Programmabegroting 2010
Begroting 2010
2
INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk
Onderwerp
1.
Toelichting beleidsaccenten
5
2.
Programma’s
25
2.1 Hoofdthema Wonen en Leven • Programma woonvoorzieningen • Programma leefvoorzieningen • Programma wonen, leven en veiligheid • Programma wonen, leven en milieu • Programma wonen, leven, bestuur en communicatie
25 34 43 45 53
2.2 Hoofdthema Werk • Programma werk • Programma werk en milieu
55 63
2.3 Hoofdthema Welzijn en Zorg • Programma onderwijs • Programma cultuur en sport • Programma zorg • Programma welzijn, zorg en veiligheid
65 71 77 92
2.4 Hoofdthema Bestuur en Dienstverlening • Programma publieksservice • Programma bestuur, communicatie en veiligheid • Programma bestuur en communicatie
95 96 98
3.
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
103
4.
Consolidatie programmabegroting en algemene dekkingsmiddelen
107
5.
Paragrafen
111
5.1 Weerstandsvermogen 5.2 Onderhoud kapitaalgoederen 5.3 Financiering 5.4 Reserves en voorzieningen 5.5 Bedrijfsvoering 5.6 Verbonden partijen 5.7 Grondbeleid 5.8 Lokale heffingen
113 117 123 129 131 135 153 161
6.
Ontwikkeling programmabegroting
165
7.
Overzicht incidentele lasten en baten
167
8.
Verschillen analyse begroting 2009 / begroting 2010
169
9.
Begrippenlijst
173
Begroting 2010
Pagina
3
Begroting 2010
4
AAN DE GEMEENTERAAD Nummer 2009-357
Gorinchem, 16 oktober 2009
Onderwerp: programmabegroting 2010-2013
“Alle hens aan dek’’ Wij bieden u hierbij de programmabegroting 2010–2013 aan. Deze begroting is de laatste begroting van deze bestuursperiode. De begroting 2010 borduurt voort op het beleidsprogramma Samen werken aan Gorinchem. Gorinchem is een stad in ontwikkeling, een stad die groeit en zich, net als alle andere gemeenten in Nederland, geconfronteerd weet met de gevolgen van de economische crisis. De vraagstukken waar Gorinchem voor staat vragen om ambitie, visie en daadkracht. Het hoofdstuk Beleidsaccenten is opgebouwd uit vier onderdelen: - I Beleid; - II Financieel; - III Voorstel; - IV Raadsbesluit. U heeft op 23 april 2009 de kaders voor de Perspectiefnota vastgesteld. Het betreffen politiek bestuurlijke uitgangspunten, uitgangspunten economische crisis en financiële uitgangspunten. U heeft op 9 juli 2009 besloten kennis te nemen van de versoberingen op het gebied van de bedrijfsvoering van per saldo € 1 miljoen in 2010. U heeft op 9 juli 2009 de Perspectiefnota 2010-2013 vastgesteld. Daarmee heeft u zich uitgesproken over de kaders waarbinnen wij de programmabegroting 2010-2013 vormgeven. In de Perspectiefnota hebben wij in het kader van de economische crisis een aantal scenario’s voorgelegd. U heeft ingestemd met een proces dat moet leiden tot een sluitende begroting per 2013. U heeft daarbij tevens de mogelijkheid opengelaten voor aanvullende voorstellen gericht op ruimere en eerdere invulling van bezuinigingen c.q. ombuigingen, dan volgens de planning noodzakelijk zijn. U heeft daarnaast op 9 juli jl. ingestemd met: -
-
in het kader van het programma Cultuur en Sport, het verlenen van een subsidie voor kleinschalige projecten in studio PEER (€ 15.000 neutraal), museum (educatief project € 10.000) en de ontwikkeling huisvesting regionaal archief Gorinchem (neutraal); voor de uitvoering van het programma Wonen, leven en veiligheid, het opzetten van een casusoverleg overlast en criminaliteit (€ 20.000); de procesafspraak om de motie PvdA d.d. 23 april 2009 betreffende het programma Zorg, het minimabeleid te evalueren in 2010; in het kader van het programma Bestuur en Communicatie, op het gebied van bedrijfsvoering per saldo € 1,0 miljoen in 2010 te versoberen.
Het besluit dat u heeft genomen bij de Perspectiefnota in juli 2009 is richtinggevend van aard. Het besluit bij de programmabegroting in november 2009 is een verdiepingskeuze. Via de programmabegroting 2010-2013 zijn wij bezig met de uitvoering van het beleidsprogramma Samen werken aan Gorinchem. De hoofdlijnen van beleid zijn vertaald in een groot aantal speerpunten. Wij zijn in de slotfase van de uitvoering van dit programma. Veel speerpunten zijn in uitvoering genomen en nagenoeg afgerond. Wij zijn daarom ook verheugd met de uitkomsten van het burgerwaarderingsonderzoek wonen, leven en veiligheid waaruit naar voren komt dat 91% van de Gorcumse burgers tevreden is over de voorzieningen. Circa 94% voelt zich veilig in de wijk en in de stad 92%.
Begroting 2010
5
Wij leggen u hierbij een programmabegroting 2010-2013 voor. Tevens treft u aan het boekwerk beslisdocumenten, bundel tarieven, investeringen, reserves en Alle hens aan dek. In dit boekwerk treft u een groslijst aan van mogelijke ombuigingen. In de begrotingscijfers is de bezuiniging op de bedrijfsvoering van € 1 miljoen verwerkt. Aan het einde van dit hoofdstuk Beleidsaccenten treft u het nieuwe overzicht “Aangenomen moties perspectiefnota” aan. Als gevolg van uw controlerende hebben wij van u een opdracht geformuleerd gekregen om de aangenomen moties op te pakken en uit te voeren.
I.
BELEID
1.1 Beleidsaccenten 2010: Samen werken aan Gorcum Aan de basis van de programmabegroting 2010 ligt het beleidsprogramma Samen werken aan Gorcum dat integraal is verwerkt in de programmabegroting. Inhoudelijke verdiepingen hebben plaatsgevonden via raadsbeleidskaders. In de programmabegroting zijn vervolgens maatschappelijke effecten en speerpunten geformuleerd. De gevolgen van de beleidskaders voor de bedrijfsvoering zijn verwerkt in de begroting. In de programmabegroting 2010 zijn 100 speerpunten opgenomen, in de vorige begroting waren dit er 120. De speerpunten die daadwerkelijk in 2009 zijn afgerond (bijvoorbeeld de veilige schoolfietsroutes) zijn uit de programma’s gehaald. Zie daarvoor verder de paragraaf Doorontwikkeling programmabegroting.
1.2 Hoofdthema Wonen en Leven De basis voor het programma Woonvoorzieningen is de gemeentelijke structuurvisie, de regionale woonvisie, de Gorcumse woonvisie en het Meerjaren Ontwikkelingsprogramma 2005-2009. In het Meerjaren Ontwikkelingsprogramma gaat niet alleen de aandacht uit naar het woonbeleid, maar bevat ook doelstellingen op het terrein van groen, water, economische zaken, milieu en zorg, welzijn en educatie. Eén van de doelstellingen van het stedelijke vernieuwingsbeleid is het uitgangspunt dat in 2015 iedereen overal in Gorinchem moeten kunnen wonen, ongeacht leeftijd, inkomen en gezinssamenstelling. Om dit te bereiken en daarmee de doorstroming op de woningmarkt te bevorderen, zijn diverse projecten opgestart. U heeft in januari 2008 ingestemd met het voortzetten van het beleid binnen de huidige kaders uit de Woonvisie 2005. In 2010 zal de Woonvisie opnieuw tussentijds geëvalueerd worden. De huidige economische crisis begon in 2008 met het ineenzakken van de woningmarkt en het verdampen van de liquiditeiten op de mondiale geldmarkten. Dit heeft ook gevolgen voor de woningmarkt in Gorinchem. Daarom hebben wij met onze partners stedelijke vernieuwing een workshop georganiseerd met als onderwerp ’Vlottrekken van de woningmarkt in Gorinchem”. Samen met Poort6 is besloten een aantal maatregelen uit te werken. Voor de uitwerking van dit pakket aan maatregelen zijn ook workshops gehouden met projectontwikkelaars, makelaars, banken, notarissen en andere direct betrokkenen. Hieruit zijn voorbereidingsgroepen geformeerd. Gaandeweg dit proces is de zogenaamde woontrein omgedoopt tot een no risk regeling. Kern van de regeling is de koper van een nieuwbouwkoopwoning te garanderen dat de huidige woning wordt gekocht door de gemeente voor 90% van de taxatiewaarde. De bedoeling is het consumentenvertrouwen te laten toenemen. Na een zorgvuldige voorbereiding heeft in oktober de regeling haar officiële aftrap gekregen. U heeft een voorhangbesluit ontvangen. Wij hebben in deze programmabegroting het speerpunt Stimuleren woningmarkt als stimuleringsmaatregel opgenomen. Over de voortgang ervan wordt in de tussenrapportage gerapporteerd. De aangenomen motie op 9 juli 2009 inzake Groenwoning en het doen van onderzoek bij de volgende bouwprojecten naar de mogelijkheden van groen wonen, wordt betrokken bij het reguliere woonbeleid.
Begroting 2010
6
Wij continueren dan wel faseren een aantal projecten stedelijke vernieuwing. Enkele in het oog springende projecten stedelijke vernieuwing die in 2009 en verder een prominente rol spelen, zijn: - Hoog Dalem: het totale plan biedt ruimte aan 1.400 woningen in diverse prijsklassen en eigendomsverhoudingen (koop en huur) en diverse voorzieningen zoals een brede school, winkels, sociaal-culturele voorzieningen en dergelijke. De bouw van het eerste wooneiland is gestart; - Mollenburg: in dit project is de verkoop van de woningen gestagneerd. Wij zijn in overleg met de ontwikkelaar, de Ontwikkelingscombinatie Mollenburg om de herontwikkelingsmogelijkheden te onderzoeken. Om die reden wordt het bestemmingsplan vooralsnog niet aan de gemeenteraad ter vaststelling worden aangeboden; - Sparta/Athene: het bouwplan omvat 70 appartementen. Het bestemmingsplan Haarwijk-Zuid dat onder meer voor dit bouwplan is opgesteld, is op 25 juni 2009 door de gemeenteraad vastgesteld. Lingewijk-Noord: het beroepschrift dat is ingediend bij de Raad van State tegen het bestemmingsplan zal worden behandeld. Verder dient het planologisch kader voor de waterrand, het prijsvraaggebouw en het ‘nog uit te werken gebied’ rondom de speeltuinvereniging te worden uitgewerkt; - Masterplan Bastion II: nadat het Masterplan door u is vastgesteld, kan dit als uitgangspunt dienen voor de verdere uitwerking in een bestemmingsplan. Nadat afspraken zijn vastgelegd over de wijze van samenwerking in dit project, kan worden gestart met de concrete uitwerking van fase 1. e - 7 Bastion (Nonnenveld): de planning is gericht op vaststelling van het bestemmingsplan en verlening van een bouwvergunning medio 2010. Binnen het programma Leefvoorzieningen treft u de voornemens op het gebied van het verkeers- en vervoersbeleid aan. Aan de volgende projecten wordt momenteel uitvoering gegeven: - Verkeersstructuurplan. Via een raadsinformatiebrief is de raad recentelijk op de hoogte gebracht van de uitwerking Kadernota infrastructuur. Daarin is aangegeven dat het opstellen van een verkeersstructuurplan wordt uitgesteld als gevolg van de relatie met de plannen voor A27 waar nog onvoldoende over bekend is. - Capaciteitsvergroting van de A27. Het proces rond de capaciteitsvergroting A27 lijkt in een belangrijk stadium te komen. Volgens de planning van Rijkswaterstaat zal de eerste fase Milieu effect rapportage (MER) nog dit jaar zijn afgerond. In deze eerste fase MER worden de verschillende alternatieven vergeleken ten behoeve van een snelle werkwijze naar bij voorkeur één alternatief. De bestuurlijke Adviesgroep A27 waarin de bij dit project betrokken overheden zitting hebben, zullen aan de betrokken ministers een advies geven over het in hun optiek gewenste alternatief. Dit advies staat voor het einde van dit jaar in de planning van het Rijkswaterstaat. Wanneer de Ministers een besluit hebben genomen over het verder te onderzoeken alternatief start de uitgebreide MER en zal parallel worden gewerkt aan het Ontwerp Tracébesluit. Al deze acties zijn er op gericht om het mogelijk te maken in 2013 de eerste spa in de grond te zetten voor de verbreding van de A27. - Spoorlijn Utrecht – Breda: Na de conferentie over de spoorlijn A27 op 15 juni jl. is de onafhankelijke commissie Nijpels aan het werk gegaan. De commissie streeft er naar half oktober haar eindrapport te presenteren, waarin zij ingaat op nut en noodzaak van de spoorlijn en hoe te komen tot realisatie, bijvoorbeeld de financiële onderbouwing en een mogelijke fasering. Voor ons blijft het van belang dat wanneer deze spoorlijn wordt gerealiseerd dit gelijktijdig met het project A27 gebeurt, waardoor de overlast in tijd beperkt blijft. Lang wordt gewacht op een standpunt van de Tweede Kamer en de Minister van Verkeer en Waterstaat over deze spoorlijn. De vaste Kamercommissie van Verkeer en Waterstaat heeft dit onderwerp inmiddels wel geagendeerd voor eind oktober dit jaar, zodat ook hier de mogelijkheid bestaat dat in de komende maanden enige duidelijkheid komt over hoe met dit project al dan niet verder zal worden gegaan. - Ten aanzien van het gebruik van overige verkeersvoorzieningen noemen wij de uitwerking van de Merwede-Lingelijn (MLL) plus halte Papland / Schotdeuren. Ten tijde van het samenstellen van deze programmabegroting hebben wij de laatste voorbereidingen getroffen voor het aangaan van de Samenwerkingsovereenkomst MLL, het oprichten van en het deelnemen in een BV voor de realisatie van de MLL.
Begroting 2010
7
Op 9 juli jl. is de motie LED-verlichting aangenomen. Hierbij gaat het om bij vervanging van verkeerslichten een LED-verlichting te plaatsen in plaats van ‘normale’ verlichting. Dit voornemen wordt betrokken bij het uitvoeringsplan openbare verlichting. De doelstelling van het programma Wonen, leven en milieu is het bevorderen van een gezonde en schone leefomgeving en de kwaliteit van de openbare ruimte. Het gaat om speerpunten als energiezuinig gebouwde omgeving en het bevorderen van de realisatie van duurzame energie. In 2010 worden de voorbereidingen getroffen voor het nog op te stellen Gemeentelijk Rioleringsplan 2011-2014. Binnen het programma Leefvoorzieningen gaan wij in op de zogeheten brede rioolheffing in.
1.3 Hoofdthema Werk Het doel van het programma Werk is om de economische positie en de werkgelegenheid van Gorinchem te versterken. Wij schatten het aantal werkzame personen in 2010 in op 21.500 werkzame personen. Wij schatten het aantal werkzame personen op bedrijventerreinen in op 7.746. Gezien de huidige economische ontwikkelingen is de inschatting van hetzelfde niveau als in 2009. Hierbij staan het kunnen aanbieden van voldoende bedrijfsruimten, het uitbreiden van het kantoorvloeroppervlak en de ontwikkeling van nieuwe bedrijfsterreinen centraal. De gevolgen van de economische crisis zijn merkbaar bij de uitgifte van de bedrijventerreinen: de aanloop is minder dan voorheen. In Gorinchem wordt aan de volgende bedrijventerreinen gewerkt: - Groote Haar (Gorinchem-Noord): de planontwikkeling, voorbereiding uitgifte en acquisitie worden gecontinueerd. Essentieel voor de realisatie van dit bedrijventerrein en Gorinchem-Noord is een ontsluiting op de snelweg A27. De studie van Rijkswaterstaat naar de capaciteitsverbetering A27 dient uitsluitsel te geven over de ligging van de ontsluiting. Vooruitlopend op de eindsituatie kan worden voorzien in een voorlopige alternatieve oplossing; - Schelluinen-West: voor de realisatie van dit bedrijventerrein is een regionale ontwikkelingsmaatschappij opgericht (ROM-S) waarin de gemeenten van de regio Alblasserwaard Vijfheerenlanden (AV) participeren. De voorbereidingen worden getroffen om het bedrijventerrein uit te geven aan de eerste logistieke bedrijven uit de regio. De planontwikkeling voor de herontwikkeling van de achterblijflocaties in de diverse AV-gemeenten door ROM-S wordt gestart; - Oost II: door meerdere partijen worden bouwactiviteiten ontplooid. Voor de nog beperkt resterende kavels worden gesprekken gevoerd met kandidaten. Daarna kan pas weer nieuwe ruimte voor bedrijven worden geboden op bedrijventerrein Groote Haar; - Avelingen: voor het Ruimte voor de Rivier project Avelingen vinden voorbereidende werkzaamheden plaats. De doelstelling van het project is om een waterstanddaling te bereiken door het graven van een nevengeul en daarnaast de ruimtelijke kwaliteit van Avelingen te verbeteren. Een andere doelstelling is het herstructureren van een deel van het bestaande bedrijventerrein. In 2010 wordt de opdracht voor de uitvoering gegeven. U heeft de kaders vastgesteld waarbinnen de ontwikkelingen op het gebied van leisure gerealiseerd moeten worden. In het leisureplan worden doelgroepen benoemd waarop Gorinchem zich gaat richten. Wij noemen verder het versterken van het imago als cultuurstad, vesting- en winkelstad.
1.4 Hoofdthema Welzijn en Zorg Het beleid van het programma Onderwijs is verwoord in het beleidskader onderwijs- en welzijnshuisvesting, het onderwijs(achterstanden)beleid, de kaders brede scholen en de kaders Centrum voor jeugd en gezin. Hierbij staat de volwaardige deelname aan de maatschappij centraal. De instrumenten hiervoor zijn het creëren van adequate voorzieningen onderwijshuisvesting zoals de brede scholen en het bestrijden van het schoolverzuim. In 2010 wordt daadwerkelijk gestart met de bouw van de brede school Gildenplein. Het verder uitwerken en voorbereiden van de functie van de brede scholen in Stalkaarsen, Lingewijk en Hoog Dalem staat centraal. U heeft op 24 september 2009 ingestemd met de voorstellen inzake het aanpassen van het project brede school Gildenplein om in aanvulling op het in februari 2008 beschikbare krediet van € 7,6 miljoen nog maximaal € 7 miljoen beschikbaar te stellen voor de kosten van de gehele investering Gildenplein. Ook heeft u besloten om de besluitvorming van het bouwproject in de
Begroting 2010
8
huidige vorm brede school Schuttersplein stop te zetten. De brede school Hoog Dalem is betrokken bij de planvorming Hoog Dalem. Eén van de doelstellingen die wij geformuleerd hebben, is het streven om leerlingen met gedragsproblemen terug te plaatsen in het reguliere onderwijs. Onze inschatting komt neer op circa 25 leerlingen in een reboundvoorziening. Wij bewerkstelligen dit door gunstige omstandigheden voor het ontwikkelings- en groeiproces van jeugdigen en uitval van jeugdigen te voorkomen. In het kader van het zo effectief mogelijk bestrijden van de onderwijsachterstanden wordt gewerkt aan de realisatie van dagarrangementen en de afstemming ervan op het aanbod van scholen, de leerplichthandhaving en voor- en vroegschoolse educatie. Ook noemen wij de Regionale Educatieve Agenda waarin richting wordt gegeven aan de ontwikkeling van een innovatieprogramma. Wij hebben in dit verband kennis genomen van het rekenkamerrapport Onderwijs (achterstanden) beleid. U heeft medio september deelgenomen aan de werkbijeenkomst onderwijsachterstandenbeleid. De aanbevelingen zullen opgepakt worden. Aan de basis van het programma Cultuur en Sport liggen de kaders Sportbeleid 2007-2010 en de kaders Cultuurbeleid 2007-2011 ten grondslag. Bij het sportbeleid staat integraliteit voorop. Dit wordt bewerkstelligd door het realiseren van een breed scala aan sportvoorzieningen. Hierin wordt de samenhang aangebracht tussen het ondersteunen van bewegingsonderwijs, sportbuurtwerk en verenigingen. Wij streven een afname of stabilisatie van de jeugd met overgewicht na met 21 tot 25%. In het kader van Sportbeleid wordt de kadervorming vrijwilligers verder ondersteund. Ook noemen wij de bouw van de sporthal bij het scholengebied de Hoefslag en het uitbreiden van de samenwerking tussen sportinstellingen. Het cultuurbeleid is gericht op het bevorderen van het cultuuraanbod en het culturele bewustzijn. Speerpunten zijn ondermeer het versterken van de cultuureducatie en het realiseren van de cultuurspeerpunten in de buitenruimte. De Gorcumse meetlat spreekt van het percentage inwoners dat overlast ervaart van groepen jongeren van 2,7 op de schaal van 1-5. Het streven is om deze vorm van overlast verder terug te dringen. Uit de septembercirculaire blijkt dat Gorinchem circa € 80.000 ontvangt voor de aanpak risicojongeren. U bent recentelijk via een raadsinformatiebrief hierover geïnformeerd. Het beleid en de te bereiken maatschappelijke effecten ten behoeve van het programma Zorg zijn verwoord in de kaders lokaal gezondheidsbeleid, vrijwilligersbeleid, uitvoering Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en het gemeentelijke minimabeleid. Aan het lokaal gezondheidsbeleid wordt invulling gegeven met vier uitvoeringsprojecten, te weten aanpak van overgewicht, aanpak van psychosociale problemen, aanpak van alcohol en middelengebruik onder jongeren en het binnenmilieu. Ondermeer komt het beleid tot uitdrukking in de streefwaarde van het verschuiven van de aanvangleeftijd alcoholgebruik onder jongeren van 12,2 jaar naar 13,5 jaar. Dit is dezelfde streefwaarde als in de begroting 2009, pas in 2011 vindt een meting plaats door de GGD. Het vrijwilligersbeleid heeft een nadere invulling gekregen en richt zich vooral op het ontwikkelen van een vrijwilligersvacaturebank en het in goede banen leiden van de maatschappelijke stages. U heeft kaders voor de uitvoering van de Wmo vastgesteld. In de programmabegroting vindt u het beleid dat hieruit voortvloeit, zoals het Lokaal Maatschappelijk Zorgaanbod Huiselijk Geweld, Openbare Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingsbeleid gericht op preventie en nazorg. Op deze onderwerpen komen een aantal taken naar de gemeente, zoals nazorg exgedetineerden. Er vindt ook een verschuiving plaats van preventietaken van de centrumgemeente naar de regio. Daarnaast gaan we in 2010 verder met de ontwikkeling van woonprojecten voor bijzonder kwetsbare groepen. De ontwikkeling van het Centrum voor Jeugd en Gezin is in een ontwikkelfase. De basis is gelegd voor de invulling van de frontoffices door uitbreiding van het aantal uren en beschikbare locaties voor opvoedingsondersteuning bij de consultatiebureaus en op één van de scholen voor primair onderwijs. Het omvormen van het Jeugd Zorg Centrum Gorinchem en omgeving naar een volwaardig onderdeel van het Centrum voor de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden zal in 2010 zijn volledige beslag krijgen. De jeugdgezondheidszorg is een belangrijke partner in de vormgeving van het centrum. De besluitvorming in de regio Zuid-Holland Zuid over de toekomstige uitvoering van de jeugdgezondheidszorgtaak moet nog plaatsvinden. Dit wordt nu uitgevoerd door twee partijen te weten: 0-4 jaar door Rivas en 4-19 jaar door GGD Zuid-Holland Zuid. hangt nauw met de ontwikkeling van het centrum samen. De definitieve
Begroting 2010
9
besluitvorming in de regio Zuid-Holland-Zuid over de invulling van de integrale jeugdgezondheidszorg 019 jarigen zal in 2010 plaatsvinden. In 2010 zijn verder de inrichting van een elektronisch kinddossier voor de jeugdgezondheidszorg en de aansluiting van het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd aan de landelijke verwijsindex risicojongeren belangrijke schakels in het zorgsysteem voor jeugd en gezin.
1.5 Hoofdthema Bestuur en Dienstverlening Wij hebben onder de Gorcumse bevolking een tweede burgerwaarderingsonderzoek laten houden. Onderzocht is de wijze waarop zij tevreden zijn met hun leefsituatie. Uit het onderzoek blijkt dat de inwoners van Gorinchem het prettig wonen vinden in Gorinchem. Van de inwoners zegt zich 92% veilig te voelen in de stad en de wijk. Er is grote tevredenheid over de gezondheidsvoorzieningen (94%), de gemeentereiniging (92%) en de afvalinzameling (91%). In 2011 zal het burgerwaarderingsonderzoek opnieuw plaatsvinden. Ook is er tevredenheid over de dienstverlening aan de balie (7,9) en via de telefoon (7,7). De regio Alblasserwaard en Vijfheerenlanden (AV) behartigt de belangen op de domeinen bestuur, fysiek, sociaal en economie. Er zijn voor het jaar 2010 afspraken gemaakt over de financiering van projecten als cultuurparticipatie, verkeersveiligheid en ruimtelijke ontwikkeling. Wij zijn voornemens om begin 2010 een gesprek met u aan te gaan over de verbonden partijen en het grondbeleid. Dit ter uitvoering van een aangenomen motie behandeling Perspectiefnota 2010. Wij verwijzen u naar de paragraaf Verbonden Partijen.
1.6 Resumé Gorinchem is een stad met ambitie. Dat blijkt onder andere uit het beleidsprogramma Samen werken aan Gorcum. Ook blijkt het ambitieniveau uit het investeringprogramma. Hieronder geven wij een samenvatting weer van de investeringen per hoofdthema. Het gaat hierbij ondermeer om investeringen in onderwijs en riolering. Wij presenteren in hoofdstuk 2.3 een nadere uitsplitsing. Hoofdthema’s (x € miljoen) Hoofdthema Wonen en leven Hoofdthema Werk Hoofdthema Welzijn en Zorg Hoofdthema Bestuur & Dienstverlening Totaal
Investeringen 2010 6.009 392 7.998 797 15.196
In hoofdstuk 5 in deze programmabegroting treft u de overzichten ‘’Consolidatie programmabegroting en algemene dekkingsmiddelen’’ aan. Het gaat om de tabel Lasten en baten voor bestemming, tabel Algemene Reserves en Lasten en tabel baten na bestemming. Wij bieden u hierbij de programmabegroting 2010-2013 en een aantal beslisdocumenten aan waarbij: -
er sprake is van een onderlinge samenhang tussen de programmabegroting 2010-2013 en de gepresenteerde voorstellen ‘Alle hens aan dek’. De bundeltarieven onroerende-zaakbelasting, afvalstoffenheffing en rioolrechten als geheel stijgen conform de Perspectiefnota 2010-2013 met 1 procent; het weerstandsvermogen ultimo 2010 onderdelen directe weerstandscapaciteit 53% (norm 90%) en totale weerstandscapaciteit 78% (norm 107%) bedragen. De gevolgen van de economische recessie zijn duidelijk zichtbaar in het percentage van 53%. De daling is het gevolg van verhoogde risico’s ontwikkelingen grondexploitaties en lagere rijksinkomsten. Wij verwijzen naar paragraaf 5.1 Weerstandsvermogen.
Begroting 2010
10
Aangenomen moties Perspectiefnota 2010–2013 Het onderstaand overzicht moties en toezeggingen is een nieuw element ten opzichte van de programmabegroting 2009. Het doel hiervan is dat de ‘stand van zaken moties’ geborgd wordt in de bestuurlijke planning en controlcyclus. We willen op deze wijze inzicht verschaffen hoe we daar in de begroting uitwerking aan willen geven. De uitvoering van moties kan overigens ook terugkomen bij de speerpunten onder de diverse programma´s. De aangenomen amendementen Perspectiefnota 2010 zijn integraal verwerkt in het raadsbesluit Perspectiefnota en maken daarmee onderdeel uit van uw opdracht aan ons. Nr Partij Titel Programma Bestuur en communicatie M1 SP, CDA, Verbonden partijen GL
Programma Woonvoorzieningen M2 SP, CDA, Grondbeleid GL
Programma Wonen, leven en milieu M3 SP, CDA, Groenwoning GL
Programma Leefvoorzieningen M4 GL LED-verlichting
Opdracht
Stand van zaken
Beleggen van een gesprek over de verbonden partijen tussen accountant, college en commissie dualisering begin 2010.
In het voorjaar van 2010 zal een gesprek belegd worden.
Beleggen van een gesprek over grondbeleid tussen accountant, college en commissie dualisering begin 2010.
In het voorjaar van 2010 zal een gesprek belegd worden.
Onderzoek te doen bij volgende bouwprojecten naar de mogelijkheden van groen wonen binnen het project, deze waar mogelijk voorgang te geven op ‘normale’ bouw de raad hierover in raadsvoorstellen te informeren.
Wordt betrokken bij woonbeleid.
Om bij vervanging van verkeerslichten LED-verlichting te plaatsen in plaats van ‘normale’ verlichting.
Wordt betrokken bij uitvoeringsplan openbare verlichting.
Toezeggingen Perspectiefnota 2010–2013 Nr Onderwerp Toezegging Programma Woonvoorzieningen 1 WoningstimuleringsWethouder Oostrum zegt toe dat er een onderzoek fonds wordt gedaan naar een Woningstimuleringsfonds (lees: no risk regeling). Programma Zorg 2 Mantelzorgers Wethouder Oostrum zegt toe meer bekendheid te geven aan de mogelijkheden voor ondersteuning van mantelzorgers. Programma Werk 3 Middenstand en Burgemeester IJssels zegt toe dat in het najaar een gevolgen economische raadsvoorstel regeling kredieten Midden en crisis kleinbedrijf wordt toegezonden.
Begroting 2010
11
Stand van zaken U heeft voorhangbesluit 349 ontvangen. In uitvoering
Voorstel geagendeerd november 2009
II.
FINANCIEEL
2.1 Algemeen Op 9 juli 2009 heeft u de perspectiefnota 2010-2013 vastgesteld. De gevolgen van deze nota zijn uitgewerkt in de programmabegroting 2010-2013. In de begroting is het beleidsprogramma Samen werken aan Gorcum opgenomen. Het debat over de groslijst Alle hens aan Dek vindt eerst plaats in november en voor de tweede maal in februari 2010. U wordt verzocht om richting gevende keuzes te geven tijdens de begrotingsraad. Het college werkt, na de raadsvergadering van 5 november aanstaande, de groslijst uit en u maakt uw definitieve keuze in januari dan wel februari 2010. Wij hebben de Septembercirculaire verwerkt in de programmabegroting. Het algehele beeld is volgens de VNG dat er financieel moeilijke jaren op komst zijn, met name de jaren 2012 en 2013. De laatste voorspelling die het ministerie van BZK eind september 2009 aangaf komt neer op een krimp van het Gemeentefonds van 4%. Andere deskundigen spreken zelfs over een krimp van 20%. De uitspraken van de deskundigen worden uitgewerkt in de Gorcumse scenario’s 2 en 3, die dus boven de uitkomsten van de Septembercirculaire komen. Wij delen overigens het uitgangspunt van de fondsbeheerders om uit te gaan van een behoedzaam scenario en te werken met de systematiek van scenario’s. Ten opzichte van de Perspectiefnota daalt de algemene uitkering in 2010 vanwege een aantal technische redenen (verdeelsystematiek) met € 0,3 miljoen. Wij hebben in de Perspectiefnota 2010 daarom al een doorwerking als gevolg van de bezuinigingen van het Rijk vanaf 2011van € 0,7 miljoen opgenomen en vanaf 2012 € 1,8 miljoen. Per saldo bedraagt de algemene uitkering op basis van de inzichten Septembercirculaire in 2010 € 40,3 miljoen aflopend tot € 37,8 miljoen in 2013.
2.2. Aansluiting met de perspectiefnota 2010–2013 In een aparte oplegnotitie geven we de relatie weer tussen de programmabegroting en een aantal beslisdocumenten Alle hens aan dek.
2.3 Investeringen Onderstaand treft u de jaarschijf 2010 uit het investeringsprogramma 2010-2013 uitgesplitst per programma aan. Gorinchem onderscheidt twee typen investeringen: - in het kader van de uitvoering van vastgestelde beleidskaders zoals onderwijshuisvesting en riolering; - in het kader van de bedrijfsvoering (‘going concern’) zoals vervoermiddelen, installaties en dergelijke. De investeringen drukken vooral op de programma’s Leefvoorzieningen, Wonen leven en milieu en Onderwijs.
Begroting 2010
12
Programma: (Bedragen x € 1000) Woonvoorzieningen Leefvoorzieningen Wonen, Leven, Bestuur en Communicatie Wonen, Leven en Milieu
2010 0 2.990 0 2.108
Wonen, Leven en Veiligheid
911
Werk
392
Werk en Milieu Cultuur en Sport Onderwijs
0 387 7.611
Welzijn, Zorg en Veiligheid Zorg Bestuur, Communicatie en Veiligheid Bestuur en Communicatie
797
Publieksservice Algemene Dekkingsmiddelen Totaal:
15.196
Het totale investeringsvolume bedroeg in de begroting 2009 voor het jaar 2009 € 16,2 miljoen. Voor 2010 bedraagt het investeringsvolume € 15,2 miljoen. Het betreft overigens alleen de jaarschijf 2010, waarvan de fasering geactualiseerd is bij de Perspectiefnota 2010. Enkele grote investeringen betreffen station Papland ad € 1 miljoen (programma Leefvoorzieningen), het gemeentelijke rioleringsplan 2010 ad € 1 miljoen (programma Wonen, leven en milieu), uitbreiding Mariëngaarde Schepenenstraat ad € 3 miljoen (programma Onderwijs), nieuw Samen op Weg school ad € 1,8 miljoen (programma Onderwijs).
2.4 Lokale lastendruk Onroerende-zaakbelastingen De onroerende-zaakbelastingen (OZB) zijn verreweg de belangrijkste gemeentelijke belastingen. De opbrengst behoort tot de algemene dekkingsmiddelen en mag vrij worden besteed. Er gelden geen wettelijke beperkingen meer voor de mate waarin de tarieven mogen worden verhoogd. Het vervallen van de limitering mag echter niet leiden tot een onevenredige stijging, ten opzichte van de normen uit de zogeheten Coelo-atlas, van de collectieve lastendruk. Het instellen van een macronorm moet dat voorkomen. Als de lokale lastenontwikkeling die norm overschrijdt kan het rijk ingrijpen via het Gemeentefonds. In 2010 vindt een evaluatie plaats. In deze programmabegroting is onverkort het indicatieve besluit van de Perspectiefnota overgenomen: - gezien de economische ontwikkelingen de eerder geaccordeerde uitgangspunten tarievenbundel, tarieven OZB, afvalstoffenheffing, rioolrechten, hondenbelasting toe te passen, raadsbesluit 9 juli 2009; - tarievenstijging van 1%, raadsbesluit 24 september 2009; - In het boekwerk ‘Alle hens aan dek’ gaan wij in op de relatie bezuinigingen op de kosten van afvalverwijdering en riolering en de compensatie in de bundel. Afvalstoffenheffing De kosten van de afvalinzameling en -verwerking kunnen op twee manieren aan huishoudens in rekening worden gebracht: via een reinigingsrecht of (zoals meestal) via een afvalstoffenheffing. Gorinchem heeft het voor laatst gekozen. De opbrengst van de afvalstoffenheffing behoort niet tot de algemene middelen,
Begroting 2010
13
maar moet worden gebruikt om de kosten te dekken van de afvalinzameling- en verwerking. Uitgangspunt voor de vaststelling van de tarieven afvalstoffenheffing in Gorinchem is 100% kostendekkendheid. Bij de tariefstelling wordt een onderscheid gemaakt tussen één- en meerpersoonshuishoudens. Het uitgangspunt hierbij is dat de éénpersoonshuishoudens een korting van 20% wordt verleend op het meerpersoonstarief. De tarieven zijn in de onderstaande tabel opgenomen. In de vorige meerjarenbegroting was voorzien dat de tarieven zich zouden stabiliseren op € 242,00 en € 194,00 voor respectievelijk meer- en eenpersoonshuishoudens. Vanwege een gunstige kostenontwikkeling, vooral in de verwerkingskosten van HVC, hebben wij de tarieven met achtereenvolgens € 6,00 en € 5,00 verlaagd. Afvalstoffenheffing meerpersoonshuishoudens éénpersoonshuishoudens
2010 € 236,00 € 189,00
2011 € 236,00 € 189,00
2012 € 236,00 € 189,00
2013 € 236,00 € 189,00
Rioolrecht Op 1 januari 2008 is de Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken in werking getreden. Gemeenten hebben vanaf die datum de zorgplicht voor stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. Om deze zorgplicht te bekostigen is in het nieuwe artikel 228a van de Gemeentewet een nieuwe (verbrede) rioolheffing opgenomen, die uiterlijk in 2010 moet zijn ingevoerd. De nieuwe rioolheffing is een zogenaamde bestemmingsbelasting. Dat is een belasting waarvan de opbrengsten bestemd zijn voor een bepaald doel. In dit geval de uitoefening van de zorgplichten door de gemeente. Dit betekent dat het individuele profijt van de heffing door de gemeente niet meer hoeft te worden aangetoond. Alle kosten die de gemeente maakt voor het nakomen van de zorgplichten uit de Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken kunnen via de nieuwe rioolheffing worden verhaald. Gemeenten staan voor belangrijke beleidskeuzes over de invulling van de nieuwe zorgplichten. De nieuwe wetgeving bepaalt dat deze keuzes in het gemeentelijke rioleringsplan (GRP) worden verankerd. Hierdoor neemt het GRP een belangrijkere plaats in dan vroeger het geval was. Gemeenten moeten uiterlijk vóór 2013 beschikken over een GRP dat voldoet aan de nieuwe vereisten. De nieuwe wetgeving bepaalt dat gemeenten in hun GRP naast riolering óók expliciet aandacht besteden aan de nieuwe zorgplichten bij grondwaterproblemen én aan de doelmatige inzameling van overtollig hemelwater. De wetgeving maakt het voor gemeenten mogelijk om de rioolheffing op verschillende manieren vorm te geven. Omdat de verordening rioolrechten al in 2010 moet zijn gebaseerd op de het nieuwe artikel 228a van de Gemeentewet hebben wij een nieuwe verordening opgesteld die aan de eisen voldoet. Vooralsnog hebben wij alleen de formele bepalingen aangepast aan de nieuwe regelgeving. In afwachting van het nieuwe verbrede GRP zijn de heffingsmaatstaven uit de oude verordening overgenomen, zodat hierin nog niets is gewijzigd. De heffing vindt nog steeds plaats van de gebruiker van een pand. Evenals bij de afvalstoffenheffing wordt bij woningen een onderscheid gemaakt tussen één- en meerpersoonshuishoudens. Uitgangspunt voor de vaststelling van de tarieven is 100% kostendekkendheid. Tot de kosten die gedekt worden uit de rioolrechten worden naast de kosten voor rioolbeheer en onderhoud ook 50% van de kosten van straatreiniging en 20% van de kosten van waterbeheersing gerekend. In de vorige meerjarenbegroting was voor meerpersoonshuishoudens een jaarlijkse tariefstijging voorzien van € 9,00 en van € 7,00 voor eenpersoonshuishoudens. In deze optie zou jaarlijks een bedrag aan de reserve worden onttrokken die daardoor aan het eind van de meerjarenperiode tot nihil zou zijn teruggebracht. Door een verdere verfijning in de doorrekening van kosten enerzijds en door een stijging van de kapitaallasten anderzijds ontwikkelen de kosten zich ongunstiger dan was voorzien. De extra verhoging wordt volledig gecompenseerd door de verlaging van de tarieven van de afvalstoffenheffing, zodat de tariefontwikkeling van beide heffingen samen niet afwijkt van het totaal dat vorig jaar is voorzien. De tarieven ontwikkelen zich thans als volgt:
Begroting 2010
14
Rioolrechten meerpersoonshuishoudens éénpersoonshuishoudens 3 Bedrijven per 150 m waterverbruik
2010 € 204,00 € 163,00 € 204,00
2011 € 213,00 € 170,00 € 213,00
2012 € 222,00 € 177,00 € 222,00
2013 € 231,00 € 184,00 € 231,00
Overige belastingen, heffingen en rechten Op de hondenbelasting, reinigingsrechten, precariobelasting, leges en begraafrechten is conform de perspectiefnota een inflatiecorrectie doorgevoerd van 1%. Ontwikkeling lastendruk Jaarlijks brengt het COELO (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden Van de Universiteit Groningen) het niveau en de ontwikkeling van de lokale lasten in kaart. Bij het vergelijken van de woonlasten wordt er onder meer gekeken naar de OZB, afvalstoffenheffing en rioolrechten. In de editie 2009 van de Atlas van de lokale lasten, waarin de lastendruk van 457 (deel)gemeenten is e onderzocht, is Gorinchem ten opzichte van 2008 met vier plaatsen gestegen naar een 83 plaats (oplopend van goedkoop naar duur). De woonlasten ontwikkelen zich de komende jaren als volgt:
soort huishouden
woning € 225.000 OZB eigenaar afvalstoffenheffing rioolrecht
stijging t.o.v. jaar daarvoor woning € 300.000 OZB eigenaar afvalstoffenheffing rioolrecht
stijging t.o.v. jaar daarvoor
2010 meer één pers. pers.
2011 meer één pers. pers.
2012 meer één pers. pers.
2013 meer één pers. pers.
171,80 236,00 204,00 611,80
171,80 189,00 163,00 523,80
171,80 236,00 213,00 620,80
171,80 189,00 170,00 530,80
171,80 236,00 222,00 629,80
171,80 189,00 177,00 537,80
171,80 236,00 231,00 638,80
171,80 189,00 184,00 544,80
10,70 1,78%
8,70 1,69%
9,00 1,47%
7,00 1,34%
9,00 1,45%
7,00 1,32%
9,00 1,43%
7,00 1,30%
229,07 236,00 204,00 669,07
229,07 189,00 163,00 581,07
229,07 236,00 213,00 678,07
229,07 189,00 170,00 588,07
229,07 236,00 222,00 687,07
229,07 189,00 177,00 595,07
229,07 236,00 231,00 696,07
229,07 189,00 184,00 602,07
11,27 1,71%
9,27 1,62%
9,00 1,35%
7,00 1,20%
9,00 1,33%
7,00 1,19%
9,00 1,31%
7,00 1,18%
In bovenstaande tabel zijn uitsluitend de autonome ontwikkelingen als gevolg van het besluit Perpectiefnota verwerkt. Dus niet de voorstellen Alle hens aan Dek.
2.5 Weerstandsvermogen en infrastructuurfonds De directe weerstandscapaciteit ontwikkelt zich als volgt (stand ultimo): bedragen per ultimo x € 1 miljoen directe weerstandscapaciteit (A) risico's (B)
2010 8,9 16,9
2011 9,8 15,7
2012 12,4 14,8
2013 13,0 14,8
weerstandscapaciteit (A/B) in % norm relatief in %
53% 90%
63% 90%
84% 90%
88% 90%
Begroting 2010
15
Gezien de economische ontwikkelingen is er geen aanleiding om gelden te storten in het Infrastructuurfonds. De verklaring hiervoor is dat de weerstandscapaciteit onder de door u vastgestelde norm van 90% uitkomt. Wij verwijzen naar de paragraaf Weerstandsvermogen. De meerjarige groei van de weerstandscapaciteit is het gevolg van autonoom beleid.
2.6 Reserves en voorzieningen De werkelijke omvang van de reserves en voorzieningen bedragen op 1 januari 2009 € 58,6 miljoen. Op 1 januari 2010 schatten wij de omvang in op € 53,4 miljoen. Naar verwachting groeit de omvang van de reserves en voorzieningen op 1 januari 2014 naar € 69,8 miljoen. De groei wordt verklaard door de te verwachten winstnemingen. U heeft ten tijde van de Perspectiefnota op 9 juli jl. besloten om in het kader van het versterken van de gemeentelijke vermogenspositie bij de programmabegroting 2010–2013 een geactualiseerde nota reserves en voorzieningen aan te bieden. Wij hebben in de paragraaf Reserves en voorzieningen een voorzet geformuleerd. Aangezien de actualisatieslag van de reserves en voorzieningen nauw samenhangt met de verdere uitwerking van Alle hens aan dek / ombuigingen, stellen wij voor de actualisatie u in januari/februari 2010 aan te bieden. Wij willen op dat moment ook inzicht verschaffen in de reserves die kunnen vrijvallen.
2.7 Onderhoud kapitaalgoederen Op 6 november 2008 heeft u de kwaliteitsniveaus representatief gebruik, normaal gebruik en instandhouding (minimaal) gebruik vastgesteld. De genoemde kwaliteitsniveaus zijn uitgewerkt voor de gemeentelijke gebouwen. In de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen geven wij een dwarsdoorsnede van alle kapitaalgoederen en de budgettaire consequenties. Wij hebben ter uitwerking van de ombuigingsscenario’s in de Perspectiefnota 2010 de vraag opgeworpen wat het minimaal gewenste kwaliteitsniveau van vastgoed, wegen en riolering moet zijn. Deze vraag is nog onderwerp van onderzoek ten tijde van schrijven van deze programmabegroting. In het kader van Alle hens aan dek komen wij hierop terug.
2.8 Beslisdocumenten U treft bijgevoegd een boekwerk “ombuigingsmogelijkheden 2010-2013” aan. Het boekwerk bestaat uit de onderdelen ‘’Alle hens aan dek’’, bundel tarieven, investeringen en reserves en voorzieningen. Het doel van de groslijst en dergelijke is om te komen tot een sluitende meerjarenbegroting 2010–2013 plus het vinden van aanvullende ombuigingen. Dit sluit aan bij de systematiek die we in de Perspectiefnota hebben verwoord. Scenario 1: doorwerken bezuinigingen Rijk 2012 doorschuiven naar Perspectiefnota 2011, scenario 2: bezuinigingen Rijk geheel meegenomen en scenario 3 inzetten tot herstel vermogenspositie. Wij realiseren ons dat een aantal ombuigingen op korte termijn te maken zijn en een aantal ombuigingen meer op de lange termijn. Voor ombuigingen op de lange termijn is (mogelijk) nog nader onderzoek nodig. De uitkomsten hiervan willen wij bij u terug leggen uiterlijk in januari/februari 2010. We hanteren een aantal selectiecriteria zoals op de: • korte termijn: mate van uitvoerbare bezuinigingen; • lange termijn: om een keuze te maken, is een aantal onderzoeken gewenst zoals het vaststellen van het: - minimaal gewenste kwaliteitsniveaus kapitaal goederen - minimaal gewenste subsidie instellingen • politieke – gevoeligheid; • spreiding bezuiniging over de programma’s / evenwichtigheid; • gevolgen voor bestaande beleidskaders; • autonome versus medebewindstaken.
Begroting 2010
16
3. Ontwikkeling programmabegroting De programmabegroting 2010 is op de volgende onderdelen doorontwikkeld: -
U treft In het hoofdstuk beleidsaccenten een nieuw overzicht aan van Aangenomen moties Perspectiefnota 2010–2013 die in de raad van de Perspectiefnota op 9 juli 2009 zijn vastgesteld en hoe de opdracht voor het college luidt;
-
De indeling van de programma’s is qua volgorde aangepast als gevolg van de productiewijze van de programmabegroting. U stelt kaders en controleert het college via raadsbeleidskaders. Elk programma wordt nu opgebouwd per vastgesteld beleidskader. Per beleidskader krijgt u te zien zoals beschrijving, wat willen we bereiken (vastgestelde maatschappelijke effecten), wat gaan wij daarvoor doen (speerpunt, activiteiten) te zien. Tot voorheen was er één tabel Maatschappelijke effecten en één tabel Activiteiten waarin via een nummer naar de beleidskaders verwezen wordt.
-
In een aantal gevallen hebben wij de maatschappelijke effecten gekoppeld aan het beleidskader ‘Samen werken aan Gorinchem’ omdat geen apart beleidskader door u is vastgesteld.
-
Het benoemen en actief bediscussiëren van beleidseffecten dient zich niet alleen te beperken tot het moment van de behandeling van de programmabegroting (afspraak raadswerkgroep programmabegroting 2007). Onderkend moet worden dat dit een groeiproces is. Wij hebben op basis van bijvoorbeeld de vastgestelde beleidskaders en het burgerwaarderingsonderzoek 2009 een aantal maatschappelijke effecten gedefinieerd.
