Programmabegroting 2010

Programmabegroting 2010

Programmabegroting 2010 Colofon Uitgave: Burgemeester en wethouders gemeente Nuth Postbus 22000 6360 AA Nuth E-mail: [email protected] Website: www.nuth.nl Faxnummer: 045-5659299 Portefeuillehouder financiën: J.J.C. van den Berg Eindredactie: Afdeling Financiën gemeente Nuth Technische vormgeving: Bureau Interne Zaken gemeente Nuth Aan de inhoud van deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. Voor meer informatie: Afdeling Financiën 045–5659201/5659213 Ron van Dinteren/Wim Theunissen E-mail: [email protected] E-mail: [email protected]

Inhoudsopgave programmabegroting 2010 blz. 1

Hoofdstuk 1

Inleiding en leeswijzer

Hoofdstuk 2

Aanbieding

3

Hoofdstuk 3

Kerngegevens

5

Hoofdstuk 4

Financiële beschouwingen 4.1 4.2 4.3 4.4

Hoofdstuk 5

Programmainformatie 5.1 5.2

Programma’s

Financiële positie Technische uitgangspunten begroting 2010-2013 Algemene uitkering gemeentefonds Vermogenspositie

24 26

1.

30

3. 4. 5. 6. 7. 8.

Openbare orde, veiligheid en handhaving Economische structuur en werkgelegenheid Breed Welzijn Ruimtelijke ontwikkeling en wonen Bereikbaarheid Publieke Dienstverlening Beheer Bestuur en bedrijfsvoering

Algemene Lasten/baten Paragrafen

20 20

Leeswijzer programma-informatie Samenvatting baten en lasten 2010 programma’s en algemene lasten en baten

2.

Hoofdstuk 6

8 17

32 36 42 48 52 56 60 64

Inleiding paragrafen a. Lokale heffingen b. Weerstandsvermogen c. Onderhoud kapitaalgoederen d. Financiering e. Bedrijfsvoering f. Verbonden partijen g. Grondbeleid

Griffie en Rekenkamerfunctie

66 68 72 78 80 84 86 88 95

Programmabegroting 2010: Inhoudsopgave

Bijlagen

Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage

4 5 6 7

Bijlage 8 Bijlage 9 Bijlage 10 Bijlage 11

Investeringsprogramma 2010-2013 Prognoseberekening algemene uitkering 2010-2013 Overzicht reserves en voorzieningen 2010-2013 Overzicht langlopende geldleningen 2010 Overzicht incidentele lasten en baten Nieuwe exploitatiewensen Overzicht lasten en baten per programma Recapitulatie begrotingsresultaten per programma Resultaatbepaling Berekening EMU-saldo Afkortingenlijst

Vaststellingsbesluit

100 102 104 108 110 112 114 122 124 126 128 133

SMART- formuleerde programmapunten

Programmabegroting 2010: Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1 Inleiding en leeswijzer

HOOFDSTUK 1: INLEIDING EN LEESWIJZER Deze leeswijzer is een hulpmiddel bij het wegwijs worden in de programmabegroting en de relatie tussen de diverse hoofdstukken en bijlagen. In hoofdstuk 2 (Aanbieding) passeert in het kort het proces de revue dat tot dusverre is doorlopen. In hoofdstuk 3 vindt u de kerngegevens van de gemeente. Deze gegevens geven inzicht in de demografische, sociale en fysieke structuur, en zijn van wezenlijke invloed zijn op het beleid van de gemeente. In hoofdstuk 4 vindt u een uiteenzetting over de financiële positie op de korte- en middellange termijn. Dit hoofdstuk geeft aan welk proces wij hebben doorlopen en tevens worden de belastingvoorstellen in één oogopslag zichtbaar gemaakt. Verder geven wij aan welke ontwikkelingen met financiële consequenties hebben geleid tot de meerjarensaldi van 2010 t/m 2013, het meerjarige verloop van de algemene reserve, de risicoparagraaf en belastingen en tarieven. Gedetailleerde informatie over de genoemde ontwikkelingen is opgenomen onder de bijlagen. In deze bijlagen zijn o.a. opgenomen het investeringsprogramma 2010 t/m 2013, de meerjarenprognose van de algemene uitkering uit het gemeentefonds, een overzicht van de reserves en voorzieningen en opgenomen langlopende geldleningen en het meerjarig overzicht van lasten en baten per programma. In hoofdstuk 5 treft u de door ons gebruikte programma-indeling aan. De programma-informatie wordt vooraf gegaan door een leeswijzer waarin staat beschreven welke informatie-elementen in een programma zijn opgenomen. In hoofdstuk 6 zijn de wettelijk voorgeschreven paragrafen opgenomen die betrekking hebben op de relevante beheersmatige aspecten, evenals op de lokale heffingen. Voorafgaand aan deze paragrafen treft u een inleiding aan waar in het kort de wettelijk voorgeschreven paragrafen zijn uiteengezet en in welke context deze gelezen moeten worden. De begroting van de Griffie/Rekenkamerfunctie is dit jaar zoals gebruikelijk als gescheiden onderdeel in de programmabegroting opgenomen. De in deze begroting verwerkte geformuleerde programmapunten zijn als bijlagen toegevoegd. Het programma 3. Breed Welzijn is nieuw. Dit is samengesteld uit de “oude” programma’s 3. Welzijn, 4. Onderwijs en Arbeidsparticipatie en 7. Cultuur. De overige bestaande programma’s zijn voorzien van een nieuwe nummering.

Programmabegroting 2010: Inleiding en leeswijzer (hoofdstuk 1)

Hoofdstuk 2 Aanbieding

HOOFDSTUK 2: AANBIEDING

Inleiding

Hierbij bieden wij u ter vaststelling aan de programmabegroting voor 2010 en de meerjarenbegroting 2011-2013. Het decor waartegen het begrotingsproces zich dit jaar afspeelt is voor onze gemeente verre van ideaal. Bij de kadernota afgelopen voorjaar hebben wij reeds geduid welke consequenties er kunnen kleven aan de kredietcrisis en de verwachte bevolkingskrimp in onze regio. Nadien is bekend geworden welk akkoord is gesloten tussen Rijk en gemeenten. De normale normeringssystematiek binnen de algemene uitkering uit het gemeentefonds – samen de trap op, samen de trap af – is buiten werking gesteld. Voor de jaren 2010 en 2011 staat vast wat gemeenten van het rijk kunnen verwachten maar waarop gemeenten na 2011 moeten rekenen blijft onduidelijk. Er komt een nieuw kabinet na de verkiezingen in 2011, niemand weet wat de economie gaat doen en onduidelijk is of de normeringssystematiek slechts tijdelijk is losgelaten of voor langere tijd. Het Rijk geeft signalen af dat na 2011 fors bezuinigd dient te worden en het gevoelen is dat gemeenten er niet aan zullen ontkomen om daar een flinke klap van mee te krijgen. In financieel opzicht kan de nieuwe raad aldus een forse uitdaging tegemoet zien. Waakzaamheid is geboden omdat ook wij – en in de toekomst in versterkte mate - geconfronteerd worden met de simpele constatering, dat aan alles een prijskaartje hangt. Daar waar ook van de overheid verwacht wordt dat deze efficiënt en doelmatig opereert zal de afweging tussen gewenst nut(h) en kosten steeds scherper moeten worden gemaakt.

Programmabegroting 2010

Bij de aanvang van het kaderstellende debat van 10 juni jl. zagen de vooruitzichten betreffende de gemeentelijke financiële positie van Nuth er niet rooskleurig uit. In het prioriteringsdebat heeft de raad de beleidslijn gecontinueerd dat het financieel beleid erop moet zijn gericht om de gemeentelijke lasten en baten structureel in evenwicht te brengen en te houden. De uitkomsten van het prioriteringsdebat ademden tevens uit dat de meest pregnante gemeentelijke opgaven en ambities in al hun aspecten in de programmabegroting aan bod dienen te komen. Deze uitgangspunten komen in de voorliggende begroting terug. Concreet moet worden gedacht aan: • middelen worden vrijgemaakt voor de voorgenomen aansluiting bij het Pact van Parkstad; • middelen worden vrijgemaakt voor het majeure project Hulsberg; • in de begroting wordt geanticipeerd op de voorgenomen doorontwikkeling van onze organisatie in kader van het programma Vraaggerichte dienstverlening (VDN).

Afsluiting

Met de aanbieding van deze begroting voor het jaar 2010 sluiten wij in financieel opzicht de raadsperiode 2007-2010 af. Het betekent ook, dat wij het eerste huishoudboekje voor de nieuwe gemeenteraad gereed leggen. Een moment van bezinning en vooruitkijken? Wij willen hier geen uitputtende lijst van ‘verworvenheden’ uit de nu ten einde lopende raadsperiode aan u voorleggen. We mogen vaststellen, dat we in gezamenlijkheid voor Nuth en de inwoners belangrijke besluiten hebben genomen. De nieuwe gemeenteraad wacht een boeiende periode. Het daarbij kunnen terugvallen op kwalitatieve ondersteuning is van groot belang. Samen mogen we vaststellen dat we daar in de afgelopen periode behoorlijk in hebben geïnvesteerd. Onze organisatie is aan de maat en staat klaar om invulling te geven aan de toekomst. Burgemeester en wethouders van Nuth, De secretaris, de burgemeester,

Programmabegroting 2010 Aanbieding (hoofdstuk 2)

Mr. F. van Vloten

Mr. H.G. Vos

Programmabegroting 2010 Aanbieding (hoofdstuk 2)

Hoofdstuk 3 Kerngegevens

HOOFDSTUK 3: KERNGEGEVENS 1 januari 2008

1 januari 2009

1 januari 2010

15.851

15.722

15.709

Aantal periodieke bijstandsgerechtigden WWB IOAW en IOAZ

161 149 12

151 141 10

238 226 12

Aantal tewerkgestelde WSW’ers uit de gemeente Nuth

156

156

156

1.254

1.233

1.233

Oppervlakte gemeente in hectare oppervlakte land oppervlakte binnenwater

3.317 3.313 4

3.317 3.313 4

3.317 3.313 4

Aantal woonruimten woningen wooneenheden: kamers bejaardenoorden etc.

7.166 6.779 387

7.248 6.861 387

7.278 6.891 387

Lengte van wegen in km.

199,3

199,3

199,3

12,0 31,1

12,0 31,1

12,0 31,1

Gebiedsontsluitingswegen Erftoegangswegen

9,9 69,4

9,9 69,4

9,9 69,4

Overige wegen

69,4

69,4

69,4

7,5

7,5

7,5

A. Sociale structuur Aantal inwoners

Gemiddeld aantal leerlingen bijzonder basisonderwijs B. Fysieke structuur

buiten de bebouwde kom

Gebiedsontsluitingswegen Erftoegangswegen

binnen de bebouwde kom

Stroomwegen (A76)

Programmabegroting 2010: Kerngegevens (hoofdstuk 3)

Hoofdstuk 4 Financiële beschouwingen

HOOFDSTUK 4: FINANCIËLE BESCHOUWINGEN 4.1 FINANCIËLE POSITIE Startpositie De begroting 2010-2013 is gebaseerd op een doorrekening van de begroting 2009 en de 1e financiële voortgangsrapportage 2009 inclusief de effecten van de meicirculaire 2009. Voor de samenstelling van de begroting zijn bij het prioriteringsdebat beleidsuitgangspunten vastgesteld die als kader gelden bij de opstelling van de ramingen. Dit kader geeft uitsluitsel m.b.t. welke grondslagen en percentages, bijvoorbeeld voor loonstijgingen, in de ramingen mogen worden toegepast. In paragraaf 4.2 zijn deze kaders nader uiteengezet. In de raadsvergadering van 22 juni jl. heeft de kaderstelling plaats gevonden waarmee wij rekening hebben gehouden bij de samenstelling van de programmabegroting 2010-2013. Voor de volledigheid zijn de door de raad geaccepteerde programmapunten Smart-geformuleerd als een aparte bijlage in deze begrotingsklapper opgenomen. Voor het zomerreces hebben wij de raad reeds inhoudelijk bericht omtrent de technische uitvoerbaarheid en de consequenties van de aangenomen amendementen en moties. Het raadsdebat van 22 juni jl. sloot met een financieel meerjarenperspectief dat gebaseerd was op de inzichten van die peildatum. De tijd staat echter niet stil en voortschrijdende ontwikkelingen die het financiële meerjarenbeeld beïnvloeden blijven zich voordoen. Wij hebben u toegezegd in de meerjarenbegroting 2010-2013 inzichtelijk te presenteren hoe het financiële meerjarenperspectief zich ontwikkelt waarbij de peildatum 1 september 2010 is. In de navolgende tabel is overzichtelijk weergegeven welke voortschrijdende ontwikkelingen zich hebben voorgedaan en welke effecten deze hebben op ons financieel meerjarenbeeld. Verderop wordt ieder specifiek aspect toegelicht. Wij willen er nog op wijzen dat wij thans nog geen wetenschap hebben van wat de septembercirculaire 2009 voor de gemeente Nuth in petto heeft. Als wij deze circulaire hebben ontvangen zullen wij u zo spoedig mogelijk in een brief informeren over de consequenties hiervan voor de gemeente Nuth zodat de behandeling van de programmabegroting 2010 kan geschieden op basis van de meest actuele financiële informatie. Bij het ter perse gaan van deze begroting is de verkoop van de Essent-aandelen nog geen feit. In deze begroting is vooralsnog uitgegaan van gegevens die werden aangeleverd door de Provincie en Vegal. Inmiddels zijn er diverse ontwikkelingen geweest welke nog van invloed zullen zijn op de uitkomsten van deze begroting. Over deze gevolgen zullen wij u eveneens berichten. Tot slot zullen wij tevens melding maken van overige ontwikkelingen die nog niet of niet volledig bekend waren op de opmaakdatum van de begroting en die de begrotingssaldi beïnvloeden.

Begroting 2010: Financiële beschouwingen (hoofdstuk 4)

In de onderstaande tabel treft u samengevat de ontwikkeling van de budgettaire positie aan.

Bedragen x 1.000 euro

2010

2011

2012

2013

+181

+359

+78

-363

-14

-12

-12

-11

Subtotaal:

+167

+347

+66

-374

Voortschrijdende ontwikkelingen na 1 juli 2009: IGS Parkstad Loon- en prijsindex Vorming bestemmingsreserve pensioenpremies

-122

-181

+100

+100

-221 +65 +100

-221 +130 +100

+122

+122

+122

+122

+13

+35

+54

+72

+70

+140

+211

-22

-58

-108

-146

-100

-150

-50

-9

-62

+102

+268

BIJGEWERKT +158 +285 SALDO voordelig voordelig

+168 voordelig

-106 nadelig

Startpositie uitkomst prioriteringsdebat d.d. 22-6-2009 Diverse mutaties beheersbegroting

Rendement Essentgelden (van 3,5% naar 4%) Verlaging renteperc. investeringsprog. Van 5% naar 4% Kapitaallasten Project Hulsberg Gedeeltelijke intrekking taakstelling bestaand beleid Extra incidentele onvoorziene budgetruimte

Subtotaal:

Voortschrijdende ontwikkelingen na 1 juli 2009 • Diverse mutaties beheersbegroting De vertreksituatie verschilt van het beeld dat de raad is geschetst na afloop van het prioriteringsdebat. Dit is met name gelegen in het feit dat de cijfers bij het raadsdebat waren gebaseerd op de financieel-technische uitgangspunten van de begroting 2009-2012. De cijfers die wij thans presenteren zijn gebaseerd op de geactualiseerde, door de provincie aanbevolen, technische uitgangspunten zoals de raad die onlangs heeft vastgesteld. Daarnaast droegen de cijfers bij het raadsdebat een indicatief karakter. Thans is de begrotingsuitkomst de resultante van de saldi van de diverse afdelingsbegrotingen (ruim 700 begrotingsposten w.o. kapitaallasten op basis van de feitelijke voortgang van het investeringsprogramma en loonkosten). Deze cijfermatige doorrekening vindt op een gedetailleerder niveau plaats.


• Bijdrage Nuth aan WGR+ Parkstad In het prioriteringsdebat van 22 juni jl. heeft de raad bij amendement A3 besloten om de door het College voorgestelde kostenraming van € 300.000 voor 2010 en verdere jaren terug te brengen tot € 150.000 voor 2010 en tot € 75.000 voor 2011 en verder (€ 150.000 minus € 75.000 kostenbesparing door aansluiting bij Gemeentelijke Belasting en Registratiedienst Parkstad). Het Pact van Parkstad beoogt in financiële zin een gefaseerde toename van de gemeentelijke bijdrage aan het Parkstad Limburg Fonds tot € 10 miljoen per jaar. Voor 2010 wordt op dit moment uitgegaan van een binnenkort te bereiken consensus over een gemeentelijke bijdrage van een bedrag van € 5,125 mln. of € 7.0 mln. In de jaren 2011 en 2012 zal dit bedrag moeten aangroeien tot uiteindelijk resp. € 7,0 ml. of € 10,0 mln. per jaar.

De gemeentelijke bijdragen aan het Parkstad Limburg Fonds worden bepaald aan de hand van de verhouding van het basisgedeelte van de algemene uitkering uit het gemeentefonds over het laatst definitief vastgestelde jaar, in dit geval is dat 2006.

Op basis van het bijgestelde Jaarplan 2009 van Parkstad kunnen wij een indicatie geven van het bedrag per inwoner. Dat zou voor Nuth in 2009 neerkomen op een fictieve bijdrage van € 12. Dit bedrag is afgeleid van de bijdragen van de deelnemende gemeenten aan het Parkstad Limburg Fonds van € 3.556 mln. Meerjarige doorrekening levert het volgende beeld op: Tabel I: Overzicht mogelijke bijdragen Nuth aan WGR+ Parkstad* 2010

2011

2012

2013=2012

Minimumscenario Bijdrage Nuth Bedrag per inwoner

5,125 mln. € 272.000** 17,29

6,25 mln. € 331.000 21,09

7,0 mln. € 371.000 23,62

7,0 mln. € 371.000 23,62

Maximumscenario Bijdrage Nuth Bedrag per inwoner

7,0 mln. € 371.000 23,62

8,5 mln. € 451.000 28,68

10,0 mln. € 531.000 33,74

10,0 mln. € 531.000 33,74

* Aantal inwoners per 1-1-2010 geraamd op 15.709 en voor verdere jaren constant gehouden ** € 5,125 mln./3,556 mln. x € 12 x 15.709 In deze begroting hebben wij het minimumscenario doorgerekend. Bij het prioriteringsdebat werd slechts gerekend met een bijdrage groot € 150.000. Deze is nu opgetrokken naar € 272.000 voor 2010. • Loon- en prijsindex Vanwege de grote onzekerheid als gevolg van de financiële crisis en mogelijke ombuigingsoperaties bij de rijksoverheid kenmerkte de meicirculaire 2009 zich door het ontbreken van accrescijfers (=groei) vanaf 2012. Bovendien werd een zeer lage inflatie geschetst. In onze ramingen hebben wij de groei van de algemene uitkering voor 2012 en verder op nul gezet, aan de uitgavenkant daarentegen hebben wij rekening gehouden met 1% loonstijging en 0,5 % prijsstijging. Van de kant van het provinciaal toezicht hebben wij vernomen dat deze indexcijfers tot 0% mogen worden teruggebracht. Dit schept voor 2012 en 2013 budgettaire ruimte van resp. € 65.000 en € 130.000. • Vorming bestemmingsreserve pensioenpremies Vanwege de financiële crisis kampen de pensioenfondsen, waaronder het APG, met reservetekorten en dekkingstekorten. Het APG verlangt daarom van de deelnemers een opslag om de reserves weer op peil te brengen. Deze hogere opslag bedraagt volgens het APG per 1 juli 2009 1% punt en per 1 januari 2010 zal de volledige 3% punt worden geëffectueerd. Hiervan komt 2/3 gedeelte voor rekening van de werkgever: dit is 2,0%. Het herstelplan van het APG heeft een duur van 5 jaar en loopt af per 1-1-2014. Dan wordt de situatie opnieuw bekeken. Voor Nuth leidt dit tot hogere werkgeverslasten, concreet € 100.000 jaarlijks voor 2010 t/m 2013.


Door de instelling van een bestemmingsreserve in 2009 kunnen de meerkosten uit de begrotingscyclus 2010-2013 worden overgehaald naar dienstjaar 2009. De voeding van deze reserve, € 400.000, kan worden geput uit het naar alle verwachting positieve jaarrekeningresultaat 2009. • Rendement Essentgelden Tot nu toe zijn wij in onze begrotingscijfers uitgegaan van een rendement van 3,5 % op het uitzetten van de Essentgelden (Bijlage 5 voorstel Essent). Op basis van de offertes die de diverse financiële instellingen hebben ingediend bij Vegal en de Provincie is het reëel om het percentage te verhogen naar 4 %. Bij het prioriteringsdebat werd nog gerekend met een per saldo structureel voordeel van € 237.000. dat is nu opgetrokken naar € 349.000. Bij het ter perse gaan van deze begroting tekent zich de ontwikkeling af dat de beleggingsrendementen op de te ontvangen Essent-gelden mogelijkerwijs de 4% niet halen. Wij willen er dus met klem op wijzen dat in de geraamde rendementen een groot risico schuil gaat. Een half procent lager rendement betekent een structurele tegenvaller van € 122.000. Zoals eerder toegezegd zullen wij de raad zo spoedig mogelijk berichten omtrent de aangegane beleggingsovereenkomsten. • Verlaging rentepercentage investeringsprogramma Het Investeringsprogramma 2010-2013 is doorgerekend met 5% rente; op basis van de huidige inzichten lijkt 4% realistischer. • Kapitaallasten Project Hulsberg Het is mogelijk voor een gedeelte van de opbrengst van de verkoop van de Essent-aandelen een bestemmingsreserve te vormen cq de bestemmingsreserve ‘majeure projecten’ verder aan te vullen. De investeringskosten van het project Hulsberg kunnen dan in een keer ten laste van deze bestemmingsreserve worden afgeschreven. Het grote voordeel hiervan is dat de jaarlijkse afschrijvingslasten hierdoor vervallen. Aan de andere kant geldt dat als wij het geraamde rendement van de Essentgelden verhogen van 3,5% naar 4% (zie punt 4) dan dienen de rentelasten van het plan Hulsberg daarop te worden afgestemd. Per saldo treedt budgettair het gepresenteerde voordeel in de tabel op in vergelijking tot de gepresenteerde cijfers bij het prioriteringsdebat. Het plan Hulsberg betreft op basis van de huidige inzichten een investering groot afgerond € 8.400.000. Dit is conform de gepresenteerde variant A afgelopen voorjaar. • Gedeeltelijke intrekking taakstelling bestaand beleid Voor de toelichting hierop verwijzen wij naar de navolgende paragraaf. • Extra incidentele onvoorziene budgetruimte Wij achten het noodzakelijk voor de komende jaren een extra buffer voor onvoorziene uitgaven te vormen. Het decor waartegen deze meerjarenbegroting is opgesteld bevat vele risico’s. Wij verwijzen o.a. naar de risico’s omtrent de bevolkingskrimp, de risico’s die in onze grondexploitaties schuil gaan en de mogelijke effecten van een landelijke bezuinigingsoperatie die gemeentes zullen treffen. Voor een uitgebreide toelichting van onze risico’s verwijzen wij naar de paragraaf weerstandsvermogen.


Taakstellingen Bij de vaststelling van de kadernota afgelopen voorjaar bij het prioriteringsdebat was het vertrekpunt in deze dat een 3-tal taakstellingen om inkleuring vroegen. Te weten; • Taakstelling accommodatiebeleid ad € 100.000; • Taakstelling bestaand beleid oplopend van € 100.000 in 2010 tot € 250.000 in 2013; • Taakstelling bedrijfsvoering in relatie tot intergemeentelijke samenwerking ad € 75.000. In onderstaande tabellen wordt schematisch weergegeven in welke mate deze taakstellingen in deze programmabegroting ingevuld zijn.

Bedragen x 1 euro

2010

Taakstelling accommodatiebeleid Maatregelen: • Onderhoud sportcomplex Hulsberg • Energieverbruik gemeentehuis • Vervreemding Remigiushuis

2011

2012

2013

100.000

100.000

100.000

100.000

5.000

10.000

10.000

10.000

1.500 23.500

1.500 23.500

1.500 23.500

1.500 23.500

30.000

35.000

35.000

35.000

70.000

65.000

65.000

65.000

100.000

150.000

200.000

250.000

4.000 18.000 0

4.000 18.000 5.000

4.000 0 10.000

4.000 0 15.000

8.000

16.000

28.000

34.000

1.000

2.000

3.000

4.000

3.000

3.000

3.000

3.000

25.000

25.000

25.000

25.000

19.000

19.000

19.000

19.000

78.000

92.000

92.000

104.000

Schrappen restant taakstelling ! Restant saldo taakstelling bestaand beleid (B)

22.000 0

58.000 0

108.000 0

146.000 0

Taakstelling bedrijfsvoering i.r.t. region. samenwerking (C)

75.000

75.000

75.000

75.000

145.000

140.000

140.000

140.000

Subtotaal: Restant saldo taakstelling accommodatiebeleid (A)

Taakstelling bestaand beleid Maatregelen: • Schrappen project retour Arcus • Bijstelling bijdrage bureau VSV • Bibliotheek Nuth (cor. inflatiecijfers) • Verlaging prijsindex verenigingen/instellingen naar 0,5% • Structurele verlaging investeringsbedrag voor VVP maatregelen ( van € 115.000 naar € 100.000) • Uitbesteding postbezorging bij Licom • Verlaging advieskosten derden binnen alle producten • Verlaging overige out-of-pocket budgetten binnen alle producten (o.b.v. jaarstukken 2008)

Subtotaal:

Restant saldo taakstellingen (A + B + C)


De aangestipte maatregelen, vermeld in deze tabellen, vragen om een toelichting. Ten aanzien van de taakstelling accommodatiebeleid het volgende. In het project Hulsberg is het voornemen om het aantal sportvelden terug te brengen van 3 naar 2. Dit zal leiden tot lagere onderhoudslasten. Een onderdeel in de exploitatie-overeenkomst bij Centrum IV te Schimmert is de vervreemding van het Remigiushuis. Dit zal er toe leiden dat bij feitelijke effectuering de structurele lasten die nu nog ten aanzien van het Remigiushuis geraamd zijn zoals kapitaallasten, onderhoud, energie, verzekering e.d. doorgehaald worden. Bij de gedeeltelijke invulling van de algemene taakstelling binnen het bestaande beleid is er op ingestoken om maatregelen voor te stellen die niet direct voelbaar zijn voor onze externe dienstverlening. Het betreft hierbij met name het aanscherpen van ramingen op basis van bijgestelde inflatiecijfers, het risicovoller ramen en behoedzamer handelen bij het inschakelen van externe adviseurs alsmede het scherper ramen van budgetten gebaseerd op de feitelijke uitgaven in 2008/2009. Wij zijn ons ervan bewust dat de opgedragen taakstelling niet in het geheel wordt ingelost. Wij stellen voor het resterende gedeelte van deze opgedragen taakstelling in dit stadium achterwege te laten. Enerzijds omwille van de positieve begrotingsresultaten voor de komende jaren en anderzijds om de nieuwe raad volgend jaar niet direct te belasten met voor de burger direct voelbare onomkeerbare besluiten. Wat betreft de taakstelling in relatie tot intergemeentelijke samenwerking hebben wij reeds in onze reactie op het prioriteringsdebat kenbaar gemaakt dat wij zorgvuldig zullen onderzoeken in welke mate kostenbesparingen in onze bedrijfsvoering in de vorm van verder gaande samenwerking te realiseren is. Daarbij hebben wij tevens expliciet gesteld dat wij niet kunnen garanderen dat deze opgedragen taakstelling gerealiseerd wordt. Verdiepingsonderzoek Provincie In het kader van het project Modernisering Toezicht heeft de Provincie in het voorjaar het Financieel verdiepingsonderzoek uitgevoerd. Daarbij is bekeken of de gemeentelijke begroting en meerjarenraming ‘duurzaam’ financieel in evenwicht is. Dit leidt tot een toezichtsvorm voor een langere periode. Indien op basis van het onderzoek geen meerjarig repressief toezicht kan worden gegeven, dan blijft de oude toezichtsrelatie tussen provincie en gemeente gehandhaafd. Gebleken is dat wij nog niet voldoen aan de voorwaarden van de pilot modernisering toezicht, maar dat het aanwezige risico goed in beeld is. Om in aanmerking te komen voor meerjarig repressief toezicht dienen wij aan enkele voorwaarden te voldoen. Te weten: • de raad van Nuth beoordeelt opnieuw het kwaliteitsniveau voor de te rehabiliteren wegen en geeft hiermee feitelijk aan welke middelen structureel voor de wegenrehabilitatie nodig zijn; • Nuth vertaalt het geactualiseerde wegenbeheerplan (inclusief het rehabilitatiebudget) financieel in de begroting 2011 en meerjarenraming 2012-2014. Elke jaarschijf van de begroting en meerjarenraming moet dan laten zien dat er sprake is van materieel evenwicht. Als toetspunt hanteert de provincie het structureel gezuiverd saldo exclusief nieuw beleid en dekkingsmiddelen in de meerjarenraming. Dit is het saldo met de budgetverruimende- en beperkende correcties, zoals de provincie die aanbrengt; • Nuth laat al in de begroting 2010 zien welke maatregelen getroffen zijn/worden om uiterlijk in de begroting 2011 en verder een evenwichtig beeld te kunnen presenteren. In 2010 zal het realisatieplan worden herzien. De financiële consequenties van deze herziening zullen vanaf 2011 worden vertaald in de begroting. Incidentele middelen en balansverkorting In ons financieel meerjarenbeeld hebben wij geanticipeerd op de vervreemding van onze Essentaandelen aan RWE. De ingeschatte budgettaire effecten zijn gebaseerd op de zogenoemde bijlage V van het raadsvoorstel dat in de vergadering van 21 april jl. is vastgesteld. Na die datum hebben zich ontwikkelingen voorgedaan.


• • •

•

bekend is geworden dat de Minister van Economische Zaken aanvullende eisen heeft gesteld ter borging van de robuustheid van Enexis; voortschrijdend inzicht is opgetreden omtrent de noodzakelijke omvang van de Cross-border leases; als gevolg van een rechterlijke uitspraak, vindt uitstel plaats van de overdracht van de aandelen in EPZ N.V. (“Borssele”). Essent heeft inmiddels hoger beroep aangetekend tegen die uitspraak. Een onherroepelijke uitspraak in de bodemprocedure kan wel 6 jaren of meer op zich laten wachten. Naar aanleiding hiervan heeft Essent in overleg met RWE gewerkt aan een oplossing die het mogelijk maakt dat de overdracht van aandelen EPZ N.V. voorlopig wordt uitgesteld. Op basis van deze oplossing zal de feitelijke transactie ( “Closing”) in het 4e kwartaal van dit jaar plaatsvinden. Essent-milieu wordt niet verkocht.

Deze ontwikkelingen werpen een ander licht op de eerder genoemde bijlage V waarin de budgettaire effecten voor de Gemeente Nuth zijn berekend. De berekende budgettaire effecten zijn aldus gebaseerd op diverse parameters waarover nu geen 100% garantie op kan worden afgegeven. Te denken valt o.a. aan de te verwachten dividend Essent Milieu , Enexis en EPZ en het te behalen rendement op de beleggingen. Voor alle duidelijkheid, de berekening van deze budgettaire effecten betreft hierbij de confrontatie van enerzijds rentebaten van vrijkomende gelden plus de te verwachten dividenden Enexis, Essent Milieu en EPZ versus anderzijds de wegvallende dividenden Essent. Als gevolg van deze transactie zal in 2009 een enorm incidenteel positief jaarresultaat optreden in verband met de boekwinst die optreedt bij de verkoop van onze Essent-aandelen. De exacte becijfering hiervan is nu niet aan te geven. Afgesproken is dat de Provincie, in samenspraak met de drie gerenommeerde accountantskantoren, de gemeenten aanreikt op welke wijze deze transactie boekhoudkundig moet worden vertaald. De optredende boekwinst (lees; incidentele resultaat) biedt ons de mogelijkheid om bij de jaarstukken 2009 over te gaan tot een zogenoemde “balansverkorting”. Bij een balansverkorting worden incidentele dekkingsmiddelen omgezet in structurele besparingen. De koppeling tussen de incidentele dekkingsmiddelen en een structurele besparing is gelegen in het versneld afschrijven van activa in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Hierbij kan o.a. gedacht worden aan in het verleden gepleegde wegreconstructies, investeringen in gemeentelijke gebouwen. Het BBV staat een resultaatgerichte afschrijving van deze activa toe en de afschrijving kan plaats vinden met incidentele middelen. Door een versnelde afschrijving (lees; het doorhalen van activa uit onze boeken) dalen de afschrijvingslasten in het volgende jaar en deze daling is van structurele aard. De vrijgekomen ruimte is vervolgens herinzetbaar. Dit bovenomschreven procedure is een ‘papieren’ exercitie omdat er geen feitelijke cash-flow (geldstroom) plaats vindt. In het verleden zijn leningen aangegaan om investeringen te kunnen financieren. De afweging om leningen al dan niet versneld af te lossen is uiteraard afhankelijk van de vraag of dit meer rendement oplevert dan de opbrengsten die beleggingen kunnen genereren. Gelet op de samenstelling van onze leningportefeuille is dit voor de Gemeente Nuth niet interessant. Maar dit brengt wel met zich mee dat voor een deel in het verleden gepleegde investeringen in één keer worden gecompenseerd en dat de begroting de jaarlijkse afschrijvingslast hiervan niet meer hoeft te dragen! Om een beeld te schetsen waar we over spreken is dat een versnelde afschrijving groot afgerond € 5.000.000 een jaarlijkse besparing van afschrijvingslasten oplevert groot € 430.000. In deze meerjarenbegroting is met een dergelijke exercitie nog geen rekening gehouden. Belastingvoorstellen In het kader van de maatregelen om de meerjarenbegroting 2010-2013 structureel in evenwicht te brengen heeft de raad bij het prioriteringsdebat uitgesproken dat het opbrengstvolume van de onroerende-zaakbelastingen meerjarig extra dient te worden verhoogd. Voor de komende vier jaren wordt jaarlijks gerekend met een stijging 5%. Met klem wordt thans gesproken van het opbrengstvolume. De tarieven OZB voor woningen en niet-woningen zullen en kunnen thans niet aan uw raad worden voorgelegd. Volledig inzicht in de uitkomsten van de hertaxaties onroerende zaken is immers vereist


om de gepaste tarieven te kunnen berekenen. Jaarlijks vindt immers een herwaardering plaats. De uitkomsten hiervan zijn op zijn vroegst begin december van dit jaar bekend. Ten aanzien van de afvalstoffenheffing en het rioolrecht is wat betreft het opbrengstvolume de beleidslijn van 100% kostendekking doorgetrokken. Samengevat zijn in de begroting de volgende belastingvoorstellen verwerkt: 2009 2010 2011 ONROERENDE ZAAKBELASTING

2012

2013

5,0

5,0

5,0

€ 1,75

€ 1,84

€ 1,93

€ 2,16

0,0

5,0

5,0

5,0

Woningen

Eigenaar: % van de WOZ-waarde

0,1009%

Niet-woningen Gebruiker:% van 0,1557% de WOZ-waarde Eigenaar:% van 0,1933% de WOZ-waarde Stijgings-% 5,0 AFVALSTOFFENHEFFING Afvalstoffenheffing: - vastrecht € 146,10 tarief per lediging container; € 4,60 - 240 liter - 140 liter € 3,40 Stijgings-% 5,0 RIOOLRECHTEN Tarief per m3 € 1,75 verbruikt water Stijgings-% 13,3

Afhankelijk van uitkomsten herwaardering peildatum 1-1-2009 idem idem 5,0

€ 163,60 € 4,60 € 3,40 9,0

Gezuiverd resultaat Om het gezuiverde resultaat te bepalen dienen de toevoegingen en onttrekkingen aan bestemmingsreserves welke via de exploitatie lopen te worden geëlimineerd. Ondergezuiverd resultaat wordt verstaan een zuivere confrontatie tussen de baten en lasten in enig jaar die niet vertroebeld wordt door incidenteel gebruik van eigen vermogen (algemene reserve en bestemmingsreserves) evenals door incidentele lasten en baten.

Bedragen x 1 euro

2010 2011 2012 2013 158.000 285.000 168.000 106.000 Begrotingsresultaat voordelig voordelig voordelig nadelig (na resultaatbestemming) Begrote onttrekkingen aan 516.000 519.000 288.000 288.000 reserves (-/-) Incidentele baten 0 0 0 0 Begrote stortingen in reserves 77.000 78.000 79.000 80.000 (+) Incidentele lasten 26.000 23.000 0 17.000 255.000 133.000 41.000 297.000 Gezuiverd begrotingsresultaat nadelig nadelig nadelig nadelig (voor resultaatbestemming) Een specificatie van bovenstaande staat en het gezuiverde resultaat is opgenomen in bijlage 9 van dit boekwerk.


Bij de hoogte van het nu bekende begrotingstekort voor 2013, dient het volgende te worden aangetekend. Het jaar 2013 ligt 4 jaren voor ons, hoe verder de horizon van ons verwijderd ligt, hoe minder wij van de toekomst kunnen weten. De gegevens die aan de basis liggen van de laatste 2 jaarschijven van de meerjarenbegroting zijn dus minder betrouwbaar. Het is niet denkbeeldig dat er de komende jaren kostenstijgingen en nieuwe wensen ontstaan waarvan wij nu nog geen weet hebben of kunnen hebben en daarom in de huidige meerjarenbegroting niet zijn voorzien. In de aanbiedingsbrief hebben wij reeds aangestipt dat het Rijk geen helderheid verschaft voor de jaren na 2011. Forse bezuinigingen worden aangekondigd waarbij op geen enkel beleidsterrein een taboe zal rusten. Waakzaamheid is dus ten zeerste geboden!


