 7b Brandweer Thema
Samen leven in Zwolle
Beleidskader In het programma Brandweer is een aantal activiteiten opgenomen, waarmee de Brandweer bijdraagt aan het thema ‘Samen Leven in Zwolle’. Brandweer Zwolle staat voor het binnen de door het gemeentebestuur gestelde kaders en mogelijkheden waarborgen van de, veelal fysieke, veiligheid van de in Zwolle wonende en verblijvende burgers, evenals van de Zwolse gebouwen met betrekking tot rampen en andere calamiteiten; multidisciplinair en in regionaal verband al het mogelijke doen om rampen te voorkomen, dan wel optimaal te bestrijden; het verhogen van het veiligheidsbewustzijn, in het bijzonder bij jongeren, door educatie en voorlichting. Ook binnen de Brandweer zijn de consequenties van de economische recessie voelbaar. Met de bezuinigingen die voorliggen is het voor de Brandweer een uitdaging om de veiligheid in de stad te waarborgen binnen de beschikbare middelen. Relevante beleidsnota’s: • Brandweerwet 1985 • Arbowet • Landelijke Leidraden Brandweer • Verordening Brandveiligheid en Hulpverlening 2005 • Beleidsplan Brandweer 2006-2010 • Beleidsplan Opleiden en Oefenen
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Zorgen voor voldoende repressieve dekking van de gemeente, door realisatie van het postenmodel uit het Beleidsplan 2006 – 2010. Hiermee wordt tevens voldaan aan de landelijke richtlijnen (zie a)
Een goede (versterkte) invulling van het proactieve werkveld (zie b)
Prestatieafspraken In 2012 zijn twee posten (kazernes) gerealiseerd op de juiste locaties (Marsweg en in nabijheid kruising Dennenweg, Middelweg), volgens het tweepostenmodel van bureau SAVE. Locatie is vastgesteld op hoek Middelweg/Dennenstraat Conform het beleidsplan voldoen aan operationele prestaties volgens berekeningen van bureau SAVE, oftewel 90% van de uitrukken arriveert binnen de gesteld tijd. Eind 2010 voldoet de gemeente Zwolle aan de eisen van de Veiligheidsregio IJsselland op het gebied van proactie.
Activiteiten 2010 Voorbereiden en beginnen met bouw van nieuwbouw post Noord, op hoek Dennenweg/Middelweg.
Bijdrage leveren aan ontwikkelingen zoals A28-zone, Hanzelijn, Spoorzone, winkelcentrum Zwolle-Zuid. Inzet bij grootschalige evenementen. Vernieuwen inzetstrategieën. Intensievere samenwerking met de Hogeschool Windesheim op het gebied van fysieke veiligheid.
programmabegroting 2010
75
tlaveren Meerjarige doelstellingen Prestatieafspraken Verbeteren van de kwaliteit van de regio- Eind 2010 wordt intensiever samengenale brandweerzorg (zie c) werkt met de partners in de Veiligheidsregio IJsselland.
Opstellen verbeterplan Regionale Audit 2009. ARBO / Risico-inventarisatie & evaluatie. Systeem opzetten voor informatie van Voldoen aan de eisen van goede voorbe- risicovolle objecten en plaatsing op voertuigen. reidingen op alle mogelijke incidenten waarop objectpreparatie wordt ingezet Extra aanvalsplannen en bereikbaarheidskaarten realiseren. Verbetering van de kwaliteit van de lokale brandweerzorg
In 2010 zal per afdeling verdere uitwerking gegeven worden aan de verbeterpunten uit het MTO-onderzoek. In 2010 voldoet het repressieve (vrijwillige) personeel aan de nieuwe landelijke richtlijnen voor wat betreft de geoefendheid.
Invulling geven aan het brandweerdeel van het Beleidsplan Fysieke Veiligheid 2011 - 2015 Voorbereiden van repressief personeel op tweede loopbaan op mbo-niveau, (na uitstroom of arbeidsongeschiktheid) (zie e) Verbeteren snelheid preventieve brandweerzorg
Brandweer Zwolle beschikt over een operationeel informatiesysteem, waarmee in de voertuigen belangrijke, relevante informatie wordt ontsloten. Begin 2010 wordt het gemeentebreed plan Fysieke Veiligheid opgeleverd, met daarin opgenomen het beleidsplan van de Brandweer. Vanaf 2008 wordt invulling gegeven aan de Cao-verplichting voor secundair loopbaanbeleid. Binnen de gestelde tijd (als backoffice) de afdeling Publiekszaken adviseren.
Activiteiten 2010 Actief betrokken bij zowel het gemeentelijke inkooppproces als bij de totstandkoming van de regionale pilot ‘gezamenlijk inkopen’. Dit laatste blijkt onder andere uit het project Mobiele Data Terminal, waarin de regio gezamenlijk optrekt. Verder wordt zoveel mogelijk aangesloten bij inkoopkanalen waarin gezamenlijk opgetrokken kan worden. Gericht oppakken van de verbeterpunten die naar voren komen uit de regionale Audit 2009. In 2010 wordt gewerkt aan het voorzien van alle voertuigen van mobiele datacommunicatie. Verder invulling geven aan het Plan van Aanpak objectpreparatie in relatie gezien met de bouw van de nieuwe kazerne. Invulling geven aan de uitkomsten van het MTO 2009 (verbeteringen in organisatie en dergelijke). Uitvoering van het meerjaren repressief Oefenplan 2010-2013 (zie d). Registratie geoefendheid repressief personeel op basis van getoonde vaardigheid en niet op basis van aanwezigheid. Vastleggen in digitaal oefenpaspoort.
Uitwerken beleidsplan Fysieke Veiligheid (inclusief deel Brandweer).
Het loopbaanbeleid voor repressief personeel verder implementeren en loopbaangesprekken met medewerkers voeren. Afstemmen met Publiekszaken over te geven adviezen.
Toelichting programmaplan a. De doelstelling volgt uit het in begin 2007 vastgestelde meerjarenbeleidsplan Brandweer 2006-2010. De brandweer moet in het dekkingsgebied (operationele grenzen) binnen de normtijden bij de incidenten aankomen. De dekkingskwaliteit wordt uitgedrukt in procenten. De kwaliteit van een juiste positie van de posten (kazernes) in de stad en van de bezetting zorgen daarvoor. Medio 2007 is de nieuwe kazerne aan de Marsweg gerealiseerd. In de loop van 2007 is richting gegeven en een voorbereidingskrediet verleend aan het uitwerken van een locatie voor de tweede kazerne in het noorden van de stad. Wij hebben in januari 2009 de locatie vastgesteld. Naar verwachting wordt de voorbereidende fase afgerond in 2009 en kan de bouw beginnen in 2010. Oplevering van het gebouw vindt plaats in 2012. b. Tijdens de audit 2006 (door de regio) bleek dat in Zwolle, net als in veel andere gemeenten, het werkveld pro-actie achterop was geraakt bij de overige ontwikkelingen. Dit werkveld is minder zichtbaar voor de buitenwereld, maar legt wel het fundament voor veel (on)veilige situaties in de stad en in het werk. Reden genoeg om daar de komende jaren de extra capaciteit op in te zetten.
76
programmabegroting 2010
tlaveren
c. De concept-Wet op de Veiligheidsregio´s is medio 2007 naar de Tweede Kamer gestuurd. Om de rampenbestrijding in Nederland binnen twee jaar op orde te hebben moet de brandweer in elke regio per 1 januari 2010 aan wettelijk vastgelegde kwaliteitseisen voldoen. Bij een regionale crisis of ramp krijgt de voorzitter van de veiligheidsregio doorzettingsmacht. Wat hierin voor de Brandweer vooral van belang is, is het verbeteren van de kwaliteit van de brandweerzorg lokaal en binnen de regio en het versterken van de samenwerking binnen de regio. In 2008 is beleid geformuleerd voor opleiden en oefenen op basis van onder andere de nieuwe landelijke Leidraad Oefenen. Deze leidraad wordt naar verwachting in 2009 geformaliseerd via het Besluit Kwaliteit Brandweerpersoneel. d. Begin 2009 hebben wij ingestemd met een verlenging van het oude oefen- en opleidingsplan 2004–2009, in afwachting van de invoering van de nieuwe plannen. Voor de duidelijkheid zijn nu twee aparte oefen- en opleidingsplannen opgesteld. Het nieuwe oefenplan is eind 2009 ingegaan. Het opleidingsplan ondervindt vertraging, omdat landelijke informatie nog niet beschikbaar is. Het betreft hier de financiële paragraaf en informatie over de invulling van de leerwerkplekbegeleiding. Inmiddels is ten aanzien van registratie geoefendheid per persoon eenvoudig inzichtelijk gemaakt wie (niet) voldoet aan de vereisten. In 2010 moet ieder repressief medewerker voldoen aan de landelijke eisen. e. Als gevolg van Cao-onderhandelingen is het systeem Functioneel Leeftijds Ontslag (FLO) voor repressief personeel hervormd. Repressieve medewerkers die ná 1 januari 2006 in dienst zijn gekomen dienen binnen 20 jaren uit te stromen naar een niet-bezwarende functie. Medewerkers die vóór 1 januari 2006 in dienst zijn gekomen, hebben hierin een keuze. Inmiddels is beleid vastgesteld en worden met de medewerkers loopbaangesprekken gevoerd.
programmabegroting 2010
77
tlaveren
Prestatie indicatoren Res. 2007 Res. 2008 Plan 2009 Plan 2010 Aantal adviezen Bouwvergunningen Evenementen Adviezen kamerverhuur Gebruiksvergunningen door brandweer geadviseerd Periodieke controles objecten met een gebruiksvergunning. Declarabele adviesuren afdeling Productieve uren per fte, per jaar Percentage adviesaanvragen afgehandeld binnen 14 dagen Gecontroleerde brandkranen op o.a. bereikbaarheid en werking (Zwolle heeft 3500 brandkranen) Percentage beschikbare en actuele (maximaal 2 jaar) bereikbaarheidskaarten (benodigd 350 stuks) Aantal actuele (maximaal 2 jaar) rampbestrijdingsplannen (benodigd 5 stuks) Aantal bezochte (relevante) wijkbijeenkomsten Percentage voorgeschreven oefentijd repressief personeel Percentage dekking van de stad/tijdigheid binnen normtijden*
275 200 50 168 300 9200 1200 90% 1700
275 60 50 50 300 9200 1200 90% 1700
275 60 50 50 100 10.179 1350 90% 1700
200 50 *** 50** 100 10.179 1300 95% 1700
95%
95%
95%
95%
1 10
1 5
3 5
5 5
80% >80%
90% >90%
100% >90%
100% >90%
* Vanaf 1 oktober 2007 zijn er twee posten operationeel, waarvan er een permanent (24/7) en een bijna permanent bezet is. Meting vindt vanaf 2008 plaats volgens de SAVE-methode. Deze methode kent normen per type gebouw. ** Reductie achterstand nieuwe dossiers gebruiksvergunningen is (vanaf 2007) onderdeel van programma 22, Publieke dienstverlening *** Kamerverhuur valt onder Publiekszaken en is met de komst van het Gebruiksbesluit niet meer vergunningsplichtig, maar meldingsplichtig. De brandweer adviseert Publiekszaken hierin niet meer structureel, alleen op verzoek • De gebruiksvergunningen worden met de komst van het Gebruiksbesluit verleend door Publiekszaken en is daardoor in dit programma vervallen. De brandweer is adviseur geworden en heeft 50 als aanname gehanteerd voor deze nieuwe situatie. • De adviestermijn is van 21 dagen teruggebracht naar 14 dagen. • De productieve uren per medewerker zijn opgevoerd tot 1300, de afdeling heeft 1 openstaande vacature, welke vooralsnog (onder andere door deze efficiency) niet is ingevuld. • Het aantal benodigde rampbestrijdingsplannen was voorheen 54, maar dat is onjuist geweest. Dit dienen er vijf te zijn, waarbij dit met ingang van 01-01-2010 een regionale taakstelling wordt voor de drie verplichte rampbestrijdingsplannen.
78
programmabegroting 2010
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Resultaat na bestemming
rekening 2008 11604 831 -10773 95 -10678
begroting 2009 2010 12341 12461 955 342 -11386 -12119
meerjarenraming 2011 2012 2013 12757 12720 12703 342 352 352 -12415 -12368 -12351
-11386
-12415
-12119
-12368
-12351
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Naast de trendmatige aanpassingen zijn de lasten met name gestegen door hogere FLO kosten bij de brandweer opgrond van CAO-verplichtingen. Met betrekking tot openbare orde en veiligheid zijn de budgetten als gevolg van de vervallen GSBmiddelen verlaagd. Zodra bekend is welke middelen vanaf 2010 via het gemeentefonds worden ontvangen, komen wij met een bestedingsvoorstel. Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Vrijvallende kapitaallasten Brandweerpost Noord Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Gevolgen gebruiksbesluit
-110
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Beleidsplan Brandweer
-150
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
86
Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Preventie brandweer Opleiden brandweerpersoneel Nieuwe uniformen brandweer
-6 34 -324
-10 47
-14 31
-110
-110
-110
86
86
86
-74 -72 -68
Nadere specificatie programmabudget 2010: APV openbare orde Veiligheid Integrale veiligheid Gebruiksvergunning Advisering brandveiligheid Paraatheid brandweerpersoneel Regio brandweer subtotaal Dierenasiel
lasten 615 177 1011 407 133 8912 933 12188 273 12461
baten 141
191 10
342 342
programmabegroting 2010
saldo -474 -177 -1011 -216 -123 -8912 -933 -11846 -273 -12119
79
tlaveren
Pijler Werk en Inkomen
80
programmabegroting 2010
tlaveren
De Zwolse economie is een veerkrachtige economie. De financiele motor van stad en regio heeft vanzelfsprekend te lijden onder de wereldwijde recessie. Eendrachtig zijn inmiddels, met name via het actieplan De Zwolse Aanpak, maatregelen genomen om de schade beperkt te houden. Ook in deze lastige economische tijd zet Zwolle vol in op een gunstig klimaat voor bedrijven en werknemers. Samenwerken is daarbij een belangrijk uitgangspunt. Maatwerk. Dat is wat de gemeente voor ogen heeft bij het zo goed mogelijk ondersteunen van de lokale en regionale economie. Zwolle biedt niet alleen voor Zwollenaren een werkplek maar is ook voor velen uit de regio van grote waarde als werk-
locatie. Die verantwoordelijkheid pakken we door zowel werkgevers als werknemers zo goed mogelijk te ondersteunen. De overheid draagt zodoende bij aan een gezond ondernemersklimaat. In dit deel van de begroting maken we duidelijk met welke initiatieven en projecten we in deze economisch lastige tijd een partner zijn van werkzaam Zwolle en de (wijde) regio. Waarbij we een extra verantwoordelijkheid voelen voor hen die tijdelijk of voor langere tijd langs de zijlijn dreigen te komen staan. In samenspraak met die groeiende groep Zwollenaren en de economische partners blijven we aanhoudend zoeken naar mogelijkheden om werklozen weer op te nemen in het arbeidsproces. Lukt dat niet, dan dragen we zorg voor een reeel, klantgericht bijstands- en armoedebeleid.
Omschrijving /programma
lasten
baten
8 Dynamiseren economie 9 Toename arbeidsparticipatie 10 Bijstandsverlening en armoedebestrijding Totaal
2080 29556 53334 84970
969 28768 38111 67848
programmabegroting 2010
reserve saldo mutaties (bedragen x € 1.000) 6 -1105 25 -763 788 -14435 819 -16303
81
tlaveren
82
programmabegroting 2010
tlaveren
Inhoud Programma 8
Dynamiseren Economie
84
Programma 9
Toename arbeidsparticipatie
94
Programma 10
Bijstandsverlening en armoedebestrijding
programmabegroting 2010
100
83
tlaveren
Programma 8 Dynamiseren Economie Thema
Stimuleren Zwolse Economie
Beleidskader De algemene doelstelling van het economisch beleid is het tot stand brengen van een vitale economische structuur met een soepel functionerende arbeidsmarkt en voldoende werkgelegenheid. Dit doen we niet alleen, maar samen met diverse externe partners. Uiteindelijk moet dit leiden tot een jaarlijkse werkgelegenheidsgroei. Deze groei moet in Zwolle - uitgedrukt in percentages - minimaal zo groot zijn als de landelijke groei. Basis voor het economisch beleid vormt ‘Zwolle werkt’, het economisch beleidskader voor de periode 2005-2009. Na het aantreden van het nieuwe college en het daarbij horende collegeakkoord in 2010 zal daarom een nieuwe nota moeten verschijnen. Op 1 januari 2010 stopt het Grote Steden Beleid, tenminste voor het onderdeel economie. Dit betekent een forse financiële aderlating voor de gemeente Zwolle. In combinatie met een zware economische recessie is dit onwenselijk. In de Perspectiefnota (PPN) 2010-2013 is dit probleem onderkend en partieel gerepareerd. Om een actieve, stimulerende bijdrage te kunnen blijven leveren zijn er middelen beschikbaar gesteld voor het uitvoeren van maatregelen op het gebied van de arbeidsmarkt en starters, wijkeconomie, kennis en innovatie, de investeringsbevordering van het bestaande bedrijfsleven, de economische samenwerking binnen Zwolle-Kampen Netwerkstad en toerisme. In 2009 heeft de recessie zijn effect gehad in alle sectoren. De internationale industrie is het hardste getroffen door vraaguitval, hier is in 2009 het eerste herstel zichtbaar. Met een half tot heel jaar vertraging worden alle andere sectoren getroffen. In 2010 zal naar verwachting een eerste structureel herstel zichtbaar worden. Hierbij zullen bedrijven eerst de liguiditeit- en solvabiliteitpositie op het oude niveau brengen, daarna gaat het bedrijfsleven weer meer investeren in medewerkers, huisvesting, etc.. Er zullen in 2010 zeker sectoren zijn waar mensen hun baan verliezen. Het mobiliteitscentrum heeft hier dan ook een cruciale rol. In het kader van arbeidsmarktbeleid wordt ingezet op jongeren. De verkoop van kantoorlocaties en bedrijventerreinen zal een extra impuls nodig hebben vanuit Marketing en Acquisitie. Relevante beleidsnota´s • Nota Economisch Beleid 2005-2009 • Structuurplan Zwolle 2020 Voor de inhoudelijke verdieping • Perspectief Kantorenmarkt Zwolle • Kadernota Detailhandel • Beleidsnota Hotels • Toeristisch Offensief • Nota Evenementenbeleid • Marketing- en acquisitiestrategie voor de werklocaties • Kennis- en innovatieprogramma regio Zwolle: Samen Slim, Samen Sterk • Startende Ondernemers: Nieuwe Kansen Voor Zwolle • Kadernota Bedrijventerreinen • Arbeidsmarktanalyse + Actieplan RPA IJssel-Vecht
Programmaplan 2010 Meerjarige beleidsdoelstellingen Faciliteren van de huisvestingsvraag van bedrijven Voldoende ruimte bieden op bedrijventerreinen voor de oplossing van knelpunten in de huisvesting van bedrijven.
84
Prestatieafspraken (zie a.)
Activiteiten 2010
In de periode 2010-2013 is de opname gemiddeld 12 hectare bedrijventerrein op nieuwe (10 hectare) en bestaande terreinen (2 hectare).
Monitoren strategische programmering van economische functies t.b.v. uitvoeringsprogramma Structuurplan en voortgangsrapportage programma en projecten.
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige beleidsdoelstellingen Verbeteren kwaliteit, duurzaamheid en uitstraling bedrijventerreinen.
Prestatieafspraken (zie a.) Activiteiten 2010 Eind 2013 is het maatregelenpakket voor Vaststellen en uitvoeren kadernota bedrijventerrein Voorst (142 hectare) en Bedrijventerreinen. Vrolijkheid (29 hectare) uitgevoerd. Uitvoeren maatregelenpakket Voorst. Uitvoeren quick-wins havens Voorst. In de periode 2010-2013 opname van 100.000 m2 kantoren (zie b). Uitvoeren ontwikkelplan De Vrolijkheid. Continueren marketing en acquisitiestrategie van de werklocaties. Voeren van gezamenlijke acquisitie (Kampen) van bedrijven in de logistieke sector. Afronden van een gezamenlijke havenvisie Zwolle-Kampen
Stimuleren vernieuwing economie Vergroten innovatief vermogen bedrijfsleven.
Bevorderen kennistransfer tussen onderwijs en bedrijfsleven en bedrijven onderling.
Aantal innoverende bedrijven in de regio Uitvoeren en doorontwikkelen regionaal Zwolle is hoger dan het landelijke gemid- kennis- en innovatieprogramma Samen delde in 2013 (geen indicatoren op lokaal Slim, Samen Sterk. en regionaal niveau beschikbaar). Beoogde resultaten School of Innovation in de periode 2010-2013: • Bereik van 11 groepen van elk 5 bedrijven per jaar. • Per groep vervolginvesteringen van minimaal € 250.000 • 15 Studenten per jaar volgen de ‘minor ondernemerschap’.
Ondersteunen doorontwikkeling Kennispoort naar Kennispoort Plus. Via Kennispoort een bijdrage leveren aan het project School of Innovation en project Financieringsdesk.
Structurele deelname van Zwolse bedrijven en instellingen in de drie landsdelige innovatieprogramma’s (de ‘valley’s’) rond voedsel, gezondheid en techniek in 2013 Nulmeting 2009: incidentele deelname. In de 2010 en 2011: 8 Kenniskringen en 6 innovatiebijeenkomsten per jaar. Nulmeting 2008 8 kenniskringen en 6 innovatiebijeenkomsten. Stimulering verglazing van geheel Zwolle Deelname van 6 Zwolse projecten in het provinciale innovatieprogramma Breed(zakelijk en consumenten) in 2013. band diensten in 2011. Nulmeting 2009: 3. In 2013 is heel Zwolle (zakelijk en consument) aangesloten op de glasvezelkabel. Nulmeting 2009: een (beperkt) deel van de zakelijke markt is op glasvezel aangesloten. Stimuleren creatieve industrie Zwolle.
Toename van het aandeel (werkzame personen) van de creatieve industrie in Zwolle in 2013. Nulsituatie 2008: 2,2% van de Zwolse werkgelegenheid is te vinden in de creatieve industrie (TNO definitie) (zie c.).
programmabegroting 2010
Deelname aan gezamenlijk programmamanagement provinciaal breedband innovatieprogramma. Stimuleren verglazing van het onderwijs (via project BISON ) in Zwolle.
Onderzoeken huisvestingsvraag creatieve sector. Samen met externe partners stimuleren van de activiteiten van de stichting Kreatieve Industrie Zwolle (netwerken, promotie, prijsvraag, beurzen, opdrachten- en coachingspool).
85
tlaveren Meerjarige beleidsdoelstellingen Prestatieafspraken (zie a.) Voeren van een offensief arbeidsmarktbeleid (zie ook programma 9) Aantal starters in Zwolle ligt in de Betere aansluiting onderwijs op de periode 2010-2013 boven het landelijk arbeidsmarkt. gemiddelde Nulmeting 2008: Nederland: 7,0% Zwolle: 7,9%.
Activiteiten 2010
Starten sectorbenadering zorg, techniek en horeca. Voeren secretariaat RPA. Continueren samenwerking in Mobiliteitscentrum. Continueren samenwerking met het Poortwachterscentrum. Bijdrage leveren aan actieplan Jeugdwerkloosheid.
Stimuleren nieuw ondernemerschap.
Aantal verstrekte microkredieten via het RBZ (en vanaf medio 2009 via Qcredits) ligt boven het landelijke gemiddelde (gemeten naar inwoner aantal). Nulmeting 2008: 21. Deelname van 20 Zwolse starters per jaar aan het provinciaal startersproject (start in 2010).
Samen met regionaal Bureau Zelfstandigen deelnemen aan Startersdag van de Kamer van Koophandel en Starters ABC. Deelname aan landelijke pilot Microkrediet. Deelname aan provinciaal project gericht op coaching van starters. Continueren samenwerking met Regionaal Bureau Zelfstandigen en UWV in het Starterspunt.
Oprichting van de Stichting Starterspara- Ondersteunen doorontwikkeling Startersparaplu. plu in 2010. (zie d.). Verbeteren dienstverlening aan ondernemers Toename tevredenheid ondernemers over de gemeentelijke dienstverlening.
86
Het waarderingscijfers van de ondernemers voor de gemeentelijke dienstverlening is in 2012 gestegen tot 7,0. Nulsituatie: 2007: 6,2. Nieuw meetinstrument van Ministerie BZK, Regiegroep Regeldruk en VNG is de benchmark Minderregelsmeerservice, waarbij het streefcijfer voor de gemeente Zwolle een 7 is (zie e.).
programmabegroting 2010
Uitvoeren vervolgconvenant met Ministerie van EZ in de periode 2009-2011. Doorontwikkeling digitaal bedrijvenloket. Doorontwikkeling fysiek bedrijvenloket. Oprichting Horecaloket. Continueren: • Gestructureerd overleg met ondernemersverenigingen • Accountmanagement • Bouwplanbegeleiding • Overlegplatform Transport en Distributie • Afstemmingsoverleg • Deelname aan Bouwberaad • Communicatie/voorlichting over voor ondernemers belangrijke zaken • Organisatie van en deelname aan netwerkevenementen.
tlaveren Meerjarige beleidsdoelstellingen
Prestatieafspraken (zie a.) Versterken van de positie van Zwolle als Toename van 3.000 m² bvo aan winkels in de binnenstad in 2012. regionaal koopcentrum Realisatie van 65.000 m² winkelvloeroppervlak op Voorsterpoort. De koopkrachttoevloeiing van niet-Zwollenaren die in Zwolle gaan winkelen is in 2010 minimaal gelijk gebleven Nulsituatie 2005: 44%. De tevredenheid van de bezoekers in de binnenstad wat betreft het aantal winkels (rapportcijfer 7,4 in 2007)) en de variatie aan winkels (rapportcijfer 7,0) is in 2010 toegenomen. De opening van IKEA Zwolle vindt in 2012 plaats (zie f.) Versterken van de positie van Zwolle als toeristische stad Toename aantal toeristische bezoekers. Het aantal toeristische bezoekers aan Zwolle is eind 2013 met jaarlijks 1,5% Het uitbouwen van de bestaande evene- gestegen naar 1.549.134. Gebaseerd op 2008 stijgt Zwolle dan twee plaatsen in menten en de ontwikkeling van nieuwe evenementen met regionale of landelijke de lijst met bezoekers van het Continue Vakantie Onderzoek (CVO). uitstraling. Nulsituatie 2008 : 1.438.000.
Activiteiten 2010 Uitvoeren binnenstadsmonitor. Mede uitvoering geven aan Centrum Management nieuwe stijl. Mede uitvoering geven aan het horecabeleid. Opstellen/wijzigen bestemmingsplan t.b.v. IKEA. Besluitvorming over de uitbreiding van de woonboulevard Voorsterpoort. Opstellen bestemmingsplan Voorsterpoort.
Ontwikkelen en vaststellen van een beleidsprogramma (kader) om het recreatief meerdaags verblijfstoerisme te stimuleren. Participeren in Congresstad Zwolle. Uitvoeren Ontdek de IJsseldelta.
Eind 2013 is het aantal overnachtingen in passantenhavens met jaarlijks 1,5 % toegenomen naar 7003 overnachtingen. Situatie 2008: 6.501 overnachtingen.
Participeren in de doorontwikkeling van het spel- en marketingconcept Graaf van Sassendonk.
Continueren huidige bezettingsgraad hotels (70%) ondanks de toename van het aantal hotels tussen nu en 2013. Eind 2013 is het aantal evenementen met regionale of landelijke uitstraling toegenomen naar 13 evenementen. Situatie 2008: 10 evenementen • Blauwvingerdagen • Bevrijdingsfestival • Van Eigen Bodem • Leontien Ladies Ride, • Straatfestival, • Legoland • Zwolse Halve Marathon • Zwolle Culinair • Festival Zwart • IJssculpturen.
Uitvoeren subsidieverordening evenementenbeleid. Aanpassen evenementenbeleid en beleidsregel evenementen ten behoeve van dynamiseren evenementenbeleid. Actualiseren visie Vrijetijds- en Uitgaansvoorzieningen. Uitvoeren project Living City: bundeling en ontsluiting cultuuraanbod. Naast bijdragen van provincie en partners hebben wij hiervoor € 300.000 uit het cofinancieringsfonds uitgetrokken.
Realisatie van 23.000m² vrijetijds- en uitgaansvoorzieningen op het Stadioncomplex. In de periode 2010-2013 realisatie programma vrije tijd en horeca in Kamperpoort: een megabioscoop van 1500 stoelen, 5.000 m2 vrijetijds- en uitgaansvoorzieningen en winkels en 2000 m2 horeca. In de periode 2010-2018 realisatie van 25.000 m² vrijetijds en uitgaansvoorzieningen op Voorsterpoort (zie g).
programmabegroting 2010
87
tlaveren Meerjarige beleidsdoelstellingen Beter vermarkten van de stad Zwolle
Prestatieafspraken (zie a.) Draagvlak: in 2013 minimaal drie partijen die samen minimaal € 60.000 bijdragen aan Zwolle Marketing.
Activiteiten 2010 Opstellen van een prestatie-overeenkomst met Zwolle Marketing en toezien op en faciliteren van de naleving ervan.
Organisatie: de invulling van de vier domeinen van Zwolle. Marketing zijn een representatieve afspiegeling van Zwolle. Zichtbaarheid: jaarlijks drie door toedoen van Zwolle Marketing tot stand gekomen nieuwe initiatieven met ieder minimaal €50.000 mediawaarde.
Bevorderen economische dynamiek in de wijken
Vermarkten: aantal bezoekers jaarlijks met 1,5% gestegen (zie h.). Uitvoeren economische projecten in woonwijken: 3 projecten in 2010.
Versterking Thomas a Kempisstraat/ Vechtstraat: ondersteunen uitvoering van de beleidsagenda van de Stichting Winkelgebied Dieze-Centrum. Opstellen wijkeconomieplan voor Diezerpoort t.b.v. uitwerking Ontwikkelingsvisie Diezerpoort. Uitvoeren project netwerkkantoren in Zwolse wijken. Uitvoeren project Samengaan voor de Palestrinalaan.
Uitgifte woon-werkkavels Stadshagen/ Het verhoudingsgetal aantal bedrijven/ aantal woningen in Stadshagen is in 2020 Scholtensteeg. groter dan het getal in 2008 Programmering van economische Nulmeting 2008: 7,3% (zie i.). functies in Stadshagen 2. Bezuinigingsopgave Het programma dynamiseren economie heeft een bezuinigingstaakstelling gekregen van € 16.000. Wij stellen voor dit naar rato over alle onderdelen van de ‘officiële financiële begrotingsposten’ van het programma dynamiseren economie te verdelen. Het betreft dan: - economisch beleid en programmering - relatiebeheer/acquisitiebeleid - marketing en promotie - evenementen - toeristisch beleid
€ 4.000 € 4.000 € 2.500 € 1.500 € 4.000
Toelichting programmaplan a. Meerjarige doelstelling/prestaties Eind 2009 lopen zowel het Grote Steden Beleid en de huidige nota Economisch Beleid af. Het GSB wordt niet voortgezet. Of we de ‘oude’ doelstellingen en prestatieafspraken die we met het ministerie van EZ hebben afgesproken halen wordt medio volgend jaar bekend. In feite zou het formuleren van nieuwe doelstellingen hierop moeten wachten. Ook moet er een nieuwe economische nota verschijnen. Het meest logisch is dat die opgesteld wordt, nadat het nieuwe collegeakkoord bekend is. Een belangrijk onderdeel van de nieuwe nota wordt gevormd door de meerjarige doelstellingen. Desondanks willen we niet wachten met het formuleren van nieuwe meerjarige doelstellingen. Dit om een goede verantwoording van de ter beschikking gestelde nieuwe middelen voor het uitvoeren van het programma Dynamiseren Economie bij de Perspectiefnota mogelijk te maken. Dit kan wel betekenen dat de nu geformuleerde meerjarige doelstellingen in de begroting 2010 het komende jaar verder aangescherpt worden, dan wel dat er nieuwe meetbare doelstellingen verschijnen (of huidige verdwijnen).
88
programmabegroting 2010
tlaveren
b. Faciliteren van de huisvestingsvraag van bedrijven In de kadernota bedrijventerreinen is het beleid ten aanzien van de huisvesting van bedrijven die op een bedrijventerrein terecht kunnen, te vinden. Het gaat hierbij om een strategie van inbreiding en uitbreiding. In de nieuwe meetbare doelstellingen komt dit terug. Belangrijke onderdelen van de kadernota zijn herstructurering, kwaliteit en zorgvuldig en efficiënt ruimtegebruik. Dit gaat echter niet vanzelf en is een proces dat nooit af is. Om verdere stappen te zetten is bij de Perspectiefnota een structureel bedrag vrijgemaakt voor ondermeer onderzoeken, bijstellen programma, inhuren specifiek expertise bedrijfsruimtemarkt en monitoring. De eerstkomende jaren ligt de nadruk op bedrijventerrein De Vrolijkheid en bedrijventerrein Voorst. Tegelijkertijd moeten we er ook voor zorgen dat voor de locaties voor bedrijven ook voldoende interesse blijft bestaan. Daarom zullen we de marketing- en acquisitiestrategie voor de werklocaties de komende jaren voortzetten. Voor een deel zijn de middelen hiervoor afkomstig uit de grondexploitaties. Voor het onderdeel Investeringsbevordering Bestaand Bedrijfsleven is dit vooralsnog niet mogelijk. Bij de besluitvorming over de Perspectiefnota zijn hiervoor structurele middelen gereserveerd. c. Stimuleren vernieuwing economie Duidelijk wordt dat er nog veel geïnvesteerd moet worden om de uitvoering van het regionale kennis- en innovatieprogramma te laten slagen De economische crises noodzaakt ondernemers na te denken over hun concurrentiepositie. Er ontstaan ook kansen, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid en innovatie van processen en producten. Juist nu kunnen investeringen in kennis en innovatie bijdragen aan een duurzame versterking van de concurrentiepositie van ondernemers en de concurrentiekracht van (de regio) Zwolle. Dit vraagt om een actieve samenwerking tussen overheden, onderwijs, onderzoeksinstellingen en ondernemers (de 4 O’s). Het meten van vooruitgang op het gebied van kennis en innovatie is echter moeilijk. Er zijn vele partijen die actief zijn en iedere partij levert een bijdrage aan het verwezenlijken van de kwalitatieve doelstellingen ‘vergroten innovatief vermogen bedrijfsleven’ en ‘bevorderen kennistransfer tussen onderwijs en bedrijfsleven en bedrijven onderling’. De gemeente is één van die partijen. Desondanks zijn er diverse meetbare doelstellingen geformuleerd, die een beeld geven van de vooruitgang op dit beleidsveld. De gemeentelijke participatie loopt grotendeels via onze financiële en niet-financiële inbreng in Kennispoort regio Zwolle. Om dit te continueren zijn bij de Perspectiefnota structurele middelen beschikbaar gesteld. Belangrijke projecten komend jaar waarbij we als gemeente direct dan wel indirect betrokken zijn, zijn: - Uitvoeren en doorontwikkelen regionaal Kennis- en Innovatieprogramma ‘Samen Slim, Samen Sterk’ - Realisatie financieringsdesk voor ondernemers - Project ‘School of Innovation’ (ondernemers die groepsgewijs innovaties onderzoeken en uitwerken). - Ondersteunen/ begeleiden ‘leads’ op het gebied van innovatie in de regio. - Uitvoeren Actie Innovatieversneller - Leggen van verbindingen met de landsdelige innovatieprogramma´s rond voedsel, gezondheid en hoogwaardige materialen en systemen Ook zijn bij de besluitvorming van de Perspectiefnota meerjarige incidentele middelen beschikbaar gesteld voor het stimuleren van de creatieve industrie Zwolle. Deze middelen worden ingezet voor het inhuren van een projectleider, het aanjagen en uitvoeren van activiteiten van de stichting KIZ, het aantrekken van een kwartiermaker en het opstellen van een businessplan voor een creatieve broedplaats in Zwolle. Belangrijk project komend jaar is in ieder geval een onderzoek naar de huisvesting van de creatieve industrie, in een broedplaats. Kunst, cultuur en economie worden zo aan elkaar gekoppeld. De provincie Overijssel is ook een belangrijke speler op dit terrein d. Voeren van een offensief arbeidsmarktbeleid Vanuit het programma Dynamiseren Economie zullen we ook acties ondernemen om de mismatch op de arbeidsmarkt te verminderen en de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt te verbeteren. Het startersbeleid zien we als één van de middelen om het arbeidsmarktbeleid te dynamiseren. Vanuit het programma Dynamiseren Economie staat vooral de vraag van de bedrijven centraal. Dit programma heeft wel zeer duidelijke raakvlakken met het programma 9 en programma 5. Bij de behandeling van de Perspectiefnota zijn structureel middelen vrijgemaakt voor een sectorale benadering van de arbeidsmarkt. De arbeidsmarkt is continu in beweging, zeker nu door de economische recessie de druk op de arbeidsmarkt groter wordt. Op korte termijn zal de werkloosheid dan ook toenemen. Dit zal echter van tijdelijke aard zijn. Door de vergrijzing die ook Zwolle zal treffen, zal het na 2015 voor bedrijven moeilijker worden om geschikt personeel te vinden. Hoe kunnen we ons hier het best op voorbereiden, welke acties moeten/kunnen op lokaal niveau ondernomen worden om te zorgen dat er voldoende arbeidskrachten te vinden zijn in 2020? We spitsen het beantwoorden van deze vragen toe op drie sectoren die te maken krijgen met een dreigend tekort aan arbeidskrachten en die voor Zwolle van groot belang zijn (ca 30% van de arbeidsplaatsen), namelijk de zorgsector, het onderwijs en de techniek. Naast een éénmalig onderzoek, worden deze sectoren de komende jaren continu ‘gemonitord’. Het gaat dan niet alleen om de toekomstige arbeidsmarkt, maar ook om de huisvestingsvraag van bedrijven en instellingen. De middelen zullen enerzijds ingezet worden voor concrete projecten die voortvloeien uit
programmabegroting 2010
89
tlaveren
de arbeidsmarktanalyse en het bijbehorende actieplan. Anderzijds worden de middelen ingezet voor het maken van een visie, het opstellen van een programma, het benoemen en het mede uitvoeren van concrete projecten en het jaarlijkse ‘monitoren’ van de ontwikkelingen en het bijstellen van het programma en acties. e. Verbeteren van de dienstverlening aan ondernemers Het verbeteren van de dienstverlening aan ondernemers willen we de komende jaren gaan meten via een nieuw meetinstrument van het ministerie van BZK, de regiegroep Regeldruk en de VNG: de zogenaamde benchmark Minderregelsmeerservice, waarbij het streefcijfer voor de gemeente Zwolle een 7 is. Deze benchmark is afgesproken in het medio 2009 afgesloten vervolgconvenant (op stroomlijning dienstverlening) met het Ministerie van EZ voor de periode 2009-2011. Focus ligt op het verbeteren van de kwaliteit van de dienstverleningsprocessen en de invoering van een normenkader (Monitor Dienstverlening). Acties die hiertoe moeten bijdragen zijn de doorontwikkeling van zowel het digitale als fysieke bedrijvenloket. Bij de Perspectiefnota zijn hiervoor meerjarige incidentele middelen beschikbaar gesteld. Wat betreft het digitale bedrijvenloket: het gaat hier om ´Mijn bedrijvenloket´ waarbij ondernemers via een persoonlijke internetpagina direct kunnen inloggen bij de gemeente en statusinformatie opvragen. Vanuit de basis van ‘Mijn Bedrijvenloket’ is het doel om in uiterlijk 2015 een soort ‘telebankieromgeving’ te hebben, waarbij de ondernemer alle zaken die ze met gemeente Zwolle doet in één oogopslag in beeld heeft en indien nodig digitaal kan afhandelen. De implementatie van ‘Mijn Bedrijvenloket´ en overige digitale producten voor ondernemers vraagt ook om (her)inrichting van (uniforme) werkprocessen, waaronder accountmanagement. Dit is de ‘fysieke’ pijler van het bedrijvenloket. In 2010 zal ook de oprichting van een horecaloket een feit zijn. Horeca-ondernemers kunnen dan met al hun vragen bij dit loket terecht. f. Versterken van de positie van Zwolle als regionaal koopcentrum Het meten van de exacte bestedingen dan wel omzetten in de binnenstad geeft het beste weer of we onze doelstellingen gehaald hebben. Helaas is dit vooralsnog niet mogelijk. Eind 2010 worden wel de resultaten bekend van het om de vijf jaar te houden koopstromenonderzoek. Dit is op dit moment de meest betrouwbare bron om na te gaan of de positie versterkt is. Belangrijke activiteiten in 2010 die van grote invloed zijn op het versterken van de positie als regionaal koopcentrum zijn de projecten Voorsterpoort, IKEA, maar ook (winkel) projecten in de binnenstad, zoals Melkmarkt (en alle andere projecten uit het binnenstadsprogramma) . g. Versterken van de positie van Zwolle als toeristische stad Belangrijkste algemene doelstelling is: meer mensen naar Zwolle halen, die daar een meer intense beleving hebben, langer blijven en meer besteden. Dat is goed voor de bezoeker die ons mooie Zwolle bezoekt. Dat is goed voor de ondernemers in de stad die er de boterham mee verdienen. Dat is goed voor de burger die een voorzieningenniveau ter beschikking heeft waar ook de toeristen bijdragen. Deze algemene doelstelling is uitgewerkt in diverse meer concrete meetbare doelstellingen. Ook de programmering van de vrijetijds- en uitgaansvoorzieningen zijn hierbij meegenomen. In de strategische programmering heeft Zwolle zich namelijk ten doel gesteld om meer leisure in Zwolle te realiseren. Uitvoering van deze programmering vergt een lange planperiode. In de planperiode 2010-2013 is feitelijk alleen de realisatie van leisure in de Kamperpoort haalbaar. In de huidige economische omstandigheden is het niet aannemelijk dat andere plannen vroegtijdig uitgevoerd zullen worden. Wel zullen we de notitie ‘Vrijetijds- en Uitgaansvoorzieningen’ in 2010 actualiseren. Daarnaast staan diverse andere acties op stapel in 2010. Voor een deel is dit een voortzetting van bestaande meerjarige acties, voor een deel zijn ze nieuw. Wat betreft de laatste categorie: bij de behandeling van de Perspectiefnota zijn nieuwe meerjarige incidentele middelen beschikbaar gesteld voor het Bartjens Rekendictee. Reden hiervoor is dat het evenement de ambitie en de potentie heeft om in drie jaar uit te groeien tot een evenement dat de belangstelling trekt van landelijke media. Omdat de ruimte in het evenementenbudget daartoe ontbreekt, kon die toezegging nog niet eerder gedaan worden. Tevens zijn voor Zwolle Congresstad meerjarige incidentele middelen beschikbaar gesteld. De komende jaren wordt de uitbreiding van de hotelcapaciteit een feit en speelt de verplaatsing en nieuwbouw van het IJsselhallen Evenementen- en Congrescentrum. Om de kansen van beide ontwikkelingen optimaal te kunnen benutten, heeft een groep ondernemers de gemeente gevraagd om mee te denken en samen te werken om meer congressen naar Zwolle te halen. De initiatiefnemers in Congresstad Zwolle zijn bereid te investeren in het profileren Zwolle als congresstad en de aanwezigheid op beurzen, maar vragen de medewerking en support van de gemeente daarbij.
90
programmabegroting 2010
tlaveren
Ook zijn in het kader van de samenwerking met Kampen meerjarige incidentele middelen beschikbaar gesteld voor de uitvoering van ‘Ontdek de IJsseldelta’. Dit om een succesvol vervolg mogelijk te maken van de bestaande samenwerking op toeristisch gebied. Het gaat hierbij voornamelijk om onderzoek en strategie en om innovatie en samenwerking bij het verbeteren van bestaande en het ontwikkelen van nieuwe producten en diensten. Dit in samenwerking met het Regionaal Bureau voor Toerisme, de provincie Overijssel en Hogeschool Saxion. De komende jaren willen we meer dynamiek in het evenementenbestand. Voor 2010-2012 is daarom bij de Perspectiefnota een aflopend budget beschikbaar gesteld: van € 100.000 in 2010, een bedrag van € 75.000 in 2011 en € 50.000 in 2012. Dit om nieuwe evenementen te subsidiëren en gelijktijdig de subsidie aan bestaande evenementen eindig te maken, zodat na drie jaar jaarlijks geld vrij valt om nieuwe evenementen te subsidiëren. Voor de afweging welke evenementen te subsidiëren wordt in 2010 een systematiek ontwikkeld, waarbij ook de burger inspraak krijgt in de accenten die er gelegd worden. h. Beter vermarkten van de stad Zwolle Door middel van stadsmarketing trachten steden zich zo aantrekkelijk mogelijk te maken op meerdere fronten: als vestigingslocatie voor bedrijven, als aantrekkelijke plaats voor investeringen, als woonomgeving voor potentiële inwoners, als studentenstad, als stad waar zakelijke en toeristische bezoekers een aantal dagen willen verblijven. In Zwolle hebben we deze taak belegd bij Zwolle Marketing. De gemeente Zwolle wil, gezien de subsidierelatie en het belang van stadsmarketing voor alle ontwikkelingen binnen de stad, wel de mogelijkheid hebben te sturen op het merk Zwolle. Hiertoe wordt jaarlijks een prestatieovereenkomst gesloten met Zwolle Marketing. Het beoogde resultaat is dat Zwolle een attractieve stad is, blijft en wordt voor bezoekers, benutters, bewoners en bedrijven. De financiën hiervoor zijn de afgelopen jaren geregeld. i. Bevorderen economische dynamiek in de woonwijken Voor het meten van de economische dynamiek gebruiken we twee indicatoren. Een eerste indicator is het aantal wijkeconomieprojecten per jaar. Bij de tweede indicator kijken we naar het aantal bedrijven dat gevestigd is in de woonwijken. We relateren dat aan het aantal woningen. Hoe hoger het getal des te meer bedrijven zijn er te vinden in de woonwijken. Voor echte woonwijken als Aa-landen en Zwolle-Zuid ligt dat getal tussen de 6% en 7%. Voor Stadshagen ligt dat getal op 7,3%. Het is de intentie om bij de planvorming van Stadshagen II meer randvoorwaarden te scheppen voor economische activiteiten. Dit zou uiteindelijk op termijn moeten resulteren in een relatief groter aantal bedrijven in Stadshagen. In het kader van ‘Diezerpoort Ben Ik’ zijn er bij de Perspectiefnota meerjarige incidentele middelen beschikbaar gesteld voor de revitalisering van de Thomas a Kempisstraat/Vechtstraat. Daarnaast komen er middelen voor de aanpak van dit gebied uit het preventiebudget 40plus-wijken. Maar ook de ondernemers brengen zelf middelen in (via de zogenaamde Bedrijveninvesteringszone). Exacte bedragen zijn nog niet bekend. De middelen zullen in 2010 (en 2011) worden ingezet om op korte termijn het winkelgebied beter op de kaart te zetten, maar ook om een begin te kunnen maken met het opstellen van een stedenbouwkundige visie voor de langere termijn. Belangrijk hierbij zijn de gewenste branchering/profiel van de straat, bereikbaarheid en parkeren. Daarnaast is een structureel budget beschikbaar voor het opstellen, uitvoeren en monitoren van wijkeconomieprojecten. Ook in het kader van ‘Diezerpoort Ben Ik’ zal in 2010 een wijkeconomieplan worden opgesteld. Daarnaast zal in Holtenbroek (in het kader van ‘Samen Gaan Voor de Palestrinalaan’) onderzocht worden in hoeverre zelfstandig ondernemerschap gestimuleerd kan worden. Een ander belangrijk project is de realisatie van een drietal netwerkkantoren in de Zwolse wijken. Recent is duidelijk geworden dat we hiervoor een subsidie van € 806.000 ontvangen van het ministerie van EZ. Het project is namelijk als één van de voorbeeldprojecten in Nederland geselecteerd. In 2010 en 2011 zal de daadwerkelijke realisatie moeten plaatsvinden.
programmabegroting 2010
91
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * reserve nog uit te voeren werken ON Resultaat na bestemming
rekening 2008 3809 3538 -271 85 -186
begroting 2009 2010 1968 2080 1095 969 -873 -1111 6 6 -867 -1105
meerjarenraming 2011 2012 2071 2062 969 960 -1102 -1102
2013 2053 960 -1093
-1102
-1093
-1102
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Met name trendmatige aanpassingen en wijziging capaciteitsverdeling.Onder de baten is het dividend Essent verlaagd met € 126.000. Toelichting mutatie meerjarenraming: Vrijvallende kapitaallasten Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Totaalbudget onderverdeling Kennispoort + Kennis en Innovatieprogramma Uitvoeren startersbeleid Sectorbenadering zorg, onderwijs, techniek Wijkeconomie/ZZP empowerment Uitvoeren Kadernota Bedrijventerreinen Verankering bestaand bedrijfsleven Gezamenlijk acquisitiebeleid ZKN
9
9
-270
-270
-270
-270
-75 -100 -15 -130
-75 -75 -15 -130
-75 -50 -15 -130
-75
-50 -125 -80 -55
-50 -80
-80
16
16
16
indicatief -42 -66 -32 -22 -16 -32 -38 -22
Besluitvorming PPN 2010-2013 (meerjarig incidenteel): Digitaal ondernemersloket Evenementenbeleid Beursvloer Totaalbudget onderverdeling: Thomas a Kempisstraat-Vechtstraat Doorontwikkelen bedrijvenloket Zwolle Congresstad Stimuleren creatieve industrie Bartjens rekendictee
-130
indicatief -50 -15 -43 -35 -10
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Samenvoeging SESZ/SMZ/VVV Centrummanagement Verhoging evenementenbudget Graaf van Sassendonk Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Incidentele nieuwe bestedingen 2010 (co-financieringsfonds): Bedrijventerrein Voorst Havens Voorst Project Living City
92
9
programmabegroting 2010
-1.000 -466 -300
16
tlaveren Budget o.b.v. bestaand beleid
rekening 2008
begroting 2009 2010
meerjarenraming 2011 2012
2013
Nadere specificatie programmabudget 2010: Economisch beleid en progr. Relatiebeheer/Acquisitiebeleid Marketing en promotie Evenementen Toeristisch beleid Economische deelnemingen
lasten 436 460 221 166 643 154 2080
baten
6 969 975
programmabegroting 2010
saldo -436 -460 -221 -166 -637 815 -1105
93
tlaveren
Programma 9
Toename arbeidsparticipatie
Thema
Samen leren en werken in Zwolle
Beleidskader Iedereen doet mee Ons uitgangspunt is dat iedereen kan participeren in de samenleving. Vanuit de vraag en de mogelijkheden van de klant wordt dienstverlening op maat geleverd met als doel arbeidsparticipatie of maatschappelijke participatie. Integrale dienstverlener De gemeente Zwolle wil met het Participatiebudget, hierin zijn de gemeentelijke middelen voor re-integratie, inburgering en educatie gebundeld, de regisseur en de integrale dienstverlener zijn op het gebied van participatie. Klantgericht Wij gaan uit van een klantgerichte benadering op basis van een persoonlijke aanpak met veel ruimte voor maatwerk en professioneel handelen. Uitgangspunt is ontwikkelen waar mogelijk, in het kader van levenslang leren. Goed partnerschap Bij de begeleiding van onze klanten betrekken wij onze partners in de stad en regio. We maken gebruik van de adviezen en maken concrete afspraken voor samenwerking met werkgevers en met instellingen en organisaties op het gebied van onderwijs en arbeid, welzijn, maatschappelijke begeleiding, hulpverlening en zorg. Invloed economische ontwikkelingen Als gevolg van de kredietcrisis wordt een toename van het bijstandsvolume verwacht met 14,5% in 2010. Het oplopen van de werkloosheid leidt ook tot een toenemende vraag naar bijzondere bijstand en gelijksoortige voorzieningen, participatietrajecten en schuldsaneringen. De jeugdwerkloosheid is met name onder jongeren van 23 tot 27 jaar gestegen. Belangrijke oorzaak hiervan is het niet verlengen van tijdelijke contracten inclusief uitzendwerk. Het actieplan Jeugdwerkloosheid beschrijft hoe het kabinet in samenwerking met alle betrokken partijen wil voorkomen dat grote groepen jongeren straks thuiszitten zonder werk of opleiding. Gezamenlijk wordt gestreefd naar een baan, leerwerkplek, stageplaats of een (vervolg)opleiding voor jongeren. Dit sluit direct aan bij de doelstelling van de Wet Investeren In Jongeren (WIJ). Deze wet moet ervoor zorgen dat alle jongeren tot 27 jaar een opleiding volgen of werken. De toename van het aantal klanten is van invloed op onze dienstverlening. Om onze klanten zo efficiënt en effectief mogelijk te kunnen bedienen zetten we extra in op integrale dienstverlening, het voorkomen dat mensen in kwetsbare posities komen en blijven we diegenen die dat nodig hebben intensief ondersteunen. Relevante beleidsnota’s: • Collegeakkoord 2006-2010. • Bestuursakkoord rijk en gemeenten (2007). • Koersplan 2009 Doorpakken Sociale Zaken en Werkgelegenheid. • Nota Goed Partnerschap: hét recept voor duurzame arbeid en participatie 2007-2010. • Zwolle Werkt Aanpak, verbinden, bundelen en richten (november 2008). • Plan van aanpak Voorbereidingstraject Participatiefonds (maart 2008). • Het Participatiebudget en de visie op participatie van de gemeente Zwolle (november 2008). • Overzicht doelgroepen en klantgroepen Participatiebudget (maart 2009). • Zwolle Aan Zet met het Participatiebudget, evaluatie en voortgang (april 2009). • Eindrapportage voorbereidingstraject Participatiebudget (mei 2009). • Actieplan Jeugdwerkloosheid, ministerie SZW (juni 2009). • Arbeidsmarktanalyse en Actieplan RPA IJssel-Vecht (juli 2009)
94
programmabegroting 2010
tlaveren
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Participatiebudget Een integrale dienstverlening voor de klant vanuit het Participatiebudget. Vanuit de vraag en de mogelijkheden van de klant wordt dienstverlening op maat geleverd met als doel arbeidsparticipatie of maatschappelijke participatie.
Participatie Specifieke aandacht en ondersteuning voor de volgende klantgroepen: • Alle WWB-klanten van 28 tot en met 65 jaar
Prestaties
Activiteiten 2010
• Een omslag in denken in participatie is algemeen aanvaard. • De uitgangspunten voor een integrale beleidsvisie op participatie zijn vastgesteld. • Een voorstel voor één programma Participatiebudget. • Er is vastgesteld of de verordeningen reintegratie en inburgering voldoen aan de Wet Participatiebudget. • Het integrale klantproces is opgestart, zowel organisatorisch als inhoudelijk. • De integrale inkoop Participatiebudget is begonnen. • Het verantwoordingsproces Participatiebudget is gereed. • De introductie van het gebruik van de participatieladder is afgerond. • Instemming is bereikt met de partners in de stad over de uitgangspunten en doelstellingen van het ketenoverleg Participatiebudget. • Afspraken met de regiogemeenten over samenwerking zijn gemaakt. • De analyse van de gemeentelijke organisatie in het kader van participatie op basis van een integrale beleidsvisie is begonnen.
Verdere ontwikkeling en implementatie van het Participatiebudget binnen het gemeentelijk beleid. Hierbij staan de volgende thema’s centraal: • Visie op participatie. • Interne bedrijfsvoering. • Het klantproces. • Inkoopproces. • Verantwoording. • Prestaties en verantwoording. • Ontwikkelen participatieladder. • Integraal participatiebeleid. • Partners in de stad en in de regio. • Communicatie.
• Elke consulent kent zijn klanten en • 80% van de klanten in ons WWB-beheeft de mogelijkheden van zijn klanstand doet mee naar vermogen. ten in beeld. • Klanten die niet worden opgenomen in de ZWA worden binnen twee weken • Alle klanten zijn ingevoerd in de participatieladder. opgepakt en ingedeeld in de participatieladder. • Alle klanten die vanuit de ZWA komen krijgen aansluitend een passend traject aangeboden.
• Jongeren • Het doelperspectief voor elke jongere Sluitende aanpak voor jongeren tot 27 in de uitkering is duidelijk en vastgejaar. legd in de participatieladder. Voorkomen dat grote groepen jongeren • Van 90% van het totale bestand uitkeals gevolg van de economische crisis ringsgerechtigde jongeren is inzichstraks thuiszitten, zonder werk of school. telijk of er sprake is van wel of geen startkwalificatie.
programmabegroting 2010
• Evaluatie van de werkwijze en resultaten van het Jongerenpunt. Op basis van de uitkomsten hiervan, de invoering van de wet WIJ en het regionale plan van aanpak Jeugdwerkloosheid wordt een vervolgplan opgesteld. Hierin opgenomen: • Visie, doelstellingen en resultaten. • Werkprocessen. • Structurele inbedding in de gemeentelijke organisatie. • Uitvoeren regionaal plan van aanpak jeugdwerkloosheid. • Uitvoeren Wet WIJ.
95
tlaveren Meerjarige doelstellingen • Jonggehandicapten (Wajong) Iedere jonggehandicapte (ruim 1800 Wajongers in Zwolle) volgt een traject dat een duurzaam perspectief biedt op een reguliere baan, WSW-baan, opleiding of een andere vorm van participatie.
Prestaties
50 Wajongers volgen een traject gericht Uitvoering van het Actieplan Wajong: op sociale activering of krijgen een parti- • Afspraken maken met het UWV over de inzet van trajecten gericht of socicipatiebaan. ale activering en de inzet van participatiebanen. In de periode van 1 mei 2009 tot en met 30 april 2011 volgen 325 klanten (waar- • De Werkelaar is ingericht als een plek voor arbeidsoriëntatie en om gericht onder Wajongers) een oriëntatietraject werkervaring op te doen. bij de Werkelaar.
Wajongers zonder arbeidsmarkt-perspectief en zonder WSW-indicatie die in staat zijn om te participeren in de maatschappij, nemen deel aan een traject of project gericht op sociale activering of een participatiebaan van de gemeente Zwolle (Wajongers met arbeidsmarktperspectief krijgen een traject aangeboden door het UWV). • Alleenstaande ouders Experiment arbeidsbevordering alleen- • Met alle ongeveer 400 deelnemers aan het experiment is door de consustaande ouders lent een gesprek gevoerd. Doel: mo75% (60 klanten) van het aantal begongelijkheden en behoeften duidelijk(er) nen deelnemers in het voorschakeltrain beeld en vastgelegd in de participaject neemt deel aan een vervolgtraject tieladder. waarvan de duur afhankelijk is van de situatie van de klant. Resultaat hiervan: • 80 deelnemers aan het experiment nemen deel aan het voorschakel• 30% van de deelnemers (18 personen) traject Evenwicht. Het betreft zowel vindt regulier werk voor een periode klanten zonder werk als klanten die langer dan 6 maanden. meer uren willen werken. Doelen: • 30% volgt een opleiding die wordt • Inzicht verkrijgen in eigen functioafgerond met minimaal een startkwaneren. lificatie. • Activeren en motiveren om activiteiten richting arbeidsparticipatie op te pakken. • Op orde brengen van zaken om een traject te kunnen volgen. • Balans vinden in werk en zorgtaken. • Minimaal 85 personen werken in deeltijd. • NUG (Niet-uitkeringsgerechtigden) Actieve werving voor reintegratietrajec- 10 klanten begeleiden richting zelfstandig ondernemerschap vanuit de NUGten van niet-werkende zonder Wwbpopulatie. uitkering 40 klanten werven voor re-integratie/ participatie zonder uitkering. • Dak- en thuislozen Actieve deelname vanuit de uitvoering aan het Stedelijk Kompas.
Alle dak -en thuislozen met een WWBuitkering die niet volledig zijn ontheven hebben een maatwerktraject.
• Inburgeraars (zie programma 4)
96
Activiteiten 2010
programmabegroting 2010
Deelname aan het experiment arbeidsbevordering alleenstaande ouders. (zie a)
Extra inzet op voorlichting en informatiemiddelen om doelgroep te bereiken door o.a. posters, flyers en bezoek aan daarvoor in aanmerking komende organisaties ( wijken en buurten).
tlaveren Meerjarige doelstellingen Prestaties Integrale dienstverlening aan werkzoe• Cliënten die zich melden bij de serkenden vicedesk (nieuwe instroom), nemen Eén geïntegreerd en ontschot klantprouiterlijk binnen 48 uur deel aan een ces. intensief (werk)activeringsprogramma van maximaal drie maanden (ZWA) en worden voorzien van een tijdelijk inkomen. • Cliënten die zich melden bij de servicedesk en niet kunnen deelnemen aan een intensief (werk)activeringsprogramma van maximaal drie maanden (ZWA), worden binnen twee weken voorzien van een passend reintegratietraject. • 40% van de klanten stroomt vanuit de ZWA door naar werk. • 65% van de klanten verlaat de ZWA zonder een beroep op een uitkering te doen (zie b). WMO-WWB Minimaal 12 en maximaal 20 jonge alProject Ik Werk In Mijn Wijk! 50% van de deelnemers heeft met ingang leenstaande ouders met een WWB-uitkering in de wijk Diezerpoort nemen deel van januari 2011, na het behalen van de startkwalificatie, een reguliere baan van aan het project Ik Werk In Mijn Wijk!. minimaal 16 uur per week in of nabij de Zij volgen een jaar lang de opleiding Helpende Zorg & Welzijn in de wijk. Het wijk Diezerpoort. praktijkgedeelte bestaat met name uit het verrichten van ondersteuning bij de huishoudelijke zorg, persoonlijke zorg en bij activiteiten voor ouderen in de wijk (WMO). Werken moet lonen • PRB-pilot met zes klanten om te Er mag geen sprake zijn van (tijdelijk) bepalen of de inzet rechtstreeks bij de minder inkomen bij de overgang van werkgever een zinvolle aanvullende uitkering naar werk. reintegratievoorziening kan zijn. Hiervoor worden de volgende voorzienin• In 2010 zijn participatieplaatsen gen ingezet: ingevoerd. • Betere communicatie en begeleiding bij werkaanvaarding. • Financiële ondersteuning. • Inzet van participatieplaatsen. • Inzet Persoonsgebonden Re-integratie Budget (PRB) voor de werkgever, willen we bereiken dat: • Klanten beter in staat worden gesteld om (meer) te gaan werken. • Klanten worden gestimuleerd om (meer) te gaan werken door werkaanvaarding direct lonend te maken.
programmabegroting 2010
Activiteiten 2010 Realisatie ketenjaarplan waarin opgenomen hoe de gemeente en het UWV Werkbedrijf integrale dienstverlening bieden aan klanten en werkgevers vanuit Werkplein De Lure inclusief het Mobiliteitscentrum. Onderhandelingen voortzetten met het UWV om een integraal en ontschot aanbod van maatwerkdienstverlening aan werkzoekenden te kunnen bieden, waarbij de ZWA-methodiek ook door het UWV aangeboden moet worden.
Uitvoering van het project Ik Werk In Mijn Wijk!: • Uitvoering projectplan. • Nagaan van de mogelijkheden voor het starten van dit project in andere wijken.
Uitvoering beleidsplan Werken Loont!.
97
tlaveren Meerjarige doelstellingen Arbeidsmarktbeleid Actieplan RPA IJssel-Vecht Uitvoering van het Actieplan RPA IJsselVecht. Eén centraal optimaal bereikbaar servicepunt voor werkgevers binnen de gemeente Zwolle en de regio.
Prestaties
Activiteiten 2010
Bijdrage vanuit het participatiebeleid, het Jongerenpunt, het Werkloket en de ZWA aan de uitvoering van het Actieplan RPA IJssel-Vecht is beschreven en vastgeVergroten naamsbekendheid onder steld voor de volgende onderdelen: werkgevers door opstellen plan van aanpak, waarin onder meer opgenomen: • Sluitende aanpak jongeren. minimaal 250 bedrijfsbezoeken per jaar • Verbeteren aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt. en het organiseren van minimaal vier • Verhogen participatie in de sectoren presentaties/workshops per jaar voor techniek, zorg en horeca. werkgevers. De uitstroom vanuit het Werkloket bedraagt minimaal 120 cliënten.
Aantal plaatsingen van mensen met een WSW-indicatie verhogen: minimaal 8% van het totaal aantal plaatsingen. Mobiliteitscentrum Bedrijven en medewerkers die vanwege de recessie in problemen dreigen te komen door gezamenlijke inspanning van partners ondersteunen. Waar mogelijk medewerkers van werk naar werk begeleiden. WSW Adequate uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening dat als doel heeft aan zoveel mogelijk arbeidsgehandicapten die zijn geïndiceerd voor de WSW aangepaste arbeid te bieden die aansluit bij hun capaciteiten en mogelijkheden.
