Programmabegroting 2010 en Meerjarenbegroting 2011-2013
Inhoudsopgave 1.
Inleiding
5
1.1 1.2 1.3 1.4
Dordrecht werkt door! Financiële hoofdlijnen voor 2010 en verder Samenstelling van het bestuur Kerngegevens van de stad
5 7 9 11
2.
Begrotingsprogramma’s
12
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Veiligheid Sociale en Culturele Infrastructuur Wonen en Leefbaarheid Werk en Scholing Ondernemerschap en Bereikbaarheid Bestuur, Participatie en Dienstverlening Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
13 23 38 52 59 70 76
3.
Paragrafen
80
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Lokale heffingen Risicomanagement en weerstandsvermogen Onderhoud kapitaalgoederen Financiering en Treasury Bedrijfsvoering Verbonden partijen Grondbeleid Grote Steden Beleid
81 88 99 108 115 124 130 136
4.
Financiële begroting
139
4.1 4.2 4.3
Overzicht van baten en lasten (exploitatie) Financiële positie en toelichting Investeringen
139 143 149
Bijlagen 1.
Grote Projecten
151
2.
Overzicht Strategische Investeringen
206
3.
Autorisatie overzicht programmabegroting 2010 en meerjarenbegroting 2011-2013
208
4.
Autorisatie overzicht routine investeringen
216
5.
Overzicht subsidies
217
6.
Outcomedoelstellingen
221
7.
Overzicht EMU-saldo
234
1. Inleiding 1.1. Dordrecht werkt door! Voor u ligt de Programmabegroting 2010 en de Meerjarenbegroting 2010-2012. Deze begroting vormt de inhoudelijke en budgettaire uitwerking van de Kadernota 2010 en is een voortzetting van het beleid zoals wij dit bij ons aantreden hebben neergelegd in het Meerjarenbeleidsprogramma Dordrecht 2006-2010 (MJP), dat uw raad heeft vastgesteld. De begroting 2010 is om een aantal redenen bijzonder. Zo vinden in het jaar waarop deze begroting betrekking heeft de gemeenteraadsverkiezingen plaats. Dit is des te meer reden om onverminderd kracht te zetten op het uitvoeren van de (kern)ambities uit het meerjarenprogramma 2006-2010. Zoals afgesproken hebben wij deze raadsperiode (december) met u nog een debat over de resultaten van vier jaar ‘Dordrecht werkt door!’ Een tweede bijzonderheid voor deze begroting is de specifieke economische tijd waarin we verkeren. Dit vraagt van de gemeente om zowel sociaal te blijven als solide: • Sociaal zijn en blijven voor de mensen die het nodig hebben. Het beroep op de gemeente neemt toe onder andere in de vorm van een stijgend aantal bijstandsgerechtigden en een toenemend beroep op gemeentelijke vangnetregelingen. Op grond van macro economische verwachtingen is het reëel te veronderstellen dat zich in 2009 geëffectueerde effecten ook voordoen in het begrotingsjaar 2010. De recessie laat zich voelen op diverse terreinen. Naast bovengenoemde valt daarbij te denken aan teruglopende bouwactiviteiten en verminderde legesopbrengsten, onzekere vooruitzichten op grondexploitaties en verminderde rijksbijdragen. Betreffende recessiegevoelige posten zijn in de begroting 2010 niet aangepast. Indien effecten zich effectueren en bijsturing onvoldoende mogelijk is, kan teruggevallen worden op het weerstandsvermogen van de gemeente. Zowel in de exploitatie als in de reserves zijn daartoe middelen beschikbaar. De risico´s zijn in de begroting zo goed mogelijk aangegeven. Omdat onzeker is hoe lang de crisis aanhoudt en wij derhalve niet weten wat de effecten zijn, is waakzaamheid geboden. • Het uitvoeren van projecten en activiteiten die bijdragen aan het stimuleren van de economie. De uitvoeringsgerichtheid van het huidige MJP is daarbij een steun in de rug. • Het – in deze moeilijke omstandigheden – sluitend houden van de begroting en meerjarenraming. Anders dan bij het Rijk is voor gemeenten een sluitend perspectief de regel. Voorliggende begroting voldoet daaraan. Dit is vooral te danken aan de terughoudendheid die de afgelopen jaren in overleg met de raad betracht is bij de raming van dividendinkomsten. Daarnaast is vroegtijdig gestart met het uitvoeren van een Brede Doorlichting waarmee de gemeentehuishouding ook in de toekomst solide gehouden kan worden. Ondersteunen kwetsbare groepen We weten dat opleiding, werk en inkomen de sociaal-economische positie van mensen bepalen. Gelukkig participeren de meeste Dordtenaren op een of andere manier, voelen ze zich gezond en vinden ze dat ze voldoende sociale contacten hebben. Deze groep mensen kan zichzelf prima redden en de bemoeienis van de overheid met hen kan derhalve tot een minimum beperkt blijven. Voor een klein deel van de Dordtenaren, die we kunnen rekenen tot de kwetsbare groepen, geldt dit echter niet. Het gaat om die mensen die door omstandigheden meer risico’s lopen en niet volwaardig deel kunnen nemen aan de samenleving. Mensen met een zwakke sociaal-economische positie, omdat ze minder (financiële) hulpbronnen hebben, in een ongezonde thuissituatie verkeren of vanwege hun leeftijd, gezondheid of achtergrond buiten de boot (dreigen te) vallen. Vooral in deze bijzondere economische tijd willen we deze mensen ondersteunen door ze in staat te stellen zelf kansen te pakken. Daarbij is maatwerk belangrijk
Begroting 2010
Pagina 5 van 234
want geen mens is gelijk en de redenen voor niet-participatie zijn zeer divers. In de begrotingsprogramma’s sociale en culturele infrastructuur en werk en scholing geven we aan hoe we ons in 2010 inzetten voor het realiseren van deze kernambitie. In de Kadernota 2010 is besloten tot de volgende intensiveringen die bijdragen aan het ondersteunen van kwetsbare groepen: • Vrouwenopvang; • Alcoholgebruik jongeren; • Herstructurering Dordt West. Aantrekkelijke (centrum)stad Wij willen dat Dordrecht een nog aantrekkelijkere stad wordt. Dat willen we over de volle breedte realiseren. Dat betekent dat we blijven inzetten op het stimuleren van de economie, het verbeteren van de infrastructuur en de leefomgeving, een uitnodigend cultuuraanbod en dat we inzetten op het aantrekkelijker maken van onze historische binnenstad. Op die manier willen wij de stad nog aantrekkelijker maken om in te wonen en om te bezoeken. In de begrotingsprogramma’s sociale en culturele infrastructuur, wonen en leefbaarheid en ondernemerschap en bereikbaarheid geven we aan hoe we ons inzetten voor een nog aantrekkelijkere centrumstad. In de kadernota 2010 is besloten tot de volgende intensiveringen die bijdragen aan het (nog) aantrekkelijker maken van de (centrum)stad: • Bibelot; • Hofkwartier; • Kunstmin; • Dordrechts museum; • Sprinklerinstallatie Kerktoren; • Voorstraat-Noord; • Wijkeconomie. • Wegennota; • Provinciale Weg; • Project Buiten de pollers (Wijnstraat); Ons huidige MJP is gericht op uitvoering. Dat komt zeker in de huidige economische conjuctuur goed van pas, omdat wij al veel concrete investeringen in de stad doen, die voor werk zorgen. Op een aantal terreinen leidt de onzekere economische situatie wel tot voorzichtigheid in planvorming bij projectontwikkelaars. Vooral de onzekerheid over afzet van woningen en kantoren speelt een rol. Dit kan effect hebben op planningen. In 2009 en 2010 worden nog aanbestedingen verwacht voor een groot aantal projecten. Een aantal voorbeelden (niet uitputtend) zijn: de brandweerkazerne, diverse onderwijshuisvestingsprojecten, de Stationsomgeving, de Stadsboerderij, de nieuwe Dordtse Biesbosch, het Energiehuis, de renovatie van de aula op de Essenhof en diverse wegen(onderhouds-)projecten. Veilige en leefbare leefomgeving Om Dordrecht verder te ontwikkelen naar een complete stad is het essentieel dat mensen in een prettige leefomgeving wonen en die ook als zodanig beleven. Wij willen dan ook een leefbare en veilige directe leefomgeving voor alle inwoners van Dordrecht. Dat betekent dat het beheer en onderhoud van onze leefomgeving op een goed niveau moet zijn. De directe leefomgeving is echter meer dan alleen het uiterlijk van de straat of van het groen. Het gaat ook om de mate waarin men zich thuis en welkom voelt in zijn eigen straat of wijk. Een verzorgde en veilige leefomgeving draagt tevens bij aan een prettige woonomgeving en uiteraard de beeldvorming over de stad. Wijken en buurten hebben voor ons een eerste en belangrijke signaleringsfunctie. Daarnaast willen we de mensen zelf invloed geven op de inrichting van hun directe omgeving. Daarom betrekken we direct belanghebbenden bij de fysieke inrichting van hun straat en ook gaan we jongeren en allochtonen nauwer betrekken bij hun buurt. In de begrotingsprogramma’s veiligheid, wonen en leefbaarheid en bestuur, participatie en dienstverlening leest u via welke inzet we in 2010 aan deze kernambitie werken. In de Kadernota 2010 is besloten tot de volgende intensiveringen die bijdragen aan de veilige en leerbare leefomgeving:
Begroting 2010
Pagina 6 van 234
• • •
Biesbosch; Stedelijke Ecologische Structuur; Walstroom.
1.2. Financiële hoofdlijnen voor 2010 en verder Het financiële perspectief voor de exploitatie voor 2010-2013 De Kadernota 2010 vormde de start van de bestuurlijke planning en controlcyclus 2010. In de kadernota zijn de uitgangspunten geformuleerd voor het opstellen van de begroting 2010 en de meerjarenraming 2011-2013. In de Kadernota is de invloed van loon- en prijsontwikkelingen, ontwikkelingen in de bedrijfsvoering en ontwikkelingen in de inkomsten in beeld gebracht. Daarnaast heeft besluitvorming plaatsgevonden over in- en extensiveringen en is de beschikbare vrije investeringsruimte geactualiseerd. Het financiële perspectief van de Kadernota was een overschot van € 99.000 in 2010, in 2011 een tekort van € 63.000, in 2012 een overschot van € 311.000 en in 2013 een tekort van € 141.000.Na vaststelling van de Kadernota 2010 hebben diverse (autonome) ontwikkelingen invloed gehad op de begroting staand beleid, waaronder de Meicirculaire. Deze en andere ontwikkelingen worden hieronder genoemd en zijn in het geactualiseerde perspectief meegenomen. Perspectief Kadernota 2010 Perspectief 2010-2013 na uitwerkingen Totaal exploitatie claims Totaal dekkingsvoorstellen Kadernota 2010
2010 655 2.7162.160 99
Autonome ontwikkelingen begroting staand beleid a. Algemene uitkering (Meicirculaire 2009) 700 b. Aanbesteding Sportboulevard 150 c. Straatreiniging 280 Begroting 2010 geactualiseerd staand beleid 1.229 Bijstellingen begroting staand beleid a. Indexering DVO Brandweer b. Onregelmatigheidstoeslag c. Overheadkosten Stadsprogramma's d. Vrijval stelpost combinatiefunctie Sport Begroting 2010 na bijstelling staand beleid Intensiveringen/uitwerkingen kadernota 2010 a. Kamerverhuur b. Exploitatie Stadskantoor f. Parkeerkosten Sportboulevard Begroting 2010 na intensivering Dekkingsvoorstellen Bijstelling raming dividendinkomsten Intertemporele compensatie Begroting 2010
-239 -190 243
1.043 -490 -153 -100 300
-300 0
2011 2132.6102.760 63-
bedragen x € 1.000 2012 2013 228 3352.6772.5662.760 2.760 311 141-
-1309 300 280
-3447 300 280
-4727 300 280
792-
2.556-
4.288-
-239 -190 637
-239 -190 291
-239 -190 414 205
584-
2.694-
4.098-
-490 -179 -100
-490 -223
0 -202
1.353-
3.407-
4.300-
1353 0 0
3407 0 0
4000 300 0
Op grond van het bovenstaande kan het volgende geconcludeerd worden met betrekking tot het financieel perspectief: • De begroting voor 2010 is materieel in evenwicht. • Dit geldt niet voor de meerjarenraming na intensivering. Het perspectief voor 2011 is een tekort van € 1,35 miljoen oplopend tot € 4,3 miljoen vanaf 2013. Het meerjarenbeeld is met vele onzekerheden omgeven: de effecten van de recessie zijn geschetst. De ontwikkeling van het Gemeentefonds is hoogst onzeker. Zeker is de terugloop van GSB middelen vanaf 2010.
Begroting 2010
Pagina 7 van 234
Het oplopende exploitatietekort vanaf 2011 kan nagenoeg 1-op-1 gerelateerd worden aan de negatieve ontwikkeling van het Gemeentefonds zoals dat blijkt uit de meicirculaire. Door de grote onzekerheid in de ontwikkeling van een aantal rijksuitgaven, welke direct zijn gekoppeld aan het gemeentefonds, is in het bestuurlijk akkoord tussen Rijk en VNG besloten om de normeringsystematiek voor de jaren 2009-2011 te bevriezen op het niveau van voor de crisis. Deze afspraak betekent dat de nominale afspraken die nu vastliggen in de Rijksbegroting 2009 en meerjarenbegroting 2010-2012 zijn bevroren tot en met het begrotingsjaar 2011. Uitgezonderd daarop zijn reële ontwikkelingen (loon- en prijsontwikkeling), welke wel doorwerken in de algemene uitkering. Bevriezing betekent dat grotere intensiveringen en ombuigingen op de rijksbegroting niet doorwerken naar het gemeentefonds. Bevriezen van de koppeling geeft daarmee duidelijkheid in de financiële verhouding voor de betreffende jaren. De ontwikkeling van de accressen na 2011 is met grote onzekerheid omgeven. Dat heeft te maken met de economische ontwikkeling de komende jaren en met de wijze waarop rijksmaatregelen “indalen” in het gemeentefonds. Door de grote onzekerheid heeft het rijk de ontwikkeling van de accressen in de jaren na 2011 PM geraamd. Daardoor laat de algemene uitkering in 2012 en 2013 een forse nadelige ontwikkeling zien ten opzichte van de eerdere ramingen: € 3,4 miljoen in 2012 en € 4,7 miljoen vanaf 2013. De ontwikkelingen op het terrein van de financiële verhoudingen worden uiteraard gevolgd. Totdat er nieuwe inzichten zijn, heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) met de VNG een soort bandbreedte afgesproken over hoe om te gaan met deze onzekerheid. Dit naar aanleiding van een op de Algemene Ledenvergadering van de VNG van 9 juli 2009 aangenomen motie van de gemeente Haarlemmermeer. De bandbreedte waarbinnen de gemeenten mogen opereren luidt op hoofdlijnen als volgt • de begroting 2010 dient materieel sluitend te zijn; • De meerjarenbegroting 2011-2013 kan indien nodig sluitend worden gemaakt met een taakstellende / richtinggevende bezuiniging. Deze taakstelling moet dan bij de begroting 2011 ingevuld zijn. Sluitend financieel perspectief Aan dit perspectief denken wij op de volgende manier te voldoen. De begroting 2010 sluit materieel. Twee sporen worden bewandeld om te komen tot een solide meerjarenperspectief: de raming van dividendinkomsten en het uitvoeren van de Brede Doorlichting. 1. Raming dividendinkomsten Bijstelling van de raming dividendinkomsten stelt ons in staat het financieel meerjarenperspectief sluitend te maken. De afgelopen jaren is een fors dividend ontvangen van Eneco. De raming van het dividend op de exploitatie bedroeg de afgelopen jaren € 6 miljoen. Het surplus is telkens ingezet als voeding voor het investeringscomplex door toevoeging aan de reserve Strategische Investeringen. Op de exploitatie is vanaf 2011 rekening gehouden met € 2 miljoen dividendinkomsten van Eneco (2010: € 6 miljoen). Hoewel het dividend ten opzichte van de voorgaande jaren zal teruglopen, is er – ook bij een voorzichtige inschatting – nog enige ruimte die ingezet kan worden ten behoeve van de exploitatie. Terugloop van het dividend en de raming op de exploitatie hebben echter tot gevolg dat de voeding van het investeringscomplex (via de afdracht aan de algemene reserve) verminderd. Voorgesteld wordt de raming van het Enecodividend te verhogen met € 1.353.000 in 2011 (tot € 3.353.000), € 3.407.000 (tot € 5.407.000) in 2012 en € 4.000.000 in 2013, waarmee de raming uitkomt op het oorspronkelijke niveau van € 6 miljoen. Het resterend tekort in 2013 (€ 300.000) kan gedekt worden middels een intertemporele compensatie tussen 2009 en 2013. De meerjarenraming is hiermee sluitend, hetgeen in de huidige bijzondere tijd zeer solide genoemd kan worden. 2. Brede Doorlichting Om de gemeentehuishouding structureel gezond te houden is meer nodig. Het gaat daarbij niet allen om de gemeentefinanciën maar ook de efficiëntie van de organisatie en de effectiviteit van beleid. Het in 2008 gestarte traject van de Brede Doorlichting dient voorstellen op te leveren die aangrijpingspunten bieden voor
Begroting 2010
Pagina 8 van 234
verdere verbetering en innovatie, een impuls zijn voor versterking van de sturing op continue kwaliteitsverbetering maar ook een totaalbedrag van € 10 miljoen aan (herinzetbare) ruimte opleveren. Bij de Kadernota 2010 is het taakstellende gedeelte van de Brede Doorlichting vastgesteld op € 2 miljoen in 2010 oplopend tot 2,5 miljoen vanaf 2011. Met voorstellen uit de Brede Doorlichting dient derhalve de dekking te komen voor het taakstellende gedeelte en afwegingsruimte voor nieuw beleid (€ 7,5 miljoen in 2011). Voor een verdere toelichting op de financiële begroting wordt verwezen naar het raadsvoorstel behorende bij de begrotingsstukken en de Begrotingsprogramma’s (hoofdstuk 2) en de Financiële begroting (hoofdstuk 4). Lokale lasten Op het terrein van de lokale lasten voert Dordrecht een terughoudend tarievenbeleid. De lokale lastendruk wordt grotendeels gevormd door de woonlasten. Tot de woonlasten worden gerekend de tarieven van de OZB, rioolrechten en afvalstoffenheffing, welke zich ten opzichte van 2007 als volgt hebben ontwikkeld (X €1):
OZB-eigenaar
2007
2008
2009
2010
172,56
175,11
180,37
180,37 74,13
Rioolrecht-eigenaar
65,90
68,54
71,28
Rioolrecht-gebruiker
84,96
88,32
91,85
95,52
234,96
234,96
234,96
234,96
558,38
566,93
578,46
584,99
2,3%
1,5%
2,0%
1,1%
Afvalstoffenheffing Ontwikkeling lokale lastendruk % stijging/afname tov vorig jaar
Uit bovenstaande tabel volgt dat de totale woonlasten in Dordrecht in 2009 met 2% zijn gestegen ten opzichte van het jaar daarvoor. Voor 2010 wordt een totale verhoging van de woonlasten van 1,1% geraamd. Grafisch is de ontwikkeling van de tot de woonlasten gerekende tarieven als volgt: Verloop % aanpassing woonlasten 2001-2010 9,0% 8,0% 7,0% 6,0% 5,0% 4,0% 3,0% 2,0% 1,0% 0,0% 2001
2002
2003
2004
OZB
2005
2006
2007
Rioolrecht
2008
2009
2010
Afvalstoffen
Kortheidshalve wordt voor meer informatie en relevante uitgangspunten over de diverse lokale heffingen verwezen naar de paragraaf Lokale heffingen (3.1).
1.3. Samenstelling van het bestuur Gemeenteraad en raadscommissies De gemeenteraad van de gemeente Dordrecht telt 39 raadsleden. De zetelverdeling is als volgt.
Begroting 2010
Pagina 9 van 234
11
1
Fractie Karapinar
2
VSP
3
ECODORDT/D'66
3
ChristenUnie/SG P
4
Groenlinks
4
CDA
5
Beter voor Dordt
VVD
PvdA
6
College van Burgemeester en Wethouders R.J.G. Bandell, burgemeester Portefeuille: Algemene en kabinetszaken, Brandweer, Politie, Integrale veiligheid, Communicatie en Stadspromotie, Bestuurlijke betrekkingen,Internationale samenwerking, Publiekszaken. Verbonden partijen: GR Drechtsteden, GR Zuid Holland Zuid, GR Veiligheidsregio J.W. Spigt (PvdA), wethouder Portefeuille: Sociale zaken, Arbeidsmarktbeleid en Werkgelegenheid, Ruimtelijke Ontwikkeling en Binnenstad, Media en Integratie, Inburgering en asielzoekers. Projecten: Stadswerven, Maasterras, Achterom/Bagijnhof. Verbonden partijen: Drechtwerk, Dordtmij, Sociale Dienst Drechtsteden. F.J. van den Oever (VVD), wethouder Portefeuille: Economische zaken en Toerisme, Grondbedrijf, Havenbedrijf, Stadsmarkten, Stadsbeheer (openbare ruimte), Verkeer en vervoer, Projecten: Zeehavengebied, Ondertunneling Laan der Verenigde Naties. Verbonden partijen: GEM de Hoven C.V, Stichting Breedband, Waterbus BV., Regionale ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden. D.A. van Steensel (CDA), wethouder Portefeuille: Financiën, Grote Steden Beleid, Essenhof, NMC Weizigt, Onderwijs en Educatie (incl. peuterwerk, voor- en vroegschoolse educatie, taaltrajecten en alfabetisering), Milieu (incl. water en riolering, afval, externe veiligheid), Projecten: Leerpark en Nieuwe Dordtse Biesbosch. Verbonden partijen: Gevudo, Wegschap tunnel Dordtse Kil, Eneco Holding NV, Evides, NV Netwerk, Coöperatieve ontwikkeling Leerpark, Stichting de Biesbosch, HVC, GR Drechtsteden, GR Zuid Holland Zuid, Vereniging Gemeenten voor duurzame ontwikkeling, GEM Beheer BV A.T. Kamsteeg (ChristenUnie/SGP), wethouder Portefeuille: Volkshuisvesting en Stedelijke Vernieuwing, Bouwen en Wonen, Monumentenzorg en Archeologie, WMO en zorg (w.o. ouderen- en gehandicaptenbeleid, volksgezondheid, vrouwenopvang, verslavingszorg en maatschappelijke opvang), Welzijn (w.o. buurtwerk, vrijwilligerswerk en bibliotheek), Regionale samenwerking. Project: Herstructurering Dordt West. Verbonden partijen: Woonwagencentra Drechtsteden, GR Drechtsteden
Begroting 2010
Pagina 10 van 234
J.H. Lagendijk (PvdA), wethouder Portefeuille: Jeugd en jongeren (w.o. kinderopvang, Jeugdgezondheidszorg en jongerenwerk), Sport en Recreatie, Cultuur, Wijkgericht Werken, Personeel en Organisatie, Huisvesting en ICT, Bestuurlijke vernieuwing en Participatie, Vastgoedbedrijf. Projecten: Gezondheidspark, Sportboulevard, Hofkwartier, Energiehuis, Belthurepark. Verbonden partijen: Natuur- en recreatieschap De Hollandse Biesbosch, Nationaal Park De Biesbosch en Sybold Horeca B.V. M.R. Schurink, gemeentesecretaris Algemeen directeur en 1e adviseur van het college.
1.4
Kerngegevens van de stad
Deze paragraaf –die informatief van aard is- geeft de ontwikkeling weer van een aantal kerngegevens van de gemeente Dordrecht per 1 januari van het jaar 2009. Meer statistische gegevens over Dordrecht vindt u op www.onderzoekcentrumdrechtsteden.nl Sociale structuur
2007
2008
2009
Aantal inwoners
118.541
118.187
118.182
28.686
28.157
28.152
Waarvan: - Inwoners < 20 jaar - Inwoners van 20 tot en met 64 jaar
72.681
72.644
72.645
- Inwoners > 64 jaar
17.174
17.386
17.385
Aantal bijstandsgerechtigden
3.675
3.247
2.983
- WWB (<65 jaar)
3.603
3.200
2.943
- IOAW / IOAZ
72
47
40
Waarvan:
Fysieke structuur
2007
2008
2009
Aantal woonruimten
56.381
56.559
56.860
waarvan: - woningen
52.676
52.738
53.172
- recreatiewoningen
16
16
16
- wooneenheden
639
639
639
- bijzondere woongebouwen
3.050
3.166
3.033
Aantal koopwoningen
27.827
27.597
29.477
Aantal huurwoningen
24.849
25.141
23.695
Aantal ééngezinswoningen
29.128
30.825
31.293
Aantal meergezinswoningen
23.548
21.913
21.879
Aantal inw one rs pe r 1 januari
Aantal w oonruim te n pe r 1 januari
150.000 100.000
Begroting 2010
56.860
> 64 jaar
56.559
20-64 jaar
56.381
< 20 jaar
56.460
2004 2005 2006 2007 2008 2009
56.168
-
56.264
50.000
2004
2005
2006
2007
2008
2009
Pagina 11 van 234
2. Begrotingsprogramma’s De 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
programmabegroting 2010 bestaat uit de volgende programma’s: Veiligheid; Sociale en Culturele Infrastructuur; Werk en Scholing; Wonen en Leefbaarheid; Ondernemerschap en Bereikbaarheid; Bestuur, Participatie en Dienstverlening; Algemene Dekkingsmiddelen.
Aan de hand van deze programma’s informeren wij u in dit hoofdstuk over de activiteiten die in 2010 worden ondernomen. Elk programma kent een zelfde indeling. Eerst wordt op basis van de cijfers uit de ‘outcometabel’ de Staat van de stad beschreven. Vervolgens wordt aangegeven welke maatschappelijke effecten (outcome) we binnen het desbetreffende programma willen realiseren en via welke activiteiten (output) we dat willen gaan doen. Per thema wordt tevens de vraag ‘wat mag het kosten’ gesteld en beantwoord. Voor zover van toepassing wordt daarbij tevens aangegeven welke investeringen er voor 2010 gepland staan. Zoals aangegeven treft u per begrotingsprogramma een outcometabel met daarin heldere en vaak gekwantificeerde maatschappelijke ambities. Om misverstanden over de betekenis van deze tabel te voorkomen zijn de volgende opmerkingen van belang: • Het is van belang de relatieve betekenis van deze cijfers te benadrukken vanwege de vele factoren die op de indicatoren van invloed zijn. De gemeente stelt zich ten doel te leren van de ontwikkeling op deze indicatoren. De gemeente is niet als enige aan zet maar wil wel duidelijk aangeven wat haar ambitie is. • In de tabellen vindt u in de eerste kolom het effect dat we nastreven, vervolgens de indicatoren waarmee we meten of we dat effect ook daadwerkelijk halen. In de kolom nulwaarde staat de beginwaarde van de indicator. Deze beginwaarde is bepaald bij de start van deze collegeperiode. In de laatste kolom is opgenomen welke mate van ambitie bestaat op de betreffende indicator. Daarbij zijn drie categorieën: namelijk gelijk, licht en zwaar. Deze mate van ambitie is vervolgens vertaald in streefwaarden waarbij statistische significantie een belangrijke rol heeft gespeeld. Tevens is een kolom ‘meest actuele meting’ opgenomen. Hierin vindt u de meest recente cijfers van de vastgestelde indicatoren ten opzichte van het jaarverslag 2008. • In de tabellen is op verschillende plaatsen geen streefwaarde ingevuld omdat in dat jaar ofwel geen meting van de betreffende waarde plaatsvindt ofwel het niet mogelijk was een statistisch significante waarde te definiëren; • In de bijlage 6 hebben we de legenda van de outcometabel opgenomen. In dit overzicht treft u achtergrondinformatie over de outcometabel. U kunt daar onder meer lezen welke onderzoeksdefinities zijn gebruikt en wanneer nieuwe onderzoeksgegevens beschikbaar komen. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Programma's Veiligheid
Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
16.605
402
-16.203
-17.128
-17.388
-17.233
Sociale en Cultruele Infrastructuur
144.777
55.563
-89.214
-90.577
-91.351
-90.941
Wonen en Leefbaarheid
115.188
77.314
-37.874
-31.274
-31.095
-29.254
78.087
47.400
-30.687
-32.807
-34.133
-35.725
Ondernemerschap en Bereikbaarheid
26.061
20.233
-5.828
-6.360
-6.136
-6.098
Bestuur, Participatie en Dienstverlenin
22.866
6.432
-16.434
-14.553
-13.257
-13.189
19.632
231.267
211.636
197.795
197.350
196.715
423.216
438.611
15.396
5.096
3.990
4.275
31.313
16.960
-14.353
-5.680
-6.684
-8.373
454.529
455.571
1.043
-584
-2.694
-4.098
Werk en Scholing
Algemene Dekkingsmiddelen Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010
Pagina 12 van 234
2.1
Veiligheid
Staat van de stad De cijfers onder ‘actuele nieuwe meting’ van de outcometabel geven het beeld over 2008 weer. We maken daaruit op dat de overwegend positieve ontwikkeling in het veiligheidsbeeld van de stad zich in 2008 heeft gestabiliseerd. Het percentage Dordtenaren dat aangaf zich over het algemeen veilig te voelen in de stad bleef ongeveer gelijk en het gemiddelde rapportcijfer voor veiligheid in de buurt steeg voor Dordrecht tot een 7. Het aantal door de politie geregistreerde delicten lag in 2008 op ongeveer 7.436, dat is substantieel lager dan de 8080 die in 2005 geregistreerd stonden en zelfs 38% lager dan dat in 2003 gemeten is. Dit beeld correspondeert met de gegevens over het slachtofferschap. Het beeld dat Dordrecht veiliger wordt is met het verschijnen van de Misdaadmeter van het Algemeen Dagblad in mei 2009, gebaseerd op officiële politiecijfers van 2008,ook bevestigd. Met een 29ste plaats kwam Dordrecht ook dit keer beter uit de bus dan het jaar daarvoor, toen nog een 25e plaats werd bezet. Van de 28 gemeenten die slechter scoorden behoorden er 17 tot de steden die deel uit maken van het Grotestedenbeleid. Veel delicten worden gepleegd door een relatief kleine groep veelplegers. Veelplegers maken zich vooral schuldig aan 'kleine' criminaliteit, zoals diefstallen. In december 2008 stonden 18 jeugdige- en 83 volwassen veelplegers uit Dordrecht geregistreerd. Deze veelplegers staan onder extra belangstelling van politie, Openbaar Ministerie en gemeente. Het aantal jongeren tussen de 12 en 24 jaar die in 2008 verdacht zijn van een delict en doorgestuurd zijn naar het Openbaar Ministerie ligt onveranderd hoog op 1198. Het percentage inwoners dat aangeeft vaak last te hebben van jeugdoverlast stabiliseert zich rond de 14% (monitor leefbaarheid en veiligheid). Inclusief de rijkswegen A16, N3 en N217 (dit zijn wegen die buiten het beheer van de Gemeente Dordrecht vallen) is het totale aantal verkeersslachtoffers in 2008 afgenomen van 189 naar 170. Voor de wegen onder het beheer van de gemeente Dordrecht nam het aantal slachtoffers af van 161 naar 144. Het aantal jeugdige verkeersslachtoffers (4 t/m 15 jaar) is toegenomen van 39 naar 46. In 2009 zullen wij voor de eerste keer meedoen aan de nieuwe landelijke veiligheidsmonitor. De eerste gegevens daarvan komen in 2010 beschikbaar. Inzet is, om jaarlijks op stedelijk niveau de gegevens beschikbaar te krijgen en om het jaar ook op wijkniveau. De gegevens uit de monitor maken een betere vergelijking tussen de verschillende gemeenten mogelijk. Wat willen we bereiken? De zorg voor veiligheid is een kerntaak van de overheid. Veiligheid is een voorwaarde voor de kwaliteit van het (samen-)leven van inwoners en voor de aantrekkelijkheid van de stad. De overheid heeft een bijzondere, maar geen exclusieve verantwoordelijkheid voor veiligheid. Ook van maatschappelijke organisaties, inwoners en bedrijfsleven wordt een bijdrage verwacht in het vergroten van veiligheid. Het werken aan veiligheid rekenen we tot de kerntaken van de gemeente en van de organisaties waarmee wij samenwerken. Sinds de vaststelling van het Integraal Veiligheids Programma 2 (IVP2) in 2007 wordt met de kernpartners jaarlijks een jaarplan integrale veiligheid opgesteld. Het bestaande Integraal Veiligheidsprogramma (IVP2) loop in 2010 af. In dat jaar zal een nieuw programma (IVP3) aan de gemeenteraad ter besluitvorming worden voorgelegd. Verbeteren van de subjectieve veiligheid Een veilige stad en buurt blijven de komende jaren inzet van beleid. De subjectieve veiligheid heeft daarbij betrekking op “het gevoel van veiligheid” dat mensen hebben. Gevoelens van onveiligheid worden niet alleen veroorzaakt door objectieve inbreuken op de veiligheid, maar ook door andere zaken op het gebied van leefbaarheid. Denk daarbij aan de sociale samenhang en de staat van onderhoud en gebruik van de openbare ruimte. In 2010 intensiveren wij conform de landelijke
Begroting 2010
Pagina 13 van 234
afspraken de aanpak van overlast en verloedering. Hiervoor zetten wij het actieplan “Gewoon doen” ook na 2010 voort. Daarbij verwachten wij dat ook instrumenten als Buurtbemiddeling, Buurtpreventie, Het Netwerk Dordt Veilig en de invoering van de Bestuurlijke Strafbeschikking een positieve bijdrage leveren aan de bestrijding van overlast en verloedering. Verbeteren van de objectieve veiligheid De objectieve veiligheid betreft de “feitelijke veiligheid”, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het aantal aangiften bij de politie en het ophelderingspercentage van delicten. Afgelopen jaren is de objectieve veiligheid in Dordrecht toegenomen. Wij willen de bereikte resultaten vasthouden en zetten daarbij in op het bestrijden van delicten als inbraak, diefstal en vernieling. Ook het terug dringen van geweldsdelicten blijft een prioriteit. Een punt van zorg is de stijging in het aantal jeugdige verdachten. Door een preventieve aanpak binnen het jeugdbeleid te combineren met een repressieve aanpak met aandacht voor gedragsverandering en nazorg, zetten we in op een positieve ontwikkeling ten aanzien van het aantal jeugdige verdachten. Dordrecht behoort met betrekking tot fysieke veiligheid tot de vijftien meest risicovolle gemeenten in Nederland. Dit komt door de ligging van de stad aan een druk knooppunt van weg-, spoor en waterverbindingen, met vervoer van gevaarlijke stoffen en industriële risico’s vlak bij woonwijken en de oude Binnenstad. Gelukkig is Dordrecht tot nu toe nog nauwelijks geconfronteerd met (zware) ongevallen. Desondanks is het van groot belang dat de gemeente via gerichte stappen zware incidenten zoveel mogelijk helpt voorkomen en dat, mocht een ramp of zwaar ongeval zich voordoen, deze adequaat kan worden bestreden. De komende jaren blijven wij – onder meer door lobby bij mede overheden - actief inzetten op een verbetering van de fysieke veiligheid op dit punt. Zoals in het MJP beschreven, streven we ook naar een verhoging van de objectieve en subjectieve verkeersveiligheid. Het streven is een kleiner aantal verkeersdoden en gewonden in 2009. Rol gemeente De veiligheidsaanpak is nog steeds sterk gericht op gemeentelijke partners, politie en justitie. Het is belangrijk de inwoner uit te dagen om zelf ook een bijdrage te leveren aan het creëren van een veiligere stad. De gemeente speelt een faciliterende rol bij het stimuleren van burgerparticipatie. Dit komt tot uiting in instrumenten als Buurtbemiddeling, Buurtpreventie en het Netwerk Dordt Veilig. Daarnaast wordt geïnvesteerd in het verwachtingspatroon dat inwoners van de overheid op het gebied van veiligheid mogen hebben en wat zij zelf kunnen bijdragen. Intensivering van de samenwerking met ketenpartners wordt onder meer vorm en inhoud gegeven met de verdere doorontwikkeling van het Veiligheidshuis. Binnen het veiligheidshuis krijgt onder meer de gezamenlijke aanpak van veelplegers, jeugd en huiselijk geweld verder inhoud door optimalisering van de verschillende werkprocessen. In 2010 staat de regionalisering van het veiligheidshuis centraal. Tevens zal de doorontwikkeling naar een integraal veiligheidshuis gestart gaan worden. De gemeente zal samen met het OM de regie voeren over deze doorontwikkeling. In de huidige kabinetsperiode zal de regierol van de gemeente wettelijk worden verankerd. Met ons Integraal Veiligheids Programma en de totstandkoming van een gemeenschappelijk jaarprogramma integrale veiligheid hebben wij al in hoge mate voldaan aan de eisen die door de wet gesteld gaan worden. De vaststelling van een nieuw Integraal Veiligheids Programma in 2010 past daar in.
Begroting 2010
Pagina 14 van 234
Wat willen we bereiken?
Veiligheid Outcomedoelstelling en indicatoren
Verbeteren subjectieve veiligheid onveiligheidsgevoel algemeen (% wel eens onveilig) rapportcijfer veiligheid in de buurt onveiligheidsgevoel buurt (% wel eens onveilig)
0-waarde
Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie Zwaar
32%
27%
28%
25%
6,7
6,9
7,0
7,0
Licht
23%
22%
22%
20%
Licht Licht
indicatorscore vermogensdelicten in de buurt
4,3
3,7
3,6
3,7
indicatorscore dreiging in de buurt
1,2
1,2
1,3
1,0
Licht
veiligheidsgevoel algemeen (% in het algemeen veilig)
Nieuw
82%
82%
PM
Nieuw
veiligheidsgevoel buurt (% algemeen veilig in buurt)
Nieuw
83%
84%
PM
Nieuw
- overdag
35%
25%
20%
30%
Licht
- nacht
62%
55%
53%
55%
Zwaar
4,0
3,6
Licht
onveiligheidsgevoel jongeren
indicatorscore verkeersveiligheid
Verbeteren objectieve veiligheid aantal aangiftes
3,9
0-waarde
4,0 Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie
8.080
8.077
7.705
7.436
8.000
8.000
Gelijk
24%
27%
24%
27%
30%
30%
Zwaar
42%
34%
30%
34%
Licht
7%
5%
4%
5%
Gelijk
aantal jeugdige verdachten
1.157
1.189
1.147
1.198
900
Zwaar
aantal jeugdige veelplegers
38
29
19
18
34
Licht
aantal volwassen veelplegers
91
91
89
83
81
Licht
- aantal eerste meldingen (a)
426
441
383
550
600
Licht
- aantal herhaalde meldingen (a)
206
346
257
260
250
Licht
aantal verkeersslachtoffers totaal pj (b) - aantal jeugdige slachtoffers
208 36
189 39
144 46
137 33
188 32
- spoor
4
4
6
2
4
3
Licht
- weg
3
0
0
0
3
3
Gelijk
- % ophelderingen slachtofferschap - vermogensdelicten - geweldsdelicten
meldingen huiselijk geweld
Licht Licht
mate overschrijding groepsrisico transp.routes per kmvak
Verbeteren veiligheid op scholen
0-waarde
Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie
rapportcijfer veiligheid schoolplein (c )
7,9
8,0
8,1
7,9
Gelijk
rapportcijfer veiligheid in school (c)
8,3
8,2
8,3
8,3
Gelijk
(a) aanpassing 2005 (nulmeting) en 2007; aantallen overgenomen uit SIV-verantwoording (b) correctie van waarde jaarverslag 2008: was 170 is nu 144 (c ) de waarden raportcijfer veiligheid schoolplein en veiligheid in school (jaarverslag 2007 en 2008) zijn abusivelijk verwisseld, de cijfers staan nu op de juiste plek opgenomen
Begroting 2010
Pagina 15 van 234
Wat mag dat kosten? bedragen x € 1.000 Programma veiligheid Thema
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
Saldo
2013
Saldo's
Sociale veiligheid
4.004
402
-3.602
-3.595
-3.563
-3.563
Fysieke veiligheid
12.073
0
-12.073
-13.036
-13.329
-13.174
Verkeersveiligheid
207
0
-207
-177
-177
-177
Integrale veiligheid
321
0
-321
-320
-319
-319
Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
16.605 0 16.605
402 -16.203 -17.128 -17.388 -17.233 0
0
0
0
0
402 -16.203 -17.128 -17.388 -17.233
Thema Sociale veiligheid Wat gaan we daarvoor doen? Onder sociale veiligheid wordt verstaan “de veiligheid voor zover deze afhankelijk is van intermenselijke verhoudingen”. De doelstellingen, activiteiten en maatregelen met betrekking tot sociale veiligheid zijn beschreven in het Integraal Veiligheids Programma 2 en wordt jaarlijks vertaald naar het jaarprogramma. Voor sociale veiligheid zijn als thema’s/accenten in het beleid verwoord: Geweld, diefstal, overlast, en jeugd. Verkeer wordt als apart thema in deze begroting behandeld. Veiligheidshuis Een belangrijke ontwikkeling die in 2008 in gang is gezet, is de uitbouw van de bestaande ketensamenwerking in de richting van een Veiligheidshuis. Daarbinnen vinden werkers van diverse organisaties een werkplek en werken gezamenlijk aan de aanpak van jeugdcriminaliteit, huiselijk geweld en veelplegers. In 2009 is het veiligheidshuis door de minister van Justitie geopend. Het veiligheidshuis zal in 2010 vijf dagen in de week operationeel zijn. De samenwerking wordt nog verder geïntensiveerd en er zal nog nadrukkelijker verbinding worden gelegd tussen zorg en straf. Binnen het veiligheidshuis vindt onder meer de persoonsgebonden aanpak van veelplegers plaats. Een aanpak die tot heden vruchten afwerpt. Om recidive met succes aan te kunnen pakken zal de onder gemeentelijke regie te organiseren nazorg nadrukkelijker geborgd gaan worden en zullen oplossingen moeten worden gevonden voor de knelpunten met betrekking tot huisvesting van deze doelgroep. Uitwerking van de afspraak in het bestuursakkoord tussen VNG en rijk, dat de nazorg voor ex-gedetineerden versterkt moet worden, heeft in 2009 plaatsgevonden en geleid tot een samenwerkingsmodel op dit terrein. In 2010 zal er nazorg voor ex-gedetineerden in Dordrecht worden geregeld vanuit een in te richten coördinatiepunt nazorg. Naast de aanpak jeugd en veelplegers vindt er in het Veiligheidshuis het screeningsoverleg huiselijk geweld plaats, waarin naast politie, Openbaar Ministerie, reclasseringsorganisaties, ook Bureau Jeugdzorg, het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling en de GGD participeren. Deze organisaties hebben in 2010 een werkplek in het Veiligheidhuis. In 2010 wordt een start gemaakt met het hulpverleningscasusoverleg jeugd. De samenwerking tussen het Centrum (Dordtse Cirkels) voor Jeugd en Gezin en (de partners van) de veiligheidsketen, waar mogelijk via het Veiligheidshuis, is van belang voor een goede aansluiting tussen de strafrechtelijke aanpak van jongeren en de achterliggende gezinsproblematiek Er kan aansluiting worden gezocht met het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd. Jeugd De jeugd blijft ook de komende jaren een belangrijk aandachtsveld van het college. Het Jeugd Preventie Team (JPT) is een belangrijke voorziening op het snijvlak van
Begroting 2010
Pagina 16 van 234
justitie en jeugdhulpverlening waar jongeren met verhoogd risicogedrag voor een beperkte termijn kunnen worden begeleid. De financiering van het JPT is sinds 2007 ondergebracht bij de regio Zuid-Holland Zuid en wordt met een bedrag per inwoner doorbelast aan de gemeenten. De inhoudelijke aansturing vindt plaats door een commissie van de regio, ondersteund door de ambtenaren jeugdzaken. Binnen de jeugdketen is bureau Halt een belangrijke schakel om jongeren die door kleine vergrijpen met de politie in aanraking komen met een werk- en of leerstraf te corrigeren en te behoeden voor het afglijden naar de criminaliteit. Daarnaast verzorgt Halt lessen en voorlichtingen en is betrokken bij projecten in diverse gemeenten. Halt werkt sinds 2007 voor de gehele regio Zuid Holland Zuid. De werkwijze van Halt wordt met ingang van 2010 landelijk vernieuwd. De samen met politie en maatschappelijke organisaties ontwikkelde Beke-aanpak, gericht op hinderlijk en overlastgevend gedrag van jongeren, wordt structureel ingezet op de plaatsen waar dit het meest nodig is. In samenwerking met politie en stadsbeheer blijven we intensief werk maken van het bestrijden van vernielingen in de wijken. Daarnaast blijven we stevig inzetten op de aanpak van schoolverzuim. De scholen voor voortgezet onderwijs hebben zich verplicht in 2010 over een actueel veiligheidsplan te beschikken. Extra aandacht zal worden besteed aan de veiligheid op en rond het Leerpark. Vanaf 2009 geeft het parkmanagement uitvoering aan de diverse maatregelen om de veiligheid in het Leerpark te borgen en is het cameratoezicht op het Leerpark ingevoerd. Geweld Er zal onverminderd worden ingezet op de aanpak van huiselijk geweld, waarvoor in 2009 het door de burgemeester preventief uit te vaardigen huisverbod van kracht is geworden. In 2010 wordt bekeken of de ingezette werkwijze en samenwerking tussen de verschillende partijen naar tevredenheid verloopt. Wij zullen de gemeenteraad na april 2010 informeren over de toepassing van het instrument gedurende het eerste tijdvak van een jaar. Uit een uitgevoerde analyse blijkt dat met betrekking tot geweld geen sprake is van een bijzondere situatie in Dordrecht die op dit moment specifieke maatregelen of activiteiten vereisen. Gelet op de impact van geweldsdelicten houden wij gedurende het jaar de vinger aan de pols en zullen waar nodig inspelen op actuele situaties. Diefstal Fietsdiefstal wordt door het Nederlandse publiek genoemd als een van de grootste maatschappelijke ergernissen. Het ministerie van BZK heeft in samenwerking met verschillende publieke en private partijen het Plan van Aanpak Fietsdiefstal 20082010 geschreven waarin alle activiteiten voor de betrokken partijen worden omschreven. Wij sluiten hier op aan met lokale acties om fietsdiefstal te voorkomen o.a. door een jaarlijkse campagne en de controle op gestolen fietsen door politie en afdeling Toezicht. Naast fietsdiefstal blijven wij via gerichte acties aandacht vragen voor het achterlaten van waardevolle spullen op en in auto’s. Met name in parkeergarages en op zgn. hotspots. Hoewel de effectiviteit van het Keurmerk Veilig Wonen niet aan discussie onderhevig is zal de gemeentelijke bemoeienis zich vooral gaan beperken tot de nieuwbouw als onderdeel van het reguliere beleid van de sector Stadsontwikkeling. Risicogebieden en wijkveiligheid Bijzondere aandacht geven we aan de zogenaamde risicogebieden en veiligheid in de wijken. Er is een convenant opgesteld met onder andere de NS over het verbeteren van de objectieve en subjectieve veiligheid op en rond de drie NS-stationsgebieden. In het convenant zijn afspraken neergelegd om een pakket aan maatregelen uit te voeren ter verbetering van de objectieve en subjectieve veiligheid in de stationsgebieden, zoals onder meer extra toezicht, waaronder het cameratoezicht op Dordrecht Centraal. Tevens wordt geparticipeerd in het veiligheidsarrangement MerwedeLingelijn. Dordrecht geeft daarmee uitvoering aan het landelijke ‘Aanvalsplan Sociale Veiligheid Openbaar Vervoer’.
Begroting 2010
Pagina 17 van 234
In 2010 wordt door de politie voor elke wijk een wijkveiligheidsscan opgesteld met daarin o.a. de (veiligheids)aandachtspunten. De concrete uitwerking van deze punten vindt plaats, zowel binnen het stedelijke beleid als in de uitvoeringsplannen van de wijken. Binnen de gebiedsgerichte aanpak krijgt wijkveiligheid in samenwerking met de partners in de wijken onder meer aandacht in het kader van het actieplan Krachtwijken. We blijven zichtbaar in de wijken door de inzet van onze toezichthouders. Inmidddels is hiervoor een gebiedsgerichte en integrale aanpak ontwikkeld. Dit houdt in dat multidisciplinaire teams (combinatie van stadswacht, parkeer- en milieucontrole) ingezet worden, die het gehele takenpakket van Toezicht uitvoeren en waar nodig kunnen handhaven. Zo worden onder andere ‘biketeams’ ingezet in het kader van het programma “Gewoon Doen!”. In juni 2010 wordt de bestuurlijke strafbeschikking ingevoerd waarmee de gemeente een instrument in handen heeft om met name de kleine ergernissen in de wijken zoals vuil op straat, graffiti, wildplassen en hondenpoep te handhaven. Reguliere activiteiten zoals controle hondenbelasting, uitschrijven van preventieberichten (niets-erin, niets eruit) en controle op gestolen fietsen worden gecontinueerd. Ook in 2010 leveren we een bijdrage aan Buurtbemiddeling bij huis-, tuin- en keukenconflicten tussen buren. Deze manier van werken wordt door zowel bewoners als professionele organisaties zoals politie en woningcorporaties als zeer positief ervaren. Daarnaast blijven we burgerinitiatieven voor veiligheid stimuleren. Dit gebeurt o.a. door het faciliteren van Buurtpreventie netwerken en het Netwerk Dordt Veilig. Overlast Een belangrijk deel van de overlast in de stad wordt veroorzaakt door verslaafde dak- en thuislozen. In 2004 is door de politie vastgesteld dat het gaat om ongeveer 250 personen die meer dan een enkele keer overlast veroorzaakt hebben. Recente gegevens zijn niet beschikbaar. Voor deze groep is er in de maatschappelijke opvang de laagdrempelige opvang (slaaphuis) en dagopvang. Op dit moment kan zo’n 20% (=50) van de overlastgevenden dagelijks gebruik maken van de dagopvang en circa 10% (=25) kan gebruik maken van het slaaphuis. Het is de ambitie van de gemeente Dordrecht om dit aantal te verhogen tot respectievelijk 25% voor de dagopvang en 14% voor de nachtopvang. Ook de geplande totstandkoming van een hostelvoorziening zal naar verwachting bijdragen aan het verminderen van overlast in de openbare ruimte. Tevens proberen we een afname van het aantal overlastgevenden te bewerkstelligen door in te zetten op preventie en signalering. In 2010 zal worden bekeken of de verblijfsontzeggingen en het alcoholverbod in bepaalde delen van de stad het gewenste effect hebben gehad. Van belang is dan ook om te weten of de overlast zich heeft verplaatst naar andere delen van de stad. De gemeente heeft de regie op de aanpak van overlastgevende panden. Met de betrokken partners zijn afspraken gemaakt over de wijze waarop we gezamenlijk tot een aanpak komen. Als uitgangspunt hanteren we dat interventies primair door betrokken partijen op wijkniveau worden uitgevoerd. Als de mogelijkheden in de wijk zijn uitgeput, wordt er een handhavingsscenario op maat ontwikkeld. Om tot een goede informatie-uitwisseling te komen heeft de gemeente in 2006 een convenant gesloten met de politie, de GGD en de woningcorporaties. Op dit moment zijn er ongeveer 5 panden in beeld als (potentieel) “overlastpand” die gerelateerd zijn aan drugs- en alcoholoverlast.
Begroting 2010
Pagina 18 van 234
Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Sociale Veilgheid Product Veelplegers Risicogebieden Openbare orde Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
831
0
-831
-830
-828
-828
2.745
402
-2.343
-2.337
-2.310
-2.310
428
0
-425
-425
402
-428 -3.602
-428
4.004
-3.595
-3.563
-3.563
0
0
0
0
0
0
4.004
402
-3.602
-3.595
-3.563
-3.563
Thema Fysieke veiligheid Wat gaan we daarvoor doen? Fysieke veiligheid kan worden omschreven als de veiligheid voor zover deze afhankelijk is van fysieke factoren die aanleiding kunnen geven tot het ontstaan van branden, ongevallen en rampen. In het kader van fysieke/externe veiligheid is in de afgelopen jaren de veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid (waarin de Brandweer, Milieudienst, GGD/GHOR en de politie samenwerken) verder uitgebouwd en is een deel van de gemeentelijke taken overgenomen. De brandweerzorg voor de gemeente Dordrecht wordt verzorgd door de regionale brandweer Zuid-Holland Zuid. Uitvoering van de taken vindt plaats door middel van een dienstverleningsovereenkomst. Een goed samenspel tussen lokale overheid en regionale (uitvoerings)organisaties moet worden gewaarborgd om de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor fysieke veiligheidsvraagstukken en in de rampenbestrijding waar te kunnen blijven maken. Externe veiligheid De aanpak van de externe veiligheid zetten we door. Onze inzet bestaat uit het (laten) invoeren van maatregelen rond het spoor, het uitvoeren van het regionale programma externe veiligheid en maatregelen op/rond het basisnet transport gevaarlijke stoffen. Met betrekking tot de maatregelen voor het spoor hebben de ministeries van VROM en V&W vijf miljoen euro toegezegd voor veiligheids verbeteringen op de Brabantroute (Kijfhoek-Venlo). In 2010 zal het Rijk de 7 gevaarlijkste wissels in Dordrecht voorzien van ATBvv (automatische treinbeïnvloeding verbeterde versie). Daarnaast is vanuit het door de Brandweer aangestuurde project Spoorzone tevens budget vrijgemaakt om nog een aantal seinen te voorzien van ATBvv. Door deze seinen te installeren is het straks op de belangrijkste punten niet langer mogelijk om een rood sein te negeren. Door een toename van het transport van gevaarlijke stoffen over het spoor is in het afgelopen jaar bij twee nieuwe kilometervakken de factor van het Groepsrisico overschreden. Het totaal komt daarmee op 6 vakken. Het gaat om een kleine toename, waar het eerst onder de norm zat, zit het er nu net boven. In dat kader worden de volgende activiteiten ontplooid. Dordrecht is samen met de Brabantse steden in overleg met het Rijk over de Brabantroute. Maatregelen daar zijn van grote invloed op het spoor in Dordrecht. Dordrecht is ook actief in het basisnettraject. Doel is te komen tot afspraken over risicoplafonds. De inzet van het Rijk is vooralsnog wel dat onbeperkt verkeer van goederen moet kunnen plaatsvinden. De uitkomsten van het basisnettraject worden in 2010 geïmplementeerd. Bij ruimtelijke ontwikkelingen rondom het spoor trachten we de risico's zoveel als mogelijk te beperken of om (met name bij herstructurering) de situatie te verbeteren. De regionale brandweer werkt in het project Spoorzone aan het verbeteren van de beheersbaarheid rondom het spoor. Voor het wegverkeer wordt in 2009 begonnen met het voorbereiden van het verbeteren van o.a. de aansluiting N3/A16. Het ontwerp voor een aangepaste aansluiting moet in dat jaar gereed zijn zodat de nieuwe aansluiting in 2012 in gebruik kan worden genomen. Het zuidelijk deel van de N3 krijgt daarmee vanaf 2012 het risicoprofiel van een autosnelweg wat betekent dat er vanaf dat moment
Begroting 2010
Pagina 19 van 234
sprake is van een verbetering van de veiligheidssituatie van 50% op het deel van de N3 tussen de Wantijbrug en de A16. Lokale brandweerzorg De lokale brandweerzorg Dordrecht wordt op basis van een dienstverleningsovereenkomst uitgevoerd door de regionale brandweer ZuidHolland Zuid. De verlening van en toezicht op gebruiksvergunningen vindt plaats door de Milieudienst Zuid-Holland Zuid. In 2010 wordt gestart met de toepassing van een vernieuwd toezicht- en handhavingsbeleid voor brandveiligheid, gebaseerd op het Gebruiksbesluit. Om het aantal loze brandmeldingen gerelateerd aan automatische brandmeldingen terug te dringen is vanaf eind 2008 op proef gewerkt met een gewijzigde procedure. Dit doel hebben wij echter (nog) niet volledig behaald. Gelet op het feit dat de nieuwe situatie pas na in het najaar van 2008 vorm heeft gekregen zal het werkelijke resultaat pas eind 2009 echt meetbaar zijn. In worden aan de hand van de definitieve resultaten zonodig vervolgstappen gezet. Het project Community Safety (Veiligheid voor de samenleving) dat in 2008 is gestart is succesvol afgerond Hiermee is het de projectfase ontgroeid en onderdeel geworden van de normale bedrijfsvoering. In 2010 geven we opnieuw brandveiligheidsadviezen, verstrekken we rookmelders en geven we voorlichting op basisscholen en aan andere bijzondere doelgroepen Bij de kadernota 2009 is voorzien in de realisatie van een 2e uitrukpost voor de brandweer op het leerpark. Deze post dient twee hoofddoelen, te weten het verbeteren van de aanrijtijden van de brandweer in geval van uitrukken en ten tweede het creëren van leer-werkverbinding met het leerpark. Oplevering en ingebruikname is gepland in het begin tweede kwartaal van 2011. Explosievenkaart De explosievenkaart is een dynamisch overzicht van locaties waar mogelijk explosieven kunnen liggen op het Eiland van Dordrecht. De kaart is sinds medio 2009 beschikbaar en kan worden geraadpleegd voordat grondwerkzaamheden op het eiland van Dordrecht worden uitgevoerd. Vervolgacties worden hierop afgestemd. In 2010 wordt het gebruik ervan samen met de afdeling vergunningverlening en handhaving van de Milieudienst Zuid-Holland Zuid verder verankerd ook t.b.v de vergunningverlening. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Fysieke veilgheid Product Rampenbestrijding
Begroting 2010
2011
2012
2013
Saldo's
Lasten
Baten
284
0
-284
-284
-282
37
0
-37
-37
-37
-37
Brandweer
11.752
0
-11.752
-12.715
-13.010
-12.854
Begroting voor bestemming
12.073
0
-12.073
-13.036
-13.329
-13.173
0
0
0
0
0
0
12.073
0
-12.073
-13.036
-13.329
-13.173
Externe veiligheid
Mutatie reserves Begroting na bestemming
Saldo
-282
Thema Verkeersveiligheid Wat gaan we daarvoor doen? De inzet op de verkeersveiligheid blijft van groot belang. In 2010 wordt uitvoering gegeven aan het nieuwe verkeersveiligheidsplan dat de komende jaren als basis dient voor de activiteiten op het gebied van verkeersveiligheid. Zo blijft er aandacht voor eenduidigheid in de uitvoering van fysieke maatregelen en inrichting van verblijfsgebieden. Maar ook voor veiligheid rondom scholen en op fietsroutes. Gedragsbeïnvloeding blijft een belangrijk aandachtspunt. Niet alleen
Begroting 2010
Pagina 20 van 234
door verkeerseducatie op scholen aan te bieden, maar ook door cursussen voor senioren. Met betrekking tot de wijkverkeersplannen ligt de nadruk de komende jaren op de verdere uitvoering van de wijkverkeersplannen Binnenstad en de 19e eeuwse schil. Tevens zal mogelijk al in 2010 een rotonde worden aangelegd bij de noordelijke uitgang van de Krispijntunnel. In 2010 blijven we inzetten op School op SEEF, het verkeerseducatieprogramma over verkeer en verkeersveiligheid voor basisschoolleerlingen. Via enkele stappen onder begeleiding van een verkeersleerkracht kan een school op relatief eenvoudige wijze verkeerseducatie opnemen in het lespakket. De uitvoering ligt in handen de CED Groep, RPV Drechtsteden en ROV Zuid-Holland. In 2009 heeft de eerste basisschool (Pius Tien) bewezen dit structureel te hebben geïntegreerd in het totale lespakket en heeft daarmee het School op SEEF-label behaald. Steeds meer scholen in Dordrecht melden zich aan, inmiddels zijn dit er 15 (peildatum september 2009). Het streven is zoveel mogelijk scholen te laten deelnemen en het SEEF-label te laten behalen. Uit een ongevallenanalyse die in 2008 is uitgevoerd blijkt dat er geen blackspots meer zijn, maar wel een aantal locaties waar meerdere slachtofferongevallen hebben plaatsgevonden de afgelopen jaren. De meeste locaties hiervan zijn óf al aangepakt óf zitten in de planning om aangepakt te worden. Een goed voorbeeld van een gevaarlijke locatie die in 2008 al is aangepakt, is de kruising Spuiboulevard - J. de Wittstraat. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Verkeersveiligheid Product Wijkverkeersplannen Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
207
0
207
0
2011 -207 -207
2012
2013
Saldo's
Saldo -177
-177
-177
-177
-177
-177
0
0
0
0
0
0
207
0
-207
-177
-177
-177
Thema Integrale veiligheid Wat gaan we daarvoor doen? Samen met de inwoners van onze stad, maatschappelijke organisaties en onze primaire veiligheidspartners willen we de ontwikkeling naar een veiliger stad in 2010 vasthouden en de komende jaren waar mogelijk verder uitbouwen. In het jaarplan Integrale Veiligheid worden voor 2010 de concrete acties en maatregelen van de partners op de verschillende thema’s aangegeven. Naast het jaarplan Integrale Veiligheid verschijnt jaarlijks een afzonderlijk handhavingsprogramma. In 2010 eindigt de looptijd van het IVP2 en wordt een nieuw programma IVP3 ter besluitvorming aan de raad voorgelegd. Een verbetering van de gezamenlijke informatiepositie, als basis voor gezamenlijke activiteiten en maatregelen, krijgt onder meer inhoud door met partners binnen de justitieketen periodiek informatie uit te wisselen. Met ingang van 2010 zal de politie zogenaamde buurtscans maken op basis waarvan gezamenlijke activiteiten in de wijken zullen plaatsvinden. In 2010 worden de eerste resultaten van deelname aan de nieuwe landelijke integrale veiligheidsmonitor verwacht. Deze monitor is niet op alle indicatoren vergelijkbaar met eerdere jaren door gewijzigde definities, vraagstelling en onderzoekspopulatie. De monitor maakt vergelijking met andere gemeenten wel beter mogelijk.
Begroting 2010
Pagina 21 van 234
De coördinatie van het handhavingsproject wordt vanaf 2010 binnen de afdeling Openbare Orde en Veiligheid voortgezet. Naast een verdere professionalisering van de handhaving wordt meer accent gelegd op de inhoud en effecten van de ingezette handhavingscapaciteit. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Integrale Veilgheid
Begroting 2010
Product Lasten Programmabegeleiding en proces Veilig 321 Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
321
Baten 0 0
2011 -321 -321
2012
2013
Saldo's
Saldo -320
-319
-319
-320
-319
-319
0
0
0
0
0
0
321
0
-321
-320
-319
-319
Pagina 22 van 234
2.2. Sociale en Culturele Infrastructuur Staat van de stad In de zomer van 2009 is een grote hoeveelheid nieuwe meetgegevens beschikbaar gekomen die een indicatie geven van de voortgang op genoemde twee doelstellingen. Bij het maken van het jaarverslag konden deze nog niet worden opgenomen, vandaar dat ze nu worden gepresenteerd in bijgevoegde tabel. Opvallende uitkomsten lichten wij er uit. Voor de overige cijfers verwijzen wij naar de tabel. Het gaat goed met sportdeelname in Dordrecht. Het percentage Dordtenaren (ongeacht leeftijd) dat aangeeft te sporten, ligt op 57%. Dit is een grote stijging t.o.v. de nulmeting die 51% bedroeg. Het streefcijfer was 54%. Onder Dordtenaren van allochtone herkomst ligt het percentage dat sport op 41% tegenover een nulmeting van 35% en een streefcijfer van 45%. Van de Dordtse jongeren geeft 75% aan meer dan eens per maand te sporten. Dit is boven het streven van 72%. De tevredenheid over sportvoorzieningen in de buurt is toegenomen: 60% van de Dordtenaren geeft aan tevreden te zijn. Dit is conform het streefcijfer. De nulmeting bedroeg 54%. Positief zijn de ontwikkelingen bij Dordtenaren van allochtone afkomst. Het percentage allochtonen dat lid is van een organisatie, ligt op 66%. Dit is ruim boven de ambitie van 55%. Het percentage allochtonen dat aangeeft onvoldoende maatschappelijk te participeren is gedaald van 16 naar 13%. 87% van de allochtonen heeft interetnische vriendschappen. De nulmeting en tevens ambitie was 81%. Ter vergelijk: onder autochtonen is het percentage gelijk gebleven aan de nulmeting (41%) terwijl het streven 50% was. Opvallend is verder dat het aandeel Dordtenaren dat vrijwilligerswerk verricht, is gedaald van 42% naar 32%. Het streven was 42%. Daarentegen is de actieve inzet in de eigen buurt gestegen van 16% (nulmeting) naar 26%. De ambitie was 19%. De daling van deelname aan vrijwilligerswerk kan uiteenlopende redenen hebben. Hiernaar is echter niet expliciet gevraagd in achterliggend onderzoek. Wel kunnen wij aangeven dat het percentage voor de andere Drechtsteden op hetzelfde niveau ligt. Alleen Sliedrecht is een positieve uitzondering met 39%. In vergelijking met landelijke cijfers over vrijwilligerswerk is 32% laag, waarbij moet worden aangetekend dat landelijk alleen cijfers over 2008 beschikbaar zijn (44,8% van de volwassen bevolking heeft zich het afgelopen jaar ten minste één keer ingezet voor een maatschappelijke organisatie). Afgelopen jaren is er veel aandacht geweest voor vrijwilligerswerk en andere vormen van participatie. Het gevolg is dat mensen beter weten wanneer zij wel of geen vrijwilligerswerk verrichten, en dus dat zij aangeven dat zij actief zijn in de buurt of mantelzorg bieden in plaats van vrijwilligerswerk doen. De inzet in de buurt is zoals aangegeven flink toegenomen hoewel deze toename niet de afname in vrijwilligerswerk compenseert. Daarnaast kan de daling het gevolg zijn van een sterke inzet op re-integratie. Mensen verrichten betaald werk in plaats van vrijwilligerswerk. Zij zitten in een traject in plaats van dat zij vrijwilligerswerk doen. De voortgang van tevredenheid over de voorzieningenstructuur is gevarieerd. Het rapportcijfer over voorzieningen in de buurt is 6,8 gebleven, dus gelijk aan de meting in 2007. De ambitie was uit te komen op een 7,0. Voor zeven deelvoorzieningen kunt u de tevredenheid aflezen uit de tabel. De tevredenheid over het culturele aanbod in Dordrecht door Dordtenaren en Drechtstedelingen lijkt sterk gedaald. 28% van de Dordtenaren is tevreden over het Dordtse aanbod, en 26% van Drechtstedelingen. In het onderzoek Beeld van Dordrecht, waaruit deze cijfers afkomstig zijn, wordt het ontbreken van een bioscoop als verklaring genoemd. Wat wellicht ook nog van invloed is, is de tijdelijke sluiting van het Dordts Museum. Nieuwe cijfers over culturele participatie en het aantal bezoekers aan instellingen is nog niet voorhanden.
Begroting 2010
Pagina 23 van 234
De tevredenheid van jongeren over activiteiten in buurt en stad maakt geen positieve ontwikkeling door. 62% is van mening dat er niet genoeg te doen is in de buurt (dit was bij de vorige meting 48%, terwijl het streven was om gelijk te blijven aan de nulmeting van 58%). 45% van hen vindt dat er niet genoeg te doen is in Dordrecht in algemene zin. Bij de vorige meting was dit 27% terwijl de nulmeting 37% bedroeg en het streven 33% was. De ervaring van een goede gezondheid is gedaald: Dit was 77% en is nu 68% terwijl het streven 81% was. Het aandeel jongeren met schulden is gedaald naar 10%, terwijl de nulwaarde 18% was en de streefwaarde 15%. Dit is dus positieve ontwikkeling. Wat willen we bereiken? Wij vinden dat de kwaliteit van het leven van mensen in belangrijke mate wordt bepaald door de mate waarin ze meedoen aan de samenleving. De sociale en culturele infrastructuur van de stad – het geheel van organisaties, diensten, voorzieningen en betrekkingen die het mogelijk maken dat mensen in sociale en culturele verbanden kunnen leven en participeren in de samenleving – is hiervoor een belangrijke voorwaarde. Veel Dordtenaren zijn prima in staat om zonder steun van de overheid in hun eigen onderhoud te voorzien, hun leven zelf in te richten en deel te nemen aan de maatschappij. Voor de mensen die daarin (gedeeltelijk) niet slagen – de kwetsbare groepen – bieden wij ondersteuning: specifieke groepen jongeren, mensen met een beperking, verslaafden, dak- en thuislozen, sociaal geïsoleerden en specifieke groepen allochtonen. Naast de ondersteuning die wij als gemeente bieden, verwachten wij van alle inwoners betrokkenheid bij de publieke zaak en gemeenschapszin (Civil society). De voorzieningenstructuur heeft betrekking op het stadscentrum als op de directe woonomgeving van mensen: bijvoorbeeld cultuur, sport, recreatie, zorg en onderwijs, deels vanuit onze wettelijke functie als centrumstad. Zowel Dordtenaren als andere inwoners van de Drechtsteden maken gebruik van ons brede aanbod. De gemeente is verantwoordelijk voor het aanbieden van de basisinfrastructuur. Partners als GGD, scholen en welzijnsorganisaties zijn van wezenlijk belang in het realiseren van onze doelstellingen. De gemeente vervult daarbij voornamelijk een regierol. Deze rol wordt zwaarder door de toenemende decentralisatie van Rijkstaken. Wij werken vanuit deze gedachte aan het bereiken van twee hoofddoelstellingen: - meer Dordtenaren doen mee aan de samenleving. - verbetering van de voorzieningenstructuur
Begroting 2010
Pagina 24 van 234
Sociale en culturele infrastructuur Outcomedoelstelling en indicatoren
Meer Dordtenaren doen mee in de samenleving
0-waarde
Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010
Ambitie
% lid van organisaties
82%
82%
85%
Licht
- allochtonen
51%
66%
55%
Licht
% sporten in het afgelopen jaar
51%
57%
54%
Licht
- allochtonen
35%
41%
45%
Zwaar
7%
10%
5%
Licht
16%
13%
13%
Licht
% dat zelf aangeeft onvoldoende maatschapp.te participeren - allochtonen % sociaal geïsoleerd
5%
4%
4%
Licht
13%
8%
11%
Licht
- autochtonen
41%
41%
50%
Zwaar
- allochtonen
81%
87%
81%
Gelijk
% jongeren met schulden
18%
12%
9%
15%
Licht
% jongeren met goede ervaren gezondheid
77%
77%
68%
81%
Licht
7%
9%
12%
7%
Gelijk
75%
72%
% (enigszins) sociaal geïsoleerd % interetnische vriendschap/kennissen
% jeugdige zware drinkers % jongeren met meer dan 1 keer pm sport
68%
72%
% geslaagde schuldhulpverleningstrajecten jongeren
11%
28%
Licht 25%
Zwaar
aantal deelnemers culturele educatie
1.867
1.749
1.895
2.050
2.100
Zwaar
aantal deelnemers muzikale educatie
1.502
1.342
1.323
1.650
1.750
Zwaar
mate van culturele participatie - geen/weinig interesse
38%
32%
Licht
- gemiddelde interesse
27%
27%
Gelijk
- veel/heel veel interesse
35%
% vrijwilligerswerk
42%
actieve inzet in de eigen buurt
16%
Versterking van de voorzieningenstructuur rapportcijfer voorzieningenniveau in de buurt
0-waarde 6,7
16% Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
42%
Licht
32%
42%
Gelijk
26%
19%
Licht
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010
Ambitie
6,8
6,8
7,0
Licht
Gelijk
tevredenheid voorzieningen: - winkels dagelijkse boodschap
84%
85%
82%
84%
- speelmogelijkheden kinderen
41%
44%
45%
45%
Licht
- openbaar vervoer
77%
66%
73%
77%
Gelijk
- basisonderwijs
79%
81%
78%
82%
Licht
- buurthuis / wijkcentrum
46%
46%
43%
50%
Licht
- voorzieningen ouderen
43%
45%
47%
45%
Gelijk
- sportvoorzieningen
54%
56%
60%
60%
Zwaar
- in de buurt
58%
48%
62%
58%
Gelijk
- in Dordrecht
37%
27%
45%
33%
Licht
Zwaar
jongeren die vinden dat er niet genoeg te doen is:
tevredenheid over cultuuraanbod in Dordrecht - Dordtenaren
55%
28%
70%
- Drechtstedelingen
60%
26%
70%
bezoekersaantallen culturele instellingen
Begroting 2010
152.006
149.400
118.600
Zwaar 167.206
Pagina 25 van 234
Zwaar
Wat mag dat kosten? bedragen x € 1.000 Programma Sociale en Culturele Infrastructuur
Begroting 2010
Thema
Lasten
Baten
2011
Saldo
2012
2013
Saldo's
Maatschappelijke voorzieningen
26.929
4.378
-22.551
-22.230
-22.258
Integratie en Interculturalisatie
1.993
0
-1.993
-1.868
-1.814
-1.814
Gezondheid
4.188
1.587
-2.601
-2.573
-2.573
-2.573
-17.272
-17.272
-17.272
-22.247
Zorg
17.272
0
-17.272
Inkomen
63.644
44.347
-19.297
-19.122
-19.122
-19.122
Cultuurvoorzieningen
17.850
1.747
-16.103
-16.256
-16.785
-16.611
2.196
274
-1.922
-1.835
-1.834
-1.707
10.704
3.230
-7.474
-9.420
-9.692
-9.594
Vrijetijdsvoorzieningen Sport Begroting voor bestemming
144.776
Mutatie reserves Begroting na bestemming
305 145.081
55.563 -89.213 -90.576 -91.350 -90.940 599
294
215
159
76
56.162 -88.919 -90.361 -91.191 -90.864
Thema maatschappelijke voorzieningen Wat gaan we daarvoor doen? Wet maatschappelijke ondersteuning In 2007 heeft de raad het meerjaren Wmo-beleidsplan 2008-2010 “Dordrecht: solidair en verantwoordelijk” vastgesteld. Hierin staat de kracht van de samenleving centraal met de nadruk op de “burger en zijn verbanden” (civil society). Deze visie is nog steeds actueel en leidend voor het beleid in 2010, echter met een aantal intensiveringen. Het beleid en vervolgens de inzet van subsidies zal nog meer dan voorheen gericht zijn op de versterking van de civil society en de ondersteuning van initiatieven van burgers. Maatschappelijke participatie in verschillende verschijningsvormen is hierbij het motto. Dit komt tot uiting in onder meer de vernieuwde opdracht aan het welzijnswerk en de pilot woonservicepunten.In het kader van modern opdrachtgeverschap gaan we in 2010 een offertetraject voor het sociaal-cultureel werk doorlopen, waarbij de vraag van de gemeente ‘Wmo-proof’ is en gericht wordt op de activering en participatie van burgers en de ondersteuning van burgerinitiatieven. Echter, maatschappelijke participatie is niet voor alle Dordtenaren weggelegd. Er zijn groepen die hierbij belemmeringen ondervinden vanwege leeftijd of beperkingen. Ter bevordering van de zelfredzaamheid van vooral deze groepen faciliteren we de ontwikkeling van een aantal woonservicezones in de stad. In 2010 wordt gestart met de uitvoering van de plannen van aanpak die door de partijen voor iedere woonservicezone is opgesteld. Ook het zgn. ”inclusief beleid” draagt bij aan de maatschappelijke participatie. In overleg met de WMO Adviesraad gaan we jaarlijks 1 á 2 themabijeenkomsten houden om te bevorderen dat voorzieningen, gebouwen en activiteiten beter toegankelijk worden voor mensen met een beperking. Er wordt een actieplan opgesteld en partijen weten wat ze moeten doen en wat hun verantwoordelijkheid is. De toegang tot voorzieningen en ondersteuning op het gebied van wonen, zorg en welzijn is cruciaal. De inrichting van een breed gemeentelijk WMO-loket en de start in 2010 van de Dordtse organisatie voor maatschappelijke ondersteuning (DOMO) dragen bij aan een goede dienstverlening aan de burger. DOMO zal bestaan uit ouderenadviseurs (vanuit Dinamo/DWO), algemeen maatschappelijk werk en sociaal raadslieden (vanuit Opmaat), mantelzorgondersteuning (vanuit MEE) en ondersteuning van (ex-)clienten van de GGZ (vanuit CBB). Burgers kunnen zich via het WMO loket aanmelden voor hulp- en dienstverlening van de DOMO. DOMO draagt zorg voor de afhandeling van de hulpvraag. De civil society kan niet zonder de inzet van mantelzorgers en vrijwilligers. Het beleid blijft er op gericht om deze groepen verder te ondersteunen en faciliteren, daar
Begroting 2010
Pagina 26 van 234
waar nodig. Veel zorg en ondersteuning wordt geleverd door mantelzorgers. Hun positie in de keten van maatschappelijke ondersteuning wordt verder versterkt. Met de Drechtstedengemeenten wordt een project gestart om huisartsen bewust te maken van mantelzorgers binnen hun praktijk en welke ondersteuningsmogelijkheden er zijn. Binnen het project dementie ketenzorg van Drechtzorg zijn mantelzorgers een belangrijk onderdeel. Ook worden specifieke projecten gestart ter voorkoming van overbelasting. We starten met een bedrijf het project ‘mantelzorg en werk’. Opzet van dit project is om mantelzorg bespreekbaar te maken binnen het werk en mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid in te voeren. MEE Drechtsteden en De Grote Rivieren starten een project om ondersteuning te bieden aan familie en naastbetrokkenen van mensen met psychische en psychiatrische problemen in de Drechtsteden. Wat betreft de vrijwilligers ligt de nadruk op ondersteuning en waardering. Enerzijds met de al beproefde activiteiten als het steunpunt vrijwilligerswerk, de vrijwilligersdag en –prijs, anderzijds met nieuwe middelen als de publiekscampagne Vrijwillige inzet, waarin de waardevolle aspecten van vrijwilligerswerk worden benadrukt, en de subsidiering van de vrijwilligerspas. Met het oog op mensen die te kampen hebben met meervoudige problematiek (dakloosheid, schulden, psychiatrie, verslaving) is in oktober 2008 het beleidsplan ‘Zorg voor Elkaar 2008-2012’ vastgesteld. De gemeente neemt hierin haar regierol op het gebied van de Maatschappelijke Zorg. De ambitie is gericht op een persoonsgerichte aanpak, in een 100% sluitende keten van voorzieningen. In 2009 is een start gemaakt met de ontwikkeling van de Centrale Toegang en in 2010 zal dit verder worden verbreed. De Centrale Toegang is een instrument om meer regie te krijgen op de toeleiding naar, en coördinatie van, zorg van mensen met meervoudige problemen. Het is een symbolische poort naar de zorg. Binnen de Centrale Toegang worden mensen gediagnosticeerd en geïndiceerd. Vervolgens wordt samen met de cliënt gewerkt aan een zorgplan dan kan bestaan uit meerdere zorgtrajecten van meerdere zorgaanbieders (bijvoorbeeld schuldhulpverlening, verslavingszorg, psychiatrie). In 2009 is de pilotperiode van start gegaan met de doelgroepen ex-gedetineerden, overlastgevers en zwerfjongeren. De ambitie is om deze doelgroepen de komende jaren uit te breiden naar de volledige doelgroep van mensen met meervoudige problematiek n de maatschappelijke opvang. Naast de zorgcoördinatie van ex-gedetineerden met een meervoudige problematiek in de Centrale Toegang, wordt in het laatste kwartaal van 2009 gestart met de ontwikkeling van een algemeen coördinatiepunt ex-gedetineerden voor de Drechtsteden. In dit algemene coördinatiepunt komen alle overgangsdossiers van alle exgedetineerden uit de Drechtsteden binnen. Het coördinatiepunt registreert, screent, verwijst bij geringe hulpvragen naar de betreffende dienstverleners, en bij multiprobleemsituaties naar de Centrale Toegang of het Veiligheidshuis. Er is aandacht voor de afstemming van de zorgketen met de veiligheidsketen, aangezien de doelgroepen elkaar regelmatig overlappen (Huiselijk Geweld, Aanpak Veelplegers / ex-gedetineerden). Daarbij moet wel de kanttekening worden geplaatst dat, naar aanleiding van de landelijke herverdeling van middelen, centrumgemeente Dordrecht vanaf 2010 een stap terug moet doen in de financiële middelen vanuit het Rijk voor de Maatschappelijke Zorg. Het regiemodel dat nu in ontwikkeling is, draagt uiteindelijk bij aan een effectievere en meer efficiënte inzet van middelen voor de doelgroep. De inzet is daarom door te gaan met de ontwikkeling van de Centrale Toegang. In overleg met de partners en het Rijk bekijken we in het najaar van 2009 welke ambities uit het beleidsplan bijgesteld, of doorgeschoven moeten worden in verband met de bijstelling van de financiële middelen. In 2009 is de definitieve locatiekeuze voor het hostel gemaakt. Met de samenwerkingspartners wordt in 2010 gewerkt aan de wijziging van het bestemmingsplan en de voorbereiding van de bouw. Voorwaardenscheppend is de aanwezigheid van goede, multifunctioneel bruikbare accommodaties waar, naast de professionals in wijken ook (groepen) burgers gebruik van kunnen maken. Goed voorbeeld is het buurtcentrum in Wielwijk dat medio 2010 in gebruik genomen wordt. Daarnaast wordt in 2010 verder gekeken hoe
Begroting 2010
Pagina 27 van 234
beter gebruik kan worden gemaakt van bestaande en nieuwe ruimten. Hierbij wordt aansluiting gezocht bij ontwikkelingen als herstructurering Vogelbuurt en ontwikkelingen Nieuw Krispijn (voormalig politiebureau). Jeugd CJG ontwikkeling De CJG (centrum voor jeugd en gezin) ontwikkeling stimuleert gemeenten om taken op het terrein van het preventieve jeugdbeleid te versterken. Met de Dordtse CJG agenda werken we aan het optimaliseren van de cirkels voor jeugd en gezin. Hiervoor zijn verschillende activiteiten in gang gezet, die we in 2010 gaan voortzetten: Professionals in Zorg voor jeugd worden getraind om signalen bij kinderen (beter) te herkennen maar ook om het gesprek met ouders hierover beter te kunnen voeren. We hebben onder ouders een behoefteonderzoek laten uitvoeren naar onder andere hun vragen en problemen met betrekking tot opvoeding, en hun bekendheid met en het gebruik van voorzieningen voor opvoedkundige adviezen. De resultaten van dit onderzoek worden mede ingezet bij het ontwikkelen van de digitale opvoedwinkel. De inzet van opvoedhulp voor multiprobleem gezinnen gaan we in 2010 stroomlijnen om een efficiënte inzet van Reset, Reset plus en Aanpak ontregelde gezinnen te organiseren. Daar betrekken we ook de inzet van gezinscoaching bij zodat we een heldere lijn hebben in welke hulp voor welk type gezin wordt ingezet. Hiernaast blijven we het bestaande aanbod aan opvoedingondersteuning subsidiëren zoals o.a. het project Home Start, de opvoedcursussen, schoolmaatschappelijk werk, de huisbezoeken en de opvoedadviseurs. Jeugdvoorzieningen In de achterliggende jaren zijn diverse vormen van toeleiding, hulp en casemanagement ontwikkeld en ingezet voor jongeren die problemen hebben. We gaan het huidige aanbod kritisch bezien op mogelijke dubbelingen of hiaten om het aanbod vervolgens te stroomlijnen naar een effectieve en efficiënte aanpak. Integrale jeugdgezondheidszorg Met de teruglopende kinderaantallen in Dordrecht staat het aantal consultatiebureaus onder druk. Het komende jaar wordt besloten welke locaties gehandhaafd blijven. We willen dit gepaard laten gaan met het versterken van één of meer van deze locaties naar een consultatiebureau-plus met extra aanbod voor ouders. Uit het behoefteonderzoek onder ouders blijkt namelijk dat ouders in sociaaleconomische achterstandssituaties moeilijker bij het juiste aanbod aan opvoedingsondersteuning terecht komen. Dit bevestigt het nut en de noodzaak van versterkte consultatiebureaus in sommige wijken. Daarnaast wordt in 2010 een keuze gemaakt voor de organisatie die in de regio Zuid-Holland Zuid alle jeugdgezondheidszorg voor 0-19 jarigen gaat uitvoeren. De huidige samenwerkingsvorm tussen thuiszorgorganisaties (voor 0-4 jarigen) en GGD (voor 4-19 jarigen) biedt geen optimale uitgangssituatie. Als doelstellingen voor de jeugdgezondheidszorg zijn geformuleerd: (1) het volgen van de ontwikkeling van alle kinderen en jeugdigen; en (2) het signaleren van stoornissen daarin, gericht op het tjidig aanbieden van interventies. De regiogemeenten hebben afgesproken hiervoor de jeugdgezondheidszorg gerichter ten behoeve van risicokinderen te willen inzetten. Wij vinden het belangrijk dat deze ontwikkeling goed aansluit op onze Cirkels voor Jeugd en Gezin. Brede school en School in Samenleving Brede scholen zijn voorzieningen waarin kinderdagopvang, peuterspeelzaalwerk, basisonderwijs en buitenschoolse opvang samenwerken aan een doorgaande lijn voor het kind. Wij bevorderen samenwerking tussen partijen om te komen tot brede scholen. Naast brede scholen, kennen we in Dordrecht ook (elf) SiS-scholen. Het doel van een School in de Samenleving is het vergroten van ontwikkelingskansen van kinderen van 2 tot en met 12 jaar. De zgn. SIS activiteiten zijn enerzijds verrijkend voor kinderen, anderzijds richten zij zich o.a. op opvoedingsondersteuning en vergroten van betrokkenheid van ouders. De SiS activiteiten worden ook in 2010 voortgezet conform het uitvoeringsplan 2007-2011. Overigens kan een brede school ook een SiS-school zijn en andersom.
Begroting 2010
Pagina 28 van 234
Bibliotheek Het innovatietraject Openbare Bibliotheek Dordrecht is in 2009 geëvalueerd en zowel inhoudelijk als financieel opgenomen in de reguliere afspraken met de Openbare Bibliotheek Dordrecht. 2010 wordt het eerste jaar dat de fusiebibliotheek A tot Z, met werkgebied Dordrecht, Ridderkerk, Alblasserdam en Zwijndrecht, operationeel is. Ingezet wordt op innovatie en verbetering van kwaliteit en bedrijfsvoering. Mediazaken Naast de reguliere zaken (o.a. subsidieverlening, herhalingsmeting Bereik en waardering TV Dordrecht), zullen wij in 2010 uitvoering geven aan de vervolgstappen uit het HOImedia-advies afhankelijk van nadere besluitvorming door de raad . Eind 2009 wordt met de raad gesproken over de aanbevelingen die zijn gedaan n.a.v. een uitgevoerd onderzoek naar de lokale omroep. Twee van de vijf aanbevelingen, die wellicht in 2010 worden uitgewerkt, zijn een behoefteonderzoek onder de bevolking en het opstellen van een medianotitie waarin verwachtingen van de gemeente t.a.v. de lokale omroep wordt vastgelegd. Vanuit de medianotitie wordt een oplossing gevonden voor het voorgenomen besluit van UPC om de heffing van lokale opcenten te beëindigen. Essenhof De afgelopen periode heeft de Essenhof diverse stappen gezet ter verbetering van de dienstverlening rond haar kerntaken. Als gemeentelijk bedrijf zoekt de Essenhof voortdurend naar het juiste evenwicht tussen een kostendekkende exploitatie en het behoud van de marktpositie, terwijl tegelijkertijd geïnvesteerd moet worden in nieuwe producten en diensten die zich kenmerken door een optimale kwaliteit en hoogwaardige dienstverlening. De Essenhof bevindt zich op een omslagpunt waarin de toekomstige kwaliteit van de dienstverlening een aantal nieuwe investeringen vergt. De Essenhof wordt nu geconfronteerd met een verouderde structuur en enkele urgente ontwikkelingen en vraagstukken die diep ingrijpen in àlle kerntaken en de bijbehorende publieksfuncties. Willen beide begraafplaatsen en het crematorium kunnen blijven voldoen aan wet- en regelgeving en aan de gewenste kwaliteitseisen, dan dienen deze kwesties snel en in hun onderlinge samenhang te worden aangepakt in combinatie met een proces van renovatie en vernieuwing, zodat de Essenhof de bedrijfsvoering kan borgen en haar marktpositie kan behouden. De uitwerking van een Masterplan over dit onderwerp wordt in een later stadium voorgelegd aan de raad. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Maatschappelijke voorzienin Product Plechtigheden Welzijnsaccomodaties Mediazaken
2011
2012
2013
Saldo's
Lasten
Baten
Saldo
2.518
2.410
-108
-57
29
56
568
343
-225
-225
-225
-253
394
220
-174
-172
-170
-168
Bibliotheek
3.231
0
-3.231
-3.227
-3.224
-3.221
Maatschappelijke Ondersteuning
3.611
0
-3.611
-3.611
-3.611
-3.611
Intensieve Maatschappelijke Ondersteu
8.654
0
-8.654
-8.404
-8.404
-8.404
Buurtwerk
3.264
0
-3.264
-3.264
-3.264
-3.264
Vrijwilligerswerk
432
0
-432
-432
-432
-432
Sluitende aanpak jeugd
366
0
-366
-366
-366
-366
Kindervoorzieningen
573
0
-573
-533
-535
-536
Opvoedingsondersteuning
1.340
1.002
-338
-263
-275
-275
Jongerenvoorzieningen
1.005
0
-1.005
-1.005
-1.005
-1.005
675
403
-272
-371
-477
-469
Kinderopvang Ov. Maatsch. Voorz.(ov. Welzijnswerk) Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010
299
0
-299
-299
-299
-299
26.930
4.378
-22.552
-22.229
-22.258
-22.247
225
478
253
172
118
113
27.155
4.856
-22.299
-22.057
-22.140
-22.134
Pagina 29 van 234
Thema Integratie en interculturalisatie Wat gaan we daarvoor doen? Integratiebeleid gaat over meer dan het wegwerken van sociaal economische achterstanden alleen. Integratiebeleid, als onderdeel van het sociaal beleid, is erop gericht dat Dordtenaren ongeacht hun etnische komaf en/of seksuele geaardheid recht hebben op hun eigen plek in Dordrecht, dat talenten van mensen in al hun verscheidenheid worden ontwikkelend en benut, dat activiteiten van organisaties in de stad die onderling contact en begrip bevorderen worden ondersteund en dat Dordtenaren zich met elkaar en met de stad verbonden voelen. Hét kernbegrip in het integratiebeleid is participatie: meedoen in de ruimste betekenis van het woord. De Dordtse Integratie Adviesraad (DIA) is de gesprekspartner van de gemeente en signaleert en initieert ontwikkelingen en activiteiten die bijdragen aan de maatschappelijke en sociale positie van Dordtenaren. Begin 2010 komen de resultaten van de 1-meting van de Integratiemonitor beschikbaar. Voor het integratiebeleid kan dat betekenen, wijzigingen op onderdelen van het huidige beleid en mogelijk initiëren van nieuw beleid. Een ander onderzoek waarvan wij de resultaten met belangstelling afwachten is het onderzoek naar sociale cohesie in de stad (“Verval van buurten en de betekenis van sociale cohesie: op zoek naar omslagpunten, vervalmechanismen en aangrijpingspunten voor beleid”), dat wij samen met Rotterdam, Amsterdam, TU Delft en Nicis uitvoeren. Afronding van dit onderzoek vindt medio 2010 plaats. Vooralsnog zetten wij het integratiebeleid in 2010 in langs de volgende hoofdlijnen. Uitvoeren van het actieprogramma Integratie 2009-2010 Veel activiteiten en projecten die in de voorgaande jaren zijn opgezet, worden gecontinueerd. Te noemen zijn bijvoorbeeld het E-magazine, de wereldlunches, de stimuleringsprijs, COS-lezingen, de inburgeringsceremonie, de integratiecampagne. We verlenen aan 15 Migranten Zelforganisaties (MZO’s) subsidie voor met name activiteiten die gericht zijn op participatie, ontmoeting & dialoog en emancipatie en die bijdragen aan “bonding”en “bridging”. Voor elk beleid, maar met name voor het integratiebeleid is goede (en langdurige) publiciteit belangrijk om successen zichtbaar te maken en de beeldvorming te beïnvloeden. Daarom gaan wij extra inzetten op een publiciteitscampagne. Ook staat een serie interviews met rolmodellen en talenten op de agenda. Om de participatie te bevorderen en uitsluiting van individuen en groepen te voorkomen subsidiëren wij RADAR – bureau voor gelijke behandeling en tegen discriminatie – voor het uitvoeren van het Jaarplan 2010. Participatie allochtone vrouwen We gaan ook in 2010 verder met het uitvoeren van het actieplan “Participatieplan allochtone vrouwen 2008-2011”. Onderdelen van dit actieplan zijn bijvoorbeeld het project 1001-kracht, het project MENS (Met Elkaar Nederlands Spreken), Taalmaatjes, Inburgering, het lesprogramma Thuis in Dordrecht en het initiëren van stedelijke netwerken. Lesbisch en Homo-emancipatiebeleid In 2009 is Dordrecht een van de Koplopersgemeenten lesbisch en homoemancipatiebeleid geworden. In het Dordtse programma Koploperschap lesbisch en homo-emancipatiebeleid 2009-2012 hebben wij nader uitgewerkt hoe wij willen bijdragen aan een open, veilig en homovriendelijk klimaat in Dordrecht. Dit gebeurt via drie centrale thema’s: veiligheid, diversiteit, cultuur. Mede in het kader van het Grote Steden beleid is ingezet op het bespreekbaar maken van dit onderwerp in orthodoxe en etnische kringen. Dit door inzet van COMPAS-advies, de Dordtse Integratie Advies Raad, CMO-Stimulans met Stichting Yoesuf en (urban)jongerencentrum OSSO. In 2010 wordt bezien wat deze inzet heeft opgeleverd en hoe de inzet in 2010 qua inhoud en vorm gestalte zal krijgen. Ook besteden wij veel aandacht aan uitwisseling en samenwerking met andere Koplopersgemeenten die, net als het ministerie van OCW, interesse hebben getoond voor de Dordtse benadering en aanpak.