-
Wij realiseren ons dat de programmabegroting nog doorontwikkeld moet worden en dat de basis niet op alle programmaonderdelen op orde is. Als voorbeeld noemen we de onderbouwing van de resultaatindicatoren. Wij willen in de begroting 2011 de basis op orde hebben in relatie tot het nieuwe collegeprogramma. Kernthema’s hierbij zijn ‘Van transparantie naar relevantie’ en ‘Via minder naar beter’.
-
Bij de effectindicatoren maken wij onderscheid tussen resultaatverantwoordelijkheid ‘R’ en systeemverantwoordelijkheid ‘S’. In de begrippenlijst worden de begrippen toegelicht.
-
Bij de paragraaf verbonden partijen is de vaste format verbonden partijen gebruikt die in de werkbijeenkomst verbonden partijen raad – college – directie (afspraak werkbijeenkomst april 2008) besproken is. Wij proberen hiermee de informatieoverdracht college – raad te verstevigen. Uit de aangenomen motie inzake Verbonden partijen (raad 9 juli 2009) blijkt dat de controlerende rol op de verbonden partijen versterkt kan worden. De paragraaf Verbonden partijen is het communicatiemiddel zoals ook afgesproken in het raadsbeleidskader verbonden partijen (april 2008). Vertrekpunt voor de informatievoorziening in de paragraaf Verbonden partijen zijn de documenten uit de planning en controlcyclus van de verbonden partijen, jaarstukken en dergelijke.
-
Wij hebben de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen aangevuld met enkele kwaliteitsniveaus bij het onderdeel gebouwen. Op termijn zal de paragraaf nog meer gestandaardiseerd worden: oftewel per kapitaalgoed het kwaliteitsniveau benoemen.
-
De volgende speerpunten zijn in 2009 afgerond. Dat wil zeggen dat ze tot de reguliere werkzaameden behoren: fietsparkeren binnenstad, veilige schoolfietsroutes, stimuleren bedrijfservaringsplaatsen, ontwikkelen medegebruiksregeling en voorbereiden en organiseren themajaar diversiteitsstad en inkoop- en aanbesteding, herinrichting stationsomgeving. De speerpunten maken in voornoemde situatie deel uit van de lopende bedrijfs- en beleidsvoering.
Begroting 2010
17
Maatschappelijke effecten in één oogopslag Thema Wonen en Leven
2009
2010
Woonvoorzieningen: Ingeschatte tendens doorstroming van de woningvoorraad -> effect: evenwichtige bevolkingssamenstelling per stadsdeel.
Monitoring doorstroming verhuisketen (o.a. Esprit)
Monitoring doorstroming verhuisketen (o.a. Esprit)
Woonvoorzieningen: Verhouding koop - huur -> effect: meer marktconformere woningvoorraad (noot: 2010 = 2009 vanwege recessie). Leefvoorzieningen: percentage tevreden inwoners / bezoekers stad: -> effect: voor de Gorcumse samenleving gewenste voorzieningen mogelijk maken om te kunnen wonen, werken en recreëren. Wonen, Leven en Veiligheid: percentage inwoners dat zich veilig voelt in de stad -> effect: bevorderen / stimuleren veiligheidsgevoel Wonen, Leven en Milieu: Energie prestatie op locatie en bereikte CO2reductie -> effect: realiseren duurzame energievoorzieningen bij grootschalige herstructurerings- en nieuwbouwlocaties.
West: 40%-60% Oost: 75%-25%
West: 40%-60% Oost: 75%-25%
91 %
91 %
92 %
94 %
Voldoen aan EPL en CO² reductie van 25%
Voldoen aan EPL en CO² reductie van 25%
Thema Werk
2009
2010
Werk: Aantal werkzame personen -> effect stimuleren werkgelegenheid Werk: Aantal werkzame personen (bedrijventerreinen) -> effect stimuleren werkgelegenheid (noot: 2010 = 2009 vanwege recessie) Werk: Oordeel ondernemingsklimaat -> effect stimuleren werkgelegenheid Werk: Waardering vermaaksaanbod binnenstad -> effect stimuleren van de bestedingen en de werkgelegenheid
21.500
21.500
7.746
7.746
6,8 (schaal 1:10)
6,8 (schaal 1:10)
8
8
Thema Welzijn en Zorg
2009
2010
Onderwijs: Aantal jongeren met gedragsproblemen dat kan teruggeplaatst worden in het reguliere onderwijs -> effect: ontwikkelen herkansingsvoorzieningen.
29 leerlingen in rebound voortgezet onderwijs.
25 leerlingen in rebound voortgezet onderwijs
21-25%
21-25%
Voorziening: CWI
Voorziening: CWI
Aanvangsleeftijd is opgeschoven landelijk naar 13,5jr
Aanvangsleeftijd is Opgeschoven landelijk naar 13,5 jr
Sport: Afname of stabilisatie jeugd met overgewicht -> effect: body mass index. Zorg: Aanwezigheid van goed toegankelijke voorzieningen gericht op vroegtijdig signaleren en aanpakken problemen -> effect: het creëren van gunstige omstandigheden voor het ontwikkelings- en groeiproces van jeugdigen en uitval van jeugdigen te voorkomen en aan te pakken. Zorg: Leeftijd waarop jongeren aanvangen met drinken alcohol -> effect bewerkstelligen dat het alcoholgebruik onder jongeren afneemt (Noot: 4 jaarstermijn).
Thema Bestuur en Dienstverlening Bestuur, Communicatie & Veiligheid: percentage inwoners dat overlast ervaart door autoverkeer, rommel openbare ruimte, overlast van groepen jongeren, hondenpoep in de openbare ruimte -> beperken overlast. Bestuur & Communicatie: Tevredenheid inwoners en bezoekers stad > tevreden inwoners Bestuur & Communicatie: Tevredenheid bewoners over buurt -> effect vergroten betrokkenheid burgers Bestuur & Communicatie: Opkomstpercentage verkiezingen -> effect burgerparticipatie, betrokken bestuur.
Begroting 2010
18
2009
2010
2,9/ 2,8/ 2,7/ 3,2 (schaal 1-5)
2,9/ 2,8/ 2,7/ 3,2 (schaal 1-5)
86%
86%
90%
90%
2006: 52,8%
minimaal 52,8%
III
VOORSTEL
Wij stellen u voor: ten aanzien van de programmabegroting zonder de bezuinigingsvoorstellen, a. de lasten en baten 2010 van de programma’s te autoriseren conform de tabellen “Wat gaat dit kosten?” zoals opgenomen bij de 14 programma’s in de programmabegroting 2010 vast te stellen; b. de beleidsspeerpunten van de programma’s 2010 vast te stellen; c.
de algemene dekkingsmiddelen aan te wijzen als dekking voor de programma’s conform de tabel van de programmabegroting 2010 uit hoofdstuk 4;
d. de mutaties van de reserves vast te stellen op € 3.370.000, dat wil zeggen: € 5.494.000 te storten en € 2.124.000 te onttrekken; e. de jaarschijf 2010 van het investeringsprogramma 2010 - 2013 vast te stellen op € 15.196.000; f.
de tarieven voor de belastingen, heffingen en rechten voor het jaar 2010 als volgt vast te stellen, incl. WOZ-waardering: a) de onroerende- en roerende-zaakbelastingen woningen: - eigenaar niet-woningen - eigenaar - gebruiker b) Afvalstoffenheffing per perceel: - voor éénpersoonshuishoudens - voor meerpersoonshuishoudens
0,0755% 0,1526% 0,1222% € €
189,00 236,00
c) Rioolrecht per woning c.q. 150 m afvalwater: - voor éénpersoonshuishoudens - voor meerpersoonshuishoudens/ bedrijven 150 m3 afvalwater - voor grootverbruikers
€ € € €
163,00 204,00 204,00 83,00
d) Hondenbelasting: - voor de eerste hond - voor elke volgende hond - voor een kennel
€ € €
93,00 106,00 144,00
3
e) De volgende verhogingen toe te passen: - begrafenisrechten 1% - precariobelasting 1% - reinigingsrecht 1% - marktgelden 0% - kadegelden 1% - leges 1% - veerdienst 0% - parkeerbelasting gekoppeld aan evaluatie parkeerbeleid.
Begroting 2010
19
Wij stellen u voor ten aanzien van de vier beslisdocumenten zoals apart bijgevoegd: a. Bundel tarieven De optie om de bundel volledig toe te passen, de OZB te verhogen op basis van de gemiddelden en bedrijven ook de hogere OZB door te belasten. a) verhoging toepassen voor eigenaren woningen én niet woningen b) óf eigenaren van niet woningen uitsluiten van tariefsverhoging c) het gemiddelde van de besparingen (over 2010 t/m 2013) in één keer doorvoeren of d) de besparingen van 2010 alleen doorvoeren. De tarieven voor de belastingen, heffingen en rechten voor het jaar 2010 als volgt vast te stellen, incl. WOZ-waardering: a) de onroerende- en roerende-zaakbelastingen woningen: - eigenaar niet-woningen - eigenaar - gebruiker b) Afvalstoffenheffing per perceel: - voor éénpersoonshuishoudens - voor meerpersoonshuishoudens
0,0823% 0,1663% 0,1332% € €
172,00 214,00
c) Rioolrecht per woning c.q. 150 m afvalwater: - voor éénpersoonshuishoudens - voor meerpersoonshuishoudens/ bedrijven 150 m3 afvalwater - voor grootverbruikers
€ € € €
159,00 198,00 198,00 83,00
d) Hondenbelasting (uit de groslijst): - voor de eerste hond - voor elke volgende hond - voor een kennel
€ € €
102,00 116,00 158,00
3
e) De volgende verhogingen (uit de groslijst) toe te passen: - begrafenisrechten 10% - precariobelasting 10% - kadegelden 10% - leges 10% - veerdienst 10% - parkeerbelasting 10% b. Temporisering investeringen In te stemmen met de bijgevoegde aanpassing (actualisering) van de geplande investeringen zoals weergegeven in het bijlagenboek beslisdocumenten. Met betrekking tot de ontstane ruimte leggen wij u drie opties met consequenties voor: 1. de investeringsruimte wordt benut ten gunste van de exploitatie; 2. de investeringsruimte wordt toegevoegd aan de post onvoorzien; 3. de investeringsruimte wordt benut om het weerstandsvermogen op peil te brengen. Daarbij in te stemmen met optie 2.
Begroting 2010
20
c. Reserves en voorzieningen Ten aanzien van de vorming van reserves en voorzieningen te handelen overeenkomstig het huidige vastgestelde beleid. Kennis te nemen om in januari/ februari 2010 u een geactualiseerde nota Reserves en Voorzieningen aan te bieden op grond waarvan u verdere keuzes gemaakt kunt maken. d. Bezuinigingen op de stad: alle hens aan dek De groslijst alle hens aan dek sluitstuk te laten zijn om te komen tot bezuinigingen die overeen komen met scenario 2 uit de Perspectiefnota (sluitende begroting + extra te verwachten ombuigingen van het Rijk) en daar richtinggevende uitspraken over te doen.
Conform bovenstaande de verordeningen vast te stellen. Burgemeester en wethouders van Gorinchem, de secretaris, de burgemeester,
Begroting 2010
21
IV
RAADSBESLUIT
De gemeenteraad van Gorinchem Gelet op het raadsbesluit Aanpak Economische crisis d.d. 23 april 2009 (nummer 2009-280) Gelet op het raadsbesluit Perspectiefnota 2010–2013 d.d. 9 juli 2009 (nummer 2009-293) Gelet op het feit dat op 5 november een richtinggevende discussie over het pakket aan mogelijke ombuigingen, tarieven, investeringen, reserves en voorzieningen gevoerd zal worden, daarbij in ogenschouw te houden dat de conclusies van die discussies in budgettaire zin voldoende dienen te zijn om de ombuigingen te realiseren. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 oktober 2009
Besluit ten aanzien van de programmabegroting 2010: a. de lasten en baten 2010 van de programma’s te autoriseren conform de tabellen “Wat gaat dit kosten?” zoals opgenomen bij de 14 programma’s in de programmabegroting 2010 vast te stellen; b. de beleidsspeerpunten van de programma’s 2010 vast te stellen; c.
de algemene dekkingsmiddelen aan te wijzen als dekking voor de programma’s conform de tabel van de programmabegroting 2010 uit hoofdstuk 4;
d. de mutaties van de reserves vast te stellen op € 3.370.000, dat wil zeggen: € 5.494.000 te storten en € 2.124.000 te onttrekken; e. de jaarschijf 2010 van het investeringsprogramma 2010 - 2013 vast te stellen op € 15.196.000; f.
de tarieven voor de belastingen, heffingen en rechten voor het jaar 2010 als volgt vast te stellen, incl. WOZ-waardering: a) de onroerende- en roerende-zaakbelastingen woningen: - eigenaar niet-woningen - eigenaar - gebruiker b) Afvalstoffenheffing per perceel: - voor éénpersoonshuishoudens - voor meerpersoonshuishoudens
0,0755% 0,1526% 0,1222%
€ €
189,00 236,00
c) Rioolrecht per woning c.q. 150 m afvalwater: - voor éénpersoonshuishoudens - voor meerpersoonshuishoudens/ bedrijven 150 m3 afvalwater - voor grootverbruikers
€ € € €
163,00 204,00 204,00 83,00
d) Hondenbelasting: - voor de eerste hond - voor elke volgende hond - voor een kennel
€ € €
93,00 106,00 144,00
3
Begroting 2010
22
e) De volgende verhogingen toe te passen: - begrafenisrechten 1% - precariobelasting 1% - reinigingsrecht 1% - marktgelden 0% - kadegelden 1% - leges 1% - veerdienst 0% - parkeerbelasting gekoppeld aan evaluatie parkeerbeleid. Aldus besloten in de vergadering van de raad van Gorinchem van 5 november 2009.
de griffier,
Begroting 2010
de voorzitter,
23
Ten aanzien van de beslisdocumenten tarieven, investeringen, reserves en voorzieningen en bezuinigingen: a. Bundel tarieven het gemiddelde van de besparingen (over 2010 t/m 2013) in één keer doorvoeren. De tarieven voor de belastingen, heffingen en rechten voor het jaar 2010 als volgt vast te stellen, incl. WOZ-waardering: a) de onroerende- en roerende-zaakbelastingen woningen: -eigenaar niet-woningen - eigenaar - gebruiker b) Afvalstoffenheffing per perceel: - voor éénpersoonshuishoudens - voor meerpersoonshuishoudens
0,0823% 0,1663% 0,1332%
€ €
172,00 214,00
c) Rioolrecht per woning c.q. 150 m afvalwater: - voor éénpersoonshuishoudens - voor meerpersoonshuishoudens/ bedrijven 150 m3 afvalwater - voor grootverbruikers
€ € € €
159,00 198,00 198,00 83,00
d) Hondenbelasting (uit de groslijst): - voor de eerste hond - voor elke volgende hond - voor een kennel
€ € €
102,00 116,00 158,00
3
e) De volgende verhogingen (uit de groslijst) toe te passen: - begrafenisrechten 10% - precariobelasting 10% - kadegelden 10% - leges 10% - veerdienst 10% - parkeerbelasting 10% b. Temporisering Investeringen in te stemmen met de bijgevoegde aanpassing (actualisering) van de geplande investeringen zoals weergegeven in het bijlagenboek “ombuigingsmogelijkheden 2010-2013” en de vrijvallende middelen toe te voegen aan de post onvoorzien. c. Reserves en voorzieningen Kennis te nemen om in januari/ februari 2010 u een geactualiseerde nota Reserves en Voorzieningen aan te bieden op grond waarvan u verdere keuzes gemaakt kunt maken. d. Bezuinigingen op de stad: alle hens aan dek de groslijst alle hens aan dek als sluitstuk te laten zijn om te komen tot bezuinigingen die overeen komen met scenario 2 uit de Perspectiefnota (sluitende begroting + extra te verwachten ombuigingen van het Rijk) en daar richtinggevende uitspraken over te doen. Aldus besloten in de vergadering van de raad van Gorinchem van 5 november 2009. de griffier,
Begroting 2010
de voorzitter,
24
Hoofdthema Wonen en Leven Het hoofdthema Wonen & Leven bestaat uit de volgende programma’s: • • • • •
Woonvoorzieningen Leefvoorzieningen Wonen, leven en veiligheid Wonen, leven en milieu Wonen, leven en bestuur en communicatie
Omschrijving Woonvoorzieningen Het programma Woonvoorzieningen omvat de producten: Volkshuisvestingsbeleid, Bouw- en woningtoezicht, Huursubsidie vangnetregeling, Beheer en onderhoud woningen en panden, Exploitatie woningen, panden en erfpachtgronden, Bouwgrondexploitatie.
Wat willen we met het programma Woonvoorzieningen bereiken? Doel van het programma Het doel van het programma is de kwaliteit van woning en woonomgeving te versterken en op stadsdeelniveau bij te dragen aan een levensloopbestendige wooncarrière van huishoudens evenals aan een duurzaam en leefbaar woonmilieu waarin Gorinchems ingezetenen naar tevredenheid wonen.
Toekomstvisie 2015 Het streven is om de voornemens en doelen op het gebied van wonen en leven, zoals verwoord in de Gemeentelijke Structuurvisie en de Woonvisie, de nota Investeren in Samenleving en Verandering in de periode tot 2015 te verwezenlijken. Belangrijke onderdelen van deze beleidsnota’s zijn: • • • •
Herstructurering in westelijke wijken volgens het SV-programma; Benutting laatste nieuwe locaties binnen bestaand stedelijk gebied; Hoog Dalem: compensatie woningen en inzetten voor noodzakelijke uitbreiding woningvoorraad voor eigen bevolking; Periodiek monitoren en evalueren van de gemeentelijke woonvisie.
Beleidskaders Beleidskader Gemeentelijke structuurvisie In de Gemeentelijke Structuurvisie (GSV) zijn de ambities van Gorinchem voor de periode tot 2015 neergelegd met betrekking tot zorg, welzijn en educatie, wonen, werken, mobiliteit, groen en water en milieu. De GSV geeft de kaders aan waarbinnen ontwikkelingen en projecten kunnen plaatsvinden. Voor wat betreft de weginfrastructuur en het verkeersbeleid geldt dat de kaders en speerpunten hiervan ook zijn neergelegd in de GSV. Gelet op de invoering van de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening van 1 juli 2008 heeft de raad in zijn vergadering van 23 april 2009 een zogenaamde nieuwe wet RO-proof gemaakte Gemeentelijke Structuurvisie vastgesteld. Inmiddels is gestart met een algehele herziening van de structuurvisie, die volgens planning door de nieuwe raad (na maart 2010) zal worden vastgesteld.
Begroting 2010
25
Wanneer vastgesteld door de raad Looptijd 23-04-2009
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
31-12-2015 01-04-2010
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect Effect indicator
R/S Nulmeting
In principe wordt het standpunt gehuldigd ‘iedere Gorcumer moet kunnen wonen waar hij wil’.
De Gorcumse samenleving gewenste voorzieningen mogelijk maken om te kunnen wonen, werken en recreëren.
S
Zie idem beleidskader woonvisie.
idem
Voor de Gorcumse samenleving gewenste voorzieningen mogelijk maken.
Tevredenheid bij de inwoners en bezoekers
S
91%
91%
91%
S
Nader te bepalen
Nader te bepalen
Nader te bepalen
Indicatoren S woonomgevingskwaliteit:
MOP2 :
Matrix MOP2 m.b.t. idem wonen en omgevingskwaliteit:
-m² groen per woning.
01-01-2005 61m²
01-01-09 75m² per woning
-ha water per afwateringsgebied
2005 GorinchemWest: 31,3 ha.
34,9 ha
34,9 ha
GorinchemOost: 21 ha.
32,2 ha
32,2 ha
Verbeteren van de Het meten van de biodiversiteit van de biodiversiteit * Woelse Waard en de (passieve) recreatiemogelijkheden. Goede kwaliteit woonomgeving (per stadsdeel).
-Woningdichtheid: Aantal woningen per inwoner in Gorinchem.
0,42 1-1-2005 14.475 won. 34.327 inw.
Streefwaarde 2009
26
01-01-10 75m² per woning
0,43 1-1-2008 14.764 won.
0,43 1-1-2009 14.982 won.
34.475 inw.
34.521 inw.
* De inventarisatie van de flora in de Woelse Waard is dit voorjaar uitgevoerd.
Begroting 2010
Streefwaarde 2010
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Ontwikkelen Het huidige Biodiversiteit Woelse buitendijkse Waard gebied transformeren tot een aantrekkelijk natuurgebied (in relatie met project Ruimte voor de rivier)
Activiteit
Stadium 2010
Voor de Woelse Waard hebben wij Uitvoering plannen om dat gebied te ontwikkelen tot een aantrekkelijk, voor iedereen toegankelijk natuurgebied. Het afgelopen jaar is ons gebleken dat het gebied van de Woelse Waard door Rijkswaterstaat bekeken wordt als een mogelijke overnachtingshaven voor de scheepvaart. Hoewel dat misschien op het eerste gezicht strijdig lijkt met onze ideeën voor de inrichting van dit gebied, zijn er misschien toch mogelijkheden beide te combineren. Binnenkort zullen wij door Rijkswaterstaat worden geïnformeerd over die plannen en kan het overleg met hen over de ontwikkeling van de Woelse Waard worden gestart. Wij zullen er bij deze instantie op aandringen om de flora en fauna inventarisatie te actualiseren. Daarnaast zal er door ons gestart worden met het in kaart brengen van alle tot nu toe bekende zaken rond de Woelse Waard en zullen wij de door ons gewenste ontwikkeling van dit gebied in beeld brengen A. Op basis van inventarisatie uit 2008 een Plan van Aanpak opstellen voor een inrichtingsplan dat voldoet aan de gestelde voorwaarden van alle partijen in dit gebied.
Uitvoering.
B. Vinden van kostendragers voor Voorbereiding. inrichting en beheer van de Woelse Waard, zodat tot uitvoering kan worden overgegaan.
Beleidskader Hoog Dalem Zoals bekend heeft de raad in december 2004 de kaders vastgesteld waarbinnen Hoog Dalem moet worden ontwikkeld. In deze kaders is o.a. opgenomen de bouw van 1.400 woningen, de aard van deze woningen (huur - koop, goedkoop - duur, eengezins - meergezins), de bouw van een winkel- en voorzieningencentrum van circa 11.500 m², de realisatie van een breed voorzieningenprogramma (t.b.v. onderwijs, zorg, cultuur, speelvoorzieningen, kinderopvang etc.) en het terugbrengen van de hindercirkel van de RWZI. Over de voortgang van de ontwikkeling van Hoog Dalem en de realisatie van de kaders
Begroting 2010
27
bent u periodiek geïnformeerd. Het voorontwerp-bestemmingsplan heeft ter inzage gelegen en het is de bedoeling om het bestemmingsplan in januari 2010 vast te stellen. Vooruitlopend hierop zijn, gebruikmakend van het oude artikel 19 Wet ruimtelijke ordening de eerste bouwvergunningen verleend. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-12-2004
31-12-2018
01-01-2020
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
De uitbreidingswijk biedt ruimte voor 1400 woningen en bijbehorende winkel- en welzijnsvoorzieningen. De bouw van de woningen is mede bedoeld als compensatie van de woningen die in het kader van het SVbeleid in het westelijke stadsdeel zullen verdwijnen (verdunningsopgave).
Hoeveel R woningen er elders in bestaand Gorcum worden gesloopt.
Geen Er wordt niet nulmeting. gesloopt in bestaand Gorinchem, juist inbreilocaties in West (Lingewijk, Mollenburg, etc.)
Streefwaarde 2010 Idem.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling Resultaatindicator
Na een succesvol verlopen Ontwikkeling Aantal op te leveren vrijstellingsprocedure heeft het woningbouw. woningen. grondverzet plaatsgevonden en is voor de zomervakantie 2009 gestart met de bouw van de eerste woningen.
Activiteit
Stadium 2010
Na het onherroepelijk Uitvoering zijn van het bestemmingsplan kan vergunning worden verleend voor de overige woningen.
Beleidskader Kernuitgangspunten Masterplan Bastion II In de notitie Kernuitgangspunten Masterplan Bastion II zijn de uitgangspunten voor een eventuele herontwikkeling van het gebied Bastion II en omgeving vastgelegd. Daarbij is onderscheid gemaakt in ruimtelijke, functionele, verkeerskundige en financiële uitgangspunten alsmede uitgangspunten op het gebied van leefbaarheid en parkeren. Deze kernuitgangspunten worden in het Masterplan uitgewerkt tot concrete beleidskaders Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-11-2007
17-12-2009
10 jaar
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Vaststellen Masterplan.
Begroting 2010
Doelstelling Vastlegging kader ontwikkeling gebied.
Resultaatindicator Nog uit te werken.
28
Activiteit Vaststellen Masterplan.
Stadium 2010 Voorbereiding
Beleidskader Nota bovenwijkse voorzieningen De Nota Fonds Bovenwijkse Voorzieningen (FBV) van onze gemeente is in april 2004 voor de laatste keer vastgesteld. De belangrijkste reden om deze Nota te herzien is de invoering van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) in juli 2008. Via deze Wet kan kostenverhaal plaatsvinden bij derden voor grondexploitaties, waarvoor een exploitatieplan is opgesteld. Ook kosten voor bovenwijkse voorzieningen kunnen op derden verhaald worden, mits deze goed onderbouwd kunnen worden. Voor een goede onderbouwing is het noodzakelijk dat de Nota FBV wordt herzien. Ons huidige FBV voldoet op een aantal punten niet meer aan de nieuwe Wro. Strikte toepassing van de wetgeving zou er toe leiden, dat de financiële dekking van belangrijke geplande investeringen voor een deel wegvalt. Om bovenstaande problematiek te ondervangen heeft het College in juli 2009 voor gekozen om 2 “Fondsen” in te stellen (oude en nieuwe stijl). Voor een (groot) deel van de bestaande plannen kunnen we in grote lijnen zelf bepalen op welke wijze we de storting in het Fonds uitvoeren (‘oude stijl’). Voor de plannen, waar we een exploitatieplan volgens de Wro moeten maken, zullen wij een aparte Reserve creëren. De voeding van deze Reserve vindt plaats via een tarief per rekeneenheid op basis van de wettelijke criteria ‘profijt, proportionaliteit en toerekenbaarheid’. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
29-04-2004
Onbeperkt
2010
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Evenwichtige verdeling van de kosten van bovenwijkse voorzieningen over de veroorzakers van de behoefte tot deze voorzieningen (ontwikkelaars).
Aantal plannen dat S bijdraagt in het fonds als percentage van het aantal planontwikkelingen.
12%
12%
16%
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Herziening nota Bovenwijkse voorzieningen.
Begroting 2010
Doelstelling
Resultaatindicator
Nota actualiseren en aanpassen Aangepaste nota en aan de gevolgen van de Wet op de bijdrage FBV per plan. grondexploitatie om verhaal te optimaliseren.
29
Activiteit Stadium 2010 Nota herzien
Afronding
Beleidskader Regionale structuurvisie Alblasserwaard en Vijfheerenlanden De Regionale Structuurvisie is het begin van een ontwikkelingsproces binnen de regio Alblasserwaard en Vijfheerenlanden. Hierin staan de uitgangspunten en gezamenlijke ambities van de regio. De belangrijkste meerwaarde van de visie is de flexibiliteit. Het is geen blauwdruk, maar een op dynamiek gericht stuk dat een steun in de rug is voor de colleges van B&W bij de ontwikkeling van eigen ruimtelijke plannen en in gesprekken en eventuele onderhandelingen met Provincie, Rijk en marktpartijen. Na de per 1 juli 2008 inwerking getreden nieuwe wet ruimtelijke ordening en de op provinciaal niveau vast te stellen structuurvisie, denkt de regio na over een herziening van de regionale structuurvisie. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-01-2010
01-01-2011
02-01-2011
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting
Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Is bedoeld richting te geven aan regionale vraagstukken op velerlei gebied, waarbij per gemeente en soms zelfs per woonkern een specifieke taak is toebedeeld. Gorcum is en blijft opvangkern voor de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden.
Opgave regionaal uitvoeringsprogramma.
S
Regionaal uitvoeringsprogramma.
Regionaal uitvoeringsprogramma.
Regionaal uitvoeringsprogramma.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt De structuurvisie zal samen met de regionale woonvisie de basis blijven vormen voor de door de regio gezamenlijk maar ook door gemeente afzonderlijk gewenste woningbouwplannen.
Doelstelling Ontwikkeling woningbouw.
Resultaatindicator
Activiteit
Aantal op te leveren Regionale woningen. afstemming. (2008-2010)
Stadium 2010 Uitvoering
Beleidskader Stedenbouwkundige uitgangspunten Lingewijk Zuid Voor het zuidelijk deel voor de Lingewijk wordt in aansluiting op de ontwikkeling in Lingewijk Noord gewerkt aan een stedebouwkundig plan voor de gehele Lingewijk wat medio 2010 ter vaststelling wordt aangeboden. In de uitwerking van dit stedenbouwkundige plan worden meegenomen de moties aangaande de Lingewijk welke in 2009 door de raad zijn aangenomen. Na overeenkomst over het stedenbouwkundige plan wordt in aansluiting op het al geldende bestemmingsplan Lingewijk Noord begonnen met een nieuw bestemmingsplan voor het resterende deel van de Lingewijk. Het plan omvat de herstructurering van het buurtje Zandvoort. Uitwerking van het gebied nog nader in te vullen. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
25-06-2009
Juni 2010
Juni 2010
Begroting 2010
30
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
In 2010 worden de plannen verder uitgewerkt. Om recht te doen aan de betrokkenheid van de belanghebbenden en bewoners zullen we samen met de inspraak regelen. Waarna wij zullen starten wij met de benodigde planologische procedures.
Resultaatindicator
Herontwikkeling Nog uit te werken. plangebied.
Activiteit
Stadium 2010
Planontwikkeling. Voorbereiding.
Beleidskader Woonvisie In de nota Investeren in Samenleving en Verandering uit juli 2000 zijn de doelstellingen van het Gorinchemse stedelijke vernieuwingsbeleid (SV-beleid) vastgelegd. Een van de doelstellingen van het SV-beleid is het uitgangspunt dat (in 2015) iedereen overal in Gorinchem moet kunnen wonen, ongeacht leeftijd, inkomen en gezinssamenstelling. In het Meerjaren Ontwikkelings Programma 2005-2009 (MOP-2) zijn de acties en projecten neergelegd die in genoemde periode moeten worden uitgevoerd om de doelstellingen van het SV-beleid te kunnen behalen. Het MOP-2 is het uitvoeringsprogramma van het SVbeleid. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-12-2004
01-01-2015 Onbepaald.
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Evenwichtige bevolkingssamenstelling per stadsdeel
Leeftijdsopbouw:
S
- 0-19 jaar - 20-64 jaar - 65+ - 0-19 jaar - 20-64 jaar - 65+
Meer marktconformere woningvoorraad
Begroting 2010
1-1-2005: West 21,0% 59,6% 19,3% Oost 32,8% 60,8% 6,3%
2009
2010
21% 60% 19%
21% 60% 19%
30% 60% 10%
30% 60% 10%
Ingeschatte tendens doorstroming woningvoorraad
S
woonvisie woonvisie
woonvisie
Instroom starters
S
Woonvisie Woonvisie
woonvisie
Verhouding koop/huur West Egw *
S
46%
50%
50%
Verhouding koop/huur West Mgw *
S
54%
50%
50%
Verhouding koop/huur West Koop *
S
30%
40%
40%
31
Maatschappelijk effect
Duurzamere woningvoorraad
Opvangen regionale woningvraag sociale huursector.
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Verhouding koop/huur West Huur *
S
70%
60%
60%
Verhouding koop/huur West Goedk *
S
57%
50%
50%
Verhouding koop/huur West Middeld *
S
33%
35%
35%
Verhouding koop/huur West Duur *
S
10%
15%
15%
Verhouding koop/huur Oost Egw *
S
93%
90%
90%
Verhouding koop/huur Oost Mgw *
S
7%
10%
10%
Verhouding koop/huur Oost Koop *
S
74%
75%
75%
Verhouding koop/huur Oost Huur *
S
26%
25%
25%
Verhouding koop/huur Oost Goedk *
S
1%
0%
0%
Verhouding koop/huur Oost Middeld *
S
56%
55%
55%
Verhouding koop/huur Oost Duur *
S
43%
45%
45%
Aantal/aandeel milieuvriendelijke woningen
S
171
700
700
Aantal/aandeel levensS loopbestendige woningen
716
900
900
Aantal ingeschreven woningzoekenden uit regio A&V.
261
8%
8%
S
*Door de stagnerende woningbouw is streefwaarde 2010 gelijk aan 2009
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Actief stimuleren wonen boven winkels. In 2005 heeft het college de nota binnenstedelijke stadsvernieuwing vastgesteld. Hierin is het voornemen om het actief stimuleren van wonen boven
Doelstelling Versterken leefbaarheid. Differentiatie Gorinchems woningaanbod. Behoud van waardevolle panden.
Resultaatindicator Aantal gerealiseerde woningen boven winkels
winkels nader uitgewerkt
Begroting 2010
32
Activiteit A. Evaluatie pilot in relatie tot financiën en wet- en regelgeving
Stadium 2010 Uitvoering*
Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Hierin is het voornemen om het actief stimuleren van wonen boven winkels nader uitgewerkt. B. Aan de hand Uitvoering* daarvan maatregelenpakket opstellen (2010 e.v.). Bevorderen zo lang mogelijk zelfstandig wonen
Realiseren woningvoorraad met voldoende woningen geschikt voor toekomstige vraag naar woonruimte met zorgbehoefte
Overzicht voorraad en nog te realiseren aantal levensloopbestendige woningen.
Aantal zorgwoningen Uitvoering op gewenst niveau brengen, zoals omschreven in het Pact van Bleskensgraaf.
Evaluatie gerealiseerde projecten
Onderzoeken in Voortgangsrapportage hoeverre gerealiseerde SV projecten bijdragen aan beleidsdoelstellingen (GSV, Woonvisie en MOP-2)
Per project van Uitvoering redelijke omvang zal de mate van doorstroming worden onderzocht. (2008 ev.).
Het realiseren van aantal (zorg) woningen senioren uit MOP-2
Voorzien in huidige en toekomstige behoefte van bewoners met een zorgvraag
Opstellen notitie Wonen, welzijn en zorg op basis van prestatieafspraken zoals genoemd in MOP-II (2008-2009)
Uitvoering
* Tijdens het opstellen van de programmabegroting 2010 is het als pilot aangemerkte bouwproject nog niet uitgevoerd en dus is er nog geen evaluatie mogelijk. Op dit moment wordt het pilot project tegen het licht gehouden. Na de uitkomsten van dit onderzoek zal worden bekeken of er verder gegaan zal worden met dit project.
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 55.124 67.567 51.217 43.456 36.968 30.492 56.601 71.385 53.758 43.901 38.755 30.185 1.477 3.818 2.541 445 1.787 -307 -2.659 -2.221 -3.010 -2.352 -3.752 -1.586 -1.182 1.597 -469 -1.907 -1.965 -1.893
33
Hoofdthema Wonen en Leven Het hoofdthema Wonen & Leven bestaat uit de volgende programma’s: • • • • •
Woonvoorzieningen Leefvoorzieningen Wonen, leven en veiligheid Wonen, leven en milieu Wonen, leven en bestuur en communicatie
Omschrijving programma Leefvoorzieningen Het programma Leefvoorzieningen omvat de producten: Wegeninfrastructuur, Verkeersbeleid, Beheer en onderhoud openbare ruimte, Openbare verlichting, Reiniging openbare ruimten, Veerdiensten, Beheer openbaar groen, Onkruidbestrijding verhardingen.
Wat willen we met het programma Leefvoorzieningen bereiken? Doel van het programma Het doel van het programma is het creëren van een schone en aantrekkelijke leefomgeving en het bevorderen van een verkeersveilige en vlotte afwikkeling van alle verkeerssoorten in en om Gorinchem.
Toekomstvisie De toekomst op het gebied van een schone en aantrekkelijke leefomgeving en het bevorderen van een veilige en vlotte afwikkeling van alle verkeerssoorten in en om Gorinchem. Op het gebied van verkeersveiligheid wordt de landelijke doelstelling aangehouden:reductie van het aantal ongevallen met een dodelijke afloop met 30% in 2010 ten opzichte van het gemiddelde van 2001-2003. reductie van het aantal ongevallen met ziekenhuisgewonden met 7.5% in 2010 ten opzichte van het gemiddelde van 20012003.
Beleidskaders Beleidskader Kadernota infrastructuur De beleidskaders “Gemeentelijk verkeersstructuurplan (VSP)” en “Kadernota infrastructuur” worden als twee beleidskaders uitgewerkt in de programmabegroting. De infrastructuur in en rond Gorinchem is een bron van aanhoudende zorg. Dit als gevolg van interne verschuivingen van o.a. woongebieden (SV) en de toenemende groei van de automobiliteit. Daarnaast worden voor diverse wegen buiten Gorinchem (A15 en A27) als gevolg van congestieproblemen plannen ontwikkeld. Al deze (majeure) ontwikkelingen vragen om een duidelijke visie om zodoende onze belangen te kunnen behartigen en synergie te kunnen bewerkstelligen. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
26-04-2007
01-04-2022
Onbepaald.
Looptijd en Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie zijn niet bepaald!
Begroting 2010
34
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting
Groei economische mobiliteitsbehoefte mogelijk maken en accepteren
Nog nader vast te stellen: S garanderen kwalitatieve bereikbaarheid nieuwe economische concentraties.
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Nog te bepalen*
Groei sociale mobiliteitsbehoefte mogelijk maken
Burgertevredenheid openbaar vervoer.
S
44%
44%
58%
Betrouwbaar en snel over de weg
Reistijdmeting
S
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Bereikbaarheid deur tot Terugdringen deur file/wachttijden belangrijke routes.
S
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Kwaliteit leefomgeving verbeteren
Geluid/luchtkwaliteit
S
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Veiligheid permanent optimaliseren
Terugdringen aan verkeersslachtoffers.
S
Zie Zie Zie onderstaande onderstaande onderstaande tabel tabel tabel
Kracht openbaar Aantal en tevredenheid vervoer (o.v.) benutten reizigers.
S
Bus: +6.1% (’08) t.o.v. ‘07 Trein: +6.3% (’08) t.o.v. ‘07
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Stimuleren fietsgebruik Nog uit te werken
S
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Optimaliseren en (waar Nog uit te werken nodig) creëren van faciliteiten voor voetgangers
S
Nog te bepalen
Nog te bepalen
Nog te bepalen
* Wordt in 2010 ontwikkeld.
2,3 2 4 0 0 1
Begroting 2010
100% 2,2 (96%) 2,1 (91%) 2,0 (87%) 1,9 (83%) 1,8 (79%) 1,7 (74%) 1,6 (70%)
25,0 29 13 23 19 20
Doelstelling: reductie van het aantal ongevallen met ziekenhuisgewonden 7,5% 2010 t.o.v. gem 2001-'03
100% 97% 75% 80% 78% 68%
Ziekenhuis ongevallen
Dodelijke ongevallen
556 541 416 443 432 379
Doelstelling: reductie van het aantal ongevallen met dodelijk afloop -30% 2010 t.o.v. gem 2001-'03
index
nulmeting gem 01-03 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Totaal ongevallen
verkeersongevallen binnen de gemeentegrenzen
Reductie van het aantal en aard van de ongevallen in Gorinchem
100% 24,7 (99%) 24,5 (98%) 24,2 (97%) 23,9 (96%) 23,7 (95%) 23,4 (94%) 23,1 (93%)
35
Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Actualiseren Verbeteren van de Rapportages verkeersstructuurplan doorstroming op de 2002 o.b.v. Kadernota HIS infrastructuur 2007
Betere ontsluiting verkeersafwikkeling parkeergarage Kazerneplein
Activiteit
Resultaatindicator
Stadium 2010
Uitvoeren verkennende Uitvoering studie als duidelijkheid is ontstaan m.b.t. capaciteitsuitbreiding A27.
Verbeteren van fietsverbindingen
Rapportages
Uitvoeren verkennende Uitvoering studie als duidelijkheid is ontstaan m.b.t. capaciteitsuitbreiding A27.
Bevorderen versneld oplossen en uitvoeren van knelpunt Merwedepassage
Rijksnorm: de gemiddelde reistijd op de A27 mag max 1,5 keer zo lang zijn als de reistijd buiten de spits in 2020
Voortzetting van de Uitvoering inspanningen voor een nieuwe Merwedepassage (2008 e.v.). Actief blijven participeren in discussie over varianten, zoals genoemd in startnotitie van Rijkswaterstaat van september 2007.
Betere ontsluiting Opnemen in de verkeersafwikkeling planvorming en parkeergarage ontwikkeling. Kazerneplein.
Verbeterde ontsluiting parkeergarage Kazerneplein, onderdeel uit laten maken van herontwikkeling oude politiebureau. (2008 e.v.)
Voorbereiding
Beleidskader Gemeentelijk Verkeersstructuurplan (VSP) Deze kaders waren al eerder in het Gemeentelijk Verkeersstructuurplan (VSP) vastgelegd. Voor wat betreft de bereikbaarheid van Gorinchem van buitenaf richten de inspanningen zich in het tijdvak tot 2015 op het opheffen van het knelpunt Merwedebrug, de verbreding van de A27, het handhaven en zo verder uitbreiden van de gebruiksmogelijkheden van de Merwede-Lingelijn en de uitbreiding van de dienstverlening van de Veerdienst. Kijkend naar de verkeerssituatie in Gorinchem zelf wordt ingezet op de verbetering van de doorstroming op de hoofdinfrastructuur (door middel van het geven van uitvoering aan voorkeursscenario 2 zoals omschreven in het VSP), de bereikbaarheid van en tussen de stadsdelen Oost en West en de verkeerscirculatie in vooral de binnenstad. Ook het langzame verkeer krijgt in de periode tot 2015 in de vorm van Duurzaam Veilig Verkeer fase-II en de Regionale Werkgroep Verkeersveiligheid de volle aandacht. Genoemde mobiliteitsbevorderende maatregelen mogen niet ten koste gaan van de verkeersveiligheid. In het VSP is de doelstelling neergelegd om in 2010 een reductie te hebben van het aantal en ernst van de ongevallen: 40% minder slachtoffers en 30% minder ongevallen in vergelijking met 2003 (referentiejaar). Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
20-09-2001
01-01-2010
01-01-2013
Begroting 2010
36
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Realisatie ontsluiting Discussie Nieuwe Nog uit te werken in Haarwijk Hoven is beëindigd. Kadernota Infrastructuur. Zoeken naar andere mogelijkheden vanuit kadernota infrastructuur.
Wordt meegenomen met Actualisatie VSP
Uitvoering.
Haalbaarheidsstudie Verbeteren van de Banneweg doorstroming op de Banneweg en het verlichten van de parkeerdruk ter hoogte van het Piazza Center.
Rapportages.
A. Uitvoeren verkennende studie doorstromingsproblematiek. B. Uitwerken haalbaarheidsstudie met als doel verbeteren van de verkeerssituatie rond Piazza Center (parkeren, files Banneweg).
Uitvoering
Betere ontsluiting verkeersafwikkeling Kazerneplein
Betere ontsluiting verkeersafwikkeling parkeergarage Kazerneplein.
Opnemen in de planvorming en –ontwikkeling.
Verbeterde ontsluiting Voorbereiding. parkeergarage Kazerneplein, onderdeel uit laten maken van herontwikkeling oude politiebureau (2008 e.v.).
Afstemmen functie groen woonomgeving
Goede afstemming Een goede beoordeling op dit Opstellen notitie, van de inrichting van punt uit het besluit en realisatie. het openbaar groen Burgerwaarderingsonderzoek op de gewenste functie.
Voorbereiding.
Verkeersveiligheid rond scholen
Veiligere schoolomgeving en schoolroute.
Uitvoering.
Verbeteren subjectieve verkeersveiligheid.
A. Opstellen beleidsnotitie “Veilig door Gorinchem”. B. Actieplan.
Beleidskader Gemeentelijke structuurvisie In de Gemeentelijke Structuurvisie (GSV) zijn de ambities van Gorinchem voor de periode tot 2015 neergelegd met betrekking tot zorg, welzijn en educatie, wonen, werken, mobiliteit, groen en water en milieu. De GSV geeft de kaders aan waarbinnen ontwikkelingen en projecten kunnen plaatsvinden. Voor wat betreft de weginfrastructuur en het verkeersbeleid geldt dat de kaders en speerpunten hiervan ook zijn neergelegd in de GSV. Gelet op de invoering van de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening van 1 juli 2008 heeft de raad in zijn vergadering van 23 april 2009 een zogenaamde nieuwe wet RO-proof gemaakte Gemeentelijke Structuurvisie vastgesteld. Inmiddels is gestart met een algehele herziening van de structuurvisie, die volgens planning door de nieuwe raad (na maart 2010) zal worden vastgesteld.
Begroting 2010
37
Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
26-08-2004
01-01-2015
01-01-2015
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Voor de Gorcumse Tevredenheid bij de inwoners en samenleving bezoekers van de stad. gewenste voorzieningen mogelijk maken om te kunnen wonen, werken en recreëren.
91%
91%
91%
Meer biodiversiteit in Verbetering van de kwaliteit van het R watergangen en open water door een grotere oevers. biodiversiteit. Met het waterschap zijn in dit kader afspraken gemaakt omtrent onderhoudsmaatregelen. De aanleg van natuurvriendelijke oevers kan de kwaliteit van het oppervlaktewater aanzienlijk verbeteren. Het aantal m1 natuurvriendelijke oevers bedraagt inmiddels zo’n 12.000 m1 en komt overeen met 11 % van de totale hoeveelheid oevers die bij ons in beheer zijn. Op korte termijn zal, door vertraging in de uitvoering van de nieuwbouwprojecten, een vergroting van dit percentage niet meer worden gerealiseerd. Pas na de voltooiing van de nieuwe woonwijk Hoog Dalem zal een toename tot ca.14.% behaald kunnen worden. Wij streven er na dit percentage in 2015 op 16% te krijgen.
9%
11%
11%
Verhoging m2 kwalitatief groen bij (nieuwe) grondexploitaties
Aantal m² groen in bestemmingsplannen BW onderzoek
R
43 - 80
75 m²
75 m²
Vergroten van de (groene) woon- en werkomgeving voor onze inwoners en bedrijven
Verhoging van het aantal m² openbaar groen naar 75
R
43
75m²
Gemidd. 75 m² openbaar groen per woning
Tevredenheid over het onderhoud van het groen
R
80%
81%
81%
Begroting 2010
38
R
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Ontsluiting bedrijventerrein Gorinchem-Noord
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Realiseren definitieve Realisatiemoment ontsluiting bij realisatie (2012-2014) capaciteitsvergroting A27.
Realisatie definitieve ontsluiting (2013-2018)
Voorbereiding
Vooruitlopend op Realisatiemoment definitieve ontsluiting A27 2010 een tijdelijke ontsluiting realiseren.
realisatie ontsluiting op A27 (2010)
Voorbereiding
Actualiseren visie (2010)
Afronding
Ontwikkelingen m.b.t. Actualiseringsslag i.v.m. zorg, welzijn en nieuwe Wet RO educatie, wonen, werken, mobiliteit, groen en water en milieu herzien
Herziene structuurvisie
Beleidskader Parkeerbeleid binnenstad Het parkeerbeleid is in 2002 opgesteld en vastgesteld. De laatste evaluatie en bijstellingen hebben in maart 2009 plaatsgevonden. Het parkeerbeleid is er op gericht de schaarse parkeergelegenheid zo eerlijk als mogelijk te verdelen, waarbij de leefbaarheid en het economisch functioneren van de binnenstad vooropstaan. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
10-03-2009
01-10-2014
Niet bepaald
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
Verwezen wordt naar de kadernota Infrastructuur
Streefwaarde 2010 Nog te ontwikkelen
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Ontwikkelen masterplan Groenmarkt
Doelstelling Herinrichting Groenmarkt.
Resultaatindicator Rapportages
Activiteit A. masterplan voor de Groenmarkt. (2007) B. uitvoering plan (2008 e.v.)
Stadium 2010 Voorbereiding* Uitgesteld.
* Op dit moment worden de gevolgen van de fasering als gevolg van de economische crisis bezien.
Beleidskader Samen werken aan Gorinchem Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
Besproken voorjaar 2006
4 jaar
2010
Begroting 2010
39
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Verlaging meldingen burgers t.a.v. schone en hele leefomgeving
Aantal binnengekomen incidenten / meldingen gemeente.
R
4.800
4.800
4.800
Schone stad
Intensiteit zwerfvuilbestrijding
R
0
Veegplan
Veegplan*
Tevredenheid gemeentereiniging
R
91%
92%
91%
Rapportcijfer rommel openbare ruimte (schaal 1:5)
R
2,6
2,8
2,6
* Om te borgen dat de stad Gorinchem schoon is en blijft wordt gebruik gemaakt van een Veegplan waarin is opgenomen de veegfrequenties voor elk type gebied.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Afstemmen Goede functie groen afstemming van woonomgeving. de inrichting van het openbaar groen op de gewenste te vervullen functie.