Het in het kader van de recessie opgestarte mobiliteitscentrum uitvoeren tot en met medio 2011.
Uitvoering blijven geven aan mobiliteitscentrum.
De modernisering van de Wet Sociale Werkvoorziening (wetswijziging per 1 januari 2008) heeft in 2008 geleid tot een gezamenlijke visie van de in de GR WEZO deelnemende gemeenten. Deze beleidsvisie is in 2009 op onderdelen geoperationaliseerd. Andere onderdelen zijn in 2009 voorbereid. Eind 2010 zal de operationalisatie op alle onderdelen zijn afgerond.
• (Verdere) afronding operationalisatie van beleidsvisie, te weten: • Implementatie advies. projectsamenwerking en bestuurlijke structuur WEZO. • Kostprijsberekening. • Loonwaardesystematiek. • Onderzoek aanbesteden. • Uitvoer Sociaal Economisch Contract Daarnaast hebben de communicatie en managementrapportage de volle aandacht. Bij het ontwikkelen van integraal participatiebeleid wordt een koppeling gemaakt met de WSW.
Toelichting programmaplan: a. Het experiment arbeidsbevordering alleenstaande ouders is in 2009 begonnen en duurt twee jaar. Doelgroep: alleenstaande ouders met een WWB-uitkering met kinderen in de leeftijd tot 12 jaar. Deze doelgroep bestaat in de gemeente Zwolle uit ongeveer 400 personen van wie er rond de 85 in deeltijd werken. De mogelijke bonussen in het kader van het experiment voor de deelnemers die werken: • Een inkomensvrijlating van maximaal €120 per maand. • Een bonus van €50 per maand waarin werken wordt gecombineerd met scholing. • Een uitstroombonus van €500 indien sprake is van uitstroom uit de uitkering door aanvaarding van werk en gedurende zes maanden niet opnieuw een beroep op de bijstand wordt gedaan. b. Genoemde percentages zijn haalbaar als het UWV ook met de ZWA-methodiek werkt (in 2009 nog niet het geval) Alleen gemeentelijk aandeel ZWA: • 25 % van de opgenomen klanten stroomt uit naar werk. • 100 % van de opgenomen klanten heeft na het verlaten van de ZWA werk of een uitgebreide diagnose en doelperspectief. • 30% van de opgenomen klanten verlaat de ZWA zonder een beroep te doen op de uitkering.
98
programmabegroting 2010
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Reserve werkgelegenheid Resultaat na bestemming
rekening 2008 27530 24152 -3378 115 -3263
begroting 2009 2010 23616 29556 23009 28768 -607 -788
-607
25 -763
meerjarenraming 2011 2012 29576 29609 28768 28768 -808 -841
-808
-841
2013 29650 28768 -882
-882
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: De baten en lasten voor de WWB-werkdeel en WSW budgetten zijn verhoogd. Daarnaast is het budget verhaal kinderopvang met ca. € 150.000 verlaagd. (zie ook berap 2009) Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
5
-20
-33
-41
5
5
5
Nadere specificatie programmabudget 2010: Aansluiting onderwijs/arbeidsmarkt Trajecten (WWB) Kinderopvang Sociale werkvoorziening
lasten 67 12665 679 16145 29556
baten 12665 130 15998 28793
programmabegroting 2010
saldo -67 0 -549 -147 -763
99
tlaveren
Programma 10 Bijstandsverlening en armoedebestrijding Thema
Samen leren en werken in Zwolle
Beleidskader Algemeen kader armoedebestrijding Armoedebestrijding is meer dan het verlenen van gerichte inkomensondersteuning. Het gaat hierbij ook om maatregelen die voorkomen dat mensen in een situatie van armoede geraken en maatregelen die bevorderen dat mensen de situatie van armoede weer ontstijgen. Kortom, het gaat om het weerbaar maken van mensen. Dit komt tot uitdrukking in de titel van ons armoedebeleid: ‘van kwetsbaar naar weerbaar’. De doelstelling om mensen weerbaar te maken, vraagt om een integrale aanpak van de problematiek. Zonder samenwerking met andere instanties en instellingen kan deze integrale aanpak niet slagen. Verwachte ontwikkelingen omvang doelgroep armoede De huidige economische ontwikkelingen leiden tot een situatie dat er sprake zal zijn van minder werkgelegenheid en een toenemende werkloosheid. Hierdoor zullen meer en meer mensen aangewezen zijn op een sociale zekerheidsuitkering. Het verlies aan inkomen kan leiden tot financiële problemen. Omdat niet iedereen ‘doorstroomt’ naar een WWB-uitkering kan de verborgen armoede toenemen, omdat deze groep niet bij de gemeente in beeld is. Wij zien het als een uitdaging om deze groep wel in beeld te krijgen. We willen bovendien dat mensen die recht hebben op een voorziening weten dat de voorziening bestaat en dat men hiervan gebruik maakt. Uitkeringen Als gevolg van de recessie wordt een toename van het bijstandsvolume verwacht met 14,5% in 2010. Het aantal bijstandsafhankelijke huishoudens stijgt dan tot over de 2.600. Het oplopen van de werkloosheid leidt ook tot een toenemende vraag naar bijzondere bijstand en gelijksoortige voorzieningen, participatietrajecten en schuldsaneringen. Ondanks de te verwachten stijging van het aantal uitkeringsgerechtigden streven wij naar een tijdige afdoening van aanvragen. Het vereenvoudigen van processen zal hier een bijdrage aan leveren. Op het moment van opstellen van de begroting 2010 zijn de definitieve budgetten Inkomensdeel 2010 nog niet bekend. Echter, op basis van voorlopige indicaties en bovengenoemde prognoses schatten wij in dat het Inkomensdeel 2010 inclusief een deel van de reserve Inkomensdeel voldoende zijn om de uitkeringskosten te financieren. Schuldhulpverlening Schuldhulpverlening zorgt voor oplossingen van schuldproblemen van inwoners van Zwolle en de regio. Daarbij wordt gekeken naar de oorzaken van de schuldenproblemen. In het actieplan Schuldhulpverlening 2007-2010 heeft de Zwolse gemeenteraad de uitgangspunten van de vernieuwing geaccordeerd en opdracht gegeven de nieuwe werkwijze uit te werken. De belangrijkste uitgangspunten voor schuldhulpverlening Zwolle zijn: 1. Betalingsgarantie van de primaire lasten voor aanvragers door het uitvoeren van een stabilisatietraject. 2. Certificering van de medewerkers c.q. de beroepsgroep. 3. Meer aandacht voor preventie, voorlichting en nazorg. 4. Schulden oplossen door een saneringskrediet of een schuldbemiddeling. 5. Schuldeisers wordt bij een schuldregeling een minimaal bedrag gegarandeerd, op basis van gelijkberechtiging. In mei 2009 hebben wij over de uitwerking van de vernieuwing een besluit genomen. In de loop van 2009 zal schuldhulpverlening worden versterkt met extra personeel. In 2010 gaat schuldhulpverlening werken volgens de vernieuwde normen. Zwolle streeft daarbij ook naar certificering van haar schuldhulpverlening. De recessie zal vooral vanaf 2010 zorgen voor een toenemend beroep op Schuldhulpverlening. De toeloop is in de kengetallen gedeeltelijk terug te vinden. Het stabiele beeld in de aantallen is het saldo van krimp door uittreden van Kampen en groei door de recessie. Het ministerie van SZW zal een specifieke uitkering ontwikkelen voor schuldhulpverlening van in totaal 130 miljoen euro, te verdelen onder de gemeenten. Het extra geld is nodig vanwege en het verwachte grotere beroep op de minnelijke schuldhulpverlening, dat ten gevolge van de economische crisis wordt verwacht. Het ministerie van SZW begon in 2009 met het opstellen van een wetsontwerp ‘Zorgplicht Schuldhulpverlening’, waardoor het vrijblijvende karakter van schuldhulpverlening zal gaan verdwijnen. De verwachte datum van inwerkingtreding is 1 januari 2011.
100
programmabegroting 2010
tlaveren
Relevante beleidsnota’s: • Besluit van de raad van 16 februari 2004 met betrekking tot de invoering van de wet Werk en Bijstand (Nota WWB) • Besluit van het college van 11 juli 2006: vaststelling communicatieplan inkomensondersteunende maatregelen 2006-2009 Iedereen Kan Het Weten • Kadernota armoede- en participatiebeleid 2008-2011 ‘Van Kwetsbaar Naar Weerbaar’ (raadsbesluit van 26 november 2007) • Invulling convenant Ieder Kind Doet Mee (collegebesluit) • Wetsvoorstel Zorgplicht Schuldhulpverlening • Normdocument NEN 8048 • Directiebesluit Reorganisatie Sozawe • Actieplan schuldhulpverlening 2007-2010 • Actieplan armoedebestrijding Iedereen Doet Mee • Raadsbesluit saneringskrediet jongeren • Collegebesluit uitwerking vernieuwing schuldhulpverlening
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Het verlenen van uitkeringen Het beperken van het beroep op een uitkering tot een niveau dat onder het landelijk gemiddelde ligt.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
De toename van het aantal uitkeringsgerechtigden in 2010 ligt maximaal op het landelijk gemiddelde.
Met behulp van de maatregelen genoemd in programma 9 wordt getracht in 2010 de toename te beperken.
Ook de maatregelen genoemd bij hoogwaardige handhaving leiden tot een beperking van het aantal uitkeringsgerechtigden. Verder uitbouwen en bekendheid geven aan het Bevorderen dat uitkeringsgerechtigden (minimaal 20) en Nuggers (minimaal 10) uitstromen Starterspunt op het werkplein De Lure en het richting zelfstandige arbeid en anderszins aan- intensiveren van de samenwerking met instandacht besteden aan de positie van zelfstandigen. ties als UWV-werkbedrijf en Kamer van Koophandel. Samenwerking met Qredits intensiveren, waarExtra aandacht besteden aan mensen met een bij er tenminste 10 kredieten worden verstrekt (arbeids)handicap, zodat deze kunnen uitstroaan startende zelfstandigen. men naar gedeeltelijke arbeid als zelfstandige.
Verbeteren van voorlichting. De mogelijkheden tot schuldhulpverlening aan (ex)zelfstandigen nader onderzoeken. De werkprocessen worden kritisch Het op een juiste en cliënt- Afhandelingstermijnen uitkeringen 2010: bekeken en worden, waar mogelijk, vereenvougerichte wijze behandelen • 85% van de aanvragen kosten levensonderhoud WWB wordt binnen 8 weken digd. van aanvragen, uitkeringen afgehandeld; en bijkomende werkzaam• 95% van de aanvragen kosten heden. levensonderhoud Bbz, Ioaw/z en Wwik wordt, afhankelijk van de regeling, binnen 8 of 13 weken afgehandeld. • 80% van de aanvragen Bijzondere Bijstand wordt binnen 8 weken afgehandeld. • 95% van de beëindigingsonderzoeken wordt binnen 3 maanden afgehandeld. • 95% van de aanvragen langdurigheidstoeslag wordt binnen 8 weken afgehandeld. Uiterlijk begin 2010 wordt een nieuw actieplan Het voorkomen en opsporen van misbruik van uitkeringen en het slagvaardig en effectief rea- handhaving aan de raad voorgelegd, waarin geren op geconstateerd misbruik (hoogwaardig concrete maatregelen zijn opgenomen. handhaven). Processen worden aangepast, zodat uitkeringsgerechtigden minder bewijsstukken hoeft te overleggen. Optimale benutting van gekoppelde geautomatiseerde systemen.
programmabegroting 2010
101
tlaveren Meerjarige doelstellingen Prestatieafspraken
Activiteiten 2010 De klantenmap wordt in de eerste helft van 2010 geëvalueerd en zo nodig bijgesteld.
Dienstverlening waarbij zodanige aandacht aan de (belangen van een) cliënt geschonken wordt dat er een evenwicht is tussen vertrouwen in de uitkeringsgerechtigde en hoogwaardige handhaving.
Armoedebestrijding Het weerbaar maken van mensen die in een situatie van armoede verkeren en het voorkomen dat mensen als gevolg van financiële omstandigheden niet kunnen participeren in de maatschappij.
Het implementeren en uitvoeren van de maatregelen genoemd in de kadernota Armoede- en Participatiebeleid 2009-2011 ‘Van Kwetsbaar Naar Weerbaar’.
Preventie door verbetering van de voorlichting in samenwerking met Regionaal Coördinatiepunt Fraudebestrijding Overijssel. Verbetering van de dienstverlening verdient permanente aandacht. In 2010 krijgt dit gestalte door: • Vermindering van de bewijslast voor de uitkeringsgerechtigde. • Het opnieuw beschrijven van processen. • Vereenvoudiging van formulieren en procedures. • Waar mogelijk en toegestaan gebruik van beschikbare gegevens die binnen de gemeente beschikbaar zijn en gegevens die bij andere instanties bekend zijn. In 2010 zijn alle maatregelen, genoemd in de kadernota geïmplementeerd en worden deze uitgevoerd.
Het implementeren en uitvoeren van de maatre- In 2010 zijn alle maatregelen genoemd in de gelen in het kader van het convenant ‘Ieder Kind uitwerking van het convenant ‘Ieder Kind Doet Doet Mee’. Mee’ geïmplementeerd en worden deze uitgevoerd. Evaluatie van beleid en voorbereiden nieuw Uiterlijk begin 2010 wordt een evaluatie van het beleid. huidige beleid aan de raad voorgelegd. In 2010 en 2011 worden de armoedemonitor en onderzoeken naar de omvang van de doelgroep en mate van gebruik herhaald (in 2009 heeft een nulmeting plaatsgevonden). Doorontwikkeling van de collectieve zorgverzekering. Het effect van de maatregel voor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen evalueren en waar nodig maatregel bijstellen.
Iedereen die tot de doelgroep behoort maakt gebruik van de aanwezige voorzieningen.
102
In 2010 is ten minste 80% van de doelgroep bekend met de maatregelen in het kader van armoedebestrijding en is het gebruik met ten minste 10% (ten opzichte van 2007) toegenomen.
programmabegroting 2010
In 2011 verstrijkt de termijn van de kadernota Armoede- en Participatiebeleid 2009-2011 ‘Van Kwetsbaar Naar Weerbaar’. In 2010 wordt begonnen met de voorbereiding voor het beleid na 2011. De doelstelling voor 2010 wordt bereikt door: • Intensivering van de mondelinge voorlichting door doelgerichte inzet van de voorlichterspool en de Formulierenbrigade. • Intensivering van de schriftelijke communicatie (folders, berichten in de Wijzer). In 2010 wordt minimaal 4x in de Wijzer aandacht aan de gemeentelijke maatregelen geschonken. • Het aanbieden van de mogelijkheid tot mondelinge en schriftelijke informatie aan intermediairs en verwijzers.
tlaveren Meerjarige doelstellingen Prestatieafspraken
Het bevorderen van de maatschappelijke betrokkenheid bij armoede.
Activiteiten 2010 • Het aanbieden van de mogelijkheid tot het vergroten van de kennis van de medewerkers van hulpverlenende instanties. • Vereenvoudiging van formulieren en procedures. In 2010 worden ten minste het aanvraagformulier bijzondere bijstand en algemene bijstand opnieuw vastgesteld. • Het handhaven van het huis-aan-huis verspreiden van Hansz. • Het gebruikmaken van bestandskoppelingen waar mogelijk en wettelijk toegestaan. In 2010 wordt een vervolg op de sociale confeIn 2010 en 2011 neemt de gemeente het initirentie van 2009 georganiseerd, met als doel na atief tot een sociale conferentie waarbij ieders betrokkenheid en verantwoordelijkheid voor het te gaan of de gemaakte afspraken zijn nagekomen en of bijgesteld moeten worden. armoedevraagstuk centraal staat. Daarnaast staat in 2010 centraal hoe de mens die in armoede leeft bij de discussie betrokken wordt en welke wensen er bij deze groep leven. In 2010 wil de gemeente in gesprek komen met Naast een verder optimaliseren van de inde doelgroep. spraakmogelijkheden via de cliëntenraad, wordt in 2010 getracht de doelgroep meer te betrekken door: • Het organiseren van bijeenkomsten in wijk en buurt (ten minste in vier wijken of buurten). • Het organiseren van meer thematisch gerichte overleggen (tenminste 2 bijeenkomsten). In 2010 wordt aandacht besteed aan de intensivering van de samenwerking tussen de diverse cliëntenraden.
Schuldhulpverlening Verlenen van hulp en preventie t.b.v een stabielere of schuldenvrije toekomst door integraal aanbod van kredieten, schuldregeling, budgetbeheer en psychosociale hulpverlening.
Verdere ontwikkeling en implementatie van de vernieuwing van de schuldhulpverlening. Hierbij staan de volgende onderwerpen centraal: • Integrale schuldhulpverlening door samenwerking met de partners in de stad en in de regio. • Voorkomen van ontwrichting van huishoudens door uithuiszettingen en afsluitingen van de nutsvoorzieningen. • Communicatie vooral vanwege preventie en nazorg. • Omvorming van de afdeling Schuldhulpverlening, waarbij het bedrijfsproces zich zal richten op de vraag van de klant. • Invlechting van het onderdeel schuldhulpverlening en de sectie Inkomen (bijstandsverlening) in de nieuwe afdeling Inkomensondersteuning.
Het oprichten van een meldpunt binnen de nieuw gevormde afdeling inkomensondersteuning. Het uitvoeren van de vernieuwde schuldhulpverlening, waarbij zal worden gestreefd naar hulpverlening aan alle Zwollenaren en financiële problemen. Het uitvoeren van ongeveer 1.200 stabilisatietrajecten inclusief trajecten voor dak- en thuislozen. Het verstrekken van saneringskredieten aan studerende jongeren. Het verbeteren van de opbrengsten van de sectie bewindvoering Wsnp. Deze sectie streeft naar evenwicht tussen de rijkssubsidies en gemeentelijke kosten voor de uitvoering. Het voorbereiden van het in een geleidelijk tempo certificeren van de schuldhulpverlening conform de ontwikkelde nen-norm. Het voorbereiden van de schuldhulpverlening op de wettelijke zorgplicht. Het inzetten voor actualisering van het convenant over afsluiting met Essent en waar mogelijk komen tot uitbreiding van het aantal convenanten.
programmabegroting 2010
103
tlaveren
Toelichting programmaplan a. In 2010 zal de ‘frontoffice’ van de nieuwe afdeling Inkomensondersteuning worden ingericht. Binnen deze frontoffice zal een meldpunt worden opgezet. Met het opzetten van het meldpunt geven we gedeeltelijk uitvoering aan het eerdere voornemen om een budgetwinkel in te richten. Formulierenhulp is ondergebracht bij de raadslieden van het Algemeen Maatschappelijk Werk.
Kengetallen Product aantallen Telefonische aanmelding Bestand BBR Aanvraag SHV Schuldregelingen fase 2 WSNP-verklaring Betalingsregelingen Actieve schuldbemiddelingen Heronderzoek schuldbemiddeling WSNP-zaken (bestand) Melding Essent Budgetadviesgesprek Budgetcoaching Bestand Leningen Nazorgtraject Melding corporatie Bestand BBV Onderzoekk fin. Urgentie Saldo leningen
Totaal 2007 1.242 842 730 274 299 0 149 0 180 39 0 35 0 36 28 18 € 135.000
Totaal 2008 Prognose 2009 Begroting 2010 1.350 1.300 1.300 879 1.050 1.200 656 1.170 1.150 298 270 320 253 250 250 0 250 250 198 190 190 0 175 175 199 150 150 99 120 140 33 100 100 0 65 65 41 100 50 0 30 50 38 20 30 25 30 30 20 10 20 € 122.000 € 280.000 € 147.000
Volume aantallen Totaal WWB Totaal WWW 21 tm 65 jr WWB < 21 jr WWB > 65 WWB ev BBZ IOAW WWIK IOAZ VVTV
Totaal 2007 2563 2447 2204 25 176 42 6 32 69 8 1
Totaal 2008 Prognose 2009 Begroting 2010 2501 2764 3012 2379 2619 2857 2100 2309 2710 33 50 75 185 200 svb 61 60 72 10 15 15 45 55 65 61 65 65 6 10 10 0 0 0
Product aantalen
Totaal 2007 1447
Aanvraag Bijz. bijstand
Totaal 2008 1912
Prognose Begroting 2009 2010 1900 2000
Product aantallen SHV
Product aantallen SHV
Onderzk fin. Urgentie
Aanvraag SHV Bestand BBV
Bestand BBR
Melding corporatie
Bestand Leningen
Tel. Aanmelding Budgetadviesgesprek
0
200
400 Totaal 2007
104
600 Totaal 2008
800
1.000
Prognose 2009
1.200
1.400
1.600
Begroting 2010
0
20
40 Totaal 2007
programmabegroting 2010
Totaal 2008
60 Prognose 2009
80 Begroting 2010
100
120
tlaveren
Volume WWB 21 t/m 65 jr
Product aantallen SHV
Melding Essent WWW 21 tm 65 jr
WSNP-zaken (bestand)
0
500
1000 Totaal 2007
1500 Totaal 2008
Prognose 2009
2000
2500
3000
Begroting 2010
Actieve schuldbemiddelingen
0
50 Totaal 2007
100 Totaal 2008
150 Prognose 2009
200
250
Begroting 2010
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Reserve WWB inkomensdeel Reserve nog uit te voeren werken SZ Resultaat na bestemming
rekening 2008 48896 37376 -11520 -1437
-12957
begroting 2009 2010 47871 53334 33208 38111 -14663 -15223 567 169 619 -14096 -14435
meerjarenraming 2011 2012 53354 53387 38111 38111 -15243 -15276
2013 53428 38111 -15317
-15243
-15317
-15276
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: De bijstandsbudgetten zijn aangepast op grond vaan de verwachte ontwikkelingen Vooralsnog wordt geen voor- of nadeel verwacht op de bijstandsuitkeringen, oftewel dekking van de bijstandsuitkeringen kan binnen de beschikbare rijksgelden worden opgevangen. Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Nadere specificatie programmabudget 2010: Kwijtschelding Algemene bijstand BBZ/BOB IOAW/IOAZ Wet Inkomensvoorz.Kunstenaars Armoedebestrijding Schuldhulpverlening/kredietverl. Budgetbeheer WSNP
14 lasten 814 42437 1523 1176 829 4278 670 1296 311 53334
baten 26 34216 1529 990 728 859 171 210 170 38899
programmabegroting 2010
-20
-33
-41
14
14
14
saldo -788 -8221 6 -186 -101 -3419 -499 -1086 -141 -14435
105
tlaveren
Pijler Fysiek
106
programmabegroting 2010
tlaveren
Veel van de ruimtelijke kwaliteiten van Zwolle zijn een vaste waarde in en rond de stad. Groen, het water, historische gebouwen die zorgen voor een aansprekend stadsgezicht en buurten die op logische wijze zijn ontstaan bij de groei van Zwolle. Dat koesteren en daar zijn we zuinig op. De recessie biedt wat dit college betreft kansen om samen met onze partners te zoeken naar een versterking van de manier waarop we de stad vormgeven. Duurzaamheid is daarbij een uitgangspunt. We bouwen in Zwolle aan een stad waar waardevolle principes een plek vinden. Het
gaat dan om afgewogen keuzes, waarin de gemeente samen met de partners blijk geeft van een gevoel van verantwoordelijkheid voor de Zwollenaren van nu en van komende generaties. Door de recessie is de bouwproductie onverwacht afgenomen, maar dat biedt tevens kansen. Niet eerder waren de banden tussen de gemeente en partners als marktpartijen en de provincie zo sterk. Een constructieve aanpak. In dit deel van de begroting staat onder meer hoe we, vaak als regisseur, verder bouwen aan de stad. Hoe we conserveren wat we waarderen, zoals groen en historisch erfgoed, en hoe we met aandacht voor het milieu al het moois in onze gemeente ook bereikbaar houden.
Omschrijving /programma
11 Volkshuisvesting 12 Monumentenzorg en archeologie 13 Recreatie 14 Groen 15 Algemeen mobiliteitsbeleid/bereikbaarheid 16 Duurzaamheid/milieu 17 Integraal beheer openbare ruimte 18 Ruimtelijke plannen Totaal
lasten
baten
7269 1022
6244 5
403 7987 3101 46077 1564 67423 programmabegroting 2010
8691 250 21315 36505
reserve saldo mutaties (bedragen x € 1.000) 11 -1014 -1017 0 -403 -897 -193 -2851 1031 -23731 -180 -1744 -35 -30953 107
tlaveren
108
programmabegroting 2010
tlaveren
Inhoud Programma 11
Volkshuisvesting
110
Programma 12
Monumentenzorg en archeologie
115
Programma 13
Recreatie
118
Programma 14
Groen
121
Programma 15
Algemeen Mobiliteitsbeleid en Infrastructuur
125
Programma 16
Duurzaamheid/Milieu
131
Programma 17
Integraal Beheer Openbare Ruimte
138
Programma 18
Ruimtelijke plannen
144
programmabegroting 2010
109
tlaveren
Programma 11 Volkshuisvesting Thema
Samen leven in Zwolle
Beleidskader Het woonbeleid is er op gericht om de bestaande kwaliteiten van Zwolle als woonstad verder te versterken. De ambitie is om de woonmilieudifferentiatie te versterken door in te spelen op de woonwensen die voortkomen uit leefstijlprofielen. We streven daarbij naar een gedifferentieerde bevolkingsopbouw in de wijken. Daarbij staat ook centraal dat vraag en aanbod naar woningen goed op elkaar afgestemd zijn, zodat de Zwolse woningmarkt gezond functioneert en de voortgang in de woningproductie op peil blijft. Binnen het hele woonbeleid hebben wij aandacht voor bijzondere groepen op de woningmarkt. Steeds meer ouderen en mensen met een beperking willen zo lang mogelijk in hun vertrouwde omgeving blijven wonen. Door verbouw en nieuwbouw worden voor deze doelgroepen een groot aantal zogenoemde nultrede- en levensloopbestendige woningen gerealiseerd. De verdere afbouw van verpleeghuis- en verzorgingshuisplaatsen wordt opgevangen door nieuwe woonvormen, zoals beschermd en verzorgd wonen. De woningmarkt is door de kredietcrisis en economische recessie sterk gestagneerd. Wij verwachten dat de productie van nieuwbouwwoningen een duidelijke dip zal hebben in 2010. Wij gaan uit van een woningproductie van 450 woningen in 2010. Samen met het Concilium (gemeente, corporaties, ontwikkelaars, makelaars) en de Zwolse banken is een pakket maatregelen opgesteld dat wordt ingezet om de productie zoveel mogelijk op gang te houden (‘De Zwolse Aanpak’). Relevante beleidsnota’s • Woonvisie (april 2005) • Woonprogramma 2009 (mei 2009) • Convenant Partners in de Stad: prestatieafspraken corporaties en gemeente Zwolle (actualisatie mei 2009) • Structuurplan 2020 • Programma’s, (project)overeenkomsten en (ruimtelijke) plannen voor de grotere woningbouwprojecten (bijvoorbeeld Stadshagen)
Programmaplan 2010 Meerjarige Beleidsdoelstellingen Woningbouwprogrammering Realiseren van een gedifferentieerd aanbod van nieuwbouwwoningen, passend bij de vraag en in een goede mix van woonmilieus, prijs en eigendomssituatie.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
In de periode 2010-2015 kwalitatief, hoogwaardige nieuwbouwproductie van 3600 woningen.
Oplevering van minimaal 450 woningen (zie a), waarvan: • uitbreiding: 250 • inbreiding: 200
Samen met partijen (Concilium) actief inzetten op het stimuleren van de woningmarkt door inzet van ‘De Zwolse Aanpak.’
Opstellen vijfjaarlijkse woonvisie 2011-2015.
Uitvoeren programmamanagement voor woningbouw.
Samenwerking met marktpartijen en corporaties continueren met als doel de woningproductie op peil te houden. (zie b)
Opstellen woonprogramma 2010.
Opstellen marktmonitor over 2009 Programmamanagement (zie c) Deelname aan het woningschap Regio Zwolle (de gemeente Zwolle verzorgt eveneens de uitvoering van de werkzaamheden van het Woningschap)
110
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige Beleidsdoelstellingen Stedelijke vernieuwing Realiseren van een toename van de woonkwaliteit van de bestaande voorraad door herstructurering, verbouw, nieuwbouw en renovatie.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
Afsluiten van jaarlijkse prestatieafspraken met de corporaties.
De Trapjeswijk in Holtenbroek is gesloopt. Er worden 332 nieuwe woningen gerealiseerd. In 2010 wordt gestart met de bouw van de eerste 100 woningen.
Herstructurering en stedelijke vernieuwing in Holtenbroek, Kamperpoort, Diezerpoort en Zwolle-Zuid.
Sloop van de woningen in de Vogeltjesbuurt en bouw van de woningen op de Fenikslocatie in Kamperpoort. Uitvoering geven aan het programma ‘en nu actie’ in het kader van de revitalisering Diezerpoort (zie d) (zie ook programma 18 en 21)
Bevorderen (sociale) woningbouw.
Garantstelling voor verstrekte leningen aan woningbouwcorporaties en instellingen.
Doelgroepenbeleid Ouderen in staat stellen zo lang mogelijk Ongeveer 25% van de nieuwbouwwoningen is geschikt voor ouderen. zelfstandig te wonen.
• Bouw 27 appartementen door SWZ (het Hooge Huys) in Stadshagen • Begin van de bouw van een woonzorgcomplex met 93 appartementen in de Noordschil van Westenholte.
Opplussen bestaande woningen.
In 2010 worden 100 woningen door de corporaties opgeplust voor senioren. In 2010 worden de volgende nieuwe woonvoorzieningen opgeleverd: • 22 appartementen van Dimence (GGZ) in Stadshagen; • 16 eenheden voor begeleid wonen in Woonzorgcomplex van Sprank (verstandelijk gehandicaptenzorg) aan de Reysigerweg. Opleveren van 25 studentenappartementen in de Jenapleinschool (SWZ) (zie f).
Realiseren van voldoende studenteneen- Structurele toevoeging van studentenheden, aansluitend op de vraag. eenheden. Incidentele/tijdelijke studenteneenheden: afhankelijk van de actuele vraag en de mogelijkheden die zich aandienen.
Vraag en aanbod van woonwagenstandplaatsen zijn met elkaar in balans.
In 2010 zijn circa 40% van de op te leveren nieuwbouwwoningen geschikt voor senioren (200 woningen van de geplande 450) (zie e).
Realisatie van specifieke seniorencomplexen.
Mensen met een beperking in staat stel- Realisatie van woonvormen voor bijzonlen (met vormen van begeleiding) zo veel dere doelgroepen (mensen met psychiamogelijk zelfstandig te wonen. trische handicap, jeugdzorg, verstandelijke beperking, lichamelijke beperking).
De woningmarkt is toegankelijk voor starters.
Realisatie 35 Artlofts in de Oude Ambachtschool (SWZ) Het verstrekken van leningen en garanties (in achtervang) (zie j).
Aandeel goedkoop is minimaal 27%
In het kader van de prestatieafspraken is met de corporaties afgesproken dat als de wachttijden oplopen (langer dan 6 maanden) gezocht wordt naar snel te realiseren oplossingen (zie g). Het aandeel goedkoop (huur maximaal €499 per maand) in 2010 bedraagt 23%.
Actieve inzet van startersleningen in het kader van ‘De Zwolse Aanpak’.
Continuering van de uitgifte van startersleningen (zie h).
Aanleg nieuwe woonwagenlocaties en aanpak bestaande woonwagenlocaties.
Aanleg nieuwe standplaatsen door corporaties op meerdere locaties in Stadshagen en overleg met de corporaties over het toekomstig woonwagenbeleid.
programmabegroting 2010
111
tlaveren Meerjarige Beleidsdoelstellingen Vraag naar en aanbod van ligplaatsen voor woonschepen zijn met elkaar in balans.
Verbetering kwaliteit bestaande woningvoorraad
Prestatieafspraken Uitbreiding ligplaatsen voor woonschepen.
Activiteiten 2010 Afronden opstellen uitvoeringsplan op basis van de Waterwoonvisie (zie i). Aanleg van 3 nieuwe ligplaatsen.
Voorzieningen bij bestaande ligplaatslocaties kwalitatief op peil brengen. Subsidieverstrekking in diverse projecten Subsidieverstrekking particuliere gericht op verbetering van de bestaande woningverbetering: project Hoogstraat/ woningvoorraad. Kleine Baan. Het subsidieplafond is op hetzelfde bedrag vastgesteld als in 2007 (zie k). Subsidieverstrekking restauratie gemeentelijke monumenten; zie deelprogramma 12 Subsidieverstrekking voor het opplussen van woningen
Uitvoering regeling kamerverhuur.
Uitvoering regeling Kamerverhuur (Huisvestingsverordening 1996 en Gebruiksbesluit).
Bestuursdwang.
Subsidieverstrekking aan NIROV en VAC. Behandeling van aanvragen voor een onttrekkingsvergunning en meldingen op grond van gebruiksbesluit, toezicht op naleving van de verordening en handhaving in geval van overtredingen (zie l). Uitvoeren bestuursdwang.
Toelichting programmaplan a.
b.
c.
d.
e.
112
In het Structuurplan is de ambitie opgenomen om in de periode 2010-2020 gemiddeld circa 900 woningen per jaar te realiseren. Wij gaan hierbij uit van een bandbreedte van rond de 150 woningen per jaar. Door de kredietcrisis en de economische recessie is de woningmarkt gestagneerd. Dit heeft in 2009 geleid tot een sterke afname van de verkoop van en uitgifte voor nieuwbouwwoningen. Omdat woningen doorgaans een jaar na verkoop/uitgifte worden gerealiseerd, leidt dit tot een daling van de woningproductie in 2010 tot 450 woningen. Samen met het Concilium - de vereniging van gemeente en marktpartijen - is in 2009 ‘De Zwolse Aanpak’ geformuleerd, waarmee beoogd wordt de woningmarkt en de productie van nieuwbouwwoningen te stimuleren. De samenwerking met de marktpartijen wordt verder uitgebouwd langs twee sporen. Enerzijds wordt op projectniveau steeds nauw samengewerkt met de marktpartijen bij het opstellen van de programma’s van eisen en de stedenbouwkundige plannen, zodat de kennis van de marktpartijen optimaal kan worden benut om het aanbod goed te laten aansluiten bij de vraag. Anderzijds wordt in het Concilium gewerkt aan de doelstelling van de vereniging: versnellen van de woningbouwproductie, door projecten te evalueren en adviezen te geven voor het wegnemen van belemmeringen en door marktonderzoek (onder meer het opstellen van de marktmonitor). De samenwerking met het Concilium is in deze periode van economische recessie sterk gericht op het op peil houden van de woningproductie en het vlottrekken van de woningmarkt. De samenwerking met de corporaties komt tot uitdrukking in het convenant ‘Partners in de Stad’; dit convenant wordt voor 2010 opnieuw geactualiseerd. Het instrument programmamanagement wordt ingezet voor de bewaking van bouwproductie. Hierbij gaat het niet alleen om aantallen te bouwen woningen, maar ook om de doelstellingen voor differentiatie van prijs, type, huur/koop en inbreiding/uitbreiding. Elk kwartaal wordt een voortgangsrapportage opgesteld, op basis waarvan het beleid kwantitatief en kwalitatief kan worden bijgestuurd. De gemeente Zwolle heeft van het ministerie van WWI voor de aanpak van Diezerpoort twee miljoen euro subsidie gekregen (wijkaanpak 40+-wijken). Deze activiteiten worden ingezet in een mix van maatregelen op het terrein van sociaal, leefbaarheid en wijkeconomie. Voor de cofinanciering wordt ondermeer ook gebruik gemaakt van de middelen die nog beschikbaar zijn in het decentralisatiefonds stadsvernieuwing. Voor de komende 4 jaar hebben wij € 630.000 gereserveerd. Er kan onderscheid worden gemaakt tussen voor senioren geschikte woningen en woningen die specifiek voor ouderen zijn bestemd. In beginsel kan elke gestapelde woning die met een lift bereikbaar is als ‘geschikt voor senioren’ worden beschouwd. Dat zijn jaarlijks circa 200 woningen.
programmabegroting 2010
tlaveren
f. en g. De afgelopen jaren hebben de corporaties gemiddeld 70 tot 80 studenteneenheden structureel aan de woningvoorraad toegevoegd. Daarnaast worden de mogelijkheden van tijdelijke verhuur van de te slopen complexen in Holtenbroek en Kamperpoort optimaal benut. In voorbereiding is de realisatie van 450 studenteneenheden voor de studenten van het Windesheim Honours College op de locatie Pannekoekendijk – Burg. Roelenweg. Voor de langere termijn wordt rekening gehouden met de bouw van studentencomplexen in de Spoorzone. h. Het gaat hier om de uitgifte van startersleningen op grond van de Verordening VROM-startersleningen. In het kader van De Zwolse Aanpak is de maximale koopsom waarvoor een starterslening kan worden verkregen verhoogd tot € 235.000 (en bij projectmatige nieuwbouw tot € 265.000). i. De Waterwoonvisie is in december 2007 door de raad vastgesteld. In deze visie wordt ingegaan op de verschillende mogelijkheden voor wonen aan en op het water. Bij de uitwerking wordt gekeken naar de uitbreiding van de ligplaatsen voor woonschepen en het walgebruik. j. Zie het Overzicht van Gewaarborgde Geldleningen in het Bijlagenboek van de begroting 2010 voor een specificatie van de hier bedoelde garantiestellingen. k. De subsidieverordening Stedelijke Vernieuwing is in 2007 gewijzigd. Het voor deze regeling gereserveerde budget is gehandhaafd op het niveau van 2007 en volledig gereserveerd voor de verbetering van eigen woningen in de Hoogstraat/ Kleine Baan. l. Betreft de uitvoering van de regelgeving voor kamerverhuurpanden, onttrekkingsvergunning en meldingen op grond van het Gebruiksbesluit. m. De corporaties onderzoeken in hoeverre de zoekduur naar een huurwoning bekort kan worden door aanpassing van het woonruimteverdeelsyteem. De planning is erop gericht om het systeem per 2011 te wijzigen.
Kengetallen Kengetallen Aantal woonruimten per 31/12 volgens O&S/Zebra Aantal huishoudens per 31/12 Voorraad corporatiewoningen per 31/12 WOZ-waarde tot € 100.000 [%] WOZ-waarde van € 100.000 tot 150.000 [%] WOZ-waarde van € 150.000 tot 200.000 [%] WOZ-waarde van € 200.000 tot 250.000 [%] WOZ-waarde van € 250.000 tot 300.000 [%] WOZ-waarde van € 300.000 en meer Woningproductie, zoals opgegeven aan het CBS waarvan inbreiding Woningsloop, zoals opgegeven aan het CBS Aantal verkochte woningen (NVM-gegevens)4 Gemiddelde verkoopprijs verkochte woningen (NVM-gegevens) Aantal dagen dat een woning gemiddeld te koop staat (NVM-gegevens) Aantal voor verhuur beschikbaar gekomen corporatiehuurwoningen Gemiddelde wachttijd voor een corporatiehuurwoning
2005 2006 2007 2008 51.006 51.811 52.487 53.264 47.619 48.639 49.309 49.981 17.942 nb nb 18.361 4% 5% 12% 12% 19% 22% 25% 28% 34% 37% 36% 36% 21% 17% 12% 11% 8% 8% 6% 6% 14% 11% 8% 7% 930 967 918 813 21% 53% 37% 37% 37 91 176 29 1495 1.462 1.429 1.125 € 205.000 € 206.000 € 209.000 221.5005 88 dagen 90 dagen 72 dagen 65 dagen6 2.038 1.822 1791 1878 19 maanden 18 maanden 23 maanden 26 maanden
nb=niet bekend 4 De NVM-gegevens betreffen ¾ van het aantal transacties bestaande woningen in Zwolle; exclusief verkoop nieuwbouwwoningen. 5 Deze cijfers zijn vertekend door het geringe aantal woningen waar zij betrekking op hebben, met name in het derde en vierde kwartaal van 2008 6 Dit is een jaargemiddelde. De looptijd liep in het vierde kwartaal – en vooral in het eerste kwartaal 2009 – sterk op.
programmabegroting 2010
113
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: - Stimuleringsfonds volkshuisv. Resultaat na bestemming
rekening 2008 7643 6629 -1014 142 -872
begroting 2009 2010 7252 7269 6358 6244 -894 -1025
-894
11 -1014
meerjarenraming 2011 2012 7269 7269 6244 6244 -1025 -1025
2013 7269 6244 -1025
-1025
-1025
-1025
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Met name trendmatige aanpassingen, bijstelling rente-ontvangsten/-kosten van woningbouw en capaciteitsverdeling. Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
8
Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Ligplaatsen woonschepen
-70
Nadere specificatie programmabudget 2010: Bijzondere doelgroepen Kamerverhuur Bestuursdwang Woningbouwprogrammering Beleid stedelijke vernieuwing Doelgroepenbeleid Woningexpl. toegelaten instell.
114
lasten 494 160 76 310 619 130 5469 7258
baten 53 91 30 581 20 5469 6244
programmabegroting 2010
saldo -441 -69 -46 -310 -38 -110 0 -1014
8
8
8
tlaveren
Programma 12 Monumentenzorg en archeologie Thema
Samen leven in Zwolle
Beleidskader De kracht van Zwolle is mede gebaseerd op de prachtige historische binnenstad en de rijkdom van historische gebouwen en plaatsen in de omliggende wijken en in het buitengebied. Historische waardevolle objecten leveren een belangrijke bijdrage aan de (kwaliteit van) de leefomgeving en aan het historisch besef. Het archeologisch erfgoed draagt bij aan het inzicht over het ontstaan van onze stad en omgeving en over de bewoners en hun gebruiken. Het is vaak de enige bron van onze geschiedschrijving. Het erfgoedbeleid is daarom gericht op de instandhouding van historisch waardevolle objecten, stedenbouwkundige en landschappelijke structuren en op het beschermen, behouden en onderzoeken van archeologische waarden. De instandhouding gebeurt onder andere door vergunningen, subsidies, het uitvoeren van archeologisch onderzoek, publicaties en publieksvoorlichting/bereik. Verder worden de niet verhuurde monumenten (zoals de Peperbus en de molens) door de gemeente beheerd.
Nieuw rijksbeleid Modernisering Monumentenzorg (MoMo) is een stelseldiscussie die in 2009 moet leiden tot een nieuw monumentenbeleid van het rijk. Het nieuwe stelsel betekent een wijziging van objectgerichte monumentenzorg naar een geïntegreerde cultuurhistorische benadering bij ruimtelijke ontwikkelingen. Het nieuwe monumentenbeleid valt onder het thema ‘Mooier Nederland’ dat als hoofdlijn binnen de notitie ‘Kunst Van Leven’ wordt uitgewerkt. Behoud en ontwikkeling van cultuurhistorische waarden maken daarin een belangrijk onderdeel uit van het verbeteren van de kwaliteit van de leefomgeving. Relevante beleidsnota’s: • Kunst Van Leven (Rijk) • Modernisering Monumentenzorg (Rijk) • Beleidsplan voor Monumentenzorg en Archeologie (2000) • Archeologiebeleid gemeente Zwolle (2008) • Monumentenverordening 2004 • Subsidieverordening Stedelijke Vernieuwing
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Veiligstellen van archeologische waarden.
Prestatieafspraken Het Archeologiebeleid van de gemeente Zwolle wordt uitgevoerd (zie a).
Activiteiten 2010 Onderzoek naar bescherming van terreinen van bijzondere waarde als gemeentelijk archeologisch monument.
Archeologisch waardevolle gebieden zijn opgenomen in het bestemmingsplan (zie b).
In alle nieuwe bestemmingsplannen wordt, indien nodig, een archeologische dubbelbestemming opgenomen.
Er zijn in 2015 geen achterstanden meer in uitwerking van opgravingen van voor 2001 (zie c).
Er verschijnen 3 tot 4 rapporten van opgravingen van vóór 2001.
programmabegroting 2010
115
tlaveren Meerjarige doelstellingen Duurzaam instandhouden van cultuurhistorische en monumentale waarden.
Prestatieafspraken Er wordt toegezien op de zorgvuldige omgang met monumentale waarden (zie d).
Activiteiten 2010 Ca. 30 monumenteigenaren/beheerders worden begeleid bij hun restauratie-/verbouwingsplan.
Ook niet-verhuurde monumenten in gemeentelijk bezit verkeren in goede staat van onderhoud (zie e).
Ca. 20 monumenteigenaren/beheerders ontvangen een gemeentelijke onderhouds- of restauratiesubsidie.
De gemeentelijke monumentenlijst wordt Onderhoud aan ca. 10 objecten n.a.v. inspectie uit het beschikbare ondergeactualiseerd (zie f). houdsbudget. De restauratie van oliemolen De Passiebloem wordt afgerond. De restauratie de fontein op het Van Nahuysplein wordt afgerond. Ca. 40 gebouwen worden na inventarisatie aangewezen tot gemeentelijk monument. Toelichting programmaplan: Archeologie a. Het archeologiebeleid Zwolle (vastgesteld door de raad op 18 augustus 2008) regelt de implementatie van de wet op de Archeologische Monumentenzorg (2007) en de nadere uitwerking daarvan. b. ‘Zwolle Op Orde’ bepaalt de volgorde en het tempo van de vernieuwing van de bestemmingsplannen. c. In 2003 is een begin gemaakt met een inhaalprogramma om opgravingen van vóór 2001 uit te werken. Voor 2003 waren daarvoor geen middelen beschikbaar. De inhaalslag is geraamd op 12 jaar mensjaren werk en moet in 2015 gereed zijn. Monumenten d. Door de grote concentratie van monumentale waarden en de te verwachten ontwikkelingen in de binnenstad gaat de aandacht voor een belangrijk deel naar de binnenstad uit. Cultuurhistorische waarden zijn echter alom in de gemeente aanwezig. Mede gezien de contouren van het nieuwe rijksbeleid en de discussie omtrent omgevingskwaliteit bieden o.a. cultuurhistorische analyses en waardestellingen kaders om vooraan in het planproces rekening te houden met de aanwezige belangrijke cultuurhistorische waarden. Dit is echter nog niet in alle gevallen verzekerd. Nadat het nieuwe rijksbeleid is gepresenteerd, willen wij een beleidsbrief opstellen, waarin de gevolgen voor Zwolle en de Zwolse kaders worden weergegeven. e. De restauraties van de fontein op het Van Nahuysplein en de oliemolen De Passiebloem zijn en worden begonnen. De restauraties zijn mede mogelijk gemaakt door forse rijks- en provinciale subsidie. In 2010 worden de restauraties afgerond. f. Binnen de huidige gemeentelijke monumentenlijst ligt het accent op gebouwen uit de periode 1850 tot 1940. De noodzaak wordt breed onderkend om deze lijst te actualiseren door inventarisatie en uitbreiding. Daartoe zijn in voorgaande jaren (meerjarig incidentele) middelen beschikbaar gesteld. In het proces wordt ingestoken op een brede burgerparticipatie (o.a. meedenken burgers en brede selectiecommissie). Belangrijke tijdsperiodes/thema´s zijn daarbij gebouwen van voor 1850, Wederopbouw en boerderijen. Allereerst is de focus op de historische binnenstad gericht.
Kengetallen: Aantal archeologische monumenten aantal monumenten op Rijkslijst aantal monumenten op gemeentelijke lijst
116
1-1-2005 1-1-2006 1-1-2007 1-1-2008 1-1-2009 1 1 1 1 1 458 460 460 460 460 290 307 308 311 315
programmabegroting 2010
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid
2009 1010 5 -1005
begroting 2010 1022 5 -1017
2011 1022 5 -1017
meerjarenraming 2012 2013 1022 1022 5 5 -1017 -1017
-1005
-1017
-1017
-1017
-1017
Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Monumentensubsidies(gem. verordening)
-40
-40
-40
-40
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Monumentensubsidies
-50
-50
-50
-50
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Inventarisatie uitbreiding gem. monumentenlijst
-40
-40
0
0
0
0
Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Resultaat na bestemming
rekening 2008 1575 443 -1132 -48 -1180
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Trendmatige aanpassing.
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Nadere specificatie programmabudget 2010: Monumentenzorg Archeologie
lasten 708 314 1022
baten 5
programmabegroting 2010
5
saldo -703 -314 -1017
117
tlaveren
Programma 13 Recreatie Thema
Samen leven in Zwolle
Beleidskader In de Recreatievisie (2004) worden de ambities tot 2016 geformuleerd. Als algemene ambitie is aangegeven dat de gemeente er naar streeft de hoeveelheid voorzieningen mee te laten groeien met de recreatiebehoeften van de stad. Andere ambities zijn het vergroten van de recreatieve belevings- en gebruikswaarde van het ‘blauwe’ netwerk, het afstemmen van de binnenstedelijke recreatie op veranderende behoeften en wensen, het optimaliseren van de kwaliteit van het routenetwerk en het zorgen voor een divers recreatief aanbod. Het bestaande beleid ten aanzien van de dierenweiden wordt geactualiseerd. Het beleid voor de speelvoorzieningen is vastgelegd in de nota Speelruimte in Zwolle van 2000. Hierin zijn onder meer vastgelegd de uitgangspunten voor de spreiding en inrichting van de speelvoorzieningen. De belangrijkste zijn dat de speelvoorzieningen veilig moeten zijn en aansluiten op de behoeften in de buurt. Relevante beleidsnota’s: • Recreatievisie, vastgesteld november 2004 • Speelruimte in Zwolle, vastgesteld juli 2000 • Buurtweiden en Wijkboerderijen, vastgesteld december 1993 • Ligplaatsenbeleid recreatievaartuigen, vastgesteld mei 1995 • Beter met Bos en Recreatie, vastgesteld 20 december 1994 • Kwaliteitsimpuls Langenholte, vastgesteld Coördinatie Commissie Hasselt-Zwolle 2004 • Programma Noordelijke Stadsrand Zwolle (augustus 2006); • SNIP3-besluiten “Dijkverlegging Westenholte” en “Scheller- en Oldeneler Buitenwaarden” ; • Ontwikkelingsvisie Buurtschap IJsselzone Zwolle, vastgesteld d.d. 8 december 2003; • Ontwikkelingsvisie Zandwetering, vastgesteld d.d. 20 december 2005; • Ontwikkelingsperspectief en Uitvoeringsprogramma Nationaal Landschap IJsseldelta (2006); • Structuurplan 2020, vastgesteld juni 2008 • Masterplan Ruimte voor de Vecht (concept 2009)
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Bieden van voldoende recreatiemogelijkheden in en om de stad
Prestatieafspraken Recreatief netwerk van wandel-, fiets- en ruiterpaden vergroten (mede voor de doelgroep senioren) in de periode 2009-2013
Activiteiten 2010 Aanleg en afronding: • fietsverbinding Westerveldse Aa tussen Boerendansedijk en Kuyerhuislaan door aanleg fietsbrug • fietsverbinding tussen waterretentie Zalné en Herfterlaan (zie a) Bijdragen aan planvorming en genereren van middelen voor recreatiepaden en voorzieningen binnen de volgende projecten: • Kwaliteitsimpuls Langenholte • Westerveldse Aa (fietspad ten zuiden van de Kuijerhuislaan) • Noordelijke Stadsrand (ook in relatie met Stadshagen 2) • Nationaal Landschap IJsseldelta (ook in relatie met Ruimzichtkreek) • Schellerdriehoek • Koploperproject dijkverlegging Westenholte in combinatie met nieuw landgoed Vreugderijk • Koploperproject Scheller- en Oldeneler buitenwaarden • Buurtschap IJsselzone • Zandwetering en Molenpolder • Ruimte voor de Vecht (zie b)
118
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Vergroten recreatieve mogelijkheden in Stadshagen
Bieden van voldoende speelmogelijkheden voor de jeugd van 0 -18 jaar. (voor instandhouding zie programma 17 Integraal Beheer Openbare Ruimte
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010 De mogelijkheden voor een wandelnetwerk worden onderzocht. Evenals de mogelijkheden voor Rustpunten. (Zie c)
De drie zwemplassen functioneren goed (bezoekersaantallen blijven constant of stijgen) en de inrichting is afgestemd op de behoefte. Wijkboerderij Stadshagen (realiseren wijkboerderij in 2009/2010) Zwemplas Milligerplas. (in 2010 is de aanleg van de zwemplas Milligerplas in Stadshagen voltooid). Speelvoorzieningen (In 2010 is het aantal speelvoorzieningen uitgebreid conform "Speelruimte in Zwolle" en speelruimtekaarten 0 - 18 jarigen)
Vaststelling van de Ontwikkelingsvisie voor de Wijthmenerplas. (zie d)
Aanbieden sociaal-culturele /natuureducatieve activiteiten. Bouw definitieve wijkboerderij. (zie e). De inrichting van het zwemgedeelte van de plas alsmede de inrichting van de oostkant van de Milligerplas wordt afgerond. (zie f) De stadsdeelskatebaan in Stadshagen wordt aangelegd Afronden aanleg avontuurlijk speelterrein in park Wezenlanden Aanleg speelplekken 0 - 12 jarigen in Stadshagen (Werkeren) Aanleg speelterrein met accent op natuurlijk spelen in Oude Weteringzone van Stadshagen. (zie g)
Toelichting programmaplan a. De aanleg van de genoemde fietsverbindingen wordt óf in 2010 gestart óf afgerond. Het aanvankelijke streven was de aanleg in 2009; maar door bezwaarschriften in het kader van de benodigde ruimtelijke ordeningsprocedures is de aanleg vertraagd. Er zijn middelen beschikbaar gesteld vanuit het ILG. b. De aanleg van recreatievoorzieningen maakt onderdeel uit van grote (groen) projecten. Vanuit recreatie wordt een bijdrage geleverd aan de planvorming. De financiering van de recreatieonderdelen kan deels meegenomen binnen de exploitatie van de bedoelde projecten en ILG; maar voor een deel echter niet. Om die reden is het genereren van middelen als activiteit opgenomen. Zie programma Groen (nr. 14). c. Team Recreatie & Toerisme IJsselland (voormalig Regio IJssel-Vecht) onderzoekt in opdracht van Zwolle-Kampen Netwerkstad de mogelijkheid om een wandelnetwerk te realiseren. Wanneer het onderzoek is afgerond (gereed 2010), zullen de mogelijkheden duidelijk zijn alsmede de financiële consequenties. De mogelijkheden voor Rustpunten worden eveneens onderzocht. d. Met het opstellen van de Ontwikkelingsvisie voor de Wijthmenerplas is in 2008 gestart. Het wordt een Visie voor alle functies die op de plas een plek hebben of er zich kunnen ontwikkelen. In 2009 is een marktverkenning opgesteld voor het onderdeel commerciële vrijetijdsvoorzieningen. Op basis daarvan worden de scenario’s Outdoor en Health verder uitgewerkt. In 2010 worden de verschillende gebruikersgroepen benaderd zodat hun wensen en behoeften in kaart gebracht kunnen worden. Met de omwonenden van de Wijthmenerplas is in 2009 een overlegtraject gestart; dit wordt in 2010 gecontinueerd. e. In 2010 worden bij Landstede uren natuurgerichte sociaal culturele activiteiten ingehuurd voor de wijkboerderij in Stadshagen. De bouw van de definitieve wijkboerderij is in het najaar van 2009 gestart en wordt in 2010 gecontinueerd. f. In 2009 is gestart met de aanleg van het wandelpad rond de plas. Dit wordt zo ver mogelijk afgerond. De totale afwerking van de plas (met name het noordelijk gedeelte) wordt gekoppeld aan de realisatie van Stadshagen 2. Wanneer de locatie voor het laatste zanddepot bepaald is, kan ook het zwemgedeelte worden voltooid (naar verwachting 2010). g. In de Oude Weteringzone binnen Stadhagen wordt een speelvoorziening aangelegd voor de leeftijdscategorie van 6 tot 12 jaar. Naast toestellen komen er ook natuurlijke elementen, zoals terreinverhogingen. Hiermee wordt ingespeeld op de toenemende behoefte aan natuurlijk spelen.
programmabegroting 2010
119
tlaveren
Kengetallen Dierenweiden
Tuincomplexen
Zwemplassen
Fiets-, wandel en ruiterpaden
Speelvoorzieningen
2008 12 buurtweiden 3 wijkboerderijen 3 gemeentelijke dierenweiden Totaal 16,8 ha 3 jeugdtuinen 13 nutstuinen 2 volkstuinen 11 particuliere complexen Totaal 12,5 ha (excl. particuliere gronden) Agnietenplas, Wijthmenerplas Milligerplas Totaal 140 ha (incl. water) ca 33,5 km vrijliggend fiets- en wandelpad in het buitengebied met 2 fiets- en voetveren ca 20 km ruiterpad 380 speelplekken en 1225 toestellen 10 skatebanen
2009 Onveranderd
Onveranderd
Onveranderd
Toegevoegd ca. 2 km wandel- en fietspad langs de Westerveldse Aa 379 speelplekken en 1227 toestellen 10 skatebanen
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Resultaat na bestemming
rekening 2008 0 0 0
begroting 2009 2010 0 0 0 0 0 0
0
0
0
meerjarenraming 2011 2012 0 0 0 0 0 0 0
0
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Op dit programma zijn geen budgetten op basis va nbestaand beleid geraamd. De budgetten voor beheer recreatie worden verantwoord onder programma 17 integraal beheer openbare ruimte. Besluitvorming PPN 2009-2012 ( meerjarig incidenteel): ZKN: Ontdek de Ijsseldelta
120
programmabegroting 2010
-50
-50
-50
2013 0 0 0 0
tlaveren
Programma 14 Groen Thema
Samen leven in Zwolle
Beleidskader In het Groenbeleidsplan, het structuurplan en de verschillende andere onderstaande beleidsnota’s zijn de groene ambities geformuleerd. De algemene ambitie is een aan de groei van de stad gekoppelde uitbouw van een kwalitatief en kwantitatief goed ontwikkelde groenstructuur, die ten dienste staat van een optimaal gebruik door de bevolking met een hoge natuur- en beeldkwaliteit. Daarbij wordt aansluiting gezocht bij de opgaven vanuit onder meer de beleidsvelden recreatie en milieu (onder andere water). Zwolle staat (inter)nationaal hoog aangeschreven om zijn groen, we waren bijvoorbeeld Groenste Stad van Europa in 2006. Het is de opgave deze verdienste duurzaam vast te houden en uit te dragen. Groen draagt in belangrijke mate bij aan een in vele opzichten gezonde stad (goed microklimaat, betere luchtkwaliteit en een ruimte voor bewegen, spelen, ontmoeten, rust en ontspanning). Een hoogwaardige groenstructuur leidt tot een gunstig vestigingsklimaat en biedt ruimte aan vele culturele en toeristische activiteiten. Het omringende zeer gevarieerde landschap draagt hiertoe ook in sterke mate bij. De toenemende bereidheid van het rijk en de provincie te willen investeren in het behouden en vergroten van de kwaliteit van het landelijk gebied, biedt ons het perspectief verschillende gewenste projecten in het buitengebied te realiseren. Dit vereist in het algemeen wel inzet van cofinanciering. Voorbeelden zijn Ruimte voor de Vecht, Nationaal Landschap IJsseldelta en het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG). Bij de laatste twee zijn hierover al uitvoeringsconvenanten gesloten. Relevante beleidsnota’s: • Visie Noordelijke Stadsrand Zwolle (concept 2009); • Landschapontwikkelingsplan Zwolle-Zwartewaterland-Kampen (concept 2009); • Visie Buitengebied Zwolle (vastgesteld voorjaar 2009 ) • Masterplan Ruimte Voor de Vecht (concept 2009); • SNIP3-besluiten Dijkverlegging Westenholte en Scheller- en Oldeneler Buitenwaarden (najaar 2008); • Structuurplan 2020 (vastgesteld juni 2008); • Ontwikkelingsperspectief en Uitvoeringsprogramma Nationaal Landschap IJsseldelta (vastgesteld 2006); • Beleidslijn Revitalisering Westerveldse Aa; leidraad voor beekherstel (vastgesteld 2006); • Ontwikkelingsvisie Zandwetering (vastgesteld d.d. 20 december 2005); • Kwaliteitsimpuls Langenholte (vastgesteld door Coördinatiecommissie Hasselt-Zwolle 2004); • Ontwikkelingsvisie Buurtschap IJsselzone Zwolle (vastgesteld d.d. 8 december 2003); • Ontwikkelingsplan Deelgebied Hasselt-Zwolle (vastgesteld d.d. 9 september 2002); • Nota Binnenstadsparken; leidraad voor verdere uitwerking per park (1999); • Groenbeleidsplan 1998-2010 (vastgesteld d.d. 30 maart 1998); Op groenbeheer toegesneden beleidskaders, zie programma 17.
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Prestatieafspraken Verbetering grootschalig groen in en om Park de Wezenlanden Herinrichtingsplan 15 ha, gefaseerde de stad. uitvoering gereed in 2011. Parklandschap Berkum-Wijthmen Beekherstelplan Westerveldse Aa gefaseerd uitvoeren.
Activiteiten 2010 Realisatie deelprojecten 3 en 11. Voorbereiding van deelprojecten, 8, 12, 13, 20 en 21 (zie a). Planuitwerking en raadsvoorstel voor een onderdeel van het beekherstelplan Westerveldse Aa, namelijk ten zuiden van de Kuijerhuislaan. Circa 2 ha. natte natuur/waterberging inclusief fietsverbinding richting Wijthmenerplas, gereed in 2011 (zie b). Planuitwerking en raadsvoorstel voor de aanleg van twee faunapassages in de Westerveldse Aa: kruising met Rechterland en kruising met Oude Meppelerweg (gecombineerd met reconstructie Ceintuurbaan).
programmabegroting 2010
121
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestatieafspraken
Stadshagen – Nationaal Landschap IJsseldelta. Uitvoeringsprogramma Noordelijke Stadsrand Zwolle gefaseerd uitvoeren.
Activiteiten 2010 Aanleg faunapassage (in combinatie met fietsbrug) over Nieuwe Vecht. Gezamenlijke lobby (gemeente, provincie en waterschap) richting rijk (V&W) t.b.v. realisatie faunapassage bij de A28. Na raadsbesluit eind 2009 over Uitvoeringsprogramma ‘Noordelijke Stadsrand Zwolle’, beginnen met uitvoering projecten, waaronder natuurcompensatie Stadshagen en herstel Ruimzichtskreek, zie c.
Bijdragen aan het uitvoeringstraject Dijkverlegging Westenholte (trekker Waterschap) in combinatie met het nieuw landgoed Vreugderijk. Het afronden van planologische procedures. De gemeente zal samen met de andere Vechtcorridor – Langenholte partners van het provinciale programma Gefaseerd uitvoeren van gebiedsplan Hasselt-Zwolle (Vecht-Regge). Eind 2009 ‘Ruimte Voor de Vecht’ onderdelen (helpen) uitvoeren zoals genoemd in is dit plan vervangen door de opvolger: het Uitvoeringsprogramma Masterplan Uitvoeringsprogramma Ruimte Voor de Ruimte Voor de Vecht (zie d). Vecht. In 2010 wordt: • Waarschijnlijk begonnen met de Gebiedsontwikkeling Vechtcorridor Zwolle (in afstemming met Besluit MER N340 en afhankelijk van de verkenning) • Afgerond de aanleg natuurbuffer Agnietenberg • Uitgevoerd enkele recreatieve voorzieningen in Langenholte IJsselzone De gemeente draagt bij aan het uitGefaseerde uitvoering Ontwikkelingsvisie voeringstraject Uiterwaardvergraving Buurtschap IJsselzone Zwolle van 2003. Scheller- en Oldeneler Buitenwaarden (trekker waterschap) en het afronden van planologische procedures (zie e).
Realisatie groenreconstructies als gevolg van andere ruimtelijke ontwikkelingen.
Begeleiding particuliere Rood voor groen initiatieven.