Begroting 2010
Pagina 30 van 234
Antillianenprogramma Het huidige Antillianenprogramma en de Bestuurlijk Arrangementen die met het Rijk zijn afgesproken lopen eind 2009 af. De Minister voor Wonen, Wijken en Integratie is zich aan het beraden over het eventuele vervolg van de Bestuurlijke Arrangementen en de definitieve hoogte van de Rijksbijdrage voor het Antillianenbeleid met eventuele inhoudelijke speerpunten. Wij zijn ook nog altijd in afwachting van de kabinetsreactie op het advies van de Taskforce Antilliaanse Nederlanders. Mede op basis van het inhoudelijke kader vanuit het ministerie WWI (zodra deze beschikbaar is), de huidige inzichten uit het Antillianenprogramma en de analyse van de Taskforce Antilliaanse Nederlanders, zullen wij het gemeentelijke vervolgprogramma 2010 - 2014 gaan opstellen. Met de verschillende projecten die binnen het gemeentelijk Antillianenprogramma zijn uitgevoerd is een bijdrage geleverd aan het tegengaan van jeugdcriminaliteit, voortijdig schoolverlaten en jeugdwerkloosheid. Tegelijkertijd blijkt uit de gegevens dat er op deze onderwerpen nog steeds sprake is van een oververtegenwoordiging van (jonge) Antilliaanse Dordtenaren. De ervaringen in het Antillianenprogramma wijzen uit dat outreachend werken en een langdurige, intensieve en persoonlijke begeleiding (- inzet routecoaches en ex-gedetineerden -) nodig zijn om (jonge) Antilliaanse Dordtenaren te begeleiden naar zelfstandigheid, zelfredzaamheid en (culturele) participatie. Deze en andere inzichten worden meegenomen in het vervolgprogramma. Belangrijk hierbij is dat de toekomstige projectdoelstellingen in sterkere mate een bijdrage dienen te leveren aan het vergroten van de duurzame zelfstandigheid en participatie van Antilliaanse Dordtenaren. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Integratie en Interculturalis Product Integratie
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
905
0
-905
-798
-778
-778
Antillianenbeleid
764
0
-764
-764
-764
-764
Participatie allochtone vrouwen
324
0
-306
-272
-272
Begroting voor bestemming
1.993
0
-324 -1.993
-1.868
-1.814
-1.814
Mutatie reserves Begroting na bestemming
0
0
0
0
0
0
1.993
0
-1.993
-1.868
-1.814
-1.814
Thema Gezondheid Wat gaan we daarvoor doen? 2010 is het laatste uitvoeringsjaar van het meerjarenbeleidsplan ‘Gezondheid in Dordrecht 2008-2010’. Naast deze uitvoering wordt in 2010 een nieuw meerjarenbeleidsplan voorbereid voor de periode 2011-2014, waarvoor we gebruik maken van een evaluatie van het huidige meerjarenbeleidsplan, de uitkomsten van de vierjaarlijkse gezondheidsmonitor, en de visie die het kabinet formuleert op gezondheid en preventie en de rol van de gemeente daarin. In het meerjarenbeleidsplan voor de periode 2008-2010 zijn acht speerpunten geformuleerd. In 2010 leggen we het accent op de volgende onderwerpen: eerstelijnszorg, alcoholgebruik door jongeren, en integrale jeugdgezondheidszorg. Eerstelijnszorg Wij hebben wettelijk de regie over de lokale infrastructuur en de algemene verantwoordelijkheid voor de volksgezondheid. Wij willen de zorg voor en ondersteuning van onze inwoners borgen. Vanuit deze rol en verantwoordelijkheid gaan wij in 2010 met de uitvoerende partijen, waaronder één van de grootste zorgverzekeraars in Nederland, de eerstelijnszorg in Dordrecht versterken en de samenwerking en samenhang tussen de eerstelijnszorg, welzijn en publieke gezondheid verbeteren. Een belangrijk knelpunt is de vergrijzing van de huisartsenpopulatie in Dordrecht. Het realiseren van meer gezondheidscentra in Dordrecht kan helpen dit knelpunt op te lossen en draagt tevens bij het bevorderen van samenwerking. De betrokken partijen zullen ieder vanuit hun eigen verantwoordelijkheid hun bijdrage leveren.
Begroting 2010
Pagina 31 van 234
Alcoholgebruik door jongeren Wij hebben een lokaal uitvoeringsprogramma vastgesteld voor de periode 20092010 om maatregelen te treffen om het alcoholgebruik door jongeren terug te dringen. Veel jongeren starten al vóór hun zestiende levensjaar met drinken, het alcoholgebruik is vaak overmatig en ongeveer één op de tien jongeren behoort tot de categorie ‘zware drinkers’. Net als in andere steden heeft ook Dordrecht een probleem van alcoholgebruik door jongeren. Dit is zorgelijk en aanleiding voor extra inspanningen. Bij de uitvoering wordt op onderdelen samengewerkt met het regionale programma ‘Verzuip jij je toekomst?!’ Integrale jeugdgezondheidszorg Bij het begrotingsthema Maatschappelijke voorzieningen, onderdeel jeugd, hebben wij beschreven welke ontwikkeling op het gebied van de integrale jeugdgezondheidszorg onze aandacht vraagt in 2010. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Gezondheid Product Lokaal gezondheidsbeleid Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
4.188
1.587
4.188 0 4.188
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo -2.573
-2.573
-2.573
1.587
-2.601 -2.601
-2.573
-2.573
-2.573
0
0
0
0
0
1.587
-2.601
-2.573
-2.573
-2.573
Thema Zorg Op grond van artikel 4 van de Wmo is de gemeente verplicht om (individuele) voorzieningen te verstrekken, gericht op de compensatie van beperkingen op de terreinen mobiliteit in en om het huis, het voeren van de huishouding en deelname aan het maatschappelijk verkeer. Het gaat dan om scootmobiels, woningaanpassingen, hulp bij het huishouden en dergelijke. Dordrecht heeft de uitvoering van dit onderdeel van de Wmo (samen met de andere Drechtstedengemeenten) gemandateerd aan de SDD. In 2009 is de hulp bij het huishouden opnieuw aanbesteed als gevolg van een wijziging van de wet. De tarieven zijn als gevolg van deze wetswijziging hoger dan in de vorige periode. De SDD komt in het najaar 2009 met nieuwe prognoses voor de individuele voorzieningen (zowel voor huishoudelijke hulp als voor ex-WVG) en zo nodig met beleidsvoorstellen. De Wmo geeft ruime mogelijkheden om te voldoen aan de zgn. “compensatieplicht”, niet uitsluitend in de vorm van individuele verstrekkingen. In 2010 zal worden gezocht naar meer aansluiting van de geïndiceerde (individuele) voorzieningen op het algemene Wmo-aanbod (w.o. vrijwilligerswerk, mantelzorgondersteuning, welzijnswerk). Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Zorg Product WVG
2011
2012
2013
Saldo's
Lasten
Baten
5.897 Wet Maatschappelijke Ondersteuning (W 11.375
0
-5.897
-5.897
-5.897
-5.897
0
-11.375
-11.375
-11.375
-11.375
Begroting voor bestemming
17.272
0
-17.272
-17.272
-17.272
-17.272
0
0
0
0
0
0
17.272
0
-17.272
-17.272
-17.272
-17.272
Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010 Saldo
Pagina 32 van 234
Thema Inkomen Bijstandsverlening
Vanaf december 2008 is de werkloosheid in de Drechtsteden gestegen. Als gevolg van de crisis zijn veel mensen hun baan kwijt geraakt. In 2009 was de gemiddelde stijging per maand 44,5 klanten waarmee de stijging van de bijstandverstrekking in 2009 12,5% bedraagt (landelijk is deze stijging gemiddeld 6,6%). De stijging is het grootst onder jongeren tot 27 jaar en in de leeftijdsgroep 45-55 jaar. In 2008 week het aantal werklozen in de Drechtsteden niet noemenswaardig af van het landelijke gemiddelde en streefde SDD naar betere cijfers dan de landelijke cijfers. In een benchmark van mei 2009 met 13 grote gemeenten in Nederland scoren de Drechtsteden echter een toename van 4,2 % van het aantal werklozen ten opzichte van 1,9% landelijk gemiddeld. Wij gaan specifieke aandacht geven aan de doelgroep jongeren. Samen met het Da Vinci College, de kenniscentra van de brancheorganisaties, werkgevers, etc wordt een integrale aanpak jeugdwerkloosheid uitgevoerd (zie thema arbeidsmarkttoeleiding). Ingezet wordt daarbij op het stimuleren van (door)leren of leren/werken. In 2010 wordt in de Drechtsteden ook een toename verwacht van het aantal verstrekte bijstandsuitkeringen (totaal >5500) en vooral van het aantal verstrekkingen aan niet bijstandsgerechtigden als gevolg van de crisis (totaal >1700). De versterkte inzet op de bestrijding van de kinderarmoede wordt in 2010 voortgezet door hulp in natura via het SMS kinderfonds. Schuldhulpverlening Ook in verband met de economische crisis zal de SDD op initiatief van het Rijk extra aandacht besteden aan goede voorlichting over schuldhulpverlening en actieve verwijzing naar het Werkplein. Voor de “nieuwe” doelgroepen aan het SDD loket wordt de wacht- en doorlooptijd zoveel mogelijk beperkt. De deskundigheid van vrijwilligers die actief zijn bij het ondersteunen van mensen bij financiële problemen wordt bevorderd. Hiertoe worden regionale bijeenkomsten georganiseerd door het Rijk met medewerking van het preventieteam van de SDD. Het Da Vinci College realiseert diverse cursussen (preventief en curatief; budgettering en omgaan met geld). Dit wordt financieel ondersteund via het participatie budget (onderdeel educatie). Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Begroting 2010
Thema Inkomen Product Bijstandsverlening
2013
Baten
Saldo
60.511
44.347
-16.164
-16.164
-16.164
-16.164
2.920
0
-2.920
-2.920
-2.920
-2.920
213
0
-213
-38
-38
-38
63.644
44.347
-19.297
-19.122
-19.122
-19.122
Schuldhulpverlening Mutatie reserves Begroting na bestemming
2012 Saldo's
Lasten
Armoedebeleid / bijzondere bijstand Begroting voor bestemming
2011
0
0
0
0
0
0
63.644
44.347
-19.297
-19.122
-19.122
-19.122
Thema Cultuurvoorzieningen Het culturele profiel van Dordrecht bepaalt mede de aantrekkelijkheid van de stad. Toegankelijke cultuurvoorzieningen met een veelzijdige programmering zijn voor Dordrecht onmisbaar om de functie van centrumstad van de Drechtsteden goed te kunnen vervullen. We investeren daarom zowel in gebouwen als in programmering. De culturele infrastructuur is in 2009 gewijzigd; de cultuurinstellingen Schouwburg Kunstmin, de Musea en Stadsarchief/Erfgoedhuis DiEP kregen een meer zelfstandige positie in de gemeentelijke organisatie en de regiefunctie van het Centraal Bureau Cultuur werd overgenomen door de sector MO . Het verzelfstandigingstraject van het CBK liep achterstand op, omdat de voorgenomen privatisering van de
Begroting 2010
Pagina 33 van 234
Kunstuitleen toch meer tijd in beslag nam dan was voorzien, maar naar verwachting wordt ook het CBK in 2010 een gemeentelijk bedrijf. De verbouwing/uitbreiding van Dordrechts Museum is, ondanks gevoelige financiële en organisatorische tegenslagen, weer op schema. De nieuwbouw wordt in mei 2010 opgeleverd. Het geheel vernieuwde Dordrechts Museum opent in september op feestelijke wijze de deuren voor het publiek. Erfgoedcentrum DiEP wordt in de toekomst geherhuisvest in het Hofkwartier; het Hof 5 t/m 13 en de Statenschool worden hiervoor verbouwd. Voorwaarde voor de inpassing van DiEP op deze locatie is het digitaliseren van een belangrijk deel van de archiefcollectie. De herhuisvesting van DiEP is onderdeel van het Programma Hofkwartier. Het programma Hofkwartier staat, na de bouwtechnische en financiële tegenslagen in 2009, inmiddels weer stevig op de rails, zij het in licht gewijzigde en afgeslankte vorm. Er zijn projecten geschrapt (bouw archieftoren, herinrichting openbare ruimte) en er is in principe een externe investeerder gevonden voor het pand Nieuwstraat, die er een Filmhuis gaat realiseren met vier zalen. De inhoudelijke programmering van het Hofkwartier, bedoeld om de oude binnenstad onder de aandacht te brengen van een breed en divers publiek, bestaat uit een samenhangend geheel aan activiteiten. Dit activiteitenprogramma is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de in het gebied gevestigde instellingen. Naast Erfgoedhuis DiEP zijn dat Dordrechts Museum, de Kunstkerk (de succesvolle concertserie wordt in seizoen 2009-2010 voortgezet) en (in de toekomst) het Filmhuis. Deze instellingen werken samen in een programmaraad en organiseren een aantrekkelijk jaarprogramma rond (meestal) historische thema’s, die echter altijd gekoppeld zijn aan de actualiteit en aan eigentijdse onderwerpen. Door enerzijds de bouwkundige aanpak en anderzijds de toegankelijke programmering voor een divers publiek, verwachten we de ambities voor het Hofkwartier binnen enkele jaren te kunnen realiseren. Over het Energiehuis is in 2009 een concreet besluit genomen. De intentie is in 2010 te starten met de renovatie/verbouwing van dit belangrijke industriële erfgoed. Muziektheater Hollands Diep en OMSK hebben in de fabriekshallen een voorlopig onderdak gevonden; zij werken op hun beurt weer als een magneet op creatieve mensen van allerlei pluimage. Het Energiehuis zal zich dan ook zeker ontwikkelen tot een veelzijdig podium en een bruisend cultuurcentrum voor Dordrecht en de regio. Niet alleen in het Energiehuis en het Hofkwartier, maar in de hele stad wordt extra geïnvesteerd in de culturele programmering door middel van de stimuleringsregeling Brede Programmering. Bestaande culturele voorzieningen en podia worden optimaal benut en dienen als basis voor initiatieven uit de stad en het culturele veld. Met een veelzijdige en laagdrempelige programmering willen we een breder publiek uit de stad en de regio bereiken en dragen we uit dat er in Dordrecht ‘voor iedereen altijd wat te doen’ is. Voorbeelden zijn het Bachfestival, dat in 2010 zijn eerste editie beleeft en een evenement met nationale uitstraling wordt, en het populaire Korenfestival, dat dit jaar voor de 3e keer wordt georganiseerd. Aandachtspunt blijft het betrekken van groepen in de samenleving die minder gemakkelijk toegang vinden tot het culturele aanbod. Daarbij zoeken we naar evenwicht in het aanbod aan (passieve) kunst- en cultuurbeleving en (actieve) cultuurbeoefening. Het Programmafonds Cultuur Participatie (voorheen Actieplan Cultuurbereik), gestart in 2009, richt zich specifiek op het actief betrekken van jongeren en lager opgeleiden. Het PCP bestaat uit een samenhangend geheel aan projecten op het gebied van amateurkunst, culturele educatie en volkscultuur. In 2010 wordt dit programma voortgezet. Op de achtergrond werkt de cultuurintendant aan het aangaan van verbindingen in de regio, met andere steden en op (inter)nationaal niveau. Hij streeft naar het versterken van de samenhang in het culturele profiel van de stad.
Begroting 2010
Pagina 34 van 234
De cultuurnota ‘Kracht van het lokale’ is op een aantal punten achterhaald en dekt niet meer volledig de lading van de beleidspraktijk: het kader moet herijkt worden. Input hiervoor vormt het traject ‘State of the ARTS’, een serie van 7 expertmeetings, waarbij alle kunstdisciplines uitgebreid aan de orde komen. De resultaten zullen wij begin 2010 aan de raad aanbieden. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Begroting 2010
Thema Cultuurvoorzieningen Product Culturele educatie
Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
2.758
0
-2.758
-2.758
-2.758
-2.758
1.781
5
-1.776
-1.711
-1.711
-1.607
-438
0
438
420
-48
-48
577
0
-577
-573
-573
-573
Diep
3.739
163
-3.576
-3.570
-3.578
-3.579
Schouwburg Kunstmin
3.921
1.163
-2.758
-2.738
-2.758
-2.733
CBK
1.397
254
-1.143
-1.139
-1.146
-1.134
Dordtse Musea
4.116
162
-3.954
-4.188
-4.187
-4.154
17.851
1.747
-16.104
-16.257
-16.786
-16.612
Culturele subsidies Hofkwartier Intensiveren Culturele Programmering
Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
34
43
9
9
8
9
17.885
1.790
-16.095
-16.248
-16.778
-16.603
Thema Vrijetijdsvoorzieningen We zorgen voor de bestaande, voldoende en aantrekkelijke mogelijkheden voor openluchtrecreatie in Dordrecht: voldoende en onderhouden groen, recreatiemogelijkheden in het buitengebied waaronder tenminste het bestaande aantal recreatieknooppunten (de nieuwe Biesbosch en het aanbod van het recreatieschap de Hollandse Biesbosch), de bestaande zwem- en kampeergelegenheid en de bestaande wandel- en fietsroutes. Voor medio 2010 is de oprichting van het Nationaal Parkschap voorzien. Het huidige Natuur- en Recreatieschap de “Hollandse Biesbosch” en het Natuur- en Recreatieschap “Nationaal Park de Biesbosch” zullen daarin samengaan. Eind 2009/begin 2010 zal op basis van financiële en inhoudelijke consequenties de raad worden voorgesteld om wel of niet hiermee in te stemmen. De ontwikkeling naar een Nationaal parkschap vindt plaats in het kader van het visiedocument van het Overlegorgaan Nationaal Park “Ondergedompeld in de Biesbosch”; in de kadernota zijn hiervoor extra middelen beschikbaar gesteld voor de uitvoering van projecten. We gaan door met het subsidiëren van de bestaande organisaties die recreatieve mogelijkheden aanbieden. In 2010 starten we een onderzoek naar de wenselijkheid om zwembad De Dubbel na 2012 te handhaven, mede in relatie tot andere zwembaden in Dordrecht (waaronder de komst van de Sportboulevard) en de Drechtsteden en de hoge kosten om De Dubbel na 2012 te handhaven. In 2009 hebben we een strategische notitie over Recreatiebeleid opgesteld die in 2010 wordt uitgevoerd. Uitdagingen waaraan gewerkt worden zijn: fysieke en programmatische verbindingen, toekomstbestendingheid aanbod, ondernemerschap en compleetheid product. Met de uitvoering van het Actieplan Watersport verbeteren we de recreatiemogelijkheden op het water, in het bijzonder de kwaliteit van de havens. Dit draagt bij aan de aantrekkingskracht van Dordrecht. Vooral de ligplaatsen in de binnenstadshavens dragen bij aan het unieke karakter van de stad. Watersportverenigingen kunnen voor de verbetering van de steigers in aanmerking komen voor subsidie. In 2010 zal de herinrichting van De Wijnhaven gestalte krijgen. Het actieplan loopt tot 2011.
Begroting 2010
Pagina 35 van 234
Ligplaatsen zijn schaars. In het Actieplan Watersport zijn potentiële uitbreidingslokaties benoemd en toen onderzocht op haalbaarheid. De haalbaarheid bleek minimaal. Meer recent heeft ook de Economische Adviesraad potentiële locaties benoemd, zo ook in de structuurvisie 2020. Voor een deel betreft dit lokaties die ook al in het Actieplan Watersport zijn aangegeven. Voor een deel zijn het nieuwe lokaties. Onderzoek wordt gedaan naar de feitelijke haalbaarheid van deze locaties voor uitbreiding van extra ligplaatsen. Jaarlijks worden er drie kermissen en een wintercircus, een Nederlands circus en een buitenlandscircus georganiseerd. Met een goed aanbod van volksvermaak in onze stad snijdt het mes aan twee kanten: evenementen, kermissen en dergelijke dragen bij aan de aantrekkelijkheid van de stad en het zijn gebeurtenissen waar mensen elkaar ontmoeten. Veel evenementen en festivals worden jaarlijks in Dordrecht georganiseerd, zoals Wantijpop/Rainbowfestival en andere muziekfestivals, Open Monumentendagen, Kerstmarkt, diverse sportevenementen en diverse ruilbeurzen/markten en dergelijke. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Vrijetijdsvoorzieningen Product Volksfestiviteiten Recreatie Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
227
218
-9
-9
-9
-9
1.968
56
-1.826
-1.826
-1.699
2.195
274
-1.912 -1.921
-1.835
-1.835
-1.708
0
79
79
79
79
0
2.195
353
-1.842
-1.756
-1.756
-1.708
Thema Sport In 2008 is het uitvoeringsprogramma van het beleidskader Dordt Sport vastgesteld, getiteld “De demarrage”. Dit geeft de richting aan wat we de komende jaren in en met de sport willen realiseren. Sport is immers niet alleen leuk om te doen, maar kan ook bijdragen aan het bereiken van maatschappelijke doeleinden. Het is goed voor de gezondheid, voor de sociale samenhang, biedt mogelijkheden voor vrije tijdsbesteding en kan de aantrekkelijkheid van de stad vergroten. We bieden daarom een breed, gevarieerd en kwalitatief aanbod aan sportaccommodaties, gaan door met ondersteunen en subsidiëren van sportverenigingen en verenigingshallen en organiseren sportstimulerende activiteiten. De centrale doelstelling in het uitvoeringsprogramma is om meer Dordtenaren aan het sporten te krijgen. Het uitvoeringsprogramma van het beleidskader loopt langs 5 programmalijnen: sportieve en gezonde wijken, sterke sportverenigingen, aantrekkelijke sportaccommodaties, ruimte voor talent en topsport en aansprekende evenementen. In 2010 zetten we extra in op het realiseren van onder andere de volgende resultaten:
Begroting 2010
Onderzoek/verkenning sport in de openbare ruimte Realisering E-fitzone/Educatiecentrum Sport & Gezondheid De realisering van een nieuwe sportsubsidieverordening in lijn met het sportbeleid Uitvoering van de sportmonitor Vervolgbeleid ten aanzien van talentontwikkeling en topsport Uitvoering masterplan sportparken Start Olympisch netwerk Dit netwerk verzorgt de begeleiding van talenten, topsporters en topsportverenigingen. Participatie in het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen. In het kader van het NASB kunnen we middelen verkrijgen om activiteiten op te zetten of uit te breiden gericht op het terugdringen van fysieke inactiviteit van burgers..
Pagina 36 van 234
Wat betreft de sportaccommodaties maken we een grote kwaliteitsslag met de ontwikkeling van de Sportboulevard, waarin een zwembad, sporthal, turnzaal, ijshal, verenigingsruimte en horeca worden ondergebracht. In 2010 wordt de Sportboulevard geopend. De sport heeft zich de afgelopen 15 jaar sterk verbreed. Er liggen relaties met uiteenlopende beleidsterreinen als gezondheid, jeugd, onderwijs, integratie, etc.. Dit is mede aanleiding geweest dat de Sportraad zich in 2009 heeft gebogen over haar eigen positie in dit steeds breder wordend sportbeleidsveld. De focus van de sportraad richt zich op accommodaties en de sportverenigingen. Begin 2010 zal dit traject worden afgerond. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Sport Product Binnensportaccommodaties
Lasten 1.066
0
Buitensportaccommodaties
3.888
1.091
Sportondersteuning
1.477
458
Sportstimulering
1.567
519
Zwemmen
2.586 120 10.704
Sportbeleid Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010 Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo -1.066
-3.439
-3.376
-3.314
-2.797
-2.701
-2.691
-2.660
-1.019
-999
-1.338
-1.337
-1.048
-916
-916
-916
1.162
-1.424
-1.246
-1.251
-1.247
0
-120
-120
-120
-120
3.230
-7.474
-9.421
-9.692
-9.594
46
0
-46
-45
-46
-46
10.750
3.230
-7.520
-9.466
-9.738
-9.640
Pagina 37 van 234
2.3. Wonen en Leefbaarheid Staat van de stad De staat en het onderhoud van de openbare ruimte wordt door de inwoners van Dordrecht als een belangrijk element van de leefbaarheid in de stad en wijken ervaren. De rapportcijfers voor de woonomgeving, leefbaarheid en veiligheid in de buurt laten een stabiele ruime voldoende zien. De indicatorscore verloedering en overlast in de buurt laat een negatieve ontwikkeling zien. Naarmate de score hoger is (10 pnts schaal) ervaren bewoners meer verloedering in de buurt. De indicatorscore sociale kwaliteit laat een stabiel beeld zien. Naar mate de score hoger is de sociale samenhang in de buurt groter. De nieuwe scores verbonden aan de doelstelling verbeteren leefbaarheid Dordrecht West wijzen (ten opzichte van 2007) op een minimale aanpassing van het bestaande beeld. Als we de rapportcijfers met de indicatorscores vergelijken zien we tegengestelde bewegingen. Het rapportcijfer voor veiligheid en voorzieningen in de buurt is gestegen. Ook is het gemiddels rapportcijfer dat de bevolking geeft aan de eigen woning gestegen. De indicatorscores laten echter zien dat de bewoners van Dordrecht West meer verloedering en overlast in de buurt ervaren. Ook de sociale kwaliteit wordt in Dordrecht west minder hoog ervaren dan twee jaar geleden. Wat willen we bereiken? Handhaven van de kwaliteit van de (leef)omgeving Om onze stad verder te ontwikkelen naar een aantrekkelijke centrumstad, is het essentieel dat de “kleine kwaliteit” op orde is. Dat betekent dat het onderhoud van onder andere groen, straten, stoepen, speelvoorzieningen, gemeentelijke riolering, enzovoort, op een goed niveau moet zijn. Daarom streven we ernaar de tevredenheid over de kwaliteit van de openbare ruimte minimaal op hetzelfde nu goed gewaardeerde niveau te houden. De beleving van de inwoners is daarbij voor ons een belangrijke indicator voor de mate waarin we erin slagen om de tevredenheid vast te houden. Handhaven van het kwaliteitsniveau van de openbare ruimte draagt tevens bij aan een prettige woonomgeving en de beeldvorming van de stad. De waardering is nu goed. Verbeteren van de leefbaarheid en veiligheid in Dordrecht West Een belangrijk deel van de goedkope, kwalitatief matige woningvoorraad is gelegen in Dordrecht West. Dit gebied omvat de wijken Oud Krispijn, Nieuw Krispijn, Wielwijk en Crabbehof. Twee van deze wijken, te weten Wielwijk en Crabbehof vallen onder de definitie ‘Krachtwijk’ van minister van der Laan. Het gebied biedt huisvesting aan een kwart van de Dordtse bevolking (30.000 inwoners) waarvan het grootste gedeelte tot de huursector behoort. Het tegengaan van de selectieve uitstroom van midden en hogere inkomens en instroom van lagere inkomens in Dordrecht is één van de speerpunten van ons beleid. De kwaliteit van de woningvoorraad moet omhoog en er moet een diversiteit aan woningen en woonmilieus ontstaan. Het is daarom noodzakelijk te investeren in vernieuwing van de sociale voorraad om de woningen in Dordrecht West aan de nieuwe eisen te laten voldoen. De fysieke aanpak wordt gecombineerd met een sociaal programma ter verbetering van de leefbaarheid en veiligheid in het gebied. De herstructureringsopgave in Dordrecht West willen we in 2020 gerealiseerd hebben. Binden en aantrekken van midden en hoge inkomens De woningmarkt is bij uitstek een regionale markt. Woningbouwafspraken maken we dan ook steeds in regionaal verband. Het woningaanbod in de Drechtsteden voldoet op dit moment onvoldoende aan de marktvraag en de voorraad is ongelijkmatig verdeeld. Hogere inkomens vestigen zich bovengemiddeld buiten Dordrecht. Vertrekkers noemen vaak het niet meer voldoen van de woning of woonomgeving als reden. Een gedifferentieerde bevolkingssamenstelling zorgt voor een beter economisch en sociaal-cultureel draagvlak. Daarom werken we aan kwalitatief betere woonmilieus, vooral door variatie aan te brengen. We willen een goede mix van woningen in de verschillende marktsegmenten met specifieke aandacht voor ouderenhuisvesting en
Begroting 2010
Pagina 38 van 234
rekening houdend met inwoners met een zwakke(re) sociaal-economische positie. We werken aan een gevarieerd woningaanbod met bouwprojecten in het duurdere segment om aan de woningbehoefte nu en in de toekomst te voldoen. Met dit aanbod wil de regio Drechtsteden de inkomensverhoudingen beter in evenwicht brengen met andere stedelijke regio’s en de regio ook aantrekkelijker maken als vestigingsmilieu voor het bedrijfsleven. Het alom gewaardeerde buitengebied is karakteristiek voor Dordrecht, we houden dan ook vast aan de verstedelijkingsgrens van de voorgaande jaren. Het uiteindelijke resultaat van onze beleidsinzet zal zich pas over een aantal jaren manifesteren in het totale woningaanbod. In de komende periode willen we een goede start maken met deze transitie. Verbeteren van de milieukwaliteit Op het eiland van Dordrecht zal de druk op de milieukwaliteit door een groeiende vraag naar ruimte voor economische ontwikkelingen en woningbouwlocaties toenemen. Ook de groei van de mobiliteit, vooral in de vorm van het autoverkeer, zal de druk doen opvoeren. De aanslag op luchtkwaliteit, de geluidsoverlast en de risico’s als gevolg van gevaarlijk goederenvervoer, maken dat we keuzes moeten maken om verdere verslechtering van het milieu tegen te gaan en tegelijkertijd de ontwikkeling van de stad mogelijk te maken. De problematiek die wordt veroorzaakt door de A16, de N3 en het spoor is echter nauwelijks door Dordrecht te beïnvloeden. Daarvoor zijn we afhankelijk van andere partijen, zoals het Rijk en Prorail. Het hoofddoel van ons milieubeleid is een duurzame ontwikkeling van Dordrecht mogelijk te maken met behoud van onze aantrekkelijke leefomgeving. Waar nodig treffen we daarvoor maatregelen en bevorderen we het milieubewust handelen van inwoners en bedrijven. We gaan hierbij uit van een gebiedsgerichte aanpak, “het juiste milieu op de juiste plek”. We passen per gebied een milieutypologie toe die inspeelt op de verschillen in functie en gebruiksintensiteit in relatie tot de daarbij noodzakelijke milieukwaliteit. Samenwerking met inwoners en bedrijven bij de oplossing van milieuvraagstukken staat voorop. Water is een belangrijk onderdeel van een leefbaar milieu. Het heeft een positieve invloed op duurzaam wonen, werken en recreëren. We willen samen met het Waterschap de kwaliteit van het water waar nodig verbeteren zodat het aan de landelijke normen voldoet. In het Stedelijk Waterplan hebben de waterbeheerders (gemeente Dordrecht en waterschap De Hollandse Delta) voor het stedelijk gebied van Dordrecht aangegeven welke maatregelen nodig zijn om wateroverlast te voorkomen. Rol van de gemeente De gemeente Dordrecht heeft samen met de andere Drechtsteden in regionaal verband afspraken gemaakt met de wooncorporaties over de woningbouwproductie en daarmee samenhangende maatregelen (o.a. herstructurering). Over deze regionale woningbouwafspraken zijn afspraken gemaakt met de Provincie en het Rijk. Binnen de contouren van het nieuwe Grotestedenbeleid wordt in 2010 gewerkt aan nieuwe afspraken. De gemeente blijft regie voeren op het woonbeleid voor het Dordtse deel en maakt afspraken met wooncorporaties en partijen in de koopsector over de uitvoering daarvan. Onderdeel van deze afspraken is de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de infrastructuur in de woonwijken, het wijkbeheer en het onderhoud van de openbare woonomgeving. De gemeente speelt natuurlijk een belangrijke rol bij het schoon en heel houden van de buurten en straten. Maar een opgeruimde stad is niet alleen de verantwoordelijkheid van de gemeente. De Dordtenaren zelf zijn medeverantwoordelijk, we zullen ze daarop aanspreken. Ook met bedrijven en instellingen maken we afspraken over wie welke bijdrage levert aan onderhoud en verbetering van de leefomgeving.
Begroting 2010
Pagina 39 van 234
Wat willen we bereiken?
Wonen en Leefbaarheid Outcomedoelstelling en indicatoren
Handhaven kwaliteit (leef)omgeving
0-waarde
Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
7,1
actuele nieuwe meting 7,2
ambitie 2009
Ambitie 2010
7,0
Ambitie
rapportcijfer woonomgeving
7,0
Gelijk
rapportcijfer leefbaarheid in de buurt
6,9
7,0
7,1
6,9
Gelijk
indicatorscore sociale kwaliteit in de buurt
6,1
6,0
6,0
6,1
Gelijk
indicatorscore verloedering in de buurt
4,9
5,2
5,3
4,9
Gelijk
indicatorscore overlast in de buurt
3,0
3,1
3,2
3,0
Gelijk
rapportcijfer veiligheid in de buurt
6,7
6,9
7,0
7,0
Licht
leefbaarheidsscore (lbs) stad
6,8
6,9
7,0
7,0
Licht
minimale waarde lbs per wijk
nvt
6,3
6,4
6,4
Gelijk
tevredenheid over openbare ruimte - straatverlichting
79%
81%
76%
79%
Gelijk
- groenvoorzieningen
65%
66%
64%
65%
Gelijk
- onderhoud fietspaden/wegen
59%
58%
57%
59%
Gelijk
- parkeergelegenheid
45%
46%
40%
45%
Gelijk
3,6
3,4
Gelijk
indicatorscore verkeersoverlast in de buurt
Verbeteren Leefbaarheid Dordrecht West % huishoudens midden/hoog inkomen
3,4
0-waarde
3,6 Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
41%
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie
38%
41%
41%
Zwaar
rapportcijfer woonomgeving
6,6
6,5
6,7
7,0
Licht
rapportcijfer leefbaarheid in de buurt
6,5
6,4
6,6
6,9
Licht
indicatorscore sociale kwaliteit in de buurt
5,7
5,6
5,5
6,1
Licht
indicatorscore verloedering in de buurt
4,9
4,9
5,2
4,4
Licht
indicatorscore overlast in de buurt
3,4
3,5
3,8
3,0
Licht
rapportcijfer veiligheid in de buurt
6,3
6,3
6,5
6,7
Licht
rapportcijfer voorzieningen in de buurt
6,3
6,3
6,5
6,7
Licht
rapportcijfer woning
7,2
7,2
7,4
7,6
Licht
20%
x
17%
15%
Licht
ervaren gezondheid: matig of slecht
Binden/aantrekken van midden/hoge inkomens ontwikkeling gemiddelde woningwaarde
0-waarde
Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie
147.000
159.000
179.000
aandeel woningen duurdere categorie v/h totaal
9,2%
8,9%
15,0%
kwaliteitsindex woningvoorraad
106,3
108,9
55,4%
55,5%
-80 -15
+344 +303
19 -16
Licht Licht
-240 0 -335
-443 -130 +74
21 1 25
Licht
% huishoudens midden/hoog inkomen
170.000 15,0%
Licht
9,5%
Licht
109,7
Gelijk
54,6%
57,0%
Licht
migratiesaldi huishoudens naar inkomen - laag - midden - hoog - onbekend - totaal
Verbeteren van milieu/milieukwaliteit aandeel bevolking dat vaak overlast geluid wegverkeer ervaart
0-waarde
Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
Licht
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie
16%
16%
17%
16%
Gelijk
4.650
11.068
(X)
0
850
0
(X)
0
Zwaar
2.500
775
(X)
0
Zwaar
0
0,5%
3%
30%
Zwaar
scheidingsresultaat huishoudelijk afval
39%
42%
41%
47%
53%
Zwaar
voorzieningenniveau afvalinzameling
55%
x
(X)
60%
65%
Zwaar
aantal luchtgehinderden binnenstedelijk - stikstofdioxide - fijn stof aantal luchtgehinderden A16 stikstofdioxide aandeel best. woningen met energie prestatie
600
24%
(x) voor deze indicatoren verschijnen geen nieuwe cijfers meer. De onderzoeken vinden niet meer plaats.
Begroting 2010
Pagina 40 van 234
Zwaar
Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Programma Wonen en Leefbaarheid Thema
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
Saldo
2012
2013
Saldo's
Beheer van de openbare ruimte
33.793
4.266
-29.527
-26.632
-26.547
Afvalinzameling en -verwerking
13.196
13.483
287
287
287
287
8.999
9.793
794
794
794
794 -4.497
Riolen
-26.574
Milieu
5.220
261
-4.959
-4.555
-4.500
Vergunningverlening
2.663
3.266
603
603
603
603
Handhaving
1.176
125
-1.051
-1.050
-1.045
-1.045
46.122
-4.020
-721
-687
1.178
Ontw en herstr woonwijken Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
50.142 115.189 3.251 118.440
77.316 -37.873 -31.274 -31.095 -29.254 4.222
971
-2.179
-2.095
-3.920
81.538 -36.902 -33.453 -33.190 -33.174
Thema Beheer van de openbare ruimte Wat gaan we daarvoor doen? Het onderhoud van de openbare ruimte is een reguliere taak van de gemeente, zoals de jaarlijkse beheers-, vervangings- en onderhoudsmaatregelen groen, wegen en straatmeubilair, openbare verlichting en speelvoorzieningen. In 2010 en de jaren daarna gaan we een aantal aanvullende activiteiten doen om de tevredenheid over de openbare ruimte op hetzelfde niveau te houden. Groen In 2009 is een gedragscode Flora en Fauna ontwikkeld. In 2010 regisseert de gemeente dat werkzaamheden conform deze richtlijn worden uitgevoerd. In 2009 is een nieuwe bomenlijst in concept opgesteld. De definitieve besluitvorming hierover wordt in de eerste helft van 2010 verwacht. Kenmerkend hierbij is dat dergelijke instrumenten met maatschappelijk partners zoals de “Bomenstichting” en de St. Natuur en Vogelwacht Dordrecht (NVD) tot stand komen. Op basis van de nota Boomziekten wordt óók in 2010 extra geïnvesteerd in het bomenbestand door onder meer het onderhouden en vervangen van oude en zieke bomen. Voor de ecologisch beheerde gebieden wordt in 2010 een nieuw uitvoeringsplan van reguliere werkzaamheden voor de komende jaren opgesteld. De onderhoudsmaatregelen worden in overeenstemming met de vernieuwde stedelijke ecologische structuur opgesteld. Ook hierbij is de samenwerking met de NVD van groot belang. Deze ecologische maatregelen hebben ook een directe relatie met het beleid “Dordrecht Kleurrijk Groen 1996/2002”. In 2010 wordt gestart met de actualisatie van dit beleidsdocument waarbij vooral ook de huidge groenkwaliteit bijzondere aandacht krijgt. In oktober 2009 is de raad geïnformeerd over het project “Samen de buurt mooier maken” Dit project is succesvol, om die reden honoreren we ook komende jaar weer veel kleinschalige inwonerinitiatieven . In het kader van het MJP 2006-2010 zijn voor het groen extra middelen beschikbaar gesteld. Ook in 2010 worden deze middelen ingezet om het bomenbestand van Dordrecht door boomvervanging en extra onderhoudsmaatregelen kwalitatief te verbeteren. Daarnaast worden maatregelen die voortkomen uit het bewonersonderzoek groen 2007, zoals bijvoorbeeld “kleur in de Binnenstad”, in 2010 uit deze middelen betaald. Spelen Spelen in de openbare ruimte leeft. Veel partijen zowel binnen als buiten de gemeente zijn bezig met het ontwikkelen van speelvoorzieningen om de leefbaarheid en tevredenheid van inwoners te vergroten. Het beheer en onderhoud richt zich op het in stand houden van de bestaande voorzieningen conform de
Begroting 2010
Pagina 41 van 234
landelijke veiligheidseisen. Naast het dagelijks onderhoud worden jaarlijks zo’n 15 tot 20 speelplaatsen gerenoveerd. Daarbij geven wij optimaal ruimte voor de inbreng van omwonenden. In 2010 worden zo’n 4-5 speelplaatsen extra gerenoveerd met extra middelen die door de Raad in 2009 beschikbaar zijn gesteld. Een tendens is dat extra speelvoorzieningen gewenst zijn bij de herontwikkeling van gebieden zoals in Dordt West en projecten zoals “burgers aan zet” en “wijkwensen”, waardoor de hoeveelheid voorzieningen boven de beleidsmatig vastgestelde normering kan komen te liggen. Gezien de aard van genoemde projecten is dat vooralsnog geen bezwaar. In de evaluatie van de projecten wordt hieraan aandacht gegeven. Wegen In de jaren 70 van de vorige eeuw is een groot gedeelte van de hoofdstructuur van de wegen aangelegd. Dat zijn allemaal asfalt wegen. Sinds de aanleg is de intensiteit van het verkeer en de verkeersbelasting aanzienlijk toegenomen. Uit onderzoek naar de gesteldheid van de fundering van de asfaltwegen uit die periode blijkt dat een groot deel het einde van hun levensduur nadert. Ten aanzien van de aanpak van deze problematiek is in 2009 het Integraal Wegenbeheerprogramma 2010-2019 door de Raad vastgesteld. Via fondsvorming worden middelen vrijgespeeld om grootschalige herinvesteringen in de asfaltwegen uit te voeren. Om onveilige situaties te voorkomen is aanvullend budget beschikbaar voor acute ingrepen. In het wegenbeheerprogramma – en in de jaarschijven voor het groot onderhoud - wordt nadrukkelijk breder gekeken dan technische noodzaak. Onderhoudswerkzaamheden worden in de planning en uitvoering gecombineerd met functionele verkeersingrepen (bereikbaarheid, doorstroming, parkeren, etc.). Verder wordt het onderhoudsprogramma afgestemd op actuele beleidsthema’s als ‘trillingen’ of ‘geluid’. Naast het reguliere onderhoud van wegen, is in 2007 een start gemaakt met de planmatige aanpak van de verzakte wegen en de bijbehorende vaak ouderwetse inrichting. Deze projecten worden voortgezet in 2010. De investeringen die in het kader van de “10 miljoen lijst 2006-2010” aan onze wegen worden gedaan, worden in 2010 afgerond. Op de planning staan onder andere het ophogen en herinrichten van enkele erven (Suze Groeneweg) in Stadspolders, de aanpak van de gebiedsontsluitingswegen Wielwijk-Crabbenhof-Zuidhoven en projecten in het kader van ‘Gewoon doen’ en ‘Dordt Fiets Door’. Uit het Klanttevredenheidsonderzoek over de onderhoudstoestand van de verhardingen blijkt dat burgers het minst tevreden zijn over de woonstraten / woonerven en voetpaden in de gemeente. De projecten van de “10 miljoen lijst 2006-2010” hebben voor een groot deel juist betrekking op deze onderdelen. VRI/parkeren/bereikbaarheid Voor 2010 wordt het niveau van beheer op het gebeid van straatmeubilair, constructies, verkeersregelinstallaties, parkeren en bereikbaarheid gehandhaafd. Er wordt in de onderhoudsprogramma’s (prioritering en planning) nauw aangesloten op en rekening gehouden met actuele beleidsthema’s en projecten, zoals de VRInota 2010, de audit parkeren en het project Stationsomgeving. Wij gaan door met het uitrollen van het Hoogwaardig Openbaar Vervoer Drechtsteden. Openbare verlichting De openbare verlichting speelt een belangrijke rol bij de leefbaarheid en de veiligheidsgevoelens onder bewoners. De gemeente hanteert sinds 1990 de aanbevelingen van de Nederlandse Stichting Voor Verlichtingskunde (NSVV) en sinds 2003 de Nederlandse Praktijk Richtlijn (NPR) als richtlijn voor de toepassing van openbare verlichting. Ons streven is om in 2015 alle openbare verlichting hieraan te laten voldoen. In maart 2009 is de Raad geïnformeerd over energiebesparing en de Energiescan Openbare Verlichting. Het effectieve beleid ten aanzien van energiezuinige en efficiënte verlichting wordt in 2010 gecontinueerd. Een deel van de in 2009 opgestarte proefprojecten zal in 2010 worden voortgezet, zoals bijvoorbeeld ‘seizoensverlichting Couleur Locale’ (huidige verlichting vervangen door LED). In 2010 wordt een evaluatie van de proefprojecten aan de Raad aangeboden en een voorstel gedaan voor een aangescherpt beleid (zoals vastgelegd in de “beleids- en
Begroting 2010
Pagina 42 van 234
beheernota Openbare Verlichting Dordrecht 2004-2013”). Uitvoering van het lichtplan voor de historische binnenstad loopt door in 2010. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Beheer van de openbare ruimte Product Wegen
Begroting 2010
2011
2012
2013
Saldo's
Lasten
Baten
14.756
224
-14.532
-12.028
-12.037
-12.036
Groen
8.464
57
-8.407
-8.138
-8.102
-8.106
Openbare verlichting
1.839
29
-1.810
-1.806
-1.817
-1.809
Verkeersmeubilair / VRI's / Parkeren
1.418
450
-968
-940
-907
-886
Constructies
2.198
9
-2.189
-2.323
-2.335
-2.374
Onderhoud speelvoorzieningen
1.303
0
-1.303
-1.100
-1.094
-1.092
Nautisch beheer
1.509
3.366
1.857
1.862
1.867
1.869
Havens civiel
1.970
33
-1.937
-1.921
-1.887
-1.905
336
98
-238
-237
-235
-235
33.793
4.266
-29.527
-26.631
-26.547
-26.574
Overige exploitaties Havens Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Saldo
0
162
162
162
162
162
33.793
4.428
-29.365
-26.469
-26.385
-26.412
Thema Afvalinzameling en –verwerking Wat gaan we daarvoor doen? In 2010 wordt de uitvoering van ondergrondse containers afgerond in de wijken Sterrenburg, Dubbeldam en Stadspolders. De voorbereiding van een nieuwe milieustraat is in 2009 gestart en zal in 2010 doorlopen om uiteindelijk in 2011 de uitvoering te starten. Komend jaar is het laatste jaar van het huidige afvalprogramma waarmee de inzamelvoorzieningen op orde zijn gebracht. Voorbeelden van gerealiseerde voorzieningen zijn: het invoeren minicontainers voor papier, extra kleding en glas containers in diverse wijken, ondergrondse containers met toegangsregulering voor alle hoogbouw gebieden. 2010 is ook het jaar waarin het afvalprogramma 2010-2015 verder wordt vormgeven en voor vaststelling aan de raad wordt aangeboden. In dit programma zal naast het afronden van een aantal inzamelvoorzieningen (milieustraat en papiervoorzieningen voor de hoogbouw) vooral het stimuleren van afvalscheiding centraal staan. Deze stimulans moet tot stand komen via het bieden van service richting burgers en bedrijven en gedragsbeïnvloeding / bewustwording. De in 2009 gestarte GFT campagne, die in 2010 doorloopt, is daar een goed voorbeeld van. Het college streeft ernaar dat in 2010 53% van het huishoudelijk afval bij de bron wordt gescheiden. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Afvalinzameling en verwerking
2012
2013
Saldo's
Lasten 13.196
13.483
287
287
287
287
Begroting voor bestemming
13.196
13.483
287
287
287
287
Begroting na bestemming
Baten
2011
Product Afvalinzameling en -verwerking Mutatie reserves
Begroting 2010
Begroting 2010 Saldo
0
0
0
0
0
0
13.196
13.483
287
287
287
287
Pagina 43 van 234
Thema Riolen Wat gaan we daarvoor doen? De gemeente heeft een wettelijke taak (zorgplicht) om het afvalwater in haar grondgebied in te zamelen en af te voeren. Daarnaast heeft de gemeente ook wettelijke verplichtingen ten aanzien van het hemel- en grondwater. Dit is vastgelegd in de Wet Gemeentelijke Watertaken. Om aan de wettelijke verplichting te kunnen voldoen legt de gemeente systemen aan zoals riolering, bergbezinkbassins en drainage en onderhoudt deze. De rioolstelsels maken onderdeel uit van de totale waterketen. Het rioolbeheer is dan ook afgestemd op het gemeentelijke waterplan dat in 2009 geactualiseerd is. In 2010 wordt het rioolrecht dat bewoners en bedrijven betalen voor het lozen van afval- en regenwater vervangen door een rioolheffing. De wijziging is louter van juridische aard. De tariefstructuur blijft ongewijzigd. Eind 2010 loopt het huidige Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP IV) af. De projecten zoals aangegeven in dit GRP zijn uitgevoerd of worden afgewerkt. Dit betreft onder andere het aansluiten van diverse woningen op de riolering en de vervanging van 18 km oude riolering. In 2010 wordt het nieuwe GRP (V) opgesteld en aan de raad voorgelegd ter besluitvorming. Begin 2011 treedt het plan in werking. In dit “verbrede” GRP zijn de taken die voortvloeien uit de Wet Gemeentelijke Watertaken (die zijn vastgelegd in het beleidsplan hemel- en grondwater dat door de raad begin 2009 is vastgesteld) geïntegreerd. Daarnaast wordt het beleid uit het voorgaande GRP voortgezet. Dat betekent dat het onderhoud en rioolvervangingen op dezelfde wijze doorgang zal vinden als de afgelopen jaren het geval is. Bij nieuwbouwprojecten wordt regenwater zoveel mogelijk gescheiden van afvalwater. Dat gebeurt door de aanleg van gescheiden rioolstelsels die bestaan uit 2 buizen (een vuilwater- en een regenwaterbuis). Bij rioolrenovaties wordt het aanwezige rioolstelsel in principe vervangen door hetzelfde stelsel. Bij rioolrenovaties is een integrale aanpak de norm. Rioolvervanging wordt zoveel mogelijk gecombineerd met een integrale straat- of wijkaanpak. Hierbij wordt “werk met werk” gemaakt. Er wordt maximaal rendement gehaald met een minimum aan kosten waarbij de maatschappelijke overlast zoveel mogelijk beperkt wordt. De gemeente tracht op verschillende locaties het grondwaterpeil op het openbaar terrein te beïnvloeden door de aanleg van infiltratie- en drainagesystemen. De werking van de systemen wordt gemonitord. Dit gebeurt met een drainagebeheersysteem dat al in gebruik is, maar in 2010 volledig operationeel is. De gemeente verleent medewerking aan particulieren om het grondwaterniveau op hun perceel te regelen ter bestrijding van de funderingsproblematiek. In deze grondwaterpilots treft de gemeente maatregelen in gemeentegrond waar particulieren op hun eigen perceel verder mee gaan. De particulieren treffen vervolgens op hun eigen terrein de nodige maatregelen voor hun eigen rekening. In 2010 zal, ten behoeve van het opstellen van het GRP V, een evaluatie worden uitgevoerd van de grondwaterpilots. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Riolen Product Riolen Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010 Lasten
Baten
8.999
9.793
8.999
9.793
2011 794 794
2012
2013
Saldo's
Saldo 794
794
794
794
794
794
0
0
0
0
0
0
8.999
9.793
794
794
794
794
Pagina 44 van 234
Thema Milieu Wat gaan we daarvoor doen? Communicatie en bewustwording We blijven investeren in het vergroten van de milieubewustwording door middel van educatie en projecten, met name gericht op de thema’s energie, natuur, afval en water. Natuur- en milieuorganisaties, zoals De Hollandse Biesbosch, Natuur- en Vogelwacht en NMC Weizigt, vervullen hierin een belangrijke rol. Beleid In het najaar van 2010 zal het milieubeleidsplan 2010 – 2015 ter besluitvorming aan de raad worden voorgelegd. Het milieubeleidsplan 2010 – 2015 borduurt voort op het vigerende milieubeleidsplan. Wel zal meer aandacht zijn voor de bewustwordingskant van milieubeleid. Klimaat In 2010 geven we invulling aan het ‘Uitvoeringsprogramma Energie 2009-2013’. Met dit programma sluiten we aan bij het ‘Klimaatakkoord Gemeenten en Rijk 2007-2011’ en de Decentrale Uitkering Lokaal Klimaatbeleid (DULK). De doelstellingen daarin zijn een energiebesparing van 2% per jaar, een aandeel van hernieuwbare energiebronnen van 20% in 2020 en 30% reductie van broeikasgassen in 2030. Het energie-programma (reductie van broeikasgassen die bijdragen klimaatverandering) en het water-programma (aanpassen klimaatveranderingen) vullen elkaar aan en worden op elkaar afgestemd.
aan aan
Met behulp van verschillende instrumenten beogen we een vermindering van energieverbruik op diverse fronten: • Gemeente: Energiebesparing en toepassing van duurzame energie in de eigen gemeentelijke gebouwen, gemeentelijke voorzieningen en inkoop. • Woningen en utiliteit. • Energiebesparingsadviezen aan 3000 huishoudens in 2010 door opschaling van het project ‘Energie op Maat’ in samenwerking met corporaties, onderwijsinstellingen en de Sociale Dienst Drechtsteden. • Afspraken met woningcorporaties over energiebesparing. • Energiebesparing bij nieuwbouw. • Energiebesparing door gebruik maken van de daartoe aanwezige wettelijke • mogelijkheden bij vergunningverlening aan bedrijven. • Impuls geven aan innovatie en een duurzame lokale economie. Dit zal onder andere gebeuren door de ontwikkeling te onderzoeken van de zogeheten duurzaamheidsfabriek op het Leerpark. • Verkeer en vervoer: Aansluiten bij en versterken van lopende projecten zoals het regionaal programma Luchtkwaliteit, toepassing van biogas als transportbrandstof en vervoersmanagement bij bedrijven. Een duurzame energie-infrastructuur past bij de doelstelling op het gebied van (het bevorderen van) energiebesparing. Onderzoek naar toepassing van industriële restwarmte heeft ertoe geleid dat HVC in samenwerking met Eneco een aanbieding voor aanleg en exploitatie van een Drecht-warmtenet heeft gedaan voor 6000 nieuwe en bestaande woningen en 100.000 m2 utiliteit. Deze aanbieding wordt uitgewerkt in contracten tussen HVC/Eneco en gemeente en tussen HVC/Eneco en woningcorporaties / projectontwikkelaars. Water Het project MARE (Managing Adaptive REsponses to Flood Risk in the North Sea Region) gaat het tweede jaar in. Het project loopt tot en met 2011. Een analyse van overstromingsrisico's voor het Eiland van Dordrecht wordt in 2010 afgerond. Na afronding hiervan wordt bekeken in hoeverre een hoogwaterstrategie op basis van het begrip Meerlaagsveiligheid haalbaar is. Tevens zal in 2010 worden geparticipeerd in de Deltacommissie, die de opdracht heeft de aanbevelingen van de commissie Veerman uit te werken. In 2009 is een
Begroting 2010
Pagina 45 van 234
plan van aanpak opgesteld voor het Delta(deel)programma RijnmondDrechtsteden. In 2010 start het opstellen van het initiatiefdocument voor de verkenning in het kader van het MIRT (Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport).. Dordrecht levert hier een belangrijke bijdrage aan. Het initiatiefdocument is volgens planning eind 2011 gereed, waarna een MIRT verkenning wordt opgesteld. De ervaringen die middels MARE worden opgedaan zullen in de Deltacommissie worden ingebracht. Het tweede Waterplan is in 2009 vastgesteld en de eerste uitvoeringsacties zullen in 2010, zoveel mogelijk samen met het waterschap, worden opgepakt. Een studie naar de verbetering van de waterkerende functie van de Voorstraat maakt hiervan deel uit. Natuur De natuur die Dordrecht rijk is, willen we meer benadrukken door planmatig een duurzame stedelijke ecologische structuur aan te brengen. Het project De Nieuwe Dordtse Biesbosch (NDB), voorziet in een samenhangend netwerk van bron- en leefgebieden voor flora en fauna, aansluitend op de natuur in het buitengebied. De ecologische structuur biedt aan de (toekomstige) stadsbewoners de mogelijkheid voor natuurbeleving dicht bij huis. Daarnaast geven we met het project een aanzienlijke kwaliteitsimpuls aan het woon- en werkmilieu en recreatie op het eiland. De gefaseerde uitvoering van het project is gestart in 2007. In 2013 zijn circa 400 hectare nieuw recreatiegebied en circa 780 hectare nieuw natuurgebied gerealiseerd. In 2010 worden verschillende onderdelen van het project NDB opgeleverd: - ca 70 ha recreatiegebied; ca 100 ha natuurgebied; herstructurering Bos de Elzen; inrichtingsplan Noorderdiepzone en Knoop in ’t Land. In 2010 wordt ook de eerste jaarschijf van het uitvoeringsprogramma SES, de stedelijke ecologische groenstructuur, uitgevoerd, onder andere Natuurwaardenonderzoek Zeehavengebied; Onderzoek naar mogelijkheid aanleg natuurvriendelijke oevers Laan der VN ter hoogte van Crabbehof; Opstelling plan ontwikkeling ecologische oever Wantij ten westen N3 en Realisatie natuurvriendelijke oevers op diverse plaatsen in de stad. Door de uitvoering van de ecologie projecten wordt de stedelijk ecologische structuur versterkt. Dat geeft de flora en fauna in Dordrecht de mogelijkheid zich te versterken. Dit verbetert de kwaliteit van de leefomgeving van de bewoners en bezoekers van Dordrecht. Bodem In 2010 wordt de werkvoorraad (potentieel) ernstige bodemverontreinigingen verder onderzocht, waarbij 5 locaties nader onderzocht worden. Aan de hand van deze onderzoeken wordt eind 2010 de werkvoorraad locaties met gezondheidsrisico vastgesteld. Tevens worden in 2010 2 saneringen uitgevoerd. Geluid De geluidskwaliteit van woningen met een gevelbelasting van meer dan 65 dBA door rail- en wegverkeerslawaai, willen we verbeteren door alle 236 zogeheten Aen railwoningen te saneren (GSB). In 2010 start de uitvoering van het Actieplan geluid voor de periode 2010-2013. Het actieplan vloeit voort uit het Besluit Omgevingslawaai en is gebaseerd op de Geluidbelastingskaarten 2006, die in 2007 zijn vastgesteld. Het actieplan stelt maatregelen voor bij woningen die een geluidbelasting hebben boven de plandrempel. Nadruk ligt op stille wegdekken, oa geluidgereducerend asfalt. Het uitvoeren van de maatregelen wordt zoveel mogelijk ingepast in de (onderhouds)werkzaamheden van Stadsbeheer. De jaarschijven worden opgenomen in het milieuprogramma. Verder wordt via het milieujaarverslag gerapporteerd over de resultaten. Lucht Met betrekking tot de luchtkwaliteit zullen we in 2010 uitvoering geven aan het regionaal plan van aanpak luchtkwaliteit. Concreet staan hiervoor de volgende projecten gepland: er wordt een vervolg gegeven aan de realisatie van walstroom voorzieningen voor de binnenvaart.
Begroting 2010
Pagina 46 van 234
Verder wordt er in 2010 een publiekscampagne luchtkwaliteit opgezet en zal er, in samenwerking met de provincie Zuid Holland een project “schone brandstoffen”geïnitieerd worden. Door uitvoering van de herstructureringsplannen Dordt West, met name door de sloop van woningen in een zone langs de A16, zal het aantal luchtgehinderden substantieel afnemen. Door meer generieke maatregelen, op nationaal niveau, zal het aantal gehinderden verder afnemen. De verwachting is dat wij in 2015 geen overschrijdingen van de grenswaarden voor luchtkwaliteit meer in de stad zullen aantreffen. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Milieu Product Overige milieumaatregelen Milieubeheer Ecologie Natuur- en milieucentrum Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo -84
-83
-82
-81
-3.078
-2.668
-2.616
-2.616
84
0
3.116
38
239
0
-239
-239
-239
-239
1.781
224
-1.564
-1.563
-1.561
5.220
262
-1.557 -4.958
-4.554
-4.500
-4.497
0
420
420
0
0
0
5.220
682
-4.538
-4.554
-4.500
-4.497
Thema vergunningverlening en handhaving Wat gaan we daarvoor doen? Door vergunningverlening en handhaving wordt uitvoering gegeven aan het beheer en de inrichting van het bebouwd en onbebouwd gebied, inclusief de openbare ruimte van Dordrecht, en daarmee aan de kwaliteit van de leefomgeving. Voorts draagt dit bij aan het verminderen van overlast. Medio 2007 is de uitvoering van een aantal taken (bouwen, APV, gebruiksbesluit) overgebracht naar de regio ZHZ en gebundeld met de uitvoering van de taken op het gebied van de milieuwetten. Deze organisatie (Milieudienst ZHZ) voert voor Dordrecht de vergunningverlenende, toezichthoudende, controlerende, handhavende en adviserende taken op het brede terrein van fysieke veiligheid, leefbaarheid en milieu uit. Hiermede is een stap gezet om te komen tot een verdergaande samenwerking binnen de uitvoering om de regie op de processen te vergroten en de kwetsbaarheid van de verschillende onderdelen te verkleinen (versterking van informatie-uitwisseling, tegengaan fragmentatie en vergroten van kennis/kunde). Eind 2009 is na een evaluatie een bijstelling van de dienstverleningsovereenkomst opgesteld die begin 2010 in zal gaan. Dan is tevens de legesverordening bijgesteld en alles gereed voor de komst van de WABO. In 2010 wordt de samenwerking verder uitgebouwd (binnen Drechtsteden en met de MZHZ en provincie Zuid-Holland). Daarmee werkt de gemeente actief mee aan de vorming van omgevingsdiensten en wordt ingegaan op de uitvoering van adviezen t.a.v. herziening binnen het stelsel van de VROM-regelgeving (o.a. commissie Oosting, Dekker, Mans). Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Vergunningverlening Product Vergunningen Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010 Lasten
Baten
2.663
3.266
2.663
3.266
2011 603 603
2012
2013
Saldo's
Saldo 603
603
603
603
603
603
32
0
-32
-32
-32
-32
2.695
3.266
571
571
571
571
Pagina 47 van 234
bedragen x € 1.000 Thema Handhaving Product Handhaving ruimtelijke ordening Handhaving milieu Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
616
0
-616
-616
-616
560
125
-434
-429
-429
1.176
125
-435 -1.051
-1.050
-1.045
-1.045
-616
0
0
0
0
0
0
1.176
125
-1.051
-1.050
-1.045
-1.045
Thema Ontwikkelen en herstructureren woonwijken Wat gaan we daarvoor doen? Algemeen In Dordrecht moeten voldoende woningen worden gebouwd om in de vraag van de eigen bevolking te kunnen voorzien. De afgelopen jaren neemt het aantal inwoners ondanks een geboorteoverschot licht af. De sloop van woningen loopt namelijk op schema, maar de uitvoering van het woningbouwprogramma verloopt moeizaam. Daarnaast zijn als gevolg van gezinsverdunning méér woningen nodig om hetzelfde aantal mensen te kunnen huisvesten. Het is daarom belangrijk om de uitvoering van het Woningbouwprogramma Dordrecht/ Drechtsteden 2005-2010 voortvarend te realiseren. Voor Dordrecht ligt er van 2005 tot 2010 een opgave van ongeveer 2100 woningen. Voor 2008 en 2009 bedroeg de opgave nog ca.1.000 woningen, de reële (kansrijke) productie bedraagt ca. 900 woningen. Hiervan worden ca. 125 in de sociale sector en ca. 800 in de marktsector gerealiseerd. Ongeveer 270 van deze woningen zijn zogenaamde ‘nultredewoningen’ die ook geschikt zijn voor ouderen. De totale productie van Dordrecht in de periode 2005-2010 zal naar verwachting op ca. 2.000 woningen uitkomen. Gepland staat dat er in 2010 ca. 270 woningen worden opgeleverd. Deels zijn deze in aanbouw, als gevolg van de economische situatie zal een deel niet in aanbouw worden genomen, waardoor de productie lager uit komt, op ca, 170 woningen. Ook voor de volgende jaren komt de start bouw onder druk. In 2010 zal extra inzet nodig zijn om de beoogde productie zoveel mogelijk op peil te houden. Oplevering van de projecten Smitsweg en Belthurepark is gepland voor na 2010. Genoemde projecten zijn hard nodig om de huishoudens met hogere inkomens voor Dordrecht te behouden. De voorbereiding van de woningbouwontwikkeling in de Zuidpolder wordt in 2010 voortgezet. Het Grote Stedenbeleid zal in zijn huidige vorm niet meer terugkeren (zie paragraaf over GSB 3.8). Middelen vanuit het ISV blijven beschikbaar. Het nieuwe ISV III investeringsprogramma wordt begin 2010 definitief door de minister vastgesteld. Het Meerjaren ontwikkelprogramma dat in november 2009 door ons wordt aangeleverd vormt hiervoor de basis. De afspraken die we samen met de corporaties hebben gemaakt voor de krachtwijken Wielwijk en Crabbehof worden tot 2018 gewoon voortgezet In 2009 is in het kader van de regionale verstedelijkingsafspraken gewerkt aan de gebiedsagenda. De verstedelijkingsopgave geclusterd naar woningbouw, economie, groen en bereikbaarheid is in beeld gebracht. Op basis hiervan zal in 2010 en 2011 het overleg met het Rijk voortgezet worden over de financiering hiervan, mede met oog op een nieuwe kabinetsperiode. In 2010 wordt in regionaal verband een bijdrage geleverd aan de uitwerking van de Gebiedsagenda voor de Zuidvleugel. In deze agenda moeten alle grote fysieke investeringen worden opgenomen. Dit is de opmaat om in aanmerking te komen voor bijdragen vanuit het MIRT. Afspraken corporaties De woningcorporaties zijn belangrijke partijen om de ambities voor het wonen te realiseren. In 2009 zijn op basis van de herijkte Woonvisie Drechtsteden 2010-
Begroting 2010
Pagina 48 van 234
2020 nieuwe Prestatieafspraken opgesteld voor de periode 2010-2015. Deze afspraken worden begin 2010 ondertekend. In 2010 worden deze gevolgd en op een aantal onderdelen, zoals doelgroepenbeleid en grondkosten sociale woningbouw, verder uitgewerkt. Kwaliteit bestaande stad In 2009 is de Contourennota geëvalueerd en is voorgesteld om deze te verbreden naar het stimuleren van de verbetering van de kwaliteit in de bestaande stad. Daarbij wordt aangesloten bij de woonmilieus uit de structuurvisie. De uitbreiding kan betrekking hebben op het stimuleren van “goed bewonersschap”, maar ook op ideeën voor toevoegen van groen, hergebruik van leegkomend bedrijfspand of het toevoegen van een bijzondere voorziening in een bepaalde buurt. Een kaderstellend debat door de gemeenteraad over het thema Bestaande Stad zal, na de gemeenteraadsverkiezingen in het derde kwartaal van 2010 georganiseerd worden. Een nieuwe, verbrede, nota wordt in 2011 opgeleverd. In 2010 worden voorstellen gedaan voor de verdere uitbreiding van de gemeentelijke monumentenlijst, voornamelijk panden in de binnenstad. De aanwijzing tot beschermd stadsgezicht in de 19e eeuwse schil start in het najaar van 2009 met een advies van de raad aan de minister van OCW. Definitieve aanwijzing zal (vermoedelijk) plaatsvinden in 2010. Tevens wordt de beleidswaardenkaart cultuurhistorie voltooid en zal begonnen worden aan het opstellen van beleid voor bouwhistorisch onderzoek. Met name via de programmering van Erfgoedcentrum DiEP zal actieve communicatie over het belang van cultuurhistorie en erfgoed plaatsvinden. Doelgroepenbeleid In 2008 is beleid uitgewerkt voor regulering van het aantal kamerverhuurpanden met het oog op het tegengaan van overlastsituaties. De projectmatige uitvoering van de beleidsregels voor de kamerverhuurpanden zoals die vervolgens in 2009 is gestart wordt in 2010 voortgezet. De aandacht ligt nu vooral op de uitvoering. Huisvesting van MOE-landers (Midden en Oost Eruopa) wordt onderdeel van de nieuwe PALT. Bij de nieuwe PALT afspraken komt de vraag aan de orde of er na 2010 doelgroepafspraken (huisvesten van de doelgroep) of voorraadafspraken (omvang van de sociale woningvoorraad) worden gemaakt. In PALT verband wordt hiervoor een voorstel opgesteld. Dan komt ook de vraag aan de orde of er, vanwege de bereikbaarheid van woningen voor lagere inkomensgroepen, aangepaste grondprijzen bij sociale woningbouw moeten blijven. Planologisch juridisch instrumentarium Voor de digitalisering van bestemmingsplannen zijn in 2009 in regionaal verband automatiseringspakketten aangeschaft. In 2010 wordt, naast de reguliere productie, veel aandacht gegeven aan het verder implementeren van de nieuwe WRO inclusief de Grondexploitatiewet in zowel Dordrecht als de regio. De nieuwe bestemmingsplannen voor de Binnenstad, Zeehavengebied, Leerpark, Merwelanden, Amstelwijck, 3e Merwedehaven, Willemsdorp, Oostzijde bedrijvengebied Staart en Sterrenburg worden in 2010 vastgesteld. Tevens een heel aantal bestemmingsplannen ten behoeve van ontwikkelingen als woningbouw Kromhout, Reeweg-zuid, Hostel, tennisbanen Nieuweweg, Provincialeweg. Ontwerp bestemmingsplannen worden o.a. opgesteld voor Stevensweg, Zuidpolder, Dordtse Kil, de Hoven, Schil-west, Gezondheidspark, Wielwijk, Stadswerven en parkeergarage Kromhout. In 2009 is de Structuurvisie Dordrecht 2020 vastgesteld. Hierin staan een aantal onderwerpen genoemd die in 2010 verder moeten worden uitgewerkt, m.n. de Wantijzone. Daarnaast wordt het sturen op de uitvoering van de visie handen en voeten gegeven. Exploitatie gemeentelijke eigendommen In 2010 worden circa 150 erfpacht- en huurovereenkomsten herzien voor wat betreft de jaarlijkse verschuldigde erfpachtcanons en huren. Tevens vindt afronding plaats van de conversie van woningbouw erfpachtrechten uit de jaren ‘30. De
Begroting 2010
Pagina 49 van 234
laatste contractaanbiedingen zijn daartoe in 2009 verzonden en medio 2010 worden de laatste contracten via het notariaat geformaliseerd. Dit jaar is voor het eerst in 25 jaar een herziening van canons aan de orde (Crabbehof; Van Bosseplantsoen, Van Limburg Stirumplantsoen e.o.). Wijkgericht werken In 2010 wordt een deel van de projecten van Wijkgericht werken uit 2009, al dan niet in aangepaste vorm, voortgezet. Daarnaast worden nieuwe projecten gestart. Voor wat betreft het gebied centrum: • worden de leefbaarheidsprojecten in Noorderkwartier, Verzetsbuurt en Lijnbaan voortgezet; • bestaat in de Vogelbuurt een herstructureringsopgave waarbij de fysieke aanpak begeleid wordt door een sociale aanpak; • worden in 2010 op de Staart Oost de resultaten van een onderzoek naar verbetering van de particuliere woningvoorraad vertaald naar maatregelen; • wordt het project Overlastzones, dat met name in de binnenstad speelt voortgezet. Voor wat betreft het gebied oost: • wordt het project “Stadspolder een buurt om mooi te houden” voortgezet en wordt de visie en strategie die in 2009 worden ontwikkeld voor Sterrenburg in 2010 vertaalt naar concrete projecten en aan de gemeenteraad voorgelegd; • wordt het project Burgers aan Zet dat in 2009 in Nieuw Krispijn én Stadspolders in gang is gezet in 2010 in Stadspolders voortgezet. Daar wordt experiment 2 “Samen de buurtbegroting maken” uitgevoerd; • wordt in 2010 gewerkt aan het tot stand brengen en ondersteunen van de beheergroep Hostel. Voor wat betreft het gebied west: • wordt verder gewerkt aan de in 2009 herijkte sociale programma’s; • wordt in Oud Krispijn het leefbaarheidsproject Oud Krispijn Noord voortgezet; • worden de gebiedsoverstijgende projecten Jeugdoverlast en Overlastgevende panden ook in 2010 uitgevoerd. • kunnen in 2010 weer wijkwensen door bewoners worden ingediend. Er is daarvoor nog éénmalig extra geld vanuit het Rijk beschikbaar. Projecten Een belangrijk deel van het woningbouwprogramma na 2010 wordt gerealiseerd op De Stadswerven. De Stadswerven moet een hoogwaardig binnenstedelijk gebied worden, met ruimte voor wonen, bedrijvigheid, voorzieningen en ontspanning. Na de vaststelling van het Masterplan in 2009 worden in 2010 stedenbouwkundig plan, bestemmingsplan en de eerste bouwplannen uitgewerkt. Het Leerpark en Gezondheidspark bestaan uit een mix van functies. Een daarvan is woningbouw. Op beide locaties worden circa 450 woningen gebouwd. De start van de bouw van de woningen is afhankelijk van de economische ontwikkelingen en dan met name de vraag naar deze appartementen. De ontwikkeling past binnen de bestemmingsplannen en voor een deel zijn er ook al bouwvergunningen afgegeven. In de Vogelbuurt zijn bodemverzakking, funderingsproblemen en achteruitgang van de buurt inclusief de bedreiging een ‘doorstroombuurt’ te worden aanleiding geweest voor het opstellen van een visie. Deze is eind 2008 vastgesteld. Woonbron is de trekker van de uitwerking tot een plan. Daar zal de gemeente vanuit haar verschillende rollen een actieve bijdrage aan leveren. Begin 2010 zal op basis van het plan duidelijk worden wat er de komende jaren van de gemeente verwacht wordt. Voor de financiering van gemeentelijke inzet zijn de komende jaren geen middelen beschikbaar. Nadat we in 2009 de deconcentratie van de woonwagenlocatie Wieldrechtse Zeedijk grotendeels afgerond hebben, zal de meeste inspanning in 2010 gaan zitten in regulier beheer en onderhoud. Voor het beheer en onderhoud wordt een definitieve keuze gemaakt of het eigendom van de locaties overgedragen zal worden naar de
Begroting 2010
Pagina 50 van 234
corporaties of dat de gemeente het eigendom behoudt. Daarnaast zal in 2010 doorgewerkt worden aan het normalisatie traject met andere overheden. Het funderingsherstel kent een projectmatige aanpak (stadsbrede aanpak funderingsherstel), waarover 2x per jaar uitgebreid separaat wordt gerapporteerd aan de gemeenteraad. Een positieve ontwikkeling is de sinds 22 juli 2009 bekende uitspraak van de Rechtbank (BVFP stelt gemeente aansprakelijk) waarin de gemeente in nagenoeg alle opzichten in het gelijk is gesteld. Het gemeentebestuur wil de hieronder opgenomen verruimde leningsmogelijkheid tot 2012 laten voortduren binnen het beschikbaar gestelde krediet. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Ontwikkelen en herstructureren woonwijken
2011
2012
2013
Saldo's
Product Woonwagens
Lasten
Baten
1.082
388
-694
-651
-641
-632
Monumenten
677
0
-677
-678
-620
-620
4.880
1.100
-3.780
-820
-819
-818
491
0
-491
-467
-467
-467
1.400
0
-1.400
-1.400
-1.400
-1.400
40.105
40.549
444
215
73
1.897
988
4.003
3.015
3.014
3.014
3.015
14
0
-14
-14
-14
-14
241
33
-208
-211
-211
-210
Beheer en ontwikkeling van wijken Planologisch juridisch instrumentarium Wonen Exploitatie bouwgronden wonen Exploitatie gemeentelijke eigendommen Sociaal programma herstructeringswijk Woonruimte zaken Budget Stadsontwikkeling Leefbare wijken Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010 Saldo
-2.955
0
2.955
3.010
2.830
2.860
3.217
48
-3.169
-2.718
-2.433
-2.433
50.140
46.121
-4.019
-720
-688
1.178
3.219
3.640
421
-2.310
-2.226
-4.050
53.359
49.761
-3.598
-3.030
-2.914
-2.872
Pagina 51 van 234
2.4. Werk en Scholing Het hebben van werk is een belangrijke voorwaarde voor een volwaardig bestaan. Om zoveel mogelijk inwoners aan het werk te krijgen en te houden streven wij er naar om de vraag naar en het aanbod van werknemers met elkaar in evenwicht te brengen. Dit vraagt om een goede aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. Het benodigde flankerend economische beleid dat zich bezig houdt met de vraagzijde van de arbeidsmarkt staat beschreven bij het programma ondernemerschap en bereikbaarheid. Sociale zekerheid en Onderwijs zijn beide van invloed op de aanbodzijde van de arbeidsmarkt. Een samenspel van maatregelen op deze terreinen is noodzakelijk om meer mensen aan de slag te krijgen.
Staat van de stad In 2009 heeft ruim driekwart (76%) van de Dordtse beroepsbevolking een middelbaar of hoog opleidingsniveau, vrijwel gelijk aan het landelijke gemiddelde (75%) en het gemiddelde van de G27 (77%). In 2009 is een kentering ontstaan in het landelijke economisch klimaat. Als gevolg van de kredietcrisis is Nederland in een recessie terecht gekomen. Hierdoor is de ingezette daling van aan het aan niet-werkende werkzoekende (nww) gestagneerd. In 2009 is het aantal NWW-ers toegenomen ten opzichte van het vorige jaar. In mei 2009 bedroeg het aantal niet werken werkzoekende 4,9% van de beroepsbevolking in Dordrecht: 2.757 personen. In de arbeidsmarktregio Drechtsteden (dit beslaat een groter gebied dan de GR) was dat 3,5 %. Bijna de helft van de werklozen in Dordrecht is ouder dan 45 jaar (45%). 15% van de groep is jonger dan 27 jaar, en de resterende 40% is tussen 27 en 45 jaar. Het aantal mensen in Dordrecht met een werkloosheids- of arbeidsongeschiktheidsuitkering stijgt en ook het aantal mensen met een uitkering op basis van de Wet Werk en Bijstand (WWB). Op 1 januari 2009 waren dit er 2984 en op 1 juli 2009 3132. De werkloosheid stijgt ook onder kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt: jongeren, ouderen, allochtonen , langdurig werklozen en laag opgeleiden. Het beleid om mensen actief naar werk te begeleiden en de gezamenlijke aanpak van CWI, UWV en SDD is voor veel mensen succesvol. Het opleidingsniveau en daarmee de kansen van Dordtse leerlingen blijft stijgen. Meer leerlingen met een VMBO diploma leren door en komen bij vervolgonderwijs terecht. Het aantal leerlingen dat in Dordrecht een MBO volgt neemt toe. Ook het aantal leerlingen dat in Dordrecht HBO volgt stijgt geleidelijk. Het aantal vroegtijdig schoolverlaters (VSV) daalt. Wat willen we bereiken? Versterken kennisinfrastructuur/integraal arbeidsarbeidsmarktbeleid In de huidige kennissamenleving is het hebben van een opleiding een must. Een diploma (of in jargon: een startkwalificatie) is de eerste vereiste voor een succesvolle start op de arbeidsmarkt en daarmee een voorwaarde voor een zelfstandig inkomen. Dat biedt uiteraard weer mogelijkheden voor volwaardige deelname aan de maatschappij. Hoewel in de kenniseconomie de vraag naar hoger opgeleiden toeneemt, blijft er een grote behoefte aan ondersteunende dienstverlening: beveiliging, cateraars en uitvoerend personeel. Voor dergelijke banen is vooral ook vraag naar geschoold personeel. De werkloosheid in de toekomst is voor Dordrecht en de regio voornamelijk een kwalitatief probleem. Dit onderstreept het belang van goed vraaggericht beroepsonderwijs, vermindering van schooluitval en verbetering van doorstroming binnen het beroepsonderwijs naar de arbeidsmarkt. De regio heeft een sterk aanbod aan hoogwaardige (V)MBO opleidingen. Echter, het aanbod HBO kan nog beter en het WO bevindt zich buiten de regio. De in de regio aanwezige bedrijfstakken vragen steeds meer om (technische) HBO’ers en WO’ers. Een sterke inzet op kennisinfrastructuur is onmisbaar om deze ‘discrepantie’ te verkleinen en op de lange termijn onze regio concurrerend te houden. Ook vanuit het bedrijfsleven wordt dit benadrukt.
Begroting 2010
Pagina 52 van 234
Terugdringen structurele werkloosheid/vergroten werkgelegenheid Na jaren van een aantrekkende economie, is de economische situatie in 2009 gekenterd. De gevolgen van de economische crisis zijn ook in Dordrecht voelbaar. De verwachting is dat de gevolgen van de recessie ook nog in 2010 zichtbaar zijn in de Dordtse economie en arbeidsmarkt als gevolg van de dalende export, minder producentenvertrouwen en afnemende productie. Dit kan consequenties hebben voor het realiseren van onze ambitie in 2010. Onze ambitie in 2010 is een lager aantal niet-werkende werkzoekenden te hebben dan gemiddeld in de G27. Hiervoor blijven we de komende periode actief inzetten op het begeleiden van werkzoekenden door hen te koppelen aan een snelle vacaturevervulling via individuele werkgeverscontacten of vraaggerichte reïntegratietrajecten. Vergroten ontwikkelingskansen jeugd/Terugdringen jeugdwerkloosheid De afgelopen jaren is de jeugdwerkloosheid (jongeren 16-25 jaar) flink teruggedrongen, maar de verwachting is dat de jeugdwerkloosheid opnieuw gaat stijgen als gevolg van de economische crisis. De bestrijding van de jeugdwerkloosheid is een belangrijk speerpunt voor ons. Wij vinden dit ook een regionale opgave, die samen met onze partners vanuit de maatschappelijke instanties, het bedrijfsleven en het onderwijs aangepakt moet blijven worden. Ongediplomeerd schoolverlaten geeft een grote kans op werkloosheid. Wij streven er in regionaal verband naar in 2010 het aantal Voortijdig Schoolverlaters (VSV'ers) in de periode 2008-2011 met 10% jaarlijks te laten dalen. Met het eerder behaald succes in 2007 betekent dit in totaal een afname van 50% VSV in de regio in 2011.
Werk en Scholing Outcomedoelstelling en indicatoren (a)
Versterken onderwijsinfrastructuur
Jaarverslag 0-waarde 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie
aandeel middelbaar of hoger opleidingsniveau - bevolking (a)
64%
66%
66%
66%
65%
Licht
- beroepsbevolking
72%
73%
74%
76%
73%
Licht
6.900
7.000
Licht
1.213
1.200
1.250
Zwaar
aantal leerlingen/studenten in Dordrecht - MBO
6.614
6.592
6.756
- HBO
1.049
1.130
1.189
% laag opgeleiden (max basisonderwijs)
7%
11%
5%
Licht
- autochtonen
4%
5%
2%
Licht Licht
- allochtonen aantal techniek leerlingen MBO aantal techniek leerlingen VMBO
Terugdringen structurele werkloosheid/ vergroten werkgelegenheid totaal aantal niet werkende werkzoekenden (NWW) % lager dan 1 jaar % laagopgeleiden % bevolking 15-64 jaar
28%
23%
1.068
27% 1.037
1.029
982
1.175
Licht
308
308
307
285
339
Licht
Jaarverslag 0-waarde 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
Ambitie 2010 Ambitie
6.557
2.651
2.491
Licht
61%
42%
50%
Licht
53%
61%
60%
8,2%
3,3%
3,1%
G27 5,4%
G27 4,9%
50%
voorspro ng op G27
- aantal
2.352
1.581
1.235
1.094
- % bevolking 15-64 jaar
2,9%
2,0%
1,5%
1,4%
G27: 2,0%
G27: 1,9%
G27: 3,5%
Licht Licht
personen met ww-uitkering:
Begroting 2010
ambitie 2009
Licht Licht voorspro ng op G27
Pagina 53 van 234
Terugdringen structurele werkloosheid/ vergroten werkgelegenheid
Jaarverslag 0-waarde 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie
personen met arbeidsongeschiktheidsuitkering: - aantal
6.108
5.628
5.635
5.620
Licht
- % bevolking 15-64 jaar
7,6%
7,0%
7,0%
7,0%
Licht
G27: 8,0%
G27: 8,0%
G27: 9,2% % WWB-uitk. op totaal aantal huishoud. (nulwaarde 2005)
8,4%
7,2%
6,5%
5,9%
G27: 6,7%
G27: 6,0%
G27: 5,4%
G27: 5,2%
uitstroom WWB naar regulier werk
30%
40%
% betaald werk van niet-schoolgaanden tussen 18-64 jaar
69%
Vergroten ontwikkelingskansen jeugd/ terugdringen jeugdwerkloosheid totaal aantal voortijdig schoolverlaters (nulwaarde 2006) aantal peuters en kleuters met een (leer)achterstand
voorspro ng op G27 Zwaar
33% 66%
Jaarverslag 0-waarde 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
35%
72%
ambitie 2009
Licht Licht
Ambitie 2010 Ambitie
1.526
1.329
1.051
1.112
1.001
Zwaar
396
nb
578
453
Zwaar
64%
nb
63%
80% (b)
Zwaar
672 5,7%
157 (a) 1,4%
135 1,2%
640
Licht Licht
G27: 4,2%
G27: 1,4%
die deelnemen aan een VVE traject (nulwaarde 2004) - % van doelgroep gewichtenleerlingen niet-werkende werkzoekenden onder 23 jaar - aantal - % van totaal mensen <23 (nulmeting 2006)
G27: 1,4%
Cfm G27
aantal bijstandsgerechtigden <25 jaar: - aantal - % bevolking 15-24 jaar
400
270
200
190
310
2,7%
1,9%
1,4%
1,3%
2,0%
G27: 2,0%
G27: 1,4%
G27 : 1,1%
G27 : (halv G27) 1,0%
Licht
Licht
a) verschillende ambities zijn gerelateerd aan het G27 gemiddelde, de verwachting is dat vanwege de recessie de G27 waarden stevig veranderen, de ambitie vanuit Dordrecht wordt daarop aangepast
Wat mag dat kosten? bedragen x € 1.000 Programma Werk en Scholing Thema
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
Saldo
2012
2013
Saldo's
Opgroeien en onderwijs
13.064
943
-12.121
-12.197
-12.047
-12.058
Onderwijshuisvesting
15.224
1.041
-14.183
-16.391
-17.988
-19.569
Arbeidsmarkttoeleiding
49.799
45.416
-4.383
-4.219
-4.098
-4.098
Begroting voor bestemming
78.087
Mutatie reserves Begroting na bestemming
0 78.087
47.400 -30.687 -32.807 -34.133 -35.725 1.597
1.597
657
1.485
3.477
48.997 -29.090 -32.150 -32.648 -32.248
Thema opgroeien en onderwijs Wat gaan we daarvoor doen? Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) In 2010 zetten wij het beleid Voor- en vroegschoolse educatie verder voort. In augustus 2010 krijgen alle gemeenten te maken met de wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie, kortweg OKE. De wet OKE stelt vanaf 1 augustus 2010 eisen aan de kwaliteit, de toegankelijkheid, de toeleiding, hoogte van de ouderbijdrage, spreiding van het aanbod en toezicht en handhaving op het voorschoolse aanbod. Daarnaast versterkt de wet de regierol van de gemeente op het terrein van het totale onderwijsachterstandenbeleid. Voor Dordrecht betekent dit dat wij ons voorschoolse beleid grotendeels kunnen voortzetten en verder uitbouwen. Op een aantal punten zullen wij aanpassingen moeten doen:
Begroting 2010
Pagina 54 van 234
•
• • • •
In Dordrecht is er tot nu toe keuze in het aantal dagen dat een kind gebruik maakt van VVE-aanbod: drie of vier dagen. Gezien de nieuwe wet is het straks verplicht om te werken met programmering van vier dagen per week om onder de vlag van VVE te mogen vallen, en ook voor die financiering in aanmerking te komen. VVE-groepen van 3 dagdelen moeten daarom daar waar mogelijk (afhankelijk van financiële ruimte) omgebouwd naar 4 dagdelen (VVE). Aanbod van 3 dagdelen kan straks dus niet meer worden geschaard onder VVE. Verkleining van de groepsgrootte van 18 naar 16 Uitbreiding van het VVE-aanbod in de kinderdagverblijven Verlaging van de ouderbijdrage voor VVE-groepen naar max.€ 105,- per jaar Toezicht- en handhavingsbeleid aansluiten bij het beleid t.a.v. het toezicht op kinderdagverblijven.
Voortijdig schoolverlaten (VSV) Het bestrijden van voortijdig schoolverlaten is onlosmakelijk verbonden met het jeugdbeleid dat zich ten doel stelt dat jongeren het beste uit zichzelf halen en opgroeien tot zelfstandige burgers die met plezier deelnemen aan het maatschappelijke leven. In dit kader zetten wij in op drie pijlers, namelijk in een aantrekkelijke omgeving voor jongeren, in vroegsignalering en in een sluitende aanpak van jeugdigen (en hun gezinnen) die problemen ervaren in het opgroeien. VSV-bestrijden kan daarbij symptoom bestrijding zijn. Het heeft vaak een signaalfunctie van meervoudige problematiek bij jongeren. Begin 2009 is de nota “Voortijdig Schoolverlaten in Dordrecht, beleid en aanpak in de periode 2008-2011” vastgesteld. Onder andere bevorderen we een samenhangende aanpak van VSV. We willen dat de verantwoordelijkheid voor het VSV beleid, inclusief prioritering, meer bij de scholen zelf komt te liggen. In dit kader hebben de samenwerkende scholen voor VO en MBO voor het schooljaar 2009-2010 een gezamenlijk VSV-activiteitenplan gemaakt. De scholen zetten met name in op: • de realisatie van een bovenschools Zorg Advies Team (ZAT) en externe hulpverlening; • tijdelijk onderwijs als opvangmogelijkheid voor uitvallende leerlingen op het VO; • verbetering van overdracht van (zorg-)leerlingen, (zorg-)dossiers en het zorgaanbod. Een experiment van vervroegde aanmelding van zorgleerlingen (S)BO – VMBO en een doorlopende schoolloopbaanbegeleiding VMBO – MBO is opgestart. Het project “Digitalisering overdracht (zorg- en risico-) leerlingen” wordt toegevoegd als nieuw onderdeel van de VSV aanpak. • taalondersteuning voor jongeren in geïntegreerde trajecten op het MBO; • verbeteren van de interne zorgstructuur op het MBO; • extra begeleiding of ondersteuning aan de internationale schakelklassen. • realiseren van Vakscholen voor het creëren van aantrekkelijk onderwijs. Zie hiervoor ook het Aanvalsplan jeugdwerkloosheid. Educatie Het educatiebeleid is zowel gericht op een goede aansluiting op het beroepsonderwijs, het stimuleren van de individuele persoonlijke ontwikkeling (zelfredzaamheid, participatie) als op het versterken van de sociaal-economische positie van de regio. In de Productovereenkomst Educatie die gemeenten en ROC/Da Vinci College jaarlijks afsluiten, worden de afspraken gemaakt over het educatieaanbod in de Drechtsteden. Al in 2008 is gestart met een ‘aanvalsplan laaggeletterdheid’ gezien het hoge percentage laaggeletterdheid onder de bevolking (ongeveer 13%) en het lage percentage cursisten dat deelneemt aan alfabetiseringscursussen. Dit aanvalsplan wordt in 2010 voortgezet. Extra inzet wordt gepleegd op de bestrijding van laaggeletterdheid onder werkenden: de relatie met het bedrijfsleven wordt hiervoor versterkt; met name wordt hierbij gedacht aan bedrijven die werktijdverkorting hebben aangevraagd. Aan hen worden quick scans aangeboden voor laaggeletterdheid onder hun werknemers en zij krijgen een passend onderwijsaanbod. Ook bij trajecten in de wijken, zoals het project “Achter de voordeur”, wordt extra aandacht besteed aan de herkenning en toeleiding van laaggeletterden naar het onderwijsaanbod voor laaggeletterden.