Resultaten A. Opstellen notitie. Burgerwaarderingsonderzoek B. Implementatie Groeninrichting en ontwikkelingen bevolkingsopbouw, zoals in woonvisie, MOP-2 en nota Jeugdbeleid.
Functie groen Goede woonomgeving. afstemming van de inrichting van het openbaar groen op de gewenste te vervullen functie
Resultaten Burgerwaarderingsonderzoek Groeninrichting en ontwikkelingen bevolkingsopbouw zoals in een woonvisie, MOP-II en nota Jeugdbeleid (2007-2009)
Begroting 2010
40
Stadium 2010 Voorbereiding
Daarover zal een Voorbereiding notitie worden opgesteld waarin voorstellen zullen worden gedaan over de wijze waarop niet voor renovatie in aanmerking komend openbaar groen,maar niet meer functioneel openbaar groen als gevolg van veranderingen in de leeftijdsopbouw van de bewoners, kunnen worden opgepakt. A.Opstelling notitie. B.implementatie.
Speerpunt
Doelstelling
Opstellen notitie Optimaliseren renovatie groen groenonderhoud
Resultaatindicator Nog te ontwikkelen.
Activiteit
Stadium 2010
A. Opstellen notitie. B. Gevolgen notitie verwerken in begroting. C. Implementatie.
Voorbereiding
Beleidskader Startnotitie A27 In de startnotitie A27 heeft het ministerie van Verkeer en Waterstaat aangegeven welke varianten en alternatieven zij willen onderzoeken om de capaciteit van de A27 uit te breiden. Begin 2010 zal volgens de planning van RWS de ingestelde bestuurlijke adviesgroep een advies moeten geven over het te onderzoeken voorkeurs alternatief. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-10-2007
31-12-2013
Jaarlijks
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Zie kadernota Infrastructuur
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Startnotitie Capaciteitsvergroting van de A27 i.v.m. bereikbaarheid Gorinchem.
Resultaatindicator De besluitvorming rond dit project ligt bij het ministerie van V en W. De gemeente Gorinchem is systeemverantwoordelijk.
Activiteit
Stadium 2010
Opstellen Voorbereiding planstudie en Ontwerp Tracé besluit door RWS.
Beleidskader Verkeerscirculatieplan binnenstad Het verkeerscirculatieplan binnenstad doet een voorstel om de bereikbaarheid en de leefkwaliteit van de binnenstad te verbeteren door middel van ingrepen in de verkeerscirculatie. Twee circulatiemaatregelen (rondje Dalembolwerk/Dalemwal en winkelgedeelte Westwagenstraat) zijn door de raad aangenomen en slechts één daarvan heeft het college kunnen uitvoeren, het op bepaalde tijden afsluiten van het winkelgedeelte van de Westwagenstraat. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-05-2003
01-05-2004
Nog niet bepaald.
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
Zie kadernota infrastructuur
Begroting 2010
Streefwaarde 2010 Nog te ontwikkelen
41
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Het speerpunt fietsparkeren binnenstad is afgewikkeld en in de lopende begroting opgenomen.
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 7.956 8.901 8.536 8.748 9.213 9.152 1.263 449 456 459 594 594 -8.452 -8.080 -8.289 -8.619 -8.558 -6.693 -2.024 -3.889 0 0 0 0 -12.341 -8.080 -8.289 -8.619 -8.558 -8.717
42
Hoofdthema Wonen en Leven Het hoofdthema Wonen & Leven bestaat uit de volgende programma’s: • • • • •
Woonvoorzieningen Leefvoorzieningen Wonen, leven en veiligheid Wonen, leven en milieu Wonen, leven en bestuur en communicatie
Omschrijving programma Wonen, leven en veiligheid Het programma Wonen, leven en veiligheid omvat de producten: Wijkveiligheid, Brandweer en rampenbeheersing, Brandweer en rampenbeheersing extern.
Wat willen we met het programma Wonen, leven en veiligheid bereiken? Doel van het programma Bevorderen van het veiligheidsgevoel op het terrein van wonen en leven. Creëren van een veilige leefomgeving (sociaal en fysiek). Voorkomen van veiligheidsrisico’s o.a. van transport en opslag van gevaarlijke stoffen.
Toekomstvisie Veiligheid manifesteert zich in toenemende mate als een eigenstandig beleidsthema, met een brede en integrale insteek. Het rijk verwacht daarbij van de gemeenten dat zij de regierol op zich zullen nemen. In dat verband is de rijksoverheid ook voornemens om een beleidsplan integrale veiligheid verplicht te stellen. Gemeenten werken steeds meer in regionaal verband samen (regionaal platform veiligheid, districtelijke werkgroep veiligheid, enz.), en maken op dat niveau afspraken en convenanten. In dat verband is er onder andere de Veiligheidsverklaring Zuid-Holland Zuid die de komende tijd verder uitgevoerd zal worden.
Beleidskaders Beleidskader Samen werken aan Gorinchem Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
Besproken voorjaar 2006
4 jaar
2010
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Verlaging overlast meldingen veilige leefomgeving.
Aantal incidenten voor de gehele stad
S
8.184(2003) 7.775 (reductie 7.775 5%)
Politiemonitor
S
6,1
Begroting 2010
43
7,5
7,5
Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Bevorderen / stimuleren veiligheidsgevoel
Voelt zich tamelijk tot zeer veilig S op straat
92%
94%
94%
Klanttevredenheidsonderzoek Merwede-Lingelijn
80% > 7,7
7,7
7,7
S
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Zie hiervoor programma Bestuur en communicatie.
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 3.036 2.999 3.871 3.816 3.816 3.787 555 177 199 179 179 179 -2.481 -2.822 -3.672 -3.637 -3.637 -3.608 0 0 0 0 0 0 -2.481 -2.822 -3.672 -3.637 -3.637 -3.608
44
Hoofdthema Wonen en Leven Het hoofdthema Wonen & Leven bestaat uit de volgende programma’s: • • • • •
Woonvoorzieningen Leefvoorzieningen Wonen, leven en veiligheid Wonen, leven en milieu Wonen, leven en bestuur en communicatie
Omschrijving programma Wonen, leven en milieu Rioolinfrastructuur, Afvalverwijdering huishoudens, Milieubeleid en beheer, Onderhoud watergangen, Rechten en heffingen.
Wat willen we met het programma Wonen, leven en milieu bereiken? Doel van het programma Het bevorderen van een gezonde en hygiënisch schone leefomgeving en de kwaliteit van de openbare ruimte en het leveren van een bijdrage aan de klimaatproblematiek.
Toekomstvisie De toekomst op het gebied van een gezonde en nette openbare ruimte en een gezonde leefomgeving wordt beschreven in de integrale Gemeentelijke Structuurvisie en de nota Gezondheidsbeleid. Op het gebied van de waterkwaliteit, met name onderhoud watergangen, zal de gemeente de samenwerking met het Waterschap optimaliseren door middel van het afstemmen van de planning en werkzaamheden. Gorinchem werkt aan energiebesparing in de gebouwde omgeving en vergroting van het aandeel duurzame energie, zoals benoemd in de kadernota milieu.
Beleidskaders Beleidskader Samen werken aan Gorinchem Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
Besproken voorjaar 2006
4 jaar
2010
Maatschappelijke effecten Zie doelstelling programma Wonen, Leven en Milieu.
Begroting 2010
45
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Bevorderen voldoende speelruimte in wijken
Doelstelling Bevorderen voldoende speelruimte in wijken
Resultaatindicator
Activiteit
Aantal nieuwe speelruimten. Aantal ingerichte pleinen. Aantal ingerichte speelvoorzieningen.
Stadium 2010
A. Opnemen in programma van Uitvoering eisen gebiedsontwikkelingen dat extra aandacht hieraan wordt besteed. B. Opnemen in bestemmingsplan. C. Inrichting schoolpleinen.
Beleidskader Coördinatieverordening Gorinchem 2008 De coördinatieregeling maakt het mogelijk om alle benodigde ruimtelijke besluiten gelijktijdig voor te bereiden. Aan het eind van de rit worden weliswaar allemaal aparte besluiten genomen, maar deze zijn gecoördineerd tot stand gekomen en worden voor eventueel beroep aangemerkt als één besluit. Door een gecoördineerde aanpak wordt aanzienlijke tijdswinst geboekt omdat alle besluiten gelijktijdig behandeld worden en niet na elkaar. Dit is klantvriendelijk omdat de aanvrager sneller ál zijn benodigde vergunningen heeft. Ook een eventuele juridische procedure is korter omdat slechts één procedure mogelijk is, te weten beroep bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. En die dient binnen zes maanden te beslissen in plaats van de gebruikelijke twaalf maanden. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
27-11-2008
Tot inwerkingtreding van de Wabo in vierde kwartaal 2010.
n.v.t.
Maatschappelijke effecten Wordt niet in maatschappelijke effecten uitgewerkt in afwachting van de invoering van wet Wabo.
Beleidskader Gemeentelijk Rioleringsplan 2006-2010 Doelmatige inzameling en doelmatig transport van afvalwater (al het water waarvan men zich wil ontdoen) om de volksgezondheid, de bodem en het grond- en oppervlaktewater te beschermen en de kwaliteit van de leefomgeving op peil te houden. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-08-2006
01-08-2011
Voorjaar 2010
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Snel inzamelen en transporte- Aantal keren water op R ren van afval- en regenwater. straat algemeen
1
Max. 1 keer per Max. 1 keer per 2 jaar 2 jaar
Aantal keren water op R straat benedenstad
1
Max. 1 keer per Max. 1 keer per 5 jaar 5 jaar
Begroting 2010
46
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Brede rioolheffing in de maak.
Conform het wetsvoorstel Richtlijnen Wet Gemeentelijke Watertaken gemeentelijke moeten gemeenten voor 2013 watertaken. beleid ontwikkelen over de invulling van de zorgplichten. Dit beleid wordt beschreven het op te stellen Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2011-2015.
Opstellen verbreed GRP 2011-2015.
Uitvoering
Europese Kaderrichtlijn Water.
Implementeren van de Kader Richtlijnen Waterschap Richtlijn Water (aanvullende Rivierenland. eisen aan de waterkwaliteit) in het gemeentelijk rioleringsplan.
Voor de gemeente Gorinchem geen werkzaamheden die naast lopend beleid uitgevoerd worden.
Uitvoering via GRP*
Oplossingen Het beperken van de wateroverlast. wateroverlast voor de stad in het algemeen en de benedenstad in het bijzonder.
Aantal keren water op Uitvoeren stedelijk straat algemeen Aantal waterplan (2006keren water op straat 2015). algemeen.
Uitvoering
* Het betreft diverse werkzaamheden ten aanzien van het aanleggen van duikers, doorspoelgemalen en aanleg natuurvriendelijke oevers.
Beleidskader Milieubeleidsprogramma 2008-2012 Het milieubeleid concentreert zich op de drie concepten van de Kadernota Milieu; het concept Klimaatbestendige stad, het concept Leefbare stad en het concept Verantwoordelijke stad. Het milieubeleidsprogramma beschrijft de maatschappelijke effecten, die binnen deze concepten worden nagestreefd en de speerpunten, indicatoren, projecten en activiteiten, die in de periode 2008-2012 worden uitgevoerd om deze maatschappelijke doelstellingen te realiseren. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
06-11-2008 (begrotingsraad: keuze MBP+)
01-01-2013
26-05-2013
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
Terugdringen frequentie en hoeveelheid illegale vuilstort in de openbare ruimte en rondom ondergrondse containers.
Frequentie en hoeveelheid R illegale vuilstort openbare ruimte en rondom ondergrondse containers. Aantal boetes milieuinspecteur.
Begroting 2010
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
47
50
50
50
Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting
Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Een jaarlijkse energiebesparing op de energie die binnen de gemeentegrenzen wordt gebruikt ten opzichte van verwachte autonome ontwikkeling van het energieverbruik.
Energieverbruik aan de hand van kengetallen
S
Nog te ontwikkelen In 2010.
Nog te Nog te ontwikkelen in ontwikkelen in 2010. 2010.
Vergroten van het aandeel van Aandeel duurzame S duurzame energie binnen de energie aan de gemeente. hand van kengetallen.
Nog te ontwikkelen in 2010.
Nog te Nog te ontwikkelen in ontwikkelen in 2010. 2010.
Tenminste handhaven van het Rommel in de huidige onder-houdsniveau openbare ruimte. openbare ruimten (met name (schaal 1-5) zwerfvuil en illegale stortingen) het zoge-naamde afvaltoerisme.
S
vervuiling 2,9
2,8
2,9
S
Energieverbruik 2008 rapport HVC
2% energiebesparing
2% energiebesparing
5-10%
5-10%
Concept klimaat-bestendige stad: -een jaarlijkse energiebesparing van 2% op de energie die binnen de gemeente-grenzen wordt gebruikt t.o.v. de verwachte autonome ontwikke-ling van het energieverbruik; -een 5-10% aandeel van duurzame energie in 2012 ofwel door duurzame opwekking binnen de gemeente ofwel door participatie van de gemeente en lokale organisaties in opwekking elders.
Begroting 2010
Energieverbruik aan de hand van kengetallen
S Percentage duurzaam opgewekte duurzame energie
Energieverbruik 2008 rapport HVC
48
Maatschappelijk effect Concept leefbare stad: -een geluidluwe gevel of buitenruimte voor alle nieuwe geluidgevoelige bestemmingen met een geluidbelasting van 54 dB of meer; -het verkeersgeluid en industriegeluid monitoren van bestaande geluidgevoelige bestemmingen d.m.v. een verkeersmilieukaart en zonebewakingsmodellen; -in 2010 een voorstelactieplan gereed te hebben gericht op reductie van het binnenniveau van geluidgevoelige bestemmingen met een hoog geluidniveau tot maximaal 43 dB cumulatief; -in 2010 het bestaande luchtkwaliteitsknelpunt Banneweg (overschrijding grenswaarde NO2) te hebben opgelost; -het voorkomen van knelpunten en verdere verbetering luchtkwaliteit. Concept verantwoordelijke stad: -dat in 2010 voor 75% van het inkoopvolume van de gemeente duurzaamheidscriteria worden gehanteerd; -een substantiële besparing op openbare verlichting en gemeentelijke gebouwen in 2012 -goed toegankelijke informatie over milieukwaliteit in de woonomgeving voor burgers op de gemeentelijke website.
Begroting 2010
Effect indicator
R/S Nulmeting
Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Aantal getoetse bouwplannen.
S
48 dB 48 dB eluidbelasting geluidbelasting
n.v.t.
Actualitieit en gebruik van de diverse kaarten en modellen.
Wettelijke Wettelijke Zonebewakingsgrenswaarde grenswaarde model is gereed. Verkeersmilieukaart In ontwikkeling.
Nog te ontwikkelen
Verkeersmilieukaart 43 dB geluidniveau
Nog te ontwikkelen
Verkeersmilieukaart Wettelijke Wettelijke grenswaarde grenswaarde
Nog te ontwikkelen
Verkeersmilieukaart Wettelijke Wettelijke grenswaarden grenswaarden
Aantal inkoopprocessen, waarbij duurzaamheidscriteria zijn toegepast. Energieverbruik aan de hand van kengetallen.
Geluid- en luchtkwaliteit, milieuvergunningsituatie bedrijven op website.
S
43 dB geluidniveau
Quick scan 75% duurzaam inkopen.
75%
E-scan openbare verlichting EPA-adviezen gemeentelijke gebouwen. Niets aanwezig op website.
Nog te ontwikkelen
Nog te ontwikkelen
Nog te ontwikkelen
Nog te ontwikkelen
49
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Milieubelasting verkeer
Monitoring milieubelasting verkeer.
Aanwezigheid goed functionerende verkeersmilieukaart.
Ontwikkelen verkeersmilieukaart.
Energiezuinig gebouwde omgeving
Bevorderen energiebesparing en duurzame energie in de gebouwde omgeving.
Aantal woningen waarvoor een energieprestatieafspraak is gemaakt (samenwerkingsovereenkomst, convenant).
energiebesparing Uitvoering bestaande woningvoorraad: afspraken met corporaties en energiebedrijven.
Duurzame energie Bevorderen realisatie Theoretisch duurzame gerealiseerde energievoorzieningen productiecapaciteit. voor de woningbouw en het bedrijfsleven.
Uitvoering
-onderzoek naar warmtenet en andere duurzame energievormen -uitvoeren vernieuwd beleid duurzaam bouwen -opstellen energievisies -realisatie contract energie-infrastructuur Hoog Dalem.
Voorbereiding.
Uitvoering.
Uitvoering. Afronding.
Biodiversiteit
Bij de inrichting van Aantal aanwezige diergroene ruimte wordt en plantensoorten. rekening gehouden met behoud van flora en fauna.
Vaststellen groenstructuurplan.
Voorbereiding.
Geluid
Bestrijding van ernstige geluidhinder veroorzaakt door wegverkeer.
-opstellen omgevingsanalyse; -opstellen voorstel actieplan geluid en integraal geluidbeleid; -uitvoeren actieplan geluidkwaliteit; -milieuaspecten inbrengen in verkeerstructuurplan; -milieuaspecten inbrengen in verkeerscirculatieplan binnenstad; -werk met werk maken.
Voorbereiding.
Begroting 2010
Aantal woningen met een hoge geluidbelasting op de gevel.
50
Voorbereiding.
Voorbereiding. Uitvoering.
Uitvoering.
Uitvoering.
Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Luchtkwaliteit
Bestrijding van ernstige luchtverontreiniging veroorzaakt door wegverkeer.
Aantal woningen met overschrijding luchtkwaliteitsgrenswaarden.
-milieuaspecten Uitvoering. inbrengen in verkeerstructuurUitvoering. plan; -milieuaspecten inbrengen in verkeerscirculatieplan binnenstad; Uitvoering. -werk met werk maken.
Duurzaam inkoopbeleid.
75% van de goederen en diensten wordt duurzaam ingekocht in 2010.
Aantal inkoopprocessen, waarbij duurzaamheidcriteria worden toegepast.
-uitvoeren vastgesteld beleid omtrent duurzaam inkopen; -goederen en diensten worden duurzaam ingekocht.
Redelijke energiebesparing gemeentelijke gebouwen en openbare verlichting.
Energieverbruik gemeentelijke gebouwen en openbare verlichting.
-indien noodzakelijk, Uitvoering energiebesparingsmaatregelen treffen bij gemeentelijke gebouwen met publieksfunctie; -evalueren proeven Uitvoering met LED-verlichting en dimbare Uitvoering verlichting; -vanaf 2010 wordt uitvoering gegeven aan het meerjarenprogramma openbare verlichting en gemeentelijke gebouwen.
Milieucommunicatie Milieu-informatie is vanaf 2010 toegankelijk via de gemeentelijke website. Natuur- en milieubewustwording bij leerlingen van basisscholen.
-Informatie over geluiden luchtkwaltieit en bedrijven op website
-Uitvoeren van projectplan 20102012 Verdrag van Aarhus
Uitvoering
-Gedrag, houding en kennis bij leerlingen t.a.v. natuur en milieu.
-Jaarlijks educatieproject met Natuurcentrum
Uitvoering
Bodem
Efficiënt en verantwoord Vaststellen van gebruik van de bodem. nieuwe bodemvisie voor de gemeente.
Energiezuinige gemeentelijke gebouwen en openbare verlichting.
Begroting 2010
Duurzaam gebruik van de bodem.
51
Uitvoering
Uitvoering
Voorbereiding
Beleidskader Waterplan Gorinchem Het waterplan bevat maatregelen om het watersysteem in 2015 op orde te hebben conform landelijke weten regelgeving. Doel van deze maatregelen is het voorkomen van wateroverlast door middel van het vergroten van de waterbergingscapaciteit en het verbeteren van de waterafvoer. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-10-2006
01-10-2016
01-10-2011
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting
Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Waterbergen en afvoeren
Geen onderwaterzetting bij extreme regenval (T=100 + 10%)
R
Max 1 keer per 100 jaar
Max 1 keer per 100 jaar
Max 1 keer per 100 jaar
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Oplossingen wateroverlast
Doelstelling
Resultaatindicator
Het beperken van de Aantal keren water op straat wateroverlast voor de stad in algemeen Aantal keren water het algemeen en de op straat Benedenstad. benedenstad in het bijzonder
Activiteit
Stadium 2010
Uitvoeren stedelijk waterplan (2006-2015.)
Uitvoering
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 4.991 4.796 5.149 5.234 5.274 5.321 8.258 7.021 7.171 7.318 7.466 7.614 3.267 2.225 2.022 2.084 2.192 2.293 -1.262 261 -69 -128 -9 -20 2.005 2.486 1.953 1.956 2.183 2.273
52
Hoofdthema Wonen en Leven Het hoofdthema Wonen & Leven bestaat uit de volgende programma’s: • • • • •
Woonvoorzieningen Leefvoorzieningen Wonen, leven en veiligheid Wonen, leven en milieu Wonen, leven en bestuur en communicatie
Omschrijving programma Wonen, leven en bestuur en communicatie Het programma Wonen, leven en bestuur en communicatie omvat de producten: Ruimtelijke ordening, Stedelijke ontwikkeling, Wijkbudgetten
Wat willen we met het programma Wonen, leven en bestuur en communicatie bereiken? Doel van het programma Het betrekken van burgers, klankbordgroepen en andere partijen bij beheer en onderhoud en nieuwe ontwikkelingen in de dagelijkse leefomgeving en planvormingsprocessen m.b.t. bebouwde en onbebouwde ruimte, door middel van een duidelijke communicatiestructuur. Waarbij het uitvoeren van de verschillende beleidskaders als basis dient voor het ontwikkelen van bestemmingsplannen, herstructurering en inzet wijkbeheer.
Toekomstvisie Zorgdragen voor voldoende informatie over het aantal benodigde woningen, de hieruit voortvloeiende ruimtebehoefte en de woonwensen van huishoudens in de Gorinchemse woningmarktregio in relatie tot de kenmerken van deze huishoudens. Op basis van de in de gemeentelijke structuur- en woonvisie onderscheiden woningbouw- en herstructureringslocaties evenals de bevindingen in het (gewenste) stadsprofiel komen tot een, maatschappelijk gedragen en planologisch verantwoorde, nadere invulling van deze locaties voor wat betreft woningen en woningtypen, (woon)voorzieningen en inrichtingseisen t.a.v. verkeer en openbare ruimte.
Beleidskaders Beleidskader Samen werken aan Gorinchem Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
Besproken voorjaar 2006
4 jaar
2010
Begroting 2010
53
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Mensen wonen, voelen zich veilig en zijn meer betrokken als gevolg van meer inspraakmogelijkheden.
Rapportcijfer S enquêtes/tevredenheidsonderzoeken. Resultaten wijkavonden. Resultaten van de klankbordgroepen.
90%
90%
90%
Beleidskader Invoering nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-07-2008
01-01-2014
01-02-2014
Maatschappelijke effecten Zie daarvoor de kaderstellende uitspraken bestemmingsplannen.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Bestemmingsplannen actueel maken en houden
Doelstelling In 2013 moeten alle bestemmingsplannen actueel zijn, zodat in ieder geval wordt voldaan aan de in de Wro genoemde eisen.
Resultaatindicator
Activiteit Stadium 2010
Aantal herzieningsprocedures
uitvoering
Aantal bestemmingsplannen jonger dan 10 jaar
uitvoering
Aantal bestemmingsplannen ouder dan 10 jaar
uitvoering
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 1.110 1.583 1.592 1.449 1.429 1.425 12 18 18 18 18 18 -1.098 -1.565 -1.574 -1.431 -1.411 -1.407 0 0 0 0 0 0 -1.098 -1.565 -1.574 -1.431 -1.411 -1.407
54
Hoofdthema Werk Het hoofdthema Werk bestaat uit de volgende programma’s: • •
Werk Werk en milieu
Omschrijving programma Werk Het programma Werk omvat de producten: Parkeren, Beheer en onderhoud parkeren, Beheer en onderhoud markten, havens en evenementen, Havens, Economische bedrijvigheid excl. bedrijventerreinen, Bedrijventerreinen, Bevordering toerisme, Evenementen.
Wat willen we met het programma Werk bereiken? Doel van het programma Het versterken van de economische positie en de werkgelegenheid.
Toekomstvisie In het kader van het bevorderen van de werkgelegenheid: Een omvang van bedrijfsruimte van 112 ha (d.m.v. herstructurering en ontwikkeling) en 100.000 m2 kantooroppervlak (bovenop de bestaande arealen).
Beleidskaders Beleidskader Deelname Regionale Ontwikkeling Schelluinen-West De gemeente heeft in samenwerking met de deelnemende gemeenten een Regionale Ontwikkelingsmaatschappij opgericht om in Schelluinen-West een transport- en logistiek centrum te ontwikkelen. Doel hiervan is om de leefbaarheid te bevorderen door het vrachtwagenverkeer uit de regio te halen en te concentreren in Schelluinen-West. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-08-2005
01-08-2010
Najaar 2010
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
Stimuleren werkgelegenheid
Aantal werkzame personen S waaronder op bedrijventerreinen, kantorenlocaties, in winkels en horeca.
20.690
21.500
21.500
Bedrijvigheid op bedrijventerreinen
Sectorverdeling aantal S vestigingen op bedrijventerreinen.
236
290
290
Begroting 2010
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
55
Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Bedrijvigheid op bedrijventerreinen.
Sectorverdeling: Aantal werkzame S personen full- en parttime op bedrijventerreinen.
6.788
7.500
7.500
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Ontwikkeling Het versterken van de diverse economische positie en bedrijventerreinen de werkgelegenheid waarbij het beleid gericht is op het kunnen aanbieden van voldoende bedrijfsgrond, door middel van ontwikkeling en herstructurering waarbij wordt gestreefd naar de omzetting van de traditionele industriegemeente naar een stad die meer georiënteerd is op kantoren en hoogwaardige industriële activiteiten.
Activiteit
Aantal verkochte kavels uitgedrukt in m².
Stadium 2010
A. Uitgifte van Gorinchem-Noord, als duurzaam (regionaal) “zwaarder” bedrijventerrein (2008 e.v.). Aantal nieuwe arbeidsplaatsen. B. Uitgifte SchelluinenWest als (regionaal) Aantal verplaatste logistiek bedrijventerrein bedrijven in de (2009 e.v.). C. Uitgifte Gorinchemmilieuhinderlijke sector (Noord) en de Oost II (2009 e.v.). logistieke sector D. De herontwikkeling (Schelluinen-West). Avelingen samen met uitvoeringsmaatregelen m² herontwikkeld uit Ruimte voor de Rivier (2010). bedrijventerrein.
Voorbereiding.
Uitvoering.
Uitvoering. Uitvoering
Beleidskader Evaluatie en actualisatie parkeerbeleid Het parkeerbeleid is er op gericht om de schaarse parkeerruimte in de binnenstad op een zo goed mogelijke wijze te verdelen over de mensen die de binnenstad bewonen, de mensen die de binnenstad bezoeken en de mensen die werken in de binnenstad. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-01-2008
27-02-2009
01-02-2011
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Zie programma Leefvoorzieningen
Beleidskader Kaderstelling Gorinchem Noord Op 1 maart 2007 heeft de gemeenteraad de kaders vastgesteld voor de ontwikkeling van het bedrijfsterrein Groote Haar en het omliggende gebied ten noorden van de Betuweroute, gelegen tussen rijksweg A27 en Merwedekanaal. Het college van B&W heeft thans de opdracht om deze kaders planologisch te vertalen in het bestemmingsplan Gorinchem Noord. Volgens planning is het zgn. vooroverleg inclusief
Begroting 2010
56
inspraak zomer 2009 gestart. Op dit moment wordt gewerkt aan de inspraakreacties. Voorjaar 2010 is er sprake van een onherroepelijk bestemmingsplan en kan er worden gestart met de eerste werkzaamheden. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-03-2007
01-01-2020
01-01-2020
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Plaats bieden aan locale en Aantal te zijner tijd te R regionale bedrijvigheid dat verplaatsen bedrijven vanwege groei en/of milieutechnische redenen de huidige locatie dient te verlaten en waardoor nieuwe ontwikkelingen daar weer mogelijk zijn.
0
0
0
Duurzame bedrijventerreinen
0
4
4
Activiteit
Stadium 2010
Het aantal hectaren S duurzaam ontwikkelde bedrijventerreinen.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Bestemmingsplan in Zo spoedig mogelijk procedure brengen bouwrijp maken en na onherroepelijk bedrijventerrein. zijn beginnen met grondverzet c.q. aanleg tijdelijke ontsluiting.
Aantal verkochte kavels.
Bevorderen duurzame bedrijventerreinen
Hectares duurzame Duurzaamheidsvisie bedrijventerreinen Gorinchem-Noord is dat is uitgegeven en opgesteld. getoetst op duurzaamheid (plus notariële akte).
Draakvlak en realisatie voor de daadwerkelijke ontwikkeling van duurzaam ingerichte bedrijventerreinen.
Bouwrijp maken en Voorbereiding voorbereiding uitgifte kavels (2012-2025)
Afronding
Duurzame Afronding herontwikkeling Avelingen-Oost / Ruimte voor de Rivier project Avelingen (planvorming).
Begroting 2010
57
Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Ontwikkeling diverse Het versterken van de bedrijventerreinen. economische positie en de werkgelegenheid waarbij het beleid gericht is op het kunnen aanbieden van voldoende bedrijfsgrond, waarbij wordt gestreefd naar de omzetting van de traditionele industriegemeente naar een stad die meer georiënteerd is op kantoren en hoogwaardige industriële activiteiten.
Aantal verplaatste bedrijven in de milieuhinderlijke sector.
Het versterken van de Aantal nieuwe economische positie en arbeidsplaatsen. de werkgelegenheid waarbij het beleid gericht is op het kunnen aanbieden van voldoende bedrijfsgrond, waarbij wordt gestreefd naar de omzetting van de traditionele industriegemeente naar een stad die meer georiënteerd is op kantoren en waardige industriële activiteiten. Aantal verkochte kavels uitgedrukt in m².
Activiteit
Stadium 2010
Planontwikkeling bedrijventerrein Gorinchem Noord.
Voorbereiding
Uitgifte GorinchemOost II.
Uitvoering
Uitgifte van Voorbereiding Gorinchem-Noord als duurzaam regionaal bedrijventerrein.
Beleidskader Leisureplan In 2008 heeft de gemeenteraad de Leisurenota vastgesteld. Deze nota stelt de kaders waarbinnen de ontwikkelingen op het gebied van leisure voor de periode 2008-2013 moeten plaatsvinden. ‘Leisure’ is de verzamelnaam voor alle vrijetijdsvoorzieningen die bepalend zijn voor de aantrekkelijkheid van de stad. De historische vesting, de horeca, het winkelaanbod, de culturele voorzieningen en de evenementen vormen samen de identiteit van Gorinchem. Het Leisurebeleid bevat een aantal thema’s die verder worden uitgewerkt. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
24-01-2008
2013
2010
Begroting 2010
58
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Stimuleren van de bestedingen en de werkgelegenheid
Bezoekers toeristische trekpleisters
S
17500
+ 10%
+ 10%
Bezoekers evenementen
S
2009: 240.000
250.000
250.000
Passanten kernwinkelgebied
S
Meting 2010
Nog te registreren.
Nog te registreren.
S
91%
91%
93%
Vormgeven sociale cohesie Percentage tevreden inwoners inwoners/bezoekers stad
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Versterken relatie D.m.v. ontwikkeling Bezoekgegevens stad – groen regiotoerisme toename VVV achterland bezoekers Versterken relatie Toename bezoek stad-water Lingehaven Toename passagiers veerdiensten Versterking verblijfsrecreatie
Versterken economische positie en creëren werkgelegenheid
Stadium 2010
- Ontwikkeling routestructuren - Ontwikkeling arrangementen
Voorbereiding/ uitvoering Voorbereiding/ uitvoering
Gegevens haven- en - Ontwikkeling veerdienst initiatieven tot verlevendiging haven; - Ontwikkeling regiotoerisme Aantal verblijfseenheden Aantal overnachtingen
Toename bezoek en verlengen bezoekduur
Versterking imago Aantrekken bezoekers, Bezoekgegevens toename VVV bestedingen Naamsbekendheid
Begroting 2010
Activiteit
59
Uitvoering
Voorbereiding/ uitvoering
- Voorwaarden scheppen voor vestiging binnenstadhotel - Onderzoek naar verblijfsrecreatieve mogelijkheden Buiten de Waterpoort
Uitvoering
- Ontwikkeling evenementenbeleid. - Uitvoering evenementenbeleid. - Promotie i.s.m.VVV en Binnenstadsmanagement.
Uitvoering
Uitvoering
Voorbereiding Uitvoering
Beleidskader Meerjaren Ontwikkelingsprogramma 2005-2009 Het beleid is gericht op het kunnen aanbieden van voldoende bedrijfsruimten (bedrijfsterreinen, kantoorlocaties, winkellocaties e.d.) van verschillende kwaliteiten, zodat Gorinchem een aantrekkelijke stad is voor de diverse sectoren van het bedrijfsleven om zich hier te vestigen. Om deze situatie te bewerkstelligen, en daarmee de historisch gegroeide relatief eenzijdige oriëntatie op industrie te doorbreken, wordt in de periode tot 2015 in totaal circa 100.000 m² kantoorvloeroppervlak gerealiseerd en circa 112 ha bedrijfsterrein (her)ontwikkeld. De (her)ontwikkeling van bijvoorbeeld Avelingen-Oost, Gorinchem-Noord, Oost-II en Schelluinen-West zijn hier onderdeel van. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-01-2005
01-012010
Integrale evaluatie in 2010 (tegelijk met Woonvisie), plus en verder, regelmatig rapportage over voortgang projecten.
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Kwalitatieve en kwantitatieve Branchegegevens - perc. S evenwichtige samenstelling leegstand langdurig. winkelaanbod.
6,6%
6%
6%
Kwalitatieve en kwantitatieve Aantal werkzame S evenwichtige samenstelling personen full- en parttime winkelaanbod winkels.
4.736
4.800
4.800
Kwalitatieve en kwantitatieve Aantal vestigingen evenwichtige samenstelling winkels. winkelaanbod.
400
400
400
Aantal werkzame S personen full- en parttime
6788
7.500
7.500
Aantal vestigingen op bedrijventerreinen
S
236
290
290
S
400
400
400
Aantal werkzame personen winkels
S
4.736
4.800
4.800
Stimuleren werkgelegenheid
Aantal werkzame personen
S
20.690
21.500
21.500
Opvangen regionale woningvraag sociale huursector
Aantal ingeschreven woningzoekenden uit regio A&V
S
261
261
261
Bedrijvigheid op bedrijventerreinen
S
Kwalitatieve en kwantitatieve Aantal vestigingen evenwichtige samenstelling winkels winkelaanbod
Begroting 2010
60
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Ontwikkeling Het versterken van de diverse economische positie en bedrijventerreinen de werkgelegenheid waarbij het beleid gericht is op het kunnen aanbieden van voldoende bedrijfsgrond, door middel van ontwikkeling en herstructurering waarbij wordt gestreefd naar de omzetting van de traditionele industriegemeente naar een stad die meer georiënteerd is op kantoren en hoogwaardige industriële activiteiten
Resultaatindicator
Activiteit
Aantal verkochte kavels uitgedrukt in m².
A. Uitgifte van Gorinchem-Noord, als duurzaam (regionaal) “zwaarder” Aantal nieuwe bedrijventerrein (2008 arbeidsplaatsen. e.v.). B. Uitgifte SchelluinenAantal verplaatste West als (regionaal) bedrijven in de logistiek bedrijventerrein milieuhinderlijke (2009 e.v.). sector (Noord) en de C. Uitgifte Gorinchemlogistieke sector Oost II (2009 e.v.). (Schelluinen-West). D. De herontwikkeling Avelingen samen met m² herontwikkeld uitvoeringsmaatregelen bedrijventerrein. uit Ruimte voor de Rivier (2010)
Stadium 2010 Voorbereiding.
Uitvoering.
Uitvoering. Uitvoering
Beleidskader Nota reclame en uitstallingenbeleid De nota gemeentelijke reclame- en uitstallingenbeleid is erop gericht te voorkomen dat reclame en uitstallingen de beeldkwaliteit van de stad ontsieren of een belemmering vormen voor voetgangers en hulpdiensten. De nota omvat aan aantal aanpassingen ten opzichte van de nota Gemeentelijk Reclamebeleid uit 1997 ter versterking van het beleid en de aantrekkingskracht van de stad. De beleidsregels voor reclameobjecten maken tevens onderdeel uit van de Welstandsnota. De mogelijkheden om reclame te voeren is afgestemd op de functie van het gebied. Deze systematiek sluit aan bij de Welstandsnota, dat verschillende ambitieniveaus kent afhankelijk van de kwetsbaarheid, waardevolle elementen en dynamiek van een gebied. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-12-2006
n.v.t.
Voorjaar 2010
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2007 2009 2010
Verbeterde beeldkwaliteit Het aantal ondernemingen en toegankelijkheid van het in het kernwinkelgebied kernwinkelgebied Terugdringing van het aantal reclame en uitstallingen in deze gebieden, dat niet voldoet aan vereisten van het reclame uitstallingenbeleid
Begroting 2010
S
Het aantal ondernemingen S dat strijdige reclameobjecten heeft aangepast en voldoet aan de richtlijnen (er geldt een overgangstermijn tot 17 mei 2009).
61
20
20
30
189
189
200
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Terugdringen aantal uitingen zonder vergunning en verbeteren beeldkwaliteit.
Doelstelling Door middel van terugdringen aantal reclame en uitstallingen het verbeteren van de beeldkwaliteit.
Resultaatindicator Alle ondernemingen moeten een reclamevergunning bezitten die voldoet aan het beleid (in casu 200).
Activiteit Intensief controleren en overtredingen aanschrijven.
Stadium 2010 Uitvoering.
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 4.224 3.821 4.793 4.775 4.711 4.679 4.041 3.358 4.358 4.358 4.358 4.358 -183 -463 -435 -417 -353 -321 -732 500 -99 -99 -99 -99 37 -534 -516 -452 -420 -915
62
Hoofdthema Werk Het hoofdthema Werk bestaat uit de volgende programma’s: • •
Werk Werk en milieu
Omschrijving propgramma Werk en milieu Het programma Werk en milieu omvat het product bedrijfsafval in financiële zin. Bij dit programma Werk en milieu staat duurzaam ondernemen centraal.
Wat willen we met het programma Werk en milieu bereiken? Doel van het programma Voorkomen en verminderen van de milieubelasting van bedrijfsmatige activiteiten, stimuleren van duurzaam ondernemen (milieuzorgsysteem) en het bevorderen van duurzame bedrijventerreinen.
Toekomstvisie Het bevorderen van duurzame bedrijventerreinen, door verder draagvlak te ontwikkelen voor de daadwerkelijke ontwikkeling en realisatie van duurzame ingerichte bedrijventerreinen
Beleidskaders Beleidskader Kadernota Milieu De Kadernota Milieu omvat de kaders en accenten van milieubeleid voor periode 2008-2012. Het milieubeleid concentreert zich op drie concepten; het concept klimaatbestendige stad, het concept Leefbare stad en het concept Verantwoordelijke stad. Het milieubeleidsprogramma 2008-2012 omvat de uitwerking van de deze concepten in doelstellingen, speerpunten en indicatoren het beschrijft de projecten en activiteiten die in de planperiode worden uitgevoerd om deze doelstellingen te realiseren. Deze worden nader toegelicht in het programma Wonen, Leven en Milieu.
Beleidskader kaderstelling Gorinchem-Noord Op 1 maart 2007 heeft de gemeenteraad de kaders vastgesteld voor de ontwikkeling van het bedrijfsterrein Groote Haar en het omliggende gebied ten noorden van de Betuweroute, gelegen tussen rijksweg A27 en Merwedekanaal. Het college van B&W heeft thans de opdracht om deze kaders planologisch te vertalen in het bestemmingsplan Gorinchem Noord. Het voorontwerpbestemmingsplan is gereed en is in 2009 in het kader van het zogenaamde Bro-overleg in procedure gebracht. Volgens planning kan in het voorjaar van 2010 worden gestart met de eerste grondwerkzaamheden en aansluitend de eerste gronduitgifte. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-03-2007
2015
Onbepaald.
Begroting 2010
63
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Duurzame bedrijventerreinen.
Het aantal hectaren duurzaam S ontwikkelde bedrijventerreinen in Oost II dat is uitgegeven en juridisch van eigenaar is gewisseld.
1 ha.
1 ha.
3 ha.
Het aantal hectaren duurzaam S ontwikkelde bedrijventerreinen in Gorinchem Noord dat is uitgegeven en juridisch van eigenaar is gewisseld.
0 ha.
0 ha.
0 ha.*
* De uitgifte van hectaren in Gorinchem-Noord is afhankelijk van de ontwikkelingen rondom de ontsluiting A27 en de economische situatie.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Bevorderen duurzame bedrijventerreinen
Doelstelling
Resultaatindicator
Draagvlak en realisatie voor de daadwerkelijke ontwikkeling van duurzaam ingerichte bedrijventerreinen.
Ha. duurzame bedrijventerreinen dat is uitgegeven en getoetst op duurzaamheid (plus notariële akte).
Activiteit Duurzame herontwikkeling Avelingen-Oost / Ruimte voor de Rivier(planvorming).
Stadium 2010 Afronding
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 1.108 1.568 1.459 1.399 1.397 1.395 539 565 530 527 527 527 -569 -1.003 -929 -872 -870 -868 0 0 0 0 0 0 -569 -1.003 -929 -872 -870 -868
64
Hoofdthema Welzijn en Zorg Het hoofdthema Welzijn & Zorg bestaat uit de volgende programma’s: • • • •
Onderwijs Cultuur en sport Zorg Welzijn, zorg en veiligheid
Omschrijving Onderwijs Het programma Onderwijs omvat de producten: Openbaar basisonderwijs, bijzonder basisonderwijs, openbaar speciaal onderwijs, bijzonder speciaal onderwijs, openbaar voortgezet onderwijs, onderwijshuisvesting, Onderwijsondersteunende activiteiten, Beheer en onderhoud onderwijsaccommodaties, Beheer en onderhoud gymnastieklokalen
Wat willen we met het programma Onderwijs bereiken? Doel van het programma Zorgen dat alle jongeren opgroeien tot volwaardige deelnemers aan de maatschappij. Belangrijke voorwaarde hiervoor is dat jongeren het onderwijs verlaten met een startkwalificatie. Dit is mogelijk door middel van het creëren van adequate onderwijshuisvestingsvoorzieningen, het voorkomen en verminderen van onderwijsachterstanden en het bestrijden van schoolverzuim. Daarnaast is het van groot belang dat jeugdwerkloosheid wordt voorkomen, onder meer door het verbeteren van de aansluiting tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt en de nieuwe Wet Investeren in Jongeren. Dit betekent dat jongeren van 18 tot 27 jaar die zich melden voor een bijstandsuitkering een aanbod krijgen voor werken, leren of een combinatie van beiden.
Toekomstvisie De toekomst is gericht op de realisatie van de doelstelling, i.c. het behalen van een startkwalificatie en het voorkomen van jeugdwerkloosheid. De samenwerking tussen de scholen, welzijnsvoorzieningen, RSD en zorginstanties is hierbij van groot belang. De verdere ontwikkeling van Brede Scholen en de brede schoolfuncties geven hieraan een extra impuls.
Beleidskaders Beleidskader Gemeentelijke visie lokaal onderwijs(achterstanden)beleid Een impuls geven aan het lokale onderwijsbeleid en aan het in zo vroeg mogelijk stadium opsporen en verhelpen van achterstanden. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-01-2007
31-12-2010
n.v.t.
Begroting 2010
65
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Ontwikkelen rebound (herkansings)voorziening
Aantal jongeren met gedragsproblemen dat teruggeleid wordt naar het reguliere onderwijs.
S
Bestrijden van onderwijsachterstanden
Aantal jongeren dat zonder S startkwalificatie stopt (aantal VSV-ers).
30
30
25
106
96
90
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Bestrijding en aanpak schoolverzuim.
Doelstelling
Resultaatindicator
Zorgdragen dat zoveel mogelijk leerlingen een startkwalificatie halen (minimaal diploma HAVO, VWO of het niveau 2 (basisberoepsopleiding) dan wel een arbeidsmarktkwalificatie.
De lokale staat van het onderwijs (uitstroomgegevens scholen etc) en periodieke rapportages bureau LVS, IB-groep en VSV verkenner.
Activiteit A. Leerplichthandhaving door optreden tegen overtredingen (preventie/repressie) en bevorderen en begeleiden van leerlingen in hun loopbaan onderwijs (curatief)
Stadium 2010 Uitvoering/ doorlopend.
B. Uitvoeren van de Uitvoering/ prestatieafspraken die in doorlopend 2008 zijn gemaakt over het terugdringen van schoolverzuim en de nieuwe kwalificatieplicht met bureau LVS en andere partners (scholen, Rebound). Herijking zorg in het primair en voortgezet onderwijs in 2010.
Het dichtbij huis aanbieden van alle zorg en alle onderwijs voor alle leerlingen binnen de regio.
Het realiseren van Het realiseren van een dagarrangementen. voorzieningenstructuur met een doorlopend aanbod van opvang, onderwijs, overblijf, sport- en welzijnsactiviteiten.
Begroting 2010
Vergaande gevolgen voor de huidige besturing van de speciale leerlingenzorg.
Via de Regionale Uitvoering Educatieve Agenda en m.b.v. rijkssubsidies inhoud en richting geven aan het passend onderwijs. (ontwikkeling regionaal innovatieprogramma).
Het aantal tot stand te brengen sluitende dagarrangementen eind 2010.
A. Vraag van kinderen/ouders naar dagarrangementen afstemmen op het (na)schools aanbod.
Uitvoering
B. De gemeentelijke regie voeren over de dagarrangenmenten.
Uitvoering
66
Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
C. De Stichting Naschool.nl Uitvoering zo faciliteren dat zij zorg kan dragen voor de coördinatiefunctie dagarrangementen en samenwerking aanbieders. Het tot stand 1.Scholen ontlasten brengen van van gedragsmoeilijke reboundvoorziening. leerlingen waar het veilige schoolklimaat in het geding is en het arsenaal van leerlingenzorg is uitgeput. 2. het bieden van nieuwe kansen aan leerlingen door een passend vervolgtraject. 3. Verminderde instroom in de geïndiceerde Jeugdzorg.
Aantal teruggeplaatste leerlingen in het reguliere onderwijs dan wel speciaal voortgezet onderwijs. Het aantal geïndiceerden Jeugdzorg.
Een maatwerktraject Uitvoering/ bieden voor leerlingen met doorlopend gedragsproblemen (hierbij inzetten op motivatie en gedragsverandering, herstel van verhoudingen, verbetering van de leerattitude en het inhalen van leerachterstanden).
De Reboundvoorziening ook toegankelijk houden voor leerlingen MBO Da Vinci College.
Uitvoering/ doorlopend
Lokale Educatieve agenda
Krachten bundelen om Uitwerking doelstellingen die samenwerkingsconvenant school- en 2006-2010. gemeenteoverstijgend zijn te realiseren op het terrein van met name de onderwijs-zorg. Startpunt voor het maken van onderlinge afspraken is een gezamenlijk gedragen beleidsagenda, te weten de Lokale en de Regionale Educatieve Agenda.
Opstellen van beleid op het Uitvoering/ gebied van onderwijszorg doorlopend in samenspraak met schoolbesturen en welzijnsinstellingen via VOOGO (Verplicht Op Overeenstemming Gericht Overleg).
Schakelklassen
Bevordering van de Nederlandse taal en een betere doorstroming in het basisonderwijs bewerkstelligen voor leerlingen met taal- en leesproblemen.
A. Inrichten van Uitvoering/ Schakelklassen in overleg doorlopend met de samenwerkingsverbanden primair onderwijs.
Begroting 2010
1. het aantal geplaatste kinderen 2. het aantal AVI-niveaus dat zij vooruit gaan.
67
Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
B. Het (laten) geven van handelingsadviezen aan basisscholen via ambulante begeleiding. Het (laten) geven van handelingsadviezen aan basisscholen over het vergroten van deskundigheid door overdracht van methodieken.