122
Vereniging Buurtschap IJsselzone voert het bedrijfsplan 2010 uit (o.a. verdere fonds- en contractvorming). Effectief aanhaken bij niet-primair vanuit Leveren groene inbreng bij projecten binhet groen geïnitieerde ruimtelijke activi- nen andere programma’s, onder andere teiten die wel van invloed zijn op het (ste- ruimtelijke plannen/volkshuisvesting, delijk) groen. Prestaties zijn genoemd bij zoals: • Hofvlietpark andere programma’s. • Diezerpoort • Spoorzone • Stadshagen • Hessenpooort • Binnenstadsprogramma Na goedkeuring van het Definitief OntVanuit de Raad geïnitieerde project ‘Schellerdriehoek Groen’ als gevolg van werp in de raad (naar verwachting eind 2009) zal het inrichtingsplan gefaseerd besluitvorming Structuurplan 2020 worden uitgevoerd; In welke mate en met welk tempo is mede afhankelijk van de beschikbaar gestelde middelen en/of subsidies. Voor 2010 hebben wij € 150.000 uitgetrokken. Begeleiding Landgoed Vreugderijk. Procesbegeleiding tijdens activiteiten (vaststellen bestemmingsplan)
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen Visieontwikkeling
Prestatieafspraken Het actualiseren van beleid voor het buitengebied en het groen in de stad is gewenst.
Activiteiten 2010 Vaststelling van het intergemeentelijk Landschapsontwikkkelingsplan ZwolleZwartewaterland-Kampen in de raden (zie g).
In stand houden en verbeteren bestaand Zie programma 17 stedelijk groen. Toelichting programmaplan: a. In Park de Wezenlanden worden in 2010 aangelegd de deelprojecten 3 Wandelpad over de dijken (in combinatie met dijkverzwaring) en 11 Route langs de dijk. Voorbereidende werkzaamheden worden verricht ten behoeve van deelprojecten 8 Fietspad Wipstrik-Assendorp (brugverbinding met Wipstrik), deelproject 12 Horecapaviljoen, deelproject 13 Ingang Alferinkweg, deelproject 20 Wijkboerderij en deelproject 21 Verbetering aansluiting op de Nooterhof. b. Voor de revitalisering van de Westerveldse Aa ten zuiden van de Kuijerhuislaan kan planvorming verder worden opgepakt nu dekking uit onder meer het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG) 2008-2013 geregeld is. Bovendien is samen met het waterschap in 2009 een verkenning uitgevoerd naar de mogelijkheden voor faunapassages bij de knelpunten in de beekloop. De uitvoering wordt in 2010 opgepakt met inzet van ILG-middelen. c. De vaststelling van de visie ‘Noordelijke Stadsrand’ en het daaropvolgende Uitvoeringsprogramma is nog voorzien in 2009. De verwachting is dat enkele projecten dan in 2010 gerealiseerd kunnen worden. Het gaat dan om het herstel van de Ruimzichtskreek en delen van natuurcompensatie Stadshagen. Mogelijk zijn er nog meer recreatieve voorzieningen in het landelijk uitloopgebied van Stadshagen te realiseren. d. Met de vaststelling van het masterplan “Ruimte Voor de Vecht” eind 2009 door de partners (gemeenteraden en AB’s waterschappen) en Provinciale Staten, ligt de hoofdkoers voor de ontwikkeling van het Vechtdal vast. Het Uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks geactualiseerd, met ook daarin opgenomen projecten die op het Zwolse grondgebied worden uitgevoerd. Voor de gemeentelijke bijdrage voor verschillende projecten, kan conform de Perspectiefnota 2010 een beroep worden gedaan op het cofinancieringsfonds. Samen met het waterschap, Landschap Overijssel en financiële ondersteuning uit “Ruimte Voor de Vecht” wordt in seizoen 2009-2010 de natuurbuffer Agnietenberg aangelegd (gecombineerd met de ontstening van de Vechtoevers bij natuurgebieden). Ook wordt vanuit dit programma mogelijk in 2010 nieuwe natuur aangelegd tussen Terra Nautic en de A28. e. In verband met “Ruimte voor de Rivier” en de verplaatsing van de drinkwaterwinning van Vitens moet een landbouwbedrijf verplaatst worden. Een kleine kavelruil moet uitkomst bieden om tot een betere landbouwkundige situatie te komen en enige recreatieve voorzieningen mogelijk te maken. Voor deze voorzieningen zijn reeds gelden gereserveerd binnen het ILG. Samen met Vereniging Buurtschap worden activiteiten en projecten binnen het gebied afgestemd en geïnitieerd. Het bedrijfsplan 2010 is voor de Verenigingsactiviteiten leidend. f. In september 2009 is gereed het Voorlopig Ontwerp voor de Schellerdriehoek. Dit is - volgens het principe van Samen Maken We de Stad - voortgekomen uit een coproductie van de belangenvereniging Schellerdriehoek, de Wijkenvereniging ZwolleZuid en de gemeente, waarbij de randvoorwaarden van de gemeenteraad als uitgangspunt zijn gehanteerd. Er zal voor de financiering een beroep worden gedaan op de in het najaar te verdelen wijkbudgetten en het mogelijk verkrijgen van subsidies. Tevens is in het kader van incidenteel beleid 2010 € 150.000 gereserveerd. g. Ter vervanging van het Landschapsbeheersplan uit 1983 wordt het intergemeentelijke Landschapsontwikkelingsplan ZwolleZwartewaterland-Kampen in het kader van het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG) opgesteld. Dit komt eind 2009, begin 2010 in concept beschikbaar voor bestuurlijk vaststelling door de raden van de drie gemeenten. Het uitvoeringsprogramma sluit één-op-één aan op de uitvoeringsprogramma’s van de verschillende bestaande gebiedsvisies. Voor wat betreft het landschapsbeheer wordt er een voorstel gedaan over de inrichting van de organisatie voor het effectief toepassen van het provinciale instrument Groene en Blauwe Diensten.
programmabegroting 2010
123
tlaveren
Kengetallen: areaal stedelijk groen: areaal bos/recr. gebied:
± 655 hectare (d.i. excl. begraafplaatsen, sportterreinen en dierenweiden). ± 230 hectare (d.i. excl. Wijthmenerplas, Milligerplas en Agnietenplas).
Hier is in 2008 aan toegevoegd: - 4,2 ha bos bij Wijthmen (Zwolse Buiten)
Hier is in 2009 aan toegevoegd - 13 ha bij Westerveldse Aa ten Noorden van de Kuyerhuislaan (recreatie-, natuur-, en waterretentiegebied) - 2,7 ha bij Gerenvonder (recreatie-, natuur- en waterretentiegebied)
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid
rekening 2008 1822 1053 -769 -490 -1259
Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Resultaat na bestemming
2009 394
begroting 2010 403
-394
-403
2011 403 0 -403
meerjarenraming 2012 2013 403 403 0 0 -403 -403
-394
-403
-403
-403
-403
-450 -300 -100
-450 -300 -100
-300
-300
3
3
3
3
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Trendmatige aanpassingen. Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Park Weezenlanden ILG (looptijd t/m 2013) Nationaal Landschap Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Buurtschap Ijsselzone Schellerdriehoek
-25 -150
Nadere specificatie programmabudget 2010: Groenbeleidsplan
124
lasten 403 403
baten
programmabegroting 2010
0
saldo -403 -403
tlaveren
Programma 15 Algemeen Mobiliteitsbeleid en Infrastructuur Thema
Samen Mobiel in Zwolle
Beleidskader De hoofddoelstelling voor het Mobiliteitsbeleid van de Gemeente Zwolle luidt als volgt: wij willen de kwaliteiten van Zwolle als bereikbare en gezonde stad vasthouden door, naast de noodzakelijke uitbreiding van de infrastructuur, de samenleving te mobiliseren om de groeiende vraag naar mobiliteit om te buigen in een duurzame richting. Relevante beleidsnota’s: • Mobiliteitsvisie (2009) • Beleidsplan Verkeersveiligheid, Verkeersveiligheid Voor Elkaar, 2008-2018 (2008) • Koersdocument Fietsparkeren (2004) • Koersdocument Parkeren (2004) • Samenwerkingsagenda Overijssel (provincie, 2007) • Fietsstratenplan Zwolle (2006)
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Algemeen mobiliteitsbeleid De kwaliteiten van Zwolle als bereikbare en gezonde stad worden vastgehouden door, naast de noodzakelijke uitbreiding van de infrastructuur, de samenleving te mobiliseren om de groeiende vraag naar mobiliteit om te buigen in een duurzame richting.
Prestatieafspraken Uitvoering van de Mobiliteitsvisie.
Activiteiten 2010 Uitvoering onderzoek In de Ban van de Ring (zie a). Uitvoering van een mobiliteitsscan bij twee ruimtelijke projecten. Maken van een meerjaren uitvoeringsprogramma Mobiliteitsvisie (zie b).
Regionale samenwerking t.a.v. bereikbaarheid regio Zwolle.
Samenwerkingsagenda met Rijk, Provincie en buurgemeenten op basis van de Samenwerkingsagenda West-Overijssel. Participatie in boegbeeld Integrale Bereikbaarheid van de Netwerkstad ZwolleKampen en in diverse projecten van Rijk en Provincie (A28 ZSM2, N35, N340).
Bereikbaarheid & infrastructuur Het handhaven en verbeteren van de autobereikbaarheid van de stad.
Reconstructie van de Ceintuurbaan (prestatieafspraak collegeakkoord).
Invoering dynamisch verkeersmanagement in het kader van BREZ (zie c). Aanvang uitvoering reconstructie kruispunt Dr. Spanjaardweg/Ceintuurbaan/ Zuidbroeklaan (gereed in 2011). Uitvoering bajonet Meppelerstraatweg/ Ceintuurbaan/Oude Meppelerweg (gereed in 2011).
Realisatie van de Hoofdinfrastructuur Stadshagen (HIS).
Afronding Westerholterallee fase 1b, 2 en 3, inclusief brug over het ZwolleIJsselkanaal. Planvoorbereiding Hasselterweg 2e fase (zie d). Planvorming fietsbrug over de Blaloweg (zie ook onder het kopje fietsbeleid). Doel is om in 2011 de fietsbrug te realiseren. Planvorming voorstadhaltes Stadshagen aan de Kamperlijn (zie ook onder kopje openbaar vervoer).
programmabegroting 2010
125
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestatieafspraken Benuttingmaatregelen IJsselallee korte termijn.
Activiteiten 2010 Voorbereiding en begin uitvoering benuttingmaatregelen tussen A28 en Hanzeland (zie e). Gereed in 2011. Uitvoering benuttingmaatregelen IJsselallee/Ittersummerallee en IJsselallee/ Oldeneelallee (€ 300.000, zie f)
Doorstroming IJsselallee lange termijn.
Uitwerking van de Gebiedsgerichte Verkenning A28 t.a.v. de IJsselallee (zie g). Realisatie rotonde en inrit bij winkelcentrum de Dobbe (zie h).
Omgeving Dobbe/Rijnlaan/Eemlaan. Reconstructie Roelenweg-Oost.
Regionaal verkeersmanagement.
Verbetering bevoorrading binnenstad. Mobiliteitsmanagement Het slimmer organiseren van mobiliteit.
Opstellen van een koersdocument Mobiliteitsmanagement. Uitvoeringsconvenant Mobiliteitsmanagement.
Openbaar Vervoer Het bevorderen van het gebruik van het openbaar vervoer.
Verbetering haltes toegankelijkheid openbaar vervoer (collegeakkoord). Verbetering doorstroming openbaar vervoer.
Planvoorbereiding reconstructie Roelenweg-Oost, inclusief doortrekken fietspad Stadshagen-binnenstad (zie i). Op basis van een gezamenlijk (Zwolle, Kampen, Overijssel, RWS) op te stellen plan van aanpak Verkeersmanagement wordt een meerjaren uitvoeringsprogramma vastgesteld (zie j). Verkenning verruiming mogelijkheden ontheffingen venstertijdengebied (zie k). Vaststellen van het koersdocument Mobiliteitsmanagement in de raad. In samenwerking met de provincie Overijssel, buurgemeenten en bedrijfsleven zal een uitvoeringsconvenant Mobiliteitsmanagement (De Waal-convenant) worden vastgesteld (zie l). Continueren pilot mobiliteitsmakelaar Oosterenk (zie m). Afronding project verbetering toegankelijke bushaltes. Besluitvorming uitvoeringsmaatregelen doorstroming openbaar vervoer korte termijn + aanvang uitvoering (zie n). Planvorming doorstroomassen lange termijn (zie o).
126
Realisatie extra haltes Kamperlijn plus verbetering openbaar-vervoersontsluiting Voorsterpoort (prestatieafspraak collegeakkoord).
Planvoorbereiding en procedures WRO Regiotram Kamperlijn, inclusief voorstadhaltes.
Verkenning doortrekking tram.
Samen met de provincie uitvoeren van een verkenning naar de doortrekking van de tram in de stad.
Verkenning realisatie station ZwolleZuid.
Samen met de provincie uitvoeren van een verkenning naar realisatie station Zwolle Zuid.
Samen met de partners uitvoering project Spoorzone.
Uitwerking van de structuurvisie voor de Spoorzone (zie p en programma 18)
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen Fietsbeleid Het bevorderen van het fietsgebruik.
Prestatieafspraken Het stimuleren van de fiets als het vervoermiddel tot 7,5 kilometer en het handhaven van het fietsaandeel in de vervoerwijzekeuze op 50%.
Activiteiten 2010 Instellen fietscoördinator (zie q). Uitvoering van uitkomsten projecten Fietsmarketing en Het Nieuwe Fietsen, zie r. Voorbereiding realisatie fietsbrug langs de Kamperlijn over de Blaloweg. (zie s. en ook onder Bereikbaarheid & Infrastructuur, onderdeel HIS). Planvoorbereiding aanlanding fietsbrug langs de spoorbrug van de Hanzelijn over de IJssel en fietsroute Hanzeland (zie t). Afronding uitbreiding fietsenklemmen binnenstad en station (zie u). Planvoorbereiding aanleg bewaakte fietsenstalling bankenlocatie (zie v).
Parkeren Bieden van voldoende parkeergelegenheid, autoluw maken van de binnenstad en een adequate organisatie van parkeren.
Verkeersveiligheid Verbeteren van de verkeersveiligheid op het Zwolse wegennet.
Uitvoeren van de uitgangspunten uit het koersdocument Parkeren.
Herijking van de Parkeernota (parkeerbalans en locaties, zie w). Planvoorbereiding realisatie Willemspoortgarage.
Opheffen betaald straatparkeren volgens Op een aantal locaties in de Binnenstad worden betaald parkeerplaatsen opgehede uitgangspunten van het Bereikbaarven. De planvoorbereiding voor de herinheidsplan Binnenstad. richting van de Nieuwe Markt begint. 45% minder doden en 34% minder zieOpstellen en vaststellen uitvoeringsprokenhuisgewonden in 2020 t.o.v. 2002. gramma Verkeersveiligheid 2010/2011. Dit betreft fysieke en educatieve projecten. Uitvoering educatieve projecten 2010. Uitvoering fysieke projecten in 2010 is afhankelijk van toekenning van subsidies.
programmabegroting 2010
127
tlaveren
Toelichting programmaplan a. Met de groei van de stad zal de verkeersdruk op de binnenring en de wijken rond het centrum verder toenemen. In 2010 zal onderzoek worden verricht naar de toekomstige verkeersstructuur van het gebied rond de binnenstad. b. Voor 2010 wordt ingezet op een uitvoeringsprogramma van een jaar. In 2010 zal, gerelateerd aan de nieuwe collegeperiode bij de begroting een meerjarig programma aan u worden aangeboden. c. In het kader van BREZ worden op een aantal plekken langs de A28 en de buitenring dynamische routepanelen geplaatst. Doel is dat het systeem eind 2010 in bedrijf is. De provincie Overijssel is de primaire trekker. d. De financiering van de HIS is met de laatste subsidieverlening van de provincie rond (uitgaande van de huidige ramingen). Wij nemen daarom de voorbereiding en uitvoering van de tweede fase Hasselterweg ter hand. Naar verwachting zullen wij u in het derde kwartaal van 2010 een beslisnota voorleggen voor de uitvoering. e. De uitvoering van de maatregelen staat gepland voor 2010. Dit is gerelateerd aan de beschikbaar gestelde subsidie uit het Regionaal Mobiliteitsfonds. Gezien de versnelde uitvoering van de ZSM2-maatregelen op de A28 wordt met de Provincie en het Rijk gesproken over een eventuele latere uitvoering van de maatregelen op de IJsselallee. Dat betekent dat ook de subsidietermijn verlengd zou moeten worden. Gelijktijdig werken aan het zuidelijk deel van de A28 en de IJsselallee lijkt niet wenselijk. Wij houden u hiervan op de hoogte. f. Er wordt al een aantal jaren gesproken om de capaciteit van beide kruispunten uit te breiden. Die wens leeft ook bij de ondernemers van Marslanden. De kosten zijn zeer globaal geraamd op € 100.000. Er is in het RMF van de Provincie nog € 700.000 beschikbaar (rentebaten van het fonds), mits dat geld in 2010 wordt uitgegeven. De eigen bijdrage bedraagt daarmee € 300.000. Op dit moment worden de maatregelen verder uitgewerkt en wordt onderzocht of realisatie in 2010 haalbaar is i.r.t. procedures, voorbereiding en uitvoering. g. In 2005 is de Gebiedsgerichte Verkenning A28 afgerond, onder meer gericht op maatregelen op de IJsselallee voor de lange termijn. Gezien de ontwikkelingen in de Spoorzone wordt in 2010 deze verkenning samen met Rijk en Provincie een stap verder gebracht, met name gericht op de ruimtelijke reserveringen voor de lange termijn. Dit moet leiden tot een principebesluit ten aanzien van de ontwikkelingsrichting voor de lange termijn. h. Afgelopen periode zijn de plannen verder uitgewerkt en is het bestemmingsplan voorbereid. Het voorontwerp bestemmingsplan is inmiddels ter visie gelegd. i. De planning van de reconstructie van de Roelenweg-Oost is vooral afhankelijk van de planning van de benodigde verplaatsing van de taxicentrale. Naar verwachting zullen de maatregelen niet in 2010 begonnen kunnen worden. j. In het kader van het bestuursteam Integrale Bereikbaarheid van ZKN wordt door de gemeente Zwolle het project getrokken om een plan van aanpak verkeersmanagement BREZ+ op te laten stellen samen met provincie Overijssel, RWS-Oost Nederland en Kampen. Op basis hiervan zal voor de komende jaren verkeersmanagement gericht worden ingezet om de bereikbaarheid van Zwolle en de regio te waarborgen. Aanleiding hiervoor vormt het grote aantal infrastructurele en ruimtelijke projecten dat de komende jaren in deze regio wordt uitgevoerd, zoals verbreding van de A28 (ZSM 2), Ceintuurbaan, IJsselallee, N35, N340, N50, vertramming, OV-doorstroomassen, Isala, Ikea, Spoorzone, e.d. k. In het kader van de uitvoering van de Mobiliteitsvisie wordt in nauwe samenwerking met TLN en EVO onderzocht of de ontheffingsmogelijkheden voor vervoerders die aan strenge eisen voldoen (bundeling, milieueisen) verruimd kunnen worden. Om dit te effectueren zal de verordening moeten worden aangepast die de toegang tot het gebied regelt. l. In 2010 wordt een uitvoeringsconvenant Mobiliteitsmanagement (zgn. “De Waal-convenant”) door de gemeente Zwolle, samen met de Provincie Overijssel, buurgemeenten en het bedrijfsleven vastgesteld. Hieraan is een meerjaren uitvoeringsprogramma gekoppeld dat de komende jaren uitgevoerd gaat worden, dit zal de raad bij de Perspectiefnota 2011, e.v. worden aangeboden voor besluitvorming. m. In 2010 wordt de proef met de mobiliteitsmakelaar in Oosterenk, waarin de gemeente samen met de Ondernemersvereniging OVB en de Provincie participeert, geëvalueerd. Op basis hiervan zal besloten worden of hiermee wordt doorgegaan en of dit ook op grotere schaal in Zwolle wordt toegepast. n. Samen met de Provincie wordt eind 2009 een studie afgerond naar doorstroommaatregelen voor de korte termijn. Naar verwachting zullen wij de concrete resultaten begin 2010 aan de gemeenteraad voorleggen, inclusief een uitvoeringsvoorstel. Dit moet leiden tot het nemen van maatregelen in 2010 en 2011. o. Het project doorstroomassen openbaar vervoer wordt samen met de Provincie aangepakt. Voor met name de westzijde van de stad is er een sterke relatie met de visievorming Spoorzone. p. Er zal een structuurvisie voor de Spoorzone worden opgesteld waarin onder meer de verdere concretisering van het busstation wordt behandeld. q. Binnen de gemeentelijke organisatie zal een fietscoördinator worden benoemd die verantwoordelijk voor kennisverwerving op het gebied van fietsverkeer en de uitvoering van fietsactiviteiten bewaakt en voor afstemming zorgt. r. In 2010 zal verder uitvoering gegeven worden aan de projecten Fietsmarketing en Het Nieuwe Fietsen die in 2009 zijn begonnen. s. In 2010 zal een begin worden gemaakt met de planvoorbereiding van de aanleg van een nieuwe fietsbrug langs de kamperlijn over de Blaloweg. Deze brug maakt deel uit van een regionale fietsroute naar Stadshagen. In 2010 zal het tracé van de aanlanding worden vastgesteld. t. De bouw van de spoorbrug in de Hanzelijn over de IJssel wordt naar verwachting in 2012 afgerond. Hiervan maakt een fiets-
128
programmabegroting 2010
tlaveren
brug onderdeel uit. De gemeente draagt financieel bij aan de aanlanding van de fietsbrug en opwaardering van de fietsroute naar Hanzeland. In 2010 zal de planvoorbereiding plaatsvinden. u. In het kader van het bereikbaarheidsplan Binnenstad zal een verdere uitbreiding van het aantal fietsenklemmen in de binnenstad plaatsvinden. v. De planvoorbereiding van de bewaakte stalling Bankenlocatie wordt in 2010 weer opgepakt. w. In 2010 vind een evaluatie van het parkeerbeleid plaats zowel ten aanzien van de parkeerbalans (vraag en aanbod) als de locatiekeuze van toekomstige parkeeraccommodaties. Waar nodig zal de parkeernota Koersdocument Hoofdlijn van Parkeren - dat in 2004 is vastgesteld - worden aangepast. Aan twee nieuwe onderdelen wordt momenteel reeds gewerkt, namelijk een onderzoek naar bewonersgarages in schil- en herstructureringswijken en parkeren op bedrijventerreinen. De uitkomsten hiervan kunnen in de nieuwe parkeernota worden opgenomen.
Kengetallen Gebruik gratis bewaakte fietsenstellingen binnenstad: Gebruik gratis bewaakte fietsenstellingen binnenstad: Totaal Pletterstraat 2005 Totaal Pletterstraat 2006 Totaal Pletterstraat 2007 Totaal Pletterstraat 2008
27754 38306 39709 36839
Totaal Meerminneplein 2005 Totaal Meerminneplein 2006 Totaal Meerminneplein 2007 Totaal Meerminneplein 2008
76643 97698 100923 102613
Totaal Maagjesbolwerk 2005 Totaal Maagjesbolwerk 2006 Totaal Maagjesbolwerk 2007 Totaal Maagjesbolwerk 2008
15679 20549 22638 24222
Aatal uitgegeven vergunningen ongeveer: 8500 Aantal naheffingsaanslagen zonder verminderingen (toegekenden bezwaarschriften): 17434
programmabegroting 2010
129
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * reserve parkeren Resultaat na bestemming
rekening 2008 28627 13925 -14702 7807 -6895
begroting 2009 2010 7621 7987 8555 8691 934 704 -1009 -897 -75 -193
meerjarenraming 2011 2012 8077 8167 8691 8691 614 524
2013 8257 8691 434
614
524
434
-100 10
-100 10
-100 10
-50 -10
-50 -10
-50 -10
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Met name trendmatige aanpassingen en jaarlijkse afbouw winstafdracht parkeren ad € 0,1 mln. Toelichting mutatie meerjarenraming: Afbouw winstafdracht parkeren Vrijvallende kapitaallasten Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Beleidsintensivering Verkeersveiligheid: educatie
-50 -10
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Ceintuurbaan Ijsselallee Toegankelijkheid haltes openbaar vervoer Gratis openbaar vervoer Aanlanding fietsbrug hanzelijn Mobiliteitsvisie infrastructuur
-1600 -150 -120 -250 -100
Besluitvorming PPN 2010-2013 (meerjarig incidenteel): Uitvoeringsprogramma verkeersmanagement Verkenning doortrekken tram Doorstroomassen openbaar vervoer
-3750
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Incidentele nieuwe bestedingen 2010: VRI Russenweg-Blaloweg Openbaar vervoer
-100
-100
-25 -50 -100
-25
-25
-25
6
6
6
6
-400 -500
Nadere specificatie programmabudget 2010: Verkeer en vervoer Verkeersveiligheid Infrastructuur Parkeerbeleid Parkeren exploitatie
130
lasten 239 220 695 414 8380 9948
baten 72 1303 8380 9755
programmabegroting 2010
saldo -239 -148 -695 889 0 -193
tlaveren
Programma 16 Duurzaamheid/Milieu Thema
Samen leven in Zwolle
Beleidskader Luchtkwaliteit Het is duidelijk hoe het is gesteld met de luchtkwaliteit in Zwolle en de kwaliteit voldoet nagenoeg aan de wettelijke normen. Zwolle moet een gezonde stad blijven. Daarvoor wordt in 2010 doorgegaan met het oplossen van knelpunten. In de zomer van 2009 is een pilot uitgevoerd. Het ging om het in de zomerperiode periodiek besproeien van de Stationsweg (in samenwerking met Rova) om zo met name de concentratie fijn stof te verminderen. Feit is dat de concentraties in de Stationsweg in deze periode lager waren dan in andere jaren. Onderzocht wordt wat de bijdrage van het sproeien is geweest. In het najaar is bekend wat de resultaten daarvan zijn. Normoverschrijdingen zijn, volgens wettelijk voorschrift,voor fijn stof (PM10) voor 2011 en voor stikstofdioxide (NO2) voor 2015 opgelost en nieuwe knelpunten worden voorkomen.
Geluid Wij willen een dynamische stad met geluidniveaus die binnen de wettelijke norm blijven. Het gebiedsgerichte geluidbeleid van Zwolle is er op gericht in een gebied alleen geluiden toe te staan die passen bij het gebied. De gemeente hanteert hiervoor een uitvoeringsprogramma dat uitgaat van de kenmerken per gebied en houdt rekening met geluidhinderbeleving van bewoners en gebruikers van de stad. Externe Veiligheid Zwolle voldoet aan de normen voor het plaatsgebonden risico. Er wordt gebiedsgericht invulling gegeven aan het groepsrisicobeleid. Het beleid hiervoor is in 2009 vastgesteld en wordt in 2010 geïmplementeerd. De veiligheidsdoelstellingen zijn als gevolg daarvan passend bij de typering van het gebied. Er wordt zoveel mogelijk geanticipeerd op de landelijke beleidsontwikkeling met als doel het bewaken van een optimaal veiligheidsniveau. Klimaatbeleid en duurzaam bouwen De gemeente heeft, binnen haar mogelijkheden, een maximale inspanning geleverd aan de verwezenlijking van de klimaatdoelstelling voor 2020, zijnde: • Een reductie van 30% van de CO2-emissie - afhankelijk van de economische groei - in 2020 ten opzichte van 1990, conform de landelijke doelstelling als verwoord in het nationale werkprogramma ‘Schoon en Zuinig’. • 3 % besparing per jaar op de energie die binnen de gemeentegrenzen wordt gebruikt. • 20 % van de energie die binnen de gemeentegrenzen wordt gebruikt is duurzaam opgewekt • ofwel door duurzame opwekking binnen de gemeente; • ofwel door participatie van de gemeente en/of lokale organisaties in opwekking elders (windpark, biomassacentrale e.d.). Nieuw klimaatbeleid is in voorbereiding. Dit wordt in 2010 aan de raad aangeboden. Tot die tijd geldt bovenstaand kader. Principes van Duurzaam Bouwen worden structureel toegepast bij de stedelijke ontwikkeling van Zwolle.
Gebiedsgericht milieubeleid Milieu-inbreng in ruimtelijke projecten geschiedt via de werkwijze ‘Gebiedsgericht Werken Aan Milieu’. Gebiedstypes zijn onderscheiden analoog aan het Structuurplan 2020. Per gebiedstype zijn milieudoelstellingen gedifferentieerd en vastgesteld via de sectorale beleidsnota’s. Doel is milieukwaliteit te realiseren die past bij het gebiedstype. Relevante beleidsnota’s Algemeen • Milieuvisie (2006) • Meerjarig Ontwikkelingsprogramma (MOP) 2005-2009 • Gebiedsgericht Werken Aan Milieu (2008)
programmabegroting 2010
131
tlaveren
Geluid • Beleidsregel Hogere Waarden Wet Geluidhinder (2007) Lucht • Rapportage Luchtkwaliteit 2007 • Beleidsregel Luchtkwaliteit in Ruimtelijke Plannen (2005) • Luchtkwaliteitsplan (2007) • Wagenparkscan (2009) Externe veiligheid • Beleidsvisie Externe Veiligheid (2007) • Gebiedsgericht beleidskader Externe Veiligheid (2009) Klimaatbeleid en duurzaam bouwen • Beleidsvisie Windenergie, vastgesteld door de gemeenteraad op 8 maart 2004 • Energiebeleidsplan Energie in Zwols beleid, vastgesteld door de gemeenteraad op 5 juli 2004 • Klimaatprogramma 2007-2008 (2007) • Beleidsvisie Duurzaam Bouwen (2007) Bodem • Visie Op De Ondergrond, vastgesteld door de raad op 6 oktober 2007 • Bodembeleidsplan Zwolle, vastgesteld door de raad op 9 sept. 2002 • Gezamenlijk bodembeleidsplan Overijssel, vastgesteld door de raad op 9 sept. 2002 • Beslisdocument Bevoegd Gezag Wet Bodembescherming, vastgesteld door de Raad op 7 april 2003 Water • Infiltratiebeleid Regenwater (2006) • Stedelijk Waterplan deel 1 Watervisie (2007) • Stedelijk Waterplan deel 2 Analyse en Uitvoeringsstrategie (2008) • Visie Op De Ondergrond (2007)
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstelling Geluid Bereiken dat er geluidniveaus zijn die passen binnen de wettelijke grenswaarden en bij de functie van gebieden in Zwolle.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010
We bereiken de doelstelling door: • Preventie • Realisatie • Handhaven en beheersen • Saneren
Afronden project ‘Railscherm Mimosastraat’. Opstellen/uitvoeren zonebeheersplan Voorst als pilot. Uitkomsten informatief naar de raad. Ontwikkelen van een monitor voor het geluidbeleid en het meerjarenprogramma geluid (zie a). Opstellen van een dynamische verkeersmilieukaart, te vullen door verkeersgegevens en uitgevoerde geluidsonderzoeken. Opleggen van maatwerkvoorschriften geluid aan daarvoor in aanmerking komende bedrijven onder het Activiteitenbesluit (zie b). Evalueren van het handhavingsprogramma m.b.t. geluid en opstellen nieuw programma (zie c).
132
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstelling
Luchtkwaliteit Bereiken dat de luchtkwaliteit voldoet aan de maatgevende normen voor stikstofdioxide en voor fijn stof en bereiken dat de lucht gezond blijft in Zwolle.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010 Uitvoeren van het oplossen van knelpunten uit het “Geluidonderzoek gemeentelijke wegen”in nauwe samenhang met het onderhoud van wegen (Werk met werk maken). In 2010 te starten met de Merwedelaan.
We bereiken de doelstelling door: • Schoon vervoer • Doorstroming van het verkeer • Verminderen intensiteit autoverkeer • Vervoersmanagement • Planvorming
Uitvoeren wagenparkscan: aanschaf gemeentelijke voertuigen en het geven van de cursus ‘nieuwe rijden’. Faciliteren en gedeeltelijk financieren project stedelijke distributie (initiatief: Cycloon) (zie d). Mede uitvoering geven aan het project Waterstofinitiatieven Overijssel (zie e). Verbeteren luchtkwaliteit bij project In De Ban van de Ring. Besluitvorming door raad via het project. Onderhoud meetpunt luchtkwaliteit Stationsweg/Burg. Van Rooijensingel.
Externe Veiligheid Bereiken dat het niveau van externe veiligheid (productie, vervoer, opslag en gebruik van gevaarlijke stoffen) voldoet aan de wettelijke normen en overigens in overeenstemming is met de aard en het gebruik van gebieden in Zwolle. Voor andere beleidsterreinen, met name de ruimtelijke ordening wordt een duidelijk inzicht bereikt in het belang van dit externe veiligheidsbeleid.
We bereiken de doelstelling door: • Gebiedsgericht beleid • Beheersing risicobronnen • Risiconiveaus voldoen aan normen • Optimaliseren van niveau van hulpverlening en zelfredzaamheid
Onderzoek latente saneringssituaties bestemmingsplannen. Uitkomsten worden de raad ter beschikking gesteld(zie f). In samenwerking met Brandweer bluswateronderzoek op stadsniveau, combinatie met mogelijkheden voor koude/ warmte-opslag. Uitkomsten informatief naar de raad. Opzetten samenwerking op bedrijventerreinen ten behoeve risicobeperking. In samenwerking met de afdeling Vergunningen onderzoek naar mogelijkheden voor afdwingen bouwkundige voorzieningen. Waar nodig besluit door de raad (zie g). Volgen ontwikkelingen basisnet en hoogfrequent vervoer spoor op consequenties voor Zwolle. Uitkomsten informatief naar de raad.
Klimaatbeleid en duurzaam bouwen Reductie van 30% CO2-uitsoot in 2020 t.o.v. 1990. 3% energiebesparing per jaar. 20% is duurzaam opgewekt. Principes duurzaam bouwen worden toegepast.
We bereiken de doelstelling door inzet te plegen op de navolgende terreinen: • Eigen gemeentelijke gebouwen • Onderwijsgebouwen • Woningbouw • Utiliteit • Bedrijventerreinen • Mobiliteit • Opwekken duurzame energie
programmabegroting 2010
Opstellen Klimaatplan 2010-2015, door de raad vast te stellen (zie h). Implementatie duurzame energie, toepassen van ‘Visie Op De Ondergrond’ in projecten (Stadshagen, Noordereiland, Diezerpoort, A28-zone, Spoorzone, Hessenpoort, Binnenstadsschil). Besluitvorming via de projecten.
133
tlaveren Meerjarige doelstelling
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010 Regie op duurzame inzameling en verwerking van (groene) afvalstromen. Besluitvorming beleid door de raad. Uitvoering Energieloket en subsidieregeling/leningenstelsel particuliere woningverbetering. Mogelijkheden onderzoeken en indien mogelijk uitvoeren verduurzaming scholen basisonderwijs in combinatie met educatie (zie i). Verder werken aan verduurzaming gemeentelijke gebouwen en voorzieningen. Monitoring, evaluatie en bijstellen van de prestatieafspraken met de corporaties (zie j).
Gebiedsgericht milieubeleid Milieu-inbreng in ruimtelijke projecten geschiedt via de werkwijze gebiedsgericht werken aan milieu. Gebiedstypes zijn onderscheiden, analoog aan het structuurplan 2020. Per gebiedstype zijn milieudoelstellingen gedifferentieerd en vastgesteld via de sectorale beleidsnota´s. Doel is milieukwaliteit te realiseren die past bij het gebiedstype. Bodem De kwaliteit (chemisch, fysisch, biologisch) van bodem en grondwater is geschikt voor de gewenste functies aan maaiveld en in de (diepe) ondergrond. De bodemsaneringsoperatie is betaalbaar en daardoor uitvoerbaar, waardoor gewenste ontwikkelingen in de stad niet langer stagneren door bodemverontreiniging. De ondergrond draagt bij aan een duurzame ontwikkeling van Zwolle.
We bereiken de doelstelling door: • Gebiedsgericht werken gemeengoed te laten zijn in Zwolle • Per project expliciet te maken wat de milieu-inbreng is geweest gedurende het planvormingsproces • Voor alle milieuthema’s gedifferentieerde doelen vast te stellen via sectorale beleidsnota’s.
Vervolg uitwerking Milieugebiedsvisie A28-zone, Spoorzone, Diezerpoort, Vrolijkheid, programma per (fase) project (zie k).
We bereiken de doelstelling door: • Bescherming drinkwaterwinning Engelse Werk. • Vastleggen van ondergrondse functies volgens nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening. • Implementatie van de ‘Visie Op De Ondergrond’ in diverse ruimtelijke projecten. • Aanpak spoedeisende locaties. • Monitoring voormalige stortplaatsen. • Gebiedsgerichte aanpak van historische verontreinigingen. • Zorgvuldig om te gaan met grondstromen en zoveel mogelijk hergebruik van licht verontreinigde grond. • Marktpartijen te stimuleren om te saneren. • Het uitvoeren van de taken als bevoegd gezag Wet Bodembescherming.
Uitvoeren Integrale Variant Zwolle (bescherming drinkwaterwinning), waarvan in 2010: • Monitoring • Verdere bescherming drinkwaterwinning • Lozing • Saneringsplan opstellen • (Begin maken met) opstellen gebiedsvisie
Reguliere inbreng in 0 en 1 fase van ruimtelijke projecten/initiatieven (projecten die voorzien zijn: Windesheim, Wythmen, Spoolde, Wythmenerplas, Zwartewaterpoort).
Vaststellen gebiedbeheersplan centraal Zwolle (gebiedsgerichte aanpak historische verontreinigingen) en eventuele (financiële) instrumenten zoals een afkoopregeling (afhankelijk van uitkomsten informatief of voor besluitvorming naar de raad) (zie l). Bodemsanering Dellen Wuijts Fase 2, waarvan in 2010: voortzetten monitoring (project doorlopend uit ISV I). Inbreng principes van de ‘Visie Op De Ondergrond’ in ruimtelijke projecten zoals Stadshagen+, Spoorzone, A28-zone, Roelenweg, Dieze-Oost, Vrolijkheid, etc. Verder onderzoek naar de potentiële spoedlocaties in Zwolle (zie m). Regulier: grondstromencoördinatie en beheer.
134
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstelling
Water Zwolle is voldoende beschermd tegen overstromingen en ernstige wateroverlast. De waterkwaliteit voldoet aan de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water en is afgestemd op het gewenst gebruik door mens, plant en dier. Ruimtelijke kwaliteit van water wordt goed benut. Waterbewustzijn bij burgers en ondernemers vergroten om begrip en draagvlak te creëren voor toekomstige maatregelen en om de kansen van water goed te kunnen benutten.
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010 Regulier: stimuleren en begeleiden 6 particulieren en bedrijven m.b.t. aanpak van bodemverontreiniging.
We bereiken de doelstelling door: Anticiperen op klimaatveranderingen. • Integrale beheerplannen opstroomgebiedniveau incl. uitvoering. • Wateraspecten inbrengen in ruimtelijke projecten. • Zwolse ambities en belangen inbrengen in de uitvoering van het deelprogramma voor het IJsselmeergebied, als onderdeel van het Deltaprogramma. • Vergroten van het waterbewustzijn, het gebruik en de positieve beleving van water in de leefomgeving.
Aanvang uitvoering plan van aanpak Deltaprogramma/IJsselmeergebied: allereerst zal er onderzoek gedaan worden naar de consequenties van de voorstellen van de Deltacommissie voor Zwolle op het gebied van zowel woningbouw als waterveiligheid, riolering en wateroverlast. Overige aspecten afhankelijk van plan van aanpak (zie n). Deelname aan het Regionaal Ambtelijk Overleg voor uitvoering van het regionaal stroomgebiedsbeheersplan. In samenspraak met belanghebbenden voorstel doen voor aanleg van voorzieningen ter verbetering van de ruimtelijke kwaliteit van water (nog nader te bepalen) (afhankelijk van voorstel ter informatie of besluitvorming naar de raad). Deelname Interreg IV project WAVE fase 2: herstel Emmertochtsloot (zie o) Monitoring wateroverlast.
Duurzaam Diensten Bedrijf Het stimuleren en regisseren van groot- We bereiken de doelstelling door: • Onderzoek te doen naar en eventuele schalige (collectieve) toepassing van uitvoering van het oprichten van een koude- en warmteopslag, aangevuld met (gemeentelijk) duurzame dienstenandere duurzame diensten, met het oog bedrijf. op ondermeer CO2-reductie, comfortverhoging en kostenbesparing.
Organisatievoorstel duurzaam dienstenbedrijf en afhankelijk van voorstel en besluitvorming ook de implementatie (ter besluitvorming naar de raad) (zie p).
Toelichting programmaplan a. Het ontwikkelen van een monitor voor het geluidbeleid en het meerjarenprogramma Geluid (vastgesteld in 2009) is nodig om de effecten van het beleid te kunnen bepalen. Dit is des te meer nodig, omdat de geluidtaak zeer divers is en bovendien verspreid is over zeven verschillende onderdelen van de gemeentelijke organisatie. Ten behoeve van afstemming en prioriteitstelling is het dan noodzakelijk om op basis van geobjectiveerde informatie die de resultaten van beleid in beeld brengen, keuzes te maken. b. Sinds 1 januari 2008 is een groot aantal bedrijven niet langer milieuvergunningplichtig, maar meldingsplichtig conform het zogenoemde Activiteitenbesluit. Om te voorkomen dat als gevolg van het Activiteitenbesluit grotere geluidruimtes dan nodig aan bedrijven worden toegekend, kan het in de betreffende gevallen noodzakelijk zijn maatwerkvoorschriften voor te schrijven die in overeenstemming zijn met de vergunningen. De gemeente heeft tot 1 januari 2011 de tijd om deze werkzaamheden uit te voeren. c. In de handhaving op het gebied van geluid wordt onderzocht op welke wijze op de norm voor de maximale geluidbelasting in de woning (33 dB) kan worden toegezien en hoe de handhaving dient plaats te vinden. De uitkomsten hiervan worden betrokken bij de formulering van het Handhavingsprogramma 2011. Het vaststellen daarvan gebeurt door het college. De raad wordt hierover geïnformeerd. d. Met name het winkelgebied van de binnenstad heeft te lijden onder de bevoorrading van de winkels door vrachtwagens. Naast luchtverontreiniging, geluid en belevingshinder is er sprake van een slechte bereikbaarheid, opstoppingen en afsluitingen, onveilige situaties en schade aan kwetsbare bestrating. Het selectief bevoorraden met kleine, milieuvriendelijke voertuigen en/of fietsen vanuit een vlak buiten het centrum gelegen distributiecentrum kan belangrijke voordelen opleveren, mits dit initiatief wordt gedragen door de winkeliers en door de markt wordt getrokken. De gemeente financiert het project gedeeltelijk en faciliteert verder het project. Parallel hieraan wordt in het kader van de uitwerking van de mobiliteitsvisie tevens een algemene verkenning gedaan naar verruiming van de mogelijkheden voor ontheffingen van het venstertijdengebied (zie programma 15).
programmabegroting 2010
135
tlaveren
e. De provincie Overijssel subsidieert een initiatief van twee bureaus voor duurzaamheid, dat het gebruik van waterstof in de transportsector wil stimuleren. Hiervoor moet een aantal vulpunten voor waterstof in Overijssel worden geopend, waaronder bij voorkeur één in Zwolle. Zwolle ondersteunt met Enschede en Deventer dit initiatief, evenals onderzoeksinstellingen, bedrijven die reeds in de waterstofsector werken en bedrijven in de transportsector. In 2010 moet de haalbaarheid van het inrichten van de vulstations duidelijk zijn. f. Deze situatie speelt waarschijnlijk het meest kritisch op industrieterreinen. Er kan sprake zijn van latente knelpunten. Het besluit Externe Veiligheid Inrichtingen is eind 2004 van kracht geworden. De meeste bestemmingsplannen in Zwolle dateren van voor deze datum, en zijn hierdoor onvoldoende afgestemd op de gevolgen van dit besluit. Sommige bestemmingsplannen sluiten de nieuwe vestiging van kwetsbare objecten niet uit. Dit betekent dat op termijn saneringssituaties en mogelijk schadeclaims kunnen ontstaan. Een ‘quick scan’ is in het verleden al eens gedaan. Nu wordt vervolgonderzoek gedaan en waar nodig actie ondernomen. De raad wordt hierover geïnformeerd. g. Bouwkundige voorzieningen kunnen veiligheidsrisico’s verminderen. Veelal zijn dergelijke voorzieningen niet afdwingbaar. Op landelijk niveau vindt beleidsontwikkeling plaats. Zwolle sluit hierbij aan en maakt indien nodig haar eigen beleidsregels, vast te stellen door de raad. h. Het Energiebeleidsplan van Zwolle liep begin 2009 af. Ambities en doelstellingen zijn inmiddels verouderd en aan actualisatie toe, mede vanwege nationale beleidsontwikkelingen en uiteraard de Visie Op De Ondergrond. In 2009 heeft Zwolle een aanvraag gedaan voor subsidie in het kader van stimuleringsregeling Lokaal Klimaatbeleid. Deze aanvraag is gehonoreerd (€ 320.000 voor vier jaar). In 2010 zal naar aanleiding hiervan het nieuwe Klimaatbeleid worden ontwikkeld in samenspraak met betrokken partners in de stad. i. Er is veel winst te behalen in de bestaande bouw. Dat geldt voor woningen, maar zeker ook voor schoolgebouwen. In samenspraak met de schoolbesturen zal gekeken worden of er mogelijkheden zijn een project te beginnen ter verbetering van de energieprestatie (en een gezond binnenmilieu) voor schoolgebouwen, waar mogelijk gekoppeld met educatie, zodat er tegelijk gewerkt wordt aan bewustwording bij de volgende generatie. j. In 2009 zijn voor het eerst prestatieafspraken gemaakt met de Zwolse corporaties op het gebied van duurzaamheid. Zowel voor wat betreft de nieuwbouw als de bestaande bouw. Deze samenwerking zal worden gecontinueerd en waar mogelijk geïntensiveerd in 2010. Doel is om in gezamenlijkheid een verdere impuls te geven aan de duurzaamheid van nieuwe en bestaande huurwoningen. k. In het kader van gebiedsgericht werken aan milieu is voor een aantal gebieden een milieugebiedsvisie opgesteld. De volgende stap is de kansen en mogelijkheden die in de gebiedsvisies staan op het juiste schaalniveau in te brengen in de projecten die in uitvoering worden genomen binnen de gebieden, zodat expliciet wordt gemaakt wat de milieu-inbreng is geweest en wat deze heeft opgeleverd. l. Voor de gebiedsgerichte (gezamenlijke) aanpak van historische verontreinigingen wordt een Gebiedbeheersplan opgesteld door een consortium waaraan diverse bureaus en kennisinstituten deelnemen. Er wordt gekeken naar technische, financiële, organisatorische en juridische aspecten. Het is het eerste Gebiedsbeheersplan in Nederland. De uitkomsten zijn daarom op dit moment nog niet duidelijk. m. Volgens de landelijke systematiek worden potentieel verontreinigde locaties gescreend op risico’s voor de volksgezondheid, ecologische risico’s en verspreidingsrisico’s. Volgens het landelijk Convenant Bodem moeten deze zogenoemde spoedlocaties voor 2015 in beeld zijn gebracht en aangepakt. n. De Deltacommissie heeft in 2008 voorgesteld om het peil van het IJsselmeer voor het einde van de eeuw met maximaal 1,5 meter te verhogen. Als dit advies wordt uitgevoerd, dan zal dat enorme consequenties hebben voor het dagelijks beheer van het watersysteem, maar ook voor de waterveiligheid in situaties van extreme neerslag en noordwester storm. o. De EU wil dat de ruimte in de Europese landen zich duurzaam ontwikkelt en dat de kwaliteit ervan verbetert. Daartoe heeft de (EU) de Interreg programma’s ingesteld. In deze projecten werken Europese regio’s samen aan ruimtelijke en regionale ontwikkeling. Maximaal 50% van de investeringen kunnen worden vergoed. Interreg (periode) IV loopt van 2007 tot 2013. Om in aanmerking te komen voor subsidie is het WAVE project ingediend. Binnen het project WAVE zijn diverse deelprojecten benoemd, onder andere het gebied Vechtpoort / Emmertochtsloot in Zwolle. De gemeente Zwolle is partner voor dit deelproject. Binnen dit deelproject gaat het volgende gebeuren: • Een gebiedsvisie voor Vechtpoort en omgeving: een uitwerking van de Visie op de Ondergrond voor dit deel van Zwolle. • Een inrichtingsplan voor de Emmertochtsloot in 2 fases: de oude loop van de Emmertochtsloot wordt hersteld. Daarvoor komen 2 inrichtingsplannen, te weten fase 1 voor het deel in het buitengebied en fase 2 voor het deel in het toekomstige Vechtpoort. p. Een duurzaam dienstenbedrijf (DDB) organiseert, faciliteert, financiert beheert, onderhoudt en / of exploiteert duurzame diensten op het gebied van bijvoorbeeld energie, bodem, water, biomassa, zonlicht, wind etc. We spreken over twee soorten DDB’s: project DDB’s en een centraal DDB. Een project-DDB wordt op gebieds- of projectniveau opgericht (bijvoorbeeld voor Stadshagen+, Hessenpoort, Noordereiland). Een project DDB kan een gemeentelijk (energie)bedrijf zijn, een marktpartij, een PPS-constructie, etc. Dat is maatwerk per project. Overkoepelend is er een centraal DDB nodig om als loket en advies- en kenniscentrum te fungeren, (voor)investeringen te doen en desgewenst terug te verdienen, subsidies binnen te halen, partijen en belangen bij elkaar te brengen, etc.
136
programmabegroting 2010
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid
rekening 2008 3753 1005 -2748 111 -2637
Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Resultaat na bestemming
2009 3177 251 -2926
begroting 2010 3101 250 -2851
2011 3101 250 -2851
meerjarenraming 2012 2013 3101 3101 250 250 -2851 -2851
-2926
-2851
-2851
-2851
-2851
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Met name trendmatige aanpassingen en herverdeling capaciteit. Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Uitvoering milieubeleid
-100
Besluitvorming PPN 2010-2013 (meerjarig incidenteel): Beperken geluidsoverlast wegen Duurzaamheid
-150 -80
-150 -40
-150 -40
-150 -40
24
24
24
24
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Duurzaam Diensten Bedrijf Zwolle Millenniumgemeente
-250 -15
Nadere specificatie programmabudget 2010: Waterbeleid Milieu bodem Bodembeheer Geluid, lucht, externe veiligheid Milieuverg./toezicht en handhaving Duurzaam stedelijk beheer
lasten 165 191 648 286 1427 384 3101
baten
programmabegroting 2010
250
250
saldo -165 -191 -398 -286 -1427 -384 -2851
137
tlaveren
Programma 17 Integraal Beheer Openbare Ruimte Thema
Samenleven in Zwolle
Beleidskader De openbare ruimte is de buitentuin van ons allemaal. Beheer en onderhoud hiervan kan gezien worden als het in stand houden en verbeteren van die buitentuin, mede als bijdrage aan het realiseren van leefbare en duurzame wijken. Dat wil zeggen door onderhoud, reiniging en vervanging of aanpassing de bestaande openbare ruimte en de bestaande voorzieningen in goede staat te houden. Voldoen aan niveau BOR basis +, oftewel basisniveau met pluspunten. Voor het gebruik van de openbare ruimte moeten allerlei activiteiten die daar plaatsvinden, in goede banen worden geleid. Denk aan de voetganger, die zonder parkeerregulering overal auto’s op zijn pad zou vinden of aan de belemmering van het verkeer door een evenement. Relevante beleidsnota’s Voor de uitvoering van het beheer en onderhoud van de openbare ruimte zijn er veel plannen en visies. Plannen gericht op één aspect van de openbare ruimte als gladheidbestrijding of openbare verlichting. En plannen gericht op een bepaald gebied(je), zoals Westerveld of het manifestatieveld in Park de Wezenlanden. Bij de afdeling BOR van de eenheid wijkzaken zijn alle beheerplannen en beleidsnotities beschikbaar. De belangrijkste plannen zijn: • Nota Dierenwelzijn. d.d. 2008 • Beleidsplan verkeersveiligheid Verkeersveiligheid Voor Elkaar, 2008-2018 d.d. 2008 • Grasbeheer 2008-2017, d.d. 2008 • Gemeentelijk Afvalstoffenplan 2007-2011, d.d. 2007 • Gemeentelijk Rioleringsplan 2006 - 2010 (GRP), d.d. 2006 • BOR Beheer openbare ruimte, d.d. 2002, verkort vastgelegd in de BOR-gids d.d. 2005 • Kadernota Onderhoud Wegen, d.d. 2005
Programmaplan 2010 Meerjarige beleidsdoelstellingen Prestatieafspraken Inzichtelijk beheer en onderhoud volgens In 2010 is de openbare ruimte van Zwolle de BOR-systematiek. grotendeels op kwaliteitsniveau Basis +: zijnde niveau basis met pluspunten. In 2010 heeft de openbare ruimte in de binnenstad een hoge onderhoudskwaliteit (conform Ontwikkelingsprogramma Binnenstad 2015, dat geen extra onderhoudsbudget heeft toegekend). In stand houden verbeterde kwaliteit in Na afronding fysieke projecten in de binde binnenstad. nenstad blijft de kwaliteit hoog. In stand houden en verbeteren van de kwaliteit van de bestaande openbare ruimte. Dit gaat van beschermen en verbeteren van de ecologische kwaliteit tot het verbeteren van de verkeersveiligheid. Dit betreft o.a. • groen • water • wegen • kunstwerken • recreatieplassen • dierenweides • speelvoorzieningen • voorzieningen in het groen • gebruik openbare ruimte
138
groen Bestaande (ecologische) kwaliteit en kwantiteit van het Zwolse groen blijft in stand.
programmabegroting 2010
activiteiten 2010 • Beheer en onderhoud op basis van de BOR-systematiek, basis met pluspunten in de wijken, hoog in de binnenstad. (zie a) • In alle wijken driemaal per jaar een BOR-schouw uitvoeren.
Beheer en onderhoud openbare ruimte conform BOR systematiek boven kwaliteitsniveau basis +. • Beheer grote groengebieden op grond van beheersvisies en beheersplannen. • Opstellen en uitvoeren ‘Werkplan Licht Op Groen 2010’. • VTA-boominspectie (risicobomen) en uitvoeren van de maatregelen die uit de inspectie komen. • Iepen en Kastanjes controleren op ziektes en zo nodig maatregelen treffen. • Aanvang maken met een plan van aanpak bestrijding eikenprocessierups • Opstellen bomenplan Aalanden • Inventarisatie bijzondere bomen buitengebied
tlaveren Meerjarige beleidsdoelstellingen
Prestatieafspraken water Uiterlijk 2012 zijn de stadsgrachten uitgebaggerd.
activiteiten 2010 Gefaseerd uitvoeren geactualiseerd baggerplan Zwolle. Baggeren Zwarte Water (van keersluis tot km. 1.5), Nieuwe Vecht, Almelose kanaal en Koelwaterkanaal. Starten met het verdiepen van de havens op bedrijventerrein Voorst. (programma 8)
wegen • Programmeren en uitvoeren onderHet beschikbare onderhoudsbudget houd wegen op basis van de prioritewordt zo efficiënt mogelijk ingezet. Kapiring in de kadernota en de beschiktaalvernietiging door uitstel van noodzabare middelen; dit is circa 2% van het kelijk onderhoud (duurdere reparaties) totale areaal (zie c). wordt zo veel mogelijk voorkomen. • Uitvoeren uitvoeringsplan GladheidbeWinterse gladheid door sneeuw en ijzel strijding 2009/2010 wordt zoveel mogelijk voorkomen. • Opstellen uitvoeringsplan Gladheidbestrijding 2010/2011 • Opstellen beheerplan openbare verlichting. • Aanleg fase 1 klassiek ogende verlichting in de woonstraten in de binnenstad. Hiervoor is € 100.000 uitgetrokken. • Straatreiniging. • Onkruidbeheer op verharding. kunstwerken • Inspecteren van alle kunstwerken Alle kunstwerken zijn veilig. (eenmaal in de twee jaar). Onderhoud is afhankelijk van uitkomst inspectie. • Jaarlijks inspecteren van alle beweegbare kunstwerken (bruggen). Onderhoud is afhankelijk van de uitkomst van de inspectie recreatieplassen • Beheer recreatieplassen op grond van Het bieden van een veilige en toereibeheervisies en beheerplannen. kende gelegenheid voor watergebonden • Plaatsen van speeltoestellen bij de recreatie in/op oppervlakte water van Wijhmenerplas en de Milliggerplas. uitstekende kwaliteit . (zie d) dierenweiden Het bieden van een recreatieve voorzie- • Beheren dierenweide Eekhout en Wezenlanden ning met mogelijkheden voor educatieve • subsidiëren wijkboerderijen en consuactiviteiten en ontmoeting lent buurtweiden (zie e) spelen Opstellen en uitvoeren plan van aanpak Uiterlijk 2012 zijn alle speelplekken, Afronden Inhaalslag (zie d). die nog niet zijn opgeknapt, opnieuw ingericht. gebruik openbare ruimte (zie f) Activiteiten in de openbare ruimte die zonder ingrijpen hinder voor andere gebruikers van de openbare ruimte opleveren worden gereguleerd. De bestaande warenmarkten en havens worden gefaciliteerd en gecontroleerd.
programmabegroting 2010
• Verwerken meldingen tijdelijk gebruik van de openbare ruimte (zie g). • Toezicht op hondenoverlast en reclame. • Verkeersveiligheid (zie programma 15) • Exploitatie markten. • Exploitatie havens. • Brugbediening.
139
tlaveren Meerjarige beleidsdoelstellingen Betrokkenen zo goed mogelijk informeren over de bereikbaarheid van en in Zwolle.
Prestatieafspraken In 2010 staan de wegwerkzaamheden in Zwolle en omgeving, inclusief routeplanner die hiermee rekening houdt, op www.bereikbaarheidzwolle.nl. Op www. bereikbaar.overijssel.nl staat dergelijke informatie voor de regio.
activiteiten 2010 • In samenwerking met o.a. provincie, RWS en regiogemeenten afstemmen van wegwerkzaamheden en gezamenlijk zorgen voor up-to-date info op de bereikbaarheidssites. • Technische ontwikkelingen van GPS, SMS e.d. volgen en mogelijkheden voor Zwolle onderzoeken. Eind 2010 zouden de Zwolse rioolstelsels • Uitvoeren GRP 2006/2010. In stand houden en verbeteren van het afvalwatersysteem voor huishoudens en moeten voldoen aan de wettelijke basis- • Uitbreiden rioolwaterzuivering Zwolle • Starten met riooolvervanging in bedrijven, streven naar maximale beper- inspanning: het lozen van 50% minder Holtenbroek; Trapjeswijk king van verontreiniging door afvalwater. vuil op het oppervlaktewater t.o.v. het referentie rioolstelsel. Door vertraging in • Rioolvervanging in o.a. Kastanjestraat • Voorbereiden GRP 2011/2015. de vergunningenverlening door het Rijk aan het waterschap is de geplande uitbreiding van de WZRI niet op tijd gestart. De aan deze uitbreiding gekoppelde aanpassingen aan het gemeentelijk stelsel kunnen niet op tijd starten, waardoor in de loop van 2011 pas aan de basisinspanning kan worden voldaan. Deze vertraging is bij het waterschap bekend. Voorbereiden en uitvoeren elektronische Voorkomen graafincidenten en beperken We voldoen aan de elektronische fase fase WION. veiligheidsrisico’s, door afstemmen van van de WION, die op 1 juli 2010 ingaat. gebruik en werken in de ondergrondse openbare ruimte. Hiervoor geldt tevens de Wet Informatieuitwisseling Ondergrondse Netten. • Uitvoeren GAP 2007-2011. In 2011 lopen we in de pas met andere In het kader van de volksgezondheid • Realiseren oud papier inzameling voor zorgdragen voor de afvalinzameling van stedelijkheidsklasse 2 gemeenten wat de hoogbouw. huishoudens en bestrijding van plaagdie- betreft normen voor bronscheiding (eindren. Tevens streven naar het halen van de doel is voldoen aan de landelijke normen • “dekkende” textielinzameling door samenwerking Humana en Kringloop voor stedelijkheidsklasse 2). landelijke norm m.b.t. afvalscheiding. • Uitvoeren proef kunststof inzameling in Veerallee en gedeelte Dieze • Huishoudelijk afval wordt ingezameld door ROVA ( zie b). • Bestrijding plaagdieren incl. destructie kadavers. In het kader van het dierenwelzijn zorgen Een dierenwelzijnsbeleid met structurele • Uitvoeren dierenwelzijnsbeleid. • Samenwerking dierenasiel, dierendekking van de uitvoeringskosten. voor een respectvolle behandeling van ambulance en dierenbescherming dieren, waaronder de opvang van zwerfversterken. Jaarlijks worden de zwerfhonden en dieren. -katten opgevangen en goed verzorgd in • Regelen opvang andere zwerfdieren dan honden en katten. het Zwolse dierenasiel. • Verbeteren gemeentelijke voorlichtingsrol. • Subsidiëring dierenasiel. Klachten en meldingen worden binnen • Civiel service onderhoud. Slagvaardig herstel van kleine fysieke • Groen service onderhoud. gebreken in de wijk; schoon, heel en vei- 3x24 uur behandeld. • Communicatie over planmatig onderlig; zichtbaar, herkenbaar en aanspreekhoud. baar voor wijkbewoners.
Toelichting programmaplan: a. De bezuinigingen 2010 zijn procentueel verdeeld over de BOR -producten. De bezuiniging 2010 is niet doorberekend aan dierenwelzijn; het dierenasiel ontvangt de volledige afgesproken subsidie in 2010. b. Voor 2010 blijft de afvalstoffenheffing gelijk aan 2008 en 2009. Dit is bereikt door de betere scheiding van het afval en een goede bedrijfsvoering van ROVA. De resultaten van de afvalscheiding in 2008 staan in het overzicht “indicatoren afval”. Het overzicht “nadere specificatie programmabudget 2010” laat zien dat een positief saldo wordt verwacht. (zie ook tarievennota)
140
programmabegroting 2010
tlaveren
c. Voor de besteding van de beschikbare middelen voor wegonderhoud is in de kadernota “Wegen” een prioritering voor wegonderhoud opgenomen. Om het budget zo effectief en efficiënt mogelijk in te zetten, wordt samenwerking gezocht met andere projecten en onderhoud (denk aan grote herinrichtings- en rioleringsprojecten). Dit gebeurt grotendeels in februari, wanneer de jaarplanning tot stand komt. Gedurende het uitvoeringsjaar proberen we nieuwe maatschappelijke en bestuurlijke besluiten zoveel mogelijk in te passen. d. Bij de Perspectiefnota 2010-2013 is naar aanleiding van een aangenomen motie afgesproken de inhaalslag ontwikkeling speelplekken af te ronden in de jaren 2010 en 2011. Naast de € 300.000 voor de jaren 2010 en 2011 (zie perspectiefnota) hebben wij hiervoor nog € 100.000 in 2010 gereserveerd. Bovendien hebben wij voor spielvoorzieningen aan de Wythmener- en Milligerplas € 35.000 uitgetrokken. e. Bij de Perspectiefnota 2010-2013 is besloten de subsidiebijdrage (aan Travers) voor beheer van de wijkboerderijen structureel te verhogen. Tevens is besloten een bijdrage beschikbaar te stellen voor het verbeteren dan wel vernieuwen van de buitenafrastering van dierenweiden. In totaal betreft dit jaarlijks € 35.000. f. Eind 2008 is het Gebruiksbesluit in werking getreden. Wij hebben ervoor gekozen het Gebruiksbesluit kostenneutraal te implementeren. Voor de uitvoering van de taken is 2,45 fte noodzakelijk, maar door het verdwijnen van de vergunningplicht vervallen de legesinkomsten van de gebruiksvergunningen. Daarom hebben wij een herprioritering aangebracht in de toezichtsen handhavingstaken, waarbij we aan veiligheid een hogere prioriteit geven dan aan leefbaarheid. In dat verband zullen in 2010 minder uren worden besteed aan toezicht en handhaving op met name aanhangers, afzetcontainers, grote voertuigen, caravans ed. die te lang langs de weg staan. Bij hondencontroles wordt het toezicht nog meer probleemgericht ingezet, d.w.z. waar veel klachten zijn of in gebieden waarvan uit ervaring bekend is dat het naleefgedrag te wensen overlaat. g. In het kader van de deregulering worden de ingebruikgevingen voor tijdelijk gebruik van de openbare ruimte vervangen door meldingen. Voor meldingen zijn geen leges verschuldigd. Op dit moment is nog niet duidelijk wat de financiële consequenties van deze regulering zullen zijn.