Begroting 2010
Pagina 55 van 234
Kennisinfrastructuur Voor het project Leonardo ‘experience’ op het Leerpark starten we in 2010 met de bouw van een nieuw centrum Leonardo Plaza, waar leerlingen kunnen leren experimenteren met techniek. Daarnaast zijn er gevorderde plannen voor de realisering van een Duurzaamheidshal op het Leerpark. Doel van beide projecten is om door versterking van de relatie onderwijs – bedrijfsleven en met een aantrekkelijke leeromgeving de belangstelling van jongeren in Dordrecht voor techniek(onderwijs) te bevorderen. Maatschappelijke Stages Maatschappelijke stages (Mas) worden uiterlijk 2011 een verplicht onderwijsonderdeel in het Voortgezet Onderwijs (VO) waarbij leerlingen minimaal 72 uur een stage lopen. In Dordrecht zullen jaarlijks ongeveer 2.000 stageplaatsen gecreëerd moeten worden met voldoende begeleiding en goede aansluiting op het interessegebied van de leerling. Voor de ontwikkeling van de makelaarsfunctie en voor de ontwikkeling van de ondersteuningsinfrastructuur maatschappelijke stages en stimulering vrijwilligerswerk wordt in tweede helft van 2009 gestart met de opzet van een Onderwijsleerbedrijf Maatschappelijke Stages. Dit in samenwerking met alle VO scholen in Dordrecht en het Da Vinci College. Wat mag dat kosten? bedragen x € 1.000 Begroting 2010
Thema Opgroeien en onderwijs
Product Lasten Sluitende aanpak voort. schoolverlaten 3.108 Voor- en vroegschoolse educaties 5.015
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
925
-2.183
-2.220
-2.220
-2.220
0
-5.015
-5.073
-5.126
-5.138
SIS programma
1.110
0
-1.110
-1.092
-1.092
-1.092
Educatie
2.009
0
-2.009
-2.009
-2.009
-2.009
Overige onderwijs aangelegenheden
1.822
18
-1.804
-1.802
-1.599
-1.599
13.064
943
-12.121
-12.196
-12.046
-12.058
Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
0
0
0
0
0
0
13.064
943
-12.121
-12.196
-12.046
-12.058
Thema Arbeidsmarkttoeleiding Wat gaan we daarvoor doen? Inburgering Via een inburgeringsprogramma worden oudkomers en nieuwkomers naar integratie in de Nederlandse samenleving geleid door middel van participatie op de arbeidsmarkt.De uitvoering en het beleid van inburgering vindt voor de 6 Drechtsteden plaats door Sociale Dienst Drechtsteden (SDD). Daarmee is de SDD verantwoordelijk voor het opstellen van de inburgeringagenda. De oorspronkelijke taakstelling van 2100 inburgeringstrajecten in 2007, 2008 en 2009 is n.a.v. (landelijke) opstartproblemen in de inburgering bijgesteld. Het streven is nu om eind 2010 in totaal 2100 inburgeraars op een inburgeringscursus te hebben geplaatst. Om deze taakstelling te halen is in 2009 een nieuwe aanbesteding gestart waardoor een breder aanbod van inburgeringscursussen en meer maatwerk geboden worden. Vooralsnog richt de SDD zich op gemotiveerde inburgeraars. Dit impliceert dat de komende jaren een moeilijker te bereiken restgroep overblijft. Ook blijken praktische overwegingen als kinderopvang en reistijd drempelverhogend te zijn voor potentiële starters aan de inburgeringscursus. Deze aspecten worden in verdere beleidsontwikkeling meegenomen. Naast dit regionale beleid voor de inburgering heeft Dordrecht ook haar eigen invulling met behulp van Participatie van Allochtone vrouwen (zie hiervoor: thema integratie en interculturalisatie, programma Sociale infrastructuur).
Begroting 2010
Pagina 56 van 234
Regionaal arbeidsmarktbeleid en Aanvalsplan jeugdwerkloosheid De focus van het regionaal arbeidsmarktbeleid ligt op het vergroten van (duurzame) arbeidsparticipatie in de regio en het reduceren van de mismatch op de arbeidsmarkt. Daartoe wordt geïnvesteerd in het realiseren van de volgende doelen: Het verbeteren van de arbeidsbemiddeling in de regio (ontwikkeling Werkplein) Het optimaliseren van de samenwerking tussen overheid, onderwijs en ondernemers Het verder ontwikkelen van een branchegerichte werkgeversbenadering Verhogen van het opleidingsniveau van de beroepsbevolking in de regio Verbeteren van de aansluiting onderwijs arbeidsmarkt Bevorderen van de mobiliteit op de arbeidsmarkt o.a. door het organiseren van branche arrangementen waarin sectoraal beleid wordt verknoopt met regionaal beleid Een belangrijk speerpunt voor 2010 is de regionale aanpak van de jeugdwerkloosheid. De uitvoering van de acties die opgenomen zijn in het Actieplan Jeugdwerkloosheid “Geef jongeren een kans” (vastgesteld in 2009) heeft daarin prioriteit. Dit plan is het regionale antwoord op het Kabinetsprogramma ‘Actieplan jeugdwerkloosheid”. Kenmerkend van het aanvalsplan is de (duurzame) multidisciplinaire aanpak en de nauwe samenwerking tussen de drie O’s: overheid, onderwijs en ondernemingen.Het aanvalsplan werkt vanuit bovengenoemde doelstellingen voor het arbeidsmarktbeleid. Naast bovenstaande punten zetten we ons in om het aanvalsplan te verbreden met: • een meerjaren PR-campagne gericht op werkgevers om het marktaandeel vacatures van het UWV Werkbedrijf / Werkplein tenminste te verdubbelen • Versterking van de kennisinfrastructuur en versterking van de relatie onderwijs arbeidsmarkt door versterking van de arbeidsmarkt aan de bovenkant en het voorkomen van voortijdig schoolverlaten door het bieden van aantrekkelijk vraaggericht onderwijs. Bijvoorbeeld met de ondersteuning van Vakscholen. • Maatwerk voor jongeren met een zwakke positie op de arbeidsmarkt bijvoorbeeld door uitbreiding van de Routecoaches naar alle doelgroepen en het ondersteunen van Plusscholen. • Wij vervullen als centrumgemeente een coördinerende rol. Een tweede speerpunt voor 2010 betreft kwalificatieverbetering van de beroepsbevolking. Uitvoering van het project Leren & Werken Drechtsteden en consolidatie van de ontwikkelde regionale structuur w.o. het Leerwerkloket behoort tot de acties. In 2010 wordt verder geïnvesteerd in de samenwerking tussen partijen uit de drie O’s en verdere ontwikkeling van een integrale dienstverlening aan werkzoekenden en werkgevers (Werkplein). Participatiebudget Tot de komst van het Participatiebudget (januari 2009) kregen gemeenten drie geldstromen voor de uitvoering van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB); de Wet Inburgering (WI); en de Wet Werk en Bijstand (WWB). Om mensen gemakkelijker aan een baan te helpen en maatschappelijke participatie te bevorderen, zijn per 1 januari 2009 de gemeentelijke middelen voor volwasseneneducatie, inburgering en re-integratie gebundeld in het Participatiebudget. Vanaf 2010 zal verder jaarlijks € 50 miljoen uit het Rijks-educatiedeel van het Participatiebudget worden ingezet ten gunste van taal en rekenen in het MBO. Hiervoor wordt een Deltaplan rekenen en taal opgesteld. Dit betekent dat er in 2010 een minder groot Educatie budget zal zijn voor de Drechtsteden. Op het moment van het maken van deze tekst is de hoogte van deze vermindering voor de Drechtsteden nog niet exact aan te geven (schatting 2,5 ton). Verder veranderen in 2010 de bestedingseisen van het participatiebudget; de doelgroep waarvoor het budget kan worden ingezet, wordt verruimd. Zo kan het budget bijvoorbeeld worden ingezet voor álle inburgeraars, voor iedereen van 18 jaar en ouder, en ook voor mensen van buiten de eigen gemeente. Ook is inschrijving bij het CWI niet meer noodzakelijk. In de praktijk betekent dat een intensieve af-
Begroting 2010
Pagina 57 van 234
stemming plaats zal vinden tussen de bestedingen vanuit de drie samengevoegde budgetten (WI, WBB, WEB). Wat mag dat kosten? bedragen x € 1.000 Begroting 2010
Thema Arbeidsmarkttoeleiding Product Werk Inburgering Begroting voor bestemming
2012
2013
Saldo's
Lasten
Baten
Saldo
47.437
45.416
-2.021
-1.857
-1.736
2.362
0
-2.362
-2.362
-2.362
-2.362
49.799
45.416
-4.383
-4.219
-4.098
-4.098
0
0
0
0
0
0
49.799
45.416
-4.383
-4.219
-4.098
-4.098
Mutatie reserves Begroting na bestemming
2011
-1.736
Thema Huisvesting onderwijs Wat gaan we daarvoor doen? De gemeente heeft de zorgplicht voor de onderwijshuisvesting. De Verordening Onderwijshuisvesting gemeente Dordrecht vormt het juridisch kader voor de verdere invulling. Op basis van de meest recente bevolkingsprognoses zijn nieuwe leerlingenprognoses samengesteld. Deze bevestigen het beeld van de afgelopen jaren: een structureel sterk teruglopend leerlingenaantal (ongeveer 20% minder leerlingen). De nieuwste gegevens zijn verwerkt in de Herijking van het Integraal Huisvestingsplan 2010. Volgens de planning komen in 2010 de volgende scholen gereed: Het Tij aan de Groenendijk wordt in januari in gebruik genomen. In het voorjaar is de nieuwbouw voor IKRA aan het Spirea gereed; Zowel het Johan de Witt gymnasium als de Bavinckschool krijgen tijdelijke huisvesting, zodat met de sloop kan worden gestart en aansluitend de renovatie en nieuwbouw kan plaatsvinden. In de zomer zijn de nieuwbouw voor school Vest aan de Blekersdijk en de interne aanpassingen van de Geert Grooteschool gereed; Ook wordt in de zomer gestart met de nieuwbouw voor de Julianaschool en de Beatrixschool in Dubbeldam, en met de aanpassing en uitbreiding van het schoolgebouw van de Repelaer aan de Standhasenstraat. In het najaar is de nieuwbouw voor de Ds. Bogermanschool op het Leerpark gereed; De fundering van school Muhring zal worden aangepast. Voor de Ambachtschool aan de Reeweg-Oost wordt een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd. De uitslag van dit onderzoek is bepalend voor de verdere planvorming met betrekking tot dit gebouw. Via een zogenaamd stoplichtenmodel gaan wij twee keer per jaar (juni en december) afwijkingen op de planning signaleren. Ook de reden van de vertraging zal worden vermeld. Op het Leerpark wordt een aantrekkelijke omgeving voor jongeren gerealiseerd die er aan bijdraagt dat zij hun schoolloopbaan tot een goed einde brengen. De schoolgebouwen en het Sportgebouw zijn gerealiseerd. In de eerste helft van 2010 wordt een start gemaakt met Leonardo Experience, dat vervolgens een jaar later gereed zal zijn. Wat mag dat kosten? bedragen x € 1.000 Thema Onderwijshuisvesting
2012
2013
Saldo's
Lasten 15.224
1.041
-14.183
-16.391
-17.988
-19.569
Begroting voor bestemming
15.224
1.041
-14.183
-16.391
-17.988
-19.569
Begroting na bestemming
Baten
2011
Product Huisvesting onderwijs Mutatie reserves
Begroting 2010
Begroting 2010 Saldo
0
1.597
1.597
657
1.485
3.477
15.224
2.638
-12.586
-15.734
-16.503
-16.092
Pagina 58 van 234
2.5. Ondernemerschap en Bereikbaarheid Staat van de stad De aantrekkelijkheid van Dordrecht als stad wordt in niet geringe mate bepaald door de economische structuur. Opvallend is dat de stad relatief veel nietcommerciële diensten heeft en weinig zakelijke diensten. Specifieke kenmerken van de structuur zijn de aanwezigheid van – qua werkgelegenheid - relatief grote sectoren industrie, zorg, bestuur en onderwijs en kleine sectoren zakelijke diensten, horeca en landbouw. Het detailhandelsaanbod in Dordrecht en de Drechtsteden ligt ongeveer op het Nederlandse gemiddelde. Het aantal horecavestigingen blijft achter. Vooral in de zorgsector en de zakelijke dienstverlening is groei zichtbaar qua werkgelegenheid. Ook toerisme maakt een positieve ontwikkeling door. Dordrecht omvat bijna de helft van de werkgelegenheid van de regio Drechtsteden. Een groot deel van de Dordtse beroepsbevolking werkt niet in Dordrecht, maar in de regio Drechtsteden. In Dordrecht zien we vanaf 2005 een stijging van het aantal arbeidsplaatsen (≥12 uur) van 49.000 naar bijna 51.000 arbeidsplaatsen per 1-12008. In de Drechtsteden als totaal zien we in diezelfde periode juist een daling: van 106.000 arbeidsplaatsen in 2005 naar 99.829 eind 2007. Het aandeel van arbeidsplaatsen in Dordrecht binnen de Drechtsteden is hiermee toegenomen: van 48% in 2005 naar 50% in 2007. Voor wat betreft de omvang van de Dordtse beroepsbevolking is een stabilisatie te zien. Sinds 2004/2006 is de beroepsbevolking gelijk gebleven op een totaal van ongeveer 55.000 personen. Dordrecht heeft dus minder banen dan de omvang van de beroepsbevolking, maar door de groei van de werkgelegenheid begint dit wel naar elkaar toe te groeien. De regio Drechtsteden biedt in potentie een goed vestigingsklimaat aan bedrijjven en ondernemers. Binnen de regio is Dordrecht gunstig gelegen aan hoofdtransportassen en nabij grote steden. De bereikbaarheid van de stad per auto en openbaar vervoer is goed, hoewel de bereikbaarheid tijdens de spits per auto in de afgelopen jaren is afgenomen. De waardering van Dordtse ondernemers voor de bereikbaarheid van Dordrecht met de auto is in de periode 2004-2007 gestegen van een 6.8 naar een 7.0. De bereikbaarheid van Dordrecht met het openbaar vervoer werd in 2007 gewaardeerd met een 6.2. Recente cijfers over de waardering van de bereikbaarheid zijn niet beschikbaar. Wat willen we bereiken? Dordrecht heeft een unieke ligging binnen het stedelijk netwerk de Zuidvleugel (onderdeel van de Randstad). Dordrecht vormt voor het zuiden de poort naar de Randstad en andersom voor de Randstad de poort naar Zuid-Nederland en Antwerpen. De Randstad is onderverdeeld in een Noord- en Zuidvleugel. Verschillende onderzoeken hebben aangetoond dat de Zuidvleugel een relatieve achterstand heeft in zijn ontwikkeling ten opzichte van de Noordvleugel. Ten aanzien van de leefbaarheid, de economische structuur en de kwaliteit van het wonen is de Deltapoort waarin de Drechtsteden liggen - een zwakke schakel in de Zuidvleugel. Dit heeft te maken met een onbalans tussen de kwaliteit van de leefomgeving en de economie/infrastructuur in het gebied. Daarom willen we investeren in die elementen die deze ”poort”-positie versterken, zoals de mobiliteit en gebiedsontwikkelingen als de Zeehavens, Amstelwijck, Dordtse Kil en Maasterras. De hoofddoelstelling van het programma Ondernemerschap en bereikbaarheid is het bevorderen van de economische groei in Dordrecht en de Drechtsteden. In het MJP hebben we de ambitie geformuleerd om de economische concurrentiepositie te stimuleren. De binnenstad speelt hierin een belangrijke rol. We streven naar meer bezoekers, zowel van buiten de Drechtsteden als uit de Drechtsteden zelf. Dordrecht moet in toenemende mate concurreren met andere aantrekkelijke winkelgebieden binnen en buiten de eigen regio. Het is onze ambitie om de koopkrachtbinding tenminste gelijk te houden.
Begroting 2010
Pagina 59 van 234
Stimuleren economische concurrentiepositie en verbreden economische structuur Een belangrijk onderdeel van de economische concurrentiepositie vormt de bereikbaarheid en beschikbaarheid van voldoende en kwalitatief goede vestigingslocaties. De ligging van Dordrecht/Drechtsteden aan multimodale transportassen over de weg, water en spoor zorgt ervoor dat deze regio een goed vestigingsklimaat kan bieden. Voor bedrijven vormt dit een belangrijke reden om zich in Dordrecht of in de Drechtsteden te vestigen. Wij streven ernaar om de waardering van het ondernemingsklimaat in Dordrecht op het G27 gemiddelde te houden. In 2005 was dat het geval, in 2007 bedroeg het gemiddelde voor G27 een 6,7. De meest recente gegevens voor Dordrecht stammen uit 2007, ondernemers waarderen in dat jaar het ondernemingsklimaat met een 6,6. Over 2008 en 2009 zijn (nog) geen onderzoekscijfers beschikbaar. Dit maakt het lastig om tot een juiste beoordeling te komen, afgezet tegen het G27 gemiddelde. Wel blijkt uit de Bedrijvenpeiling Dordrecht 2008, uitgevoerd Onderzoekscentrum Drechtsteden, dat het overgrote deel van de ondernemers de inzet van de gemeente voor het verbeteren van het ondernemingsklimaat als positief beoordeelt. Daar staat wel tegenover dat ondernemers in Dordrecht ten opzichte van het G27 gemiddelde met een 5,7 een relatief laag cijfer toebedelen aan de gemeentelijke dienstverlening aan ondernemers. Overigens lopen de cijfers in G27 verband weinig uiteen; de rapportcijfers voor de gemeentelijke dienstverlening altijd tussen een 5,5 en een 6,5, met een incidentele uitschieter naar boven. Tevens heeft het oordeel over de gemeentelijke dienstverlening voor een niet onbelangrijk deel te maken heeft met beeldvorming. Bedrijven mét contacten met de gemeente in de afgelopen twee jaar oordelen positiever dan bedrijven die de afgelopen twee jaar geen contact hebben gehad met de gemeente. Ten aanzien van de waardering van het vestigingsklimaat (ligging, bereikbaarheid en voorzieningen) kennen de ondernemers een gemiddeld rapportcijfer toe van een 6,3. Ondernemers op de bedrijventerreinen zijn het meest tevreden (gemiddeld oordeel 6,6). Ondernemers in de binnenstad zijn het minst te spreken over het totale vestingklimaat (5,8). Tenslotte wijst het onderzoek uit dat ondernemers de relatief lage waardering voor de gemeentelijke dienstverlening zelf niet zwaar meewegen in hun totaaloordeel van het ondernemingsklimaat in Dordrecht. In dit totaaloordeel heeft het vestigingsklimaat een zwaarder gewicht. Zeker in de veranderende economische omstandigheden zullen we blijven inzetten op verbreding van de economische structuur en het versterken van de economische concurrentiepositie, door actief nieuwe bedrijvigheid aan te trekken, passend bij het profiel van de stad en de toekomstige bevolking. Dit betekent dat we inzetten op het aantrekken van bedrijven uit alle sectoren en in het bijzonder op: horeca, toerisme, zorg en zakelijke dienstverlening. Bij toerisme moet dit leiden tot een stijging van het aantal bezoekers aan de stad. De zorgsector is een groeiende sector waar grote kansen liggen. De invloed die we als gemeente hebben op de economie is beperkt. Daarom vinden we de betrokkenheid van het bedrijfsleven bij ons economisch beleid ook van essentieel belang, om in te kunnen spelen op de ontwikkelingen die zich voordoen. Met betrekking tot het verbeteren van de bereikbaarheid zijn we deels afhankelijk van hogere overheden, vooral waar het rijkswegen en provinciale wegen betreffen. Voor de binnenstedelijke verkeersproblematiek zijn we wel zelf verantwoordelijk voor de aanpak. Verbeteren van het innovatieve vermogen Het is ons streven om een innovatief klimaat in de stad tot stand te brengen, waardoor we een aantrekkelijke vestigingsstad voor bedrijven blijven. Voor het verbeteren van het innovatief vermogen vinden we het aantal banen in groeisectoren en creatieve bedrijfstakken én het aantal startende ondernemers van belang. De Atlas voor Gemeenten meet het aantal banen in de creatieve bedrijfstakken en in groeisectoren en plaatst dit in een rangorde van de 50 grootste steden van Nederland. Voor 2009 is alleen een actuele meting beschikbaar voor het onderdeel “aantal banen in groeisectoren”, daar is Dordrecht gezakt naar plaats 44 op de ranglijst (0-waarde in 2006 was 42, in 2007 en 2008 was een lichte stijging te zien naar plaats 38 en 37).
Begroting 2010
Pagina 60 van 234
Voor het onderdeel van de ranking wat betreft “banen in creatieve bedrijfstakken” en het aantal starters zijn geen actuele gegevens beschikbaar. In 2007 en 2008 was op beide onderdelen een groei zichtbaar. Vergroten van de aantrekkingskracht van de stad Het vergroten van de aantrekkingskracht van de stad en regio op het gebied van historie, cultuur en natuur moet resulteren in meer bezoekers. Wij streven ernaar om in 2009 en in 2010 respectievelijk 2,5 miljoen en 2,8 miljoen toeristische bezoeken per jaar te bereiken. Volgens de meest recente meting van het CVO lag het aantal toeristische bezoeken in 2008 op 1.515.000. Dit is ongeveer gelijk gebleven ten opzichte van de vorige meting over 2007. CVO berekent het aantal bezoeken van buiten Dordrecht, exclusief vanuit het buitenland. Het CVO werkt met een relatief kleine steekproef, wat invloed heeft op de betrouwbaarheid van de uitkomsten. Het is betrouwbaarder om uit te gaan van de meting van het aantal bezoekers, omdat daarbij met een grotere steekproef wordt gerekend. In dit cijfer is een lichte stijging te zien ten opzichte van de vorige meting: van 670.000 bezoekers naar 710.000 bezoekers bij de recente meting over 2008. Het aantal bezoekers aan evenementen is ook licht toegenomen ten opzichte van 2007. In 2008 bezochten in totaal 1,1 miljoen mensen de grote en kleinere Dordtse evenementen. We streven ernaar in 2010 voor wat betreft bezoekersaantallen weer het niveau van 2004 te kunnen halen na oplevering van de grote projecten in en rondom de binnenstad. Verbeteren van de (economische) bereikbaarheid Consumenten stellen steeds hogere eisen aan de bereikbaarheid van sociale, culturele en economische voorzieningen. Ook bedrijven en werknemers stellen hoge eisen aan de bereikbaarheid van bedrijvenlocaties. De bereikbaarheid via openbaar vervoer en/of wegennet is voor ondernemers één van de belangrijkste afwegingen bij vestiging in stad of regio. Hoewel de gemiddelde reisduur per auto in de spits en in de daluren de afgelopen jaren is toegenomen, geven ondernemers in Dordrecht toch aan dat de bereikbaarheid per auto goed is. In 2004 waardeerden de Dordtse ondernemers de bereikbaarheid van Dordrecht met de auto met een 6.8. In 2007 steeg deze waardering naar een 7,0. Ons streven voor 2010 is ook een 7,0 voor de waardering van ondernemers. De waardering van de bereikbaarheid van de stad per openbaar vervoer en de waardering van de parkeermogelijkheden liet bij de meest recente meting (2007) juist een afname zijn. Er zijn nog geen nieuwe meetgegevens beschikbaar, waardoor het onduidelijk is of het beeld op dit punt veranderd is. Het nieuwe parkeerbeleid moet in 2010 en verder zijn vruchten gaan afwerpen in de waardering van de bereikbaarheid en parkeermogelijkheden. Daarnaast is het fietsbeleid erop gericht om een aantrekkelijk een veilig fietsklimaat te creëren. Verbeteren van de veiligheid op bedrijventerreinen Ten slotte vinden wij het belangrijk dat onze bedrijventerreinen veilig zijn. Voor ondernemers is dit een belangrijke factor om hier te blijven, danwel - indien er veel onveiligheid is - om te vertrekken. Het beveiligen van de eigen onderneming en kavel op de bedrijventerreinen is de verantwoordelijkheid van de ondernemers zelf. Wanneer de ondernemers aangeven hun bedrijventerrein collectief te willen beveiligen, zullen wij dit initiatief ondersteunen door een aanzet te geven voor een deel van de fysieke maatregelen die nodig zijn om een bedrijventerrein te beveiligen. Wel is in de businesscase Westelijke Dordtse Oever (WDO) de realisatie van een beveiligde vrachtwagenparkeerplaats opgenomen. Met het collectief beveiligen van bedrijventerreinen willen we het aantal delicten in 2010 met tenminste 20% verminderen. In de meting wordt een drietal terreinen onderzocht: Zeehaven, Louter Bloemen en Dordtse Kil 3.
Begroting 2010
Pagina 61 van 234
Wat willen we bereiken?
Ondernemerschap en Bereikbaarheid Outcomedoelstelling en indicatoren
Stimuleren economische concurrentiepositie rapportcijfer ondernemingsklimaat = G27
0-waarde
Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010
Ambitie
6,5
6,6
G27
280.000
265.000
310.000
Licht
67/17/16
62/16/22
60/17/23
Zwaar
- winkelaanbod
7,2
7,1
7,8
Licht
- openbare ruimte
7,0
6,9
7,3
Licht
- sfeer
6,9
7,1
7,2
Licht
- horeca tijdens winkelen1
6,9
7,1
7,0
Gelijk
- horeca na winkelen
6,3
6,8
6,6
Licht
aantal bezoekers binnenstad per week verdeling bezoekers binnenstad Dordrecht/regio/rest in %
Gelijk
tevredenheid bezoekers binnenstad
koopkrachtbestedings % niet-dagelijks - Drechtsteden-Drechtsteden
80%
80%
Gelijk
- Drechtsteden-Dordrecht
40%
40%
Gelijk
- Drechtsteden-Dordt Centrum
24%
24%
Gelijk
- Dordrecht-Dordrecht
75%
75%
Gelijk
- Dordrecht-Dordrecht Centr.
49%
49%
Gelijk
Verbreden economische structuur aantal werkzame personen totaal en naar alle sectoren - totaal - landbouw
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010
Ambitie
49.408
50.058
50.642
50.968
51.488
Licht
161
192
188
=
=
gelijk
- industrie
7.097
7.141
7.246
=
=
gelijk
- bouwnijverheid
4.219
4.166
4.165
=
=
gelijk
- reparatie/handel
7.956
7.891
8.073
=
=
gelijk
- horeca
1.009
990
945
+
+
Licht
- vervoer/opslag/communicatie
3.465
3.550
3.112
=
=
gelijk
- zakelijke dienstverlening
6.460
6.818
7.123
++
++
zwaar
- openbaar bestuur en onderwijs
7.458
7.322
7.430
=
=
gelijk
- gezondheidszorg/welzijn
9.368
9.898
10.362
++
++
zwaar
- overige dienstverlening (o.a. toerisme)
2.215
+
+
licht
Verbeteren van het innovatief vermogen ranking in atlas m.b.t. banen creatieve bedrijfstakken ranking in atlas m.b.t. banen in groeisectoren aantal startende ondernemers
Vergroten aantrekkingskracht Dordrecht aantal toeristische bezoeken
0-waarde 39
2.090 Jaarverslag 2007 36 38
37
811
900
0-waarde 2,8 mln
Jaarverslag 2007
820.000
aantal bezoekers evenementen
900.000
800.000
aantal overnachtingen in logiesaccommodaties
195.000 205 244 mln
301
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
34
42
aantal toeristische bezoekers
toeristische recreatieve bestedingen
1.998 Jaarverslag 2008
679
2 mln (06) 690.000
aantal riviercruiseschepen
Begroting 2010
0-waarde
Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2008
36 44
actuele nieuwe meting 1,5 mln
670.000
710.000
1.082.000
35
Ambitie Licht
39
38
Licht
700
700
gelijk
ambitie 2009
1,5 mln
245
Ambitie 2010
Ambitie 2010
Ambitie
2,5 mln
2,8 mln
zwaar
1.065.000
1.065.000
licht
200.000
210.000
licht
zwaar
280
300
zwaar
270 mln
zwaar
Pagina 62 van 234
Verbeteren van de bereikbaarheid
0-waarde
Jaarverslag 2008
Jaarverslag 2007
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010
Ambitie
rapportcijfer ondernemers over - bereikbaarheid per auto
6,8
7,0
7,0
Licht
- bereikbaarheid per ov
6,6
6,2
6,8
Licht
- parkeermogelijkheden
6,2
6,1
6,4
Licht
rapportcijfer bezoekers niet-dagelijkse sector binnenstad - bereikbaarheid per auto
6,4
6,6
Licht
- bereikbaarheid per ov
7,4
7,6
Licht
- parkeermogelijkheden
6,4
6,8
Licht
gemiddelde reisduur per auto in spits
21,7
22,4
21,6
21,5
Licht
gemiddelde reisduur per auto in daluren
20,5
21,3
20,5
20,5
Gelijk
bezettingsgraad parkeergarages BS op zaterdag
84%
79%
bereikbaarheid per fiets
96
100
rapportcijfer fietsklimaat
5,8
Verbeteren van de veiligheid op bedrijventerreinen
0-waarde
rapportcijfer veiligheid op bedrijfslocaties aantal aangiftes (Louterbloemen, DK3, Zeehaven)
Jaarverslag 2008
Jaarverslag 2007
6,6
6,6
87
71
actuele nieuwe meting
85%
Zwaar
96
96
Gelijk
6,0
6,1
Licht
ambitie 2009
Ambitie 2010 7,0
51
48
bedragen x € 1.000
Thema
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
Saldo
2012
2013
Saldo's
Ontw, beh en herstr bedrijfsterreinen
9.693
11.354
1.661
146
83
87
Verbeteren bereikbaarheid
8.148
7.394
-754
-608
-531
-502
Economische structuurversterking Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
8.220
1.486
-6.734
-5.897
-5.688
-5.682
26.061
20.234
-5.827
-6.359
-6.136
-6.097
2.119
1.089
-1.030
468
426
419
28.180
21.323
-6.857
-5.891
-5.710
-5.678
Thema Ontwikkelen, beheer en herstructurering bedrijventerreinen Wat gaan we daarvoor doen? Bedrijfsterreinen Om de groei en ontwikkeling van de regionale en Dordtse economie te accommoderen ontwikkelen we nieuwe bedrijventerreinen en worden verouderde bedrijventerreinen geherstructureerd of gerevitaliseerd. De bedrijventerreinenstrategie van de Drechtsteden, genaamd ‘De Drechtse Poort’ is voltooid. In 2009 is de Uitvoeringstrategie Bedrijventerreinen vastgesteld waarbij is besloten om als regio te sturen op 6 clusters van bedrijventerreinen. Daarnaast is de Natte Bedrijventerreinenstrategie vastgesteld als uitwerking. Op dit moment wordt gewerkt aan de uitwerking van de 6 clusters die eind 2009 resulteren in een uitvoeringsprogramma dat in 2010 zal worden vastgesteld. Samen met de betreffende gemeenten en de ROM-D wordt tevens in 2010 een realisatiestrategie ontwikkeld om tot uitvoering over te gaan. In 2008 is onder de vlag van het ministerie van Economische Zaken een businesscase Westelijke Dordtse Oever ingediend. In april 2009 is een convenant getekend met Rijk, Provincie en Havenbedrijf Rotterdam. Het maatregelenpakket moet uiterlijk 2020 zijn uitgevoerd. In 2010 dienen we te starten met de integrale uitvoering
Begroting 2010
Licht Zwaar
Wat mag het kosten?
Programma Ondernemerschap en Bereikbaarheid
Ambitie
Pagina 63 van 234
van de businesscase: fly-over N3-A16, nieuwe extra aansluiting A16 Dordtse Kil IV, zonering en herstructurering DK I en II, vrachtwagenparking, Masterplan Zeehaven, bodemsanering woonwagenkamp, versneld duurzaam ontwikkelen DK IV. Een optimale economische benutting van het Zeehavengebied blijft (ook binnen de businesscases) centraal staan. Sinds 2004 heeft de Zeehaven te kampen met forse beperkingen door geluidhinderproblematiek. Om dit probleem aan te pakken heeft de gemeente het programma Revitalisering Zeehavengebied opgesteld. Op basis van het masterplan Zeehavens (2007) is in 2008 de revitalisering van het gebied samen met belanghebbenden gestart. In 2009 is gestart met een studie naar de mogelijkheden van een vergaande vorm van samenwerking met het Havenbedrijf Rotterdam bij ontwikkeling, exploitatie en beheer van de zeehaven. In 2010 zal de benodigde verdere uitwerking plaatsvinden. Daarbij wordt gewerkt aan de volgende deelproducten: gebiedsvisie, businesscase en een organisatiemodel. In het gebied Merwedehavens gaan we investeren in de sociaal-economische structuur. De 1e en 2e Merwedehaven moeten worden gerevitaliseerd. In de 1e Merwedehaven moet een goede balans worden gevonden tussen wonen en werken. Voor de Oostpoort wordt een ontwikkeling als funpoort voorgestaan, met daarbij ruimte voor een eventueel nieuw voetbalstadion. De 3e Merwedehaven zal tot 2017 in gebruik zijn als stort. Kantoren Naast de bedrijventerreinenstrategie hebben de Drechtsteden ook een regionaal kantorenstrategie vastgesteld. Prioritering, profilering en programmering zijn nodig om de aantrekkende markt goed te bedienen. Het Maasterras is een van de te ontwikkelen locaties. Met het project Maasterras worden bijzondere en aantrekkelijke woonwerkmilieus gecreëerd, die ruimte bieden voor werkgelegenheid in de zakelijke dienstverlening. Het Maasterras is een beeldbepalend project dat bijdraagt aan de ontwikkeling van de Deltapoort: de zone tussen Rotterdam en Dordrecht. In dit omvangrijke project werken we samen met onze buurgemeente Zwijndrecht (voor nadere toelichting op Deltapoort zie thema ‘Economische structuurversterking’). De gemeenteraden van Dordrecht en Zwijndrecht hebben in 2005 het Masterplan Maasterras en in 2007 de ontwikkelingsstrategie vastgesteld. In 2008 is een visiedocument op het Maasterras opgesteld. In 2009 is deze visie in concrete producten uitgewerkt: structuurvisie voor het desbetreffende gebied, een realisatiestrategie en grondexploitatie. In 2010 volgt nadere uitwerking. Een andere kantorenlocatie in Dordrecht is het Businesspark Amstelwijck. Naast kantoren vindt gronduitgifte voor bedrijven plaats. Tot 2023 wordt er grond uitgegeven voor 70.000 m2 bvo kantoren en 35.000 m2 bvo bedrijven. Hierover zijn specifieke afspraken vastgelegd in een ontwikkelingsovereenkomst met de v.o.f. Amstelwijck. Dit betekent dat er per jaar circa 4.000 m2 bvo kantoren en 2.000 m2 bvo bedrijven wordt uitgegeven. Het Businesspark Amstelwijck kan werkgelegenheid bieden aan totaal 4.200 mensen. Ondanks de huidige economische situatie zal ook in 2010 sterk worden ingezet op acquisitie voor dit gebied. Acquisitie en Ondernemersloket De uitvoerende taken rondom (bovenregionale, nationale en internationale) promotie en acquistie zullen in 2010 worden overgedragen aan de ROM-D. De acquisitie richt zich op 2 niveau’s: ruimtelijk en inhoudelijk. • Ruimtelijk trachten we vooral marktpartijen aan de trekken voor Dordtse Kil III, Amstelwijck, Gezondheidspark, Leerpark, Zeehavens en Creatieve Broedplaatsen. • Inhoudelijk richten we ons vooral op de speerpuntclusters maritiem en logistiek, alsmede op zakelijke dienstverlening, horeca, zorg en creatieve economie De promotie richt zich op: • Bekend maken van stad (en regio) met uitstekend ondernemings- en vestigingsklimaat. • Het informeren van ondernemers over het bestaan van het Ondernemersloket
Begroting 2010
Pagina 64 van 234
• •
Het bedrijfsleven informeren over nieuw en bestaand gemeentelijk beleid Het informeren van ondernemers over (stimulerings)regelingen ter bevordering van economische ontwikkeling
Relatiebeheer ed. • Mentorenproject: het realiseren van 20 mentorenprojecten, waarbij een ervaren ondernemer een startende ondernemer begeleidt • Het minimaal 2 x per jaar uitvoeren van een speciaal welkomstprogramma – Gast in Eigen Stad voor Bedrijven – gericht op nieuwe bedrijven in Dordrecht • Het circa 3 x per jaar organiseren van ondernemersbijeenkomsten, op een creatieve en vernieuwende manier (vb. thematische ondernemersontbijten) worden ondernemers geïnformeerd over bijvoorbeeld het gemeentelijk beleid • Het 1 x per jaar organiseren van een feestelijke bijeenkomst voor jubilerende bedrijven (25, 50, 75, 100 jaar enz.) • Het afleggen van circa 50 bedrijfsbezoeken per accountmanager op basis van een accountplan, waarbij een onderverdeling is in strategisch belangrijke, grotere bedrijven voor Dordrecht (bv. bezoek 1 x per jaar), middensegment (bv. bezoek 1 x per 3 jaar) en kleinere bedrijven (bv. bezoek 1 x per 5 jaar) Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Ontwik, beh. en herstr. Bedrijfsterreinen Product Droge / natte bedrijven Exploitatie economische ontwikkeling Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
2011
2012
2013
Saldo's
Lasten
Baten
134
148
Saldo 14
15
17
9.559
11.206
131
66
68
9.693
11.354
1.647 1.661
146
83
87
1.724
8
-1.716
-201
-139
-141
11.417
11.362
-55
-55
-56
-54
19
Thema Verbeteren bereikbaarheid Wat gaan we daarvoor doen? Door de ligging van Dordrecht aan transportassen over de weg, water en spoor is de bereikbaarheid van de stad een sterk punt. Dat willen we zo houden, want al eerder hebben we opgemerkt dat bereikbaarheid een steeds belangrijker vestigingsfactor wordt. De bereikbaarheid van Dordrecht en in het bijzonder de binnenstad, willen we verbeteren met het uitvoeren van maatregelen ten behoeve van het optimaal benutten van het hoofdwegennet, het bieden van voldoende parkeerruimte, het versterken van het openbaar vervoer (vooral richting Binnenstad), het versterken van de positie van fietser en voetganger en het verbeteren van de verkeersveiligheid. Deze maatregelen staan uiteengezet in het Mobiliteitsplan Dordrecht 2006-2015. In 2008 is gestart met het project Stationsomgeving. Eind 2009 zijn het nieuwe rayonkantoor en nieuwe fietsenstalling opgeleverd. In 2010 zal gewerkt worden aan de herontwikkeling van het plein voor het station en de bouw van het definitieve busstation. In december 2010 wordt het totale project opgeleverd. Met de toename van de mobiliteit én de stedelijke ontwikkeling neemt ook de vraag naar parkeren toe. Om de vindbaarheid te verbeteren wordt in 2010 het verouderde parkeerverwijssysteem vervangen. We verwachten in 2010 de parkeergarage aan het Achterom en op de Sportboulevard te kunnen opleveren. Vervolgens denken we na de verhuizing van het Da Vinci College van de Steegoversloot het pand voor de tijdelijke huisvesting van het Johan de Wittgymnasium te benutten en vervolgens in 2012 te kunnen starten met de parkeergarage Steegoversloot. Waarschijnlijk al in 2011 zal een start worden met de realisatie van de extra openbare parkeergarage aan het Kromhout. Het parkeerterrein (P+R functie) aan de Wees-
Begroting 2010
Pagina 65 van 234
kinderendijk zal in 2010 tevens worden uitgebreid met 280 parkeerplaatsen. Het gratis parkeren voor invaliden zal, na vaststelling van de wettelijke basis daarvoor, geïmplementeerd worden. Bij het nemen van maatregelen ten behoeve van het fietsverkeer worden de uitgangspunten van de herijkte nota “Dordt Fietst door” gehanteerd. In 2010 worden de eerste maatregelen uit de nota uitgevoerd. Het gaat daarbij om kleinschalige maatregelen, zoals aanbindmogelijkheden in de binnenstad, een verbetering van de situatie voor fietsers bij het Wellantcollege en de verbetering van de aansluiting van het fietspad Zuidendijk – Karel Doormanweg. Het gebruik van het openbaar vervoer willen we stimuleren. In 2010 zullen na een eerder mislukte aanbesteding de contracten voor de Waterbus opgesteld kunnen worden. Ook wordt in de eerste helft van 2010 het gratis openbaar vervoer voor ouderen in Dordrecht verder gecontinueerd. Begin 2010 zal de proef geëvalueerd worden. De proef met nachttreinen richting Breda loopt ook in 2010 nog door. Bij de belangrijke bushaltes worden de reizigers via het Dynamisch Rei(ziger)s Informatiesysteem (DRIS) op de hoogte gesteld van de meest actuele informatie over het openbaar vervoer. In 2010 zal de laatste tranche informatiepanelen worden geinstalleerd. Afhankelijk van de provinciale subsidie zal ook in 2010 een deel van de bushaltes toegankelijk gemaakt worden voor minder-validen. Eind 2010 zal dan ruim 40% van de bushaltes in Dordrecht toegankelijk zijn. In 2010 zullen majeure projecten als doorstroming Provincialeweg, verbreding Mijlweg en fly-over voor de aansluiting N3/A16 verder zijn geconcretiseerd en deels al voorbereid zijn op definitieve uitvoering. Alleen door uitvoering van deze projecten is de bereikbaarheid van de oostelijke stadsdelen en westelijke bedrijfsterreinen inclusief Zeehavens ondanks groeiende mobiliteit en toename van programma te garanderen. Daarnaast zullen in 2010 onderdelen van de VRI-nota ter bevordering van de doorstroming worden uitgevoerd. Daarnaast zal als onderdeel van de aanpak van de Westelijke Dordtse Oever worden gewerkt aan een extra aansluiting op de A16 en het verbeteren van de relatie tussen Zeehaven en Dordtse Kil III en IV door middel van het verbeteren van de ontsluiting over de te verzwaren dijk langs de Dordtsche Kil. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Verbeteren bereikbaarheid
Begroting 2010
Product Lasten Hoofdinfrastructuur (auto, fiets, water e 1.261 Parkeren Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
5
-1.256
-1.155
-1.155
6.887
7.388
547
624
652
8.148
7.393
501 -755
-1.155
-608
-531
-503
233
479
246
230
225
220
8.381
7.872
-509
-378
-306
-283
Thema Economische structuurversterking Wat gaan we daarvoor doen? IMPULS Een goede kennisinfrastructuur is één van de belangrijkste pijlers voor een goede en duurzame ontwikkeling van Dordrecht en de Drechtsteden. Wij werken aan het ontwikkelen van kwalitatief meer en beter onderwijs, het verhogen van het gemiddelde opleidingsniveau en het versterken van onderwijsprogramma’s door deze meer te richten op de competenties voor het bedrijfsleven nu en de komende jaren. Kennis en kennisontwikkeling worden steeds belangrijker voor economische ontwikkelingen op alle sectoren in de stad en regio. De beschikbaarheid van (unieke en innovatieve) kennis is een belangrijk competitief voordeel, voor zowel bedrijven als non-profitorganisaties in de stad.
Begroting 2010
Pagina 66 van 234
Bij het einde van de Economische Adviesraad Dordrecht (EAD) is geconstateerd dat met tevredenheid kan worden teruggekeken op ruim drie jaar EAD en dat de eindconclusie positief was. Tegelijkertijd moesten worden geconstateerd dat nog niet alles gerealiseerd was, en ook dat nieuwe initiatieven noodzakelijk blijven. Dus ook in 2010 moeten binnen Dordrecht zowel de gemeente, maar ook de bedrijven en instellingen de aankomende periode bewijzen dat ze, juist ook in moeilijke (markt)omstandigheden, in staat zijn de andere manier van werken van de EAD op eigen kracht voort te zetten. De vraag ligt voor hoe Dordrecht als lokale overheid de overdracht van relevante kennis van kennisinstellingen naar het bedrijfsleven zo goed mogelijk kan faciliteren. HBO instellingen zijn – binnen het hoger onderwijs- belangrijke partners omdat deze beroepsopleidingen per definitie bijna een sterke verwantheid met het bedrijfsleven hebben door projecten, stage en praktijkgerichtheid. Ter stimulering van de werkgelegenheid en ten behoeve van het vernieuwen van het beroepsonderwijs is aanvulling van een aantal opleidingen cq. instituten noodzakelijk. Hierbij zal onder andere worden aangesloten bij de uitkomsten van de regionale discussie over ‘Pieken in de Drechtsteden’. Gemeente Dordrecht zal hierbij een belangrijke (faciliterende) rol moeten spelen naar zowel het bedrijfsleven als verschillende onderwijsinstellingen. Nu het verzamelgebouw voor hbo-instellingen aan het Achterom onderdak biedt aan ruim 1.200 uur hbo-studenten en zowel Hogeschool Rotterdam, INHolland, Da Vinci als (sinds september 2009) de Christelijke Hogeschool Ede (CHE), moet het de bestaande katalysator-functie behouden. Dordrecht blijft dus ook in 2010 inzetten op de start van meer (duale) opleidingen. Van belang blijft het focussen op de voor Dordrecht en Drechtsteden sterke sectoren (bijvoorbeeld de maritieme sector en de historische binnenstad), in combinatie met kansrijke nieuwe initiatieven, zoals de creatieve sector. Hierbij wordt vanzelfsprekend aansluiting gezocht bij de eind 2008 binnen de Drechtsteden gestarte proces ‘Pieken in de Drechtsteden’. In 2010 vervolgen we onze acties die in 2006 zijn gestart om voor 2010 creatieve broedplaatsen, eventueel in verzamelgebouwen, in Dordrecht te creëren. Leidraad daarbij is de begin 2009 gepresenteerde uitvoeringsnotitie over de creatieve economie in Dordrecht. Startende ondernemers vinden steeds meer hun weg in Dordrecht. De ‘Kansenflat’ in Wielwijk heeft een sterke groei doorgemaakt en heeft een 100% bezetting bereikt. Het voornemen om de Eulerlaan in samenwerking met Progrez te transformeren tot een bedrijfsverzamelgebouw voor creatieve ondernemers komt in het vizier en tenslotte ligt er een intentie om de creatieve broedplaats Voorstraat 123 ‘op te schalen’ naar de gehele Voorstraat Noord waarin vooral creatieve ondernemers worden verleid die bewust kiezen voor het centrum, de status van starters zijn ontgroeid, bedrijfsmatig zich reeds hebben bewezen en/of zich in een groeifase bevinden, zelfstandig opereren, in staat zijn (op termijn) een marktconforme huur kunnen opbrengen. De CE index is gereed. Deze monitor volgt de ontwikkelingen van de (groei van de) creatieve economie in Dordrecht zowel in absolute zin als in vergelijking met de landelijke ontwikkelingen. De CE index zal, nadat een nulmeting heeft plaatsgevonden, elk jaar worden gepresenteerd. Binnenstad Onze binnenstad is een belangrijke troef voor de aantrekkelijkheid van de stad. Al jaren werken wij aan de ontwikkeling ervan door het vergroten van het winkelaanbod en horeca-aanbod, versterken van de belevingsfunctie door evenementen en cultuur en het verhogen van de veiligheid en leefbaarheid. De laatste jaren zijn de bezoekaantallen aan de binnenstad en de toeristische bezoeken aan de stad gedaald. Dit is ook landelijk het beeld. Nieuwe ‘attracties’ aan de (binnen)stad toevoegen is nodig om aantrekkelijk te blijven voor bezoekers, zeker gezien de forse inspanningen van concurrenten, zoals Breda en Rotterdam. Het grote aantal investeringsinitiatieven toont aan dat er vertrouwen is in de stad Veel ingrepen zullen echter pas over enige tijd gerealiseerd worden, in en na 2009. In 2010 wordt het Achterom/ Bagijnhof opgeleverd, opent hotel Bellevue opnieuw haar deuren, het Dordrechts museum gaat opnieuw open en
Begroting 2010
Pagina 67 van 234
ook de vernieuwing van ‘t Hof 10 en 12, als centrum van cultuur, historie en wetenschap is eind 2010 voorzien. In 2008 is na de vertraging door de fijnstofproblematiek de eerste paal geslagen voor het project Achterom/Bagijnhof. Dit moet leiden tot een aanzienlijke verbetering van het winkelaanbod in de Binnenstad. De oplevering van het nieuwe winkelaanbod bij Achterom/Bagijnhof staat gepland begin 2010. Dan zal tevens de parkeergarage Achterom kunnen worden geopend. Verder wordt het Dordrechts Museum verbouwd en zijn we bezig met de ontwikkeling van Stadswerven. Juist omdat deze grote verbeteringen tijd kosten, is het van groot belang dat ook andersoortige maatregelen worden genomen (zoals promotieen marketingcampagnes), zodat verdere daling van bezoekersaantallen worden voorkomen c.q. meer bezoekers worden getrokken. In 2008 en 2009 is invulling gegeven aan het Urgentieprogramma Binnenstad gericht op het behouden van de bezoekstroom in de periode voorafgaand aan het opleveren van grote projecten. Het Urgentieprogramma richt zich op bereikbaarheid, kwaliteit openbare ruimte en extra bezoekstimulerende activiteiten, ondersteund door communicatie en promotie. Marketing en Toerisme Het toerisme wordt voor het grootste deel bevorderd met onze inspanningen op het gebied van cultuur, historie, natuur en watertoerisme. Eén van de kernkwaliteiten van Dordrecht is haar geschiedenis; een kwaliteit waarmee de bekendheid en imago van de stad (op de nationale kaart) kan worden versterkt. Dit vormt een van de doelstellingen van het project ‘Verder met de geschiedenis van de stad’. Om het project ‘1572’ goed te kunnen verbeelden wordt in eerste instantie het Hof verbouwd. In 2010 wordt het verbouwde Dordrechts museum weer opgeleverd, een belangrijke publiekstrekker. Voorts zal mede op basis van het rapport “Dordrecht op naar de top… van middelgrote toeristische steden” van lectoraat City Marketing & Leisure Management van de hogeschool InHolland het toeristisch beleidskader Dordrecht worden geactualiseerd. Een andere manier om de aantrekkelijkheid van onze stad uit te drukken, zijn de bezoekersaantallen van belangrijke evenementen en toeristisch culturele voorzieningen. De evenementen trekken extra bezoekers naar de stad en genereren daarmee een aanzienlijke economische spin-off voor de stad. Daarnaast dragen evenementen bij aan de naamsbekendheid en het imago van de stad. In het najaar 2008 is het nieuwe beleidskader voor evenementen ‘Het blijft feest’ vastgesteld. Met het nieuwe beleidskader is het accent komen te liggen op de kwaliteit en de bijdrage van evenementen aan de naamsbekendheid en positionering van Dordrecht. De kwantitatieve doelstelling (1.000.000 bezoekers per jaar) blijft van kracht, maar is zeker niet meer alles bepalend. Een belangrijke rol speelt stichting Dordrecht Marketing, de marketingorganisatie die sinds 2007 operationeel is. Zij voert de regie over de corporate marketing van de stad en de marketing en promotie van wonen, werken, cultuur en bezoek aan de stad. Jaarlijks worden prestatie-afspraken met Dordrecht Marketing gemaakt. Onder andere de uitwerking van het in 2009 vastgestelde merkkader in een “merkboek” voor Dordrecht krijgt daarin een plaats. Ook zal in 2010 het vermarkten van Dordrecht als aantrekkelijke vestigingsplaats voor bedrijven nadrukkelijk de aandacht krijgen. Met het toeristische regionale concept Hollands Glorie werken we aan het verbinden van de iconen Werelderfgoed Kinderdijk, Historische Binnenstad Dordrecht en Nationaal Park De Biesbosch. Het water is hierbij de verbindende factor. Het maritieme icoon (o.a. scheepsbouw) en de relatie met Rotterdam dienen verder ontwikkeld te worden. Om het concept met succes te ontwikkelen, vraagt dit vanuit de regio voldoende exploitatie- en investeringsmiddelen. Wijkeconomie Op basis van evaluatie 2008 en 2009 wordt vanuit het plan Werken aan Wijkeconomie voor 2010 een integraal uitvoeringsvoorstel gemaakt voor het verder versterken van de lokale economie in Dordt-West. Basisinstrumenten uit het plan: subsidieregeling Dordtse Diamanten en uren voor frontlijninzet in de wijken Oud-
Begroting 2010
Pagina 68 van 234
Krispijn en Nieuw-Krispijn. MKB Nederland zet een procesmanager in voor Crabbehof en Wielwijk. Begin 2010 verschijnt een stedelijk/ regionaal basisdocument met als basisgedachten 'van instrumentsturing naar sturing op netwerken' en 'economisch, en met integrale blik'. Doel hiervan is te bereiken dat wijkeconomie niet alleen als economisch speerpunt wordt gezien, maar dat ook de sociale betekenis wordt gezien en dat de noodzaak om wijkeconomie in integrale planvorming te betrekken om zodoende ruimtelijke mogelijkheden te scheppen wordt erkend. Tevens is het doel om na 2010 zonder extra gemeentelijke bemoeienis wijkeconomie te kunnen blijven stimuleren. Dit levert enerzijds informatie op voor uitvoeringsvoorstel Dordt-West, en anderzijds informatie voor een mogelijk stedelijk/ regionaal plan. Deltapoort Niet alleen op stedelijk en regionaal niveau wordt gewerkt aan structuurversterking, maar ook op bovenregionaal niveau. In 2007 is gestart met de samenwerking tussen partners binnen het gebied Deltapoort (tussen Rotterdam en Dordrecht). Deltapoort richt zich op het verbeteren van de kwaliteit van de (leef)omgeving, op het stimuleren van de economische concurrentiepositie en op het vergroten van de aantrekkingskracht van het gebied. Het gebied tussen Rotterdam en Dordrecht is door de drie rijksadviesraden, in het kader van Randstad 2040, als volgt omschreven: "De herstructureringsopgave is enorm en de noodzakelijke basiskwaliteit, in termen van de Nota Ruimte worden niet gehaald. Met name het gebrek aan natuur, landschap en recreatiemogelijkheden, de slechte luchtkwaliteit en stedenbouwkundige kwaliteit maken het gebied onaantrekkelijk. Voorkomen moet worden dat dit gebied in een neerwaartse spiraal raakt en daarmee het imago en de concurrentiekracht van de Zuidvleugel negatief beïnvloedt." Een kwaliteitsslag is van groot belang. Alle partners delen dit besef en willen hier belangrijke bijdragen aan leveren. Om de genoemde problemen binnen het Deltapoort-gebied te verbeteren, is een intensieve samenwerking tussen de verschillende regio’s en gemeenten noodzakelijk. De problemen in het Deltapoort-gebied zijn door de afzonderlijke regio’s niet op te lossen. De Deltapoortpartners willen deze samenwerking ook aangaan, omdat zij de noodzaak om het gebied te versterken zien. In 2009 is er een programma van eisen voor het project Deltapoort opgesteld. In 2010 wordt het scenario voor het Park Deltapoort verder uitgewerkt. Het creëren van draagvlak voor de ontwikkeling van het park is ook in 2010 van belang. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Econ. structuurversterking
Begroting 2010
Product Lasten Werkgelegenheid segmenten Toerisme, 341 Economische innovatie 1.181 Programma binnenstad
0 10
2012
2013
Saldo's
Saldo -341
-341
-341
-341
-1.171
-617
-519
-519
-384
-384
384
0
-384
-384
Toerisme
1.751
10
-1.741
-1.741
-1.741
-1.741
Marketing
1.969
0
-1.969
-1.964
-1.958
-1.953
Leerpark
100
0
-100
-100
0
0
Ondersteuning ondernemerschap
760
0
-760
-499
-499
-499 -92
Ambulante handel Basisregistratie Vastgoed Grondbeleid en ontwikkeling Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Baten
2011
365
271
-94
-93
-92
1.259
1.195
-64
-49
-45
-45
109
0
-109
-109
-109
8.219
1.486
-109 -6.733
-5.897
-5.688
-5.683
162
602
440
440
340
340
8.381
2.088
-6.293
-5.457
-5.348
-5.343
Pagina 69 van 234
2.6. Bestuur, Participatie en Dienstverlening Staat van de stad Bewoners beoordelen de gemeentelijke dienstverlening in 2009 met een rapportcijfer 7,9 (een lichte stijging ten opzichte van 2007 en 2008). Het rapportcijfer dat ondernemers geven voor de kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening is gelijk gebleven ten opzichte van de vorige meting (in 2008): een 6,0. In 2009 heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de tevredenheid van participanten aan (beleids)processen. Daarbij is gemeten of participanten tevreden zijn over het besluitvormingsproces én of zij zich serieus genomen voelen. De eerdere meting in 2006 liet zien dat 20% van de inwoners die hebben geparticipeerd, tevreden is over het besluitvormingsproces en 31% zich serieus genomen voelt door de gemeente. Het uitgevoerde onderzoek in 2009 toont een forse toename van de tevredenheid over inspraak en burgerparticipatie: liefst 47% van de participanten geeft aan tevreden zijn over het besluitvormingsproces. 48% van de participanten voelt zich serieus genomen door de gemeente. Daarmee kunnen we constateren dat we geslaagd zijn in onze ambitie om open te staan voor goede ideeën en creativiteit van bewoners. We blijven proberen deze een plaats te geven in ons beleid, zeker omdat de actuele cijfers aangeven dat ook participanten dergelijke interactieve trajecten positief waarderen. Wat willen we bereiken? Het vergroten van het vertrouwen van de inwoner en het behoud van de tevredenheid van de inwoners over de dienstverlening staat voor ons centraal. In onze bestuursstijl en communicatie willen we open, zichtbaar, resultaatgericht en klantgericht ons werk doen. Door duidelijk te maken waar we staan en waar we naar toe willen, zijn we een betrouwbare partner. De kwaliteit van de dienstverlening én de tevredenheid over burgerparticipatie zijn belangrijke factoren bij het vergroten van het vertrouwen. Vergroten vertrouwen van de inwoner Als gemeente streven wij ernaar een betrouwbare partner te zijn voor bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties. Dit doen we allereerst door helder te communiceren over de plannen (zoals bij de 13 grote projecten) en keuzes die gemaakt worden. We realiseren ons daarbij dat we de stad ‘met elkaar’ maken en gaan daarom uit van samenwerking met anderen. Openstaan voor goede ideeën en creativiteit van inwoners is een voorwaarde voor het realiseren van draagvlak en betrokkenheid. We zien dat we op steeds meer terreinen de verantwoordelijkheid voor vraagstukken in de stad delen: soms met professionele organisaties, met bedrijven of met bewoners. Via het leertraject Dordtse Aanpak zetten we in op meer interactie met de stad en samenwerking tussen mensen en organisaties in de stad. Wij zijn ervan overtuigd dat een open en vraaggerichte aanpak van het (beleids)proces bijdraagt aan het vergroten van het vertrouwen van de inwoners. Vergroten tevredenheid over dienstverlening van de gemeente Klanttevredenheid en innovatie staan voorop in de dienstverlening van gemeente Dordrecht. Ons motto als het gaat om de kwaliteit van de dienstverlening is dat we tot de beste dienstverlenende gemeenten willen blijven behoren. Dit wordt onder meer gemeten in de jaarlijkse Benchmark Publieksdiensten, waar Dordrecht ook dit jaar in de top wil behoren. Daarnaast streeft de gemeente naar het behouden van de koploperspositie in het landelijke programma Overheid heeft Antwoord©. Vorig jaar hebben we aangegeven dat we ernaar streven de waardering van de kwaliteit van onze dienstverlening minimaal op hetzelfde hoge peil te houden, namelijk minimaal het rapportcijfer 7.7 voor de tevredenheid van bewoners over onze dienstverlening. Voor ondernemers is de manier waarop en snelheid waarmee vergunningen worden verleend, belangrijk. De frontoffice van het Ondernemersloket is eind 2009 ondergebracht in de Stadswinkel en wordt in 2010 verder geoptimaliseerd. We blijven de tevredenheid van inwoners en ondernemers, en daarmee de kwaliteit van onze diensten meten en waar nodig verbeteren.
Begroting 2010
Pagina 70 van 234
Bestuur en participatie Outcomedoelstelling en indicatoren Jaarverslag 2007
0waarde
Vergroten vertrouwen van de burger aandeel bewoners met redelijk tot volledig vertrouwen in de gemeente
67%
% geen stemintentie
13%
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie
71% 12%
72%
licht
11%
Licht
82% 6,5
Licht Licht
rapportcijfer tevredenheid stadsbestuur - rapportcijfer 6 of hoger - rapportcijfer
77% 6,2
Vergroten tevredenheid over de dienstverlening van de gemeente
0waarde
81% 6,4 JaarJaarverslag verslag 2007 2008
rapportcijfers tevredenheid bewoners over dienstverlening
7,3
7,7
rapportcijfer ondernemers over kwaliteit gem. dienstverlening
5,8
6,0
rapportcijfer klanttevredenheid gemeentelijke sociale dienst
7,1
Toename tevredenheid over burgerparticipatie
7,9
ambitie 2009
Ambitie 2010 Ambitie
7,7
6,0 6,9
Jaarverslag 2007
0waarde
7,8
actuele nieuwe meting
Jaarverslag 2008
actuele nieuwe meting
ambitie 2009
7,7
licht
6,2
Licht
7,5
Licht
Ambitie 2010 Ambitie
aandeel participanten dat tevreden is over beleidprocessen - tevreden over besluitvorming
20%
47%
25%
Licht
- voelt zich serieus genomen
31%
48%
35%
Licht
Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Programma Bestuur, Participatie en Dienstverlening Thema Algemeen bestuur Dagelijks bestuur Dienstverlening Communicatie en voorlichting Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
Saldo
2013
Saldo's
3.360
62
-3.298
-3.287
-3.276
-3.264
14.121
3.814
-10.307
-8.775
-7.351
-7.299
4.955
2.557
-2.398
-2.063
-2.202
-2.198
428
0
-428
-428
-428
-428
22.864 0 22.864
6.433 -16.431 -14.553 -13.257 -13.189 0
0
0
0
0
6.433 -16.431 -14.553 -13.257 -13.189
Thema Algemeen bestuur Wat gaan we daarvoor doen? De eerste helft van 2010 zal in het teken staan van de gemeenteraadsverkiezingen, die plaats zullen vinden op 3 maart a.s. De raad wordt in dit proces ondersteund door de griffie, voor zover het activiteiten betreft die de raad als collectief aangaan. De griffie organiseert activiteiten rond het afscheid van de ‘oude’ raad en installatie van de nieuwe raad en zet een inwerkprogramma op voor de nieuwe raad. Verder vinden diverse activiteiten plaats rond het vertrek van de zittende burgemeester en de benoeming van de nieuwe burgemeester. In 2010 zal duidelijk worden of de activiteiten rondom het verbeterde RaadsInformatieSysteem (RIS) en de verbouw van de vergadervleugel inderdaad de gewenste verbeteringen met zich meebrengen ten aanzien van raadpleegbaarheid van vergaderstukken en de toegankelijkheid van raads- en commissievergaderingen. Deze vernieuwingen zijn mede gericht op het vergroten van de betrokkenheid van bewoners bij de lokale politiek. De rekenkamer verricht in opdracht van de raad, mede om de betrouwbaarheid van het gemeentelijk handelen te bevorderen, nieuwe onderzoeken naar de doeltreffendheid en doelmatigheid van de gemeentelijke inzet.
Begroting 2010
Pagina 71 van 234
Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Algemeen bestuur Product Griffie Rekenkamer Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
2.989
0
-2.989
-2.978
-2.966
371
62
-309
-309
-309
3.360
62
-309 -3.298
-3.287
-3.275
-3.264
-2.955
0
0
0
0
0
0
3.360
62
-3.298
-3.287
-3.275
-3.264
Thema Dagelijks bestuur Wat gaan we daarvoor doen? In 2010 zetten we onverminderd in op het leertraject Dordtse Aanpak. Centraal staat nog altijd de ambitie om de kwaliteit van (beleids)processen te verbeteren, door burgers vaker en vroeger in het (beleids)proces te betrekken. Onderliggende veronderstelling hierbij is dat professionele interactie met de stad bijdraagt aan het vertrouwen van burgers in het gemeentebestuur. De resultaten van het onderzoek naar burgerparticipatie in 2009 stemmen positief: beduidend meer Dordtenaren zijn tevreden over inspraak en participatie dan bij de nulmeting in 2006. Dit betekent niet dat de organisatie nu ‘klaar’ is met de Dordtse aanpak. Deze manier van werken vraagt continu aandacht en ondersteuning. In 2010 krijgt dit gezamenlijk leertraject enerzijds invulling via procesondersteuning en -advies op specifieke dossiers. Anderzijds is er ook in 2010 ruim aandacht voor kennisdeling en opleiding. Bovendien wordt ingezet op de verdere doorontwikkeling van de werkwijze, door voeling te houden met landelijke best practices, nieuwe methodieken en maatschappelijke trends (bijvoorbeeld de inzet van Web2.0 en e-participatie, maar ook de discussie over actief burgerschap en het instrument wijkbudgetten). De evaluatie van de experimenten ‘Burgers aan Zet’ komt in de eerste helft van 2010 beschikbaar. Op basis daarvan volgt de bede discussie over leerpunten en een eventueel vervolg. Onder de noemer ‘Toekomst van Dordrecht. Dordtse Dialogen’ gaan we ook in 2010 in vier dialogen het gesprek aan met partners in de stad over ontwikkelingen en trends die in de toekomst op ons afkomen. De dialogen in 2009 leren ons dat deze avonden waardevol zijn om ons goed voor te bereiden op de toekomst én bijdragen aan onze doelstelling om de relatie met partners in de stad te versterken. De eerste dialoog in 2010 is gepland in het eerste kwartaal; deze dialoog verbinden we (in de opzet van de avond) nadrukkelijk met de gemeenteraadsverkiezingen. De netwerksamenwerking met andere overheden zal in 2010 (en daarna) verder blijven doorgroeien. Binnen de regio Drechtsteden zal 2010 in het teken staan van het verwerken van de resultaten van de bestuurlijke evaluatie van de GRD. Deze evaluatie, uitgevoerd door de commissies Scholten II en Dijkstal II, vond grotendeels plaats in 2009. De resultaten worden voor de gemeenteraadsverkiezingen in de Drechtraad besproken. In 2009 zijn onder de werktitel ‘Pieken in de Drechtsteden’ ook de voorbereidingen voor een nieuw Regionaal MJP (2010-2014) getroffen. Dit RMJP bevat de regionale ambities voor de komende periode van vier jaar. De regionale samenwerking beperkt zich niet tot de Drechtsteden. Ook de samenwerking binnen de regio Zuid-Holland Zuid, met name op het terrein van veiligheid en milieu, neemt toe. Daarnaast blijft Dordrecht zich op een aantal dossiers in Zuidvleugel- en Deltapoortverband manifesteren. Het denken in termen van netwerken én het bewust zoeken van strategische samenwerking met andere overheden (EU, Rijk, Zuidvleugel en Provincie) is essentieel om gezamenlijk ambities te kunnen realiseren. Niet alleen voor Dordrecht is het denken in termen van netwerken belangrijker geworden, ook vanuit de regio Drechtsteden wordt meer en meer de samenwerking gezocht met andere overheden. Op 9 juli 2009 is het convenant 'Proeftuin Drecht-
Begroting 2010
Pagina 72 van 234
steden, samen werken aan een krachtig lokaal bestuur' gesloten met het ministerie van BZK. In 2010 starten we met het uitvoeren van de gemaakte afspraken. Naast voortdurende kennisuitwisseling over regionale samenwerking, geven we samen met het rijk uitvoering aan de proeftuin 'participatiebudget'. Het verminderen van de administratieve lasten bij een regionale taakuitvoering van het participatiebudget is daarbij het belangrijkste doel. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Dagelijks bestuur Product Bestuur Bestuurlijke samenwerking Projectmanagement Ingenieursbureau Dordrecht Budget Vastgoedbedrijf Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
10.684
83
-10.601
-9.045
-7.622
-7.570
1.847
70
-1.777
-1.777
-1.777
-1.777
-898
0
898
898
898
898
270
350
80
80
80
80
2.218
3.311
1.093
1.070
1.070
1.070
14.121
3.814
-10.307
-8.774
-7.351
-7.299
0
0
0
0
0
0
14.121
3.814
-10.307
-8.774
-7.351
-7.299
Thema Dienstverlening Wat gaan we daarvoor doen? In 2009 is de Stadswinkelorganisatie omgebouwd en ingericht tot Klant Contact Centrum (KCC). De medewerkers van de Stadswinkel zijn in hun nieuwe functie geplaatst. De nieuwe taak- en rolverdeling en de daarbij behorende competenties zijn opgepakt. Om als goed draaiend KCC te functioneren is een start gemaakt met het positioneren van de nieuwe bureaus en de Stadswinkel als geheel en het trainen van de medewerkers. Per eind 2010 functioneert de Stadswinkel als volwaardig KCC. Op weg naar het overheidsloket (Gemeente heeft Antwoord©) breidt de Stadswinkel ook komend jaar het productenassortiment uit. De nieuwe en de bestaande processen en de samenwerking met de vakafdelingen worden verder geoptimaliseerd. Concrete voorbeelden hiervan zijn het verder inregelen van Bouwen, het Ondernemersloket en de WMO-producten en de stroomlijning van de processen ter ondersteuning van de eind 2009 ingevoerde Dienstenrichtlijn. De Stadswinkel organiseert niet alleen de front office dienstverlening rondom deze diensten, maar zal ook meer dan voorheen sturen op tijdigheid en kwaliteit van de dienstverlening. De Stadswinkel vult dan, als procesorgansatie, de regisserende rol in op alle gemeentebrede klantprocessen. Het managementinformatie systeem (MIZ) levert een belangrijke bijdrage aan deze sturing. In lijn met het programma Overheid heeft Antwoord© wordt in 2010 een aantal strategische trajecten in gang gezet. Antwoord© is de beweging naar een transparante overheid die de burger centraal stelt. Doelstelling is dat in 2015 gemeenten een herkenbare ingang zijn voor alle vragen aan de overheid. Dit levert voor de klant één ingang op via het kanaal van zijn keuze, waarbij ongeacht het gekozen kanaal altijd hetzelfde antwoord wordt gegeven. Kanaalintegratie is één van de meerjarentrajecten die starten in 2010. De huidige kennisbank, Mozaiek Antwoord©, die nu het webkanaal ondersteunt wordt doorontwikkeld voor gebruik op de andere kanalen (balie, post, web en telefonie). Daarnaast wordt ook het zakensysteem geschikt gemaakt voor gebruik op alle kanalen. Een ander meerjarentraject is gericht op het dienstverleningsprincipe 'eenmalige registratie – meervoudig gebruik', waardoor burgers en ondernemers in hun contacten met de overheid niet steeds opnieuw hun gegevens hoeven te verstrekken. Voor deze en andere projecten zal de Stadswinkel intensiever samenwerken met het regionale programma Informatievoorziening, Processen en Automatisering
Begroting 2010
Pagina 73 van 234
(IP&A) om ontwikkelingen op het gebied van dienstverlening en automatisering beter te stroomlijnen. Dordrecht investeert in de visievorming op en ontwikkeling van de dienstverlening in regionaal verband. De regionale telefonische dienstverlening rondom het 14078nummer wordt in 2010 verder uitgebouwd, waarbij kwaliteit, efficiency en 'lokale eigenheid' de toetsingscriteria vormen. De gemeente wil proactief inspelen op de vele landelijke ontwikkelingen die – al dan niet wettelijk verplicht – door en in de gemeente hun beslag moeten krijgen. De sturing op de 19 trajecten uit het NUP (Nationaal Uitvoeringsprogramma Dienstverlening) en ook de uitvoering van de wettelijke verplichtingen (o.a. Dienstenrichtlijn, WABO, Dwangsomwet, WKPB, eenmalige registratie, meervoudig gebruik) zullen in 2010 worden aangescherpt. Publieksdiensten stemt deze ontwikkelingen af in regionaal verband. De overheid concentreert zich de laatste jaren sterk op de verbetering van de dienstverlening door onder andere het verminderen van de regeldruk en de versnelling van de vergunningverlening. Door gerichte sturing vanuit het ondernemersloket zal in 2010 onder andere gewerkt worden aan het stroomlijnen van verschillende procedures waar ondernemers uit de stad mee te maken hebben, met als doel een rapportcijfer 6.2 (Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat). In 2010 wordt de pilot Normenkader voor bedrijven uitgevoerd om te toetsen in welke mate de dienstverlening voldoet aan de wensen van ondernemers. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Dienstverlening Product Publieke dienstverlening Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
4.955
2.557
4.955
2.557
2011
-2.398 -2.398
2012
2013
Saldo's
Saldo -2.063
-2.202
-2.198
-2.063
-2.202
-2.198
0
0
0
0
0
0
4.955
2.557
-2.398
-2.063
-2.202
-2.198
Thema Communicatie en voorlichting Wat gaan we daarvoor doen? Het grootste deel van de pers- en publiekscommunicatie van de gemeente Dordrecht wordt verzorgd door de medewerkers van het Servicecentrum Drechtsteden. Marketingcommunicatie en Stadspromotie zijn in handen gelegd van de Stichting Citymarketing. Dat heeft geleid tot een zekere verzakelijking. Ging in de beginperiode de aandacht vooral uit naar de bedrijfsvoering als zodanig, nu is de aandacht verlegd naar de inhoud. Er wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een strategisch communicatiebeleid op hoofdlijnen, dat door alle geledingen in de regio wordt onderschreven. Daarbij wordt uiteraard rekening gehouden met de identiteit en opvattingen van de betrokken gemeenten en regionale opdrachtgevers. Op het gebied van risico- en crisiscommunicatie zijn daar al resultaten mee geboekt. In Dordrecht is de doorontwikkelde huisstijl succesvol ‘uitgerold’. In tal van communicatie-uitingen heeft de gemeente een eenduidige, zeer herkenbare en frisse uitstraling gekregen. Het beheer van de huisstijl is belegd bij het mediateam, dat adviseert over de juiste toepassing en dat ingrijpt als wildgroei dreigt. In 2010 wordt de huisstijl verder doorontwikkeld, zodat er verantwoorde varianten op de huisstijl komen, die eventueel kunnen worden toegepast door de regionale diensten. Communicatie zet veel middelen in die gericht zijn op alle inwoners, zoals het Gemeentenieuws en de website. En natuurlijk wordt veel gecommuniceerd via de lokale en de regionale media. Naast het zenden van die algemene gemeentelijke boodschappen is er steeds meer aandacht voor het communiceren met doelgroepen. Naast de demografische gegevens, die gebruikt worden om doelgroepen in
Begroting 2010
Pagina 74 van 234
kaart te brengen, worden ook de zogeheten burgerschapsstijlen van Motivaction toegepast. De dialoog blijft belangrijk in de communicatie. In het komende jaar organiseren we opnieuw Dordtse dialogen om samen met inwoners en maatschappelijke partners rond een aantal thema’s de toekomst te verkennen. ‘Burgers aan Zet’ en ‘Gewoon Doen’ zijn projecten om actieve participatie te bevorderen en verantwoordelijkheden daar te laten of te leggen waar ze horen. Ook in de samenwerking met maatschappelijke partners krijgt de ‘overheid’ steeds meer de rol van de ‘verbinder’ die initieert en faciliteert, maar die niet meer die sterk sturende rol van weleer heeft. Communicatie zoekt binnen die veranderende opvattingen over de rol van de gemeentelijke overheid wegen om de gemeente op eigentijdse wijze te profileren. Internationaal voert Dordrecht een beleid dat zich voornamelijk richt op de vijf stedenbandrelaties van de stad. De hoofddoelen van het beleid zijn: het bevorderen van de mondiale bewustwording van de Dordtse burgers en het versterken van het lokaal democratisch bestuur in de ‘verre’ stedenbanden. Voor de Europese stedenbanden staat naast kennisuitwisseling ook het bevorderen van het Europees burgerschap centraal. In samenwerking met VNG international zijn de stedenbanden geëvalueerd. In het komende jaar worden de resultaten van deze evaluatie in een nieuw beleid verwoord. Wij trachten daarbij het internationale beleid meer te verankeren in de gemeentelijke organisatie, waarbij de eigen kennis- en organisatieontwikkeling ook een nadrukkelijke rol zal spelen. Wat mag het kosten? bedragen x € 1.000 Thema Communicatie en voorlichtin Product Internationale betrekkingen
Lasten
Baten
292
0
Concern communicatiemiddelen
137
0
Begroting voor bestemming
429 0 429
Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo -292
-292
-292
-292
-137
-137
0
-137 -429
-137 -429
-429
-429
0
0
0
0
0
0
-429
-429
-429
-429
Pagina 75 van 234
2.7. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien De algemene dekkingsmiddelen betreffen de gemeentelijke inkomsten die vrij besteedbaar en daarmee bestuurlijk afweegbaar zijn. De besteding van deze inkomsten is niet gerelateerd aan een vooraf bepaald doel (programma), waardoor de middelen vrij afweegbaar zijn door het gemeentebestuur. De ontwikkeling van de algemene dekkingsmiddelen wordt jaarlijks betrokken bij de opstelling van de Kadernota. Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien bedragen x € 1.000 Programma Algemene Dekkingsmiddelen Thema
Begroting 2010 Lasten
Gemeentefonds Lokale belastingen Bedrijfsvoering Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
2011
Baten
Saldo
2012
2013
Saldo's
0
151.402
151.402
143.973
142.584
141.523
2.177
19.015
16.838
17.023
17.210
17.400
17.455
60.850
43.395
36.798
37.555
37.791
19.632 231.267 211.635 197.794 197.349 196.714 25.639
9.453
-16.186
-4.841
-6.659
-8.426
45.271 240.720 195.449 192.953 190.690 188.288
Thema Lokale belastingen De belangrijkste doelen van het thema Lokale belastingen zijn: 1. 2. 3.
4.
Doelmatige, uniforme, duidelijke en tijdige bepaling van de WOZ-waarden van de in onze gemeente gelegen onroerende zaken. Tijdige, correcte en volledige levering van gegevens aan de Rijksbelastingdienst en aan het waterschap Hollandse Delta. Waarborgen van een volledige, juiste en rechtmatige toepassing en uitvoering van de verordening op de heffing en invordering van: • Onroerende zaakbelastingen • Hondenbelasting • Precario Tijdig invorderen en behandelen van verzoeken om kwijtschelding van alle belastingsoorten alsmede naheffing en invordering van de parkeerbelasting voor Stadsontwikkeling.
Overzicht lokale belastingen bedragen x € 1.000 Thema Lokale belastingen Product Belastingheffing Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
2.177
19.015
16.838
17.023
17.210
17.400
2.177
19.015
16.838
17.023
17.210
17.400
0
0
0
0
0
0
2.177
19.015
16.838
17.023
17.210
17.400
Thema Gemeentefonds De ontwikkeling van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds –de belangrijkste vrij besteedbare / afweegbare inkomstenbron- wordt voornamelijk bepaald door beleidsvoornemens van de Rijksoverheid. Het continue volgen en vertalen van deze ontwikkelingen naar de Dordtse beleidspraktijk is daarom van groot belang. Het bestuur wordt hierover periodiek geïnformeerd, naar aanleiding van zowel de jaarlijkse circulaires van het Rijk als actuele ontwikkelingen. De begroting 2010 is gebaseerd op de Meicirculaire 2009 van de Rijksoverheid. Op hoofdlijnen is de Meicirculaire 2009 de financiële vertaling van:
Begroting 2010
Pagina 76 van 234
•
Accresontwikkeling De omvang van het gemeentefonds stijgt en daalt mee met de uitgaven van het Rijk, de zogenaamde normeringsystematiek (samen de trap op en samen de trap af). Voor 2009-2011 is deze systematiek op basis van het Bestuursakkoord buiten werking gesteld. Dit houdt in dat de gemeenten geen voordeel hebben van de doorwerking van de genomen kabinetsmaatregelen naar het gemeentefonds. Maar de gemeenten zullen slechts een beperkt nadeel ondervinden van nog te nemen bezuinigingsmaatregelen in 2011. Voor 2012 en 2013 is op dit moment de tendens zeer negatief omdat voor deze jaren de accressen op PM zijn gezet. Voor de jaren 2012 en 2013 zijn vooralsnog dan ook geen ramingen opgenomen voor de ontwikkeling van het accres. Dit betekent een nadelig verloop voor 2012 en 2013. De VNG gaat nog opnieuw om tafel met het Rijk om de gevolgen van de mogelijke bezuinigingsmaatregelen na 2011 voor de gemeenten te bespreken. Uitgangspunt hierbij is dat de normeringssystematiek niet automatisch in 2012 weer in werking treedt waardoor de gemeenten direct negatief worden geraakt door de te nemen kabinetsmaatregelen.
•
Vrijval beleidsmaatregelen Hoewel het kenmerk van de algemene uitkering is dat het voor de gemeente om vrij besteedbare middelen gaat, wordt bij taakmutaties bezien of de mutatie in de algemene uitkering aangewend dient te worden voor de betreffende taak. Voor onderstaande taken is overeengekomen dat deze in 2009 tot en met 2012 door een tijdelijke, renteloze uitname uit het gemeentefonds worden gefinancierd. In 2013 zal dit bedrag weer éénmalig worden teruggestort in het gemeentefonds. Het gaat hierbij om de Modernisering Gemeentelijke Basisregistratie Persoonsgegevens (mGBA) en de Online Raadpleegbare Reisdocumenten Administratie (ORRA).
Genoemde ontwikkelingen leiden ten opzichte van de Kadernota 2010 tot de volgende negatieve ontwikkeling van de algemene uitkering. (Bedragen × € 1 miljoen)
2010
2011
2012
2013
Ontwikkeling algemene uitkering
-1,94
-3,99
-6,18
-7,63
Voorzien (kadernota 2010)
-2,75
-2,75
-2,75
-2,75
Vrijval beleidsmaatregelen
-0,11
-0,05
0,00
0,18
0,70
-1,29
-3,44
-4,70
Verschil t.o.v. kadernota 2010
Overzicht algemene uitkering uit het Gemeentefonds bedragen x € 1.000 Thema Gemeentefonds Product Algemene uitkering Begroting voor bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
0 151.402 151.402 143.973 142.584 141.523 0 151.402 151.402 143.973 142.584 141.523
Mutatie reserves
0
Begroting na bestemming
0 151.402 151.402 143.973 142.584 141.523
0
0
0
0
0
Thema Bedrijfsvoering Binnen het thema Bedrijfsvoering worden financiële middelen verantwoord welke niet aan inhoudelijke programma’s en thema’s zijn te relateren. Om een rechtmatige en doelmatige aanwending van deze te relateren middelen mogelijk te maken worden onder andere de volgende activiteiten uitgevoerd: • Uitvoeren van een actief treasury management. • Bewaken van het weerstandsvermogen. • Continu verbeteren van beleidsen beheersingsinstrumentarium (waaronder het financiële systeem en het financieringsen betalingsverkeer).
Begroting 2010
Pagina 77 van 234
• •
Actieve informatievoorziening via de planning & controlcyclus. Toezicht op juiste en betrouwbare concretisering van door de raad geformuleerde beleidsvoornemens naar thema’s.
De volgende wettelijk voorgeschreven onderdelen maken onderdeel uit van het thema Bedrijfsvoering en worden bijgaand nader toegelicht. Saldo van de financieringsfunctie Het saldo van de financieringsfunctie is een begrip uit het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Dit begrip kan worden gedefinieerd als het saldo van: a) de betaalde rente (last) over de aangegane langlopende leningen en over de aangetrokken middelen in rekening courant en b) de ontvangen rente (bate) over de uitzettingen. Onder uitzettingen kunnen worden verstaan deposito’s, verstrekte langlopende leningen en beleggingen. De afgelopen jaren werd de vermogenspositie van de gemeente Dordrecht gekenmerkt door de situatie dat het totaalbedrag aan uitgezette gelden (beleggingen en verstrekte geldleningen) hoger lag dan het bedrag aan opgenomen geldleningen. Deze situatie leidde tot een positief saldo van de financieringsfunctie. Vanaf medio 2008 is duidelijk sprake van en financieringsbehoefte. Deze behoefte is de afgelopen periode scherper in beeld gekomen met het toenemen van de kwaliteit van de integrale liquiditeitenplanning. Mede op grond hiervan wordt verwacht dat het totaalbedrag aan opgenomen gelden per 1 januari 2010 naar verwachting circa € 50 miljoen hoger zal liggen dan het bedrag aan uitzettingen. Voor 2010 betekent dit dat de lasten van op te nemen financiering hoger zullen uitvallen dan de baten die worden gerealiseerd op uitgezette gelden. Aldus ontstaat een negatief saldo van de financieringsfunctie, één en ander zoals uiteengezet in de volgende tabel: Bedragen x € 1.000,-
Omschrijving
Te ontvangen Post komt rente en tot Saldo per 1 Te betalen rendementen uitdrukking 2010 januari 2010 rente 2010 in:
Aangegane leningen Aangetrokken middelen in rekening courant
€
169.692
€
Totaal opgenomen leningen
€
30.000
€
199.692
Uitgezette deposito's
€
-
€
Verstrekte langlopende leningen
€
34.251
€
1.592 Exploitatie
Beleggingen EZH-middelen
€
67.000
€
3.983 Renteomslag
Overige beleggingen (vastrentend)
€
14.400
€
392 Renteomslag
Overige beleggingen (duurzaam)
€
30.000
€
1.350 Renteomslag
-
€
145.651
€
Overigen (o.a. rente rekening courant € Totaal uitzettingen Saldo van de financieringsfunctie
€
8.231
Renteomslag
€
500
Renteomslag
€
8.731
€
- Renteomslag
- Renteomslag 7.317
1.414
Onvoorzien Jaarlijks wordt een bedrag voor onvoorziene lasten opgenomen voor de programmabegroting in zijn geheel, voor 2010 en verder bedraagt dit € 1 miljoen per jaar. Dit maakt het mogelijk om lopende het begrotingsjaar onvoorziene (niet begrote) uitgaven die daarnaast onvermijdbaar en onuitstelbaar zijn op te vangen. De post Onvoorzien is uitsluitend bedoeld voor dekking van onvoorziene lasten en maakt onderdeel uit van de weerstandscapaciteit (paragraaf 3.2).
Begroting 2010
Pagina 78 van 234
Overzicht thema Bedrijfsvoering bedragen x € 1.000 Thema Bedrijfsvoering Product Geldleningen Beleggingen Onvoorzien Stelposten (w.o. stelposten AU) Bedrijfsvoering stad Saldi kostenplaatsen Stad Saldo Rekening GSB III - Rijksbijdragen Saldi kostenplaatsen sectoren/bedr. Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
1.611
1.626
15
11
13
14
795
23.214
22.419
8.419
8.419
8.419
-1.000
-1.000
-1.000
-1.000
-6.542
-7.294
1.000
0
13.947
1.334
-12.613
-6.056
171
20.071
19.900
20.461
20.802
20.974
0
-2.687
-2.687
-2.433
-1.532
-718
0
0
0
0
0
0
-70
17.293
17.363
17.396
17.396
17.396
0
0
0
0
60.851
0 43.397
0
17.454
36.798
37.556
37.791
25.639
9.453
-16.186
-4.841
-6.659
-8.426
43.093
70.304
27.211
31.957
30.897
29.365
Pagina 79 van 234
3. Paragrafen In de paragrafen worden de beleidslijnen vastgelegd met betrekking tot de beheersmatige aspecten. De paragrafen beogen –steeds vanuit een ander perspectief- een vergroting van het inzicht in de financiële positie en geven een dwarsdoorsnede van de begroting. Achtereenvolgens worden de volgende paragrafen behandeld: 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Begroting 2010
Lokale heffingen Risicomanagement en weerstandsvermogen Onderhoud kapitaalgoederen Financiering en Treasury Bedrijfsvoering Verbonden partijen Grondbeleid GSB
Pagina 80 van 234
3.1. Lokale heffingen Lokale heffingen worden onderscheiden in heffingen waarvan de besteding gebonden dan wel ongebonden is. De paragraaf lokale heffingen heeft betrekking op beide. Ongebonden lokale heffingen (OZB, hondenbelasting en precariobelasting) worden tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend, omdat zij niet aan een inhoudelijk begrotingsprogramma zijn gerelateerd. De besteding is niet gebonden aan een bepaalde taak. Gebonden heffingen, zoals de afvalstoffenheffing en rioolrechten, worden verantwoord op het betreffende programma en worden niet tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend. De paragraaf Lokale heffingen geeft inzicht in de diverse gemeentelijke belastingen en de consequenties daarvan voor de inwoners van Dordrecht en is als volgt opgebouwd: • Ontwikkelingen en rijksbeleid (3.1.1) • Overzicht gemeentelijke belastingopbrengsten (3.1.2). • Woonlasten (lokale lastendruk), uitgangspunten (3.1.3) • Vergelijking met steden met een vergelijkbare omvang en met de regio (3.1.4). • Kwijtschelding van gemeentelijke belastingen (3.1.5). • Overige lokale belastingen (3.1.6).
3.1.1. Ontwikkelingen en rijksbeleid a. OZB tarieven De maximale stijging van de tarieven wordt door het Rijk bepaald. Volgens de Meicirculaire Gemeentefonds 2009 is deze wettelijke macronorm voor 2010 bepaald op 4,3%. Dit is inclusief 1,05% wegens het afschaffen van precariobelasting op kabels en leidingen. In het afgesloten bestuursakkoord staat dat er moet worden ingezet op het vermijden van stijging van de lokale lasten. Het Kabinet verzoekt daarom aan de gemeenten om in deze crisistijd voorzichtig om te gaan met de ruimte die de macronorm voor 2010 biedt. b. Rioolheffing In 2007 heeft de Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken in artikel 228a Gemeentewet een nieuwe rioolheffing geïntroduceerd. Deze rioolheffing treedt in de plaats van het “oude” rioolrecht dat is gebaseerd op artikel 229. De nieuwe rioolheffing heeft het karakter van een bestemmingsheffing waarmee kosten kunnen worden verhaald om collectieve maatregelen te treffen die de gemeente noodzakelijk acht voor een doelmatig werkende riolering en overige maatregelen ten aanzien van hemelwater en grondwater. Het retributieve karakter van het rioolrecht is vervallen. Dit betekent dat het individuele profijt van de heffing door de gemeente niet meer hoeft te worden aangetoond. Met ingang van 2010 dient het rioolrecht ‘oude stijl’ omgezet te zijn naar een rioolheffing ‘nieuwe stijl’. De actie hiervoor is in gang gezet (meer hierover in paragraaf 3.3.7.). c. Maximering rijbewijsleges Tijdens het Bestuurlijk overleg Financiële Verhoudingen van april 2009 heeft de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangekondigd dat zij akkoord gaat met het verzoek van de minister van Verkeer en Waterstaat om de rijbewijsleges te maximeren. Reden hiervoor is het feit dat de rijbewijs tarieven op dit moment zo ver uit elkaar liggen en het voor de burger onduidelijk is waardoor die verschillen ontstaan. De invoering van het maximumtarief wordt verwacht medio 2010. d. Leges omgevingsvergunning De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) regelt de omgevingsvergunning die in de plaats komt van een reeks vergunningen, ontheffingen of toestemmingen voor het realiseren van een fysiek project. De meest bekende daarvan zijn de bouwvergunning, de aanlegvergunning, de sloopvergunning, de monumentenvergunning, de milieuvergunning, de kapvergunning.
Begroting 2010
Pagina 81 van 234
De aanvrager hoeft straks maar één aanvraag voor zijn project in te dienen. Deze aanvraag wordt door één bevoegd gezag beoordeeld en doorloopt één procedure. Ook de beslissing op de aanvraag kent één procedure van rechtsbescherming. De aanvrager geeft aan op welke activiteiten (bouw, aanleg, sloop enz.) zijn aanvraag betrekking heeft. Voor de legesverordening betekent dit: één belastbaar feit met verschillende grondslagen (de deelactiviteiten die worden getoetst). Meestal is het college het bevoegd gezag. Vaak zal afstemming met de medeoverheden nodig zijn. Men kan een omgevingsvergunning ook in twee fasen aanvragen. De aanvrager geeft zelf aan op welke activiteiten zijn aanvraag eerste fase betrekking heeft en na afronding van de eerste fase op welke activiteiten de tweede fase betrekking heeft. Op elke aanvraag wordt beslist bij beschikking. Beide positieve beschikkingen vormen samen de omgevingsvergunning. De Wabo is 4 december 2008 in het Staatsblad gepubliceerd. De invoeringswet is in behandeling bij de Eerste Kamer. De Tweede Kamer heeft op 2 juli 2009 ingestemd met deze invoeringswet. Naar verwachting treedt de Wabo 1 januari 2010 in werking. De legesverordening dient hieraan aangepast te worden/zijn.