Uitvoering/ doorlopend
C. Scholen activeren tot het voeren van een expliciet taalbeleid.
Uitvoering
Stimulering bedrijven ervaringsplaatsen
Zorgen voor voldoende Aantal stage- en stage en werkervaringsplaatsen werkervaringsplaatsen zodat leerlingen voldoende praktijkervaring kunnen opdoen en hun opleiding kunnen afronden
Vanaf 2008 stimuleert het Uitvoering Bureau Onderwijs Arbeidsmarkt dat bedrijven in de regio voldoende stage en werkervaringsplaatsen voor alle onderwijsniveaus beschikbaar stellen
Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) en vroegsignalering
Een doorgaande lijn in het onderwijs aan kinderen bewerkstelligen om hiermee de startcondities te verbeteren.
A. Faciliteren van Uitvoering/ peuterspeelzalen en doorlopend basisscholen, zodat zij een gestructureerd programma (Piramide) voor voor- en vroegschoolse educatie aanbieden.
De ambitie is om 70% van de doelgroep (allochtone en autochtone peuters met een forse taalachterstand) te bereiken in de periode 2008-2010.
B. Faciliteren van Uitvoering/ deskundigheidsbevordering doorlopend van medewerkers van peuterspeelzalen en leerkrachten in het kader van Piramide. C. Het bevorderen van deelname van ouders aan VVE programma's.
Uitvoering/ doorlopend
D. Het faciliteren van een Uitvoering/ multi disciplinair team (0-4 doorlopend jaar) zodat signalen van mogelijke ontwikkelingsen/of opvoedingsproblemen zo vroeg mogelijk worden onderkend zodat tijdig hulp kan worden geboden.
Begroting 2010
68
Beleidskader Kaders Brede Scholen De kaders brede scholen beschrijven de uitgangspunten en doelstellingen van een brede school. Samenwerking tussen verschillende organisaties ten behoeve van de ontwikkeling van kinderen en jongeren en het bevorderen van de sociale leefbaarheid in wijken zijn hierbij essentieel. Wanneer vastgesteld door de raad 01-01-2007
Looptijd Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie 31-12-2015 01-01-2012
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
De brede school speelt een belangrijke rol Aantal brede S bij het stimuleren van de ontwikkeling van scholen in de kinderen en jongeren en het bevorderen stad.* van de sociale leefbaarheid in de wijken.
2
2
3
* of scholen met brede school functies.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Invoeren brede school in elk stadsdeel.
Doelstelling Via ontwikkeling van brede scholen (incl. voor- en naschoolse opvang) voorkomen dat er gaten vallen in het leerproces, bestrijden van (leer)achterstanden en bevorderen van integratie.
Resultaatindicator Aantal deelnemende scholen en organisaties. Per brede school kan dit variëren. Hieronder wordt het Gildenplein beschreven
Activiteit
Stadium 2010
A. In 2008 en 2009 Afgerond zijn de Programma’s van Eisen opgesteld voor de verschillende brede scholen.
B. Voorbereiding Voorbereiding Brede School Hoog Dalem
Begroting 2010
69
C.1. Voorbereiding Brede school Lingewijk C.2. Locatiekeuze Brede school in de Lingewijk.
Voorbereiding
D.1. Voorbereiding Brede school Schuttersplein. D.2. Locatiekeuze Brede school Schuttersplein.
Voorbereiding
Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
E. Implementatie Bouw brede school Gildenplein: Mariëngaarde / Poorter, SKG, Arkelstad, CJG en Van Rappardhal.
Uitvoering
Beleidskader Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Schoolbesturen kunnen op basis van deze verordening huisvestingsvoorzieningen aanvragen. De verordening wordt geactualiseerd aan landelijke wet- en regelgeving. De nieuwe systematiek voor de ruimtebehoefte, zoals deze door de VNG in de nieuwe modelverordening wordt geadviseerd, zal besproken worden met het onderwijsveld. Om efficiencyredenen is dit qua proces gekoppeld aan het IHP (Integraal HuisvestingsPlan). Verwacht wordt dat in het voorjaar 2010 de nieuwe verordening door de gemeenteraad kan worden vastgesteld. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
29-11-2007
01-04-2010
n.v.t.
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
Adequatere Mate waarin onderwijshuisvesting onderwijshuisvesting voldoet aan gemeentelijke kwaliteitseisen.
R/S Nulmeting R
Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Gemeentelijk Uitvoering Uitvoering huisvestingsplan huisvestingsplan huisvestingsplan 2007 2009 2010
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 9.106 7.602 7.792 7.600 8.229 8.732 1.334 1.014 1.010 559 559 559 -7.772 -6.588 -6.782 -7.041 -7.670 -8.173 -335 600 -379 -100 -100 -100 -8.107 -5.988 -7.161 -7.141 -7.770 -8.273
70
Hoofdthema Welzijn en Zorg Het hoofdthema Welzijn & Zorg bestaat uit de volgende programma’s: • • • •
Onderwijs Cultuur en sport Zorg Welzijn, zorg en veiligheid
Omschrijving programma Cultuur en sport Het programma Cultuur en sport omvat de producten: Archeologie/monumenten, Beheer en onderhoud monumenten, Openbare bibliotheek, Bevordering Beeldende Kunst, Kunst en cultuur, Schouwburg en theaters, Gorcums museum, Cultuur Educatie, Vormings- en ontwikkelingswerk, Sportaccommodaties, Ontwikkeling sportbevordering en speelgelegenheden, Beheer en onderhoud sport en spel.
Wat willen we met het programma Cultuur en sport bereiken? Doel van het programma Het creëren van een gevarieerd en ruim cultureel aanbod dat makkelijk toegankelijk is en een goede kwaliteit heeft, waarbij cultuureducatie een belangrijke pijler is. Het behouden van het cultureel erfgoed van de gemeente Gorinchem en het aankopen van nieuwe kunstwerken.
Toekomstvisie Uitvoering geven aan de gemeentelijke visie, randvoorwaarden en ambities op het gebied van kunst en cultuur en deze (desgewenst) vastleggen in een actuele gemeentelijke cultuurnota. Buurt-Onderwijs-Sport heeft als doel het bevorderen van gezonde voeding en beweging door het aanbieden van rijke sportarrangementen voor de 4 tot 19 jarigen in Gorinchem met specifieke aandacht voor de projectgebieden Oost en West.
Beleidskaders Beleidskader monumentenbeleid a. Beleidskader monumentenbeleid In 2006 is door de sector Monumenten van de Erfgoedinspectie een inspectie uitgevoerd naar de stand van zaken in de monumentenzorg in de gemeente Gorinchem. Naar aanleiding van de bevindingen is toegezegd het bestaande beleid op hoofdlijnen op papier te zullen zetten. Op die manier moet voor een ieder helder worden waar de gemeente Gorinchem qua monumentenzorg voor staat. In de notitie ‘De gemeente Gorinchem en Monumentenzorg’ is dit inhoudelijk verder uitgewerkt. Hierin wordt geconcludeerd dat monumentenzorg bij de gemeente Gorinchem goed op koers ligt. Verder is in deze notitie opgenomen, dat vervolg wordt gegeven aan het opstellen van een gemeentelijke monumentenlijst. In februari heeft de gemeenteraad met instemming kennisgenomen van deze notitie. Dit traject is afgerond. b. Gemeentelijke monumentenlijst In 2003 heeft het college besloten een gemeentelijke monumentenlijst met subsidieregeling op te stellen. In november 2008 is de definitieve inventarisatielijst ‘Waardevolle objecten Gorinchem’ uitgebracht. Deze lijst is in feite de voorloper van de gemeentelijke monumentenlijst. In februari 2009 is de gemeenteraad
Begroting 2010
71
hierover geïnformeerd. De gemeenteraad heeft toen met instemming kennis genomen van de aan de inventarisatielijst ten grondslag liggende procedure- en selectiecriteria. Verder heeft de raad ingestemd met het doel en de kaders van de (toekomstige) gemeentelijke monumentenlijst. De kaders zijn bij amendement aangevuld met het industriële erfgoed. In april 2009 is een aanvulling op de inventarisatielijst uitgebracht. De inventarisatielijst met aanvulling is nog niet vastgesteld. Het college heeft aan de gemeenteraad voorgesteld de besluitvorming over de invoering van deze lijst met subsidieregeling met één jaar op te schorten en voor zes ‘onbeschermende’ objecten het aanwijzingstraject te starten (na actualisatie van de Monumentenverordening). In september 2009 heeft de gemeenteraad met dit voorstel ingestemd. Dit betekent, dat na actualisatie van de Monumentenverordening (planning: vaststelling Monumentenverordening in december 2009), gestart wordt met het aanwijzingstraject voor zes objecten (planning: januari 2010). Daarnaast komt het college in 2010 terug bij de raad met de vraag of de gemeentelijke monumentenlijst in 2010 moet worden vastgesteld, gelet op de financiële implicaties van een dergelijke vaststelling. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
26-02-2009
Onbepaald
Onbepaald.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Monumentenbeleid Behoud van het aantal en de kwaliteit van de monumentale objecten in Gorinchem (zowel rijksals gemeen-telijke monumenten). Structurele aandacht voor archeologie. Uitvoeren verdrag van Malta.
Monitoren relevante regel- en wetgeving. Implementatie in de gemeentelijke organisatie.
Activiteit
Stadium 2010
A. Vaststelling gemeentelijke monumentenlijst. (domein college)
Uitvoering
B. Opstellen archeologiebeleid. (20082009)
Voorbereiding
Beleidskader Cultuurbeleid 2007-2011 In deze nota wordt het beleid zoals dat sinds 2000 gehanteerd werd geëvalueerd. Hieruit blijkt dat men over het algemeen tevreden is over de gang van zaken. In het Cultuurbeleid 2007-2011 staan de uitgangspunten genoemd, hierop zal de gemeente in de komende jaren haar aandacht vestigen. De uitgangspunten zijn vertaald naar een zestal kaders die helpen het beleid te concretiseren. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-02-2007
5 jaar
01-01-2011
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Het imago Gorcum
Aantal georganiseerde
S
1
Begroting 2010
72
0
1
Cultuurstad wordt grootschalige culturele uitgedragen en waar evenementen mogelijk versterkt, door o.a. de organisatie van een groots en aansprekend evenement. Veel aandacht voor cultuureducatie
(diversiteitsstad) (diversiteitsstad)
Aantal deelnemende kinderen van 4-12 jaar van de PO-scholen aan het CCVJ-programma
S
Niet bepaald
4.008
4.050
Aantal kinderen, jongeren S en volwassenen dat in hun vrije tijd deelneemt aan opleidingen bij TOON en het Jeugdtheaterhuis.
Niet bepaald
480
480
Aantal deelnemende kinderen van 13-15 jaar van de VO-scholen aan het ‘Kunst voor kidsprogramma’s
622
650
650
S
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Aankoopronde Artoteek
Het actueel houden van Aantal nieuwe werken de uitleencollectie van de Artoteek en daarmee de instelling aantrekkelijk te laten zijn voor haar huidige en nieuwe leden.
Cultuureducatie
Stimuleren van instelAantal workshops en Opnemen cultuureducatie Voorbereiding lingen en ondersteunen aantal deelnemende in budgetsubsidiecontracten van activiteiten gericht leerlingen op kennismaken en en andere ontwikkelen van cultuovereenkomsten met reel bewustzijn. grote culturele instellingen. Voortzetten culturele en kunstzinnige vorming in het onderwijs. Culturele ontwikkeling stimuleren door breed cultureel aanbod.
Speerpunt
Doelstelling
Kunstwerken in Het consequent openbare ruimte. toepassen van de 1% regeling bij nieuwe
Begroting 2010
Resultaatindicator
Regelmatig aankopen van Uitvoering/ nieuw werk om de doorlopend collectie voor leden aantrekkelijk te houden.
Activiteit
Stadium 2010
Aantal nieuwe Het realiseren van Uitvoering/ kunstwerken. Hierbij kunsttoepassingen in doorlopend worden wij nieuwe woonwijken en op
73
bouwprojecten c.q. verbouwingen van gemeentelijke panden (is bestaand beleid).
geadviseerd door deskundigen (kunstcommissie aankopen en opdrachten).
nieuwe industrieterreinen
Het stimuleren van een breed cultuuraanbod; Het cultureel bewustzijn van de burgers versterken. Het bevorderen van samenwerking tussen culturele instellingen en organisaties.
Project Gorinchem beleeft (Diversiteitstad) kent 5 uit te voeren onderdelen: !De wijk in!, Volle Zalen, Kunstweek, 50 jaar popmuziek in Gorinchem en Lekker Gorcum.
Faciliteren van de uitvoering van “Ik beleef Gorinchem”
Relatie onderwijs- Stimuleren en bibliotheek versterken van de versterken samenwerking tussen de bibliotheekvoorziening en het onderwijsveld.
Aantal educatieve projecten van de bibliotheek.
Via Afronding budgetsubsidiecontracten voorwaarden stellen (doorlopend)
Stimulering bezoek Museum en Artoteek
Het versterken van de band van inwoners uit Gorinchem en regio met het Gorcums Museum en de Artoteek Gorinchem.
Toename aantal bezoekers uit Gorinchem en omgeving. Registratie van aantal specifieke (promotie) activiteiten.
D.m.v. promotie onder de Uitvoering/ aandacht brengen bij de doorlopend inwoners van Gorinchem.
Voortzetting regionale cultuuractiviteiten via de RAS, waarbij Gorinchem een voortrekkersrol vervult.
Het deelnemen aan het provinciaal Cultuurprogramma. Door de organisatie van activiteiten voor de regio het cultureel bewustzijn van de burgers versterken.
Aantal scholen dat in Gorinchem en regio gebruik maakt van het cultuureducatieve aanbod
Activiteiten organiseren op Uitvoering het gebied van cultuurparticpatie, amateurkunst en volkscultuur.
Voorbereiden en organiseren groot evenement eens per 4 of 10 jaar zoals Diversiteitsstad en Symposion.
Uitvoering
Voorbereiding Symposion Voorbereiding 2015 Aanmelding voor Kunststad 2010
Voorbereiding
Beleidskader Kaders sportbeleid 2007-2010 De nota is gericht op het realiseren van een breed en integraal sportbeleid, waarin samenhang wordt aangebracht tussen het ondersteunen van bewegingsonderwijs, sportbuurtwerk en verenigingen. De gemeente schept voornamelijk de voorwaarden door middel van faciliteren en subsidiëren. Vanaf 2010 wordt gestart met de Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur (Combinatiefuncties). Deze regeling biedt de gemeente Gorinchem unieke mogelijkheden om het uitvoerende sportbeleid, structureel in te zetten, het activiteitenaanbod uit te breiden en een inhoudelijke kwaliteitsimpuls te geven. Gorinchem Beweegt kan zich, naast de huidige programma’s Sport op School, Steunpunt Aangepast Sporten, Stedelijke evenementen, Verenigingsondersteuning en de Loketfunctie van Gorinchem Beweegt richten op de volgende thema’s: stimuleren gezonde leefstijl (o.a. tegengaan overgewicht), terugdringen van overlast door hangjongeren, sociale cohesie in de wijk, stimulering maatschappelijke betrokkenheid en ondersteuning van het sociaal cultureel werk.
Begroting 2010
74
Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-03-2007
31-12-2010
n.v.t.
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Afname of stabilisatie jeugd met Body Mass Index (BMI S overgewicht > 25): jeugd 13-14 jaar
21%
21 %
21%
Afname of stabilisatie jeugd met Body mass index (BMI S overgewicht >25): jeugd 4-12 jaar
25%
25 %
25%
Het bevorderen van sociale cohesie in de wijken en verminderen van overlastbeleving (schaal 1-5)
S
3
3
3
S
329.090
335.000
338.000
0
4
3
2
3
3
Gorcumse Meetlat (tweejaarlijks): overlastbeleving
In stand houden van sporthallen Aantal bezoekers van en zwembad o.a. Caribabad het Caribabad Versterken van de sportinfrastructuur
Aantal strategiesessies S met sportverenigingen
Voldoende accommodaties voor Aantal sporthallen schoolgymnastiek en voor gebruik sportverenigingen
R
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Ondersteuning Stimuleren toename Aantal vrijwilligers bij Faciliteren en ondersteunen Uitvoering/ kadervorming en vrijwilligers t.b.v. sportverenigingen sportverenigingen doorlopend vrijwilligers kadervorming Breedtesport en BOSproject. Uitbreiden samenwerking sportinstellingen
Extra impuls om samenwerking tussen sportverenigingen te verbeteren.
Aantal budgetcontracten, aantal bijeenkomsten
A. Het bevorderen van Uitvoering/ onderlinge contacten tussen doorlopend sportinstellingen.
B. Het maken van prestatieafspraken via de budgetsubsidiecontracten. Bouw van sporthal in brede school Gildenplein
Begroting 2010
Voldoende Aantal sporthallen accommodaties voor schoolgymnastiek en voor gebruik sportverenigingen.
75
Uitvoering/ doorlopend
Start bouw sporthal in brede Uitvoering’ school Gildenplein. doorlopend
Speerpunt
Doelstelling
Voortzetting Stimuleren tot meer en uitbreiding bewegen van 4-19 breedtesport jarigen en laten kennismaken met verschillende takken van sport in de buurt, op school en bij de sportvereniging.
Resultaatindicator Aantal deelnemers projecten Gorinchem Beweegt. Aantal activiteiten. Aantal sportpunten.
Activiteit Uitbouwen Impuls Buurt Onderwijs en Sport naar de Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur (Combinatiefuncties)
Stadium 2010 Uitvoering
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 7.427 6.777 7.527 7.396 7.146 7.053 1.316 855 1.059 990 894 897 -6.111 -5.922 -6.468 -6.406 -6.252 -6.156 -379 4 4 4 4 4 -6.490 -5.918 -6.464 -6.402 -6.248 -6.152
76
Hoofdthema Welzijn en Zorg Het hoofdthema Welzijn & Zorg bestaat uit de volgende programma’s: • • • •
Onderwijs Cultuur en sport Zorg Welzijn, zorg en veiligheid
Omschrijving programma Zorg Begraafplaatsen, Bijstandsverlening, Werkgelegenheid, Gemeentelijk minimabeleid en kwijtschelding, Maatschappelijke zorg, Kinderopvang, Jeugdbeleid, Sociaal-cultureel werk, Gecoördineerd ouderenwerk, Flankerend ouderenbeleid, Maatschappelijke Ondersteuning, Gezondheidszorg.
Wat willen we met het programma Zorg bereiken? Doel van het programma Het welbevinden van de burgers van Gorinchem. Hiervoor wordt voor burgers een laagdrempelig adequaat voorzieningenniveau in stand gehouden.
Toekomstvisie Het overheidsbeleid ten aanzien van de verschillende producten binnen het programma Zorg is op dit moment sterk aan verandering onderhevig. Met ingang van 1 januari 2007 is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van kracht geworden. In de Wet maatschappelijke ondersteuning zijn delen van de Welzijnswet, de WVG en delen van de AWBZ opgenomen. De huishoudelijke zorg is de eerste AWBZfunctie die opgenomen wordt in de WMO. Per 2008 is de ondersteunende begeleiding psychosociaal uit de AWBZ gehaald en per 2009 is de pakketmaatregel van kracht geworden. Door de pakketmaatregel worden met ingang van 1 januari 2009 ondersteunende begeleiding, activerende begeleiding en behandeling samengevoegd tot 2 nieuwe aanspraken: begeleiding en behandeling. Een deel van de huidige aanspraak activerende begeleiding gaat naar de nieuwe aanspraak begeleiding en een deel gaat naar de aanspraak behandeling. Daarnaast komen cliënten vanaf 2009 alleen nog in aanmerking voor de nieuwe aanspraak begeleiding als ze matige of ernstige beperkingen hebben. Cliënten die lichte beperkingen hebben komen niet meer in aanmerking voor begeleiding vanuit de AWBZ.
Achterliggend motief van al deze veranderingen is dat de verantwoordelijkheid van de gemeentelijke overheid voor participatie en integratie van diverse doelgroepen aan de samenleving toeneemt. De gemeente wordt meer financieel risicodrager en krijgt nadrukkelijker een regierol in het in stand houden van voorzieningen De gemeente dient op haar beurt burgers aan te spreken op de eigen verantwoordelijkheid.
Beleidskaders Beleidskader Beleidsplan Wmo Dit beleidsplan was richtinggevend voor de eerste taken m.b.t. de Wmo, en richtte zich vooral op prestatieveld 3 (informatie en advies) en prestatieveld 6 (individuele voorzieningen) Deze taken kwamen als eerste naar de gemeente toe. Het Wmo beleid is voortdurend in ontwikkeling, voor de periode 2008-
Begroting 2010
77
2011 zijn nadere kaders bepaald, welke worden uitgewerkt in een beleidsplan. De uitgangspunten uit het beleidsplan 2007 zijn mede richtinggevend voor het actieplan Wonen, Welzijn en Zorg welke wordt vastgesteld in december 2009. Wanneer vastgesteld door de raad Looptijd 28-09-2006
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
31-12-2009 Wordt opgenomen in actieplan Wonen, Welzijn en Zorg
De maatschappelijke effecten worden nader uitgewerkt in het nog vast te stellen actieplan Wonen, Welzijn en Zorg.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Aanwezigheid van een zorgpunt per stadsdeel.
Realisatie één zorgpunt per stadsdeel.
Aantal zorgpunten per stadsdeel.
Afstemming en coördinatie WZW/opgave wonen en zorg.
Realiseren Aantal geschikte woningvoorraad met woningen. voldoende woningen geschikt voor toekomstige vraag naar woonruimte met zorgbehoefte.
Activiteit
Stadium 2010
In het actieplan Wonen, Welzijn en Zorg is dit onderwerp nader uitgewerkt.
Uitvoering
Afronding A. Overeenstemming tussen afdelingen en samenwerkingspartners over de te realiseren kwalitatieve en kwantitatieve opgave wonenzorg, vast te leggen in actieplan Wonen, Welzijn en Zorg.
Beleidskader Centrum voor Jeugd en Gezin in de regio Alblasserwaard en Vijfheerenlanden met daarbij een lokale invulling voor Gorinchem Het kader geeft de richting aan voor de ontwikkeling van een centrum voor jeugd en gezin in de regio Alblasserwaard en Vijfheerenlanden. De sterke verbintenis van de zorg- en onderwijsstructuur binnen het JZC is nadrukkelijk gebruikt als basis voor de verdere regionale inrichting. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
29-05-2008
Onbepaald
Onbepaald.
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect Effect indicator Het creëren van gunstige omstandigheden voor het ontwikkelings- en groeiproces van jeugdigen en uitval van jeugdigen te voorkomen en aan te pakken.
Begroting 2010
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Aanwezigheid van een goed S toegankelijk voorzieningenniveau gericht op vroegtijdig signaleren en aanpakken van problemen. Verminderen instroom in de geïndiceerde jeugdzorg. (mogelijk in beginsel een aanzuigende werking).
78
0
0
Wordt nader bepaald.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Opvoedingsondersteuning Vergroten beschikbaarheid.
Aantal spreekuren.
Subsidie.
Uitvoering
Verwijsindex
Signalen van zorg over kinderen en gezinnen in beeld en coördinatie van zorg bij multiproblemen geregeld.
Invoeren signaleringssysteem Aantal meldingen in het systeem.
Aanbieden Uitvoering systeem en stimuleren gebruik door signaalgevers en hulpverlenende instellingen.
BackOffice
Samenhang, Convenant. centrale aansturing zorgcoördinatie en dienstverlening aan FrontOffices.
Afspraken gemeenten en instellingen. Subsidie.
Afronding
Fysieke locaties (FrontOffices)
Laagdrempelig bereikbare en herkenbare plaatsen van CJG functies.
Aantal functies en openingsuren op locaties in de stad.
Subsidie.
Uitvoering
Netwerkstructuur
Helderheid structuur in relatie tot ontwikkeling Veiligheidshuis en Zorg Advies Teams onderwijs.
Doel, samenstelling en onderlinge relatie van casebesprekende overleggen.
Overleg.
Afronding
Organisatiestructuur CJG Alblasserwaard en Vijfheerenlanden
Centrale aansturing.
Invoering structuur.
Komen tot Voorbereiding passende structuur in de regio Alblasserwaard en Vijfheerenlanden.
Beleidskader Gemeentelijk minimabeleid Het gemeentelijk minimabeleid geeft beleidsdoelen op het gebied van armoedebestrijding aan. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen armoede in de enge betekenis (tekort aan uitsluitend financiële middelen) en armoede in de brede betekenis (complex verschijnsel met veelal samenhangende kenmerken, zoals inkomen, participatie, opleidingsniveau, gezondheid, zelfredzaamheid, wonen en leefomgeving). De nota stuurt aan op de brede betekenis van armoede, het integraal bestrijden van armoede en sociale uitsluiting. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
29-03-2007
31-12-2010
2e helft 2010
Begroting 2010
79
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Bevorderen uitstroom bijstand in richting van arbeidsmarkt
Aantal uitkeringsgerechtigden
S
Aantal verstrekkingen bijzondere bijstand en gebruik regelingen verhogen
A. Bijzondere bijstand S (individueel, RDF en RFBU)
556
560
644
4.749
4.749
4.749
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Modernisering Wetwijziging Nieuwe gemeenschappelijke Wet Sociale opnemen in de regeling. Werkvoorziening gemeenschappelijke regeling, verdeelsleutel gemeentelijke bijdrage en dualisme hierin verwerken. Nieuwe verordening
Opzoeken grenzen minimabeleid.
Via het minimabeleid het helpen van inwoners met financiële problemen.
Activiteit
Stadium 2010
Aanpassing Voorbereiding Gemeenschappelijke Regeling Avelingen Groep
Verordening Wachtlijstvolgorde WSW
Uitvoering
Resultaatmeting via het nieuwe De kaderstelling als Uitvoering managementinformatiesysteem sturingsmiddel van de RSD. gebruiken voor het overleg met de bij de RSD aangesloten gemeenten over een gezamenlijke aanpak en financiering. Binnen het vastgestelde beleidskader passende regelingen ontwerpen en komen tot uitvoering van het beleid en aangenomen moties (2008 e.v.)
Beleidskader Kadernota welzijnsaccommodatiebeleid In de kadernota van welzijnsaccommodatiebeleid zijn de uitgangspunten beschreven voor de spreiding, (ver)bouw en exploitatie van welzijnsaccommodaties.
Begroting 2010
80
Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-01-2007
01-01-2015
01-01-2012
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Evenwichtige spreiding van multifunctionele (bijvoorbeeld: onderwijs, ouderen, kinderopvang en welzijnswerk) accommodaties over de stad.
Per stadsdeel minimaal 1 multifunctionele accommodatie. Tijdpad varieert per stadsdeel. Brede School Hoog Dalem wordt waarschijnlijk de laatste brede school.
S
2
2
3
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator Activiteit
Stadium 2010
Uitwerking kaders welzijnsaccommodatiebeleid. Dit betreft de zorg- en welzijnsvoorzieningen in de brede scholenontwikkeling.
Realiseren van een evenwichtige en voldoende spreiding van de welzijnsaccommodaties binnen de gemeente.
Aantal multifunctionele accommodaties binnen de gemeente in de vorm van brede scholen.
A. Bouw brede school Gildenplein
Uitvoering
B. Brede School Lingewijk.
Voorbereiding
C. Brede Schoolfunctie Schuttersplein
Voorbereiding
D. Brede School Hoog Dalem.
Voorbereiding
Verbreding kaders t.b.v. de accommodaties voor kwetsbare groepen.
Uitbreiding kaderstelling welzijnsaccommodatiebeleid om de participatie van kwetsbare doelgroepen te verbeteren (prestatieveld WMO)
Aantal multifunctionele accommodaties binnen de gemeente, toegankelijk voor kwetsbare doelgroepen.
Uitwerken kaders Uitvoering welzijnsaccommodatie beleid voor kwetsbare groepen.
Beleidskader Kadernota welzijnswerk Gorinchem De kadernota Welzijnswerk beschrijft de visie en doelstellingen voor de herstructurering en uitvoering van het welzijnswerk in Gorinchem, waaronder de regievoering voor de gemeente en de uitvoering van het welzijnswerk door de Stichting Arkelstad.
Begroting 2010
81
Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
26-10-2006
01-07-2015
30-06-2010
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Zorgen voor een efficiënt Bezettingsgraad gebruik van accommodaties accommodaties, spreiding, bereikbaarheid, toegankelijkheid en sociale veiligheid
S
Aantal S welzijnsaccommodaties in de stad (buurthuizen en dienstencentra voor ouderen)
60%
61%
63%
7
7
7
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Meten tevredenheid burgers met het aanbod van het welzijnswerk
Door middel van Percentage onderzoeken wordt de tevredenheid tevredenheid gemeten voor wat betreft de aansluiting van het welzijnsaanbod op de behoefte van de deelnemers.
Jaarlijks onderzoek door Arkelstad naar tevredenheid. Uitvoeren onderzoek
Toename van de maatschappelijke participatie en versterken van sociale ontplooiing van burgers
Het creëren van mogelijkheid tot ontmoeting en het creëren van de mogelijkheid tot het deelnemen aan of zelf organiseren van activiteiten.
Het verhogen van de Afronding bezettingsgraad door de verbreding van het aanbod van activiteiten voor diverse doelgroepen (doorlopend beleid).
Het bezettingspercentage van de accommodaties.
Afronding
Beleidskader Lokaal gezondheidsbeleid Het lokaal gezondheidsbeleid draagt bij aan een goede gezondheid voor iedereen en is gericht op het verkleinen van de verschillen daarin tussen inwoners onderling. De kadernotitie lokaal gezondheidsbeleid 2008-2011 beoogt tezamen met de Regionale Nota Gezondheidsbeleid 2008-2011 Gezond gewoon doen Zuid-Holland Zuid, richting te geven aan het gezondheidsbeleid voor de komende jaren. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
20-10-2007
31-12-2011
1e helft 2010
Begroting 2010
82
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
Verbeteren van de ventilatie in verblijfsruimten in Gorinchem zodanig, dat hieraan gerelateerde gezondheidsklachten afnemen en cognitieve prestaties toenemen.
Aantal basisscholen S dat continue ventileert om het Co2-gehalte tot een minimaal aanvaardbare Bpiwaarde (max. 1500) te brengen.
42 %
+ 2.5%
+ 2.5%
Het stimuleren dat het alcoholgebruik /middelgebruik onder jongeren afneemt danwel niet verder toeneemt.
Bereidheid participatie S VO scholen aan deelname methode ‘Gezonde School, Genotsmiddelen’
1 school
4
4
Draagvlak ouders voor S norm ‘geen alcohol onder 16 jaar’
draagvlak 40%
42%
47%
Leeftijd waarop jongeren aanvangen met drinken van alcohol.
S
aanvangsleeftijd 13,5 jaar 12,2 jaar
13,5 jaar
Het voorkomen dat het percentage inwoners met overgewicht toeneemt danwel stimuleren dat het percentage daalt.
Overgewicht: ( Body Mass Index >25) Volwassenen
S
48%
48%
48%
Het voorkomen dat het percentage inwoners met overgewicht toeneemt danwel stimuleren dat het percentage daalt.
Overgewicht: ( Body S Mass Index >25) jeugd 4-12 jaar
25%
25%
25%
Overgewicht: ( Body S Mass Index >25) jeugd 13-14 jarigen
21%
21%
21%
Aantal mensen dat kampt met psychosociale problemen (w.o. depressie, geestelijke overbelasting, drank, etc.) 13-14 jarigen
S
25%
25%
25%
Aantal mensen dat kampt met psychosociale problemen (w.o. depressie, geestelijke overbelasting, drank, etc.) volwassenen
S
18%
18%
18%
Het stimuleren dat het psychische welbevinden van inwoners met psychosociale problematieken verbetert, dan wel niet verslechtert;
Begroting 2010
R/S Nulmeting
83
Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Aanpak binnenmilieu
Verbeteren van de ventilatie in verblijfsruimten in Gorinchem zodanig, dat hieraan gerelateerde gezondheidsklachten afnemen en cognitieve prestaties toenemen.
Co2 metingswaarden op basisscholen. Ventilatiegedrag bewoners. Publieke voorlichting over gezondheidsrisico’s onvoldoende kwaliteit binnenmilieu.
Implementatie en uitvoering Regionaal uitvoeringsprogramma Binnenmilieu 20082011 GGD-ZHZ.
Uitvoering
Aanpak van Psychosociale problematieken.
Bevorderen dat het psychisch welbevinden van inwoners met psychosociale problematieken verbetert, dan wel niet verslechtert.
Percentage jongeren met psychosociale problemen (meting via schoolarts groep 2 VO). Aantal volwassenen dat door structureel drankgebruik hinder ondervindt/geeft in het maatschappelijk functioneren.
Implementatie en uitvoering van het Regionaal uitvoeringsprogramma Depressie GGD-ZHZ 2008-2011.
Uitvoering
Aanpak van alcohol/middelen gebruik onder jongeren.
Stimuleren dat het alcoholgebruik /middelgebruik onder jongeren afneemt en de aanvangsleeftijd van alcoholnuttiging opschuift naar achteren. Draagvlak creëren voor de norm ‘geen alcohol onder de 16 jaar’.
Draagvlak ouders voor norm ‘onder de 16 geen alcohol. ‘ Aanvangsleeftijd alcoholnuttiging jongeren. Aantal VOscholen dat deelneemt aan de methode ‘Gezonde School Genotsmiddelen’. Aantal controles Handhaving 16 jarigennorm. Incidenten/meldingen Alcoholgerelateerd overlast.
Implementatie en Uitvoering uitvoering van het Regionaal uitvoeringsprogramma ‘Verzuip jij je toekomst’ 2009-2012.
Aanpak van overgewicht
Voorkomen dat het percentage inwoners met overgewicht toeneemt danwel stimuleren dat het percentage daalt.
Percentage 4-12 jarigen met overgewicht Percentage 13-14 jarigen met overgewicht Percentage volwassenen met overgewicht.
A. Invoering Gezonde Uitvoering leefstijl op de basisscholen Gorinchem 2008-2011.
B. Stimulering Gezonde Voorbereiding Schoolkantine op VOscholen. C. Implementatie acti- Uitvoering viteiten Regionaal uitvoeringsprogramma Overgewicht GGD-ZHZ 2008-2011.
Begroting 2010
84
Beleidskader Nadere kaders Wmo Voor het Wmo beleidsplan 2008-2011 zijn op 29 mei 2008 kaders vastgesteld door de raad. Deze beleidskaders vormen het vertrekpunt voor het volgende Wmo beleidsplan. Waar in het vorige beleidsplan de aandacht vooral naar de prestatievelden 3 en 6 ging, is de opzet nu veel breder. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
29-05-2008
31-12-2011
n.v.t.
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Verbeteren van de sociale cohesie en veiligheid in de wijken van Gorinchem.
Resultaten S burgertevredenheidsonderzoek
96%
Bevorderen van voldoende spreiding van het regionale aanbod Maatschappelijke Zorg en bijbehorende voorzieningen ten behoeve van een goed bereikbaar zorgaanbod voor kwetsbare groepen in Gorinchem (en de regio)
Regionaal aanbod MaatS schappelijke Zorg in Gorinchem Regionale voorzieningen Maatschappelijke zorg in/ nabij Gorinchem
Afhankelijk Nog te van bepalen. regionale monitor, moet nog worden bepaald
Nog te bepalen.
S
Afhankelijk Nog te van bepalen. regionale monitor, moet nog worden bepaald
Nog te bepalen.
Aantal (regionale) S voorzieningen voor cliënten met complexe en/of meervoudige hulpvragen (gaat verder dan informatie en advies).
Afhankelijk Nog te van bepalen. regionale monitor, moet nog worden bepaald
Nog te bepalen.
Stimuleren dat het lokale Nog te bepalen aanbod Maatschappelijke Zorg voor kwetsbare groepen in Gorinchem goed aansluit op het regionale aanbod Maatschappelijke Zorg van de centrumgemeente Dordrecht. Bevorderen van de zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie van kwetsbare burgers door middel van cliëntenondersteuning.
Begroting 2010
85
94%
96%
Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Bevorderen van lokale Maatschappelijke Zorg t.a.v. Huiselijk Geweld, de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingsbeleid, gericht op preventie van maatschappelijke uitval en op ondersteuning in de nazorg van maatschappelijk herstel van kwetsbare groepen tot zelfstandig functioneren (inclusief wonen).
Meldingen huiselijk geweld S Signalering en Meldingen Meldpunt Zorg en Overlast Toeleiding Lokaal Zorg netwerk Wachtlijst Maatschappelijk werk Woonurgentiebeleid Doorstroom/ Uitstroom maatschappelijke opvang.
Afhankelijk van regionale monitor, moet nog worden bepaald.
Nog te bepalen.
Nog te bepalen.
Bevorderen van een Aantal ketenpartners samenhangend vertegenwoordigd in het voorzieningenaanbod van de Lokale Zorg Netwerk. ketenpartners in het beleidsterrein Maatschappelijke Zorg en bevorderen van de participatie van deze ketenpartners in het Lokale Zorg Netwerk.
S
10
11
12
Optimale ondersteuning van mantelzorgers (definitie: langdurige en intensieve zorg voor hulpbehoevende, chronisch zieke of gehandicapte partner, kind, vriend of buur).
S
192
230
276
Aantal mantelzorgers dat gebruik maakt van de mantelzorgondersteuning van MEE.
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Aansluiting aanbod lokale Maatschappelijke Zorg op regionaal aanbod centrumgemeente.
Begroting 2010
Doelstelling Stimuleren dat het lokale aanbod Maatschappelijke Zorg voor kwetsbare groepen in Gorinchem goed aansluit op het regionale aanbod Maatschappelijke Zorg van de centrumgemeente Dordrecht.
Resultaatindicator
Activiteit
Regionaal Kompas Regulier overleg met OGGZ. Centrumgemeente en regio gemeenten over afstemming voorzieningenaanbod
86
Stadium 2010 Uitvoering
Speerpunt Bereikbaarheid regionale aanbod Maatschappelijke Zorg voor kwetsbare groepen in Gorinchem.
Een samenhangende en sluitende cliëntenondersteuning voor kwetsbare burgers.
Doelstelling Bevorderen van voldoende spreiding van het regionale aanbod Maatschappelijke Zorg en bijbehorende voorzieningen ten behoeve van een goed bereikbaar zorgaanbod voor kwetsbare groepen in Gorinchem (en de regio), waaronder voldoende (tijdelijke) opvang voorzieningen voor thuis- en daklozen in de regio.
Resultaatindicator Aantal (tijdelijke) opvangplaatsen thuis- en daklozen in Gorinchem.
In samenwerking met partners in het maatschappelijke veld realiseren van een sluitend aanbod van cliëntenondersteuning.
Activiteit
Stadium 2010
Aanvraag 5 opvang plaatsen thuis- en daklozen Gorinchem in het kader van Regionaal Kompas Zuid-Holland Zuid, Centrumgemeente Dordrecht.
Afronding
Handhaven capaciteit Voorziening Tijdelijk Wonen.
Uitvoering
A. Het uitbreiden van de dienstverlening van het Klantcontactpunt (KCP)
Afronding
B. Invulling geven aan de Afronding regierol m.b.t. de uitvoering van cliëntenondersteuning t.o.v. partners in het maatschappelijk veld. In samenwerking met partners een wijkgericht aanbod realiseren ter versterking van de sociale cohesie.
Begroting 2010
In samenwerking met partners een wijkgericht aanbod neerzetten, ter bevordering van de leefbaarheid in de wijken en ter versterking van de sociale cohesie. Waarbij het uitgangspunt is burgers te stimuleren hierin een actieve rol te nemen en betrokken te houden bij de leefbaarheid en cohesie in hun wijk. Tevens is het de wens de afstand tussen burgers en gemeente te verkleinen.
Aantal inwoners dat deelneemt of gebruik maakt van het aanbod.
87
C. Stimuleren van buurtinitiatieven d.m.v. subsidiering van buurtactiviteiten.
Uitvoering
Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
B. 2 maal per jaar in de 5 Uitvoering wijken een Wijk van de week organiseren met betrokken partners (per wijk bepalen welke activiteiten het best aansluiten bij de situatie/problematieken van de wijk).
Ketensamenwerking en samenhangend voorzieningenaanbod in lokale Maatschappelijke Zorg.
Lokaal Maatschappelijk Zorgaanbod Huiselijk Geweld, OGGZ en Verslavingsbeleid gericht op preventie en nazorg.
Begroting 2010
Bevorderen van een samenhangend voorzieningenaanbod van de ketenpartners in het beleidsterrein Maatschappelijke Zorg en bevorderen van de participatie van deze ketenpartners in het Lokale Zorg Netwerk.
Bevorderen van lokale Maatschappelijke Zorg t.a.v. Huiselijk Geweld, de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingsbeleid, gericht op preventie van maatschappelijke uitval en op ondersteuning in de nazorg van maatschappelijk herstel van kwetsbare groepen tot zelfstandig functioneren (inclusief wonen).
Deelname Ketenpartners in Lokaal Zorg Netwerk (LZN). Signaleringsfunctie LZN. Bekendheid Meldpunt Zorg en Overlast.
C. Zomertafel organiseren per straat, pilot voor 1 jaar, start in Gildenwijk en Haarwijk.
Uitvoering
Ketenpartners (voorzieningen)aanbod Maatschappelijke zorg participeren in LZN.
Uitvoering
Voorlichting Meldpunt Zorg en Overlast.
Uitvoering
Voorlichting signaleringsfunctie LZN.
Uitvoering
Regionale pilots en Invoering Raak-werkwijze Voorbereiding maatregelen HG, ‘Kindermishandeling: OGGZ en Voorkomen en helpen’. verslaving regio ZHZ worden uitgerold in regio A/V.
88
Uitvoeren Wet Tijdelijk Huisverbod.
Afronding
Preventiebeleid schuldhulpverlening.
Uitvoering
Protocol voorkoming uit huiszetting gezinnen.
Uitvoering
Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Regionaal behoefte onderzoek naar woonvoorziening voor kwetsbare jongeren. Mantelzorgers informatie en advies, diverse vormen van ondersteuning en een lokaal aanbod van respijtzorg bieden.
In samenwerking met de regiogemeenten, ketenpartners en belanghebbenden een inzichtelijk aanbod van mantelzorg realiseren (waarbij het streven is om minderjarigen en/of studerende mantelzorgers actief te ontzien door de inzet van professionele zorg).
Uitvoering
Opzetten van Uitvoering Mantelzorgondersteuning.
Beleidskader Nota Integraal Jeugdbeleid De nota integraal jeugdbeleid beschrijft de randvoorwaarden, beleidskaders en maatregelen om te komen tot gunstige omstandigheden voor het ontwikkelings- en groeiproces van jeugdigen en om de uitval van jeugdigen te voorkomen en aan te pakken. Hierbij wordt vooral gericht op de speerpunten Jongerenparticipatie, Openbare ruimte, Activiteiten in de vrije tijd, Openbare orde en veiligheid, Onderwijs en Opvoedingsondersteuning, jeugdgezondheidszorg en jeugdhulpverlening. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-06-2005
31-12-2010
30-06-2010
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting
Het creëren van gunstige omstandigheden voor het ontwikkelings- en groeiproces van jeugdigen en uitval van jeugdigen te voorkomen en aan te pakken.
Het algemene welbevinden van jeugdigen
S
Begroting 2010
Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Jeugdmonitor Jeugdmonitor Jeugdmonitor moet nog worden moet nog worden ontwikkeld. ontwikkeld.
89
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Aansluitend zorgnetwerk Het realiseren van een (kinderopvang, sluitend zorgnetwerk, zodat opvoedingsondersteuning). kinderen en jongeren zich zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen.
Sluitende zorgnetwerken waarin onderwijs, zorg en veiligheid samenkomen.
Regievoering op: Uitvoering Doorgaande lijnen tussen de zorgstructuren en koppeling met Centrum voor Jeugd en Gezin Doorlopend).
Jongerenparticipatie
Jongeren informeren en betrekken bij beleidsontwikkeling.
Jongerenplatform: aantal adviezen.
Faciliteren en ambtelijk ondersteunen van platform (Doorlopend).
Stimuleren ouderondersteuning bij opvoeding.
Samenhangend aanbod opvoedingsondersteuning en verbeteren van de signalering en toegankelijkheid van de instellingen. Verder het ondersteunen van ouders in de opvoeding van de kinderen.
Aantal deelnemers aan cursussen en voorlichtingsbijeenkomsten. Aantal aanmeldingen Centrum voor Jeugd en Gezin.
Duidelijke regierol Uitvoering voor gemeente: Vorming Centrum voor Jeugd en Gezin (= het integreren van Jeugdgezondheidszorg in het JeugdZorgCentrum).
Voorkomen en verminderen van maatschappelijke uitsluiting.
Het bevorderen dat opvoeders in staat zijn hun kinderen op verantwoorde wijze op te voeden en te begeleiden zodat ontwikkelingsachterstanden en probleemgedrag worden voorkomen.
Aantal verwijzingen toeleidingen naar reguliere ketens. Aantal trajecten. Verlengde schooldagactiviteiten. Aantal deelnemers ouderkamers.
Uitvoering Ouderkamers: ondersteunen vrijwilligers (gastvrouwen / allochtone vrouwen). Signaleren en verwijzen naar ketenpartners. Er vinden minimaal 5 toeleidingen plaats van opvoeders met problemen naar reguliere hulpverlening (doorlopend).
Uitvoering
Beleidskader Vrijwilligersbeleid In prestatieveld 4 van de Wmo is ondersteuning van vrijwilligers opgenomen. Het is een uitdaging voor de gemeente om mensen te stimuleren zich als vrijwilliger in te zetten en hierbij ondersteuning te bieden. De doelstellingen en acties om hier invulling aan te geven zijn opgenomen in de raadsbeleidskaders, welke in november 2007 zijn vastgesteld. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-11-2007
01-06-2012
n.v.t.
Begroting 2010
90
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Het stimuleren van jongeren Aantal jongeren dat een om zich in te zetten als maatschappelijke stage vrijwilliger door middel van start. een maatschappelijke stage.
S
250
250
250
Het creëren van een evenwichtige balans tussen vraag en aanbod in het vrijwillige domein.
S
25
25
25
Aantal matches in de vrijwilligersvacaturebank
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Het oprichten van een steunpunt voor vrijwilligers
Het geven van informatie en advies, matching van vrijwilligers, vergroten aandacht voor en populariteit van vrijwilligerswerk
Aantal vrijwilligers die voorzien zijn van informatie en advies en het aantal vrijwilligers dat gekoppeld is aan een vrijwilligersvacature.
Aanstellen medewerker voor het verzorgen van o.a.: publiciteit, netwerk vergroten en samenwerken, het verspreiden van informatie en advies, matching vrijwilligers.
Matchen van studenten die een maatschappelijke stage gaan lopen
Het matchen van studenten die moeite hebben met het vinden van een maatschappelijke stageplaats vanaf 1 januari 2009
Aantal studenten die gekoppeld worden aan een stageplaats. Aantal studenten die geen stageplaats weten te vinden in verhouding tot het aantal aangeboden stageplaatsen.
Vanuit het steunpunt Voorbereiding vrijwilligers samenwerken met VOscholen, instellingen die stageplaatsen bieden en maatschappelijk betrokken ondernemingen om te komen tot matching van maatschappelijke stages.
Uitvoering
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 33.389 31.777 34.638 34.676 34.203 34.115 20.897 17.639 18.674 18.741 18.741 18.741 -12.492 -14.138 -15.964 -15.935 -15.462 -15.374 -855 -71 -73 -76 -79 -81 -13.347 -14.209 -16.037 -16.011 -15.541 -15.455
91
Hoofdthema Welzijn en Zorg Het hoofdthema Welzijn & Zorg bestaat uit de volgende programma’s: • • • •
Onderwijs Cultuur en sport Zorg Welzijn, zorg en veiligheid
Omschrijving programma Welzijn, zorg en veiligheid Het programma Welzijn, zorg en veiligheid omvat het product algemeen jeugdbeleid voor de facetten inzake veiligheid
Wat willen we met het programma Welzijn, zorg en veiligheid bereiken? Doel van het programma Het voorkomen, beheersen en bestrijden van overlast en criminaliteit o.a. door jongeren.
Toekomstvisie Het voorkomen van criminaliteit door jongeren. Het aanleren van normen en waarden en gedrag.
Beleidskaders
Beleidskader Nota Integraal Jeugdbeleid De nota “integraal jeugdbeleid” beschrijft de randvoorwaarden, beleidskaders en maatregelen om te komen tot gunstige omstandigheden voor het ontwikkelings- en groeiproces van jeugdigen en om de uitval van jeugdigen te voorkomen en aan te pakken. Hierbij wordt vooral gericht op de speerpunten Jongerenparticipatie, Openbare ruimte, Activiteiten in de vrije tijd, Openbare orde en veiligheid, Onderwijs en Opvoedingsondersteuning, jeugdgezondheidszorg en jeugdhulpverlening. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-06-2005
31-12-2010
30-06-2010
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Het bevorderen van sociale “overlastbeleving” door S cohesie in de wijken inwoners van de gemeente (schaal 1-5) Gorinchem.