Kengetallen Indicator Kwaliteit Openbare Ruimte De BOR systematiek - vastgelegd in de BOR gids II - maakt de kwaliteit van de openbare ruimte meetbaar en inzichtelijk. Voor 2010 is Basis + de kwaliteit waar we naar streven; basiskwaliteit aangevuld met pluspunten. Indicatoren groen bomen (stuks) hagen (km.) heesters (ha) bosplantsoen (ha) bos (ha) afvalbakken (stuks) banken (stuks) halfverhardingen (ha) vijvers (ha) gazon, ruig gras (ha), hekken (m1) speeltoestellen (stuks) totaal (ha)
2005 61.898 46,84 46,20 73,34 139,56 1.295 1.456 28,51 130,8 523,81 2254 1189
2006 63.471 51,23 45,25 64,41 156,1 1.296 1.460 25,29 130,66 535,4 2624 1241
2007 63.514 56,36 44,64 63,27 157,11 1.289 1.449 25,54 131,50 557,60 2883 1232
942
957
979
2008 64.480 één hectare: 100 m × 100 m = 10 000 m² 62,34 43,79 een voetbalveld: 65 m × 100 m = 6.500 m² 59,4 het Lübeckplein = 5.800 m² 157,26 1.307 het Bethlehems Kerkplein = 700 m² 1.466 25,87 het Meerminneplein = 800 m² 131,5 574,13 rondje Zwolle = 45 km 3288 1203 park de Hogekamp incl vijver = 30.000 m² 992
Indicatoren afval (kg/inwoner)
2003
2004
2005
2006
2007
2008
Gft-afval Oud papier Glas Textiel KGA Restafval
87.3 51.4 19.2 3.8 327.2
85.8 58.1 17.1 3.2 1.5 339.6
86.0 54.1 16.0 3.6 1.5 323.8
71.0 55.0 17.0 3.5 1.5 292.0
84,5 58.7 22,3 3,7 1,6 329,7
84,9 65,7 19,9 4,7 1,5 300,8
Indicatoren openbare ruimte meldingen hondenoverlast meldingen reclame
2005 112 48
programmabegroting 2010
2006 95 31
2007 170 114
landelijke norm sted. klasse 2 85 75 23 5 2 -
2008 193 82
141
tlaveren Indicatoren civiel beheer areaal op 31-12-2008 verharding asfalt elementen; klinkers e.d. overig; betonpaden e.d. totaal verharding
riolering kunstwerken beweegbare bruggen vaste houten bruggen vaste bruggen overig duikers (fiets)tunnels sluizen straatmeubilair lichtpunten lampen verkeersborden rijwielklemmen straatnaamborden abri’s
142
vervanging en/of vernieuwing in 2007 absoluut % 2.474.000 m² 3.764.000 m² 64.000 m² 6.302.000 m² wegen 626 km fietspaden 124 km 676 km
22 135 162 60 27 3 23.700 25.000 12.200 5.200 5.600 145
programmabegroting 2010
vervanging en/of vernieuwing in 2008 Absoluut %
70.000 m² 40.000 m² 0 110.000 m²
2,9 1 0 1,8
77.953 m² 40.000 m² 0 143.758 m²
3,15 2,28
730 m
0,1
1599
0,25
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * egalisatiereserve rioleringen * egalisatiereserve afvalstoffenheffing * reserve onderhoud Wythmenerplas * reserve onderhoud Kleine Veer * reserve civiele infrastructuur Resultaat na bestemming
rekening 2008 43097 22307 -20790 -3266
-24056
begroting 2009 2010 44793 46077 21049 21315 -23744 -24762 667 85 824 -3 -11 136 -23077 -23731
meerjarenraming 2011 2012 46240 46455 21315 21315 -24925 -25140
2013 46700 21315 -25385
-24925
-25385
-25140
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: De toename van de baten en lasten zijn m.n. het gevolg van trendmatige aanpassingen, stadsbreidingsposten en capaciteitsverdeling. Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Vrijvallende kapitaallasten
-163 93
-215 67
-245 120
-35
-35
-35
-35
Besluitvorming PPN 2010-2013 (meerjarig incidenteel): Inhaalslag speelvoorzieningen
-150
-150
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Baggeren
-1875
-1875
218
218
218
218
Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Wijkboerderijen
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Speelvoorzieningen recreatieplassen Speelvoorzieningen openbare ruimte Openbare straatverlichting binnenstad
-35 -100 -100
Nadere specificatie programmabudget 2010: Groenbeheer Wegen/verkeersvoorzieningen Riolering Afval/reiniging Wijkbeheer Toezicht en reclame APV openbare ruimte Markten en Havens
lasten 11669 11749 6409 13556 1649 421 260 1260 46973
baten 163 605 6653 14722 236 29 834 23242
programmabegroting 2010
saldo -11506 -11144 244 1166 -1649 -185 -231 -426 -23731
143
tlaveren
Programma 18 Ruimtelijke plannen Thema
Samen leven in Zwolle
Beleidskader Het ruimtelijk beleid van de gemeente Zwolle is erop gericht om de sterke positie die Zwolle landelijk gezien inneemt te behouden en te versterken. Zwolle heeft een aantrekkelijk en door bewoners en bezoekers zeer gewaardeerd woon-, werk- en leefklimaat. Door gerichte ingrepen in bestaande woon- en werkgebieden wil Zwolle dit behouden. Zwolle groeit bovengemiddeld in inwonertal. Door gevarieerde nieuwe woongebieden te ontwikkelen wil de gemeente tegemoet komen aan de vraag van nieuwe – en ook huidige – bewoners van Zwolle. Zwolle heeft een economische centrumpositie, en een bovenregionale functie op het gebied van werkgelegenheid en voorzieningen. Door voldoende kantoren-, bedrijven- en voorzieningenlocaties te ontwikkelen en aan te bieden wil Zwolle deze positie behouden. Deze ambities zijn neergelegd in het structuurplan Zwolle 2020. Dit structuurplan geeft ook de kaders voor de uitwerking van het ruimtelijk beleid voor stad en ommeland. Het structuurplan integreert de verschillende beleidsvelden en doet daarover ruimtelijk relevante uitspraken. De uitvoering van het structuurplan wordt gemonitord via het uitvoeringsprogramma structuurplan dat jaarlijks geactualiseerd zal worden. Zwolle heeft veel ruimtelijke projecten in voorbereiding en ontwikkeling. De economische situatie is niet rooskleurig voor ruimtelijke en vastgoedontwikkelingen. Om deze twee redenen wordt er eerder voor gekozen om in 2010 de lopende ontwikkelingen tot een zo goed mogelijk resultaat te brengen, dan voor het opstarten van nieuwe ontwikkelingen. Uiteraard betekent dit het doorzetten van ontwikkelingen als Stadshagen en Hessenpoort. Met name in Stadshagen zijn de gevolgen van de economische situatie voelbaar. Via ‘De Zwolse Aanpak’, en via het ontwikkelen van aantrekkelijke, gevarieerde, en soms verrassende concepten voor Stadshagen wordt geprobeerd deze negatieve ontwikkelingen te keren. Speciale aandacht zal uitgaan naar de gebiedsontwikkelingen in Spoorzone, de Binnenstad, de schil rondom de binnenstad en de A28-zone. Enerzijds is het belangrijk om de samenhang binnen deze gebieden te garanderen, anderzijds is de opgave om deze –voor de toekomst van Zwolle belangrijke- projecten ook daadwerkelijk tot uitvoering te brengen. Door de invoering van de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening en Grondexploitatie zullen bestemmingsplannen een ruimtelijkfinancieel kader vormen bij bouw- en inrichtingsplannen. Met de invoering van deze nieuwe wet krijgt de gemeente ook meer mogelijkheden om ontwikkelingen te sturen. Binnen ruimtelijke vraagstukken is het daarom van belang gebruik te maken van deze mogelijkheden. Bij het opstellen van structuurvisies en bestemmingsplannen ligt de focus steeds meer op de ruimtelijke kwaliteit: gebruikskwaliteit, beeldkwaliteit en milieukwaliteit. Daarbij sluit Zwolle ook aan bij de uitgangspunten van de Omgevingsvisie van de Provincie Overijssel. Naast het voeren van regie op ontwikkelingen blijft het actualiseren van de bestemmingsplannen in het kader van ‘Zwolle op Orde’ veel aandacht vragen. Het streven is nog steeds gericht op het vaststellen van de laatste plannen in 2013. Dat geldt zowel voor het stedelijk gebied als voor het buitengebied. Tenslotte zal de dienstverlening van de gemeente richting de burger verbeteren. Met de invoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) begin 2010 zijn vele regelingen voor de fysieke leefomgeving bijeengebracht. Zo gaan bouw-, milieu-, natuur- en monumentenvergunningen op in één vergunning, de zogenaamde Omgevingsvergunning. (zie ook programma 23). Relevante beleidsnota’s: • Nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening plus grondexploitatiewet • Provinciale Omgevingsvisie en Omgevingsverordening • Structuurplan Zwolle 2020 en Uitvoeringsprogramma Structuurplan • Meer in detail gelden onder andere nog de volgende beleidsplannen: • Het Groenbeleidsplan, de Mobiliteitsvisie, het Ontwikkelingsprogramma Binnenstad, de Welstandsnota, de Visie Buitengebied en de Woonvisie. Een aantal hiervan zal de komende jaren herzien worden.
144
programmabegroting 2010
tlaveren
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Uitvoering Structuurplan.
Prestatieafspraken Stedelijke regie programmatische aanpak.
Activiteiten 2010 Jaarlijks wordt het uitvoeringsprogramma geactualiseerd; volgende versie: oktober 2010 (zie a).
Uitvoeren natuuronderzoeken. Deze gaan In 2010 is de eerste telling gereed en verwerkt. drie jaar duren. In 2011, uiterlijk 2012 wordt een keuze gemaakt over toekomstige uitbreidingslocaties..
Stedelijk programmeren.
Stedelijke regie op basis van Structuurplan en Uitvoeringsprogramma.
Verbeteren structuur en kwaliteit openbare ruimte Binnenstad.
In 2015 is de waardering van bezoekers gestegen. Openbaar gebied heringericht. Ruimte voor private ontwikkelingen is mogelijk binnen vastgestelde kaders.
Ontwikkelen/versterken ruimtelijke programma’s: • Spoorzone • Binnenstadschil • A28 zone • Buitengebied.
Visies inclusief programma’s opgesteld voor ontwikkelingsgebieden
Uitvoeren ontsluitingsonderzoek Vechtpoort: in 2010 worden de resultaten van dit onderzoek meegenomen in de wijkanalyse Berkum. Dorpsplan Wijthmen vastgesteld. Sturen stedelijke ontwikkeling op basis van het volgen van de voortgang van programma’s, bewaken van de kaders voor ruimtelijke ontwikkelingen, en monitoren van de samenhang tussen ontwikkelingen. Ontwikkelingsprogramma Binnenstad geëvalueerd en geactualiseerd (zie b). Bouwvoornemens: • Bankenlocatie Melkmarkt: begin bouw 2010, gereed 2012. • Bouwblok Rodetorenplein: Begin bouw 2010, gereed 2011. Herinrichtingen: • Potgietersingel: begin herinrichting medio 2010, gereed medio 2011. • Sassenstraat/Sassenpoort: begin herinrichting 2010, gereed eind 2010/ medio 2011. • Nieuwe Markt: begin herinrichting medio 2010, gereed eind 2010/medio 2011 • Autoluw maken diverse locaties: uitvoering 2010, eind 2010 gereed. Spoorzone: structuurvisie Spoorzone: fase II, structuurbeeld 2020 met doorkijk naar 2030 gereed voor bestuurlijke besluitvorming: fase III, uitvoeringsprogramma gereed voor bestuurlijke besluitvorming (zie c). Binnenstadsschil: gezamenlijke financieringsstrategie vastgesteld. Afstemming tussen programma’s en planning begin 2010 gereed. Daarna vormt de Binnenstadsschil onderdeel van stedelijke programmering (zie d). A28 zone: Ontwikkelingskader Voorsterpoort geactualiseerd. Buitengebied: Ontwikkelingsvisie Wijthmenerplas gereed.
programmabegroting 2010
145
tlaveren Meerjarige doelstellingen Adequate ruimtelijke kaders.
Zwolle op Orde.
Prestatieafspraken Actualisatie RO-beleid.
Activiteiten 2010 Raadsopdracht ruimtelijke kwaliteit binnenstad uitgevoerd (zie e).
Alle bestemmingsplannen zijn geactualiseerd in het kader van Zwolle op Orde per 2013.
Bestemmingsplan buitengebied, eerste deelgebied opgesteld. Vastgestelde bestemmingsplannen voor Holtenbroek, Stadshagen en Zwolle zuidoost, Voorst en Assendorp (zie f). Concept voorontwerp bestemmingsplannen opgesteld voor Diezerpoort en Kamperpoort.
Actualisatie bestemmingsplannen in kader van lopende ontwikkelingen.
Partiële herziening bijgebouwen regeling en archeologie - onherroepelijk. Vastgesteld bestemmingsplan voor Campus Windesheim. Opstellen voorontwerp bestemmingsplannen voor Wijthmenerplas, Vrolijkheid en Wezenlanden/Rechtbank. Voor complexe ruimtelijke initiatieven worden SPvE’s opgesteld, de minder complexe worden begeleid tot de bouwaanvraag.
Ruimtelijke initiatieven
Toelichting programmaplan a. De eerste versie van het Uitvoeringsprogramma Structuurplan is in 2009 gereed gekomen. Het uitvoeringsprogramma geeft een beeld hoever de gemeente gevorderd is met de doelstellingen uit het Structuurplan 2020 en welke acties ondernomen kunnen/moeten worden om de doelstellingen te bereiken. Het uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks geactualiseerd en zal zich zo tot een dynamisch instrument ontwikkelingen. De oplevering van het uitvoeringsprogramma zal in 2010 dusdanig worden aangepast, dat het in de beleidscyclus van de gemeente past, en als basis kan dienen voor de begroting. b. Het Ontwikkelingsprogramma Binnenstad dateert uit 2004 en fungeert als hanteerbaar kader voor diverse ontwikkelingen in de binnenstad. Het bestaat nu ruim vijf jaar, en loopt nog tot 2015. Het is zinvol na vijf jaar het programma te actualiseren en eventueel ontwikkelingen na 2015 in beeld te brengen. c. Met het vaststellen van de locatie voor de nieuwe busterminal kan een structuurbeeld Spoorzone 2020 opgesteld worden met een doorkijk naar 2030, evenals een uitvoeringsprogramma. d. Aan en bij de Binnenstadsschil is een veelheid van projecten in ontwikkeling. In 2009 is het initiatief genomen tot regie over deze projecten, en tot het ontwikkelen van een gezamenlijke financieringsstrategie voor de totale binnenstadsschil. In 2010 zal dit tot de eerste resultaten leiden: een financieringsstrategie, inclusief lobbystrategie, en afgestemde programma’s en planning. e. In 2008/2009 heeft de gemeenteraad een debat gevoerd over ruimtelijke kwaliteit. Dit heeft geleid tot een opdracht aan het College. Deze opdracht zal in 2010 verder uitgevoerd worden. Daarbij zullen uitgangspunten vóór de verkiezingen met de raad gedeeld worden, de verdere uitwerking zal onder een nieuwe raad plaatsvinden. f. Zwolle op Orde ligt op schema. Het doel om alle bestemmingsplannen actueel, dus jonger dan tien jaar, te hebben, lijkt bereikt te worden. Dit is des te belangrijker omdat vanaf 2013 voor bouwplannen in gebieden met een bestemmingsplan ouder dan tien jaar geen leges meer geheven mag worden.
Kengetallen: Aantal vigerende bestemmingsplannen: Bestemmingsplannen in procedure:
231 46
Bestemmingsplannen vastgesteld Aantal gevoerde artikel 19 lid 1 WRO procedures Aantal genomen voorbereidingsbesluiten
146
programmabegroting 2010
2005
2006
2007
2008
9 50 24
12 15 12
7 9 8
19 14 12
2009 (t/m juli) 2 6 5
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * Egalisatieres. bestemmingsplannen Resultaat na bestemming
rekening 2008 4711 22 -4689 1844 -2845
begroting 2009 2010 1546 1564 -1546 -180 -1726
meerjarenraming 2011 2012 1564 1564
2013 1564
-1564
-1564
-1564
-1564
-180 -1744
-1564
-1564
-1564
-225 -180
-180
22
22
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Trendmatige aanpassingen. Besluitvorming PPN 2010-2013 (meerjarig incidenteel): Ruimtelijke plannen visie/onderzoek (in 2009 € 0,9 mln.)
-850
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Binnenstad Bestemmingsplan buitengebied Zwolle op orde
-850 -225
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
22
22
Nadere specificatie programmabudget 2010: Ruimtelijke kaders / visie Studies voor planvorming
lasten 1422 322 1744
baten
programmabegroting 2010
0
saldo -1422 -322 -1744
147
tlaveren
Pijler Kwaliteit van Bestuur en Organisatie
148
programmabegroting 2010
tlaveren
Wie inzet op kwaliteit in de gemeente moet intern de zaken ook op orde hebben. De gemeente houdt een scherp oog voor hoe zij Zwolle het beste kan dienen. Dat streven naar hoogstaande dienstverlening is vaak zichtbaar, maar vaak ook niet. Aanspreekbaar zijn staat centraal: de gemeente wil dat zijn voor de Zwollenaren zelf, voor marktpartijen, voor andere overheden en in eigen huis. Net als elders in de stad ontkomt ook de gemeentelijke organisatie niet aan een heroriëntatie op de eigen wensen en mogelijkheden. En net als elders vraagt dit tijdsgewricht om funda-
mentele, maar niet onmogelijke keuzes. Kernwaarden worden daarbij niet uit het oog verloren. De gemeente zal transparant blijven, waar het gaat om de totstandkoming van beleid en in het uitdragen van dat beleid. De gemeente wil de Zwollenaren en andere betrokkenen snel en gemakkelijk bedienen, dus met inzet van de modernste middelen. In dit deel van de begroting leest u op welke manieren Zwolle die ambities waarmaakt. Bij deze waarden hoort aandachtige zorg voor de gemeentelijke bezittingen, en een zorgvuldig financieel beleid. Ook daarop gaat dit gedeelte in.
Omschrijving /programma
19 Raad en raadsgriffie 20 Intensivering communicatie 21 Leefbaarheid en wijkgericht werken 22 Aanpassing bestuursstijl 23 Publieke dienstverlening 24 Kwaliteit van bedrijfsvoering 25 Exploitatie gronden en vastgoedbeheer 26 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Totaal programmabegroting 2010
lasten
baten
2084 1428 2463 3828 10321 8193 159398 4061 191776
7651 1261 156427 174630 339969
reserve saldo mutaties (bedragen x € 1.000) -2084 -1428 -2463 -3828 239 -2431 600 -6332 2225 -746 -7506 163063 -4442 143751 149
tlaveren
150
programmabegroting 2010
tlaveren
Inhoud Programma 19
Raad en raadsgriffie
152
Programma 20
Intensivering Communicatie
157
Programma 21
Wijkgericht werken & leefbaarheid
161
Programma 22
Bestuursstijl
164
Programma 23
Publieke dienstverlening
167
Programma 24
Kwaliteit van de bedrijfsvoering
174
Programma 25a Exploitaties gronden
178
Programma 25b Vastgoedmanagement
181
Programma 26
184
Financiering en algemene dekkingsmiddelen
programmabegroting 2010
151
tlaveren
Programma 19 Raad en raadsgriffie
Beleidskader • • • •
Wet dualisering gemeentebestuur - Gemeentewet – Reglement van orde van de Raad Raadsbesluit nieuwe vergaderstructuur d.d. 17 maart 2008. Programmaplan Raad en Griffie 2010
Meerjarige doelstellingen Doelstelling raad Het op een effectieve en efficiënte wijze gestalte geven aan een goed en transparant democratisch bestuur, gestoeld op duale uitgangspunten en verhoudingen zoals die wettelijk zijn vastgelegd.
Prestaties 2010 1. Vergaderstructuur Voorwaarde voor een transparant besluitvormingsproces is een heldere, effectieve en efficiënte vergaderstructuur. De Zwolse vergaderpraktijk is met ingang van 2008 gewijzigd met invoering van het Raadsplein. Er is een scheiding aangebracht in informatievoorziening, De doelstelling moet leiden tot: • Het versterken van het vertrouwen in meningsvorming en besluitvorming in de vorm van afzonderlijke rondes. de politiek; Uit de evaluatie na het eerste jaar • Het versterken van de positie van blijkt dat een kleine meerderheid van de raad in beleidsprocessen en de de respondenten het een verbetering totstandkoming van producten uit de vond ten opzichte van de oude strucjaarcyclus; tuur. Het advies van de onderzoekers • Een heldere besluitvorming. luidde: Handhaaf het Raadsplein en breng aanpassingen aan in onderdelen Doelstelling griffie die verbeterd kunnen worden. Tijdens de De griffie ondersteunt de raad op een zodanige professionele en klantvriende- Raadsretraite in september 2009 werd de lijke wijze dat de raad zijn duale rollen op aanzet tot deze verbeterslag gegeven. In een goede, eigen wijze kan vormgeven en 2010 zal het verbetertraject verder vorm en inhoud krijgen. invullen.
152
Activiteiten 2010
• De uitkomsten van de evaluatie van het Raadsplein en de Raadsretraite in 2009 vormen de uitgangpunten voor een traject waarbij verbeteringen in de vergaderstructuur worden aangebracht; • In een door de griffie opgestelde plan van aanpak zijn de verbetervoorstellen nader uitgewerkt; • Het presidium legt de concrete verbetervoorstellen ter besluitvorming aan de raad voor; • Implementatie van de belangrijkste verbeteringen zullen in 2010 plaatsvinden; • De agendacommissie heeft als taak de vergaderopzet te monitoren; • De werkwijze van de raad zal voortdurend kritisch worden beschouwd. Het gaat dan niet alleen om cultuur en structuuraspecten, maar ook om de samenwerking met het college en de ambtelijke organisatie. Instrumenten Het faciliteren van de vergaderstrucals bijvoorbeeld de quick scan van het tuur is een basistaak van de griffie. Het Actieprogramma lokaal bestuur kan betreft voorbereiding, begeleiding en hierbij worden gebruikt; afhandelen van de vergaderingen op het • De griffie bereidt de RaadspleinRaadsplein. vergadering voor en zorgt voor het In dit kader wordt ook de agendacomtoetsen en bewaken van de besluitmissie geadviseerd en ondersteund. vorming. Het gaat hierbij om ongeveer 30 avonden; De agendacommissie heeft de volgende • Tevens zorgt de griffie voor de voorbetaken: reiding van de circa 25 vergaderingen • het voorbereiden van de agenda’s van de agendacommissie; • het opstellen van een vergaderrooster • Daarnaast vindt ondersteuning plaats voor het Raadsplein; van de voorzitter van de raad, de plv. • het rapporteren en adviseren van het voorzitter en de Raadspleinvoorzitpresidium over de werkwijze van het ters; Raadsplein. • Het presidium vergadert 7x per jaar. De vergaderingen worden voorbereid en begeleid door de griffie.
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestaties 2010 Het presidium bepaalt de werkzaamheden van raad en heeft daarbij de volgende taken: • het bepalen en aansturen van de werkzaamheden van het Raadsplein; • het opstellen van de jaaragenda van de raad; • het evalueren van het functioneren van het Raadsplein; • het voorbereiden van de begroting van de raad; • zorg dragen voor de communicatie over het Raadsplein.
Activiteiten 2010 De griffie ondersteunt en adviseert de raad bij inzet van de raadsinstrumenten: • Doorgeleiden en bewaken van de schriftelijke vragen (art.45); • Ondersteuning bij het formuleren van amendementen en moties en de toetsing daarvan; • Ondersteuning bij interpellatieverzoeken; • Ondersteuning bij het maken van initiatiefvoorstellen; • Indien van toepassing ondersteuning van raadsonderzoeken; • Verder vormt de griffie de loketfunctie voor de raad en burgers.
2. Nieuwe gemeenteraad Op 3 maart 2010 zijn de gemeenteraadsverkiezingen. Voor, tijdens en ná de verkiezingen zullen vele activiteiten plaatsvinden die in dit teken staan. Doel is de kiezer voor te lichten, de kandidaten te faciliteren en de nieuwe raad een goede start te geven. In samenwerking met bureau verkiezingen, afdeling communicatie en de concernstaf zal de griffie dit proces begeleiden en faciliteren. Om alles in goede banen te leiden is een werkgroep opgericht en een communicatieplan opgesteld.
• In samenwerking met de deelnemende politieke partijen zal het kieskompas ingezet worden; • Door de griffie wordt voor de nieuwe raad een inwerkprogramma samengesteld. Hierbij wordt o.a. aandacht geschonken aan kennismaking met de gemeentelijke organisatie, training en scholing; • Om de debatvaardigheid te bevorderen, maken debattrainingen onderdeel uit van het inwerkprogramma; • Ten behoeve van de nieuwe raad zal een handboek worden samengesteld, waarin naast het Reglement van Orde verdere relevante informatie wordt Opkomstbevordering opgenomen; In het kader van de bevordering van de • In het inwerkprogramma wordt speopkomst wordt een kieshulp ingezet cifieke aandacht geschonken aan de zoals Kieskompas of Stemwijzer. Door rekrutering, training en coaching van middel van dit instrument kunnen kiezer de Raadspleinvoorzitters; worden geholpen om hun keus te maken. • Ook voor 2010 staat een RaadsreDaarnaast worden jongeren gestimutraite op het programma. In overleg leerd om naar de stembus te gaan door met de nieuwe raad wordt een thema een speciale uitnodigingsbrief. Ook gekozen. worden nog een aantal suggesties verder uitgewerkt. Inwerkprogramma nieuwe raad Om de nieuwe raad goed van start te laten gaan zal door de griffie in samenwerking met de ambtelijke organisatie, eventueel met inzet van externe ondersteuning, een inwerkprogramma worden aangeboden. Doel van dit programma is het aanreiken van fundamentele kennis en basisvaardigheden die nodig zijn om de taak als gemeenteraadslid naar behoren te kunnen invullen. Daarnaast moet het een positieve bijdrage leveren aan het kwaliteitsniveau van de raad als geheel. Het programma bestaat uit “verplichte” onderdelen gericht op de raad als geheel en onderdelen voor een specifieke doelgroep uit de raad.
programmabegroting 2010
153
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestaties 2010 3. Cultuur in de raad Bij het aantreden van de nieuwe raad is het van belang veel aandacht te besteden aan cultuuraspecten. Hieronder wordt verstaan de waarden en normen die de raadsleden hanteren bij het raadswerk. Zeker als door de verkiezingen de politieke verhoudingen zijn veranderd is het belangrijk om het met elkaar te hebben over een goede sfeer, omgangsvormen en collegialiteit. Niet in de laatste plaats ten dienste van een goede uitstraling naar buiten
Activiteiten 2010
• In het inwerkprogramma van de nieuwe raad zal aandacht worden geschonken aan het begrip cultuur; Een sessie over integriteit staat op het programma; • In de loop van het jaar zal mogelijk aan de hand van een discussie over kernwaarden met de raad worden gesproken over het cultuuraspect; • De plv.voorzitter van de raad zal blijvend aandacht schenken aan het onderwerp “cultuurverbetering” In nauw overleg met de agendacommissie wordt er over cultuuraspecten Het thema integriteit zal blijvend aangerapporteerd aan het presidium. dacht vragen. De in 2007 vastgestelde Mede in het kader van bovenstaande gedragscode is in belangrijke mate activiteiten vindt vanuit de griffie: gericht op het integer handelen van het • wekelijks overleg plaats met de burraadslid. Het cultuuraspect komt in de gemeester; code nog onvoldoende uit de verf, omdat • wekelijks overleg met de gemeentehet minder gemakkelijk in regels is te secretaris; vangen. Het verdient aanbeveling hier een verde- • Zes wekelijks met burgemeester en gemeentesecretaris; re uitwerking aan te geven bijvoorbeeld • Zes wekelijks burgemeester en plv. via een discussie over kernwaarden. voorzitter van de raad. Welke kernwaarden staan voor de raad centraal en kan daar ook naar gehandeld worden? 4. Vertegenwoordigende rol van de raad Voor de democratische besluitvorming is • De raad speelt een actieve rol in het betrekken van burgers bij het Raadsde betrokkenheid van burgers essentieel. plein; Een van de doelen van de invoering van • Een actuele Termijnagenda, waarbij het Raadsplein was de betrokkenheid het accent ligt op de positie van de van de stad bij de besluitvorming te verraad aan de voorkant van het begroten. Uit de evaluatie blijkt dat dit nog leidsproces, helpt bij het betrekken onvoldoende uit de verf komt. van burgers in de juiste fase van het proces; In het verbeterplan worden suggesties • De agendacommissie bewaakt de uituitgewerkt op welke wijze inwoners en voering van deze agenda en adviseert organisaties beter bij het besluitvorhet presidium hierover; mingsproces kunnen worden betrokken. • In het plan van aanpak verbeteHet is wenselijk “de stad” meer aan de ring Raadsplein worden suggesties voorkant van het beleidsproces een rol uitgewerkt om “de stad” beter bij het te geven. besluitvormingsproces te betrekken. 5. Beleidscyclus De raad heeft aangegeven dat producten De stuurgroep doorontwikkeling beleidscyclus komt met concrete voorstellen uit de beleidscyclus zoals de Perspecter verbetering van de verschillende protiefnota en de programmabegroting ducten van de beleidscyclus. Dat zal niet meer dienen aan te sluiten op wensen alleen kunnen leiden tot aanpassingen en behoeften van de raad. In 2009 is in een raadsconferentie over dit onderwerp van de producten, maar mogelijk ook in de wijze van behandeling door de raad. gehouden. Naar aanleiding hiervan is een stuurgroep geformeerd waarin de raad wordt vertegenwoordigt door twee raadsleden en de griffier. De stuurgroep heeft als opdracht met verbeteringsvoorstellen te komen. Doel is het sturend en controlerend vermogen van de beleidscyclus te verbeteren
154
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestaties 2010 6. Wijkanalyses De ervaringen van de raad met wijkgesprekken zijn zeer positief. Dit vraagt dan ook om continuering van deze activiteit. De tot nu toe gevolgde werkwijze is echter toe aan herziening. De voorbereiding en uitwerking van de wijkgesprekken vergen veel personele inzet van zowel wijkzaken als de griffie. Dit staat niet in redelijke verhouding tot de uiteindelijke opbrengst. In de loop van 2010 zal met de raad van gedachte worden gewisseld over een mogelijke verandering in de opzet van de wijkgesprekken. 7. Communicatie Bij het communicatiebeleid gaat het om de positionering en profilering van de raad. In 2010 zal het accent aanvankelijk liggen op de verkiezingen en de introductie van de nieuwe raad. In de tweede helft van 2010 wordt gewerkt aan het herijken van het communicatiebeleid. De imagoverbeterende activiteiten, zoals de ontmoetingsdag, worden voortgezet. Het project Raad voor de Klas zal in 2010 worden gecontinueerd en staat in het teken van de verkiezingen.
Activiteiten 2010 De wijkgesprekken dragen duidelijk bij aan de invulling van de volksvertegenwoordigende en kaderstellende rol en zullen dan ook in 2010 worden gecontinueerd. Op basis van een nader uit te werken voorstel zal de opzet zodanig worden aangepast dat de investering in personeel en geld in de juiste verhouding komt te staan met de opbrengst. Voor 2010 staat in ieder geval Berkum nog op het programma.
• Een bijdrage te leveren aan de inhoud van de wekelijks uit te brengen Raadswijzer; • Actief deel te nemen aan de jaarlijkse ontmoetingsdag • Continuering van het project ‘Raad voor de Klas’; • imagoverbeterende activiteiten in relatie tot positionering en profilering van de raad; • In 2009 vond het tweejaarlijks onderzoek plaats naar het imago en de bekendheid van de raad. De resultaten van dit onderzoek worden in 2010 gebruikt voor aanpassing van het communicatieplan; • Evaluatie burgerinitiatief; • Optimaliseren nieuwe website www. gemeenteraadzwolle.nl.
8. Overige zaken Werkgeverscommissie De commissie is belast met de werkge- • Voorbereiding en advisering middels een viertal vergaderingen per jaar. versrol van de griffie, zoals is vastgelegd bij verordening. Afstemmingscomité • Voorbereiding vergaderingen en adHet afstemmingscomité heeft tot taak visering aan het comité, middels een om zorg te dragen voor de afstemviertal vergaderingen per jaar. ming en coördinatie van de processen die gericht zijn op de controle binnen de gemeente, zoals vastgelegd in de Gemeentewet en de daarop gebaseerde verordeningen. En zorg te dragen voor de aansturing van het jaarlijkse proces van de accountantscontrole. Daarnaast is door de raad de evaluatie van de beleidscyclus bij het afstemmingscommité gelegd.
programmabegroting 2010
155
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestaties 2010 Rekenkamercommissie De rekenkamercommissie heeft tot taak het uitvoeren of doen uitvoeren van beleidsevaluatieonderzoeken van het gemeentelijk beleid, gericht op doelmatigheid en doeltreffendheid.
Ambitieniveau Het presidium heeft aangegeven te willen spreken over het ambitieniveau van de raad, als het gaat om de invulling van de duale rollen. De ondersteuning vanuit de griffie dient hierop aan te sluiten.
Activiteiten 2010 • Voorbereiding vergaderingen en advisering middels een achttal vergaderingen; • Het jaarlijks uitbrengen van een onderzoek; • In de vorige raadsperiode is de afspraak gemaakt voor een heroriëntatie op de rekenkamercommissie in de zin van rekenkamer of rekenkamercommissie. Deze heroriëntatie zal voor de aanvang van de nieuwe raadsperiode moeten zijn afgerond. • De griffie bereidt een notitie voor over het ambitieniveau van de raad als het gaat om de invulling van de duale rollen, in relatie tot het ondersteuningsniveau vanuit de griffie; • De griffie zal na formulering van het ambitieniveau in 2010 een afdelingswerkplan opstellen.
Contact fracties De griffie wil evenals in de vorige periode • Bezoek aan fracties. jaarlijks een bezoek aan de fracties brengen. Voor 2010 zal dit gecontinueerd worden.
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Resultaat na bestemming
rekening 2008 1950 10 -1940 -4 -1944
begroting 2009 2010 2044 2084
meerjarenraming 2011 2012 2084 2084
2013 2084
-2044
-2084
-2084
-2084
-2084
-2044
-2084
-2084
-2084
-2084
18
18
18
18
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Trendmatige aanpassingen. Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Nadere specificatie programmabudget 2010: Raad Rekenkamer Raadsgriffie
156
lasten 1308 53 723 2084
baten
programmabegroting 2010
0
saldo -1308 -53 -723 -2084
tlaveren
Programma 20 Intensivering Communicatie Thema
Overig
Beleidskader Kader voor de activiteiten is het beleidsplan ‘Communicatie De Som Der Delen 2006-2010’. Een korte samenvatting van de uitgangspunten: • Burgers hebben recht op communicatie met en informatie over de gemeentelijke overheid. • Communicatie ondersteunt goed democratisch bestuur. • Communicatie is een volwaardig en integraal onderdeel van het beleidsproces. • Communicatie is volledig, juist, tijdig en effectief. • Voorgenomen beleid wordt actief uitgedragen naar groepen die (nog) niet actief communiceren met de gemeente Zwolle. • Communicatie over niet-aanvaard beleid is geoorloofd mits informatie feitelijk van aard en zakelijk van toon is, de gemeente herkenbaar is als afzender, de inhoud centraal staat en niet de persoon van de bestuurder, er gecommuniceerd wordt in een redelijke verhouding tot die van andere actoren en duidelijk wordt aangegeven in welke fase de beleidsontwikkeling zich bevindt. • Alle informatie wordt actief digitaal openbaar gemaakt. • De centrale afdeling Communicatie is belast met de ontwikkeling van het communicatiebeleid, ziet toe op samenhang en borgt de kwaliteit van de communicatie. • Er is een communicatietoets voor nieuw beleid. • Er wordt pro-actief mediabeleid gevoerd met 24 uur per dag gegarandeerde bereikbaarheid. Relevante beleidsnota’s: • Beleidsplan Communicatie De Som Der Delen 2006 – 2010
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Prestatieafspraken • Tijdige en effectieve en dus pro-actieBurgers optimaal informeren over en ve advisering van college en ambtebetrekken bij het beleid en de ontwikkelijke organisatie. ling van Zwolle. • Bijdrage aan maximaal draagvlak voor (voorgenomen) beleid. • Juiste weergave van beleid in de media. • Arrangeren van effectieve (visuele en fysieke) podia om beleid te toetsen en uit te dragen. • Versterking van de communicatiegevoeligheid van het gemeentepersoneel dat beeldbepalend is. • Betere informatievoorziening binnen de organisatie door actiever gebruik te maken van interne communicatiemiddelen. • Projectleiding van gemeentelijke en wijkgerichte projecten.
programmabegroting 2010
Activiteiten 2010 Communicatietoets Wij blijven in 2010 de communicatietoets monitoren, zodat de kwaliteit gewaarborgd blijft. Beginspraak In 2009 is de Inspiratiebox uitgereikt aan de raad. In 2010 wordt de box uitgebreid met minimaal twee projectbladen van projecten die op een vernieuwende wijze met Beginspraak zijn opgepakt. Op de website zwolle.nl wordt de site Beginspraak voortdurend voorzien van actuele informatie, zodat deze site een kennisbron is voor betrokkenen en geïnteresseerden. De Inspiratiewerkgroep gaat in 2010 op zoek naar vernieuwende werkvormen bij Beginspraak, zorgt voor bedding van deze werkvormen binnen de organisatie en helpt de organisatie bij het toepassen van nieuwe werkvormen Beginspraak. De voorzitterspool is geformeerd en beschikt over voldoende gekwalificeerde personen die ingezet worden als voorzitter bij diverse bijeenkomsten.
157
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestatieafspraken
Bevorderen van een positieve beeldvor- • Ondersteunen van een krachtige positionering van Zwolle door middel van ming in samenwerking met de partners citymarketing. uit de stad. • Stimuleren en organiseren van evenementen. • Vormgeven van de dialoog tussen stad en bestuur • Projectleiding van communicatieprojecten die passen binnen het werkgebied van corporate communicatie. • Bewaking en verdere ontwikkeling van de huisstijl. • Coördinatie van opinie- en communicatieonderzoek, inclusief monitoring van het collegebeleid via het Burgerpanel. • Relatiemarketing.
Activiteiten 2010 Virtueel Zwolle In 2009 is bij een aantal projecten gebruik gemaakt van 3D-presentaties. In 2010 willen we meer projecten voorzien van dit communicatiemiddel. Wanneer vanuit een project geld beschikbaar wordt gesteld, worden bij de daarvoor in aanmerking komende projecten de plannen visueel inzichtelijk gemaakt. Dialoog met de stad In 2010 staat de dialoog met de stad in het teken van kennis maken met het nieuwe college. Concreet betekent dit dat er, net als in 2009, een volledige week wordt georganiseerd met vele bezoeken aan partners in de stad. Daarnaast worden er weer periodiek bezoeken voorbereid aan diverse bedrijven en instellingen. Hierbij wordt zoveel mogelijk de aanpak gevolgd van ‘de week’: gezamenlijke aftrap en diverse parallelbezoeken. Stadsmarketing De organisatie Zwolle Marketing staat. Het communicatieconcept is met diverse vertegenwoordigers van de vier domeinen gekozen en verder ontwikkeld. De gemeente monitort de afspraken die met Zwolle Marketing zijn gemaakt in het kader van de subsidiering. Hiervoor vindt er een keer per kwartaal een overleg plaats aan de hand van de kwartaalrapportage en wordt er zeer regelmatig over diverse projecten met Zwolle Marketing gesproken. In 2010 worden de diverse beleidsambtenaren nauwer betrokken bij de werkzaamheden Als gemeente moeten wij ook zelf onze stad promoten daar waar dat kan. Dit doen we vooral bij de fysieke projecten, zoals het vermarkten van bedrijventerrein Hessenpoort en het promoten van Zwolle als kantorenstad van NoordoostNederland. Tevens is de organisatie van de Nationale Boomfeestdag een evenement dat het groene karakter van Zwolle onderstreept. Samen Maken We de Stad In 2010 wordt het officiële collegeprogramma beëindigd. Echter, het werken vanuit het gedachtegoed blijft bestaan.
158
programmabegroting 2010
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestatieafspraken
Introductie van een volledig vernieuwde Realisatie van het nieuwe Zwolle.nl. website.
Activiteiten 2010 Overige activiteiten Ook in 2010 wordt weer veel aandacht besteed aan de relatie met onze inwoners door: • Nieuwjaarsbijeenkomst en -diner • Gouden Sportboek • Bijeenkomsten nieuwe inwoners • Jaarlijks terugkerende herdenkingen en vieringen • Koninklijke en gemeentelijke onderscheidingen • Jong Goud • 100+ verjaardagen en 60/65-jarige huwelijken van inwoners • Thorbeckelezing • Hanzedagen • Inhaken op prestaties van inwoners (denk aan het bekend worden van Michelinsterren, bijzondere (sport) prestaties etc.) • Bij diverse evenementen (Leontien Ladies Ride, Zwolle Culinair) worden, ook in het kader van relatiebeheer, diverse ondernemers en burgers uit de stad uitgenodigd. Voor volgend jaar staan er ook weer een aantal bijzondere activiteiten op het programma: • Verkiezingen 3 maart 2010 • Nationale Boomfeestdag op de Oude Mars 17 maart 2010 • Jubileum Bevrijdingsfestival Overijssel 5 mei 2010 • Veteranendag 19 juni 2010 (onderdeel 65-jaar bevrijding) In 2010 richten we ons op interactie op zwolle.nl. Dit doen we door interactieve modules als chat, weblog, mobiel etc. verder te implementeren en integreren op de nieuwe website. We blijven ons continu richten op het bereiken van een hogere score op de webrichtlijnen Overheidsmonitor. De dienstverlening met betrekking tot de website willen we meetbaar verbeteren door een goede redactie van de website en meer transacties via onder andere Dimpact te realiseren. Naast de vernieuwde website zwolle. nl willen we in 2010 starten met het vernieuwen van Arachne. Hiervoor wordt een voorstel opgesteld om de haalbaarheid inzichtelijk te krijgen en een businesscase ontwikkeld. Er wordt een begin gemaakt met het maken van een ontwerp en met de integratie van bestaande en nieuwe modules om uiteindelijk te komen tot migratie van een oud naar een nieuw Arachne.
programmabegroting 2010
159
tlaveren Meerjarige doelstellingen Visie op communicatie
Prestatieafspraken Nieuw beleidsplan vanaf 2009.
Activiteiten 2010 In 2009 wordt een nieuw beleidsplan Communicatie opgesteld, in discussie gebracht in de organisatie en in 2010 geïmplementeerd.
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Resultaat na bestemming
rekening 2008 1150 1 -1149 -41 -1190
begroting 2009 2010 1424 1428
meerjarenraming 2011 2012 1428 1428
2013 1428
-1424
-1428
-1428
-1428
-1428
-1424
-1428
-1428
-1428
-1428
13
13
13
13
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Trendmatige aanpassingen. Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Nadere specificatie programmabudget 2010: Promotie en PR Voorlichting Communicatieprojecten
160
lasten 663 572 193 1428
baten
programmabegroting 2010
0
saldo -663 -572 -193 -1428
tlaveren
Programma 21 Wijkgericht werken & leefbaarheid Thema
Samen leven in Zwolle
Beleidskader Voor de komende jaren liggen de hoofddoelen van het wijkgericht werken op het terrein van leefbaarheid, participatie en wijkveiligheid. Hiervoor richten wij ons op: 1. Het verzorgen van samenhang tussen wat de gemeente en de partners in de wijk doen (signaleren en verbinden). 2. Het voorkomen en oplossen van problemen (creëren van maatwerk en slagkracht). 3. Het realiseren van een grotere inbreng van bewoners (stimuleren van participatie en activering). Door wijkgericht werken kunnen signalen uit de wijk worden meegenomen bij nieuw beleid waardoor het beleid meer aansluit bij de wensen en kansen in de wijk. Het wijkgericht werken heeft daardoor een belangrijke inbreng in andere begrotingsprogramma’s. Voorbeelden daarvan zijn activiteiten in het kader van prestatieveld 1 van de Wmo: het versterken van de sociale samenhang en cohesie in buurten en wijken ( begrotingsprogramma 1). Ook de activiteiten rond wijkveiligheid zijn ingrepen die vanuit het wijkgericht werken worden vormgegeven en uitgevoerd. Het project “Samen gaan voor de Palestrinalaan” is daarvan één van de succesvolle voorbeelden ( begrotingsprogramma 7a ) . En ook bij de wijkverbetering in Diezerpoort, Kamperpoort en Holtenbroek speelt de wijkgerichte aanpak een belangrijke rol om communicatie met en inbreng van bewoners en externe partners optimaal te laten verlopen( programma’s 11 en 18). Wijkbudgetten en Premie-op-actie-budgetten zijn daarbij belangrijke stimulansen die ook in 2010 opnieuw zullen worden ingezet. Met de lokale partners is inmiddels een vernieuwde intentie-overeenkomst getekend met als doel de samenwerking op het gebied van wijkgericht werken verder te ontwikkelen. In dit kader zal in 2010 ook aandacht besteed worden aan het verder stroomlijnen en op elkaar afstemmen van het bestaande instrumentarium dat in de wijk gebruik wordt ( o.a. wijkanalyses, GBTwerkplannen, wijkplatforms, inzet van wijkbudgetten en premie-op-actie etc.) De resultaten daarvan moeten volgens plan in het derde kwartaal van 2010 leiden tot concrete afspraken met de partners in de stad. Relevante beleidsnota’s: • Convenant Wijkgericht Werken 1998 • Plan van aanpak Zwolse Variant voor het wijkgericht werken, 2000 • Nota Integraal Veiligheidsbeleid • Raadsbesluit Ketenaanpak Zorg voor Overlast • Raadsbesluit Plan van aanpak Dit Is Zwolle • Plan van aanpak Holtenbroek Schoon en Heel • Raadsbesluit wijkbudgetten • Nota Kansrijk in de Wijk
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Burgers moeten meer verantwoordelijkheid nemen en krijgen voor hun eigen welzijn en leefklimaat: ‘De burger is producent van zijn eigen welzijn’. Verminderen van het beroep van inwoners van Zwolle op ondersteuning door de gemeente Zwolle en het bevorderen van hun zelfredzaamheid door: • Het realiseren van basisvoorzieningen als uitgangspunt te nemen en voor het overige te streven naar flexibiliteit van voorzieningen in wijken gebaseerd op kennis van een wijk en de noodzakelijkheid van de voorziening. • Daarbij vooral in te zetten op preventie en signalering van kwetsbare groepen om te voorkomen dat zij een beroep doen op ondersteuning en zorg. • Het uitgangspunt te hanteren dat het zelfoplossend vermogen en de kracht van inwoners van Zwolle aanwezig is dan wel versterkt wordt.
Prestatieafspraken Wijkanalyses zijn een gemeentelijk instrument voor het maken van keuzes, op basis van een feitelijke stand van zaken in de wijk en bieden een productieve confrontatie tussen wijkbelangen en stedelijk beleid en uitvoering. Wijkanalyses worden mede gemaakt op basis van een door de gemeenteraad opgestelde opdracht naar aanleiding van gesprekken met wijkbewoners en (convenants-) partners in de wijk.
Activiteiten 2010 In 2010 zullen wijkanalyses worden gestart in Berkum en Aalanden.
Voor Zwolse wijken is er een budget waarover bewoners als opdrachtgever kunnen beschikken om activiteiten te kunnen uitvoeren ter verbetering van leefbaarheid, veiligheid en sociale samenhang in de eigen buurt of wijk.
Voor 2010 is € 480.496 beschikbaar voor wijkbudgetten. Voor de aanwending zal aan de raad een voorstel worden voorgelegd.
programmabegroting 2010
161
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestatieafspraken Voor alle Zwolse wijken is er een budget beschikbaar voor bewonersinitiatieven ter verbetering van leefbaarheid, veiligheid en sociale samenhang.
In alle stadsdelen kunnen bewoners met vragen, tips en/of klachten over de leefbaarheid in de woonomgeving terecht bij een locatie die tevens werkplek is van wijkmanagers en wijkbeheerders. Voor lagere inkomensgroepen bestaat de mogelijkheid tegen een geringe vergoeding zelf aan de eigen auto te sleutelen, waarbij tevens overlast in de woonomgeving wordt voorkomen.
Kengetallen: score sociale cohesie
e ld m ge St
ad s
Ka
Ho
m
lte
id
nb
de
ro
oo rp pe
he sc di
ek
rt
t ur bu
oo In
Di
Di
ez
ez
e-
e-
w
es
st
t
8 7 6 5 4 3
1999
2001
2003
2005
2007
2009
leefbaarheidsscore
de de l
ek
m ge st a
ds
Ka
Ho l
m
te
id
nb
ro
oo rp pe
e ch di s In 1999
162
rt
t ur bu
oo eez Di
Di
ez ew
es
st
t
7,5 7 6,5 6 5,5 5
2001
2003
2005
2007
2009
programmabegroting 2010
Activiteiten 2010 Premie-op-Actiebudgetten: ook buiten de aangewezen wijkbudgetgebieden kunnen zo burgerinitiatieven worden ondersteund en deze budgetten spelen een belangrijke rol bij de follow-upactiviteiten in wijken waar wijkbudgetten zijn toegekend. Wijkservicepunten Alle stadsdelen worden nu bediend vanuit een wijkservicepunt. Doe-het-zelfgarage Floresstraat Met de Zwolse corporaties is een overeenkomst gesloten over de gezamenlijke exploitatie van de garage tot en met 2012.
tlaveren
Score verloedering Stadsgemiddelde
1999 4,6
2001 4,5
2003 4,8
2005 4,6
2007 4,8
2009 5
1999 24%
2001 20%
2003 24%
2005 28%
2007 27%
2009 23%
1999 9%
2001 9%
2003 8%
2005 8%
2007 8%
2009 9%
Voelt u zich wel eens onveilig in de eigen buurt? Stadsgemiddelde
Overlast door omwonenden (komt vaak voor) Stadsgemiddelde
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Resultaat na bestemming
rekening 2008 2598 254 -2344 -205 -2549
begroting 2009 2010 2692 2463 327 -2365 -2463
meerjarenraming 2011 2012 2473 2488 0 0 -2473 -2488
2013 2506 0 -2506
-2365
-2473
-2488
-2506
-10
-15
-18
-100
-100
-100
21
21
21
-2463
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Trendmatige aanpassingen en in verband met afloop GSB-gelden voorlopig niet geraamde projecten. Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Wijkbudgetten Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
21
Nadere specificatie programmabudget 2010: Wijkmanagement Leefbaarheid en wijkveiligheid
lasten 2267 196 2463
baten
programmabegroting 2010
0
saldo -2267 -196 -2463
163
tlaveren
Programma 22 Bestuursstijl Thema
Bestuursomgeving
Beleidskader In dit programma Bestuursstijl is een vijftal thema’s ondergebracht met een integraal bestuurlijk/strategisch karakter. Het zijn voorwaardenscheppende thema’s om de stad goed te besturen. In de Perspectiefnota is aangegeven dat samenwerken voor ons in deze tijd van economische recessie van groot belang is. Gezamenlijk (lokaal, regionaal, provinciaal en landelijk) de toekomst verkennen, plannen maken, de schouders eronder zetten en kansen verzilveren. Dat betekent ook het netwerk goed onderhouden en waar mogelijk door middel van lobby andere overheden interesseren voor gezamenlijke investeringen. Daarvoor hebben we ook het co-financieringsfonds in het leven geroepen. Zonder strategie is het moeilijk om goed de juiste koers te bepalen. Dus aandacht voor strategie en langere-termijnoriëntatie is belangrijk. Tot slot zijn in dit programma prestaties opgenomen ten behoeve van het verder verbeteren van de beleidscyclus en ondersteuning bij het besturen van de stad met het oog op teruglopende inkomsten uit het Gemeentefonds, aanstaande gemeenteraadsverkiezingen en de informatievoorziening. Thema’s samenwerking • lobby en netwerken • beleidscyclus • Strategie • Ondersteuning bestuur Relevante beleidsnota’s: • Perspectiefnota 2010-2013 • Netwerkstadvisie Zwolle-Kampen • Meerjarig uitvoeringsplan Zwolle Kampen Netwerkstad 2007-2010. • WGR kadernotitie Regio IJsselvecht • Raadsvoorstel Samen Maken We de Stad • Opdracht doorontwikkeling beleidscyclus
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Samenwerking stimuleren op lokaal, regionaal, provinciaal en landelijk niveau.
164
Prestatieafspraken Samen Maken We de Stad (SMWDS) Eind 2009 is een werkwijze ontwikkeld waarbij de gemeente verantwoordelijkheden deelt met partners in de stad.
programmabegroting 2010
Activiteiten 2010 • In januari 2010 zal ten behoeve van de raad een evaluatiebijeenkomst van het programma Samen Maken We de Stad worden gehouden. Doel is vast te stellen wat het programma heeft opgeleverd en te komen tot aanbevelingen voor de volgende bestuursperiode om verworvenheden te borgen voor de toekomst. Bij deze bijeenkomst worden uiteraard ook de partners uit de stad uitgenodigd. Ook wordt de betekenis van ingezette hulpmiddelen zoals website en de Ideeënmakelaar hierbij betrokken. • Het gedachtegoed van SMWDS zal verder worden uitgedragen via het reguliere HRM-instrumentarium en de reguliere communicatiemiddelen. Daarbij wordt o.a. gebruik gemaakt van bestaande middelen zoals de in 2009 ontwikkelde toolbox Beginspraak. • Zwolle neemt met SMWDS deel aan een meerjarig onderzoeksproject van Nicis. Dit onderzoek is gericht op zichtbaar en overdraagbaar maken van voorbeelden van goed bestuur (‘good governance’) en loopt tot 2011.
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestatieafspraken Zwolle Kampen Netwerkstad (ZKN) Samen met de gemeente Kampen en provincie Overijssel wordt gewerkt aan de uitvoering van het vastgestelde meerjarig uitvoeringsplan 2007-2010.
Activiteiten 2010 In 2010 wordt verder uitvoering gegeven aan het realiseren van de zeven vastgestelde boegbeelden. Zoals bij de Perspectiefnota besloten verloopt de financiering niet meer via een afzonderlijk aanjaagbudget, maar worden ze opgenomen in de reguliere financieringssystematiek. Voor begin 2010 wordt een discussie met de gezamenlijke raden en staten voorbereid teneinde te komen tot de agenda ZKN voor de komende jaren.
Positionering Zwolle Uitbouw en versterken van de centrumfunctie van Zwolle.
Door middel van een actieve lobby krijgt Zwolle een meer prominente plaats op landelijk provinciaal en regionaal niveau,
Doorontwikkeling beleidscyclus.
Strategische oriëntatie.
• Organiseren van twee ‘RegioZwolle’ dagen.(vooren najaar 2010). • Presenteren eerste Regio Zwolle agenda (voorjaar 2010). Zwolle’s positie in Noordoost-Nederland • De vijf grote steden van Overijssel oriënteren zich op een mogelijke alliantie binnen het provinciale versterken. stedenbeleid. • Mogelijkheden worden onderzocht van alliantievorming met steden in Noordoost-Nederland. Op basis van bestuurlijke afspraak tussen colleges van Leeuwarden en Zwolle worden samenwerkingsmogelijkheden onderzocht. In april 2010 wordt de voortgang van deze activiteiten aan de raad voorgelegd. Voortgang wordt voor de zomer van 2010 aan de Positioneren van Zwolle in zowel het raad voorgelegd. Hierbij worden de beïnvloedingkanieuwe landelijke stedenbeleid als het nalen van G27 en VNG aangewend. (zie a) provinciale stedenbeleid. Verkennen van de kansen voor de vier aanliggende Hanzelijn/Kansenlijn steden van de komst van de Hanzelijn. Plan gebiedsmarketing ‘Hanzelijn Kansenlijn’ wordt voorgelegd medio 2010. Zwolle heeft een duidelijke positie in Op bestuurlijk en ambtelijk niveau wordt continu ge(nieuw) rijks- en provinciaal beleid. werkt aan netwerkrelaties met provincie en rijk om invloed uit te oefenen op nieuw en vigerend rijks- en provinciaal beleid, en daarover goed geïnformeerd te zijn met als doel Zwolle daarin een goede positie te verschaffen. In 2010 werkt Zwolle aan het agenderen Zwolle spant zich in om de belangrijkste opgaves/ gebiedsontwikkelingen opgenomen te krijgen in van belangrijke opgaven in de stad op landelijke en provinciale beleid- en investeringsarijks- en provinciale agenda’s. genda’s In 2010 ontvangt Zwolle meer financiële Zwolle werkt samen met Rijk en Provincie aan bebijdragen voor ontwikkelingen binnen de langrijke ontwikkelingen in de stad en zet daarbij in stad. (bijvoorbeeld Spoorzone en bereik- op financiële deelname van alle partners. baarheid in de stad). Zwolle maakt goed gebruik van bestaan- Binnen het subsidieloket wordt de subsidieverwerde subsidiemogelijkheden. ving geprofessionaliseerd waardoor subsidiemogelijkheden eerder en scherper in beeld komen. Voorstellen voor EFRO-subsidie worden uitgewerkt in projectvoorstellen en als projectaanvraag ingediend. Onderdelen van de beleidscyclus verbe- Uitwerking vastgestelde notitie doorontwikketeren. ling beleidscyclus in samenwerking met de griffie. Uiteindelijke resultaat moet ingaan bij behandeling collegeprogramma/Perspectiefnota 2011-2014 (voor zomer 2010). Het vertalen van de trends en ontwikkelingen naar Volgen trends en ontwikkelingen. voor Zwolle relevante strategische thema’s t.b.v. de Perspectiefnota 2010-2014. In samenwerking met Atlas voor Gemeenten en O&S Analyse van de staat van de stad op voorafgaande aan Perspectiefnota. sterke en zwakke punten. Symposium ‘Begin met het einde voor ogen’ voorafPPN symposium. gaande aan de PPN-behandeling in de raad.
programmabegroting 2010
165
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestatieafspraken Specifieke ondersteuning bij actualiteiten.
Activiteiten 2010 • In jaar 2010 zijn de gemeenteraadsverkiezingen. Er wordt aan de hand van een draaiboek adequate ondersteuning geboden bij de bestuurswisseling en het opstellen van het collegeakkoord. • 4+4 operatie. Opleveren voor maart 2010 van een concrete lijst met bezuinigingsvoorstellen voor een totaal van € 4+4 mln. • Kredietcrisismaatregelen monitoren en zo nodig aanpassen aan actualiteit gedurende het jaar 2010. • Optimalisering van het Bestuursinformatiesysteem (BIS) t.b.v. raad en externen.
Toelichting programmaplan a. Zwolle neemt reeds gedurende een groot aantal jaren deel aan het G27-netwerk, het samenwerkingsverband van middelgrote steden. Ook nemen we sinds vier jaar deel aan twee kenniscentra voor steden: Nicis (landelijk) en KiSS (Overijssel). Het lidmaatschap van de G27 (en Nicis) heeft zich de afgelopen jaren bewezen. Het levert veel informatie en samenwerkingsmogelijkheden op. En is daarnaast een platform voor kennis en lobbyaciviteiten. Ook garandeert deelname aan dit netwerk ons een voorrangspositie bij het verdelen van middelen voor specifiek stedenbeleid. Deelname aan deze netwerken vraagt wel inzet van middelen. Vandaar dat bij deze begroting meerjarig incidenteel geld is gevraagd om het kleine structurele budget voor vier jaren aan te vullen om te kunnen blijven samenwerken met kenniscentra en stedelijke samenwerkingsverbanden. De blijvende deelname aan KISS hangt samen met de plannen van de provincie Overijssel met betrekking tot hun inzet voor een provinciaal Stedenbeleid.
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: Resultaat na bestemming
rekening 2008 4079 2 -4077 -10 -4087
begroting 2009 2010 3680 3828 -3680
-3828
meerjarenraming 2011 2012 3831 3835 0 0 -3831 -3835
-3680
-3828
-3831
-3835
-3841
-3
-4
-6
-38
-38
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Trendmatige aanpassingen. Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Besluitvorming PPN 2010-2013 (meerjarig incidenteel): Lidmaatschap G27/Nicis/Kiss
-38
-38
Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Projectbureau Zwolle-Kampen Adviescommissie bezwaarschriften
-74 -90
-74
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
0
Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Regio Zwolle dag
-40
Nadere specificatie programmabudget 2010: Burgermeester en wethouders Functionele commissies
166
lasten 2965 863 3828
baten
programmabegroting 2010
0
saldo -2965 -863 -3828
2013 3841 0 -3841
0 0 0 (verwerkt in programma 24)
tlaveren
Programma 23 Publieke dienstverlening Thema
Overig
Beleidskader Betrouwbare en professionele dienstverlening aan burgers en ondernemers is voor ons van groot belang. In de Visie Op Dienstverlening hebben wij onze ambities op dit terrein geformuleerd: de klant meer centraal, meer elektronische dienstverlening, makkelijker en toegankelijker, minder regels en meer samenwerken. Om deze ambities te realiseren is goede ICT-ondersteuning een voorwaarde. Evenals een heroriëntatie op de wijze waarop wij omgaan met onze rol bij regelgeving en handhaving en de wijze waarop wij de burgers betrekken bij ons beleid. De subprogramma’s Deregulering en E-gemeente geven hier handen en voeten aan en leveren zowel maatschappelijke baten (betere dienstverlening) als economische voordelen (efficiëntere procesinrichting) op. Een belangrijk middel om onze dienstverlening ook in de toekomst betrouwbaar en professioneel te houden is het ontwikkelen van een klantcontactcentrum: (KCC) één ‘front office’ voor de hele gemeentelijke organisatie, waar alle vragen telefonisch, digitaal, fysiek of per post binnen komen. Eén front office met een duidelijke en herkenbare uitstraling is een belangrijke voorwaarde om regie te kunnen voeren op de kwaliteit én op de efficiency van onze dienstverlening. Publieke dienstverlening kent vele verschijningsvormen en daarmee zijn er ook de nodige raakvlakken met andere begrotingsprogramma’s. Met name (in de uitvoering van) de wet Maatschappelijke Ondersteuning, inkomensondersteuning, het toeleiden naar werk en dienstverlening aan ondernemers zijn beleidsterreinen waaropwe steeds meer de doelstellingen op het gebied van dienstverlening realiseren. Dat betekent dat we in dit programma publieke dienstverlening regelmatig verwijzen naar andere begrotingsprogramma’s om inhoudelijke doublures te voorkomen. Relevante beleidsnota’s: • Beleidsplan klantcontactcentrum Zwolle Heeft Antwoord (2009) • Visie Dienstverlening in Zwolle: Betrouwbaar en Professioneel (2006) • Digitaal Perspectief/Programmaplan E-gemeente (herzien in 2007) • Handhaven Is Regel (2004) • Gedogen Is Uitzondering (2004)
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Realiseren van een goede kwaliteit van publieke dienstverlening; waarin de klant meer centraal staat; waarin meer wordt ingezet op elektronische dienstverlening; waarin we streven naar minder regels; die gemakkelijker en toegankelijk is; en waarbij we meer samenwerken.
Prestatieafspraken De klant meer centraal:
Activiteiten 2010 Uitvoering diverse klanttevredenheidsonderzoeken (uitkeringsgerechtigden, In 2010 is 80% van onze klanten tevreden WMO-cliënten, baliebezoekers Stadskantoor en bellers naar 14038). In het over de kwaliteit van onze dienstverleonderzoek bij baliebezoekers willen we ning (rapportcijfer > 7). minimaal een 7.7 halen. In 2010 werkt en communiceert de gemeente meer vanuit het perspectief van Intensiveren van het werken op afspraak aan de publieksbalies in het Stadskande klant. toor; eind 2009 vindt besluitvorming plaats over de vorm waarin we dat willen doen. Klanten die op afspraak komen worden binnen max. vijf minuten geholpen. Inrichten meldpunt Inkomensondersteuning (zie programma 10). Integrale dienstverlening aan werkzoekenden en werkgevers (zie programma 9). Doorontwikkeling WMO-loket (zie programma 6).
programmabegroting 2010
167
tlaveren Meerjarige doelstellingen
Prestatieafspraken
Activiteiten 2010 Voortzetten communicatie: • Huis-aan-huis verspreiding van de Hansz (zie verder programma 10). • Op het gebied van dienstverlening m.n. interne communicatie via nieuwsbrieven en posters, extern vooral informatie over concrete producten en het presenteren van succesvolle Zwolse voorbeelden. • Heldere, eenduidige en volledige informatieverstrekking over de WMO (zie programma 6). Dienstverlening aan ondernemers, o.a.: • Uitvoeren vervolgconvenant met Ministerie van EZ. • Doorontwikkelen bedrijvenloket (digitaal en fysiek). • Oprichten horecaloket. (Zie verder programma 8) Streefcijfers voor afhandelingstermijnen voor aanvragen van uitkeringen, voorzieningen WMO, vergunningen en subsidies.