4.2 TECHNISCHE UITGANGSPUNTEN (MEERJAREN)BEGROTING 2010-2013

RICHTLIJNEN SAMENSTELLING PROGRAMMABEGROTING 2010 EN MEERJARENRAMING 2011-2013 Algemeen Bij het samenstellen van de begroting 2010 en meerjarenraming 2011-2013 zijn de volgende technische uitgangspunten gehanteerd. Vertreksituatie Als vertrekpunt voor de te maken ramingen voor het tijdvak 2010-2013 wordt uitgegaan van de besluitvorming tot en met het prioriteringsdebat van 22 juni jl. en de 1e Financiële voortgangsrapportage 2009 incl. tussentijdse ontwikkelingen tot 1 augustus 2009. 1. Kerngegevens Bij het aantal inwoners gaan wij uit van een jaarlijkse daling met 30. Bij de woningbouw wordt vanaf 2010 de contingentering toegepast die uitgaat van een jaarlijkse stijging van het aantal woningen met 30. Jaar Inwoners Woonruimten 2010 15.709* 7.278** 2011 15.679 7.308 2012 15.649 7.338 2013 15.619 7.368 * Werkelijk aantal inwoners per 1-8-2009 ** Geraamd aantal woningen per 1-1-2009 incl. 56 stijging cf. contingentering t/m. 2009. 2. Prijspeil Voorziene prijsstijgingen De ramingen dienen te worden gebaseerd op het prijsniveau 2009. Prijsstijgingen die nu al bekend zijn (b.v. op basis van lopende contracten) dienen in de (meerjaren) ramingen te worden verwerkt. Op deze geformuleerde beleidslijn zijn de volgende nuanceringen aangebracht: • Voor de subsidiëring van lokale verenigingen wordt voor 2010 en verder een prijsindexpercentage van 0,5 aangehouden; • Voor de subsidiëring van professionele instellingen wordt het prijsindexpercentage van 3 aangehouden; • De gemeentelijke bijdragen in gemeenschappelijke regelingen mogen op basis van ervaringsgegevens (ontwikkelingen begrotingen voorgaande dienstjaren) worden geschat tenzij de begroting van de gemeenschappelijke regeling anderszins uitwijst. 3. Onvoorzien Onvoorziene prijsstijgingen Voor niet direct definieerbare prijsstijgingen wordt op concernniveau een stelpost Reserve Prijsstijgingen opgenomen. Deze is gebaseerd op het percentage voor algemene prijsontwikkeling dat door het rijk in de meicirculaire gemeentefonds 2009 wordt aangehouden, t.w. 0,5% voor 2010 en 2011 en 0% voor 2012 en 2013. Met de hierboven geschetste systematiek wordt het gehanteerde prijsniveau afgestemd op het niveau van de algemene uitkering. Onvoorziene uitgaven Hiervoor wordt een jaarlijks bedrag opgenomen van € 40.000. Dit bedrag lijkt gezien beschikbare ervaringsgegevens voldoende. 4. Personeelskosten De loonkosten voor 2010 en volgende jaren zijn gebaseerd op de te voorziene periodieken en de trendmatige loonkostenstijging (1,0% volgens de meicirculaire 2009) en op de vastgestelde formatieomvang per 1 januari 2010. Voor de jaren 2012 en 2013 is uitgegaan van de nullijn.


Loonkostenontwikkelingen die onderdeel zijn van de loonkosten van gesubsidieerde instellingen en waaraan een voor de gehele periode geldende CAO ten grondslag ligt, mogen in de ramingen worden verdisconteerd. De ervaring leert dat optredende vacatures later worden ingevuld. Vanuit die optiek zal in de begroting 2010 structureel rekening worden gehouden met een ervaringspercentage voor onderuitputting van 1,0% op de loonkosten hergeen overeenkomt met een bedrag van € 52.000. 5. Kapitaallasten Rentepercentages • voor nieuwe investeringen (vanaf 2010) geldt een rente van 4,0%; • voor bestaande investeringen (t/m 2009) gelden de in het verleden contractueel vastgestelde rentepercentages; • voor rente over het financieringstekort zal worden uitgegaan van een rente van 3,0%; • voor rente voor het gedeelte dat onder de kasgeldlimiet valt wordt bij opmaak van de begroting uitgegaan van het geldende geldmarkttarief; • ten aanzien van de kasgeldlimiet en consolidatie van geldleningen worden de voorschriften toegepast die voortvloeien uit de wet Fido (Wet Financiering Decentrale Overheden). 6. Onderuitputting Ten aanzien van nieuwe investeringen (Investeringsprogramma 2010-2013) wordt in het eerste jaar van investering alleen rekening gehouden met 50 % van de rentelasten. Voor afschrijvingen wordt in het eerste jaar geen bedrag geraamd. Bij bestaande investeringen wordt de onderuitputting afgeleid van de actuele stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van investeringsprojecten. 7. Taakstellende bezuinigingen In de nieuwe provinciale richtlijnen is er in principe geen norm meer voor een eventuele bezuinigingstaakstelling. Bezuinigingen die de raad heeft vastgesteld en geconcretiseerd zijn aanvaardbaar. In aanvulling hierop blijft de provincie de oude beleidslijn hanteren die de gemeenten de mogelijkheid biedt om maximaal 1% van het GUN (genormeerde uitgavenniveau) aan interne taakstellingen in de gemeentebegroting op te nemen zonder dat hieraan vooraf door de gemeente een duidelijke invulling is gegeven. Voor Nuth komt dit neer op een bedrag van globaal € 120.000. In de voorliggende begrotingscijfers schuilen nog in te lossen taakstellingen van € 145.000. 8. Belastingen en heffingen In de begroting 2010 is thans gerekend met de onderstaande belastingen- en heffingenopbrengsten: Onroerende-zaakbelasting Rioolrecht Afvalstoffenheffing Secretarieleges Leges bouwen en Wonen Toeristenbelasting Hondenbelasting Lijkbezorgingsrechten Totaal

€ 2.408.000 € 1.541.000 € 1.740.000 € 273.000 € 277.000 € 52.000 € 88.000 € 154.000 € 6.533.000

Onroerende-zaakbelastingen

De jaarlijkse verhoging is door de raad vastgesteld op 5%.

Afvalstoffenheffing

Uitgangspunt blijft volledige kostendekkendheid.

Rioolrechten

Uitgangspunt blijft volledige kostendekkendheid.


Lijkbezorgingsrechten

In het verleden is onderzocht hoe onze tarieven van de lijkbezorging zich verhielden met die van rondom ons liggende gemeenten. Dit heeft er toe geleid dat voor lange tijd deze tarieven ongemoeid zijn gelaten. Het afgelopen jaar heeft de raad onderkend dat op termijn 100% kostendekking de beleidslijn moet worden. Uit dat oogpunt is bij het prioriteringsdebat door de raad uitgesproken de tarieven jaarlijks met 5% te laten stijgen.

Hondenbelasting

De beleidslijn is om de tarieven hondenbelasting jaarlijks met 5% te verhogen. 1% extra stijging betekent € 800.

Toeristenbelasting

De beleidslijn is om het tarief toeristenbelasting de komende jaren te bevriezen. 9. Reserves en voorzieningen • De geactualiseerde nota Reserves en Voorzieningen die door de raad is vastgesteld in de vergadering van 29 september 2009 dient als kader voor het bepalen van de omvang van de reserves/voorzieningen en de mutaties hierin; • Onttrekkingen aan reserves zijn volgens de provinciale richtlijnen in principe incidentele baten. Dit geldt ook voor de algemene reserve. Indien sprake is van incidentele lasten is het wel toegestaan om de algemene reserve in te zetten waardoor de begroting voor dat betreffende jaar sluitend kan worden gemaakt; • Mutaties in de onderhoudsvoorzieningen dienen overeen te stemmen met de daaraan gekoppelde MOP’s (Meerjaren Onderhouds Programma’s). Het MOP gebouwenbeheer is in 2008 her-zien voor de periode 2007-2016 (raadsbesluit 1 juli 2008); • Onttrekkingen aan voorzieningen dienen met ingang van 2004 volgens het BBV (Besluit Begroting Verantwoording) rechtstreeks ten laste van de betreffende voorziening te worden gebracht en mogen niet meer via de exploitatie lopen. Algemene Reserve: In de nota Reserves en Voorzieningen 2009 heeft de raad het minimumniveau voor de Algemene Reserve bestendigd op € 2.400.000. Hiernaast heeft de raad een aantal duidelijke criteria geformuleerd die gelden als de algemene reserve wordt aangewend: • de uitgaaf annex investering is een rechtstreekse resultante van de vastgestelde strategische visie en • de uitgaaf annex investering is eenmalig en • de uitgaaf annex investering heeft een duurzaam karakter en een meerjarig maatschappelijk nut. 10. Activa De nota is door de raad in de vergadering van 5 juli 2005 vastgesteld en is de basis voor het te voeren financieel beleid ten aanzien van waardering en afschrijving van activa. Het Besluit Begroting Verantwoording 2004 ligt hieraan ten grondslag.


4.3 ALGEMENE UITKERING UIT HET GEMEENTEFONDS Grondslag In de thans voorliggende begroting is de informatie uit de meicirculaire 2009 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken bepalend. Financiële beeld Het beeld van het verloop van de algemene uitkering is naar aanleiding van de meicirculaire sterk verslechterd. Het vriendelijke beeld dat de septembercirculaire van 2008 weergaf is hiermee omgeslagen. In het Financieel Akkoord van 17 april jl. tussen Kabinet en VNG is o.a. overeengekomen dat vanwege de speciale omstandigheden – de wereldwijde financiële crisis - voor de jaren 2009, 2010 en 2011 afstand wordt gedaan van de “samen trap op en samen trap af” systematiek. Dit betekent dat de algemene uitkering voor die periode niet zal meebewegen met de groei van de (netto) rijksuitgaven. Dit geeft volgens de VNG en het Kabinet op de korte termijn meer rust en zekerheid voor de gemeenten. Er gaat gedurende twee jaar niets van af, maar er komt ook niets extra’s bij. In de septembercirculaire 2009 en de meicirculaire/septembercirculaire 2010 zullen wij daarom geen grote cijfermatige uitslagen hoeven te verwachten. Concrete nieuwe beleidskeuzes en bezuinigingen door het rijk zullen dan op zijn vroegst na de Tweede Kamer Verkiezingen (mei 2011) opkomen. Het leidt echter geen twijfel dat de medeoverheden gaan meedelen in hoe het kabinet het tekort van € 35 tot € 40 miljard gaat repareren. De VNG voorziet slechte tijden en verwacht dat de gemeenten daar een flinke klap van mee krijgen. De markante aspecten van de meicirculaire 2009 kunnen als volgt kort worden weergegeven: - de zeer sterke stijging van het aantal uitkeringsgerechtigden; - de sterk teruggelopen loon- en prijsontwikkeling; - er is sprake van een structurele achteruitgang; - voor de jaren 2012 en volgende jaren zijn gegeven de vele onzekerheden over de economie geen verdere financiële afspraken gemaakt. Effecten die de algemene uitkering indirect negatief bepalen zijn de demografische ontwikkelingen (bevolkingskrimp). Krimpgemeenten kunnen immers worden geconfronteerd met uitgaven waarvoor het gemeentefonds (of specifieke uitkeringen) niet adequaat meebeweegt. Bovendien zijn bestaande specifieke uitkeringen niet gericht op het fenomeen krimp. 4.4 VERMOGENSPOSITIE In het kader van een gezonde financiële positie zijn twee randvoorwaarden van belang. De eerste is het voeren van een gezond financieel beleid. Het tweede is het handhaven van een goede vermogenspositie om onverwachte situaties (lees: calamiteiten) het hoofd te kunnen bieden, zodat de gemeente Nuth in staat is haar activiteiten ook onder minder gunstige omstandigheden kan continueren zonder dat het voortzetten van de gemeentelijke taken in gevaar komt. Bij de vermogenspositie spelen de volgende factoren een rol: het geinvesteerde vermogen en de daarbij gebruikte financieringsstructuur; In de paragraaf financiering treft u de uiteenzetting hiervan incluis de toetsing aan de rijksnormen aan. de reserve- en voorzieningenpositie; Onlangs heeft de raad de geactualiseerde nota Reserves en Voorzieningen vastgesteld. Hierin zijn alle reserves en voorzieningen uitgebreid voor het voetlicht gebracht. In dit hoofdstuk wordt bericht op de geprognosticeerde ontwikkeling van de algemene reserve. de risicofactoren; In de paragraaf weerstandsvermogen wordt de weerstandscapaciteit gerelateerd aan de te onderkennen gemeentelijke risico’s. De weerstandscapaciteit betreft alle elementen waarmee tegenvallers eventueel kunnen worden bekostigd 4.4.1 Geïnvesteerd vermogen/financieringsstructuur Het geprognosticeerde geïnvesteerde vermogen per 1-1-2010 bedraagt op basis van de begroting


€ 43.269.000. Dit bedrag bestaat uit de geraamde boekwaardes van alle geactiveerde kapitaaluitgaven (vermogensbehoefte). De gemeente heeft dit bedrag op de volgende wijze gefinancierd (vermogensbronnen): • geraamd saldo per 1-1-2010 van de reserves en voorzieningen • geraamd saldo per 1-1-2010 van de langlopende leningen • geraamd financieringstekort per 1-1-2010 (saldo vermogensbronnen/- behoefte)

€ 11.358.000 € 23.585.000 € 8.326.000 € 43.269.000

Algemene reserve Bestemmingsreserves Voorzieningen

€ 2.689.000 € 7.393.000 € 1.276.000 € 11.358.000

totaal 4.4.2 Reserves en voorzieningen De geraamde samenstelling van de reserves en voorzieningen per 1 januari 2010 is als volgt:


Prognose van het verloop van de ALGEMENE RESERVE in de periode 2009-2013 (Door raad vastgestelde ondergrens 2.400.000)

Bedragen in euro Stand Algemene reserve per 1 januari 2009

ten laste -

ten bate +

saldo 2.320.000

Mutaties in 2009: 369.000

- geraamd voordelig saldo begroting 2009 t/m 1e Financiële Voortgangsrapportage 2009

Totaal

369.000

Saldo Algemene reserve per 1 januari 2010

2.689.000

Mutaties in 2010: - geraamd voordelig saldo begroting 2010

158.000

Totaal

158.000


2.847.000


285.000

Totaal

285.000


3.132.000


168.000

Totaal

168.000

Saldo Algemene reserve per 1 januari 2013 Mutaties in 2013: - geraamd nadelig saldo begroting 2013

3.300.000

106.000

Totaal

106.000

Saldo Algemene reserve per 31 december 2013


3.194.000

Hoofdstuk 5 Programma-informatie

5.1 Leeswijzer PROGRAMMA-INFORMATIE Programmanaam

In deze rubriek wordt onder ‘programmanaam’ de exacte naam van het programma vermeld.

Programmaomschrijving/reikwijdte

Deze rubriek geeft een beknopte omschrijving incluis reikwijdte van datgene wat onder het programma verstaan wordt. Bovendien wordt aangegeven welke ‘producten’ (voorlopig) onder een programma zijn gevoegd.

Ontwikkelingen/visie

In deze rubriek worden op hoofdlijnen de meest belangwekkende ontwikkelingen annex actiepunten beschreven van de te onderkennen programmaonderdelen (lees: toebedeelde producten).

Strategische visie

In deze rubriek wordt, daar waar van toepassing, expliciet naar voren gebracht bij welke taakvelden de geactualiseerde strategische visie een concrete inkleuring krijgt.

Beleidskaders/kaderstellende beleidsnota’s

Om programma’s te kunnen realiseren dient het college te kunnen beschikken over vastgestelde kaders en richtlijnen. Deze zullen immers de grenzen moeten aangeven waarbinnen het college mag opereren. Dit kunnen kaders zijn die door een hoger overheidsorgaan zijn opgelegd en/of door uw raad zijn vastgesteld. In deze rubriek wordt aangegeven welke beleidskaders voor een programma voorhanden zijn. De brondocumenten, die vermeld worden in de SMART-geformuleerde programmapunten worden in deze rubriek kort toegelicht. Tevens wordt aangegeven, indien van toepassing, welke relevante beleidsnota’s in ontwikkeling zijn.

Financiën (x € 1.000)

Rek. 2008

Begr. 2009

Begr. 2010

Begr. 2011

Begr. 2012

Startsaldi exploitatie programma Verwerkte programmapunten Subtotaal verwerkte programmapunten Totaal programma

In dit blok zijn per programma, de mutaties van de exploitatiecijfers (saldo baten en lasten) weergegeven. In de startsaldi exploitatie programma is opgenomen:

Aanvaard beleid; Bedrijfsvoering (onvermijdbaar/onuitstelbaar/onontkoombaar); (salarissen, vervanging p.c.’s, verstrekken paspoorten/rijbewijzen etc.); Kapitaallasten Investeringsprogramma’s. Hier wordt 1:1 aangegeven in hoeverre een programmapunt in de voorliggende begroting is opgenomen. In de Programmabegroting zal in de bijlagenset een overzicht worden opgenomen waarbij de ontwikkeling van de exploitatiesaldi binnen een programma, meerjarig per product wordt weergegeven. Bij een individueel programmapunt kan incidenteel het navolgende teken voorkomen: • “pm” ; dit betekent dat met de invulling cq uitvoering van een programmapunt zowel ambtelijke uren als overige (out-of-pocket) middelen mee gemoeid zijn maar dat thans niet is aan te geven hoe groot deze middelen zullen bedragen.

Programmabegroting 2010: Programma-informatie (hoofdstuk 5)

Begr. 2013

In dit boekwerk is het nieuwe programma 3. Breed Welzijn opgenomen. Dit programma is samengesteld uit 3. Welzijn, 4. Onderwijs en arbeidsparticipatie en 7. Cultuur. De bestaande programma’s zijn,voor zover nodig, voorzien van een nieuwe nummering.

Interne kosten Ten aanzien van de toewijzing van de interne kosten maken wij de volgende opmerkingen. De toewijzing van interne kosten is gebaseerd op globale indicaties m.b.t. urenverdeling. Tijdschrijven vindt niet plaats. Ten behoeve van de begroting 2010 is de urenverdeling geactualiseerd op basis van de geraamde bezetting en taakverdeling per 1 januari 2010. Voor diverse producten heeft dit geleid tot een (aanzienlijke) verschuiving in de interne kosten. Naast de voorgestane tijdelijke of structurele accentverschuivingen in de personele inzet dienen wij rekening te houden met verhoging van de overhead kosten die voortvloeien uit: • Absolute stijging nominale loonsom; • Absolute stijging overige apparaatskosten (o.a. automatisering). Wij willen u er op wijzen dat kostenstijgingen een zaak van de raad is maar dat de interne toerekening aan ons college is voorbehouden. In de paragraaf die volgt op de leeswijzer treft u de samenvatting van de baten en lasten 2010 van de programma’s en de algemene baten en lasten aan. In de lasten van de programma’s zitten de interne kosten verdisconteerd. In de volgende opsomming geven wij u een beeld over de hoogte van de interne kosten (bedragen zijn afgerond op 1.000-voud): Salariskosten Automatisering Overige kosten personeel en organisatie Huisvestingskosten Kosten facilitaire dienstverlening Totaal:

€ € € € € €

5.340.000 948.000 224.000 285.000 191.000 6.988.000

Investeringen/Projecten (bedragen x € 1.000) Productnummer/omschrijving

Totaal Dekking project

2010 2011 2012 2013

Totaal programma

Categorieën dekking: A. Algemene middelen B. Tarieven of huren C. Bijdragen derden (rijk e.a.) D. (Verkopen) Grondexploitatie E. Voorzieningen en/of reserves In deze rubriek worden de investeringen/projecten meerjarig inzichtelijk gemaakt. Middels een nummering wordt aangegeven op welk programmapunt(en) deze investeringen betrekking hebben. Dekking: In deze kolom is met behulp van een letteraanduiding aangegeven hoe de kosten van de investeringen/projecten worden gedekt.


5.2 SAMENVATTING LASTEN EN BATEN 2010 PROGRAMMA'S, ALGEMENE LASTEN EN BATEN EN GRIFFIE/REKENKAMER (na resultaatbestemming) Programma/product 1. Openbare orde, veiligheid en handhaving Openbare orde, veiligheid en handhaving

2. Economische zaken en werkgelegenheid Economische zaken en werkgelegenheid

3. Breed Welzijn (vh 3.-4.-7.) Asielzoekers en vluchtelingen Gezondheidszorg Gehandicaptenbeleid Integraal ouderenbeleid Jeugd en jongerenbeleid Kinderopvang/ peuterspeelzaalwerk Maatschappelijke dienstverlening Sociaal- cultureel werk Sport en recreatieve voorzieningen WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning) Bijzonder basisonderwijs Leerlingenvervoer Overige onderwijsvoorzieningen Volwasseneneducatie Monumenten Bibliotheekwerk Kunst en cultuur

4. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen (vh 5.) Bovenlokale projecten ruimt. ordening en vervoer Ruimtelijke ordening Volkshuisvesting Bouwgrondexpl./verspreid liggende gronden Bouw- en woningtoezicht Milieubeheer

5. Bereikbaarheid (vh 6.) CVV (Collectief Vraagafhankelijk Vervoersysteem)

6. Publieke Dienstverlening (vh 8.) Sociale zorg Burgerlijke stand en genealogie GBA (bevolkingsadministratie) Reisdocumenten en rijbewijzen Verkiezingen

Productnr.

LASTEN

BATEN

SALDO

2006

1.088.891 1.088.891

17.400 17.400

-1.071.491 -1.071.491

5302

506.917 506.917

0

-506.917 -506.917

6101 6104 6105 6106 6107 6108 6111 6113 6114 6118 6103 6110 6112 6115 5303 6102 6109

5301 5304 5305 5308 5401 5402

6116

6117 6201 6202 6203 6204

110.120 510.261 939.810 235.013 143.783 229.143 316.543 126.382 339.122 2.132.057 418.680 281.392 339.793 183.250 61.619 399.903 251.832 7.018.703

60.182 216.649

20.000 270 220.000

75.800 174.233

767.134

-49.938 -293.612 -939.810 -235.013 -143.783 -209.143 -316.543 -126.112 -339.122 -1.912.057 -418.680 -281.392 -263.993 -9.017 -61.619 -399.903 -251.832 -6.251.569

142.893 785.578 128.207 2.341.522 664.343 619.568 4.682.111

2.401.122

-142.893 -762.078 -125.077 -220.130 -411.243 -619.568 -2.280.989

342.672 342.672

0

-342.672 -342.672

23.500 3.130 2.121.392 253.100

7.542.923 194.046 255.176 216.617 86.275 8.295.037

6.288.864 20.000 22.500 230.000 6.561.364

-1.254.059 -174.046 -232.676 13.383 -86.275 -1.733.673

7. Beheer (vh 9.) Accommodaties/eigendommen Afvalinzameling Algemene begraafplaatsen Kadaster Groenvoorzieningen Riolen Wegen en verkeer Groene sportvelden

5104 5105 5106 5107 5201 5202 5203 5204

896.087 1.452.619 178.071 86.041 887.971 1.579.413 3.003.152 306.008 8.389.362

36.747 1.740.162 153.962 681 1.396 1.549.589 1.680.225 8.078 5.170.840

-859.340 287.543 -24.109 -85.360 -886.575 -29.824 -1.322.927 -297.930 -3.218.522

8. Bestuur en bedrijfsvoering (vh 10.) Bestuurlijke organisatie en samenwerking

2004

817.862 817.862

0

-817.862 -817.862

31.141.555

14.917.860 -16.223.695


TOTAAL PROGRAMMA'S (Bestuurlijk resultaat) In bijlage 7 en 8 is het meerjarig overzicht voor en na resultaatbestemming opgenomen. ALGEMENE LASTEN EN BATEN 1. Onvoorziene uitgaven 2. Algemene uitkering 3. Onderuitputting loonkosten 4. Reserves en voorzieningen 5. Reservering voor prijsstijgingen 6. Belasting roerende zaken 7. Hondenbelasting 8. Nog functioneel in te delen lasten 9. Saldo kostenplaatsen 10.Toeristenbelasting 11.Heffing en invordering gem. belastingen

LASTEN 140.000

8001 8002 8004 8005 8006 8007 8008 8009 8010 8012 8013

77.000 15.000 167.745 1.400 -135.364

BATEN 13.189.543 52.000 516.287 2.408.438 88.000 707.433 52.000

124.851

TOTAAL ALGEMENE LASTEN EN BATEN

390.632

GRIFFIE INCL REKENKAMERFUNCTIE

241.374

17.013.701

SALDO -140.000 13.189.543 52.000 439.287 -15.000 2.240.693 86.600 135.364 707.433 52.000 -124.851 16.623.069 -241.374

INZET MIDDELEN BEGROTING 2010 Het geraamde begrotingsresultaat (Bestuurlijk resultaat) voor 2010 bedraagt € 258.000 batig en is als volgt samengesteld:

Programma's Algemene lasten en baten Griffie incl. Rekenkamerfunctie TOTAAL

LASTEN 31.141.555 390.632 241.374 31.773.561

BATEN 14.917.860 17.013.701 0 31.931.561

SALDO -16.223.695 16.623.069 -241.374 158.000

Toelichting 1. Onvoorziene uitgaven Voor de reservering van opkomende onvoorziene structurele lasten is een bedrag van € 140.000 opgenomen. 2. Algemene uitkering Verwezen wordt naar de specificatie die als bijlage 2 in dit boekwerk is opgenomen. 3. Onderuitputting Onderuitputting loonkosten: 1,0%

€

52.000

Onderuitputting op kapitaallasten Inv. progr. 2010-2013: 100% op afschrijvingskosten en 50% op rentekosten in 1e jaar is functioneel binnen de programma's verwerkt 4. Reserves en voorzieningen Baten: Beschikking over Reserve reconstructie Diepestraat (20092018) Beschikking over Reserve dekking kap.lasten Kollenberg (2005-2022) Beschikking over Reserve rioolrechten (2009-2011) Beschikking over Reserve pensioenpremies (2010-2013)

Lasten Toevoeging aan Reserve advieskosten plankosten bestemmingsplannen Toevoeging aan Reserve vervanging speeltoestellen

€

15.000

€

173.287

€ € €

228.000 100.000 516.287

€ € €

40.000 37.000 77.000

5. Reservering voor prijsstijgingen Hiervoor is in 2010 een bedrag opgenomen van € 15.000. 6. Belasting onroerende zaken Aan lastenzijde worden de kosten verantwoord die voortvloeien uit de Wet Waardering Onroerende Zaken. Dit betreft de doorberekende interne loonkosten alsmede de exploitatiekosten die zijn gemoeid met de herwaardering van woningen en niet-woningen. Aan de batenzijde staat de nominale OZB- opbrengst verantwoord. De kosten van waardering onroerendgoed worden m.i.v. 2009 via de algemene uitlering ( € 78.000) vergoed. 7. Hondenbelasting Hier worden de controlekosten alsmede de opbrengst verantwoord.


8. Nog functioneel in te delen posten Betreft administratieve verzamelpost waarin enkele nog nader toe te rekenen posten zijn opgenomen. als volgt opgebouwd: 2010 2011 Taakstellende bezuiniging acccommodaties -100.000 -100.000 Doorberekening inflatie% in tarieven leges -25.000 -50.000 Projecten: kapitaallasten 2 brede scholen -10.364 214.323 Stelpost taakstelling i.r.t. samenwerking -75.000 -135.364 -10.677

Deze is 2012 -100.000 -75.000 439.011 -75.000 189.011

9. Saldo kostenplaatsen Op deze post wordt het financieringsresultaat en de verrekening van de saldi van de diverse hulpkostenplaatsen verantwoord. 10. Toeristenbelasting Opbrengst is gebaseerd op 44.000 overnachtingen x € 1,20 per persoon per nacht. 11. Heffing en invordering gemeentelijke belastingen Betreft doorberekende interne loonkosten van de vakafdeling incl. kosten van druk- en bindwerk, porto en bezorging.


2013 -100.000 -100.000 660.698 -75.000 385.698

Programma’s

Programma 1. Openbare orde, Veiligheid en Handhaving Programmaomschrijving/reikwijdte Openbare orde en Veiligheid staat voor het aanwezig zijn van een zekere mate van ordening en rust in het publieke domein en van bescherming van leven, gezondheid en goederen tegen acute of dreigende aantastingen alsmede de burgers het gevoel van veiligheid te geven; het gaat om de objectieve en subjectieve fysieke en sociale veiligheid binnen- en buitenshuis. Handhaving staat voor het handhaven van wetten, verordeningen en andere regels die door het bevoegde gezag zijn vastgesteld. In dit programma gaat het om de beleidsmatige aspecten van handhaving; de feitelijke uitvoering van handhaving van regels komt tot uitdrukking in de onderscheiden programma’s. Ontwikkelingen/visie Lange termijn ontwikkelingen veiligheid en handhaving: De volgende lange termijnontwikkelingen kunnen worden onderscheiden: 1. Schaalvergroting en schaalverdichting binnen de veiligheidsketen zoals de doorgevoerde regionalisering van de brandweerorganisatie op Zuid-Limburgse schaal en de vorming van de veiligheidsregio Zuid-Limburg. 2. De gemeenten moeten waakzaam blijven om inbreng in en controle op de politie- en brandweerorganisatie op een aanvaardbaar niveau te houden. 3. De georganiseerde criminaliteit vraagt om een integrale aanpak binnen de veiligheidsketen. 4. Wil de overheid geloofwaardig zijn en blijven dan is een systematisch handhavingsbeleid noodzakelijk, waartoe uiteraard ook de capaciteit beschikbaar moet zijn gesteld. De vastgestelde Handhavingsbeleidsnota fungeert hierbij als leidraad. Inhoudelijk: Binnen de beide programma-elementen kunnen de volgende inhoudelijke onderdelen, projecten c.q. trajecten worden onderscheiden. • Handhaving; bij handhaving gaat het om gezamenlijk op operationeel vlak uitvoeren van toezicht en handhaving in het kader van sociale en fysieke veiligheid buitenshuis. • Bevorderen integraal veiligheidsbeleid is een belangrijke taak van de gemeente, want de gemeente dient de regie te voeren over haar eigen veiligheidsbeleid, uiteraard in afstemming met de andere veiligheidspartners. Daarbij gaat het onder andere om rampbestrijding (oefeningen), brandweerzorg, politiezorg, handhaving en toezicht, regievoering huiselijk geweld, dierenwelzijnsbeleid, horecabeleid, prostitutiebeleid, toepassing APV en andere weten regelgeving ter bevordering van veiligheid. Deze regie voert de gemeente met de partners in het Platform Integrale Veiligheid. Samenwerking Partners zijn het rijk, provincie, Veiligheidsbestuur (politie, brandweer, GHOR, buurgemeenten) en O.M., maatschappelijke organisaties en –niet het minst belangrijk- de burgers van Nuth. Beleidskaders/kaderstellende nota’s Brondocumenten Handhavingsnota Strategische Visie

Vastgesteld op/door 22-4-2008 27-3-2007 door de raad

Datum bijstelling 2012 2011

Accenten raadsprogramma/thema’s Buiten toezicht en handhaving heeft de raad geen accent gelegd op een van de hier voren genoemde topics. Indien externe factoren daartoe onverhoopt aanleiding mochten geven zal door het rijk van de gemeente extra inzet worden gevraagd bij de aanpak van te verwachten problemen, bijvoorbeeld uitbraak van vogelpest, zware griepgolven en andere epidemische, danwel pandemische aandoeningen. Programmabegroting 2010: Programma-informatie ( programma 1)


Rek. 2008

Startsaldi exploitatie programma

-1.019

Begr. 2009 -1.069

Begr. 2010

Begr. 2011

Begr. 2012

Begr. 2013

-1.062

-1.046

-1.046

-1.053

1.8a. Bluswatervoorziening bedrijventerrein De Steeg

-2

-4

-4

-4

1.8b. Bluswatervoorziening Klein- en Groot Haasdal

-7

-29

-29

-29

-1.071

-1.079

-1.079

-1.086

Verwerkte programmapunten en ombuigingsmaatregelen

Totaal programma

-1.019

-1.074

Categorieën dekking: A. Algemene middelen B. Tarieven of huren C. Bijdragen derden (rijk e.a.) D. (Verkopen) Grondexploitatie E. Voorzieningen en/of reserves Lopende investeringsprogramma’s/projecten (bedragen x 1.000 euro)

Programmabegroting 2010: Programma-informatie ( programma 1)

Totaal project Dekking

Programma 2. Economische Zaken en Werkgelegenheid Programmaomschrijving/reikwijdte Het programma Economische Zaken en Werkgelegenheid omvat voor een belangrijk deel beleid ten aanzien van de economische structuurdragers en de economische ontwikkelingen inclusief de zorg voor werkgelegenheid binnen de gemeente. Gedacht kan hierbij worden aan beleid met betrekking tot het bedrijfsleven, het vestigingsklimaat voor bedrijven en ondernemingen, de ondernemersvereniging(en) en het functioneren van de bedrijventerreinen en het midden- en kleinbedrijf. Daarnaast is ook het beleid met betrekking tot recreatie en toerisme in dit programma ondergebracht en wel vanuit het besef, dat deze zaken direct economische gevolgen voor de gemeente hebben. Het programma omvat dus alle economische en economisch gerelateerde aspecten van het gemeentelijk productenspectrum. Afbakening: tot dit programma worden onder andere activiteiten gerekend die betrekking hebben op: 9 het tot ontwikkeling brengen van nieuwe bedrijventerreinen en kantoorlocaties; 9 het (re)vitaliseren van bestaande bedrijventerreinen; 9 activiteiten m.b.t. acquisitie en bedrijvigheid; 9 projecten voor optimalisatie van de dienstverlening aan het bedrijfsleven; 9 intensiveren van kennisoverdracht tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven en kennisinstellingen (netwerkvorming); 9 projecten gericht op toerisme; 9 (door)ontwikkeling winkelfunctie in de kernen; Productnummer Omschrijving 5302 Economische zaken Ontwikkelingen/visie Revitalisering Bedrijventerrein de Horsel Het doel van de revitalisering is te komen tot een duurzaam bedrijventerrein met een goed vestigingsmilieu. Zowel Rijk, provincie, gemeente en EU financieren dit project. De revitalisering heeft betrekking op: 1. herinrichting openbaar gebied; 2. ontwikkelen zichtlocatie A76; 3. parkmanagement. De gemeente steunt de doelstelling van revitalisering en vindt het belangrijk dit uit te voeren in nauwe samenwerking met de gevestigde ondernemers op het bedrijventerrein de Horsel. In 2006 is gestart met de uitvoering van het vastgesteld revitaliseringplan. De herinrichting van het openbaar gebied is uitgevoerd en de gemeente heeft in samenwerking met de Belangengroep de Horsel de Stichting Parkmanagement Nuth opgericht. Voor 2010 staat de wijziging van het bestemmingsplan en de ontwikkeling van de zichtlocatie langs de A76 op de rol. Keurmerk Veilig Ondernemen. Het doel van het Keurmerk Veilig Ondernemen is het opzetten van een duurzame samenwerking tussen ondernemers, politie, brandweer en gemeente op het gebied van veiligheid op een bedrijventerrein/winkelgebied. Het bedrijventerrein de Steeg in Schimmert is in 2008 gecertificeerd voor het “Keurmerk Veilig Ondernemen”. De knelpunten op het bedrijventerrein de Steeg betreffen: • beheer en onderhoud; • criminaliteitsbeheersing, incl. rommel en graffiti; • brandveiligheid en calamiteiten; • parkeergelegenheid en bereikbaarheid (incl. ontbreken van draaigelegenheid) voor vrachtwagens; • ontsluiting ten algemene, met bijbehorende bewegwijzering; • waterhuishouding; • problemen met riolering.


Partijen hebben een plan van aanpak opgesteld dat in 2010-2012 moet leiden tot reële oplossingen voor de veiligheid en fysieke leefomgeving. Een sleutelfunctie binnen dit proces krijgt de Stichting Parkmanagement Nuth. Toeristische ontwikkelingen Op 13 juli 2004 heeft u besloten dat het thema “paardentoerisme”, naast “wandel- en fietstoerisme” en “agro-toerisme” een van de drie speerpunten van het project “Toerisme” moet worden. Conform raadsbesluit van 24 april 2007 is gestart met het speerpunt “paarden” van de toeristische visie. Onze gemeente beschikt over een zevental professionele paardenbedrijven. Daarnaast zijn er nog tal van kleinere bedrijven actief op het gebied van paarden. Vanuit die sector is er veel animo om een actiever beleid te voeren ten aanzien van het paardentoerisme. Een werkgroep vanuit die sector heeft meegewerkt aan de totstandkoming van een ruiterroutenetwerk. Drie van de vier routes zijn aan elkaar “geknoopt”. Alleen de route in Vaesrade staat nu nog op zichzelf, dit in verband met veiligheid. Bij de totstandkoming van de routes hebben we met medewerking van de gemeenten Meerssen, Valkenburg aan de Geul, Voerendaal en Schinnen de routes grensoverschrijdend kunnen maken. Het is dan ook de bedoeling dat de aangrenzende gemeenten in de toekomst hun routes gaan koppelen aan die van ons. De coördinatie van de ruiter- en menroutes gebeurt door het Routebureau van de VVV. De aanleg van het routenetwerk heeft natuurlijk ook een positieve uitwerking voor ondernemers die met hun accommodatie een verblijf voor paard en ruiter kunnen aanbieden. Het volgende punt dat nu aandacht verdient, is het agro-toerisme. Er zijn veel boerderijen en andere locaties die een gedeelte van hun gebouw(en) aan willen passen voor het verblijf van mensen en/of paarden. Als gemeente begeleiden wij deze groep mensen en kijken met hen mee naar een goede en verantwoorde aanpassing van het gebouw. Op basis van de Strategische Visie dient het product toerisme in de markt gezet te worden. Wezenlijk onderdeel in dit traject is het realiseren van evenementen met uitstraling. Voor dit doel heeft de gemeente tesamen met het bedrijfsleven de Stichting Evenementen Nuth opgericht. Doel van deze stichting is om de gemeente via evenementen op de kaart te zetten en hiervoor de benodigde financiële middelen (sponsoring) te genereren. Voorts zal in het belang van het product de gemeente blijven overleggen met de in de sector toerisme intermediaire organisaties, evenals met belanghebbende ondernemers en verenigingen uit de gemeente. Dit om kennis en feedback te vergaren, maar ook om draagvlak te creëren voor de te ontwikkelen toeristische activiteiten. Samenwerking In het belang van de Nuthse economie wordt niet alleen samengewerkt met Rijk en Provincie maar ook met de buurgemeenten. Het economisch beleid heeft mede daardoor een sterk lokaal karakter. Om aansluiting te behouden met de economische belangen van Nuth in Zuid-Limburg/Euregio overleggen wij structureel met provincie, Kamer van Koophandel Zuid-Limburg, LIOF, Maecon NV en koepelorganisaties bedrijven (LWV, MKB-Limburg, VVV Zuid-Limburg, Horeca Nederland). Daarenboven zijn genoemde instanties bij economische projecten van onze gemeente betrokken. Beleidskaders/kaderstellende beleidsnota’s Op het economisch vlak is landelijke en provinciale regelgeving van toepassing (TIPP, provinciaal economisch beleid). Voor het product toerisme dient het raadsbesluit van 13 juli 2004 als beleidskader. Brondocument Strategische Visie Raadsbesluit toerisme Subsidieaanvraag 4e TIPP

Vastgesteld op /door 27-3-2007 door de Raad 13-07-2004 door de Raad 27-05-2003 door de Raad

Datum bijstelling 2011 n.v.t.