3.1.2. Overzicht gemeentelijke belastingopbrengsten De belastingopbrengsten, inclusief eigen gemeentelijke inkomsten zoals havengelden, zijn voor 2010 (* € 1.000): Belastingsoort
Rekening 2008
Begroting Begroting 2009
2010
Algemene dekkingsmiddelen (ongebonden) Onroerende zaakbelastingen Precariobelasting Hondenbelasting 1 Subtotaal Tarieven (gebonden) Rioolrechten 1
17.616
18.116
18.287
185
178
178
483
480
506
18.284
18.774
18.971
8.105
8.479
8.819
10.907
11.373
11.191
2.491
1.663
1.793
Parkeergelden (incl. naheffingsaanslagen)
5.802
6.888
7.439
Havengelden 3
2.894
3.366
3.366
219
271
271
Begraaf- en crematierechten
2.077
2.127
2.409
Leges bouwvergunningen
4.247
3.190
3.266
36.742
37.357
38.554
Afvalstoffenheffing Leges burgerzaken
2
Ambulante handel
Subtotaal Totaal
55.026
56.131
57.525
1 De opbrengst hondenbelasting en rioolrecht 2009 zijn gecorrigeerd t.o.v. de tabel uit de begroting 2009 door de kosten voor kwijtschelding mee te nemen 2 De ingevoerde leges betreffen alle leges die binnenkomen bij de Stadswinkel, incl. rijksleges excl. overige opbrengsten. 3 De opbrengst havengelden 2009 zijn gecorrigeerd vanwege een typefout t.o.v. de tabel uit de begroting 2009. was 3.399, moet zijn 3.366
Begroting 2010
Pagina 82 van 234
Procentueel aandeel per belastingsoort op totale belastingopbrengsten 2010
Procentueel aandeel belastingsoort 2010 Begraaf- en Leges crematierechten bouwvergunn. 4% 6%
Onroerende zaakbelastingen 32%
Havengelden 6% Parkeergelden (incl. naheff.) 13% Leges burgerzaken 3%
Overig 2% Rioolrechten 15%
Afvalstoff.heff. 19%
3.1.3. Heffingen woonlasten (lokale lastendruk) Tot de woonlasten worden gerekend de OZB, rioolrechten en afvalstoffenheffing. De woonlasten vormen het grootste deel van de opbrengst uit de gemeentelijke heffingen en daarmee grotendeels de lokale lastendruk. Vanaf 2006 is de OZB heffing voor gebruikers van rijkswege in het kader van lastenverlichting afgeschaft. De ontwikkeling van de woonlasten in Dordrecht over de laatste vier jaren is weergegeven in onderstaande tabel (* € 1):
OZB-eigenaar
2007
2008
2009
2010
172,56
175,11
180,37
180,37 74,13
Rioolrecht-eigenaar
65,90
68,54
71,28
Rioolrecht-gebruiker
84,96
88,32
91,85
95,52
234,96
234,96
234,96
234,96
558,38
566,93
578,46
584,99
2,3%
1,5%
2,0%
1,1%
Afvalstoffenheffing Ontwikkeling lokale lastendruk % stijging/afname tov vorig jaar
Verloop % aanpassing woonlasten 2001-2010 9,0% 8,0% 7,0% 6,0% 5,0% 4,0% 3,0% 2,0% 1,0% 0,0% 2001
2002
2003
2004
OZB
Begroting 2010
2005
2006
Rioolrecht
2007
2008
2009
2010
Afvalstoffen
Pagina 83 van 234
Uitgangspunten heffingen woonlasten Bij de berekening van de woonlasten zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd. Er wordt uitgegaan van een eigen woning die wordt bewoond door een gezin. De gemiddelde woningwaarde in Dordrecht is per peildatum 1 januari 2008 € 179.473. In 2010 zijn de tarieven verhoogd met de volgende percentages: • Onroerende zaakbelastingen + 0,0 % • Rioolrechten + 4,0% • Afvalstoffenheffing + 0,0% Deze verhogingen zijn gebaseerd op het gemeentelijke tarievenbeleid. Algemeen uitgangspunt bij de OZB is een constante (reële) belastingopbrengst. Bij de vaststelling van de OZB tarieven richten wij ons op de opbrengst van deze belasting. Anders gezegd, als de waarde van de panden stijgen door periodieke herwaardering, dan gaat het tarief omlaag. In beginsel wordt gelijke tred gehouden met de inflatie (Consumentenprijsindex) zoals deze door het Centraal Plan Bureau wordt vastgesteld. Van de algemene lijn wordt afgeweken bij gebonden lokale heffingen zoals rioolrecht en afvalstoffenheffing waar de opbrengst gebruikt moet worden om de kosten te dekken. Vanaf 2005 geldt voor deze tarieven het uitgangspunt van kostendekkendheid. Uit bovenstaande tabel volgt dat de woonlasten in Dordrecht in 2010 met 1,1% zullen stijgen opzichte van het jaar daarvoor. Toelichting op de componenten van de woonlasten Hieronder wordt een korte toelichting gegeven op de stand van zaken in 2010 op de volgende onderdelen: 1. Onroerende zaakbelastingen; 2. Rioolrechten; 3. Afvalstoffenheffing. 1. Onroerende zaakbelastingen (OZB) In 2010 worden de aanslagen OZB inclusief de WOZ-beschikking opgelegd naar de zogeheten WOZ-waarde zoals die geldt op de waardepeildatum 1 januari 2009. Deze waarde wordt op grond van de Wet waardering onroerende zaken jaarlijks vastgesteld. De tarieven onroerende zaakbelastingen hebben zich rekening houdend met de waardeontwikkeling als volgt ontwikkeld:
OZB (zakelijk) niet-woningen
2007
2008
2009
2010
0,1948
0,1900
0,1938
0,1938
OZB (gebruik) niet-woningen
0,1560
0,1524
0,1554
0,1554
OZB (zakelijk) woningen
0,1072
0,1012
0,1005
0,1005
2,0%
1,5%
3,0%
0,0%
Stijging
De tarieven van 2010 zijn nog niet bijgesteld ter compensatie van de veranderde WOZ-waarden van woningen en niet-woningen door de herwaardering van de onroerende zaken per 1 januari 2009. Het is de verwachting dat de WOZ-waarden nauwelijks zullen wijzigingen ten opzichte van de waardepeildatum 1 januari 2008. Eind 2009 zal hierover meer bekend zijn zodat de tarieven mogelijk hierop aangepast zullen worden. 2. Rioolrechten Op de tarieven rioolrecht is kostendekkendheid het uitgangspunt. De raming van de opbrengst rioolrecht is met 4% verhoogd als gevolg van de vaststelling van het Gemeentelijk Rioleringsplan IV. Hierin is uitgaande van 100% dekkende tarieven tot en met 2015 een jaarlijkse tariefaanpassing voorzien van 4% met inbegrip van inflatiecorrectie.
Begroting 2010
Pagina 84 van 234
Ontwikkeling tarieven rioolrechten (* € 1) 2007
2008
2009
2010
Rioolrecht eigendom
65,90
68,54
71,28
74,13
Rioolrecht gebruik
84,96
88,32
91,85
95,52
stijging
1,5%
4,0%
4,0%
4,0%
3. Afvalstoffenheffing Op het tarief voor afvalinzameling en -verwerking is kostendekkendheid het uitgangspunt. Voor 2010 is het tarief voor derde keer op rij niet verhoogd. Dit is mogelijk gemaakt door de totale kosten van afvalinzameling en –verwerking niet te laten toenemen door onder andere een efficiency korting op de bijdrage aan Netwerk N.V., inzet van het dividend van Netwerk N.V. en verlaging van het verbrandingstarief door H.V.C. Ontwikkeling tarief afvalstoffenheffing (* € 1)
Tarief afvalstoffenheffing Stijging
2007
2008
2009
2010
234,96
234,96
234,96
234,96
3,0%
0,0%
0,0%
0,0%
Vanaf 2010 is het mogelijk om gebruik te maken van een extra grijze container tegen € 75 per container en gratis voor papier en gft. In vergelijking met voorgaande jaren is de opbrengst afvalstoffenheffing na aftrek van de kwijtschelding circa € 180.000 lager. De oorzaak hiervan ligt in het grotere beroep dat wordt gedaan op de mogelijkheid tot kwijtschelding., vanwege één gezamenlijke belastingaanslag.
3.1.4 Vergelijking andere gemeenten Om inzicht te krijgen in het algemene verloop van de hoogte van de woonlasten is het goed een vergelijking met andere steden in het land te maken. Jaarlijks wordt in opdracht van het Belastingoverleg grote gemeenten, een platform van 37 gemeenten met meer dan 100.000 inwoners en alle provinciehoofdsteden, een zogeheten Belastingoverzicht grote gemeenten gemaakt. Het onderzoek is erop gericht de gemeentelijke tarieven, belastingopbrengsten, de belastingdruk en de woonlasten per gemeente te vergelijken. Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) heeft over 2009 het overzicht gepresenteerd. In 2009 neemt Dordrecht de 31ste plaats in. In 2008 was dit plaats 30. Dat betekent dat in 30 van de grote gemeenten de lokale woonlasten hoger liggen. De gemiddelde verhoging van de woonlasten bedraagt in 2009 voor geheel Nederland 2,9%, voor de 100.000+ gemeenten 3,3%. Deze stijging komt grotendeels op het conto van de milieuheffingen, zoals de afvalstoffenheffing en het rioolrecht. Voor onze gemeente is de verhoging berekend op 2%. In vergelijking met een aantal gemeenten in het land, die van vergelijkbare omvang zijn, ontstaat voor de tarieven 2009 het volgende beeld (* € 1) volgens COELO:
Begroting 2010
Pagina 85 van 234
Gemeente Dordrecht
Gemiddeld RioolOZB eigee WOZrecht naar waarde eig/gebr 185.623 187 163
235
Rangnr. Meerp. Huish. 585 31
Afvalst.
Totaal
Alkmaar
205.800
173
96
239
508
36
Maastricht
207.692
216
148
284
648
10
Haarlem
253.579
222
108
290
620
29
Den Bosch
264.668
215
109
295
619
25
Landelijk gemiddelde
235.043
220
161
268
649
De gemiddelde woningwaarde uit deze tabel wijkt enigszins af van de waarde zoals opgenomen in § 3.1.3, door een klein verschil in de berekeningsmethodiek van COELO. De rangorde in de laatste kolom betekent hoe lager hoe beter.
Een andere vergelijking van woonlasten kan worden gemaakt met de buurgemeenten. De woonlasten in 2009 in de regio laten zich volgens COELO samenvatten in onderstaand schema (x € 1):
Gemeente Alblasserdam
RioolGemiddeld OZB eigerecht e WOZnaar eig/gebr waarde
Afvalst.
Totaal
Rangnr. Meerp. Huish.
224.254
233
212
283
728
Dordrecht
185.623
187
163
235
585
365 58
H.I. Ambacht
247.871
262
132
305
699
317 125
Papendrecht
222.331
227
171
216
614
Sliedrecht
201.711
165
189
225
579
57
Zwijndrecht
201.144
211
174
274
659
235
Landelijk gemiddelde
235.043
220
161
268
649
De rangorde in de laatste kolom betekent hoe hoger hoe beter.
3.1.5 Kwijtschelding Als een belastingplichtige als gevolg van financiële omstandigheden niet in staat is een belastingaanslag geheel of gedeeltelijk te betalen, kan gehele of gedeeltelijke kwijtschelding worden verleend. De regels voor het toekennen worden bepaald door de rijksoverheid. Deze regels komen erop neer dat kwijtschelding mag worden verleend aan belastingplichtigen die een inkomen hebben dat niet hoger ligt dan 90% van de bijstandsnorm. Gemeenten mogen hier in die zin van afwijken, dat deze inkomensgrens wordt verruimd naar 100% van de bijstandsnorm. De gemeente Dordrecht hanteert de zogeheten 100%norm, wat betekent dat inwoners van Dordrecht met een inkomen op bijstandsniveau in beginsel voor kwijtschelding in aanmerking komen. Gemeenten mogen wel zelf bepalen voor welke belastingen kwijtschelding wordt verleend. In Dordrecht kan kwijtschelding worden gevraagd voor de: • • • • •
Onroerende zaakbelastingen; Afvalstoffenheffing; Rioolrechten gebruikers/eigendom; Hondenbelasting; Leges huisvestingsvergunning en urgentieverklaring.
Er wordt niet altijd meer gewacht tot een verzoek om kwijtschelding wordt ingediend. Belastingplichtigen met een ABW-uitkering of AOW die éénmaal kwijtschelding hebben ontvangen krijgen daarna geen aanslag meer. Overigens wordt voor zover mogelijk regelmatig getoetst of de financiële omstandigheden van de betreffende belastingplichtigen niet zijn gewijzigd. Door afschaffing van het gebruikerdeel van de OZB voor woningen per 1 januari 2006 is kwijtschelding voor gebruikers niet meer aan de orde. Kwijtschelding voor eigenaren komt nauwelijks voor.
Begroting 2010
Pagina 86 van 234
In het jaar 2010 wordt naar verwachting voor de volgende aantallen kwijtschelding verleend:
Aantal werkelijk 2008
Aantal begroot 2009
Aantal begroot 2010
Rioolrechten
2.122
2.750
2.136
Afvalstoffenheffing
4.305
3.800
4.469
470
550
469
6.897
7.100
7.074
Hondenbelasting Totaal
De gemeente heeft geen gebruikerstarief voor het riool kleinverbruik voor alleenstaanden. Hiervoor is geen kwijtschelding nodig waardoor het aantal kwijtscheldingen voor rioolrecht afwijkt van die van de afvalstoffenheffing.
Het budgettaire beslag dat in 2010 met de genoemde aantallen kwijtschelding is gemoeid, is als volgt:
* € 1.000 Rioolrechten Afvalstoffenheffing Hondenbelasting Totaal
Werkelijk 2008
Begroot 2009
Begroot 2010
188
253
204
1.011
893
1.050
43
51
44
1.242
1.197
1.298
3.1.6. Overige lokale belastingen Jaarlijks worden de overige belastingen en tarieven in principe verhoogd met de inflatie (consumentenprijsindex). Voor 2010 wordt deze geraamd op 0%. Bij de volgende inkomsten wordt afgeweken van dit gemeentebrede beleid: a) Havengelden: aanpassing vindt plaats op basis van bestuursovereenkomst; b) Parkeerbelastingen: vaststelling van de tarieven wordt in relatie bezien tot de met deze taak samenhangen kosten; c) Bouwleges: vaststelling van de tarieven wordt in relatie bezien tot de met deze taak samenhangen kosten. Voor 2010 wordt dit tarief verhoogd met 2,51%;
Begroting 2010
Pagina 87 van 234
3.2. Risicomanagement en weerstandsvermogen Deze paragraaf geeft inzicht in (mogelijke) risico’s voor de gemeente Dordrecht en de weerstandscapaciteit om die risico’s op te vangen. De risico’s afgezet tegen de weerstandscapaciteit leidt tot een conclusie over de financiële flexibiliteit en soliditeit van de gemeente Dordrecht, zijnde het weerstandsvermogen. Bij de kadernota 2010 is besloten om op basis van de gegevens in de risicoparagraaf jaarverslag 2008, de minimum omvang van de algemene reserve te verhogen naar € 20 miljoen. 3.2.1. Risico’s In deze paragraaf worden actuele risico’s beschreven. Basis hiervoor vormt de in 2006 door de raad vastgestelde nota risicobeheersing en weerstandsvermogen. In die nota zijn de gebieden aangegeven welke de basis moeten vormen voor een risicoschets, die vanuit het oogpunt van risico’s voor de gemeente belangrijk zijn. Het betreffen: A. Uitvoeringsrisico’s medebewindstaken/decentralisatie B. Grondbedrijf/ -beleid (zie aparte paragraaf) C. Realisatie doelstellingen op themaniveau, waaronder grote projecten MJP D. Kapitaalgoederen (onderhoud; zie ook aparte paragraaf) E. Administratieve/ overige bedrijfsvoering F. Aansprakelijkheid De actuele risico’s die relevant zijn voor het weerstandsvermogen zijn die risico’s: • die niet op een andere manier zijn te ondervangen; • die een financieel nadelig gevolg kunnen hebben; • die relevant zijn ( lees: van materieel belang ); • die met redelijke zekerheid zich gaan voordoen en • niet direct beïnvloedbaar zijn. Reguliere risico’s die zich regelmatig voordoen en die vrij goed meetbaar zijn, maken geen deel uit van deze paragraaf. Deze risico’s worden afgedekt door het treffen van maatregelen. Voorbeelden van zulke maartregelen zijn het afsluiten van verzekeringen, het vormen van voorzieningen, het inrichten van de administratieve organisatie en interne controle. Voor het grondbedrijf is er een aparte beschouwing; conform voorschriften BBV. Op de projectbladen – die u elders in deze begroting aantreft – wordt specifiek aandacht besteed aan de risico’s op de afzonderlijke projecten. Voor een toelichting op deze risico’s verwijzen wij derhalve naar de projectbladen. Uiteraard worden eventuele risico’s wel meegenomen in de kwantificering. De risico’s betreffende de Verbonden Partijen worden per verbonden partij gemeld in de paragraaf verbonden partijen. In eerste instantie zullen de risico’s die de verbonden partijen opgeven opgevangen worden binnen hun eigen middelen cq hun eigen weerstandsvermogen. Pas in tweede instantie kunnen de financiële tegenvallers ten gevolge van relevante risico’s effect hebben voor de gemeente. Om deze reden worden alleen die risico’s meegenomen die invloed kunnen uitoefenen op het weerstandsvermogen van de gemeente. De toelichting op de verbonden partijen is opgenomen in paragraaf 3.6. De gehanteerde werkwijze De risico-inventarisatie is als volgt opgebouwd: risicoaanduiding; gegroepeerd naar bovenvermelde risicogebieden korte beschrijving van het risico het financiële effect / kans / risicobedrag eventueel te nemen beheersmaatregelen Per risico wordt er op hoofdlijnen toegelicht wat het risico behelst. Vervolgens vindt er op basis van de beschikbare informatie daar waar mogelijk een inschatting plaats van het financiële effect inclusief de mate van zekerheid dat het risico zich gaat voordoen. Dit resulteert in het risicobedrag. De mate van zekerheid wordt
Begroting 2010
Pagina 88 van 234
geduid met laag (30%), gemiddeld (50%) en hoog (80%). In het overzicht is het risicobedrag met deze percentages vermenigvuldigd. Daarnaast wordt er aangegeven of het risico structurele of incidentele gevolgen heeft. Daar waar er structurele gevolgen zijn, zullen indien dit risico zich voordoet structurele beheersmaatregelen genomen moeten worden. Eventuele incidentele gevolgen kunnen afgezet worden tegen incidentele beheersmaatregelen (onder andere de reserves). Zoals al eerder is gemeld, kan het zo zijn dat er eventuele beheersmaatregelen mogelijk zijn om het risico te verminderen cq te voorkomen. Te denken valt aan aanpassing van het beleid, het invoeren van extra interne controles enz. Ook bestaat er voor de gemeente de mogelijkheid om bepaalde risico’s te laten verzekeren. De gemeente doet dit onder andere op het gebied van risico’s van brand, ongevallen, aansprakelijkheid, wagenpark, machines en vaartuigen. Niet alle risico’s zijn echter verzekerbaar. Een bekend voorbeeld daarvan is planschade. Het goed regelen van verzekeringen, met de gemeente als opdrachtgever, moet in algemene zin aandacht blijven houden; vooral in situaties waar een derde, zoals een Gemeenschappelijke Regeling, op mandaatbasis taken voor de gemeente uitvoert. Een totaal overzicht van alle risico’s treft u aan het eind van dit hoofdstuk aan. A. Uitvoeringsrisico’s medebewindstaken/decentralisatie 1. Consequenties recessie De recessie heeft gevolgen voor de gemeentebegroting. In 2009 kunnen wij reeds constateren dat de recessie niet aan de gemeente voorbij gaat. Op grond van de macro economisch verwachtingen is het reëel te veronderstellen dat dergelijke effecten zich ook voordoen in het begrotingsjaar 2010. Niettemin hebben wij in voorgaande begroting en meerjarenraming de betreffende (recessiegevoelige) posten niet aangepast. Wij gaan er van uit dat de betreffende ramingen in normale omstandigheden toereikend zijn, enkel in de huidige bijzondere omstandigheden niet. De duur daarvan is moeilijk te voorspellen maar effecten in 2010 lijken onontkoombaar. Daar waar bijsturing niet of onvoldoende mogelijk is om dreigende overschrijdingen of teruglopende inkomsten te compenseren, kan teruggevallen worden op het weerstandsvermogen van de gemeente. Zowel in de exploitatie als in de reserves zijn daartoe middelen beschikbaar. In de exploitatie betreft dat de post onvoorzien. Daarnaast zijn reserves (algemene reserve en eventueel bestemmingsreserves) beschikbaar om tegenvallers (incidenteel) te kunnen opvangen. a. Algemene uitkering, brede doel uitkeringen, specifieke uitkeringen Beschrijving van het risico: Een belangrijk deel van de gemeentelijke inkomsten wordt via de algemene uitkering, specifieke uitkeringen en brede doeluitkeringen van het Rijk ontvangen. Dit betekent dat het gemeentelijke beleid erg gevoelig is en blijft voor rijksmaatregelen die deze geldstromen beïnvloeden. Immers, de bestedingen van het rijk hebben invloed op de hoogte van de uitkeringen aan lagere overheden. De mogelijke effecten zijn overigens zeer divers; variërend van effecten op doelstellingen met behulp van uitvoering door/ middelen van derden tot vertraging in projecten en financiële problemen bij partijen waarvoor de gemeente borg staat. Voor de periode 2009-2011 heeft definitieve vaststelling van het gemeentefondsaccres plaatsgevonden. De gemeenten weten dus wat de ontwikkeling van het gemeentefonds voor deze jaren is. Dit biedt financiële rust en zekerheid. Voor de jaren 2012 en 2013 zijn vooralsnog geen ramingen opgenomen voor de ontwikkeling van het accres. Dit betekent een nadelig verloop voor 2012 en 2013 ten opzichte van de septembercirculaire 2008 en het afgesloten bestuursakkoord uit 2007. De achtergrond hierbij is dat op dit moment nog geen duidelijkheid is over de ontwikkeling van de overheidsuitgaven in die jaren en het eventuele aandeel van gemeenten in de departementale bezuinigingen; als gevolg van het overschrijden van het uitgavenkader/ de investeringen i.v.m. de economische crisis. Als de departementen gaan bezuinigen op posten die
Begroting 2010
Pagina 89 van 234
gekoppeld zijn aan de normeringssystematiek, dan zal dit doorwerken in een verlaging van het gemeentefonds. Financieel effect / kans / risicobedrag De mei-circulaire laat de ontwikkeling van de algemene uitkering het volgende zien: vanaf 2011 een daling van € 1,3 miljoen, € 3,4 miljoen daling in 2012 en 4,7 miljoen daling in 2013. Deze bedragen zijn reeds verwerkt in de meerjarenbegroting 2010-2013. De kans bestaat dat bij ingrijpende bezuinigingsoperaties bij het Rijk deze daling nog ongunstiger kan uitpakken. We schatten dit risico als hoog in. Hoewel er zeer veel onzekerheid is over het perspectief gaan we vooralsnog uit van een risicobedrag van ca 2 miljoen. Beheersmaatregelen De ontwikkelingen met betrekking tot de algemene uitkering worden nauwlettend gevolgd. b. Achterblijven (bouw)leges Beschrijving van het risico: Bij de interimnota 2009 is de begrote opbrengst leges met € 1 miljoen verlaagd. De teruggang in de leges hangt voor een belangrijk deel samen met de crisis, waardoor minder grote bouwvergunningen worden aangevraagd. Financieel effect / kans / risicobedrag Uitgaande van de situatie in 2009 is er grote kans op met het achterblijven van de opbrengsten met tenminste een zelfde bedrag van € 1 miljoen. Risicobedrag is dan 80% daarvan, ofwel € 800.000. Beheersmaatregelen: De leges worden maandelijks gecommuniceerd met de Milieudienst ZHZ (uitvoerende instantie). Met de Milieudienst ZHZ zal worden besproken of, en zo ja hoe, besparingen aan de kostenkant mogelijk zijn. c. Dividenden Beschrijving van het risico: Als gevolg van de crisis, door eerdere heroriëntatie op het eigen vermogen (BNG) en door bedrijfsresultaat-verlagende regulering (Evides/ Eneco) ontstaat er grote kans op lagere dividendopbrengsten. Omdat voor dit jaar de geraamde dividendopbrengst Eneco vooral gerelateerd is aan de storting in de algemene reserve en voor het overige reeds prudent wordt geraamd, blijft het effect beperkt tot een verlaging van de storting in de algemene reserve. Financieel effect / kans / risicobedrag: De financiële effecten zijn tenminste 4 miljoen (op de huidige raming van 16 miljoen), de kans dat het zich zal voordoen is groot. Beheersmaatregelen: Financiële rapportages van bedrijven worden gevolgd. d. Bijstandsverlening Beschrijving van het risico: Als gevolg van de recessie is sprake van een oplopend aantal bijstandsklanten. Het risico is dat het budget voor de verstrekking van bijstandsuitkeringen niet toereikend is, gegeven het open eind karakter van bijstandsverlening. Binnen de Sociale Dienst Drechtsteden is een eerste voorziening voor het opvangen van het budgettaire risico, namelijk een egalisatiereserve Bijstand. Als het weerstandsvermogen van de SDD ontoereikend is is sprake van terugval op de gemeenten. Financieel effect / kans / risicobedrag: De kans op overschrijding van het budget voor bijstandsverlening is groot. De kans dat een beroep op de gemeente noodzakelijk is als gevolg van ontoereikend
Begroting 2010
Pagina 90 van 234
weerstandsvermogen bij de SDD schatten we vooralsnog op gemiddeld in. Het risicobedrag schatten we in op 5% van het WWB-bijstandsbudget, ofwel circa € 2,5 miljoen. Beheersmaatregelen: Zie SDD: reïntegratiebeleid, arbeidsmarktbeleid etc. 2. GroteStedenBeleid 3 en vervolg Stedenbeleid Sociaal Integratie en Veiligheid –pijler, ISV-pijler en Economische Pijler Beschrijving van het risico: Per 2010 breekt een nieuwe periode aan voor financiering van het stedenbeleid. Hiertoe verwijzen wij naar paragraaf 3.8 De GSB-3 periode moet nog worden afgerekend. Het is mogelijk dat een verrekening dient plaats te vinden. Naast de GSB-3 periode geldt dat nog niet duidelijk is wat de financiële middelen zullen zijn in de nieuwe periode en hoe de voorwaarden er inhoudelijk vanuit het Rijk exact uit komen te zien. Bij het opstellen van deze paragraaf was de inhoud van de septembercirculaire nog niet bekend. Nadere besluitvorming over de financiering van stedenbeleid voor 2010 e.v. is noodzakelijk. Paragraaf 3.8 gaat in ieder geval uit van een verlaging met 4,9 miljoen ISV over de totale periode tov de GSB-3 periode. Financieel effect / kans / risicobedrag Bij het niet behalen van prestatieafspraken zonder tijdig bijsturen van de gemeente kan het Rijk geld terugvorderen. Het toe te rekenen bedrag verschilt per prestatieindicator, afhankelijk van de inkomsten. Daarbij kan gedacht worden aan een incidenteel bedrag tussen € 200.000 en € 1 miljoen; afhankelijk van het onderwerp. De kans beschouwen wij als gemiddeld. Beheersmaatregelen Er is zicht op de prestatie-indicatoren GSB-3. Daarnaast wordt in de gemeentelijke GSB reserve een marge aangehouden in verband met het terugbetalingsrisico. 3. Maatschappelijke zorg voor de dak- en thuislozen Beschrijving van het risico: De verwachting is dat de financiële middelen voor de sociale pijler op het landelijke niveau (onder een andere noemer) minimaal in tact blijven. Echter door een herschikking binnen enerzijds de aandachtsvelden van de sociale pijler (verdeelmodel), leidend tot een aangepast budget voor Dordrecht, kan per saldo de rijksvergoeding aan maatschappelijke zorg voor de dak- en thuislozen voor Dordrecht teruglopen. Financieel effect / kans / risicobedrag Inmiddels is bekend geworden dat deze rijksvergoeding inderdaad terugloopt. In overleg met VWS en VNG is een overgangsmodel opgesteld om een ‘zachte landing’ te bewerkstelligen voor gemeenten die fors achteruitgaan in het budget. De overgangsperiode beslaat de jaren 2010 t/m 2013. Voor Dordrecht betekent dit een teruggang in financiële middelen van € 300.000 in 2010 tot € 800.000 in 2013. Beheersmaatregelen Door het bijstellen van de ambities trachten wij het negatieve verdeeleffect voor de komende jaren op te vangen. In de onlangs aangeboden raadsinformatiebrief (Voortgang ambitiebijstelling maatschappelijke zorg) wordt hier uitgebreid op ingegaan. 4. WMO/ AWBZ Beschrijving van het risico: De gemeenten krijgen in 2009 te maken met een aantal wijzigingen in de AWBZ. Door het schrappen van de psychosociale grondslag van de functie Ondersteunende Begeleiding Algemeen zullen mensen met psychosociale problemen vaker een beroep doen op door gemeenten gefinancierde voorzieningen. De gemeente
Begroting 2010
Pagina 91 van 234
ontvangt hiervoor extra middelen, o.a. voor hulp aan ontregelde gezinnen en om mensen die zorg mijden te helpen. Met ingang van 2009 wordt een pakketmaatregel genomen in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Deze pakketmaatregel is uitsluitend gericht op het bevorderen van de zelfredzaamheid; de “lichte gevallen” komen niet meer voor een vergoeding in aanmerking. Het jaar 2009 is een overgangsjaar. De beperking is dan alleen van toepassing op de nieuwe gevallen. Met ingang van 2010 is de beperking ook op bestaande gevallen van toepassing. Het lijkt waarschijnlijk dat er hierdoor een verhoogde druk op de WMO komt. In 2009 op beperkte schaal omdat het dan alleen om de nieuwe gevallen gaat. Met ingang van 2010 in sterkere mate omdat het dan om de totale doelgroep gaat. Financieel effect / kans / risicobedrag Het Rijk is met de VNG overeengekomen dat voor 2010 een bedrag van € 127 miljoen aan gemeenten ter beschikking wordt gesteld voor het opvangen van de gevolgen van de pakketmaatregel AWBZ. Deze € 127 miljoen wordt uitgenomen uit de Integratie-uitkering voor Hulp bij het Huishouden en ondergebracht in het gewone deel van het Gemeentefonds. Ook krijgen gemeenten eenmalig € 27 miljoen voor de kosten van de pakketmaatregel in 2009. Per saldo is het netto financieel effect derhalve nog niet bekend. Beheersmaatregelen In 2009 zal verder onderzoek worden gedaan naar de omvang van de problematiek. Overigens hebben reeds diverse gemeenten geprotesteerd bij het ministerie. B. Kapitaalgoederen 5. Bomenziekten Beschrijving van het risico: Een drietal vooralsnog moeilijk beheersbare en geneesbare ziekten aan bomen zijn: kastanje-, iep- en watermerkziekte. Indien een boom ziek wordt, is snelle verwijdering noodzakelijk. Een inventarisatie in mei 2006 heeft uitgewezen dat de infectie zich na het nemen van weerbaarheidsmaatregelen langzamer lijkt te verspreiden. Financieel effect / kans / risicobedrag: Omdat verwijdering grote invloed heeft op het straatbeeld en tevredenheid bij burgers is dit risico als hoog te kwalificeren. Op basis van ervaringsgegevens is het structurele risico ongeveer € 115.000 per jaar. Beheersmaatregelen De maatregelen worden gecontinueerd en gedekt uit het produkt “Groen”. Er wordt landelijk onderzoek verricht en wellicht moeten op basis hiervan alsnog extra maatregelen worden genomen in 2010 en 2011. 6. Onderhoud en beheer sportveldcomplexen Beschrijving van het risico: Het verwachte onderhoud voor de langere termijn aan de infrastructuur van de sportvelden (grijs) dient nader onderzocht te worden. In de onderhoudsplanning van de sportparken zijn structurele financiële effecten niet opgenomen. Financieel effect / kans / risicobedrag: Op basis van vrijwel definitieve calculaties is het de verwachting dat het risico maximaal € 300.000 zal bedragen. De kans hierop wordt als hoog geschat. Het integrale voorstel ondervindt echter vertraging. De bijgestelde verwachting is dat deze begin 2010 wordt aangeboden. Eventuele consequenties zullen bij de kadernota 2011 worden genoemd.
Begroting 2010
Pagina 92 van 234
Beheersmaatregelen; In het uitvoeringsprogramma van het nieuwe sportbeleid wordt een toekomstvisie op de sportparken uitgewerkt. Daarin wordt ook het onderhoud ‘grijs’ meegenomen. C. Aansprakelijkheid 7. Funderingsclaims Beschrijving van het risico: De Belangen Vereniging Funderingsproblematiek (BVFP) en 3 particulieren hebben een proces aangespannen tegen de gemeente. Gesteld wordt dat het rioolonderhoud niet adequaat is uitgevoerd dan wel dat schade is ontstaan tengevolge van normale taakuitoefening door de gemeente. Inmiddels is er een uitspraak van de rechtbank Dordrecht van 22 juli 2009 die volledig in het voordeel van de Gemeente is uitgevallen. De Algemene Ledenvergadering van de BVFP heeft op 19 augustus 2009 besloten om in hoger beroep te gaan tegen de uitspraak. Financieel effect / kans / risicobedrag Deze effecten zijn thans nog niet goed in te schatten, maar deze kunnen bij het alsnog verliezen van de procedure (substantieel) incidenteel zijn; vanwege de precedentwerking. Gelet op eerdere uitspraken schatten wij de kans op verliezen echter als laag in. Beheersmaatregelen: Er wordt in geval van hoger beroep (door BVFP) juridisch verweer gevoerd. 8. Claim stichting Zellingwijk Beschrijving van het risico: De stichting, welke een woonwijk in Gouderak saneert, kan het stortmateriaal niet kwijt bij de Derde Merwedehaven. Volgens de stichting is dit in strijd met de Wet Milieubeheer. Het gevolg is dat de stichting genoodzaakt was haar stortmateriaal tegen hogere prijs naar elders af te voeren en de financiële consequenties daarvan wil verhalen. De gemeente is hiervoor aansprakelijk gesteld; De claim is afgewezen. Naar verluidt zal de stichting pas evt. verder handelen nadat de sanering voltooid is. De sanering zal in 2009 voltooid worden. Financieel effect / kans / risicobedrag De kans op financieel effect schatten wij vooralsnog laag in. Een schatting van het risicobedrag, door de stichting zelf aangegeven, bedraagt € 10 miljoen. Beheersmaatregelen: Geen. Eventuele acties van de stichting worden afgewacht, waarna verweer zal volgen. 9. Fietsbrug A16 Beschrijving van het risico: De aannemer die de fietsbrug heeft aangelegd, heeft aanvankelijk een claim van € 2,8 miljoen. in verband met meerwerk bij de gemeente ingediend. In samenspraak met het ingenieursbureau is deze claim weerlegd. In de loop van 2007 is deze vordering overgedragen aan de firma Zijderveld ( als onderaannemer bij het project betrokken). Financieel effect / kans / risicobedrag: Inmiddels is de arbitrageprocedure gestart en heeft Zijderveld een vordering van € 2,2 miljoen (excl. proceskosten) ingediend. Naar verwachting wordt dit een langlopende zaak. Na een uitspraak van de rechter over de aansprakelijkheid van de gemeente inzake deze claims volgt eventueel nog een procedure over de door Zijderveld ingediende vordering. De kans op betalen op deze incidentele claim schatten wij laag in.
Begroting 2010
Pagina 93 van 234
Beheersmaatregelen: Er is juridisch verweer gevoerd. Wij verwachten in 2009 een gerechtelijke uitspraak over de aansprakelijkheid. 10.
Tunnel/wegen Gezondheidspark
Beschrijving van het risico: De reconstructie van de infrastructuur van het Gezondheidspark is in volle gang. In het derde kwartaal is de bouw van een uitbreiding van het Albert Schweitzerziekenhuis gestart. In november werd voor het eerst geconstateerd dat er zettingsverschijnselen optraden aan de nieuwe wegen. Medio 2009 zijn de grootste bronbemalingen beëindigd. Er is vastgesteld (visueel en op basis van metingen) dat de schade aanzienlijk is (verzakte verhardingen, scheurvorming langs de tunnelwand, etc.) maar dat het veiligheidsrisico beperkt is. De schade (zakkingen) neemt nog slechts beperkt toe. Financieel effect / kans / risicobedrag De omvang van de schade is nog niet in te schatten omdat het bouwproces Gezondheidspark verder gaat, maar wordt tenminste op € 100.000 geschat. De bouw stil leggen levert een grote tegenclaim op. Uitgaande van aansprakelijkheid van derden achten wij de kans op eigen financiële consequenties vooralsnog als laag in. Beheersmaatregelen: Het ziekenhuis is aansprakelijk gesteld voor optredende schade die het gevolg is van deze bronbemalingen. De Provincie is als vergunningverlener aangesproken om te handhaven. Er zijn en worden metingen verricht, schadebeelden vastgelegd en er wordt toegezien op ontwikkelingen door een in opdracht van de gemeente werkende directievoerder. Een externe adviseur heeft onderzoek verricht en concludeerde dat er een causaal verband is tussen de bemaling door het ziekenhuis en de schade. De gemeente zet daarom de aansprakelijkstelling richting bestuur ziekenhuis door. 11.
Trillingshinder
Beschrijving van het risico: Er kan door zwaar verkeer trillingshinder aan panden ontstaan. Financieel effect / kans / risicobedrag: Door het tijdig treffen van maatregelen wordt voorkomen dat grote schade ontstaat. Uiteraard heeft een eigenaar ook een eigen (schadebeperkings)plicht om zo snel mogelijk in contact te treden met de gemeente, teneinde geconstateerde schade niet verder te vergroten. Vooralsnog schatten wij de kans op grote financiële claims daarom als laag in. Beheersmaatregelen: In voorkomende gevallen wordt onder meer de maximale snelheid van het verkeer aangepast. D. Bedrijfsvoering 12.
Vordering Landsbanki
Beschrijving van het risico: De gemeente heeft nog een deposito van € 8 miljoen bij Landsbanki in IJsland. Gebleken is dat Landsbanki niet meer aan haar verplichtingen kan voldoen. Inmiddels is de expiratiedatum van het deposito (6 juli 2009) gepasseerd. De inzichten ten tijde van het opstellen van het stadsjaarverslag lieten een verwacht uitbetalingspercentage zien van 80%. Conform afspraken met de accountant is een voorziening getroffen voor het verlies dat dan ontstaat van 20% van de hoofdsom, ofwel € 1,6 miljoen.
Begroting 2010
Pagina 94 van 234
Financieel effect / kans / risicobedrag: Wij schatten de kans dat een deel van de vordering van € 8 miljoen niet wordt geïnd als zeer hoog. Dit is afhankelijk van de bezittingen van Old Landsbanki (het deel na splitsing van Landsbanki waarin onze vordering is ondergebracht) en de preferentie van onze vordering ten opzichte van andere schuldeisers. Gegeven het feit dat een voorziening getroffen is van 20% van de hoofdsom achten wij de kans op een groter verlies laag in. Als risico schatten we het daarom op 20% (laag) x € 6,4 miljoen (€ 8 miljoen hoofdsom minus getroffen voorziening van € 1,6 miljoen) = € 1,28 miljoen. Een eventueel verlies van (een deel van) de hoofdsom heeft een eenmalig karakter. Het hieruit voortvloeiende renteverlies heeft een structureel karakter en wordt in eerste instantie opgevangen binnen het renteschommelfonds. Beheersmaatregelen Zowel juridisch als bestuurlijk is actie ondernomen om een zo groot mogelijk deel van de vordering terug te krijgen. In samenwerking met andere gedupeerde overheden is een advocatenkantoor ingezet. Daarnaast wordt op bestuurlijk niveau afstemming gezocht, zowel voor wat betreft de andere decentrale overheden als het rijk. 13.
RTV Dordrecht/ UPC
Beschrijving van het risico: Vanwege het dalende aantal kabelaansluitingen voor televisie is het de verwachting dat in de toekomst ook de inkomsten dalen voor RTV Dordrecht (RTVD). De gevolgen voor de zender en eventueel de gemeente Dordrecht zijn niet duidelijk. Minder aansluitingen betekent nl. minder aantrekkelijk voor adverteerders/opdrachtgevers, waardoor de inkomsten voor RTVD zullen afnemen. En het dalen van het aantal kabelaansluitingen heeft tevens tot gevolg dat de inkomsten uit lokale heffingen voor de gemeente zullen afnemen. Bovengenoemde lokale heffing wordt geïncasseerd door UPC. Dit bedrijf heeft bericht dat zij uit concurrentieoverwegingen wil stoppen met het innen van deze lokale heffing per 2010. Hierover zijn wij echter nog in overleg met UPC. Een kostendekkende exploitatie bij RTV Dordrecht wordt vanaf 2011 verwacht. Het college heeft besloten om tot die tijd de jaarlijkse aflossing van de lening op te schorten. Het risico bestaat, dat de lening uiteindelijk niet kan worden afgelost. Financieel effect / kans / risicobedrag: Het aflossingsrisico bedraagt € 250.000; de kans is gemiddeld tot hoog. Daarnaast bestaat grote kans op afbouw van de lokale UPC bijdrage ad 188.000. Voor 2010 zal in voorkomend geval nadere informatie volgen. Beheermaatregelen: Het bedrijfsplan RTV Dordrecht 2008-2014 wordt in 2010 geëvalueerd. Met UPC wordt in 2009 overlegd. 14.
Onderlinge vorderingen GRD
Beschrijving van het risico In 2008 hebben diverse verrekeningen plaatsgevonden tussen de gemeente en de GR Drechtsteden. De basis voor de verrekeningen en gemeentelijke bijdragen ligt in de afspraken die gemaakt zijn over de regionalisering en de transitie. Onder andere: het bestuursplan SCD, de impactanalyse SCD, de veegnotitie SCD en het IPA-programma. Over een aantal posten bestaat verschil van inzicht tussen de gemeente(n) en de GRD. Daardoor zijn de onderlinge vorderingen niet overeenkomstig verwerkt in de jaarrekeningen van de GR en gemeente(n). Financieel effect / kans / risicobedrag Doordat onderlinge vorderingen niet overeenkomstig verwerkt zijn in de jaarrekening zal op een later moment per definitie een verlies genomen moeten worden. Het verlies dat een partij moet nemen is afhankelijk van het besluit dat uiteindelijk genomen wordt over de vordering. De vordering van de gemeente op
Begroting 2010
Pagina 95 van 234
de GRD bedraagt circa € 1,5 miljoen. De kans schatten we laag in, hetgeen leidt tot een risicoberekening van 20% x 1,5 miljoen = € 300.000. Beheersmaatregelen De onderlinge vorderingen zoals die in de jaarrekeningen van de GR Drechtsteden, ZHZ en Drechtstedengemeenten zijn opgenomen, worden geïnventariseerd en in 2009 ter besluitvorming voorgelegd. Op het moment van opstellen van deze begroting was het voorstel hierover van de GRD nog niet definitief gereed. 15.
Waterbus
Beschrijving van het risico: Door financiële problemen zijn de contracten voor Waterbus Drechtsteden en de verbinding Rotterdam – Dordrecht per 1 januari 2009 ontbonden. Door de provincie Zuid-Holland is in 2008 een aanbestedingsprocedure gestart. Deze is mislukt, waarna in 2009 wordt doorgevaren tegen sterk verbeterde condities. De nieuwe condities voor de aanbesteding najaar 2009, welke onder meer verplichten in opnieuw investeren (en dus onvermijdelijk ook desinvesteren) in schepen en continuïteitsgaranties van aandeelhouders, zijn voor Dordrecht aanleiding geweest om hier geen steun aan te verlenen. Daarnaast is het voorstelbaar dat banken weer aanvullende garanties zouden gaan verlangen. Indien de aanbesteding slaagt, wat op het moment van opstellen van deze begroting nog niet vast staat, is de liquidatie van Waterbus als rechtspersoon in de loop van 2010 onvermijdelijk. Schepen en personeel worden door de nieuwe dienstverlener overgenomen. In Waterbus heeft de gemeente als aandeelhouder een belang via aandelen, achtergestelde leningen en garanties. Financieel effect / kans / risicobedrag: Bij het eventueel wegvallen van het contract, moet Dordrecht haar achtergestelde lening afboeken/ garanties nakomen. Het risico bedraagt max. € 1,5 miljoen incidenteel, hetgeen leidt tot een risicoberekening van 80%x 1,5 miljoen = 1,2 miljoen. De kans dat het grootste gedeelte moet worden afgeboekt is bij gunning aan een andere partij groot en nauwelijks beïnvloedbaar. Beheersmaatregelen: Deze zijn er nog slechts op gericht om geen nieuwe ondernemingsrisico’s als gemeente te moeten dragen. De aanbesteding, welke volgens huidige inzichten in het vierde kwartaal van 2009 moet zijn voltooid, moet worden afgewacht. 16. Projecten Over de grote projecten wordt afzonderlijk gerapporteerd in bijlage 1. 3.2.2 Vervallen risico’s Hieronder volgt een weergave van vervallen risico’s; • Kwaliteit van de wegen • Risico analyse Stationsgebied • Vergadervleugel griffie • Dekking kosten aanleg P&R Weeskinderendijk 3.2.3. Overzicht van de gewogen risico’s Het totaal van de hiervoor beschreven risico’s leidt met toepassing van de wegingsfactoren zoals in de inleiding beschreven, tot de volgende tabel:
Begroting 2010
Pagina 96 van 234
Nr
Risico
1
3
Consequenties economische crisis a. Algemene uitkering, brede doeluitkeringen, specifieke uitkeringen b. Achterblijven (bouw)leges c. Dividenden d. Bijstandsverlening GroteStedenBeleid 3 en vervolg Stedenbeleid Sociaal Integratie en Veiligheid -pijler, ISV-pijler en Economische Maatschappelijke zorg voor de dak- en thuislozen
4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
WMO AWBZ Bomenziekten Onderhoud en Beheer sportveldcomplexen Funderingsclaims Claim stichting Zellingwijk Fietsbrug A16 Tunnel/wegen Gezondheidspark Trillingshinder Vordering Landsbanki RTV Dordrecht/ UPC Onderlinge vorderingen met GRD Waterbus Risico´s gemeld bij de uitvoering projecten*
2
Totaal
Structureel
Incidenteel
2.000.000 800.000 3.200.000 2.000.000 p.m. 400.000 p.m. 92.000 240.000
pm p.m.
2.732.000 + pm
300.000
p.m. 3.000.000 660.000 p.m. p.m. 1.280.000 219.000 300.000 1.200.000 15.038.000+pm 25.997.000 + pm
* Hierboven zijn de eventuele financiële effecten van de risico’s meegenomen die als rood cq. oranje worden getypeerd. Het hier genoemde bedrag is het netto bedrag en berekend door de rode en oranje risico’s te wegen met de kansen waarop de risico’s zich voordoen. In de projectbladen zijn bij de risico’s de bruto bedragen opgenomen (dus niet gewogen).
3.2.4. Weerstandscapaciteit De bronnen van de gemeente Dordrecht om financiële tegenvallers ten gevolge van relevante risico’s te kunnen ondervangen (verzamelterm: weerstandscapaciteit) zijn: • Exploitatie: er kan sprake zijn onbenutte belastingscapaciteit, begrotingsruimte (bijvoorbeeld stelposten onvoorziene uitgaven), ruimte middels de algemene uitkering. • Balans: reserves. In beperkte mate kan de (onbenutte) belastingcapaciteit tot de weerstandscapaciteit worden gerekend. Deze capaciteit is echter enige jaren terug met de aangepaste wetgeving rond de OZB sterk verminderd. Bij heffingen wordt het principe van volledige kostendekkendheid al langer toegepast. Onvoorziene uitgaven Voor de exploitatie is thans structureel een bedrag van 1 miljoen beschikbaar. Reserves Als ondergrens voor risico’s is € 17,5 miljoen voor 2009 en 20 miljoen vanaf 2010 bepaald bij de kadernota 2010. Volgens de huidige stand van zaken is de algemene reserve van de stad begroot ongeveer € 31,7 miljoen. Bij de kadernota 2010 is een beginstand gemeld ad. 29,5 miljoen en als beslispunt is besloten om een bedrag van 11,4 miljoen te storten in SI. Dit resulteert in een gecorrigeerde beginstand van circa 17,5 miljoen. In 2009 vinden de volgende mutaties plaats: Het surplus op het Enecodividend wordt toegevoegd aan de algemene reserve. In 2009 is dat waarschijnlijk (zie Interimnota) een bedrag van € 6,84 miljoen (ipv 10 miljoen). Daarnaast wordt er bedrag van €1,5 miljoen gedoteerd vanuit het renteschommelfonds. Verder is in de meerjarenbegroting 2009-2012 een onttrekking voorzien ten behoeve van een sluitende begroting in 2011 en 2012, een zogeheten intertemporele compensatie. Het handelt hier om een bedrag van 2 miljoen. Naast een aantal kleinere mutaties vindt er ook een rentebijschrijving van € 1 miljoen plaats.
Begroting 2010
Pagina 97 van 234
De algemene bedrijfsreserve Grondbedrijf (€ 14,3 miljoen) is op grond van de huidige informatie niet inzetbaar voor méér risico’s dan al bij de prognose 2008 is gedaan. Als gevolg van strategische aankopen, afdrachten aan de stad, nieuwe grondexploitaties en door negatieve marktontwikkelingen is de vermogenspositie Grondbedrijf sterkt verminderd. Nieuwe tegenvallers kunnen voorlopig niet binnen het weerstandsvermogen vanuit het grondbedrijf worden opgevangen. Zie paragraaf Grondbeleid. Verder is er een substantiële reservering SI; echter deze projecten lopen. Er ontstaat pas echt ruimte indien reeds geplande projecten niet zouden doorgaan. Daarnaast beschikt de gemeente over inkomensreserves waarvan de baten ( rente) dienen ter dekking van de exploitatie. Inzet van deze reserves is mogelijk, maar heeft direct consequenties voor de rentebaten op de exploitatie. Ditzelfde geldt voor de reserve materiële vaste activa economisch nut, die dient ter dekking van de kapitaallasten van de overige investeringen. Bij de jaarrekening 2009/ brede doorlichting vindt een nieuwe integrale screening van reserves en voorzieningen plaats. 3.2.5. Conclusie weerstandsvermogen Uit het oogpunt van risicobeheersing zijn reserveringsmiddelen gereserveerd om eventuele tegenvallers op te vangen. Bestemmingsreserves zijn in geval van ernstige calamiteiten in principe afweegbaar, voor zover nog geen onomkeerbare beslissingen zijn genomen of contracten zijn getekend. Voor onvoorziene lasten zijn stelposten in de exploitatiebegroting opgenomen. In de brede doorlichting wordt ook aandacht besteed aan de omvang en juistheid van reserves en voorzieningen. Deze presentatie van risico’s betreft altijd een momentopname en heeft net als bij iedere risico-inschatting –vooral rondom de kansinschatting- een mate van subjectiviteit in zich. In deze paragraaf is getracht het inzicht in omvang van risico’s te verbeteren. Echter niet alle risico´s zijn voor wat betreft de mogelijke financiële effecten te kwantificeren. Daarnaast zal de uitkomst van de rekenexercitie jaarlijks een andere uitkomst laten zien. De bepaling van het (minimaal) noodzakelijk weerstandsvermogen zal meer continuïteit moeten bieden en meerjarig te hanteren zijn. Periodiek zal de minimale omvang van de Algemeen Reserve tegen het licht gehouden moeten worden. Wij concluderen dat het incidentele weerstandsvermogen op peil is. Tijdige bijsturing bij nieuwe negatieve ontwikkelingen blijft echter noodzakelijk. De exploitatie heeft voor 2010 vooralsnog voldoende ruimte om eventueel structurele nadelen incidenteel op te vangen (voornamelijk onvoorzien). In structurele zin zullen nadelen gecompenseerd moeten worden met structurele bijstelling binnen de begroting. Onder andere rijksbeleid zet dat perspectief onder druk. De huidige structurele weerstandscapaciteit (voornamelijk de buffer voor onvoorziene lasten) is in ieder geval voor 2010 op een solide niveau; aannemende dat niet alle aangeduide exploitatierisico’s zich in dat jaar ook zullen manifesteren.
Begroting 2010
Pagina 98 van 234
3.3. Onderhoud kapitaalgoederen 3.3.1. Inleiding De gemeente heeft op haar grondgebied een groot aantal kapitaalgoederen zoals gebouwen, wegen, constructies, riolering, water en groen. Onderhoud hiervan is belangrijk omdat deze kapitaalgoederen een belangrijke bijdrage leveren aan de uitvoering van de programma’s van de begroting, zoals milieu, onderwijs en verkeer. Een aantal van de taken, waarop kapitaalgoederen betrekking hebben, is verplicht. Zo heeft de gemeente een wettelijke plicht rondom riolering en onderhoud van wegen. Achterstallig onderhoud kan leiden tot risico’s en daarbij mogelijke aansprakelijkstelling van de gemeente. Bovendien kan het leiden tot kapitaalvernietiging. Ook leggen de kapitaalgoederen een aanzienlijk beslag op de gemeentelijke middelen. Dit geldt niet alleen voor de aanschaf als investering, doch ook voor de jaarlijkse exploitatiekosten die hier uit voortvloeien. Het gaat dan vooral om kosten van rente en afschrijving, kosten van groot en klein onderhoud en beheerskosten. Dit vergt duurzaam goed onderhoudsbeheer op basis van door de Raad vast te stellen beleidskaders waaruit de voortvloeiende financiële consequenties en de vertaling daarvan in de begroting dienen te worden aangegeven. In deze paragraaf komen achtereenvolgens het onderhoudsbeheer van de gebouwen (Vastgoedbedrijf en Onderwijs) en van de kapitaalgoederen openbare ruimte aan de orde. Daar waar mogelijk wordt ook ingegaan op het gewenste ambitieniveau van onderhoud en mogelijke risico’s.
3.3.2. Gebouwen Vastgoedbedrijf Beleidskader Het Vastgoedbedrijf houdt zich bezig met het verwerven en afstoten, het huren en verhuren van vastgoed en het optreden als opdrachtgever bij de voorbereiding en uitvoering van (ver)nieuwbouwprojecten. Het bezit betreft alle gebouwen van de gemeente met uitzondering van onderwijsgebouwen. In het bedrijfsplan van het Vastgoedbedrijf is als ambitie vastgelegd dat de gemeente het gebouwde vastgoed bezit voor: • Huisvesting van de eigen organisatie en bestuurlijk gelieerde organisaties, zoals de regio Zuid Holland Zuid en de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden; • Accommodatie van maatschappelijke doelgroepen; • Behoud van gebouwd cultureel erfgoed; • Het anticiperen op ruimtelijke/economische ontwikkelingen in de stad; tegen zo gering mogelijke kosten, met waar relevant en mogelijk optimalisatie van de vermogenwaarde en met een transparante kosten- en opbrengstenstructuur. Het Vastgoedbedrijf heeft een exploitatieberekening op complexniveau opgesteld, waarbij eventuele risico’s inzichtelijk zijn gemaakt. Om het beheer te optimaliseren is een vastgoedinformatiesysteem opgezet waarin nagenoeg alle verzamelde informatie reeds is gebundeld. Dit integrale beeld zal middels een raadsvoorstel aan de raad worden aangeboden. In de Kadernota 2010 is uitgebreid ingegaan op de vaststelling van de meerjarenonderhoudsplanning van de in beheer zijnde complexen. Hierbij is aangegeven dat de onderhoudsvoorziening voor de komende jaren toereikend is voor de uitvoering van het onderhoud. In de kadernota 2010 is inzicht gegeven in de toereikendheid van de onderhoudsfondsen en aangegeven dat de komende jaren voldoende kapitaal aanwezig is binnen de onderhoudsvoorziening om het achterstallig onderhoud en planmatig onderhoud uit te kunnen voeren.
Begroting 2010
Pagina 99 van 234
Financiële consequenties, vertaling in begroting Gebouwen (bedragen x € 1.000)
2010
2011
2012
2013
Apparaatskosten Rente en afschrijving Onderhoud Overige beheerskosten
724 5.614 871 521
724 5.519 871 521
724 5.419 871 521
724 5.280 871 521
Het Vastgoedbedrijf heeft een structurele taakstelling van € 1 mln, welke deels wordt ingevuld door toepassing van schaalvoordelen op gebouwgebruik en onderhoudskosten en deels door opbrengsten als gevolg van verkopen. Daarnaast wordt bezuiniging door aanpassing van de afschrijvingssystematiek van de gebouwen beoogd in relatie tot de in 2008 uitgevoerde taxatie-uitkomsten van het bezit. Dit vraagt aanpassing van het huidige waarderings- en afschrijvingsbeleid. In de 2e helft 2009 volgt hierover een notitie en eventueel een raadsvoorstel. Kwaliteit en risico’s Gezien de huidige ontwikkelingen op de vastgoedmarkt is het risico aanwezig dat de opbrengsten als gevolg van verkopen zullen afnemen. De doorlooptijd van in verkoop zijnde complexen is aanzienlijk langer en ook de verkoopprijzen dalen nog steeds.
3.3.3. Onderwijsgebouwen, peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en buitenschoolse opvang Beleidskader De schoolbesturen zijn grotendeels juridisch eigenaar van de gebouwen voor primair, speciaal en voortgezet onderwijs. De gemeente heeft het economisch claimrecht van vrijwel alle schoolgebouwen. De schoolbesturen kunnen voor voorzieningen in de huisvesting bij de gemeente aanvragen indienen Het kader hiervoor wordt gevormd door de onderwijswetgeving (Wet op het Primair Onderwijs), Wet op de Expertise Centra en de Wet op het Voortgezet onderwijs), de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Dordrecht van 2001 (kader voor het jaarlijkse programma onderwijshuisvesting, inclusief onderhoud) en het Integraal Huisvestingsplan (IHP). Het IHP is vastgesteld in december 2004 en wordt jaarlijks herijkt. De laatste herijking heeft plaatsgevonden in mei/juni 2009. In dit plan is vastgelegd hoe de huisvestingsmiddelen in de komende jaren besteed gaan worden. Uitgangspunt is dat voornamelijk de schoolbesturen plannen maken, optreden als bouwheer, eigen onderhoudsplannen uitvoeren en zoveel mogelijk zelfstandig opereren. De gemeente maakt het beleidskader, in goed overleg met de schoolbesturen, financiert de plannen en toetst. Ter bevordering van integrale afwegingen van beleid en middelen is besloten om voortaan het IHP in de afweging van de kadernota te betrekken. Bij de Kadernota 2010 is het IHP-budget verhoogd door indexering van de normbedragen voor nieuwbouw, uitbreiding en aanpassing ten gevolge van onderwijskundige vernieuwing met 6,86%. De meerjarenlasten zijn op basis van gespecificeerde uitvoeringsplanning in de begroting verwerkt, hetgeen is aangekondigd in de Kadernota 2010. Financiële consequenties en vertaling in begroting Vanuit 2008 zijn naar 2009 overgebracht de restant investeringskredieten van het IHP.Het totaal van de restantkredieten in 2008 bedroeg 116,5 mln. Een verhoging met 6,86% geeft een stijging van 8 mln. Totaalkrediet IHP na aanpassing derhalve 124,5 mln.Hierna heeft er een verschuiving van de kredieten plaatsgevonden naar latere jaren in verband met later gereed komen van diverse investeringen.
Begroting 2010
Pagina 100 van 234
In onderstaande tabel de betreffende bedragen: Aanpassing investeringskredieten (bedragen × € 1 mln) Totaal restantkredieten van 2008 naar 2009 Bedragen na prijscompensatie/verschuiving Verschillen
2009
2010
2011
69,3
32,7
14,5
2012
Totaal 116,5
27,4
42,7
35,0
19,4
124,5
-41,9
10,0
20,5
19,4
8,0
Door wijziging van de investeringskredieten in volume en in tijd zijn als gevolg hiervan ook de kapitaallasten gewijzigd. In onderstaande tabel de betreffende bedragen: Aanpassing kapitaallasten (bedragen × € 1 mln) Berekening voor prijscompensatie/ verschuiving Berekening na prijscompensatie/verschuiving Verschillen
2010
2011
2012
2013
2014
Totaal
11,5
12,4
12,9
13,2
12,8
62,8
9,4
11,5
13,2
15,1
14,7
63,9
-2,1
-0,9
0,3
1,9
1,9
1,1
De hogere kapitaallasten van 1,1 mln. over 2010 t/m 2014 kunnen voorlopig gedekt worden uit de reserve onderwijshuisvesting. In 2009 zullen de kapitaallasten als gevolg van de verlaging met 41,9 mln ruim 2,5 mln lager zijn. Hierdoor hoeft er minder uit de reserve onderwijshuisvesting gehaald te worden om de kapitaallasten te dekken. Het programma voorzieningen onderwijshuisvesting wordt jaarlijks door het College vastgesteld (o.g.v. de Wet dualisering gemeentelijke medebewindsbevoegdheden). Het conceptprogramma 2010 is verwerkt in de begroting 2010. Na de vaststelling van het beleidskader “Samen investeren in vroeg beginnen, op weg naar een Dordtse Voorschool op 28 februari 2006”, vormt de huisvesting, de uitbreiding en de nieuwbouw van de peuterspeelzalen, ruimten voor kinderdagopvang en buiten schoolse opvang integraal onderdeel van het huisvestingsprogramma. Huisvesting onderwijs (bedragen x € 1.000) Apparaatskosten Rente en afschrijving Onderhoud Overige beheerskosten
2010
2011
2012
2013
626 8.812 1.431 4.357
626 10.809 1.848 4.116
626 12.396 2.155 3.820
626 14.358 2.269 3.324
Een deel van de huisvestingskosten is doorbelast naar de producten van de Peuterspeelzalen, Buitenschoolse Opvang en Kinderdagopvang. Kwaliteit en risico’s De kwaliteit van de gebouwen is sober en doelmatig. Door uitvoering van het IHP, waarbij ook oude gebouwen worden vervangen door nieuwbouw, zal de kwaliteit geleidelijk toenemen. De omvangrijkheid van het IHP en de daarbinnen aanwezige complexiteit van diverse bouwopgaven brengen vanzelfsprekend risico’s met zich mee. Het IHP is gebaseerd op normbedragen. Bij verdere uitwerking van de plannen zal telkens moeten blijken in hoeverre het geraamde budget toereikend zal zijn. De reserve onderwijshuisvesting bedraagt per 1 januari 2010 € 8,4 mln en is tot 2014 toereikend. Nadien is de reserve onvoldoende om de sterk oplopende kapitaallasten te compenseren. In de komende tijd zal hiervoor een oplossing gevonden moeten worden. Dit kan eventueel in de vorm van bijstelling van de plannen (tem-
Begroting 2010
Pagina 101 van 234
porisering, versobering, etc.), verhoging dotatie reserve, verhoging exploitatiebudget en aanpassing waarderingsbeleid. Het onderhoudsbeheer van onderwijsgebouwen voor primair en voortgezet onderwijs vindt plaats op basis van een meerjaren onderhoudsplanning. Door de vele nieuwbouw- en uitbreidingsprojecten is voor het onderhoud van de schoolgebouwen nog geen exacte berekening aanwezig voor de dekking van het toekomstige onderhoud. Nog niet van alle schoolbesturen zijn er actuele en goede onderhoudsplanningen van de schoolgebouwen aanwezig. Hierna kan pas worden beoordeeld of de aanwezige voorzieningen toereikend zijn. Vervolgens zal de herziening van de systematiek van de onderhoudsvoorziening worden opgepakt. Hierbij zal ook worden ingespeeld op de integratie van nieuwe aspecten van onderhoudsbeheer waaronder: de problematiek platte daken, asbest, brandveiligheid, luchtkwaliteit en calamiteiten. Deze zaken worden nu nog zo goed als mogelijk ad hoc opgelost binnen de huidige budgetten.
3.3.4. Openbare ruimte algemeen Beheerinstrumenten kapitaalgoederen openbare ruimte Het beheer van de openbare ruimte is een reguliere taak van de gemeente, die bestaat uit de jaarlijkse beheers-, vervangings- en onderhoudsmaatregelen wegen, groen, constructies, openbare verlichting, havens en speelvoorzieningen. De gemeente heeft de normen voor kwaliteit van de openbare ruimte vastgelegd in het handboek KOR. De doelstelling van KOR is een integrale benadering van ontwerp, inrichting en beheer van de openbare ruimte. Het uitgangspunt hierbij is integrale samenwerking tussen de sectoren die verantwoordelijk zijn voor de inrichting en het beheer van de openbare ruimte. Voor het beheer van de (kapitaalgoederen in de) openbare ruimte beschikt de gemeente over een aantal instrumenten. Ten eerste de beheersystemen waarin van alle objecten in de openbare ruimte de relevante data zijn ingebracht. Op grond daarvan worden de onderhouds- en vervangingsplanningen opgesteld. Ten tweede de jaarlijkse schouw naar de onderhoudsgesteldheid van de objecten in de openbare ruimte. Aan de hand van de bevindingen rond de technische kwaliteit per element wordt het beheersysteem geactualiseerd. Mutaties in het areaal worden doorlopend bijgewerkt. Ten derde het Meerjaren Onderhoudsplan (MOP). In dit plan wordt jaarlijks de bestemming van de beschikbare middelen voor groot onderhoud en vervanging bepaald. De planning leidt ertoe dat werkzaamheden zoveel mogelijk worden gecombineerd (minder overlast voor burgers minder kosten voor de gemeente). De eigenlijke onderhoudswerkzaamheden worden (zoveel mogelijk) via bestekken aan marktpartijen opgedragen. In Sterrenburg is een pilot afgesloten waar uit blijkt dat het uitbesteden van het jaarlijks onderhoud op basis van een meerjarig integraal wijkbestek, met als sturingsmethodiek onder andere het beeldkwaliteit, toepasbaar en succesvol kan zijn. Kwaliteitsniveau’s openbare ruimte Op basis van de Dordtse structuurindeling en uitgaande van de CROW-systematiek, zijn voor de gemeente Dordrecht vier kwaliteitsniveau’s te onderscheiden. Ook op deze plaats is het belangrijk om aan te geven dat de koppeling tussen Ontwerp & inrichting en de CROW- kwaliteit een intentie is. Er is een globale vertaling gemaakt vanuit de “huidige werkwijze” richting het nieuwe “beeldgerichte werken” die dat rechtvaardigt. Ontwerp & Inrichting Hoogwaardig Representatief Standaard Sober
Begroting 2010
Beheer & Onderhoud Zeer intensief Intensief Normaal Extensief
CROW- kwaliteit A tot A+ A B C D is ongewenst
Pagina 102 van 234
Kwaliteitsniveau hoogwaardig is openbare ruimte met een zeer intensief gebruik en/of onderhoud, waarbij een hoogwaardige uitstraling gewenst is. Het betreft hoogwaardige, intensief gebruikte ruimten. Voor Dordrecht is dit het kernwinkelgebied van de Binnenstad. Dit niveau wordt gekoppeld aan het kwaliteitsniveau A van de CROW-systematiek. Kwaliteitsniveau representatief is een openbare ruimte met een intensief gebruik en onderhoud. Het betreft representatieve, intensief gebruikte ruimten, overwegend gelegen rondom wijkvoorzieningen (winkelcentra, scholen, ouderencomplexen etc.) en representatieve bedrijventerreinen. Natuurlijke processen worden tot een minimum beperkt. Afwijkingen op het gewenste beeld worden binnen het afgesproken ambitie- en serviceniveau van de wijklijn verholpen. Dit niveau wordt gekoppeld aan het kwaliteitsniveau A van de CROW-systematiek. Kwaliteitsniveau standaard is openbare ruimte met een normaal gebruik en onderhoud. Het betreft hier intensief gebruikte openbare ruimte op wijkniveau. Natuurlijke processen worden tot een minimum beperkt. Tot dit niveau behoren de woon- en werkgebieden. Afwijkingen op het gewenste beeld worden binnen het afgesproken ambitie- en serviceniveau van de wijklijn verholpen. Dit niveau wordt gekoppeld aan het kwaliteitsniveau B van de CROW-systematiek. Kwaliteitsniveau sober is openbare ruimte met een gemiddeld tot extensief gebruik en onderhoud. Het betreft hier de bedrijven- en industrieterreinen. Het onderhoud is extensief. Afwijkingen op het gewenste beeld worden binnen het afgesproken ambitie- en serviceniveau van de wijklijn verholpen.
3.3.5 Wegen, groen, openbare verlichting, verkeersinstallaties, constructies, speelvoorzieningen en havenvoorzieningen Beleidskader Wegen Er wordt nog gewerkt met de beleidsstukken: budgetten wegen (2001) en Nota onkruid op verharding (2003). Sinds 2005 is de gemeente gecertificeerd voor het duurzaam terrein beheer dat in de genoemde Nota is vastgelegd. In 2009 is de nieuwe integrale Wegennota afgerond. Naast het reguliere onderhoud van wegen is in 2007 een start gemaakt met de planmatige aanpak van verzakte wegen en de bijbehorende vaak ouderwetse inrichting. Dit wordt in 2010 voortgezet. Groen Het openbaar groen is een beeldbepalend onderdeel van de openbare ruimte en het visitekaartje van de gemeente. In de Nota Dordrecht Kleurrijk Groen (DKG) van 1995 is een kaderstellende visie op het groen ontwikkeld, gevolgd door de Evaluatienota DKG in 2002. In 2005 is de Nota Parken en in 2007 het boomstructuurplan vastgesteld. Het groenbeheersysteem voor regulier onderhoud is op orde. In het kader van de Rijksplannen met betrekking tot de Ecologische Hoofdstructuur is het Raamplan Eiland van Dordrecht (2006) vastgesteld. Dat voorziet in de realisatie van het Strategisch Groenproject. Op het Eiland van Dordrecht is een op wereldschaal uniek bestaand zoetwater getijdengebied (in de Sliedrechtse Biesbosch) uitgebreid. De overige inrichtingsplannen voorzien in een uitbreiding van natuur en recreatie gebieden en zullen in fasen worden uitgevoerd. Ook is een gedragscode Flora en Fauna ontwikkeld, welke in 2009 conform deze richtlijn is uitgevoerd. In 2010 wordt de uitvoering van de inventarisatie van de huidige bomenlijst verder uitgewerkt. 2010 is het laatste jaar dat extra middelen worden ingezet uit het meerjarenbeleidsprogramma 2006-2010 ingevolge de Nota Boomziekten. In 2010 zijn in dit kader vooral de boomvervangingsprojecten vanuit het boomstructuurplan gepland. Dit resulteert in meer investeringen voor het bomenbestand voor onderhoud en vervangen van oude en zieke bomen.
Begroting 2010
Pagina 103 van 234
Openbare verlichting De nota ‘beleid en beheer openbare verlichting 2004 – 2013’ en het verlichtingsplan Binnenstad vormen het beleidskader voor inrichting en onderhoud van openbare verlichting. De openbare verlichting speelt een belangrijke rol bij de leefbaarheid en de veiligheidsgevoelens onder de bewoners. Het college heeft onderkend dat de fietsers ‘s avonds een gevoel van onveiligheid kunnen ervaren. In de fietsnota “Dordt fietst door” wordt daarom een deel van het primaire fietsnetwerk onderdeel uit een het “fiets nachtnet”. De inzet is iedere wijk te ontsluiten met een sociaal veilig nachtnet. Verkeersregelinstallaties(VRI’s) Dit betreft het instandhouden van VRI’s, verkeerscomputer centrales, beheersystemen en pollers Binnenstad. Het beheerssysteem is op orde. Het beleid is vastgelegd in de nota ‘Doordacht geregeld’ (2008). In deze nota wordt onder andere een heroverweging gemaakt over het al dan niet verwijderen van een aantal VRI’s op diverse locaties door een andere duurzame veilige oplossing, zoals bijvoorbeeld een rotonde. Constructies Onder constructies verstaan we het geheel van bruggen, viaducten dam- en keerwanden, stadsmeubilair enz. Het beleid is vastgelegd in de Nota Kunstwerken (constructies) beheer en onderhoud (2003). Het jaarlijks onderhoud wordt uitgevoerd volgens het onderhoudsplan van het beheersysteem ‘KUBIS’. Het groot onderhoud wordt uitgevoerd in het kader van de meerjaren investeringsplanning. Speelvoorzieningen Het beleid is vastgelegd in de Speelnota (1996), Evaluatie Speelnota(2002), Interimnota Speelvoorzieningen (2003) en het Attractiebesluit 'speelvoorzieningen'. Spelen in de openbare ruimte leeft. Veel partijen zowel binnen als buiten de gemeente zijn bezig met het ontwikkelen van speelvoorzieningen om de leefbaarheid en tevredenheid van burgers te vergroten. Naast het dagelijks onderhoud worden jaarlijks ca. 15 tot 20 speelplaatsen gerenoveerd. In 2009 en 2010 worden 4-5 speelplaatsen extra gerenoveerd met de extra middelen die door de raad beschikbaar zijn gesteld. In 2010 wordt door projecten zoals “burgers aan zet”, “wijkwensen” en de “vernieuwing van Dordt West” een extra investering in speelvoorzieningen voorzien. Havens Het onderhoud van de havenvoorzieningen wordt conform het meerjaren onderhoudsplan 2009 – 2019 uitgevoerd ten laste van de onderhoudsvoorziening havens. Dit fonds is toereikend om de geplande baggerwerkzaamheden en onderhoud aan steenglooingen en vloeipalen uit te voeren. Financiële consequenties en vertaling in begroting Het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) maakt een onderscheid tussen investeringen met een maatschappelijk nut of een economisch nut. Op investeringen van economisch nut zoals rioleringen moet worden afgeschreven. Op investeringen met een maatschappelijk nut zoals wegen, groen, constructies, openbare verlichting, VRI’s, havens en speelvoorzieningen mag een gemeente afschrijven. De gemeente activeert van deze investeringen slechts enkele uitzonderingen waarvan de verkeersregelinstallaties, verlichtingsinstallaties en reconstructies aan bruggen de belangrijkste zijn. De overige investeringen en groot onderhoud komen ten laste van de exploitatie. De omvang van de beheerskosten van de Openbare Ruimte (wegen, groen, constructies, openbare verlichting, VRI’s, havens en speelvoorzieningen) in de begroting 2010 ziet er als volgt uit:
Begroting 2010
Pagina 104 van 234
Beheer openbare ruimte (bedragen x € 1.000) Apparaatskosten Kapitaallasten Onderhoudskosten*
2010 10.327 3.081 16.278
2011 10.307 3.092 13.339
2012 10.287 3.054 13.321
2013 10.287 3.006 13.407
* De onderhoudskosten in 2010 zijn hoger dan de jaren daarna. Dit wordt veroorzaakt door de laatste jaarschijf van de extra impuls in de openbare ruimte van in totaal € 10 miljoen.
Kwaliteit en risico’s Wegen 70% van de burgers is tevreden over het asfalt en 80% is tevreden over de elementen. Sinds de aanleg is de intensiteit van het verkeer en de verkeersbelasting aanzienlijk toegenomen. Uit onderzoek naar de gesteldheid van de fundering van de asfaltwegen (veel gebiedsontsluitingswegen zijn aangelegd in de jaren 70/80). Uit de Wegennota blijkt dat een groot deel daarvan het einde van hun levensduur nadert. Gezocht wordt naar een oplossing die recht doet aan de maatschappelijke en technische eisen van het wegbeheer en waarmee de omvang van de investering aanzienlijk wordt teruggebracht. Bij kadernota 2010 is € 4 mln beschikbaargesteld voor het wegwerken van een deel van het achterstallig onderhoud in de periode 2010 – 2014. Groen De kastanje-, iep- en watermerkziekte zijn moeilijk beheersbare en geneesbare ziekten aan bomen. Indien een boom ziek wordt is vaak snelle verwijdering noodzakelijk. Een inventarisatie in heeft uitgewezen dat de infectie zich na het nemen van weerbaarheidsmaatregelen langzamer lijkt te verspreiden. Openbare verlichting De gemeente hanteert als richtlijn voor de toepassing van openbare verlichting de aanbevelingen van de Nederlandse Stichting Voor Verlichtingskunde (NSVV) en de Nederlandse Praktijk Richtlijn (NPR) op. In 2015 zal alle openbare verlichting hieraan voldoen. VRI’s Voor het beheren van verkeersregelinstallaties wordt aangesloten op de werkwijze die het CROW in haar publicatie 145 ‘Beheerkosten openbare ruimte, module VRI’s (2004)’ voorstelt. Elke groep installaties kent daarbij een gemiddeld uitrustingsniveau. Per groep is gedefinieerd uit welke en hoeveelheid elementen een installatie is opgebouwd. Constructies Elk jaar wordt een deel van het kunstwerkenbestand aan een periodieke technische inspectie onderworpen. De inspectiefrequentie is voor de meeste kunstwerken 1 maal per 5 jaar, voor beweegbare bruggen ligt deze frequentie hoger. Per kunstwerk wordt de algemene onderhoudstoestand uitgedrukt urgentiegetallen. Deze urgenties houden in dat gezien de ernst van de schade er binnen een bepaalde tijd actie moet worden ondernomen. Des te lager het getal, des te lager de urgentie tot ingrijpen.
3.3.6 Ondergrondse containers restafval Beleidskader De Nota Nadere uitwerking invoering ondergrondse containerisatie restafval (2007) regelt de toegangsregulering, de werkwijze van de locatiekeuze, het communicatieplan en aanvullende financiële consequenties van het project ondergrondse containerisatie restafval overige wijken. In 2010 staan de wijken Crabbehof, Wielwijk, Sterrenburg, Dubbeldam, Stadspolders en Schil op de planning.
Begroting 2010
Pagina 105 van 234
In 2010 zal met de voorbereiding voor een nieuwe milieustraat en bedrijfsruimte voor Netwerk NV worden begonnen, met de bedoeling om uiteindelijk in 2011 met de bouw te kunnen starten. Financiële consequenties en vertaling in begroting Ondergrondse containerisatie (bedragen x € 1.000) 2010 2011
2012
2013
Apparaatskosten
128
128
127
127
Kapitaallasten
339
332
324
317
Onderhoudskosten* 0 0 0 0 * De onderhoudskosten zijn inbegrepen in de bijdragen aan Netwerk voor afvalinzameling.
Kwaliteit en risico’s In 2009 is bij de interimnota een projectbudgetoverschrijding gemeld t.a.v. de ondergrondse containerisatie restafval. Deze wordt grotendeels veroorzaakt door extra kabels en leidingwerkzaamheden en communicatie- en projectbegeleidingskosten. Zodra er zekerheid bestaat over de precieze omvang van deze overschrijding zal zonodig een aanvullend kredietvoorstel worden opgesteld.
3.3.7 Riolering Beleidskader In 2008 is de Wet tot verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken in werking getreden. In die wet worden naast de gemeentelijke zorgplicht voor de doelmatige inzameling en transport van afvalwater, de aanvullende gemeentelijke taken ten aanzien van de verwerking van regenwater en de inspanningsverplichting ten aanzien van grondwaterproblemen evenals de bekostiging daarvan geregeld. De wet verplicht gemeenten om uiterlijk 2013 te beschikken over een Verbreed Gemeentelijk Riolerings Plan (GRP) Het huidige GRP loopt tot eind 2010 en voorziet niet in beleid ten aanzien van hemel- en grondwater. In 2009 worden beleidsnota’s voor deze onderdelen aan de Raad aangeboden. Bovendien wordt een beleidsnota opgesteld ten aanzien van de nieuwe rioolheffing per 1 januari 2010. Aansluitend zal gestart worden met de voorbereiding van het verbrede GRP V (2011-2014). Op basis van het nu vigerende Gemeentelijk Riolerings Plan IV (GRP IV) geeft de gemeente invulling aan de wettelijke zorgplicht inzake een doelmatige inzameling en transport van afvalwater. Het GRP IV gaat uit van een jaarlijkse kostenstijging van 4% tot 2015 en voorziet in de aanpak van lekke rioleringen in het aandachtsgebied funderingen. Financiële consequenties en vertaling in begroting Het GRP IV is gebaseerd op een herzien meerjaren kostendekkingsplan waarvan de kosten en de baten zo goed mogelijk zijn geschat op ervaringscijfers, landelijke kengetallen en herziene financiële uitgangspunten. Sluitpost voor het dekkingsplan is het rioolrecht. Jaarlijks wordt de betreffende jaarschijf van het meerjaren kostendekkingsplan in de begroting verwerkt inclusief geaccordeerde bijstellingen. In de praktijk vinden veel planningsverschuivingen plaats door kostenbesparende integrale aanpak van vervangingen, beperking van overlastsituaties en aanpak van stadsvernieuwingsprojecten. Riolering (bedragen x € 1.000)
2010
2011
2012
2013
Apparaatskosten
1.553
1.550
1.547
1.547
Kapitaallasten
5.222
5.352
5.400
5.561
Onderhoudskosten
1.191
1.191
1.190
1.189
Het GRP IV heeft een langere looptijd dan het MJP. Voor- en nadelen worden verrekend met de desbetreffende voorzieningen en zorgen voor een gelijkblijvende jaarlijkse tariefaanpassing van 4% met inbegrip van inflatiecorrectie.
Begroting 2010
Pagina 106 van 234
Kwaliteit en risico’s Het rioolbeheersysteem is op orde. Risico’s zijn: beïnvloeding grondwaterpeil (kan leiden tot snellere rioolvervanging) en meer extreme weersomstandigheden door klimaatverandering (kan leiden tot meer overlast door vervuiling oppervlaktewater en overstroming in gebouwen). Ook de toename van ingroei van boomwortels in het riool vormt een risico. De riolering in Dordrecht heeft een gemiddeld kwaliteitsniveau. De rechtbank van Dordrecht heeft op 22 juli 2009 de vorderingen van de Belangen Vereniging Funderingsproblematiek (BVFP) en van 4 eigenaren inzake aansprakelijkheid van de gemeente voor door hen geleden funderingschade als gevolg van paalrot afgewezen. De gemeente is niet schadeplichtig omdat niet is komen vast te staan dat zij is tekortgeschoten in haar zorgplicht.
3.3.8. Water Beleidskader Sinds eind 2000 is de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) van kracht. De richtlijn is bedoeld om de ecologische kwaliteit van het water te verbeteren. De deadline voor het bereiken van de doelstellingen is 2015 met een mogelijke uitloop naar 2027. Gebleken is dat de kwaliteit van het oppervlaktewater in de gemeente Dordrecht nog niet overal voldoet aan de eisen. In het najaar 2008 is het maatregelenpakket vastgesteld. De kosten van de maatregelen zijn reeds gedekt in andere plannen (GRP IV en de Nieuwe Dordtse Biesbosch) of in reguliere budgetten van Stadsbeheer. Eén van de maatregelen is een in 2009 opgestart onderzoek naar in hoeverre de vuiluitworp van het gemeentelijke rioolstelsel invloed heeft op de kwaliteit van het oppervlaktewater. Het College en het Waterschap Hollandse Delta hebben in 2009 het Waterplan Dordrecht 2009 – 2015 opgesteld. Dit plan vervangt het stedelijk waterplan 2003 – 2007 en speelt in op de mondiale klimaatveranderingen welke ingrijpende gevolgen zullen hebben voor het eiland van Dordrecht. Het nieuwe waterplan richt zich op het op orde brengen van het stedelijk watersysteem, het verbeteren van de waterkwaliteit en het aantrekkelijk maken van de stad met extra water. Het plan wordt naar verwachting in het najaar 2009, na inspraak, ter vaststelling aan de Raad aangeboden. Speerpunt is de waterveiligheid voor het hele eiland van Dordrecht. Er is een nieuwe toekomstgerichte waterambitie voor de lange termijn geformuleerd met doelstellingen voor de middellange termijn (2015). In het bijbehorende maatregelenpakket staat voor de 4 waterthema’s aangegeven wat we de komende jaren moeten doen aan wettelijke taken en wat we daar bovenop nog willen realiseren (klimaatadaptie). Overige watertaken zijn aanleg, vervanging en doorspuiten van drainages, maandelijks meten van grondwaterstanden in de primaire peilbuizen (379 stuks) en het afwikkelen van klachten over grondwater (hoog/laag). Financiële consequenties en vertaling in begroting In het GRP IV is een budget voor communicatie inzake waterbeheer opgenomen en verwerkt in de tabel beheerskosten riolering. De overige beheerbudgetten van gerealiseerde of nog te realiseren projecten zijn vanaf 2008 geïntegreerd in het product ‘Groen’ en verwerkt in de tabel beheerslasten ‘beheer openbare ruimte’.
Begroting 2010
Pagina 107 van 234
3.4. Financiering In deze paragraaf komen de onderwerpen aan de orde die behoren tot het geldstromenbeleid van de gemeente. Dit zijn onder andere risicobeheer (met name rente- en kredietrisico), de financieringspositie, het kasbeheer en de informatievoorziening.
3.4.1. Algemeen De uitvoering van de gemeentelijke financieringsfunctie dient plaats te vinden binnen de kaders zoals gesteld in de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido). In deze wet staan vooral transparantie en risicobeheersing centraal. De transparantie komt daarbij tot uitdrukking in voorschriften voor een verplicht Treasury Statuut alsmede een treasury- c.q. financieringsparagraaf in begroting en rekening. De risicobeheersing binnen de Wet fido richt zich op renterisico’s, kredietrisico’s, koersrisico’s en valutarisico’s. Het begrip treasury kan worden gedefinieerd als het besturen en beheersen, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Meer concreet gaat het om financiering van het beleid tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden, het te allen tijde zorgen voor voldoende liquide middelen, waarbij een tijdelijk overschot tegen een zo hoog mogelijk rendement wordt belegd, en het daarbij afdekken van met name rente- en kredietrisico’s. Treasury onderscheidt zich van de reguliere control door de focus op feitelijke kasstromen in plaats van te redeneren in termen van baten en lasten. Benadrukt wordt dat de doelstelling van de treasuryfunctie van de gemeente Dordrecht is dat deze uitsluitend de publieke taak dient en dat een prudent beleid gevoerd wordt binnen de kaders die zijn gesteld in de Wet fido. Ontwikkelingen Relevante wetgeving. Begin 2009 is de geactualiseerde Wet fido in werking getreden. Eén van de belangrijkste gevolgen hiervan is een gewijzigde berekeningsmethodiek voor de renterisiconorm. De aanpassing wordt hierna nader uitgewerkt. Economische omgeving. Het afgelopen jaar mag vanuit economisch perspectief zonder overdrijving turbulent genoemd worden. De kredietcrisis, die een Amerikaanse achtergrond had en waarover lang de opvatting bestond dat dit ook slechts tot een Amerikaans probleem beperkt zou blijven, heeft zich met name vanaf medio 2008 binnen zeer korte tijd ontwikkeld tot een internationale financiële crisis. Uiteindelijk heeft deze ontwikkeling een stevige bijdrage geleverd aan de huidige economische neergang in mondiaal perspectief. Onder invloed van deze ontwikkelingen heeft de rente het afgelopen jaar het volgende verloop laten zien:
Begroting 2010
Pagina 108 van 234
Tabel 1 Renteverloop medio 2008 t/m medio 2009
Verloop rentetarieven 1 juli 2008 - 1 juli 2009 6,00%
Percentage
5,00%
4,00%
3,00%
3- maands Euribor
2,00%
10-jaars IRS
1,00%
1-jul-09
1-jun-09
1-mei-09
1-apr-09
1-mrt-09
1-feb-09
1-jan-09
1-dec-08
1-nov-08
1-okt-08
1-sep-08
1-aug-08
1-jul-08
0,00%
Datum
De korte rente heeft vanaf oktober 2008 een sterk dalende trend ingezet die vooral is veroorzaakt door de verruimende maatregelen (lees: renteverlagingen) van centrale banken, die in internationaal verband zijn doorgevoerd. De lange rente (IRS) laat in bovenstaande grafiek een licht dalende trend zien. De IRS vormde altijd een goede indicatie voor een uiteindelijk te betalen rente wanneer de gemeente moest financieren. Echter, als gevolg van de financiële crisis worden vanaf eind 2008 opslagen berekend vanwege de verminderde bereidheid van banken om elkaar geld uit te lenen. Voor het komende jaar wordt de volgende ontwikkeling verwacht, waarbij benadrukt moet worden dat dit een momentopname is die dagelijks wijzigt. Tabel 2 Rentevisie
Actueel ten tijde van opstelling begroting 2010
Gemiddelde verwachting grootbanken van stand over 1 jaar
Toe-/afname
Korte rente (3-maands Euribor), ca.
0,95%
1,40%
0,45%
Lange rente (10-jaars IRS), ca.
3,70%
4,10%
0,40%
Spread
2,75%
2,70%
-0,05%
Omschrijving
3.4.2. Financieringspositie Financiering activa De activa van de gemeente Dordrecht zullen per begin 2010 naar verwachting als volgt gefinancierd zijn: Tabel 3 Financieringspositie per 1-1-2010
Bedragen x € 1 miljoen Omschrijving
Bedrag per 1-1-2010
Totale boekwaarde investeringen
€
760,0
€
735,3
€
24,7
Vaste financieringsmiddelen: Reserves
€
Voorzieningen
€
17,6
Langlopende leningen
€
169,7
Financieringstekort
Begroting 2010
548,0
Pagina 109 van 234
Het berekende financieringstekort zal worden verminderd middels het aantrekken van aanvullende langlopende financiering. Interne Voor de hanteert hanteert
rente interne doorberekening van de netto rentekosten naar de investeringen de gemeente Dordrecht een omslagpercentage van 4%. De gemeente hierbij een (egalisatie)reserve.
Leningenportefeuille. Opgenomen langlopende leningen Onderstaande tabel geeft inzicht in het verwachte verloop van de leningportefeuille in 2010: Tabel 4 Mutaties leningenportefeuille OG 2010
Bedragen x € 1.000,-
Omschrijving
Gemiddeld percentage
Bedrag
Stand per 1 januari 2010,
€
169.692
4,32%
Nieuwe leningen
€
45.000
4,25%
Reguliere aflossingen
€
2.102-
Vervroegde aflossingen
€
Rente-aanpassing (oud percentage)
€
2.403-
4,78%
Rente-aanpassing (nieuw percentage)
€
2.403
5,38%
Stand per 31 december 2010
€
212.590
4,31%
De behoefte om eventueel aanvullende langlopende financiering op te nemen blijkt uit een liquiditeitenplanning. Zie hiervoor verder onder Kasbeheer. Uitzettingen Onder uitzettingen worden verstrekte langlopende geldleningen en beleggingen verstaan. De gemeente Dordrecht heeft de volgende uitzettingen: Tabel 5 Mutaties uitzettingen 2010
Bedragen x € 1.000,Omschrijving
Gemiddeld percentage
Bedrag
Verstrekte geldleningen: Stand per 1 januari 2010
€
36.927
4,76%
Nieuwe leningen Reguliere aflossingen
€
Vervroegde aflossingen
€
2.236-
Rente-aanpassing (oud percentage)
€
2.404-
4,79%
Rente-aanpassing (nieuw percentage)
€
2.404
5,38%
Stand per 31 december 2010
€
34.691
4,78%
-
Beleggingen:
Begroting 2010
Stand per 1 januari 2010
€
124.845
Afloop/expiratie
€
-
Afschrijving
€
-
Herbeleggingen
€
-
Nieuwe beleggingen
€
-
Stand per 31 december 2010
€
124.845
Totaal uitzettingen per 1 januari 2010
€
161.772
Totaal uitzettingen per 31 december 2010
€
159.535
Pagina 110 van 234
3.4.3. Risicobeheersing Zoals eerder benoemd vormt risicobeheersing één van de pijlers van de Wet fido. In de navolgende onderdelen wordt ingegaan op de risicoaspecten die verbonden zijn aan de uitvoering van de gemeentelijke treasuryfunctie. In beginsel kunnen deze worden onderscheiden in renterisico’s, kredietrisico’s, koersrisico’s en valutarisico’s. Voor de gemeente Dordrecht zijn de twee laatstgenoemde risico’s niet van toepassing. Daarnaast kan een informatierisico worden benoemd, te weten het risico dat relevante informatie niet tijdig of volledig bij de treasuryafdeling onder aandacht wordt gebracht. Renterisico Renterisico’s kunnen vanuit Wet fido-optiek worden bezien op de korte en op de langere termijn. Renterisico op korte schuld: de kasgeldlimiet Met de kasgeldlimiet is in de Wet fido een norm gesteld voor het maximum bedrag waarop de gemeente haar financiële bedrijfsvoering met kortlopende middelen (looptijd < 1 jaar) mag financieren. Deze norm bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal aan lasten vóór bestemming, dus met uitzondering van stortingen in reserves. Indien hierbij de kasgeldlimiet bij herhaling wordt overschreden dient er geconsolideerd te worden ofwel moet een deel van de kortlopende middelen worden omgezet in een langlopende financiering. Voor 2010 kan de kasgeldlimiet voor de gemeente Dordrecht als volgt worden bepaald: Tabel 6 Berekening kasgeldlimiet 2010 Begrotingstotaal
€
Relevant percentage Kasgeldlimiet
423.216 8,5%
€
35.973
De gemeente Dordrecht verwacht in 2010 binnen de kasgeldlimiet te opereren. Echter, gezien het relatief grote renteverschil tussen korte en lange rente zal de bij het door het SCD uit te voeren gemeentelijke saldobeheer worden getracht om de kasgeldlimiet optimaal te benutten. De liquiditeitenplanning is hierbij een uitstekend hulpmiddel. Renterisico op langlopende schuld: de renterisiconorm De gemeente loopt renterisico op het moment dat nieuwe leningen moeten worden aangetrokken (herfinanciering) of als een renteherziening van toepassing is. Om het renterisico te beheersen is in de Wet fido de renterisiconorm geformuleerd. Het doel van deze norm is om overmatige afhankelijkheid van het renteniveau in één bepaald jaar te voorkomen, één en ander ter bescherming van de gemeentelijke financiële positie. Met deze norm bevordert de Wet fido een solide financieringswijze bij openbare lichamen. Begin 2009 is een geactualiseerde Wet fido in werking getreden. Hiermee is een nieuwe berekeningsmethodiek voor de renterisiconorm van kracht geworden. De nieuwe norm is voortaan, evenals de kasgeldlimiet, gekoppeld aan het begrotingstotaal. Deze wijziging komt voort uit het feit dat bij de evaluatie van de oude Wet fido is geoordeeld dat een berekening van de norm op basis van het saldo van de vaste schuld per begin van het jaar te weinig zicht gaf op het budgettaire risico dat de gemeente op het vlak van renterisico loopt. Conform voorschrift van de geactualiseerde Wet fido wordt het renterisico in onderstaande tabel voor de komende vier jaren bepaald, terwijl de renterisiconorm alleen betrekking heeft op het totaal van de begroting van het komende jaar.
Begroting 2010
Pagina 111 van 234
Tabel 7 Berekening renterisiconorm
Bedragen x € 1.000 Renterisico's
2010
Renteherzieningen
€
Aflossingen Renterisico
2011
2012
2013
2.232
€
2.269
€
3.710
€
2.269
€
2.102
€
2.145
€
1.839
€
1.875
€
4.334
€
4.414
€
5.549
€
4.144
€
423.216
€
84.643
Berekening renterisiconorm begrotingstotaal 2010 Percentage cf. regeling Renterisiconorm 2010
20%
Toetsing renterisico aan norm: Renterisico
€
4.334
Renterisiconorm
€
84.643
Onderschrijding
€
80.309-
Uit deze opstelling blijkt dat de gemeente Dordrecht binnen de grenzen van de renterisiconorm opereert.