Meer elektronische dienstverlening.
Evalueren en actualiseren van de Visie Op Dienstverlening (zie a) Medio 2009 is 75% van de producten van Het project E-loket loopt nog door tot de de gemeente Zwolle digitaal beschikbaar. eerste helft van 2010; daarin worden in totaal ruim 120 elektronische formulieren en transacties afgerond. (zie d) In 2009 maakt 30% van de klanten gebruik van internet voor gemeentelijke producten.
Organisatiebreed gebruik van basisregistraties.
Tijdige realisatie van de doelen uit het Nationaal Uitvoeringsprogramma en wettelijk verplichte e-dienstverlening.
168
programmabegroting 2010
Vernieuwing van de website is gerealiseerd in 2009. Het gestelde doel van 30% gebruik van internet is nog niet gerealiseerd. Stimuleren van het gebruik van internet is vanaf 2010 onderdeel van de ontwikkeling van het Klantcontactcentrum. Uitvoeren van het project Gemeenschappelijke Gegevensvoorziening (GGV): • Voldoen aan de Wet GBA. • Implementatie datadistributie. • Inrichten beheerorganisatie gegevensmanagement. Dit wordt nader uitgewerkt in de MPI. Overigens zullen niet alle doelen binnen de planning van het rijk gerealiseerd kunnen worden.
tlaveren Meerjarige doelstellingen Deregulering
Prestatieafspraken Regels: minder en anders. In 2010 zijn de door de gemeente te beïnvloeden administratieve lasten voor burgers en ondernemers met 25% gedaald.
Activiteiten 2010 Implementatie van de wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht, w.o. • Vergunningsvrij bouwen. • Vervangen van vergunningen door meldingen op het gebied van milieu. • Verkorten van de doorlooptijd voor vergunningen tot 8 weken. • Toezicht en handhaving integraal uitvoeren. Voortzetten van de pilot met de Voedselen Warenautoriteit in de horeca (verminderen toezichtslast). Toepassen geautomatiseerde kwijtschelding gemeentelijke belastingen. Implementatie van dereguleringsvoorstellen die voortvloeien uit de doorlichting (in 2008) van 60 gemeentelijke producten op administratieve en bestuurlijke lasten; verkorten van procedures door procesmanagement (o.a. “Lean Ent”) De wettelijke behandeltermijnen voor bezwaarschriften worden nageleefd of met bezwaarden zijn afspraken gemaakt over een afwijkende behandeltermijn (bijvoorbeeld in verband met nader onderzoek). (zie b) Mede door de inzet van (pre)mediation wordt circa 50% van de bezwaarschriften op alternatieve wijze afgedaan.
Makkelijker en toegankelijker.
Het klanttevredenheidsonderzoek in het kader van het project Inzet Van Mediationvaardigheden van het ministerie van Binnenlandse Zaken (waaraan Zwolle deelneemt) wordt geëvalueerd en bezien op verdere verbetermogelijkheden. Uitwerken van het beleidsplan KlantconIn 2014 heeft Zwolle een Klantcontactcentrum, waar burgers en ondernemers tactcentrum uit 2009 tot een concreet terecht kunnen voor informatie ongeacht plan van aanpak (zie c). het kanaal dat ze kiezen om in contact te Begin implementatie plan van aanpak komen met de gemeente. Klantcontactcentrum. Uitbreiding telefonisch servicecentrum (TSC, fase 2) door: • Meer telefoonverkeer uit de backoffice door het TSC te laten behandelen. • Overnemen van een deel van de publiekstelefoon van de provincie Overijssel.
programmabegroting 2010
169
tlaveren Meerjarige doelstellingen Meer samen.
Prestatieafspraken De gemeente werkt samen met partners aan gezamenlijke dienstverlening waarin het perspectief van de klant leidend is. In 2010 hebben we daarvoor minimaal 10 structurele samenwerkingsafspraken met externe partners.
Activiteiten 2010 Uitvoering van een haalbaarheidsonderzoek naar samenwerking met Lococensus in de 1e helft van 2010 Haalbaarheidsonderzoek project Eén Loket met Achmea Zorgkantoor (zie programma 6). Samenwerking met externe partners bij de implementatie van het Masterplan Kranenburg.
Participatie in de voorbereiding van de omgevingsdienst (in het kader van de WABO). Opstellen nieuwe beleidsnota handhaVanuit de Visie Op Dienstverlening en Een bijdrage leveren aan een veilige en ving die gericht is op de WABO en rekehet programma Samen Maken We de leefbare omgeving in Zwolle door op ning houdt met actuele maatschappelijke Stad” willen we een adequaat niveau professionele wijze invulling te geven ontwikkelingen. aan het toezicht en de integrale handha- van toezicht en handhaving realiseren, Uitvoering handhavingsprogramma 2010 waarbij wordt voldaan aan de eisen van ving van regelgeving op het gebied van met als speerpunten: het besluit Landelijke Kwaliteitseisen bouwen en het gebruik van gebouwen, Handhaving en de zes principes van goed • Reguliere controle Gebruiksbesluit. milieu, openbare ruimte en markten en toezicht (onder andere meer stimuleren • Toezicht op nieuwbouw Isala. havens. • Werken conform WABO. van naleefgedrag en integraal werken). Continueren en verder verfijnen van de Realiseren van: in 2009 ingevoerde nieuwe werkwijze Correcte en tijdige oplegging van aanslavoor het voorkomen en afhandelen van gen gemeentelijke belastingen en hefbezwaarschriften belastingen; doel is 10 fingen, met als doel het minimaliseren % minder bezwaarschriften t.o.v. 2009 en van het aantal bezwaarschriften. om voor 1 juli 2010 95% van die bezwaarschriften te hebben afgewikkeld. Stimuleren van gebruik van digitale nota’s en digitaal indienen van bezwaar: 10% van de belastingplichtigen maakt gebruik van de digitale nota. Toelichting programmaplan a. Algemeen De huidige visie op dienstverlening (Dienstverlening In Zwolle: Betrouwbaar en Professioneel) is in 2006 geformuleerd en begin 2007 door de raad vastgesteld. Sindsdien is gestaag gewerkt aan het realiseren van de ambities en zijn behoorlijke resultaten geboekt. De periode waarop de visie op dienstverlening betrekking heeft ,loopt in 2010 ten einde. Daarom zullen we volgend jaar de uitvoering evalueren. Na het aantreden van het nieuwe college en op basis van het college-akkoord zullen we de visie actualiseren. b. Consequenties economische crisis Als gevolg van de economische crisis kan in 2010 het aantal aanvragen voor bouwvergunningen afnemen, waardoor er mogelijk ook minder legesinkomsten komen. Aangezien het bij de voorbereiding van de begroting 2010 niet te voorspellen is of en zo ja, in welke mate dit effect zich zal voordoen, is in de begroting vooralsnog uitgegaan van het gemiddelde aantal vergunningaanvragen en de gemiddelde legesopbrengst van de afgelopen jaren. De personele bezetting is ook afgestemd op dit gemiddelde aantal aanvragen. In de afgelopen jaren is er sprake geweest van een groei van het aantal aanvragen en die is opgevangen door personeel in te huren. In 2009 heeft dit nagenoeg niet meer plaatsgevonden omdat er minder aanvragen werden gedaan. Mocht het aantal vergunningaanvragen in 2010 (verder) afnemen, zal het moeilijker worden om de personele bezetting daaraan aan te passen. Een ander mogelijk gevolg van de economische crisis is een groter aantal bezwaarschriften belastingen. c. Klantcontactcentrum (KCC) In de besluitvorming over de Perspectiefnota 2010-2013 is op basis van het beleidsplan KCC een bedrag van € 200.000 per jaar gereserveerd voor de ontwikkeling van het KCC. Daarbij hebben wij toegezegd te onderzoeken of er nog mogelijkheden zijn om de ontwikkeling van het KCC met minder middelen te realiseren. Dat onderzoek is afgerond en daaruit blijkt dat in de eerste 2 jaar van het ontwikkeltraject € 200.000 per jaar nodig is. In 2011 zullen wij een tussenstand opmaken. We gaan er op
170
programmabegroting 2010
tlaveren
dit moment van uit dat in de laatste 2 jaar van het ontwikkeltraject een bedrag van 175.000 per jaar volstaat. Daarom wordt nu € 50.000 toegevoegd aan de reserve Meerjarige Investeringen Bestedingen (MIB). In een separate informatienota bij deze begroting lichten wij dit nader toe. Een aantal belangrijke randvoorwaarden voor het KCC wordt gerealiseerd in de ICT-projecten e-loket, telefonisch servicecentrum, basisregistraties en dergelijke; dat gebeurt binnen de daarvoor al gereserveerde ICT-middelen. Begin 2010 werkt de programmamanager voor het KCC het beleidsplan uit 2009 verder uit tot een concreet plan van aanpak voor de ontwikkeling van het KCC en wordt een begin gemaakt met de uitvoering daarvan. Het landelijk ontwikkelde concept Antwoord is leidend voor de ontwikkeling van het KCC en in het plan van aanpak zullen concrete acties staan op het gebied van: • Producten, diensten en kanalen • Processen en besturing • Systemen en informatie • Cultuur, leiderschap en medewerkers d. E-dienstverlening In 2009 zijn/worden veel projecten afgerond en daarmee zijn veel van de oorspronkelijke doelen van het programma E-gemeente gerealiseerd. In de programmabegroting/MPI 2010-2013 zijn dan ook veel doelen niet meer opgenomen. Dat wil niet zeggen dat we klaar zijn. Er is nog veel werk aan de winkel, dat direct of indirect ook voortvloeit uit het Nationaal Urgentie Programma. Het realiseren van deze doelen is dan ook sterk afhankelijk van de voortgang die ook landelijk wordt geboekt. Met name de ontwikkelingen rondom het stelsel van basisregistraties en de vorming van het Klantcontactcentrum zijn het meest fundamenteel. Aan het programma worden geen nieuwe doelen toegevoegd. We houden vast aan de gestelde prioriteiten en willen het programma eerst afmaken. Enerzijds omdat de nog openstaande doelen nog flinke uitdagingen met zich mee brengen, maar ook omdat we tegen de grenzen van de financiële mogelijkheden aanlopen. Bovendien gaan we in 2010 de afgesproken inverdieneffecten op eerdere ICT-investeringen realiseren. Ook zien we een duidelijke verschuiving van investeringen in techniek naar investeringen in de noodzakelijke organisatie-ontwikkeling. Uit het voorgaande wordt duidelijk dat we slechts een zeer beperkt aantal nieuwe projecten gaan beginnen in 2010. Het betreft de volgende drie voorstellen • Dimpact 2010 ( € 650.000 ) • Vervangingsinvesteringen (€ 365.000) • Investeringen in besparingen op de bedrijfsvoering (€ 500.000)
In de MPI 2010-2013 worden deze voorstellen toegelicht.
Kengetallen Aantal klanten Publieksbalies Stadskantoor Informatiecentrum Stadhuis (incl . WMO-loket) Binnenkomende telefoontjes telefonisch servicecentrum Aantal bezoekers gemeentelijke website Wachttijden % klanten publieksbalies < 15 minuten geholpen (vrije inloop) Gemiddelde wachttijd publieksbalies bij vrije inloop % klanten dat op afspraak wordt geholpen % klanten op afspraak < 5 minuten geholpen Gemiddelde wachttijd publieksbalies voor klanten op afspraak
2008
1e helft 2009
begroting 2010
95.000 6.500 70.0002 684.000
49.500 2.700 64.000 380.000
92.000 PM1 180.000 700.000
90% 6 min. 36% 93% 1 min.
76% 10 min. 37% 87% 1 min. 50 sec
PM3 PM PM 95% 1 min.
1. In de loop van 2010 zal het Informatiecentrum verhuizen naar het Stadskantoor. Het is moeilijk in te schatten wat de gevolgen hiervan zijn voor de bezoekersaantallen 2. Dit was het aantal binnenkomende telefoontjes op het gebied van Burgerzaken en Belastingen. Sinds maart 2009 omvat het telefonisch servicecentrum (TSC) ook de vroegere telefooncentrale, de wijkservicelijn en nog een aantal andere servicenummers. In 2010 worden nog meer telefoonnummers in het TSC ondergebracht. Daarom is het totale volume voor 2010 nog niet goed in te schatten 3. Dit is afhankelijk van de besluitvorming eind 2009 over het intensiveren van het werken op afspraak in 2010. 4. Hangt samen met besluit eind 2009 over intensiveren van het werken op afspraak
programmabegroting 2010
171
tlaveren 2008
1e helft 2009
begroting 2010
7,6
7,4
7,7
7,4
7,5
7,6
119 53 28e 12.250
122 56 35e 8.500
130 80 top 20 PM4
1.154 916 3.002
584 614 1.466
1.150 1.000 3.000
118 532
89 208
75 450
8.200
9.200
9.500
APV Openbare ruimte aantal reclamevergunningen (niet zijnde bouwvergunningen) aantal behandelde klachten openbare ruimte aantal kapvergunningen
121 794 142
101 432 57
60 800 125
APV Openbare Orde en Veiligheid aantal vergunningen drank- en horeca aantal evenementenvergunningen aantal gecontroleerde evenementen
275 390 27
110 212 15
150 350 30
23 75
0 168
40 410
1.386 211
997 158
1.600 200
31 23
24 3
40 20
129 51 4
124 40 2
160 60 4
Vergunningen / Toezicht & Handhaving Klanttevredenheid Score behaald in jaarlijks klanttevredenheidsonderzoek balie Stadskantoor Score behaald in jaarlijks klanttevredenheidsonderzoek telefonische dienstverlening Elektronische dienstverlening Aantal beschikbare formulieren op www.zwolle.nl Aantal transactiemogelijkheden op www.zwolle.nl Positie Zwolle op landelijke ranglijst Aantal digitaal gemaakte afspraken Bouw aantal bouwvergunningen aantal constructieberekeningen bouw aantal controlebezoeken bouw Milieu aantal milieuvergunningen aantal milieucontroles Parkeren aantal parkeervergunningen
Gebruiksbesluit aantal gebruiksvergunningen aantal controles Afval aantal behandelde afvalklachten aantal processen verbaal / bestuursrechtelijke optredens Reclame aantal behandelde reclameklachten aantal handhavingsacties reclame Hondencontrole aantal behandelde klachten aantal opgemaakte processen verbaal aantal projectmatige wijkcontroles
172
programmabegroting 2010
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * reserve verkiezingen * reserve ICT * egalisatiereserve begraafplaatsen Resultaat na bestemming
rekening 2008 10542 9354 -1188 -188
-1376
2009 9881 7611 -2270 193
-2077
begroting 2010 10321 7651 -2670
2011 10341 7651 -2690
meerjarenraming 2012 2013 10369 10401 7651 7651 -2718 -2750
6 75 158 -2431
-2690
-2718
-2750
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Met name trendmatige aanpassingen op zowel de lasten als de baten in verband met kostendekkend heid tarieven/leges. Toelichting mutatie meerjarenraming: Stadsuitbreiding Besluitvorming PPN 2010-2012 meerjarig incidenteel): Klantencontactcentrum (KCC) in 2012 Restauratie Algemene begraafplaats Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
-20
-28
-32
-200 -175
-200 -175
-175
-175
16
16
16
16
Nadere specificatie programmabudget 2010: Reisdocumenten Rijbewijzen/eigen verklaringen Naturalisatie Verklaringen Burgerlijke stand Verkiezingen Begravingen Info-centrum gemeente Overige publieke dienstverlening Bouw Geo-informatie
lasten 1258 513 81 240 723 360 1167 295 107 5053 648 10445
baten 1158 706 35 225 292 130 969 91 4408 8014
programmabegroting 2010
saldo -100 193 -46 -15 -431 -230 -198 -295 -16 -645 -648 -2431
173
tlaveren
Programma 24 Kwaliteit van de bedrijfsvoering Thema
Ontwikkelingen en kwaliteit van de organisatie
Beleidskader Voor een verdere ontwikkeling van de gemeentelijke organisatie werken we langs drie sporen: • Burger Centraal (verwoord in programma 23 Publieke dienstverlening). • Samen Maken We de Stad (verwoord in programma 22 Bestuurstijl). • Kostenbewust en Lenig (in dit programma verwoord). In dit programma zijn de volgende thema´s opgenomen: • Kostenbewust en Lenig als paraplu • Operatie 4+4 • HRM • Prestatie- en risicomanagement • Proces- en informatiemanagement • Huisvesting • Onderzoeken Relevante beleidsnota’s: • Bedrijfsvoeringsnota 2007-2011
Programmaplan 2010 Meerjarige beleidsdoelstellingen Prestatieafspraken Visie op Kostenbewust en Lenig In 2010 bespreekt de directie met de realiseren. eenheden de bijdrage van de eenheid aan de drie sporen.
Operatie 4+4.
Check-up.
De bedrijfsvoering moet de 4+4 operatie faciliteren.
HRM.
Aantrekkelijk werkgeverschap.
Een evenwichtige en representatieve opbouw van het personeelsbestand (diversiteit). Implementeren van de gedeelde visie op de aanpak van veranderingen (organisatieontwikkeling).
174
programmabegroting 2010
Activiteiten 2010 Realiseren van de afspraken uit de gesprekken in 2009 c.q. deze in de managementcontracten meenemen. De directie voert met het MT van elke eenheid een gesprek waarin de bereikte resultaten en kansen worden vastgesteld. Laatste tranche van € 0,23 miljoen van de check-up realiseren. (zie a) Maken van effectieve plannen, en zorgen voor een goede sturing en beheersing van de realisatie. De besluitvorming over besparingsvoorstellen geschiedt in het eerste kwartaal van 2010. Het omzetten in plannen en realisatie daarvan gebeurt in 2010-2013. De informatievoorziening aan de gemeenteraad over plannen en realisatie geschiedt in de beleidsrapportage en de financiële rapportage (Firap2). Imago als beste werkgever handhaven: • Gekwalificeerde medewerkers kunnen worden aangetrokken en behouden (vinden en binden). • Bestendiging van het IiP-certificaat. • Onderscheidend karakter van de wervingscampagne (oplossen van wervingsknelpunten o.b.v. onderzoek 2009). Aantoonbare toename van vooral arbeidsgehandicapten, jongeren en allochtonen. Implementeren verandermanagement (gekoppeld aan de ontwikkelde organisatievisie).
tlaveren Meerjarige beleidsdoelstellingen Prestatieafspraken Prestatie- en risicomanagement. Prestatiemanagement versterken op eenheids- en directieniveau. Het niveau van risicomanagement handhaven, maar (proces)gerichter maken. Proces- en informatiemanagement.
Groei in procesmanagement.
MPI wordt gerealiseerd conform de inmiddels vastgestelde ICT-architectuur.
Activiteiten 2010 De interne stuurinformatie is toegankelijk en duidelijk gekoppeld aan de begrotings doelstellingen. De proces-controlsets vormen de basis van de beheersplannen van de eenheden die uiterlijk op 1 februari 2010 gereed zijn. Op 1 augustus 2010 zijn proceseigenaren bekend en zij hebben vastgesteld waarop zij sturen. Opleiding procesmanagement beschikbaar waarin de Lean-methode een plaats heeft. Het ontwikkelen van basisregistraties geschiedt onder ICT-architectuur. Zie verder onder programma Dienstverlening. Voor 1 juli 2010 een visie ontwikkelen die gedragen wordt door managers en directie. Voor 1 november 2010 het implementatieplan bij die visie vaststellen.
Visie ontwikkelen op informatie management bij de gemeente (met name welke toegevoegde waarde biedt informatiemanagement en wie gaat dat doen). Samenwerking op ICT-gebied met ande- Onderzoeken welke verdere samenwerkingen re overheden (naast Dimpact) uitbouwen. passend en voordelig zijn voor de gemeente Zwolle. Huisvesting. Huisvestingstrategie verder geconcreti- Ontwikkelperspectief is in 2010 gereed. seerd. 45 extra werkplekken creëren. Deze extra caAchterhal ingericht als fractiehuis, paciteit zo verdelen dat de groei in de eerstko(oude) fractiehuis als kantoorruimte vrijgekomen, ruimte stadkantoor herver- mende jaren kan worden opgevangen. deeld. Deze bewegingen passend in een lange-termijntraject. Telefoniebeleid bepalen als voor Uiterlijk op 1 november het telefoniebeleid vastbereiding op de aanbesteding in 2011. stellen dat aansluit op de huisvestingsstrategie en flexibel werken. Onderzoek naar doelmatigheid en In 2010 voeren we een procesgerichte audit uit doeltreffendheid conform 213a. (zie toelichting). In 2010 wordt - bij voldoende budgettoekenning Archivering. Naar aanleiding van rapport van de - het project Inhaalslag Archivering uitgevoerd. Rekenkamer en het rapport van de Archiefinspectie is in 2009 begonnen met twee projecten, te weten Verbeteren Projectarchiveringstructuur en Inhaalslag Archivering.
A. Check-up en 4+4 operatie In de Perspectiefnota 2008-2011 is een taakstelling voor structurele lastenbesparing in de bedrijfsvoering door de raad opgelegd van bruto € 2,5 miljoen. De naam van de actie was ‘Check-up’ en verwijst naar de sporter die de arts bezoekt om zijn conditie te onderzoeken. Een deel van de besparingen (€ 1,0 miljoen) zou gerealiseerd worden door inverdieneffecten op ICT-investeringen. De overige € 1,5 miljoen was te realiseren door middel van verbetering van productiviteit, processen, overhead en cultuur. De looptijd van de taakstelling is tot en met 2011. In de Perspectiefnota 2010-2012 is opnieuw een besparingsprogramma voorgenomen om de rijksbezuinigingen vanaf 2012 op te vangen en ruimte te creëren voor nieuw beleid. Nu betreft het € 8 miljoen, waarvan € 3 miljoen op dienstverlening en bedrijfsvoering. Een situatie met twee concurrerende besparingsprogramma’s in de organisatie is ongewenst. Wij stellen voor om de Check-up samen te voegen met het nieuwe besparingsprogramma ‘4+4 operatie’. Dat betekent dat het restant van de Check-up (€ 230.000) wordt opgeteld bij het target voor Gewoon Doen. De meeste besparingen voor de Check-up zijn in de afgelopen jaren voorbereid en ingeboekt. Een deel daarvan is in nog in implementatiefase gedurende 2010 e.v., bijvoorbeeld bij e-dienstverlening. Een nadere specificatie van inverdieneffecten op ICT is ook opgenomen in de MPI. De afsluitende samenvatting van de Check-up is als volgt: Check-up ( x € 1 mln) Inverdieneffecten ICT Overige verbeteringen Totaal
Taak bruto 1,0 1,5 2,5
programmabegroting 2010
Taak netto 0,5 1,1 1,6
Ingeboekt 0,5 0,9 1,4
Restant 0,0 0,2 0,2
175
tlaveren
B. Onderzoeken Conform de onderzoeksverordening 213a laat het college jaarlijks onderzoek doen naar doelmatigheid en doeltreffendheid van het, door het college gevoerde, bestuur. Dit onderzoek richt zich op klantgerichte processen. Hiervoor zullen we nog een onderzoeksplan opstellen. Daarnaast zetten we de interne onderzoeken door gericht op het functioneren van de eenheden. C. Huisvesting In deze begroting wordt geen beroep gedaan op nieuwe middelen voor huisvesting. De noodzaak om over huisvesting na te denken blijft onverminderd actueel. Inzet bij het huisvestingvraagstuk is van het begin af geweest hoe de huisvesting beter te benutten door flexibilisering. Omdat flexibilisering van de kantoren (en de medewerkers) gepaard gaat met aanzienlijke kosten hebben we overwogen of uitbreiding van de kantoren door opbouw, nieuwbouw of huren kosteneffectiever is. Dit met het oog op de geprognosticeerde formatiegroei op lange termijn. De raad heeft gevraagd naar een onderbouwing van de strategische ontwikkeling van de organisatie. Formatiegroei is immers niet alleen een gevolg van autonome vraag, maar ook van keuzes over uitvoering, samenwerking enzovoort. Deze onderbouwing is aan de raad gegeven in de vorm een rapport van Lysias (juli 2009). Kern is dat naast autonome ontwikkelingen (w.o. recessie en decentralisatie) er lokale inhoudelijke keuzes worden gemaakt (w.o. stadsuitbreiding) en keuzes worden gemaakt qua inrichting van de organisatie. De afweging is daarbij eerder pragmatisch dan dogmatisch: er wordt gestuurd op een goede prijs – prestatieverhouding, waarbij ook nadrukkelijk gekeken wordt naar sturingsfactoren en zaken als kennisontwikkeling. Afgesproken is om de actuele sturingsmogelijkheden op het gebied van in-uitbesteding, samenwerking, efficiency, shared service etc. in kaart te brengen Deze bewegingen zullen leiden tot mutaties in de organisatie. Groei of krimp is hierbij geen doel op zich, maar een afgeleide van inhoudelijke keuzes die worden gemaakt. Het moment van effectuering en daarmee groei of krimp is vaak lastig te voorspellen: het keuzeproces kan langdurig zijn, zeker daar waar meerdere partijen betrokken zijn. Dit onderbouwt de noodzaak dat het huisvestingsconcept flexibeler moet worden. Want verhuisbewegingen zullen er in de komende jaren zijn en de vierkante meters moeten beter worden benut. In 2010 zal, tegen de achtergrond van keuzemogelijkheden van groei en krimp, het nieuwe strategische huisvestingsconcept aan de raad worden voorgelegd, zodat korte-termijnverhuizingen in lijn met dat concept kunnen worden ingezet. Overigens wordt in het eerste kwartaal het nieuwe onderkomen voor de raadsfracties opgeleverd. D. Formatieontwikkeling Het mandaat van de raad aan het college wordt gestuurd door middel van het financiële budget. Ook in de voorbereidende fase is het beleid er op gericht om, waar mogelijk, in samenwerking met partnerorganisaties en medeoverheden de opdracht in te vullen. Op basis van meerdere overwegingen worden de opdrachten doorgelegd naar leveranciers van goederen en diensten, gesubsidieerde partijen en/of de ambtelijke uitvoeringsorganisatie. Hierbij wordt onder andere toegezien op de prijs-kwaliteitverhouding, risicobeheersing en kenniskwaliteit op lange termijn. Dit leidt tot niet-dogmatische maatwerkbeslissingen, die van geval tot geval worden genomen door het management. De formatieontwikkeling is een afgeleide van die beslissingen en fluctueert. In 2009 zijn actueel de uitbreidingen als gevolg van de uitbreidingen Stedelijk Kompas en de Zwolle Werkt Aanpak. Tevens is bij Projecten en het Expertisecentrum de formatie toegenomen om de verhouding extern/intern in balans te brengen en daardoor de kosten te reduceren. Op diverse plaatsen worden plannen ontwikkeld voor regionalisering, samenwerking, shared services (telefonisch servicecentrum, Sociale Dienst, belastingen, groenvoorziening en dergelijke). De invloed daarvan op de feitelijke formatie kan zowel krimp als groei betekenen. De trendmatige ontwikkeling van de formatie is als volgt: Ontwikkeling formatie in fte Totale formatie per 31 dec Krimp Groei Saldo van de mutaties
2006 real. 1074
+7
2007 real. 1097 -13,4 +36,4 +23,0
2008 real. 2009 progn. 2010 progn. 1118 1128 1136 -11,3 -4 -4 +31,9 +14 12 +20,6 +10 +8
In de formatie-aantallen zijn niet opgenomen de reductie die verwacht wordt naar aanleiding van de besparingen 2010-2013. De voorstellen daartoe worden begin 2010 aan het bestuur ter besluitvorming voorgelegd en vormen dus geen onderdeel van de begroting 2010.
176
programmabegroting 2010
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * reserve onderhoud gebouwen * reserve dekking kap.l. econ.inv. * reserve vastgoed * reserve ICT * reserve rechtspositionele verpl. Resultaat na bestemming
rekening 2008 20734 9296 -11438 433
-11005
begroting 2009 2010 10904 8193 1660 1261 -9244 -6932 2692 40 68 287 100 105 -6552 -6332
meerjarenraming 2011 2012 7850 7843 1261 1261 -6589 -6582
2013 7813 1261 -6552
-6589
-6552
-6582
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Het geringe verschil is met name het gevolg van in 2009 op dit programma geparkeerde posten die ingaande 2010 via de kostentoerekening over de diverse programma’s zijn verdeeld. Toelichting mutatie meerjarenraming: Vrijvallende kapitaallasten Opbrengst check-up (netto) Besluitvorming PPN 2010-2013 (structureel): Uitvoering Archiefwet
-64
Besluitvorming PPN 2010-2013 (meerjarig incidenteel: Huisvesting gemeentelijke organisatie Tijdelijke voorzieningen ICT-middelen
-175 -200
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
92
Incidentele nieuwe bestedingen 2010: Inhaalslag achterstand archivering
8 335
7
30
-64
-64
-64
-175 -175 -175 -150 350 (tov PPN neerwaarts bijgesteld) 92
92
92
-100
Nadere specificatie programmabudget 2010: Directie Kabinetszaken Rechtstreekse apparaatskosten Saldi kostenplaatsen Werken voor derden
lasten 705 177 5723 2449 1250 10304
baten
2722 1250 3972
programmabegroting 2010
saldo -705 -177 -5723 273 0 -6332
177
tlaveren
Programma 25a Exploitaties gronden Thema
Overig
Beleidskader De hoofdlijnen van het grondbeleid zijn door de raad vastgesteld in de nieuwe nota Grondbeleid 2009-2013. Als algemeen uitgangspunt voor het gemeentelijk beleid geldt dat de gemeente Zwolle actief sturing wil geven aan (de kwaliteit van) de ruimtelijke ontwikkeling van de stad. Gezien de complexiteit en gewijzigde wet -en regelgeving zal per situatie bezien worden of actief, faciliterend of passief grondbeleid past bij de te realiseren doelen. Om dit te kunnen beoordelen zal voor elke ontwikkeling en elk project een integrale ontwikkelingsstrategie worden opgesteld waarbij aandacht besteed worden aan: • Ruimtelijke en programmatische aanpak en de relatie met het stedelijk programma. • Eigendomsituatie, belangen. • Maatschappelijke en financiële haalbaarheid. • Ontwikkelingsmogelijkheden, wenselijkheden en mogelijke vormen van ontwikkeling. • De rol die de gemeente in wil nemen. • Bijdrage van de ontwikkeling aan beleidsdoelen. • Volwaardige risicoanalyse (financieel, procedureel, juridisch). Relevante beleidsnota’s: • Nota Grondbeleid 2009-2013 • Nota Grondprijzen 2009 • Nota Grondvoorraadbeleid (beleidsnotitie inzake het afstoten van gemeentelijke cultuurgronden (‘Nog niet in exploitatie genomen gronden’ (Nniegg)), vastgesteld 26 maart 2007 • Tussentijdse resultaatneming bij grondexploitaties, vastgesteld 26 maart 2007 • Verfijning richtlijnen voor tussentijdse resultaatneming, vastgesteld 17 maart 2008 • Meerjaren Prognose Vastgoed 2009 (MPV 2009)
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Jaarlijks Meerjaren Prognose Vastgoed (MPV) om elk jaar een geactualiseerde meerjarige prognose te kunnen geven.
Ontwikkelen van een verwervingsvisie binnenstedelijke verwerving. (Tijdelijke) beheer gronden.
Exploitatie gronden c.q. gronduitgiften voor de realisatie van programma’s op het gebied van woningbouw, bedrijventerreinen en kantoren, en overige voorzieningen.
Prestatieafspraken Een beleidsproduct met daarin verwerkt een totaal overzicht van alle grondexploitaties en een kijk naar de toekomst/ prognose voor wat betreft de financiële consequenties. Beleidskader voor binnenstedelijke verwerving. Degelijk beheer van de gemeentelijke gronden voor toekomstige exploitaties.
Activiteiten 2010 Grondprijzennota 2010 (vaststelling eind 2009). Meerjaren prognose Vastgoed 2010. Tussentijdse Rapportage MPV 2010 (september 2010). Strategisch verwervings-/grondbeleid voor (binnen)stedelijk gebied. Beheer van circa 748 hectare grondbezit (Nnieg-gronden), en concretisering beleid voor afstoten van gemeentelijke cultuurgronden. Het realiseren van de woningbouw, kan- Uitgifte van bouwgrond voor de realisatie torenprogrammering en het ontwikkelen van van genoeg aanbod van bedrijventerrei- • woningen • bedrijventerreinen nen binnen onze gemeente. • kantoren • voorzieningen In de Tussenrapportage MPV 2009 is al aangegeven dat de huidige economische situatie er toe leidt dat een aanpassing in het programma van 2010 noodzakelijk is. Bij de MPV 2010 zal dan ook het programma voor woningen, bedrijventerreinen, kantoren en voorzieningen herijkt worden.
178
programmabegroting 2010
tlaveren
Toelichting programmaplan: Onder het deelprogramma exploitatie gronden vallen activiteiten van exploitaties en toekomstige exploitaties (het zogenaamde onderhanden werk). Het betreft de productgroepen • Strategisch bezit (de zogenaamde Nniegg). • Grondexploitatieprojecten (in exploitatie genomen gronden, binnenkort af te sluiten complexen en toekomstige grondexploitaties/voorbereidingskredieten). De uitgangspunten van het grondbeleid zijn financieel vertaald in de Meerjaren Prognose Vastgoed (MPV) die jaarlijks gelijktijdig met de jaarrekening wordt uitgebracht. Op basis van de resultaten van het voorafgaande jaar wordt daarin verantwoording afgelegd over het gevoerde financiële beleid en het beheer van Vastgoed, onder andere door de relatie te leggen tussen datgene wat begroot was en datgene wat daadwerkelijk gerealiseerd is. De MPV is daarmee een belangrijk brondocument voor zowel de perspectiefnota en de jaarrekening, alsook de begroting. Op basis van de zogenoemde jaarschijven - gebaseerd op de gezamenlijke grondexploitaties biedt de MPV inzicht in de begrote inkomsten en uitgaven van Vastgoed. Ook de risico’s en de vermogenspositie worden in de MPV nader toegelicht. Met de vaststelling door de gemeenteraad van de MPV 2009 wordt de jaarschijf 2010 opgenomen in de begroting 2010. Strategisch bezit/Nniegg Onder strategisch bezit worden gronden verstaan die de gemeente in eigendom heeft voor toekomstige grondexploitatieprojecten of compensatiedoeleinden. Binnen de gemeente Zwolle beter bekend als de Nnieg-gronden; de nog niet in exploitatie genomen gronden. In 2007 is een beleidsnotitie vastgesteld, waarin het beleid inzake het afstoten van gemeentelijke cultuurgronden (Nniegg) is vastgelegd. Programmering De in de grondexploitaties vertaalde programmering betreft de programma’s op het gebied van woningbouw, kantoren, bedrijfsterreinen en voorzieningen. De beleidsmatige keuzes rondom de programmering vinden plaats binnen de desbetreffende programma’s. Na vaststelling van de beleidsmatige keuzes dienen deze als uitgangspunt voor de diverse grondexploitaties. Vanuit verschillende fysieke disciplines wordt gewerkt aan verbetering van de programmering, zodat een goede afstemming verkregen kan worden tussen aanbod van en behoefte aan ruimte. De toelichting op de individuele programma-onderdelen treft u aan onder de desbetreffende programma’s. Administratieve indeling complexen De administratieve complexen c.q. projecten zijn onderverdeeld in de volgende administratieve eenheden: • In exploitatie genomen gronden • Binnenkort af te sluiten projecten • Nog niet in exploitatie genomen gronden • Erfpachtgronden en recht van opstal Binnen de eerste twee administratieve eenheden vindt nog een verdere onderverdeling plaats naar: • Woningbouwprojecten • Bedrijventerreinen en kantoren • Herstructurering • Combinatieprojecten • Particuliere grondexploitaties Voor een nadere specificatie en onderverdeling van de diverse categorieën wordt verwezen naar de MPV 2009. Beleidsvoornemens worden vaak vertaald naar stedelijke projecten met een grondexploitatie. Deze worden meegenomen in de MPV. Daarbij worden tevens de bijbehorende risico’s gekwantificeerd. Het geheel van de risico-inschatting wordt meegenomen bij de hoogtebepaling voor het treffen van Reserve Vastgoed, Voorziening Vastgoed en Bestemmingsreserve (Nniegg-verplichtingen). De kwantificering en becijfering hiervan vindt plaats binnen de MPV.
programmabegroting 2010
179
tlaveren
Kengetallen Basis voor het onderdeel ‘Exploitatie gronden’ voor jaarschijf 2010 vormt de MPV-2009. Hierin is zoveel als mogelijk rekening gehouden met de gevolgen van de kredietcrisis, hoewel de ramingen op dit punt met de nodige onzekerheden zijn omgeven. Vanuit de MPV-2009 zijn de navolgende kengetallen voorhanden: In de Tussenrapportage MPV 2009 is aangegeven dat de huidige economische situatie er toe leidt dat een aanpassing in het programma van 2010 noodzakelijk is. Bij de MPV 2010 zal dan ook het programma voor woningen, bedrijventerreinen, kantoren en voorzieningen herijkt worden. Programma MPV 2009: Prognose Omzet Projecten 2010 Investeringen € 53,30 miljoen • € 3,75 miljoen verwerving (niet fasegebonden uitvoering) • € 6,30 miljoen voorbereidingskosten • € 23,95 miljoen bouw- en woonrijpmaken (voorbereiding- en realisatiefase) • € 6,92 miljoen bijdragen en financiële producten • € 1,48 miljoen kostenstijging • € 10,90 miljoen rente Inkomsten € 84,95 miljoen • € 82,09 miljoen grondverkopen • € 1,02 miljoen bijdragen/subsidies e.d. • € 1,85 miljoen opbrengstenstijging Overig • Nniegg Kosten Opbrengsten • Erfpachtsgronden Kosten Opbrengsten • Recht van Opstal Kosten Opbrengsten • Strategische aankopen • Anticiperende aankopen
180
€ 2,45 miljoen € 0,44 miljoen € 0,23 miljoen € 0,59 miljoen € 0,07 miljoen € 0,14 miljoen € 5,00 miljoen € 2,50 miljoen
programmabegroting 2010
tlaveren
Programma 25b Vastgoedmanagement Thema
Overig
Beleidskader De hoofdlijnen van het Vastgoedmanagement bestaan uit het marktconform verhuren en beheren van de bij de afdeling Vastgoed ondergebrachte gebouwen evenals het zorg dragen voor het, uit de verhuurverplichtingen voortvloeiende, onderhoud c.a. Relevante beleidsnota’s: • Meerjaren Prognose Vastgoed 2009 (MPV 2009) • Nota Grondprijzen 2009 • Strategische ontwikkelingsvisie, vastgesteld (B&W) 31 oktober 2005 • Gemeentelijk verhuurbeleid, vastgesteld (B&W) 28 juli 1987
Programmaplan 2010 Meerjarige doelstellingen Het in stand houden van het betreffende gemeentelijke vastgoed resp. het voldoen aan privaatrechtelijke verhuurdersverplichtingen. Clustering van het beheer van gemeentelijk vastgoed.
Opstellen van meerjarige prognose voor gemeentelijke panden en deze jaarlijks te actualiseren.
Prestaties Regie houden op de jaarlijks geactualiseerde onderhoudsplanning.
Activiteiten 2010 Beheer en opdracht geven tot uitvoering dagelijks en meerjarig onderhoud.
Conform plan van aanpak gefaseerde aanlevering van college- c.q. directievoorstellen voor het uitoefenen van de regiefunctie wat betreft planning onderhoud, aan- en verkopen van gemeentelijke panden. Ontwikkelen van een beleidsdocument met daarin de monitoring van het gemeentelijk bezit onder beheer van de afdeling Vastgoed.
Het onderbrengen van al het gemeentelijk vastgoedbezit in één administratie bij de afdeling Vastgoed conform de strategische ontwikkelvisie.
Nota Vastgoed Management. Oplevering van de Meerjaren Prognose Gebouwen 2009.
Toelichting programmaplan Het programma Vastgoedmanagement richt zich op het op bedrijfsmatige basis beheren/verhuren c.a. van gebouwen en gronden die eigendom zijn van de gemeente. Uitgangspunt daarbij is de Huurwet en het commerciële huurwaardeprincipe, waarbij sturing plaatsvindt volgens het principe van een (marktconforme) exploitatie. Het gaat hier hoofdzakelijk om het zogenaamde ‘eindbeheer’ van stedelijk vastgoed. De eindbeheeractiviteiten worden gerangschikt volgens de thema´s: a. beheer/verhuur gebouwen b. beheer/verhuur/(huurafhankelijk) recht van opstal/erfpacht van diverse percelen gronden. c. participatie in Verenigingen van Eigenaren. Het beheer/verhuur van gebouwen betreft de marktconforme verhuur van circa 130 panden (met daarin ruim 145 huurders) met een permanent karakter. Vastgoedmanagement is opdrachtgever aan het Expertisecentrum afdeling Bouw- en Installaties voor bouwkundige ingrepen en het dagelijks- en méérjarenonderhoud. Zie ook paragraaf 4.3) Verder wordt incidenteel een bestaand gebouw verbouwd/uitgebreid of nieuwbouw gerealiseerd voor een specifieke functie, zoals recentelijk het Jongerencentrum Stadshagen, de in 2010 te bouwen brandweerpost Noord en het markt-/havenmeestergebouw op het Rodetorenplein. Ten laste van de jaarlijks beschikbaar te stellen budgetten wordt het dagelijkse (verhuurders)onderhoud uitgevoerd en ook het meerjarenonderhoud conform een 10-jarige onderhoudsplanning. Fluctuaties in het meerjarenonderhoud kunnen worden opgevangen ten laste van de reserve/voorziening nr. ON 13 ‘onderhoud verhuurde panden’. De gemeentelijke panden (met uitzondering van reguliere onderwijsgebouwen) worden gefaseerd ondergebracht bij de grootste beheerder van het gemeentelijk vastgoed n.l. de eenheid Ontwikkeling, afdeling Vastgoed.
programmabegroting 2010
181
tlaveren
Een logische fasering om te komen tot concentratie is de volgende: I. de gebouwen van A&F en Brandweer (inmiddels gerealiseerd per 1 januari 2007). II. gebouwen (onderkomens en gebouwde parkeeraccommodaties) van Wijkzaken (besluit vierde kwartaal 2009). III. de gebouwen van Maatschappelijke Ontwikkeling (besluit eind 2010). IV. de monumenten van het Expertisecentrum (besluit eind 2010). Per onderdeel zal een voorstel worden uitgewerkt voor het college c.q. de directie.
Kengetallen Verhuurde panden Verhuurde panden Aantal permanent verhuurde panden
2005 133
2006 138
2007 131
2008 128
2009 123
2005 2006 2007 1.060.000 1.060.000 1.060.000 € 3,49 € 3,49 € 3,49
2008 920.496 € 3,56
2009 920.496 € 3,56
2007 159.003 € 4,47
2008 159.003 € 4,47
2009 159.003 € 4,47
De WOZ waarde van de 123 verhuurde panden bedraagt per ultimo 2007 circa 142 miljoen euro. De boekwaarde van genoemde panden bedraagt per 31 december 2007 circa 89,2 miljoen euro. De verzekerde (herbouw)waarde van de panden bedraagt circa 220 miljoen euro. Erfpachtgronden Erfpachtgronden m² grond in erfpacht per eind van het jaar boekwaarde per m² erfpachtgrond Verhuurde panden Verhuurde panden m² grond verhuurde gronden per eind van het jaar boekwaarde per m² verhuurde gronden Opstalrecht Opstalrecht m² grond in opstalrecht per eind van het jaar boekwaarde per m² opstalrecht
182
2007 2008 2009 36.375 36.375 36.375 € 40,32 € 40,32 € 40,32
programmabegroting 2010
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * reserve vastgoed * reserve dekking kapitaallasten Resultaat na bestemming
rekening 2008 87678 102316 14638 3267
17905
begroting 2009 2010 263100 159398 261298 156427 -1802 -2971 121 1877 350 -1681 -744
meerjarenraming 2011 2012 2013 159398 159398 159398 156427 156427 156427 -2971 -2971 -2971
-2971
-2971
-2971
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: De budgetten voor de grondexploitaties zijn gebaseerd op het MPV 2009. De budgetten voor verhuurde panden zijn trendmatig aangepast. Daarnaast is de huuropbrengst voor de school aan de Dr. Hengeveldweg voor een volledig jaar geraamd. (zie nadeel onder programma 5). Besluitvorming PPN 2009-2012 (meerjarig incidenteel): Brandveiligheid gemeentelijke panden
-461
Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.: Verrekenen OZB bouwrijpe gronden met grondexpl.
31 450
31 450
31 450
31 450
Nadere specificatie programmabudget 2010: Strategisch bezit NNIEGG Voorbereidingsprojecten Verhuurde panden eindbeheer Verhuurde grond eindebeheer Erfpacht Opstalrecht
lasten 10339 141008 7681 98 302 144 159572
baten 10379 138258 9647 98 302 144 158828
programmabegroting 2010
saldo 40 -2750 1966 0 0 0 -744
183
tlaveren
Programma 26 Financiering en algemene dekkingsmiddelen
Algemene dekkingsmiddelen: De belangrijkste algemene dekkingsmiddelen zijn de uitkeringen uit het gemeentefonds en de OZB opbrengst op woningen en niet-woningen. Daarnaast worden algemene middelen verkregen uit overige belastingen (m.n. precariobelasting), reserveverrekeningen en rente-aftoppingsgelden van reserves. Ontwikkelingen gemeentefondsuitkeringen: Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen hebben gezamenlijk overleg gevoerd (april jl.) over de gevolgen van de economische situatie en van het Aanvullende Beleidsakkoord opgestelde afspraken gemaakt over de onderlinge financiële verhoudingen. Deze afspraken zijn in aanvulling op de bestaande bestuursakkoorden.
De normeringsmethodiek houdt in dat de ontwikkeling (accres) van het gemeentefonds gekoppeld is aan de (netto gecorrigeerde) rijksuitgaven. Een belangrijk gevolg van de afspraken is dat de normeringssytematiek tot en met 2011 buiten werking wordt gesteld. Hoewel de huidige normeringssytematiek op basis van ‘samen de trap op, samen de trap af’, met name positief wordt gewaardeerd vanwege rechtvaardigheid en evenredigheid zijn er zwaarwegende redenen om deze systematiek tijdelijk buiten werking te stellen. Ten eerste zullen de jaren 2009, 2010 en 2011 (maar ook de jaren daarna) met grote onzekerheden omgeven zijn met als gevolg zeer onvoorspelbare accressen. De normeringssystematiek wordt in principe na 2011 weer ingevoerd tenzij uit evaluatie blijkt dat de betrokken partijen daar mee niet door willen gaan. Ten tweede zijn er drie uitzonderlijke factoren die een zeer ongebruikelijke doorwerking op de normeringssystematiek hebben, te weten: • Een stimuleringspakket in 2009 en 2010, waarvoor geen dekking binnen de begrotingskaders kan worden gevonden. Bepaalde onderdelen van dit pakket komen ten goede aan de gemeenten, bijvoorbeeld Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV), Besluit Locatie gebonden Subsidies (BLS), renovatie en bouw van schoolgebouwen in gemeenten, schuldhulpverlening, jeugdwerkloosheid en extra investeringen in ruimtelijk domein. • Het uitschakelen van de EMU-signaalwaarde, waardoor het rijkstekort kan oplopen zonder dat rijksbezuinigingen noodzakelijk zijn. • Het buiten de uitgavenkaders plaatsen van de WW en ruilvoet, waardoor tegenvallers op dit gebied geen ombuigingen binnen de rijksuitgaven tot gevolg hebben. Op grond van bovenstaande afspraken is alleen in 2010 en 2011 nog een beperkte accresraming van ca. 0,5% per jaar geraamd in verband met inflatie. Daarnaast wordt in 2010 eenmalig een accres van € 90 mln. aan de gemeenten verstrekt. Voor de jaren 2012 en verder is de accresraming door het rijk op nul gesteld. Het gevolg van het vastleggen van het accres is ook dat de behoedzaamheidsreserve voorlopig buiten werking wordt gesteld. Voor 2010 wordt via het gemeentefonds – op basis van de meicirculaire 2009 - een inkomst verwacht van € 130 mln., waarvan € 20 mln. in de vorm van een integratie-uitkering (o.a.WMO) en decentralisatie-uitkeringen wordt ontvangen. Ten opzichte van 2009 is de totale gemeentefondsuitkering met € 10 mln. toegenomen, met name als gevolg van compensatie voor uitvoering van nieuwe taken of omzetting van specifieke rijksgelden naar een uitkering via het gemeentefonds. Met ingang van 1 augustus 2008 is de Financiële VerhoudingsWet gewijzigd en is de decentralisatieuitkering geïntroduceerd. De decentralisatie-uitkering maakt onderdeel uit van de gemeentefondsuitkeringen, maar kent een aparte verdeling. De invoering van deze uitkering is het gevolg van de vermindering van het aantal specifieke uitkeringen van het rijk. De decentralisatie-uitkering is evenals de andere gemeentefondsuitkeringen vrij besteedbaar. In de bijlage ‘gemeentefondsuitkeringen’ opgenomen in het bijlagenboek is een totaaloverzicht opgenomen.
Uitkomsten septembercirculaire: Conform afspraak wordt de raad bij de begroting geïnformeerd over de uitkomsten van de septembercirculaire. (Zie bijlage 3) De structurele doorwerking van de septembercirculaire nemen wij mee bij het actualiseren van de financiële kaders voor de komende perspectiefnota. De budgettaire aanpassing op de begroting 2010 verwerken wij bij eerste wijziging op de begroting.
184
programmabegroting 2010
tlaveren
Gemeentelijke belastingen De OZB tarieven en precario zijn verhoogd met 1,6% inflatiecorrectie. De tarieven voor de toeristenbelasting zijn ongewijzigd gebleven. Overige algemene dekkingsmiddelen: De overige algemene dekkingsmiddelen bestaan uit een jaarlijks afnemende onttrekking aan de reserves (tekortdekking en afkoopregeling LVS/WI) en bedraagt in 2010 € 0,5 mln. Daarnaast wordt jaarlijks de rentetoevoeging aan de reserves (deels) afgetopt. In 2010 is de totale opbrengst rente-aftopping € 4,4 mln., waarvan € 1,1 mln. wordt aangewend als structurele dekking van de begroting. Het restant ad € 3,3 mln. wordt toegevoegd aan de reserve MIB om in te zetten voor incidentele besteding. Financiering Het financieringsresultaat bedraagt € 2,4 mln. voordelig en is nader toegelicht in paragraaf 4.4. Onvoorzien De post onvoorzien (incidenteel) bedraagt € 500.000.
Kengetallen: Aandeel Zwolle in gemeentefonds Effect 1% aanpassing accres gemeentefonds
0,73 % 1,1 mln.
Aandeel in totaal algemene dekkingsmiddelen ad € 171 mln. * algemene uitkering gemeentefonds * opbrengst OZB Totale WOZ waarde per 1-1-2009: * woningen * niet woningen Aantal WOZ-objecten: * woningen * niet woningen Aantal op te leggen belastingaanslagen Aantal aanslagen parkeerboetes Aantal aanslagen precariobelasting
76 % 16 %
11.356 mln. 3.629 mln. 54.900 5.300 61.000 17.500 950
Rentepercentage lang geld 2010 Rentepercentage kort geld 2010
4,6 % 2,5 %
programmabegroting 2010
185
tlaveren
Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Budget o.b.v. bestaand beleid Lasten Baten Resultaat voor bestemming Reservemutaties: * rentetoevoeging aan reserves * reserve bestedingsplan/MIB * reserve tekortdekking * reserve afkoop LVS/WI * reserve WOZ taxaties Resultaat na bestemming
rekening 2008 2936 151812 148876 7243
156119
begroting 2009 2010 7524 4061 157545 174630 150021 170569 -4026 -3413 -4877 344 180 260 145995 163063
meerjarenraming 2011 2012 2013 6434 7867 9220 174862 175914 177404 168428 168047 168184
168428
168047
168184
Toelichting verschil 2010 t.o.v. 2009: Naast de trendmatige- en volume (m.n. algemene uitkering en ozb) aanpassingen zijn de gevolgen van de meicirculaire 2009 van het gemeentefonds verwerkt. Als gevolg van de afloop van de GSB gelden, vindt deels omzetting plaats naar een decentralisatie-uitkering via het gemeentefonds. Dit verklaart voor een groot deel de stijging van de baten. Toelichting mutatie meerjarenraming: Algemene uitkering gemeentefonds OZB areaal Nominale ontwikkelingen (stelpost loon/prijsaanpassing) Stelpost overheveling rijkstaken + overig Saldo stelposten kapitaallasten (vrijval; vervangingsinv.) Aandeel in bezuinigingstaakstelling ad € 1 mln.:
25
Nadere specificatie programmabudget 2010: lasten Uitkering gemeentefonds Reserve verrekeningen Rente-aftopping Uitvoering Wet WOZ Belastingen (m.n. OZB) Invordering Algemene deelnemingen Ov. financ./bespaarde rente res./vo Stelposten Onvoorziene uitgaven
186
4877 1887 550 456 17 3429 635 500 12351
baten 130267 524 4435 260 28226 5 200 8686 2811 175414
programmabegroting 2010
saldo 130267 -4353 4435 -1627 27676 -451 183 5257 2176 -500 163063
-291 523 -1889
475 577 -1079
929 561 -982
-216 -268
-76 -278
-85 -286
25
25
25
Programmabegroting 2010 Hoofdstuk 4 Verplichte paragrafen
tkwaliteit
188
programmabegroting 2010
tlaveren
Inhoud 4.1
Lokale heffingen
190
4.2
Weerstandsvermogen
193
4.3
Kapitaalgoederen
205
4.4
Treasuryparagraaf
211
4.5
Verbonden partijen
214
4.6
Grondbeleid
218
programmabegroting 2010
189
tlaveren
4.1 Lokale heffingen In de separaat bijgevoegde tarievennota 2010 worden het tarievenbeleid, de ontwikkelingen op het gemeentelijk belastinggebied en de voorgestelde aanpassingen 2010 rondom de belastingen, leges, retributies en privaatrechtelijke tarieven uitvoerig belicht. Als algemene regel geldt dat de gemeentelijke belastingen en tarieven met het inflatiepercentage worden aangepast. Voor 2010 is dit bepaald op 1,6%. Het inflatiepercentage is bepaald aan de hand van het gemiddeld gewogen percentage voor de gemeentelijke loonkostenontwikkeling en prijzen van derden (loon-/prijsverhouding is 50:50) en gecorrigeerd met eventuele nacalculatie over voorgaande jaren. Het inflatiepercentage 2010 is als volgt bepaald: • Voorlopig percentage 2010 1,4% • Bijstelling percentage 2009 0,2% • Inflatiepercentage 2010 1,6% Deze al jaren gehanteerde correctiemethode leidt ertoe dat – met enige vertraging – de feitelijke inflatie wordt doorberekend in de gemeentelijke tarieven. Ter informatie de uitkomsten (na correcties) in de voorgaande jaren:
Woonlastenontwikkeling De OZB tarieven worden met het inflatiepercentage van 1,6% verhoogd. De tarieven voor de afvalstoffenheffing worden niet verhoogd en blijven in 2010 staan op: - € 204,02 voor een éénpersoonshuishouden en - € 255,03 voor een meerpersoonshuishouden. Het tarief voor de rioolrechten blijft ongewijzigd en bedraagt € 112,65. Overzicht procentuele mutatie van de woonlasten per waardecategorie van de woning. gebruiker/huurder eigenaar waarde 1-pers.huish. meerpers.huish. (verhuurder) € 150.000 0,0 0,0 0,9 € 250.000 0,0 0,0 1,1 € 400.000 0,0 0,0 1,2
eigenaar/gebruiker 1-pers.huish. meerpers.huish. 0,6 0,5 0,7 0,7 0,9 0,8
Overige tariefsontwikkelingen/-voorstellen Met betrekking tot de overige gemeentelijke tarieven worden de volgende uitzonderingen op de algemene regel van inflatiecorrectie (1,6%) voorgesteld: • De tarieven voor de parkeerbelastingen niet te verhogen. • De tarieven voor afvalstoffenheffing en reinigingsrechten niet te verhogen. • De tarieven toeristenbelasting niet te verhogen. • De rioolrechten niet te verhogen. • De begraafplaatsrechten worden met 6,6% verhoogd (1,6% inflatie + 5,0% extra). • De leges voor projectbesluiten/bestemmingsplanwijzigingen worden gelijk gesteld aan de bedragen die in rekening gebracht worden indien het projectbesluit/bestemmingsplanwijziging in een anterieure overeenkomst of exploitatieplan wordt opgenomen.
190
programmabegroting 2010
tlaveren
Overzicht opbrengst gemeentelijke tarieven 2010 (bedragen x € 1.000) Soort belasting/tarief 1. Onroerende-zaakbelasting 2. Baatbelasting 3. Precariobelasting 4. Toeristenbelasting 5. Leges APV 6. Leges Burgerzaken 7. Bouwleges 8. Leges regulering kamerverhuur 9. Gebruiksvergunningen 10. Havengelden 11. Warenmarktrechten 12. Rioolrechten 13. Begraafplaatsrechten 14. Parkeergelden 15. Afvalstoffenheffing/reinigingsrechten 16. Fiscalisering parkeerboetes 17. Sporttarieven 18. Brandweerrechten 19. Overige leges/rechten Totaal
Raming begroting 2009 26.530 8 335 72 192 1.673 4.330
VolumeTariefmutatie mutatie inflatiecorrectie overige 841 425 5 10 -25 -31
3 27 70
92 255 403 342 6.476 834 7.119 12.250 703 629 14 46 62.303
Raming begroting 2010
-87 -156
-34 -5 89 -47 -187 174 186 10
6 5 13
11 10
981
575
-243
27.796 8 340 82 170 1.669 4.400 5* 99* 375 342 6.565 800 6.932 12.424 900 649 14 46 63.616
*Op grond van het gebruiksbesluit zijn de opbrengsten voor leges kamerverhuur en gebruiksvergunningen vervallen c.q. naar beneden bijgesteld. Opbrengstverhouding OZB woningen/niet-woningen (in %) Gebruikersdeel Woningen *) Niet woningen 23
Eigenaarsdeel 46 31
Totaal 46 54
*) Met ingang van 2006 heeft het rijk de OZB gebruikersbelasting op woningen afgeschaft. Kwijtschelding Voor mensen met de laagste inkomens bestaat de mogelijkheid van een gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de geheven belasting. Dit is het geval als aan de voorwaarden voor kwijtschelding van de invorderingswet is voldaan. De gemeente Zwolle hanteert de 100% bijstandsnorm. Dit is het wettelijk maximum. In 2010 verwachten wij 3500 aanvragen waarvan 2.800 volledige toewijzingen en 75 gedeeltelijke toewijzingen. In de begroting 2010 is een budget ad € 628.000 voor kwijtschelding opgenomen. Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) Vanaf het belastingjaar 2008 dienen de gemeenten jaarlijks nieuwe WOZ-beschikkingen te versturen waarin de waardepeildatum één jaar eerder ligt. Met ingang van het belastingjaar 2009 wordt de Onroerende Zaak Belasting (OZB) op grond van landelijke regelgeving berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. Op het moment dat de percentages definitief kunnen worden vastgesteld zullen wij een raadsvoorstel voorleggen waarin een cijfermatige onderbouwing van de OZB percentages is opgenomen. Het kabinet heeft op 24 juni jl. het wetsvoorstel aanvaard waarmee de WOZ-waarde wordt opgenomen in het stelsel van basisregistraties. Het streven is erop gericht de basisregistratie vanaf begin 2010 operationeel te laten zijn. Met de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) zal de basisregistratie WOZ een belangrijke rol gaan vervullen binnen de informatievoorziening over vastgoedgegevens.
programmabegroting 2010
191
tlaveren
Overige ontwikkelingen 1. Invoering Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen: De overheid wil burgers een effectief rechtsmiddel geven tegen te trage besluitvorming door het bestuur. De Wet dwangsom en beroep regelt dat burgers recht hebben op een dwangsom als de overheid niet binnen de wettelijke termijn beslist. De wet treedt uiterlijk 1 januari 2010 in werking. De burger kan na afloop van de beslistermijn de overheid in gebreke stellen. Wanneer de overheid binnen twee weken niet alsnog beslist, moet zij per dag een dwangsom betalen totdat het besluit alsnog is genomen. De dwangsom begint met € 20 en kan na 42 dagen oplopen tot maximaal € 1.260. Voor de dwangsom is geen rechterlijke uitspraak nodig. Ook maakt de wet het mogelijk rechtstreeks beroep bij de rechter in te stellen tegen het niet tijdig nemen van een beslissing door de overheid. De hoofdregel met betrekking tot de wettelijke afhandeltermijnen voor bezwaarschriften is dat een bestuursorgaan beslist binnen zes weken na ontvangst van het bezwaarschrift. Voor belastingbezwaren geldt (vooralsnog) een uitzondering: als een bezwaarschrift wordt ingediend in de periode van 1 januari t/m 19 november, dan beslist de heffingsambtenaar binnen dat kalenderjaar op het bezwaarschrift. Wordt een bezwaarschrift ingediend in de periode van 20 november t/m 31 december van een kalenderjaar, dan dient uitspraak te worden gedaan binnen zes weken. 2. Verbreding rioolheffing. Op 1 januari 2008 is de Wet gemeentelijke watertaken in werking getreden. In deze wet wordt de verbreding van het gemeentelijke rioolrecht tot een bestemmingsheffing geregeld. Tot op heden is gebleken dat de wet voor de gemeente Zwolle geen extra werkzaamheden op het gebied van waterbeheer met zich meebrengt. Er is binnen Zwolle dan ook voor gekozen om de rioolheffing niet aan te passen.
192
programmabegroting 2010
tlaveren
4.2 Weerstandsvermogen 1.
Inleiding
Deze paragraaf bevat de inventarisatie van de weerstandscapaciteit alsmede van de risico’s die de gemeente loopt. Op basis van beide inventarisaties wordt aan het eind van de paragraaf het weerstandsvermogen beoordeeld. De beleidskaders voor het risicomanagement, de te hanteren uitgangspunten bij het samenstellen van de risicomatrix en de kaders voor het beoordelen van het weerstandsvermogen – en dan in het bijzonder de hoogte van de algemene concernreservezijn vastgelegd in de 4 jaarlijkse nota weerstandsvermogen en risicomanagement. De nota is medio 2007 door de raad vastgesteld en heeft een looptijd tot medio 2011. Conform de door de raad vastgestelde beleidskaders heeft een calculatie plaatsgevonden van de geïnventariseerde risico´s met augustus 2009 als peilmaand. De volledige becijfering –in de vorm van een risicomatrix – alsmede achterliggende informatie bij een aantal risicoposten liggen vertrouwelijk ter inzage. Aan het eind van deze paragraaf geven wij een cijfermatig totaalbeeld van de uitkomsten en relateren we deze aan de aanwezige weerstandscapaciteit en dan met name aan de beschikbare algemene concernreserve.
2.
Weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit is het totaal aan middelen waarover de gemeente beschikt om niet begrote financiële tegenvallers –incidenteel of structureel- op te vangen. Evenals die tegenvallers kan ook de weerstandscapaciteit worden onderverdeeld in incidenteel en structureel. Incidentele weerstandscapaciteit is aanwezig in de vorm van begrotingsposten voor onvoorzien en aanwezige reserves met een weerstandsfunctie. Structurele weerstandscapaciteit betreft de middelen die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van bestaande taken. Het gaat dan –naast de mogelijkheid van herschikking binnen bestaande budgetten- om de onbenutte belasting- en heffingscapaciteit van de gemeente In onderstaande tabel is een actueel overzicht gegeven van de weerstandscapaciteit van de gemeente Zwolle (bedragen x € 1.000.--) Weerstandscapaciteit exploitatie
Structureel begroot voor 2010
Structureel begroot voor 2009
Pm 700 0
Pm 430 0
700
430
Onbenutte belastingcapacteit: - ozb - leges/heffingen Post onvoorzien Algemene reserve concern Specifieke risicoreserveringen Totalen
Incidenteel begroot voor 2010
Incidenteel begroot voor 2009
500 14.250 3.800 18.550
500 10.000 2.560 13.060
Toelichting op de weerstandscapaciteit Onroerende-zaakbelasting (OZB) Voor wat betreft de OZB is het bepalen van de hoogte van de OZB tarieven sinds 2008 weer volledig een gemeentelijke verantwoordelijkheid. Wel is het zo dat de macro ontwikkeling van de OZB opbrengst voor het totaal van de gemeenten gebonden is aan een door het rijk jaarlijkse bepaald percentage. Leges en andere heffingen Voor zover de hoogte van leges en andere heffingen niet gebonden is aan landelijk vastgestelde tarieven, is het beleid zoveel mogelijk gericht op 100% kostendekking. Zowel bedrijfseconomische factoren (vraaguitval) als draagvlak (relatieve hoogte tarieven in vergelijking tot andere gemeenten) en beleidsinhoudelijke argumenten geven in de praktijk een begrenzing aan het volledig benutten van de aanwezige onbenutte capaciteit. In de begroting 2010 – zie de tarievennota bij deze begroting- is de onbenutte capaciteit opgelopen naar ca € 0,70 mln; de toename ten opzichte van 2009 is met name toe te schrijven aan een afnemende kostendekkendheid van de bouwleges.
programmabegroting 2010
193
tlaveren
Voor wat betreft de afvalstoffenheffing en de rioolrechten is de niet benutte heffingscapaciteit welke wordt gecompenseerd door een beroep op egalisatiereserves niet meegeteld. Bij benutting van de resterende capaciteit zal de meeropbrengst immers tot hetzelfde bedrag gepaard gaan met een afname van de bijdrage uit de egalisatiereserves. Onvoorziene uitgaven Jaarlijks wordt in de begroting een post opgenomen van € 500.000 voor incidentele onvoorziene uitgaven die zich kunnen voordoen bij de begrotingsuitvoering. Algemene reserve concern Deze reserve is bedoeld als een algemene weerstandscapaciteit voor het afdekken van risico´s zoals die hierna zijn beschreven. Conform de besluitvorming bij de perspectiefnota 2006 is de normomvang van deze reserve gebaseerd op een minimumbedrag van € 10 mln. In de door de raad medio 2007 vastgestelde nota weerstandsvermogen en risicomanagement is de normering verder uitgewerkt en als bepaling toegevoegd dat met dit bedrag minimaal 50% en maximaal 100% van het in de risicomatrix berekende netto risicobedrag moet zijn afgedekt. Deze normomvang is exclusief weerstandsreservering voor financiële risico´s m.b.t grondexploitaties (zie hierna). Aan het slot van de weerstandsparagraaf relateren wij de normomvang aan de uitkomst van de risicocalculatie. Specifieke risicoreserveringen Voor een aantal beleidsterreinen (WMO en WWB inkomensdeel) bevat de begroting een aantal specifieke risicoreserveringen. De beschikbare risicoreservering voor de WMO is per 1 januari 2010 begroot op ruim 1 mln. T.a.v. de risicoreservering WWB inkomensdeel is bij de begroting 2009 een systematiek vastgesteld ter bepaling van de maximale omvang van de reserve. Conform deze systematiek geldt voor de jaarschijf een maximale omvang van € 3 mln. Een eventueel surplus boven dit plafond wordt verrekend met de algemene middelen; dat geldt evenzeer voor exploitatie nadelen die de reserve beneden het nulpunt zouden brengen. De beginstand 2010 van deze reserve is geraamd op ruim 2,8 mln. Voor de jaarschijf 2009 is ook een afzonderlijke risicoreservering beschikbaar voor fiscale afwikkeling van BTW ter grootte van ca 3 mln. Dit conform de besluitvorming bij de Berap 2009.. Afdekking risico’s vastgoed De risico afdekking voor vastgoedexploitatie vormt een integraal onderdeel van de jaarlijkse vermogenscalculatie in de MPV (zie ook de paragraaf grondbeleid). Op basis van de actuele verwachtingen m.b.t. de vastgoedrisico’s is in de begroting 2010 uitgegaan van een extra weerstandsreservering ad ca € 4¼ mln binnen de algemene concernreserve ( zie het eind van deze paragraaf).
3.
Risico´s
In deze paragraaf zijn de risico’s weergegeven conform de methodiek, zoals die al een aantal jaren wordt gehanteerd. In onderstaande opsomming wordt, indien van toepassing, uiteraard ook nader ingegaan op risico’s samenhangend met de economische crisis. Niet alle risico’s zijn relevant voor het weerstandsvermogen. In dit kader gaat het om substantiële risico’s met een kans op financieel verlies dat niet of niet goed meetbaar is en waarvoor geen verzekering kan worden afgesloten of anderszins een voorziening kan worden getroffen. Voor de inventarisatie van de risico’s hanteren wij de volgende onderverdeling A. Algemene en specifieke uitgaafrisico´s B. Algemene en specifieke opbrengstrisico´s C. Open eind risico´s D. Schadeclaims E. Verstrekte geldleningen, garantstellingen en deelnemingen F. Verzekeringsrisico´s G. Risico´s vergunningverlening H. Risico´s vastgoed I. Overige risicoposten Voor de posten die zijn vermeld onder A t/m E zijn in de risicomatrix concrete risicobedragen opgenomen met een taxatie van de risicokans. Voor zover niet vertrouwelijk zijn deze ook in onderstaande teksten vermeld. T.a.v. de posten onder F, G en I is volstaan met vermelding van aanwezige risico´s in de risicomatrix. Er is voor deze posten onvoldoende basis om per post een concreet risicobedrag in de risicomatrix op te nemen (PM posten). Wel is voor het totaal van de PM risico´s in de risicomatrix een stelpost opgenomen. Het risicobedrag m.b.t. vastgoedexploitatie (onder H) wordt afgestemd op de uitkomsten van de laatste MPV en relevante ontwikkelingen nadien (zie tussenbericht MPV).
194
programmabegroting 2010
tlaveren
A.
Algemene en specifieke uitgaafrisico´s
Renteramingen. De invloed van rentemutaties op onze begroting is met name gerelateerd aan de omvang van het financieringstekort; de omvang van te herfinancieren langlopende leningen en de omvang van eigen financieringsmiddelen. Voor de begroting 2010 wordt uitgegaan van renteniveaus van 4,6% lang en 2,5 % kort. In de risicomatrix is het effect van 1% extra rentestijging verwerkt ( ca € 1,5 mln). Het effect van de economische crisis op de rentepercentages is vooralsnog onzeker. De kans op tegenvallers t.a.v. renteramingen neemt toe, indien de volgende situaties zich gelijktijdig gaan voordoen : stijgende rente; toenemende inflatie (de rente aftopping levert dan minder op) en snellere besteding van verleende kredieten (de op voorhand geraamde “onderuitputting” van het rentebudget vanwege vertraging in de feitelijke besteding van investeringskredieten komt dan onder druk te staan). Loon- en prijsontwikkeling aan de uitgavenkant van de begroting Als graadmeter voor de invloed van loon- en prijsmutaties op de uitgavenkant van onze begroting is aan te houden dat 1% mutatie voor de algemene middelen een voor- of nadeel oplevert van ca. € 1,25 mln In de begroting 2010 is rekening gehouden met een loonkostenstijging inclusief sociale lasten van 3,0 %. Voor de prijsont wikkeling 2010 is rekening gehouden met een daling van 0,25 %. De actuele raming van het CPB voorziet een belangrijk lagere inflatie ontwikkeling. Dit leidt tot voordelen aan de uitgaafkant, maar de algemene uitkering zal ook dalen. Voor gemeentelijke belastingen en tarieven leidt dit tot lagere verhogingspercentages. Gesubsidieerde arbeid bij peuterwerk M.b.t de gesubsidieerde arbeid is er een financieel risico bij de peuterspeelzalen (subsidie Travers). Travers moet extra regulier betaalde krachten inhuren ter compensatie van de vertrekkende gesubsidieerde groepshulpen (uitstroom van ID/WIW-ers). Dit betekent een risico bij de uitstroom van ongeveer 10 ID/WIW-ers op de reguliere peuterspeelzalen. Het risico is circa € 200.000 Wijkaccommodaties Er is een financieel risico door de mogelijke uitstroom van beheerders die vanuit gesubsidieerde arbeid bij verschillende wijkcentra in dienst zijn. In 2007-2008 zijn 5 personen uitgestroomd, waardoor er per 1-1-2009 nog 21 in dienst zijn. Voor de huidige ID/WIW´s bij ondermeer wijkaccommodaties zijn tot en met 2010 extra middelen uitgetrokken. Na afloop van deze periode, dat wil zeggen per 2011, kan een groter financieel risico ontstaan. Daarnaast zijn de exploitaties bij enkele wijkaccommodaties een probleem. Ook is het de vraag of de beschikbare middelen voor het onderhoud van wijkcentra op termijn voldoende zijn. Beleid en subsidiering van wijkcentra wordt aan een heroriëntatie onderworpen. De oplopende tekorten bij wijkcentra van Travers zijn door efficiencymaatregelen tot staan gebracht. De overige tekorten, deels samenhangend met het niet in rekening (kunnen) brengen van werkelijke kosten voor gesubsidieerde activiteiten, worden bij de heroriëntatie betrokken. Hanzebad/Aabad Gezien de bouwtechnische staat van de zwembaden, Hanzebad en Aabad, bestaat het risico uit meerkosten voor (groot) onderhoud (€ 0,5 mln met laag risico). Het risico wordt beperkt door op het waar mogelijk beperken van het onderhoud gelet op de nieuwbouwplannen met uiteraard als randvoorwaarde dat geen afbreuk wordt gedaan aan veiligheid en hygiëne. Daarnaast wordt het financiële risico beperkt doordat de SEZZ over een eigen onderhoudsreserve beschikt. Stilo sporthal Gezien de bouwtechnische staat van de Stilo sporthal, bestaat het risico uit meerkosten voor energie en /of (groot) onderhoud. Odeon-deSpiegel-theaters Eind 2009 zal er een evaluatie van de aanloopperiode (3 jaar) naar de Raad gaan. Op dit moment is duidelijk dat het inhoudelijk uitstekend gaat, de kaartverkoop en de verhuring van beide accommodaties lopen goed. De bedrijfsvoering blijft echter een punt van zorg – er zijn nog lasten uit het verleden. Inmiddels is er een controller aangetrokken, die orde op zaken moet stellen. Filmtheater Fraterhuis De gemeente staat garant voor de lening die is afgesloten om de inrichting van de nieuwe zaal in het Odeon complex te betalen. De organisatie wordt nu geconfronteerd met het feit dat de lening moet worden afgelost èn huur betaald moet worden aan Odeon-deSpiegel. Deze ‘dubbele’ last drukt zwaar op de organisatie en er ligt dan ook een vraag bij nieuw beleid om een bijdrage voor de looptijd van de lening.
programmabegroting 2010
195
tlaveren
Sociale werkvoorziening In september 2007 is de raad geïnformeerd over de plannen om van de Wezo NV per 2010 een financieel gezond mensontwikkelbedrijf te maken. Met de meerjarenbegroting 2009-2010 is hieraan invulling gegeven. In 2009 zal er een gemeentelijke bijdrage in het nadelig resultaat benodigd zijn. In 2010 is het beleid er op gericht om een positief resultaat te bereiken. Om tot deze verbeteringen te komen is een aantal maatregelen geformuleerd. In geval de voorgenomen verbetermaatregelen niet het effect sorteren zoals geprognotiseerd, zal dit uiteraard financiële consequenties hebben. HCO – SMZ HCO heeft naast de structurele extra bijdrage per 2009 van de gemeente, een eenmalige bijdrage over 2 jaar van het Rijk ontvangen. Per 2011 zal de verantwoordelijkheid voor het HCO van het Rijk gedecentraliseerd worden naar de provincie. Inmiddels heeft het HCO samen met het SMZ de intentie uitgesproken een vorm van samengaan te willen onderzoeken. Dit kan een kans zijn voor beide instellingen, in de vorm van inhoudelijke versterking en door efficiency-maatregelen meer armslag, maar mogelijk leidt dit tot aanloopkosten. LOZ Het is de Lokale Omroep Zwolle niet gelukt het tij te keren en er is sprake van faillissement. Een aantal vrijwilligers heeft het plan opgevat een doorstart in beperkte zin, alleen radio, kabel en internet te maken. Op het moment van schrijven is nog niet duidelijk of dit voornemen al definitief is en wat de financiële consequenties zijn. Muzerie Afgelopen jaren is het inhoudelijk en financieel goed gegaan, maar door o.a. de groei in leerlingen aantallen is er meer budget nodig, die niet beschikbaar is. Feitelijk dient Muzerie de groei terug te dringen en de bedrijfsvoering hierop aan te passen. Dit heeft een na ijl effect en kan tot incidenteel tekort leiden. Stichting Vluchtelingenwerk Overijssel Op basis van de reguliere uitvoeringsovereenkomst bedraagt de jaarlijkse subsidie voor SVO ongeveer € 230.000. Sinds 2006 is er slechts € 80.000 aan autonome middelen beschikbaar voor de dekking van dit budget. BTW Leerlingenvervoer In 2008 is een naheffing van de fiscus ontvangen van € 62.303 voor nog af te dragen BTW over de verstrekte eigen bijdragen leerlingenvervoer in 2006. Het overleg met de fiscus verloopt zeer vertragend. Het is nog onduidelijk of dit zal leiden tot een kostenstijging, maar het risico bestaat dat over 2007, 2008, 2009 en 2010 per jaar € 75.000 kostenstijging optreedt.
B.
Algemene en specifieke opbrengstrisico´s
Ontwikkeling van de algemene uitkering Zie voor de actuele uitkomsten de tekst in het algemene en financiele deel in deze begroting. De koppeling van het gemeentefonds aan de ontwikkeling van de netto rijksuitgaven is tot 2012 buiten werking gesteld. Door het in 2009 afgesloten aanvullend bestuursakkoord ligt het tot 2012 te verwachten bedrag uit het gemeentefonds grotendeels vast. Echter, de ontwikkeling van de algemene uitkering na 2011 is uiterst onzeker en risicovol. De ramingen zijn nu gebaseerd op uitblijven van een reële groei en een lichte groei van 0.5% jaarlijks als inflatie compensatie. Afhankelijk van de omvang van de rijksbezuinigingen na 2011 is er een fors risico op verdere opbrengstdaling met name vanaf 2012. Daarnaast geldt voor de algemene uitkering nog het risico van het verdeelsysteem. De uitkomst van dit systeem per gemeente is en blijft slechts beperkt voorspelbaar. In de risicomatrix wordt het risico van de algemene uitkering gesteld op 2% van het geraamd bedrag. Volumerisico´s opbrengstramingen Deze doen zich voor bij de OZB en bij diverse eigen heffingen zoals bouwleges, leges burgerzaken, markt-/havengelden. Ook het volume van geraamde dividenden is te zien als een risicopost. Het risicodeel op deze posten is in de risicomatrix gesteld op 10% van de geraamde bedragen. Deze risico’s kunnen jaar in jaar uit voorkomen, maar worden door de economische crisis extra actueel. OZB : door de verwachting van een lagere woningproductie en minder verkoop van grond zal de volumegroei (areaaluitbreiding) OZB ook lager uitvallen. Deze afname veroorzaakt structureel een lagere OZB opbrengst. Daarnaast zal naar verwachting de leegstand van niet-woningen toenemen. Bouwleges : bij stagnatie in nieuw/verbouw zal de opbrengst uit bouwleges gaan afnemen. Het aantal binnengekomen bouwvergunningen over het eerste halfjaar 2009 ligt ongeveer 20% lager dan in de zelfde periode een jaar eerder. De afname vindt voornamelijk plaats bij de reguliere bouwaanvragen en principeaanvragen. Ook het aantal middelgrote aanvragen blijft achter bij de verwachtingen. Dit wordt vooral veroorzaakt door achterblijvende woningbouw. Dit brengt met zich mee dat de legesinkomsten sterker afnemen dan de benodigde personele inzet. Op dit moment kan de afname nog opgevangen worden door een lagere inhuur. Mocht de daling verder doorzetten dan zal dit niet meer mogelijk zijn. De verwachting is wel dat met het aantrekken van
196
programmabegroting 2010
tlaveren
de economie deze teruggang weer wordt gecompenseerd maar wanneer dit gaat plaatsvinden is nu nog niet te voorspellen. Op dit moment wordt er, in het kader van de Wabo, in de tweede kamer gesproken over het verder uitbreiden van het vergunningsvrij mogen bouwen. Hierdoor zal het aantal bouwvergunningen naar alle waarschijnlijkheid afnemen. Gevolg is echter wel dat informatie nodig voor de BAG en de WOZ op een andere manier beschikbaar moet komen. Mocht dit doorgaan dan zal de organisatie hierop dus aangepast moeten worden. Zolang verdere informatie hierover nog niet bekend is zijn de financiële gevolgen moeilijk in te schatten. Markten, havens en parkeren : de consequenties van de crisis voor 2010 zijn slecht voorspelbaar, maar Markten en havens worden in 2009 geconfronteerd met tegenvallende opbrengsten. In 2009 is de verwachting dat er door de economische recessie € 50.000 minder inkomsten van de beroepsvaart zullen zijn. Markten verwacht in 2009 een tegenvaller van € 40.000, al is niet zeker of de mindere bezetting volledig door de economische omstandigheden komt. Op dit moment is nog geen tendens waarneembaar dat ook de parkeerinkomsten minder zijn als gevolg van de crisis. Wij monitoren de inkomsten en aan de hand van ervaringscijfers prognosticeren wij de verwachte inkomsten 2010. Alle gesubsidieerde instellingen Door de recessie lopen alle gesubsidieerde instellingen het risico dat hun inkomsten uit sponsoring en productafname / deelname gaan afnemen. Dit kan leiden tot mogelijke tekorten in de exploitatie. WRZV sporthallen Gezien het nog onzekere toekomstperspectief loopt de Stichting Sporthal WRZV financieel risico door negatieve exploitatie ontwikkelingen. Dit impliceert voor de gemeente een betalingsrisico m.b.t. de verschuldigde jaartermijnen en de af te lossen huurschuld. Daarnaast is de garantie voor de rekening courant ad € 40.000 als risicopost te beschouwen. GSB Vanuit het GSB krijgt de gemeente voor de periode 2005-2009 gelden van het rijk. Indien de gemeente de doelstellingen uit het convenant niet realiseert bestaat het risico van terugbetaling. Op dit moment wordt gewerkt aan de afronding van de huidige GSB periode. Voor het merendeel van de prestatieafspraken liggen we op koers. De GSB-financiering stopt na 2009. Het overgrote deel van de hiermee gemoeide rijksmiddelen zal vanaf 2010 naar verwachting in de vorm van decentralisatieuitkeringen worden toegevoegd aan het Gemeentefonds. Nog niet duidelijk is welke consequenties dit heeft voor de verdeling van de rijksmiddelen over gemeente/steden. Om die reden is er voor gekozen 2010 als overgangsjaar te beschouwen. Subsidie uit het Regionaal mobiliteitsfonds In het kader van BREZ is door de provincie Overijssel een subsidie aan de gemeente Zwolle toegekend van € 7 miljoen uit het Regionaal Mobiliteitsfonds (RMF). Het betreft gedecentraliseerd Rijksgeld voor quick wins in het kader van de Nota Mobiliteit en gelden in het kader van de motie Van Hijum voor regionale infrastructuur. Het geld is bestemd voor de reconstructie van de Ceintuurbaan en de IJsselallee. Het geld moet in 2010 zijn besteed, anders bestaat de kans dat het teruggestort moet worden naar het Rijk. Een deel van de dekking voor de Ceintuurbaan en de IJsselallee vervalt dan. Op dit moment voorziet de planning in de besteding van de gelden in 2010. Er zijn echter wel risico’s op vertraging (bestemmingsplan, uitvoering van de maatregelen aan de A28 door Rijkswaterstaat). Het risico van vertraging ligt primair bij de gemeente Zwolle. De planning wordt in overleg met Rijk en Provincie gemonitord. Dienstverlening burgerzaken De verwachting is dat de landelijke database, nodig voor eventuele invoering van “plaats onafhankelijke dienstverlening”, medio 2010 operationeel zal zijn. Tijdstip van eventuele invoering en de gevolgen hiervan zijn op dit moment onbekend. Minister Eurlings (verkeer) en staatssecretaris Bijleveld (BZK) hebben overeenstemming bereikt over het vaststellen van een limiet aan de kosten van een rijbewijs. Minister Eurlings gaat nu eerst onderzoek doen naar een passend maximumtarief. Voordat het maximumtarief wordt ingevoerd moet de wegenverkeerswet worden gewijzigd. De verwachting is daardoor dat het maximumtarief medio 2010 in werking kan treden. Maximering zal leiden tot inkomstenderving. Bezwaren OZB en leges Er loopt een aantal specifieke bezwaar/beroepsprocedures betreffende het heffen van OZB en de hoogte van de bouwleges in relatie tot gemaakte kosten. Zie verder de vertrouwelijke informatie. Controles belastingdienst Conform de besluitvorming bij de Berap 2009 zijn de risico’s in verband met de fiscale afwikkeling van bij het BTW compensatiefonds gedeclareerde bedragen over 2003 t/m 2008 afgedekt door een afzonderlijke risicoreservering. Gelet op de ervaringen tot dusver blijft er ook voor de jaren vanaf 2009 sprake van een terugbetalingsrisico.
programmabegroting 2010
197
tlaveren
C.
Open eind risico´s
Een aantal regelingen kenmerkt zich door een open eind karakter. Als inwoners van Zwolle voldoen aan de criteria kunnen zij hierop een beroep doen, ook al zou dat leiden tot een overschrijding van het gemeentelijk budget. Als regel wordt in de risicomatrix 10% van het in de begroting opgenomen bedrag als risicopost meegeteld. Leerlingenvervoer In 2008 is er een overschrijding van bijna € 60.000 ontstaan, hetgeen 6,23% van het jaarbudget is. De verschillen tussen gemeentelijke indexering en de NEA-norm, het stijgend aantal leerlingen en de toename van het gebruik van passend vervoer naar passend onderwijs leiden tot kostenstijgingen. Ook voor 2009 en 2010 is er risico op eenzelfde overschrijding. WMO Momenteel worden er voor de hulp in het huishouden, zowel hulpen in loondienst als alfahulpen ingezet. De inzet van een alfahulp is voor een zorgaanbieder financieel aantrekkelijk, dit brengt minder kosten met zich mee. Per 1 januari 2010 wordt er een wijziging in de wet Wmo doorgevoerd, die inhoudt dat zorgaanbieders vanaf die datum enkel nog hulpen in mogen zetten die in loondienst zijn en geen alfahulpen. Deze wetswijziging is bedoeld om cliënten beter te beschermen tegen werkgeversrisico´s, zoals de doorbetaling van loon bij ziekte van een alfahulp. De verwachting is dat de kosten voor hulp bij huishouden door deze wetswijziging fors zullen toenemen. Bij de PPN is reeds een berekening gemaakt van de mogelijke scenario´s bij tariefstijging. Het meest reële scenario is dat de kosten voor HH1 zullen stijgen met 30% en de kosten voor HH2 zullen toenemen met 10%. De verwachte kostenstijging bij dit scenario bedraagt ± € 905.000. Daarnaast moet rekening gehouden worden met een toename van de kosten voor de persoonsgebonden budgetten (PGB). Bij het maken van inschattingen met betrekking tot het PGB wordt ervan uitgegaan dat het tarief voor PGB ligt op 80% van het gemiddelde tarief voor HH1 en HH2. De verwachte kostenstijging voor het PGB als gevolg van de tariefstijging hulp bij huishouden bedraagt ± € 96.000. In totaal verwachten we in 2010 dus een bedrag van € 1.001.000 aan kostenstijging ten opzichte van de huidige begroting. Enerzijds kan dit worden opgevangen door de stelpost die geraamd is op het product hulp bij huishouden, anderzijds door de reserve Wmo. De vraag maar Wmo voorzieningen kent de laatste jaren een gestage groei. Dit geldt voor alle individuele voorzieningen. De oorzaak van die toename kent verschillende achtergronden en ontwikkelingen, te weten: • Actieve informatievoorziening • Toenemende vergrijzing • Ontmanteling AWBZ Voor de Wmo/individuele voorzieningen is rekening gehouden met het algemene risico zoals dat voor elke openeind regeling van toepassing is. Kwijtschelding Dit risico maakt onderdeel uit van de regelingen met een open eind karakter. Gezien de huidige economische omstandigheden verwachten we dat het tekort rond € 75.000 uit zal komen. Wet Werk en Bijstand In juni 2009 heeft het Centraal Plan Bureau haar macro economische verkenning 2010 gepubliceerd. Het CPB verwacht dat Nederland eind 2010 bijna 800.000 werklozen telt en dat dit in 2011 oploopt naar 850.000. Ter vergelijk: begin 2009 waren er 300.000 mensen werkloos. Uiteraard heeft de oplopende werkloosheid ook gevolgen voor het bijstandsvolume. Alhoewel de stijging van het bijstandsvolume lang niet zo fors zal zijn als die van de werkloosheid, zullen ook de sociale diensten te maken krijgen met een fors oplopende vraag naar periodieke uikeringen en andersoortige producten. De door het CPB geraamde conjuncturele ontwikkelingen hebben voor de komende jaren een fors opwaarts effect op het macrobudget WWB-inkomensdeel. De exacte omvang van dit effect wordt jaarlijks in september van het desbetreffende jaar bepaald en dan wordt ook het definitieve macro-budget vastgesteld. Het risico bij deze regeling is, zoals dat voor elke open eind regeling geldt, vooralsnog gesteld op 10%. Afdekking van dit risico vindt grotendeel plaats door een afzonderlijke risicoreservering voor de WWB Bijzondere bijstand en armoedebestrijding Het standaard risico bij deze regeling is, zoals dat voor elke openeind regeling geldt, gesteld op 10%. De huidige economische crisis zal naar verwachting leiden tot extra beroep op de bestaande regelingen en daarmee tot extra uitgaven. Ook de uitvoeringskosten stijgen dan.
198
programmabegroting 2010
tlaveren
D. Schadeclaims Planschade Er zijn 36 planschadeverzoeken in behandeling. Verwacht mag worden dat ook in 2010 burgers van Zwolle planschadeverzoeken zullen indienen. Wellicht leidt een gedeelte hiervan tot schade vergoeding. Deels worden de kosten opgevangen binnen projecten cq. het budget planschade. Hoge claims kunnen echter niet opgevangen worden . Dit geldt ook voor een aantal schadekwesties/claims die in de fase van bezwaar en beroep zijn beland. Zie voor concrete informatie de stukken die vertrouwelijk ter inzage liggen. Overige schadeclaims Er is sprake van een aantal lopende schadeclaims met een risico op financieel verlies voor de gemeente. Zie de vertrouwelijke specificaties. Potentiële schadeclaims • Bij het uitvoeren van werkzaamheden in de openbare ruimte loopt de gemeente een toenemende kans op schadeclaims, omdat bedrijven inkomsten mislopen door slechte bereikbaarheid. In het bijzonder wanneer projecten langer duren dan enkele werkdagen. • De juridisering van de samenleving neemt toe en daarmee wordt het risico dat de brandweer door burgers aansprakelijk wordt gesteld voor geleden schade groter. Investeren in de ontwikkeling van de brandweer is ook op dit gebied noodzakelijk.
E.
Verstrekte geldleningen, garantstellingen en deelnemingen
Verstrekte geldleningen Wegens verstrekte leningen is nog sprake van een schuldrest van ca. € 123 mln. Voor het grootste deel hiervan, bijna € 98 mln leningen aan drie woningbouwcoörporaties met in totaal 36 verschillende leningen, is het risico nagenoeg nihil vanwege de constructie van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Ook voor de circa € 2,5 mln.verstrekte leningen in het kader van bijstand ligt het risico elders, i.c. bij het Rijk. Bij de resterende ruim € 22 mln schuldrestanten ligt het risico voor het tijdig ontvangen van rente en aflossing volledig bij onze gemeente. Het gaat daarbij om: • circa € 8,6 mln. leningen verstrekt aan NV Wonen boven winkels, waarvan onze gemeente voor 50% aandeelhouder is. • circa € 5,3 mln. leningen verstrekt aan twee zorginstellingen. • circa € 5,5 mln. verstrekte leningen, vaak achtergesteld, in het kader van economische deelnemingen. • ca. € 3 mln. leningen verstrekt in het kader van ouderenbeleid, aan enkele organisaties op het terrein van de sport, en aan 37 particulieren Hoewel alom de economische barometer op zwaar weer staat, zijn ons op dit moment geen signalen bekend van betrokken organisaties dat zij niet aan hun verplichtingen zouden kunnen voldoen. In de risicomatrix is vooralsnog volstaan met het verwerken van het risico van deze leningen in het opgenomen totaalbedrag voor PM-posten. Garanties voor geldleningen Onze gemeente heeft zich, veelal indirect middels achtervangfunctie, mede garant gesteld voor de betaling van rente en aflossing op leningen waarvan het schuldrestant bijna € 2 miljard bedraagt. Ongeveer € 612 mln. hiervan betreft garantie van leningen aan woningbouwcoörporaties. Deze leningen zijn in eerste instantie gegarandeerd door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw ( WSW ). Ten aanzien hiervan hebben deelnemende gemeenten, samen met het Rijk, een zogenoemde achtervangfunctie. Mocht WSW in financiële problemen geraken, zijn gemeenten en Rijk gehouden achtergestelde leningen te verstrekken aan WSW ter oplossing van de financiële problemen. Een dergelijke situatie heeft zich nog nimmer voorgedaan en is op dit moment ook niet te verwachten. Een schuldrestant van ca. € 1.365 mln., betreft garanties van leningen aan particulieren in het kader van woningbouw cq. woningverbetering. Ongeveer € 25,5 mln. hiervan betreft oude garanties ten aanzien waarvan we het risico zeer gering achten. De opbrengst moet ruim voldoende zijn, bij (gedwongen) verkoop in voorkomend geval, het schuldrestant van meestal “slechts” enkele tienduizenden euro’s, te dekken. Het schuldrestant van door onze gemeente gegarandeerde geldleningen verstrekt aan particulieren door het Nationaal Restauratiefonds ( NRF ), bedraagt ca. € 3,1 mln. In totaal is sprake van ca. 70 betrokken particulieren; 3 daarvan hebben gezamenlijk een schuldrestant van ongeveer € 1 mln. Onze gemeente kan worden aangesproken voor de helft van het totale schuldrestant ofwel ca. € 1,55 mln. We beoordelen het risico als licht.. Het overgrote deel van deze portefeuille, ca. € 1.336 mln., betreft het schuldrestant van hypothecaire-leningen die via het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW), middels Nationale Hypotheek Garantie, aan inwoners van onze gemeente zijn verstrekt. Het Rijk en de gemeenten vervullen ook hier de zgn. achtervangfunctie; zij kunnen ieder voor 50% worden aangesproken op financiële tekorten van dit waarborgfonds.
programmabegroting 2010
199
tlaveren
De huidige situatie op de woningmarkt als gevolg van de kredietcrisis, is aanleiding geweest de maximale koopsom waarbij hypotheken nog gegarandeerd worden te verhogen van € 265.000 tot € 350.000. Voor het bedrag boven de oorspronkelijke limiet staat het Rijk alleen garant. Gemeenten blijven mede garant tot het bedrag van € 265.000 voor tot en met 2010 verstrekte hypotheken. Met ingang van 2011 staat het Rijk nog uitsluitend zelfstandig garant voor vanaf dat jaar in dit kader verstrekte hypotheken. Wij zijn van mening dat de economische situatie op dit moment van dien aard is dat het onderhavige risico nauwlettend moet worden gevolgd. Overigens merken we nu nog geen toename van het aantal achterstandsmeldingen dat we van banken ontvangen. Tot slot is nog sprake van een schuldrest van ca. € 9,8 mln. betreffende leningen aan diverse organisaties in onze stad waarvoor onze gemeente 100% garant staat. Het risico daarop aangesproken te worden is latent aanwezig doch schatten we niet erg hoog in. Deelnemingen. Onze gemeente neemt deel in het aandelenkapitaal van enkele, overheid-geliëerde, bedrijven. Het door ons geïnvesteerde, risico-dragende, kapitaal in dezen bedraagt nominaal ruim € 1,5 mln. In het algemeen kunnen we stellen dat de werkelijke waarde van dit aandelenkapitaal aanzienlijk hoger is. Daarbij merken we op dat deze aandelen in het algemeen niet vrij verhandelbaar zijn. Waardepapier. Reeds vele jaren bezit onze gemeente een aantal waardepapieren. De nominale waarde daarvan, onze boekwaarde, bedraagt € 264.415. Ter zake is sprake van een koersrisico; met inachtneming van het huidige renteniveau zal de marktwaarde van deze waardepapieren op dit moment aanzienlijk lager liggen; we schatten het risico in op ca. 50%.
F.
Verzekeringsrisico´s
Risico’s beheer openbare ruimte Met name bij voorzieningen in de openbare ruimte is er sprake van een risico op financiële schade die niet door een verzekering wordt gedekt. In dit verband zijn vooral de volgende risicogebieden te noemen: • onderhoud wegen, verharding, bruggen, verlichting, bebording, gladheidbestrijding; • onderhoud havens, watergangen, bermen; • onderhoud bomen, speelwerktuigen; • onderhoud riolering • kabels en leidingen in de openbare ruimte. De gemeente is verzekerd voor die gevallen, waarin de gemeente naar derden onrechtmatig handelt, of in het geval van wegbeheer, wegmeubilair een gevaarlijke situatie laat ontstaan of heeft laten ontstaan. Voor wegbeheer, leidingbeheer geldt risico aansprakelijkheid, hetgeen betekent dat als er zich een gevaar voordoet en men hiervan schade lijdt, de gemeente in beginsel aansprakelijk is. Voor zaak- en letselschade is het eigen risicobedrag € 5.000 per gebeurtenis. Voor vermogensschade is dit € 12.500 per gebeurtenis. Onveilige situaties, die zijn ontstaan door het gebruik van de wegen, worden uiteraard met voorrang hersteld. Dergelijke situaties moeten dan wel bij ons bekend zijn. Er kunnen zich kortstondig onveilige situaties voordoen, omdat ze nog niet als zodanig zijn geconstateerd. Het relatief beperkte budget voor stuctureel onderhoud van onder andere elementenverhardingen verhoogt het risico. In de praktijk blijkt het risico mee te vallen. In de afgelopen jaren hebben zich geen calamiteiten voorgedaan. De gemeente is eigen risicodrager waar het gaat om technische kunstwerken (tunnels, viaducten etc.). Alle technische kunstwerken worden minimaal eens per 2 jaar geïnspecteerd op de aspecten heel en veilig. Wat betreft de 2 onverzekerde parkeerdekken (Emmawijk/Noordereiland): deze zijn bovengronds, niet gesloten en bestaan voornamelijk uit een betonnen constructie waarvan de risico’s voor brand laag wordt ingeschat. Brand kan wel ontstaan door een geparkeerd voertuig. De schade die dit eventueel veroorzaakt wordt verhaald op de veroorzaker (mits verzekerd). Bij calamiteiten als brandschade en instortingsgevaar kan ook inkomstenderving optreden. De parkeerapparatuur van de gemeentelijke parkeergarages/terreinen is onder de brand c.q. uitgebreide gevarenverzekering meegenomen. De betaalautomaten voor straatparkeren zijn niet verzekerd. In de budgetten is een post opgenomen voor kosten van vandalisme/schade. Brandweervoertuigen Een deel van de brandweervoertuigen is WA verzekerd dus zonder casco dekking. Dit impliceert een risico op financieel verlies bij schadegebeurtenissen.
200
programmabegroting 2010
tlaveren
G.
Risico´s vergunningverlening
Zie de vertrouwelijke informatie.
H. Risico’s vastgoed Het risico bestaat met name uit fluctuaties in de tijd. Indien op de korte termijn risico´s worden omgezet in daadwerkelijk geprognosticeerde verliezen dan zal daarvoor op de balans een voorziening moeten worden opgenomen. Voor zover op hetzelfde moment niet of onvoldoende verwachte winsten balanstechnisch kunnen worden gerealiseerd kan op dat moment -zonder achtervang vanuit de algemene middelen- het eigen vermogen van vastgoed negatief worden. Op basis van de in de rekening 2008 verwerkte resultaten en de uitkomsten van de MPV 2009, doet zich de geschetste situatie niet voor. In de paragraaf grondbeleid zijn de uitkomsten van de MPV 2009 samengevat vermeld. In de tussenrapportage MPV 2009 is echter gesignaleerd dat het vermogensresultaat Vastgoed als gevolg van de economische recessie zal dalen. Een globale financiële verkenning laat een vermindering van het financieel resultaat zien van grofweg 20-30 miljoen euro ten opzichte van de MPV 2009. Afgezet tegen de huidige stand van de Reserve Vastgoed leidt dit tot een verwacht tekort van circa € 7 miljoen, waarvan ca 4 mln in de sfeer van voorzieningen. Dit houdt het risico in dat in de jaarrekening 2009 het eigen vermogen van vastgoed zal moeten worden aangevuld vanuit de algemene middelen. Bij het bepalen van de noodzakelijke omvang van de algemene concernreserve is rekening gehouden met dit risico ( met de bedragen in de MPV tussenrapportage als basis). Zie verder de tekst aan het eind van deze paragraaf. . In de MPV 2010 worden alle lopende exploitaties, risico´s en de stand van de Reserve en Voorziening Vastgoed weer geactualiseerd. Op grond hiervan wordt het financiële resultaat MPV 2010 opnieuw bepaald en zal duidelijk worden hoe de vermogenspositie van Vastgoed er dan voor staat. De project specifieke risico’s van de actuele grondexploitaties (Stadshagen 1 en 2, Hessenpoort 2, Kamperpoort, Noordereiland, Voorsterpoort, Oude mars enz.) zijn in de tussenrapportage MPV opgenomen.
I.
Overige risicoposten
Algemeen de hierna toegelichte risico´s zijn verwerkt in het in de risicomatrix opgenomen totaalbedrag voor PM-posten. BTW Subsidieverstrekkingen In 2008 is verkend wat de BTW risico´s zijn bij subsidieverstrekkingen. Deze verkenning laat zien dat nader onderzoek nodig is en dat er verstrekte subsidies bestaan die door de fiscus zouden kunnen worden aangemerkt als BTW belast. Het is nog niet mogelijk dit risico redelijkerwijs in € uit te drukken. Hiervoor wordt nader onderzoek uitgevoerd. Accommodatie Oosterenk en omgeving De door de Europese Commissie gestelde vragen inzake de investering in het stadion zijn al 2 jaren geleden beantwoord. Aan het verzoek om informatie door de Europese Commissie is voldaan. Er is nog geen reactie gekomen vanuit de Europese Commissie. De verplaatsing van de woonarken is samen met de projectontwikkelaar uitgevoerd. Kosten en risico’s van de verkoop worden gelijkelijk tussen partijen verdeeld. Naar verwachting past dit nog binnen het budget, mits de woonarken binnen redelijke termijn en tegen redelijke verkoopprijs worden verkocht. Onderwijshuisvesting Binnen het traject Masterplan Onderwijshuisvesting blijkt dat er frictie kan ontstaan tussen de gehanteerde normbedragen voor nieuwbouw, uitbreiding, renovatie etc. van schoolgebouwen en de werkelijke bouwkosten. Overigens is e.e.a. sterk afhankelijk van de ontwikkelingen op de bouwmarkt. Overschrijding van de normbedragen kan leiden tot het moeten doorvoeren van bezuinigingen in de bouwplannen, waardoor vertraging in de realisatie kan optreden danwel – wanneer er niet (verder) op de plannen kan worden bezuinigd – tot het moeten beschikbaar stellen van extra financiële middelen. Investeringen in nieuwbouw en uitbreiding van schoolgebouwen zijn nodig om in de ruimtebehoefte van scholen te kunnen voorzien. Die – meerjarige - ruimtebehoefte wordt vastgesteld aan de hand van èn werkelijke aantallen leerlingen èn te verwachten aantallen leerlingen op basis van middellange-en lange termijn prognoses. De werkelijke ontwikkeling van aantallen leerlingen kan dan afwijken van de gemaakte raming. Daardoor is het mogelijk dat voorzieningen om in de ruimtebehoefte te voorzien eerder of later noodzakelijk zijn dan was gerekend.
programmabegroting 2010
201
tlaveren
Ceintuurbaan en IJsselallee Voor de realisatie van de Ceintuurbaan en de IJsselallee zijn diverse subsidies en bijdragen van derden verkregen. Een aantal van deze subsidies is gebonden aan termijnen voor realisatie. De bijdrage uit het RMF (voor de Ceintuurbaan € 6 miljoen, voor de IJsselallee € 1 miljoen) moet voor het eind van 2010 zijn uitgegeven, anders vervalt de subsidie van het Rijk. De benodigde gronden zijn inmiddels verworven. Belangrijkste risicofactor thans is de vervroegde uitvoering van de werkzaamheden aan de A28, waardoor de kans groot is, dat de IJsselallee later in uitvoering genomen kan worden dan oorspronkelijk gepland. Verbreding A28 De verbreding van de A28 door Rijkswaterstaat wordt eerder in uitvoering genomen dan oorspronkelijk gepland. De werkzaamheden rondom het zuidelijke deel, tussen Hattemerbroek en afslag Zwolle-zuid, zullen starten in 2010. Dat heeft ook consequenties voor de door ons te verrichten geluidsmaatregelen (schermen rondom Spoolderplein / op en afritten). Over de consequenties van de eerdere uitvoering van de verbreding A28 voor ons zijn we samen met de Provincie in onderhandeling met Rijkswaterstaat. Wonen boven winkels Geconstateerd kan worden dat de doelstelling om in de periode tot 2010 een aantal van 160 woningen te realiseren, niet wordt gehaald. Het onderzoeken van de haalbaarheid, het overleg met eigenaren, huurders en andere betrokken partijen vergt in de praktijk veel tijd. Dit is door de complexiteit nauwelijks te beïnvloeden. Het niet halen van de doelstelling heeft geen directe financiële gevolgen. Besluitvorming vindt per project plaats. Spoorzone Bij het vaststellen van het budget voor het Spoorzone project is uitgegaan van verhaal van voorbereidingskosten bij de diverse partners (500.000 euro). Het is op dit moment niet zeker of bij alle partners het ingeschatte bedrag kan worden verhaald. Dit zou kunnen betekenen dat er opnieuw naar het budget Spoorzone moet worden gekeken. Zwembaden De aanbestedingsstrategie is vastgesteld. Eerst volgt de design &build aanbesteding. In latere fase vindt de aanbesteding van de exploitatie plaats. Hierbij is de formele positie van SEZZ mogelijk in het geding. SEZZ claimt een exploitatierecht. Uitoefening van dat recht kan leiden tot een juridische procedure, waarvan de afloop moeilijk voorspelbaar is. Het risico van vertraging is dan aanwezig. Bankenlocatie Het project heeft vertraging opgelopen doordat naast een aanvraag om aanwijzing als gemeentelijk monument, ook een aanvraag als rijksmonument is ingediend. Hierdoor is de realisatie fors vertraagd. De minister van OCW heeft het verzoek om het bankgebouw, Melkmarkt 1-5 en de panden Melkmarkt 7 en 9 aan te wijzen als rijksmonument afgewezen. Tegen een afwijzing van dit verzoek is wel beroep mogelijk. Het instellen van een dergelijk beroep heeft geen opschortende werking voor het verlenen van de bouw- en sloopvergunning. De bouw- en sloopvergunning worden binnenkort verleend. Baggeren Het baggeren van de stadsgrachten is in 2007 ingezet. De Thorbecke- en Achtergracht zijn klaar. Zwarte Water, Nieuwe Vecht, Almeloos kanaal en Koelwaterkanaal zijn nu aan de beurt. Bij het baggeren wordt de gemeente mogelijk geconfronteerd met extra kosten voor het afvoeren van baggerspecie die niet voor hergebruik geschikt is (baggerproblematiek). Bovendien is er munitie gevonden in de Thorbecke en Achtergracht. Dit kan ook gebeuren bij het baggeren van de andere stadsgrachten. Of de meerkosten van het beveiligd baggeren in het projectbudget kunnen worden opgevangen is vooral afhankelijk van de consequenties van het intrekken van het bijdragebesluit kosten opsporing en ruiming conventionele explosieven Tweede Wereldoorlog d.d. 2006. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft aangekondigd dat het besluit per 1 oktober 2009 wordt ingetrokken en dat vanaf 2010 de middelen via het gemeentefonds worden verstrekt. Bluswaterkranen Vitens Landelijk lopen er reeds enkele jaren onderhandelingen over het onderhoud voor brandkranen door waterbedrijven (Vitens in Zwolle). De kosten en de mate van onderhoud zijn daarbij punten van discussie. De onderhandelingen zijn in het najaar 2008 gestaakt. Een doorstart wordt reeds gemaakt. De laatste varianten, voordat de onderhandelingen eind 2008 werden gestaakt, lieten een verdubbeling in de kosten zien. Zolang er geen overeenkomst is, blijft er gewerkt worden onder de reguliere voorwaarden. Er zullen nieuwe contracten gaan komen, onduidelijk is wanneer en met welke financiële gevolgen. Risico’s restauraties De restauraties van de korenmolen Windesheim, de oliemolen de Passiebloem en de fontein op het Van Nahuijsplein kunnen onverwachte extra werkzaamheden opleveren en dus financiële tegenvallers laten zien.
202
programmabegroting 2010
tlaveren
Bomen Iepen, kastanjebomen en risicobomen worden gecontroleerd. Bij constatering van de iepziekte dient de iep direct vervangen te worden vanwege kans op infectie van gezonde bomen. Wat de kastanjeziekte betreft worden er preventieve maatregelen genomen. De potentiële risicobomen, ± 12.000 stuks, worden om de 2 jaar geïnspecteerd ; de “echte” risicobomen, ± 800 stuks, worden elk jaar gecontroleerd. De processie rups rukt op. In Amersfoort, Apeldoorn en Raalte zijn in 2009 al vele nesten aangetroffen en ook in Zwolle worden wij hiermee geconfronteerd. Storm De afgelopen jaren worden we door de weersverandering steeds vaker geconfronteerd met stormschade. Schade wordt vaak veroorzaakt door bomen, die in hun val e.e.a. kunnen beschadigen. Het blad blijft tegenwoordig langer aan de bomen, waardoor deze langere tijd gevoelig zijn voor stevige stormen (een boom zonder blad kan veel meer wind verdragen). Vandalisme Niet alleen met oud en nieuw, maar gedurende het gehele jaar worden we geconfronteerd met vandalisme en diefstal. Van pure vernieling van straatmeubilair tot het stelen van doelen etc. ICT De steeds complexer wordende informatievoorziening en de enorme afhankelijkheid daarvan gaan gepaard met een toenemend risico op schade door uitval van systemen, fouten in software waardoor onjuiste gegevensverwerking, virussen, onbedoelde inbreuk op systemen e.d. Hoewel middels beveiligingen, servicecontracten, uitwijkcontracten, organiseren van achtervang bij leveranciers e.d. al het mogelijke wordt gedaan om de veiligheid en continuïteit te waarborgen, is het risico op schade niet uit te sluiten. In de komende jaren verwachten we een verdere uitbouw van onze informatievoorziening. De plannen hiervoor zijn beschreven in het MPI, waarin tevens een risico-analyse voor het ontwikkelprogramma is opgenomen. Risico’s van niet gehonoreerde aanvragen vervangingsinvesteringen Het in de begroting beschikbare budget voor dekking van kapitaallasten van vervangingsinvesteringen in de openbare ruimte en voor brandweermaterieel staat onder druk. Niet alle aanmeldingen voor vervangingen zijn binnen het beschikbare budget op te vangen. Dat leidt voor een aantal objecten tot uitstel of schrappen van vervangingen. Het uitgangspunt hierbij is dat de veiligheid niet in het geding mag komen, maar dit wordt steeds moeilijker. Veiligheidsrisico’s, bijv. vertraagde aanrijtijden brandweer en valpartijen door slecht wegdek, en in het verlengde financiële risico’s door aansprakelijkheidsstelling, kunnen zich meer voor gaan doen. Uitstel kan ook leiden tot imagoschade, slechte bruggen bijv., en noodzakelijk hogere reparatiekosten. Bedrijfsrisico’s Door de economische crisis kan er een terugloop in werkzaamheden bij verschillende activiteiten ontstaan, bijv. bij projecten en vergunningverlening. De terugloop wordt allereerst opgevangen binnen de flexibele schil van inhuurkrachten, maar het risico van leegloop onder het vaste personeel is niet uit te sluiten. Inzet van personeel op andere plaatsen, die van de crisis geen last hebben of zelfs extra werk hebben, bijv. schuldhulpverlening, wordt in die gevallen uiteraard overwogen.
4.
Beoordeling weerstandsvermogen
Conform de door de raad vastgestelde beleidskaders heeft een calculatie plaatsgevonden van de geïnventariseerde risico´s met augustus 2008 als peilmaand. De uitkomsten –in de vorm van een risicomatrix met achterliggende onderbouwingen- liggen vertrouwelijk ter inzage. In totaliteit is een risicobedrag gecalculeerd van ca € 15,3 mln (exclusief financiële risico´s grondexploitaties) waarvoor geldt dat de beschikbare weerstandscapaciteit binnen de algemene middelen –dus de algemene concernreserve- dienst doet als directe risicodrager. Bij de berekening van dit bedrag zijn de uitgangspunten gehanteerd zoals vastgelegd in de door de raad medio 2007 vastgestelde nota weerstandsvermogen en risicomanagement. Dit bedrag is exclusief de kwantificeerbare risico’s van de grondexploitaties.
programmabegroting 2010
203
tlaveren
In vergelijking tot de peiling in de voorgaande risicomatrixen is de volgende ontwikkeling waar te nemen (waarbij opgemerkt dat ingevolge de medio 2007 nieuw vastgestelde beleidskaders de berekeningsgrondslagen van de metingen vanaf september 2007 op onderdelen afwijken van eerdere metingen):
Peiling augustus 2005 Peiling augustus 2006 Peiling september 2007 Peiling augustus 2008 Peiling maart 2009 Peiling augustus 2009
Risicobedrag
dekkingspercentage algemene concernreserve
17 mln 16,5 mln 16,6 mln 16,9 mln 15,7 mln 15,3 mln
55% 60% 60% 59% 64% 65%
Procentuele aandelen posten met: hoog ris. midden ris. laag ris. 20% 65% 15% 35% 50% 15% 45% 36% 19% 36% 39% 25% 40% 45% 15% 36% 45% 19%
De actuele uitkomst ligt in lijn met vorige peilingen. Het relatieve aandeel van hoog risicoposten is t.o.v. de vorige peiling licht gedaald. Getoetst aan de vastgelegde lijn in de nota weerstandsvermogen en risicomanagement is de benodigde stand van de algemene concernreserve te bepalen op € 10 mln. Gerelateerd aan het berekende risicobedrag is met dit bedrag een risicodekking aanwezig van 65%. Dit voldoet aan de vastgestelde norm dat het aanwezige weerstandsbedrag in de algemene concernreserve minimaal 50% moet bedragen van het berekende risicobedrag. Let wel: het gaat hierboven om de uitkomst zonder rekening te houden met de financiële risico’s van de grondexploitaties. De actuele verwachtingen m.b.t. deze risico’s zoals geschetst in de uitgebrachte MPV tussenrapportage impliceren een risico op een te verwerken verlies in de jaarrekening 2009. Op basis van de cijfers in de tussenrapportage is in deze begroting een extra weerstandsreservering ad € 4¼ mln verwerkt. De geraamde stand van de algemene concernreserve per 1 januari 2010 bedraagt daarmee ca € 14¼ mln (vóór aftrek van een eventueel in de jaarrekening 2009 te verantwoorden beroep op de reserve).
204
programmabegroting 2010
tlaveren
4.3 Kapitaalgoederen Inleiding Met het onderhoud van kapitaalgoederen in de openbare ruimte is een omvangrijk deel van de begroting gemoeid. In deze paragraaf is aangegeven vanuit welk beleidskader wordt gewerkt, wat de financiële consequenties zijn om de beleidsdoelen uit te voeren en wat de financiële gevolgen zijn voor de begroting 2010. Dit is gedaan voor: • Wegen • Riolering • Infrastructurele kunstwerken • Water • Groen • Speelvoorzieningen • Gebouwen Op 14-01-’02 is bij raadsbesluit de BOR systematiek vastgesteld; het Beheersysteem Openbare Ruimte. Dit is een methodiek die de totale kwaliteit van de openbare ruimte meetbaar en inzichtelijk maakt. De winst daarvan is dat een beter inzicht kan worden gegeven in de keuzes voor de kwaliteit van de openbare ruimte en de consequenties van die keuzes. We hebben gekozen voor het BOR kwaliteitsniveau ‘basis+’, gericht op het wegwerken van ‘laag’, aangevuld met bijzondere elementen van een hoge kwaliteit. ‘Basis’ is onderhoud en beheer met het rapportcijfer 6, een sobere standaard. De ‘plus’ staat voor extra’s; zogenoemde pareltjes of blikvangers. Deze worden met name in het groen gerealiseerd en staan in de inventarisatie ‘ Pluspunten in het groen’. Op grond van de op 1-1-2004 van kracht geworden verordening artikel 212 Gemeentewet is de nota onderhoud openbare ruimte opgesteld. Hierin staan de wijze waarop het onderhoud en beheer van de openbare ruimte is georganiseerd en de doelen die worden nagestreefd. De huidige nota heeft een looptijd tot 2010.
Wegen Beleidskader: • De kadernota onderhoud wegen d.d. 2005 Stand van zaken: Jaarlijks worden de binnenstad en de hoofdinfrastructuur geïnspecteerd; de overige wegen worden eens in de 2 jaar geïnspecteerd. Aan de hand van de weginspectie module van het wegbeheerssysteem en de prioritering in de kadernota wegen wordt het jaarlijkse wegonderhoud geprogrammeerd. Financiële consequenties beleidsdoel: Voor het wegonderhoud op BOR basis+ niveau is jaarlijks ± € 8 mln. nodig. Met het beschikbare budget kan slechts een deel van het benodigde wegonderhoud worden uitgevoerd. Er is ± € 4.1 mln. beschikbaar (exclusief budget voor vegen en gladheidbestrijding). Hiervoor is in de kadernota onderhoud wegen een prioritering opgenomen. Met het systeem als instrument en de prioritering uit de kadernota wordt het wegonderhoud geprogrammeerd. Getracht wordt de beschikbare middelen zodanig in te zetten dat de risico’s door de verder oplopende onderhoudsachterstand zo veel mogelijk worden beperkt. Om het budget zo effectief en efficiënt mogelijk in te zetten, wordt samenwerking gezocht met andere projecten en onderhoud (denk aan grote herinrichtings- en rioleringsprojecten). Dit gebeurt grotendeels in februari, wanneer de jaarplanning tot stand komt. Gedurende het uitvoeringsjaar proberen we nieuwe maatschappelijke en politieke ontwikkelingen zoveel mogelijk in te passen. Financiële vertaling in de begroting: In 2010 is per saldo circa € 6.5 mln. opgenomen voor het product wegen, waarvan ± € 4.1 mln. voor het feitelijk/technische onderhoud van de Zwolse wegen.
programmabegroting 2010
205
tlaveren
Riolering Beleidskader: • het Gemeentelijk Rioleringsplan 2006-2010 (GRP). Dit geeft aan hoe wij invulling geven aan onze wettelijke zorgplicht (Wet Gemeentelijke Watertaken) voor een doelmatige inzameling en transport van het op ons grondgebied geproduceerde afvalwater. Stand van zaken: Om de uitgaven aan onderhoud, adviezen, verbetermaatregelen en kapitaallasten te dekken wordt rioolheffing geheven. De opbrengst van de rioolheffingen en de overige inkomsten (bijdragen derden) dekken de uitgaven 100%. Om de stijging van de kosten voor de rioolheffing voor de burger te egaliseren (en dus incidentele afwijkingen van de in de tarieven verwerkte uitgaven op te vangen) wordt sinds 1996 gebruik gemaakt van de egalisatiereserve tarieven Rioleringen. De financiering van nieuwe aanleg van rioleringen in woon- en werkgebieden vindt geheel plaats via de grondexploitatie. Het noodzakelijk onderhoud aan de riolering kan met de beschikbare middelen plaatsvinden. Er is geen achterstallig onderhoud. Bij het vervangen van riolen die in het grondwater liggen moet bronbemaling worden toegepast. Bij het onttrekken van grondwater bestaat de mogelijkheid dat ernstige bodemverontreinigingen zich kunnen verplaatsen. Om dit te voorkomen moeten duurdere uitvoeringstechnieken worden toegepast.
Financiële consequenties beleidsdoel: In de planperiode 2006-2010 wordt in totaal ruim € 29 miljoen besteed aan de gemeentelijke rioleringszorg. Deze uitgaven betreffen de kapitaallasten verband houdende met renovaties, vervangingen en verbeteringen aan het riool. Financiële vertaling in de begroting: Van de bovenstaande € 29 mln. komt 7.9 mln. voor rekening van het jaar 2010. Daarnaast geven we aan het dagelijks beheer van het riool ± € 2.4 mln. (exclusief kapitaallasten) uit. Voor wat betreft de tariefsontwikkeling in 2010 en de egalisatiereserve verwijzen wij naar de afzonderlijk uitgebrachte tarievennota 2010.
Infrastructurele kunstwerken Het gaat hier om bruggen, tunnels, kades, havens, sluizen, remmingswerken, waterkeringen en de muziektent Assendorp.
Beleidskaders: • Er zijn geen landelijke of Zwolse kaders/richtlijnen inzake het beheer/onderhoud civiele kunstwerken. Stand van zaken: Op grond van een eenvoudig beheersysteem wordt een globale onderhoudsplanning opgesteld. Binnen de BOR-systematiek is de technische staat van tunnels, viaducten, hoofdbruggen, havens, sluizen, remmingswerken en waterkeringen buiten beschouwing gelaten. De reden hiervoor is dat de onderhoudskosten per kunstwerk sterk kunnen verschillen. De beheerkosten kunnen alleen na gedetailleerde inspecties worden vastgesteld. Wel zijn de BOR-doelstellingen m.b.t. ‘verzorging’ van toepassing. Dat wil zeggen dat alle kunstwerken op basis van “Zwolse kennis en ervaring” worden beheerd en onderhouden (technisch). Alle kunstwerken worden minimaal eens per 2 jaar geïnspecteerd, op de aspecten heel en veilig. De inspecteur noteert de geconstateerde “schade” en in overleg met de stedelijk beheerder worden de schades beoordeeld en maatregelen vastgesteld. De ‘veiligheid’ bepaalt de prioriteit van de maatregel(en). De omvang van de uit te voeren maatregelen wordt bepaald door het jaarlijks beschikbare onderhoudsbudget. Grootschalige renovaties worden niet uit het onderhoudsbudget gefinancierd, maar incidenteel aangevraagd/toegekend. Met het eenvoudige kunstwerkenbeheersysteem en de invoering van het BOR is de behoefte om het beheer en onderhoud planmatiger aan te pakken groter geworden. De nadruk ligt nu niet alleen op de technische kanten van het onderhoud, maar ook de verzorging en de beeldkwaliteit leggen een claim op de beschikbare budgetten. Het is van belang om te werken met een meerjaren plan kunstwerken. In jaarlijkse uitvoeringsprogramma’s kan aan u worden voorgelegd welke concrete maatregelen kunnen worden uitgevoerd en welke niet.
Financiële aspecten: In 2010 is voor de kunstwerkenzorg circa € 1.4 mln. (inclusief € 320.000 kapitaallasten) beschikbaar. Hiervan wordt het dagelijkse beheer en onderhoud uitgevoerd. Binnen het huidige budget is er zeer beperkte financiële ruimte voor verzorging van de kunstwerken (aspect ‘schoon’) of voor het ‘optimaal’ benutten van de mogelijkheden van het beheersysteem. De beschikbare middelen worden in eerste instantie ingezet voor het verwijderen van (aanstootgevende) graffiti en het voorkomen van gevaarlijke situaties.
206
programmabegroting 2010
tlaveren
Water Het gaat hier om watergangen, sloten, bermen, bermsloten en beschoeiingen.
Beleidskaders: • het baggerplan gemeente Zwolle van januari 2002 (juni 2006 geactualiseerd) Stand van zaken: Op de meeste Zwolse watergangen en sloten ligt de zogenaamde schouwplicht/keur (snijschouw), die ons wettelijk is opgelegd. Het technische onderhoud van beschoeiingen e.d. gebeurt op basis van “Zwolse kennis en ervaring”. Ook hier geldt: inspectie minimaal eens in de 2 jaar. De nadruk van de inspecties ligt op de aspecten heel, veilig en stabiliteit. De inspecteur noteert de geconstateerde “schade” en in overleg met de stedelijk beheerder worden de schades beoordeeld en maatregelen vastgesteld. De veiligheid en stabiliteit bepalen de prioriteit van de maatregel(en). De omvang van de uit te voeren maatregelen wordt bepaald door het reguliere onderhoudsbudget (± € 160.000).
Financiële consequenties beleidsdoel: Om alle vervuilde bagger in het stedelijk gebied op te ruimen is volgens het geactualiseerd baggerplan € 47 mln. nodig. Wanneer de achterstallige onderhoudspecie is verwijderd moeten structurele middelen beschikbaar komen om het uitvoeren van baggerwerk in het reguliere onderhoud mee te kunnen nemen. Financiële vertaling in begroting: De Thorbeckegracht, Achtergracht en Singelgracht zijn nagenoeg uitgebaggerd. In 2010 wordt het Zwarte Water (van keersluis tot km. 1.5), Nieuwe Vecht, Almeloos kanaal en Koelwaterkanaal uitgebaggerd. Op 1 december 2006 hebben de Gemeente, de Provincie en het Waterschap voor de jaren 2008 en verder een intentieovereenkomst gesloten. De onderhoudskosten voor de Gemeente zullen over 4 jaar in totaal € 7.500.000 bedragen (2008 t/m2011). Gedurende deze 4 jaar is per jaar een bedrag van € 1.875.000 gereserveerd. In 2010 is per saldo circa € 580.000 beschikbaar voor onderhoud (snijschouw watergangen).
Groen Beleidskaders: • de beleidsregel Kappen en Compenseren d.d. 2005 • het renovatieplan Licht op Groen, d.d. 2002 • de nota Binnenstadsparken Zwolle, d.d. 1999 • het Groenbeleidsplan (GBP) 1998 – 2010 d.d. 1998 • het Landschapsbeheerplan (LBP), d.d. 1983 Stand van zaken: Alle ‘groeninformatie’ staat in het digitale groenbeheerssysteem en is opgenomen in Geopoort. Zo is al het groen in Zwolle inzichtelijk en met een interne raadpleegfunctie opvraagbaar. Ook wordt het programma gebruikt om de uitvoering van het groenonderhoud beter te programmeren. Alle potentiële risicobomen ( ± 12.000 stuks) worden om de 2 jaar geïnspecteerd en zo nodig worden maatregelen getroffen (afhankelijk van de inspectie). De ‘echte’ risicobomen ( ± 800 stuks) worden elk jaar gecontroleerd (VTA-keuring). Sinds de ontdekking van de Kastanjeziekte is geïnspecteerd hoeveel van de ongeveer 1500 Zwolse Kastanjebomen zijn aangetast met de ‘nieuwe’ kastanjeziekte. Circa de helft is besmet. Getracht wordt door preventiemaatregelen de ziekte onder controle te krijgen; de kastanjes aan de Thorbeckegracht worden gedeeltelijk vervangen.
Financiële consequenties beleidsdoel: In 2002 is het renovatieplan ‘Licht op Groen’ opgesteld. Volgens dit plan is jaarlijks € 250.000 (incl. BTW) nodig om het onrendabele groen om te bouwen tot rendabel/efficiënt groen (gedurende 17 jaar). Met ingang van 2003 is hiervoor ± € 110.000 in plaats van de benodigde € 250.000 beschikbaar gesteld. Financiële vertaling in begroting: In de begroting 2010 is ± 10,9 mln. (inclusief kapitaallasten à € 236.000) opgenomen voor regulier groenonderhoud, te weten stedelijke beplanting, buitengebieden, gras, stedelijke tuinen en voorzieningen in het groen.
programmabegroting 2010
207
tlaveren
Speelvoorzieningen Beleidskaders: • Beheerplan Spelen 2008-2018 (in ontwikkeling) • De 12+ kaarten; speelruimtekaarten voor 12 jaar en ouder (in ontwikkeling) • De speelruimtekaarten d.d. 2004 (voor de leeftijdscategorie 0 tot 12 jaar). • De Nota Speelruimte in Zwolle d.d. juli 2000. • Het Besluit Veiligheid Attractie- en speeltoestellen; sinds maart 1997 van kracht. Stand van zaken: Sinds 2000 worden de speelplekken voor 0 tot 12 jarigen aangepakt. In eerste instantie om te voldoen aan het attractiebesluit. Sinds 2004 is de volgorde van aanpassing aangegeven in de speelruimtekaarten. In 2010 en 2011 worden minimaal 10 plekken per jaar aangepakt. Voor jongeren van 12 jaar en ouder zijn de laatste jaren diverse voorzieningen gerealiseerd zoals pannakooien, skatebanen, verharde veldjes en jop’s. De aanleg van deze voorzieningen is met incidentele middelen gefinancierd (nieuw beleid, wijkbudgetten, subsidies e.d.). Voor het onderhoud ervan is geen structureel budget beschikbaar, terwijl de voorzieningen erg onderhoudsgevoelig zijn. Voor de 12+ voorzieningen zal beleid worden opgesteld in de vorm van 12+ speelruimtekaarten.