Rek. 2008


Begr. 2009

Begr. 2010

Begr. 2011

Begr. 2012

Begr. 2013

-423

-482

-507

-492

-486

-499

-423

-482

-507

-492

-486

-499

Verwerkte programmapunten

Totaal programma

Categorieën dekking: A. Algemene middelen B. Tarieven of huren C. Bijdragen derden (rijk e.a.) D. (Verkopen) Grondexploitatie E. Voorzieningen en/of reserves Lopende investeringsprogramma’s/projecten (bedragen x € 1.000) Productnummer/omschrijving


Totaal project

Dekking

Programma 3. Breed welzijn Programmaomschrijving/reikwijdte Welzijn is een breed begrip. Uit de onderstaande beleidsproducten kunt u opmaken dat sprake is van een grote diversiteit. Welzijn gaat niet over individuen. Gemeentelijk welzijn gaat altijd over groepen en dan ook nog over de randvoorwaarden. Primair zullen onze inwoners zelf moeten zorgen voor hun eigen welzijn. Niet alleen omdat dat een persoonlijke invulling vereist, maar ook omdat wij niet kunnen treden in individuele keuzes. Wij zorgen ervoor dat voorzieningen in algemene zin ten dienste staan aan onze inwoners, waarmee wij een vangnet creëren waarin zij kunnen terugvallen. Zo kunnen asielzoekers en vluchtelingen op ons rekenen als het gaat om inburgering en huisvesting. Openbare gezondheidszorg is voor iedereen toegankelijk en staat 24 uur per dag gereed. Als u minder valide bent, kunt u rekenen op steun om uw woning aan te passen of om een vervoermiddel te krijgen. Ouderen weten dat wij helpen met en via wijksteunpunten en dat zij kunnen kiezen uit diverse manieren van dagbesteding. Jeugd en jongeren moeten weten dat ook zij behoren tot onze gemeenschap en daarom zoeken wij contact met hen. Via maatschappelijk werk helpen wij mensen om hun weg terug te vinden in en naar onze gemeenschap. De gemeenschapszin en sociale cohesie stimuleren wij via het sociaal cultureel werk. Naast je normale dagbesteding moet je kunnen ontspannen, sporten en recreëren. Het is belangrijk dat inwoners mobiel zijn, omdat hun contacten anders verloren gaan. De mate waarin mensen gebruik maken van deze voorzieningen, is aan hen zelf. Ten dienste van de uitvoering van dit programma staan met name de producten: • 6101 Asielzoekers en Vluchtelingen • 6102 Bibliotheekwerk • 6103 Bijzonder Basisonderwijs • 6104 Gezondheidszorg • 6105 Gehandicaptenbeleid • 6106 Integraal Ouderenbeleid • 6107 Integraal Jeugdbeleid • 6108 Peuterspeelzaalbeleid • 6109 Kunst en Cultuur • 6110 Leerlingenvervoer • 6111 Maatschappelijke Dienstverlening • 6112 Overige Onderwijsvoorzieningen • 6113 Sociaal Cultureel Werk • 6114 Sport en Recreatieve Voorzieningen • 6115 Educatie • 6116 CVV-vervoersbeleid • 6117 Sociale Zorg • 6118 Wet Maatschappelijke Ondersteuning Ontwikkelingen/visie Vanaf 2010 hebben wij ervoor gekozen om één programma Breed Welzijn in te richten. De programma’s 4 (onderwijs en arbeidsparticipatie) en 7 (kunst en cultuur) zijn vervallen en ondergebracht bij programma 3 (breed welzijn). Daarvoor is gekozen omdat de beleidsterreinen van breed welzijn steeds meer met elkaar in verband worden gebracht. Integrale beleid is beter uit te voeren als sprake is van één programma waarop wij kunnen sturen en waaraan één budget is gekoppeld. Door min of meer de budgetschotten tussen de beleidsterreinen weg te halen, sturen wij op beleid en inhoud en niet zo zeer op beschikbare middelen. Daardoor kan de dienstverlening verbeteren. Het college blijft werken met de in een beheersbegroting opgenomen producten (zie boven) waaraan ook de afzonderlijke beleidsnota’s zijn gekoppeld. Binnen de kaders van de verschillende beleidsnota’s bestaan de budgetschotten nog wel, maar enkel om planning en control mogelijk te maken en niet om het beleid af te rekenen op middelen. Het beleid staat ten dienste aan de inwoners van onze gemeente en moet zo optimaal mogelijk worden ingezet om de dienstverlening naar wens te laten verlopen. Ook hebben wij gekozen voor het behoud van de verschillende beleidsnota’s, omdat het ondoenlijk is om één beleidsprogramma welzijn te schrijven. Het zou een onleesbare brei van beleidsdoelen worden, waarin uiteindelijk iedereen het overzicht kwijt raakt. Bovendien kunnen wij op die manier de specifieke kenmerken van een beleidsterrein beter tot zijn recht laten komen.


Het in juli 2009 vastgestelde WMO beleidsplan is een voorbeeld van een nota die kaders biedt om de verschillende beleidsnota’s vorm en inhoud te geven. In 2010 zullen wij binnen die context dan ook verder werken aan het actualiseren van de verschillende beleidsnota’s. Actualiseren betekent impliciet dat wij zullen terugkijken op het gevoerde beleid in de afgelopen jaren. Sinds enkele jaren bestaat voor breed welzijn een dekkend beleidskader, wat inhoud dat voor elk beleidsterrein een beleidskader is geschreven. Het dekkend beleidskader is nu in feite gegoten in één programma Breed welzijn en de verschillende beleidsnota’s zullen dwarsverbanden gaan leggen tussen de verschillende beleidsterreinen. In 2010 zal breed welzijn voor een aantal uitdagingen staan. De speerpunten van het WMObeleidsplan moeten vorm en inhoud krijgen en nieuwe taken die vanuit het Rijk worden overgeheveld zullen moeten worden opgepakt. Daarnaast zullen de voorbereidingen voor en invoering van het klantcontactcentrum (KCC) directe gevolgen hebben voor bureau welzijn. Waar nu nog sprake is van een samensmelting van front-, mid- en backoffice, zal in de toekomst een duidelijke scheiding worden aangebracht. Dat betekent dat nog meer eisen moeten worden gesteld aan beleidskaders en doelstellingen. Ook daarop zullen de beleidsnota’s worden voorbereid. Het jaar 2010 zal daarvoor een voorbereidingsjaar zijn. Eén van de grotere uitdagingen is ook het anticiperen op de vergrijzing en ontgroening van de inwoners van onze gemeente. In 2009 hebben wij een kadernota vastgesteld waarin wij onderkennen en erkennen dat vergrijzing en ontgroening voor onze gemeente een feit zijn. Uiteraard raakt dit alle beleidsterreinen van onze gemeente, maar met name ook binnen breed welzijn zullen wij ons moeten voorbereiden op veranderende wensen en behoeften van onze inwoners. De behoeften van 60plussers zijn (totaal) anders dan die van 0 tot 20-jarigen. De uitdaging zit erin om daarop goed en tijdig in te spelen. Bibliotheekwerk In 2006 hebben wij een visie op het bibliotheekwerk vastgesteld. Inmiddels hebben wij geconcludeerd dat die visie bijstelling behoeft, met name waar het gaat om het realiseren van bibliotheekvoorzieningen in de kernen. In 2010 zullen wij met name werken aan het implementeren van de nieuwe visie die einde 2009 / begin 2010 zal worden vastgesteld. Onderwijs In 2009 hebben wij de nota lokaal onderwijsbeleid geactualiseerd. In 2010 zal een begin worden gemaakt met het invoeren van het bijgestelde beleid. Belangrijkste punt is dat wij onderwijs nog meer projecteren als onderdeel van het integraal jeugdbeleid. Het centrum voor jeugd en gezin zal in 2010 vorm en inhoud krijgen (zie onder integraal jeugdbeleid) en dat is niet los te zien van de samenwerking met het onderwijs. Een en ander zal moeten worden ingebed in de ketenaanpak jeugd. De brede school in Schimmert is gebouwelijk gerealiseerd, maar nu moet verder gewerkt worden aan de inhoudelijke samenwerking. De voorbereidingen voor het realiseren van een brede school in Hulsberg zijn in volle gang. In 2010 zullen definitieve besluiten genomen moeten worden, opdat de daadwerkelijke bouw kan starten. Wij schatten in dat de school vanaf het schooljaar 2012/2013 operationeel kan zijn. In 2010 lopen de contracten voor leerlingenvervoer af. Een nieuwe Europese aanbesteding is reeds uitgezet en zal in maart of april 2010 worden afgerond. Naar verwachting zullen de kosten toenemen, hetgeen zijn weerslag zal krijgen vanaf de gemeentebegroting 2011. Over de kostenontwikkeling van het leerlingenvervoer maken wij ons zorgen. Wij zien een toenemende druk op het leerlingenvervoer, met name omdat steeds meer leerlingen vervoerd moeten worden. Het is een wettelijke verplichting en een open einderegeling en daardoor moeilijk beheersbaar. Wellicht dat wij in 2010 een raadsbrede discussie zullen moeten voeren om een eigen bijdrage voor leerlingenvervoer in te voeren. Het jaar 2010 zal ook in het teken staan van de voorbereidingen om vanaf 2011 maatschappelijke stages mogelijk te maken. De VO-scholen zullen moeten zorgen dat leerlingen een maatschappelijke stage volgen, maar van de gemeente wordt verwacht dat zij regie voert op het beschikbaar stellen van stageplekken door maatschappelijke organisaties. Wij gaan dat regionaal aanpakken. Gezondheidszorg Het lokaal gezondheidsbeleid zal in 2010 worden herbezien. Tot nu toe hebben wij prioriteit gegeven aan andere beleidsterreinen, omdat het gezondheidsbeleid voornamelijk is ondergebracht bij de GGDZL. Steeds meer taken op dit gebied nopen er evenwel toe dat de gemeente keuzes maakt en bijvoorbeeld vorm geeft aan het centrum voor jeugd- en gezin (CJG), zorgnetwerken, de verwijsindex en het


digitaal dossier jeugdgezondheidszorg (JGZ). Ook zal beleid geformuleerd worden op het gerichter afnemen van producten van de GGD-ZL, welke (nog) beter aansluiten op de behoeften van onze inwoners. Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Het WMO-beleidsplan is in juli 2009 vastgesteld. Daarin zijn de volgende speerpunten opgenomen: 1. Een sluitende ketenaanpak voor preventief jeugdbeleid realiseren. 2. Het zorgloket uitbouwen binnen de kaders van het werkdocument Wijksteunpunten gemeente Nuth; een verreikende verrijking. 3. Praktische ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers in onze gemeente. 4. Zorgen voor een goede communicatie over de WMO. Er is bewust gekozen voor een beperkt aantal speerpunten, omdat wij deze ook daadwerkelijk kunnen uitvoeren. De overige prestatievelden zullen bij de vaststelling van het volgende beleidsplan (in 2012) meer aandacht krijgen, wanneer de situatie van dat moment daartoe aanleiding geeft. De WMO is een complexe wet, die enerzijds veel opdrachten aan de gemeente en haar inwoners geeft, maar die anderzijds het reeds bestaande dekkende beleidskader van onze gemeente in een andere context plaatst. Wij maken ons zorgen over de beheersbaarheid van de WMO, zowel in beschikbare middelen als ook beleidsmatig. Budgettair komt een steeds grotere druk op de WMO te liggen en dan doelen wij met name op de voorzieningen (prestatieveld 6). Dit hangt niet in de laatste plaats samen met de vergrijzing en ontgroening (zie boven). Wij zullen in 2010 het beheersinstrumentarium optimaliseren opdat via betrouwbare en adequate managementinformatie duidelijk is hoe de ontwikkelingen zijn. Op basis daarvan zullen wij ons beleid moeten afstemmen. De contracten voor hulp bij het huishouden (HbH) worden door de zorgaanbieders als knellend ervaren. Inmiddels zijn landelijke cijfers bekend waaruit blijkt dat de prijs die wij per uur betalen voor zorgaanbieders onvoldoende is om kostendekkend te kunnen opereren. Hoewel wij van mening zijn dat hiermee impliciet wordt aangegeven dat de marktwerking die op deze markt had moeten ontstaan niet van de grond is gekomen, begrijpen wij dat bestaande CAO-verplichtingen niet van vandaag op morgen kunnen worden afgebouwd. Het brengt wel met zich mee dat wij wellicht in 2010 wederom worden geconfronteerd met een nieuwe Europese aanbesteding en dat de begrotingsmiddelen onvoldoende zullen blijken. Vanwege de ontmanteling van voorzieningen welke tot 1-1-2009 onder de AWBZ vielen (algemeen psycho-sociaal; OB-alg. ps) en tot 1-1-2010 onder de AWBZ vallen (ondersteunende begeleiding dag en persoonlijke verzorging; OB dag en PV), zullen wij in 2010 moeten besluiten of en zo ja in welke omvang wij deze voorzieningen willen blijven verstrekken. Integraal ouderenbeleid Het integraal ouderenbeleid zal begin 2010 worden bijgesteld. Zaken als vergrijzing, WMO, integrale aanpak, kanteling van zorg in verzorgingshuizen naar de wijk, etc. maakt dat wij een koerswijziging zullen doorvoeren. Wij werken aan een nieuwe aanpak, waardoor wij in een vroegtijdig stadium inwoners kunnen ondersteunen wanneer daar behoefte aan is. Via een netwerk dat wordt aangestuurd vanuit het zorgloket zullen wij dichter naar de burger toegaan, opdat zij de zorg niet meer hoeven op te zoeken, maar de zorg hen opzoekt. Het is één van de speerpunten van het WMO-beleid. Ook het speerpunt mantelzorg en vrijwilligersbeleid van het WMO-beleidsplan zal onderdeel uitmaken van dit beleid, waarbij dwarsverbanden liggen met het beleid voor sociaal cultureel werk. Integraal jeugdbeleid Uiterlijk in 2010 zal er ook in de gemeente Nuth sprake zijn van een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Door het realiseren van Centra voor Jeugd en Gezin komt er een op preventie gericht, laagdrempelig en geïntegreerd aanbod in de lokale jeugdketen. Het zal niet alleen een fysiek inlooppunt zijn waar ouders en jeugdigen terecht kunnen met allerhande vragen en problemen op het gebied van opvoeden, opgroeien en jeugdgezondheidszorg. Tevens zullen de inlooppunten toegang bieden tot een achterliggend netwerk, waar, op basis van sluitende afspraken, een geïntegreerd aanbod tot stand komt van in ieder geval de jeugdgezondheidszorg en opvoedondersteuning. In het kader van een sluitende ketenaanpak zullen wij ook gaan inzetten op een intensievere samenwerking met het onderwijs, de peuterspeelzaal en de jeugdgezondheidszorg. Daarbij behoort o.a. het aansluiten bij het Jeugd Preventie Plan Heerlen (JPP), het Veiligheidshuis en de verwijsindex.


Peuterspeelzaalwerk en kinderopvang In 2009 is hard gewerkt aan de voorbereidingen van de fusie van het peuterspeelzaalwerk en op het moment dat de tekst voor de begroting 2010 wordt geschreven ligt alles op schema. Als het goed is, zal vanaf 1 januari 2010 één bestuur fungeren voor het peuterspeelzaalwerk. Belangrijker nog is dat dan ook niveau 1 voor het peuterspeelzaalwerk (één professional en één vrijwilliger) haalbaar is voor alle peuterspeelzalen in onze gemeente. Daarmee kunnen wij de voorschoolse periode van de peuterspeelzaal verder intensiveren en een nog betere samenwerking met het onderwijs tot stand brengen. Als de plannen van het Rijk doorgaan om kinderopvang eveneens in dezelfde beleidslijn te laten meegaan, zullen wij dat in 2010 ook gaan oppakken. Dit zal samengaan met de evaluatie van het project ‘Moelejaan’ (VVE). Sportbeleid Lange tijd hebben wij een onderscheid gemaakt tussen sportbeleid en accommodatiebeleid. Strikt genomen hanteren wij dat onderscheid nog steeds, maar zonder accommodaties geen sport en omgekeerd. In 2009 heeft de raad besloten dat het accommodatiebeleid vorm en inhoud moet krijgen en dat zal in 2010 verder worden uitgewerkt. Het in 2007 vastgesteld sporten beweegbeleid zal daarop voortborduren. Sociale zorg Het aantal uitkeringsgerechtigden in onze gemeente is behoorlijk toegenomen, met name vanwege de economische recessie. Daarmee komt een grotere druk op de gemeentelijke middelen te staan en zullen meer inspanningen verricht moeten worden om mensen weer aan het werk te helpen. In 2010 verwachten wij de uitkomsten van het armoedeonderzoek, op basis waarvan wij het armoedebeleid kunnen bijstellen. Ook verwachten wij dat het Rijk besluit om schuldhulpverlening (SHV) voor een ieder toegankelijk te maken, waardoor de inkomensgrens van 120% die wij thans hanteren niet langer kan blijven bestaan. Ook dat zal ongetwijfeld een groter beslag leggen op gemeentelijke middelen. Het algemeen maatschappelijk werk (AMW) is en blijft de poortwachter voor SHV, maar wij zullen met KOMPAS overleggen op welke wijze de middelen voor SHV en armoedebestrijding beter met elkaar in verband kunnen worden gebracht. Dit zal onderdeel uitmaken van het nieuwe armoedebeleid. In het verlengde daarvan zal ook de inzet van het participatiebudget (de middelen voor educatie, re-integratie en inburgering zijn vanaf 2009 in dit budget samengebracht) onderdeel zijn van het overleg met KOMPAS. Al deze middelen worden namelijk ingezet door KOMPAS. Op 1 januari 2008 is de nieuwe Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) ingevoerd en vanaf 1 januari 2010 is als gevolg daarvan een nieuwe gemeenschappelijke regeling werkvoorzieningschap OZL (WOZL) in werking getreden. Vanaf die datum zal het WOZL enkel nog verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de WSW vanaf het moment dat SW-geïndiceerden vanaf de wachtlijst worden geplaatst in een SW-baan. Zolang deze mensen op de wachtlijst staan, zullen wij worden geactiveerd door de uitkeringsinstantie (sociale dienst of UWV Werkbedrijf). Samenwerking Samenwerking is van eminent belang voor het doen slagen van ons welzijnsbeleid. Als gemeente kunnen wij vele onderdelen niet zelfstandig regelen en dat is ook niet nodig. Maar het betekent wel dat wij duidelijke (beleids)doelen moeten stellen en dat wij meer van uitvoering naar regievoering en sturing moeten gaan. Voor breed welzijn lopen eigenlijk alle ketens richting de regio Parkstad Limburg en het is zaak dat deze ketens in stand blijven, in ieder geval zolang er geen adequaat alternatief is.


Beleidskaders/ kaderstellende beleidsnota’s Brondocumenten Peuterspeelzaalwerk Gemeente Nuth 2006 Speelruimtebeleid 2005-2025 Sport- en beweegbeleid Beleidsplan WMO Nota Integraal Ouderenbeleid 2001 Nota Sociaal Cultureel Werk Nota Vluchtelingenbeleid gemeente Nuth 2003 Openbaar vervoer in Limburg Integraal jeugdbeleid Nota Sociale Zorg Nota armoedebestrijding Lokaal gezondheidsbeleid 2007 Lokaal onderwijsbeleid 2004 Nota Kunst & Cultuur Beleidsnotie Bibliotheekbeleid Strategische Visie

Vastgesteld op/door 25 Oktober 2005 door de Raad

Datum bijstelling 2010

25 oktober 2005 door de Raad Blauwdruk 24 april 2007 door de Raad 14 juli 2009 door de Raad 22 mei 2001 door de Raad

2010 2010

7 februari 2005 door de Raad 16 december 2003 door de Raad 19 januari 2006 door de Provincie Limburg 19 februari 2002 door de Raad 15 maart 2005 door de Raad 26 sept. 2006 door de Raad 26 juni 2007 door de Raad 13 juli 2004 door de Raad 2 juni 2009 door de Raad 30 januari 2007 door de raad 27 maart 2007 door de raad

2009 2010

2012 2010

2015 2010 2010 2010 (onderdeel sociale zorg) 2010 2009 2013 2009 2011


Financiën (x € 1.000 euro)


Rek. 2008

-6.110

Begr. 2009 -6.402

Begr. 2010 -6.217

Begr. 2011

Begr. 2012

-6.254 -6.387

Begr. 2013 -6.470

Verwerkte programmapunten en ombuigingsmaatregelen 3.23 Gemeenschapshuisvoorziening Vaesrade (Inv. € 200.000) 3.24 Nota Kunst en Cultuur 3.25 Zorgnetwerk basisonderwijs

Totaal programma

-23 -12

-6.110

-6.402

-6.252

Lopende investeringsprogramma’s/projecten (bedragen x 1.000 euro)


-5 -23 -9

-15 -23 -9

-15 -23 -9

-6.291 -6.434

-6.517


Programma 4. Ruimtelijke Ordening en Wonen Programmaomschrijving/reikwijdte Het programma Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen omvat voor een belangrijk deel beleid ten aanzien van het ruimtegebruik in brede zin in de gemeente Nuth. Het gaat hierbij, beleidsmatig gesproken, om de zorg voor een goede ruimtelijke ordening van de gemeente met betrekking tot de componenten wonen, werken, recreëren, verkeer, bouwen, natuur en milieu en verder om de zorg voor een adequaat , evenwichtig en doelgroepengerelateerd volkshuisvestingsbeleid en de bij al deze aspecten behorende handhaving. Afbakening: tot dit programma worden onder andere activiteiten gerekend die betrekking hebben op: 9 projecten met betrekking tot nieuwbouw, renovatie, onttrekkingen; 9 projecten gericht op kwaliteitsverbetering van de woningbouw; 9 herstructureringsprojecten van woningen en woonwijken; 9 groen rond de woningen en in wijken; 9 stimuleren van een grotere diversiteit van de bewonerssamenstelling; 9 verhogen van het woongenot (verhouding koop- en huurwoningen, aanbod in woningtypes en (prijs)klasse, wonen in het centrum, wonen boven winkels, demografische samenstelling); 9 activiteiten gericht op duurzaamheid (milieu: energie, water, dubo, enz.). Productnummer 5301 5304 5305 5308 5401 5402

Omschrijving Bovenlokale Projecten RO Ruimtelijke ordening Volkshuisvesting Verspreid liggende gronden Bouw- en Woningtoezicht Milieubeheer

Ontwikkelingen/visie In de Strategische Visie van de gemeente Nuth is aangegeven in welke richting de gemeente zich wil ontwikkelen. Uitgangspunt hierbij is, dat het groene karakter van de gemeente ook haar basiskapitaal is. Het zorgt voor een aangenaam woon-, leef- en vestigingsklimaat. De bestendiging van het groene karakter (het basiskapitaal) dient duurzaam verzekerd te worden. Hierin dienen, economische motoren, als de bedrijventerreinen en de infrastructuur, verantwoord en evenwichtig te worden ingepast. Naast dit basiskapitaal dient er ook gezorgd te worden voor dynamische woongebieden, waarin mensen op een prettige manier kunnen wonen, opgroeien, recreëren, werken, verzorgd worden, etc. Ontwikkelingskaders Voor de 5 kernen zijn of worden een ontwikkelingskaders opgesteld. Deze kaders zijn op uitvoering gerichte documenten, waarin de ruimtelijke, economische en sociaalmaatschappelijke knelpunten in kaart worden gebracht en ontwikkelingsrichtingen voor de langere termijn worden aangegeven. Aan deze kaders wordt ook een uitvoeringsprogramma gekoppeld. Het ontwikkelingskader voor de kern Nuth wordt uitgewerkt in 2 projectplannen, te weten, het middengebied tussen markt en kerk, dat in 2010 zal worden afgerond en de ontwikkeling rondom verzorgingstehuis Op den Toren. Het ontwikkelingskader voor Schimmert richt zich met name op het behoud van maatschappelijke voorzieningen. Het kader wordt uitgewerkt in deelplannen voor het middengebied tussen Weidestraat en de speeltuin en het gebied rondom de basisschool. De uitwerking voor Hulsberg concentreert zich momenteel enerzijds op de herhuisvesting van een nieuwe brede school en anderzijds op de herinrichting van het bestaande sportcomplex van Hulsberg. De kaders voor Wijnandsrade en Vaesrade volgen nog.


Wet ruimtelijke ordening Met ingang van 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening van kracht geworden. Hierdoor is de vrijstellingsbevoegdheid vervallen en vervangen door een bestemmingsplanprocedure. Dat betekent dat ook voor verzoeken van beperkte omvang dus een zwaardere procedure is vereist. Dit tot gevolg dat de organisatie en de gemeenteraad extra belast worden. Daarbij gaat wringen dat op 1 oktober 2009 de “Wet dwangsom bij niet tijdig beslissen” in werking is getreden. Verzoeken om bestemmingwijziging overschrijden per definitie, gezien de vergaderfrequentie van de raad, de voorgeschreven beslistermijn. Per overschrijding is een maximale boete mogelijk van € 1.260. Met ingang van 1 januari 2010 zijn gemeenten verplicht bestemmingsplannen, projectbesluiten, structuurvisies, beheersverordeningen digitaal vast te stellen. De gemeente Nuth heeft inmiddels de vereiste software aangeschaft. Voor de burger maakt dit de zaken makkelijker omdat zij thuis achter de computer bestemmingsplannen etc. kunnen bekijken. Voor de organisatie is dit een extra belasting omdat de wet voorschrijft dat er analoge en digitale bestemmingsplannen moeten zijn. Dit maakt het proces niet eenvoudiger. Daarnaast moet de software applicatie ook beheerd worden. Dit beheer is een volledig nieuwe taak binnen VROM. De provincie Limburg is voornemens om een aantal bevoegdheden over te dragen aan de gemeente. Dit zijn een aantal regelingen zoals Bouwkavel op maat(BOM+), ruimte voor ruimte, rood voor groen, Verhandelbare ontwikkelingsrechten methode (VORm). Dit heeft tot gevolg dat gemeenten extra taken krijgen op het gebied van berekenen van financiële tegenprestaties en ontwikkelingen landschappelijk moeten gaan beoordelen. Nuth heeft deze capaciteit slechts beperkt in huis. De nieuwe Wet ruimtelijke ordening verplicht gemeenten ook tot het opstellen van Structuurvisies. Nuth heeft een structuurvisie op 14 juli jl. vastgesteld. Dit was een noodverband om aan de nieuwe wet te kunnen voldoen en zodoende kosten in rekening te kunnen brengen. Er dient echter een nieuwe inhoudelijk Structuurvisie te worden vastgesteld. Nuth wordt hier ook toe verplicht door de provincie in het kader van de genoemde bevoegdheidsoverdracht. Volkshuisvesting. Op basis van het provinciaal woonbeleid heeft de gemeenteraad op 7 februari 2006 de woonvisie gemeente Nuth “Wortels in het verleden, toekomst in bloei” vastgesteld. De woonvisie omvat een onderbouwde, selectieve en uitvoeringsgerichte beleidsopgave wonen voor de periode 2006-2010. Bovendien is een lijn voor de toekomst (periode 2011-2020) uitgezet, waarbij is beschreven hoe de gemeente hieraan uitvoering gaat geven. Op 9 juni jl. heeft de provincie het nieuwe woonbeleid bekendgemaakt in de vorm van de vastgestelde ontwerp-POL-aanvulling “Verstedelijking, gebiedsontwikkeling en kwaliteitsverbetering”. Deze POLaanvulling bevat een aantal beleidsaanpassingen, die zich concentreren rond drie nauw samenhangende thema’s: verstedelijking, gebiedsontwikkeling en kwaliteitsverbetering. • Verstedelijking: uit de bevolkingsprognose 2008-2040 is gebleken dat de bevolkingsdaling zich onverminderd voortzet. In Zuid-Limburg zelfs sterker dan eerder aangenomen. Er is een samenhangende aanpak vereist van de herstructurering en transformatie van de bestaande voorraad woon- en werkgebieden aan de ene kant en de ontwikkeling van nieuwe woningen aan de andere kant. • Gebiedsontwikkeling: in tal van adviezen zijn de provincies de afgelopen jaren opgeroepen hun rol als regisseur van gebiedsontwikkeling nadrukkelijk op te pakken. • Kwaliteitsverbetering: de provincie heeft de afgelopen jaren een aantal nieuwe instrumenten ontwikkeld die ertoe bij dragen dat economische ontwikkelingen in het landelijk gebied gepaard gaan met het versterken van de omgevingskwaliteit. Dit instrumentarium wil de provincie samenbrengen in het Kwaliteitsmenu Limburg. Doorvertaling van dit nieuwe beleid zal na vaststelling plaatsvinden binnen regionale afspraken, waarvoor de gemeente Nuth wordt gerekend tot de woningmarkt Parkstad Limburg. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Omgevingsvergunning) Per 1 januari 2010 zal de "Wet algemene bepalingen omgevingsrecht" (Wabo) in werking treden. Deze wet moet leiden tot één bevoegd gezag, één procedure en één loket voor burgers en bedrijven om


door middel van één (digitaal) formulier, één geïntegreerde vergunning aan te vragen voor één of meerdere activiteiten die betrekking hebben op de fysieke leefomgeving. Daarnaast dient er onder de Wabo sprake te zijn van nog maar één rechtsbeschermingprocedure en één toezichthouder/handhaver. De minister van VROM wil zoveel mogelijk locatiegebonden vergunningen, ontheffingen, vrijstellingen en meldingen op het gebied van bouwen, wonen, monumenten, ruimte, natuur, milieu en water opnemen in de omgevingsvergunning. Het gaat hierbij om toestemmingen die momenteel nog allemaal hun eigen (toets)criteria, procedures, loketten, afhandelingtermijnen, leges, toezichthouders en dergelijke kennen. In 2008 is reeds door het college een projectplan hieromtrent vastgesteld. Dit project maakt onderdeel uit van het programma “Vraaggerichte Dienstverlening” (VDN). In de paragraaf “bedrijfsvoering” wordt hier nader op ingegaan. In het kader van de invoering van de Wabo is ook meer duidelijkheid ontstaan over organisatie en inrichting van zogenaamde omgevingsdiensten c.q. uitvoeringsorganisaties. Kort samengevat, zal vóór 1 januari 2010 per provincie een besluit dienen te worden genomen over aantal en schaal van deze uitvoeringsorganisaties alsook de juridische vorm waarin die gestalte zullen gaan krijgen. De gemeenschappelijke regelingen waarbij de uitvoeringsorganisaties als openbaar lichaam of in een andere vorm zullen worden ingesteld, dienen uiterlijk op 1 januari 2011 te worden getroffen. De regionale uitvoeringsorganisaties dienen vanaf 1 januari 2012 operationeel te zijn. De organisatorische, personele en financiële consequenties van een en ander zijn nog onduidelijk. In 2010 moet hier meer duidelijkheid over ontstaan. Samenwerking Inmiddels is een aantal samenwerkingsinitiatieven operationeel. Zo is de Intergemeentelijke Milieudienst Beek-Nuth-Stein sedert 1 mei 2005 actueel en werken we ook al geruime tijd samen in de commissie Ruimtelijke Kwaliteit samen met Voerendaal, Simpelveld en Onderbanken. Deze commmissie wordt vanaf 1 oktober 2008 vormgegeven door een dorpsbouwmeester.


Beleidskaders/ kaderstellende beleidsnota’s Er zijn diverse lokale, maar ook provinciale en rijksnota’s waar binnen de onderwerpelijke taakvelden nadrukkelijk rekening gehouden dient te worden. Genoemd kunnen worden: Brondocumenten Bouwbeleids-(handhavings-) plan Woonvisie Provinciaal Omgevingsplan Limburg Bouwbesluit Bouwverordening Milieuprogramma IMD BeekNuth-Stein Landinrichtingsplan Nota Ruimtelijke Kwaliteit Strategische Visie

Vastgesteld op/door 22-4-2008 door de Raad 7-2-2006 door de Raad 29-6-2001 door Provinciale Staten 2003 door het Ministerie 5 juli 2005 door de raad jaarlijks 27-7-1999 door het College 14-5-2004 door de raad 27-03-2007 door de Raad

Datum bijstelling 2012 2010 Voortdurende bijstelling, laatste bijstelling mei 2009 Voortdurende bijstelling Jaarlijks jaarlijks 2011 2011



Rek. 2008

Begr. 2009

Begr. 2010

Begr. 2011

Begr. 2012

Begr. 2013


-1.314

-2.256

-2.281

-2.223

-2.223

-2.277

Totaal programma

-1.314

-2.256

-2.281

-2.223

-2.223

-2.277

Categorieën dekking: A. Algemene middelen B. Tarieven of huren C. Bijdragen derden (rijk e.a.) D. (Verkopen) Grondexploitatie E. Voorzieningen en/of reserves Lopende investeringsprogramma’s/projecten (bedragen x € 1.000) Productnummer/omschrijving


Totaal project

Dekking

Programma 5. Bereikbaarheid Programmaomschrijving/ reikwijdte Definitie: Het programma bereikbaarheid omvat alle activiteiten die op enige wijze invloed hebben op de mogelijkheden en de manier van verplaatsen van personen en goederen via de openbare weg. Taakvelden: Het programma bereikbaarheid omvat een aantal taakvelden c.q. delen van deze taakvelden. De taakvelden zijn: • Wegen en verkeer: deel van het taakveld met betrekking tot verkeer en dan met name die taken die structurele of tijdelijke wijzigingen voor verkeersdeelnemers inhouden. Hierbij moet met name gedacht worden aan (tijdelijke) verkeersmaatregelen middels verkeersbesluiten en toestemmingen voor het (tijdelijk) gebruik van de openbare weg; • Mobiliteit: gemeentelijk mobiliteitsbeleid, regionaal, provinciaal en landelijk beleid en afstemming van deze beleidszaken op elkaar; • Verkeersveiligheid: het vaststellen, evalueren en actualiseren van gemeentelijk verkeersveiligheidsbeleid. Het Verkeersveiligheidsplan (VVP) is het medium om dit vast te leggen; • Uitvoeren structurele verkeersmaatregelen volgens het mobiliteitsbeleid en het VVP; • (Boven)regionale projecten op het gebied van verkeersinfrastructuur: voorbeelden hiervan zijn de buitenring Parkstad Limburg en de plannen van Rijkswaterstaat voor aanpassing van de A76; • Openbaar vervoer: middels de hiervoor openstaande kanalen zorgdragen voor een adequaat systeem van openbaar vervoer; • Personenvervoer op maat: middels Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) voorzien in de vervoersbehoefte van inwoners, dit in aanvulling op openbaar vervoer; Producten: Ten dienste van de uitvoering van dit programma staan de producten. Productnummer Omschrijving 5203 Wegen en verkeer (VVP) 6116 CVV vervoersbeleid Strategische Visie Een goede bereikbaarheid is voor alle aspecten die in de strategische visie omschreven zijn van belang. Dit geldt in versterkte mate voor de deelaspecten “economisch kapitaal” en “sociaal cultureel kapitaal”. Ontwikkelingen/visie

Buitenring/A76

Er is een convenant gesloten met de 6 betrokken gemeenten op wiens grondgebied de buitenring wordt aangelegd en met de regio Parkstad Limburg en Provincie Limburg. Bij het sluiten van het convenant op basis waarvan Nuth haar medewerking aan de realisatie van de buitenring heeft toegezegd is een drietal “lokale voorwaarden” gesteld. Deze voorwaarden zijn: 1. Voor de Buitenring en de Binnenring worden door de gemeente Nuth geen middelen beschikbaar gesteld; 2. Met betrekking tot het tracé van de toekomstige Buitenring zal door de gemeente Nuth worden gekozen voor het huidig (randweg)tracé voor wat betreft de aansluiting op de A76; 3. Voorwaarde voor Nuth voor de realisatie van de Buitenring is dat de aansluiting van de Buitenring bij Nuth (aansluiting N298 op A76 in het kader van de Trajectnota A2/A76) – inclusief een oplossing voor een adequate afwikkeling van het verkeer op het lokale wegennet, dient te zijn gerealiseerd alvorens de overige onderdelen van de Buitenring worden opengesteld voor het verkeer.