3.4.4. Kredietrisico Kredietrisicobeheersing richt zich op de kredietwaardigheid (en dus risicoprofiel) van de tegenpartijen bij financiële transacties. Kredietrisico’s kunnen worden gelopen vanuit uitzettingen (verstrekte geldleningen, beleggingen) of uit verleende garanties. Kredietrisico op leningen en beleggingen Het kredietrisico wordt door de Wet fido beperkt door minimale eisen te stellen aan de kredietwaardigheid van tegenpartijen en de verplichte hoofdsomgarantie bij beleggingen. De hiervoor in tabel 5 gespecificeerde uitzettingen kunnen als volgt worden gerubriceerd naar risicocategorie: Tabel 8 Specificatie uitzettingen naar risicocategorie
Bedragen x € 1.000,Verwachte stand per Specificatie leningen en beleggingen naar risicogroep:
1-1-2010
31-12-2010
% per eind 2010
Gemeenten / Provincies
€
-
€
-
0,0%
Overheidsbanken
€
-
€
-
0,0%
Woningcorporaties met garantie WSW
€
21.320
€
20.261
12,7%
Semi-overheidsinstellingen
€
13.445
€
13.445
8,4%
Financiële instellingen (A en hoger) Overige toegestane instellingen volgens Treasurystatuut Niet-toegestane instellingen volgens Treasurystatuut
€
111.400
€
111.400
69,8%
€
15.607
€
14.429
9,0%
€
-
€
-
0,0%
€
161.772
€
159.535
100,0%
Totaal
Met betrekking tot de in bovenstaande tabel genoemde risicogroep ‘Financiële instellingen (kredietwaardigheid A en hoger)’ kan nog het volgende worden opgemerkt. Naar aanleiding van de kredietcrisis, waarbij onder andere
Begroting 2010
Pagina 112 van 234
onzekerheden zijn ontstaan rond een door Dordrecht gedane uitzetting bij een IJslandse bank, is aan de raad toegezegd dat in de financieringsparagraaf voortaan de gehele uitzettingenportefeuille naar kredietwaardigheid zal worden gespecificeerd. Zie daartoe de navolgende tabel. Tabel 9 Specificatie uitzettingen bij financiële instellingen (kredietwaardigheid A en hoger)
Bedragen x € 1.000,-
Tegenpartij
Jaar Jaar aanvang afloop
Boekwaarde per 01-012010
Coupon
Creditratings sept. 2009 Opm.
Raiffeisen Zentral Bank
2000
2010
6,375% €
7.000
A
Banca Lombarda Spa
2000
2010
6,875% €
4.000
A
Nog her te beleggen (vrijval HVB 2009)
2009
2019
nnb €
7.000
AAA
CLN HBOS/General Electric Euro Capital
2008
2016
6,250% €
16.000
A/AAA
CLN Dexia Credit Local/GE Euro Capital
2008
2014
5,600% €
11.000
A/AAA
CLN ING Bank/GE Euro Capital
2008
2021
5,600% €
11.000
AA/AAA
CLN RBS/GE Euro Capital
2008
2018
5,500% €
11.000
A/AAA
Landsbanki Islands
2007
2009
4,790% €
6.400
-
Friesland Bank
2007
2012
4,900% €
8.000
A
Halifax Bank of Scotland/Unicredito
2007
2018
4,500% €
30.000
A/A
TOTAAL
€ 111.400
Opmerkingen: (1) Landsbanki bezat tot 30 september 2008 een A2-rating; zie ook onderstaande opmerking inzake boekwaarde. (2) Duurzaam garantieproduct via APG Investments. Zoals bekend is door de eind 2008 op IJsland ontstane economische situatie de terugbetaling van het door Dordrecht bij de Landsbanki Islands uitgezette deposito onzeker geworden. In overleg met de accountant is inmiddels 20% van de oorspronkelijke vordering van € 8 miljoen afgeboekt, zodat de boekwaarde momenteel € 6,4 miljoen bedraagt. Inmiddels is de bank door de financiële autoriteiten op IJsland gesplitst. De vordering van de gemeente zit bij Old Landsbanki. De bezittingen hiervan zullen te gelde worden gemaakt, waarna de schuldeisers zullen worden uitbetaald. De gemeente participeert in een vanuit de Provincie Noord-Holland georganiseerde gezamenlijke belangenbehartiging, welke onder andere wordt ondersteund door advocatenkantoor Stibbe. Inmiddels is duidelijk dat, indien vanuit Old Landsbanki uitkeringen zullen gaan plaatsvinden, de vorderingen van de Nederlandse decentrale overheden een preferente positie hebben. Het advocatenkantoor ziet toe op handhaving van deze preferentie. Het is nog niet duidelijk op welke termijn de eerste uitkeringen kunnen worden verwacht. Kredietrisico ten aanzien van borgstellingen (gemeentegaranties) Borgstellingen kunnen op twee manieren voorkomen: 1. Directe borgstelling 2. Achtervang Bij directe borgstellingen staat de gemeente jegens geldgevers borg voor de betaling van rente en aflossing op langlopende geldleningen die door lokale organisaties, instellingen of verenigingen zijn aangetrokken die veelal activiteiten verzorgen welke in het verlengde liggen van de gemeentelijke publieke taak. Achtervang houdt in dat de gemeente, al dan niet samen met het Rijk, een rol speelt in de zekerheidsstructuur van een waarborgfonds, bijvoorbeeld de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Door deze structuur kunnen instellingen die bij een waarborgfonds zijn aangesloten tegen de laagste rente lenen. Mede vanwege de strenge toelatingscriteria en periodieke toetsing door het fonds loopt de gemeente hierbij een veel lager risico dan bij directe borgstellingen.
Begroting 2010
Pagina 113 van 234
(1) (2)
De verwachting van de ontwikkeling van de borgstellingen van Dordrecht gedurende 2010 luidt als volgt: Tabel 10
Specificatie borgstellingen per categorie
Bedragen x € 1.000,Verwachte stand per Specificatie gemeentelijke borgstellingen naar categorie:
1-1-2010
31-12-2010
% per eind 2010
Directe borgstellingen Instellingen in zorgsector
€
9.090
€
7.888
2,3%
Verbonden partijen
€
62.211
€
61.375
17,9%
Verenigingen
€
5.854
€
5.617
1,6%
Overigen
€
3.693
€
2.962
0,9%
Subtotaal €
80.848
€
77.842
22,7%
€
265.754
€
265.754
77,3%
€
346.602
€
343.596
100,0%
Achtervang WSW (woningcorporaties) Totaal
Van het in bovenstaande tabel per eind 2010 genoemde bedrag voor verbonden partijen, te weten ruim € 61 miljoen, heeft € 22 miljoen betrekking op het Wegschap Tunnel Dordtse Kil en € 34 miljoen op HVC Alkmaar inzake GR Gevudo.
3.4.5. Kasbeheer De inrichting van het betalingsverkeer (het beheer van het gemeentelijke rekeningstelsel, het coördineren van bevoegdheden en het verrichten van feitelijke betalingen) alsmede de saldoregulatie wordt verzorgd vanuit Servicecentrum Drechtsteden. De gemeente was, is en blijft daarbij overigens eigenaar van de betreffende bank- en girorekeningen.
De Bank Nederlandse Gemeenten is huisbankier van de gemeente Dordrecht. Daarnaast heeft de gemeente betalingsverkeerrelaties met ABN Amro en ING Bank. Een hulpmiddel bij de saldoregulatie is de liquiditeitenplanning. Vanuit het Servicecentrum zal deze planning, in een meerjarige vorm, worden geactualiseerd. Op grond van het beeld dat daar uit naar voren komt zal worden bezien of aanvullende financiering moet worden opgenomen en voor welke termijn die behoefte zal gelden.
3.4.6. Informatievoorziening Op grond van het Treasury Statuut vindt jaarlijks, dus ook in 2010, tenminste viermaal overleg plaats in Treasury Comité verband over de uitvoering van de treasuryfunctie en de voortgang van het Treasury Jaarplan. Daarnaast kunnen er incidentele contacten plaatsvinden of vanuit het Servicecentrum Drechtsteden adviezen worden gegeven op meer incidentele basis. Voor zover relevant zullen door het SCD rapportages worden opgeleverd voor in- of extern gebruik.
Begroting 2010
Pagina 114 van 234
3.5. Organisatieontwikkeling en bedrijfsvoering “Wij werken aan Dordrecht”
3.5.1. Inleiding In 2008 is het organisatieontwikkelings- en kwaliteitsbeleid herijkt in de notitie ‘organisatieontwikkeling en kwaliteit 2008-2010, 4x4’. Dit is onder de noemer ‘de staat van de organisatie’ met de Raad op 22 april 2008 besproken en via een Raadsinformatiebrief in juli 2008 gecommuniceerd. In de notitie ‘4x4’ is Dordrecht als organisatie omschreven en wordt benoemd wat we als organisatie nodig hebben om de door de politiek gedefinieerde inhoudelijke doelstellingen te kunnen behalen. In deze notitie staan vier richtinggevende ambities centraal. In paragraaf 3.5.5. worden deze ambities toegelicht. In de bedrijfsvoering van 2010 blijven de ambities uit het kwaliteitsbeleid, net als voor 2008 en 2009, uitgangspunten bij de uit te voeren activiteiten. Dit zijn activiteiten die sinds 2008 en/of 2009 lopen, nog moeten worden afgerond danwel aangescherpt. In de onderstaande paragraaf worden deze weergegeven.
3.5.2. Verder verbeteren van structuur, cultuur en processen Op een groot aantal bedrijfsvoeringonderdelen verloopt het naar wens. We hebben een goed niveau van dienstverlening in de Stadswinkel, de ontwikkelingen in de regio verlopen voorspoedig, trekken landelijke aandacht en de afgelopen jaren hebben we een flink aantal verbeteringen doorgevoerd in de beheerprocessen. Op dit onderdeel zijn er in 2008 diverse activiteiten gestart die in 2009 verder zijn opgepakt én activiteiten die in 2010 gecontinueerd, aangescherpt en uitgezet worden. Op hoofdlijnen zijn de belangrijkste opgaven voor 2010: •
Brede doorlichting
Structuur • KCC Dienstverlening • Regionalisering Cultuur • Organisatieontwikkeling: 4x4, INK model en ICT • Doorontwikkeling van interne bedrijven • Flexibel, tijd-en plaatsonafhankelijk werken • Kennismanagement Processen • Kwaliteit (brieven, archief) • Juridische kwaliteit
3.5.3. Brede Doorlichting Brede doorlichting Op het snijvlak structuur, cultuur en processen vindt in de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden (GRD) een brede doorlichting plaats. Binnen de GRD lopen de afzonderlijke organisaties hun eigen route, waarbij de processen goed op elkaar zijn afgestemd. Op 1 januari 2009 is het SBC gestart met de brede doorlichting 2010-2013. De gemeente Dordrecht heeft in de periode oktober 2005 – maart 2006 eerder ervaring opgedaan met een soortgelijke doorlichting. De huidige uitdaging wordt er vooral een van (financiële) ruimte vinden voor de nieuwe raadsperiode. Het college moet immers nieuwe beleidskeuzen kunnen maken.
Begroting 2010
Pagina 115 van 234
In de brede doorlichting zijn 3 doelen gesteld: 1) Het creëren van een budgettaire ruimte van Є 10 miljoen voor de nieuwe raadsperiode. Hiervan resteert vanaf 2011 Є 7,5 miljoen voor herinzetbare ruimte. Het taakstellende gedeelte van de brede doorlichting wordt opgehoogd van Є 1,5 miljoen naar Є 2,0 miljoen in 2010 tot Є 2,5 miljoen vanaf 2011; 2) Het leveren van een bijdrage aan een continue kwaliteitsverbetering; 3) Het leveren van een bijdrage aan innovatie binnen de organisatie en het worden van een kampioen van verbonden partijen. Dit doel vindt hiermee aansluiting bij en ondersteunt de ambities uit de 4x4 notitie. De 1) 2) 3)
doelen van de brede doorlichting zijn onderverdeeld in 3 trajecten. Financiën en techniek Bedrijfsvoering Beleid
De activiteiten als gevolg van de brede doorlichting bevinden zich voornamelijk op het snijvlak van efficiëntie, bedrijfsvoering en beleid.
3.5.4. Structuur De Stadswinkel, hét loket voor de overheid Voor de burger moet in 2015 de gemeente hét loket zijn voor bijna de gehele overheid. Daarnaast willen we als gemeente de contacten met burgers professioneler afhandelen, zoals het verbeteren van het telefonische contact met burgers en het meer in digitale vorm aanbieden van producten en diensten. Hierbij staat het gemeentelijke Klant Contact Centrum (KCC) centraal. Het KCC van de gemeente is het unieke portaal (Het Loket) waar burgers, bedrijven en instellingen terecht kunnen voor alle producten en diensten van de overheid en daarmee samenhangende producten en diensten van de ketenpartners. Het KCC is het organisatieonderdeel dat de fysieke, telefonische, papieren en elektronische contacten met de burger aanneemt, en - waar mogelijk - zelfs direct afhandelt. Op 1 juli 2009 is het Klant Contact Centrum (KCC) gestart. Naast vernieuwing van de informatiesystemen, digitale afhandeling en integratie met andere organisaties vraagt het KCC ook om een andere manier van werken. Deze veranderingen raken de gehele gemeentelijke organisatie: de processen, de medewerkers, de informatievoorziening en de onderliggende techniek. De noodzakelijke transformatie komt neer op een complex en meerjarig veranderingsproces. De vorming van het KCC heeft daarmee ook een impact op de bedrijfsvoering. In 2010 blijven de ontwikkelingen en het veranderingsproces aandachtspunten om het KCC zo optimaal mogelijk te laten functioneren. De ontwikkelingen met betrekking tot het KCC dragen bij aan de ambitie van Dordrecht om te behoren tot een van de beste dienstverlenende gemeente van Nederland. Regionalisering Sinds een aantal jaar werken we als gemeente Dordrecht volop samen met gemeenten in de regio Drechtsteden. Sinds 2006 is de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden in werking. Dit heeft ervoor gezorgd dat diverse uitvoeringsorganisaties een Drechtstedelijke, in plaats van een lokale, organisatievorm hebben gekregen. In 2008 zijn de Belastingdienst, het Onderzoekscentrum Drechtsteden en het Service Centrum Drechtsteden geregionaliseerd. De regionalisering van deze taken ondersteunt de ambitie van Dordrecht om een sterke stad in een sterke regio te zijn. De majeure veranderingen van de afgelopen jaren noodzaakt ons het komend jaar aandacht te hebben voor de aansluiting van de ambities van de gemeente op de uitvoering door de Drechtsteden en Zuid-Holland Zuid. Dit betekent bijvoorbeeld dat we continue aandacht voor de relatie tussen Dordrecht en het SCD, en de relatie met de Sociale Dienst Drechtsteden hebben, maar ook dat Dordrecht een bijdrage levert aan het stroomlijnen van regionale besluitvormingsprocessen. Hier worden ook de adviezen die de Rekenkamer in haar rapport over de regionalisering heeft gedaan meegenomen.
Begroting 2010
Pagina 116 van 234
In navolging van hetzelfde rapport onderzoeken we op welke wijzen het ingenieursbureau Drechtsteden effectiever te maken is. Daarnaast biedt met name de GR Drechtsteden interessante kansen om bepaalde taken effectiever en efficiënter te beleggen. Ook in 2010 doen zich wellicht kansen voor die het onderzoeken waard zijn.
3.5.5. Cultuur: organisatieontwikkeling 4x4: 4 ambities en naar INK fase 4 In 2008 is onder andere op basis van deze informatie het organisatieontwikkelingsen kwaliteitsbeleid herijkt. Dit nieuwe beleid uit de notitie ‘4x4’ heeft tot doel om als organisatie, een ketengerichte organisatie te zijn. In deze beleidsnotitie zijn vier ambities beschreven. Deze ambities hebben grotendeels betrekking op de interne organisatie, maar zijn opgesteld aan de hand van inhoudelijke, veelal externe ontwikkelingen. Betrouwbaar, wendbaar en innovatief zijn kernwaarden binnen het 4x4 programma. De vier ambities: • Ambitie 1: Dordrecht behoort tot de beste dienstverlenende gemeenten van Nederland • Ambitie 2: Dordrecht behoort tot de beste gemeentelijke werkgevers van Nederland • Ambitie 3: Dordrecht is de ‘kampioen’ van verbonden organisaties • Ambitie 4: Dordrecht is een innovatieve gemeente In de hierna volgende paragrafen worden deze ambities en de bijbehorende activiteiten toegelicht. Deze activiteiten bevatten opgaven op het gebied van structuur, cultuur en processen. In 2009 is een groot aantal activiteiten gestart, waarvan een deel in 2010 en 2011 doorloopt. Ambitie 1: Dordrecht behoort tot de beste dienstverlenende gemeenten van Nederland. In 2010 wordt verder gewerkt aan het verbeteren van de dienstverlening van de gemeente. Een kwaliteitsimpuls en een vormgeving op sturing dragen hieraan bij. In de uitwerking krijgt bijvoorbeeld een goede afstemming met vakafdelingen en een herdefiniëring van de rolverdeling aandacht. Ook wordt de informatievoorziening voor externe en interne klanten geoptimaliseerd. Het streven is om vanaf 2010 zoveel mogelijk te kunnen werken met bekende gegevens. Speerpunten zijn gericht op kennismanagement enerzijds en dienstverlening anderzijds. Regionale samenwerking Ook voor de dienstverlening geldt dat het van belang is de ontwikkelingen op dit gebied in een regionaal perspectief te plaatsen. Het wordt in toenemende mate duidelijk dat afstemming tussen regiogemeenten en regionale organisaties (SDD, BDD, MZHZ) op het terrein van de dienstverleningsprocessen in het algemeen en meer in het bijzonder rond de “loketten” zeer gewenst is. In 2010 wordt deze samenwerking gecontinueerd. ICT ondersteuning Informatisering en ICT zijn van doorslaggevende betekenis voor het verbeteren van de kwaliteit van de dienstverlening en het functioneren van het KCC. Veel van de in het IP&A-plan 1 opgenomen projecten raken aan de dienstverlening of zijn er een expliciet onderdeel van. Daarbij kan nog een grof onderscheid worden gemaakt tussen projecten die direct zijn gericht op het verbeteren van de dienstverlening en projecten waarbij het accent meer ligt op het optimaal laten functioneren van het KCC.
1
De ICT-toekomstagenda van de Drechtsteden is gebundeld in het Programma IP&A: informatisering, processen en automatisering.
Begroting 2010
Pagina 117 van 234
Andere prioriteiten op het gebied van informatisering en ICT in 2010 zijn: het doorontwikkelen van het e-loket (meer producten en meer webselfservice), kennismanagement en het doorontwikkelen van de persoonlijke internetpagina. Dit stelt hoge eisen aan de beschikbaarheid, toegankelijkheid en betrouwbaarheid van informatie en de kwaliteit van onze ICT dienstverlening. In 2009 zijn vorderingen gemaakt op het gebied van storingen; verbeteringen zijn doorgevoerd. Kortom, in 2009 is verder gewerkt aan de vernieuwing en professionalisering van de ICT-infrastructuur. De transitie naar de nieuwe infrastructuur verloopt stapsgewijs en loopt tot in 2011 door. Het doel is dat de infrastructuur, beter dan in de huidige situatie, het toestaat om thuis te werken. Dit past in de filosofie van de 4x4 ambities om tijd-en plaatsonafhankelijk te kunnen werken. Ook komt in 2010 de nadruk te liggen op ICT voor keteninformatisering en als beleidsmiddel. Wettelijke verplichtingen In 2010 wordt verder gewerkt aan de meerjarige invoering van Basisregistraties binnen onze gemeente. Door de invoering van de Basisregistraties zal binnen de gemeentelijke organisatie, maar ook op landelijk niveau, worden samengewerkt om tot elektronische oplossingen te komen. In 2010 wordt in dit kader bijvoorbeeld verder gewerkt aan het realiseren van het ‘verplicht gebruik’ van de basisregistraties Adressen en Gebouwen en Personen. Ambitie 2: Dordrecht behoort tot de beste gemeentelijke werkgevers van Nederland. Sinds een aantal jaar werken we als gemeente Dordrecht volop samen met gemeenten en andere partners in de regio Drechtsteden aan de flexibele netwerkorganisatie. Een flexibele netwerkorganisatie vergt strakke sturing en bedrijfsvoering. Alleen op die manier is het mogelijk flexibel in te kunnen spelen op de steeds wisselende vragen uit de samenleving en de keten en is het mogelijk transparantie te houden in een steeds complexere organisatie. Een flexibele organisatievorm vraagt vaardige en kundige medewerkers; medewerkers die kansen grijpen en in staat zijn samen met ketenpartners steeds nieuwe (beleids)terreinen te overzien, medewerkers die in staat zijn snel en flexibel te reageren op veranderingen in de maatschappij en medewerkers die de beste dienstverlening kunnen bieden. Het is noodzakelijk dat Dordrecht als werkgever interessant en aantrekkelijk is en daardoor een werkgever die goede mensen behoudt en aantrekt. Goede leidinggevenden die medewerkers effectief aansturen, stimuleren en coachen in hun werk zijn hierbij van belang. In 2009 zijn diverse activiteiten gestart die bijdragen aan het realiseren van deze HR-ambitie. In 2010 wordt een deel van deze activiteiten gecontinueerd en een aantal nieuwe activiteiten ontplooid. Opleiden en ontwikkelen Werken aan persoonlijke ontwikkeling van medewerkers en leidinggevenden voor behoud van personeel (ten behoeve van kwaliteitsverbetering en kennisdeling en overdracht) en mobiliteit is belangrijk. Met name hoger opgeleid talent hecht veel waarde aan de mogelijkheid zich te kunnen ontwikkelen. Elke medewerker binnen de organisatie kan desgewenst een opleiding volgen. Het trainingscentrum Drechtsteden voorziet in een groot aantal, zowel vakinhoudelijke als competentiegerichte, cursussen. Buiten dit aanbod hebben medewerkers de gelegenheid extern opleidingen te volgen. Het al of niet volgen van opleidingen wordt besproken tussen medewerker en leidinggevende. Er wordt echter nog te weinig gebruik van gemaakt. In 2009 is een aanpak ontwikkeld waarmee medewerkers zich meer bewust worden van de noodzaak tot het regelmatig volgen van opleidingen en waarmee leidinggevenden meer handvatten geboden worden om medewerkers hierin te begeleiden. In 2010 wordt de bewustmaking voortgezet en het gebruik van de mogelijkheid een opleiding te volgen worden geïntensiveerd. Tevens heeft het SBC in 2009 goede ervaringen gedaan met het per afdeling volgen van incompany trainingen. In 2010 krijgt dit naar verwachting een vervolg.
Begroting 2010
Pagina 118 van 234
In 2009 is het “waarderingsgesprek nieuwe stijl” ontwikkeld. Gedrags- en ontwikkelaspecten en afspraken over te behalen resultaten gebaseerd op het jaarplan, zullen meer dan voorheen bij elke medewerker onderwerp van gesprek zijn. Aanvullend instrumentarium als ontwikkelings- en beoordelingsgesprekken, 360 graden feedback en assessments zullen in 2010 benut worden ten behoeve van de ontwikkeling en interne doorstroom van onze medewerkers. Het trainingscentrum Drechtsteden zal zich samen met het loopbaancentrum de komende jaren verder ontwikkelen tot een regiepunt voor training en ontwikkeling voor de Drechtsteden. Zowel medewerkers als leidinggevenden kunnen ondersteuning krijgen op het brede terrein van functie- en loopbaanontwikkeling. Externe aanbieders (bureaus, hogescholen, universiteiten) zullen aanvullend ook worden benut. Medewerker en leidinggevende zullen worden gestimuleerd om in de interactie te komen tot het maken van afspraken rond opleiding en training (“een leven lang leren”). Ook vormen als stages, detacheringen en tijdelijke klussen zullen de ontwikkeling en flexibele inzet van medewerkers bevorderen. Gedragsontwikkeling In feite hebben we met competentiemanagement het ‘woordenboek’ in handen waarmee beoordelen en ontwikkelen van medewerkers concreet vorm kan krijgen. In Dordrecht werken we nog niet in alle sectoren met competenties, terwijl veel instrumenten hierop wel zijn ingericht, zoals het waarderings- en POPgesprek en het opleidingsaanbod. In 2010 wordt ook bij de sectoren Stadsbeheer, Maatschappelijke Ontwikkeling en Projectmanagement gestart met de implementatie van het competentiewoordenboek en wordt per medewerker in het eerste waarderingsgesprek ‘nieuwe stijl’ een competentiescan gemaakt. Mede op basis hiervan wordt bekeken wat de ontwikkelvraag en –taak van de medewerker is. De inzet van het instrument van competentiemanagement wordt in 2010 verder geïmplementeerd en geëvalueerd. Leiderschapsontwikkeling Onder meer naar aanleiding van de uitkomsten van het MTO 2008, waarin werd aangegeven dat de manier van leidinggeven als onvoldoende stimulerend werd beschouwd, is in 2008 een leiderschapstraject gestart. De organisatie heeft goede medewerkers nodig, maar daarnaast ook goede leidinggevenden die medewerkers inspireren, stimuleren, ontwikkelen en coachen in hun werk. Het leiderschapstraject besteedt daarom extra aandacht aan gedragsaspecten. De drie kernwaarden in onze missie ‘betrouwbaar, wendbaar en innovatief’ worden hiermee geconcretiseerd en zichtbaar in het dagelijks handelen van leidinggevenden. In het kader van kruisbestuiving en kennisdeling worden snuffelstages en uitwisselingen intern en extern georganiseerd. Mobiliteit Mobiliteit is benoemd als één van de prioriteiten binnen het HR beleid voor 2009 en 2010. Als belangrijkste reden voor vertrek binnen de gemeente Dordrecht is ‘verbetering positie’ genoemd. Andere genoemde factoren zijn onder meer geen doorgroeimogelijkheden en het onvoldoende benutten van capaciteiten. De toenemende arbeidsmarktkrapte en de verwachte uitstroom van medewerkers door het vertrekken van de babyboomers uit het personeelsbestand vraagt om gerichte actie om de mobiliteit te bevorderen (onder andere door middel van diversiteitsbeleid en strategische personeelsplanning). Daarnaast is mobiliteit een middel om de personele kwaliteiten optimaal te benutten. Leidinggevenden hebben hierin een verantwoordelijkheid en sturende rol. Zij zetten zicht in om de doorstroom/doorgroeimogelijkheden binnen de gemeente te verbeteren. De doorstroommogelijkheden zijn uitgebreider door de samenwerking binnen de Drechtsteden. Hier kan meer gebruik van worden gemaakt. Het organisatiebelang moet voorrang krijgen boven sectorbelang en er kan meer gebruik worden gemaakt van bestaande mogelijkheden zoals het klussenplein en de virtuele beleidspool. In 2010 worden hiertoe activiteiten uitgezet.
Begroting 2010
Pagina 119 van 234
Diversiteitsbeleid Voor de organisatie is het een uitdaging om de medewerkers met uiteenlopende kwaliteiten optimaal in te zetten in het belang van een duurzame ontwikkeling van de organisatie en van hen die daarin werkzaam zijn. Daarom zal in 2010 aandacht blijven voor een integraal diversiteitsbeleid. Dit beleid houdt er rekening mee dat individuen op veel aspecten van elkaar verschillen. Daarbij komen zowel elementen van een meer integraal diversiteitsbeleid als van een beleid gericht op specifieke groepen nader aan de orde. Het omhelst levensfasebewust personeelsbeleid, allochtonenbeleid, jongerenbeleid en beleid voor vrouwen op leidinggevende functies. Actief zal gestuurd worden op de instroom van (allochtone) jongeren o.a. door het stagebeleid voort te zetten, te blijven streven naar 100 stageplekken (cumulatief) in 2010, wervingskanalen voor allochtonen te benutten en het traineeprogramma te herhalen. Bij het invullen van de vervangingsvraag als gevolg van de uitstroom van babyboomers zal gericht gestuurd worden op de interne doorstroom. Meesterschap Persoonlijke effectiviteit, scherpte en politieke sensitiviteit zijn kernwaarden binnen het traject meesterschap. Het gaat erom dat je je als medewerker in deze organisatie continue wilt blijven ontwikkelen. Kernbegrippen die zowel voor de ambtenaren, het bestuur als de gehele organisatie gelden, zijn het hebben en uitdragen van een visie, moed om beslissingen te durven nemen, en doorzettingsvermogen. Het betekent een eigen koers willen en durven varen. Meesterschap wordt verworven middels de ontwikkeling van persoonlijke kwaliteiten en het verwerven van kennis en ervaring. We hebben veel goed gekwalificeerde medewerkers in dienst, maar het beeld is dat echte scherpte en politieke sensitiviteit bij medewerkers verder ontwikkeld kan worden. Onder de noemer ‘meesterschap’ willen we verkennen op welke wijze medewerkers hierin het beste geschoold en begeleid kunnen worden. Hiertoe zijn we begin 2009 het gesprek met medewerkers in diverse functies aangegaan. Mede met hen hebben we bepaald wat ‘Meesterschap’ inhoudt en waar we als organisatie en in de stad trots op kunnen zijn. Talentontwikkeling Talent in onze organisatie wordt de kans gegeven zich volop te ontplooien. We denken daarbij aan zowel jong talent als aan oudere medewerkers die waardevol zijn voor de organisatie. Dordrecht is reeds gestart met traineeships (Jong Talentenprogramma). Het streven is om in 2010 dit programma regiobreed in te zetten. Bovendien willen we medewerkers en leidinggevenden van onze gemeente via uitwisseling in de gelegenheid stellen om tijdelijk bij een andere werkgever ervaringen op te doen. Dit zal in 2010 worden gecontinueerd. Werving en selectie Dordrecht heeft moeite om ‘toppers’ binnen te halen. De activiteiten rond werven en selecteren worden momenteel onder de loep genomen en geactualiseerd en geflexibiliseerd. Dit moet een aantal knelpunten in de vacaturevervulling oplossen. Het gaat dan bijvoorbeeld over de mogelijkheden om interne mobiliteit te vergroten. Eind 2008 heeft er een wervingscampagne gelopen om hooggeschoold personeel te werven. Dergelijke ‘themagerichte’ wervingscampagnes zullen ook in de toekomst georganiseerd worden (bijvoorbeeld om de instroom van allochtonen te bevorderen). Het doel is dat Dordrecht met het ontwikkelde beleid op het gebied van flexibel belonen zich beter op de arbeidsmarkt kan profileren. De wervingsprocedure wordt in 2010 geactualiseerd. Levensfasebewust beleid en gezondheidsmanagement De arbeidsmarktontwikkelingen geven een extra impuls om te komen tot goed werkgeverschap. In 2009 is het levensfasebewust beleid daarin een prominente rol gaan spelen; leidinggevenden spelen daarbij in op de individuele mogelijkheden van medewerkers. Beperking van het ziekteverzuim en instroom en behoud van talent voor Dordrecht en de Drechtsteden zijn de gewenste resultaten. Om het arbeidsverzuim te beperken, de reïntegratie te bevorderen en de personele zorg te verbeteren wordt er in 2010 een vitaliteitsprogramma en een levensfasebewust beleid geïmplementeerd. Concreet betekent dit dat het netto streefcijfer arbeidsverzuim op 5% wordt gesteld, dat er onder meer voor iedereen een
Begroting 2010
Pagina 120 van 234
gezondheidstest beschikbaar gesteld wordt, een vitaliteitsscan gedaan kan worden door de wat meer kwetsbare groepen en bewegingsbegeleiding voor de flexwerkers. Ambitie 3: Dordrecht is de ‘kampioen’ van verbonden organisaties. De gemeente Dordrecht timmert reeds enige tijd aan de weg met omvangrijke ambities, die overigens in toenemende mate ook regionale ambities zijn. Het realiseren van deze ambitie vraagt om een slagvaardige gemeentelijke en regionale organisatie, en om het vermogen om in co-productie met maatschappelijke partners, ondernemingen en burgers plannen te realiseren. De ambtelijke organisatie is bovendien de laatste jaren enorm veranderd. Er zijn uitvoeringstaken ‘op afstand gezet’ in een intern bedrijf zoals het Sportbedrijf, er zijn uitvoeringtaken ‘uitbesteed aan de markt’ bijvoorbeeld een deel van het beheer van de stad, en er zijn taken naar de GR gegaan zoals staftaken naar het SCD. Dit alles zorgt ervoor dat de rol van de gemeente veranderd. Dit heeft consequenties voor de werkwijze van de organisatie. Op beleidsvoorbereiding en regievoering komt meer nadruk te liggen. In 2009 is de samenwerkingscultuur die nodig is voor een effectief opererende netwerkorganisatie verder vormgegeven, terwijl de organisatie ook professioneler en zakelijker wordt. Het beleid dat de gemeente hanteert in relatie tot verbonden partijen is in 2009 vastgelegd in de Nota Verbonden Partijen. In die nota is een aantal acties en beleidsvoornemens vastgelegd. Zo worden de aansturing van en het toezicht op verbonden partijen op een overzichtelijke wijze verankerd in de P&C-cyclus. Met de uitvoering daarvan is in 2009 een begin gemaakt. In 2010 wordt dat verder worden uitgewerkt en geborgd. Aanvullend daarop is er ook in 2010 aandacht voor regievoering in ketens. De complexiteit van de samenleving noopt ons de kennis uit die samenleving veel meer te benutten en samen te binden. Voor de totstandkoming en de uitvoering van beleid is namelijk medewerking nodig van onze (keten)partners. Wij zullen daarom moeten blijven investeren in de benodigde competenties als ‘bruggenbouwer’. In de netwerkorganisatie is het voeren van regie op zodanige wijze dat de opdrachtgevers- of eigenaarrol goed tot zijn recht komt onmisbaar. Het versterken van het opdrachtgeverschap staat net als vorig jaar ook in 2010 jaar prominent op de agenda. Het opdrachtgeverschap wordt in dit kader verdiept en in de organisatie geborgd. Ontwikkelopgave programmasturing De programma’s worden ingezet als middel om politieke prioriteiten los van organisatorische begrenzingen aan te pakken. In 2010 zal de programmasturing opnieuw worden ingericht. Ambitie 4: Dordrecht is een innovatieve gemeente. Op het gebied van innovatie blijft de gemeente kansen grijpen. Wij streven ernaar ‘innovatie’ te borgen in ons beleid. In 2010 zullen in de bedrijfsvoering tevens de onderstaande activiteiten worden uitgevoerd: • Flexibel, tijd -en plaatsonafhankelijk werken • Doorontwikkeling interne bedrijven • Kennismanagement • Ideeënmanagement Flexibel, tijd- en plaatsonafhankelijk werken Het project Perfekt is in 2007 afgerond, de pilot van het nieuwe huisvestingsconcept is in 2008 en 2009 geëvalueerd. Bij een flexibele (netwerk)organisatie past een flexibel huisvestingsconcept. Naar verwachting wordt naar aanleiding van het huisvestingsplan het laatste kwartaal 2009/eerste kwartaal
Begroting 2010
Pagina 121 van 234
2010 een besluit genomen het flexibel huisvestingsconcept al dan niet te implementeren in de gehele organisatie. In 2009 is gestart met het uitrollen van de ‘uniforme werkplek’. Hierdoor wordt het voor de medewerkers mogelijk om volledig tijd- en plaatsonafhankelijk te gaan werken. Op alle werkplekken in de netwerkorganisatie én thuis kan dan met dezelfde informatie en systemen worden gewerkt. In 2010 wordt hier verder aan gewerkt. De gehele invoering is meerjarig en wordt naar verwachting in 2011 afgerond. Doorontwikkeling van interne bedrijven Sinds 2001 kent onze gemeente diverse interne bedrijven. De gemeentelijke bedrijven wordt de ruimte gegeven om op grotere afstand van management en bestuur meer bedrijfsmatig te functioneren. Dit stelt de bedrijven in staat om maximaal te opereren als publiek ondernemer. In 2010 wordt gewerkt aan de verdere ontwikkeling van de interne bedrijven. De juiste inpassing van de verschillende bedrijven in de reguliere P&C–cyclus van de gemeente, versterking van de bedrijfsvoering bij de bedrijven zelf en de invulling van de eigenaar, de opdrachtgevende en opdrachtnemende rollen zijn onderwerpen die ter hand genomen worden. Uitgangspunt is het zo optimaal mogelijk faciliteren van de bedrijven. Kansen als de versterking van het ondernemerschap, fondsenwerving en ICT als marketing instrument zullen ter hand worden genomen. Hierbij staat de ‘visie ondernemerschap’ uit 2009 centraal. Kennismanagement Onze organisatie werkt in een informatie maatschappij, een maatschappij die is gefundeerd op de productie, het beheer en de verspreiding van informatie. Informatie en kennis zijn, naast bijvoorbeeld financiën en personeel, cruciaal geworden voor het functioneren van de organisatie. Hierom worden informatie en kennis in onze organisatie en daarbuiten in de keten gedeeld. Informatie en kennis zijn transparant en voor iedereen binnen en buiten de gemeente toegankelijk. Ook is de gemeentelijke informatiehuishouding goed op orde om het mogelijk te maken om altijd en overal informatie uit te kunnen wisselen. Daarnaast noodzaakt de complexiteit van de samenleving ons de kennis uit de samenleving veel meer te benutten en samen te binden. In 2010 wordt het gebruik van een kennisnetwerk gestimuleerd, zodat informatie en kennis optimaal benut en gedeeld wordt. Ideeënmanagement De beste ideeën ontstaan vaak op de werkvloer. Medewerkers hebben immers zelf een goede kijk op hoe zaken beter geregeld kunnen worden. Om deze ideeën uit de organisatie op te diepen werken we met een gedigitaliseerde ideeënbus. Sinds 2009 lopen alle ideeën uit de Dordtse organisatie via de Ideeëncentrale. Om de indiening van ideeën te bevorderen worden themagerichte acties gevoerd en wordt jaarlijks de prijs voor het beste idee uitgereikt. Daarnaast wordt meegewerkt aan de doorontwikkeling van de landelijke Ideeëncentrale. In 2010 krijgt de Ideeëncentrale voor wat betreft het gebruik en de output een impuls.
3.5.6. Processen Kwaliteit Om volop te kunnen werken aan de verbetering van de organisatie is het nodig om metingen te verrichten die inzicht geven in waar we staan. Zo voeren we regelmatig medewerker- en klanttevredenheidsonderzoeken (MTO en KTO) uit en wordt deelgenomen aan diverse benchmarks (zoals waarstaatjegemeente.nl). In eigen huis zijn ook diverse monitors ontwikkeld, bijvoorbeeld de Monitor Dagelijkse Kwaliteit. Op basis van deze monitors wordt gestructureerd gewerkt aan het verder verbeteren van de kwaliteit binnen onze organisatie. We hebben het hierbij onder andere over de afhandeling van brieven en facturen binnen de gestelde termijn en de professionalisering van de dossiervorming, programmabeheer en het op orde hebben van het archief. Op deze aspecten wordt blijvend gestuurd. In 2010 neemt Dordrecht wederom deel aan diverse benchmarks, een MTO (oktober 2010) en KTO’s.
Begroting 2010
Pagina 122 van 234
Juridische kwaliteit Aan juridische kwaliteit wordt op een breed front en langs verschillende wegen gewerkt. Juridische kwaliteit is in alle organisatieonderdelen van de gemeente in meer of mindere mate aan de orde en kent gemeentebrede aspecten maar ook aspecten die te maken hebben met een specifiek beleidsterrein. In het laatste geval is de juridische kwaliteit van de producten die met dat specifieke beleidsterrein te maken hebben in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de vakafdeling. Als bijvoorbeeld de Wet Ruimtelijke Ordening ingrijpend gewijzigd wordt dan is het primair de verantwoordelijkheid van de sector Stadsontwikkeling om daarop te anticiperen en het werkproces op die veranderingen aan te passen. Ten behoeve van het verbeteren van de juridische kwaliteit gemeentebreed is bijvoorbeeld de DDRH-toets ontwikkeld. Aan de hand van de DDRH-toets zijn de afgelopen jaren onze verordeningen getoetst, met als resultaat dat een aantal verordeningen is ingetrokken en een aantal verordeningen is gewijzigd. Die wijzigingen hebben tot doel zowel administratieve lasten te verminderen voor burgers en ondernemers als verordeningen kwalitatief te verbeteren. In 2010 zullen vervolgens de beleidsregels van onze gemeente getoetst aan DDRHkaders. Ook dat zal resulteren in verbetervoorstellen. Als voorbereiding daarop is in 2009 een incompany training over beleidsregels georganiseerd waar meer dan 60 collega’s, deels uit de regiogemeenten, aan hebben deelgenomen. Gezien dit succes wordt voor onderwerpen die zich daarvoor lenen en waar mogelijk dit middel ook in 2010 ingezet. Ook juridische kwaliteit is een onderwerp dat zich leent voor regionale samenwerking. Het Juridisch Drechtsteden Overleg (JUDO), dat in 2004 is opgericht, is met de komst van het SCD omgevormd tot een overleg van de juridisch controllers van de aan het SCD deelnemende organisaties, waar ook het hoofd van het Juridisch Kenniscentrum van het SCD aan deelneemt. Onderwerpen die zich daarvoor lenen, zoals nieuwe wetgeving, worden in het JUDO besproken. Bovendien wordt de eventuele implementatie daarvan zoveel mogelijk in regionaal verband opgepakt en uitgewerkt. Ook worden producten die moeten bijdragen aan het verbeteren van de juridische kwaliteit van de gemeenten en van de GR-en Drechtsteden en Zuid-Holland Zuid besproken, getoetst en opgesteld door leden van het JUDO. Een ander onderwerp van juridische kwaliteit betreft het toepassen van mediationtechnieken bij besluiten en beslissingen op bezwaar van de gemeente. In een aantal gemeenten in Nederland worden sinds enige tijd mediationtechnieken toegepast bij de communicatie met burgers over besluiten en beslissingen op bezwaar. Het doel daarvan is het verbeteren van de communicatie met burgers, het verbeteren van de informatievoorziening aan burgers, het vermindering van het aantal bezwaarschriften en het doelmatiger, efficiënter en effectiever omgaan met bezwaarschriften. Inmiddels is besloten om in Dordrecht een pilot uit te voeren bij de Milieudienst/Bouwen en Wonen en bij het Juridische Kenniscentrum van het SCD. De voorbereidingen voor de pilot zijn gestart in 2009, de uitvoering en evaluatie van de pilot vindt in 2010 plaats.
Begroting 2010
Pagina 123 van 234
3.6 Verbonden partijen De gemeente opereert steeds meer in een netwerkverband. De uitvoering van een aantal gemeentelijke taken is overgedragen aan verbonden partijen. De gemeente blijft verantwoordelijk, maar voert de taken zelf niet meer uit. Voorbeelden zijn het onderbrengen van taken in de gemeenschappelijke regelingen Drechtsteden en Zuid-Holland Zuid. Andere verbonden partijen van de gemeente zijn vennootschappen waarin Dordrecht ook aandeelhouder is. Vaak hebben deze deelnemingen een historische achtergrond. Het betreft hier vooral de voormalige gemeentelijke nutsbedrijven. Daarnaast participeert Dordrecht in private partijen die vanuit hun aard en werkgebied een zeer nauwe relatie hebben met de gemeentelijke bedrijfsvoering, ook dit zijn verbonden partijen. Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft. Hierbij kan een onderscheid worden gemaakt tussen deelnemingen door de gemeente in publiekrechtelijke samenwerkingsorganisaties (gemeenschappelijke regelingen), privaatrechtelijke samenwerkingsorganisaties (NV’s, BV’s, stichtingen, verenigingen etc.) en publiekprivate samenwerkingsorganisaties (PPS-constructies). Vanwege de vaak aanmerkelijke bestuurlijke, beleidsmatige en financiële belangen is inzicht in en effectieve sturing op deze verbonden partijen gewenst. Hiertoe is in 2009 de nota Verbonden Partijen vastgesteld. In de nota is een conceptueel kader ten behoeve van een effectieve sturing op verbonden partijen opgenomen. De uitgangspunten en de verbeterde manier van sturing op verbonden partijen, zoals opgenomen in de nota Verbonden Partijen worden momenteel geadopteerd binnen de organisatie. De verbonden partijen van de gemeente zullen in deze paragraaf nader worden beschouwd. In de paragraaf wordt een update gegeven ten opzichte van het complete beeld bij de jaarrekening 2008. De paragraaf bevat de belangrijkste ontwikkelingen en risico’s betreffende de verbonden partijen, evenals de gemeentelijke bijdragen in de verbonden partijen. Beschouwing van de ontwikkelingen In de onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de verbonden partijen van de gemeente Dordrecht zoals deze in de nota Verbonden partijen zijn benoemd. Gemeenschappelijke Regelingen (GR)
•
•
•
Besloten vennootschappen
Naamloze vennootschappen
• • • • • • • • • • • • • •
Begroting 2010
GR Drechtsteden: Servicecentrum Drechtsteden (SCD), Sociale Dienst Drechtsteden (SDD), Ingenieursbureau Drechtsteden (IBD), Onderzoekscentrum Drechtsteden (OCD), Gemeentelijke Belastingdienst Drechtsteden (GBD), Bureau Drechtsteden GR Regio Zuid-Holland Zuid: Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zuid-Holland Zuid (GGD), Milieudienst ZuidHolland Zuid, Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten (BLVS), Regionale Ambulance Voorziening Zuid-Holland Zuid GR Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid: Regionale Brandweer Zuid-Holland Zuid, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (GHOR) GR Sociale Werkvoorziening Drechtsteden (Drechtwerk) GR Gevudo GR Wegschap Tunnel Dordtse Kil GR Natuur- en recreatieschap De Hollandse Biesbosch B.V. Gemeenschappelijk Bezit Evides Dordtmij B.V. GEM de Hoven Beheer B.V. Waterbus B.V. Horeca exploitatie Kunstmin B.V. (Sybold) N.V. Huisvuilcentrale (HVC) ENECO Holding N.V. Netwerk N.V. Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden Beheer N.V. (ROM-D) Holding Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden N.V.
Pagina 124 van 234
Stichtingen Coöperaties Andere rechtsvorm
• • • • • •
Stichting Breedband Drechtsteden Stichting de Biesbosch Stichting Beveiliging Bedrijventerreinen Dordrecht Coöperatie Ontwikkeling Leerpark U.A. Regionale Ontwikkelingsmaatschappij C.V. (Commanditaire Vennootschap) GEM de Hoven C.V.
Aanvullende opmerking: GR Woonwagencentra Drechtsteden, Buurt Service Team & BV Kennisbedrijven Drechtsteden, vervallen in 2009 als verbonden partijen en zijn daartoe ook niet opgenomen in deze paragraaf. Informatie over de afronding vindt plaats in de jaarrekening 2009.
In het onderstaande zal een korte beschouwing worden gegeven van de belangrijkste ontwikkelingen en/of risico’s bij de verbonden partijen. Waar de situatie met betrekking tot risico’s en ontwikkelingen rondom een verbonden partij niet is gewijzigd ten opzichte van de informatie bij de jaarrekening 2008, is deze informatie hier niet opgenomen. De gemelde risico’s zullen in eerste instantie opgevangen worden binnen eigen middelen en aanwezige eigen weerstandsvermogen binnen de verbonden partijen. Pas in tweede instantie kunnen de financiële tegenvallers ten gevolge van relevante risico’s effect hebben voor de gemeente. Gemeenschappelijke regelingen Gemeenschappelijke regeling Drechtsteden De ontwikkelingen rondom Landsbanki zijn opgenomen in de risicoparagraaf. Er bestaat onzekerheid over de omvang van de bijdrage van de Provincie ZuidHolland aan het programma Manden Maken. Dit gaat om een bedrag van € 10 miljoen, welke de continuïteit van het programma kan schaden. Hierover vind overleg plaats met de provincie Zuid-Holland. Binnen het Sharedservice Centrum Drechtsteden (SCD) worden belangrijke delen van het IP&A programma uitgevoerd die moeten leiden tot een geïntegreerde en gestandaardiseerde ICT-infrastructuur. Risico bestaat dat er extra kosten gemaakt moeten worden om het gewenste niveau van dienstverlening te realiseren. Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten (BLVS) per 1 juli 2009 ondergebracht bij de GR Zuid Holland Zuid. Gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland Zuid Met betrekking tot de uitvoering van de Dienstverleningsovereenkomst (DVO) Milieudienst worden er hogere kosten gemaakt dan het vooraf afgesproken DVO bedrag. De gemeente heeft inmiddels aan de Milieudienst Zuid-Holland Zuid aangegeven niet zonder meer deze structurele overschrijding te dragen. Daarnaast blijven de legesopbrengsten voor vergunningverlening Bouwen en Wonen achter (de prognose is 1 a 2 miljoen derving aan leges). Er is al ingegrepen in de personele kosten door Zuid-Holland Zuid, ook wordt bekeken of de uitvoeringskosten voor vergunningverleningen beperkt kunnen worden. Bij de GGD ontstaat een risico met betrekking tot de invoering van een Elektronisch Kind Dossier (EKD). De invoering van een EKD is, naar verwachting met ingang van 1 januari 2010, wettelijk verplicht. De gemeenten beschikken over onvoldoende middelen voor 2010 om de begrote kosten te dekken. Het portefeuillehoudersoverleg volksgezondheid heeft daarom besloten de invoering uit te stellen. Nog niet duidelijk is welke gevolgen het rijk verbindt aan het niet nakomen van de wettelijke verplichting. Voor de Milieudienst vindt een onderzoek plaats naar de vorming van een omgevingsdienst waarin ook taken van de Provincie Zuid Holland worden opgenomen. De rechtsvorm en samenhang met de regio Zuid-Holland Zuid maken onderdeel uit van dit onderzoek. Op dit moment wordt er voor de ambulancezorg nieuwe wetgeving ontwikkelt (Wet Ambulancezorg). Binnen deze nieuwe wetgeving liggen sturing en financiering in één hand en is geregeld dat de minister degene is die vergunningen afgeeft aan de regionale ambulancevoorzieningen (RAV-en). In verband met deze ontwikkeling is de RAV ZHZ zich aan het oriënteren op een eventuele andere organisatievorm. Hierover vind overleg plaats met de RAV ZHZ.
Begroting 2010
Pagina 125 van 234
Per 1 juli 2009 is een nieuwe GR Veiligheidsregio opgericht, feitelijk zal de verantwoording van deze taken tot en met 2009 in de GR Zuid-Holland Zuid worden verwerkt. Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten (BLVS) is per 1 juli 2009 in de GR Zuid-Holland Zuid opgenomen. Deze was tot dat moment ondergebracht bij de GR Drechtsteden. Omdat Bureau Leerplicht nu voor 19 gemeenten werkt in plaats van alleen voor de Drechtsteden wordt er een nieuwe bestuurlijke en ambtelijke structuur opgezet. Gemeenschappelijke regeling Sociale Werkvoorziening Drechtsteden (Drechtwerk) Er is door de directie van Drechtwerk een Ontwikkelplan opgesteld. De thema’s van de noodzakelijke veranderingen om de structuur en de cultuur gezond te maken zijn: a. centralisatie om meer grip te krijgen op de processen, b. centraal stellen van de arbeidsontwikkeling van de medewerker. Verwacht wordt dat hier voor tenminste twee jaar extra kosten moeten worden gemaakt, na twee jaar gaan er besparingen optreden. Het gebouw aan de Kamerlingh Onnesweg voldoet qua brandveiligheid niet volledig aan de eisen van een gebruiksvergunning. Wel zijn noodzakelijke maatregelen genomen om de veiligheid van het hoofdgebouw te waarborgen, wat extra kosten met zich mee zal brengen. Door de Milieudienst is geconstateerd dat er op dit moment sprake is van een veilige werksituatie, waardoor van sluiting voorlopig geen sprake is. Voor de nieuw te realiseren huisvesting (eerste paal is geslagen op 2-9-2009) zijn de financiële consequenties nog niet volledig inzichtelijk op het moment van het opstellen van de begroting. Verder valt te melden dat er overleg plaats vindt met Drechtwerk over de invulling van de bonus-malus rekening. Uitkomst hiervan zou moeten zijn dat de hoogte van bonus-malus regeling per gemeente alleen afhankelijk is van het handelen van de gemeente zelf. Nu is de bonus malus regeling onvoorspelbaar doordat bij gemeentes onderling wordt verrekend. Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid De gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid is per 1 juli 2009 opgericht. Het openbaar lichaam heeft tot doel de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (GHOR) op regionaal niveau te integreren en een doelmatige en slagvaardige hulpverlening te verzekeren. De onderdelen regionale Brandweer en GHOR (voorheen onderdeel van de GGD) van de gemeenschappelijke regeling Zuid-Holland Zuid zijn overgeheveld naar de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. Gezien de recente oprichting zijn risico’s, ontwikkelingen e.d. nog niet bekend. In het overzicht met de financiële gegevens zijn de bijdragen aan de regionale brandweer en de GHOR nog opgenomen onder de GR Zuid-Holland Zuid. Gemeenschappelijke regeling Gevudo De gemeenschappelijke regeling is in 2009 aangepast. Dit betrof hoofdzakelijk tekstuele aanpassingen en het beschrijven van de relatie met HVC. Gemeenschappelijke regeling Wegschap tunnel Dordtse Kil Het resultaat van de jaarexploitatie van de afgelopen jaren was positief (ca. € 1 miljoen). De verwachting voor de komende jaren is dat dit zo blijft. Op grond van aanpassing van de activa zijn de bijdragen van de garanten met circa 50 procent verlaagd met ingang van 2009. Vandaar dat de bijdrage van de gemeente Dordrecht aan het Wegschap bijna gehalveerd is. In geval van grote vervangingen is de voorziening cyclisch onderhoud ontoereikend en kan een extra dotatie aan de garanten gevraag worden. Als dit aan de orde is zal het wegschap hiervoor een apart voorstel opstellen. Gemeenschappelijke regeling Natuur- en recreatieschap De Hollandse Biesbosch Er zijn geen nieuwe risico’s en ontwikkelingen te melden ten opzichte van het gemelde in de jaarrekening 2008.
Begroting 2010
Pagina 126 van 234
Besloten vennootschappen B.V. Gemeenschappelijk Bezit Evides Er zijn geen nieuwe risico’s en ontwikkelingen te melden ten opzichte van het gemelde in de jaarrekening 2008. Dordtmij B.V. Het re-integratie concept is niet meer uniek. Dit betekent dat Dordtmij gezien wordt als een normaal Re-integratie bureau en zijn opdrachten verkrijgt via aanbestedingen in een concurrerende markt. In dit kader wordt ook nagedacht over de continuering van de gemeentelijke participatie in Dordtmij. GEM de Hoven Beheer B.V. De bebouwing van de wijk de Hoven wordt in 2009 afgerond. De finale afrekening en daarmee ontbinding van de verbonden partij wordt in 2010 verwacht. Waterbus B.V. Bij de Waterbus BV doet zich een risico voor welke voor de gemeente maximaal € 1,5 miljoen incidenteel bedraagt. Een uitvoerige beschrijving van dit risico is te vinden in de risicoparagraaf van deze begroting. Horeca exploitatie Kunstmin B.V. (Sybold) Voor de verbouwing van Kunstmin verschijnt een perspectiefnota over de toekomst van Sybold. Naamloze vennootschappen Eneco Holding N.V. Uiterlijk per 2011 moet op grond van de Wet Onafhankelijk Netbeheer het bedrijf zijn gesplitst in een netwerkbedrijf en een bedrijf met andere taken, zoals productie en levering. Het splitsingsplan is tijdig bij de minister ingediend in overleg met de aandeelhouderscommissie (AHC). Rond het moment van vaststellen van deze begroting dient de minister over het plan een standpunt in te nemen. De AHC heeft de minister gevraagd om, in de hoedanigheid van regulator, de perspectieven van het netwerkbedrijf te verbeteren en verzocht om de AHC te betrekken in eventuele voornemens tot aanwijzingen. Daarnaast heeft Eneco in 2009 een aantal bedrijfsonderdelen van Econcern overgenomen. Het is de verwachting dat daarmee de duurzaamheidstrategie versneld wordt gerealiseerd. N.V. Huisvuilcentrale (HVC) Het garantiebedrag, waarvan Gevudo ongeveer 20% risico draagt, bedroeg ultimo 2008 € 530,1 miljoen t.o.v. € 438 miljoen ultimo 2007. Dit bedrag is in 2008 sterk opgelopen door nieuwe investeringen zoals de nieuwe verbrandingsoven in Dordrecht en nieuwe acquisities. De perspectieven van HVC, in zijn geheel, zijn gunstig. Netwerk N.V. Netwerk staat de komende jaren voor forse investeringen namens de deelnemende gemeenten (o.a. de Dordtse huishoudens voorzien van nieuwe containers en de milieustraat). Zij hebben de deelnemers gevraagd hiervoor kredieten te verstrekken. In 2009 is besloten om de huidige overeenkomst voor de straatreiniging (de veegtaken) en het reinigen van kolken tegen verlaagd tarief te verlengen tot 1 januari 2014. Verder zal de sturing op het onderdeel straatreiniging in 2010 worden verbeterd en aansluiten op de sturingsfilosofie die de gemeente hanteert bij het overige wijkonderhoud. Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden Beheer N.V. / Holding ROM-D N.V. Er is besloten om de ROM-D nieuw leven in te blazen. Hiertoe is een bedrijfsplan opgesteld met betrekking tot de structuur van de ROM-D. Ook is een businesscase opgesteld, waarin wordt aangegeven welke terreinen regionaal aan de ROM-D
Begroting 2010
Pagina 127 van 234
gegeven zouden moeten worden. Beide stukken zullen worden behandeld in de Drechtraad van oktober 2009. Stichtingen Stichting Breedband Drechtsteden De stichting Breedband is uitgegroeid naar een samenwerkingsverband tussen 32 non-profit organisatie uit de regio. Het aantal deelnemers is met deze toename verdubbeld. De stichting heeft een visiedocument opgesteld. Stichting de Biesbosch Momenteel is men bezig met het pachtvrij maken van (compensatie-) gronden in het beheersgebied ten behoeve van agrariërs die elders op het Eiland gronden afstaan voor de realisering van het project De Nieuwe Dordtse Biesbosch (“herverkaveling”). Stichting Beveiliging Bedrijventerreinen Dordrecht Er zijn geen risico’s of ontwikkelingen te melden. Coöperaties Coöperatie Ontwikkeling Leerpark U.A. De ontwikkelingen en risico’s die betrekking hebben op de ontwikkeling van het Leerpark kunt u terugvinden in het bijbehorende projectblad, dat als bijlage te vinden is bij deze begroting. Andere rechtsvormen Regionale Ontwikkelingsmaatschappij C.V. Voor ROM-D ontwikkelingen verwijzen wij naar de tekst onder de N.V. Verder zijn er geen nieuwe risico’s en ontwikkelingen te melden ten opzichte van het gemelde in de jaarrekening 2008. GEM De Hoven C.V. De gemeente Dordrecht heeft zich garant gesteld voor terugbetaling van 3 aangegane leningen voor in totaal € 19.000.000, waarvan momenteel nog € 2.000.000 open staat. De finale afrekening en daarmee ontbinding van de verbonden partij wordt in 2010 verwacht. Financiële gegevens In de onderstaande tabellen vindt u de financiële bijdragen aan de verbonden partijen, welke in 2010 is begroot op € 69 miljoen. Naast dat de gemeente verschillende financiële bijdragen verstrekt aan verbonden partijen, ontvangt zij ook baten uit beleggingsdeelnemingen, heeft zij leningen of werkkapitaal verstrekt aan diverse partijen, staat zij garant voor verbonden partijen en/of bezit zij grond wat in de verbonden partij is ingebracht. De gemeente ontvangt baten uit deelnemingen in de volgende verbonden partijen: Gemeenschappelijke regeling Gevudo, Gemeenschappelijk bezit Evides B.V., Dordtmij B.V., GEM de Hoven Beheer BV, Eneco Holding N.V. en Netwerk N.V. In de tabel hieronder worden alleen alle gemeentelijke bijdragen aan verbonden partijen inzichtelijk gemaakt. Daar niet alle verbonden partijen een bijdrage van de gemeente ontvangen komen zij niet allemaal terug in de tabel. Bij de jaarrekening 2009 wordt wederom inzicht gegeven in alle andere financiële belangen (leningen, opbrengsten uit deelnemingen e.d.) van de gemeente in de verbonden partijen.
Begroting 2010
Pagina 128 van 234
Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden: Onderdeel:
Jaarrekening 2008
bedragen × € 1.000 Begroting Begroting 2009 2010
SDD
Bijdrage apparaatskosten Apparaatskosten WMO Totaal GGD
16.511 396 16.907
16.466 405 16.871
16.164 404 16.568
SCD (miv 1/4/08)
Basispakket Pluspakket Additioneel pakket IP&A Totaal SCD
8.963 1.321 1.485 2.017 13.786
9.309 1.373 1.543 2.094 14.318
9.605 1.398 1.575 2.139 14.717
393
346
355
PM
PM
PM
585
607
617
112 108 60 1.028 1.308
169 220 117 2.127 2.634
170 221 118 2.133 2.642
1.092 76 84 29 21
1.132 79 87 30 22
1.154 169
17 26 21 1.366
17 27 23 1.416
17 28 23 1.444
34.345
36.193
36.343
BLVS IBD OCD (miv 1/4/08) GBD (miv 1/7/08)
Belastingen Parkeren Riolering Afvalstoffenheffing Onroerende zaakbelasting Totaal GBD
Bureau Drechtsteden
Algemene Inwonerbijdrage Bijdrage wonen Bijdrage besparing BWS Voorrangscommissie Klachtencommissie Regionale projectgroep verkeersveiligheid Natuur en milieueducatie Wet educatie beroepsonderwijs Totaal Bureau Drechtsteden
Totaal GRD
30 23
Aanvullende opmerkingen: De bedragen zijn exclusief (specifieke) uitkeringen die we van het Rijk ontvangen en aanwenden ten behoeve van de Gemeenschappelijke Regelingen. Dit geld voor alle financiële tabellen in deze paragraaf. Daarnaast zijn in 2009 diverse dienstverleningsovereenkomsten afgesloten met de GRD met een totaal bedrag van € 620.123. Voor 2010 vinden er met betrekking tot de dienstverleningsovereenkomsten nog onderhandelingen plaats met de GRD.
Gemeenschappelijke Regeling Zuid-Holland-Zuid: Onderdeel: Regiostaf GGD Milieudienst ZHZ
Brandweer ZHZ
algemeen DVO* Totaal Milieudienst ZHZ algemeen DVO Totaal Brandweer ZHZ
Jaarrekening 2008
bedragen × € 1.000 Begroting Begroting 2009 2010
411 2.538 415 3.450 3.864
429 1.925 449 2.921 3.370
429 1.995 448 3.471 3.919
1.133 8.886 10.019
1.185 8.442 9.627
1.196 8.906 10.102
Jeugd Preventie Teams
000
108
110
Totale bijdrage GR ZHZ Verwachte rente baten
16.833 -067
15.460 -075
16.556 -072
Totaal GR ZHZ
16.767
15.385
16.484
2.184 631 1.007
1.863 357 1.007
1.700 357 1.025
320 12.531 2 306
395 12.395 2 290
320 12.502 2 PM
67.785
67.886
68.732
Overige Gemeenschappelijke Regelingen: GR Sociale Werkvoorziening Drechtsteden GR Wegschap Tunnel Dordtse Kil GR Natuur- en recreatieschap De Hollandse Biesbosch Overige Verbonden Partijen: Waterbus BV Netwerk NV Stichting Beveiliging Bedrijventerreinen Dordrecht Cooperatie Ontwikkeling Leerpark U.A. Totale bijdrage alle verbonden partijen
Aanvullende opmerkingen: De financiële gegevens van de GR veiligheidsregio zijn in de begroting 2010 nog meegenomen in de GR Zuid-Holland Zuid. *Over de hoogte van de bijdrage van de Dienstverleningsovereenkomst Milieudienst vindt ten tijde van het opstellen van de begroting nog overleg plaats met Zuid-Holland Zuid.
Begroting 2010
Pagina 129 van 234
3.7. Grondbeleid 3.7.1. Algemeen Nieuwe wetgeving: Wro met als belangrijk onderdeel de Grondexploitatiewet Per 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) in werking getreden, waar de grondexploitatiewet (Grexwet) onderdeel van uitmaakt. Deze wetgeving biedt nieuwe mogelijkheden voor de uitvoering van het grondbeleid op publiekrechtelijke grond. Met de Grexwet worden, o.a. met de introductie van het exploitatieplan, de tekortkomingen van het oude instrumentarium ten behoeve van kostenverhaal opgeheven. Dit speelt vooral bij facilitair grondbeleid. De verwachting is dat gemeenten en ontwikkelaars vooral zullen blijven werken met privaatrechtelijke overeenkomsten. De grondexploitatiewet biedt de gemeente daarbij wel een sterkere onderhandelingspositie voor kostenverhaal en programmering. Hierbij moet aandacht besteed worden aan herstructureringsprojecten, omdat kosten slechts verhaald kunnen worden ter hoogte van de opbrengsten. Dit is bij herstructureringsprojecten vaak niet het geval. Structuurvisie De gemeente heeft een Structuurvisie Dordrecht 2020 opgesteld die als stedelijk ruimtelijk beleidskader zal dienen. Deze structuurvisie dient als noodzakelijke basis voor de toepassing van diverse aspecten uit de Grexwet. In de structuurvisie is een uitvoeringsstrategie opgenomen, waarin staat beschreven wat de programmatische ontwikkelopgave tot 2020 is, hoe de gemeente per type ontwikkeling op hoofdlijnen haar grondbeleid inzet en hoe zij met de mogelijkheden van de Wro omgaat. Tevens bevat de uitvoeringsstrategie voorstellen voor het actueel houden van de structuurvisie. De structuurvisie zal evenals de Nota Grondbeleid en de Nota Bovenwijkse voorzieningen één keer per raadsperiode worden herzien. Nota Grondbeleid Dordrecht werkt met een nota grondbeleid waarbij vanuit stadsniveau bekeken wordt wat de gewenste strategische inzet van grondbeleid is voor verschillende typen ontwikkelingen. Vervolgens wordt binnen de projecten een ontwikkelstrategie opgesteld, bestaande uit o.a.: de inzet van grondbeleidsinstrumenten, wijze van samenwerking en een financieel kader. Hierbij worden de omgevingselementen (zoals bestaande grondposities etc.) die bij het project een rol spelen, meegenomen. Momenteel wordt de Nota Grondbeleid geactualiseerd zodat deze voor einde 2009 bestuurlijk kan worden vastgesteld. De nota wordt aangepast aan de Structuurvisie Dordrecht 2020 en de nieuwe mogelijkheden en instrumenten van de nieuwe Wro en daarmee de grondexploitatiewet. De Wro biedt meer zekerheden voor kostenverhaal dan voorheen, omdat de gemeentelijke kosten bij de marktpartijen afdwingbaar verhaalbaar zijn. Voor de meeste projecten in Dordrecht zijn reeds samenwerkingsovereenkomsten afgesloten met afspraken omtrent het kostenverhaal. De mogelijkheden van de wet kunnen daarom vooral als een stok achter de deur worden gezien. Deze zijn van belang bij nieuw te maken afspraken. Wel zijn de vereisten rondom het verhaal van de bovenwijkse voorzieningen gewijzigd. Ook de nota Bovo wordt momenteel herzien. In de nieuwe nota wordt op basis van nieuwe Wro een tarief bepaald voor kostenverhaal van Bovenwijkse Voorzieningen en Bovenplanse Investeringen.
Begroting 2010
Pagina 130 van 234
Het effect op het huidige grondbeleid van Dordrecht (vastgesteld in 2003) en beschreven op een drietal punten, kan op hoofdlijnen beschreven worden als: •
Strategische ontwikkelingsprioriteit Dit zijn ontwikkelingen die vanuit het programma en/of de strategische ligging belangrijk zijn voor de stad, waarbij de gemeente een sterke regierol wil vervullen. Vooral bij deze categorie ontwikkelingen kan de aanpassing van de wetgeving leiden tot andere afwegingen dan die in het verleden werden gemaakt. Gezien de extra sturingsmogelijkheden die de gemeente door de nieuwe wetgeving heeft, zal de keuze tot een actief aankoopbeleid goed beargumenteerd moeten worden. Het is denkbaar dat er minder vaak voor actief aankoopbeleid wordt gekozen. De onderhandelingspositie van de gemeente is met deze wetgeving immers veel sterker dan in het verleden. Deze keus zal per ontwikkeling in de ontwikkelstrategie worden gemaakt.
•
Derdenontwikkeling Derdenontwikkelingen zijn ontwikkelingen die de gemeente overlaat aan private partijen. De invoering van de Wro biedt juist voor dit type projecten meer zekerheid om kostenverhaal toe te kunnen passen, desnoods afdwingbaar met een exploitatieplan. Bij deze projecten was de kans groot dat op vrijwillige basis geen kostenverhaal plaatsvond. Voor invoering van de Wro was het niet mogelijk deze kosten te verhalen afgezien van baatbelasting. Baatbelasting werd niet toegepast omdat dit ongewenste neveneffecten met zich meebracht.
•
Verdienlocatie (Moneymaker) Op deze ontwikkelingen wordt een positief financieel resultaat verwacht. In het ge-val dat de grond die benodigd is voor planontwikkeling bijna volledig in handen is van de gemeente, is een minder zware regierol vereist. De nieuwe wetgeving zal voor deze projecten weinig effect hebben. Kostenverhaal en programmering wordt geheel bepaald door gemeente door middel van een overeenkomst. De gemeente zal ook in de toekomst voor locaties waar potentieel een verdiencapaciteit aanwezig is, proberen zoveel mogelijk gronden in eigendom te krijgen. Uiteraard worden de opbrengsten ook in de toekomst ingezet voor projecten die verliesgevend zijn. Mede gelet op de onder druk staande vermogenspositie van het Grondbedrijf, is het van groot belang de inkomsten uit dit type projecten te kunnen benutten.
Bij bovenstaande type projecten geldt dat aan private grondeigenaren een bijdrage ruimtelijke ontwikkeling kan worden gevraagd. Daarnaast zal de gemeente een plan doorrekenen op basis van een exploitatieplan volgens de Grexwet. De uitkomsten hiervan zal de gemeente betrekken bij het bepalen van de financiële bandbreedte van een project, die ingezet wordt bij de onderhandelingen. Met het in werking treden van de nieuwe wetgeving zal meer aandacht besteed moeten worden aan de relaties tussen het grondbeleid, bouwvergunningen en de planjuridische aspecten. Zo kan het zijn dat de gemeente er in bepaalde gevallen voor kiest pas een bestemmingsplan vast te stellen als zij met alle eigenaren privaatrechtelijke contracten heeft gesloten, zodat zij geen exploitatieplan hoeft vast te stellen. Verantwoording en inzicht in de financiële consequenties van het gevoerde grondbeleid vindt plaats in Prognose 2009. Met financieel economische haalbaarheid (en financiële kaderstelling) als uitgangspunt, bestaat een wisselwerking tussen het Grondbeleid en het ruimtelijke beleid.
Begroting 2010
Pagina 131 van 234
3.7.2. Prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie (conform kadernota) Om inzicht te krijgen in de toekomstige positie van het Grondbedrijf, wordt hieronder weergegeven wat de verwachting is voor 2010 met betrekking tot het verloop van de boekwaarde. Daarnaast worden alle toekomstige investeringen en opbrengsten benoemd in relatie tot totaalresultaat van alle grondexploitaties. Boekwaarde Bouwgrondexploitaties aan het begin van het begrotingsjaar 2009: De geraamde investeringen in het begrotingsjaar 2009: De geraamde opbrengsten in het begrotingsjaar 2009: De verwachte boekwaarde aan het einde van het begrotingsjaar 2009:
€ 145,40 miljoen € 24,48 miljoen € 27,80 miljoen € 142,07 miljoen
De geraamde nog te maken kosten (vanaf 2010)*: De geraamde opbrengsten (vanaf 2010)*:
€ €
46,32 miljoen 81,32 miljoen
Het geraamde eindresultaat 2009 (NCW per 31-12-2008 van de actieve grondbedrijfscomplexen)*:
-/- € 13,10 miljoen (negatief)
* een onderbouwing hiervan is terug te vinden in de bijlage van de Prognose 2009
Aangezien het plan voor de Stadswerven door de heroriëntatie in beweging is, is in nauw overleg met de accountant, besloten om evenals in de prognose 2008 het resultaat van Stadswerven ook in de Prognose 2009 te neutraliseren. In 2010 zal naar verwachting een vastgestelde grondexploitatie voor Stadswerven beschikbaar zijn, die dan ook opgenomen zal worden in de prognose 2010. De verwachte opbrengsten voor 2010 staan als gevolg van de kredietcrisis onder druk. Welke invloed de crisis heeft op de vermogenspositie van het grondbedrijf, wordt aan de orde gesteld bij de risico’s. Naast de resultaten grondexploitaties dient ook het resultaat erfpachtexploitaties in de totale beschouwing te worden betrokken. Deze bedraagt € 21,81 miljoen positief. Zie ook kadernota 2010. Duidelijk mag zijn dat het resultaat van de erfpachtexploitaties een grote bijdrage levert aan het vermogen van het grondbedrijf.
3.7.3. Toelichting op de financiële positie, risico’s, reserves en de winst- en verliesneming In deze paragraaf wordt toelichting gegeven op de financiële positie van het grondbedrijf aan de hand van de risico’s, de reserves en de winst- en verliesnemingen. Risico’s In totaliteit rekent het Grondbedrijf met een risicobedrag van € 17,94 miljoen, dat is opgebouwd uit € 13,61 miljoen als exploitatierisico van de grondbedrijfscomplexen, € 0,52 miljoen voor archeologie en € 3,81 miljoen voor strategische verwervingen. Voor het project Stadswerven is ook dit jaar geen risicoreservering opgenomen, gelijk aan het uitgangspunt om het project budgettair neutraal op te nemen in de vermogenspositie van het Grondbedrijf. In 2009, als de uitkomsten van de onderhandelingen met de marktpartijen bekend zijn, kan een goede risicoberekening voor Stadswerven worden gemaakt. Bij het samenstellen van de begroting is nog niet bekend wat dit risico is. Bij het opstellen van de prognose 2010 zal dit risico opgenomen worden, mits een vastgestelde grondexploitatie beschikbaar is. Over het algemeen kan gesteld worden dat de afgelopen jaren het risico sterk is toegenomen doordat de projecten steeds meer complex en risicovol zijn. Het is duidelijk dat deze complexe projecten een grote impact op de financiële middelen
Begroting 2010
Pagina 132 van 234
van de gemeente c.q. het Grondbedrijf hebben. Het is dan ook logisch dat risicomanagement een steeds belangrijker aspect wordt bij grondexploitaties. In algemene zin kan worden gesteld dat door de risico’s inzichtelijk te maken en hierop waar mogelijk actie te ondernemen, het financiële risico van het Grondbedrijf meer transparant wordt. Tevens zal in het vierde kwartaal een risicoanalyse worden opgesteld naar de effecten van de kredietcrisis op de vermogenspositie van het grondbedrijf. Er zal een drietal scenario’s worden doorberekend, waarbij ook specifieke consequenties voor de grote projecten aan de orde komen. Op dit moment is er voor gekozen dit risico nog niet verder te kwantificeren dan dat bij een jaar zonder inkomsten het effect op het vermogen van het grondbedrijf € 2,0 miljoen zou bedragen. Hiervoor wordt vooralsnog geen risicoreservering getroffen. De nieuwe Wet ruimtelijke ordening maakt het mogelijk om ook met een minder actief grondbeleid voldoende sturing te houden op de ruimtelijke ontwikkelingen. Dit houdt in dat de gemeente Dordrecht zou kunnen besluiten over te gaan tot een minder actief aankoopbeleid, waardoor het Grondbedrijf aanzienlijk minder risico loopt. Wel zal er ruimte moeten blijven voor strategische aankopen, die gepaard moeten gaan van een goede financiële onderbouwing om op die manier de risico’s inzichtelijk te maken. De risico’s zijn bij strategische verwervingen per definitie groot aangezien in een vroegtijdig stadium, als de onzekerheid relatief groot is, investeringen worden gedaan. Anderzijds kunnen met de aankoop van strategische gronden ook de grootste winsten worden behaald. Dit geldt voornamelijk bij functieverandering in de uitleggebieden. Dit komt aan de orde bij de actualisatie van de nota grondbeleid die naar verwachting voor het einde van 2009 bestuurlijk kan worden vastgesteld. Naast projecten die een voordelig dan wel een nadelig exploitatieresultaat hebben, kent het grondbedrijf ook projecten waarbij de besluitvorming en inzet gericht is op kostendekkende exploitatie. Gelet hierop vindt intensieve monitoring op het verloop van deze projecten plaats om het risico van verminderd kostenverhaal te voorkomen. Hiertoe moeten overeenkomsten met ontwikkelaars erop geënt zijn alle gemeentelijke kosten te kunnen verhalen. Verloop reserves en verliesvoorzieningen De reserves en voorzieningen van het grondbedrijf bedragen op 1-1-2009 in totaal € 48,01 miljoen en kunnen worden onderscheiden in: Algemene reserves € 14,37 miljoen Bestemmingsreserves € 5,31 miljoen Verliesvoorzieningen € 28,32 miljoen Een bestemmingsreserve is in principe geen onderdeel van de Algemene reserve omdat de raad al een specifieke bestemming heeft bepaald. De verliesvoorzieningen maken geen onderdeel uit van het eigen vermogen van het grondbedrijf, maar worden wel benoemd. Dit vanwege het feit dat de verliesvoorzieningen gevormd worden vanuit de algemene reserve van het grondbedrijf. Algemene reserve De algemene reserve is opgebouwd uit de resultaten van de in het verleden afgesloten grondexploitaties plus alle tussentijdse winst- en verliesnemingen en de reserve exploitatie erfpachtgronden. De algemene reserve moet gezien worden als het risicokapitaal van het Grondbedrijf en moet daarmee voldoen aan een minimum hoogte. Ondanks goed onderbouwde ramingen en inschatting van risico’s blijft het mogelijk dat zich onvoorziene risico’s voordoen. Stadswerven valt gezien de besluitvorming daarover uitdrukkelijk buiten. Niet voorziene risico’s worden binnen de algemene reserve opgevangen. Hieruit volgt dat de algemene reserve een bufferfunctie heeft en in belangrijke mate bepaald wordt door het aantal, de omvang, risicoprofiel e.d. van de projecten. De minimale hoogte van de algemene reserve bedraagt € 14 miljoen. Dit wordt benoemd als het weerstandsvermogen.
Begroting 2010
Pagina 133 van 234
Het weerstandsvermogen is opgebouwd uit: • Het gemiddelde over een periode van 10 jaar kosten van door de BBV aangegeven kostenposten van de exploitaties die behoren tot categorie onderhanden werk 1 : € 9,5 miljoen. • De reserve exploitatie erfpachtgronden met als doel de risico’s op te vangen van onder andere de sanering van gronden van afgelopen erfpachtcontracten. Dit betekent een totaal bedrag van afgerond € 4,5 miljoen. De Algemene Reserve is in 2008 toegenomen van € 13,64 miljoen tot € 14,37 miljoen. Het meerdere van de Algemene Reserve Grondbedrijf boven het weerstandsvermogen wordt normaliter afgestort aan de algemene middelen (SI). Dit jaar is in de Prognose 2009, conform Kadernota 2010, besloten om hiervan af te wijken. Het meerdere van € 0,37 miljoen blijft behouden binnen de Algemene Reserve Grondbedrijf. De reden hiervoor is de onzekerheid van voornamelijk het project Stadswerven. Hoewel het resultaat en het risico van de Stadswerven nog niet zijn gekwantificeerd, wordt rekening gehouden met een aanzienlijk risicobedrag. Niet alleen is dat bij een binnenstedelijk transformatieproject van dergelijke omvang en stand van het project niet meer dan normaal, bovendien is er sprake van een flinke boekwaarde op het project die eerst ‘goedgemaakt’ moet worden. In 2009 zal de methode voor bepaling van het weerstandsvermogen voor het grondbedrijf tegen het licht worden gehouden. Naar aanleiding hiervan zal moeten blijken of de huidige hoogte van het weerstandsvermogen van € 14,00 miljoen voldoende is. Bestemmingsreserves Bestemmingsreserves van € 5,31 miljoen, 1-1-2009: • Revitalisering bedrijventerreinen (€ 1,90 miljoen) • Promotieactiviteiten (€ 0,01 miljoen) • Sanering Akzo-terrein gevormd (€ 3,40 miljoen) In 2009 is heeft een terugstorting plaatsgevonden vanuit de resultaatbestemming ten behoeve van de bestemmingsreserve Revitalisering bedrijventerreinen. Dit betreft een bedrag van € 1,12 miljoen en was oorspronkelijk benodigd voor de upgrading van Dordtse Kil I/II en Amstelwijck. Hiermee komt de stand van de bestemmingsreserve Revitalisering bedrijventerreinen op € 3,03 miljoen. Voor 2009 zijn er nog een aantal claims op de bestemmingsreserve revitalisering bedrijventerreinen. In totaal bedragen deze € 0,43 miljoen. Het overige deel van de reserve is nog in te zetten voor overige kosten voor upgrading Kilkade, Dordtse Kil I/II en Amstelwijck en voor het Zeehavengebied upgrading Kilkade/Kreekweg. Dit is een bedrag van € 2,60 miljoen. De verwachting is dat de volledige bestemmingsreserve voor de sanering van het voormalig Akzo-terrein op de Kilkade 7 in 2009 en 2010 benodigd zal zijn voor sanering van de grond. Potentiële toekomstige financiële ruimte: De potentiële toekomstige financiële ruimte wordt bepaald aan de hand van de aanname dat alle projecten zouden zijn afgerond en geeft inzicht in de toekomstige vermogenspositie van het grondbedrijf. De potentiële financiële ruimte is het resultaat van de vermogenspositie (€ 34,36 miljoen) minus de minimaal noodzakelijke buffer van het Grondbedrijf bestaande uit het weerstandsvermogen (€ 14,00 miljoen) en de bestemmingsreserves (€ 5,31) binnen het Grondbedrijf, samen € 19,31 miljoen. De potentiële toekomstige ruimte is daarmee € 15,05 miljoen. De waarde van deze uitkomst is op dit moment echter beperkt vanwege de nog vast te stellen nieuwe grondexploitatie Stadswerven.
1 Aangezien het projectresultaat van Stadswerven evenals in 2007 is geneutraliseerd, en dit project ook niet meegenomen zou worden in de berekening van het weerstandsvermogen, er ineens een enorme fluctuatie plaatsvindt (Stadswerven vertegenwoordigt immers een groot deel van de kosten). Om deze reden is, in overleg met de accountant, er dit jaar voor gekozen hetzelfde bedrag als vorig jaar aan te houden.
Begroting 2010
Pagina 134 van 234
Verliesvoorzieningen Voor alle verliesgevende grondbedrijfprojecten zijn voorzieningen gevormd welke gelijk zijn aan de netto contante waarden. Bij het afsluiten van een dergelijk verliesgevende project wordt het nadelig resultaat gedekt door de betreffende voorziening. Hieruit volgt dat het verlies wordt genomen op de einddatum van het project. Een overzicht van verliesgevende grondbedrijfprojecten op basis van het te verwachten verloop in tijd geeft het volgende beeld: VERLIESVOORZIENINGEN PROGNOSE 2009 Verliesvoorziening bouwgrond in exploitatie
1.1.2009
803 Admiraalsplein
€
10.023.696
821 Leerpark
€
6.955.870
827 Blekersdijk/ Vrieseweg
€
2.302.329
844 De Holland
€
1.601.195
840 Gezondheidspark
€
2.008.876
Subtotaal nadelige projecten
€
22.891.966
Subtotaal diverse nadelige projecten (< € 0,5 mln)
€
1.018.604
Verliesvoorziening bouwgrond in exploitatie
€
23.910.570
Verliesvoorziening restant afgewikkelde complexen:
€
467.919
Verliesvoorziening grond-& hulpstoffen: Strategisch vastgoed aangekochte percelen
€
3.946.503
TOTAAL
€
28.324.992
Verlies en winstneming Met betrekking tot de projecten die een nadelig exploitatieresultaat laten zien zijn verliesvoorzieningen gevormd. Naar verwachting zal geen van bovenstaande projecten in 2010 worden afgesloten. Het afsluiten van de projecten betekent een definitieve verliesneming ten laste van de algemene reserve, die gelijk is aan de al getroffen verliesvoorziening. Dit heeft daarom geen effect op de algemene reserve. Op als • • • •
basis van de nota Winst en Verliesneming is tussentijdse winstneming mogelijk aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: Als het project onderverdeeld is in duidelijk herkenbare delen; Als de winst (nagenoeg) is gerealiseerd; Als het deelproject kan worden afgesloten; Als er voldoende voorzieningen zijn getroffen voor verwachte verliezen op deelprojecten.
Gelet op de huidige stand van de projecten en de Prognose 2009, is het niet de verwachting dat in 2009 tussentijds winst wordt genomen.
Begroting 2010
Pagina 135 van 234
3.8. Stedenbeleid (voorheen GSB) Met ingang van 2010 start een nieuwe periode van het Stedenbeleid (2010-2014). Dit leidt tot een aantal veranderingen ten opzichte van de periode 2005-2009 (GSB III en ISV 2). De systematiek wijzigt, evenals de geldstromen, en inhoudelijk moeten – mede door de wijziging in geldstromen - andere accenten worden gelegd. Bij het schrijven van deze begroting is nog niet alle informatie vanuit het Rijk beschikbaar. Bij de Septembercirculaire worden we verder geïnformeerd over de toekomst van het Stedenbeleid. In deze begroting nemen we alle tot en met juli 2009 bekende informatie op. Tijdens GSB III werd gewerkt langs drie pijlers: sociaal/integratie/veiligheid, fysiek en economie. Bij elke pijler hoorde een Brede Doeluitkering (BDU): BDU SIV, BSU ISV (Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing) en BDU niet-fysieke stadseconomie. In de nieuwe periode Stedenbeleid komt de pijler economie te vervallen. De sociale en fysieke pijlers blijven bestaan. In de periode 2005-2009 had gemeente Dordrecht een set van zo’n vijftig prestatieafspraken gemaakt met het Rijk, voornamelijk op output-niveau (behaalde resultaten). Elk jaar legde de gemeente via SISA (Single Information Single Audit) verantwoording af over de voortgang op de prestatieafspraken. In de nieuwe periode Stedenbeleid worden afspraken gemaakt op outcome-niveau. De focus komt daarmee te liggen op de effecten die we met inzet van middelen denken te bereiken, en dus niet langer over de activiteiten en resultaten. Dit geeft gemeenten meer vrijheid om zelf activiteiten te kiezen, die tot resultaten leiden, en die vervolgens bijdragen aan het gewenste effect. Per 2010 maakt het Stedenbeleid geen onderdeel meer uit van SISA en vindt verantwoording over voortgang van outcome-afspraken plaats via het jaarverslag aan de gemeenteraad. Hiervan ontvangt het Rijk een exemplaar. Mocht hieruit blijken dat er sprake is van onvoldoende voortgang, dan vindt een gesprek tussen Rijk en stad plaats. In 2012 vindt een Midterm Review plaats. Met ingang van 2010 wordt niet meer gewerkt met BDU’s maar zo veel mogelijk met Decentralisatie-uitkeringen (DU’s). Een Decentralisatieuitkering is onderdeel van het Gemeente-fonds. De middelen worden via het Gemeentefonds verdeeld en zijn vrij besteedbaar. Ze blijven echter nog wel herkenbaar. Om de middelen te verkrijgen, worden afspraken op outcome-niveau tussen stad en Rijk gemaakt. Op het tijdig behalen van de doelstellingen, vindt monitoring plaats. Hiermee krijgen gemeenten meer ruimte voor lokaal maatwerk en worden de interbestuurlijke lasten verminderd. Mocht een stad de doelstellingen niet halen, dan wordt bezien waar de oorzaak ligt. In een uiterst geval kan het Rijk ‘voorwaarts bijstellen’: dat wil zeggen dat we na 2014 minder geld krijgen als we niet aan de afspraken voldoen, terwijl wij meer inspanning hadden kunnen leveren. Fysiek (incl. bodem en geluid) De fysieke pijler en BDU ISV zijn gebaseerd op de Wet Stedelijke Vernieuwing. Deze wet wordt aangepast, zodat de BDU ISV per 2011 kan worden omgezet in de Decentralisatie-uitkering ISV. 2010 is voor ISV een overgangsjaar, waarin de oude wetgeving nog van kracht is. Daarom is een vereiste dat de stad een Meerjarig Ontwikkelingsplan (MOP) opstelt. Hierin moet worden aangegeven hoe inspanningen van de stad in de periode 20102014 zullen samenhangen met drie rijksdoelstellingen: 1. Bevordering van de kwaliteit en differentiatie van de woningvoorraad, waar nodig rekening houdend met de afname van het aantal huishoudens; 2. Bevordering van de fysieke kwaliteit van de leefomgeving; 3. Bevordering van een gezonde en duurzame leefomgeving in het algemeen en in het bijzonder voor bodem, geluid en binnenstedelijke luchtkwaliteit. De inhoudelijke aandachtsvelden van ISV blijven: wonen, leefomgeving, bodem en geluid. Nieuw in de volgende periode is dat de stad moet aangeven hoe zij omgaat met het thema duurzaamheid. Voor geluidssanering moeten afspraken worden geformuleerd aan de hand van prestatie-indicatoren (output). De saneringsafspraken tussen Rijk en gemeente Begroting 2010
Pagina 136 van 234
(reeds gemaakt) zijn het referentiekader voor bevordering van de gezonde en duurzame leefomgeving. De omvang van de ISV-middelen loopt in de komende periode terug: van 17,4 miljoen (2005-2009) naar 12,5 miljoen (2010-2014). De afspraken voor ISV 2010-2014 moeten worden vastgelegd in een Meerjaren Ontwikkelingsplan (MOP) dat half november 2009 bestuurlijk vastgesteld moet zijn, door college en raad. De beschikbare middelen staan in onderstaande tabel weergegeven. Wij stellen voor om de middelen voor geluid te besteden aan geluidsanering: Het gaat hierbij om de sanering van de zogenaamde A- en Raillijst en om de uitvoering van het actieplan geluidsanering. De A- en Raillijst bevat woningen die in 1986 een geluidbelasting van 65 bD(A) of meer hadden en die door gevelisolatie gesaneerd dienen te worden. De middelen voor bodem kunnen worden ingezet voor bodemsanering. De 11 miljoen euro zetten wij volledig in voor DordrechtWest.
Stadsvernieuwing en Herstructurering Geluid Bodem Totaal
2005-2009 13.500 300 3.600 17.400
Bedragen 2010-2014 11.100 300 1.100 12.500
× € 1.000 Status indicatief indicatief indicatief
Sociaal, Integratie, Veiligheid Binnen de BDU SIV kiest het kabinet voor een inhoudelijke ordening rondom beleidsthema’s. Daaraan worden decentralisatieuitkeringen gekoppeld. Ook hieraan worden afspraken gekoppeld. • Maatschappelijke opvang: de steden hebben al afspraken gemaakt met het Rijk via de Stedelijke Kompassen. Deze blijven van kracht. De middelen worden in een decentralisatieuitkering opgenomen. De omvang van de middelen neemt af, zie de tabel. De bedragen zijn inclusief de middelen die wij ontvangen voor De Hoop (700.000 euro per jaar). De afname van middelen betekent dat de gemaakte afspraken in het Stedelijk Kompas in een ander daglicht komen. Wij hebben, samen met de andere centrumgemeenten, bij de staatssecretaris aangegeven dat wij de reeds gemaakte afspraken als inspanningsverplichting zien en niet als harde prestatie-afspraak. In september is hierover een raadsinformatiebrief aan de raad verzonden. • Onderwijsachterstandenbeleid: in de Wet op het Primair Onderwijs wordt per augustus 2010 opgenomen dat steden zorg moeten dragen voor een dekkend aanbod van voorschoolse educatie voor alle doelgroepkinderen, waaraan bovendien kwaliteitseisen worden gesteld (zorgplicht). Gezien deze wet, worden verder geen specifieke afspraken gemaakt. In 2010 worden de middelen uitgekeerd via een decentralisatieuitkering. De middelen voor de periode 2011 en verder worden bekendgemaakt in de Meicirculaire van 2010. • Gezond in de stad: het doel is om sociaal-economische gezondheidsachterstanden in de G31 terug te dringen. Steden moeten in 2010 hun beleid vastleggen in een beleidsnota en plan van aanpak voor de periode 2011-2014. Middelen worden verdeeld via een decentralisatieuitkering. • DU Leefbaarheid en Veiligheid: in 2010 en 2011 moeten deze rijksmiddelen worden ingezet voor een aanpak van sociale overlast en fysieke verloedering. De omvang van middelen wordt bij de Septembercirculaire bekend gemaakt. In het najaar 2009 wordt een manifest ondertekend door Rijk en veertig betrokken gemeenten. In Dordrecht wordt een plan van aanpak gebaseerd op bestaande beleidskaders: Integraal Veiligheidsplan 2 en ‘Gewoon doen’. De eenmalige impuls veiligheid die het kabinet ten tijde van GSBIII heeft gegeven, komt per 2011 te vervallen. Deze waren bedoeld voor eenmalige activiteiten zoals de opzet van Veiligheidshuizen. • Voortijdig Schoolverlaten/Jeugd: het kabinet informeert gemeenten bij de Septembercirculaire over de financiële verdeling per stad en over overheveling naar een decentralisatieuitkering. De middelen die momenteel beschikbaar zijn, blijven in ieder geval behouden voor G31. Per 2012 kunnen
Begroting 2010
Pagina 137 van 234
•
•
middelen uit de BDU Jeugd en Gezin worden overgeheveld naar deze DU als er sprake is van landelijke dekking van Centra voor Jeugd en Gezin. Er worden voor de periode 2010-2014 in ieder geval tussen Rijk en gemeente nog nieuwe afspraken gemaakt over de doelgroep overbelaste jongeren. Participatiebudget: de budgetten voor Volwasseneducatie en Inburgering worden voor G31 per 2010 onderdeel van het Participatiebudget. Ook de gemeentelijke middelen voor reïntegratie (WWB-werkdeel) maken onderdeel uit van het Participatiebudget. Dit maakt het mogelijk om reintegratie- en inburgeringsvoorzieningen, educatieopleidingen en combinaties te financieren uit één budget. Per 2011 komt de bestedingsverplichting bij ROC’s te vervallen. In 2010 geldt die verplichting nog wél, maar middelen kunnen dan ook worden besteed aan reïntegratie- of inburgeringsvoorzieningen. Het Participatiebudget is overigens geen decentralisatie-uitkering, waardoor de bestedingsvrijheid minder groot is. Voor vrouwenopvang wordt voorlopig een Specifieke Uitkering ingesteld. Mogelijk wordt dit per 2011 een decentralisatie-uitkering. Eerst wordt nog een stelselonderzoek uitgevoerd naar de opvang van specifieke groepen en de verruiming van de grondslag van de uitkering. Eind 2009 volgt nadere informatie. In 2010 blijft de omvang van middelen gelijk.