Financiële vertaling in begroting: In 2010 is ruim € 200.000 aan vervangingsinvesteringen beschikbaar voor spelen. In de begroting 2010 is € 800.000 opgenomen voor regulier onderhoud, waarvan € 318.000 voor kapitaallasten van de vervangingsinvesteringen (m.a.w. € 482.000 beschikbaar voor onderhoud).
Sportaccommodaties De gemeente is verantwoordelijk voor het groot onderhoud aan de kleedkamers op de buitensportaccommodaties als ook voor het groot onderhoud aan de vrijstaande (gemeentelijke) gymzalen. Voor de gemeentelijke gymzalen is er een meerjaren onderhoudsbegroting die door het Expertisecentrum is opgesteld en jaarlijks wordt geactualiseerd. De planning behelst een periode van 10 jaar en zoals het er nu naar uitziet is er zeker de eerstkomende jaren voldoende budget om zaken volgens die planning uit te voeren. Voor de kleedkamers op de buitensportaccommodaties wordt een vergelijkbare werkwijze gevolgd. Voor de eerstkomende jaren is er voldoende budget beschikbaar om zaken volgens die planning uit te voeren, echter na verloop van tijd zal er een tekort gaan ontstaan. Om deze tekorten op te kunnen vangen is het als knelpunt binnen de Perspectiefnota aangemeld, waarop besloten is om extra en structureel een bedrag van € 60.000- per jaar toe te voegen aan de onderhoudsreserve. Na besluitvorming in het najaar van 2009 in de gemeenteraad wordt zo spoedig mogelijk gestart met de implementatie van het Masterplan Sportaccommodaties.. Een eerste uitwerking van het Masterplan Sportaccommodaties is een nulmeting bij de huidige binnen- en buitensportaccommodaties. Op basis daarvan worden verdere ontwikkelingen geïnitieerd. Het binnen de kaders van dit Masterplan en in samenwerking met de betrokken verenigingen komen tot realiseerbare plannen voor sportpark het Hooge Laar verdient daarbij hoge prioriteit. In 2009 is er een renovatieplan voor het Openluchtbad opgesteld. Bij beschikbaarheid van voldoende middelen worden de noodzakelijke werkzaamheden in het najaar van 2010 opgestart.
Onderwijsgebouwen Alle onderwijsgebouwen van het primair onderwijs worden onderhouden door de respectievelijke schoolbesturen, waarbij ruwweg de kosten van het buitenonderhoud op basis van een in de Verordening Onderwijshuisvesting neergelegde aanvraagprocedure worden bekostigd door de gemeente Zwolle. De overige onderhoudskosten (ruwweg de binnenkantvoorzieningen) komen voor rekening van de schoolbesturen die daarvoor Rijksvergoeding ontvangen. De schoolbesturen van scholen voor voortgezet onderwijs zijn zelf verantwoordelijk voor het totale onderhoud (binnen- en buitenonderhoud) van hun schoolgebouwen. Hiervoor ontvangen de betreffende schoolbesturen rechtstreeks middelen van het Rijk. Om zicht te hebben op de onderhoudssituatie van schoolgebouwen, worden alle gebouwen periodiek (eens per vier jaar) geschouwd door een onafhankelijk adviesbureau. Middels deze schouw, waarvan de schoolbesturen rapportages ontvangen die mede basis zijn voor èn de onderhoudsplanningen (“binnenkantonderhoud”) van de besturen èn voor de door besturen in te dienen aanvragen voor “buitenkantonderhoud”, wordt voorkomen dat achterstallig onderhoud ontstaat.
208
programmabegroting 2010
tlaveren
In z’n algemeenheid kan worden gesteld dat de schoolgebouwen in Zwolle zich in een goede staat van onderhoud bevinden. In de afgelopen jaren, laatstelijk bij de Perspectiefnota 2010, zijn extra financiële middelen beschikbaar gesteld waardoor de schoolgebouwen kunnen voldoen aan de eisen op het gebied van brand- en inbraakveiligheid. De in het financiële meerjarenbeeld voor onderwijshuisvesting opgenomen bedragen t.b.v. bekostiging van aanvragen van schoolbesturen voor “buitenkant”onderhoud zijn tot nu toe gebaseerd op de gemiddelde uitgaven van de afgelopen jaren. Dit houdt een risico in dat zich niet voorziene onderhoudskosten kunnen aandienen waarvoor onvoldoende financiële dekking aanwezig is. De meeste schoolbesturen hanteren voor hun onderhoudsplanning (zowel binnen- als buitenkant onderhoud) meerjarenplanningen. Dit kwam ook naar voren uit een in 2009 in het kader van de 1e fase van het Masterplan Onderwijshuisvesting onder de schoolbesturen gehouden inventarisatie. In het met de schoolbesturen (DB BLOZ) in juni 2009 besproken “Projectvoorstel plan van aanpak fase 2 Masterplan Onderwijshuisvesting” is geconstateerd dat het van belang is om te bereiken dat de gegevens van de afzonderlijke schoolbesturen gescreend worden op onderlinge relevantie en bruikbaarheid voor een totale en onderbouwde meerjarenplanning van voor gemeenterekening komende onderhoudsuitgaven. Een dergelijke screening, waaruit moet blijken of er in voldoende mate bruikbare en valide informatie beschikbaar is voor een gemeentelijke meerjarenplanning, wordt in samenspraak met de schoolbesturen uitgevoerd door de afdeling Bouw en Installatie van het Expertise Centrum. Op termijn worden mogelijkheden onderzocht om te komen tot één geïntegreerde meerjarenonderhoudsplanning voor zowel de gemeentelijke als de schoolbestuurlijke uitgaven op het gebied van onderhoud van schoolgebouwen.
Gemeentelijke gebouwen (in verhuur of in gebruik voor eigen huisvesting) Beleidskaders: • Het onderhoud van de verhuurde gebouwen van Vastgoed vindt plaats op basis van 10-jarige onderhoudsplanningen. Vastgoed draagt jaarlijks, naast het dagelijks onderhoud, het planbare onderhoud behorende bij een jaarschijf, op aan het Expertisecentrum afdeling Bouw- en Installaties, die circa 90% van de uit te voeren werkzaamheden uitbesteed conform het gemeentelijk aanbestedingsbeleid. Stand van zaken: Het actueel houden van de onderhoudsplanningen is een continue proces. Jaarlijks wordt een deel van de panden opnieuw geschouwd. Van het aangekochte pand aan de Dr. Hengeveldweg en het Jongerencentrum in Stadshagen dienen nog planningen te worden opgesteld. De staat van onderhoud van de verhuurde panden kan gemiddeld worden getypeerd als redelijk. Door de grote diversiteit van de panden, zowel in omvang als naar bouwaard en de toegepaste materialen, zijn er echter grote verschillen waar te nemen. Zoals bijvoorbeeld het jongerencentrum Stadshagen onderhoudsarm is gebouwd, waardoor het relatief weinig onderhoudsgevoelig is, staan daar andere gebouwen zoals bijvoorbeeld monumentale panden tegenover die juist extra onderhoudsgevoelig zijn (de recentelijk gerestaureerde kap van de Broerenkerk en de thans in uitvoering zijnde restauratie van de v/m Statenzaal aan de Diezerstraat 80 zijn daarvan goede voorbeelden). Verder lag tot voor kort het accent bij het planbare onderhoud vooral op de technische levensduur maar er is een tendens waarneembaar waarbij een verschuiving optreedt in de richting van de aard van het gebruik van de panden. Financiële consequenties beleidsdoel: Het jaarlijks beschikbare budget voor zowel het dagelijks onderhoud als het planbare méérjaren-onderhoud staat onder druk. Dit wordt vooral veroorzaakt door de toenemende wet- en regelgeving waarvoor steeds meer geld nodig is ten laste van de reguliere onderhoudsbudgetten. Verder geldt voor met name de grotere panden dat bepaalde soorten planbaar onderhoud zoveel geld vergen (bijvoorbeeld herstel van de natuurstenen gevels van het Stadhuis) dat deze niet meer ineens gedekt kunnen worden uit de beschikbare onderhoudsbudgetten en -reserves. De jaarlijks optredende schommelingen in het onderhoud kunnen nog enkele jaren worden opgevangen uit de reserve “meerjarig onderhoud verhuurde panden” resp. “meerjarig onderhoud huisvestingspanden personeel gemeente Zwolle”. Financiële vertaling in de begroting: Na het vaststellen van een Nota Vastgoedmanagement 2009-2013 zal een Méérjaren Prognose Gebouwen worden opgesteld op basis van de gecompleteerde en geactualiseerde méérjarenplanningen. Daaruit zal ook blijken hoe de noodzakelijke onderhoudsbedragen zich verhouden tot de beschikbare budgetten. Het noodzakelijke onderhoud betreft enerzijds de wettelijke verplichtingen die de Gemeente als eigenaar/verhuurder op basis van de huurwet verplicht is uit te voeren. Daarnaast is een deel van de verhuurde gebouwen Rijksmonument (zoals de Broerenkerk, museum De Fundatie aan de Blijmarkt, diverse panden in het Cele-Centrum, etc.). Instandhouding en goed onderhoud van deze panden is uit het oogpunt van het cultuur-historisch erfgoed eveneens noodzakelijk omdat de gemeente een voorbeeldfunctie heeft.
programmabegroting 2010
209
tlaveren
Wat betreft de geplande overname door Vastgoed van de gebouwen van Wijkzaken inclusief de gebouwde parkeerlocaties dient te worden opgemerkt dat deze objecten gekenmerkt worden door vrij veel achterstallig onderhoud waarvoor te weinig budget beschikbaar is.
Overig: Alle gebouwen in bezit van onze gemeente, zijn verzekerd middels een Uitgebreide GevarenVerzekering (UGV).
210
programmabegroting 2010
tlaveren
4.4 Treasuryparagraaf Algemeen De Wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO) verplicht tot het transparant en inzichtelijk maken van het lokale treasurybeheer. Daartoe dient de gemeente te beschikken over: a. een Treasurystatuut; waarin de beleidsmatige infrastructuur van treasury is vastgelegd en b. een Treasuryparagraaf; waarmee we in de begroting de (beleids-)voornemens weergeven en in de rekening daarover verantwoording afleggen. In deze Treasuryparagraaf bij de begroting 2010 schetsen we de (beleids-)voornemens op hoofdlijnen. Voor details, toelichting en nader inzicht verwijzen we naar de overzichten en grafieken die zijn opgenomen in het bijlagenboek. Het vigerende Treasurystatuut voor onze gemeente dateert van 2003. De dualisering, nieuwe inzichten en ervaringen opgedaan tijdens de kredietcrisis alsmede de gewijzigde wetgeving, nopen tot herziening van het Treasurystatuut. Nog in 2009 zullen we een herzien Treasurystatuut ter vaststelling aan uw raad aanbieden. Financiering Op basis van de voorliggende begroting prognosticeren we de behoefte aan financieringsmiddelen op ruim € 775 mln. wegens investeringen in materieel, aankopen van gronden en gebouwen en uitvoering van projecten, waaronder grondexploitaties (bijlage). Interne financieringsmiddelen, reserves en voorzieningen, tezamen met reeds aangetrokken langlopende financieringsmiddelen bedragen ca. € 565 mln. (bijlage). Derhalve is op begrotingsbasis sprake van een financieringstekort van bijna € 210 mln. Op begrotingsbasis veronderstellen we in dit tekort aan financieringsmiddelen als volgt te voorzien: • ca. € 10 mln. wegens het aanhouden van een betalingstermijn van 30 dagen; het zgn. leverancierskrediet; • aantrekken van kortlopende financieringsmiddelen tot een bedrag van bijna € 40 mln., de zgn. kasgeldlimiet; • het restant, ca. € 160 mln. middels het aantrekken van langlopende geldleningen. De praktijk leert dat investeringen c.a. trager verlopen dan we op begrotingsbasis voorzien, ook is nog sprake van een inkomende geldstroom wegens grondtransacties. In werkelijkheid zullen we dus (veel) minder langlopende financieringsmiddelen aantrekken. Frequent prognosticeren we het vermoedelijk verloop van daadwerkelijke uitgaven, inclusief aflossingen op geldleningen en inkomsten (bijlage). Op grond hiervan veronderstellen we in 2010 tot een bedrag van ca. € 35 mln. langlopende financieringsmiddelen te moeten aantrekken. Risico Het beeld van de afgelopen jaren is steeds dat we, per saldo, financieringsmiddelen aantrekken. Dit impliceert dat ons vreemd vermogen toeneemt c.q. de gemeentelijke balans een grotere omvang krijgt, hetgeen grotere risico’s met zich brengt. In de bedrijfseconomie waardeert men een solvabiliteitsverhouding van 1 : 3 ( eigen vermogen staat tot vreemd vermogen ) als uitstekend kredietwaardig. Bij gemeentelijke overheden staat die verhouding minder in de belangstelling aangezien sprake is van garantie door het Rijk op grond van artikel 12 van de Financiële verhoudingswet: Gemeenten gelden als zgn. solvabiliteitsvrije entiteiten. Overigens is de solvabiliteitsverhouding voor onze gemeente, op basis van de balans per ultimo 2008, 2 : 3; een alleszins gezonde verhouding dus. Na de wijzigingen per 1 januari 2009 bepaalt FIDO de zgn. renterisiconorm op 20% van het begrotingstotaal. Het bedrag waarover we in enig jaar renterisico mogen lopen, mag dus in 2010 wettelijk niet hoger zijn dan 20% van € 465 mln. ofwel € 93 mln. Doel hiervan is het beheersen van renterisico op vaste schuld, voornamelijk door spreiding van de looptijden van aangetrokken c.q. aan te trekken, langlopende financieringsmiddelen. Het renterisico voor onze gemeente laat zich voor het begrotingsjaar 2010 berekenen op bijna € 35 mln.; ruim binnen de norm dus (bijlage). We streven naar een zo gelijkmatig mogelijke spreiding van de aflossingen in de loop der jaren; tenzij verwachte inkomsten reden geven daarvan af te wijken (bijlage). De jaren 2011, 2012 en 2013, laten een piek in de aflossingen zien, die we, bij het aangaan van de onderhavige leningen, veronderstelden te kunnen opvangen door de inkomstenstroom uit de grondexploitatie Stadshagen. De huidige ontwikkelingen op de woningmarkt doen vermoeden dat van enige temporisering van die inkomstenstroom sprake zal zijn. Op dit moment gaan we na op welke wijze we ons vroegtijdig kunnen indekken voor het rente-risico bij herfinanciering van deze aflossingen. Financieringslasten c.q. –baten In een normale rentestructuur is kort geld ( < 1 jaar ) goedkoper dan lang geld; daarom is onze strategie erop gericht zoveel mogelijk te financieren met kort geld. Met het oog op het daaraan verbonden risico van plotseling stijgende rentetarieven, stelt FIDO hieraan een, zogenoemde, Kasgeldlimiet van 8,5% van het begrotingstotaal. Aldus is de kasgeldlimiet voor onze gemeente in 2010 € 39.525.000.
programmabegroting 2010
211
tlaveren
Indien we deze kasgeldlimiet benaderen, oriënteren we ons nader op mogelijkheden kort geld te vervangen door lang geld. Het daadwerkelijke tijdstip voor aantrekken van lang geld bepalen we uiteindelijk mede op grond van de liquiditeitsprognose, de rente-standen, onze rentevisie en andere relevante (vermoedelijke) ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkt. Bij integrale financiering, zoals onze gemeente dat als uitgangspunt hanteert, worden de te betalen rentekosten aan (de boekwaarde van) investeringen toegerekend via het zgn. rente-omslagpercentage. Dit rente-omslagpercentage is per definitie het percentage dat werkelijk betaalde rentekosten vormen van de totale investeringen. Aangezien dit eerst achteraf is te bepalen, hanteert onze gemeente hiervoor een percentage dat is gebaseerd op het, deels voorgecalculeerde, 24-maands gemiddelde voor een 10-jarige lineaire lening bij BNG. Voor enig jaar wordt zowel in begroting als rekening hetzelfde percentage gehanteerd (bijlage). Treasury-resultaat Rentetoerekening aan (geraamde) investeringen door middel van dit rente-omslagpercentage, houdt in dat er afwijkingen ontstaan tussen de geraamde c.q. werkelijke rentelasten en de aan de boekwaarde van (geraamde) investeringen toegerekende rente. Dit renteresultaat brengen we ten gunste / ten laste van de exploitatierekening, programma: Financiering. In de voorliggende begroting ramen we een voordelig renteresultaat van ca. € 2,4 mln.. Dit voordelig resultaat vloeit per saldo voort uit: a. een door Treasury te ontvangen bedrag wegens toe te rekenen (omslag-)rente aan ( geraamde ) investeringen van ca. € 30,2 mln.; b. door Treasury vermoedelijk bespaarde rente wegens leverancierskrediet ad. € 0,3 mln.; c. een door Treasury te betalen bedrag wegens rente voor extern aangetrokken financieringsmiddelen van ruim € 19,3 mln. en d. een door Treasury te betalen bedrag wegens vergoeding voor interne financieringsmiddelen van ca. € 9,5 mln. ( € 5,0 mln. rente reserves / voorzieningen; € 4,5 mln. rente-aftopping ) e. ca. € 0,7 mln. voordeel op toegerekende rente door eenheden. In werkelijkheid valt dit resultaat meestal fors lager uit vanwege vertraging in de investeringen en dus (veel) minder toe te rekenen rente. Hierop anticiperen we in de begroting middels een stelpost: Niet-benodigde kapitaalslasten ad. € 2.285.000 (€ 1.445.000 rentelasten en € 840.000 afschrijvingen). Rentevisie De kosten van geld, rente, fluctueren sterk. Zowel op de geldmarkt (voor kort-lopende financieringsmiddelen) als de kapitaalmarkt (voor lang-lopende financieringsmiddelen), is sprake van voortdurend wisselende rentepercentages. Kort-lopende financieringsmiddelen trekken we hoofdzakelijk aan via kasgeldleningen en onze rekening-courant met BNG. De oorspronkelijke overeenkomst daartoe is gebaseerd op het EONIA-tarief, verhoogt met een geringe opslag. De extreme verstoring van de marktomstandigheden op dit moment leidt ertoe dat de door ons in dezen te betalen rente zodanig laag is geworden dat BNG op deze financieringsvorm verlies leidt. Per 1 augustus 2009 is door BNG de te betalen opslag daarom tijdelijk met 0,3% verhoogd. Mede als gevolg van de enorme bedragen die met steunmaatregelen door de overheden in de afgelopen periode gemoeid zijn geweest, is enige toename van inflatie te verwachten. De voornaamste doelstelling van ECB is de inflatie in de Eurozone beneden, maar in ieder geval zo dicht mogelijk bij de 2 % te houden. Verhoging van de rente, o.a. ter beteugeling van inflatie, wordt geacht een ongunstige uitwerking op (het herstel van) de economie te hebben. Op grond hiervan verwachten we dat ECB zeer terughoudend zal zijn met het verhogen van de rente. Wij voorzien dat de rente voor kortlopende financieringsmiddelen in de loop van 2010 zal oplopen tot ongeveer 1,5%. Met inachtneming van deze historisch lage rente hebben we de reken-rente voor kort-lopende financieringsmiddelen in de begroting 2010, in afwijking van eerder geformuleerde richtlijnen, bepaald op 2,5 %. Het rentepercentage voor lang-lopende financieringsmiddelen, de 10-jaars SWAP-rente, bedraagt nu (medio september 2009) 3,45%. Geldgevers hanteren, zelfs voor solvabiliteitsvrije entiteiten als overheden, nog steeds forse risico-opslagen boven dit rentepercentage. De verwachting is dat nadat banken hun balansen weer op orde hebben en het herstel van de economie doorzet, de kredietverlening weer beter op gang zal komen. Hierdoor zal de rente voor lang-lopende financieringsmiddelen weer wat gaan oplopen. In hoeverre deze rentestijging gecompenseerd zal worden door verminderde risico-opslagen moeten we afwachten. Al met al schatten we in dat de door ons te betalen rente voor nieuw aan te trekken langlopende financieringsmiddelen in 2010 zal oplopen tot ca. 5,5%. Het omslag-rentepercentage in de begroting 2010 hebben we, volgens eerder geschetste methode, bepaald op 4,6. De gemiddeld te betalen rente voor onze portefeuille betreffende leningen aangegaan voor algemene financiering bedraagt op dit moment 4,265%. In onze meerjaren-prognose houden we rekening met de volgende reken-rentes: • voor kort-lopende financieringsmiddelen: 3,5%; • voor lang-lopende financieringsmiddelen: 5,0%. Basis hiervoor is onze rentevisie van mei 2009.
212
programmabegroting 2010
tlaveren
Overigens Tot slot van deze Treasuryparagraaf herinneren we nog even aan SEPA (Single Euro Payments Area); het nieuwe betaalsysteem dat in de komende periode ingevoerd gaat worden in de landen die de euro als betaalmiddel hanteren. Doel van SEPA is een einde te maken aan de bestaande verschillen tussen nationale betalingsinstrumenten en verwerkingsstructuren binnen het gebied dat de euro als betaalmiddel hanteert. Qua veranderingen en invloed wordt deze operatie vergelijkbaar geacht met de invoering van de euro. Het invoeren van SEPA heeft ingrijpende gevolgen voor onze (financiële-) administratie c.a. Noodzakelijke aanpassingen daarvan kunnen mogelijk forse kosten met zich brengen.
programmabegroting 2010
213
tlaveren
4.5 Verbonden partijen In de paragraaf verbonden partijen besteden wij aandacht aan derden rechtspersonen (verbonden partijen), waarmee de gemeente Zwolle een bestuurlijk en financiële belang heeft. Verbonden partijen betreffen (participaties in) ondernemingen, gemeenschappelijke regelingen, stichtingen en verenigingen. Van bestuurlijk belang is sprake wanneer de gemeente op enigerlei wijze zeggenschap heeft, door een zetel in het bestuur of door stemrecht. Onder financieel belang wordt verstaan dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die ze kwijt raakt ingeval van faillissement van de verbonden partij of dat de gemeente voor een bepaald bedrag aansprakelijk wordt gesteld als de verbonden partij zijn/haar verplichtingen niet nakomt. Elke verbonden partij draagt direct of indirect bij aan de beleidsdoelen van de gemeente. Dit is verwoord onder visie ten opzichte van de doelstelling in onderstaande tabel Met betrekking tot het besturen en beheersen van de verbonden partijen heeft de Raad in 2009 de nota Verbonden partijen en de nota Beloningsbeleid bij verbonden partijen vastgesteld. Deelname in gemeenschappelijk regelingen Verbonden partij Bestuurlijk belang/ participatie GGD IJsselland In 2009 nemen 12 gemeenten deel aan de gemeenschappelijke regeling GGD IJsselland. Het DB bestaat uit 3 leden. Zwolle levert de voorzitter van het AB en het DB van de GGD IJsselland. Veiligheidsregio In totaal nemen 11 IJsselland gemeenten deel aan de gemeenschap-pelijke regeling. Het DB bestaat uit 5 leden. Zwolle levert de voorzitter van het DB en het AB. Regionale Sociale Recherche
Woningschap Regio Zwolle
214
In totaal nemen 8 gemeenten deel aan de gemeenschappelijke regeling. De stemverhouding voor het Bestuurlijk Overleg is bepaald op basis van het aantal uitkeringsgerechtigden per gemeenten, met een maximum van 3 stemmen. Zwolle heeft 3 stemmen van de 12. In totaal nemen 7 gemeenten aan de regeling deel. Zwolle heeft 2 vertegenwoordigers in het algemeen bestuur, waarvan 1 in het dagelijks bestuur.
Financieel belang
Visie tov doelstelling
Beleidsvoornemens
Het aandeel van Zwolle in de gemeentelijke bijdrage is ca. 26%, oftewel ruim € 2 mln.
Zwolle neemt deel in de regio IJsselland op basis van verlengd lokaal bestuur. Belangrijkste beleidsterrein betreft de publieke gezondheidszorg
o.m. congruentie met de Veiligheidsregio (uittreden Hattem en Heerde en toetreden van Deventer).
Het aandeel van Zwolle in Zwolle neemt deel aan de gemeentelijke bijdrage de Veiligheidsregio is ca € 900.000 IJsselland op basis van verlengd lokaal bestuur. Belangrijkste beleidsterrein betreft fysieke veiligheid. De uitvoering van de sociale recherche is in handen van de gemeente Zwolle. De kosten worden verrekend o.b.v. het aantal uitkerings gerechtigden per 31-12. Aandeel Zwolle: variërend tussen 55 en 60%
De gemeenschappelijke regeling is ontstaan om redenen van efficiency, kwaliteitsborging en uniforme aanpak met betrekking tot de sociale zekerheidsfraude.
De uitvoering van het Woningschap wordt door Zwolle verzorgd. De uitvoeringskosten worden door de deelnemende gemeenten betaald. Aandeel Zwolle: 64%
Voor het Woningschap, waaraan geen nieuwe rijksbudgetten BWS worden toegekend, is alleen het bestaande beleid in beeld. Dit betreft voor het Woningschap het renteresultaat tussen langlopende vorderingen en verplichtingen.
programmabegroting 2010
Versterken van de veiligheidszorg door afstemming en standaardisering van procedures en middelen, voor brandweer, ambulance, politie en gemeenten. Hierbij wordt synergie gezocht. • Intensiveren van de regionale samenwerking op het gebied van sociale zekerheidsfraude; • Meer aandacht voor preventie ten aanzien van fraude; • Samenwerking binnen gemeente met andere bijzondere opsporings ambtenaren. N.v.t.
tlaveren Verbonden partij Bestuurlijk belang/ participatie WEZO GR 5 gemeenten participeren in de GR. Zwolle heeft 2 van de 6 stemmen.
Historisch Centrum Overijssel (HCO)
50% gemeente Zwolle en 50% Ministerie van OcenW
Financieel belang
Visie tov doelstelling
Beleidsvoornemens
De gemeenten staan garant voor de door de GR aangegane geldleningen. Inzake de nieuwbouw van de WEZO mag de GR max. een lening van €16,5 mln. aangaan. De ´oude´ huisvesting van de Wezo is in 2009 verkocht. Jaarlijkse bijdrage, ca € 1,4 mln. Zwolle draagt voor ca. 40% bij in de jaarlijkse exploitatie en het ministerie voor ca. 60%.
De vorm van samenwerking en bestuurlijke structuur worden mogelijk herzien. Uitgangspunten hierbij zijn een sterkere gemeentelijke regie-rol en een sterkere (financieel gezonde en slagvaardige) uitvoeringsorganisatie Wezo. HCO is bezig verbeterin- Rijk heeft Bestuursakkoord gesloten met IPO gen in bedrijfsvoering omtrent intentie tot door te voeren. Er is decentralisatie van deel vanuit de gemeente een rijkstaak naar de provinaanvullende structurele subsidie verstrekt. Vanuit cies per 2011. het Rijk is een incidenteel Er vindt een onderzoek plaats over mogelijke bijdrage ontvangen. fusie c.q samenwerking tussen HCO en SMZ.
Financieel belang
Visie tov doelstelling
149.097 aandelen à € 2,50 nom. Dividenduitkering in 2008 was € 260.000, in 2009 € 210.000. Wij rekenen gezien de crisis voor 2010 op € 150.000. Essent is in 2009 gesplitst. We zijn nog aandeelhouder in het netwerkbedrijf Enexis voor 0,24%, alsmede in de deelneming in Borssele en in het milieubedrijf. Het productie- en leveringsbedrijf is verkocht aan RWE. Het rendement van aandelen, leningen en aflossingen bedraagt ca. € 777.000/jaar. 46.329 gewone aandelen à € 1 nominaal. Dit is ruim 1%. Boekwaarde € 10- per aandeel. Geraamde dividend in 2010: € 116.000. Achtergestelde lening € 2.841.720 met een rente van 4,9%% in 2007.
Doelen zijn: • invloed op dienstverlening en kosten-niveau BNG • financieel rendement.
De WEZO vormt een onmisbare schakel in de keten Werk, Participatie en Re-integratie.
Deelname in vennootschappen Verbonden partij Bestuurlijk belang/ participatie Nv Bank vanVia stemrecht op aandeNederlandse len: 0,27% Gemeenten
NV Essent
Via stemrecht op aandelen: 0,24%
NV Vitens
Via stemrecht op aandelen: * gewone aandelen: 1,04%
Beleidsvoornemens
Doelen van de deelneming: • invloed op dienstverlening en tarieven Enexis • financieel rendement Enexis, politiek zet echter meer in op continuïteit. Deelneming in Borssele is in afwachting van bodemprocedure over de verkoop aan RWE.
Doelen van de deelneming: • invloed op dienstverlening en tarieven • rendement
programmabegroting 2010
215
tlaveren Verbonden partij Bestuurlijk belang/ participatie NV Wadinko Via stemrecht op aandelen: 4,18%
Financieel belang
100 aandelen à €100 Dividenduitkering in 2008 was eenmalig € 390.000. In 2009: nihil. De bedrijven waarin Wadinko deelneemt zijn hard getroffen door de crisis. Geraamde uitkeringen komende jaren: nihil. NV ROVA Via stemrecht op aande- In 2009 hebben we ons len: 19%. deel van de aandelen van Regio IJssel-Vecht in Rova overgenomen. Nu hebben we 1.490 aandelen A à € 113,45 nominaal. Daarnaast nog 968 B-aandelen en 76 C-aandelen. Begroot dividend 2010 € 530.000. Achtergestelde geldlening € 2,4 mln. (rentevergoeding 8%: € 185.000) Dienstverleningsovereenkomst m.b.t. afvalverwijdering en reiniging. NV WEZO Geen zeggenschap. Al1.719 certificaten van leen WEZO GR is aanaandelen á € 1.000 nodeelhouder. minaal, Waarvan Zwolle 74% van het totaal. Dividenduitkering: voorlopig niet aan de orde. In 1996 € 7,3 mln. als Ecodrome Zwolle Vergadering van comcommanditair vennoot CV manditaire vennoten: Gemeente Zwolle 3 stem- ingebracht. men; Libéma vastgoed BV Jaarlijkse bijdrage in 2 stemmen; Gezamenlij- exploitatie, ca. € 1 mln. ke deelnemende Zwolse bedrijven 1 stem. Inbreng als commandiZuiderzeehaven Participatie is in beide tair vennoot € 237.500 gevallen 16,7% obv PPS Ontwikkelingsen achtergestelde lening maat-schappij CV constructie 50% publieen Zuiderzeeha- ke- en 50% private sector € 0,67 mln. Deelname aandelen ven Beheer BV beherend vennoot 30 aandelen á € 100- = € 3.000. Geen rente op de lening. Gezien de crisis is winstneming in 2010 ongewis.
216
Visie tov doelstelling
Beleidsvoornemens
Bevorderen economische ontwikkeling in Overijssel.
Doelen van de deelneming: • invloed op dienstverlening en tarieven Rova
Zie WEZO GR
Zie WEZO GR
Ecodrome voldoet aan de In 2010 zal het beleid afspraken gemaakt in de over de toekomst bepaald subsidie- overeenkomst. worden. (contract loopt tot voorjaar 2012).
Doel: versterking van de economische structuur van Zwolle en Kampen. De ontwikkeling van de ZZH, een watergebonden bedrijventerrein op Kampens grondgebied is één van de acties. Voor de gemeente Zwolle van groot belang omdat wij geen watergebonden bedrijventerreinen meer hebben. Daarom de gezamenlijke ontwikkeling via PPS
programmabegroting 2010
Via een samenwerkingsovereenkomst zijn de rechten en plichten vastgelegd. De samenwerkingsovereenkomst eindigt als alle kavels op bedrijventerrein ZZH zijn uitgegeven
tlaveren Verbonden partij Bestuurlijk belang/ participatie NV Wonen boven 50% participant, wowinkels ningstichting Delta Wonen participeert voor de overige 50%.
Financieel belang
Visie tov doelstelling
Beleidsvoornemens
Deelneming gestort ad € 0,68 mln. Het verstrekte aandelenkapitaal zal worden besteed t.b.v. de continuïteit van de NV en conform besluit worden aangewend als werkkapitaal. Het bedrag is daarom volledig afgeboekt en er wordt geen rekening gehouden met dividenduitkering. De NV stelt nieuw ondernemingsplan op aan de hand waarvan discussie met aandeelhouders zal worden gevoerd over de financiering van projecten en het afrekenen van de onrendabele top van projecten.
De NV heeft als doelstelling het versterken van de woonfunctie in de Zwolse Binnenstad in het algemeen en in leegstaande verdiepingen boven winkels in het bijzonder. Belangrijke nevendoelstellingen zijn het versterken van de levendigheid en de leefbaarheid, sociale veiligheid, de zicht- en belevingskwaliteit en het monumentale herstel in de Binnenstad.
Concreet in voorbereiding zijn de projecten Jufferenwal 11-17 en Diezerstraat 6: start uitvoering naar verwachting in 2010. Daarnaast is de haalbaarheid van diverse projecten in onderzoek. Tevens zijn eigenaren gestimuleerd zelf hun bovenverdiepingen als woning te verhuren.
Financieel belang
Visie tov doelstelling
Beleidsvoornemens
DataLand is het grootste intergemeentelijk samenwerkings-verband op het gebied van vastgoedinformatie. Meer dan 315 gemeenten laten hun gemeentelijke vastgoedgegevens toegankelijk maken voor marktpartijen door DataLand.
Verdere kwaliteits- en efficiency-verbeteringen door ingebruikname van de basisregistraties.
Investeren in e-dienstverlening is te duur en risicovol voor een individuele gemeente. Samen-werking met andere gemeenten in DIMPACT verband is van strategisch belang. Het versterken van de samenwerking tussen regulier bedrijfsleven, de creatieve sector en het onderwijs. SKIZ kan bijdrage leveren aan het versterken van de creatieve sector en de werkgelegenheid in deze sector bovenproportioneel te laten doen toenemen. SKIZ past in het deelprogramma 8 Dynamiseren economie, onderdeel B. Stimuleren vernieuwing economie.
De resultaten van de samenwerking worden in 2009 zichtbaar. In 2010 worden de laatste technische (ICT) onderdelen tbv het Nationaal Uitvoeringsprogramma opgeleverd. Op 31 maart 2010 dienen de volgende prestaties gerealiseerd te zijn: 1) Projectbureau/ opdrachtenpool 2) Coachpool 3) Presentatie van 10 best pratices 4) Realisatie van startevent/evenementen 5) Organiseren van lezingen, prijsvraag, excursies, alumnidagen.
Deelname in stichtingen en verenigingen Verbonden partij Bestuurlijk belang/ participatie Stichting admiZwolle als participant nistratiekantoor is vertegenwoordigd in Dataland de certificaathoudersvergadering
Coöperatieve vereniging Dimpact UA
Stichting Kreatieve industrie Zwolle
59.422 certificaten van aandelen Dataland B.V. à € 0,10 Dienstenovereenkomst voor aanlevering gebouwgegevens. 20% van de opbrengst die Dataland maakt op door Zwolle aangeleverde gegevens komt ten gunste van de algemene middelen Lidmaatschapsbijdrage Vertegenwoordiging in algemene vergadering en € 2.000 per jaar + bijdradeelname in de raad van ge ad € 3,60 per inwoner voor het basispakket en commissarissen. D3S en 0,375 euro voor de hosting.
Gemeente Zwolle is als lid vertegenwoordigd in het AB en DB van de stichting KIZ. In de stichting KIZ nemen naast de gemeente Zwolle, de KvK Zwolle, 5 onderwijsinstellingen (o.a. Windesheim, Landstede, Artez), MKB regio IJsselvecht en VNO NCW Midden deel.
Eenmalige subsidie van 30.000 euro (ter cofinanciering van de provinciale subsidie van 150.000 euro). Looptijd 31 maart 2010
programmabegroting 2010
217
tlaveren
4.6 Grondbeleid De gemeenteraad van Zwolle heeft in haar vergadering van 29 juni 2009 de Nota Grondbeleid 2009 – 2013 vastgesteld. De missie van het Zwolse grondbeleid is indirect en direct met financiële en juridische instrumenten bijdragen aan een evenwichtige en duurzame stedelijke ontwikkeling van Zwolle in kwaliteit en kwantiteit. Er is niet enkel sprake van een actualisatie, maar ook van een integrale en compleet nieuwe Nota Grondbeleid. De Nota Grondbeleid 2009 – 2013 is opgebouwd op basis van de volgende aspecten: a. Evaluatie Nota Grondbeleid 2004; b. Nieuwe regelgeving, zoals de Wet ruimtelijke ordening, Grondexploitatiewet, (Europese) wet- en regelgeving inzake aanbesteding en staatssteun; c. Nieuw beleid, al opgesteld of nog op te stellen, bijvoorbeeld op het gebied van erfpacht, grondprijzen, grondvoorraadbeleid, stedelijk verwervingsbeleid, vastgoedmanagement en privaatrechtelijk handhaven. De Nota geeft vooral antwoord op de vraag hoe de ruimtelijke opgave geëffectueerd gaat worden en welke (beleids- en wettelijke) instrumenten hiervoor ingezet kunnen worden. Voor de structuurplanperiode tot 2020 heeft de gemeenteraad van Zwolle voor inbreiding en aanvullend voor uitbreiding gekozen. Het accent van de ruimtelijke ontwikkeling zal hierdoor verschuiven van uitleglocaties naar inbreiding, revitalisering en herontwikkeling. In de Nota wordt aandacht besteed aan de gevolgen/complicaties van deze stedelijke inbreidingsopgave. Als algemeen uitgangspunt voor het Grondbeleid geldt dat de gemeente Zwolle actief sturing wil blijven geven aan de ruimtelijke ontwikkeling van de stad. Gezien de complexiteit en gewijzigde wet -en regelgeving zal per situatie bezien worden of actief, faciliterend of passief Grondbeleid past bij de te realiseren doelen. Om dit te kunnen beoordelen zal voor elke ontwikkeling/ project een integrale ontwikkelingsstrategie worden opgesteld waarbij aandacht besteed zal worden aan: • Ruimtelijke en programmatische aanpak en de relatie met het stedelijk programma; • Eigendomsituatie, belangen; • Maatschappelijke en financiële haalbaarheid; • Ontwikkelingsmogelijkheden, wenselijkheden en mogelijke vormen van ontwikkeling; • De rol die de gemeente in wil nemen; • Bijdrage van de ontwikkeling aan beleidsdoelen; • Volwaardige risicoanalyse (financieel, procedureel, juridisch). Tevens wordt aandacht besteed aan de wijze waarop het college verantwoording aflegt aan de Raad over haar handelen, en hoe de controlerende taak van de Raad vormgegeven kan worden (dualisme).
Meerjaren Prognose Vastgoed De financiële vertaling van het grondbeleid vindt plaats in de jaarlijks te actualiseren Meerjaren Prognose Vastgoed (MPV). In de op 25 mei 2009 vastgestelde MPV-2009 is de financiële positie van Vastgoed en de opbouw van het weerstandsvermogen opgenomen. Voor het bepalen van de uiteindelijke vermogenspositie van Vastgoed (ofwel het bedrijfsresultaat) zijn drie pijlers van belang: • De uiteindelijke resultaten van de diverse in uitvoering zijnde en binnenkort in exploitatie te nemen complexen, inclusief de resultaten van de waardering van grondvoorraad; • De risico’s van vastgoedontwikkelingen, de exploitatie en het beheer van gronden; • De stand en ontwikkelingen van de Algemene Reserve Vastgoed (en voorzieningen). Uitgangspunt bij de opbouw van het weerstandsvermogen is, dat de hoogte van de Algemene Reserve Vastgoed c.q. vermogenspositie minimaal moet kunnen voorzien in de afdekking van risico’s en voorzienbare exploitatietekorten (voorziening). Dit alles om een voldoende financiële buffer te hebben voor een verantwoorde continuering van de bedrijfsvoering.
218
programmabegroting 2010
tlaveren
Cijfermatige samenvatting MPV-2009 (peildatum 31-12-2008): Voor een uitvoerige opbouw van de hoogte van de vermogenspositie en weerstandvermogen Vastgoed wordt verwezen naar de op 25 mei 2009 in de raad behandelde MPV-2009. Samenvattend zijn de resultaten van de MPV-2009 als volgt: • Resultaten complexen en gronden • Risico´s vastgoedontwikkelingen • Algemene Reserve Vastgoed + Voorziening Totaal vermogensresultaat per 31-12-2008 Afdracht aan concernreserve Totaal gecorrigeerde vermogensresultaat
€ € € € € €
66,64 91,01 73,45 49,08 4,99 44,09
programmabegroting 2010
miljoen miljoen miljoen miljoen miljoen miljoen
+ -/+ + -/+
219
tlaveren
220
programmabegroting 2010
Programmabegroting 2010 Hoofdstuk 5 Financiële overzichten
tkwaliteit
222
programmabegroting 2010
tlaveren
Inhoud 5.1
Overzicht van baten en lasten
224
5.2
Totaaloverzicht baten en lasten programma´s
226
programmabegroting 2010
223
tlaveren
5.1 Overzicht van baten en lasten Omschrijving/programma
Lasten
Baten Saldo (bedragen x € 1.000)
Pijler Sociaal 1 Welzijn 2 Cultuur 3 Sport 4 Inburgering en integratie 5 Onderwijs en jeugd 6 Gezondheid en zorg Totaal pijler sociaal
6136 18476 7769 2383 27966 35973 98703
301 848 1860 3710 5407 12126
-6136 -18175 -6921 -523 -24256 -30566 -86577
Pijler Veiligheid 7 Veiligheid Totaal pijler veiligheid
12461 12461
342 342
-12119 -12119
Pijler Werk en inkomen 8 Dynamiseren economie 9 Toename arbeidsparticipatie 10 Bijstandverlening en armoedebestrijding Totaal pijler werk en inkomen
2080 29556 53334 84970
969 28768 38111 67848
-1111 -788 -15223 -17122
7269 1022
6244 5
36505
-1025 -1017 0 -403 704 -2851 -24762 -1564 -30918
Pijler Fysiek 11 Volkshuisvesting 12 Monumentenzorg 13 Recreatie 14 Groen 15 Algemeen mobiliteitsbeleid/bereikbaarheid 16 Duurzaamheid/milieu 17 Integraal beheer openbare ruimte 18 Ruimtelijke plannen Totaal pijler fysiek
403 7987 3101 46077 1564 67423
8691 250 21315
Pijler Kwaliteit van bestuur 19 Raad en raadsgriffie 20 Intensivering communicatie 21 Leefbaarheid en wijkgericht werken 22 Aanpassing bestuurstijl 23 Publieke dienstverlening 24 Kwaliteit van bedrijfsvoering 25 Exploitatie gronden en vastgoedbeheer 26 Financiering en alg. dekkingsmiddelen Totaal pijler kwaliteit van bestuur
2084 1428 2463 3828 10321 8193 159398 3525 191240
7651 1261 156427 2817 168156
-2084 -1428 -2463 -3828 -2670 -6932 -2971 -708 -23084
Subtotaal programma's
454797
284977
-169820
224
programmabegroting 2010
tlaveren
Omschrijving/programma
Lasten
Algemene dekkingsmiddelen 1. Lokale belastingen (OZB, precario ca.) 2. Algemene uitkeringen 3. Dividend 4. Saldo financieringsfunctie 5. Saldo compensabele BTW en uitkering BTW compensatiefonds 6. Overige algemene dekkingsmiddelen Subtotaal algemene dekkingsmiddelen Onvoorzien
Baten Saldo (bedragen x € 1.000)
17 16
28226 130267 200 8685
28226 130267 183 8669 0
33
4435 171813
4435 171780
500
Resultaat voor bestemming Reservemutaties Resultaat na bestemming Specificatie reservemutaties per programma: 1 Welzijn 2 Cultuur 3 Sport 4 Inburgering en integratie 5 Onderwijs en jeugd 6 Gezondheid en zorg 7 Veiligheid 8 Dynamiseren economie 9 Toename arbeidsparticipatie 10 Bijstandverlening en armoedebestrijding 11 Volkshuisvesting 12 Monumentenzorg 13 Recreatie 14 Groen 15 Algemeen mobiliteitsbeleid/bereikbaarheid 16 Duurzaamheid/milieu 17 Integraal beheer openbare ruimte 18 Ruimtelijke plannen 19 Raad en raadsgriffie 20 Intensivering communicatie 21 Leefbaarheid en wijkgericht werken 22 Aanpassing bestuurstijl 23 Publieke dienstverlening 24 Kwaliteit van bedrijfsvoering 25 Exploitatie gronden en vastgoedbeheer 26 Financiering en alg. dekkingsmiddelen Subtotaal mutaties reserves
-500
455330
456790
1460
14035
12575
-1460
469365
469365
0
164
300 1123 721 40 312
1960
1063
896 180
1927
124 2111 176 8290 14035
363 2711 2401 784 12575
300 1123 557 40 312 -134 0 6 25 788 11 0 0 0 -897 0 1031 -180 0 0 0 0 239 600 2225 -7506 -1460
469365
469365
0
134 6 25 788 11
Resultaat na bestemming programmabegroting 2010
225
tlaveren
5.2 Totaaloverzicht baten en lasten programma’s 2008 - 2010 vóór reservebestemming Omschrijving/programma (bedragen x € 1.000)
Lasten
Baten
rekening begroting begroting 2008 2009 2010
rekening begroting begroting 2008 2009 2010
Saldi begroting 2010
Pijler Sociaal 1
Welzijn
5502
5661
6136
50
50
2
Cultuur
17207
18071
18476
444
552
3
Sport
6807
7555
7769
1117
4
Inburgering en integratie
3777
2724
2383
2436
5
Onderwijs en jeugd
23182
25457
27966
5023
6
Gezondheid en zorg
Totaal pijler sociaal
-6136 301
-18175
1010
848
-6921
2253
1860
-523
4248
3710
-24256
34325
34470
35973
12332
12188
5407
-30566
90800
93938
98703
21402
20301
12126
-86577
Pijler Veiligheid 7
Veiligheid
Totaal pijler veiligheid
11604
12341
12461
831
955
342
-12119
11604
12341
12461
831
955
342
-12119
-1111
Pijler Werk en inkomen 8
Dynamiseren economie
3809
1968
2080
3538
1095
969
9
Toename arbeidsparticipatie
27530
23616
29556
24152
23009
28768
-788
10
Bijstandverlening en armoedebestrijding
48896
47871
53334
37376
33208
38111
-15223
80235
73455
84970
65066
57312
67848
-17122
Totaal pijler werk en inkomen Pijler Fysiek 11
Volkshuisvesting
7643
7252
7269
6629
6358
6244
-1025
12
Monumentenzorg
1575
1010
1022
443
5
5
-1017
13
Recreatie
14
Groen
1822
394
403
1053
15
Algemeen mobiliteitsbeleid/bereikbaarheid
28627
7621
7987
13925
8555
8691
704
16
Duurzaamheid/milieu
3753
3177
3101
1005
251
250
-2851
17
Integraal beheer openbare ruimte
43097
44793
46077
22307
21049
21315
-24762
18
Ruimtelijke plannen
4711
1546
1564
22
91228
65793
67423
45384
36218
36505
-30918
Totaal pijler fysiek
0 -403
-1564
Pijler Kwaliteit van bestuur 19
Raad en raadsgriffie
1950
2044
2084
10
20
Intensivering communicatie
1150
1424
1428
1
21
Leefbaarheid en wijkgericht werken
2598
2692
2463
254
22
Aanpassing bestuurstijl
4079
3680
3828
2
23
Publieke dienstverlening
10542
9881
10321
9354
7611
7651
-2670
24
Kwaliteit van bedrijfsvoering
20734
10904
8193
9296
1660
1261
-6932
25
Exploitatie gronden en vastgoedbeheer
87678
263100
159398
102316
261298
156427
-2971
26
Financiering en alg. dekkingsmiddelen
2936
7524
4058
151812
157545
174630
170572
Totaal pijler kwaliteit van bestuur
131667
301249
191773
273045
428441
339969
148196
Totaal vóór bestemming
405534
546776
455330
405728
543227
456790
1460
Reservemutaties
122014
12542
14035
124553
16091
12575
-1460
Totaal na bestemming
527548
559318
469365
530281
559318
469365
0
226
programmabegroting 2010
-2084 -1428 327
-2463 -3828
Programmabegroting 2010 Bijlagen
tkwaliteit
228
programmabegroting 2010
tlaveren
Inhoud Bijlage 1
Specificatie uitkomsten meerjarenraming 2010 t/m 2013
230
Bijlage 2
Verschillenanalyse uitkomsten PPN en begroting 2010
236
Bijlage 3
Uitkomsten septembercirculaire 2009
237
Bijlage 4
Overzicht reserves en Voorzieningen
240
Bijlage 5
Uitkomsten doorlichting reserves en voorzieningen
243
Bijlage 6
Overzicht van de voorgestelde bezuinigingen in de begroting 2010
244
Bijlage 7
Prestatieafspraken
246
Bijlage 8
Lijst met afkortingen
248
Bijlage 9
Begrippenlijst
250
programmabegroting 2010
229
tlaveren
Bijlage 1 Specificatie uitkomsten meerjarenraming 2010 t/m 2013
Doorwerking resultaat voorgaande jaren: 1a Doorwerking vanuit voorgaande jaren - uitkomst begroting 2009 1b Structurele herijking 1c Structureel nieuwe bestedingen
2010
2011 2012 2013 (bedragen x 1.000 euro)
1577
1577 440 -324 1693
1577 445 -1479 543
1577 445 -1511 511
-162 -250 250 14 -17
-162 550 -500 500 34 -34
-162 1100 -750 750 61 -34
-22 -48 17 -218
-53 -63 91 363
137 -66 91 1127
523
1100
1661
1727 -1783
3425 -3513
4928 -4851
-137 -8 -19 -789
-316 -21 -50 -1023
-528 -37 -88 -1369
-74 -560
-148 -546
-222 -506
103 -1477 60 -280 305 -600
403 -2976 170 -280 315 -600
712 -4497 470 -280 245 -600
1577 Rijksbeleid: 2. Algemene uitkering Gemeentefonds: a. Accres o.b.v. meicirculaire 2009 a1. Ingeschatte accrestoename vanaf 2012 a2. Risicopost algemene uitkering (toekomstig accres) a3. Stelpost ontwikkeling uitkeringsbasis b. vrijval integratie-uitkering WUW tgv alg. uitk. (saldo) c. overgangsmaatregel ISV d. gevolgen afschaffing gebruikersdeel ozb woningen: - afbouw suppletie-uitkering ozb e. mutaties rijkstaken c.a. (zie 3) f. afloop verfjiningsuitkering rioleringen (t/m 2013) 3. Corresponderende posten a.g.v. rijkstaken c.a. 0 Groei van de stad: 4. Volume toename onroerende zaakbelasting 5. Algemene uitkering: a. volume toename b. correctie a.g.v. landelijke volumegroei (ontwikkeling uitkeringsbasis) 6. Stadsuitbreiding: a. lasten a.g.v. vastgestelde grondexploitaties (cat. A) b. stelpost wijkgebonden basisvoorzieningen (cat. B) c. volumegroei van verplichte bijdr. aan derden (cat. C) d. gesaldeerde volume-effecten a.g.v. wettelijke taken en/of vastgestelde gem. verordeningen (cat. D) e/f stelposten inbreiding/herstructureing en overige (cat E/F) 0 Overige gemeentelijk bestaand beleid: 7. Nominale ontwikkelingen: a. inflatie-correctie gemeentelijke tarieven b. trendmatige loon- en prijsaanpassingen b1 afbouw gemeentelijke FPU b2 doorwerking afschaffing ww-premie (bruto-netto effect) b3 Gevolgen CAO voor FLO en 2e loopbaanbeleid c. rentemutaties
230
programmabegroting 2010
tlaveren
2010 8.
9. 10. 11.
Investeringslasten: a. autonoom vrijvallende kapitaallasten (netto) b. lasten vervangingsinvesteringen onderwijs c. lasten vervangingsinvesteringen (excl. onderwijs) d. lasten verplichte investeringen Onderwijswet Afbouw dekkingsreserve tekortdekking (regulier) Afbouw winstafdracht parkeren (t/m 2013) Afbouw reserve afkoop LVS/WI
Totaal ontwikkeling bestaand beleid
programmabegroting 2010
2011 2012 2013 (bedragen x 1.000 euro)
0
395 -53 -268 -100 -203 -100 -30 -2248
810 -106 -541 -201 -323 -200 -60 -3589
1300 -160 -819 -303 -344 -300 -90 -4666
1577
-1333
-3229
-3534
231
tlaveren
Toelichting op specificatie uitkomsten meerjarenraming 2011-2013 bestaand beleid Algemene uitgangspunten: De meerjarenraming 2011 t/m 2013 is op basis van de meest recente informatie geactualiseerd (prijspeil 2010). Voor de berekening van de volume-mutaties (stadsuitbreiding en algemene uitkering) is o.a. uitgegaan van een jaarlijkse toename van het aantal inwoners en woningen van: 2011 2012 2013 inwoners voorafgaand jaar: 1.400 800 1.300 woningen voorafgaand jaar (netto): 700 400 650 De gegevens over het gemeentefonds (algemene uitkering) zijn gebaseerd op de meicirculaire 2009. Toelichting per onderwerp: sub 1: Onder de post doorwerking vanuit voorgaande jaren zijn de uitkomst van de begroting 2010 ad € 1,6 mln. (voordeel) en de budgettaire effecten van eerdere besluitvorming (o.a. bij begroting 2009 en PPN 2010-2013) verwerkt. (zie bijlage 3 PPN 2010-2013) sub 2a: De normering van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds is gekoppeld aan de ontwikkeling van de netto gecorrigeerde rijksuitgaven. Een jaarlijkse toename (accres) of afname (decres) van de rijksuitgaven vertaalt zich in een toe- of afname van de algemene uitkering voor de gemeenten. Een mutatie in de rijksuitgaven werkt voor ongeveer 20% door in de omvang van het Gemeentefonds. Het accres is te splitsen in een compensatie voor prijsontwikkelingen (nominaal accres) en een reëel accres. De prijsontwikkeling wordt bepaald op grond van de prijsindex voor Bruto Binnenlands Product (opgenomen in het CEP en MEV van het Centraal Planbureau). Het reëel accres wordt gezien als budgettaire ruimte voor de gemeenten om bijvoorbeeld lasten stadsuitbreiding, nieuw beleid etc. te kunnen bekostigen. Met betrekking tot de prijsontwikkeling wordt opgemerkt dat de door het rijk gehanteerde methode afwijkt van de gemeentelijke kostenontwikkeling en derhalve tot budgettaire afwijkingen kan leiden. In de meicirculaire 2009 gaat het rijk voor de jaren 2011 t/m 2013 uit van de volgende accrestoevoegingen: (in procenten) Nominaal accres Prijsontwikkeling BBP Reëel accres in procenten Accres
2011 0,5% 0,0% 0,5%1
2012 pm pm pm
2013 pm pm pm
Het rijk geeft over de ontwikkeling van het accres na 2011 geen informatie, omdat deze vanwege de economische situatie zeer onduidelijk is. Gelet op de toch wel te verwachten prijsontwikkeling hebben wij dit deel van het accres voor de 2012 en 2013 ingeschat op 0,5%. Het reëel accres stellen wij op nul. In het in april jl. gehouden bestuurlijk overleg tussen rijk en gemeenten is afgesproken om de normeringssytematiek tijdelijk in de jaren 2009 t/m 2011 buiten werking te stellen. Dit houdt tevens in dat de behoedzaamheidsreserve in deze jaren ook buiten werking wordt gesteld. De opgenomen stelposten (per saldo nul) geven aan op welke onderdelen er behoorlijke onzekerheden zijn, dit betreft met name het wel of niet opnieuw invoeren van de behoedzaamheidsreserve vanaf 2012 en het effect van de sterk stijgende bijstandscliënten op het verdeelstel van het gemeentefonds. Afwijkende volume-ontwikkeling van bijstandscliënten ten opzichte van het landelijk gemiddelde kan een behoorlijke budgettair effect hebben. sub 2b: De integratie van de WUW-middelen loopt (landelijk) tot en met 2017. De jaarlijks vrijvallende bijdrage in de kapitaallasten binnen de integratie-uitkering wordt toegevoegd aan de algemene uitkering. Met ingang van 2012 vervalt het restant (€ 25.000) van de door Zwolle te ontvangen integratie-uitkering WUW. sub 2c: Als gevolg van de beëindiging van het landelijke Stadsvernieuwingsfonds per 1-1-2003 heeft het rijk besloten ook de voor de algemene uitkering gehanteerde verdeelmaatstaf stadsvernieuwing te laten vervallen en de middelen op andere wijze over de gemeenten te verdelen, onder andere op basis van het gemeentelijk aandeel in het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing 1 Als gevolg van het met ingang van 2011 wegvallen van de in 2009 en 2010 eenmalig ontvangen accrescompensatie komt het accres in 2011 uit op - € 162.000.
232
programmabegroting 2010
tlaveren
(ISV). Voor Zwolle heeft deze herverdeling een nadelig effect ca. € 170.000. Via de overgangsmaatregel ISV is geregeld dat het nadeel gefaseerd over 10 jaar zal worden verrekend. sub 2d: Ter compensatie van de opbrengstderving in verband met de afschaffing van de gebruikersbelasting op OZB-woningen ontvangen de nadeelgemeenten een suppletie-uitkering die in de komende jaren, ten laste van de door het rijk ingeschatte ruimte binnen het accres, gefaseerd wordt afgebouwd. In 2010 bedraagt de suppletie-uitkering € 1,1 mln. De afbouw is afhankelijk van de ruimte in het reëel accres. Aangezien deze voorlopig nul is gesteld, vindt geen verdere afbouw plaats. sub 2e: In het kader van de overheveling van rijksgelden naar het Gemeentefonds en/of onttrekkingen aan het Gemeentefonds in verband met overheveling naar een specifieke uitkering wordt verwacht dat de komende jaren de volgende gelden naar de algemene uitkering zullen worden overgeheveld c.q. onttrokken. De opgenomen bedragen zijn indicatief. * Het rijk stelt voor het elektronisch kinddossier in de jeugdgezondheidszorg en de verwijsindex risicojongeren oplopend tot structureel € 20 mln. in 2011 beschikbaar. Zwolle ontvangt hiervoor vanaf 2008 € 35.000 oplopend naar € 144.000 in 2011. * Het kabinet verwacht dat het CWI, UWV en de gemeenten hun samenwerking op het gebied van werk en inkomen op elkaar afstemmen om de kwaliteit en effectiviteit van de dienstverlening en re-integratie te verbeteren. Daartoe wordt op lokaal niveau arbeidsmarktbeleid en re-integratie samengebracht in één loket aldus het Coalitieakkoord. Het rijk gaat de door haar ingeschatte besparing voor de gemeenten korten op het gemeentefonds. Voor Zwolle loopt de korting gefaseerd op van € 0,2 mln. in 2009 naar € 0,5 mln. in 2012. De korting wordt voorlopig één op één doorvertaald naar de gemeentelijke organisatie, is derhalve budgettair neutraal verwerkt. * In 2011 vervallen de vanaf 2007 eenmalig ontvangen middelen voor programmatisch handhaven sociale zaken. * In 2011 ontvangt de gemeente voor maatschappelijke stages € 89.000 aanvullend op eerdere uitkeringen. * In 2012 is een onttrekking van € 55.000 geraamd voor uitvoeringskosten inburgering. sub 2f: De verfijningsuitkering riolering heeft een aflopend karakter. Aansluitingen op de riolering na 1989 komen niet meer voor verfijning in aanmerking. De duur van de uitkeringen is 25 jaar. De afbouw van de verfijningsuitkering is als volgt: (bedragen in €) riolering 2011 48.000 2012 15.000 2013 3.000 sub 3: Hieronder staan de met 2e corresponderende stelposten in verband met de taakmutaties via het gemeentefonds. Daarnaast zijn hieronder een drietal posten verwerkt waarvan het rijk en VNG zijn overeengekomen dat deze tijdelijk uit het gemeentefonds worden gefinancierd, te weten: E-gem en modernisering gemeentelijke basisregistratie persoonsgegevens (mGBA) en de Online Raadpleegbare Reisdocumenten Administratie (ORRA). sub 4: De opbrengst uit de volume-ontwikkeling van de onroerende zaakbelasting is als volgt bepaald: 2011 2012 Toename waarde-areaal: (x € 1 mln.) - bedrijven/kantoren/winkels/etc. 108 106 - woningen 93 150 Meeropbrengst: (x € 1.000) - bedrijvenkantoren/winkels/etc. 422 413 - woningen 101 164 Totaal meeropbrengst per jaar 523 577
2013 92 185 359 202 561
De toename van het waarde-areaal is indicatief bepaald en gebaseerd op prijspeil 1-1-2009 (Woz-waarden) en tarieven 2010. sub 5a: De ontwikkelingen van de volume-mutaties voor de algemene uitkering zijn afgeleid van de uitgangspunten met betrekking de groei van het aantal woningen en inwoners. Daarnaast is met name de ontwikkeling van het aantal bijstandscliënten (verwachte toename vanwege economische recessie) verwerkt. (zie ook 5b)
programmabegroting 2010
233
tlaveren
sub 5b: De algemene uitkering wordt jaarlijks via de norm ontwikkeling uitkeringsbasis gecorrigeerd voor de landelijk verwachte volume-groei van de verschillende verdeelmaatstaven. Het rijk houdt voor de komende jaren (meicirculaire 2009) rekening met een correctie van -22 punt voor 2011, -21 punt voor 2012 en -16 punt voor 2013. (1 punt is circa € 80.000). Deze fors negatieve correctie is met name het gevolg van de verwachte toename van het aantal bijstandscliënten. Onder 5a is de verwachte toename van de Zwolse bijstandscliënten opgenomen. Deze liggen in de lijn van het landelijk gemiddelde. sub 6a t/m d: De lasten stadsuitbreiding worden onderscheiden in de categorieën A t/m F, te weten: categorie A: voorzieningen waarvan de investeringen reeds zijn aanvaard en gedekt binnen vastgestelde grondexploitaties. categorie B: stelposten voor sterk wijkgebonden basisvoorzieningen in nieuwe wijken (i.c. Stadshagen), waarvoor later nog een definitief en uitgewerkt investerings-/exploitatiebesluit moet worden genomen. categorie C: volumegroei van verplichte bijdragen aan landelijke of regionale samenwerkingsverbanden. categorie D: gesaldeerde volume-effecten van wettelijke taken en taken op grond van vastgestelde gemeentelijke verordeningen. categorie E: Stelposten voor het in stand houden van voorzieningen binnen inbreidings- en herstructureringsgebieden, waarvan de investeringen reeds zijn aanvaard en gedekt binnen de vastgestelde grondexploitaites. categorie F: Stelposten voor overige taken en voorzieningen die aantoonbaar te relateren zijn aan binnenstedelijke groei van de stad. Onder de stadsuitbreidingslasten staan een aantal posten waarover te zijner tijd nog nadere besluitvorming moeten plaatsvin den. (bedragen x € 1.000). Zie bijlage 1 uit het bijlagenboek. 2011 2012 2013 Posten waarover nog nadere besluitvorming moet plaatsvinden: D03-OW huisvesting basisonderwijs Stadshagen 891 34 96 D04-OW stelpost investeringen spec.ond. 4 7 9 D05-OW stelpost investeringen voortgezet ond. 17 28 35 E/F stelpost inbreiding/herstructuring en overige taken ca 34 sub 7a/b: Bij de bepaling van de jaarlijkse loon- en prijsaanpassingen is rekening gehouden met de volgende percentages: 2011 2012 2013 - lonen (salarissen + soc.lasten) 1,50 1,50 1,50 - prijzen (index BBP) 0,50 0,50 0,50 - inflatiecorrectie gemeentelijke tarieven 0,35 1,00 1,00 Met betrekking tot loonkosten zijn voor de jaren 2011-2013 geen CAO-afspraken gemaakt, voorlopig zijn de loonkosten ingeschat op 1,5% per jaar. Daarnaast zijn de loonkosten voor de FLO (brandweer) op grond van eerdere CAO’s in de meerjarenraming verwerkt. De prijsontwikkeling is gebaseerd op de prijsindex voor Bruto Binnenlands Product, deze prijsindex wordt ook door het rijk toegepast. De genoemde percentages zijn gebaseerd op de in de meicirculaire 2009 vermelde gegevens. Het inflatiecorrectie-percentage wordt bepaald door het mixpercentage van de loon- en prijsontwikkelingen uitgaande van een kostenverhouding van 50-50. In het percentage voor 2011 is de doorwerking van de verwachte lagere loonkosten over 2009 verwerkt. sub 7c: Vanaf 2011 wordt uitgegaan van een rentepercentage van 5% voor lang geld en 3,5% voor kort geld. In 2010 hanteren wij 4,6% respectievelijk 2,5%. sub 8a: Dit betreft de netto vrijvallende kapitaallasten, na aftrek rendabele begrotingsposten – zoals bijvoorbeeld riolering en I&A-investeringen. De bij deze posten vrijvallende kapitaallasten blijven, via een egalisatiereserve, beschikbaar binnen het betreffende begrotingsonderdeel. sub 8b/c: Het volume van de vervangingsinvesteringen wordt jaarlijks met het prijsmutatiepercentage aangepast. Het budget is gesplitst in een budget voor onderwijs en overige vervangingen.