De Raad heeft besloten de voorwaarden 1. en 3. onverkort te handhaven en voorwaarde 2. vooralsnog in te trekken onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat voldaan wordt aan een zestal, randvoorwaarden. Indien niet aan deze voorwaarden voldaan wordt zal de Raad alsnog zijn eerdere voorwaarde, nl. dat gekozen wordt voor het huidig (randweg)tracé, handhaven. De randvoorwaarden die de Raad stelt voor de medewerking aan het Voorkeurstracé zijn: 1. de buitenring moet verdiept langs de kern Vaesrade lopen om visuele hinder en geluidhinder te voorkomen c.q. verminderen; 2. de langshelling van de weg dient zo vlak als mogelijk te zijn (geluidniveau van met name vrachtverkeer verminderen); 3. er dient een doorgang vanuit de Rozenstraat naar de Randweg te Hoensbroek te komen; 4. het langzaam verkeer (voetgangers, (brom)fietsers, landbouwvoertuigen, paarden) dient een goede ontsluiting van en naar de kern Nuth te hebben; 5. de ontsluiting van de kern Vaesrade op de buitenring moet verder geoptimaliseerd worden; 6. er mag geen sprake zijn van toename van sluipverkeer door de kern Vaesrade. Samenwerking Binnen het gemeentelijk Verkeersoverleg vindt voortdurend afstemming plaats over verkeersaangelegenheden. In regionaal verband gebeurt dit in het RMO (Regionaal Mobiliteit Overleg), verkeersoverleg Parkstad en incidenteel ook met provinciale en landelijke belangenorganisaties. Daarnaast is er intensieve samenwerking voor wat betreft het project “Buitenring/A76”. Beleidskaders/kaderstellende nota’s Brondocumenten Verkeersveiligheidsplan Provinciaal Omgevingsplan Limburg Strategische Visie

Vastgesteld op/door 27-06-2006 door de raad 29-6-2001 door Provinciale Staten 27-3-2007 door de raad

Datum bijstelling 2010 Voortdurende bijstelling, laatste bijstelling augustus 2008 2011



Rek. 2008


-1.517

Begr. 2009 -1.765

Begr. 2010

Begr. 2011

Begr. 2012

Begr. 2013

-343

-351

-361

-371

pm

pm

pm

pm

-343

-351

-361

-371

Verwerkte programmapunten Aansluiting A76 en Buitenring op lokaal netwerk Totaal programma

-1.517

-1.765

Met ingang van 2010 hebben wij het CVV en het VVP binnen dit programma gerubriceerd. Het (grote) restant van Wegen is overgeheveld naar programma 7. Beheer.

Categorieën dekking: A. Algemene middelen B. Tarieven of huren C. Bijdragen derden (rijk e.a.) D. (Verkopen) Grondexploitatie E. Voorzieningen en/of reserves Lopende Investeringsprogramma’s/Projecten (bedragen x € 1.000) Productnummer/omschrijving

2010

5203 Reconstructie wegen/weggedeelten in het kader van verkeersmaatregelen Totaal programma

2011


2012


2013



Totaal Dekking project 100

A

100

100

A

100 100

A

100

100 100

A

Programma 6. Publieke dienstverlening Programma-omschrijving/reikwijdte Bij het programma zijn de twee invalshoeken, inhoud en proces, van wezenlijk belang. Onderstaand worden de activiteiten vermeld die tot het programma horen. Dit betreft dus de inhoud. Naast de concrete activiteiten zijn er dagelijkse klantcontacten over de volle breedte van het gemeentelijke takenpakket die ook onder de noemer van publieke dienstverlening vallen. In ruime zin zouden we kunnen spreken van alle klantcontacten. Hierdoor komt dan b.v. ook de servicelijn voor klachten en meldingen in beeld. De inhoud van de dienstverlening dient aan kwaliteitseisen te voldoen die we zelf bepalen en deels door externen (wetgeving of hogere overheden) aan ons wordt opgelegd. Afbakening: tot dit programma worden onder andere activiteiten gerekend die betrekking hebben op: 9 afgifte paspoorten en rijbewijzen; 9 afgeven van vergunningen (milieu, bouw, brandweer, enz.); 9 voltrekken huwelijken; 9 structurele taken welzijn, werkgelegenheid; 9 gemeentelijke belastingen/heffingen en invordering. 9 uitvoering Wet WOZ. Productnummer 6117 6201 6202 6203 6204 3201

Omschrijving Sociale Zorg (programma inkomen) Burgerlijke stand & Genealogie GBA (bevolkingsadministratie) Reisdocumenten & rijbewijzen Verkiezingen Automatisering/digitaal loket


Vraaggerichte Dienstverlening Nuth

Voorbereidingen zijn getroffen om te komen tot een nieuwe impuls in het kader van de dienstverlening. Wij zijn gestart met de ontwikkeling van een methode om te komen tot een geïntegreerde aanpak van een aantal projecten dat allemaal te maken heeft met transparante, burgergerichte en elektronische dienstverlening. Hiertoe is aansluiting gezocht bij het landelijke project EGEM-i. Het EGEM-i programma van de gemeente Nuth heeft als naam “Vraaggerichte Dienstverlening Nuth” (VDN) meegekregen. Door gezamenlijke uitvoering van het programma VDN werken we samen aan een basis die ons als organisatie in staat stelt om samen een verbeterslag te maken (kwaliteitsverbetering te realiseren), die noodzakelijk is om te komen tot verbetering van de dienstverlening. Het programma VDN is als het ware de paraplu waaronder een groot aantal projecten wordt ingevuld. In die zin komt VDN er ook niet alleen maar bij; het is een verbinding tussen lopende zaken die beoogt het inzicht, de afstemming en dus de synergie te vergroten. Wij verwijzen naar de paragraaf bedrijfsvoering alsmede naar de opgestelde managementsamenvatting van dit traject voor diepgaandere informatie.

GBA (bevolkingsadministratie)

Er zal verder worden gewerkt aan de invoering van de GBA tot de basisregistratie van persoonsgegevens voor de gehele overheid. Dit in het kader van de Modernisering van de GBA. Het berichtenverkeer wordt aan de afnemers overgenomen door GBA-Verstrekkingen. Gemeenten hoeven dan ook geen selecties meer te draaien voor de afnemers. Wel blijven gemeenten berichten versturen aan GBAVerstrekkingen om dat bestand actueel te houden.

Reisdocumenten & rijbewijzen

De ‘vingerscan’ wordt ingevoerd bij aanvragen voor reisdocumenten. Dit vereist invoering van nieuwe apparatuur en software bij het loket van Burgerzaken. Ook zullen bestaande werkwijzen en procedures Programmabegroting 2010: Programma-informatie (programma 6)

aangepast moeten worden. Bovendien is wel al duidelijk dat hierdoor voor de burgers langere wachttijden zullen ontstaan (scannen wijsvinger linker- en rechterhand, bij afhalen nogmaals scannen). Beleidskaders/kaderstellende beleidsnota’s Brondocumenten Dienstverleningsconcept Strategische visie gemeente Nuth ICT-beleidsplan 2005 Nota “Andere overheid”

Vastgesteld op/door 12-06-2001 door het College 27-3-2007 door de Raad 08-11-2005 door de Raad

Datum bijstelling 2015 2011 2010 n.v.t.

Programmabegroting 2010: Programma-informatie (programma 6)

Financiën (x € 1.000 euro)


Rek. 2008

Begr. 2009

Begr. 2010

Begr. 2011

Begr. 2012

Begr. 2013

-1.001

-1.603

-1.734

-1.844

-1.830

-1.737

-1.001

-1.603

-1.734

-1.844

-1.830

-1.737

Verwerkte programmapunten

Totaal programma

Het relatief lagere saldi van de Rekening 2008 kan worden verklaard doordat binnen het taakgebied Sociale Zorg in dat jaar onderuitputting is opgetreden.

Investeringen/Projecten (bedragen x 1.000 euro)

Programmabegroting 2010: Programma-informatie (programma 6)


Programma 7. Beheer Programmaomschrijving/reikwijdte Het programma beheer omvat alle activiteiten die betrekking hebben op beheer, onderhoud, in stand houden, reconstructie, vervanging en wijziging van de openbare ruimte en de gemeentelijke eigendommen. Taakvelden: Afbakening: tot dit programma worden onder andere activiteiten gerekend die betrekking hebben op: onderhoud ingevolge het gemeentelijk rioleringsplan, onderhoud groenvoorziening, onderhoud verkeersinstallaties/meubilair, onderhoud sportaccommodaties, onderhoud gemeentelijk opstallen en afvalverwerking. Producten: Bovenstaande taakvelden omvatten de volgende (onderdelen van) producten. 5104 Accommodaties 5105 Afvalinzameling 5106 Begraafplaatsen 5107 Kadaster 5201 Groenvoorzieningen 5202 Riolen 5203 Wegen en verkeer 5204 Groene sportvelden Strategische Visie Een goed beheerde openbare ruimte is voor alle aspecten die in de strategische visie omschreven zijn van belang. Goede en kwalitatief aan de maat zijnde voorzieningen maken het mogelijk dat met name de aspecten die bijdragen aan het sociaal economisch kapitaal ingevuld kunnen worden. Wij verwijzen naar de paragraaf ‘onderhoud kapitaalgoederen’ voor de specifieke aspecten van onze kapitaalgoederen. Onderstaand zijn de meest pregnante ontwikkelingen in casu aandachtspunten beschreven. Ontwikkelingen/visie

Wegbeheer

Eerder is de raad geïnformeerd over de aanwezige kwaliteit van de verharde wegen, trottoirs e.d. en de te verwachten kosten op korte en middellange termijn, op basis van een te kiezen kwaliteitsniveau. Dit heeft er in de besluitvorming destijds toe geleid dat een discrepantie optrad tussen de benodigde en beschikbare structurele middelen. Dit was voor de Provincie Limburg de aanleiding op bij het financieel Verdiepingsonderzoek te concluderen dat de gemeente Nuth vooralsnog niet voldoet aan de voorwaarden van de pilot modernisering toezicht. Onze opgave voor 2010 is om opnieuw het kwaliteitsniveau voor de te rehabiliteren wegen te beoordelen en daaraan afdoende de benodigde structurele middelen te koppelen.

Accommodatiebeleid

Een Task Force is ingesteld om een systematisch advies voor te bereiden over mogelijke maatschappelijke en financiële voordelen van clustering van sporten alle overige (gemeentelijke) accommodaties binnen onze gemeente. Clustering is geen doel op zich, maar het doel is om een goed accommodatiebeleid neer te zetten. Het advies dat de Task Force voorbereidt, wordt getoetst op de effecten van maatschappelijke / methodische vernieuwing; levensvatbaarheid van de betrokken woonkernen en verenigingen, alsmede de relevante financiële aspecten. De Task Force accommodatiebeleid zal adviseren over de mogelijkheden van herschikking van accommodaties met als doelstelling:

“te komen tot een maatschappelijk verantwoord en een door de gebruikers van de accommodaties zo breed mogelijk gedragen voorstel tot herschikking van accommodaties, met als doel deze efficiënter in te richten in aantal (strategisch) en beheer en exploitatie (tactisch)” De accommodaties moeten worden toegerust op een doelmatig en efficiënt gebruik door verenigingen van de toekomst, ook met het oog op de toekomstige demografische ontwikkelingen. De Task Force Programmabegroting 2010: Programma-informatie ( programma 7)

zal de verenigingen uiteraard betrekken bij de invulling van het advies. Een gericht advies kan de raad in 2010 tegemoet zien. Beleidskaders/ kaderstellende beleidsnota’s Brondocumenten Gemeentelijk Rioleringsplan Beleidsplan Openbare verlichting Afvalinzamelplan (Rd4gemeenten) Meerjarig Onderhoudsplan Gebouwen Beleid wegen Nota accommodatiebeleid Strategische Visie

Vastgesteld op/door 22 mei 2007 door de raad 19 februari 2002

2011 2010

Datum bijstelling

13 juli 2004 door de Raad

n.v.t.

1 juli 2008 door de raad

2012

27 mei 2008 door de raad in ontwikkeling 27-3-2007 door de raad

2010 2010 2011



Rek. 2008


-1.334

Begr. 2009 -1.344

Verwerkte programmapunten 9.39 Reconstructie Mgr. Brulsstraat 9.40 Hogere reservering openbare verlichting 9.41 Reconstructie De Kling Totaal programma

-1.334

-1.344

Begr. 2010

Begr. 2011

Begr. 2012

Begr. 2013

-3.174

-3.084

-2.761

-2.729

-2 -40

-7 -40

-7 -40

-7 -40

-3

-10

-10

-10

-3.219

-3.141

-2.818

-2.786

Met ingang van 2010 hebben wij het taakveld wegen (excl. VVP) van programma 5. Bereikbaarheid overgeheveld naar programma 7. Beheer.

Categorieën dekking: A. Algemene middelen B. Tarieven of huren C. Bijdragen derden (rijk e.a.) D. (Verkopen) Grondexploitatie E. Voorzieningen en/of reserves Lopende Investeringsprogramma’s/Projecten (bedragen x € 1.000) Productnummer/omschrijving

2010 5106 5202 5202 5203

Urnenbijzetting algemene begraafplaatsen Nuth, Hulsberg en Schimmert Milieu-investeringen riolen (projecten) Vervangingskosten rioolleidingen Reconstructie wegen en weggedeelten i.v.m. rioolwerkzaamheden Totaal programma

2011

5202 Milieu-investeringen riolen (projecten) 5202 Vervangingskosten rioolleidingen 5203 Reconstructie wegen en weggedeelten i.v.m. rioolwerkzaamheden Totaal programma

2012



Totaal project

Dekking

20 1.000 698 110 1.828

B B B A

1.000 698 110 1.808

B B A

1.000 698 110 1.808

B B A

2013



1.000 698 110 1.808

B B A

Programma 8. Bestuur en bedrijfsvoering Programma-omschrijving/reikwijdte Bedrijfsvoering houdt zich bezig met de vraag hoe het gemeentelijke bedrijf moet worden gerund. M.a.w. op een adequate wijze uitvoering geven aan de bestuurlijke, stafmatige en technisch ondersteunende taken van de gemeentelijke organisatie waardoor de externe diensten en producten zo optimaal mogelijk verleend kunnen worden. Afstemming bij beleidsvoorbereiding, -bepaling en, - uitvoering met de primaire taken is derhalve steeds van groot belang. Afbakening: tot dit programma worden onder andere activiteiten gerekend die betrekking hebben op: ♦ Juridisch ondersteunende dienstverlening. − Advisering en control m.b.t. juridisch beleid ♦ Bestuurlijk ondersteunende dienstverlening. − Advisering m.b.t. algemene bestuurlijke aangelegenheden (raad, raadscommissies, college, griffie en burgemeester) − Advisering over Euregionale en intergemeentelijke samenwerking − Advisering en control m.b.t. communicatie en PR-beleid; ♦ Financieel administratieve dienstverlening. − Advisering en control m.b.t. financieel beleid; ♦ Personele dienstverlening. − Advisering en control m.b.t. HRM-beleid; ♦ Organisatie ontwikkeling; − Advisering over strategische, beleidsmatige organisatieontwikkeling en organisatieontwikkelingsaspecten; ♦ ICT technische dienstverlening. − Advisering en control m.b.t. ICT-beleid; ♦ Facilitaire dienstverlening; Productnummer 2004

Omschrijving Bestuurl. Org. & Samenwerking


Regionale samenwerking

In de bedrijfsvoering wordt geregeld hoe de gemeentelijke organisatie haar opgaven (te leveren producten en dienst) kan realiseren. Diverse (bedrijfs)middelen worden ingezet om tot realisering van de doelen te komen. In voorkomende gevallen kan het zo zijn dat uitvoering op eigen kracht niet mogelijk is of om redenen van efficiency of kwaliteit niet gewenst is. Samenwerking met andere (overheids)partijen is dan het aangewezen middel om tot een optimale oplossing te komen. Het zal voor elke gemeente, ongeacht de grootte, noodzakelijk zijn om samen te werken. We hebben op diverse onderdelen lopende samenwerkingsverbanden van wisselende samenstelling en wisselende structuur. Hierbij blijft inhoud en te behalen doelen leidend en is de vorm van de samenwerking daaraan ondergeschikt. We blijven hierin actief en creatief opereren. Wij verwijzen naar de paragraaf ‘verbonden partijen’ waarin onze visie over samenwerking diepgaander is beschreven.

Organisatie-ontwikkeling

Onder invloed van nieuwe wettelijke taken die op de gemeente afkomen (BAG, WABO, WRO, dienstenrichtlijn) in casu het ingezette programma Vraaggerichte Dienstverlening (VDN) zal de organisatie voortdurend moeten meebewegen om de dienstverlening aan de klanten zo optimaal mogelijk te kunnen verlenen. (Meer) digitale verstrekking van producten, een versterking van de projectmatige aanpak van uitvoerende taken, meer interactie met belanghebbenden, meer regie en minder eigen uitvoering zijn voorbeelden van andere processen die moeten passen bij de ontwikkeling van de organisatie en de medewerkers. Om ook de gemeente Nuth in de toekomst als eerste overheid te kunnen laten functioneren is investeren in de aanwezige kwaliteit van wezenlijk belang. Gezien de vergrijzing en te verwachten krapte op de arbeidsmarkt zal dit aanvullende aandacht vergen.

Programmabegroting 2010: Programma-informatie (hoofdstuk 5, programma 8)

ICT technische dienstverlening

Informatievoorziening vervult een randvoorwaardelijke rol: de informatiehuishouding dient op orde te zijn. Dat geldt voor zowel de administratieve alsook de in samenhang weer te geven grafische gegevens (digitale kaarten, tekeningen en fotomateriaal). Vastgoedinformatievoorziening is cruciaal c.q onmisbaar voor vele andere beleidsterreinen. De gemeente wordt als bronhouder van een aantal landelijk verplichte basisregistraties verantwoordelijk (aansprakelijk) voor de kwaliteit van deze gegevens, het onderhoud en beheer van deze basisregistraties. Het betreft o.a. de basisregistraties adressen, gebouwen, personen en WOZ. Daarnaast wordt voor alle overheidsinstanties (dus ook voor de gemeenten) het gebruik van de overige landelijke basisregistraties (zoals het kadaster en het nieuw handelsregister) waarvan niet de gemeente, maar andere instanties bronhouder zijn, verplicht gesteld. Straks zijn alle overheidsinstanties verplicht aangesloten op een landelijke voorziening waaraan deze basisregistraties zijn gekoppeld en ontlenen zij hun informatie aan deze verplichte, landelijk vastgestelde basisregistraties. Inrichting, beheer en onderhoud van de landelijk verplichte basisregistraties vergt een fikse inspanning van de overheid / de gemeente Nuth. Beleidskaders/ kaderstellende beleidsnota’s Brondocumenten Dienstverleningsconcept Strategische visie gemeente Nuth ICT-beleidsplan 2005 Nota aanbestedingsbeleid Bestuurskrachtmonitor Businessplan ICT Parkstad Limburg 2006-2010 Businessplan ICT Heerlen 20082011 (vervangt Businessplan ICT Parkstad Limburg 20062010) Treasurystatuut Nota reserves en voorzieningen 2009 Coalitie-accoord 2008-2010

Vastgesteld op/door 08-09-2009 door het College 27-3-2007 door de Raad

2015 2011

Datum bijstelling

08-11-2005 door de Raad 22-4-2008 door de Raad 01-08-2009 07-04-2005

2010 2010 onbekend n.v.t.

Najaar 2007

14-07-2009 door de Raad 29-09-2009 door de Raad

2015 2015

23-09-2008

2010


Financiën (bedragen x € 1.000)


Rek. 2008 -488

Begr. 2009 -554

Begr. 2010

Begr. 2011

Begr. 2012

Begr. 2013

-831

-703

-549

-442

-272

-331

-371

-371

+75 +220 -10

+75 +83 -10

+75 -54 -10

+75 -188 -10

-818

-886

-909

-936

Verwerkte programmapunten 10.26 Intergemeentelijke samenwerking Besparing door aansluiting bij GBRD Parkstad Project Hulsberg Financiering Lokale omroep Totaal programma

-488

-554

De budgetruimte, die in deze begroting voor het project Hulsberg is opgenomen, is gerubriceerd als stelpost binnen het programma bedrijfsvoering. Als de formele kredietvotering van dit project door de raad heeft plaatsgevonden dan zal dit project zowel inhoudelijk als financieel-technisch worden gerubriceerd onder programma “beheer” waar al onze accommodaties zijn opgenomen. Categorieën dekking: A. Algemene middelen B. Tarieven of huren C. Bijdragen derden (rijk e.a.) D. (Verkopen) Grondexploitatie E. Voorzieningen en/of reserves Lopende investeringsprogramma’s/Projecten (bedragen x € 1.000) Productnummer/omschrijving


Totaal Dekking project

Algemene lasten en baten Omschrijving/reikwijdte Onder dit deze rubriek zijn de financiële producten (“halfproducten”) opgenomen. Deze hebben geen directe relatie met de 10 programma’s maar fungeren als het ware als de financiële brandstof voor die programma’s. Het betreft hier posten in de sfeer van algemene dekkingsmiddelen, belastingen en administratief- technische verrekeningen. Voorbeelden zijn de algemene uitkering gemeentefonds, onroerendgoedbelastingen en de stelposten loon- en prijsstijging. Ontwikkelingen/visie Voor nadere beleidsinhoudelijke- en financiële informatie verwijzen wij naar de uitgebreide toelichting in hoofdstuk 4 (Financiële beschouwingen), paragraaf 5.2 (specificatie algemene lasten en baten) en de diverse bijlagen. Financiën (x € 1.000)

Startsaldi exploitatie

Rek. 2008 +14.534

Begr. 2009 +15.775

Verwerkte programmapunten en amendementen Taakstelling algemeen (ingelost)

Totaal

+14.534

+15.775

Investeringen/Projecten (bedragen x 1.000 euro)

Begr. 2010

Begr. 2011

Begr. 2012

Begr. 2013

+16.545

+16.743

+16.457

+16.240

+78

+92

+92

+104

+16.623

+16.835

+16.549

+16.344


Niet van toepassing.

Programmabegroting 2010: Programma-informatie (hoofdstuk 5, algemene lasten en baten)

Hoofdstuk 6 Paragrafen

Inleiding paragrafen De paragrafen bij de begroting geven een dwarsdoorsnede van de financiële aspecten van de begroting die betrekking hebben op kaderstelling voor het beheer. Mogelijk ook is hun financiële impact of politieke betekenis groot, of zijn ze van belang voor de realisatie van de programma’s. Gegeven het belang van de betrokken onderwerpen en vanwege het feit dat de raad in een gedualiseerd stelsel kaders stelt en controleert, is het van belang dat de raad een overzicht heeft om de kaderstellende en controlerende taak uit te voeren. Daartoe dienen de paragrafen. Programma’s zijn direct gericht op de burger. De politieke verantwoordelijkheid van het college is primair gericht op de programma’s. De paragrafen zijn indirect gericht op de burger. De in de paragrafen opgenomen aandachtsvelden zijn bedoeld ter ondersteuning en als kader voor het beheer en de uitvoering van de programma’s. Het gaat bij de paragrafen vooral om zaken waarbij gemeenten te zeer verschillen om standaardnormen verplichtend op te leggen. Transparantie is echter essentieel voor de raad zelf, maar ook voor de burgers en de toezichthouders. Om voldoende transparantie te krijgen is het van belang dat de raad zelf aangeeft binnen welke grenzen het college mag handelen. Zeven paragrafen worden verplicht gesteld. Alle paragrafen zijn ieder op hun manier van belang voor het inzicht in de financiële positie. In het kort bevatten deze paragrafen de volgende informatie: a. Lokale heffingen In deze paragraaf wordt gerapporteerd over de gemeentelijke heffingen in totaliteit. Heffingen met een specifiek doel evenals heffingen waarvan de besteding niet is gebonden worden hierin opgenomen. Bovendien wordt de ontwikkeling van de lokale lastendruk weergegeven. b. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen is de weerstandscapaciteit in relatie tot de risico’s. De weerstandscapaciteit betreft alle elementen waarmee tegenvallers eventueel bekostigd kunnen worden. c. Onderhoud kapitaalgoederen Deze paragraaf behandelt het onderhoudsniveau en de kosten van wegen, rioleringen, gebouwen en groen. Onderhoud van kapitaalgoederen beslaat een substantieel deel van de begroting. Een goed overzicht is daarom van belang voor een juist inzicht in de financiële positie. d. Financiering Het doel van deze paragraaf is het beheersen van risico’s op het terrein van de treasury. e. Bedrijfsvoering Deze paragraaf dient inzicht te verschaffen in de stand van zaken en de beleidsvoornemens over de bedrijfsvoering. Een en ander met het oog op het uitvoeren van programma’s in het programmaplan. f. Verbonden partijen Verbonden partijen zijn een manier om een bepaalde beleidsvoornemen uit te voeren. Het aangaan van samenwerking komt altijd voort uit het publieke belang. Gezien de veelheid aan verbonden partijen en hun financiële en bestuurlijke belang is het voor de raad belangrijk dat de relatie tussen het publieke belang en de verbonden partijen op hoofdlijnen wordt aangegeven. g. Grondbeleid De paragraaf grondbeleid geeft de visie op het grondbeleid in relatie tot de uitvoering van de doelstellingen zoals opgenomen in de programma’s. Via het grondbeleid kan een nadere invulling aan het uitvoeren van bepaalde beleidsvoornemens worden gegeven. Gezien het grote financiële belang van grondbeleid is het inzicht hierin wezenlijk.

Begroting 2010: Inleiding paragrafen (hoofdstuk 6)

a. Paragraaf lokale heffingen Het pakket van gemeentelijke belastingen en heffingen bestaat in de gemeente Nuth uit diverse heffingen welke gelegitimeerd worden door verordeningen die door de gemeenteraad ieder jaar opnieuw worden vastgesteld. Deze heffingen kunnen we verdelen in twee categorieën:

Belastingen

Heffingen die door de overheid dwangmatig worden opgelegd, zonder dat voor de belastingbetaler een individuele aanwijsbare prestatie tegenover staat. Belastingplichtigen hebben feitelijk geen keuzemogelijkheid.

Retributies

Betaling aan de overheid voor een door de overheid individueel geleverde specifieke overheidsprestatie. De retributie is gebaseerd op het profijtbeginsel (iemand die van de overheid profiteert, betaalt hiervoor een bijdrage). 100% kostendekkendheid is hieromtrent in principe het beleidsuitgangspunt. Algemeen

Waarom wordt er belasting geheven?

Een gemeente genereert geen winst zoals een private onderneming. De uitgaven welke de gemeente jaarlijks moet doen ten behoeve van het lokaal bestuur zoals het onderhouden en instandhouden van wegen, riolering, scholen, openbaar groen etc. worden voor een groot gedeelte gedekt uit ontvangsten van het Rijk in de vorm van de algemene uitkering. Omdat deze algemene uitkering niet de volledige uitgaven dekt, moet de gemeente zelf ook inkomsten genereren. Deze inkomsten komen tot stand door het heffen van belastingen, retributies en privaatrechtelijke heffingen.

Verschil algemene heffingen en specifieke heffingen

Bepaalde belastingen/heffingen mogen alleen opgelegd worden aan de burgers als er ook kosten worden gemaakt voor dit doel. Zo mag de afvalstoffenheffing geen hogere opbrengsten genereren dan de kosten die hiervoor worden gemaakt. Er zijn ook belastingen/heffingen die een algemeen karakter hebben. Dit soort belastingen/heffingen zijn qua hoogte en besteding niet voor een specifiek doel bestemd, maar dienen ter dekking van algemene uitgaven.

Totstandkoming van de tarieven

Jaarlijks worden bij het vaststellen van de begroting van het volgende begrotingsjaar de tarieven voor de belastingen/heffingen en retributies vastgesteld door de gemeenteraad. Per belasting/heffing is er een aparte verordening opgesteld met doel, grondslag en tarieven van de belasting/heffing. Ook deze verordeningen worden jaarlijks opnieuw door de gemeenteraad vastgesteld. Belastingmaatregelen In de ontwerpbegroting 2010 zijn de volgende belastingmaatregelen voorzien:

Onroerende-zaakbelastingen

In het kader van de maatregelen om de meerjarenbegroting 2010-2013 structureel in evenwicht te behouden heeft de raad bij het prioriteringsdebat onderkend dat het onder meer noodzakelijk is het opbrengstvolume van de onroerende-zaakbelastingen meerjarig extra te verhogen. Deze jaarlijkse verhoging is door de raad gelegd bij 5%. Met klem wordt thans gesproken van het opbrengstvolume. De tarieven OZB voor woningen en nietwoningen kunnen nu niet aan uw raad worden voorgelegd. Volledig inzicht in de uitkomsten van de hertaxaties onroerende zaken is immers vereist om de gepaste tarieven te kunnen berekenen. Vanaf 2007 vindt immers jaarlijkse een herwaardering plaats. De uitkomsten hiervan zijn op zijn vroegst begin december van dit jaar pas bekend. De OZB wordt vanaf 2009 berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. Tot nu toe werd gewerkt met eenheden van € 2.500. De nieuwe berekeningswijze zal laten zien dat de OZB slechts over een klein percentage wordt geheven.

Programmabegroting 2010: Paragraaf lokale heffingen

Met ingang van 2006 is de gebruikersbelasting op de woningen vervallen. Dit betekent dat na de afschaffing van de OZB-gebruikerswoningen nog drie OZB tarieven resteren. Met ingang van 2008 is de limitering van de OZB vervallen. Dit houdt in dat de maximering van de tarieven is geschrapt. Dit betekent meer beleidsvrijheid voor gemeenten. Wel is nog een macronorm ingesteld ter voorkoming van een onevenredige stijging van de collectieve lastendruk. Voor 2010 is deze macronorm gesteld op 4,32%.

Afvalstoffenheffing

Enkele jaren geleden zijn wij in samenwerking met de Rd4 gestart met het zogenoemde volumefrequentiesysteem. Hierbij wordt de afvalstoffenheffing gebaseerd op het aantal aanbiedingen per containervolume( lees: frequentie dat de container aan de straat wordt gezet). Beoogd wordt het (aanbied)gedrag van de burger te beïnvloeden door het invoeren van een financiële prikkel in de vorm van het deels variabel maken van de afvalstoffenheffing. Het komt er in het kort op neer dat de afvalstoffenheffing uit twee componenten bestaat. Te weten; 1. Vastrecht; De hoogte van het vastrecht heeft geen relatie met het afvalaanbod en wordt bij iedere belastingplichtige in rekening gebracht. 2. Een variabel deel; Een tarief per lediging (frequentie), rekening houdend met de grootte (volume) van de container, wordt bij belastingplichtigen in rekening gebracht. Oftewel afhankelijk van het aan tal keren dat een afvalcontainer wordt aangeboden. Het uitgangspunt bij de tariefberekeningen blijft onverkort 100% kostendekkendheid.

Rioolrechten

Met ingang van 1 januari 2008 hebben de gemeenten de zorgplicht voor de inzameling en verwerking van overtollig hemelwater en grondwater erbij gekregen. Gemeenten is daarbij de mogelijkheid geboden de kosten daarvoor te verhalen via een nieuwe rioolheffing. Met ingang van 2009 is onze verordening rioolrecht op dit rijkskader gebaseerd. Dit heeft niet geleid tot spectaculaire wijzigingen. De grondslag, te weten het m3-waterverbruik en de definitie van de belastingplichtige is hierdoor niet gewijzigd. Daarnaast blijft 100% kostendekking het uitgangspunt.

Bij de vaststelling van de jaarstukken 2007 is een zogenoemd ‘schommelfonds’ in het leven geroepen om de ontwikkeling van het rioolrecht te reguleren. Dit was conform de aanbeveling van de commissie BBV om de gerealiseerde resultaten riolering te muteren op een bestemmingsreserve ‘riolering’ waarmee inzicht wordt gegeven in de mate waarin de planning wordt gerealiseerd. In een eerder stadium hebben wij de raad bericht dat wij om uiteenlopende redenen kampen met een onderbezetting binnen het aandachtsgebied Openbare Werken. Dit heeft er toe geleid dat een aanzienlijke investeringsruimte voor rioleringsprojecten (GRP) nog niet concreet naar werken zijn toebedeeld. Een ontwikkeling is ingezet om de huidige afdelingen VROM en Openbare Werken te laten samensmelten waarbij wij de bezetting op dit aandachtsgebied weer op orde wensen te krijgen. Wij hebben tot doel gesteld dat wij in het 2e halfjaar van 2009 een concreet meerjaren uitvoeringsprogramma hieromtrent kunnen presenteren. Uit dat oogpunt stellen wij voor om voor het begrotingsjaar 2010 het tarief rioolheffing, te weten € 1,75 per m3- waterverbruik, niet te verhogen.

Lijkbezorgingsrechten

Om het taakveld ‘begraafplaatsen’ 100% kostendekkend te verkrijgen zou dit moeten betekenen dat de opbrengsten van de grafrechten met 25% moeten stijgen. Een dergelijke tariefsontwikkeling werd te fors geacht. Wij stellen voor in de meerjarenbegroting 2010-2013 te rekenen met een jaarlijkse verhoging van 5%. Dit is in lijn met de uitspraak die de raad bij het prioriteringsdebat in 2008 heeft gedaan.

Hondenbelasting

Evenals vorig jaar wordt voorgesteld de hondenbelasting jaarlijks met 5% te verhogen. De tariefsontwikkeling ziet daarbij als volgt uit:


eerste hond tweede hond derde en volgende hond hondenkennel

2009 € 43,15 € 90,90 € 123,45 € 363,20

2010 € 45,30 € 95,45 € 129,60 € 381,35

Toeristenbelasting

De beleidslijn is om het tarief toeristenbelasting te bevriezen op € 1,20 (cf amendement A5 bij begroting 2009). Opbrengstenniveau Onderstaand maken wij u inzichtelijk met welke belastingen- en heffingenopbrengsten voor het jaar 2010 wordt gerekend: Onroerende-zaakbelasting Rioolrecht Afvalstoffenheffing Secretarieleges Leges bouwen en Wonen Toeristenbelasting Hondenbelasting Lijkbezorgingsrechten Totaal

€ 2.408.000 € 1.541.000 € 1.740.000 € 273.000 € 277.000 € 52.000 € 88.000 € 154.000 € 6.533.000

Als in ogenschouw wordt genomen dat voor 2010 de gemeentelijke inkomsten exclusief aanwendingen van reserves en voorzieningen afgerond € 19.000.000 bedragen betekent dit dat de lokale belastingopbrengsten 34% van de totale gemeentelijke baten bestrijken. Door middel van bovenstaand overzicht kan inzicht worden verkregen in wat een percentuele stijging of daling van een belasting/heffingssoort structureel betekent voor de gemeentelijke financiële huishouding. Kwijtscheldingsbeleid De kwijtscheldingsaanvragen worden beoordeeld op basis van het door de raad op 11 maart 1997 vastgesteld kwijtscheldingsbeleid. De kwijtscheldingsnorm (kosten van bestaan) bedraagt 100% van de genormeerde bijstandsuitkering. Ons beleid is daardoor het meest ruime wat wettelijk is toegestaan. Bij het verlenen van kwijtschelding is de gemeente namelijk wettelijk gebonden aan de regelgeving conform de zogenaamde “Uitvoeringsregeling invorderingswet 1990”. Jaarlijks worden er ongeveer 275 kwijtscheldingsaanvragen ingediend. Het totaalbedrag van verleende kwijtscheldingen wordt voor het begrotingsjaar 2010 geraamd op € 71.000. Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat enkel voor de OZB (uitzonderingsgevallen), rioolrecht en een deel van de afvalstoffenheffing ( vastrecht + een deel van het variabele deel) kwijtschelding wordt verleend.


Overzicht van de tarieven van de gemeentelijke belastingen en heffingen (inclusief de voorgestelde tariefsverhogingen voor het jaar 2010)

bedragen ix 1 € Omschrijving Onroerende-zaakbelastingen :

tarief 2009

woningen: eigenaar

0,1009%

niet-woningen: gebruiker eigenaar Afvalstoffenheffing: - vastrecht - tarief per lediging container 240 liter - tarief per lediging container 140 liter

tarief 2010 Verhoging in % Afhankelijk van Opbrengstvolume uitkomsten her5% waardering met peildatum 1 januari 2009.

0,1557% 0,1933%

Rioolrechten per m3 verbruikt water Hondenbelasting eerste hond tweede hond derde en volgende hond kennel Toeristenbelasting per persoon per nacht Leges rijbewijs

146,00 4,60 3,40

163,60 4,60 3,40

12,0 0,0 0,0

1,75

1,75

0,0

43,15 90,90 123,45 363,20 1,20 40,00

45,30 95,45 129,60 381,35 1,20 Afhankelijk van rijksregelgeving Afhankelijk van rijksregelgeving diverse tarieven diverse tarieven

5,0 5,0 5,0 5,0 0,0

Leges paspoort

49,60

Overige leges Begraafrechten

diverse tarieven diverse tarieven

Berekening ontwikkeling woonlasten huishouden Uitgangspunten: • Waarde woning € 150.000,-• Lastendrukontwikkeling OZB 5% en afvalstoffenheffing 9% • Waterverbruik op jaarbasis 150 m3 • Afvalaanbod op jaarbasis: 20x 240 liter container en 15x 140 liter container • Geen hondenbelasting eigenaar/bewoner OZB Afvalstoffenheffing Rioolrecht

2009 € 151,35 € 289,00 € 262,50

2010 € 158,90 € 302,15 € 262,50

Totaal

€ 702,85

€ 723,55

Gebruiker OZB Afvalstoffenheffing Rioolrecht

2009 n.v.t. € 289,00 € 262,50

2010 n.v.t. € 302,15 € 262,50

Totaal

€ 551,50

€ 564,65


5 5

b. Paragraaf weerstandsvermogen Algemeen Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en alle risico’s die een gemeente loopt. Uit deze paragraaf dient te blijken: 1. Het beleid over de weerstandscapaciteit en de risico’s; 2. Een inventarisatie van de weerstandscapaciteit; 3. Een inventarisatie van de risico’s; 4. Een inventarisatie van de kansen. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen wordt gedefinieerd als het vermogen van de gemeente om financiële risico’s op te kunnen vangen teneinde haar taken te kunnen voortzetten. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit ( zijnde de middelen waarover de gemeente beschikt/kan beschikken om niet begrote kosten te dekken) en de risico’s waarvoor (nog) geen voorzieningen zijn getroffen. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenraming. Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover onze gemeente beschikt om niet geraamde kosten te dekken. Het gaat om die middelen waarmee tegenvallers bekostigd kunnen worden. Hierbij kan onderscheid worden gemaakt in incidentele en structurele weerstandscapaciteit. Met het eerste wordt bedoeld het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit een substantiële invloed heeft op de hoogte van het voorzieningenniveau van de programma’s. Met de structurele weerstandscapaciteit worden de middelen bedoeld die permanent kunnen worden ingezet om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van de programma’s. De navolgende componenten kunnen hierbij worden onderscheiden:

A. Reserves en voorzieningen: •

•

Voor het opvangen van budgettaire tegenvallers heeft de gemeente, geprognosticeerd per 1 januari 2009, op basis van de inzichten tot en met de 1e financiële voortgangsrapportage 2009 nog een Algemene Reserve van € 2.689.000 tot haar beschikking. Het minimumniveau van de Algemene Reserve is bij de actualisering van ons reserve- en voorzieningenbeleid dit jaar door de raad vastgesteld op € 2.400.000. Bij de beoordeling van de financiële positie van een gemeente legt de Provincie de lat bij € 1.200.000. Voor accommodaties (incl. scholen) en wegen zijn in 2008 meerjarige onderhoudsplannen (MOP) opgesteld. Op basis van deze programma’s wordt de hoogte en de jaarlijkse dotatie vanuit de algemene middelen aan de betreffende voorziening op peil gebracht. Tevens is in 2007 het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) geactualiseerd.