3
3
3
Aantal overlast locaties.
10
10
8
Begroting 2010
S
S
92
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Jeugd in de Verminderen van overlast en openbare criminaliteit van rondhangende ruimte jongeren. Versterken van sociale competenties van overlastgevende rondhangende jongeren. Zelfoplossend vermogen van burgers vergroten
Activiteit Ketenaanpak van gemeente, politie en jongerenwerk gericht op inzicht in locaties waar jongeren ontmoeten in de openbare ruimte en gezamenlijke aanpak van overlast.
Stadium 2010 Uitvoering
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 40 13 13 13 13 13 0 0 0 0 0 0 -13 -13 -13 -13 -13 -40 0 0 0 0 0 0 -40 -13 -13 -13 -13 -13
93
Begroting 2010
94
Hoofdthema Bestuur & Dienstverlening Het hoofdthema Bestuur & Dienstverlening bestaat uit de volgende programma’s: • • •
Publieksservice Bestuur, communicatie en veiligheid Bestuur en communicatie
Omschrijving programma Publieksservice Het programma Publieksservice omvat de volgende producten: Burgerlijke stand en persoonsdocumenten, Leges opbrengsten persoonsdocumenten, Regionaal Archief Gorinchem.
Wat willen we met het programma Publieksservice bereiken? Doel van het programma Burgers kwaliteitsproducten (paspoorten, rijbewijzen, parkeervergunningen) via proactief beleid aanbieden. Waar mogelijk service op maat bieden. Tevreden inwoners.
Toekomstvisie Versterkte frontofficefunctie. Het op elektronische wijze vormgeven aan de frontoffice functie. De burger heeft zijn eigen 'dossier' op internet. Laat onverlet dat de onderscheiden informatiekanalen loket, telefoon en internet de burgers zo optimaal en evenwichtig worden mogelijk gepresenteerd. Klantvriendelijkheid en deskundigheid staan voorop en waar nodig wordt 'in de geest van de wet' gehandeld. De ontwikkelingen voor het stemmen via internet worden op de voet gevolgd. Zodra deze wijze van stemuitbrenging wordt toegestaan, zal onze gemeente daarbij aanhaken. Maar ook hier geldt dan: én elektronisch én traditioneel (in het stemhokje). De plaatsonafhankelijke dienstverlening zal een feit zijn. Daaronder wordt verstaan dat de burger niet meer per sé naar het 'eigen' Stadhuis, dus de woongemeente, moet om een reisdocument of rijbewijs te verkrijgen, maar deze producten kan verkrijgen aan elke willekeurige gemeentelijke balie.
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2.089 2.121 2.286 2.163 2.256 2.249 626 563 602 591 591 591 -1.463 -1.558 -1.684 -1.572 -1.665 -1.658 3 3 3 4 4 4 -1.460 -1.555 -1.681 -1.568 -1.661 -1.654
95
Hoofdthema Bestuur & Dienstverlening Het hoofdthema Bestuur & Dienstverlening bestaat uit de volgende programma’s: • • •
Publieksservice Bestuur, communicatie en veiligheid Bestuur en communicatie
Omschrijving programma Bestuur, communicatie en veiligheid Het programma Bestuur, communicatie en veiligheid omvat de producten: Openbare orde en APV.
Wat willen we met het programma Bestuur, communicatie en veiligheid bereiken? Doel van het programma Regulerend optreden ten aanzien van gelegenheden en activiteiten die de openbare orde en veiligheid raken in de gemeente raken. Dit met betrekking tot de huishouding der gemeente, en in het belang van de orde in de publieke ruimte en het tegengaan van overlast of hinder, het aantasten van het uiterlijk aanzien van de leefomgeving, etc. Hieronder valt ook het reguleren van als evenementen, festiviteiten, horecabedrijven, terrassen, nachtverblijven, en speelautomaten. De Algemene Plaatselijke Verordening is daartoe de belangrijkste gemeentelijke verordening, en biedt het college een assortiment aan instrumenten om (bestuurlijk) op te kunnen treden.
Toekomstvisie Zie doel programma Bestuur, communicatie en veiligheid.
Beleidskaders Beleidskader Algemene Plaatselijke Verordening 2007 In de APV zijn regels vastgelegd om problemen op het gebied van de openbare orde en veiligheid te voorkomen en aan te kunnen pakken. Deze regels hebben betrekking op de huishouding van de gemeente en zijn opgesteld in het belang van ordehandhaving in de publieke ruimte, om overlast of hinder tegen te gaan, aantasting van het uiterlijk aanzien van de woon- en leefomgeving te voorkomen, etc. De onderwerpen die in de APV worden geregeld omvatten vergunningen en ontheffingen, betogingen, evenementen, horecabedrijven, seksinrichtingen, speelautomaten, parkeeroverlast, cameratoezicht op openbare plaatsen, het aanwijzen van veiligheidsrisicogebieden e.d. De APV is de meest veelzijdige en één van de belangrijkste gemeentelijke verordeningen en biedt het college en de burgemeester instrumenten om (bestuurlijk) op te kunnen treden. De APV wordt (bijna) ieder jaar aangepast aan de dan geldende landelijke en lokale normen. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
01-09-2006
01-01-2009
01-01-2009
Begroting 2010
96
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
Beperken van overlast / geweld Overlast door (schaal 1:5) autoverkeer
R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
S
2,7
2,9
2,9
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Helder uitstallingenbeleid
Stimulering samenwerking aanpak risicogroepen
Voortzetting videobewaking
Doelstelling Terugdringen en voorkomen van tegenstrijdige objecten
Gedeelde informatie leidt tot gestructureerde aanpak op groepen caseniveau
Verbetering of behoud van de sociale veiligheid
Resultaatindicator Aantal verstrekte vergunningen. Aantal procesverbalen.
Aantal samenwerkingspartners. Aantal besproken groepen en individuen in netwerken. Aantal opvolgende (hulpverlenings)trajecten (MW, JPT etc)
Burgers voelen zich veiliger. Volgen van incidenten. Directe opvolging van politie bij incidenten. Lik-op stuk beleid Evaluaties.
Activiteit
Stadium 2010
A. Vaststellen uitstallingenbeleid.
Afgerond
B. Vaststellen alternatieve financieringsstructuur.
Afronding
A. Het in contact brengen van verschillende instellingen
Uitvoering
B. Maken van prestatieafspraken.
Uitvoering
C. Netwerkoverleg (doorlopend)
Uitvoering
A. Voortzetting en uitbreiding van videobewaking.
Afgerond
B. Plaatsbewaking videobewaking (Merwede-Lingelijn) Gorinchem 2008.
Afgerond
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 652 639 641 639 639 636 206 186 184 179 183 182 -446 -453 -457 -460 -456 -454 0 0 0 0 0 0 -446 -453 -457 -460 -456 -454
97
Hoofdthema Bestuur & Dienstverlening Het hoofdthema Bestuur & Dienstverlening bestaat uit de volgende programma’s: • • •
Publieksservice Bestuur, communicatie en veiligheid Bestuur en communicatie
Omschrijving programma Bestuur en communicatie Het programma Bestuur en communicatie omvat de producten: Raad en raadsondersteuning. Voorlichting, Beheer en onderhoud gemeentelijke accommodaties, Belastingen en verzekeringen gemeentelijke accommodaties, College van Burgemeester en Wethouders, Bestuurlijke samenwerking, Bestuursondersteuning, Facilitaire ondersteuning, Bestuurs- en managementondersteuning, Financiën en administratie, Tractie, Heffing en invordering gemeentelijke belastingen en heffingen, Algemene lasten en baten.
Wat willen we met het programma Bestuur en communicatie bereiken? Doel van het programma Het bestuur dichter bij de burgers brengen. Het tijdig informeren van en communiceren met de burgers. Rekening houden met de belangen en de inbreng van de burgers. Betrokken verantwoordelijke burgers. Draagvlak creëren.
Toekomstvisie Meewerken aan bestuurskrachtonderzoek 2010. Zowel op subregionaal als op regionaal niveau zal er naar een hoger bestuurlijk kwaliteitsniveau gestreefd worden. De uitwerking van de bestuurskrachtmeting vormt hiervoor belangrijke input. Daarnaast zal er een duidelijke kwaliteitsverbetering in de dienstverlening naar de burgers te zien zijn, waarbij rekening gehouden wordt met betrokkenheid van de burgers bij hun stad en de totstandkoming van ontwikkelingen.
Beleidskaders Beleidskader Bestuurskrachtonderzoek Het eens in de vier jaar laten uitvoeren van bestuurskracht onderzoek Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
Voorjaar 2006
01-07-2010
01-01-2011
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde Streefwaarde 2009 2010
Het verder vormgeven van Rapportcijfer een bestuurskrachtige bestuurskrachtonderzoek gemeente plus regio AV
Begroting 2010
98
R
Onderzoek n.v.t. 2006
Minimaal niveau 2006
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt Resultaten bestuurskracht
Doelstelling Versterken van de rol van de gemeente in de regio ZHZ
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Raad en college spreken zich uit A. Uitvoeren over de betekenis van de onderzoek. bestuurskrachtmeting en bepalen de politieke strategie.
Voorbereiding
B. Plan van aanpak opstellen
Voorbereiding
Beleidskader Gemeenschappelijke Regeling Alblasserwaard-Vijfheerenlanden Op 30 augustus 2007 heeft de raad ingestemd met het convenant tussen de gemeenteraden en de gemeenschappelijke regeling tussen de colleges van de 8 gemeenten van de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden. Convenant en gemeenschappelijke regeling voorzien erin dat er op vier terreinen (fysiek, sociaal, economie, openbare orde en veiligheid) door de regio visie- en beleidsdocumentendocumenten worden geformuleerd, binnen welke kaders de individuele gemeenten hun eigen plannen kunnen opstellen en uitvoeren. Met zijn besluit van 30 augustus 2007 was de raad van Gorinchem de eerste van de 8 AV-gemeenten die instemde met deze gemeenschappelijke regeling. Wanneer vastgesteld door de raad
Looptijd
Wanneer eerstvolgende (tussen)evaluatie
15-04-2009
30-08-2011
15-04-2009
Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect Effect indicator
R/S Nulmeting Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Bestuurlijke samenwerking intensiveren
S
1
Gerealiseerde gemeenschappelijke regeling.
1
1
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Regio: versterken van de gemeenschappelijke activiteiten
Uitvoering geven aan de regionale samenwerking in de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, op de wijze zoals bepaald in het convenant tussen de gemeenteraden en de gemeenschappelijke regeling tussen de colleges van de 8 AVgemeenten.
Visie en beleidsvormingsdocumenten op de vier gedefinieerde terreinen (fysiek, sociaal, economie, openbare orde en veiligheid).
Begroting 2010
99
Activiteit
Stadium 2010
Actief participe- Uitvoering ren in de activiteiten van de regio op de vier gedefinieer-de gebieden (fysiek, sociaal, economie en openbare orde en veiligheid), en het binnen de gemeentelijke autonomie
Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
uitvoeren van de door de regio opgestelde plannen op deze terreinen (continue) Uitbouwen bestuurlijke verhoudingen
Continueren en uitbouwen van Gorcums 'eigen' bestuurlijke verhoudingen
Duidelijk onderscheid bevoegdheden tussen raad en college
Bijeenkomsten met raad en college waarin de ingezette onderlinge samenwerking en rolverdeling verder wordt door- en afgesproken (continu)
Uitvoering
Beleidskader Samen werken aan Gorinchem Maatschappelijke effecten Maatschappelijk effect
Effect indicator
R/S Nulmeting
Streefwaarde 2009
Streefwaarde 2010
Vergroten betrokkenheid burgers bij de raad
Opkomst percentage verkiezingen
R
52,8%
52,8%
Minimaal 52,8%
R
1 werkconferentie Idem per jaar
Uitbouwen bestuurlijke Domeinbepaling raadverhoudingen college, structuur raadsverg.
idem
Wat gaan wij daarvoor doen in 2010 Speerpunt
Doelstelling
Resultaatindicator
Activiteit
Stadium 2010
Vroegtijdige Actieve Burgertevredenheidsonderzoek, Gemeentelijke Uitvoering interactieve participatie van Evaluaties Evaluaties communicatie wordt in informatievoorziening burgers bij de komende periode nog beleidsontwikkemeer gericht op lingen vroegtijdige informatie, mogelijke keuzes of alternatieven en het meewegen van de mening van betrokken inwoners bij de besluitvorming. Meenemen in de afzonderlijke communicatieparagrafen.
Begroting 2010
100
Er worden meer informatieve en/of achtergrondartikelen geplaatst op de gemeentepagina. Het houden van wijkbijeenkomsten. Gebruikmaken van de interactieve mogelijkheden van de website.
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2010
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 27.473 29.189 28.961 26.998 25.621 25.131 20.024 21.794 22.790 22.723 22.740 22.593 -7.449 -7.395 -6.171 -4.275 -2.881 -2.538 -462 -124 -170 -223 -228 -228 -7.911 -7.519 -6.341 -4.498 -3.109 -2.766
101
Begroting 2010
102
3. Algemene Dekkingsmiddelen
3.1 Uitgangspunten financieel beleid Tijdens de raad van 23 december 2004 is de verordening 212, uitgangspunten financieel beleid en beheer, vastgesteld. Hierin zijn geen inhoudelijke afspraken vastgelegd, louter procesafspraken over nadere invulling van het beleid op het gebied van bedrijfsvoering, afschrijvingsbeleid en het financiële afwijkingenbeleid. We merken op dat in de paragrafen ook diverse reeds bestaande uitgangspunten van financieel beleid geformuleerd zijn. Het betreffen de volgende uitgangspunten:
Begrotingsbeleid Het leidende uitgangspunt is een structureel sluitende begroting en duurzaam, meerjarig financieel evenwicht. In de Perspectiefnota 2010-2013 (raad 9 juli 2009) zijn de volgende financiële uitgangspunten vermeld: Voor het jaar 2010 wordt voor de collegeproducten automatische prijscompensatie toegekend. Wij gaan uit van een prijsstijging van 0,0%. In de begroting 2010-2013 is voor wat betreft de jaren 2011 tot en met 2013 het loon- en prijsniveau aangehouden van het basisjaar 2010 (in constante prijzen). Ook de meerjarige areaalontwikkeling is constant aangezien de algemene uitkering ook in constante prijzen wordt geraamd. We gaan uit van een voorlopige loonstijging van 0,0% voor 2010. Voor de sociaal-culturele instellingen gaan wij uit van een gemiddelde loon- en prijsstijging van 0,00% in 2010 (loon: 0,0%, prijs: 0,0%). Wij hebben de subsidie-instellingen hierover in juli 2009 een brief gestuurd. De begrotingswijzigingen op programmaniveau worden drie keer per jaar, op het moment van de tussenrapportage, bij de raad ter inzage gelegd en door de raad vastgesteld, met uitzondering van begrotingswijzigingen naar aanleiding van majeure beleidswijzigingen.
Algemene uitkering In de programmabegroting 2010 zijn de gegevens van de mei- en septembercirculaire Gemeentefonds 2010 aangehouden. Bij het afronden van de programmabegroting 2010 waren wij in het bezit van de septembercirculaire 2009. De algemene uitkering is een algemeen dekkingsmiddel. Extra middelen worden in principe gezien als extra algemene dekkingsmiddelen, kortingen worden in principe beschouwd als algemene tekorten. In uitzonderlijke gevallen zullen extra middelen in de vorm van een stelpost geoormerkt worden indien extra kosten hier tegenover staan. Dit zal per circulaire bezien worden. De volgende uitgangspunten bij het meerjarig ramen van de algemene uitkering gelden: De accressen volgens de Septembercirculaire vormen de basis voor de programmabegroting. - Gelet op de afnemende betrouwbaarheid van de accressen wordt daarop een correctie toegepast in het tweede en derde jaar volgend op de begroting (de twee laatste jaren van de meerjarenramingen). Deze correctie is als volgt: e e * Het accres tussen het 2 en 3 jaar volgend op het begrotingsjaar wordt verminderd met 25%; e e * Het accres tussen het 3 en 4 jaar volgend op het begrotingsjaar wordt verminderd met 50%. - De algemene uitkering wordt in constante prijzen geraamd.
Begroting 2010
103
Weerstandsvermogen In paragraaf 5.1 Weerstandsvermogen is de norm directe weerstandscapaciteit bijgesteld. De bijgestelde norm voor de directe weerstandscapaciteit is 90%. De bijgestelde norm voor de totale weerstandscapaciteit bedraagt 107% (besluit 10 november 2005). Het bedrag voor onvoorzien wordt geraamd op € 3,50 per inwoner. Bij voorstellen waarvoor de post onvoorzien wordt benut als dekkingsmiddel gelden de drie O’s als toetsingscriteria. De drie O’s betreffen onvoorzienbaar, onvermijdbaar en onuitstelbaar. U heeft ingestemd met het uitgangspunt ten aanzien van de vorming van een infrastructuurfonds, te weten: grondslag voor de vorming van het infrastructuurfonds is onder andere de mate van structurele overdekking van de directe weerstandscapaciteit van 90%.
Financiering Bij het ramen van de rentekosten wordt uitgegaan van een percentage geldleningen voor nieuwe leningen van 4,7% (raadsbesluit 1 juli 2004). Op 1 juli 2004 heeft u besloten het renteomslag percentage in verband met de dalende rente op de kapitaalmarkt te verlagen naar 5,0% (was: 5,2%). Het belang van een verantwoord en adequaat beheer van de gemeentelijke financiële middelen wordt onderkend. Treasuryactiviteiten dienen transparant en beheersbaar te zijn. In 2001 is het Treasurystatuut gemeente Gorinchem vastgesteld dat vigerend beleid is. Een actualisatie ervan heeft in 2006 plaatsgevonden. Voor het overige verwijzen wij naar de paragraaf Financiering waar ingegaan wordt op actuele ontwikkelingen inzake het rentebeleid en een rentevisie wordt gegeven.
Afschrijvingsbeleid Het afschrijvingsbeleid is op hoofdlijnen in lijn gebracht met het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Op 23 april 2009 heeft u de geactualiseerde raadsnotitie afschrijvingsbeleid vastgesteld. In de notitie wordt u een aantal uitgangspunten inzake afschrijvingsbeleid voorgelegd die de basis vormen voor het Gorcumse afschrijvingsbeleid.
Lokale heffingen Bij de jaarlijkse vaststelling van de belastingen wordt rekening gehouden met de inflatie. Bij de vaststelling van heffingen, rechten en leges is het uitgangspunt 100% kostendekkendheid. Bij de afvalstoffenheffing en de rioolrechten wordt gebruik gemaakt van egalisatievoorzieningen. Mogelijke overschotten / tekorten bij deze sectoren worden op rekeningbasis verrekend via de egalisatievoorziening. Bij de jaarlijkse vaststelling van de tarieven wordt als uitgangspunt gehanteerd dat mogelijke saldi in deze voorzieningen gedurende de eerstkomende vier jaren worden aangewend ter matiging en egalisatie van de tarieven. De ontwikkeling van de tarieven wordt in samenhang bezien. In artikel 13 van de verordening artikel 212 (Raadsbesluit 23 december 2004) Gemeentewet is aangegeven dat de ontwikkeling van de tarieven (bundel) in samenhang worden bezien. Met ingang van 2007 zijn de gederfde opbrengsten als gevolg van de kwijtschelding van de afvalstoffenheffing en de rioolrechten gefaseerd ingebouwd in de afvalstoffenheffing en het rioolrecht. In de aparte bijlage ‘Alle hens aan dek’ gaan we in op de mogelijke gevolgen van de bezuinigingen op de kosten van afvalverwijdering en riolering in relatie tot het uitgangspunt bundel.
3.2 EMU-saldo Het Rijk verzoekt gemeenten in de begroting informatie te verschaffen over het EMU (Europese Monetaire Unie) -saldo. Het EMU-tekort is het gezamenlijk tekort van het Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen. Het EMU-tekort 2010 wordt in de Miljoenennota 2010 geschat op -/- 6,3%. In 2011, als sprake is van economisch herstel, zal begonnen worden met en herstel van gezonde overheidsfinanciën en wordt gestreefd naar een verbetering van het EMU-saldo van 0,5% per jaar.
Begroting 2010
104
3.3 Algemene dekkingsmiddelen Als dekkingsmiddel voor de programma’s dienen de algemene dekkingsmiddelen. Deze bestaan uit de volgende onderdelen: - Lokale belastingen: onroerende-zaakbelasting, hondenbelasting en precariorechten; - Gemeentefonds; - Nutsbedrijven; - Leningen en beleggingen.
Financiële recapitulatie per collegeproduct: ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN College product X € 1.000 Algemene bestemmingsreserve Algemene reserve Algemene uitkering Baten gemeentelijke belastingen Geldleningen en overige financiële middelen Nutsbedrijven Onvoorziene uitgaven Saldo na bestemming Saldo voor bestemming Totaal programma
2010 2011 2012 2013 38022016010062223 274 447 40.633- 40.034- 38.266- 38.3425.468- 5.466- 5.468- 5.4685.296- 5.186- 5.972- 5.791221221221221601 115 244 227 51.459- 50.789- 49.569- 49.248-
Gemeentefonds Inleiding In de programmabegroting 2010 is de Septembercirculaire 2009 verwerkt. De provincie maakt bij haar beoordeling gebruik van de septembercirculaire. Het kernelement voor de ontwikkeling van het gemeentefonds is behoedzaamheid. Voor de jaren 2012 en 2013 blijft het advies van de fondsbeheerders om bij het opstellen van de gemeentebegrotingen uit te gaan van een behoedzaam scenario.
2010 Het gemeentefonds daalt ten opzichte van de raming Perspectiefnota 2010 als gevolg van de actualisatie van een aantal verdeelmaatstaven, de uitkomsten Septembercirculaire 2009 en een administratieve correctie met € 0,3 miljoen. Wij ramen de algemene uitkering in 2010 op € 40,3 miljoen. In 2010 krijgt Gorinchem via zogeheten decentralisatie-uitkeringen voor - de aanpak Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren / inzet straatcoaches en gezinsmanagers 2010 – 2012 (€ 80.000), u heeft hierover een aparte raadsinformatiebrief 2009-342 ontvangen. - het peuterspeelzaalwerk ad € 59.000, - de brede scholen sport en cultuur (in 2010 € 121.000 aflopend tot € 100.000 in 2012). - de Wmo-uitkering wordt structureel met € 100.000 verhoogd. De hiervoor genoemde bedragen hebben een bestedingsrichting aangezien Gorinchem al beleid en activiteiten heeft ontwikkeld voor de aanpak probleemjongeren, brede scholen sport en cultuur en de Wmo.
Het meerjarige beeld 2011- 2013 Het behoedzame scenario komt neer op 2 scenario’s volgens het Rijk: scenario A: reëel accres (= gecorrigeerd voor de stijging van lonen en prijzen, lees 1% van de omvang van de algemene uitkering
Begroting 2010
105
zijnde € 0,4 miljoen) van nul procent. Scenario B: een nominaal accres van nul in de jaren 2012, er wordt geen accres uitgedeeld. Er is sprake van een reële krimp ter grootte van de inflatie, lees 1% van de omvang van de algemene uitkering zijnde € 0,4 miljoen). De fondsbeheerders geven aan en de laatste berichtgevingen geven dit aan, dat ook somberder scenario’s kunnen uitkomen. Afgezet tegen de Gorcumse scenario’s die gepresenteerd zijn in de Perspectiefnota, kan gesteld worden dat Gorinchem door haar anticiperende houding ingaat op de genoemde scenario’s, te weten de stelposten Extra rijksbezuiniging van € 0,7 miljoen vanaf 2011 en de stelpost bezuinigingen Rijk geheel meegenomen van € 1,8 miljoen in 2012. Beide Gorcumse stelposten zijn nog niet in de Septembercirculaire cijfermatig verwoord, alleen in de zin van verwoorde scenario’s. Zoals u weet wil kabinet nog een aantal analyses uitvoeren alvorens met concrete ombuigingsplannen te komen. Ook speelt het feit mee dat in 2011 er verkiezingen van de Tweede Kamer zijn. De laatste voorspelling die het ministerie van BZK eind september 2009 aangaf komt neer op een krimp van het Gemeentefonds van 4 %. Andere deskundigen spreken zelfs over een krimp van 20 %. De uitspraken van de deskundigen komen terug in de Gorcumse scenario’s 2 en 3, die dus boven de uitkomsten van de Septembercirculaire komen. Wij delen overigens het uitgangspunt van de fondsbeheerders om uit te gaan van een behoedzaam scenario en te werken met de systematiek van scenario’s. De fondsbeheerders geven aan dat in de paragraaf Weerstandsvermogen ingegaan moet worden het toepassen van de scenario’s en de gevolgen voor de gemeente. Wij verwijzen naar de paragraaf Weerstandsvermogen, onderdeel gevolgen wetswijzigingen, gemeentefonds. In totaal hebben wij een risico van € 1,9 miljoen gevolgen wetswijzigingen Rijk opgenomen, circa 10 %.
Tabel meerjarig beeld gemeentefonds Bedragen x 1 miljoen Algemene uitkering perspectiefnota Algemene uitkering programmabegr. Verschil
2010 € 40,6 40,6 € 0,0
2011 39,7 40,0 + 0,3
2012 37,5 38,3 +0,8
2013 37,2 38,3 +1,1
Nutsbedrijven Leningen en beleggingen De baten uit hoofde van leningen en beleggingen bestaan uit de totale inkomsten van het product beleggingen: dividend, ontvangen rente van verstrekte langlopende leningen en bespaarde rente.
Wat gaat dit kosten? Exploitatie (x € 1.000)
Realisatie Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Lasten 397 624 610 121 248 228 Baten 46.399 49.373 51.708 50.913 49.931 49.823 Resultaat voor bestemming 46.002 48.749 51.098 50.792 49.683 49.595 Mutaties reserves 1.749 517 361 -3 -114 -347 Resultaat na bestemming 47.751 49.266 51.459 50.789 49.569 49.248
Begroting 2010
106
4. Consolidatie programmabegroting en algemene dekkingsmiddelen Tabel lasten en baten voor bestemming Primitieve begroting x € 1000
2010
2011
2012
2013
Programma
Baten
Lasten
Baten
Lasten
Baten
Lasten
Baten
Lasten
WOONVOORZIENINGEN
53.758
51.217
43.901
43.456
38.755
36.968
30.185
30.492
LEEFVOORZIENINGEN
456
8.536
459
8.748
594
9.213
594
9.152
WONEN, LEVEN EN VEILIGHEID
199
3.871
179
3.816
179
3.816
179
3.787
7.171
5.149
7.318
5.234
7.466
5.274
7.614
5.321
WONEN, LEVEN EN MILIEU WONEN, LEVEN, BESTUUR EN COMMUNICATIE Totaal thema WERK WERK EN MILIEU
18
1.592
18
1.449
18
1.429
18
1.425
61.602
70.365
51.875
62.703
47.012
56.700
38.590
50.177
4.358
4.793
4.358
4.775
4.358
4.711
4.358
4.679
530
1.459
527
1.399
527
1.397
527
1.395
Totaal thema
4.888
6.252
4.885
6.174
4.885
6.108
4.885
6.074
ONDERWIJS
1.010
7.792
559
7.600
559
8.229
559
8.732
CULTUUR EN SPORT
1.059
7.527
990
7.396
894
7.146
897
7.053
18.674
34.638
18.741
34.676
18.741
34.203
18.741
34.115
0
13
0
13
0
13
0
13
20.743
49.970
20.290
49.685
20.194
49.591
20.197
49.913
ZORG WELZIJN, ZORG EN VEILIGHEID Totaal thema PUBLIEKSSERVICE
602
2.286
591
2.163
591
2.256
591
2.249
22.790
28.961
22.723
26.998
22.740
25.621
22.593
25.131
184
641
179
639
183
639
182
636
Totaal thema
23.576
31.888
23.493
29.800
23.514
28.516
23.366
28.016
ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN
51.708
610
50.913
121
49.931
248
49.823
228
Totaal thema
51.708
610
50.913
121
49.931
248
49.823
228
BESTUUR EN COMMUNICATIE BESTUUR, COMMUNICATIE EN VEILIGHEID
Saldo baten / lasten Generaal totaal
Begroting 2010
3.432
2.973
4.373
2.453
162.517 159.085 151.456 148.483 145.536 141.163 136.861 134.408
107
Tabel algemene reserves Primitieve begroting x € 1000 Programma WOONVOORZIENINGEN LEEFVOORZIENINGEN WONEN, LEVEN EN MILIEU
2010 Baten
2011
Lasten
Baten
2012
Lasten
Baten
2013
Lasten
Baten
Lasten
1.057
4.067
460
2.812
4.199
7.951
402
1.988
0
0
0
0
0
0
0
0
120
189
114
242
242
251
229
249
1.177
4.256
574
3.054
4.441
8.202
631
2.237
1
100
1
100
1
100
1
100
Totaal thema
1
100
1
100
1
100
1
100
ONDERWIJS
471
850
150
250
150
250
150
250
8
4
8
4
8
4
8
4
Totaal thema WERK
CULTUUR EN SPORT ZORG
39
112
39
115
39
118
39
120
518
966
197
369
197
372
197
374
3
0
4
0
4
0
4
0
BESTUUR EN COMMUNICATIE
58
228
5
228
0
228
0
228
Totaal thema
61
228
9
228
4
228
4
228
ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN
442
81
220
223
160
274
100
447
Totaal thema
442
81
220
223
160
274
100
447
5.631
1.001
3.974
4.803
9.176
933
Totaal thema PUBLIEKSSERVICE
Saldo baten / lasten Generaal totaal
Begroting 2010
-3.432 2.199
-2.973
108
-4.373
-2.453 3.386
Tabel lasten en baten na bestemming Primitieve begroting x € 1000
2010
2011
2012
2013
Programma
Baten
Lasten
Baten
Lasten
Baten
Lasten
Baten
Lasten
WOONVOORZIENINGEN
54.815
55.284
44.361
46.268
42.954
44.919
30.587
32.480
456
8.536
459
8.748
594
9.213
594
9.152
LEEFVOORZIENINGEN WONEN, LEVEN EN VEILIGHEID
199
3.871
179
3.816
179
3.816
179
3.787
7.291
5.338
7.432
5.476
7.708
5.525
7.843
5.570
18
1.592
18
1.449
18
1.429
18
1.425
62.779
74.621
52.449
65.757
51.453
64.902
39.221
52.414
4.359
4.893
4.359
4.875
4.359
4.811
4.359
4.779
530
1.459
527
1.399
527
1.397
527
1.395
Totaal thema
4.889
6.352
4.886
6.274
4.886
6.208
4.886
6.174
ONDERWIJS
1.481
8.642
709
7.850
709
8.479
709
8.982
CULTUUR EN SPORT
1.067
7.531
998
7.400
902
7.150
905
7.057
18.713
34.750
18.780
34.791
18.780
34.321
18.780
34.235
0
13
0
13
0
13
0
13
21.261
50.936
20.487
50.054
20.391
49.963
20.394
50.287
WONEN, LEVEN EN MILIEU WONEN, LEVEN, BESTUUR EN COMMUNICATIE Totaal thema WERK WERK EN MILIEU
ZORG WELZIJN, ZORG EN VEILIGHEID Totaal thema PUBLIEKSSERVICE BESTUUR EN COMMUNICATIE BESTUUR, COMMUNICATIE EN VEILIGHEID
605
2.286
595
2.163
595
2.256
595
2.249
22.848
29.189
22.728
27.226
22.740
25.849
22.593
25.359
184
641
179
639
183
639
182
636
Totaal thema
23.637
32.116
23.502
30.028
23.518
28.744
23.370
28.244
ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN
52.150
691
51.133
344
50.091
522
49.923
675
Totaal thema
52.150
691
51.133
344
50.091
522
49.923
Saldo baten / lasten Generaal totaal
Begroting 2010
0
0
0
675 0
164.716 164.716 152.457 152.457 150.339 150.339 137.794 137.794
109
Begroting 2010
110
5. Paragrafen
5.1 Weerstandsvermogen 5.2 Onderhoud kapitaalgoederen 5.3 Financiering 5.4 Reserves en voorzieningen 5.5 Bedrijfsvoering 5.6 Verbonden partijen 5.7 Grondbeleid 5.8 Lokale heffingen
Begroting 2010
111
Begroting 2010
112
5.1 Paragraaf Weerstandsvermogen Inleiding Het weerstandsvermogen is het vermogen van de gemeente om niet-structurele financiële tegenvallers op te kunnen vangen. Het weerstandsvermogen geeft de relatie aan tussen: - de weerstandscapaciteit: dit zijn de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken (= buffer voor onverwachte uitgaven); - het risicoprofiel: dit betreft alle risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd of die niet tot afwaardering van activa hebben geleid en die van materiële betekenis zijn. Het beleidskader ten aanzien van het weerstandsvermogen is vastgelegd in de raadsnotitie ‘Evaluatie reserves, voorzieningen en weerstandsvermogen 2003’. We betrekken hierbij ook de besluitvorming als gevolg van de Perspectiefnota 2006-2009 d.d. 30 juni 2005 waarin aangegeven is dat ons beleidskader weerstandsvermogen als gevolg van het BBV op onderdelen geanalyseerd wordt. In de Perspectiefnota 2010 en de eerste tussenrapportage 2009 hebben wij aangegeven bij u terug te komen met een analyse van de gevolgen van de economische crisis voor het weerstandsvermogen en de vermogenspositie.
Beleidskader reserves, voorzieningen en weerstandsvermogen Ten aanzien van de normering van de weerstandscapaciteit zijn door de volgende beleidskaders in de raad van 2 juli 2003 vastgesteld: • Een norm voor de algemene exploitatiereserve van € 7,5 miljoen met een ondergrens van € 6,5 miljoen en een bovengrens van € 8,5 miljoen. • Een weerstandscapaciteit die direct beschikbaar is van 100% van de risico’s berekend volgens het risicoprofiel. De direct beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de algemene exploitatiereserve en de risicoreserves*. • Een totale weerstandscapaciteit van 120% van de risico’s berekend volgens het risicoprofiel. De totale weerstandscapaciteit bestaat uit de directe weerstandscapaciteit, de stille reserves, de onbenutte belastingcapaciteit en de post onvoorzien*. *Het beleidskader is bijgesteld op 10 november 2005: de norm directe weerstandscapaciteit bedraagt 90% en de norm totale weerstandscapaciteit 107%. Daarnaast kennen we de risicoreserve betreffende grond: de algemene reserve grondexploitaties. Kenmerkend voor een risicoreserve is dat er geen onttrekkingen aan mogen plaatsvinden behalve als een risico uit de risicoparagraaf zich voordoet. Overtollige middelen van het budget Afdekking risico’s vloeien naar de Algemene exploitatiereserve.
Beleidskader infrastructuurfonds In de raadsvergadering van 28 juni 2007 heeft u ingestemd met het uitgangspunt ten aanzien van de vorming van een infrastructuurfonds. Grondslag voor dit fonds is onder andere de mate van structurele overdekking van de directe weerstandscapaciteitsnorm van 90%. De norm van de dekkingsgraad directe weerstandscapaciteit is bepaald op 90%. De norm dekkingsgraad directe weerstandscapaciteit bevat naast de algemene exploitatiereserve (dit is een buffer voor alle soorten risico’s) ook de algemene reserve grondexploitaties en onvoorzien. Wij vinden dan ook dat bij de grondslag voor het bepalen van het infrastructuurfonds zowel de algemene exploitatiereserve als de algemene reserve grondexploitaties betrokken dient te worden. Deze komt tot uitdrukking in de bestaande norm van de directe weerstandscapaciteit.
Begroting 2010
113
Grondslag voor de vorming van het infrastructuurfonds is de mate van overdekking van de directe weerstandscapaciteitsnorm van 90%.
Gevolgen economische crisis Wij prognosticeren de algemene exploitatiereserve op 1 januari 2010 op € 3,6 miljoen en op 31 december 2010 op € 3,5 miljoen. De inschatting van de algemene reserve grondexploitatie bedraagt eveneens op 1 januari aanstaande € 4,3 miljoen en ultimo 2010 € 5,4 miljoen. De vraag doet zich voor of de door de raad vastgestelde norm inzake de directe weerstandscapaciteit van 90% en de totale weerstandscapaciteit van 107% bijstelling behoeven. De onderbandbreedte van de algemene-exploitatiereserve bedraagt € 6,5 miljoen. De meerjarige prognose van de ontwikkeling van de algemene-exploitatiereserve komt uit op circa € 4,5 miljoen exclusief de gevolgen van de actualisatie van de reserves en voorzieningen. Wij hebben het risicoprofiel 2010 op onderdelen aangepast hoewel in de begroting een aantal ramingen inzake bouwgrondexploitaties, opbrengsten bouwleges, gemeentefonds en dergelijke inmiddels is aangepast. Het mogelijke risico inzake bouwgrondexploitatie, gewaarborgde geldleningen en opvangen wetswijzigingen is verhoogd. In ons huidige risicoprofiel is € 8,6 miljoen afgezonderd voor risico’s bouwgrondexploitaties, ook is er een post risico’s uit hoofde van de normale bedrijfsvoering (€ 3,7 miljoen) en de post overige zaken van € 0,9 miljoen. In totaal bedraagt de weerstandscapaciteit 2010 € 15 miljoen. Er is geen aanleiding om de huidige normering risicoprofiel aan te passen omdat in de huidige begroting de posten die gevoelig zijn voor de economische crisis zijn afgeraamd, het huidige risicoprofiel op onderdelen is aangescherpt en we een aantal reserves beoordeeld hebben of zij niet opgeheven kunnen worden (versterking vermogenspositie). Voor Gorinchem geldt dat de komende jaren veel geïnvesteerd wordt, dit blijkt uit het investeringsvolume van ruim € 15 miljoen in 2010, terwijl de inkomsten uit grondverkopen en het gemeentefonds teruglopen. Dit zet de kasgeldlimiet en rente-risiconorm onder druk. Dit betekent een risico van overschrijding van de voornoemde normen, mede door een meerjarig afnemend begrotingstotaal. Hieruit blijkt dat het ambitieniveau van Gorinchem hoog is.
De weerstandscapaciteit Wij ramen de weerstandscapaciteit op 31 december 2010 als volgt (in miljoenen): - Algemene exploitatiereserve - Risicoreserves grond
€ 3,5 5,4
- Totale direct beschikbare weerstandscapaciteit
€ 8,9
- Stille reserves - Onbenutte belastingcapaciteit - Post Onvoorzien
3,8 0,4 0,1
Totale weerstandscapaciteit
€ 13,2
Het risicoprofiel Tot het risicoprofiel behoren alle risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd of die niet tot afwaardering van activa hebben geleid en die van materiële betekenis zijn in relatie tot de financiële positie. De reguliere risico’s rekenen we niet tot het risicoprofiel. Wij onderscheiden risico’s uit hoofde van de normale bedrijfsvoering en strategische risico’s.
Begroting 2010
114
Reguliere risico’s doen zich regelmatig voor en zijn veelal goed meetbaar. Voor deze risico’s moeten toereikende voorzieningen worden getroffen of verzekeringen worden afgesloten. Met risico’s uit hoofde van de normale bedrijfsvoering bedoelen we de risico’s die voortvloeien uit de gemeentelijke informatievoorziening, de gemeentelijke administratieve organisatie en interne controle. Hierbij kan gedacht worden aan risico’s die we lopen in de sfeer van de uitvoering van de regelgeving (fouten in de uitvoering van procedures), achterstand in de afwikkeling van de rijksbijdrage op het terrein van onderwijs en de gevolgen van een niet optimaal functionerende bedrijfsvoering. Ook noemen we het mogelijke financiële risico bij uitval van personeel (ziekte en dergelijke) waarbij een beroep op externen gedaan moet worden. Tevens vallen mogelijke schadeclaims, voor wat betreft het deel waarvoor wij niet WA-verzekerd zijn (‘’eigen risico”), onder de risico’s bedrijfsvoering. Voor strategische risico’s zijn geen voorzieningen in de begroting getroffen en geen verzekeringen afgesloten. Voor strategische risico’s, die zich meer op de (middel)lange termijn voor kunnen doen, moeten we per geval beoordelen welke buffer, in de vorm van weerstandscapaciteit, nodig is. Basis voor onze actualisatie van het risicoprofiel is de door u vastgestelde Perspectiefnota 2009-2012. Een nadere specificatie is beschikbaar (in deze specificatie zijn diverse risico’s van verschillende omvang opgenomen). Hieronder wordt een samenvatting gegeven: Wij noemen het renterisico. Wij verwachten stijgende rentes gezien internationale financieel-economische ontwikkelingen. Het renterisico is in het kader van het weerstandsvermogen niet gekwantificeerd. Zie verder de paragraaf Financiering, onderdeel rentevisie. De onderstaande risico’s treft u zoals gebruikelijk aan in het programmaverslag en de programmabegroting. Wij hebben de risico’s geactualiseerd vanwege de gevolgen economische crisis. Het gaat dan om: - Het risico bouwgrondexploitatie wordt berekend op basis van een vast percentage, zijnde 10 % van het verschil van de boekwaarde gronden en de voorzieningen. Gezien de neergaande economische ontwikkelingen lijkt het ons verstandig om het percentage te verhogen van 10 % naar 15 % om zo het mogelijk risico uit grondexploitaties hoger tot uitdrukking te laten komen in het gehele risicoprofiel. Het risico uit bouwgrondexploitaties bedraagt hierdoor: 15%: risico: € 8,6 miljoen, was 10% met een risico van € 5,7 miljoen). Uitgaande van een risicopercentage van 15 % bedraagt de meerjarige ontwikkeling bouwgrondexploitaties in 2013 € 6,5 miljoen. Wij verrichten intern een onderzoek naar een aantal grondcomplexen met een overzicht van significante risico’s. Het karakter van het onderzoek is een quick scan. We komen daarop terug in de eerste tussenrapportage 2010 dan wel in de monitor voortgang economische crisis. De monitor is terug te vinden op het raadsinformatiesysteem; - gewaarborgde geldleningen: risico van groter beroep erop (€ 0,3 miljoen) - gevolgen wetswijzigingen, gemeentefonds, wetgeving omzetbelasting (€ 0,5 miljoen, in totaal € 1,9 miljoen). De fondsbeheerders hebben gevraagd om in de paragraaf Weerstandsvermogen aandacht te besteden aan de wijze waarop met de toekomstige ontwikkelingen Gemeentefonds wordt omgegaan. Allereerst werkt Gorinchem met scenario’s. De laatste berichtgevingen wijzen op een krimp van het Gemeentefonds met minimaal 4 % (1,6 miljoen) oplopend tot 20% (€ 8 miljoen). De deskundigen zijn het hierover niet eens. Wat wel duidelijk is dat het om enorme bedragen gaat. Gorinchem anticipeert hierop met de aanvullende bezuinigingen zoals deze tot uitdrukking komen in de scenario’s 2 en 3. Als gevolg van de economische crisis hebben wij het risicoprofiel in totaal met € 3,4 miljoen naar boven bijgesteld. Het risicoprofiel vertoont meerjarig een dalende trend van € 16,9 miljoen ultimo 2010 tot € 14,8 ultimo 2013. - Risico’s uit de normale bedrijfsvoering: (interne procesbeheersing, frictiekosten personeel, renterisico, juridische claimkosten) - Bouwgrondexploitaties (= 15 % * (boekwaarde gronden -/- voorzieningen)) - Onderwijshuisvesting (onvoorziene groei scholen, inventarisatie meubilair) - Bodemverontreiniging - Planschadevergoedingen (niet ten laste van plannen) - Gewaarborgde geldleningen (risico als schuldenaar niet aan zijn verplichtingen kan voldoen) - Gemeenschappelijke regelingen en CV’s - Overige zaken (o.a. gevolgen wetswijzigingen Rijk, bezuinigingen, bestuursakkoord) Totaal risicoprofiel 31-12-2010
Begroting 2010
€ 3,7 8,6 1,0 0,5 0,3 0,8 0,1 1,9 € 16,9
115
Actuele dekkingsgraad bij risicoprofiel 2010-2013 Dekkingsgraden Directe weerstandscapaciteit Totale weerstandscapaciteit
Bijgestelde norm 90% 107%
Begroting 2009 118% 157%
Begroting 2010 53% 78%
Zoals u ziet is de weerstandscapaciteit 2010 flink gedaald ten opzichte van 2009. De gevolgen van de economische crisis gaan aan Gorinchem niet voorbij. In de eerste tussenrapportage 2009 hebben wij u al de gevolgen geschetst voor de grondexploitaties, de bouwleges en de reservepositie. Wij verwachten dat de weerstandscapaciteit zich meerjarig herstelt.
Begroting 2010
116
5.2 Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen Inleiding Het besluit begroting en verantwoording (BBV) schrijft een paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen voor. De paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen geeft het beleidskader weer, dat uitgebreid verwoord is in het Wegenbeheersplan, het gemeentelijke Rioleringsplan, de beleidsnota Groenbeheer Gorinchem en het nog vast te stellen Stedelijk waterplan en de beleidsnota Openbare verlichting. Tevens bevat deze paragraaf de daaruit voortvloeiende financiële consequenties en de vertaling van deze consequenties. De gemeente heeft de openbare ruimte in beheer. In de openbare ruimte vindt een groot aantal activiteiten plaats, zoals wonen, werken en recreëren. Voor die activiteiten bestaat de openbare ruimte uit een aantal kapitaalgoederen, dat we als volgt willen rubriceren: - infrastructuur (wegen, parkeren, water, riolering, havens, kunstwerken); - voorzieningen (groen, verlichting, sportfaciliteiten); - gebouwen. Al deze kapitaalgoederen moeten onderhouden worden. Gezien de duurzaamheid van de kapitaalgoederen is dat een taak die continu budgettaire middelen vergt.
Kaderstelling Met deze paragraaf krijgt de raad de mogelijkheid kaders te stellen voor het onderhoud van de materiële vaste activa (beheersvisie wegen, gemeentelijk rioleringsplan, stedelijk waterplan, beleidskader onderwijsen welzijnshuisvesting, nota welzijnsaccommodatiebeleid, et cetera). Dit is van belang omdat in veel programma’s lasten zijn opgenomen voor het onderhoud van kapitaalgoederen waarvoor op basis van meerjaren onderhoudsplannen voorzieningen worden gevormd. Ook hebben wij in de “notitie Afschrijvingsbeleid” een visie neergelegd ten aanzien van levensduur verlengend onderhoud. In de programmabegroting 2009-2012 is aangegeven dat een actualisatieslag van de onderhoudsplannen zal plaatsvinden. In 2010 zal deze actualisatieslag worden afgerond. Deze activiteiten vallen voor een groot deel onder het domein college zoals het kwaliteitsplan gemeentelijke gebouwen (=intern plan). Het kwaliteitsplan gemeentelijke gebouwen en objecten is opgesteld met als doel om de kaders en uitgangspunten vast te leggen voor het te voeren onderhoudsbeleid. Het kwaliteitsplan onderhoud gebouwen valt onder het domein college. Als het gaat om de uitgangspunten voor de vaststelling van deze kwaliteitsniveaus bent u als raad aanzet. Alle gebouwen en objecten zijn geclassificeerd in één van de volgende drie kwaliteitsniveaus: - Representatief gebruik: Belangrijke openbare gebouwen, monumenten en kapitaalgoederen die in hoge mate een bijzonder uitstraling nodig hebben. Hoog niveau, waarbij veiligheid, gezondheid, techniek, functionaliteit en esthetica de belangrijkste criteria zijn. Veel planmatig onderhoud en weinig klachtenonderhoud. - Normaal gebruik: Gebouwen en objecten die vanuit hun functie worden gebruikt en normaal onderhoud verlangen. Normaal niveau, waarbij veiligheid, gezondheid, techniek en functionaliteit de belangrijkste criteria zijn. Esthetica wordt op een lager niveau beoordeeld. Normaal planmatig onderhoud en normaal klachtenonderhoud. - Instandhouding (minimaal) gebruik: Gebouwen en objecten die vanwege hun beperkte levensduur en / of die op termijn worden afgestoten een minimaal onderhoud vragen. Laag niveau, waarbij veiligheid en gezondheid de belangrijkste criteria zijn. Techniek en functionaliteit wordt op een laag niveau beoordeeld. Esthetica is geen criteria. Weinig of geen planmatig onderhoud en veel klachtenonderhoud.