Maatschappelijke Opvang, Verslavingsbeleid en OGGZ Bestrijding onderwijsachterstanden Gezond in de stad (jongeren met overgewicht) Leefbaarheid en veiligheid Voortijdig schoolverlaten (VSV) en Jeugd Vrouwenopvang en Huiselijk geweld Meedoen allochtone jeugd sport Totaal Exclusief participatiebudget (nieuwe regeling)
Bedragen × € 1.000 2013 Status
2009
2010
2011
2012
6.500
6.200
6.000
5.800
5.700
indicatief
3.700
3.700
3.700
3.700
3.700
indicatief
100 1.900
100 1.800
100 1.300
100 1.300
100 1.300
indicatief indicatief
500
500
500
500
500
indicatief
1.500
1.500
1.500
1.500
1.500
indicatief
60 0 0 14.300 13.800 13.100
0 12.900
0 12.800
definitief
0
0
definitief
4.200
0
0
Economie De economische pijler komt in de nieuwe periode Stedenbeleid te vervallen, zo ook de BDU. In plaats daarvan werken de G32 (G27 met Ortega-gemeenten) samen met het ministerie van Economische Zaken aan een convenant. Deze is momenteel nog in ontwikkeling, maar inhoudelijke aandachtsvelden zijn vooralsnog: • Stimuleren van ondernemen & innovatie (ruimte voor Bedrijvigheid; Pieken in de Delta; EFRO; Betere aansluiting onderwijs en beroepsonderwijs; Stroomlijning instrumentarium Rijk-gemeenten) • Internationaal Ondernemen (Acquisitie Internationale Bedrijven) • Bedrijvigheid in de wijk (Verbeteren van het ondernemersklimaat in de wijk; Microfinanciering) • Dienstverlening (Convenant Dienstverlening Rijk-gemeenten; Welstandsbeleid; Antwoord voor bedrijven) • Energie & duurzaamheid • ICT & Toepassingen (breedband en verglazing) De hiervoor benodigde middelen zullen niet van het Ministerie van Economische Zaken afkomstig zijn.
Begroting 2010
Pagina 138 van 234
4. Financiële begroting De financiële begroting beoogt het inzicht in de gemeentelijke financiën te vergroten en biedt daartoe een samenhangend inzicht in de ontwikkeling van de exploitatie en de belangrijkste vermogensbestanddelen. De financiële begroting bestaat uit het overzicht van baten en lasten (4.1), de uiteenzetting van de financiële positie (4.2) en de investeringen (4.3).
4.1 Overzicht van baten en lasten (exploitatie) Deze paragraaf geeft een totaaloverzicht van de baten en lasten van de verschillende begrotingsprogramma’s en thema’s. Vervolgens worden de belangrijkste ontwikkelingen en budgettaire uitgangspunten in de lasten en baten toegelicht.
4.1.1.Ontwikkelingen in de lasten Loon- en prijscompensatie gemeentelijke organisatie De ontwikkeling van de personeelsbudgetten is gebaseerd op een prognose van de lonen en pensioenen, in combinatie met de actuele formatie- en bezettingsgegevens. Voor 2010 is deze gesteld op 3,35%, wat leidt tot een hoger structureel aandeel in de gemeentelijke middelen van circa € 1,5 miljoen. Deze stijging wordt vooral veroorzaakt door de hogere werkgeversbijdrage in de pensioenlasten. Voor de prijsontwikkeling wordt conform staand beleid uitgegaan van de CPB raming van de Consumentenprijsindex (CPI) voor het komende jaar, gecorrigeerd met een nacalculatie over voorgaande jaren. Voor 2010 wordt de nullijn gehanteerd. Loon- en prijscompensatie gesubsidieerde instellingen Volgens staand beleid wordt voor de berekening van het aandeel in de gemeentelijke middelen dat het gevolg is van deze loonontwikkeling uitgegaan van de veronderstelling dat 75% van de verstrekte subsidies wordt besteed aan lonen en 25% aan overige kosten. Voor de loonkostenontwikkeling wordt aangesloten op de parameters in de afzonderlijke bedrijfstakken Welzijn, Bibliotheek en Kunsteducatie. Voor de prijsontwikkeling in de overige kosten wordt de nullijn gehanteerd. Voor 2010 zijn de indexen voor loon- en prijsontwikkeling voor subsidies gesteld op: • 2,51% index subsidie gemeentelijke instellingen, op basis van de interne loonindex • 1,88% index subsidie Bibliotheek • 3,75% index subsidie Kunsteducatie (To Be) • 4,02% index subsidie Welzijn overig Het budgettaire beslag hiervan bedraagt € 1,1 miljoen. Volumeontwikkeling Gemeenschappelijke Regelingen Gemeenschappelijke Regeling Zuid-Holland-Zuid De grondslag voor het bepalen van het accrespercentage op de inwonerbijdrage zijn de afspraken over de budgetteringsmethodiek. De budgettering is namelijk gekoppeld aan de ontwikkelingen in het Gemeentefonds. Er zijn nadere afspraken gemaakt over de aanwending en de maximering van de budgettaire ruimte. Dit is het geval als het accrespercentage hoger is dan de loon- en prijsstijging. De afspraak is dat de zogenaamde accresruimte transparant wordt gemaakt en wordt gestort in een egalisatievoorziening met een bovengrens. Omdat de egalisatievoorziening in 2009 de bovengrens heeft overschreden, vloeit het
Begroting 2010
Pagina 139 van 234
overschot terug naar de gemeenten. Dit is verrekend met de nacalculatie op de inwonerbijdrage 2009. Het accrespercentage voor 2010 is bepaald op 1,25% wat een budgettair beslag bedraagt van circa € 120.000. Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden Ook bij de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden is een algemene budgetteringssystematiek vastgesteld die gebaseerd is op de ontwikkeling van het Gemeentefonds. Deze wijkt enigszins af van de bij de Gemeenschappelijke Regeling Zuid-Holland-Zuid toegepaste systematiek en de gemeentelijke berekeningsmethode. Het verschil zit met name in de wijze van verwerking van nacalculaties over voorgaande begrotingsjaren en het peilmoment voor de berekening van de indexen. In de begroting van de GRD is gerekend met afwijkende indexen ten opzichte van de kadernota omdat de ontwikkelingen als gevolg van de economische recessie aanleiding gaven tot lagere indexen. De volgende indexen zijn in de begroting van de GRD gehanteerd: • 2,8% voor loonkosten; • 0,5% voor prijzen; • 2,11% voor gemiddelde van loonkosten en prijzen. In de begroting van de GRD zijn, behalve de indexering, beperkt autonome ontwikkelingen meegenomen. De beleidsontwikkelingen worden in de eerste wijziging van de begroting in december 2009 verwerkt evenals een mogelijke aanpassing van de gehanteerde indexen. Het budgettaire beslag bedraagt € 630.000. Gemeenschappelijke Regeling Drechtwerk De begroting 2010 van Drechtwerk voorziet een gemeentelijke bijdrage die in overeenstemming is met de raming in de gemeentebegroting, welke gebaseerd is op de toekomstvisie van Drechtwerk. Daarom is het niet nodig de gemeentelijke bijdrage te verhogen of te indexeren. Voor 2011 en 2012 is de concept meerjarenraming nog niet passend in het beeld van de toekomstvisie. De afwijking is echter beperkt en Drechtwerk is verzocht om bij de indiening van de begroting 2011 er naar te streven het oorspronkelijke perspectief te halen. Jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen Voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume is geen voorziening opgenomen. Het gaat hierbij om opgebouwde rechten vakantiegeld, opgenomen vakantiedagen, wachtgelden, wethouderspensioenen en IZA premies oud werknemers. Deze jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen zijn opgenomen in de reguliere exploitatie en de meerjarenbegroting. Ontwikkeling kapitaallasten In de begroting 2010 is gerekend met een rente omslag van 4%.
4.1.2. Ontwikkelingen in de baten De raming van de algemene uitkering voor 2010 is gebaseerd op de Meicirculaire 2009. Belangrijke volume gegevens waarop de algemene uitkering is gebaseerd betreft het aantal inwoners (118.182) en woonruimten (56.851). De ontwikkeling van de OZB tarieven en de overige lokale heffingen volgt de ontwikkeling van de ConsumentenPrijsIndex, zijnde 0,25%. Gelet op het kleine verschil is bij de kadernota vastgesteld dat de tarieven niet worden verhoogd. De tarieven voor bouwleges zijn kostendekkend. De lasten bestaan voor 75% uit personele kosten en 25% uit materiële kosten. Het gehanteerde percentage is 2,51%. De tarieven van de rioolheffing worden vastgesteld naar aanleiding van het GRP-4 (Gemeentelijk Rioleringsplan). Hierin is een jaarlijkse aanpassing voorzien van 4% tot en met 2015 met inbegrip van een gemiddelde inflatiecorrectie voor de GRPperiode van 2% per jaar.
Begroting 2010
Pagina 140 van 234
De stijging van de OZB tarieven, bouwleges en overige tarieven en heffingen leidt tot een inkomstenverruiming van € 75.000 structureel. Voor een verdere toelichting op de uitgangspunten van de lokale heffingen wordt verwezen naar de paragraaf Lokale heffingen (paragraaf 3.1). Voor meer informatie omtrent de uitkomsten van de Mei-circulaire 2009 wordt verwezen naar het Thema Gemeentefonds (paragraaf 2.7). Overzicht geraamde incidentele baten en lasten voor 2010 In onderstaand overzicht zijn meerjarig de incidentele baten en lasten opgenomen. Onder incidentele baten en lasten worden verstaan: • De stortingen in de reserves • De onttrekkingen uit de reserves • Inkomsten en uitgaven die een incidenteel karakter kennen (1 tot 3 jaar) Overzicht geraamde incidentele baten en lasten 2010-2013 2010 Baten inc. Veiligheid
Lasten inc. 40
40-
Sociale en Culturele Infrastructuur
3.810
4.121
311-
Wonen en Leefbaarheid
8.282
8.006
Werk en Scholing
1.631
104
Ondernemerschap en Bereikbaarhei
1.089
2.519
1.430-
Bestuur, Participatie en Dienstverlen
-
598
598-
9.453
25.639
16.186-
24.265
41.027
Algemene Dekkingsmiddelen Totaal
-
2011 Saldo
Baten inc.
Lasten inc.
-
10
Saldo 2011 10-
3.451
3.202
249
276
822
3.274
2.452-
1.527
1.464
807
923
454
469
-
236
236-
9.877
14.719
4.842-
16.762- 16.537
22.702
6.165-
657
bedragen x € 1.000
2012 Baten inc. Veiligheid Sociale en Culturele Infrastructuur Wonen en Leefbaarheid Werk en Scholing
-
10-
Baten inc.
138
784
3.080
2.296-
-
1.485
3.477
426
812
1.485
Bestuur, Participatie en Dienstverlen
-
391 19
19-
9.233
15.894
6.661-
15.567
22.504
Lasten inc.
-
3.110
817
Totaal
10
Saldo 2012
3.248
Ondernemerschap en Bereikbaarhei Algemene Dekkingsmiddelen
Lasten inc.
2013
10
Saldo 2013 10-
3.238
3.115
123
784
4.904
4.120-
-
3.477
-
393
419
27
27-
8.398
16.824
8.426-
6.937- 16.709
25.273
8.564-
Overzicht EMU (Europees Monetaire Unie) saldo De gemeente is wettelijk verplicht om het overzicht EMU-saldo ter kennisname in de financiële begroting op te nemen. Belangrijke reden hiervoor is het vergroten van de bewustwording van het begrip EMU saldo. Dit overzicht is opgenomen in Bijlage 7. Overzicht van baten en lasten Hieronder treft u het overzicht van baten en lasten aan. In dit overzicht –dat gebaseerd is op staand beleid- zijn de financiële effecten van de besluitvorming naar aanleiding van de Kadernota 2010 verwerkt. In overeenstemming met het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) wordt eerst het saldo voor bestemming gepresenteerd, vervolgens de mutatie(s) in de reserves en uiteindelijk het saldo na bestemming. De lasten en baten van de gemeente die niet rechtstreeks aan een programma zijn toe te rekenen, de algemene dekkingsmiddelen en een bedrag voor onvoorzien, zijn op het programma Algemene dekkingsmiddelen opgenomen (zie hoofdstuk 2). Het overzicht van baten en lasten wordt op themaniveau
Begroting 2010
Pagina 141 van 234
gepresenteerd en biedt een integraal overzicht van de gemeentelijke baten en lasten.
(bedragen x € 1.000) Lasten Veiligheid
B e g r o t i n g 2 0 10 B e g r o t i n g s a l d o 's Saldo Saldo na Mutatie voor Baten bestem 2011 2012 2013 bestem reserves ming ming
Sociale veiligheid
4.004
402
-3.602
0
-3.602
-3.595
-3.563
-3.563
Fysieke veiligheid
12.073
0
-12.073
0
-12.073
-13.036
-13.329
-13.174
Verkeersveiligheid
207
0
-207
0
-207
-177
-177
-177
Integrale veiligheid
321
0
-321
0
-321
-320
-319
-319
Maatschappelijke voorzieningen
26.929
4.378
-22.551
252
-22.299
-22.058
-22.140
-22.135
Integratie en Interculturalisatie
1.993
0
-1.993
0
-1.993
-1.868
-1.814
-1.814
Gezondheid
4.188
1.587
-2.601
0
-2.601
-2.573
-2.573
-2.573
17.272
0
-17.272
0
-17.272
-17.272
-17.272
-17.272
Inkomen
63.644
44.347
-19.297
0
-19.297
-19.122
-19.122
-19.122
Cultuurvoorzieningen
17.850
1.747
-16.103
9
-16.094
-16.247
-16.777
-16.601
2.196
274
-1.922
79
-1.843
-1.756
-1.755
-1.707
10.704
3.230
-7.474
-45
-7.519
-9.466
-9.738
-9.640
Sociale en Cultruele Infrastructuur
Zorg
Vrijetijdsvoorzieningen Sport Wonen en Leefbaarheid Beheer van de openbare ruimte
33.793
4.266
-29.527
162
-29.365
-26.469
-26.385
-26.411
Afvalinzameling en -verwerking
13.196
13.483
287
0
287
287
287
287
Riolen
8.999
9.793
794
0
794
794
794
794
Milieu
5.220
261
-4.959
420
-4.539
-4.555
-4.500
-4.497
Vergunningverlening
2.663
3.266
603
-32
571
571
571
571
Handhaving
1.176
125
-1.051
0
-1.051
-1.050
-1.045
-1.045
50.142
46.122
-4.020
420
-3.600
-3.031
-2.913
-2.873
Ontw. en herstructureren woonwijken Werk en Scholing Opgroeien en onderwijs
13.064
943
-12.121
0
-12.121
-12.197
-12.047
-12.058
Onderwijshuisvesting
15.224
1.041
-14.183
1.597
-12.586
-15.734
-16.503
-16.092
Arbeidsmarkttoeleiding
49.799
45.416
-4.383
0
-4.383
-4.219
-4.098
-4.098
Ondernemerschap en Bereikbaarhe Ontwikkelen, beh. en herstr. bedrijfste
9.693
11.354
1.661
-1.716
-55
-55
-56
-54
Verbeteren bereikbaarheid
8.148
7.394
-754
246
-508
-378
-306
-282
Economische structuurversterking
8.220
1.486
-6.734
440
-6.294
-5.458
-5.348
-5.343 -3.264
Bestuur, Partc. en Dienstverlening Algemeen bestuur Dagelijks bestuur Dienstverlening Communicatie en voorlichting
3.360
62
-3.298
0
-3.298
-3.287
-3.276
14.121
3.814
-10.307
0
-10.307
-8.775
-7.351
-7.299
4.955
2.557
-2.398
0
-2.398
-2.063
-2.202
-2.198
428
0
-428
0
-428
-428
-428
-428
Algemene Dekkingsmiddelen Gemeentefonds Lokale belastingen Bedrijfsvoering TOTALEN
Begroting 2010
0
151.402
151.402
0
151.402
143.973
142.584
141.523
2.177
19.015
16.838
0
16.838
17.023
17.210
17.400
17.455
60.850
43.395
-16.190
27.205
31.957
30.896
29.365
423.214
438.615
15.401
-14.358
1.043
-584
-2.694
-4.098
Pagina 142 van 234
4.2. Financiële positie en toelichting De paragraaf financiële positie geeft een integraal beeld van de gemeentelijke financiën (vermogen, exploitatie en risico’s) voor het begrotingsjaar en verdere jaren. De raad heeft met de vaststelling van de Kadernota 2010 (en de programmabegroting 2009) het beleidsmatige en budgettaire kader voor 2010 en verder vastgesteld. De programmabegroting 2010 en de meerjarenbegroting 2011-2013 bevat de inhoudelijke en budgettaire uitwerking van dat beleid.
4.2.1. Meerjarenbegroting 2010-2013 Exploitatie De Kadernota 2010 vormt de basis voor het financiële perspectief 2010. Naast een actualisatie van het budgettaire perspectief op grond van autonome ontwikkelingen heeft de kadernota ook vooral de functie van bijsturing. Dit vanuit de inhoudelijke ambities die het college heeft geformuleerd in het MJP en de voortgang die tot op heden is geboekt. In de Kadernota is de invloed van loon- en prijsontwikkelingen, ontwikkelingen in de bedrijfsvoering en ontwikkelingen in de inkomsten in beeld gebracht. Daarnaast heeft besluitvorming plaatsgevonden over in- en extensiveringen en is de beschikbare vrije investeringsruimte geactualiseerd. Ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan na vaststelling van de Kadernota en nog uit te werken onderwerpen worden hieronder weergegeven. Daarmee is de relatie tussen de Kadernota en de Begroting aangegeven: De begroting is de technische uitwerking van besluitvorming van de Kadernota plus ontwikkelingen die zich na de Kadernota hebben voorgedaan. Bij de Kadernota 2010 is voor 2010 een sluitend financieel perspectief gepresenteerd. Het financiële perspectief van de Kadernota was een overschot van € 99.000 in 2010, in 2011 een tekort van € 63.000, in 2012 een overschot van € 311.000 en in 2013 een tekort van € 141.000. Overzicht Exploitatie Perspectief Kadernota 2010 Financieel perspectief begroting 2010 / MJP Autonome ontwikkeling in de uitgaven Autonome ontwikkeling in de inkomsten
2010 89 3.2911.310-
2011 3.2911.872-
Ontwikkeling in de begroting staand beleid Nieuw beleid / intensiveringen Dekkingsvoorstellen
5.167 2.7162.160 99
4.950 2.6102.760 63-
bedragen x € 1.000 2012 2013 4003.2913.2911.4811.4695.000 2.6772.760 311
4.825 2.5662.760 141-
Van kadernota naar begroting Na vaststelling van de Kadernota 2010 hebben diverse autonome ontwikkelingen invloed gehad op de begroting staand beleid. a. Meicirculaire algemene uitkering Gemeentefonds Voor de periode tot en met 2011 heeft definitieve vaststelling van het gemeentefondsaccres plaatsgevonden. Voor de jaren 2012 en 2013 zijn in de meicirculaire vooralsnog geen ramingen opgenomen voor de ontwikkeling van het accres. Dit betekent een nadelig verloop voor 2012 en 2013 ten opzichte van de septembercirculaire 2008 en het afgesloten bestuursakkoord uit 2007. De achtergrond hiervan is dat er nog geen duidelijkheid is over de ontwikkeling van de overheidsuitgaven in die jaren en het eventuele aandeel van gemeenten in de bezuinigingen van het Rijk. Naast de accresontwikkeling is in de meicirculaire 2009 een aantal stelposten opgenomen waarmee middelen voor specifieke doeleinden gereserveerd worden. Dit betreffen beleidsmaatregelen en decentralisatieuitkeringen. Hieronder vallen de ter
Begroting 2010
Pagina 143 van 234
beschikking gestelde middelen voor homo-emancipatie, maatschappelijke opvang en WMO. In onderstaande tabel staat de totale mutatie van de algemene uitkering ten opzichte van het bedrag dat in de begroting 2009 en in de kadernota 2010 voor de jaren 2010-2013 is opgenomen. De ontwikkelingen leiden tot de volgende herziening van het (staand beleid) financieel perspectief; een stijging van € 0,7 miljoen in 2010, € 1,3 miljoen daling in 2011, € 3,4 miljoen daling in 2012 en € 4,7 miljoen daling in 2013. b. Aanbesteding Sportboulevard In het derde kwartaal 2008 heeft de aanbesteding van de exploitatie Sportboulevard plaatsgevonden. In het eerste kwartaal 2009 is gegund aan Optisport Gorinchem. Het resultaat van deze aanbesteding is een besparing van 3 ton per jaar (zie ook raadsinformatiebrief van januari 2009). Halverwege 2010 gaat naar verwachting de exploitatie van Sportboulevard van start. In 2010 wordt daarom een besparing van € 150.000 ingeboekt, in de overige jaren van de planperiode € 300.000 jaarlijks. c. Straatreiniging Op 30 juni is de raad geïnformeerd over het contract tussen de gemeente en Netwerk N.V. ten aanzien van het de straatreiniging en het reinigen van kolken en lijngoten. Deze afspraken resulteren in een verlaging van de tarieven met 10% met ingang van 1 januari 2010 t/m 2013. Dit levert een voordeel op van € 280.000 structureel. Verwerking van deze autonome ontwikkelingen leidt tot het volgende financiële perspectief: Overzicht exploitatie Kadernota 2010 Autonome ontw. begroting staand beleid a. Algemene uitkering (Meicirculaire 2009) b. Aanbesteding Sportboulevard c. Straatreiniging Begroting 2010 geactualiseerd staand beleid
bedragen x € 1.000 2012 2013 311 141-
2010 99
2011 63-
700 150 280
1.309300 280
3.447300 280
4.727300 280
1.229
792-
2.556-
4.288-
Bij het opstellen van de begroting 2010 zijn een aantal posten geconstateerd, die niet voorzien zijn in het perspectief van de Kadernota. Het gaat om de volgende posten: a. Indexering DVO Brandweerzorg In de doorberekening van de indexeringsparameters is bij de Kadernota 2010 geen rekening gehouden met de kosten van de lokale brandweerzorg die via een Dienstverleningsovereenkomst (DVO) wordt uitgevoerd door de regionale brandweerorganisatie (GR Zuid-Holland-Zuid). De indexering van het regionale deel (de inwonerbijdrage) is wel meegenomen. Voor 2010 is een percentage van 2,51% over het DVO bedrag aangehouden. Dit resulteert in een financieel beslag van € 239.000 structureel. b. Onregelmatigheidstoeslag Door de inzet van Toezicht in de wijken en een nieuwe wijze van onregelmatigheidstoeslag (ORT) berekenen (vaste bijdrage i.p.v. variabele bijdrage) zijn de kosten van ORT gestegen. Daarnaast is geen rekening gehouden met het feit dat over de ORT ook werkgeverspremies en vakantietoeslag verschuldigd is. Hierdoor stijgen de kosten met € 190.000. c. Overheadkosten Stadsprogramma’s Op de exploitatie kan de raming voor overheadkosten (communicatie-, juridische-, controluren e.d.) die betrekking hebben op projecten binnen de Stadsprogramma’s
Begroting 2010
Pagina 144 van 234
zijn opgenomen, vervallen. Dekking van deze kosten vindt plaats via kredieten en niet vanuit de exploitatie. d. Vrijval stelpost combinatiefunctie Sport Dit betreft een stelpost binnen de algemene uitkering die kan vrijvallen omdat in de begroting al voorzien is in de kosten van de combinatiefuncties. Verwerking van deze bijstellingen leidt tot het volgende financiële perspectief: Overzicht exploitatie
2010
Begroting 2010 geactualiseerd staand beleid Bijstellingen a. Indexering DVO Brandweer b. Onregelmatigheidstoeslag c. Overheadkosten Stadsprogramma's d. Vrijval stelpost combinatiefunctie Sport
1.229 -239 -190 243
Begroting 2010 geactualiseerd staand beleid
1.043
bedragen x € 1.000 2012 2013
2011 792-
2.556-
4.288-
-239 -190 637
-239 -190 291
-239 -190 414 205
584-
2.694-
4.098-
Investeringen In de Kadernota 2010 is vrije investeringsruimte gecreëerd ter grootte van € 26,2 miljoen. Hiermee is voor € 26,3 miljoen aan onontkoombare investeringsvoorstellen gehonoreerd. Daarnaast is voor € 3,8 miljoen aan prijsindexeringen gehonoreerd ten laste van de stelpost Indexering. De vrije ruimte op deze stelpost bedraagt € 1,2 miljoen. bedragen x € 1.000 Investeringen en investeringsruimte stelpost indexering 5.011 3.7771.234
Vrije investeringsruimte Kadernota 2010 Gehonoreerde voorstellen Beschikbare investeringsruimte Begroting 2010
vrije ruimte 26.221 -26.340 119-
Voor nadere toelichting wordt verwezen naar paragraaf 4.3. Investeringen.
4.2.2. Ontwikkeling reservepositie Ultimo 2010 bedraagt de stand van de reserves € 567 miljoen. Het niveau van de reserves wordt toereikend geacht voor het opvangen van de gevolgen van risico’s. De ontwikkeling van de reserves vanaf 2008 is in de volgende tabel weergegeven: * € 1.000
Ontwikkeling 31-12-2008 31-12-2009 31-12-2010 31-12-2011 31-12-2012 31-12-2013
Algemene reserves Bestemmingsres egalisatie tarieve Overige bestemmingsreserves Totaal reserves
47.059
49.644
62.530
64.277
67.796
72.996
324
0
0
0
0
0
490.400
498.617
504.427
507.641
510.195
512.678
537.783
548.261
566.957
571.918
577.991
585.674
Niet alle onttrekkingen zijn geraamd en derhalve in dit overzicht verwerkt (zoals onttrekkingen vanuit de reserve SI, welke geschieden bij de jaarrekening op basis van werkelijke uitgaven).
Begroting 2010
Pagina 145 van 234
Verloop reserves 31-12-2008 t/m 31-12-2013 *€ 1.000 600.000 550.000 500.000 450.000 400.000 350.000 300.000 250.000 200.000 150.000 100.000 50.000 0
2008
2009
2010
2011
Algemene reserves
2012
2013
Bestemmingsres egalisatie tarieven
Overige bestemmingsreserves
Voor meer informatie over het geraamde verloop van de reserves wordt verwezen naar het onderdeel Weerstandscapaciteit van de paragraaf Risicomanagement en weerstandsvermogen (3.2).
4.2.3. Ontwikkeling voorzieningen Ultimo 2010 bedraagt de stand van de voorzieningen €19 miljoen. Voor meer informatie over het onderhoud van de kapitaalgoederen wordt verwezen naar de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen (4.3). De ontwikkeling van de voorzieningen is in de volgende tabel weergegeven: * € 1.000
Ontwikkeling 31-12-2008
31-12-2010 31-12-2011 31-12-2012
31-12-2013
6.605
12.193
13.506
15.611
18.235
onderhoudsvoorzieningen
1.489
1.372
1.641
2.316
2.765
3.437
overige voorzieningen
4.099
4.060
4.219
4.384
4.557
4.736
12.193
17.625
19.366
22.311
25.557
29.252
Totaal voorzieningen
Begroting 2010
31-12-2009
ivm bijdragen van derden
21.079
Pagina 146 van 234
Verloop voorzieningen 31-12-2008 t/m 31-12-2013 *€ 1.000 50.000 40.000 30.000 20.000 10.000 0
2008
2009
2010
2011
2012
2013
overige voorzieningen Onderhoudsvoorzieningen Ivm bijdragen van derden
4.2.4. Overzicht activa en kapitaallasten Het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) onderscheidt investeringen naar economisch en maatschappelijk nut. Investeringen met een economisch nut betreffen vaste activa die verhandelbaar zijn (gebouwen, grond, voertuigen) of waar inkomsten tegenover staan (rioleringen, leges e.d.). Deze investeringen moeten worden geactiveerd en reserves mogen niet op deze investeringen in mindering worden gebracht. Daarnaast mag er niet resultaatgericht worden afgeschreven en moet consistent worden afgeschreven. Wel mogen bijdragen van derden die direct gerelateerd zijn aan de investering in mindering worden gebracht. Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut zijn meestal investeringen waarop langdurig onderhoud moet worden gepleegd (wegen, bruggen, rotondes, water, pleinen, parken, openbaar groen e.d.). Het goed verwerken van het onderhoud in begroting en meerjarenraming wordt belangrijker geacht dan het inzicht in de financiële positie via activering. Er bestaat een nauwe relatie met de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen. Deze investeringen worden bij voorkeur niet geactiveerd en, indien dat wel gebeurt dan wordt in een zo kort mogelijke termijn afgeschreven.
Begroting 2010
Pagina 147 van 234
Boekwaarde per 31-12:
2008
2009
2010
2011
bedragen × € 1.000 2012 2013
VASTE ACTIVA Materiële vaste activa ec onomisch nut 3.0 Erfpachtsgronden 3.1 Overige gronden en terreinen 3.2 Woonruim ten 3.3 Bedrijfsgebouwen 3.4 Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 3.5 Vervoermiddelen 3.7 Overige machines, apparaten & installaties 3.8 Overige materiële vaste activa Totaal Materiële vaste activa: investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatsch. nut 4.4 Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 4.7 Overige machines, apparaten & installaties 4.8 Overige materiële vaste activa Totaal
18.317 18.317 18.317 18.317 18.317 18.317 22.218 25.794 28.694 28.694 28.694 28.694 2.598 2.704 2.603 2.501 2.400 2.298 187.476 252.053 298.579 336.360 344.851 332.952 77.221 82.669 85.007 86.849 89.474 91.892 766 819 781 764 696 739 6.155 10.667 12.571 14.687 13.665 12.696 5.191 6.296 7.855 9.090 8.170 7.483 319.941 399.319 454.406 497.261 506.266 495.071
22.206 5.892 233 28.330
26.668 8.340 273 35.280
25.951 7.921 207 34.080
25.346 7.518 141 33.004
24.495 7.110 075 31.680
23.774 6.716 009 30.499
Financiële vaste activa 5.1 Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen 19.987 19.987 19.987 19.987 19.987 19.987 5.2 Kapitaalverstrekkingen aan gem. regelingen 0 0 0 0 0 0 5.3 Kapitaalverstrekkingen aan ov. verbonden par 18 18 18 18 18 18 5.4 Leningen aan woningcorporaties 22.914 21.320 20.261 19.157 18.000 16.894 5.5 Leningen aan deelnemingen 1.713 1.680 1.648 1.466 1.433 1.401 5.6 Leningen aan ov. verbonden partijen 714 824 700 575 514 452 5.7 Overige langlopende leningen 14.059 13.278 12.253 11.179 10.509 9.992 5.8 Overige uitzettingen rentetypische looptijd >= 128.140 128.089 128.089 128.089 128.089 128.089 5.9 Bijdrage aan activa in eigendom van derden 1.123 1.725 1.636 1.412 1.184 970 Totaal 188.669 186.921 184.593 181.884 179.734 177.803 TOTAAL VASTE ACTIVA
536.940 621.520 673.079 712.149 717.681 703.373
VLOTTENDE ACTIVA Niet 9.0 9.1 9.5
in exploitatie genomen gronden Strategische verwervingen NIEGG Niet in exploitatie genomen bouwgronden Voorzieningen Niet in expl.gen.gronden Totaal
50.590 8.205 -9.365 49.430
69.908 5.819 -9.365 66.361
69.905 6.403 -9.365 66.943
69.901 6.988 -9.365 67.524
69.898 6.977 -9.365 67.510
69.895 6.966 -9.365 67.496
Onderhanden werk inzake grondexploitaties 9.2 Onderhanden werken iz grondexploitaties 9.6 Voorzieningen Onderhanden werk iz grondexp Totaal
91.301 -18.988 72.312
90.722 -18.988 71.733
90.126 -18.988 71.137
89.530 -18.988 70.542
89.530 -18.988 70.542
89.530 -18.988 70.542
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA
121.742 138.094 138.080 138.066 138.052 138.038
TOTAAL GENERAAL
658.682 759.614 811.159 850.215 855.733 841.410
KAPITAALLASTEN (rente en afschrijving) Vaste activa economisch nut Vaste activa maatschappelijk nut Financiële vaste activa
2010 28.955 3.208 3.336
2011 33.327 3.153 3.229
2012 36.161 3.122 3.115
2013 37.964 3.060 2.999
In bijlage 5 is het autorisatie overzicht weergegeven van de routine investeringen. Kortheidshalve wordt daarnaar verwezen.
Begroting 2010
Pagina 148 van 234
4.3. Investeringen Met het vaststellen van de kadernota is ook de daarbij behorende extra ruimte voor investeringen vastgesteld. De investeringsvoorstellen rondom Hofkwartier, Wegennota, Voorstraat Noord, Herstructurering Dordt West, Kunstmin, Nieuwe Dordtse Biesbosch, Provinciale Weg en Buiten de Pollers leiden voor de jaren vanaf 2010 tot investeringen ter hoogte van Є 26,3 mln. Dit betekent overigens niet dat het totale bedrag dat Dordrecht in projecten steekt met ditzelfde bedrag groeit. Een belangrijk deel van de dekking van dit bedrag komt immers uit herprioritering en temporisering van bestaande investeringsbudgetten. Per saldo groeit echter het totale investeringsbudget met Є 14,4 mln. Het gaat echter niet alleen om het bij kadernota prioriteren van nieuwe investeringsprojecten. Ook de inhoudelijke en financiële sturing en beheersing van lopende projecten is van belang. Vragen als ‘loopt het project op schema’, ‘zijn er nog steeds voldoende financiële middelen’, ‘worden de beloofde subsidies binnengehaald’ en ‘wordt het beoogde effect bereikt’ spelen steeds nadrukkelijk een belangrijke rol. Daar komt bij dat grote projecten maatschappelijk kritisch gevolgd worden. Het ‘goed omgaan met gemeenschapsmiddelen’ en ‘doen wat je belooft’ zijn hierbij twee aspecten die een groot afbreukrisico met zich meebrengen. Een goede beheersing is daarmee een noodzakelijke randvoorwaarde. Zoals door de gemeenteraad al eerder te kennen is gegeven en verwoord is in de raadsinfobrief over kaders sturing op (grote) projecten, is het zaak om binnen enkele jaren tot een completer investeringshoofdstuk te komen. Een investeringshoofdstuk waarin een integraal inzicht gegeven wordt van alle projecten die Dordrecht kent, inclusief de hiermee samenhangende gereserveerde bedragen, gevoteerde kredieten, uitgaven per jaarschijf en dekking hiervan. In de begroting 2011 wordt dit integrale inzicht verstrekt door een totaaloverzicht van alle lopende Dordtse projecten toe te voegen. Hierin worden de dekkingsbronnen, kredieten en de jaarlijkse uitgaven opgenomen. Dit geeft inzage in de totale kosten, de budgetuitputting en voortgang van een project. Om dit overzicht mogelijk te maken is de projectadministratie de afgelopen periode sterk ontwikkeld en gevuld met onder andere de 13 grote projecten. Deze projectadministratie zal de komende maanden compleet gemaakt worden en als bron dienen voor de investeringsparagraaf in de volgende begroting. Strategische Investeringen De belangrijkste dekkingsbron van de Dordtse investeringen wordt gevormd door de reserve Strategische Investeringen (SI). In de kadernota 2010 is uitgegaan van een vrije investeringsruimte binnen SI van € 26,2 miljoen. Na een zorgvuldig afwegingsproces, in relatie tot de beschikbare investeringsruimte, is bij kadernota besloten een bedrag van € 26,3 miljoen te reserveren voor nieuwe projecten. Voor prijsindexatie is in totaal Є 3,8 mln. ten laste van de stelpost indexering uitgetrokken. Gehonoreerde investeringsclaims KN2010 (x € 1.000)
Begroting 2010
Tlv stelpost indexering
Prijsindexatie Leerpark Prijsindexatie Energiehuis Prijsindexatie Sportboulevard Hofkwartier Wegennota Voorstraat Noord Herstructurering Dordt West Kunstmin Nieuwe Dordtse Biesbosch Provinciale Weg Buiten de pollers
440 1.192 2.145
Totaal
3.777
Tlv vrije ruimte
5.600 4.000 245 2.600 8.180 500 2.750 2.465 26.340
Pagina 149 van 234
Actuele vrije ruimte Verwerking van bovenstaande vrijval leidt tot het volgende inzicht in de vrije ruimte binnen de reserve Strategische Investeringen. Vrije ruimte bij Kadernota 2010 Toegewezen claims bij kadernota Actuele vrije ruimte in SI
31.232 30.117 1.115
De screening SI die bij begroting 2010 heeft plaatsgevonden heeft geen vrijval opgeleverd. In bijlage 2 treft u een volledig herzien overzicht SI aan, dus inclusief de wijzigingen volgend uit de inhoudelijke screening bij Kadernota. De kredieten in dit overzicht zijn bijgewerkt tot en met augustus 2009.
Begroting 2010
Pagina 150 van 234
Bijlage 1 Overzicht Grote projecten Leeswijzer: Op de volgende pagina’s zijn de rapportages van de 13 MJP projecten opgenomen. Het betreft de volgende projecten: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Gezondheidspark Sportboulevard Energiehuis Stadswerven Hofkwartier Leerpark Achterom Bagijnhof
8. 9. 10. 11. 12. 13.
Dordt West Belthurepark Zeehavengebied Maasterras Laan der Verenigde Naties Nieuwe Dordtse Biesbosch
Deze projectbladen zijn tot stand gekomen na uitvoerige besprekingen met de Raad. Om de informatie eenduidig te (kunnen) lezen is onderstaande leeswijzer toegevoegd: a. Wat willen we bereiken? Onder deze kop zijn de outcomedoelstellingen opgenomen, die we met het project willen bereiken. Deze outcomedoelstellingen zijn conform de in het MJP geformuleerder doelstellingen. b. Hoe willen we dat bereiken? Hier staat vermeld wat we gaan doen om aan de outcomedoelstellingen te voldoen. Concreet betekent dit een algemene omschrijving van het project en op hoofdlijnen de activiteiten hierbij. c. Wat hebben we gedaan? Dit betreft zowel de ‘harde/fysieke’ als de ‘zachte/papieren’ mijlpalen. In de eerste kolom staat de maand/jaar waarin de mijlpaal bereikt is. d. Wat gaan we nog doen? • In kolom 1 staat de ‘vorige planning’. Dit is de planning die in de laatste bestuurlijk vastgestelde planning. Eerdere planningen zijn daarmee in de voortgangsrapportage niet meer relevant en zijn daarom niet opgenomen in dit overzicht. De totale vertraging van het project is hieruit dus niet op te maken. • In kolom 2 staat de ‘huidige planning’. Hier worden dus afwijkingen gemeld t.o.v. de vorige bestuurlijk vastgestelde planning. Bij het vaststellen van de projectbladen worden de afwijkingen formeel vastgesteld, waarmee deze de nieuwe planning worden. • Actie/mijlpaal: hier worden zowel de geplande ‘harde/fysieke’ als de geplande ‘zachte/papieren’ mijlpalen opgenomen. Dit betekent dat dus ook informatiemomenten over het project aan de Raad (anders dan in de reguliere P&C cyclus) zijn opgenomen. • Fase: in de laatste kolom is de benoemde projectfase van een mijlpaal opgenomen. Deze zijn conform de kaders grote projecten. e. Wat mag het kosten? In taartvorm is hier de meest actuele stand van zaken m.b.t. de reservering voor het project weergegeven. Nadrukkelijk gaat het om reserveringen van middelen én niet om daadwerkelijk verstrekte kredieten. f. Besluitvorming Alle relevante financiële én niet financiële besluitvorming is hier gegroepeerd. Daarmee zijn alle reserveringen (optellend tot het bedrag onder e.), alle kredieten, maar ook de niet-financiële besluitvorming terug te vinden. De datumverwijzing geeft de sleutel om de betreffende besluiten terug te vinden in het Raadsinformatiesysteem. g. Financiële prognose Grafisch wordt het financiële verloop weergegeven. De stippellijn is het verwachte kasritme van de totale uitgaven. h. Risicoprofiel Binnen de ambtelijke organisatie worden alle risico’s geïnventariseerd. Op basis van ‘kans x effect’, indien dit niet mogelijk is gebeurt dit op basis van inschatting (bijv. afbreukrisico’s) krijgen de onderkende risico’s een rode, oranje of groene codering. Aan de Raad worden tenminste zowel de rode als de oranje risico’s toegelicht. Rood: Rode risico’s zijn risico’s die het College nadrukkelijk onder de aandacht van de raad wil en moet brengen. De kleurcodering gebeurt op basis van: De kansinschatting dat het risico zich voordoet gerelateerd aan het verwachte financiële effect. Indien dit groter is dan € 500.000 wordt het risico in ieder geval als rood gekwantificeerd.
Begroting 2010
Pagina 151 van 234
-
Subjectieve inschatting door het College: indien kans maal effect kleiner is dan € 500.000, of wanneer het financiële risico niet in te schatten is, maar het college de niet financiële gevolgen (politiek, omgeving, ruimtelijk, juridisch) beoordeelt als groot wordt het risico ook als rood aangemerkt.
Oranje: Risico’s worden als oranje gekwalificeerd wanneer het College risico’s onderkent die weliswaar bekend moeten zijn bij de Raad, maar die binnen het ‘normale’ risicoprofiel van een project passen. Het College is alert op deze risico’s, stuurt hierop bij, maar acht het niet noodzakelijk hierover met de Raad uitgebreid van gedachten te wisselen. Oranje risico’s zijn per definitie géén bedreiging voor de voortgang of kwaliteit van het project. De kleurcodering gebeurt op basis van: De kansinschatting dat het risico zich voordoet gerelateerd aan het verwachte financiële effect. Indien deze ligt tussen € 100.000 en € 500.000 wordt het risico als oranje gekwantificeerd. Subjectieve inschatting door het College: indien kans maal effect kleiner is dan € 100.000, of wanneer het financiële risico niet in te schatten is, maar het college de niet financiële gevolgen (politiek, omgeving, ruimtelijk, juridisch) beoordeelt als gemiddeld wordt het risico ook als oranje aangemerkt. Groen: Risico’s worden als groen aangemerkt wanneer het College risico’s onderkent waarvan de kans dat deze zich voordoen bijzonder klein worden ingeschat en/of waarvan de mogelijke gevolgen ook klein zijn. Deze risico’s worden wel gemeld, maar zowel vanuit de Raad als vanuit het College behoeven deze risico’s geen extra aandacht. Binnen de ambtelijke organisatie zijn deze risico’s goed in beeld. De kleurcodering gebeurt op basis van: De kansinschatting dat het risico zich voordoet gerelateerd aan het verwachte financiële effect. Indien dit kleiner is dan € 100.000 wordt het risico als groen gekwantificeerd. Subjectieve inschatting door het College: Wanneer het financiële risico niet in te schatten is, maar het college de niet financiële gevolgen (politiek, omgeving, ruimtelijk, juridisch) beoordeelt als zeer gering wordt het risico ook als groen aangemerkt. Modelmatige kleurbepaling risicomodel Kansweging (K): Laag = X 0,2 Midden = X 0,5 Hoog = X 0,8
Effect (E) Max. financieel risico
Kleurbepaling Rood (altijd toelichten, raad én college) KxE >= € 500.000 of subjectieve inschatting door College van niet financiële risico’s Oranje (toelichten, raad én college) KxE > € 100.000 en < € 500.000 of subjectieve inschatting door College van niet financiële risico’s Groen (wel melden, eventueel toelichten) KxE =< € 100.000 of subjectieve inschatting door College van niet financiële risico’s i. Private partijen Informatief zijn alle bij het project betrokken private partijen op het projectblad opgenomen. Inhoudelijk wordt er niet op deze samenwerking ingegaan, omdat deze informatie vaak niet openbaar is. Relevante ontwikkelingen zullen door de desbetreffende portefeuillehouder op gepaste wijze aan de Raad gemeld worden.
Begroting 2010
Pagina 152 van 234
1. Gezondheidspark
Portefeuillehouder : J.H. Lagendijk Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)?
Het versterken van de stedelijke en sociaal-economische (voorzieningen)structuur, in het bijzonder op het gebied van sport en zorg.
b. Hoe willen we dat bereiken?
Bij het gezondheidspark is sprake van een geïntegreerde planontwikkeling waarbij een multifunctionele stadswijk wordt gerealiseerd. Daarbij worden sportvoorzieningen en gezondheidszorg gecombineerd met een stedelijk woonprogramma, gebouwde parkeervoorzieningen, commerciële en maatschappelijke voorzieningen. Grote investeringen van Albert Schweitzer ziekenhuis en investeerders voor woningen, kantoren en bedrijven worden hiervoor gedaan, waarbij de gemeente vooral investeert in de openbare ruimte en de ‘eigen’ voorzieningen.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 10 2005 03 05 05 06 06 07 08 08 08 10 10 10 02 02 09 10 10 07 07 07 08 09 05 05
2006 2006 2006 2006 2006 2006 2006 2006 2006 2006 2006 2006 2007 2007 2007 2007 2007 2008 2008 2008 2008 2008 2009 2009
Actie / Mijlpaal Ondertekening samenwerkingsovereenkomst (SOK) AM Vastgoed/Albert Schweitzer ziekenhuis/Gemeente Dordrecht. Opdrachtgeving parkeergarage Sportzone Eerste paal politiebureau geslagen Opdrachtgeving landschapsontwerp Verwerving tennishal Verwerving Drechtwerk Verklaring van geen bezwaar door Provincie Opstelling projectrisico’s Uitvoering archeologisch onderzoek Sloop tennishal Eerste paal parkeergarage Sportzone Oplevering Overkampweg en deel van hoofdinfrastructuur Sloop Drechtwerk Eerste paal tunnel Karel Lotsyweg Opdrachtgeving bouwrijp maken Sportzone Oplevering parkeergarage Sportzone Invoering betaald parkeren Oplevering regionaal politiebureau 1e paal Sportboulevard Oplevering tunnel Karel Lotsyweg Overeenkomst parkeergarages D + E Aanvang bouwplanontwikkeling Middenzone fase 1 1e paal uitbreiding ziekenhuis Archeologische opgravingen Amnesty Internationalweg Vestigingsbesluit hostel op Gezondheidspark
Fase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase uitvoeringsfase initiatiefase
d. Wat gaan we nog doen? Vorige Planning
Huidige planning 2009
06 2009
08 2009
Begroting 2010
12 01 04 04
2009 2010 2010 2010
08 2010 onbekend
Actie / Mijlpaal Hoogste punt bouwactiviteiten Sportboulevard, uitbreiding Albert Schweitzer ziekenhuis en Overkampzone Aanvang aanleg Bedieningsweg Sportboulevard Start procedure bestemmingsplan Gezondheidspark Aanvang gefaseerde oplevering Sportboulevard Aanvang sloop zwembad, ijshal en sporthal en bouwrijpmaken Middenzone fase 1 Aanvang bouw Middenzone fase 1 incl. parkeergarage D Start bouw woningen Overkampweg fasen 1, 2 en 3
Fase uitvoeringsfase voorbereidingsfase voorbereidingsfase uitvoeringsfase voorbereidingsfase ontwerpfase uitvoeringsfase
Pagina 153 van 234
Vorige Planning 2014 03 2010
2014 2014 2014
Huidige planning 06 2011
Actie / Mijlpaal Aanvang bouw nieuw psychiatrisch ziekenhuis de Grote Rivieren (DGR) en uitbreiding De Kreek +2 jr vanaf Oplevering woningen Overkampweg fasen 1, 2 en 3 aanvang 07 2012 Oplevering Middenzone fase 1 07 2012 Oplevering Esplanade 10 2012 Start bouw Middenzone fase 2 incl. parkeergarage E 01 2013 Oplevering psychiatrische ziekenhuis De Grote Rivieren (DGR) en uitbreiding De Kreek 01 2015 Ingebruikname busstation 01 2015 Oplevering Middenzone fase 2 06 2015 Oplevering evenemententerrein
Fase initiatiefase uitvoeringsfase ontwerpfase ontwerpfase ontwerpfase ontwerpfase ontwerpfase ontwerpfase ontwerpfase
Toelichting: In mei 2009 heeft de gemeenteraad ingestemd met de vestigingslocatie van het hostel (woonvoorziening voor dakloze verslaafden) aan de Amnesty Internationalweg. Op basis hiervan zullen vanuit het project Gezondheidspark voorbereidingen voor de beoogde gronduitgifte en bouwplanontwikkeling worden getroffen. Verder hebben in april/mei 2009, mede om vertragingsrisico tijdens de uitvoering van de Middenzone fase 1 te minimaliseren, archeologische opgravingen en onderzoek plaatsgevonden. Daarbij zijn wederom talrijke skeletten geborgen. Vanwege het ontbreken van voldoende verkoopresultaten is de bouw van de drie appartementengebouwen aan de Overkampweg nog niet aangevangen. Hierdoor treedt er vertraging ten aanzien van de veronderstelde aanvangsdatum per augustus 2009 op. Op dit moment is niet te voorzien op welke tijdstip de bouw wel zal gaan aanvangen. Hierover vindt regelmatig overleg met de ontwikkelaar plaats. De vertraging laat onverlet dat de projectontwikkelaar verplicht is om de gronden eind 2009 af te nemen. Ook de bestemmingsplanprocedure heeft, omdat de discussie met Multi Vastgoed over de definiëring van het winkel- en kantoorprogramma nog niet is geslecht, vertraging opgelopen. Verder heeft De Grote Rivieren, inmiddels gefuseerd met het RMPI, hun nieuwbouwplannen opnieuw opgepakt. Deze plannen voorzien in uitbreiding van de bestaande vestiging De Kreek en, na sloop, in volledige nieuwbouw van het psychiatrisch ziekenhuis. De voorlopige planning voorziet in aanvang van de bouw per medio 2011 en oplevering van de nieuwbouw per begin 2013.
e. Wat mag het kosten? Actuele raming en dekking: € 49,9 miljoen
o.b.v. prognose 2009 incl. rentecomponent
verrekeningen ASZ € 7.000.000 14%
voorziening Grondbedrijf € 2.048.000 4%
strategische investeringen Gezondheidspark € 9.000.000 18%
grondverkopen € 29.524.000 59%
Begroting 2010
strategische investeringen; grote projecten € 2.343.000 5%
Pagina 154 van 234
Toelichting: De raad heeft op 7 juli jl. de geactualiseerde projectprognose als onderdeel van de prognose Grondbedrijf 2009 vastgesteld. De totale projectuitgaven inclusief de rentecomponent zijn geraamd op € 49,9 miljoen. In deze actualisatie zijn het onderhandelingsresultaat met Multi Vastgoed en het Albert Schweitzer ziekenhuis en de overdracht van het betaald parkeren echter nog niet verwerkt. Zoals toegezegd door de portefeuillehouder tijdens de raadsbijeenkomst voor de grote projecten op 11 juni jl., wordt in het 4e kwartaal van 2009 een herziene grondexploitatie en een geactualiseerde risicoanalyse aan de raad worden aangeboden. Voor een helder inzicht in de situatie zullen wij daarbij de grondexploitatie (Grex) en de parkeerexploitatie (Pex) onderscheidend presenteren.
f. Besluitvorming Financiële besluiten Datum Raadsbesluit Omschrijving/fase 29-5-2001 Reservering SI O01 Grote projecten
Krediet
Realisatie
7-11-2000 Planvorming
113.445
113.445
6-3-2001 Planvorming
363.024
363.024
10-7-2001 Planvorming
36.302
36.302
8-10-2002 Planvorming1
910.000
910.000
8-10-2002 Parkeren1
690.000
690.000
29-6-2004 Reservering SI SV04 Gezondheidspark 10-6-2009 Reservering Grondexploitatie
Reservering 2.343.321 9.000.000 38.518.651
3-6-2003 Planvorming 11-5-2004 Uitvoeringskrediet1
1
875.550
875.550
6.225.225
6.225.225
26-4-2005 Uitvoeringskrediet1
1.625.019
1.640.000
31-1-2006 Uitvoeringskrediet1
16.580.000
16.580.000
9-10-2007 Uitvoeringskrediet1
3.400.000
6.001.128
49.861.972
30.818.565
33.434.674
Grondexploitatie Gezondheidspark Bruto investeringen / uitgaven
Reservering
Prognose 2009
Realisatie
38.518.651
38.518.651
22.091.353
Opbrengsten
-36.470.651
-36.470.651
-1.301.000
2.048.000
2.048.000
20.790.353
(gedeeltelijke) gefinancierd uit grondexploitatie
Saldo
Toelichting: De gerealiseerde uitgaven komen per 1 augustus 2009 uit op € 33,4 miljoen wat een verdere overschrijding betekent van het huidige krediet. De eerder genoemde wijzigingen in het oorspronkelijke plan vragen om een herziening van de grondexploitatie en verklaart waarom de benodigde kredietaanvraag tot op heden is uitgebleven. De kredietaanvraag volgt zodra de herziene grondexploitatie door de raad is vastgesteld, naar verwachting in het vierde kwartaal 2009. De gevoteerde kredieten voor de realisatie van parkeergarages A + B + C vallen buiten de grondexploitatie van het project en worden daarom in de onderstaande tabel apart behandeld. Datum Raadsbesluit Omschrijving/fase 18-5-2004 Aanleg parkeergarages A + B + C 2-6-2008 Aanvullend krediet parkeergarages
Reservering
Krediet 7.339.100
Realisatie
2.862.561 10.201.661
9.701.661,00
Toelichting: De werkzaamheden ten behoeve van de realisatie van de parkeergarage B zijn afgerond. De totale investeringen voor dit onderdeel bedragen € 6,1 miljoen. Binnen het totale krediet dient ook parkeergarage A van het project Sportboulevard gerealiseerd te worden, welke voor een vooraf vastgesteld bedrag van € 3,6 miljoen zal worden doorbelast. Deze doorbelasting is in de bovenstaande tabel onder realisatie meegenomen. De realisatie van parkeergarages A en B komt hierdoor uit op € 9,7 miljoen, wat betekent dat voor de realisatie van parkeergarage C vooralsnog een € 0,5 miljoen resteert.
Begroting 2010
Pagina 155 van 234
Overige (niet financiële) besluiten Datum Raadsbesluit Omschrijving 5-3-2002 Vaststellen van het voorbereidingsbesluit "Kombipark Ziekenhuis" 12-11-2002 Instemmen met het functioneel programma en stedenbouwkundig plan voor het gezondheidspark Dordwijk 11-5-2004 Instemmen met de realisatie Gezondheidspark Dordwijk en het programma Sportboulevard 26-4-2005 Verklaren van voorbereiding bestemmingsplan 04-10-2005 Wensen en bedenkingen Samenwerkingsovereenkomst Gezondheidspark 19-12-2006 Vaststellen van het stratenbeloop omgeving Gezondheidspark 03-02-2009 Aanpassing masterplan Gezondheidspark
g. Financiële prognose € 60.000
€ 50.000
Reservering 2009 Realisatie
€ 40.000
Actuele planning
€ 30.000
€ 20.000
€ 10.000
€0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
Bedragen x € 1.000
Bijzonderheden De gerealiseerde uitgaven voor het project blijven achter ten opzichte van de huidige planning, dit wordt veroorzaakt doordat de overeengekomen financiële afdrachten richting de partners, als gevolg van vertragingen en wijzigingen in de actuele uitvoeringsplannen, nog niet hebben plaatsgevonden. Na herziening van de grondexploitatie zal het uitgavenpatroon in relatie tot de geactualiseerde planning worden afgezet.
h. Risico’s Omgeving Risico’s
oranje
422
X
groen
395
X
oranje
444
groen
236
X
rood
3.200
X
groen
700 5.700
Organisatierisico
537
Grondbedrijfrisico
oranje
Organisatie Risico’s
Budgetrisico
Vertragingsrisico
Algemeen ruimtelijk risico
Continuïteit in exploitatie
Politiek/bestuurlijk risico/draagvlak
Algemeen Omgevingsrisico
Financieringrisico
Gewogen l risicobedrag X € 1.000
Kans x Effect
1. Meerkosten verwijderen heipalen 2. Archeologische vondsten 3. Bezwaar omwonenden 4. fiscale kosten levering gronden 5. Minder m2 vloeroppervlak ASZ 6. Tegenvallende grondafname 7. Overigen
Projectrisico’s
X
X
NB: de bovengenoemde risicobedragen zijn reeds gewogen op basis van kans en zijn overgenomen uit de risicoanalyse van bureau Metrum (t.k.n. in de raad op 03-02-2009)
Begroting 2010
Pagina 156 van 234
Toelichting op risico’s en beheersmaatregelen Op 3 februari 2009 heeft de raad de risicoanalyse Gezondheidspark (september 2008) ter kennisname ontvangen. Deze nieuwe analyse, met een af te dekken risico van € 5,7 miljoen, gaf een grote verschuiving van projectspecifieke risico's naar normale (markt)risico’s te zien. In aansluiting op de herziene grondexploitatie zal de risicoanalyse opnieuw worden geactualiseerd. Daarbij zullen enkele van de onderstaande risico’s (deels) komen te vervallen en nieuwe positieve en negatieve risico’s worden opgevoerd. Voor zover mogelijk zijn bij de onderstaande risico’s de resultaten van de beheersmaatregelen vermeld. Ad 1: Meerkosten verwijderen heipalen Risico Er kunnen meerkosten bij de sloop van het bestaande zwembad en sporthal ontstaan indien de heipalen onder deze gebouwen volledig dienen te worden verwijderd ten behoeve van de nieuwbouw Middenzone fase 1. Resultaat beheersmaatregel Dit risico dient met de projectontwikkelaar afgestemd te worden, echter omdat de bouwplanontwikkeling voor de Middenzone fase 1 zich nog niet op dit detailniveau bevindt, heeft dit nog niet plaats kunnen vinden. Ad 2: Archeologische vondsten Risico De kans op vertraging door archeologische vondsten zijn reëel in dit gebied, zoals de opgravingen in de afgelopen twee jaar reeds hebben aangetoond. Resultaat beheersmaatregel Om het risico van eventuele vertraging bij archeologische vondsten te voorkomen, zijn in april/mei 2009 in het kader van de ontwikkeling en realisatie van de Middenzone archeologische opgravingwerkzaamheden uitgevoerd en preventief veldonderzoek verricht. Voorafgaand aan de sloop van het zwembad zal begin 2010 nog een veldonderzoek worden uitgevoerd. Op basis daarvan kan dan worden vastgesteld, of in relatie tot de nieuwbouw, nog vervolgonderzoek dient plaats te vinden dan wel conserverende maatregelen dienen te worden getroffen. Ad 3: Bezwaar omwonenden Risico Het project loopt het risico dat omwonenden een bezwaar gaan indienen tegen het bestemmingsplan waardoor vertraging zou kunnen optreden. Ad 4: Fiscale (meer)kosten levering gronden Risico Bij de overdracht van gronden aan de partners loopt het project het mogelijke risico dat er een grotere fiscale afdracht bij deze transacties dient plaats te vinden. Resultaat beheersmaatregel Dit risico is in de onderhandeling met ASz afgewend en daarmede komen te vervallen. Ad 5: Minder m2 vloeroppervlak ASZ Risico Het project is voor haar opbrengsten voor een belangrijk deel afhankelijk van haar partners en loopt het risico dat Albert Schweitzer ziekenhuis minder vloeroppervlak ontwikkelt waardoor de opbrengsten lager uitvallen. Resultaat beheersmaatregel Omdat op basis van de Samenwerkingsovereenkomst zal de gemeente dit risico moeten accepteren. In de herziene grondexploitatie zal de verminderende grondopbrengst worden verwerkt. Ad 6: Tegenvallende grondafname/opbrengst Risico De grondopbrengst wordt in het project Gezondheidspark op basis van de residuele grondwaardemethodiek bepaald. Dit betekent dat de hoogte van deze grondwaarde sterk afhankelijk is van de ontwikkelingen die zich op het gebied van (bouw)kosten- en opbrengsten voordoen. Daarbij is de invloed van de (huidige) vastgoedmarkt groot. Resultaat beheersmaatregel Het projectteam zal de (markt)ontwikkelingen en het biedingproces, behorend bij de residuele grondwaardebepaling, nauwgezet volgen.
i. Betrokken private partijen -
Het Albert Schweitzer ziekenhuis Multi Vastgoed (AMWonen)
Begroting 2010
Pagina 157 van 234
2. Sportboulevard
Portefeuillehouder : J.H. Lagendijk Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)? - Versterking van de voorzieningenstructuur - Vergroten aantrekkelijkheid Dordrecht
b. Hoe willen we dat bereiken?
Realisatie van de Sportboulevard bestaande uit: zwembad inclusief 50-meterbad; sporthal en turnzaal; ijshal met 250 - meter rondbaan met ijshockeyveld en een kunstrij/krabbelbaan; een commerciële fitnessvoorziening waarvoor geen bijdrage wordt gegeven; ruimtereserveringen voor parkeren, kantoren c.a.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 06 2002 05 2004 01 2005 03 2005 05 2005 10 2005 02 2007 04 07 09 01 04 04 07 09 11 12 03 05 06 07
2007 2007 2007 2008 2008 2008 2008 2008 2008 2008 2009 2009 2009 2009
Actie / Mijlpaal Stedenbouwkundige hoofdindeling 3 zones Gezondheidspark Programma en reservering Sportboulevard Opdrachtontwerp Sportboulevard Projectplan en selectieleidraad Proces verbaal preselectie Kredietverlening Raad Definitief besluit exploitatievorm, besluit verlening aanv. krediet Start uitvoering bouwrijp maken sportboulevard Start integrale aanbesteding bouw en exploitatie Beëindiging integrale aanbesteding bouw en exploitatie Start separate aanbesteding bouwwerkzaamheden Sluiting indieningtermijn aanbesteding Raadsbesluit extra krediet (indexatie en bouwkosten) Gunning bouwwerkzaamheden 1e paal Aanbestedingsprocedure exploitatie Evaluatie aanbiedingen exploitatie Collegevoorstel aanbesteding exploitatie Gunning exploitatie + raadsinfobrief Ondertekening gunning exploitatie Overeenkomst clubhuizen verenigingen Hoogste punt bouw
Fase voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding voorbereiding Uitvoering voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding Voorbereiding uitvoering
d. Wat gaan we nog doen? Vorige planning 09 2009 10 2009 10 2009 12 2009 04 2010
Huidige planning 09 2009 10 2009 10 2009 12 2009 04 2010
06 2010
06 2010 09-2010
Begroting 2010
Actie / Mijlpaal Laatste stort van betonwerkzaamheden, vloer ijshal Invoeren van nutsaansluitingen, elektra en warmte op de bouw Sporthal wind- en waterdicht Zwembad wind- en waterdicht Uiterlijke opleverdatum parkeergarage, sporthal, turnhal, zwembad en centrale entree Uiterlijke opleverdatum ijshal Feestelijke opening
Fase uitvoering uitvoering uitvoering uitvoering uitvoering uitvoering
Pagina 158 van 234
e. Wat mag het kosten? Actuele raming en dekking
€ 54,921 miljoen
Krediet Gezondheidspark € 3.636.000 7% Exploitatie € 7.000.000 13%
Strategische Investeringen € 44.285.000 80%
f. Besluitvorming Datum Raadsbesluit
04-10-2005 06-02-2007 12-11-2007 31-01-2008 07-07-2009
Omschrijving/fase
Voorbereiding en uitvoering Uitbreiding krediet Amendement verlaging bijdrage. leerpark Uitbreiding krediet (aanbesteding+parkeergarage) Uitbreiding krediet (kadernota 2010: prijsindexatie)
Reservering
Krediet
Realisatie
37.200.000 7.000.000 -2.100.000 10.676.000
37.200.000 7.000.000 -2.100.000 10.676.000
20.913.268
2.145.000
2.145.000
54.921.000
54.921.000
20.913.268
Nog beschikbaar te stellen: € 0 € 60.000.000 € 50.000.000 € 40.000.000 € 30.000.000 € 20.000.000 Reservering
€ 10.000.000
Realisatie A ctuele planning
€0 2003
Begroting 2010
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Pagina 159 van 234
g. Financiële prognose Bij de vaststelling van de kadernota 2008 is aangegeven dat de budgetten voor de grote projecten zullen worden geïndexeerd met de BDB-index voor bedrijfsgebouwen. Deze index is binnen het project van de sportboulevard ook altijd gehanteerd als index voor de verrekening van prijsstijgingen. Het uitvoeringsproces bevindt zich op dit moment in de overgangsfase van de Ruwbouw naar de afbouw. Tegen het einde van de ruwbouwfase worden door de aannemer de afrekeningen van stelposten, verrekenbare hoeveelheden en andere uitgangspunten in het bestek ingediend. Medio augustus 2009 tekent zich een situatie af dat er mogelijk sprake kan zijn van een verrekening van de hoeveelheid wapeningstaal. Ook voor het constructiestaal van de ijshal zou sprake kunnen zijn van een verrekening. De totale verrekening is door de aannemer geraamd op ca € 800.000. In eerste instantie is de bouwdirectie met deze post niet akkoord gegaan. Over deze eventuele aanspraak van de aannemer wordt nog overleg gevoerd, waarbij gevraagd is om nadere onderbouwing. Tijdens de uitvoering van het project wordt in overleg met de exploitant een laatste uitwerking gemaakt van de inrichting van het complex. Voor diverse inrichtingsonderdelen zijn stelposten gereserveerd in het budget of de aanneemsom. Bij de uitwerking van diverse inrichtingsonderdelen wordt de projectleiding geconfronteerd met dreigende overschrijdingen. Tot nu toe is het steeds gelukt om de inrichtingsonderdelen uiteindelijk binnen het budget voor het betreffende onderdeel te ontwikkelen. In dat kader vindt medio augustus een discussie plaats over het systeem van toegangscontrole, bezoekersregistratie en beveiliging en over enkele extra functionaliteiten van het zwembad. Op deze onderdelen dreigt een overschrijding van € 700.000. Er wordt gezocht naar alternatieve oplossingen binnen het budget.
h. Risico’s Omgevings Risico’s
groen
x x
Organisatierisico
oranje
Grondbedrijfrisico
x x
Budgetrisico
Vertragingsrisico
x
Algemeen ruimtelijk risico
Continuïteit in exploitatie
Politiek/bestuurlijk i i /d l k Algemeen Omgevingsrisico
Financieringrisico
Maximaal risicobedrag X € 1.000
groen groen
Kans (H/M/L)
Kans x Effect
1. Aanbesteding Bouw 2. Aanbestedingsrisico exploitatie 3. Risico op technische tegenvallers 4. Aanvraag milieuvergunning
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
x
x x
x
Opmerkingen Metrum heeft in opdracht van de projectleiding Sportboulevard een risico inventarisatie uitgevoerd. De definitieve rapportage is in januari 2009 afgerond. De uitkomsten hiervan zijn hieronder in het kort weergegeven. In de risicoanalyse valt op dat het aantal risico’s dat naar voren is gekomen relatief beperkt is. Dit kan mede worden verklaard uit het feit dat het project sportboulevard zich reeds in de realisatiefase/aanbestedingsfase bevindt. In de Risk Mapping heeft geen enkel risico de kleurcode rood. Ad 1 en 2. Aanbestedingsrisico bouw en exploitatie De aanbestedingen van de bouw en de exploitatie hebben inmiddels plaatsgevonden. De samenwerking met de partijen vindt thans plaats op basis van de afgesloten overeenkomsten. Bij de daadwerkelijke uitvoering van de overeenkomsten blijft er tot aan de oplevering en daarna een financieel risico bestaan dat betrekking heeft op de gedetailleerde uitwerking (zie f. financiële prognose). Ad 3. Risico’s op technische tegenvallers Technische tegenvallers hebben zich tot nu toe in beperkte mate voorgedaan. Er zijn oude funderingsresten in de ondergrond aangetroffen die niet waren verwacht. Bij de nadere uitwerking moest het constructieprincipe van de betonvloer van de ijsbaan worden aangepast om een goede overdracht van koude te kunnen bereiken. Deze tegenvallers konden worden opgevangen in de post voor onvoorzien. Medio augustus is de bouw dermate ver gevorderd dat nieuwe grote technische tegenvallers niet worden voorzien. Ad 4. Aanvraag milieuvergunning Voor de Sportboulevard is een onherroepelijke bouwvergunning afgegeven door de milieudienst. Bij het afgeven van deze vergunning is bepaald dat het niet nodig is om een milieuvergunning aan te vragen, maar dat kon worden volstaan met een melding in het kader van de milieuwetgeving. In het tweede kwartaal van 2009 is gebleken dat er wel een milieuvergunning moet worden aangevraagd. Deze aanvraag wordt medio augustus voorbereid. In theorie is het mogelijk dat het gebouw, waarvoor reeds een bouwvergunning is afgegeven, niet voldoet aan nadere eisen in het kader van de milieuvergunning. In dat geval zouden er achteraf nog aanpassingen moeten worden doorgevoerd, voordat de noodzakelijke gebruiksvergunning wordt afgegeven. Deze situatie brengt een reëel en op dit moment nog niet kwantificeerbaar risico met zich mee.
Begroting 2010
Pagina 160 van 234
AANDACHTSPUNT Synergie tussen sportboulevard en gezondheidspark Er wordt gestreefd om binnen de Sportboulevard een integrale ontwikkeling van innovatieve concepten op het gebied van zorg, sport en ontspanning tot stand te brengen. Uitgangspunt is dat er een koppeling plaatsvindt tussen de sportfuncties van de Sportboulevard en de zorgfuncties van het gezondheidspark. Indien de samenwerking tussen sportboulevard en gezondheidspark in de praktijk onvoldoende van de grond komt, vormt dit een bedreiging voor de uitgangspunten van het project. Beheersmaatregel - Concepten ontwikkelen in gezamenlijkheid met ziekenhuis, NISB en evt. Multi Vastgoed; - Samenwerking in werkgroep Product intensiveren; - Verkennend gesprek aangaan met Revalidatiecentrum De Waarden; - Onderzoek door bureau DTNP naar ideale opzet en format sportzaak; - Marketing-communicatie gezamenlijk oppakken met Gezondheidspark
i. Betrokken private partijen
Project maakt onderdeel uit van het gezondheidspark waarin Multi en Albert Schweitzer ziekenhuis participeren. Optisport is betrokken als exploitant.
Begroting 2010
Pagina 161 van 234
3. Energiehuis
Portefeuillehouder : J.H. Lagendijk Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstelling)? -
Versterking van de voorzieningenstructuur Vergroten van de aantrekkingskracht van Dordrecht
b. Hoe willen we dat bereiken? Het Energiehuis verbouwen tot regionaal “huis voor de podiumkunsten” van de Drechtsteden. In het nieuw cultureel centrum voor de regio worden activiteiten zoals theater, muziek en toneel in een hoogwaardige voorziening geclusterd. Het synergie effect uit deze clustering en de huisvesting in een markant gebouw zullen de aantrekkelijkheid van Dordrecht op cultureel gebied vergroten.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 01 2005 06 2006 12 2007 04 2009
Actie / Mijlpaal Afronden vingeroefeningen mogelijkheden Energiehuis; Afronden verkenning haalbaarheid herbestemming Energiehuis als cultuur-centrum; Raadsvoorstel voorkeursmodel, exploitatie en investering Voorlopig ontwerp
Fase Initiatief Initiatief Initiatief Initiatief
d. Wat gaan we nog doen? Vorige planning 04 2009 nieuw 02 2010 12 2011
Huidige planning 10 2009 04-2010 09 2010 04 2012
Actie / Mijlpaal Definitief ontwerp Publicatie Europese aanbesteding Start bouwwerkzaamheden Realisatie afgerond (oplevering)
Fase Voorbereiding Voorbereiding Uitvoering Oplevering
Toelichting Er zijn nieuwe partners gevonden voor de “vrije ruimte” die er nog was is het Energiehuis. Naast Bibelot, Tobe en horeca zullen ook een Middenzaal (Kunstmin) en 2 professionele theater gezelschappen (OMSK en Hollands Diep) in het Energiehuis worden gehuisvest. Hierdoor ontstaat een meer compleet product en een betere benutting van het Energiehuis Doordat dit leidde tot een nieuwe ontwerp opgave kon pas later (december 2008) gestart worden met het maken van een Voorlopig Ontwerp. (VO) Het Voorlopig Ontwerp (VO) is gereed, blijft binnen de gestelde financiële kaders en is door de gemeenteraad inmiddels geaccordeerd. Het Definitief Ontwerp (DO) zal in het laatste kwartaal van 2009 aan de raad worden aangeboden.
Begroting 2010
Pagina 162 van 234
e. Wat mag het kosten?
Actuele raming en dekking: € 32,0 miljoen
Manden Maken; € 2.600.000 ; 8% Gekapit. Huuropbrengsten ; € 4.100.000 ; 13%
Strategische Investeringen; € 25.292.000 ; 79%
f. Besluitvorming Datum Raadsbesluit 26-04-2005 10-07-2007 18-12-2007 18-12-2007 27-03-2008 11-11-2008 11-11-2008
Omschrijving/fase Initiële reservering Verhoging reservering Gekapitaliseerde huuropbrengsten Planvoorbereiding Toekenning bijdrage uit Manden Maken (*) Verhoging reservering t.b.v. middenzaal Verhoging gekapitaliseerde huuropbrengsten Indexering reservering Totaal
Reservering 10.800.000 5.800.000 2.500.000 0 2.600.000 7.500.000 1.600.000 1.192.000 31.992.000
Krediet
Realisatie
2.000.000 429.000
1.023.787
2.429.000
1.023.787
Toelichting op restantkredieten (m.n. toereikendheid per lopend krediet): (*) Het Drechtstedenbestuur heeft op 27 maart 2008 een bijdrage uit het investeringsfonds Manden Maken ad. € 2,6 mln toegekend voor het project Energiehuis en ingestemd met de eerste deelbetaling ad. € 429.000. Dit besluit is onder de raadsbesluiten toegevoegd om de leesbaarheid en overzichtelijkheid van de financiële informatie te vergroten.
g. Financiële prognose € 35.000.000 € 30.000.000 € 25.000.000 € 20.000.000 € 15.000.000 € 10.000.000 Reservering
€ 5.000.000
Realisatie A ctuele planning
€0 2005
Begroting 2010
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Pagina 163 van 234
h. Risico’s Omgevings Risico’s
Organisatierisico
Grondbedrijfrisico
Budgetrisico
Vertragingsrisico
€ 1.500
Algemeen ruimtelijk risico
H
Continuïteit in exploitatie
rood
Politiek/bestuurlij k risico/draagvlak
€ 1.300
Algemeen Omgevingsrisico
H
Financieringrisico
Kans (H/M/L)
rood
Maximaal risicobedrag X € 1.000
Kans x Effect
1. Draagconstructie en fundering 2. Geluidsoverlast
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
X X
X
X
De hier gemelde risico’s zijn op basis van het voorlopige ontwerp Ad 1: Draagconstructie en fundering Risico: Het is nog niet absoluut zeker of de bestaande draagconstructie/funderingspalen voldoende draagvermogen hebben voor de noodzakelijke nieuwe en hogere belasting als gevolg van de gewijzigde bestemming van het gebouw. Beheersmaatregel: Een eerste extern onderzoek naar enkele mogelijk kritische plekken onder het gebouw heeft plaatsgevonden. Daarbij is vast komen te staan dat het draagvermogen van de onderzochte funderingspalen in orde is. Om maximale zekerheid op dit punt te creëren is een vervolgonderzoek gestart naar de rest van de fundering. Afhankelijk van de definitieve uitkomst worden passende technische maatregelen genomen. Ad 2: Geluidsoverlast Risico: Het gebruik van het Energiehuis conform de nieuwe bestemming kan geluidsoverlast veroorzaken voor de omwonenden. Hierdoor kan onvrede ontstaan onder de bevolking en vermindering van het draagvlak voor de realisering van het nieuwe cultureel centrum. Beheersmaatregel: Er loopt een onderzoek voor geluidsisolatie en andere technische maatregelen om de kans op geluidsoverlast aanzienlijk te verkleinen.
i. Betrokken private partijen -
Stichting ToBe (inclusief popcentrale), Bibelot, OMSK, Hollands Diep Exploitant Horeca voorzieningen (nog niet bekend).
Begroting 2010
Pagina 164 van 234
4. Stadswerven
Portefeuillehouder : J.W. Spigt Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)? • •
Vergroten aantrekkingskracht Dordrecht Binden/aantrekken van midden/hoge inkomens.
b. Hoe willen we dat bereiken?
Herontwikkeling binnenstedelijk gebied De Stadswerven tot een multifunctioneel gebied met een stedelijk karakter, in verbinding met de historische binnenstad. Het ontwerp Masterplan Stadswerven omvat de ontwikkeling van woningen, kantoren, horeca, onderwijs, winkelvoorzieningen en parkeerfaciliteiten.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 03 2005 04 2005 04 2005 06 2006 09 2006 03 2007 09 2007 09 2008 03 2009 05 2009
Actie / Mijlpaal Vaststelling bestemmingsplan Stadswerven door de Raad Vaststelling Stedenbouwkundig Plan en Kwaliteitsboeken Stadswerven Vaststelling geactualiseerde grondexploitatie Stadswerven Start bouw watertoren e.o., opening Villa Augustus en Hotel Start bouwrijp maken Watertorenterrein e.o. Start bouwrijp maken fase 1 Tijdelijke stillegging bouwrijp maken fase 1 Raad stelt ambities en uitgangspunten nieuwe plan vast (kaderstelling) Presentatie stedebouwkundig Masterplan aan de raad Vaststelling Masterplan Stadswerven
Fase Gereed Gereed Gereed Gereed Gereed Uitvoering Uitvoering Gereed Gereed Gereed
d. Wat gaan we nog doen? Vorige planning 06 2009
Huidige planning 10 2009
-
10 2009
09 2009
12 2009
01 2011
01 2011
Actie / Mijlpaal Herdefinitie samenwerkingsovereenkomst met projectontwikkelaars. Tevens opstellen herziene grondexploitatie berekening. Informatieve behandeling stand van zaken Stadswerven in de raad Vaststelling stedenbouwkundig plan, grondexploitatie, globale uitvoeringsplanning en samenwerkingsovereenkomst met marktpartijen door de raad. Verwachte datum aanvang bouwactiviteiten
Fase Voorbereiding
Voorbereiding Voorbereiding
Uitvoering
e. Wat mag het kosten? Voor het project Stadswerven wordt gestreefd naar een gunstig financieel resultaat, dit betekent dat de gronden parkeerexploitatie voor wat betreft de kosten en opbrengsten zoveel mogelijk in evenwicht moeten zijn. Het ambitieniveau en de kwaliteitseisen van een gebiedsontwikkeling als de Stadswerven vraagt enerzijds reservering van middelen, alsmede ten aanzien van de risico’s (zowel voor de gemeente als voor de marktpartijen, die de invulling op zich nemen) vergt dit een risicoreservering. Het in mei 2009 vastgestelde Masterplan Stadswerven is een belangrijke stap op weg naar de ontwikkeling en bouw van de Stadswerven. Momenteel wordt gewerkt aan een stedenbouwkundig plan, grondexploitatie, parkeerexploitatie en aan een financiële afspraak met Ontwikkelingscombinatie de Werven (OCW). Over de stand van zaken van het stedenbouwkundig plan en voortgang c.q. resultaten onderhandelingen met OCW wordt separaat gerapporteerd aan de raad. Wanneer e.e.a ter besluitvorming kan worden voorgelegd is sterk afhankelijk van de uitwerking van het stedenbouwkundig plan en onderhandelingsresultaten. Voor de projectrapportage kan de actuele raming en dekking pas worden ingevuld na de besluitvorming m.b.t. het stedenbouwkundig plan en de bijbehorende grondexploitatie (eind 2009).
Begroting 2010
Pagina 165 van 234
f. Besluitvorming Financiële besluiten Datum Raadsbesluit Omschrijving/fase 26-04-2005 Initiële reservering t.l.v. reserve SI 26-04-2005 Grondexploitatieberekening per 1-1-2005 *) 08-07-2008 Vervallen reservering t.l.v. SI (kadernota 2009)
Reservering 5.400.000 0 - 5.400.000
Krediet 0 0 0
Realisatie 0 0 0
De afgelopen jaren is binnen het Grondbedrijf een raming opgenomen voor de jaarlijkse uitgaven. Vanuit deze lopende grondexploitatie is t/m augustus 2009 voor een totaalbedrag van € 47.708.000 aan uitgaven bekostigd. De bestaande reservering binnen de reserve Strategische Investeringen is vervallen in afwachting van verdere besluitvorming m.b.t. het stedenbouwkundig plan en de bijbehorende grondexploitatie (medio 2009). Overige relevante (niet financiële) besluiten • Raad 04-03-2008 - Raadsvoorstel Stadswerven: Feitenrelaas en Verschillenanalyse • Raad 09-09-2008 - Vaststellen van de Notitie "Ambities en uitgangspunten Stadswerven 2005 -2008. • Raad 12-05-2009 – Vaststellen Masterplan Stadswerven
g. Financiële prognose € 70.000.000 € 60.000.000 € 50.000.000 € 40.000.000 € 30.000.000 € 20.000.000 Reservering
€ 10.000.000
Realisatie A ctuele planning
€0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
h. Risico’s Omgevings Risico’s
X
X
X
Organisatierisico
Budgetrisico
X
Grondbedrijfrisico
Vertragingsrisico
X
Algemeen ruimtelijk risico
L
X
Continuïteit in exploitatie
groen
X
Politiek/bestuurlij k risico/draagvlak
p.m.
Algemeen Omgevingsrisico
Maximaal risicobedrag X € 1.000
M
Financieringrisico
Kans (H/M/L)
oranje
Kans x Effect
1. Onderhandelen met projectontwikkelaars 2. Actualiseren grondexploitatie
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
X
Toelichting algemeen: In de volgende fase, bij het Stedenbouwkundige Plan en grondexploitatie, zal een uitvoerige risicoanalyse worden opgesteld. Hierbij zullen de risico’s van een beheersingsmaatregel worden voorzien, onderdeel van het maatregelenpakket zal ook een risicovoorziening zijn. Ad 1: Onderhandelen met projectontwikkelaars Risico: De grootste risico’s betreffen hier uiteraard de marktfluctuaties (kredietcrisis): hoe is het opnamevermogen van de markt in de komende periode van 15 jaar? De wijze waarop de markt risico’s over de partijen verdeeld worden, bepaalt het risico dat elke partij heeft. De afspraken die hierover met de ontwikkelende partijen gemaakt worden, bepalen de verdeling van de risico’s. Voor het gemeentelijk risicodeel zullen in de volgende fase voorzieningen worden getroffen.
Begroting 2010
Pagina 166 van 234
Ad 2: Actualiseren grondexploitatie Risico: Uiteraard kent een gebiedsontwikkeling als deze risico’s zowel voor de gemeente als voor de marktpartijen, die de invulling op zich nemen. Deze risico’s zijn beschreven in vertrouwelijke financiële stukken en dito bijlagen van Metrum en Fakton, die aan de raad ter informatie zijn voorgelegd.
i. Betrokken private partijen -
Ontwikkelingscombinatie Stadswerven (AM Zuid-Holland Zuid, JP van Eesteren en Dura Vermeer Bouw Rotterdam). Stichting Stadswerven (Nautisch Kwartier)
Begroting 2010
Pagina 167 van 234
5. Hofkwartier
Portefeuillehouder : J.H.Lagendijk Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)?
Het project Hofkwartier heeft als kerndoel de rijke geschiedenis van onze stad beter zichtbaar en toegankelijk te maken en daarmee Dordrecht als historische stad steviger op de kaart te zetten. Het project beoogt een ambitieuze "make-over" van het historische hart van de stad en het, samen met in- en externe partners, realiseren van een culturele/cultuurhistorische programmering.
b. Hoe willen we dat bereiken?
In het Hofkwartier willen we functies huisvesten die in samenhang met elkaar voor de nodige synergie en economische spin-off moeten gaan zorgen. Het gaat daarbij om de functies kunst en cultuur, geschiedenis, verdieping en toerisme en vrije tijd. Later zijn hier ook openbare ruimte en wonen aan toegevoegd. Met de vaststelling van het structuurplan Hofkwartier, medio 2005, en het beschikbaar stellen van de benodigde financiële middelen is een begin gemaakt met de verdere uitwerking en uitvoering.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie
Actie / Mijlpaal
Fase
06 2008
VO DiEP
Gereed
09 2008
Oplevering Kloostertuin
Gereed
09 2008
Start pilot Kunstkerk
Gereed
09 2008
Start Verbouwing Museum
Gereed
07 2009
Kunstkerk Pilot + evaluatie
Gereed
09 2009
Herijking programma - Programmaraad opgericht
Afronding
07 2009
Nieuw/gewijzigd plan (school met kinderopvang) voor Vest
Afronding
07 2009
Alternatief plan met filmhuis voor Nieuwstraat
Afronding
d. Wat gaan we nog doen? Vorige Huidige planning planning
Actie / Mijlpaal
Fase
01 2009
DiEP: keuze voor variant 2 voorleggen aan Gemeenteraad
Voorbereiding
10 2009 doorlopend
Verdere ontwikkeling programmering
04 2009
10 2009
Onderzoek haalbaarheid alternatief plan (Filmhuis) Nieuwstraat
Afronding
04 2009
10 2009
Contract ontwikkeling locatie Vest
Planvorming
07 2009
12 2009
Besluitvorming ontwikkeling locatie Vest
Planvorming
12 2009
04 2010
Oplevering Dordrechts Museum
Afronding
Toelichting Zoals reeds eerder door ons aangegeven maken we voor de verdere voortgang van het programma Hofkwartier niet opnieuw een complete blauwdruk. Maar we ontwikkelen en voeren de verschillende projecten meer werkende weg uit. De integraliteit van het geheel zou meer tot uitdrukking moeten komen in een verbindende programmering in het gebied, dan door nieuwe integrale plannen. Om die integraliteit te bereiken hebben we een Programmaraad Hofkwartier opgericht. Deze Programmaraad houdt zich bezig met het ontwikkelen van een samenhangende en verbindende programmering en met de marketing van het gebied. De afgelopen periode hebben zij zich ook gericht op de zogenaamde tussentijdse programmering (zie onderstaand overzicht). Deze activiteiten houden het gebied levend en maken bezoekers nieuwsgierig naar wat men er in de toekomst kan gaan verwachten. De activiteiten in het kader van het Calvijn
Begroting 2010
Pagina 168 van 234
jaar zijn een product van de Programma Raad Hofkwartier, maar moesten vanwege schaal en beschikbare ruimten ook buiten het Hofkwartier geprogrammeerd worden. In de door u in 2005 vastgestelde planexploitatie is overigens niets opgenomen ten aanzien van programmering noch inhoudelijk noch financieel. Voor de ontwikkeling van deze programmering, samenwerking en marketing, en de tussentijdse programmering is nu in de prognoses en daarmee in het benodigde ( en bij de kadernota gereserveerde extra) budget eenmalig een bedrag opgenomen van € 300.000,-. Toelicht Stand van Zaken per onderdeel van het Hofkwartier: Programmering: - programmaraad opgericht - tussenstops Museum - programma Kunstkerk - films en tentoonstellingen DiEP - Sinterklaashuis+ - Calvijn jaar programmering - Korenfestival - intensivering programma DiEP - samenwerking Museum Catharijneconvent en NHM - aansluiting bij diverse stadsevenementen
Nieuwstraat 60-62: - onderzoeken t.b.v. tender (bouwkundig/fundering/bodem) - nog bezig met uitplaatsing huurder - alternatief plan opgesteld: Filmhuis - informatieavond voor omwonenden gehouden - maken voorlopig ontwerp (gereed oktober 2009) - nadere onderhandelingen met externe partijen (afronding oktober 2009) - resultaten voorleggen aan gemeenteraad (november 2009)
DiEP: - programma van eisen afgerond - voorlopig ontwerp plan 2005 gereed (vervolg tijdelijk opgeschort) - (her)inrichting projectorganisatie klaar - studie naar alternatieven afgerond (3 varianten in totaal) - varianten gepresenteerd in de raadscommissie - collegekeuze voor variant 2 voorleggen aan gemeenteraad (oktober 2009)
Vest: - verwerving vastgoed gerealiseerd - (voorlopige) gunning gedaan - definitief ontwerp- bouwvergunning 1e fase afgerond - plan afgewezen (ook te duur) - nieuw en goedkoper plan opgesteld (appartementen en school + kinderopvang (i.p.v. woningen daarboven) - nadere onderhandelingen met projectontwikkelaar (afronding oktober 2009)
Het Hof: - bouw/renovatie gestart september 2008 - afscheid genomen van huis vd democratie - huurcontract met diaconie Kerk gesloten - opname gedaan bouwkundige staat diverse gebouwen - bezig met herhuisvesten Waalse Kerk - onderzoek gedaan naar (publieks) ruimten t.b.v. DiEP - beheer overgenomen van stichting ’t Hof - verbouwing publieksruimten in voorbereiding
Dordrechts Museum: - bouw/renovatie gestart september 2008 - vertraging bouw en extra kosten door asbest/rotte balkkoppen/beveiligingsplan - rapportage hierover aan de raad volgt oktober 2009 - definitief ontwerp inrichting gereed - oplevering voorjaar 2010 opening najaar 2010
De Kunstkerk: - pilot concertante muziekzaal - evaluatie gedaan (prima bereik met 94 activiteiten gemiddeld 80 bezoekers) - vervolg voor seizoen 2009/2010 ingezet
Openbare ruimte: - Kloostertuin opgeleverd - beheer overgedragen m.u.v. lichtmasten - nieuwe verkenning gedaan voor herbestraten Hof e.o. en Museumstraat (zgn. sobere variant: geen ontwerpen
Begroting 2010
Pagina 169 van 234
e. Wat mag het kosten? € 45.017 miljoen
Onderhoud; € 377 ; 1%
Huur; € 5.633 ; 13%
SI; € 36.236 ; 80%
Verkoop; € 570 ; 1% Manden maken; € 2.200 ; 5% Exploitatie; € 0 ; 0%
Financiële stand van zaken per 31-8-2009
Omschrijving/fase
Reservering
Krediet
Realisatie
Datum Raadsbesluit 29-mei-01 Voorbereiding Stadsontwikkeling
638.923
638.923
21-mei-02 Boekwaarde Kunstkerk
466.974
466.974
2.280.930
2.280.930
8-apr-03 Voorbereiding sector Cultuur 3-mei-05 Behangsel Dordrechts Museum 6-dec-05 Planexploitatie 8-jul-08 Verbouwing Dordrechts Museum 16-dec-08 Ophoging Krediet n.a.v. 9-maands marap 6-dec-05 Planexploitatie Kadernota 2008 Verhoging reservering klimaatinst. (SI) 8-jul-08 Stelpost/vrije ruimte Dordrechts Museum Kadernota 2010 o.a Nieuwe huisvesting DiEP
80.000
80.000
5.000.000
6.215.242
16.977.000
10.484.692
1.200.000 30.131.355 4.382.000 4.903.300 5.600.000 45.016.655 26.643.827
Begroting 2010
20.455.675
Pagina 170 van 234
f. Besluitvorming Overzicht besluiten Datum AgendaRaadsbesluit punt 29-5-2001
4
21-5-2002
17
Omschrijving Beschikbaar stellen krediet voor de programmaontwikkeling ten behoeve van het Hofkwartier (bijl.nr. 86). Wijzigen begroting kunsten over 2002 in verband met aankoop Museumstraat 63-65 en Augustijnenkamp 66 (bijl.nr. 92).
8-4-2003
7
Instemmen met de toekomstvisie voor het Hofkwartier en beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van proceskosten, marketing en programmering voor het proces Hofkwartier.
17-5-2005
4
6-12-2005
16
Behangsels Dordrechts Museum Beschikbaar stellen van een krediet voor de uitwerking van het Structuurplan Hofkwartier.