B. Belastingcapaciteit:

De onroerende-zaakbelastingen vormen de voornaamste buffer voor het verhogen van de inkomsten. Om een beeld te schetsen hoe de onbenutte belastingcapaciteit van de gemeente Nuth er uitziet kunnen wij o.a. verwijzen naar de richtlijn die de Provincie in 2009 hanteert bij een potentiële artikel-12status. De norm wordt daarbij gelegd op een genormeerd OZB-tariefspercentage van 0,1138%. Het genormeerd OZB-tariefspercentage van de gemeente Nuth in het jaar 2009 is 0,1185%. De totale onbenutte OZB-capaciteit voor de gemeente Nuth bedraagt dus thans nihil. Ten aanzien van de rioolrechten en afvalstoffenheffing wordt de artikel 12-norm gesteld op 100% kostendekking. In onze gemeente wordt bij beide heffingen als beleidslijn 100% kostendekking gehanteerd.

Programmabegroting 2010: Paragraaf weerstandsvermogen

C. Onvoorziene uitgaven

Per jaarschijf is voor onvoorziene uitgaven een post opgenomen van € 40.000.

D. Stille reserves

Het betreft hier stille reserves in niet-bedrijfsgebonden activa. Specifiek gaat het om de overwaarde van gemeentelijke eigendommen die niet voor de publieke taak worden ingezet. Hiervan is sprake bij activa die wij in eigendom hebben en die niet of tegen een te lage waarde op de balans staan. Risico’s Voor het verkrijgen van een getrouw beeld van de financiële positie is inzicht vereist in de risico’s die niet in de begroting en in de meerjarenramingen kunnen worden gekwantificeerd. Onder risico’s vatten wij alle redelijk voorzienbare risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd of die niet tot afwaardering van activa hebben geleid en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot het balanstotaal of de financiële positie. Met andere woorden: het is de bedoeling dat alleen die risico’s worden gepresenteerd en toegelicht die afzonderlijk of gecumuleerd van substantiële betekenis kunnen zijn gezien het balanstotaal dan wel de financiële positie. De gemeente wordt op verschillende terreinen geconfronteerd met risico’s van uiteenlopende aard. Maatschappelijke omstandigheden kunnen veranderen en er kan sprake zijn van zuivere financiële risico’s, zoals renteschommelingen en garantieverleningen. Daarnaast kan een aantal risicofactoren binnen de interne organisatie worden onderscheiden. In beginsel is voor de gemeente voornamelijk sprake van financiële risico’s, waarbij grosso modo een drietal categorieën risico’s kan worden onderscheiden: a. budgettaire risico’s; b. risico’s op eigendommen en grondexploitatie; c. risico’s die samenhangen met de interne organisatie. Het is van belang onderscheid te maken tussen risico’s die met de “normale” bedrijfsvoering samenhangen en “buitengewone” risico’s (calamiteiten). Voor risico’s die met de normale bedrijfsvoering samenhangen, dient binnen de (meerjaren)begroting structurele dekking aanwezig te zijn. Dit enerzijds in de vorm van voorzieningen voor bepaalde risico’s (onderhoudsfondsen eigendommen, rioleringen en risico’s grondexploitatie) en anderzijds in de vorm van een redelijk peil van de algemene reserve. Voor het opvangen van calamiteiten kan in eerste instantie eveneens aan de algemene reserve worden gedacht.

Budgettaire risico’s Terzake loopt de gemeente onder meer de volgende risico’s: • Open einde regelingen op het gebied van de sociale zekerheid zoals bijstandsuitkeringen, bijzondere bijstand en uitkeringen als gevolg van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Ook wanneer wij niet kunnen voldoen aan de taakstelling van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) kan het zijn dat wij als gemeente uit eigen middelen moeten bijpassen. Risico’ s: onbekend.

Getroffen voorziening: geen

•

Licom Licom is opgericht in januari 1996 waarbij de gemeente in het aandelenkapitaal participeert. Gelet op de verbeterende resultaten van Licom over de afgelopen jaren, alsmede de verwachting dat deze ontwikkeling zich de komende jaren voortzet, heeft de raad in 2005 ingestemd met het voorstel van Licom dat moet leiden tot een structurele sluitende exploitatie en versterking van haar vermogenspositie met als uiteindelijk resultaat een aanzienlijke verbetering van haar solvabiliteitspositie. In welke mate de huidige kredietcrisis de exploitatie van Licom zal frustreren is ongewis. Budgettair risico onbekend.



•

Risico’s in verband met claims planschade bestemmingsplannen en anticipatieprocedures Het risico dat gemeenten worden geconfronteerd met verzoeken om planschade blijft steeds en in toenemende mate aanwezig. De exacte omvang van het risico is niet aan te geven. Indien mogelijk worden deze risico’s neergelegd bij een betreffende projectontwikkelaar.

Getroffen voorziening: Structureel is een budget van € 6.000 opgenomen voor planschadeonderzoeken.

• Risico's in de milieusfeer (Wet Milieubeheer zoals bodemvervuiling e.d.) Risico’s onbekend. Als voorbeeld verwijzen wij naar de bodemverontreinigingsproblematiek bij het industrieterrein de Reuken

Getroffen voorziening: geen.

• Risico's als gevolg van de inwerkingtreding van de Algemene Wet Bestuursrecht Deze wet legt grote nadruk op het zorgvuldige overheidshandelen. Zo kan bij onrechtmatige overheidsdaden van bestuur en personeel voor de gemeente plicht tot schadevergoeding ontstaan.

Getroffen voorziening: de gemeente is verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid inclusief vermogensschade bij onrechtmatige overheidsdaden. Daarnaast zijn (vaak incidentele) maatregelen genomen om de risico’s tot een minimum te beperken.

• Onderuitputting kapitaallasten Bij de berekening van de kapitaallasten wordt rekening gehouden met enige mate van onderuitputting omdat investeringen vaak pas één jaar na het begrotingsjaar worden uitgevoerd wat in jaarrekeningen kan leiden tot aanzienlijke budgetonderschrijdingen. Voor 2010 t/m 2013 wordt voor het eerste jaar van investering rekening gehouden met 50% onderuitputting op de rentekosten en 100% op de afschrijvingskosten.


• Ontwikkeling prijsstijgingen In de onderliggende meerjarenbegroting wordt ten aanzien van de algemene prijsontwikkeling uitgegaan van de prijsmutatie van het Bruto Binnenlands Product (bron: meicirculaire 2009). Het is geen uitzondering dat bij verschillende taakvelden, te denken valt o.a. infrastructurele werken, automatisering en vervoer, het feitelijke prijsstijgingspercentage aanzienlijk hoger uitvalt dan waarmee in de begroting is gerekend.

Getroffen voorziening: in 2010 is een stelpost van € 15.000 opgenomen voor prijsstijgingen.

•

Onderhoud wegen, riolen en groen. Het financiële risico van het wegenonderhoud ligt volledig bij de gemeente. Het is dan ook van groot belang dat inzicht wordt verkregen in het noodzakelijke meerjarige onderhoud aan de wegen. Het uitstellen van noodzakelijk onderhoud kan leiden tot duurder onderhoud c.q. tot hogere vervangingskosten in de toekomst. Daarnaast kan achterstallig onderhoud leiden tot schadeclaims bij ongevallen. De raad heeft in de vergadering van 27 mei 2008. besloten om voor het uitvoeren van het wegbeheersprogramma en het jaarlijkse onderhoudsprogramma groot en klein onderhoud alsmede voor de uitvoering van het Rehabilitatieprogramma verharde wegen elk een voorziening in te stellen.

Getroffen voorzieningen: Jaarlijkse storting in de Voorziening groot en klein onderhoud wegbeheer van € 577.000 en in 2010 t/m 2013 een jaarlijkse storting in de Voorziening rehabilitatie wegbeheer van € 50.000.

• Gemeenschappelijke regeling Kredietbank Limburg De raad heeft ingestemd met garantstelling voor de uitstaande kredieten aan inwoners van onze gemeente per 31 december 2003 en verstrekking van een achtergestelde lening ter financiering daarvan. Een latent afboekingrisico gaat hierin schuil. De aflossing door de kredietbank geschiedt jaarlijks, naarmate de onderliggende kredieten door de inwoners zijn afgelost. De restant waarde van de lening per 31.12.2008 bedraagt € 86.104.



• Algemene uitkering gemeentefonds De algemene uitkering is opgebouwd uit ruim 40 verdeelmaatstaven; aantal inwoners, bijstandsontvangers, woonruimten etc. Tegenover deze verdeelmaatstaven staan de gemeentelijke aantallen. Een vermenigvuldiging van de verdeelmaatstaven met het gemeentelijke aantal en de uitkeringsfactor levert het bedrag t.w. de vergoeding van het rijk op. De gemeente loopt een financieel risico als de gemeentelijke aantallen achterblijven bij de prognose. In het geval van het aantal inwoners bijvoorbeeld, leidt een afname van het aantal inwoners in 2010 met 100 globaal tot een ruim € 40.000 lagere algemene uitkering.

Getroffen voorziening: In de meerjarenbegroting 2010 – 2013 hebben we in beperkte mate geanticipeerd op een structurele daling van het inwoneraantal.

• Demografische ontwikkelingen Uit CBS prognoses blijkt dat meer dan de helft van de Nederlandse gemeenten in 2025 minder inwoners heeft dan in 2005. Een op de vijf gemeenten krijgt over die periode te maken met een dalend aantal huishoudens. De daling is in sommige gemeenten al ingezet. Er is met name sprake van een daling in de regio’s Zeeland, Limburg, Groningen, Drenthe en het Gooi en de Veluwe. De grootste relatieve bevolkingsdaling tot 2025 wordt vooral voorzien in Limburg, in de gemeenten Nuth, Beek en Valkenburg (20%). De grootste absolute bevolkingsdaling doet zich volgens de voorspellers van het CBS in deze periode voor in Heerlen (- 17.000 inwoners) en Kerkrade (- 8.600 inwoners). In totaliteit zal de Nederlandse bevolking nog tot 2034 groeien. Daarna zet over de hele linie de daling in. De Raad voor het openbare bestuur en de Raad voor de Financiële verhoudingen hebben over deze problematiek gezamenlijk advies uitgebracht aan de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken over hoe de overheden moeten omgaan met de bevolkingsdaling. Gemeenten zullen keuzes moeten maken ten aanzien van ruimtelijke planning en Voorzieningenniveau. Ze moeten gaan denken aan krimp in plaats van groei. Bovendien moeten gemeenten in hun begroting rekening houden met minder inwoners en dus met minder inkomsten. Het rijk moet meer oog hebben voor de grote verschillen in regionale demografische ontwikkelingen. Een andere verdeling van de algemene uitlering is niet nodig maar krimpgemeenten moeten in bijzondere gevallen een beroep kunnen doen op een extra financiële bijdrage. Geprojecteerd op het jaar 2025 en gebaseerd op het huidige prijsniveau betekent een bevolkingsafname van 20% voor Nuth globaal 1 miljoen minder algemene uitkering, dat is ca. 5% van de gemeentelijke begroting.

Getroffen voorziening: In de meerjarenbegroting 2010 – 2013 hebben we in beperkte mate geanticipeerd op een structurele daling van het inwoneraantal.

• Kredietcrisis Wereldwijd zijn de economische vooruitzichten in een snel tempo verslechterd. Ook Nederland ontkomt niet aan neerwaartse bijstelling van de groeicijfers. de verslechterde economische vooruitzichten hebben consequenties voor de gemeentelijke inkomsten en uitgaven. Te denken valt aan de gevolgen voor het accres van het gemeentefonds, de eigen inkomsten van gemeenten en de bijstandsuitgaven. Het uitdrukken van de effecten voor de gemeentefinanciën in concrete bedragen is nauwelijks mogelijk.

Getroffen voorziening: Bij de vaststelling van de jaarstukken 2008 is in de vorm van resultaatbestemmingsvoorstellen in enige mate hierop geanticipeerd.

Risico's op eigendommen en grondexploitatie • Grondexploitatie: risico's ten aanzien van niet in de grondprijs te verhalen kosten als gevolg van vraaguitval van bouwrijpe grond, vertraging in de uitvoering waardoor renteverliezen optreden, enz.

Getroffen voorziening: De lopende grondexploitaties worden jaarlijks geactualiseerd waarbij mogelijke risicopunten direct onderkend worden. Specifiek wordt hiervoor verwezen naar de paragraaf grondbeleid.


• Risico's die samenhangen met de interne organisatie Deze risico's hangen samen met de bedrijfsvoering bij de gemeente. Hiermee wordt bedoeld de informatievoorziening, alsmede de administratieve organisatie en de interne controle. Een onjuiste, onvolledige of te late informatievoorziening, onvolkomenheden in de administratieve organisatie en interne controle, kunnen budgettaire consequenties tot gevolg hebben. Risico’s: onbekend.


Budgettaire kansen Voor het verkrijgen van een getrouw beeld van de financiële positie is eveneens inzicht vereist in de kansen die niet in de begroting en in de meerjarenramingen kunnen worden gekwantificeerd. Onder kansen verstaan wij alle redelijk voorzienbare ontwikkelingen die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot het balanstotaal of de financiële positie. Dit wil zeggen dat een daadwerkelijke effectuering van een kans incidenteel en/of structureel budgettair substantieel ruimte creëert. De gemeente kan op verschillende terreinen worden geconfronteerd met kansen van uiteenlopende aard. •

Samengaan van Essent NV en RWE AG. In ons financieel meerjarenbeeld hebben wij geanticipeerd op de vervreemding van onze Essentaandelen aan RWE. De ingeschatte budgettaire effecten zijn gebaseerd op de zogenoemde bijlage V van het raadsvoorstel dat in de vergadering van 21 april jl. is vastgesteld. Na die datum is bekend geworden dat de Minister van Economische Zaken aanvullende eisen heeft gesteld ter borging van de robuustheid van Enexis en dat voortschrijdend inzicht is opgetreden omtrent de noodzakelijke omvang van de Cross-border leases. Daarnaast vindt, als gevolg van een rechterlijke uitspraak, uitstel plaats van de overdracht van de aandelen in EPZ N.V. (“Borssele”) .Essent heeft inmiddels hoger beroep aangetekend tegen die uitspraak. Een onherroepelijke uitspraak in de bodemprocedure kan wel 6 jaren of meer op zich laten wachten. Naar aanleiding hiervan heeft Essent in overleg met RWE gewerkt aan een oplossing die mogelijk maakt dat de overdracht van aandelen EPZ N.V. voorlopig wordt uitgesteld. Op basis van deze oplossing kan de feitelijke transactie ( “Closing”) in oktober plaatsvinden. Deze ontwikkelingen werpen een ander licht op de eerder genoemde bijlage V waarin de budgettaire effecten voor de Gemeente Nuth zijn berekend. De berekende budgettaire effecten zijn gebaseerd op diverse parameters waaromtrent op dit moment geen 100% garantie op kan worden afgegeven. Te denken valt o.a. aan de te verwachten dividenden Essent Milieu en Enexis en het te behalen rendement op de beleggingen. Wat de beleggingen betreft is in deze begroting gerekend met een rendement van 4%. Wij zullen, zoals eerder toegezegd, de raad berichten op welke wijze de essent-gelden worden belegd. Mochten zich wezenlijke mutaties voordoen in de te verwachten budgettaire effecten inzake de vervreemding van onze Essent-aandelen dan zullen wij de raad daarover eveneens berichten.

•

Dividend Enexis Jaarlijks zullen wij naar verwachting een dividenduitkering van Enexis tegemoet kunnen zien.

•

Dividend Essent Milieu Jaarlijks zullen wij naar verwachting een dividenduitkering van Essent Milieu tegemoet kunnen zien.

•

Dividend Essent Business Development Zolang EPZ niet overgedragen kan worden aan RWE zullen wij naar verwachting jaarlijks een dividenduitkering tegemoet kunnen zien.

•

Dividend NV RD4 Jaarlijks mogen wij een dividenduitkering van de NV RD4 tegemoet zien. Budgettair wordt hier in eerste instantie geen rekening mee gehouden.

•

Accommodatiebeleid



c. Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen Inleiding Binnen de gemeente Nuth is een groot vermogen geïnvesteerd in kapitaalgoederen als wegen, riolering, groen, verlichting en gebouwen. Het onderhoud van deze kapitaalgoederen is van cruciaal belang voor het functioneren van de gemeente op het terrein van vervoer, recreatie, huisvesting en onderwijs. Vanwege het grote belang van dit onderhoud wordt in deze paragraaf in kaart gebracht op welke manier binnen de gemeente het onderhoud op de kapitaalgoederen gewaarborgd is. Wegen In een afzonderlijke beleidsnota is de raad in 2008 geïnformeerd over de aanwezige kwaliteit van de verharde wegen, trottoirs e.d. en de te verwachten kosten op korte en middellange termijn, op basis van een te kiezen kwaliteitsniveau. Dit heeft er in de besluitvorming destijds toe geleid dat een discrepantie optrad tussen de benodigde en beschikbare structurele middelen. Dit was voor de Provincie Limburg de aanleiding op bij het financieel Verdiepingsonderzoek te concluderen dat de gemeente Nuth vooralsnog niet voldoet aan de voorwaarden van de pilot modernisering toezicht. De Gemeente Nuth wordt wel de gelegenheid geboden alsnog aan alle voorwaarden van de pilot te voldoen. Daarbij dienen wij te voldoen aan een 3-tal voorwaarden, te weten: • de raad van Nuth beoordeelt opnieuw het kwaliteitsniveau voor de te rehabiliteren wegen en geeft hiermee feitelijk aan welke middelen structureel voor de wegenrehabilitatie nodig zijn; • Nuth vertaalt het geactualiseerde wegenbeheerplan (inclusief het rehabilitatiebudget) financieel in de begroting 2011 en meerjarenraming 2012-2014. Elke jaarschijf van de begroting en meerjarenraming moet dan laten zien dat er sprake is van materieel evenwicht. • Nuth laat al in de begroting 2010 zien welke maatregelen getroffen worden om uiterlijk in de begroting 2011 en verder een evenwichtig beeld te kunnen presenteren. Onze planning is om medio 2010 een geactualiseerd wegenbeheersplan aan uw raad voor te leggen om zodoende de gestelde voorwaarden van de Provincie te kunnen inlossen. Openbare verlichting Onderhoud en beheer van de openbare verlichting gebeurt op basis van het in 2002 door de raad vastgestelde beleidsplan openbare verlichting. Vanwege de verlaging van het uitvoeringsbudget voor vervangingen en uitbreidingen loopt de uitvoering vanaf 2005 achter op de planning volgens het beleidsplan. Het voornemen is om het beleidsplan in 2010 te evalueren,te actualiseren en waar mogelijk in te spelen op nieuwe technologieën. Riolen en waterhuishouding Het beleid op het gebied van riolering en ook waterhuishouding is gebaseerd op het in 2007 vastgestelde Gemeentelijk Riolering Plan (GRP). Om uiteenlopende redenen kampen wij momenteel met een onderbezetting binnen het aandachtsgebied Openbare Werken. Dit heeft er toe geleid dat een aanzienlijke investeringsruimte (€ 1.856.000) voor rioleringsprojecten nog niet concreet naar werken zijn toebedeeld. Een ontwikkeling is ingezet om de huidige afdelingen VROM en Openbare Werken te laten samensmelten waarbij wij de bezetting op dit aandachtsgebied weer op orde wensen te krijgen. In een eerder stadium hebben wij de raad bericht dat wij tot doel hebben gesteld om ultimo 2009 een concreet meerjaren uitvoeringsprogramma te presenteren. Groen en sportterreinen In ons beheersysteem is vastgelegd welke groenobjecten door de gemeente onderhouden moeten worden en welke kwaliteit daar aan kleeft. Het groenonderhoud is volledig uitbesteed aan aannemers. Deze aanpak heeft geleid tot een hogere onderhoudskwaliteit. Medio 2007 is een aanbestedingsprocedure doorlopen waarbij wij overeenkomsten zijn aangegaan voor een looptijd van een jaar met een verlengingsmogelijkheid van maximaal 3 jaar.

Programmabegroting 2010: Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen

Het onderhoud van de groenvoorzieningen op de sportterreinen omvat voornamelijk randsnoei en het dunnen van de grove beplantingsingels. De diverse bosplantsoen-, heester- en gazonvakken worden volgens dit regiem onderhouden. Deze onderhoudswerkzaamheden zijn in de afgelopen aanbestedingsprocedure meegenomen. Het onderhoud van de groenvoorzieningen op de begraafplaatsen is eveneens in mei 2007 opnieuw aanbesteed. Het onderhoud is gegund voor een periode van 1 jr. met jaarlijkse verlengingen tot een maximale looptijd van 4 jaar. Het onderhoud omvat alle beplantingen, verhardingen en de bomen. Het onderhoudsniveau op de begraafplaatsen ligt hoger dan in de algemene groenvoorzieningen. Gelet op de looptijd van de aangegane onderhoudscontracten zal in 2010 een nieuwe aanbestedingsprocedure worden voorbereid. Gemeentelijke gebouwen/schoolgebouwen Het huidige gebouwenbeheer is gestoeld op het bijgesteld Meerjaren Onderhouds Plan (MOP). Dit is in de raad van 1 juli 2008 opnieuw vastgesteld. In dit plan wordt op transparante wijze inzicht gegeven in de noodzakelijke budgetten voor het onderhoud van gemeentelijke gebouwen voor de periode 2007 t/m 2016 en de daarmee samenhangende donaties vanuit de algemene middelen en de onttrekkingen aan de Voorziening planmatig onderhoud gemeentelijke gebouwen. De meerjaren onderhoudsplannen schoolgebouwen voor de jaren 2007-2016 zijn reeds in 2007 geactualiseerd. Dit is bij raadsbesluit van 16 oktober 2007 bekrachtigd. Speeltuinaccommodaties Wij leggen de openbare speelvoorzieningen aan en wij zorgen voor het onderhoud van het groen, de paden en de omheining (voor zover aanwezig). Daarnaast heeft de werkgroep speelruimte een plan opgesteld, waarin alle speelgelegenheden (openbaar en besloten) zijn geïnventariseerd. Op basis daarvan voeden wij jaarlijks de bestemmingsreserve speelvoorzieningen waarmee wij onderhouds- en vervangingsinvesteringen kunnen bekostigen. Het bewaken van het onderhoud is in handen van vrijwilligers (vaak buurtverenigingen of stichtingen) die logboeken bijhouden. De werkgroep speelruimte (bestaande uit een vertegenwoordiging van deze vrijwilligers) heeft regelmatig contact met de gemeente.

Programmabegroting 2010: Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen

d. Paragraaf financiering Inleiding Per 1 januari 2009 is de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) op een aantal onderdelen gewijzigd. De wet Fido geeft de wettelijke kaders aan voor een verantwoorde, prudente en professionele inrichting en uitvoering van de treasuryfunctie van gemeenten. Door de raad is op 14 juli 2009 het geactualiseerde treasurystatuut gemeente Nuth vastgesteld. In deze financieringsparagraaf zullen de volgende onderwerpen achtereenvolgens aan de orde komen: • • • •

Algemene ontwikkelingen Treasurybeheer Gemeentefinanciering Kasbeheer

Algemene ontwikkelingen Mede als gevolg van de kredietcrisis is de rente voor het uitzetten van gelden sterk gedaald. De te betalen rente voor het aantrekken van gelden op de kapitaalmarkt bevindt zich rond de 4,5 % . Het is moeilijk in te schatten hoe de ontwikkeling voor de komende jaren er zal uit zien.

Opbrengst verkoop aandelen Essent.

Per 1 oktober 2009 vindt de verkoop van de aandelen van Essent plaats. De eerste tranche van de verkoopopbrengst zal dan aan de (voormalige)aandeelhouders worden uitbetaald. Dit betekend dat de gemeente Nuth dan +/- € 20.750.000 zal ontvangen. Bij de keuze voor het uitzetten van (een gedeelte-) van deze gelden hanteren wij de volgende randvoorwaarden/uitgangspunten: 1. 2. 3. 4. 5.

leidraad is treasurystatuut gemeente Nuth 2009; liquiditeitenplanning per 7 september 2009; voldoende spreiding in looptijden van uitzettingen; voldoende spreiding over diverse debiteuren; afweging zo hoog mogelijk rendement met zo beperkt mogelijk risico;

Op basis van onze liquiditeitenplanning zullen wij een gedeelte (€ 16.000.000) van vorengenoemd bedrag voor een langere periode uitzetten. Zodra er een definitieve keuze is gemaakt zullen wij u hierover informeren. Treasurybeheer Het belangrijkste onderdeel van het treasurybeheer in onze organisatie is het risicobeheer. Dit risicobeheer bevat in hoofdzaak het renterisicobeheer zoals dit in het treasurystatuut en in formele zin in de Wet fido is vastgelegd. In artikel 4 van het treasurystatuut is vastgelegd dat: 1. De kasgeldlimiet wordt niet overschreden conform de Wet fido; 2. Het renterisico wordt niet overschreden conform de Wet fido; 3. Nieuwe leningen/uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie en de liquiditeitenplanning; 4. Bij het aantrekken van leningen en het uitzetten van gelden wordt zowel gekeken naar de actuele rentestand en de rentevisie om een zo optimaal mogelijk renteresultaat te bereiken; 5. Binnen de kaders gesteld onder lid 3 en lid 4, streeft de gemeente naar spreiding in de rentetypische looptijden van uitzettingen. In het volgende overzicht wordt de geraamde omvang van de kasgeldlimiet (art.4, lid1) getoetst aan de wettelijke norm in het kader van de Wet fido. De gegevens zijn gebaseerd op de geraamde gemiddelde omvang per kwartaal van de vlottende schuld en vlottende middelen in 2010.

Programmabegroting 2010: Paragraaf financiering

Uitgangspunt vormt de werkelijke omvang van de vlottende schuld en vlottende middelen per 1 september 2009. Op basis van de resterende investeringen van de diverse investeringsprogramma’s t/m 2009 evenals het investeringsprogramma 2010 en de te verwachten exploitatielasten en –baten hebben we een globale inschatting gemaakt van het verloop van de vlottende schuld en de vlottende middelen.

Kasgeldlimiet (1) Toegestane kasgeldlimiet - in procenten van de grondslag (begrotingstotaal) - in bedrag (2) Omvang vlottende schuld - opgenomen gelden < 1 jaar - schuld in rekening-courant - gestorte gelden door derden <1 jaar - overige geldleningen niet zijnde vaste schuld (3) Vlottende middelen - contante gelden in kas - tegoeden in rekening-courant - overige uitstaande gelden < 1 jaar Toets kasgeldlimiet (4) Totaal netto vlottende schuld (2) – (3) Toegestane kasgeldlimiet (1) Ruimte (+)/Overschrijding(-)

Bedragen x 1.000 euro per kwartaal

1e kw.

2e kw.

3e kw.

4e kw.

8,5% 2.700

8,5% 2.700

8,5% 2.700

8,5% 2.700

0

0

0

1.750

1.250

750

1.750 2.700 +4.450


0

250

1.250 750 250 2.700 2.700 2.700 +3.950 +3.450 + 2.950

In de hierna volgende tabel worden de renterisico’s in beeld gebracht voor de vaste schuld in relatie tot de renterisiconorm volgens de Wet fido. Berekening (bedragen x € 1.000)

Stap

Variabelen Renterisico(norm)

2010

(1)

Renteherzieningen

1.361

(2)

Aflossingen

1.840

(3)

Renterisico (1+2)

(4)

2011

2012

2013

272

1.000

1.840

1.840

1.808

3.201

1.840

2.112

2.808

Renterisiconorm

6.386

6.386

6.386

6.386

(5a) = (4>3 )

Ruimte onder renterisiconorm

3.185

4.546

4.274

3.578

(5b) = (3>4)

Overschrijding renterisiconorm

Renterisiconorm

Berekening

Begrotingstotaal 2010

(4a)

Percentage

(4b)

Regeling

31.931 20 %

Renterisiconorm 2010

(4) = (4a x 4b/100)

6.386


Financieringspositie Bij de bepaling van de financieringspositie van onze gemeente en de daarbij behorende financieringsbehoefte is rekening gehouden met de geplande investeringen en de beschikbare interne en externe middelen. Interne middelen zijn de aanwezige reserves en externe middelen de aanwezige voorzieningen en het saldo van de aangegane langlopende leningen. De geraamde financieringspositie per 1 januari 2010 ziet er als volgt uit:

Overzicht financieringspositie per 1-1-2010 Bedragen x 1.000 euro

Vermogensbehoefte: Totaal vaste activa (staat C)

43.269

Vermogensbronnen: Totaal reserves en voorzieningen (staat D) Totaal langlopende leningen (staat E)

11.358 23.585

Financieringstekort:

8.326

Leningenportefeuille In de loop der jaren zijn door onze gemeente diverse langlopende leningen aangegaan ter financiering van de diverse investeringen zoals die bij de investeringsprogramma’s bij de begroting worden vastgesteld. In de huidige Wet fido is geregeld dat men maar een beperkt bedrag van de financieringsbehoefte kan financieren met het aantrekken van kort geld (leningen korter dan 1 jaar). Dit betekent dat bij het overschrijden van de kasgeldlimiet overgegaan dient te worden tot het aantrekken van een langlopende lening. Een overzicht van de leningenportefeuille 2010 is als bijlage bij deze begroting gevoegd. Deze paragraaf geeft verder inzicht in de samenstelling, de grootte en de rentegevoeligheid van de opgenomen leningen. De (verwachte) mutaties als gevolg van nieuwe leningen, (vervroegde) aflossingen, renteconversies e.d. Een prognose van het verloop van de leningenportefeuille in 2010 ziet er als volgt uit: Bedrag in 1.000 euro Stand per 1 januari 2010

Gemiddelde Rente

23.585

4,3 %

1.840

4,3 %

1.361 1.361

5,875 % 4,5 %

21.745

4,25 %

Mutaties in 2009:

Nieuwe leningen Reguliere aflossingen Vervroegde aflossingen Rente aanpassing (oud percentage) Rente aanpassing (nieuw percentage) Stand per 31 december 2010


e. Paragraaf Bedrijfsvoering Vraaggerichte Dienstverlening Nuth Wij hebben voorbereidingen getroffen om te komen tot een nieuwe impuls in het kader van de dienstverlening. We zijn gestart met de ontwikkeling van een methode om te komen tot een geïntegreerde aanpak van een aantal projecten dat allemaal te maken heeft met transparante, burgergerichte en elektronische dienstverlening. Hiertoe is aansluiting gezocht bij het landelijke project EGEM-i. . Het EGEM-i programma van de gemeente Nuth heeft als naam “Vraaggerichte Dienstverlening Nuth” (VDN) meegekregen. Het programma VDN is geen doel op zichzelf maar zet in op het bereiken van de drie hoofddoelstellingen van de gemeente Nuth: verbetering (efficiëntere) bedrijfsvoering, verbetering dienstverlening en meer elektronische dienstverlening. Met dit programma wordt beoogd om de kwaliteit, continuïteit en stabiliteit van de gemeentelijke dienstverlening en bedrijfsvoering te versterken. Hierdoor is de gemeente beter toegerust om te anticiperen en aan te sluiten op noodzakelijke ontwikkelingen en samenwerkingsverbanden, en kan de gemeente Nuth de toekomst met vertrouwen tegemoet zien. Middels het programma VDN zijn wij organisatiebreed bezig om de publieke dienstverlening verder te verbeteren en op den duur een klantcontactcentrum (KCC) te realiseren. Deze verbetering willen wij vooral zoeken in het eerste contact met haar burgers en bedrijven. Bovendien investeren wij sterk in de digitale infrastructuur. Het contact met de burger in al zijn rollen moet vlekkeloos verlopen. Dit betekent dat de burger (in al zijn rollen) snel(ler) bericht krijgt op zijn verzoek of (aan-)vraag. Snel en met maximale kwaliteit, ongeacht het kanaal dat hij kiest, moet de burger kunnen rekenen op eenduidige behandeling. Bovendien dient de burger transparant inzicht te krijgen hoe het verdere dienstverleningsproces in elkaar zit. Wij bereiken dit alleen indien we als één geheel naar buiten toe opereren. Hiertoe moeten wij groeien van een organisatie waarin de individuele medewerkers en de verschillende afdelingen centraal staan en waar aanbodgericht wordt gewerkt naar een klantgerichte en vraaggestuurde organisatie die de klant en zijn vraag/behoefte voorop stelt. Niet langer de structuur en de werkwijze van de eigen gemeentelijke organisatie is leidend voor de wijze waarop (elektronisch) producten en diensten aan de klanten worden aangeboden, maar de burger en al zijn behoeften (verwachtingen) staan centraal. Het vergt veel van ons om dit te organiseren, zowel aan de voorkant (frontoffice) alsook de interne bedrijfsvoering aan de achterkant (backoffice). Front- en backoffice dienen naadloos op elkaar aan te sluiten, optimaal samen te werken en als één geheel ten dienste van burger en bedrijf te functioneren. Wij dienen te investeren in allerlei generieke systemen, om bijvoorbeeld de status te kunnen publiceren op de website en de medewerkers te kunnen faciliteren met de benodigde kennis. Daarnaast dienen wij ook de nodige ingrijpende organisatorische maatregelen te nemen die zorgen voor een attitudeverandering en een aangepaste werkwijze waarbij er sprake is van structurele samenwerking over de afdelingen heen en waarbij de digitale hulpmiddelen volledig geïntegreerd zijn in de werkprocessen. Dit leidt tot een aanpassing van de gemeentelijke processen. Voor de kortere termijn (lees: 2010/2011) wordt de focus gericht op een andere werkwijze en niet op de organisatiewijziging, die met het KCC uiteindelijk samenhangt. In een later stadium dient het KCC uit te groeien tot de front-Office van de gemeente Nuth en dienen alle medewerkers die in het KCC werken, ook daadwerkelijk daarin geplaatst. Een logische vervolgstap is dan dat vakafdelingen zullen transformeren naar specialistische BackOffices.

Programmabegroting 2010: Paragraaf bedrijfsvoering

f. Paragraaf verbonden partijen Inleiding De gemeente Nuth heeft financiële en publieke belangen bij een aantal verbonden partijen, waaronder gemeenschappelijke regelingen en vennootschappen. Met verbonden partijen worden organisaties en instellingen bedoeld waarin een gemeente zowel een bestuurlijk als financieel belang heeft. Van een financieel belang is sprake als de gemeente de middelen die aan een partij ter beschikking zijn gesteld, niet terugkrijgt bij faillissement van die partij of indien financiële problemen bij de derde partij kunnen worden verhaald bij de gemeente. Bij een publiek belang gaat het om het hebben van zeggenschap van de gemeente in een derde partij, hetzij omdat de gemeente een zetel in het bestuur heeft, hetzij omdat ze via aandelen mee kan stemmen. Gemeentelijk beleid Het aangaan van banden met (verbonden) derde partijen komt altijd voort uit het publiek belang. Verbindingen met derde partijen zijn een manier om een bepaalde publieke taak uit te voeren. De huidige verbonden partijen hebben allemaal een historische bestaansgrond. Bij nieuwe deelnemingen zullen wij bij de besluitvorming door de raad de publieke taak expliciet aan de orde stellen op grond van de visie/doelstelling van de deelneming. De gemeente Nuth heeft relaties met de volgende partijen: Naam/vestigingsplaats hoofdkantoor Samenwerkingsverbanden met overheden Regionale Brandweer Zuid-Limburg GR Kompas, Nuth GR RD4, Heerlen Intergemeentelijke Milieudienst Nuth-Beek-Stein (IMD) GHOR, Margraten GGD Zuid Limburg, Heerlen Werkvoorzieningschap OZL, Heerlen

Publiek belang

Preventieve/repressieve brandweerzorg Intergemeentelijke samenwerking op het taakveld sociale zorg Intergemeentelijke samenwerking op het taakveld afvalinzameling Intergemeentelijke samenwerking op het taakveld milieu Coördinatie geneeskundige hulpverlening bij rampen Volksgezondheid Uitvoering Wet Sociale Werkvoorziening

Samenwerkingsverbanden met private organisaties Stienstra, Heerlen Ontwikkeling Sportpark de Kollenberg/Woonpark de Eijken Stichting Parkmanagement Doorontwikkeling bedrijventerrein De Horsel. Deelnemingen N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, Den Haag Waterleidingmaatschappij Limburg, Maastricht Enexis Essent Milieu EPZ N.V. Industriebank LIOF, Maastricht Licom N.V., Heerlen Maastricht Aachen Airport, Beek Nazorg Limburg, Beek E.T.I.L., Maastricht N.V. RD4, Heerlen

Financieel belang Aandeelhouder Aandeelhouder Aandeelhouder Aandeelhouder Aandeelhouder Aandeelhouder Aandeelhouder Aandeelhouder Aandeelhouder Aandeelhouder Aandeelhouder

Programmabegroting 2010: Paragraaf verbonden partijen

De visie van de gemeente Nuth op intergemeentelijke samenwerking De visitatiecommissie bestuurskracht gemeenten heeft de bestuurskracht van de gemeente Nuth als participant op strategisch niveau als slecht en op tactisch niveau als onvoldoende beoordeeld. De visitatiecommissie constateert, dat het de gemeente Nuth ontbreekt aan een visie op regionale vraagstukken. De eigen rol van de gemeente en de posities van anderen worden niet benoemd. Het is, aldus de visitatiecommissie, niet duidelijk in hoeverre samenwerking moet bijdragen aan de doelen uit de strategische visie van Nuth. Een strategische samenwerking voor de vraagstukken die in de regio spelen, is niet tot stand gekomen. De visitatiecommissie noemt als strategische versterkingspunten voor de gemeente Nuth: • het komen tot een inhoudelijke visie op de regionale vraagstukken en • het maken van eenduidige keuzes over de aard en de inrichting van de strategische samenwerking. Versterkingspunten in tactisch opzicht noemt de visitatiecommissie: • het duidelijker inzicht en richting geven aan keuzes, • het inzicht in de meerwaarde van samenwerking en • een daadwerkelijke tactische (beleidsmatige) invulling van samenwerking. Voortgang en zichtbare resultaten vragen hierbij aandacht. Op basis van de meting van de bestuurskracht komt de visitatiecommissie ook tot een aantal belangrijke aanbevelingen met betrekking tot interregionale samenwerking: •

•

Zorg voor inzicht in de consequenties van regionale vraagstukken voor de eigen gemeenschap en voor de eigen organisatie. Daarnaast is ook inzicht nodig in wat de beschikbaarheid van financiële en personele middelen betekent voor de bijdrage die Nuth daadwerkelijk aan samenwerking kan leveren. Maak eenduidige afwegingen over de aard en de richting van de samenwerking en zorg dat de consequenties hiervan worden ingevuld. Kies voor eigen rol en positie in de samenwerking en maak duidelijk welke rollen en posities van anderen worden verwacht. Maak vervolgens ook de afwegingen die tactisch worden gemaakt voor samenwerking inzichtelijk. Nuth moet in eerste instantie duidelijk maken hoe de oriëntatie op Parkstad Limburg vorm krijgt. Vervolgens is duidelijkheid nodig over de vraag hoe Nuth vanuit die positie bijdraagt aan afstemming ten aanzien van belangen van en opgaven voor het Heuvelland.