Begroting 2010
117
Bovengenoemde drie kwaliteitsniveaus zijn uitgewerkt voor de gemeentelijke gebouwen. Onderstaand treft u een rubricering van 14 kapitaalgoederen. De gedachte is om de 3 kwaliteitsniveaus uit te werken voor de overige kapitaalgoederen
Budgettaire consequenties Het planmatig op orde hebben van beheer- en onderhoudsplannen is een noodzakelijke voorwaarde voor de verdere invulling van de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen. Op basis van de vastgestelde kwaliteitsniveaus en de beschikbare onderhoudsplanningen zijn de onderhoudskosten bepaald voor de periode 2010–2013. Deze kosten zijn afgezet naast de beschikbare middelen in de gemeente begroting. In 2010 zullen de onderhoudsplannen worden geactualiseerd en ontbrekende plannen worden opgesteld. Aan de hand van deze plannen zal het kwaliteitsplan opnieuw indien er aanleiding toe is aan de raad worden voorgelegd ter vaststelling.
Beschrijving kapitaalgoederen Het BBV geeft aan dat per kapitaalgoed de meerjarige financiële consequenties in beeld gebracht dienen te worden. De basis hiervoor zijn de diverse onderhoudsplannen: De kosten van groot onderhoud kunnen op twee wijzen in de jaarrekening worden verwerkt: 1. kosten in het jaar van uitvoering ten laste van een vooraf gevormde voorziening brengen. Egalisatie van deze kosten via een voorziening is alleen mogelijk als de desbetreffende voorziening wordt gevoed op basis van een beheerplan van het desbetreffende kapitaalgoed. Dit beheerplan dient periodiek te worden geactualiseerd. Indien er geen recent beheerplan aanwezig is worden de kosten van groot onderhoud door vrijval via resultaatbestemming vanuit de desbetreffende reserve gedekt. 2. kosten in het jaar van uitvoering direct ten laste van de exploitatie brengen; Van onderstaande onderhoudsfondsen zijn momenteel nog niet alle door ons college vastgestelde geactualiseerde onderhoudsplannen. Dit neemt niet weg dat de financiële gevolgen van de diverse onderhoudsplannen in de programmabegroting 2009 zijn opgenomen. 1. Wegen In juni 2006 is u het Beheersvisie Wegen en het Beheerplan Verhardingen gepresenteerd. In het Beheerplan Wegen is het kwaliteitsniveau en het onderhoudsniveau van de Gorinchemse wegen opnieuw in beeld gebracht en de werkzaamheden beschreven. Het kwaliteitsniveau en het onderhoudsniveau krijgen de kwalificatie goed. De financiële gevolgen van het beheersplan Wegen zijn verwerkt in de meerjarenbegroting. Wij verwachten dat de huidige onderhoudsbudgetten toereikend zijn. Exploitatieramingen in € 1.000 Onderhoudsprogramma Wegen
2010 1.044
2013 1.062
2. Parkeren Voor de parkeergarage Kazerneplein (390 parkeerplaatsen) is een onderhoudsplanning t/m 2041 aanwezig. Voor de parkeergarage Kweeklust (aantal parkeerplaatsen 325) is eveneens een onderhoudsplanning aanwezig. Exploitatieramingen in € 1.000 Parkeergarage Kazerneplein Parkeergarage Kweeklust
2010 37 31
2013 37 32
Bedrag x € 1.000 Onderhoudsfonds parkeergarage Kazerneplein
2010
2013
820
1.024
Begroting 2010
118
3. Veerboten De voorziening onderhoud veerboten is noodzakelijk voor groot onderhoud aan de veerboten. In 2009 is een actualisatieslag gemaakt. Door een extern adviesbureau is een meerjarig onderhoudsplan opgesteld waardoor de basis is gelegd voor de vorming van een onderhoudsvoorziening. Door overname van de exploitatie veerdienst Zaltbommel zal in 2010 e.e.a verder uitgewerkt worden. Exploitatieramingen in € 1.000 Veerdienst / Watertaxi
2010 101
2013 101
Bedrag x € 1.000 Voorz. onderhoud veerboten
2010 64
2013 160
4. Riolering Het Gemeentelijk Rioleringsplan 2006-2010 (GRP, augustus 2006) heeft u op 31 augustus 2006 vastgesteld. De gevolgen van de brede rioolheffing wordt in het GRP 2011 – 2015 opgenomen. Wij starten met de voorbereiding hiervan in het vierde kwartaal van 2010. Via een kwalitatief en kwantitatief goed rioolnetwerk streven we een doelmatige inzameling en doelmatig transport van afvalwater (al het water waarvan men zich wil ontdoen) na om zo de volksgezondheid, de bodem en het grond- en oppervlaktewater te beschermen en de kwaliteit van de leefomgeving op peil te houden. Het GRP is het beheersplan voor de riolering en wordt uitgesplitst in jaarschijven. Voor deze jaarschijven is in de begroting een investeringsbedrag en een bedrag voor onderhoudskosten opgenomen. Wij verwachten dat beide bedragen toereikend zijn voor de uitvoering van de geplande werkzaamheden. Exploitatieramingen in € 1.000 Onderhoud riolering
2010 80
2013 81
Bedrag x € 1.000 Egalisatiereserve riolering
2010 479
2013 118
5. Water In oktober 2006 heeft u kennis genomen van “het waterplan Gorinchem”. Het Waterplan Gorinchem is een gezamenlijk plan van de gemeente Gorinchem en het Waterschap Rivierenland. De doelstelling van het waterplan is het ontwikkelen van een visie op het stedelijke water en het realiseren van een gezond en veilig functionerend watersysteem, waardoor duurzaam en evenwichtig gebruik mogelijk is en het beeld van Gorinchem als waterstad wordt versterkt. Het onderhoud van de watergangen gaat per 1 januari 2010 over van de Gemeente naar Waterschap Rivierenland. Hierop is het budget voor het resterende onderhoud aan onder andere natuurvriendelijke oevers aangepast. Exploitatieramingen in € 1.000 Beheer watergangen
2010 133
2013 133
6. Havens Het bestaande onderhoudsplan is verouderd. De huidige investering, het vervangen van slechte steigers, palen en dergelijke van € 153.000 is gebaseerd op een onderhoudsinspectie. Het normale reguliere onderhoud van de Lingehaven wordt meegenomen in de exploitatie. Jaarlijks is een exploitatiebedrag van € 34.000 daarvoor beschikbaar. Het reguliere onderhoud wordt jaarlijks uitgevoerd aan de hoofdcomponenten: steigers Buiten de Waterpoort, recreatiesluis, steigers en remmingwerken, muren, bruggen en de sluis. De gehouden inspectie heeft in beeld gebracht wat de bestaande tekortkomingen zijn. Er is nu nog geen exact inzicht in wat de komende jaren aan groot onderhoud te verwachten is. Daar wordt volop aan gewerkt. Een andere punt is de onderhoudsvisie. Dit onderdeel moet ook nog uitgewerkt worden. Het gaat dan om zaken zoals:
Begroting 2010
119
• In welk jaar moet worden gebaggerd?; • Hoe lang gaan de houten (waaier)deuren nog mee?; • Welk onderhoud is op termijn te verwachten aan de muren en damwanden?; • Wanneer worden de steigers geconserveerd? De voorziening Lingehaven is geactualiseerd. Bedrag x € 1.000 Onderhoudsfonds Lingehaven
2010 414
2013 492
7. Kunstwerken/bruggen De gemeente Gorinchem kent een onderhoudsplan voor kunstwerken/bruggen. Het periodieke onderhoud is in de lopende begroting verwerkt. Het groot onderhoud aan de bruggen is ook in de exploitatiebegroting opgenomen. Exploitatieramingen in € 1.000 Onderhoud bruggen
2010 247
2013 251
8. Groen De gemeente bezit ongeveer 15.700 bomen en circa 165 ha. groen. De beleidsnota groenbeheer Gorinchem “Kiezen voor Groen” is in de raadsbijeenkomst van februari 2005 gepresenteerd. Centraal staat in de nota het gewenste kwaliteitsbeeld en kostenniveau van het openbaar groen. Exploitatieramingen in € 1.000 Beheer openbaar groen
2010 788
2013 788
9. Verlichting De gemeente heeft 7.600 lichtpunten in haar bezit. Het beheerplan Openbare Verlichting is in ontwikkeling, waarbij het gewenste onderhoudsniveau moet worden vastgesteld. Exploitatieramingen in € 1.000 Onderhoud openbare verlichting
2010 296
2013 297
10. Sportaccommodaties De Stichting Gorinchemse Sportaccommodaties is verantwoordelijk voor de onderhoudsplannen van het Caribabad en de sportaccommodaties Oosterbliek en Van Rappardhal. Voor de periode 2007-2057 zijn voor de Stichting Gorcumse Sportaccommodaties (SGS)zijn onderhoudsplannen opgesteld, waarin het eigenaaronderhoud en het gebruikersonderhoud uitgesplitst zijn. Op dit moment wordt de relatie tussen de subsidie aan de stichting en de onderhoudskosten onderzocht. Dit wordt meegenomen met diverse andere ontwikkelingen en vertaald naar een nieuw budgetcontract met de stichting. Indien hierover meer duidelijk is ontstaan, zullen wij u hierover zo spoedig mogelijk informeren. Exploitatieramingen in € 1.000 Onderhoud gebouwen
2010 subsidie
2013 subsidie
11. Kinderopvang De Stichting Kindercentra Gorinchem huurt gebouwen van de gemeente voor kinderopvang en peuterspeelzaalwerk. Wij zijn daarom verantwoordelijk voor het onderhoud aan deze gebouwen. We verwachten dat onder genoemde onderhoudsbudgetten hiervoor toereikend zijn. Exploitatieramingen in € 1.000 Diverse gebouwen
2010 31
2013 51
12. Gebouwen
Begroting 2010
120
In het hoofdstuk beleidsaccenten hebben wij aangegeven dat wij drie kwaliteitsniveaus onderscheiden, dat zijn: representatief gebruik, normaal gebruik en instandhouding voor de diverse gemeentelijke gebouwen en objecten. Een nadere rubricering hiervan is intern beschikbaar. Voor de meeste gebouwen zijn onderhoudsplannen beschikbaar. Onbrekende plannen worden in 2010 opgesteld. In 2010 zullen de bestaande onderhoudsplannen worden geactualiseerd. De kwaliteitsniveaus zullen in 2010 opnieuw aan het college en de raad worden voorgelegd ter nadere vaststelling. Exploitatieramingen in € 1.000 Onderhoud Boezem 3
2010 28
2013 29
Het onderhoudsplan van het stadhuis wordt in 2010 geactualiseerd. Exploitatieramingen in € 1.000 Onderhoud stadhuis
2010 169
2013 172
Voor de brandweerkazerne is een onderhoudsplan beschikbaar dat in 2010 wordt geactualiseerd. Exploitatieramingen in € 1.000 Onderhoud brandweerkazerne
2010 80
2013 86
Voor diverse overige gemeentelijke gebouwen worden de onderhoudsplannen in 2010 geactualiseerd en voor zover ontbrekend opgesteld. Exploitatieramingen in € 1.000 Onderhoud gebouwen derden
2010 303
2013 308
De volgende reserves zijn in het kader van enkele gemeentelijke gebouwen beschikbaar: Bedrag x € 1.000 Onderhoud Stadhuisplein Opwaardering nieuwe brandweerkazerne Groot onderhoud gebouwen Opwaardering nieuwbouw reiniging Egalisatiereserve reiniging
2010 269
2013 563
262
398
9 177
20 329
875
1.617
13. Monumenten Gorinchem telt 223 monumenten. De onderhoudsplannen van de gebouwen worden op termijn (2010) geactualiseerd. Het dagelijks onderhoud voor diverse monumenten is in de begroting opgenomen. Exploitatieramingen in € 1.000 Diverse monumenten
2010 46
2013 76
2010 1.000
2013 1.238
14. Grafmonumenten Bedrag x € 1.000 Onderhoud grafmonumenten
Begroting 2010
121
Begroting 2010
122
5.3 Paragraaf Financiering Inleiding In de Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet Fido) worden de kaders gesteld voor een verantwoorde, prudente en professionele inrichting en uitvoering van de treasuryfunctie van decentrale overheden. Wij onderkennen het belang van een verantwoord en adequaat beheer van de gemeentelijke financiële middelen. Onze activiteiten op het gebied van treasury dienen zo transparant en beheersbaar mogelijk ingericht te zijn. Ons treasurystatuut vormt hierbij het gemeentelijke kader. Dit treasurystatuut zal eind 2009 worden geactualiseerd, mede naar aanleiding van wijzigingen in de Wet Fido (en aanverwante wetgeving). Algemene ontwikkelingen Gezien de beleidsvoornemens en de hieruit voortvloeiende geprognosticeerde kapitaalbehoefte verwachten wij de komende jaren langlopend geld op de kapitaalmarkt aan te moeten trekken. Wel zullen wij zoveel mogelijk gebruik maken van de zogenaamde kasgeldlimiet, omdat de kortlopende rente op een lager niveau ligt dan de langlopende rente. Voor de begroting 2010 gaan wij uit van nieuw aan te trekken vaste geldleningen van in totaal € 43 miljoen. De in- en uitgaande kasstromen die voortvloeien uit de normale exploitatie zijn redelijk goed te voorzien en daardoor goed te beheersen. De in- en uitgaande kasstromen uit (des-) investeringen zijn moeilijker voorspelbaar, met name bij grondexploitaties. Treasurybeheer Het aangaan en verstrekken van leningen, alsmede het verlenen van garanties, geschiedt in principe uitsluitend voor de uitoefening van de publieke taak. Uitzetten van gelden op spaar- of depositorekeningen (dit komt bij onze gemeente zelden voor) gebeurt alleen als deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van een overmatig risico. Inzicht in de financieringsbehoefte verkrijgen we via een liquiditeits- en investeringsplanning. Wij schatten in, dat er begin 2010 een financieringstekort is ontstaan van € 52 miljoen. Wij willen dit bedrag als volgt financieren: Onderhandse geldleningen (lange termijn) Rekening-courant of maandgeld (korte termijn)
€ €
43 miljoen 9 miljoen
Totaal te financieren
€
52 miljoen
De verhouding korte- en lange-termijn-financiering kan in werkelijkheid afwijken van bovenstaande inschatting, bijvoorbeeld onder invloed van de actuele situatie op de geld- en kapitaalmarkt. Risicobeheer Bij risicobeheer wordt het verwachte risicoprofiel van de gemeente afgezet tegen de wijze waarop de gemeente met deze risico’s wenst om te gaan. We onderscheiden daarbij een aantal risico’s, namelijk renterisico’s (bestaande uit risico’s op de vlottende schuld en risico’s op de vaste schuld), kredietrisico, debiteurenrisico, liquiditeitsrisico, koersrisico en valutarisico. In de Wet Fido zijn voor de renterisico’s wettelijke normen vastgesteld. Voor de vlottende schuld is dit de kasgeldlimiet en voor de vaste schuld de renterisiconorm. Op renterisico’s wordt hierna dieper ingegaan. Over koers- en valutarisico’s kunnen wij kort zijn. De gemeente beschikt niet over aandelen van
Begroting 2010
123
beursgenoteerde ondernemingen en loopt als zodanig geen risico’s. Verder handelen wij niet in transacties in vreemde valuta. Wel neemt de gemeente deel in het aandelenvermogen van een aantal (semi-)overheidsgerichte instellingen: N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, Oasen N.V. en Eneco Holding N.V. Het risico op waardeverlies van deze aandelen is zeer beperkt. Renterisico vlottende schuld De kasgeldlimiet wordt berekend door middel van het percentage over het begrotingstotaal van het begrotingsjaar. Voor gemeenten is dit percentage vastgesteld op 8,5%. Een overschrijding van de kasgeldlimiet kan niet altijd zonder meer ongedaan worden gemaakt door langlopende geldleningen aan te trekken (zgn. consolidatie). Consolidatie kan onder de Wet Fido namelijk leiden tot een overschrijding van de renterisiconorm, die op de vaste schuld van toepassing is. De samenhang van beide normen dwingt tot het zoeken naar een evenwichtige opbouw van de leningenportefeuille. Voor wat de financieringsstructuur betreft is er vanuit gegaan dat allereerst de ruimte onder de kasgeldlimiet wordt benut. Naar verwachting wordt van de totale financieringsbehoefte ongeveer € 9 miljoen gefinancierd met een kortlopende schuld. Normaliter is het kortlopende krediet goedkoper dan het langlopende krediet, zodat in de financieringsbehoefte in eerste instantie zo veel mogelijk wordt voorzien door middel van “kort geld” (kasgeldleningen van een maand, rekening-courant en dergelijke). Bepaling kasgeldlimiet In onderstaande tabel worden de kwartaalprognoses van de kasgeldlimiet afgezet tegen de verwachte netto vlottende schuld. Kasgeldlimiet (bedragen x € 1.000) 1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal Omvang begroting per 1 januari 2010 1. Toegestane kasgeldlimiet In procenten van de grondslag In bedragen 2. Omvang vlottende schuld Opgenomen gelden < 1 jaar Schuld in rekening courant Gestorte gelden door derden < 1 jaar Overige geldleningen (geen vaste schuld) Totaal 3. Vlottende middelen Contante gelden in kas Tegoeden in rekening courant Overige uitstaande gelden < 1 jaar Totaal
164.716
164.716
164.716
164.716
8,5% 14.001
8,5% 14.001
8,5% 14.001
8,5% 14.001
3.000 6.000 9.000
3.000 6.000 9.000
3.000 6.000 9.000
3.000 6.000 9.000
30 30
30 30
30 30
30 30
14.001 8.970 5.031
14.001 8.970 5.031
14.001 8.970 5.031
14.001 8.970 5.031
Toets kasgeldlimiet Toegestane kasgeldlimiet (1) 4. Totaal netto vlottende schuld (2-3) Ruimte(+)/Overschrijding(-); (1-4)
Begroting 2010
124
Renterisico vaste schuld Het renterisico voor de vaste schuld wordt per 1 januari 2009 niet meer berekend door middel van een percentage over de totale schuld per 1 januari. Na een wijziging van de wet Fido moet dit percentage namelijk berekend worden over het begrotingstotaal. Voor 2009 en volgende jaren is het percentage vastgesteld op 20%. De nieuwe renterisiconorm houdt in, dat de jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Hiermee wordt nagestreefd dat gemeenten hun vaste leningportefeuille zodanig spreiden dat de renterisico’s gelijkmatig over de jaren zijn verdeeld. Het werkelijke renterisico wordt berekend door te bepalen welk deel van de portefeuille aan vaste schuld in enig jaar geherfinancierd moet worden uit het aangaan van nieuwe leningen en voor welk deel van de vaste schuld de geldnemer een wijziging van de rente op basis van de leningsvoorwaarden niet kan beïnvloeden (renteherziening). Het aldus berekende bedrag geeft dan het leningbedrag aan waarover op grond van de Wet Fido een renterisico wordt gelopen. De omvang van dat risico hangt uiteindelijk af van het verschil tussen de voor de betreffende leningen geldende rente en de marktrente. Onderstaande tabel brengt het renterisico ten opzichte van de renterisiconorm in beeld.
Renterisico's vaste schuld (bedragen x € 1.000) 2010 Renterisico's Renteherziening op vaste schuld o/g Renteherziening op vaste schuld u/g 1 Renteherziening op vaste schuld (per saldo)
2011
2012
2013
-
-
-
-
2
Aflossingen
30.904
28.868
25.258
25.030
3 4
Renterisico op vaste schuld (1+2) Renterisiconorm
30.904 32.943
28.868 32.943
25.258 32.943
25.030 32.943
2.039 -
4.075 -
7.685 -
7.913 -
5a Ruimte onder renterisiconorm 5b Overschrijding renterisiconorm Berekening renterisiconorm Begrotingstotaal 2010 4a Vastgelegd percentage (bij min. regeling) 4b Renterisiconorm
164.716 164.716 164.716 164.716 20% 20% 20% 20% 32.943 32.943 32.943 32.943
Uit de hierboven gepresenteerde tabel blijkt dat het renterisico onder de risiconorm blijft. Kredietrisico’s verstrekte leningen De leningen die wij verstrekken zijn zeer beperkt. Tevens wordt hier nauwelijks risico over gelopen. Binnenkort zal aan Stichting Schepenen een lening verstrekt worden van € 750.000 voor de duur van 20 jaar bij een rentepercentage van 5,0%. De verwachting is dat er verder geen middelen (langdurig) zullen worden uitgezet in de komende jaren. Als er toch sprake is van eventuele tijdelijke overtollige middelen, zullen deze worden uitgezet bij de BNG of een vergelijkbare instelling met ten minste een AA-rating van een erkend ratingbureau. Debiteurenrisico’s De debiteuren worden in de balans gewaardeerd tegen nominale waarde onder aftrek van een voorziening voor dubieuze debiteuren. Via de statische methode worden de debiteuren per post
Begroting 2010
125
beoordeeld op de inbaarheid aan de hand van vooraf vastgestelde criteria. Jaarlijks wordt de hoogte van de voorziening bepaald. Kasbeheer / Saldobeheer De doelstelling daarvan is het optimaal afromen respectievelijk aanvullen van de dagelijkse kasoverschotten en tekorten alsmede het minimaliseren van de rentekosten en het maximaliseren van rentebaten van de saldi op de diverse rekeningen-courant. Het betalingsverkeer verloopt via de huisbank (Bank Nederlandse Gemeenten). De daar aanwezige bankrekeningen zijn ondergebracht in een rente- en saldocompensatiecircuit. De rekeningen bij de overige banken worden afgeroomd en overgeboekt naar de huisbank. Door middel van een voortschrijdende liquiditeitsprognose wordt geprobeerd om een zo nauwkeurig mogelijke voorspelling van de in- en uitgaande geldstromen te maken, om vast te stellen of de gemeente op elk willekeurig moment tijdens de planningsperiode over voldoende geld kan beschikken om tijdig aan haar betalingsverplichtingen te voldoen. Hierbij is de kasgeld- en kredietlimiet de kritieke grens. Zonodig wordt een lening aangetrokken op de geld- of kapitaalmarkt. Financieringspositie / Leningenportefeuille Regelmatig wordt nagegaan welke leningen, afgezet tegen de verwachte rentestand, contractueel vervroegd afgelost kunnen worden. In de regel is hiervoor een boete verschuldigd. Vervroegde aflossing vindt plaats als de contante waarde van de rentebetalingen van een nieuwe lening lager is dan de contante waarde van de oude lening, rekening houdend met de boete die bij vervroegde aflossing betaald moet worden. Of ook werkelijk een nieuwe lening wordt afgesloten op het moment van vervroegde aflossing is mede afhankelijk van de liquiditeitsprognose op dat moment. In onderstaande tabel worden de verwachte mutaties in de leningenportefeuille aangegeven voor 2010. Voor nieuw aan te trekken vaste geldleningen zijn wij uitgegaan van een rentepercentage van 4,70%. In 2010 hebben wij geen mogelijkheid tot het vervroegd aflossen van geldleningen zonder boeterente. Verder zijn er ook geen renteaanpassingen van lopende leningen in deze periode.
Leningenportefeuille bedrag x € 1.000
Stand per 1 januari 2010 Nieuwe geldleningen Reguliere aflossingen Vervroegde aflossingen Renteaanpassingen (oud %) Renteaanpassingen (nieuw %) Stand per 31 december 2010
gemiddelde rente %
132.813 43.000 30.904
4,00 4,70 4,70
144.909
4,06
Rentevisie Normaliter is de marktrente voor kortlopend krediet lager dan de kapitaalmarktrente. De ruimte die beschikbaar is binnen de kasgeldlimiet zal daarom in beginsel optimaal worden gebruikt voordat een nieuwe lening wordt afgesloten. De gemiddelde rente op leningen van de huidige vaste schuld (volgens de leningenportefeuille) bedraagt per 1 januari 2010 4,00%. De marktrente voor langlopende geldleningen (10 jaar gelijk) bedroeg in de periode 30 augustus 2008 – 30 augustus 2009 gemiddeld 4,36 % (in het jaar daarvoor: 4,58%). De marktrente voor kortlopend krediet (maandgeld) was in die periode zeer laag, namelijk 2,20% (tegen 4,40% een jaar eerder).
Begroting 2010
126
De verwachting is, dat het rentetarief voor kortlopend krediet in 2010 nog laag blijft en daarna langzaam gaat toenemen. De lange rentetarieven zullen naar verwachting langzaam toenemen, onder invloed van economisch herstel.
Berekening EMU-saldo Gemeente Gorinchem
1
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)
2 3
Afschrijvingen ten laste van de exploitatie Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4 Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan) Baten bouwgrondexploitatie: Baten voor zover transacties niet op exploitatie verantwoord Lasten op balanspost Voorzieningen voor zover deze transacties met derden betreffen Lasten i.v.m. transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten Verkoop van effecten:
4 5
6
7
8
9 10
11 a b
Gaat u effecten verkopen? (ja/nee) Zo ja wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie?
Berekend EMU-saldo
Begroting 2010
127
2009 2010 volgens volgens realisatie t/m begroting sept. 2009, 2010 aangevuld met raming resterende periode
2011 volgens meerjarenraming in begroting 2010
(*eur 1.000)
(*eur 1.000)
(*eur 1.000)
-3.207 5.503
3.432 5.725
2.975 5.911
6.162
2.625
1.651
13.714
15.196
22.505
992
517
76
0
0
0
6.917
6.480
5.500
2.585
24.285
20.823
1.302
766
120
0
0
0
nee
nee
nee
0
0
0
-9.898
14.141
3.311
Begroting 2010
128
5.4 Paragraaf Reserves en voorzieningen De paragraaf Reserves en voorzieningen heeft nauwe raakvlakken met de paragraaf weerstandsvermogen.
1. Bestaand beleidskader reserves en voorzieningen Het beleidskader ten aanzien van het weerstandsvermogen is vastgelegd in de raadsnotitie “Evaluatie reserves, voorzieningen en weerstandsvermogen 2003” d.d. 3 juli 2003 en de besluitvorming naar aanleiding van de Perspectiefnota 2006-2009 d.d. 30 juni 2005. Reserves zijn eigen vermogen. Het BBV maakt het onderscheid in: - De algemene reserve. - De bestemmingsreserve. Onder een bestemmingsreserve wordt verstaan een reserve waar aan door de raad een bepaalde bestemming is gegeven; te splitsen in: - Bestemmingsreserves die dienen om ongewenste schommelingen op te vangen in de tarieven die aan derden in rekening worden gebracht; - Overige bestemmingsreserves. Zodra de bestemming van de bestemmingsreserve wegvalt, dienen de middelen naar de Algemene exploitatiereserve te vloeien. Voorzieningen zijn vreemd vermogen. Het BBV interpreteert het begrip ‘voorzieningen’ ruimer. In het kader van het beleid inzake weerstandsvermogen is de rentetoerekening aan de risicoreserves stopgezet. Deze middelen zijn toegevoegd aan het exploitatiebudget afdekking risico’s.
2. Actualisatie beleidskader reserves en voorzieningen In de gemeentelijke verordening 212 uitgangspunten financieel beleid is aangegeven dat de raad minimaal om de 4 jaar een beleidskader reserves en voorzieningen aangeboden krijgt. Wij kiezen ervoor om in deze paragraaf Reserves en Voorzieningen een korte vooruitblik inzake de actualisatie beleidsuitgangspunten kort te benoemen. Zo is in de door u vastgestelde Perspectiefnota 2010–2013 een scenario geformuleerd met als doel de vermogenspositie te versterken. In de Perspectiefnota is aangegeven dat wij in de programmabegroting 2010–2013 een geactualiseerde nota Reserves en voorzieningen voor te leggen. Wij verwijzen naar het aparte beslisdocument Reserves. U heeft op 9 juli 2009 bij de Perspectiefnota 2010 besloten om een nota reserves en voorzieningen op te laten stellen met als doel na te gaan wat de doelstellingen van de bestemmingsresevers zijn en waarvoor zij in de toekomst nodig zijn. Het uiteindelijke doel is om de vermogenspositie te versterken. Wij hebben in deze paragraaf Reserves en voorzieningen een voorzet/ uitgangspunten geformuleerd. Aangezien de actualisatieslag van de reserves en voorzieningen nauw samenhangen met de verdere uitwerking van Alle hens aan dek / ombuigingen, stellen wij voor de actualisatie u in januari / februari 2010 aan te bieden.
Begroting 2010
129
Financieel beeld reserves en voorzieningen stand begin van het jaar 1-1-2009
1-1-2010
Algemene reserves: Algemene/exploitatiereserves (2009=incl. bestemming) Totaal algemene reserves (excl. Grondexploitaties)
€ €
6,4 6,4
€ €
3,6 3,6
Risicoreserves (algemeen en grond): Reserve woningexploitatie Algemene reserve grondexploitatie Totaal risicoreserves
€ € €
0,0 4,1 4,1
€ € €
0,0 4,3 4,3
Bestemmingsreserves: BTW-compensatiefonds Structuurverbetering onderwijs Nieuwbouw stadhuis Hoofdverkeersstructuur (HIS) Infrastructuurfonds Overige bestemmingsreserves Totaal bestemmingsreserves
€ 0,6 € 1,3 € 0,3 € 0,3 € 3,3 € 11,8 € 17,6
€ 0,4 € 0,2 € 0,3 € 0,3 € 3,3 € 13,2 € 17,7
Totaal reserves (eigen vermogen)
€ 28,1
€ 25,6
Voorzieningen: Totaal voorzieningen Totaal reserves en voorzieningen
€ 30,5 € 58,6
€ 27,8 € 53,4
Stand reserves en voorzieningen 1-1-2011: € Stand reserves en voorzieningen 1-1-2012: € Stand reserves en voorzieningen 1-1-2013: € Stand reserves en voorzieningen 1-1-2014: €
Begroting 2010
55,6 60,0 65,8 69,8
miljoen miljoen miljoen miljoen
130
5.5 Paragraaf Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering In de raadsnotitie bedrijfsvoering is aangegeven dat de paragraaf Bedrijfsvoering de volgende elementen bevat: a. Kwaliteitszorg b. Personeels- en organisatiebeleid c. Bestuurlijke planning en control / stand van zaken rekenkameronderzoeken d. Voortgang rechtmatigheid
a. Kwaliteitszorg In het coalitieakkoord voor de raadsperiode 2006–2010 komen meerdere aspecten van kwaliteitszorg terug daar waar het gaat om de dienstverlening naar de burger. Zo wordt gesproken over vroegtijdige informatievoorziening over gemeentelijke plannen, betrekken van burgers bij de totstandkoming van besluitvorming, het uitbreiden van de website onder andere met interactieve informatie- en reactiemogelijkheden en het bieden van meer producten op de website. De kwaliteit van de dienstverlening en de tevredenheid van de burger daarover is in 2009 gemeten. De resultaten hiervan worden in 2010 betrokken bij het verder uitwerken van het dienstverleningsconcept van de gemeente. Het dienstverleningsconcept biedt een visie op de dienstverlening van de klant: wat houdt de dienstverlening in (producten, diensten, levertijden, etc.), hoe worden de diensten verleend (welke doelgroepen, welke processen en via welke distributiekanalen), wat is daarvoor nodig (middelen)? Ook wordt er in 2010 gewerkt aan het plan van aanpak voor de implementatie van deze visie. Het plan van aanpak bevat de stappen die op de verschillende onderdelen (producten, diensten, processen en normering, kanalen, informatievoorziening, competenties) moeten worden gezet om van de huidige naar de gewenste situatie te gaan.
b. Personeels- en organisatiebeleid Formatie • De begrote formatie voor 2010 bedraagt • Voor 2009 was dit
327,8 316,3
De verhoging van de formatie wordt veroorzaakt door een aantal factoren. In de begroting 2010 is rekening gehouden met de overname van de veerdienst Brakel/Aalst. De besparingen in het kader van de operatie “Alle hens aan dek” zijn eveneens verwerkt in de begroting 2010. Deze besparingen lopen op van bijna 9 formatieplaatsen in 2010 tot 14 formatieplaatsen in 2013. In 2008 is binnen onze organisatie een werkdrukonderzoek gehouden. Als uitvloeisel hiervan is op een aantal plaatsen de formatie opgehoogd. In de (primitieve) begroting 2009 is deze formatie niet opgenomen. In de begroting 2010 is deze formatie uiteraard wel opgenomen. Ziekteverzuim • In 2008 bedroeg het ziekteverzuim 4,9%. Landelijk voor alle gemeenten was dit 5,3% en voor onze gemeenteklasse 5,1%. • Het ziekteverzuim 2009 (tot en met augustus) bedraagt 5,5%. Met name de maand januari gaf een piek te zien van ruim 9%. Vanaf het tweede kwartaal is het verzuim weer tot normale proporties teruggebracht Inhuur Sturen op en minimaliseren van inhuur van personeel, is een speerpunt in het kader van de bedrijfsvoering, ook in 2010.
Begroting 2010
131
Organisatie De organisatiestructuur is per 1 september 2009 aangepast (minder afdelingen, meer sturing op resultaat en kwaliteit). De daadwerkelijke effecten van deze aanpassing, zullen pas in de loop van 2010 zichtbaar worden. Er vindt een tussentijdse evaluatie plaats in de tweede helft van het jaar. U heeft via de raadsnotitie Bedrijfsvoering medio 2005 de kaders bedrijfsvoering vastgesteld. Formatie en inhuur is één van de elementen van de bedrijfsvoering. Mede in het kader van de gemaakte afspraken en in het kader van de operatie Alle hens aan dek, ombuigingen zien we nauwlettend toe op formatie inhuur. Inkoop en aanbesteding Het interne implementatietraject van het inkoop- en aanbestedingsbeleid loopt ten einde. Voor intern gebruik is een inkooptool ontwikkeld dat de komende tijd verder zal worden verfijnd. Voor medewerkers die frequent met grote(re) aanbestedingen van doen hebben, zal een cursus ‘Europees aanbesteden’ worden gehouden. Conform afspraak zal team Inkoop in 2010 een evaluatie uitvoeren om te bezien in hoeverre het inkoopen aanbestedingsbeleid aansluit bij wensen en behoeften van gebruikers en leveranciers. In 2010 zal tevens het jaar worden waarin ‘Duurzaam inkopen’ prioriteit gaat krijgen als uitvloeisel van het milieubeleidsplan. Landelijk geldt de verplichting voor gemeenten dat 75% van de inkopen in 2010 duurzaam moeten zijn. In 2015 moet dit zelfs 100% zijn. De duurzaamheidcriteria die SenterNovem heeft opgesteld zullen daarbij leidend zijn.
c. Bestuurlijke planning en control / stand van zaken rekenkameronderzoeken/ directieonderzoeken De controlerende rol van de raad is vastgelegd in de verordeningen 212, 213 en 213a van de Gemeentewet. De verordening 212 wordt gekenmerkt door procesafspraken tussen raad en college. In april 2009 is het geactualiseerde afwijkingenbeleid en afschrijvingsbeleid vastgesteld. Elk jaar treft u een doorontwikkelde programmabegroting aan. In september 2009 heeft u het rekenkamerrapport Onderwijsachterstandenbeleid aangeboden gekregen. Eind september heeft op initiatief van de rekenkamercommissie een werkbijeenkomst raad – college – ambtelijk apparaat met het onderwijsveld plaatsgevonden. De uitkomsten van het rapport onderwijsachterstandenbeleid stonden hierbij centraal. Op basis van het rekenkamerrapport en de uitkomsten van de werkconferentie zal een raadsvoorstel met leerpunten voor de toekomst opgesteld worden. U krijgt een raadsinformatiebrief met de geactualiseerde groslijst rekenkameronderzoek 20092010 toegestuurd. Dit betreft dan het vierde rekenkameronderzoek. Op dit moment wordt in de vorm van een directieonderzoek de relatie tussen de budgetsubsidie aan de stichting SGS en de onderhoudskosten onderzocht. Dit wordt meegenomen met diverse andere ontwikkelingen en vertaald naar een nieuw budgetcontract.
d. Voortgang Rechtmatigheid Voor het jaar 2008 hebben wij een rechtmatigheidverklaring verkregen van de accountant. Daarnaast hebben wij in het programmaverslag 2008 voor het eerst een bestuurdersverklaring rechtmatigheid opgesteld die bijdraagt aan helderder rolverdeling tussen de raad, het college en de accountant. Via de bestuurdersverklaring legt het college zelf verantwoording af over financiële rechtmatigheid. Dit sluit aan bij de Gorcumse werkwijze en de raadsnotitie Bedrijfsvoering. De bedoelingen van de bestuurdersverklaring rechtmatigheid worden via de VNG-werkgroep naar alle waarschijnlijkheid in 2010 aanhangig gemaakt bij het ministerie van BZK. De rechtmatigheidscontrole zien wij als een impuls om de kwaliteit van de werkprocessen verder te ontwikkelen. In het kort komt het erop neer dat het meer zichtbaar maken van handelingen, controles die tot op heden niet gestructureerd zijn vastgelegd, wel zichtbaar via checklisten en dossiervorming worden
Begroting 2010
132
vastgelegd. Deze handelingen vallen onder het domein management.
Single Information Single audit (Sisa) De reguliere accountantscontrole is uitgebreid met de zogeheten single information single audit (Sisa). In het kort komt het erop neer dat bij Sisa de controle van de accountant van de specifieke uitkeringen nu integraal in het proces totstandkoming jaarrekening plaatsvindt. De invoering van Sisa zal de verantwoordingslasten en de controlelasten van de specifieke uitkeringen fors verminderen. Het gaat om het meer zichtbaar maken van handelingen: controles die tot op heden niet gestructureerd zijn vastgelegd, wel zichtbaar vastleggen via checklisten en dossiervorming. In het programmaverslag 2008 is de zogeheten Sisa-bijlage opgenomen waarin over circa 18 specifieke uitkeringen van het Rijk verantwoordingsinformatie wordt verschaft.
Begroting 2010
133
Begroting 2010
134
5.6 Verbonden partijen Inleiding Eén van de paragrafen die het besluit begroting en verantwoording (BBV) voorschrijft is de paragraaf Verbonden partijen. Volgens het BBV dient deze paragraaf ten minste informatie te bevatten over: - de visie, uitgangspunten m.b.t. verbonden partijen in relatie tot de realisatie van de doelstellingen die zijn opgenomen in de programmabegroting; - de beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen. In juni 2007 is het rekenkamerrapport verbonden partijen verschenen. De visie en uitgangspunten voor de verbonden partijen als de gemeenschappelijke regelingen en CV’s zijn bediscussieerd tijdens de werkbijeenkomst op 11 maart 2008. Tijdens deze werkbijeenkomst is aangegeven dat de paragraaf verbonden partijen gestandaardiseerd gaat worden. De standaardopzet treft u hierbij aan. Vanwege bestuurlijke, beleidsmatige en/ of financiële belangen is het gewenst dat in de begroting aandacht wordt besteed aan derderechtspersonen die een bepaalde publieke taak uitvoeren. De gemeente heeft een band met deze rechtspersonen. Voor deze paragraaf is het criterium of de gemeente bij die partijen een bestuurlijk en een financieel belang heeft, bepalend. Bij verbonden partijen moet u denken aan deelname van een gemeente in vennootschappen (N.V.’s), Commanditaire Vennootschappen (C.V.’s), Gemeenschappelijke regelingen, stichtingen en verenigingen. Onder bestuurlijk belang wordt in dit verband verstaan: het hebben van een zetel in het bestuur of het hebben stemrecht. Met financieel belang wordt bedoeld dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die achtergesteld zijn in geval van faillissement van de verbonden partij en/of dat financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. Een gemeente loopt dus financiële risico’s als gevolg van financiële verplichtingen die juridisch afdwingbaar zijn door de verbonden partij. Hier ligt dus een relatie met de paragraaf Weerstandsvermogen.
Kaderstelling Rekenkamerrapport verbonden partijen: In het rekenkamerrapport verbonden partijen (juni 2007) heeft de commissie als uitgangspunt voor good governance, goed bestuur, de volgende normen benoemd: - transparantie: relevante informatie is voor belanghebbenden toegankelijk; - democratische verantwoording over de rechtmatige besteding, inning en het beheer van de publieke middelen; - effectiviteit en efficiency: het beleid is zorgvuldig voorbereid, uitvoerbaar en handhaafbaar; - vraaggerichtheid: beleid wordt gebaseerd op vragen vanuit de samenleving. Nieuwe verbonden partijen worden getoetst aan de normen van goed bestuur. De vier uitgangspunten van goed bestuur ten aanzien van beheerst sturen, beheerst uitvoeren, beheerst toezicht houden en beheerst verantwoorden zijn leidend in de relatie college - raad - verbonden partijen. Art. 160 van de Gemeentewet gaat in op de bevoegdheid van de raad. De raad wordt in de gelegenheid gesteld om wensen en bedenkingen ten aanzien van de oprichting van nieuwe verbonden partijen in te brengen. Onder het domein raad valt de oprichting van een nieuwe verbonden partij (initiatieffase- en keuzefase trechter) en een wijziging in de kaderstelling van een bestaande verbonden partij (keuzefase trechter). Het college is primair verantwoordelijk voor de verbonden partijen (uitvoeringsfase trechter). Verbonden partijen vallen dus in principe onder het domein college. Het college voert een zichtbare vorm van interne
Begroting 2010
135
toetsing (ambtelijk en bestuurlijk) uit een vorm van externe toetsing op de geleverde prestaties zal plaatsvinden bij bijvoorbeeld de grond CV’’s/ BV’s. Het college toetst een op te richten verbonden partij aan de algemene normen en uitgangspunten van goed bestuur. Daarbij zijn leidend selectiecriteria als kwaliteit, relevante ervaring, efficiency- schaalvoordeel, risicospreiding, bestuurskracht en effectiviteit, kennisvoordeel, katalysatorfunctie. De Gorcumse planning- en controlcyclus is de basis voor de invulling van de actieve informatieplicht. De paragraaf Verbonden partijen uit de programmabegroting, de tussenrapportage en het programmaverslag geeft de dwarsdoorsnede per programma weer. In deze paragraaf wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de jaarverslagen van de verbonden partijen. Als er aanleiding toe is, wordt aanvullend een raadsinformatiebrief opgesteld waarin voortgangsinformatie over de verbonden partij wordt verschaft. Er worden afspraken gemaakt over de rollen, toetsing en verantwoording jaarstukken verbonden partijen. Motie verbonden partijen Perspectiefnota 2010–2013 De raad verzoekt het college een gesprek te beleggen over de verbonden partijen tussen de accountant, het college en de commissie dualisering begin 2010. In het voorjaar van 2010 zal een gesprek belegd worden. De opmerkingen die de accountant gemaakt heeft in het accountantsrapport over het jaar 2008 nemen wij ter harte. Deze opmerkingen hebben betrekking op het feit dat voor niet alle verbonden partijen een gewaarborgde accountantsverklaring bij de jaarrekening 2008 beschikbaar is. Met name bij enkele CV’s waar de gemeente als beherend vennoot optreedt. Ook wijst de accountant op het belang van het borgen van de interne procesgang stukken gemeenschappelijke regelingen in de interne organisatie (domein college). De opmerkingen die destijds door de rekenkamer in 2007 en door de accountant in 2008 gemaakt zijn, kunnen ook gerelateerd worden aan de positie van de budgetsubsidie instellingen. Wij doelen dan op de sturing en control van subsidie-instellingen. Het communicatiemiddel daartoe is het budgetsubsidiecontract. Zoals aangegeven in de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen hebben wij intern onderzoek gedaan bij de Stichting Gorinchemse Sportaccommodaties. In het door een extern bureau uitgevoerde onderzoek stond de relatie tussen de subsidie aan de stichting en de onderhoudskosten centraal. Hieruit vloeit een nadeel uit voort van € 0,2 miljoen per jaar. In het traject Alle hens aan dek / ombuigingen zijn de gevolgen inzichtelijk gemaakt. Wij willen intern een onderzoek doen naar alle subsidie instellingen in relatie tot het gewenste onderhoudsniveau. Ook zijn wij voorstellen aan het voorbereiden om de interne regie plus control op verbonden partijen en subsidie instellingen aan te scherpen. Welke verbonden partijen? Wij volstaan in deze paragraaf met het geven van een opsomming van de verbonden partijen: deelnemingen in NV’s, gemeenschappelijke regelingen en Commanditaire Vennootschappen. Participaties in stichtingen, instellingen en verenigingen zijn in deze paragraaf niet opgenomen.
1. Deelnemingen (vennootschappen) Gorinchem heeft aandelen in haar bezit vanwege het algemeen belang. De gemeente neemt deel in diverse NV’s. Zij is medeaandeelhouder. Het betreft de volgende NV’s: - NV Bank voor Nederlandse Gemeenten; - NV Bouwfonds Nederlandse Gemeenten; - NV Oasen; - NV Eneco Holding.
2. Gemeenschappelijke regelingen De gemeente Gorinchem neemt deel aan de volgende gemeenschappelijke regelingen:
Begroting 2010
136
2.1 Gemeenschappelijke regeling (GR) Regio Zuid-Holland Zuid (ZHZ) Doel verbonden partij De gemeenschappelijke regeling heeft ten doel een bijdrage te leveren aan het behartigen van gemeenschappelijke belangen van de deelnemers om een evenwichtige ontwikkeling van het gebied als geheel te bevorderen, mede in verhouding tot zijn omgeving in provinciaal, nationaal en Europees verband. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Bestuur en communicatie. Partijen (privaat, publiek) Deelnemende gemeenten in de Hoekse Waard, de Drechtsteden en Alblasserwaard en Vijfheerenlanden. Bestuurlijk belang Een lid van het college van de gemeente Gorinchem maakt deel uit van het dagelijks bestuur van de regio Zuid-Holland Zuid. Financieel belang Het aandeel van Gorinchem in deze regeling op basis van het aantal inwoners is 7%, in geld bedraagt de bijdrage van Gorinchem in 2010 € 1.126.462 In augustus 2007 heeft u ingestemd met het financiële kader GR Zuid-Holland Zuid. De regio volgt de accresontwikkeling Gemeentefonds inclusief drie jaar nacalculaties. De regio volgt nauwlettend de macro-economische ontwikkelingen. Voor de komende drie jaren is tussen de Rijksoverheid een de VNG een nullijn afgesproken. Primitieve begroting 2010 Regiostaf GGD Milieudienst Brandweer Rente restitutie Totaal in Euro’s
125.489 583.786 131.141 307.001 -/-20.955 1.126.462
De bijdragen zijn exclusief de veiligheidsregio. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen Vaststelllen gewijzigde gemeenschappelijke regeling. * domein college: voortgang uitvoering Deelname aan gemeenschappelijke regeling. Risico’s en kansen Zie onderdeel prestaties en effecten. Ontwikkelingen Stand van zaken Wet Ambulance Zorg (WAZ): binnen het dagelijks bestuur GR ZHZ wordt gesproken over een nieuw op te richten stichting die deelneemt aan de coöperatie ambulancezorg. Het Dagelijks Bestuur van ZHZ is gevraagd in te stemmen met bestuurlijk kader vorming omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid. In het kader worden de landelijke ontwikkelingen geschetst die van invloed zijn op de vormgeving van de Omgevingsdienst in ZHZ. Vanuit gemeentelijk perspectief worden geen nieuwe taken aan de Omgevingsdienst toegevoegd. Het betreft de taakuitvoering van de Milieudienst ZHZ, het is vooral een organisatorische kwestie. Er is een plan van aanpak doorontwikkeling milieudienst opgesteld. Het betreft een schets op hoofdlijnen, invoering omgevingsdienst op 1-1-2011. Juridisch gezien komt er dan een nieuwe gemeenschappelijke
Begroting 2010
137
regeling waarin de Milieudienst van de GR ZHZ zit en de provinciale milieudienst. Het uitgangspunt is een budgettair neutrale operatie. Er wordt voor gewaakt om afwenteling van eventuele desintegratiekosten van de provincie op de deelnemende gemeenten te voorkomen.