8-7-2008 16-12-2008 29-09-2009
21 658 15
Beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van de renovatie en uitbreiding van het Dordrechts Museum (592) Raadsinformatiebrief over programma Hofkwartier CULT/2008/471 Raadsinformatiebrief over programma Hofkwartier CULT/2009/11
g. Financiële prognose
€ 50.000,00 € 45.000,00 € 40.000,00 € 35.000,00 € 30.000,00 € 25.000,00
Reservering
€ 20.000,00
Prognose
Realisatie
€ 15.000,00 € 10.000,00 € 5.000,00 € 0,00 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Bijzonderheden Conform bovenstaande kasprognose is begroot om in 2009 een bedrag van € 9.0 miljoen te investeren. Een groot deel hiervan is bestemd voor de (ver)bouw van het Museum , DiEP en Vest.
h. Risico’s Omgevings Risico’s
x
x
Organisatierisico
x
Grondbedrijfrisico
x
Budgetrisico
x
Vertragingsrisico
x
Algemeen ruimtelijk risico
5.600
Continuïteit in exploitatie
H
Politiek/bestuurlijk risico/draagvlak
Begroting 2010
Algemeen Omgevingsrisico
Oranje
Financieringrisico
2.Voortgang uitvoering projecten
Maximaal risicobedrag X € 1.000
Rood
Kans (H/M/L)
Kans x Effect
1.Herijking programma
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
x x
Pagina 171 van 234
Ad 1 Herijking Programma Risico: Zoals reeds aangegeven in de raadsinformatiebrief van 16 september 2008 is er goed inzicht in de stand van zaken van het programma. We hebben daartoe ook de financiële administratieaangepast, de control verbetert en het risicomanagement versterkt. De toen gepresenteerde tussenbalans voerde naar onze mening tot de conclusie dat de realisatie van het programma Hofkwartier over de volle breedte en in het gewenste tempo niet mogelijk is binnen de huidige financiële kaders, althans zeker niet op het afgesproken ambitieniveau. Een herijking was daarom noodzakelijk Beheersmaatregel De herijking heeft inmiddels conform de voorgestelde aanpak in voornoemde brief plaats gevonden. De resultaten daarvan zijn in juni 2009 in de gemeenteraad gepresenteerd. Met behoud van doelstellingen zullen op basis hiervan de ambities, de planningen en de planexploitatie worden aangepast. Het extra benodigde investeringsbedrag van 5.6 mio is opgenomen bij de kadernota 2010 en in de conceptbegroting 2010. Zoals in het voorgaande aangekondigd zullen conform de nieuwe werkwijze in het programma, in het laatste kwartaal 2009 separate voorstellen worden gedaan voor DiEP/Hof; Nieuwstraat 60-62 (Filmhuis) en de Vest. In die voorstellen zullen de projectspecifieke risico’s ook worden geduid. Ad 2 Voortgang uitvoering Risico: Bij de bespreking van de grote projecten met de raad op 11 juni 2009 is een aanstaande tegenvaller gemeld bij de verbouwing van het museum, als gevolg van asbest en andere meer bouwkundige tegenvallers. De situatie wordt thans finaal in beeld gebracht en zal in oktober 2009 aan de raad worden gerapporteerd. Beheersmaatregel: Er is een doorrekening gemaakt op basis van de resterende bouwstroom en de resterende bouwtijd van het project. Op basis daarvan zijn maatregelen genomen, gericht op extra strakke budgetbeheersing.
i. Betrokken private partijen
BM Projectontwikkeling, Stichting Openbaar Primair Onderwijs Dordrecht (OPOD), de Centrale Organisatie Kinderopvang Drechtsteden (COKD), Woningstichting Progrez en the Movies
Begroting 2010
Pagina 172 van 234
6. Leerpark
Portefeuillehouder : D.A. van Steensel Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)? • •
Versterken onderwijsinfrastructuur Verbeteren van het innovatief vermogen van bedrijfsleven en onderwijs
Circa Circa Circa Circa Circa Circa
50.000 m2 onderwijsvoorzieningen en sportgebouw 11.000 m2 kantoren en 24.000 m2 bedrijven (incl. 9.000 m2 onderwijsleerbedrijven) 2.000 m2 detailhandel 450 woningen 2.000 m2 overige voorzieningen 40.000 m2 openbare ruimte
b. Hoe willen we dat bereiken?
De regio dient economisch vitaal, innovatief en aantrekkelijk voor jonge mensen te blijven. Een optimaal functionerende kennisinfrastructuur is daarbij onmisbaar. De ontwikkeling van een dergelijke infrastructuur verloopt ongelijkmatig en langs uiteenlopende lijnen. Wat we willen bereiken is een imagoversterking van het onderwijs en het leerpark, een goede voorlichting naar diverse doelgroepen, stimuleren van onderwijskundige samenhang, een verbeterde doorlopende leerlingenzorg, een uitwisseling en creatie van kennis binnen de regio tussen bedrijven en kennisinstellingen en een vervlechting van beroepspraktijk met beroepsonderwijs.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 03 2006 04 2006 06 2006 2006+2007
06 2007 2007 2007 2007 2007 2007 2007 2007 10 - 2008 07 - 2008 12 - 2008 06 - 2008 02 - 2008 12 - 2008 12 - 2008 12 - 2008 01 - 2009 02 - 2009 07 - 2009
Actie / Mijlpaal Realisatie informatiecentrum Website Leerpark vernieuwd Kick Off domeinteams / route 2004 inbrengen in Leerpark Doorlopende (jaarlijkse) activiteiten: In stand houden infocentrum; functie versterken en uitbreiden doelgroep; Website actueel houden; Website kennis infrastructuur Drechtsteden; Nieuwsbrieven en brede communicatie; Ontwikkelingen en doorlopende onderwijsactiviteiten in domeinen; Dordtse Onderwijsdagen (Leerpark Connect) . Participatie in Deltaplan Metalectro Oprichting BV Kennisbedrijven Implementeren stageplanner Oplevering Insula College Oplevering Da Vinci College Start bouw Samenwerkingsgebouw en Stedelijk Dalton Lyceum Officiële opening Da Vinci College door HKH Prinses Maxima Vestigen Kopstudie Fysieke Veiligheid Oplevering Stedelijk Dalton Lyceum Oplevering Samenwerkingsgebouw (Praktijkgebouw) Oplevering Warmte Koude Opslag Start Sportgebouw Proces-/parkmanagement en veiligheid op het Leerpark Realisatie ICT voorzieningen Activiteiten bureau KIS-D*/Leerpark Ontwikkeling van Onderwijs Leerbedrijven Samenwerking vmbo’s en MBO Start programma Leonardo Experience Oplevering Sportgebouw
Begroting 2010
Fase Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering
Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering
Pagina 173 van 234
d. Wat gaan we nog doen? Vorige planning
Huidige planning
mnd jaar
mnd jaar
Actie / Mijlpaal (oplevering)
perceel Fase
07
2011 07
2011 Woningen met plint Leerbedrijven (LB)
1B
Uitvoering
06
2011 06
2011 Woningen met plint Leerbedrijven tussen SDL - SW
2D
Uitvoering
06
2009 06
2011 Verplaatsing DLTC
-
Uitvoering
03
2011 03
2011 Leerbedrijven (voormalig A. Schweitzerschool)
2E
Uitvoering
12
2014 12
2014 Leerbedrijven (Romboutslaan 40, vm DVC)
2F
Uitvoering
07
2011 07
2011 COO / Leonardo Plaza
2G
Uitvoering
04
2011 12
2011 Woningen & Singel (ggb & 50 app) fase 1
5A
Uitvoering
04
2012 04
2012 Woningen & Singel (ggb & 50 app) fase 2
5B
Uitvoering
07
2014 07
2014 Woningen vlindergebouw (50 app) fase 3
5C
Uitvoering
07
2012 07
2012 Woningen en Bedrijven (spoorzijde) Leerboulevard
6A
Uitvoering
06
2011 06
2011 Woningen en Bedrijven Leerboulevard
6B
Uitvoering
nb
nb
nb
6C
Uitvoering
06
2011 06
2011 Leerbedrijven DVC
6D I
Uitvoering
06
2011 06
2011 Bedrijven gebouw I&J (DVC)
6D II
Uitvoering
01
2012 01
2012 Kantoren (ondernemershuis)
6D II
Uitvoering
03
2011 03
2011 2e uitrukpost Brandweer Leerpark
6E
Uitvoering
nb
Woningen en Bedrijven (ondervoorbehoud)
Toelichting Vanwege marktomstandigheden (stijgende bouwkosten en gelijkblijvende opbrengsten) is een aantal gebouwen vertraagd. In juli 2009 zijn er afspraken gemaakt over voortgang bouw woningen en bedrijven. Medio 2009 is besluitvorming voorgelegd inzake de Warmte Koude Opslag, voorbereiding Leonardo Plaza, Jeugdvoorzieningen, Programma/Organisatiekosten Leerpark en een uitvoeringskrediet t.b.v. de bouw 2e uitrukpost Brandweer op het Leerpark. Na de zomer 2009 zal besluitvorming aan de raad worden voorgelegd inzake aanpassing van het bestemmingsplan.
e. Wat mag het kosten?
Actuele raming en dekking € 81,1 miljoen
Overige inkomsten woningbouw, kantoren, bedrijven € 18.804 23%
Provnciale subsidie € 707 1%
Regio Manden maken € 1.675 2% Bijdrage Scholen € 1.982 2% Bijdrage Onderwijs / MO € 5.278 7% Grondexploitatie € 10.918 13%
Begroting 2010
Strategische Investeringen SV01 € 41.756 52%
Pagina 174 van 234
Toelichting: De gemeente Dordrecht en de scholen investeren een fors bedrag in onderwijshuisvesting op het leerpark. Daarnaast zullen de scholen veel investeren in onderwijsvernieuwing. In de ontwikkeling van het gebied investeren derden in kantoren, bedrijven en woningen. Ook zal het bedrijfsleven gevraagd worden meer concreet, via bijdragen in natura en vestigingen in het gebied bij te dragen aan het Leerpark. Tegenover de kosten voor woningbouw en kantoren/bedrijven staan inkomsten uit verkoop en verhuur; deze zijn in principe dekkend. Deze projectdelen zullen door de marktpartij voor eigen rekening en risico gerealiseerd worden. Naast investeringskosten kent het plan ook andere kosten. Van belang zijn onder meer voorbereidingskosten, organisatie- en communicatiekosten, deze kosten worden voor de gehele loop van het proces door de partners gezamenlijk gedragen.
f. Besluitvorming Financiële besluiten Datum Raadsbesluit
Omschrijving / fase
Reservering
Reservering SI SV01 Leerpark 12-12-2000 en 8-11-2005
Krediet
Realisatie
41.756.000
Bijdrage Onderwijs (MO) Toekenning bijdrage uit Manden Maken (besluit Drechtsteden oktober 2007)
1.675.000
Bijdrage Leerpark scholen
1.982.000
Provinciale subsidies
5.278.000
707.000
Bouw scholen 8-4-2003
School Wartburg
1.705.000
1.705.000
5-10-2004
School Boogerman
1.204.000
1.204.000
5-10-2004
School Albert Schweitzer
5-10-2004
School Wartburg
855.000
855.000
7.478.000
7.478.000
6-12-2005
Insulacollege (1)
10.658.536
10.273.570
14-5-2007
Stedelijk Dalton Lyceum (1)
11.514.385
10.614.771
14-5-2007
Samenwerkingsgebouw (1)
7.335.656
7.323.620
11-11-2008
Sportgebouw Leerpark (bouw) (1)
5.876.690
5.722.523
Leerpark Voorzieningen en Organisatiekosten 5-10-2004
Organisatiekosten Leerpark t/m 2004
602.000
602.000
5-10-2004
Huisvesting Leerpark
190.000
190.000
8-11-2005
Organisatiekosten Leerpark 2005 / 2006
2.100.000
2.100.000
26-6-2007
Agiostorting aan BV Kennisbedrijf
125.000
125.000
24-5-2007
ICT visie
247.500
136.513
10-7-2007
Organisatiekosten Leerpark 2007-2008
1.455.000
1.455.000
5-2-2008
Beveiliging Leerpark (2)
160.500
160.500
30-6-2009
Warmte Koude Opslag installatie
475.000
475.000
30-6-2009
Jeugdvoorzieningen Leerpark
100.000
36.000
30-6-2009
Voorbereiding Leonardo Experience
30-6-2009
Programma- en organisatiekosten 2009 Sub-totaal
60.000
-
375.000
250.000
52.517.267
50.706.497
Grondexploitatie Leerpark (3) -
Bruto investeringen / uitgaven
Grondexploitatie Leerpark (3) Bruto Investeringen / uitgaven (incl. rente) Opbrengsten Saldo
29.722.000
28.532.800
14.367.747
81.120.000
81.050.067
65.074.244
Reservering
Prognose 2009
Realisatie 14.367.747
29.722.000
28.532.800
-18.804.000
-19.475.070
- 315.766
10.918.000
9.057.730
14.051.981
De gemeentelijke investeringen in het Leerpark worden voor het hoofddeel gefinancierd vanuit de Strategische Investeringen Leerpark € 41,8 miljoen. Initiële besluitvorming hierover heeft plaatsgevonden bij de behandeling van het Masterplan Leerpark, zie raadsvergadering 12-12-2000 en het definitief ontwikkelbesluit Leerpark, zie raads-vergadering 8-11-2005. De stand van de huidige bijdrage vanuit de Strategische Investeringen SV01
Begroting 2010
Pagina 175 van 234
Leerpark is incl. bijstelling t.b.v. indexering conform kadernota 2008, 2009 en 2010, respectievelijk € 1,4 miljoen, € 0,98 miljoen en 0,44 miljoen. (1) De kredieten voor de nog lopende deelprojecten (Insulacollege, Stedelijk Dalton Lyceum en Samenwerkingsgebouw) zijn gebaseerd op prijspeil 2009. De indexering naar prijspeil 2009 is meegenomen bij de kadernota 2010. Bij de jaarrekening 2009 zal worden bezien in hoeverre voor deze kredieten noodzakelijk is. (2) Voor beveiliging / parkmanagement Leerpark is een krediet beschikbaar gesteld van € 160.500. Hiervan wordt € 66.000 gedekt vanuit het budget ‘Grote Stedenbeleid – Veiligheid/Jeugd’ en € 94.500 t.l.v. voorzieningen Leerpark. (3) In voorliggende projectrapportage Leerpark zijn de investeringen en opbrengsten terzake Grondexploitatie Leerpark opgenomen. De investeringen c.q. uitgaven grondexploitatie zijn volgens de meest recente prognose geraamd op € 28,5 miljoen en worden voor € 19,5 miljoen gedekt door verkoopopbrengst gronden voor woningen, kantoren en bedrijven. Het restant wordt gedekt binnen de risicoreservering van het grondbedrijf. Overige (niet financiële) besluiten Datum raadsbesluit 07-12-1999
Omschrijving Vaststellen van de intentieverklaring van het project Leerpark en beschikbaar stellen krediet voor het inwinnen van een extern organisatieadvies (bijl.nr. 251).
09-07-2002
Vaststellen Masterplan Leerpark, alsmede het beschikbaar stellen van een voorbereidingskrediet (bijl.nr. 217). Instemmen met de voorstellen voor ontwikkeling van het Leerpark en het reserveren van extra middelen (bijl.nr. 124).
10-12-2002
Beschikbaar stellen van een werkbudget voor de ontwikkeling van het Leerpark (bijl.nr. 250).
08-04-2003
Voornemen tot het oprichten van een coöperatie ontwikkeling Leerpark.
01-03-2005 08-04-2003
Vaststellen van het bestemmingsplan “Leerpark”. Voornemen tot het oprichten van een coöperatie ontwikkeling Leerpark.
10-07-2007
Raadsinformatiebrief over rapportage visitatiecommissie 2007 m.b.t. het Leerpark MO/2007/2349
12-12-2000
10-07-2007
Raadsvoorstel benoemen openbare ruimte Leerpark Raadsinformatiebrief inzake wijziging statuten BV Kennisbedrijven Drechtsteden. Wensen- en bedenkingenprocedure LP/2007/59
04-09-2007 05-02-2008
Proces-/Parkmanagement en veiligheid op het Leerpark LP/2007/116
30-6-2009 30-6-2009
Uitvoeringskrediet Brandweer Leerpark en ontsluiting N3 Programma- en organisatiekosten Leerpark 2009 (o.a. Ontwikkelkosten (voorbereiding) Leonardo Experience, Jeugdvoorzieningen Leerpark, Samenwerking onderwijs en bedrijfsleven en Samenwerking onderwijs vmbo’s en MBO)
30-6-2009
Verkoop Warmte Koude Opslag
g. Financiële prognose (verloop reservering SI) € 45.000.000 € 40.000.000 € 35.000.000 € 30.000.000 € 25.000.000 € 20.000.000 € 15.000.000 € 10.000.000
Reservering Realisatie
€ 5.000.000
A ctuele planning
€0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
In bovenstaande grafiek is het verloop van de reservering SI Leerpark opgenomen, alsmede de uitgaven ten laste van SI leerpark. De overige nog te realiseren projectdelen (o.a. leonardo plaza, leerparkvoorzieningen, organisatiekosten en openbare ruimte) kunnen naar verwachting binnen het resterende deel van de reservering SI leerpark en binnen de Grondexploitatie Leerpark worden gefinancierd.
Begroting 2010
Pagina 176 van 234
h. Risico’s Omgevings Risico’s
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
Organisatierisico
Grondbedrijfrisico
Budgetrisico
Vertragingsrisico
Algemeen ruimtelijk risico
Continuïteit in exploitatie
Politiek/bestuurlijk i i /d l k Algemeen Omgevingsrisico
Financieringrisico
Maximaal risicobedrag X € 1.000
Kans (H/M/L)
Kans x Effect
1. Bestemmingsplan 2. Uitstel van enkele grondtransacties 3. Exploitatie Leonardo Plaza
oranje
M
-
groen
L
-
groen
L
-
X
X
X X
X
X
X
Ad 1: Bestemmingsplan Risico Het bestemmingsplan biedt geen ruimte voor commerciële exploitatie van leerbedrijven, dit heeft een remmende werking op het aantrekken van leerbedrijven. E.e.a. valt niet direct te kwantificeren in termen van tijd of geld. Beheersmaatregel: • Voorstel behandeld in college m.b.t. aanpassen bestemmingsplan. • Notitie leerbedrijf opgesteld incl. profiel. • Acquisitie leerbedrijven (i.s.m. ondernemersloket). Ad 2. Uitstel grondtransacties Risico Enkele grondtransacties zijn soms noodgedwongen uitgesteld, waardoor verwachte cashflow later wordt gerealiseerd. Beheersmaatregel: Planning (spoorboekje) grondtransacties is geactualiseerd en conform afspraak wordt de grond overdragen. Ad 3. Exploitatie Leonardo Plaza Risico Gemeente betaalt stichtingskosten Leonardo Plaza, exploitatie vorm nog niet bekend. Beheersmaatregel: Nadere afspraken omtrent exploitatie worden gemaakt.
i. Betrokken private partijen -
Coöperatie Leerpark U.A.; is opdrachtgever voor de totale realisatie (inclusief Onderwijsleerbedrijven, woningen en openbare ruimte) van het Leerpark. Scholen; Da Vinci College, Stedelijk Dalton Lyceum, Insula College en Wartburg College Ontwikkelaars: Heijmans B.V. / Proper-Stok Architecten: Mecanoo, DKV Architecten, Architectuurstudio Hertzberger, SeARCH en West 8. Bedrijfsleven in Onderwijs Leerbedrijven
Begroting 2010
Pagina 177 van 234
7. Achterom/Bagijnhof
Portefeuillehouder : J.W. Spigt Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)?
- Stimuleren economische concurrentiepositie. - Vergroten aantrekkingskracht Dordrecht. - Terugdringen structurele werkloosheid / vergroten werkgelegenheid.
b. Hoe willen we dat bereiken? Herstructurering kernwinkelgebied (fase 2) Achterom/Bagijnhof/Spuiboulevard/Johan de Wittstraat bestaat uit: • (her)ontwikkelen ca. 15.000 m2 winkels en woningen; • Realiseren van een parkeergarage met een capaciteit van 428 plaatsen; • Realiseren van een stalling voor ca. 900 fietsen; • Realiseren van een nieuw woonprogramma aan de oostzijde van het Achterom en de Spuiboulevard; • Het tot stand brengen van de kunstuiting Achterom; • Formuleren van een ontwikkelingsvisie voor de Visstraat; • Herinrichting van de openbare ruimte (incl. Visstraat);
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 08 2004 12 2005 12 2005 09 2006 03 2007 12 2007 04 2008 06 2008 09 2008 01 2009 05 2009 06 2009
Actie / Mijlpaal Bouwrijp maken (gestopt na gerechtelijke interventie) Integrale behandeling bij de rechtbank Bouwvergunning voor aanpassing van het WC Drievriendenhof Afronding aanpassing WC Drievriendenhof en directe aanloopstraten Vestiging Intree Dordrecht aan Spuiboulevard Vaststelling doorstart notitie en herijking financiële kader Herontwikkeling Achterom Oost (planonderdeel Multi) Oplevering Achterom-West en fietsenstalling Tijdelijke herinrichting Visstraat Visie ontwikkeling Visstraat Vastlegging VO openbaar gebied Achterom-Bagijnhof openbare ruimte en Verkeerscirculatieplan Hoogste punt gebouw Achterom-Oost en parkeergarage
Fase Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Uitvoering Uitvoering Voorbereiding Uitvoering Uitvoering Uitvoering Inintatief Voorbereiding Uitvoering
d. Wat gaan we nog doen? Vorige planning mnd jaar 3e kw 2009 4e kw 2009 04 2009
Huidige planning mnd jaar 4e kw 2009 4e kw 2009 10 2009
06 1e kw 05
2009 2009 2010
4e kw 4e kw 05
2009 2009 2010
07 08
2009 2009
10 11
2009 2009
01
2010
11 04
2009 2011
Begroting 2010
Actie / Mijlpaal
Fase
Planopzet Lenghen-/Lindenstraat Start Ontwikkeling Lenghen-/Lindenstraat Gesprekken herontwikkeling Spuiboulevard/Johan de Wittstraat afronden. Resultaten voorleggen aan de raad. Start uitvoering Spuiboulevard - Johan de Wittstraat Start bouw kunstuiting Museum Oplevering Achterom-Oost plus parkeergarage
Voorbereiding Uitvoering Voorbereiding
Vastlegging visie ontwikkeling Visstraat bij de raad Vastlegging DO openbaargebied Achterom-Bagijnhof, fasering en definitieve planning voorleggen aan de Raad Tijdelijke inrichting Achterom Start uitvoering gefaseerde herinrichting openbaar gebied Achterom-Bagijnhof
Voorbereiding Voorbereiding
Uitvoering Uitvoering Uitvoering
Uitvoering Uitvoering
Pagina 178 van 234
Toelichting Achterom-Oost • De bouw van de woningen/winkels loopt voor op de planning, de verwachte oplevering zal plaatsvinden eind 2009 (planning was 1e kwartaal 2010). Voor wat betreft de parkeergarage loopt momenteel een onderzoek naar de gewenste kwaliteit (verwachte oplevering april/mei 2010). • Voor het deel Spuiboulevard/Johan de Wittstraat voert de gemeente sinds juni 2008 gesprekken met A.B. van Pelt Projectontwikkeling over gezamenlijke voortzetting van de planontwikkeling. Hierin wordt ook de Muizentrap, overkluizing Achteromplaats, kunstuiting Achterom en Lenghen-/Lindestraat meegenomen. De bestuurlijke behandeling van de contracten met van Pelt Projectontwikkeling vindt eind september / oktober 2009 plaats. De start van de werkzaamheden staat gepland voor 4e kwartaal 2009. Toelichting Achterom-Bagijnhof / Openbare ruimte • Het project Achterom-Bagijnhof openbare ruimte is volgend op de ontwikkelingen in het gebied. De openbare ruimte in het gebied wordt dan ook pas aangelegd nadat de ontwikkelingen in het plangebied (Pgarage/Media Markt) afgerond zijn. • Het Achterom wordt dan ook tijdelijk bestraat zodat de P-garage en Albert Heijn toegankelijk gemaakt kunnen worden.
e. Wat mag het kosten?
Actuele raming en dekking: € 43,5 miljoen Exploitatie parkeergarage € 13.500.000 31%
Strategische Investeringen € 30.000.000 69% NB. Naast de gemeentelijke investeringen ad € 43,5 miljoen, wordt door ontwikkelaars voor ruim € 60 miljoen geïnvesteerd in het plangebied.
f. Besluitvorming Financiële besluiten Datum Raadsbesluit
Omschrijving Fase
2002 Initiële reservering S.I. 6-nov-07 Verhoging reservering progr.begroting 08
Reservering
Krediet
Realisatie
158.823
158.823
20.337.891 9.662.109
15-sep-98 Initiatief, Plankosten alg. 11-nov-03 Initiatief, Plankosten alg.
188.000
188.000
1-feb-05 Planontwikkeling, Plankosten alg.
1.100.000
1.100.000
8-nov-05 Planontwikkeling, Plankosten alg.
350.000
350.000
4-dec-07 Uitvoering, Plankosten alg.
303.177
1.081.764
2.100.000
2.878.587
Subtotaal plankosten algemeen 4-feb-06 Lenghen-/Lindenstraat 4-dec-07 Achterom-Oost
950.000
795.299
9.061.088
6.106.691 3.300.000
28-feb-06 Fietsenstalling
3.300.000
16-okt-07 Fietsenstalling
1.005.465
649.004
29-jun-04 Uitvoering BRM openbare ruimte
3.200.000
2.509.573
26-mei-09 Tijdelijk maatregelen herinr. Openb. Ruimte 17-jun-08 Bouw parkeergarage Achterom Totaal Achterom-Bagijnhof
Begroting 2010
150.000
14.381
13.500.000
13.500.000
7.042.336
43.500.000
33.266.553
23.295.871
Pagina 179 van 234
Overige (niet financiële) besluiten • •
Raad 1-2-2005 - Planontwikkeling Achterom-Bagijnhof-Spuiboulevard-Johan de Wittstraat Raad 31-5-2005 - Instemmen met de notitie Achterom.
g. Financiële prognose € 50.000.000 € 45.000.000 € 40.000.000 € 35.000.000 € 30.000.000 € 25.000.000 € 20.000.000 € 15.000.000 Reservering
€ 10.000.000
Realisatie
€ 5.000.000
A ctuele planning
€0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
h. Risico’s Omgevings Risico’s
Organisatierisico
X X
X
X
X
X
oranje
oranje rood groen groen
Grondbedrijfrisico
X X
X 400
Budgetrisico
X
Vertragingsrisico
Algemeen ruimtelijk risico
Continuïteit in exploitatie
Politiek/bestuurlijk i i /d l k Algemeen Omgevingsrisico
Financieringrisico
L M M
Maximaal risicobedrag X € 1.000
groen oranje
Kans (H/M/L)
Kans x Effect
1. Contractvorming van Pelt en commerciële voorziening 2. Discussie staatssteun 3a. Prijs- en ontwerprisico’s bij de inrichting van de openbare ruimte / verkeerscirculatie. 3b. Vertraagde inrichting openbare ruimte 3c. Wijziging uitgangspunten openbare ruimte. 4. Verwevenheid deelprojecten maakt het op sommige specifieke aspecten complex 5. Kwaliteit parkeergarage 6. Kunstuiting Achterom 7. Indexering
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
M H L L
150 pm pm
X X
X X
X
X
X
X
Ad 1: Contractvorming van Pelt en commerciële voorziening Risico: Contractvorming A.B. van Pelt en commerciële voorzieningen is nog niet formeel afgerond. Beheersmaatregel: Planexploitatie van Van Pelt wordt nader uitgewerkt, en contractuele afspraken worden vastgelegd na bestuurlijk overleg. Ad 2: Discussie staatssteun Risico: In de planexploitatie van het project is sprake van een deficit dat af te dekken is door de gemeente. Beheersmaatregel: Planexploitatie en taxatie is beoordeeld door externe deskundigen, incl. advies tav proces. Ad 3a: Prijs- en ontwerprisico’s bij de inrichting van de openbare ruimte / verkeerscirculatie Risico: Prijs- en ontwerprisico’s bij de inrichting van de openbare ruimte en verkeerscirculatie. Beheersmaatregel: Actualiseren en vaststellen ontwerp openbare ruimte incl. verkeerscirculatieplan. Met betrekking tot financiële haalbaarheid dienen keuzes gemaakt te worden tussen kwaliteit en kwantiteit. Ad 3b. Vertraging uitvoering herinrichting openbare ruimte Risico: De uitvoering van de herinrichting openbare ruimte Achterom-Bagijnhof is vertraagd. Beheersmaatregel: Planning openbare ruimte Achterom-Bagijnhof herzien en gevolgen in beeld brengen.
Begroting 2010
Pagina 180 van 234
Ad 3c. Wijziging uitgangspunten OR Achterom Risico: Sommige straten worden door financieel tekort niet heringericht. Beheersmaatregel: Actualiseren en vaststellen ontwerp openbare ruimte incl. verkeerscirculatieplan. Met betrekking tot financiële haalbaarheid dienen keuzes gemaakt te worden tussen kwaliteit en kwantiteit. Ad 4: Verwevenheid deelprojecten maakt het op sommige specifieke aspecten complex Risico: Complexiteit door verwevenheid deelprojecten Achterom-Oost en Openbare ruimte. Beheersmaatregel: Deelprojecten worden regelmatig afgestemd in één gezamenlijke projectgroep, planningen in detail op elkaar afstemmen. Ad 5: Kwaliteit Parkeergarage Achterom Risico: Enkele onderdelen van de parkeergarage voldoen mogelijk niet aan de gestelde kwaliteitseisen. Beheersmaatregel: Nader onderzoek wordt uitgevoerd m.b.t. de kwaliteit van de parkeergarage, alsmede óf en welke bouwkundige oplossingen er getroffen dienen te worden. Ad 6: Kunstuiting Achterom (verborgen museum) Risico: Exploitatie Kunstuiting Achterom nog niet helder. Beheersmaatregel: Financiële haalbaarheid en exploitatieopzet bepalen en ter besluitvorming voorleggen.
i. Betrokken private partijen
-
Multi Veste projectontwikkeling A.B. van Pelt projectontwikkeling
Begroting 2010
Pagina 181 van 234
8. Herstructurering Dordt West
Portefeuillehouder : A.T. Kamsteeg Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)? -
Tegengaan van de selectieve uitstroom van hogere inkomens en instroom van lagere inkomens in Dordrecht West Zorgen dat in elke wijk de leefbaarheid op peil is en sprake is van een schone, hele en veilige woonsituatie met bijbehorend voorzieningenniveau.
-
b. Hoe willen we dat bereiken?
De volgende sociale ambitie is afgesproken voor de sociale, economische en veiligheidssituatie en de openbare ruimte in de wijken van Dordrecht-West voor 2000-2015: • Leefbaarheid en veiligheid op Dordts gemiddelde; • Investeren in de openbare ruimte; • Meer sociale samenhang en grotere betrokkenheid van bewoners; • Werkloosheid omlaag; daarbij extra aandacht voor jongeren; • Meer voorzieningen: scholen, buurthuis, ouderenvoorzieningen, kinderopvang.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 11 2004 01 2005 02 2005 05 06 11 04 06
2005 2005 2005 2006 2007
04 05 12 07 11 08
2008 2008 2007 2008 2008 2009
Actie / Mijlpaal Najaarsdocument Dordrecht-West op stoom getekend door Gemeente Dordrecht Vorming één stuurgroep voor geheel Dordrecht West Vaststelling organisatiemodel voor de periode van planontwikkeling die begin 2007 afgerond moet zijn Projectleiders aangesteld voor Wielwijk, Nieuw Krispijn en Crabbehof Opdrachtverstrekking ontwikkeling stedenbouwkundige visie Wielwijk Visieontwikkeling 2005-2013 Start cultuurhistorisch onderzoek Vaststelling visies voor Wielwijk, Crabbehof en Nieuw Krispijn plus uitvoering van het programma. Opstellen Sociaal programma Crabbehof Opstellen Sociaal programma Nieuw Krispijn Oud Krispijn: MFA De Koloriet gereed Oud Krispijn Start herstructurering Krispijnse Driehoek. Opstellen masterplanning herstructurering Wielwijk. Aanvragen externe financiering van Dordt West voor de periode na 2009
Fase Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering
d. Wat gaan we nog doen? Vorige Planning 12 2007
Huidige planning 10 2009
2007-2009 2008-2009 2008-2009 2008 2008 2014 2008 2017 2009
Eind 2009 Eind 2009 Eind 2009 Midden 2010 10 2009 Eind 2014 10-2009 Eind 2017 Eind 2009
Eind 2009
Eind 2009
Eind Eind Eind Eind Eind
Begroting 2010
Actie / Mijlpaal Wielwijk: samenwerkingsovereenkomst afgesloten met Woonbron met daarin meerjarige vervolgafspraken. Uitvoering sociaal programma Wielwijk. Uitvoering WAP Crabbehof Uitvoering Sociaal programma Nieuw Krispijn Uitvoering “de Compagnie” en het wijkcentrum Wielwijk Opstellen fysiek programma Nieuw Krispijn rondom Nassauweg Uitvoeren fysiek programma rondom Nassauweg Nieuw Krispijn Opstellen fysiek programma vanuit WAP Crabbehof Uitvoeren fysiek programma vanuit WAP Crabbehof Herijken en opnieuw vastleggen Sociaal Programma Wielwijk periode 2010-2012 Herijken en opnieuw vastleggen Sociaal Programma Crabbehof
Fase Voorbereiding Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Voorbereiding Uitvoering Voorbereiding Uitvoering Voorbereiding Voorbereiding
Pagina 182 van 234
Vorige Planning
Huidige planning
Eind 2009
Eind 2009
2009 Eind 2009 2009
2009 Eind 2009 2009
2009 2010-2012 Eind 2013
2009 20102012 Eind 2013
Eind 2017
Eind 2017
Eind 2014 Eind 2014
Eind 2014 Eind 2014
Actie / Mijlpaal periode 2010-2012 Herijken en opnieuw vastleggen Sociaal Programma Nieuw Krispijn periode 2010-2012 Start uitvoering fysieke herstructurering Wielwijk Kredietaanvraag Dordt West 2010-2012
IHP - Wielwijk - Opstarten van de bouw Albatros, Kennedy en Fontein in Wielwijk aan het Admiraalsplein (na leerlingenprognose onderzoek) en oplevering nieuwbouw voor VSO De Blije Gaarde). IHP - Nieuw Kirspijn - Verbouwing Prinses Julianaschool Uitvoeren herijkte sociale programma’s Wielwijk, Crabbehof en Nieuw Krispijn Afronden herstructurering Oud Krispijn volgens afspraken raamwerk 2013 Afronden herstructurering Wielwijk volgens Wijkvisie Wielwijk, Charter en SOK Planvorming en opstarten fysieke herstructurering Crabbehof Planvorming en opstarten fysieke herstructurering Nieuw Krispijn
Fase Voorbereiding Uitvoering Voorbereiding Uitvoering
Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Voorbereiding Voorbereiding
Toelichting In het eerste half jaar van 2009 is flink ingezet op het opstellen van de SOK (samenwerkingsovereenkomst) Wielwijk. Huidige planning is om deze SOK in het vierde kwartaal formeel te laten vaststellen. Dit is een half jaar later dan gepland. Echter in de laatste stuurgroep SOK Wielwijk was men wel zeer positief gestemd over de inhoudelijke ontwikkeling van het document. In de kadernota 2009 is reservering van middelen voor Dordrecht West (op basis van ISV III en strategische investeringen) geregeld voor de eerst komende drie jaar. Aandachtspunt blijft de verplichtingen die zijn aangegaan voor na die periode waar nog geen middelen voor zijn gereserveerd. De sociale programma’s Wielwijk, Crabbehof en Nieuw Krispijn zijn vastgesteld tot en met 2009. Alle drie de programma’s zullen in 2009 moeten worden herijkt op basis van de vaste evaluatie afspraken. Op basis van deze herijking kunnen de sociale programma’s per wijk voor de periode 2010-2012 worden vastgesteld. Op basis van alle vast te stellen SOK Wielwijk, herijking sociale programma’s, fysieke programma’s Nieuw Krispijn en Crabbehof zal er kredietaanvraag voor de periode 2010-2012 bij college en raad moeten worden ingediend.
e. Wat mag het kosten? Actuele raming en dekking: € 72,2 miljoen
Financieringsbehoefte na 2009 37.904.000 52%
Derden 961.000 1%
GSB Sociaal 4.800.000 7%
Strat. Investeringen 10.800.000 15%
Begroting 2010
Overige opbr. 600.000 1%
ISV 17.135.000 24%
Pagina 183 van 234
f. Besluitvorming Datum Raadsbesluit 2000 6 december 2005 30 januari 2007
Omschrijving/fase Initiële reservering Raamwerk Oud Krispijn Ontwikkelingskosten Dordrecht West 2005-2006 Sociaal Programma Wielwijk (07-09)
Reservering
Krediet
Realisatie
11.800.000
11.800.000
9.872.664
1.990.881
1.990.881
1.990.881
4.400.000
4.400.000
3.000.612
1.161.670
1.161.670
1.161.670
26 juni 2007
Dordt West op Stoom 2
November 2006
Verhoging reservering extra impulsen
27 mei 2008
Sociaal Programma Nieuw Krispijn
1.606.300
1.606.300
636.186
8 juli 2008
Dordt West op Stoom 3
1.474.950
1.474.950
1.212.539
11 november 2008
Sociaal Programma Crabbehof
1.062.000
1.062.000
546.680
23.495.801
18.421.232
10.800.000
Financieringsbehoefte (na 2009)
37.904.199 72.200.000
g. Financiële prognose € 80.000.000 € 70.000.000 € 60.000.000 € 50.000.000
Reservering Realisatie Actuele planning
€ 40.000.000 € 30.000.000 € 20.000.000 € 10.000.000 €0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
h. Risico’s Omgevings Risico’s
Organisatierisico
Grondbedrijfrisico
Budgetrisico
Vertragingsrisico
Algemeen ruimtelijk risico
Continuïteit in exploitatie
Politiek/bestuurlijk risico/draagvlak
Algemeen Omgevingsrisico
Financieringrisico
Maximaal risicobedrag X € 1.000
Begroting 2010
oranje oranje oranje groen oranje groen oranje groen de 2e helft
Kans (H/M/L)
Kans x Effect
1. Kostenoverschrijding 2. Onzekerheid subsidiestromen 3. Regionale benadering 4.Bewonersvertegenwoordiging 5. Derden partijen 6. Meerdere opdrachtgevers 7. Instroom lage inkomens 8. Sociale programma’s Uit het onderzoek van Metrum uit voren gekomen:
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
M X X M X X X M H M M X X X H X M x 2008 zijn de volgende risico’s als de meest relevante risico’s naar
Pagina 184 van 234
Ad 1: Kostenoverschrijding Risico Kostenoverschrijdingen door stijging bouwkosten (bij marktpartijen) Beheersmaatregel: Op dit moment worden in Oud Krispijn positieve aanbestedingsresultaten gehaald op de investeringen in de openbare ruimte. Voor Wielwijk wordt in ede SOK geprobeerd dit risico te beperken door het investeringsniveau in bijvoorbeeld het Wielwijkpark te koppelen aan de te behalen opbrengsten van de woningontwikkeling op die locatie. Ad 2: Onzekerheid subsidiestromen Risico Financiering na 2009, alle reserveringen voor Dordrecht West lopen grotendeels tot en met 2009. Voor de periode 2010-2014 zijn wel afspraken gemaakt, maar is nog geen reservering geregeld. Dit terwijl de omvang van het ISV III budget niet de omvang zal aannemen van het ISV II budget. Beheersmaatregel De financieringsbehoefte van Dordt West periode 2010-2014 is bepaald en ingediend bij de kadernota 2010. Er wordt gewerkt aan verschillende scenario’s voor de situatie dat onverhoopt er onvoldoende budget vrij komt voor Dordrecht West (verkorten periode naar 2010-2012, uitstellen van investeringen tot na 2014, bezuinigen, etc.) Ad 3: Regionale benadering Risico De regionale benadering van de volkshuisvesting. Bij een gebrekkige regionale benadering zou Dordrecht West zijn eigen herhuisvestingstroom moeten blijven oplossen. Beheersmaatregel Over de bouw van nieuwe sociale huurwoningen in de regio worden in het kader van PALT afspraken gemaakt en bewaakt. Ad 5: Derdenpartijen Risico Beperkte sturing op derde partijen als bijvoorbeeld de politie. Gezien het maatschappelijke belang van Dordrecht West en haar opgave is het soms lastig om derde partijen te sturen, terwijl deze wel een grote invloed hebben op het project. Beheersmaatregel Met de betrokken projectleiders in Dordrecht West zijn afspraken gemaakt over “omgevingsmanagement”, waarin ook deze problematiek is meegenomen. Door het opstellen van jaarplannen voor elke wijk wordt met de partners meer afstemming gezocht over de activiteiten van een ieder in de wijken; Ad 7:Instroom lage inkomens Risico Instroom lage inkomens uit de regio in Dordrecht West als bedreiging voor de inkomensdoelstellingen, dit probleem speelt vooral in Nieuw Krispijn en Crabbehof gezien de beperkte fysieke ingrepen in die wijken. Beheersmaatregel In Crabbehof worden de mogelijkheden verkend om in een aantal complexen een selectiever toewijzingsbeleid te hanteren.
i. Betrokken private partijen -
De corporaties Woonbron, herstructurering Dordt West.
Begroting 2010
Progrez
en
Interstede
zijn
inhoudelijk
en
financieel
partner
in
de
Pagina 185 van 234
9. Belthurepark
Portefeuillehouder : J.H. Lagendijk Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)? - Binden/ aantrekken van midden hoge inkomsten, - Vergroten aantrekkingskracht Dordrecht, - Stimuleren economische concurrentiepositie.
b. Hoe willen we dat bereiken? Bovenstaande outcome doelstellingen willen we bereiken door het realiseren van: - 220 zeer luxe woningen, - in luxe woningen geïntegreerde 18-holes golfcomplex met internationale status, - afstemming met het project Randstedelijke groen (12 ha bosgebied) - herstructurering sportveldencomplex Schenkeldijk.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 1998 07 04 12 03 04 01 05
2003 2005 2005 2006 2006 2007 2007
10 2007 10 2007 02 2008 04 2008 06 2008 07 2008 07 2008 08 2008 12 2008 01 2009 01 2009 2009 08 2009
Actie / Mijlpaal Initiatief integrale planontwikkeling Dordtwijkzone Zuid: Intentieovereenkomst met ontwikkelaar afgesloten; Ruimtelijk besluit Gemeenteraad met instemming programma Samenwerkingsovereenkomst met ontwikkelaar ondertekend Voorontwerp Bestemmingsplan gereed Inspraak/overlegfase artikel 10 Planning geactualiseerd Bestuurlijke behandeling inspraak/overleg ontwerp bestemmingsplan Ter inzage legging ontwerp bestemmingsplan en B&W besluit vestiging Wvg (art. 6). Raadsbesluit tot vaststellen bestemmingsplan, vestiging Wvg (art.2). Bestemmingsplan naar GS verzonden ter goedkeuring (+6 wk ter inzage). Reactie gemeente op bedenkingen verstuurd naar GS. Taxatierapport ten tijde van samenwerkingsovereenkomst 2005 Goedkeuring bestemmingsplan (besluit GS) Raadsbesluit tot vaststellen bekostigingsbesluit Inwerkingtreding van bestemmingsplan Ter inzage legging goedgekeurde bestemmingsplan Behandeling Beroepen Start voorbereiding verwerving door onteigening Reactie op beroep naar de Raad van State Afronding onderzoek staatssteun Hoorzitting bestemmingsplan Raad van State
Fase Startfase Definitie Voorbereiding Ontwerp Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking Uitwerking
d. Wat gaan we nog doen? Vorige Planning
2012 04 06 08 10 01
Huidige planning 10 2009 11 2009 2012
2012 2012 2012 2012 2013
Begroting 2010
04 2012 06 2013 08 2013 10 2014 01 2015 2020
Actie / Mijlpaal Uitspraak Raad van State Besluit raad tot onteigening Overdracht gronden aan ontwikkelaar en uitgifte van reststroken aan bewoners Start bouwrijp maken Start aanleg golfbaan Start bouw woningen (1e fase) Woningbouw 1e fase gereed Aanleg golfbaan gereed Gehele plan 2020/2022 gereed
Fase Uitwerking Uitwerking Uitwerking Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie
Pagina 186 van 234
Toelichting Ten opzichte van de vorige rapportage zijn er geen wijzigingen in de planning. Recentelijk hebben Wilgendael en Bouwfonds Ontwikkeling kenbaar gemaakt dat binnen hun samenwerkingsverband, Bouwfonds Ontwikkeling een grotere rol binnen het project heeft en nu meer de rol van´doeontwikkelaar’ inneemt.
e. Wat mag het kosten? Actuele raming en dekking: € 19,440 miljoen (bruto bedrag en rentetoerekening)
Overige opbrengsten; € 201.000 ; 1%
Opbrengst grondverkopen; € 8.634.000 ; 44% Bijdrage ontwikkelaar; € 10.605.000 ; 55%
Toelichting De grondexploitatie Belthure Park is kostendekkend.
f. Besluitvorming Datum Raadsbesluit 7 juli 2006 10 juli 2007 8 juli 2008 7 juli 2009
Omschrijving/fase Initiële reservering Prognose kostenneutrale Prognose kostenneutrale Prognose kostenneutrale Prognose kostenneutrale
Grondexploitatie Belthurepark Bruto investeringen / uitgaven (incl rente) Opbrengsten Saldo
Grondexploitatie Grondexploitatie Grondexploitatie Grondexploitatie
Reservering
Beschikbaar gesteld
Realisatie
484.435 9.152.019 685.546 9.118.000 19.440.000
484.435 9.152.019 685.546 9.118.000 19.440.000
484.435 3.181.936 397.041 299.300 4.362.712
Reservering 19.440.000 19.440.000 0
Prognose 2009 19.440.000 19.440.000 0
Realisatie 4.507.735 145.023 4.362.712
In de Prognose Grondbedrijf, vastgesteld bij raadsbesluit van 7 juli 2009, is de geactualiseerde exploitatieopzet opgenomen. Kaders en uitgangspunten zijn niet gewijzigd, de lopende samenwerkingsovereenkomst met de projectontwikkelaar is nog steeds basis voor de grondexploitatie die voor de gemeente volledig budgettair neutraal is. De financiële afspraken in de samenwerkingsovereenkomst zijn nu, ingaande de Prognose 2009 in bruto bedragen verwerkt. Dit houdt in dat de uitgaven en inkomsten met de zelfde bedragen zijn verhoogd.
Begroting 2010
Pagina 187 van 234
g. Financiële prognose € 25.000.000
€ 20.000.000
€ 15.000.000 R eservering R ealisatie
€ 10.000.000
A ctuele planning
€ 5.000.000
€0 2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
h. Risico’s Omgeving Risico’s
Organisatierisico
Grondbedrijfrisico
Budgetrisico
Vertragingsrisico
Algemeen ruimtelijk risico
X X X
Continuïteit in exploitatie
X
Politiek/bestuurlij k risico/draagvlak
0 0 0
Algemeen Omgevingsrisico
Groen
H H M
Financieringrisico
Oranje
Maximaal risicobedrag X € 1.000
Oranje
Kans (H/M/L)
Kans x Effect
1. Grondverwerving 2. Onzekerheid afzetmarkt 3. Kwaliteit (ruimtelijk/ planologisch)
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
X X X
Ad 1: Grondverwerving. Omschrijving risico (inclusief gevolg): De grondverwerving is vanaf aanvang de grootste risicofactor (geweest) in de planontwikkeling. Eind 2008 beschikt de ontwikkelaar over ca. 50% (incl. 29% in eigendom van gemeente) van de gronden. Een substantieel deel (26.5 ha) is nog in handen van 3 andere grote ontwikkelaars. Eventueel verwerving door onteigening kan leiden tot een vertraging van bijna 2 jaar. Oorzaak/bron van risico: De ontwikkelaar ziet geen kans op minnelijke wijze de gronden te verwerven. Beheersmaatregel: Minnelijke verwerving is de taak/verantwoordelijkheid van de ontwikkelaar. De gemeente ondersteunt door inzet van het gemeentelijke instrumentarium (Wvg, onteigening), inzet van deskundigheid, opvoeren van druk op verwervingsproces. Ad 2: Onzekerheid afzetmarkt Omschrijving risico (inclusief gevolg): De huidige krediet- en economische crisis kan mogelijk gevolgen hebben voor de afzetmarkt. Beheersmaatregel: Vasthoudend aan de in het bestemmingsplan vastgelegde ambities en randvoorwaarden wordt gekeken naar een mogelijke fasering van het plan.
i. Betrokken private partijen -
Wilgendael Bouwfonds Ontwikkeling (voorheen Rabo Bouwfonds)
Begroting 2010
Pagina 188 van 234
10. Zeehavengebied
Portefeuillehouder : F.J. van den Oever Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)?
- Stimuleren van de economische concurrentiepositie - Vergroten van de economische aantrekkingskracht van Dordrecht
b. Hoe willen we dat bereiken? Via het uitvoeren van een programma van activiteiten en projecten bijdragen aan de realisatie van de volgende doelen voor de revitalisering van het Zeehavengebied, zoals verwoord in het op 22-05-2007 door de gemeenteraad vastgestelde Masterplan voor de revitalisering: 1. het aantrekken van (zee)havengebonden bedrijvigheid; 2. groei aantal arbeidsplaatsen met 525 (lage prognose) tot 1.250 (hoge prognose) t.o.v. 2004; 3. toename netto exploitatieopbrengst (van € 1,25 miljoen in 2004 naar het dubbele in 2014); 4. vóór 2014 alle beschikbare kavels & kades uitgeven en benutten (minus normale leegstand). Door realisatie van businesscases wordt getracht nieuwe havengebonden bedrijvigheid aan te trekken. Realisatie is in sterke mate afhankelijk van de markt en initiatieven van private partijen. Daarnaast wordt vanuit het project geanticipeerd op initiatieven van nieuwe en bestaande bedrijven. Om de revitaliseringsdoelen te behalen kunnen nieuwe businesscases aan de vijf in het Masterplan genoemde cases worden toegevoegd. In de randvoorwaardelijke sfeer wordt gewerkt aan voor de revitalisering noodzakelijke actualisering van regelgeving op gebied van milieu (extra geluidsruimte) en ruimtelijke ordening (bestemmingsplan) en aan verbetering van de ontsluiting via de weg en het spoor. Voor integrale besluitvorming over havenzaken is een havenmanagementoverleg (HMO) binnen de gemeente opgezet. Het HMO vervult tevens de functie van stuurgroep voor de revitalisering. Momenteel onderzoekt de gemeente in hoeverre de revitalisering van het gebied versterkt kan worden via een verregaande vorm van samenwerking met het Havenbedrijf Rotterdam (HbR).
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 2007 05 2007 10 2007 06 2007 10 2007 e.v. 10 2007 2007 e.v. 10 2007 09 2007 02 2008 03 2008 06 2008 06 2008 06 2008 08 2008 08 2008 10 2008 12 2008 10 2008 10 2008 11 2008 12 2008 03 04 04 05
2009 2009 2009 2009
Begroting 2010
Actie / Mijlpaal Opstellen plannen + bestekken Wieldrechtseweg, Kilkade, Kreekweg Besluitvorming Masterplan door gemeenteraad Openbare selectie PWA- kade voor de tijdelijke verhuur Instelling Haven Management Overleg Onderhandelingen contractpartner Kilkade 7 (onderhandeling afgebroken) Opstellen toetsingskader voor de business cases. Vervolg risicomanagement: voorjaar 2009 nieuwe risico inventarisatie uitgevoerd Vaststelling zonebeheersplan Plan van aanpak voor herziening bestemmingsplan en aanpassing geluidszonering Inwerking treden zonebeheerplan Uitgifte Kilkade 6 Reconstructie Kilkade, Kreekweg Reconstructie Wieldrechtseweg + aanvullingen daarop Voortgangsrapportage over de revitalisering aan de gemeenteraad Contracten tijdelijk gebruik deel PWA-kade Subsidie HIP verantwoord Voorbereiding uitgifte Kilkade 7: stappenplan + actualisatie saneringsonderzoek Voorbereiding uitgifte Kilkade 7: asbestonderzoek in de gebouwen Voorbereiding PWA-kade (definitief): stappenplan en opstart werkgroep Voorbereiding uitgifte Kilkade 2-4: opschonen, egaliseren, kleine opstallen slopen Voorbereiding parapluplan Start overleg met ZHD t.b.v. uitwerken businesscase voor Wilhelminahaven door ZHD Voorbereiding uitgifte Kilkade 7: opschonen terrein, na vertrek krakers van terrein Aanvullend marktonderzoek t.b.v. onderwaterdepot + verkenning haalbaarheid Verkenning beschikbaarheid Duivelseiland (RWS-locatie) voor revitalisering Ondersteuning van private initiatieven van HVC en Ballast Nedam
Fase Voorbereiding Ontwerp Voorbereiding n.v.t. Initiatief Definitie n.v.t. Ontwerp Definitie n.v.t. Voorbereiding Realisatie Realisatie n.v.t. Voorbereiding n.v.t. Definitie Voorbereiding Definitie Voorbereiding Definitie Uitvoering Voorbereiding Definitie Initiatief Uitvoering
Pagina 189 van 234
Realisatie 06 2009 06 2009 06 2009 07 2009 08 2009 08 2009
Actie / Mijlpaal Voorbereiding uitgifte Kilkade 7: sloop opstallen met asbest (alleen bovengronds) Uitgifte Kilkade 2-4: overeenstemming met partijen, contract moet nog getekend Voortgangsrapportage over de revitalisering aan de gemeenteraad Milieutechnisch en geotechnisch onderzoek inzake bodem Wilhelminahaven Opstellen voorontwerp bestemmingsplan Zeehavengebied *) Kilkade 7: actualisatie bodemsanerings- en asbestonderzoek, incl. saneringsscenario’s 2009 Participatie in regiegroep voor overleg over samenwerking met HbR *) het moment van het in procedure brengen van het voorontwerp bestemmingsplan wordt bepaald in met het Havenbedrijf Rotterdam. E.e.a. in het kader van de verkenning van de samenwerking.
Fase Voorbereiding Definitie n.v.t. Definitie Ontwerp Uitvoering Uitvoering overleg
d. Wat gaan we nog doen? Vorige planning doorlopend doorlopend doorlopend doorlopend 2008 – 2010 2008 - 2010 2008 - 2010 2008 - 2010 2009 - 2010 12 2008
Huidige Planning doorlopend doorlopend doorlopend doorlopend 2009 2009 2009 2009 2009 2009
05 2009
2010
08 2009
2010
08 2009
2009
2009
2009
2008 - 2010
2009 - 2010
2009 - 2010 2009 – 2011
2009 - 2010 2009 - 2010
2008 - 2010 2008 - 2010 2009 - 2011
2009 – 2010 (1) 2009 – 2010 (1) 2009 – 2010 (1)
2009 – 2011 2009 - 2014
2009 - 2010 (1) 2009 – 2014 (1)
periodiek
06 - 2010
(1)
Actie / Mijlpaal Risicomanagement Beheer van niet uitgegeven kavels in eigendom gemeente Uitvoering communicatieplan Anticiperen op initiatieven van private partijen Procedure parapluplan Procedure Bestemmingsplan Uitgifte businesscase Kilkade 2-4: ondertekening contract Kilkade 2-4: asbestonderzoek en sloop resterende gebouwen Verkenning samenwerking met HbR Start overleg met ZHD t.b.v. uitwerken businesscase voor Wilhelminahaven door ZHD Ondersteuning van private initiatieven van HVC en Ballast Nedam In procedure brengen voorontwerp bestemmingsplan Zeehavengebied Kilkade 7: actualisatie bodemsanerings- en asbestonderzoek, incl. saneringsscenario’s Participatie in regiegroep voor overleg over samenwerking met HbR Overleg met ZHD over hun onderzoek naar de haalbaarheid van een terminal in de Wilhelminahaven Verkenning subsidiemogelijkheden sanering Wilhelminahaven Uitgifte PWA-kade: grondonderzoek, egalisatie en afvoer grond Saneringsonderzoek & -plan voor Wilhelminahaven Uitgifte en saneren Kilkade 7 Verdere voorbereiding definitieve uitgifte PWA-kade: staat bij uitgifte, voorwaarden uitgifte, opstarten selectieprocedure Definitieve uitgifte PWA-kade Contact met RWS over beschikbaarheid/sanering Duivelseiland Voortgangsrapportage 2009 -2010 over revitalisering voor raad Tijdelijk gebruik PWA-kade Geluidsscherm Wieldrechtseweg (aanvulling op reconstructie)
Fase Doorlopend Doorlopend Doorlopend Doorlopend Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering
Definitie Voorbereiding Uitvoering Voorbereiding Uitvoering Definitie Definitie Uitvoering Continue
2008 - 2010 Medio 2010 Uitvoering 2008 – 2010 2010 Voorbereiding Toelichting (1) Lopende het onderzoek naar samenwerking met HbR voor de revitalisering van het Zeehavengebied en andere bedrijfsterreinen in Dordt-West zijn deze activiteiten tijdelijk - geheel of gedeeltelijk - ‘on hold’ gezet • • • • • •
Algemeen: de geringe geluidsruimte beperkt de fysieke mogelijkheden voor nieuwe bedrijfsactiviteiten in 2008, 2009 en 2010. Nadat het bestemmingsplan, inclusief de aangepaste geluidszonering, eind 2010 onherroepelijk is, zijn weer 24 uur per dag extra geluidsproducerende havenactiviteiten mogelijk. De jaren 2008, 2009 en 2010 zijn en worden benut voor het creëren van goede randvoorwaarden en voorbereidende werkzaamheden en acties (o.a. tijdelijke verhuur) in de businesscases. Het creëren van goede randvoorwaarden voor de revitalisering (zoals actualisering van regelgeving, het verbeteren van de ontsluiting, havenorganisatie) verloopt conform de planning. De uitvoering van de reconstructie van de wegen Wieldrechtseweg, Kreekweg, Kilkade verloopt voortvarend. De uitgifte van Kilkade 2-6 ligt één jaar voor op de oorspronkelijke planning. Marktontwikkelingen en de huidige laagconjunctuur leiden tot vertraging of niet doorgaan van het onderwater-depot en mogelijk enige vertraging in de uitgifte van de PWA-kade en Kilkade 7. De beschikbaarheid van het Duivelseiland loopt uit in de tijd als gevolg van herbezinning van RWS op eigen strategie m.b.t. het Duivelseiland en saneringsnoodzaak van een sterk vervuilde locatie op het Duivelseiland.
Begroting 2010
Pagina 190 van 234
•
•
Initiatieven van private partijen waarop gemeente actief inspeelt: plannen voor nieuw tankpark van Standic langs Wieldrechtseweg, plannen voor biomassa-energiecentrale van HVC op het voormalige Sitaterrein op het Duivelseiland, plannen van Ballast Nedam aan de Donker Duyvisweg voor aanleg damwand en kade, uitbreidingsplannen van Agro-Delta en plannen ZHD voor verlenging kade aan Mallegat. Lopende het onderzoek naar een vorm van vergaande samenwerking met het Havenbedrijf Rotterdam (HbR) bij de revitalisering van het Zeehavengebied, zijn diverse geplande activiteiten in juni 2009 ‘on hold’ gezet (zie schema hierboven). Afhankelijk van de snelheid in dat proces zal dat wel of niet leiden tot enige vertraging.
e. Wat mag het kosten?
Actuele raming en dekking publieke investering De kosten voor uitvoering van het Masterplan voor de revitalisering van het Zeehavengebied zijn geraamd op € 61,1 miljoen, waarvan € 40,5 miljoen geraamd voor realisatie van de vijf businesscases; € 10,0 miljoen voor betere ontsluiting per weg en spoor; € 2,4 miljoen voor actualisering regelgeving (bestemmingsplan, parapluplan) en € 8,2 miljoen voor overall zaken zoals plankosten, beveiliging en parkmanagement. De ramingen zijn geïndexeerd en worden op basis daarvan jaarlijks aangepast. Van de € 61,1 miljoen is € 49, 4 miljoen gedekt. Hiervan is € 18,3 miljoen gedekt uit publieke middelen en € 30,1 miljoen uit private bijdragen (geraamde grondopbrengsten, concessies e.d.).. De overige € 11,7 miljoen (€ 61,1 - € 49,4) kan in principe worden gedekt uit toegezegde middelen als gevolg van ondertekening op 20 april 2009 van een bestuurlijke overeenkomst inzake de versnelde realisatie van de bedrijfsterreinen op de Westelijke Dordtse Oever (WDO). Deze is gesloten met het Ministerie van Economische Zaken, Provincie ZuidHolland en Havenbedrijf Rotterdam. € 18,3 miljoen (dekking publieke investeringen)
Overige reserves € 5.378.000 28%
Overige dekking ISV € 100.000 1% € 1.223.000 7%
Reserve SI € 3.502.000 19%
Manden Maken € 3.600.000 20% Derden € 4.506.000 25% Toelichting: Conform voortgangsrapportage 2009 is de Mijlweg uit deze rapportage verwijderd. Naast bovenstaande gereserveerde middelen is ook dekking te verwachten uit private bijdragen voor de verschillende business cases (o.a. gronduitgifte) van € 30,1 miljoen. In verband met voorfinanciering van de geraamde private bijdragen zal de reservering toenemen.
f. Besluitvorming Datum Raadsbesluit 22 mei 2007 26 juni 2008
8 juli 2008 12 februari 2000 10 december 2002 7 oktober 2003 6 april 2004 7 september 2004
Begroting 2010
(SO en exclusief strategische verwervingen)
Omschrijving/fase investeringsprogramma masterplan Voortgangsrapportage investeringsprogramma masterplan Cf projectblad jaarrekening 2008, onttrekking Mijlweg Nacalculatorisch verschil incl. rente Plankosten, kadernota 2009 Plankosten, voorbereiding Plankosten, voorbereiding Plankosten, voorbereiding Plankosten, voorbereiding Aankoop erfpachtsrecht van
Reservering 21.200.000 5.940.000
Beschikbaar gesteld
Realisatie
68.067 135.883 130.000 65.000 225.000
68.067 135.883 130.000 65.000 226.034
- 10.158.000 370.000 955.000
Pagina 191 van 234
7 december 2004 28 juni 2005 6 december 2005 26 juni 2007 26 juni 2007 11 december 2007 3 februari 2009 08 juli 2008 08 juli 2008 12 december 2008 16 juni 2009
Leeuwenhoekweg Overschrijding voorbereidingskrediet Programma incl. geluidsproblematiek Reconstructie Wieldrechtseweg Restantkredieten 2005 Reconstructie Kilkade/Kreekweg PWA kade, tijdelijke verharding Geluidscherm Wieldrechtseweg Plankosten 2008 PWA kade, tijdelijke verharding PWA kade, tijdelijke verharding Kilkade 2-4, voorbereiding/uitgifte Sloop Kilkade 7 18.307.000
680.000 2.058.000 2.800.000 226.034 1.793.132 328.000 300.000 792.000 57.500 1.097.000 60.000 260.000 11.075.616
680.000 1.558.380 2.692.661 226.034 724.059 136.405 0 792.000 0 0 78.240 265.651 7.778.414
g. Financiële prognose € 35.000 € 30.000 € 25.000 € 20.000 € 15.000 € 10.000
Reservering
€ 5.000
Realisatie Actuele planning
€0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Bedragen * € 1.000 Toelichting: Actuele planning overstijgt de reservering. Dit wordt veroorzaakt doordat de reservering op alleen publieke investeringen betrekking heeft en de actuele planning betreffen zowel publieke investeringen als private investeringen. De private bijdragen (uit grondopbrengsten, concessies e.d.) zijn geraamd op € 30,1 miljoen. In verband met voorfinanciering van de geraamde private bijdragen zal de reservering toenemen.
h. Risico’s
Algemeen: risico’s en beheersmaatregelen In April 2009 is een nieuwe risicoanalyse uitgevoerd. De belangrijkste risico’s daaruit zijn hieronder vermeld en ook opgenomen in de jaarlijkse voortgangsrapportage (d.d. 29 juni 2009) over het project aan de raad. Per risico wordt ingegaan op specifieke beheersmaatregelen. Bij dit type risico’s zijn beheersmaatregelen echter maar beperkt mogelijk en effectief. Voor de risico’s geldt dat er nog géén publieke investeringen zijn gedaan, waardoor er (nog) geen grote financiële risico’s zijn genomen. Om die reden is een kwalitatieve inschatting gemaakt van de risico’s en zijn bij de ramingen van kosten en opbrengsten beredeneerde bandbreedtes opgenomen. Afgezien van specifieke beheersmaatregelen, zoals aanvullende marktanalyses, zou een kansenanalyse voor heel het zeehavengebied mogelijk kunnen bijdragen aan beperking van de risico’s op het behalen van de doelstellingen. Een kansenanalyse die zich richt op aanvullingen en/of alternatieven voor tussen 2004 en 2007 ontwikkelde businesscases in het Masterplan en zich daarnaast richt op kansen van bestaande zeehavengerelateerde op- en overslagbedrijven in het zeehavengebied. In dat licht kan ook de analyse, visie en strategie van het HbR inzake de toekomst van het Zeehavengebied een waardevolle bijdrage vormen.
Begroting 2010
Pagina 192 van 234
Omgevings Risico’s
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
X
x
2. Wilhelminaterminal (1)
oranje
M
x
x
X
x
3. Beperkte ontsluiting per spoor
oranje
M
x
x
X
4. Duivelseiland later beschikbaar
oranje
M
x
5. Onderwaterdepot
oranje
M
x
(1)
x
x
Grondbedrijf risico
x
Budgetrisico
x
Vertragings risico
M
x
x
X
x
x
x
X
x
Organisatie risico
Algemeen ruimtelijk risico
Continuïteit in exploitatie
Maximaal risicobedrag X € 1.000
Politiek/ bestuurlijk i i /d l Alg Omgevings risico
Kans (H/M/L)
oranje
Financiering risico
Kans x Effect
1. Markt- en conjunctuurrisico
De gemeente is voor de ontwikkeling van een terminal in de Wilhelminahaven sterk afhankelijk van ZHD. De ontwikkeling daarvan wordt uiteraard ook beïnvloed door de markt en conjuncturele ontwikkelingen en is sterk afhankelijk van de kansen die ZHD (momenteel) ziet om daarop in te spelen.
Ruimte voor bestuurlijke afweging In het Masterplan is aangegeven dat voor de verschillende businesscases separaat (financiële) besluitvorming zal worden gevraagd. Dit geldt tevens voor de investeringen in de openbare ruimte (voor onderdelen is al krediet gevraagd). Hierdoor zijn er keuzemogelijkheden voor het bestuur binnen het vastgestelde kader van het Masterplan. Door deze werkwijze is het risico binnen het programma revitalisering van de Zeehaven beperkt. Om toch een totaaloverzicht aan de raad te kunnen aanbieden is een investeringsprogramma opgesteld voor de gemeenteraad (geheim). Toelichting op de risico’s en beheersmaatregelen per risicogebied Ad 1. Markt- en conjunctuurrisico Risico. Op dit moment speelt het marktrisico en de kredietcrisis / laagconjunctuur een belangrijke rol. Dit geldt voor de uitgiftemogelijkheden van alle businesscases en andere bedrijfskavels. De huidige economische situatie kan er ook aan bijdragen dat in het Zeehavengebied gevestigde bedrijven minder geneigd zijn te investeren of zelfs in activiteiten krimpen. Zowel de ontwikkeling van de businesscases als de investeringsbereidheid van gevestigde en nieuwe bedrijven in het Zeehavengebied beïnvloeden de haalbaarheid van de gemeentelijke doelstellingen voor de revitalisering en het tempo waarin. Immers havengelden en arbeidsplaatsen zijn direct afhankelijk van activiteiten en investeringen door bestaande en nieuwe bedrijven. Bij een aantrekkende economie is er het risico dat imago aspecten (zoals onbekendheid en de grootte van de haven) de belangstelling van bedrijvigheid negatief beïnvloeden ten opzichte van concurrerende vestigingsplaatsen. Anderzijds zijn er thans ook bedrijven die graag een aan (diep) water grenzende kavel in de Dordtse Zeehaven zouden willen verwerven. Beheersmaatregelen. Door de acquisitiemedewerker en door de accountmanager van het ondernemersloket worden nauwe contacten onderhouden met het bedrijfsleven in het Zeehavengebied en belangstellende bedrijven voor vestiging in het Zeehavengebied. Hierdoor wordt “feeling” met de markt gehouden. Per businesscase wordt bezien wat de meest geëigende wijze en moment van selectie van bedrijven en uitgifte is. In verband met de risico’s zijn of worden er aanvullende marktanalyses uitgevoerd. Ad 2. Wilhelminaterminal Risico. Ontwikkeling van een terminal in de Wilhelminahaven is van groot belang voor het behalen van de doelen van de revitalisering. Een private partij zal een businesscase indienen voor de ontwikkeling van een terminal in de Wihelminahaven, waarin de kosten, opbrengsten en risico’s die gemoeid gaan met deze businesscase in beeld zullen worden gebracht. De gemeente gaat er in beginsel vanuit dat alle investeringen in de vorm van infrastructurele aanpassingen aan de haven worden vergoed door de private partij. Door de gemeente zijn nog geen publieke investeringen gedaan, waardoor op dit moment ook geen directe financiële risico’s zijn genomen. Beheersmaatregelen. Investeren in een goede relatie met de private partij is van belang om te bereiken dat de haalbaarheid van de businesscase goed en bijtijds vanuit verschillende perspectieven (financieel, ruimtelijk, milieu-technisch, nautisch, enz.) wordt bekeken. Daarnaast worden subsidiemogelijkheden verkend voor sanering van de sterk verontreinigde waterbodem, die eigendom is van de gemeente Dordrecht. Uiteraard wordt ook kritisch gekeken naar nut en noodzaak van alle infrastructurele aanpassingen. Ad 3. Geringe verbetering in ontsluiting van het Zeehavengebied per spoor Risico. Momenteel worden de (on)mogelijkheden en beperkingen om het Zeehavengebied per spoor beter te ontsluiten verkend. Naar verwachting zijn omvangrijke investeringen nodig om de ontsluiting per spoor fors te verbeteren. Het risico is aanwezig dat daarvoor onvoldoende of geen draagvlak aanwezig is bij betrokken private en publieke partijen.
Begroting 2010
Pagina 193 van 234
Beheersmaatregelen. Meerdere scenario’s verkennen voor een betere ontsluiting per spoor in relatie tot noodzakelijke investeringen. Alternatieven, zoals meer aan- en afvoer per binnenvaartschip in eindafweging meenemen. Subsidiemogelijkheden verkennen voor spoorverbetering. Ad 4. Latere beschikbaarheid Duivelseiland Risico. Eind 2008 is van gemeentezijde gepoogd om met RWS te komen tot een gezamenlijke intentieverklaring om de ontwikkelingsmogelijkheden van het noordelijke deel van het Duivelseiland in 2009 gezamenlijk te verkennen en vast te leggen in een plan van aanpak. In april 2009 heeft RWS laten weten tijd nodig te hebben om eerst binnen RWS een toekomstvisie te ontwikkelen die bepalend is voor hun bedrijfsvoering. Ook willen zij investeren in de verkeerspost (2009) en in de sanering op hun gebied. Tevens willen zij plannen maken voor hun huisvesting. Na dit “totaalbeeld” zullen zij verder besluiten over eventuele overdracht van beschikbaar terrein. Het risico is daarmee groot dat op het Duivelseiland de komende jaren géén of zeer beperkt ruimte vrijkomt voor revitalisering. Beheersmaatregelen. Hier zijn maar beperkt maatregelen mogelijk. De gemeente zou kunnen aansturen op escalatie om op hoger niveau de beschikbaarheid te bespreken. Ad 5. Onderwaterdepot Risico. Uit aanvullende marktanalyses blijkt dat zowel technische als marktontwikkelingen eraan bijdragen dat de haalbaarheid van een onderwaterdepot in de afgelopen jaren sterk is afgenomen, tenzij het depot een warehouse functie zou kunnen vervullen voor één of meer grote projecten in de nabijheid, zoals demping van een deel van de Wilhelminahaven. De markt voor deze activiteit is zeer grillig. Naar verwachting is er thans geen marktpartij bereid het risico te dragen om de bodem ter plaatse van het depot te saneren, mede gelet op de lange periode tussen de start van werkzaamheden voor sanering van de waterbodem, het graven van de put en het moment van exploitatie. Beheersmaatregelen. Marktontwikkelingen volgen. Subsidiemogelijkheden verkennen voor sanering van de verontreinigde waterbodem.
i. Betrokken private partijen
Bij de realisatie van de vijf businesscases zijn diverse private partijen betrokken (zie ook hierboven). Daarnaast wordt vanuit het project ingespeeld op andere private bedrijfsontwikkelingen in het gebied (zie toelichting hiervoor op wat er nog moet gebeuren). Daarnaast zijn de private partijen in algemeenheid betrokken bij de revitalisering van het Zeehavengebied.
Begroting 2010
Pagina 194 van 234
11. Maasterras
Portefeuillehouder : J.W. Spigt Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)? -
Stimulering economische concurrentiepositie. Binden/aantrekken van midden/hoge inkomens. Verbeteren van de kwaliteit van de (leef)omgeving. Vergroten van de aantrekkingskracht van Dordrecht.
b. Hoe willen we dat bereiken? De gebiedsontwikkeling Maasterras is ingezet om de ontwikkelingspotentie van het gebied, gelegen tussen de stations van Dordrecht en Zwijndrecht en ingesloten door Rijksweg A16 en spoorlijn, optimaal te benutten ten aanzien van wonen en werken in de regio Drechtsteden en voor de Zuidvleugel van de Randstad, middels het maken van een onderscheidend gebied met hoge identiteitswaarde voor de regio.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 06 2004 05 2005 2005 heden 03 2007 03 2008
05 2008 06 2008 06 2008 09 10 10 12 12 06 08 09
2008 2008 2008 2008 2008 2009 2009 2009
Actie / Mijlpaal Maasterras/Spoorzone opgenomen in eindbod Mandenmaken Masterplan Maasterras vastgesteld door gemeenteraden Dordrecht en Zwijndrecht Aankoop panden Weeskinderendijk
Fase Ontwerp Ontwerp
Besluitvorming colleges en gemeenteraden Dordrecht en Zwijndrecht over Realisatieprogramma Maasterras Vaststelling bestuursopdracht 2008/2009 in colleges van Dordrecht en Zwijndrecht (samenwerkingsovereenkomsten, activiteiten- en beheersplan t.b.v. realisatie Structuurvisie, Grondexploitatie en Ontwikkelstrategie) Variantenstudie afrit Stadsbrug Consultaties programmering en ambitieniveau (1e fase) Instemming gemeenteraden Dordrecht en Zwijndrecht met bestuursopdracht 2008/2009 Vaststelling bestuursopdracht in Drechtstedenbestuur Samenwerkingsovereenkomsten gemeenten en regio ondertekend Conceptuele Visie vastgesteld in colleges van Dordrecht en Zwijndrecht Voorkeursvariant gereed Risicoanalyse geactualiseerd Aankoopvoorstel bewoners Weeskinderendijk Subsidie ‘Spoorse Doorsnijdingen Zwijndrecht’ verkregen Concept structuurvisie / financiële doorrekening / ontwikkelstrategie
Ontwerp
Ontwerp
Voorbereiding
Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding
d. Wat gaan we nog doen? Vorige planning 06 2009 12 2009
Huidige planning 10 2009 12 2009
nvt
2010 - ‘11 2010 2012 - ‘25
12 2025
Actie / Mijlpaal Bestuurlijke vaststelling concepten, raadsinformatie Bestuurlijke vaststelling aangepaste documenten, raadsinformatie Bestemmingsplannen op deelgebiedniveau uitwerken Samenwerking met ROM-D op gang brengen Realisatie
Fase Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Voorbereiding Uitvoering
Toelichting De in 2008 doorgevoerde planoptimalisatie heeft geleid tot verbetering van de projectbeheersing. Het Maasterras is verdeeld in een kerngebied (Weeskinderendijk, Chemproha, Middengebied en Corridor) en studiegebie-
Begroting 2010
Pagina 195 van 234
den. Met focus op het kerngebied is het negatieve saldo aanzienlijk verbeterd d.m.v. strategische fasering, kostenbesparing en opbrengstverhoging, met behoud van het ambitie- en kwaliteitsniveau. In het voorjaar van 2009 zijn de belangrijkste stakeholders in het kerngebied geconsulteerd, om de visie van markt en overheid aan elkaar te spiegelen en input te leveren voor de op te stellen structuurvisie. De concept structuurvisie wordt na de marktconsultaties en vaststelling in colleges ter informatie aan de raden van Zwijndrecht en Dordrecht aangeboden. Het Dordtse deel van de structuurvisie ligt op planning; Zwijndrecht blijft wat achter. Na tervisielegging en verwerking van eventuele zienswijzen herhaalt deze procedure zich, waarna de definitieve structuurvisie en bijbehorende grondexploitatie en ontwikkelstrategie ter vaststelling aan colleges en raden worden aangeboden. De economische recessie heeft nadrukkelijk zijn weerslag op vastgoedontwikkelingen in Nederland. Het bevriezen van de voorbereiding van ontwikkelingen lijkt voor de handliggend. Echter, om achterstand bij een aantrekkende markt te voorkomen is het raadzaam om de juridisch/planologische procedures af te ronden. Gemeentelijk/regionaal beleid en marktwerking zullen vervolgens bepalend zijn voor de (fasering van) ontwikkelingen in de regio.
e. Wat mag het kosten? Actuele raming en dekking Met de vaststelling van de realisatieovereenkomst Maasterras op 6 maart 2007 is ook de uitgangspuntennotitie ten behoeve van de financiële doorrekening vastgesteld. In eerdere MARAP’s zijn de cijfers uit deze uitgangspuntennotitie –ten onrechte- overgenomen. Immers, een definitieve grondexploitatie is nog niet vastgesteld. Het project bevindt zich nu in de fase van planoptimalisaties. Pas na vaststelling van de grondexploitatie zullen de cijfers in deze rapportage worden overgenomen. Door Drechtsteden is een Mandenmaken budget beschikbaar gesteld van € 4 miljoen; VROM stelde een BIRKsubsidie beschikbaar van € 7,2 miljoen.
f. Besluitvorming Datum Raadsbesluit 26-04- 2005 2006 10-7-2007 6-03-2007 19-6-2007 2008 17-2-2009 2004 – heden
Omschrijving/fase Planvoorbereiding Voorbereiding Zie toelichting 1) Voorbereidingskrediet Manden Maken Realisatiepogramma Maasterras vastgesteld (incl. uitgangspuntennotitie grondexploitatie) Voorbereidingskrediet Manden maken Zie toelichting 2) Voorbereidingskrediet Manden Maken Totaal planvoorbereiding
Reservering
Beschikbaar gesteld 330.000
Realisatie 328.000 370.364
106.695 900.000
Aankoop Weeskinderendijk diverse panden Totaal aankoopregeling Totaal generaal
1.500.000 2.836.695
689.368 871.425 414.902 2.674.059
9.418.250 9.418.250 12.254.945
7.665.623 7.665.623 10.339.682
Toelichting: 1) In 2006 / 2007 zijn bijdragen van derden ontvangen, groot € 263.669. Samen met Manden Maken-krediet van € 106.695 (2007) zijn aldus de in 2006 gemaakte kosten gedekt. 2) De in 2008 gemaakte kosten worden gedekt uit het in 2009 beschikbaar gestelde Manden Maken-krediet van € 1.500.000.
g. Financiële prognose cijfers invoeren € 14.000 € 12.000 € 10.000 € 8.000 € 6.000 € 4.000 Reservering
€ 2.000
Realisatie Actuele planning
€0 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Bedragen x € 1.000
Begroting 2010
Pagina 196 van 234
h. Risico’s Omgevings Risico’s
Organisatierisico
Grondbedrijfrisico
Budgetrisico
Vertragingsrisico
Algemeen ruimtelijk risico
Continuïteit in exploitatie
Politiek/bestuurlijk i i /d l k Algemeen Omgevingsrisico
L L L L L
Financieringrisico
Kans (H/M/L)
groen groen groen groen groen
Maximaal risicobedrag X € 1.000
Kans x Effect
1. Beïnvloedbaarheid financiën 2. Externe veiligheid 3. Concurrentie locaties 4. Draagvlak i.r.t. looptijd 5. Afhankelijkheid regionale en landelijke politiek
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
x X X X x
x
De risicoanalyse laat na de in 2008 uitgevoerde planoptimalisatie geen onbeheersbare risico’s zien. De analyse zal in 2009 verder worden aangescherpt en worden verwerkt in de op te stellen grondexploitatie en realisatiestrategie.
i. Betrokken private partijen -
Op deelgebiedniveau zijn/worden grondeigenaren geconsulteerd voorafgaand aan het opstellen van de structuurvisie. Met betrekking tot de integrale visie wordt input gevraagd van professionele partijen (ontwikkelaars/beleggers), zonder daarbij contractuele verbindingen aan te gaan.
Begroting 2010
Pagina 197 van 234
12. Ondertunneling Laan der Verenigde Naties/Kilweg
Portefeuillehouder : F.J. van den Oever Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)? - Verbeteren bereikbaarheid en veiligheid
b. Hoe willen we dat bereiken? 1. 2. 3.
Aanleg van twee verkeerstunnels; Laan der Verenigde Naties (VN) en Kilweg. Ruimtelijk en functioneel verbeteren van de verkeersstructuur knooppunt N3/Laan der VN. Verbeteren van het waterstelsel, anticiperend op nieuw beleid conform Stedelijk Waterplan Dordrecht.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 08 2003 11 2004 05 2005 11 2005 08 2005 11 2005 01 2006 03 2006 05 2006 06 2006 09 2006 11 2006 03 2007 03 2007 11 2007 11 2007 03-2008 06 2008 07-2008 12-2008 07-2009
Actie / Mijlpaal Start ontwerpfase N3/Laan VN; Raadsbesluit voorlopig Ontwerp incl. krediettoekenning definitief ontwerp; Raad stemt in met definitief ontwerp – kosten € 30,8 milj. Commissie R&E stemt in met Plan van Aanpak (afsluiting, effecten etc.); Inspraakprocedure; Aanvraag verklaring ‘geen bezwaar’ bij provincie. Verklaring geen bezwaar ontvangen van Provincie; Europese Aanbesteding; Gunning uitvoeringswerkzaamheden; Start uitvoering N3/Laan VN; Verkeersafsluiting spoorwegovergang Laan VN; Grote buitendienststelling spoor(55 uur): laatste weekend okt.; 2e grote buitendienststelling; Raad stemt in met financiering beide tunnels; Tunnel Laan VN gereed/open voor verkeer. Herinrichting loopt door; Kilweg: spoor buiten dienst wegens inschuiven spoordek; Tunnel VN e.o. opgeleverd; tegelwerk/restpunten lopen door Tunnel VN feestelijk geopend Tunnel Kilweg opgeleverd; restpunten lopen door Coördinatie realisatie restpunten en verbeterpunten Voortzetten Coördinatie realisatie restpunten en verbeterpunten
Fase Ontwerp Ontwerp Ontwerp Ontwerp Ontwerp Ontwerp Ontwerp Ontwerp Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering Realisatie Realisatie Realisatie Nazorg Realisatie Nazorg Nazorg
d. Wat gaan we nog doen? Vorige Planning 04-2009 05-2009
Huidige planning 10-2009 12-2009
Actie / Mijlpaal Nazorg beide tunnels gereed / restpunten afgehandeld Afrondende eindrapportage, incl. raadsvoorstel
Fase Nazorg Nazorg
Toelichting De fase ter afronding en nazorg van beide tunnels vergt meer tijd dan verwacht. Beide tunnels zijn door de aannemer aan ProRail opgeleverd, maar er zijn nog punten ter afwerking (kwaliteit niet conform eisen en meerwerk) waarna overname door de gemeente kan plaatsvinden. De afrondende eindrapportage (slotverklaring) wordt in december 2009 verwacht. Dit geldt helaas niet voor de btw-problematiek (zie risico’s ad 3). De onduidelijkheid op dit punt duurt voort tot in 2010. Als zodanig is het vraagstuk vergelijkbaar met de lopende discussie over de Merwede-Lingelijn, die intussen op het niveau van het Ministerie wordt gevoerd.
Begroting 2010
Pagina 198 van 234
e. Wat mag het kosten? Actuele raming en dekking: € 26 miljoen
Manden Maken € 183.000 1% Reserve SI € 5.262.000 20%
Bijdragen derden € 20.555.000 79%
Toelichting: Geen bijzonderheden
f. Besluitvorming Datum Raadsbesluit < 2004 28-6-2005 27-3-2007 5-10-2004 10-01-2006 27-03-2007 12-09-2006 27-03-2007
Omschrijving/fase Initiële reservering Bezuiniging op programma van eisen Na aanbesteding Laan der VN/N3 voorbereiding Laan der VN/N3 Uitvoering Laan der VN/N3 Uitvoering Kilweg voorbereiding Kilweg Uitvoering
Reservering 35.900.000 -5.099.000 -4.801.000
26.000.000
Beschikbaar gesteld
Realisatie
762.439 10.700.000 7.847.260 500.000 5.500.000 25.309.699
762.439 10.700.000 6.295.622 500.000 5.077.644 23.335.706
g. Financiële prognose € 40.000 € 35.000 € 30.000 € 25.000 € 20.000 € 15.000 € 10.000
R eservering R ealisatie
€ 5.000
A ctuele planning
€0 2 0 03 2 0 04 20 0 5 2 0 06 20 0 7 2 0 08 2 0 09 2 010
2 0 11
Project is afgerond in 2008. Bijzonderheden: Zie punt h onderdeel risico’s
Begroting 2010
Pagina 199 van 234
h. Risico’s Omgevings Risico’s
Organisatierisico
Grondbedrijfrisico
X
Budgetrisico
X
Vertragingsrisico
Algemeen ruimtelijk risico
Continuïteit in exploitatie
Politiek/bestuurlij k risico/draagvlak
930
Algemeen Omgevingsrisico
M M M
Financieringrisico
Kans (H/M/L)
oranje oranje oranje
Maximaal risicobedrag X € 1.000
Kans x Effect
1. Kostenontwikkeling 2. Juridisch kader 3. BTW
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
X X X
Ad 1. Kostenontwikkeling a. Risico Laan VN: Op de Laan VN is als gevolg van de som van meer- en minderwerk een overschrijding op de kosten te verwachten (€ 0,81 mln). Tevens is als, gevolg van een niet begrote maar wel te verwachten subsidie, een overschrijding op de inkomsten te verwachten (€ 0,48 mln). Dit resulteert in een negatief saldo van € 0,33 miljoen ten opzichte van het krediet. Kilweg: De projectkosten zijn aanzienlijk (totaal ca. € 0,75 miljoen) gestegen als gevolg van de hogere aanneemsom (dan eerder met ProRail is afgesproken), de inzet voor extra toezicht op de uitvoering (€ 0,3 miljoen meer) en onverwachte kosten van kabels & leidingen. Een deel (€ 150.000) van de kostenstijging betreft overigens de kosten ter voorbereiding van de ontsluitingsweg ten behoeve van de Smitsweglocatie; dit deel komt natuurlijk ten laste van die ontwikkeling. De grondafvoer en de verwijdering van de werkweg zijn niet nodig aangezien de ontwikkelaar van de Smitsweg locatie het gebied overneemt in de staat waarin het zich bevindt. Beide posten zijn echter, op basis van die verwachting, niet geraamd zodat van een effect op de exploitatie geen sprake is. Het meerwerk van Heijmans is een punt van discussie. Verminderd met de genoemde inkomsten bedraagt het verwachte negatieve saldo € 0,6 miljoen. Voor Laan VN en Kilweg samen bedraagt het risicobedrag aldus € 0,93 miljoen. Beheersmaatregel Er wordt voortdurend door ProRail, gemeente en Haskoning gestuurd op basis van de meer- en minder werklijst en de restpunten en benodigde verbeterpunten na oplevering. b. Risico Voor beide tunnels zijn er klachten over de kwaliteit van de uitvoering. Uit audits (Haskoning levert deze zowel in belang van ProRail als gemeente) komen diverse wijzigingen en aandachtspunten naar voren. Beheersmaatregel Over de restpunten en de benodigde verbeterpunten na oplevering worden afspraken gemaakt opdat aan de gestelde eisen wordt voldaan. Ad 2. Het juridische kader Risico Kilweg en Laan VN: De gemeente draagt het volledige risico (financieel/juridisch). Getracht is de risico’s over partijen te verdelen en dit in de overeenkomst tussen gemeente en ProRail tot uitdrukking te brengen. Dit is echter niet gelukt gezien de monopoliepositie van ProRail. Dit gegeven gold al eerder voor de tunnel Laan VN. Ter bevestiging van de opdracht heeft ProRail een contract met Heijmans gesloten. Kilweg: Ook betreffende dit contract ProRail-Heijmans zijn diverse opmerkingen gemaakt over het concept ervan wat twee keer schriftelijk onder de aandacht van ProRail is gebracht. ProRail heeft niet volledig duidelijk gemaakt welke van deze opmerkingen zijn overgenomen en verwijst slechts naar een door Haskoning geleverd protocol dat gebruikelijk is bij Design & Construct. Deze werkwijze bemoeilijkt de sturing van het project en de uitvoering conform alle afspraken. Beheersmaatregel Laan VN: In de stuurgroep is destijds een inspanningsverplichting afgesproken met ProRail om de gemeente tijdig op de hoogte te stellen van problemen aangaande planning, kosten, kwaliteit e.d. en de sturing daarop. Kilweg: Na overleg met de gemeentelijke juriste is het risico van de (financiële) gevolgen van deze handelwijze in een brief eenzijdig bij Prorail gelegd. Tevens is daarin aangegeven dat een korting op de bouwkosten moet worden bedongen gezien de benodigde onevenredig omvangrijke inzet ter controle van de uitvoering. Bovendien hebben wij aangekondigd dat de onderdoorgang na gereed komen door de gemeente niet zal worden afgenomen als niet aan de kwaliteitseisen blijkt te zijn voldaan. Binnen het geldende juridische kader zullen dan benodigde stappen worden genomen.
Begroting 2010
Pagina 200 van 234
Ad 3. BTW Risico Betreffende beide tunnels is nog onzeker of de BTW volledig compensabel is indien gemeenten werkzaamheden verrichten op eigendommen van derden (ProRail, NS). Een risicobedrag kan nog niet worden genoemd aangezien nog nader onderzoek plaatsvindt. Beheersmaatregel Het vraagstuk wordt verder onderzocht ter bepaling van (de omvang van) het risico en mogelijk te nemen maatregelen ter vermijding, beperking. Intussen is het een zaak van het Ministerie van Financiën geworden gezien de in de belastinggebieden heersende verschillende opvattingen.
i. Betrokken private partijen -
-
Heijmans Beton en Waterbouw ProRail
NS
Begroting 2010
Pagina 201 van 234
13. Nieuwe Dordtse Biesbosch
Portefeuillehouder : D.A. van Steensel Datum rapportage : september 2009 Datum vorige rapportage : april 2009
a. Wat willen we bereiken (outcome doelstellingen)? - Verbeteren van milieu/milieukwaliteit - Realiseren nieuwe natuur en nieuwe recreatiegebieden
b. Hoe willen we dat bereiken?