In de notitie over ‘samenwerking Maastricht en Heuvelland’ merkt de visitatiecommissie bovendien op, dat het ontbreken van regionale bestuurskracht van grote invloed is op de bestuurskracht van de afzonderlijke gemeenten en van de regio als geheel. De visitatiecommissie noemt in de betreffende notitie de vraagstukken op het gebied van demografische ontwikkeling, leefbaarheid, woningbouw, economie, toerisme en recreatie, verkeer en vervoer van regionaal belang. Uitvoering. Met het besluit dat de raad in oktober 2009 neemt over regionale samenwerking wordt een duidelijk begin gemaakt met het bepalen van duidelijke keuzes over regionale samenwerking zoals door de Visitatiecommissie gesuggereerd.

Programmabegroting 2010: Paragraaf verbonden partijen

g. Paragraaf grondbeleid Inleiding Om huizen te bouwen, nieuwe gebieden te ontwikkelen en wegen en andere openbare voorzieningen aan te leggen, moet je over de grond beschikken die daarvoor bestemd is. Die grond is schaars. Bij de verdeling ervan is een belangrijke taak voor de overheid weggelegd, zodat die ervoor kan zorgen dat de gewenste ruimtelijke ontwikkelingen ook echt gerealiseerd worden. Het grondbeleid richt zich op de markt waar de grond wordt gekocht, geëxploiteerd, ontwikkeld en verkocht. Het omvat zaken als verwerving van grond, voorkeursrecht, onteigening, grondexploitatie, bouwrijp maken, aanleg nutsvoorzieningen, inrichting van de openbare ruimte, kostenverhaal, grondprijsbeleid, bevordering particulier opdrachtgeverschap (vrije kavels) en nog veel meer. Grondbeleid beoogt niet alleen bij te dragen aan de realisatie van ruimtelijke bestemmingen zoals nieuwe woonwijken en bedrijfsterreinen en stedelijke herstructurering, maar ook aan de kwaliteit van de ruimtelijke inrichting, aan een vergroting van de zeggenschap van burgers en aan een rechtvaardige verdeling van kosten en baten die ontstaan als gevolg van interventies door de overheid op het terrein van de ruimtelijke inrichting. Een gemeente die aan actief grondbeleid doet bij het ontwikkelen van locaties, probeert zelf de grond in handen te krijgen en koopt en verkoopt zelf grond. Wanneer naast de gemeente ook projectontwikkelaars gronden in handen hebben, kiest de gemeente veelal voor samenwerking met die projectontwikkelaars. Wanneer een gemeente zelf geen grond in handen heeft of probeert te krijgen, kan ze kiezen voor faciliterend grondbeleid. Ze sluit dan met een grondeigenaar een contract over de locatieontwikkeling. Vrijwillige afspraken met de particuliere eigenaren over de inrichting van de locatie en kosten van publieke voorzieningen zijn gebaseerd op artikel 6. 24 van de Wet ruimtelijke ordening. Wanneer een contract niet lukt, kan de gemeente de kosten van aanleg van openbare voorzieningen bij bouwplannen verhalen via een exploitatieplan en de bouwvergunning. Bij de ontwikkeling van bouwlocaties is er een nauwe samenhang tussen de ruimtelijke ordening en het grondbeleid. Aan de ene kant moet een ontwerp van een nieuwe wijk gemaakt worden en moet dat juridisch worden vastgelegd in de vorm van een bestemmingsplan of projectbesluit. Aan de andere kant moet ook de grond beschikbaar komen via afspraken met particuliere eigenaren of via verwerving of onteigening, en moeten de kosten van grondexploitatie eerlijk verdeeld worden. Voor het kostenverhaal is er nu een formele koppeling met ruimtelijke ordeningsinstrumenten. Voor onteigening is die er ook. Onteigening is in het belang van de ruimtelijke ordening als er een exploitatieplan moet worden gemaakt en kan alleen plaatsvinden op basis van een bestemmingsplan. Van oudsher speelt de gemeente een belangrijke rol bij de stedelijke ontwikkeling. Tot een jaar of twintig geleden kocht de gemeente grond aan, maakte deze bouwrijp en gaf deze bouwrijp gemaakte kavels vervolgens uit aan marktpartijen of aan particulieren. Dit noemen we ook wel het model van traditionele grondexploitatie. Vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw spelen marktpartijen eveneens een belangrijke rol bij de locatieontwikkeling, doordat zij de beschikking hebben over de grond en in staat zijn te bouwen overeenkomstig het bestemmingsplan en andere eisen van de gemeente. De gemeente komt door deze ontwikkeling in een nieuwe rol, waarbij de keuze valt op grondexploitatie samen met marktpartijen volgens het bouwclaimmodel: de marktpartij levert de grond bij de gemeente in en krijgt er bouwmogelijkheden voor terug, of de marktpartijen zorgen zelf voor de exploitatie van de grond. Om de regiefunctie van de gemeente goed te kunnen waarborgen, heeft het Rijk ervoor gekozen de positie van de gemeente op de grondmarkt te versterken, onder meer via wijziging van de Wet voorkeursrecht gemeenten en de Onteigeningswet. In gevallen dat marktpartijen voor de grondexploitatie zorgen, biedt de nieuwe Wet ruimtelijke ordening het kader voor een adequaat kostenverhaal en de mogelijkheid dat gemeenten voldoende percelen kunnen bestemmen voor particulier opdrachtgeverschap en sociale woningbouw.

Programmabegroting 2010: Paragraaf grondbeleid

Beschouwing actuele stand van zaken bouwgrondexploitatiecomplexen Het staat macro gezien vast dat de netto-inkomsten uit de bouwgrondexploitatie zullen dalen als gevolg van de economische neergang omdat de vraag naar koopwoningen stagneert. Ook de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen kan vertragen. Het is niet eenvoudig om te kwantificeren wat de financiële consequenties voor de gemeenten zijn. Op onderstaande wijze zullen wij periodiek bij de jaarstukken en de programmabegroting de risico’s voor onze projecten inventariseren en onze grondexploitatieberekeningen daar waar mogelijk actualiseren.

In exploitatie zijnde complexen Horsel West Doelstelling/stand van zaken

Boekwaarde per 1-1-2009 Prognose Grondvoorraad Risicoprofiel (laag/gemiddeld/hoog incluis toelichting) Looptijd Geplande acties

Binnen dit deelproject is de uitbreiding van het bedrijfsterrein in westelijke richting gerealiseerd. De exploitatie is grotendeels afgerond. Er resteert in dit gedeelte van het bedrijfsterrein slechts één bouwkavel. Deze zal naar verwachting t/m 2010 worden gebruikt als gemeentelijk gronddepot. Zodra de bouwkavel voor vrije uitgifte ter beschikking komt zal nader beoordeeld worden of deze direct te koop wordt aangeboden of dat deze betrokken wordt bij een eventuele verdere uitbreiding van het bedrijfsterrein zoals die binnen de ontwikkelingsvisie is voorzien voor de lange termijn. € 197.047 Vooralsnog wordt er van een exploitatiewinst uitgegaan van afgerond € 25.000,00. 4.484 m2 Laag, Gelet op de boekwaarde per m² € 44,00. Uitgifte van de resterende kavel op zijn vroegst in 2011 Geen

Centrum III Schimmert Doelstelling/stand van zaken

Boekwaarde per 1-1-2009 Prognose

Grondvoorraad Risicoprofiel (laag/gemiddeld/hoog incluis toelichting)

De activiteiten in dit plangebied richten zich in eerste instantie op opheffing van de milieucirkel van bedrijf Vanoppen. Daarnaast is dit bedrijf eigenaar van een perceeltje grond dat de gemeente tracht te verwerven om een optimale ontsluiting van het plangebied te kunnen realiseren. Voor de resterende grondvoorraad in dit plangebied moet een nieuw bestemmingsplan gemaakt worden. De stedenbouwkundige uitgangspunten die daarvoor de basis moeten vormen zijn nog niet vastgesteld. De huidige exploitatieopzet steunt op calculaties die voor het laatst in 2004 geactualiseerd zijn. Herziening kan pas plaatsvinden zodra de eerder vermelde uitgangspunten geformuleerd zijn. € 1.261.069 O.b.v. de laatste exploitatiebegroting wordt een winst van circa 2,5 miljoen euro geprognosticeerd. De exploitatiebegroting dient evenwel geactualiseerd te worden. Dit is pas mogelijk, zodra de stedenbouwkundige uitgangspunten opnieuw zijn geformuleerd en een nieuw bestemmingsplan is opgesteld. Gelijktijdig dienen nieuwe civieltechnische plannen uitgewerkt te worden. Rode draad daarbij is het gewijzigd Provinciaal woningbouwbeleid. 28.972 m2 Hoog. Zoals bij alle woningbouwlocaties wordt het risico beheerst door


het Provinciaal woningbouwbeleid, de huidige economische crisis alsmede en de ingetreden bevolkingskrimp. Zolang het al niet vaststaat of ter plekke uitbreiding van woningen wordt toegestaan kan sowieso geen garantie worden gegeven omtrent de economische uitvoerbaarheid van dit plangebied. Primair afhankelijk van Provinciaal woningbouwbeleid. Bestemmingsplanprocedure

Looptijd Geplande acties

Centrum IV Schimmert Doelstelling/stand van zaken


Grondvoorraad Risicoprofiel (laag/gemiddeld/hoog incluis toelichting) Looptijd

Geplande acties

In maart 2009 heeft de raad ingestemd met de definitieve planopzet voor dit plangebied. De ontwikkeling ligt in handen van VOC Jongen BV en Math Thewessen Bouw coördinatie BV waarmee een exploitatieovereenkomst is gesloten. -/- € 166.191 De overdracht van de gronden in eigendom van de gemeente aan de exploitant is overeengekomen voor een bedrag van afgerond € 800.000,00 excl. € 100.000,00 exploitatiebijdrage. Per saldo wordt de opbrengst die ten gunste van de reserve majeure projecten zal komen geraamd op € 940.000,00. 8.482 m2 Laag, onder voorwaarde dat het Provinciaal woningbouwbeleid zich niet verzet tegen ontwikkeling van dit plangebied. 1e Fase start binnen een half jaar na het onherroepelijk worden van het planologische besluit en de bouwvergunning. 2e Fase start binnen 3 jaar na het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan. Bestemmingsplanprocedure

Revitalisering De Horsel Doelstelling/stand van zaken


Grondvoorraad Risicoprofiel (laag/gemiddeld/hoog incluis toelichting)

Het revitaliseringsproces van het bestaande bedrijfsterrein is nagenoeg afgerond. Thans rest nog de ontwikkeling van nieuwe bedrijfspercelen in de zichtlocatie. De planvorming voor de nog aan te leggen wegenstructuur is opgestart en de onderhandelingen ten aanzien van de uit te geven bouwlocaties zijn inmiddels opgestart. In financieel opzicht verloopt de exploitatie binnen de randvoorwaarden zoals deze door de raad zijn vastgesteld. € 4.151.205 De kosten van Revitalisering De Horsel worden gedekt door enerzijds gronduitgifte van bouwlocaties, aanwending van investeringskredieten en anderzijds door cofinancieringen van het Rijk, Provincie en Europees Stimuleringsfonds. Uitgangspunt is dat de volledige operatie budgettair neutraal verloopt. 17.000 m2 Gemiddeld tot hoog; De risico’s die van invloed zijn: • Tracékeuze Aansluiting op de A-76/knooppunt Nuth. Bepaalde varianten beslaan ruimte waarop de zichtlocaties zijn geprojecteerd. De definitieve keuze kan dus consequenties hebben voor de opbrengst uit kavelverkopen. • Provinciaal Omgevingsplan Limburg. Uitgangspunt is dat in de zichtlocatie bedrijfskavels worden gerealiseerd voor de vestiging van kantoren. Het POL staat in princi-



pe geen kantoorlocaties meer toe in buitenstedelijke gebieden. De grens tussen stedelijk gebied en buitenstedelijk gebied is de A-76. In het kader van de bestemmingsplanprocedure moet blijken of er mogelijkheden zijn toch de gewenste kantoorlocaties te realiseren. Uitgangspunt is de aan het revitaliseringsproces ten grondslag liggende visie, welke destijds volledig werd onderschreven door de Provincie en die de basis vormde voor de cofinancieringen van Provincie, Rijk en Europees Stimuleringsfonds. Kaveluitgifte in een andere categorie bedrijfslocaties heeft een lagere opbrengst uit gronduitgifte tot gevolg. • Huidige economisch klimaat. t/m 2010 Bestemmingsplanprocedure, Aanleg wegenstructuur, Uitgifte bedrijfskavels.


Niet in exploitatie genomen gronden De Horsel Noord Doelstelling/stand van zaken

Boekwaarde per 1-1-2009 Prognose Grondvoorraad Gemiddelde boekwaarde Risicoprofiel (laag/gemiddeld/hoog incluis toelichting) Looptijd Geplande acties

Binnen dit deelproject is al jaren geleden de uitbreiding van het bedrijventerrein in noordelijke richting gerealiseerd. Het betrof in hoofdzaak de vestiging van transportbedrijf Harrie Vos BV. Dit terrein is uit strategische overwegingen in portefeuille gehouden voor eventuele uitbreidingsmogelijkheden van het bedrijventerrein. € 144.309 onbekend 9.900 m2 € 14,58

Laag,

gelet op relatief geringe boekwaarde per vierkante meter. onbekend In de bestemmingsplanprocedure voor Bedrijventerrein de Horsel is een uitbreiding voor handelsdoeleinden gepland aan de noordzijde. Dit terrein maakt hiervan onderdeel uit.

Locatie Driessen Doelstelling/stand van zaken


In maart 2004 heeft de gemeenteraad het ontwikkelingskader kern Nuth vastgesteld, waarin diverse locaties zijn opgenomen die een herontwikkeling moeten ondergaan. Een van die locaties is de hoek Dorpstraat/Stationstraat. De projectnaam luidt: “Entree Centrum Nuth”. De gronden zijn voor een groot deel in handen van marktpartijen. De gemeente heeft in dat kader het voormalige horecapand “Driessen” in eigendom verworven en de projectregie van het geheel naar zich toe getrokken. Uit berekeningen door de exploitant is gebleken dat bebouwing van de locatie overeenkomstig verantwoorde stedenbouwkundige uitgangspunten (woningbouw in combinatie met commerciële ruimte), een aanzienlijk exploitatieverlies oplevert. Thans zijn wij in gesprek met een woningcorporatie, die de exploitatie van de huidige ontwikkelaar wellicht wil overnemen en wordt gezocht naar dekkingsmogelijkheden voor het exploitatieverlies. Van de resultaten zullen wij u uiteraard op de hoogte houden. € 451.679 onbekend

Hoog onbekend Zie “doelstelling/stand van zaken”


Op de Bies Doelstelling/stand van zaken

Boekwaarde per 1-1-2009 Prognose Grondvoorraad Gemiddelde boekwaarde Risicoprofiel (laag/gemiddeld/hoog incluis toelichting)


In 2003 heeft de gemeente uit strategische overwegingen de voormalige Mavo Op de Bies gekocht. In 2007 is het pand gesloopt. De ontwikkeling van dit plangebied is uit strategische overwegingen uitgesteld tot na 2010. De redenen hiervoor zijn gelegen in het feit, dat binnen de kern Schimmert op diverse andere locaties op korte termijn een grote hoeveelheid woningen ontwikkeld worden. Naar verwachting zullen de kosten van bouwen woonrijpmaken bij de feitelijke ontwikkeling beperkt blijven, omdat de locatie direct aan de openbare weg ligt. Daarnaast wordt uitgegaan van een toekomstige bestemming tot woondoeleinden in het duurdere segment. Het bestemmingsplan moet in die zin nog gewijzigd worden. Ook op deze locatie is de toekomstige woonvisie van belang. € 357.257 3.806 4.484 m2 € 93,87

Gemiddeld tot hoog

Zoals bij alle woningbouwlocaties wordt het risico geheel beheerst door het Provinciaal woningbouwbeleid. Zolang in dit verband niet vaststaat of ter plekke uitbreiding van woningen wordt toegestaan kan geen garantie worden gegeven omtrent de economische uitvoerbaarheid van dit plangebied. onbekend Bestemmingsplanprocedure moet nog opgesteld worden.

Op de Kamp Doelstelling/stand van zaken


In het verlengde van de Revitalisering bedrijvenpark de Horsel is tevens de ontwikkeling van het gebied langs de Kamp te Nuth meegenomen. In 2007 is een bestemmingsplan opgesteld en in procedure genomen voor dit gebied. Het college is thans bevoegd tot nadere uitwerking van dit plangebied. De grondstrook staat onder invloed van de milieucirkel van de Makro. Om pragmatische redenen wordt er de voorkeur aan gegeven de grond het eerst aan de Makro aan te bieden. Vanwege personele mutaties op directieniveau van deze Makrovestiging zijn de onderhandelingen gestagneerd. Recent zijn de contacten weer geactiveerd. € 406.384 onbekend 11.075 m2 € 36,69 Gemiddeld, gelet op gemiddelde boekwaarde. onbekend Zie “doelstelling/stand van zaken”


Griffie/Rekenkamerfunctie

oelichting begroting Griffie/Rekenkamerfunctie Alvorens op de diverse kostenposten van de Griffie in te gaan wordt eerst nog kort de positie van de Griffie(r) in herinnering gehaald. Vanuit een oogpunt van het bewaren van een organisatorische eenheid (ook naar buiten toe) heeft de Raad op 21 december 2004 besloten om de Griffie(r) organisatorisch deel uit te laten maken van de organisatie van de gemeente Nuth. Doch om een onafhankelijke werkwijze te garanderen is er daarbij tevens vanuit gegaan dat de Griffie(r) binnen deze organisatie autonoom opereert. De kosten van de Griffie(r) zijn evenals van andere organisatieonderdelen in te kaderen als bedrijfsvoeringskosten, kosten voor duale positionering en enkele overige kosten. BEDRIJFSVOERING (INTERNE KOSTEN)

€ 167.074

Voor wat de bedrijfsvoering betreft kan worden gedacht aan zaken als loonsomkosten van de Griffier zelf (als eerste adviseur/ondersteuner van de raad) en de Griffiemedewerkster (ondersteuning Griffier), maar ook aan andere apparaatskosten die gemaakt worden in de ondersteuning van de Griffie(r). In bovenvermeld besluit is namelijk eveneens afgesproken dat vanuit de organisatie zogenaamde facilitaire, logistieke en piof-ondersteuning verleend wordt. En voorts kan bij deze apparaatskosten ook worden gedacht aan de personele kosten voor inzet bij ondersteuning programmabegroting e.d. Verder betreffen deze personeelskosten nog:

Externe ondersteuning € 10.000 Raming van te maken onkosten bij ziekte/verhindering of andere vervanging bij onderbezetting Griffiepersoneel en kosten van verslaglegging.

DUALE POSITIONERING Hieronder wordt nader ingegaan op de kosten die meer in het verlengde liggen van de duale positionering van de raad. Dit zijn kosten te maken voor taken gericht op het versterken van de (duale) positie van de raad te weten de kaderstellende rol, volksvertegenwoordigende rol en controlerende rol van de raad. Uitgangspunt is nog steeds om het dualisme in Nuth verder gestalte te geven, waardoor terzake via aanreiking van instrumenten aan de gemeenteraad, op adequate wijze uitvoering kan worden gegeven aan de diverse onderdelen. Het betreft dan in het bijzonder de volgende kostenposten:

Opleiding/cursussen € 10.000 Mogelijkheid om voor de raadsleden op een specifiek onderdeel (bv. programmabegroting) een opleiding/cursus in huis te organiseren of om een seminar te bezoeken. A.g.v. verkiezingen in maart 2010 mogelijkheid om nieuwe raad(sleden) te laten deelnemen aan bv. een verkorte cursus inzicht in het lokale bestuur of een vervolgcursus debatvoering voor de Raad. Dit budget is tevens bestemd om het griffiepersoneel gebruik te laten maken van seminars/opleidingsdagen buitenshuis.

Publicatiekosten Nuth en Omstreken € 13.000 Bekendmakingen in Nuth en Omstreken van o.a. agenda’s Raad, Rondetafelgesprekken en Themabijeenkomsten alsook bekendmaking besluitvorming van de Raad in een uitgebreidere vorm (inclusief stemverhoudingen etc.) Verder kan gedacht worden aan een keer een extra advertentie te plaatsen om mensen uit te nodigen voor een bepaalde bijeenkomst.

Programma 2010 Begroting Griffie/Rekenkamer

Advieskosten € 25.000 Jaarlijks uit te voeren werkzaamheden door huisaccountant, o.a. in het kader van rechtmatigheidscontrole e.d. (€ 20.000). Maar ook te maken kosten voor inwinnen extern preadvies t.b.v. door de Raad in te stellen onderzoeksopdracht (€ 5.000).

Voorlichting € 1.000 Raming van te maken onkosten (zaalhuur e.d.) indien de Raad besluit om via een bezoek aan een van de kernen voorlichting/informatie te verschaffen aan burgers (versterken van rol van volksvertegenwoordiger, kaderstelling).

Rekenkamercommissie € 25.000 De Raad heeft op 5 juli 2005 reeds besloten tot instelling van de Rekenkamerfunctie. Voor de te maken onderzoekskosten (overeengekomen is minimaal 1 onderzoek per jaar) en de overheadkosten (o.a. loonsomkosten ambtelijk secretaris/ huisvestingskosten in Valkenburg) is jaarlijks minimaal een bedrag benodigd van € 25.000. Daarnaast heeft het Presidium in maart 2009 besloten dat op verzoek en na overleg met de RKC het restant aantal onderzoeksuren ad 50 (6.500 euro) van 2009 worden overgeheveld naar 2010. Dit bedrag wordt administratief verwerkt in de Jaarrekening 2009 en is daarmee als gereserveerd bedrag beschikbaar voor 2010.

OVERIG Voor wat betreft de overige kosten gaat het om:

Contributies € 500 Jaarlijks lidmaatschap van de Griffier van o.a. Nederlandse Vereniging voor Griffiers.

Representatiekosten € 1.000 Budget voor Griffie om bloemetje te laten bezorgen bij b.v. ziek raadslid, jubileum collega griffier, lunchkosten griffierskring etc.

Abonnementen/boekwerken € 1.800 Jaarlijkse abonnementen van (vak)tijdschriften, maar ook voor het bestellen van naslagliteratuur over bepaalde thema’s voor raadsleden of griffier.

Bindingsdag € 4.000 Jaarlijkse (externe) dag voor raad, college en mt ter bevordering van de samenwerking en de binding onderling.

Gemeenteraadsverkiezingen € 3.500 Ter dekking van te maken onkosten als gevolg van de gemeenteraadsverkiezingen in maart 2010 zoals zaalhuur, huur geluidsinstallatie, externe begeleiding etc.

Overige onkosten € 3.000 Ter dekking van onkosten bij prioriteringsdebat/begrotingsvergadering, installatie nieuwe raadsleden/nieuwe wethouders etc.

INTERNE KOSTEN OVERIGE KOSTEN GRIFFIE OVERIGE KOSTEN REKENKAMERFUNCTIE

€ 167.074 € 84.000 € 13.800

TOTAAL

€ 264.874

Programma 2010 Begroting Griffie/Rekenkamer

Bijlagen

BIJLAGE 1 Investeringsprogramma's 2010-2013 Indeling per programma/product

Bedragen x 1 euro

Omschrijving investering

Investeringsbedrag

Kapitaallasten 1e jaar

Rente: 4,0% Onderuitputting rentekosten 1e jaar: 50% Onderuitputting afschrijvingskosten 1e jaar: 100% n= nieuwe investeringsclaim v= vervangingsinvstering

Investeringsprogramma 2010 Programma 1. Openbare orde en veiligheid en handhaving Openbare orde en veiligheid (2006) Bluswatervoorziening De Steeg Bluswatervoorziening Klein Haasdal

n n

60.000 310.000 370.000

1.200 6.200 7.400

Programma 5. Bereikbaarheid Wegen en verkeer (5203) Reconstructie/infrastructurele aanpassingen i.v.m. verkeersmaatregelen Gevolgen aansluiting A76 en Buitenring op lokaal wegennet

v n

100.000 pm 100.000

2.000 pm 2.000

Programma 7. Beheer Algemene begraafplaatsen (5106) Urnenbijzetting begraafplaatsen Nuth, Hulsberg en Schimmert

v

20.000

400

Wegen en verkeer (5203) Reconstructie Mr. Brulsstraat Reconstructie De Kling

n n

80.000 110.000 210.000

1.600 2.200 4.200

Riolen (5202) Milieu-investeringen riolen (projecten) Vervangingskosten rioolleidingen

v v

1.000.000 698.000

20.000 13.960

Wegen en verkeer (5203) Reconstructiewegen/weggedeelten i.v.m. rioolwerkzaamheden

v

110.000 1.808.000

2.200 36.160

2.488.000

49.760

100.000 100.000

2.000 2.000

Totaal investeringsprogramma 2010 Investeringsprogramma 2011 Programma 5. Bereikbaarheid Wegen en verkeer (5203) Reconstructie/infrastructurele aanpassingen i.v.m. verkeersmaatregelen

Programmabegroting 2010 Bijlage 1

v

Omschrijving investering

Investeringsbedrag

Kapitaallasten 1e jaar

Programma 7. Beheer Riolen (5202) Milieuinvesteringen riolen (projecten) Vervangingskosten rioolleidingen

v v

1.000.000 698.000

20.000 13.960


v

110.000 1.808.000

2.200 36.160

1.908.000

38.160


v

100.000 100.000

2.000 2.000


v v

1.000.000 698.000

20.000 13.960

110.000 1.808.000

2.200 36.160

1.908.000

38.160



v

100.000 100.000

2.000 2.000


v v

1.000.000 698.000

20.000 13.960


v

110.000 1.808.000

2.200 36.160

Totaal investeringsprogramma 2013

1.908.000

38.160

TOTAAL INVESTERINGSNIVEAU 2010-2013

8.212.000

164.240




PAUW - Berekening Opgave

BIJLAGE 2

PROGNOSEBEREKENING ALGEMENE UITKERING 2010-2013

Circulaire:

Meicirculaire 2009 (2009-278690 d.d. 29 mei 2009)

Uitkeringsfactor:

Lopende prijzen

Datum rapport:

14-08-2009

Onderdeel A - Inkomstenmaatstaven Maatstaf 1a Waarde woningen eigenaren 1b Waarde niet-woningen gebruikers 1c Waarde niet-woningen eigenaren Subtotaal

2010 -1.119.193 -167.438 -207.775 -1.494.406

2011 -1.119.193 -167.438 -207.775 -1.494.406

Onderdeel B - Uitgavenmaatstaven waarop de uitkeringsfactor van toepassing is Maatstaf 2010 2011 1e OZB waarde niet-woningen (in miljoenen) 52.875 52.875 2 Inwoners 2.055.837 2.051.911 3a Eén-ouder-huishoudens 49.623 49.603 4 Inwoners: jongeren < 20 jaar 720.466 721.795 5 Inwoners: ouderen > 64 jaar 251.530 251.530 5a Inwoners: ouderen > 74 en < 85 jaar 28.220 28.220 7 Lage inkomens 170.274 169.377 7a Lage inkomens (drempel) 436.069 434.425 8 Bijstandsontvangers 346.464 455.651 10a WWB schaalnadeel 46.501 53.949 10b WWB schaalvoordeel 444.131 561.140 11 Uitkeringsontvangers 149.586 157.514 12 Minderheden 57.314 57.306 13 Klantenpotentieel lokaal 597.317 597.317 14 Klantenpotentieel regionaal 32.151 32.109 16 Oppervlakte land 107.540 107.540 18 Oppervlakte land * bodemfactor gemeente 92.532 95.083 19 Oppervlakte binnenwater 154 157 21 Oppervlakte bebouwing 50.244 50.219 22 Oppervlakte bebouwing woonkernen * bodemfactor woonkernen 266.012 265.815 23 Oppervlakte bebouwing buitengebied * bodemfactor buitengebied 41.183 41.158 24 Woonruimten 1.293.228 1.296.658 25 Woonruimten * bodemfactor woonkernen 202.474 202.943 31a ISV (a) stadsvernieuwing 6.857 6.853 31b ISV (b) herstructurering 2.527 2.527 32 Omgevingsadressendichtheid 215.672 216.561 34 Oeverlengte * bodemfactor gemeente 587 586 35a Oeverlengte * bodemfactor gemeente * dichtheidsfactor 1.379 1.376 36 Meerkernigheid 45.682 45.639 36a Kernen met 500 of meer adressen 84.542 84.542 37 Meerkernigheid * bodemfactor buitengebied 74.597 74.555 38 Bedrijfsvestigingen 102.245 101.905 39 Vast bedrag 272.855 265.763 Subtotaal 8.298.666 8.534.603 Onderdeel C - Uitkeringsfactor (uf) Jaren UitkeringsFactor Subtotaal (B x C (=uf))

2010 1,552 12.879.530

2011 1,528 13.040.873

file:///F|/Nuth/4000FIN/4200%20Beleid%20en%20behe...gemene%20uitkering%202010-2013%20tm%20meicirc.htm (1 van 2)05-10-2009 11:31:49

2012 -1.119.193 -167.438 -207.775 -1.494.406

2013 -1.119.193 -167.438 -207.775 -1.494.406

2012 52.875 2.047.985 49.603 720.459 251.530 28.220 169.202 433.259 455.128 53.863 560.122 157.469 56.375 597.317 32.109 107.540 98.761 161 50.219

2013 52.875 2.044.059 49.603 719.124 251.530 28.220 169.202 432.190 455.128 53.863 560.122 157.469 56.375 597.317 32.109 101.048 97.593 167 50.219

265.815

265.815

41.158 1.301.981 203.776 6.853 2.527 217.450 586

41.158 1.307.304 204.609 6.853 2.527 218.339 586

1.373 45.639 84.542 74.555 101.905 261.643 8.532.001

1.459 45.639 84.542 74.555 101.905 270.720 8.534.224

2012 1,507 12.857.726

2013 1,490 12.715.994

PAUW - Berekening Opgave

Onderdeel D - Uitgavenmaatstaven waarop de uitkeringsfactor niet van toepassing is Maatstaf 2010 2011 51 Rioleringen 19.641 1.264 53a Overgangsmaatregel ISV (VHROSV) -8.129 -8.129 61 Suppletieregeling OZB 43.380 43.380 69 Bibliotheken (DU) 18.094 18.094 70 Suppletieregeling wijziging verdeelstelsel 1-1-2008 n.v.t. n.v.t. Subtotaal 72.986 54.609

2012 185 n.v.t. 43.380 18.094 n.v.t. 61.659

2013 -n.v.t. --n.v.t. --

Onderdeel E - Integratie- en decentralisatieuitkeringen waarop de uitkeringsfactor niet van toepassing is Maatstaf 2010 2011 2012 2013 55 Integratie-uitkering WUW-middelen Gemeentefonds 53.746 53.746 --62 Budget Wmo 1.597.465 1.597.465 1.597.465 1.597.465 63 Amendement De Pater - van der Meer (IU) 35.222 35.222 35.222 35.222 67 Tijdelijke stim.regeling opsporing en controle ABW (IU) 45.000 45.000 45.000 -Subtotaal 1.731.433 1.731.433 1.677.687 1.632.687

Totaal

13.189.543

13.332.509

file:///F|/Nuth/4000FIN/4200%20Beleid%20en%20behe...gemene%20uitkering%202010-2013%20tm%20meicirc.htm (2 van 2)05-10-2009 11:31:49

13.102.666

12.854.275

BIJLAGE 3-1 Overzicht reserves en voorzieningen 2010 In dit overzicht is de boekwinst als gevolg van de verkoop van aandelen Essent niet meegenomen.

mutaties in 2010

RESERVES

rekeningnr.

saldo aan het begin van dienstjaar 2010

I Algemene reserve

304201001

2.689.000

158.000

2.689.000

158.000

Subtotaal onderdeel I

Programmabegroting 2010: Bijlage 3

II Bestemmingsreserves Reserve reconstructie Diepestraat (2009-2018) Reserve extra onderhoud Diepestraat (2009-2018) Reserve ter dekking kapitaallasten sportpark De Kollenberg 2005-2016 Reserve Breed Welzijn (v/h Reserve lokaal sociaal beleid ) Reserve ontgronding De Horsel Bestemmingsreserve majeure projecten Egalisatiereserve afvalstoffenheffing Egalisatiereserve rioolheffing Reserve tijdelijke verhuizing Op den Toren Reserve vervanging toestellen speeltuinen Reserve lokale ruimtelijke ontwikkeling Bestemmingsreserve pensioenpremies Subtotaal onderdeel II III VOORZIENINGEN Voorziening persioenen en wachtgeld wethouders Voorziening planmatig onderhoud gemeentelijke gebouwen (MOP) Voorziening planmatige vervanging openbare verlichting Voorziening aanleg fietsvoorzieningen Diepestraat Voorziening achterstallig onderhoud Diepestraat Voorziening groot en klein onderhoud wegen (asfalt/elementenverharding/klein onderhoud Voorziening rehabilitatie wegen (2009-2012) Voorziening BWS-middelen Voorziening afkoop regeling subsidie woning gebonden subsidies Voorziening afkoop regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten Voorziening huisvesting basisonderwijs Subtotaal onderdeel III Totaal onderdeel I+II+III

135.000 0 2.109.911 23.901 123.146 3.543.972 0 459.000 272.000 100.648 225.041 0 400.000 7.392.619

(stortingen)

verminderingen saldo aan het einde van (beschikkingen) dienstjaar 2010 2.847.000 0

2.847.000

15.000 0 173.287

120.000 0 1.936.624 23.901 123.146 3.543.972 0 231.000 272.000 137.648 265.041 0 300.000 6.953.332

228.000 37.000 40.000

77.000

100.000 516.287

143.523 0 48.625 0 0 637.024 75.000 75.620 191.041 44.985 60.173 1.275.991

60.000 946.000

60.000 1.008.810

143.523 0 48.625 0 0 637.024 50.000 75.620 153.231 44.985 60.173 1.213.181

11.357.610

1.181.000

1.525.097

11.013.513

195.000 80.000

195.000 80.000

586.000 25.000

586.000 50.000 37.810

BIJLAGE 3-2 Overzicht reserves en voorzieningen 2011 In dit overzicht is de boekwinst als gevolg van de verkoop van aandelen Essent niet meegenomen. RESERVES

rekeningnr.

I Algemene reserve

304201001 Subtotaal onderdeel I


II Bestemmingsreserves Reserve reconstructie Diepestraat (2009-2018) Reserve extra onderhoud Diepestraat (2009-2018) Reserve ter dekking kapitaallasten sportpark De Kollenberg 2005-2016 Reserve Breed Welzijn (v/h Reserve lokaal sociaal beleid ) Reserve ontgronding De Horsel Bestemmingsreserve majeure projecten Egalisatiereserve afvalstoffenheffing Egalisatiereserve rioolheffing Reserve tijdelijke verhuizing Op den Toren Reserve vervanging toestellen speeltuinen Reserve advisering/plankosten bestemmingsplannen Reserve lokale ruimtelijke ontwikkeling Bestemmingsreserve pensioenpremies Subtotaal onderdeel II

mutaties in 2011

saldo aan het begin van vermeerderingen dienstjaar 2011 (stortingen) 2.847.000

285.000

2.847.000

285.000

120.000 0 1.936.624 23.901 123.146 3.543.972 0 231.000 272.000 137.648 265.041 0 300.000 6.953.332

verminderingen saldo aan het einde van (beschikkingen) dienstjaar 2011 3.132.000 0

3.132.000

15.000

105.000 0 1.763.337 23.901 123.146 3.543.972 0 0 272.000 175.648 305.041 0 200.000 6.512.045

173.287

231.000 38.000 40.000

78.000

100.000 519.287

III VOORZIENINGEN Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening Voorziening

persioenen en wachtgeld wethouders planmatig onderhoud gemeentelijke gebouwen (MOP) planmatige vervanging openbare verlichting aanleg fietsvoorzieningen Diepestraat achterstallig onderhoud Diepestraat groot en klein onderhoud wegen (asfalt/elementenverharding/klein onderhou rehabilitatie wegen (2009-2012) BWS-middelen afkoop regeling subsidie woning gebonden subsidies afkoop regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten huisvesting basisonderwijs Subtotaal onderdeel III Totaal onderdeel I+II+III

143.523 0 48.625 0 0 637.024 50.000 75.620 153.231 44.985 60.173 1.213.181

60.000 946.000

60.000 1.008.810

143.523 0 48.625 0 0 637.024 25.000 75.620 115.421 44.985 60.173 1.150.371

11.013.513

1.309.000

1.528.097

10.794.416

195.000 80.000

195.000 80.000

586.000 25.000

586.000 50.000 37.810


rekeningnr.