2.2. Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid Doel verbonden partij Om de risico’s op het gebied van de openbare orde en veiligheid te beheersen is de Veiligheidsregio ZuidHolland Zuid opgericht. Hierin werken gemeenten, Regionale Brandweer, Regionale Ambulancevoorziening, Milieudienst Zuid-Holland Zuid en Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) nauw samen met de Politie en Waterschappen. Daarnaast wordt er samengewerkt met overheidsdiensten en private partners. De Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid wil behalve optimaal voorbereid zijn op een ramp of crisis, ook een belangrijke rol spelen bij het voorkomen daarvan. Door de bundeling van krachten met haar partners zorgt de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid voor fysieke veiligheid, rampenbestrijding en crisisbeheersing. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Bestuur, communicatie en veiligheid. Partijen (privaat, publiek) Deelnemende gemeenten in de Hoekse Waard, de Drechtsteden en Alblasserwaard en Vijfheerenlanden. Bestuurlijk belang De burgemeester van de gemeente Gorinchem maakt deel uit van het dagelijks en algemeen bestuur van de regio Zuid-Holland Zuid. Tevens is hij vice voorzitter. De gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio is op 1 juli 2009 in werking getreden. De raad van Gorinchem heeft in maart 2009 met instemming kennis genomen van het voorstel van de gemeenschappelijke regeling ZHZ om een aparte gemeenschappelijke regeling veiligheidsregio in het leven te roepen. Financieel belang Het aandeel van Gorinchem in deze regeling op basis van het aantal inwoners is 7%, in geld bedraagt de bijdrage van Gorinchem € 394.835,- in 2010. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen Vaststelllen gewijzigde gemeenschappelijke regeling. * domein college: voortgang uitvoering Deelname aan gemeenschappelijke regeling. De wet op de veiligheidsregio wordt 1 januari van kracht en door de oprichting van de veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid wordt hier mede invulling aan gegeven. Risico’s en kansen Binnen de veiligheidsregio wordt de versterking van de brandweersamenwerking vormgegeven. Dat biedt kansen om de continuïteit van de brandweerzorg te verbeteren Binnen de veiligheidsregio wordt de samenwerking op het gebied van gemeentelijke rampenbestrijding versterkt. Dat biedt kansen om de voorbereiding op crises en rampen eenduidiger te organiseren voor de gehele regio en de samenwerking met aangrenzende gemeenten van Gorinchem buiten de regio als Lingewaal en Werkendam. Ontwikkelingen In de vergadering van 24 juni jl. heeft het algemeen bestuur van de regio Zuid-Holland Zuid kennis kunnen nemen dat alle betrokken gemeenten de gewijzigde gemeenschappelijke regeling Zuid-Holland Zuid en van de veiligheidsregio hebben vastgesteld. De beide regelingen zijn op 1 juli 2009 in werking getreden.
Begroting 2010
138
2.3. Gemeenschappelijke regeling Alblasserwaard en Vijfheerenlanden (A-V) Doel verbonden partij Het vergroten van de regionale bestuurskracht in de regio Alblasserwaard en Vijfheerenlanden en het bevorderen van de regionale samenwerking op sociaal (welzijn), fysiek (regionale structuurvisie en regionaal woonbeleid), economisch (regionale economische visie) en openbare orde en veiligheid / bestuurlijk gebied (brandweer). Bijdragen aan de behartiging van gemeenschappelijke belangen om de evenwichtige ontwikkeling van het gebied te bevorderen. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Bestuur en Communicatie. Partijen (privaat, publiek) Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Leerdam, Liesveld, Nieuw-Lekkerland, Graafstroom, Zederik, Leerdam. Bestuurlijk belang Gekozen is voor een regionaal dualismemodel waarbij de duale rollen van de 8 raden en colleges zijn vastgesteld. Tot de samenwerking op het gebied van regionale visie- en beleidsvorming binnen de regio AV stellen de raden de kaders op en controleren deze kaders. Het primaat van de raden wordt verankerd door het AV-besluitvormingsmodel die binnen de regionale beleidsvorming de lokale besluitvorming waarborgt. De raden formaliseren hun samenwerking via een convenant waarvan het besluitvormingsmodel deel uitmaakt. Ter voorbereiding en uitvoering van de kaders die door de raden worden vastgesteld gaan de colleges een lichte vorm van een gemeenschappelijke regeling aan. Deze regeling kenmerkt zich dus doordat geen bevoegdheden van de raden worden overgedragen. Het lichte faciliterende karakter wordt doorgevoerd in de bestuurlijke vormgeving van de regeling: de GR AV heeft een uniform bestuur dat fungeert als algemeen en dagelijks bestuur. Ook dit bestuur heeft naast platformtaken, een procesmatige rol. Inhoudelijk worden de programmalijnen vertegenwoordigd door de portefeuillehouders per gemeente. Op dit moment wordt de planning en controlcyclus van de regio GR AV op basis van het regionaal dualismemodel uitgelijnd. Financieel belang Het financieel belang in 2010 voor Gorinchem is een te betalen bijdrage van € 7,18 per inwoner. Dit is inclusief een extra gewenningsbijdrage van € 1,--. Deze extra bijdrage dient ter versterking van de strategische samenwerking in A-V verband. Deze versterking komt tot uitdrukking in de kwantitatieve en kwalitatieve uitbreiding van de bestuursondersteuning (Regiobureau) Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen n.v.t. * domein college Het deelnemen aan de diverse overlegplatforms (regionale portefeuillehoudersoverleggen). Voortgang Ten aanzien van de bedrijfsvoering: ten tijde van het schrijven van deze paragraaf is een ad interim regiosecretaris actief bij de regio Alblasserwaard – Vijfheerenlanden. Ten aanzien van het jeugdbeleid: in 2011 moet er een centrum voor jeugd en gezin staan. In de regionale agenda samenleving heeft de regio AV met de provincie Zuid-Holland afspraken gemaakt over de inzet op kinderen en gezinnen. Verder is uitgesproken het schoolmaatschappelijke werk in de regio op één lijn te willen brengen. Ten aanzien van het woonbeleid: er is een regionale huisvestingsverordening opgesteld. De regio heeft een werkgroep ingesteld om het woonprogramma van de regio door te lichten en na te gaan, in het licht van de credietcrisis, hoe een zo groot mogelijk deel van het programma daadwerkelijk kan worden gerealiseerd.
Begroting 2010
139
De regio constateert dat de gevolgen van de bevolkingskrimp op termijn terug te brengen zijn tot zeer overzichtelijke proporties. Verder wordt gewerkt aan visie 2030, waarbij het zwaartepunt van het proces in 2010 komt te liggen. We doelen hiermee op de nieuwe gemeenteraden. Ook wordt inzet gepleegd om provinciale en Europese subsidies binnen te halen. Risico’s en kansen Het verder werken aan de samenwerkingscultuur op het niveau van AV. De kansen liggen hierin op regioniveau gezamenlijk op te trekken bij prominente dossiers (verkeer en vervoer e.d.) richting Den Haag en Brussel, bijvoorbeeld als het gaat om het verkrijgen van Europese subsidiemiddelen. Ontwikkelingen Het jaar 2010 zal in het teken staan van het verder op de kaart zetten van de regio Alblasserwaard – Vijfheerenlanden en uitvoeren van het activiteitenplan Alblasserwaard – Vijfheerenlanden op de terreinen Economie en toerisme, fysiek, sociaal en bestuur. (zie de rubriek ‘voortgang’)
2.4 Gemeenschappelijke Vuilverwerking Dordrecht en Omstreken (Gevudo, Huisvuilcentrale, HVC te Alkmaar) Doel verbonden partij Het op milieuverantwoorde wijze verwerken van ons afval. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Wonen, leven en milieu. Partijen (privaat, publiek) Publieke partij die zich sterk profileert als nutsbedrijf en zich sterk toelegt op duurzaam ondernemen. Bestuurlijk belang Via de GR is er enige invloed op het beleid van HVC en levert de GR een lid in de raad van commissarissen en een lid in de AV. Financieel belang Tegen maatschappelijk verantwoorde kosten verwerken van het afval. Gorinchem is deelnemer is de gemeenschappelijke regeling Gevudo welke de aandelen beheerd van de NV HVC. Het betreft hier een belang van 20%. Prestaties – effecten Door gerichte investeringen bij HVC wordt er meer energie opgewekt en is een biomassacentrale in gebruik genomen. * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen Zie raadsinformatiesysteem. * domein college: voortgang uitvoering Er is geen aanleiding tot nadere informatieverstrekking. Voortgang Zie raadsinformatiesysteem. Risico’s en kansen De wethouder middelen vertegenwoordigt de GR in de AV van HVC waardoor onze gemeente indirect meer betrokken is en invloed heeft op het beleid van HVC.
Begroting 2010
140
Ontwikkelingen HVC is actief op het gebied van biomassa en is bezig een centrale in Dordrecht te realiseren waarbij ook het warmteaspect wordt mee genomen. De bouw van deze zgn. ‘vijfde lijn’ vordert gestaag. Momenteel wordt er een voorstel voorbereid inzake statutenwijzigingen HVC als gevolg van plannen energieopwekking.
2.5 Gemeenschappelijke regeling Regionale Sociale Dienst (RSD) Doel verbonden partij De RSD is belast met de uitvoering van de Wet Werk en bijstand en alle andere wetten en regelingen op het terrein van de sociale zekerheid waarvan de uitvoering aan de deelnemende gemeenten is op gedragen. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Zorg. Partijen (privaat, publiek) De gemeenten: Giessenlanden, Gorinchem, Graafstroom, Hardinxveld-Giessendam, Leerdam, Liesveld en Zederik. Er worden gesprekken gevoerd met de gemeente Nieuw-Lekkerland over deelname aan de gemeenschappelijke regeling. Bestuurlijk belang De RSD is belast met de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand en alle andere wetten en regelingen op het terrein van de sociale zekerheid waarvan de uitvoering aan de deelnemende gemeenten is op gedragen. Tot het takenpakket van de RSD horen de voorbereidende, besluitvormende, uitvoerende en administratieve werkzaamheden. Financieel belang Afspraken over de verdeling van de kosten zijn vastgelegd in de Gemeenschappelijke regeling. De indirecte kosten (o.a. apparaatskosten) worden verdeeld op basis van een verdeelsleutel. Die bedraagt voor de gemeente Gorinchem 43,91%. Sinds 1 januari 2009 krijgen de gemeenten ieder afzonderlijk een participatiebudget. Dit is een samenvoeging van de voormalige budgetten voor de WWB (werkdeel bijstand), WEB (volwasseneducatie) en WI (inburgering). De rijksinkomsten voor de gemeente Gorinchem in 2010 bedragen € 10.897.200 bestaande uit een inkomensdeel (WWB) ad. € 7.044.900 en het participatiebudget (WWB werkdeel, WEB en WI) € 3.852.300. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen U heeft in maart en december 2007 gesproken over het raadsbeleidskader Minimabeleid. U geeft hierbij de kaders aan voor de RSD. * domein college: voortgang uitvoering Voortgang De gemeenschappelijke regeling heeft een wijziging ondergaan in die zin dat er nieuwe taken door de gemeenten aan de RSD zijn gedelegeerd, te weten de Wet Inburgering, de Wet Kinderopvang (tot 1 januari 2008 in mandaat uitgevoerd) en de Wet Educatie en Beroepsonderwijs. Voorts is de taak schuldhulpverlening naar de RSD toegegaan. Op dit moment liep de invlechtingsdiscussie van de gemeenschappelijke regeling RSD in de gemeenschappelijke regeling AV. Risico’s en kansen Het in de gemeenschappelijke regeling opgenomen solidariteitsbeginsel draagt bij aan een stabiele financiële positie van de RSD. In de regio is sprake van een gunstig ondernemersklimaat, dat zich vertaalt
Begroting 2010
141
in een dalende trend van het aantal cliënten en uitkeringen de laatste jaren. Dat laat onverlet dat de RSD inmiddels wel een forse toename bespeurt – ca. 40% - van het aantal burgers dat zich meldt bij (vooral) het UWV. Als gevolg van de ‘kredietcrisis’ verwacht zij een flinke toename in het aantal aanmeldingen om bijstand vanaf april 2009 (de WW-periode bedraagt 3 maanden waarna mensen zich pas bij de RSD melden). Ontwikkelingen In 2009 is de gemeente Lingewaal toegetreden (besluit raadsvergadering september 2009). De gemeente Lingewaal heeft circa 11.000 inwoners met 70 uitkeringsgerechtigden. Voor het einde van het jaar zal ook de gemeente Nieuw-Lekkerland toetreden. De Gemeenschappelijke Regeling zal wederom worden aangepast. Per 1 januari 2007 zijn het beleid en de uitvoering van de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet inburgering overgedragen aan de RSD. Vanaf 1 januari 2008 is de Wet participatiebudget van kracht geworden. Deze wet ontschot de geldstromen van de Wet werk en bijstand, de Wet inburgering en de Wet educatie en beroepsonderwijs. De RSD komt in het voorjaar van 2010 met een nieuwe regionale beleidsnotitie op het terrein van de Wet Participatiebudget. De gemeenteraad krijgt via de ter kennisstelling van de jaarrekening van de RSD de mogelijkheid om inzicht te krijgen in de geleverde prestaties. Dit is conform het bestaande beleid rondom de verbonden partijen.
2.6 Gemeenschappelijke regeling Werkvoorzieningschap De Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden (De Avelingengroep) Doel verbonden partij De Avelingen Groep is een Gemeenschappelijke Regeling en heeft tot doel in haar rechtsgebied de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) uit te voeren door op zo doelmatige mogelijke wijze de taken en bevoegdheden op terrein van de gesubsidieerde arbeid en de arbeidsre-integratie te behartigen. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Zorg. Partijen (privaat, publiek) De deelnemende gemeenten van de Avelingen Groep zijn de gemeenten: Hardinxveld-Giessendam, Giessenlanden, Gorinchem, Leerdam, Liesveld. Lingewaal en Zederik. Bestuurlijk belang Een lid van het college neemt deel aan het bestuur van de Avelingengroep. Financieel belang Het financiële risico wordt beperkt door een gezamenlijke efficiëntere bedrijfsvoering. Met ingang van 1 januari 2009 zal door een andere verdeelsleutel de bijdrage verhoogd worden. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen: De prestatie-indicatoren in het kader van de SISA verschaffen informatie over een aantal prestaties van de WSW. Wij verwijzen hiervoor naar de aparte SISA-bijlage in dit boekwerk. * domein college Voortgang Het AB van de Avelingengroep heeft in 2008 besloten om de op dezelfde voet door te gaan. De bevoegdheidsverdeling tussen de GR en de raden blijft daarom vooralsnog ongewijzigd.
Begroting 2010
142
Risico’s en kansen Een over- of onderrealisatie van de wachtlijst geeft een financieel risico. Door het uitruilen van taakstelling tussen de deelnemende gemeenten van de GR wordt dit risico met een minimum beperkt. Een eventueel exploitatietekort als gevolg van de huidige economische recessie kan nadelige gevolgen hebben voor de gemeentelijke bijdrage. Ontwikkelingen Begin 2010 zal een voorstel worden ingediend om de Gemeenschappelijke Regeling te actualiseren in verband met de vastgestelde Verordening Cliëntenparticipatie en de Verordening Persoonsgebonden budget. Verder zal op grond van opgedane ervaringen in 2010 besloten worden of de facultatieve Verordening Wachtlijstvolgorde zal worden vastgesteld.
2.7 Gemeenschappelijke regeling Reiniging Alblasserwaard – Vijfheerenlanden (RAV) De afval- en reinigingsdiensten van de gemeenten Gorinchem en Hardinxveld-Giessendam en de Gemeenschappelijke Afvalinzameldienst GGNZ (Graafstroom, Giessenlanden, Nieuw-Lekkerland, Zederik en Liesveld) hebben op 10 juli 2008 een intentieverklaring ondertekend inzake het fuseren van de afvalen reinigingsdiensten in een gezamenlijke onderneming. Hieruit voortvloeiend is er een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd dat een positief advies heeft opgeleverd. Over dit advies is bij het ter perse gaan van dit document nog geen formeel besluit genomen. In de gemeenteraad vergadering van november 2009 staat dit onderwerp op de agenda (art.160 gemeentewet). Na een positief besluit zal om praktische redenen toegetreden worden tot de Gemeenschappelijke regeling GGNZ. Na toetreding tot deze GR wordt de naam gewijzigd in Reinigingsbedrijf Alblasserwaard – Vijfheerenlanden.
3. Commanditaire Vennootschappen De gemeente participeert in diverse CV’s als commanditaire vennoot (inbreng kapitaal). De CV is geen doel op zich, maar een organisatie instrument om beleid uit te voeren. De gemeente kan dat in principe ook zelf doen. Gorinchem kent CV’s ten behoeve van het optimaliseren van (gebouwen)beheer en CV’s die meer doen dan alleen het beheer van gebouwen. Dit zijn CV’s ten behoeve van de beleidsuitvoering. CV’s met een beheersfunctie om een optimaal gebouwenbeheer te bewerkstellingen, zijn - de CV Stadhuisplein; - de CV Lingebrug; - de CV Wonen, Leren en Zorg / gymnasium; - de CV Smalle brede school Laag Dalem Zuid (De Donk); - de CV Hoefslag/ Gomarus. Hieronder volgt een toelichting van de negen CV’s die Gorinchem kent.
3.1 CV Stadhuisplein Doel verbonden partij Het voor gemeenschappelijke rekening en risico initiëren, realiseren en afzetten van vastgoed (kantoren met omliggende infrastructuur) in de stationsomgeving van Gorinchem. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Bestuur en communicatie. Partijen (privaat, publiek) PPS (publiek-private-samenwerking): Gemeente Gorinchem en Heijmans.
Begroting 2010
143
Bestuurlijk belang Ontwikkelen van kantoren binnen de stationsomgeving van Gorinchem. Financieel belang Gemeente Gorinchem is de (enige) commanditaire vennoot van de CV; winsten en verliezen komen ten gunste resp. ten laste van de gemeente. Hierbij is de insteek dat ontwikkelingen binnen het beschikbaar gestelde kapitaal door de CV worden gerealiseerd. Prestaties – effecten: * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen: Niet van toepassing * domein college: voortgang uitvoering Deelname CV-vergaderingen. Voortgang De oorspronkelijk geplande ontwikkeling van de stationsomgeving is inmiddels volledig gerealiseerd. Jaarlijks wordt de jaarrekening van de CV vastgesteld. Risico’s en kansen Binnen de CV zijn momenteel geen (financiële) risico’s/kansen aanwezig. Ontwikkelingen In 2008 is onderzoek verricht naar de ontwikkelingsmogelijkheden en de haalbaarheid van de locatie Stationsomgeving. Hieruit is gebleken dat het scenario, waarbij het openbaar gebied opnieuw wordt ingericht, het station wordt herontwikkeld en kantoren worden toegevoegd op dit moment niet haalbaar is. Knelpunten daarbij zijn de verwerving van benodigde gronden en de aanleg van een tunnel onder het spoor. Door de vennoten is besloten verdere planvorming voorlopig uit te stellen.
3.2 CV Lingebrug Doel verbonden partij De CV is opgericht voor aanleg van hoofdinfrastructuur in het gebied tussen de Lingedijken te Gorinchem. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Bestuur en communicatie. Partijen (privaat, publiek) PPS (publiek-private-samenwerking): Gemeente Gorinchem en Heijmans. Bestuurlijk belang Ontwikkelen van goede infrastructuur in het genoemde gebied. Financieel belang Gemeente Gorinchem is de (enige) commanditaire vennoot van de CV; winsten en verliezen komen ten gunste resp. ten laste van de gemeente. Hierbij is de insteek dat ontwikkelingen binnen het beschikbaar gestelde kapitaal door de CV worden gerealiseerd. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen: Niet van toepassing. * domein college: voortgang uitvoering Deelname CV-vergaderingen.
Begroting 2010
144
Voortgang Binnen de CV vinden geen activiteiten meer plaats; na afwikkeling van de BTW-vorderingen kan de CV worden ontmanteld en het ontwikkelde onroerend goed overgedragen worden aan de Gemeente Gorinchem. Jaarlijks wordt de jaarrekening van de CV vastgesteld. Risico’s en kansen: Het risico is aanwezig, dat (een deel van) de BTW-vorderingen (ca. € 1,9 miljoen) van de CV niet door de fiscus zullen worden geaccepteerd. Dit risico moet (deels) door de hiervoor getroffen voorziening worden opgevangen. Ontwikkelingen Het BTW-geschil met de fiscus loopt nog steeds. Momenteel loopt een hoger beroep bij het Gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch. De uitspraak wordt in het najaar van 2009 verwacht.
3.3 CV Wonen, Leren en Zorg / gymnasium Doel verbonden partij Bij het realiseren van onderwijsvoorzieningen wordt steeds meer gekeken naar een zo breed mogelijk maatschappelijk gebruik van voorzieningen, waarin bijvoorbeeld samenwerking wordt gezocht met meerdere partijen. Bij de CV Wonen Leren Zorg is dit het geval. Daarbij wordt er vanuit gegaan dat hiermee een meerwaarde wordt gerealiseerd. Relatie met programma Onderwijs Partijen (privaat, publiek) Een privaatrechtelijke samenwerkingsovereenkomst is getekend door: Gemeente Gorinchem, Poort6, Stichting WLZ en Stichting OVO. In het rekenkamerrapport over de verbonden partijen uit 2007 zijn de positie en de rollen van de verschillende partijen uitvoering beschreven. Bestuurlijk belang De rol van de gemeente komt tot uitdrukking in de vergadering van vennoten van de CV. Een gemeentelijke vertegenwoordiger is lid van de vergadering van vennoten van de CV. De CV WLZ stelt een ondernemingsplan, exploitatiebegroting en exploitatierekening vast. Financieel belang Als gevolg van de ingestelde CV-structuur wordt een financieel voordeel behaald. De gemeentelijke bijdrage in WLZ is gemaximeerd op € 7,1 miljoen. Het financieel verslag 2008 van de Stichting WLZ en de CV WLZ is ontvangen maar nog niet vastgesteld. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen - Er is geen aanleiding om beleid bij te stellen. * domein college Het college houdt toezicht op de verdere ontwikkelingen. Voortgang De CV WLZ is in december 2004 opgericht in het kader van het project Wonen, Leren en Zorg (WLZ). De samenwerking met Rivas/Rifac is beëindigd. De ruimten die vrijgekomen zijn in het souterrain zijn in gebruik genomen door de stichting OVO. De zorgcomponenten die nog vervuld moeten worden in het samenwerkingsverband blijven een punt van aandacht Risico’s en kansen Het beheer van het nieuwe gebouw van het gymnasium, de appartementen en de zorgvoorzieningen ligt bij de CV WLZ. De stille vennoten van de CV WLZ zijn: de stichting Wonen, Leren en Zorg: 97%, de
Begroting 2010
145
Stichting Openbaar Verenigd Onderwijs (OVO) 2% en de WLZ Beheer BV 1%. De beherende vennoot is de WLZ Beheer BV die vertegenwoordigd wordt door Poort6. In het najaar 2008 is de WLZ beheer BV veranderd in De Gorcumse Pleinen Beheer BV. Ontwikkelingen De uittreding van RIVAS heeft geleid tot een verschuiving van ruimtegebruik. Stichting OVO heeft in het souterrain twee lokalen gerealiseerd en elders in de school een derde extra lokaal gerealiseerd voor het gymnasium Camphusianum. Dit was noodzakelijk om de groei van leerlingen op te kunnen vangen. De oorspronkelijke vergaderruimtes die voorheen door Rivas werden gehuurd, worden momenteel gebruikt als Buiten Schoolse Opvang (BSO) door de SKG.
3.4 CV Smalle brede school Laag Dalem Zuid (De Donk) Doel verbonden partij Binnen de gemeente Gorinchem worden, sec bij Onderwijs, Publiek Private Samenwerkingsconstructies zoveel mogelijk toegepast bij de Brede-School-projecten, zoals de SBS Laag Dalem Zuid. Relatie met programma Onderwijs Partijen (privaat, publiek) Een privaatrechtelijke samenwerkingsovereenkomst is getekend door: Gemeente Gorinchem, Stichting Kindercentra Gorinchem, Poort6 en de Stichting WLZ. Bestuurlijk belang Uitgangspunt bij de CV Smalle brede school is dat zoveel mogelijk wordt aangesloten bij de WLZstructuur. Op deze wijze treedt een verbreding van de functie van de WLZ Beheer BV (In het najaar 2008 is de WLZ beheer BV veranderd in De Gorcumse Pleinen Beheer BV) op. Centraal staat een efficiënt gebouwen- en middelenbeheer. Ook geldt dat de vergadering van vennoten van de CV Smalle brede school Laag Dalem Zuid een ondernemingsplan, exploitatiebegroting en exploitatierekening moet vaststellen. Financieel belang Als gevolg van de ingestelde CV-structuur wordt een financieel voordeel behaald. De investering in de school is gerealiseerd op € 6,9 miljoen. Het financiële verslag 2008 van de CV SBS Laag Dalem Zuid is nog niet ontvangen. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen - Er is geen aanleiding om beleid bij te stellen. * domein college: Het college houdt toezicht op de verdere ontwikkelingen. Voortgang De CV Smalle brede school Laag Dalem Zuid is ook in december 2004 opgericht. Het beheer van de smalle brede school Laag Dalem Zuid is ondergebracht in de Gorcumse Pleinen Beheer BV. Risico’s en kansen Als stille vennoot treedt de gemeente voor 97% op, de stichting Kinderopvang voor 1%, de stichting Wonen, Leren en Zorg (WLZ) voor 1% en de Gorcumse Pleinen Beheer BV voor 1%. De beherend vennoot is de Gorcumse Pleinen Beheer BV die gevormd wordt door woningbouwvereniging Poort6. Ontwikkelingen Omdat de school meer ruimte nodig heeft vanwege een forse toename van het aantal leerlingen worden er wijzigingen voorbereid m.b.t. de verdeling van de ruimten binnen dit gebouw. Een ruimte voor Buiten
Begroting 2010
146
Schoolse Opvang zal naar verwachting ook voor onderwijs gebruikt gaan worden. De verdeling van de exploitatie komt in het voordeel van Stichting Kinderopvang. Stichting OVO zal door de groei van de school een hogere vergoeding van het ministerie ontvangen welke gedoteerd wordt aan de CV. Multifunctioneel gebruik wordt gestimuleerd en past binnen onze visie op brede scholen.
3.5 CV Brede scholenbouw Doel verbonden partij Bij het realiseren van onderwijsvoorzieningen wordt steeds meer gekeken naar een zo breed mogelijk maatschappelijk gebruik van voorzieningen, waarin bijvoorbeeld samenwerking wordt gezocht met meerdere partijen. Bij de CV brede scholenbouw Gorinchem is dit het geval. Daarbij wordt er vanuit gegaan dat hiermee een meerwaarde wordt gerealiseerd. Relatie met programma Onderwijs. Partijen (privaat, publiek) De CV bestaat uit de commandite Gemeente Gorinchem en de beherende vennoot de Gorcumse Pleinen Beheer BV. De betrokken partijen in deze CV zijn de Stichting Schepenenstraat en de Stichting Stalkaarsen. De stichting Schepenenstraat heeft een privaatrechterlijke samenwerkingsovereenkomst die is getekend door: Gemeente Gorinchem. Stichting Kinderopvang Gorinchem. Stichting Arkelstad, Stichting Gorinchemse Sportaccommodaties, Stichting OVO, SKOBA. De CV Brede scholenbouw Gorinchem ontwikkelt namens de stichting Schepenen de brede school Gildenplein. De stichting Stalkaarsen heeft een privaatrechterlijke samenwerkingsovereenkomst die is getekend door: Gemeente Gorinchem. Stichting Kinderopvang Gorinchem. Stichting Arkelstad, Stichting OVO, LOGOS. Een aparte samenwerkingsovereenkomst is in voorbereiding voor de Vrije Evangelische Gemeente (VEG). De CV Brede scholenbouw Gorinchem ontwikkelt namens de stichting Stalkaarsen de opdracht de brede school Schuttersplein. Bestuurlijk Belang De rol van de Gemeente komt tot uitdrukking in de vergadering van vennoten van de CV. Een gemeentelijke vertegenwoordiger is lid van de vergadering van vennoten van de CV. De CV Brede Scholenbouw Gorinchem stelt een ondernemingsplan, exploitatiebegroting en exploitatierekening vast. Financieel Belang Als gevolg van de ingestelde CV-structuur wordt een financieel BTW-voordeel behaald. De gemeentelijke bijdrage komt tot uitdrukking in de financiering van de Brede school. Er zijn ramingen die gebaseerd zijn op programma’s van eisen in ontwikkeling. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen - Er is geen aanleiding om beleid bij te stellen. * domein college: Het college houdt toezicht op de verdere ontwikkelingen Voortgang De CV Brede scholenbouw is 20 september 2007 opgericht in het kader van de brede scholen Schepenstraat (thans Gildenplein) en Stalkaarsen. Voor de brede school Gildenplein is de stichting Schepenen opgericht waarvoor de samenwerkingsovereenkomst is ondertekend. Voor de brede school Schuttersplein is de stichting Stalkaarsen opgericht. De samenwerkingsovereenkomst is in maart 2009 ondertekend.
Begroting 2010
147
Risico’s en kansen De ontwikkeling van de gebouwen ligt bij de CV Brede scholenbouw. De stille vennoten zijn: de gemeente Gorinchem en Poort6 die in opdracht werken van de stichting Schepenen en Stalkaarsen. De Gorcumse pleinen beheer BV is verantwoordelijk voor het beheer en de exploitatie. Ontwikkelingen Doordat Poort6 is 2009 zich heeft teruggetrokken uit de brede scholen projecten zijn er financiële problemen ontstaan. Noodgedwongen zijn er veranderingen doorgevoerd bij de brede school Gildenplein. Alle voorzieningen voor de brede school zijn gehandhaafd, de inloopfunctie voor het Centrum voor Jeugd en Gezin is toegevoegd, maar de parkeergarage en de appartementen zijn vervallen. Parkeren wordt op het maaiveld gerealiseerd. Daarnaast wordt onderzocht hoe het project brede school Schuttersplein vorm gegeven kan worden. Voor de brede school Lingewijk worden twee nieuwe locaties onderzocht (locatie Wellant en de locatie in de Herman de Ruijterstraat).
3.6 Bureau Leerplicht GR Drechtsteden Doel verbonden partij Uitvoering van de leerplicht. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Onderwijs. Partijen (privaat, publiek) Het bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten (BLVS) is per 1 juli ondergebracht bij de regio ZuidHolland Zuid. De taakuitvoering van de leerplicht ligt bij het bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten dat drie vestigingen heeft (Dordrecht, Gorinchem en Oud-Beijerland). Bestuurlijk Belang Bij de uitvoering van de leerplicht is een gemeenschappelijk beleidskader en een gestandaardiseerde manier van werken van groot belang. Door een krachtenbundeling (inhoud en sturing) wint de uitvoering van de leerplicht aan effectiviteit. Op dit moment is het bureau verantwoordelijk voor ruim 80.000 leerlingen en 25.000 jongeren in de leeftijd van 17 t/m 22 jaar. Financieel Belang n.v.t. Prestaties – effecten *domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen In de vergadering van maart 2009 bent u geïnformeerd over Bureau Leerplicht. *domein college Deelnemen aan overleg in regionaal verband. Voortgang Met de besluiten van het AB ZHZ op 4 maart 2009 en de Drechtraad op 18 maart 2009 zijn belangrijke stappen gezet in de besluitvorming over de overdracht van bureau LVS van de GR Drechtsteden naar de GR ZHZ per 1 juli 2009. Risico’s en kansen De opschaling brengt geen inhoudelijk en financiële wijzigingen met zich mee: de begroting 2009 blijft naar verwachting intact evenals de nu geldende verdeelsleutel en het niveau van de inhoudelijke dienstverlening.
Begroting 2010
148
Ontwikkelingen Er wordt gestreefd naar een eenduidige besturing van het bureau LVS als organisatieonderdeel van de Regio ZHZ. Binnen de regio ZHZ wordt een voorstel voorbereid om leerplichttaken voor de 19 deelnemende gemeenten te gaan uitvoeren (maart 2009).
3.7 CV Laag Dalem Zuid Doel verbonden partij Voor eigen rekening en risico voeren van een grondexploitatie in de gebieden Laag Dalem Zuid en (gedeeltelijk) Hoog Dalem. Het is de bedoeling dat voor (het CV-deel in) Hoog Dalem een aparte “CV Hoog Dalem” zal worden opgericht. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Woonvoorzieningen. Partijen (privaat, publiek) PPS (publiek-private-samenwerking): Gemeente Gorinchem, Heijmans, AM Grondbedrijf. Bestuurlijk belang Realiseren van woningen en voorzieningen op het gewenste kwaliteits- en kwantiteitsniveau in Gorinchem-Oost conform de ruimtelijke en financiële kaders (grondexploitatie). In Laag Dalem Zuid zijn de 225 woningen en 30 vrije kavels inmiddels verkocht. In Hoog Dalem worden ca. 1.400 woningen in diverse prijsklassen gerealiseerd. Financieel belang De gemeente neemt voor ca. 50% (ca. € 100.000) deel in het kapitaal van CV Laag Dalem Zuid; ook staat zij garant voor de leningen die de CV aangaat met geldverstrekkers. Het resultaat van het project Laag Dalem Zuid wordt ingeschat op € 10,4 miljoen. In 2009 is een 2e dividenduitkering gedaan van in totaal € 3,0 miljoen, waarvan 50% (overeenkomstig ons aandeel in de CV) door de gemeente is ontvangen. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen: Getekende samenwerkingsovereenkomsten van Laag Dalem Zuid en Hoog Dalem vormen de kaders. Daarnaast wordt de raad bij Hoog Dalem jaarlijks op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen binnen de 15 door haar vastgestelde beleidskaders. * domein college: voortgang uitvoering Deelname CV-vergaderingen. Voortgang Het project Laag Dalem Zuid is afgerond. Wel worden nog onderzoeken en modellen ontwikkeld om voor de restgronden - die bij de ontwikkeling van Laag Dalem Zuid (De Donken) ontstaan zijn - tot een afwikkeling te komen. Het project Hoog Dalem bevindt zich nog in het beginstadium. De ontwikkeling van de woningen is sterk gestagneerd als gevolg van de sterk gewijzigde marktomstandigheden. Dit plan loopt waarschijnlijk tot 2018 Risico’s en kansen In de gesloten samenwerkingsovereenkomst Hoog Dalem is bepaald, dat een sluitende grondexploitatie voor het gebied, dat de CV onder controle heeft, een hard uitgangspunt is. Omdat een derde partij een aanmerkelijk deel van de gronden binnen het plangebied bezit, moet - naast de grondexploitatie voor het “CV”-gebied – voor het totale gebied van Hoog Dalem een grondexploitatie opgesteld wordt met de uitgangspunten voor het exploitatieplan. Deze laatste grondexploitatie is de basis voor de exploitatieopzet voor het exploitatieplan. Uit deze opzet zal moeten blijken, dat voor het gehele gedefinieerde gebied een sluitende grondexploitatie te bereiken is.
Begroting 2010
149
Ontwikkelingen Door de sterk gewijzigde marktomstandigheden is de verkoop van woningen in 2009 nagenoeg stil komen te staan.
3.8 CV Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Schelluinen (CV ROM-S), Beheer BV ROM-S Doel verbonden partij Het ontwikkelen van transport- en logistiek centrum Schelluinen-West, het realiseren en exploiteren van een aantal regionale vrachtwagenparkeerplaatsen en het herontwikkelen van de vertreklocaties. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Werk. Private partij Ontwikkelings- en Participatiebedrijf Publieke sector B.V. (OPP). Publieke partij De gemeenten in de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden: Giessenlanden, Gorinchem, HardinxveldGiessendam, Zederik, Nieuw Lekkerland, Leerdam, Liesveld en Graafstroom. Bestuurlijk belang het oplossen van de ruimtelijke ordenings- en milieuproblematiek die wordt veroorzaakt door transport- en logistieke bedrijven, met als doel de verbetering van de leefbaarheid van de regio. Hiermee wordt mede invulling gegeven aan het Groene Hart beleid. Daarnaast willen de gemeenten zich samen met de provincie en het bedrijfsleven inzetten voor een gezonde economische ontwikkeling van het gebied, met inbegrip van de logistieke sector. Vanuit het college is de burgemeester bestuurlijk vertegenwoordigd als commissaris van de Raad van Commissarissen van de ROM-S Beheer BV. Financieel belang Door de financiële bijdragen van de gemeenten en het OPP kan het bedrijventerrein worden gerealiseerd, parkeerterreinen worden aangelegd en vertreklocaties aangekocht. Met de verkoop van bedrijfskavels, de verhuur van parkeerplaatsen, de mogelijke ontwikkelingsopbrengsten van de vertreklocaties en Groene Hart en rijkssubsidies, wordt een winstgevende grondexploitatie nagestreefd. De gezamenlijke gemeenten participeren met risicodragend kapitaal voor 49,5% in de CV, waarvan de gemeente Gorinchem via een aparte Deelneming BV circa 35% voor haar rekening neemt (tot een bedrag van maximaal € 1.155.000). De andere 49,5% wordt door het OPP bijgedragen. Het laatste procent levert de beherend vennoot (ROMS Beheer BV), waarin ook weer alle gemeenten en het OPP zijn vertegenwoordigd. Het door de gemeente Gorinchem in deze BV ingebrachte aandelenkapitaal bedraagt in totaal € 12.250. Het door de gemeente ingebrachte risicodragend kapitaal wordt te zijner tijd door middel van rendementsuitkeringen terugbetaald door ROM-S. De eerste omzet is gegenereerd door de verkoop van de eerste kavel bedrijfsgrond. Hiermee is ruim € 3 miljoen gemoeid. Prestaties – effecten * domein raad: De beleidskaders zijn in augustus 2005 door de gemeenteraad vastgesteld. Deze kunnen indien nodig en gewenst worden bijgesteld. Daar is tot op heden geen aanleiding voor geweest. * domein college: voortgang van de uitvoering Deelname CV-vergaderingen. Voortgang Het bouwrijp maken van het terrein Schelluinen-West (fase 1) is afgerond, behoudens enkele kavels langs de provinciale weg die later zijn verworven. De eerste bouwkavel is onlangs verkocht. De gronduitgifte stagneert echter als gevolg van de economische crisis. De acquisitie zal worden geoptimaliseerd door
Begroting 2010
150
middel van onder andere een gerichte en intensieve marktbenadering en een nadere doelgroepenanalyse. De uitgangspunten van de grondexploitatie zijn herzien. De gronduitgifte zal de komende jaren beperkt zijn. De herontwikkeling van de vertreklocaties zal vertragen en de investeringen in het bouw- en woonrijp maken worden getemporiseerd. In Gorinchem zal binnenkort het tweede regionale parkeerterrein worden aangelegd en in gebruik genomen. Het regionale kwaliteitsplan voor de invulling en transformatie van diverse vertreklocaties is opgesteld. De jaarverslagen 2009 van de CV ROM-S en ROM-S Beheer BV Gorinchem zijn op dit moment nog niet afgerond. Risico’s en kansen De beoogde concentratie van de bedrijfsactiviteiten op het gebied van transport en logistiek die nu overlast veroorzaken in de kernen en op de dijken en polderwegen, is een grote kans om de leefbaarheid en de kwaliteit van de regio te vergroten. Hoewel de vooruitzichten op een winstgevende grondexploitatie gunstig zijn, is een financieel risico nooit helemaal uit te sluiten, zeker niet in het huidige economische klimaat. Ontwikkelingen Door het verplaatsen van de overlast gevende transportbedrijven, het weren van geparkeerde vrachtwagens op de openbare weg en het transformeren van vertreklocaties, kan de ontwikkeling van de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden op dit punt als positief worden gezien.
3.9 CV Ontwikkeling Lingewijk-Noord Doel verbonden partij Voor eigen rekening en risico voeren van een (grond-) exploitatie in het gebied Lingewijk Noord. Relatie met programma (uit de programmabegroting) Woonvoorzieningen. Partijen (privaat, publiek) PPS (publiek-private-samenwerking): gemeente, Poort 6 en twee marktpartijen (Gebr. Van Wanrooy en Dura Vermeer), elk voor 25%. Bestuurlijk belang Realiseren van woningen en voorzieningen op het gewenste kwaliteits- en kwantiteitsniveau in LingewijkNoord binnen de vastgestelde grondexploitatie. Het plan voorziet in de bouw van circa 450 woningen. Financieel belang De gemeente neemt voor ca. 25% (ca. € 250.000) deel in het kapitaal van de CV Lingewijk Noord; ook staat zij garant voor de leningen die de CV aangaat met geldverstrekkers. Prestaties – effecten * domein raad: (bijstelling) beleidsontwikkelingen: Getekende samenwerkingsovereenkomst tussen genoemde partijen vormt het kader met bijkomende stukken. * domein college: voortgang uitvoering Deelname vergaderingen. Voortgang In het 2e kwartaal van 2009 is met de bouw van de woningen begonnen. Door de sterk gewijzigde marktomstandigheden in 2008 is de verkoop van overige woningen ernstig vertraagd. De doorlooptijd van het plan is met 2 jaar verlengd tot circa 9 jaar. De grondexploitatie van het project is in 2008 vastgesteld.
Begroting 2010
151
Risico’s en kansen Er is sprake van een ‘onrendabele top’ (ORT) op de huurwoningen, die ten laste van de CV komt, maar die niet in het saldo van de sluitende grondexploitatie zit. Hiervoor heeft de gemeente voor haar deel wel een voorziening opgenomen. Ontwikkelingen De gemeenteraad heeft in 2009 besloten tot een wijziging van het woningbouwprogramma, mede naar aanleiding van de kredietcrisis. Mede als gevolg hiervan is dat het saldo op de grondexploitatie aanmerkelijk afgenomen. Thans wordt onderzocht op welke wijze deze afname beperkt kan worden. Bij de herziening van de jaarrekening 2009 zal mogelijk een aanvulling op de bestaande voorziening getroffen moeten worden.
3.10 CV de Hoefslag Ontwikkelingen Inzake een fiscale casus trekken de gemeente en CV de Hoefslag gezamenlijk op tegen de belastingdienst.
Begroting 2010
152
5.7 Paragraaf grondbeleid Inleiding Het grondbeleid heeft een grote invloed op en samenhang met de realisatie van de programma’s uit onze programmabegroting. Zo worden de woonlocaties stedelijke vernieuwing en uitleggebieden in het programma Woonvoorzieningen behandeld, terwijl de ontwikkeling van bedrijventerreinen in het programma Werk aan bod komt. Daarnaast heeft het grondbeleid een grote financiële impact. De eventuele baten, maar vooral de financiële risico’s (lasten) zijn van belang voor de algemene financiële positie van onze gemeente.
1.1 Kaderstelling Wij werken momenteel niet met een door de raad vastgestelde Nota Grondbeleid. In plaats van deze nota, die wettelijk eens in de vier jaar zou moeten worden herzien, kiezen wij voor een uitgebreide jaarlijkse toelichting op de ontwikkelingen in de uitvoering van het grondbeleid. Het kader hiervoor wordt met name gevormd door de Financiële Verordening (ex art. 212 Gemeentewet). In de toelichting op artikel 12 van deze verordening wordt verwezen naar de Nota Grondbeleidsinstrumenten. In deze nota komt naar voren, dat ernaar gestreefd wordt om bij grondexploitaties de regie zoveel mogelijk bij de gemeente te houden en om een optimaal kostenverhaal door de gemeente te waarborgen. Verder zal per bestemmingsplan bepaald worden welke grondbeleidsinstrumenten (zoals minnelijke verwerving, exploitatieovereenkomst, enz.) het beste kunnen worden ingezet. Deze bestemmingsplannen vloeien voort uit de structuurvisie van de Gemeente Gorinchem, die begin 2009 is vastgesteld. Verder is in 2000 de nota “Investering in Samenleving en Verandering” door de raad vastgesteld. Hierin is het beleid inzake het investeringsbudget stedelijke vernieuwing verwoord. Het Meerjaren Ontwikkelings Programma (MOP-II) is begin 2005 aan de raad aangeboden, waarbij invulling gegeven wordt aan de kaderstellende rol van de raad. In het MOP-II wordt concreet aangegeven welke projecten de komende jaren (tot 2015/2020) met de partners stedelijke vernieuwing uitgevoerd zullen worden. Resultaatbepaling van de grondexploitaties: in beginsel verantwoorden wij verliezen (middels het vormen van een voorziening) zodra deze verwacht worden, terwijl winsten op exploitaties pas bij volledige realisatie worden genomen. Onder bepaalde voorwaarden (meerjarige projecten, die duidelijk in fasen kunnen worden onderverdeeld) achten wij echter ook tussentijdse winstneming aanvaardbaar. Op dit moment wordt deze methodiek met name bij de plannen Papland en Oost II toegepast. Tenslotte zal de (nieuwe) Grondexploitatiewet een belangrijke invloed hebben op ons grondbeleid. Op deze wet wordt hierna ingegaan.
1.2 Grondexploitatiewet Met de inzet van gemeentelijk grondeigendom bij de realisatie van ontwikkelingsprojecten kunnen opbrengsten worden gegenereerd door uitgifte van grond aan ontwikkelende en bouwende partijen. Deze opbrengsten kunnen worden aangewend om de benodigde (gemeentelijke) investeringen te dekken. Dit ligt anders wanneer private partijen plannen ontwikkelen op eigen grond. De gemeente geeft in dat geval geen grond uit, maar maakt vaak wel kosten (aanleg infrastructuur, planontwikkeling etc.). Daarom bestond er voor gemeenten een wettelijk instrumentarium om deze kosten op de private partijen te
Begroting 2010
153
verhalen. Dit kostenverhaalinstrumentarium had echter beperkingen. Voor een effectiever kostenverhaal is daarom de ‘Grondexploitatiewet’ ontworpen. Deze wet is een integraal onderdeel van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening en is per 1 juli 2008 van kracht geworden. Met deze wet kunnen meer kosten verhaald worden dan onder het oude regime. Daarnaast kan de bijdrage van de private partijen uiteindelijk worden afgedwongen bij een aanvraag voor een bouwvergunning. Uitgangspunt blijft dat partijen eerst proberen een privaatrechtelijke overeenkomst te sluiten. Verder biedt de wet de mogelijkheid voor gemeenten om locatie-eisen te stellen aan de private ontwikkeling (bijvoorbeeld de verdeling goedkope en dure woningen). Om de wet uit te voeren zullen gemeenten in een vroegtijdig stadium een eindbeeld moeten hebben van een plan (bijvoorbeeld van de verdeling goedkope en dure woningen) om de genoemde locatie-eisen in het bestemmingsplan vast te kunnen leggen. Of een project onder het regime van de Grondexploitatiewet valt of onder het oude regime van kostenverhaal is afhankelijk van het moment waarop het bestemmingsplan is vastgesteld. Als het bestemmingsplan is vastgesteld vóór inwerkingtreding van de Grondexploitatiewet (dus vóór 1 juli 2008), dan geldt het oude regime (exploitatieovereenkomst op basis exploitatieverordening, baatbelasting); is het bestemmingsplan vastgesteld na 1 juli 2008, dan is de Grondexploitatiewet van toepassing. De nieuwe Grondexploitatiewet heeft gevolgen voor de besluitvorming bij projecten als Gorinchem-Noord en Hoog-Dalem. Voor beide projecten zal eind 2009/begin 2010 een exploitatieplan (op basis van de nieuwe wet) worden vastgesteld.
2. Reservepositie grondexploitatie Exploitatie van bouwgrond gaat per definitie gepaard met risico's. De volgende risico’s kunnen worden genoemd: • nationale en regionale marktomstandigheden inzake woningbouw en bedrijventerreinen; • (verwachte) overheidsmaatregelen (zoals milieuvoorschriften, ruimtelijke ordening, subsidiemogelijkheden); • prijsontwikkelingen in onder andere de bouwsector; • procedures die moeten worden doorlopen en de resulterende (mogelijk lange) doorlooptijd; • claimgevoeligheid (onder andere planschade); • algemene economische ontwikkelingen; • renteschommelingen; • invloed van provincie en rijksoverheid op gewenste woningbouwprogramma's en uitgifte van bedrijventerreinen. Binnen bepaalde marges zijn de risico's beheersbaar. Inherent aan een bouwgrondexploitatie is immers het meerjarige karakter. Om dit proces goed te kunnen beheersen is het noodzakelijk voortdurend inzicht te hebben in de ontwikkeling van baten en lasten. Om die reden is het streven tenminste één keer per jaar alle belangrijke exploitatieopzetten te herzien. Dit gebeurt bij het opstellen van de jaarrekening. Het spreekt voor zich dat, zodra de omstandigheden zich wijzigen, ook op andere momenten de exploitatieopzet zal worden herzien. Einde 2009/ begin 2010 zal een onderzoek plaatsvinden bij een aantal grondcomplexen. Hierbij zal in kaart worden gebracht welke significante risico’s hier spelen. Het karakter van het onderzoek is een quick scan. We komen hierop terug in de eerste tussenrapportage 2010 of in de monitor “voortgang economische crisis”. De monitor is terug te vinden op het raadsinformatiesysteem van onze gemeente. Begin 2009 zijn voor de exploitatiegebieden de geraamde exploitatieresultaten bepaald naar de contante waarde per 1 januari 2009. Vervolgens zijn de voorzieningen op het niveau van de geprognosticeerde winsten en verliezen gebracht. De verwachte nog niet gerealiseerde exploitatieresultaten zijn ten gunste van de voorziening ongerealiseerde winsten gebracht. De gerealiseerde voordelige exploitatieresultaten
Begroting 2010
154
zijn ten gunste van de algemene reserve gebracht. Voor de verwachte nadelige exploitatieresultaten zijn voorzieningen ten laste van de algemene reserve grondexploitatie gevormd. Per 01-01-2009 bedroeg het saldo van de algemene reserve grondexploitaties ruim € 4,1 miljoen. De omvang van de algemene reserve grondexploitaties lijkt hiermee op dit moment van voldoende omvang. Hierbij moet bedacht worden, dat er al concrete claims op de reserve drukken en tevens een risico wordt gelopen ten aanzien van het plan Gorinchem-Noord (zie de volgende paragraaf). Daarnaast is het marktrisico als hoog te typeren: door de verslechterde economische situatie hebben diverse plannen last van stagnerende verkopen. Aan de andere kant zijn de risico’s van de andere plannen goeddeels afgedekt door voorzieningen en biedt de winstpotentie van met name Oost II uitzicht op een aanvulling op de reservepositie. In onderstaande grafiek is de ontwikkeling (t/m 2008) en de prognose (t/m 2012) van de algemene reserve grondexploitaties en van de voorziening ongerealiseerde winsten weergegeven. Hierbij zijn de forse onttrekkingen uit de reserve ten gunste van het infrastructuurfonds in dit plaatje niet meegenomen. Bij de jaarrekening 2008 werd hier nog wel rekening mee gehouden. De reden is, dat het weerstandsvermogen op een te laag niveau zou komen te staan, wanneer de onttrekkingen plaats zouden vinden. In de loop van de tijd zal beoordeeld worden of en in hoeverre de stortingen ten gunste van het infrastructuur- fonds alsnog kunnen plaatsvinden. Onderstaande prognose moet (per definitie) met de nodige voorzichtigheid moet worden beoordeeld.