Realisatie van het Strategisch Groen Project de Nieuwe Dordtse Biesbosch op het Eiland van Dordrecht. Het plan betreft het ontwikkelen en inrichten van 396ha nieuw recreatiegebied en 788ha nieuw natuurgebied, deels in de Sliedrechtse Biesbosch. Voor het blijvende landbouwgebied (ca 1.100ha) wordt een visie opgesteld en een ontsluitingsweg aangelegd.
c. Wat hebben we gedaan? Realisatie 04 07 09 07
2006 2006 2006 2007
10 12 03 04 04 06 05 09 01 04 05 05 07 08 08 08
2007 2007 2008 2008 2008 2008 2008 2008 2009 2009 2009 2009 2009 2009 2009 2009
Actie / Mijlpaal Sinds 1994 is in wisselend tempo gewerkt aan de planvorming Ratificatie van het Convenant Zuidvleugel Zichtbaar Groener Vaststelling Raamplan SGP Aanvang opstellen uitvoeringsstrategie Vaststelling richtinggevende uitspraken college voor de inrichting van de recreatiegebieden 331ha natuur Sliedrechtse Biesbosch gereed Mer gereed, en vastgesteld door B&W Herinrichtingsplan Bos de Elzen gereed Voorontwerp bestemmingsplan gereed Ter visie leggen voorontwerp Bestemmingsplan en MER Goedkeuring MER door cie-MER Start Art. 19.2 procedure Tongplaat , LC-polder en Landbouwweg Vaststellen inrichtingsplannen Tongplaat en LC-polder Vaststellen trace Landbouwontsluitingsweg Feestelijke opening Elzen zuid (speelbos) Tongplaat in eigendom en pachtvrij Louisapolder en Cannemanspolder in eigendom en pachtvrij Vaststellen ontwerp bestemmingsplan gemeente Inrichtingschets Noorderdiepzone en Elzen Noord vastgesteld Inrichtingschets Alloijzenbovenpolder vastgesteld Inrichtingschets Noordbovenpolder vastgesteld
Fase voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding uitvoering voorbereiding ontwerp ontwerp voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding uitvoering voorbereiding voorbereiding voorbereiding ontwerp ontwerp ontwerp
d. Wat gaan we nog doen? Vorige Planning 11 2008 10 2008 05 2010 03 09 12 12 04 03 03
2010 2009 2009 2009 2009 2010 2012
03 2012 03 2013 08 2013
Huidige planning 11 2009 03 2010 11 2010 04 2010 09 2010 12 2009 04 2011 04 2011 09 2010 12 2010 04 2012 04 2012 04 2012 04 2013 08 2013
Begroting 2010
Actie / Mijlpaal Landbouwweg fase 1 in eigendom en pachtvrij Overeenstemming beheer Zuidplaatje Vaststellen peilbesluiten Landbouwweg fase 2 in eigendom en pachtvrij oplevering inrichtingsplan Dordtwijkzone Vaststellen bestemmingsplan gemeente Opening Tongplaat Opening Zuidplaatje Opening Louisapolder en Cannemanspolder Opening Dordtwijkzone Opening Noord Bovenpolder Opening Landbouwontsluitingsweg Opening Noorderdiepzone en Elzen Noord Opening Aloijzenbovenpolder Afsluiting project SGP Eiland van Dordrecht
Fase voorbereiding voorbereiding voorbereiding voorbereiding ontwerp voorbereiding uitvoering uitvoering uitvoering uitvoering uitvoering Uitvoering uitvoering uitvoering uitvoering
Pagina 202 van 234
Toelichting Algemeen: De periode van november 2008 tot maart 2011 wordt gebruikt voor de uitvoering van de Elzen, Louisapolder (incl. eerste deel landbouwweg) en Tongplaat (bijna 300 hectare). De uitvoering van de Tongplaat wordt over twee werkseizoenen gespreid i.v.m. hergebruik vrijkomende grond. De planning is aangepast op basis van beter inzicht in de voorbereidingswerkzaamheden en de uitvoering. Plus afstemming met de gasunie Vertragingen: In de planning zijn enkele projecten behoorlijk vertraagd. Dit heeft voor een deel te maken met vertragingingen bij grondaankoop (zie o.a. Zuidplaatje) en voor een deel met het spreiding van de inrichting over een langere periode (zie o.a. Louisapolder). Tevens hebben vergunningverlening en beroepsprocedures geleid tot vertragingen. Bestemmingsplan: Vertraging wordt kritiek omdat (mogelijke) onteigening in het najaar 2009 wel opgestart moet worden op basis van een goedgekeurd bestemmingsplan. Risicos’s: De trage gang van zaken bij grondverwerving en vergunningverlening kan leiden tot het niet halen van de einddatum voor oplevering in 2013. Ter voorkoming van dit risico zal in 2010 bekeken worden of actiever kan worden ingezet op grondruil en of gefaseerde uitvoering van projectonderdelen mogelijk is.
e. Wat mag het kosten?
Algemeen De totale kosten van het project Nieuwe Dordtse Biesbosch bedragen circa 100 miljoen euro. De belangrijkste kostenpost betreft de aankoop van 800 ha landbouwgrond. Deze kosten worden gedragen door het Rijk op basis van de afspraken tussen rijk en provincie over het Investeringsbudget Landelijk Gebied. De Dienst Landelijk Gebied koopt de gronden aan tegen volledige schadeloosstelling in opdracht van de provincie Zuid Holland. De kosten voor inrichting zijn (volgens het financieringsplan van april 2007) begroot op 34 miljoen euro. De dekking bedroeg bij vaststelling van het financieringsplan 29 miljoen euro. Het is een gezamenlijke opgave van provincie, gemeente en waterschap om dekking te vinden voor het financieringstekort. De projecten die nu gestart zijn worden uitgevoerd conform het dekkingsplan. Deze kosten van 100 miljoen euro zijn exclusief de kosten voor beheer. Hierbij is de afspraak gemaakt dat 650 ha in beheer komt bij Staatsbosbeheer (financiering door het Rijk) en 150 ha bij het Recreatieschap. Het beheer van de landbouwweg komt bij de gemeente. Bijdrage andere partijen in de inrichtingskosten Voor uitvoering van het Raamplan (exclusief de Sliedrechtse Biesbosch) zijn ook door provincie Zuid-Holland en Waterschap Hollandse Delta middelen ter beschikking gesteld. In het bestuurlijk akkoord Zuidvleugel Zichtbaar Groener zijn de bijdragen van de provincie vastgelegd: 9,6 miljoen euro voor aanleg van recreatiegebieden; 11,7 miljoen euro voor aanleg van natuurgebieden; 0,5 miljoen euro voor aanleg van fietspad 220. Het waterschap draagt bij: 3,1 miljoen euro voor aanpassing van het watersysteem; 2,3 miljoen euro voor aanvullende maatregelen ter verbetering van de waterkwaliteit op basis van de Synergiegelden Water. Actuele raming en dekking gemeente Dordrecht: € 8,778 miljoen
Bijdrage derden € 2.656.050 30%
Manden Maken € 40.000 0%
SI € 6.281.689 70%
Begroting 2010
Pagina 203 van 234
f. Besluitvorming Datum Raadsbesluit
Omschrijving/fase
7-7-2009 B&W 2009 2003 04-07-2006
Initiële reservering MJP 2006-2010 Bijdrage derden Kadernota 2010, SI Bijdrage verkopen St. de Biesbosch Voorbereiding/onderzoek Vaststelling raamplan en start voorbereiding
Reservering
Beschikbaar gesteld
Realisatie
705.175 2.976.515 3.681.690
705.175 1.151.140 1.856.315
3.681.689 2.100.000 196.050 500.000 2.500.000
8.977.739
g. Financiële prognose € 10.000 € 9.000 € 8.000 € 7.000 € 6.000 € 5.000
_ . _ Reservering
€ 4.000
Realisatie
€ 3.000 € 2.000
--------- actuele planni------- Actuele planning
€ 1.000 €0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
Bedragen * € 1.000
h. Risico’s Omgevings Risico’s
Organisatierisico
Grondbedrijfrisico
5.000 950
Budgetrisico
Vertragingsrisico
Algemeen ruimtelijk risico
Continuïteit in exploitatie
Politiek/bestuurlijk i i /d l k Algemeen Omgevingsrisico
M M L M L
Financieringrisico
oranje oranje oranje oranje oranje
Maximaal risicobedrag X € 1.000
Inrichting Bestemmingsplan Landbouwweg Grondverwerving artikel 19
Kans (H/M/L)
Kans x Effect
1. 2. 3. 4. 5.
Organisatie Risico’s
Projectrisico’s
x x x x x
Toelichting op risico’s en beheersmaatregelen Ad 1: Inrichting Risico: Er is op een totaal bedrag aan inrichtingskosten van 34 miljoen een tekort van 5 miljoen (dit is een gedeeld risico voor gemeente, provincie en waterschap). Beheersmaatregel: Binnen de begroting is een fors bedrag opgenomen voor onvoorziene kosten. (20%). Dit bedrag kan mogelijk worden aangewend om het tekort te dekken. Daarnaast is het mogelijk om extra subsidies te verwerven. Er is inmiddels extra financiering ontvangen in het kader van de synergiegelden Water. Ingezet wordt op het binnenhalen van extra subsidies (o.a POP-subsidie en europese subsidie). Tenslotte wordt werk met werk gemaakt (waar mogelijk activiteiten koppelen en bv. slim gebruik maken van vrijkomende grond). Ad 2: Bestemmingsplan Risico Het opstellen van het grondexploitatieplan kan vertreging oplopen. Dit vertraagd de goedkeuring van het bestemmingsplan. Uit de planschade analyse blijkt een financieel risico van 2,5 tot 9,5 ton. Beheersmaatregel Externe deskundigheid wordt ingeschakeld om een oplossing te vinden voor het tijdig gereed komen van het grondexploitatieplan. De planschade kan worden beperkt in het onderhandelingsproces bij grondaankopen.
Begroting 2010
Pagina 204 van 234
Ad 3: Landbouwweg Risico Er wordt nog overleg gevoerd met Evides over de kruising landbouwweg - waterleiding. Dit kan nog leiden tot kostenverhoging. Beheersmaatregel Voorstellen worden besproken met Evides. Ad 4: Grondverwerving Risico Aankoop van gronden vindt in principe plaats op basis van vrijwilligheid. Slechts in uitzonderingsgevallen kan het middel van onteigening worden toegepast. Dit zijn langlopende procedures die de realisatie van de plannen fors kunnen vertragen. Beheersmaatregel Door constructief overleg met de LTO en afspraken met DLG en provincie over maatregelen ter versnelling van de grondaankoop wordt getracht om lange procedures bij onteigening te voorkomen. Ad 5: Artikel 19 Risico De ambtelijke besluitvorming over vergunningaanvraag en bezwaren en beroepen vergt veel tijd en kan leiden tot extra vetragingen. Beheersmaatregel Druk op de ketel houden.
i. Betrokken private partijen -
Eigenaren van gronden. Daarnaast geen private partijen.
Begroting 2010
Pagina 205 van 234
1 %& ($#
'
'
$
-.
' '
-.
' $,
/ '
"
") " $!*
' '
,
!"
'
$" )+)" *
!"
"
") " $!* $" )+)" *
#$" ## " $*!" $!$ $" * #" $)+
'
**)" #*!
**)" #*!
** " ,
'
" ! " ,+
" ! " ,+
"+ " #,!
$" #,+"
'
$ ",+" ,
,+" $!" $,+" ,
$" ! " )" , #" )++
$" ! "
2 0'
1
($
(! 23
0'
1
*," $# " ++
-$!
4
0'
1
$#" !! "
-
5
0'
1
$+" +, "
-*!
6 /
7
0'
1
*"#,"
-*
6 /
7
0'
1
" #,*" +
-*#
6 /
92 3
0'
1
)**" )
/
8
! :1
8
* -$+
/
'.
*#*" !
1
' ;/
,"
"
!!") "
' -
$", " $* " !* ",,
*#*" ! "$#" #+ $ " "
"
$ "!#" +! $ " " ,**
$!" $!#" $!) $#" *! " $" +, " *"#," " #,*" +
)**" ) )" !# " !+$ !" $! " $", " +," ) $" *,)
)" !# " !+$ $" !+)" *
*!" , " $! "
$"+* *$" +) " )#
")*" ,$
3 - $
(
-*$
-
($
;
-$
(
-$$
5'
- #
5
/'
/
-
7
-
:
- +
>/
-**
(
"
' <
8'
*" +! " )
8'
#")$" #), )! "
8' "
" <'
'. '
3 #
$
' '
7
/
*" *$ "
/ =
'
/
$#" *$!" $),
=
'
/
$" ) "
=
'
/
=
'
/
=
'
/
*"
!* "
"
$*#" $*!
8' .
%
!"
2
7
-* -
!* "
(
!" $*#" $*! #" # *" #)$" #,
#!" ))) $" !!)"!#
",," ,,,
" ,# "
* " $#" * " ,,+
$" + " !*
$*" $, $" ) " *"
"
$ *"
" !# " $" ,+ " )$+
*"$," $
)! "
"
$ *"
"
+" ,)*
" !# " " !$)" !+$
$+" **," )
," +" *!#
4 $ >
Begroting 2010
=
.
!$" + #" !!
! "! " +*
*," $++" ,+
$"$ " +*$
!$" + #" !!
! "! " +*
*," $++" ,+
$"$ " +*$
Pagina 206 van 234
5 : (
;/
(
($* ($+
.
3
' 2
/
'
5
'
5$
?
5$!
-. /
5$
5/
'
/
/
5+
'
'
5$*
=
'
5$
:'
/ 1
@
*
/
5/
/
/
! *" +)
5/
/
/
*"
5/
/
/
5/
/
/
5/
/
/
=
' <
"
" $+#" #+$
=
' <
"
" ! *" *
=
' <
"
=
' <
"
1 %
;$# =
# 7
)
63
7
$
(
$#
8
$+
7
* "
*"
$" *,+" *!,
" )
$" ,+#
$" *$!" $#+
$" *$!" $#+
$" ) "
$"
$",!" *)
"! " #)
"
$" ! )"!$
)) "
" ,+$
" $* "!$ !"
"
$",!" *)
<
" $$ ")! '
= ;$#7
.'
+ *"
$" )$ "
+ !" ))!
$" * " #
$"
$" )) ")!
$" $ $" *)
" #
+ *"
67
* "
* "
$ "
$ "
"
$ "
7'
'
/ '
$" #!!"*) " # "
'
4
* "
!" *!)"
" # " /
$")," $)
*+)" $#* , "),
," + ," ,)#
"
!"
$# "
, "),
" $* "!$
"$,
,$"*!
" $+#" #+$
"
+*"!+
$*#" $
" )
* "
$ "**" !!+
+"
+ "
," + ," ,)#
" ,#," +!!
0
4
"
*) "**
"
!" 7
$!
-*
=
'
?* ;$#8 . '
$
' ?
$
$,
'.
$"
$," +##" *
+" + ,, "
)) "
'>
+
" "
/
(# 5$$
$" *"
5/
*"
*" *$,
$ "
$ "
###"
###"
" + "
" + "
+" $ ," +#
$"
" )*$
*$" +,)",,
" ,*#" ,
7 '
A
$"*!"
= $
./
. '.
(
. 3
7 7 7
1.
6 .
$# "
, "*#
)* "
"*!"
$# "
, "*#
"#,"
*$," $ )" *)
!
/' 3 / 6 . 1. . , 1. / 3 . ' )B CC . ' . '. ' "
Begroting 2010
$"*!"
"
$"
)", " !)
$ ," $ *" )!
$$$"# " ,*
$
Pagina 207 van 234
Bijlage 3 Autorisatie overzicht programmabegroting 2010 en meerjarenbegroting 2011-2013 De programmabegroting is het sturingsinstrument van de Raad en geeft vorm en inhoud aan zijn kaderstellende en controlerende rol. Bijgaand overzicht geeft een integraal inzicht in de baten, lasten en saldo voor het begrotingsjaar 2010 per thema en de daarmee samenhangende bestuurlijke producten. Verder geeft dit overzicht per thema en bestuurlijke product de (indicatieve) meerjarenbegroting voor 2011-2013 weer. Autorisatie van de programmabegroting voor de jaarschijf 2010 vindt plaats op themaniveau.
Programma Veilgheid bedragen x € 1.000 Thema Sociale Veilgheid Product Veelplegers Risicogebieden Openbare orde Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
831
0
-831
-830
-828
-828
2.745
402
-2.343
-2.337
-2.310
-2.310
428
0
-428
-428
-425
-425
4.004
402
-3.602
-3.595
-3.563
-3.563
0
0
0
0
0
0
4.004
402
-3.602
-3.595
-3.563
-3.563
bedragen x € 1.000 Thema Fysieke veilgheid Product Rampenbestrijding Externe veiligheid Brandweer Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
284
0
37
0
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo -284
-284
-282
-282
-37
-37
-37
-37
11.752
0
-11.752
-12.715
-13.010
-12.854
12.073
0
-12.073
-13.036
-13.329
-13.173
0
0
0
0
0
0
12.073
0
-12.073
-13.036
-13.329
-13.173
bedragen x € 1.000 Thema Verkeersveiligheid Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Wijkverkeersplannen
207
0
-207
-177
-177
-177
Begroting voor bestemming
207
0
-207
-177
-177
-177
Mutatie reserves Begroting na bestemming
0
0
0
0
0
0
207
0
-207
-177
-177
-177
bedragen x € 1.000 Thema Integrale Veilgheid Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Programmabegeleiding en proces Veiligheid
321
0
-321
-320
-319
-319
Begroting voor bestemming
321
0
-321
-320
-319
-319
0
0
0
0
0
0
321
0
-321
-320
-319
-319
Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Pagina 208 van 234
Programma Sociale Infrastructuur bedragen x € 1.000 Thema Maatschappelijke voorzieningen Product Plechtigheden Welzijnsaccomodaties Mediazaken Bibliotheek
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
2.518
2.410
-108
-57
29
56
568
343
-225
-225
-225
-253
394
220
-174
-172
-170
-168
3.231
0
-3.231
-3.227
-3.224
-3.221
Maatschappelijke Ondersteuning
3.611
0
-3.611
-3.611
-3.611
-3.611
Intensieve Maatschappelijke Ondersteuning
8.654
0
-8.654
-8.404
-8.404
-8.404
Buurtwerk
3.264
0
-3.264
-3.264
-3.264
-3.264
Vrijwilligerswerk
432
0
-432
-432
-432
-432
Sluitende aanpak jeugd
366
0
-366
-366
-366
-366
Kindervoorzieningen
573
0
-573
-533
-535
-536
Opvoedingsondersteuning
1.340
1.002
-338
-263
-275
-275
Jongerenvoorzieningen
-1.005
1.005
0
-1.005
-1.005
-1.005
Kinderopvang
675
403
-272
-371
-477
-469
Ov. Maatsch. Voorz.(ov. Welzijnswerk)
299
0
-299
-299
-299
-299
26.930
4.378
-22.552
-22.229
-22.258
-22.247
225
478
253
172
118
113
27.155
4.856
-22.299
-22.057
-22.140
-22.134
Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
bedragen x € 1.000 Thema Integratie en Interculturalisatie Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Integratie
905
0
-905
-798
-778
-778
Antillianenbeleid
764
0
-764
-764
-764
-764
Participatie allochtone vrouwen
324
0
-324
-306
-272
-272
Begroting voor bestemming
1.993
0
-1.993
-1.868
-1.814
-1.814
Mutatie reserves Begroting na bestemming
0
0
0
0
0
0
1.993
0
-1.993
-1.868
-1.814
-1.814
bedragen x € 1.000 Thema Gezondheid Product Lokaal gezondheidsbeleid Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
4.188
1.587
-2.601
-2.573
-2.573
-2.573
4.188
1.587
-2.601
-2.573
-2.573
-2.573
0
0
0
0
0
0
4.188
1.587
-2.601
-2.573
-2.573
-2.573
bedragen x € 1.000 Thema Zorg Product WVG Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
5.897
0
-5.897
-5.897
-5.897
-5.897
11.375
0
-11.375
-11.375
-11.375
-11.375
17.272
0
-17.272
-17.272
-17.272
-17.272
0
0
0
0
0
0
17.272
0
-17.272
-17.272
-17.272
-17.272
Pagina 209 van 234
bedragen x € 1.000 Thema Inkomen Product Bijstandsverlening Armoedebeleid / bijzondere bijstand Schuldhulpverlening Budget Sociale Dienst Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
2011
2012
2013
Saldo's
Baten
Saldo
60.511
44.347
-16.164
-16.164
-16.164
-16.164
2.920
0
-2.920
-2.920
-2.920
-2.920
213
0
-213
-38
-38
-38
0
0
0
0
0
0
63.644
44.347
-19.297
-19.122
-19.122
-19.122
0
0
0
0
0
0
63.644
44.347
-19.297
-19.122
-19.122
-19.122
bedragen x € 1.000 Thema Cultuurvoorzieningen Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Culturele educatie
2.758
0
-2.758
-2.758
-2.758
-2.758
Culturele subsidies
1.781
5
-1.776
-1.711
-1.711
-1.607
-438
0
438
420
-48
-48
577
0
-577
-573
-573
-573
Hofkwartier Intensiveren Culturele Programmering Diep
3.739
163
-3.576
-3.570
-3.578
-3.579
Schouwburg Kunstmin
3.921
1.163
-2.758
-2.738
-2.758
-2.733
CBK
1.397
254
-1.143
-1.139
-1.146
-1.134
Dordtse Musea
4.116
162
-3.954
-4.188
-4.187
-4.154
17.851
1.747
-16.104
-16.257
-16.786
-16.612
34
43
9
9
8
9
17.885
1.790
-16.095
-16.248
-16.778
-16.603
Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
bedragen x € 1.000 Thema Vrijetijdsvoorzieningen Product Volksfestiviteiten Recreatie Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
227
218
-9
-9
-9
-9
1.968
56
-1.912
-1.826
-1.826
-1.699
2.195
274
-1.921
-1.835
-1.835
-1.708
0
79
79
79
79
0
2.195
353
-1.842
-1.756
-1.756
-1.708
bedragen x € 1.000 Thema Sport Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Binnensportaccommodaties
1.066
0
-1.066
-3.439
-3.376
-3.314
Buitensportaccommodaties
3.888
1.091
-2.797
-2.701
-2.691
-2.660
Sportondersteuning
1.477
458
-1.019
-999
-1.338
-1.337
Sportstimulering
1.567
519
-1.048
-916
-916
-916
Zwemmen
2.586
1.162
-1.424
-1.246
-1.251
-1.247
120
0
-120
-120
-120
-120
10.704
3.230
-7.474
-9.421
-9.692
-9.594
Sportbeleid Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
46
0
-46
-45
-46
-46
10.750
3.230
-7.520
-9.466
-9.738
-9.640
Pagina 210 van 234
Programma Wonen en Leefbaarheid bedragen x € 1.000 Thema Beheer van de openbare ruimte Product Wegen
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
14.756
224
-14.532
-12.028
-12.037
Groen
8.464
57
-8.407
-8.138
-8.102
-12.036 -8.106
Openbare verlichting
1.839
29
-1.810
-1.806
-1.817
-1.809
Verkeersmeubilair / VRI's / Parkeren
1.418
450
-968
-940
-907
-886
Constructies
2.198
9
-2.189
-2.323
-2.335
-2.374
Onderhoud speelvoorzieningen
-1.303
-1.100
-1.094
-1.092
1.303
0
Nautisch beheer
1.509
3.366
1.857
1.862
1.867
1.869
Havens civiel
1.970
33
-1.937
-1.921
-1.887
-1.905
Overige exploitaties Havens Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
336
98
-238
-237
-235
-235
33.793
4.266
-29.527
-26.631
-26.547
-26.574
0
162
162
162
162
162
33.793
4.428
-29.365
-26.469
-26.385
-26.412
bedragen x € 1.000 Thema Afvalinzameling en -verwerking Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Afvalinzameling en -verwerking
13.196
13.483
287
287
287
287
Begroting voor bestemming
13.196
13.483
287
287
287
287
0
0
0
0
0
0
13.196
13.483
287
287
287
287
Mutatie reserves Begroting na bestemming
bedragen x € 1.000 Thema Riolen Product Riolen Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
8.999
9.793
794
794
794
794
8.999
9.793
794
794
794
794
0
0
0
0
0
0
8.999
9.793
794
794
794
794
bedragen x € 1.000 Thema Milieu Product Overige milieumaatregelen Milieubeheer Ecologie Natuur- en milieucentrum Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
84
0
-84
-83
-82
-81
3.116
38
-3.078
-2.668
-2.616
-2.616
239
0
-239
-239
-239
-239
1.781
224
-1.557
-1.564
-1.563
-1.561
5.220
262
-4.958
-4.554
-4.500
-4.497
0
420
420
0
0
0
5.220
682
-4.538
-4.554
-4.500
-4.497
bedragen x € 1.000 Thema Vergunningverlening Product Vergunningen Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
2.663
3.266
603
603
603
603
2.663
3.266
603
603
603
603
32
0
-32
-32
-32
-32
2.695
3.266
571
571
571
571
Pagina 211 van 234
bedragen x € 1.000 Thema Handhaving Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Handhaving ruimtelijke ordening
616
0
-616
-616
-616
-616
Handhaving milieu
560
125
-435
-434
-429
-429
1.176
125
-1.051
-1.050
-1.045
-1.045
Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
0
0
0
0
0
0
1.176
125
-1.051
-1.050
-1.045
-1.045
bedragen x € 1.000 Thema Ontwik. en herstr. woonw. Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Woonwagens
1.082
388
-694
-651
-641
-632
Monumenten
677
0
-677
-678
-620
-620
4.880
1.100
-3.780
-820
-819
-818
491
0
-491
-467
-467
-467
Beheer en ontwikkeling van wijken Planologisch juridisch instrumentarium Wonen Exploitatie bouwgronden wonen Exploitatie gemeentelijke eigendommen Sociaal programma herstructeringswijken Woonruimte zaken Budget Stadsontwikkeling Leefbare wijken Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
1.400
0
-1.400
-1.400
-1.400
-1.400
40.105
40.549
444
215
73
1.897
988
4.003
3.015
3.014
3.014
3.015
14
0
-14
-14
-14
-14
241
33
-208
-211
-211
-210
-2.955
0
2.955
3.010
2.830
2.860
3.217
48
-3.169
-2.718
-2.433
-2.433
50.140
46.121
-4.019
-720
-688
1.178
3.219
3.640
421
-2.310
-2.226
-4.050
53.359
49.761
-3.598
-3.030
-2.914
-2.872
Programma Werk en Scholing bedragen x € 1.000 Thema Opgroeien en onderwijs Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Sluitende aanpak voortijdig schoolverlaten
3.108
925
-2.183
-2.220
-2.220
-2.220
Voor- en vroegschoolse educaties
5.015
0
-5.015
-5.073
-5.126
-5.138
SIS programma
1.110
0
-1.110
-1.092
-1.092
-1.092
Educatie
2.009
0
-2.009
-2.009
-2.009
-2.009
Overige onderwijs aangelegenheden Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
1.822
18
-1.804
-1.802
-1.599
-1.599
13.064
943
-12.121
-12.196
-12.046
-12.058
0
0
0
0
0
0
13.064
943
-12.121
-12.196
-12.046
-12.058
bedragen x € 1.000 Thema Onderwijshuisvesting Product Huisvesting onderwijs Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
15.224
1.041
-14.183
-16.391
-17.988
-19.569
15.224
1.041
-14.183
-16.391
-17.988
-19.569
0
1.597
1.597
657
1.485
3.477
15.224
2.638
-12.586
-15.734
-16.503
-16.092
Pagina 212 van 234
bedragen x € 1.000 Thema Arbeidsmarkttoeleiding Product Werk Inburgering Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
47.437
45.416
-2.021
-1.857
-1.736
-1.736
2.362
0
-2.362
-2.362
-2.362
-2.362
49.799
45.416
-4.383
-4.219
-4.098
-4.098
0
0
0
0
0
0
49.799
45.416
-4.383
-4.219
-4.098
-4.098
Programma Ondernemerschap en Bereikbaarheid bedragen x € 1.000 Thema Ontwik., beh. en herstr. bedrijfster. Product Droge / natte bedrijven Exploitatie economische ontwikkeling Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten 134
Baten
2011
148
14
2012
2013
Saldo's
Saldo 15
17
19
9.559
11.206
1.647
131
66
68
9.693
11.354
1.661
146
83
87
1.724
8
-1.716
-201
-139
-141
11.417
11.362
-55
-55
-56
-54
bedragen x € 1.000 Thema Verbeteren bereikbaarheid Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Hoofdinfrastructuur (auto, fiets, water en OV)
1.261
5
-1.256
-1.155
-1.155
Parkeren
6.887
7.388
501
547
624
652
8.148
7.393
-755
-608
-531
-503
Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
-1.155
233
479
246
230
225
220
8.381
7.872
-509
-378
-306
-283
bedragen x € 1.000 Thema Economische structuurversterking Product Werkgelegenheid segmenten Toerisme, Zorg Economische innovatie Programma binnenstad
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
341
0
-341
-341
-341
-341
1.181
10
-1.171
-617
-519
-519
384
0
-384
-384
-384
-384
Toerisme
1.751
10
-1.741
-1.741
-1.741
-1.741
Marketing
1.969
0
-1.969
-1.964
-1.958
-1.953
Leerpark
100
0
-100
-100
0
0
Ondersteuning ondernemerschap
760
0
-760
-499
-499
-499
Ambulante handel Basisregistratie Vastgoed Grondbeleid en ontwikkeling Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
365
271
-94
-93
-92
-92
1.259
1.195
-64
-49
-45
-45
109
0
-109
-109
-109
-109
8.219
1.486
-6.733
-5.897
-5.688
-5.683
162
602
440
440
340
340
8.381
2.088
-6.293
-5.457
-5.348
-5.343
Pagina 213 van 234
Programma Bestuur, Participatie en Dienstverlening bedragen x € 1.000 Thema Algemeen bestuur Product Griffie Rekenkamer Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
2.989
0
-2.989
-2.978
-2.966
371
62
-309
-309
-309
-2.955 -309
3.360
62
-3.298
-3.287
-3.275
-3.264
0
0
0
0
0
0
3.360
62
-3.298
-3.287
-3.275
-3.264
bedragen x € 1.000 Thema Dagelijks bestuur Product Bestuur Bestuurlijke samenwerking Projectmanagement Ingenieursbureau Dordrecht Budget Vastgoedbedrijf Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
10.684
83
-10.601
-9.045
-7.622
-7.570
1.847
70
-1.777
-1.777
-1.777
-1.777
-898
0
898
898
898
898
270
350
80
80
80
80
2.218
3.311
1.093
1.070
1.070
1.070
14.121
3.814
-10.307
-8.774
-7.351
-7.299
0
0
0
0
0
0
14.121
3.814
-10.307
-8.774
-7.351
-7.299
bedragen x € 1.000 Thema Dienstverlening Product Publieke dienstverlening Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
4.955
2.557
-2.398
-2.063
-2.202
-2.198
4.955
2.557
-2.398
-2.063
-2.202
-2.198
0
0
0
0
0
0
4.955
2.557
-2.398
-2.063
-2.202
-2.198
bedragen x € 1.000 Thema Communicatie en voorlichting Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Internationale betrekkingen
292
0
-292
-292
-292
-292
Concern communicatiemiddelen
137
0
-137
-137
-137
-137
Begroting voor bestemming
429
0
-429
-429
-429
-429
Mutatie reserves Begroting na bestemming
0
0
0
0
0
0
429
0
-429
-429
-429
-429
Programma Algemene Dekkingsmiddelen bedragen x € 1.000 Thema Gemeentefonds Product
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
Algemene uitkering
0
151.402
151.402
143.973
142.584
141.523
Begroting voor bestemming
0 151.402
151.402
143.973
142.584
141.523
Mutatie reserves
0
0
0
0
0
0
Begroting na bestemming
0 151.402
151.402
143.973
142.584
141.523
Begroting 2010
Pagina 214 van 234
bedragen x € 1.000 Thema Lokale belastingen Product Belastingheffing Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
2.177
19.015
16.838
17.023
17.210
17.400
2.177
19.015
16.838
17.023
17.210
17.400
0
0
0
0
0
0
2.177
19.015
16.838
17.023
17.210
17.400
bedragen x € 1.000 Thema Bedrijfsvoering Product Geldleningen
Begroting 2010 Lasten
Baten
2011
2012
2013
Saldo's
Saldo
1.611
1.626
15
795
23.214
22.419
8.419
8.419
8.419
1.000
0
-1.000
-1.000
-1.000
-1.000
13.947
1.334
-12.613
-6.056
-6.542
-7.294
171
20.071
19.900
20.461
20.802
20.974
Saldi kostenplaatsen Stad
0
-2.687
-2.687
-2.433
-1.532
-718
Saldo Rekening
0
0
0
0
0
0
-70
17.293
17.363
17.396
17.396
17.396
Beleggingen Onvoorzien Stelposten Bedrijfsvoering stad
GSB III - Rijksbijdragen Saldi kostenplaatsen sectoren/bedrijven Begroting voor bestemming Mutatie reserves Begroting na bestemming
Begroting 2010
11
13
14
0
0
0
0
0
0
17.454
60.851
43.397
36.798
37.556
37.791
25.639
9.453
-16.186
-4.841
-6.659
-8.426
43.093
70.304
27.211
31.957
30.897
29.365
Pagina 215 van 234
Bijlage 4 Autorisatie overzicht routine investeringen Sector en omschrijving investering
Bedrag Investering
2011
2012
2013
2014
Musea DM: Klimaatbeheersing
40.100
9.624
9.303
8.982
8.662
DM: Verlichting
20.000
4.800
4.640
4.480
4.320
VG: Klimaatbeheersing
35.500
8.520
8.236
7.952
7.668
VG: Verlichting
20.000
4.800
4.640
4.480
4.320
DM: Restauratieve apparatuur
20.000
4.800
4.640
4.480
4.320
VG: Restauratieve apparatuur
15.000
3.600
3.480
3.360
3.240
DM: Audiotour
40.000
9.600
9.280
8.960
8.640
DM: Inrichting Depotruimte
25.000
3.500
3.400
3.300
3.200
DM: Tentoonstellingsmaterialen
40.000
9.600
9.280
8.960
8.640
VG: Archiefmaterialen
15.000
2.100
2.040
1.980
1.920
VG: Gangkleden parterre+ 1e verdieping
15.000
2.100
2.040
1.980
1.920
VG: Gordijnen eetkamer VG: Vloerbedekking eetkamer
25.000 36.000
3.500 5.040
3.400 4.896
3.300 4.752
3.200 4.608
346.600
71.584
69.275
66.966
64.658
69.000 25.000
16560 3.500
16.008 3.400
15.456 3.300
14.904 3.200
94.000
20.060
19.408
18.756
18.104
Vervanging audio-visuele dragers (2010)
25.000
6.000
5.800
5.600
5.400
MaisFlexis en digitaal Archiefsysteem (2010) Depotinventaris (2010)
30.000 33.750
7.200 4.725
6.960 4.590
6.720 4.455
6.480 4.320
88.750
17.925
17.350
16.775
16.200
Kunstmin KM: Regeltechniek CV en luchtbehandeling (2010) KM: Renovatie frames stoelen Grote Zaal (2010)
Erfgoedcentrum DiEP
CBK Presentatie-, tenoonst.mat./website (2010)
Stadsontwikkeling PROJ Walstroom (subsidieproject Drechtsteden)
60.000
14.400
13.920
13.440
12.960
60.000
14.400
13.920
13.440
12.960
76.000
10.640
10.336
10.032
9.798
76.000
10.640
10.336
10.032
9.798
4.641.000
262.990
259.896
256.802
253.708
153.710
36.890
35.661
34.431
33.201
90.000
21.600
20.880
20.160
19.440
282.360 314.000
18.353 2.560
18.071 33.493
17.789 32.656
17.506 31.819
5.481.070
342.393
368.001
361.838
355.674
6.146.420
477.002
498.290
487.807
477.394
Stadsbeheer Rioolvervanging 2010 Vervoer 2010 Mechanisatie groen 2010 Kunstwerken 2010 Vervanging openbare verlichting 2010
TOTALEN
Omschrijving van de voorziening
Soort voorziening
Voorziening afvalstoffenheffing
Bijdragen van derden
Onderhoudsfonds Theater & Techniek
Onderhoudsvoorziening
145.211
VZ onderhoudsfonds havens
Onderhoudsvoorziening
685.000
VZ Onderhoud VRI's
Onderhoudsvoorziening
22.344
VZ onderhoud pontons Onderhoudsfonds Sportvelden
Onderhoudsvoorziening Onderhoudsvoorziening
56.800 433.830
TOTALEN
Bedrag 24.000
1.367.185
3. Aflossingen op geldleningen o/g Op 1 januari 2010 zal het saldo van de opgenomen geldleningen naar verwachting circa € 169,7 miljoen bedragen. Dit betreft 20 leningen. Aan rente moet hiervoor in 2010 een bedrag van € 8,2 miljoen worden betaald, hetgeen neerkomt op een gemiddeld percentage van ongeveer 4,83. Er zal naar verwachting in 2010 op deze leningen € 2,1 miljoen worden afgelost.
Begroting 2010
Pagina 216 van 234
Bijlage 5
Staat van Subsidies
Begunstigde of subsidiedoel
Verordening
Omschrijving
Prof. beeldend kunstenaars
Kunstenaarsbeleid
Projectsubsidies / Startstipendia / Werkbeurzen / nader te bepalen
Maatschappelijke ontwikkeling Mediazaken Stichting RTV
ASV
exploitatiesubsidie Mediazaken
Rekening 2008
Begroting 2009
Begroting 2010
SUBSIDIES CBK
Multimediale communicatie jongeren Bibliotheek Verenigde Openbare Bibliotheken
ASV ASV ASV ASV
Integratie Dordtse integratie adviesraad Anti Discriminatie Bureau 23 organisaties
ASV Verordening integratie act.
DWO e.a.
overige subsidies bibliotheek subsidie bibliotheek implementatieplan overige subsidies Jeugdbibliotheekwerk digitale trapvelden projectsubsidie projectsubsidie projectsubsidie sociale cohesie Inburgering Oudkomers/opvoeders
72.617
142.877
146.363
383.286
335.604
349.192
3.331.803
2.979.620
3.035.637
109.989
64.454
69.134
38.399 25.000
39.263 25.000
40.001
54.131 113.033 320.063 29.640
52.902 137.426 597.862
54.759 142.250 401.747
100.000
103.510
44.116
9.543
60.000
Lokaal gezondheidsbeleid EHBO verenigingen, GGD e.a.
ASV
overige subsidie basisgezondheid
5.268
overige subsidie kwetsbare groepen
50.000
terugdringen alcoholgebruik jongeren
74.900
Culturele educatie ToBe
ASV
culturele en muzikale activiteiten kamermuziek
Culturele subsidies Dordtse Phil Jazzpodium, Rainbow, B. Kingh Muziekverenigingen en koren Inter Amicos, Toendra e.a. Big Rivers, Dordtissimo e.a. Vereniging Openbare Bibliotheken St. Perspektief St. Dordtse Academie Gezelschappen podiumkunsten Muziektheater Hollands Diep Bibelot St. Popprojecten Poppentheater St. Museum 40-45 Archeologie en Oudheidkunde St.´t Hof, Orpheus Popcentrale en watertoren Pictura ToBe, Noordkaap, Kunstmin, etc.
ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV
vormingsubsidie exploitatiesubsidie basissubsidie exploitatiesubsidie subsidie culturele initiatieven kinderboekenweek diverse subsidies diverse subsidies diverse subsidies diverse subsidies exploitatiesubsidie exploitatiesubsidie Wantijpop exploitatiesubsidie exploitatiesubsidie exploitatiesubsidie exploitatiesubsidie exploitatiesubsidie exploitatiesubsidie diverse subsidies
Recreatie Watersportverenigingen Wantijbad Drechtstedenhal
ASV ASV ASV
diverse subsidies diverse subsidies exploitatiesubsidie
Verenigingen t.b.v. recreatie Zwembad De Dubbel Sterrenwacht Mercurius
ASV ASV ASV
Ondergedompeld in de Biesbosch diverse subsidies exploitatiesubsidie exploitatiesubsidie
ASV ASV ASV ASV ASV
projectsubsidie tbv: Wielwijk kansrijk Achter de Voordeur Betrokken en positief in beeld Gewoon jong in Wielwijk Wielwijk werkt
33.800 71.910 50.150
2.445.295 21.094
2.536.994 21.623
8.189 30.057 82.660 42.094 95.583 3.242 65.872 119.085 106.526 11.078 272.964 100.412 13.514 24.481 14.622 40.544 53.264 34.088 30.000
9.000 30.811 47.143 20.798 97.892 3.110 22.803 128.592 75.000 59.000 370.774 128.659 50.000 29.126 31.235 43.518 54.601 79.407 30.753
74.535 51.980
77.151 53.804 84.000
16.900 131.564 87.865
259.129 99.296
129.354 102.781
Wijkwelzijn diverse organisaties
Begroting 2010
15.000 148.366
125.686 214.714 340.400 240.898 167.581
Pagina 217 van 234
Begunstigde of subsidiedoel
Verordening
Omschrijving
ASV ASV
Kunst cultuur sport als dragers voor ontmoeting Schoon heel en veilig
ASV ASV
Dordt West, deelproj Nw Krispijn Dordt West, deelproj Crabbehof
ASV
Oud Krijspijn Vernieuwd, algemeen Oud Krijspijn Vernieuwd, Sociaal Programma
ASV
ASV
Sociale samenhang en activering Zorg en welzijn Jeugd Schoon heel en veilig Sociaal programma Crabbehof algemeen
ASV ASV ASV
ASV ASV ASV ASV
Rekening 2008
5.720
Begroting 2009
Begroting 2010
99.502 230.424
850 30.000 13.825 550.793
570.897
26.750
55.971 162.731 253.486 36.899
41.353
14.310
95.921
182.424
Project VSV Route 2004 Voortijdig schoolverlaten (GSB) Tussen de Middag opvang
158.070 263.175 25.000
213.771 479.115 25.000
221.274 495.932
ASV
projectsubsidie Schoolbegeleiding
313.158
175.153
111.184
ASV ASV
SMW 12-16 jaar (GSB) SMW VMBO
101.480 197.127
103.122 203.610
106.742 210.757
ASV
SMW 4-12 jaar Basisonderwijs (GSB)
367.575
361.310
373.992
ASV
Jeugd Preventie Antillianen (GSB)
57.930
57.930
ASV Verordening Peuterwerk
Extra peuterwerk wijk (GSB) MDT 0-4 jaar (GSB) Peuterwerk (GSB)
1.254.347
34.685 51.812 1.361.290
VVE beleidskader
projectsubside Schakelklassen
2.368.179 300.044
2.806.799 335.000
1.415.122 44.416 2.812.159 346.759
ASV ASV
SIS Noordflank SiS programma
3.825 743.316
899.440
931.010
ASV ASV ASV ASV
216.359 33.444
223.953 34.618
ASV ASV
Educatie, vorming en ontwikkeling Levensbeschouwelijk onderwijs Randvoorzieningen onderwijs projectsubsidie Time out klas diverse subsidies Randgroepen Patersweg ISH Dordrecht
ASV ASV ASV
Overige subsidies Leerlingvervoer Veilig in en om school (GSB) Schooladoptieplan (GSB)
Huisvesting Onderwijs diverse scholen School Muhring School Vest St. Johan de Wit Gymnasium
ASV ASV ASV ASV
diverse scholen
ASV
Schoolgebouwen O.P.O. overige subsidies overige subsidies overige subsidies monumentale subsidies schoolgebouwen
ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV
exploitatie subsidie Basisvoorziening Ouderen projectsubsidie t.b.v.: Afstemming Ouderenbeleid WMO burgerinitiatieven Mantelzorg WMO adviesraad WMO participatie
Org. voor gehandicaptenbeleid SVVG
ASV ASV
Gezamenlijk ondersteuningspunt Inspraak / Belangenbehartiging
82.333 5.745
Stichting Opmaat
ASV
Maatschappelijke dienstverlening
865.828
ASV
exploitatiesubsidie t.b.v.: Dak- en thuislozen (GSB)
Voortijdig schoolverlaten diverse scholen
Stichting Jeugdzorg
VVE Peuterwerk organisaties Opmaat
School in samenleving diverse basisscholen Overig onderwijs en educatie Educatie HVO en IKOS diverse scholen
Maatschappelijke ondersteuning DWO
45.218 89.872
53.086 10.200 152.808 777.098
848.584 25.894 5.179
848.584 18.675
54.464 4.784 6.624 22.019 55.831
1.514.371
1.596.210
1.577.237
87.364 361.576 195.007 43.167
25.913 70.000 285.424 155.475 79.811
26.823 72.457 295.442 160.932 82.612
898.105
1.025.132
254.371
413.503
Intensieve MO Leger des Heils, Jeugdzorg
Begroting 2010
Pagina 218 van 234
Begunstigde of subsidiedoel
Verordening
Omschrijving
Bouman GGZ, AGOG, Leg.d. Heils
ASV
Toeleiding en geïndiceerde preventie Verslavingszorg Bemoeizorg Vrouwenopvang (GSB) Vrouwenopvang Huiselijk geweld
368.357 472 521.783 1.022.680
2.495.803
ASV
Maatschappelijke opvang (GSB 2) Project herstart (GSB 2) Verslavingszorg (GSB 2) 24 uurs opvang Verslavingspreventie Project activeren en participatie Clientenbelangenbureau en belangenbehartiging
ASV
Verbouwing Leger des Heils
DWO
ASV
SSKW DWO, DAG
ASV ASV
projectsubsidie Buurtwerk (GSB) exploitatiesubsidie Bureau bewonersondersteuning (GSB) projectsubsidie vrijwilligerswerk
Leger des Heils, AGOG Blijf van m'n Lijf, Rivas, Leger des Heils
ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV
Dak- en thuislozen Leger des Heils
Rekening 2008
Begroting 2009
Begroting 2010
610.042
481.251
642.482 1.012.938 6.563 162.731
665.033 1.048.492 256.793 168.443
3.447.188 62.500 812.576 398.789 24.155
3.568.184
155.475
171.661
2.517.310
2.870.516
3.031.790
250.381 162.103
259.830 281.462
134.475 291.341
26.100 42.794
69.000 48.000
25.000 77.958
83.000 168.754
46.218
52.546 43.915
67.412
162.815
167.299
77.671
82.861
167.892 39.986 133.758
76.300
62.651
71.694
389.956 54.190
743.706 55.512
773.046 57.460
154.100
1.647.007 384.746 23.304 30.582 153.376
841.097 412.786 25.003
300.000
Buurtwerk en vrijwilligerswerk
Sluitende aanpak jeugd Bureau Jeugdzorg GGD
ASV ASV
Reg. Sociale dienst Bureau Jeugdzorg
ASV ASV
Hulpverlening in en om school (GSB 2) Communities that Care / CtC Mentorproject preventie jeugdcriminaliteit (GSB 2) Uitbreiding sign. Netwerk
Stichting VakantieKinderfeesten DWO
ASV ASV
expolitatiesubsidie Vakantie kinderwerk projectsubsidie De Luifel
speeltuinverenigingen
ASV ASV verordening jeugd-en jongerenwerk
Kindervoorzieningen
scouting-organisaties
projectsubsidie Thuis op Straat (GSB) Uitgaven Jeugdfonds exploitatiesubsidie exploitatiesubsidie
174.677
Opvoedingsondersteuning ASV ASV
projectsubsidie Extra opvoedingsondersteuning (GSB) projectsubsidie Homestart
ASV
Ondersteuning ontregelde gezinnen
Jongerenvoorziening DWO/De Twern
ASV
Jongerenwerk DWO (GSB)
Bureau Jeugdzorg Bureau Jeugdzorg DWO/De Twern
ASV ASV ASV
DWO
ASV
DWO Dordt Rocks Da Vinci College Bureau Jeugdzorg
ASV ASV ASV ASV
Hulpverlening in en om de school Entree (GSB 2) Aanpak Beke in oost (GSB 2) Aanpak Beke sportstimulering in Staart (GSB 2) Jongeren welzijnswerk The Mall (GSB 2) Dordt Rocks overige subsidies ByWay 23 T-Team (GSB)
Jongerenaccomodatie Leerpark Via Lumina
ASV ASV
Jongerenaccommodatie Leerpark Stimuleringsaktiviteiten jeugd
Kinderopvang GGD
ASV
overige subsidies Inspectie KO
18.269
ASV ASV ASV ASV
exploitatiesubsidie exploitatiesubsidie Dordt Pas exploitatiesubsidie
39.425 10.556 47.638 24.518
50.127 11.242 51.450 25.413
51.886 11.637 53.256 26.305
ASV
projectsubsidie ihkv Antillianenbeleid
466.611
551.092
474.633
Stichting Humanitas
148.019 615.898
615.898
145.135 50.500
134.000 150.000 165.000
637.516
65.000 50.000 16.500 216.000 120.628
120.776
125.015
5.000
101.049 55.578
52.298 49.786 31.000
Overige maatsch. Voorzieningen Centraal Comite Oranjedag Rechtswinkel Diverse instellingen Slachtofferhulp Antillianenbeleid DWO Jeugdz., St.Pan, Stimulans
Begroting 2010
Pagina 219 van 234
Begunstigde of subsidiedoel
Verordening
Participatie allochtone vrouwen
Omschrijving
Da Vinci College
ASV ASV
Volksuniversiteit
ASV
projectsubsubsidie Vorming en ontwikkeling project 1001 Kracht Oudkomers/opvoeders int. wijken (GSB)
ASV
Campagne-budget wijken activiteiten centraal
Stads - en dorpsvernieuwing Diverse wijken en bewoners
ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV ASV
Straat en winterfeesten centraal Wijkkranten / buurtvoorlichting Gebied Centrum: campagne-budget wijken Gebied Centrum: andere activ. tbv sociale samenhang Gebied West: campagne-budget wijken Gebied West: andere activ. tbv de sociale samenhng Gebied Oost: campagne-budget wijken Gebied Oost: andere activ. tbv de sociale samenhng
TOTAAL maatschappeling ontwikkeling
Publieksdiensten DWO CMO Stimulans Jeugdzorg
ASV ASV ASV
Buurtbemiddeling Wijkveiligheid Integrale trajectbegeleiding
TOTAAL Publieksdiensten
SBC Partnersteden Overige externe betrekkingen
ASV ASV
Bijdrage projecten Bijdrage projecten
TOTAAL SBC
Sport en recreatie Verenigingshallen Sportverenigingen/organsiaties en 7 particulieren Verenigingen Sportboulevard met vrijwilligers of topsporters
Overeenkomst Sportsubsidie
Exploitaitesubsidies Overige subsidies
ASV / parkeerregeling sport
Compensatie parkeerkosten bij Sportboulevard
TOTAAL Sport en recreatie
Stadsontwikkeling Diverse woningbezittters
Diversen
Funderingsherstel Wonen Boven Winkels Voorz. Huurwoningen
VAC Dordrecht Diversen
Brief Brief
Aqua Dordt BV Basisscholen Diversen Diversen Diversen Poppentheater
Brief Wijkinitiatieven Rolluiken Monumentenzorg ASV ASV
Diverse woningbezittters
TOTAAL Stadsontwikkeling
TOTAAL SUBSIDIES
Begroting 2010
Funderingen, herstelsubsidie bewoners Subsidie ter bevordering wonen boven winkels Verbetering kwaliteit huurwoningen Woonconsumentenregeling fonds Volkshuisvesting Openbaar vervoer Concessie veervervoer (Kop v 't Land) Verkeersveiligheid Kwaliteit binnenstad Kwaliteit binnenstad Evenementen Evenement A+
Rekening 2008
Begroting 2009
Begroting 2010
288.365
264.866
51.755 51.755
190.078
107.355
109.578
57.010 53.030
59.011 54.891
6.910
7.153
6.910
7.153
6.744
6.910
7.153
29.429.001
38.048.629
35.320.870
58.710 7.900 17.024
60.000 9.000
9.000
83.634
69.000
9.000
69.528 139.389
116.182 139.336
119.097 142.883
208.917
255.518
261.980
317.197 329.776
326.053 234.335
326.906 214.208
600
25.000
647.573
585.388
474.670
170.250
89.708
29.930
2.585
7.537
7.600
7.600
6.050 143.988
10.000 127.227
10.000 127.227
186.863 1.540 27.940
195.595
199.507
562.656 203.000
54.960 13.350 500.000 209.090
500.000 209.090
1.703.952
1.318.002
1.056.009
32.145.694
40.419.414
37.335.336
1.602 47.822 50.901 25.196 9.408 30.107 1.500 5.538
541.114
Pagina 220 van 234
Bijlage 6 Veiligheid outcomedoelstelling en indicatoren Doelstelling: verbeteren subjectieve veiligheid
definitie
bron
frequentie
onveiligheidsgevoel algemeen
% van de bevolking dat zich wel eens onveilig voelt
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
rapportcijfer veiligheid in de buurt
gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor de veiligheid in de buurt
onveiligheidsgevoel buurt
% van de bevolking dat zich wel eens onveilig voelt in de eigen buurt
indicatorscore vermogensdelicten Score berekend op basis van de volgende vier voorvallen of misdrijven in de buurt die in een buurt kunnen vóórkomen: - fietsendiefstal; diefstal uit auto's - beschadiging of vernieling aan auto's - diefstal vanaf auto's - inbraak in woningen De indicatorscore varieert van 0 (nooit) tot en met 10 (vaak). Naarmate de score hoger is, ervaren bewoners meer vermogensdelicten in de buurt. indicatorscore dreiging in de buurt
laatste meting
bijzonderheden
tweejaarlijks 2005
2009
Naast de vraag “Voelt u zich wel eens onveilig?” (ja/nee/weet niet) is bij de laatste meting (controle)vraag opgenomen “Voelt u zich in het algemeen veilig?” (ja/nee/weet niet)
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
Naast de vraag “Voelt u zich wel eens onveilig in uw eigen buurt?” (ja/nee/weet niet) is bij de laatste meting (controle)vraag opgenomen “Voelt u zich veilig in uw eigen buurt?” (ja/nee/weet niet)
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD) Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
tweejaarlijks 2005
2009
tweejaarlijks 2005
2009
Score berekend op basis van de volgende zes voorvallen of misdrijven Monitor die in een buurt kunnen vóórkomen: leefbaarheid en - bedreiging veiligheid (OCD) - dronken mensen op straat - vrouwen en mannen die op straat lastig worden gevallen - geweldsdelicten - drugsoverlast - tasjesroof De indicatorscore varieert van 0 (nooit) tot en met 10 (vaak). Naarmate de score hoger is, ervaren bewoners meer dreiging in de buurt.
nulmeting
veiligheidsgevoel algemeen (% in % van de bevolking dat zich veilig voelt het algemeen veilig)
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2007
2009
Naast de vraag “Voelt u zich wel eens onveilig?” (ja/nee/weet niet) is bij de laatste meting (controle)vraag opgenomen “Voelt u zich in het algemeen veilig?” (ja/nee/weet niet)
veiligheidsgevoel buurt (% algemeen veilig in buurt)
% van de bevolking dat zich veilig voelt in de eigen buurt
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2007
2009
Naast de vraag “Voelt u zich wel eens onveilig in uw eigen buurt?” (ja/nee/weet niet) is bij de laatste meting (controle)vraag opgenomen “Voelt u zich veilig in uw eigen buurt?” (ja/nee/weet niet)
onveiligheidsgevoel jongeren overdag en nacht
% jongeren dat het (helemaal) eens is met de uitspraak ”Ik voel me overdag/’s avonds wel eens onveilig?”
Monitor Jongeren Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2003
2009
laatste extra meting in 2009; nulwaarde aangepast (van veiligheidsgevoel naar onveiligheidsgevoel aansluitend op de vraagstelling in de monitor Jongeren ‘Ik voel me overdag/’s nachts wel eens onveilig (% (helemaal) mee eens)
tweejaarlijks 2005
2009
indicatorscore verkeersveiligheid Score op basis van het oordeel van bewoners over de mate waarin er in Monitor hun buurt bepaalde verkeersproblemen vóórkomen. De problemen zijn: leefbaarheid en - agressief verkeersgedrag veiligheid (OCD) - te hard rijden - aanrijdingen De indicatorscore varieert van 0 (nooit) tot en met 10 (vaak). Naarmate de score hoger is, hebben meer bewoners het gevoel dat hun buurt verkeersonveilig is.
Begroting 2010
Pagina 221 van 234
Doelstelling: verbeteren objectieve veiligheid aantal aangiftes en % opgehelderd
Doelstelling: verbeteren objectieve veiligheid slachtofferschap vermogensdelicten en geweldsdelicten
definitie
bron
% van alle (geregistreerde) misdrijven dat opgehelderd is: ten minste één verdachte is bij de politie bekend.
Criminaliteitsstatisti jaarlijks ek, Politie ZuidHolland-Zuid (wordt jaarlijks in juni opgevraagd door OCD)
2005
definitie
bron
nulmeting
Monitor vermogensdelicten=((aantal respondenten poging tot inbraak+aantal leefbaarheid en respondenten inbraak+aantal respondenten fietsendiefstal+aantal veiligheid (OCD) respondenten diefstal uit auto’s+aantal respondenten diefstal van auto’s+aantal respondenten diefstal of vernieling aan buitenkant auto’s+aantal respondenten zakkenrollerij)/aantal respondenten) x 100
frequentie
frequentie
nulmeting
tweejaarlijks 2005
laatste meting 2008
laatste meting 2009
bijzonderheden Bij de interpretatie van het aantal aangiften moet worden gerealiseerd dat een groot deel van de criminaliteit niet geregistreerd wordt c.q. buiten het gezichtsveld van de politie blijft, bijvoorbeeld omdat mensen geen aangifte doen. De aangiftebereidheid verschilt per gemeente. Het ophelderingspercentage is een graadmeter voor de kwaliteit van de opsporing door de politie. Hoe hoger dit percentage is, hoe effectiever de politie te werk gaat bij de opsporing van verdachten. Voor een juiste vergelijking moet dit % ieder jaar op eenzelfde moment worden opgevraagd (juni).
bijzonderheden
geweldsdelicten=((aantal respondenten diefstal met geweld+aantal respondenten mishandeling+aantal respondenten bedreiging)/aantal respondenten) x 100 aantal jeugdige verdachten
GIDS, Politie Zuid- jaarlijks Holland-Zuid; wordt door OCD bij de afdeling OOV opgevraagd
1.1.2005
1.1.2009 GIDS staat voor Geïntegreerd Informatie en Data Systeem); met overgang van GSB 2 naar GSB 3 is de definitie van jeugdige delictplegers veranderd in ‘verdachten van 12 t/m 24 jaar die met een proces-verbaal onder de arm naar het Openbaar Ministerie gaan’, kortweg ‘OM-verdachten’
jaarlijks Bureau Veelplegers; wordt door OCD bij de afdeling OOV opgevraagd jaarlijks meldingen huiselijk geweld Meld- en eerste en herhaalde melding adviespunt ZuidHolland-Zuid; sector MO aantal verkeersslachtoffers totaal jeugdige verkeersslachtoffers: aantal bij een verkeersongeval betrokken VerkeersOngevallen jaarlijks en aantal jeugdige jongeren met letsel (0 t/m 17 jaar) Re-gistratie (VOR; Stadsontwikkeling; wordt door OCD jaarlijks (na april) opgevraagd
1.1.2005
1.1.2009
2005
2008
2005
2008
aantal jeugdige en volwassen veelplegers
-
zeer actieve jeugdige veelplegers (tot 18 jaar met meer dan 5 antecedenten HKS) zeer actieve volwassen (van 18 jaar en ouder met meer dan 10 antecedenten HKS)
mate overschrijding groepsrisico het aantal kilometervakken waar de oriëntatiewaarde gelijk is aan of groter is dan de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico; in 2007 zijn er transp.routes per kmvak op dus 6 km-vakken van het spoortraject waar dit het geval is. De mate spoor en weg van overschrijding is 1 tot 45 (!) keer de oriënterende waarde.
Stadsontwikkeling- jaarlijks Milieu
2005
2008
Doelstelling: Verbeteren veiligheid op scholen rapportcijfer veiligheid op schoolplein en in school
definitie
bron
nulmeting
-
tweejaarlijks 2004 Onderzoek Veiligheidsbeleving in en op school (OCD)
laatste meting 2008
Begroting 2010
frequentie
aantallen over een jaar zijn in het daaropvolgende jaar in april/mei beschikbaar
bijzonderheden Onderzoek onder alle eerste en tweedeklassers in het voortgezet onderwijs in Dordrecht i.k.v. Veilig in/om school (VIOS); m.i.v. 2008 apart aandacht voor het Leerpark
Pagina 222 van 234
Sociale en culturele infrastructuur outcomedoelstelling en indicatoren Doelstelling: meer definitie Dordtenaren doen mee in de samenleving
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
bijzonderheden
% lid van organisaties (totaal en allochtonen)
Onderzoek Sociale Staat van Dordrecht/ Integratiemonitor Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2005
2009
Afgeleid aan de hand van zes stellingen over sociale contacten. De zes stellingen hebben betrekking op de vraag of er mensen zijn met wie ze goed kunnen praten, of ze zich van anderen geïsoleerd voelen, of ze terecht kunnen bij anderen, of er mensen zijn die hen begrijpen, of ze deel uitmaken van een vriendengroep en of de sociale contacten oppervlakkig zijn. Respondenten hebben aangegeven of hier wel of geen sprake van is. Vervolgens zijn somscores berekend, die gelijk staan aan de mate van sociaal isolement.
% sporten in het afgelopen jaar % dat in het afgelopen jaar een sport heeft beoefend (totaal en allochtonen)
Onderzoek Sociale Staat van Dordrecht/ Integratiemonitor Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2005
2009
% onvoldoende maatschapp. participatie (totaal en allochtonen)
Onderzoek Sociale Staat van Dordrecht/ Integratiemonitor Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2005
2009
% (enigszins) sociaal geïsoleerd -
Onderzoek Sociale Staat van Dordrecht/ Integratiemonitor Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2005
2009
% interetnische vriendschap/kennissen (autochtonen en allochtonen)
-
Integratiemonitor Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2005
2009
allochtone respondenten is gevraagd naar het hebben van autochtone vrienden en kennissen; autochtone respondenten is gevraagd naar het hebben van allochtone vrienden en kennissen
% jongeren met schulden
% jongeren met één of meerdere soorten schulden
Monitor Jongeren Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2003
2009
laatste extra meting in 2009
% jongeren met goede ervaren gezondheid
-
Monitor Jongeren Dordrecht (OCD
vierjaarlijks
2003
2009
laatste extra meting in 2009
% jeugdige zware drinkers
% jongeren dat gemiddeld 1 keer per week minstens 5 of meer glazen Monitor Jongeren alcoholhoudende dranken nuttigt Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2003
2009
laatste extra meting in 2009
% jongeren met meer dan 1 keer pm sport
-
vierjaarlijks
2003
2009
laatste extra meting in 2009
% geslaagde schuldhulpverleningstrajecten jongeren
Management jaarlijks het volledig oplossen van een schuldsituatie door het bemiddelen tot een regeling met schuldeisers met of zonder de inzet van een krediet, Informatiesysteem Bureau waardoor de klant binnen drie jaar schuldenvrij is (met ingang jaarverslag 2007 cijfers alleen op niveau Drechtsteden beschikbaar op: Schuldhulpverlenin jongeren en ouderen) g: Allegro; SDD, sector Zorg
2006
2008
Begroting 2010
% dat zelf aangeeft onvoldoende te participeren
Monitor Jongeren Dordrecht (OCD)
Pagina 223 van 234
Stichting ToBe; gegevens worden jaarlijks door OCD opgevraagd t.b.v. Vrijetijdsmonitor
jaarlijks
seizoen 2005- seizoen 2006 20082009
Doelstelling: versterking van definitie de voorzieningenstructuur
bron
frequentie
nulmeting
mate van culturele participatie (geen/weinig) (gemiddelde) (veel/heel veel) interesse
geen interesse: % dat in de afgelopen 12 maanden geen enkele geselecteerde voorstelling of evenement bezocht heeft weinig interesse: % dat in de afgelopen 12 maanden 1-4 keer naar een geselecteerde voorstelling of evenement geweest is gemiddelde interesse: % dat in de afgelopen 12 maanden 5-11 keer naar een geselecteerde voorstelling of evenement geweest is veel interesse: % dat in de afgelopen 12 maanden 12-23 keer naar een geselecteerde voorstelling of evenement geweest is heel veel interesse: % dat in de afgelopen 12 maanden 24 keer of vaker naar een geselecteerde voorstelling of evenement geweest is
% vrijwilligerswerk
actieve inzet in de eigen buurt
aantal deelnemers culturele educatie
aantal cursisten (kinderen+volwassenen)
laatste meting
bijzonderheden
nulmeting en 2005 Onderzoek Cultuurbereik 2005- eindmeting 2008 (OCD) i.k.v. Aanvraag Actieplan Cultuurberei k 2005-2008
2009
Onderzoek wordt uitgevoerd i.k.v. Actieplan Cultuurbereik 2005-2008. Op basis van de mate van bezoek aan culturele voorstellingen en culturele evenementen is een maat voor cultuurbereik samengesteld. Deze maat houdt zowel rekening met het al dan niet bezocht hebben van de voorstellingen en evenementen als met het aantal keer dat ze bezocht zijn.
-
Onderzoek Sociale Staat van Dordrecht/ Integratiemonitor Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2005
2009
% bewoners dat zich in het afgelopen jaar actief heeft ingezet ter verbetering van de eigen buurt
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
Doelstelling: versterking van definitie de voorzieningenstructuur
bron
frequentie
laatste meting
rapportcijfer gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor het voorzieningenniveau in de buurt voorzieningenniveau in de buurt
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
tevredenheid voorzieningen: - winkels dagelijkse boodschappen - speelmogelijkheden kinderen - openbaar vervoer - basisonderwijs - buurthuis/wijkcentrum - voorzieningen ouderen - sportvoorzieningen
% van de bevolking dat (zeer) tevreden is met betreffende voorziening Monitor in de buurt leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
tevredenheid jongeren over voorzieningen in de buurt en in de stad
% jongeren dat vindt dat er niet genoeg te doen is in: - de buurt Dordrecht
Monitor Jongeren Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2003
2009
tevredenheid Dordtenaren en Drechtstedelijkingen over cultuuraanbod in Dordrecht
% eens met de stelling “Dordrecht biedt veel mogelijkheden om van cultuur te genieten, zoals film, theater, toneel en muziek”
Monitor Beeld van vierjaarlijks Dordrecht “Bekend maakt bemind” (OCD)
2004
2008
bezoekersaantallen culturele instellingen
optelling van het aantal bezoekers van de volgende vier culturele Sector Cultuur; instellingen: De Grote Kerk, ’t Hof, Dordrechts Museum en Simon van aantallen worden Gijn jaarlijks door OCD opgevraagd t.b.v. Vrijetijdsmonitor
2005
2008
Begroting 2010
jaarlijks
nulmeting
bijzonderheden
laatste extra meting in 2009
Pagina 224 van 234
Wonen en Leefbaarheid outcomedoelstelling en indicatoren Doelstelling: handhaven kwaliteit (leef)omgeving rapportcijfer woonomgeving
definitie
bron
frequentie
gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor de woonomgeving
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
laatste meting 2009
rapportcijfer leefbaarheid in de buurt
gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor de leefbaarheid in de buurt
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
indicatorscore verloedering in de Score op basis van het oordeel van bewoners over de mate waarin er Monitor buurt in hun buurt bepaalde voorvallen vóórkomen die de verloedering in de leefbaarheid en buurt weergeeft. De voorvallen of misdrijven zijn: veiligheid (OCD) - bekladding van muren en/of gebouwen - vernieling van telefooncellen e.d. - rommel op straat; hondenpoep op straat De indicatorscore varieert van 0 (nooit) tot en met 10 (vaak). Naarmate de score hoger is, ervaren bewoners meer verloedering in de buurt (ongunstiger).
tweejaarlijks 2005
2009
indicatorscore overlast in de buurt
Score op basis van het oordeel van bewoners over de mate waarin er Monitor in hun buurt bepaalde vormen van overlast vóórkomen die de overlast leefbaarheid en in de buurt weergeeft. De vormen van overlast zijn: veiligheid (OCD) - overlast door groepen jongeren - overlast door omwonenden - geluidsoverlast (zijnde geen geluidsoverlast door verkeer) De indicatorscore varieert van 0 (nooit) tot en met 10 (vaak). Naarmate de score hoger is, ervaren bewoners meer overlast in de buurt (ongunstiger).
tweejaarlijks 2005
2009
rapportcijfer veiligheid in de buurt
gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor de veiligheid in de buurt Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
leefbaarheidsscore (lbs) stad
Monitor ongewogen gemiddelde van het rapportcijfer voor de woning woonomgeving, veiligheid in de buurt, voorzieningen in de buurt en de leefbaarheid en indicatorscore sociale kwaliteit veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
minimale waarde lbs per wijk
Monitor ongewogen gemiddelde van het rapportcijfer voor de woning woonomgeving, veiligheid in de buurt, voorzieningen in de buurt en de leefbaarheid en indicatorscore sociale kwaliteit veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
tevredenheid over openbare ruimte straatverlichting - groenvoorzieningen - onderhoud fietspaden/wegen - parkeergelegenheid
% van de bevolking dat (zeer) tevreden is met betreffende voorziening Monitor in de buurt leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
indicatorscore sociale kwaliteit in Score op basis van antwoorden op vier stellingen die de sociale de buurt samenhang in de buurt weergeeft. De stellingen zijn: - de mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks - de mensen gaan in deze buurt prettig met elkaar om - ik woon in een gezellige buurt waar veel saamhorigheid is - ik voel me thuis bij mensen die in deze buurt wonen De indicatorscore varieert van 0 (slecht) tot en met 10 (goed). Naarmate de score hoger is, is de sociale samenhang van de buurt groter.
Begroting 2010
nulmeting
bijzonderheden
Pagina 225 van 234
indicatorscore verkeersoverlast in de buurt
Score op basis van het oordeel van bewoners over de mate waarin er Monitor in hun buurt bepaalde vormen van verkeersoverlast vóórkomen die de leefbaarheid en verkeersoverlast in de buurt weergeeft. De problemen zijn: veiligheid (OCD) - geluidsoverlast van verkeer - parkeeroverlast - stankoverlast door verkeer De indicatorscore varieert van 0 (nooit) tot en met 10 (vaak). Naarmate de score hoger is, ervaren meer bewoners overlast van het verkeer in hun buurt.
Doelstelling: verbeteren definitie Leefbaarheid Dordrecht West
bron
tweejaarlijks 2005
2009
frequentie
nulmeting
laatste meting
% huishoudens midden/hoog inkomen
midden: netto huishoudeninkomen van € 1.500 tot € 2.500 per maand Inkomensmonitor hoog: netto huishoudeninkomen van € 2.500 of meer per maand Dordt-West (OCD) Dordt-West: gebied bestaande uit de wijkbeheergebieden OudKrispijn, Nieuw-Krispijn, Wielwijk (exclusief subbuurt Amstelwijck, Crabbehof (exclusief de subbuurt Zuidhoven
jaarlijks
2005
2009
rapportcijfer woonomgeving
gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor de woonomgeving
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
indicatorscore leefbaarheid in de gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor de leefbaarheid in de buurt buurt
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
indicatorscore sociale kwaliteit in Score op basis van antwoorden op vier stellingen die de sociale de buurt samenhang in de buurt weergeeft. De stellingen zijn: - de mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks - de mensen gaan in deze buurt prettig met elkaar om - ik woon in een gezellige buurt waar veel saamhorigheid is - ik voel me thuis bij mensen die in deze buurt wonen De indicatorscore varieert van 0 (slecht) tot en met 10 (goed). Naarmate de score hoger is, is de sociale samenhang van de buurt groter.
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
Doelstelling: verbeteren definitie Leefbaarheid Dordrecht West
bron
frequentie
laatste meting
indicatorscore overlast in de buurt
nulmeting
Score op basis van het oordeel van bewoners over de mate waarin er Monitor in hun buurt bepaalde vormen van overlast vóórkomen die de overlast leefbaarheid en in de buurt weergeeft. De vormen van overlast zijn: veiligheid (OCD) - overlast door groepen jongeren - overlast door omwonenden - geluidsoverlast (zijnde geen geluidsoverlast door verkeer) De indicatorscore varieert van 0 (nooit) tot en met 10 (vaak). Naarmate de score hoger is, ervaren bewoners meer overlast in de buurt (ongunstiger).
tweejaarlijks 2005
2009
gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor de veiligheid in de buurt Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD) rapportcijfer voorzieningen in de gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor het Monitor buurt voorzieningenniveau in de buurt leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
2009
tweejaarlijks 2005
2009
rapportcijfer woning
tweejaarlijks 2005
2009
rapportcijfer veiligheid in de buurt
Begroting 2010
gemiddeld rapportcijfer van de bevolking voor de eigen woning
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
bijzonderheden
bijzonderheden
Pagina 226 van 234
ervaren gezondheid
% bevolking dat eigen gezondheid matig of slecht vindt
Onderzoek Sociale Staat van Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2005
2009
Doelstelling: binden/aantrekken van midden/hoge inkomens
definitie
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
bijzonderheden
ontwikkeling gemiddelde woningwaarde
gemiddelde WOZ-waarde
CBS
jaarlijks
2005
2008
meest actuele meting 1.1.2008 CBS publiceert eerst voorlopige WOZcijfers; na verloop van tijd (ca. 2 jaar) worden deze pas definitief met veelal correctie tot gevolg
aandeel woningen duurdere categoriev/h totaal
% woningen met WOZ-waarde € 250.000 en meer in totale woningvoorraad
Woonmonitor Dordrecht (OCD)
jaarlijks
1.1.2006
1.1.2009
kwaliteitsindex woningvoorraad
(% koop+ % eengezinswoning+ % 4 kamers of meer+ % bouwjaar vanaf 1971)/2
Ministerie van Vrom; cijfers worden door OCD opgevraagd en bewerkt
jaarlijks
1.1.2005
1.1.2008
% huishoudens midden/hoog inkomen
midden: het inkomen in deze groep bedraagt 22.600 tot 41.500 euro hoog: het inkomen in deze groep bedraagt 41.500 euro en meer
jaarlijks (was 2002 Regionaal Inkomensonderzoe tweejaarlijks ) k (CBS); opgevraagd door het OCD
migratiesaldi huishoudens naar inkomen -laag -midden -hoogtotaal
Het verschil (saldo) tussen het aantal vertrokken en aantal gevestigde Verhuisonderzoek huishoudens met een laaf, midden en hoog inkomen. Een negatief Drechtsteden saldo betekent dat er meer huishoudens vertrokken dan gevestigd (OCD) zijn. Een positief saldo betekent dat er meer huishoudens gevestigd dan vertrokken zijn. Laag inkomen: netto inkomen van het huishouden tot € 1.500 per maand Midden inkomen: tussen € 1.500 en € 2.500 per maand Hoog: meer dan € 2.500 per maand
Doelstelling: verbeteren van milieu/milieukwaliteit
definitie
aandeel bevolking overlast geluid wegverkeer ervaart
2006
meest actuele meting 2006 (voorlopig cijfer); betreft inkomen van particuliere huishoudens
ca. 2004 tweejaarlijks
2009
meest actuele meting 2007/2008
bron
frequentie
laatste meting
bijzonderheden
-
Monitor leefbaarheid en veiligheid (OCD)
tweejaarlijks 2005
aantal luchtgehinderden binnenstedelijk: stikstofdioxide en fijn stof
aantal mensen dat op basis van de ligging van de woning wordt blootgesteld aan meer dan 40 microgram fijn stof of NO2
Rijkswaterstaat/ jaarlijks StadsontwikkelingMilieu
2006
2007
Aantalgehinderden is na 2007 niet meer bepaald. Deze data werd altijd bepaald in het kader van de jaarrapportages luchtkwaliteit. Nu gaan de jaarrapportages via VROM. Het aantal gehinderden wordt dan niet meer berekend. aldus MZHZ
aantal luchtgehinderden A16 stikstofdioxide
aantal mensen dat op basis van de ligging van de woning wordt blootgesteld aan meer dan 40 microgram fijn stof of NO2
Rijkswaterstaat/ jaarlijks StadsontwikkelingMilieu
2006
2007
Aantalgehinderden is na 2007 niet meer bepaald. Deze data werd altijd bepaald in het kader van de jaarrapportages luchtkwaliteit. Nu gaan de jaarrapportages via VROM. Het aantal gehinderden wordt dan niet meer berekend. aldus MZHZ
aandeel bestaande woningen met energie prestatie
aantal woningen waarvan energie-prestatie-advies is opgesteld als % van het totaal aantal woningen
Stadsontwikkeling- jaarlijks Milieu
1.1.2006
1.1.2009
jaarlijks scheidingsresultaat huishoudelijk % bronscheiding: het percentage van het totale afval van huishoudens Netwerk/ afval dat gescheiden wordt ingezameld aan de bron StadsontwikkelingMilieu
2004
2008
voorzieningenniveau afvalinzameling
2005
Begroting 2010
Stadsontwikkeling- jaarlijks Milieu
nulmeting
2009
Netwerk levert in april gegevens over het jaar ervoor
Pagina 227 van 234
Werk en Scholing outcomedoelstelling en indicatoren Doelstelling: versterken onderwijsinfrastructuur
definitie
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
bijzonderheden
aandeel middelbaar of hoger opgeleiden in de beroepsbevolking
middelbaar: havo/vwo/mbo hoog: hbo/wo
Enquête beroepsbevolking, CBS; opgevraagd door OCD
jaarlijks
2003-2005
20062008
driejaarsgemiddelde
aantal leerlingen in het mbo
het totaal aantal leerlingen op scholen in Dordrecht met beroepsopleidende leerweg (bol) en beroepsbegeleidende leerweg (bbl). aanvankelijk werden andere indelingen gehanteerd, van clusters naar domeinen. Inmiddels kunnen alleen de leslocaties van Da Vinci worden geregistreerd in Dordrecht.
Da Vinci College (leslocaties Dordrecht) en Wellantcollege; opgevraagd door OCD t.b.v. Onderwijsmonitor
jaarlijks
2004/2005
2008/20 09
aantal studenten in het hbo
het totaal aantal studenten op hbo-scholen in Dordrecht
Hogeschool Rotterdam, InHolland en Da Vinci College; opgevraagd door het OCD t.b.v. Onderwijsmonitor
jaarlijks
2004/2005
2008/20 nulmeting aantal hbo-studenten aangepast (inclusief Da Vinci) 09
% laag opgeleiden met uitsplitsing autochtoon/allochtoon
maximaal basisonderwijs
Onderzoek Sociale Staat van Dordrecht/ Integratiemonitor Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2005
2009
aantal techniek leerlingen MBO in Dordrecht
-
Da Vinci College (leslocaties Dordrecht); opgevraagd door OCD t.b.v. Onderwijsmonitor
jaarlijks
2005/2006
2008/20 aanpassing nulwaarde 2005/2006 nu alleen leslocaties Da Vinci College 09
aantal techniek leerlingen MBO in Dordrecht
-
sector MO; opgevraagd door OCD t.b.v. Onderwijsmonitor
jaarlijks
2005/2006
2008/20 peildatum oktober 09
Doelstelling: terugdringen structurele werkloosheid/ vergroten werkgelegenheid
definitie
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
aantal niet-werkende werkzoekenden (NWW) - totaal - % langer dan 1 jaar (totaal, allochtonen) - % laagopgeleid (totaal, allochtonen)
-
CWI; opgevraagd door OCD
jaarlijks
1.1.2006
1.1.2009 aanpassing peildatum nulmeting; CWI registreert geen etniciteit meer, cijfers over allochtonen dus niet meer beschikbaar)
aantal en % WW-uitkeringen
aantal personen met WW-uitkering als % van de bevolking 15-64 jaar UWV; opgevraagd door OCD
jaarlijks
ultimo 2004
ultimo 2008
aantal en % arbeidsongeschikten
aantal personen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering (WAO, WAZ, UWV; opgevraagd Wajong en WIA) als % van de bevolking 15-64 jaar door OCD
jaarlijks
ultimo 2004
ultimo 2008
Begroting 2010
bijzonderheden
Pagina 228 van 234
% uitkeringen WWB op het totaal aantal huishoudens
inclusief 65+
Onderzoek Indicatoren werkloosheid (OCD)
uitstroom WWB naar regulier werk
Uitstroom naar regulier werk, hetgeen leidt tot (gedeeltelijke) beëindiging van de uitkering WWB. Uitstroom is geslaagd wanneer de betrokkene 6 maanden vanaf de start van het dienstverband nog steeds een dienstverband heeft met een werkgever -
1.1.2005
1.1.2009
Managementinform jaarlijks atiesysteem Sociale Dienst: GWS
2006
2008
Integratiemonitor Dordrecht (OCD)
vierjaarlijks
2005
2009
Doelstelling: vergroten definitie ontwikkelingskansen jeugd/ terugdringen jeugdwerkloosheid
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
totaal aantal voortijdig schoolverlaters (VSV)
Da Vinci College jaarlijks (leslocaties Dordrecht)/Bureau leerplicht en voortijdig schoolverlaten sector MO; opgevraagd door OCD t.b.v. Onderwijsmonitor
2006
2008
aantal peuters en kleuters met doelgroepleerlingen: gewichtenleerlingen groter dan 1 een (leer)achterstand die deelnemen aan VVE traject en % van doelgroepleerlingen
VVE monitor jaarlijks Dordrecht (Sardes/ sector MO; opgevraagd OCD t.b.v. Onderwijsmonitor
2004
2008
aantal niet-werkenden werkzoekenden < 23 jaar als % van de bevolking 15-22 jaar (totaal, allochtonen)
CWI; opgevraagd door OCD
jaarlijks
1.1.2006
1.1.2009 aanpassing peildatum nulmeting; CWI registreert geen etniciteit meer, cijfers over allochtonen dus niet meer beschikbaar)
aantal bijstandgerechtigden < 25 jaar als % van de bevolking 15-24 jaar
CBS; opgevraagd door OCD
jaarlijks
1.1.2005
1.1.2009
% betaald werk van nietschoolgaanden tussen 18-64 jaar
Begroting 2010
VSV: schoolverlater jonger dan 23 jaar zonder startkwalificatie. Startkwalificatie: diploma op minimaal niveau 2 Ernstig verzuim: leerplichtige leerlingen die langer dan een maand geen onderwijs gevolgd hebben of niet meer ingeschreven staan op school
-
jaarlijks
meest actuele meting 2007
bijzonderheden
Pagina 229 van 234
Ondernemerschap en Bereikbaarheid outcomedoelstelling en indicatoren Stimuleren economische concurrentiepositie
definitie
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
bijzonderheden meest actuele meting 2007; meting 2009 heeft nog niet plaatsgevonden
rapportcijfer ondernemingsklimaat gelijk aan G27
tweejaarlijks 2004 Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklim aat (Ecorys); opgevraagd door OCD
2009
aantal winkelende bezoekers binnenstad per week
-
Passantenenquêtes driejaarlijks OCD t.b.v. Monitor Binnenstad
2004
2007
verdeling winkelende bezoekers binnenstad Dordrecht/regio/rest
Passantenenquêtes driejaarlijks OCD t.b.v. Monitor Binnenstad
2004
2007
tevredenheid bezoekers binnenstad: - winkelaanbod - openbare ruimte - sfeer - horeca tijdens winkelen - horeca na winkelen
-
Passantenenquêtes driejaarlijks OCD t.b.v. Monitor Binnenstad)
2004
2007
koopkrachtbestedings% nietdagelijks: - D’steden-D’steden - D’steden-Dordt - D’steden-Dordt Centrum - Dordt-Dordt - Dordt-Dordt Centrum
-
Koopstromenonder vijfjaarlijks zoek provincie ZuidHolland; opgevraagd door OCD
2004
2009
uitkomsten in 2010 beschikbaar
Verbreden economische structuur
definitie
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
bijzonderheden
totale werkgelegenheid en aantal werkzame personen met een arbeidsduur van 12 uur en meer werkgelegenheid per bedrijfstak per week als % van de totale werkgelegenheid in: - landbouw en delfstoffenwinning (sbi A t/m C) - industrie (incl. nutsbedrijven; sbi D+E) - bouw (sbi F) - reparatie en handel (sbi G) - horeca (sbi H) - vervoer, opslag en communicatie (sbi I) - zakelijke dienstverlening (sbi J+K) - openbaar bestuur en onderwijs (sbi L+M) - gezondheids- en welzijnszorg (sbi N) - overige dienstverlening (sbi O)
Bedrijvenregister Drechtsteden (OCD)
jaarlijks
1.1.2005
1.1.2008 cijfers per 1.1.2009 pas eind 2009 beschikbaar
Verbeteren van het innovatief vermogen
definitie
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
bijzonderheden
ranking in atlas m.b.t. banen creatieve bedrijfstakken
% banen in creatieve bedrijfstakken
jaarlijks
2005
2007
meest actuele meting 2007 komt uit publicatie Atlas voor gemeenten 2008; ranking binnen 50 grootste gemeenten van Nederland; deze indicator wordt door Atlas voor gemeenten niet meer gemeten
ranking in atlas m.b.t. banen in groeisectoren
% banen in groeisectoren (financiële en zakelijke dienstverlening)
Atlas voor gemeenten; opgevraagd door het OCD Atlas voor gemeenten; opgevraagd door het OCD
jaarlijks
2005
2008
meest actuele meting 2008 komt uit publicatie Atlas voor gemeenten 2009; ranking binnen 50 grootste gemeenten van Nederland
Begroting 2010
aanpassing nulwaarde
Pagina 230 van 234
aantal startende ondernemers
-
Kamer van Koophandel; opgevraagd door het OCD
jaarlijks
2005
2008
Vergroten aantrekkingskracht Dordrecht aantal toeristische bezoeken en bezoekers
definitie
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
alle bezoeken door bewoners van buiten Dordrecht voor ontspanning en/of plezier met een tijdsduur van minimaal 2 uur
jaarlijks Continu Vakantieonderzoek ; opgevraagd door het OCD
2005
2008
aantal bezoekers evenementen
schattingen aantal bezoekers
Evenementenburea jaarlijks u; opgevraagd door het OCD t.b.v. Vrijetijdsmonitor en Monitor Binnenstad
2004
2008
aantal overnachtingen in logiesaccommodaties
-
Stedenmonitor Toerisme, Ecorys; in opdracht van Marketing en Toerisme
2003
pm
aantal riviercruiseschepen
locaties: Merwekade, Buiten Walevest, Groothoofd, Wantij, Leuvehaven en de mond Kuipershaven
jaarlijks Havenbedrijf Dordrecht; opgevraagd door het OCD t.b.v. Vrijetijdsmonitor. meegerekend zijn Merwekade, Binnenwalevest, Groothoofd,Wantij, Leuvehaven, Mond Kuipershaven.
2005
2008
toeristische recreatieve bestedingen
-
Stedenmonitor Toerisme, Ecorys; in opdracht van Marketing en Toerisme
pm
2003
pm
raming Ecorys; wordt niet meer gemeten; mogelijk alternatief: aantal werkzame personen in de sector ‘Toerisme en recreatie’
Verbeteren van de bereikbaarheid
definitie
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
bijzonderheden
rapportcijfer ondernemers - bereikbaarheid per auto - bereikbaarheid per ov - parkeermogelijkheden
-
tweejaarlijks 2004 Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklim aat (Ecorys); opgevraagd door OCD Koopstromenonder vijfjaarlijks 2004 zoek provincie ZuidHolland; opgevraagd door OCD
2007
meest actuele meting 2007; meting 2009 heeft nog niet plaatsgevonden
2009
uitkomsten in 2010 beschikbaar
rapportcijfer bezoekers centrum voor niet-dagelijkse artikelen: - bereikbaarheid per auto - bereikbaarheid per ov - parkeermogelijkheden
Begroting 2010
pm
bijzonderheden
raming Ecorys; wordt niet meer gemeten
Pagina 231 van 234
gemiddelde reisduur in spits
objectieve bereikbaarheid, gemiddelde reisduur bij 10 km
Monitor Stedelijke bereikbaarheid, Ministerie Verkeer & Waterstaat, Adviesdienst voor Verkeer en Vervoer; opgevraagd door OCD
tweejaarlijks 2004
2006
de over 2008 geplande meting gaat naar alle waarschijnlijkheid niet door; indicator voor objectieve bereikbaarheid, reisduur van ritten vastgesteld op basis van OVG- en MON-data. Ten behoeve van de objectieve is de reisduur bepaald van reizen van, naar en binnen het stedelijk gebied van de stad. Het gaat om reizen van deur tot deur. Er is onderscheid gemaakt naar vervoerwijze, periode en afstandscategorie. Hier is uitgegaan van de gemiddelde reisduur per auto in de spits (7 tot 9 en 16 tot 18 uur) in het stedelijk gebied Dordrecht bij een afstand van 10 kilometer.
gemiddelde reisduur in daluren
objectieve bereikbaarheid, gemiddelde reisduur bij 10 km
Monitor Stedelijke tweejaarlijks 2004 bereikbaarheid, Ministerie Verkeer & Waterstaat, Adviesdienst voor Verkeer en Vervoer
2006
de over 2008 geplande meting gaat naar alle waarschijnlijkheid niet door; indicator voor objectieve bereikbaarheid, reisduur van ritten vastgesteld op basis van OVG- en MON-data. Ten behoeve van de objectieve is de reisduur bepaald van reizen van, naar en binnen het stedelijk gebied van de stad. Het gaat om reizen van deur tot deur. Er is onderscheid gemaakt naar vervoerwijze, periode en afstandscategorie. Hier is uitgegaan van de gemiddelde reisduur per auto in de daluren (9 tot 16 uur) in het stedelijk gebied Dordrecht bij een afstand van 10 kilometer.
gemiddelde bezettingsgraad parkeergarages binnenstad op zaterdag
bezettingsgraad parkeergarages Spuihaven en Veemarkt op basis van 12 zaterdagen 1e trimester en 4 zaterdagen 3 e trimester
Stadsbeheer; opgevraagd en bewerkt door OCD
jaarlijks
2006
2008 meest actuele meting 2007; trendbreuk met cijfers voor 2005 vanwege crashen DPVS, vanaf 2006 alleen parkeergarages Spuihaven en Veemarkt
oordeel burgers over bereikbaarheid per fiets
zie overige bijzonderheden
Ministerie Verkeer & Waterstaat, Adviesdienst voor Verkeer en Vervoer; opgevraagd door OCD
tweejaarlijks
2004
2008 meest actuele meting 2006; deze indicator geeft aan wat burgers vinden van de bereikbaarheid van het centrum per fiets. Het oordeel is gebaseerd op een enquête waarin burgers naar hun mening is gevraagd. Weergegeven is het indexcijfer. Een positief cijfer betekent dat er meer mensen met een positief oordeel zijn dan met een negatief oordeel, een negatief cijfer geeft aan dat er meer mensen met een negatief oordeel zijn dan met een positief oordeel. De index bedraagt maximaal 100, alleen positieve oordelen, en minimaal -100, alleen negatieve oordelen.
rapportcijfer fietsklimaat
-
Fietsbalansonderzo pm ek
(2000-2004) pm
Onderzoek is in de periode 2000-2004 in opdracht van de Fietsersbond uitgevoerd. Dordrecht doet niet mee aan de 2-meting
Verbeteren van de veiligheid definitie op bedrijventerreinen
bron
nulmeting
bijzonderheden
rapportcijfer veiligheid op bedrijfslocaties
tweejaarlijks Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklim aat (Ecorys); opgevraagd door OCD
2004
2007 meest actuele meting 2007; meting 2009 heeft nog niet plaatsgevonden
Criminaliteitsstatist jaarlijks iek, Politie ZuidHolland-Zuid; opgevraagd bij SBBD
2004
2008 bij de interpretatie van het aantal aangiften moet worden gerealiseerd dat een groot deel van de criminaliteit niet geregistreerd wordt c.q. buiten het gezichtsveld van de politie blijft, bijvoorbeeld omdat mensen geen aangifte doen.
in de meting wordt een drietal terreinen onderzocht nl. Zeehaven, Louter Bloemen en Dordtse Kil 3.
aantal aangiftes het gaat om de volgende delicten: diefstal af/uit bedrijf, diefstal (Louterbloemen, Dordtse Kil III, uit/vanaf motorvoertuigen, diefstal van motorvoertuigen, diefstal van Zeehaven (incl. Krabbepolder)) brom-, snor- en fietsen, diefstal af/uit/van overige voertuigen, diefstal overige voertuigen en vernielingen
Begroting 2010
frequentie
laatste meting
Pagina 232 van 234
Bestuur en participatie Outcomedoelstelling en indicatoren Vergroten vertrouwen van de definitie burger
bron
% bewoners met redelijk tot volledig vertrouwen in de gemeente
-
% geen stemintentie
rapportcijfer tevredenheid stadsbestuur: - % rapportcijfer 6 of hoger - gemiddeld rapportcijfer
laatste meting
bijzonderheden
Onderzoek tweejaarlijks 2005 Vertrouwen in het bestuur en oordeel over de raadscommunicatie (OCD)
2009
uitkomsten laatste meting beschikbaar oktober 2009
-
Onderzoek Sociale Staat van Dordrecht (OCD)
2005
2009
-
Onderzoek tweejaarlijks 2005 Vertrouwen in het bestuur en oordeel over de raadscommunicatie (OCD)
2009
uitkomsten laatste meting beschikbaar oktober 2009
Vergroten tevredenheid over definitie de dienstverlening van de gemeente
bron
frequentie
nulmeting
laatste meting
bijzonderheden
rapportcijfers tevredenheid bewoners over dienstverlening
Benchmark Publiekszaken (SGBO)
jaarlijks
2005
2009
rapportcijfer ondernemers over kwaliteit gem. dienstverlening
Benchmark tweejaarlijks 2004 Gemeentelijk Ondernemingsklim aat (Ecorys)
2007
rapportcijfer klanttevredenheid gemeentelijke sociale dienst
-
Klanttevredenheids- tweejaarlijks 2006 onderzoek Sociale Dienst (OCD)
2008
Toename tevredenheid over burgerparticipatie
definitie
bron
laatste meting
aandeel participanten en insprekers dat: - tevreden is over besluitvormingsproces - zich serieus genomen voelt
% participanten dat het eens is met de stellingen “Ik ben tevreden met de wijze waarop de beslissing tot stand is gekomen” en “Ik voel mij serieus genomen door de gemeente”
tweejaarlijks 2006 Wanneer werkt Participatie? Partners+Pröpper in opdracht van Het Stedelijk Innovatieprogram ma
Begroting 2010
-
frequentie
vierjaarlijks
frequentie
nulmeting
nulmeting
meest actuele meting 2007; meting 2009 heeft nog niet plaatsgevonden
bijzonderheden
2008
Pagina 233 van 234
Bijlage 7 Overzicht EMU-saldo Omschrijving
1 2
2010
2011
x € 1000,Volgens realisatie tot en met sept. 2009, aangevuld met raming resterende periode
x € 1000,Volgens begroting 2010
x € 1000,Volgens meerjarenraming in begroting 2010
32.608
15.397
5.096
14.490
14.998
17.162
6.529
3.108
3.909
35.825
73.452
58.723
1.097
1.367
963
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) Afschrijvingen ten laste van de exploitatie
3
Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie
4
Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd
5
Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4 Desinvesteringen in (im)materiële vaste ti uit desinvesteringen in (im)materiële Baten
6
2009
vaste activa (tegen verkoopprijs), voorzover niet op exploitie verantwoord 7
8
Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan) Baten bouwgrondexploitatie: Baten voorzover transacties niet op exploitatie verantwoord
9
Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze transacties met derden betreffen
10
Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten
11
Verkoop van effecten:
a
Gaat u effecten verkopen? (ja/nee)
b
Zo ja wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie?
Berekend EMU-saldo
Begroting 2010
ja
nee
16.705
ja
nee
-41.316
ja
nee
-33.519
Pagina 234 van 234