I Algemene reserve

304201001 Subtotaal onderdeel I

saldo aan het begin van het dienstjaar 2012

mutaties in 2012 vermeerderingen (stortingen)

verminderingen saldo aan het einde van (beschikkingen) dienstjaar 2012

3.132.000

168.000

3.300.000

3.132.000

168.000


0

3.300.000

15.000

90.000 0 1.590.050 23.901 123.146 3.543.972 0 0 272.000 214.648 345.041 0 100.000 6.302.758


105.000 0 1.763.337 23.901 123.146 3.543.972 0 0 272.000 175.648 305.041 0 200.000 6.512.045

III VOORZIENINGEN Voorziening persioenen en wachtgeld wethouders Voorziening planmatig onderhoud gemeentelijke gebouwen (MOP) Voorziening planmatige vervanging openbare verlichting Voorziening aanleg fietsvoorzieningen Diepestraat Voorziening achterstallig onderhoud Diepestraat Voorziening groot en klein onderhoud wegen (asfalt/elementenverharding/klein onderhoud Voorziening rehabilitatie wegen (2009-2012) Voorziening BWS-middelen Voorziening afkoop regeling subsidie woning gebonden subsidies Voorziening afkoop regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten Voorziening huisvesting basisonderwijs Subtotaal onderdeel III

143.523 0 48.625 0 0 637.024 25.000 75.620 115.421 44.985 60.173 1.150.371

60.000 946.000

60.000 1.008.810

143.523 0 48.625 0 0 637.024 0 75.620 77.611 44.985 60.173 1.087.561

10.794.416

1.193.000

1.297.097

10.690.319

Totaal onderdeel I+II+III

173.287

39.000 40.000

79.000

100.000 288.287

195.000 80.000

195.000 80.000

586.000 25.000

586.000 50.000 37.810


rekeningnr.

I Algemene reserve

304201001

mutaties in 2013

saldo aan het begin van vermeerderingen het dienstjaar 2009 (stortingen)

Subtotaal onderdeel I

3.300.000 3.300.000

0

verminderingen saldo aan het einde van (beschikkingen) dienstjaar 2009


106.000

3.194.000

106.000

3.194.000

15.000

75.000 0 1.416.763 23.901 123.146 3.543.972 0 0 272.000 254.648 385.041 0 0 6.094.471


90.000 0 1.590.050 23.901 123.146 3.543.972 0 0 272.000 214.648 345.041 0 100.000 6.302.758

III VOORZIENINGEN Voorziening persioenen en wachtgeld wethouders Voorziening planmatig onderhoud gemeentelijke gebouwen (MOP) Voorziening planmatige vervanging openbare verlichting Voorziening aanleg fietsvoorzieningen Diepestraat Voorziening achterstallig onderhoud Diepestraat Voorziening groot en klein onderhoud wegen (asfalt/elementenverharding/klein onderhoud Voorziening rehabilitatie wegen (2009-2012) Voorziening BWS-middelen Voorziening afkoop regeling subsidie woning gebonden subsidies Voorziening afkoop regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten Voorziening huisvesting basisonderwijs Subtotaal onderdeel III

143.523 0 48.625 0 0 637.024 0 75.620 77.611 44.985 60.173 1.087.561

60.000 921.000

60.000 983.810

143.523 0 48.625 0 0 637.024 -25.000 75.620 39.801 44.985 60.173 1.024.751

10.690.319

1.001.000

1.378.097

10.313.222

Totaal onderdeel I+II+III

173.287

40.000 40.000 0 80.000

0 100.000 288.287

195.000 80.000

195.000 80.000

586.000 0

586.000 25.000 37.810

BIJLAGE 4 Overzicht opgenomen langlopende geldleningen 2010 Oorspronkelijk bedrag van de geldlening of het voorschot

Datum Raad Omschrijving


1.361.341 1.815.121 2.722.681 653.444 2.268.901 2.268.901 2.268.901 1.815.121 2.722.681 2.000.000 3.000.000 3.000.000 3.000.000 3.000.000 3.000.000

06-10-1992 14-02-1996 03-06-1997 16-06-1992 25-10-1994 16-12-1997 15-07-1998 01-04-1999 15-09-2000 01-08-2002 02-06-2003 01-10-2004 01-02-2005 02-01-2006 23-06-2006

BNG Nr. 79227 BNG Nr. 84949 BNG Nr. 86713 Rabo 13729 A BNG 98957 NWB len. nr. 3455/14847 BNG 88305 BNG 89742 BNG 91374 BNG 95107 BNG 97634 NWB len. nr. 1 0023373 NWB len. nr. 1 0023526 BNG 40.0100442 BNG 40,101926

3.000.000

01-11-2007 BNG 40.102333 Totaal langlopende geldleningen

Jaar van Renteperde (laat- centage ste) aflossing

2017 2021 2017 2012 2019 2017 2018 2019 2020 2022 2023 2024 2025 2026 2026

5,100 3,590 4,690 5,150 3,985 4,500 5,120 4,490 4,500 5,020 4,130 3,970 3,875 3,620 4,020

2027

3,980

Restantbedrag Bedrag van de van de geldle- in de loop van ning of het het dienstjaar voorschot aan op te nemen/ het begin van opgenomen het dienstjaar geldleningen of voorschotten 435.629 0,00 871.258 0,00 1.089.073 0,00 98.016 0,00 907.560 0,00 907.560 0,00 1.021.006 0,00 907.560 0,00 1.497.475 0,00 1.300.000 0,00 2.100.000 0,00 2.250.000 0,00 2.400.000 0,00 2.550.000 0,00 2.550.000 0,00

Bedrag van de rente of het rentebestanddeel

de aflossing of het aflossingsbestanddeel

Restantbedrag van de geldlening of het voorschot aan het einde van het dienstjaar

21.761 29.086 47.597 3.932 35.106 40.407 49.570 37.679 59.481 63.156 83.115 87.824 87.713 86.910 99.338

54.454 72.605 136.134 32.672 90.756 113.445 113.445 90.756 136.134 100.000 150.000 150.000 150.000 150.000 150.000

381.175 798.653 952.938 65.344 816.804 794.115 907.560 816.804 1.361.341 1.200.000 1.950.000 2.100.000 2.250.000 2.400.000 2.400.000

2.700.000

0,00

106.444

150.000

2.550.000

23.585.138

0,00

939.119

1.840.401

21.744.737

Bijlage 5 Overzicht geraamde incidentele lasten en baten 2010-2013 (afgerond op € 1.000) Volgens artikel 19 lid 3 van het Besluit begroting en verantwoording dient de gemeente duidelijkheid te geven omtrent de aard van de lasten en baten. Door een indicatie van de incidentele baten en lasten te geven wordt informatie gegeven, die relevant is voor het beoordelen van de financiële positie en de meerjarenraming. Voor een nadere invulling van het begrip incidenteel moet worden gedacht aan lasten en baten, die zich binnen de cyclus van de meerjarenraming maximaal drie jaar voordoen. Product LASTEN (2004) Bestuurlijke org. en samenwerking (5302) Economische zaken (6112) Overige onderwijsvoorzieningen

Omschrijving

Bedrag

Jaarschijf

Burgeronderzoek in Parkstadverband Evenementen Groot Nuth VVE- pilot (saldo)

-17.000 -6.000 -20.000

2011 en 2013 2010 tm 2011 2010

BATEN n.v.t.


Bijlage 6 Nieuwe exploitatielasten/baten 2010-2013 gerubriceerd per programma bedragen in euro programma/programmapunt

productnr./omschrijving

1. OOV en handhaving

Bluswatervoorziening bedrijventerrein De Steeg (Kap.lasten inv. € 60.000) Bluswatervoorziening Klein- en Groot Haasdal e.o. (Kap.lasten inv. € 310.000)

3. Breed Welzijn

5. Bereikbaarheid

7. Beheer

8. Bestuur en bedrijfsvoering

Gemeenschapshuisvoorziening Vaesrade (kap.lasten inv. 200.000) Nota Kunst en Cultuur 2009 Zorgnetwerk basisonderwijs

Gevolgen aansluiting A76 en Buitenring op lokaal wegennet

Reconstructie Mgr. Brulsstraat (kap.lasten inv. € 80.000) Openbare verlichting Reconstructie De Kling (kap.lasten nettoinvestering € 110.000)

Intergemeentelijke samenwerking Kostenbesparing door aansluiting bij GBR Parkstad Project Hulsberg ( zie raadsvoorstel) Financiering Lokale omroepen

TOTAAL PER JAARSCHIJF

2010

2011

2012

2013

-2.000

-4.000

-4.000

-4.000

-7.000

-29.000

-29.000

-29.000

-9.000

-33.000

-33.000

-33.000

-5.000

-15.000

-15.000

-23.000 -12.000 -35.000

-23.000 -9.000 -37.000

-23.000 -9.000 -47.000

-23.000 -9.000 -47.000

pm

pm

pm

pm

0

0

0

0

-2.000

-7.000

-7.000

-7.000

-40.000 -3.000

-40.000 -10.000

-40.000 -10.000

-40.000 -10.000

-45.000

-57.000

-57.000

-57.000

-272.000 220.000 -10.000 -62.000

-331.000 75.000 13.000 -10.000 -253.000

-371.000 75.000 -194.000 -10.000 -500.000

-371.000 75.000 -399.000 -10.000 -705.000

-151.000

-380.000

-637.000

-842.000

Totaalsaldo nieuwe exploitatielasten/baten planperiode 2010-2013

-2.010.000

BIJLAGE 7 OVERZICHT LASTEN EN BATEN PER PROGRAMMA JAARSCHIJF 2010 incl. toevoegingen en ontrekkingen aan reserves gerubriceerd onder Algemene lasten en baten productnummer

2006

Omschrijving product

Omschrijving programma

Openbare orde, veiligheid en handhaving

1. Openbare orde, veiligheid en handhaving Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

5302

Economische zaken en werkgelegenheid

2. Economische zaken en werkgelegenheid Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

6101 6104 6105 6106 6107 6108 6111 6113 6114 6118 6103 6110 6112 6115 5303 6102 6109

Asielzoekers en vluchtelingen

3. Breed welzijn

Gezondheidszorg

3. Breed welzijn

Gehandicaptenbeleid

3. Breed welzijn

Integraal ouderenbeleid

3. Breed welzijn

Jeugd- en jongerenbeleid

3. Breed welzijn

Kinderopvang & peuterspeelzaal

3. Breed welzijn

Maatschappelijke dienstverlen.

3. Breed welzijn

Sociaal- cultureel werk

3. Breed welzijn

Sport & recreatieve voorzien.

3. Breed welzijn

WMO

3. Breed welzijn

Bijzonder basisonderwijs

3. Breed welzijn

Leerlingenvervoer

3. Breed welzijn

Overige onderwijsvoorzieningen

3. Breed welzijn

Volwasseneneducatie

3. Breed welzijn

Monumenten

3. Breed welzijn

Bibliotheekwerk

3. Breed welzijn

Kunst en cultuur

3. Breed welzijn Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

5301 5304 5305 5308 5401 5402

Bovenlokale projecten R.O.

4. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen

Ruimtelijke ordening


Volkshuisvesting


Bouwgr./Verspreid liggende gronden


Bouw- en woningtoezicht


Milieubeheer

4. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen Resultaat voor bestemming Resultaat na bestemming

6116

CVV vervoersbeleid

5. Bereikbaarheid en verkeer Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

6117 6201 6202 6203 6204

Sociale zorg

6. Publieke dienstverlening

Burgerlijke stand & genealogie


GBA ( bevolkingsadministratie )




Verkiezingen

6. Publieke dienstverlening Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

5104 5105 5106 5107 5201

Accommodaties / eigendommen

7. Beheer

Afvalinzameling

7. Beheer

Algemene begraafplaatsen

7. Beheer

Kadaster

7. Beheer

Groenvoorzieningen

7. Beheer


LASTEN 1.088.891 1.088.891 0 1.088.891

BATEN 17.400 17.400 0 17.400

SALDO -1.071.491 -1.071.491 0 -1.071.491

506.917 506.917 0 506.917

0 0 0 0

-506.917 -506.917 0 -506.917

110.120 510.261 939.810 235.013 143.783 229.143 316.543 126.382 302.122 2.132.057 418.680 281.392 339.793 183.250 61.619 399.903 251.832 6.981.703 37.000 7.018.703

60.182 216.649 0

-49.938 -293.612 -939.810 -235.013 -143.783 -209.143 -316.543 -126.112 -302.122 -1.912.057 -418.680 -281.392 -263.993 -9.017 -61.619 -399.903 -251.832 -6.214.569 -37.000 -6.251.569

20.000 270 220.000

75.800 174.233

767.134 0 767.134

142.893 745.578 128.207 2.341.522 664.343 619.568 4.642.111 40.000 4.682.111

2.401.122 0 2.401.122

-142.893 -722.078 -125.077 -220.130 -411.243 -619.568 -2.240.989 -40.000 -2.280.989

342.672 342.672 0 342.672

0 0 0

-342.672 -342.672 0 -342.672

23.500 3.130 2.121.392 253.100

7.542.923 194.046 255.176 216.617 86.275 8.295.037 0 8.295.037

6.288.864 20.000 22.500 230.000 6.561.364 0 6.561.364

-1.254.059 -174.046 -232.676 13.383 -86.275 -1.733.673 0 -1.733.673

896.087 1.452.619 178.071 86.041 887.971

36.747 1.740.162 153.962 681 1.396

-859.340 287.543 -24.109 -85.360 -886.575

productnummer

5202 5203 5204

2004



Riolen

7. Beheer

Wegen en verkeer

7. Beheer

Groene sportterreinen

7. Beheer Resultaat voor bestemming

LASTEN 1.579.413 3.003.152 306.008 8.389.362

Mutatie reserves: Eg.reserve rioolrecht Resultaat na bestemming

8.389.362

Mutatie reserves: Resultaat na bestemming

817.862 817.862 0 817.862

Onvoorziene uitgaven

Algemene lasten en baten

140.000

Algemene uitkering gem. fonds


Bestuurl. Organisatie & samenw.

8. Bestuur en bedrijfsvoering Resultaat voor bestemming

BATEN 1.549.589 1.680.225 8.078 5.170.840 243.000 5.413.840

0 0

SALDO -29.824 -1.322.927 -297.930 -3.218.522 243.000 -2.975.522 -817.862 -817.862 0 -817.862

Financiën

8001 8002 8004 8005 8006 8007 8008 8009 8010 8012 8013

Onderuitputting salarissen


Reserves & voorzieningen


Reservering voor prijsstijging


Belasting onroerende zaken


Hondenbelasting


Nog funct.in te delen lasten


Saldo kostenplaatsen


Toeristenbelasting


Heffing/invordering

Algemene lasten en baten Resultaat voor bestemming Mutatie reserves: zie bijlage 9 Resultaat na bestemming

8051/8052

Griffie en Rekenkamer

Griffie en Rekenkamer Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming TOTAAL GENERAAL Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming Verrekening met Algemene Reserve


124.851 390.632 0 390.632

16.497.414 273.287 16.770.701

-140.000 13.189.543 52.000 -77.000 -15.000 2.240.693 86.600 135.364 707.433 52.000 -124.851 16.106.782 273.287 16.380.069

241.374 241.374 0 241.374

0 0 0

-241.374 -241.374 0 -241.374

31.696.561 77.000 31.773.561

31.415.274 516.287 31.931.561

13.189.543 52.000 77.000 15.000 167.745 1.400 -135.364

2.408.438 88.000 707.433 52.000

-281.287 439.287 158.000 158.000

OVERZICHT LASTEN EN BATEN PER PROGRAMMA JAARSCHIJF 2011 incl. toevoegingen en ontrekkingen aan reserves gerubriceerd onder Algemene lasten en baten productnummer

2006





5302



6101 6104 6105 6106 6107 6108 6111 6113 6114 6118 6103 6110 6112 6115 5303 6102 6109


3. Breed welzijn

Gezondheidszorg

3. Breed welzijn

Gehandicaptenbeleid

3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn

WMO

3. Breed welzijn


3. Breed welzijn

Leerlingenvervoer

3. Breed welzijn


3. Breed welzijn

Volwasseneneducatie

3. Breed welzijn

Monumenten

3. Breed welzijn

Bibliotheekwerk

3. Breed welzijn

Kunst en cultuur


5301 5304 5305 5308 5401 5402





Volkshuisvesting






Milieubeheer


6116

CVV vervoersbeleid


6117 6201 6202 6203 6204

Sociale zorg








Verkiezingen


5104 5105 5106 5107 5201


7. Beheer

Afvalinzameling

7. Beheer


7. Beheer

Kadaster

7. Beheer

Groenvoorzieningen

7. Beheer


LASTEN 1.096.426 1.096.426 0 1.096.426

BATEN 17.400 17.400 0 17.400

SALDO -1.079.026 -1.079.026 0 -1.079.026

492.401 492.401 0 492.401

0 0 0 0

-492.401 -492.401 0 -492.401

108.663 523.559 960.947 236.781 143.818 229.435 317.735 134.732 305.191 2.161.484 406.991 287.796 251.543 182.987 59.841 404.168 252.097 6.967.768 38.000 7.005.768

60.182 235.968 0

-48.481 -287.591 -960.947 -236.781 -143.818 -209.435 -317.735 -134.462 -305.191 -1.937.484 -406.991 -287.796 -251.543 -8.754 -59.841 -404.168 -252.097 -6.253.115 -38.000 -6.291.115

20.000 270 224.000

174.233

714.653 0 714.653

138.251 725.749 124.537 2.341.479 642.285 612.506 4.584.807 40.000 4.624.807

2.402.122 0 2.402.122

-138.251 -702.249 -121.407 -219.087 -389.185 -612.506 -2.182.685 -40.000 -2.222.685

351.208 351.208 0 351.208

0 0 0

-351.208 -351.208 0 -351.208

23.500 3.130 2.122.392 253.100

7.599.825 188.573 248.112 212.820 100.739 8.350.069 0 8.350.069

6.234.016 20.000 22.500 230.000 6.506.516 0 6.506.516

-1.365.809 -168.573 -225.612 17.180 -100.739 -1.843.553 0 -1.843.553

881.605 1.455.019 177.380 83.343 876.730

37.747 1.742.562 161.660 681 1.396

-843.858 287.543 -15.720 -82.662 -875.334

OVERZICHT LASTEN EN BATEN PER PROGRAMMA JAARSCHIJF 2011 incl. toevoegingen en ontrekkingen aan reserves gerubriceerd onder Algemene lasten en baten Riolen 7. Beheer 5202 Wegen en verkeer 7. Beheer 5203 Groene sportterreinen 7. Beheer 5204

2004


Resultaat voor bestemming

1.665.533 2.987.694 300.773 8.428.077

Mutatie reserves: Eg.reserve rioolrecht Resultaat na bestemming

8.428.077

8. Bestuur en bedrijfsvoering Resultaat voor bestemming Mutatie reserves: Eg.reserve Rein.recht Resultaat na bestemming

885.729 885.729 0 885.729

1.423.372 1.665.225 8.078 5.040.721 246.000 5.286.721

0 0

-242.161 -1.322.469 -292.695 -3.387.356 246.000 -3.141.356 -885.729 -885.729 0 -885.729

Financiën

8001 8002 8004 8005





190.000

120.826 574.571 0 574.571

17.136.133 273.287 17.409.420

-190.000 13.332.509 53.000 525.287 -273.287 -31.000 2.364.837 89.600 10.677 748.765 52.000 -120.826 16.561.562 273.287 16.834.849

242.776 242.776 0 242.776

0 0 0 0

-242.776 -242.776 0 -242.776

31.973.832 78.000 32.051.832

31.817.545 519.287 32.336.832

-156.287 441.287 285.000 285.000





78.000





Hondenbelasting


31.000 164.022 1.400 -10.677

Toerekening naar programma's

8006 8007 8008 8009 8010 8012 8013





Toeristenbelasting


Heffing/invordering


8051/8052




13.332.509 53.000 603.287 -273.287 2.528.859 91.000 748.765 52.000


2006





5302



6101 6104 6105 6106 6107 6108 6111 6113 6114 6118 6103 6110 6112 6115 5303 6102 6109


3. Breed welzijn

Gezondheidszorg

3. Breed welzijn

Gehandicaptenbeleid

3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn

WMO

3. Breed welzijn


3. Breed welzijn

Leerlingenvervoer

3. Breed welzijn


3. Breed welzijn

Volwasseneneducatie

3. Breed welzijn

Monumenten

3. Breed welzijn

Bibliotheekwerk

3. Breed welzijn

Kunst en cultuur


5301 5304 5305 5308 5401 5402





Volkshuisvesting






Milieubeheer


6116

CVV vervoersbeleid


6117 6201 6202 6203 6204

Sociale zorg








Verkiezingen


5104 5105 5106 5107 5201


7. Beheer

Afvalinzameling

7. Beheer


7. Beheer

Kadaster

7. Beheer

Groenvoorzieningen

7. Beheer


LASTEN 1.096.307 1.096.307 0 1.096.307

BATEN 17.400 17.400 0 17.400

SALDO -1.078.907 -1.078.907 0 -1.078.907

485.948 485.948 0 485.948

0 0 0 0

-485.948 -485.948 0 -485.948

108.638 528.153 985.278 239.719 145.023 230.293 319.230 143.628 309.863 2.197.381 403.313 294.786 302.016 182.982 59.794 409.647 253.576 7.113.320 39.000 7.152.320

60.182 235.968 0 0 0 20.000 0 270 0 228.000 0 0 0 174.233 0 0 0 718.653 0 718.653

-48.456 -292.185 -985.278 -239.719 -145.023 -210.293 -319.230 -143.358 -309.863 -1.969.381 -403.313 -294.786 -302.016 -8.749 -59.794 -409.647 -253.576 -6.394.667 -39.000 -6.433.667

138.129 725.232 124.290 2.341.436 641.709 615.542 4.586.338 40.000 4.626.338

0 23.500 3.130 2.123.392 253.100 0 2.403.122 0 2.403.122

-138.129 -701.732 -121.160 -218.044 -388.609 -615.542 -2.183.216 -40.000 -2.223.216

360.797 360.797 0 360.797

0 0 0 0

-360.797 -360.797 0 -360.797

7.622.308 188.480 247.992 212.755 67.704 8.339.239 0 8.339.239

6.236.816 20.000 22.500 230.000 0 6.509.316 0 6.509.316

-1.385.492 -168.480 -225.492 17.245 -67.704 -1.829.923 0 -1.829.923

872.007 1.457.491 176.656 82.616 871.046

38.747 1.745.034 169.743 681 1.396

-833.260 287.543 -6.913 -81.935 -869.650

OVERZICHT LASTEN EN BATEN PER PROGRAMMA JAARSCHIJF 2012 incl. toevoegingen en ontrekkingen aan reserves gerubriceerd onder Algemene lasten en baten Riolen 7. Beheer 5202 Wegen en verkeer 7. Beheer 5203 Groene sportterreinen 7. Beheer 5204 Resultaat voor bestemming Mutatie reserves: Resultaat na bestemming

2004


8. Bestuur en bedrijfsvoering Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

1.764.364 2.968.065 296.099 8.488.344 0 8.488.344

2.026.759 1.665.225 8.078 5.655.663 15.000 5.670.663

262.395 -1.302.840 -288.021 -2.832.681 15.000 -2.817.681

908.591 908.591 0 908.591

0 0 0 0

-908.591 -908.591 0 -908.591

90.000 0 0 79.000

-90.000 13.102.666 54.000 377.287

31.000 163.973 1.400 189.011 0 0 120.774 675.158 0 675.158

0 13.102.666 54.000 456.287 -273.287 0 2.655.302 97.000 0 807.335 52.000 0 16.951.303 273.287 17.224.590

-31.000 2.491.329 95.600 -189.011 807.335 52.000 -120.774 16.549.432 273.287 16.822.719

242.702 242.702 0 242.702

0 0 0 0

-242.702 -242.702 0 -242.702

32.296.744 79.000 32.375.744

32.255.457 288.287 32.543.744

232.000 209.287 168.000 168.000

Financiën

8001 8002 8004 8005










8006 8007 8008 8009 8010 8012 8013





Hondenbelasting






Toeristenbelasting


Heffing/invordering


8051/8052





2006





5302



6101 6104 6105 6106 6107 6108 6111 6113 6114 6118 6103 6110 6112 6115 5303 6102 6109


3. Breed welzijn

Gezondheidszorg

3. Breed welzijn

Gehandicaptenbeleid

3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn


3. Breed welzijn

WMO

3. Breed welzijn


3. Breed welzijn

Leerlingenvervoer

3. Breed welzijn


3. Breed welzijn

Volwasseneneducatie

3. Breed welzijn

Monumenten

3. Breed welzijn

Bibliotheekwerk

3. Breed welzijn

Kunst en cultuur


5301 5304 5305 5308 5401 5402





Volkshuisvesting






Milieubeheer

4. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

6116

CVV vervoersbeleid


6117 6201 6202 6203 6204

Sociale zorg








Verkiezingen


5104 5105 5106 5107 5201


7. Beheer

Afvalinzameling

7. Beheer


7. Beheer

Kadaster

7. Beheer

Groenvoorzieningen

7. Beheer


LASTEN 1.102.937 1.102.937 0 1.102.937

BATEN 17.400 17.400 0 17.400

SALDO -1.085.537 -1.085.537 0 -1.085.537

498.739 498.739 0 498.739

0 0 0 0

-498.739 -498.739 0 -498.739

110.120 533.211 1.011.329 243.887 147.457 231.745 321.042 143.826 316.221 2.204.554 403.097 302.391 313.133 183.250 61.377 416.402 256.331 7.199.373 40.000 7.239.373

60.182 235.968 0 0 0 20.000 270 0 232.000 0 0 0 174.233 0 0 0 722.653 0 722.653

-49.938 -297.243 -1.011.329 -243.887 -147.457 -211.745 -321.042 -143.556 -316.221 -1.972.554 -403.097 -302.391 -313.133 -9.017 -61.377 -416.402 -256.331 -6.476.720 -40.000 -6.516.720

142.262 743.042 127.268 2.341.393 661.504 625.351 4.640.820 40.000 4.680.820

0 23.500 3.130 2.124.392 253.100 0 2.404.122 0 2.404.122

-142.262 -719.542 -124.138 -217.001 -408.404 -625.351 -2.236.698 -40.000 -2.276.698

371.171 371.171 0 371.171

0 0 0 0

-371.171 -371.171 0 -371.171

7.513.562 194.044 255.173 216.615 69.774 8.249.168 0 8.249.168

6.239.616 20.000 22.500 230.000 0 6.512.116 0 6.512.116

-1.273.946 -174.044 -232.673 13.385 -69.774 -1.737.052 0 -1.737.052

867.114 1.460.037 177.586 86.057 878.894

39.747 1.747.580 178.230 681 1.396

-827.367 287.543 644 -85.376 -877.498

OVERZICHT LASTEN EN BATEN PER PROGRAMMA JAARSCHIJF 2013 incl. toevoegingen en ontrekkingen aan reserves gerubriceerd onder Algemene lasten en baten Riolen 7. Beheer 5202 Wegen en verkeer 7. Beheer 5203 Groene sportterreinen 7. Beheer 5204

2004


Resultaat voor bestemming

1.813.047 2.978.066 279.421 8.540.222

Mutatie reserves Resultaat na bestemming

8.540.222

8. Bestuur en bedrijfsvoering Resultaat voor bestemming Mutatie reserves: Eg.reserve Rein.recht Resultaat na bestemming

2.098.211 1.665.225 8.078 5.739.148 15.000 5.754.148

285.164 -1.312.841 -271.343 -2.801.074 15.000 -2.786.074

935.715 935.715 0 935.715

0 0

-935.715 -935.715 0 -935.715

40.000 0 0 80.000 31.000 163.733 1.400 385.698 0 0 120.514 822.345 0 822.345

0 12.854.275 55.000 540.287 -273.287 0 2.788.067 100.000 0 777.060 52.000 0 16.893.402 273.287 17.166.689

-31.000 2.624.334 98.600 -385.698 777.060 52.000 -120.514 16.344.344 273.287 16.617.631

242.638 242.638 0 242.638

0 0 0 0

-242.638 -242.638 0 -242.638

32.603.128 80.000 32.683.128

32.288.841 288.287 32.577.128

-41.000 208.287 -106.000 -106.000

0

Financiën

8001 8002 8004 8005










8006 8007 8008 8009 8010 8012 8013





Hondenbelasting






Toeristenbelasting


Heffing/invordering


8051/8052




-40.000 12.854.275 55.000 460.287

BIJLAGE 8 RECAPITULATIE BEGROTINGSRESULTAAT BEGROTING 2010-2013 PER PROGRAMMA VOOR EN NA RESULTAAT 2010

A) PROGRAMMA'S

2011

2012

2013

Saldi x 1 €

1. OPENBARE ORDE, VEILIGHEID EN HANDHAVING Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

-1.071.491 0 -1.071.491

-1.079.026 0 -1.079.026

-1.078.907 0 -1.078.907

-1.085.537 0 -1.085.537

-506.917 0 -506.917

-492.401 0 -492.401

-485.948 0 -485.948

-498.739 0 -498.739

-6.214.569 -37.000 -6.251.569

-6.253.115 -38.000 -6.291.115

-6.394.667 -39.000 -6.433.667

-6.476.720 -40.000 -6.516.720

-2.240.989 -40.000 -2.280.989

-2.182.685 -40.000 -2.222.685

-2.183.216 -40.000 -2.223.216

-2.236.698 -40.000 -2.276.698

-342.672 0 -342.672

-351.208 -351.208

-360.797 0 -360.797

-371.171 0 -371.171

-1.733.673 0 -1.733.673

-1.843.553 0 -1.843.553

-1.829.923 0 -1.829.923

-1.737.052 0 -1.737.052

-3.461.522 243.000 -3.218.522

-3.387.356 246.000 -3.141.356

-2.832.681 15.000 -2.817.681

-2.801.074 15.000 -2.786.074

-817.862 0 -817.862

-885.729 0 -885.729

-908.591 0 -908.591

-935.715 0 -935.715

16.349.782 273.287 16.623.069

16.561.562 273.287 16.834.849

16.276.145 273.287 16.549.432

16.071.057 273.287 16.344.344

-241.374 0 -241.374

-242.776 0 -242.776

-242.702 0 -242.702

-242.638 0 -242.638

-281.287 439.287 158.000 -158.000

-156.287 441.287 285.000 -285.000

-41.287 209.287 168.000 -168.000

-314.287 208.287 -106.000 106.000

2. ECONOMISCHE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming 3. BREED WELZIJN Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming 4. RUIMTELIJKE ONTWIKKELING EN WONEN Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming 5. BEREIKBAARHEID EN VERKEER Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming 6. PUBLIEKE DIENSTVERLENING Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming 7. BEHEER Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming 8. BESTUUR EN BEDRIJFSVOERING Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

B) ALGEMENE LASTEN EN BATEN Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

C) GRIFFIE/REKENKAMERFUNCTIE Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming Begrotingsresultaat voor bestemming Mutatie reserves Begrotingsresultaat na bestemming Verrekening met Algemene Reserve


BIJLAGE 9 Resultaatbepaling Programma

Begrotingsresultaat (1) ("bestuurlijk resultaat")


Af: Onttrekking uit algemene-/ bestemmingsreserves: - beschikking Egalisatiereserve afvalstoffenheffing - beschikking Egalisatiereserve rioolrecht - beschikking Reserve reconstructie Diepestraat - beschikking Reserve extra onderhoud Diepestraat - beschikking Reserve dekking kapitaallasten De Kollenberg - beschikking Reserve pensioenpremies

7. Beheer 7. Beheer 7. Beheer

Alg. l+ b Alg. l+ b

subtotaal (2):

Bij: Storting in algemene-/bestemmingsreserves: - storting in Reserve vervanging speeltoestellen - beschikking Reserve advisering/plankosten bestemmingsplannen Incidentele lasten (cf Bijlage 5) subtotaal (3):

("gecorrigeerd "bedrijfseconomisch resultaat")

2011

2012

2013

158.000

285.000

168.000

-106.000

voordelig

voordelig

voordelig

0 228.000 15.000

0 231.000 15.000

0 0 15.000

15.000

173.287 100.000

173.287 100.000

173.287 100.000

173.287 100.000

0

0

0

0

516.287

519.287

288.287

288.287

37.000 40.000

38.000 40.000

39.000 40.000

40.000 40.000

26.000

23.000

0

17.000

103.000

101.000

79.000

97.000

-255.287

-133.287

-41.287

-297.287

nadelig

0

7. Beheer

Incidentele baten (cf Bijlage 5)

Gezuiverd begrotingsresultaat (1-2+3)

2010

3. Breed welzijn 4. RO +Wonen

nadelig

nadelig

nadelig

nadelig

BIJLAGE 10 Berekening EMU-saldo Toelichting Gemeenten zijn sinds 2005 verplicht de berekening van het EMU-saldo aan het CBS te verstrekken. EMU staat voor Europese Monetaire Unie en het saldo is het gezamenlijk begrotingssaldo van het Rijk, sociale fondsen en lokale overheden (provincies, gemeenten en waterschappen). In het verdrag van Maastricht hebben de EMU-lidstaten afgesproken, dat het tekort van een land maximaal 3% van het Bruto Binnenlands Product mag bedragen. Dit houdt verband met overheidsschuld en inflatiebeteugeling. Het EMU-saldo van de lokale overheden (dus ook de gemeenten) maakt deel uit van de afspraken omtrent de 3%-grens. Het EMU-saldo is een macro-economisch kengetal en wijkt nogal af van het begrip exploitatiesaldo waar lokale overheden mee werken. Zo tellen investeringen volledig (nadelig) mee bij de bepaling van het EMU-saldo, terwijl dit bij de berekening, die de gemeente voert, niet zo is*. Ook aankopen van grond belasten het EMU-saldo en verkopen ontlasten dit saldo. Uit onderzoek door het ministerie is gebleken dat -macro gezien- met name transacties binnen het grondbedrijf het EMU-tekort nadelig beïnvloeden. Overigens kan een EMU-tekort zich ook voordoen bij een sluitende begroting. * Stel de gemeente heeft een investeringskrediet van € 100.000. Bij de bepaling van het Emu-saldo wordt € 100.000 in het betreffende jaar als eenmalige last meegenomen. In de exploitatieberekening van de gemeente worden de kapitaallasten (rente+afschrijving b.v 4%, 25 jaar) over meerdere jaren verdeeld. bedragen x € 1.000

1.

Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) 2. Afschrijvingen ten laste van de exploitatie 3. Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie 4. Uitgaven aan investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd 5. De in mindering op onder 4 bedoelde investeringen gebrachte ontvangen bijdragen van het Rijk, de Provincies, de Europese Unie en overige 6a. Verkoopopbrengsten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen veerkoopprijs) 6b. Boekwinst op desinvesteringen in (im)materiële vaste activa 7. Uitgaven aan aankoop van grond en de uitgaven aan bouwwoonrijpmaken e.d. (transacties met derden die niet op de exploitatie staan) 8a. Verkoopopbrengsten van grond (tegen verkoopprijs) 8b. Boekwinst op grondverkopen 9. Betalingen ten laste van de voorzieningen 10. Betalingen die niet via de exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves worden gebracht en die nog niet vallen onder de een van de andere genoemde posten 11. Verkoop van effecten/deelnemeningen a. Gaat u effecten verkopen? b. Zo ja wat is de boekwinst bij verkoop? Berekend EMU-saldo

+/+ +/+ -/-

Kolom 1

Kolom 2

Kolom 3

2009

2010

2011

-77

-181

1.735 3.029

1.977 2.583

-6 gezuiverd begr. resulta (excl. iinc. lasten en ba 1.845 cf staat C 1.923 Inv.progr.

+/+

+/+ -/-/-

+/+ -/-/-/-

-/-

ja 20.315 -21.686

Kolom 1; Volgens 1e Financiële Voortgangsrapportage 2009 Kolom 2; Volgens begroting 2010 Kolom 3; Volgens jaarschijf 2011, meerjarenbegroting 2010-2013


-787

-84

aat, bijlage 9 aten)


BIJLAGE 11 Afkortingenlijst Overzicht betekenissen van de in dit boekwerk opgenomen afkortingen.

ABZ ADVL A.g.v. AMW ABW APG APV APS4Nuth A.s. AZC A&O-fonds AWB AWBZ BAG BBV BI BKM BLG BNG BTW Bijv. BiS BJZ BOA Bp BS BSN Bureau VSV BWS BZK C.q. CWI CAD Cai CAO CAV CBS CD Cf. CJG CMS College van B&W CP COA CVE CVV D.d.