234
programmabegroting 2010
tlaveren
sub 8d: Deze post heeft betrekking op lasten als gevolg van verplichte nieuwe investeringen op grond van de Onderwijswet en lasten inzake spoedprocedures op grond van de Verordening Onderwijshuisvesting. sub 9: De jaarlijkse beschikking over de reserve tekortdekking ten gunste van het begrotingsresultaat wordt tot 2014 gefaseerd afgebouwd tot nul. sub 10: Bij de Perspectiefnota 2005 is besloten de winstafdracht op parkeren (in 2005 € 982.000) met €100.000 per jaar af te bouwen totdat in 2014 de winstafdracht € 200.000 bedraagt. Dit laatste bedrag komt overeen met het eerder berekende voordeel vanwege de invoering van de BCF op het product parkeren. sub 11: In verband met de afkoop van de rijksregelingen Leefbaarheid, Veiligheid en Stadseconomie (LVS) en werkgelegenheidsimpuls (WI) is bij de jaarrekening 2005 € 1,9 mln. in de reserve afkoop regeling LVS/WI gestort ter dekking van het per saldo structureel nadelig resultaat ad € 0,3 mln. De beschikking ten gunste van het resultaat wordt in 10 jaar met gelijke bedragen van € 30.000 afgebouwd.
programmabegroting 2010
235
tlaveren
Bijlage 2 Verschillenanalyse uitkomsten PPN en begroting 2010 1.
2.
3.
4.
5.
6. 7. 8. Totaal
236
Hogere kosten Regio (obv raadsbesluit) Ten opzichte van onze eigen begrotingsrichtlijnen – verwerkt in de PPN – komt de Regio begroting ca. € 100.000 hoger uit. De hogere kosten worden o.a. veroorzaakt door de congruentie, verschuivingen als gevolg van nieuwe en vertrekkende gemeenten, lagere verrekenbare BTW en hogere inflatiepercentages dan waarmee de gemeente rekening houdt. (Afhankelijk van de CAO onderhandelingen vindt er mogelijk in het najaar een bijstelling van de inflatiepercentages plaats) Lagere inkomsten uit verhaal bij kinderopvang De inkomsten uit verhaal op uitkeringen kinderopvang vallen lager uit. De oorspronkelijke raming van de inkomsten was op verkeerde uitgangspunten berekend. (Zie ook programma 9 van de Berap 2009). Lager bedrag aan leverancierskrediet Als gevolg van een lager rentepercentage voor kort geld (3,5% ipv 4,0%) neemt het ingeschatte rentevoordeel uit leverancierskrediet af. Hogere trendmatige aanpassing kosten ROVA De ROVA raamt haar trendmatige aanpassingen op basis van de laatst bekend zijnde realisatiecijfers, voor de begroting 2010 zijn dat de realisatiecijfers over 2008. De toegepaste inflatiecijfers zijn gebaseerd op de loonindex voor CAO en de prijzen op de consumentenprijsindex voor alle huishoudens. Hogere kapitaallasten onderwijs Dit betreft een administratieve correctie van kapitaallasten van onderwijsinvesteringen waarover de raad al een besluit heeft genomen in 2008, maar waarvan de lasten niet in de begroting 2009 waren verwerkt. Hoger dividend BNG Op basis van actuele informatie is het dividend van de BNG met € 50.000 verhoogd tot ca. € 0,2 mln. Raadsamendement PPN inzake Licht op Groen Overige verschillen per saldo
programmabegroting 2010
- 100.000
- 150.000
- 50.000
- 55.000
- 225.000
+ 50.000 + 100.000 - 102.000 - 532.000
tlaveren
Bijlage 3 Uitkomsten septembercirculaire 2009 In deze bijlage informeren wij u over de uitkomsten van de septembercirculaire 2009 van het gemeentefonds en geven wij de budgettaire afwijkingen aan ten opzichte van de begroting 2010. De budgettaire effecten voor het jaar 2009 worden u via een afzonderlijk beslisnota in het najaar voorgelegd. De budgettaire effecten voor het jaar 2010 verwerken wij bij de eerste wijziging op de begroting. De structurele effecten nemen wij mee in de komende perspectiefnota. De septembercirculaire bevat met name: • Het nogmaals benadrukken van de grote budgettaire onzekerheden voor de jaren 2012 en verder. Het rijk adviseert voor deze jaren uit te gaan van een bandbreedte voor het accres van minimaal 0% nominaal accres tot maximaal 0% reëel accres. Onze uitgangspunten voor de meerjarenraming passen binnen deze bandbreedte. • Nadere informatie over o.a. de verdeling van de beschikbaar gestelde WABO gelden en WMO gelden met betrekking tot de pakketmaatregelen AWBZ en overige taakmutaties. • Actuele informatie over nieuwe en bestaande decentralisatie-uitkeringen. O.a. gelden voor leefbaarheid en veiligheid, jeugd, gezond in de stad, maatschappelijk opvang (voorheen onderdeel van de BDU SIV), bodemsanering (voorheen BDU ISV). Ook voor Antillianengemeenten, 40+ wijken en voor peuterspeelzaalwerk zijn middelen toegezegd. Een aantal taakmutaties en decentralisatie-uitkeringen zijn nog onder voorbehoud van parlementaire behandeling. Budgettair effect ten opzichte van de begroting 2009 en 2010 en verder: De uitkomsten van de septembercirculaire geven een licht voordelig resultaat ten opzichte van de begroting 2009 en de begroting 2010 / meerjarenraming 2011-2013. (bedragen cumulatief x € 1.000) Incidenteel Structureel
2009 326
2010
2011
2012
2013
208
452
462
402
Toelichting uitkomsten voor het begrotingsjaar 2009 Voor 2009 geeft de septembercirculaire een incidenteel voordelig resultaat van € 326.000 mln. Hierbij is er rekening mee gehouden dat onderstaande ontvangen nieuwe decentralisatie-uitkeringen en compensatie voor taakmutaties budgettair neutraal zijn verwerkt (middels het opnemen van een concern uitgaafstelpost), te weten: • Invoeringskosten WABO 170.000 • WMO, pakketmaatregelen AWBZ (incidenteel € 29 mln.) 212.000 • 40+ wijken (Middelen zijn bestemd voor Diezerpoort, rbs 11-5-2009)) 2.000.000 • Aanvulling op integratie-uitkering WMO, onderdeel hulp bij huishouding en dure woningaanpassing 26.600 Het voordelig resultaat is nagenoeg volledig toe te schrijven aan actuele informatie bij het rijk over de verdeelmaatstaven van de algemene uitkering. Toelichting uitkomsten voor de jaren 2010 t/m 2013 Uitkomsten septembercirculaire (bedragen cumulatief x € 1.000) Verhoging gemeentefondsuitkering waarvan compensatie voor nieuwe taken of andere bekostigingswijze, voorlopig op uitgaafstelpost geparkeerd Resultaat op de algemene middelen
2010 3.280 - 3.072
2011 2.869 - 2.417
2012 2.077 - 1.615
2013 2.017 - 1.615
208
452
462
402
De voordelige uitkomsten van de septembercirculaire voor de jaren 2010 t/m 2013 zijn het gevolg van actuele informatie bij het rijk over de verdeelmaatstaven van de algemene uitkering. Met name de verwachte groei van het aantal bijstandscliënten heeft een behoorlijke impact op de verdeelsystematiek van het gemeentefonds. Voorlopig hebben we ingeschat dat de toename van het aantal bijstandscliënten vanwege de economische crisis nagenoeg gelijke tred houdt met het landelijk gemiddelde. Hierdoor blijft het effect op de uitkomsten van de septembercirculaire beperkt, wel ligt hier een behoorlijk risico als de werkelijke ontwikkeling bij de gemeente afwijkt van het landelijk gemiddelde. Daarnaast is ingaande 2010 op verzoek van de VNG (na instemming van de algemene ledenvergadering van de VNG) ca € 50.000 (aandeel Zwolle) aan het gemeentefonds onttrokken dit ter gedeeltelijke bekostiging van de stichting KING (Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten).
programmabegroting 2010
237
tlaveren
De via het gemeentefonds te ontvangen gelden voor nieuwe of gewijzigde taken en andere wijze van bekostiging (bijvoorbeeld omzetting specifieke rijksuitkeringen naar decentralisatie-uitkeringen via het gemeentefonds) zijn budgettair neutraal verwerkt door het opnemen van een concern uitgaafstelpost in afwachting van te ontwikkelen gemeentelijk beleid. In de septembercirculaire zijn de volgende (aanvullend op eerdere circulaires) taakmutaties vanaf 2010 vermeld: (cumulatieve bedragen in € ) 2010 2011 2012 2013 Algemeen: a. Pakketmaatregel AWBZ 494.000 494.000 494.000 494.000 b. Toezicht/handhaving gastouderopvang 75.400 pm pm pm c. Toezicht/handhaving peuterspeelzaalwerk 15.100 36.100 36.100 36.100 d. Gemeentelijke lijkschouwer 1.800 1.800 1.800 1.800 e. Onttrekking ivm overheveling uitvoering WWB 65 + -127.000 -127.000 -127.000 -127.000 f. Toevoeging ivm wijziging bommenregeling pm Decentralisatie-uitkeringen: g. Antillianengemeenten (2010-2013) 82.500 82.500 82.500 82.500 h. Versterking peuterspeelzaalwerk (wetsvoorstel OKE) 210.300 pm pm pm Decentralisatie-uitkeringen (voorheen BDU-SIV middelen): i. Bodemsanering (vervolg ISV) t/m 2014 412.000 412.000 412.000 412.000 j. Maatschappelijke opvang/OGGZ/VB (aanvulling) 262.000 262.000 262.000 262.000 k. Jeugd (voorheen VSV) 207.400 207.400 207.400 207.400 l. Veiligheid en leefbaarheid 1.255.100 865.500 pm pm Integratie-uitkeringen: m. WMO 183.000 183.000 183.000 183.000 Totaal 3.072.700 2.417.300 1.614.800 1.614.800
Opmerking: Gemeentefondsgelden (waaronder decentralisatie-uitkeringen) zijn voor gemeenten vrij besteedbare gelden. Wel hebben de toevoegingen via een decentralisatie-uitkering tot doel om gehele of gedeeltelijke bekostiging van bepaalde taken mogelijk te maken. Toelichting taakmutaties: Een aantal mutaties is een vervolg op eerdere verrekeningen via het gemeentefonds. De hier vermelde bedragen betreffen de aanvullingen vanaf 2010. Ad a Pakketmaatregel AWBZ: Als gevolg van de vorig jaar door het rijk vastgestelde AWBZ-pakketmaatregelen, o.a. schrappen van aanspraken op de AWBZ, zal de hulpvraag bij de gemeenten toenemen. De gemeenten ontvangen hiervoor via het gemeentefonds compensatie. Ad b Versterking toezicht en handhaving kwaliteit gastouderopvang: Per 1 januari zal het stelsel van gastouderopvang worden herzien. Dat heeft ook gevolgen voor het toezicht op en de handhaving van de kwaliteit van de gastouderopvang. Zo zal de GGD rechtstreeks toezicht houden op individuele gastouders in plaats van alleen op gastouderbureaus. Over de toevoeging aan het gemeentefonds vanaf 2011 vindt nog nadere besluitvorming plaats. Ad c Toezicht en versterking kwaliteit peuterspeelzaalwerk: In het kader van de landelijke kwaliteitseisen peuterspeelzalen wordt de verantwoordelijkheid voor toezicht en handhaving bij de gemeenten en GGD’s gelegd. Tevens worden middelen toegevoegd voor het toezicht op voorschoolse opvang. Het geheel is onder voorbehoud van parlementaire behandeling. Ad d Gemeentelijke lijkschouwer bij melding euthanasie: De vergoeding aan gemeentelijke lijkschouwers voor het invullen van het wettelijk verplicht meldingsformulier gaat van het ministerie van justitie over naar het gemeentefonds. Ad e Overheveling uitvoering WWB 65+ : Met ingang van 1-1-2010 gaat de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de WWb 65+ van de gemeenten over naar de Sociale Verzekeringsbank. De SVB neemt de uitvoering over van alle gemeenten, waardoor één loket ontstaat voor (onvolledig) AOW en WWB 65+. Dit heeft tot gevolg dat de compensatie voor de uitvoeringskosten uit het gemeentefonds wordt onttrokken. Opmerking: Omtrent de hoogte van de onttrekking heeft de VNG bezwaar aangetekend. Ad f Bommenregeling: Per 1 oktober 2009 wordt/is het Bijdragebesluit kosten opsporing en ruiming conventionele explosieven Tweede Wereldoorlog 2006 ingetrokken. Vanaf 2010 loopt de financiering via het gemeentefonds. De bijdrage per gemeente wordt afhankelijk van het aantal nieuwbouwwoningen bepaald.
238
programmabegroting 2010
tlaveren
Ad g
Ad h
Ad i
Ad j Ad k
Ad l
Ad m
Bij de komende meicirculaire zal de bijdrage over 2010 worden bekendgemaakt. Gemeenten die niet onder de maatstaf nieuwbouwwoningen vallen kunnen een beroep doen op een suppletie-uitkering. Het intrekken van het bijdragebesluit per 1 oktober 2009 betekent dat na 1 oktober geen declaraties meer ingediend kunnen worden bij de Dienst regelingen, ook niet als het project daar al is aangemeld. Antillianengemeenten: Voor het terugdringen van de oververtegenwoordiging van de Antilliaans-Nederlandse jongeren bij voortijdig schoolverlaten, jeugdwerkloosheid, overlast en criminaliteit wordt t/m 2013 een bijdrage via het gemeentefonds ontvangen. In de periode 2014 t/m 2017 wordt de bijdrage afgebouwd, Versterking peuterspeelzaalwerk (wetsvoorstel OKE): Het doel van het wetsvoorstel OKE (Ontwikkelkansen door Kwaliteit en Educatie) is om voor jonge kinderen in peuterspeelzalen en kindercentra een veilige, stimulerende omgeving te creëren waarbij medewerkers in staat zijn om een risico op een taalachterstand te signaleren en effectief aan te pakken. Afhankelijk van de parlementaire behandeling zal het wetsvoorstel 1 augustus 2010 ingaan. Onduidelijk is nog of deze compensatie extra is ten opzichte van voorgaande jaren of in de plaats komt van de huidige GSB bijdrage. Dit wordt nog nader onderzocht. Bodemsanering: Met ingang van 1-1-2010 wordt het bodemsaneringsbudget via het gemeentefonds uitgekeerd aan de gemeenten in het kader van: • een decentralisatie-uitkering Bodem in het provincie- en gemeentefonds • het investeringsbudget stedelijke vernieuwing (ISV) o.g.v. Wet stedelijke vernieuwing (wsw). Met de middelen vanuit het gemeentefonds kunnen de gemeenten de beleidsafspraken uit het met het rijk gesloten convenant uitvoeren. Maatschappelijke opvang: Het in de begroting 2010 opgenomen bedrag ad € 7,4 mln. wordt met € 262.000 verhoogd als gevolg van inflatiecorrectie. Jeugd (voorheen VSV): Vanaf 2010 worden middelen voor het preventieve lokale jongerenbeleid gefaseerd aan het gemeentefonds toegevoegd via de decentralisatie-uitkering Jeugd. In 2010 worden de gelden voor het tegengaan van voortijdig schoolverlaten (voorheen via de GSB) toegevoegd. Veiligheid en leefbaarheid. Dit betreft de (gedeeltelijke) voortzetting van de huidige BDU SIV bijdrage, waarvoor is afgesproken (rijk-VNG) dat de gemeenten en het rijk zich in 2010 en 2011 maximaal inspannen om de veiligheidsdoelstellingen uit het Bestuursakkoord te realiseren met een focus op de reductie van sociale overlast en fysieke verloedering. Afgesproken is dat elk van de gemeenten bij het rijk aangeeft welke vijf specifieke maatregelen zij in 2010 en 2011 inzet om overlast en verloedering te verminderen. Daarnaast houden de gemeenten in het voorjaar 2010 en 2011 een gezamenlijke schoonmaakdag in het kader van de aanpak van de fysieke verloedering. WMO: De verhoging van de integratie-uitkering WMO ad € 183.000 betreft voor € 40.000 de compensatie voor de dure woningaanpassing. (De specifieke rijksbijdrage hiervoor is vervallen.). Het restant ad € 143.000 heeft betrekking op hulp bij huishouden en is het saldo van de toevoeging op grond van de AWBZ-pakketmaatregel (€ 25 mln. landelijk) en een onttrekking in verband met inflatiebijstelling.
programmabegroting 2010
239
tlaveren
Bijlage 4 Overzicht reserves en voorzieningen Reserves Reserve
Stand per 1-1-2010
rente
Toevoegingen overige
Onttrekkingen
Stand per 31-12-2010
0
0
0
14.250.830
343.906
187.895
21.714.000
10.869.917
180.000
456.517
Algemene reserves C01 Algemene concernreserve
14.250.830
Totaal algemene reserves
14.250.830
14.250.830
Bestemmingsreserves Concernstaf C03 Tekortdekking C04 Egalisatiereserve BCF C05 Bestedingsplan / MIB C06 Afkoop regelingen LVS/WI
531.801 0
0
C50 Nog uit te voeren werken concernstaf
0
R50 Nog uit te voeren werken Raad
55.702
C51 Garantieverplichtingen personeel
49.024
Totaal Concernstaf
4.972.000
636.517
C10 Bedrijfsvoeringsreserve directie
C52 Bedrijfsvoeringsreserve concernstaf
0
27.611.917
0 0 2.255
25.000
30.702
8.500
42.779
0 28.884.961
0 2.255
4.972.000
22.271.406
11.587.810
Brandweer B50 Nog uit te voeren werken brandweer
0
B52 Bedrijfsvoeringsreserve brandweer
0
Totaal Brandweer
0
0 0 0
0
0
0
Advies en Faciliteiten A01 ICT investeringen
664.899
290.000
933.652
21.247
A02 Onderhoud panden gemeentelijke organisatie
279.008
987.656
1.027.679
238.985
47.471
0
A03 Reserve dekking kapitaallasten
45.383
2.088
A50 Nog uit te voeren werken A&F
0
0
A50 Tijdelijke huisvestingslasten
0
0
A52 Bedrijfsvoeringsreserve A&F
0
Totaal Advies en Faciliteiten
989.290
0 2.088
1.277.656
2.008.802
260.232
158.242
85.739
Publiekszaken P01 Begraafplaatsen
243.981
P02 Verkiezingen
90.062
124.100
130.300
83.862
P03 WOZ taxaties
160.206
465.300
725.721
-100.215
P04 Egalisatiereserve rijbewijzen/eigen verkl.
185.844
P50 Nog uit te voeren werken publiekszaken P51 Rechtspositionele verplichtingen P52 Bedrijfsvoeringsreserve publiekszaken Totaal Publiekszaken
185.844
0 231.423
0 10.645
36.669
205.399
1.050.932
460.629
0 911.516
0 10.645
589.400
Ontwikkeling O01 Vastgoed O03 Grote Podiumaccommodatie
540.694
460.000
13.932.898
575.000 640.913
758.579
13.815.232
35.925
250.000
566.894
O04 Stimuleringsreserve podiumkunsten
780.969
O05 Onderhoud wijk- en buurtcentra
301.654
O06 Onderhoud sportaccommodaties
1.162.894
425.694
223.726
300.000
1.654
607.254
779.366
45.952
143.758
O07 Wachtgelden Muzerie
189.710
O08 Ecodrome
158.637
7.297
68.283
97.651
7.858.368
361.485
595.779
7.624.074
O09 Dekking kapitaallasten econ.investeringen O20 Toekomstige exploitatie gronden 240
pm programmabegroting 2010
0
tlaveren
Reserve O21 Stadsuitleg O22 Receatieve voorzieningen O23 Parkeren (vh Bereikbaarheidsfonds) O24 Stimuleringsfonds volkshuisvesting O25 Hoofdinfrastuctuur Stadshagen (HIS) O26 Bestemmingsplannen
Stand per 1-1-2010
Toevoegingen rente
4.090.005
overige
Onttrekkingen
Stand per 31-12-2010
2.202.170
5.182.000
1.110.175
299.682 3.719.798
1.961.000
3.208.612 24.382.867
299.682
0
1.467.000
4.213.798
11.100.000
17.504.479
40.190 1.121.612
3.100.000
3.248.802
1.203.238
405.000
939.658
668.580
O27 Onderhoud verhuurde panden
646.938
1.842.632
1.955.359
534.211
O28 Openbaar vervoer
284.649
270.000
270.000
284.649
O29 Decentralisatiefonds stadsvernieuwing
634.774
600
634.174
O30 Onderhoud huisvesting gem.personeel
664.458
478.413
765.233
377.638
12.056
338
12.394
0
699.511
134.000
653.511
180.000
5.890.623
3.600.000
7.461.974
2.028.649
O31 Nationaal RestauratieFonds (NRF) O50 Nog uit te voeren werken ontwikkeling sociaal O50 Nog uit te voeren werken ontw. fysiek/econ. O51 Rechtspositionele verplichtingen
0
0
O52 Bedrijfsvoeringsreserve Ontwikkeling
0
0
Totaal Ontwikkeling
70.697.341
2.167.232
14.683.163
33.273.952
54.273.784
460.367
1.287.706
3.641.872
84.887
5.541.821
388.800
525.000
756.906
Wijkzaken W01 Egalisatiefonds afvalstoffenheffing
4.469.211
W02 Egalisatiereserve rioleringen
5.626.708
W03 Civiele infrastructuur
893.106
W04 Kapitaallasten wagenpark
100.000
W05 Onderhoud onderkomens
93.268
55.100
55.100
93.268
W06 Onderhoud Wythmenerplas
205.231
32.071
29.203
208.099
W07 Onderhoud Kleine Veer
120.649
10.856
W08 Gronddepot Anth. Fokkerstraat
229.235
W09 Dekking kapitaallasten Morsestraat 9-13
332.743
W50 Nog uit te voeren werken wijkzaken W52 Bedrijfsvoeringsreserve wijkzaken Totaal Wijkzaken
100.000
131.505 229.235
15.306
21.694
326.355
0
0
121.135
121.135
12.191.286
15.306
947.194
2.003.590
11.150.196
164.263
100.000
10.235
0
174.498
260.334
2.868.600
169.060
2.699.540
25.000
25.000
0
200.000
200.000
Expertise centrum E50 Nog uit te voeren werken expertisecentrum E51 Rechtspositionele verplichtingen EC
264.263 9.785
E52 Bedrijfsvoeringsreserve expertisecentrum
160.334
Totaal Expertisecentrum
434.382
450
160.334 450
0
Sociale Zaken en Werkgelegenheid S01 Inkomensdeel WWB S02 Werkgelegenheid S03 Wet Inburgering Nieuwkomers S04 WMO
1.063.086
S50 Nog uit te voeren werken SZW
931.269
S51 Rechtspositionele verplichtingen SZ
162.982
S52 Bedrijfsvoeringsreserve SZW Totaal Soc. Zaken en Werkgelegenheid Totaal bestemmingsreserves
0 1.063.086
7.497
618.848
312.421
48.025
122.454
0
0
5.250.937
7.497
0
1.060.933
4.197.501
119.359.713
2.205.473
22.469.413
61.844.113
82.190.486
2.205.473
22.469.413
61.844.113
116.441.316
Stelpost: Inschatting hogere reservering ogv jaarrekening Totaal reserves
20.000.000 153.610.543
20.000.000
Waarvan belegd bij derden: O24 Stimuleringsfonds volkshuisvesting O31 Nationaal RestauratieFonds (NRF) Totaal voorzieningen Totaal generaal
3.208.612
40.190
12.056
338
12.394
0
3.375.316
175.737
880.748
2.670.305
22.645.150
62.724.861
119.111.621
156.985.859 programmabegroting 2010
2.205.473
3.248.802
241
tlaveren
Voorzieningen Voorziening A. Voorzieningen als passivaposten: Concernstaf C70 Rechtspositionele verplichtingen concernstaf C71 Rechtspositie raadsleden Totaal Concernstaf
Stand per 1-1-2010
Toevoegingen Onttrekkingen
Stand per 31-12-2010
87.211 15.359 102.570
2.616 44.484 47.100
13.000 67.000 80.000
76.827 -7.157 69.670
Advies & Faciliteiten A70 Bijdrage v/m personeel A71 Rechtspositionele verplichtingen concern Totaal Advies & Faciliteiten
16.500 1.321.919 1.338.419
39.658 39.658
9.000 500.000 509.000
7.500 861.577 869.077
Ontwikkeling O71 Zuiderzeehaven O72 Grondwatersanering NS emplacement Totaal Ontwikkeling
389.772 1.544.555 1.934.327
17.929 71.050 88.979
41.748 250.000 291.748
365.953 1.365.605 1.731.558
Totaal voorzieningen passivaposten
3.375.316
175.737
880.748
2.670.305
B. Voorzieningen in mindering op activa posten 1. Voorzieningen met rentecompensatie: O90 Algemene voorziening Vastgoed Totaal voorzieningen met rentecompensatie
55.005.853 55.005.853
2.750.293 2.750.293
0
57.756.146 57.756.146
2. Voorzieningen zonder rentecompensatie: S90 Risico oninbaar schuldhulpverlening S91 Risico oninbaar bijstandsleningen O91 WRZV P90 Dubieuze debiteuren S92 Risico oninbaar bijstandsvorderingen Totaal voorzieningen zonder rentecompensatie
0 584.391 258.122 174.400 6.827.665 7.844.578
220.000
260.000
100.000 2.800.000 3.120.000
125.000 2.300.000 2.685.000
0 544.391 258.122 149.400 7.327.665 8.279.578
Totaal voorzieningen activaposten
62.850.431
5.870.293
2.685.000
66.035.724
Totaal voorzieningen
66.225.747
6.046.030
3.565.748
68.706.029
242
programmabegroting 2010
tlaveren
Bijlage 5 Uitkomsten doorlichting reserves en voorzieningen I
Kaders en gehanteerde werkwijze.
De doorlichting heeft primair als doel te bepalen of het geld dat aanwezig is in de beschikbare reserves en voorzieningen volledig nodig is voor realisering van de door de raad en het college vastgelegde reserveringsdoelen. Voor zover de conclusie kan worden getrokken dat geld in een reserve aanwezig is dat niet nodig is voor het oorspronkelijk afgesproken reserveringsdoel stellen wij voor om dat geld er uit te halen en toe te voegen aan de algemene middelen. Bij de doorlichting van reserves wordt verder toegezien op de naleving van de vastgestelde reserveringskaders en op het realiteitsgehalte van uitgaaffaseringen. Bestemmingsreserves De volgende toetsingscriteria zijn gehanteerd voor behoud van reserveringen: a. er moet een raads- of collegebesluit liggen waarin expliciet is vastgelegd voor welk doel destijds is gereserveerd. De reservering is doelgebonden. b. dat doel moet nog onverkort actueel zijn. Er kan dus niet zonder raads- of collegebesluit een andere bestemming worden gegeven aan gereserveerde gelden. Binnen de categorie bestemmingsreserves is de toetsing – evenals in de begroting 2009- met name gericht geweest op openstaande reserveringen in verband met nog uit te voeren werken, met daarbij bijzondere aandacht voor posten die al 3 jaar of langer in de reserves zitten zonder dat het tot besteding is gekomen. Voorzieningen T.a.v. voorzieningen is de algemene lijn dat een eventueel aanwezig surplus ten opzichte van de berekende verplichtingen vrijvalt ten gunste van de algemene middelen (omgekeerd kan het nodig zijn voorzieningen met een tekort aan te vullen vanuit de algemene middelen). Algemene concernreserve De beoordeling van deze reserve vormt onderdeel van de risico afweging zoals weergegeven in de afzonderlijke weerstandsparagraaf. In het vervolg van deze bijlage laten wij deze reserve verder buiten beschouwing.
II
Voorstellen
Reserves nog uit te voeren werken Uit de doorlichting is gebleken dat bij toepassing van de bovengenoemde toetsingscriteria een bedrag ter grootte van € 95.000 uit de aanwezige reserves kan vrijvallen. Van dit bedrag is de volgende specificatie te geven: • uit de reserve “nog uit te voeren werken sociaal” kan € 72.000 vrijvallen in verband met verwerkte rentetoevoegingen die niet nodig zijn voor realisering van de opgenomen bestedingsposten. • uit de reserve “nog uit te voeren werken wijkzaken” kan € 23.000 vrijvallen. Dit bedrag was oorspronkelijk gereserveerd voor ruilverkaveling Salland West. Daarvoor is het niet meer nodig. Het voorstel is om het onttrokken bedrag ter grootte van € 95000 toe te voegen aan de reserve Meerjarige Investeringen en Bestedingen (MIB). Reserve stadsvernieuwing In deze reserve zit per 1 januari 2010 naar verwachting nog een bedrag ad € 630.000 waarvoor nog geen bestedingsbesluit is genomen. Wij stellen voor dit bedrag in deze reserve te houden en te oormerken voor te maken kosten als vervolg op de 11 mei jl door de raad vastgestelde ontwikkelingsvisie Diezerpoort.
programmabegroting 2010
243
tlaveren
Bijlage 6 Overzicht van de voorgestelde bezuinigingen in de begroting 2010 Programma´s
Bedrag bezuiniging (in € 1000) Welzijn, volksgezondheid en zorg 49 Cultuur 140 Sport 34 Inburgering en integratie 4 Onderwijs en Jeugd 76 Volksgezondheid en zorg 75 Openbare orde en veiligheid 9 Brandweer 77 Dynamiseren Economie 16 Toename arbeidsparticipatie 5 Bijstandsverl. en armoedebestrijding 14 Volkshuisvesting 8 Groen 3 Alg mobiliteitsbeleid en bereikbaarheid 6 Duurzaamheid/Milieu 24 Integraal beheer openbare ruimte 218 Ruimtelijke plannen 22 Raad en raadsgriffie 18 Intensivering communicatie 13 Leefbaarheid en wijkgericht werken 21 Publieke dienstverlening 16 Kwaliteit van bedrijfsvoering 92 Exploitatie gronden en vastgoedbeheer 31 Financiering en alg. dekkingsmiddelen 25 Totaal van de bezuinigingen 996 Korte toelichting op de voorstellen
Welzijn, volksgezondheid en zorg (€ 49000) De invulling van deze taakstelling ad € 49000 vindt plaats door het korten op de toegekende inflatie compensatie voor diverse subsidies en bijdragen. Dit geschiedt in overleg met betrokken instellingen en organisaties. Cultuur (€ 140000) De invulling van deze taakstelling ad € 140000 vindt plaats door het korten op de toegekende inflatie compensatie voor diverse subsidies en bijdragen. Dit geschiedt in overleg met betrokken instellingen en organisaties. Sport (€ 34000) Het onderhoudsbudget voor buitensportaccommodaties wordt verlaagd met ca € 10000. De invulling van het resterende deel van de taakstelling vindt plaats door het korten op de toegekende inflatie compensatie voor diverse subsidies en bijdragen. Dit geschiedt in overleg met betrokken instellingen en organisaties.
244
Inburgering en integratie (€ 4000) Wordt ingevuld door het afromen van het budget “overige kosten”. Onderwijs (€ 76000) De invulling van deze taakstelling ad € 76000 vindt plaats door het korten op de toegekende inflatie compensatie voor diverse subsidies, bijdragen en budgetten. Dit geschiedt in overleg met betrokken instellingen en organisaties. Volksgezondheid en zorg (€ 75000) Het budget voor WMO-pilots wordt met ca 25% verlaagd; dat bespaart ca € 40000. De invulling van het resterende deel van de taakstelling vindt plaats door het korten op de toegekende inflatie compensatie voor diverse subsidies en bijdragen. Dit geschiedt in overleg met betrokken instellingen en organisaties. Openbare orde en veiligheid (€ 9000) De invulling van dit bedrag is gevonden door het aantal PC´s dat voor calamiteiten beschikbaar is te verminderen. Brandweer (€ 77000) Een deel van de taakstelling wordt in 2010 ingevuld met incidentele maatregelen: € 16000 door eenmalige beperking van het onderhoud van brandkranen en ruim € 17000 door incidentele besparingen voortvloeiend uit de pilot “ zes op een uitruk”. Deze incidentele oplossingen worden in 2011 structureel vervangen door een verwachte reductie van de toeslagen voor onregelmatige dienst; eventuele structurele besparingen voortvloeiend uit de pilot (afhankelijk van de uitkomsten) en/of via nadere beleidsaanpassingen. Het resterende deel van de taakstelling (ca € 44000) wordt in 2010 structureel ingevuld door: • Terugdringen overwerk repressief brandweerpersoneel (€ 10000) • Hoger opbrengst uit verhuur van het oefengebouw (€ 10000) • Verlaging budget voor inhuur communicatie (ca € 14000) • Het sluiten van de post Berkum (€ 10000). Dynamiseren economie (€ 16000) De invulling geschiedt door de diversen budgetten binnen dit programma iets te verlagen, naar rato van het aandeel in het totale programmabudget. Toename arbeidsparticipatie (€ 5000) Het budget voor kinderopvang wordt met € 5000 gekort Bijstandsverlening en armoedebestrijding (€ 14000) De Sociale Verzekeringsbank wordt ingezet bij de uitvoering van de WWB 65+. Hierdoor zullen de gemeentelijke uitvoeringskosten lager uitkomen dan het bedrag dat hiervoor in het actieplan armoedebestrijding is opgenomen.
programmabegroting 2010
tlaveren
Volkshuisvesting (€ 8000) Dit bedrag wordt ingevuld door een verlaging van het budget voor inhuur met € 5000 en het budget voor “niet declarabele voorgeschoten kosten” met € 3000. Groen (€ 3000) Het budget voor inhuur wordt met € 3000 verlaagd, hetgeen kan leiden tot een geringe vertraging in de planvoorbereiding voor beekherstel Westerveldse Aa. Mobiliteitsbeleid en bereikbaarheid (€ 6000) Dit bedrag wordt ingevuld door een aanpassing van het adviesbudget met € 6000. Duurzaamheid en milieu (€ 24000) De invulling is gevonden door verlaging van budgetten voor (externe) adviezen. Integraal beheer openbare ruimte (€ 218000) De invulling van dit bedrag heeft plaatsgevonden door de beschikbare budgetten voor beheer en onderhoud (grijs en groen) over de gehele linie iets te verlagen. Het is de inzet om deze budgetkortingen zoveel mogelijk op te vangen zonder aantasting van kwaliteit, met name door het realiseren van voordelen in de sfeer van inkoop en efficiency. Ruimtelijke plannen (€ 22000) Het beschikbare budget voor ruimtelijke plannen wordt taakstellend met € 22.000 verlaagd vooral op het onderdeel “overige visies en plannen”. Raad en griffie (€ 18000) Het voorstel van de griffie is om de budgetten van de raad zowel als van de griffie over de gehele linie taakstellend te verlagen met € 18000. De exacte invulling is/wordt besproken in het presidium. Intensivering communicatie (€ 13000) De bezuiniging wordt gerealiseerd door het maken van scherpere prijsafspraken wat betreft de gemeentegids en de huisaan-huis pagina en daarnaast door het aantal deelnemers aan buitenlandse bezoeken te beperken.
Wijkgericht werken en leefbaarheid (€ 21000) Het grootste deel van deze taakstelling (€ 17000) wordt ingevuld door een meer realistische raming van het aantal op te stellen wijkanalyses (in de praktijk is het feitelijk aantal analyses altijd lager dan geraamd). Dit in combinatie met een kostenverlaging van het analyse- onderdeel wijkbeschrijving (versobering en meer gebruik maken van reeds bestaande monitorgegevens). Het resterende deel ad € 4000 wordt ingevuld door een verlaging van het adviesbudget. Publieke dienstverlening (€ 16000) Invulling van deze taakstelling is mogelijk doordat de kosten voor inburgeringsceremonie lager uitvallen (€ 4000) en door een verlaging van het budget “externe kosten” van het Informatiecentrum (€ 7000). Daarnaast vindt er een taakstellende verlaging plaats van het budget voor geo informatie (€ 5000). Kwaliteit van bedrijfsvoering ( € 92000) Diverse budgetten op het terrein van bedrijfsvoering worden verlaagd. Het gaat daarbij om beschikbare budgetten voor arbeidsvoorwaarden (€ 35000); onderzoek en statistiek (€ 20000) burgerjaarverslag (€ 10000); ICT adviezen (€ 10000); opleidingen (€ 10000) en enkele kleinere budgetverlagingen met een totaalbedrag van € 7000. Vastgoedbeheer (€ 31000) De in de begroting 2010 reeds opgenomen afdracht ad €115000 vanwege verkoopresultaten van af te stoten panden zal structureel worden opgehoogd met € 31000. T/m 2014 is daarmee sprake van een totaalbedrag aan taakstellende afdracht van € 146000 jaarlijks. Op basis van eerdere besluitvorming vervalt ingaande 2015 € 100000 van de opgenomen taakstellende afdracht. Financiering en algemene dekking (€ 25000) Deze taakstelling wordt ingevuld door een korting van € 25000 op het budget voor externe inhuur t.b.v. de afhandeling van WOZ bezwaren. Dit is mogelijk door de vermindering van het aantal bezwaren.
programmabegroting 2010
245
tlaveren
Bijlage 7 Prestatieafspraken 1. In 2009 is de definitieve geclusterde voorziening voor dagen nachtopvang voor dak- en thuislozen gerealiseerd. Bonjour als tijdelijke voorziening is uiterlijk in 2009 gesloten. Dit dossier blijkt complex van aard te zijn. Het was dan ook te optimistisch om te streven naar realisatie van de geclusterde voorziening in 2009. In november wordt het definitieve voorstel aan de raad voorgelegd. Daarna kan medio 2010 met de sanering worden begonnen. Volgens planning zal dan het totale complex aan de Burgemeester Roelenweg begin 2013 gereed kunnen zijn. Dientengevolge blijft Bonjour in 2011 op de huidige locatie open. Voor de voorziening aan de Pannekoekendijk wordt een alternatieve locatie gezocht. 2. In 2008 is de voorziening voor daklozenopvang de Herberg, een aanvulling op de ketenopvang op een definitieve plek gerealiseerd. De bouw van de nieuwe Herberg aan de Nijverheidstraat is begonnen. De opening wordt in november 2009 verwacht. 3. In overleg met de Vrijwilligerscentrale wordt geïnventariseerd welke maatregelen nodig zijn om het vrijwilligerswerk te versterken. Dit leidt in 2007 tot een plan van aanpak met concrete prestaties. Het actieprogramma Vrijwilligerswerk 2006-2009 wordt uitgevoerd. Het project ‘Niet Leuker, Wel Makkelijker’ is met een succesvolle landelijke conferentie afgerond. Er is een rapport over wet- en regelgeving rond vrijwilligerswerk verschenen met daarop gebaseerd een handboek dat landelijk goed is ontvangen. Tevens is een vrijwilligerstoets ontwikkeld en is het bestedingsplan Informele Zorg 2008 vastgesteld. Bovendien is de structurele subsidiëring van de stichting Present gerealiseerd. 4. Na de invoering van de Wmo is in 2009 85 procent van de klanten die gebruik maken van individuele voorzieningen tevreden over de manier waarop de wet wordt uitgevoerd. In 2008 is door Zwolle opnieuw deelgenomen aan de landelijke benchmark (SGBO) waaruit blijkt dat ruim 90 procent van klanten aangeeft dat de ondersteuning voldoet aan de verwachting en tevreden is over de manier waarop de wet wordt uitgevoerd. 5. In 2009 maakt iedere jongere tot 23 jaar zonder baan gebruik van een werkervaringsplaats (stage) of participatieproject. In het kader van voortijdig schoolverlaten zijn verschillende extra maatregelen genomen, zoals doorstroom VMBOMBO, Zorg- en Adviesteams in het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs, mentoring en inzet van Rebound. Via ons lokaal jongerenpunt werken wij met partners samen om enerzijds te voorkomen dat jongeren uitvallen en anderzijds om te zorgen dat ze zo spoedig mogelijk aan een opleiding of werk worden geholpen. Alle jongeren met een
246
Wwb-uitkering zijn in beeld en worden begeleid of zitten in een traject voor scholing, werk of zorg. Continuering van deze prestatieafspraak moet bezien worden in het licht van de economische ontwikkelingen 6. In 2006 hebben we de gevolgen van de reductie van de gesubsidieerde banen in beeld en is duidelijk hoe we hier na 1 januari 2008 mee omgaan. Medio 2007 is een evaluatie in de raad behandeld en is besloten deze banen niet verder af te bouwen. 7. In 2008 worden de maatregelen tegen armoedebestrijding optimaal benut. Omdat maatwerk voor betrokken burgers van essentieel belang is, wordt voor tenminste twee armoedebestrijdingregelingen de werking verbreed via categorale toekenning. De kadernota armoedebestrijding ‘Van Kwetsbaar naar Weerbaar’ is in 2007 vastgesteld. Het armoedebeleid richt zich op het aanpakken van de oorzaken van armoede. Dit gebeurt via twee lijnen: het versterken van de weerbaarheid en het verlenen van gerichte inkomensondersteuning. Belangrijk onderdeel bij de armoedebestrijding is de schuldhulpverlening. De maatregelen uit de nota armoedebestrijding worden uitgevoerd. Kortheidshalve wordt hiervoor verwezen naar de concernrekening 2008. Wij zijn inmiddels begonnen met de vernieuwing van de schuldhulpverlening die gericht is op het bereiken van meer burgers en op een grotere resultaatgerichtheid. Eind 2007 zijn we begonnen met de uitwerking en uitvoering van de maatregelen uit de nota armoedebestrijding. Bovendien is veel aandacht besteed aan het verkrijgen van inzicht in de doelgroepen. Hiertoe is in 2008 een nulmeting verricht. Daarnaast is het actieplan Wajong in uitvoering. Met de koppeling van de langdurigheidtoeslag en de bijzondere bijstand wordt een grotere groep in het kader van de armoedebestrijding bereikt. 8. In 2009 heeft de gemeente een digitaal ondernemersloket. De doelstelling van het digitaal bedrijvenloket hebben we gehaald. Het digitaal bedrijvenloket binnen Zwolle is verder vervolmaakt. Belangrijkste project hierbij is ´Mijn bedrijvenloket´. Wij verwachten dat in november 2009 ondernemers via een persoonlijke internetpagina direct kunnen inloggen bij de gemeente. 9. Eind 2006 zijn prestatieafspraken gemaakt met de woningcorporaties voor de periode tot en met 2009 over onder andere budgetten voor leefbaarheid in de bestaande wijken en nieuwbouw (woonzorgzones, woningbouwproductie en jongerenhuisvesting). Deze prestatieafspraak wordt per jaarschijf geëvalueerd en geactualiseerd.
programmabegroting 2010
tlaveren
10. Begin 2007 wordt een integrale keuze gemaakt over de mogelijke in- en uitbreidingslocaties na Stadshagen II, zoals die in het structuurplan benoemd zijn. In 2008 is het Structuurplan door de raad vastgesteld. Dit heeft nog niet geleid tot de keuze van een uitbreidingslocatie. Er zullen een aantal onderzoeken worden uitgevoerd teneinde uiterlijk in 2012 de integrale keuze te kunnen maken. Deze onderzoeken zijn opgenomen in het uitvoeringsprogramma Structuurplan. De locaties voor inbreiding zijn eveneens in het Structuurplan opgenomen. We hebben de raad tevens voorgesteld om een visie op de schil rond de binnenstad te maken. Met deze visie zijn de ontwikkelingen beter te sturen en te faseren. Bovendien krijgt de onderlinge samenhang nadrukkelijk de aandacht. 11. Jaarlijks worden in deze bestuursperiode achthonderd woningen aan de bestaande woningvoorraad toegevoegd. Daarnaast worden minimaal honderd woningen per jaar geschikt gemaakt of nieuw gebouwd voor senioren. Tot eind 2008 lagen wij met deze prestatieafspraak op schema. Door de kredietcrisis is deze afspraak in een ander daglicht komen te staan. 12. Medio 2006 is het beleidsplan luchtkwaliteit gereed. Het luchtkwaliteitsplan is gereed en is in twee delen tot stand gekomen. In 2006 heeft een knelpunteninventarisatie plaatsgevonden tot het jaar 2020 en zijn contouren geformuleerd voor het uiteindelijke, tweede deel van het luchtkwaliteitsplan. Dit tweede deel beschrijft de concrete activiteiten die uitgevoerd gaan worden tot 2012 en die moeten leiden tot een verdere verbetering van de luchtkwaliteit in Zwolle. Dit tweede deel is in 2007 door de raad vastgesteld. 13. Eind 2008 hebben meerdere wijken met een wijkbudget kunnen experimenteren. Daarna wordt voor alle wijken duidelijkheid gegeven over hoe de zeggenschap ten aanzien van de wijkbudgetten in Zwolle geregeld is. De wijkbudgetten zijn structureel geregeld. Bovendien gaat van de beschikbaar gestelde Vogelaargelden een extra impuls uit. De raad ontvangt periodiek informatie over de wijkbudgetten-verkiezingen.
speler in de Zwolse sportwereld. Op basis van de ontwikkelingsvisie is gekozen voor een gefaseerde doorontwikkeling. Op korte termijn richten wij ons op het bestendigen van de huidige situatie waarbij bestaande taken en verantwoordelijkheden gestructureerd, geformaliseerd en vastgelegd worden. Op de middellange termijn is de aandacht gericht op samenhang en structuur in de namens de gemeente uitgevoerde taken en de organisatie in het veld. Daarna is het perspectief de doorontwikkeling tot een sportbedrijf/sporthuis. 15. Het haalbaarheidsonderzoek naar de toekomst van de Zwolse overdekte zwembaden is in 2006 gereed. In 2007 heeft de raad een principebesluit genomen over het nieuwe zwembad. In oktober 2009 heeft finale besluitvorming plaatsgevonden. De start van de bouw van het hoofdbad wordt voorzien in het tweede kwartaal van 2011. 16. FC Zwolle stadion. Het stadion is inmiddels in gebruik genomen. 17. In 2009 is een uitbreiding voor Hedon gerealiseerd. Begin november 2009 ontvangt de raad een locatieonderzoeksrapport met betrekking tot Hedon. 18. In 2009 zijn de maatregelen aan de Ceintuurbaan gerealiseerd waarmee de doorstroming is verbeterd. Mede door de financiële toezeggingen van Rijk en Provincie kan de Ceintuurbaan in 2012 gereed zijn. 19. In 2009 is de financiering voor de hoofdinfrastructuurStadshagen rond. De financiering van de hoofdinfrastructuur Stadshagen is grotendeels rond. 20. In 2008 is aansluitend op de voorstadhaltes Stadshagen en Voorsterpoort een plan ontwikkeld voor een hoogwaardige openbaar-vervoerverbinding tussen Voorsterpoort, binnenstad en station. Besluitvorming heeft inmiddels plaats gevonden over de Kamperlijn en de genoemde voorstadhaltes. De uitvoering vindt tussen 2010 en 2012 plaats.
14. In 2008 is het huidige sportservicepunt uitgegroeid tot het Zwolse SportService centrum. SportService heeft zich ontwikkeld tot een belangrijke
programmabegroting 2010
247
tlaveren
Bijlage 8 Lijst met afkortingen AB Algemeen Bestuur AMA Alleenstaande Minderjarige Asielzoekers AMW Algemeen Maatschappelijk Werk APV Algemene Plaatselijke Verordening ASS Autisme Spectrum Stoornissen AVO Algemeen Volwassenen Onderwijs AWBZ Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Bbz Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen BCF BTW compensatiefonds BDU Bijzondere Doeluitkering BG Bevoegd gezag BIS BestuursInformatieSysteem BISON Project verglazing onderwijs BLS Besluit Locatie gebonden Subsidies BOR Beheersinstrumentarium Openbare Ruimte BOS Buurt, Onderwijs en Sportvereniging BREZ Bereikbaarheid REgio Zwolle BTW Belasting Toegevoegde Waarde bvo bruto vloeroppervlak BZK Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties CAD Consultatiebureau voor Alcohol en Drugs CBS Centraal Bureau voor de Statistiek CCO Centrale Commissie Oranje CJG Centrum voor Jeugd en Gezin Concilium Overleg gemeente, corporaties, ontwikkelaars en makelaars COSBO Ouderenbond CtC Communities that Care CVO Continu Vakantie Onderzoek CVZ Centrum Voor Zorgverzekeringen CWI Centrum voor Werk en Inkomen DATO Dakloze Asielzoekers Tijdelijke Opvang DDB Duurzaam Dienstenbedrijf Diftar Gedifferentieerd tarief afvalstoffenheffing DigiD Digitale Identiteit ECO Extra Comptabel Overzicht EFRO Europees Fonds Regionale Ontwikkelingen EPODE Ensemble, prevenons l’obesite des enfants (Bestrijding zwaarlijvigheid bij kinderen) ERIS EigendomsRegistratie en InformatieSysteem ESLN Een Spiegel liegt niet EVO Vereniging van en voor verladers, ontvangers en eigen vervoerders, gespecialiseerd in logistiek EZ Economische Zaken FLO Functioneel Leeftijds Ontslag FWI Fonds Werk en Inkomen G27 27 Grote Steden GAP Gemeentelijk AfvalstoffenPlan GBA Gemeentelijke Basisadministratie GBT GebiedsBeheersTeams GFT Groente, Fruit en Tuinafval GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst GGV Gemeenschappelijke Gegevensvoorziening
248
GGZ GPA GPK GPR GPS GR GRP GS GSB GSBIII GVVP HBO HH2/3 HIS HP HRM IBA ICT ILG ILG Ioaw/z ISV KCC KGA KISS KIZ KvK LEA LNV LVS MIB MIP MIT MKB MoMo MOP MPI MPV MTO NICIS NIROV Nniegg NUG OGGZ OHV OPDC OTA OV PGB PM10
programmabegroting 2010
Geestelijke Gezondheidszorg Grote Podium Accommodatie Gehandicaptenkaart Gemeentelijke Praktijk Richtlijn voor Duurzaam Bouwen Global Positioning System Gemeenschappelijke Regeling Gemeentelijk Rioleringsplan (College van) Gedeputeerde Staten Grote Steden Beleid Grote Stedenbeleid 2005 – 2009 Gemeentelijk Verkeers- en VervoersPlan Hoger Beroepsonderwijs Hulp bij het Huishouden ?? prog 6 Hoofd Infra Structuur Stadshagen Hessenpoort Human Resource Management Individueel Behandelingssysteem voor Afvalwater Informatie en communicatie technologie Investering Landelijk Gebied - verwijderen Investeringsbudget Landelijk Gebied Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers Investeringbudget Stedelijke Vernieuwing Klanten Contact Centrum Klein gevaarlijk afval Kennis Instituut Stedelijk Samenwerking (Stichting) Kreatieve Industrie Zwolle Kamer van Koophandel Lokale Educatieve Agenda Landbouw, Natuur en Visserij Leefbaarheid, Veiligheid en Stadseconomie Meerjarige investeringen en bestedingen Meerjarig InvesteringsProgramma Meerjarenprogramma Infrastructuur Midden- en Kleinbedrijf Modernisering Monumentenzorg Meerjarig OntwikkelingsPlan Meerjarig Programma ICT ?? Meerjaren Prognose Vastgoed Medewerkers Tevredenheids Onderzoek Netherlands Institute City Improvement Studies Nederlands Instituut voor Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting Nog niet in exploitatie genomen gronden Niet Uitkerings Gerechtigden Openbare Geestelijke Gezondheidszorg Onderwijshuisvesting Orthopedagogisch Didactisch Centrum On Track Again Openbaar Vervoer Persoonsgebonden Budget Fijn stof
tlaveren
PPN PRB PS PvA PVVP RAAK RBZ RMC RMF RO ROC ROVA RPA RSO RVI RWS SEZZ SHV SMS SMVP SMWDS SpvE SSZ SWOZ SWZ SZW TLN TSC UWV V&W VAC VNG VO VROM VSV
Perspectiefnota Persoonsgebonden Re-integratie Budget Provinciale Staten Plan van aanpak Provinciaal Verkeers- en vervoersplan Regionale aanpak kindermishandeling Regionaal Bureau Zelfstandigen Regionale Meld- en Coördinatiefunctie Regionaal Mobiliteitsfonds Ruimtelijke Ordening Regionaal Opleidingscentrum Regionaal Orgaan voor Afvalverwerking Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid Richtlijnen Sportdeelname Onderzoek Regeling Vrijwillige Inburgering Rijkswaterstaat Stichting Exploitatie Zwolse Zwembaden Schuldhulpverlening Short Message Service Stichting Maatschappij Veiligheid en Politie Samen maken wij de stad Stedebouwkundig programma van Eisen Sport Service Zwolle Stichting Welzijn Ouderen Zwolle Woningcorporatie in Zwolle Sociale zaken en werkgelegenheid Transport en Logistiek Nederland Telefonisch Service Centrum Uitvoeringsinstelling Werknemersverzekeringen Verkeer en Waterstaat Vrouwen Advies Commissie Vereniging voor Nederlandse Gemeenten Voortgezet onderwijs Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Voortijdig schoolverlaten
VTA VVE VWA VWS WABO Wajong
Visual Tree Assessment Voor- en Vroegschoolse Educatie Voedsel en Waren Autoriteit Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten WAO Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering WAZ Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen Wet OKE Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie WEZO Werkvoorzieningsschap Zwolle en Omgeving WI Werkgelegenheidsimpuls WI Wet Inburgering WIA Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen WIJ Wet Investeren In Jongeren WION Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten Wmo Wet maatschappelijke ondersteuning WOZ Wet Onroerendzaakbelasting Wpg Wet Publieke Gezondheid WRO Wet Ruimtelijke Ordening WSNP Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen WSNP Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen. Wsw Wet sociale werkvoorziening WVG Wet Voorziening Gehandicapten WW Werkloosheidswet WWB Wet Werk en Bijstand WWI Wonen, wijken en integratie (onderdeel Ministerie van VROM) Wwik Wet Werk en inkomen kunstenaars ZK/ZKN Zwolle - Kampen Netwerkstad ZSM2 Zichtbaar, Slim, Meetbaar (uitbreiding van de capaciteit van een aantal snelwegen) Zvw Zorgverzekeringswet ZWA Zwolle Werkt Aanpak
programmabegroting 2010
249
tlaveren
Bijlage 9 Begrippenlijst Accres Jaarlijkse groei van de algemene uitkering uit het gemeentefonds, gekoppeld aan de groei van de netto gecorrigeerde rijksuitgaven. Stijgen de rijksuitgaven dan stijgt ook het Gemeentefonds en andersom. Afschrijvinig Jaarlijkse afboeking van een deel van de boekwaarde van een geactiveerd goed. De afschrijving wordt geacht waardevermindering van het actief tot uitdrukking te brengen. De afschrijving wordt ten laste gebracht van de rekening van baten en lasten. Algemene reserve Deel van het eigen vermogen dat dienst doet als weerstandsvermogen en als buffer voor calamiteiten Algemene uitkering Uitkering uit het Gemeentefonds, aan alle gemeenten op basis van algemene verdeelmaatstaven, vastgelegd in de Financiële verhoudingswet, met het karakter van algemene middelen. Balans Overzicht van activa en passiva (bezittingen en schulden) van een organisatie op een bepaald moment. Baten De aanduiding volgens de comptabiliteitsvoorschriften voor de opbrengsten/inkomsten van de gemeente. Begroting Het overzicht van de geraamde (verwachte) baten en lasten in een bepaald jaar, opgezet volgens de comptabiliteitsvoorschriften. Behoedzaamheidsreserve Landelijke reserve binnen het Gemeentefonds die dient om de gevolgen voor de algemene uitkering van sterke fluctuaties in de gecorrigeerde rijksuitgaven op te vangen. Daartoe wordt door het rijk op voorhand een deel van de algemene uitkering landelijk ‘apart gezet’. Op basis van de werkelijke rijksuitgaven wordt bezien of (een deel van) reserve aan de gemeenten wordt uitgekeerd of dat er nog een bijstorting door de gemeenten nodig is. Bestemmingsreserves Deel van het eigen vermogen dat is afgezonderd voor specifieke aangewezen bestemmingen. Budgettair neutraal Een maatregel die de uitkomst van de begroting per saldo niet beïnvloedt.
250
Comptabiliteitsvoorschriften Voorschriften op grond van Koninklijk Besluit voor de inrichting van de gemeentelijke (meerjaren)begroting en rekening. Contractloonstijging Stijging van het inkomen per werknemer als gevolg van een afgesloten collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) Dekkingspercentage Bepaalde gemeentelijke lasten kunnen aan de burger worden doorberekend (b.v. de kosten van de riolering en reiniging); de mate waarin dit gebeurt wordt tot uitdrukking gebracht door het dekkingspercentage. Bij een volledige doorberekening is er sprake van een dekkingspercentage van 100%. Doelmatigheid Verhouding tussen ingezette middelen (kosten) en gerealiseerde doelen (opbrengsten). Egalisatiereserve Een aangehouden genormeerde reserve voor het opvangen van schommelingen in de bedrijfsvoering of tarieven. Financiering De wijze waarop de gemeente in de behoefte aan geld en kapitaal voorziet: het geldbeheer. Uitgaven en inkomsten gaan niet altijd gelijk op en voor investeringen wordt in principe geleend. Daardoor kunnen overschotten of tekorten ontstaan. Op de geld- (kort geld) en kapitaalmarkt (lang geld)wordt dit glad gestreken. Gemeentefonds Landelijke begrotingsfonds onder ministerieel beheer waarin een deel van de opbrengst van de meeste rijksbelastingen wordt gestort. Uit dit fonds worden jaarlijks (algemene) uitkeringen gedaan aan de gemeenten ter dekking van een deel van hun uitgaven. Deze gelden zijn doorgaans vrij besteedbaar. Incidenteel Eenmalig, dat wil zeggen niet jaarlijks terugkerende uitgave of inkomst. Integratie-uitkeringen Uitkering uit het Gemeentefonds van tijdelijke aard ter overbrugging voor gefaseerde overheveling aan specifieke rijksuitkeringen naar de algemene uitkering Kapitaallasten Kapitaallasten bestaan uit de componenten afschrijving en rentekosten. Het zijn exploitatiekosten van activa. De rentekosten ontstaan omdat beslag op vermogen wordt gelegd.
programmabegroting 2010
tlaveren
Door de dalende boekwaarde vanwege jaarlijkse afschrijving nemen de rentekosten in de loop van de jaren af.
Het recht kan worden geheven van degenen die voorwerpen onder, op of boven openbare gemeentegrond of water hebben of van degene voor wie dit gebeurt.
Kasgeldlimiet Deel van het financieringstekort dat maximaal tegen kort geld mag worden geleend. Is het financieringstekort hoger dan de kasgeldlimiet dan moet dat via lang geld worden gefinancierd.
Programma-akkoord Dit is het college-programma waarin de hoofdlijnen van het beleid voor de betreffende collegeperiode zijn weergegeven.
Kengetal Een absoluut getal of een verhoudingsgetal dat is uitgedrukt in fysieke- of in geldeenheden en dat de toestand van of de ontwikkeling op een beleidsterrein in beeld brengt.
Risicoparagraaf Overzicht van alle bekende risico’s tot het moment van het aanbieden van de begroting, de meerjarenraming of de jaarrekening.
Kerngegevens Opsomming van relevante gegevens met het doel in één oogopslag een indruk te geven waar het in het desbetreffende werkterrein om gaat.
Rekening Overzicht van de in een bepaald jaar gerealiseerde lasten en baten; de jaarrekening dient ter verantwoording van het uitvoeren van de begroting. Tevens wordt in de jaarrekening de stand van de gemeentelijke vermogenspositie opgemaakt.
Kort geld Gelden die worden geleend op de geldmarkt Lang geld Gelden die worden geleend op de kapitaalmarkt Leges Betaling voor een gemeentelijk goed of een dienst op een publiekrechtelijke grondslag (b.v. leges paspoorten, leges rijbewijzen). Leges mogen kostendekkend zijn. Liquiditeitsplanning Een liquiditeitsplanning geeft inzicht in tijdstip, omvang en periode waarvoor financieringsmiddelen moeten worden aangetrokken. Door een tijdig inzicht in het toekomstig liquiditeitsverloop wordt voorkomen dat dure ad-hoc maatregelen moeten worden genomen Nominale compensatie De aanpassingen van de algemene uitkering ter compensatie van loon- en prijsontwikkelingen. Onderuitputting Onderbesteding van budgetten in enig jaar Open-einde-regelingen Regeling op grond waarvan derden buiten de overheid recht hebben op een geldelijke bijdrage van de overheid of van de sociale fondsen ongeacht of deze overheid / fondsen voldoende budget daarvoor hebben. Deze derde moet voldoen aan in de regeling vastgelegde voorwaarden. Anders dan door het aanpassen van deze voorwaarden kan de overheid het beroep op een open-einderegeling niet beheersen. Perspectiefnota Nota van het college aan de raad, die in het voorjaar verschijnt. Hierin worden de uitgangspunten voor het beleid voor de komende jaren voorgelegd. Daarvan afgeleid worden centrale thema´s voor het volgende jaar aangegeven. Precariorechten Rechten voor het gebruiken van openbare grond of water.
Renteaftopping Beperking van de rentetoevoeging aan eigen reserves tot het inflatiepercentage. Het verschil tussen het gehanteerde rente-percentage en het inflatiepercentage vloeit terug naar de algemene middelen en krijgt deels een structurele dekkingsfunctie en deels een incidentele bestedingsfunctie. Stelpost Een begrotingspost waarop bedragen worden geraamd die nog niet specifiek benoemd kunnen worden of nog te verdelen zijn. Per besteding dient bestuurlijk nog apart goedkeuring te worden verleend. Structureel Blijvend, dat wil zeggen jaarlijks terugkerend; structurele kosten dienen (in principe) door structurele opbrengsten worden gedekt. Subsidie Overdrachten van gemeente aan derden, zowel particuliere instellingen als natuurlijke personen. Subsidies omvatten zowel de bijstandsuitgaven als subsidies in engere zin. Treasury De treasury is het geheel van activiteiten in verband met de financiering. Treasurystatuut Hierin worden de uitgangspunten, doelstellingen, beleidsmatige en organisatorische kaders voor de treasuryfunctie vastgelegd. Tevens worden regels opgenomen over de inhoud, vorm en periodiciteit van de verantwoordingsinformatie van de ambtelijke organisatie aan het college van B&W. In het treasurystatuut zullen ook regels worden opgenomen over de treasuryparagraaf. Treasuryparagraaf De treasuryparagraaf vormt na inwerkingtreding van de wet FIDO een onderdeel van de begroting en de jaarrekening. De treasuryparagraaf in de begroting geeft de beleidsplannen
programmabegroting 2010
251
tlaveren
voor de treasuryfunctie voor de komende jaren en in het bijzonder voor het eerst komende jaar. Het jaarverslag geeft voor de treasuryfunctie met name de verschillenanalyse tussen de plannen in de begroting en de realisatie van de beleidsuitvoering van de treasuryfunctie.
252
Voorziening Bedrag gereserveerd voor toekomstige uitgaven waarvan de aard en in mindere mate de omvang bekend zijn of om fluctuaties in (exploitatie) kosten op te vangen. Voorzieningen vormen geen deel van het eigen vermogen.
programmabegroting 2010
Colofon Programmabegroting 2010 Uitgave: Gemeente Zwolle Vormgeving: Repro, Gemeente Zwolle Fotografie: C. Wever, gemeente Zwolle, iStock Druk: Repro, Gemeente Zwolle www.zwolle.nl