Verloop financiële positie grondexploitaties
9.000.000 8.000.000 7.000.000 6.000.000 5.000.000 Euro 4.000.000 3.000.000 2.000.000 1.000.000 0 2005
2006
2007
2008
2009
2010
jaar
2011
2012 2013
algemene reserve
Begroting 2010
winstpotentie
155
3. Behandeling belangrijkste grondexploitaties Hierna wordt een beschrijving gegeven van de actuele stand van zaken van een aantal belangrijke exploitatiegebieden binnen onze gemeente. Achter de naam van het plan is tussen aanhalingstekens het bijbehorende programma uit de programmabegroting aangegeven. Hoog Dalem (“Woonvoorzieningen”) In 2005 is de samenwerkingovereenkomst tussen de marktpartijen en de gemeente getekend, waarmee is vastgelegd, dat CV Laag Dalem Zuid het plan Hoog Dalem zal ontwikkelen. Het totale plan biedt ruimte aan 1.400 woningen in verscheidene prijscategorieën en woningtypen. Hiernaast is er ook ruimte voor diverse voorzieningen (zoals een school, een kerk en winkels). Door de slechte bodemgesteldheid zijn aanvullende civieltechnische maatregelen nodig om het waterrijke ontwerp in het noordoosten van het plangebied te kunnen waarborgen. In de gesloten samenwerkingsovereenkomst is bepaald, dat een sluitende grondexploitatie voor het gebied, dat de CV onder controle heeft, een hard uitgangspunt is. Omdat een derde partij een aanmerkelijk deel van de gronden binnen het plangebied bezit, is - naast de grondexploitatie voor het “CV”-gebied – het nodig dat voor het totale gebied van Hoog Dalem een grondexploitatie opgesteld wordt met de uitgangspunten voor het exploitatieplan. Deze laatste grondexploitatie is de basis voor de exploitatieopzet voor het exploitatieplan. Uit deze opzet zal moeten blijken, dat voor het gehele gedefinieerde gebied een sluitende grondexploitatie te bereiken is. Door de sterk gewijzigde marktomstandigheden in 2008 is de verkoop van woningen nagenoeg stil komen te staan. Deze stagnatie heeft een belemmerend effect op de voortgang van de ruimtelijke ontwikkelingen en programma’s. Ingrijpen in de vastgestelde programma’s en structuren lijkt vooralsnog echter niet nodig, omdat in het programma van Hoog Dalem voldoende woningbouw gerealiseerd kan worden binnen de categorieën sociaal en goedkope koop (huur en koopgarant). Voor de realisering hiervan en het gaande houden van de woningbouw zal in het gebied verspreid gebouwd moeten gaan worden. Naar verwachting zal dit een marginale kostenverhoging en een beperkte financieringslast met zich meebrengen. Kostenverhoging als gevolg van verspreid bouwen kunnen door de ontwikkelende partij gedragen worden en de beperkte financieringslast kan mogelijk nog in de ontwikkeling opgevangen worden. Actuele onderzoeken wijzen uit dat aan de afslag Arkel / Gorinchem Oost op de rijksweg A15 maatregelen getroffen moeten worden om de afwikkeling van het verkeersaanbod in goede banen te leiden. De hiermee gepaard gaande kosten zijn in de grondexploitatie niet geraamd. Vooralsnog wordt ervan uitgegaan dat zij voor een groot deel ten laste van de grondexploitaties (met name Hoog Dalem en Oost II) gebracht kunnen worden. Mollenburg (“Woonvoorzieningen”) Na de verplaatsing van sportverenigingen is het gebied Mollenburg geschikt voor de woningbouwontwikkeling. In dit project zullen de kopers, in samenwerking met de ontwikkelaar (OCM) en de architect, zoveel mogelijk hun eigen woning laten ontwerpen, op basis van uitgangspunten die samen met de bevolking zijn bepaald. Het plan “De Tuinen van Mollenburg” is inmiddels geheel uitgewerkt. Met alle betrokken partijen is inmiddels een ontwikkelingsovereenkomst afgesloten, waarin afspraken zijn gemaakt over de grondopbrengsten. Met de nodige aanvullende inspanningen behoort een kostendekkende grondexploitatie nu tot de mogelijkheden. Aanvankelijk zou er begin 2008 met de bouw van de woningen worden gestart. Door de sterk gewijzigde marktomstandigheden in 2008 is de verkoop (en dus ook de bouw) van woningen in het duurdere segment (waar Mollenburg zich op richt) stil komen te staan. Deze stagnatie heeft een belemmerend effect op de voortgang van de ruimtelijke ontwikkeling van het plan Mollenburg. Ingrijpen in de (op gemeentelijk niveau) vastgestelde woningbouwprogramma’s lijkt vooralsnog niet nodig, omdat o.a. in het programma Hoog Dalem voldoende relatief goedkope woningbouw gerealiseerd kan worden. Voor Mollenburg betekent dit “wachten op betere tijden”. De aanvankelijk in 2009 verwachte opbrengsten van € 8,5 miljoen schuiven minimaal één jaar door.
Begroting 2010
156
Lingewijk-Noord (“Woonvoorzieningen” – stedelijke vernieuwing) Deze ontwikkeling vindt plaats door de gemeente, Stichting Poort6 en twee marktpartijen (Gebr. van Wanrooy en Dura Vermeer). In 2006 hebben deze partijen een samenwerkingsovereenkomst (SOK) ondertekend. Op grond van deze SOK is in 2007 een rechtspersoon opgericht, die het gebied gaat ontwikkelen (CV Lingewijk-Noord). Hiervoor heeft deze CV de gronden nodig, die bij de samenwerkende partijen in bezit zijn. In 2008 heeft de overdracht van de (gemeentelijke) gronden en opstallen aan deze rechtspersoon plaatsgevonden. Het plan voorziet in de bouw van ca. 450 woningen. In het 2e kwartaal van 2009 is met de bouw van de woningen begonnen. Door de sterk gewijzigde marktomstandigheden in 2008 is de verkoop van overige woningen nagenoeg stil komen te staan. Met de ontwikkelende partijen is afgesproken dat de financieringslast voor de niet verkochte woningen ten last van de grondexploitatie gebracht kan worden evenals de financieringslast door de vertraging bij de start van de bouw over het afgelopen jaar. Door de vertraging in de woningbouw als gevolg van de kredietcrisis loop de grondexploitatie een aanmerkelijk negatief saldo op. Er wordt alles aan gedaan om dit negatieve saldo tot aanvaardbare proporties terug te brengen. De Groote Haar (“Werk”) De ontwikkeling van bedrijventerrein Groote Haar is pas mogelijk als de ontsluiting op de A27 is gerealiseerd. Het rijk heeft de ontsluiting definitief in haar plannen opgenomen. Aangezien het rijk de uitvoering van de ontsluiting later gepland heeft dan dat de gemeente de Groote Haar ontwikkelt, wordt momenteel met Rijkswaterstaat overleg gevoerd over plaats en uitvoering van een tijdelijke ontsluiting. Behoudens een bijdrage van de provincie van 50% in het tekort van de globale exploitatieverkenning (met een maximum van € 2,3 miljoen), komen de kosten van een eventuele tijdelijke aansluiting volledig voor onze rekening. Gelijktijdig loopt het proces van het opstellen van het bestemmingsplan voor geheel Gorinchem Noord en exploitatieplan voor onder andere de Groote Haar, waarbij wordt uitgegaan van een duurzaam bedrijventerrein. Medio 2009 is het bestemmingsplan Gorinchem Noord in procedure gebracht. Het moment van vaststelling is afhankelijk van de reacties op het bestemmingsplan. Verwacht wordt in 2010 het bestemmingsplan vast te kunnen stellen. De meest recente grondexploitatie, welke gebaseerd is op het voorontwerp bestemmingsplan, sluit op een tekort van € 6,4 miljoen. Ter dekking hiervan is een voorziening gevormd. De risico’s van deze grondexploitatie zijn divers. Naast de genoemde ontsluiting op de A27 is er een financieel risico als gevolg van de bodemgesteldheid van het gebied. De kosten aan het bouwrijp maken (grondverzetwerkzaamheden) bepalen voor een groot deel de omvang van het uiteindelijke tekort op de grondexploitatie. Onderzocht wordt of er een relatie gelegd kan worden met de zandwinning uit het project Ruimte voor de Rivier. In dat geval moeten de planningen van beide projecten goed op elkaar aansluiten. Het verwervings- of samenwerkingsrisico is inmiddels afgenomen door de komst van nieuw wettelijk instrumentarium dat wordt ingezet: het exploitatieplan. Een aantal percelen is nog niet in gemeentelijk eigendom, maar over een aantal is al wel mondelinge overeenstemming bereikt. De gemeente is in onderhandeling geweest met de eigenaar van het laatste perceel, het is echter niet gelukt om tot overeenstemming te komen. De huidige eigenaar zal zich vervolgens beroepen op zelfrealisatie. In dit geval behoudt de gemeente de regie over de gronden door het opstellen van een bestemmingsplan en een exploitatieplan. Middels het exploitatieplan wordt tevens een deel van de kosten van grondexploitatie verhaald op de eigenaar. De kosten voor het maken van een exploitatieplan wegen op tegen een eventueel hogere aanschaf van het laatste perceel. In de huidige economische situatie kan de uitgifte van de bouwrijpe grond ook als een risico worden beschouwd. Een vertraging in de uitgifte of verlaging van de grondprijzen heeft grote gevolgen voor het grondexploitatiesaldo.
Begroting 2010
157
Oost II (“Werk”) Het plangebied bestaat uit het voormalig Compaq-terrein en bestaande (te handhaven) elementen als de Evenementenhal, Mc Donalds en Campanille. Medio 2009 is het voorontwerp bestemmingsplan in procedure gebracht. Hierin is ook de waterhuishoudkundige invulling, die mede afhankelijk is van de ontwikkelingen in het nabijgelegen Hoog Dalem, planologisch vertaald. Overigens zal, nog gemakkelijker dan voorheen, tot uitvoering en uitgifte van bedrijfskavels worden overgegaan en kunnen aanvragen om bouwvergunningen worden getoetst aan het bestemmingsplan. Tot en met 2008 is ruim 60% van de gronden verkocht, zodat eind 2008 een eerste winstneming heeft plaatsgevonden. In 2009 heeft één gronduitgifte plaatsgevonden. Op basis van de meest recente inzichten sluit de grondexploitatie (per 01-01-2009) op een positief saldo van circa € 5,8 miljoen. Vooralsnog wordt er van uitgegaan, dat alle grond in 2012 verkocht zal zijn. Een groot risico is de onzekerheid over de verkeersstructuur en de definitieve ontsluiting van het bedrijventerrein. Daarbij is het nog onduidelijk in welke mate kosten van buiten het exploitatiegebied te nemen maatregelen worden toegekend aan Oost ll. In de grondexploitatie is desondanks rekening gehouden met een aantal stelposten om deze kosten te dekken. Eveneens bestaat het risico dat het niet-zettingsvrij opleveren van de uit te geven kavels schade kan veroorzaken aan openbaar gebied, watergangen en aangrenzende kavels. Strikt genomen kan deze schade op basis van de verkoopovereenkomst en de algemene verkoopvoorwaarden worden verhaald op de afnemer. Deze is namelijk verplicht het bouwrijp maken voor eigen rekening en risico uit te voeren. Schotdeuren II (overige exploitaties) De huidige grondexploitatie Schotdeuren II behelst het gebied tussen de Haarweg, Mollenburgseweg, A27 en Betuweroute. Dit gebied zal onderdeel uitmaken van het bestemmingsplan voor Gorinchem Noord en zal plaats gaan bieden aan diverse functies, zoals sport en kleinschalige bedrijven. Op korte termijn zal het gebied echter niet worden ontwikkeld. Wel wordt onderzocht of en hoe het gedurende deze periode hoogwaardiger kan worden ingezet dan nu het geval is. Van het totale grondareaal van 15,7 ha is 13,2 ha in gemeentelijk eigendom (het voormalige verkeersoefencentrum/Haarweg 33 en Haarweg 23). De overige 2,5 ha is eigendom van particulieren en Railinfratrust. Binnenkort wordt de levering van een perceel van Railinfratrust verwacht. Verder wordt hier niet meer actief verworven. De in bezit zijnde gronden zullen tot aan ontwikkeling op een passende manier worden beheerd. Wanneer de invulling van het gebied meer concreet wordt (bijvoorbeeld op basis van een uitwerkingsplan) kan een globale grondexploitatieberekening worden opgesteld. Tot die tijd wordt dezelfde waardering toegepast als de bij de overige aan het bedrijventerrein De Groote Haar grenzende gronden (ruim € 19,00 per m²). Voor de overwaarde van de grond is tot een bedrag van ca. € 6,4 miljoen een voorziening gevormd.
4. Grondpositie Mede door de grondvoorraad in Gorinchem Noord is de totale boekwaarde van de gronden op de balans aanzienlijk (€ 71 miljoen per 01-01-2009). Hierdoor is de gevoeligheid voor renteschommelingen relatief groot. Ondanks het in 2008 verslechterde economische klimaat verwachten wij, dat onze investeringen in gronden in de toekomst een positief rendement zullen opleveren. De belangrijkste onderdelen van de boekwaarde zijn (in miljoenen euro’s): Mollenburg Gorinchem-Noord bedrijventerrein Gorinchem-Noord overige gronden Oost II Schotdeuren 2
Begroting 2010
10,1 22,0 9,5 8,8 9,5
158
Belangrijke relativerende kanttekeningen bij deze hoge boekwaardes: • Mollenburg: voor dit complex wordt geen nadelig saldo verwacht. • Bedrijventerrein De Groote Haar: de voorziening voor dit complex bedraagt momenteel € 6,4 miljoen. Het risico op verdere verhoging van deze voorziening kan worden afgedekt met de algemene reserve grondexploitaties. • Overige gronden Gorinchem Noord: voor de overwaarde is een voorziening gevormd. • Oost II: voor dit complex is een positieve exploitatieopzet aanwezig. Er zijn voldoende afzetmogelijkheden voor de gronden. • Schotdeuren 2: voor de overwaarde is een voorziening gevormd.
Begroting 2010
159
Begroting 2010
160
5.8 Paragraaf Lokale heffingen In deze paragraaf bieden wij u inzicht in de achtergronden en uitgangspunten van de belangrijkste gemeentelijke belastingen en heffingen, alsmede in de tarieven en opbrengsten. De drie belangrijkste gemeentelijke belastingen en heffingen zijn de onroerende-zaakbelastingen (OZB), de afvalstoffenheffing en de rioolrechten. Andere heffingen zijn de hondenbelasting, precariogelden, marktgelden, leges burgerzaken, bouwvergunningen, begraafrechten en parkeerbelasting.
1. Uitgangspunten Voor de lokale heffingen worden de volgende beleidsuitgangspunten gehanteerd: 1. Bij jaarlijkse vaststelling van de belastingen wordt rekening gehouden met de inflatie; 2. Waar mogelijk kostendekkende tarieven; 3. De BTW-component voor afvalstoffen en riolering wordt verrekend via de OZB; 4. Bij de afvalstoffenheffing en rioolrechten wordt gebruik gemaakt van egalisatiereserves. Bij het vaststellen van de tarieven wordt het saldo de desbetreffende reserve voor zover mogelijk aangewend voor de matiging en egalisatie van de tarieven; 5. De ontwikkeling worden in samenhang bezien, de zogeheten bundel (art. 13, verordening 212); 6. De inkomstenderving wegens de kwijtschelding van de afvalstoffenheffing en rioolrechten worden gefaseerd doorberekend in de tarieven.
2. Onroerende zaakbelastingen De onroerende-zaakbelastingen (OZB) zijn verreweg de belangrijkste gemeentelijke belastingen. De opbrengst behoort tot de algemene dekkingsmiddelen en mag vrij worden besteed. Sinds vorig jaar gelden geen wettelijke beperkingen meer voor de mate waarin de tarieven mogen worden verhoogd. Het vervallen van de limitering mag echter niet leiden tot een onevenredige stijging van de collectieve lastendruk. Het instellen van een macronorm moet dat voorkomen. Als de lokale lastenontwikkeling die norm overschrijdt kan het rijk ingrijpen via het Gemeentefonds. In 2010 vindt een evaluatie plaats. Het OZB-tarief is verhoogd met 1% inflatiecorrectie die in de perspectiefnota is vastgesteld (raadsbesluit 24 september 2009). Uitgangspunt hierbij is dat de ontwikkeling van de lokale heffingen in samenhang worden bezien, de zogeheten bundel. Door areaaltoename stijgt de geraamde opbrengst uit OZB in 2010 met 1,8%. Sinds 2009 worden de tarieven niet meer uitgedrukt in euro’s per € 2.500 economische waarde van de onroerende zaken, maar in een percentage van die waarde. De waarde wordt getaxeerd conform de Wet waardering onroerende zaken (WOZ) en wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld. De taxaties zijn gebaseerd op het marktniveau op 1 januari van het jaar voorafgaand aan het belastingjaar. Hoewel de taxaties voor 2010 met als waardepeildatum 1 januari 2009 nog niet volledig zijn afgerond zijn er al wel voldoende uitkomsten beschikbaar om een betrouwbare prognose te kunnen maken van de gemiddelde waardestijging, zodat wij de nieuwe tarieven voor 2010 al hebben berekend. Voor de waardebepaling naar waardepeildatum 1 januari 2009 is vooral de waardeontwikkeling ten opzichte van 1 januari 2008 van belang. De kredietcrisis die zich in de loop van 2008 manifesteerde heeft er voor gezorgd dat vooralsnog een einde is gekomen aan de stijgende markt waarvan reeds vele jaren sprake was. In de eerste helft van 2008 was er nog wel sprake van een stijgende markt. In de loop van 2008 is een dalende tendens ingezet. De "top van de markt" ligt in augustus 2008. In september 2008 was
Begroting 2010
161
voor het eerst een daling te zien in de gemiddelde koopsom. Hoewel de waardepeildatum 1 januari 2009 die voor 2010 geldt in een dalende trend ligt, is het waardeniveau op die datum desondanks nog iets hoger dan de waarde op 1 januari 2008. Dit komt omdat de waardestijging in de eerste 8 maanden van 2008 groter was dan de daling die zich daarna inzette. Hierdoor is er tussen 1 januari 2008 en 1 januari 2009 gemiddeld gezien nog steeds sprake van een geringe waardestijging. Die komt voor de woningen uit op circa 1,2%. De marktontwikkeling van de woningen in Gorinchem ligt grotendeels in lijn met de Prijsindex Bestaande Koopwoningen (PBK). Deze index is een gezamenlijke uitgave van het Kadaster en het CBS. Het indexcijfer wordt maandelijks geactualiseerd en berekend, eventueel gesplitst naar provincie, regio en/of woningtype, met hoeveel procent de huizenprijzen zijn gestegen of gedaald ten opzichte van het basisjaar 1995. Uit het PBK blijkt dat de gemiddelde woning in Zuid-Holland in januari 2009 nog 2% duurder was dan een jaar daarvoor. De in september 2008 ingezette daling van de woningprijzen zet zich nog steeds voort, zodat de effecten van de kredietcrisis pas met ingang van 2011 (waarvoor de peildatum 1 januari 2010 geldt) in volle omvang in de WOZ waarden zullen doorwerken. De gevolgen van de kredietcrisis zijn ook merkbaar aan de waardeontwikkeling van de niet woningen. Hier is de prijsdaling wat eerder ingezet dan bij de woningen. Als gevolg hiervan daalt de gemiddelde waarde ten opzichte van de vorige taxaties marginaal en wel met 0,2%. Zoals gebruikelijk is bij de tariefsberekeningen het uitgangspunt gehanteerd dat de hertaxatie op macro niveau niet tot verhoging van de belastingdruk mag leiden. Bij de berekening van de tarieven is uitgegaan van de opbrengst die voor volgend jaar voor de categorieën woningen en niet-woningen in totaal is begroot. De totale WOZ waarde van alle objecten houdt geen rekening met zaken als vrijstellingen, leegstand, correcties i.v.m. bezwaar en beroep en oninbaar. Voor dit ‘heffingsverlies’ is een correctie op de WOZ waarden toegepast, waarna het netto heffingsareaal wordt verkregen dat het uitgangspunt vormt voor de tariefsberekeningen. In de onderstaande tabel is de ontwikkeling van het heffingsareaal 2010 met de bijbehorende tarieven en opbrengsten vóór en ná hertaxatie weergegeven.
Woningen - eigenaar Niet-woningen - eigenaar - gebruiker TOTAAL
Netto heffingsareaal 2010 voor hertaxatie 3.321.000.000
995.000.000 878.000.000
Tarief 2010 o.b.v. oude waarden
Opbrengst begroting 2010
0,0764%
2.537.000
0,1523% 0,1220%
1.514.000 1.071.000 5.122.000
Netto heffingsareaal 2010 na hertaxatie 3.360.000.000
992.000.000 876.000.000
Tarief 2010 na hertaxatie
Herziene opbrengst 2010
0,0755%
2.537.000
0,1526% 0,1222%
1.514.000 1.070.000 5.121.000
Afvalstoffenheffing De kosten van de afvalinzameling en -verwerking kunnen op twee manieren aan huishoudens in rekening worden gebracht: via een reinigingsrecht of (zoals meestal) via een afvalstoffenheffing. Gorinchem heeft het voor laatste gekozen. De opbrengst van de afvalstoffenheffing behoort niet tot de algemene middelen, maar moet worden gebruikt om de kosten te dekken van de afvalinzameling- en verwerking. Uitgangspunt voor de vaststelling van de tarieven afvalstoffenheffing in Gorinchem is 100 procent kostendekkendheid. Bij de tariefstelling wordt een onderscheid gemaakt tussen één- en meerpersoonshuishoudens. Het uitgangspunt hierbij is dat de éénpersoonshuishoudens een korting van 20% wordt verleend op het meerpersoonstarief. De tarieven zijn in de onderstaande tabel opgenomen.
Begroting 2010
162
In de vorige meerjarenbegroting was voorzien dat de tarieven zich zouden stabiliseren op € 242,- en € 194,- voor respectievelijk meer- en eenpersoonshuishoudens. Vanwege een gunstige kostenontwikkeling, vooral in de verwerkingskosten van HVC, hebben wij de tarieven met achtereenvolgens € 6,en € 5,- verlaagd.
meerpersoonshuishoudens éénpersoonshuishoudens
2010 € 236,00 € 189,00
2011 € 236,00 € 189,00
2012 € 236,00 € 189,00
2013 € 236,00 € 189,00
Rioolrecht Op 1 januari 2008 is de Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken in werking getreden. Gemeenten hebben vanaf die datum de zorgplicht gekregen voor stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. Om deze zorgplicht te bekostigen is in het nieuwe artikel 228a van de Gemeentewet een nieuwe (verbrede) rioolheffing opgenomen, die uiterlijk in 2010 moet zijn ingevoerd. De nieuwe rioolheffing is een zogenaamde bestemmingsbelasting. Dat is een belasting waarvan de opbrengsten bestemd zijn voor een bepaald doel. In dit geval de uitoefening van de zorgplichten door de gemeente. Dit betekent dat het individuele profijt van de heffing door de gemeente niet meer hoeft te worden aangetoond. Alle kosten die de gemeente maakt voor het nakomen van de zorgplichten uit de Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken kunnen via de nieuwe rioolheffing worden verhaald. Gemeenten staan voor belangrijke beleidskeuzes over de invulling van de nieuwe zorgplichten. De nieuwe wetgeving bepaalt dat deze keuzes in het gemeentelijke rioleringsplan (GRP) worden verankerd. Hierdoor neemt het GRP een belangrijkere plaats in dan vroeger het geval was. Gemeenten moeten uiterlijk vóór 2013 beschikken over een GRP dat voldoet aan de nieuwe vereisten. De nieuwe wetgeving bepaalt dat gemeenten in hun GRP naast riolering óók expliciet aandacht besteden aan de nieuwe zorgplichten bij grondwaterproblemen én aan de doelmatige inzameling van overtollig hemelwater. De wetgeving maakt het voor gemeenten mogelijk om de rioolheffing op verschillende manieren vorm te geven. De gemeente kan kiezen voor één heffing voor de totale kosten van de zorgplichten. Maar zij kan ook twee aparte heffingen instellen: een heffing voor de kosten van de afvalwaterzorgplicht en een heffing voor de kosten van de zorgplichten voor hemel- en grondwater. De keuze voor een heffingssysteem zal mede worden bepaald door de wijze waarop de gemeente haar nieuwe zorgplichten in het GRP invult. Dit zal de komende jaren zijn beslag krijgen. Omdat de verordening rioolrechten al in 2010 moet zijn gebaseerd op de het nieuwe artikel 228a van de Gemeentewet hebben wij een nieuwe verordening opgesteld die aan de eisen voldoet. Vooralsnog hebben wij alleen de formele bepalingen aangepast aan de nieuwe regelgeving. In afwachting van het nieuwe verbrede GRP zijn de heffingsmaatstaven uit de oude verordening overgenomen, zodat hierin nog niets is gewijzigd. De heffing vindt nog steeds plaats op basis van de gebruiker van een pand. Evenals bij de afvalstoffenheffing wordt bij woningen een onderscheid gemaakt tussen één- en meerpersoonshuishoudens. 3 Bedrijven betalen per 150 m waterverbruik een vast tarief dat gelijk is aan het meerpersoonstarief. Uitgangspunt voor de vaststelling van de tarieven is 100% kostendekkendheid. Tot de kosten die gedekt worden uit de rioolrechten worden naast de kosten voor rioolbeheer en onderhoud ook 50 procent van de kosten van straatreiniging en 20 procent van de kosten van waterbeheersing gerekend. In de vorige meerjarenbegroting was voor meerpersoonshuishoudens een jaarlijkse tariefstijging voorzien van € 9,- en van € 7,- voor eenpersoonshuishoudens. In deze optie zou jaarlijks een bedrag aan de reserve worden onttrokken die daardoor aan het eind van de meerjarenperiode tot nihil zou zijn teruggebracht. Door een verdere verfijning in de doorrekening van kosten enerzijds en door een stijging van de kapitaallasten anderzijds ontwikkelen de kosten zich ongunstiger dan was voorzien. De stand van de egalisatiereserve laat het niet toe om deze extra kosten ten laste van de reserve te brengen, zodat extra tariefmaatregelen noodzakelijk zijn. Daarom hebben wij de tarieven voor 2010 éénmalig extra verhoogd
Begroting 2010
163
met € 6,- en € 5,- voor achtereenvolgens meer- en eenpersoonshuishoudens. In de jaren daarna ontwikkelen de tarieven zich weer zoals vorig jaar is voorzien. De extra verhoging wordt volledig gecompenseerd door de verlaging van de tarieven van de afvalstoffenheffing, zodat de tariefontwikkeling van beide heffingen samen niet afwijkt van het totaal dat vorig jaar is voorzien. De tarieven ontwikkelen zich thans als volgt:
meerpersoonshuishoudens éénpersoonshuishoudens 3 bedrijven per 150 m waterverbruik
2010 € 204,00 € 163,00 € 204,00
2011 € 213,00 € 170,00 € 213,00
2012 € 222,00 € 177,00 € 222,00
2013 € 231,00 € 184,00 € 231,00
Overige belastingen, heffingen en rechten Op de hondenbelasting, reinigingsrechten, precariobelasting, leges en begraafrechten is conform de perspectiefnota een inflatiecorrectie doorgevoerd van 1%. Kwijtschelding De voorwaarden waarbinnen gemeenten kwijtschelding mogen verlenen van belastingen en heffingen zijn door het rijk strak omschreven. De gemeentelijke kwijtscheldingsnormen mogen niet meer dan 100% van de bijstandsnormen bedragen, wel minder. In Gorinchem gelden de maximale normbedragen. De volgende belastingen komen voor kwijtschelding in aanmerking: de afvalstoffenheffing, het rioolrecht en de hondenbelasting voor de eerste hond. De gederfde inkomsten wegens het verlenen van kwijtschelding van de afvalstoffenheffing en rioolrechten worden verrekend via de desbetreffende tarieven. Lastendruk Jaarlijks brengt het COELO (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden Van de Universiteit Groningen) het niveau en de ontwikkeling van de lokale lasten in kaart. Bij het vergelijken van de woonlasten wordt er onder meer gekeken naar de OZB, afvalstoffenheffing en rioolrechten. In de editie 2009 van de Atlas van de lokale lasten, waarin de lastendruk van 457 (deel)gemeenten is e onderzocht, is Gorinchem ten opzichte van 2008 met vier plaatsen gestegen naar een 83 plaats (oplopend van goedkoop naar duur). De woonlasten ontwikkelen zich de komende jaren als volgt: soort huishouden
woning € 225.000 OZB eigenaar afvalstoffenheffing rioolrecht
2009 meer één pers. pers.
2010 meer één pers. pers.
2011 meer één pers. pers.
2012 meer één pers. pers.
2013 meer één pers. pers.
170,10 242,00 189,00 601,10
171,80 236,00 204,00 611,80
171,80 189,00 163,00 523,80
171,80 236,00 213,00 620,80
171,80 189,00 170,00 530,80
171,80 236,00 222,00 629,80
171,80 189,00 177,00 537,80
171,80 236,00 231,00 638,80
171,80 189,00 184,00 544,80
10,70 1,78%
8,70 1,69%
9,00 1,47%
7,00 1,34%
9,00 1,45%
7,00 1,32%
9,00 1,43%
7,00 1,30%
229,07 236,00 204,00 669,07
229,07 189,00 163,00 581,07
229,07 236,00 213,00 678,07
229,07 189,00 170,00 588,07
229,07 236,00 222,00 687,07
229,07 189,00 177,00 595,07
229,07 236,00 231,00 696,07
229,07 189,00 184,00 602,07
11,27 1,71%
9,27 1,62%
9,00 1,35%
7,00 1,20%
9,00 1,33%
7,00 1,19%
9,00 1,31%
7,00 1,18%
170,10 194,00 151,00 515,10
stijging t.o.v. jaar daarvoor
woning € 300.000 OZB eigenaar afvalstoffenheffing rioolrecht
stijging t.o.v. jaar daarvoor
Begroting 2010
226,80 242,00 189,00 657,80
226,80 194,00 151,00 571,80
164
6. Ontwikkeling programmabegroting De programmabegroting 2010 is op de volgende onderdelen doorontwikkeld: -
U treft In het hoofdstuk beleidsaccenten een nieuw overzicht aan van Aangenomen moties Perspectiefnota 2010–2013 die in de raad van de Perspectiefnota op 9 juli 2009 zijn vastgesteld en hoe de opdracht voor het college luidt;
-
De indeling van de programma’s is qua volgorde aangepast als gevolg van de productiewijze van de programmabegroting. U stelt kaders en controleert het college via raadsbeleidskaders. Elk programma wordt nu opgebouwd per vastgesteld beleidskader. Per beleidskader krijgt u te zien zoals beschrijving, wat willen we bereiken (vastgestelde maatschappelijke effecten), wat gaan wij daarvoor doen (speerpunt, activiteiten) te zien. Tot voorheen was er één tabel Maatschappelijke effecten en één tabel Activiteiten waarin via een nummer naar de beleidskaders verwezen wordt.
-
Het benoemen en actief bediscussiëren van beleidseffecten dient zich niet alleen te beperken tot het moment van de behandeling van de programmabegroting (afspraak raadswerkgroep programmabegroting 2007). Onderkend moet worden dat dit een groeiproces is. Wij hebben op basis van bijvoorbeeld de vastgestelde beleidskaders en het burgerwaarderingsonderzoek 2009 een aantal maatschappelijke effecten gedefinieerd.
-
Wij realiseren ons dat de programmabegroting nog doorontwikkeld moet worden en dat de basis niet op alle programmaonderdelen op orde is. Als voorbeeld noemen we de onderbouwing van de resultaatindicatoren. Wij willen in de begroting 2011 de basis op orde hebben in relatie tot het nieuwe collegeprogramma. Kernthema’s hierbij zijn ‘Van transparantie naar relevantie’ en ‘Via minder naar beter’.
-
Bij de paragraaf verbonden partijen is de vaste format verbonden partijen gebruikt die in de werkbijeenkomst verbonden partijen raad – college – directie (afspraak werkbijeenkomst april 2008) besproken is. Wij proberen hiermee de informatieoverdracht college – raad te verstevigen. Uit de aangenomen motie inzake Verbonden partijen (raad 9 juli 2009) blijkt dat de controlerende rol op de verbonden partijen versterkt kan worden. De paragraaf Verbonden partijen is het communicatiemiddel zoals ook afgesproken in het raadsbeleidskader verbonden partijen (april 2008). Vertrekpunt voor de informatievoorziening in de paragraaf Verbonden partijen zijn de documenten uit de planning en controlcyclus van de verbonden partijen, jaarstukken en dergelijke.
-
Wij hebben de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen aangevuld met enkele kwaliteitsniveaus bij het onderdeel gebouwen. Op termijn zal de paragraaf nog meer gestandaardiseerd worden: oftewel per kapitaalgoed het kwaliteitsniveau benoemen.
Begroting 2010
165
Begroting 2010
166
7. Overzicht incidentele baten en lasten Primitieve begroting x € 1000 Programma Leefvoorzieningen
2010 Baten
2011
Lasten
Baten
2012
Lasten
Baten
2013
Lasten
Baten
Lasten
20.500
0
0
0
0
0
0
0
Wonen, leven, bestuur en communicatie
129.250
0
1.125
0
0
0
0
0
Wonen, leven en milieu
125.000
0
120.000
0
80.000
0
40.000
0
Wonen, leven en veiligheid
-5.000
0
0
0
0
0
-20.000
0
Woonvoorzieningen
36.369
-871.977
0
0
21.004
0
8.985
0
Werk
35.000
0
0
0
0
0
0
0
Werk en milieu
42.000
0
0
0
0
0
0
0
Cultuur en sport
287.625
-85.500
182.000
-50.000
0
0
0
0
Onderwijs
749.594
-451.351
277.569
0
0
0
0
0
Zorg
400.000
0
400.000
0
60.000
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
20.000
0
0
0
0
0
0
0
0
0
223.193
-99.409
273.742
-253.342
446.517
-461.737
1.840.337
-1.408.829
1.203.887
-149.409
434.745
-253.342
475.501
-461.737
Bestuur en communicatie Publieksservice Algemene dekkingsmiddelen Totaal
Begroting 2010
167
Begroting 2010
168
8. Verschillenanalyse begroting 2009 / begroting 2010 Hieronder volgt een uiteenzetting van de financiële afwijkingen ten opzichte van de vorige meerjarenbegroting 2009-2013. Het betreft salderingen van lasten en baten ten opzichte van de vorige begroting die in het kader van het toezichtsregime is opgenomen.
Bedragen in € 1.000
2010
LEEFVOORZIENINGEN WONEN, LEVEN, BESTUUR EN COMMUNICATIE WONEN, LEVEN EN MILIEU WONEN, LEVEN EN VEILIGHEID WOONVOORZIENINGEN WERK WERK EN MILIEU CULTUUR EN SPORT ONDERWIJS WELZIJN, ZORG EN VEILIGHEID ZORG BESTUUR, COMMUNICATIE EN VEILIGHEID BESTUUR EN COMMUNICATIE PUBLIEKSSERVICE ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN Totaal
Begroting 2010
2012
2013
-1.057 -395 -631 -12 -29 4 635 588 546 741 720 703 768 502 656 -28 -38 -25 14 14 12 314 297 296 -96 -322 219 0 0 0 634 575 101 -4 -5 -5 -599 -2.794 -4.306 80 58 49 -1.409 802 2.427
-86 -3 -21 -1 49 -32 0 -63 -107 0 -8 -2 529 -5 -250
0
169
2011
0
0
0
Verschillenanalyse jaarschijf 2010 van begroting 2009 / begroting 2010 > € 100.000 Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
2.623.585
2.431.891
-191.694
Collegeproduct
Beheer openbaar groen
Toelichting
De verlaging t.o.v. begrotingsjaar 2009 wordt met name veroorzaakt doordat in 2010 overdracht van watergangen aan het Waterschap zal plaatsvinden waardoor de beheerkosten (w.o. baggeren) af zullen nemen. Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
1.519.352
592.757
-926.595
Collegeproduct
Verkeersbeleid
Toelichting
Storting in het reserve infrastructuurfonds is afhankelijk van de 90% norm directe weerstandscapaciteit. De verwachting is dat deze norm in 2010 niet wordt gehaald waardoor er geen storting in deze reserve zal plaatsvinden. Begroting
Collegeproduct
2009
2010
Saldo
1.995.426
2.204.018
208.592
194.912
472.829
277.917
1.417.381
1.974.569
557.188
Veiligheid
301.651
183.792
-117.859
Wijkveiligheid
962.963
1.249.426
286.463
Kunst
950.942
1.169.964
219.022
Onderwijs ondersteunende activiteiten
1.104.516
1.303.363
198.847
Maatschappelijke zorg
4.975.132
4.757.730
-217.402
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
4.674.282
4.834.331
160.049
548.462
693.353
144.891
Facilitaire ondersteuning
5.629.618
6.049.751
420.133
Financiën en administratie
1.998.019
1.870.123
-127.896
Jur. bestuurs- en managementondersteuning
1.605.560
1.142.828
-462.732
Personele bestuurs- en managementondersteuning
2.126.515
1.840.092
-286.423
402.952
554.769
151.817
Wegeninfrastructuur Milieubeleid- en beheer Brandweer en rampenbestrijding
Control
Stadsarchief
Begroting 2010
Begroting
170
Dekkingsrekening overhead
-12.912.894
Saldi van kostenplaatsen
Toelichting
-12.454.119
458.775
-1.109.593
-3.318.819 -2.209.226
14.865.844
14.528.001
-337.843
Ten opzichte van 2009 ontstaan verschillen door aangepaste kostentoerekening via de kostenverdeling door loon- en prijsstijgingen en een verschuiving in de urentoerekening. Tevens hebben er diverse verschuivingen plaatsgevonden door een aanpassing van het organisatiemodel. Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
-5.912.344
-5.523.062
389.282
Collegeproduct
Baten afvalstoffenheffing en rioolrechten huishoudens
Toelichting
De verwachting is dat voor 2010 minder aan de egalisatiereserves reiniging en riolering onttrokken zal worden. Dit geeft per saldo een nadeel op dit product. Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
-114.073
-219.403
-105.330
Collegeproduct
Exploitatie woningen, panden & erfpachtgronden
Toelichting
Voordeel ten opzichte van 2009 ontstaat o.a. door verkoop van onroerend goed waardoor de toerekening van rente over de boekwaarde lager wordt en hogere pacht inkomsten. Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
-467.826
356.222
824.048
Collegeproduct
Grondexploitaties
Toelichting
Het negatieve saldo op dit product wordt veroorzaakt door een overheveling tussen de algemene reserve grondexploitatie en het infrastructuurfonds. Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
4.889.913
4.583.185
-306.728
Collegeproduct
Onderwijshuisvesting
Toelichting
Nieuwe investeringen waarover afgeschreven wordt: uitbreiding Mariëngaarde en tijdelijke en vervangingsinvesteringen scholen. Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
2.304.286
2.648.239
343.953
Collegeproduct
Bijstandsverlening
Toelichting
Als gevolg van de economische crisis neemt het aantal uitkeringsgerechtigden toe. De extra lasten dienen in eerste instantie door de gemeenten opgevangen te worden (tot 12.500 landelijk). Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
826.371
1.020.071
193.700
Collegeproduct
Gezondheidszorg
Toelichting
De gemeente is wettelijk verplicht om een elektronisch kinddossier in stand te houden. De GGD Zuid-Holland Zuid zorgt voor de invoering en krijgt hiervoor derhalve de rijksvergoeding 'doorgesluisd'.
Begroting 2010
171
Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
1.183.683
1.289.195
105.512
Collegeproduct
Kinderopvang
Toelichting
In het kader van de landelijke kwaliteitseisen peuterspeelzalen ligt de verantwoordelijkheid voor toezicht en handhaving vanaf 2010 bij de gemeenten en GGD's. Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
333.000
638.350
305.350
Collegeproduct
Directie
Toelichting
Bij de directie is een stelpost opgenomen voor Alle hens aan dek en vrije ruimte calamiteiten. Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
-317.398
799.466
1.116.864
Collegeproduct
Stelposten concerncontrol
Toelichting
Het rekeningresultaat begroting 2010 is in het saldo verwerkt. Voorgaand jaar is rekening gehouden met inkomst uit algemene uitkering en stelpost investeringsruimte, dit in tegenstelling tot 2010. Begroting
Begroting
2009
2010
Collegeproduct
Algemene uitkering
Toelichting
Stijging vanwege toename accres en de ontwikkeling van het aantal inwoners en woningen.
-38.739.826
Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
-5.358.138
-5.467.349
-109.211
Collegeproduct
Baten gemeentelijke belastingen
Toelichting
De verhoging t.o.v. 2009 wordt met name veroorzaakt door een stijging van de waarde van nieuwe bedrijfsobjecten. Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
273.255
601.255
328.000
Collegeproduct
Onvoorziene uitgaven
Toelichting
In 2010 zijn de structurele gevolgen van de 2e tussenrapportage, nieuw beleid en reeds genomen besluiten opgenomen.
Collegeproduct
Saldo voor bestemming
Toelichting
Saldo is in 2010 bij Onvoorziene uitgaven opgenomen.
Begroting 2010
172
Saldo
-40.633.239 -1.893.413
Begroting
Begroting
2009
2010
Saldo
-166.833
0
166.833
9. Begrippenlijst Algemene dekkingsmiddelen De algemene dekkingsmiddelen dienen de programma’s te dekken. De algemene dekkingsmiddelen betreffen inkomsten de lokale belastingen, het gemeentefonds, de nutsbedrijven en leningen en beleggingen. De algemene dekkingsmiddelen komen niet terug in de baten van een programma. Baten en lastenstelsel Een begrotingssysteem van baten en lasten houdt in dat alle ontvangsten en uitgaven worden toegerekend aan het begrotingsjaar waarop zij betrekking hebben. Bedrijfsvoering De beheersing van, het toezicht op en de verantwoording over de bedrijfsprocessen binnen de gemeentelijke organisatie op basis van een bedrijfsvoeringfilosofie. Onderdelen: personeel, informatisering, automatisering, communicatie, organisatie, financieel beheer en huisvesting. Begroting Een begroting geeft aan welke beleidsvoornemens uitgedrukt in speerpunten de gemeente heeft, hoeveel middelen daarmee zijn gemoeid en uit welke bronnen die middelen afkomstig zijn. Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) Het besluit geeft voorschriften voor de inrichting van de begroting en de jaarrekening / het jaarverslag van de gemeente. Het BBV is vanaf 2003 van kracht. Bestaand beleid Beleid waarover al besluitvorming door de raad heeft plaatsgevonden. Sturing vaak beperkt omdat het vaak beleid van rijkswege betreft. Wordt ook wel autonoom beleid genoemd. Coalitieprogramma Het college geeft via het coalitieprogramma inhoudelijke invulling aan belangrijke onderwerpen die tijdens de collegeperiode uitgevoerd dienen te worden. Dekkingsmiddelen Financiële middelen waarmee het huidige en nieuwe beleid gedekt / in financiële zin bereikt kan worden. Maatschappelijk effect Het maatschappelijk effect geeft aan wat de gemeente met het programma feitelijk in de samenleving wil bereiken. Hulpmiddel daarbij is de effectindicator. Doelstelling Het beoogde eindresultaat, de gewenste verandering bij de uitvoering van een activiteit.
Begroting 2010
173
Dualisme Een dualistisch stelsel kenmerkt zich doordat de posities en bevoegdheden van college en raad ontvlecht zijn. De raad richt zich primair op de volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende functie, het college op de uitvoerende functie. Hoofdthema De programma’s uit de programmabegroting zijn te herleiden naar vier hoofdthema’s. Een hoofdthema is een verzamel van een aantal programma’s. Matrixmodel Het matrixmodel geeft het aantal programma’s per hoofdthema/ dwarsdoorsnede weer. Per hoofdthema wordt een aantal dwarsdoorsneden gegeven. Het betreft de dwarsdoorsneden: voorzieningen, veiligheid, milieu en bestuur en communicatie. De combinatie van hoofdthema’s en dwarsdoorsneden levert een aantal programma’s op. Nieuw beleid Nieuw beleid kunnen we onderscheiden in vier categorieën nieuw beleid: politiek gewenst, reeds besloten, wettelijk verplicht en onontkoombaar. Nulmeting Betreft uitgangssituatie voor vergelijking met de streefwaarde meetindicator die bij het onderdeel deelprogramma’s ook zijn opgenomen. Zo ontstaat een vergelijking in de tijd. Het basisjaar kan verschillen aangezien sommige gegevens in een betreffend jaar niet beschikbaar zijn. Nulmetingcijfers kunnen cijfers uit het programmaverslag zijn. Paragrafen Een paragraaf geeft volgens het BBV een dwarsdoorsnede van de begroting op beleidsmatige en financiële aspecten. Het gaat dan om beleidslijnen / -kaders van beheersmatige aspecten. Programma Een samenhangende verzameling van producten gericht op het bereiken van vooraf bepaalde doelen en deelprogramma’s. Resultaatverantwoordelijkheid Bij resultaatverantwoordelijkheid is het college verantwoordelijk voor het doel, resultaat of product. Speerpunt Speerpunt betreft activiteiten die uitgevoerd worden om deelprogramma’s te realiseren. Aan een speerpunt moet altijd een activiteit gekoppeld zijn. Speerpunten zijn zaken waarover de raad met het college wil communiceren. Goedgekeurde aanvragen voor nieuw beleid kunnen speerpunten zijn. Aanvragen nieuw beleid, categorie gewenst is een speerpunt. De categorieën reeds besloten, wettelijke verplicht en onontkoombaar zijn in de meeste gevallen een aanvulling / uitbreiding van het bestaande beleid en niet per definitie speerpunten. Streefwaarde Geeft de waarde, zoveel mogelijk uitgedrukt in cijfers, binnen een deelprogramma waarnaar gestreefd wordt.
Begroting 2010
174
Systeemverantwoordelijkheid Bij systeemverantwoordelijkheid heeft het college een voorwaardenscheppende verantwoordelijkheid. Treasury Omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Trechtermodel Naar aanleiding van het dualisme is het trechtermodel ontwikkeld. Het betreft een Gorinchemse vertaling waarin de raad signalen vanuit de samenleving en het rijk via een opdracht bij het college teruglegt. Het college werkt keuzeopties uit die vervolgens bij de raad ter besluitvorming voorgelegd wordt. Raad stelt dan beleidskader vast. Begroting is voorbereid door college. Raad kiest en stelt begroting vast. Verbonden partij Derderechtspersonen waarmee de gemeente een bestuurlijk en financieel belang heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan het hebben van een zetel in het bestuur of het hebben van stemrecht. Met financieel belang wordt bedoeld dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die achtergesteld zijn in geval faillissementen en/of dat financiële problemen verhaald kunnen worden op de gemeente. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen is het vermogen van de gemeente om niet-structurele financiële tegenvallers op te kunnen vangen.
Begroting 2010
175