Algemeen Bestuurlijke Zaken Antidiscriminatie Voorziening Limburg Als gevolg van Algemeen Maatschappelijk Werk Algemene Bijstandswet AlL Pensions Group Algemene Plaatselijke Verordening Algemeen Planningssysteem Aanstaande Asielzoekerscentrum Arbeids- en Opleidingen Fonds Algemene Wet Bestuursrecht Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Basisregistraties voor Adressen en Gebouwen Besluit Begroting Verantwoording Bestuurlijke Informatie Bestuurs Kracht Monitor Bank Limburgse Gemeenten Bank Nederlandse Gemeenten Belasting Toegevoegde Waarde Bijvoorbeeld Bestuurlijk Intergemeentelijke Samenwerking Bestuurlijk Juridische Zaken Buitengewoon Opsporingsambtenaar Bestemmingsplan Basisschool Burgerservicenummer Bureau Voortijdig Schoolverlaten Besluit Woninggebonden Subsidies Binnenlandse Zaken Casu quo Centrum voor Werk en Inkomen Computer Aided Design (werkplek ten behoeve van het digitaal verwerken van tekeningen) Centrale antenne inrichting Collectieve Arbeidsovereenkomst Collectief Aanvullend Vervoer Centraal bureau voor de statistiek Compact Disk Conform Centrum voor Jeugd en Gezin Content Management Systeem College van Burgemeester en Wethouders Coalitie Programma Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers Centrale Verwerkingseenheid Collectief Vraagafhankelijk Vervoerssysteem De dato Programmabegroting 2010: Bijlage 11

D.m.v. Diftar DIS DIV DLG DNB DTP E.a E.d. E.e.a. Enz. EKD Evt. Etc. ETIL EFRO EU Wet Fido FIN fte GBA GAK GBKN-L GFT GHOR GIS G.O. GOA GRP GS GTK GUN HALT HRM I.c. ICT IGOM IHP IMD Incl. IOAW IOAZ I.p.v. ISP ISV-projecten I.v.m. JGZ JIT JPP Jl. KCA KvK LCV LIOF BT Lln. Lltb LOKC

Door middel van Differentiatie tarieven Documentair Informatiesysteem Documentatie Informatievoorzieningen Dienst Landelijk Gebied De Nederlandsche Bank Desk Top Pubishing En anderen En dergelijke Een en ander Enzovoorts Elektronisch Kind Dossier Eventueel Et cetera Economisch Technisch Instituut Limburg Europees Fonds voor de Regionale Ontwikkeling Europese Unie Wet Financiering Decentrale Overheden Financiën Fulltime equivalent Gemeentelijke Basisadministratie Gemeenschappelijk Administratiekantoor Grootschalige Basiskaart Nederland voor Limburg Groente-, Fruit- en Tuinafval Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen Geografisch Informatiesysteem Georganiseerd Overleg Gemeentelijk Onderwijsachterstandenbeleid Gemeentelijk Rioleringsplan Gedeputeerde staten Gemeenschappelijk Financieel Toezichtkader Genormeerde Uitgavenniveau Het ALTernatief(Alternatieve taakstraffen voor jeugdigen die voor de eerste keer in aanraking komen met Justitie) Human Resource Management In casu Informatie- en Communicatietechnologie Intergemeentelijk Overleg Mobiliteit Integraal Huisvestingsplan Intergemeentelijke Milieudienst Inclusief Inkomensvoorziening Oudere en Arbeidsongeschikte Werknemers Inkomensvoorziening Oudere en Arbeidsongeschikte Zelfstandigen In plaats van Integrale schuldhulpverlening Parkstad Limburg Investeringssubsidie Stedelijke Vernieuwing In verband met Jeugd Gezondheids Zorg Jeugd Interventie Team Jeugd Preventie Plan Jongstleden Klein Chemisch Afval Kamer van Koophandel Lokaal Comité Vrijwilligersbeleid Limburgs Instituut voor Ontwikkeling en Investering Bouwterreinen Leerlingen Limburgse land- en tuinbouwbond Lokaal Overleg Kunst & Cultuur Programmabegroting 2010: Bijlage 11

LOM-school LWV M.a.w. MBO M.b.t. MD MT MADI Min.Oc en W Min.VWS MKB MLK Mop nABW NV N.v.t. NWRO O.a. O.g.v. O/g o.i. OM OOV-Plan OR OZB OBD PIOF PKA PL P.m. POL POP’s PR RBW REA RIE RIOZL RIS ROA ROC RMO RSI RTG RVP SAP SKN SMART SVB T.b.v. TIPP T.l.v. T/m T.o.v. T.w. T.z.t. Uvi U/g

School voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden Limburgse Werkgeversvereniging Met andere woorden Middelbaar Beroepsonderwijs Met betrekking tot Management Development Management Team Maatschappelijke Dienstverlening Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen Ministerie van Volkshuisvesting Welzijn en Sport Midden- en Kleinbedrijf Moeilijk Lerende Kinderen Meerjarig onderhoudsprogramma Nieuwe Algemene Bijstandswet Naamloze Vennootschap Niet van toepassing Nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening Onder andere(n) Op grond van Opgenomen leningen Ons inziens Openbaar Ministerie Openbare Orde en Veiligheidsplan Ondernemingsraad Onroerende Zaakbelasting Onderwijsbegeleidingsdienst Personeelszaken Informatisering Organisatie Facilitaire Dienstverlening Product Keuze Aanbod Parkstad Limburg Pro memoria Provinciaal Omgevingsplan Limburg Persoonlijke Ontwikkelingsplannen Public Relations Regionaal Beleidsplan Wonen Reïntegratie Arbeidsgehandicapten Risico Inventarisatie & Evaluatie Regionaal Indicatieorgaan Zuid-Limburg Raadinformatiesysteem Regeling Opvang Asielzoekers Regionaal Opleidingen Centrum Oostelijk Zuid-Limburg Regionaal Mobiliteit Overleg Repetitive Strain Injury Rondetafelgesprek Regionaal Volkshuisvestingsplan Parkstad Limburg Schooladoptieplan Stichting Kinderopvang Nuth Specifiek Meetbaar Aanvaardbaar Realistisch Tijdgebonden Sociale Verzekeringsbank Ten behoeve van Tender Investeringsprogramma Provincie Ten laste van Tot en met Ten opzichte van Te weten Te zijner tijd Uitvoeringsinstelling Uitstaande leningen Programmabegroting 2010: Bijlage 11

VNG V.w.b. VROM VSO VSV VVE VVN VVP VVTV Wabo WIN WIW WML WSW WVG WEB Webu Wet Arbo Wet Fido Wet WOZ WMO WoZoCo WRO WW WWB WWZ Zgn. ZVN ZMP

Vereniging Nederlandse Gemeenten Voor wat betreft Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieu Voortgezet Speciaal Onderwijs Voortijdig Schoolverlaten Voor- en Vroegschoolse Educatie Verkeersveiligheid Nederland Verkeersveiligheidsplan Voorwaardelijke Vergunning tot Verblijf Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Wet Inburgering Nieuwkomers Wet Inschakeling Werkzoekenden Waterleidingsmaatschappij Limburg Wet Sociale Werkvoorziening Wet Voorzieningen Gehandicapten Wet Educatie en Beroepsonderwijs Welzijn en Burgerzaken Wet op de Arbeidsomstandigheden Wet Financiering decentrale overheden Wet waardering Onroerende Zaken Wet Maatschappelijke Ondersteuning Woon- ZorgCombinatie Wet Ruimtelijke Ordening Werkloosheidswet Wet Werk en Bijstand Wonen, Werken, Zorg Zogenaamd Zorgverzekeraar Nederland Zeer Moeilijk Plaatsbaren


Vaststellingsbesluit

Onderwerp: Vaststelling begroting 2010 en meerjarenraming 2011-2013

Nuth, 9 november 2009 De raad van de gemeente Nuth; gezien de begroting van baten en lasten van de gemeente Nuth voor het dienstjaar 2010 en de meerjarenraming voor de jaren 2011 t/m 2013; gelet op artikel 191 van de Gemeentewet;

besluit:

genoemde begroting en meerjarenraming vast te stellen.

Aldus besloten door de raad van de gemeente Nuth in de openbare vergadering van 17 november 2009. De raad voornoemd, de griffier,

de voorzitter,

P.J.M. Boyen

Mr. H.G. Vos

Programmabegroting 2010: Vaststellingsbesluit

SMART- geformuleerde programmapunten

Programma 1: Openbare Orde, Veiligheid en Handhaving Programmapunt 1.8a en b.: aanpak bluswatervoorziening De Steeg en omgeving. Onderdeel A: aanpak bluswatervoorziening De Steeg. Onderdeel B: aanpak bluswatervoorziening Groot en Klein Haasdal e.o. (exclusief De Steeg) Brondocument

Advies Brandweer Zuid-Limburg d.d. 11-2-2009 Auteur: Emile Berger SMART

Specifiek: Wat gaan we precies doen?

We gaan de bluswatervoorziening op het bedrijventerrein de Steeg en de omgeving (Groot en Klein Haasdal e.o.) in overeenstemming brengen met de wettelijke vereisten zoals geformuleerd in de Richtlijn Bereikbaarheid en bluswatervoorziening van het NVBR en het Keurmerk Veilig Ondernemen. Onderdeel A: De Steeg. In het genoemde advies van de brandweer wordt aangegeven dat de bluswatervoorziening niet voldoet aan de richtlijnen. Nodig is dus het ophogen van de capaciteit van de primaire bluswatervoorziening op het bedrijventerrein (toevoegen van brandkranen) en het verbeteren van de bereikbaarheid en de onderlinge afstand van deze voorzieningen. Dit kan geschieden in het kader van de komende revitalisering van de Steeg. Onderdeel B: Groot en Klein Haasdal e.o. (exclusief De Steeg). In het advies van de brandweer wordt echter ook aangegeven dat de dekkendheid van de primaire bluswatervoorziening ( brandkranen) in Groot en Klein Haasdal e.o. onvoldoende is. Er staan te weinig brandkranen om te voldoen aan de wettelijke eisen. Het ligt voor de hand om in het kader van een studie naar de optimalisering van de bluswatervoorziening op De Steeg de omringende straten in de overweging te betrekken.

Meetbaar: Hoeveel gaan we doen?

We brengen de bluswatervoorziening in de Steeg en in Groot en Klein Haasdal e.o. binnen de wettelijke normen.

Acceptabel: Is er draagvlak voor wat we gaan doen?

Ja, omwille van de veiligheid van de bewoners en bedrijven in de gemeente is de voorziening noodzaak.

Realistisch: Kan het wat we willen en gaan doen? Ja, dit is mogelijk.

Tijdsgebonden: Wanneer zijn we klaar? 1-1-2011

Prioriteringsdebat 2009

1

Status Nog niet begonnen.

Middelen Bij WML is een voorlopige offerte gevraagd voor de aanpak. Onderdeel A: De Steeg: globaal geschatte kosten € 60.000.- De hiermee gemoeide kapitaallasten bedragen: 2010: € 2.000 2011: € 4.000 2012: € 4.000 2013: € 4.000 Onderdeel B: Groot en Klein Haasdal, Trichterstaat, Nieuwstraat, Bockhofweg, Torenstraat en Molenstraat: € 310.000 De hiermee gemoeide kapitaallasten bedragen: 2010: € 8.000 2011: € 30.000 2012: € 30.000 2013: € 30.000


2

Programma 3: Breed Welzijn Programmapunt 3.23: Gemeenschapshuisvoorziening Vaesrade Brondocument Nota sociaal cultureel werk gemeente Nuth 2005

auteur: F.J.M. Arets

SMART


Voor de verenigingen van de kern Vaesrade zorgen voor een permanent onderkomen in de vorm van een gemeenschapshuisvoorziening.


De omvang van de gemeenschapshuisvoorziening moet worden afgestemd op de nog te inventariseren behoeften van de sociaal culturele verenigingen. Het zal in ieder geval geen gemeenschapshuis worden zoals het voormalige Pomphuuske was, omdat een dergelijke voorziening niet exploitabel zal zijn.

Acceptabel: Is er een draagvlak voor wat we doen?

Bij de verenigingen, waarvan het merendeel vertegenwoordigd wordt door de Stg. Platform Vaesrade, bestaat breed behoefte aan en draagvlak voor een gemeenschapshuisvoorziening. Een en ander is expliciet uitgesproken tijdens een overleg tussen de portefeuillehouder en de (vertegenwoordigers van de) verenigingen in Vaesrade.

Realistisch: Kan het wat we willen en gaan doen?

Het is mogelijk om bij de basisschool een voorziening te realiseren. Daar is tenminste ruimte om een beperkte zaalaccommodatie aan te bouwen. Er zal evenwel moeten worden uitgezocht wat de kosten zijn van een gemeenschapshuisvoorziening naar de behoefte van de verenigingen in de kern Vaesrade, ten einde te bezien in hoeverre de gemeente hiervoor middelen beschikbaar kan stellen.

Tijdsgebonden: Wanneer zijn we klaar?

De gemeenschapshuisvoorziening zou begin 2011 in gebruik moeten kunnen worden genomen.

Status De behoeftepeiling onder de verenigingen in Vaesrade is in zoverre klaar dat nog de exacte omvang van een zaal moet worden bepaald op basis van deze behoeften. Een volgende stap moet dan ook zijn om precies te bepalen welke omvang de gemeenschapshuisvoorziening moet krijgen. Op basis daarvan kan een raming van kosten worden gemaakt en een raadsvoorstel worden geschreven om middelen beschikbaar te stellen.

Middelen Een raming van de benodigde middelen moet worden gemaakt op basis van het vervolgonderzoek (zie status). Er zal evenwel rekening moeten worden gehouden met een investering van € 200.000,00 of meer. Kapitaallasten: 2010: € 5.000; 2011: € 15.000; 2012: € 14.750; 2013: € 14.500


Programma 3: Breed Welzijn Programmapunt 3.24: Kunst & Cultuur 2009 Doc Nota Kunst & Cultuur 2009 Auteur: R. Hendrix

SMART


Op 21 april jl. is de nota Kunst & Cultuur 2009 door de gemeenteraad vastgesteld. Deze betrof een herijking van de voorgaande nota uit 2004. Een groot deel van de beleidsuitgangspunten en activiteiten uit 2004 zijn overgenomen in de nota 2009. Dat betekent dat onze begroting reeds voorzag in die activiteiten. De nieuwe nota bevat echter ook een aantal nieuwe activiteiten, te weten: 1. Regionale samenwerking (binnen de regio Parkstad Limburg) op het gebied van kunst en cultuur, met als doel het cultureel aanbod in onze gemeente te vergroten. 2. Budget opnemen voor het onderhoud van ons openbaar kunstbezit. 3. Een lokaal structureel overleg (Lokaal Overleg Kunst en Cultuur) initiëren waarbij onze lokale partners op het gebied van kunst en cultuur met elkaar overleggen, activiteiten afstemmen, samenwerken, en de gemeente adviseren op dit gebied. 4. Exposities in onze gemeente door professionele kunstenaars stimuleren met een subsidie van € 500,00 per expositie, met een maximum van 2 per jaar.


Ad 1: Belangrijkste regionale activiteit zal zijn, de inzet van cultuurscouts. Deze gaan actief de wijken in (naar verenigingen, scholen e.d.) om lokale partijen te ondersteunen bij het opzetten van culturele activiteiten. Op dit moment zijn de resultaten daarvan niet te voorspellen. Ad 2: Het LOKC zal inzichtelijk maken welke openbare kunstwerken onderhoud behoeven en op welke termijn. Ad 3: met de toekomstige leden van het LOKC zal worden vastgesteld wat de taken zullen worden en welke activiteiten het LOKC (op verzoek van de gemeente) gaat uitvoeren. Een voorbeeld daarvan is voornoemde inventarisatie van te verwachten onderhoudskosten. Ad 4: maximaal 2 exposities per jaar


Algemeen: Bestuurlijk is er draagvlak voor de vier genoemde punten, omdat de gemeenteraad heeft ingestemd met de nota Kunst & Cultuur 2009. Ad 1: zowel ambtelijk alsook bestuurlijk is al deelgenomen aan diverse overlegstructuren in het regionaal verband. De deelnemende gemeenten staan heel positief tegenover de aansluiting van Nuth op de regionale culturele samenwerking. Dat geldt ook voor de Provincie Limburg. Ad 2: dat zal besproken worden binnen de nog op te richten LOKC, maar de verwachting is dat daar draagvlak voor zal bestaan; twee potentiële leden hebben zich al bereid daartoe verklaard.


Ad 3: wij zullen vertegenwoordigers uit het de Nuthse kunst- en cultuurwereld daartoe actief gaan benaderen, maar wij zijn er nagenoeg zeker van dat er draagvlak is voor een structurele vorm van overleg; enkele personen hebben zich zelfs al spontaan aangemeld, o.a. een voorzitter van een koor, een professioneel kunstenaar en een kunsthistoricus. Ad 4: uiteraard zullen eventuele initiatiefnemers een financiële bijdrage van de gemeente op prijs stellen.


Uit bovenstaande blijkt dat een aantal zaken reeds “op de rails staan”.


Eind 2010 zullen de genoemde aspecten gerealiseerd zijn en vervolgens structureel voortgezet kunnen worden.

Status Zoals hierboven is aangegeven, is de uitvoering van een aantal zaken reeds ter hand genomen.

Middelen Ad 1: € 0,79 per inwoner, totaal € 12.600. Ad 2: maximaal € 8.000 per jaar. Ad 3: budget t.b.v. uitvoeringskosten (bijv. reiskosten van de leden) € 1.000 per jaar. Ad 4: € 500,00 subsidie per expositie á maximaal 2 exposities per jaar = € 1.000 per jaar. Totaalbudget: € 22.600.


Programma 3: Breed Welzijn Programmapunt 3.25: Zorgnetwerken jeugdgezondheidszorg Doc Lokaal gezondheidsbeleid (JGZ) Lokaal onderwijsbeleid Auteur: J. Lenssen

SMART


Een zorgnetwerk instellen voor het basisonderwijs (0 t/m 12 jaar) en voor het voortgezetonderwijs (12 t/m 23). Het doel van een zorgnetwerk is het vroegtijdig onderkennen van problemen bij kinderen/gezinnen en door onderlinge samenwerking en afstemming komen tot een zo passend mogelijk hulp- of begeleidingsaanbod aan het kind en het gezin. De functies die het zorgnetwerk uitvoert zijn: multidisciplinaire beoordeling van (complexe) problematiek (dit kan betekenen dat naast kinderproblemen er ook (ernstige) gezinsproblemen spelen); inbrengen van aanvullende informatie; verwijzing en toeleiding naar lokale hulp- en welzijnsinstellingen; organiseren van zorgcoördinatie bij lokale hulpverlening; verwijzing en toeleiding naar Bureau Jeugdzorg; registratie in dossiers. Een zorgnetwerk (ook wel buurtnetwerk genoemd) kan tevens een bijdrage leveren aan het nog op te richten Centrum voor Jeugd en Gezin. Deelnemers van het zorgnetwerk zijn: - Meander maatschappelijke dienstverlening (maatschappelijk werker) - Meander JGZ 0-4 jaar ( verpleegkundige JGZ) - GGD ZL JGZ 4-19 (jeugdarts) - Bureau Jeugdzorg (jeugdhulpverlener) - Basisscholen: interne begeleiders (5 a 6 personen) - Peuterspeelzaalwerk (medewerkster SKN)


Zorgnetwerk basisonderwijs: Per schooljaar worden minimaal 7 bijeenkomsten gepland. Per jaar bespreekt het netwerk minimaal 15 nieuw ingebrachte kinderen/gezinnen. Zorgnetwerk voortgezetonderwijs: Aansluiten aan het regionaal zorgnetwerk in Heerlen.


Ja, zowel door de integrale JGZ als door het onderwijs is de behoefte geuit aan een netwerk jeugdhulpverlening.

Realistisch: Kan het wat we willen en gaan doen? Ja, mits hiervoor geld beschikbaar wordt gesteld.

Tijdsgebonden: Wanneer zijn we klaar? Doorlopend proces

Status Moet nog gestart worden. Bij voorkeur willen de ketenpartners starten op 1 januari 2010.

Middelen Voor het instellen van een zorgnetwerk basisonderwijs is een bedrag geraamd van € 10.000,Voor aansluiting aan het regionaal zorgnetwerk voor voortgezetonderwijs is een bedrag geraamd van € 1.700,-. In totaal is er een bedrag nodig van € 11.700,- voor 2010 en vanaf 2011 zal dit structureel € 8.700,- zijn.



Programma 9: Beheer Programmapunt 9. 39 reconstructie Mgr. Brulsstraat Brondocument Beleid onderhoud verharde wegen Motie M3 aangenomen door de Raad op 12-11-2007. Besluit motie: de Mgr. Brulsstraat wordt herstraat direct na de realisering in van het aldaar geplande appartementencomplex en eist dat de gemeente bedingt dat de projectontwikkelaar een flinke financiële duit in het zakje van de benodigde middelen doet.

SMART


De huidige bestrating in de Mgr. Brulsstraat herbestraten c.q. vervangen door een andere soort verharding. Meetbaar: Hoeveel gaan we doen? De gehele Mgr. Brulsstraat (vanaf de Schoolstraat tot aan de Kerkheuvel)


Ja, door de Raad is op 12 november 2007 een motie aangenomen waarin is aangegeven dat de Mgr. Brulsstraat uiterlijk in 2009, na afronding van de bouwwerkzaamheden aan het begin van de straat, herbestraat dient te worden.


De motie die de Raad heeft aangenomen geeft aan dat de straat herbestraat moet worden. Dat houdt in dat de bestaande natuursteenkeitjes opgenomen worden, schoongemaakt worden en opnieuw gebruikt worden voor de verharding van de straat. Daarbij wordt opgemerkt dat klachten van bewoners en gebruikers van de straat in het verleden met name gingen over de soort bestrating. De nu aanwezige natuursteenkeitjes (zogenaamde “kinderkopjes”) zijn klein van afmeting en vaak onregelmatig van vorm. Hierdoor ontstaan regelmatig bredere voegen. Door materiaalverlies (uitspoelen) van deze voegen ontstaat vervolgens een hobbelig oppervlak dat voor diverse groepen gebruikers (met hakkenschoenen, met rollator, kinderwagen etc.) niet meer optimaal te belopen is. De vraag is dus of herbestraten (dus met gebruik maken van de bestaande natuursteenkeitjes) op termijn een gewenste oplossing biedt. Daarom is het wellicht zinvol om de straat te voorzien van een andere soort bestrating die past in het historisch karakter. Hierbij moet gedacht worden aan een combinatie van gebakken straatstenen met wellicht enkele natuursteen elementen. Bij de definitieve planuitwerking zullen de aanwonenden betrokken worden.


Direct na afronding van de bouwwerkzaamheden kan gestart worden met het verwijderen van de oude bestrating en het aanbrengen van de nieuwe bestrating. De straat zal binnen 2 maanden na afronding van de bouwwerkzaamheden weer gereed zijn voor gebruik. Status Project is nog niet gestart .

Middelen Voor het verwijderen van de oude bestrating en het aanbrengen van de nieuwe bestrating is in 2010 een bedrag van € 80.000 noodzakelijk. De hiermee gemoeide kapitaallasten bedragen: 2010: € 2.000 2011: € 7.200 2012: € 7.040 2013: € 6.880


Programma 9: Beheer Programmapunt 9.40: Openbare verlichting Brondocument • Conceptbeleidsplan Openbare Verlichting 2010 – 2014. • Burgerlijk Wetboek. • Klimaatverdrag Kyoto (2005). • Taskforce VROM. • Essent bespaarplan. • Klimaat beleidsplan Nuth 2009-2013. Nederlandse Parktijkrichtlijn (NPR13201-1) van Nederlandse Stichting Verlichtingskunde en Nederlands Normalisatie Instituut. Auteur: K. Schrijvers SMART

Specifiek: Wat gaan we precies doen? Het in 2002 vastgesteld Beleidsplan Openbare Verlichting is toe aan vervanging om de volgende reden: • Vervanging van de verlichtingsmiddelen (3.341 masten en 3.373 armaturen) heeft de laatste jaren niet volledig plaatsgevonden doordat vervangingskredieten in 2004 gehalveerd zijn in verband met bezuinigingen. Door deze situatie is en wordt de achterstand om de openbare verlichting op een verantwoorde wijze in stand te houden, steeds groter. • Uit oogpunt van een verantwoord gemeentelijk milieubeleid is het van belang om het energieverbruik van de openbare verlichting en de daaruit voortkomende CO2 uitstoot te verminderen. • Een vermindering van de energie verbruik heeft een gunstig effect op de exploitatielasten van deze voorziening. • Het volgen en implementeren van nieuwe technologische ontwikkelingen als de LED- verlichting zal in de nabije toekomst een grote rol gaan spelen.


Nu zeven jaren van de realisatietermijn van het huidig beleidsplan zijn verstreken is de huidige kwaliteit opnieuw vastgesteld o.b.v. bestandsonderzoek en ervaringen uit de praktijk. Hierbij is het volgende gebleken: • Van de 3341 masten hebben 364 stuks (10,9%) een technische levensduur van 30 jaar of ouder (achterstand in de vervanging!) en in de komende beleidsperiode 2010-2014 zullen nog eens ca. 173 masten (5,2%) hun technische levensduur bereiken. • Van de 3373 armaturen hebben 971 armaturen (28,8%) een technische levensduur van 15 jaar of ouder (achterstand in vervanging!) en in de komende beleidsperiode 2010-2014 zullen nog eens 716 armaturen (21,2%) hun technische levensduur bereiken. • ca. 445 armaturen zijn nog uitgerust met een niet-energiezuinige lichtbron en/of slechte lichttechnische eigenschappen, waaronder de HPLN-lampen. • De openbare verlichting voldoet niet overal aan de eisen die vanuit de NPR 13201-1 richtlijn worden gesteld. Over het algemeen zijn de mastafstanden zodanig groot, dat om aan de NPR 132011 richtlijn te voldoen ca. 5% masten bijgeplaatst moeten worden. • Het elektriciteitsverbruik in 2007 voor openbare verlichting bedroeg ongeveer 598.500 kW/jaar. De totale emissie bedraagt 333 ton CO2 per jaar. • De totale transport- en onderhoudskosten (excl. Levering) bedroegen voor 2007: € 123.100,Om te kunnen voldoen aan de nieuwe beheersuitgangspunten waarbij vervanging van een mast om de 40 jaar (tot nu toe 30 jaar) en armatuur om de 15 jaar plaatsvindt, zijn de volgende conclusies in het conceptbeleidsplan opgenomen:


•

• •

• •

• •

•

Voor het in stand houden van de huidige openbare verlichtingsinstallatie en om te voldoen aan de uitgangspunten technische levensduur van 40 jaar voor de mast en 15 jaar voor het armatuur is voor de periode 2010-2014 begroot dat er jaarlijks afgerond € 166.870, - aan investeringen nodig zijn. Dit bedrag bestaat uit € 142.370, - voor de reguliere vervangingsinvesteringen. Daarnaast is er een aanvullende investering van € 23.100, - nodig om aan de NPR 13201-1 richtlijn te voldoen en € 1.400, - nodig om het brandrooster te wijzigen naar 50% nacht en 50% avond. Indien men de kwaliteitseisen 40 jaar voor de mast en 15 jaar voor het armatuur wil realiseren dient het bestaande budget van € 40.000, - opgehoogd te worden met € 126.870, - tot een bedrag van € 166.870, - per jaar. Door het vervangen van de niet energie zuinige armaturen wordt naast het bereiken van een energiebesparing ook een co2-reductie van 9,2 % behaald. Deze vervangingen worden jaarlijks meegenomen met de projectmatige vervanging. Dit voldoet aan het Klimaatverdrag van Kyoto waaraan ook Nederland zich verplicht heeft. Het bereiken van deze doelstellingen is ook overgenomen door de VNG, waardoor alle aangesloten gemeenten dit (zouden) moeten bereiken. Door het brandrooster te wijzigen naar 50% nacht en 50% avond, nemen de energiekosten aanzienlijk af, tevens wordt een co2-reductie behaald van 21 %. Echter in het kader van de sociale veiligheid ligt dit zeer gevoelig. Het toepassen van LED-verlichting als openbare verlichting is nog volop in ontwikkeling. Om die reden is in het conceptbeleidsplan hiermee nog geen rekening gehouden. De verwachting is dat in de beleidsperiode na 2014 deze op een verantwoorde technische en economische wijze grootschalig kan worden toegepast. Om alleen al de “achterstand” weg te werken t/m 2009 uitgaande van technische levensduur van 40 jaar voor de mast en 15 jaar voor de armatuur is voor de komende beleidsperiode 2010-2014 begroot dat er jaarlijks € 63.720, - aan investering nodig is. Indien men het bestaande budget van € 40.000, - handhaaft kan de achterstand t/m 2009 maar gedeeltelijk worden weggewerkt en houdt dat in dat masten en armaturen die de komende beleidsperiode 2010-2014 de technische levensduur bereiken niet worden vervangen. De technische en financiële achterstand zal in de toekomst dan nog groter worden. Ook zijn dan nauwelijks verbeteringen mogelijk op het gebied van milieu (verbruik energie /uitstoot CO2 vermindering) en lagere energiekosten. Indien men het bestaande budget verhoogt naar € 80.000, - kan de achterstand t/m 2009 worden weggewerkt en houdt dat in dat masten en armaturen die de komende beleidsperiode 2010-2014 de technische levensduur bereiken maar gedeeltelijk kunnen worden vervangen. De achtertand zal dan eveneens toenemen.


Uit oogpunt van een verantwoord beheer van gemeentelijke voorzieningen, het voorkomen van nog grotere achterstanden waardoor de kosten in de toekomst nog verder zullen toenemen en een verantwoord milieubeleid op dit gebied, achten wij dat hiervoor voldoende draagvlak is. Verder dient de wegbeheerder (lees: de gemeente) sinds de invoering van het nieuwe Burgerlijk Wetboek rekening te houden met een gewijzigde aansprakelijkheid. Eerder dan voorheen kan schade op de wegbeheerder worden verhaald. Dat brengt een grotere verantwoordelijkheid voor de gemeente met zich mee. Alleen al om die reden is het gewenst dat de openbare verlichting is afgestemd op de landelijke en Europese normen en aanbevelingen.


Het conceptbeleidsplan en de daarin opgenomen vervangingsschema’s voor de periode 2010-2014, zijn gebaseerd op de werkelijke bestandcijfers en zijn voldoende realistisch om uit te voeren.


De instandhouding en daarbij plaatsvindende vervangingen van de openbare verlichting worden gekenmerkt door een cyclisch proces. Hiermee zijn wij nooit klaar. De conclusies en de financiële aspecten hebben betrekking op de periode 2010 – 2014.


Status Nieuw beleidsplan Openbare Verlichting 2010 – 2014 is nog niet in college en raad behandeld en vastgesteld. Dit heeft daarom concept status.

Middelen Gezien de conclusies uit het conceptbeleidsplan stellen wij u voor om het bestaande bedrag voor de planmatige vervanging van de openbare verlichting in de periode 2011 – 2014 structureel aanvullend te verhogen met € 120.000.


Programma 9: Beheer Programmapunt 9.41: Rehabilitatie wegdek de Kling. Brondocument Beleidsplan wegbeheer.

SMART


In 2008 heeft de Waterleidingsmaatschappij Limburg in de Kling de waterleiding vernieuwd. I.v.m. de beperkte breedte was het noodzakelijk de nieuwe leiding in het wegdek te leggen. Door een slechte uitvoering van deze werkzaamheden is langs het hele traject de asfaltverharding “afgescheurd”. Hierdoor is het niet meer mogelijk om de normaal hiervoor gebruikelijke herstellingswerkzaamheden uit te voeren. Ook is het niet mogelijk om binnen het normale onderhoudsprogramma asfaltverhardingen, kleinschalige onderhoudsmaatregelen uit te voeren. Omdat de kwaliteit van deze weg al te wensen overlaat, kan de ontstane schade alleen opgelost worden door over de volle breedte van de weg het asfalt door een rehabilitatiemaatregel te vernieuwen. Met de WML is over de financiële vergoeding uitgebreid onderhandeld. Op basis van opgestelde kostenramingen heeft de WML zich akkoord verklaard om max. € 62.000, - te betalen. De kosten die voor rekening van de gemeenten komen worden geraamd op € 110.000,- Hierbij is rekening gehouden met wensen van de bewoners om aanvullende werkzaamheden uit te voeren aan het goten, voetgangersstroken e.d. Ook is de verwachting dat aanvullende verkeersvoorzieningen aangebracht moeten worden om de snelheid van het verkeer te verlagen.


De totale lengte van de weg die door grootschalig onderhoudswerkzaamheden moet worden opgeknapt betreft ca. 650 m1.


De bewoners verwachten dat de straat binnen afzienbare tijd hersteld wordt.


Op basis van een verdere planuitwerking moet het werk worden uitgevoerd.


Indien het project dit jaar kan worden voorbereid is het mogelijk om medio 2010 het werk af te ronden. Status Grootschalig onderhoudswerk in de vorm van een rehabilitatie bevind zich nog in ontwerpfase. Feitelijke voorbereiding moet nog plaatsvinden alvorens uitvoering kan plaatsvinden.

Middelen Op basis van de huidige gegevens wordt gerekend met een investering van ca. € 110.000. De hiermee gemoeide kapitaallasten bedragen: 2010: € 3.000 2011: € 10.000 2012: € 10.000 2013: € 10.000

Programma 10: Bedrijfsvoering Programmapunt 10.25: financiering lokale omroepen. Brondocument Ledenbrief VNG nr. LBR 09/-55 d.d. 29-4-2009 Memo van college aan raad d.d. 4-5-2009 nr. BJZ/2009/6851 Auteur: Emile Berger

SMART


We houden er in de begroting 2010 rekening mee, dat de Mediawet veranderd wordt waardoor gemeenten wettelijk verantwoordelijk worden voor de bekostiging van lokale omroepen. De VNG raadt gemeenten aan in de begroting 2010 daarmee rekening te houden waarbij als uitgangspunt €1,30 per woonruimte (plus index) gehanteerd kan worden.


Nu het gaat om een te verwachten wettelijke verplichting, zal het college in de ontwerpbegroting 2010 een totaalbedrag van 7.278 (woonruimten) x € 1,30 = € 9.500 afgerond opnemen.. Dit bedrag zit ook globaal in het Gemeentefonds maar is niet geoormerkt.

Acceptabel: Is er draagvlak voor wat we gaan doen?

Het wordt een wettelijke verplichting de lokale omroep te bekostigen op voorwaarde dat de omroep voldoet aan de wettelijke eisen.


Ja, dit is mogelijk. Wel dient de lokale omroep een verzoek om bekostiging in te dienen.

Tijdsgebonden: Wanneer zijn we klaar? 1-1-2010

Status Nog niet begonnen.

Middelen De bijdrage die in het Gemeentefonds zit t.b.v. lokale omroep (€9.500) moet gereserveerd worden ingeval de lokale omroep een verzoek om bekostiging indient. Vanaf 2010 betekent dit een structureel benodigd budget van € 9.500.


Programma 10: Bedrijfsvoering Programmapunt 10.26: regionale samenwerking Brondocument Raadsbesluit inzake intergemeentelijke samenwerking Strategische visie gemeente Nuth

SMART


De raad heeft het college opdracht gegeven om een raadsbesluit voor te bereiden over eventuele toetreding bij de nieuwe WGR+ van Parkstad Limburg. Tijdens de ter zake doende themabijeenkomst tekende zich een raadsmeerderheid af voor het besluit dat men in principe tot aansluiting wil overgaan. Na een raadsbesluit ter zake zal een verzoek worden ingediend en zal hierover overleg plaatsvinden. Daarna (na de concrete aansluiting bij de nieuwe WGR+ die in Mei 2010 zal ingaan) kunnen uiteindelijk de concrete effecten worden vastgesteld. Duidelijk is dat deelname aan de WGR+ inhoudt dat de gemeente Nuth c.q. de Raad een aantal bevoegdheden moet overdragen, dat een lid van het college deelneemt aan het AB en mogelijk ook een ander collegelid aan het DB. Nuth zal gaan deelnemen aan regionale projecten en zal hiertoe tijd en mensen moeten vrijmaken. Aangezien de besluitvorming over de nieuwe WGR+-regeling in PL nog moet plaatsvinden zijn op dit momenten andere concrete uitvoeringszaken nog niet helder.


De vijf regionale agendapunten zijn: Herstructurering van de regio, Ontwikkeling centrumstad Heerlen, Nieuwe energie als speerpunt voor economische ontwikkeling, Gebieds- en groenontwikkeling rondom buitenring en optimaal grensoverschrijdend OV. Hieraan zal de gemeente Nuth na deelname een bijdrage gaan leveren. Daarnaast is de intentie geformuleerd om ook op uitvoerend niveau meer te gaan samenwerken. Meetbaar zijn al deze effecten (nog) niet. Men heeft in PL gekozen voor deze nieuwe WGR+-agenda en –aanpak vanwege de ontevredenheid met behaalde resultaten in het verleden. De toekomst zal moeten gaan uitwijzen of de nu gemaakte keuzes wel tot het gewenste resultaat gaan leiden. Door deel te nemen zal Nuth hieraan een actieve bijdrage gaan leveren en wordt Nuth dus mede - verantwoordelijk voor het resultaat. De meetbare minimale kosten van deelname zijn wel inzichtelijk, het zal gaan om ongeveer € 20,- per inwoner om deel te nemen aan de nieuwe WGR+. Derhalve structureel ruim € 300.000,- per jaar. Deze gelden zijn bedoeld om een regiofonds in het leven te roepen dat als basis dient om te komen tot de realisatie van de grote projecten. Bij deze eigen middelen dient dan een bijdrage van anderen (o.a. rijk, europa en provincie) te komen om het geheel van de kosten te financieren. Naast de deelnemersbijdrage zullen door Nuth uren op activiteiten (projecten) moeten worden ingezet. Hoeveel dit zal zijn is niet bekend. Tenslotte zal bij deelname aan een concreet project een bijdrage gelden in de uitvoeringskosten. Ook deze kosten zijn nu nog niet te ramen.


In de themabijeenkomst tekende zich een raadsmeerderheid af voor aansluiting, hetgeen in die omvang zal leiden tot voldoende draagvlak voor een bestuurlijk besluit. Aangezien de raad zich tevens op het standpunt heeft gesteld geen actieve raadpleging van de mening van (groepen van) inwoners te willen doen, kan over het draagvlak van de inwoners op dit moment voor dit concrete thema geen uitspraak worden gedaan.


Als de raad het besluit neemt kan het college vervolgens de gesprekken aan gaan om te komen tot de concrete deelname. Na deze gesprekken zal er meer informatie zijn over de concrete effecten van deelname. Het is aan het nieuwe algemene bestuur van PL om in te stemmen met de deelname van Nuth. Daarnaast zal de Raad de extra kosten binnen de meerjarenbegroting moeten verankeren.



Aangezien de nieuwe WGR+ formeel per 1 mei 2010 zal ingaan (geplande datum o.b.v. laatste informatie PL) kan aansluiting formeel op z’n vroegst per die datum plaatsvinden. Voor deze datum zullen de gesprekken moeten plaatsvinden over inhoud, voorwaarden en effecten.

Status

Middelen Structureel benodigd budget: € 300.000


Programmabegroting 2010

Recommend Documents